N°. 89.
V R IJ H E I D, G E L IJ K II E 1 D j BROEDERSCHAP.
PRO CL AM AT ÏE betrekkei
lijk de ambtenaar en, dié
zich aan Plundering, Onderdrukking hunner Medeburgeren, enz, enz. hebben fchuldig gemaakt. Gearreflêerd den 12. O ff ober 1795. Het eer/Ie Jaar der Bataaffchc Vrijheid.
X)e provisioneels representanten van met volk van Holland, allen den geeneri dié deeze zullen zien of hooren leezen, Heil en Broederfchap!
Doen te weeten: dat zij, fceeds ijverig, om alle middelen bij dé hand, te neemen, welke eenigzins kunnen ffcrekken tot voortzetting van Vrijheid- en Vader» landslievende gevoelens, door maatregulen te neemen die aan braave Vaderlanders gelegenheid verfchafFen, van werkende leden der Maatfchappn te worden, en
26



< 2 >
afbreuk te doen aan alles, dat ons de dwingelandij van het voorig Bellier kan herinneren, of derzelver aankleevers geleegenheid kan geeven, om de braave Vaderlanders te verguifen of te onderdrukken, hebben voorgenomen, daar van aan het Vrije Volk, dat zij Vertegenwoordigen, thans een nieuw blijk te geeven, door hun te verwittigen bij deeze folemneele Proclamatie; dat zij, ingevolge hunne Refolutie van den 5. October van dit eerfte Jaar der Bataaffche Vrijheid, aan alle de Municipaliteiten deezcr Provintte hebben aangefchreeven:
Dat zij zoo fpoedig doenlijk eene Commific uit hun midden zullen benoemen van a, 3, 4. of meer Peribonen, in evenredigheid van haare grootheid, bij welke de Stemgerechtigde en Vaderlandslievende Burgeriien, door de Municipaliteiten verzocht zullen worden een gelijk getal Perfoonen te benoemen, ten einde die gecombineerde Commisfie eene Lijst formeere der Stads- of Lands - Ambtenaar en binnen hunne Municipaliteit resforteerende, welken beweezen zouden kunnen worden, zich fchuldig gemaakt te hebben aan de plundering of Onderdrukking hunner Medeburgeren, en alzoo met daaden geijverd te hebben tot voortzetting



< 3 >
ef bevordering van het Orange-Arifloer atisch fijftema, of zich ais zoodanig verzet tegens den inkomst der Franfche Broederen in deeze Republiek.
En van zoodanige Ambtenaaren, welke Requesten > Memorien of Smeekfchriften aan Willem den Vden hebben gepr<zfenteerd, tot verzoek van remotie of vervolging van hunne Medemenfchen, of zulken die over zulke remotien, vervolgingen, mishandelingen en andere geweldenarijen van het voorig Beftier, Dank- Adresfen of Felicitatien hebben overgelegd ofwaereldkundig gemaakt.
Ten einde vervolgens die Perfoonen door de Municipaliteiten van hunne Posten ontzet en dezelven met waardige Vaderlanders, die daar toe de vereischtc bekwaamheden hebben, vervuld zouden kunnen worden; des nochtans, dat dusdanige klagten ten lasten van Landsbediendens, en geëmploiëerdens van Gemeene Middelen, zullen moeten overgezonden worden, aan het Commifté van Algemeen Welzijn, of zoodanig ander Committé deezer Provintie, als waar toe dezelven relatie hebben, om over die Lands-Ambtenaaren of Bediendens op denzelfden voet te worden gedisponeerd.
Zijn-



< 4 >
Zijnde meergemelde Municipaliteiten bij die aari-
fcMjving gelast, van hunne verrichting aan het Com-
mitté van Algemeen Welzijn van Holland, kennis te
Gedaan in den Hage, onder het klein Zegel van dc-n Lande, den ia. October 1795. Het eerfte Jaar der Bataaffche Vrijheid.
P. P A U L U S, vt.
Ter ordonnantie van dezelve'.
C. S C II E F F E R,