1157 lP ||€èntrafe Drinkwatervoorzieamg voor Noord-Overijssel BEKNOPTE SAMENVATTING UITGÈ^RKT PLAN '^ENTRAmDRINLffellVOORZIÉ'NïNO NOORl&)VERIjSSEÉ|t Opgemaakt door het Rijksbureau voor Drinkwatervoorziening in opdracht van het College Van ) Gedeputeerde Staten der Provincie Overijssel* A BEKNOPTE SAMENVATTING VAN HET UITGEWERKT PLAN BETREFFENDE EENE CENTRALE DRINKWATERVOORZIENING VOOR NOORD.OVERIJSSEL. Opgemaakt door het Rijksbureau voor Drinkwater* voorziening in opdracht van het College van Gedeputeerde Staten der Provincie Overijssel. INHOUDSOPGAVE. HOOFDSTUK I. Inleiding blz. 4. „ II. Keuze der waterwinplaatsen „ 5. „ III. Grondslagen van het ontwerp „ 6. „ IV. Technische beschrijving van het ontwerp. . . „ 9. V. Begrooting van het benoodigd kapitaal . . . „ 10. „ VI. Vorm en opzet der onderneming „ 11. VII. Rentabiliteit der onderneming. . . . .;>....„ 13. „ VIII. Slotbeschouwingen „18. B IJ L A G E N. BIJLAGE 1. Overzichtsplan van het buizennet. 2. Raming van de gemiddeld per etmaal te leveren hoeveel* heid water in de opeenvolgende bedrijfsjaren voor het gebied „Dedemsvaart". 3. Idem voor den „Noord* West*Hoek" (zonder Steenwijk). „ 4. Idem voor de gemeente Steenwijk. 5. Raming der uitgaven voor het bedrijf. „ 6. Raming der inkomsten van het bedrijf. 7. Rentabiliteitsberekening. BESCHEIDEN, op het Rijksbureau voor Drinkwatervoorziening aanwezig, welke voor belangstellenden ter inzage zijn te verkrijgen. 1. Nota inzake een geo-hydrologisch onderzoek op het Nolderveld onder de gemeente Zuidwolde (Dr.) en eenige in de nabijheid gelegen terreinen ten behoeve van een Centrale Drinkwatervoorziening voor NoordOverijssel. 2. Verslag van de ontijzeringsproeven op het Nolderveld ten behoeve van een Centrale Drinkwatervoorziening voor Noord-Overijssel. 3. Berekening van de bevolkingstoeneming gedurende de jaren 1900—1910 en 1910—1921, alsmede van de verwachte toeneming gedurende het tijdperk 1921—1955. 4. De berekeningen van het buizennet ca., benevens de berekening van het omstreeks het 30e bedrijfsjaar te verwachten maximale etmaalverbruik. 5. De teekeningen (in 158 bladen) van alle geprojecteerde leidingen op de schaal van 1 op 2500, waarbij de plaatsing van afsluiters en brandkranen is aangegeven. 6. De volgende teekeningen: / Pompstation op het Nolderveld: a. Waterwinplaats (situatie terrein pompstation, put met putschacht en gedetailleerde putschacht); b. Machinegebouw j c. Bezinkbakken; d. Filters en reinwaterkelder; e. Situatie (van het geheele pompstation en de leidingen op het terrein). //. Watertorens. De watertorens voor Lutten (500. Ms.) en Dalfsen (200 Ma.) 7. Een gedetailleerde begrooting. 8. Toelichtingen op de rentabiliteitsberekening. HOOFDSTUK I. Inleiding. Voorloopig pro- Ingevolge een in de Zomerzitting van 1917 door de Staten der Provincie ject (plan Aj. Overijssel genomen besluit werd door het Rijksbureau voor Drinkwater¬ voorziening een voorloopig onderzoek ingesteld om te kunnen beoordeelen, in hoeverre het wenschelijk en mogelijk zou zijn, dat de Provincie de '~'r,'A\ drinkwatervoorziening van één of meer gedeelten van haar grondgebied ter hand zou nemen. Op 7 Augustus 1919 werd een uitvoerig rapport te dezer zake uitgebracht (plan A). Verkort rapport Op verzoek van het College van Gedeputeerde Staten stelde het Rijksplan A. hureau daarna een beknopte samenvatting op, die onder dagteekening van 24 April 1920 in druk verscheen als „Verkorte bewerking rapport centrale drinkwatervoorziening provincie Overijssel" en aan alle Staten-leden werd toegezonden. Opdracht uitge- Daarop besloten Provinciale Staten in hun zitting van 8 Juni 1920, den werkt project (plan Minister Van Arbeid te verzoeken, het Rijksbureau het maken van een uitgewerkt plan (plan B) op te dragen. Deze opdracht werd verstrekt bij ministeriëele aanschrijving van 11 October 1920 No. 10 B Afd. V. Gang der werk- Terstond nadat de bovenvermelde opdracht was ontvangen, werd met zaamheden. nef verzamelen van statistische gegevens en het kopieeren van de kadas- \ trale plans als grondslagen voor het ontwerp van het buizennet aangevangen. Groote moeilijkheden leverde het vinden van een geschikte waterwinplaats voor het z.g. „Middengebied" (om en nabij de Dedemsvaart) van plan A op: verscheidene proefboringen moesten plaats vinden, eer het meest geschikte terrein kon worden uitgekozen. Toen in den aanvang van 1922 bleek, dat niet meer op verstrekking van kapitaal van Rijkswege tegen 4)4% mocht worden gerekend (de financiëele basis van plan A), werden de werkzaamheden op verzoek van Gedeputeerde Staten geschorst. Zij werden eerst weer voortgezet, nadat door Provinciale Staten in dien zin was besloten in hunne Zomerzitting van 1922. Inmiddels was gebleken, dat ook bij hoogeren rentevoet dan 4H % een rendabel bedrijf mogelijk zou zijn, indien van de invoering van „verplichte aansluiting" kon worden uitgegaan (zie Hoofdstuk VII). Nadat de voorbereidende geo-hydrologische nasporingen waren voltooid, had in den zomer van 1923 een volledig hydrologisch onderzoek plaats op het voorloopig als waterwinplaats gekozen terrein voor het z.g. Middengebied op het Nolderveld. Voorts werden alle wegen e.d., waarlangs buisleidingen zijn geprojecteerd, door den met het opmaken van het plan belasten ingenieur ter plaatse verkend, waarbij tevens in elke betrokken gemeente een bespreking met den Burgemeester of (en) den Secretaris plaats vond; ook werden besprekingen gehouden met de voornaamste industriëelen. In den loop van 1923 kwam het volledige ontwerp voor Noord-Overijssel gereed; einde 1923 werd een voorloopig rapport aan Gedeputeerde Staten uitgebracht, waarna tot het samenstellen van de onderhavige „beknopte samenvatting" werd besloten. Met de samenstelling van het technisch ontwerp was aanvankelijk belast de toenmalige ingenieur bij het Rijksbureau J. J. Roelants Jr.; diens - 5 - taak werd spoedig overgenomen door ir. J. E. Carrière ei., welke ingenieur gedurende de laatste maanden werd bijgestaan door ir. C. P. H. Jagtman c.i. De geologische onderzoekingen vonden plaats onder leiding van den geologisch-adviseur van het Rijksbureau Dr. J. F. Steenhuis, de hydrologische onder die van ondergeteekende. Alle chemische onderzoekingen geschiedden onder leiding van den scheikundige-bacterioloog van het Rijksbureau Dr. A. Massink. Met de technische leiding van de ontijzeringsproeven in het groot was voorts belast ir. C. Franx c.i. Wijziging van de Bij de uitwerking bleek het noodig of wenschelijk, de volgende wijzigingrondslagen van ^ • j ^ 11 1,1 » . 1 het plan A. Èen in ae grondslagen van net plan A te brengen: 1°. De in plan A onderscheiden gebieden „Noord-West-Hoek" en „Middengebied" worden als één economisch geheel beschouwd, dat verder „Noord-Overijssel" zal worden genoemd; de vroeger tot het „Hoofdgebied" behoorende gemeenten Dalfsen en Ommen zijn thans bij Noord-Overijssel gevoegd; het bleek mogelijk en wenschelijk, de Drenthsche gemeenten Hoogeveen en Zuidwolde in het plan voor Noord-Overijssel op te nemen; daarentegen is niet meer gerekend op voorziening van de Drenthsche gemeenten Havelte, Nijeveen en Vledder. 2°. Het „Hoofdgebied" volgens plan A kan onder de gewijzigde ecoif§^.t nomische omstandigheden bezwaarlijk als één geheel worden opge¬ lost. De drinkwatervoorziening van de nog niet verzorgde deelen van dat gebied zal zooveel mogelijk met gebruikmaking van de bestaande waterleidingen moeten worden bereikt; de daarop betrekking hebbende onderzoekingen zijn nog gaande; het is niet noodig om op den uitslag daarvan te wachten met het totstandbrengen van een watervoorziening voor Noord-Overijssel. 3°. Er is uitgegaan van een rentevoet van 5)4 %. 4°. Als basis voor de exploitatie is aangenomen de invoering van de z.g. „verplichte aansluiting" (zie Hoofdstuk VII). vau!ng°Pte 8ame11" Het uit£ewerkt plan omvat tal van bijzonderheden, die, hoe noodig en nuttig ook voor hen die van de zaak een meer diepgaande studie willen maken en in het bijzonder voor hen die de waterleiding zullen moeten tot stand brengen en beheeren, den niet-deskundigen lezer weinig belang kunnen inboezemen en voor hem het overzicht bemoeilijken. Daarom is deze „beknopte samenvatting" opgesteld, waarin slechts is opgenomen hetgeen strikt noodzakelijk is om degenen, die over het totstandkomen van de onderneming zullen moeten beslissen, in staat te stellen hun oordeel te vormen; aan den opzet der onderneming en de financiëele zijde van het vraagstuk (o.a. de tarieven) is daarbij de meeste aandacht geschonken. Voor den in de details belangstellende zijn de in den aanhef van dit rapport opgesomde bescheiden bij het Rijksbureau voor Drinkwatervoorziening ter inzage verkrijgbaar. HOOFDSTUK II. Keuze der waterwinplaatsen. Om verschillende redenen bleek het wenschelijk het onderhavige gebied technisch in twee groepen te splitsen, elk met een eigen waterwinplaats, en wel het z.g. gebied „Dedemsvaart", omvattende de om en aan de Dedemsvaart gelegen gemeenten, en den z.g. „Noord-West-Hoek", welk gebied Noord-West-Overijssel tot aan de lijn Meppel-Zwartsluis omvat (zie ook bijlage 1). - 6 - Geo- en hydrolo- Voor het gebied Dedemsvaart was het om technisch-economische redenen kingen in en'onThet wenschelijk, zoo eenigszins mogelijk een waterwinplaats aan te nemen in Nolderveld. de omgeving van Balkbrug. Bij het voorloopige project was de keuze ge¬ vallen op een terrein in de onmiddellijke omgeving van Balkbrug aan den weg naar Meppel; bij de uitwerking bleek al spoedig, dat het om verschillende redenen beter was, de waterwinplaats meer noordwaarts op of bij het Nolderveld in de gemeente Zuidwolde (Dr.) te stichten. Toen een boring met daaropvolgend wateronderzoek had aangetoond, dat het op het Nolderveld te winnen water ijzerverbindingen bevat, die alleen met behulp van chemicaliën afdoende zijn te verwijderen, werden nog proefboringen verricht op een terrein onder Linde en op het ten Arloderveld. Het bleek echter, dat overal in deze omgeving het grondwater ongeveer dezelfde eigenschappen als dat ter plaatse van het Nolderveld vertoont. Pompproef op Besloten werd daarom, de waterwinplaats van het gebied Dedemsvaart het ol erve . voorloopig te projecteeren op een in voorkoop verkregen gedeelte van het Nolderveld, waarna ter verkrijging van afdoende zekerheid een uitgebreid geo- en hydrologisch onderzoek werd ingesteld. Vooreerst werd een aantal boringen verricht. Daarna vond een pompproef plaats, waarbij gedurende een week doorloopend met verschillende opbrengst water aan den pompput werd onttrokken, terwijl de invloed van die onttrekking op het grondwater in de omgeving werd nagegaan door middel van waarnemingsputten. Deze onderzoekingen hebben geleerd, dat ter plaatse tot in lengte van dagen voldoende water voor de voorziening van het gebied Dedemsvaart kan worden opgepompt, welk water uit hygiënisch oogpunt voortreffelijk is, doch vóór de distributie moet worden ontijzerd. Voorts zijn bij de pompproef de noodige gegevens verkregen voor de constructie van de waterwinningsmiddelen. Ontijzeringsproe- Daarna is met behulp van een proefinstallatie op groote schaal in aanbid °P er' sluiting aan laboratoriumproeven nauwkeurig onderzocht, op welke wijze het water ijzer- en mangaanvrij is te maken. De hoeveelheden toe te voegen chemicaliën (aluin en soda), de gewenschte bezinkingstijd, de meest geschikte filtratiesnelheid, enz. werden daarbij vastgesteld. De proeven hebben een bevredigend resultaat opgeleverd, zoodat daarna een definitief ontwerp voor het pompstation kon worden opgemaakt. Waterwinplaats De keuze van een waterwinplaats voor den Noord-West-Hoek leverde West ïk^k. 00 veel minder bezwaren op. Het lag n.1. voor de hand, daartoe de bestaande waterwinplaats der gemeente Steenwijk te benutten, terwijl het Gemeentebestuur zich in beginsel bereid verklaard heeft, daartoe de noodige medewerking te verleenen. Uit de verkregen gegevens en een onderzoek ter plaatse bleek, dat deze, na de noodige uitbreidingen en verbeteringen te hebben ondergaan, zeer goed als waterwinplaats voor den geheelen Noord-West-Hoek dienst zal kunnen doen. HOOFDSTUK III. Grondslagen van het ontwerp, In het plan opge- Het ontwerp omvat 23 gemeenten, waarvan 21 in Overijssel en 2 in nomen jemeenten. j)fentne; 'm alphabetische volgorde zijn het: Avereest, Blankenham, Blokzijl, Dalfsen, Genemuiden, Giethoorn, Gramsbergen, Hardenberg-Ambt, Hardenberg-Stad, Hasselt, Hoogeveen, Kuinre, Nieuw-Leasen, Oldemarkt, Ommen, Staphorst, Steenwijk, Steenwijkerwold, Vollenhove-Ambt, Vollenhove-Stad, Wanneperveen, Zuidwolde en Zwartsluis. ' - 7 - Te verwachten Er is uitgegaan van het te verwachten waterverbruik omstreeks het ïnisteekTTeT^Oe 30e bedrijfsjaar, waarvoor het jaar 1954 is gekozen en waardoor blijkens bedrijfsjaar. uitgevoerde berekeningen het totaal van aanleg- en exploitatiekosten een minimum wordt. Op grond van de bekende aantallen inwoners der verschillende gemeenten vanaf 1 Januari 1860 tot op 1 Januari 1921 zijn, zoowel rekenkundig als grafisch, de vermoedelijke aantallen inwoners voor het jaar 1955 en voor enkele tusschengelegen jaren berekend. De aldus verkregen uitkomsten zijn met den Burgemeester en (of) den Secretaris der betrokken gemeenten besproken en naar aanleiding daarvan eventueel gewijzigd. Aldus worden omstreeks het 30e bedrijfsjaar in het gebied Dedemsvaart 92950, in den Noord-West-Hoek 28590 en in de gemeente Steenwijk 8580 inwoners verwacht. Aantal „aansluit- Het ligt voor de hand, dat niet alle inwoners tot de verbruikers zullen bare inwonen. kunnen behoorenj een deel der woningen ligt zóóver van het ontworpen buizennet af, dat aansluiting niet mogelijk, althans niet rendabel, zal zijn. Voor het berekenen en het in kaart brengen van het geprojecteerde buizennet, zijn van alle kadastrale plans copieën vervaardigd op de schaal van 1 op 2500; door telling is nagegaan, hoeveel woningen binnen 40 m. afstand van het ontworpen buizennet liggen, terwijl groepen van twee, drie of meer dicht op elkaar gelegen woningen aansluitbaar worden geacht, indien die afstand hoogstens twee, drie of meermalen 40 m. bedraagt. Gebleken is, dat, indien alle geprojecteerde uitbreidingen tot stand komen, voor het gebied Dedemsvaart rond 49 % der inwoners aansluitbaar is; voor den Noord-West-Hoek bedraagt dit percentage rond 70, voor de gemeente Steenwijk 99. Omstreeks het 30e bedrijfsjaar zijn volgens nauwkeurige berekening resp. 45850, 19820 en 8490 z.g. „aansluitbare" inwoners te verwachten. Voor de berekening van het buizennet, de machines, enz. is van deze cijfers uitgegaan. Voor de rentabiliteitsberekening daarentegen is veiligheidshalve aangenomen, dat de geprojecteerde uitbreidingen niet tot stand zullen komen; het percentage z.g. „aansluitbaren" wordt dan aanmerkelijk lager en wel 40 voor het gebied Dedemsvaart, 60 voor den Noord-West-Hoek, terwijl het voor de gemeente Steenwijk geen wijziging ondergaat, zoodat voor de berekening der inkomsten enz. is uitgegaan van resp. 37180, 17150 en 8490 „aansluitbare" inwoners. Door deze wiize van werken is de financieële opzet van het plan zeer veilig geworden. Aantal „aange- Niet alle aansluitbaren zullen zich inderdaad laten aansluiten; somsloten inwonen. migen zullen aan de bestaande wijze van watervoorziening de voorkeur blijven geven en, indien zij inderdaad over een in alle opzichten voldoend middel tot drinkwatervoorziening beschikken, zullen zij nooit verplicht kunnen worden, aan de waterleiding aan te sluiten. Aangenomen is op grond van de ervaring bij andere groepswaterleidingen, dat voor het gebied Dedemsvaart en voor den Noord-West-Hoek in het le bedrijfsjaar 60 % der „aansluitbare" inwoners inderdaad aangesloten zullen zijn; dit percentage klimt geleidelijk tot 92 in het 11e bedrijfsjaar. Voor de gemeente Steenwijk is aangenomen in het eerste bedrijfsjaar 97 %, welk percentage stijgt tot 99 in het 5e bedrijfsjaar (zie de bijlagen 2, 3 en 4). Waterverbruik. Op grond van ervaringen bij andere waterleidingen is voor Noord-Over- doele^nden?n^e * ïjssel aangenomen een gemiddeld verbruik voor huishoudelijke doeleinden van 30 1. per etmaal per aangeslotene in het eerste bedrijfsjaar, welke hoeveelheid geleidelijk opklimt tot 40 1. in het 11e bedrijfsjaar in verband met de ondervinding, dat het waterverbruik stijgt, naarmate een bevolking meer aan het gemak van een waterleiding gewend raakt. - 8 - Het verbruik zal echter op de verschillende dagen van het jaar zeer afwisselend zijn; voor het maximale etmaalverbruik, dat in den regel op een Zaterdag of Maandag in één der zomermaanden valt, is gerekend op 60 1. per hoofd. b. Industrie. De hoeveelheid water, die voor de industrie in de toekomst noodig zal zijn, laat zich uit den aard der zaak zeer bezwaarlijk met eenige juistheid vaststellen. Gebruikmakende van de dienaangaande verzamelde gegevens, o.a, verkregen door een dezerzijds ingestelde enquête naar het huidige mdustrieverbruik, waarbij aan alle industriëelen in het onderhavige gebied een uitvoerige vragenlijst ter beantwoording is gezonden, is voor de berekening van de capaciteit der werken aangenomen een waterverbruik van 10 % van het maximale etmaalverbruik voor huishoudelijke doeleinden, d.w.z. 300 m3. voor het gebied Dedemsvaart (hierin is een bedrag van 50 m3. voor de stichting „Veldzicht" begrepen) en 110 m3. voor den NoordWest-Hoek. Bij de hierna in Hoofdstuk VII behandelde rentabiliteitsberekening is echter veiligheidshalve een geringer verbruik voor industriëele doeleinden in rekening gebracht (zie de bijlagen 2, 3 en 4). c. Vee. Het maximale etmaalverbruik voor een stuk groot vee (koeien, paarden, enz.) is gesteld op 50 1.; voor een stuk klein vee (schapen, geiten, varkens, enz.) op 10 1. Als gemiddeld etmaalverbruik is 3/» van deze hoeveelheden aangenomen. Een berekening, gegrond op gegevens door de Directie van den Landbouw verstrekt, heeft aangetoond, dat omstreeks het 30e bedrijfsjaar in het gebied Dedemsvaart ongeveer 13100 stuks groot vee en 13800 stuks klein vee als „verbruikers" zijn te verwachten; voor den Noord-West-Hoek bedragen deze getallen resp. 6000 én 4700, zoodat het maximale verbruik door het vee in 1954 resp. op 800 en 350 m3. per etmaal' gesteld kan worden, althans voor de berekening van de capaciteit der werken; voor de rentabiliteitsberekening is weer van een geringere hoeveelheid uitgegaan (zie de bijlagen 2, 3 en 4). d. Eigen verbruik. Tenslotte is voor z.g. „eigen" verbruik van de waterleiding wegens het reinigen van de inrichtingen tot zuivering van water, het spuien der leidingen en wegens lekverliezen gerekend op rond 8 % van het gemiddeld etmaalverbruik voor andere doeleinden, welke hoeveelheid op dagen van maximaal verbruik verminderd is tot ongeveer 5 %. Gemiddeld- en Met deze gegevens komt men voor het 30e bedrijfsjaar tot een gemiddeld, maximaal-etmaal- resp maximaal etmaalverbruik voor het gebied Dedemsvaart van 2800, verbruik omstreeks . " , *• ' het 30e bedrijisjaar. resp. 3800 m3.; voor den Noord-West-Hoek bedragen deze cijfers 1200, resp. 1640 m3.; deze hoeveelheden komen overeen met een gemiddeld, resp. maximaal etmaalverbruik van 65 en 90 1. per verbruiker. Daarentegen is voor de rentabiliteitsberekening aangenomen een gemiddeld etmaalverbruik van resp. 2320 en 1035 m3. Maximaal-uur- De berekende hoeveelheid water zal niet gelijkmatig over de verschil- verbruik. lende uren van het etmaal worden afgenomen, doch het verbruik in de verschillende uren zal sterk afwisselen. Aangenomen is, dat het grootste uurverbruik 8.5 % van het maximale etmaalverbruik zal bedragen. Grondslagen be- De berekening van het buizennet heeft plaats gehad op de volgende rekening buizennet, grondslagen: 1°. De transportleidingen zullen omstreeks het 30e bedrijfsjaar het maximale etmaalverbruik in 22 uren kunnen vervoeren, zoodat voor kleine storingen in het bedrijf 2 uren per etmaal overblijven, terwijl bovendien aan de direct erop aangesloten distributieleidingen het berekende maximale uurverbruik kan werden afgegeven. 2°. Op elk punt van aansluiting aan het hoofdbuizennet kan de daarvoor berekende maximale hoeveelheid water afgetapt worden onder een druk van tenminste 18 m. boven het terrein ter plaatse. - 9 - Brandbiussching. 3°. Behalve de onder 2° genoemde hoeveelheid water kan op elk punt der leiding, waar een brandkraan geplaatst wordt, een hoeveelheid brandbluschwater worden afgetapt, die in het algemeen 5 1. per seconde en meer bedraagt, doch voor een klein gedeelte van het verzorgingsgebied bepaald is op 3.5 a 4 1. per seconde. Dit brandbluschwater is beschikbaar onder een druk van tenminste 18 m. boven het terrein, met dien verstande, dat aan de uiteinden van de leidingen in enkele ongunstig gelegen gehuchten deze druk 16 a 17 m. zal bedragen. Bij deze berekening is de ongunstige veronderstelling gemaakt dat de onttrekking van het brandbluschwater plaats heeft in het uur van maximaal-waterverbruik en de waterspiegel in het betrokken hoogreservoir op dat oogenblik slechts 1 m. boven den bodem staat. HOOFDSTUK IV. Technische beschrijving van het ontwerp. Waterwinning en Het water wordt door middel van een 4-tal geboorde putten ter diepte Gebied De- van onéeveer 40 m. aan den bodem onttrokken en door twee hevelleidingen demsvaart. in een niet watergevenden „centralen put" gevoerd. Door de z.g. bronnen- pompen wordt het uit den centralen put naar de bezinkbakken gepompt, waarbij onderweg toevoeging van de benoodigde hoeveelheden aluin en soda plaats heeft. Het water doorloopt deze bezinkbakken in minstens 4 uur met een snelheid van ten hoogste 1 A m.m. per seconde, waardoor de chemicaliën gelegenheid hebben in te werken en een groot gedeelte van de in het water aanwezige opgeloste ijzerverbindingen in onoplosbare verbindingen om te zetten en uit te vlokken. Vanuit de bezinkbakken stroomt het water met een snelheid van normaal 50 cm. per uur door een grofzandfilter, waarbij het praktisch ijzervrij wordt gemaakt. Ook het mangaangehalte wordt door deze bewerkingen voldoende verminderd. Daarna vloeit het water in den z.g. reinwaterkelder, van waaruit het door de z.g. torenpompen naar het verzorgingsgebied wordt gevoerd. ^ b'Noord-West- D€ Steenwijksche waterwinplaats zal na de noodige vernieuwingen en uitbreidingen als waterwinplaats van den geheelen Noord-West-Hoek dienen. Het water wordt op gelijksoortige wijze als voor het gebied Dedemsvaart aan den bodem onttrokken en in een niet watergevenden „centralen put" gevoerd, van waaruit het door pompen direct naar het verzorgingsgebied wordt gepompt. Opvoerwerktui- Voorloopig is electriciteit als krachtbron aangenomen. Ten tijde van de *en'g ,, jD uitvoering zal een berekening, gegrond op de dan geldende prijzen, moeten demsvaart uitmaken, of het wenschelijk is, de installatie eventueel door stoomma¬ chines, ruwoliemotoren o.d. te drijven. De bronnen- zoowel als de torenpompaggregaten bestaan uit een centrifugaalpomp met direct gekoppelden electromotor. Door deze opstelling is het mogelijk, de bronnen- en torenmachines onafhankelijk van elkaar te laten werken. In het geheel zijn twee volledige electrische pompinstallaties geprojecteerd, die eikaars reserve vormen en elk voor zich voldoende zijn om het bedrijf volledig op gang te houden. Bovendien is een pompaggregaat ontworpen, bestaande uit één bronnen- en één torenpomp, direct aan elkaar gekoppeld en door middel van een riemoverbrenging aangedreven door een ruwoliemotor. Op deze wijze is de zoo hoog noodige bedrijfszekerheid verkregen, ook bij onderbreking in de stroomlevering. b. Noord-West- Naast de thans bestaande electrische installatie voor de voorziening H k van de gemeente Steenwijk, bestaande uit een centrifugaalpomp met direct gekoppelden electromotor, moet een gelijkwaardige eenheid als reserve worden opgesteld, terwijl twee dito aggregaten voor de voorziening van het overige gedeelte van dit gebied geplaatst zullen worden. Ter verkrijging van de noodige bedrijfszekerheid zijn bovendien nog twee een- - 10 - trifugaalpompen geprojecteerd (één voor Steenwijk en één voor de rest van het gebied), die door middel van riemoverbrenging door een ruwoliemotor worden aangedreven. Hoofdbuizennet. Op bijlage 1 is het ontworpen hoofdbuizennet aangegeven. De totale lengte in eersten aanleg bedraagt ongeveer 260 k.m.; de middellijnen der buizen varieeren van 100 tot 250 m.m. De ontworpen watertorens zijn in onderstaande tabel aangegeven (zie ook bijlage 1): M.» 4 «J Inhoud in rlaats. _t I Lutten 500 I Hoogeveen .... 400 \ Dalfsen 200 Gebied J Staphorst 200 Dedemsvaart j Ommen 150 I Hasselt 150 [ Overijsselsch kanaal 100 \ (uitbreiding) i St. Jansklooster . . 400 Noord*West-Hoek Steenwijkerwold. .. 200 f Kuinre 100 In het buizennet zullen rond 500 afsluiters van verschillende binnenwerksche middellijn en rond 1350 brandkranen, verdeeld over de diverse gemeenten, geplaatst worden. Dienstleidingen. In het project zijn ook opgenomen de dienstleidingen, d.w.z. de leidingen, die het water vanuit de hoofdbuis in de woningen brengen, terwijl voor de laagste tariefklasse ook 2 m. binnenleiding met tapkraan door het bedrijf wordt verstrekt. Waterstand- Door aanleg van electrische verbindingen is het mogelijk, in de pomp- melders. stations den waterstand der diverse torenreservoirs ten allen tijde af te lezen. Dienstgebouwen. Behalve alle reeds beschreven werken zullen nog eenige dienstgebouwen gesticht moeten worden en wel een kantoorgebouw met directeurswoning in de plaats, die als zetel der administratie zal worden aangewezen; voorts woningen voor den hoofdmachinist en een machinist op het terrein van het pompstation te Zuidwolde en drie fitters, verdeeld over het geheele gebied. De op het terrein van het pompstation der gemeente Steenwijk aanwezige machinistenwoning kan waarschijnlijk worden overgenomen. HOOFDSTUK V. Begrooting van het benoodigd kapitaal. Een gedetailleerde begrooting heeft tot de volgende uitkomsten geleid: a. Gebied De- 1 < Aankoop van terrein voor de water* winplaats, de watertorens en de wo* ningen: f 14.000.- 2. Waterwinplaats (putten, hevelleiding, centrale put, enz.) 19.000.— 3. Pompwerktuigen ,• 33.000. 4. Machinegebouw 40.000.— 5. Inrichting voor de zuivering van het ruwe water en voor berging van het reine water op het terrein van het pompstation ,. 75.000. f 181.000.— - 11 - Overgebracht ... ƒ 181.000 — 6. Rioleering, afrastering, wegenaanleg, enz „ 22.000.— 7. Transport* en distributieleidingen . . „ 1.090.000.— 8. Dienstleidingen en watermeters . . . „ 121.000.— 9. Watertorens „ 300.000.— 10. Electrische waterstandmelders, telefo* nische verbindingen, enz „ 36.000.— 11. Dienstwoningen en magazijn . . . . „ 36.000.— 12. Inrichting der administratiegebouwen, gereedschappen, auto, enz „ 14.000.— f 1.800.000.— b. Noord-West- 1. Aankoop van terreinen voor het pomp* *'0*^ ' station, de watertorens en een woning ƒ 8.000.— 2. Waterwinplaats (putten, hevelleiding, centrale put, enz.) „ 16.000.— 3. Pompwerktuigen „ 25.000.— 4. Machinegebouw „ 20.000.— 5. Transport* en distributieleidingen . . „ 775.000.— 6. Dienstleidingen en watermeters . . . „ 80.000.— 7. Watertorens „ 140.000.— 8. Electrische waterstandmelders, telefo* nische verbindingen, enz „ 16.000.— 9. Dienstwoningen en magazijn . . . . „ 10.000.— 10. Gereedschappen, enz „ 10.000.— f 1.100.000.— *) . Veiligheidshalve zijn in deze posten inbegrepen de kosten van overneming der Steenwijksche Waterleiding. c. Algemeen. 1. Voorbereidingskosten, leiding en toe* zicht tijdens den bouw ƒ 90.000.— 2. Renteverlies tijdens den bouw . . . „ 110.000.— 3. Onvoorziene uitgaven en afronding . „ 50.000.— 4. Restitutie aan Rijk en Provincie van de kosten, verbonden aan het opmaken van het plan , 40.000.— 5. Bedrijfskapitaal „ 10.000.— f 300.000.— Totaal benoodigd kapitaal f 3.200.000.- HOOFDSTUK VI. Vorm en opzet der onderneming. Grondslagen. Het hoofddoel van de ontworpen waterleiding, n.1. het verbeteren van den hygiënischen toestand ten plattelande, eischt het distribueeren van zuiver water onder een zoo groot mogelijk deel der bevolking, derhalve het totstandbrengen van een zoo uitgestrekt mogelijk buizennet. Dit streven is ten eenen male in strijd met alle winstbejag, vandaar dat het particulier initiatief hier geen heil zal kunnen brengen en het bedrijf door de overheid zal moeten worden geëxploiteerd. Aan den anderen kant dient het bedrijf zichzelve op den duur te kunnen bedruipen, m. a. w. de inkomsten van het bedrijf dienen de lasten ervan op den duur te kunnen dekken, zoodat deze alleen drukken op de direct belanghebbende inwoners, dat zijn de verbruikers, en belastingverhooging voor de betrokken gemeenten, tengevolge van de deelneming aan de waterleiding uitgesloten is. Deze eisch klemt te meer in het onderhavige geval, waar door de verspreide bebouwing ten plattelande een betrekkelijk f 300.000.— - 12 - groot deel der bevolking niet rechtstreeks van de waterleiding zal kunnen profiteeren. Voorloopig ge- In hun zitting van 10 December 1924 besloten de Staten van de Provincie Ven!ootschaml°°Ze Overijssel op voorstel van het College van Gedeputeerde Staten, de totstandkoming van een centrale drinkwatervoorzfening voor Noord-Overijssel te bevorderen in den vorm van een intercommunale naamlooze vennootschap, die zoo noodig voorloopig een gemengd karakter zal dragen Daarbij zullen de betrokken gemeenten aandeelhoudsters zijn, zij brengen het benoodigde kapitaal bijeen in verhouding tot het aantal harer inwoners op een bepaalden datum. Voor het geval onverhoopt niet alle in het plan opgenomen gemeenten tot samenwerking bereid mochten blijken, kan de Provincie overwegen om de aandeelen der zich afzijdig houdende gemeenten voorloopig voor hare rekening te nemen. Laatstbedoelde gemeenten verkrijgen dan het recht om de voor haar bestemde aandeelen, zij het ook tegen een met den duur van het uitstel stijgenden prijs, van de Provincie over te nemen. Voordeden van Een voordeel van den gekozen bedrijfsvorm is, dat de meest direct beeen voorloopig ge- Ianghebbenden, dat zijn de gemeenten, het bedrijf tot stand brengen en in mengde . . stand moeten houden, terwijl de vennootschapsvorm een soepele en com- merciëele bedrijfsleiding mogelijk maakt. Mochten zeer enkele gemeenten hare medewerking weigeren, dan kan door de thans gekozen oplossing, waarbij de Provincie de aandeelen der zich afzijdig houdende gemeenten kan nemen, het plan wellicht toch nog worden uitgevoerd. Het spreekt vanzelf dat een dergelijke oplossing alleen mogelijk is, indien aanvankelijk een groot aantal en tevens gunstig gelegen gemeenten mededoet, terwijl latere toetreding van gemeenten uiteraard alleen onder oplegging van verzwarende voorwaarden zal worden toegestaan. Kapitaal. Het is niet noodzakelijk, dat elke gemeente afzonderlijk een leening plaatst. Door bemiddeling van de N. V. zal het mogelijk zijn, het totaal bonoodigd bedrag bij één of meer groote lichamen te leenen, waarbij van de zijde van Rijk en (of) Provincie hulp kan worden geboden; de gemeenten kunnen dan volstaan met een garantiebesluit. De rente en aflossing, die de gemeenten ten behoeve van de door haar te nemen aandeelen moeten opbrengen, worden door de vennootschap als dividend op de aandeelen uitgekeerd en door haar rechtstreeks aan de(n) geldschieter (s) uitbetaald. Reserve-kapitaal. Teneinde de N. V. hiertoe ook in de eerste bedrijfsjaren, wanneer uiteraard nog slechts een betrekkelijk gering aantal inwoners is aangesloten, in staat te stellen, wordt behalve het benoodigde stichtingskapitaal ook een reserve-kapitaal bijeengebracht, waaruit gedurende de eerste jaren het batig saldo uit het bedrijf voor zoover noodig wordt aangevuld. Naarmate het aantal aansluitingen stijgt, vermindert bet aan het reservefonds te ontleenen bedrag; tenslotte treedt het tijdperk in, waarin de N. V. niet alleen een voldoende dividend kan uitkeeren, maar bovendien jaarlijks een bedrag overhoudt, dat dan bestemd wordt om het geslonken reservefonds weer op het aanvankelijk peil te brengen. Blijkens de hierna te bespreken rentabiliteitsberekening zal een reservekapitaal van ƒ 300.000 voldoende zijn om de N. V. in staat te stellen, steeds, aan hare finantieiële verplichtingen te voldoen, zoodat de gemeente-financiën niet door de bedrijfsresultaten worden beïnvloed. Risico-garantie In samenwerking met de betrokken Provincie is door den Staat in ver¬ schillende gevallen nog steun verleend aan intercommunale waterleidingondernemingen en wel door toezegging van een z.g. risico-garantie (o.a. voor de waterleidingen „Zuid-Beveland", „Tholen", „Noord-West-Bra- - 13 - bant" en „Zuid-Limburg"). De bedoeling van deze garantie is de volgende. De rentabiliteitsberekening moge met de meest mogelijke voorzichtigheid zijn samengesteld, de mogelijkheid is niettemin niet geheel uitgesloten, dat tengevolge van zeer bijzondere omstandigheden de geldelijke uitkomsten beneden de verwachtingen zullen blijven, waardoor het reservefonds ontijdig zou worden uitgeput en de vennootschap niet in staat zou zijn, een voldoende dividend uit te keeren. Indien dit geval zich onverhoopt zou voordoen, wordt op grond van een eventueel toegezegde risico-garantie het ontbrekende door den Staat, in samenwerking met de Provincie, aangevuld door de toekenning van rentelooze voorschotten en wel tot een gezamelijk bedrag van ten hoogste het aanvankelijke reservekapitaal. Vermoedelijk kan ook voor de onderhavige waterleiding een dergelijke steun worden verkregen, waardoor het geldelijk risico der gemeenten praktisch geheel wordt weggenomen. Inbreng van de Het Gemeentebestuur van Steenwijk is in beginsel bereid, de noodige terleiding8011* "* medewerking tot het verwezenlijken van de plannen te verleenen. In het rapport is aangenomen, dat de geheele Steenwijksche Waterleiding in het nieuwe bedrijf zal worden opgenomen. Uiteraard zijn ook nog andere oplossingen mogelijk. , Concessie. Het ligt in de bedoeling, dat de betrokken gemeenten concessie zullen verleenen aan de N. V., waardoor aan de laatste een monopolie wordt verzekerd, terwijl de gemeenten zich hierdoor tegen willekeurige handelingen van de N. V. kunnen vrijwaren. HOOFDSTUK VIL Rentabiliteit der onderneming. Waterverbruik. Te leveren wa- Ter beoordeeling van de rentabiliteit der onderneming is in de eerste terhoeveelheden. plaats een raming van de gemiddeld per etmaal te leveren hoeveelheid water voor het gebied Dedemsvaart (bijlage 2), den Noord-West-Hoek (bijlage 3) en de gemeente Steenwijk (bijlage 4) opgemaakt. De wijze, waarop de grondslagen dezer raming zijn vastgesteld, is grootendeels reeds in Hoofdstuk III besproken. Voorts diene nog het volgende ter toelichting. Wanneer men de bevolking geheel vrijlaat om aan te sluiten aan een waterleiding wanneer zij dat verkiest, dan leert de ervaring, dat nagenoeg allen, die daartoe in de gelegenheid zijn, op den duur tot aansluiting overgaan. In de eerste jaren echter wachten velen, ons volkskarakter getrouw, af, hoe het anderen bevalt, waarna eerst langzamerhand breedere lagen der bevolking het groote nut en gemak eener goede watervoorziening inzien en eveneens tot aansluiting overgaan. Het gevolg hiervan is, dat in de eerste jaren groote verliezen worden geleden, doordat het aantal aansluitingen dan nog gering is, terwijl het buizennet enz. op volle capaciteit is aangelegd. Veel aanslnitin- Zooals reeds in de inleiding is vermeld, is voor Noord-Overijssel alleen vanVaTnoodig.*"11 een op c*en ^aur renaabel bedrijf te verwachten, indien reeds in de eerste bedrijfsjaren een belangrijk aantal aansluitingen gewaarborgd is. Dit is alleen mogelijk door de vrijheid der aan de buisleidingen wonenden om niet aan te sluiten, te beperken. Het behoeft geen betoog, dat tevens hierdoor en hierdoor alleen het hygiënisch doel eener waterleiding volkomen wordt bereikt. De ervaring leert, dat hiertoe de volle medewerking der betrokken gemeentebesturen noodig is. Deze kunnen daartoe in hare bouwverordening een bepaling opnemen, dat al de nieuw te bouwen woningen aan de waterleiding moeten worden aangesloten, voor zoover zij binnen zekeren afstand van een waterleidingbuis zijn gelegen; voorts - 14 -. kunnen zij bepalen, dat iedere huiseigenaar, die niet kan aantoonen, dat in of bij de hem toebehoorende woning een middel aanwezig is tot drinkwatervoorziening, waardoor ten allen tijde een voldoende hoeveelheid drinkwater van deugdelijke samenstelling voor de bewoners beschikbaar is, binnen zekeren tijd tot aansluiting aan de waterleiding moet overgaan. Nieuw te bouwen woningen kunnen derhalve een regenbak en (of) welput missen, terwijl de aansluiting aan de waterleiding gratis geschiedt. Ervaringen bij Blijkens elders opgedane ervaringen, o.a. bij het Provinciaal Waterlei- andere waterleidin- dingbedrijf van Noord-Holland, waarbij reeds ruim 80 gemeenten zijn aangesloten, en de N. V. Waterleiding-Maatschappij „Tholen", welke alle 7 op het eiland Tholen gelegen gemeenten van water voorziet, werken dergelijke bepalingen zeer gunstig en geven zij tot weinig of geen moeilijkheden aanleiding. De gemeenten, aangesloten bij de N. V. Waterleidingmaatschappij „Noord-West-Brabant", hebben zich verplicht, om binnen 5 jaar na de inbedrijfstelling eveneens verplichte aansluiting in te voeren. Ook bij verschillende plaatselijke waterleidingen is aansluiting verplicht gesteld. Aansluitingsper- De in kolom 5 van de bijlagen 2 en 3 vermelde aansluitingspercentages centage. Soepele zijn gebaseerd op de verplichte aansluiting; zij zijn, in vergelijking met de IvwpHchfe aanslui- tot op heden bij de bovenomschreven waterleidingbedrijven verkregen resultaten, matig te noemen. Er blijkt ook uit, dat op een soepele toepassing van de „verplichte aansluiting" is gerekend; het gemeentebestuur dient met het noodige beleid te werk te gaan, waardoor blijkens de ervaringen eenerzijds botsingen met onwilligen zooveel mogelijk worden vermeden en anderzijds het tempo van aanmelding van verbruikers wordt versneld. De in kolom 8 van genoemde bijlagen vermelde hoeveelheden voor huishoudelijk verbruik zijn berekend uit de cijfers van de kolommen 6 en 7. Verbruik door de Voor de berekening van het vermogen der aan te leggen werken werd industrie. gerekend op een etmaalverbruik van 300 m3. voor het gebied Dedemsvaart en 110 m3. voor den Noord-West-Hoek omstreeks het 30e bedrijfsjaar (zie Hoofdstuk III); voor de rentabiliteitsberekening is uitgegaan van een verbruik van 120 resp. 45 m3. per etmaal voor het eerste bedrijfsjaar, welke bedragen geleidelijk opklimmen tot 250 resp. 95 m3 omstreeks het 30e bedrijfsjaar. Verbruik door den Zooals reeds in Hoofdstuk III vermeld is, is voor de bepaling van de veestapel. capaciteit der werken gerekend op een waterverbruik door het vee van 800 m3. voor het gebied Dedemsvaart en 350 m3. voor den Noord-WestHoek. Voor de rentabiliteitsberekening is daarentegen slechts aangenomen 140 resp. 60 m3. in het eerste bedrijfsjaar, welke hoeveelheden geleidelijk opklimmen tot 530 resp. 235 m3. omstreeks het 30e bedrijfsjaar. Gezien de ervaring elders mag deze schatting aan den zeer veiligen kant worden geacht. Spuien en lek- In de eerste 3 bedrijfsjaren is wegens het nog geringe verbruik voor an- verliezen. dere doeleinden en het daardoor noodige veelvuldig spuien van het buizen¬ net op een hooger „eigen verbruik" gerekend dan de in Hoofdstuk III genoemde 8 %. Waterverbruik Op bijlage 4 is in kolom 6 het voor de opvolgende bedrijfsjaren verwachte gemeente Steen- etmaalverbruik voor de gemeente Steenwijk vermeld. Het in kolom 5 gegeven gemiddeld waterverbruik per etmaal per inwoner is geschat met behulp van de voorhanden gegevens van het waterverbruik, vanaf het jaar der oprichting van de waterleiding. In de aangenomen hoeveelheid van 70 1. is inbegrepen het verbruik door de industrie, enz. benevens een hoeveelheid voor spuien en lekverliezen. - 15 - Uitgaven voor het De geraamde uitgaven voor het bedrijf zijn aangegeven in bijlage 5. bedrijf. Smeer- en poets- De in kolom 8 vermelde kosten van smeer- en poetsmiddelen zijn gemiddelen, raamd op ongeveer 3 % der totale stroomkosten. Onderhond. Voor de berekening van de kosten van onderhoud der werken, vermeld in kolom 10, is verondersteld dat gemiddeld over de verschillende bedrijfsjaren noodig zal zijn in procenten van de aanlegkosten: 0.3 % voor de transport- en distributieleidingen; 0.75 „ „ „ watertorens; 1 „ „ „ putten, hevelleidingen, luchtzuigleidingen, machines, ge¬ bouwen, filters, waterstandsaanwijzers en dienstleidingen, en 2 „ „ „ inrichting der administratiegebouwen, de hulpwerk¬ tuigen en het fittersgereedschap. Er is echter aangenomen, dat in de aanvangsjaren minder, in de latere jaren meer dan het gemiddelde noodig zal zijn. Personeel. Voor de bezoldiging van den directeur en van het kantoorpersoneel, be¬ staande uit één boekhouder, 3 klerken en één jongste-bediende, zijn de in kolom 11 genoemde bedragen geraamd. Kolom 12 vermeldt de loonen van het personeel van de beide pompstations. Daarbij is gerekend voor het pompstation te Zuidwolde op een hoofdmachinist, die het toezicht zal houden op het machinebedrijf en op de winning en de zuivering van het water, een machinist en een terreinwerker voor het schoonmaken van de bezinkbakken en de filters. Voor de bediening van het pompstation te Steenwijk Is één machinist voldoende, wegens het zeer eenvoudige bedrijf. De loonen van het personeel voor de exploitatie van het buizennet, bestaande uit 2 opzichters, één hoofdfitter, 3 fitters en eenige gravers, zijn voor het grootste gedeelte opgenomen in kolom 13, terwijl die loonen voor het resteerende gedeelte bestreden zullen worden uit de voor onderhoud uitgetrokken bedragen. De uitgaven voor het personeel vertoonen een geleidelijke stijging met het oog op de periodieke verhooging der salarissen en loonen. Inkomsten. Tarieven. Teneinde de te verwachten inkomsten te kunnen ramen, is het allereerst noodig, de tarieven voor verschillende doeleinden vast te stellen. Tarief voor huis- De betaling door de aangeslotenen kan volgens verschillende systemen hondelijk verbruik. geschieden, waaruit te zijner tijd een keuze zal moeten worden gedaan (metertarief, huurwaarde-tarieven, oppervlakte-tarief, kamer-tarief, enz.). Bezwaren van Op het eerste gezicht heeft het metertarief, waarbij het gemeten werke- het metertarief. verDruik betaald moet worden, veel aantrekkelijks. Er zijn echter groote bezwaren aan verbonden. De bevolking moet nog aan het overvloedig gebruik van leidingwater wennen. Het besef, dat elke ms. water betaald moet worden, zal vele huisvrouwen ertoe brengen, het oude waterwinningsmiddel zooveel mogelijk te blijven gebruiken, waardoor het hygiënisch doel der waterleiding voor een groot gedeelte wordt teniet gedaan. Bovendien zijn de aanschaffingskosten van watermeters vrij hoog en vergen zij veel onderhoud. Ook het geregeld aflezen der meters over geheel Noord-Overijssel zou veel kosten aan administratie en personeel meebrengen. Alles bijeengenomen zou het water zeker 40 % duurder worden dan bij toepassing van een ander tarief. Ten slotte is aan het metertarief nog het bezwaar verbonden, dat de groote gezinnen, die een nuttig en geoorloofd gebruik van de waterleiding maken, steeds het meest zouden moeten betalen. „ „ watertorens; „ „ putten, hevelleidingen, luchtzuigleidingen, machines, gebouwen, filters, waterstandsaanwijzers en dienstleidingen, Uitgaven. - 16 - Abonnement*- Om deze redenen verdient een of ander abonnementstarief althans in tarieven. aanvang Van het bedrijf zeker de voorkeur. De aangeslotenen krijgen dan voor een vast bedrag de beschikking over een alleszins voldoende hoeveelheid water. Alleen bij vermoede waterverspilling wordt een watermeter ter controle geplaatst. Het aangenomen In dit project is het kamertarief, waarbij voor een aansluiting een bekamertarieL paald bedrag per jaar betaald wordt, afhankelijk van het aantal vertrekken in de aangesloten woning, als grondslag aangenomen. Dit is echter slechts een voorloopige keuze. Indien mocht blijken, dat een andere basis voor een abonnementstarief voor Noord-Overijssel meer gewenscht is, is er geen enkel bezwaar, een ander tarief in te voeren (b.v. naar de kadastrale huurwaarde of de oppervlakte der woningen). Tarief voor huis- Aan de berekening van de inkomsten voor huishoudelijke doeleinden houdelijk verbruik. ^ het volgende tarief ten grondslag gelegd: Aantal kamers Jaarlijks te Toegelaten water* f ;iJ*«* per woning: betalen bedrag: verbruik per jaar: 1 ƒ 7,_ 50 m*. 2 „ 12.— 60 „ 3 H 19._ 70 „ 4 „ 27.— 80 „ 5 „ 35.— 90 „ 6 „ 40.— 100 „ 7 () 45,_ HO „ 8 of meer „ 50.— 120 „ Voor baden, tuinbesproeiing, enz. moet extra worden betaald. Volgens de door het Centraal Bureau voor de Statistiek en de gemeentebesturen welwillend ter beschikking gestelde gegevens zijn in Noord-Overijssel (uitgezonderd Steenwijk) gemiddeld per 1000 woningen aanwezig: 220 één-kamerwoningen 390 twee175 drie90 vier- „ 50 vijf- 30 zes- „ 20 zeven- „ 25 acht- of meer kamerwoningen, terwijl in 1000 woningen gemiddeld 4570 personen gehuisvest zijn. Gemiddelde op- Op grond van deze gegevens is de opbrengst per 1000 aangesloten wobrengst per ver- njngen becijferd op ƒ 17075.— of per aangesloten inwoner gemiddeld bruiker. ^ ^ bedrag vormt den grondslag voor de inkonistenberekening en zal dus ook bij de keuze van een ander tariefsysteem moeten worden aangehouden. . Verwacht mag worden, dat dit bedrag ongeveer met 3 ets. per jaar zal stijgen door toenemend verbruik, ook voor baden, tuinbesproeiïng, enz., totdat omstreeks het 16e bedrijfsjaar een bedrag van gemiddeld ƒ 4.20 bereikt is. Deze bedragen zijn voor de opeenvolgende bedrijfsjaren aangegeven in kolom 6 van bijlage 6. Tarief voor de Het tarief voor de groot-industrie, groote boerenbedrijven, hotels, bak- groot-industrie, kerijen, enz. is als volgt gedacht: benTnbe' Voor de eerste 125 m» per jaar f 0.40 per m«. „ volgende 125 „ „ „ 0.35 „ „ d. o. v. 250 „ „ „ .. 0.325 „ „ < „ „ 500 „ „ „ „ 0.30 „ „ „ 1000 „ , 0.275 „ „ • 2000 „ „ Ü » 0-25 - » 4000 „ „ h - °-225 » " " " „ 8000 „ „ | .. 0.20 „ m - 17 - terwijl voor een verbruik van meer dan 16.000 m', per jaar contracten op bijzondere voorwaarden kunnen worden afgesloten. Dit water wordt uitsluitend over den meter geleverd; de boven geopperde bezwaren tegen het metertarief voor huishoudelijk verbruik vervallen hier geheel. Tarief voor Kleine bedrijven en neringen, die een beperkte hoeveelheid water ver- vooT'kndbouwera bruiken, kunnen volstaan met een nader overeen te komen bijslag op hun met minder dan 6 tarief voor huishoudelijke doeleinden. Kleine landbouwers, met hoogstens stuks vee. ^ stuks vee, betalen een nader vast te stellen toeslag, b.v.f 3.— per stuks vee per jaar, en mogen dan voor dit bedrag voor hun bedrijf vrijelijk water gebruiken. Tarieven voor de Het is alleszins billijk te achten, dat de thans geldende tarieven voor wijk?611** ^*een" de gemeente Steenwijk, bij stichting van een groepswaterleiding, geen verhooging zullen ondergaan. Met behulp van de ter beschikking staande gegevens is berekend het bedrag, dat thans gemiddeld per verbruiker wordt opgebracht, daarbij inbegrepen de opbrengst van industrie en vee. Dit bedrag is als grondslag voor de berekening van de te verwachten inkomsten aangenomen; het is vermeld in kolom 7 en vertoont gedurende de eerste bedrijfsjaren jaarlijks een geringe stijging. Brandblusch- In geval van brand kan aan de brandkranen vrij bluschwater worden ontnomen; aangenomen is, dat door de gemeenten een yast bedrag van ƒ 5.— per jaar betaald zal worden voor elke binnen haar gebied gelegen brandkraan, als vergoeding voor de kosten van aanschaffing en onderhoud en waterverschaffing. De hieruit geraamde ontvangsten zijn opgenomen in kolom 11. Andere inkom- In kolom 12 zijn vermeld de inkomsten, die verwacht kunnen worden wegens huur van watermeters, het verrichten van filters- en andere werkzaamheden, enz. Rentabiliteitsberekening. Bijlage 7 geeft een overzicht van de rentabiliteit der onderneming. Zooals in Hoofdstuk V is opgemaakt, zal het benoodigde kapitaal ƒ 3.200.000.— bedragen. Uit de rentabiliteitsberekening blijkt, dat een reservekapitaal van ƒ 300.000.— noodig is, om de tekorten der aanvangsjaren te dekken (zie ook Hoofdstuk VI). Het bedrag, waarvan de onderneming rente en aflossing moet kunnen uitkeeren, bedraagt dus ƒ 3.500.000.—. Als rentevoet is 5% % aangenomen. Aflossing. In overeenstemming met hetgeen voor groepswaterleidingen als de on¬ derhavige gebruikelijk is, is aangenomen, dat gedurende de eerste 12 bedrijfsjaren geen aflossing behoeft te geschieden van de door de gemeenten en c.q. de Provincie aangegane leeningen ten behoeve van de deelneming in het bedrijf, doch dat de aflossing in het 13e jaar zal beginnen en in 48 jaren zal afloopen bij wijze van annuiteit, zoodat de gesloten leeningen na 60 jaar geheel zijn afgelost; vanaf het 13e bedrijfsjaar moet dan door het bedrijf een annuiteit van 5.956 % worden opgebracht. Afschrijving. Gerekend is, dat met de op de werken noodzakelijke afschrijving hoofd¬ zakelijk eerst tegelijk met de aflossing der leeningen, d.i. in het 13e bedrijfsjaar, wordt aangevangen. Met het oog op het monopolitisch karakter van het bedrijf is zulks gewettigd, terwijl de grootte van het benoodigde reserve-kapitaal daardoor een minimum wordt. Daarna wordt jaarlijks afgeschreven: a. een bedrag gelijk aan de aflossing en - 18 - b. een extra-bedrag tot vorming van een fonds, dat bestemd is, om zonder nieuw kapitaal op te nemen, die onderdeelen te kunnen vernieuwen, waarvan verwacht wordt, dat zij vóórdat de looptijd der leeningen is geëindigd, zullen zijn versleten, zooals machines, dienstleidingen, enz.; het bedrag van deze jaarlijksche storting, waarmede reeds vóór het 13e bedrijf s jaar wordt aangevangen, is vermeld in kolom 6. Te verwachten Uit de rentabiliteitsberekening blijkt, dat gedurende de eerste 8 be- ïdrijisuitkomsten drijf8jaren vermoedelijk tekorten zullen ontstaan, die uit het reservefonds zullen worden gedekt en die geleidelijk kleiner worden; dat na het 8e jaar het bedrijf een overschot zal opleveren, en dat tengevolge van de in het 13e jaar beginnende afschrijvingen een vermindering van het overschot zal optreden; daarna worden aanvankelijk kleine, steeds aangroeiende overschotten verwacht, die tot het aanvullen van het reservefonds zullen dienen. Tevens blijkt, dat dit fonds ruimschoots voldoende is om de tekorten te dekken; in het ongunstigste, d.i. het 8e bedrijfsjaar, zal de stand van het fonds nog ruim ƒ 82.000.— zijn. Onder „overschot" c.q. „tekort" moet hier worden verstaan het saldo, nadat door het bedrijf rente en aflossing van de aangegane leeningen is voldaan. HOOFDSTUK VIII. Slotbeschouwingen. De resultaten van het in de voorgaande bladzijden beschreven onderzoek kunnen in het kort als volgt worden samengevat: 1. De stichting van een centrale drinkwatervoorziening voor Noord-Overijssel is zoowel technisch als economisch zeer goed mogelijk. Het daartoe ontworpen plan omvat 23 gemeenten, waarvan 2 in Drenthe gelegen zijn. 2. Voor de voorziening van het overig deel van Overijssel zal zooveel mogelijk van de bestaande waterleidingen moeten worden gebruik gemaakt. In afwachting van de nadere uitwerking der daartoe aanhangige plannen is het mogelijk, en dus ook wenschelijk, tot uitvoering over te gaan van het plan voor Noord-Overijssel. 3. De onderneming is als een naamlooze vennootschap gedacht, waarbij de lasten uitsluitend door de direct-belanghebbenden, dat zijn de verbruikers van leidingwater, worden gedragen. 4. Voor een spoedige totstandkoming is hulp van de provincie gewenscht; medewerking van de betrokken gemeenten dient echter voorop te staan. 5. De onderneming zal alleen op den duur zichzelve geheel kunnen bedruipen bij dragelijke tarieven, indien van den aanvang af een groot aantal aansluitingen wordt gegarandeerd, waartoe medewerking van de gemeentebesturen noodzakelijk is. 6. Het voor de stichting der onderneming benoodigde kapitaal zal moeten bedragen ƒ 3.500.000.—. 7. De financiën der deelnemende publiekrechtelijke lichamen worden niet door de stichting van de waterleiding beïnvloed, de belastingdruk wordt er niet door verzwaard. 's-GRAVENHAGE, Februari 1925. De Directeur van het Rijksbureau voor Drinkwatervoorziening, W. F. J. M. KRUL. DRINKWATERVOORZIENING VOOR NOORD-OVERIJSSEL BUIZENNET. SCHAAL 1 : 200 000. BIJLAGE 1. 200 100 ® 45 + 40 OM3 VERKLARING. POMPSTATION. BESTAAND POMPSTATION. BLUSLEIDING (VAN 200 "/«, INWENDIGE MIDDELLIJN) VAN HET BUIZENNET IN EERSTEN AANLEG. UITBREIDING VAN HET BUIZENNET. BESTAANDE BUISLEIDING. WATERTOREN. BESTAANDE WATERTOREN. HOOGSTE WATERSTAND IN WATERTOREN IN METERS + N.A.P. EN INHOUD VAN HET RESERVOIR IN M3. PROVINCIEGRENS. 'S-GRAVENHAGE,, A JUNI 1924 DE DIRECTEUR DE INGENIEUR: RIJKSBUREAU VOOR DRINKWATERVOORZIENING. 1924. NOORD - OVERIJSSEL BIJLAGE 2 RAMING VAN DE GEMIDDELD PER ETMAAL TE LEVEREN JAREN VOOR HET HOEVEELHEID WATER IN DE OPEENVOLGENDE BEDRIJFSGEBIED „DEDEMSVAART *. Gemiddeld waterverbruik voor: . . . Aantal aangesloten Aantal inwoners Aantal „aanwonende" inwoners j _ TOTAAL Bedrijfsjaar. van het „aanwonenden' huishoudelijke doeleinden j industrie eigen verbruik verzorgingsgebied. ~ in o/o. totaal. . ^TpeT^T in m. in m.. in m. geslotene. , | 1. | 2. j 5? 4. 1 5. | ~6. ' 7. T 8. 1 9. | ~ 10. j "■ I 12- ,,, 1 72700 40 29080 60 17450 30 520 120 140 440 1220 2 73370 40 29350 70 20550 31 640 140 150 290 1220 3 74U40 40 29620 75 22220 32 710 150 170 190 1220 4 74720 40 29890 80 23910 33 790 160 180 90 1220 5 75390 40 30160 85 25640 34 870 170 190 100 1330 6 76060 40 30420 90 27380 35 960 180 210 110 1460 7 76730 40 30690 90 27620 36 990 190 220 110 1510 8 77400 40 30960 90 27860 37 1030 190 230 120 1570 9 78080 40 31230 90 28110 38 1070 200 250 120 1640 10 78750 40 31500 90 28350 39 1110 210 260 130 1710 11 79420 40 31770 92 29230 40 1170 220 270 130 1790 12 80120 40 32050 92 29490 40 1180 220 290 140 830 13 80820 40 32330 92 29740 40 1190 220 300 40 850 14 81520 40 32610 92 30000 40 1200 220 310 40 870 15 82220 40 32890 92 30260 40 1210 220 330 140 1900 16 82920 40 33170 92 30520 40 1220 220 340 140 1920 17 83610 40 33440 92 30760 40 1230 220 350 40 940 18 84310 40 33720 92 31020 40 1240 230 370 50 1990 19 85010 40 34000 92 31280 40 1250 230 380 50 2010 20 85710 40 34280 92 31540 40 1260 230 390 150 2030 21 86410 40 34560 92 31800 40 1270 230 410 150 2060 22 87140 40 34860 92 32070 40 1280 230 420 50 2080 23 87860 40 35140 92 32330 40 1290 230 430 60 2 10 24 88590 40 35440 92 32600 40 1300 240 450 60 2 50 25 89320 40 35730 92 32870 40 1310 240 460 160 2170 26 90050 40 36020 92 33140 40 1330 240 470 160 2200 27 90770 40 36310 92 33410 40 1340 240 490 • 170 2240 28 91500 40 36600 92 33670 40 1350 240 500 70 2260 29 92230 40 36890 92 33940 40 1360 240 510 70 2280 30 92950 40 37180 92 34210 40 1370 250 530 170 2320 NOORD - OVERIJSSEL RAMING VAN DE GEMIDDELD PER ETMAAL TE LEVEREN HOEVEELHEID WATER IN DE OPEENVOLGENDE BEDRIJFS- JAREN VOOR DEN NOORD-WEST- HOEK (ZONDER STEENWIJK). Gemiddeld waterverbruik voor: . . . Aantal aangesloten Aantal inwoners Aantal „aanwonende" inwoners Totaal , . „aanwonenden" huishoudelijke doeleinden industrie vee eigen verbruik Bednjfsjaar. van het J i„ m3, verzorgingsgebied. ' ~~ | totaal in ^ 1. 1 2. 1 3. 1 4. | 5. j 6. ^ 7. ~*. 1 97 | 10. j 11. | 12. 1 26400 60 15840 60 9500 30 285 45 60 235 625 2 26470 60 15880 70 11120 31 345 50 65 165 625 3 26540 60 15920 75 11940 32 380 60 70 115 625 4 26620 60 15970 80 12780 33 420 65 80 60 625 5 26690 60 16010 85 13610 34 460 70 85 50 b2o 6 26760 60 16060 90 14460 35 505 75 90 55 725 7 26830 60 16100 90 14490 36 520 80 95 55 75U 8 26900 60 16140 90 14530 37 540 80 100 60 780 9 26980 60 16190 90 14570 38 555 85 110 60 810 10 27050 60 16230 90 14610 39 570 85 115 60 830 11 . 27120 60 16270 92 14970 40 600 90 120 65 875 12 27200 6U 16320 92 15010 40 600 90 125 65 880 13 27270 60 16360 92 15050 40 600 90 130 65 885 14 27350 60 16410 92 15100 40 605 90 140 65 900 15 27420 60 16450 92 15140 40 605 90 145 65 905 16 27500 60 16500 92 15180 40 605 90 150 70 915 17 27580 60 16550 92 15230 40 610 90 155 70 925 18 27650 60 16590 92 15260 40 610 90 160 70 930 19 27730 60 16640 92 15310 40 610 90 170 70 940 20 27800 60 16680 92 15350 40 615 90 175 70 950 21 27880 60 16730 92 15390 40 615 90 180 70 955 22 27960 60 16780 92 15440 40 615 90 70 960 23 28040 60 16820 92 15480 40 620 95 190 70 975 24 28120 60 16870 92 15520 40 620 95 200 75 990 25 28200 60 16920 92 15570 40 620 95 205 75 995 26 28280 60 16970 92 15610 40 625 95 210 75 1005 27 28350 60 17010 92 15650 40 625 95 215 75 010 28 28430 60 17060 92 15700 40 630 95 220 75 1020 29 28510 60 17110 92 15740 40 630 95 230 75 030 30 28590 60 17150 92 15780 40 630 95 235 75 1035 BIJLAGE J NOORD-OVERIJSSEL BIJLAGE 4 RAMING VAN DE GEMIDDELD PER ETMAAL TE LEVEREN HOEVEELHEID WATER IN DE OPEENVOLGENDE BEDRIJFSJAREN VOOR DE GEMEENTE STEENWIJK. Aantal inwoners Aantal aangeslotenen Gemiddeld waterverbruik Bedrijfsjaar. van de gemeente Steenwijk. ^ 0/o totaal ^ , pM aangeslotene. totaal in m». ï 2. | 5. | 4. | 5. | 6. 1 7000 97 6790 70 475 2 7050 97 6840 70 480 3 7100 98 6960 70 485 4 7155 98 7010 70 490 5 7^05 99 7130 70 500 6 7255 99 7180 70 505 7 7305 99 7230 70 505 8 7355 99 7280 70 510 9 7410 99 7340 70 515 10 7460 99 7390 70 520 11 7510 99 7440 70 520 12 7565 99 7490 70 525 13 7620 99 7540 70 530 14 7675 99 7600 70 530 15 7730 99 7650 70 535 16 7785 99 7710 70 540 17 7840 99 7760 70 545 18 7895 99 7820 70 545 19 7950 99 7870 70 550 20 8005 99 7930 70 555 21 8060 99 7980 70 560 22 8120 99 8040 70 565 23 8175 99 8090 70 565 24 8235 99 8150 70 570 25 8290 99 8210 70 575 26 8350 99 8270 70 580 27 8410 99 8330 70 585 28 8465 99 8380 70 > 585 29 8525 99 8440 70 590 30 8580 99 8490 70 595 NOORD - OVERIJSSEL BIJLAGE 5 RAMING DER UITGAVEN VOQR HET BEDRIJF. Gemiddelde hoeveelheid op te Kosten in Su,dens per jaar voor: pompen water per etmaal in m3. -~- _ — Kantoor- Bedrijfsjaar. voor Electrische stroom. Smeer» en Chemicaliën, Onderhoud der werken Directie en Personeel Q ichters behoeften, Opmerkingen. " —j P°ets* toevoeging kantoor, pomp, ' Totaal. Midden. N.,W.,Hoek. Steenwijk. ^t^" N.,W.,Hoek. Steenwijk. middelen. Middengebied. Midden, N.,W.,Hoek ned stations. Attm. enz. belasfingerii gebied. gebied. ^ gebied en Steenwijk ' reiskosten.enz. L 2. | 5. 4. I 5. | 6. | 7. | 8. 9. ' ~ ^ ^ 15. | 14. | 15. | 16. 1 1220 625 475 7440 3380 2250 400 3780 1000 13800 6300 H000 15000 64350 2 1220 625 480 7440 3380 2270 400 3780 2000 14450 6400 1130o 15100 66520 3 1220 625 485 7440 3380 2300 400 3780 3000 15100 6500 H600 15200 68700 4 1220 625 490 7440 3380 2320 400 3780 4000 15750 6600 H900 15300 70870 5 1330 665 500 8100 3600 2360 420 4120 5000 16400 6700 12200 15400 74300 6 1460 725 505 8900 3920 2390 460 4530 6000 17000 6700 12500 15500 77900 7 1510 750 505 9200 4C60 2390 470 4680 7000 17600 670o 12800 15600 80500 8 1570 780 510 9560 4220 2420 480 4870 8000 18200 6700 13100 15700 83250 9 1640 810 515 9990 4380 2440 500 5080 9000 1880u 6700 13400 15800 86090 10 1710 830 520 10400 4490 2460 520 5300 10000 19400 6700 13700 15900 88870 11 1790 875 520 10890 4730 2460 540 5550 nooo 20000 6700 14000 16000 91870 12 1830 880 525 11120 4760 2480 550 5670 12000 20000 6700 14000 16100 93380 13 1850 8S5 530 11250 4790 2510 560 5740 13000 20000 6700 14000 16200 94750 14 1870 900 530 11380 4870 2510 570 5800 14000 20000 6700 14000 16300 96130 15 1900 905 535 11550 4900 2530 570 5890 15000 20000 6700 14000 16400 97540 16 1920 915 540 11680 4950 2560 570 5950 16000 20000 6700 14000 16500 98910 17 1940 925 545 11800 5000 2580 580 6010 17000 20000 6700 14000 16600 100270 18 1990 930 545 12100 5030 2580 590 6170 18000 20000 6700 14000 16700 101870 19 2010 940 550 12220 5090 2600 600 6230 19000 20000 6700 14000 16800 103240 20 2030 950 555 12330 5140 2630 600 6290 20000 20000 6700 14000 16900 104590 21 2060 955 560 12530 5170 2650 610 6390 21000 20000 6700 14000 17000 106050 22 2080 960 565 12650 5190 2670 610 6450 22000 20000 6700 14000 17100 107370 23 2110 975 565 12830 5270 2670 620 6540 23000 20000 6700 14000 17200 108830 24 2150 990 570 13080 5360 2700 630 6670 24000 20000 6700 14000 17300 110440 25 2170 995 575 13210 5380 2720 640 6730 25000 20000 6700 14000 17400 111780 26 2200 1005 580 13380 5440 2740 640 6820 25000 20000 6700 14000 17500 112220 27 2240 1010 585 13620 5460 2770 650 6940 25000 20000 6700 14000 17600 112740 28 2260 1020 585 13740 5520 2770 660 7010 25000 20000 6700 14000 17700 113100 29 2280 1030 590 13870 5570 2790 670 7070 25000 20000 6700 14000 17800 113470 30 2320 1035 595 14200 5600 2820 680 7190 25000 20000 6700 14000 17900 114090 NOORD - OVERIJSSEL BIJLAGÉ 6 RAMING DER INKOMSTEN VAN HET BEDRIJF. . , , , , Gemiddeld per aangesloten inwoner » Aantal aangesloten inwoners in ^ gul|em Aan Watergeld Aan watergeld R.driifóaar voor huishoudelijk indeeemeente voor huishoudelijke voor industrie Voor Van andere Totaal der Onmerkineen Bednjtsjaar. MiJAm- Totaal i -i 1 gemeente j en vee voor Upmerkmgen. N,w,Hoek. Steenwijk. . u- Steenwijk *T voor de gemeente Midd bied brandkranen. inkomsten. inkomsten. „„u;«A O _l_ ^ m Middengebied Middengebied en , „, »„7ty i g ( + }' en N.;w,Hoek. met industrie, enz. N.,W ,Hoek. Steenwijk. enN,w,Hoek. 1. ~ 2. | 5. | 4. 5. | 6. | 7. | 8. ^ 10. ÏT 12. | 13. ~ 14. 1 17450 9500 26950 6790 3.75 3.60 101060 24440 39970 6700 730 172900 2 20550 11120 31670 6840 3.78 3.62 119710 24760 44350 6700 780 196300 3 22220 11940 34160 6960 3.81 3.64 130150 25330 49280 6700 740 212200 4 23910 12780 36690 7010 3.84 3.66 140890 25660 53110 6700 740 227100 5 25640 13610 39250 7130 3.87 3.68 151900 26240 56390 6700 770 242000 6 27380 14460 41840 7180 3.90 • 3.70 163180 «26570 60770 6700 780 258000 7 27620 14490 42110 7230 3.93 3.70 165490 26750 64060 6700 800 263800 8 27860 14530 42390 7280 3.96 3.70 167860 26940 65700 6700 800 268000 9 28110 14570 42680 7340 3.99 3.70 170290 27160 70630 6700 720 275500 10 28350 14610 42960 7390 4.02 3.70 172700 27340 73370 6700 790 280900 11 29230 14970 44200 7440 4.05 3.70 179010 27530 76650 6700 710 290600 12 29490 15010 44500 7490 4.08 3.70 181560 27710 79390 6700 740 296100 13 29740 15050 44790 7540 4.11 3.70 184090 27900 81030 6700 780 300500 14 30000 15100 45100 7600 4.14 3.70 186710 28120 83220 6700 750 305500 15 30260 15140 45400 7650 417 3.70 189320 28310 85960 6700 710 311000 16 30520 15180 45700 7710 4.20 3.70 191940 28530 87600 6700 730 315500 17 30760 15230 45990 7760 4.20 3.70 193160 28710 89240 6700 790 318600 18 31020 15260 46280 7820 4.20 3.70 194380 28930 93080 6700 710 323800 19 31280 15310 46590 7870 4.20 3.70 195680 29120 95270 6700 730 3275U0 20 31540 15350 46890 7930 4.20 3.70 196940 29340 96910 6700 710 330600 21 31800 15390 47190 7980 4.20 3.70 198200 29530 99650 6700 720 334800 22 32070 15440 47510 8040 4.20 3.70 199540 29750 101290 6700 720 338000 23 32330 15480 47810 8090 4.20 3.70 200800 29930 103480 6700 790 341700 24 32600 15520 48120 8150 4.20 3.70 202100 30160 107860 6700 780 347600 25 32870 15570 48440 8210 4.20 . 3.70 203450 39330 109500 6700 770 350800 26 33140 15610 48750 8270 4.20 3.70 204750 30600 111140 6700 710 353900 27 33410 15650 49060 8330 4.20 3.70 206050 30820 113880 6700 750 358200 28 33670 15700 49370 8380 4.20 3.70 207350 31Oio 115520 6700 720 361300 29 33940 15740 . 49680 8440 4.20 3.70 208660 31230 117710 6700 800 365100 30 34210 15780 49990 8490 4.20 3.70 209960 31410 121550 6700 780 370400 I NOORD - OVERIJSSEL RENTABILITEITS BEREKENING. Bedrijfsjaar. Renteen Afschrijving Uitgaven Storting Totaal der Ontvangsten Rente van Totaal der SaWi Stand van Stand ™n van hettar aflossinS aan het in het uit^n , ontvangsten (na uitkeering van de het reserves het ver. Bedrijfsjaar. aan het van . . van de uit het van de dividenden) kanitaal aan nleuwingSs Onmerkin^n (Aanleg» en j d einde van vernieuwing* vennoots van de alvlae *• kaP taal aan fonds aan Opmerkingen. kap„aVan het jaar. het jaar. het bedrijf. fonds. sch het bedrijf, reservefonds. vennoot, het einde ^ ^ kapltaa1-' schaP' Overschot. Tekort. Van het Jaar' van het jaar. 1- 2. 5. 1 4. "7. 6. 7. 8. 9. I - — —— | n | ~~ | -4,_ | - 1 3500000 192500 64350 256850 172900 16500 1&9400 67450 232550 2 3500000 192500 66520 259020 196300 12790 ,09090 49930 182620 3 3500000 192500 68700 261200 212200 10044 222244 38956 u^ Aanlegkapitaal f 3.200.000 4 3500000 192500 70870 263370 227100 7902 25m2 28368 n52% Reservekapitaal „ 300.000 5 3500000 192500 74300 2Ó6800 242000 6341 24§341 18459 %837 fj^öJÖÖS 6 3500000 192500 77900 270400 258000 5326 I • , ?63326 7074 89?63 7 3500000 192500 80500 273000 263800 4937 ;6873y 4263 85500 8 3500000 192500 83250 275750 268000 4703 272703 3047 82453 9 3500000 192500 86090 1000 279590 275500 4535 280035 445 828% 1000 10 3500000 192500 88870 1000 282370 280900 4559 285459 3089 85987 2050 11 3500000 192500 91870 1000 285370 290600 4729 ,95329 9959 95946 3153 12 3500000 192500 93380 2000 287880 296100 5277 301377 n497 109443 53n 13 j 3484040 208460 15960 94750 3000 306210 300500 6019 3Q6519 309 109752 85?7 14 3467202 208460 16838 96130 4000 308590 305500 6036 3U536 2946 n2698 n006 15 3449438 208460 ! 17764 97540 5000 311000 311000 6198 3m98 61% 1188% lg656 16 3430697 | 208460 18741 98910 6000 313370 315500 6539 322039 8669 127565 25589 17 3410925 I 208460 19772 100270 7000 315730 318600 7016 325616 9886 137451 33868 18 3390066 208460 20859 101870 8000 318330 323800 7560 331360 13030 150481 43561 19 3368060 208460 22006 103240 9000 320700 327500 8276 | 3357y6 15076 165557 54739 20 3344843 208460 23217 104590 10000 323050 330600 9106 3397Q6 J6656 182213 674?6 21 3320349 208460 24494 106050 j 12000 326510 334800 10022 344822 1§312 200525 82850 22 3294508 208460 25841 107370 ! 14000 329830 j 338000 11029 j 349029 m99 219724 10Q993 23 3267246 j 208460 27262 108830 16000 333290 j 341700 12085 ; 353y85 2Q495 240219 122043 24 3238485 i 208460 28761 110440 18000 336900 j 347600 13212 3(M12 23912 264131 25 3208142 j 208460 30343 111780 20000 340240 | 350800 14527 25087 289218 m^ ,} Aan ^ M ^ ^ bedrijfsjaar , . , wordt f 170000 uit het vernieuwin^s* 26 3176130 208460 32012 112220 22000 342680 35 900 ,907 369807 27m 316345 25625 fonds genomen. g 27 3142357 208460 33773 112740 24000 345200 358200 17399 j i 3?5599 3Q399 346744 5m6 28 3106727 208460 35630 113100 26000 347560 j 361300 19071 j 380371 328U 379555 ^ 29 3069137 208460 37590 113470 28000 349930 j 365100 20876 385976 36()46 415601 24 30 3029480 208460 39657 114090 30000 352550 370400 22858 j 393258 40708 ' H6995 BIJLAGE 7