N». XXXIX.
GELIJKHEID, VRIJHEID, BROEDERSCHAP.
PUBLICATIE van ^/uitvoerend bewind der bataafschb
. republiek, betreffende de vernietiging der gilden , enz. Gearre* fleerd den 5. O&ober, 1798. Het vierde Jaar der Bataaffche Vrij' heid.
Het uitvoerend - bk wind der eataaï-
iciiE republiek, doet te wceten:
Dat het Vertegenwoordigend Lighaam, op de wijze bij de Staatsregeling vastgefteld, overwoogen hebbende, dat het deszelfs onvermijdelijke pEjt is , dat het 53. Articul van de Algemeene Grondbeginfelen der Staatsregeling, ten fpoedigflen in werking worde gebragt; zoo nogthans,dat ten deezen opzichte de goede orde, hei gemak en gerief der Ingezetenen worde verzekerd, en mitsdien verpligt is te waaken, dat alle wanorde , die eene verkeerde toepasfing de^zer Grondwet
zou-



< a >
zoude kunnen veroorzaaken, worde verhoed: beflooten en verordend heeft:
Dat de Publicatie van het vernietigd Uitvoerend Bewind, de dato 25. Meij 1798, betrekkelijk het 53. Articul der Burgerlijke en Staatkundige Grondregels voor de Staatsregeling geplaatst, zal worden ingetrokken en buiten effecT; gefield, gelijk dezelve wordt ingetrokken en buiten effecT: gefield bij deeze:
Dat wijders alle Municipaliteiten binnen deeze Republiek zullen worden gelast, uiterlijk binnen agt dagen na den ontvangst deezer Publicatie te zorgen, dat alle Gilden, Corporatiën of Bróederfchappen van Neeringen, Ambachten of Fabrieken, (voor zoo verre dezelve nog niet ontbonden zijn,) met alle gevolgen en aankleeven van dien worden ontbonden.
Dat na deeze ontbinding de Bewindvoerende Perfoonen van zoodaanige beftaan hebbende Gilden en Corporatiën, (behoudens echter derzelver verantwoorde, lijkheid voor hunne gehouden direélie en administratie) in deeze hunne qualiteit niet meer zullen worden erkend , maar vervangen door Provifioneele Commisfarisfen, bij de refpeclive Municipaliteiten te benoemen, welke, na alle Effecten, Gelden, Boeken, Chartres en Papieren, de Gilden concerneerende, te hebben overgenomen, onder toeverzicht der Municipaliteiten



< 3 >
ten, zullen waaken en zorgen, dat, inmiddels en hangende de deliberatiën van het Vertegenwoordigend Lig» haam over deeze belangrijke zaak , de Placaaten, Ordonnantiën en Keuren, voor zoo verre zij haare betrek* king hebben tot de goede Politie, ter vermijding van alle wanörde, en tot voorkoming van alle fchaden , die anderzins aan 'sLands Finantiën zouden kunnen worden toegebragt, ffiptelijk worden naargekomen, tot zoo lang deswegens bij het Vertegenwoordigend Lighaam in het algemeen zal zijn voorzien.
Dat de Municipaliteiten al verder zullen worden gelast , aan de Eerfle Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam, of aan de daartoe te benoemen Commisfie uit hetzelve , uiterlijk binnen één Maand, een accuraat bericht intezenden van alles, het geen door haar daar» omtrent, zoo uit hoofde van deeze Publicatie , als bevoorens, is verricht.— Alsmede eene naauwkeurige opgaave van den aart en gefteldheid der vernietigde Gilden en Corporatiën, gelijk ook van de Fondfen, die bij dezelve bezeten worden, en van het gebruik, het geen van die Fondfen bevoorens gemaakt is.
Dat eindelijk ieder Burger, welke, hangende de De» liberatiën van het Vertegenwoordigend Lighaam over het opgemelde 53. Articul, zoude begeeren een Trafiek opterichten . of een Bedrijf aantevangen, op zoedaanigeplaatfen, alwaar zulks, uit hoofde der als nog vigeerende Placaaten en Ordonnantiën , niet geoorloofd
is,



< 4 >
is, zich daarömtrent, voorzien met Brieven van voorfchrijvingvan het Adminiftratif Beftuur van hetvoormaalig Ce west, in hetwelk hij zoodaanig een Trafiek of Bedrijf wil oprichten of aanvangen, zal moeten vervoegen bij het Vertegenwoordigend Lighaam, ten einde op zulk een verzoek ten fpoedigften zoodaanig te disponeeren, als, ingevolge de Staatsregeling, en overeenkomstig de goede orde, zal bevonden worden te behooren.
Dienvolgens gelast het voorn. Bewind, in naam des Vcrtegenwoordigenden Lighaams, dat deeze zal worden afgekondigd en aangeplakt alömme, waar zulks behoort.
Jn den Haag, den 5. OAober 1798. Het vierde Jaar der Bataaffche Vrijheid,
("Was geparapheerd)
J. W. van HASSELT, vt,
(Onder ftond)
Ter Ordonnantie van hetzelve.
(Was geteekend)
S. DASSEVAEL,
Loco Secretarii.



N°. XL.
GELIJKHEID, VRIJHEID, BROEDERSCHAP.
PUBLICATIE van het uitvoerend bewind der bataaf-
sche republiek, bij welke de Crediteuren van den Boedel van den Vorst vanNasfau worden opgeroepen, orn uiterlijk vóór of op den 31. De' cember eerstkomende, hunne Pretenfiën optegeeven. Gearrefleerd den 6. O cl ober 1793. Het vierde Jaar der Bataaffche Vrijheid.
FT
aaet uitvoerend bzwind der bataaf-
sche republiek, doet te wecten :
Dat hetzelve op fpeciüale authorifarie van het Vertegenwoordigend Lighaam, heeft bellooten: om nogmaals alle Houders van Obligatien, en verdere Creditemen van den Boedel van den Vorst van Nasfau, welke hunne pretenfiën nog niet hebben opgegeeven, opteroepen , zoo als dezelven opgeroepen worden bij deeze, om tot ultimo December deezes Jaars, hunne pretenfiën ter Thefaurie van A. C. Molière, in den Haage, op daartoe te bepaalen tijden, te komen opgeeven, en zulks op poene, dat na expiratie van dien tijd , geene pretenfiën , hoe ook genaamd, meer zullen worden aangenomen, maar dat dezelven als dan zullen worden gehouden voor vervallen; ten dien efFeéle dat de Crediteuren zullen zijn verftoken van eenig verder
recln'



recht of aanfpraak op den Boedel van meergemelden Vorst, ten ware iemand mogt kunnen bewijzen in de volftrekte onmogelijkheid geweest te zijn, om binnen den gefteeerden tijd de voorfchreeven opgaave te doen.
Dienvolgens gelast het voornoemd Bewind, in naam desVertegenwoordigendenLighaams, dat deeze zal worden afgekondigd en aangeplakt, alömme waar zulks behoort,
In den Haag, den 6, October 1798. Het vierde Jaar der Bataaffche Vrijheid.
(Was geparapheerd )
j. W. van HASSELT, vt.
( Onder ftond)
Ter ordonnantie van hetzelve,
(Was geteekend)
S. DASSEVAEL,
Loco Secretarii.



N°. XLI.
GELIJKHEID, VRIJHEID, BROEDERSCHAP.
NOTIFICATIE van het admi-
nistratif bestuur. Vail het
voormaalig Gewest utrecht, einde de onderfcheiden kerken, raaden, enz, te verpligten, tot het doen der door de Municipaliteiten gevorderde Opgaaven. Gearre/Ieerd den 9. Ociober 1799. Het vierdejaar der B at aaffche Vrijheid.
Hut administratie bestuur van het
voormaalig gewest utrecht, maakt bij deeze bekend, dat van dag tot dag, zoo wel bij het Vertegenwoordigend Lighaam des Bataaflchen Volks, als bij het Uitvoerend Bewind, meer en meer klagten inkomen van de geduurige en kwaadaartige tegenkantingen , hinderingen en voorvvendfèls tot fnvoole uitftei'. len, welke door onderfcheiden Kerkenraaden, ofCommisfien uit dezelven, aanhoudend worden in het werk gefield, ter ontduiking van de van hen door de refpec. „tiye Gemeente-Beftuuren gevorderde opgaaven ,en oVergiften der benoodigde Documenten enPapieren, door welke die Gemeente-Beftuuren moeten worden in ftaat gefteld, om de aan de plaatfelijke Beftuuren gedemandeerde befchikking over de Kerkgebouwen, conform het 6. der Additioneele Artikelen tot de Staatsregeling en de Publicatie van den ia. Julij laatstleeden tot ftand te brengen en effecT: te doen forteeren; al het welk niet anders dan van de pernicieufte gevolgen zijn kan; waar om het AdminiftratifBeftuur voornoemd, op aurhorifatie en last van den Agent bij het Departement van inwendige Policie, alle Kerkenraaden van dit voormaalig Gewest, of Commisfien uit dezelve , tot welk Kerkgenoot-



< 2 >
noqtfchap zij eok mogen behooren ; bij daeze ernftiglijken fcherpelijkwaarfchouwt: zich van alle zoodaanige tegenkantingen en uitvlugten, die alleen zijn ingericht, om de zaak onder verfcheiden voorwendfels te vertraagen, zorgvuldig te wachten en te onthouden, en hen op het nadruklijkst en op hunne verantwoordelijkheid gelast, om van nu voortaan op de eerfle aanvraage, welke hun door eet Gemeente-Beftuur van hunne Stad of Dorp ten dien einde zal worden gedaan of reeds gedaan is, onverwijld aan hetzelve, zondereenig het minfte tegenzeggen , te extradeeren, het zij in originali, het zij bij Cöpie Authentiek, alle zoodaanige Documenten en Bewijsftukken als het Gemeente-Beftuur zal vermeemen roodig te hebben, ten einde het onder hunne befchikking te treffen vergelijk over de Pla3tfelijke Kerkgebou. wen, conform het meergemelde 6de der Additioneele Artikelen tot de Staatsregeling behoorlijk effecT: forteeje.
En zal deeze alom worden bekend gemaakt en aangeplakt, waar men gewoon is zulks te doen.
Gedaan te Utrecht den 9. Oótober 1798. Het vierde Jaar der Bataaffche Vrijheid.
Ter ordonnantie van het voornoemde Adminiftratif Beftuur.
P. 't H O E N«