HET GESLACHT VAN DER HOOP „Vraecht den voorgaende gheslachte ende ondersoect neerstelyck der vaderen ghedenckenisse." Hiob VIII, 8. Mr. Jan Nanning van der Hoop (1738—1782) als kind, met het huis de Hemelsche Berg op den achtergrond. HET GESLACHT VAN DER HOOP UIT SCHERPENZEEL TE ARNHEM, AMSTERDAM, ROTTERDAM, GRONINGEN EN ELDERS DOOR W. WIJNAENDTS VAN RESANDT MET VELE AFBEELDINGEN, KWARTIERSTATEN EN MEDEDEELINGEN' OVER ANDERE FAMILIES VAN DER HOOP 1926 NIET IN DEN 'HANDEL Het comité, dat zich in 1924 heeft gevormd, teneinde te komen tot een uitgave betreffende het geslacht Van der Hoop, heeft hierbij de voldoening de volledige geschiedenis dezer familie, opgesteld door de bekwame hand van den heer W. Wijnaendts van Resandt, aan familieleden en belangstellenden aan te bieden. Het is hier de plaats met dankbaarheid te herdenken het lid van het comité, wijlen den heer David van der Hoop te Rotterdam, aldaar overleden den 15d,n Juli 1925, die van den beginne af deze uitgave met raad en daad heeft gesteund. Voorts betreurt het comité het ten zeerste, dat wijlen de heer S. Af. 5. Thomassen a Thuessink van der Hoop, overleden te Vogelenzang 17 September 1925, die bij het ter hand nemen dezer familieuitgave haar onmiddellijk zeer krachtig heeft helpen bevorderen, de voltooiing daarvan niet meer heeft mogen zien. Ook aan zijn gewaardeerden steun zij hier een woord van dankbare herinnering gewijd. Van verdere introductie van het werk meenen zich de ondergeteekenden te kunnen onthouden, wijl de naam van den heer Wijnaendts van Resandt als wetenschappelijk genealoog volkomen waarborg biedt voor een juiste en volledige behandeling der stof. Bovendien spreken de hier volgende bladzijden voor zich zelve; zij zullen — naar wij ons vleien den lezer op onderhoudende wijze van de lotgevallen onzer familie een volkomen betrouwbaar en duidelijk beeld geven. Wel is het ons een aangename taak, den heer Wijnaendts hartelijk dank te zeggen voor den naujugezetten arbeid en de onvermoeide zorgen aan dit boek besteed, waardoor hij alle leden der familie ongetwijfeld ten zeerste aan zich heeft verplicht. Ten slotte zij hier aangeleekend, dat de ^llu strafei (portretten, wapens enz.) zijn verzameld door den vierden ondergeteekende, terwijl met., erkentelijkheid wordt herdacht de hulp en medewerking ondervonden van tal van bibliMielï&n, archieven en andere wetenschappelijke instellingen en personen, alsmede variièmjgroót aantal familieleden, zonder wier hulpvaardigheid, moreelen en materieelen steun dit werk niet op bevredigende wijze tot stand had kunnen komen. Buiten de leden onzer eigen familie, die op verschillende manier belangstelling in ons werk hebben getoond, wordt hier van onze verdere verwanten in het bijzonder genoemd de heer W. Croockewit W.A.z. te Amersfoort, wiens hulp deze uitgave in velerlei opzicht ten goede is gekomen. C. van der Hoop, 's-Gravenhage. A. van der Hoop, Rotterdam. Dr.J.H van der Hoop, Amsterdam. Mr. E. J. Thomassen a Thuessink van der Hoop,'s-Gravenhage. December 1926. INHOUD. Blz Inleiding \ hoofdstuk I. De oudste generaties te Scherpenzeel, Veenendaal en Arnhem .. 11 hoofdstuk II. Nakomelingschap van berend van der Hoop : de uitgestorven jongere (Arnhemsch-Amsterdamsche) lijn 69 hoofdstuk III. Nakomelingschap van JOHAN VAN der hoop: de oudere lijn 87 hoofdstuk IV. Vervolg: de uitgestorven Amsterdamsche tak Van der Hoop en De Neufville van der Hoop 97 Hoofdstuk V. Vervolg: de Rotterdamsche takken 109 A. De tak van Johan van der Hoop Johanszn 111 1. De tak Van der Hoop—Bierens 131 2. De uitgestorven tak Van der Hoop—Greaves 157 3. De tak Van der Hoop—Rochussen 161 4. De tak De Wit van der Hoop—Cantzlaar 185 5. De tak Van der Hoop—Hartsen 205 B. De uitgestorven tak van Cornelis van der Hoop 229 hoofdstuk VI. Vervolg: de Arnhemsch-Groningsche tak Van der Hoop, woldringh van der Hoop en Thomassen a Thuessink van der Hoop .. 233 bijlagen : A. Algemeene genealogische tabel 299 B. Kwartierstaten van leden der jongste generatie (a—i) 303 C. Aanteekeningen betr. in dit werk voorkomende afbeeldingen 305 D. Mededeelingen over andere families van der hoop 309 Aanvullingen en Verbeteringen 317 Naamregister 319 Zoo delft de Tijd een zeker graf Voor al wat schittrend bloeide, Zoo kwijnt wat de aard eens luister gaf ' En oog en zin ontgloeide. Hij sloopt met onverbidbre hand, Wat menschenkracht en grootheid plant. Maar wat zijn wreede storm verstrooij Of wegvaag van deez wareld, De deugd praalt steeds met englentooi En hemelglans bepareld, En tart, van aardsche wetten vrij, Verganklijkheid, Uw heerschappij! A. van der Hoop Jr. n Vergankelijkheid'*. INLEIDING. LITTERATUUR. Van het geslacht Van der Hoop, waarvan in de navolgende bladen de geschiedenis zal worden medegedeeld, verscheen tot dusver alleen in druk eene genealogie in het Stam- en Wapenboek van Aanzienlijke Nederlandsche Familiën, uitgegeven door wijlen A. A. Vorsterman van Oyen, II« deel, bl. 85 e.v., 1888. Ik laat hier onvermeld de zéér oppervlakkige en zéér onvolledige mededeelingen over het geslacht Van der Hoop, gepubliceerd door wijlen den heer J. h. Scheffer in den eersten jaargang 1884/85 van het door hem uitgegeven Algemeen Nederlandsch Familieblad, No. 14, omdat daarin alleen hoogst globale gegevens werden bekend gemaakt over de voorouders van den Rotterdamschen notaris Jan van der Hoop Jaczn. bij gelegenheid van diens 25-jarig voorzitterschap van het Bestuur der Rotterdamsche Diergaarde, waarvan hij in 1859 een der oprichters was geweest. *) De in het Stam- en Wapenboek opgenomen genealogie was ontleend aan een bij de familie berustenden stamboom, opgesteld door Mr. Jan Nanning van der Hoop, burgemeester van Arnhem en door dezen bijgehouden tot 1782, jaar, waarin hij overleed. Na genoemd jaar is de gedrukte genealogie minder volledig en wat verschillende Rotterdamsche takken betreft, zelfs zéér onvolledig. Zoo worden er van de kinderen uit het huwelijk van adriaan van der hoop (1766—1850) met maria rochussen, slechts 2 dochters genoemd en komen de overige 16 kinderen en hunne afstammelingen daardoor in het geheel niet in die uitgave voor. Zoo is daarin bij den tak van laurentius. Bernardus de Wit van der Hoop (1781—1845) van diens 11 kinderen, slechts een 7-tal vermeld en zijn de afstammelingen van diens 2 zonen geheel weggelaten. Drie en twintig jaar later verscheen voor 't eerst weder iets over dit geslacht in druk en wel in Nederland's Patriciaat, Jaargang 1911, waar de tegenwoordige staat der familie Van der Hoop en haar stamreeks werd afgedrukt. Ook dit artikel leed aan het euvel van onvolledigheid; niet alleen was, zooals de Redacteur dier uitgave zelf aangeeft, de tak De WlT van der Hoop niet behandeld, doch de tak Van der hoop-rochussen, waarvan meerdere leden toen nog in leven waren, was geheel vergeten, terwijl bij den tak Van der Hoop-Hartsen van een daartoe behoorend te 's-Gravenhage wonend gezin in het geheel geen melding was gemaakt. Ten slotte is in jg. 1914 van bedoeld Nederland's Patriciaat het geslacht Van der hoop opnieuw opgenomen, doch bleven alle bovenaangeduide omissies bestaan met uitzondering van één staak van den tak Van der hoopRochussen, welke toen alsnog werd opgenomen, terwijl aan de nog levende andere leden van dien tak weder géén plaats werd toegekend. *) In denzelfden jaargang van dit tijdschrift verschenen ook eenige onvolledige kwartierstaten betreffende Rotterdamsche leden van dit geslacht; zie nos. 56 en 82. 2 — INLEIDING Doordat thans eene alle takken van het geslacht Van der hoop omvattende genealogie wordt aangeboden, wordt een einde gemaakt aan bovengeschetste onvolledigheden in het tot dusverre over deze familie gepubliceerde en is het daarover bijeengebrachte thans eens en voor al in druk vastgelegd. OORSPRONG. Zoowel de genealogie in het Stam- en Wapenboek, als de stamreeks in Nederland's Patriciaat, ving aan met een zekeren Jan corssen, van wien niets anders bekend was, dan dat hij te Veenendaal woonde en omstreeks 1590 zou zijn geboren. Ook de in het Familie-archief hierboven genoemde manuscript-stamboom afkomstig van Mr. Jan nann1ng van der hoop kon de afstamming niet hooger opvoeren dan tot dezen Jan corssen. Diens zoon, bartholomeus jansz., werd in 1646 burger der Stad Arnhem en is de voortzetter van het geslacht geweest. Ondanks alle, vooral sedert 1907, gedane pogingen om over Jan Corssen te StichtschVeenendaal en zijn zoon bartholomeus jansz. te Arnhem, meer gegevens te verkrijgen, mocht het den verschillenden onderzoekers, die zich daaraan gezet hebben en die zoowel de registers te Rhenen en te Veenendaal, als die te Arnhem onderzochten, niet gelukken bijster veel belangrijks te voorschijn te brengen en in ieder geval bleef daarbij Jan Corssen een geheimzinnige persoon, omtrent wiens herkomst en wiens familie geen enkele akte ontdekt werd. Dat echter al deze nasporingen door die verschillende onderzoekers èn onoordeelkundig èn onvolledig moesten hebben plaats gehad, bleek mij, toen ik zelf in 1924 het onderzoek ter hand nam en daarbij niet alleen te Rhenen het tweede huwelijk van jan Corssen en een volmacht van zijn weduwe vond, doch zoowel te Rhenen als te Arnhem de huwelijksacte en de huwelijks-inteekening *) van zijn zoon bartholomeus jansz. en daarna al spoedig een zeer groot aantal acten op dezen laatsten betrekking hebbende. De allerbelangrijkste vondst evenwel was die van twee volmachten, resp. d. d. Arnhem 3 Sept. 1657 en 18 Mei 1658, in welke bartholomeus jansz, burger van Arnhem, machtiging geeft tot ontvangst van zijn deel in de erfenis van zijn oom Peter bartholomeusz. van westrenen en diens vrouw anneken everts, beiden kort te voren te Amsterdam overleden. Waar uit de bekendheid met de namen der ouders van bartholomeus' echtgenoote (Elsken Hermans Burgers) vaststond, dat genoemde Peter van Westrenen geen oom van vrouw's zijde was en uit de wetenschap, dat bartholomeus' vader Jan corssen heette, dat deze oom ook geen broeder van jan corssen kon zijn, daar moest deze Van Westrenen een broeder van bartholomeus Jansz.' moeder zijn geweest en was hiermede bewezen, dat de (eerste) echtgenoote van Jan corssen eene van Westrenen was geweest, tevens dat bartholomeus janszn. zijn voornaam had ontvangen naar zijn grootvader van moeders zijde bartholomeus van westrenen. Over jan corssens' afkomst en familie was — zooals gezegd — niets te vinden ') Voor oningewijden op dit gebied deel ik mede, dat Doopboeken bij deze nasporingen buiten beschouwing moesten blijven, omdat de eerste generaties van het geslacht Doopsgezind waren en er van de Doopsgezinden geen geboorte- of doopregisters werden aangehouden. INLEIDING — 3 geweest. Eerstens maakte de omstandigheid, dat hij en zijn zoon Doopsgezind waren, het onmogelijk hun doopacte en daardoor hun ouders te vinden, ten tweede zijn er van Stichtsch-Veenendaal — waar Jan corssen woonde — geen oude kerkelijke registers meer aanwezig, terwijl ten slotte het rechterlijk- en notariëel archief van Rhenen — onder welke stad Stichtsch-Veenendaal toenmaals ressorteerde — geen enkele acte opleverde, waaruit de herkomst van Jan corssen bleek. Ook onderzoekingen in de oude registers van omliggende plaatsen in Utrecht, omdat uitteraard gedacht werd aan een herkomst van elders bij het toenmaals eerst sedert kort in ontginning zijnde Stichtsch-Veenendaal, hadden niets anders opgeleverd, dan het bewijs, dat — in tegenstelling met wat gedacht was — de namen Jan corssen en cors janssen in nagenoeg iedere Utrechtsche plaats toenmaals voorkwamen, zoodat het zoeken naar de oplossing van het raadsel van waar hij afkomstig was, langs dezen weg niet op te lossen bleek. Het was dus van het allergrootste belang, dat uit de zooeven vermelde Arnhemsche volmachten het bewijs geleverd was, dat jan corssen met eene van westrenen gehuwd was, waardoor de mogelijkheid geopend was om via het geslacht Van westrenen, meer over jan corssen en zijn gezin te weten te kunnen komen. Al was dan tenminste dit vaststaande feit gevonden, de zaak was er niet minder ingewikkeld om gebleven, als wij weten, dat er verschillende geslachten Van westrenen bestaan hebben, die zoowel voorkomen te Amersfoort, Utrecht en airdere plaatsen in deze provincie, als in verschillende plaatsen van de Betuwe en ook te Amsterdam. Men vindt in den Navorscher jg. 1924 van blz. 171 tot 192, in een artikel van den heer W. E. van Dam van Isselt naar aanleiding van eene alliantie Van Dam X Van Westrhenen te Amersfoort, uitvoerige mededeelingen over de verschillende geslachten van Westr(h)enen, die bestaan hebben.3) Hoofdzakelijk waren dan te onderscheiden: 1° eene nog levende familie Van westhrenen, afkomstig uit en voorkomende te Lienden en in de Marsch tegenover Rhenen8), 2° eene familie Duwer VANWestrenen en 3° het aanzienlijk, oorspronkelijk Amersfoortsch — later Utrechtsch — geslacht van westreenen, waarvan de laatste afstammeling WlLLEM hendrik jacob baron VAN WESTREENEN VAN TlELLANDT in 1848 overleed.3) In al die gegevens over de verschillende families Van westrenen kwam echter nimmer de voornaam bartholomeus voor, zoodat daaruit over den schoonvader van Jan corssen niets te vinden bleek te zijn en de vraag bestaan bleef, van waar deze laatste en zijn vrouw herkomstig was geweest. Ook een onderzoek in alle streken van de Betuwe en van de provincie Utrecht, waar eertijds van westrenen's gewoond hadden, zooals in de oude registers van Amersfoort, Lienden, de Marsch, Ingen, Culemborch, Buren, Tricht, Lopik, Woudenberg, Amerongen en Eist, enz. leverde wel een groot aantal gegevens over verschillende van westrenen's op, maar bartholomeus van westrenen werd daarbij niet gevonden.4) ») Zie hierover ook: Navorscher jg. 1874, blz. 29—32 en 52; jg. 1886, blz. 82 (noot) en jg. 1890, blz. 314—316. 2) Zie deze in Navorscher jg. 1890 en in Nederland's Patriciaat, jg. 1923. s) Zie de afstamming van dit geslacht in Nederland's Adelsboek, jg. 1918, blz. 332—333. 4) Zoo bleek daarbij, dat sedert 1621 een Huibert Hermans vak Westrenen, gehuwd met Dieuwerken Cornelisdr., scholt van Maken en Tricht was; zijn broeder Willem Hermans van Westrenen huwde 21 Oct. 1627 voor schepenen te Culemborti met NlESKEN OTTEN en had uit een vorig huwelijk 3 kinderen, allen gedoopt te Buren, n.1. 1. CoRNELIS, 10 Oct. 1619; 2. GerRrr, 16 Sept 1621 en 3. Peter, 21 Nov. 1624. Tot de familie afkomstig uit Lienden behoorden Gerrit peters van Westrhe- 4 — INLEIDING Ook een onderzoek te Amsterdam, waar Peter Bartholomeusz. van Westrenen en zijn vrouw anneken everts, omstreeks 1657 zouden zijn overleden, bleef vruchteloos. Noch in de Begraaf registers, noch in die der Collaterale Successie (welke echter eerst met 1658 aanvangen), noch in de Poorterboeken werd iets over hen gevonden en het Notarieel archief aldaar is te omvangrijk om zonder nadere tijdsaanduiding hun testament er uit op te diepen. Te Utrecht werd op 12 Februari 1603 een Peter van Westrenen, passementwerker, tot burger aangenomen en hoewel er aanvankelijk door mij aan getwijfeld werd, of dit de in 1657 overleden oom peter Bartholomeuszn. van westrenen zou kunnen zijn, heeft een door mij te Utrecht ingesteld onderzoek inmiddels bewezen, dat dit inderdaad de gezochte persoon was. Zooals straks bij de bespreking van Jan Corssen uitvoerig verhaald zal worden, bleek o.a. bij ditonderzoek, dat Peter Bartholomeuszn. van westrenen, passementwerker te Utrecht, en gehuwd met anneken Everts, op 31 Dec. 1605 een hypotheek neemt op zijn huis te Utrecht aan de Oostzijde van de Jacobijnestraat. Eenmaal vaststaande, dat de broeder van de vrouw van Jan Corssen in 1605 gehuwd te Utrecht woonde, was het niet moeilijk ook die echtgenoote zelf aldaar in de trouwregisters te vinden en was het raadsel van de herkomst van het geslacht opgelost met de vondst van eene acte van 28 Juli 1606, blijkens welke johan (Jan) Corstiaen Janssoon, van Scherpenzeel, wonende te Veenendaal, in het huwelijk trad met Willemken Bartholomeusdr. van Westrenen, wonende te Utrecht. Waar uit de straks te vermelden huwelijksacte en burgerbrief van Arnhem van bartholomeus jansz. eens en vooral blijkt, dat deze een zoon is van Jan corssen, wonende te Veenendaal — Stichtsche zijde, en uit de eveneens straks volledig te vermelden volmachten van 1657 en 1658 vaststaat, dat deze bartholomeus jansz. een oom had gehad, geheeten Peter Bartholomeuszn. van Westrenen, gehuwd met Anneken Everts, daar staat in verband met de bovenmedegedeelde Utrechtsche acten van 1605 en 1606 vast, dat de ouders van bartholomeus jansz. geweest zijn: Jan (Johan) Corstiaen Janszoon, wonende te Veenendaal, en Willemken Bartholomeusdr. van Westrenen, en dat de vader van Jan Corssen was Corstiaen Jansz. te Scherpenzeel. NAAM. Uit al deze acten blijkt, dat deze voorouders van het geslacht Van der hoop zich van patronymen bedienden en geen familie-naam voerden. Voor het eerstin 1671 komt nen en Neeltgen Peters van Westrenen gehuwd met Herman Jansz, die 1645—1662 voorkomen te Ingen, Ommeren en . Lienden. jan van westreenen, geboortig van Tricht, werd 1 Sept. 1654 als gehuwd Margaretha Sloos en wijnkooper zijnde, poorter van Amsterdam. Adam van Westrhenen, geboortig van Amsterdam, later schepen van Buren, huwde daar in Mei 1665 met Willemijntje van der Lingen, uit welk huwelijk 3 kinderen, die Remonstrantsch te Buren werden gedoopt door den Remonstrantschen predikant te Tiel. In 1602 woonde een Dirk van westrenen te Lopick. Bovendien komt voor en na 1630 te Amersfoort voor een jacob van Westrenen de Francinen, zoon van clemens Goerts van der Schuer en Mechtelt van westrenen, die dus den naam zijner moeder als familienaam aannam. Wel leefde er ruim 100 jaar eerder een bartholomeus van Westrenen Peterszn., die vermeld wordt te Wijk bij Duurstede 1469, te Rhenen 1489 en te Amersfoort 1480. Hij was gehuwd met Alijt Claesdr. en was gegoed bi] Rhenen en Amersfoort, zoodat het aan te nemen is, dat de schoonvader van Jan Corssen van hem afstamt. INLEIDING — 5 de oudste zoon van bartholomeus jansz. met den naam Van der hoop (in 1674 van der hoep) voor, daarin later nagevolgd door zijn broeders en zusters; terwijl zijn vader, hoewel zich zelf steeds bartholomeus jansz. noemend, in een acte van 1677 wordt vermeld als Van Hoop, in 1691 en 1694 als Van der hoop. Nog bij het opmaken van de huwelijksvoorwaarden in 1679 van JoHAN, den tweeden zoon van BARTHOLOMEUS JANSZ., teekent j,deze laatste als vader die acte, zonder den naam VAN DER Hoop^ erbij, terwijl al zijn kinderen diezelfde acte wèl met dien naam onderteekenen (zie de afbeelding dier onderteekening hierna); zoodat men kan aannemen, dat het de kinderen van BARTHOLOMEUS JANSZ. zijn geweest, die den familienaam hebben aangenomen, doch ook reeds hun vader destijds onder dien naam bekend stond. Het was begrijpelijk, dat zij in hunne zaken-relaties er prijs op gesteld _ „ „ zullen hebben om een achternaam te De Hoope („erve ten Hoepe ), tegenwoordige toestand. dragen, instede van het eenigszins onhandige patronym „bartholomeuszn." Waaraan de door hen aangenomen naam van der Hoop ontleend was, bleef ons echter onbekend. Zeker niet aan het uithangbord van de ouderlijke woning in de Rijnstraat te Arnhem; daar hing niet „de Hoop" uit, maar — zooals een Arnhemsche acte ons zegt — „de Hertog van Gelre". Wij kunnen ten aanzien van den familienaam slechts de volgende gissing wagen. Halverwege de Stichtsche dorpen Renswoude en Woudenberg, doch het dichtst bij het Geldersche dorp Scherpenzeel (vgl. bl. 14), ligt de buurt „de Hoope(n)"; volgens van der Aa's Geographisch Woordenboek is „de Hoope" een goed, dat gedeeltelijk onder Woudenberg, gedeeltelijk onder Renswoude ligt. Blijkens de Leenregisters van het Sticht Utrecht *) waren de tienden uit de erven Wijngelaer en „ten Hoepen", gelegen in Renswoude „in het kerspel van Rhenen", Stichtsche leenen. Is het niet mogelijk, dat jan corssen, die uit Scherpenzeel afkomstig was, op dit erf of in die buurt „de Hoope" heeft gewoond, voordat hij zich te Stichtsch-Veenendaal vestigde en dat zijn zoon en kleinkinderen te Arnhem, als herinnering daaraan, toen zij met een familienaam voor den dag wilden komen, zich „van der Hoope" en „van der Hoop" hebben genoemd? l) Zie Alphabetische lijst op de repertoriums no. 1871 en 1878 der Stichtsche leenen, nr. 1873. 6 — INLEIDING VERDEELING IN TAKKEN. Van de 4 gehuwde zonen van bartholomeus Jansz. zetten de 3 jongsten1) het geslacht voort; de oudste, n.1, herman van der hoop, degene die het eerst dezen naam aannam, liet uit zijn twee huwelijken geen kinderen na. De verdere loop van het geslacht blijkt nu het best uit onderstaand schetsie: BARTHOLOMEUS JANSZ . | , I HERMAN JOHAN BEERNT GERARD | VAN DER HOOP VAN DER HOOP VAN DER HOOP VAN DER HOOP ï I I I I BARTHOLOMEUS JACOB JOHAN ABRAHAM CORNELIS ' I hieruit de jonge-1 I 3 kinderen ■ te Arnhem te Amsterdam te Rotterdam te Arnhem te Rotterdam re Arnhemsen- met wie deze | | i i Amsterdamsche lijn uitstierf hieruit de oudere hieruit de 4 hieruit de 2 kinderen lijn uitgestorven in 1760. Amsterdamsche Rotterdamsche ' Groningsche met wie deze in 1803. tak, uitgestorven takken, alle nog tak, nog tak uitstierf [Doopsgezind.) in 1801. voortlevende. voortlevende. in 1818. [Doopsgezind.) [Remonstrant.) [Hervormd.) [Remonstrant.) De uit johan en abraham van der hoop spruitende takken tellen op dit oogenblik resp. 69 en 29 afstammelingen, zoodat hun beider nakomelingschap zeer talrijk is geweest. ') De op één na jongste zoon komt in 1670 nog voor als Beernt Bartholomeusz. INLEIDING — 7 Woldringh van der Hoop WAPEN. Het wapen van dit geslacht van der hoop is : in blauw een gekleede vrouw van goud, staande voor een zilveren anker, met de linker elleboog daarop rustende en op de opgeheven rechterhand een omgewende zilveren duif houdende, alles geplaatst op een grasgrond. Helmteeken: een zilveren duif. Dekkleeden :goud en blauw. Woldringh van der Hoop voert: Gevierendeeld : i. en iv. het hierboven beschreven wapen van der hoop; ii. en iii. in goud een rood verkort breedarmig kruis, vergezeld van vier zwarte, rood brandende bommen (woldringh). Twee helmen. Helmteekens: 1. de duif, 2. een brandende bom uit het schild, tusschen een goud-roode vlucht. Dekkleeden: rechts: goud en blauw, links: goud en rood. De tak thomassen a Thuessink van der hoop voert: Gevierendeeld: I. en IV. het wapen Van der Hoop j II. en III. in zilver 3 zwarte wilde zwijnskoppen met zilveren slagtanden en roode tongen (Thuessink). Twee helmen. Helmteekens: 1. de duif, 2. twee zwarte zwijnspooten. Dekkleeden: rechts goud en blauw, links zilver en zwart. Wegens de heerlijkheid Slochteren voert de tak thomassen a thuessink van der hoop van slochteren over de kwartieren van het hierboven beschreven wapen een hartschild: golvend gedwarsbalkt van rood en zilver, de zilveren balken wederom beladen met groene golfjes of golvende dwarsbalkjes, en over alles heen een zwarte zeedraak (met twee pooten, zonder vleugels). Helmen enz. als boven. Dit wapen van Slochteren is ten behoeve van den eigenaar dier heerlijkheid bij besluit van den Hoogen Raad van Adel d.d. 10 Nov. 1819 bevestigd als „drie gegolfde baaren van groen en zilver, afwisselend geplaatst tusschen drie roode dwarsbalken en een zwarte zeedraak over alles heen." *) Het wapen van der Hoop blijkt het eerst uit den wijnkan met zilveren deksel, hierna afgebeeld bij, en afkomstig van johan van der Hoop (f 1702), vertoonende diens wapen gecombineerd met dat zijner vrouw anna Sprongh. Waar hun beider huwelijk slechts van 1681 tot 1693 geduurd heeft, is ook de tijd van vervaardiging dier wapenafbeelding vrij nauwkeurig vast te stellen. Johan'szegel opzijn testament dd. 20 October 1702 wijkt, wat betreft de teekening der vrouwenfiguur, eenigszins van de eerstbedoelde voorstelling af. Aanó*f>7if»n .TnrianVc \\rc\t>At>r RAPUWn VAl\jnï?P s , ~ -~ Thomassen a Thuessink van der Hoop ') Aan de gemeente Slochteren werd bij K.B. van 21 Juli 1899 een soortgelijk wapen verleend, waarbij echter de draak van zilver is, terwijl de zilveren balken worden beschreven als een „groen geschaduwde zee." 8 — INLEIDING Johan Bartholomeuszn. Volgens , Volgens wijnkan zegel 1681/93. 1702. hoop, hoofd eener jongere lijn, een gelijksoortig wapen voerde (vgl. Hfdst. II), is er eenige waarschijnlijkheid, dat het in hoofdzaak reeds door den gemcenschappelijken stamvader bartholomeus van der Hoop is aangenomen; zeker is het tijdens diens leven ontstaan en dus ongeveer gelijktijdig met den naam Van der Hoop(e) als familienaam. Kennelijk symboliseert de maagd met duif en anker als van ouds de „hope" (Hotfnung); men heeft dus bij den naam van der hoop een embleem gekozen, dat vermoedelijk — overeenkomstig een in de wapenkunde niet ongewoon verschijnsel — afwijkt van de eigenlijke beteekenis (een z.g. „falsch redendes Wappen"). Bij de „Hoope" toch zal wel oorspronkelijk aan een terreinophooging (Haufen) gedacht moeten worden. . Menschelijke figuren, hier te lande slechts zelden in wapenschilden verschijnend, doch b.v. in Ouitschland daarin geenszins ongewoon, kunnen op velerlei wijzen worden afgebeeld; het behoeft dus geen verwondering te wekken, dat een familiewapen, dat voor zooveel variatie vatbaar is, zich niet direkt in een bepaalden vorm heeft geconsolideerd. Toch treft het, dat reeds de zoons van Johan en Barend voornoemd, te weten de gebroeders BARTHOLOMEUS, JOHAN en ABRAHAM, alsmede hun neef BARTHOLOMEUS Barendszoon — van wie Johan te Rotterdam, de overigen te Arnhem waren gevestigd — vrijwel dezelfde teekening aan het wapen gaven, welke sindsdien door alle afstammelingen is aangenomen. De afwijkingen, welke Rietstap in zijn Armorial Général opgeeft, in voce „Van der Hoop — Rotterdam" en „De Wit van der Hoop — Rotterdam", moeten op misteekening of misverstand berusten en worden door geen enkele bron gestaafd. Integendeel gebruiken tot op heden de vier Rotterdamsche takken en de Groningsche tak — blijkens de hiernevens afgebeelde zegelaf drukken uit lateren tijd — cachetten met volkomen dezelfde voorstelling van het wapen; terwijl bij beide groepen als eenige variatie optreedt, dat soms de duif naar (heraldisch) rechts ziet en het anker geheel zichtbaar wordt geteekend, dus vóór de vrouw, terwijl deze laatste het met de hand vasthoudt. Het helmteeken, de duif, verschijnt het eerst in 1702 op het zegel van johan van DER Hoop, den gemeenschappelijken stamvader van alle nog levende takken. Dit oudste zegel, die zijner bovengenoemde zoons, zoomede alle verdere zegelafbeeldingen zoeke men hierna bij het desbetreffende gedeelte der genealogie. Bartholomeus Johan Abraham Johanszn. Johansz. Johanszn. Volgens Volgens Volgens zegel zegel zegel 1725. ± 1740. 1725. Bartholomeus Barendszn. Volgens gildebeker 1744. INLEIDING — 9 ROTTERDAMSCHE TAKKEN: Achttiende-eeuwsche zegelafdrukken Tak Van der Hoop BlERENS Tak Van der Hoop Rochussen Tak De Wit van der Hoop Tak Van der Hoop Hartsen GRONINGSCHE TAK: Woldringh van der Hoop Th. a Th. van der Hoop van Slochteren Thomassen a Thuessink van der Hoop 10 — INLEIDING GODSDIENST. Aanvankelijk beleden de leden van dit geslacht den Doopsgezinden godsdienst; de resp. in 1801 en 1803 uitgestorven Amsterdamsche takken zijn steeds aan die leer getrouw gebleven. De Rotterdamsche takken zijn sedert hun komst aldaar, omstreeks 1718, tot de Remonstranten overgegaan en zijn dit grootendeels nog steeds gebleven; in den tak De Wit van der Hoop komt een enkel gezin voor, dat öf Hervormd öf Roomsch-Katholiek geworden is ; ook enkele leden van den tak van der Hoop—hartsen zijn Roomsch-Katholiek. Van de Groningsche takken werd de stamvader in 1736 van Doopsgezind Remonstrant; zijn eenige zoon werd in 1738 Hervormd gedoopt, waardoor deze tak sedert dien tot dezen godsdienst is blijven behooren. BRONNEN. De bronnen, waaruit de navolgende genealogie is opgesteld, vereischen geen afzonderlijke bespreking; in den tekst en in de noten is steeds nauwkeurig aangegeven aan welke bron, register of acte de gedane mededeelingen zijn ontleend. Wij vermelden hier met erkentelijkheid, dat het grootste gedeelte der 19-eeuwschegegevens over de verschillende takken van het geslacht door Mr. E. J. thomassen a thuessink van der hoop te Wassenaar ten behoeve van deze uitgave is bijeengebracht.1) Waar in werken als deze dikwijls te weinig aandacht wordt geschonken aan de afstamming van vrouws zijde, daar zijn hier een groot aantal kwartierstaten aan deze genealogie toegevoegd. Behalve reproducties van portretten, huizen en voorwerpen op het geslacht betrekking hebbende, zijn zooveel mogelijk alle handteekeningen van vóór 1800 geboren leden van het geslacht, opgenomen. Wat de portretten betreft, zij hier aangeteekend, dat — behoudens de in de bijlagen voorkomende kinderportretten — van de jongste generaties alleen enkele overledenen zijn opgenomen. Van de negende en tiende zijn de belangrijkste — van de oudere generaties alle aanwezige portretten gereproduceerd. Het genealogische gedeelte is bijgewerkt tot, en afgesloten met 1 December 1925. Na dien datum voorgevallen gebeurtenissen zal men dus niet meer vermeld vinden. W. W. v. R. ') Verschillende gegevens uit dezen tijd danken wij ook aan het archief voor Biographische Documentatie van den heer C. H. van Fenema te Oosterbeek. EERSTE HOOFDSTUK. DE OUDSTE GENERATIES TE SCHERPENZEEL, VEENENDAAL EN ARNHEM. Kerk te Scherpenzeel. EERSTE HOOFDSTUK. de oudste generaties te scherpenzeel, veenendaal en arnhem. EERSTE EN TWEEDE GENERATIE. JAN EN CORSTIAEN JANSZN. Zij zijn de beide oudst bekende stamvaders van het geslacht. Blijkens de huwelijksacte van Jan Corssen (zie blz. 4) was deze geboortig van Scherpenzeel, zoodat zijn vader Corstiaen Jansz. daar omstreeks 1580 zal gewoond hebben. Over dezen en zijn vader Jan is overigens niets gevonden geworden. Scherpenzeel was toenmaals een heerlijkheid onder de Heeren uit het geslacht van dien naam; de heerlijkheid was een leen van het Hertogdom Gelre, waardoor Scherpenzeel bij Gelderland is ingedeeld geworden. Sedert 1636 was Scherpenzeel in het bezit gekomen van het geslacht Van westerholt, door het huwelijk — in 1615 gesloten — tusschen Alithea van Scherpenzeel, dochter van Johan van Scherpenzeel, heer van Scherpenzeel, met hendrik van westerholt, heer van Hackfort. Ten gevolge van dezen overgang bevinden zich verschillende registers en acten op Scherpenzeel betrekking hebbende, in het archief Westerholt, dat een onderdeel vormt van het — in bruikleen in het Rijksarchief te Arnhem berustende — archief van Enghuizen. 14 — HOOFDSTUK I: De Geldersche Vallei tusschen Scherpenzeel en Rhenen (naar J. Kuyper). DE OUDSTE GENERATIES — 15 De bescheiden daarin over Scherpenzeel berustende, zijn grootendeels van lateren datum dan de tijd, waarin corstiaen Jansz. leefde, en leverden voor deze uitgave niets op.1) Dit was ook het geval met het te Arnhem berustende rechterlijk archief van Scherpenzeel, dat met 1623 aanvangt en waarin, evenals in de kerkregisters 2) niets gevonden werd, dat over corstiaen Jansz. of zijn zoon licht gaf. Het mede op het Rijksarchief te Arnhem berustende archief van het huis Scherpenzeel, afkomstig van den heer Royaards van Scherpenzeel, waaronder 8 deelen leenactenboeken van de heerlijkheid, gaf eveneens geen licht over den stamvader van het geslacht van der hoop. Het archief der hooge heerlijkheid Renswoude, binnen welker rechtsgebied het goed „de Hoope" was gelegen, bevat volgens welwillende mededeeling van den tegenwoordigen eigenaar evenmin gegevens welke voor dit doel belang zouden kunnen hebben. J) Een oud leenregister van de heerlijkheid Scherpenzeel van 1466—1500 was te vroeg, en de Landcedulle van de heerlijkheid Scherpenzeel van 1647, was te laat voor dit doel. !) De kerkregisters (doop- en trouwen) vangen met 1625 aan, alleen is er één ouder deeltje, van 1610—1619; daar corstiaen Jansz Doopsgezind was en zijn zoon Jan corssen reeds in 1606 huwde en te Veenendaal woonde, kon dit oudere deeltje evenmin iets opleveren. Scherpenzeel uit het Z.O. 16 — HOOFDSTUK I: DERDE GENERATIE. JAN CORSSEN, zoon van Corstiaen Jansz. en van — Geboren te Scherpenzeel omstreeks 1580. Overleden te Stichtsch Veenendaal 1655/1656. Huwt 1° Utrecht 28 Juli 1606. L WILHELMINA VAN WESTRENEN, dochter van bartholomeus van westrenen en van Geboren te Overleden te Stichtsch Veenendaal voor 1631. Huwt 2° Rhenen 31 Mei 1631. II. AGNIETA COESMAN, dochter van .... Geboren te Weerden Overleden na 1656. Wij hebben hiervoor in de Inleiding uitvoerig medegedeeld hoe door het vinden van een volmacht te Arnhem, gepasseerd door zijn zoon bartholomeus Jansz., gebleken was, dat de vrouw van Jan corssen eene van westrenen moest zijn geweest en wel een dochter van een Bart of Bartholomeus van westrenen. Wij hebben daar tevens verhaald hoe ten slotte het huwelijk van Jan corssen te Utrecht werd gevonden; dat zijn vrouw Wilhelmina moest heeten, werd reeds verondersteld uit de omstandigheid, dat de oudste dochter van bartholomeus jansz. den voornaam WlLhelmtna ontving. DE OUDSTE GENERATIES — 17 Daar beiden tot de Doopsgezinden behoorden, werd het huwelijk te Utrecht voor schepenen voltrokken; de inschrijving luidt:1) XXI en XXVIII Juni] 1606 is publicatie uersocht bij Jan Corstiaen Janss, van Scherpenzeel, wonende te Veenendaal, en Willemken Bartholomeus van Westrenensdr., wonende binnen Utrecht. Gesolemniseert voor Nijhoff en Drienburch op den XXVIII Julij 1606. Zijn vrouw had één broeder en twee zusters, die alle drie sedert ± 1603 te Utrecht woonden. De broeder, peter van westrenen bartholomeuszn., is degene, die gehuwd was met anneken everts, in de Inleiding vermeld, van welk echtpaar bartholomeus jansz., de te Arnhem wonende zoon van jan corssen, in 1657 mede-erfgenaam was en welke omstandigheid — zooals eveneens in de Inleiding werd verhaald — de aanleiding was tot het ontdekken van de afkomst en parentage van den tot dusver bekenden stamvader. peter van westrenen, passementwerker, werd n.1. 12 Februari 1603 2) tot burger van Utrecht aangenomen; de inschrijving vermeldt niet van waar hij geboortig was. Hij was toen sinds kort gehuwd met bovengenoemde anneken everts, althans dit huwelijk is niet te Utrecht gesloten en uit de navolgende acte van 31 Dec. 1605 blijkt, dat het echtpaar op laatstgenoemd tijdstip reeds kinderen had. 31 Dec. 1605 verkoopt CoRS everts, van Harderwijk, als vader van zijn kinderen, die erfgenamen waren van Jan everts zijn broeder, mèt de erfgenamen van aeltgen CoRNELISDR., gewezen huisvrouw van Jan Everts vd., aan Peter van Westrenen, passementwerker en burger van Utrecht, een huis en erf aan de Oostzijde van de Jacobijnenstraat te Utrecht.3) Denzelfden dag passeert Peter Bartholomeuszn. van Westrenen, passementwerker en burger te Utrecht, voor hem en als voogd van Anneken Everts, zijn huisvrouw, „daar hij levende geboorte hij heeft", een plecht van 18 car. gl. 15 st. jaarlijks ten behoeve van aertgen Gerrits, weduwe Peter Jansz., onder verband van het door hem op dien dag gekochte huis aan de Oostzijde van de Jacobijnenstraat. Deze plecht was 12 Juli 1613 reeds afgelost. 4) De twee zusters van de vrouw van Jan corssen waren 1° henrickjen bartholomeusdr. van westrenen, die eerst — doch niet te Utrecht — huwde met Jan franszn. en daarna op 27 April 1619 — alsdan wonende te Utrecht — met wouter Dirckx. weduwnaar van magdalena RiJCKEN, wonende te Ede; en 2° judith BarTHOLOMEUSDR. VAN WESTRENEN, die wonende te Utrecht, er op 10 October 1618 huwde met HARMEN JANSZN. BLELANT, mede wonende aldaar. Evenals het huwelijk van hunne zuster WlLHELMINA VAN WESTRENEN, werden de huwelijken dezer zusters voor schepenen voltrokken, waaruit dus volgt, dat alle deze personen Doopsgezind waren.6) Blijkens de hiervoor medegedeelde huwelijksacte van Jan corssen, woonde hij in 1606 reeds te Veenendaal. Het vroegere Karthuizersklooster Nieuwlicht of Bloemen- 1) Publicatieboek van Utrecht. s) Idem, dl. 1591—1606. *) Transportregister van Utrecht, 2e dl. van 1605, fo. 295. *) Transportregister van Utrecht, 2e dl. van 1605, fo. 299. 5) Over den vader, BARTHOLOMEUS VAN WESTRENEN, werd tot dusver niets gevonden, noch te Utrecht, noch te Amersfoort, noch in andere plaatsen, waar toenmaals van Westrenen's woonden (zie blz. 3 hiervoor). 2 18 — HOOFDSTUK I: daal bij Utrecht had eertijds gronden in eigendom o.a. bij Renswoude, Emmickhuizen en in het Rhenensche Veen; die goederen — meest woeste veengronden — waren na de opheffing der kloosters eigendom geworden van de Staten van Utrecht, die ze in erfpacht uitgaven ter ontginning. Vooral naar dit Rheensche Veen trokken sedert 1600 talrijke kolonisten, om in deze onbewoonde streken een nieuw bestaan te vinden en stichtten daar het z.g. Stichtsche Veenendaal. Dit Veenendaal kwam, wat de rechtspraak betreft, te ressorteeren onder het gericht van de stad en vrijheid van Rhenen, waaronder het tot 1795 behoord heeft, als wanneer het daarvan werd afgescheiden en als een afzonderlijk gericht werd geconstitueerd. Alle rechtshandelingen — ook de voltrekking der huwelijken van andersgezinden dan de Gereformeerden — geschiedden derhalve door de bewoners van dit Veenendaal, dat daardoor ook voorkomt als „Rheensche Veen", ten overstaan van schepenen van rhenen. Voor de afgegraven veengronden werd een Waterschap ingesteld, genaamd het Veenraadschap der Geldersche en Stichtsche Veenen te Veenendaal; dit bestaat nog en bezit een eigen archief, bevattende o.a. z.g. Veenregisters van Veenraden en Geërfden, aanvangende met 1586. Wilde men van die woeste gronden een stuk ter ontginning in erfpacht bekomen, dan wendde men zich met verzoek daartoe tot de Gedeputeerden van de Staten van Utrecht, die de stukken in erfpacht uitgaven en de jaarlijksche contributie, verschuldigd aan de domeinen van Utrecht, vaststelden.1) De bevolking aldaar leidde een vrij armoedig bestaan en leefde hoofdzakelijk van landbouw (rogge en. boekweit), het afsteken van turf uil het veen, van enkele tabaksplanterijen en voorts van bijenteelt, welke laatste in deze geheele streek zeer uitgebreid was. De talrijke hei- en veengronden, „wildernissen" zoogenaamd, werden eerst langzamerhand in cultuur gebracht; door de slechte waterafvoer in de Geldersche vallei liepen de vruchtbaarste lage streken herhaaldelijk onder water, hetgeen niet bevorderlijk was voor de welvaart van de bewoners. Het was in deze streek, dat Jan corssen zich uit het naburige Scherpenzeel, kort voor zijn huwelijk nederzette en hier is hij bijna 50 jaar blijven wonen. Evenals hij zelf, i) Zie b.v. Blaffaard van de Ontvangst van den rentmeester der domeinen over 1617. Archief van de Staten van Utrecht, no. 955. Slechts deze eene Blaffaard is nog aanwezig. DE OUDSTE GENERATIES — 19 trof hij er meest Doopsgezinde kolonisten aan. „De Mennonieten-gemeente van het Reensche Veen" was in het midden der 17e eeuw een der belangrijkste gemeenten, zij bediende o.a. Arnhem, dat geen Doopsgezind predikant had. Eerst sedert 1675 ging de Doopsgezinde gemeente te Veenendaal sterk achteruit en was toen voortdurend zonder leeraar.1) Tot de voornaamste Doopsgezinde families in het Rheensche Veen behoorden VAN SCHAYCK (VAN SCHADICK), VAN EBBENHORST (deze familie kwam ook uit Scherpenzeel) en METMAN, namen welke wat de twee eersten betreft aan daargelegen boerenerven2) waren ontleend, en welke families met Jan CORSSEN en zijn gezin in allerlei relatie kwamen te staan. Jan CORSSEN verkeerde dus — gelet op bovenstaande mededeelingen over de streek zijner inwoning — in zeer eenvoudige levensomstandigheden en dienovereenkomstig komt hij slechts enkele malen in acten voor. Tot dusver was hij alleen bekend uit de poorteracte van Arnhem d.d. 21 Januari 1646, waarbij zijn zoon Bartholomeus Jansz. „sone van Jan Corssen uyt Venendael an de Stichise zijde", tot burger van Arnhem werd aangenomen. Ook in zijns zoons huwelijksinteekening d.d. Arnhem 11 Januari 1645 komt hij voor als „Jan Korssen uyt het Riensche Veen"; hieruit bleek dus, dat hij in 1645 en 1646 nog in leven was, omdat er anders wel in die 2 acten van hem melding was gemaakt als „saligen" of ,,wijlen" Jan corssen. In verschillende andere bronnen werden nog de navolgende — in chronologische volgorde medegedeelde — acten over hem gevonden. Veenendaal 1626. Jan CORSSEN, smith, in de plaetse van Jan JACOBS KNYPSTYEN, over 10 morgen 104 roeden Carthuser veens, is schuldich. ... f7 — 12—10 (f° 33T,°van het Manuaal van den Kameraar der Veenen, dl. 277 over 1626.) 3) Rhenen 5 September 1627. THONIS RlJCXS transporteert aan Jan CORSZ, wonende in Veenendaal, en aan MARGRITA BuDDINGH, weduwe van DlRCK COUVEN, de helft van' een stuk veen met de turf daarop staande, gelegen aan „de Pannenhuyse" »J Zie S. Blaupot ten Cate, Geschiedenis der Doopsgezinden in Holland, Zeeland, Utrecht en Gelderland, 2 dln. *) In de nabijgelegen heerlijkheid Scherpenzeel lag een erf geheeten Ebbenhorst en twee erven genaamd Schaeyck (zie Landcedulle van de heerlijkheid Scherpenzeel van 1647. Archief Enghuizen, afd. C. archief Westerholt). 3j Archief van het Veenraadschap der Geldersche en Stichtsche Veenen te Veenendaal. Van deze Manualen, welke met 1626 aanvangen, ontbreekt het tijdvak 1627—1651. Bovengenoemd archief werd nagezien door den heer P. F. L. C. Lach de Bère. 20 — HOOFDSTUK I: achter Jan Elicoot's land genaamd Grammeyestuck, waarvan de andere helft toebehoort aan Gerrit Jansz Oly en Aert Reyers Cuyper, voor 269 gl., waarvan 150 gl. te betalen door Jan CORSZ en de resteerende 119 gl. door de weduwe voornoemd. (Register van transporten, plechten en testamenten van Rhenen, dl. 1622—1628, no. 512). Scherpenzeel 29 October 1638. Jan CORSSEN, *) eischer, contra WlLLEM CortleVENS, de bakker te Scherpenzeel, verweerder, over een zwerm of een „im" bijen, toebehoorende aan Jan CORSSEN, die over de boomen van het slot was neergevlogen in den hof van WlLLEM CORTLEVENS en welke jan vd. terug verlangt. (Gerichtsprotocol van gehouden dingtalen te Scherpenzeel, dl. 1634—1647.) Veenendaal 1652. aerdt jeurisz. Crusman in plaetse van Jan Corssen, smit, 10 morgen 104 roeden, is schuldich f 15—5—4. (fo. 45 van het Manuaal van den Kameraar der Veenen.) Rhenen 20 September 1655. Inventaris van den boedel van Jan Thonis en MARRIKEN ClAES, gewoond hebbende te Veenendaal. Onder de schulden komt voor: aan Jan CORSS, smit, van iserwerck f 14—5—0. (Register van sententiën, accoorden enz. van Rhenen, dl. 1649—1659.) Veenendaal 17 Juni 1656. „Compareerden voor mij onderschr. openbaar notaris ,,'s Hofs van Utrecht ende de nabenoemde getuygen AGNIETGE KOESMANS, weduwe „van zaligen JAN KORSSEN, met JOHAN VAN GROOTVELT haer gecoren momber in desen, „eride constituit en maeckte machtich WlLLEM JANSS EBBENHORST 2), smit, om met jan jasperts 3) metten sijnen, te scheyden en deylen soodanige goederen, actiën ende crediten, als sij comparante met Jan Jasperts metten sijnen int gemeen is hebbende, t sij met vruntschap ofte met recht, etc. Aldus gedaen end gepasseert in Veenendaal den 17 Juny 1656 ten overstaen van Abraham Oliphiers en Huybert Thamies geloofweerdige getuygen hiertoe versocht, die de minute deses neffens de comparante en mij notaris (n.1. notaris JAC. BOUMEISTER) hebben onderteekent.4) Daar men mag aannemen, dat in.het toenmaals gering bevolkte Rheensche Veen (d.i. Veenendaal Stichtsche zijde) wel niet gelijkertijd twee personen JAN CORSSEN geleefd zullen hebben, zonder dat tusschen hen door een naamsbijvoeging onderscheid ware gemaakt,8) is uit de voren medegedeelde acten te concludeeren, dat JAN CORSSEN, die dus smid blijkt te zijn geweest, overleden is tusschen 20 Sept. 1655 en 17 Juni 1656, hetgeen niet in tegenspraak is met den Arnhemschen burgerbrief van 21 Jan. 1646, op welk tijdstip hij nog in leven was. Uit laatstvermelde acte van 1656 blijkt tevens, dat hij — wederom aannemende dat er tegelijkertijd geen twee Jan CoRSSEN's te Veenendaal woonden — hertrouwd moet zijn geweest en in het Trouwboek voor schepenen van Rhenen vindt men dan ook de volgende huwelijksinschrijving: *) Het is niet zeker, dat dit de jan corssen is, die te Veenendaal woonde. In 1611 en later komt een Jan corssen te Scherpenzeel voor, die Hervormd was en gehuwd met Jantjen N. -) Willem Janszn. van Ebbenhorst, j. m. van Scherpenzeel huwde op 10 Jan. 1655 voor Schepenen van Rhenen met hester BastiaensDR. metman, beiden wonende in Veenendaal (Politieboek van Rhenen, dl. 1613—1665). ') jan jaspers van Schayck huwde voor schepenen van Rhenen op 6 Maart 1638 met geyltoen Jans, (als boven). In een notar. acte van Rhenen van 13 Maart 1653 heet hij jan Jaspers van schayck (van Schadick) wonende te Veenendaal •) Minuten van acten van nots. Jac. Boumeester, portef. 1655—1678. Notarieel archief Rhenen, no. 1727. s) Inderdaad komt te Veenendaal in 1655 een Cors Weppelman als cameraar van de buurmeesters voor, die een 1673—1678 als buurmeester van Veenendaal vermelden zoon Jan Corssen Weppelman had, doch deze Jan Corssen leefde een vierde eeuw na Jan Corssen van wien de Van der Hoop's afstammen en reeds de toevoeging Weppelman is een bewijs, dat verwarring onmogelijk is. DE OUDSTE GENERATIES — 21 Op den lesten Mey 1631 zijn Jan Corsen ende Agnietgen Coesman,x) van Weerden, naer voorgaende drie sonnendaegsche proclamaties in den ehstaet bevestigt. Uit zijn eerste huwelijk sproot: 1. Bartholomeus Jansz. (± 1615—1699), volgt blz. 22. Ik vermoed, dat ook een kind van hem geweest zal zijn: 2. elisabeth Jansdr., die 20 April 1649 voor schepenen van Rhenen huwde met Gerrit Metman.8) Althans is het opmerkelijk, dat zoowel bij de huwelijks-inteekening te Arnhem op 11 Januari 1645 van BARTHOLOMEUS JANSZ. een HENDRIK METMAN voor hem als getuige optreedt, als wel, dat bij die van BARTHOLOMEUS' dochter WlLHELMINA VAN DER Hoop op 17 Maart 1683 te Arnhem nog GERRIT METMAN getuige is. Een dergelijk getuigen zijn bij huwelijken in twee generaties, wijst op verwantschap en veilig mag dan ook aangenomen worden, dat Gerrit Metman de zwager van Bartholomeus Jansz. was. Blijkens een acte van nots. Jac. Boumeister van 20 Januari 1671 3) wordt melding gemaakt van land van GERRIT Metman te Veenendaal—Stichtsche zijde en hij komt zelf nog in acten van dien notaris van 21 Aug. 1674 en later voor. 3) 1) Wellicht was zij een dochter van Pieter Coesman, die 9 December 1623 burger van Tiel was geworden. Tiel en Rhenen hadden toenmaals velerlei verbinding. 2) Huwelijksregister van schepenen van Rhenen, beginnende met 1593 en Politieboek van Rhenen, dl. 1613—1665. •) Notarieel archief van Rhenen, no. 1727. De naam Metman komt later ook te Arnhem voor met Matthijs Metman, die er 19 Juni 1723 werd begraven, na 2 malen gehuwd te zijn geweest. 22 — HOOFDSTUK I: VIERDE GENERATIE. BARTHOLOMEUS JANSZ. (VAN DER HOOP), zoon van JAN CORSSEN en van WlLHELMINA VAN WESTRENEN (van blz. 21). Geboren te Stichtsch-Veenendaal ± 1615. Begraven te Arnhem 10 November 1699. Ondertrouwt te Arnhem 11 Januari 1645. Huwt te Rhenen 27 Februari 1645. ELSKEN HERMANS BURGERS, dochter van HERMAN BURGERS en van N. DlRKS. Geboren te Horstmar. Begraven te Arnhem 27 April 1694. Tot dusver was van bartholomeus janszn. alleen bekend, dat hij als zoon van jan corssen wonende in het Rhenensche Veen, op 21 Jan. 1646 burger van Arnhem werd, in 1699 te Arnhem overleed en gehuwd zou zijn geweest met Elsken van horstman Hermansdr. Hoeveel er bij een doorgezet onderzoek over iemand uit dien tijd, die geen regeeringsfuncties (reeds uit hoofde van zijne godsdienstige overtuiging) bekleedde, toch nog te vinden is, mogen deze navolgende aan hem gewijde bladzijden bewijzen. Het hiervoor over bartholomeus — die zijn voornaam ontving naar dien van zijn grootvader bartholomeus van westrenen —medegedeelde, was ontleend aan de genealogische aanteekeningen van zijn achterkleinzoon Mr. Jan nanning van der hoop (1738—1782), die de wetenschap van de herkomst uit Veenendaal en de afstamming uit Jan corssen geput had uit den burgerbrief, waarbij bartholomeus toege- DE OUDSTE GENERATIES — 23 laten was als burger van Arnhem en welke acte in origineel berustte en nog berust iü het Familie-archief. ') Ook in het Burgerboek der stad Arnhem2) vindt men de uitvoerige inschrijving d.d. 21 Januari 1646 van zijn aanneming als burger dier stad. De toen aan hem zelf uitgereikte acte was echter uitvoeriger, omdat daarop tevens zijn vermeld de bedragen, welke hij voor die aanneming aan de stad had te betalen. De inhoud dier acte is zóó uitvoerig en leert zóóveel bijzonderheden, dat wij goed meenen te doen haar in haar geheel weder te geven. Bartholomeus Janssn., sone van Jan Corssen uit Venendaal an de Stichtse zijde, gelrowt an de nichte van de weeduwe van Gerbrant Henricks, die van Horstmar geboortieh is, heefft die borgerschap gewonnen, met restrictie, dat hij, mennist sijnde, sich sal wachten van sich te laten vinden in eenige vergaderingen off conventiculen van mennonisten in dese stat en schependomb, bij verloss van sijn borgerschap, Coram judice Essen et senatu solemni. Den 21en Januarii 1646. voor der statsgerechticheyt 40 gl. voor de Hm Borgemsrn in der tijt.... 4 gl. voor een lederen emmer 1 gl. 10 st. voor de gerechticheyt van de caemer.. 5 gl. 15 st. voor 't opsoecken van voorgaende exempelen in sijn reguard als mennist sijnde 10 st. (w.g.) W. van Harn, secrs. De lezing dezer uitvoerige acte leert ons allerlei bijzonderheden. In de eerste plaats treft ons de mededeeling, dat BARTHOLOMEUS JANSZ. een mennoniet was. De toelating tot burger van belijders van de Doopsgezinde leer bracht altijd moeilijkheden mede, doordat men bij de toelating den burgereed moest afleggen en de Doopsgezinden beslist weigerden een eed te doen. In een tijd toen onze stedelijke regeeringen nog angstvallig vasthielden aan streng Calvinistische opvattingen, was het niet-afleggen van dien eed voor hen een reden om hun doopsgezinde mede-inwoners het burgerschap te weigeren en in de meeste onzer steden üet men hen niet toe als burger, indien zij niet den voorgeschreven eed wilden afleggen. Later werden de voorschriften te dien aanzien verzacht, omdat de regenten ten slotte zelf inzagen, dat zij door vasthouden aan hun bekrompen opvatting een groot aantal nijvere en rustige lieden voor hun stad verloren, terwijl ook de Doopsgezinden tot een schikking kwamen, omdat zij in hun handeldrijven en neringdoen de grootste moeilijkheden ondervonden, indien zij niet tot de toegelaten poorters der stad hunner inwoning behoorden. 3) Uit de burgeracte van BARTHOLOMEUS JANSZ. blijkt, dat de gewone uitdrukking aan het slot betreffende het afleggen van den burgereed ontbreekt en dat de Arnhemsche Schepenen dezen niet geëischt hebben, doch daarentegen den eisch stelden, dat de toegelatene zich moest onthouden van het bijwonen van bijeenkomsten of vergaderingen met zijn geloofsgenooten, m. a. w. men verbood hem de openbare uitoefening van zijn *) Familie-archief te Amsterdam, no. 64 der voorloopig genummerde acten. Dit is het oudste aanwezige stuk op de familie Van der Hoop betrekking hebbende, uit dat archief. 2) Deel 1614—1680, fo. 85. ') Zie hiervoor vooral: S. Blaupot ten Cate. Geschiedenis der Doopsgezinden. 24 — HOOFDSTUK I: godsdienstige gezindte. Daar er toenmaals in Arnhem slechts zeer enkele Mennonieten woonden, had men, zooals uit het slot der acte blijkt, naar een antecedent gezocht, hoe en op welke voorwaarde men vroeger een Doopsgezinde had toegelaten en moest BARTHOLOMEUS voor dat opzoeken nog 10 stuiver extra betalen.l) Wij willen echter al dadelijk mededeelen, dat BARTHOLOMEUS zich aan deze beperking Van zijn godsdienstvrijheid niet heeft gestoord en juist een dergenen is geweest, die, zooals straks zal blijken, de Doopsgezinde gemeente te Arnhem leven heeft ingeblazen en in stand heeft helpen houden. In de tweede plaats blijkt uit zijn burgerbrief, dat hij uit Veenendaal — Stichtsche zijde — kwam en dat zijn daar wonende vader Jan corssen heette. Het mag op het eerste oog verwondering wekken, dat iemand, die toenmaals in de Rhenensche Veen woonde, heelemaal naar Arnhem trok om zich daar te vestigen en niet naar het dichterbij gelegen Utrecht of Rhenen, doch deze kwestie wordt duidelijk, als men weet, dat te Rheensche Veen (d.i. Stichtsch Veenendaal) toenmaals een der aanzienlijkste Doopsgezinde gemeenten van. ons land bestond. Te Arnhem met zijn weinige belijders van deze leer was daarentegen niet eens een Doopsgezind predikant; hierdoor werd Arnhem bediend van uit Emmerik en het Rheensche Veen. Was het nu wonder, dat Bartholomeus Jansz., vurig ijveraar voor zijn godsdienstige overtuiging als hij straks zal blijken te zijn geweest, meermalen den Doopsgezinden predikant op zijn tochten naar Arnhem zal hebben vergezeld en tijdens zijn verblijf in die stad in kennis gekomen zijnde met de weinige Doopsgezinden te Arnhem, er zijn latere echtgenoote heeft leeren kennen, die toen in huis was bij haar tante, de weduwe van Gerbrant hendriks, een Doopsgezinde natuurlijk, waardoor hij zich na zijn huwelijk met haar te Arnhem blijvend vestigde. In de derde plaats blijkt uit den burgerbrief, dat hij op het tijdstip van zijn toelating reeds gehuwd was met de uit Horstmar geboortige nicht van de weduwe van gerbrandt hendriks. Een onderzoek in de registers van huwelijks-afkondigingen te Arnhem moest dus vóór 16 Januari 1646 zijn huwelijk aan het licht doen brengen en ik vond dan ook in dat van de Groote Kerk en in dat van de St. Janskerk die afkondiging als volgt ingeschreven: 11 Januarii 1645. Bartholomeus Jansen, Jan Korsens soone uyt het Riensche veen met Elsken Hermsen, j.d., Herman Burgers dochter uyt het stift Munster testes: Hendrick Metman Lysbet Beerens (in margine), gegeven attestatie om te trouwen op den 8 Februarii 1645. Het huwelijk zelf werd dus niet te Arnhem voltrokken, doch daar BARTHOLOMEUS — of althans zijn vader — toenmaals nog te Rheensche Veen woonde, achtte ik het 1) Zoo was 16 Jan. 1630 te Arnhem ClAES Baerens VAN REMEN, mennonist, tot burger aangenomen: „met verboth van sich in eenige vergaderinge off conventietalen van Mennisten in dese stat te. laeten vinden bij verbeurte van sijne voorz. borgerschap." DE OUDSTE GENERATIES ~ 25 mogelijk, dat de voltrekking te Veenendaal of te Rhenen plaats had, en vond ik in het Trouwboek voor schepenen van Rhenen l): Op den 27 Febr') 1645 sijn Bartholomeus Jans ende Elsken Hermans naer voorgaende gedane geboden in den huwelijcken staet vergadert binnen Rhenen, coram Quint subst. scholt, van Wijck ende Roest schepenen. Uit de Arnhemsche inteekenacte blijkt, dat zijn vrouw's familienaam Burgers was en niet VAN HORSTMAN of v*an HoRSTMAR zooals de gedrukte genealogie vermeldt ; Horstmar in het Munstersche was haar geboorteplaats. Ook op de oudste in het Familie-archief berustende manuscript-stamtafel heet Elsken Hermans reeds Elsken Burgers, evenals in eene bij hun dochter Judith mede te deelen Arnhemsche schépenacte van 7 Februari 1702. Het was echter de hiervoorgenoemde Mr. Jan nanning van der hoop, die op de door hem vervaardigde stamtafel haar inschreef als elsken van horstmar, waardoor deze onjuistheid in latere gedrukte werken aldus werd overgenomen en bleef voortbestaan. elsken hermans burgers, die blijkens den Burgerbrief een nicht moest zijn geweest van de weduwe van gerbrant Hendricks, 2) komt-als zoodanig dan ook vóór haar huwelijk tweemaal in Schepenacten van Arnhem voor. 23 September 1640 compareert te Arnhem voor schepenen aeltien DlRCKS, weduwe van gerbrant Henricks, ziek te bed liggende en maakt haar testament. Zij legateert uit haar gereede goederen na haar overlijden aan Claeske huisvrouw van Cornelis Ariaens 3) 250 gl. en aan de alsdan in leven zijnde kinderen van deze Claeske, te samen 600 gl.; voorts aan de Mennisten armen te Arnhem 200 gl. en aan het Weeshuis dier stad 100 gl.; Claeske ontvangt verder nog eenige met namen genoemde kleedingstukken. De acte eindigt aldus: voorts so heeft comparante uytterhandt gegeven en overgelangt an Claeske voors. ten behoeve van Elsken haer nichte, so tegenwoordich bij haer woont, een obligatie slaende op Jor- Bernard Mom, groot in capitael drie hondert gulden, ende ten behoeve van Anneken, haer nichte, suster van de voorn. Elsken, aen gereet geit de somme van twee hondert gulden, etc.l) Opnieuw compareert genoemde weduwe te Arnhem op 3 Augustus 1644 — wederom „cranck te bedde liggende" en maakt zij verandering in haar hiervoor vermelde beschikkingen, en wel zoodanig, dat de obligatie staande op den ritmeester bernard Mom, welke zij aan hare susters dochter Elsken Hermans had vermaakt, ten voordeele van haar boedel zal komen, en dat elsken in plaats daarvan 500 gl. uit haar gereede goederen zal ontvangen, „verclaerende daerneffens de comparante, dat zij an hare nichte voors. schuldich is van verdient loon honderd en tachtentich gulden ende dat zij haer beste 1) Begint met 1595, doch het tijdvak Mei 1609—Febr. 1631 ontbreekt daarin Achter in het Politieboek van Rhenen, dl. 1613—1676, zijn echter de huwelijken voor schepenen van 1626—1664 ingeschreven; hierdoor vindt men daar op 27 Febr. 1645 nog eens opnieuw de huwelijksacte van bartholomeus Jansz, geheel gelijkluidend als die, welke voorkomt in het trouwregister voor het schepengericht 2) Gerbrandt henrken, mennonist, werd 8 Sept. 1617 burger van Arnhem. ') 22 April 1642 verkoopen Cornelis Adriaens en Claeske Gerbrandt, echtelieden, aan Rijck Wijnen, als huismeester en rentmeester van het Weeshuis te Arnhem, een jaarlijksche rente van 69 gl. 15 st. uit hun huis op den Olden Markt. (Schepenbrieven van Arnhem, dl. 1623—1643). 31 Mei 1657 verkoopt claesken Gerbrants, weduwe van cornelis adriaens brabander haar huis op den Markt bij de Sabelspoort (Procuratieboek dl. 1656—1663.) 4) Procuratieboek van Arnhem, dl. 1637 1644. 26 — HOOFDSTUK I: bedde met zijn toebehoren neffens een laeckense vlieger — all voor eenige jaeren an hare gedachte nichte Elsken Hermans uytterhandt gegeven en vereert heefft.') Toen Bartholomeus Jansz. zich in 1645 te Arnhem vestigde, woonde daar ook reeds een bartholt janssen. „bartolt janssen, van Nimmegen, getrouwt an grietgen michiels, een burgers „dochter, heeft op huiden den eed daartoe staende, gedaen en is als borger aangenomen i,den 22 Mei 1629", zegt het Arnhemsche Burgerboek. Deze Bartholt janssen, dien ik liog in 1665 in acten te Arnhem vermeld vind,2) heet later Bartolt janssen van GAMEREN, evenals zijn zoon MlCHTEL BARTHOLTS, die ook als Van GAMEREN voorkomt. Het is echter opvallend, dat bartholomeus jansz. en Bartholt janssen voornoemd nimmer in de Arnhemsche acten te verwarren zijn, omdat de één steeds als BARTHOLOmeus en de ander steeds als BARTHOLD voorkomt, en deze voornamen nimmer veranderd worden, zoodat duidelijk te onderkennen is op wie van hen beiden eene acte betrekking heeft. Ook Elsken Hermans had er een naamgenoote; tegelijk met haar leefde er te Arnhem een Elsken hermssen; deze vind ik o.a. vermeld als weduwe van herman SüLBACH in acten van 9 Jan. 1675 en van 10 Maart 1677 ; laatstbedoelde acte bevat haar testament. Doch ook bij haar is verwarring uitgesloten, omdat men in een tijd, >) Procuratieboek van Arnhem, dl. 1644—1650. *) bartolt Jansz. werd 28 Jan. 1670 te Arnhem begraven. DE OUDSTE GENERATIES — 27 waarin zoo uitsluitend van patroniemen gebruik werd gemaakt, er zorg voor droeg, dat vergissingen voorkomen werden en zoo wordt de vrouw van bartholomeus jansz., steeds Hermans genoemd en de naamgenoote steeds Hermssen. Kort nadat hij in het huwelijk was getreden en zich te Arnhem gevestigd had, liet hij zich opnemen in een der Gilden aldaar. In de Rekeningen van het St. Nicolaas- of Kramersgilde dier stad*) vinden wij een opgave van den rentmeester van dit gilde, aanvangende met: „hier folgen nu die gildebroeders in min bedienen vant jaer 1643 tot den jaer 1648 toe den 6 Desember" en daaronder: 1645 den 27 dito (Mey) aengenomen Bartlelomeus Janssen in de Rinstraet, gieft 15 gl. 10 st. Uit deze inschrijving blijkt tevens, dat bartholomeus zich in de Rijnstraat had gevestigd, aanvankelijk in een gehuurd huis, want eerst op 22 Mei 1657 koopen bartholomeus Jansen en Elsken Hermens, zijn vrouw, van' Dorothea Peters, weduwe van derck Everts en hare kinderen, een huis en hofstad in de Rijnstraat tegen¬ over de Kortestraat, belend eenerzijds door de erfgenamen van GAERT WlLHEMS Backer en anderzijds door het onmondige kind van wijlen Jan van DE VELDE, met een schaerweike in het Arnhemmerbroek, dat verpand was aan Jan Huyberts, alles voor 250 gl.2) In dit huis bleef hij zijn heele leven — tot 1699 — wonen en het kwam na zijn dood aan zijn dochter JUDITH van DER hoop. Een jaar vóórdat dit huis werd aangekocht, waren BARTHOLOMEUS janssen en Elsken hermens reeds door aankoop van HENDRICK WlEPKENS en te samen met ABRAHAM SMITS en MARIA Pels, echtelieden, op 14 Februari 1656 in het bezit gekomen van een moeshof voor de St. Janspoort aan den weg naar Emaus. 3) Dezen hof, voor zoover hun helft betreft, kwam later eveneens aan JUDITH VAN DER HOOP, die hem in 1710 verkocht. Ten slotte kochten zij 23 Februari 1665 van JoHANNES VAN LOCHEM een hofje gelegen builen de Rijnpoort — dus dichter bij hun eigen woning — „aen de gemeyne wegh gelegen bij den Bosrogh „nae die Sandtbergh, oost-Michiel Buddingh, con„stapel, westwaerts Jan Claessen en noortwaerts het land van den righter Spoltman". 4) J) Gemeente-archief van Arnhem, no. 165, dl. 1636—1750, fo. 31 enfo. 32. ') le Protocol van het Binnen Wester kwartier van Arnhem, fo. 103 en Schepenbrieven van Arnhem, dl. 1644—1664. ») Schepenbrieven van Arnhem, a.v. en le Protocol van het Buiten Het huis voorheen „de Hertog van Gelder" in de Westerkwartier, fo. 105vs. Rijnstraat tegenover de Kortestraat, bewoond door 4) Schepenboek van Arnhem, dl. 1664—1695, fo. llvs. Bartholomeus Jansz. van 1659—1699. 28 — HOOFDSTUK I: Ander onroerend bezit dan het huis in de Rijnstraat en deze 1V2 hof hebben Bartholomeus Jansz. en zijn vrouw niet bezeten. Sedert het jaar 1655 komt bartholomeus jansz. mèt of zonder zijn vrouw in een aantal Arnhemsche schepenacten voor, welke alle hieronder in verkorten vorm volgen. 15 Maart 1655. jacob Harscamp1) voor hem zelf en als administrateur van de Mennisten-armen, en bartholomeus janssen, geven volmacht aan herman WlLbrenninck, procureur en notaris te Emmerik, in zake hun vordering op jr. bernhardt Mum tot Swartstein. a) 22 Maart 1655. bartholomeus janss en elsken hermans, echtelieden, geven volmacht aan peter meyners, om namens hen van bernt Hermens, getrouwd geweest met elsken hermens zuster3), een staat en inventaris te vorderen van alle goederen, welke hij in eigendom heeft, ook van die welke hem bij testament vermaakt zijn of welke hij tuchtsgewijze (= in vruchtgebruik) bezit, en om bij weigering deze in rechten in te vorderen.4) Thans volgt de zoo belangrijke volmacht, waaruit de tot dusver onbekende moederlijke familie van bartholomeus jansz. bleek, over welke acte in de Inleiding dezes uitvoerig is gesproken. Met het oog op haar belangrijkheid drukken wij de acte hier in haar geheel af. 3 September 1657. „Coram van der Sande et Do. de Voocht, scabinis, comparit Bartholomeus •) Jacob harscamp was zijdelakenkooper te Arnhem en de voornaamste der Doopsgezinden aldaar; hij was een lid van het aanzienlijke en overigens gereformeerde geslacht Harscamp aldaar. Doordat twee zijner kleindochters huwden met twee zonen van Bartholomeus jansz., komt hij in de navolgende bladen nog meermalen ter sprake. ') Procuratieboek van Arnhem, dl. 1650—1655. *) Dit is dus de op blz. 25 genoemde zuster ANNEKEN HERMANS. ') Procuratieboek van Arnhem, dl. 1650—1655. DE OUDSTE GENERATIES — 29 Arnhem: Gezicht buiten de St. Janspoort, en weg naar Emaus. „Jansz. et constituit HüYBERT VAN ScHAICK, notaris1) om uyt sijnen naem te vorderen ende t' ontfangen alsulcken gedeelte van erffnisse als hem door doode van sijn „saligen ohm Peter Barten van Westrenen, tot Amsterdam overleden, aenge„storven is, ende mede het testament, dat hem van deselve sijn oems huysfr(ouw) „genaamt Anneken Everts gemaeckt is ; van ontfanck quitantie te geven salvo „computu, ende in val goetlicke vtrichtongh off betalongh ontstonde (= uitbleef), als„dan ter plaetse daer sulx behoort, met recht daerom te spreecken, alle terminen ende „gerichtsdaegen waer te nemen en de saecken tot de sententie ende executie incluis „te vervolgen, cum potestate substituende clausulis que solitis."2) 18 Mei 1658 volgt een nieuwe volmacht inzake deze erfenis: BARTHOLOMEUS JANSS constituit Sr- WlLHEM VAN ERPECOM (n.b. deze woonde te Amsterdam) om in zijn naam en te zijnen behoeve van Sr- M. BRUYN te ontvangen alzulke 250 gl., als door zalige Anneken Everts tot Amsterdam bij testament of legaat vermaakt zijn.2) 19 Maart 1660. BARTHOLOMEUS JANSZ, burger alhier, constituit WlLHEM VAN Erpekom, cruyenier, om uit zijnen naam en van zijnentwege te procedeeren voor het 1) Aanvankelijk werd gemeend, dat in de protocollen van dezen notaris iets over het testament of de erfenis van Peter barten van Westrenen en anneken Everts, zijn vrouw, te vinden zou zijn, waardoor wellicht nadere gegevens over die familie bekend zouden worden. In de naamlijst der notarissen in Nederland sedert ± 1550, voorkomende in het werk van den heer F. L. Hartong, Register der Protocollen van Notarissen in Nederland, kwam echter de naam huybert van schaick niet onder de notarissen voor, zoodat waar de door bartholomeus jansz. gegeven volmacht ook geen standplaats van dezen notaris aangaf, onderzoek in zijn protocol onmogelijk was. Daarna mocht ik echter ontdekken, dat in Veenendaal en omstreken de naam van Schadick tot van Schayck verbasterd werd, zoodat met den Huybert van Schaick uit de volmacht bedoeld moest zijn Huybert van Schadyck. De eenige notaris van dezen naam stond te Naarden van 1649—1695, zoodat op hem de procuratie door bartholomeus gepasseerd moest zijn, niet omdat deze laatste, zooals een onderzoek uitwees, iets met Naarden had uit te staan, maar omdat huybert van schayck — uit Veenendaal afkomstig — vermoedelijk de eenige notaris in de buurt van Amsterdam was, dien Bartholomeus kende en dien hij inzake de erfenis van zijn oom volmacht kon geven. In de protocollen van dezen Naardenschen notaris werd over deze zaak echter niets gevonden. ') Procuratieboek van Arnhem, dl. 1656—1663. 30 — HOOFDSTUK I: College van de Admiraliteit van Amsterdam op het iractement van Peter Caeltgen, schipper op het schip van oorlog van capitein johan schut, en zulks om betaling te verkrijgen van een bedrag groot 50 goudgulden wegens door hem bij bartholomeus gehaalde winkelwaren en geleend geld.*) 29 Maart 1669. Compareert BARTHOLOMEUS JANSSEN en geeft volmacht aan JOHAN en üerck Keminck in zijn zaak contra PETER HERMSSEN over een achterstallige schuld.2) 29 Maart 1675. Bartholomeus janss „swackelick van lighaem dogh gaende en staende", en elsken hermens „gesonts lijfs", echtelieden, tuchtigen elkander wederkeerig aan al hun goederen, reede en onreede.3) 16 Juni 1677. BARTHOLOMEUS JANSSEN VAN HOOP (de eerste van de zeer enkele keeren, dat hij dezen naam achter zijn patroniem voegt), als vader en momber van zijn onmondigen zoon, JOHAN VAN DER Hoop genaamd, geeft volmacht aan Geevert VAN HEESEL, procureur voor het gericht te Rotterdam in zijn zaak contra SuSANNA CLAESZ, wonende te Rotterdam s) Behalve in deze acten — waaruit dus eenige bijzonderheden uit het leven van Bartholomeus bekend zijn geworden — vinden we zijn naam in het le Protocol der Grafplaatsen in de Groote Kerk te Arnhem, en wel op fo. 39 vso., waar wij lezen: „Zuyderperk n°- 101, op 4 Januarij 1667 heeft bartolomeus janss aan mij (d.i. aan '|den rentmeester-boekhouder dier kerk) getoont een brieff van Jan van broeckhuysen, „daerbij is gebleken, dat hij dese groeff aen de voors. bartholomeus janss vereert „(heeft) door vrundtschap en goede affectie", en waaruit dus blijkt, dat hij sedert 1667 eigenaar was van de groeve nr. 101 in het Zuidpand der Groote Kerk. Dit graf ging later over op zijn zoon beernt van der hoop en diens afstammelingen, nadat zoowel bartholomeus als zijn vrouw er in begraven zijn geworden. Voorts blijkt uit het Protocol van Eist4), dat CORNELIS de Heerdt en GERTJEN francken. diens vrouw op 4 Juni 1667 van bartholomeus janssen en elsken hermssen, echtelieden, een bedrag van 100 car. gl. opnamen onder verband van een stuk bouwland in de buurschap Aem onder Eist. Deze schuld was 14 Mei 1675 aan Bartholomeus en zijn vrouw weder voldaan, zooals een marginale aanteekening der acte vermeldt. Nog tweemaal vinden wij hem voor zijn overlijden in acten vermeld. Op 11 April 1681 is hij met zijn vrouw tegenwoordig, als te Arnhem de huwelijksvoorwaarden worden opgemaakt tusschen zijn zoon JOHAN VAN DER «^S ^ 101 in het Zuiderperk. Uit de rekeningen van het gilde, waarvan hij broeder was, blijkt dat de kosten van het begrafenismaal door het Gilde betaald werden, althans ik vind er deze post in: 30 Apr. 1694 bij den Dweel1) van vrouw Van der Hoop verteert 3—16—2) Uit hun huwelijk waren 7 kinderen gesproten, welke allen den naam Van DER Hoop aannamen: 1. Herman van der Hoop (± 1647—1694), volgt blz. 33. 2. WlLHELMTNA VAN DER HOOP (1650—1717), volgt blz. 39. 3. JOHAN(NES) VAN DER HOOP (± 1655—1702), volgt blz. 41. 4. judith VAN DER HOOP (± 1656—f726), volgt blz. 56. 5. Berent van der Hoop (± 1657—1723), volgt blz. 59. 6. Anna van der Hoop, Geboren te Arnhem ± 1660. Begraven te Arnhem 25 Januari 1669.3) 7. Gerhard van der Hoop (± 1662—1701), volgt blz. 64. ») Dweel = rouw (deuil ?). *) Rekening van het St. Nicolaas of Kramersgilde te Arnhem, no. 165, dl. 1636—1750. *) Register van het luigeld te Arnhem, dl. 1667—1692 : 25 Jan. 1669. Bartholomeus Janssens dochter 2 maelgehtyt, 7 gl. 8 st. DE OUDSTE GENERATIES — 33 VIJFDE GENERATIE. HERMAN VAN DER HOOP, oudste zoon van Bartholomeus Janszn (Van der Hoop) en van Elsken Hermans (Burgers) (van blz. 32). Geboren te Arnhem omstreeks 1647. Overleden te Rotterdam 27 September 1694. Begraven te Rotterdam 30 September 1694. Huwt 1° te Rhenen 5 April 1671. I. CATHARINA SPRONGH, dochter van Cornelis Sprongh Abrahamszn. en van Magdalena Harscamp Jacobsdr. Geboren te Utrecht 24 Februari 1648. Begraven te Rotterdam 23 September 1677. Huwt 2° te Rotterdam 21 November 1686. II. AGATHA PAERSLAKEN, dochter van Johan paerslaken jansz., notaris te Amsterdam, en van Maria Jans camay. Geboren te Amsterdam in 1648. Overleden na 1694. Weduwe van francois Crovin, met wien zij in Juni 1672 te Amsterdam was gehuwd.x) Herman van der Hoop, de oudste zoon van Bartholomeus Jansz., die zijn voornaam ontving naar zijn grootvader herman Burgers, verdient al daarom bijzondere vermelding, omdat hij de eerste is geweest, die in een officieel stak (1671) den naam Van der Hoop heeft gevoerd en de eerste was van dit geslacht, die — sedert 1671 te Rotterdam zich vestigde. Tot dusver was in de bestaande genealogie niets anders van hem bekend, dan dat hij op 5 April 1671 te Rhenen huwde met catharina sprongh en dat hij geen kinderen naliet. Bij de thans ingestelde onderzoekingen zijn een groot aantal hem betreffende acten voor den dag gekomen. Het eerst vinden wij hem vermeld in het Inteekenregister der Groote Kerk te Arnhem, als hij, hoewel Doopsgezind zijnde, op grond van de bestaande placaten zijn aanstaand huwelijk in de Hervormde Kerk van de plaats zijner inwoning moest doen afkondigen. Deze inschrijving luidt n.1.: l) Puyboek nr. 633,-f°. 193, 3 Juni 1672 verzochten uitroeping der 3 Zondagsche geboden: francois corvtn, van Amsterdam, coopman, out 24 jaren, geass. met Glauddja SlMONS, zijn moeder, woont Warmerstraat, en agatha paerslaken van Amsterdam, out.24 jaren, geass. met Jan paerslaken, haar vader, woont N. Z. Achterburgwal (Hij onderteekent: Francoys Crovin). 3 34 — HOOFDSTUK I: Stadhuis te Rhenen (na de vernieuwing van den gevel in 1739). 18 Maart 1671 (ingeteekend): Herman van der Hoop, j. m. en Catharina Sprongh, j. d. testis Berent Hartskamp x) (in margine): attestatie gegeven om te trouwen den 4 April 1671. Het huwelijk, dat dus niet te Arnhem werd voltrokken, werd gevonden in het Register der huwelijken voor Schepenen te Rhenen. Hier ziet men het verschil tusschen de placaten ten aanzien van de Doopsgezinden in Gelderland en die in Utrecht. In eerstgenoemde provincie moesten zij hun huwelijk zoowel in de kerk der Hervormden doen afkondigen, als daarin doen voltrekken; in laatstgenoemde provincie konden zij hun huwelijk burgerlijk sluiten en wel voor schepenen eener stad. Toen herman te Rhenen op het stadhuis huwde, was dit de 3e maal, dat daar een huwelijk van zijn geslacht voltrokken werd, immers zijn grootvader Jan corssen sloot er zijn 2e huwelijk en ook zijn vader bartholomeus jansz. was daar gehuwd. Zijn eigen inschrijving in bovengenoemd Register luidt letterlijk aldus: Hermen van der Hoop en Catharina Sprongh sijn in den huwelycsen staet bevestight i) Berend Harscamp, burgemeester en schepen te Arnhem, was een volle neef van Catharina Spronc-h's moeder Magdalena Harscamp. DE OUDSTE GENERATIES — 35 Wijnhaven en -brug te Rotterdam. op den 5" April 1671, nadat behoorlycken geblecken was, dat de houwelyx proclamatien sonder eenige verhinderinge gegaen waren. Coram commissarissen (van huwelijkszaken), etc. Zijn vrouws familie, uitteraard evenzoo Doopsgezind, kwam uit Utrecht, doch'was nog al eens van woonplaats veranderende en komt tijdens Herman's huwelijk zoowel te Rhenen als te Delft en te Amsterdam voor. Daar herman's broeder Jan van der Hoop met Anna sprongh.de zuster van catharina Sprongh, huwde en de Van der Hoop's door dit huwelijk in allerlei zaken en processen gewikkeld werden, zullen wij uitvoerige mededeelingen over de familie sprongh doen bij de bespreking van den zoo even genoemden Jan van der hoop. Genoeg zij thans te vermelden, dat die kwesties voortsproten uit de regeling van de erfenis van Jacob Harscamp, grootvader van Catharina en Anna Sprongh, die bij zijn testament van 13 Nov. 1666 zijn dochter Magdalena Harscamp en haar man Cornelis Sprongh van de vaderlijke nalatenschap had geëxcludeerd, ten behoeve van magdalena's kinderen. Sedert 1673 vindt men daarover in de Procuratieboeken van Arnhem herhaaldelijk volmachten afgegeven om voor de afwezige of voor de vrouwelijke erfgenamen in tal van geschillen, zoowel onderling, als gezamenlijk tegenover anderen, op te treden. Als voorbeeld vermelden wij een volmacht op 16 Juni 1673«) te Arnhem afgegeven door Anna Sprongh, toenmaals nog ongehuwd en later vrouw van Jan van der hoop: *) Procuratieboek van Arnhem, dl. 1673—1680. 36 — HOOFDSTUK I: Anneken Spronck als erfgename ex testamento van haar zaligen grootvader Jacob Harskamp, pro se en mede neffens hare mondighe susteren, coverende de raio voor die nogh onmondigh sijn, constituit haer swaeger Harmen van der Hoep in sodaene saecke als haer vaeder Cornelis Spronck, getrout aen Magdalena Harskamp, doghter van gemelten Jacob Harskamp, met arrest geintenteert heeft op de meubelen en effecten van den boedel van Jacob Harskamp binnen Rotterdam berustende, die onwettigheyt van het arrest voor het geright aldaer te disputeeren, etc. HERMAN VAN DER Hoop woonde toen zelf reeds te Rotterdam, nimmer is hij te Arnhem gevestigd geweest. Kort voor zijn eerste huwelijk was hij te Rotterdam gekomen en was daar 10 Maart 1671 als chirurgijn toegelaten. In het register van dit gilde l) leest men : Harmannus van der Hoop gepromoveert en geadmitteert den 10 Martij anni 1671. Blijkens straks te vermelden acten van 1674, 1677 en 1694, woonde hij gedurende zijn 23-jarig verblijf te Rotterdam „op de wijnhaven bij de brugge" (d.i. de Wijnbrug). Het was echter een gehuurd huis, geen eigen huis, want uit de Rotterdamsche protocollen bleek, dat tusschen genoemde jaren geen huis op de Wijnhaven toebehoorde aan een Van der hoop. Onder de later te bespreken processen over de nalatenschap van jacob Harscamp wordt in dat over de havezathe de Harscamp o.a. een stuk gevonden van Febr. 1682, waarin herman van der Hoop nog voorkomt als chirurgijn te Rotterdam. In het Familie-archief te Amsterdam berust eene origineele volmacht d.d. Rotterdam 13 Juli 1673 2), waarbij HERMAN VAN DER HOOP en CATHARINA SPRONCK, echtelieden, haar zuster ANNEKE SPRONCK machtigen om namens hen op te treden inzake de erfenis hunner grootouders JACOB HARSCAMP en MARGARETHA VAN STRALEN. Deze acte draagt de onderstaande handteekeningen van hen beiden: Catharina Sprongh, die blijkens in het Familie-archief berustende aanteekeningen over de families sprongh en harscamp, op 24 Februari 1648 te Utrecht was geboren, overleed te Rotterdam 6 jaar na haar huwelijk, in September 1677. Zij werd den 23* van die maand in de Fransche kerk begraven, de inschrijving luidt aldus:3) (Van) 19 Sept.—25 Sept. 1677. Donderdag. Cataryna Spronck op de Wijnhaven, (in de) Fransse kerek, 1 kint in de kist. Behalve het jonggestorven kind, dat blijkens deze inschrijving tegelijk met haar werd begraven, was er een ander kind van hen op 12 Nov. 1674 te Rotterdam ter aarde besteld. ï) Archief van het chirurgijnsgilde te Rotterdam, nr. 5. Register van de chirugijns dezer stede. 1603—1759. 2) Nr. 30 der voorloopig geïnventariseerde perkamenten acten van het Familie-archief. ') Register der dooden te Rotterdam, dl. 1674—1678. DE OUDSTE GENERATIES — 37 (Van) // Nou.—17 Nov, 1674. Maandag, een kind van Herman van der Hoep op de Wijnhaven bij de brugge tot den barbyer. x) Negen jaar na het overlijden van catharina sprongh hertrouwde Herman van der Hoop met een Amsterdamsche weduwe. Eene afbeelding van de acte van inteekening 2), voorzien van hun beider handteekeningen, vindt hier een plaats. (Een andere handteekening van Herman van 1681 vindt men op blz. 45 hierna.) Te Rotterdam is in het huwelijksregister voor schepenen aldaar, dit tot dusver onbekende huwelijk als volgt ingeschreven: 2 November 1686. Harman van der Hoop, weduwnaer, wonende tot Rotterdam, en Agatha Paerslaken, weduwe, wonende tot Amsterdam, getrouwd 21 November 1686. (in margine): volgens attestatie van Amsterdam, is hiervan attestatie teruggesonden. actum 7 Nov. 1686. Dit tweede huwelijk was kinderloos. ') Registers der dooden te Rotterdam, dl. 1674—1678. 2) Puyboek te Amsterdam, nr. 695, £° 138. 38 <— HOOFDSTUK I: Blijkens het Register van de chirurgijns te Rotterdam, overleed HERMAN VAN DER HOOP als zoodanig aldaar op 27 September 1694. Zijn begraven in de Fransche Kerk op 30 Sept. d. a. v. werd als volgt ingeschreven:1) (Van) 26 Sept.—2 Oct. 1694. Vrijdag, Harmanus van der Hoop, op de Wijnhaven, (in de) franse kerk, haer (graf). Het overlijden van zijn tweede vrouw werd te Rotterdam niet gevonden; denkelijk is zij na HERMAN's overlijden naar Amsterdam teruggekeerd, waar haar vader2) notaris was geweest. 1) Registers der dooden te Rotterdam, dl. 1690—1695. 2) Deze schreef zich eerst Paerschelaken en was werkzaam op een notariskantoor in zijn geboorteplaats, waar hij zelf in 1664 tot notaris werd aangesteld. Hij was de zoon van een Jan Dirksz. DE OUDSTE GENERATIES — 39 WILHELMINA VAN DER HOOP, dochter van BARTHOLOMEUS JANSZ (VAN DER HOOP) en van ELSKEN HERMANS (BURGERS) (van blz. 32). Geboren te Arnhem in 1650. Overleden te Arnhem 7 Mei 1717. Begraven te Oosterbeek 11 Mei 1717. Huwt te Arnhem 31 Maart 1683. FANCOIS PACOT, Geboren te Leeuwarden. Overleden te Arnhem 22 December 1721. Begraven te Oosterbeek 24 December 1721. WlLHELMlNA VAN DER Hoop, genaamd naar haar grootmoeder van vaders zijde WlLLEMPJE VAN WESTRENEN, de oudste dochter van BARTHOLOMEUS JANSZ., was blijkens de in het Familie-archief berustende oude stamtafel, geboren in 1650. Zij was dus reeds 33 jaar oud, toen zij met FRANCOIS PACOT, die ook Doopsgezind was, huwde. Hun huwelijk moest in de Hervormde kerk harer woonplaats worden afgekondigd, terwijl blijkens ondervolgen de acte de voltrekking te Arnhem, plaats vond. In het Inteekenregister der Groote Kerk te Arnhem leest men n.1. 17 Maart 1683 Fransoys Bacot, j. m. van Leeuwarden -«r^g en Willemyna van der Hoope 1), j. d. van Arnhem *v testis spons: Mons. Johan Ribbius.2) testis sponsae Gerrit Metman. 8) attestatie gegeven om hier ie trouwen den 31 Maart 1683. Men ziet uit deze acte, dat in genoemd jaar de relatie met de METMAN's na zoovele jaren nog steeds was aangehouden, tevens dat noch haar vader, noch een harer broeders getuige bij de huwelijksafkondiging was. In het jaar na zijn huwelijk werd FRANQOIS BACOT aangenomen tot burger van Arnhem: Francois Pacot, mennoniet, betaalt, zegt het Burgerboek van Arnhem over 1684.4) Blijkbaar rees er moeilijkheid toen hij weigerde den burgereed af te leggen, waartegen hij als Doopsgezinde uitteraard bezwaren had. Eerst 11 jaar later schijnt hij gezwicht te zijn voor de bepalingen op de aanneming van burgers, althans het register vermeldt achter zijn naam: doet eed 15 Febr. 1695. ») Ik wijs op de spelling Van der Hoope, welke in deze generatie meer voorkomt. 2) johan RlBBIUS woonde te Arnhem. Zijn dochter hester Ribbius werd ae schoonmoeder van Abraham van der Hoop. *) gerrtt metman behoorde tot de Veenendaal serie doopsgezinde familie Metman, waarover wij bij jan corssen een en ander mededeelden. 4) Deel 1680—1737. 40 — HOOFDSTUK I: Evenals alle burgers der stad deed hij zich in een der gilden opnemen. In de Rekeningen van het St. Nicolaas of Kramersgilde te Arnhem1) vindt men: 16 Februari 1684. Franssoys Pachott heefft syn gilde voldaen als een uytheemsse getrout synde met een gildebroedersdochter. .. .13 (gl.) — 12 (st.) — 0. Het echtpaar woonde in de Rijnstraat; blijkens het Register van Opdrachten en Verbanden van Arnhem 2) koopen FRANSCOIS PACOT en zijn vrouw WlLLEMINA VAN DER HOOP op 17 Februari 1687 van DERCK Dibbets c.s. diens huis en hofstad in de R ij n s t r a a t en op 15 April 1698 van STEVEN Brielius en diens zuster een mede aldaar gelegen huis. Zij verbinden hun huis in de Rijnstraat op 24 Oct. 1705 voor 700 gl. en op 16 Dec. 1706 verkoopen FRANCOIS PACOT en WlLHELMTNA VAN DER HOOP, echtelieden, aan BasTIAAN VAN SLOTEN en CORNELIA SLANGEN, diens vrouw, het huis in de Rijnstraat tusschen het huis van de verkoopers en dat van Jan Verlee, voor 900 gl. en 2 ducatons ad. 6 gl. 6 st., het huis nog belast met een hypotheek van 200 gl. aan Dr. Willem Backer.3) Het andere ernaast gelegen huis verkoopen FRANCOIS PACOT en zijn vrouw op 3 Jan. 1710 s) aan DlRK VAN SOMERVELT en ANNA ELISABETH ChrISTIANIDES, echtelieden, voor 1400 gl. Dit grootere huis lag blijkens de acte tusschen dat van Jan VAN SLOTEN en dat van PETER FAGO. Na dit jaar komt hun naam niet meer te Arnhem in acten voor. Blijkens een in het Familie-archief berustende oude stamboom overleed PACOT den 22 December 1721 en zijn vrouw den 7 Mei 1717; beiden werden te Oosterbeek begraven. Dit komt overeen met hetgeen over hun begraven werd gevonden in de Rekeningen der Kerkvoogden van Arnhem4), waar wij ingeschreven vonden onder de: Ontfank van 'tuytvaren der dooden: 11 May 1717 vrou Pacot na Oosterbeek.. 6-0-0 en 24 Decemb. 1721 Mr- Pacot nae Oosterbeek om redenen 6-0-0 Slechts twee dochters lieten zij na, die beiden hoogbejaard stierven, n.1. Elsken PACOT, overleden te Oosterbeek op 19 Januari 1760 en ANNA PACOT, overleden aldaar op 11 Juni 1753. De laatste komt op 6 Maart 1734 voor in een te Arnhem afgegeven volmacht5) als ANNA PACOT weduwe HERMAN CUYPER. *) Deel 1636—1750. ■) Deel 1687 en 1698. ') Deel 1704—1711. 4) Journalen van inkomsten der Kerkvoogden van Arnhem, dl. 1710—1723. ») Procuratieboek van Arnhem, dl. 1730—1743. DE OUDSTE GENERATIES — 41 JOHAN VAN DER HOOP, tweede zoon van Bartholomeus Jansz. (van der Hoop) en van Elsken Hermans (Burgers) (van blz. 32). Geboren te Arnhem omstreeks 1655. Overleden te Arnhem 1 November 1702. Begraven te Arnhem 8 November 1702. Huwt 1° te Arnhem 1 Mei 1681. L ANNA SPRONGH, dochter van CORNELIS SPRONGH ABRAHAMSZN. en van MAGDALENA HARSCAMP JACOBSDR. Geboren te Arnhem 22 Juni 1649. Begraven te Arnhem 28 Augustus 1693. Huwt 2° te Rheden 13 Januari 1695. II. HENRICA BROUWERS, dochter van Jan brouwer(s) en van henrica boldewijns. Gedoopt (Hervormd) te Arnhem 5 October 1667. Overleden te Arnhem 24 Februari 1728. Begraven te Arnhem 1 Maart 1728. johan van der Hoop, de stamvader van alle nog levende takken der familie, was blijkbaar genoemd naar zijn grootvader Jan corssen; hij wordt het eerst vermeld in een volmacht te Arnhem van 16 Juni 1677x) wanneer bartholomeus janssen van Hoop (sic) als vader en momber van zijn onmondigen zoon Johan van der Hoop, volmacht geeft aan geevert van heesel, procureur van het gericht te Rotterdam, in zijn zaak contra susanna claesz, wonende te Rotterdam.8) I) Procuratieboek van Arnhem, dï. 1673—1680. *) In het Gemeente-archief te Rotterdam werd niet gevonden over welke kwestie deze zaak handelde. 42 — HOOFDSTUK I: Vier jaar later trad hij in het huwelijk, de inteekenacte in het Register der Groote Kerk te Arnhem luidt: 16 April 1681. Jan van der Hoop, j. m. van Arnhem en Anna Sprongh, j. d. van Arnhem. Testis Jan Ribbius. Zij was een der zusters van zijn reeds overleden schoonzuster catharina sprongh, de eerste echtgenoote van zijn broeder herman van der hoop (zie blz. 33). Hoewel zijn vrouw eveneens doopsgezind was, werd — al is zulks niet onmiddellijk duidelijk — dit huwelijk toch de voorbode van de stijging op de maatschappelijke ladder van de Doopsgezinde en daardoor achteraf gestelde van der Hoop's en hun opname in de deftige regeeringskringen der stad Arnhem. Weliswaar was de doopsgezinde, voortdurend van woonplaats veranderende familie sprongh niet het middel daartoe, doch de moeder van anna sprongh, magdalena harscamp -behoorde tot een aanzienlijk en oud geslacht, dat in de regeering der steden Utrecht en Arnhem zat. Van dit Hervormde geslacht was Anna's grootvader, jacob harscamp te Arnhem, de eenige die tot de Doopsgezinden was overgegaan. Wij hebben zijn naam reeds meermalen vermeld bij de bespreking van bartholomeus jansz., o.a. als administrateur der kleine Doopsgezinde gemeente te Arnhem. Het huwelijk zijner zooeven genoemde dochter vindt men als volgt te Arnhem ingeschreven: 24 April 1647. DE OUDSTE GENERATIES — 43 Cornelis Spronc, soone van Abraham Spronc, j. m., van Utrecht, en Magdalena Harskamp, j. d., doghter van Jacob Harskamp, van Arnhem; testis Gerrit Harskamp. Vertogen met attestatie naer Rhenen 15 Mei 1647. Zij waren de ouders o.a. van catharina en anna sprongh, die resp. met herman en johan van der hoop huwden. Deze verwantschap en alle gevolgen daarvan maken het noodzakelijk wat langer over de families sprongh en harscamp stil te staan. In het Familie-archief berusten tal van origineele stukken en aanteekeningen over beide families. Er blijkt o.a. uit, dat het huwelijk sprongh-harscamp op 16 Mei 1647 te Rhenen l) werd voltrokken, dat cornelis' vader, abraham Sprongh, toen te Utrecht woonde, dat jacob Harscamp, groot-zijdelakenkoopman was te Arnhem, en dat het jonggehuwde paar zich te Utrecht op het Predikheerenkerkhof metterwoon vestigde, waar 24 Februari 1648 als oudste kind catharina sprongh geboren werd, de latere vrouw van herman van der Hoop. Nog 7 kinderen zouden volgen, waarvan anna, de vrouw van Jan van der hoop, geboren werd te Arnhem 22 Juni 1649. 2) De huwelijksvoorwaarden tusschen cornelis sprongh en magdalena harscamp, opgericht te Arnhem d.d. 21 April 1647, berusten in originali in het Familie-archief te Amsterdam. Zij ontving als morgengave de toenmaals niet-onaanzienlijke som van 2000 gld. De huwelijksbeden waren abraham spronck, bruidegom's vader, LlNTJEN Spronck, de moeder, en WlLLEM VAN oosterwyck voor den bruidegom; jacob harscamp, vader van de bruid, MARGARETHA VAN STRALEN, moeder, GERARDT harscamp, thomas Maessen, Berndt Harscamp, E. Dibbets en Johan Sluysken, voor de bruid. De verwantschap dezer personen moge uit onderstaand stamtafeitje blijken. *) Die familie-aanteekeningen zeggen o.a.: den 16 Mei 1647 is ons dochter Magdalena Harscamp met Cornelis Spronck int Rhienensche veen voer de Gemeente aldaer door Daniël Hoorns getrout en denselfden dach tot Rhienen voor de Heeren aldaer nochmaels getrout volgens haer Ordonnantii. a) Die andere kinderen waren: 3 Geertruid Sprongh, geb. Utrecht 8 Nov. 1650; 4. Abraham Sprongh, geb. Utrecht 1 Jan. 1652, zeepzieder in 't Vergalde Hoefijzer te Delft en gehuwd met agneta van oorden; 5 Jacob Sprongh, geb. Utrecht 2 Jan. 1659, fabrikant van zijden stoffen te Amsterdam op de Keizersgracht; 6 Margaretha Sprongh, geb. 8 Sept. 1661, huwt isaac Bijl, med. doctor te Delft, later te Rijnsburg, zij f Mei 1726; 7 Cataltna sprongh, gehuwd met david Broers te Delft en 8 eusabeth Sprongh, geb. Nov. 1664, gehuwd met cornelis de WlTH, remonstr. predikant te Berkel; zij f 21 Juni 1731. 44 — HOOFDSTUK I: Uit dit staatje blijkt al dadelijk, dat johan van der Hoop en zijn broeder HERman van der Hoop door hun huwelijk in geheel andere kringen te Arnhem geraakten, dan waarin hunne ouders hadden verkeerd, Voor de familiebetrekkingen aan de zijde zijns schoonvaders verwijzen wij naar ondervolgend staatje: *) De huwelijksvoorwaarden tusschen johan van der hoop en anna sprongh, op 11 April 1681 te Arnhem opgericht, berusten in originali in het familiearchief te Amsterdam. Het stuk draagt de handteekeningen van alle daarbij opgetreden getuigen en wel aan de zijde van den bruidegom diens ouders, zijn drie broeders en zijn twee zusters; aan de zijde van de bruid alleen haar oudste broeder abraham sprongh. Hierdoor zijn wij in staat hierachter alle handteekeningen van het geheele toenmalige gezin Van der hoop te Arnhem te reproduceeren; het trekt daarbij de aandacht, dat terwijl alle kinderen zich van der hoop noemen, hun vader bartholomeus Jansz. alleen met het patroniem onderteekent en dat de Duitsche afkomst der moeder duidelijk uit het schrijven harer letters blijkt. Uit de acte zelve leeren wij, dat de bruidegom ten huwelijk inbrengt „zoodanige „som van penningen als zijn ouders aan zijn broeder BAERENT hebben gegeven" (het bedrag wordt echter niet genoemd) en dat de bruid inbrengt „alle goederen als „haar van zaliger jacob harscamp en MarGARETHA VAN STRALEN, haar grootouders, zijn aanbestorven." Er zou geen gemeenschap van goederen zijn; winst en verlies tijdens bet huwelijk verkregen, zou half om half gedeeld worden; de a.s. echtelieden tuchtigen elkander voorts wederkeerig. Uit het voorstaande blijkt al reeds de oorzaak, waaruit alle processen, welke Johan van der Hoop na zijn huwelijk te voeren zou hebben, voortsproot. Zijn in 1672 overleden vrouws grootvader had — zooals wij reeds aanstipten — zijn dochter magdalena harscamp en zijn schoonzoon Cornelis Sprongh geëxcludeerd van zijn nalatenschap ten voordeele zijner kleinkinderen, met bepaling, dat deze aan hun ouders voor onderhoud jaarlijks 500 gl., benevens vrije woning, zouden verstrekken. Na het overlijden van Jacob harscamp had zijn schoonzoon Cornelis Sprongh getracht zich de erfenis toe te eigenen, waartegen zijn — cornelis' — kinderen opkwamen en waarvan processen het gevolg waren. Daarbij kwam, dat jacob harscamp i) Ontleend aan protoc. not. N. Hooft te Utrecht a° 1666 en Reg. transp. en plechten Weerde, 1618—45. DE OUDSTE GENERATIES — 45 bij zijn sterven nog in een langdurig proces gewikkeld was over de havezathe Harscamp bij Ede en dat hij in het bezit was van goederen, zoowel in Overbetuwe als onder het gericht van Lathum. Het proces over de Harscampx) — eerst gevoerd voor de Hooge Gerichtsbank te Arnhem, daarna voor het Hof van Gelderland — was door JACOB in 16602) begonnen wegens zijn verwin op de allodiale en leengoederen van de adellijke havezathe en huis Harskamp, ten gevolge van een door hem in 1656 geleend bedrag van 3000 gl. (benevens interest) aan de eigenaars der havezathe, n.1. DlDERIK VAN WEERDENBURG en HYMA CHRISTINA VAN DELEN, echtelieden, heer en vrouwe van Rysum en Harscamp. Zij hertrouwde met VAN RYPERDA en verkocht toen de Harscamp-aan GERARD VAN Htjyseren, haar rentmeester, waardoor het voor het Hof gevoerde proces door de erven van JACOB HARSCAMP contra genoemden Van HüYSEREN gevoerd werd. In den procesbundel van Febr. 1689 liggen de verkoopscondities van Febr. 1682 van „het schoon ende deftigh adelick huys of havesathe de Harscamp met bijbehoo- >) De havezathe Harscamp was een leen van Keppel; zie processen Hof van April 1675 en Febr. 1689. Het eerste werd door de erfgenamen gevoerd contra cornelis spronck, het andere contra gerard van Huyseren. In de eerstbedoelde bundel liggen in originali het testament d.d. 13 Nov. 1666 van jacob Harscamp en Margaretha van stralen en de huwelijksvoorwaarden d.d. 21 April 1647 van Cornelis Sprongh en Magdalena harskamp. *) Zie procuratieboek van Arnhem, dl. 1656—1663, d.d. 9 Juni 1660. 46 — HOOFDSTUK I: „rende perceelen"; de verkoop geschiedt op last van de erfgenamen van wijlen jacob harscamp, als verwinhebber van de havesathe; de voorwaarden van verkoop — zegt het stuk — zijn te bezien bij de verkoopers wonende in de Coninckstraat te Arnhem, bij cornelis spronck en bij hermannus van der hoop, chirurgijn, beiden te Rotterdam, bij abraham spronck, zeepzieder te Delft, en bij andere personen in andere nader vermelde plaatsen. Daar jacob harscamp in 1672 overleed, vinden wij reeds vóór het huwelijk van johan van der Hoop zijn latere vrouw Anna Sprongh in die processen gewikkeld. Wij zullen in volgorde alle volmachten vermelden, welke voor die zaken te Arnhem werden gepasseerd:*) 16 Juni 1673. Zie de volmacht door Anna Sprongh afgegeven op haar zwager herman van der Hoop en reeds medegedeeld op blz. 36 hiervoor. 4 Juli 1676. ANNEKEN SPRONCKS, gemachtigde van haar broeder ABRAHAM SPRONCK, substitueert de haar gegeven volmacht op Dr. JOHAN SWAEN te Arnhem, in zake het proces van de erfgenamen van haar grootvader Jacob Harscamp contra de erfgenamen van gerard van Huyseren. 28 Mei 1678. Anna Sprongh, geassisteerd met haar broeder Abraham Sprongh, geeft volmacht aan joost PRONCK, procureur, en zulks bij wijze van substitutie van de volmacht voor schepenen van Rotterdam op 13 Juli 1673 op haar gepasseerd door Herman van der Hoop en Catharina Sprongh, haar gehuwde zuster, mede de rato caverende voor haar onmondige broeder en zusters. 31 Januari 1679 Anna Sprongh optredende in deze zaak voor haar zuster GeerTRUID sprongh, wonende te Rotterdam. 8 Juli 1689. johannes van der hoop, als getrouwd aan anna sprongh, stelt zich opposant tegen zoodanige executie als Dr. peter verstegen q.q. informeel voornemens is, uit kracht van 's Hofs sententie, op comparants goederen te intenteeren, wegens het proces over de havezathe Harscamp. Voor andere rechtzaken, ontstaan over de erfenis van jacob harscamp, handelen de volgende acten, waarvan de eerste drie in originali berusten in het Familie-archief te Amsterdam. 17 October 1681. Voor burgemeesters en regeerders van Amsterdam compareeren Abraham, Jacob en Geertruld Sprongh, voor hen zelf en voor Margaretha, catalina en Elisabeth sprongh, hun zusters, en geven volmacht aan Joannes van der Hoop, wonende te Arnhem, in zake hun proces voor het gericht van Lathum. 14 Mei 1694. Voor schout, burgemeester, schepenen en raden van Delft compareert Agneta van Oorden, weduwe Abraham Sprongh en geeft volmacht op Johan van der Hoop, haar zwager te Arnhem, 2) inzake de nalatenschap van Jacob Harscamp, o.a. over den verkoop van het goed Rijckersweert in de Betuwe. 6 October 1694. JoHANNES VAN DER Hoop, voor hem zelf en als vader en momber van zijn onmondige kinderen verwekt bij wijlen ANNA sprongh, en als gemachtigde van de mede-erfgenamen van Jacob Harscamp, spreekt aan JoHAN Goris, die nomine •) Procuratieboeken van Arnhem, dln. 1673—1680, 1686—1695. *) In het Familie-archief berust eveneens de afrekening d.d. 10 Augustus 1697 tusschen deze Agneta en haar zwager Johan van der Hoop over deze nalatenschap. DE OUDSTE GENERATIES — 47 uxoris erfgenaam is geweest van Mechteld Schiffers, weduwe van capitein Marten van haeften, over een schuld van 265 gld. 31 December 1695. x) johannes van der Hoop, voor zich zelf en als vader en momber van zijn kinderen, geprocreëerd bij zijn overleden huisvrouw anna sprongh zaliger, ook als gemachtigde van Anna van oorden, weduwe en boedelhoudster van abraham sprongh, voorts zooveel als noodig en dienstig als generale gemachtigde van Jacobus en Gertruydt Sprongh, ook voor de voogden van Margaretha, Catalina en Elisabeth Sprongh, alle erfgenamen van wijlen Jacob Harscamp, bekent op 26 Nov. 1695 verkocht te hebben aan geurt henricxen en diens vrouw, een hofstede in de buurschap Rijckersweert, kerspel Eist, vrij allodiaal erf en goed, voor 2600 gld.2) Al deze zaken waren afgedaan vóór het overlijden van Johan van der Hoop, met uitzondering van die aanhangig voor het Gericht van Baer en Lathum, waarvan wij den afloop in 1703, straks zullen vermelden. In een in het Familie-archief berustende acte van 15 Juli 1695, waarin bevestigd wordt een door Dr. Peter Eygel, toenmaals advocaat in het Hof van Gelderland te Arnhem, op dien datum gepasseerde volmacht op E. N. CoOL, procurator te Delft,3) om te hebben voldoening van het restant, groot 2000 gld. met 2 jaar interest, van een obligatie op 17 Febr. 1690 te Delft door wijlen abraham sprongh gepasseerd, noemt Dr. eygel johannes van der hoop, zijn neef en tevens wijnkooper, zoodat hieruit het beroep van johan blijkt. Over de verwantschap met de te Arnhem toen zoo in aanzien zijnde familie Eygel vermelden wij straks nog nadere bijzonderheden. Evenzoo berusten in het Familie-archief twee door johan van .der Hoop afgegeven origineele obligaties wegens door hem geleend geld, de eene van 15 Maart 1685, waarbij johan van der Hoop en anna Spronck, echtelieden, schuldig bekennen aan stephanus Beck en aletta van Ophuysen, diens vrouw, een bedrag van 472 car. gl. en 10 st. en daarna nog opnieuw een bedrag van 300 gl. Blijkens onderschrift werd deze schuld afgelost op 7 Mei 1690. Bij de andere obligatie d.d. 25 Mei 1691 bekent johan van der Hoop schuldig te zijn 200 gulden Hollandsch aan hendrik brouwer. Deze schuld werd blijkens daarop gestelde aanteekening op 25 Mei 1708 afgelost door zijn zoon bartholomeus van der Hoop. De obligaties dragen zijn handteekening, waarvan de reproductie hierboven te zien is. *) Protocol van het Scholtambt van Eist, dl. 1676—1703. a) Blijkens het Protocol van Eist, dl. 1654—1676 fo. 127, hadden jacob harscamp en diens vrouw, dit goed op 27 Jan. 1662 gekocht van juffr. Jacoba cloeck, weduwe van jr. Johan van den Broeck. s) Deze volmacht is te vinden in Procuratieboek van Arnhem, dl. 1693—1698; de hiermede verband houdende verklaring van denzelfden datum berust onder no. 28 in het Familie-archief en mist de handteekening van Dr. Eygel. Wel is zij voorzien van die van Johan VAN der Hoop, die zijn voorletter steeds zoo onduidelijk schreef, dat men abusievelijk een W. instede van een J. voor zijn naam las (zie ook zijn hierboven afgebeelde handteekening), zoodat men aanvankelijk meende, dat er sprake was van een anderen Van der hoop, die men eene WlLHELMTNA, dus een tante, veronderstelde te zijn. 48 — HOOFDSTUK I: In de Raadssignaten*) der stad Arnhem vinden wij eenige malen, dat door hem aan den Raad ingediende rekesten, behandeld werden. Over alles wendde men zich toen tot de Magistraat van de stad der inwoning; dan is het over kwesties met een buurman over een schutting tusschen beider erf (12 Febr. 1686), dan over onvoldaan gebleven vorderingen (3 Mei 1685). Zonderling voor de voorschriften van die dagen doet het aan, dat men zelfs van de Magistraat vergunning moest hebben, wanneer vreemdelingen, niet-burgers, de stad wilden binnenkomen: „4 Juni 1683 op 't versoeck „van johannes van der Hoop accordeert de Magistraat dat des suppliants swaegers „gedurende d'aengetogene liquidatie vrij acces in deze stadt mogen hebben." Dit hield natuurlijk verband met de hiervoor besproken afwikkeling van den boedel van Jacob Harscamp door Johan en zijn zwager Sprongh. . Dat hij nog met zijn vader en zijn broeder berndt in Januari 1691 aan de Magistraat rekwestreert inzake de boete wegens hun niet verschijnen op de laatste parade, is op blz. 31 reeds verhaald. Tijdens de processen over de nalatenschap van zijn vrouws grootvader overleed zijn echtgenoote Anna Sprongh in Augustus 1693. Onder de Ontvangsten van sinckgelt der dooden*) (dat is wegens het in het kerkgraf doen zinken van de lijkkist) lezen wij: 28 August 1693 Joh. van der Hoop sijn vrouw gesonken 11 — 5 — 0. Zij had bem 10 kinderen geschonken, waarvan er 4 op zeer jeugdigen leeftijd stierven; deze kinderen volgen na vermelding van de bijzonderheden over zijn tweede echtgenoote. 16 Maanden na het overlijden zijner vrouw hertrouwde hij; in het Proclamatieboek der Groote Kerk te Arnhem lezen wij: 22 December 1694 Jan van der Hoop met Hendrika Brouwers testis sponsae: Henr. Schevickhaeven, roededraager. den 13 Jan. 1695 attest gegeven op Rheden. Hoewel doopsgezind zijnde, huwde hij, doordat zijn vrouw Hervormd was, in de Hervormde Kerk te Rheden, in welks Trouwregister3) het huwelijk aldus i? ingeschreven: 13 Jan. 1695 junxi op attestatie van Arnhem Johannes van der Hoop en Henrica Brouwers. Zij was een dochter van een sergeant, die tijdens zijn huwelijk4) te Arnhem in garnizoen lag, waar ook zijn dochter henrica werd geboren. Later was hij o. a. te Bergen op Zoom in garnizoen. henrica's ouders bleken ons door de, vermelding van hare 2 zusters in de na te noemen bescheiden, waardoor het mogelijk was, vast te stellen tot welke familie brouwer zij behoorden. -<«jÊï Zeven jaar later, op ongeveer 47-jarigen leeftijd, overUfd hij reeds, blijkens den in het Familie-archief berustenden Stamboom, den 1 November 1702. !) Raadssignaten van Arnhem, dl. 1679—1685 en dl. 1685—1692. '*) Archief Kerkvoogden der Hervormde Gemeente te Arnhem, no. XXIII. Journalen der Kerkinkomsten, dl. 1675-1693, . onder: Ontvangsten. Het „sinckgelt" voor een kind bedroeg toen 6 gl. 5 st., het „luygelt" voor een kind 2 gl. 14 st.; voor volwassenen werd betaald overeenkomstig rang en stand. ») Trouwboek, dl. 1676—1768. M Ondertrouwd te Arnhem, 18 Aug. 1666 Jan Brouwer, sergeant van den heer captein Adriaen van Gent, en hendrixken . Boldewuns, j.d. wonende tot Arnhem. DE OUDSTE GENERATIES — 49 Hiermede sfemt overeen, hetgeen wij lezen onder de hierboven bedoelde Ontvangsten van sinckgelt: 8 Nov. 1702 Jan van der Hoop gesoncken 11 — 5 — 0. Blijkens het Journaal der Kerkinkomsten (dl. 1694—1709) had hij 2 jaar te voren een graf in de Groote Kerk te Arnhem gekocht: „6 Aug. 1700. Ontfang en van JOHAN VAN der HOOP wegens een gekofte groeve „op (het) Hoogchoor, Zuiderpand, no. 126 10 — 0 — 0." Bovendien was hij eigenaar van de dubbele groeve no. 107 in het Middelpand dier kerk, welke afkomstig was van DlRCK HARSCAMP, daarna van Berndt HARSCAMP en van JACOB HARSCAMP en welke in 1715 ten name stond van zijn weduwe.*) Daar eerst in 1706 de boedel van den ouden BARTHOLOMEUS VAN DER HOOP (f 1699) verdeeld werd — vgl. bl. 56 — is het waarschijnlijk, dat ook JOHAN tot zijn overlijden woonde in het ouderlijk huis in de Rijnstraat, hetwelk later aan zijn zuster JUDITH zou worden toebedeeld. Zijn tweede echtgenoote, die een zeer energieke vrouw schijnt geweest te zijn, overleefde hem bijna 26 jaar en over haar is gedurende dien tijd nog bijzonder veel mede te deelen. Het eerst komt zij voor in het testament d.d. 20 October 1702, opgemaakt te Arnhem door JOHAN VAN DER Hoop en HENRICA BROUWERS, echtelieden, 11 dagen voor zijn overlijden.2) Er blijkt uit, dat bij het passeeren ervan „beiden krank te bedde liggende" waren, en dat zij elkander tot hertrouwen toe, wederkeerig lijftuchtigen aan hun goederen. Zij vermaakt een legaat aan haar zuster PETRONELLA BROUWERS, huisvrouw van FREDERIK MELSERT3); hij benoemt zijne kinderen tot zijn erfgenamen en stelt tot mombers over hen aan zijn broeder BERENT VAN DER HOOP en HENDRIK VAN ScHEVICKHAVEN, roeijdrager. Zij verklaren voorts dit besloten testament bezegeld te hebben „met twee pitzieren in rooden lack"4) en deponeeren het vervolgens bij sche- ') Zie: le Protocol der Graafplaatsen in de Groote Kerk en in de Broerenkerk te Arnhem. 2) Het origineele testament berust onder no. 83 in het Familie-archief te Amsterdam; het is voorts ingeschreven in het Procuratieboek van Arnhem, dl. 1702—1709, na de acte van opening op 7 Dec. 1702 ervan. ») Ingeteekend te den Haag 20 Oct. 1697 Frederick Melsert, j.m. van Dordrecht, en petronella Brouwers, van Bergen op Zoom, beide wonende alhier. Getr. in de Hoogduitsche Kerk 3 Nov. 1697. 4) Het hier eenigszins vergroot afgebeelde zegel van johan is het oudst bekende der familie Van der hoop. 4 50 — HOOFDSTUK I: penen van Arnhem. Op 7 Dec. d.a.v. vertoont johan van der Hoop, zoon van den overleden johan van der hoop, deze beslotene dispositie en verzoekt opening ervan aan schepenen der stad. Een der eerste handelingen van zijn weduwe vinden wij voor het Gericht van Lathum. 28 Mei 1703.*) henrica brouwers, weduwe van johan van der hoop, in leven wijnkooper binnen Arnhem, geassisteerd met Beernd van der hoop, haar momber, renuncieert van het proces contra frans jacob van waas, heer van Kessenig, kapitein, als erfgenaam van johanna van malsen en kessenig en van elisabeth van goltstein, welk proces wijlen haar henrica's man sedert Augustus 1681 *) voor het Gericht van Baer en Lathum hangende had als man van zijn eerste huisvrouw en deze als erfgename van wijlen jacob harscamp, over een obligatie groot 536 gl. 10 st. door wijlen johanna van malsen ten behoeve van jacob harscamp voornd. op 2 Oct. 1636 gepasseerd, met den achterstalligen interest van dien. Met de weduwe van LUBBERT VAN HlERDE komt HENRICA BROUWERS voor als yennoten of participanten van de pacht van de stadswaag te Arnhem sedert 1702, in welke hoedanigheid zij in 1708 en in 1711 voorkomen in aanspraken voor de Hooge Bank te Arnhem o.a. contra j. M. BOCK en anderen wegens diens verhandelde tabak gedurende den pachttijd, welke niet op de stadswaag gewogen zou zijn.3) 23 April 1709 4) geeft henrica brouwers, weduwe van johan van der hoop, in leven coopman in wijnen, geassisteerd met beernt van der hoop, haar schoonbroeder, volmacht aan den procureur hermanus Muys om voor het Landgericht der Veluwe voor haar in processen op te treden. Deze zaak handelde over het volgende: 12 December 1711.5) HENRICA brouwers, weduwe JoHAN van der hoop, renuncieert van zoodanige peinding, als zij op 2 April 1709 en 9 Mei 1711 gedaan heeft op de gereede en ongereede goederen van johanna jellen, weduwe van WlLHELM van Harn, in leven secretaris van het Kwartier van Veluwe, wegens een vordering van 123 gl. waarvoor zij 120 gl. als lijftucht had aangekocht. 29 Sept. 1712.5) Burgemeesters en Schepenen van Arnhem certificeer en, dat zij op 20 Juli 1711 verkocht hebben aan henrica brouwers, weduwe en boedelhoudster van johan van der Hoop, de tuchtgerechtigheid van een huis en de 2 daaraanstaande huisjes, welke toekwamen aan johanna jellen, weduwe van WlLLEM van harn, secretaris dezer stad, voor een schuld van 123 gl. 16 st., dateerende van 6 Sept. 1705, wegens door henrica voornd. geleverde wijnen en nog voor 24 gl. door haar aan luitenant everhard van harn geleverde idem. Uit deze acten kan men de conclusie trekken, dat henrica brouwers als weduwe den wijnhandel van haar man heeft voortgezet, waarbij zij bijgestaan zal zijn geweest door haar stiefzoons — zoodra deze tot mondigen leeftijd gekomen waren — met wie zij, blijkens tal van acten, in de beste verstandhouding stond. Ook in het Familie-archief berusten diverse haar betreffende bescheiden. Wij noemen obligaties afkomstig van JACOB HARSCAMP en ten haren name overgeschreven, >) Actenboek van Baer en Lathum, dl. 1690—1710. ») Het door Johan van der Hoop ter zake gedaan „besaet" Ad. 19 Aug. 1681 komt voor in het Protocol van Baer en Lathum dl. 1677—1687. s) Zie: Aanwinsten Jaarverslag Rijksarchief Gelderland 1922, Arnhemsche regentenpapieren, no. 266. Papieren betreffende de Stadswaag. <) Procuratieboek van Arnhem, dl. 1702—1709. *) Idem, dl. 1710—1720. DE OUDSTE GENERATIES — 51 waaronder een van de Huismeesters van het Weduwe-huis tegenover de Broerenkerk te Arnhem, groot 1000 gl, waaronder de handteekening, wegens de aflossing ervan, van haar stiefzoon johan van der hoop d.d. 1 Juni 1714. Zoolang haar stiefzoons minderjarig waren, bleef zij als boedelhoudster in den onverdeelden boedel zitten. Op 1 December 17181) leverde zij over een Staat en Inventaris van den onverdeelden boedel van wijlen JoHAN VAN DER Hoop die eerst in huwelijk heeft gehad Anna Spronck, uit welk huwelijk zijn verwekt en nog in leven zijn Vijf soonen, als BARTHOLOMEUS, JACOBUS, JOHAN, ABRAHAM en CORNELIS." Uit dit stuk blijkt, dat onder de ongereede goederen voorkwam het huis in de Oeverstraat te Arnhem door haar bewoond, geschat op 6000 gl.; voorts de helft van een huis aan de Sabelspoort en twee annexe huisjes door haar ingekocht, waard 2265 gl. en ten slotte een hof buiten de Rijnpoort, geschat op 300 gl. In den boedel staan de wijnen, de brandewijnen en de gedisteleerde wateren vermeld voor omtrent 5750 gl en den inboedel der huizen voor 3000 gl. Deze inventaris is voorzien van kwitanties en van de acten van uitkoop van de stiefzoons en draagt de handteekeningen van JACOBUS, JoHAN en CORNELIS VAN der Hoop. Over de hierboven genoemde huizen vinden wij in de daarover handelende protocollen van Arnhem, dat op 10 Januari 1716 Henric ten hengel en diens vrouw voor 3200 gl. verkoopen aan henrica brouwers, weduwe Jan van der hoop een huis in de O e v er straat a) en dat hendrica ten BusCH, weduwe van peter van Resteren, op 29 December 1717 publiek en gerechtelijk, na peinding, transporteert aan henrica brouwers, weduwe van der hoop en aan jacöba van MegeN weduwe ravens, het groote huis op de Oldemarkt, waar de Swarte Leeuw uithangt, geegen naast de Sabelspoort door de verkoopster zelve bewoond, en waarop de koopsters op 27 Dec. 1715 een hypotheek van 744 gl. hadden verstrekt. Voorts het huisje daarnaast, mede op de Markt, toebehoorende aan dezelfde weduwe van resteren, en bewoond door van Hees en haar huisje in de Sabelspoort, bewoond door Jan hofskey; alle 3 de perceelen voor een bedrag van 4631 gl. te samen, zoomede een hof op d e S t a d s w a 1 bij de Tolkamer voor 730 gl.«) Van deze huizen aan de Sabelspoort, in het grootste waarvan Henrica Brouwers later woonde, is een afbeelding op bladz. 53 hierbij gevoegd. 28 Juni 1720 koopt Henrica Brouwers, weduwe van Jan van der Hoop, van de kinderen en erfgenamen van Rijck van de Greef en geertje lamberts, diens vrouw, hun hof met een annex huisje in den Broerenclooster achter de Latijnsche School voor 400 car. gl.4) 8 Mei 1725 koopen Henrica Brouwers, weduwe van Jan van der Hoop en haar mans zonen Bartholomeus en Abraham van der Hoop, van Lambert Chr'istianides en LucRETIA VAN MUNSTER, diens vrouw, een huis en hofstad in de OeverAtLf . n tUSSchen het huis van ALBERT MAURITS en dat van ISAACK NlJHOFF voor 4000 gl., en op denzelfden dag van Jan Duym en Helena de Wit, echtelieden, het l) Deze stukken berusten in het Familie-archief te Amsterdam Mr. 1 NDUlÏeHoiraCte berUSt ^ Familie-Chief te * • k$ woonde later de burgemeester van LïenTfo! Z " ™* ~ ^ * m5~"23 " ^ M f ^ Ooster-Binnenkwartier 4) Als boven, dl. 1715—1723. 52 — HOOFDSTUK I: De markt te Arnhem, naar het noorden; gezien, met het Stadhuis en de Groote Kerk waarin de meeste Arnhemsche familieleden zijn begraven. achterhuis van dit huis, gelegen in de Weverstraat tusschen de huizen van Van BRUMMEN en PASTEY voor 550 gl.,J) door welke aankoopen zij het in 1716 in de Oeverstraat verworven bezit vergrootten. , In het Familie-archief te Amsterdam berust haar origineel testament, gepasseerd te Arnhem op 28 Februari 1725 met alle over de afwikkeling ervan handelende stukken Het testament, dat haar handteekening en opgedrukt lak met wapen draagt — waarvan een reproductie op blz. 54 is weergegeven - is ook ingeschreven in het Testamentboek van Arnhem, dl. 1728-1736, fo. 8 e.v. Zij benoemt daarin haar stiefzoons Bartholomeus en Abraham van der Hoop tot haar erfgenamen en haar executeurs en legateert aan haar zuster petronella brouwers, huisvrouw van frederik melsert 3000 gl.; aan haar zuster WlLHELMINA brouwers, huisvrouw van Jan Gouverneur, 1000 gl.; aan haar nichtje Maria Melsert, dochter van Frederik melsert voornoemd, 1000 gl. en aan haar 5 stiefzoons elk 500 gl.; aan de Diaconie armen vermaakt zij 250 gl.2) Het testament werd ten verzoeke van bartholomeus van der hoop, den oudsten stiefzoon, op 5 Maart 1728 ten overstaan van Schepenen van Arnhem geopend. x, Protocol va» opdrachten en verbanden van Arnhem, dl. 1724-1730 en le Protocol van het Wester-Binnenkwartier f°S' «1° Uit Te Rekeningen van de Kerkvoogdij te Arnhem blijkt, dat onder de Ontvangsten over 1728 voorkomt een op 24 April van de gebroeders BARTHOLOMEUS en ABRAM VAN DER HOOP ontvangen bedrag van 250 fl. „soe haar Ed. moeder Juffr. HENRICA BROUWERS begeert heeft alhier aan de arme Diacony te tellen". DE OUDSTE GENERATIES — 53 De markt te Arnhem, naar het zuiden gezien, met de Sabels Poort en rechts daarvan de woning der weduwe Joh. van der Hoop. Bij de stukken in het Familie-archief, handelende over haar nalatenschap, bevindt zich nog een latere memorie van haar hand, zonder datum, waarbij zij de gemaakte legaten als volgt aanvult of wijzigt: haar nicht Elsken van der Hoop, dochter van haar overleden zwager berend van der hoop (zie blz. 71) krijgt 250 gl.; haar nicht magdalena van der meyde ontvangt 250 gl.; cornelis melsert, zoon van haar zuster petronella brouwer 500 gl.; Maria melsert, diens zuster, krijgt 2000 gl. benevens eenig zilverwerk; Petronella Brouwer, huisvrouw van Frederik Melsert, krijgt slechts 1500 gl, omdat zij, zoo zegt dit stuk, op 1 Mei 1726 reeds 1500 gl. van haar had opgenomen, voorts eenig zilverwerk, terwijl de diaconie 250 gl. ontvangt. Bij deze stukken liggen tal van kwitanties, waarbij de gelegateerden verklaren de hun vermaakte bedragen te hebben ontvangen en waaruit blijkt, dat Frederik Melsert en zijn vrouw te den Haag woonden en hun zoons Jan en cornelis resp. te Rotterdam en te Arnhem; de kwitantie van Jan GOUVERNEUR en WiLHELAUNA BROUWERS, d.d. 25 Maart 1728, vermeldt geen woonplaats. Ten slotte blijkt uit die stukken, dat Henrika Brouwers, te samen met haar stiefzoons Bartholomeus en Abraham van der Hoop, en wel elk voor 73 part, eigenaars waren van het goed te Oosterbeek, aangekocht van mevrouw Creynck's erfgenamen. Blijkens het Protocol van het Schoutambt van Renkum1) had zij op 7 Januari 1728 — ') Deel 1676—1733, fo. 1%. 54 — HOOFDSTUK I: dus kort voor haar overlijden — te zamen met de beide genoemde stiefzoons voor 9000 gl. van de erfgenamen van GeertruidA van Brakell, douairière kreynck tot de Beele c.s. de volgende perceelen te Oosterbeek gekocht: den Havercamp, tiendvrij op V2 schepel na, groot l1/» molder, het Meulencampjen, groot 1 molder, het Wyercamp, groot 3 schepel gezaai, het Langestuck, groot 2 molder, den Mosterthof, groot IV2 molder gezaai, den Steenberg, groot omtrent 2 molder gezaai, den H e e k a m p, groot 4 molder gezaai, een uiterweerdsweide, groot 3 morgen, een heg ge hout of district, genaamd den Hemelschen Berg, een hegge die Leemcuil, en een hegge den Deelacker. Met dezen aankoop1) was dus de grond gelegd voor het groote bezit van de van der Hoop's te Oosterbeek, waaronder het bekende goed De Hemelsche Berg, welk bezit tot 1807 in het geslacht zou blijven. HENRICA BROUWERS, de tweede echtgenoote van JAN VAN DER HOOP, overleed te Arnhem 24 Februari 1728. Haar begraven is aldus ingeschreven: 2) 1 Maart 1728. de wed. Johan van der Hoop, overluyd, vier maal met alle klokken .... 27—8—0. Zooals wij hiervoor hebben medegedeeld, waren er uit het eerste huwelijk van JAN VAN DER HOOP 10 kinderen gesproten, waarvan er 4 jong stierven. De familiepapieren vermelden van deze jonggestorvenen alleen het jongste kind, DlRK geheeten, geboren te Arnhem 28 Januari 1693, er overleden 18 Maart 1693; de opgaven in het Journaal der kerkinkomsten3) vermelden achtereenvolgens: 26 Januari 1689 Johannes van der Hoop sijn dootbare kint gesoncken 3—3—0. ') De origineele koopbrief berust in het Familie-archief te Amsterdam. •) Lijste der dooden te Arnhem van Nov. 1727—1740 en Journaal der Kerkinkomsten, onder Ontvangst van Sinckgelt en onder Luygelt, dl. 1710. ") Deel 1675—1693, resp. onder Sinckgelt en onder Luygelt. DE OUDSTE GENERATIES — 55 18 Maart 1693 Johannes van der Hoop sijn kint, eens geluyt.... 2—14—0. 11 November 1695 Jan van der Hoops kint, eens geluyt.... 2—14—0. 5 Juni 1697 Jan van der Hoops kint eens overluyt.... 2—14—0. De zes in leven gebleven kinderen waren: *) .. magdalena van der hoop, 1681—1709, volgt blz. 89. > Ongehuwd !. Bartholomeus van der Hoop, 1683—1730, volgt blz. 90. i (Derde Hoofdstuk). !. Jacobus van der Hoop, 1685—1734, volgt blz. 99. Amsterdamsche tak (Vierde Hoofdstuk), i. Johan van der Hoop, 1686—1767, volgt blz, lil. Rotterdamsche tak (Vijfde Hoofdstuk A). i. Abraham van der Hoop, 1687—1742, volgt blz. 235. Arnhemsch-Groningsche tak (Zesde Hoofdstuk), i. Cornelis van der Hoop, 1690—1750, volgt blz. 229. Rotterdamsche tak (Vijfde Hoofdstuk B). l) De kwartierstaten van de 4 schoondochters van Johan van der Hoop zijn bij de bespreking van zijn gehuwde oons opgenomen. 56 — HOOFDSTUK I: JUDITH VAN DER HOOP, dochter van bartholomeus janszn. (van der hoop) en van elsken hermans (burgers) (van blz. 32). Geboren te Arnhem omstreeks 1655. Overleden te Arnhem 21 Januari 1726. Begraven te Oosterbeek 24 Januari 1726. Ongehuwd. judith van der Hoop, genaamd naar haar oud-tante judith van westrenen, was degene der kinderen van bartholomeus Jansz., die de koopmanszaak van haar vader, na diens overlijden in 1699, op zich nam en bleef voortzetten en die dientengevolge ook in het ouderlijk huis in de Rijnstraat wonen bleef. Blijkbaar was het daartoe noodig, dat zij als „gildezuster" in het Kramersgilde werd opgenomen, althans in de Rekeningen van dit gilde*) lezen wij: 12 Mei 1700 Judith van der Hoop heeft haer halffe gildt voldaen als een borgersdochter met 5—0—0, zoodat zij met betaling van het halve entreegeld kon volstaan. Tengevolge van de zaken, welke zij dreef, vindt men enkele volmachten door haar afgegeven tot invordering van bedragen haar wegens vroegere leveringen toekomende, b.v. 7 Februari 1702 2) judith van der Hoop, met Berent van der Hoop als haar momber, en als mede-erfgenaam van wijlen bartholomeus van der hoop en elsken burgers, in leven echtelieden, als zoodanig het recht van vordering van de boekschulden van den voornoemden boedel hebbende, geeft volmacht aan isack anckersmit, onderscholt van de hooge en vrije heerlijkheid Loo, om in te vorderen van zeger zegers te Apeldoorn, zoodanige penningen als haar competeeren wegens geleverde winkelwaren. Een dergelijke volmacht tot invordering van achterstallige betaling geeft zij op 9 Maart 1703 3); zij is dan geassisteerd door haar zwager francois bacot (zie hem blz. 39). Het blijkt dat eerst in 1706 de boedel harer ouders verdeeld was, 7 jaar na het overlijden van haar vader, terwijl haar broeders herman, johan en gerhard van der hoop toen ook reeds waren gestorven. Bij deze boedelscheiding was haar het ouderlijk huis toebedeeld. In het Protocol der huizen te Arnhem 4) staat althans ingeschreven: 6 November 1706 '/ huys in de Rijnstraat tegenover de Kortestraat bij magescheid tusschen de kinderen van bartholomeus Jansz van der hoop toegedeylt aan Judith van der Hoop en door deselve verbonden voor de namaninge van de boedelschulden op haar genomen. ») Rekeningen van het St. Nicolaas- of Kramersgilde te Arnhem, dl. 1636—1750; nr. 165 Gemeente-archief Arnhem. 2) Procuratieboek van Arnhem, dl. 1698—1702. >) Idem, dl. 1702—1709. ') le Protocol van het Binnen Westerkwartier van Arnhem, fo. 103. DE OUDSTE GENERATIES — 57 Van af dit tijdstip werden nog verschillende malen hypotheken door haar op dit pand genomen, zoodat het vermoeden bestaat, dat haar zaken niet bijster goed gingen. 6 December reeds van hetzelfde jaar *) compareert judith van der hoop, geassisteerd met francois Pacot (haar zwager) en bekent schuldig te zijn aan Jacob Scholten en Christlna Muys, diens vrouw, een som van 1000 car. guldens, tegen 5%, onder verband van haar huis in de Rijnstraat tegenover de Kortestraat, daar den Hertog van Gelder uithangt. 6 Sept. 1708 8) verbindt zij het huis opnieuw, thans voor zoodanige 400 gl. als francois pacot en Willemina van der Hoop, echtelieden, schuldig zijn aan Amerentia verhoeff, weduwe rutger drakenburg. Een vierde hypotheek nam ze op haar huis, toen zij dit op 22 Mei 1711a) voor 150 gl. tegen 4% verbond aan de weduwe en kinderen van FRANCOIS MELCHERS. Deze schulden waren ten slotte oorzaak, dat zij op 21 Maart 1714 aan haar huis in de Rijnstraat gerechtelijk „gepeind" werd door den stadsdeurwaarder en zulks ten verzoeke van bovengenoemden Jacob scholten wegens de schuld van 1000 car. gl. *) Het huis heet dan te liggen tusschen dat van geurt van barnevelt en dat van Wybrant OosTERDYCK. Blijkbaar werd de schuld niet voldaan en werd haar huis in 1715 gerechtelijk verkocht. Eerst 22 jaar later waren de schulden voldaan, hetgeen blijkt uit onderstaande acte: 21 October 1737. 4) „Burgemeester, schepenen en raad doen te weten, dat zij op 14 Augustus 1714 in „het openbaar ter raedcamer als verbalmond en na stadsrechten uitgesleten goed, na „voorgaende publicaties op 1, 15 en 30 Juni 1714 hebben laten veilen het huis van „judith van der Hoop, staande in de Rijnstraat tegenover de Cortestraat, waar voor „desen den Hertog van Gelder heeft uitgehangen, waaraan jacob scholten den 21 „Maart 1714 heeft gepeind en vervolgens na 3 bekomen ruimingen, om te hebben voldoening van een capitaal van 1000 gulden met achterstallig interest — waarvoor dit „huis was verbonden bij acte van 6 November 1706 — van welk huis vervolgens den „inset en toeslag van 1415 gulden bij voornoemden Jacob scholten is gekomen en „die penningen op 18 October 1737 zijn verrekend, weshalve aan scholten dezen „opdrachtsbrief van het huis verleend wordt." Aldus was het voorouderlijk huis te Arnhem — sedert 1657 in het bezit der Van DEn Hoop's — ten name van Jacob scholten overgegaan. judith van der hoop had voorts uit de erfenis harer ouders ontvangen den hof buiten de St. Janspoort, welke haar vader indertijd op 14 Februari 1656 had aangekocht.8) 7 November 17106) verkoopt zij aan arend keultjens en Peterken VAN de WALL, echtelieden, dezen moeshof, die dan omschreven wordt als te zijn gelegen tusschen de hoven van TlELEMAN Smits en het Weduwehuis van ten Kleynen Oort, met een daarin gelegen huisje, voor 200 gl. Bij dezen verkoop wordt tevens bepaald, dat J) Opdrachten en verbanden van Arnhem, dl. 1704—1714 en le Protocol Binnen Westerkwartier, fo. 103. 2) Opdrachten en verbanden van Arnhem, dl. 1704 1714. •) Actenboek van Arnhem, dl. 1711—1726. *) Opdrachten en verbanden van Arnhem, dl. 1737—1742 en le Protocol van het Binnen Westerkwartier, fo. 103. ') le Protocol van het Buiten Westerkwartier van Arnhem, fo. 105 vs. «) Opdrachten en verbanden van Arnhem, dl. 1704—1714. 58 — HOOFDSTUK I: zij den hof nog voor 6 jaar in huur of pacht zal mogen hebben voor 100 gl. per jaar. Haar handteekening vindt men op blz. 45 hiervoor onder de huwelijksvoorwaarden van 1681 van haar broeder JOHAN VAN DER HOOP. Blijkens de in het Familie-archief te Amsterdam berustende stamtafel overleed JuDITH VAN DER HOOP ongehuwd te Arnhem op 21 Januari 1726 en zou zij te Oosterbeek zijn begraven. Dit wordt bevestigd door de ondervolgende inschrijving, voorkomende in het Journaal der Kerkvoogden te Arnhem x): 24 Jan. 1726 uytvaren van de leycke van Judith van der Hoop nae Oosterbeek ... 6—0—0. ») Journaal der kerkinkomsten, dl. 1724—1736. Kerk te Oosterbeek. DE OUDSTE GENERATIES 59 Wapen op den beker van het Smidsgilde. BEERNT (BAREND) VAN DER HOOP, derde zoon van Bartholomeus Janszn. (van der Hoop) en van Elsken Hermans (Burgers) (van blz. 32). Geboren te Arnhem omstreeks 1656. Begraven te Arnhem 25 October 1723. Ondertrouwt te Arnhem 26 Juni 1680. CHRISTINA VAN VOORST, dochter van jelis van voorst en van neeltjen roeters. Geboren te Emmerik. Begraven te Arnhem 25 Maart 1732. beernt van der hoop blijkt het ambacht van zijn grootvader jan corssen beoefend te hebben; in den tijd, dat de zonen van bartholomeus janszn. zich nog niet van der hoop noemden, werd hij blijkens het Gildeboek der Smeden te ArnhemJ) op 23 Juni 1670 als Bernt Bartholomeusz. leerjongen bij den smid Derck Sluiter. Tien jaar later was hij voldoende bedreven om in het Gilde opgenomen te worden. In hetzelfde Gildeboek lezen wij toch: Berendt Bartelmeus van Hoep hefft seyn gylt gewonnen als een borgersoen den 30 Sept. 1680. Zijn intrede daarin kostte hem blijkbaar de som van 17 gl. en 1 st., althans in de Rekening van dat Gilde2) over 1679/80 staat: den 30 September van Berndt Bartelmeus van der Hoep ontfangen van syen ghyld te weynnen 17—1—0. Blijkens diezelfde Rekeningen schafte hij zich 3 jaar later zelf een leerjongen aan; 15 Mei 1683 toch wordt de leerjongen van bernt van der Hoop (het patroniem bartolomeus is dan blijkbaar vervallen) aangenomen. Sedert 1692 is hij gardiaan van het Smedengilde en in 1698 komt hij voor als boekhouder van het gilde.a) Als gardiaan en als boekhouder komt zijn handteekening *•) Dl. 1660—1734, fo. 130 vso., dan 23 Juny 1670 ontfangen van den leerjongh van Derck sluiter gent. Bernt bartolomeus ...... 0—15 st. *) Rekeningen van hel Smidsgilde te Arnhem, dl. 1647—1688 en dl. 1689—1738. 60 — HOOFDSTUK I: sedert 1692 geregeld voor onder de jaarlijksche in Aug. of Sept. van elk jaar afgesloten rekeningen van dat gilde. Die van 12 Sept. 1699 is hier afgedrukt: Doch ook in het Gilde, waartoe zijn vader behoorde, n.1. in het St. Nicolaas of Kramersgilde, liet hij zich opnemen; blijkbaar was aan zijn vak van smid, ook een ijzerhandel verbonden, althans in de Rekeningen van het Kramersgilde») lezen wij: onder den Ontfangk van de aengenomene Gildebroeders 1680. 14 December, Barent van der Hoop een gildebroerssoon, voldaen met 12—12—0. In hetzelfde jaar, waarin hij in deze twee gilden werd toegelaten, was hij ook in het huwelijk getreden; in het Inteekenregister der Groote Kerk en in dat der St. Janskerk te Arnhem staat: 26 Juni 1680 Beerndt van der Hoop, j. m. van Arnhem ende Christina van Voorst, j. d. van Emmerich testes: Jelis van Voorst, pater sponsae; nomine sponsi: Dr. Harlaeus attestatie gegeven den 17n Juli 1680. Zijn vrouw behoorde tot eene bekende Doopsgezinde familie uit Emmerik, die door hare moeder, de eveneens vandaar stammende Doopsgezinde neeltjen roeters, uitgebreide familieverwantschap had met de toenmaals vooraanstaande Doopsgezinde families te Emmerik, Wesel en Amsterdam, waaronder de Van halmael's, Van Lennep's, DE neufville's en anderen.2) Die verwantschap blijkt b.v. uit een op 11 Febr. 1711 te Arnhem afgegeven volmacht, 3) waarbij beernd van der hoop en christina van voorst, echtelieden, met maria van vóorst, weduwe van Gerhard van der Hoop, zijnde de twee laatste comparanten — zoo zegt de acte — kinderen van wijlen jelis van voorst en neeltjen ROETERS, in leven echtelieden, en mede-erfgenamen van wijlen MAAYKEN de neufVILLE,4) laatst weduwe van CAREL VAN DAMME en eenmaal weduwe van JACOB Otten VAN Halma(el), volmacht geven aan hun respectieven zwager en broeder paulus VAN VOORST, koopman te Amsterdam, om van JACOB ROETERS GerRITSZN. hun portie te ontvangen, hun door het overlijden van maayken de NeufvTLLE aanbestorven, dan wel van jacob otten van HALMA(el) hun aanbestorven. Beernt van der Hoop, die de eerste 10 jaar van zijn huwelijk in een gehuurd ») Dl. 1636—1750, fo. 122. ») Zie b.v. Maandblad van het Gen. Her. Genootsch. „De Nederlandsche Leeuw", jg. 1924, k. 253—254. ') Procuratieboek van Arnhem, dl. 1710—1720. *) Z-ie deze personen m Maandblad De Nederlandsche Leeuw, jg. 1924, k. 254. DE OUDSTE GENERATIES 61 huis schijnt gewoond te hebben, kocht 20 November 1690 van henrick bongart en gerrit hachten en anthoniabongarts, diens vrouw,1) drie aaneenliggende huizen, waarvan het eene in de Rijnstraat op den hoek van deKortestraat en de 2 anderen daarachter en in de Kortestraat, begrensd eenerzijds door het z.g. Weduwenhuis tegenover „den Brueren" — d. w. z. door eigendommen van dit gesticht, dat zelf in de Broerenstraat was gelegen — en het huis genaamd „de Craen" ter andere zijde. Dit huis in de R ij n s t r a a t (thans het kledingmagazijn Peek en Cloppenburg) lag dus juist tegenover zijn ouderlijke woning, zooals blijkt uit de op bL 26 afgebeelde perspectivische plattegrond. Deze 3 huizen bleven, zooals later zal blijken, tot 1768 in het bezit van zijn afstammelingen. 2) Voorts was hij in het bezit van het in 1667 door zijn vader gekochte graf no. 101 in het Zuiderpand der Groote Kerk te Arnhem (zie blz. 30), welk graf tot 1782 aan zijn afstammelingen verbleef.3) Blijkens het leProtocol der Grafplaatsen in de kerk betaalt Barend van der Hoop den 14 Juni 1715 voor dit graf voor het hoogen en voor 2 steenen van 3 voet, 6 gl. 10 st. Met zijn vader en zijn broeder johannes van der hoop komt hij, zooals wij op blz. 31 reeds vermeldden, voor als op 14 Jan. 1691 de magistraat de boete vrijschenkt, welke zij opgeloopen hadden, toen zij als Mennonieten, niet aan de parade hadden willen deelnemen.4) Als Mennoniet trad hij geheel in het voetspoor van zijn vader, die — zooals wij beschreven hebben — te Arnhem zoozeer ijverde voor zijn godsdienst. In tegenstelling met zijn andere broeders, van wier opkomen voor hun Doopsgezinde leer wij niets aangeteekend vinden, was beernt van der hoop, evenals zijn vader, een der oudsten of administrateurs der weinige Doopsgezinden te Arnhem. Het ver- Beker van het St.-Eloy of Smidsgilde. l) Schepenboek van Arnhem, dl. 1664—1695. *) Zie ook 2e Protocol van het Binnen Westerkwartier .van Arnhem, f° 66 vs. en 67. 3) 2e Protocol en 3e Protocol van de Groeven in de Groote Kerk, resp. f° 7 en f° 16 vs. *) Raadssignaat van Arnhem, dl. 1685—1692. 62 — HOOFDSTUK I: droot hem, dat zijn geloofsgenooten nog steeds ten huize van een hunner hunne godsdienstoefeningen moesten houden en in 1715 was hij het, die met zijn mede-administrateur een huis te Arnhem aankocht, waar voortaan kerk werd gehouden en waardoor de grondslag werd gelegd voor de latere Doopsgezinde kerk te Arnhem. 30 Januari 1715 kochten n.1. BARENT VAN DER HOOP en TlLEMAN SMITS, mede namens de verdere Doopsgezinde gemeente te Arnhem, van EVERT JOOSTEN KREKEL en ABIGAEL GEELKERKEN, diens vrouw, hun huis in de Rijnstraat1). Dit huis — later bekend als het Mennisten-erf — stond tot 1788 nog ten name der Doopsgezinde gemeente; voor de belijders van dezen godsdienst moet het weemoedig aandoen in dat jaar te lezen, dat het protocol als eigenaar vermeldt: ABRAHAM DE Haas, de eenigste nog in wesen van de doopsgezinde gemeente in deze stad. 2) De gemeente, waarvoor eenmaal JACOB HARSCAMP en BARTHOLOMEUS JANSZ. (VAN DER HOOP) zoo geijverd hadden, was geheel verloopen, tegen het einde der 18e eeuw woonde nog slechts één Mennonist te Arnhem. 3) Na het overlijden in 1702 van zijn ouderen broeder johan, werd Beernt van der hoop met hendrik van schevichaven, voogd over diens onmondige kinderen. Dat Beernt's eigen zaken zeer voorspoedig gingen, zou men niet durven beweren, als wij in het Protocol van opdrachten en verbanden van Arnhem lezen, dat hij op zijn in 1690 aangekocht huis in de Rijnstraat, op den hoek van de Korte straat, op 23 September 1715 nog een hypotheek nam van 1000 gl. Deze hypotheek werd eerst door zijn oudsten zoon 40 jaar later, 19 Mei 1755 afgelost.4) Evenals de meeste Arnhemsche burgers had hij een tuin buiten de poorten der stad; 20 December 1717 kochten Beernt van der Hoop en christina van Voorst, zijn vrouw, voor 86 gl. van johan verlee c.s. een moeshof buiten de Rijnpoort. Deze tuin bleef, evenals de huizen in de Rijn- en Kortestraat, tot 1768 in het bezit van zijn afstammelingen. °) BEERNT VAN DER HOOP overleed in October 1723, zijn vrouw in Maart 1732. In de Rekeningen van Kerkvoogden van Arnhem6) vindt men onder: Ontfanck van luygelt 25 Oct. 1723. Bernt van der Hoop 11—2—0 en 25 Marty 1732 de wed. Barent van der Hoop 11—2—0. Uit hun huwelijk waren 8 kinderen geboren, waarvan er vier jong overleden. In bovengenoemde Rekeningen vindt men het begraven dezer kinderen als volgt ingeschreven: 28 Mei 1681. Barnt van der Hopen syn kint gesoncken & betaelt.... 6—5—0. 20 Sept. 1686. Beerndt van der Hoop syn kint gesoncken .... 6—5— 0. *) le Protocol van het Binnen Westerkwartier van Arnhem, i° 88 vs. *) 2e Protocol van het Binnen Westerkwartier van Arnhem, f" 85. 3) Zie ook Doopsgezinde Bijdragen (3e jg. 1863, blz. 43—74): Eenige bijzonderheden omtrent de vroegere doopsgezinden te Arnhem en de herstelling van hunne vervallen gemeente. Over de Geschiedenis der Arnhemsche Doopsgezinden handelt voorts een geïllustreerd artikel van J. G. A. van Hogerlinden en G. R. VEENDORP in het Zondagsblad der Arnhemsche Courant, 11 Jan. 1925. *) le Protocol Binnen Westerkwartier van Arnhem, fo 72 vs. ') 2e Protocol Buiten Westerkwartier van Arnhem, fo 19 vs. •) Journalen der kerkinkomsten, dl. 1710—1723 en 1727—1738. DE OUDSTE GENERATIES — 63 26 Nov. 1691. Beernt van der Hope syn kint eens (geluyt) 2 14—0. 21 Sept. 1700 voort kint van Beernt van der Hoop (geluyt) 2—14—0. De andere kinderen waren: 1. Elsken van der Hoop (± 1683—1742), volgt blz. 71. 2. Bartholomeus van der Hoop (± 1688—1767), volgt blz. 72. 3. Jacob van der Hoop (1690—1761), volgt blz. 75. 4. Gilles van der Hoop (1696—1749), volgt blz. 78. 64 — HOOFDSTUK I: GERHARD VAN DER HOOP, vierde (jongste) zoon van bartholomeus janszn. (van der Hoop) en van elsken Hermans (Burgers) (van blz. 32). Geboren te Arnhem omstreeks 1662. Begraven te Arnhem 14 October 1701. Ondertrouwt te Arnhem 30 Juli 1687. MARIA VAN VOORST, dochter van Jelis VAN voorst en van neeltjen Roeters. Geboren te Emmerik. Overleden te Arnhem 20 November 1730. Begraven te Oosterbeek 23 November 1730. Deze jongste zoon van bartholomeus jansz., wiens oudere broeders herman, johan en Beernt resp. chirurgijn, wijnkooper en smid waren, liet zich 16 December 1687 in het Tappersgilde te Arnhem opnemen. In het Boek van het wijn, bier en tappersgilde1) leest men op genoemden datum: Gerret van der Hoop syn gyld voldoen (met) 16—16—0. Drie jaar later pachtte hij voor het tijdvak 1 Juli 1690—1 Juli 1691 den accijns van de bieren, mout en ketels binnen Arnhem. Als pachter van dezen accijns voerde hij in 1694, als verweerder, een proces voor de Hooge Bank van Arnhem contra de kinderen van WlLLEM ELBERTS, beklaagden, over te veel betaalden accijns; in dit proces werd 7 Sept. 1694 sententie gewezen.2) In het jaar van zijn intrede in het Tappersgilde was hij in het huwelijk getreden met de zuster van zijn schoonzuster christina van voorst. In de Inteekenregisters der Groote en der St. Janskerk te Arnhem lezen wij: 30 Juli 1687. Gerrit van der Hoop, j. m. van Arnhem en Maria van Voorst, j. d. van Emmerick testes: Frans Bakot Barent van der Hoop. Waar het huwelijk voltrokken werd, blijkt uit de inteekening niet. Overigens komt zijn naam niet in acten te Arnhem voor; ook heeft hij er geen eigen huis bezeten en heeft hij dus steeds in een gehuurde woning gewoond. Dit komt overeen met de aanteekeningen in het Familie-archief, welke vermelden, dat GerHARD VAN DER HOOP woonde in het huis van Dr. HUBENS. Hij is dan ook de minst fortuinlijke van de zonen van BARTHOLOMEUS JANSZ. geweest en zijn drie kinderen, die later Arnhem verlieten en met welke de verdere familie blijkbaar geen omgang meer hield, zijn — zooals later zal blijken — in armoedige omstandigheden achtergebleven. l) Nr. 168 van het Stadsarchief van Arnhem, dl. 1671—1795. *) Processen van de Hooge Bank van Arnhem. DE OUDSTE GENERATIES — 65 Hieraan zal ook schuld zijn geweest, dat Gerhard van der hoop reeds op ongeveer 39-jarigen leeftijd, toen het oudste kind eerst 13 jaar was, overleed. De Rekeningen van de Kerkvoogdij1) vermelden onder Ontfanck van luyden: 14 Oct. 1701 voor Gerrit van der Hoop eens (geluyt) 2 14 0. Zijn handteekening vindt men op blz. 45 onder het huwelijkscontract d.d. 11 April 1681 van zijn broeder Johan van der Hoop afgebeeld. Zijn weduwe overleefde hem ruim 29 jaar; eenmaal in dien tijd vinden wij haar naam nog vermeld, als zij in de op blz. 60 reeds medegedeelde procuratie, op 11 Februari 1711 volmacht geeft tot ontvangst van haar portie in de erfenis van Maayken de Neufville te Amsterdam. In de Lijste der dooden te Arnhem van Nov. 1727—17402) lezen wij: 23 Nov. 1730 de wed. van Gerrit van der Hoop, na Oosterbeek. De Rekening van Kerkvoogden vermeldt, dat deze uitvaart de som van 3 gl. kostte. Uit hun huwelijk waren 7 kinderen gesproten, waarvan er 4 jong stierven: 21 Juni 1688. Gerrit van der Hoop's kint gesoncken 6 5 0. 6 Sept. 1688. Gerrit van der Hoop syn kint gesoncken 6 5 0. 24 Juni 1689. Gerrit van der Hoops kint eens (geluyt).... 2 14—0. 14 Aug. 1693. Gerrart van der Hoop syn kint eens (geluyt) 2—14—0. De 3 andere kinderen waren: 1. ELSJE VAN DER HOOP. Geboren te Arnhem in 1688. Begraven te 's-Gravenhage 10 November 1747. Ongehuwd. 2. CORNELIA VAN DER HOOP. Geboren te Arnhem in 1691. Begraven te 's-Gravenhage 13 Februari 1760. Ongehuwd. 3. BAREND VAN DER HOOP. Geboren te Arnhem omstreeks 1693. Overled en in Oost-Indië na 1715. Dezen jongsten tak Van der Hoop is het niet voor den wind gegaan en de kinderen van Gerhard van der Hoop overleden in behoeftige omstandigheden. Het blijkt ook, dat de overige familieleden geen bemoeienis meer met hen onderhielden, althans op de in het Familie-archief berustende lijsten van personen, die in 1730 en in 1742 communicatie ontvingen van het overlijden van Bartholomeus en van Abraham van der hoop te Arnhem, komen de namen van deze nichten en neef, in tegenstelling met de te Rotterdam en te Amsterdam wonende familieleden, niet voor. De stamboom, berustende in dat archief, vermeldt over hen alleen: Elsje overleden te den Haag November 1747, Cornelia overleden den Haag eind 1759 of begin 1760 1) Journalen der kerkinkomsten, dl. 1694 1709. •) Berustende op den Burgerlijken Stand te Arnhem. 5 66 — HOOFDSTUK I: en Barend naar Oost-Indië, meer wist JAN NANNING VAN DER Hoop, de schrijver van dien stamboom, van deze familieleden niet mede te deelen. Er bleek dus uit, dat de twee zusters naar den Haag waren verhuisd; dit is dan wel gebeurd na 1730, n.1. na het overlijden van hun moeder, die in November 1730 te Arnhem als weduwe overleed. Te 's-Gravenhage is de eene zuster overgegaan tot de Remonstrantsche kerk. In het Doopboek dier kerk toch leest men: 9 July 1748 (gedoopt door) Ds. Jonkboer op de Kerkenkamer: Cornelia van der Hoop, 57 jaren, vader is geweest Gerrit van der Hoop, moeder is geweest Maria van Voorst. Hun levensomstandigheden en woonplaats werden ons geopenbaard door de inschrijvingen van hun begraven te 's-Gravenhage in het: Impost begraafregisterx), pro deo, 10 Nov. 1747. Elisabeth van der Hoop, 64 jaar 0—0—0 en 13 Febr. 1760. Kornelia van der Hoop, 66 jaar. . . . 0—0—0. In het Begraafregister der Groote kerk aldaar2) leest men: pro deo. 13 Febr. 1760 in de Nieuwe kelder wijle Cornelia van der Hoop, terwijl de Lijst van de overledenen van de Weeskamer3) in Februari 1760 vermeldt: Cornelia van der Hoop in het Glaseblaasserlaantje. Ook hun broeder BAREND ging het niet fortuinlijker. Hij teekende als soldaat voor de Oost-Indische Compagnie en vertrok als zoodanig op 9 gl. 's maands uit Texel met het schip „Sloten" voor de Kamer van Amsterdam 19 Januari 1710 naar Ceylon. 4) Zijn verdere lotgevallen bij de O.-I. C. vindt men in het Scheepsboek van genoemd schip 5): 1710 Aug. 21. Pr. D' E. Comp. f 63—18 over 7 maanden 3 dagen gagie a f 9. pr m' verdient 't zedert den 19 january passo dat uyt Texel zijn geselijlt tot heden dat God zij lof ter rheede Tutucorijn arriveere, de boeken sluyten en op Colombo aan lant gaat f 63—18 en vervolgens: 1715. 8 Aug. f 63—5—9 rest van 8 maanden 8 dagen op Noortbeek tot syn arrivement daeronder 2 maanden ten agteren. Op de debetzijde van zijn folio in het Scheepsboek is de laatste post: 1715. 20 Aug. f. 104—5—1 op dato aan hem selve betaalt, waarna hij zijne handteekening stelt: >) Deel 1746—1753 en deel 1759—1781. "i Deel 1759—1776. *) Nr. 96. ") Monsterrol der O. I. Comp. 1713 fo 367 onder: Ceylon, Van de Militie, Baren* van der Hoop, van Aarncm, soldaat, f 9. over met het schip Sloten 1710 voor de K. Amsterdam. •) Scheepsboek: Int schip Slooten, Ao 1710, fo 139, no. 141. DE OUDSTE GENERATIES — 67 Wat er verder van hem geworden is, bleek bij voortgezet onderzoek niet.') Mr. Jan nanning van dër Hoop, die de door hem opgemaakte stamboom der familie tot 1782 bijhield, vermeldt bij zijn naam niets anders dan naar Oost-Indië, vermoedelijk is hij dus daar gebleven en niet later hier te lande teruggekeerd. Hij was de eerste van het geslacht, die naar onze overzeesche gewesten vertrok; welk een reis vol ontbeeringen, ongemakken en ziekten toenmaals de mindere militair op onze zeilschepen had, vindt men zoo eenvoudig en duidelijk te boek gesteld in een juist dezer dagen afgedrukt Dagboek van een reis naar Brazilië,2) mededeelingen., welke ons kunnen doen voorstellen de ondervindingen die Barend van der hoop op zijn Indische reis als koloniaal aan boord zal gehad hebben. Niet velen van zijn geslacht hebben zijn voorbeeld om naar Oost-Indië te gaan, opgevolgd; van de zeer talrijke leden, waardoor het geslacht sedert vertegenwoordigd is geworden, heb ik er slechts een 6-tal gevonden, die in onze overzeesche bezittingen zijn gevestigd geweest. Deed Barend van der Hoop de reis tot Colombo in 7 maanden en 3 dagen, 214 jaar later was het een lid van zijn geslacht, dat het eerst per vliegtuig onze bezittingen zou bereiken in heel wat minder dagreizen, dan men in barend's tijd ook maar zou hebben kunnen denken of vermoeden. ») Wij danken deze gegevens uit het archief der O.I.C. aan een onderzoek van den heer A. P. M. A. Storm de Grave, die voor de daartoe gedane moeite, aanspraak op onze erkentelijkheid heeft. «) Dagboek van Hendrik Haecxs, Lid van den Hoogen Raad van Brazilië (1645—1654), in Bijdragen en Mededeelingnn van het Historisch Genootschap te Utrecht, 46e dl. 1925. TWEEDE HOOFDSTUK. DE JONGERE LIJN: NAKOMELINGSCHAP VAN BEREND VAN DER HOOP TE ARNHEM EN AMSTERDAM. (UITGESTORVEN IN 1803.) TWEEDE HOOFDSTUK. nakomelingschap van berend van der hoop. Alvorens thans de nakomelingschap van Johan van der Hoop en Anna sprongh te behandelen — uit wie alle nog levende takken n.l. de vier Rotterdamsche en de Arnhemsch-Groningsche tak stammen — beschrijven wij eerst de jongere Arnhemsch-Amsterdamsche lijn, spruitende uit Beernt van der Hoop Bartholomeuszoon en uitgestorven in 1803. ELSKEN VAN DER HOOP, dochter van BEERNT VAN DER HOOP en van ChrïSTINA VAN VOORST (van blz. 63). Geboren te Arnhem omstreeks 1683. Begraven te Arnhem 27 Februari 1742. Ongehuwd. elsken van der hoop — aldus genaamd naar haar grootmoeder elsken hermans — is steeds te Arnhem blijven wonen. Na het overlijden in 1723 van haar vader kwamen diens 3 huizen in de Rijnstraat en in de Kortestraat, zoomede de hof en tuin buiten de Rijnpoort in gezamenlijk bezit van haar en van haar 3 broeders bartholomeus, jacob en gilles. Haar lU deel in dit onroerend goed kwam na haar overlijden in 1742 aan deze 3 broeders, die toen nog in leven waren.l) Bij codicil op het testament van haar tante henrica brouwers, weduwe johan van der hoop, d.d. 28 Febr. 1725, werd haar door deze een legaat van 250 gl. vermaakt. De kwitantie d.d. 23 April 1728 door haar afgegeven aan haar neef bartholomeus van der Hoop wegens ontvangst van dit bedrag, bevindt zich in het Familiearchief te Amsterdam en is voorzien van haar handteekening: Zij overleed in Februari 1742 en werd 27 Februari 1742 — blijkens de Lijste der dooden2) — te Arnhem begraven. l) Zie hierover 2e Protocol Binnen Westerkwartier van Arnhem, fo. 67 en 67 vs. en 2e Protocol Buiten We3terkwartier van Arnhem, fo. 19 vs. ') Deel 1738—1792. 72 — HOOFDSTUK II: NAKOMELINGSCHAP BARTHOLOMEUS VAN DER HOOP, zoon van BEERNT VAN DER HOOP en van CHRISTINA VAN VOORST (van blz. 63). Geboren te Arnhem omstreeks 1688. Begraven te Arnhem 1 December 1767. Ongehuwd. Zooals wij hiervoor mededeelden, was BARTHOLOMEUS VAN DER HOOP te zamen met zijn zuster ELSKEN en zijn broeders Jacob en GILLES eigenaar van de 3 huizen en den hof afkomstig van hun vader. In de Protocollen over de huizen te Arnhem is eerst in 1768 dit gezamenlijk bezit als volgt geregistreerd:') „Een huis in de Rijnstraat op den hoek van de Kortestraat. „Twee huyskens neffens den anderen in de Kortestraat. „Door doode van BEERNT VAN DER HOOP2) en CHRISTINA VAN VOORST3) gedevol„veerd op hun vier kinderen ELSKEN, BARTHOLOMEUS, Jacob en GlLLES VAN der HOOP „(Reg. 9 Jan. 1768). „Door doode van Elske van der hoop4) haar 1U part verstorven op haar drie „broeders bartholomeus, jacob en Gilles (Reg. 9 Jan. 1768). „Door dode van GlLLES van der Hoop5) de helft van zijn derde part verstorven „op zijn eenige zoon Barent van der Hoop6) (Reg. 9 Jan. 1768). „Door dode van JACOB VAN DER Hoop 7) desselfs derde part verstorven op zijn „eenige dochter CHRISTINA VAN DER Hoop (Reg. 9 Jan. 1768). „Door dode van CHRISTINA VAN DER Hoop 8) haar derde part verstorven op haar „oom BARTHOLOMEUS VAN DER Hoop (Reg. 9 Jan. 1768)." Hieruit blijkt dus, dat bartholomeus van der Hoop ten slotte in het bezit was gekomen van het V3 gedeelte der bovenbedoelde onroerende goederen van zijnen vader. Lang heeft hij deze niet bezeten, want 3 maanden nadat hij het gedeelte van zijn nicht christina van der hoop had geërfd, overleed hij zelf einde November 1767. Zijn 2/3 parten vererfden toen op zijn neef barent van der hoop, die tezamen met zijn moeder het resteerende V3 deel bezat. Bovengenoemd Protocol, waaruit wij onze mededeelingen putten, vermeldt dan ook verder: „Door dode van BARTHOLOMEUS VAN DER Hoop zijn twee derde parten verstorven „op zijn neef Barent VAN DER Hoop, eenigen zoon van Gilles VAN DER HOOP, Reg. „9 Jan. 1768." Het is deze BARENT, die, wijl hij te Amsterdam woonde, zorg droeg, dat dit Arnhemsche bezit en de wijze, waarop hij er eigenaar van was geworden, in het Protocol der huizen op de bovenomschreven wijze op 9 Januari 1768 werd geregistreerd. Behalve van deze huizen en tuin, waren de kinderen van BEERNT VAN DER Hoop ») Zie noot ') op de vorige bladzijde. «) t 1723. ») t 1732. *) t 1742. ») t 1749. 6) t 1803. ') 11761. 8) t Sept. 1767. VAN BEREND VAN DER HOOP — 73 in het gezamenlijk bezit gekomen van het graf nr. 101 in het Zuiderpand der Groote Kerk te Arnhem, afkomstig van hun grootvader bartholomeus janszn. (zie blz. 30). Het Protocol der Groeven1) teekent in 1765 aan: no. 101 d'Erffgen. Barent van der Hoop. hoogen en sanden .... /— 2—0 2 steenen van 3 voet . . 5—10—0 6—12—0. den 1 April 1766 betaalt door Bartholomeus van der Hoop. overgegaan aan de kerk 1782. In dit graf werden ook Elsken en haar broeder bartholomeus van der Hoop begraven. Bartholomeus volgde zijn vader ook in zijn smidszaak en handel op; uit de inschrijving in het Gildeboek blijkt, dat hij tinnengieter was. 1732 den 10 Juni heeft Bartholomeus van der Hoop zijn gilt gewonnen op het tinnengieten en heeft hij tot een proef gemaakt een lampet en een schotel met een bron en hei gilt gereghtigheit voldaen.a) Uit de Rekeningen van het Smeden Gilde blijkt, dat bij voor zijn toelating 10 gl. en 1 st. betaalde. Uit diezelfde rekeningen blijkt, dat hij evenals zijn vader, boekhouder en gardiaan van het gilde was, als hoedanig hij de jaarlijksche rekeningen onderteekent. Als boekhouder komt hij voor in 1732 en 1737, gardiaan was hij sedert 17343). Zijn handteekening onder de rekening van 1732 wordt hier afgebeeld. Dat hij Mennonist was, blijkt uit ondervolgende Arnhemsche acte, 14 dagen voor zijn dood door hem gepasseerd:") „14 November 1767 compareerde Bartholomeus van der Hoop, wonende binnen deze stad, als eenige erfgenaam ab intestato van wijlen zijn nicht Christina van der Hoop, die geweest is de eenige nagelaten dochter van zijn vooroverleden broeder Jacob van der Hoop en welke christina op 9 September dezes jaars binnen Arnhem is overleden, en geeft hij volmacht aan andries Schut, wonende te den Haag, om voor den Secretaris van 's-Gravenhage namens hem en „in den ziele van hem comparant (als een menonist synde)" te affirmeren met de waare woorden, in plaets van ede soo als in Holland voor de Menonisten is gerecipieert, dat de voornoemde overleden christina van der hoop geen andere effecten, het collaterael in de Provincie van Holland subject heeft, dan de navolgende : ') 3e Protocol van de Groeven in de Groote Kerk te Arnhem. 1765. ') Gildeboek der Smeden St Eloy te Arnhem, dl. 1660 1734. *) Rekeningen van het Smedengilde, dl. 1689—1738. *) Procuratieboek van Arnhem, dl. 1764—1768. 74 — HOOFDSTUK II: NAKOMELINGSCHAP een obligatie ten laste van het Gemeene Land van Holland en Westfriesland, ten comptoire generaal in 's-Gravenhage d.d. 10 Febr. 1701, groot in capitael 1000 gl-, een kleine prijsobligatie uit de Loterije van 12 millioenen de Ao 1721, 30e classis, groot in capitael 1000 gl., nog een kleine prijsobligatie in de Loterije als boven, 21e classis, groot 1000 gl." In het archief der Kerkvoogdij van Arnhem vindt men onder de Graaf- en Luygeld en Peylcedullen, 1767. 1 December. Bartholomeus van der Hoop, (begraven in de) Groote Kerk, Zuyderpant (graf) nr. 101, twee (voet) diep, en onder het Luygelt de kerk competerende, 1767. 1 December. Bartholomeus van der Hoop.... 11 gl. 2 st. voor zijn begraven werd bovendien de som van 10 gl. betaald. Hij was bij zijn overlijden ongeveer 79 jaar oud en was de laatste van zijn geslacht, die den aan de westrenen's ontleenden voornaam Bartholomeus voerde. Zijn eenige erfgenaam was zijn hiervoor reeds genoemde neef barent van der Hoop te Amsterdam. Wapen van BARTHOLOMEUS VAN DER HOOP op den beker van het smidsgilde (vgl. bl. 61). VAN BEREND VAN DER HOOP — 75 JACOB VAN DER HOOP, zoon van beernt van der hoop en van christina van voorst (van blz. 63). Geboren te Arnhem in 1694. Overleden te Haarlem 17 Februari 1761. Begraven te Haarlem 22 Februari 1761. Ondertrouwt te Amsterdam 25 April 1720. dochter van cornelis Crans en van catharina van Halen. Geboren te Amsterdam 7 Mei 1696. Overleden te Amsterdam 18 October 1749. Begraven te Amsterdam 23 October 1749. jacob van der hoop was de tweede van de familie, die zich te Amsterdam vestigde. De aanleiding daartoe zal wel geweest zijn, dat zijn oom paulus van voorst daar woonde en dat hij er talrijke leden van zijn grootmoeders familie, roeters, aantrof. Reeds op 26-jarigen leeftijd werd hij te Amsterdam als poorter aangenomen: 30 May 1720. Jacob van der Hoop, van Arnhem, silversmid, heeft etc. ende Heeren Thesaurieren het poorter geil betaalt.]) Hij woonde toen in de Elandstraat en uit bovenstaande inschrijving zien wij, dat hij een der branches uitoefende van het oorspronkelijke vak van zijn geslacht — het smedenvak. Toen hij poorter werd, moet hij reeds eenigen tijd te Amsterdam gewoond hebben en was hij daar in kennis gekomen — en kort voor zijn aanneming als zoodanig gehuwd zijn — met een Amsterdamsche Doopsgezinde; Het Puyboek2) leert ons: 25 April 1720 Compareerden alsvoor: Jacob van der Hoop, van Aarnhem, oud 26 jare, in de Elantstraat, sijn vader Barent van der Hoop tot Aarnhem, & Catharina Krans, van Amsterdam, oud 25 jare, op de Prinseg'; ouders doot, geassisteert met Aarnout van Halen.*) hij vaders consent goet ingebragt, versoekende hunne drie Sondagsche uitroepingen enz. Zijn vrouw was geboren te Amsterdam 7 Mei 1696*) en had met haar broeder *) Poorterboek van Amsterdam nr. 15, dl. 1720 1725. !) Puyboek nr. 712, fo. 67. 3) Over ARN. VAN HALEN zie Oud-Holland, XLIII, 96. 4) Geboorte Register der Doopsgezinden te Amsterdam, nr. 296, dl. ± 1686—1811, blz. 24. CATHARINA CRANS, 76 — HOOFDSTUK II: NAKOMELINGSCHAP CypRIANUS, geb. te Amsterdam 3 Februari 1698 tot ouders CORNELIS CRANS, fabrikeur en CATHARINA VAN Ha(a)len. 2) Het huwelijk — waaruit 2 kinderen sproten — was wellicht niet gelukkig; althans de echtelieden gingen uit elkaar. Blijkens den stamboom aanwezig in het FamUie-archief, overleed catharina crans op 18 October 1749. Bij de aangifte van haar begraven wordt zij niet vermeld als huisvrouw van Jacob van DER HOOP, doch alleen als catharina crans. In het Begraafregister van de Westerkerk staat: 1749. 23 Oct. (begraven) Catharina Crans in de Hartestraat Z.zijde, graf nr. 248 15 gl. Ook in de registers van het. middel op begraven heet zij alleen catharina Crans, wij vinden, dat de aangifte geschiedde door Joost Cup3) in de 3e classis a 6 gl. Haar oudste kind — een zoon — was toen reeds overleden, het jongste kind — een dochter — ging terug naar haar vaders geboorteplaats en kwam in huis bij haar ongehuwden oom BARTHOLOMEUS VAN DER Hoop (zie blz. 72). De vader zelf, JACOB VAN DER Hoop, vestigde zich te Haarlem en kocht zich een plaats in het Proveniershuis aldaar, toen ook vermeld als Pest- of dolhuis of Buitenhuis. Uit een appointement van de Magistraat van Haarlem van 28 Maart 17504) blijkt, dat goedgevonden wordt, dat Jacob VAN der Hoop van plaats ruilt in het Buitenproveniershuis met JOHANNA MARGARETHA OORTGIJSEN, die haar kost in dat huis voor 1700 gl. had ingekocht. Uit de Contracten van genoemd huis5) blijkt, dat JOHANNA MARGARETHA OORTGIJSEN, oud 52 jaar, op 28 Maart 1750 een overeenkomst had gesloten met Jacob VAN DER Hoop, oud 59 jaar, om volgens appointement van de Magistraat, bij haar in het Huis te komen inwonen, tegen betaling van 400 gl. aan het Huis en van 1700 gl. aan genoemde weduwe. Elf jaar bleef hij in dit Huis wonen, de stamboom in het Familie-archief vermeldt, dat JACOB VAN der Hoop op 17 Februari 1761 te Haarlem overleed. Uit de mede in dat Archief zich bevindende correspondentie van Febr.—Juni 1761 tusschen zijn neef JACOBUS VAN der Hoop te Amsterdam (blz. 104), met Mr. JAN NANNING VAN der Hoop te Arnhem over zijn sterven en over de afwikkeling van zijn nalatenschap ten behoeve van CHRISTINA VAN der hoop, de te Arnhem woonachtige dochter van den overledene, blijkt dat JACOB op Woensdag (17 Febr.) in het Proveniershuis overleed, dat hij den Maandag d.a.v. in de kerk van dat Huis werd begraven — waarbij genoemde neef JACOBUS VAN der Hoop tegenwoordig was — en dat zijn nalatenschap bestond uit drie obligaties elk van 1000 gl-, eenig zilverwerk en 225 gl. 5 st. aan contanten. Zijn begraven is te Haarlem als volgt ingeschreven: 21—28 Febr. 1761. Jacob van der Hoop, sieke kerkje & uyt hetzelve huys*), terwijl in het Lijkregister dier stad7) te lezen staat: 'tLijk van Jacob van der Hoop, 71 jaar, verval van kracht. Op blz. 72 hiervoor hebben wij reeds medegedeeld, dat hij met zijn broeders M Geboorte Register der Doopsgezinden te Amsterdam, nr. 296, dl. ± 1686—1811, blz. 24. •) Blijkens Puyboek nr. 697, fo. 210 teekenden op 24 Oct. 1692 te A'dam in: cornelis krans, van Adam, fabrikeur, oud 26 jaar, vader Siprianus Krans, & Catharina van Haalen, van A., oud 20 jaar, moeder Catharina Welhuysz. 3) Deze was haar mans neef (zie blz. 84). •) Memorieboek van H.H. Burgemeesters van Haarlem over 1750, fo. 35. *) Register van contracten met proveniren en regenten van het Pest- of dolhuis of Buitenhuis te Haarlem, nr. 203 fo. 10. ") Doodboek van Haarlem, dl. 1758—1765, blz. 169. ') Lijkregister van Haarlem, dl. 1756—1764, blz. 109 vs. VAN BEREND VAN DER HOOP — 77 BARTHOLOMEUS en GlLLES VAN DER HOOP, eigenaar was van de 3 huizen en den tuin te Arnhem afkomstig van hun vader en dat na zijn overlijden zijn dochter CHRISTINA dit deel in het onroerend goed erfde. Uit zijn huwelijk waren — zooals wij reeds vermeldden — 2 kinderen gesproten: 1. CORNELIS VAN DER HOOP. Geboren te Amsterdam 13 October 1721. *) Overleden vóór zijn ouders, in 1748. Het jaar van zijn overlijden — waarvan te Amsterdam niets werd gevonden — bleek uit den stamboom berustende in het Familie-archief. Hij was ongehuwd. 2. CHRISTINA VAN DER HOOP. Geboren te Amsterdam 30 Augustus 1724.') Overleden te Arnhem 9 September 1767. Begraven aldaar 14 September 1767. Ongehuwd. Wij hebben hiervoor reeds verhaald, dat zij na het uiteengaan harer ouders, te Arnhem in huis kwam bij haar oom Bartholomeus VAN der Hoop, dat zij erfgename van haar vader werd in 1761, in diens 1/3 deel van het onroerend goed aldaar en in diens nalatenschap en dat na haar overlijden zes jaar later, dit alles op haar oom Bartholomeus vererfde. 21 Februari 1761 — daags voor het begraven te Haarlem — geeft zij volmacht te Arnhem2) als volgt: Christina van der Hoop, geassisteerd met haar oom Bartholomeus van der Hoop, constituit de heeren jacobus van der Hoop en Barend van der Hoop, wonende te Amsterdam, om namens haar, als eenige dochter en universeele erfgenaam ab intestato van wijlen haar vader Jacob van der Hoop, te aanvaarden zoodanige erfenis als haar vader stervende heeft nagelaten, en om verder al het noodige ter zake te verrichten. In het Familie-archief berusten de kwitanties, welke zij jaarlijks van Maart 1762— 1767 aan Mr. Jan nanning van der Hoop afgaf, voor de door dezen aan haar uitgekeerde rente van de 3 obligaties a 1000 gl. haar van haar vader aanbesterven. Aan de laatste door haar geteekende kwitantie, is haar handteekening ontleend i ^^x/jtSfata ^oal^&c /feit Zes maanden later overleed zij; uit de op blz. 73 medegedeelde volmacht blijkt, dat dit op 9 September 1767 gebeurde. Blijkens de bescheiden uit het Archief der Kerkvoogdij3) werd zij in het voorouderlijk graf nr. 101 van het Zuiderpand begraven: 1767. 14 September, juffr. Christina van der Hoop (begraven) Groote Kerk, Zuyderpant nr. 101, drie diep ; voor het Luygeld werd 11 gl. 2 st. betaald en voor het begraven 15 gl.') M Geboorte-Register der Doopsgezinden te Amsterdam, nr. 298, dl. ± 1686—1811, blz. 99. *) Procuratieboek van Arnhem, dl. 1760—1763. ■) Graaf- en Luygeld en Peylcedullen over 1767. 78 — HOOFDSTUK II: NAKOMELINGSCHAP GILLES VAN DER HOOP, zoon van Beernt VAN DER Hoop en van CHRISTINA VAN VOORST (van blz. 63). Geboren te Arnhem in 16%. Overleden te Amsterdam 8 Mei 1749. Begraven te Amsterdam 13 Mei 1749. Huwt te Amsterdam 5 Februari 1730. dochter van GlJSBERT KLOCK en van PETRONELLA VAN SüRENDONCK. Geboren te Haarlem in 1699. Overleden te Amsterdam 18 Maart 1782. Begraven te Amsterdam 23 Maart 1782. GlLLES VAN DER HOOP, die zijn voornaam ontving naar zijn grootvader Jelis VAN Voorst, vestigde zich evenals zijn oudere broeder Jacob, te Amsterdam, waar hij in na te noemen acten van 1727 en 1728 reeds voorkomt en waar bij, 10 jaar na dien broeder, als poorter werd aangenomen: 8 November 1730. Gillis van der Hoop, van Aernem, coopman, heeft het poortergeld betaalt. % Reeds in 1727 komt hij te Amsterdam voor, blijkens het op blz. 100 meetedeelen testament d.d. 4 Nov. 1727 van Catharina Jacobs, weduwe PlETER Mild, die hem daarbij tot executeur-testamentair aanstelde. Zes maanden later op 10 Maart 1728 kocht hij —■ zooals wij straks zullen zien — haar. huis in de Tuinstraat. Hij woonde toen hij poorter werd in de Nieuwstraat en was in het begin van dat jaar met eene Doopsgezinde uit Haarlem in het huwelijk getreden. Het Puyboek 2) zegt daarover: 19 Januari 1730. Compareerden alsvoor Gillis van der Hoop, van Aernhem, oud 34 jare, in de Nieustraat, sijn moeder Christina van Voorst tot Aarnhem, & Catharina Klok, van Haarlem, oud 30 jare, in de Houtuyne, ouders doot, geassisteerd met haer swager Wybrand van Buure, en versochten hare 3 Sondagsche uitroepingen, enz. Blijkens de in het Familie-archief berustende oude stamboom werd het huwelijk 5 Februari d.a.v. voltrokken. *) Poorterboek no. 17, dl. 1730—1734. *) Puyboek, no. 717, fo. 175 vs. CATHARINA KLOCK, VAN BEREND VAN DER HOOP — 79 Zijn vrouw — wier doop, doordat zij Doopsgezind was, niet in het Doopregister van Haarlem voorkomt — woonde na het overlijden harer ouders in bij haar zwager Wybrand van Buuren gehuwd met Anna Klock ») in de Haarlemsche Houttuinen te Amsterdam. Zij behoorde tot een wijdvertakt Doopsgezind geslacht te Haarlem 2), waarvan haar vader GlJSBERT Klok (Clock) aldaar op 2 Juni 1680 gehuwd was met petronella van surendonck. Tengevolge van dit huwelijk verhuisde Gilles van der Hoop naar de Houttuinen en bleven hij, zijn vrouw en later hun eenige zoon daar tot hun overlijden, resp. in 1749, 1782 en in 1803 wonen. Het huis lag tusschen de Oranjestraat en de Roobrug en hier testeert hij met zijn vrouw den 4 Juli 1730, 5 maanden na hun huwelijk, voor notaris hendrik van aken *). Zij benoemen elkander daarbij wederkeerig tot erfgenaam in de goederen en wederkeerig tot voogd over hun eventueele kinderen, met uitsluiting van de Weeskamer. Mochten er bij hun overlijden geen kinderen zijn, dan benoemt bij zijn moeder Christina van voorst, weduwe Barent van der Hoop, tot erfgename in de legitieme portie. Uit de later bij hun zoon te vermelden acten blijkt, dat GlLLES van der hoop ook eigenaar was van nog 2 andere huizen te Amsterdam; het eene in de Tuinstraat, vooraan bij de Prinsengracht, was 10 Maart 17284) reeds door hem aangekocht van zijn neef Jacobus van der hoop (zie blz. 99), het andere, „daar Y koekebakker in de gevel staat", in de Utrechtsche Dwarsstraat Nzijde, tusschen de Binnen Amstel en de Utrechtsche straat, had hij 22 Maart 17466) gekocht voor 2200 gl. van barent de jongh, die erfgenaam was van susanna couvreur, weduwe johannes de jongh. Ook deze perceelen bleven in het bezit van zijn zoon tot diens overlijden. Bovendien was Gilles van der Hoop — zooals wij op blz. 72 biervoor verhaalden — eigenaar mèt zijn broeders bartholomeus en jacob van der Hoop van de 3 huizen en den tuin te Arnhem, afkomstig van hun vader beernt van der hoop. Terwijl hij in zijn poorteracte en in de acte van zijn ondertrouw koopman wordt genoemd, bleek mij dat later zijn eenige zoon Barend in hetzelfde huis handel dreef en wel volgens de Amsterdamsche adresboekjes in verfwaren ; vermoedelijk zal dit de voortgezette zaak van zijn vader GlLLES geweest zijn. In ieder geval verkeerde deze in veel bescheidener omstandigheden, dan zijn neef jacobus van der Hoop (blz. 99), die tot de voorname kooplieden van Amsterdam behoorde. Zulks had evenwel niet tot gevolg, dat beide Doopsgezinde gezinnen elkander ontweken wegens standsverschil. Integendeel zullen wij uit het testament van laatstgenoemden neef van 20 Oct. 1728 zien, dat deze GlLLES van der Hoop daarin verzocht bij eventueel overlijden zijn boedel te redderen, de weduwe bij te staan en hem een legaat van f 2500.— vermaakte. Gilles van der Hoop overleed blijkens de familie-aanteekeningen op 8 Mei 4649r 1 In het Begraafregister van de Eilandskerk lezen wij: 13 Mei 1749 Gillis van der Hoop in de Houtuyne, (begraven in het graf) nr. 77 Oostervak'). l) Puyboek Amsterdam no. 708, fo. 114, 19 Febr. 1712. wybrant van BuUREN, van A, oud 27 j., vader Gerrit van BUUREN, in de Houttuinen, en anna Klok, van Haarlem, oud 24 j., vader GlJSBERT Klok. ') In dien tijd ± 1690 woonden van dit geslacht te Haarlem: Adam Clock, cornelis Arents clock, GlJSBERT Clock, Leendert Clock en Phtlippus Clock, allen van Haarlem geboortig. *) Notar. protocol nr. 8108, acte 344. 4) Kwijtscheldingsregister WWWW, nr. 102, fo. 320 vs. •) Kwijtscheldingsregister PPPPP, no. 120, fo. 200. IS dl\ n °P h,e' °P WraV) Geboorteregister der Doopsgezinden te Amsterdam, nr. 298, blz. 120. * Het huis in de Haarlemmer Houttuinen, van 1730 tot 1803 bewoond door Gilles en zijn zoon Barent van oer Hoop. VAN BEREND VAN DER HOOP — 81 BARENT VAN DER HOOP, zoon van Gilles van der Hoop en van Catharina Klock (van blz. 80). Geboren te Amsterdam 12 November 1730 *). Begraven te Amsterdam 27 Augustus 1803. Huwt te Amsterdam 25 April 1755. dochter van WlLLEM janszn. van BRITTEN en van NEELTJE Blok. Geboren te Amsterdam 17 October 1729 2). Begraven te Amsterdam 7 Januari 1788. Barent van der Hoop — aldus genoemd naar zijn grootvader Beernt van der Hoop —- was de laatste van de Amsterdamsche takken van het geslacht. Hij woonde evenals zijn ouders in de Haarlemmer Houttuinen, waar hij op 19-jarigen leeftijd zijn vader verloor. Zes jaar na dit sterfgeval trad hij in het huwelijk. Het Puyboek van Amsterdam3) zegt ons daarover: Vrijdag den 25 April 1755. Compareerden alsvoor: Barent van der Hoop, van Amsterdam, menoniet, oud 24 jaer, in de Houttuynen, geadsisteert met zijn moeder Catharina Klok, en Alyda van Britten, van Amsterdam, menoniet, oud 25 jaer, op de Bloemgragt, geadsisteert met haer moeder Neeltie Blok, versoekende hare drie Sondagsche uytroepingen, enz. Het duurde nog eenige maanden na deze uitroepingen eer het huwelijk voltrokken werd, althans als zij ruim 2 maanden later — op 30 Juni 1754 — voor notaris J. Rypland4) huwelijksche voorwaarden maken, compareeren zij als volgt: „barent van der Hoop, minderjarig jongman, geassisteerd met zijn moeder CAtharina klok, weduwe van GlLLES van der Hoop, aanstaand bruigom, en juffrouw alida van britten, minderjarige juffer, geassisteerd met haar moeder neeltje Blok, weduwe van Willem van Britten en haar zwager Willem de Jong." Zoowel van moeders zijde als van de zijde zijner schoonmoeder kwam barent van der hoop in het bezit van verschillende huizen te Amsterdam. Zijn moeder had ALIDA VAN BRITTEN, ') Geboorteregister der Doopsgezinden te Amsterdam, no. 298, blz. 120. ') Idem, idem, blz. 94. *) Puyboek nr. 734, fo. 47 vs. *) Notar. protoc. nr. 12194, acte nr. 344. 6 82 — HOOFDSTUK II: NAKOMELINGSCHAP bij haar testament van 21 Juni 1770 (nots. Hermanus van Hal) haar zoon tot eenigen universeelen erfgenaam benoemd, waardoor na haar overlijden in 1782 de volgende perceelen hem toevielen: 1°. het huis en erf in de Tuinstraat vooraan bij de Prinsengracht, over welk huis wij reeds op blz. 79 een en ander mededeelden en dat sedert 1728 in bezit van zijn vader was geweest; 2°. het huis en erf in de Utrechtsche Dwarsstraat N. zijde, tusschen Binnen Amstel en Utrechtsche straat, reeds vermeld op blz. 79 hiervoor, en sedert 1746 in bezit van zijn vader geweest zijnde; 3°. het huis in de Haarlemmer Houttuinen tusschen de Roobrug en de Oranfestraat, afkomstig van zijn ouders. Van zijn vrouw's kant bezat hij 4°. een huis en erf aan de Baangracht, tusschen Bloemgracht en Bloemstraat, met een pakhuis erachter, oorspronkelijk afkomstig van aaltjen willems (westerhuysen) gehuwd met Jan Willemsz. (van Britten) l) en van deze vererfd op Willem Jansz. haar zoon, zich later noemende van "britten2) en van dezen krachtens acte declaratoir d.d. 31 Aug. 1723 voor nots. Joh. Backer te A'dam gekomen op .zijn dochter ALIDA VAN BRITTEN voor de helft en krachtens testament d.d. 16 Nov. 1765 (nots. Gerardus Wijthoff) van NEELTJE Blok weduwe van WlLLEM VAN BRITTEN op haar dochter ALIDA voornoemd voor de andere helft3). Behalve deze aangeërfde perceelen te Amsterdam, had hij nog aangekocht: 5°. een huis op de Droogbak tusschen Voortweg en Oranjestraat. Zijn handel in verfwaren dreef hij volgens de adresboeken in 1786 in de Houttuinen, in 1788 op de Leidschegracht N.Z. tusschen Keizers- en Prinsengracht en in 1790 op de Bloemgracht. Te Arnhem was hij na het overlijden in November 1767 van zijn ongehuwden oom bartholomeus van der hoop geheel en alleen eigenaar geworden van de 3 huizen aldaar, afkomstig van zijn grootvader beernt van der Hoop, n.1. één huis in d e Rijnstraat op den hoek van de Kortestraat en 2 huizen daarachter in de Kortestraat, en bovendien van den tuin of hof buiten de Rijnpoort (zie blz. 72), zijnde V» van deze perceelen reeds in zijn bezit sedert zijn vaders overlijden. Zeer spoedig ontdeed barent zich van de Arnhemsche goederen, roerende zoowel als onroerende, waartoe hij 5 December 1767 te Arnhem als volgt procuratie tot verkoop verleent4): „Barent van der Hoop, wonende te Amsterdam, als eenige universeele erfgenaam van wijlen zijn oom bartholomeus van der hoop, binnen deze stad overleden, constituit den roeydrager rutger reynders om de nog in het sterfhuis voorhanden zijnde meubilaire gereede goederen publiek te verkoopen, de penningen te ontvangen, daarvoor quitantie te verleenen, enz., voorts om van de ongereede vaste goederen, bestaande uit een huis in de Rhijnstraat met twee daarachter staande huisjes in de Kortestraat, benevens een hof buiten de Rhijnpoort — van welke perceelen den comparant reeds Va deel toebehoort — voor de twee resteerende derde parten het collateraal aan >) Zie test d.d. 20 Dec. 1692 nots. Joh. Backer te A'dam. 2) Zie acte d.d. 10 Juli 1713 nots. J. Backer. 3) Zie ook acte d.d. 9 Sept. 1766 nots. H van Heel. Neeltje B. behoorde tot een bekende Doopsgezinde familie. Haar ouders waren Leendert B. en NEELTJE Jacobsdr. Heeremans, haar grootouders Jan LEENDERTS (Blok) en ANNETJE Agges Roskam). 4) Procuratieboek van Arnhem, dl. 1764—1768. VAN BEREND VAN DER HOOP — 83 te geven en te voldoen en daarna die ongereede goederen publiek te doen verkoopen." 3 Mei 1768 geschiedde de verkoop dezer perceelen door bovengenoemden gemachtigde namens Barent van der Hoop en diens vrouw Alida van Britten, aan Hendrik Kniesten en Cornelia Scholten, echtelieden te Arnhem, die de 3 huizen in Rijn- en Kortestraat voor 5867 gl. kochten1). De hof en tuin buiten de Rijnpoort werd denzelfden dag voor 421 gl. gekocht door H. buyinck2). Bovendien was Barent na het overlijden van zijn oom in het bezit gekomen van het voorouderlijk graf in de Groote Kerk te Arnhem, Zuiderpand nr. 101 (zie blz. 30). Eerst in 1782 na het overlijden van zijn moeder catharina Klok, verkocht hij dit graf aan de kerk te Arnhem. Zijn oom bartholomeus (f Nov. 1767) was — zooals wij op blz. 73 zagen — erfgenaam geweest van hun nicht christina van der Hoop (f Sept. 1767) en had daardoor de 3 haar toebehoorendè obligaties van f 1000 elk, in bezit gekregen; deze vererfden thans op barent van der HÖOP en hierdoor raakte hij in briefwisseling met zijn Arnhemschen achterneef Mr. Jan Nanning van der Hoop, welke correspondentie in het Familie-archief berust en waaraan de ondervolgende handteekening van 1767 is ontleend. barent van der hoop en zijn vrouw maakten twee malen hun testament. De eerste keer op 6 Februari 1764 voor notaris hermanus van Heel te Amsterdam. Deze beschikking werd echter bijna 20 jaar later herroepen bij een nieuw testament, den 18 April 1783 gepasseerd voor notaris cornelis hartman aldaar3). Blijkens dit stuk woonden zij toen nog steeds in de Haarlemmer Houttuinen, zij verklaren daarin geen kinderen te hebben en elkander wederkeerig tot erfgenaam hunner goederen te benoemen. Nog geen 3 jaar later overleed zijn echtgenoote en nog eens 20 jaar na zijn 2e testament beschikte barent van der Hoop — 5 maanden vóór zijn dood — voor de laatste maal over zijn goederen. Bij deze dispositie, opgemaakt op 22 Maart 1803 voor notaris Houtkooper te Amsterdam4), verklaart barent, „wonende binnen deze stad in de Haarlemmer Houttuinen tusschen de Roobrug en de Oranjestraat, zwak en ziekelijk zijnde", dal hij aan x) 2e Protocol van het Binnen Westerkwartier van Arnhem, fo. 66 vs. en 67 en Protocol van Opdrachten en Verbanden van Arnhem over 1768. *) 2e Protocol van het Buiten Westerkwartier van Arnhem, fo. 19 vs. ') Notar. protocollen van Amsterdam no. 16132. 4) Idem nr. 17736. acte nr. 109. 84 — HOOFDSTUK II: NAKOMELINGSCHAP jannetje Klijnenberg, weduwe van jacob Egeling, prelegateert zijn huis, waarvan de kamers door hem bewoond worden, in de Haarlemmer Houttuinen, met al deszelfs meubelen en verderen inboedel. Overigens verdeelt hij zijn nalatenschap als volgt: voor V3 part is erfgenaam zijn neef gerrit de vries abrahamszoon, voor het tweede Vs part Christina de Vries, huisvrouw van Bernardus de Bosch Jerominuszoon x) en voor het laatste V3 part de hiervoorgenoemde jannetje Klynenberg, wed. Egeling. Tot zijn executeurs benoemt hij gerrit de vries en Bernardus de bosch voornoemd. Het stuk draagt de laatste handteekening van Barent van der Hoop. Het was aanvankelijk eenigszins raadselachtig op welke wijze de erfgenamen Gerrit de Vries Abrahamszoon en Bernardus de Bosch, echtgenoot van Christina de Vries, familie waren van Barent van der Hoop, die immers in zijn testament den eerstgenoemde als neef betitelt. Een daarnaar ingesteld onderzoek bracht echter de oplossing en bewees, dat deze erfgenamen inderdaad tot zijn nalatenschap gerechtigd waren, omdat Barent van der Hoop aan de zijde van zijn eigen geslacht de eenige en laatste der afstammelingen van Beernt van der Hoop was en er van dien kant geen gerechtigden waren. De genoemde personen de vries waren kleinkinderen van Elisabeth van voorst, die blijkens onderstaand stamtafeltje een volle nicht was van Barent's vader Gilles van der Hoop. M Uit dit echtpaar stamt de familie de Bosch Kemper. ■) Alle de hiergenoemde personen waren Doopsgezind. VAN BEREND VAN DER HOOP — 85 In het Register der collaterale successie1) vindt men de aangifte gedaan door gerrit de Vries Abr.ZN. van de nalatenschap van Barent van der Hoop, overleden in Augustus 1803, geërfd — zooals de aanteekening vermeldt „door heden ab intestato niet gerechtigd." De erfenis bestónd uit de huizen te Amsterdam hiervoor vermeld en uit diverse obligaties en had een totale waarde van 39.576 gl. 16 st. 16 December 1803 werden door Hendrik haefkens — als gemachtigde van de twee executeurs-testamentair — de 4 perceelen publiek verkocht (dat in de Haarlemmer Houttuinen niet, wijl dit al dadelijk geërfd was door de weduwe Egeling). Het huis in de Tuinstraat werd toen gekocht door jacobus kujnenberg, dat in de Utrechtsche Dwarsstraat door jan borgers en dat aan de Baangracht door Jan arent koppé.2) barend van der hoop — de laatste der Amsterdamsche takken — en zijn vrouw alida van britten werden begraven in het hun toebehoorend eigen graf nr. 76 in de Eilandskerk, naast dat hunner ouders in diezelfde kerk. Hun ter aarde bestellen is als volgt ingeschreven : *) 7 Januari 1788. Alida van Britten huisvr. van Barent van der Hoop van de Leidsche graft over de Kerkstraat; Eigen graf, Oostervak nr. 76. 27 Augustus 1803. Barend van der Hoop, Eigen graf, Oostervak nr. 76. >) Collaterale Successie over 1803, fo. 492. 2) Kwijtscheldings-register van Amsterdam nr. 177, fo. 122 vs. e.v. DERDE HOOFDSTUK. DE OUDERE LIJN: NAKOMELINGSCHAP VAN JOHAN VAN DER HOOP TE ARNHEM ENZ. DERDE HOOFDSTUK NAKOMELINGSCHAP VAN JOHAN VAN DER HOOP. MAGDALENA VAN DER HOOP, dochter van JOHAN VAN der HOOP en van diens eerste echtgenoote ANNA SPRONGH (van blz. 55). Geboren te Arnhem 29 Augustus 1681. Overleden te Berkel Juli 1709. Ongehuwd. Deze oudste en eenige dochter van JOHAN VAN DER HOOP, aldus genoemd naar haar grootmoeder MAGDALENA HARSCAMP, vertrok na het tweede huwelijk van haar vader, naar haar moeders familie te Berkel, n.1. haar oom en tante CORNELIS de WlTH, Remonstrantsch predikant aldaar, gehuwd met ELISABETH SPRONGH. Zij overleed blijkens de familie-aanteekeningen ongehuwd te Berkel in Juli 1709, op bijna 28-jarigen leeftijd. 90 - HOOFDSTUK III. NAKOMELINGSCHAP BARTHOLOMEUS VAN DER HOOP, oudste zoon van johan van der hoop en van diens eerste echtgenoote anna sprongh' (van blz. 55). Geboren te Arnhem 24 Februari 1683. Overleden te Arnhem 17 Maart 1730. Begraven te Arnhem 22 Maart 1730. Ongehuwd. bartholomeus van der Hoop, genoemd naar zijn grootvader bartholomeus jansz., wiens oudste kleinzoon hij was, is met zijn later volgenden broeder abraham de eenige geweest van de zonen van johan van der hoop, die in Arnhem is blijven wonen en die met zijn genoemden broeder den wijnhandel van hun vader is blijven voortzetten. Voortdurend komt bij dan ook in alle rechtshandelingen te zamen voor met dezen broeder abraham. Het eerst wordt hij vermeld op 8 Aug. 1714, als zijn stiefmoeder henrica brouwers, weduwe van johan van der hoop, geassisteerd met bartholomeus van der hoop, volmacht geeft aan haar (stief)zoon johan van der Hoop, koopman te Rotterdam, om van margaretha van der capellen, douairière van bronckhorst, vrouwe van Assenburgh, betaling te erlangen van een obligatie groot 2000 gl. met verschenen interest.l) Te zamen — met hun stiefmoeder — bewoonden zij het huis in de Oeverstraat in 1716a) aangekocht en vergroot door de aankoopen in 1725 (zie blz. 51). Zooals wij biervoor reeds hebben medegedeeld, was hij, ook te zamen met zijn stiefmoeder en zijn broeder abraham, eigenaar van meerdere perceelen land en huizen, aangekocht 7 Januari 1728, w. o. een hegge hout of district genaamd de Hemelsche Berg, te Oosterbeek, en was hij met zijn meergenoemden broeder erfgenaam van zijn stiefmoeder (zie ook blz. 52 en 53). Het bezit te Oosterbeek werd op 24 Aug. 1729 en 9 Jan. 1730 nog vergroot door aankoop van twee perceelen, resp. een stuk land, genaamd 't Lange Stuk met daarop staanden tabakschuur voor 2000 gl. van de 2 zonen van den custos VAN DE WALL en Vs van het land genaamd 'tSoerland voor 350 gl. van WlLLEM VAN HerDEVELT. 8) Ook het huizenbezit te Arnhem werd na overlijden van henrica brouwers, hun stiefmoeder, nog uitgebreid, doordat zij behalve van haar deel van het huis in de Oeverstraat, ook eigenaars werden van de 3 huizen bij de S a b e 1 s p o o r t, beschreven op blz. 51 hiervoor. Hun kapitaal, dat zij van hun zaken overhielden, besteedden zij aan het op hypotheek verstrekken van geld aan verschillende personen. Zoo verleenen bartholomeus en abraham van der Hoop op 4 Maart 1729 aan cornelis reynsma een hypotheek van 600 gl. op diens huis in de Rijnstraat en op 12 Mei d.a.v. aan Lubbert Braakman een hypotheek van 850 gl. op diens huis bij de Velperpoort. *) »1 Procuratieboek van Arnhem, dl. 1710—1720. ') De origineele koopbrief d.d. 11 Jan. 1716 berust in het Familie-archief te Amsterdam. ") le Protocol van het Ambt van Rencom, dl. 1676—1733, fos. 201 vs. en 202vs. De 2 origineele koopbrieven berusten ook in het Familie-archief te Amsterdam. «) Protocol van Opdrachten en Verbanden van Arnhem, dl. 1724—1730. VAN JOHAN VAN DER HOOP — 91 16/26 Augustus 1729 wordt door den gemachtigde van mechtelt endhoven, weduwe van Aelt elberts, voor 800 gl. opgedragen aan bartholomeus en abraham van der hoop een schuur en een hof achter de Rijnpoortsmuur, behoord hebbende bij elberts' brouwerij in de Oeverstraat. *) Beide broeders waren universeele erfgenamen van johanna Eygel, een rijke ongehuwde Arnhemsche juffer, zuster van den bekenden Arnhemschen advocaat en burgemeester Dr. Peter Eygel. Deze johanna en Peter Eygel hadden 12 Nov. 1720 te Arnhem hun testament gemaakt en den langstlevende hunner tot eenigen erfgenaam benoemd2]. Dr. Peter Eygel, de burgemeester, overleed 29 Dec. 1726 en werd 3 Januari 1727 te Arnhem begraven; hij liet geen kinderen na, zijn eenige dochter was 6 jaar te voren gestorven. Zijn testament werd 15 Jan. d.a.v. ten verzoeke van zijn zuster geopend2), waarna zij in het bezit kwam van haar broeders goederen. johanna Eygel zelf testeerde den 17 Maart 1727 en overleed te Arnhem in Februari 1729. Bij de opening van haar testament den 16en dier maand3) bleek, dat zij de volgende legaten had gemaakt: aan Hendrik brantsen, burgemeester van Arnhem, 2 erven onder Uchelenj aan johanna Beatrix Tulleken, weduwe van den burgemeester Arnold Anthonie tulleken, haar broeders bibliotheek; aan Johanna Elisabeth en Justina Petronella van Ulft, het huis van haar broeder Peter Eygel ; aan Henrica Brouwers, weduwe van johan van der Hoop, haar goudbeurs met inhoud en Vs part van haar inboedel; aan maria melsert, dochter van frederik Melsert, &1 haar kleeren, linnen, zilver en goud; aan cornelis melsert, broeder van maria vd. een som van 1000 gl. en aan de armen van Arnhem eveneens 1000 gl.4); universeele erfgenamen waren Bartholomeus en abraham van der Hoop, die tevens tot executeurs-testamentair werden benoemd. De twee broeders waren aldus in het bezit van een zeer groot fortuin gekomen en daar de oudste broeder een jaar later ongehuwd overleed, kwam het geheele fortuin der eygel's daardoor in 1730 aan abraham van der hoop. Het zonderlinge is echter, dat nergens iets bleek van verwantschap van de nietdoopsgezinde Eygel's met de Van der Hoop's. In de Aanwinsten der Rijksarchieven over 1922, Jaarverslagen 1922, Gelderland, afd. VI, vindt men een Bijlage: Arnhemsche regentenpapieren, collectie Eygel, Huyghens, de Greve en Van der Hoop. Daarin wordt reeds een en ander over Burgemeester Dr. Peter Eygel en over diens vele papieren, welke thans ten Rijksarchieve te Arnhem berusten, medegedeeld, en wordt de verwantschap met de Van der Hoop's verklaard door het huwelijk van Abraham van der hoop met hester josina de Greve, — l) le Protocol van het Binnen Westerkwartier van Arnhem, fo. 193vs. en Opdrachten en Verbanden van Arnhem, dl. 1724-1730. *) Testamentboek van Arnhem, dl. 1719—1729. ') Idem, dl. 1728—1736. 4) Uit de Rekeningen der Kerkvoogdij te Arnhem blijkt uit de Ontvangsten over 1729, dat bartholomeus en Abraham van der hoop, als universeele erfgenamen en executeurs van de nalatenschap van wijlen mejuffrouw Johanna Eygel, dit bedrag op 27 Februari aan Kerkvoogden uitbetaalden. 92 — HOOFDSTUK III: NAKOMELINGSCHAP in 1731 voltrokken — wier grootmoeder eene van UcHELEN was, terwijl ook de schoonmoeder van Dr. Peter eygel eene Van UCHELEN was. Doch deze verwantschap ontstond eerst in 1731 en dus moeten om andere redenen in het testament van Johanna Eygel, van 1727, Bartholomeus en Abraham van der Hoop tot haar universeele erfgenamen zijn benoemd. Ook zagen wij uit de op blz. 47 hiervoor vermelde acte van 15 Juli 1695 reeds, dat Dr. Peter Eygel daarin den vader van Bartholomeus en Abraham, n.1. johan van der hoop, als neef betitelt. johan was toen juist sedert eenige maanden gehuwd met henrica brouwers en waar nu ook blijkens het testament van johanna Eygel — behalve deze henrica Brouwers — ook twee kinderen van de zuster van deze (Melsert) legaten ontvangen, zou men moeten aannemen, dat de verwantschap van den kant der familie brouwers bestond, zij het ook, dat de 2 gebroeders Van der Hoop — de erfgenamen der Eygel's — dan toch slechts stiefkinderen van Henrica brouwers waren en zij de Eygel's dus niet in den bloede bestonden. Wij meenen niet beter te kunnen doen, dan hieronder een stamtafeltje dezer familie Eygel te geven; te vergeefs zal men er eenig verband met de families Van der Hoop en Brouwers in zoeken en het is tot dusver onopgelost, waarom het geheele fortuin dezer aanzienlijke Arnhemsche familie in den schoot viel van de twee gebroeders Van der Hoop, wijnkoopers, die reeds tengevolge van hun godsdienst noch tot de regeeringskringen van Arnhem behoorden, noch om andere redenen toenmaals bijzonder op den voorgrond traden of met de Eygel's omgang kunnen gehad hebben. ma) VAN JOHAN VAN DER HOOP — 93 Het testament van bartholomeus en Abraham van der HOOF (buitenzijde) met de zegels der stad Arnhem, der schepenen Eygel en Umbgrove (elk tweemaal) en der beide gebroeders van der HOOP. De zegels (vergroot) van Bartholomeus en Abraham van der Hoop. 94 — HOOFDSTUK III: NAKOMELINGSCHAP Tengevolge van deze erfenis Eygel bevinden en bevonden zich (het grootste gedeelte is afgestaan aan het Rijksarchief te Arnhem) in het Familie-archief Van der hoop talrijke bescheiden betrekking hebbende op de families eygel1), hoeyng, van dans en van Uchelen, waaronder meerdere perkamenten acten, en andere papieren, welke voor de familie Van uchelen reeds met Hendric van uchelen in 1410 aanvangen en waaronder vele betrekking hebben op het toenmaals bekende huis „de Weerhaen" op den hoek van den Grooten Oord en de Weverstraat te Arnhem, sedert 1401 in het bezit der familie Van groll en van deze in dat der van uchelen's en hoeyng's gekomen. Ook het testament van johanna Eygel van 1727 en alle stukken betrekking hebbende op de afwikkeling harer erfenis door de gebroeders b. en A. van der hoop, o.a. die over betalingen wegens de collaterale successie en de volmachten tot regislreering van het testament bij andere gerichten, vindt men in originali in het Familie-archief te Amsterdam terug. Niet lang heeft bartholomeus van der hoop van de hem toegevallen erfenis genoegen beleefd, reeds een jaar later overleed hij. Hij maakte zijn besloten testament, vóórdat hij erfgenaam van Johanna Eygel was geworden, en wel te zamen met zijn broeder abraham, op 28 Februari 1725. De gebroeders deponeerden dit besloten stuk denzelfden dag voor Dr. peter Eygel en Dr. gerhard Umbgrove, schepenen van Arnhem, die het van eene subscriptie voorzagen en het in de schepenkast deden opbewaren. Dit origineele testament, gesloten door de lakken van beide schepenen en voorzien van de opgedrukte lakken van B. en A. van der Hoop onder hun beider handteekening, berust nog in het Familie-archief te Amsterdam.2) Na het overlijden van bartholomeus werd het op 24 Maart 1730, ten overstaan van de schepenen brantsen en De Vree, door zijn broeder abraham en in presentie van diens broeders jacobus en cornelis van der hoop geopend en ten protocolle geregistreerd.3) Er bleek uit, dat de twee gebroeders den langstlevenden hunner tot universeel erfgenaam hadden benoemd; bij hun beider overlijden zonder lijfserven (abraham was toen nog niet gehuwd) zou henrica Brouwers, hun stiefmoeder, die op het tijdstip van de testeering nog in leven was, den tucht van al de goederen genieten tot haar overlijden. Zij hadden voorts bepaald, dat de langstlevende hunner aan Jan en cornelis van der hoop te Rotterdam, hun broeders, in compagnieschap te zamen handelende, dadelijk bij het overlijden van een hunner 1000 gl. zou uitkeeren, na het overlijden van den langstlevenden der testateurs zouden Jan en cornelis nog eens 1000 gl. ontvangen. *) Hieronder die over de kwesties tusschen Dr. peter Eygel en den man, later weduwnaar, van zijn dochter, Constantijn Tulleken, van 1707—1723. *) No. 67 der voorloopig genummerde bescheiden. Met aanteekeningen over de registreering op 22 Juni 1730 van het testament voor den Ambtman en Richter van Neder-Betuwe en op 31 Maart 1730 voor het Gericht van Veluwe en Veluwezoom. *) Testamentboek van Arnhem, dl. 1728—1736, fo. 141. VA/V JOHAN VAN DER HOOP — 95 Handteekeningen en zegels der gebroeders van der Hoop onder het testament van 28 Febr. 1725 (vgl. bl. 93). bartholomeus van der Hoop overleed te Arnhem 17 Maart 1730. Zijn begraven is als volgt ingeschreven in de Rekeningen van Kerkvoogden te Arnhem onder de overluidingen: 23 Nov. 1730. Bartholomeus van der Hoop 36—6—0, uit welk hoog bedrag valt op te maken, dat de begrafenis met groote deftigheid plaats vond. Eene afbeelding van het mutueele testament en van de onderteekening der gebroeders d.d. 28 Februari 1725 met hun opgedrukte lakken, is hier opgenomen. VIERDE HOOFDSTUK. VERVOLG DER NAKOMELINGSCHAP VAN JOHAN VAN DER HOOP: DE OUDERE AMSTERDAMSCHE TAK VAN DER HOOP EN DE NEUFVILLE VAN DER HOOP. (UITGESTORVEN IN 1801.) VIERDE HOOFDSTUK. de oudere amsterdamsche tak. JACOBUS VAN DER HOOP, tweede zoon van johan van der hoop en diens eerste echtgenoote anna sprongh (van blz. 55). Geboren te Arnhem 23 Maart 1685. Overleden te Amsterdam 4 Maart 1734. Begraven te Amsterdam 10 Maart 1734. Huwt le te Amsterdam 18 December 1718. I. CATHARINA HENNEBO, dochter van jacob hennebo jacobszn. en van diens tweede echtgenoote maria swartepaert. Geboren te Amsterdam in 1698. Overleden te Amsterdam 28 November 1727. Begraven te Amsterdam 4 December 1727. Huwt 2e te Amsterdam 9 November 1728. II. ANNA DE NEUFVILLE, dochter van isaack de neufville en van maria GriJSPEERT. Geboren te Amsterdam 9 November 1696. Overleden te Amsterdam 4 Juni 1766. jacobus van der hoop — uitdrukkelijk jacobus genoemd ter onderscheiding van zijn neef jacob van der Hoop beerntszoon, die zich eveneens te Amsterdam vestigde — was 17 jaar oud toen hij zijn vader verloor. Waarschijnlijk was hij genoemd naar zijn oom jacob sprongh, fabrikant in zijden stoffen op de Keizersgracht te Amsterdam en wij vermoeden, dat deze verwantschap ook de reden was, dat hij reeds spoedig zijn geboortestad verliet en zich te Amsterdam vestigde. 3 Juli 1714 Jacobus van der Hoop, van Aarnhem, coopman, heeft etc, ende den Heeren Thesaurieren het poortergeld betaalt, lezen wij in het Poorterboek van Amsterdam.1) Ruim 4 jaar later trad hij in het huwelijk met eene Doopsgezinde. Blijkens het Puyboek verzochten op 2 December 1718 te Amsterdam hunne 3 Zondagsche uitroepingen : 2) Jacobus van der Hoop, van Aarnhem, oud 32 jare, op de N.Z. Voorburgwal, ouders l) Poorterboek nr. 13, dl. 1712—1715. !) Puyboek nr. 711, fo. 149. 100 — HOOFDSTUK IV: DE OUDERE doot, geassisieeri met sijn broeder Abraham van der Hoop & Catharina Hennebo, van Amsterdam, oud 20 jare, op de Lijdsegraft, geassisteert met haar vader Jacob Hennebo. Kort na hun huwelijk op 6 Maart 1719 maken JACOBUS VAN DER Hoop en CATHARINA HENNEBO, wonende op de Voorburgwal, hun testament voor notaris HlLBRAND VAN DER HEYDEN. x) Zij benoemen wederkeerig de langstlevende tot erfgenaam, komt de testatrice het eerst te overlijden, dan zijn haar vader en moeder erfgenaam in de legitieme portie. Zijn vrouw was eene dochter van JACOB HENNEBO JACOBSZOON, die geboortig was uit Leiden, en die in 1688 in eerste huwelijk was gehuwd geweest met ANNA MARIA VERNERIUS (ook FURNERnJS), en in Mei 1698 in tweede huwelijk met MARIA SwARTEPAERT uit Edam. jacob Hennebo woonde toen op de Prinsengracht, doch tijdens zijn dochters huwelijk op de Leidsche gracht. Hier zal dus het huwelijk met JACOBUS VAN der Hoop zijn gevierd; in het Familie-archief te Amsterdam berusten nog 2 exemplaren van de bruiloftszangen door W. VAN der HOEVEN en anderen vervaardigd ter gelegenheid van het huwelijk op 18 December 1718 tusschen JACOBUS VAN DER HOOP en jongkvrouwe CATHARINA HENNEBO; vermoedelijk heeft de huwelijksgetuige ABRAHAM VAN DER Hoop die zangen naar Arnhem mede genomen en zijn die Stukken aldus in het archief der Arnhemsche VAN DER Hoop's gekomen. Hun huwelijk bleef kinderloos en bijna 9 jaar later, op 28 November 1727, overleed Catharina Hennebo. Even voor haar overlijden was CATHARINA HENNEBO erfgename geworden van CATHARINA JACOBS weduwe van PlETER MILD, die bij haar testament van 4 Nov. 1727 2) de echtgenoote van JACOBUS VAN DER HOOP universeel erfgename had gemaakt van haar nalatenschap, waaronder een huis in de Tuinstraat te Amsterdam door de testatrice bewoond. In het Begraafregister van de O.Z. Kapel te Amsterdam lezen wij: 4 Dec. 1727 begr. Catharina Hennebo, huysv. van Jacobus van der Hoop aan de Zingel, bij avond, sonder kinderen, eyge graf 119. Het was het graf der Hennebo's, in de O.Zijds Kapel werden geen van der Hoop's begraven. Binnen een jaar na haar sterven hertrouwde JACOBUS VAN DER HOOP, wederom met een Doopsgezinde, waardoor hun huwelijksafkondiging weder in het Puyboek werd ingeschreven:s) ») Not. protoc. nr. 7778. Nots. HlLBRAND van DER HEYDEN. ») Not. protoc. nr. 8095 van Nots. hendrik van Aken. Zij bepaalt o.a. dat haar zuster marike Jacobs, wonende té Kampen de huur en inkomsten van haar huis en erf in de Tuinstraat zal hebben en dat Gilles van der hoop „haar goede bekende" de executeur-testamentair zal zijn. Pieter van TfflEL, haar broeder, ontving 50 gl. in eens. 3) Puyboek nr. 716, fo. 230vs. AMSTERDAMSCHE TAK — 101 21 October 1728 namiddaghs, compareerden voor den Heer Jan Lucas Pels, commissaris, etc. Jacobus van der Hoop, van Aarnhem, weduwnaer van Catrina Hennebo, op de Cingel, en Anna de Neufville, van Amsterdam, oud 32 jare, in de Warmoesstraat, ouders doot, geassisteert met haer broeder Isaak de Neufville. Hiermede was eene verbintenis gesloten met eene der voornaamste Doopsgezinde families van Amsterdam, met welke reeds indirect, blijkens het op blz. 60 hiervoor medegedeelde, jacobus' ooms beernt en gerhard van der hoop, door hun huwelijken met juffers Van voorst, in verwantschap waren gekomen. anna de neufville, geboren te Amsterdam 9 November 16961), was een dochter van isaak de neufville en van maria gruspeert, wier verwanten men kan vinden in het artikel over de afstamming van het geslacht De neufville, voorkomende in het Maandblad van het Geneal. Herald. Genootschap „De Nederlandsche Leeuw", jg. 1925, k.2 e.v. en in haren hier volgenden kwartierstaat. Anna's broeder, mattheus de Neufville, vindt men vermeld in het standaardwerk van Elias, De Vroedschap van Amsterdam, dl. II, p. 967. Woonde jacobus van der hoop bij zijn eerste huwelijk op de N.Z. Voorburgwal, tijdens zijn tweede huwelijk woonde hij op de Singel, tusschen de Warmoesgracht en de Gasthuismolenstraat, en daar bleef hij tot zijn overlijden woonachtig. De huwelijksvoorwaarden tusschen hem en zijn 2e echtgenoote werden op 20 Oct. 1728 gepasseerd voor notaris H. van aken te Amsterdam. Voor denzelfden notaris maakte hij op 27 Mei 1729 met zijn vrouw hun testament2). Zij verzekerden daarbij elkander wederkeerig het vruchtgebruik van hun goederen. Hij legateerde, in geval hij zonder kinderen zou komen te overlijden, aan zijn neef GlLLES van der hoop3) 2500 gl-, onder conditie, dat deze zijn boedel zou redderen en zijn huisvrouw in alles zou assisteeren. Waren er bij zijn overlijden geen kinderen, dan zouden voor de helft erfgenamen van den testateur diens naaste erfgenamen ab intestato zijn en voor de andere helft de naaste erfgenamen van de testatrice. Waren er kinderen, dan zou de overlevende de voogd over die na te laten kinderen zijn en werd de Weeskamer uitgesloten. Door het overlijden van zijn eerste echtgenoote, was jacobus van der hoop in Nov. 1727 in het bezit gekomen van het huis in de Tuinstraat, afkomstig van catharina jacobs, weduwe van PlETER MlLD, hiervoor vermeld. Dit huis verkocht hij op ») Geboorteregister der doopsgezinden te Amsterdam, nr. 298, van ± 1686—1811, blz. 26 (dus niet 19 Nov., zooals in de gedrukte genealogie De Neufville is opgegeven). -) Notar. protocol nr. 8103, fo. 308. ') Deze was een te Amsterdam gevestigde zoon van zijn oom beernt van der Hoop (zie blz. 78). 102 — HOOFDSTUK IV: DE OUDERE 10 Maart 1728 *) voor 700 gl aan zijn zooeven genoemden neef GlLLES VAN DER HOOP. Ook enkele malen vinden wij JACOBUS VAN DER HOOP in acten met zijn broeders te Arnhem. Bij de afwikkeling in December 1718 door zijn stiefmoeder HENRICA BROUWERS, met haar 5 stiefzoons, van den vaderlijken boedel vinden wij o.a., dat hem daarin ongeveer 1650 gl. competeerde, waarvan hem op 16 April 1721 de eerste 450 gl., blijkens ondervolgende kwitantie, werden uitbetaald. Op 24 Maart 1730 was hij te Arnhem tegenwoordig bij de opening van het testament van zijn toen overleden broeder bartholomeus, maar noch van dezen noch van juffer Johanna Eygel, was hij een der mede-erfgenamen. Wij vermoeden, dat waar hij zelf in zulke voorspoedige zaken was, dezen alleen die zijner broeders hebben doen meedeelen, wier financiëele omstandigheden zulks eerder noodig maakten. jacobus van der hoop overleed te Amsterdam 4 Maart 1734. Hij en zijn vrouw bezaten in de Nieuwe Kerk twee graven, gemerkt C 76 en C 77. Blijkens het Grafregister dier kerk werd hij in graf nr. C 76 op 10 Maart d.a.v. begraven: Jacobus van der Hoop .... 8 gl, vermeldt de inschrijving. In het Begraafregister der Weeskamer, Nieuwe Kerk, dl. 1694—1734, lezen wij : 1734. Jacobus van der Hoop op de Cingel, 10 Maart (begraven) ën in margine : den 9 Maart 1735 heeft Elisa de Lange in den naam van de weduwe vertoont 't testament van den overleedene gepasseert over nots. Hendrik van Aken en getuygen op den 27 may 1729, waarbij de Weeskamer is gesecludeert. Zijn tweede vrouw anna de neufville, overleefde hem ruim 32 jaar; zij overleed te Amsterdam 4 Juni 1766. ») Kwijtscheldingsregister, WWWW, no. 102, fo. 320vs. A KWARTIEREN VAN ANNA DE NEUFVILLE ECHTGENOOTE VAN JACOBUS VAN DER HOOP Balthasar de Neufville van Antwerpen X Elisabeth van Armelen Anthony Coppens van Moerbeke barbara van der Hulst Hans van den Bogaard x Jan Visser van Goch X Trijntgen van Deelen Pieter Grijspeert van Rumbeke X Mattheus Brants X Pieter Hendriksz. van Beeck X Anna Laeckhuysen 'ieter Joosten van Steenkiste van Meenen x Jenneken de 3aerleBertramsdr. van Yperen Daniël de Neufville Mattheus van den Pieter Grijspeert Hendrik van Beeck Boogaard koopman te Haarlem van Emmerik ged. Antwerpen van Eenickhuizen en Doopsgezind leeraar f Haarlem voor 1638 6 Febr. 1574 a j5g7 Qi i5gg geb. Rumbeke ± 1598 x Haarlem 1 Febr. 1632 begr. Haarlem MaeykéN van 20 April 1658 X Amsterdam begr. Haarlem cTr.n..„,I„_„ 10 Oct. 1615 3 Jan. 1657 „ , »teenkiste geb. x Maycken Coppens Grietjen Visser t Haarlem 1678 geb. geb.Goch 1595 of 1596 X SAERTGEN BrANTS zij hertr. Haarlem 5 Dec. begr. Haarlem3 Mei 1657 t geb. 1638 paulus van f Haarlem na Juli 1648 mackelenberg Balthasar de Neufville zijdewinkelier, geb. Haarlem 1616 f Amsterdam 1678 X Amsterdam 15 Jan. 1640 Trijntje van den Bogaard geb. Amsterdam 1619 t Isaac de Neufville geb. Amsterdam 1658 t ald. 3 Oct. 1710 X ald. 17 Maart 1685 Mattheus Grijspeert koopman te Haarlem geb. ± 1624 begr. Haarlem 14 Juni 1667 X Haarlem 29 Mei 1650 Anneken van Beeck geb. Emmerik t' Maria Grijspeert geb. Haarlem 1667 t Amsterdam Mei 1726 Anna de Neufville echtgenoote van Jacobus van der Hoop AMSTERDAMSCHE TAK — 103 Uit hun huwelijk sproten 2 kinderen, waarvan het jongste 5 maanden na het overlijden van zijn vader geboren werd. 1. Jacobus van der Hoop, 1729—1797 (volgt blz. 104). 2. Isaac de Neufville van der Hoop, 1734—1801 (volgt blz. 106). 104 — HOOFDSTUK IV: DE OUDERE Huis aan de Heerengracht bij de Leliegracht, bewoond door JACOBUS VAN DER HOOP. JACOBUS VAN DER HOOP, zoon van jacobus van der hoop en van diens tweede echtgenoote anna de neufville (van blz. 103). Geboren te Amsterdam 5 September 1729 *). Overleden te Amsterdam 1 Januari 1797. Begraven te Amsterdam 7 Januari 1797. Ongehuwd. jacobus van der Hoop, die nog geen vijf jaar oud was, toen zijn vader stierf, ontving van de Staten van Holland op 20-jarigen leeftijd op 8 Maart 1750 brieven van venia aetatis2). In de aansprekers-memorieboeken van 1776, 1779 en 1782 vindt men op de Heerengracht bij de Leliegracht jacobus en isaak de neufville van der hoop. Blijkens de verpondingsregisters was dit het huis no. 3114, behoorende aan D. H Roest, blijkbaar door de gebroeders van der Hoop gehuurd. Het droeg laatstelijk het nummer 124 en is hier afgebeeld zooals het zich in de achttiende eeuw vertoonde; thans is het opgegaan in het z.g. „boekhuis". Later was de firma de Neufville, van der Hoop en Comp. gevestigd op het Singel (vgl. Adresboekjes 1788—1808 en 1804). ') Geboorteregister der Doopsgezinden te Amsterdam nr. 298, dl. 1686—1811, blz. 161. =) Reg. Holl. Venia aetatis 2193. AMSTERDAMSCHE TAK — 105 Met zijn familieleden te Arnhem en elders bleef hij blijkens de in het Familiearchief aanwezige brieven de betrekkingen onderhouden. Zoo correspondeert hij van Febr.—Juni 1761 met zijn neef Mr. jan nanning van der Hoop, burgemeester van Arnhem, over de afwikkeling van den boedel van hun te Haarlem in Februari van dat jaar overleden achterneef jacob van der hoop beerntszoon — reeds vermeld. Het is in deze correspondentie, dat zijn handteekening gevonden werd: Nog vele jaren later bleken de betrekkingen met den Arnhemschen tak onderhouden te zijn; zelfs toen deze reeds in geheel andere kringen verkeerde en zich te Groningen had gevestigd, vinden wij in 1793 nog steeds relaties tusschen deze geheel uit elkaar gegane takken en zulks in overeenstemming met de takken te Rotterdam, waarmede eveneens nog van verband tot in 1785 en 1801 blijkt. Wat den Arnhemschen tak betreft, kwam dit doordat jacobus van der Hoop en zijn broeder isaac de neufville van der Hoop, bij ontstentenis van nadere familieleden, door hun Arnhemschen neef Mr. jan nanning van der hoop bij zijn overlijden in 1782 benoemd waren tot voogden over zijn minderjarigen zoon abraham johan van der Hoop, den lateren burgemeester van Groningen. In 1793 vindt men in de familie-papieren nog bescheiden, waarin de twee Amsterdammers als zoodanig voorkomen. Straks zullen wij bij de beschrijving van het leven van hun pupil ook zien, dat zij in Groningsche acten als voogden van dezen vermeld worden, o.a. in 1786. Blijkens de nog bestaande annonce van zijn overlijden, overleed Jacobus van der Hoop, op 1 Januari 1797 te Amsterdam, des middags te 2 uur in den leeftijd van 67 jaar. Het is zijn broeder isaac die van het overlijden kennis geeft. Hij werd begraven op 7 Januari d.a. v. in het familiegraf no. C 76 in de Nieuwe Kerk, in hetzelfde graf waarin zijn vader begraven lag. Het Begrafenisregister vermeldt abusievelijk als zijn voornaam: Cornelis. 106 — HOOFDSTUK IV: DE OUDERE De Heerengracht ten Zuiden van de Wolvenstraat, met het huis bewoond door ISAAC DE NEUFVTLLE VAN DER HOOP. ISAAK DE NEUFVILLE VAN DER HOOP, zoon van JACOBUS VAN der HOOP en van diens tweede echtgenoote ANNA de NEUFVILLE (van blz. 103). Geboren te Amsterdam 26 Augustus 1734.l) Overleden te Amsterdam 4 December 1801. Begraven te Amsterdam 9 December 1801. Ondertrouwt te Amsterdam 21 Augustus 1767. GEERTRUIDA MARGARETHA DE CLERCQ, dochter van JACOB DE CLERCQ en van GEERTRUIDA MARGARETHA VERBRUGGE. Geboren te Amsterdam 29 April 1745. *) Begraven te Amsterdam 15 Februari 1790. ISAAK de NEUFVrLLE VAN der HOOP, die den familienaam zijner moeder bij zijn geboorte bij zijn eigen naam ontving, was geboren 5 maanden na het overlijden van zijn vader en kwam ingevolge diens testament, met zijn broeder JACOBUS, onder voogdij van hun moeder. Van de Singel verhuisde hij voor zijn huwelijk naar de Heerengracht; zijn vrouw, die tot eene bekende Amsterdamsche Doopsgezinde familie behoorde, woonde op de Keizersgracht. In het Puyboek2) lezen wij: Vrijdag Namiddag Den 21 August 1767. De Heer de Petersen, Commissaris, Compareerden als voor: Isaac de Neufville van der Hoop, van Amsterdam, menoniet, oud 33 jaer, op de Heerengragt, ouders dood, geadsisteerd met zijn broeder Jacobus van der Hoop, & Geertruy Margareta De Clercq, van Amsterdam, mennoniet, oud 22 jaar, op de Kysersgragt, geads. met haar vader Jacob de Clercq, etc. l) Geboorteregister der Doopsgezinden te Amsterdam, nr. 298, dl. ± 1686—1811, blz. 161 en 187. ») Dl. nr. 743, fo. 122. AMSTERDAMSCHE TAK — 107 Geparenteerd door zijn moeder en door zijn vrouw aan de voorname en groote kooplieden te Amsterdam, nam isaak de neufville van der hoop spoedig een eerste plaats daaronder in en liet hij bij zijn overlijden een voor dien ongunstigen tijd aanzienlijk vermogen na. Hiervóór hebben wij reeds vermeld, dat hij met zijn broeder jacobus, behoorde tot de voogden van zijn achterneef te Groningen abraham Johan van der Hoop. Hij beleefde nog het geheel verschillend verloop, dat de twee takken van zijn geslacht hadden: de Rotterdamsche, gezeten kooplieden in hun nieuwe woonplaats en geparenteerd aan de andere Remonstrantsche koopmansgeslachten dier stad; de Arnhemsch-Groningsche tak in de hoogste stedelijke ambten en geparenteerd aan de regeeringsfamilies en den adel van Groningen. Zelf bleven hij en zijn broeder tot hun overlijden trouwe aanhangers van den Doopsgezinden godsdienst, waardoor zij uitgesloten waren van alle ambtelijke functies, zulks in tegenstelling met hun familieleden te Rotterdam en Arnhem, die tot de Remonstrantsche leer waren overgegaan. geertruida margaretha de clercq, overleed in Februari 1790; zij werd 15 Februari in het familiegraf c 77 in de Nieuwe Kerk te Amsterdam begraven. Blijkens de nog aanwezige annonce van zijn overlijden overleed haar man aan verval van krachten den 4 December 1801 om 3 uur 's morgens. Hij woonde toen op de Heerengracht 477 tusschen Wolven- en Huidenstraat, thans no. 3161). Daar hij geen kinderen naliet is de annonce onderteekend door de executeuren Pieter de clercq jacobszn. en Jan jacob brants. 2J Hij werd in het graf van zijn vrouw in de Nieuwe Kerk op 9 Dec. d.a.v. bijgezet. Daar er geen rechte erfgenamen waren, vinden wij zijn erfenis aangegeven in de registers der collaterale successie te Amsterdam.3) „Memorie om aan te geven het recht van de collaterale successie aan den Lande „verschuldigd door het overlijden van Isaak de Neufville van der Hoop, obiit 4 De„cember 1801, aangegeven door Johannes Brondgeest als mede-executeur op 2Maart 1802." Uit deze aangifte bUjkt, dat de nalatenschap niet bestond uit huizen en erven, doch alleen uit obligaties, recepissen, losrenten, aandeelen en inschrijvingen grootboek nationale schuld en dat zij een waarde had van 227.730 gld. Ingevolge de mutueele dispositie van hem en wijlen zijn vrouw waren voor de eene helft erfgenamen de bloedverwanten van zijn vrouw binnen den 4n graad ab intestato en voor de andere helft voor 2/5 ZI/n bloedverwanten binnen den 4» graad ab intestato en voor de resteerende 3/5 dier helft zijn bloedverwanten buiten den 4n graad, zoodat de toen levende van der Hoop's van de verschillende takken allen een deel van zijn erfenis bekwamen. ') Volgens de Beschrijfrollen van 's Lands Heerenmiddelen van 1800 werd hij in dit huis aangeslagen als houdende 3 dienstboden en een fourgon. *) Deze was echtgenoot van anna Maria de neufville, dochter van isaack en anna bevel. ') Collaterale successie over 1802, fo. 71. 108 — HOOFDSTUK IV: DE OUDERE AMSTERDAMSCHE TAK Uit zijn huwelijk was slechts één jonggestorven kind gesproten: Jacob de Neufville van der Hoop. Geboren te Amsterdam 28 Augustus 1769.1) Begraven aldaar in het graf C 76 in de Nieuwe Kerk 16 October 1780. •) Geboorteregister der Doopsgezinden te Arasterdam, nr. 298, dl. ± 1686—1811, blz. 244. Het huis aan de Heerengracht bij dc Wol venstraat, bewoond door Isaac de Neufville van der Hoof tot zijn dood in 1801. VIJFDE HOOFDSTUK. VERVOLG DER NAKOMELINGSCHAP VAN JOHAN VAN DER HOOP: DE ROTTERDAMSCHE TAKKEN VAN DER HOOP, DE WIT VAN DER HOOP EN HARTSEN VAN DER HOOP. VIJFDE HOOFDSTUK. de rotterdamsche takken. A johan van der hoop johanszn. en zijn nakomelingschap. Zegel van Johan van DER Hoop Johansz. JOHAN VAN OER HOOP, derde zoon van johan van der Hoop, en van diens eerste echtgenoote anna sprongh. (van blz. 55). Geboren te Arnhem 18 Augustus 1686. Overleden te Rotterdam 1 October 1767. Begraven te Rotterdam 6 October 1767. Huwt te Rotterdam 30 December 1732 JOHANNA SLEGHT, dochter van adriaan sleght en diens eerste echtgenoote margaretha van der Heim. Geboren te Rotterdam 19 November 1701. Overleden te Rotterdam 17 Juli 1760. Begraven te Rotterdam 22 Juli 1760. johan van der hoop is de tweede van zijn geslacht geweest (zijn oom herman van der hoop was de eerste), die zich te Rotterdam vestigde; hij is de stamvader van alle nog levende Rotterdamsche Van der Hoop's (De Wit van der Hoop, hartsen van der Hoop) vertegenwoordigd in 1925 door 69 naamdragers-afstammelingen. Het jaar van zijn vestiging in Rotterdam is niet met juistheid te zeggen; evenmin als zijn hierna volgende broeder cornelis, die zich eveneens te Rotterdam vestigde, liet hij zich als poorter dezer stad opnemen. In de Poorterboeken komt de naam van der Hoop niet voor. Onder de Doopsgezinde gemeente aldaar — dit was trouwens een Vlaamsche sociëteit, tot welke de Van der Hoop's niet behoorden — vindt men evenmin hun naam. johan en zijn broeder cornelis sloten zich te Rotterdam aan bij de Remonstrantsche gemeente, welke hunne Doopsgezinde leer het naaste stond. 112 — HOOFDSTUK V: Het hiernevens afgebeelde stadsgedeelte in zijn tegenwoordigen toestand. Het eerst vinden wij JOHAN vermeld als wonende te Rotterdam, „coopman te Rotterdam" in een Arnhemsche acte van 8 Aug. 1714, bij welke zijn stiefmoeder HENRICA BROUWERS hem volmacht geeft1) tot invordering van achterstallige gelden van MARGARETHA VAN DER CAPELLEN, douairière VAN BRONCKHORST, en wij mogen dus aannemen, dat JOHAN nog niet zoo lang te voren Arnhem verlaten had en zijn vestiging te Rotterdam op begin 1714 stellen. Nog in enkele andere acten van Arnhem komt zijn naam voor; het eerst als hij — nog aldaar gevestigd zijnde — op 7 December 1702 aan Schepenen van Arnhem opening verzoekt van de beslotene dispositie van zijn kort te voren overleden vader JOHAN VAN DER HOOP (zie blz. 50). Als hun stiefmoeder met haar 5 stiefzoons den nog onverdeelden boedel van hun resp. man en vader JOHAN VAN DER HOOP in 1719 verdeelt — na van dien boedel een Staat en Inventaris d.d. 1 Dec. 1718 opgemaakt te hebben —, vinden wij onder een van de ter zake afgegeven kwitanties, die van haar stiefzoon JOHAN VAN DER Hoop2), welke zijn ondervolgende handteekening draagt: Vervolgens wordt hij vermeld in het testamerit d.d. 28 Febr. 1725 van die stiefmoeder Henrica BROUWERS (f 1728) voornd., als deze hem daarbij 500 gl. vermaakt, terwijl hij ten slotte voorkomt in het testament van denzelfden datum van zijn in ') Procuratieboek van Arnhem, dl. 1710—1720. ") Deze boedelscheiding met bijbehoorende stukken berust in het Familie-archief te Amsterdam. DE ROTTERDAMSCHE TAKKEN (A) — 113 Het door Johan van der Hoop in 1738 gekochte huis aan de Wijnhaven Noordzijde, en Oranjestraat Oostzijde. 8 114 — HOOFDSTUK V: Maart 1730 overleden oudsten broeder Bartholomeus, die daarin aan Jan en Cornelis van der HOOP te Rotterdam en in compagnie te samen handelende, al dadelijk 1000 gl. legateert en na zijn overlijden nog eens eenzelfde bedrag. johan van der Hoop, die blijkens het voorgaande koopman was te Rotterdam, dreef daar een groothandel in „droogerijen en hetgene daeraan dependeert" en wel te zamen met zijn na te noemen broeder cornelis. Zulks blijkt uit de diverse acten van compagnieschap daarvoor opgemaakt. Een dergelijk „Contract van sociëteit" vinden wij d.d. 8 November 1732 in het protocol van Notaris W. BOON1), welk contract uit 14 artikelen bestaat en voor 6 jaar gesloten werd. Hij woonde op de W ij n h a v e n N. - z ij d e ; in het verpondingskohier 2) over 1743 '44 vinden wij aldaar genoemd: johan van DER HOOP, coopman, 3 dienstboden, f 800 huurwaarde. Hij had dit huis in Dec. 1738 gekocht na de eerste 25 jaar van zijn verblijf te Rotterdam in een huurhuis gewoond te hebben. 6 December 17388) draagt David van Stolk, meestér-metselaar, zijn huis op de Wijnhaven Noordzijde op den hoek van de Oranjestraat Oostzijde (thans de Posthoornsteeg4)) voor 14.500 gl. over aan johan van der HOOP. Het huis was toen belend ten Oosten aan Mr. Engelbert van berkel, hoofdofficier en oud-burgemeester, en ten Westen aan de Oranjestraat (= Posthoornsteeg) en lag in deftige omgeving. Dit huis bleef ongeveer een eeuw in het bezit van de familie. Zijn eigendom vergrootte hij, toen hij 3 October 17415) van GERRIT VERRIJST, gemachtigde van juffer ALIDA MARGARETHA SLEGHT, voor f 7650,— een huis en erve, zijnde een stalling, kocht, gelegen in de Varkesteeg, tegenover het Gemeenlandshuis van Schieland, ten Zuiden belend door de steeg, ten Oosten door KORSTIAEN WIJNTJES, ten Westen door de Binnenvest en ten Noorden door de erven van ABRAHAM Egbert Edens. Eerst op 46-jarigen leeftijd verbond hij zich in echt met een dochter uit een aanzienlijk Remonstrantsch geslacht te Rotterdam. 8 December 1732 maken huwelijksche voorwaarden voor notaris W. Boon te Rotterdam') JAN VAN der Hoop, meerderjarig jongman, koopman, en Johanna Sleght, meerderjarige dochter, geassisteerd met haar vader AdRIAAN Sleght, mede koopman. Zij bepalen, dat indien zijn vrouw zonder kinderen zal overlijden, de echtgenoot f 10.000 uit door de vrouw na te laten goederen zal ontvangen; sterft hij eerder, dan zal de douairie voor zijn vrouw eveneens deze som bedragen. 1) Notar. protocollen van Rotterdam nr. 2237, acte nr. 94. *) Person. Cohier 1743—'44, verpondingsnr. 5170. >) Gifteboek van Rotterdam, dl. Apr. 1738—Nov. 1739, nr. 559. ') Posthoornsteeg, vroeger Oranjestraat naar de bierbrouwerij „d'Oranjeboom", terwijl circa 1636 er een brouwerij .de Posthoorn" was. 5) Giftenboek van Rotterdam, 1739—1742, nr. 560. ") Notar. protocol van. Rotterdam nr. 2237, acte nr. 121. B Johan Sleght x N. N. Matthijs Strutvos v. Antwerpen x Geertje Adriaansdr. Leunis Adriaensz. Hollaer X Soetje Coenraeds van der muijl Dr. Jan Bontius LlDEwTJ willems van Goedereede Rutger van der Heim Clara de Vos Dirck vanBleiswuck X Lusbeth Damen van de graft Jan Claeszn. Vettekeucken x Aeltje Jansdr. VlNCKESTEYN van Delft Leendert Smijdt AdriaantjeAdriaansdr Adriaan Sleght wijnkoopman te Rotterdam geb. Oldenburg begr. R. tusschen 15 en 22 Mei 1661 x R. 25 Febr. 1642 Claesje Matthltsdr. Strijivos geb. 1610 f Rotterdam, 19 Nov. 1673 KWARTIEREN VAN JOHANNA SLEGHT ECHTGENOOTE VAN JOHAN VAN DER HOOP Adriaan Hollaer wijnkoopman te Rotterdam geb. t 1645 x Rotterdam 12 April 1632 Anna Bontius geb. t Hendrik van der Helm schepen en raad te Schiedam geb. f Schiedam, 14 Aug. 1667 Grietje van Bleiswijk geb. Delft, 17 Oct. 1617 f Schiedam, 12 Aug. 1701 CLAES VlNCKESTEYN kruidenier te Rotterdam geb. ± 1615 t begr. Rotterdam, 21 Sept. 1696 ond. Rotterdam, 25 Maart 1644 Margrieta Leendertsdr. geb. Rotterdam begr. R. tusschen 31 Oct. en 7 Nov. 1649 Johan Sleght wijnkoopman geb. begr. R. tusschen 30 Apr. en 7 Mei 1702 tr. Rotterdam 10 Juli 1663 Lidia Hollaer geb. Rotterdam Dec. 1639 begr. R. tusschen 19 en 26 Oct. 1704 Adriaen Sleght koopman op de Wijnhaven geb. Rotterdam 9 April 1669 t Rotterdam 13 Juli 1737 begr. ald. 19 Juli d.a.v. tr. Rotterdam 17 Nov. 1688 Rutger van der Helm ged. Schiedam 23 Juli 1645 begr. Rotterdam 9 Sept. 1673 tr. Rotterdam 4 April 1668 alida VlNCKESTEYN geb. Rotterdam 31 Juli 1645 f Rotterdam 21 April 1677 en begr. 26 April d.a.v. margaretha van der Heim geb. Rotterdam 25 Mei 1671 t Rotterdam 13 Jan. 1705 begr. aldaar 19 Jan. d. a. v. Johanna Sleght echtgenoote van JoHAN van der Hoop DE ROTTERDAMSCHE TAKKEN (A) — 115 De acte is voorzien van onderstaande handteekeningen. Drie weken later werd het huwelijk voltrokken en — daar zij tot de Remonstranten behoorden — voor Schepenen van Rotterdam. De inschrijving van zulk een huwelijk luidde destijds als volgt: „WijBurgemeesters ende Regeerders der stadt Rotterdam autoriseren bij desen onsen gesworene Kamer-bewaerder af te kondigen drie Houwelijksche proclamatien, te doen ter Peuye van 't Raedthuys alhier, op drie achter-een-volgende Sondagen, tusschen waervan 't eerste gebodt zal worden gedaen den 13 Dec. 1732, otnme daerna volgens de Politique Ordonnantie, in den Echten staet bevestigt te werden. Actum den 11 December 1732. Praesent de heer van Meel, die de aentekening ten huyse van de bruydt heeft gedaen. Zijn getrout den 30 December 1732. Yder f 30,—. Door dit huwelijk kwam johan van der hoop te midden eener uitgebreide Remonstrantsche familie, zijn vrouws kwartieren vindt men op den hierbij opgenomen kwartierstaat, waaruit haar afstamming blijkt. Zijn schoonvader Adriaan Sleght, een aanzienlijk koopman, was sedert 3 Maart 1706 hertrouwd met barbara Edens, welk huwelijk kinderloos bleef. Nadat zijn broeder cornelis van der hoop in 1750 was overleden en de compagnieschap daardoor ontbonden was, maakte hij in 1760, toen zijn eenige zoon adriaan den leeftijd van 26 jaar had bereikt, met dezen een contract van sociëteit en wel op 20 Maart 1760 voor notaris W. boon1). Deze acte van compagnieschap van negotie in droogerijen, bevat 15 artikelen en draagt de onderteekening van vader en zoon: Zeven jaar duurde deze gemeenschap van zaken toen johan van der hoop op 81-jarigen leeftijd den 1 October 1767 te Rotterdam overleed. Jan van der Hoop, j. m. van Arnhem en juffr. Johanna Sleght, j. d. alhier ') Notar. protocollen van Rotterdam no. 2292, acte no. 38. 116 — HOOFDSTUK V: Zijn vrouw was hem in het jaar der compagnieschap met den zoon voorgegaan, zij stierf te Rotterdam 17 Juli 1760. Beiden werden begraven, resp. 6 Oct. 1767') en 22 Juli 1760, in de Groote Kerk in het graf n°- 249 van het Middenpand. Dit graf was afkomstig van Claesje Matthijs Strijtvos, en was van deze successievelijk vererfd op Lydia Hollaer, weduwe van Jan Adriaanszn. Sleght, Adriaan Sleght, en Jan van der Hoop als in huwelijk hebbende Johanna Sleght; het bleef daarna steeds in het bezit van de familie Van der Hoop. Ook een ander graf, n.1. nr- 175 in het Middenpand dier kerk, was op jan van der hoop vererfd; dit graf — waarin zijn zoon adriaan later begraven zou worden — was afkomstig van soete koenraet, wed. van leunis ariens hollaer, daarna van Adriaan Sleght en van Ben Johan Furly, en was van juffr. Alida Margaretha Sleght gekomen aan Jan van der Hoop.2) Uit hun huwelijk waren de volgende kinderen gesproten: 1. Adriaan van der Hoop (1734—1799), volgt blz. 120. 2. Jan van der Hoop. Geboren te Rotterdam 27 Mei 1735. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 8 Juni 1735.s) Overleden te Rotterdam 5 November 1743.4) Begraven aldaar in de Groote Kerk in het familiegraf Middenpand nr- 249, 9 November 1743.6) 3. Anna Margaretha van der Hoop. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 31 Januari 1738.8) Overleden te Rotterdam 26 October 1803. Begraven aldaar in de Groote Kerk 26 October 1803.7) Ondertrouwt te Rotterdam 24 Maart 1756. «) 6 Oct 1767, begr. Jan VAN der Hoop, wedr. van JOHANNA Sleght, Wijnhaven, (nalatende) 3 meerderjarige kinderen; 22 Juli 1760, begr. juffrw. JoHANNA SleOHT hsvr. van Jan VAN der hoop, oud 50 jaar. *j Register van Begraafplaatsen der Groote Kerk ie Rotterdam, dl. III, 1694—1832. *) Getuigen : cornelis VAN der Hoop en Agatha Verburg. 4) Onder de Handschriften, Gemeente archief te Rotterdam berust: Korte gedachten over den staat van iemand, in zijne kindsheid stervende, voor d'ouders van Jan van der Hoop, overleden te Rotterdam in den ouderdom van 8 jaren 5 maanden en 8 dagen, door Ds. K. Westerbaen Wz.; 26-regelig gedicht. ') Als boven: 1743, den 9 November Jan van der hoops kind oud 81'., jaren. ') Getuigen : NlCOLAAS sleght en JosiNA Edens. ') 1803, 26 October, anna Margaretha van der IIoop, vrouw van Michiel Plemp op de Zuidblaak. DE ROTTERDAMSCHE TAKKEN (A) — 117 Adriaan Roos Mr. Johan Fransz. Steenlack Gerardsz. X Catharina Steenlack Gerardsdr. X Maria Stender Mr. Gerard Roos Schepen te R. fll Maart 1763 Lucia Steenlack t Kralingen, Sept. 1779 Bernard Martin Roos Schepen, * 1702, begr. 2 Mei 1747 X R. 31 Oct. 1725 Mr. Harmanus VlNCK X Anna van Teylingen Isaac VlNCK Pres. Schepen v. Schieland ged.R. 8 Juni 1679 begr. R. 15 Mei 1752 MlCHIEL DULLAERT X Engeltje van der Lee Magdalena Dullaert ged. 17 Nov. 1680 begr. 17 Oct 1759 X R. 27 Oct. 1706 Anna Vinck ged. R. 13 Sept. 1707 begr. R. 8 Dec. 1777 Johan Steenlack Roos, le echtgenoot van Anna Margaretha van der Hoop Paulus Plemp Jan Wijtens x Agatha van Houten Michiel Plemp Jan. 1666 t 13 Nov.1747 X 22 Sept. 1700 Paulus Plemp * 15 Juli 1710 t 15 Sept. 1761 Johanna de Graaf Lydia Wijtens van Delft t 6 Maart 1736 Frans Boom Lambert Versteeg x x Anna Boom GrietjeRabus Adrianus x Hester Franszn. Versteeg Boom ged. R. 21 Maart 1687 Cornelia Boom t 29 Sept. 1745 X 3 Oct. 1735 Michiel Plemp, 2e echtgenoot van Anna Margaretha van der Hoop Jacob Beyerman Sara Joosten van de Water Simon Beyerman Rem. ged. R. 15 April 1657 begr. R.Apr. 1687 Arnoldus Vreem X Adriana van den Kerkhoff Elisabeth Vreem van Rotterdam X R. 18 Oct. 1680 Jacob Beyerman R. 12 Maart 1684 f R- 1777 Maerten Sorgh zn. v. Hendrik Maertenszn. kunstschilder x Elisabeth Rombouts (kleindochter van Arminius) Elisabeth Sorgh * Dordrecht (?) 6 Jan. 1672 fR. 29 Sept. 1721 Christina Johanna van der Wallen R. 2 Juni 1699 \ in of na 1741 Jan van den Wallen Pieterszn. van Rotterdam Christina csevael Bastiaansdr. van Amsterdam Pieter van der Wallen *R. 9 Jan. 1664 f R. 1 Nov. 1701 xR.5 Oct. 1698 Dr. Gerrit Beyerman, echtgenoot van Lydia Johanna van der Hoop 118 — HOOFDSTUK V.¬ Anna Margaretha van der Hoop (1738 -1803). Miniatuurportret in het deksel van een gouden snuifdoos. Huwt 1° te Rotterdam 14 April 1756. I. Johan Steenlack Roos, zoon van BERNARD MARTIN ROOS en van ANNA VlNCK. Gedoopt (Hervormd) te Rotterdam 18 Juli 1726.1) Overleden te Rotterdam 16 October 1764. Uit dit huwelijk sproten 3 kinderen, waarvan het jongste 4 maanden na het overlijden van den vader, die woonde op de Zuid-Blaak. Ondertrouwt te Rotterdam 23 Juli 1766. Huwt 2° te Rotterdam 13 Augustus 1766. II. Michiel Plemp, zoon van paulus Michielszn. Plemp en van Cornelia Boom. Gedoopt (Hervormd) te Rotterdam 22 Januari 1736.2) Overleden te Rotterdam 15 November 1809. Uit dit tweede huwelijk sproten 7 kinderen. 4 en 5. Twee doodgeboren kinderen. Geboren te Rotterdam October 1739. Begraven te Rotterdam in de Groote Kerk in het familiegraf Middenpand nr- 249, 19 October 1739. *) Doopreg. der Hervormden: 18 Juli 1726. Johan steenlack, zoon van barnart martin Roos, wonende Nieuwehaven N.zijde, en van Anna VlNCK, get. Catharyna wilhelmyna WalewijnS, gerrit Roos, marva catryna Roos, vide acta kerkeraad 3 Febr. 1762. bernard marttn Roos was de op 14 Sept. 1702 gedoopte zoon van Mr. gerard Roos, schepen"van Rotterdam, op de Nieuwehaven, N.zijde, en van Lucia steenlack. Zie zijn verdere afstamming in Maandblad Nederlandsche Leeuw, jg. 1924, k. 159. *) Doopregr. der Hervormden: 22 Jan. 1736. Michiel, zoon van paulus plemp Michielszn., wonende op de Boompjes, en van Cornelia Boom, get. Michiel Plemp en Ltdia Wijtens. paulus Plemp was de op 17 Jan. 1710 gedoopte zoon van Michiel Plemp, wonende op de Nieuwe Haven, en lydia Wijtens. Hij huwde te Rotterdam 3 Oct. 1735 met Cornelia Boom. DE ROTTERDAMSCHE TAKKEN (A) — 119 6. Lydia Johanna van der Hoop. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 18 Maart 1743.1) Overleden te Rotterdam 30 April 1793. Begraven aldaar in de Groote Kerk in het Noordpand graf nr- 248, 4 Mei 1793.2) Ondertrouwt te Rotterdam 8 October 1773. Huwt te Rotterdam 27 October 1773. Med. doctor Gerrit Beyerman, zoon van Jacob Beyerman en van Christina Johanna van der Wallen. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 13 Mei 1729.3) Overleden te Rotterdam 23 Februari 1811. Weduwnaar met 4 kinderen van ANNA VAN oerle ChRISTIAANSDR. Uit zijn tweede huwelijk sproten eveneens 4 kinderen. m Getuigen: Lydia Sleoht, wed. Jacob Rijkevorsel, Johanna Rijkevorsel. ') Groote Kerk, Noordpand nr. 248. Begraven 4 Mei 1793 Lydia Johanna van der Hoop, oud 51 jaar, huisvrouw van Dr. gerrit beyerman, in een kerkegraf. Zij woonden toen op de L e u v e h a v e n, bij zijn overlijden woonde hij op de Delftsche vaart. s) Doopreg. der Remonstranten: 13 Mei 1729, gerrit, zoon van Jacob beyerman en christina johanna van der Wallen, get. Gerrit Braakel en Francina Braakel. Het huizencomplex van Johan van der Hoop aan de Oranjestraat (thans Posthoornsteeg) tusschen Wijnhaven en Wijnstraat, tegenwoordige toestand. 120 — HOOFDSTUK V: ADRIAAN VAN DER HOOP, zoon van JOHAN VAN DER HOOP en van JOHANNA SLEGHT (van blz. 116). Geboren te Rotterdam 23 Februari 1734. Gedoopt (Remonstrant) aldaar 2 Maart 1734. *) Overleden te Rotterdam 28 October 1799. Begraven aldaar 31 October 1799. Huwt le te Rotterdam 24 September 1760. (Ondertrouwt aldaar 4 September t.v.). I. MARIA VERBURGH, dochter van JAN DlONYS VERBURGH en van PETRONELLA VAN BORTEL. Geboren te Rotterdam 17 September 1742.*) Gedoopt (Remonstrant) aldaar 4 October 1742.3) Overleden te Rotterdam 11 Juli 1761. Huwt 2e te Rotterdam 4 Februari 1762. (Ondertrouwt aldaar 13 Januari t.v.) II. CATHARINA VAN ECK, dochter van JAN VAN ECK 4) en van CATHARINA VAN LOCKHORST. Geboren te Rotterdam 3 Mei 1739. Gedoopt (Remonstrant) 8 Mei 1739. Overleden te Rotterdam 2 Mei 1796. Begraven aldaar 6 Mei 1796. ADRIAAN VAN DER HOOP werd op 26-jarigen leeftijd als deelhebber opgenomen in de zaak van zijn vader, in den groothandel van drogerijen en aanverwante artikelen. Daartoe werd tusschen hen beiden op 20 Maart 1760 een z.g. contract van sociëteit aangegaan,s) bevattende 15 artikelen, welk contract op 29 Januari 1763 door een nadere regeling werd vervolledigd. Toen zijn vader op 1 October 1767 overleed, was de vennootschap ontbonden en zette ADRIAAN de zaken alleen voort, waartoe hij 9 dagen later, op 10 October 1767 de volgende acte declaratoir in bijzijn van zijn zwager MICHIEL PLEMP en zijn 2 zusters ') Doopgetuigen: Heer Adriaan Sleght en Mej. Alyda Margaretha Sleght. 'j Zie De Wapenheraut jg. 1909, blz. 21. Ten onrechte wordt aldaar en in andere publicaties voor van bortel gelezen: van Boxiet. *) Gedoopt aan huis, doopgetuigen: Hendrik van Meel en Petronella verburgh. 4) Zie over dit Remonstrantsche geslacht Van Eck, Maandbl. Nederl. Leeuw jg. 1920, k. 521 e.v. ") Protoc! nots. W. boon te Rotterdam nr. 2292, acte nr. 38. p KWARTIEREN VAN MARIA VERBURGH EERSTE ECHTGENOOTE VAN ADRIAAN VAN DER HOOP DlONYS verburgh van Tilburg pletertje thomasdr. Frans Oudaen Maria van der Kodde Hugo Bouwens Koopman en havenmeester te Ostende X Clara Gamels Hendrik Selkart i Margaretha Stout van Amsterdam Gommer" Claesz. van Bortel van Rotterdam PietertjeBastiaans Pieter Adriaensz. Wardenier I Bakker I Maertgen Isaacxdr. van Nievelt Corstiaan Denysz. i Verburgh van Rotterdam I x Maria Jansdr. van Leiden | Joost Wins t LlJSBETH jacobsdr. Jan Verburgh geb. Rotterdam (broeder van Corstiaan Denysz.) x Rijnsburg Febr. 1650 Aeltje (Ariaentje) Oudaen geb. Rijnsburg f vóór Oct. 1691 Hugo Bouwens geb. Ostende ± 1630 t R. 3 Sept. 1693 X R. 9 Sept. 1668 1°.Cornelia Selkart geb. Rotterdam t R. 23 Nov. 1679 2°. Agatha Paets geb. Rotterdam. Bastiaan van Bortel geb. Rotterdam R. 17 April 1659 Peternella Wardenier geb. Rotterdam fR. 17/23 Sept. 1779 Thomas Verburgh geb. Rotterdam vlaskooper 1°. Rotterdam 14 Mei 1656 Pieternella Wins geb. Rotterdam 2°. Grietje Jans Geesteranus Dionys Verburgh geb. te Rotterdam 26 Sept. 1654 t Rotterdam 17 April 1719 tr. 1°. Rotterdam 23 Aug. 1699 Trijntje van Harwijnen 2°. Rotterdam 18 Dec. 1701 Clara Bouwens Wed. GlJSBERT van Meel geb. Rotterdam 11 Dec. 1670 t Rotterdam 12 Juni 1746 Jan Dionys Verburgh koopman testeert 23 Jan. 1768 voor Notaris W. Boon geb. Rotterdam 15 Sept. 1706 begr. 13 Aug. 1781, Groote Kerk, Noordpand No. 37 tr. Rotterdam 14 Nov. 1731 Pteter van Bortel geb. te Rotterdam begr. 30 Nov. 1733, oud66j.t Groote Kerk, Noordpand 305 tr. Rotterdam 31 Maart 1687. Maria Verburgh geb. te Rotterdam begr. 6 Sept. 1715, Groote Kerk, Noordpand 305 Petronella van Bortel geb. Rotterdam ged. Remonstr. "9 Maart 1729, oud 21 j. en 7 m. t 18 Dec, begr. Rotterdam 24 Dec. 1760 Groote Kerk,Noordpand 305, oud 52 jaar. Maria Verburgh eerste echtgenoote van Adriaan van der Hoop DE ROTTERDAMSCHE TAKKEN (A) — 121 voor notaris Boon1) passeerde: „dat hij ingevolge het nadere contract d.d. 29 Jan. 1763, gevolgd op dat van 20 Maart 1760 met zijn vader aangegaan, bij dezen declareert binnen 14 dagen na zijn vaders overlijden, voorgevallen op 1 October 1767, zal overnemen alle goederen, koopmanschappen, penningen, schulden en de geheele negotie, en dat hij zijn twee zusters2) zal betalen de helft van zoodanig bedrag als het saldo der balans over 1760 gemaakt, zal inhouden." Vijf maanden nadat hij in de zaak zijns vaders was opgenomen, maakte hij huwelijksche voorwaarden op 21 Augustus 17603) met maria Verburgh, Hij werd daarbij geassisteerd door zijn vader, de bruid door haar ouders Jan Dionys Verburgh en Petronella van Bortel. Zij bepalen daarbij, dat bij vooroverlijden van elk hunner zonder kinderen na te laten, de douairie voor de(n) overlevende resp. 15000 gl. en 30000 gl. zal bedragen. De acte is voorzien van de onderstaande handteekeningen der comparanten. Het huwelijk werd een maand later 24 Sept. 1760 voltrokken, waarna de echtelieden nog op 25 December van dat jaar hun mutueel testament maken. 4) Zij maken daarbij elkaar wederkeerig tot erfgenaam hunner na te laten goederen en sluiten de Weeskamer uit. Zijn vrouw behoorde tot dezelfde familie verburgh als de echtgenoote van zijn later te behandelen jongsten oom cornelis van der hoop (zie Hoofdst. v, B], wier nichtje zij was. Zij overleed echter reeds binnen een jaar na haar huwelijk, haar man een 2 weken te voren geboren zoontje nalatende. Haar kwartieren vindt men vermeld in den hiernevens opgenomen kwartierstaat. Anderhalf jaar later hertrouwde Adriaan van der hoop met een dochter uit een ander Remonstrantsch Rotterdamsch geslacht, Johanna van Eck, met welke familie zijn afstammelingen nog eenige malen verbintenissen zouden sluiten. Deze tweede echtgenoote, die hem 10 kinderen schonk, ging hem na een 33-jarige echtverbintenis voor in den dood. Zij overleed te Rotterdam 2 Mei 1796 en werd begraven in het Familiegraf nr. 72 in de Trans der Groote Kerk, welk graf van de familie rees op catharina van lookhorst, echtgenoote van jan van eck was vererfd en waarin tal van personen behoorende tot de familie Van Eck werden begraven.5) ') Protocol nots. W. BOON te Rotterdam nr. 2306. De acte draagt de handteekeningen van ADRIAAN, zijn twee zusters en zijn zwager. *) De oudste was reeds weduwe van Johan STEENLACK Roos geweest en het jaar te voren hertrouwd met Michiel PLEMP, de jongste zuster was toen nog ongehuwd en had hij brieven van de Staten van Holland van 23 Juni 1767 venia aetatis bekomen. ') Notaris W. Boon te Rotterdam nr. 2293 acte nr. 38. 4) Protoc. nots. W. BOON te Rotterdam nr. 2293, acte nr. 115. 5) Register van Begraafplaatsen der Groote Kerk, dl. 1694—1832 nr. I. Hoog Choor & Trans, graf nr. 72. 122 HOOFDSTUK V: Blijenburg aan de Vliet, sedert 1792 bewoond door Adriaan van der Hoop en Catharina van Eek, endaarna door hun dochter Catharina van der Hoop tot haar overlijden in 1844. adriaan zelf was eigenaar van de op blz. 116 vermelde graven nr. 249 en nr. 175 in het Middenpand van de Groote Kerk, welke hij van zijn vader geërfd had. Ook was van dezen in zijn bezit gekomen het ouderlijk huis op de Wijnhaven N.zijde op de Oosthoek van de Posthoornsteeg, in welke woning hij steeds verblijf hield en waarin hij overleed. Hoe nauw de verschillende takken Van der Hoop zich in dien tijd nog van één stam voelden, blijkt wel hieruit, dat adriaan van der Hoop te Rotterdam, evenals Jacobus van der Hoop en Isaac de Neufville van der Hoop te Amsterdam, in Dec. 1785 nog legaten ontvingen van hun in 1782 te Arnhem overleden achterneef Mr. jan Nanning van der Hoop, burgemeester aldaar, die zulks in zijn testament van 6 Oct. 1779 uitdrukkelijk had gestipuleerd. Een dergelijk voorbeeld zagen wij ook reeds op blz. 103 uit het testament van den in 1801 te Amsterdam overleden isaac de neufville van der hoop. adriaan van der Hoop deed blijkbaar zeer voorspoedige zaken; bij zijn overlijden in 1799, in een tijd kort na de Fransche Revolutie, waarin ons land onder Franschen druk verkeerde en onze handel kwijnde, liet hij een vermogen van bijna 600.000 gl. na, een zeer groot fortuin dus voor die zoo ongunstige tijden. Hij had dan ook tijdens zijn leven zijn bezittingen op allerlei wijzen uitgebreid. D KWARTIEREN VAN CATHARINA VAN ECK TWEEDE ECHTGENOOTE VAN ADRIAAN VAN DER HOOP Joost van Eck x Jan Moor x Jasper van Santen x geertruida hogendijk quirijnsdr. Abraham Ritsert JANSZ. Vlaskooper Geertje Gerrebrants huybert van lockhorst X Maria Verboom Jan van der Bijl Cornelisz. , x Jannetje Adriaens Starreman Barent Rees i Whxemsz. x | Lijsbet Jacobs van Walegem Pieter Jansz. | Vettekeucken x Jannetje | Sibrantsdr. [ van der heij Jan Joosten van Eck geb. ± 1633 begr. R. tusschen 5 en 11 Mei 1709 X ± 1659 Catharina Moor begr. R. tusschen 11 en 17 Oct. 1711 Qudujn van Santen geb. Rotterdam chirurgijn begr. R. tusschen 30 Mrt. en 5 April 1704 ondertr. te R. 27 Febr. 1677 Jacomina Ritsert geb. Rotterdam PlETER van LOCKHORST ged. R. 5 Mrt. 1647 begr. R. tusschen 28 Aug. en 3 Sept. 1707 X Rotterdam 9 Febr. 1670 Maria van der Bijl geb. Rotterdam begr. R. tusschen 12 en 18 Mrt. 1724 Isaac van Eck geb. R. 19 Sept. 1675 t Batavia 7 Jan. 1723 tr. te R. 22 Aug. 1706 Geertruida van Santen geb. Rotterdam 8 Febr. 1680 Wed. Pieter Lansbergen t R. 17 Juli 1753 Jan van Eck Hr. v. Baarland enz. ged. R. 6 Dec. 1707 t R. 20 Mrt. 1788 tr. Rotterdam 14 April 1734 Barend Rees ged. R. 4 Mei 1653 begr. R. tusschen 3 en 9 Febr. 1709 X Rotterdam 15 Sept. 1677 Beatrix Vettekeuken ged. Rotterdam 14 Oct. 1657 begr. R. tusschen 6 en 12 Mrt. 1735 huibert van lockhorst ged. R. 4 Jan. 1671 begr. R. tusschen 13 en 19 Mrt. 1730 tr. Rotterdam 9 Mei 1709 Catharina Rees ged. R. 11 Jan. 1682 begr. R. tusschen 31 Dec. 1758 en 6 Jan. 1759 Catharina van Lockhorst ged. R. 17 Apr. 1716 t R. 16 Mei 1765 T Catharina van Eck tweede echtgenoote van Adriaan van der Hoop DE ROTTERDAMSCHE TAKKEN (A) — 123 Zoo bezat hij.behalve het hiervoor bedoelde huis op de Wijnhaven met een pakhuis erbij: 2°. een huis in de Oranjestraat bij de Luthersche kerk, op 29 Dec. 1783 door hem aangekocht; 3°. een huis aan de Noordzijde van de Korte Wijnstraat, 30 April 1784 aangekocht; dit is het huis waar later verschillende leden van den tak van der HOOP-rochussen hun handelszaak (drogerijen en verfwaren) dreven; 4°. een pakhuis en zolders in dezelfde straat op denzelfden dag gekocht; 5°. een stalling in de Varkesteeg door zijn vader 3 Oct. 1741 gekocht; 6°. een stal met koetshuis aan de Vest bij het Gemeene landshuis van Schieland, 24 April 1793 door hem gekocht; 7°. een huis met 2 achterhuisjes en erf aan den Goudschen Singel buiten de Goudsche Poort, op denzelfden datum gekocht; 8°. een hofstede of buitenplaats, genaamd Blyenburg in het Westeinde van den ambacht van Voorburg, door hem 14 Nov. 1792 voor 10.000 gld. gekocht van zijn nicht margaretha catharina sleght wed. Mr. G. F. meyners ; het goed wordt omschreven als heerenhuis met tuinmanshuis, stalling, koetshuis, twee koepels en te eiland groot 1 morgen; 9°. een huis en erve mede aldaar en naast genoemde buitenplaats gelegen en daarna ermede gecombineerd; 10°. een boerewoning in den polder Haardorp, ambacht van Nieuwerkerk aan den IJssel met weiland en hooiland, groot 9 morgen 133 roeden en 6 morgen 535 roeden; 11°. landerijen bij zijn hofstede Blijenburg, gelegen over de Vliet onder de gemeente Stompwijk, groot 3 morgen 520 roeden en 4 morgen 245roeden, 9 Nov. 1796 aangekocht. In het jaar van zijn overlijden maakte ADRIAAN VAN DER hoop op 8 Februari 1799 voor notaris J. VAN DER Mey te Rotterdam zijn laatste testament. Hij herroept daarbij alle vorige testamenten en codicillen en benoemt zijn 10 in leven zijnde kinderen — waarvan het oudste uit zijn eerste huwelijk — tot zijn erfgenamen. Hij bepaalt, dat zijn huishouding na zijn overlijden voor gemeene rekening zal worden gecontinueerd ten behoeve van de ongehuwde kinderen, evenzoo zullen de buitenplaats Blyenburg en de optrek Ons Genoegen, zijn paarden en rijtuigen gedurende 1 jaar na zijn overlijden in ongewijzigden staat blijven. Zijn (toen nog) ongehuwde zoon HuiBERT, die steeds bij hem inwoonde, ontving het ouderlijk huis op de Wijnhaven hoek Posthoornsteeg met beding, dat het hem bij de scheiding voor 24.000 gl. zou worden toebedeeld. De Weeskamer wordt van het beheer uitgesloten, terwijl tot executeurs en voogden over de onmondige kinderen worden benoemd jan van der hoop, huybert van der Hoop, Adriaan van der Hoop, zijn 3 oudste zonen, zoomede Huybert van Eck. In den nacht van 27 op 28 October 1799 overleed adriaan van der Hoop; de annonce van zijn overlijden luidde aldus: V Het heeft Gode behaagd dezen nagt, na een langdurige Ziekte, van ons weg te neemen onzen tedergeliefden Vader, ADRIAAN VAN DER HOOP, in den ouderdom van ruim vyf- en- zeftig Jaaren, van welk voor ons fmertelyk Sterfgeval wv bv dezen kennis geeven aan Naaftbeftaanden en Vrienden. JAN VAN DER HOOP. ROTTERDAM HUYBERT VAN DER HOOP. 28 October 1799. m'l aller Naam. Hij werd 31 October d.a.v. begraven in het hem toebehoorend graf nr. 175 in het Middenpand der Groote Kerk, afkomstig van de families Hollaer en Sleght, in welk graf daarna (1826) nog alleen zijn tweede zoon Huybert zou worden begraven. 124 — HOOFDSTUK V: Voor notaris J. nozeman *) werd op 27 Dec. 1800 zijn boedelscheiding opgemaakt: „Staat en begroting van den geheelen boedel en alle de goederen, niets uitgezonderd „bij wijlen den Heer adriaan van der hoop, in leven koopman, gewoond hebbende „te Rotterdam en aldaar op 28 October 1799 overleden, en metterdood ontruimt en ".nagelaten, zodanig dezelve boedel en goederen bij rekening en verantwoording daar„van op heden den 27 December 1800 door de Heeren jan van der Hoop, huybert ,,van der Hoop, Adriaan van der Hoop en Huybert van Eck, in qualiteit als executeuren ,','van zijn Ed. testament gedaan worden met johannes nozeman en getuigen alhier," etc. Onder de onroerende goederen worden al de huizen en landerijen vermeld hiervoor opgenoemd; de buitenplaats Blyenburg met „optrek" Ons Genoegen te Voorburg wordt geschat op 10000 gl., de boerewoning met land onder Nieuwerkerk a/d IJssel op 9000 gl. De nalatenschap bestond voorts uit diverse schuld-rentebrieven en hypotheken, obligaties ten laste van de Vereenigde Nederlanden, in 1783 en 1790 aangekocht, losrentebrieven ten laste van Holland en Westfriesland, en eenige andere obligaties en rentebrieven.2) Voorts de meubelen, de inboedel, het goud en zilver, paarden, rijtuigen en tuigen, Engelsche, Russische en Pruisische coupons en het magazijn van drogerijen. De omschrijving omvat 299 nummers met een waarde van 591,230 gl., waarvan 3/s gelijkelijk te verdeelen is onder de 10 kinderen en de overige 2/5 parten onder de 9 jongste kinderen, deelende de zoon jan van der hoop, als zijnde uit het eerste huwelijk, niet daarin. Onverdeeld bleven verschillende „dubieuse boekschulden", interessen van Engelsche fondsen, twee graven in de Groote Kerk, middelpand n" 175 en 249, een aandeel in de zalmvisscherij onder Krimpen, eenige obligaties, ft aandeel in de landerijen en bouwmanswoningen herkomstig van Jan van Eck den vader en Jan van Eck, den zoon, onder administratie van Huybert van Eck. De onverdeeld blijvende nummers werden begroot op 14.200 gl. De boedelscheiding is ten slotte onderteekend (zie blz. 125) door alle comparanten, nl. de zoons, voorzoover meerderjarig, de schoonzoons en door huybert van Eck den executeur.3) Zooals boven gezegd sproten er uit beide huwelijken van adriaan van der Hoop resp. 1 en 10 kinderen4); zij volgen hieronder: Uit het eerste huwelijk: 1. jan van der Hoop, (1761—1841), volgt blz. 134 aan het hoofd van den tak van der Hoop—Bierens. Uit het tweede huwelijk: 2. Hutbert van der Hoop, (1764—1825), volgt blz. 158 als hoofd van een reeds met zijn dochter uitgestorven tak van der Hoop—Greaves. i) Dl. 1800-1801, acte nr. 48. Origineele exemplaren dezer boedelscheiding berusten bij verschillende leden der Rotterdamsche takken. ï _ „._„,,_ ») Hieronder verschillende rentebrieven ten name van MARIA VAN LOCKHORST, huisvrouw van LAURENTIUS BERNARDUS DE WlTH en afkomstig van CATHARINA REES, weduwe van HUYBERT VAN LOCKHORST. ') De dochter MARIA VAN DER HOOP, die kinderloos gehuwd was met den inmiddels reeds hertrouwden JAN BARTHOLOMEUS SNELLEN, was reeds in Jan. 1795 overleden. M Al deze kinderen uit het 2e huwelijk, ook de minderjarigen - en behalve de bovengenoemde reeds overleden dochter MARIA — maken op 22 Febr. 1799 hun testament voor nots. J. VAN DER Mey en benoemen daarbij bi) vooroverlijden hun toen nog in leven zijnden vader ADRIAAN VAN DER HOOP tot hun erfgenaam. Johanna van der Hoop (1765—1847) echtg. v. Paulus Plemp. DE ROTTERDAMSCHE TAKKEN (A) — 125 3. Johanna van der Hoop, Geboren te Rotterdam 22 Juni 1765. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 14 Juli 1765.J) Overleden te Rotterdam 26 Maart 1847, wonende aldaar op de Zuidblaak. Ondertrouwt te Rotterdam 23 April 1790. Huwt te Voorburg2) haar vollen neef Paulus Plemp, zoon van Michiel Plemp en van Anna Margaretha van der Hoop (van blz. 118). Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 19 Mei 1767. Overleden te Rotterdam 18 Februari 1820. Begraven aldaar in de Groote Kerk, Noordpand, graf nr. 305.s) 4. adriaan van der Hoop, (1766—1850), volgt blz. 164 aan het hoofd van den tak van der Hoop—Rochussen. ') Getuigen: Jan van Eck en Lydia van der Hoop. ') Zij ontving van haar vader bij haar huwelijk een bruidschat van 10.000 gl. ») Dit graf was afkomstig van Pieter van bortel, van dezen gekomen resp. aan jan dionys Verburgh, Jan van der hoop, johanna van der hoop weduwe p. plemp en zoo aan de familie plemp, wier leden er ook in begraven werden. 126 — HOOFDSTUK V: 5. Catharina van der Hoop. Geboren te Rotterdam 25 September 1768. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 16 October 1768.l) Overleden op huize Blyenburg te Voorburg 11 JuÜ 1844. Ongehuwd. Zij woonde te Rotterdam aan de Leuvehaven Oostzijde en te Voorburg op Blijenburg. Zij testeerde 31 Dec. 1833 voor notaris J. muller de la Faille, terwijl haar boedel door baar erfgenamen gescheiden werd op 18 Juni 1845 voor notaris N. Lambert te Rotterdam. Ter gelegenheid der feestviering van het 50-jarig bewonen van haar buitenplaats BUjenburg op 14 Juli 1843 vervaardigde J. P. de Bie een gedicht. Een jaar later overleed zij er. 6. Lydia Johanna van der Hoop. Geboren te Rotterdam 17 Januari 1771. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 8 Februari 1771. *) Overleden te Rotterdam 4 November 1825. Begraven aldaar in de Groote Kerk, Middenpand graf nr. 792) op 9 November 1825. Ondertrouwt te Rotterdam 7 October 1803. Huwt te Rotterdam 24 October 1803. Mr. francois frets, zoon van Ds. Theodorus Frets 3) en van diens eerste echtgenoote Johanna Lorié. Geboren te Rotterdam 23 Juni 1779. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 11 Juli 1779. Overleden te Rotterdam 27 Mei 1845. Mr. francois frets hertrouwde te Rotterdam 13 December 1826 met theodora Jacoba van der Hoop, die vermeld wordt op blz. 165 hierna. Mr. francois frets was eerst advocaat, later president van de arrondissementsrechtbank te Rotterdam, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, lid van den Gemeenteraad te Rotterdam en ridder in de Orde van den Nederlandschen Leeuw. 1) Geen doopgetuigen. ') Zijnde het familiegraf Frets, afkomstig van Ds. Joannes Frets. ') Ds. THEODORUS FRETS, geboren te Boskoop als zoon van Ds. Joannes Frets, remonstr. predikant resp. te Boskoop en te Delft en van MARIA Kleyn. Hij werd in 1770 proponent bij de Remonstrantsche gemeente te Rotterdam; in 1771 predikant te Zoetermeer, werd 23 Ma rt 1774 beroepen naar Rotterdam ten behoeve van den halven dienst en 4 April 1775 aldaar voor den heelen dienst Hij kwam in 1790 in aanmerking voor professor, kwam op halven dienst 23 Mei 1799, werd 9 Juni 1808 van het prediken ontslagen en 7 Sept 1815 emeritus. Zijn tweede echtgenoote was Elisabeth Joppina VAN AKEN. Hij overleed 12 Nov. 1817. DE ROTTERDAMSCHE TAKKEN (A) 127 Michiel Plemp Adriaan Boom Lydia Wijtens Paulus Plemp x * 15 Juli 1710 f 15 Sept. 1761 Hester Versteeg Cornelia Boom f29 Sept. 1745 x 3 Oct. 1735 Michiel Plemp Ged. R. 22 Jan. 1736 t R. 15 Nov. 1809 x R. 13 Aug. 1766. Johan Adriaan van der Hoop Sleght x x AnnaSprongh Margaretha van der Heim Johan van der Hoop * Arnhem 18 Aug. 1686 t R. 6 Oct. 1767 xR.30Dec.1732 Johanna Sleght *R. 19 Nov. 1701 t R. 16 Juli 1760 Anna Margaretha van der Hoop Ged. R. 31 Jan. 1738 t R. 26 Oct. 1803 Paulus Plemp, echtgenoot van Johanna van der Hoop Dirk Jansz. Frets x Aagje Elberts Kuis(ch)man Ds. Johannes Frets x Rem. Predikant te Boskoop en Delft Ds. Theodorus Frets Ged. Boskoop, 7 Juli 1748 f Rotterdam, 12 Nov. 1817 Balthazar Kleyn Dirckje van der Mey Maria Kleyn Jan Lorié Jannegje Fransdr. Melchers Frans Lorié *1723 f Febr. 1772 x 1748 Cornelis Heeren x Margaretha jongeneel Antje Heeren * Boskoop 8 Maart 1719 t24 Mei 1750 Johanna Lorié Geb. 12 Mei 1750 Mr. Francois Frets, echtg. van lo. Lydia Johanna v. d. Hoop; 2o. Theodora Jacoba v. d. Hoop Mr. Pieter Snellen Drossaard van Oosterhout x Anna Hennequd* Dr. Hendrik Snellen * Breda, 29 Jan. 1679 f R. 13 Febr. 1679 x R. 14 Jan. 1714 cornelishuys ><; Marya de Sterke Elisabeth Huys ged. R. 31 Aug. 1684 f R. 12 Jan. 1731 Dr. Cornelis Tobias Snellen Heer van Develstein, Schepen van Rotterdam *R. 21 Mei 1724, f'ald. 27 Oct. 1777 Pieter van der Wallen Pieterszn. van Rotterdam Elisabeth Sorgh Maartensdr. Pieter van der Wallen *R.28Aug.l703 fR. Oct. 1788 xR.27 Oct. 1723 Hendrik van Brakel Francina Besoyen Agatha Brakel * R. 4 Juli 1705 fR. 21 Nov. 1771 Hillegonda van der Wallen * R. 22 Jan. 1727, f ald. 9 Oct. 1790, x ald. 27 Oct 1755 Jan Bartholomeus Snellen, echtgenoot van Maria van der Hoop 128 — HOOFDSTUK V: Cornelis van Vollenhoven Anna van ingen Jan van Vollenhoven *R. 16 Oct. 1723 fR. 12 Juli 1770 R. 28 Juli 1752 Mr. Francois van der Hoeven Heer van Tienhoven x Johanna Leers Maria van der Hoeven *R.26Aprill730 + R.3Dec. 1798 Cornelis van Vollenhoven Burgemeester van Rotterdam R. 3 Sept. 1753 t R- 22 Dec. 1835 Gerrit Bosch x Anna van Horsten Joansdr. Salomon Bosch * Amsterdam, 9 Sept. 1721 xR.22 Sept. 1745 Leendert van den Hoek Johanna van der Schelling geertruida van den Hoek * R. 23 Febr., ged. Rott. 28 Febr. 1724 Johanna Bosch * Amsterdam 25 Maart 1754 x 1772 f R. 20 Nov. 1835 Jan van Vollenhoven, echtgenoot van Geertruida van der Hoop 7. Maria van der Hoop. Geboren te Rotterdam 13 Januari 1773. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 31 Maart 1773.x) Overleden te Rotterdam 27 Januari 1795, wonende op de Wijnhaven. Begraven aldaar in de Groote Kerk, Middenpand in het graf nr. 80 op 31 Jan. 1795. Ondertrouwt te Rotterdam 10 Februari 1792. Huwt te Rotterdam 26 Februari 1792. Jan Bartholomeus Snellen,2) zoon van Cornelis Tobias Snellen 'en van Hillegonda van der Wallen. Geboren te Rotterdam 27 April 1764. Gedoopt (Hervormd) te Rotterdam 2 Mei 1764.3) Overleden te IJsselstein 7 Augustus 1819. Dit huwelijk was kinderloos. jan Bartholomeus Snellen hertrouwde te Rotterdam op het stadhuis op 30 October 1796 met Henriette Geertruy Boon, van Delft, weduwe van JoHANNES Heybroek. Uit deze tweede echtgenoote, met wie hij zich te IJsselstein vestigde, spruit een nog levende tak van dit geslacht.2) 8. Geertruida van der Hoop. Geboren te Rotterdam 6 December 1774. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 24 December 1774. 4) Overleden te Rotterdam 13 Juli 1854, wonende Zuidblaak. Ondertrouwt te Rotterdam 15 November 1797. Huwt te Rotterdam 10 December 1797. Jan van Vollenhoven Czn., l) Geen doopgetuigen. *) Zie de genealogie van het geslacht SNELLEN in Nederland's Patriciaat, jg. 1925. *) De andere kinderen van CORNELIS Tobias Snellen werden alle Remonstrant gedoopt. 4) Doopgetuigen: GEERTRUY VAN Eck en BEATRIX JOHANNA VAN eck. DE ROTTERDAMSCHE TAKKEN (A) — 129 Mr. Abraham van Rijckevorsel x Cunera Olshoorn Mr. Huibert van Rijckevorsel *R. 20 Dec. 1709 fR. 24 Maart 1770 x Breda 27 April 1744 Abraham van Rijckevorsel * Breda 14 Febr. 1745 f Kralingen 17 Dec. 1815 x Rotterdam 5 April 1767 Sebastiaan Bernaige Johanna de Bringues Charlotte Bernaige * Breda 17 Mei 1719 fR. 7 Mei 1777 Cornelis van Vollenhoven Anna van Ingen WrLLEM van Vollenhoven *R.18Sept.l715 fR. 12 Juni 1795 xR.27Dec.1741 NlCOLAAS Stoop x Ingenatia Coelentroever Aletta Adriana Stoop *R.23Aug.l716 t R. 15 Nov. 1742 Aletta Adriana van Vollenhoven * Rotterdam 2 Nov. 1742 f Rotterdam 9 Juni 1825 Wtllem van Rijckevorsel, echtgenoot van Beatrlx Johanna van der Hoop zoon van Cornelis van Vollenhoven Janszn. en van Johanna Bosch. Geboren te Rotterdam 23 Maart 1774. Overleden te Rotterdam 15 April 1845. Uit dit huwelijk spruit een tak van het geslacht van vollenhoven. *) Jan van Vollenhoven en Geertruida van der Hoop maken op 5 Januari 1801 hun testament voor Notaris J. nozeman te Rotterdam; hij verklaart gegoed te zijn boven de 50.000 en beneden de 100.000 gl.; zij herroepen bij deze acte hunne huwelijksvoorwaarden. 9. Beatrix Johanna van der Hoop. Geboren te Rotterdam 30 Maart 1777. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 23 April 1777.2) Overleden te Rotterdam 27 October 1815. ') Zie het geslacht Van vollenkoven in het Stam- en Wapenboek van Aanzienlijke Nederlandsche Familiën. *) Geen doopgetuigen. 9 130 HOOFDSTUK V: DE ROTTERDAMSCHE TAKKEN (A) Begraven aldaar in de Groote Kerk, Noordpand in het graf nr. 285 op 2 Nov. 1815.') Huwt te Rotterdam 5 April 1805. Willem van Rijckevorsel, zoon van Abraham van Rijckevorsel 2) en van Aletta Adriana van Vollenhoven. Geboren te Rotterdam 10 December 1777. Overleden te Rotterdam 14 November 1823. Begraven aldaar in het graf nr. 285 bij zijn vrouw op 18 November 1823. Uit dit huwelijk waren nakomelingen. 10. Laurentius Bernardus de Wit van der Hoop (1781—1845), volgt blz. 188 aan het hoofd van den tak de Wit van der Hoop. 11. jacobus van der Hoop (1783—1854), volgt blz. 208 aan het hoofd van den tak van der Hoop—Hartsen. ') Dit graf was een familiegraf der Van Rijckevorsel's te Rotterdam. ») Zie over Van RIJCKEVORSEL te Rotterdam o.a. Algemeen Nederlandsen Familieblad, jg. 1883, nr. 52—5. Al. De oudste Rotterdamsche tak Van der Hoop—Bierens. 132 — HOOFDSTUK V (A 1): Johan van der Hoop Adriaen Sleght Dionys Verburgh Pieter van Bortel * Arnhem, omstr. 1655. * Rotterdam, 9 April 1669. * 26 September 1655. * 17 Augustus 1662. t Arnhem, 1 Nov. 1902. t Rotterdam, 13 Juli 1737. t 17 April 1719. 24 November 1733. x Arnhem, 1 Mei 1681. xR0tterdam,17Nov. 1688. X 18 December 1701. X 29 Maart 1687. Anna Sprongh Margaretha van Clara Bouwens Maria Verburgh der Heim Hugo's dr. Thomas dr. • Arnhem, 22 Juni 1649. * Rotterdam, 25 Mei 1671. * 11 December 1670. * 28 Augustus 1664. t Arnhem, 28 Aug. 1693. f Rotterdam, 13 Jan. 1705. t 12 Juni 1746. t Johan van der Hoop Johanna Sleght Jan Dionysz. Petronella Verburgh van Bortel Koopman te Rotterdam. * Rotterdam 19 Nov. 1701. * 15 September 1706. * 28 Juli 1707. * Arnhem 18 Aug. 1686. f Rotterdam 16 Juli 1760. ^ f 18 December 1760. f Rotterdam 1 Oct. 1767. x Rotterdam 30 Dec. 1732. * 14 November 1731. Adriaan van der Hoop Koopman te Rotterdam. * Rotterdam 23 Februari 1734. f Rotterdam 27 Oct. 1799. x 1° Rotterdam 24 September 1760. Maria Verburgh * Rotterdam 17 September 1742. t Rotterdam 11 Juli 1761. Jan van der Hoop Koopman te Rotterdam. * Rotterdam 28 Juni 1761. f Rotterdam 11 Maart 1841 * Amsterdam 17 Maart 1793. kinderen: 1. Adriaan van der Hoop. TAK VAN DER HOOP—BIERENS — 133 Anthony Bierens Dirk Rutgers Aernout van Lennep Jacobus Barnaart * 23 November 1653. * 11 Maart 1666. * Amsterdam 20 Dec. 1658 * Haarlem omstr. 1660 t 10 September 1738. f 16 November 1714. t Amsterdam 28 Jan. 1728 begr. ald. 28 Mei 1729 x 22 October 1680. x Mei 1693. x Amsterdam 12 April 1682 * Haarlem 4 Juni 1684 Kunira Catharina Wijna Leeuw Jacomina Verhamme van Hoogmade de Neufville * 24 Februari 1658. • 26 Juni 1669. * 1660 * Haarlem 6 Febr. 1664 t 10 Maart 1741. t 4 November 1721. t Amsterdam 2 Nov. 1728 begr. ald. 14 Sept. 1733 Abraham Bierens Elisabeth Rutgers David Leeuw Hester Barnaart . ™ x van Lennep * 1 Sept. 1695. * 3 Juli 1699. 30 Maart 1695. VA1N y t 22 Februari 1743. t 23 Maart 1770. * 6 Febr. 1683. t 18 Sept. 1773. ,„„„ , ,Q T..i; n« x Haarlem 25 Mei 1723. x 19 November 1722. t 18 Juli 174S. Daniël Bierens * Amsterdam 29 Januari 1726. t Amsterdam 25 December 1797. Jacoba van Lennep Amsterdam 14 September 1724. f Heemstede 19 Juni 1789. x Amsterdam 17 Februari 1750. Elisabeth Bierens * Amsterdan 4 Juni 1759. f Rotterdam 11 Augustus 1813. 2, Jacoba Maria van der Hoop. 134 — HOOFDSTUK V (A 1) Achterzijde der hiernevens afgebeelde medaillons. JAN VAN DER HOOP zoon van adriaan van der Hoop en diens eerste echtgenoote Maria Verburgh (van blz. 124). Geboren te Rotterdam 28 Juni 1761. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 31 Juli 1761.l) Overleden te Rotterdam 11 Maart 1841. Ondertrouwt te Rotterdam 2 Maart 1793 en te Amsterdam 1 Maart t.v.2) Huwt 1° te Amsterdam 17 Maart 1793. I. ELISABETH BIERENS, dochter van daniël Bierens, koopman op de Keizersgracht te Amsterdam, en van Jacoba van Lennep. Geboren te Amsterdam 4 Juni 1759. Overleden huize Noordervliet bij Voorburg 11 Augustus 1813. ') Doopgetuigen : JAN VAN DER HOOP en LYDIA JOHANNA VAN DER HOOP. *) Puyboek Amsterdam nr. 759, fo. 265. Hij heet in de acte: Remonstrant en zij Mennoniet. Jan van der Hoop Adriaanszoon (1761—1841) Elizabeth Bierens (1759—1813) TAK VAN DER HOOP—BIERENS — 135 Begraven te Rotterdam in de Groote Kerk, Zuidpand, graf nr. 226 op 14 Aug. 1813. ^ Huwt 2° te Rotterdam 19 April 1816. II. JOHANNA VAN STOLK, dochter van jan van stolk 2) en van mensje van Heel en weduwe van PlETER snellen. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 30 November 1766. Overleden op huize Noordervliet bij Voorburg 23 Juli 1831. Begraven te Rotterdam in de Groote Kerk op het Hoogkoor, graf nr. 17 op 27 Juli 1831. 8) Jan van der Hoop Azn. — later bijgenaamd de „gouden van der Hoop" — woonde de eerste jaren van zijn huwelijk als koopman te Amsterdam, waar toen nog in leven waren zijn Doopsgezinde achter-achter-neven Isaak de Neufville van der Hoop en Barend van der Hoop en waar ook de eveneens Doopsgezinde familie zijner vrouw Elisabeth Bierens gevestigd was; daarna was hij koopman op de Zuidblaak te Rotterdam, thans no. 64, stichtte aldaar de firma Jan van der Hoop en Zoon in effecten, en was van 1783—1807 brandmeester en van 1816—1824 kiezer dier stad. Hij had een stal en koetshuis over het tegenwoordige Museum Boymans. Tijdens zijn tweede huwelijk woonde hij in het huis Zuidblaak 18 (naast „Amicitia") terwijl zijn zoon Adriaan het bovengenoemde huis no. 64 bewoonde. Den 2den November 1798 kocht hij voor f 18.000.— van Mr. p. D. patijn, handelende voor zijn moeder de wed. joh. patijn, de hofstede Noordervliet onder Voorburg, met 4 morgen teelland, in 1828 beschreven als „heerenhuis, tuinmanshuis, stal, koetshuis, 2 koepels en oranjerie". Na zijn dood werd deze buitenplaats bewoond door zijn eenige dochter Jacoba Maria. Uit zijn eerste huwelijk waren twee kinderen*) gesproten; zijn tweede huwelijk was kinderloos. Deze kinderen waren: 1. Adriaan van der Hoop, volgt blz. 137. 2. Jacoba Maria van der Hoop. Geboren te Rotterdam 3 October 1803. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 8 November 1803. Genoemd naar haar twee grootmoeders jacoba van Lennep en Maria Verburgh, stond zij bij de familie bekend als de „oude Tante Comie" (vgl. bl. 141). 1) Dit graf behoorde aan de familie Frets en toen aan Mr. Francois Frets. 2) Zie dit geslacht in het Stam- en Wapenboek van Aanzienlijke Nederlandsche Families. 3j Dit was een familiegraf der van Stolk's ; zij was ook eigenares van het graf nr. 80 in het Middenpand, afkomstig van de familie Van der Wallen, daarna van de familie snellen en van Michiel Plemp. 136 — HOOFDSTUK V (A /) Noordervliet onder Voorburg, bewoond door Jan van der Hoop en later door rijn dochter Jacoba Maria van der Hoop. Woonde te Rotterdam op de Zuidblaak (in 1847 genummerd 2—3) en daarna in het nader op bl. 142 vermelde huis Wijnhaven 151 met het tijdvers „Oordeel niet voor 't Tijd is: Dus Weet of Wacht" (1684); des zomers op Noordervliet. Overleden op huize Noordervliet te Voorburg 13 Juli 1863; haar lijk werd met het jacht der familie PLEMP naar Rotterdam vervoerd en op Crooswijk begraven. Ongehuwd. Johanna van Stolk (1766—1831) echtg. v. Jan van der Hoop Jan van der Hoop (1761—1841) TAK VAN DER HOOP—BIERENS — 137 ADRIAAN VAN DER HOOP Jzn., (Tn\l'zani35ir ^ h00p cn ^ dicns cerste echtgen°°te e"sabeth BlERENS Geboren te Amsterdam 8 Maart 1794. Overleden te Rotterdam 29 November 1864. Huwt te Rotterdam 28 Juli 1819. SARA LEDEBOER, *) dochter van üammas ledeboer en van Geertruida Paulina Mees. Geboren te Rotterdam 5 Juni 1796. Overleden te Rotterdam 6 Juli 1838. adriaan van der Hoop Jzn. «) was koopman te Rotterdam, wonende op de Zuidblaak aldaar. Voorts was hij daar lid van den raad van 1839-1853 en commissaris van de leenbank van 1848—1851.3) Uit dit huwelijk sproten 11 kinderen: 1. Elisabeth Johanna van der Hoop. Geboren te Rotterdam 22 Juni 1820. ► Overleden te Rotterdam 21 Juni 1893. Huwt te Rotterdam 28 Juli 1841. Gerrit van Stolk, zoon van CORNELIS VAN STOLK en van ANNA johanna HaVELAAR. Geboren te Rotterdam 25 Februari 1817. Koopman te Rotterdam en lid van de Provinciale Staten van Zuid-Holland. Uverleden te Rotterdam 20 Maart 1902. Uit dit huwelijk sproten 7 kinderen. 4) 2. Geertruida Paulina van der Hoop. Geboren te Rotterdam 10 Augustus 1821. Overleden te Amersfoort 10 September 1899. Ongehuwd. j) Zie dit geslacht in Stam- en Wapenboek van Aanzienlijke Nederlandsche Familien ) Znn 8 kwartieren zijn gepubliceerd in Alg. Nederl. Familieblad jg. 1884, nr. 82. ) Op de Universiteits-Bibliotheek te Amttmkm .M H,„j u ... . ' . 31, 35 55 56 en 61 (Zie Catalogus der HanÏcnrT^^ * ~ * «* gehuwd' «et^^ * broeder A. van stouc Czn., der hoop 1™ i ,Z ^ ^i6' hUWeUik " ^ 1851 VaD SARA VAN ST0LK" — ™n den Achter, me^an van der Hoop Azn. oP het huwehjk van Thomas Browne met Johanna van der Hoop d.d. 18 Mei 1846, oph* 2^MUU als notans van J. van der Hoop Jaczn. d.d. 24 November 1860; enz. enz. 8 ' 1 38 — HOOFDSTUK V (A 1) De Blaak te Rotterdam; het meest rechtsche huis (thans no. 64) werd bewoond door Adriaan van der Hoop. 3. Johanna van der Hoop. Geboren te Rotterdam 17 Februari 1824. Overleden te Rotterdam 29 April 1849. Huwt te Rotterdam 13 Mei 1846. Thomas Browne, *) zoon van francois Browne en van Anna Twiss. Geboren te Rotterdam 3 Januari 1815. Agent der Nederlandsche Handel Maatschappij aldaar. Overleden te Rotterdam 3 Maart 1880. Hij hertrouwde te Rotterdam 15 October 1851 met euzabeth cornelia ledeboer. 4. Jan van der Hoop, (1826—1904), volgt blz. 144. 5. Catharina Lamberta van der Hoop. Geboren te Rotterdam 4 Augustus 1827. Overleden te Rotterdam 14 Januari 1893. Huwt te Rotterdam 24 April 1850. Salomon Jean René de Monchy1), zoon van Engel Pieter de Monchy en van Maria Johanna Mees. •) Zie Stam- en Wapenboek van Aanzienlijke Nederlandsche Familien. TAK VAN DER HOOP—BIERENS — 139 De buitenplaats „de Singels" van Adriaan van der Hoop aan de Hoflaan onder Kralingen. Geboren te Rotterdam 8 Maart 1824. Lid der firma M. & R. de Monchy en Pakhuismeesteren. Lid van de Provinciale Staten van Zuid-Holland. Overleden te Rotterdam 16 April 1917. Zijn kwartieren waren: De Monchy. Mees. Huisinga Dekker. Van Oordt. Van Hoecke. Van Lelyveld. Huisinga. Van Charante. 6. Adriaan Cornelis van der Hoop. Geboren te Rotterdam 17 October 1828. Overleden te Rotterdam 14 Februari 1831. Begraven aldaar in de Groote Kerk, Zuidpand, in het graf no. 301, op 17 Februari 1831.x) 7. Bernard Christiaan Marie van der Hoop (1830—1906), volgt blz. 148. ') Dit graf was afkomstig van WlLLLAM Sterling, behoorde daarna aan Jan van der hoop en ten slotte aan diens zoon Adriaan van der Hoop Jzn. Diens kind Adriaan Cornelis, oud 2 jaar, was de laatste van der Hoop, die in de Groote Kerk werd begraven. Het Register der Begraafplaatsen vermeldt, dat het in Nov. 1832 werd overgebracht naar Crooswljk. 140 — HOOFDSTUK V (A 1) Gerrit van Stolk. (1817—1902) Catharina Lamberta van der Hoop. (1827—1893) Elisabeth Johanna van der Hoop. (1820—1893) Salomon Jean Hené de Monchy. (1824—1917) Adriaan van der Hoop (1794—1864) TAK VAN DER HOOP—BIERENS — 141 8. Jacoba Maria van der Hoop. Geboren te Rotterdam 19 April 1832. Zij stond bekend als de „jonge Tante Comie" (vgl. bl. 135). Overleden te Rotterdam 31 December 1908. Ongehuwd. 9. Maria Jacoba van der Hoop, tweeling met de voorgaande. Geboren te Rotterdam 19 April 1832. Overleden te Rotterdam 17 November 1832. 10. Sara van der Hoop. Geboren te Rotterdam 15 Januari 1835. Overleden te Amersfoort 18 Januari 1903. Huwt te Rotterdam 3 Mei 1855. Willem Anthoni Croockewit *), zoon van hendrik croockewit, President der Nederlandsche Bank, en van johanna Frederica Dolleman. Geboren te Amsterdam 5 Mei 1825. Lid der firma Beuker en Hulshoff te Amsterdam. Lid van den raad en wethouder van Amersfoort. Ambachtsheer van Nycoop, Portengen, de Lage Haer, Gieltgensdorp en Vijfhoeven in Cortrijk. Overleden te Amersfoort 14 Januari 1905. ') Uit dit huwelijk sproten 5 kinderen. Zie: Stam- en Wapenboek van Aanzienlijke Nederlandsche Familien. 142 — HOOFDSTUK V (A 1) Jacoba Maria van der Hoop Geertruida Paulina van der Hoop /■ ""Gertréde Pauline Louise van der Hoop • (1832—1908) (182T1—1899) V (1836—1913) Zijn kwartieren waren : j „, . Croockewit. Poolman. Dolleman. Der Kinderen. De Lange. Herfst. Karshoff. Van den Haag. 11. Gertrude Pauline Louise van der Hoop. Geboren te Kralingen 19 Augustus 1836. Overleden te Rotterdam 5 November 1913. Ongehuwd; met hare onder 2 en 8 genoemde zusters bewoonde zij na haars vaders dood het huis met tijdvers (1684) Wijnhaven 151, vermeld in de Voorloopige lijst der Monumenten v. Gesch. en Kunst, III, 335 (vgl. hiervóór bl. 136). Johanna van der Hoop. (1824—1849) Echtg. van Thomas Browne. TAK VAN DER HOOP—BIERENS — 143 Thomas Browne. (1815—1880) Echtg. van Johanna van der Hoop. 144 — HOOFDSTUK V (A 1): Jan van der Hoop Azn. (1826—1904) JAN VAN DER HOOP Azn., zoon van Adriaan van der Hoop en van Sara Ledeboer (van blz. 138). Geboren te Rotterdam 23 Februari 1826. Commissionair in effecten, met zijn broeder B. C M. van der hoop, firma Jan van der hoop & zoon tot 31 Dec. 1864, tevens van 1859—1864 Directeur van de Rotterdamsche Bank-associatie; Commissaris van de „Spaarbank" te Rotterdam, Regent van het Hofje „Uit liefde en Voorzorg" en Bestuurder der Remonstrantsche Gemeente. President van de Bijbank der Nederlandsche Bank te Rotterdam van 1865 tot 31 Dec. 1896. Overleden te Scheveningen 4 September 1904. Huwt le te Rotterdam 17 Septe mber 1851. *) SARA VAN STOLK, dochter van cornelis van stolk en van anna johanna Havelaar. Geboren te Rotterdam 15 Juni 1829. Overleden te Rotterdam 21 September 1853. Uit dit huwelijk sproot 1 kind. Huwt 2e te Leiden 29 April 1857. Sara van Stolk ALIDA MARIA PRUYS VAN DER HOEVEN,2) (is29_i853) dochter van Dr. Cornelis Pruys van der Hoeven en van Maria Cornelia Trompert. ') Zie noot 4) op blz. 137. *) Zie over het geslacht Van dek hoeven Ned. Patriciaat jg. 1911. Jan van der Hoop (1826—1904) en zijne tweede echtgenoote Alida Maria Pruys van der Hoeven (1827—1917) TAK VAN DER HOOP—BIERENS — 145 Geboren te Leiden 19 September 1827. Overleden te Rotterdam 30 April 1917. Uit dit tweede huwelijk sproten 7 kinderen. Uit het eerste huwelijk: 1. Anna Johanna van der Hoop. Geboren te Rotterdam 10 Oct. 1852. Overleden te Rotterdam 18 Jan. 1895. Huwt te Rotterdam 24 October 1878. Francois Mees l) zoon van Adriaan Mees en van elisabeth Browne. Geboren te Rotterdam 27 April 1850. Hoofd-inspecteur der Eerste Rotterdamsche Mij. van Verzekering op het leven. Wonende te 's Gravenhage. Hij hertrouwde met Arnoldina johanna Lucretia Maas. *) Uit het tweede huwelijk: 2. Maria Cornelia van der Hoop. Geboren te Rotterdam 23 Mei 1858. Overleden te 's Gravenhage 12 Februari 1905. Ongehuwd. 3. Sara Adriana van der Hoop. Geboren te Rotterdam 25 April 1860. Overleden te Rotterdam 4 Juli 1862. 4. Adriaan van der Hoop. Geboren te Rotterdam 12 December 1861. Overleden — als hoofd van den oudsten tak der familie — te 's Gravenhage 7 Mei 1925. Ongehuwd. 5. Alida Maria van der Hoop. Geboren te Rotterdam 3 September 1863. Overleden te Santpoort 8 Januari 1901. Huwt te 's Gravenhage 15 Augustus 1891. Alfred Marie Breitenstein, zoon van WlLLEM breitenstein en fanny jones. Geboren te Amsterdam 15 December 1866. Assuradeur. Wonende huize Vredehoeve te Aerdenhout (Gem. Bloemendaal). ') Zie het artikel MEES in voorgenoemd werk, jg. 1911. 10 146 — HOOFDSTUK V (A 1) 6. Johanna van der Hoop. Geboren te Rotterdam 28 Mei 1865. Wonende te 's Gravenhage. Ongehuwd. 7. Cornelis van der Hoop, volgt blz. 147. 8. Gertrude Pauline Louise van der Hoop. Geboren te Rotterdam 16 December 1868. Wonende te 's Gravenhage. Huwt te 's Gravenhage 23 Juni 1904. godefridus van houtum, zoon van johan george frederik van houtum en van anna maria jacoba vaillant. Geboren te Briellé 23 Juni 1870. Arts te 's Gravenhage. Zijn kwartieren: Van Houtum scheffer Van Lith Ruhl Vaillant Smits BlJLEVELD Van Duuren Anna Johanna van der Hoop (1852—1895) Echtg. v. Francois Mees Alida Maria van der Hoop (1863—1901) Echtg. v. Alfred Marie Breitenstein Adriaan van der Hoop (1861—1925) TAK VAN DER HOOP—BIERENS — 147 CORNELIS VAN DER HOOP, zoon van Jan van der Hoop Azn. en van Alida Maria Pruys van der Hoeven (van blz. 146). Geboren te Rotterdam 15 Februari 1867. Commissionair in effecten te Rotterdam, wonende te Scheveningen. Huwt te 's Gravenhage 17 September 1908. MARIA LOUISA HAITSMA MULIER, dochter van Eco Haitsma Mulier en van Aleyda Thoden van Velzen. Geboren te Oldeboorn 10 Juli 1883. Uit dit huwelijk sproot: Sonja Aleida Maria van der Hoop. Geboren te 's Gravenhage 1 Augustus 1909. 148 HOOFDSTUK V (A 1) Mary Dunlop. (1836—1905). BERNARD CHRISTIAAN MARIE VAN DER HOOP, zoon van Adriaan van der Hoop en van Sara Ledeboer (van blz. 139). Geboren te Rotterdam 14 December 1830. Commissionair in effecten te Rotterdam eerst met zijn broeder Jan van derhoop, firma Jan van der Hoop & Zn. tot 1864, daarna alleen. Lid van het bestuur der Rotterdamsche Diergaarde. Overleden te Rotterdam 5 December 1906. Huwt te Rotterdam 21 October 1857. MARY DUNLOP, dochter van DAVID DuNLOP en van HeNDRIKA KRAYENHOFF VAN DE LEUR. Geboren te Rotterdam 16 Maart 1836. Overleden te Utrecht 7 Augustus 1905. Uit dit huwelijk sproten 7 kinderen: 1. Adriaan Cornelis van der Hoop (1858—1922), volgt blz. 151. TAK VAN DER HOOP—BIERENS — 149 Bernard Christiaan Marie van der Hoop. (1830—1906). 2. Hendrika van der Hoop. Geboren te Rotterdam 1 April 1860. Overleden te Rotterdam 13 Juli 1881. 3. Sara van der Hoop. Geboren te Rotterdam 12 Mei 1861. Wonende te Bennekom. Huwt te Dieren 19 Februari 1909. Jan Maurits Brants zoon van* Mr. jan isaac brants en van catharina swanida johanna mathilda van LöBEN sels. 2) ') Hij is een afstammeling van den jan Jacob Brants, die op blz. 107 werd vermeld als een der 2 executeuren van het testament van isaak de neufville van der hoop. Zie over het geslacht Brants : Nederland's Patriciaat, 5e jg. 2) Zie deze personen in de „Geschiedenis en Genealogie van het Geslacht SELS—VAN LöBEN SELS", 1922, door schrijver dezes. 150 — HOOFDSTUK V (A /) Geboren op den Wildenborch bij Vorden 23 Juli 1850. Oud-majoor der artillerie, oud-lid der Provinciale Staten van Gelderland. 4. David van der Hoop, (1864—1925), volgt blz. 154. 5. Bernard Christiaan Marie van der Hoop. Geboren te Rotterdam 15 November 1869. Overleden te Rotterdam 24 April 1876. 6. Cornelis Pieter van der Hoop. Geboren te Rotterdam 10 December 1871. Overleden te Rotterdam 8 Januari 1872. 7. Adriaan Hendrik van der Hoop, volgt blz. 155. Bernard Christiaan Marie van der Hoop (1830—1906) en zijne echtg. marv dunlop (1836—1905) Adriaan Cornelis van der Hoop (1858—1922) TAK VAN DER HOOP—BIERENS — 151 Johanna Cecilia Elisabeth Barones van Rhemen (1868—1909), Echtgen. van Adriaan Cornelis van der Hoop. ADRIAAN CORNELIS VAN DER HOOP, zoon van Bernard Christiaan Marie van der Hoop en van Mary Dunlop (van blz. 148). Geboren te Rotterdam 2 October 1858. Hij trad in consulairen dienst en werd daarbij achtereenvolgens: 11 Februari 1896 benoemd tot leerling Consul. 18 „ 1899 „ « Vice-Consul te Antwerpen. 1900 „ „ Consul te Kaapstad, met den titel van Consul-Generaal. 14 Maart 1902 „ „ Consul-Generaal te Kaapstad. 17 Sept, 1906 „ „ Consul te Calcutta, met behoud van den rang van Consul-Generaal. 26 Dec. 1906 „ „ Consul-Generaal te Calcutta. 1 Juni 1908 afgetreden, met ziekte-verlof en verlengd gewoon verlof. 2 Nov. 1912 tot 14 Aug. 1913 op non-activiteit, buiten bezwaar van's lands schatkist. 14 Augustus 1913 eervol ontslagen uit 's lands dienst, met behoud van den rang van Consul-Generaal. Overleden te Dieren 2 Augustus 1922. 152 — HOOFDSTUK V (A 1) Huwt te Rheden 1 October 1888. JOHANNA CECILIA ELISABETH Barones VAN RHEMEN, dochter van Alexander baron van Rhemen en van Carolina Cecilia leembruggen. Geboren op de Geldersche Toren, Spankeren 20 April 1868. Overleden te Bern 6 Februari 1909. Uit dit huwelijk sproten 3 kinderen: li Mary Carolina Alexandra van der Hoop. Geboren te Kralingen 23 Januari 1890. Wonende op Luttmersen bij Neustadt a. Rübengeb. Huwt te Bückeburg 15 Juni 1923. Ulrich Franz Parm Wilhelm von Stoltzenberg-Luttmersen, zoon van Karl August Rudolf von Stoltzenberg en van Eleonore Marie Johanne Friederike von Oheimb. Geboren te Evensen 12 Februari 1868. Fideikom. Herr auf Luttmersen (Kreis Neustadt a. R.). Kon. Pruiss. Oberstleutnant a. D. Hij is gescheiden echtgenoot van WlLMA Albertine July Amalie von during. 2. Carel Cecil van der Hoop, volgt blz. 153. ' 3. Bernard Christiaan Marie van der Hoop. Geboren te Rijswijk 19 November 1893. Oud-employé bij de Holland-Argentinia Handels-Compagnie te Buenos-Ayres. Wonende te Arnhem en volontair aan het Gemeente-Museum aldaar. VDINCKLAGE VKROGH TAK VAN DER HOOP—BIERENS — 153 CAREL CECIL VAN DER HOOP, zoon van Adriaan Cornelis van der Hoop en van Johanna Cecilia Elisabeth barones van Rhemen (van blz. 152). Geboren te Kralingen 14 November 1891. Oud-employé bij de Kon. Paketvaart Mij. Land-eigenaar van Dairy Hera, Djamboe-dipa bij Tjimahi (Preanger Regentschappen). " Huwt bij volmacht Penang en Rotterdam resp. 12 en 10 September 1922. PIETERNELLA JOHANNA HANTELMANN, dochter van friedrich wilhelm heinrich hantelmann en van anna van *t noordenne. Geboren te Rotterdam 23 Juli 1891. 154 — HOOFDSTUK V (A 1) David van der Hoop (1864—1925) DAVID VAN DER HOOP, zoon van Bernard Christiaan Marie van der Hoop en van Mary Dunlop (van blz. 150). Effectenhandelaar aldaar, lid der fa. Van der Hoop, Offers & Co. Boekhouder van de Remonstrantsche gemeente, bestuurslid van de Diergaarde en commissaris van de Spaarbank, alles te Rotterdam. Geboren te Rotterdam 31 Mei 1864. Overleden te Rotterdam 15 Juli 1925. Huwt te Rotterdam 22 April 1897. JULIE MATHILDE DE MONCHY, *) dochter van Engel Pieter de Monchy en van Anna Sophia van Overzee. Geboren te Rotterdam 27 September 1875. Uit dit huwelijk sproten: 1. Bernard Christiaan Marie van der Hoop. Geboren te Rotterdam 18 Mei 1898. Mijn-ingenieur bij de Comp. Minera de Oruro te Machacamarca in Bolivia. 2. Anna Sophia van der Hoop. Geboren te Rotterdam 14 December 1899. 3. Marie van der Hoop. Geboren te Rotterdam 14 November 1901. ') Zie Stam- en Wapenboek van Aanzienlijke Nederlandsche Familien. TAK VAN DER HOOP—BIERENS — 155 ADRIAAN HENDRIK VAN DER HOOP, zoon van bernard christiaan marie van der hoop en van mary dunlop (van blz. 150). Geboren te Rotterdam 26 Mei 1873. Electr. techn. ingenieur, wonende te Blankenburg i/d Harz. Huwt te Blankenburg i/d Harz 12 April 1909. MARTHA AUGUSTE WILLY KUTSCHMANN, dochter van Willy Kutschmann en van christina Völckers. Geboren te Hasselfelde i/d Harz 31 Maart 1884. Uit dit huwelijk sproot 1 kind: Adriaan Bernhard Wilhelm van der Hoop. Geboren te Jena 11 Juli 1912. A 2. De uitgestorven tak Van der Hoop—Greaves. 158 HOOFDSTUK V (A 2) : HUIBERT VAN DER HOOP, zoon van adriaan van der Hoop en diens tweede echtgenoote catharina van Eck (van blz. 124). Geboren te Rotterdam 12 Januari 1764. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 3 Februari 1764. *) Overleden te Rotterdam 30 December 1825. Begraven te Rotterdam 4 Januari 1826.2) Ondertrouwt te Rotterdam 2 Augustus 1806 en te Cool 30 Juli t.v. 3) Huwt te Cool 17 Augustus 1806. HANNAH ELISABETH GREAVES, dochter van Ds. thomas Greaves, 4) Engelsch predikant te Rotterdam, en van elizabeth Jacques. Gedoopt te Rotterdam 14 December 1777.6) Overleden te Rotterdam 17 October 1828. Begraven te Rotterdam in de Groote Kerk, Middenpand, graf nr. 166. *) ') Doopgetuigen : jan van eck en catharina van lockhorst. a) Begraven in het Familiegraf nr. 175 in de Groote Kerk, Middenpand, in welk graf ook zijn vader begraven was. Na hem is niemand meer daarin begraven geworden. ») Zie Trouwboek van Cool dl. 1796—1810. 30 Juli 1806, extra-ordinair. Huibert VAN DER Hoop, j. m. wonende te Rotterdam, met Hanna ELISABETH GREaVES, j. d. wonende onder Cool, beiden geboren te Rotterdam. ') Ds. Thomas GREAVES, beroepen in de Engelsche kerk te Rotterdam in 1753, aldaar overleden in 1798. •) Doopboek Engelsche Presbyteriaansche gemeente te Rotterdam, dl. 1700—1811; geen doopgetuigen. •) In welk graf haar vader, overl. 4 Juni 1798, oud 75 jaar, en haar moeder, overl. 3 Dec. 1827, oud 77 jaar, ook begraven lagen.' TAK VAN DER HOOP—GREAVES _ 159 HuiBERT van der hoop erfde van zijn vader het ouderlijk huis op de Wijnhaven Noordzijde, hoek Posthorensteeg, sedert 1738 in de familie, welk huis na zijn overlijden aan zijn eenige dochter kwam. Ook was hij eigenaar van de 3 familiegraven in de Groote Kerk, n.1. nrs- 175 en 249 in het Middenpand (afkomstig van adriaan Sleght) en nr. 72 in de Trans (afkomstig van jan van Eck). Deze drie graven kwamen eveneens aan zijn eenige dochter, doch werden toen gesloten, omdat er inmiddels niet meer in de Groote Kerk, maar op Crooswijk begraven werd. Uit hun huwelijk sproot één kind: Catharina van der Hoop. Geboren te Rotterdam 6 Februari 1808. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 23 Maart 1808. ^ Overleden te Rotterdam 17 Januari 1883, wonende op de Leuvehaven W.z. ') Doopgetuigen : de ouders. 160 — HOOFDSTUK V(A 2): TAK VAN DER HOOP—GREAVES Huwt te Rotterdam 22 Juli 1840. Dionys van der Pot, *) zoon van Gerrit van der Pot en van Debora Petronella Burger. Geboren te Rotterdam 18 Augustus 1801. Cargadoor te Rotterdam en lid van den raad aldaar. Overleden te Rotterdam 2 October 1879, Zijn kwartieren waren: Van der Pot Bosch Bosch Blok Burger Labat Van Nijmegen Renouard. l) Zie dit geslacht in Stam- en Wapenboek van Aanzienlijke Nederlandsche Fanülien. -Catharina van der Hoop. (1808—1883) Dionys van der Pot. (1801—1879) A 3. De tweede Rotterdamsche tak Van der Hoop—Rochussen. 162 — HOOFDSTUK V (A 3) : Johan van der Hoop Adriaen Sleght 'Arnhem, omstr. 1655. * Rotterdam, 9 April 1669. t Arnhem, 1 Nov. 1702. f Rotterdam, 13 Juli 1737. x Rotterdam, 17 Nov. 1688. x Arnhem, 1 Mei 1681. Margaretha van Anna Sprongh der Heim 'Arnhem, 22 Juni 1649. * Rotterdam, 25 Mei 1671. f Arnhem, 28 Aug. 1693. f Rotterdam, 13 Jan. 1705. Johan van der Hoop Johanna Sleght Koopman te Rotterdam. "Rotterdam, 19 Nov. 1701. * Arnhem, 18 Aug. 1686. f Rotterdam, 16 Juli 1760. f Rotterdam, Oct. 1767. x Rotterdam,30 Dec. 1732. Isaac van Eck * Rotterdam. x Rotterdam,22 Aug. 1706. Geertruyd van Santen Ged. (RK.) Rotterdam, 9 Febr. 1680. t Rotterdam, 17 Juli 1753. Huybert van Lookhorst "Rotterdam, 4 Jan. 1671. f Rotterdam, Maart 1730. Catharina Rees Ged. Rotterdam, 11 Jan. 1682. f Rotterdam, Jan. 1759. Jan van Eck Catharina van Lockhorst Ged. Rotterdam, 6 Dec. 1707. Ged. Rotterdam, i April 1716 f Rotterdam, 20 Maart 1788 xRotterdam, 14 April 1734. t Rotterdam, 16Meil765. Adriaan van der Hoop Koopman te Rotterdam. Rotterdam, 23 Febr. 1734. tRotterdam, 27 Oct. 1799. x 2 °. Rotterdam, 4 Febr. 1763. Catharina van Eck * Rotterdam, 3 Mei 1739. t Rotterdam, 2 Mei 1796. Adriaan van der Hoop Koopman te Rotterdam. Rotterdam, 23 Oct. 1766. t Kralingen, 13 Jan. 1850. kinderen: 1. Catharina. 4. Maria. 7. Sara Cornelia 2. Theodora Jacoba. 5. Johanna Paulina. 8. Izaak. 3. Adriaan. 6. Lydia Johanna Francina. 9. Elisabeth. TAK VAN DER HOOP-ROCHUSSEN — 163 Isaac Rochussen * Vlissingen, 19 Juli 1694. t Rotterdam, 25Febr. 1762. x Delft, 2 Nov. 1719. Adriana Cornelia Stokke Ged. Delft, 21 Dec. 1702. t Jan Hudig Directeur van den Levantschen Handel. Ged. Rotterdam 14 Juli 1702. f Rotterdam, 11 Juli 1745. x Rotterdam, 19Jan. 1729. Maria Geertruy van coopstadt * Rotterdam, 25 Juni 1710. tRotterdam, 18 April 1776. Mr. Isaac Jacobus Rochussen Schepen te Vlissingen. Ged.Vlissingen,5Dec.l720 tRotterdam, 25 Nov. 1797. Esther Hudig "Rotterdam, 25Dec. 1729. f Rotterdam, 1 Jan. 1822. x Rotterdam, 17 Aug. 1749 Isaac Rochussen Commies ter Admiraliteit. * Rotterdam, 17 Juni 1752. t Rotterdam, 17 Febr. 1822. Jan van der Wallen * Rotterdam, 8 Juni 1684. t Rotterdam, 10 Oct. 1729. x Rotterdam, 2 Juni 1715. Cornelia van Brakel * Rotterdam, 16 Dec. 1695. f Rotterdam, 9 Mei 1743 Ds. Theodorus van der Hoeven t Rotterdam, 12Mei 1748. x Rotterdam,20Aug. 1719. Jacoba van der Wallen * Rotterdam, 4 Oct. 1695 t Hendrik van der Wallen Rotterdam, 26 Mei 1718. Maria van der Hoeven ' Rotterdam, 12 Maart 1725. tRotterdam, 18 Febr. 1794. t Rotterdam, 31 Dec. 1785. x Rotterdam, 5 Nov. 1749. Theodora Jacoba van der Wallen * Rotterdam, 6 Sept. 1751. f Rotterdam, 6 Nov. 1808. x Rotterdam, 2 Aug. 1775. Maria Rochussen Rotterdam, 1 Maart 1779. t Kralingen, 9 Dec. 1857. x Rotterdam, 14 April 1799. *0. IZAAK. 11- Geertruida. *2. huibert. 13. Beatrix Johanna. 14. Michiel. 15. Lydia Johanna Francisca. 16. Hannah Elisabeth. 17. Michiel. 18. Jan. 164 — HOOFDSTUK V (A 3) Achterzijde der buitenplaats „Ons Genoegen". ADRIAAN VAN DER HOOP,J) zoon van Adriaan van der Hoop en van diens tweede echtgenoote Catharina van eck (van blz. 125). Geboren te Rotterdam 23 October 1766. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 14 November 1766.2) Overleden te Kralingen 13 Januari 1850. Ondertrouwt te Rotterdam 30 Maart 1799. Huwt te Rotterdam 14 April 1799. MARIA ROCHUSSEN,s) dochter van Isaac Rochussen en van Theodora Jacoba van der Wallen. Geboren te Rotterdam 1 Maart 1778. Overleden te Kralingen 9 December 1857. Hieronder volgen de handteekeningen der echtelieden en huwelijksgetuigen : Adriaan van der Hoop zette de in de Korte Wijnstraat gevestigde zaak van zijn 1) Zijn 8 kwartieren zijn opgenomen in Alg. Ned. Familieblad jg. 1833, nr. 56; die zijner vrouw blijken uit den kwartierstaat opgenomen op blz. 162 en 163. *) Geen doopgetuigen. *) Zie dit geslacht in Stam- en Wapenboek van Aanzienlijke Nederlandsche Familiën. . TAK VAN DER HOOP-ROCHUSSEN — 165 vader en grootvader in drogerijen en chemicaliën voort. Geassisteerd met zijn vader maakt hij 27 Maart 1799 voor notaris J. van der Mey te Rotterdam huwelijksvoorwaarden met Maria rochussen, die daarbij geassisteerd was door haar ouders. Hij was van 1835—1848 kiezer van Rotterdam en woonde eerst te Rotterdam, sedert 1810 te Kralingen op Ons Genoegen aan den Hoogen Zeedijk. Uit hun huwelijk waren 18 kinderen gesproten: 1. Catharina van der Hoop. Geboren te Rotterdam 26 December 1799. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 26 Januari 1800. Overleden te Rotterdam 27 Mei 1869. Ongehuwd. 2. Theodora Jacoba van der Hoop. Geboren te Rotterdam 16 Mei 1801. Overleden te 's Gravenhage 30 Maart 1871. Huwt te Rotterdam 13 December 1826. Mr. Francois Frets, zoon van Ds. Theodorus Theodora Jacoba van der Hoop. Frets, Remonstrantsch predikant te Rotterdam, en (1801—1871) van diens eerste echtgenoote johanna Lorié. Geboren te Rotterdam 23 Juni 1779. Overleden te Rotterdam 27 Mei 1845. Hij was weduwnaar van lydia johanna van der hoop (1771—1825) met wie hij reeds vermeld is op blz. 126 hiervoor. 3. Adriaan van der Hoop (1802—1841), volgt blz. 170. 4. Maria van der Hoop. Geboren te Rotterdam 26 Januari 1804. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 25 Februari 1804. Overleden te Rotterdam 13 November 1843. Ongehuwd. 5. Johanna Paulina van der Hoop. Geboren te Rotterdam 25 Juni 1805. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 17 Juli 1805. Overleden te Rotterdam 20 Juni 1821. Begraven aldaar in de Groote Kerk, Middenpand, in het familiegraf nr. 249 *) op 22 Juni 1821. 6. Lydia Johanna Francina van der Hoop. Geboren te Rotterdam 14 Juni 1806. *) Toebehoorende aan haar oom HuiBERT van DER Hoop.. 166 HOOFDSTUK V (A 3): Geertruida van der Hoop. (1812—1904) Mr. Pierre Gerard Dalen. (1793—1871) Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 8 Juli 1806. Overleden te Rotterdam 14 Januari 1807. Begraven aldaar in de Groote Kerk, Noordpand, in graf nr. 70 op 17 Januari 1807. 7. Sara Cornelia van der Hoop. Geboren te Rotterdam 9 Augustus 1807. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 25 Augustus 1807. Overleden te Rotterdam 21 Maart 1895. Ongehuwd. 8. izaak van der hoop. Geboren te Rotterdam 29 September 1808. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 25 October 1808. Overleden te Rotterdam 6 Maart 1809. Begraven aldaar in de Groote Kerk, Noordpand, in graf nr. 122 op 8 Maart 1809.2) 9. Elisabeth van der Hoop. Geboren te Rotterdam 21 October 1809. Jan Adolph Rochussen (1819—1884) echtgen. v. Lydia Johanna Francisca van der Hoop. 1) Toehehoorende aan de familie van haar grootmoeder theodora Jacoba van der Wallen. *) Toehehoorende aan de familie van der wallen. TAK VAN DER HOOP—ROCHUSSEN — 167 Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 27 November 1809. Overleden te Rotterdam 31 Mei 1876. Ongehuwd. 10. Izaak van der Hoop (1810—1874), volgt blz. 175. 11. Geertruida van der Hoop. Geboren te Kralingen 16 Januari 1812. Overleden te Rotterdam 24 April 1904. Huwt te Kralingen 26 Maart 1851. Mr. Pierre Gerard Dalen x) zoon van Dr. cornelis dalen en diens eerste echtgenoote johanna maria van casteel. Geboren te Rotterdam 22 September 1798. Overleden te Rotterdam 2 Augustus 1871. Hij was weduwnaar van catharina van Vollenhoven. 2) Mr. P. G. Dalen was notaris te Rotterdam 1827—1871, brandmeester 1831—1851 en kiezer aldaar 1846—1851. 12. Huibert van der Hoop (1813—1866), volgt blz. 180. Beatrix Johanna van der Hoop. (1814—1900) Lydia Johanna Francisca van der Hoop (1817—1853) echtg. v. Jan Adolph Rochussen.. 13. Beatrix Johanna van der Hoop. Geboren te Kralingen 3 October 1814. Overleden te Zeist 30 Januari 1900. Ongehuwd. 14 Michiel van der Hoop. Geboren te Kralingen 28 December 1815. Overleden te Kralingen 6 Januari 1817. Begraven te Rotterdam in de Groote Kerk, Noordpand, in graf nr. 70 op 9 Januari 1817,3) 15. Lydia Johanna Francisca van der Hoop. Geboren te Kralingen 16 Januari 1817. Overleden te Rotterdam 29 November 1858. Huwt te Rotterdam 19 Mei 1847. ') Zie dit geslacht in Nederland's Patriciaat, jg. 1922. *) Dochter van JAN VAN VOLLENHOVEN CZN. en GEERTRUIDA VAN DER HOOP, vermeld op blz. 128. ') Toehehoorende aan de familie VAN DER WALLEN. 168 HOOFDSTUK V (A 3) : Jan Adolph Rochussen, zoon van Hendrik Rochussen en van Judith Bethlemine Charlotte Hubert. Geboren te Rotterdam 16 Januari 1819. Overleden te Lochem 10 October 1884. J. a. rochussen *) was koopman, lid der firma Hubert en Co. te Rotterdam; lid van den Remonstrantschen kerkeraad; hij hertrouwde 1° met adriana maria van rossem en 2° met anna paulina von natzmer. 16. Hannah Elisabeth van der Hoop. Geboren te Kralingen 1 Augustus 1819, Overleden te Rotterdam 23 Februari 1858, Huwt te Rotterdam 22 Mei 1844. Johannes van Vollenhoven, 2) zoon van Jacob van Vollenhoven en van diens eerste echtgenoote geertruida johanna merck. Geboren te Rotterdam 26 Februari 1816. 1) Zie dit geslacht in Stam- en Wapenboek van Aanzienlijke Nederlandsche Familiën, in welk artikel hij echter niet vermeld is. *) Zie dit geslacht in Stam- en Wapenboek van Aanzienlijke Nederlandsche Familiën. TAK VAN DER HOOP—ROCHUSSEN — 169 Overleden te Rotterdam 21 Mei 1876. Dit huwelijk was kinderloos; hij hertrouwde te Rotterdam 21 December 1859 met JupiTH Bethlemina Charlotte Rochussen. J. van Vollenhoven was fabrikant te Rotterdam, voorzitter der Nutsspaarbank, en lid van den kerkeraad der Remonstrantsche gemeente aldaar. 17. Michiel van der Hoop. Geboren te Rotterdam 27 December 1820. Overleden te Rotterdam 19 Februari 1840. 18. Jan van der Hoop (1823—1884), volgt blz. 183. Johannes van Vollenhoven (1816—1876) echtg. van Hannah Elisabeth van der Hoop. 170 — HOOFDSTUK V (A 3) : ADRIAAN VAN DER HOOP, zoon van Adriaan van der Hoop en van Maria Rochussen {van blz. 165). Geboren te Rotterdam 17 Juni 1802. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 9 Juli 1802. Overleden te Rotterdam 4 November 1841. Huwt te Rotterdam 31 Mei 1826. DOROTHEA WILHELMINA ENGELS, dochter van Jan Willem Engels en van Cornelia Christina Johanna van Hogenhuyzen. Geboren te Rotterdam 14 Mei 1799. Overleden te Rotterdam 10 September 1846. adriaan van der Hoop Junior — zooals hij meestal voorkomt — is de bekende Rotterdamsche dichter. Aanvankelijk werkzaam in den handel van drogerijen en chemicaliën van zijn vader, voelde hij zich, hoewel geen geletterde opvoeding ontvangen hebbende, het meest aangetrokken tot de beoefening van letteren, kunsten en wetenschappen. Vooral wijdde hij zich aan de beoefening der poëzie. Sedert 1830 verscheen een groot aantal grootere en kleinere dichtstukken van zijn pen. Zeer verschillend was wel hunne waarde, doch uit bijna alle bleek zijn dichterlijken aanleg. De menigte zijner dichtstukken — zegt een zijner biographen — strekt reeds ten bewijze, dat hij aan hunne beschaving, aan de volmaking van zijn talent, weinig tijd kon toewijden. De gebreken, die men in zijn dichttrant opmerkte, bleven hem dan ook voortdurend kenmerken en overschaduwden niet zelden vele van de goede eigenschappen zijner poëzie, en men heeft het dikwerf in openbare beoordeelingen betreurd, dat hij daardoor niet geheel voldaan heeft aan de verwachting, die men van hem had opgevat. Hij liet geen belangrijke gebeurtenis van zijn tijd voorbijgaan, zonder haar te bezingen, waarvan een menigte stukken in 1830 en 1831 uitgegeven, getuigen. Zij werden met geestdrift ontvangen, zelfs mochten zijn Tiendaagsche veldtocht een derden en zijn Rouwklacht bij het overlijden van Neêrlands Koningin een tweeden druk beleven. Ook wordt zijn Warschau, dichterlijke krijgstafreelen *), onder zijn beste werken geteld. In 1832 nam adriaan van der Hoop met Mr. P. S. schull, de redactie op zich van het Tijdschrift Bijdragen tot Boeken en Menschenkennis, tot 1837 bij J. van Houtrijve Jr. te Dordrecht uitgegeven; in de deelen I, II, III en V daarvan komen verschillende artikelen en dichtstukken van zijn hand voor. Hij was lid en bestuurder van het letterkundig genootschap Verscheidenheid en Overeenstemming te Rotterdam, lid van de Maatschappij van Nederlandsche Letterkunde, en correspondent 2e kl. van het Kon. Nederlandsen Instituut. Bij het bezoek van Koning Willem II in Maart 1841 aan Rotterdam, trad hij *) Een fragment hiervan is door Clavereau vertaald in het Fransch. Evenzoo werd zijn gedicht Aan den Generaal Chassé door Saunders in het Engelsch vertaald. (1802—1841) TAK VAN DER HOOP—ROCHUSSEN — 171 eenigszins officieel op als Voorzitter van de Commissie van het Genootschap Verscheidenheid en Overeenstemming en ontving deswege bij die gelegenheid zijn benoeming tot ridder in de Orde van den Nederlandschen Leeuw. Eenige maanden later — in November van dat jaar — overleed hij echter. In de Letterkundige Maatschappij Verscheidenheid en Overeenstemming, waarvan hij te Rotterdam lid en voorzitter was geweest, werd op Vrijdag 17 December 1841 door G. de Meyer een gedachtenisrede gehouden, welke in 1842 in druk verscheen.1) De uitgave dezer rede is voorzien van een gedicht van zijn weduwe, geboren D. W. engels. Te voren — in 1841 —was bij J. C. Kempen in Amsterdam verschenen : Hij is niet meer! Weemoedstonen Mevr. de Wed. A. van der Hoop Jr. toegewijd door Gerh. Thom. Mohrman. In het jaar 1842 verscheen voorts van zijn biograaf en bewonderaar F. H. Greb zijne biographie, welke als inleiding diende op de uitgave Lente en Herfst 2), welk boekwerk besloten wordt met een lijst van zijne geschriften. Eveneens verscheen na zijn dood bij A. W. Sijthoff te Leiden 1859—61 van hem: Gedichten, in 4 deelen, in welke, evenals in de hiervoor genoemde uitgave, zijn portret en zijn handteekening is opgenomen. Meer dan een halve eeuw later, in De Beweging van April 1917, kwam hij nog eens ter sprake in een artikel van C. G. N, de VoOYS, getiteld: Iets over Adriaan van der Hoop als Criticus. Bij A. J. van der Aa, Biographisch Woordenboek vindt men op pag. 372—373 een lijst van alles wat door hem is geschreven en uitgegeven, met opgave van de werken, waarin hij vermeld wordt.3) Uit zijn huwelijk waren 8 kinderen gesproten: 1. Adriaan van der Hoop. Geboren te Rotterdam 9 Maart 1827. Overleden te Heusden 13 Februari 1863. Ongehuwd. Deze adriaan is de tweede dichter van dezen naam; meestal komt hij voor als Adriaan van der hoop Jrszn. (juniorszoon). Hij werd al vroeg door zijn vader in de letterkundige wereld ingeleid en maakte al verzen toen hij nauwelijks schrijven kon. Zijn ouders ontvielen hem op jeugdigen leeftijd en aan de Academie te Leiden viel hij — volgens zijn biographie — in een maalstroom, die hem meesleepte. Hij moest eindelijk uit Leiden weg en vertrok naar Brielle, om in ernstiger omgeving zijn studiën ') Bij Mensing en van Westreenen te Rotterdam. Zie een ex. onder no. 284 van de Handschriften! in het GemeenteArchief te Rotterdam. *) Lente & Herfst. Verspreide en nagelaten Dichtloveren van A. van der Hoop Jr. Rotterdam. H. Nijgh. 1842. ■) In de Universiteits Bibliotheek te Amsterdam berusten onder de Handschriften verschillende brieven van zijn hand. (Zie; Catalogus der Handschriften, IV. Brieven nrs. As 36, Ay 183b). Het huis van A. van der Hoop Jr. aan de Glashaven te Rotterdam. 172 — HOOFDSTUK V (A 3) : wederom op te vatten én zich voor het candidaatsexamen in de rechten voor te bereiden. Te Leiden teruggekeerd, verviel hij. in zijn vroegere excessen, tot hij, van kwaad tot erger gekomen, het land moest verlaten. Hij vertoefde toen eenigen tijd aan de Kaap de Goede Hoop en keerde terug met het voornemen zijn studies te kunnen voltooien. Dit gelukte echter niet meer en sindsdien zwierf hij overal rond, verkocht zijn pen en talent en kwijnde weg in een vergeten uithoek. Onbetwistbaar was A. van der Hoop Jrszn. iemand met veel talent, met gevoel en vlugheid van opvatting bedeeld en het is te bejammeren, dat zijn zwak karakter hem in het verderf sleepte, waardóór, zijn groote gaven niet tot ontwikkeling kwamen. Van zijn verzen zijn zijne Daguerro-typen x) het meest bekend, en overigens improviseerde hij over allerlei onderwerpen met talent en bijzondere vlugheid. Een lijst van zijn geschriften en dichtstukken is opgenomen in het Biographisch Woordenboek van J. A. van der Aa, pag. 373—374.2) 2. Jan Willem van der Hoop. Geboren te Rotterdam 5 Juni 1828. Overleden op Rijnshoek, Oudenrijn, bij Utrecht 20 September 1859; begraven op het kerkhof te de Meern. Ongehuwd. 3. Francois Theodoor van der Hoop. Geboren te Rotterdam 22 October 1829. Overleden te Rotterdam 1 December 1829. 4. Maria van der Hoop. Geboren te Rotterdam 7 Februari 1831. Overleden te Kralingen 3 Mei 1845. ') Twaalf Daguerrotypen door A. VAN DER HOOP Jrs.ZOON, Leiden. Jacs. Hazenberg Cs.zoon. ») Zie over hem ook Nederl. Spectator 1863, nr. 9. Op de Universiteits Bibliotheek te Amsterdam berusten onder de Handschriften, Schenking Diederichs, eenige brieven van zijn hand van 1853. I I TAK VAN Dak HOOP—ROCHUSSEN _ 173 v,orneua unnstina Johanna van der Hoop Anna van der Hoop echtg. v. Willem Frederik Spengler. echt. v. Cornelis Jan Peereboom. 5. Cornelia Christina Johanna van der Hoop. Geboren te Rotterdam 19 Maart 1832. Overleden te Zeist 26 September 1885. Huwt te Rotterdam 24 September 1868. Willem Frederik Spengler, zoon van Frederik Herman Spengler en van Johanna WlLHELMINA DlEDERIKA ERNESTINA LOUISA BUSSINGH. Geboren te Batavia 30 September 1831. Overleden te Zeist 30 September 1906. 6. Theodora Franqoise van der Hoop. Geboren te Rotterdam 19 April 1833. Overleden te 's Gravenhage 5 Augustus 1895. Huwt te 's Gravenhage 12 September 1874. Mr. Willem ridder Van Rappard, zoon van Anthony rappard en van josina cornelia arnolda de Villeneuve. Geboren te Nijmegen 10 Augustus 1819. Overleden te 's Gravenhage 24 Januari 1894. Hij was weduwnaar van Johanna Henriette Charlotte Elisabeth Frédérique Boogaerdt. Willem Frederik Spengler echtg. v. Cornelia Christina Johanna Mr- W- ridder van Rappard was laatstelijk raad van van der Hoop. Indië en staatsraad in buitengewonen dienst. 174 — HOOFDSTUK V (A 3): Zijn kwartieren waren: Van Rappard Klopman Haesbaert Hossius DE VlLLENEUVE van Halm DE BlE SCHREUDER. 7. Eberhardt Peter van der Hoop. Geboren te Rotterdam 26 Mei 1834. Koopman te Londen. Overleden te Londen 10 Februari 1876. Ongehuwd. 8. Anna van der Hoop. Geboren te Rotterdam 25 Februari 1840. Overleden te Alkmaar 6 October 1899. Huwt te Zeist 9 September 1869. Cornelis Jan Peereboom, zoon van Pieter Peereboom "en van Neeltje Avis. Geboren te Westzaan 3 April 1843. Overleden te Alkmaar 11 Mei 1883. C. J. peereboom was apotheker te Alkmaar, fa. van Luymes & Peereboom en bezat er tevens een fabriek van rooden en witten bessenwijn. Theodora Francoise van der Hoop (1833—1895) echtg. v. Mr. Willem ridder van Rappard Eberhardt Peter van der Hoop. (1834—1876). [Mr. Willem Ridder van^Rappard (1819—1894) echtg. van Theodora Francoise van der Hoop TAK VAN DER HOOP—ROCHUSSEN — 175 Izaak van der Hoop. Mary Miller Claringbould. (1810—1874) (1827—1899) IZAAK VAN DER HOOP, zoon van adriaan van der Hoop en van maria rochussen (van blz. 167). Geboren op Ons Genoegen, Kralingen, 25 November 1810. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 15 December 1810. Overleden te Kralingen 23 December 1874. Huwt te Apeldoorn 22 April 1857. MARY MILLER CLARINGBOULD, dochter van john claringbould en van sara marsh. Geboren te Folkestone (Kent) 14 Juni 1827. Overleden te Rotterdam 13 April 1899. Izaak van der Hoop, koopman in verfwaren, oliën en vernissen te Rotterdam (sedert 1865 met H. m. j. Hoffmann van Hove), was tot den dood zijner moeder gevestigd op Snippestrik (ook Arendsrust genoemd) aan den Noordpias te Kralingen (1850—57). Aldaar wijdde hij zich aan het buitenleven en muntte uit in allerlei takken van sport, paardrijden, jagen, visschen enz. Na zijn huwelijk betrok hij het ouderlijk buiten Ons Genoegen aan den Oostzeedijk, waar ook zijn weduwe tot 1885 bleef wonen. Vele jaren maakte hij deel uit vap het polderbestuur van Kralingen en streed krachtig voor de vervanging van watermolens door stoomgemalen. Bij de stichting van het poldergemaal legde zijn zoon den eersten steen. In 1830 diende 1. van der Hoop vrijwillig bij de mobiele schutterij als tweede 176 — HOOFDSTUK V (A 3) luitenant, en een certificaat van 28 Maart 1832 verklaart hem gerechtigd tot het doo den Koning ingestelde „bewijs van aandenken" als vrijwillig gediend hebbende in d vesting Bergen op Zoom. Uit zijn huwelijk sproten 5 kinderen: 1. Sarah Maria van der Hoop- Geboren te Kralingen 10 Augustus 1858. Overleden te Kralingen 26 November 1862. 2. Adriaan John van der Hoop volgt blz. 177. 3. Maria Sarah van der Hoop. Geboren te Kralingen 10 Juli 1863. Overleden te Rotterdam 14 September 1897. Ongehuwd. 4. Catharina Maria Sarah van der Hoop. Geboren te Kralingen 17 November 1864. Overleden te Kralingen 26 October 1882. Ongehuwd. 5. John Adriaan van der Hoop. Geboren te Kralingen 30 Maart 1868. Overleden te Kralingen 4 Februari 1873. MARY MlLLER CLARINGBOULD (1827—1899) echtgenoote v. izaak VAN der Hoop met haar zoontje Adriaan John van der Hoop TAK VAN DER HOOP—ROCHUSSEN — 177 ADRIAAN JOHN VAN DER HOOP, zoon van IZAAK VAN DER HOOP en van MARY MlLLER CLARINGBOULD (van blz. 175). Geboren te Kralingen 14 November 1859. Lid der firma van Ypen & Co. met Lodewijk Carel van Ypen en Dirk Cornelis Clauset in verfwaren, drogerijen en aanverwante artikelen, te Rotterdam, sedert 30 Dec. 1880 (acte voor not8- A. C. van Wijngaarden); daarna bestuurder eener maatschappij van onroerende goederen tot 1904, in welk jaar hij zich te Parijs vestigde. Thans sedert 1908 wonende te Brussel, alwaar hij gedurende acht jaar bestuurslid was van de Nederlandsche Vereeniging van Weldadigheid. Huwt te Utrecht 15 Juni 1883. Adriaan John van der Hoop. Sibenda Warmolts. SIBENDA WARMOLTS, dochter van CATHARINUS CORNELIS ChristIANUS WARMOLTS en van ELISABETH Ja- coba Roering. Geboren te Arnhem 12 Maart 1859. Uit dit huwelijk sproten: 1. Elisabeth Jacoba van der Hoop. Geboren te Rotterdam 28 April 1884. Wonende te 's Gravenhage. Ongehuwd. 2. Adriaan van der Hoop, volgt blz. 179. 3. Mary van der Hoop. Geboren te Rotterdam 31 Juli 1887. Wonende te Utrecht. Huwt te Utrecht 23 Juli 1909. Mr. Hendrik Gerrit Holsteijn, zoon van Mr. Adrianus Wijnandus Holsteijn en van Johanna Maria Adriana Ras. Geboren te Utrecht 15 December 1880. Advocaat en procureur en rechter pl.v.v. aldaar. 12 178 — HOOFDSTUK V (A 3): Zijn kwartieren zijn: holsteyn Ravesteyn Ras Van der Kaa Min jon hoogstraate hoevens. Ras Tom 4. Catharina Cornelia Christina van der Hoop. Geboren te Rotterdam 29 October 1891. Huwt te 's Gravenhage 18 Juni 1917. Jhr. thierry Jean Melchior de Villeneuve, zoon van Jhr. Guillaume Gerard de ViLLENEuvE en van Helena Hermina Verbeek. Geboren te Makassar 6 Februari 1883. Handelsemployé op Java. Hij is weduwnaar van jeannette magdalena van leuven. TAK VAN DER HOOP-ROCHUSSEN — 179 Mr. ADRIAAN VAN DER HOOP, zoon van Adriaan John van der Hoop en van Sibenda Warmolts (van blz. 177). Geboren te Rotterdam 5 Juni 1886. Subst.-griffier van de Arrondissements-rechtbank te Rotterdam, wonende te 's Gravenhage. Huwt te 's Gravenhage 20 Maart 1925. JOHANNA JACOBA DOORSCHODT, dochter van JACQUES CORNELIS PlETER DOORSCHODT en van JOHANNA JACOBA DE VRIES. Geboren te 's Gravenhage 7 Mei 1879. 180 — HOOFDSTUK V (A 3): HUIBERT VAN DER HOOP, zoon van adriaan van der Hoop en van Maria Rochussen (van blz. 167). Geboren te Kralingen 5 Juni 1813. Groothandelaar in drogerijen te Rotterdam (Korte Wijnstraat). Overleden te Rotterdam 23 October 1866. Huwt te Rotterdam 16 October 1850. SOPHIA ANTOINETTE SORILLON, dochter van Jean Sorillon en van Johanna Maria van WlJK. i Geboren te Rotterdam 23 Maart 1822. Vestigde zich na het overlijden van haren echtgenoot met hare twee overgebleven kinderen te Amersfoort. Overleden te 's-Gravenhage 2 November 1872. Uit dit huwelijk sproten 4 kinderen: 1. Maria van der Hoop. Geboren te Rotterdam 2 September 1851. Overleden te Amersfoort 31 Augustus 1869. 2. Johanna Maria van der Hoop, Geboren te Rotterdam 1 Mei 1853. Wonende te 's-Gravenhage. Ongehuwd. TAK VAN DER HOOP—ROCHUSSEN — 181 3. Elisabeth van der Hoop. Geboren te Rotterdam 8 Januari 1855. Overleden te Rotterdam 14 Juli 1861. 4. Antonia Sophia van der Hoop. Geboren te Rotterdam 18 Juli 1856. Overleden het Loo, gem. Apeldoorn — waar het gezin voor hare gezondheid ver toefde —, 18 Augustus 1861. 182 — HOOFDSTUK V (A 3) Jan van der Hoop Azn. Johanna van Eck. Jan van der Hoop Janszn. Johan van Aalst. Anna Wilhelmina van der Hoop. TAK VAN DER HOOP-ROCHUSSEN — 183 JAN VAN DER HOOP, zoon van Adriaan van der Hoop en van maria rochussen (van blz. 169). Geboren te Rotterdam (Kralingen) 27 Januari 1823. Kolenhandelaar aldaar fa. Jan van der Hoop ; lid vandenRemonstrantschenKerkeraad. Overleden te Rotterdam 10 September 1884. Huwt te Rotterdam 24 Juni 1852. JOHANNA VAN ECK, dochter van Huibert van Eck1) en van Wilhelmina Catharina Strang. Geboren te Rotterdam 4 Maart 1824. Overleden te Rotterdam 3 October 1882. Uit dit huwelijk sproten 8 kinderen: 1. Adriaan van der Hoop. Geboren te Rotterdam 28 April 1853. Overleden te Sitoebondo (Java) 14 Februari 1906. Ongehuwd. 2. Huibert van der Hoop. Geboren te Rotterdam 7 October 1854. Overleden te Rotterdam 2 November 1854. 3. Maria van der Hoop. Geboren te Rotterdam 7 Juni 1856. Wonende te 's-Gravenhage. Huwt te Rotterdam 8 November 1877. Hendrik Paulus Goedkoop, zoon van Pieter Goedkoop en van Dorothea Maria Wijsman. Geboren te Amsterdam 6 October 1851. Handelaar in effecten. Overleden te Soerabaja 19 September 1902. Uit dit huwelijk sproten 5 kinderen. 4. Jan van der Hoop. Geboren te Rotterdam 21 Juli 1857. Ambtenaar der belastingen te Rotterdam. Ongehuwd. 5. Wilhelmina Johanna van der Hoop. Geboren te Rotterdam 8 September 1858. Overleden te Rotterdam 15 October 1921. Ongehuwd. Hendrik Paulus Goedkoop. Maria van der Hoop. >) Zie Maandbl. Nederlandsche Leeuw, jg, 1920 k. 56. 184 — HOOFDSTUK V(A 3): TAK VAN DER HOOP—ROCHUSSEN 6. govert van der hoop. Geboren te Rotterdam 8 April 1860. Overleden te Rotterdam 18 November 1860. 7. Anna Wilhelmina van der Hoop. Geboren te Rotterdam 15 Maart 1862. Wonende te Hees bij Nijmegen. Huwt te Rotterdam 14 Februari 1889. Johan van Aalst, zoon van Dirk van Aalst en van Elisabeth Magdalena Ebell. Geboren te 's-Gravenhage 23 Mei 1866. Overleden te Neerbosch 24 Juni 1919. Uit dit huwelijk sproten 4 kinderen. 8. Louise Henrietta Cornelia van der Hoop. Geboren te Rotterdam 1 Maart 1864. Overleden te Rotterdam 30 September 1917. Ongehuwd. A 4. De derde Rotterdamsche tak de Wit van der Hoop—Cantzlaar. 186 — HOOFDSTUK V (A 4). Johan van der Hoop * Arnhem, omstr. 1655. f Arnhem, 1 Nov. 1702. x Arnhem, 1 Mei 1681.* Anna Sprongh "Arnhem, 22 Juni 1649. t Arnhem, 28 Aug. 1693. Adriaen Sleght * Rotterdam, 9 April 1669. t Rotterdam, 13 Juli 1737. < Rotterdam, 17Nov. 1688. Margaretha van der Heim "Rotterdam, 25 Mei 1671. tRotterdam, 13 Jan. 1705. Johan van der Hoop Koopman te Rotterdam. * Arnhem, 18 Aug. 1686. Johanna Sleght "Rotterdam, 19 Nov. 1701. tRotterdam, 16 Juli 1760. tRotterdam, 1 Oct. 1767. x Rotterdam, 30 Dec. 1732. Isaac van Eck * Rotterdam, t x Rotterdam, 22 Aug. 1706 Geertruyd van Santen Ged. (R.K.) Rotterdam, 9 Febr. 1680. t Rotterdam, 17 Juli 1753. Huybert van lockhorst "Rotterdam, 4 Jan. 1671. tRotterdam, Maart 1730. x Rotterdam, 7 Mei 1709. Catharina Rees Ged. Rotterdam, 11 Jan. 1682. tRotterdam, Jan. 1759. Jan van Eck Catharina van lockhorst Ged. Rotterdam, 6Dec. 1707. », . ,,oo Ged.Rotterdam,lAprill716 t Rotterdam, 20 Maart 1788. t Rotterdam, 16 Mei 1765. x Rotterdam, 14 April 1734. Adriaan van der Hoop Catharina van Eck Koopman te Rotterdam. * Rotterdam, 3 Mei 1739. * Rotterdam, 23 Febr. 1734. tRotterdam, 27 Oct. 1799. tRotterdam, 2 Mei 1796. x 2° Rotterdam, 4 Febr. 1703. Laurentius Bernardus de Wit van der Hoop Koopman te Rotterdam. * Rotterdam, 3 Mei 1781. tRotterdam, 24 Juni 1845. x Rotterdam, 23 Sept. 1805. kinderen : 1. Adriaan. 2. Margaretha Maria. 3. Huibert. 4. Hugo. 5. Jan. 6. Pieter Jacob. TAK DE WIT VAN DER HOOP — 187 Jan Cantzlaar Commissaris te Valkenswaard. "Omstr. 1666. t8 Juni 1704. x 17 Juli 1689. Maria de Jongh Begr. Rotterdam, 6/12 April 1749. Pieter Jacobs Piers Agnieta Rotshoeck Hendrik Cantzlaar Sophia Jacobs Piers M keiaar Ged. Rotterdam,(Waalsch) 30 Sept. 1711. * Valkenswaard 1705. Begr. Rotterdam, „ 16 Juli 1787 Begr. Rotterd. 12 Mrt. 1774 x Rotterdam, 15 Apr. 1731 Christoffel van andel Geertruy van loenersloot Mattheus Jongeling Mr. Schoenmaker. * Rotterdam t x Rotterdam, 2 Nov. 1704. Margrieta Beljers Stevensdr. Ged.Rotterdam,3Dec.l686 t Gerard van Andel Ontvanger van het last en veilgeld. Ged. Woudrichem, 19 Februari 1716. Begr. Rotterdam, 29 Juli 1788. Maria Jongeling Ged. Rotterdam, 15 Maart 1722. tRotterdam, 21 April 1797. x Rotterdam, 15Nov. 1744. Hugo Cantzlaar Margaretha Lambertina van Andel Makelaar, regent o. V.-huis. "Rotterdam, 30 Mei 1750. * Rotterdam, 13 Maart 1742. f Rotterdam, 7 Juli 1834. tRotterdam, 6 Juli 1811. x Rotterdam, 12 Nov. 1775. Gerarda Geertruida Cantzlaar Ged. Rotterdam, 4 Dec. 1785. tRotterdam, 27 April 1870. 7. francois. 8. Catharina. 9. Geertruida Gerarda. 10. Lydia Johanna. 11. Laurentius Bernardus. 188 — HOOFDSTUK V (A 4) : LAURENTIUS BERNARDUS DE WIT VAN DER HOOP, zoon van Adriaan van der Hoop en van diens tweede echtgenoote Catharina van Eck (van blz. 130). Geboren te Rotterdam 3 Mei 1781. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 25 Mei 1781 Overleden te Rotterdam 24 Juni 1845. Ondertrouwt te Rotterdam 6 September 1805. Huwt te Rotterdam 23 September 1805. GERARDA GEERTRUIDA CANTZLAAR,a) dochter van Hugo Cantzlaar en van MargrieTA Lam- bertina van andel. Gerarda Geertruida Cantzlaar (1785—1870). Gedoopt (Hervormd) ie Rotterdam 4 December 1785 8). Overleden te Rotterdam 27 April 1870. Laurentius Bernardus de Wit van der Hoop was genoemd naar zijn oud-oom bernardus (bij den doop genaamd laurentio Bernardo) de WlTH, echtgenoot van zijn moeders tante maria van lockhorst. Zijn naam had dus niet de Wit maar de WlTH VAN der Hoop moeten zijn. Deze l. b. de WlTH, overleden te Rotterdam 22 Maart 1781, had bij zijn testament d.d. 7 October 1778 voor notaris ANTH. WESTERBAAN een legaat besproken aan de 3 dochters van zijn schoonzuster catharina van lockhorst, echtgenoote van jan van Eck of hunne afstammelingen, onder beperking, dat dit legaat gedurende den tijd van 100 jaren na het overlijden van des testateurs echtgenoote onaangetast zou uitstaan. Deze echtgenoote, maria van lockhorst, overleden te Rotterdam 24 Februari 1788, had bij hare testamen- 1) Geen doopgetuigen. 3) Hare kwartieren zijn vermeld op vorenstaanden kwartierstaat. 3) Doopgetuigen: Gerrit van Andel en Maria Jongeling. Het huis van Laurentius Bernardus de Wit van der Hoop aan de Lombardstraat te Rotterdam. TAK DE WIT VAN DER HOOP 189 Adriaan de Wit van der Hoop (1807—1871). taire codicille d.d. 17 September 1783 voor denzelfden notaris, bepaald, dat haar vermogen voor de helft zou komen aan de nakomelingen van haar broeder barend van lockhorst en voor de andere helft aan die van haar neven en nichten huibert, Geertruid, catharina en Beatrix Johanna van Eck, eveneens met bepaling, dat het kapitaal gedurende 100 jaar na haar overlijden onaangetast zou blijven uitstaan en eerst na afloop van dezen termijn zou worden verdeeld. In Maart 1888 —derhalve 100 jaar later—werden deze beide erfenissen te gelde gemaakt, de toenmalige administrateurs dezer fondsen waren toen C. E. M. Plemp en b, b. H. van lockhorst; blijkens bij den tak de WlT van der Hoop nog aanwezige bescheiden ontving toen b.v. mej. M. J. de WlT van der hoop te den Haag — eene kleindochter van laurentius bernardus de Wit van der Hoop — van die 2 erfenissen resp. een bedrag van f 13.34 en f 1074.50. l. b. de WlT van der Hoop was commissionair in effecten, later in granen, te Rotterdam, hij woonde op de Leuvehaven en laatstelijk in de le Lombardstraat aldaar. Uit zijn huwelijk sproten 11 kinderen: 1. Adriaan de Wit van der Hoop. Geboren te Rotterdam 11 Januari 1807. xl, . Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 10 Februari 1807. Handelaar in thee en tabakskerver aldaar, wonende aan de Botersloot. Overleden te Rotterdam 30 Mei 1871. Ongehuwd. 2. Margaretha Maria de Wit van der Hoop. Geboren te Rotterdam 7 Januari 1809. Gedoopt (Hervormd) te Rotterdam 29 Januari 1809 *). Wonende aldaar op de Kruiskade. Overleden te Rotterdam 17 Januari 1886. Ongehuwd. 3. Huibert de Wit van der Hoop (1810—1864), volgt blz. 193- 4. Hugo de Wit van der Hoop. Geboren te Rotterdam 22 December 1812. Graanhandelaar aldaar, wonende in de Westerstraat. Overleden te Rotterdam 28 April 1893. Ongehuwd, Margaretha Maria de Wit van der Hoop r T w, (1809-1886). 5- jAN DE Wit van der Hoop. (1814—1880), volgt blz. 198. M Doopgetuigen: Hugo Cantzlaar en Margarieta Lamberta van Andel. 190 HOOFDSTUK V (A 4) Lydia Johanna de Wit van der Hoop. Jhr. Johan van Beresteyn. (1825—1869) (1820—1895) Johan Frederik Kips. (1825—1866) Catharina de Wit van der Hoop. (1820—1892) TAK DE WIT VAN DER HOOP — 191 Hugo de Wit van der Hoop. (1812—1893) 6. Pieter Jacob de Wit van der Hoop. Geboren te Rotterdam 26 Augustus 1816. Overleden te Rotterdam 31 October 1848. Ongehuwd. 7. Francois de Wit van der Hoop (1818—1902), volgt blz. 204. 8. Catharina de Wit van der Hoop. Geboren te Rotterdam 5 October 1820. Overleden te Rotterdam 30 Januari 1892. Huwt te Rotterdam 18 November 1857. Johan Frederik Kips, zoon van Jan Hendrik Kips en van Cornelia Gerardina Tromer. Geboren te 's-Gravenhage 17 Februari 1825. Overleden te Rotterdam 13 September 1866. Zijn kwartieren waren : Kips Tromer Van Reijn Brillenburg Akkerhuis Van der Steen Kraal Bredero. Dit huwelijk was kinderloos. Geertruida Gerarda de Wit van der Hoop. (1822—1881) Laurentius Bernardus de Wit van der Hoop. (1827—1871) 192 — HOOFDSTUK V (A 4): 9. Geertruida Gerarda de Wit van der Hoop. Geboren te Rotterdam 30 December 1822. Wonende aldaar op de Kruiskade. Overleden te Rotterdam 3 Februari 1881. Ongehuwd. 10. Lydia Johanna de Wit van der Hoop. Geboren te Rotterdam 8 Maart 1825. Overleden te Bodegraven 23 Augustus 1869. Huwt te Rotterdam 6 Juli 1864. Jhr. Johan van Beresteyn, zoon van Jhr. Hugo van Beresteyn en van Jkvr. Anna de Jong van Beek en Donk. Geboren huize Frisselstein te Veghel 26 Maart 1820. Ontvanger der directe belastingen. Overleden te 's-Gravenhage 1 April 1895. Hij hertrouwt te Gouda December 1875 maria Anna jacoba DlEMONT. 11. Laurentius Bernardus de Wit van der Hoop. Geboren te Rotterdam 29 September 1827. Luitenant der dd. Schutterij te Rotterdam, woonde aldaar op de Kruiskade met zijn hiervoor genoemde zusters. Overleden te Rotterdam 25 Februari 1871. Ongehuwd. TAK DE WIT VAN DER HOOP — 193 HUIBERT DE WIT VAN DER HOOP, zoon van laurentius bernardus de WlT van der hoop en van gerarda geer- truida Cantzlaar (van blz. 189). Geboren te Rotterdam 6 December 1810. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 12 Januari 1811. Apotheker aldaar, wonende aan de Mosseltrap. Overleden te Rotterdam 5 Mei 1864. Huwt te Rotterdam 25 October 1843. WILHELMINA VAN ECK, dochter van barent van Eck en van Johanna Maria Blomhert. Geboren te Hillegersberg 11 Augustus 1817. Overleden te Rotterdam 16 Augustus 1893. Uit dit huwelijk sproten 8 kinderen: 1. Een levenloos kind te Rotterdam 27 Juli 1844. 2. Gerarda Geertruida de Wit van der Hoop. Geboren te Rotterdam 31 Augustus 1847. Overleden te Rotterdam 12 April 1848. 3. Levenloos kind, 26 Januari 1849. 4. Een kind, geboren en overleden te Rotterdam 9 H k , A , „ xiuiDert ae wit van der Hoop. Februari 1850. (isio-1864) 5. Een kind, geboren en overleden te Rotterdam 16 Sept. 1851. 6. Laurentius Bernardus de Wit van der Hoop, volgt blz. 194. 7. Johanna Maria de Wit van der Hoop. Geboren te Rotterdam 27 Januari 1858. Overleden te Rotterdam 31 Augustus 1878. 8. Huibert de Wit van der Hoop, volgt blz. 197. 13 194 HOOFDSTUK V (A 4): LAURENTIUS BERNARDUS DE WIT VAN DER HOOP, zoon van HUIBERT DE WlT VAN DER hoop en van WILHELMINA VAN eck (van blz. 193], Geboren te Rotterdam 24 Maart 1855. Handelsagent; woonde tot 1887 te Kralingen, daarna te 's Gravenhage. Huwt 1° te Kralingen 20 Juni 1878. I. HENRIÈTTA MARIA KÖNIG, dochter van johann heinrich Wilhelm König en van henriètta schenk. Geboren te Rotterdam 22 Juli 1859. Overleden te Haarlem 5 October 1905. Dit huwelijk was door echtscheiding ontbonden. Huwt 2° te Utrecht 10 October 1901. II. JETJE (JETSKE) BOOGH, dochter van GlJSBERTUS OLIVIER boogh en van Djieuwke TlGCHELAAR. Geboren te Boskoop 30 Juni 1867. Wonende te 's Gravenhage. Uit het eerste huwelijk sproten 6 kinderen: f. Johanna Maria de Wit van der Hoop. Geboren te Kralingen 25 Maart 1879. Overleden te Kralingen 4 Juli 1879. 2. Johan Hendrik Willem de Wit van der Hoop. Geboren te Kralingen *27 Mei 1880. Overleden te Kralingen 19 September 1880. 3. Johan Hendrik Willem de Wit van der Hoop, volgt blz. 195. 4. Laurentius Bernardus de Wit van der Hoop, volgt blz. 196. 5. Karel Diederik Willem de Wit van der Hoop. Geboren te Kralingen 4 Mei 1884. Overleden te Kralingen 9 Maart 1885. 6. Henriëtta Jansje Wilhelmina de Wit van der Hoop. Geboren te 's Gravenhage 25 November 1892. Wonende eerst te Buiksloot, daarna te Santpoort. Huwt te Heemstede 17 September 1918. Willem Hendrik van Arkel, zoon van Gerrit van Arkel en van Adriana Wilhelmina Petronella Eldermans. Geboren te Utrecht 5 Maart 1882. Candidaat-notaris, wonende te Santpoort, gem. Velsen. Laurentius Bernardus de Wit van der Hoop Huibertszoon. TAK DE WIT VAN DER HOOP — 195 JOHAN HENDRIK WILLEM DE WIT VAN DER HOOP, zoon van Laurentius Bernardus de Wit van der Hoop en van diens eerste echtgenoote Henriëtte Maria König (van blz. 194). Geboren te Kralingen 24 Mei 1881. Kunsthandelaar en expert te Brussel, thans wonende te Ixelles. Huwt te Brussel 23 Juli 1904. MARIE JEANNETTE PRUDENCE LE MORE, dochter van CéSAR EugÈNE ANTOINE LE MORE en van PRUDENCE IsABELLE ROSALIE Capouilliez. Geboren te Schaerbeek 12 September 1866. Uit dit huwelijk sproten 2 kinderen. 1. Brunehilde de Wit van der Hoop. Geboren te Liverpool 1 Maart 1906. 2. Ethel Inez de Wit van der Hoop. Geboren te Brussel 17 October 1907. Overleden te Brussel 28 October 1908. 196 — HOOFDSTUK V (A 4) LAURENTIUS BERNARDUS DE WIT VAN DER HOOP, zoon van LAURENTIUS BERNARDUS DE WlT VAN DER Hoop en van diens eerste echt genootê HenrIËTTE MARIA KöNIG (van blz. 194). Geboren te Kralingen 13 Februari 1883. President of the Lawyers Guaranteed Directory Incorporated te Detroit (U.S.A.). Huwt te Detroit 30 November 1922. AINA MARGARET CUPPETT, dochter van PARSON B. CUPPETT en van ANNA M. LALLANCE. Geboren te Waikiki (Zuid-Amerika) 4 Mei 1893. Dit huwelijk is kinderloos. TAK DE WIT VAN DER HOOP — 197 HUIBERT DE WIT VAN DER HOOP, zoon van Hutbert de Wit van der Hoop en van Wilhelmina van Eck (van blz. 193). Geboren te Rotterdam 13 December 1859. Expediteur bij de firma Schlesing & Co.; boekhouder bij de firma M. van der Hagen en sedert de laatste 30 jaar beambte bij de firma Ruys & Co., thans als chef der afd. Passage v/d Rotterdamsche Lloyd, alles te Rotterdam. Huwt te Rotterdam 17 Mei 1894. CHRISTINA DE REGT, dochter van bastiaan de Regt, directeur der Z.H. Hypotheek Bank, leeraar wiskunde H.B.S. te Rotterdam, en van Christina Rijshouwer. Geboren te Rotterdam 3 Juli 1863. Dit huwelijk is kinderloos. 198 — HOOFDSTUK V (A 4) JAN DE WIT VAN DER HOOP, zoon van laurentius bernardus de WlT van der Hoop en van gerarda geertruida Cantzlaar. (van blz. 189). Geboren te Rotterdam 13 October 1814. Handelaar in effecten; woonde eerst te Rotterdam in de Lombardstraat en sedert 1875 te 's-Gravenhage. Overleden te 's-Gravenhage 4 Juli 1880. Huwt te Rotterdam 13 October 1870.*) MARIA NABBE, dochter van MARIA NABBE. Geboren te Rotterdam 1 Juni 1830. Overleden te 's-Gravenhage 22 April 1894. Hunne 5 kinderen waren: 1. Maria Johanna de Wit van der Hoop. Geboren te Rotterdam 8 October 1858. Wonende te 's-Gravenhage. Huwt te 's-Gravenhage 15 November 1888. Lambertus Wilhelmus Louis Arntz, zoon van Lodewijk Henricus Gerardus Arntz en van Maria Antoinetta Angelique Kegebein. Geboren te Utrecht 2 Maart 1862. Wijnhandelaar. Overleden te Antwerpen 12 October 1918- 2. Johannes de Wit van der Hoop, volgt blz. 200. 3. Anna Paulina de Wit van der Hoop. Geboren te Rotterdam 4 September 1865. \ Wonende te 's-Gravenhage.a) 4. Geertruida Gerarda de Wit van der Hoop. Geboren te Rotterdam 24 September 1866, Wonende te Utrecht. Huwt te 's-Gravenhage 11 November 1896. Johannes Marinus Grolleman, zoon van Hendrik Grolleman en van Geziena Johanna Hilderink. Geboren te Wijhe 5 Maart 1853. Restaurateur (Mij. „E Pluribus Unum"). Overleden te Utrecht 12 Juli 1917. 5. Laurentius Bernardus de Wit van der Hoop, volgt blz. 203. *) Met wettiging van 5 vóór het huwelijk geboren kinderen. ') Zij heeft 2 natuurlijke kinderen: 1. Maria Johanna de Wit van der Hoop, gehuwd te 's-Gravenhage 20 April 1923 met Jan van Teylingen en 2. Geertruida Gerarda de Wit van der Hoop, beiden wonende te 's-Gravenhage. TAK DE WIT VAN DER HOOP — 199 Jan de Wit van der Hoop. Maria Nabbe. (1814—1880). (1830—1894). Laurentius Bernardus de Wit van der Hoop Johannes de Wit van der Hoop 200 — HOOFDSTUK V (4 A) : JOHANNES DE WIT VAN DER HOOP, zoon van jan de WlT van der Hoop en van Maria Nabbe (van blz. 198). Geboren te Rotterdam 26 Juni 1861. Wonende eerst te Rotterdam, sedert 1890 te 's-Gravenhage; achtereenvolgens koetsier, stalknecht en nachtwaker. Huwt te Jaarsveld 5 October 1883. JOHANNA DE GROOT, dochter van Pieter Johannes de Groot en van Cornelia de Bruin. Geboren te Jaarsveld 29 April 1858. Overleden te 's-Gravenhage 29 September 1923. Uit dit huwelijk sproten 7 kinderen: *) 1. Jan de Wit van der Hoop, volgt blz. 202. 2. Pieter Johannes de Wit van der Hoop. Geboren te Rotterdam 10 November 1886. Overleden te Rotterdam 14 November 1886. 3. Cornelia Maria de Wit van der Hoop. Geboren te Rotterdam 11 October 1887. Huwt te 's Gravenhage 27 November 1912. Hendricus Petrus Josephus Hazebroek. Geboren te 's-Gravenhage 21 Augustus 1889. Suikerbakker, wonende te 's-Gravenhage. 4. Maria de Wit van der Hoop. Geboren te Rotterdam 22 April 1890. Huwt te 's-Gravenhage 24 Mei 1916. Frans Antoon Frederik Kipp. Geboren te 's-Gravenhage 4 Maart 1892. Controleur in een bakkerij, wonende te 's-Gravenhage. 5. Petronella Johanna de Wit van der Hoop. Geboren te 's-Gravenhage 29 November 1892. Huwt te 's-Gravenhage 15 Augustus 1917. Jacobus Gerbrant Huis. *)'Van deze kinderen zijn de gezinnen van no. 1, 4 en 7 Ned. Hervormd, van no. 3 Roomsch-Katholiek, van no. 6 de vrouw Remonstrant en de man Ned. Herv. en van no. 5 zonder religie. TAK DE WIT VAN DER HOOP — 201 Geboren te 's-Gravenhage 15 October 1892. Brievenbesteller, wonende te 's-Gravenhage. 6. Geertruida Gerarda de Wit van der Hoop. Geboren te 's-Gravenhage 29 October 1895. Huwt te 's-Gravenhage 20 September 1916. Joseph Hendrik Elisa Bouman. Geboren te Utrecht 11 September 1892. Smid bij de radio-industrie, wonende te 's-Gravenhage. 7. Sophia Margaretha Cornelia de Wit van der Hoop. Geboren te 's-Gravenhage 11 Maart 1900. Huwt te 's-Gravenhage 26 Maart 1924. Johannes Franciscus Vliege. Geboren te 's-Gravenhage 17 April 1899. Apotheker-Assistent, wonende te 's-Gravenhage. 202 — HOOFDSTUK V (A 4): JAN DE WIT VAN DER HOOP, zoon van Johannes de WlT van der hoop en van johanna de Groot (van blz. 200). Geboren te Rotterdam 10 September 1884. Grondwerker, wonende te Tienhoven (Z.-H.) Huwt te Ameide 28 October 1910. JANNIGJE GEERTJE VAN DER WAL, dochter van Bastiaan van der Wal en van Aantje van Wijk. Geboren te Ameide 27 Augustus 1891. Uit dit huwelijk sproten 4 kinderen: 1. Johannis Bastiaan de Wit van der Hoop. Geboren te Meerkerk 18 December 1910. 2. Aantje Johanna de Wit van der Hoop. Geboren te Meerkerk 4 Maart 1912. 3. Johanna Margretha de Wit van der Hoop. Geboren te Tienhoven 15 November 1917. 4. Engelina de Wit van der Hoop. Geboren te Tienhoven 17 Juni 1921. TAK DE WIT VAN DER HOOP — 203 LAURENTIUS BERNARDUS DE WIT VAN DER HOOP, zoon van Jan de WlT van der hoop en van maria NabbE (van blz. 198). Geboren te Rotterdam 25 December 1868. Arbeider, wonende te 's-Gravenhage. Huwt te Klundert 18 Februari 1892. MAAIKE HEYSTEK, dochter van cornelis heystek en van maria lambregts. Geboren te Willemstad 9 Februari 1870. Uit dit huwelijk sproten 7 kinderen: 1. Maria de Wit van der Hoop. Geboren te Klundert 14 October 1890. 2. Jan Cornelis de Wit van der Hoop. Geboren te 's-Gravenhage 31 Juli 1892. Overleden aldaar 5 December 1892. 3. Cornelis de Wit van der Hoop. Geboren te 's-Gravenhage 18 October 1893. Overleden aldaar 24 Februari 1894. 4. Alida de Wit van der Hoop. Geboren te 's-Gravenhage 3 December 1894. Overleden aldaar 12 Maart 1895. 5. Laurentius Bernardus de Wit van der Hoop. Geboren te 's-Gravenhage 4 Maart 1896. 6. Alida de Wit van der Hoop. Geboren te 's-Gravenhage 27 Juli 1898. Huwt te 's-Gravenhage 11 JuÜ 1923. Johannes Roepers. Geboren te Dordrecht 27 Augustus 1894. Boekdrukker, wonende te 's-Gravenhage. 7. Jan Cornelis de Wit van der Hoop. Geboren te 's-Gravenhage 27 November 1899. Overleden aldaar 26 Juli 1903. 204 HOOFDSTUK V (A 4) : TAK DE WIT VAN DER HOOP Francois de Wit van der Hoop. Cornelia Margaretha van der Rijk. FRANCOIS DE WIT VAN DER HOOP. zoon van Laurentius Bernardus de Wit van der Hoop en van Gerarda Geertruida Cantzlaar (van blz. 191). Geboren te Rotterdam 5 October 1818. Koopman in grutterswaren enz. 4 Woonde van 1845-1857 te Bleiswijk, daarna tot 1859 te Rotterdam, van 1859—1879 opnieuw te Bleiswijk, daarna te Delfshaven en Katendrecht. Overleden te Rotterdam (Katendrecht) 5 September 1902. Huwt te Bleiswijk 30 Augustus 1849. CORNELIA MARGARETHA VAN DER RIJK, dochter van Ds. matthias van der RlJK en van wilhelmina catharina Rond. Geboren te Zevenhuizen 3 Januari 1808. Overleden te Rotterdam 17 Juli 1890. Dit huwelijk was kinderloos. A 5. De vierde Rotterdamsche tak Van der Hoop—Hartsen. 206 HOOFDSTUK V (A 5): Johan van der Hoop * Arnhem, omstr. 1655. t Arnhem, 1 Nov, 1702. x Arnhem, 1 Mei 1681. Anna Sprongh "Arnhem, 22 Juni 1649. t Arnhem, 28 Aug. 1693. Adriaen Sleght * Rotterdam, 9 April 1669 tRotterdam, 13 Juli 1737 x Rotterdam, 17 Nov. 1688 Margaretha van der Heim * Rotterdam, 25 Mei 1671. t Rotterdam, 13 Jan. 1705. Isaac van Eck * Rotterdam, t ' x Rotterdam, 22 Aug. 1706 Geertruyd van Santen Ged. (R.K.) Rotterdam, 9 Febr. 1680. t Rotterdam, 17 Juli 1753. Huybert van lockhorst "Rotterdam, 4 Jan. 1671. tRotterdam, Maart 1730. Catharina Rees "Rotterdam, 11 Jan. 1682. tRotterdam, Jan. 1759. Johan van der Hoop Johanna Sleght Koopman te Rotterdam. "Rotterdam, 19 Nov. 1701. "Arnhem, 18 Aug. 1686. tRotterdam, 16 Juli 1760. t Rotterdam, 1 Oct. 1767. x Rotterdam, 30 Dec. 1732. Jan van Eck Catharina van Ged.Rotterdam,6Dec. 1707. LOCKHORST tRotterdam, 20 Maart 1788. Ged.Rotterdam, 1 April 1716. x Rotterdam, 14 April 1734. t Rotterdam, 16 Mei 1765. Adriaan van der Hoop Catharina van Eck Koopman te Rotterdam. "Rotterdam, 3 Mei 1739. "Rotterdam, 23 Febr. 1734. tRotterdam, 27 Oct. 1799. t Rotterdam, 2 Mei 1796. x 2° Rotterdam, 4 Febr. 1703. Jacobus van der Hoop Commissaris der Amsterdamsche en Haarlemsche Binnenveeren. * Rotterdam, 7 Aug. 1783. t Rotterdam, 29 Jan. 1854. x Amsterdam, 14 Aug. 1808. kinderen: 1. Catharina van der Hoop. 2. Jan van der Hoop. 3. Adriaan van der Hoop. 4. Agatha Petronella van der Hoop. 5. Sara van der Hoop. 6. Jacobus van der Hoop. TAK VAN DER HOOP—HARTSEN — 207 Anselmus Hartsen Amsterdam, 1686. t xAbcoude,20Octoberl714 Cecilia van Voorst Ameldoncksdr. 1686. t Anthony Hartsen Koopman enTooneeldichter * Amsterdam, 7 Nov. 1719. t Amsterdam, 24 Mei 1784. Jan Hooft * Haarlem, 1684. t x Amsterdam, 9 Oct. 1708. Anna Rave Abrahamsdr. * Amsterdam, 1684. t Louisa Hooft * Amsterdam, 1725. x Amsterdam, 6 April 1745. Cornelis van Vollenhoven "Rotterdam, 9 Sept. 1690. tRotterdam, 28 Juli 1768. x Rotterdam, 5 Juni 1713. Anna van Ingen "Rotterdam, 14 Sept. 1691. tRotterdam, 30 Mei 1761. Jan van Vollenhoven * Rotterdam, 16 Oct. 1723. t Rotterdam, 12 Juli 1770. x 2° Rotterdam, 26 Juli 1752' Mr. Francois van der Hoeven Heer van Tienhoven "Rotterdam, 19 Aug. 1685. t Rotterdam, 6 Dec. 1765. x Rotterdam, 30Sept. 1723. Johanna Leers * Rotterdam, 22 Jan. 1697. Begr. Rotterdam, 17 Dec. 1755. Maria van der Hoeven * Rotterdam, 26 April 1730. t Rotterdam, 6 Dec. 1798. Jan Hooft Hartsen Agatha Petronella van Vollenhoven * Amsterdam, 20 Nov. 1749. Ged. Rotterdam, 12 Sept. 1757. t Amsterdam, 15 Aug. 1797. t Amsterdam, 28 Oct. 1834. x Rotterdam, 29 Oct. 1767. Sara Hartsen * Amsterdam, 7 Juli 1785. t Rotterdam, 9 Maart 1864. 7. Johanna Paulina van der Hoop. 8. Louise van der Hoop. 9. Francois van der Hoop. 10. Anthony van der Hoop. 11. Mattheus Pieter van der Hoop. 12. Huibert van der Hoop. 208 — HOOFDSTUK V (A 5) JACOBUS VAN DER HOOP, jongste zoon van adriaan van der Hoop en van diens tweede echtgenoote catharina van eck (van blz. 130). Geboren te Rotterdam 7 Augustus 1783. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 23 Augustus 1783. Overleden te Rotterdam 29 Januari 1854. Onderttouwt te Rotterdam en te Amsterdam resp. 23 en 22 Juli 1808. *) Huwt te Amsterdam 14 Augustus 1808. SARA HARTSEN,2) dochter van jan hooft hartsen en van agatha petronella van vollenhoven. Geboren te Amsterdam 7 Juli 1785. Overleden te Rotterdam 9 Maart 1864. Jacobus van der hoop was commissaris der Amsterdamsche en Haarlemsche binnenveeren te Rotterdam, wonende eerst Korte Hoogstraat e 275, daarna in den Oppert nr. 28. Hij en zijn echtgenoote testeerden op 15 December 1845 voor notaris R. Bordewijk aldaar, waarbij zijn vrouw het vruchtgebruik der geheele nalatenschap ontving. Uit hun huwelijk sproten 12 kinderen : 1. Catharina van der Hoop. Geboren te Rotterdam 24 Augustus 1809. Gedoopt (Remonstrant) aldaar 3 October 1809. Woonde te Rotterdam in de Wijnstraat te samen met haar ongehuwden jongsten broeder Huibert. Overleden te Rotterdam 8 Mei 1891, 81 jaar oud. Ongehuwd. 2. Jan van der Hoop (1811—1897), volgt blz. 213. •) Kerkel. inteekenreg. Amsterdam nr. 657, fo. 47. In tegenstelling met al. zijn voorouders en familieleden huwde hij niet voor schepenen, doch in de Hervormde kerk, waardoor zijn huwelijk in het Inteekenregister der Kerk voorkomt en niet van de pui werd afgekondigd. Beiden waren evenwel Remonstrant. Sara Hartsen, echtgenoote van 2) Haar kwartieren vindt men op blz. 207. Jacobus van der Hoop. TAK VAN DER HOOP—HARTSEN — 209 3. Adriaan van der Hoop. Geboren te Rotterdam 20 Juli 1813. Lid van de firma Roggenbach en van der Hoop in minerale wateren enz. te Rotterdam. Overleden te Rotterdam 17 September 1880. Ongehuwd. 4. Agatha Petronella van der Hoop. Geboren te Rotterdam 30 September 1814. Overleden te Amsterdam 25 April 1886. Huwt te Rotterdam 3 September 1834. jan van Eik 1), zoon van Mr. JosuA van Eik en van Maria Hartsen, haar volle neef. Geboren te Amsterdam 19 Augustus 1805. Wijnkoopman aldaar. Overleden te Amsterdam 31 Maart 1864. Uit dit huwelijk sproten 6 kinderen. 5. Sara van der Hoop. Geboren te Rotterdam 26 November 1815. Overleden te Rotterdam 23 Februari 1870. Huwt te Rotterdam 18 April 1838. Abraham van Stolk *), zoon van Cornelis van Stolk en van anna johanna havelaar. Geboren te Rotterdam 24 Januari 1814. Majoor der Kon. Scherpschutters aldaar. Heer van Ameide, Ovezande en 's Heerenhoek. Officier in de Orde van den Eikenkroon en ridder van de Kroon-orde van Italië. Overleden te Rotterdam 6 Februari 1896. Uit dit huwelijk sproten kinderen. 6. Jacobus van der Hoop (1818—1884), volgt blz. 220. 7. Johanna Paulina van der Hoop. Geboren te Rotterdam 24 Januari 1820. Overleden te Zeist 2 October 1908. Huwt te Rotterdam 23 October 1850. Adriaan van Vollenhoven1), zoon van Jan van Vollenhoven en van Geertruida van der Hoop (zie blz. 128), haar volle neef. Geboren te Rotterdam 23 Januari 1801. Houthandelaar te Rotterdam. Overleden te Rotterdam 25 Juni 1871. Hij was weduwnaar van rudolphina maria Louise Baelde, en had uit elk zijner 2 huwelijken 6 kinderen. Het huis in den Oppert, bewoond door Jacobus van der Hoop. 1) Zie Stam- en Wapenboek van Aanzienlijke Nederlandsche Familiën. Zie over Abr. van Stolk ook noot 4 op blz. 137. 14 210 — HOOFDSTUK V (A 5) Agatha Petronella van der Hoop. Jan van Eik. (1814—1886) ^ (1805—1864) Anthony van der Hoop. (1824—1868) Sara van der Hoop. (1815—1870) Abraham van Stolk. (1814—1896) TAK VAN DER HOOP—HARTSEN — 211 Adriaan van Vollenhoven. * (1801 — 1871) Johanna fauuna van der Hoop. (1820—1908) 8. LOUISA VAN der HOOP, Geboren te Rotterdam 27 Juli 1821. Overleden te Rotterdam 12 Augustus 1821. Begraven aldaar in de Groote Kerk, Middenpand in het familie-graf nr. 249 den 19 Augustus 1821. Huibert van der Hoop. (1827—1914) 9. Francois van der Hoop. Geboren te Rotterdam 23 April 1823. Overleden te Rotterdam 27 April 1823. 10. Anthony van der Hoop. Geboren te Rotterdam 5 December 1824. Graanhandelaar aldaar. Overleden te Rotterdam 21 September 1868. Ongehuwd. 11. Mattheus Pieter van der Hoop (1826—1883), volgt blz. 223. 12. Huibert van der Hoop. Geboren te Rotterdam 22 Juli 1827. : Woonde te Oosterbeek en te Rotterdam, Wijnhaven. Overleden te Rotterdam 23 Januari 1914. Ongehuwd. 212 — HOOFDSTUK V (A~ 5) Jan van der Hoop Jacszn. (1811—1897) TAK VAN DER HOOP^HARTSEN — 213 JAN VAN DER HOOP JACOBUSZN.1) zoon van Jacobus van der Hoop en van Sara Hartsen, (van blz. 208). Geboren te Rotterdam 4 September 1811. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 22 September 1811. Notaris te Rotterdam, benoemd bij K. B. 24 Nov. 1835, op verzoek als zoodanig eervol ontslagen 24 Nov. 1875 na 40-jarige ambtsbediening. Lid van den Raad van Rotterdam sedert 1 Sept. 1851 tot 1889. Voorzitter van het Bestuur van de Rotterdamsche Diergaarde, waarvan hij een der oprichters was, sedert 1 Mei 1857. Ridder 2e kl. van de Hert. Saksische Ernestinische Huisorde (K. B. 15 Jan. 1877). Woonde te Rotterdam op de Leuvehaven. Overleden te Rotterdam 19 Augustus 1897. / & H . Huwt te Amsterdam 17 Maart 1841. AGATHA PETRONELLA HARTSEN, dochter van Anthonie Hartsen en van Helena de Bruyn. Geboren te Amsterdam 4 Februari 1814. Overleden te Rotterdam 30 Mei 1878. Uit dit huwelijk sproten 4 kinderen: 1. Jacobus van der Hoop (1842—1906), volgt blz. 215. •) Zie over hem en zijn geslacht: Alg. Nederl. Familieblad jg. 1883 nr. 14, waar ook zijn portret is afgebeeld, en welk artikel verscheen bij gelegenheid van het 25-jarig bestaan van de Diergaarde. Jacobus van der Hoop Jansz Anthony Hartsen Van der Hoop Jansz. 214 — HOOFDSTUK V (A 5) Agatha Petronella Hartsen. Jan van der Hoop Jaczn. (1814-1878) (1811-1897) 2. Anthony Hartsen van der Hoop. Geboren te Rotterdam 14 Augustus 1843. Overleden te Honnef 28 Juni 1876. Ongehuwd. 3. Sara van der Hoop. Geboren te Rotterdam 25 October 1844. Overleden te Rotterdam 28 JuÜ 1916. Huwt te Rotterdam 13 Mei 1874 haren oom Mattheus Pieter van der Hoop, weduwnaar van Adriana Mees, zie blz. 223. 4. Helena van der Hoop. Geboren te Rotterdam 27 Juni 1847. Overleden te Rotterdam 29 November 1852. 4) Bij zijn geboorte ingeschreven als ■ANTHONY VAN DER HOOP, heette later ANTHONY HARTSEN VAN DER HOOP. TAK VAN DER HOOP—HARTSEN — 215 Elsabina Suzanna Aletta Vreede, echtg. v. Jacobus van der Hoop, met hare vier kinderen. JACOBUS VAN DER HOOP JANSZN., zoon van JAN VAN DER HOOP JACOBUSZN. en van AGATHA PETRONELL a HARTSEN (van blz.213). Geboren te Rotterdam 7 Augustus 1842. Notaris te Rotterdam, benoemd 24 Nov. 1875, ter vervanging van zijn vader. Op verzoek eervol ontslagen als zoodanig bij K.B. d.d. 4 April 1891 nr. 32, met ingang van 10 April d.a.v. Overleden te Schiedam 3 Februari 1906. Huwt 1° te Rotterdam 18 Juni 1874. I. ELSABINA SUZANNA ALETTA VREEDE, dochter van ERNST ElizA VREEDE en van CORNELIA AüRIANA barones VAN HEECKEREN VAN BRANDSENBURG. Geboren te Tilburg 5 Juli 1854. Overleden te Schoorl 21 Februari 1911. 216 — HOOFDSTUK V (A 5) : Dit huwelijk werd 1 Februari 1890 door echtscheiding ontbonden. Huwt 2° te Rotterdam 14 April 1891. Ui IDA LOUISE EMMA DALLMER, dochter van Fritz Dallmer en van Julie Brandt. Geboren te Frankfort a. O der 30 Maart 1862. Wonende te 's-Gravenhage. Uit het eerste huwelijk sproten 4 kinderen: 1. Jan van der Hoop, volgt blz. 217. 2. Ernst Eliza van der Hoop, volgt blz. 218. 3. Agatha Petronella van der Hoop. Geboren te Rotterdam 11 December 1877. Wonende te Schagen, Ongehuwd. 4. Anthqny Hartsen van der Hoop, volgt blz. 219. Uit het tweede huwelijk sproten 3 kinderen: 5. Arthur Friedrich van der Hoop. Geboren te Wiesbaden 9 Maart 1892. Ambtenaar bij de Rijksbelastingen, wonende te 's-Gravenhage. Ongehuwd 6. Julie Ida Jacoba .van der Hoop. Geboren te Rotterdam 16 Augustus 1895. Wonende te 's-Gravenhage. Huwt te 's-Gravenhage 14 Juni 1922. Frederik Rackwttz, zoon van Dirk Rackwitz en van Neeltje van der Gijp. Geboren te Dordrecht 20 December 1892. Eerst boekhouder bij den dienst van 's Rijks schatkist, thans commies aan het Departement van Koloniën. 7. Sara Francoise Anna van der Hoop. Geboren te Rotterdam 24 November 1898. Schrijfster aan het Hoofdbestuur der Posterijen en Telegraphie te 's-Gravenhage. TAK VAN DER HOOP—HARTSEN — 217 JAN VAN DER HOOP, zoon van jacobus van der hoop Janzn. en van diens eerste echtgenoote elsabina Suzanna Aletta Vreede (van blz. 216). Geboren te Rotterdam 15 April 1875. Directeur der Ned. Alg. Mij. van Levensverzekering Conservatrix, wonende te Baarn. Huwt te Oosterbeek 15 September 1911. JOHANNA MARTINA WILHELMINA DE LA HAYZE, dochter van Jan de la Hayze en van Laurentia Adriana van Marle. Geboren te Rotterdam 8 Mei 1878. Dit huwelijk is kinderloos. 218 — HOOFDSTUK V [A 5) ERNST ELIZA VAN DER HOOP, zoon van jacobus van der hoop Janzn. en diens eerste echtgenoote elsabina Suzanna Aletta Vreede (van blz. 216). Geboren te Rotterdam 21 April 1876. Directeur der Kon. Delftsch-aardewerkfabriek „de Porceleine Fles", wonende te Delft; lid van den Voogdijraad aldaar en van het Remonstrantsch Kerkbestuur. Huwt te 's Gravenhage 26 Maart 1903. ELISABETH FEITH,1) dochter van MaRINUS CORNELIS feith en van sophia FrEDERIKA mathilde KERVEZEE. Geboren te 's Gravenhage 25 Juni 1880. Uit dit huwelijk sproten 2 kinderen: 1. Marinus Cornelis van der Hoop. Geboren te Hof van Delft 9 Januari 1905. 2. Elsabina Suzanna Aletta van der Hoop. Geboren te Hof van Delft 3 Juli 1911. •) Zie dit geslacht FEITH in Nederland's Patriciaat, jg. 1824. TAK VAN DER HOOP—HARTSEN — 219 ANTHONY HARTSEN VAN DER HOOP,1) zoon van Jacobus van der Hoop en van diens eerste echtgenoote Elsabina Suzanna Aletta Vreede, (van blz. 216). Geboren te Rotterdam 8 December 1878. Oud-administrateur bij de Deli-Maatschappij, thans wonende te Baarn. Huwt bij volmacht te Medan en te Wageningen 12 Juli 1917. WILLEM IN A MARIA CORNELIA LIJSEN, dochter van Christoffel Wilhelmus Lijsen en van Maria Cornelia Cornelis. Geboren te Wageningen 19 December 1881. Dit huwelijk is Kinderloos. ») Hij verkreeg bij K. B. d.d. 30 Apr. 1880 vergunning den naam Hartsen voor zijn famUienaam te voegen. 220 — HOOFDSTUK V (A 5] Jacobus van der Hoop Jaczn. AUda Johanna Lafeber. JACOBUS VAN DER HOOP, zoon van Jacobus van der Hoop en van sara Hartsen (van blz. 209). Geboren te Rotterdam 19 November 1818. Makelaar, wonende sedert 1854 te Gouda en sedert 1864 te Bergen op Zoom. Overleden te Bergen op Zoom 18 Maart 1884. Huwt te Gouda 7 Juni 1865. ALIDA JOHANNA LAFEBER, dochter van Abraham Lafeber en van Maria Elisabeth Goedhart. Geboren te Gouda 17 Juni 1842. Overleden te Bergen op Zoom 14 April 1876. Uit dit huwelijk sproten 4 kinderen. 1. Sara van der Hoop. Geboren te Bergen op Zoon 7 October 1866. Overleden aldaar 20 Maart 1867. 2. Sara' van der Hoop. Geboren te Bergen op Zoom 4 October 1868. Overleden te Zutphen 21 Januari 1913. TAK VAN DER HOOP—HARTSEN — 221 Huwt te Rotterdam 21 September 1899. Abraham Meinster, zoon van Cornelis Meinster en van Cornelia Landheer. Geboren te Oud-Beierland 16 Juni 1865. Uitgever te Zutphen; res. luitenant-kolonel der infanterie-landweer. Dit huwelijk was kinderloos. 3. Abraham van der Hoop, volgt blz. 222. 4. Johanna Maria van der Hoop. Geboren te Bergen op Zoom 19 December 1872. Overleden aldaar 23 Augustus 1875. 222 — HOOFDSTUK V (A 5) ABRAHAM VAN DER HOOP, zoom van Jacobus van der Hoop en van Alida Johanna Lafeber (van blz. 221). Geboren te Bergen op Zoom 14 Februari 1871. Vernisfabrikant firma van Wijk & Co. te Rotterdam. Huwt 1°. te Nijmegen 8 September 1908. L JACOBA ANNIE JEANNETTE IN T VELT, dochter van Jan arnold Adriaan in 't Veld, majoor der infanterie O. I. L., en van Jacoba Sophia Bartholda Johanna van Resteren. Geboren te Meester Cornelis 29 December 1877. Overleden te Rotterdam, 12 Mei 1923. Huwt 2°. te Rijswijk (Z.-H.) 26 Juni 1924. II. JOHANNA VAN VOLLENHOVEN, dochter van Jan van Vollenhoven, houthandelaar, en van diens tweede echtgenoote Isabella Maria van Gennep. Geboren te Rotterdam 10 Juni 1877. Uit het eerste huwelijk sproten 2 kinderen: 1. Jacoba Alida van der Hoop. Geboren te Rotterdam 30 September 1909. 2. Jacobus van der Hoop. Geboren te Rotterdam 30 Januari 1912. TAK VAN DER HOOP-HARTSEN — 223 Mattheus Pieter van der Hoop Adriana Mees, eerste echtg. v. M. P. van der Hoop, (1826—1883) (1829—1865) met zijn oudste dochter Sara. met haar oudsten zoon Jacobus. Z- Mt,ndf:.iK VY/' MATTHEUS PIETER VAN DER HOOP, zoon van Jacobus van der Hoop en van sara Hartsen (van blz. 211). Geboren te Rotterdam 12 Februari 1826. Wijnkooper aldaar, eerst firma van der Hoop & van Andel tot 1861. daarna firma Roest, van der Hoop & Co. Overleden te Rotterdam 18 December 1883. Huwt 1°. te Rotterdam 12 Juli A85t}./**V L ADRIANA MEES,1) dochter van GreoORIUS Mees en van ANNA HELENA SpRENGER VAN ElJK. Geboren te Rotterdam 16 Juni 1829. Overleden te Rotterdam 16 November 1865. Uit dit huwelijk sproten 7 kinderen. Huwt 2°. te Rotterdam 13 Mei 1874 zijn nicht II. SARA VAN DER HOOP, dochter van Jan van der Hoop jacobuszn. en van agatha Petronella hartsen (zie blz. 214). Geboren te Rotterdam 25 October 1844. Overleden te Rotterdam 28 Juli 1916. ') Zie Stam- en Wapenboek van Aanzienlijke Nederlandsche Familiën en Nederlands Patriciaat, jg. 1911. 224 — HOOFDSTUK V (A 5) Uit dit 2°. huwelijk sproten 4 kinderen. Deze 11 kinderen waren: t. Jacobus van der Hoop. Geboren te Rotterdam 9 Mei 1855. Overleden aldaar 11 Maart 1856. 2. Hendrik Willem van der Hoop. Geboren te Rotterdam 29 December 1857. Wijnhandelaar, lid der fa. Roest, van der Hoop & Co. te Rotterdam en Gouda. ■ Overleden te Amsterdam 28 April 1902. Ongehuwd. ST18V5a9-1es;i"OOP 3. Sara van der Hoop. echtg-v" james henry rin6rose; Geboren te Rotterdam 25 Januari 1859. Overleden te Rotterdam 12 Mei 1891, begraven op het kerkhof Schoonderloo. Huwt te Rotterdam 11 Mei 1882. James Henry Ringrose, zoon van Faulkner Philips Ringrose en van Mary Holmes. Geboren te Rotterdam 28 December 1856. Commissionnair en expediteur, firma Ringrose Sons te Rotterdam. Overleden te Utrecht 21 Februari 1897. 4. Anna Helena van der Hoop. Geboren te Rotterdam&Juli 1860. Overleden aldaar 14 Maart 1861. 5. Jacobus van der Hoop. Geboren te Rotterdam 27 Juni 1862. Cargadoor, firma van der Hoop & Co. te Amsterdam, wonende aldaar. Ongehuwd. 6. Adriana van der Hoop. Geboren te Rotterdam 6 November 1865. Huwt te Rotterdam 7 April 1892. Engel Pieter Dutilh, zoon van Francois Corneille Dutilh en van Maria Christina de Monchy. Geboren te Rotterdam 22 Mei 1860. Assuradeur, wonende te Oosterbeek. Zijn kwartieren zijn: Dutilh De Monchy Voüte Mees Van Meerlo . Huisinga Dekker Le Clerc Van Oordt. 7. Anna Helena van der Hoop. Geboren te Rotterdam 7 April 1864. Overleden te Rotterdam 24 Maart 1867. 8. Jan van der Hoop (volgt blz. 226). TAK VAN DER HOOP—HARTSEN — 225 9. Agatha Petronella van der Hoop. Geboren te Rotterdam 8 September 1877. Redactrice van verschillende Kinder-periodieken. Huwt te Rotterdam 31 Mei 1906. Frans Gass, zoon van Georg Gass en van Marianne Schweinberger. Geboren te Drösing (Neder-Oostenrijk) 24 Januari 1866. Expediteur en cargadoor, firma Fr. Gass en Gass en Herfürth, wonende te Rotterdam. 10. Mattheus Pieter van der Hoop, volgt blz. 227. 11. Adriaan van der Hoop. Geboren te Rotterdam 4 Februari 1884. Overleden te Rotterdam 17 Juli 1884. Sara van der Hoop, tweede echtg. v. Mattheus Pieter van der Hoop, met haar oudsten zoon Jan. 15 226 — HOOFDSTUK V (A 5) Fichesdoos van lakwerk in het bezit van den tak Van der Hoop-Hartsen (thans bij den heer J. van der Hoop te 's-Gravenhage) met het familiewapen op alle deksels en fiches. JAN VAN DER HOOP, zoon van MATTHEUS PlETER van der Hoop en van diens tweede echtgenoote SARA van DER Hoop (van blz. 224). Geboren te Rotterdam 13 April 1876. Boekhouder, wonende te 's-Gravenhage. Huwt te 's-Gravenhage 16 November 1921. JOHANNA MARIA GREEP, dochter van christiaan bernardus greep en van bendina christina elisabeth Maartens. Geboren te Hilversum 21 Februari 1894. Dit huwelijk is kinderloos. TAK VAN DER HOOP—HARTSEN — 227 MATTHEUS PIETER VAN DER HOOP, zoon van MATTHEUS PlETER van DER hoop en van diens tweede echtgenoote Sara van DER Hoop (van blz. 225). Geboren te Rotterdam 8 September 1879. Lid van de firma Besselaar & Co. te Rotterdam. Huwt te Schiedam 8 Mei 1917. JOHANNA MARIA NOLET, dochter van Aloysius Henricus Nolet en van Cornelia Maria Melchers. ' Geboren te Schiedam 29 April 1883. Uit dit huwelijk sproten 2 kinderen (R.K.): 1. Cornelia Maria van der Hoop. Geboren te Rotterdam 25 September 1918. 2. Mattheus Pieter van der Hoop. Geboren te Rotterdam 16 Februari 1922. 228 HOOFDSTUK V: Met den tak Van der HOOP-hartsen (de jongste der vier nog levende Rotterdamsche takken) is tevens de geheele, talrijke nakomelingschap van Johan van der Hoop Johanszn. — afdeeling A van dit hoofdstuk — beschreven. Thans blijft nog te behandelen zijn jongste, eveneens te Rotterdam gevestigde broeder Cornelis van der HOOP johanszn. — afdeeling B — wiens tak echter reeds in 1818 is uitgestorven. DE ROTTERDAMSCHE TAKKEN [B] — 229 B cornelis van der hoop johanszn. en zijn nakomelingschap. CORNELIS VAN DER HOOP, zoon van Johan van der Hoop en van diens eerste echtgenoote Anna Sprongh (van blz.55). Geboren te Arnhem 2 Januari 1690. Overleden te Rotterdam 25 Maart 1750. Begraven te Rotterdam 31 Maart 1750. Huwt te Rotterdam 19 November 1732. AGATHA VERBURGH, dochter van Dionys Verburgh en van Clara Bouwens 1). Geboren te Rotterdam 20 Januari 1704. Overleden te Rotterdam 10 December 1760. Begraven te Rotterdam 15 December 1760. Over Cornelis van der Hoop — die genoemd was naar zijn grootvader Cornelis sprongh — is bij zijn hiervoor behandelden broeder Johan reeds een en ander medegedeeld. Ook hij vestigde zich te Rotterdam, waar hij in 1718 het eerst vermeld wordt, blijkens eene te Arnhem op 26 Januari 1718 door Hermanus Muys afgegeven volmacht aan den E. Cornelis van der Hoop, coopman te Rotterdam 8); ook hij wordt genoemd in de testamenten van 28 Februari 1725 van zijn stiefmoeder henrica brouwers en van zijn broeder bartholomeus van der hoop. Bij de opening op 24 Maart 1730 van dat van dezen laatste was hij persoonlijk te Arnhem tegenwoordig. Ook zijn handteekening werd in het Familie-archief teruggevonden onder de kwitanties op 7 April 1719 aan zijn stiefmoeder afgegeven, na afwikkeling van den onverdeeld gebleven boedel van zijn vader (zie blz. 51). Ook hebben wij reeds medegedeeld, dat hij in compagnieschap met zijn broeder johan een groothandel dreef in drogerijen, waaromtrent een der Contracten van Sociëteit dd. 8 Nov. 1732 voorkomt in het Protocol van Not. W. boon te Rotterdam. Evenals zijn broeder woonde bij op de Wijnhaven, doch aan de overkant, de Zuidzijde. In het Kohier der Verponding over 1743—44 vindt men onder nr. 5774: C. van ') Clara Verburgh geboren Bouwens was weduwe van Gusbert van Meel, f 1699. ') Procuratieboek van Arnhem, dl. 1710—1720. 230 HOOFDSTUK V: der Hoop, coopman, 2 dienstboden, f 300.— huurwaarde, Wijnhaven Z.z. Het was een gehuurd huis, een eigen perceel heeft Cornelis nimmer aangekocht. In hetzelfde jaar als — en één maand eerder dan zijn broeder — trad Cornelis VAN der hoop in het huwelijk. Voor notaris W. BOON1) maken op 27 October 1732 huwelijksche voorwaarden: Cornelis VAN der Hoop, meerderjarig jongman, koopman, en AGATHA Verburg, meerderjarige jonge dochter, geassisteerd met haar moeder Clara BOUWENS, weduwe DiONYS verburg. Bij overlijden van zijn vrouw zonder kinderen na te laten zal de overlevende 6000 gl. ontvangen uit de door de echtgenoote na te laten goederen; sterft de man eerder — zonder kinderen na té laten — dan zal de douairie voor de weduwe f 12.000 bedragen. Het contract draagt de handteekeningen van bruid, bruidegom en getuige. Het eerste gebod ging 2 November 1732, het huwelijk werd 19 November d.a.v. voor schepenen van Rotterdam voltrokken. 2) Ook CORNELIS' echtgenoote behoorde tot eene bekende Remonstrantsche familie te Rotterdam en hij kwam daardoor — evenals zijn broeder Johan — in den kring der aanzienlijkste Remonstrantsche geslachten van de stad zijner inwoning. Zijn vrouw's afstamming blijkt uit den hierbij gevoegden kwartierstaat. Bijna 18 jaar na zijn huwelijk overleed cornelis van der hoop op 25 Maart 1750, nalatende een weduwe en een dochter. Hij werd begraven in de Groote Kerk in de Trans graf nr. 46, welk graf aan de familie zijner vrouw behoorde. Het was met een ander graf aldaar, n.1. nr. 44, van de familie van Meel op de familie Bouwens vererfd, in de persoon van zijn schoonmoeder Clara Bouwens (f 1746); van deze kwam nr. 44 aan de familie VAN VOLLENHOVEN en nr. 46 aan MARGARETHA VERBURGH, daarna aan jan DiONYS VERBURGH en van dezen aan CORNELIS' straks te noemen dochter Anna Agatha van der Hoop.8) Zijn begraven is als volgt ingeschreven: 31 Maart 1750 Kornelis van der Hoop man van Agatha Verburg, Wijnhaven, één minderjarig kind. Zijn vrouw overleefde hem 10 jaar, zij stierf 10 December 1760 en werd den 15 d.a.v. begraven in de Groote Kerk in het graf nr. 132 van het Noordpand, zijnde een familiegraf van het geslacht Cockuyt, waartoe haar schoonzoon behoorde.4) Uit hun huwelijk waren twee kinderen gesproten: 1. Jan Dionys van der Hoop. Geboren te Rotterdam 10 Maart 1734. *) Notar. protocol van Rotterdam nr. 2237, acte nr. 85. *) Onder de handschriften, Gemeente-archief te Rotterdam, berust als nr. 285: Bruiloftzang op het huwelijk van Kornelis van der Hoop en Agatha Verburg, Rotterdam den 19n van Slachtmaand 1732, door Willem van der Pot. ') Zie Register van Begraafplaatsen in Groote Kerk te Rotterdam, dl. I 1694—1832, Hoog Choor en Trans, nr. 44 en 46. 4) Idem, idem, Noortpant nr. 132. E KWARTIEREN VAN AGATHA VERBURGH ECHTGENOOTE VAN CORNELIS VAN DER HOOP Corstiaan Denysz. Verburgh x Janneken Laurensdr. Thomas N. x Jochem Jansz. Oudaen x Alligje Fransdr. Jan van der Kodde Bouwen Bouwens te Delfshaven x N. Gamels x Jasper Otto'sz. Selkart Janneken Christiaensdr. Jacob Jansz. Stout x Eeuwitje Baltens C/3 w h j 3j 03 Dionys Verburgh Corstiaensz. drapenier v. Tilburg geb. 1581 begr. R. tusschen 4 en 11 Mrt. 1646 x Rotterdam 2 Mei 1603 Pietertjen Thomasdr. geb. Tilburg begr. R. tusschen 16 en 23 Nov. 1649 Frans Jochems Oudaen broodbakker te Rijnsburg Maria Jansdr. van der Kodde Hugo Bouwens Koopman en Havenmeester te Ostende geb. t Ostende 17Mei 1639 Clara Gamels geb. t Ostende, begr. 6 Dec. 1632 Hendrik Selkart lakenkooper geb. Rotterdam begr. R. tusschen 20 en 27 Aug. 1662 ondertr. R. 29 Mrt. 1642 Margaretha Stout geb. Amsterdam t Rotterdam 7 Aug. 1693 Jan Verburgh winkelier te Rotterdam geb. Rotterdam t 21, begr. Rotterdam 25 Oct. 1691 tr. Rijnsburg Febr. 1650 ondertr. Rotterdam 16 Febr. t.v. Aeltje (Ariaentje) Oudaen geb. Rijnsburg f vóór Oct. 1691 Dionys Verburgh wijnkoopman te Rotterdam geb. Rotterdam 26 Sept. 1654 t Rotterdam 17 April 1719 tr. Rotterdam 18 Dec. 1701 Hugo Bouwens brouwer te Rotterdam geb. Ostende ± 1630 f Rotterdam, 1 Jan. 1693 tr. 1°. Rotterdam 9 Sept. 1668- Cornelia Selkart geb. Rotterdam t Rotterdam 23 Nov. 1679 hij tr. 2°. Agatha Paets Clara Bouwens (Wed. GlJSBERT van Meel f 1699) geb. Rotterdam 11 Dec. 1670 t Rotterdam 12 Juni 1746 Agatha Verburgh echtgenoote van cornelis van der Hoop DE ROTTERDAMSCHE TAKKEN {B) — 231 Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 21 Maart 1734.*) Overleden te Rotterdam 6 Mei 1738. Begraven aldaar in de Groote Kerk in het Familiegraf Trans nr. 44, 10 Mei 1738. 2) 2. Anna Agatha van der Hoop. Geboren te Rotterdam 14 Juli 1742. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 27 Juli 1742. 3) Overleden te Rotterdam 20 December 1818. Ondertrouwt te Rotterdam 28 Februari 1760. Huwt te Rotterdam 19 Maart 1760.4) Cornelis Cockuyt, zoon van Cornelis Cockuyt6) en van Emerentia van Rijckevorsel. Gedoopt (Remonstrant) te Rotterdam 29 Januari 1736.6) Overleden te Rotterdam 29 December 1815. anna agatha van der hoop — genoemd naar haar grootmoeder Anna sprongh en haar moeder Agatha Verburgh — maakte op 25 Februari 1760 voor notaris W. boon 7) huwelijksche voorwaarden met Cornelis Cockuyt. Zij wordt daarbij geassisteerd door haar moeder, de weduwe van cornelis van der hoop, die in deze acte de goederen opsomt, welke de bruid wegens het overlijden van haar vader bezit, bestaande uit juweelen, goud, zilver, geld in een spaarpot en een obligatie van 600 gl. Het contract is door alle comparanten onderteekend, zooals hieronder is afgebeeld: Eene kennisgeving d.d. Rotterdam 29 Februari 1760 van de eerste afkondiging van hun huwelijk, door hen beiden onderteekend, waarin zij o.a. mededeelen. dat het a.s. huwelijk gesloten wordt met „volkome goedkeuring van de eenige overgeblevene onzer „ouderen mejuffrouw agatha van der Hoop" en gericht aan Mr. francois van Limborch, berust in de handschriftenverzameling ter Universiteits Bibliotheek te Amsterdam.8) Voor notaris W. Boon te Rotterdam9) testeeren Cornelis Cockuyt en anna Agatha van der hoop op 15 April 1760; zij benoemen elkander wederkeerig tot ') Getuigen: Clara Bouwens, weduwe DiONYS verburgh en JAN VAN der HOOP. *) Register van begraafplaatsen der Groote Kerk te Rotterdam, dl. i 1694—1832, Trans nr. 44: 1738 10 Mei een kind van Cornelis van der Hoop oud 4 jaar. s) Getuigen: Jan van der Hoop en Johanna Sleght. l) Trouwregister voor Schepenen van Rotterdam: 28 Februari 1760 eerste gebod tusschen cornelis cockuyt, j. m. en juffr. anna agatha van der Hoop, j. d., beijde alhier; 19 Maart 1760 door burgemeester Meyners ten huyse van de bruyt getrouwt. Yder 30 gl. 5) Zijn ouders: JAN Cornelisz. c en maartje LACKMANS. *) Getuigen: Jacoba Slingerland weduwe Hugo Collings. ') Notar. protocol van Rotterdam nr. 2292, acte nr. 30. 8) Catalogus van Handschriften. iv. Brieven. U. 100. ') Notar. protocol van Rotterdam, nr. 2292, acte nr. 56. 232 — HOOFDST. V; DEROTT. TAKKEN (B) erfgenaam hunner na te laten goederen. De acte is voorzien van een kantteekening d.d. 12 Januari 1816 (Cornelis Cockuyt was toen 2 weken te voren overleden), vermeldende, dat het testament daags te voren te Rotterdam was geregistreerd, waarbij verklaard werd, dat de testateur gegoed was voor f 50.000. *) anna agatha van der hoop was eigenares van het Familiegraf in de Groote Kerk te Rotterdam Trans nr. 46, afkomstig van Clara Bouwens. In dit graf is zij echter niet begraven, doch op Crooswijk; de laatst begravene er in was margaretha verburgh, oud 67 jaar, op 14 Nov. 1775.a) Bovendien bezaten haar man en zij in genoemde kerk in het Noordpand het familie-graf nr. 132, afkomstig van Cornelis Lakmans, daarna gekomen aan Cornelis Cockuyt en Anna Agatha van der Hoop. Het was ten slotte eigendom van Emerentia cockuyt. In dit graf waren o.a. begraven Johannes Kockuyt, oud 56 jaar, op 2 Juni 1716 en haar moeder agatha verburgh op 15 Dec. 1760. Uit het echtpaar Cockuyt—van der hoop sproot slechts één dochter, Emerentia cockuyt (1767—1834), gehuwd met den Remonstrantschen predikant van der breggen Pauw. Naar verluidt zijn hierdoor eenige portretten van oudere Van der Hoop's in dat geslacht vererfd en sindsdien verloren gegaan. Met het overlijden in 1818 van Anna agatha van der hoop waren alle verschillende takken van het geslacht uitgestorven, behalve de tak van den reeds behandelden johan van der Hoop, te Rotterdam, en die van den hierna te behandelen abraham van der Hoop, te Groningen. 1) Cornelis Cockuyt had tot zuster Cornelia Cockuyt, die als weduwe van Jan Cornelis Valk, oud 73 jaar, op 6 Maart 1809 was overleden. 2) Register van Begraafplaatsen in de Groote Kerk, dl. I, Trans nr. 46 en Noortpant nr, 132. Zegelafdruk Cockuyt—van der Hoop. ZESDE HOOFDSTUK. VERVOLG DER NAKOMELINGSCHAP VAN JOHAN VAN DER HOOP: DE ARNHEMSCH-GRONINGSCHE TAK VAN DER HOOP, WOLDRINGH VAN DER HQOP EN THOMASSEN A THUESSINK VAN DER HOOP. Zegel van Abraham van der Hoop. ZESDE HOOFDSTUK. de arnhemsch-groningsche tak. ABRAHAM VAN DER HOOP, zoon van Johan van der Hoop en van diens eerste echtgenoote Anna Sprongh (van blz. 55). Geboren te Arnhem 6 December 1687. Overleden te Arnhem 15 Mei 1742. Begraven te Arnhem in de Groote Kerk 21 Mei d. a. v. Ondertrouwt te Arnhem 15 Juni 1731. Huwt te Velp 2 Juli 1731. HESTER JOSINA DE GREVE, dochter van Ds. nanning de Greve en van Hester Ribbius. *! Geboren te Vierlingsbeek 7 Augustus 1701. Overleden te Arnhem 8 April 1759. Begraven aldaar in de Groote Kerk 13 April d.a.v. Over Abraham van der Hoop werd reeds een en ander medegedeeld bij de bespreking van zijn stiefmoeder henrica Brouwers en van zijn broeder bartholomeus van der hoop (blz. 51 e. v. en 90 e. v.). Wij zagen daaruit, dat hij met zijn 4 broeders op 1 Dec. 1718 de afrekening ontving van genoemde stiefmoeder wegens het tot dusver onverdeeld gebleven versterf van zijn vader en dat hij in 1716 met die stiefmoeder en zijn broeder bartholomeus een huis in de Oeverstraat te Arnhem kocht, in welk pand hij sedert zou blijven wonen.1) Krachtenshet testament van henrica brouwers van 28 Februari 1725 was hij met dien 1 Van huis' Iater ook bewoond door zijn eenigen zoon Mr. j. N. van der Hoop, kan helaas geen afbeelding worden gegeven, daar het sindsdien geheel is verbouwd. Het was het vijfde huis rechts, komende van den kleinen Oort. Het bijbehoorende achterhuis m de Weverstraat was eveneens het vijfde huis van den hoek af, terwijl het in 1725 aangekochte pakhuis (met stalhngj in beide straten het tweede huis was, komende van den kleinen Oort. 236 — HOOFDSTUK VI: broeder haar universeel erfgenaam, na aftrek van eenige op blz. 52 en 53 genoemde legaten. Voorts deelden wij reeds mede, dat bij te zamen met zijn broeder Bartholomeus sedert 7 Januari 1728 door aankoop eigenaar werd van diverse perceelen land en huizen te Oosterbeek, waaronder „een hegge hout of district genaamd de Hemelsche Berg" en dat de broeders dit bezit nog uitbreidden door aankoop van twee stukken land aldaar op 24 Aug. 1729 en 9 Jan. 1730 (zie blz. 53 en 90). Ten slotte hebben wij daar verhaald hoe de beide broeders sedert 1729 universeel erfgenamen werden van juffrouw johanna Eygel, krachtens haar testament van 17 Maart 1727 en dat met die erfenis ook het bezit van haar broeder Dr. Peter Eygel (t 1726) hun toeviel (zie hierover blz. 91). Daar bartholomeus van der hoop zijn broeder abraham tot zijn eenigen erfgenaam had benoemd, kwam bij diens overlijden op 17 Maart 1730, zoowel de erfenis van Henrica brouwers, als die van peter en johanna Eygel in haar geheel aan abraham van der hoop, die daardoor een gefortuneerd man werd. Reeds in hetzelfde jaar van het overlijden van zijn broeder vinden wij, dat Abraham van der Hoop twee volmachten in het belang dier erfenis afgeeft: 18 Mei 17301). abraham van der Hoop, als eenig en universeel erfgenaam van wijlen zijn broeder bartholomeus van der hoop, krachtens het mutueële testament tusschen hen beiden gepasseerd op 28 Februari 1725, geeft volmacht aan Gerrit van geeland om dit testament — dat geopend werd 24 Maart 1725 - te doen registreereu in het Quartier van Nijmegen, Ambt van Neder-Betuwe, overal waar onder dat district goederen zijn gelegen hem aanbestorven, en zulks ten behoeve van de estimatie voor de collaterale successie. 19 October 1730 *). Abraham van der Hoop, voor zich en als erfgenaam van zijn moeder en zijn broeder BARTHOLOMEUS van DER Hoop, geeft volmacht aan Dr. SlBART van AXELE, advocaat te Tiel, om van de vrouwe van oyen in te vorderen — zoo noodig voor het gericht van Tiel — de somme van penningen, welke zij wegens levering van wijnen schuldig is gebleven. Laatstgenoemde volmacht doet ons tevens er aan herinneren, dat abraham van der Hoop, evenals zijn vader, zijn stiefmoeder en zijn broeder bartholomeus, wijnkoopman te Arnhem was. Toen abraham van der Hoop op 43-jarigen leeftijd door zijn fortuin een zekere positie in Arnhem verkregen had, sloot hij een huwelijk, dat hem in andere kringen zou brengen, dan waartoe hij door zijn Doopsgezinde grootmoeder elsken hermans en zijn eveneens Doopsgezinde moeder Anna sprongh behoorde. Hij ondertrouwde n.1. te Arnhem 15 Juni 1731, ruim een jaar na zijn broeders dood met een predikantsdochter, die zoowel van vaders- als van moederszijde tot eene gestudeerde familie, tevens regenten- en predikantenfamilie behoorde, nl. met hester Josina de greve, dochter van den overleden predikant te Vierlingsbeek nanning de greve2) en zuster van den lateren Arnhemschen burgemeester johan de greve. >) Procuratieboek van Arnhem, deel 1730—1743. *) Ds. Nanning de greve werd als proponent beroepen te Vierlingsbeek in Januari 16S7 en overleed daar als predikant op 26 April 1709. Zijn voornaam, welke door het huwelijk zijner dochter in dezen tak van de familie van der hoop werd overgebracht, ontleende hij aan nanning van forëest, den man van zijn tante Maria van HatTEM, die een zuster was van zijn overgrootmoeder de Greve, geboren isabella van hattem. Eene manuscript-genealogie de greve, van 1560—1775, berust in het Familie-archief te Amsterdam. \ Arend de Greef / isabella van elattum \ PlETER van chous ( Hendrik Bongart | Derkske Craeyvanger ( Willem de Vreede r Weyntje Egberts \ Ds. Herman Ribbius ' Elisabeth Naggen I Johan Craeyvanger x Naleken Sluysken Dibbet van Uchelen x 1° Reynera van Schevichaven Hendrik Bongart x Derkske Craeyvanger Albert de Greve secretaris van Hattem geb. Utrecht t Hattem 1623 tr. Arnhem 18 Sept. 1616 Geertruid van Chous geb. Arnhem Juli 1600 f Harderwijk 4 Nov. 1651 F KWARTIEREN VAN HESTER JOSINA DE GREVE ECHTGENOOTE VAN ABRAHAM VAN DER HOOP Engel Bongart apotheker te Arnhem geb. begr. Arnhem 8Dec. 1652 tr. Arnhem 5 Oct. 1628 Aeltgen de Vreede geb. begr. Arnhem 13 Oct. 1648 w O z < > < Ds. Gerlacus Ribbius Herman van Uchelen predikant te Arnhem geb. Huizen 13 April 1612 t Arnhem 16 Mei 1671 tr. Arnhem 21 Febr. 1644 Hester Craeyvanger wede. Gerrit van Harn geb. t commies van oorlog en rentmeester Catharina Gasthuis Wed. van Hester van Rhey geb. t tr. Arnhem 27 April 1631 Hilleken Bongart geb. t Willem de Greve secretaris van Grave geb. 13 Oct. 1623 t Grave 13 April 1709 ondertr. Arnhem 22 Juni 1654 tr. Eist 16 Aug. 1654 Henrica Bongart I ged. Arnhem 9 Oct. 1633 t Grave 25 Nov. 1693 ' Ds. Nanning de Greve predikant te Vierlingsbeek ged. Grave 20 Aug. 1664 t Vierlingsbeek 21 Jan. 1709 ondertr. Arnhem 6 Sept. 1690 tr. Vierlingsbeek 1 Oct. 1690 Johan Ribbius lakenkoopman te Arnhem ged. Arnhem 10 Jan. 1647 t Arnhem 6 Juni 1686 tr. lo. Arnhem 19 Febr. 1668 Hester van Uchelen ged. Arnhem 20 Oct. 1641 t Arnhem 16 Febr. 1684 hij tr. 2° Arnhem 1 November 1684 Wilhelmina Bongart Hester Ribbius ged. Arnhem 3 Nov. 1672 t Arnhem 20 Juli 1742 en begr. 25 Juli d. a. v.I Hester Josina de echtgenoote van abraham Greve van der Hoop DE ARNHEMSCH—GRONINGSCHE TAK — 237 Zooals wij uit hare hierbij opgenomen kwartieren zien, waren hare 4 grootouders allen Arnhemmers, zij het ook dat haar grootvader WlLLEM DE GREVE, secretaris der stad Grave was geweest, welk ambt deze meer dan 50 jaar had bekleed. Vooral haar moederlijke grootmoeder HESTER VAN UCHELEN behoorde tot een der oudste Arnhemsche geslachten. De ondertrouw is als volgt in het Register der Groote Kerk te Arnhem ingeschreven: 15 Juni 1731. met attestatie na Velp den 2 July.' In het Familie-archief te Amsterdam berust een concept hunner huwelijksvoorwaarden, zonder datum of jaartal en bovendien het huwelijkscontract zelf, gedateerd 15 Juni 1731 1). Het is aan laatstbedoeld stuk, dat hun onderstaande handteekeningen zijn ontleend. Zijn schoonmoeder Hester Ribbius, weduwe Ds. Nanning de Greve, was na het overlijden van haar man, met haar 4 kinderen, naar haar geboorteplaats Arnhem teruggekeerd, en leefde tijdens dat huwelijk nog aldaar. Zij overleefde haar man ruim 33 jaar en stierf te Arnhem 20 Juli 1742, nog twee maanden later dan haar schoonzoon Abraham van der Hoop.2) Het is te begrijpen, dat het huwelijk met een gereformeerde predikantsdochter en het intreden in een familiekring, welke verschillende predikanten had geteld, niet zonder invloed bleef op de godsdienstige overtuiging van den doopsgezinden abraham van der Hoop. Waren zijn te Rotterdam wonende broeders johan en Cornelis van der Hoop daar reeds tot de Remonstrantsche kerk overgegaan, na zijn huwelijk meende ook abraham niet meer bij de Doopsgezinde gemeente te Arnhem aangesloten te kunnen blijven. Toch ging hij niet over tot de gereformeerde leer, welke zijn vrouw en hare familie beleden, doch bij een zijner bezoeken aan zijn broeders te Rotterdam, deed ') No. 49 der voorloopig genummerde perkamenten acten. 2) Zij komt ook onophoudelijk in Arnhemsche schepenacten en procuraties voor. Haar zoon Willem Hendrik de Greve, geboortig van Vierlingsbeek, toen gehuwd met geertruyd Sandyck uit Arnhem, werd 27 November 1720 tot burger van Abraham van der Hoop met Hester Josina de Greve 238 — HOOFDSTUK VI: De Hemelsche Berg ten tijde van Abraham van der Hoop. ook hij daar den stap, welke hem zou scheiden van de gemeente, welke zijn grootvader Bartholomeus jansz. als het ware opgericht en in het leven gehouden had. Vijf jaar na zijn huwelijk liet hij zich te Rotterdam Remonstrant doopen: 14 Maart 1736. Abraham van der Hoop, out tusse veertig en vijftig jaaren, woonagtig te Arnhem, aan huys gedoopt op sijne belijdenisse des geloofs door Do. Driebergen.J) Toen echter twee jaar later het eenige kind uit zijn huwelijk geboren werd — in September 1738 — werd dit gedoopt in de gereformeerde kerk te Arnhem en opgevoed in de „ware religie" — waartoe zijn moeder en hare familie behoorden. De van der Hoop's te Arnhem hadden afgedaan met de leer hunner voorouders, de Doopsgezinde belijdenis, en zagen voortaan de staats- en stedelijke ambten voor zich geopend, van welke hun vroegere gezindheid hen had uitgesloten. Nog slechts vier jaren leefde abraham van der Hoop en in dien tijd vinden wij hem in tal van acten te Arnhem en te Oosterbeek, waarin'hij handelingen verricht in het belang van zijn goederen en zijn vermogen. 12 April 1733a) verkoopt hij het huis in de Sabelspoort en de twee ernaast gelegen huizen — door zijn stiefmoeder te samen met de weduwe raven op 29 Dec. 1717 gekocht — aan Adriaan de Ronde en diens vrouw. •) Doopregister der Remonstrantsche gemeente te Rotterdam, dl. 1719—1750. De uitdrukking: tusse veertig en vijftig jaaren typeert den doopeling, omdat hij toen 48 jaar en 3 maanden oud was. 3) 2e Protocol van.het Ooster Binnen-Kwartier van Arnhem, fo. 215. DE ARNHEMSCH- GRONINGSCHE TAK — 239 17 October 1735.") Abraham VAN der Hoop en hester JosiNA de Greve, echtelieden, koopen van de Kerk te Oosterbeek een akker genaamd de Kleyne Kerkehegge aldaar, en 7 Augustus 1741x) koopen dezelfde echtelieden van gerrit casyn bentinck tot den berencamp 3 kampen land te Oosterbeek, den Huysacker, den Geertencamp en den Selencamp voor 7269 gl.2) 16 Februari 17393) verkoopt abraham van der Hoop resp. aan CóTSÊNEËïS inklaar, het Burgerweeshuis en aan hendrik van Olden, het huis op den Grooten Oort aan den hoek van de Weverstraat, een moeshof aan Emaus naast de Burgerwezen en een moeshof aan den Olden Craan, alles te Arnhem.4) 12 Februari 1740 koopt abraham van der hoop van jochem brantsen voor 1400 gld. een huis en erf en toebehooren, gelegen op Clingelbeek en genaamd Costverlooren. 5) Voorts vinden wij abraham van der hoop, alleen of met zijn vrouw, tusschen *) Protocol van het ambt Rencnm, dl. 1733—1754, fos. 224 en 246. *) De origineele koopacte berust in het Familie-archief te Amsterdam. 3) De conditiën en voorwaarden van verkoop d.d. 14 Jan. t. v. zijn in originali aanwezig in het Familie-archief te Arnhem. *) Tweede Protocol Buiten Wester Quartier van Arnhem, fo. 13 vs. en 103. ') Protocol van opdrachten en verbanden van Arnhem. 240 — HOOFDSTUK VI: 1730 en 1742 in zes acten te Arnhem en eene te Oosterbeek als verstrekkende gelden op hypotheek onder verband van vaste goederen aldaar. Deze aldus uitgezette bedragen beliepen in 1742 een totaal bedrag van bijna 14.000 gl.*) In de acte van 12 Mei 1740 heet abraham van der hoop: pachter vandelandsen stads-impost wegens achterstallige impositiën der wijnen. In het jaar van zijn overlijden komt hij nog in twee acten voor: 17 Maart 1742 koopen abraham van der hoop en zijn vrouw van egbert aelbers c.s. een oud en bouwvallig huisje op het Vijvercampje te Oosterbeek voor 50 gl. 2) en lOApril 1742 geeft abraham van der hoop volmacht aan een procureur te Arnhem inzake de peinding door hem gedaan op de goederen van wijlen den burgemeester WlLLEM van Bajen, speciaal op die in het ambt van Ede gelegen. 8) Een maand later — op 15 Mei 1742 — overleed hij. In de Groote Kerk op het Koor in graf no. 4 werd hij 6 dagen later begraven. De liassen van het Peyl- en luigeld der Kerkvoogdij te Arnhem vermelden onder het Peylgelt: 1741. 21 Meij. Abraham van der Hoop, Grote Kerk, Choor agter de preekstoel, no. 4 .... 3 voet diep en onder het Luygelt: 1741.21 Meij. De Heer Abraham van der Hoop 6 maal met alle clock 44 gl. 12 st. In het Familie-archief te Amsterdam berust eene Memorie van de onkosten wegens de begraffnis van Abraham van der Hoop, overleden den 15en en begraven den 21 May 1742, waaruit blijkt, dat die onkosten bedroegen 481 gl. 14 st. 4 d. Tevens bevinden zich daarbij lijsten van degenen, wien een communicatie van het overlijden werd toegezonden, waarop o. a. alle famiÜeleden van der Hoop te Amsterdam en Rotterdam doch niet de beide nichten te 's-Gravenhage, die vermeld werden op blz. 65 hiervoor. Zijn weduwe overleefde hem 17 jaar en komt herhaaldelijk in acten van Arnhem en Oosterbeek voor, van welke wij de volgende vermelden: In de eerste plaats eenige acten, waarin zij met hare eigen familie voorkomt: 26 September 1742. johan de Greve, gemeensman van Arnhem, voor hem zelf en voor Hester Josina de Greve, weduwe Abraham van der Hoop, benevens Aleltda Geertruid Bosboom, weduwe Willem Hendrik de Greve en Henrica de Greve, verzoeken voor Schepenen van Arnhem opening van het testament d.d. 4 Mei 1741 van Hester Ribbius, weduwe Ds. nanning de Greve. Er blijkt uit hare dispositie, dat haar kinderen en kleinkinderen -hare erfgenamen zijn. Zij had bij het huwelijk van haar dochter hester josina de Greve en bij dat van wijlen haar zoon WlLLEM hendrik de Greve, elk dezer 1500 gl. bruidschat gegeven; laatstgenoemde zoon had 8 kinderen nagelaten, waarvan 4 kinderen verwekt uit diens eerste huwelijk met Geertruid Sanduck. Het door haar bewoonde huis op den Grooten Oort te Arnhem werd door haar toegewezen aan haar zoon en dochter johan en henrica de Greve. ") 5 Juli 1743. johan de Greve, schepen van Arnhem, hester josina de Greve, weduwe Abraham van der Hoop, en Henrica de Greve, geven volmacht aan Dr. Otto rudolph van hemessen om namens hen voor het gericht van Grave te transporteeren hun huis in de St. Jorisstraat aldaar, benevens een stal en een hofje aan de !) Zie als boven d.A 27 April 1730, 2 Dec. 1732, 7 Dec. 1733, 18 Juni 1735, 26 Oct 1736 en 12 Mei 1740, en voor Oosterbeek d.d. 1 Mei 1741. *) Protocol van bet ambt Rencum, dl. 1733—1754, fo. 259. ») Procuratieboek van Arnhem, dl. 1730—1743. l) Testamentboek van Arnhem, dl. 1737—1746. DE ARNHEMSCH—GRONINGSCHE TAK — 241 Brugpoort, welke goederen op 15 Juni t. v. door notaris frederik huybert Engelen waren verkocht.x) 7 Augustus 1744. hester josina de greve, weduwe abraham van der hoop en Dr. johan hartman degner, nomine uxoris, geven volmacht aan denzelfden advocaat van hemessen tot verkoop van 2 X ï% hont boomgaard en akkerland onder Kesteren hun toehehoorende.1) 31 December 1744. johan de greve, burgemeester van Arnhem, hester JosiNA de greve, weduwe abraham van der Hoop en de verdere kinderen en kleinkinderen van wijlen Hester Ribbius, weduwe van Ds. nanning de Greve, geven volmacht aan Dr. H. W. brantsen en Dr. joachim van Eck in zake hun proces voor het Hof van Gelderland contra Hendrik Verheyen. *) 15 December 1751. Hester Josina de Greve, weduwe Abraham van der Hoop, Henrica de Greve, Lijsbeth Fredericx wed. Francois Steffens, de gemachtigde van de erfgenamen van Arent van Dortmont en van Anna van Gelder, diens vrouw, en Peter Engelen, geven volmacht in zake de peinding aan de goederen van den heer van Broeckhuysen tot de Latmer. *) In zake hare geldelijke belangen gaf zij de volgende volmachten af: 9 Juli 1754, Hester Josina de Greve, voor haar zelf en als voogdesse van haar minderjarigen zoon Jan nanning van der Hoop, in echten staat verwekt bij wijlen den heer abraham van der Hoop, geeft volmacht aan Dr. P. van hamel, advocaat voor het Hof van Gelderland, om namens haar van de kinderen en erfgenamen van Adolph Brouwer en Margaretha van Munster, in leven echtelieden, in te vorderen een som van 300 car. gulden met verschenen rente. 2) 3 Januari 1755. hester josina de Greve, weduwe, boedelhoudster en tuchtenaresse van wijlen abraham van der hoop, geassisteerd met haar broeder, den burgemeester Johan de Greve, geeft volmacht aan Mr, O. P. Hoevel om namens haar voor het gericht van de stad Borgh (= Terborg), en voorts te Gendringen en Etten, te kennen te geven, dat haar man abraham van der hoop krachtens testament van 17 Maart 1727 eenige universeele erfgenaam was geweest van wijlen juffr. johanna eygel, die ook geweest was ab intestato eenige en universeele erfgename van Dr. Peter Eygel, in leven burgemeester van Arnhem, dat blijkens diens rekenboek een rentebrief van 400 dalers d,d. 7 Nov. 1670 ten laste van ermgard gravinne van limburg EN Bronckhorst en een rentebrief van 200 dalers d.d. 1 Febr. 1570 ten laste van dezelfde, op St. Marten 1701 door den Vorst van nassau-SlEGEN waren afgelost en betaald, doch dat de origineele gequiteerde obligaties in het ongereede waren geraakt en dat deze nog in het Protocol van" bezwaar van Ter Borgh ongeroyeerd stonden ingeschreven, weshalve zij voor die royeering alsnog machtiging geeft.2) 24 Mei 1756. Hester Josina de Greve, weduwe Abraham van der Hoop, geeft volmacht tot invordering van een rekening wegens door haar geleverde wijnen.2) Ook uit een dergelijke volmacht van 13 Maart 1761 2) blijkt, dat zij een wijnhandel dreef in compagnieschap met Lambert de Greve 3) en dus de zaken van haar man na zijn overlijden had voortgezet. x) Procuratieboek van Arnhem, dl. 1744—1751. *) Procuratieboek van Arnhem, dln. 1752—1755, 1756—1759 en 1760—1763. *) Een zoon van wijlen haar broeder Willem Hendrik de Greve bij wijlen Geertruid Sandyck. 16 242 — HOOFDSTUK VI: Met betrekking tot haar bezittingen volgen thans eenige andere acten haar betreffende; 8 Juli 1742. hester Josina de Greve, weduwe en boedelhoudster van Abraham van der hoop, geeft volmacht in haar rechtzaak contra paul Croeser, gewezen pachter van haar en van wijlen haar mans bouwhof gelegen te Elden, in het ambt van Over-Betuwe, welke pachter — zegt de acte — „zijn vee en goederen heeft absenteert en weggevlugt, makende alsoo een schandelijk banquerout".*) 23 November 1746. hester josina de greve, weduwe abraham van der hoop koopt van de Kerk te Oosterbeek de akkermaalshegge genaamd de Groote Kerkehegge aldaar2); voorts op 22 Mei 1748 van metjen RrXEN :7s deel van het Soerland onder Oosterbeek voor 350 gl. en zulks in ruil tegen 245 roeden van het Haverland3), en op 27 December 1749 van de Kerk te Oosterbeek 570 roeden heide en veld voor 80 gl. 3). De laatste keer, dat zij het bezit te Oosterbeek vergrootte, was toen zij op 20 Maart 1755 van Gaspar Jacobs, een huisje met 3 schepel gezaai aldaar voor 305 gl. kocht.4) In het Familie-archief te Amsterdam berust een door haar in Maart 1752 gericht rekest aan den luitenant-opperjagermeester van het jachtgericht der Veluwe, waarin zij als eigenares van de Plantagie de Hemelsche Berg verzoekt om gequalificeerd te zijn tot de jacht; 9 Maart 1752 werd haar dit verzoek reeds toegestaan. Blijkens het le Protocol der Graefplaetsen in de Groote Kerk en de Broerenkerk te Arnhem bezat zij, hetzij afkomstig van haar man, hetzij van haar eigen familie, daar niet minder dan 13 graven: in het Zuider en Noorder Cruys, graf no. 16, eertijds afkomstig van Jacob Harscamp ; idem, graf no. 20, afkomstig van Dr. Peter Eygel ; idem, graf no. 63B, afkomstig van Dr. Peter Eygel ; idem, graf no. 69 afkomstig van Dr. Hendrik Eygel ; idem, graf no. 72, afkomstig van Jacob Harscamp ; idem, graf no. 140, afkomstig van denzelfde ; in het Zuidpand van het Choor, graf no. 157, afkomstig van peter Eygel j in het Middelpand, graf no. 32, afkomstig van hester Ribbius, weduwe de greve; idem, graf no. 107, afkomstig van jacob harscamp ; in het Noordpand, graf no. 103, afkomstig van peter Eygel ; in het Noordpand van het Choor, graf no. 4, afkomstig van denzelfde, en idem, graf no. 5, afkomstig van de weduwe Ds. nanning de greve. Voorts in de Broerenkerk een groeve afkomstig van Hester Ribbius, wede. de Greve. 1) Procuratieboek van Arnhem, dl. 1730—1743. *) De origineelen dezer acten berusten onder Arnhemsche regentenpapieren, collectie Eygel, Huyghens, de Greve en van der Hoop. Aanwinsten Rijksarchief te Arnhem, 1922, afd. VI, no. 265. 3) Protocol van het Ambt Rencum, dl. 1733—1754, fols. 282vs., 283vs. en 292. •) Idem, dl. 1755—1778, fol. 193. DE ARNHEMSCH—GRONINGSCHE TAK — 243 In den ouderdom van nog geen 58 jaar — reeds 17 jaar weduwe zijnde — overleed Hester Josina de Greve te Arnhem 8 April 1759. Haar beé raven is in de liassen der Peyl- en Luigelden van de Kerkvoogdij te Arnhem als volgt vermeld : Onder Peylgelt: 1759. 13 Apr. de Weduw van de Heer van der Hoop Groote Kerk, Koor, (graf) no. 4 .... 10 v. en onder Luygelt: 1759. 13 Apr. Mejuffrouw de wede. Abraham van der Hoop, extra (luiden) 6 malen . ... 44 g. 12 st. Uit hun huwelijk was slechts één kind geboren.') jan nanning van der Hoop (1738—1782), die volgt blz. 244. ') Opmerking verdient, dat zoowel de thans levende, zoo bijzonder uitgebreide, Rotterdamsche takken van het geslacht, als ook de talrijke nakomelingschap van den Groningschen tak, omstreeks 1745 afhankelijk zijn geweest van het leven van slechts één kind in elk dier takken; voor eerstbedoelde takken van adriaan van der hoop, toen eenige zoon, en voor laatstbedoelden van jan Nanning, eveneens eenige zoon, die zijn tak kon voortzetten. Zegelafdruk Van der Hoop - De Greve. 244 —- HOOFDSTUK VI: Zegel van Mr. J. N. van der Hoop. Mr. JAN NANNING VAN DER HOOP, zoon van Abraham van der Hoop en van Hester Josina de Greve, (blz. 243). Geboren te Arnhem 6 September 1738. Gedoopt (Hervormd) aldaar 7 September 1738.*) Overleden te Arnhem 29 November 1782. Begraven in de Groote Kerk aldaar 6 December 1782. Ondertrouwt te Groningen en te Arnhem resp. 26 en 24 Februari 1774. Huwt te Groningen 6 Maart 1774. ADELGUNDA CHRISTINA WOLTHERS,2) dochter van Mr. Herman wolthers, raadsheer te Groningen, en van louise christina conring. Geboren te Groningen 29 Mei 1752. Overleden te Groningen 2 Januari 1802. Begraven aldaar 7 Januari 1802. Zij hertrouwde te Slochteren 7 April 1786 Mr. Hendrik de Sandra Veldtman, heer van Slochteren. Mr. Jan nanning van der Hoop, die zijn voornamen ontving naar die zijner beide grootvaders, was de eerste van het geslacht, die in de Hervormde kerk werd gedoopt en in die leer werd opgevoed. Hij was ook de eerste der van der Hoop's, die als student een Hooge School bezocht. Op 22 Mei 1755 werd hij als student in de 1) Geen doopgetuigen. *) Zie over dit geslacht vooral: Verslagen Rijksarchieven 1922, 2e dl., Groningen. Bijlage XLX, blz. 139 e.v., waarin de Inventaris van het Familie-archief Wolthers ; en Geneal.-Herald. Bladen, jg. 1906. DE ARNHEMSCH—GRONINGSCHE TAK — 245 rechten te Leiden ingeschreven,1) waar hij 4 Juli 1759 tot L U. Doctor promoveerde.2) Teruggekeerd te Arnhem rekwestreert hij — blijkens een zich in het Familiearchief te Amsterdam bevindend stuk — aan den luitenant-opperjagermeester van het jachtgericht der Veluwe om gequalificeerd te mogen'zijn tot de jacht, welk verzoek 11 Sept. van genoemd jaar werd toegestaan. Na zijn promotie vestigde hij zich als advocaat voor het Hof van Gelderland in zijn geboorteplaats, waar hij — behalve zijn andere latere ambten — als zoodanig werkzaam was tot 1770, hetgeen blijkt uit een folio-deel van zijn hand, getiteld: Register van verdiend salaris en gedane voorschotten door mr. J. N. van der hoop als advocaat van 1759—1770. 3) In 1760 werd hij door de burgerij gekozen tot gemeensman en toen zijn oom johan de greve4) vrijwillig resigneerde als burgemeester van Arnhem, werd hij 23 April 1763 door den Stadhouder als zoodanig in diens plaats aangesteld. Met Mr. Jacob Copes van Hasselt had hij op de aan den Stadhouder aan te bieden nominatie gestaan en om zijn verkiezing meer zekerheid te verschaffen, had Jan nanning zich per brief tot den Hertog van Brunswijk—Wolfenbuttel, den voogd van den Stadhouder, gewend, met verzoek zijne benoeming goed te keuren. Een brief in antwoord daarop van den Hertog, gedateerd 29 April 1763, houdende gelukwensch met de inmiddels plaats gevonden aanstelling, berust mèt het concept van eerstbedoeld verzoek in het Familie-archief te Amsterdam. Denzelfden dag, dat hij verkozen was, n.1. 23 April 1763, deed hij den eed als schepen en nam hij zitting; de eerste Van der hoop had zijn intrede gedaan als regent in een onzer stemhebbende steden. Onder de schepenen was hij in 1769, 1774 en 1779 een der 2 burgemeesters.6) Eenmaal op het kussen van de Magistraat was het hem niet moeilijk op te klimmen tot die hoogere ambten, welke toenmaals alleen waren weggelegd voor den Regentenstand. Achtereenvolgens was hij gekozen tot extra-ordinaris Gedeputeerde van het Kwartier der Veluwe op de Landdagen van Gelderland en Zutphen, (1764, '67, '71, en '77), en ordinaris-gedeputeerde (1766, '78 en 1781); heemraad in den dijkstoel van het ambt van Over-Betuwe sedert 28 Jan. 1778; gecommitteerde ter Generaliteit sedert 1767 ; lid van de Generaliteits-Rekenkamer sedert 1 Mei 1770 en Kolonel van het Oeverstraat-vendel te Arnhem (1763). Minder gewichtige ambten waren die van curator der Latijnsche scholen (1781—82), *) Als volgt in het Album Studiosorum ingeschreven: Jan Nanning van der Hoop, Arnhemia-Gelrus, Annosacademicos habens, Juris. *) Zijn promotie-bul berust in het Familie archief te Amsterdam onder No. 65 der voorloopig genummerde stukken. Evenzoo berust daarin zijn: Specimen juridicum inaugurale, d.d. Leiden 4 Juli 1759. *) Berustende ten Rijksarchieve te Arnhem, Aanwinsten 1922, no. 240. 4) johan de Greve, de ongetrouwde broeder van Van der Hoop's moeder, was sedert 1743 schepen van Arnhem geweest. Later burgemeester, lid van de Admiraliteit op de Maze (1750—51) en gecommitteerde ter Generaliteit (1756—58), was hij hoewel geen gestudeerd man, iemand die gezag en invloed uitoefende in de colleges, waarin hij zitting had. Hij woonde in de Oeverstraat te Arnhem op den hoek van de Weverstraat en was kolonel van het Oeverstraatsche vendel der burgerij. Zijn nagelaten ambtspapieren — oorspronkelijk berustende in het Familie-archief te Amsterdam — zijn met die van Dr. P. Eygel, Mr. E. R. Huyghens en van Mr. J. N. van der Hoop afgestaan aan het Rijksarchief te Arnhem, Zie den inventaris daarvan in: Jaarverslagen der Rijksarchieven 1922, Gelderland, Aanwinsten 1922, Bijlage VU. *) Van de 10 schepenen te Arnhem waren bij toerbeurt er 2 burgemeester en droegen om die reden uit deferentie steeds allen den titel van „burgemeester". 246 — HOOFDSTUK VI: diaken (1760) en ouderling (1771) der Fransche kerk; ouderling der Nederduitsche gemeente sedert 1 Jan. 1781, en overhuismeester van de pastoriën en vicariën (1781—82), alles te Arnhem. Welke ook zijn toekomst moge geweest zijn ten aanzien van de verdere vervulling van de hoogste ambten onzer Republiek, VAN der Hoop overleed reeds op 44-jarigen leeftijd in November 1782 en ontviel onverwacht aan de Colleges, waaraan hij zijn beste krachten gaf1). 30 November 1782 — lezen wij in het Commissieboek der stad Arnhem2) — „geeft „de kerkmeester frans de greve aan den regeerenden burgemeester Bentinck kennis „namens mevrouw Van der Hoop, dat haar eheman gisterenavond om 10 uur deeser „werelt is overleden aan de ziekte, waaraan hij sedert eenigen tijd had gelaboreerd". De Magistraat besluit op deze communicatie om de weduwe te condoleeren en vervolgens nog op denzelfden dag : „wordt geaccordeert het verzoek van de weduwe „Van der hoop, dat het lijk ter aarde besteld zal worden met de roeydragers (= „boden) met de roeden voorafgaande" 2). Van der hoop was een werkzaam en nauwkeurig man, gedurende den betrekkelijk korten tijd van zijn zitting nemen in de regeering van stad en land is het aantal door hem achtergelaten schrifturen overweldigend. Het best krijgt men daar een indruk van door inzage te nemen van den Inventaris der nagelaten Regentenpapieren bedoeld in noot 4) op blz. 245 hiervoor. Onder deze ten Rijksarchieve te Arnhem berustende bescheiden, vinden wij behalve een groote menigte van adviezen, memories en correspondenties, betrekking hebbende op zijn verschillende ambten, vooral de bewijzen van zijn werkkracht en nauwgezetheid in de talrijke klappers en registers, welke hij op bestaande verzamelingen aanlegde. Wij noemen b.v. repertorium en klappers op de Commissie- en Politieboeken van Arnhem, inhoudsoverzicht en klappers op de Stadsresoluties, repertorium op het Statutenboek van Arnhem, notulen uit de procedures voor het Stadsgericht, memories der verpachtingen, enz., enz. Enkele tot die verzamelingen behoorende dossiers zijn nog in het Familie-archief te Amsterdam achtergebleven, waaronder: lijsten der stemhebbende burgers in de verschillende vendels te Arnhem 1760 en lijsten van de gildebroeders in de verschillende gilden aldaar 1763. Genoeg om te doen zien met welk een onvermoeide werkkracht VAN der hoop alles inventariseerde en van alles aanteekening hield, wat hem belangrijk voorkwam. Ook ten aanzien van zijn eigen vermogen en zijn geslacht betoonde hij deze nauwkeurigheid. In het Familie-archief te Amsterdam bevindt zich b.v. een „Staatboek van de „goederen, huizen en landerijen gehoorende onder den Hemelschen-Berg in den Ampte „van Rencom, kerspel Oosterbeek gelegen, beginnende met den jaare 1761". Dit boek — bijgehouden tot en met 1785 en groot 81 folios — doet alle perceelen van het bezit te Oosterbeek kennen, met hun opbrengsten en onkosten. Hij was het ook die een zeer nauwkeurige stamboom van zijn geslacht opstelde, beginnende met Jan Corssen — van wien hem overigens niets anders bekend is als >) Aan de Charters der stad Arnhem nr. 468 en 469 d.d. 10 Febr. 1779 en 21 Aug. 1780 hangen nog de zegels in roode was van Jan Nanning van der HOOP als schepen. Op zijn benoeming tot burgemeester in 1763 was door J. Hellewig een Inhuldigingslied d.d. 23 April 1763 vervaardigd, dat in het Familie-archief te Amsterdam berust *) Commissie- en politieboek van Arnhem, dl. 1780—82, fo. 407—409. DE ARNHEMSCH—GRONINGSCHE TAK — 247 Wapen van Mr. J. N. van der Hoop in het Wapenboek van Sint Cecilia te Arnhem. Wapen van Mr. J. N. van der Hoop op den beker van het St Eloy-Güde. 248 HOOFDSTUK VI: diens naam — en bijgehouden tot zijn overlijden in 1782. Die stamboom is dan ook geheel gebezigd voor de eerste gedrukte genealogie der Van der Hoop's, welke ongeveer 100 jaar later verscheen *). Wat zijn goederen betreft, Jan nanning van der Hoop heeft eenige veranderingen gebracht in het onroerend bezit, dat zijn moeder hem bij haar overlijden in 1762 achterliet. Het bestond te Arnhem uit het dubbele huis in de Oeverstraat doorzijn stiefgrootmoeder henrica Brouwers in 1716 voor het eene huis en door haar en haar stiefzoons Bartholomeus en Abraham van der Hoop in 1725 voor het andere huis aangekocht. In dit huis is hij — evenals zijn ouders — steeds blijven wonen. 2) Voorts bezat hij den hof achter de muur bij de Rijnpoort, waarbij een stal en koetshuis was bijgebouwd, in 1729 door zijn bovengenoemden oom en zijn vader aangekocht. Hij verkocht deze — te zamen met zijn echtgenoote — op 2 Februari 1776 aan Lucas van Schevichaven en J. F. hoffman, diens vrouw, en aan H. van Schevichaven 3) voor 1700 gl. Op denzelfden dag ontdeden hij en zijn vrouw zich ook van de in 1740 door zijn vader aangekochte hofstede Kostverloren op Klingelbeek, door deze voor 1900 gl. te verkoopen aan johanna hermens wed. lambert wouters. Kostverloren wordt dan omschreven als: huis, schuur en land tusschen den luitenant-generaal baron van RANDWIJCK en toon ten Maet, ten Noorden begrensd langs den rijweg of gemeene straat, benevens een streepje land er naast door hem 15 April 1766 aangekocht4). Ook den hof met het zomerhuisje er op in den Broerenklooster achter de Latijnsche school verkocht hij 17 April 1776 voor 480 gl. aan johanna clasina van rheeden. Daarentegen vergrootte hij het bezit te Oosterbeek door op 5 December 1764 van Jurrien van Reeden aan te koopen het resteerende Vs deel van het Suirland aldaar, waarvan de 2 andere Vs deelen hem reeds toebehoorden door de aankoopen in 1730 en 1748 van zijn ouders 6). Te Oosterbeek had hij bovendien 19 Juni 1761 voor 900 gl. een gedeelte van den Havercamp, 20 Febr. 1762 voor 225 gl. een akker van 3V2 schepel gezaai meteen uitweg, 17 Nov. 1768 een korenmolen met eigen grond en water, huis, schuur en hof voor 2350 gl. en 26 Nov. 1771 een stuk bouwland met 2 huisjes voor 1400 gl. van de Kerk van Oosterbeek aangekocht6). Ten slotte was hij sedert 8 Dec. 1760 en 9 Jan. 1761 reeds in het bezit gekomen van den Rouwenbrink in het Lathumsche veld, groot 1 morgen 1 hont, door aankoop ervan van Jan, Jochem, Aleyda, Theodora en Margaretha Brouwer, kinderen van wijlen Adolph Brouwer en margaretha van Munster7). Behalve van deze goederen was jan nanning van der Hoop na zijn moeders >) In het Stam- en Wapenboek van Aanzienlijke Nederlandsche Familiën; daardoor is dit artikel na 1782 niet meer nauwkeurig en volledig. ') 2e Protocol van het Binnen-Westerkwartier van Arnhem, fo. 75. ') 2e Protocol van het Buiten-Westerkwartier van Arnhem, fo. 164 en Protocol van Opdrachten en Verbanden van Arnhem, 1776—1777. ') Opdrachten en Verbanden van Arnhem, dl. 1776—1777, d.d. 2 Febr. 1776. ') Alle 3 de acten van dezen koop berusten in originali in het Familie-archief. 6) Protocol van het ambt Rencum, dl. 1755—1778, fos. 274 en 280vs. en Protocol van Opdrachten van Oosterbeek, dl. 1767—1790, fos. 51 en 116. ') Procuratieboek van Arnhem, dl. 1760—63. Mr. Jan Nanning van der Hoop (1738—1782) DE ARNHEMSCH—GRONINGSCHE TAK — 249 overlijden ook eigenaar geworden van de 13 graven te Arnhem, welke wij op blz. 242 hiervoor gespecificeerd hebben.]) Zijne bezittingen leert men overigens ook kennen uit zijn huwelijkscontract; 18 Februari 1774 werden huwelijksche voorwaarden gemaakt tusschen Mr. Jan nanning van der hoop, burgemeester van Arnhem, als bruidegom, en adelgunda christina wolthers, uit Groningen als bruid, en wel ten overstaan van de navolgende getuigen; voor de bruid : herman wolthers, raadsheer van Groningen, als vader j scato trip, ontvanger en Clas^NA Elisabeth wolthers, diens vrouw, als schoonbroeder en zuster cornelius tjassens, burgemeester, als aangetrouwde oudoom, beerta johanna van buttinga, weduwe van johan gerhard smith, raadsheer, als oud-tante, anna maria Hora, weduwe van onno joost alberda, gedeputeerde raad van State, als nicht, tjaart van berchuys, raadsheer, en isabella anna de savornin, echtelieden, als neef en nicht; en voor den bruidegom Laurens adriaan Trip, raadsheer, en Mr. Jan Tido Fockens, fiscaal.2) Uit deze opsomming van nieuwe familie-leden ziet men reeds, dat Jan nanning van der hoop als het ware eensklaps uit de sfeer gerukt werd, waarin zijne familie had verkeerd en zijn intrede deed in de aristokratische GronihgsChe regeeringskringen, een stap welke tot gevolg had, dat zijn zoon en zijn afstammelingen zich verplaatst zagen in een provincie, waar zij tot dusver onbekend waren en waar zij na verloop van korten tijd toch vasten voet kregen en bleven behouden, zoowel door bekleede ambten als door parentages, waardoor de banden met de talrijke Rotterdamsche achterneven — door jan nanning nog steeds aangehouden — ten slotte geheel verbroken werden. Blijkens het huwelijkscontract bracht de bruidegom mede ten huwelijk: het huis in de Oeverstraat en een pakhuis met stalling mede aldaar, benevens een hof met koetshuis aan de Rijnpoort, de hofstede Kostverloren op Klingelbeek, den bouwhof te El den en het land den Rouwenbrinck onder Lathum, groot 1 morgen, het goed den HemelschenBerg met toebehooren toen groot 3 morgen en een bouwland eveneens 3 morgen groot, voorts diverse lijfrenten, losrenten en obligaties. Het huwelijk werd te Groningen in de Martinikerk voltrokken; de inschrijving in het huwelijksregister luidt: 3e Protocol van de Groeven in de Groote Kerk te Arnhem van 1765, fos. 44, 61vs., 73v, 95, 95v, 103, 104, 104v, 116, 152v, 165v. Hiervan verkocht hij alleen het graf nr. 157 aan Ds. David Blanken; de andere graven stonden later eerst ten name zijner weduwe en daarna ten name van zijn zoon Mr. A. J. VAN DER HOOP. 2) Het origineel van het huwelijks-contract berust, onderteekend door partijen en door alle huwelijksbeden, in het Familie-archief te Amsterdam. Mede berust daar een huwelijkszang d.d. 20 Maart 1774 ter gelegenheid van dit huwelijk vervaardigd. 250 — HOOFDSTUK VI: Sabbathi den 26 Februari 1771 geproclameerd Jan Nanning van der Hoop, Burgemeester der stad Arnhem, van Arnhem, P. S. en Adelgunda Christina Wolthers, van Groningen, pro qua de Heer Raedsheer Harman Wolthers *) als vader. Copulati den 6 Maart 1774 door Ds. Lubbers. Mfartini Kferk). Met belastinge na Arnhem. Slechts 8 jaar duurde dit huwelijk, gedurende welken tijd de echtelieden het huis in de Oeverstraat te Arnhem bleven bewonen. Slechts zelden schijnen zij gedurende die jaren de reis naar Groningen aanvaard te hebben, óók niet als daartoe bijzondere aanleiding bestond. Zoo geven Mr. Jan NANNING VAN DER hoop en ADELGUNDA CHRISTINA Wolthers drie maal in die jaren procuratie op hun zwager Mr. ScATO Trip, ontvanger te Groningen, om hen te representeeren bij het „dedingen en oprigten" van de huwelijkscontracten van haar broeder en zuster en wel op 22 Maart 1776 bij die van haar broeder Mr. WOLTHER WOLTHERS met Jonkvr. M. VAN SwiNDEREN, op 31 Januari 1777 bij die van haar zuster christina ELISABETH wolthers met edzard ReiNT AlberdA, meesterknaap van het jachtgericht van Groningen, en op 27 April 1781 bij die van deze zelfde zuster, als deze als douairière ALBERDA van BLOEMERSMA opnieuw huwelijksvoorwaarden maakt en dan met Jhr. Egbert Lewe van MroDELSTUM, secretaris van de Staten van Groningen 2). Blijkbaar voelde de Arnhemsche Jan nanning zich tot de voor hem onbekende Groningsche kringen nog te weinig aangetrokken om bij deze feestelijke gebeurtenissen in persoon te assisteeren. Ook zullen drukke bezigheden een beletsel voor die reizen zijn geweest, juist sedert dien tijd had hij de meeste der op blz. 245 vermelde waardigheden in zich vereenigd en reeds een jaar na de laatste Groningsche bruiloft overleed hij, zooals wij op blz. 246 reeds verhaalden. Zijn begraven is in de Graaf-, luy- en peylcedullen der Kerkvoogdij van Arnhem alsvolgt ingeschreven: Peilceel, 1782. 6 Dec. den Heer Burgemeester Nanning van der Hoop, Groote Kerk op het Koor, Middenpand nr. 4 drie diep; en onder : het Luyen van de Groote Kerk: 1782. 6 Dec. De Heer en mr. Nannig van der Hoop in leeven Burgemeester deser stad, ses maal geluyt . . . . 44 gl. 12 st. Tweemaal had hij getesteerd; zijn testament d.d. Arnhem 9 November 1768 werd herroepen bij dat van 6 October 1779. Bij dit laatste testament bevestigde bij zijn huwelijksvoorwaarden en stelde hij zijn vrouw tot zijn erfgename aan of zijn kinderen, voorzoover die bij zijn sterven in leven mochten zijn. Hij vermaakte voorts legaten aan zijn vaders neven Jacobus van derHoop (van blz. 104), Isaac de Neufville van der Hoop (van blz. 106) beiden te Amsterdam3), en aan Adriaan van der hoop te Rotterdam (blz. 120); ook de naaste bloedverwanten van zijne moeder hester josina de greve ontvingen eenige legaten. Het testament werd eerst 3 jaar na zijn dood te Arnhem op 2 December 1785 geopend4). Dit blijkt ook uit de nu volgende procuratie, welke *J In het Familie archief te Amsterdam berusten genealogische aanteekeningen over dit geslacht Wolthers, loopende van 1721—1787. •) Zie Procuratieboeken van Arnhem dl. 1774—1777 en 1778—1781. ') Beiden werden, met 2 Groningsche familieleden, ook voogden over den eenigen zoon van jan Nanning van der Hoop. 4) Zie Testamentboek van Arnhem, dl. 1785—88, fo. 77, waar na de opening een afschrift van het testament is ingeschreven. Het origineele testament en eene copie ervan berusten ook in het Familie-archief te Amsterdam. Van het eerste testament van 1768 is in dat archief een minuut aanwezig. G KWARTIEREN VAN ADELGUNDA CHRISTINA WOLTHERS ECHTGENOOTE VAN Mr. JAN NANNING VAN DER HOOP ( Wolther Wolthers J Burgem. van Groningen f rolina warmolts ( Samüel Emmius ' Burgem. van Groningen I Anna Sighers [ Pteter van Buttinga \ Bewindhebber o. I. C. / Maria Roos van Leeuwarden ( Tjaard Gerlacius \ Burgem. van Groningen ( Beerta Alting i Warnar Conring i Landrentmeester r Anna van Swaert / Otto Schinckel ( Berendsz. 1 Burgem. van Emden / Hermanna Cornelis Dirksdr. / Galenus Sichterman \ Majoor der Infanterie f MargarethaCelosse [ Louis Trip \ Heer van War f urn borg f Christina Trip \ van Amsterdam Mr. Herman Wolthers Raadsheer en Burgemeester te Groningen geb. ald. 7 Juli 1657 f ald. 5 April 1733 x Groningenl 1 Sept.1688 Anna Emmius geb. Gron. 12 Aug. 1661 t ald. 3 Mrt. 1716 Dr. NlCOLAAS van Buttinga Gezworene te Groningen ged. Amsterdam 30 Oct. 1639 x Groningen 14 Dec.1694 Wibbina Gerlacius geb. Groningen justus conring Landrentmees terGeneraal (ond. Emden 11 April 1685) Adelgunda Schinckel geb. Emden Mr. Gerrit Sichterman Commandeur van Grave ged. 24 Juli 1688 t 11 Febr. 1730 x 1 Juni 1709 Louisa Christina Trip geb. Warfum f Groningen Nov. 1732 Mr. Wolter Wolthers Secretaris van Groningen leb. Groningen 22 Nov. 1696 t Groningen 18 Juli 1728 x Groningen 9 Febr. 1721 Clara van Buttinga geb. 1695 t Groningen 10 Oct. 1721 Mr. Herman Wolthers Raadsheer te Groningen geb. Groningen 7 Oct. 1721 t Groningen 26 Maart 1788 Andreas Conring Raadsheer te Groningen geb. Emden 7 Nov. 16% t 20 Mei 1754 x Groningen 5 Sept. 1725 Christina Elisabeth Sichterman geb. Groningen 2 Mei 1710 f Groningen Nov. 1730 Louisa Christina Conring ged.Groningen 23 Aug. 1727 f Groningen 29 April 1766 Adelgunda Christina Wolthers echtgenoote van Mr. Jan nanning van der Hoop x Groningen 23 Jan. 1746 DE ARNHEMSCH— GRONINGSCHE TAK — 251 tevens een aanduiding ervoor is, dat de achtergebleven weduwe hare zaken door eenvoudige lieden deed waarnemen en daarvoor geen hooggeplaatste personen koos : 30 November 1785. Compareert voor schepenen van Arnhem vrouwe A. C. wolthers, weduwe en gelijftuchtigde boedelhoudster van wijlen mr. J. N. van der Hoop, inleven schepen en raad dezer stad, en bevolmachtigt den roeidrager (= gemeente-bode) A. van raay om namens haar opening te verzoeken van de testamentaire dispositie, die haar man op 8 Oct. 1779 besloten had gepasseerd voor heeren schepenen; voorts bevolmachtigt zij arent Wijnen, tuinier op de buitenplaats den Hemelschen Berg om deze te administreeren en daar nauwkeurig opzicht te houden, ook over de goederen daar bij en aan gelegen in het ambt van Renkum, kerspel Oosterbeek; de ontvangsten elk half jaar te bezorgen bij anthony van raay, roeydrager, voornd. en tevens om te administreeren de bouwinge in het ambt van Over-Betuwe, welke door haar man is nagelaten en door haar in tucht wordt bezeten1). Toen zij deze volmachten verleende, was het tevens de dag van haar vertrek voor altijd uit Arnhem. Drie weken te voren was zij begonnen met de verhuizing naar Groningen: 7 November 1785 op requeste van de weduwe van wijlen den Heer Burgemeester J. N. van der Hoop, verzoekende dat aan haar tot 't transporteeren harer meubilaire goederen een burgerbrief zoude mogen worden verleend — fiat quod petitur, lezen wij in het Commissie- en Politieboek van Arnhem over 1785, en ultimo November van dat jaar keerde zij met haar eenig zoontje naar haar vaderstad terug, waaraan haar meer banden gebonden hielden, dan aan het haar vreemde Arnhem. Te Groningen in de vaderlijke woning teruggekeerd, komt zij nog talrijke malen in de Schepenregisters dier stad in acten voor, doch alvorens de voornaamste daarvan mede te deelen, vermelden wij eerst, dat zij 4 maanden na haar terugkeer een tweede huwelijk sloot, waarover het Proclamatieboek van Groningen 2) zegt: Sabbathi den 18 Maart 1786. Hindrik de Sandra Veldtman, der beiden regten Doctor en Heer van Slogteren, en Adelgunda Christina Wolthers, weduwe van Jan Nanning van der Hoop, in leeven Borgemeester te Arnhem, beide van Groningen en beide present. [in margine]: M(artini) K(erk) accord: d: 14 Maart 1786. met belastinge te Arnhem en Slogteren. Te Slechter en werd dit huwelijk alsvolgt ingeschreven:3) 1786, den 2 April. Het huwelijk uitgekondigd tusschen de Hoog Edelen Heer en Mr. Hendrik de Sandra Veldtman, heere van Slogteren en onderhorige dorpen enz. en De Welgeboren Vrouwe Mevrouwe Adelgunda Christina Wolthers, wedue de Borgemeester van der Hoop. den 7 April zijnde Vrijdag achtermiddag om 3 uuren zijn bovengenoemde Heer en Mevrouw getrouwt in de kerk te Slogteren op het Choor door H. Wolters, pastor te Slochteren. ') Procuratieboek van Arnhem, dl. 1782—1785. 2) Dl. 1784—1792. ') Trouw- en doopboek van Slochteren, dl. 1722—1811. 252 — HOOFDSTUK VI: Mr. Hendrik de Sandra Veldtman was als 2e kind van Assuerus Johan Veldtman, postmeester van Groningen en Drenthe, en Etta Catharina Emmen x), op 29 Juni 1756 te Groningen gedoopt. Hoewel zulks uit de beide voorgaande huwelijksafkondigingen niet blijkt, was hij — toen hij in 1786 met de weduwe Van der hoop in het huwelijk trad — zelf ook weduwnaar en wel van johanna catharina aleyda van Rheden, uit Oost-Friesland, bij wien hij een eenigen zoon had: Assuerus Johannes de sandra veldtman, gedoopt te Groningen 21 Februari 1777, die tijdens het hertrouwen nog in leven was, doch vóór zijn vader overleed. Het echtpaar — elk met een voorzoon dus — won zelf 23 Januari 1789 te Groningen nog een derde kind, n.1. hermanna louisa christina, dat 30 Januari d.a.v. aldaar werd gedoopt. Het was dus in dit gezin, dat het in 1775 te Arnhem geboren zoontje van jan nanning van der hoop werd opgevoed en het hertrouwen zijner moeder is voor dezen tak van het geslacht Van der hoop van verstrekkende gevolgen geweest, want niet alleen werd deze daardoor naar een geheel andere provincie verplaatst, maar kwamen ook diens afstammelingen er later door in het bezit van de heerlijkheid Slochteren ca., doordat de hierboven genoemde erfdochter — hoewel tweemaal gehuwd — kinderloos overleed. Wij willen thans eerst eenige der voornaamste acten mededeelen, in welke de weduwe van der hoop te Groningen verschijnt en waaruit tevens hare naaste familieleden blijken zullen. 6 Februari 1783 compareeren aldaar2) mevr. Clara Elizabeth wolthers met haar man ScATO trip, mevr. CHRISTINA ELISABETH WOLTHERS met haar man den secretaris Lewe, mevr. anna hermanna wolthers met haar man joost van Vierssen en de heer Wolther Wolthers, benevens hun afwezige zuster mevr. adelgunda Christina WOLTHERS, douairière VAN DER hoop, zijnde de eenige kinderen van den Hoog Edel Gestrengen Heer HERMAN WOLTHERS, raadsheer dezer stad, bij zijn ehevrouw mevr. LouiSE CHRISTINA CONRINGH — reeds lange overleden — in echte verwekt, en autoriseeren zij den heer ScATO Trip om namens hen zich naar Oost-Friesland te begeven en aldaar op te treden inzake de erfenis van de overleden mevr. ANNA VAN Rheden, douairière van den Hoog Edelgeboren heer Faico Bernard CONRINGH, van welken laatsten zij mede-erfgenamen zijn. 13 Maart 17863) compareeren de Hoog EdelGestrengen Heer en mr. Hendrickde Sandra Veldtman, heer van Slochteren en onderhoorige dorpen, als bruidegom ter eenre, en de WelGeboren vrouwe mevrouw adelgunda christina wolthers, weduwe van den Hoog EdelGeboren Heer en mr. jan nanning van der hoop, in leven burgemeester van de stad Arnhem, als bruid ter andere zijde, en maken huwelijksvoorwaarden ten overstaan van de navolgende huwelijksbeden : WlCHER van SwiNDEREN, gezworene van Groningen, als schoonbroeder en voogd over den zoon van den bruidegom bij wijlen mevr. J. C. A. van Rheden verwekt; vincent bernard Trip, raadsheer, en mevr. Harmanna henrica Emmen, echtelieden als oom en tante en mede als voogd; ScATO GOCKINGA, ambtman en mevr. Johanna Maria Veldtman, echtelieden, als *) De andere kinderen van dit echtpaar waren: 1. HENRICA ELEONORE HoüTINA, ged. 11 Juli 1755 ; 3. Lambert HENDRIK Jacob, ged. 12 Jan. 1759 ; 4. Maria Jacoba, ged. 11 Dec. 1761 en 5. Maria Jacoba, ged. 9Dec. 1763, alle te Groningen. ') Registers van procuraties en volmachten van Groningen, dl. 1781—1787, fo. 61. *) Minuten van huwelijkscontracten te Groningen, Dl ij, nr. 73 over 1786. Een origineel er. van het huwelijkscontract berust ook in het archief Gockinga, gedeponeerd ten Rijksarchieve Groningen onder nr. 77. Adelgunda Christina Wolthers (1752—1802) echtg. v. Mr. Jan Nanning van der Hoop DE ARNHEMSCH—GRONINGSCHE TAK — 253 oom en tante ; mevr. Anna MARGARETHA TjADEN wed. van den raadsheer RUDOLPH EmmeN als tante; en aan bruidszijde: herman WOLTHERS, raadsheer, als vader; scato Trip, ontvanger en mevr. clara Elizabeth wolthers, echtelieden, als schoonbroeder en zuster ; Egbert Lewe, secretaris, en mevr. christina elisabeth wolthers, echtelieden, als schoonbroeder en zuster; Joost VAN VlERSSEN en mevr. A. H. Wolthers, echtelieden, als schoonbroeder en zuster; WoLTHER wolthers, gezworene, als broeder en als voogd over den zoon van de bruid, WlARDUS SlCCAMA, burgemeester, als neef, tjaert VAN Berchuys, burgemeester, als neef; Jan Tido FoCKENS, raadsheer, als gemachtigde van JACOBUS en IsAAC de neufville van der Hoop als voogden over den zoon van de bruid. Blijkens deze opsomming van de getuigen was de geheele „upper ten" van het toenmalige Groningen bij het huwelijk tegenwoordig; zij leert ons tevens in welke kringen de jonge Arnhemsche Van der Hoop in den vervolge zou verkeeren. Daags daarna — 14 Maart 1786 — maakt de bruid „finale scheiding en afkoop van des pupilles vaders goederen" met de voogden van haar zoon, welk stuk wij zullen vermelden bij de bespreking van dezen. Na haar huwelijk komt zij o. a. nog in de volgende Groningsche acten voor: 22 Juni 1790 de hiervoor reeds genoemde leden der familie wolthers, waaronder Adelgunda Christina Wolthers, geassisteerd door haar man Hendrik de Sandra Veldtman van Slochteren, verkoopen aan C. S. van Affelen, weduwe Hogenbergh, het huis met tuin en een huisje er achter aan de Vischmarkt te Groningen, ten Oosten op den hoek van de Harderinge straat, afkomstig van hun ouders, wijlen den raadsheer herman Wolthers en L. C. Conringh, diens vrouw, met de daarbij behoorende inboedel, behalve de schilderijen boven de schoorsteenen en boven de deuren, voor 18.000 gl.1) 19 Juni 1792, dezelfde kinderen en schoonkinderen van wijlen Herman WOLTHERS bekennen, dat ingevolge scheiding en deeling van diens boedel van 17 Febr. 17912) ten deel gevallen is o. a. aan mevr. de SANDRA VELDTMAN geboren WOLTHERS, een heerd lands gelegen te Leermens in de Kinghorn groot 86 grasen, verhuurd voor 300 gl. jaarlijks, een heerd lands gelegen te Loppersum, groot 72 grasen, verhuurd voor 260 gl. 's jaars, 1/5 aandeel in de penningen uit de verkochte provinciale en stads verzegelingen en Vs deel van de effecten, het mobilair, linnen, zilver, contante penningen en de te innen renten en huren.3) 8 November 1792. De gezworene R. DE MAREES VAN SwiNDEREN, verkoopt aan Mr. Hendrik de Sandra Veldtman en Adelgunda Christina Wolthers, heer en vrouwe van Slochteren, zijn huis staande vooraan in de Oude Boteringestraat Westzijde, zooals dit reeds door den kooper in Mei 1792 met genoegen aanvaard is, benevens nog een woning ten Westen achter eerstbedoeld huis, ten Noorden in het Messemakersstraatje met een stalling of wagenhuis er achter, zijn uitgang hebbende op het Hoogstraatje, te samen voor 7566 gl. 10 st. *) l) Stadsschuldprotocol van Groningen, III, x, 1789—90, fo. 157. ') Een afschrift dezer acte van scheiding berust ook in het archief Gockinga, gedeponeerd ten Rijksarchieve van Groningen, onder nr. 79. ') Idem, dl. 1792—1793, fo. 39. 4) Als voor, dl. 1792—93. fo. 135. Vroeger had H. de Sandra Veldtman gewoond aan de Groote of Breede Markt, op den hoek van de Oude Ebbingestraat; dit huis had hij voor zich en als „legitimus tutor filii" op 6 Oct. 1783 verkocht aan Abr. q. van Swtnderen. 254 — HOOFDSTUK VI: Fraeylemaborg in de tweede helft der 18de eeuw. Mr. H. DE SANDRA VELDTMAN, die 17 Januari 1781 van de crediteuren van HENDRIK OCCO PlCARDT voor 51.000 gl. de Fraeylemaborg te Slochteren had gekocht1), woonde na de revolutie meestal aldaar, aanvankelijk ambteloos, gedurende welken tijd hij zijn nieuw bezit, dat zeer vervallen was, weder in goeden staat bracht. Sedert 1803 was hij gecommitteerde of lid van het departementaal bestuur van stad en lande van Groningen en lid van het gemeente-bestuur van Slochteren. Tevens was hij daar coüator van de kerk, in welke hoedanigheid hij het beroep van predikant, schoolmeester en koster aan zich had.2) Na het herstel van het Oranjehuis werd hij nog lid van de Staten van Groningen, welke functie hij tot zijn overlijden vervulde. Hij was sedert 1803 voor de helft eigenaar in de nalatenschap van wijlen H. H. Emmen, weduwe van den raadsheer V. B. Trip. 3) Vóór genoemd jaar was zijn 2e echtgenoote, de weduwe VAN DER Hoop, echter >) Zie : De Ommelander Borgen. Jhr. Mr. J. A. Feith, 1906, blz. 105—106 ; en Nederlandsche Kasteelen en hun historié, dl. I. blz. 278. 2{ Zie b.v. Rekestenboek van Groningen, nr. 138, 1807, fo. 154vso. ') Zie de erfscheiding over dié nalatenschap d.d. 11 Juli 1803 in dl. Mei—Nov. 1803, fi. 73—76 en de uitvoering der scheiding met zijn zuster M. J. Veldtman,- echtgenoote van S. F. van Iddekinoe d.d. 31 Dec. 1805, in dl. Dec. 1805—Mei 1806, fi. 83. DE ARNHEMSCH—GRONINGSCHE TAK — 255 reeds overleden; zij stierf te Groningen 2 Januari 1802. Haar begraven is in het register alsvolgt ingeschreven:*) 1805. 7 Jan. AU. Christina Wolters vr. van der Sandraa Veltman in Botteringestraat M(artini) kerk, 21 — 15 — 4 koetzen 6 — Haar man overleed 14 jaar later in den ouderdom van 60 jaar te Groningen op 9 Januari 18162) nalatende een eenige dochter uit zijn 2e huwelijk en een stiefzoon Mr. A. J. van der Hoop. Deze dochter HERMANNA louisa christina de sandra veldtman, geboren te Groningen 23 Januart 1789, volgde haar vader op als vrouwe van Slochteren, Colham, Foxham en half-Schildwolda, en overleed 58 jaar oud, te Groningen 17 November 1847, zonder uit haar beide huwelijken resp. met Jhr. Johan Hora SlCCAMA (1778—1829) en met Jhr. Wiardus Hora SlCCAMA (1791—1867) kinderen na te laten8), waarna haar M Begraafregister van Groningen, dl. 1802—1808. 2) Zie zijn overlijden vermeld in: Boekzaal der Geleerde Wereld 1817. Over het gezin op Fraeylemaborg handelt de novelle Zijn zoon en zijn huis, door L. E. (mej. Engelberts). *) Zie deze 2 echtgenooten in Nederlands Adelsboek jg. 1917, blz. 157 j haar 2e echtgenoot hertrouwde na haar overlijden met J. E. A. S. gravin van Limburg Stirum. 256 — HOOFDST. VI: DE ARNH.-GRON. TAK. 2e echtgenoot als vruchtgebruiker Fraeylemaborg bleef bewonen. Slochteren ca. met het kasteel was echter door zijn echtgenoote toegewezen aan een kleinzoon van haar half-broeder, den na te noemen Mr. Abraham Johan thomassen a thuessink van der Hoop. De eenige zoon uit het eerste huwelijk van adelgunda christina wolthers : Abraham Johan van der Hoop (1775—1826), volgt blz. 260. Schildpadden doos met portret van Adelgunda Christina Wolthers als weduwe van Mr. J. N. van der Hoop. De Groningsche tak Van der Hoop — Thomassen a Thuessink. 17 258 — HOOFDSTUK VI: Johan van der Hoop Ds.NanningdeGreve * Arnhem, omslr. 1655. * Grave, 20 Aug 1664. t Arnhem, 1 Nov. 1702. f Vierlingsbeek,21 Jan 1709 x Arnhem, 1 Mei 1681. xVierlingsbeek, 1 Oct. 1690 Anna Sprongh Hester Ribbius "Arnhem, 22 Juni 1649. "Arnhem, 3 Nov. 1672. t Arnhem, 28 Aug. 1693. f Gorinchem, 20 Juli 1742. Abraham Hester Josina van der Hoop de Greve Koopman te Arnhem. * Vierlingsbeek, 7 Aug. 1701 * Arnhem, 6 Dec 1687. t Arnhem, 8 April 1759. t Arnhem, 15 Mei 1742. * Velp, 3 Juli 1731 Mr.WolterWolthers Secretaris van Groningen * Groningen, 22 Nov. 1696. t Groningen, 18 Juli 1728. x 9 Febr. 1721. Clara van Buttinga 1695 t Groningen, 10 Oct. 1721 Andreas Conring „!,.„>.- »£. OrnnindPTl 'Rmrlen. 7 Nov. 1696. t20 Mei 1754. x Groningen. 5 Seot. 1725. Christina Elisabeth Ol^n 1 E,KJVl.tt.i\ * r.,„B;nj»n o. Mpi 1710. t Groningen, Nov. 1730. Mr. Herman Wolthers Raadsheer te Groningen. * Groningen, 7 Oct. 1721. f Groningen, 26 Maart 1788. Louisa Christina Conring * Groningen, 23 Aug. 1727. t Groningen, 29 April 1766. x Groningen, 23 Jan. 1746 Mr. Jan Nanning van der Hoop Burgemeester van Arnhem. * Arnhem, 6 Sept. 1738. t Arnhem, 30 Nov. 1782. x Groningen, 6 Maart 1774. Adelgunda Christina Wolthers * Groningen, 29 Mei 1752. t Groningen, 2 Jan. 1805. Mr. Abraham Johan van der Hoop Burgemeester van Groningen. * Arnhem, 19 Jan. 1775. t De Bult (Eesvecn), 3 Oct. 1826. x Steenwijk, 28 Sept. 1797. KINDEREN 1. Adelgunda Christina van der Hoop. 2. David van der Hoop. 3. Jan Nanning van der Hoop. DE GRONINGSCHE TAK — 259 David Thomassen a Thuessink Procureur. * Ged. Kampen, 21 Sept. 1655. t x Vollenhove,21 April 1679 Elisabeth van der Wende van Vollenhove t Joost van Benthem Burgemeester van Hasselt Ged. Hasselt 1 Febr. 1654. t x Staphorst, Febr. 1693. Johanna Haeck t Zwolle, 4 Jan. 1743. Pieter Baelde "Rotterdam, 29 Sept. 1659. t Rotterdam, 21 Jan. 1735. xRotterdam,l°10Jan.l685 Sara le Balleur "Mannheim, 13 Mei 1663. tRotterdam, 18 Dec. 1704 Adriaan Bisdom * Krimpen a/d Lek, 30 Juli 1664. f Haastrecht, 1 Aug. 1728 x 23 Aug. 1695 Elisabeth Wijckerhelt * Schiedam, 11 Maart 1675. t Haastrecht, 26 Juni 1729 Evert Jan Thomassen Arnoldina Aleida a Thuessink Majoor ter repartitie v. d. Landschap Drenthe. 1688. begr. Zwolle, 16 Nov. 1757. van Benthem Ged.Hasselt,22 April 1694. begr. Zwolle, 27 Dec. 1752. x Zwolle, 21 Sept. 1722. Rudolph Baelde, Commissaris van het Zeegerecht te Rotterdam. * Rotterdam, 24 Febr. 1703. f Rotterdam, 2 Nov. 1772. Maria Bisdom * Haastrecht, 18 Febr. 1712. tRotterdam, 11 Sept. 1770. x Haastrecht, 2° 16 Juli 1733 Mr. David Thomassen a Thuessink Burgemeester van Zwolle, Baljuw van Vollenhove. en lid van Ged. Staten. * Zwolle 28 Nov. 1734. t Groningen, 19 Dec. 1817. x Rotterdam, 26 Febr. 1775. Elisabeth Maria Baelde * Rotterdam, 25 Dec. 1735. t Vollenhove, 6 April 1808. Arnoldina Aleida Maria Thomassen a Thuessink * Zwolle, 2 Aug. 1776. t Groningen, 23 Aug. 1859. 4. Mr. David van der Hoop. 5. Elisabeth Maria Magdalena van der Hoop. 6- Mr. Evert Jan Thomassen a Thuessink van der Hoop. 260 HOOFDSTUK VI: Mr. ABRAHAM JOHAN VAN DER HOOP, zoon van Mr. Jan Nanning van der Hoop en van Adelgunda christina Wolthers, (van blz. 256). Geboren te Arnhem 19 Januari 1775. Gedoopt (Hervormd) aldaar 22 Januari 1775. Overleden h. de Bult te Eesveen 3 October 1826. Begraven te Steenwijk. Ondertrouwt te Groningen en te Steenwijk resp. 9 en 10 September 1797. Huwt te Steenwijk 28 September 1797. ARNOLDINA ALEIDA MARIA THOMASSEN a THUESSINK, dochter van Mr. david thomassen a thuessink, burgemeester van Zwolle, drost van Zalland, baljuw van Vollenhoven en Kuinder, en van elisabeth maria baelde. Geboren te Zwolle 2 Augustus 1776. Overleden te Groningen 23 Augustus 1859. Zijn vader teekende over de geboorte en den doop van dezen eenigen zoon aan: Abraham Johan van der Hoop geboren op Donderdag den 19 January 1775 's namiddags kort voor twee uur en Zondagavont daaraan in de Groote Kerk alhier door Ds. David Blanken gedoopt zijnde, genoemd na mijn vader en oom van moeders sijde Johan de Greve, oud-burgemeester deser stad, die ook als peter over desen doop gestaan heeft. Mr. Abraham Johan van der Hoop (1775—1826) Arnoldina Aleida Maria Thomassen a Thuessink (1776—1859) echtg. v. Mr. Abraham Johan van der Hoop DE GRONINGSCHE TAK — 261 Zeven jaar oud verloor hij zijn vader en 3 jaar later — in November 1785 — verliet zijn moeder voor goed Arnhem en vestigde zich in haar geboortestad Groningen, om 7 April 1786 te Slochteren te hertrouwen met Mr. hendrik de sandra veldtman, die dus zijn stiefvader werd. Voordat dit huwelijk werd voltrokken, had zij met de voogden van haar zoon scheiding gemaakt over de goederen, welke hem van 's vaderszijde toekwamen: 14 Maart 1786 compareeren n.1. te Groningen1) „mevr. adelgunda christina wolthers weduwe van wijlen den heer Jan nanning van der hoop, als moeder, ter eenre, en Mr. j. P. fockens, raadsheer dezer stad, namens de heeren jacobus van der hoop, „voormond" en izaac de neufville van der hoop, als „voogd", geautoriseerd bij notariëele volmacht voor notaris R. van eybergen d.d. 10 Maart 1786 te Amsterdam gepasseerd, benevens den heer gezworene Wolther wolthers, als „medevoogd" over den minderjarigen zoon van mevr. A. C. wolthers bij wijlen den heer jan nanning van der Hoop in huwelijk verwekt, ter andere zijde, en maken finale scheiding en afkoop van des pupillen vaders goederen, in dier voege dat ingevolge de huwelijksvoorwaarden van 18 Februari 1774 tusschen haar en haar man, waarbij gemeenschap van goederen is bedongen, de helft van den inventaris ten laste van de weduwe komt. Volgens de balans bij den inventaris gevoegd en ter weeskamer overgeleverd, was de „onderteeringe" gebleken te zijn 7798 gl. 3 st. 4 pl., daarvan gingen af „de doodskosten" ten bedrage van 1000 gl., zoodat het aandeel der moeder in de „onderteering" bleek te bedragen 2899 gl. 1 st. 6 pl, die zij tot de meerderjarigheid van den zoon onder zich zou mogen houden, waarna zij ten profijte van dezen den geheelen boedel met lasten en baten op denzelfden dag ter weeskamer overgeeft. De acte zegt verder: „zijnde de moeder gehouden haar zoon ABRAHAM JoHAN VAN der Hoop — thans in het 11e jaar oud — tot zijne mondige dagen te onderhouden, te verzorgen, te laten studeeren en verders te bezorgen, waarvoor de moeder uit de revenus van den pupil jaarlijks zal genieten tot zijn meerderjarigheid 1500 gl." Hij ontving daardoor in eigendom de huizen te Arnhem, en de goederen te Oosterbeek, w. o. den Hemelschen Berg, zoomede den hof te Elden, benevens de verschillende graven in de Groote Kerk te Arnhem. Vier jaren na deze scheiding werd Abraham Johan van der Hoop op 19 December 1792 als studentin de rechten te Groningen ingeschreven en 20 Mei 1797 promoveerde hij er tot doctor in de beide rechtena), waarna hij zich als advocaat te Groningen vestigde. In dit zelfde jaar nog trad hij in het huwelijk; in het Trouwregister van Steenwijk leest men: Proclam. 10 September 1797. Mstr. Abraham van der Hoop, j. m. gebooren te Arnhem en woonagtig te Groningen en Juffr. Arnoldina Aleyda Maria Thomassen a Thuesink, j. d. gebooren te Zwol en laast voorgaande jaar gewoond in den Haag 3) en tans op de Bult te IJsveen. En zijn den 28 September alhier getrouwt. ') Deze acte komt in minuut voor in: Minuten van huwelijks-contracten enz. te Groningen, III, ij, nr. 73 en in afschrift in het Stadsschuldprotocol van Groningen, III, x, dl. 1786—87, fo. 16vs. e.v. =) Een exemplaar van de „Theses van Johannes Abrahamus van der Hoop, Arnhemia-Gelrus", d.d. 20 Mei 1797, berust in het Familie-archief te Amsterdam. 3) Tengevolge van deze omstandigheid vindt men het huwelijk ook te 's Gravenhage afgekondigd. 262 — HOOFDSTUK VI: De Bult bïj Steenwijk, voorzijde. In dat van Groningen (dl. 1792—1799) leest men: Saturdag 9 September 1797. Abraham Johan van der Hoop, der beide Rechten Doctor, van Arnhem. & Arnoldina Alifda Maria Thomassen a Thuessingh, van Zwolle, volgens attestatie van de Schultus Strap te Steenwijk; hiervan attestatie afgegeven den 24 September 1797. Zijne vrouw was eene dochter van david thomassen a thuessink uit diens te Rotterdam 12 Februari 1775 gesloten tweede huwelijk met Elisabeth Maria Baelde.1) ') Over David thomassen a thuessink bevat het Familie-archief te Amsterdam eene groote hoeveelheid bescheiden; hij schijnt een veelzijdig man geweest te zijn, die in verschillende betrekkingen werkzaam is geweest; zoo was hij sedert 3 Dec. 1761 ontvanger-generaal der beursen en andere beneficiën der stad en meyerij van 's Hertogenbosch geweest (tot 1 Dec. 1795); later lid van het Departementaal Bestuur van Overijsel en Drente," 4 Juni 1802 burgemeester van Zwolle en gedeputeerde bij de binnenlandsche deputatie van de provincie Overijsel wegens die stad, o.a. 1769, 72, 76, 79; drost van Salland 15 Maart 1805, en landdrost van het kwartier van Vollenhove en de heerlijkheid Kuinre 19 Dec. 1805 en baljuw van Vollenhoven in 1810. Zie over zijn voorgeslacht o.a. Geslachtkundige aanteekeningen van de gecommitteerden ten Landdage van Overijsel, door Mr. J. van Doorninck, 1871, blz. 700 e.v. en den Kwartierstaat opgenomen op blz. 259 hi ervóór. Ook bevat het Familie-archief vele bescheiden betrekking hebbende op zijn oudsten zoon Prof. Dr. evert jan thomassen a thuessink (1762—1832), professor in de medicijnen te Groningen, gesproten uit David's eerste huwelijk met Maria Jacoba Keizer. DE GRONINGSCHE TAK — 263 De Bult bij Steenwijk,'achterzijde. David vd. was eigenaar van het landgoed de Bult, 1 uur ten Oosten van Steenwijkerwold gelegen, dat hij 11 Febr. 1782 in vereeniging met R. DROSTE voor f 2405 had gekocht, terwijl hij in 1790 dezen compagnon voor f 3000 zijn deel had afgekocht. De daartoe behoorende schrale en onvruchtbare gronden ontginde hij en met het oog op zijn aanwezigheid daarbij en den verren afstand, deed hij in 1791 een huisje er op zetten, waaruit later het buitenverblijf van dien naam is ontstaan. Alvorens dit bezit — dat tot 1908 eigendom van zijn afstammelingen bleef — op zijn schoonzoon Mr. abraham johan van der HOOP was overgegaan, ontdeed deze laatste zich in het jaar volgende op zijn huwelijk van zijn huizen te Arnhem. 22 Augustus 1798 compareert aldaar Mr. A. J. VAN DER HOOP en verklaart verkocht te hebben aan COENRAAD KOELS en HenDRIKA BLANKENBERG, echtelieden, alsmede aan JACOBUS VERBURGT en HENDRIKA KAPELLE, echtelieden, 1°. zijn huis en erve in de Oeverstraat te Arnhem, gelegen tusschen die van HENDRIK HENDRIKS en FRANS VAN LOON, in de Weverstraat uitkomende, doende in de verponding 20—8—0; 2°. zijn koets- of pakhuis in de Oeverstraat, tusschen W. J. BOSSARD en HOLLAND in de Weverstraat uitkomende, doende in de verponding 7—12—0, voor 6079 gl. tezamen. *) 1) Opdrachten en Verbanden van Arnhem, dl. 1797—1798 en 2e Protocol van het Wester Binnen-K war tier v. Arnhem, fo. 75. 264 — HOOFDSTUK VI: Het huis met koetshuis aan het Schuitendiep no. 31. Ruim 21 jaar nadat hij als kind Arnhem voor goed verlaten had, besloot hij ook zijne bezittingen te Oosterbeek van de hand te doen. Vooraf liet hij voor het gericht van Renkum de volgende acte inschrijven1): „19 December 1806. Mr. ABRAHAM JoHAN VAN DER HOOP verzoekt aanteekening, dat hij is eenige zoon en universeel intestaat erfgenaam van zijn vader Mr. Jan nanning van DER HOOP, welke is geweest eenige zoon en universeel erfgenaam van zijn vader Abraham van DER HOOP." Achtereenvolgens worden nu de Oosterbeeksche goederen en de hofstede te Elden in Januari 1807 door IsAAC NlJHOFF als zijn gemachtigde verkocht2) en wel op 21 Januari van dit jaar het buitengoed den Hemelschen Berg met gebouwen, huizen, boomgaard en toebehooren, w.o. huis en land het Lange Stuk, den Nieuwenkamp, den Huis-akker, den Heeskamp, den Mostaardhof, het Zuerland, het recht van water en grond van een papiermolen en een erfpacht van 10 gl., aan Mr. Derk GayMANS, voor 18787 gl. te zamen.3) Den zelfden dag verkoopen Mr. A. J. VAN DER Hoop en zijn vrouw aan E. HAKFORT den water-korenmolen cum annexis te Oosterbeek voor 2545 gl. en aan W. SCHOE drie morgen uiterwaard aldaar voor 3517 gl., terwijl hij 4 dagen te voren reeds aan I. NlJHOFF voornoemd voor 2950 gl. had verkocht den Selenkamp en den Geestekamp.4) Al het onroerend bezit in Gelderland was hiermede uit handen van de Van der Hoop's gekomen. ') Protocol van opdrachten van Oosterbeek, dl. 1791—1811, fo. 200 vs. *) In het Familie-archief te Amsterdam berust nog een veilingsbiljet, waarbij 10 Oct. 1806 Mr. A. j. van der Hoop zal doen veilen te Arnhem den Hemelschen Berg en een bouwing te Elden. *) Protocol van opdrachten van Oosterbeek, dl. 1791—1811, fo. 201. *) Protocol van opdrachten van Oosterbeek, dl. 1791 — 1811, fos. 203vs., 204vs. en 206. DE GRONINGSCHE TAK — 265 Intusschen had hij toen reeds te Groningen twee perceelen aangekocht: 23November 1801 verkoopt aldaar hermannus ellens, als gemachtigde van eltje reynold Sypkens en Anna Maria Hagen, echtelieden te Amsterdam, aan Abraham Joan van der Hoop en mevr. Arnoldina Aleida Maria Thomassen a Thuessink, echtelied den, hun huis met een hof er achter en een „mandelige" gang ten Zuiden van het huis gelegen aan de Westzijde van het Schuitendiep op vrij eigen grond ten Noorden begrensd door mr. A. warmolts, ten Oosten door de straat aan het diep en ten Zuiden door genoemde „mandelige" gang, voor 9700 gl.*) 15 November 1802 verkoopen A. Reneman geboren Uden, weduwe van den luitenant W. Reneman en hare 2 zonen M. en H. Reneman, zoomede de predikant J. 1 hemmen als curator voor den minderjarigen zoon van wijlen J. H. Reneman, oudste zoon van de verkoopers, aan bovengenoemd echtpaar Van der Hoop hun huis, op het oogenbhk van den verkoop eene brouwerij zijnde, mèt al het brouwers gereedschap en een bleekveld er achter, zoomede een „mandelige" gang ten Noorden ervan, gelegen ten Westen van het Schuitendiep en ten Zuiden van de „mandelige" gang, waarnaast het huis van de koopers gelegen is, voor 4475 gl., 19 st. 2j Dit huis op het Schuitendiep - het eigenlijke stamhuis dus van de Groningsche 7 ,, , 7 jna 6en eCUW in het bezit van de famiIie en wa* laatstelijk bewoond door Mr. J. canter Cremers. Na het overlijden van zijn schoonvader was ook de Bult bij Steenwijk in het bezit van Mr. A. J. van der Hoop en zijn vrouw gekomen en zij brachten daar steeds een gedeelte van het jaar door. , ^ ziin huwelijk nog advocaat te Groningen, sedert 1803 was hij fiscaal van de beide Oldambten met standplaats Zuidbroek, tevens advocaat voor den rechter der jurisdictie aldaar. Deze functies vorviilrlo Uii tnt icn Na het herstel van het Oranje-Huis ambteloos te Groningen teruggekeerd, behoorde hij o. a. tot de nieuwbenoemde raden dier stad, die bij K. B. van 16 December 1815 no. 58 waren benoemd. De plechtige installatie van de ingevolge dit besluit nieuw benoemde burgemeesters en raden vond plaats op 2 Januari 1816. 3) Tevens was hij daar sedert 1818 pl. v. v. vrederechter in het le kanton. Bij besluit van Z. M. d. d. 4 Dec. 1821 no. 14 werd hij uit de voorgedragen nominatie benoemd tot een der vier burgemeesters van Groningen en hij legde 2 Jan. den eed als zoodanig af in handen van den president-burgemeester. Tot lid der Provinciale Staten van Groningen voor de stad Groningen werd hij gekozen 2 Juni 1823 met ingang van 1 Juli d. a. v. Toen er sedert 1825 te Groningen instede van 4 burgemeesters voortaan slechts één werd benoemd, werd David van der Hoop (1801—1804). CU-*) Stadsschuldprotocol van Groningen, III, x, dl. Oct 1801 Jan. 1802 fo. 122. 2) Idem, dl. Mei—Nov. 1802, fo. 158vs. *) Raadsresoluties van Groningen, dl. 1816—1817, nr. 1. 266 — HOOFDSTUK VI: hij aangesteld tot wethouder dier stad. Als zoodanig, tevens nog lid van de Provinciale Staten zijnde, overleed hij in den ouderdom van 51 jaar op de Bult te Eesveen. *) In de Groote Kerk te Steenwijk werd hij begraven: „Hier rust het stoffelijk deel van eenen hartelijk geliefden echtgenoot en vader Mr. abraham Johan van der hoop, in leven lid der provinciale staten en wethouder der stad Groningen, geboren den 19den January 1775 overleden den 3den October 1826." Zijn overlijden werd als volgt bekend gemaakt: „Heden overleed alhier, aan hevige zenuw-koortsen, tot innige droefheid van Echtgenoote en Kinderen, in den ouderdom van een-en-vijftig jaren en bijna negen maanden, de Wei-Edele Gestrenge Heer en Mr. abraham johan van der Hoop, Lid der Provinciale Staten en Wethouder der Stad Groningen. Op den Huize De Bult, bij Steenwijk, den 3 October 1826." ») In 1820 verscheen bij R. J. Schierbeek te Groningen een bundel gedichten Heidespruitjes van Klaas Harms Bouman; dit werkje is opgedragen: Aan mijnen weldoener en heer den WelEdel Geboren en Gestrengen Heer Mr. A. J. van der Hoop, lid van de staten der provincie en van den raad der stad Groningen. Bouman was n.1. zijn koetsier. DE GRONINGSCHE TAK — 267 Zijne weduwe overleefde hem nog 33 jaar — toen al hare zonen ook reeds waren gestorven — en overleed te Groningen 23 Augustus 1859. rlunne ö kinderen waren : 1. Adelgunda Christina van der Hoop. Geboren te Groningen 27 April 1799. Gedoopt (Hervormd) aldaar 5 Mei 1799. Overleden te Zutphen 5 Februari 1876. Huwt te Groningen 21 Januari 1834. Ds. Maurits Albrecht Amshoff, zoon van Ds. Johannes Petrus Amshoff, predikant te Uelsen (Bentheim), later te Emmen, en van Christina Meiling, en weduwnaar van Helena Lucia Valckenier. Geboren te Uelsen 3 September 1801. Predikant laatstelijk te Zutphen. Overleden te Zutphen 25 Maart 1874. Uit dit huwelijk sproot één zoon. 2. David van der Hoop. Geboren te Groningen 8 April 1801. Gedoopt (Hervormd) aldaar 19 April 1801. Overleden te Groningen 19 Januari 1804. Begraven aldaar 23 Januari 1804. *) 3. Jan Nanning van der Hoop. Geboren te Groningen 1 September 1803. Gedoopt (Hervormd) aldaar 9 September 1803. Ingeschreven als student te Groningen 6 Juli 1822. Overleden te Groningen 31 October 1848. Ongehuwd. 4. David van der Hoop, (1805—1847), volgt blz. 270). Adelgunda Christina van der Hoop (1799—1876). 5. Elisabeth Maria Magdalena van der Hoop. Geboren te Groningen 6 Februari 1807. Gedoopt (Hervormd) aldaar 15 Februari 1807. Overleden te 's-Gravenhage 14 Maart 1879. Huwt te Groningen 23 Mei 1828. Mr. Guillaume Groen van Prinsterer, zoon van Dr. Petrus Jacobus Groen van Prinsterer en van Adriana Henrica Caan. Geboren te Voorburg 21 Augustus 1801. Hij was achtereenvolgens secretaris van het Kabinet des Konings (1829—1833), lid van de dub- Begraafregister van Groningen, dl. 1802—1808: 23 Jan. 1804, 7 zoontje van Van der Hoop, M(artini) K(erk).... f12.—. Maurits Albrecht Amshoff (1801—1874). 268 — HOOFDSTUK VI: Het huis Oud-Wassenaar ten tijde van Mr. G. Groen van Prinsterer. bele Kamer der Staten Generaal (1840), lid van de Tweede Kamer (1849—1865), Staats raad in b. d., commandeur in de Orde van den Nederlandschen Leeuw.1) Schrijver van verschillende werken op staatkundig en geschiedkundig gebied, w. o. „Archives ou correspondance inédite de la Maison d'Orange-Nassau" (zie verder de Bibliographie door Mr.T. de Vries en zijn in noot') hieronder genoemd boek). Overleden te 's-Gravenhage 19 Mei 1876. Begraven — evenals zijne echtgenoote — op „Ter Navolging" te Scheveningen, waar op 3 Juni 1884 een monument in marmer werd onthuld, vermeldende hen beiden. Evenzoo werd aan het huis door hen op den Korten Vijverberg (thans Kabinet der Koningin te 's-Gravenhage bewoond, een gedenk¬ steen aan gebracht, vermeldende, dat Zij daar van löOÖ tOt Groen van Prinsterer—van der Hoop. hun overlijden woonden. Zegelafdruk i] Zie over dit geslacht De Wapenheraut jg. 1899, jg. 1909 en jg. 1910 en Maandbl. Geneal. Herald. Genootschap De Nederlandsche Leeuw, jg. 1924, k. 345 en 379. Zie over Mr. G. Groen van prinsterer, behalve de in de Biographische Woordenboeken opgegeven literatuur, ook: Mr. G. groen van prinsterer en zijne omgeving, door Mr. T. de Vries, 1908. Mr. Guillaume Groen van Prinsterer (1801—1876) Elisabeth Maria Magdalena van der Hoop (1807—1879) DE GRONINGSCHE TAK — 269 Voorts bewoonde het echtpaar groen van prinsterer—van der Hoop de buitenplaats Oud-Wassenaar (1845—1871) en daarna het nog bestaande huis Blankenburg te Wassenaar (1871—1876). Hun huwelijk was kinderloos. 6. Evert Jan Thomassen a Thuessink van der Hoop, (1809—1852), volgt blz. 281. VANBUEBEN VAN HASSELT 270 — HOOFDSTUK VI: Mr. David van der Hoop. (1805—1847) Mr. DAVID VAN DER HOOP, zoon van Mr. Abraham Johan van der Hoop en van Arnoldina Aleida Maria Thomassen a Thuessink (van blz. 267). Geboren te Zuidbroek 9 Juli 1805. Gedoopt te Zuidbroek 4 Augustus 1805. Overleden te Hoogezand 22 December 1847. Huwt te Groningen 22 September 1836.1) ANNA CATHARINA WOLDRINGH,2) dochter van Mr. Jan Gerard Woldringh en van Anna Maria van Swinderen. Geboren te Groningen 27 Februari 1811. Overleden te Groningen 1 December 1886. ») In het Familie-archief te Amsterdam berusten hunne voor notaris Mr. Herman Trip op 17 September 1836 opgemaakte huwelijksvoorwaarden. *) In bovengenoemd archief berusten eigenhandige genealogische aanteekeningen over het geslacht Woldringh van af 1638 van de hand van G. Woldringh 1759, daarna vervolgd tot 1832 door anderen, en voorts meer aanteekeningen over dit geslacht. Tevens berust daar eene manuscript-genealogie van het geslacht de Beveren (zijnde bovengenoemde anna Maria van Swinderen eene dochter van Wicher van Swinderen en van Johanna Margaretha de Beveren) aanvangende met Ds. wilhelmus de beveren, geboren te Dordrecht in 1642. Zie voorts over het geslacht Woldringh: Maandbl. Gen. Her. Genootsch. De Nederl. Leeuw, jg. 1914, 1916, 1923 en 1925 en Ned. Patriciaat, jg. 1915. Mr. David van der Hoop (1805—1847) DE GRONINGSCHE TAK — 271 Anna Catharina Woldringh (1811—1886) Echtg. v. Mr. David van der Hoop. Mr. David van der Hoop was op 20 Dec. 1822 als student in de rechten te Groningen ingeschreven en promoveerde aldaar in de rechtsgeleerdheid op proefschrift De Rapina op 3 Nov. 1830. Achtereenvolgens was hij advocaat te Groningen en sedert 31 Dec. 1841 kantonrechter te Hoogezand als hoedanig hij bijna 6 jaren later overleed. Hij was voorts geweest sergeant-majoor le bataljon 2e afd. mob. schutterij van Groningen, sedert 9 Oct. 1832 2e luitenant daarbij en sedert 13 Nov. 1834 2e luitenantordonnans-officier bij den staf der 2e brigade res. divisie. Hij was eigenaar van de Bult bij Steenwijk en van het huis aan het Schuitendiep, waar ook zijn weduwe met hare kinderen tot haar overlijden bleef wonen. Uit hun huwelijk sproten 6 kinderen: 1. Anna Maria van der Hoop. Geboren te Groningen 2 Mei 1838. Overleden te Groningen 23 Juni 1851. 2. Abraham Johan van der Hoop. Geboren te Groningen 2 April 1840. Ingeschreven als student in de rechten te Groningen 11 Sept. 1858. Overleden te Nice 25 Maart 1867 en aldaar begraven. Ongehuwd. 3. Jan Gerard van der hoop. Geboren te Groningen 22 September 1841. Overleden h. de Bult bij Steenwijk 27 Augustus 1842. 272 — HOOFDSTUK VI Abraham Johan van der Hoop. (1840—1867) Wicher Woldringh van der Hoop. (1847—1867) 4. Jan Gerard van der Hoop, (1843—1900), volgt blz. 274. 5. Arnoldina Aleida Maria van der Hoop. Geboren te Hoogezand 26 Juli 1845. Overleden te Middelburg 18 Augustus 1912. Huwt te Groningen 24 Maart 1880. Johannes Franciscus van Dunné, zoon van Lambertus Johannes van Dunné en van Aukje Gorter. Geboren te Beneden Knijpe (Schoterland Fr.) 10 Augustus 1837. Surnumerair der Registratie en Domeinen, 29 April 1858. Ontvanger daarbij sedert 1863 en Inspecteur daarbij te Groningen sedert 1872 en sedert 1881 te 's-Gravenhage. Directeur der Registratie en Domeinen voor de provincie Zeeland en het westelijk deel van Noord-Brabant met standplaats Middelburg sedert 1885. Arnoldina Aleida Maria van der Hoop. (1845—1912) DE GRONINGSCHE TAK — 273 Lid van den gemeenteraad van Middelburg sedert 1889. Gedeputeerde Staten van Zeeland gaven aan den in 1907 onder zijn leiding nieuw bedijkten polder in den Braakman den naam van Dunne-polder. Ridder in de Orde van den Nederlandschen Leeuw (1890) en commandeur in de Orde van Oranje-Nassau (1908). Overleden te Middelburg 7 September 1911. 6. Wicher Woldringh van der Hoop. Geboren te Hoogezand 26 Maart 1847. Student in de rechten te Groningen 13 September 1865. Ongehuwd overleden te Groningen 21 Maart 1867, en begraven aldaar op den dag van overlijden van zijn oudsten broeder. 18 274 — HOOFDSTUK VI: Caroline Louise Dorothée Charlotte Gallée (1849—1893) echtg. v. Mr. Jan Gerard van der Hoop Mr. JAN GERARD VAN DER HOOP, zoon van Mr. david van der hoop en van anna Catharina woldringh {van blz. 272). Geboren te Hoogezand 23 December 1843. Overleden te Groningen 9 Maart 1900. Huwt te Vorden 17 April 1885. CAROLINE LOUISE DOROTHÉE CHARLOTTE GALLÉE, dochter van johannes hermanus gallée en van neeltje van olst. Geboren te Vorden 3 December 1849. Overleden te Amsterdam 8 November 1893. Mr. j. G. van der hoop was 17 September 1861 te Groningen als student ingeschreven en promoveerde aldaar op Stellingen 11 Mei 1869 tot doctor in de rechtsgeleerdheid. Achtereenvolgens was hij ambtenaar bij het O. M. te Groningen 1 Mei 1877, Substituut-griffier bij de rechtbank te Groningen sedert 2 Februari 1886 en Griffier aan het kantongerecht aldaar 13 April 1891, als hoedanig hij overleed. DE GRONINGSCHE TAK — 275 Mr. Jan Gerard van der Hoop (1843—1900) Hij was eigenaar van de Bult bij Steenwijk.x) Uit hun huwelijk sproten 6 kinderen : 1. Anna Catharina van der Hoop. Geboren te Groningen 8 Maart 1886. Huwt te Zulphen 29 April 1909. Prof. Mr. Dr. Gijsbert Weyer Jan Bruins, zoon van Dr. Dirk Bruins en van Eva- dina TEN CATE FeNNEMA. Geboren te Zutphen 6 Juli 1883. Studeerde te Leiden en promoveerde aldaar op 15 Juni 1906 cum laude tot doctor in de rechtswetenschap op proefschrift, getiteld: „Een onderzoek naar den rechtsgrond der schadevergoeding" en op 29 Mei 1908 tot doctor in de staatswetenschap op stellingen. Sedert 1906 verbonden aan de Provinciale Griffie van Zuid-Holland, laatstelijk als hoofdcommies, werd hij in 1913 benoemd tot hoogleeraar in de economie en eerste rectormagnificus aan de Nederlandsche Handels-Hoogeschool te Rotterdam. Vervolgens werd ») De kinderen en erfgenamen van Mr. J. G. VAN DER HOOP verkochten in Juni 1908 bij publieke verkooping het landgoed de Bult en de Baars onder Steenwijkerwold. 276 — HOOFDSTUK VI: hij in 1924 bij de inwerking treding van het zgn. Dawes-plan benoemd tot internationaal commissaris der Reichsbank te Berlijn. Is tevens sedert 1926 Koninklijk Commissaris bij de Nederlandsche Bank. Was reserve-kapitein der Grenadiers. Ridder in de orde van den Nederlandschen Leeuw, Commandeur in de Huisorde van Oranje, ridder in de orde van de Kroon van Italië, begiftigd met de zilveren Roode Kruis medaille van Duitschland. 2. Johannes Hermanus van der Hoop, volgt blz. 277. 3. David Jan Nanning van der Hoop, volgt blz. 278. 4. Neline Lumine Adriana van der Hoop. Geboren te Groningen 13 November 1889. Wonende te 's-Gravenhage. 5. Wicher Jacob Woldringh van der Hoop, volgt blz. 279. 6. Johan Pieter van der Hoop, volgt blz. 280. DE GRONINGSCHE TAK — 277 Dr. JOHANNES HERMANUS VAN DER HOOP,1) zoon van Mr. JAN GeRARD VAN DER HOOP en van CAROLINE LOUISE DOROTHÉE CHARLOTTE GALLÉE (van blz. 276). Geboren te Groningen 29 Maart 1887. Wonende te Amsterdam. Huwt te Bloemendaal 14 Juni 1917. LIJSBETH AGATHA VAN WESSEM, dochter van JAN CAREL VAN WESSEM en JOHANNA MARIA LAAN. Geboren te Zaandam 24 Maart 1894. Dr. J. H. VAN der Hoop werd 10 Juli 1906 en 13 Oct. 1906 als student in de geneeskunde te Leiden ingeschreven en promoveerde aldaar 11 April 1924 tot doctor in de geneeskunde op proefschrift getiteld: Een geval van Schizophrenie, psychopathologische studie. Thans zenuwarts te Amsterdam. Dit huwelijk is kinderloos. *) Hij is eigenaar van het meermalen aangehaalde Familie-archief en stond de regentenpapieren Eygel, Uuyghens, de greve en VAN der hoop af aan het Rijksarchiefdepot te Arnhem (zie blz. 91 en 245 hiervoor). 278 — HOOFDSTUK VI DAVID JAN NANNING VAN DER HOOP, zoon van Mr. jan gerard van der hoop en van caroline louise dorothée Charlotte galleé (van blz. 276). Geboren te Groningen 17 Mei 1888. Wonende bij Soebang (Krawang). Huwt te Arnhem 7 April 1921. JOHANNA CATHARINA BOONEN, dochter van Charles Marie Boonen en van Cornelia Mathilda Loopuyt. Geboren te Arnhem 12 September 1897. D. J. N. van der hoop vertrok in 1910 naar Oost-Indië en is thans administrateur van de rubberonderneming Wangonredja, Soebang, Pamanoekan en Tjiassemlanden, op Java. Uit hun huwelijk sproten: 1. David Jan Nanning van der Hoop. Geboren te Tjikini (Batavia) 26 Februari 1923. 2. robert van der hoop. Geboren te Wangonredja (Soebang) 27 Juni 1924. DE GRONINGSCHE TAK — 279 Mr. WICHER JACOB WOLDRINGH VAN DER HOOP, zoon van Mr. jan gerard van der hoop en van caroline louise dorothée CrlARlotte galleé (van blz. 276). Geboren te Groningen 19 April 1891. Huwt te Arnhem 18 Juli 1922. MARGARETHA ANDRÉ DE LA PORTE, dochter van Gilles-André de la Porte en van Augusta Harmens. Geboren te Arnhem 11 Maart 1897. Mr. W. J. woldringh van der Hoop werd 20 September 1911 als student in de rechtsgeleerdheid te Leiden ingeschreven en promoveerde aldaar 3 Dec. 1919 op Stellingen tot doctor in de rechtswetenschap. Sedert 9 November 1923 is hij burgemeester van Westkapelle. Hij verkreeg bij K. B. van 31 December 1892 no. 50 het recht den naam woldringh als geslachtsnaam vóór den zijnen te voegen. Uit hun huwelijk sproot: Augusta Woldringh van der Hoop. Geboren te Noordwijk 24 Mei 1923. 280 — HOOFDSTUK VI: JOHAN PIETER VAN DER HOOP, zoon van Mr. Jan Gerard van der Hoop en van Caroline Louise Dorothée Charlotte GallÉE (van blz. 276). Geboren te Groningen 30 November 1892. Wonende in Britsch Columbia. Huwt te Londen 5 Augustus 1916. MILDRED SHAW, dochter van arthur SHAW en LlLIAN daly. Geboren te Brookland (Chesh.) 8 October 1892. J. P. van der Hoop is thans bezitter van een farm in Britsch Columbia en werd 2 Juli 1921 Britsch onderdaan. Uit dit huwelijk sproten: 1. LlLIAN dorothy van der hoop. Geboren te Wembley Park (Engl.) 3 Mei 1917. 2. Pamela Joan van der Hoop. Geboren te Vancouver 4 Juni 1920. 3. Neline Maisie van der Hoop. Geboren te Pemberton Meadows (B. C.) 7 November 1922. 4. Vera Mildred van der Hoop. Geboren te Pemberton Meadows 8 (B. C.) December 1924. Mr. Evert Jan Thomassen a Thuessink van der Hoop (1809—1852) DE GRONINGSCHE TAK — 281 Mr. EVERT JAN THOMASSEN A THUESSINK VAN DER HOOP, zoon van Mr. abraham johan van der hoop en van arnoldina aleida maria Thomassen a Thuessink (van blz. 269). Geboren te Groningen 4 Juni 1809. Gedoopt (Hervormd) te Groningen 18 Juni 1809. Overleden te Groningen 19 Juli 1852. Huwt te Groningen 13 April 1837. WILLEMINA ELISABETH DE RANITZ, dochter van SeBASTIAAN MATTHEUS SlGISMUND de RANITZ en van EDZARDINA JOHANNA Tjassens. Geboren te Groningen 8 December 1812. Overleden te Groningen 30 Mei 1891. Mr. E. J. Thomassen a Thuessink van der Hoop werd bij zijn doop ingeschreven met de voornamen en tevens met den familienaam van zijn op blz. 262 (noot 1) vermelden oom van moederszijde. Hij werd ö Januari 1826 student in de rechten te Groningen en promoveerde daar 14 Juni 1834 op een proefschrift getiteld: Qao exponitur et dijudicatur Gulielmi III agendi ratio in rerum Anglicarum mutatione. Hij deed zich kennen als een ijverig voorstander van Chr. onderwijs en Evangelisatie.1) Achtereenvolgens was hij substituut-officier van justitie bij de rechtbank van eersten aanleg te Assen en —sedert 1844 — officier van justitie bij de arrondissements-rechtbank te Groningen. Als zoodanig overleed hij. Uit zijn huwelijk sproten 11 kinderen. 1. Abraham Johan Thomassen a Thuessink van der hoop (1838—1882), volgt blz. 286. 2. Sebastiaan Mattheus Sigismund Thomassen a Thuessink van der Hoop. Geboren te Assen 28 Februari 1839. Eigenaar der onderneming Ketandan op Java. Overleden te Voéelenzané. h. Duinzicht. 17 September 1925. - SebastiaanTMat^^ sigismund lnomassen a Thuessink van der Hoop Ongehuwd. (1839—1925) ') De Vereeniging, Christ Stemmen, VIL 310 (1853), bevat een opstel te zijner nagedachtenis door Prof. Valeton. 282 — HOOFDSTUK VI: De kinderen van Mr. Evert Jan Thomassen a Thuessink van der Hoop. Staande: Evert Jan, Gijsbert Hendrik, Elisabeth Maria Magdalena, Anna Hermanna Maria, Abraham Johan, Willemina AdrianaElisabeth. Zittende : Hermanna Louisa Christina, Adelgunda Christina, Arnoldina Aleida Maria, Edzardina Johanna. Aan den wand een portret van Sebastiaan Mattheus Sigismund. 3. Arnoldina Aleida Maria Thomassen a Thuessink van der Hoop. Geboren te Assen 28 Februari 1841. Zij was stichtster van het Tehuis voor Vrouwen te Groningen en tot haar overlijden presidente van het bestuur daarvan; medebestuurslid van het Diaconessenhuis en enkele „Gasthuizen" aldaar. Ook was zij gedurende eenigen tijd directrice van het Diaconessenhuis te Utrecht. Overleden te Groningen 4 April 1913. Ongehuwd. 4. Edzardina Johanna Thomassen a Thuessink van der Hoop. Geboren te Assen 11 Mei 1843. Overleden te Almelo 11 April 1872. Huwt te Groningen 11 Augustus 1871. Willemina Elisabeth de Ranitz (1812—1891) echtg. V. Mr. evert jan thomassen a thuessink van der Hoop Jhr. Mr. Oncko Quirijn van Swinderen (1840—1925) echtg. v. 1°. Edzardina Johanna Thomassen a Thuessink van der Hoop en 2°. Elisabeth Maria Magdalena Thomassen a Thuessink van der Hoop DE GRONINGSCHE TAK — 283 Jhr. Mr. oncko quirijn van swinderen, zoon van Jhr. Mr. oncko Quirijn Jacob Johan van Swinderen en van catharina cornelia van naamen. Geboren te Groningen 2 Juni 1840. Den 22en Juni 1865 promoveerde hij op een dissertatie over. ,,Het begrip van diefstal" tot doctor in de beide rechten. Na zijn promotie vestigde hij zich als advocaat te Groningen. In 4868 werd hij benoemd tot substituut-griffier bij de rechtbank te Arnhem. Daarna werd hij benoemd tot rechter te Almelo en in 1872 tot rechter in de arrondissements-rechtbank te Groningen. In 1899 volgde zijn benoeming tot vicepresident en, nadat hij in 1901 bedankt had voor de benoeming tot lid van den Hoogen Raad, in 1902 tot president van de rechtbank te Groningen. Jhr. Van swinderen bekleedde dit ambt tot zijn eervol ontslag in 1910. Ruim 200 geschriften waaronder zeer omvangrijke werken verschenen er van zijn hand, inzonderheid werken over Strafrecht en moraal. Jhr. VAN Swinderen was President-Kerkvoogd van de Nederduitsch-Hervormde Gemeente; President van de Vereeniging voor Christelijk Onderwijs; Secretaris van het Bestuur van het Diaconessenhuis enz. Medeoprichter en Voorzitter (1891—1925) van het Militair Tehuis, alwaar na zijn overlijden een gedenksteen met zijn beeltenis werd aangebracht. Zijn verdiensten werden erkend door de benoeming tot Ridder in de Orde van den Nederlandschen Leeuw en in de Orde van Oranje-Nassau. Overleden te Groningen 1 November 1925. Hij hertrouwde zijn schoonzuster E. M. M. Thomassen a Thuessink van der Hoop, die volgt. 5. Elisabeth Maria Magdalena Thomassen a Thuessink van der Hoop. Geboren te Groningen 4 December 1844. Wonende te Groningen. Huwt te Groningen 1 Juli 1874 haar zwager Jhr. Mr. oncko quirijn van swinderen, hierboven vermeld, weduwnaar van hare zuster. 6. Hermanna Louisa Christina Thomassen a Thuessink van der Hoop, Geboren te Groningen 17 Mei 1846. Overleden te 's Gravenhage 3 November 1920. Huwt te Groningen 10 Mei 1871 haren neef Jhr. Sebastiaan Mattheus Sigismund de Ranitz, zoon van Mr. Sebastiaan Mattheus Sigismund de Ranitz en van Anna Margaretha Jacoba de Ranitz. 284 — HOOFDSTUK VI: Geboren te Nijmegen 16 Mei 1846. Kapitein der infanterie en van den Grooten Staf, Adjudant en part. secretaris van Koning Willem UI; sedert 1903 Grootmeester, dienstdoende bij het Huis vanH. M. de Koningin-Moeder. Ridder N. L., Grootofficier O. N, Grootkruis Huisorde v. O., Ridder, Commandeur en Grootkruis van verschillende buit enlandsche orden. Overleden te 's Gravenhage 30 October 1916. 7. Gijsbert Hendrik Thomassen a Thuessink van der Hoop (1847—1894), volgt blz. 291. 8. Anna Hermanna Maria Thomassen a Thuessink van der Hoop. Geboren te Groningen 12 Januari 1849. Overleden te Groningen 1 Augustus 1900. Ongehuwd. 9. Willemina Adriana Elisabeth Thomassen a Thuessink van der Hoop. Geboren te Groningen 29 Juni 1850. Wonende te Groningen. Huwt te Groningen 10 Juli 1889. Dr. theol. Aricius Sybrandus Elbertus Talma, zoon van Mr. Aricius Sybrandus Talma en van Elisabeth ; Geertruid Charlotte von Eichstorff. Geboren te Dokkum 28 Februari 1856. Predikant te Nichtevecht (1882), daarna te Groningen (1888). Overleden te Groningen 9 Februari 1907. 10. Adelgunda Christina Thomassen a Thuessink van der Hoop. Geboren te Groningen 26 Augustus 1851. Overleden te 's Gravenhage 20 November 1902. Huwt te Groningen 15 Januari 1885. Dr. Jean David Daubanton, zoon van Francois DAUBANTON en van JOHANNA CAROLINA POENSEN. Dr- Aricius ^^^j^1*"8 Tert" ^°RNEEndean °en Lid^arfGesputterde Jt^SSL *^ÏÏÜS^ ThSden^^en > k/Z^ss. Ï^STy^ ^SÜSSS Bankier. * Amsterdam 4 Juni 1759. RoS^ * Rotterdam 22 Mrt 1772 Comm.v.h Zeegerecht. * ^ul^Seb" 1773 Chtur£jn te RoUerdfm 'Delft sf.tenv» Friesland. * Bolsward 6 April 1790. te Heeren veen 'Leeuwarden 27 Juni 1798. Pred. te Oud-en Oenkerk. f Bergumerheide Burg. van Rosen daal • VGravenhagelODec.1798. 'Rotterdam 28 Juni 1761. t Rotterdam 11 Aug. 1813. * Rotterdam 26 Mrt. 1771. ^te'rdam 25 dÏc.' llll * Rotterdam 12 Oct. 1763. t Rottertm^ ^S^^ v». t Leiden • Oudenbosch 19 Jan. 1783. t Bolsward 24 Mei 18,9. -Leeuwarden ï.Mrt. 1793. t Heerenveen 29 Aug. 1866. x Qudkerk 2toc 1807. t ï ' x Üm ?8 1%t. ! tRotterdam 11 Mrt. 1841. x Amsterdam 17 Mrt. 1793. f Rotterdam 20 Sept. 1841. x Rotterdam 31 Oct. 1794. f Rotterdam 12 Mrt. 1803. * RolUrdam 20 Oct. 1791. f Rotterdam 12 Mrt. 1813. * Delft 8 Mei 1799. t Bolsward 9 Juli 1866. * Tjerkwerd 3 April 1809. f Heerenveen 23 Oct. 1826. x Heerenveen 2 Juni 1815. , Oudkerk 9 Aug. 1858. Uudkerk Oct. T Ar nem Arnhem sept Adriaan van der Hoop JÊêL u Sara Ledeboer Dr. Cornelis Pruys . MA^nS?SLELIA Bankier, Lid Gemeenteraad. MHS^ * Rott.rd.rn 5 Juni 1796. ^ . VAN der HoEV5N M%&S& . ^ nT ,«nn • Amsterdam 8 Maart 1794. ^^■f t Rotterdam 6 Juli 1833, '«gF Hoog.eeraar te Leiden. W*$W Rotterdam 10 April 1800. t Rotterdam 29 Nov. 1864. iHBlP * Rotterdam 28 Juli 1819 dfMÊgb " Rotterdam 13 1792' ^Xl iJM * 's Gravenhage 6 April 1899. if''!^^^^^^?/ ' Leiden 5 Dec. 1371. ^\^T^ Rotterdam 26 Maart 1823. Jan van der Hoop SM ^HBIIf Alida Maria Pruys van der Hoeven President van de Bijbank der Ned. Bank. m^^^^^W- " Leiden 19 SePl- 1827- * Rotterdam 23 Febr. 1826. '^^!^^^r^ + Rotterdam 30 April 1917. t Scheveningen 4 Sept. 1904. ' ' x Leiden 29 April 1857. Cornelis van der Hoop * Rotterdam 15 Febr. 1867. x 's-Gravenhage 17 Sept. 1908. Mr. Johannes J^^rC. Maria Louisa Ypey Dr. Sye Kornelius Thoden o^|i§$h> Hester Henriette Jacoba van Eck Haitsma Mulier (I^JSIK^ VAN Velzen fe^^^Ü urgemeesterv. Bolsward. ^|P^^|*7 * Leeuwarden 17 Maart 1816. '^ËÈgi° Predikant te Leeuwarden. U^^^h?/ * Arnhem 22 Januari 1819. Bolsward 30 Sept. 1859. |ï|Hffe t Bolsward 29 December 1898. 2m&^ * Oudkerk 26 November 1809. «| t Warnsveld 12 October 1888. RinsumageestS Juli 1811. ' - Oranjewoud 8 Nov. 1839. feMKl^ + WamSVeld " DeCemb6r 19°°' " '? ^ ^ Eco Haitsma Mulier ^IMeMIKJP ALEIDA TH0DEN VAN VELZEN n ^ w » • i, ^x^IHü^/ » * Leeuwarden 26 Juli 1856. Burgemeester van Winterswijk. ^ * r> i j <^> t • io/iq %HS£SJU?mï t Winterswijk 8 Januari 1902. Bolsward 13 Januari 1843. ;f^_ï«$W^; . ■ r> . . .- \t . -mo J'^fc^zJ?*™ x Leeuwarden 27 April 1876. t s-Gravenhage 5 Maart 1920. ~ r Maria Louisa Haitsma Mulier * Oldeboorn 10 Juli 1883. BIJLAGE B_b. SJohan van der Hoop Koopman te Rotterdam Johanna Sleght !Jan Dionysz. Verburg Petronella van Bortel i i Abraham Bierens / Elisabeth Rutgers j David Leeuw van Lennep | Hester Barnaart i Ds. Bernardus Ledeboer ; Predikant te Hellendoorn \ X I Anna Sibilla Lippinckhof ( Dammes Drost ] Burgemeester en Schepen te Haastrecht ( Maria Ockhuysen ( Gregorius Mees / Johanna van den Berg [ Pieter van Lelyveld Heer van Banchem r Maria de Witt !James Dunlop N. N. I Alexander Roberts / Jane Co wie [ Cornelis van der Weyden Geertruy de Groot Jan Waar(d) van Delft Johanna Coster van Delft Prof. Louis Franqois Krayenhoff van Veghel X Sibilla Anna van Helmont van Assen Johan van de leur Catharina Bontebal Gualtherus Kolff van Middelharnis X Alida Vosmaer van Rotterdam. Cornelis van der Hoeven Cornelia van Doorn Gerrit Jan van Rhemen van Rhemenshuyzen Hr. van den Gelderschen Toren en Sinderen x Johanna Catharina Sloet tot Lindenhorst Alexander Schimmelpenninck van der Oye Heer van Voorstonden en Watergoor >< Charlotta Jacoba van Haeften van Wadenoyen DlDERIK desH.R.R. baron van leyden Heer van Vlaardingen, enz. X Sophia Dina de Rovere Vr. v. West-Barendrecht Frederik des H.R.R. graaf de Thoms baron de Jacobi d'Ehrencron Johanna Maria Boerhaave Diederik Jacob van Tuyll van i Serooskerken Heer van Zuylen en Westbroek Helena Jacoba de Vicq I Mr. Hendrik Fagel ( Catharina Anna Sluysken Robbert Jacob van Heeckeren Heer van de Wierse en Kamferbeek x Maria Philippina Ernestina van Voorst Alexander Schimmelpennick i van der Oye Heer van Voorstonden en Watergoor I x Charlotta Jacoba van Haeften van Wadenoyen [ Johannes Leembruggen 1 van Leiden r Maria Populeüs i Jan van der Steen f Alida van Kronenberg l Joos Verschure Reynvaan j Apolonia Christina (Catharina) f van Panteghem i Frederik Caarten ' Johanna Elisabeth Everwijn ( Johannes Leembruggen 1 van Leiden 1 X ( Maria Populeüs ( Jan van der Steen / Alida van Kronenberg i Abraham Hartevelt 1 Groot-Ontvanger van Leiden en Rijnland | Jannigje van der Klugt !Cornelis van Niel Johanna Cecilia Vos Adriaan van der Hoop Koopman te Rotterdam. 'Rotterdam 23 Febr. 1734. t Rotterdam 27 Oct. 1799. x Rotterdam 24 Sept. 1760. Maria Verburgh * Rotterdam 27 Sept. 1742. t Rotterdam 11 Juli 1761. Jan van der Hoop Bankier. * Rotterdam 28 Juni 1761. tRotterdam HMaartl811 Daniël Bierens * Amsterdam 29 Jan. 1726. t Amsterdam 25 Dec. 1797. x Amsterdam 17 Febr. 1750. Jacoba van Lennep * Amsterdam 14Sept. 1724 t Heemstede 19 Juni 1789. Elisabeth Bierens Amsterdam 4 Juni 1759. t Rotterdam 11 Aug. 1813. x Amsterdam 17 Mrt. 1793. Lambertus VincentiusLedeboer Lakenkooper * Weerselo 7 April 1738. f Rotterdam 28 Dec. 1818. x Haastrecht 10 Mei 1763. Aletta Drost * Haastrecht 10 Oct. 1742. t Rotterdam 23 Maart 1825. Dammes Ledeboer Kantonrechter te Rotterdam. * Rotterdam 26 Maart 1771. t Rotterdam 20 Sept. 1841. Rudolf Mees Schepen van Schieland. * Rotterdam 26 Dec. 1723. f Rotterdam 25 Juni 1811. x Leiden 11 Dec. 1754. Sara van Lelyveld * Leiden 30 Nov. 1730. t Rotterdam 2 Juli 1823. Geertruida Paulina Mees * Rotterdam 22 Maart 1772. t Rotterdam 25 Dec. 1802. x Rotterdam 31 Oct. 1794. David Dunlop Kapitein. geb. Fenwick in Schotland 27 Jan. 1734. t 1778. x Rotterdam 13 Juni 1753. Janet Roberts ged. te Rotterdam 5 Dec. * Rotterdam 30 Nov. 1734. Begr. Rotterdam 17 Mei 1794. Samuel Dunlop Koopman. * Rotterdam 21 Juli 1768. t Rotterdam 2 Aug. 1842. Johannes van der Weyden Ged. Delft 22 Juni 1738. t O. Delft 28 Juni 1760. x Delft 13 juii 1760. Elisabeth Waar * Delft Johanna van der Weyden * Delft 13 Aug. 1774. tRotterdam 11 Maart 1859. x Rotterdam 14 Juli 1799. Cornelis dionysius Krayenhoff Opperkoopman en Gezaghebber op Ceylon. * Hoorn 2 Aug. 1744. t Op zee 2 April 1792. x Colombo 17 Dec. 1769. Anna Jacoba van de Leur * O. Tonge 12 April 1747. tPointdeGallellOct.1787. Mr. Adrianus Rudolphus Krayenhoff van de leur Off. v. Justitie te Brielle. * Colombo 14 Mei 1780. t Brielle 7 Sept. 1850. Adrianus Quirinus Kolff Wijnhandelaar * Middelharnis22 Juni 1745. t Middelharnis 23 Juli 1826. x 's Grevelduin Kapelle 23 October 1769. Hendrika van der Hoeven *'s Greveld.K. 4 Nov. 1749. t Middelharnis 24 Oct. 1823. Cornelia Elisabeth Kolff * Middelharnis 140ct. 1773. t Brielle 3 Oct. 1851. x Middelharnis 3 Dec. 1800. Adriaan van der Hoop Bankier, Lid Gemeenteraad. * Amsterdam 8 Maart 1794. t Rotterdam 29 Nov. 1864. Sara Ledeboer * Rotterdam 5 Juni 1796. t Rotterdam 6 Juli 1838. x Rotterdam 28 Juli 1819. Bernard Christiaan Marie van der Hoop Effectenhandelaar (Fa. Jan v. d. Hoop & Zoon). * Rotterdam 14 Dec. 1830. t Rotterdam 5 Dec. 1906. David Dunlop Koopman en Reeder. * Rotterdam 27 Nov. 1800. 1883. t Rotterdam 25 Jan. Hendrika Adriana Krayenhoff van de Leur 'Steenbergen 21 Sept. 1807. t Rotterdam 3 Dec. 1878. x Brielle 31 Oct. 1827. S E"1 u O .S H C/3 W gS Z w o W "£? < «K G >-* >j £ co Z Ji S W ■o O ï e o H 2 < < z w d !* W . Z c <(, u «g O "©o u a 1* ai - • > z w O o U iS z z 5> <Ü W 8 pa g "O o O g " < !^ Jas Mr. Wilt Gerrit Jan baron van Rhemen van Rhemenshuizen Heer van den Geld. Toren * Vollenhove 28 Febr. 1757. t Zutphen 7 April 1827. xHallbijBrumm.3Julil780. Adriana Sophia bar. Schimmelpennick van der Oye * Zutphen 15 Sept. 1763. t G. toren 10 Nov. 1838. Mr. Alexander baron van Rhemen van Rhemenshuizen * Zutphen 19 Jan. 1783. t Oegstgeest 25 Jan. 1822. Cornelis Pieter des H. R. R. baron van Leyden Heer van W.-Barendrecht * Leiden 15 Juli 1738. t Warmond 1 Mei 1790. x Leiden 14 Oct. 1764. Hermina Jacoba des H.R.R. grav. de Thoms Vr. v. Warmond * Leiden 25 Nov. 1744. t Leiden 8 Jan. 1814. Sophia Dina des H.R. R. baron. VAN leyden Vrouwe van Oud-Poelgeest * Warmond 10 Mei 1778. t 's-Gravenhage4Meil835. x Warmond 27 Aug. 1805. Willem René baron van Tuyll van Serooskerken Hr. v. Zuylen en Westbroek * Utrecht 2 Febr. 1743. t Utrecht 24 Maart 1839. x 's-Gravenh.21 April 1771 Johanna Catharina Fagel *'s-Gravenhage 27Nov. 174' t Zuylen 10 Sept. 1833. Reinout Gerard baron van Tuyll van Serooskerken * Zuilen 27 Sept. 1786. t 's-Gravenhage 15 Oct. 1821. ludolph baron van Heeckeren Heer van de Wierse * Zwolle 4 Mei 1755. t De Wierse 11 Juli 1841. x Zutphen 8 Feb. 1781. Margaretha baron. Schimmelpenninck van der Oye * Zutphen 14 Oct. 1760 t De Wierse 1 Nov. 1840. Adriana Sophia bar. van heeckeren tot de Wierse Zutphen 23 Juni 1792. t Utrecht 30 Mei 1818. x Zutphen 13 Maart 1812. Mr. Cornelis Herman baron van Rhemen van Rhemenshuizen * Dieren 8 Sept. 1811. t de Rees (Brummen) 11 Febr. 1880. Mary Dunlop * Rotterdam 16 Maart 1836. t Utrecht 7 Aug. 1905. x Rotterdam 21 Oct. 1857. Adriaan Cornelis van der Hoop Consul-Generaal der Nederlanden. * Rotterdam 2 October 1858. t Dieren 2 Augustus 1922. Mary Carolina Alexandra. Jacoba Elisabeth bar. van Tuyll van Serooskerken * Utrecht 20 Mei 1815. t De Rees I Brummen) 22 Aug. 1878. x De Bilt 5 Juni 1834. Gerardt Leembruggen Ged. Leiden 1 April 1731. t Leiden 1 Mei 1786. x Leiden 24 Maart 1776. Maria Catharina van der Steen Ged. Leiden 23 Aug. 1746. f. Leiden 12 Januari 1823. Johannes Leembruggen * Leiden 2 Juni 1788. t Amsterdam 30 Mei 1869. Apolonius Johannes Reynvaan * Middelburg 18 Jan. 1745. t Middelburg 22 Febr. 1789. x Rotterdam 3 Juni 1772. Maria Johanna Caarten * Rotterdam 26 Sept. 1752. f Delft 12 Juli 1831. Elisabeth Reynvaan * Middelburg 19 Dec. 1780. t Amsterdam 7 Jan. 1863. x Hellevoetsluis 14 April 1800. Gerardt Leembruggen Ged. Leiden 1 April 1731. t Leiden 1 Mei 1786. x Leiden 24 Maart 1776. Maria Catharina van der steen Ged. Leiden 23 Aug. 1746. t Leiden 12 Januari 1823. Cornelis Leembruggen * Leiden 27 Mei 1785. t Leiden 21 Jan. 1865. Adriaan Hartevelt Burgemeester van Leiden Leiden 4 Juni 1759. t Leiden 5 April 1827. x Scheveningen 28 April 1783. Helena Johanna van Niel Ged. Amsterdam 3 Nov. 1766. t Leiden 18 Oct. 1823. Johanna Cecilia Hartevelt *'s-Gravenhage 11 Juni 1787. t Rijnstroom, Aarlanderveen 4 Dec. 1854. x Leiden 30 Juni 1809. Alexander baron van Rhemen * Apeldoorn 2 Juni 1839. t Neu-Schöneberg bij Berlijn 30 Sept. 1877. Gerard Leembruggen * 's-Gravenhage 17 Mei 1801. Veenenberg (Lisse) 20 Aug. 1865. Johanna Cecilia Elisabeth Leembruggen * Leiden 6 April 1813. t Hillegom 30 Juli 1853. x Leiden 28 Maart 1833. Carolina Cecilia Leembruggen * Hillegom 8 Juni 1846. t Twello 13 Febr. 1921. x Amsterdam 14 Febr. 1867. Carel Cecil. Johanna Cecilia Elisabeth barones van Rhemen * Spankeren 20 April 1868. t Bern 6 Februari 1909. x Rheden 1 October 1888. Bernard Ghristiaan Marie. BIJLAGE B-C. * Ë ! I w Johan van der Hoop Koopman te Rotterdam. X Johanna Sleght Jan Dionysz. Verburgh x Petronella van Bortel Abraham Bierens x Elisabeth Rutgers David Leeuw van Lennep x Hester Barnaart Ds. Bernardus Ledeboer Predikant te Hellendoorn. X Anna Sibilla Lippinckhof Dammes Drost Burgemeester en Schepen te Haastrecl X Maria Ockhuysen Gregorius Mees x Johanna van den Berg Pieter van Lelyveld Heer van Banchem X Maria de Witt James Dunlop x N. N. Alexander Roberts x Jane Co wie Cornelis van der Weyden Geertruy de Groot Jan Waar(d) van Delft. x Johanna Coster van Delft. Prof. Louis Francois Krayenhoi van Veghel. X Sibilla Anna van Helmont van Assen. Johan van de Leur Catharina Bontebal Gualtherus Kolff van Middelharnis. X Alida Vosmaer van Rotterdam. Cornelis van der Hoeven Cornelia van Doorn Franqois de Monchy Bierbrouwer. X Maria Walop Michiel van Hoecke x Rachel de Vries Adrianus Dekker Engelsz, van Overschie. X Maria van Gilse van Schiedam. Mattheus Jacobsz. Huising. van Monnikendam. Aaltje Bruyn Gregorius Mees Kassier en assuradeur te Rotterdan X Johanna van den Berg Pieter van Lelyveld ' Heer van Banchem. f Maria de Witt / Hendrik van Oordt \ van Middelburg. s X f Maria Evertsen Gabriel van Charante l van Rotterdam. I Adriana van Westrhenen ^ van Lienden. iPieter van Overzee Makelaar in wijn te Rotterdam. X Elysabeth Eylbracht iMr. Henric Anthoni Gobh Burgemeester van Montfoort. X Constantia Margaretha Fa iJAN Bruyn Abrahamszn Koopman te Amsterdam. Georgina van Oosterwij 5 ( Cornelis Vollenhoven i j Koopman te Amsterdam. ! f Johanna Willeboorts ? ( Johann Heinrich Bungi _, \ van Unna. ? < X \ ) Clara Elisabeth Budderiv 5 / David Heinrich Krupp " \ Apotheker te Unna. ; i Theodora Catharina Antoi 3 \ Kannegieszer - / Ds. Johann Karl Rauschen i l Predikant te Merbeck. 5 1 Margarethe Elisabeth Pag: g r van Wiedenbruck. 0 ( Ds. Friedrich August W Tj 1 Predikant te Gohfeld. 0 < X » I Christine Louis Schoeff \ van Lübecke. Adriaan van der Hoop Koopman te Rotterdam, * Rotterdam 23 Febr. 1734. t Rotterdam 27 Oct. 1799. x Rotterdam 24 Sept. 1760. Maria Verburgh * Rotterdam 27 Sept. 1742. t Rotterdam 11 Juli 1761. Jan van der Hoop Bankier. * Rotterdam 28 Juni 1761. tRotterdam 11 Maart 1841. Daniël Bierens 'Amsterdam 29 Jan. 1726. t Amsterdam 25 Dec. 1797. x Amsterdam 17 Febr. 1750. Jacoba van Lennep * Amsterdam 14 Sept. 1724. f Heemstede 19 Juni 1789. Elisabeth Bierens * Amsterdam 4 Juni 1759. t Rotterdam 11 Aug. 1813. x Amsterdam 17Mrt.l793. Lambertus VincentiusLedeboer Lakenkooper. * Weerselo 7 April 1738. t Rotterdam 28 Dec. 1818. x Haastrecht 10 Mei 1763. Alletta Drost * Haastrecht 10 Oct. 1742. t Rotterdam 23 Maart 1825. Dammes Ledeboer Kantonr. te Rotterdam. * Rotterdam 26 Maart 1771. t Rotterdam 20 Sept. 1841. Rudolf Mees Schepen van Schieland. * Rotterdam 26 Dec. 1728. f Rotterdam 25 Juni 1811. x Leiden 11 Dec. 1754. Sara van Lelyveld * Leiden 30 Nov. 1730. t Rotterdam, 2 Juli 1823. Geertruida Paulina Mees * Rotterdam 22 Maart 1772. t Rotterdam 25 Dec. 1802. x Rotterdam 31 Oct. 1794. David Dunlop Kapitein. geb, Fenwick in Schotland 27 Jan. 1734. t 1778. x Rotterdam 13 Juni 1753. Janet Roberts ged, te Rotterdam 5 Dec. * Rotterdam 30 Nov. 1734. Begr. Rotterdam 17 Mei 1794. Samuel Dunlop Koopman. * Rotterdam 21 Juli 1768. t Rotterdam 2 Aug. 1842. Johannes van der Weyden Ged. Dslft 22 Juni 1738. t' O. Delft 28 Juni 1760. x Deltt 13 Juli 1760. Elisabeth Waar * Delft Johanna van der Weyden * Delft 13 Aug. 1774. tRotterdam 11 Maart 1859. x Rotterdam 14 Juli 1799. Cornelis Dionysius Krayenhoff Opperkoopman en Gezaghebber op Ceylon. * Hoorn 2 Aug. 1744. t Op zee 2 April 1792. x Colombo 17 Dec. 1769. Anna Jacoba van de Leur * O. Tonge 12 April 1747. tPointdeGallell Oct.1787 Adrianus Quirinus Kolff Wijnhandelaar. * Middelharnis22 Juli 1826. t Middelharnis23 Juni 1745. x 'sGrevelduin Kapelle 23 October 1769. Hendrika van der Hoeven *'s-Greveld.K.4Nov.l749. tMiddelharnis240ct.l823. Dr. Salomon de Monchy Prof. Titulair. * Gouda 23 Juni 1716. t Rotterdam 28 Jan. 1794. x Scheveningen 19Mrt.l747 Maria Petronella van Hoecke Ged. 's-Gravenhage 30 Aug. 1722. t Rotterdam 16 Maart 1767. Adr.Rud.Krayen- Cornelia Elisabeth Michiel Marinus de Mr hoff van de Leur Off. v. Justitie te Brielle. * Colombo 14 Mei 1780. t Brielle 7 Sept. 1850. Kolff *Middelharnisl40ct.l773. t Brielle 3 Oct. 1851. x Middelharnis3 Dec. 1800. Monchy Brouwer en brander, raad en burgem. van Rotterdam. * Rotterdam 18 Maart 1759. t Rotterdam 6 Dec. 1818. Engel Dekker Houthandelaar. 5 Mei 1748. t x Monnikendam 10 December 1769. (Ond. Rotterdam 22 Nov.) Maria Huisinga *Monnikendam31 Oct. 1740 t Rotterdam 22 Nov. 1778. Maria Huisinga Dekker * Rotterdam 14 Nov. 1770. t Rotterdam 5 Febr. 1839. x Rotterdam 27 Febr. 1791. Rudolph Mees Schepen van Schieland. * Rotterdam 26 Dec. 1728 t Rotterdam 25 Juni 1811 x Leiden 11 Dec. 1754. Sara van Lelyveld * Leiden 30 Nov. 1734. t Rotterdam 2 Juli 1823. Adriaan Mees * Rotterdam 13 Sept. 1761. tRotterdam 28April 1837. x Rotterdam 9 Oct. 1788. Hendrik van Oordt Commissaris van het Zeegerecht. * Middelburg 4 Juni 1710. t Rotterdam 24 Juni 1805. * Rotterdam 22 Mei 1754. Willemina van Charante * Rotterdam 27 April 1723. t Rotterdam 2 Oct. 1802. Catharina Elisabeth van Oordt * Rotterdam 13 Maart 1769. tRotterdam 27 Sept. 1855. Jacobus van Overzee Wijnhandelaar. * Rotterdam 26 Aug 1734. t Rotterdam 23 Dec 1811. x Montfoort 8 Juni 1777. Maria Magdalena Gobius * Montfoort 28 Jan. 1748. t Rotterdam 6 Juli 1830. Hendrik Anthony van Overzee Wijnhandelaar, Lid Gemeenteraad. * Rotterdam 6 Febr. 1785. t Rotterdam 2 April 1858. Jacob van Oosterwijk Bruyn Wethouder van Amsterdam * Amsterdam 31 Aug. 1752. t Amsterdam 23 April 1810. x Amsterdam 12 Mrt. 1780. Agatha Johanna Vollenhoven * Amsterdam 9 Nov. 1754. t Amsterdam 15 Jan. 1785. Johanna Josina Bruyn * Amsterdam 13 Mei 1782. t Rotterdam 2 Maart 1819. x Amsterdam 3 Aug. 1806. Ds. Diederich David BUNGE Pred. te Remscheid. * Unna 15 Maart 1745. t Remscheid 2 Jan. 1814. x Unna 1 Maart 1770. Catharina Clara Christina Krupp Ged. Unna 24 Sept. 1742. t Remscheid 14 Juni 1813. Ds. Johann Carl Friedrich Bunge Pred. te Dabringhausen, Remscheid, Leichlingen en Lüttinghausen. * Remscheid 12 Maart 1779. tDusseldorf 22 Sept. 1858. Ds. Hilmar Ernst Rauschenbusch Pred. te Elberfeld. , Merbeck 27 Febr. 1745. t Elberfeld 10 Juni 1815. x Gohfeld 10 Mei 1774. Charlotte Wilhelmine Weihe * Gohfeld 5 Mei 1754. t Elberfeld 28 April 1834 Charlotte Sophie Eleonore Wilhelmine Rauschenbusch * Bunde 6 Dec. 1781. t Dusseldorf 18 Mei 1852. x Elberfeld20 Aug. 1801. Adriaan van der Hoop Bankier, Lid Gemeenteraad. * Amsterdam 8 Maart 1794. t Rotterdam 29 Nov. 1864. Sara Ledeboer * Rotterdam 5 Juni 1796. t Rotterdam, 6 Juli 1838. x Rotterdam 28 Juli 1819. Bernard Christiaan Marie van der Hoop Effectenhandelaar (Fa. Jan v. d. Hoop & Zoon). Rotterdam 14 Dec. 1830. t Rotterdam 5 Dec. 1906. David Dunlop Koopman en Reeder. * Rotterdam 27 Nov, 1800. t Rotterdam 25 Jan. 1883. Hendrika Adriana Krayenhoff van de Leur Steenbergen 21 Sept. 1807. t Rotterdam 3 Dec. 1878. x Brielle 31 Oct. 1827. Engel Pieter de Monchy President Ned. Hand Mij., Lid 2e Kamer. * Rotterdam Mary Dunlop Rotterdam 16 Maart 1836. t Utrecht 7 Aug. 1905. x Rotterdam 21 Oct. 1857. David van der Hoop Effectenhandelaar (Fa. Jan v. d. Hoop & Zoon). * Rotterdam 31 Mei 1864. t Rotterdam 15 Juli 1925. 17 Juli 1793. t Amsterdam 7 Sept. 1883. Maria Johanna Mees * Rotterdam 30 Oct. 1796. t Amsterdam 27 April 1867. x Rotterdam 6 Aug. 1817. Engel Pieter de Monchy Jr. Lid firma de Monchy en Havelaar. Rotterdam 15 Juni 1836. t 24 Januari 1919. Jan Jacob van Overzee * Rotterdam 24 Dec. 1812. t Kralingen 10 November 1848 Charlotte Louise Julie Bunge OcJll * Leichlingen 24 Mei 1812. Of .... . . .. t Kralingen 2 April löss. x Rotterdam 1 Juli 1840. Anna Sophia van Overzee Rotterdam 19 Oct. 1842. t Rotterdam 6 November 1914. x Rotterdam 29 Mei 1873. Anna Sophia Bernard Christiaan Marie. Mary. Julie Mathilde * Rotterdam 27 x Rotterdam 22 de Monchy Sept, 1875, April 1897. BIJLAGE B—d. > ( Johan van der Hoop ►O J Koopman te Rotterdam > f Johanna Sleght > ( Jan van Eck S / Catharina van Lockhorst 2 ( Anthony Hartsen J Koopman en Tooneeldichter 0 I Louisa Hooft X l Jan van Vollenhoven 5 f Maria van der Hoeven 5 \ \ t Anthony Hartsen ; Koopman en Tooneeldichter 3 f Louisa Hooft ■i ) C t Jan van Vollenhoven 5 < x ■) i 1 f Maria van der Hoeven s / Maurits de Bruyn 3 J Gemeensman te Nijmegen > f Helena Vermase(n) i / Jan Adriaan Boogaard 3 1 van Haarlem [ Aletta Beuns ( Pieter Vreede ) van Leiden /Bartha Geertruida Francken iPaulus Markon Aletta Voegen /Ernst Willem Boer Hermansz. \ fc van Noorthoorn / Elsabina Meynst Gerritsd. van Amsterdam t Johan Adolph Haas / Anna Elisabeth Rochel !Walraven Robert van Heeckeren Heer van Brandsenburg en Barlham X Barbara Elisabeth de la Fontaine \ Anthony des H. R. Rijksgraaf van Heemskerck \Antonia Petronella Elsevier 1 Jan Otten van Beek [ Willemijntje van Dam | Johan Adolph Haas j Anna Elisabeth Rochel I Johannes Petrus Feith I van Obershausen I Anna Katharina Lauer van Rodenroth | Francois Willem Ruysch | Catharina Theresia van Heemsingh Reinier van Mourik Cornelisz. I Burgemeester van Zevenbergen Anna de Visser Philips de Bosson Schepen van Zevenbergen Pieternella Hendrica van Son Krijn van Kempen Ida Boeyon | Paulus van Duyneveld ' Apolonia van Tongeren Dirk van Wees Bakker Alida Willink Benjamin van Middeldijk Maria Lavingje Antony Kervezee van Brielle X Heyltje Kool Willemsdr. van Rotterdam N. Bersedée X N. N. Barent Bras Petronella Alet Jan de Vogel van Hoornaar Adriana Nagtegaal van Streefkerk Johannes Kelhoven uit Zwitserland Elsje Andriesdr. Scherpenzeel Johannes Wilhelmus van Ollefen Cornelia van den Velden Aart Visser Bastiaantje Honingh Andries Blokland LlJSBETH van VeGTEN H C/3 « o ffi W CJ o hJ 5s < > < 55 2 < H < Adriaan van der Hoop Koopman te Rotterdam. * Rotterdam 23 Febr. 1724. t Rotterdam 27 Oct. 1799. x2°Rotterdam4Febr.l703. Catharina van Eck * Rotterdam 3 Mei 1739. f Rotterdam 2 Mei 1796. Jacobus van der Hoop Comm. der Amsterd. en Haarlemsche Binnenveeren * Rotterdam 7 Aug. 1783. t Rotterdam 29 Jan. 1854. Jan Hooft Hartsen Jan Hooft Hartsen * Amsterdam 20 Nov. 1749. t Amsterdam 15 Aug. 1797. x Rotterdam 29 Oct. 1767. Agatha Petronella van Vollenhoven Ged. Rotterdam 12 Sept. 1757. t Amsterdam 28 Oct. 1834. Sara Hartsen Amsterdam 7 Juli 1785. t Rotterdam 9 Maart 1864. x Amsterdam 14 Aug. 1808. * Amsterdam 20 Nov. 1749. t Amsterdam 15 Aug. 1797. x Rotterdam 29 Oct. 1767. Agatha Petronella van Vollenhoven Ged. Rotterdam 12 Sept. 1757. f Amsterdam 28 Oct. 1834. Antonie Hartsen * Amsterdam 19 Oct. 1780. t Amsterdam x Nijmegen 17 Maart 1813. Maurits de Bruyn Heer van Hulsen, Lienden en de Marsch Ged. Nijmegen 24 Febr. 1743 t Nijmegen 19 Juli 1820. x Haarlem 31 Mei 1773. Hester Johanna Boogaard * Haarlem 17 Sept, 1751. f Haarlem 4 Dec, 1831. Helena de Bruyn Wed. Pieter de Wolff van Eik * Nijmegen 10 Jan. 1776. t Amsterdam Pieter Vreede Representant Bat. Rep. * Leiden 8 October 1750. t Heusden 21 Sept. 1837. Suzanna Markon Amsterdam t Leiden 12 Juli 1798. Hendrik Vreede * Leiden 26 Mei 1781. t Tilburg 1 Aug. 1835. Jan Willem de Boer Ged. Amsterdam W.K. 6 Mrt. 1763. f Ond. Amsterdam 20 November 1783. Charlotta Christina Haas Ged. Amsterdam NK. 12 April 1758. t Elsabina de Boer * Amsterdam 1 Nov. 1784. Ged. Amsterdam W.K. 5 November 1784. t Tilburg 22 Augustus 1821. Jan van der Hoop Notaris. Rotterdam 4 Sept. 1811. Rotterdam 19 Aug. 1897. Agatha Petronella Hartsen * Amsterdam 4 Februari 1814. t Rotterdam 30 Mei 1878. x Amsterdam 17 Maart 1841. Jacobus van der Hoop Notaris. f Rotterdam 7 Augustus 1842. Schiedam 3 Februari 1906. Ernst Elisa Vreede * Tilburg 10 Februari 1811. t Tilburg 15 Septerrber 1862. x Middelburg 25 December 1848. Derk Jan van Heeckeren Heer van Brandsenburg en Boelésteyn * 's-Gravenhage 14 Jan. 1742 t's-Gravenhage7Febr,1796 x Rotterdam 17 Aug. 1773. Anna Petronella des H. R. Rijksgravin van Heemskerck * Rotterdam 19 Sept. 1746. t's-Gra venhagelO Juli 1794 Derk Jan Gideon bar. van Heeckeren van Brandsenburg * Utrecht 11 Aug. 1783. f Middelburg 16 Aug. 1851. Helmert Willem van Beek Kanunnik van St. Jan. Ged. Werkhoven 24-3 1751 f Utrecht 3 Maart 1810. Ond. Utrecht 18 Sept., Amsterdam 16 Sept. 1791 Anna Elisabeth Haas Ged. Amsterdam n Z.k. 19 Dec. 1766 t Utrecht 5 Febr. 1830. Anna Elisabeth van Beek * Utrecht 13 April 1793. f Leiden 11 Maart 1870. x Utrecht 25 Juni 1811. Cornelia Adriana barones van Heeckeren van Brandsenburg * Utrecht 8 Oct. 1816. t Breda 24 Sept. 1869. Elsabina Susanna Aletta Vreede * Tilburg 5 Juli 1854. f Schoorl 21 Februari 1911. x Rotterdam 18 Juni 1874. Ernst Elisa van der Hoop Directeur v. „De Porceleyne Fles" te Delft. * Rotterdam 21 April 1876. Marinus Cornelis van der Hoop Johan Peter Feith * Rodenroth 27 Dec. 1727. Begr. Asten 24 Juli 1794. x 's-Gravenh. 14 Oct. 1764. Jacoba Deliana Ruysch Ged. Zoetermeer 10 Juni 1731. f's-GravenhagelOOct.1800 Johannes Willem Feith le Luit. adm ; Lakenkooper *'s-Gravenhage20 Jan. 1768 t Cornelis van Mourik Raad van Zevenbergen. Wijnkooper en Notaris. Ged Zevenb. 16 Oct. 1735. Begr.Zevenb.28Mrt. 1788. x Zevenb. 26 Maart 1760. Catharina de Bosson Ged. Zevenb. 30 Mrt. 1736. t Philippina van Mourik 'Zevenbergen 9 Febr. 1775. t's-Gravenhage8Nov. 1837 xScheveningen22Mrt.l801 Cornelis Johannes Feith Ref. Dep. v. Binnenl. Zaken, Ridder N. L. 's-Gravenhage 4 Juni 1803. t 's-Gravenhage 1 Juli 1881. Arnoldus van Kempen Ged. 's-Gravenhage 25 Juni 17.10. t Johannes van Wees Nicolaas Kervezee Ged. 's-Gravenhage 28 Februari 1717. x 's-Gravenhage 9 Mei 1751. Maria van Middeldijk xScheveningenl8Meil7.55. Johanna van Duyneveld *'s-Gravenhage26Aug l733 Ged. Delft 21 Oct. 1725. f t Willem van Kempen Jacoba Agnita Kleermaker. van wees j , * a»A 'c-a^vonharfe ueu s-uravennage 26 Februari 1766. Ged. Rotterdam 24 November 1761. t Rotterdam 18 Oct. 1803. x Rotterdam 23 Juli 1782. Lena Bersedée * Parijs 1759. Jacob Bras Ged. Delfshaven 23 Juni 1767. f x Delfshaven 2 Sept. 1787. Adriana de Vogel * Horenaar 13 Oct. 1762. f Rotterdam 20 Mei 1840. f Delfshaven 1 Febr. 1845. Hendrik Kervezee Adriana Bras 8 December 1762. f Ged. Rotterdam 30 November 1788. t < Dordrecht 18 Nov. 1787. Arnoldina Mauritz * Dordrecht 28 Aug. 1766. f Dordrecht 22 Maart 1801. Elias Boonen Houtkooper. * Dordrecht 21 April 1793. f Dordrecht 2 Mei 1854. Jhr. Mr. Paulus Gevaerts Heer van Geervliet, Simonshaven en Biert. * Dordrecht 21 Sept. 1763. t Dordrecht 13 April 1836. x Zierikzee 21 Sept. 1789. Wilhelmina Cornelia van Hoorn * Vlissingen 18 April 1769. f Dordrecht 19 Maart 1848. Jvr. Catharina Maria Gevaerts * Dordrecht 22 Mei 1793. f Dordrecht 24 Oct. 1865. x Dordrecht 29 Nov. 1815. Gerard Mauritz Lid Gemeenteraad van Dordrecht. * Dordrecht 2 Sept. 1768. f Dordrecht 14 Dec. 1838. x Dordrecht 1 Mei 1832. Christina Anthonia 't Hooft * Dordrecht 25 Juni 1781. f Dordrecht 10 Oct. 1854. Jacob Mauritz Cargadoor. * Dordrecht 5 Juli 1805. x Dordrecht 17 Juni 1835. Anne Cornelis van Wageningen * Dordrecht 30 Jan. 1775. f Dordrecht 4 Aug. 1844. x Dordrecht 22 Oct. 1803. Geertruida Johanna Vermande * Dordrecht 24 Juni 1784. + Dordrecht 10 Jan. 1882. Anna Cornelia van Wageningen * Dordrecht 25 Mrt. 1804, t Dordrecht 21 Nov. 1858. Caroline Louise Dorothée Charlotte Gallée * Vorden 3 Dec. 1849. f Amsterdam 8 Nov. 1893. x Vorden 17 April 1885. David Jan Nanning van der Hoop Administrateur ond, Wangoenredja, * Groningen 17 Mei 1888. Robert van der Hoop Robert Boonen Houtkooper. * Dordrecht 6 Jan. 1836. t Dordrecht 5 Jan. 1874. Christina Antonia Mauritz * Dordrecht 22 Sept. 1836. f Dordrecht 13 Nov. 1895. x Dordrecht 3 Aug. 1859. Jan Loopuyt Burgem. van Schiedam. * Schiedam 1 Oct. 1761. t Schiedam 8 Juni 1846, x Giessendam 4 Juli 1790. Johanna Elisabeth Brooshooft * Giessendam 2 Jan. 1756. f Schiedam 19 Dec. 1831. Mr. Pieter Loopuyt Wethouder van Schiedam. Lid le Kamer. * Schiedam 3 Juli 1791. t Schiedam 5 Juni 1872. Prof. Johannes Henricus van der Palm * Rotterdam 17 Juli 1763, f Leiden 8 Sept. 1840. xMaartensdijkl4Nov.l786 Alida Bussingh * 11 April 1766. f Cornelia Mathilda van der Palm 'Middelburg 11 April 1790, t Schiedam 8 Dec. 1859. Samuel Adrianus Meerburg Kaarsenmaker. Ged. Leiden 2 Sept. 1773. t Johanna Catharina la Lau Ged. Leiden 1 Nov. 1775. t Dr. Pieter Cornelis Meerburg Geneesheer te Rotterdam. * Leiden 12 Aug. 1810. f Arnhem 15 Mei 1886. Dr. Isaac Gijsberti Hodenpijl * Schiedam 16 Febr. 1780. t Rotterdam 13 Oct. 1837. x 17 Nov. 1803. Maria Petronella Alida Wierts (van Coehoorn) * Curacao 7 Juli 1782. f Gouda 6 Febr. 1853. Marie Cécile Louise Gijsberti Hodenpijl * 23 Oct. 1819. x Gouda 4 Sept. 1839. Charles Marie Boonen Assuradeur. * Dordrecht 23 Dec. 1863. Pieter Cornelis Loopuyt * Schiedam 8 April 1831. t Arnhem 4 Dec. 1877. Johanna Catharina Meerburg * Rotterdam 15 Juni 1840. t Rotterdam 24 Oct. 1866. Cornelia Mathilda Loopuyt * Rotterdam 6 Oct. 1868. x Arnhem 5 Mei 1892 David Jan Nanning van der Hoop Johanna Catharina Boonen * Arnhem 12 Sept. 1897. x Arnhem 7 April 1821. BIJLAGE B—f. Abraham van der Hoop Koopman te Arnhem X Hester Josina de Greve Mr. Herman Wolthers Raadsheer te Groningen Louisa Christina Conring Evert Jan Thomassen a Thuessink Majoor X Arnoldina Aleida van Benthem Rudolph Baelde Commissaris van het Zeegerecht X Elisabeth Bisdom van Haastrecht Jan Gerard Woldringh Luitenant-Kolonel X Maria Johanna Gijsberta Vermeersch Jacob Roorda Geertruid Nieuwenhuis Wicher van Swinderen Burgemeester van Groningen X Anna Maria Trip Ds. Theodorus Feltman de Beveren Anna Elisabeth Adriani Johannes Gallée Stevensz. van Vorden X Maria van Heeck Hendrik Stroman Barendje Obbink Peter Elshoff Lambertsz. Janna Konings Barend Koning Fenneken te Menkvelt Arend van Olst van Groningen X Grietje Stoffers Meringa Klaas Taan Guurtje Jut Willem Adriaan Bouwensch Raad en Schepen te Rhenen X Alida Adriana Menso Adrianus Gey Kostschoolhouder te Bodegraven X Lumine Bijvanck van Hattem Joseph Dominique André de la Porte Gualtera Machtelina Helena Knippenbergh Gilles van de Wall x Helena Roelofs Cornelis van der Palm Kostschoolhouder te Rotterdam Machteld van Tonsbergen Ds. Jan Willem Bussingh Predikant te Delfshaven X Elisabeth van der Linden Johannes Rouffaer van Maastricht X Anna Maria Blanckers Prof. Johan Panneboeter Josina Maria Faassen Joseph Dominique André de la Porte Gualtera Machtelina Helena Knippenbergh Gilles van de Wall Helena Roelofs Cornelis Harmens x Maaike Jansdr. Hein Mollema Hopman te Harlingen X N. Jacobs Hibma Dirk Fontein van Harlingen X Catharina Stinstra Augustus Robertus van Dalsen x Dieuwke Pessma Schelte Wybinga van Franeker X Boukje Feytama van Harlingen Cornelis Dirk Zylstra van Harlingen Jetske Aarts Dirk Fontein van Harlingen X Catharina Stinstra Augustus Robertus van Dalsen x Dieuwke Pessma w z 55 w w B H 'CS Z W u co o co o <■« SS o X H Z «3 Mr. Jan Nanning van der Hoop Burgemeester van Arnhem * Arnhem 6 Sept. 1738. t Arnhem 30 Nov. 1782. x Groningen 6 Maart 1774. Adelgunda Christina Wolthers * Groningen 29 Mei 1752. t Groningen 2 Jan. 1805. Mr. Abraham Johan van der Hoop Burgem. van Groningen * Arnhem 19 Jan. 1775. t Eesveen 3 Oct. 1826. Mr. David Thomassen a Thuessink Burgemeester van Zwolle * Zwolle 28 Nov. 1734. t Groningen 19Dec. 1817. x Rotterdam26Febr. 1775. Elisabeth Maria Baelde * Rotterdam 25 Dec. 1735. f Vollenhoveó April 1808. Arnoldina Aleida Maria Thomassen a Thuessink * Zwolle 2 Aug. 1776. f Groningen 23 Aug. 1859. x Steenwijk 28 Sept. 1797. Mr. David van der Hoop Kantonrechter te Hoogezand. * Zuidbroek 9 Juli 1805. t Hoogezand 22 Dcc. 1847. Mr. Gerard Gilles Woldringh Gezworene te Groningen. * Harlingen Juni 1756. t x Harlingen Ond. 10 April 1784. Anna Catharina Roorda * Harlingen 22 Juni 1763. t Harlingen 4 Oct. 1806. Mr. Jan Gerard Woldringh * Groningen 15 Jan. 1785. t Groningen 24 Aug. 1862 x Groningen 14 Mei 1810. Mr. Wicher van Swinderen Gezworene te Groningen. * Groningen 13 April 1745. f Groningen 27 Nov. 1821. x Groningen 3 Oct. 1779. Johanna Margaretha de Beveren * Groningen 28 Mei 1754. f Groningen 3 Jan. 1828. Anna Maria van Swinderen 14 Mei 1787. t Groningen 6 Sept. 1828. Anna Catharina Woldringh * Groningen 27 Febr. 1811. f Groningen 1 Dec. 1886. x Groningen 21 Sept. 1836. Pieter Anthony Gallée * Vorden 29 Febr. 1735. f Vorden 22 Mei 1767. Anna Margaretha Stroman Ged. 31 Oct. 1745. Johan Hendrik Gallée Burgemeester van Vorden. * Vorden 5 Jan. 1770. t Vorden 7 Aug. 1847. Lammert Elshoff Beerend van Olst Ged. 28 Sept. 1755. t , 12 April 1784. Mechteld Koning Ged. Vorden 1 Sept. 1754. t FlETERNELLA Elshoff * Vorden 26 Nov. 1785. t Vorden 1 Jan. 1843. * Groningen 28 Febr. 1748. t x 4 Sept. 1774. Neeltje Taan * Oostzaandam23Nov. 1755 t Groningen28Maart 1798. Gerrit van Olst Tabakshandelaar te Groningen. * Groningen 7 Febr. 1788. f Menso Johannes Bouwensch Luit ent.-Kwartiermeester. * Rhenen f x Bodegraven 1779. Lumina Gey Caroline Louise Dorothée Charlotte Bouwensch Mr. Jan Gerard van der Hoop Griffier Kantongerecht te Groningen. * Hoogezand 23 Dec. 1843. t Groningen 9 Maart 1900. Johannes Hermanus Gallée Burgemeester van Verden. * Vorden 2 Dec. 1822. t Vorden 10 April 19Q1, Neeltje van Olst Groningen 28 Febr. 1820. t Vorden 16 April 1890. Ds. Anthony Engelbert André de la Porte Ged. 1767. f Eist 6 Maart 1805. x Arnhem Ond. 14 October 1795. Jacoba van de Wall Ged. Arnhem 15 Sept.1771. t Arnhem 2 Aug. 1845. Gilles André de la Porte * Eist 7 Oct. 1800. t Arnhem 21 Mei 1869. x Leiden 30 Aug. 1827. Prof. Johannes Henricus van der Palm Hooglecraar te Leiden. Ridder N. L. * Rotterdam 17 Juli 1763. t Soeterwoude8Sept 1840. x Maartensdijk 14No v.1786 Alida Bussingh Ged.Delfsh. 13 April 1766. t Leiden 18 Januari 1835. Adelaide Louise van der Palm * 's-Gravenhage 2 Mei 1806. t Arnhem 17 Febr. 1875. Arnold Rouffaer * Maastricht 9 Sept. 1748. f Amsterdam 19 Sept. 1818. x Maastricht 2 Aug. 1778. Clara Cornelia Panneboeter *Nederhemert21 Jan. 1758. t Dordrecht 29 Jan. 1833. Bernard Hendrik Rouffaer * Maastricht 25 Juli 1792. f Amsterdam 8 Juli 1853. Ds. Anthony Engelbert André de la Porte Ged. 1767. t Eist 6 Maart 1805. x Arnhem Ond. 14 October 1795. Jacoba van de Wall Ged. Arnhem 15 Sept 1771. t Arnhem 2 Aug. 1815. Helena André de la Porte * Eist 17 Mei 179S. f Arnhem 15 Juni 1876. x Arnhem 31 Aug. 1822. Caroline Louise Dorothée Charlotte Gallée * Vorden 3 Dec. 1849. t Amsterdam 8 Nov. 1893. x Vorden 17 April 1885. Mr. Wicher Jacob Woldringh van der Hoop Burgemeester van Westkapelle. Groningen 19 April 1891. Anthony Engelbert André de la Porte * Arnhem 6 Nov. 1832. t Arnhem 3 Sept. 1898. Margaretha Rouffaer * Amsterdam 10 Maart 1839. t Arnhem 16 Nov. 1901. x Amsterdam 6 Aug. 1857. Wyger Harmens "Drachten 1764. t Harlingen 21 Mei 1829. Elisabeth Mollema Harlingen 16 Juni 1773. t Harlingen 31 Mei 1811. Anneus Harmens "Harlingen 10 Dec. 1804. t Harlingen 14 Jan. 1893. x Harlingen 13 Aug. 1839. Z w co < Q z < > co d h « W m o co !3 h co i=) Ü < Freerk Fontein Letterkundige, "Harlingen 31 Dec. 1777. f HarHngen 28 Febr. 1843. x Harlingen 17 Juni 1798, Eva van Dalsen * Harlingen 18 Juni 1777. f op Salverd 10 Sept. 1846. Baudina Fontein "Harlingen 17 Aug. 1809. t Harlingen 4 Dec. 1887. Mr. Sybrand Wybenga "Franeker 28 Juni 1772. f Franeker 14 Maart 1836. x Catharina Zylstra Freerk Fontein Letterkundige. "Harlingen 31 Dec. 1777. t Harlingen 28 Febr. 1843. x Harlingen 17 Juni 1798. Eva van Dalsen "Harlingen 17 Jan. 1778. "Harlingen 18 Juni 1777. t Franeker 13 Febr. 1858. fop Salverd 10 Sept. 1846. Mr. Schelte Wybenga Lid v. d. 2e Kamer d. St.G. "Franeker 18 Juni 1804. t Harlingen 9 Sept. 1886. augusta robertina Fontein "Harlingen 24 Juli 1807. f Sneek 21 Febr. 1874. x Harlingen 19 Sept. 1833. Gilles André de la Porte Directeur Arnh. Brandverz. Mij. * Arnhem 17 September 1862. Freerk Harmens * Harlingen 24 October 1842. t Velp 27 Mei 1897. Jetske Wybenga * Sneek 18 Juni 1838. t Harlingen 12 Oct. 1886. Augusta Harmens * Harlingen 17 December 1867. x Harlingen 23 April 1896. Margaretha André de La Porte * Arnhem 11 Maart 1897. x Arnhem 18 Juli 1922. Augusta Woldringh van der Hoop BIJLAGE B ^. - . * § v, 1 | 'h É Ë I g 'l§ I I L 1 J Abraham van der Hoop Koopman te Arnhem X Hester Josina de Greve Mr. Herman Wolthers Raadsheer te Groningen x Louisa Christina Conring Evert Jan Thomassen a Thuessini Majoor X Arnoldina Aleida van Benthem RUDOLPH PlETERSZN. BAELDE Commissaris van het Zeegerecht X Maria Bisdom van Haastrecht. Johan Christiaan de Ranitz Heer van Sprokkelenburg en Doormck X Sophia Vermeer Gijsbertsdr. Mr. Willem Caspar Matthijs VAN VlNCELER Burgemeester van Tiel x Wilhelmina Henriette Ophof: Mr. Cornelis Tjassens Burgemeester van Groningen X Hermanna Wolthers Willem Laman | Secretaris van Groningen ' Edzardina Johanna Smith i Pieter Ketelaar 1 van Made ) Teuntje Zegers f van Geertruidenberg ( Johannes van de Rotte | van Monster ) Maria Jongeneel [ van Rotterdam j Samuel Bonte | Margaretha de Sablin !Mr. Jan Boers Secretaris, Schout en Baljuw van Rijnsbt Christina Vollevens !Hendrik ten Oever van Deventer x Catharina Maalstede Wed. Pieter van Convent van Amsterdam !Johannes Mickenschrijver uit Gulickerland X Johanna Feylingius van Colijnsplaat ( Abraham Terbruggen | Margaretha van Nus {Vincent Gerritsen (Oosterma^ x Geertruida Pulkens ) / Steven Numan Harmenszn.' \ van Groningen ) Etje Muntinge } Dr. Alexander Piccardt i Predikant te Harkstede en Warfum 5 ) x ) HlLTJEN IWEMA, Wed. JAN JANSI ( van bredenborg / Wilhelmus Lichtenvoort 2 \ Colonel in dienst v. d. Frieschen Stad ) Reinouw Gesina Star \ van Groningen , ( Willem Webb Kock ) - CathariNa Decker van Amsterdam w ( Wicher van, Swinderen * 1 v Burgemeester van Groningen ? f Anna Maria Trip 5 ( Oncko van Rheden van Böll l ) hausen en Eysveld f Dodonea Helena van Wyck _ / Abraham Gerlacius h ) Raadsheer te Groningen % ' Jacoba Johanna van Paddeni % ( Antonie Adriaan van Iddekii % \ Quirina Jacoba van Persijn, 1 73 f Maurits Adriaan de Savori ( Wicher van Swinderen ÉT ) Burgemeester van Groningen S Anna Maria Trip m ( Oncko van Rheden van Böli 50 ) hausen en Eysveld * f Dodonea Helena van Wyc ^ i Abraham Gerlacius M 1 Raadsheer te Groningen X § (Jacoba Johanna van Paddei \ ( Antonie Adriaan van Iddek 1 o ) x m ) Quirina Jacoba van Persijn, 50 f Maurits Adriaan de Savo > >? i Jan van Naamen Antonie n g ) Alida Schutstal Wed. Arn > > f VOLTELEN Z " (Johannes Hendricus Blancki > Hrt ; Lid Raad v. Justitie te Kaapst 2 > ) x z 3 ( Anna Margaretha van der i 2 / Theodorus Bisdom >. \ Heer van Vliet, Burgem. van Haas 5 P I Maria Harthals <« C \ yan Gouda 3 w l Salomon Reynders ^ W J Vice-Admiraal 2 ( Maria Basting o ps 33 pa z w o o < Pu O 03 w z^ * g, u « P3 " co .2 13 33 o "s Si z s> _ « co q;; Z"H z 3 << ts o z w Q >H w ffi Pi w Q z > Schepen en raad van Haarlem Josina Akersloot ' ( Laurens van de Spiegel ; I Cornelia Petronella Duvelae \ ( Cornelis Ossewaerde d ) Burgemeester van Goes 3 j x r] f Maria Westerwijk ? ( Mr. Elias van der Hoeven ^ ) Burgemeester van Rotterdam 5] X t£ f Maria van der Graeff de Vaï z / > ( Mr. Jacob van Zuylen van Nye1 2 ) Vroedschap en schepen van Rotterdi > f Aletta Johanna Timmers z \ ^ l Mr. Johan Michiel Rouken \ Burgemeester van Nijmegen § f Agneta Jeanette Verspijc: > ( Mr* Jacob Jongbloet Z \ Hear van Hei- en Boecop sc s x § / Anna Maria Ernst van Bas: co \ ►Tl Mr. Johan Gaymans Burgemeester van Arnhem ö< x fo / Josina Christina Otters q / Frederik Godard van Reei > \ Heer van de Parkeier > ) Catharina Henriette van [ Haersolte z w u co o 1' §S 33 H Z < H OS w > Mr. Jan Nanning van der Hoop Burgemeester van Arnhem. * Arnhem 6 Sept. 1738. f Arnhem 30 Nov. 1782. x Groningen 6 Maart 1774. Adelgunda Christina Wolthers * Groningen 29 Mei 1752. t Groningen 2 Jan. 1805. Mr. Abraham Johan van der Hoop Burgemeester van Groningen. * Arnhem 19 Jan. 1775. t Eesveen 3 Oct. 1826. Mr. David Thomassen a Thuessink Burgemeester van Zwolle. * Zwolle 28 Nov. 1734. t Groningen 19 Dec. 1817. x Rotterdam 26 Febr. 1775 Elisabeth Maria Baelde * Rotterdam 25 Dec. 1735. f Vollenhove 6 April 1808. Arnoldina Aleida Maria Thomassen a Thuessink * Zwolle 2 Aug. 1776. t Groningen 23 Aug. 1859. x Steenwijk 28 Sept. 1797. Mr. Evert Jan Thomassen a Thuessink van der Hoop Officier van Justitie te Groningen. * Groningen 4 Juni 1809. t Groningen 19 Juli 1852. Mr. Johan Hendrik de Ranitz Vrijheer van Wolf eren, Heer van Doornick en de Groote Lugt. * Doetinchem 10 Dec. 1700. t Doornick 13 Febr. 1767. x Elden 5 April 1742. Johanna Catharina van Vinceler * Huissen 4 Febr. 1714. t Doornick 29 Mei 1775. Sebastiaan Mattheus Sigismund de Ranitz Luit. in het reg. Oranje Drenthe, later Hoofdontvanger. * Doornick 26 Nov. 1757. f Groningen 2 Juli 1829. Mr. Herman Tjassens Raadsheer te Groningen. * Groningen 19 Aug. 1735. f Groningen 16 Febr. 1809. x Groningen 24 Juni 1764. Anna Laman * Groningen 16 Maart 1739, t Groningen 17 Aug. 1768. Edzardina Johanna Tjassens * Groningen 6 Febr. 1767. t Groningen 16 Mei 1848. x Groningen 21 April 1793. Willemina Elisabeth de Ranitz * Groningen 8 Dec. 1812. f Groningen 30 Mei 1891. x Groningen 13 April 1837. Matthijs Pietersz. Ketelaar * Raamsdonck 8jan. 1741. t Delfshaven 11 Febr' 1803. x Rotterdam 6 Aug. 1772. Petronella van de Rotte * Rotterdam 25 Sept. 1745. f Rotterdam 28 Dec. 1812. Johannes Ketelaar Assuradeur. * Delfshaven 28 Mei 1778. t Rotterdam 16 Aug. 1863. x Rotterdam 14Nov. 1803. Ds. Petrus Bonte Predikant te Rijnsburg en den Bommel. * Leiden 9 Oct. 1729. t Den Bommel 3 Dec. 1775. x Rijnsburg 28 Juni 1763. Sara Maria Boers •Rijnsbjrg 15 Maart 1740. t Brandwijk 28 April 1801. Christina Johanna Bonte Wed. van Johannes van der Crab "DenBommel 9Sept.l766. tRotterdam 16 Jan. 1834. Prof. Hendrik Hieronimus ten Oever Predikant te Oud-Beijerland, Woerden en 's-Hertogenbosch. Ged. Amsterd. 9 Febr. 1746. t 's-Hertogenb. 2 Mei 1825. x Rotterdam 7 Sept. 1777. Martina Mickenschrijver Ged.Rotterdam 17Julil749. begr. 's-Hertogenbosch 15 Nov. 1788. Mr. Hendrik Christiaan van Convent ten Oever President Arr. Rechtbank 's-Hertogenbosch. * Woerden 11 Oct. 1784. t 's-Hertogenbosch 12 Maart 1»5u. Jacobus Terbruggen Ged. Utrecht 10 Oct. 1756. f Elisabeth Oostermaat Ged. Bodegraven 20 Juni 1756. t Utrecht 4 Dec. 1834. Geertruida Terbruggen Ged. Utrecht 31 Aug. 1785. fRotterdam 21 Dec. 1857. Mr. Jan Diederik Pauw geb, Hoeufft Heer van Buttingen, Zandvoort, Heemstede enz. Burgemeester v. Haarlem. Ged. Wassenaar3 Juli 1730. t Haarlem 23 Jan. 1792. x Parijs 1755. Maria Susanna Silvestre * Amsterdam 30 Dec. 1723. t Haarlem 26 Juni 17Q9. Jhr, David Hoeufft Burgemeester en raad van Haarlem. * Haarlem 25 Nov. 1762. t Haarlem 25 Mei 1836. Mr. Herman Gerlings Burgemeester van Haarlem. * Haarlem 21 Juni 1739. t Haarlem Nov. 1807. x Haarlem 19 Dec. 1759. Sophia Magdalena Crommelin * Haarlem 4 Maart 1740. + Bennebroek21 Aprill812. Eva Jacoba Gerlings * Haarlem 27 Dec. 1764. t Haarlem 14 Dec. 1843. x 9 October 1785. Mr. Henrik Hoeufft Raadsheer in den hove van Brabant en lande van Overmaze. * 's-Gravcnhage8 Aug. 1747 t Ouderkerk a. d. Amstel 23 Jan. 1823. x Amsterdam 17 Dcc. 1775. Margaretha Levina Geelvinck * Amsterdam 16 Jan. 1750. t Amsterdam 22 Mrt. 1818. Mr. Jacob Pompejus Hoeufft Heer v.Velsen en Santpooi 1. Raad der stad Amsterdam * Amsterdam 8 Nov. 1779. t Velsen 24 Aug. 1835. Mr. Willem Gerrit Dedel Burgemeester van Amsterdam. * Amsterdam 20 Aprill734. t Amsterdam 2 Jan. 1801. x Haarlem 3 Juni 1764. Jacoba Elisabeth Crommelin * Haarlem 28 Juni 1742. t Amsterdam 15 Febr. 1801. t Judith Catharina Dedel ' Amsterdam 6 Aug. 1783. Velsen 30 Nov. 1817. Amsterdam 15 Sept. 1809. Mr. Laurens fietek van de Spiegel Raadpensionaris van Holland. * Middelburg 19 Jan. 1737. t Lingen 7 Mei 1800. x Goes 3 Juli 1756- Digna Johanna Ossewaerde * Goes 8 Jan. 1741. t IJsselstein 8 Oct. 1813^ Jhr. Cornelis Duvelaer van de Spiegel Lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal. * Goes 29 Dec. 1771. t Brussel 28 Oct. 1829. Mr. Johan Adriaan van der Hoeven Burgemeester van Rotterdam. * Rotterdam 29 Juni 1732. t Rotterdam 11 Juli 1800. x Rotterdam 16 Mei 1773. Martha Maria van Zuylen van Nyevelt * Rotterdam 25 Mei 1748. t Rotterdam 27 April 1818. Margaretha Jacoba van der Hoeven "Rotterdam 12 Maart 1780. t 's-Gravenhage 26 April 1816. Ond. 's-Gravenhage 20 Febr. 1814. Roukens Burgemeester van Nijmegen. * Nijmegen 29 Oct. 1747. t Arnhem 1 Dec. 1822. x Culemborg 18 Febr. 1780. Adriana Johanna Jongbloet * Culemborg 19 Juni 1754. + Nijmegen 23 Dec. 1790. Mr. Johan Michiel Roukens Rijksadvocaat van Gelderland. * Nijmegen 31 Aug. 1781. t Arnhem 11 Maart 1831. Derk Gaymans Burgemeester van Arnhem. * Arnhem 27 Maart 1763. t Arnhem 13 Maart 1845. x Twello 10 Juni 1794. Johanna Petronella Clasina barones van reede * Twello 11 Febr. 1770. t Arnhem 10 Sept. 1823. Frederica Catharina Henriette Godarda Gaymans * Arnhem 5 Mei 1797. t Arnhem 20 Mrt. 1823. x Oosterbeek 8 Sept. 1815. Mr. Abraham Johan Thomassen a Thuessink van der Hoop Heer van Slochteren, enz. Lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. * Groningen 20 Febr. 1838. t Slochteren 19 Maart 1882. Matthijs Pieter Ketelaar Assuradeur en Reeder. * Rotterdam 27 Juli 18) 1. t 's-Gravenhage 24 Juni 1890. x 's-Hertogenbosch 20 Mei 1840. Christina Adriana Lucretia Catharina van Convent ten Oever * 's-Hertogenbosch 1 Nov. 1815. t 's-Gravenhage 12 Jan. 1879. Jhr. Willem Hendrik Hoeufft Hypotheekbewaarder en Ontvanger. Ged. Haarlem, 29 Juli 1804. t Haarlem 18 Oct. 1844. Geertruida" Ketelaar * Rotterdam 8 October 1846. t Baarn 19 Januari 1925. x Rotterdam 7 Augustus 1873. Mr. Matthijs Pieter Thomassen a Thuessink van der Hoop van Slochteren Burgemeester van Breukelen-Nijenrode c. a. * Slochteren 10 April 1876. Jacoba Elisabeth Hoeufft * Amsterdam 9 Juli 1810. t Haarlem 12 Sept. 1870. Amsterdam 25 April 1833. Jhr. David Hoeufft * Haarlem, 31 Maart 1834. t Utrecht, 7 October 1886. x Utrecht, 28 Juni 1860. Jhr. Mr. Laurens fietek jajn van de Spiegel Legatie-Secretaris. * 's-Gravenhage 6 Jan. 1815. t Stuttgart 3 Juli 1845. Agneta Jeanette Roukens * Arnhem 22 Aug. 1819. t Zeist 28 Febr. 1901. Renkum 12 October 1838. jvr. adelaide jacqueline cornélie Henriette Laurence van de Spiegel * Arnhem, 28 September 1839. t Zeist, 11 November 1912. Geertruida Suzanna David Jvr. Nancy Hoeufft Utrecht, 20 Juni 1881. x Zeist 20 Juni 1907. Elisabeth Maria Magdalena BIJLAGEB-i. gH g | wg |l -g ? g ' ■ * <* S 3 3 g £j Abraham van der Hoop Koopman te Arnhem Hester Josina de Greve Mr. Herman Wolthers Raadsheer te Groningen x Louisa Christina Conring ;vert Jan Thomassen a Thuessik Majoor X Arnoldina Aleida van Benthea Rudolph Pieterszn. Baelde Commissaris van het Zeegerecht X Maria Bisdom van Haastrecht. Johan Christiaan de Ranitz Heer van Sprokkelenburg en Doornick X Sophia Vermeer Gijsbertsdr. Mr. Willem Caspar Matthijs VAN VlNCELER Burgemeester van Tiel x Wilhelmina Henriette Ophoi Mr. Cornelis Tjassens Burgemeester van Groningen X Hermanna Wolthers Willem Laman Secretaris van Groningen X Edzardina Johanna Smith Harmen van de Poll Koopman en postmeester te Amsterda: X Margaretha Clara Berewou Mr. Jacobus van de Poll Secretaris van Amsterdam X Cornelia Jacoba Wolters Mr. Abraham Calkoen Heer van Kortenhoef Agnes Catharina Bicker • Willem van Loon Jansz. Commissaris en Schepen te Amsterdi X Catharina Johanna Woltef Jacob de Neufville \ Koopman te Amsterdam Margaretha Verhamme [ Jacobus Barnaart \ Koopman te Haarlem \ X f Jacoba Barnaart iHarmen van de Poll Koopman en postmeester te Amsterc Margaretha Clara Berewc Mr. Jacobus van de Poll \ Secretaris van Amsterdam 1 X Cornelia Jacoba Wolter /Willem van Voorthuysen Eve I Schepen van Vreeland 1) Aagje Rebel Willemsdr van Huizen ( Jan Smit Harmen Jansz. \ van Baambrugge i Maria van Schaik \ van Loenen ) ( Mr. Abraham Sarvaas Jan \ van Amsterdam i X < ( Adriana Geertruy du Mar< H ( Peter Adolph Tuyte (Teui i 1 van Hamm a. d. Lippe | ) Margaretha van der Meu ESAYE GlLLOT J 1 Heer van Heemstede < X H ] Marie Mounier 1 f van Amsterdam Willem Vlot 1 \ Commissaris Rott., Haagsche en Del [ J Veeren te Amsterdam | ] x Dik Jappes van Hinlopen ( Prof. Dr. Everard Scheid) ir 1 Hoogleeraar te Harderwijk en Le t | Anna Maria Peiffers 3 ( Adriaan Paets van Troosi 3 \ Scheikundige, Wethouder van Ams' » ( Maria CorneliaLooten Gerb (Mr. Hendrik Assuerus Wtte \ Heer van Wickenburg ^{ X i Margaretha van Suchte pi [ Vrouwe van Stoetwegen 2 [ Mr. Gerard van Voor: ^ \ Schout van Amersfoort O ) x f Cornelia van den Vel iMr. Jacob van Dam Heer van Isselt en Pijlswet X Aletta Francina Buy : S ( Willem Adriaan Nahi J1 i2 \ Generaal-majoor * > ] Anna Cornelia Zoutm van Goes ? ^ ( Mr. Jan de Pester t rr \ Heer van Cattenbroek £ ^ f Adriana Everardina g * ^ ( Mr. Christiaan de Ja< ) Burgemeester van Maastri 3 m ) x Elisabeth Theodora * £ / den Heuvel ^3 I Mr. Jan Gijsbert Re» ? \ Op ten Noort _j ^ / Burgemeester van Kamp< S ? ) x Elisabeth Theodora S ' ( Wentholt o* / Adolph Werner Carel ' g r \ des H. R. R. bar. VAN Pa H 2 < Heer van Keppel, Voorst, Walfor ) x Heilwich Charlotte B; Q ' VAN heeckeren, Vrouwe vai Mr. Jan Nanning van der Hoop Burgemeester van Arnhem. * Arnhem 6 Sept. 1738. f Arnhem 30 Nov. 1782. x Groningen 6 Maart 1774. Adelgunda Christina Wolthers Mr. David Thomassen a Thuessink Burgemeester van Zwolle. * Zwolle 28 Nov. 1734. t Groningen 19 Dec. 1817. x Rotterdam 26 Febr. 1775 Elisabeth Maria Baelde Mr * Groningen 29 Mei 1752. * Rotterdam 25 Dec. 1735. t Groningen 2 Jan. 1805. t Vollenhove 6 April 1808. Mr. Abraham Johan van der Hoop Burgemeester van Groningen. * Arnhem 19 Jan. 1775. t Eesveen 3 Oct. 1826. Arnoldina Aleida Maria Thomassen a Thuessink * Zwolle 2 Aug. 1776. t Groningen 23 Aug. 1859. x Steenwijk 28 Sept. 1797. Johan Hendrik de Ranitz Vrijheer van Wolferen, Heer van Doornick en de Groote Lugt. * Doetinchem 10 Dec. 1700. f Doornick 13 Febr. 1767. x Elden 5 April 1742. Johanna Catharina VAN VlNCELER * Huissen 4 Febr. 1714. t Doornick 29 Mei 1775. Sebastiaan Mattheus Sigismund de Ranitz Luit. in het reg. Oranje Drenthe, later Hoofdontvanger. * Doornick 26 Nov. 1757. t Groningen 2 Juli 1829. Mr. Herman Tjassens Raadsheer te Groningen. * Groningen 19 Aug. 1735. t Groningen 16 Febr. 1809. x Groningen 24 Juni 1764. Anna Laman * Groningen 16 Maart 1739, f Groningen 17 Aug. 1768. Edzardina Johanna Tjassens * Groningen 6 Febr. 1767. f Groningen 16 Mei 1848. x Groningen 21 April 1793. Harmen van de Poll Schepen van Amsterdam. Meesterknaap van Brederode. * Amsterdam 3 Juli 1750. t Amsterdam 16 Aug. 1807. x Amsterdam23Sept.l770. Margaretha Jacoba van de Poll * Amsterdam 1 Mei 1751. t Amsterdam 26 Nov. 1815. Jan Jacobus van de Poll Rijksontvanger te Utrecht * Amsterdam 12 Jan. 1784. t Utrecht 9 Mei 1863. Mr. Nicolaas Calkoen Heer van Kortenhoef. Raad en Schepen te Amsterdam. ' Amsterdam 22 Jan. 1753. t Amsterdam 1 Jan. 1817. x Breukelen 21 Mei 1779. Sara Maria van Loon * Amsterdam 6 Jan. 1761. t Breukelen 3 Nov. 1806. Jvr. constantia Agatha Calkoen * 's-Gravenhage 24 Sept. 1792. t Utrecht 6 Juni 1860. x Amsterdam 26 Mrt. 1817. David Mattheus van Gelder de Neufville Raad, Schepen en Adj. Maire v. Amsterdam. * Amsterdam 10 Nov. 1751. f Amsterdam 6 Juli 1814. x Haarlem 6 Maart 1774. Elisabeth Barnaart Harmen van de Poll Schepen van Amsterdam. Meesterknaap van Brederode. * Amsterdam 3 Juli 1750. f Amsterdam 16 Aug. 1807. x Amsterdam 23 Sept. 1770 MargarethaJacoba van de Poll Evert van Voorthuysen Houtkooper te Amsterdam. * Vreeland 8 Juli 1753. t Amsterdam 1 Sept. 1821. x Baambrugge 12 Mei 1776. Geesje Smit ged. Baambrugge 26 Mei 1754. * Haarlem 24 Sept. 1747. . Amslerdam 1 Mei 1751. t Amsterdam 4 April 1794. f Amsterdam 26 Nov. 1815. t Utrecht 22 Oct. 1822. Abraham de Neufville Commissaris Ned. Bank. "Amsterdam 31 Mrt. 1787. t Amsterdam 7 Mei 1871. Margaretha Cornelia Clara van de Poll * Amsterdam 25 Dec. 1788. t Haarlem 2 Oct. 1854. : Amslerdam 18 Febr. 1810 Henricus van Voorthuysen Koopman en reeder. * Amsterdam 24 Mrt. 1795. f Amsterdam 18 Jan. 1852. Gideon Jan Langerac du M archie Sarvaas Drossaard der stad en graafschap Leerdam, ged. Alphen a.d. Rijn 12 April 1861. f Utrecht 3 Mei 1834. x Amsterdam 9 Jan. 1785. Maria Tuyte * Amsterdam 27 Sept. 1766. t Utrecht 18 Jan. 1838. Margaretha du Marchie Sarvaas * Utrecht 31 Jan. 1799. t Amsterdam 20 Sept. 1833. x Utrecht 3 Sept. 1818. Mr. Jean Esaye GlLLOT Heer van Heemstede. 'Amsterdam 4 Feb. 1745. t 22 Maart 1789. x Amsterdam 21 Dec. 1770. Agatha Henrietta Charlotta Maria Vlot * Workum 11 Oct. 1746. t Utrecht 30 April 1829. Hendrik Gillot * Nederhorst den Berg 25 Aug. 1785. t Utrecht 14 Oct. 1846. x Utrecht 5 Oct. 1826. Willem Peiffers Scheidius Wethouder te Utrecht. * Harderwijk 1 Jan. 1769. t Utrecht 18 Nov. 1803. x Utrecht 3 Juli 1798. Johanna Dolphina van Troostwijk * Utrecht 8 Febr. 1774. t Utrecht 28 Aug. 1835. Gardina Maria Scheidius * Utrecht 20 Febr. 1802. f Utrecht 31 Dec. 1829. Mr. Ferdinand van Stoetwegen Kanunnik ten Dom. * Utrecht 19 Nov. 1733. t Utrecht 14 Mei 1803. x Utrecht 1 Oct. 1776. Catharina C ornelia van Voorst * Amersfoort 10 Aug. 1743. t Utrecht 23 Dec. 1823. Jhr. Mr. Gerard Cornelis Wttewaall van Stoetwegen Heer van Stoetwegen. * Utrecht 10 Mei 1780. t Utrecht 15 Dec. 1863. Mr. Willem van Dam van isselt Raad te Utrecht. * Utrecht 9 Nov. 1757. f Utrecht 10 Jan. 1832. x Utrecht 16 Aug. 1784. Geertruida Elisabeth Nahuys * Goes 13 April 1761. f Utrecht 23 Jan. 1823. Anna Cornelia van Dam van Isselt * Utrecht 13 Oct. 1786. f Utrecht 2 Mei 1859. x Utrecht 10 Mei 1807. Jhr. Mr. Willem Nicolaas de Pesters Heer van Cattenbroek. Lid 2e en le Kamer, * 's-Gavcnhage 6 Jan. 1754. t Utrecht 21 April 1831. x Brunik 21 Oct. 1799. CarolineJacqueline de jacoby * Maastricht 12 Oct. 1760. f Utrecht 25 Dec. 1844. Jhr. Mr. jules Edouard Godin de Pesters Lid Prov. Staten, Griffier Arr. Rechtb. te Amersfoort * Niënhof (Bunnik) 16 Oct. 1811. t Utrecht 14 Jan. 1898. Jhr. Mr. WlLLEM Op ten noort Dir.Poslkantoorte Utrecht. * Kampen 25 Maatt 1772. f Utrecht 29 Oct. 1844. x Keppel 18 Dec. 1810. Charlotte Anna ElisabethAdolphine bar. van pallandt * Keppel 14 Maart 1782. t Utrecht 18 Juli 1852. Jvr. adolphine Charlotte Op ten Noort * Zutphen 23 Nov. 1813. t Amersfoort 17 Aug. 1872. x Utrecht 28 Juni 1836. Mr. Fvf.rt Jan Thomassen a Thuessink van der Hoop Officier van Justitie te Groningen. * Groningen 4 Juni 1809 t Groningen 19 Juli 1852. Willemina Elisabeth de Ranitz * Groningen 8 Dec. 1812. t Groningen 30 Mei 1891. x Groningen 13 April 1837. Gijsbert Hendrik Thomassen a Thuessink van der Hoop Luit. ter Zee, Lid van de Tweede Kamer der Staten Generaal. Lid der Gedeputeerde Staten van Gelderland. * Groningen 24 Augustus 1847. t Arnhem 22 April 1894. Mr. Abraham Nicolaas Jan van de Poll Lid Gemeenteraad, President Arr. Rechtbank te Amersfoort. * Zaandam 5 Mei 1819. t Amsterdam 28 Maart 1870. Cornelia Abrahamina de ineufville * Amsterdam 19 Jan. 1831. f 's-Gravenhage 7 Maart 1886. x Amsterdam 23 Aug. 1855. Mr. Evert du Marchie van Voorthuysen Heer van Maarssen, Ter Meer, Bergesteyn, Koudekerk, Poelgeest, Zwammerdam, Schagen en den Eng. Lid van de beide Kamers der St. Gen. * Amsterdam 18 Mei 1824. t Utrecht 23 Febr. 1894. Cornelie Jeanne Gillot * Utrecht 13 Dec. 1829. t Utrecht 21 Dec. 1888. x Renkurr 17 Juli 1851. Jvr. Sara Maria Johanna van de Poll * Amersfoort 2 Maart 1864. x 's-Gravenhage 12 Juni 1884. Mr. Evert Jan Thomassen a Thuessink van der Hoop Referendaris Prov. Griffie van Zuid-Holland. * 's-Gravenhage 22 Aug. 1885. Gerard Joan Everard du Marchie van Voorthuysen Heer van Maarssen en Ter Meer (verkocht in 1894), Bergesfeyn, Koudekerk, Poelgeest, Zwammerdam, Schagen en den Eng. Lid v. d. Raad der gem. Driebergen. * h. ter Meer (Maarssen) 4 Oct. 1855. Jhr. Ferdinand Wttewaall van Jiuniwiu"' Heer van Stoetwegen. Kolonel der Artillerie. • Utrecht 9 Juli 1808. f Utrecht 14 Dec. 1868 Jvr. jacqueline caroline Johanna Godin de Pesters * Utrecht 3 Juni 1838. f Utrecht 27 Oct. 1905. x Amersfoort 21 Mei 1863. T.,.- AnniPHINE .tttt.TE Wttewaall van Stoetwegen * Amersfoort 25 Nov. 1864. t Bilthoven 27 Sept. 1920. x Utrecht 29 Oct. 1885. Jacqu^line Cornelie Adolphine du Marchie van Voorthuysen * Utrecht 23 November 1887. x Amsterdam 18 Aug. 1911. adolphine Charlotte Julie Gijsbert Hendrik Edzard Sigismund jacqueline cornélie adolphine 305 BIJLAGE C AANTEEKENINGEN BETREFFENDE IN DIT WERK VOORKOMENDE AFBEELDINGEN. Blz. a. In den tekst: 5 en 6. „De Hoope", bouwmanswoning onder Renswoude, naar foto's door A. N. J. Thomassen a Thuessink van der Hoop. Het goed „de Hoope", volgens Van der Aa ruim 35 bunder groot, is thans in eenige gedeelten gesplitst, waarop nog drie andere hoeven zijn gebouwd; zij omvatten een strook lands op de grens tusschen Renswoude en Woudenberg, ingesloten tusschen de gronden van het huis Scherpenzeel ten Westen en die van Renswoude ten Oosten. „De Hoope" is, voorzoover is kunnen worden nagegaan, geen pachthoeve van een dier huizen geweest, en evenmin een leengoed. 13. Afbeelding van het dorp Scherpenzeel haar een teekening van J. de Beyer in de verzameling der Leidsche Universiteitsbibliotheek (collectie Bodel Nyenhuis). 15. Huis en dorp Scherpenzeel naar teekening door Van Liender, opgenomen in de Jubileums-uitgave van „Gelre" (1922). 16. Veenendaal, naar een teekening van Pronk, in 's Rijks Prentenkabinet te Amsterdam. 18 en 19. Rhenen en het Rheensche Veen, naar afbeeldingen uit de „Nederlandsche Tafreelen", door H. Spilman naar J. de Beyer. 22. Arnhem, naar een prentje van Rademaker in het „Kabinet van Nederland¬ sche en Kleefsche Oudheden". 26. Fragment uit een plattegrond van Arnhem bij Pontanus, Historia Gelriae. 28. Gezicht op Arnhem, uit „Tegenwoordige staat van Gelderland". 29. Gezicht buiten de Janspoort, naar de teekening van Lambert Doomer, opgenomen in de bovengenoemde uitgave van „Gelre". 34. Stadhuis te Rhenen naar een afbeelding uit „Tegenwoordige staat van Utrecht". 35. Wijnhaven te Rotterdam, naar een teekening in het gemeentearchief aldaar. 42. De hier afgebeelde wijnkan is thans eigendom van A. N. J. Thomassen a Thuessink van der Hoop te Amsterdam. 52. De markt te Arnhem naar een afbeelding uit „Tegenwoordige staat van Gelderland". 53. De Sabelspoort, naar een afbeelding uit „Het verheerlijkt Nederland of Kabinet van Hedendaagsche Gezigten", door H. Spilman naar J. de Beyer. 58. De kerk te Oosterbeek, naar een afbeelding in de meergemelde uitgave van „Gelre". 59 en 61. De beker van het Smidsgilde is aanwezig in het Arnhemsche Gemeentemuseum. 89. Het dorp Berkel, afbeelding in v. Ollefen's Stad- en Dorpsbeschrijver. 104. De Heerengracht, teekening naar het prentwerk van Caspar Philips Jacobsz., „Alle de huizen op de Heeren- en Keizersgrachten enz." (1768). 20 306 — Blz. 106. Fragment uit het vorengenoemde werk. 112. Luchtfoto der Koninklijke Luchtvaart-Maatschappij. 113. Fragment uit de groote plattegrond van de Fou, in het Gemeentearchief te Rotterdam. 118. De hier afgebeelde snuifdoos is eigendom van den heer M. Lugt te Haarlem. 122. Blijenburg (ten deele nog in stand) naar teekening door P. v. Alff, volgens ter plaatse opgenomen gegevens. 136. Noordervliet, litho naar Lutgers. 138. De Blaak, aquarel door G. Groenewegen in het Museum van Oudheden te Rotterdam. 139. Buitenplaats aan de Hof laan, teekening van W. A. Croockewit. 164. Teekening op het Rotterdamsch Gemeentearchief: „Achter Van der Hoop Hoogendijk 1838". Adriaan v. d. H. had „Ons Genoegen" den 24 April 1807 gekocht. 238. De Hemelsche Berg, teekening naar de schilderij voorstellende J. N. van der Hoop als kind (gereproduceerd tegenover den titel). 239. Idem, naar een lithografie van omstreeks 1840, vertoonende het door Mr. D. Gaymans gebouwde en door Mr. J. Kneppelhout gesloopte huis. 247. Het Wapenbord der St. Cecilia-vereeniging berust op het Gemeentemuseum te Arnhem. Voor den St. Eloy-beker vgl. bl. 61 j kennelijk uit oude familie* traditie sloot de advocaat Jan Nanning van der Hoop zich nog in 1761 bij het Smidsgilde aan. 254 en 255. Fraeylemaborg naar lithografieën in den Groninger Volksalmanak van 1840. 256. Het hier afgebeelde schildpadden doosje is thans eigendom van Mevrouw Tholen—de Ranitz te 's-Gravenhage. 270. Mr. David van der Hoop, geschilderd door Jhr. Mr. W. Gockinga, thans eigendom van Dr. J. H. van der Hoop te Amsterdam. 272. A. J. en W. W. van der Hoop, naar schilderijen door O. Eerelman, eigendom als voren. b. Buiten den tekst: Tegenover den titel: Schilderij in het bezit van Dr. J. H. van der Hoop te Amsterdam. „ blz. 125. Johanna van der Hoop, schilderij in het bezit van den heer M. Lugt te Haarlem. „ „ 134. Jan van der Hoop, miniatuurportret, door v. d. Burg, eigendom van den heer G. van Stolk te Rotterdam. Elisabeth Bierens, miniatuurportret, door id., eigendom van Mevr. Bicker Caarten— Balguerie Guérin te Rotterdam. „ „ 136/137. Jan van der Hoop, schilderij door Cels, eigendom van den heer C. van der Hoop te 's-Gravenhage. Johanna van Stolk, schilderij als voren, eigendom van Mevr. Post— Snellen te Amsterdam. „ „ 140. Adriaan van der Hoop, schilderij ten kantore der firma Van der Hoop Offers & Co. te Rotterdam. — 307 Tegenover blz. 144. Jan van der Hoop en Alida Maria Pruys van der Hoeven, gekleurde daguerrotype, in bezit van Mej. J. van der Hoop te 's-Gravenhage. „ n 1^6. Mary Miller Claringbould, naar schilderij in het bezit van den heer A. J. van der Hoop te Brussel. „ „ 249. Mr. Jan Nanning van der Hoop, schilderij, eigendom van Dr. J. H van der Hoop te Amsterdam. „ „ 253. Adelgunda Christina Wolthers, pastel, eigendom alsvoren. „ „ 260/261. Mr. A. J. van der Hoop en A. A. M. Thomassen a Thuessink, naar pastels, eigendom alsvoren. „ „ 271. Mr. David van der Hoop, miniatuur, eigendom alsvoren. „ „ 281. Mr. E. J. Th. a Th. van der Hoop, potloodteekening door Jhr. Mr. W. Gockinga, eigendom van Mr. E. J. Th. a Th. van der Hoop van Slochteren. L BIJLAGE D. Mededeelingen over andere families Van der Hoop. I — 311 MEDEDEELINGEN OVER ANDERE FAMILIES VAN DER HOOP. *) Het is wellicht niet bekend, dat er een betrekkelijk groot aantal andere families van der hoop — niet alleen bestaan hebben — maar nog bestaan, welke met het geslacht, waarvan wij in de voorgaande bladzijden eene genealogie gaven, in geen verband staan. Toch kan zulks geen verwondering baren, als wij bedenken, dat de naam kan afgeleid zijn, zoowel van b.v. een molen, een schip enz. genaamd „de Hoop", waaraan de eigenaars hun familienaam later ontleenden, als van een terreinophooging, welke aanleiding was voor de daarop wonenden om zich van der hoop te noemen. Het aanzienlijkste en tijdens onze Republiek meest bekend geworden geslacht Van der Hoop, is de z.g. DORDTSCHE FAMILIE VAN DER HOOP. Van dit geslacht verscheen eene genealogie in het Stam- en Wapenboek van Aanzienlijke Nederlandsche Familiën, deel II, bl. 82—84. Het beleed den Hervormden Godsdienst en had daardoor (in tegenstelling met het Arnhemsch-RotterdamschGroningsche geslacht, dat aanvankelijk Doopsgezind was) toegang tot stedelijke regeeringsambten; zijne leden bekleedden ten slotte de hoogste civiele en militaire ambten in onze voormalige Republiek. Hierdoor — en ook door de huwelijksverbintenissen met andere aanzienlijke families — heeft het tot de voornaamste geslachten van ons land behoord. In het Stam- en Wapenboek vangt de genealogie aan met Cornelis van der hoop janszn., die in 1625 te Dordrecht overleed, en die gehuwd was met DlNGENA beens. Hij was echter afkomstig uit Breda, waar reeds vóór 1600 een geslacht van dien naam gevestigd was. Nog vele jaren later komt te Breda deze naam voor. Ook de Dordtsche van der Hoop's komen in notariëele acten nog meermalen in verband met Breda voor. Van Dordrecht trokken zijn afstammelingen o.a. naar 's Gravenhage en Amsterdam. De meest bekende personen van dit geslacht, waarvan wij uitteraard hier geen genealogie geven en waarvoor wij verwijzen naar bovengenoemd werk, waren o.a. Mr. franqois van der Hoop (1675—1741), raadsheer in den Hoogen Raad van Holland en Zeeland; Mr. cornelis van der hoop (1716—1781), landsadvocaat, president-schepen van Amsterdam en raadsheer in den Hoogen Raad; Mr. adriaan van der hoop (1701—1767), secretaris van de Generaliteits-Rekenkamer en Raad van State; Mr. Adriaan Salomon van der Hoop (1740—1793) bankier te Amsterdam2); Mr. joan cornelis van der hoop (1742—1825) o.a. minister van marine; adriaan van der hoop (1778—1854), bankier te Amsterdam en lid van de Eerste Kamer, de *) In 1437 wordt als schepen van Doetinchem genoemd Ingram van der hoep; uit tal van charters van het klooster Bethlehem bij Doetinchem blijkt, dat deze en anderen die als gerichtslieden aldaar voorkomen, meestal van der Haep heetten. 2) Hij studeerde in 1759 te Leiden; zijn „Album amicorum" bevat de handteekening van jan NANNrNG v. d. h., den tateren Arnhemschen burgemeester. 312 — schenker van het Museum van der Hoop; Willem Gerrit van der Hoop (1729—1791), luitenant-generaal der cavalerie en commandeur van Nijmegen j en vele anderen, die door hooge ambten in administratieven en militairen dienst dit geslacht in vroeger tijd meerdere bekendheid gaven dan het in deze genealogie behandelde geslacht Van der hoop. Tot dit Dordtsche geslacht Van der Hoop behoorde WlLLEM Gerrit van der Hoop, die bij besluit van Lodewijk III Groot-Hertog van Hessen, d.d. Darmstadt 1 Maart 1855 in den Hessischen Adel werd verheven met den titel van Baron en wiens afstammelingen nog in Duitschland voortleven. , Ook een andere tak van dit geslacht bestaat nog. Deze stamt uit franciscus Henricus johannes van DER Hoop, geb. 24 Mei 1792, ontvanger der registratie en zegel te Utrecht en later lakmoesfabrikant aldaar (fa. van Weede & Co.), overleden te Utrecht 8 Januari 1844, en te Utrecht Oct. 1815 gehuwd met PETRONELLA Jacoba JuSTINA van Weede, overleden te Utrecht 19 Mei 1836, waarvan genoemd Stam- en Wapenboek alleen vermeldt: „uit welken echt drie kinderen," zonder dat die kinderen en hun afstammelingen opgegeven worden. Deze 3 bedoelde kinderen waren — met een jong gestorven GlJSBERT van der Hoop, geb. Utrecht 3 Nov. 1816, overl. Maarssen 27 Nov. 1816 —: Cornelis van der Hoop, volgt A; Maria Anna van der Hoop, geb. Utrecht 23 April 1825, aldaar overleden 30 Mei 1825 en henricus van der Hoop, volgt B. A. Cornelis van der Hoop, geb. Utrecht 28 Aug. 1819, overleden te IJsselstein in 1874, huwt le te Hilversum 15 Aug. 1844 met hendrina Korrel, en huwt 2e AlBERTINA van DEN brink, uit welke huwelijken resp. 3 en 1 kind, n.1. henri PlERRE Francois van der Hoop, geb. te Huizen (N.-H.) 3 Aug. 1846; 2. maria JuSTINA cornelia van der hoop, geb. te Raalte 30 April 1850, huwt te Woudenberg 6 Nov. 1885 met Johannes Franciscus van Tricht ; 3. Cornelis Albert Hendrik van der Hoop en 4. Wilhelmina Albertina Cornelia van der Hoop, gehuwd met N. van Walstijn. B. henricus van der Hoop, geb. Utrecht 3 Aug. 1826, overl. te Vorden 9 Aug. 1856, huwt te Utrecht 15 Mei 1851 met N. M. Lammerse, bij wie 3 kinderen: 1. hendrik van der hoop, geb. Amsterdam 10 Nov. 1851, overl. te Londen in 1910 zonder afstammelingen; 2. jan NlCOLAAS marie van der Hoop, geb. Amsterdam 10 Aug. 1853, overl. te Brussel in 1914, gehuwd met N. Limard le montay, wonende te Etampes (Seine et Oise), waaruit Germaine van der hoop, thans Mevr. chardon te Etampes; 3. maria anna van der hoop, ongehuwd overleden te Parijs 6 Dec. 1920. Daar het niet in de bedoeling ligt hier eene genealogie te geven van dit geslacht Van der Hoop, *) waarvan het wapen is afgebeeld in genoemd Stam- en Wapenboek (zijnde in zilver een zwart anker), daar volstaan wij met bovenstaande mededeelingen van tot dusver nergens gepubliceerde gegevens. EEN ROTTERDAMSCH GESLACHT VAN DER HOOP. In geheel andere kringen, namelijk in den allereenvoudigsten en laagsten stand leefde en leeft nog te Rotterdam een geslacht van dien naam. ') Het is uit dit geslacht Van der Hoop, dat ook de familie Van der Hoop Tilanus stamt door het huwelijk van Cornelis Tii.anus (1807—1869) met Wilhelmina Carolina Alexandrina van per Hoop, — 313 Toen de gebroeders Jan en cornelis van der Hoop omstreeks 1715 zich uit Arnhem te Rotterdam vestigden, troffen zij daar eenige personen van der Hoop aan, die niet zooals zij zelf Doopsgezind en Remonstrant waren, doch die tot de Hervormde kerk behoorden en afkomstig waren uit de omstreken van Dordrecht. Zij heetten oorspronkelijk Van der Hoep en komen later als Van der Hoop voor. A. wouter van der Hoep, j.m. van Hendrik Ido Ambacht, ondertrouwde te Rotterdam 11 April 1717 met attestatie om in den Haag te trouwen, met sara danckers, j. d. van 's-Gravenhage. Zij woonden te Rotterdam op de Geldersche Kade, in den Wolfshoek en in de Bagijnestraat en wonnen: 1. anna cornelia, ged. Hervormd te Rotterdam 8 Febr. 1718 ; 2. alida, ged. Hervormd te Rotterdam 28 Sept. 1719, en 3. elisabeth, ged. Hervormd te Rotterdam 28 Juli 1722. B. cornelis Leenderse van der Hoep, j. m. van Zwijndrecht, huwde te Rotterdam 24 Oct. 1719 johanna Egtersen ook johanna Bus; zij woonden in de Lombardstraat en op de Schiedamsche Dijk en wonnen: 1. leendert van der hoop, ged. Hervormd te Rotterdam 13 Dec. 1721, waarbij getuige Neeltje van der Hoep, en 2. cornelis van der hoop, ged. Hervormd te Rotterdam 1 Juli 1723. c. cornelis van der hoop, wellicht dezelfde als de hiervóór genoemde geborene van 1723, geb. te Rotterdam, er overleden 9 Maart 1803, huwde aldaar 11 Sept. 1742 met maria van Gilst, geboren te Schiedam, begr. te Rotterdam 8 Juni 1785. Dit echtpaar woonde er succ. in de Kipstraat, in het Achterklooster, in de Pottebakkersteeg, de Schubdevischsteeg en de Hoogstraat, hetgeen hun „standing" vaststelt. Van hun 8 kinderen zetten de zoons johannes en dominicus van der Hoop, dit geslacht voort, dat tot op den huidigen dag nog bestaat. Die afstammelingen woonden in de Groenendaal, de Hoogstraat enz. en waren koffiebrander, zeilmakersknecht, verver, schoonmaakster enz. Ook van deze families, waarin de zoons de voornamen dominicus, cornelis, teunis en Adrianus dragen, wordt uitteraard hier geen genealogie gegeven. EEN JOODSCHE FAMILIE VAN DER HOOP. Zij stamt uit Machiel Meijer van der Hoop, wonende te Amsterdam, gehuwd met Roosje Meyer Tellinghuis ; zij wonnen Jacob van der Hoop, geb. te Purmerend in 1839, horlogemaker, overleden te Amsterdam 8 April 1891. Hij huwde te Rotterdam 2 Dec. 1863 Rosa de Vries, geboren Oud-Beierland 1840, overl. Amsterdam 24 Dec. 1917, dochter van Israël en Rachel Morrel, bij wie EüUARD van DER hoop,, geb. Arnhem 2 April 1871, arts te Amsterdam, aldaar 2 Sept. 1909 gehuwd met L. konijn. EEN FRIESCHE FAMILIE VAN DER HOOP. Deze stamt uit Terhorne in Friesland, hare leden waren er aanvankelijk schippers en later scheepstimmerlieden. Zij ontleenden hun naam vermoedelijk aan een hun toebehoorend schip „De Hoop". Tot deze familie behooren de afstammelingen van Otte van der Hoop, wonende 314 — te Terhorne vóór 1800, wiens zonen Hendrik Ottes, (f aldaar 5 Oct. 1879), Regnerus Ottes (f aldaar 14 Oct. 1883) en oene ottes van der Hoop, resp. gehuwd met Nieske Dirks Hoekstra, Djoekje Douwes Hofstra en Akke J. de Jong, talrijk nageslacht Van der Hoop hebben, wonende te Terhorne, Woudsend, Huizum, Leeuwarden en Pretoria. Ook in andere plaatsen van Friesland, zooals te Goutum, Gorredijk, Roordahuizen enz. komen Friesche Van der Hoop's voor, die als niet-behoorende tot het geslacht van der Hoop uit Scherpenzeel, hier niet zijn uitgewerkt, en waarvan het niet zeker is of zij tot het geslacht uit Terhorne behooren. Van dit Friesche geslacht wonen thans ook leden te Huisduinen en den Helder. EEN DELFTSCHE FAMILIE VAN DER HOOP. Hiertoe behoorden huymen en Gerrit van der Hoep, de eerste had 3 kinderen: 1. TheuNIS, 2. krijn en 3. gerrit, waarvan sub. 1 gehuwd was met jannetje van der Hoep en een zoon had Gerrit van der Hoep, die 24 Dec. 1727 te Delft testeert, en waarvan de andere uit 2 huwelijken 3 kinderen had, nl. 1. jannetje van der hoep, gehuwd met theunis van der Hoep, voornd., 2. teuntje, wonende te Dordrecht, en hendrik, in 1727 wonende te Brouwershaven. EENE FAMILIE VAN DER HOOP (GERRITSEN VAN DER HOOP) UIT ZWOLLE. Deze familie, welke thans — ten deele in de achterbuurten van Rotterdam en 's-Gravenhage — als gerritsen van der Hoop voortleeft, stamt uit Zwolle en komt eerst na de invoering van den Burgerlijken Stand met dezen achternaam voor. Voordien gebruikte zij als zoodanig het patronymieum Gerrits(en). Willem Gerrits en Willemina Hendriks lieten 4 Maart 1770 te Zwolle een zoon Hendrik doopen. Als Hendrik Gerrits huwde hij te Zwolle 3 Dec. 1798 met Maria van Unen uit welk huwelijk verschillende kinderen geboren, zoowel te Zwolle als te Hattem, waar hij zich vóór 1805 gevestigd had en welke alle den naam gerritsen ontvingen. Twee hunner komen later voor als Van der Hoop, n.1.: 1. WlLLEM gerritsen van der hoop, geboren te Zwolle 23 Maart 1799, koetsier en postillon, die zich later te Deventer en daarna te 's-Gravenhage vestigde. Hij huwde 2 maal, le. met luberta van noessel en 2e. 's-Gravenhage 19 Aug. 1840 met anna Maria Baar, uit welk le huwelijk o. Hendrik Gerrits van der Hoop, geb. Deventer 1819, postillon, tr.'s-Gravenhage 8 Nov. 1843 Petronella Anna Geertruida de Jong, waaruit een talrijk nageslacht aldaar, en uit het 2e huwelijk o. a. b. WlLLEM gerritsen van der Hoop, geb. den Haag 14 Juni 1842, koetsier, gehuwd te Rotterdam 4 Juni 1862 met jannetje Struyk en c. Abraham Gerritsen van der Hoop gehuwd met louise wilhelmina Block, uit welke beiden mede een talrijk nageslacht te Rotterdam en den Haag tot den laagsten stand aldaar behoorende. De andere hierboven bedoelde zoon van Hendrik Gerrits en Maria van Unen was: 2. Derk gerrits, later voorkomende als van der Hoop, geboren te Hattem 3 Dec. 1809, postillon, o, a. te Veldhoven, Zeelst en Zutphen woonachtig. Te eerstgenoemder — 315 plaatse huwde hij omstreeks 1834 BernARDINA verheiden, geb. Veldhoven 9 Oct. 1816, waarbij verschillende kinderen, o. a. Jan Francis van der hoop, geb. Zeelst 24 Aug. 1835 en Johanna Maria van der Hoop, geb. Zutphen 1849, die naar Rotterdam vertrok en daar 6 Febr. 1878 huwde met Wouterus Willebordus van NlEUWKUYK. Over deze familie van der hoop, werden, evenmin als over de vorige naamgenooten, verdere gegevens nagespoord, als niet behoorende tot het geslacht, waarvan hier de genealogie werd gegeven. EENE FAMILIE VAN DER HOOP UIT OLDEBROEK. Ook deze komt eerst na de invoering van den Burgerlijken Stand — evenzoo om nog onbekende redenen — met den naam Van der Hoop voor. Een zekere JAN Beerts, geb. omstreeks 1740, huwde te Oldebroek in 1765 met AALTJE WlGMANS, bij wie hij minstens 5 kinderen won. Een dezer Beert Janssen, ged. te Oldebroek 15 Jan. 1772, aldaar overleden als Beert VAN der hoop 28 Sept. 1847, huwde te Oldebroek 28 Febr. 1798 ROELTJE WILLEMS, later geheeten ROELOFJE Willems van den Rozenberg. Van hun 3 kinderen was WlLLEM beerts gedoopt te Oldebroek 24 Aug. 1800: hij heette later van der hoop en overleed te Epe 20 Juli 1867. Twee malen was hij gehuwd, le met Grietje van den Brink, 2e met Evertje snellen, overleden te Epe 29 Nov. 1901. Uit het tweede huwelijk sproot dries van der hoop, geboren te Oldebroek 25 Jan. 1855, thans wonende te Deventer. Zijn jongste zoon is albertus wilhelmus van der hoop, geboren te Deventer 27 Sept. 1889, indertijd bekend als lid van de S. P. (Soc. Partij) en raadslid te Enschede, terwijl diens oudere broeder thans nog lid van den raad van Deventer voor die partij is. I — 317 AANVULLINGEN *) EN VERBETERINGEN. Blz. 27. Onder de afbeelding van het huis leze men voor 1659: 1657. 117. De ouders en grootouders van Jacob Beyerman werden opgegenomen volgens mededeelingen der redactie van Ned. Patriciaat. Vgl. echter Ned. Patr. jaargang 1926, blz. 18envlg., alwaar die kwartieren worden opgegeven als: Beyerman x van Paenderen, van Lansbergen X Visch. 120. Het huwelijk van A. van der Hoop en C. van Eck had plaats 4 Febr. 1763 (dus niet 1762). Haar vader heette volgens Ned. Patr. XVI, 91, eigenlijk Isaac. 129. J. van Vollenhoven Czn. was houtkooper en municipale raad te Rotterdam. 145. Regel 8 v. o. staat Santpoort, lees Aerdenhout. 154. A. S. van der Hoop is thans directrice van het museum voor ouders en opvoeders te Rotterdam. 169. J. van Vollenhoven was olieslager en zeepfabrikant. 172. De onder 2 vermelde Jan Willem van der Hoop was Commissionnair in Effecten te Rotterdam. 173. Regel 11 v. o. staat 's-Gravenhage, lees Ede. 174. Regel 15 v. o. De vader van C. J. Peereboom wordt in diens overlijdensacte (Alkmaar 11 Mei 1883) ten onrechte genoemd: Dirk Peereboom. 180. 78, 79 Swaen 46 Swaert, van G Swarlepaert 99, 100 Swaving 150 Swem 92 Swinderen, van 250,252,253, 270, 283, 289. e, f, g. Syes .. a Sypkens 265 Taan e, f Taets van Amerongen .... a Talma 284 Tellinghuis 313 Terbruggen g, h Teylingen, van 117, 118 Themmen 265 Thiel, van 100 Tigchelaar 194 Thoden van Vel zen .... 147, a Thomassen a Thuessink 259— 262, 265, e, f, g, h, i Thoms, de b Thooft 318 Tichelaar a Tilanus 312 Timmers h Tjaden 253 Tjassens.. 249, 281, 285, g, h, i Tom 178 Tongeren, van d Tonsbergen, van e, f Tricht, van 312 Trip 249, 250, 252—254, 270, G, e, f, g. Tromer 191 Trompert 144, a Troostwijk, van i — 325 Tulleken 91, 92, 94 Tuyll van Serooskerken, van b Tuyte i Twiss 138, 141, 145 Uchelen, van .. 92, 94, 237, F Uden 265, a Ulft, van 91 Umbgrove 94 Unen, van 314 Vaillant 146 192 Valckenier 267 Valk 232 Vegten, van d Velde, van de 27 Velde, van den i Velden, van den d Veldtman 252 Verbeek 178 Verboom ■ D Verbrugge 106 Verburgh 116, 120, 121,132,135, 229, 230, 231, 232, C, E, a, b, c. Verburgt 263 Verhamme 133, i Verheiden 315 Verheyen 241 Verhoef 57 Verlee 40, 62 Vermase(n) d Vermeer gf h, i Vermeersch e, f Vernerius 100 Versluys a Verspyck h Versteeg 117, 127 Verstegen 46 Vetlekeucken B, D Vicq, de b Vierssen, van 252, 253 Villeneuve, de 173, 178 Vinceler, van 285, g, h, i Vinck 117, 118 Vinckesteyn B Viruly 141 Visch 317 Visser A, d Visser, de d Vlaming D Vlaming, de e Vliege 201 Vlies, van der 44 Viissegem, van 168 Vlot i Voegen d Vogel 43 Vogel, de 212, d Völckers 155 Vollenhoven c Vollenhoven, van 128, 129, 130, 167, 168, 206, 208, 209, 212, 222, 230, 317, a, d. Vollevens g, h Voltelen g Voorst, van 60, 62, 64, 66, 72 75,79,84, 101, 206, 287, b, i Voorthuysen, van i Vooys, de 171 Vos b Vos, de B Vosmaer b, c Voute 224 Vree (Vreede), de 94, F Vreede 215, d Vreem 117 Vries, de .. 84, 85, 179, 313, c Waar(d) b, c Waas, van 50 Wachter 287 Wageningen, van e Wal, van der 202 Walegem, van D Walewijns 118 Wall, van de 57, 90, f Wallen, van der 117, 119, 127,128, 135, 163, 164, 166, 168, a. Waller 276 Wal op c Walstyn, van 312 Wardenier C Warmolts 177, 265, G Water, van de 117 Weede, van 312 Weerdenburg, van 45 Wees, van d Weihe c Welhuys 76 Wende, van der 259 Wendt, de a Wentholt i Weppelman 20 Wessem, van 277 Westerholt, van 13 Westerhuysen 82 Westerwijk h Westr(h)enen, van 2, 3, 4, 16, 17, 22, 29, 39, 56, c. Weyden, van der b, c Wiepken s 27 Wierts e Wigmans 315 Wilbrenninck 28, 150 Willeboorts c Willink d Wins C Winter 287 Wit, de 51, 188 With, de .. 43, 89, 123, 188, a Witt, de a, b, c Woldringh 270, e, f Wolff, de 212 Wolff van Eik, de d Wolters 251, i Wolthers 244, 249, 250, 251, 252, 253, 255, 256, 258, 261, G, e, f, g, h, i. Wouters 248 Wttewaall (van Stoetwegen) 293, i Wybenga f Wijck, van 25 Wijckel, van g Wijckerhelt 259 Wijk, van 180, 202 Wijnen 251 Wijntjes 114 Wijsman 183 Wijlens ......... 117, 118, 127 Ypen, van 177 Ypey a Zegers 56, g, h Zoutmaat i Zuylen van Nyevelt, van .. h Zijlstra f BIJLAGE A. Algemeene Genealogische Tabel. *)