1329 Het CoolsingelHofplein-Vraagstuk Eene poging tot omzetting van dit stadsgedeelte te Rotterdam in een wereldboulevard door JAC. VAN GILS, Architect te Rotterdam en L KLAWER, Redacteur van het Weekblad „Ons Eigendom" te Rotterdam. mm E. DE BONT & ZOON - Drukkers-Uitgevers - ROTTERDAM. Nadruk verboden. PRIJS 50 Cents. Het Coolsingel - Hofplein - Vraagstuk. COOLSINGEL MET HOFPLEIN EN OMGEVING VOLGENS DEN TEGE N WO O RDIGEN TOESTAND. Nad ruk £ verboden. COOLSINGEL MET HOFPLEIN EN OMGEVING VOLGENS HET PLAN VAN GILS EN KLAWER. Nadruk verboden. dat dit pleintje in zijn tegenwoordigen vorm geheel verdwijne, en dat de bebouwingslijn aan de Galerij een flink eind naar voren wordt gebracht en aldus aansluite aan de door ons getrokken rooilijn voor de panden aan de Coolvest, hoek Haagsche Veer. Zulks kan des te gemakkelijker geschieden, daar de gemeente op het oogenblik reeds de beschikking heeft over de meeste aan de Galerij gelegen panden, en het heeft daarbij nog dit voordeel, dat de gemeente bij uitvoering der hier door ons voorgestelde wijziging een groot stuk zeer waardevol bouwterrein krijgt, uit welks opbrengst bij verkoop zij, tenminste gedeeltelijk, de kosten der andere door ons gevraagde verbeteringen kan bestrijden. Waar de bloemenkraampjes van de Galerij dan heen moeten ? Hiervoor meenen we een uitstekende gelegenheid te hebben gevonden op de door ons geprojecteerde vluchtheuveltjes tusschen de kruisingspunten der tramlijnen op het Hofplein, waar de gemeente zelve enkele artistieke bloemenkiosken zou kunnen laten zetten en die dan a9n de verkoopers zou kunnen verhuren. Rest ons thans nog een enkel woord te spreken over de verschillende wijzigingen, welke wij hebben aangebracht in de hoeken van eenige op den Coolsingel en het Hofplein uitloopende straten. Vooreerst in den hoek van den Coolsingel en de Kruiskade, waar zal moeten verdwijnen het huis, waarin nu het kantoor van Notaris ter Laag is gevestigd. De hoek is daar, vooral met het oog op het drukke tramverkeer, beslist te scherp; en wanneer de gemeente thans niet tot onteigening daar ter plaatse wil overgaan, zal zij het toch nolens volens moeten doen, als binnen enkele jaren na voltooiing van Stadhuis en Postkantoor het verkeer over de Kruiskade bij den Coolsingel nog drukker wordt dan op het oogenblik. De tegenwoordige bebouwingslij n der panden aan de Coolvest naast de „Doele" hebben wij, in tegenstelling met B. en W., nagenoeg intact gelaten; alleen bij het Haagsche Veer is de lijn, gelijk men op de kaart kan zien, een flink eind in schuinsche richting teruggebracht, teneinde daar meer ruimte te krijgen in de onmiddellijke omgeving der Delftsche Poort. Wij achten het niet noodig de bebouwingslijn der panden aan de Coolvest in de onmiddellijke omgeving der „Doele" eenige meters terug te brengen, zooals B. en W. in hun plan aan den Raad betreffende de onteigening Coolvest-Hofplein voorstellen. Het plaatsen der drie monumentale gebouwen aan den Singel dicht naast elkaar levert toch reeds groot gevaar op voor eentonigheid. Die eentonigheid nu zal nog vermeerderd worden, wanneer men de bebouwingslijn der panden aan de Vest, grenzend aan de „Doele", terugbrengt tot de bouwlijn dezer sociëteit. Volgt men daarentegen ons plan, dan krijgt men meer afwisseling, meer breking in de bouwlijn. Het Stadhuis springt dan met zijn uitbouw naar voren, de „Doele", springt terug, terwijl de nieuwbouw op het terrein naast de „Doele" weer naar voren komt en aldus harmonisch aansluit aan den uitbouw van het Stadhuis. Het motief van meer ruimte bij het terugbrengen der bouwlijn naast de „Doele" lijkt ons tamelijk onbeteekenend, daar de ruimte aan den Singel hier ook bij behoud van de bestaande bouwlijn toch nog groot genoeg is. Onze wijzigingen aan het Slagveld en aan de hoeken Slagveld—Stationsweg en Slagveld—Schiekade zijn niet van ingrijpenden aard en ook niet bijzonder kostbaar, daar de gemeente hier eveneens bij herbouw met de betrokken eigenaren gemakkelijk tot overeenstemming zal kunnen komen op de basis van terrein-ruil. Wij laten, gelijk op onze kaart is aangegeven, aan het Slagveld de bouwlijn èen weinig naar voren komen, zoodat de kuil daar verdwijnt, doch hebben toch nog genoeg ruimte gereserveerd voor een plantsoentje of voor een artistieke fontein, benevens voor staanplaats van rijtuigen, auto's, enz. De overige door ons aangebrachte veranderingen in eenige andere hoeken, z.a. bij de Raampoortstraat en bij het Restaurant de Kroon, behoeven geen nadere toelichting en kunnen bij herbouw zeer gemakkelijk en met betrekkelijk weinig kosten worden aangebracht. met den grond gelijk worden gemaakt, zoodat het daaraan geofferde kapitaal verloren is te achten, althans geen directe baten meer opbrengt. Dit behoeft echter, dunkt'ons, in deze niet het geval te zijn. We hebben ongetwijfeld te onteigenen voor verruiming, doch anderzijds kan er zooveel terrein voor bebouwing overblijven, dat althans een deel der uitgelegde kapitalen weer in de gemeentekas terugvloeit. Dit deel kan zeer belangrijk zijn, indien men ongelimiteerd dien bouwgrond aan de markt brengt. Intusschen zouden wij zulks — wij behoeven dit nauwelijks te zeggen — in dit geval niet toejuichen, juist omdat het hier betreft de verbetering van de bebouwing, welke een offer waard kan zijn". De Redacteur van het Rotterdamsch Weekblad wil dus onteigening op zoo groot mogelijke schaal, d. w. z. van nagenoeg alle panden aan Coolsingel, Slagveld etc, en Coolvest, vanaf het Stadhuis in de richting der Delftsche Poort, onder motief van verruiming, doch met het kennelijk doel om aan het gemeentebestuur de volkomen vrije beschikking over de toekomstige bebouwing aldaar te verzekeren. Uitvoering van dit radicale plan zou, naar wij meenen, niet alleen stuiten op wettelijke bezwaren, maar ook een geweldige financieele strop voor de gemeente worden en een jarenlange vertraging der verbetering van Singel en omgeving veroorzaken, terwijl het nog te bezien staat, of het doel, hetwelk de heer Voogd zich hiermede voorstelt, n.1. het verkrijgen van een aesthetisch geheel, ook inderdaad zou worden bereikt. Want bij verwezenlijking van het plan van den heer Voogd zouden de architecten en hunne bouwheeren zich eenvoudig hebben te schikken naar de op het stadhuis klaargemaakte gevelplannen, en aldus aan handen en voeten gebonden zijn. Dat daardoor de lust tot bouwen aanmerkelijk zou bekoelen, zal geen deskundige ons weerspreken. Neen, wij moeten een anderen weg uit. Wij moeten het particulier initiatief niet vast gaan leggen aan overheidsketenen, doch wij moeten het aansporen om bij den durf en den ondernemingsgeest, welken het, zooals de heer Voogd in zijn artikel ook erkent, thans reeds voor verbetering van den Singel aan den dag heeft gelegd, ook nog te voegen een streven naar een aesthetisch samenstel van monumentale gevels, welke waardig aanpassen aan het nieuwe Stadhuis, Postkantoor en de Beurs. Teneinde dit streven bij de particulieren op te wekken, hebben wij GEZICHT OP HOFPLEIN EN GALERIJ VOLGENS DEN TEGENWOORDIGEN TOESTAND. Nadruk verboden Schiekade 4 Raampoortstraat k Stationswei -H^ Coolsinéel GEZICHT OP SLAGVELD, HOFPLEIN, GALERIJ EN OMGEVING VANAF DEN TOREN VAN HET NIEUWE STADHUIS VOLGENS HET PLAN VAN GILS EN KLAWER. Nadruk verboden. Druk en Uitêave E. de Bont & Zoon. - Rotterdam. gepoogd een geheel van opstallen samen te stellen, dat, al is het dan ook verre van volmaakt, — hetgeen mede moet worden toegeschreven aan het korte tijdsbestek, hetwelk wij in verband met de spoedige behandeling van het voorstel van B. en W. in den Raad hieraan konden besteden —, toch, naar wij hopen, aan bescheiden wenschen ten deze kan beantwoorden. Wij hebben — het zij hier nogmaals herhaald — hiermede niet beoogd om op arrogante wijze ons als leiders op te werpen én aan de architecten of hunne bouwheeren dictatorisch voor te schrijven, hoe zij daar aan den singel en zijn omgeving moeten bouwen; des kunstenaars vrijheid blijve zooveel mogelijk onaangetast. Doch wij wilden alleen als gangmakers fungeeren voor de idéé: „de Coolsingel worde een echte wereld-boulevard", en meenden beter dan door woorden door een idealistisch opgevat en uitgewerkt plan van een opstallen-geheel de geheele burgerij en meer in het bijzonder hen, die daar wenschen te bouwen, daartoe te kunnen aansporen. In dien geest behooren dan ook de teekeningen van het opstallen-plan te worden beschouwd en beoordeeld. Het zijn ideaal-plannen, waarbij de fantaisie weliswaar een groote rol heeft gespeeld, maar die ons toch ook bewijzen, dat er zonder hooge kosten voor de gemeente van dezen singel en omgeving nog wel iets te maken is. Wij konden hier onze fantaisie des te gemakkelijker laten werken, omdat er nog weinig vaststaat omtrent de nieuwbouwplannen aan Coolsingel, Slagveld en Hofplein. Alleen is bekend, dat de Nationale Levensverzekeringbank het Tivolicomplex heeft aangekocht en in den nieuwbouw aldaar vermoedelijk ook hare kantoren zal onderbrengen, en dat de Amsterdamsche Bank eenige panden heeft aangekocht aan den Singel tusschen Van Oldenbarneveltstraat en Aert van Nesstraat voor overplaatsing van haar Rotterdamsch bijkantoor daarheen, terwijl de Rotterdamsche Bankvereeniging beslag heeft gelegd op den hoek Oldenbarneveltstraat-Coolsingel met een daarachter gelegen pand in eerstgenoemde straat voor het vestigen van een bijkantoor (welk kantoor per abuis niet is aangegeven op onze plattegrondteekening). De rest van Singel en omgeving heeft nog geen bepaalde bestemming en is dus nog voor allerlei doeleinden beschikbaar. De bestemming, door ons aan verschillende opstallen op ons plan gegeven, berust dus grootendeels op fantaisie, en het is derhalve zeer goed mogelijk, dat verschillende gebouwen op de door ons aangegeven plaatsen niet zullen verrijzen, wat intusschen nevenzaak is. DE COOLSINGEL VOLGENS DEN TEGENWOORDIGEN TOESTAND. Nadruk verboden. Ziekenhuis k Oidenbarneveltstr. k Aert van Nesstraat Kruiskade k Calandplein Stationsweg Schiekade VOGELVLUCHT VAN DEN COOLSINGEL, HOFPLEIN EN OMGEVING VOLGENS HET PLAN VAN GILS EN KLAWER. Nadruk verboden. Druk en Uitgave van E. de Bont & Zoon. - Rotterdam. ■ Het Coolsingel- Hofplein-Vraagstuk. Eene poging tot omzetting van dit stadsgedeelte te Rotterdam in een Wereldboulevard JAC. VAN GILS, Architect te Rotterdam en L. KLAWER, Redacteur van het Weekblad „Ons Eigendom" te Rotterdam. E. DE BONT & ZOON Drukkers—Uitgevers ROTTERDAM. INLEIDING. Wie den Coolsingel en zijn omgeving aandachtig gadeslaat, zal ons moeten toegeven, dat daar iets gaat gebeuren, wat de belangstelling onzer geheele burgerij ten volle verdient: de herschepping van dezen singel in een modernen wereldboulevard. Zal die nieuwe boulevard aan de hooggespannen verwachtingen voldoen? Zal hij een nieuwe aëra inluiden voor de machtige, wijduitgroeiende havenstad Rotterdam en aan deze tweede stad van Nederland het provinciaal-achtig cachet gaan ontnemen, hetwelk er tot nu toe op drukte? Zal deze vernieuwde singel later in één adem kunnen worden genoemd met een boulevard Anspach van Brussel, een boulevard des Italiens van Parijs, een Unter den Linden van Berlijn, een Prater van Weenen? Ziedaar eenige vragen, welke zich bij een meer diepere beschouwing van het Coolsingel-Hofplein-vraagstuk onwillekeurig aan ons opdringen. Er heerscht nog een te groote chaos aan den Singel; het gaat er mee, als met een oude schilderij, welke aan den éénen kant een verjongingskuur heeft ondergaan, doch aan de andere zijde nog de sporen van het kleuren-verbleekende stof vertoont. Of, wil men een beter beeld: het is als de worsteling van de opkomende zon, wier frissche, leven gevende stralen slechts hier en daar moeizaam en mat door de dichte nevelsluiers kunnen dringen. Inderdaad; zoo is het. Het kostbaarste plekje van Rotterdam, waar binnen enkele jaren door het energiek initiatief van onzen burgervader, Mr. A. R. Zimmerman, aan de eene zijde een trits van monumentale gebouwen zal zijn verrezen, waarin geheel ons ambtelijk en zakelijk leven wordt geconcentreerd, verkeert, voorzoover het de tegenoverliggende zijde en de naaste omgeving betreft, nog in een toestand van onzekerheid, in een chaos van oude en nieuwe elementen, welke een harmonie brengende ordening en regelmaat dringend behoeft. Deze gedachten hebben ons bewogen een bescheiden poging in die richting te wagen door in groote lijnen een plan van indeeling en bebouwing te ontwerpen voor den Coolsingel en zijn omgeving, waarbij wij hebben getrokken het Slagveld, het geheele Hofplein, alsmede de Galerij. Wij meenden dat het psychologisch moment voor openbaarmaking van dit plan, waartoe de Drukkers-Uitgeversfirma E. de Bont & Zoon zich op ons verzoek aanstonds bereid verklaarde, thans is aangebroken, eerstens, omdat de bouw van Stadhuis en Postkantoor reeds aan het vorderen is, en vervolgens, omdat B. en W. thans bij den Raad een beknopt voorstel betreffende den Coolsingel aanhangig hebben gemaakt, waaromtrent 's Raads beslissing dezer dagen moet volgen, en last not least, omdat aan de zijde van den Singel tegenover Beurs, Postkantoor en Stadhuis, alsmede aan het Slagveld en aan de Coolvest naast „de Doele", de meeste panden zich op het oogenblik in handen van enkele personen of maatschappijen bevinden, waardoor gegadigden gemakkelijk de beschikking over uitgebreide complexen grond kunnen krijgen voor het stichten van inrichtingen, welke daar thuis hooren en levensvatbaarheid zullen hebben. Want men mag niet uit het oog verliezen, dat men bij het aanleggen der groote boulevards in onze buitenlandsche wereldsteden er steeds enorme moeilijkheden van ondervonden heeft, dat de daarvoor benoodigde perceelen grond toebehoorden aan talrijke, kleine bezitters. Bij het vaststellen van ons plan hebben wij eenigszins rekening gehouden met het thans aanhangige voorstel van B. en W. en er tevens naar gestreefd om kostbare onteigeningen zooveel mogelijk te voorkomen, overtuigd als wij waren, dat een krachtig beroep op onze gemeentelijke schatkist, vooral in deze tijden, niet spoedig bij B. en W. noch bij den Raad een gretig oor zou vinden. En bij de lezing der toelichting van B. en W. op hun voorstel aan den Raad betreffende de onteigening Coolvest-Hofplein, werden we in die overtuiging bevestigd. De gevels aan den door ons geprojecteerden boulevard moeten slechts beschouwd worden als een voorbeeld om aan te toonen, hoe naar onze opvatting van den Singel een grootsch en aesthetisch geheel is te maken. Het heeft absoluut niet in onze bedoeling gelegen om hier als dictatoren de wet voor te schrijven aan hen, die van plan zijn daar binnen kort te bouwen of te laten bouwen. Decreteeren ligt niet op onzen weg; de kunst moet vrij blijven. Wie onze bescheiden plannen meent te kunnen en te moeten verbeteren, hij ga zijn gang. Ons doel was voornamelijk in enkele, algemeene lijnen een beeld te trekken van onzen toekomstigen wereldboulevard, teneinde te voorkomen, dat daar later door onoordeelkundig optreden van bouwmeesters of hunne lastgevers of door welke omstandigheden dan ook, een wansmakelijk samenstel van gevels verrijze, hetwelk absoluut niet bij de omgeving zou aansluiten en het aanzien van dezen boulevard voor jaren, en misschien voor goed, zou bederven. Als wij door deze brochure een weinig mochten hebben bijgedragen om dit volstrekt niet denkbeeldig gevaar tijdig te keeren, achten wij de daaraan bestede moeite reeds ruimschoots beloond. Teneinde onzen lezers een gemakkelijken kijk op onze plannen te bieden, zullen wij eerst eenige schetsen geven van den bestaanden en door ons gewijzigden plattegrond van Coolsingel en omgeving, en vervolgens van de opstallen aan beide zijden van den Singel, alsmede aan het Slagveld, Hofplein en de Galerij, in ouden en nieuwen, door ons geprojecteerden toestand, welke schetsen dan in den tekst uitvoerig zullen worden toegelicht. De schetsen zijn ontworpen op het teekenbureau van den Heer Jac. van Gils, met medewerking van den heer Smolderen uit Antwerpen en van den Rotterdamschen Penteekenaar, Eug. Rensburg, die eenige teekeningen heeft gemaakt van de bestaande opstallen. Rotterdam, Juli 1916. PLATTEGROND. De groote moeilijkheid, waarvoor men zich aanstonds geplaatst ziet bij het zoeken naar een oplossing van het Coolsingel-Hofpleinvraagstuk is de situatie van het plein met de daarop staande Delftsche Poort, welke ieder rechtgeaard Rotterdammer daar uit piëteit natuurlijk gaarne ziet behouden. De radicaalste oplossing is ongetwijfeld deze: de Poort het middenpunt van het Plein maken, en daaromheen een cirkel trekken, binnen welken geen gebouwen mogen voorkomen. Deze oplossing zou practisch uitvoerbaar zijn, indien men in de omgeving der Poort thans een zeer uitgestrekt, onbebouwd terrein had; doch waar zich hier zeer vele waardevolle opstallen bevinden, en het van den anderen kant bij de verandering van het Plein in een meer streng meetkunstigen vorm noodzakelijk zal zijn om de bebouwing aan verschillende zijden aanmerkelijk naar voren te brengen, hebben wij dit denkbeeld met het oog op de enorme moeilijkheden en de ontzettend hooge kosten, aan de uitvoering daarvan verbonden, laten varen, en ons de vraag gesteld: hoe kunnen we met vermijding van bijzonder hooge kosten aan dit plein toch een aantrekkelijk cachet geven ? Wij zijn dus hier een stap verder gegaan dan B. en W. in hun voorstel aan den raad betreffende de onteigening Coolvest-Hofplein. B. en W. verklaren zich daar tegenstanders van het door den directeur van gemeentewerken voorgestelde plan, hetwelk in de hierboven geschetste radicale richting ging, maar willen tegelijkertijd het gedeelte van het Hofplein beoosten de Delftsche Poort voorloopig intact laten, omdat een verandering daar ter plaatse volgens hen noodzakelijk medebrengt opheffing van de over het Hofplein gaande verbinding tusschen Rotte en Schie, wat weer samenhangt met het kanalenplan, waaromtrent voorshands geen bepaalde beslissing mogelijk is. Ons plan gaat dus, gelijk reeds gezegd, een weinig verder dan dat van B. en W., omdat wij het zouden betreuren, dat de erbarmelijke toestand aan het Hofplein beoosten de Delftsche Poort nog gedurende de eerstvolgende jaren — wie weet voor hoelang? — zou blijven bestaan. Die toestand kan daar onmogelijk langer geduld worden, en daarom hebben wij getracht om voor dat gedeelte van het plein een verandering VOORSTEL VAN B. EN W. VAN ROTTERDAM BETREFFENDE ONTEIGENING COOLSINGEL-HOFPLEIN 1916. aan te brengen, welke de definitieve verbetering na het tot stand komen van het kanalenplan niet in den weg staat, daarbij weinig kostbaar is en aan het geheele Hofplein, benevens aan de Galerij, een behoorlijk en o. i. ook aesthetisch aanzien geeft. Wij hebben ons dus, zooals men op de plattegrond-teekening van ons plan kan zien, het Hofplein ovaalvormig gedacht, en meenden, dat de monumentale Poort beter zou uitkomen, indien wij ze piet alléén, als het ware op een presenteerblaadje lieten staan, maar aan beide zijden met water omringden, afgezet door een bescheiden plantsoentje. De tijdelijke, onaesthetische houten bruggen, welke thans in de omgeving van de Poort liggen, komen dus spoedig te vervallen, terwijl de ruimte, welke volgens ons plan niet door water of plantsoen wordt ingenomen, moet worden gedempt of overwelfd, waarbij men gelegenheid genoeg heeft om eenige gedeelten van het Plein zooveel mogelijk te egaliseeren. Dit wat den hoofdvorm van het Hofplein en de Delftsche Poort betreft. De overwelving van de Schie en de Delftsche Vaart aan beide zijden van het Hofplein zal een weinig moeten worden verlengd, bij de Schiekade in het belang van het daar steeds drukker wordend verkeer en bij de Delftsche Vaart in verband met het vooruitbrengen van de bebouwingslijn der Galerij, waarop wij dadelijk nader terugkomen. H ier heeft men een prachtige gelegenheid om èn bij de Schiekade èn bij de Delftsche Vaart een monumentaal brughoofd te ontwerpen, waardoor de Delftsche Poort geflankeerd wordt; en vooral bij avond, als de hooge, artistiek uitgevoerde lantaarns vanaf deze brughoofden breed hun lichtwerpen over het water en het plein, zullen zij ongetwijfeld een uitstekend effect maken. Wie de trotsche brughoofden der bekende bruggen over den Donau te Boedapest, alsook te Praag, of in het Noorden van Italië, bijv. te Florence, heeft mogen bewonderen, zal het met ons eens zijn, dat dergelijke hoofden, mits ontworpen door een uitstekend beeldenden kunstenaar, een weldadig rustpunt vormen voor het oog en de artisticiteit der omgeving in niet geringe mate verhoogen. Over de Galerij zijn reeds herhaalde malen in het openbaar harde noten gekraakt; zelfs heeft de bespottelijke toestand aldaar aan buitenlandsche schrijvers, die onze stad bezochten, meer dan eens stof gegeven voor een komische beschrijving, welke er allerminst toe kan bijdragen om den naam van Rotterdam als wereldstad in het buitenland te propageeren. De Galerij heeft op het oogenblik als plein volstrekt geen doel meer; zelfs op het drukste gedeelte van den dag ligt ze verlaten en behalve door een enkelen, jankenden en snuffelenden hond wordt ze bijna door niemand betreden. Misschien moet dit grootendeels worden toegeschreven aan de rij onoogelijke bloemenkraampjes, welke thans als een barricade voor het pleintje zijn opgesteld. Maar wat hiervan ook de reden moge zijn, voor den aesthetischen aanblik der omgeving achten wij het wenschelijk GEZICHT OP SLAGVELD, HOEK DIERGAARDELAAN EN BEGIN COOLSINGEL VANAF HET BRUGHOOFD SCHIEKADE VOLGENS DEN TEGENWOORDIGEN TOESTAND. Nadruk verboden* DE OPSTALLEN. „Intusschen is voor ons niet de hoofdzaak dat er gebouwd wordt, doch hoe en wat er gebouwd wordt", aldus de Redacteur van het Rotterdamsch Weekblad in een artikel over den toekomstigen Coolsingel-Boulevard, voorkomend in het nummer van Zaterdag 24 Juni j.1. van dat blad. Wij kunnen deze opmerking volkomen beamen, en het was dan ook voornamelijk deze gedachte, welke ons aanzette om niet alleen eenige wijzigingen in den plattegrond aan te geven, maar ook voor de opstallen aan Singel en omgeving een aesthetisch geheel te ontwerpen, om hun, die van plan zijn daar te laten bouwen, eens te doen zien, op welke wijze o. a. daar iets blijvend grootsch is te maken. De Redacteur van het Rotterdamsch Weekblad, de heer A. Voogd, schijnt, indien wij hem ten minste goed hebben begrepen, de oplossing van dit moeilijk probleem liever aan het gemeentebestuur te willen toevertrouwen, dat volgens hem, de particulieren, die aan Singel en omgeving wenschen te bouwen, leiding moet geven. Hoe? Door te beginnen met op zoo groot mogelijke schaal te onteigenen. Hij geeft deze gedachte in hetzelfde artikel als volgt weer: „Men zal bij zijn overpeinzingen allicht tot de slotsom zijn gekomen — althans dit is met ons het geval — dat alleen een geweldig ingrijpen der overheid zou kunnen brengen wat men wenschte, waaronder wij zouden willen verstaan een onteigening op zoo groot mogelijke schaal, met het doel de toekomstige bebouwing daar volkomen in de hand te hebben. (Met daar bedoelen wij natuurlijk de beide zijden van den Coolsingel vanaf het stadhuis in de richting van de Delftsche Poort, omdat voor de ontwikkeling van het andere deel gewacht moet worden op het nieuwe Beursgebouw en den in verband daarmede nieuw te scheppen verkeersweg Jonker Fransstraat— Coolvest, welke natuurlijk ook zijn invloed zal doen gevoelen op de overzijde). Als men van onteigening spreekt, dan is men in den regel geneigd te denken aan ontzaglijke sommen voor het in eigendom verkrijgen van allerlei panden, die dan GFZ1CHT OP DELFTSCHEPOORTPLEIN EN BOCHT COOLVEST MET EEN DER VERMAARDE HOUTEN BRUGGEN VOLGENS DEN TEGENWOORDIGEN TOESTAND. Nadruk verboden. Haaéscheveer è Delftschepoortplein è Bocht Coolvest Coolvest è GEZICHT OP GALERIJ, HAAGSCHEVEER, HOFPLEIN, COOLVEST EN COOLSINGEL VANAF HET BRUGHOOFD AAN DE SCHIEKADE VOLGENS HET PLAN VAN GILS Nadruk verboden. Druk en UiWave E. de Bont & Zoon. - Rotterdam. GEZICHT OP DEN COOLSINGEL EN HET MOLEN-CAFÉ VANAF HET DAK DER VAN DOOREN's STICHTING VOLGENS HET PLAN VAN GILS EN KLAWER. Nadruk verboden. Druk en Uitgave van E. de Bont & Zoon. - Rotterdam. Wij hebben blijkens de verschillende afbeeldingen, zoowel van den nieuwen als van den ouden toestand, meer in het bijzonder onze aandacht gewijd aan Hofplein en onmiddellijke omgeving, hetgeen wellicht sommigen de opmerking zal ontlokken, dat daardoor de Coolsingel wat te veel op den achtergrond is gekomen. Dit nu is ten eenenmale onjuist; de quaestie van den nieuwbouw aan den Coolsingel tusschen Van Oldenbarneveltstraat en PLAN 'BEURS - AËT ♦ /"NQLC INi-CATE • RESTAURANT". Stationsweg is tamelijk gemakkelijk op te lossen, maar de groote puzzle zit hierin, dat men voor den Singel verderop in de richting van de Delftsche Poort een passende omgeving moet scheppen. Geschiedt dit niet, dan kan er ook van den eigenlijken Coolsingel nooit iets terecht komen. Het Coolsingel-vraagstuk is dus onafscheidelijk verbonden aan het Hofplein-vraagstuk. Hoe goed het Hofplein met Galerij en Slagveld thans uitkomt, en hoe waardig het aansluit aan den Singel, zal een ieder direct moeten toegeven, die de teekeningen van den ouden toestand vergelijkt met die van het nieuwe plan. Het tegenwoordige plein is er bijna niet meer uit te herkennen; men waant zich niet meer in Rotterdam. In plaats van de oude, afschuwelijke huizenrij aan de Coolvest, verrijst daar nu statig een modern restaurant, waarboven zich majestueus verheft de koepel der daarbij geprojecteerde concertzaal, welke is berekend op 2500 zitplaatsen en tevens is onderverdeeld in tal van kleinere zaaltjes. Daartegenover aan het Slagveld—hoek Schiekade het hooguitstekend gebouw, bijzonder geschikt voor een dagbladbureau of permanente expositieinrichting en daarnaast weder een passend aansluitend Café-Restaurant. Van Cafés-Restaurants gesproken; wellicht zal men ons opmerken, dat we deze inrichtingen op ons plan wat te kwistig hebben verspreid; in Rotterdam schijnt nu eenmaal niet veel levensvatbaarheid te bestaan voor breed opgezette Cafés-Restaurants. D. w. z. in oud-Rotterdam, in het provinciaalachtige Rotterdam, zooals we het thans kennen, maar wanneer wij onze blikken eens laten gaan over de groote binnen-boulevards van Brussel, Berlijn of Parijs, dan zien wij, hoe het daar wemelt van dergelijke inrichtingen, welke er dan ook op de eerste plaats thuishooren. De Galerij heeft eveneens een metamorphose ondergaan; verdwenen is het akelige pleintje met de morsige, onooglijke bloemenkraampjes en in de plaats daarvan zien we thans een breed, hooggaand gebouw, hetwelk met het aan de overzijde hooge clubgebouw het silhouet van de Delftsche Vaart met den St. Laurenstoren op den achtergrond fraai doet uitkomen. Het warenhuis op den hoek van de Kruiskade en den Singel, de verder op liggende nieuwe gevels met de winkelgalerij, het bankgebouw, leveren vanaf het Slagveld gezien een prachtig perspectief, en vormen een passende tegenzijde van Stadhuis en Postkantoor. De nieuwe Beurs is in ons plan bedacht als een nuchter, sober zakengebouw meteenlagen toren, om het Stadhuis van de zijde van het Calandplein als hoofdmotief zoo goed mogelijk te laten uitkomen. Wij hebben den molen voor de Beurs laten staan, en herschapen in een modern restaurant, omdat daardoor eenige levendigheid zal gebracht worden in het aspect van die zijde aan den Singel, hetwelk wegens de onmiddellijke plaatsing naast elkaar van drie breede, zware gebouwen eentonig dreigt te worden en omdat bovendien een dergelijke molen een uniek, typisch Hollandsch cachet kan geven aan onze singels en pleinen. Teneinde daar opeenhooping van beursbezoekers vóór beurstijd te vermijden en een zekere harmonie tot stand te brengen tusschen het ronde profiel van den molen en den voorgevel van de Beurs is in het middenfront der Beurs een zeer breede en diepe, half-cirkelvormige ingang gedacht, waar de bezoekers en andere belanghebbenden zich kunnen verzamelen, met toegangen naar de verschillende afdeelingen. Aan de zijde der Beurs tegenover het Postkantoor is beneden een winkelgalerij ontworpen, welke goed zal passen in deze straat, die de verbinding zal vormen tusschen Coolvest en Jonker Fransstraat. Er is reeds geschreven, dat het plaatsen van verschillende bankgebouwen, GEZICHT OP DE NIEUWE BEURS MET MOLEN-CAFÉ VANAF DE AERT VAN NESSTRAAT VOLGENS HET PLAN VAN GILS EN KLAWER. onmiddellijk naast elkaar, gevaar oplevert, dat het 's avonds te doodsch wordt aan den Singel; daarom zouden we het toejuichen, indien in enkele bankgebouwen aan de voorzijde op den beganen grond ruimte werd gereserveerd voor winkels, etc. En waar de Rotterdamsche Bankvereeniging met den bouw van haar filiaal aan den hoek der Van Oldenbarneveltstraat nog niet is begonnen, zouden wij deze vennootschap in overweging durven geven haar gebouw alsnog op een ander gedeelte van den Singel te vestigen; dan kan deze hoek worden ingenomen door een Restaurant of eenige winkels, welke daar 's avonds een schitterend lichteffect zullen geven. Ten slotte moeten we nog even de aandacht vestigen op het kiekje op een der platen, waar heel in de verte aan het eind van het Calandplein de machtige gevel van het nieuwe, groote Hotel, hetwelk daar door de energie van tal van vooraanstaande stadgenooten gaat verrijzen, als het ware de afsluiting vormt van den Coolsingel, en waarvan wij hier slechts een onvolledig beeld hebben kunnen weergeven. Hoe prachtig kan zich daarbij aan de tegenovergestelde zijde aansluiten het hooguitstekende dagbladgebouw op den hoek van het Slagveld en de Schiekade, met daarnaast het monumentale, rijkgebeeldhouwde bruggenhoofd. Besluit. „En reken d'uitslag niet, doch tel het doel alleen", zong onze dichter Vondel. Wat wij ons bij het samenstellen der hierboven gepubliceerde plannen als voornaamste doel voor oogen hebben gesteld, was: de belangstelling opwekken der burgerij voor een herschepping van het kostbaarste plekje van Rotterdam in een modernen wereldboulevard. Belangstelling moet er komen, een warme, intense belangstelling; is er die eenmaal, dan volgt het andere vanzelf. Onze geheele burgerij, in al hare geledingen, van den eenvoudigsten arbeider af tot den rijksten patriciër moet het zich een eer rekenen aan het totstandkomen van dit ideaal mede te werken. Onze arbeiders- en ambtenaarsvereenigingen, onze middenstandscorporaties, onze plaatselijke genootschappen ter bevordering van kunst en stadsschoon, zij alle moeten hun beste krachten hiervoor inspannen. En als dan naast deze zich komen voegen de invloedrijke mannen uit onze beurs-, handels- en scheepvaartkringen, die door het stichten van het groote hotel aan het Calandplein reeds een eerste schrede in de door ons gewenschte richting hebben gedaan, en hun machtige schouders gaan zetten onder dit reuzenwerk, dan, wij twijfelen er niet aan, zal spoediger dan menig onzer verwacht, het stoute ideaal worden verwezenlijkt, en wellicht in fijner en grootscher vormen, dan wij hier in onze bescheiden plannen hebben voorgesteld. Dan zal daar aan dien Singel en zijn omgeving een monument verrijzen, dat de vreemdelingen, die van heinde en ver onze wereldberoemde havenstad komen bezoeken, ons zullen benijden; een monument, voor welks stichting onze nazaten het tegenwoordige geslacht tot in lengte van dagen zullen danken. Daarom, stadgenooten, werkt allen met ons mede tot verwezenlijking der leuze: De Coolsingel — een wereldboulevard! P. S. Zij, die ons hun adhaesie wenschen te betuigen met de hierboven ontwikkelde plannen, kunnen dit doen door hun naamkaartje te zenden aan: de Firma E. de Bont & Zoon, Rochussenstraat 125, Rotterdam, uitgeefster der brochure: Het Coolsingel-HofpleinVraagstuk. Wij zullen deze adhaesiebetuigingen dan te gelegener tijd aan onze stedelijke autoriteiten mededeelen en in de plaatselijke pers publiceeren. i