VRTHEID, G ELTKHEID, BROEDERSCHAP- Extract uit het Register der Refolutien, genomen by het Provintiaal Committc van Holland. Op Maandag den 18 dpril ij^ó, Het tweede Jaar der Bataaffche Vryheid. Ontfangen eene Misfivc van den Infpccteur Generaal van 'sLands Rivieren, C. Bruningf, den Contrarolleur Generaal A. J. de Bock, en den Luit. Collonel Ingenieur D. G. B. Dalhoff, welke by Decreet der Provifioneele Reprefentanten van het Volk van Holland, van dato 2 7fte January 1795, mitsgaders by Decreet van het Committe' van Algemeen Wclzyn van Holland, van den 19 February daaraanvolgende, geauthorifeerdwaaren,omalle de ter defenfie gemaakte Coupures, en defecten, in de Rivier- Dyken te herftellen; houdende een gedetailleert en aaneengefchakeld Rapport, zoo van derzelver verrichtingen, als van die hunner geëmploieerdens, en welke Misfive met dcszelfs Bylaagen, hier na volgende breeder is geinfereert. Fiat Jnfertio. Waar op gedelibereert en overwogen zynde, alle de poin&en in voorfz. Misfive en Bylaagen vervat, is goedgevonden en verftaan, het verrichte van voorfz. geauthorifeerdens volkomen te approbeeren, zoo als gefchied by deze: en voorts de poin&en welke door de Burgers J. Engelman, K.Goudriaan, enF.Conrad, op Bladz. 34. van derzelver Rapport worden voorgedraagen, om namelyk by voorraad naar middelen om te zien, en de nodige maatregulen te nemen, om de Landen van Heusden en Altena, in gevalle van nootlottige Doorbraaken, of ook van ardficieele Inundatien, zoo fpoedig mogelyk, en dus met de minfte fchade voor de Ingezetenen, van het overtollige water te ontlasten , nader te (lellen in handen van den Infpecteur Generaal van 'sLands Rivieren, t runings, ten einde dezelve poincten nader in loco te onderzoeken, en met de Dyk-Collegien van den Lande van Heusden en Altena, deswegens de meest gefchikte maatregulen te beraamen, op dat dezelve voorts door dit Committé geapprobeert zynde, zouden kunnen worden werkftellig gemaakt, en daar door, in cas van nootlottige en onverhoopte overftroomingen, de Ingezetenen van die Landen, fpoediger, als nu plaats heeft kunnen hebben, van het overtollige water zouden worden ontlast. En zal Extract dezes gegeeven worden , aan elk der voorfz. Burgers , als mede aan de Dyk Collegien van den Lande van Heusden en Altena, om te ftrekken tot derzelver informatie. Accordeert met voorfz. Register   Aan het Provinciaal Committé van Holland. M EDEBURGERS! Ofïchoon de Ondergetekenden vertrouwen, uit verfcheiden zoo mondelinge a's fchriftelyke Rapporten, by het Committé van Algemeen Welzyn van Holland fuccesfivelyk gedaan en ingeleverd, gebleken te zyn, dat zy zich, in weerwil van velerleiè' onverwachte tegenfpoeden en beletzelen, naar vermogen, gekweten hebben van den last, welke hun door de provifioneele Reprefentanten van het Volk van Holland, by derzelver Decreet van den 27.January 1795., mitsgaders door het welgemelde Committé van Algemeen Welzyn ,by Decreet van den 19. February daaraanvolgende, was opgedraagen; te weeten: om alle de terDefenfie gemaakte Coupures en Defecten in de Rivierdyken te herftellen; zoo oordeelden zy zich nochtans verpligt, om, na dat alle Doorfnydingen, Schadens, Hulpgaten en Dykbreuken, aan de Rivieren de Lek, Linge, Merwede en Maas, volkomen herfteld waaien, onder het oog uwer Vergadering te moeten brengen de aanééngefchakelde en beredeneerde Rapporten, welken deswegens door de kundigen K. Goudriaan, J. Engelman en F. Conrad, als tot de uitvoering deezer g wigtige Werken, voornaamlyk door ons geëmploïeerd zynde, zyn gefield en aan ons overgeleverd. De Landmeefcer, J. Engelman,in den beginne van February des voorleden J sars, door den laatstondergetekenden naar Gelderland gezonden zynde, ten einde, het zy alléén, of met den Gelderfchen Landmeeter 2?ey?rink, de befchadigde Dy ken te infpecteeren, en de gevaarlyke plaatzen, op de best mooglyke wyze, te herftellen, heeft van zyne verrigtingen en bevindingen , omtrent de verbaazende Ysgangen op de Rivieren, de Nede;rhyn en Lek, Whaal en Maas, een afzonderlyk Rapport geformeerd, het welk wy de eer hebben, hier nevens fub. La- A. te voegen, vertrouwende dat het zelve UI. attentie verdienen zal, niet alléén wegens de volledige en allezins nauwkeurige berichten omtrent den hagchelykert ftaat der Rivieren; maar ook, om dat daar uit kan en moet confteeren, welke de redenen geweest zyn, waarom de gemaakte Doorfnydingen niet fpoediger herlkld, en de Ingezetenen niet eerder, conform de intentie der provifioneele Reprefentanten en onze ernftigfle poogingen, van de verderflyke gevolgen der natuurlyke en artificieele Overftroomingen bevryd zyn gewordea. Het Rapport, door de Burgers K. Goudriaan en F IV. Conrad, getetekend , en hier nevens gevoegd, fub L1 B., behelst een uitvoerig verflag, van de door hun gedaane infpectie, in February des voorleden Jaars, wegens de gemaakte Doorfnydingen en befchadigde Dyken langs de Beneden-Rivieren. Dit Rapport, met de vereischte duidelykheid en orde opgefceld, zal, gelyk wy vertrouwen , uwe Vergaderinge allezins interesfant voorkomen, niet alléén , om dat daaruit nu en vóór altoos blyken kan, waar, en hoe veele Coupures ter defenfie gemaakt waaren; maar ook, om dat een nauwkeurig -verflag van de Doorgefneden en befchadigde Dyken of Waterkeeringen binnen deeze Provincie verêischt word, om zich een juist denkbeeld te kunnen vormen van het geen'et A S6-  i 2 > gedaan moest worden, wilde men alles wederom ln den vorigen flaat herftellen. bovendien zal uwe Vergadering, (behalven een Bericht wegens de nootlottige -Dykbreuken boven Hediklmyzen, den 18 February des voorigen Jaars voorgevallen) by het zelve Rapport, zekerlyk niet zonder oenoegen en goedkeuring, vermeld vinden, al het geen, door voorn. Burgers, Goudriaan en Conrad , (met onze voorkennis) ondernomen , en in weerwil der ftrenge koude en beletzelen van velerieien aart, met onvermoeiden y.ver ter uitvoer gebragt is, ten einde de rampfpoedige gevolgen der gefchonden Dyken, by eene vóórbeeldelooze hoogte der Rivieren, zo al niet te verminderen, ten minden derzelver verflimmering, zoo veel mooglyk, te vóórkomen. Wyders nemen wy de Vryheid, UI. hier nevens, fub. !/• C, te laaten toekomen, een beredeneerd Rapport van de Burgers K. Goudriaan, Engelman en Conrad., wegens het digtmaaken en herftellen van alle de Coupures , of Doorbraaken, in de Dyken langs de Rivieren de Lek, Linge, Merwède en Maas, als mede van de fluiting der Hulpgaten in de Landen van Heusden, Dusfen en Altena, met byvoeging, van het geen iedere herftelling, zo in dagloonen, als by Befteeding, gekost heeft, blykende daar uit, dat tot het dichten van alle de voorfz. Coupures, Dykbreuken en Hulpgaten, door den Lande geïmpendeerd is, eene fom van ƒ 118290-9-0, eene lom, die voorzeker zeer maatig vóórkomen moet, wanneer men in aanmerking neemt, den aart en uitgeftrektheid der Werken, mitsgaders de veelerleie zwaarigheden , waarmede men heeft moeten worstelen, om dezelven tot ftand te brengen. Eindelyk kunnen wy niet nalaaten de oplettenheid uwer Vergadering te verzoeken omtrent de poincten, welken door voorn, kundigen, op de 34debladzyde, vóórgedraagen worden,betreffende , naamlyk, de maatregulen, welken byvoorraad zouden kunnen en dienen beraamd te worden , om de Landen van Heusden en Altena, ingevaWan noodlottige Dóórbraaken, of ook van Artificieele Inundatien, zo fpoedig mooglyk, en dus met de minfte fchadens voor de Ingezetenen, van het Inundatie Water te ontlasten, neemende al verders de Vryheid, uwe Vergadering in bedenking te geeven, of dezelve niet zoude kunnen goedvinden , om de aldaar vóórgedraagen drie poincten nan het nader onderzoek van deskundigen te demandeeren, met last, om UI. daar op fchriftelyk te dienen van confidcratien en advis. Hiermede vertrouwende aan hetoogmerk te hebben voldaan, vleyende wy ons tevens, dat onze verrigtingen UI. goedkeuring zullen moogen wegdraagen. Heil en Broederfchap! Maart 1795. II. Lib. Bat. A°- C. Brunings. A. J. de Bock. D. G. B. Dalhoff. Rap'  C 3 ) Rapport wegens een Ittfpeflie en gedeehelyke 'Reparatien van de 'befchadigde Rivierdyken en daar op volgende losbreeking enysgang op de Rivieren, zo in Gelderland als Holland. — Op last van 'het Committé van Algemeen 'Welzyn in 's ï. age, onder direc'tle vanden Inf)scleurGeneraalÜTümngs,door tny ondergejehreeven ordihüris -IjandmHer by het werk der Rivieren , in :February 1795 gedaan. •/°\P ^cn 2 February door het Committé van Algemeen Welzyn'gelast \Jzynde, om my naar den Infpecteur Generaal Z?r«Kmg.rtebegeeven, en wyders naar den Landmeeter IV. Beyerinck, in Gelderland, omdebe* fchadigde Rivierdyken te Infpecteeren, en dezelve, zo fpoedig doen* lyk te helpen herftellen: Zo ben ik derwaards gereist, en wel eerst, en voornamelyk naar den meest defecten Noorder Whaa'ldyk van Pannerden tot en beneeden Nymegen, met deeze order en qualificatie. FRTUEID , GELYKHEID , BROËDEP^SCHdP. „ De ondergefz. Infpecteur Generaal van'sLands Rivieren, als daar toe by het Committé van Algemeen Welzyn der Provintie van Holland „ gcauthorifeeerd, gelast hy deezen de ordinaris Landmeeter, by het „ werk der Rivieren J. Engelman, vanzich ten fpoedig'fien naar Arnhem „ te begeeven , en aldaar met den Gelderfchen Landmeeter tV. Beyet, rinck, zodanige maatreegulen te beraamen, als zy, immers byprovifie, „ gefchikt oordeelen zullen, om de Noordelyke Dyken van de Whaal, beneevens de Noordelyke en Zuydelyken Dyken van de Needer-Ryn en „ Lek, voor zo verre die op Geldersch Territoir geleegen, en ter gelee„ gendheid van gedane defenfie, doorgegraaven of verzwakt zyn, téegen gevaar van Doorbraak te bevryden, daar toe rJe refpective Dyk-Collegiën op poene van respontabiliteidt te conftringeeren of ook zulks „ des noods door Anneemers te doen effectueeren. Haarlem 3 February 1795. Was Geteelcehd Hst eertle Jaar derBataaf- fche Vryheid. C. Bmnïngï. De Landmeeter Byerinck by myne komst in Gelderland op den 5 February in het Ampt van Over-Betuwe bereids bezig vindende met het repareeren der Dyken gaf inmiddels, na dat ik hem opening van myne Commisfie gegeeven had, aan de Proviüoneele Reprsefentanten van Gelderland over, deeze pro memoria. „ De Acte van den Infpecteur Brunings aan de Hollandfche Land„ meeter gegeevenbetrekkelyk het Infpecteeren der Dyken bepaald zich : 1. „ Tot de Noordelyke Dyken van de Whaal. ». „ Tot de Noordelyke en Zuidelyke van de Neder-Rhyn en „ Leek, in zo verre als deze Dyken op het Geldersen Territoir „ gelegen zyn. A a En  C 4 > „ En vermiés den bovengemelde Landmeeter in Gommisfie was ge„ 'geven, om zulks met den Ondergefchreeven te verrichten, zo vermeent hy uk hoofde van voorfz. inftrument daar toe niet gequalificecrt te zyn, vermits hem zulks brengt buiten het Ampt van de Betuwe, dat byzonder aan zyn toeverzigt is toevertrouwt, verzoekt „ deswegens nader authorifatie. By deeze gelegendheid moet hy nog opmerken, omtrent den ftaat „ der Dyken betrekkelyk tot deeze Provintie, dat boven de door den Infpeöeur opgegeeven Dyken, de Dyken van Duffelt en Millingen meede behooren in aanmerking te komen , als ook van het Spyck en Herwen, vermits een Inundatie in dezelve veel invloed heeftop „ den ftaat der Dyken benedewaarts. „ Waarom eene Infpeftie van dezelve mede zoude nodig zyn; omtrent „ de Spykfche en Herwenfche Dyken, als ftaande onder direftie van „ de Commisfie ter beneficeering van den Neder Rhyn en Ysfel, zyn „ reeds eenige maatregulen beraamt, maar omtrent die vanMillingea, „ is den onderfchreven niets bewust. Lent 8 February Was geteekend , j705, W. Beyerinck. Inmiddels is den onderfchreven met den gemelden Landmeeter Beyerinck, den 6,7 en 8 op den Noorder Wbaaldyk van Pannerden tot beneden Nymegen werkzaam geweest, om niet alleen de befchadigde Dyken te bezigtigen , maar ook om gezamentlyk de provifioneele Noodreparatien daar aan te bevorderen, beftaande hoofdzakclyk hier in, om de gefchutgaten der Batteryen, dewelke op de Schaardyken onder Doorneburg, de gantfche Krommendyk, Bemmel, en voornamelyk te Lent over Nymegen gemaakt waren, met planken, Bandyks hoogte, te befchoeijen, en met mist en aarde volte floppen; ondertu*fchen fchreven wy ook aan den Opziener Gunther, per Expresfe na het Lobitz, om de noodige voorzieningen op den Spykfchen Dyk, by eene op handen Ysgang te doen: waarop dan ons ter fecureering, en bewaaking van dezelve een zeer voldoend antwoord gezonden wierd. Daarna heb ik dén 9den met den Landmeeter Beyerinck van Nymegen de Over- en Neder-Betuwfche Bandyk tot Tbiel nagegaan; en den volgenden morgenisde Landmeeter Beyerinck, wegens de fterk invallende dooy, weder opwaards naar de Betuwe vertrokken, om aldaar post te houden; en de Ondergeteekende gezien, en vernomen hebbende, dat in de Ampten van de Over- en Neder Betuwe de vereischte voorzorgen van Noodmaterialen en Dykwagten op de Dyken by eene op handen losbreeking der Rivieren, zo aan de Whaal als Nederrhyn by der hand en behoorlyk in gereedheid gebragt waaren , is hy vervolgens den ioden met den provifioneelcn Dykgraaf van Hellenberg, van Thiel, langs de Whaaldyk tot Thuil, Herwynen en Dalem vertrokken, en heeft bevonden , dat de Coupure boven den Braadaal onder Herwynen tot den vereischten trap van fluiting en hoogte opgewerkt was, en dat men daar mede ter verfterking continueerd. Aan de Coupure onder Dalem was de Rentmeester Rom met den vereischten fpoed, met zyneonderhebbende manfehappen werkende, om dezelve digtte maaken, en tot een voldoende foliditeit en hoogte te fluiten. Van dit een en ander den Infpecïeur Generaal Brunings byna daaglyks berigt hebbende, en ook laastelyk van Gorinchem, ben ik vervolgens met  C 5 ) met den Dykgraaf vdn Hèttfriberg weder opwaarts naar Thuil vertrokken, om aldaar gezamendyk te adfifteerefl, en de berigten van het volgende aan den Infpecteur Generaal toetezenden. Als, namelyk, van den Ysgang op de Rivieren en Doorbraken in de Dyken, hoofdzaakelyk van de volgende inhoud: Op den 11 February raakte het Ys op de Whaal, in de voornacht, in volle beweeging, van beneeden Thiel tot omftreeks Bommel, en zette zich voor laatstgemelde plaats tot een zwaaren Ysdam. Den 12, des 'sMiddags ten n uuren, raakte deeze Ysdam weeder vast, en het Waater zwoloogenblikkelyk op tot Bandyks hoogte, en liep op eenige plaatzen over den Dyk, dat, zo veel mogelyk, door öpkisringen gekeerd wierd, en nog gelukkig cesfeerde, echter bevond men zich dien dag, en eenige. volgende dagen, in groot gevaar van Dykbreuken, offchoon 'er een verbaazende hoeveelheid Waaters onderden Ysdam, en boven en beneeden Bommel, over de Waarden, naar beneeden ftroomde. Ter zelvder tyd kwamen ook van Pannerden, en voorts van Nymegen, Doodewaard, en Thiel de berichten, dat het Ys op de Whaal allerweegen losgebrooken was, en zich tot onderfcheide Ys-dammen gezet had, waar door het waater in deszelfs aftocht merkelyk belemmerd en op verfcheide pkatfen tot eene aanmerkelyke hoogte opgezwollen was- Den 12. des avonds was te Dodewaard de Rivier hoog 19 voeten 7 duimen, en des nagts ten 2 uuren was de Rivier te Thiel hoog 21 voeten 5 duimen, den 14e des middags 1 uuren, was de Rivier op laatstgemelde plaats hoog 21 voeten 2 duimen, en te Nymegen 2t voeten 9 duimen, ook kwamen 'er ook met dienzelvdc Dykbode de berichten meer van bovenwaards, dat het water by en beneden Schenkenfchans tot boven aan de Duffelfchc en Millingfche Dyken opgezwollen was, dat de Ooyfche Dyken boven Nymegen zoo fterk hadden overgeloopen, dat de geheele Ooyfche Polder, tusfehen de Whaal en het Gebergte boven Nymegen, aan het benedeneinde vol gelopen was, voor het overige luiden de berichten van Pannerden en benedenwaarts van Dorp tot Dorp, aan de Noorder - Whaalkant, dat er als noch geen Dyken overliepen, en 'er geen dadelyk gevaar exteerde. Den 15 was de Whaal te Nymegen hoog 20, en te Thiel 21 voeten, en de Rivier was toen (eenig dryfys uitgezonderd) van Ysdammen reeds gezuiverd. Vervolgens cesfeerde langzamerhand het gevaar op deeze Rivier, hoewel echter den Ysdam in het riviervak omftreeks Bommel, ter lengte van circa 4 uuren gaans, geduurende veele dagen, het Rivierwater 5 en 6 voeten boven het gewoon verhang der Rivier daar voor opgeftopt wierd, en dezelve is niet eerder als op den 1 Maart los gebroken, zonder nochtans veele fchadens aan de Dyken uitgewerkt te hebben, en is ftuksgewyze genoegzaam geheel door den Oudenwiel en Killen op bet 3ergfche Veld gedreven. Onderwyl dit een als ander aan de Whaal gebeurde, was het aan de Maas ook zeer gevaarlyk gefteld, niet alleen dat deeze Rivier door het 1 losgebroken Ys een belemmerden aftocht van water gevoelde, maar daar oj en boven wierd dezelve door het opgeftopte Rivierwater uit de Whaal, ü by Varik (bevorens gemeld,) door het Canaal by St. Andries en Voorenfche Gat, en v/yders over de Voorenfche Buitenpolder enz. boven- B mate Ysgang of de Whaal. Y~sgang en horbraaken > en langs de laas.  Vigang en Doorbraak op en aan den Nederrhyn en Leek. C 6 ) mate met het opperwater en dryfys van de Whaal komende, belaaden: en daar by den Baarcwykfchen Overlaat, en verder naar beneeden tot de Haagoortfche Kaade, allerweegen met ysbergen opgefehooven en grootendeels verftopt raakende, moest natuurlyker wyze de Maas en Büitenvelden, omllreeks den Bosch, tot eene buitengewoone hoogte opzwellen, waar door 'er ook verfcheiden Dykbreuken voorvielen. Als namelyk: aan de Noordzyde van de Maas , boven het Voorenfche Gat, waar door de Landen tusfehen Maas en Whaal, aan deszelfs benedeneinde inundeerden. Ook wierd de Dyk van de Empeler Polder door het hooge water overftort, en 'er vielen veele Dykbreuken in dezelve, zoo aan de Maaskant, als ook aan de Westzydej en ook aan de Zuidzyde in den Or* tendyk; waar van ik eenige naderhand in loco gezien heb. Wyders dit hooge Maaswater by het veritoppen van den Baardwykfchen Overlaat meer naar beneden afzakkende , en hoewel met dryfys bekaden , echter door geen Ysdam belemmerd zynde, en met eene verbazende fnelheid by Woudrichem, zich op de Merwede ontlastede, was echter den toevoer grooter als de ontlasting zyn konde, en dit gaf aanleiding, dat de Maas op den tS February tot eene zeer weinig bekende hoogte van iq§ voeten aan de Peilpaal te Heusden opzwelde: waar by ook tevens eene hevige Oostenwind ontftond, zo dat dit hooge Maaswater uit de büitenvelden tegen den hoogen zandigen Maasdyk, onder Vlymen en Heedikhuyzen, met een vreeslyk geweld aanfpoelde, waar door dien Dyk, zo verre namelyk dezelve aan de onophoudelyke golfflagen, geëxponeerd lag, niet alleen in deszelfs bovenkap, tot in, en op veele plaat feu, tot door den binnenkroon te Huk geflaagen en verbryzeld wierd: maar had ook tevens dit ongelukkig gevolg, dat die Dyk aan het Vergen-endin den nagc tusfehen den 18 en 19 February, met drie .zwaare grondgaaten op eene verfchrikkelyke wyze doorbrak; als meede brak dien zeïvde nagt door, de gedigte Coupure onder Ryswyk by Woudrichem, waar door de Landen van Heusden, Dusfen, en Altena in de uiterRe elende gedompeld wierden. . Deeze doorbraken, hoe ongelukkig ook op zig zeiven, gaaven gelukkig noch in tyds, door de fchielyke val van het water, eene geheeleontzetting voorden Bommelerwaard, dewyl die aan de Maaskant insgelyks op veele plaatfen op het punt ftond van door te zullen breeken. Omtrent te gelyker tyd dat de Whaal en Maas by het losbreeken der Rivieren deeze fchrikbarende uitwerkfelen ten gevolge ftelde, kruide het Ys op den Neder-Rhyn en Leek ook op eikanderen, zodanig, dat het tegen een Ysdam opgezwollen Rivierwater op den 13 February tegen over Arahem op verfcheide plaatfen over de Betuwfche Bandyken florte. Den 14 February waren de berichten uit dien oord by Arnhem vry gunstiger, door dien de mond van den Ysfel van het Ys was opgeruimd, en eene aanmerkelyke hoeveelheid waters doorliet, en ook tevens den Ysdam voor Arnhem opgeruimd, en grootendeels tot omtrend de Greb afgedreeven was: echter wierd daar ter plaatze het Waater dermaten gekeerd en opgeltopt, dat de Grcbbendyk tusfehen de Greb en Wageniugen , en de Betuwfche Dyk by en omllreeks Opheusden , op eene verfchrikkelyke wyze overliepen, waardoor de binnendorsfeeringen der Dyken op veele plaatzen fterk uitholde en de Dyken aanmerkelyk verzwakte, en aan de binnenzyde ontgrondej en ongetwyfeld zoude deeze  ( 7 > tfeeze Dyken op de eene of andere plaats hebben doorgebroken, als dezelve niet als verfteent bevroozen waaren geweest. Terwylik deeze allezints gevaarlyke berichten van denRhynkant, uit de Over- en Needer-Betuwe,ontfing,zond ik van de Whaalkam. teThuil, een expresfe naar de Leek te Beufekom, en voorts opwaarts langs de Neederrhyn. Van Beufekom kreeg ik berigt, dat het Waater aldaar tot 2 2! voeten opgezwollen was, welke watershoogte nimmermeer aldaar was bekend geweest, zo ais ik ook naderhand, dien conform, door den Dykmeester de Ridder, van deStigtfche zyde ben geïnformeerd, namelyk, dat de Leek, onder Schalkwyk, by en beneeden Beufekom, 8if duim boven het klokflag geftaan had; ■— en den Sdchtfche Dyk legd aldaar in dien omftreek op 80 duim boven, en het Zandpad of Kaade, aan de binnenzyde op dien Dyk, legt op 100 duimen boven het H .kflag, dus kori die Kaade op voorfehreeven Dyk aan de Noord ,yde Van de Leek, als toen noch keeren duimen. Het hoogfte Waater aldaar bekend, was in het jaar i 77 0 geweest, tet welker tyd de Betuwfche Dyk onder Lakenmond , omtrent tegen over Wageningen, by eene open Rivier doorbrak,wanneer de Leek ter dcezer plaatze op 72-j- duim, (dat is gi lager als voren gemeld) boven heC klokflag geteekend had. Onderwyl dat de Leek te Beufekom tot de bevorens gemelde excesftve hoogte opgezwollen was, ftorte het Warer ter hoogte van circa 2 voeten onder Mourick en opwaarts over den Betuwfchen Bandyk, en offchoon deezen Bandyk dit geweldig overftorten van Waater op eene aanmerkelyké lengte, zonder daar aan de vereischte hulp te kunnen toebrengen, byna een dag en een nagtverduuren moest, brak dezelve echter niet door, uit oorzaak wel meest, dat dezelve nog geheel bevroozen was: maar het Ys, en het daar voor opgeftopte Waater, meer naar beneeden tot omftreeks Cuylcnburg en den Haageftynfche Schaardyk afdryvende, en de Leek aldaar den 14 February tot Bandyks hoogte opgereezen zynde , viel 'er des avonds in de gefloote Coupure aan het Spoel beneden Cuylenburg boven den Diefdyk, in weerwil van al den vlyc en voorzorge die men daar ter plaatze aanwende, eene geweldige Doorbraak , wTaar door een groot gedeelte van de hooge Leek by het moment van doorbreeken, met een verval van 17 voeten, op de Cuylenburgfche Landen inftorte, dat vervolgens door de doorgebrooke Coupures, zo ia de Noorder- als Zuyder-Lingedyken, aan de Horn en boven Asperen , en wyders over de laage plaatzen dier Dyken, zich gedeeltelylC door de Linge te Gorinchem, en over de Thielerwaard, in de Merwede ontlastte : waar door de Cuylenburgfche Landen en Thiellerwaard tot eene aanmerkelyké hoogte over de reeds gedeeltelyk afgetapte Inundatie weder overftroomt wierden. Op den 16 February, wanneer de ondergefchrevene van de Whaalkantby dezen Doorbrak kwam, zag hy, dat deezen Dyk reeds ter lengte van 16 a 17 roeden weggebroken was; endatalstoen het Rivierwater noch met een verval van circa 10 voeten Landwaarts inftorte. Dan, hoe ongelukkig deeze Doorbraak ook zyn moge, en ik veilig calculeeren konde, dat de hooge Leek zich ten mitifte voor | gedeelte door dezelve boven en langs den Diefdyk en hooge Lingedyk naar Gorinchem ontlaste, werkte deeze Doorbraak. gelukkiger wyze , grootelyks meede ter voorkoming of wegneming van veele grotere en onberekenbaare onheilen, te weeten : B 2 Schie*  C 8 ) Schier anvermydelyk had anders de een of andere Doorbraak aan de Zuidzyde beneeden den Diefdyk, omftreeks Hageftyn of elders in den Alblasferwaard en bygeleege Landen, of aan de Zuidzyde inde Loopikercn Krimpener Waarden, of het noodlottigfte van allen, aan den Leckendyk boovendams moeten vallen. Ik zeg niet te veel, dat door deezen Doorbraak de verdere gevaaren grootelyks verminderd wierden; ik zeg, by deskundigen, ook niet te veel, dat, hoe ongelukkiger ook anders, 'er nogthans geen gelukkiger Doorbraak konde vallen, als omftreeks deeze plaats, aan de Zuidzyde van de Leek boven den Diefdyk. Dan, niettegenftaande dat deeze Dykbreuk aan het Spoel gevallen was, en de Leek zich door dezelve op eene aanmerkelyké wyze ontlaste : waaren echter de verdere gevaaren beneedenwaarts noch niet ten eenemaale gecesfeerd. De Ysgang werkte op de Leek nog ontzettend en verwoed: allerweegen aan deSchaardyken van Hageftyn tot beneeden Schoonhoven, wierd het Ys tegen en op veele plaatzen tot boven op de Dyken gefchoovcn, en het Waater wierd tot omtrent Bandyks hoogte daar voor gekeerd en opgeftopt, zelfs nog op den 24. February, dat is, op den 10. dag na den Doorbraak aan het Spoel ftond het Waater voor eene opgekruide Ysdam te Schoonhoven, 76. duimen booven het klokflag, en de Dyken aldaar op 100 duimen boven het gemelde klokflagpeil, leggende, kon denDyk van den Krimpenerwaard aldaar niet meer als 2 voeten Waater keeren. Ter zeiver tyd pasfeerde ik over de Leek te Krimpen, en offchoon men aldaar alle oogenblikken het losbreeken van de Rivier te gemoet zag, zoo bevond ik nogthans aan de uitloozing deezer Rivier, dat'er noch niets van alle het bovenwaards losgebrooken Ys gepasfeerd was, terwyl als toen de Rivier aldaar, met betrekking tot de ontlasting van het Ys, nog in dien volmaakten werkeloozen ftaat hg, waar in dezelve by de invallende Vorst bevrozen was. Vertrouwende hier nieede aan de gegeeve ordres te hebben voldaan ; waar meede Heil en Broederfchapl .7. Engelman. Den Haag, 27 Jony 1795.  C 9 ) Rapport wegens eenegedaaneïnfpe&te door K. Goudriaan en F. W. Conrad, van de befchadigde Rivierdyken in Holland, en van de middelen ter herjhlling van dezelve aangewend. Gedaan op last van het Committé van Algemeen Wehyn, van de Provifioneele Reprefentanten van het Volk van Holland, onder directie van den Infpecteur Generaal van ''sLands Rivieren, C. Brunings den Contrarolleur Generaal A.J. de Bock, en den Lieutenant Colonel Ingenieur D. G. B. Dalhoff. D en i February, te Gorinchem, byëen gekomen zynde, hebben wy ons aanftonds geïnformeerd , hoedanig de Sluis in de Linge, te Gorinchem, gefteld was, omtrent de Schotbalken, die'er tot formering der Inundatie in gelegd waren, als zynde de Linge, in onderfcheide opzigten, een voornaam Riviertje, dat relatie heeft, zoo tot het inkomende Water uit de Merwede, als tot uitloozing van Water by onverhoopte Dykbreuken. Dan bevonden , dat 'er een gedeelte der Schotbalken, welke het Lingewater ophielden , reeds uitgeligt waren, 't welk wy hebben doen vervolgen, want, alhoewel het Water , dien vorigen dag, door de wasch van de Merwede in de Linge gekenterd, en heden, door de toenemende hoogte, dit Riviertje opgetrokken was, en het dus de noodzakelykheid vorderde, de Linge dicht te houden, tot faciliteering van de te fluitene coupures aan deHorn en te Asperen, hebben wy nogthans de Schotbalken geheel laten uitligten, uitvreez', dat zulks by verdere invallende Vorst niet zoude kunnen gefchieden, en het van de grootfte importantie is, dat de Linge , by voorvallende inbraken, den vryen aftocht van Water hebben kan; van agteren is ook gebleken, hoe noodzakelyk deze voorzorg geweest is, by het doorbreken van de reeds begonnen dichting der coupure in de Lekkendyk aan het Spoel. Voorts hebben wy de coupure , in de Whaaldyk by Dalemf geinfpecteerd, en de verzwakte Dyk aan den Braad-aal; wy vonden aan den eerstgemelde eenige Manfchappen aan het Werk, om aan den buitenkant van den houten Beer, (welke in die coupure gelegt was) fpecie te ftorten ; waar mede ongeveer e'e'ne roede distantie, doch zeer fmal, geavanceerd was, ter hoogte van voorn. Beer, daar wy nu begrepen, dat het noodzakelyk was met dit Werk een fpoedigen voortgang te maken, addresfeerden wy ons by den Rentmeester Rom, welke, volgens bekomen informatie,, aldaar de directie voerde, om ten dien einde Inftantien te doen; dan gemelde Rentmeester niet t'huis gevonden hebbende, hebben wy aan den Opfiener, van der Poel, gelast, uit onze naam dezelnftantien te doen, zynde gemelde Opziener daarenboven door ons gelast, om met kennisgeving aan den Rentmeester Rom , de defecten aan de deuren der middelile Dalemfche Sluis gekomen, te herftellen, en die zoo wei voor de keering van het buiten, alsaflosffingvan het binnenwater bruykbaar te maaken, tot welk laatfte oogmerk wy ook dienftig oordeelden, dat het ryze vingerling aan de binnenzyde der Sluis geleegen, wierd weggeruimd, en waar toe wy ook de noodige order ftelde, doch den C 4c De Sluis in de Linge te Gorinchem. Coupures in de Nhoofder IVhaaldyk by Dalem en den Braad' aak  ■Pi Coupure in de Zuider Lekkendyk, aan 't Spoel, beneden Cuilenburg. JDe Coupures in de iVoorder en Zuider Lingedyken, aan den Hom en by Asperen. C io ) 4e dito te Gorinchem geretourneerd zynde heeft ons van der Poel gecommmuniceerd, dat de voorfchreeve Inftantic by den Rentmeester Kom gedaan hebbende, deeze zeide zig by zyn Zoon te moeten vervoegen , welke hy gezegd had, dat aangefteldzynde van de Municipaliteit der Stad Bommel, en denFranfchcn Commandant om de Coupures te digten, de Sluyzen te voorzien, en het vingerling uitteruimen, reeds op allesbehoorlyke order gefteld had, en met allen fpoed zoude voortgaan ; — deeze Informatie gehoord hebbende begreepen wy hier in te moeten berusten, als zynde deeze Coupure &c. op Geldersen Territoir geleegen. —> Den 2 February hebben wy de Coupure in den Lekkendyk geinfpecteerd, en bevonden, dat men onder het opzicht van den Werkmeester van Soelen en opzigter van de Giefen met eenige manfehappen aan het werk was, volgens Informatie was den 2'3e January begonnen, en den 3oe reeds een kaade of waterkeering door de Coupure gebragt, wy vonden den doorgewerkten Dam breed op de kruin circa 12 voet, hoog ik voet booven het water in de Leek, zynde't water op dien tydbuiten ruim 9 Rhynlandfche voeten hooger dan binnen , het water was te Vianen aan de Peilpaal 11 voet 2 duim en fteeds wasfende. Tot verdere voortgang van dit werk gaven wy de noodige clucidatie, infteerende, dat 'er meer volk in 't werk gefteld wierd. Den 6 February was het werk zo verre gevordert, dat den doorgewerkten Dam een breedte had op de kruin van z\ roeden hoog, 2 voet boven het buiten waater, en volkoomen dicht, den i3e was dea Dam verhoogt tot 5 voeten booven het buitenwaater, en van genoegfame breedte om fchielyk te kunnen verhoogen , de Rivier was aan het Peil te Culenburg hoog 1 3 voet 9 duimen. — In dusdanige voordeelige gefteldheid van 't werk, hoopte men met Veel grond van zeekerheid het zelve te zullen kunnen behouden, te meer, daar men met zo veele activiteit bleef doorwerken , zynde men ook reeds begonnen de verlaagden Dyk boovenwaarts te verhoogen — Doch op den *4e raakte de Leek in beweging, en 't water wiesch zo hoog, dat het tot op de kruin van den ouden Dyk kwam, niettegenftaande dit, hield men het werk aan de Coupure, en den verlaagden Dyk boven water; de Leek begon reeds fchot naar beneden te krygen, en was daar door 5 duim gevallen, toen het water onder door de oude Sluis, welke in de Coupure lag, begon te werken, waar door de Dyk inftorte, en alzo het gemaakte werk doorbrak. Hier door wierden de Graaffchappen van Cuüenburg en Buuren, tot aan de Aals- en Linge Dyken toe, tot eene aanmerkelyké hoogte overftroomd, als ook de Thielrewaard door de Coupure te Asperen. — Den 3 February zyn wy aan de Coupures in de Lingedyken gekomen, door die aan den Horn itroomde het water uit de Linge naar binnen met een verval van circa i£ voet, door de twee andere Coupures in deezen Dyk bovenwaarts ftroomde geen water, alzo het zelve door een buiten Dam gekeerd wierd; tot dichtmaaking dcezer Coupures was noch niet begonnen, uitgenomen, dat 'er eenige fpecie van debattery, op den Diefdyk gelegen, naar de Coupure aan den Horn ge» transporteerd was. Te Leerdam vonden wy die Burgers by elkander, welke door den Franfbhen Commandant aldaar gerequireerd waaren, tot fluiting der ■voornoemde Coupures, wy herbragten de zaak daar uit eenige confufleineen zekere order, gaavenaan de gcfaamentlyke Geinteresleerdens 'op,  C » ) op, welke materiaalen fpoedig by de hand dienden te zyn, en voort: bezorgden wy aldaar een Perfoon, welke de fluiting van die Coupun aan den Hom, als zynde de moeilykfte, naa ons te geeven plan zoudi beginnen, terwyl wy dc Dykbaazen Langevéld en Blokland van Nee der-Hardinxveldt, die wy by de voornoemde Geinteresfeerdens von den, verzogten de fluiting van de twee bovengelegene Coupures on der hun opligt te willen neemen. — Dit alles bezorgt, en aangenoomen zynde, is het werk op dien voe begonnen. Den 8 February was 'er door de Coupures aan den Hom, en d( twee andere bovenwaarts reeds een waterkeering geëffe&ueerd, dei i2L , wanneer het water op dc Linge fterk wasfchende was, waarer ze zo verre gevordert dat den Dam aan den Horn eene kruinsbreedt( van Sap voeten had , en ij voet hoog booven het water van d< Linge was. —- Buiten extra ordinaire gevallen was 'er dus hoop deezen Dam tc zullen behouden; doch daar de Linge in den nacht tusfehen den i2e en den 13e. door het optrekkend water van de Merwede, daar er booven door het afkoomende water van de Linge zelve, (alzoo der Dooy fterk doorging) in een korten tyd byna 3 voeten wiesch, zo i; daar door de voorfchreeven Dam overftroomd, en binnen korten tyd het gantfche werk weggefpoeld geworden. — Te Asperen was de Municipaliteit gerequireerd door voornoemde Commandant om de Coupure aldaar te fluiten. — By infpectie bevonden wy, dat 'er een zeer ontramponeerde kisting aan de buitenkant doorlag, welke de Municipaliteit voornoemt voorneemens was aan de binnenkant te doen verfwaaren, en verhoogen. — Na dat door ons de ongenoegzaamheid daar van aangetoond, en ook begreepen was, vond de Municipaliteit ons opgegecven plan, om met een Aarde Dam behoorlyk geftevigd door Paaien van genoegzaame zwaarte en lengte met de daar voor geplaatfte horden door de Coupure te werken goed; verder gaaven wy vervolgens op, welke Materiaalen 'er ten eerfte dienden te zyn. en bezorgden ook daar een deskundig Perfoon om het werk naar ons opgegeeven Plan te executeeren. — Den 12e was dit werk zoo verre geavanceerd dat den doorgelegden Dam eene kruinsbreedte had van 12 voeten met behoorlyke dorsfeering en circa 2* voet boven het Lingewater, zo er geene buitengewone gevallen kwamen, dagt men derhalven hier ook buiten gevaar te zyn. Doch de laatstgenoemde fchielyke wasch van water op de Linge veroorzaakte al mede dat deezen Dam doorbrak, waar door een gedeelte van de Thielerwaard geïnundeerd wierd; welke overftroming vervolgens veel aanmerkelyker wierd, toen op den i4e de gedichte Coupure aan het Spoel doorbrak, zo dat het water zich gedeeltelyk door deeze Coupure in de Thielerwaard moest ontlasten.— Den 4 February hebben wy de Coupure in den Dyk by Sleeuwyk geinfpecteerd , en bevonden, dat er was doorgewerkt met een Dam ter hoogte van den Dyk, breed op de kruin 12 voet; de buitendorsfeering was men hier bezig met een beflag te dekken, uit gebrek van fpecie konde men den Dyk niet tot de volle hoogte of zwaarte voltooijen, by het losgaan, en de wasch der Rivier zyn aan dit werk verfcheide verzakkingen gekomen, welke men evenwel wederom verfterkt heeft, doch den 19e , wanneer het Land van Altena reeds geinnundeerd was, was de kruin van deezen doorgewerkten Dam ingevallen; en C 2 dea t 1 L L Coupure in, de ZuiderMerwede Dyk by Sleeuwyk.  Coupures h den Upptlfchen Dyk b] fVerkendam. Coupures h de Zuider Maasdyk by Woudrichem en Ryjwyck. ( T2 ) den ate ftroomde het water uit het binnenland door dit gat op de . Merwede. — Volgens bekoome Informatie is dit, als meede de volgende werken , begonnen cp order van de Centrale Adminiftratie over alle de overwonne Landen op Holland gevestigd te 's Hertogenbosch, welke de Municipaliteiten daar toe in Requifitie gefteld, en den Landmeeter Verhees tot de Infpectie van dezelve gelast had, met gemelde Verhees hebben wy dan in het vervolg ook gemeenfchappelyk gehandeld. — i Aan de 2 Coupures in den Uppelfchcn Dyk was nog niets gedaan, wy deeden nog geene Inftaritienom dezelve te doen fluiten, om datmen r niet verzeekerd was de Dyken booven Woudrichem te zuilen digthouden, en deeze Coupures by onverhoopte ongelukken van doorbraak tot aflolïïng van water zouden kunnen dienstig zyn, 't welk van achteren gebieeken is van nut geweest te zyn. — By onze Infpect'e van de twee Coupures booven Woudrichem, bevonden wy, dat 'er aan de benedenfte by provifle een genocgfaam aantal manfchappen aan het werk waren; de waterkeering was gemaakt, doch daar men by het begin van Jt werk de fpecie op het Ys geftort had, waaren'er verfcheide Zuigers door den i)am gekomen. — Aan de bovenfte Coupure bevonden wy, dat 'er een Proffil van aarde in dezelve geftort was, dewelke de zwaarte hadde, indien die roet de vereischte dichtigheid bewerkt, en niet op het Ys geftort waare, tot een begin voldoende zoude geweest zyn. — Wy beraamden toen die middelen, welke direct in het werk behoorden gefteld te .worden, zo om de voornoemde Zuigers weg te nemen, als door 't verbinden van de nieuw ingebragte fpecie mee den ouden Dyk, de digtheid te bevorderen, — dog door de Ysfchol, dewelke niet uit de Coupure geruimd was, wierd men buiten ftaat gefteld, om de noodige Damplanken daar door te kunnen heijen , 't geea het onheil veroorzaakt heeft. Den ioe aan deeze werken geretourneerd zynde, bevonden wy, d,it aldaar dien voortgang niet gemaakt was als wel vereischte, zynde. daar en boven aan de benedenfte Coupure de bevoorens geproponeerde reije Damplanken niet verre genoeg in den ouden Dyk verlengt geworden , waar door het water de wederzydfche einden der Damplanken omliep, en'er telkens verzakkingen kwamen. By nadere Infpectie zagen wy nogmaals dat de fpecie by den aanvang van 'twerk op het Ys geftort was, waar uit foortgelyke rampen, als deeze, voortvloeiden. — Volgen-; jooze Qaalifjcatje deeden wy vervolgens aan 't Dyk-Collcgie van 'c Land van Altena opening van onze CommisOe, met nadrukkeiyk voorlid om met alle yver voor de fluiting van de Coupures booven Woudrichem te zorgen, en hunne befchadigde Dyken te doen repareeren; dit aangenoomen zynde wierden wy door gemeld Coilegie verzegt, of wy ten opfichte van de betaalingen zouden bewerken, dat die door het gemecne Land gefchieden; 't welk door ons beantwoord is , daar over reeds gefchreeven te hebben, en noch eens te zullen fchryven. Die zelve nademiddag heeft 't Dyk-Coilegie met ons Infpectie in loco van de Coupures booven Woudrichem gedaan, en heeft de beraamde middelen ter voortzetting van het werk geapprobeerd, en zoude de fpoedige uitvoering daar van heipen bevorderen. — Met  ( i3 ) Met veel a&iviteit is hier vervolgens, zo wel by nagt, als by dag gewerkt; hebbende men mee veel oplettendheid, en krachtige moeite de genoegfaam ieder oogenblik gekoomen verzakkingen moeten herftellen, en de beide Coupures ftonden dikwils op het punt van door te breeken; in dien ftaat hield men het werk nochtans in de benedenfte Coupure, niettegenftaande de hoge Rivier cn het byna onwerkbaar weèr tot op den i8e, wanneer 's nags om drie uuren de bovenfte Coupure doorbrak, zynde het water te Heusden, aan het peil tot 19I voet gegewasfehen. — Den 6 February aan de Coupure by Hedikhuizen gekomen zynde, wierden wy geinformeerd dat de fluiting van dezelve begonnen was, onder directie van den Franfchen Ingenieur Hubert, door den Schout van Hedikhuizen, de Jongh, en op zodanig een wyze, dat niet voor een waterkeering, als deezen Dyk zyn moest, beftand was, op order van den Landmeeter Verhees was men begonnen een rey Damplanken in h midden van den Zaad des Dyks te flaan onder direftie van voornoemde de Jongh, *t welk door ons, na dat wy door waterpasfing onderzogt hadden, hoe diep de planken in den vasten grond kwamen geapprobeerdis, nochtans met deeze verbeeteringen, dat men de rey aan beide de einde tot in den ouden Dyk moest verlengen, en de verdubbeling voor de naden die nu 3 voeten hooger ftonden, tot dezelve diepte moest inilaan om alzo de verbinding van den ouden Dyk met de nieuw ingebragte fpecie, en van onderen de dichtheid te bevorde. ren, en recommandeerden wy voorts ten fterkften om de aanvulling teegen de Damplanken met mist en fyne aarde wel dicht en vasi te doen, en op.gedaan verzoek bezorgden wy een goed Aardewerkei om gezamentlyk met de Jongh den welftand van het werk te helper bevorderen. By ons retour op den pe bevonden wy dat men de opgegeevene verbeteringen gedeelteiyk uitgevoert had, en daar meede voortging en beraamde'wy voorts die middelen, welke tot redrtsfeering van d( kwalyk begonne fluiting, en by een onverhoopte fchielyke wasch var water in 'c werk behoorde gefteld te worden. Te Heusden hebben wy toen den Burger van Baak, 'waarnemende den post van Dykgraaf van het Land van Heusden, verzogt het Dyk Coilegie uit hoofde van onze Qualificade aan te willen zeggen, dat vooi de fluiting van de Coupures en fchadens in en aan hunne Dyken wil den zorgen, en dezelve behöorlyk doen repareeren , waar aan de pro vifioneele middelen aan de Coupure by Hedikhuizen door de admini ftratïe Cent; ad van 's Bosch reeds aangewend waaren, met verzoek vai de daar op te neemene Refolutie van het Dyk-Coilegie geadverteerc te moogen worden, dan offchoon gemelde Dykgraaf ons zeide, da den ioe February vergadering van het Dyk-Coilegie zoude zyn, ei daar het voorgemelde zoude voordraagen, hebben wy van het daa: op genoomene befluit geen kennis gekreegen. — Het werk heeft echter een behoorlyke voortgang gehad, met zee veel moeite heeft men het teegen de wasfehende Rivier moeten hou den, ftaande fomtyds zeer gevaarlyk, den ióe wanneer het waatei aan de Peilpaal te Heusden tot 18 voet 8§ duim gereezen, en noch was fchenéewas, had men nog één voet booven waater, en offchoon he water op den iSe tot de enorme hoogte van 19! voet kwam, heel men het nog behouden. Wy bevonden by onze komst aan de boovenmond van den Baart D wyk Coupure in de Maasdyk by Hedikhuyzen. 1 . 1 l t f ! • t c Baartwyk* ■ fchen Over* - laat.  Coupure in den Dyk by Douyeren, Coupures in den Dyk b) Capelle. Dam, in oude Maasje by Geertruidenberg. C 14 ) wykfchen Overlaat, op den 6e dat een begin gemaakt*was, om den Keer of Stopdyk, welke in dezelve gelegd was, weg te graaven, cn dc fpecie daarvan aan de weederzydfche JLeydyken te transporteeren, op den 9e was hier meede zo verre gevordcrt, dat een lengte van circa 5 Roeden byna geheel doorgegraaven , en de buitendorsfeering en kruin voor een groot gedeelte ter lengte van circa 15 Roeden aan weederzyde de voornoemde opening weggegraven was, met welke opruiming men toen met een getal van 60^70 Karren voortging. — Wy hebben aan de daar zynde dire&ie weegens meergemelde Adminiftratie Centraal geproponeerd, om met de opruiming van deezeft Dyk zo voorttegaan, dat men eerst aan de binnenzyde de afgravingen zoude doen, laatende van buiten een kleine Kaade ftaan, om, indien de Beerfche Maas begon te werken, en het waater tot aan deezen Dyk kwam, -men dan nog eenige tyd aan de binnenzyde van het dus droog gehouden terrein zoude kunnen blyven doorwerken; het welk dan ook aangenomen is op die wyze te zullen verrichten, zynde den Overlaat's nags tusfehen den i2e en 13e beginnen te werken, wanneer het gat in den Dyk wyd was circa 25 Roeden. — Den 7. Infpecteerden wy de Coupure in den Dyk byDouveren , deze vonden wy gedigt met een Dam, op Kruin breed circa 1 Roede, volgens informatie, gefchied met Horden, Bilken, Boomen, Schanskorven, enz. om de pasfagie en communicatie te openen; wy vonden, door pyling, omtrent 1 Roede van de Buitenkant van dien Dam, circa 5 voeten Waater, (het Waater was aan de Sluis hoog 7I voet,) doch daar de Landen, zoo binnen als buiten, met het Inundatie Waater bezet waren, was 'er geen fpecie voor handen, als van de nabygelegene Schans, en uitdien hoofde zagen wy, hoe moeielyk het was, om deze Coupure op dat moment op eene voldoende wyze te fluiten ; wy namen tevens in overweging, hoe onzeker en gevaarlyk het werk aan de Coupure, by Hedikhuizen, toen ftond, en dit zamengenomen, deed ons befluiten, voor als noch geene inftantien te doen tot opmaking van deze Dyk , want, indien het werk by Hedikhuizen eens kwam te bezwyken, was het noodzakelyk, dat deze Coupure, tot lofing van het Waater, open bleef, dewyl anders de Pruimendyk zoude overftroomd, en alzoo het benedenland van Heusden , en het Land van Altena, onvermydelyk zoude geinundeerd worden. Boven Capelle vonden wy vervolgens twee Coupures in den Zeedylc, • welke ook alleen voor de pasfagie gedicht waren, om deze op een voldoende wyze te fluiten, zoude men de noodige opruimingen van het daar ingebragte, en de opmaking van den Dyk, met goede fpecie, &c. moeten doen; doch, daar de Landen ook hier noch geinnundeerd waren , en 'er volftrekt geen andere pasfagie als over deze Coupures was, zal hier meede dienen gewagt te worden, tot de inundatie afgetapt, en de vorst uit de grond is, om daar toe de nodige fpecie te kunnen krygsn. ! Den Dam, welke in 't oude Maa?je, by Geertruidenberg, gclsgsl was, bevonden wy, dat aan de buitenzyde, ter lengte van Sap Roeden, tot op het ordinair laag Water, weggeruimd was, en voorts het geheel ligchaam binnenwaarts, zoo dat de Berm aan de zyde der inundatie, circa 2 a 3 voeten, onder water was, welke verlaging en opruiming met fïo a 70 man vervolgd wierd Het Inundatie Water loosde reeds fterk door deeze gemaakte opening, en was daar door merkelyk gedaald. Den  C f* ) Den 8 February zyn wy te Steelhoven aangekomen; de Coupure, welke aldaar in den Dyk tot defenfie gemaakt was geweest, was door de Doorbraak van den Dortfchen weg verwyd en verdiept geworden, waar op deeze Coupure wederom fuffifant is geflooten, dan door andere omftandigheden, ons niet bekend , is veroorzaakt, dat'er een Doorbraak ter zyde deeze geflooteCoupure is gekomen,ook is 'er voorwaards noch een kleine doorgraving, en den Dyk op andere plaatzen verlaagd ge*, worden. Hier was, alzoo de Landen noch geinnundeerd waren, geen fpecie te krygen, om deze Doorbraak te dichten, zynde de wyze van fluiting ook nog afhankelyk, van de opruiming van den Dam in de Donge by Geertruidenberg, en van de opmaking van de Dortfche Weg op Generaiiteits territoir gelegen, daarenboven wierd het Inundatie Waater gedeeltelyk door dit gat nu afgetapt, welke een en ander ons deed zien, dat voor als nog geen begin met de opmaking van den Dyk aldaar konde gemaakt worden. Van den Dam, in de Donge, was een gedeelte weggegraven, op order van de Franfche Commandant van Geertruidenberg; doch, volgens informatie, was toen noch geen order gegeeven tot doorfteeking van dezelve, uit hoofde van de Communicatie te moeten behouden. Offchoon men nu het geluk had van het werk aan de Coupure, by Hedikhuizen, te behouden, cn daar door, ten minften het Bovenland van Heusden, voor inundatie bewaard zoude zyn gebleeven, zoo werkte alle omftandigheden, welke door geen menfchelyk vermogen te keer konden gegaan worden, van andere zyde, zamen, om het geheeleLand van Keusden en Altena op eene verfchrikkelyke wyze te inundeeren. Den 15 February was het Waater van den Overlaat aan de Doeverfche Sluis, tot 12 voet 2 duimen gewasfen, dit Waater, 't welk anders een ruime aflosfmg naar beneeden vind, wierd nu geftremd door het meenigvuldig Ys, 't welk zig boven en voor de Haagoortfche Kaade gezet had, en door welke opftopping zelfs den Zeedyk by Drongelen overliep, de op de voorfchrecvene wyze gedichte Coupure by Douveren brak ook door, en het waater langs deezen weg eenen doortocht vindende ftroomde over den Pruymendyk in het beneeden Land van Heusden, en het Land van Altena.— Op den i8e wanneer het waater te Heusden tot 19J voet gereezen was, met fterke wind uit het Noord Oosten, en felle Vorst, wierd den hoogen Maasdyk by. Hcdikhuyzen, zodanig door den flag van het water ontramponeerd, dat 'er aan het Vergereind by de Haarfteeg drie doorbraaken zyn gekoomen, zynde daar en booven den Dyk op veele plaatfen zeer befchadigd, en op het punt van doorbraak geweest. Hier by gevoegd den doorbraak by Woudrichem meede op den i8e voorgevallen, zyn de Landen van Heusden en Altena alzoo op eene verfchrikkelyke wyze overilroomt geworden, de aakeligheid van deeze overfirooming wierd niet weinig vermeerderd, door dc fterk aanhoudende Noordoostenwind, en ftrenge Vorst, waardoor de ongelukkige bewooners van deeze Landen nauwlyks hun eigen lecven, en dat van hun Vee zullen hebben kunnen redden, zynde men door het Ys en den fterken wind niet in ftaat geweest om door Vaartuigen als anderzints die hulp toetebrengen, welke dc menschlievendheid anders in zulke gevallen zo gaarne beproefd, en ia het werk fteld.— Ten flotte moeten wy in 't algemeen noch aanmerken, dat de gronden by de Executie van dc voornoemde werken door de Vorst zo D 2 hard Coupure in den Dyk by Steelhooven» Dam, in het Riviertje de Donge by Geertruidenberg. Qverflrooming van den Lande van Heusden en Altena.  ( 16 ) hard waren geworden, dat men een groot gedeelte derzelver niet jus met Bylen en Pikken heeft kunnen bewerken, zynde er daar en boven noch veel andere omftandigheeden geweest, welke de uitvoering van deeze werken allermoeilykst gemaakt hebben. ffeil en Brotdcrfchapl Den i Maart K- Goudriaan. 1795. F. W. Conrad.  C 17 ) Rapport zuegens het dichtmaaken en herjlellen van de Doorbraaken of Coupures in de Lek, Linge, Merwede, en Maasdyken; als meede van de Jluitingder hulpgaaten in de Landen van Heusden, DusJen en Altena door K. Goudriaan, J. Engelman en F. W. Conrad, gedaan op last van het Committé' van Algemeen Welzyn van de Provifioneele Reprefentanten van het Volk van Holland, onder direclie van den Infpecteur Generaal van 's Lands Rivieren C. Brunings, den Contrarolleur Generaal A. J. de Bock , en den Lieutenant Collonel Ingenieur D. G. B. Dalhoff. JN^a dat op den 14 February de reeds gemelde gedichte Coupure in de Lekdyk aan het Spoel beneeden Cuylenburg ondanks alle aangewende poogingen by het losbreeken der bevrozen Rivieren, en daar op volgende gevaarlyke Ysdammen, en opzwelling van de Rivier wateren tot Bandyks hoogte doorgebrooken was, wierd 'er zo dra de Rivier aldaar weeder eene gepaste laagte verkreeg, een Plan tot fluiting deezer doorbraak beraamd, by eene gehoude conferentie op den 2 8c February door den Infpecteur Generaal Brunings en den Contrarolleur Generaal de Bock, waar toe riamelyk de Nood - beringing deezei Doorbraak in daggelden zoude gefchieden om geen tyd tot hec maaken der Bellekken 'in dit presfant geval te verliezen, en daar en boven een werk van te veel rifico voor een Aanneemer zynde. Tot de uitvoering van dit werk wierden benoemd de Landmeeterj Engelman, Conrad en Corns. Verhey Bastz,, terwyl den Burger K Goudriaan, weegens geleeden fatigues by de voorige fluiting dei Coupures zich noch zeer onpasfelyk bevond. De twee eerstgemelde Landmeetcrs Engelman en Conrad arriveer den na hunne bekomen last op den 3 Maart aan den voorn. Doorbraak te Cuylenburg. En offchoon zy in het algemeen met de Direc teuren Brunings en de Bock van gedagten waren, dat deezen Door braak aan geen Schoordyk was voorgevallen, dat is van genoegzame voorgronden, (een Ryswaard zynde) voorzien was, daar flegs eer Kanaal ter defenfie vaneen geringe breedte was doorgegraaven, dagi men met gegronde reeden over gemelde voorgronden door het ge graven Kanaal met eene Noodberinging, in aller yl opgeworpen , binner weinig tyds deezen doorbraak geflooten te krygen , en alzo de binnen landen ,by eene nieuwe wasch der Riviere, van ecnelaatere inftroomin^ te bevryden. — Dan zy zagen tot hun leedweezen, in loco daar koomende, hur voorneemen ten eenemaal veryceld , en begreepen wel dra, dat de provifioneeie Nood-fluring niet alleen van een gcheelen anderen aard maar uit gebrek der Materialen langwylig, en teevens ook veel kost baareren van eene geheele andere conftructie zoude moeten worden doordien alle de voorgronden op eene zeldzaamc wyze van het boorc der Rivier tot door en achter den Dyk tot een gat of wiel waarei weggebrooken, en uitgefpoeld. — Dan, hoe zeldzaam hun de uitwerking deezer Doorbraak in der E eer Doorbraak van de gedichte Coupure in de ZuiderLekkendykaan 't Spoel beneeden Cui~ lenburg. t i L l  ( 18 ) eerften opflag voorkwam, geraakten zy op hetfpoor van onderzoek tot de volgende hoofdoorzaaken. i. Deeze Doorbraak viel voor, op een tydftip van de hoogstmogelyke hoogte der Rivier ter deezer plaatfe, dat is tot Bandyk s hoogte, Hortende het door een Ysdam opgeltopte Rivierwater, in het moment van doorbreeken, met een verval van 17 Rhynlandfche voeten landwaarts, in; terwyl terzelver tyd, en ook eenige daagen te vooren de Bandyk onder Maurick en voorts 2, 3, 4 en meerder uuren opwaarts, aan de Betuwfche, of Zuidzyde 1 en 2 voeten overliepen, zonder dat daarop ter een of andere plaatfe noch door de zydelingfche persfing, noch door de overftorting van het waater, eene gevreesde doorbraak ten gevolge heeft gehad , wel meest, doordien de Dyken, door de Vorst als venteend, dit geweldig werken der Rivier verduuren konden. 3. Het gegraaven Kanaal in den Herfst van het voorleeden Jaar van en uit de Rivier door den Ryswaard en door eene oude Molenfluis in den Dyk op eene toenrnaalige Molenvliet daarbinnen, zo ter defenfie, als om de inundatie te forraeeren, in effefte gebragt; vond de Rivier by het doorbreeken regtflreeks dien kortften en diepften weg door dit Kanaal; en dit gafzecker geleegendheid om den doorgegraaven of gebrooken Ryswaard, zo in diepte als in oppervlakte met een onophoudelyk geweld gevoelig aan te tasten, te meer, en dit is wel een der voornaamfte reeden. .3. Om dat de ondergronden van deeze Ryswaard uit losfe loopzanden, eertyds uit de Rivier opgeworpen, door den ftroorn te lichter los en weggevoerd, en de boovengronden, offchoon uit kley en met Ryshout beworteld, en door den Vorst als verfteend, eens ondermynd zynde, bonksgewyze moesten navallen, en verbryzelend landwaarts ingevoerd wierden. — Aldus de natuurlyke uitwerkfelen deezer Doorbraak eenigermaate ontwikkelt, en afgefchetst hebbende, was er wyders, tot de overweging van de fluiting zelve koomende, althans van vooren befchouwd, eene allezints moeilyke, en teevens eene zeer zorgelyke taak voor handen. — 1. Er waren namelyk geene Materiaalen van Ryshout, Steeneft &c. by het werk om hetzelve te kunnen beginnen, daar moest in weerwil van al den vlyt, een geruimen tyd verlopen, eer men daar van voldoende konde voorzien worden. 2. Er bleef geen ander middel overig om deezen Doorbraak te kunnen digten, als om met een zwaare Rysberm door een groote diepte, in eene rechthoekige ftreeklyn een fterkinvlietende ftroorn met geweld optevangen, en Rivierwaards op te fluiten. 3; Van daar ook eene welgegronde vrees, dat by het vernauwen van het Gat eene grootere verdieping op eene geweldige wyze zoude kunnen ontftaan 5 te meer, om dat de gronden van onderen meerendeels zand zynde, daar zeer vatbaar voor waaren. 4. Daar by, te midden deezer fluiting bezig zynde, door eene r.iea-  C i9 3 nieuwe wasch der Riviere overvallen wordende, kon noeh konst, noch krachten te hulpe komen, om dit werk verder te doen voortgaan, niet alleen, maar daar en boven, was het werk aan veele rampen, en het Gat zelve aan eene zeer groote ontgronding geëxponeerd. 5. Natuurlyker wyze moest door herhaalde overftroomingen, de ongelukkige omftandigheeden, voor de bewooners der geïnundeerde Landen eindelyk ten eenemaalen ondragelyk worden. — 6. En offchoon men in weerwil der tegenfpoeden, door eenen onvermoeiden, en telkens herhaalden arbeid, eindelyk den invallende ftroorn, vermeesterde, en het Gat tot eene volleedige fluiting gebracht had, kon zulks niet gefchieden dan met groote kosten voor den Lande, waar op wy geene begrooting konden nog durfden bepaalen. Na alvorens deeze by alle deskundige welbekende aanmerkingen kortelyk omfchreeven te hebben, komen wy tot de uitvoering van het werk zelve; waartoe de Landmeeter Cornelis Verhey, na dat wy den Doorbraak gepeilt, en opgemeeten hadden by ons kwam, wy vonden aan het boord der Rivier daar den Ryswaard ter breedte van 48 Roeden geleegen had, by eene vallende Riviershoogte te Arnhem van 9 voeten, en te Cuylenburg van 10 voeten 8 duimen, de dieptens van de 5 tot de 18 voeten; en daar den Dyk geleegen had was het Gat breed 19 Roeden, en gemiddeld diep 20 voeten. Wy vonden gezamentlyk geen beter middel als om den Doorbraak aan de buitenzyde, daar den Dyk geleegen had, door een Ryzenberm kribsgewyze te digten, op de hoogte van 13 voeten aan het Cuylenburgfche peil, geevende deezen Rysberm eene kroonsbreedte van 2 Roeden, dorsfeerende beiderzyds 1 voet, op de voet hoogte, voorts zoude de buitenvoet van den Dyk 6 voeten op de Deklaag van de Berm komen te leggen, komende den Dyk aldus weder op zyne voorige. plaats. — Dit Concept op een Kaartje geteekend in een Rapport omfchreeven aan de Directeuren Brunings, de Bock en Dalhof- ter overweeging gezonden, wierd het zelve door gemelde Directeuren geapprobeerd; alleen is naderhand op voorftel van den Burger K. Goudriaan, met goedkeuring van de Directeuren de Rysberm in plaats van op twee Roeden op 2~ a 3 Roeden kroonsbreedte bepaald. Het plan van fluiting derhalven beoordeeld, en eenftemming goedgevonden zynde, waaren wy inmiddels zonder cenig tydverzuim bezig om Ryshout en fteene Ballast zo fpoedig mogelyk aan den Doorbraak te bezorgen, wy rekende namelyk volgens het opgenoomen profil noodig te zullen hebben 500 vimmen Gelders Maathout. Dan om deeze quantiteit Kribhout met vereischten fpoed gehakt en aangevoerd te krygen was niet mogelyk, verre de meesten buiten waarden nog met water en ysfchollen overdekt leggende, en binnendyks aan de Gelderfche zyde het land geïnundeerd zynde, en meer naar boven onder Maurick en opwaarts daar veele Elsfe pasfen tot Kribhout voor deezen Doorbraak gefchikt en hakbanr ftonden, van daar konden wy in dit faifoen door de onbruikbaarheid der Kleyweegen met geen mogelykheid het zelve bekomen. — Wv raakten derhalven byna ten einde raad, en ondertusfchen ook E 2 ge-  C 20 ) gevoelig aangedaan zynde, om de geïnundeerde Landen by het nament ontluiken der Natuur, hulpeloos te moeten laaten leggen, daar wy geen kans ziende om de benoodigde Materiaalen , althans met met dien fpoed, als het gevvigt deezer omilandigheid vorderde, te kunnen erll!Shen kogten wy eenige, doch zeer kleine gedeelten» Ryshout, die by het werk gebragt wierden, daar by hadden de Aanneemers van de Sdchtfche Kribben aan de hooge Lekdyk tot verlenging eener Krib onder Honswyk, en tot andere te repareercn 200 vimmen Hout gefneeden, en opgeftuikt aan den Oever van de Rivier voor handen, met deeze Aanneemers 1 zogten wy accord te maaien, edoch, daar zy dit Ryshout voor hun aangenoomen werk noodig hadden, konden zy flegts maar 50 vimmen misfen, en wilden d;e niet, dan tot een extra hooge prys aan ons verkoopen, het welk wy niet over ons konden, noch durfden neemen; dit noodzaakte ons, om hier van kennis aan de Directeuren te geeven, met by voeging, of wy dit hout niet by taxatie, of op een andere wyze die Aanneemers zouden kunnen perfuadeeren om dit Ryshout voor eene goede betaaling aan ons over te doen; middelerwyl deed de Municipaliteit van Cuylenburg by het Coilegie van den Lekkendyk bovendams op ons verzoek inftantiën, tot bekoming van het voorn. Kribhout; het Coilegie van de Lekkendyk, antwoorde in fubftantie daar op den 13 Maart, dat zy den Aanneemer van het verlengen van de Krib onder Honswyk wel wilden ontflaan, waar door hy meester wierd van zyn hout te kunnen verkoopen, onder deeze fpeciaale voorwaarde en anders met, dat wanneer het mogt komen te gebeuren, dat voorfz. Krib by eene volgende aanbefteeding, hoogeralsnu aangenoomen wierd in dat geval Gecommitteerden tot den Lekkendyk bovendams volkomen fchaadeloos zouden gefteld moeten worden. ra Wy hebben van dit alles per Expresfe aan den Contrarolleur Generaal de Bock kennis gegeeven, met advis, dat wy van gedagten waren, dat wy behoorden gequalificeerd te worden, om met voorn. Dvk-Collegie die voorwaarde te fluiten; waar op wy deswegens den i7 Maart eene Qualificatie ontfingen, dewelke ons volkomen daar toe in ftaat ftelde: waar op wy ook nog dien zelvden dag met oem* Aanneemer en zyne Borgen een fchnftelyk Contracl maakten voor eene leverantie van 150 vimmen, wel meerder maar niet minder, het welk naderhand by een mondeling accoord op 180 vim- m OndenuthenTat deeze zaak met het gemelde Sdchtfche Ryshout nog ongedecideerd was, ontbooden wy vier Scheepen met Hollands Ryshout van Hardinxveld: ook kogten wy nog eene quantite.t Kribhout zo te Jaarsveld en Beufichem als elders, zo dat wy op den 17e, behalven de vier Scheepen van Hardinxveld, circa 400 vimmen in koop hadden, en wy dus uitzigten kreegen, dn ons, met er tyd, de benoodigde Materiaalen by het werk zouden aangebragt worden , 00K hadden wy omtrent zo veel Puin of Brikfteenen aangekogc, als wy oordeelden nodig te zullen hebben. Onderwyl reezen er weder eenige nieuwe zwangheeden onder het begin der bewerking op, wy konden, namelyk, na dat-wy ons allerweegen geïnformeerd hadden, geene Scheepen bekoomen, tot het aanvaaren van het opgekogte Ryshout en Brikfteenen, alle de Vaartuigen op en aan de Lek (eenige kleine en Beurtfcheepen uitgezonderd)  C 21 ) waaren in presfingjwy vlerzogcen , en verkreegen ook op den i4e Maart eene Qualificatie om eenige Schepen in presfing te mogen neemen; waar meede wy onder het contant betaalen der aangenomen vragtlonen uitneemend wel Haagden. — De Franfche Artilkry Officier, te Cuylenburg guarnifoenhoudende, zond eenige zyner onderhebbende Manfchappen, om de nog overgebleven Oorlogs Inftr urnen ten, van de Battery en uit het Wachthuis te haaien, en maatigde zich onder deeze ook aan, niet alleen de Battery deelen: maar ook de Schuierpianken en Kruiwaagens dewelke tot het maaken der Battery gebruikt, nu tot het herftellen der Dykagie ons voiftrekt onmisbaar waaren; wy deden herhaalde verzoeken en inftantiën; ook wierd het zelvde, op ons verzoek door de Municipaliteit van Cuylenburg gedaan, maar te vergeefs; eindelyk behielden wy nog op verzoek der gem. Municipaliteit by dc Generaal Êblé voor ons te Utrecht gedaan, 89 Kruiwagens, 250 Schuierdeelen, 5 greene Gangen en 24 ftukken Planken van onderfcheide lengtens. — Alle verdere verhinderingen, welke wy voorts in onderfcheiden gevallen ontmoet hebben, gaan wy kortheidshalve met ftilzwygen voorby, hoewel echter het ons intusfchen buitengewoon moeielyk viel, om dit werk aan den gang te krygen, en in het eerst om het zelve met order te doen voortgaan; niettegenftaande zoortgelyke werken, als deeze , namelyk Dyk- en Ryswerken ons dagelyks aan de Rivieren gewoon waren. Op den 12e Maart by eene Riviers hoogte aan de Peilpaal te Arnhem van 10 voet 4 duim, wanneer 'er 10 vimmen Ryshout op het Werk gebragt was, maakten wy met dit gering gedeelte een begin van het Werk; aan de Oostzyde wierd een Rysberm, over losfe en ondiepe Zanden, tot 8 roeden, buiten den afgebroken Dyk, uitgewerkt; terwyl men ook tevens begon, met aan de Westzyde, op eene diepte van 24 voeten, driehoeksgewyze, een Bleeswerk, met een zwaare Baardlaag, daar over optrekkende, uk te werken, om de ondergronden, of de voetfteunen der Dykskoppen, voor eene meerdere afbreuk te conferveeren; aan dit e&ci als ander bezig zynde, moesten wy, in allerhaast, deeze Werken met fteene Ballast van vooren, en met klyfpecie agterwaards doen zinken, en de koppen der Dyken met Ryshout bekrammen, door dien de Rivier te Arnhem , van den 8 tot den 18 Maart, eerst langzaam, daar na overylend, van de 7 voeten 4 duimen tot de 16 voeten 9 duimen, was opgezwollen.— Geweldig was, op laatstgenoemde watershoogte, de Inftrooming door deezen doorbraak, waardoor ook het gat, aan de westzyde, van de 24 voeten, tot 32 en 34 voeten, verdiepte: en waardoor ook tevens de Landen van Kuilenburg, Buuren, en het grootst gedeelte van de Thielerwaard, ten minften 4 en 5 voeten, dieper onder water gezet wierden, en de hogere gedeeltens der reeds droog beva>„ len landen, weder andermaal innundeerden. Door deeze hooge Rivier moesten wy het Werk zelve niet alleen doen ftaaken, maar daarenboven waren de Ryswaarden onder water; men kon derhalven geen Ryshout laten hakken, nog het gehakte en opgeftujkte Ryshout in de waarden niet eerder als op den 2Qe Maart, wanneer de Rivierwateren weeder 5 voeten gevallen waren, ter fcheepsboord inladen. Intusfchen wierd den Burger Com'. Verhey, door eene indispofitie overvallen, en moest ons op den gc Maart verlaaten; edoch arriveerden noch op dien zelfden dag den Burger K. Goudriaan, weeder ge- F noeg-  ( 22 ) noegfaam herfteld zynde, by ons, wy waaren inmiddels aan deezen en andere Doorbraaken onophoudelyk werkfaam, om de fnaaren zodanig te ftellen, dat wanneer de Rivieren binnen haare oevers wedergekeert, of tot eene gepaste laagte gevallen zouden zyn, wy dan ylings met voilé krachten, zo hier als elders, het fluiten der Doorbraken konde ondermeemen. — Dit gelukte ons, namelyk K. Goudriaan, Engelman en Conrad, op den 3e April, aan deeze in der daad gevaarlyke doorbraak, als wanneer de Rivier te Arnhem tot de S£ voeten gevallen, en wy bereids 200 vimmen Ryshout, en 280 lasten Steen op het werk, en, van de overige die aan de oevers der Rivier meerendeels laadbaar ftonden, meester waaren, en daar by, op ons verzoek, de kundige AdriaanKoellewyn en Poul: Wisboom by ons ter executie hadden, en voorts van al het noodige naar den eisch voorzien waaren. Wy maakten dan aldus op den 3 April een begin met dit allezints moeielyk en zorgelyk werk, en by eene gewenschte doorvallende Rivier, maakten wy op den 13 dier maand een einde van de fluiting van den Rysberm, en mitsdien ook van het landwaarts inftorten van het Rivierwater, dat eindelyk geheel moest ophouden.— De wyze van flu'ttingen was (op voorige ondervindingen gegrond,) wel het meest door de Burgers Goudriaan en Koellewyn beraamd, en gefchiede aldus. Er wierd aan de Oostzyde, alwaar by de vallende Rivier eene flappe ftroorn de minfte diepte, en veele losfe zanden gevonden wierden, dewelke uit haren aart noodwendig zouden ruimen by de aannaderende fluiting van de Westzyde, doch om dezelve zorgvuldig te bewaaren, maakte men een dryvend bed van eene Ryfen Baardlaag, naar de konst in een gewerkt, met wiepen doorkruisten met paaien doornageld, ter breedte van 5 en lengte van 8 Roeden, ftroomwaards uitgewerkt, eri teegen den dwars inwerkende ftroorn, met Ankers en Weelen vast gehouden, en vervolgens met Brikfteenen, Aarde en Zand gezonken en voorts ter fecureering met Brikfteenen Ballast overftort om dat door de vernauwing van den Doorbraak, het voorn, werk den fnel doorvlietende ftroorn zoude kunnen refifteeren; te meer om dat het ter zyner tyd moet dienen voor een Piasberm, alzo er van de 8 tot de 2 voeten diepten water over zoude kunnen florten, met een verval van tusfehen het Rivier en Binnenwater van 3 voeten of meer, naar mate de Rivier wasfehende zoude zyn. Onderwyl maakten wy ook aan de westzyde door de grootfte diepte een begin, om met den capitalen Rysberm kribsgewyze voorwaards uit te werken, ten einde daar meede de bevoorens gezonken Baardlaag, aan het vooreinde 10 en 11 voeten onder den invlietende ftroorn gezonken zynde, al voorwaards werkende, te bereiken, waar in wy zonder eene merkelyke ontgronding te ontwaaren, volkomen reusfeerden. En offchoon nu de gedeeltelyke afgeflooten ftroorn, met de ontvalling van het binnenwater, de ftorting over de gezonken Baardlaag allengs, en eindelyk op een geweldige wyze tot 3 voeten vallens had doen aangroeien, was echter deeze waterftorting eenmaal opeen goed fundament, teegen eene ontgronding gedetermineerd, ook den Rysberm op deeze gezonkc Baardlaag binnen weinig tyd digt gewerkt, en volteedig geflooten. — Vervolgens wierd deeze nog dagelyks zakkende Rysberm tot de ver-  ( ^3 ) vereischte foliditeit verzwaard en verhoogd, en Ook teevens, (daar elk deskundige weet, dat een Rysberm, of fchoon van eene aanzienelyke breedte en zwaarte, met Kleyaarde, Zanden Ballastlleenen opgewerkt, niet geheel waterdicht zyn kan,) wierd 'er onder de bewerking van denzelven, zo buiten als binnenwaards teegen en op de dorsfeeringen van den Rysberm weegens de aanmerkelyké diepten, eené groote quantireit Zand en Aarde ingeplempt, en voorts met Kruiwaagens en Karren aangeftort, waar meede wy ook na de fluiting van den Rysberm continueerden, tot dat dit werk den 9 Mey op eene voldoende wyze gefecureerd, en buiten rifico gebragt was, wanneer de Manfchappen en Karren, uitgezonderd een klein gedeelte, dat tot den 16 continueerde, afgedankt wierden, en het zelve wyders op den i8| Mey tot eene verdere voltrekking met eene capitalen Bandyk op en agter deezen Rysberm, by een openbare befteeding den Aanneemer in handen is gegeven. De kosten deezer noodfluiting hebben, zo aan het inkoopen van een quantiteit van 458 Vimmen en 64 bosfen Geldersch Maathout, en 3 Schepen Hollands Ryshout, na den aftrek van de waarde van het overgebleven Ryshout, als 721|lasten Puinbrikken en Ballastfteenen, en Arbeidsloonen, het aanvoeren van circa 2000 fchaften Specie, het aankopen, en laaten maaken van eenige Karren, Kruiwaagens enz., te zamen bedraagen een fom van . f 26467 g\ o En het verder opwerken van den capitaalen Bandyk by aanbefteeding op 18 Mey 1795. - 5175, 0 o Total/ 31642 9 O Welk een en ander hier naader gefpecificeerd en aangeweezen is, met de latere Reparatiën, gecalculeerd op —— ——1 1760 o o Bedragende te zamen ƒ 33402 9 o REKENING van GEDANE UITGAVEN wegens LEVERANTIEN van RYSHOUT en STEENEN enz. J. van Asperen, voor leverantie van twee honderd' res en zeeventig en | lasten Brikfteenen, volgens accoord en quitantie betaald ƒ 1627 3 o Aan dezelven, voor het gebruik van Ankers en Touwen by het werk 14 o o Hendrik Bennik, voor leverantie van twee honderd en twee lasten Brikfteenen, volgens accord en quitantie betaald —.— —— — 858 10 o Gerrit Sprenger, in Comp°., voor leverantie van een honderd negentig lasten Brikfteen, volgens accoord en quitantie betaald —1 po2 10 o D. Van Hattum, voor leverantie van 53 lasten Brikfteenen, Ryshout en Paaien, volgens accord en quitantie betaald 1 '340316 o M de Bont en 7- de Heus, in Comp'. voor leeverantie te Transportecren ƒ 6805I19 o F g Vaö  ( 24 ) Transportj/ 6805 19: o van Ryshout en Paaien, volgens accord en quitantie betaald 4S7»-*a«,o P. van den Bogaard, voor leverantie van Ryshout, volgens accord en quitantie betaald 65 °j 0 J. Bodt en D. L. de Ridder, en Comp-., voor leveran- 1 | tie van Ryshout, volgens accord en quitantie betaald 364o[ ó o J. van kreukel, voor leverantie van Ryshout, volgens accord en quitantie betaald ' 48,10 0 Domeinen van Cuylenburg, voor leverantie van Ryshout, volgens accord en quitantie betaald , 277.19 o Arie Goudriaan Jansz., voor leverantie en verfchotten enz., volgens accord en quitantie betaald — — 872 o o P. J. van Rheede, voor leverantie van een Myt, gedeeltelyk bedorven en gedeeltelyk onbedorven Hooy, volgens koop en quitantie betaald 7° 0 0 Marcus Bron, voor leverantie van Kruiwagens, vol gens accord en quitantie betaald 108 00 Willem Zwartjes, voor leverantie van nieuwe Sleggen of Kribhamers, nieuwe Kruiwagens en appafte Raaden, volgens accord en quitantie betaald 34 18 0 B\ TV. van Lakenveld, voor leverantie van Houtwaren, volgens rekening en quitantie betaald • 188 14 o F. H. Baggerman, voor gedaane leverantie en verfchotten, volgens quitantie betaald • ■ 666 4 8 Jacobus van Hupen, voor gedane leverantie en arbeidslonen, volgens rekening en quitantie betaald — 6012 o Leverantien enz./ ^io'^J 8 SCHEEPSVRACHTEN en VERDIENSTEN. J. Sweers, voor vragt van een Schip, Hout, Palenj > enz van Hardinxveld na Cuylenburg, volgens quitantie betaald 7 f 97 o o Gerritvan Haaften, voor het aanvaren van Ryshout en Paaien enz., volgens quitantie betaald ■ 84 o o Jan Pauw, voor aanvaren als voren, met verfchot, volgens quitantie betaald • 137 8 o Arie van den Fsfel, voor het aanvaren als voren, met verfchot, volgens quitantie betaald •■ J55 4 o Steeven Zacharius, voor 't aanvaren als voren, met verfchotten, volgens quitantie betaald 90^3 o Jan van Meggelen, voor het aanvaren als voren, volgens quitantie betaald 79 12 0 Comelisvan Vuur en, voor verdien/ten, wegens het oppaarden der Schepen, volgens quitantie betaald — 165 4 o Jakob van Asperen, voor gedane dienflen enverfchotten, volgens fpecificatie en quitantie betaald J7 4 o Jan de Ridder, voor gedane dienfkn als Expresfen te Transporteeren ƒ 82S 5 0 naar  C 25 ) Bedragende de geheele uitgaaaf welke tot het voorn.j; —■ werk geimpendéer'd is te Zamen ƒ 29767 9 q Edoch moet hier van afgetrokken worden de waarde van de Materiaalen welke ten voordeele van den Lande zy'h overgebleeven, hoofdzakelyk van Ryshout. Deeze Doorbraak by een fteeds door vallende Rivier zonder eene merkelyke ontgronding geflooten, werkt men doorgaans voorwaards, met verdere uitfchieten-' de Haarden en fchraaldere dorcceringen; en dus ook met minder Ryshout, het welk zoniet alleen, althans de grootste oorzaak is, dat'wy een quantiteit van 187 Vimmen Gelders Ryshout hebben overgehouden ter gecalculeerde waarde van f 3000:-:-: En te Hardinxveld zyn nog aan Holland I > Rys'opgelcheft gebleeven waardig ƒ300:-:- :j 3300 o o t 'Y~' Blyvende na aftrek degeinpendeerde kosten — —ƒ 26467 9 o Dc Karren, Planken, Kruiwagens, welke tot gebruik van de Aanneemers, en dus in mindering derBeftee- ding niet in aanmerking neemende. Laastelyk het opwerken van den Bandyk by aanbe- ftceding op den 18 Mey 1795 aangenomen voor ■ 5*75 o o Totalis als vooren opgegeeven ƒ 31642^ 9! o G Edoch, Transport/ 826 5 o naar den Haag, Heusden en elders, volgens fpecificatie en quitantie betaald 21 50 jar, de Ridder, nog als voren, volgens fpecificatie en quitantie betaald • 27 o o Scheepsvragten enz./ 874 iJ[ o WEEKLYSTEN der ARBEIDERS. 1. Weeklyst van den 2 tot den 8 Maart / P7fï4 o 2. 9 15 : 455 ij o 3. £ l6 — , 21 601 19 8 4- 22 — 28 — 437 g o 5. 29 M\ 4 April ■ 625 3 o 6. 5 ■ 11 - 1274 18 z 7. —- 12 18 2550 oia 8. ■ ■ 19 25 i37g 912 9. 26 Ap'. ■—• 2 May • 1852 13I12 ic. 3 ■ — 9 —; 2265 15 10 ü. 10 — 16 ■ ■ 97 7 o 12. 17 ~ 23 ■ 44*5 o Weeldysten der Arbeiders ƒ 11682 1 8 Scheepsvrachten enz. I 87410 o Leverantiën enz. I 1721017 8  1 ! i 3 1 3 ' ] ] De Jluiting der Doorbraken in de Zuider Lingedyk, by en boven Asperen. Transport ƒ i | ' Edoch, is hier nog als bywerken wegens laatre leparatiën bygekomen, Eerftelyk het herftellen van een gedeelte der wegge* ,rooken Kade op de Goilbcrdingfcbe waard, dewelke n fteede op een andere gelengd is, ter Lengte van 22, loeden, hebbende circa gekost. 1 " ■ 660 °j 0 Ten Tweede, het toekribben van de Oude Lekftrang: j | >eneeden den Doorbraak gecalculeerd op -—, 200 o o Ten Derde , het beflaan van de buiten dorceenng der ueuw aemaakte Dyk met een Ruwaard van Riet en RysJ | ,out ter lengte van circa 24 Roeden, gecalculeerd op —j 350 o o Ten Vierde, het vêrzwaaren van den Buitenberm, met ik oedeertelvkopplempenderzelve, ten einde de DoorcweUingenzoveclmogelyktevoorkomen.engecalcuiee^rd 3P 1 ■ 550 °' Zo dat dit gehecle Werk gekost heeft eene fomme van / 33402, 9\ o Dc Doorbraaken van de gedichte Coupure in de ZnlderLingedyk boven Asperen tusfehen den 12 en 13 February voorgevallen, en eenige dagen daar na in de beneedenfte overlaat, na dat den Lekkendyk aan het Spoel Doórgebrooken was, wierd den Thiellerwaard weeder op nieuws geïnundeerd. — De fluiting deezer Doorbraaken wierden zeker door ons van dat belang voor de Thiellerwaard beoordeeld, dat wy de digtwerking ondernomen zouden hebben, onaangezien de Doorbraak aan de Lek nog met geflooten was , als de endervinding, en het Contract tusfehen den Alblasferwaard, en den Thiellerwaard, by eene inbraak in dc Betuwe op het inundatie Peil, aan den Horn of Diefdyk, waarop de 0verhaten onder Asperen, en Gellichom moeten worden doorgeftoken, ons niet geleerd hadden, datwy hier meede vruchteloozen arbeid zouden gedaan hebben. — Na dat wy dan op den 4, 5 en 6 Maart de Doorbraak aan de Lek gepeild gemeeten , en dezelve met ons Concept in een Teekening en Rapport voor dc Directeuren geconcipieerd, en eenige befchikkingen tot den aanvoer der Materiaalen beraamd hadden, vertrokken wy, namelyk Engelman, Conrad, en Corns. Verhey, den volgenden dag na de bevoorens gemelde Doorbraaken te Asperen. In pasfant pasfeerden en Peilden wy ook de doorgebrooke Coupure in de Noorder Lingedyk , aan 't eind der Diefdyk aan den Horn, met de 2 doorgeftoken gaten in dezelve Noorder Lingedyk onder Acquoy, boven en tegenover Asperen, aan welke Coupure en gaten , als bekendis , nog niets gedaan konde worden, dewyl dezelve werken moesten , met de hooge ert laage Cullcnburgfche, benevens de Acquoyfche Hulp en Moolenfluizen, om het afzakkend Water van het Cuilenburgfche Veld op de Linge, te ontlasten, tot zoolange, niet alleen, als de Doorbraak aan de Leek geflooten, maar tevens tot zoo lange, als dezelve ter uitioozlng van de Innnndatie op de Cuilenburgfche Landen werken kenden. Wy bevonden dan den Doorbraak, in de Coupure te Asperen, gcmiddcld, diep ió voeten en breed circa 10 roeden, dryvend Water, en hec doorgebroken gat in den Overlaat, bevonden wy breed 8 roeden, en  C 27 ) en gemiddeld , diep 4 voeten. Wy ftemden daar in overeen, om deze Doorbraken aan de binnenzyde met Rysbermen recht door de Gaten te fluiten ten einde eerst de aarde Bermen en Kade, burenwaards, daar voor' en gedeeltelyk de Kaade daar op het gemakkelykst, en daar daar na ook zeer welvoegeiyk, by Beiteedingen, de gedeeltens der Dyken daar open voor gelegd konden worden: het welk ook door de Directeuren Brunings, de Boek en Dolhof , geapprobeerd wierd, alleen is naderhand, om redenen als hier onder gemeld, die kleine veranderingen in die projecten gemaakt, dat het gat in den Overlaat, in fteede van een Rysberm, met een Kistdam geflooten, en den Rysberm in de Coupure, in plaats van in een rechte lyn, toogsgewyze binnenwaarts is doorgewerkt. Deeze Doorbraken opgenomen, en het benodigde Ryshout daar toe berekend hebbende, vertrokken de Landmeeters, Conrad en Verhey, weder na den doorbraak aan de Leek, terwyl de Landmeeter Engelman na de doorgebroken Coupures in het Land van Altena moetende, ook inmiddels den Opziener Baggerman, te Hardinxveld , met den aankoop van dit Ryshout belaste , terwyl tevens den Opziener Koellewyn, met den Kribbaas, Comelis de Keizer, op zich namen, om met den vereischten fpoed, het moeilyk en kostbaar ïranfport van dit Ryshout, Cde Linge door de fterke ftroorn , voornamelyk door de Sluis te Gorinchem onvaarbaar zynde,) van Hardinxveld, en uit de Killen de Whaal OD naar Dalem enVuuren, en daar ontfeheept, met.kleinere Vaartuigen , over de geinnundeerde Thiellerwaard, te Asperen te bezorgen 5 ook nam den Opziener van der Poel op zich, om de Materialen en Heyfteiltng tot de Kistdam tot het gat in den Overlaat te leveren. De gemelde Opzieners,hier meede een ieder op zyn Post, werkzaam zynde, ontwaarden wy ook hier, van den 10 tot den 22 Maart, op een gevoelige wyze, de opzwelling der Rivieren. . ... 1. Wel meest door een verbazende inftorting van den Doorbraak aan 2 Hie^by 'den gewoonlyken aftocht van het Lingewater, dat door den Kwel der Dyken, by hooge Rievieren, al vry aanmerkelyk is. • a Daarenboven was onder Heeteren , aan de Neder-Rhyn, de lietuwfche Bandyk doorgebroken; en offchoon dezelve door het opkisten eener Zomerkaade over het Buitenveld by de vallende Rivier weder binnen kort geflooten wierd, was echter door dezelve veel Rivierwater in de Betuwe gekomen. De*e innundatie Wateren aldus herwaarts afvlietende, klommen tot «fte aanmerkelyké hoogte; en belette niet alleen ten eencmaale , dat er niets ter fluiting van deze Doorbraaken in een geruimen tydkonde ondernomen worden; maar ftelde tevens de Koppen van de OverlaatsDammen, nog 1 a i| voet boven Water blyvende, door bykomende £eweldige golvflagen van het Water uit den Thielerwaard, ofichoon met Paaien en Horden, met Mist daar achter voorzien, in groot gevaar van geheel verbryzeld te worden, en alzoo nog meerder gaten te krveen, het geene echter nog gelukkig is gekeerd geworden. Eindelek, wanneer op den 7. April de Inundatiewateren weder op den vereischten trap van laagte gevallen waren , en wy bereids het goed fucces van de ondernomen fluiting der Doorbraak aan de Leek te gemoet zagen-, ondernamen wy ook dienzelfden dag om deze Doorbraken, zoo met den Kistdam in den Overlaat, als met den Rysberm m G 2 de  ( 28 ) de Coupure in allernaast te dichten, en waar mede wy bereids ook op den 12 April in zoo verre gevorderd waren, dat wy die beide gaten tegen de invallende ftroomen genoegzaam waterdigt geflooten hadden, en waar meede wy , namelyk in de Coupure, nog eenige dagen conti nueerden, tot het aanwerken eener Aardeberm buitenwaards, en tot het werken eener Kade op denzelven, en ook gedeeltelyk op den Rysberm, om deze fluiting volkomen te fecureeren. De reden, waarom wy het gat in den Overlaat met een Kistdam, in fteede van meteen Rysberm, digtgemaakt hebben, is deze : Wy wierden, namelyk by eene latere infpectie, met Adriaan Koetlevjyn en van der Poel, uit de geringe diepte, offchoon een fterk doorvallende ftroorn, ontwaar, dat zulks zeer welvoegeiyk konde gefchieden. Wy verkozen dit niet alleen zoo zeer ter uitfpaaring van het Ryshout, maar daarenboven moest dit gat in dezen Overlaat, na het droogvailen der gronden, van Palen of Ryshout gezuiverd en fchoon gemaakt, en met klei-fpecie opgewerkt worden; ten einde denzelven met de ander> Overlaten aldaar leggende, by voorvallende Doorbraken in de Betuwe des te gemakkelyker kan doorgeftoken worden, en daar een Kistdam met Klei en Mist "gevuld, gereeder, als wel een Rysberm, hoe ligt ook gemaakt, aftebreeken is, hebben wy, om dit gemelde, in zoo verre verandering in dezeConftructie gebragt. De redenen, waarom de Rysberm in de Coupure, in plaats van regt door het gat, meer toogsgewyze binnenwaarts is gelegd , zyn deze : Wy waren, namelyk in den aanvoer van het Ryshout, door de fterkc ftroomen op Whaal en Merwede, en aanhoudelyke Oostc Winden en ftilte, in weerwil van al de aangewende vlyt, dermaaten opgehouden en verhinderd, dat wy, by het begin van het werk, hoewel 'er al zukkelende omtrend ƒ25000 Rys was aangebragt, wy nog omtrent § te kort kwaamen: De Landmeeter Engelman en Corn . Koeltewyn zogten, en vonden, hoewel niet volgens den kortflen weg, da: zy uit oorzaak der mindere diepten (terwyl dit werk beginnen moest) dien toogsgewyze berm met minder Ryshout konden maken, om welke reedenen dan ook de Landmeeter Engelman deeze onfehadelyke verandering- hier in heeft moeten brengen. Alvoorens wy dit werk begonnen, hadden wy Baggerman gezegd, dat hy, het koste wat het wilde, ons Ryshout, moest bezorgen , en intusfchen hadden wy den Rysberm ter wederzyde voorwaards tot op de ondiepfte plaats uitgewerkt, alwaar wy uit gebrek aan Ryshout 3$ Roeden moesten open laatcn, waai in wy ook bereids met de Heyftclling bezig waaren, om dit overig gedeelte, van onderen een taaije Kleigrond zynde, zo goed wy konden teegen eene invallende ftroorn met een Kistdam 'er door te werken, en te dichten;, middelerwyl kwamen er met eene gunftige wind 4 Scheepen , met het overige Ryshout de Whaal opvaaren, waar meede wv ons begeerde oogmerk nog gelukkig en ten vollen in tyds bereikten. De gronden by het digtmaaken deezer Doorbraaken zo buiten aan de Linge als op de binnenvelden nog geheel onder waater ftannde, was 'er voor deeze Doorbraaken geen fpecie by der hand te bekoomen , als alleen van den Dyk by de Doorbraaken, dewelke wy or.k daar toe aan dc binnenzyde voor een aanmerkelyk gedeelte hebben moeten af-  ( 20 ) graven, en deweiken na het droogvallen der Landen, ook by dc vér dere befteeding, daar weeder ingebragt zal moeten worden. De kosten deezer Noodberingingen hebben te famen bcdraagen , zoc aan Ryshout, Kribpaalên, Wiepenbanden, Puinbrikkcn, Greene Pa len, Horden, Mist, het maaken en repareercn der Kruiwaagens, met de Lysten der Arbeidsloonen, waar onder ook het herftellen der doorgeftoken Moolenkaadens in het Asperfche Veld , volgens opgaavc van den Opziener en Boekhouder van der Poel, een fom van ƒ5610 : 19 .0 De overgeblceven'sLands goederen geborgen in de Schuur van den Drost te Asperen, zyn 64 Batterydeelen, 76 Noordfche Deelen, 3 Schuiergangen , 12 Paalbalken, 2 Kokers, 23 heeleen 14 defecte Kruiwagens, (na dat de 25 geleende van den Alblasferwaard weder in het Dordfche Heetnraadhuis gebragt waren) 5 Draag Bun-ies, iSSleggcn, 3 Spaaden, 3 Houweelen en 8 paar Spooren. Aan de Coupure te Asperen is opgefchelft overgebleeven: 8530 groote Rys. 8000 ligte Paaien. 250 bosfen Latten. 1400 Walgerfche Paaien. En 2600 Wiepen Banden. Daarna, wanneer de Landen zyn droog geworden, is het verder herftellen deezer Dyk in de Coupure, en van den Dam in den Overlaat op den 17e juny 1795. in het openbaar aanbefteed voor een fom van ■ ƒ2237:15:0 Komende aldus de geheele kosten tot het volkoomen herftellen deezer Doorbraken op een fom van . . ƒ7848:14:0 Op den 24. April was het Inundatie water op de Cuylenburgfche Landen reeds tot die laagte gevallen, dat de twee doorgeftoken Coupures onder Acquoy, als ook de Coupure aan den Hornin de Noordelyke Lingedyk niet meer ter uitloozingen konden dienen; waarom wy ook dezelve teegen een wasfende Linge van booven, als mede, by opkoomende hoge vloeden, van beneeden met zomer fluitingen begonden te voorzien; zynde de Coupure aan den Horn, roet een ligte Kistdam van Palen en Horden, met fpecie daar - tusfehen opgewerkt, en de twee Coupures onder Acquoy met een rey Paaien en Horden, teegen dezelve, op de Raaylyn van den kruin des Dyks geplaatst, en voorts met aarde Kaadens op den 7 May provifioneel geflooten. Hebbende de kosten, volgens opgaave van den Opziener en Boekhouder van der Poel, hiertoe te zamen bedraagen —-—f 520 60 De verdere berftellingen van de gedeeltens deezer Dyken, hebben by befteedingen bedraagen op den 17e Juhy 1795; als namelyk de bovenfte Coupure onder Acquoy teegen over Asperen — 100 o o De beneedenfte Coupure ■ ■ 100 o o Aan den Horn • , 602 o o Te zamen|/ 1322^ 6] o De twee Coupures in de Noorder Whaaldyk, namelyk, de eerfte booven den Braadaal onder Herwynen, door den Dykbaas de Bruin, by den Ysgang in February, gefecureerd en geflooten gehouden, en waar H by ö De Jluiting van den Noorder Lingendyk aan den Horn en onder ^cquoy. De Cuopztref in den NoorierlVhaaldykby den Braadaal en Dalem.  t a t 1 I < Het fluiten der Coupures t onder Ryswyk en Sleeuwyk, 1 in de Maas- en \ Merwede Dy- l ken. 1 < « ! < 3° > * ook gedeeltelyk de Landmeeter Engelman is geweest, heeft gebost, an hetdigtmaaken ƒ 3^9 o o Aan het volkomen herftellen deezer Dyk, by Beftee4 i ling, op den ia Augustus 1795. ■ j 39° 0 0 Het fluiten van de Coupure onder Dalem, door den: Rentmeester Rom gedaan, met het uitbreken van het | • Lyzen en Vingerling voor de Dalemfchc Sluis 1 45°8 tj 8 Het verde/herftellen deezer Dyk, by Befteeding, op [en 10 Augustus 1795- ' —— | 990 0 ^ Te zamen ƒ 6277 18 Na dat dc Landmeeter Engelman den 4, 5 en 6 Maart aan den Dooriraak op de Leek met de Landmeeters Conrad en Verhey, en ook wyiers den 7 en 8 daar aan volgende, aan de Doorbraken te Asperen, als ,evoorens gemeld, geweest was, befpocde hyzich, en kwam oplaast>em das nog by den Opziener Bas*. Verhey in het Land van Altena, er tyd, wanneer nog maar llcgts 5 daagen den Ysdam omftreeks Bommel gezeeten, hebbende met een vreefclyk geweld gepasfeerd was, en de irondea noch naawlyks werkbaar waaren , om met hem degefteldheid der Coupures, dewelke aan de Maas, onder Ryswyk en aan de Merwede, onder ïleeuwyk ,by den Ysgang en het opzwellen der Rivieren op den 17 February des nag,s doorgebrooken waaren, op te meeten, en hunne Gon;cpten ter fluttingen daar over te bepaa&n, en daar van Rapport aan ie Dircftenren Brunings, de Bock en Dalhojf te doen, met het weike ry niet alleen den volgenden dag een begin maakten, maar teeyeüs maakten zy ook , volgens de aan hun gegeeven ordres, een dadelyk be'éZ om met het voorhanden Ryshout de Coupure te Ryswyk te dichen, om ware het moogelyk dezelve binnen weinig tyds geflooten te kryoen, en voorzeker had den Opziener Vrhey na het vertrek van den Landmeeter Engelman, naar Asperen enhetSpoel, de Coupures zoo ^ Ryswyk als te Sleeuwyk, binnen weinig dagen geflooten, uit hoofde van het mingevaarlyke en minomflagtige deezer Doorbraaken, en by de toenmaalige laagte van dc Maas en Merwede, en uit aanzien der weimge inftordng van het water, het welke wy toen 2 en 3 voeten diepte peilden , namelyk op den ouden Rysberm voor den Schaardyk aan de Maas op een watershoogte van circa 6 voeten aan de peilpaal te Dornichem. • 1 Dan.naauwlyks hadden wy, met de weinige voorhanden Materiaalen , een begin gemaakt, en de Landmeeter Engelman was maar even naar Cuilenburg vertrokken, of de Maas en de Whaal begonden hand over hand,' gelvk op de andere bevorens gem. Plaatzen op te zwellen; waar door gemélde Opziener, inweerwilzynergevorderdekunde, cnzynewcl oeintentioneerde pogingen , zich ten eenemaai verydela zag , en zyn voornecmen ftaaken moest: en waar door het Land van Altena, met alleen-door de Sleeuwykfche en Ryswykfche Coupures, maar ook en we! voornamclyk door de Doorbraaken te Hedikhuizen , in het Land van Heusden, op eene ongelukkige en geweldige wyze, tot eene aanmerkelyké diepte, over de gedeeltelyk treeds afgezakte Inundatie weder op nieuw overftroomde. Intusfchen , hadden wy onze Concepten en Berekeningen m een Rapport omfchreeven, ann de Directeuren Brunings, de hoek en Ualhoff, opgegeven, als namelyk om in dc Ryswykfche Coupure over den ' rü 0 ouden  ( 3ï ) ouden Rysberm aan de buitenzyde, eene verhoogde bekraaging te werken, om den inftortenden ftroorn aftefluiten, en dan aan debinnenzyde, een tweede Rysberm te maken, en het gat ter breedte van 8 Roeden, ter gemiddelde diepte van 6 voeten, op circa 6 voeten aan het Gornichems pei!, met aarde vol te vletten, ter hoogte van eene provifioneele Noodberinging. En de Slecuwykfche Coupure, ter breedte van 6 Roeden, en gemiddelde diepte van 4 voet, op voorfz. peils hoogte het binnenwaarts zittende Ryswerk te repareeren, en tot boven water aan te hoogen, en vervolgens aan de buitenzyde daar teegen een aarde Kade, ter hoogte van een voldoende Noodfluiting, met fpecie van dc Rivierplaaten, en van de beneeden liggende Oever op te vletten, en de compleete hèrftelHngen deezer Dyken by publicque befleedingen te laaten in orde brengen; het eerfte wierd by de Directeuren gcgouteerd, en tot het laatfte waaren reeds de ordres gegeeyen, die wy bereids desweegens ontfangen hadden. De Rivieren na den 22e Maart allengs weeder vallende, hadden wy de- Sleeuwykfche Coupure opden2e April bereids tot die foliditeit en breedte geflooten, dat wy door denzelven, over de aarde Kaade, met een Boerewaagen pasfeerden; waar aan. wy echter, tot meerdere fecuritcit nog eenige dagen , zoo tot het verkrygen van de vereischte hoogte als breedte,lieten voortwerken : ook hadden wy bereidsop dienselven dag de Ryswykfche Coupure, ter breedte van 18 voeten cn hoogte van 4 voeten boven waater, door de verhoogde Rysbekraaging geflooten : waar over ook de Pasfagie met Rytuigen (te vooren met een Pont door het Gat gedaan ,) weeder ongehinderd , met het maaken der afweegen konde gefchieden , dan deeze Rysberm was, gelyk meermaalen gezegd is, niet waterdicht, waarom wy dan ook agter denzelven een aarden Dam tot eene voldoende trap van breedte en hoogte, binnen weinig daagen opwerkten, en de. binnenfte Rysberm, bevoorens onder ons Concept ter fluiting opgegeeven, tot op de Befteeding uitfpaarden. Aan dit een en ander den Opziener Verhey, ook gedeeltelyk, ten byweezen en met overleg van den Landmeeter Engelman, bezig zynde, zouden.zy ondertusfehen de Bedekken hier van in gereedheid brengen: tefWyl de Burger Repfsefentant ïfowekii met den Burger van der Linde tot eeiie Infpectie in den Lande van Heusden,ook teevens in den Lande van Altena aan de Coupure te Ryswyk geweest waren; en offchoon wy aan den eenen kant, door de hooge Rivier, daar nogkonst, nog krachten teegen werken konden , de ftaaking van het zelve eenige dagen met geduld en leedweezen hadden moeten aanzien: zo hadden wy nochtans aan den anderen kant niet verzuimt, maar wel degelyk het eerfte oogenbllk waargenoomen, om deeze Coupures zo fpoedig mogelyk te fluiten: en wyders de Bellekken daarvan teconcipieeren:— Dan niet tegenftaande dit laatfte, had echter het ftaaken vanhet werk, offchoon veroorzaakt door eene te hooge Rivier, en ous ten onrechte, veel misnoegen te Woudrichem cn elders gegeeven; en dit gaf, zoo niet geheel, immers zoo veel den Landmeeter Engelman weet, grootelyks aanleiding dat den Burger Reprsefentanr. Bosveld konde goed vinden, om eene Werkende en wel vigileerende Commisfie te altereeren; en otfehoon wy bcreidsbeezig waaren met het maaken der Bellekken, nochtans den Landmeeter Liegc, en den Dykbaas Schram, tot het maaken dier Bedekken daar na toe te zenden. H 2 Dan  ( 32 ) Dan by eene naadere conferentie tusfehen den Burger Rspraefentant Bosveld en den Infpe&eur' Generaal Brunings in het Committé' van Algemeen Welzyn gehouden; zyn volgens die gemaakte Bellekken, deeze werken aanbefteed, na dac dezelve alvooreus door den Landmeeter Engelman, volgens een Qualificatie in dato 11 April geëxamineerd, en ook gedeeltelyk verbeeterd waaren, voornamelyk ook in zo verre aan dé Sleeuwykfche Coupure,op ernstigeinftantien van den gem. Landmeeter, en den Opziener Bastu Verhey niet alleen, maar ook den Dykgraaf en Heemraaden van den Lande van Altena, dat deeze Dyk na dat ook Commisfarisfen, by eene locaale Infpectie, daarvan overtuigd cn zulks ten vollen approbeerden, lo voeten binnenwaards toogsgewyze buitenwaards blyveade zoude gelegd worden; ten einde de vorstkade (bevorens tot dat oogmerk opzcttelyk gelegd) niet alleen in de binnen dorfeering van den Dyk te kunnen bevangen: maar ook teevens aan de buitenzyde ter ontwyking van veelvuldige verzinkingen uit oorzaak eener groote diepte voor den fmallen Pakberm en aangeleegen Dyk, zo in het verbreeden van den berm, als in het binnenwaarts overleggen van den Dyk en ook in het gedeeltelyk overwerken en het gecven eener beeteren buitentalu zo veel mogelyk, door deeze notabele verandering de verzinkingen in den Dyk te ontgaan. De kosten deezer werken hebben bedragen , namelyk het maaken van de Noodbcringing in de Ryswykfche j Coupure, in daggelden f J5*t o o En by Befteeding op den 20 April te Gorinchem, zo van het verder digt maaken, van deeze Coupure met de aanhoorige Defe&en in den Dyk; als wyders het repareeren en herftellen van den Dyk cn aanhorige Defecten, by dc geflooten en in February digtgebleeven Coupure by de Olymolen oadcr Woudrichem in een befteeding aangenoomen voor 5°°° °, 0 Het maaken van de Vorstkade onder Sleeuwyk , in daggelden ■ 75 & ° o Het verder digtmaken deezer Coupure, en het compleet herftellen deezer Dyk, met een aarde Berm aan de binnenzyde en een Rysberm aan de buitenzyde, op den 6 Mey te Gorinchem aanbefteed , voor de fom van — 2535 o o Te zamen tot herftellen der Dyken in het Land van Altena, zo aan dc Maas, als aan de Merwede —• —'f oSoSi c o Voorts was de Landmeeter Engelman door den Infpe&eur Generaal Brunings gelast, en op den 2ie April met de Opzieners «SrArarat cn Wisboom, door Commisfarisfen gequaliriceerd, om de noodige voorziening en herftcllingen der gegraavcn hulpgaaten in de Zeedyken van Werkendam toe den Haagoortfchcn Zasdyk wcrkftellig te maaken, en tevens daar by, om de aftappingen van de nog overgebleven Inundatie wateren, zo veel mogelyk , daar wy zulks noodzakelyk en gefchikt oordeelden , te doen ter uitvoer brengen. Tot dit voorichreeven einde hadden wy bereids op den 24e Mey alle de. hier na gemelde hulpgaaten, daar zulks noodzakelyk was, opeen voldoende wyze provifioneel teegen de opkomende vloeden geflooten: onder allen deeze was zeeker het Gat in den Groenendyk by de Bakkerskil eene der gevaarlykfte, in het welke wy by dcopkomendefpring- vloe- /  C 33 ) Vloeden, op den Ö3e en 24e April 2 en i\ voet vloedwater, boven dé Inundatie wateren opryfcnde, daar voor gekeerd hebbende, nog door eene in haast opgeworpene Kade hebben kunnen keeren. De kosten tot het maaken deezer Noodfluitingen hebben te zamen in daggelden bedragen, met het graaven ^an verfcheide Hulpgaten ter ontlastingen in de Molen en Boezemkadesn een fom van ƒ383:12:0 Onderwyl een Bellek tot het fluiten dezer Hulpgaaten geconcipieerd hebbende, zyn dezelve op den 6 Mey door Commisfarisfen, in 13 onderfcheidene Perceelen,te Gorinchem aanbefteed, te zamen bedragende eene fomma van ƒ 3725:-:- Het eerfte Perceel. No. 1 en 2 in de Vervoorenfche Polderkadc* Het tweede Perceel. No. 3. het Gat in den Groenendyk. Het derde Perceel. No. 4 en 5. de Gaten in den Nieuwendyk onder de Werken. Het vierde Perceel. No. G> het Gat by Jan Pennings, in de Nieuwe Dusfenfche Zeedyk* Het vyfde Perceel. No* 7. het Gat in den nieuwen Dusfenfche Zeedyk by de Roode Wiel. Het zesde Perceel. No. 8. het Gat in den nieuwen Dusfehen Zeedyk, by de Plunnefteeg. Het zeevende Perceel. No. 9, twee gaten in den ouden Dusfenfche Zeedyk, by het hul» van Corn'. van Donge. Het agtfte Perceel. No. 10 en il. twee Gaten in den Rommengatfchen Zeedyk. Het negende Perceel. No. 12, 13 en 14. drie Gaten in den Zeedyk onder Meeuwen. Het tiende Perceel. No. 15, 16 en 17. drie Gaten in de oude Dusfenfche Binnendyk. Het elfde Perceel. NOé 18 en 19. in de Dorenfche ouden Dyk. Het twaalfde Perceel. No. 20, 21 en 22. twee Gaten in den ouden Zeedyk, by en op de Werkenfche gronden. Het dertiende Perceel. No. 23. de afgegraven laagte van de Battery op de Werkenfche Sluis. No. 24. Drie Coupures in den Uppelfchen Zeedyk ten Zuiden vsn Werkendam met derzelver aanhoorige defecten. Tot bevordering der aftappingen van dc geïnundeerde Landen vervoegde zich de Burgers Engelman, Schram en Wisboom, by Dykgraaven en Heemraden, van de onderfcheide Landen, voornamelyk in de Landen van Dusfen en Altena, en hadden tot het voorfz. einde bereids op den 24 April tot ontlasting van de Vier-Bannen op den Nieuwen Dusfenfche Moolen Boezem een gat door de Scheikade laaten fteeken; en voorts wierd er op den 1 Mey na een gemaakt accoord met Dykgraaf en Heemraden van de Nieuwe Dusfenfche Polder in het ten besten geeven van hunne Molen Boezem en Buitenpolder tot ontlasting van de vier Bannen, nog een tweede gat door gemelde Seheikadegeftooken; en laatftelyk ten overvloeden nog een derde gat; ten einde de Inun-^ I datis"  ( 34 ) datie wateren door de geftooken Hulpgaaten in de Molenkaade of by de werkingen der Molens; wanneer de gaten door de fchoften geffooten de minfte ontlasting op de Buiten Polder, by het ryzeri der vloeden, voornamelyk dan, wanneer de Gantelfluis, door de vloed geÜftèèen was, konde behouden, cnby Jaag water gegeeven worden. Ook lieten wy de Almkade onder Almkerk, aan de Noordzyde oo 3 plaatfen doorfteeken, om by ftil weer , wanneer de Molens meer bovenwaards aan den Almftaande, weinig of niets konden werken, eene aanmerkelyké ontlasting te efFe&ueeren, van de geïnundeerde Landen onder Zandwyk, den üppel, Uitwyk, Ryswyck, Honswyk, de' Oude Ban, de Nieuwe Ban, Sleeuwyk, de Werken en onder Almkerk'. Ook hebben op de zeeven Bannen, offchoon en bereids eenige Hulpgaten in de Molenkade geftoken waaren nog 2 laaten doorfteeken, en ook op aanwyzingen onder het opzicht van den hoogen Waardsman Biesheuvel, tot affchot van het opmaalend water, by en neevens den naauwen Gantelbrug , een Gat, Canaals wyze, door den weg laaten graven, zo als zulks aldaar voor2jaaren, ten kosten van het gemeene Land, ook is gedaan geworden. Daar en booven hebben wy de Watermolens, oponderfcheide plaatfen, zeer fterk door het Ys en hooge Inundatie ontrampone rd zynde geëxamineerd; en teevens ook zo veel naar gelang des tyd; mogelvk was, de minst defe&e helpen maalbaar maaken. Dan, offchoon dit alles, hoewel grootdeels te laat, echter nog eenigermaate tot het aftappen der Inundatien bevorderlyk is geweest, is het hun nochtans ook by herhaalde Infpeftien gebleeken, en moeten dierhalven hier by voordraagen en desweegens in overweging geeven. Dat wanneer te eeniger tyd eens deeze Landen weeder door een of andere noodlottige Doorbraaken mogten inundeeren, er alvoorens de beste middelen dienden beraamd te worden, zo tot eene fpoedige ontlasting der hooge; als ook teevens tot eenige fpoedige aftapping der laagstmogelyke Inundatien, te weeten : 1. Hoedanig en waar, en wanneer de Polderkadens van de Boven¬ landen doortefteken. 2. Hoedanig en waar.de oude Alcenafche en Dusfenfche Zeedyk tot op de laagfte plaatfe van het Maayveld , gedeeltelyk te verlaagen, of tot een gepaste verlaaging in tyd van Nood handelbaar te maaken, teneinde de overftrooming teegen denzelven niet geftuit, en tot 4 en 5 voeten daar over moet ftorten, maar gereegeld kan doordryven. 3. Hoedanig en waar en hoe groot de hulpgaten aan den Groenendyk in het Nieuwe Land van Altena, en in den Nieuwen Dusfenfche Zeedyk teegen over Geertruidenberg, en voorts op andere plaatfen onder Douveren en elders, of wei na dat de Doorbraaken aan de Maaskant vallen, moeten doorgegraven worden» De kosten deezer Commisfie en ook gedeeltelyk het werk zelve, komen in geen aanmerking teegen de grootte fchaadens die deeze Landen, alleen dit Jaar uit gebrek eener fpoedige ontlasting der hooge en ook voornamelyk der laagere Inundatie geleeden hebben; en wilden wy hier over in byzonderheeden treeden, zo van het voordeel eener daar toe natuurlykc afhelling deezer Landen, het niet gebruiken dier mid-  C 55 ) middelen, en van daar ook het zo lange onder water blyven van de laage Landen, wy zouden hier van fchier geen einde kunnen vinden. Na dat de Landmeeter F. Beyerinck op den 5 Maart, en vervolgens, de drie gevallen Doorbraken op den 17 February in den hoogen Maasdyk onder Hedickhuizen in den Lande van Heusden, met den Land- i rneeter J Sabrier en den Opziener Corn. Wisboom gepeild, opgemeeten en hunne Concepten ter fluitingen 1. Tot een Concept Inlaagdyk. 2. Eene toogswyze omdyking over het Buitenland. 3. Eene toogswyze Indyking over het binnen Terrein : opgegeeven,en den Infpecleur GeneraaledenLieut.Coll.Ingenieur JJalnoff, hunne confideratien deswe egens aan het Committé van Algemeen Welzyn van Holland gefuppediteerd hadden heeft vervolgens de Opziener torn*. Wisboom, na dat de Maas weeder een gedecltelyke trap van laagte bekomen had, de doorgebroken Kaade op het Vlvmenfche Buitenveld op den 7, 8 en 9 April, by eene Riviershoogte , aan de Peilpaal te Heusden, van 8 voeten, geflooten, alwaar toen ter Z Jlu H ^Tr T°°mde' Cn Waar d00r de 'wee-bovenfte Doorbraaken door de Kadens op de Vlymenfche en Boekhovenfche Buitenvelden bevangen wierden; ook wierd ter zeiver tyd de beneedenfte Doorbraak door den Kribbaas Kriellaard, op last van hetDyk-Coilegie van het Land van Heusden, met een Vorstkade geflooten. Het eerfte heeft sekost - Het tweede - \f 5 o Vervolgens zoude tot meerdere dekking van het Land ' 28 van Heusden, by het open leggen deezer Doorbraken, de gaten' in de Hollandfche Kade of Dyk door de de Generaliteit digt gemaakt, en den Dam uit de Die fc by het Fort Crevecoeur gebrooken worden. •-' voorts wicrd op den i2 Mey door de Burgers Engelman, Wisboom en Schram, het verhoogen van den Dam van het Vergerend, over de Boekhovenfche gronden tot de Maas, tot'14 voet aan de Peilpaal te Keusden, ter ophooging in 15 Perceelen, ter lengte van 770 Roeden, op het Veld, in loco, aanbefteed, te famen voor een fomma van 1 o 854 o o Bedraagende deeze Noodfiuitingen, en de verdere voorzieningen door gemelde Perfoonen gedaan, te zamen . ^ ; . ~ ƒ 2552I 7[ g Voorts zyn'gemelde Burgers Engelman, Schram, en Wisboom by het Lecreet van het Committé van Algeemeen Welzyn van Holland, van den 2 Mey i795 gcqiiaIificeerd ? om de Beftekken tot het fluiten deezer Doorbraaken, en het verder herftellen der Dyken inden Lande van Heusden te maaken, als: 1. Van de Coupure te Douveren en bygelegen groote en kleinere Doorbraken onder den Elshout. 2. Van het repareeren derafgeflagen Dyken onder Vlymen van boven de Koorenmolen en onder Hedickhuizen, tot aan de oa de Schans onder Herpt en Bern, met het compleet herftellen 1 2 van Het fluiten ierNoodberin'ingen en het herf ellen der Dyken in het Laud van Heusden.  ( 3* ) van de Coupure by den Doorbraak van 1740 onder Hedickhuizem 3. Van de Omdyking over het Vlymenfche Buicenveld of in Steede. 4. Van het leggen van enen Inlaagdyk over de binnen Velden aldaar, zyn deeze Werken op den 5 Juny in 's Hage voor de bygevoegde fommen in 't openbaar aanbefteed, 1. De Coupure te Douveren en bygeleegen Doorbraaken | | voor . ƒ 8900 o o 2. Het Herftellen van den afgeflagen Dyk onder Vlymen en Hedickhuizen, met het verder opwerken van de geflote Coupure te Hedickhuizen, voor een fom van j 9000; o o 3. en 4. En omtrend den Inlaagdyk de onmogelykheidj wegens het gevorderd faifoen gezien hebbende, en de' omdyking by Aanbefteding te hoog (te weten een fom van ƒ37500:-:-) bcloopende, zyn de Opzieners Corn . Wisboom en Pr, Schram gequalificeert, om dit Werk by kleine Perceelen aan te Befteeden en voorts in Daggelden te maken, en heeft na de volleedige afwerking, in de Maand October, gekost 3405619! o Dan nog wegens eene meerdere verhoging van de Buitenberm, zoo in de gedigte Coupure , als ook buiten aan de Omdyking, is nog verwerkt, een fom van 1014 o o '7" 1 i te Zamen ƒ 52970.19 o De Ondergefchreeven vertrouwen hier meede aan debekoomen ordres te hebben voldaan. Heit en Broederfchapl Haage 5 Maart 1796. J. ENGELMAN. Voor zo veel den Leek en Dyk by 't Spoel te Cuilenborg, en de twee Linge Dyken by Asperen betreften, teekenen: K. GOUDRIAAN. F. W. CONRAD. REL  C 37 > RE CAPITULAT IE der AANGEWENDE KOSTEN, tot het HERSTELLEN der DOORBRAAKEN. De provifioneele Noodïluiting aan het' Spoel beneden Cuilénburg, bladz. 23. \f 26467 go f ' Het verder Opwerken by Befteeding op den 18 Mey Aanbefteed, voor I 5l75 0 o De Bywerken met de latere By werken i76o o o! TA VT Jrt , . Te ZaV^Cn f 334o2 O O De Noodfluitingen aan de Zuider Linge' f ' j" I Dyk, by en boven Asperen, bladz. 29. \'f 56io\ig o • Het verder Opwerken by Befteedingen j j op den 17 Juny 1795, voor I 2237'i5' o t> xt ,„ Te Zamen 784814 O De Noordfluitingen aan de Noorderf / Linge Dyk, byenboven denHorn,bl. 29. f 530 6 o Het verder Repareeren en Opwerken dezer Dyk, by Befteeding, op den 17 Juny 1795, voor — — _ _ 802 o o Te Zamen 1322 6 o ue Coupures in den Noorder Whaaldyk | , 1. Onder Herwynen in daggelden, bl.j 3 r rr — — ~~ ~~ f 389 00 i>y befteeding op den 10 Augustus] 1705. 30O o o «. Te Dalem, in daggelden, bladz. 30.! 45o8 1 8 By befteeding op den 10 Augustus! 'j I795-, voor 1 990 0 I 1 I Te Zamen 6277 1 8 in het Land van Altena: , 1. De Noodïluiting te Ryswyk, bladz. 32.!/ 1515 o o By befteeding den Dyk aldaar en on | der Woudrichem verder op te maken, en volledig te herftellen, op den 20 April! i aanbefteed voor — — — 500o o o 2. De Noodïluiting te Sleeuwyk, bi. 32. o o' VerderbybefteedingopdenóMeyvoor 2535j 0 o| Te Zamen 9808 o o De Noodfluitingen van de Hulpgaten in den Lande van Heusden, Dusfen en f Altena, in daggelden, bladz. 33. ƒ 38312 o Verder by befteedingen op den 6 May I • Te transporteeren ƒ 38312 0/5855810 8 K in  e 38 > lransport/ 3S3'i2 o ƒ 5SÖ58 10 in het compleet herftellen der Dyken, inj 13 perceelen, voor 1 3725 o o Te Zamen f 410812 De Noodiluitingen en verdere voor- I zieningen in den Lande van Heusden, in daggelden en by befteedingen gedaan , bladz. 35. — — —ƒ 2552; 7 8 By befteedingen op den 5 Juny 1795, als; 1. De Coupure te Doveren en bygeleegen Doorbraken onder den Elshout, bladz. 36. — — — — 8900 o o 2. Het herftellen der afgeflagen Dyk onder Vlymen en Hedickhuizen, bl. 36. 9000 o o 3. Het maken der Nieuwe Omdyking te Hedickhuizen, voor *s Lands rekening, in daggelden door de Opzieners Wisboom en Schram, heeft gekost,' bladz. 36. — — — —j 3405619 o Het verhoogen en verzwaaren van den Buitenberm, bladz. 36 — — j 1014 o o Te zamen het herftellen der voorn. Dyken in den Lande van Heusden, een fom van ■ —— 55523 6 Totale kosten tot herftelling der voorn. Doorbraken'/118290 9}