INHOUD. Serie. Stadspoorten en Muurtorens in Noord- en Zuid-Holland (met uitzondering van Dordrecht) . I 'n „ in het overig gedeelte van het land II Wereldlijke Openbare Gebouwen in Noord-Holland (met uitzondering van Amsterdam) . . . III u „ te Amsterdam IV „ „ in Zuid-Holland (met uitzondering van 's-Gravenhage)... V „ „ . „ te 's-Gravenhage s. . VI in Zeeland, Noord-Brabant en Limburg VII in het overig gedeelte van het land VIII ALGEMEEN REGISTER DER AFBEELDINGEN. * Serie Bladz. Serie Bladz. AARDENBURG Munt- of Regulierstoren . . I 43 Water- of Kaaipoort .... II 26 Museum, Rijks- IV 65 — 67 Oost-Indisch Huis IV 56—59 ALKMAAR Oost-Indisch Zeemagazijn . . IV 58 Accijnshuisje . III 37 Oost-Indische Compagnie, Lijn Boompoort (Voorhek) .... I 31 — 32 baan der IV 60 Doelen, Nieuwe- III 44 Oost-Indische Compagnie, Pak- Friesche poort (Oude) ... I 29 huis der — IV 56 Friesche binnen- en buiten- Paleis, Koninklijk — : Zie poort I 30,31 Stadhuis Schermerpoort I 28,29 Prinsenhof (Tijdelijk Stad- Stadhuis III 34—36 huis) IV 41 — 43 Stadstimmerwerf III 37 Raampoortje I 45 Waag III 38 — 43 Rasphuis, Poort van het v. m.- IV 49 Waterpoortje I 30 Regulierspoorten I 40—41,43 Schreierstoren I 39 AMERSFOORT Spinhuis, Poort van het v. m.- IV 49 BlNNENKAMPPOORT II óo — 6l STAALHOF IV 54 Koppelpoorten II 57 — 59 Swycht Utrecht, Toren-. . . I 40 Monnikendam (Waterpoort) . II 56 Stadhuis (Oude-) IV 45 Muurhuizen II 55 Stadhuis (Kon. Paleis) ... IV 11—40 Plompe-of Gevangentoren . . II 50 Stadhuis, Tijdelijk- (Prinsenhof) IV 41—43 AMSTERDAM Stadstimmertuin, Poortje van Admiraliteitshof IV 41 — 43 den v. m.- . . , IV 48 . Admiraliteitslijnbaan .... IV 60 Station, Centraal- IV 68 — 70 Admiraliteitszeemagazijn . . IV 54 — 55 Tuighuis, v. m.- IV 64 Anthoniespoort, St. (Waag) . I 34—36 Utrechtsche Poort I 44 Arsenaal IV 64 Waag op den Dam, v. m.- ... IV 45 Athenaeum Illustre, „Agnie- Weesperpoort I 44 tenpoortje" voor het v.m.- IV 48 Werf, Poort van de Lands- . IV 64 Bank van Leening IV 48,51 — 53 West-Indisch Huis IV 60—62 Beursgebouwen, Oude- . . . IV 44,46—47 West-Indisch Zeemagazijn . . IV 61 Beurs, Nieuwe- ...... .. ' IV 71 — 72 Willemspoort I 44,47 Doelengebouwen IV 62—63 Zaagmolenpoortje I 45 Haarlemmerpoorten I 44,46—47 Haringpakkers- of Heilige ANNA TER MUIDEN, St. Kruis-toren ........ I 38 Oude Stadhuis VII 37 Heiligewegspoort I 41 Jan Roodenpoortstoren ... I 42 APPINGEDAM Klovenierstoren I 40 Stadhuis VIII 71 — 72 Korenmetershuis IV 50,52 — 53 Leidsche poort I 41 ARNHEM Militiezaal IV 64 Sabelpoort / II 46 Montelbaanstoren I 37 Stadhuis VIII 18—19 Muiderpoorten I 48 — 50 Waag VIII 18 4T 64 37 48- SPROKKELINGEN IN NEDERLAND Serie Bladz. AXEL Stadhuis VII 40 BERGEN OP ZOOM Gevangen- of Lieve Vrouwe poort II 28 — 29 Markiezenhof VII 43 — 44 Ravelijn II 28 Stadhuis VII 42 — 43 BOLSWARD Stadhuis VIII 56—58 _ BREDA Arsenaal, Poort v. h. Groot- VII 50 Militaire Academie ..... VII 51—52 Stadhuis VII 48—49,51 Vleeschhal, v. m VII 50 BROUWERSHAVEN Stadhuis VII 34—35 BUREN Culemborgsche poort .... II 42 CULEMBORG L ank smeer- of Binnenpoort II 44 Muur II 45 Stadhuis . . _ VIII 24 DELFSHAVEN Oost-Indisch Zeemagazijn . . V 46—48 Stadhuis, Oude- V 44 DELFT Arsenaal (gevelsteenen) . . V 45 Gemeenlandshuis van Delfland v 43—44 Latijnsche school (poortje) V 50 Oost-Indisch Huis V 45 — 48 Oost-ofSt. Catharinapoort . I 63 Prinsenhof V 49 — 50 Rotterdamsche poort .... I 62 Saaihal (reliëf) V 50 Schiedamsche poort ...... I 62 Stadhuis V 41—42 Waterslootsche of St. Joris- poort I 62 DEVENTER Buiten-Bergpoort II 65 Landshuis VIII 36—37 Stadhuis VIII 31 — 34 Waag VIII 34-36 DOKKUM Stadhuis VIII 64 — 67 Waag VIII 62 DORDRECHT Catherijnepoortje II ii —12 Groothoofdspoort II 13 — 14 Jorispoort, St.- II 18 Kloveniersdoelen (schouw) . V 72 Melk- of Nieuwe poortje . . . II 15 Muntpoortje V 71 Rietdijksche poort II 15 — 16 spuipoort II 17 Stadhuis, Oude- V 71 vuilpoorten II 14, l6 EDAM Monnikendammerpoort ... I 33 Oosterpoort I 33 Purmerpoort . .' I 33 Serie Bladz. Stadhuis III 45 — 47 Waag, Kaas- iii 46 ELBUPG Latijnsche school, v. m. . . VIII 25 Muur II 54 Stadhuis VIII 25 — 26 Vischpoort II 54 ENKHUIZEN boerenboom (waterpoortje) . i 24, 27 Dromedaris (Oude Zuider- of Keetenpoort) I 19 — 24 Engelsche of Oost-Indische toren I 24 Gevangenis, Oude- III 26 Munt, West-Friesche- . . . III 27 Oost-Indisch huis, v. m. . . . III 30 Oost-Indische Compagnie, Pakhuis der- (Peperhuis) . . . III 30 Oude-Gouwsboom (waterpoortje) I 26 Stadhuis III 19—26 Waag III 28-29 Wester- of Koepoort .... I 25 FRANEKER Korendragershuisje .... VIII 63 Stadhuis VIII 60—63 GEERTRUIDENBERG Arsenaal VII 53 Stadhuis VII 54 Vischmarkt VII 53 GENNEP Stadhuis VII 72 GOES Stadhuis VII 26—28 GORINCHEM Dalempoort I 71 GOUDA Latijnsche school (poortje) . V 61 Sluiswachtershuis V 63 Stadhuis . . V 59 — 62 Steenhouwersgildehuis ... V 60 Waag V 63 — 64 Zakkendragershuisje .... V 64 GRAVE Hampoort II 32 — 33 's-GRAVENHAGE Bibliotheek, Gebouw dér Kon.- VI 44,46—48 Binnenhof VI 20—39 boterhuis, v. m. groot- ... vi l8 Buitenl. Zaken, Ministerie van- VI 49—52 Doelen, v. m. St. Sebastiaans- doelen vi 41 Gevangenpoort . VI 18 — 19 Geschutgieterij, v. m VI 71 — 72 Huis ten Bosch VI 56—70 Kabinet der Koningin, Gebouw v. h.- VI 42 — 45 Logement van Amsterdam, v. m. VI 49—52 Mauritshuis VI 39—40 Museum, Gemeente- VI 41 Provinciaal Gouvernement, Gebouw van het — . . . . VI 53—55 33 33 33 ALGEMEEN REGISTER DER AFBEELDINGEN vu Serie Bladz. Serie Bladz. Roode Kruis, Gebouw van het HULST Hoofdbestuur van het - . VI 72 Gentsche poort . U 27 Schouwburg VI 71 Stadhuis VII 41 Stadhuis • VI 11-17 KAMPEN GRONINGEN Broederpoort II 67,69 Academiegebouw VIII 70-71 Cellebroederspoort II 67 Binnen-a-poort II 71 Hagenpoort II 66 boteringepoort ....... II 72 koornmarktpoort j! 68 Gerechtsgebouw VIII 68 Stadhuis VIII 40-43 Goud-enZilversmidskeurhuis VIII 69 Venepoort, Buiten- li 68 Heerepoort II 72 Hoofdwacht, v. m. Rechthuis VIII 70 KLUNDERT Provinciehuis VIII 71 Stadhuis VII 45 — 47 Stadhuis VIII 68-69 LEEUWARDEN HAARLEM Kanselarij, v. m VIII 53 — 56 Amsterdamsche of Sparen- Stadhuis . VIII 49-52 wouderpoort I 52-53 Waag (Oude) VIII 52 Doelengebouwen III 7°> 72 Hoofdwacht, v. m III 68 LEIDEN Houtpoort, Grooteen Kleine- I 54 Academiegebouw v 32-33 Prinsenhof , . . . III 65-67 Blauwpoort 1 57 Stadhuis III 59-64,68 Burcht V 37-40 Vleeschhal III 69 Doelen, St. Joris- of VoetWaag III 67 boogs- v 35 Gemeenslandshuis van Rijntand V 2Q—30 HARDERWIJK Gravestein V 30-31 Oude ommuring II -g Hoogewoerdspoort ..... I 59,61 Vischpoort II 52-53 koepoorten I 56 Lakenhal, v. m V 22 — 26 HARLINGEN Latijnsche school, v.m. ... V 34 Stadhuis ~ . _ . VIII 56 Lodewijkskapel V 28 Marepoorten I 60 HASSELT Morschpoort I 55 Stadhuis VIII 47 Penshal, Poortjes van de v.m.- V 21 Rijnsburgsche poorten ... I 57 — 58 HATTEM Saaihal, v. m V 28 Dijkpoort II 50-51 Stadhuis V 11-21 Muur II 50 Stadstimmerwerf v 30 Stadhuis VIII 23 Tuchthuis, v.m V30 Waag V 27-28 's-HEERENBERG Witte poort • • •ï 58.61 Stadhuis VIII 23 Zijlpoort • • • t| 1 59 ,-^TT LOCHEM 's-HERTOGENBOSCH Stadhuis (Ingang) VIII 22 Bastion II 31 Gouvernementshotel .... VII 62 MAASTRICHT Hinthamerpoort ....... II 32 Dinghuis VII 64 ■Kruithuis, Oude- VII 61-62 Gildehuis VII 64 Stadhuis . . VII 56-60 Helpoort II 36,38 Pater Vinck-torentje ... II 36 HEUSDEN Poort „Waarachtig". .... II 39 Stadhuis VII 55 Rondeel „de vijf koppen" . II 37 Stadhuis VII 63 — 68 HOORN Toren aan de maas te Wijk . . II 38 Admiraliteits- of Prinsenhofpoortje III 17 MEDEMBLIK Doelengebouwen III 13-15 Gemeenlandshuis van de Vier Hoofdtoren I 13-15, ï7 Noorder Coggen, v. m. . . III 33 Koepoort . . . I 17-18 Stadhuis .. . Ui 31 Maria- of Kruittoren .... I 17 Waag 111 32 Noorderpoorten I 16 Oosterpoorten I 11-12,16 MEGEN Oost-Indisch huis III 18 Gevangentoren II 33 Oost-Indische Compagnie, pakhuis der - .... III 18 MIDDELBURG Oost-Indische werf III 18 Bank van Leening VII 18 Stadhuis III 11 —13 Doelengebouwen Vil 17—18 Staten-Collegie (West- Koepoort II 22 Friesch Museum) III 16 Militair Hospitaal VII 17-it> Waag III 12 Noorddam- of Veersche poort. II 24 Westerpoort (bas-relief) . . I 18 Oost-Indisch huis VII 19-22 VIII SPROKKELINGEN IN NEDERLAND Serie Bladz. Serie Bladz. Oost-Indische Compagnie, pak- VALKENBURG huizen der VII 20 Berkelpoort . . n « Stadhuis VII 11-16 Grendelpoort n 34 Vleeschhal VII 12 —j 3 Vlissingsche poort II 24 VEERE Kampveersche toren .... II 25 MONNIKENDAM Stadhuis VII 22-24 [Stadhuis III 48 —50 Waag III 51 VENLO Waterlandshuis III 50 Maaspoort II 39 Stadhuis VII 60—71 NAARDEN y 7 Amsterdamsche poort .... I 51 VIANEN Stadhuis III 52 Lekpoort I 72 Utrechtsche poort I 51 Stadhuis V 70 NIJMEGEN VLAARDINGEN Belvedère II 40 Stadhuis V ,1 Hezelpóort II 40 Kronenburgertoren ..... II 41 VLISSINGEN Stadhuis VIII n-16 Beurs, v.m VII 26 Waag, v.m VIII 17 Gevangentoren II 22 Stadhuis , VII 2c OOTMARSUM 5 Stadhuis VIII 46 VOLLENHOVE Fransche school, v. m. ... VIII AA Aft OUDEWATER Stadhuis VIII 11-^ Stadhuis V 65 WEESP PHENEN Stadhuis III „_c8 Muur mét rondeeltorens II 62 — 63 WILLEMSTAD ROTTERDAM Landpoort II ,0 Delftsche poorten I 64-67 Oude ommuring II 30 Hoofdpoort (Oude) I 68 Prinsenhuis VII 47 Oost-Indisch huis V 57-58 Stadhuis VII 48 Stadhuis v 52-56 Tuighuis, v. m. — (Mariniers- WOERDEN kazerne) V 56 Stadhuis, Voormalig — . . . V ós Waag, Oude- V 56 Witte poort . I 66 WORKUM Stadhuis VIII ai — a8 SCHIEDAM Waag VIII 48 Stadhuis V51 WOUDRICHEM SCHOONHOVEN Gevangen- of Waterpoort . II 45 Stadhuis . . , V 66 —69 Stadskorenpakhuis, v. m. . . V 66,69 IJSELSTEIN Veer- of Lekpoort I 69-70 Stadhuis VIII 31 SLUIS ZALT-BOMMEL Stadhuis VII 38-39 Waterpoort II 44 Westpoort (ruïne) II 26—27 ZIERIKZEE SNEEK Nobelpoort II 20 hoogendster PlJP (water- noordhavenpoort ' II 18 —21 - poort) II 7° Stadhuis VII 29-32 Stadhuis VIII 55 Steen (gevangenis) VII 33 „TT^T JL Zuidhaven- of Duivelandsche THOLEN poort jj Stadhuis VII 35 — 36 ZUTFEN ™* Berkel-waterpoort II 48 Kleibergsche of Waterpoort . II 43 Drogenapstoren II 49 Nieuwstadspoort (overblijf- UlKhLHl selen der voorpoort) ... II 47 Hoofdwacht (gevelsteen) . . VIII 27 Stadhuis (ingang) .... VIII 19 Stadhoudershof, poort van Wijnhuis, v. m VIII 20-21 het v. m.- VIII 30 Stadhuis VIII 27-28 ZWOLLE Statenkamer, poorten der Hoofdwacht VIII 38 „V M " VIII 29—30 Sassenpoort . II 64 Vleeschhuis, v. m VIII 26 Stadhuis .... VIII 39 Weerdpoort H 62 Statenzaal VIII | 38 Monumenten ... ., die voor de steden zijn, wat een titelblad voor een boek is. Victor de Stuers. N de reeks plaatwerken, die achtereenvolgens onder den naam „Sprokkelingen in Nederland" het licht zullen zien, zal allereerst het vele schoone en karakteristieke waaraan onze oude steden zoo rijk zijn, in beeld worden gebracht. Wat lag meer voor de hand dan daarbij aan te vangen met de hoogst merkwaardige bouwwerken, de monumentale toegangen tot de stad, de doorgangen in den muur, die elke veste beschermend omringde? Hoogst merkwaardige bouwwerken zijn inderdaad de stadspoorten. En dat geenszins alleen uit een oogpunt van bouwkunst. Want hebben deze poorten vaak niet het meest van vijandelijke aanvallen te lijden gehad? Maar bovendien, herinneren zij niet sterker dan eenig ander monument aan den tijd, die ons reeds zoo veraf schijnt, maar dat toch inderdaad nog niet is, waarin het begrip stad scherp omlijnd was, waarin de stad niet alleen geografisch en sociaal, maar ook staatsrechterlijk een geheel eigen, bijzondere beteekenis had? Zeker, er zijn plaatsen geweest, die, hoewel haar het stadsrecht was toegekend, eene ommuring misten, maar dezulke, geheel buiten staat de door haar verkregen rechten en vrijheden zoo noodig te verdedigen, werden toch al heel spoedig niet meer als werkelijke stad beschouwd. En zoo is in de praktijk de ommuring een gevolg van de verleening van stadsrecht; zonder deze, zonder de mogelijkheid om al de daaraan verbonden privilegies te handhaven en der burgerij een zekere veiligheid te verzekeren, miste dit recht alle beteekenis. Het is niet goed mogelijk, van de stadspoorten te spreken, en van de ommuring, waarvan zij deel uitmaakten, te zwijgen, en natuurlijk moest, bij de keuze der hierachter volgende platen, met dezen nauwen samenhang rekening gehouden worden. Daarom hebben wij ons niet tot de stadspoorten bepaald, maar ook een en ander opgenomen van andere gedeelten van de stadsmuren, die belangwekkend genoeg waren om ze in beeld te brengen. Dat zijn, behalve natuurlijk voor den volbloed-archeoloog, slechts zelden de trouwens bijkans overal verdwenen muren zonder meer, al vormen hunne overblijfselen hier en daar nog een schilderachtig stadsbeeld, maar voornamelijk de rondeelen en torens, die op bepaalde afstanden uit den muur vooruitsprongen ter verhooging van diens afwerende kracht, en die in sommige gevallen als bouwkunstige scheppingen met de poorten op één lijn gesteld kunnen worden. Men houde zich intusschen wel voor oogen, dat men hier met sprokkelingen te doen heeft, zoodat niet verwacht mag worden, dat hierachter een gehéél volledig overzicht-in-beeld wordt gegeven van al wat ons vaderland nog aan oude stadsmuren of fragmenten daarvan bezit. Toch is de verzameling, wat de nog bestaande stadspoorten betreft, vrij volledig; slechts enkele onbelangrijke poortjes ontbreken. Iets minder vol- 4 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND ledig is zij ten opzichte van de muurtorens, ofschoon men de belangrijkste van deze categorie toch ook weer niet te vergeefs zal zoeken. En de overige muurfragmenten? Het weinige dat daarvan gegeven wordt, is toch eigenlijk reeds meer dan de titel „Stadspoorten en Muurtorens" zou doen verwachten. Maar bovendien — we geven méér. Want we hebben gemeend in deze deeltjes ook een indruk te moeten geven van de vele merkwaardige en mooie poortgebouwen, die de toegangen tot onze steden hebben gesierd, en die, in de meeste gevallen onnoodig en uit gebrek aan piëteit en smaak, afgebroken zijn in de 19de eeuw, toen de slooplust hoogtij vierde. Van volledigheid hiérbij kon geen sprake zijn. We hadden ons hoofdzakelijk te bepalen tot de schoonste scheppingen op dit gebied, voor zooverre deze door oude afbeeldingen aan de vergetelheid waren ontrukt, die men natuurlijk in de eerste plaatsvond in de grootste, welvarendste, machtigste steden van ons land; alle mooie verdwenen poorten waarvan prenten bestaan afbeelden, wij hadden het gaarne gewild, maar waarlijk — de plaats daarvoor ontbrak. De verdedigingswerken der steden moesten natuurlijk gelijken tred houden met de aanvalsmiddelen, en werden in den loop der eeuwen dan ook geheel gewijzigd. Toch is die wijziging minder geleidelijk gegaan dan men misschien zou meenen: al te kostbaar waren de oude poorten en muren met hunne wacht- en schiettorens geweest, en och, al waren zij gebouwd om de oudtijds gebruikelijke aanvalswapenen te weerstaan, pijl en boog, stormram en blijde, tegen de vuurwapenen welke in de 14de eeuw in gebruik kwamen, en die aanvankelijk meer geraas maakten dan ernstig kwaad stichtten, konden zij het óók nog wel houden. Dat veranderde wel in de 15de eeuw, toen taj van verbeteringen op artilleristisch gebied plaats grepen, o.a. door de vervaardiging van bronzen vuurmonden, de z.g.n. slangen en kartouwen, maar hoezeer ons land in die eeuw door den krijg is geteisterd, geen machtige legerscharen, rijk van het modernste geschut voorzien, bedreigden toen meestal de steden, maar betrekkelijk kleine benden Hoekschen of Kabeljauwschen, Schieringers of Vetkoopers, Bronkhorsten en Heeckerens. En zoo kon het gebeuren, dat de meeste onzer steden na het tijdperk van rust, dat met de regeering van Karei V was ingetreden, nog van de oude, slechts in geringe mate gewijzigde middeleeuwsche verdedigingswerken voorzien, het hoofd hadden te bieden aan den Spanjaard. Dan eerst wordt terdege beseft, hoe hopeloos verouderd deze verdedigingswerken zijn, en zelfs de eenvoudigste burger gaat beseffen, dat een aarden wal, opgeworpen in een door den vijand geschoten bres, meer bescherming biedt dan de muur, die in vervlogen tijden zulk een voortreffelijke beschutting vormde. Door schade en schande wijs geworden, haastte Holland zich, aan deze middeleeuwsche periode een einde te maken. De poortgebouwen in deze periode in hunne meest eenvoudige gedaante hadden den vorm van een, gewoonlijk vierkanten, toren met doorgang, veelal gedekt door een zadeldak; aan dit poorttype bleven voornamelijk de kleinere steden getrouw, al voorzagen zij ze vaak van hangtorens op de hoeken, trouwens minder als sieraad (dat bleek wel reeds uit de daarin aangebrachte schietgaten) dan wel als verhooging van het afwerend vermogen van de poort bedoeld. Een voorbeeld van dit type in dit deeltje, dat alleen de poorten enz. van Holland boven Maas en Waal bevat, vindt men in de nog bestaande Lekpoort te Vianen (blz. 72) die uit de 15de eeuw dagteekent, verder in de oude Leidsche Koepoort, die op blz. 56 in zeer vervallen toestand is afgebeeld. STAD SPOOktEN ÈN MÜÜRTORENS 3 Een tweede poorttype, wellicht gelijktijdig ontstaan, is het poortgebouw dat geflankeerd wordt door groote torens aan de buitenzijde, die, van schietgaten voorzien, voortreffelijk gelegenheid boden om den vijand het naderen tot de poort te bemoeilijken. Vaak werden aan poorten van het eerstgenoemd type later dergelijke torens toegevoegd. Van dit type is de op bladz. 63 afgebeelde Oostpoort te Delft. Ook de gesloopte Monnikendammerpoort te Edam (zie bladz. 33) geeft er een voorbeeld van, al is zij op onze afbeelding reeds van haar middeleeuwsche afweermiddelen ontdaan, alsmede de oude Regulierspoort te Amsterdam (zie bladz. 41), waarvan een der torens, zij 't van een nieuwe spits voorzien, nog bestaat onder den naam van Munttoren; verder ook de oude Noorder- en Oosterpoorten te Hoorn (bladz. 16). Weinig steden hebben oudtijds niet dergelijke poorten gehad. Dat daarvan zoo weinige in Holland zijn overgebleven, vindt minder zijn verklaring in den 19de eeuwschen slooplust dan wel in den bloei der Hollandsche steden na den opstand tegen Spanje, die zich buiten de oude ommuring uitbreidden, met het gevolg dat de middeleeuwsche poort, welke toen nog niet als merkwaardig monument werd beschouwd, nutteloos en overbodig werd geacht, en met den grond gelijk werd gemaakt; slechts een enkele maal bleef ze gespaard, daar zij als „gevangenpoort" nog nuttige diensten kon bewijzen. Echter zijn in dezen tijd ook vele oude poortgebouwen onder de slagen van den moker gevallen, omdat men hun antiek en vaak gehavend uiterlijk niet meer in overeenstemming achtte met den bloei der stad tot welke zij toegang verleenden. Het toenemend gebruik van vuurwapenen en van de donderbus deed waarschijnlijk de behoefte ontstaan aan een voorpoort, die in vele plaatsen voor de reeds bestaande poort werd gebouwd. Door muren met de binnenpoort verbonden, vormde zij somtijds met deze een geweldig poortkasteel. Een mooi voorbeeld van een dergelijk poortgebouw is de bewaard gebleven Sparenwouder- of Amsterdamsche poort van Haarlem (zie bladz. 52 en 53). Tot hetzelfde type behoorde de St. Anthoniespoort te Amsterdam (bladz. 34 en 35), die echter zoodanig is verbouwd, dat het eenige moeite kost, er het oude middeleeuwsche poortgebouw uit te herkennen. Voor we deze beknopte beschrijving der voornaamste middeleeuwsche poorttypen eindigen — men zal wel begrijpen dat hierop vele varianten gevonden werden — moet toch nog even melding worden gemaakt van de machicoulis, een houten „wc*puitstek" boven de buitenzijde van den poortboog aangebracht, in welks vloer zich openingen bevonden, waardoor men den vijand, die tot voor de poort had weten door te dringen, steenen en andere onzachte voorwerpen op het stoutmoedige hoofd kon werpen. En had hij de buitenste poortdeuren — dikwijls was nog een tweede paar deuren aan de stadszijde van den doorgang aangebracht — geforceerd, dan versperde hem nog vaak een valhek, de z.g.n. hamei, den weg, die uit de verdieping boven den doorgang tusschen gleuven in de muren naar beneden werd gelaten. Dergelijke gleuven kan men nog heden in verschillende oude stads- en kasteelpoorten opmerken. Het toenemend gebruik van steeds verbeterd geschut bracht de burgerij er toe, hare poorten niet rechthoekig op de lengteas van de straat, die er heen leidde, te bouwen, maar zóó, dat zij er een stompen hoek mee vormden, opdat de vijandelijke artillerie minder gemakkelijk door de poort deze straat zou kunnen bestrijken. Nog beter beschermde men zich tegen dit gevaar door een poortdoorgang in gebogen vorm 6 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND te bouwen. Een goed voorbeeld daarvan geeft de Oosterpoort te Hoorn te zien (bladz. 12); weliswaar is deze niet in de middeleeuwen gebouwd, doch in de 16de eeuw, maar nog langen tijd heeft men in de poorten zulke gebogen doorgangen aangebracht, of tusschen buiten- en binnenpoort een gebogen verbindingsgang gebouwd. Menzieb.v. ook de nog bestaande Wester- of Koepoort te Enkhuizen, die van de 17de eeuw dagteekent (bladz. 25). Deze voorzorgsmaatregelen hebben helaas in de 19de eeuw den slooplustigen een argument aan de hand gedaan, om in 't belang van het verkeer afbraak der poortgebouwen te eischen. De stadsmuren waren aanvankelijk van kanteelen voorzien, welke zoowel beschutting boden voor den verdediger, die zich daarachter op den op bogen gebouwden weergang bevond, als hem in de gelegenheid stelden zijn pijlen op den aanvaller af te schieten. Met het geduchter worden der middelen van aanval kwam ook daaraan een einde; de kanteelen verdwenen, en maakten plaats voor schietspleten. Allengs verdwenen ook de „mezekouwen", kleine uitgekraagde waakhuisjes aan de bovenzijde der muren. Een langer leven was echter beschoren aan de muurtorens, die in hun oudste gedaante waarschijnlijk geheel rond, vrij hoog, en van een gekanteelden omgang voorzien, later een meer nederig aanzien kregen, en alleen aan de buitenzijde een ronden vorm hadden; de vlakke gevel aan de binnenzijde was in ons land meestal van een trapgevel voorzien. Van de ronde muurtorens, de eigenlijke rondeelen, kunnen wij in dit deeltje slechts den helaas gesloopten Haringpakkerstoren te Amsterdam noemen (bladz. 38), die echter geen gelukkig voorbeeld is, daar hij in den aanvang der 17de eeuw door een nieuwe spits zijn 15de eeuwsch karakter grootendeels verloor; het zelfde geldt voor de behouden gebleven Montelbaanstoren, die bovendien echter geen eigenlijke muurtoren is. Van de andere echter verscheidene; van de nog bestaande muurtorens van dit type noemen wij: den Hoofdtoren te Hoorn (bladz. 13—15), die in de 17de eeuw zeer is verfraaid, doch nog duidelijk de oude vormen te zien geeft, verder den Mariatoren in de zelfde stad (bladz. 17), den Schreierstoren te Amsterdam (bladz. 39), den toren Oostenrijk te Leiden; ook te Delft zijn overblijfselen van muurtorens aanwezig. De Koepoort te Hoorn (bladz. 17) vertoonde hetzelfde type, ook de Engelsche of OostIndische toren te Enkhuizen (bladz. 24), evenals de toren Swycht Utrecht te Amsterdam, de Calistoren te Haarlem tusschen de beide Houtpoorten (bladz. 54), enz. De oude rondeeltorens mogen aanvankelijk ook de bedoeling hebben gehad, den vijand, die zich van een gedeelte van den weergang had meester gemaakt, in zijn verderen voortgang te stuiten, hoofddoel was en bleef toch gelegenheid te geven om de zijden van de muren te bestrijken. Toen de behoefte gevoeld werd om ter beteren afweer geschut op de muren te planten, werden vaak de rondeelen verlaagd en van een kleine borstwering voorzien, met openingen waaruit dreigend de vuurmonden staken. Zulk een rondeel ziet men op de afbeelding van de oude Noorderpoort te Hoorn op blz. 16 en op die van de oude Regulierspoort te Amsterdam op bladz. 41 links. Uit zulk een rondeel groeide in de 17de eeuw, mèt het poortgebouw er naast, het merkwaardige monument te Enkhuizen, dat onder den naam van Dromedaris bekend is. Reeds in den aanvang der 16de eeuw hadden op vestingbouwkundig gebied groote veranderingen plaatsgegrepen; de voornaamste daarvan, ten minste voor den leek — want zij bepaalde den vorm der omwalling en der haar omringende gracht, STADSPOORTEN EN MUURTORENS 7 die nog tegenwoordig in vele onzer steden, ook in die welke reeds lang hun vestingtijd achter den rug hebben, te herkennen is — was wel het aanleggen van bastions, vijfhoekige uitspringende aarden werken, aan de buitenzijde met muren bekleed, die de taak der oude rondeelen of muurtorens — flankverdediging — overnamen. In den beginne door Italiaansche en Spaansche vestingbouwkundigen toegepast, komt dit verdedigingsstelsel hier eerst geruimen tijd later, tegen het einde der 16de eeuw, in zwang, vooral door toedoen van Prins Maurits. Men bepaalde zich in de lage landen evenwel tot geheel-aarden wallen, verkregen door het graven van de grachten, die hier, in afwijking van wat men elders vond, steeds met water waren gevuld, wat in ons waterrijk en laaggelegen land trouwens bijna van zelf sprak. Met de oude middeleeuwsche muren was het nu weldra gedaan. Voorzoover men ze behield, versterkte men ze door er achter een aarden wal tegen aan te leggen; ontbrak daarvoor de noodige ruimte, dan werd de wal er vóór aangebracht, of wel gedeeltelijk er vóór, gedeeltelijk er achter, zoodat de muur vaak geheel onder den aarden wal aan het oog werd onttrokken. Natuurlijk behielpen de eerste-rangs vestingen zich niet op een dergelijke wijze, maar — van de zulke waren er al spoedig heel weinig meer in Holland, alleen aan de oostelijke grenzen van dit gewest, en de belangrijkste Hollandsche steden, die zich reeds in de 17de eeuw zeer veilig begonnen te gevoelen, beijverden zich niet sterk, op vestingbouwkundig gebied een eerste plaats in te nemen. De uitspringende bastions, in vele plaatsen behouden gebleven en evenals de aansluitende wallen meestal als plantsoen aangelegd, hebben wel bijna overal hunne karakteristieke lijnen verloren, onder invloed van den landschapsstijl, die aan slappe, ronde, „schilderachtige" lijnen de voorkeur gaf, maar spreken toch nog meer of minder duidelijk van de pogingen der Hollandsche steden om hunne verdedigingswerken te moderniseeren. En de poorten in dezen tijd? Behalve natuurlijk in de enkele Hollandsche steden, die werkelijk tot de vestingen gerekend konden worden, getuigden zij weldra van de afwezigheid van vrees voor vijandelijke aanvallen, waarover hierboven reeds even gesproken werd. De eischen der vestingbouwkunde werden bij hun bouw totaal over het hoofd gezien, en terwijl vroegere poortgebouwen slechts met het oog op een doeltreffende verdediging der stadstoegangen de gedaante verkregen, die ons thans zoo mooi en indrukwekkend voorkomt, had men in deze periode slechts dit ééne doel voor oogen: den stadsingang door een fraai poortgebouw te sieren. Het is het tijdvak der „sierpoorten", waarbij van een bepaald type geen sprake meer is, maar die in hun groote verscheidenheid bijna alle welsprekend getuigenis afleggen van den smaak en de bekwaamheid harer bouwmeesters. Dit geldt natuurlijk niet voor een vestingpoort als de Amsterdamsche poort te Naarden (bladz. 51), die, nauwelijks boven de omwalling uitstekende, intusschen toch meer monumentaliteit bezat dan strikt noodig was. Zoo langzamerhand was „stad ' bij lange na niet synoniem meer met vesting, als oudtijds, en steeds kleiner werd het aantal steden, dat zich in verdedigbaren toestand bevond. Het is dan ook geen wonder, dat met het achteruitgaan der welvaart in de 18de eeuw, en vooral in den Franschen tijd, tal van steden hunne toch reeds verouderde verdedigingswerken geheel verwaarloosden of opruimden. Maar — de krachtigste steden gingen hiertoe toch nog niet spoedig over. Want, waren poorten en wallen SPROKKELINGEN IN NEDERLAND 2} DE DROMEDARIS EN (RECHTS) DE IN 1829 GESLOOPTE ENGELSCHE OF OOST-INDISCHE TOREN TE ENKHUIZEN HET WATERPOORTJE DE BOEREN BOOM TE ENKHUIZEN, BUITENZIJDE (GEBOUWD ± 1600) I I Mk- ■■■■■ ii ■ -.--■wïiTnrTr^^ BH STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HOLLAND) 25 DE WESTER- OF KOEPOORT TE ENKHUIZEN, BINNENZIJDE ON SPROKKELINGEN IN NEDERLAND STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HOLLAND) SPROKKELINGEN IN NEDERLAND BEELDGROEPEN VAN HET VOORHEK DER SCHERMERPOORT TE ALKMAAR (1712) STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HOLLAND) DE OUDE FRIESCHE POORT TE ALKMAAR VAN 1528, HET NOG BESTAANDE VOORHEK DER SCHERMERPOORT VERWOEST TIJDENS HET BELEG IN 1573 TE ALKMAAR (1712) v© 30 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE FRIESCHE BINNENPOORT TE ALKMAAR (GEBOUWD 1589, GESLOOPT 1802) WATERPOORTJE TE ALKMAAR MET ZAKKENDRAGERSHUIS, BRANDSPUITHUISJE, HERBERG „DE HOF VAN HOLLAND", KOETSHUIS EN GRUTTERSWINKELTJE (ALLES GESLOOPT IN 1821 TEN BEHOEVE VAN DEN AANLEG VAN HET NOORD-HOLLANDSCH KANAAL) STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HOLLAND) HET ZEGLIS TE ALKMAAR BIJ DE BOOMPOORT EN DE HOOGE BRUG IN 1809. LINKS HET VOORHEK DER BOOM POORT, GEBOUWD IN 1725, AFGEBROKEN IN 1876 M 32 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND BEELDGROEPEN VAN HET VOORHEK DER BOOMPOORT TE ALKMAAR (BEIDE GROEPEN BEVINDEN ZICH IN HET STEDELIJK MUSEUM ALDAAR) DE OOSTERPOORT TE EDAM, BINNENZIJDE (GEBOUWD ±1600;GESLOOPT 1837) 33 A 1 DE OOSTERPOORT TE EDAM VAN TERZIJDE 5 34 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE VOORMALIGE ST. ANTHONIESPOORT TE AMSTERDAM, NOORDZIJDE (GEBOUWD IN 1488, TOT WAAG VERBOUWD IN 1614, EN VAN EEN ZEVENDEN TOREN, IN HET MIDDEN, VOORZIEN IN 1691) DE VOORMALIGE SINT-ANTHONIESPOORT TE AMSTERDAM, ZUIDZIJDE STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HÓLLAND) 44 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE UTRECHTSCHE POORT TE AMSTERDAM (GEBOUWD 1665, GESLOOPT 1859) DE NIEUWE HAARLEMMER- OF WILLEMSPOORT, BIJ HET STATION VAN DEN HOLLANDSCHEN SPOORWEG, OMSTREEKS 1850 STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HÓLLAND) HET ZAAGMOLENPOORTJE TE AMSTERDAM (GEBOUWD 1631, GESLOOPT 1852) *6 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE TWEEDE HAARLEMMERPOORT TE AMSTERDAM (GEBOUWD ± 1480, GESLOOPT ± 1593) DE NIEUWE (5DE) HAARLEMMER- OF WILLEMSPOORT TE AMSTERDAM (GEBOUWD 1840) DE VIERDE HAARLEMMERPOORT TE AMSTERDAM. (GEBOUWD ± 1617, GESLOOPT 1837) STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HOLLAND) 4>- 4» SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE (NIEUWE) MUIDERPOORT TE AMSTERDAM IN DE 18DE EEUW DE OUDE MUIDERPOORT TE AMSTERDAM (GEBOUWD 1663, INGESTORT 1769) STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HOLLAND) 49 DE MUIDERPOORT TE AMSTERDAM, BUITENZIJDE (GEBOUWD 1770) | A 1 - 5° SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE MUIDERPOORT TE AMSTERDAM, BINNENZIJDE STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HOLLAND) 5i DE UTRECHTSCHE POORT TE NA ARDEN (GEBOUWD 1877) DE AMSTERDAMSCHE POORT TE NA ARDEN (GEBOUWD 1683, GESLOOPT 1915) 52 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE SPARENWOUDER OF AMSTERDAMSCHE POORT TE HAARLEM, BUITENZIJDE (GEBOUWD ± 1355) STADSPOORTEN EN MUURTORENS (ZUID-HÓLLAND) 65 66 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE WITTE POORT TE ROTTERDAM (GEBOUWD 1661—62, GESLOOPT 1854) STADSPOORTEN EN MUURTORENS (ZUID-HOLLAND) ON ON 00 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND STADSPOORTEN EN MUURTORENS (ZUID-HOLLAND) 69 DE VEER- OF LEKPOORT TE SCHOONHOVEN, RIVIERZIJDE (GEBOUWD 1601J 7° SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE VEER- OF LEKPOORT TE SCHOONHOVEN, BINNENZIJDE STADSPOORTEN EN MUURTORENS (ZUID-HOLLAND) 7i DE DALEMPOORT TE GORINCHEM (GEBOUWD 1625, VERLENGD 1771) 72 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE LEKPOORT TE VIANEN, BUITENZIJDE (GEBOUWD ± 1450) SPROKKELINGEN IN NEDERLAND REEKS A 2 2 SEP. 1926 glllllllllllllllll I SPROKKELINGEN 1 I IN NEDERLAND ( Siiiiiiiihim 1 Reeks A STEDEN 8 Series jj Hiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii^ | STADSPOORTEN MUUR- | | TORENS EN WERELDLIJKE | | OPENBARE GEBOUWEN | 822 AFBEELDINGEN MET TEKST VAN j| MR. A. LOOSJES I AMSTERDAM SCHELTEMA & HOLKEMA'S BOEKHANDEL K. GROESBEEK & PAUL NIJHOFF uBIBLICTHEFKm GEDRUKT TBR BOEK- EN PLAATDRUKKERIJ KOCH & KNUTTEL, GOUDA 8 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND niet als de uiterlijke kenteekenen van het stad-zijn te beschouwen? Bovendien, de stedelijke accijnzen bleven de mogelijkheid van afsluiting der stad gewenscht maken. Thorbecke heeft met zijn Gemeentewet van 1851, waarin, met volkomen verloochening van traditie en historie, de stad staatsrechtelijk op één lijn werd gesteld met de eerste de beste plattelandsgemeente, op de hem eigen krachtige wijze medegewerkt aan de verdwijning onzer poortgebouwen. Maar toen omstreeks 1860 de opheffing der stedelijke accijnzen afsluitbare toegangen overbodig maakte, begon de slooplust zich eerst recht op de poorten bot te vieren. Zij dienden tot niets meer, deze verouderde gebouwen. Weg er dus mee! Zoo spoedig mogelijk moesten deze sta in den wegs, den verlichten, modern-voelenden mensch een doorn in het oog, worden opgeruimd .... Enkele van de mooiste poortgebouwen overleefden den sloopstorm en behooren thans tot onze merkwaardigste monumenten van geschiedenis en bouwkunst. Maar ach, hoevele ook zijn in de 19de eeuw onder mokerslagen gevallen! De waanzinnige vernielzucht van het zoo door Victor de Stuers gegeeselde „Holland op zijn smalst" heeft vooral op het gebied der stadspoorten leegten geslagen, die niet meer aan te vullen zijn, waarvan aanvulling trouwens ook geen zin meer zou hebben. Hoorn behield van zijne ommuring van 1508 slechts een muurtoren, de z.g.n. Mariatoren. Gelukkig bleef ook de fraaie Hoofdtoren gespaard, die in 1532 een houten blokhuis verving en in 1651, toen Hoorn op het toppunt van zijn bloei stond, door een torentje en andere versierselen zijn tegenwoordig aanzien kreeg. De eveneens behouden Nieuwe Oosterpoort dankt haar bouw aan de derde uitbreiding der stad; in haar met stergewelven overdekten doorgang zijn nog de oude deuren aanwezig. Boven den doorgang aan de buitenzijde leest men een opschrift in het Latijn, dat vertaald luidt: „Niets baat de waakzaamheid der wachters, niets ook de wapenen of der muren hooge tinnen, of het gedonder van het dofklinkend roer, indien niet gij, o God, deze stad wilt besturen en beschermen." Het bovengedeelte der poort dateert van 1601, het achtkant traptorentje van 1915, toen het fraaie gebouw hersteld is. Enkhuizen mocht zijn merkwaardigen „Dromedaris" behouden, de oude Zuiderof Keetenpoort, die in het midden der 17de eeuw haar tegenwoordig uiterlijk kreeg, en in wier torentje eenige tientallen jaren later een carillon van 24 klokken werd aangebracht, waarvan de meeste door P. Hemony zijn gegoten. In den grootendeels behouden gebleven vestingwal aan de landzijde, die tegen het einde van de 16de eeuw is aangelegd, vinden we nog de zware Wester- of Koepoort, in den stijl van Jacob van Campen, doch eerst ongeveer een kleine eeuw later van het torentje voorzien; verder twee eenvoudige waterpoortjes, de Boerenboom, en de Oude-Gouwsboom, die van omstreeks 1600 dateeren. Ten slotte bevindt zich nog in den muur op den Wierdijk het Staversche poortje, een kleine doorgang, met het stadswapen gesierd. Te Alkmaar werd veel werk gemaakt van de voorhekken der poorten; één daarvan, het met aardige beeldgroepen gesierde voorhek der Schermerpoort, bleef behouden. De poortgebouwen zelve, en daaronder heel fraaie, zijn alle gesloopt. Amsterdam behield van zijn ommuring uit het einde der 15 de eeuw slechts de St. Anthoniespoort, een zwaar middeleeuwsch poortgebouw, dat echter in de „gouden eeuw" tot Waag ingericht en toen geheel verbouwd is, en verder den eenvoudigen STADSPOORTEN EN MUURTORENS 9 muurtoren aan den IJ-kant, die onder den naam van „Schreierstoren" bekend staat, en in welks gevel een steen met een schreiende vrouw en een wegzeilend schip is aangebracht. Het onderste gedeelte van den „Munttoren", overblijfsel van de Oude Regulierspoort, dateert uit den zelfden tijd; in 1619— '20 voorzag Hendrik de Keyser dezen toren van de nog bestaande spits, waarin in 1668 het uit 28 Hemony-klokken bestaande klokkenspel van den ouden Beurstoren werd aangebracht. De Montelbaanstoren, gebouwd ter bescherming van de toen nog buiten de ommuring liggende „Lastaadje", dankt zijn tegenwoordige spits ook aan Hendrik de Keyser. Overigens is van Amsterdam's poorten slechts de 18de eeuwsche Muiderpoort overgebleven, een smaakvol bouwwerk van Cornelis Rauws, benevens de Nieuwe Haarlemmer- of Willemspoort, een niet zeer artistieke schepping van C. Alewijn, die het verlies van de oude schilderachtige Haarlemmerpoort van de Keyser moeilijk kan doen vergeten. De vesting Naar den, nog in het bezit van hare 17de eeuwsche omwallingen, bezit thans nog slechts den modernen waldoorgang, die Utrechtsche poort heet. Haarlem, dat verschillende traaie poorten verloor, behield alleen zijn Sparenwouder poort, die sinds den aanleg van de trekvaart naar Amsterdam den naam van Amsterdamsche poort ontving. Het zware middeleeuwsche bouwwerk behoort tot de merkwaardigste monumenten der Spaarnestad. Leiden bezit nog twee 17de eeuwsche poortgebouwen, beide, hoezeer verschillend, van den bouwmeester Willem van der Helm, n.1. de Morschpoort en de Zijlpoort; vooral de laatstgenoemde, met mooi beeldhouwwerk van Rombout Verhulst gesierd, is een fraaie schepping. Verder is er nog een muurtoren bewaard gebleven. Delft behield behalve eenige muurfragmenten en muurtorens slechts zijn middeleeuwsche Oostpoort en verloor p.m. zijn Rotterdamsche en Schiedamsche poorten, die op Vermeer's beroemd „Gezicht op Delft" vereeuwigd zijn. Onze afbeelding op bladz. 62 geeft niet meer de middeleeuwsche voorpoort der Rotterdamsche poort te zien, die er nog was toen Vermeer zijn schilderij op het doek bracht, doch die reeds in de eerste helft der 18de eeuw werd gesloopt. De eenige poort welke Rotterdam behield, de Delftsche poort, werk van Pieter de Swart en Anth. Hattinga, spreekt evenals de Muiderpoort te Amsterdam van de klassieke reactie in die dagen (tweede helft van de 18de eeuw), en bewijst evenals deze, dat de bouwkunst toen nog niet geheel in verval was. In het voormalige vestingstadje Schoonhoven wist de eenvoudige, doch aardige Veer- of Lekpoort aan de handen der sloopers te ontkomen. Gorinchem, nog vesting, behield zijn schilderachtige Dalempoort, een schepping uit de eerste helft der 17de eeuw evenals het Schoonhovensche poortje. De typische Waterpoort van 1642 is in 1893 gesloopt, doch herbouwd in den tuin van het Rijksmuseum. Behalve Vianen, dat zich nog in het bezit van zijn middeleeuwsche Lekpoort kan verheugen, verloren alle kleinere steden van Zuid-Holland's vasteland hunne poorten — waaronder zeer fraaie, zooals de Utrechtsche poort te Oudewater van 1607—, meerendeels in de tweede helft van de 19de eeuw. Onze afbeeldingen geven slecht een onvolledig beeld van wat toen aan schoonheid is verdwenen .... REGISTER DER AFBEELDINGEN. Bladz. ALKMAAR. Boompoort (Voorhek)* 31, 32 Frtesche poort (Oude) * 29 -Eriesche binnen- en buitenpoort* . 30, 31 Schermerpoort * 29 (Voorhek) . . . . 28, 29 Waterpoortje *. * 30 AMSTERDAM. Anthoniespoort, St.- (Waag) . . . 34—36 Haarlemmerpoort (Tweede) * .... 46 (Vierde) * 47 (Nieuwe) . . . . 44, 47 Haringpakkers- of Heilige Kruistoren * 38 Heiligewegspoort * 41 Jan Roodenpoortstoren * 42 Klovenierstoren * 40 Leidsche poort * 41 Montelbaanstoren 37 mulderpoort (oude) * 48 . „ ■ (Nieuwe) ... 48, 49—50 Munt- of Regulierstoren 43 Raampoortje * 45 Regulierspoort (Oude) * . . . 40, 41, 43 - 4,; ' (Nieuwe) *. -.■■ . . 40 schreierstoren ■:'}£}. . .. . :. ■ . ■ . 39 Swycht Utrecht, Toren- * 40 Utrechtsche poort* 44 Weesperpoort * 44 Willemspoort 44. 47 Zaagmolenpoortje *',.-.■ 45 DELFT. Oostpoort (St. Catharinapoort) ; . . 63 Rotterdamsche poort *...,... 62 Schiedamsche poort * 62 Waterslootsche poort (St. Jorispoort) * 62 EDAM. Monnikendammerpoort * 33 Oosterpoort * . . '. • 33 Purmerpoort *.,... 33 ENKHUIZEN. Boerenboom (Waterpoortje) . . . . 24, 27 Dromedaris (Oude Zuider- of Keetenpoort) 19—24 Engelsche of Oost-Indische toren *. . 24 Bladz. Oude-Gouwsboom (Waterpoortje) ... 26 Wester- of Koepoort 25 GORINCHEM. Dalempoort 71 HAARLEM. Amsterdamsche- of Sparenwouder- poort 52—53 Groote Houtpoort * 54 Kleine Houtpoort* 54 HOORN. Hoofdtoren 13—15, 17 Koepoort * 17, 18 Maria- of Kruittoren 17 Noorderpoort (Oude) * . ... . . . 16 (Nieuwe) * 16 Oosterpoort (Oude) of Gevangenpoort * 16 (Nieuwe) 11—12 Westerpoort, Bas-relief uit de — . . 18 LEIDEN. Blauwpoort* 57 Hoogewoerdspoort * 59, 61 Koepoort (Oude) * 56 (Nieuwe) * 56 Marepoort (Tweede) * 60 (Derde) * 60 Morschpoort 55 Rijnsburgsche poort (Oude) of Blauw- . poort * 57 Rijnsburgsche poort (Nieuwe) * . . 57—58 Witte poort * 58, 61 Zijlpoort 59 N AARDEN. Amsterdamsche poort * 51 Utrechtsche poort . . ... . . . 51 ROTTERDAM. Delftsche poort (Oude) * . . .64, 67 (Nieuwe) .... 64—66 Oude Hoofd-poort* 68 Witte poort * 66 SCHOONHOVEN. Veer- of Lekpoort . 69—70 VIANEN. Lekpoort ' 72 * Deze poorten of torens zijn gesloopt. STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HOLLAND) ii DE OOSTERPOORT TE HOORN, BUITENZIJDE (GEBOUWD 1578, VERHOOGD 1601) SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE OOSTERPOORT TE HOORN, DOORGANG DE OOSTERPOORT TE HOORN, STADSZIJDE STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HÓLLAND) r3 DÈ HOOFDTOREN TE HOORN, ZEEZIJDE (GEBOUWD 1552, VERBOUWD EN VAN EEN TORENTJE VOORZIEN 1651) SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE HOOFDTOREN TE HOORN, VAN TER ZIJDE STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HOLLAND) 15 DE HOOFDTOREN TE HOORN, STADSZIJDE Ov SPROKKELINGEN IN NEDERLAND NIEUWE NOORDERPOORT TE HOORN (1552—1850) OUDE NOORDERPOORT TE HOORN (1502—1808) STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HOLLAND) DE KOEPOORT TE HOORN (1508—1871) «5 00 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND HOUTEN BAS-RELIEF, VOORSTELLENDE DE VLUCHT VAN LAMBERTS MELISZ MET ZIJN MOEDER VAN WESTZAAN NAAR HOORN IN FEBRUARI 1574, AFKOMSTIG VAN DE IN 1502 GEBOUWDE EN IN 1872 GESLOOPTE WESTERPOORT TE HOORN. THANS IN HET WEST-FRIESCH MUSEUM ALDAAR STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HOLLAND) DE OUDE ZUIDER- OF KEETENPOORT TE ENKHUIZEN, LATER OOK DOMBURG EN TEGENWOORDIG ALGEMEEN DROMEDARIS GENOEMD. DE DOORGANG AAN DE ZEEZIJDE 20 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE DROMEDARIS TE ENKHUIZEN. EEN DER VERTREKJES IN DE POORT STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HOLLAND) 22 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE DROMEDARIS TE ENKHUIZEN. DE DROMEDARIS TE ENKHUIZEN. DE DICHTGEMETSELDE PORTIEK AAN DE DICHTGEMETSELDE PORTIEK AAN DE STADSZIJDE VÓÓR DE RESTAURA- DE ZEEZIJDE VÓÓR DE RESTAURATIE TIE VAN 1914—'15 VAN 1914—15 STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HOLLAND) 36 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE VOORMALIGE SINT-ANTHONIESPOORT TE AMSTERDAM. DEUREN IN DE ACHTKANTE TORENS AAN DE WESTZIJDE (BEGIN 17DE EEUW) STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOÖRD-HOLLAND) 37 DE MONTELBAANSTOREN TE AMSTERDAM (GEBOUWD ± 1513; VERBOUWD EN VAN EEN SPITS VOORZIEN 1605) oo SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE HEILIGE KRUIS- OF HARINGPAKKERSTOREN TE AMSTERDAM (GEBOUWD ± 1480, VERHOOGD EN VAN EEN SPITS VOORZIEN 1605, GESLOOPT 1829) DE SCHREIERSTOREN TE AMSTERDAM (GEBOUWD ± 1480) STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HOLLAND) 4o SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DÉ OUDE REGULIERS POORT TE AMSTERDAM DE NIEUWE REGULIERSPOORT TE AMSTERDAM (GEBOUWD 1655, TOT WAAGGEBOUW INGERICHT 1668, GESLOOPT 1874) DE TOREN SWYCHT UTRECHT OF KLOVEN IERSTOREN TE AMSTERDAM (GEBOUWD ± 1480, GESLOOPT 1882) STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HOLLAND) 4i DE HEILIGEWEGSPOORT TE AMSTERDAM (GEBOUWD 1636, GESLOOPT 1663) DE LEIDSCHE POORT TE AMSTERDAM (GEBOUWD 1663, GESLOOPT 1862) DE OUDE REGULIERS POORT TE AMSTERDAM (± 1480—1619) 4». SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE JAN ROODEN POORTSTOREN TE AMSTERDAM (OVERBLIJFSEL DER ± 1480 GEBOUWDE JAN ROODEN POORT, VERHOOGD 1616, GESLOOPT 1829) STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HOLLAND) 43 DE MUNT- OF REGULIERSTOREN TE AMSTERDAM (OVERBLIJFSEL DER IN 1619 VERBRANDE OUDE REGULIERS POORT. IN HET VOLGENDE JAAR VAN EEN NIEUWE SPITS VOORZIEN) STADSPOORTEN EN MUURTORENS (NOORD-HOLLAND) 53 DE SPARENWOUDER OF AMSTERDAMSCHE POORT TE HAARLEM, VAN TER ZIJDE 54 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE MORSCHPOORT TE LEIDEN, BUITENZIJDE (GEBOUWD 1668—'69) STADSPOORTEN EN MUURTORENS (ZUID-HOLLAND) 56 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE KOEPOORT TE LEIDEN, BUITENZIJDE (GEBOUWD 1671—72, GESLOOPT 1864) DE OUDE KOEPOORT TE LEIDEN OMSTREEKS 1660 (GEBOUWD EINDE 14DE EEUW, GEDEELTELIJK VERNIELD 1573, GESLOOPT 1670) IN 'T VERSCHIET TWEE MUURTORENS, WAARVAN DE VERSTE, DE TOREN OOSTENRIJK, IS BEHOUDEN GEBLEVEN > co DE NIEUWE RIJNSBURGSCHE POORT TE LEIDEN, BINNENZIJDE (GEBOUWD 1632, GESLOOPT 1867) STADSPOORTEN EN MUURTORENS (ZUID-HOLLAND) 58 DE BUITENSTE WITTE POORT TE LEIDEN (GEBOUWD 1592, GESLOOPT 1863) STADSPOORTEN EN MUURTÓRENS (ZUID-HOLLAND) Lfl 00 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND . 3.VE 'itAM POÖ3Ï.T. \DE (DERDE) MARE POORT TE LEIDEN (GEBOUWD 1664, GESLOOPT 1864) STADSPOORTEN EN MUURTORENS (ZUID-HOLLAND) 61 DE BUITENSTE HOOGEWOERDSPOORT TE LEIDEN (GEBOUWD 7659, GESLOOPT 1867) 62 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE SCHIEDAMSCHE EN ROTTERDAMSCHE POORTEN TE DELFT IN DE 18DE EEUW (GEBOUWD ± 1590, GESLOOPT 1836 EN 1834) DE SINT JORIS- OF WATERSLOOTSCHE POORT TE DELFT (GEBOUWD 1593, GESLOOPT 1846) STADSPOORTEN EN MUURTORENS (ZUID-HOLLAND) 63 DE ST. CATHARINA- OF OOSTPOORT TE DELFT (GEBOUWD 15DE EEUW, VERBOUWD 1514) 64 SPROKKELINGEN IN NEDERLAND DE OUDE DELFTSCHE POORT TE ROTTERDAM, BINNENZIJDE DE DELFTSCHE POORT TE ROTTERDAM, BUITENZIJDE