BEKENDMAKINGEN, CIRCULAIRES, BESCHIKKINGEN ENZ. betreffende de Distributiewet van 1916, alsmede daarmede verband houdende Maatregelen van het Ministerie van Landbouw, Nijverheid en Handel, gedurende het jaar 1916. '8 QRAVENHAGE, TER ALGEIMEENE LANDSDRUKKERIJ. 1917. //jro £ * BEKENDMAKINGEN, CIRCULAIRES, BESCHIKKINGEN ENZ. betreffende de Distributiewet van 1916, alsmede daarmede verband houdende Maatregelen van het Ministerie van Landbouw, Nijverheid en Handel, gedurende het jaar 1916. 'S GRAVENHAGE, TER ALGEMEENE LANDSDRUKKERIJ. — 1917. INHOUD. Bladz. Bekendmakingen, circulaires enz 1 412 Chronologisch overzicht 1 XIV 9 N°. 6. Maximum prijs, TÜRFSOORTEN. loco ^"p °p de veenplaats. ') WaDserveen onderVledderenHavelte, lste sooit f6,00 p. 1000st. „ „ t, n n 2de » 5,00 „,, „ Sponturf. lste soort Drenthsche (bak) 4,40 „ „ „ 2de - Nieuw-Amsterdam e. o. • 4,05 „ „ „ 3de l t> ti 3>55 ti ti tt "Wapserveen onder Vledder en Havelte, lste soort 5,25 „ „ „ ■ ■ ■ ) 2de „ 4,75 „ „ „ » " " " 8de ti 4,25 * » * C. Geperste turf. lste soort f-OO •> » » 2de „ 4-70« » ■ III. OVERIJSSELSCHE TURF. A. Fabrieksturf voor steenfabrieken, kalkbranderijen en bakkerijen. Zwarte, turf. lste soort groote turf (Amsterdamsch bestek) 1,40 per M3. 2de „ „ » > * 1,20 » " B. Haardbrandturf. Blauwe turf. lste soort (Bergentheim) . • 4,75 p. 1000 st. 2de , , 4'2° ? ■ » Scfteeps- of burgerturf. lste soort 3'6|» » » 2de „ " » Haverstroo. lste soort 5,00 „ „ „ 2de „ " 4,10 „ „ „ Grijze turf. Groot formaat 3,50,, „ „ Klein t 3,00 „ „ . i) Zie noot op bladz. 6. N°. 6. 10 Maximum prijs, TÜRFSOORTEN. loco schip op de veenplaats.') Grauwe of witte turf. Klein formaat f3,25 p. 1000 st. Sponturf. Buiten Steenwijk en omstreken, lste soort. 4,50 „ „ „ » n 2de „ 4,15 „ „ „ » n n | 3de , 3,70 „ „ „ Steenwijk en omstreken, lste soort .... 5,50„ „ „ 2de „ ... . 5,00 „ „ \> 3de „ ... . 4,50 „ „ „ Baggerturf. Steenwijk en omstreken, lste soort . . . '. 6,25 „ „ „ 2de „ .... 5,25 „ „ „ Elders 5,75 „ „ „ Platturf 4,40 „ „ „ C. Geperste turf. lste soort 5,25 „ '„ „ 2de „ 5,00 „ „ „ IV. NOORDBRABANTSCHE EN LIMBURGSCHE TURF. A. Fabrieksturf voor steenfabrieken, kalkbranderijen en bakkerijen 1,90 per M3. B. Haardbrandturf. lste soort 1,65 , , 2de „ ' 1,40 „ „ 3de „ of smoezenturf' 1,25 „ „ Stukken . . 1,15 „ „ Haverstroo of pijpert 1,90 „ „ V. FRIESCHE TURF. Blauwe turf. Uitsluitend heele turven f5,35 p. 1000st. lste soort 5,00 „ „ „ 2de „ 4,65 „ „ „ i) Zie noot op bladz. 6. 12 Maximum prijs. TÜRFSOORTEN. loco schip op de veenplaats. i) VI. NOORD- EN ZÜIDHOLLANDSCHE TURF. Burgerturf. lste soort f5,75 p. 1000 st. 2de 5,25 „ ;, M 3de ,, 4,85 ., „ „ Karturf 4,00 „ „ „ Steekturf. 3,00 „ „ „ Luchtballen. lste soort | 3,50 „ „ „ 2de „ 3,00 „ '„ „ VII. UTRECHTSCHE TURF. Dikke turf. lste soort 5,50 „ ., ., 2de „ 5,00 „ „ „ Kleine turf. lste soort 4,50 „ „ „ 2de „ 4,25 „ ., „ 3de „ : . . 4,00 „ „ » ]) Zie noot bladz. 6. N°. 7. N°. 63164. Afdeeling Handel. 's Gravenhage, 25 Augustus 1916. Ik heb de eer u bijgaand te doen toekomen eene lijst *) met maximum kleinhandelprijzen voor turf. Deze prijzen kunnen den verbruikers door de tusschenhandelaren in rekening worden gebracht op de plaats van verkoop (schip, winkel, magazijn). Wordt echter op de veenplaatsen onmiddellijk aan de verbruikers geleverd bij hoeveelheden, zooals deze staan vermeld *) Zie bladz. 14 t/m. 17. 19 N09. 10—11. N°. 10. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maaktj ingevolge zijne circulare n°. 23651/8öis, van 25 Augustus 191.6*), bekend, dat van Maandag 28 Augustus e. k. tot en met Zaterdag 2. September d. a. v. de prijs van maïs, uitsluitend bestemd om aan gemeentebesturen te worden verstrekt voor ruiling tegen rogge van den oogst 1916, bedraagt: voor La Plata maïs f 235 per last van 2000 kilogram of f 8,225 per 70 kilogram uitsluitend te Botterdam te ontvangen. 's Gravenhage, 25 Augustus. 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 11. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 14 October 1915, Directie van den Landbouw, n°. 25372, 2de afdeeling, bureau A, laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 24 November 1915. Directie van den Landbouw, n°. 28895, 2de afdeeling, bureau A; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat voor iedere hoeveelheid van 100 volversche kipeieren, waarvoor ingevolge art. 3, sub 2, en art. 4, sub 2, zijner voormelde gewijzigde beschikking consent tot uitvoer wordt gegeven-, voor de dagen 27 Augustus tot en met 2 September 1916 eene hoeveelheid van 50 volversche kipeieren beschikbaar moet worden gesteld, overeenkomstig het bepaalde in voormelde artikelen; 2°. dat andere eiersoorten niet beschikbaar behoeven te worden gesteld voor binnenlandsch gebruik, doch met consent mogen worden uitgevoerd; 3°. dat, in afwijking zijner bovengenoemde gewijzigde beschikking : ei. van elke 50 eieren, welke voor de sub 1°. genoemde dagen beschikbaar moeten worden gesteld, 20 moeten worden geleverd tegen een prijs van f 5 per 100 stuks, overeenkomstig i) Zie n°. 8 bladz. 18. N«. 11_12. 20 de aanwijzingen van de Rijkscommissie van toezicht op de Eiervereeniging, om te worden geconserveérd; b. van elke 50 eieren, welke voor de sub 1°. genoemde dagen beschikbaar moeten worden gesteld, 15 moeten worden geleverd tegen een prijs van f 6,30 per 100 stuks voor levering aan de gemeentebesturen, welke eieren zullen worden gedistribueerd overeenkomstig de bepalingen vastgesteld door het Rijks-Centraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen. 's Gravenhage, 26 Augustus "1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Veksteeg. ' N°. 12. N°. 68640. Afdeeling Handel. 's Gravenhage, 26 Augustus 1916. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt bekend, dat ingevolge art. 5 van de Distributiewet 1916 door een ieder, die suiker anders dan voor gebruik voor hem zelf of zijn gezin in voorraad heeft, op 29 Augustus 1916 aan den Burgemeester van de gemeente, waar de suiker zich bevindt, opgave moet doen van de hoeveelheid en de soort van de suiker in voorraad. De aandacht wordt er op gevestigd, dat het nalaten van het doen der vereischte opgave of het doen van onjuiste opgaven overeenkomstig de Distributiewet strafbaar is, met mogelijkheid van verbeurdverklaring der goederen. Aan deze strafbepalingen zal streng de hand worden gehouden. De Minister voornoemd, Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 21 N°. 13. N°. 13. De Minister 'van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt bekend, dat door hem ingevolge art. 8 der Distributiewet 1916 de volgende maximumprijzen voor suiker worden vastgesteld: I. De eerste-hands verkoopers, rafflnadeurs en commissionnairs, verkoopen suiker van kwaliteit melis I voor ten hoogste f 51 per 100 K.G., af fabriek, zakken voor koopers rekening, contant met li % korting. Onder contante betaling wordt verstaan betaling door franco remise binnen 8 dagen of betaling op eene dispositie binnen 8 dagen, naar verkoopers keus. . II. Eerste-hands verkoopers zullen aan hen, die 1000 K.G. of meer in eens ontvangen, ten hoogste berekenen f 50,90 per 100 K.G., onder de sub I genoemde condities. Hl. Eerste-hands verkoopers zullen aan hen, die minder dan 300 K.G. in eens ontvangen, ten hoogste berekenen f 51,20 per 100 K.G., onder de sub F genoemde condities. ÏT. Grossiers zullen voor suiker van kwaliteit melis I in origineele verpakking ten hoogste berekenen f 51,50 per 100 K.G., vracht van het pakhuis naar den ontvanger voor koopers rekening, betalingsvoorwaarden tusschen kooper en verkooper zelfstandig te regelen en bij levering van ten minste 1 collo in origineele verpakking. V. Grossiers zullen suikèr van kwaliteit melis I, die niet in origineele verpakking wordt geleverd, verkoopen voor ten hoogste f 51,75- per 100 K.G., indien ten minste 50 K.G. wordt verkocht, en voor ten hoogste f 52 per 100 K.G., indien ten minste 25 K.G. verkocht wordt op de sub IV genoemde condities. De aandacht wordt er op gevestigd, dat het te koop aanbieden of verkoopen tegen hoogere prijzen dan door mij zijn toegelaten, overeenkomstig de Distributiewet strafbaar is, met mogelijkheid van verbeurdverklaring der goederen. Aan deze strafbepalingen zal streng de hand worden gehouden. 's Gravenhage, 26 Augustus 1916. De Minister voornoemd, Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. No. 14—16. 22 N°. 14. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel: Heeft goedgevonden: te bepalen, dat gedurende week van 27 Augustus tot 3 September 1916 voor 40 pet. der boterproductie certificaten Van Uitvoer zullen worden verleend en 60 pet. voor het binnenlandsch verbruik zal moeten worden beschikbaar gesteld, alsmede, dat de wijzen van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven door de Rijkscommissie van toezicht op de Botervereeniging, op grond van die certificaten, zullen gelden tot Dinsdag 12 September a. s., des voormiddags te 12 uur. 's Gravenhage, 26 Augustus 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 15. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel: Gelet op zijne beschikking van 25 April 1916 (Nederlandsche Staatscourant van 25 April 1916, n°. 97), houdende regeling van den uitvoer van varkensvleesch; Heeft goedgevonden te bepalen: dat het in artikel 10 van voornoemde beschikking bedoelde gewichtspercentage voor het tijdvak van 27 Augustus 1916 tot en met 2 September d.a.v. zal bedragen voor varkensvleesch zoowel als voor worst 150. 's Gravenhage, 26 Augustus 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 16. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel: Gezien zijne beschikking, van 21 Juli 1916, Directie van den 23 N<*.~Ï6—18. Landbouw, n°. 18968, 6de afdeeliug B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van diverse soorten uien; Heeft goedgevonden te bepalen: dat de in bovengenoemde beschikking vermelde bepalingen mede van toepassing zullen zijn op gele uien en zoogenaamde gele nep in Noordholland geteeld. 's Gravenhage, 26 Augustus 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Vebsteeg. N°. 17. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat inlandsche rogge van den oogst 1916 door hem wordt aangewezen overeenkomstig art 1 van de Distributiewet 1916; 2°. dat de maximumprijs, bedoeld in art. 2 van genoemde wet, zal zijn f 6,30 per H.L., vermeerderd met de noodzakelijke kosten van bewaren, vervoeren, indrogen, enz. overeenkomstig door hem te geven voorschriften; 3°. dat de maximum-inkoopprijs, bedoeld in art. 3 van genoemde wet, zal zijn f9,10 per H.L. van 70 K.G. 's Gravenhage, 28 Augustus 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Vebsteeg. N°. 18. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op het Koninklijk besluit van 26 October 1914 (Staatsblad n°. 508) en op zijne beschikking van 17 November 1915, Directie van den Landbouw n°. 28526, 5de afdeeling; Heeft goedgevonden te bepalen: dat de maximumprijzen voor den verkoop van kaas, vast- 25 N°. 20. N°. 20. N°. 23553/8&«'s'. Rijksbureau voor , de distributie 's Gravenhage, 29 Augustus 1916. van graan en meel. Onder l) toezending van afschrift van mijne beschikking van 28 dezer, heb ik de eer ü mede te deelen, dat de rogge van den nieuwen oogst door de Regeering aan de gemeenten zal worden geleverd voor f 9,10 per H.L. van 70 K.G. en, behoudens het hierna volgende aan de bakkers moeten worden geleverd voor f 6,30 per H.L. van 70 K.G. Het verschil van f 9,10 en f 6,30 t.w. f 2,80 wordt ingevolge het bepaalde bij artikel 3 der Distributiewet voor 9/io gedragen door het Rijk, terwijl Yio uit de gemeentekas moet worden bijgepast. De burgemeesters kunnen derhalve de rogge aan de bakkers blijven verstrekken tegen den prijs van f 6,30 per H.L., vermeerderd met de noodzakelijke kosten van bewaren, vervoeren, indrogen enz. Het bedrag dat hiervoor in rekening zal worden gebracht, zal door de Provinciale Broodcommissie in overleg met U worden vastgesteld. Het is mijne bedoeling, dat in het vervolg in alle gemeenten zoowel goedkoop roggebrood als goedkoop bruinbrood verkrijgbaar zal kunnen worden gesteld. De verkrijgbaarstelling van goedkoop roggebrood zal, in afwijking van de regeling welke voor den afgeioopen oogst gegolden heeft, in het vervolg moeten geschieden op dezelfde voorwaarden als aan het betrekken van goedkoop bruinbrood zijn verbonden. Het roggebrood zal in het vervolg dus uitsluitend op broodkaarten verstrekt .moeten worden. In afwachting van eene nadere regeling van deze aangelegenheid, ingevolge art. 8 van de Distributiewet, wordt door mij op grond van dat artikel voorloopig het volgende bepaald. Voor zoover in Uwe gemeente eene controle-regeling is ingevoerd op het verkrijgbaar stellen van goedkoop bruinbrood, zal deze ook toepasselijk moeten worden verklaard op de roggebroodvoorziening, waarbij de volgende voorschriften in acht genomen moeten wórden. Ieder hoofd van een huisgezin of alleen loopend persoon, i) Zie n°. 17, bladz. 23. N°. 20. 26 kan eene broodkaart aanvragen ter verkrijging van goedkoop bruinbrood (ongebuild meel) of roggebrood, eenter slechts een dezer soorten te zijner keuze. Deze keuze kan slechts eenmaal geschieden. Zij geldt voor het geheele jaar en voor al de tot het gezin behoorende personen. Aan personen in het bezit van eene kaart voor eene bepaalde broodsoort, mag onder geene voorwaarden de andere bróodsoort goedkoop worden verstrekt. Het maximum der op eene roggebroodkaart verkrijgbare hoeveelheid roggebrood bedraagt gemiddeld drie K.G. per week en per persoon, kinderen beneden den leeftijd van twee jaar niet medegerekend. Aan landbouwers of anderen, die gewoon zijn hun eigen brood te bakken, kan eene hoeveelheid rogge gelaten worden, noodig voor het bakken van brood voor zich en hun gezin. Zij zijn dan van het verkrijgen van brood(meel)-kaai*ten uitgesloten. De hoeveelheid rogge welke hun zal kunnen worden toegewezen, bedraagt 1 tot 1V2 HL. per jaar voor ieder gezinslid boven de 2 jaar. Deze hoeveelheid te bepalen in overleg met de Provinciale Broodcommissie naar mate van de plaatselijke omstandigheden. De hoeveelheid rogge welke de bakkers voor het bakken van roggebrood noodig hebben, wordt door de Provinciale Broodcommissie vastgesteld. De voor., de verkrijgbaarstelling van goedkoop bruinbrood vastgestelde voorschriften blijven ongewijzigd, met uitzondering van de bepaling der maximale hoeveelheid. Deze wordt teruggebracht van Ya Per dag op 3 K.G. brood per persoon en per week en voor het ongebuild meel van 3ys H.G. per dag tot 21 H.G. per week per persoon. De prijs van het roggebrood zal, de burgemeesters gehoord, door de Provinciale Broodcommissie onder mijne goedkeuring worden vastgesteld. • Voor zoover in Uwe gemeente nog geen controle-regeling is ingevoerd, verwijs ik U naar mijne circulaire van 24 April 1915, N°. 455, waarbij U een ontwerp ter kennisneming werd toegezonden. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N». 23. 28 vermeld op nevensgaande lijst n°. XXXIJ), welke lijst de vorige, vastgesteld bij mijne circulaire dd. 29 Juli 1916, n°. 59865, Afd. Handel, vervangt. De in bedoelde lijst vastgestelde prijzen gelden, behoudens vroegere vervanging, gedurende de maand September. Overeenkomstig art. 4 der Distributiewet verzoek ik U Uwe medewerking te verleenen, opdat de maximumprijzen stipt worden gehandhaafd. Het verdient naar mijne meening aanbeveling te dien einde aan de maximumprijzen in Uwe gemeente de noodige bekendheid te geven, b.v. door afdrukken der lijst voor winkeliers in Uwe gemeente verkrijgbaar te stellen, en in hunne winkels op eene duidehjk zichtbare plaats *te doen ophangen. Ik vestig er uwe bijzondere aandacht op, dat in art. 12, lste en 2de lid, van bovenbedoelde wet is bepaald, dat overschrijding van de door mij vastgestelde maximumprijzen gestraft wordt, hetzij met ten hoogste 4 jaar gevangenisstraf of f 10 000 boete, hetzij met ten hoogste 1 jaar gevangenisstraf of f 6000 boete, naar gelang opzet of schuld aanwezig is. Ook kunnen de goederen, welke boven den vastgestelden maximumprijs worden verkocht, voor zoover zij den schuldige toebehooren, krachtens het derde lid van hetzelfde artikel, worden verbeurd verklaard. U gelieve hieraan de noodige bekendheid te geven en de opsporing van overtredingen te bevorderen. Tevens breng ik U in herinnering, dat ook de bepalingen der Wet tot aanvulling van de Onteigeningswet van 3 Augustus 1914 van kracht zijn gebleven, zoodat U, bij overschrijding der maximurffprijzen of vasthouding van waren, desgewenscht en in voorkomende gevallen, ook gemachtigd kunt worden, de betreffende hoeveelheden in bezit te nemen. Met betrekking tot in nevensgaande lijst vastgestelde groothandelprijzen merk ik nog op, dat onder .groothandelprijzen door mij verstaan worden prijzen bij levering uit de eerste hand, t. w. door fabrikanten of producenten of, voor zoover de zeevischsoorten betreft, bij levering door bemiddeling van de Rijkscommissie van Toezicht op de Zeevischvereeniging; de prijzen zijn berekend contant af fabriek of station van afzending, al naar het gebruik bij het betrokken artikel medebrengt. Bij levering van waren door grossiers kan dezen door U toegelaten worden een tusschenprijs te berekenen, echter zoodanig, dat voor den verkooper in' het klein eene voldoende winstmarge overblijft. Ik teeken hierbij aan, dat ten aanzien i) Zie bladz. 29 t/m. 3a 29 No. 23. van eenige zeevischsoorten, soda en suiker, afzonderlijke grossiersprijzen zijn vastgesteld. Wanneer winkeliers zich beklagen over levering van sommige artikelen, zou U hun in overweging kunnen geven zich ter zake te wenden tot het Rijks-Centraal-Admmistratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen, Noordeinde 167, te 's Gravenhage (thans Mauritskade n°. 5). Klachten over levering der in nevensgaande lijst bedoelde zeevischsoorten kunnen gericht worden tot de Zeevischvereeniging te IJmuiden. Voor het geval TT' meerdere exemplaren der inliggende lijst van maximumprijzen mocht wenschen te ontvangen, gelieve U aanvragen daartoe te richten tot de Algemeene Landsdrukkerij, Fluweelen Burgwal 18, 's Gravenhage. Het gewenschte aantal exemplaren zal TJ dan onverwijld tegen vergoeding van kosten worden toegezonden. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. XXXI. 1 September 1916. Deze lijst vervangt lijst XXVIII, doch niet lijst XXIX (maximum-turfprjjzen op de veenplaatsen en XXX (maximumprijzen turf in den kleinhandel.) Lyst der meest voorkomende artikelen met daarvoor aangenomen maximumprijzen. (Deze prijzen hebben uitsluitend betrekking op de gewone qualiteiten. De luxe-sorteeringen, waarvoor in gewone tijden reeds veel hoogere prijzen worden betaald, blijven buiten aanmerking.) GROOTHANDELPRIJZEN. Regeeringstarwemeel (bij verkoop op meelkaart) per 100 K.G. f 11.80 Tarwebloem (gebuild inlandsen) .... „ 100 „ „ 19.25 Tarwemeel (ongebuild) " , 100 „ „ 16.50 Nos. -24—26. 34 N°. 24. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 25 April 1916 (Nederlandsche Staatscourant van 25 April 1916, n°. 97), houdende regeling van den uitvoer van varkensvleesch; Heeft goedgevonden te bepalen : dat het in artikel 10 van voornoemde beschikking bedoelde gewichtspercentage voor het tijdperk van 4 tot en met 9 September zal bedragen voor varkensvleesch zoowel als voor worst 150. . 's Gravenhage, 2 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 25. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt, ingevolge zijne circulaire n°. 2365/8&is, van 25 Augustus 1916 *), bekend, dat van Maandag 4 September e.k. tot en met Zaterdag 9 September d.a.v. de prijs van de maïs, uitsluitend bestemd om aan gemeentebesturen te worden verstrekt voor ruiling tegen rogge van den oogst 1916, bedraagt: voor de Amerikaansche mixed maïs f 245 per last van 2000 kilogram of f 8,575 per 70 kilogram, uitsluitend te Rotterdam te ontvangen. 's Gravenhage, 2 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 26. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 14 October 1915, Directie van den Landbouw, n°. 25372, 2de afdeeling, bureau A, laatstelijk i) Zie n°. 8, blz. 18. 35 36—27. gewijzigd bij zijne beschikking van 24 November 1915, Directie van den Landbouw, n°. 28895, 2de afdeeling, bureau A; ' Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat voor iedere hoeveelheid van 100 volversche kipeieren, waarvoor ingevolge art. 3, sub 2, en art. 4, sub 2, zijner voormelde gewijzigde beschikking consent tot uitvoer wordt afgegeven, voor de dagen 3 tot en met 9 September 1916 eene hoeveelheid van 50 volversche kipeieren beschikbaar moet worden gesteld, overeenkomstig het bepaalde in voormelde artikelen; 2°. dat andere eiersoorten niet beschikbaar behoeven te worden gesteld voor binnenlandsch verbruik, doch met consent mogen worden uitgevoerd; 3°. dat, in afwijking zijner bovengenoemde gewijzigde beschikking van elke 50 eieren, welke voor de sub 1°. genoemde dagen beschikbaar moeten worden gesteld, 20 moeten worden geleverd tegen een prijs van f 6,30 per 100 stuks voor levering aan de gemeentebesturen, welke eieren zullen worden gedistribueerd overeenkomstig de bepalingen vastgesteld door het RijksCentraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage en dat voor conserveering geen eieren behoeven te worden gereserveerd. 's Gravenhage, 2 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, . Versteeg. N°. 27. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Heeft goedgevonden: te bepalen, dat gedurende de week van 3 tot 10 September 1916 voor 40 pet. der boterproductie certificaten van uitvoer zullen worden verleend en 60 pet. voor het binnenlandsch verbruik zal moeten worden beschikbaar gesteld, alsmede, dat de wijzen van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven door da Rijkscommissie van toezicht op de Botervereeniging, op N08. 27—29. 36 grond van die certificaten, zullen gelden tot Dinsdag 19 September a.s., des voormiddags te 12 uur. 's Gravenhage, 2 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 28. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel brengt ter kennis, dat overwogen wordt de peulvruchten, van den oogst 1915, welke tot het verkrijgen van uitvoervergunningen in de Stelling van Amsterdam onder verband werden opgelegd, ten uitvoer toe te laten, zoodra zal blijken, dat de oogst 1916 van peulvruchten zulks toelaat, onder voorwaarde, dat tegenover elke vrij te geven 100 K.G. van eerstbedoelde peulvruchten onder de gebruikelijke bepalingen voor binnenlandsch gebruik zullen moeten worden beschikbaar gesteld 300 K.G. bruine boonen en groene erwten. N°. 29. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt bekend, dat van de turfstrooiselfabrikanten hier te lande de bereidverklaring is ontvangen, dat zij "ook na 1 September j.1. het binnenland van turfstrooisel zullen blijven voorzien tegen een maximum-prijs van f 12 per 1000 K.G., aan de'fabriek op spoorwagen, tramwagen of in het schip. Mochten er klachten rijzen omtrent weigering, de noodige voorraden tegen bovenbedoelden prijs voor binnenlandsch gebruik af te leveren, dan kunnen belanghebbenden hiervan onverwijld aan het Departement mededeeling doen. 's Gravenhage," 4 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 30. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien art. 6 der Distributiewet 1916; Overwegende, dat het noodig . is de uitoefening van het bedrijf van verduurzamen van groenten te regelen; heeft goedgevonden: vast te stellen de navolgende Regeling van het bedrijf van verduurzamen van groenten. Artikel ï. Het is verboden in eenige onderneming voor het verduurzamen van groenten, groenten op eenige wijze te verduurzamen, tenzij in eene onderneming, bij de Rijkscommissie van Toezicht, als bedoeld in art. 6 der statuten van de vereeniging „Groentencentrale", ingesteld bij beschikking van 16 October 1915 n°. 1212, ingeschreven als inrichting voor het verduurzamen van groenten en met inachtneming van de voorschriften bij of krachtens deze regeling gesteld. Artikel 2. Bij het aanvragen van de inschrijving onder artikel 1, bedoeld, worden in den door de Rijkscommissie bepaalden vorm opgegeven: 1°. de namen en woonplaatsen van het hoofd of de hoofden der onderneming of, is de onderneming eene naamlooze vennootschap van koophandel of coöperatieve vereeniging, van den directeur of de personen, met de leiding van het bedrijf belast; 2°. de perceelen, waar de inrichting, waarin de onderneming wordt uitgeoefend, gevestigd is, alsmede de perceelen, waar de onderneming kantoren, opslagplaatsen of magazijnen van grondstoffen of van verwerkte artikelen heeft; 3°. de hoeveelheid groenten, naar soorten gespecificeerd, welke in de kalenderjaren 1912, 1913 en 1914 zijn verduurzaamd ; 4°. de voorraden, op het oogenblik der aanvrage aanwezig, zoowel van versche groènten als van geheel of gedeeltelijk f N°. 30. 38 verwerkte groenten, met opgave van de plaats, waar die voorraden zich bevinden;- 5°. indien de onderneming ook als exporteur van groenten is ingeschreven of wenscht te worden ingeschreven, de hoeVeelheid groenten, naar soorten gespecificeerd, welke in 1914 door haar is uitgevoerd; 6°. indien de onderneming is opgericht na 1 Augustus 1914, de redenen welke voor de oprichting hebben gegolden. De aanvrager is tevens verplicht op te geven hetgeen verder door de Rijkscommissie van Toezicht voormeld onder goedkeuring van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel is voorgeschreven. Artikel 3. Van de na de aanvrage ingetreden wijzigingen betreffende het in het vorige artikel onder 1°. en 2°. vermelde, wordt door het hoofd of de hoofden der onderneming onverwijld aan de Rijkscommissie van Toezicht kennis gegeven. Artikel 4. Aan de Rijkscommissie van Toezicht worden op door haar te bepalen tijden en in door haar te bepalen vorm, alle door haar verlangde opgaven gedaan betreffende voorraden, versche of geheel of gedeeltelijk verwerkte groenten en vermeerderingen en verminderingen. Artikel 5. De Rijkscommissie van Toezicht beslist binnen veertien dagen op eene aanvrage om inschrijving. Van de beslissing wordt schriftelijk kennis gegeven aan den aanvrager. Van de beslissing staat gedurende veertien dagen beroep open bij den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel. (Zie verder art. Ba in n°. 154). Artikel 6. Eene onderneming "kan door de Rijkscommissie van Toezicht voor een bepaalden of voor een onbepaalden tijd van de lijst der ingeschreven ondernemingen worden afgevoerd. Het tweede en derde lid van art. 5 zijn dan van toepassing. 39 No. 30. Artikel 7. Aan de leden der Rijkscommissie van Toezicht en aan de door haar aangewezen personen, wordt te allen tijde toegang verleend tot de perceelen, genoemd in art. 2, sub 2°. Aan hen wordt op hun verzoek onverwijld inzage verleend van de boeken en bescheiden eener onderneming als in art. 1 bedoeld, echter niet dan na overlegging van een schriftelijken last daartoe van de Rijkscommissie van Toezicht. Artikel 8. In eene ingeschreven onderneming voor het verduurzamen van groenten mogen groenten, waarvan de uitvoer niet is verboden, zonder eenige beperking worden verduurzaamd. Artikel 9. In eene ingeschreven inrichting voor het verduurzamen van groenten mogen groenten waarvan de uitvoer verboden is, doch waarvan blijkt dat te haren aanzien voldaan is aan de voorwaarden, onder welke uitvoerconsent wordt verleend, zonder eenige beperking worden verduurzaamd. De Rijkscommissie van Toezicht voormeld bepaalt op welke wijze blijkt, dat aan de voorwaarden, in het eerste lid bedoeld, is voldaan. De bevoegdheid tot verduurzamen, krachtens dit artikel verkregen, brengt niet mede eenige aanspraak op uitvoerconsent. Artikel 10. In eene ingeschreven inrichting voor het verduurzamen van groenten mogen groenten waarvan de uitvoer is verboden en waarvan niet blijkt, dat te haren aanzien voldaan is aan de voorwaarden onder welke uitvoerconsent wordt verleend, alleen worden verduurzaamd wanneer: 1°. de verduurzaming plaats heeft op eene wijze, welke ten aanzien van de bijzondere groenten die het geldt naar het oordeel der Rijkscommissie van Toezicht reeds vóór 1916 algemeen voor het binnenlandsch gebruik toegepast werd; 2°. niet meer groenten worden verduurzaamd dan ten genoegen van de Rijkscommissie van Toezicht wordt aangetoond, dat gemiddeld in de jaren 1912 tot 1914 voor binnenlandsch gebruik is afgeleverd. De Rijkscommissie van Toezicht is bevoegd met bijzondere Nos. 30—31. 40 of algemeene machtiging van den Minister al of niet voorwaardelijk ontheffing te verleenen van deze voorwaarden. Artikel 11. Door de Rijkscommissie van Toezicht wordt de hoeveelheid, in het vorig artikel onder 2°. bedoeld, binnen veertien dagen na het daartoe strekkend verzoek van eene onderneming vastgesteld en schriftelijk aan haar medegedeeld. Artikel 12. De bovenstaande bepalingen blijven buiten toepassing ten aanzien van verduurzamen van groenten, wanneer blijkt, dat dit plaats heeft met het oogmerk om die niet in het groot in den handel te brengen, en die groenten ook niet in het groot in den handel komen. Artikel 13. Deze regeling treedt in werking met ingang van den llden September 1916. 's Gravenhage, 5 September 1916. Voor den Minister, Secretaris-Generaal. Versteeg. N°. 31. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Heeft goedgevonden te benoemen tot leden van het veevoederbureau te Leeuwarden, de heeren: W. Mijlius, te Leeuwarden; B. C. Algra, te Stiens; L. O. Durksz, te Dragten; H. Leignes Bakhoven, te Leeuwarden, en tot lid van het veevoederbureau te Groningen, den heer: A. van Leusen, te Assen. 's Gravenhage, 5 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. 41 N08. 32—33. N°. 32". De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op het Koninklijk besluit van 2 September 1916 (Staatsblad n°. 430), houdende verbod van uitvoer van appelen en peren, ook in verduurzaamden toestand; Heeft goedgevonden te bepalen: dat versehe appelen en peren, waarvan ten genoegen van de visiteerende ambtenaren uit de beladingsdocumenten kan worden aangetoond, dat die vruchten op 6 September 1916 isn uitvoer zijn ingeladen, nog mogen worden uitgevoerd. 's Gravenhage, 6 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 33. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 21 Augustus 1916, Directie van den Landbouw, n°. 21246, 6de Afdeeling B, en van 25 Augustus 1916, Directie van den Landbouw, n°. 21602 J), 6de afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van bloemkool; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. het percentage van eerste en tweede soort reuzenbloemkool, geteeld te Rijnsburg, Katwijk, Noordwijk, Valkenburg, Oegstgeest, Zoeterwoude, Koudekerk, Leiden en Leiderdorp, dat ingevolge eerstgenoemde beschikking voor het binnenland moet worden geveild, wordt tot nadere beschikking vastgesteld op 50 pet.; 2°. het bepaalde bij de laatstgenoemde beschikking wordt ingetrokken ten aanzien van reuzenbloemkool geteeld in gemeenten in „de Streek" en aan den Langendijk. 's Gravenhage, 6 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. i) Zie n°. 2, blz. 1. Nos. 34_35. 42 N°. 34. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 28 Juni 1916, Directie van den Landbouw, n°. 16954, 6de afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van groenten; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. het percentage van eerste en tweede soort bloemkool dat volgens bovenaangehaalde beschikking voor het binnenland moet worden geveild, wordt tot nadere beschikking vastgesteld op 75 pet.; 2°. uitschot van bloemkool kan voor den inmaak worden geveild. 's Gravenhage, 6 September 1916. Voor den Minister, . De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 35. De Minister van Landbouw, Nijverheid en 'Handel brengt ter kennis, dat tot hem gerichte aanvragen voor den uitvoer van tuinbouwzaden, met inbegrip van erwten en boonen, bestemd om te dienen als zaad voor een tuinbouwgewas, in het vervolg behooren te worden ingezonden bij de Vereeniging „Zaadcentrale", Pieter Bothstraat 21, 's Gravenhage. De aanvragen dienen te zijn gesteld op gezegeld papier en moeten inhouden: 1°. naam en woonplaats van den verzender; 2°. aantal colli, merken, gewicht (bruto en netto), aard der waar, alsmede waar der zending; 3°. adres van den ontvanger der waar; 4°. te passeeren grensstation, en 5°. wijze van vervoer. 13 N°. 36. N°. 36. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel brengt ter kennis van belanghebbenden, dat voor de maand October 1916 door de Regeering een zekere hoeveelheid veevoeder (met uitzondering van maïs) beschikbaar wordt gesteld, uitsluitend ten behoeve van de hieronder genoemde personen, en zulks onder de navolgende voorwaarden: 1. Inlandseh graan, buitenlandsch graan en lijnkoeken worden ter beschikking gesteld uitsluitend van veehouders, d. w. z. allen die voor de voeding van hunne paarden, runderen, schapen, varkens, pluim- en ander vee bedoeld veevoeder noodig hebben; deze persoren moeten dit betrekken door bemiddeling van eene aankoopvereeniging of andere dergelijke organisatie, of door bemiddeling van een handelaar in die artikelen, alles door invulling en onderteekening van een bestelbiljet op daarvoor beschikbaar gestelde formulieren. 2. De bedoelde organisaties en handelaren verzamelen de bestelbiljetten van hunne leden of cliënten, welke tot het gebied van eenzelfde veevoederbureau behooren, telkens tot ééne aanvraag, door invulling en onderteekening op daarvoor beschikbaar gestelde formulieren. 2bis. a. De aanvraag wordt uiterlijk op 20 September 1916 door de bedoelde organisaties en handelaren bij het voor die leden of cliënten aangewezen veevoederbureau ingediend en wel hetzij rechtsstreeks, hetzij door bemiddeling van een provincialen grossier, indien de organisatie of handelaar de gewoonte had zijn veevoeder door een provincialen grossier te betrekken. b. Onder provincialen grossier wordt verstaan hij die van den verkoop van veevoeder aan handelaren of organisaties vóór 1 Augustus 1914 zijn hoofdbedrijf maakte en op zijn verzoek door het veevoederbüreau van het gebied waarin hij zijn hoofdkantoor houdt, als zoodanig is erkend geworden. c. Ingeval zoodanige erkenning door een veevoederbureau is geweigerd geworden, heeft hij, die beweert provinciale grossier in den zin van dit besluit te zijn, recht van beroep op de Toewijzingscommissie voor veevoeder te 's Gravenhage, welke finaal beslist; d. De provinciale grossier ontvangt eene reductie op den door de Regeering vastgestelden prijs van het veevoeder van N°. 36. 44 f 1 per 1000 K.G/., en heeft, in afwijking van het bepaalde bij art. 7, recht op de voordeden, die door besparing van vracht en andere verzendingskosten, ontstaan bij de samenlading van kleinere partijen. e. Wordt bij de aanvraag gebruik gemaakt van een tusschenpersoon, dan ontvangt deze f 1 per 2000 K.G. commissie over de toegewezen hoeveelheid. 2ter. De aanvragen moet vergezeld zijn van de stembiljetten der leden of cliënten en van eene nauwkeurige opgave van het aantal stuks vee van elk hunner, dat met de bestelde hoeveelheden moet worden gevoerd. 3. Veevoederbureau's zijn gevestigd: voor Noordholland: te Amsterdam, Vondelstraat n°. 38; voor Groningen en Drenthe: te Groningen, Oude Ebbingestraat n°. 38; voor Friesland: te Leeuwarden, Stationsweg 4; voor Limburg: te Roermond, p/a J. H. van Andel, Veeladingstraat ; voor Zuidholland, Zeeland en Noordbrabant, te Rotterdam, Beursgebouw (ingang Visschersdijk); voor Utrecht: te Utrecht, Catharijnesingel n°. 49; voor Gelderland en Overijssel, te Zwolle, Huize Eekhout. 4. Deze veevoederbureau's beoordeelen en controleeren de bij hen ingekomen aanvragen. Zij zijn bevoegd een onderzoek in te stellen hetzij zelf, of door één hunner leden, hetzij door een controleur, bij welk onderzoek elke veehouder, handelaar, organisatie, provinciale grossier of tusschenpersoon, door wien of door wiens bemiddeling een bestelbiljet of aanvraag is ingediend, ten aanzien daarvan opening van zaken verplicht is te geven. a#tö&ï't? De veevoederbureau's kunnen eene aanvraag en/of een bestelbiljet goedkeuren, wijzigen en zelfs ongeldig verklaren (bijv. indien eene aanvrage of bestelbiljet onduidelijk is, of niet op een der voorgeschreven formulieren behoorlijk ingevuld, dan wel ten behoeve van anderen dan hen voor wie het veevoeder beschikbaar wordt gesteld is ingediend); een en ander met inachtneming van door mij of door de Toewijzingscommissie voor veevoeder te 's Gravenhage gegeven of nader te geven voorschriften. Bij de beoordeeling wordt rekening gehouden met de voor veevoeder aan een veehouder gelaten granen. m 39. 48 3°. De landbouwmaatschappij koopt het bij haar aangevraagde zaaigraan, hetzij van de landbouwers harer provincie, die hun wensch te kennen hebben gegeven om zaaigraan te verkoopen hetzij van de landbouwmaatschappij eener andere provincie. Zij betaalt aan de verkoopers het verschuldigde bedrag en levert het zaaizaad af: a. aan de burgemeesters harer provincie die voor hunne gemeenten zaaizaad hebben gevraagd; b. aan de landbouwmaatschappijen eener andere provincie die het zaad op hare beurt verkoopen aan de burgemeesters harer provincie. De burgemeesters leveren het zaad aan de landbouwers die eene bestelling hebben gedaan tegen kostenden prijs. Deze landbouwers moeten aan het Rijk, voor zoover hun zaaigraan uit eigen oogst is gelaten, eene even groote hoeveelheid graan leveren tegen de gewone prijzen, als hun aan zaaizaad wordt verstrekt. De landbouwmaatschappijen aan wie door mij bij deze de bevoegdheid tót aan- en verkoop van zaaizaad wordt gegeven zijn: voor de provincie Groningen: de Groninger Landbouwbond; voor de provincie Friesland: de Friesehe Maatschappij van Landbouw; voor de provincie Drenthe: het Genootschap tot Bevordering van den Landbouw in Drenthe; voor de provincie Overijssel: de Overijsselsche Landbouwmaatschappij ; voor de provincie Gelderland: de Geldersch-Overijsselsche Maatschappij van Landbouw ; ./-fe. voor de provincie Utrecht: het Genootschap voor Landbouw en Kruidkunde in Utrecht; voor de provincie's Noord- en Zuidholland: de Hollandsche Maatschappij van Landbouw; voor de provincie Zeeland: de Maatschappij tot bevordering van Landbouw en Veeteelt in Zeeland; voor de provincie- Noordbrabant: de Noordbrabantsche Maatschappij van Landbouw; voor de provincie Limburg: de LimburgscheLandbouwbond^ Ter voorkoming van nutteloos vervoer kan onder Uw toezicht plaatselijke ruiling van zaaizaad tegen gebruiksgraan met ver- Nos. 4l_42. 50 verbruik zal moeten worden beschikbaar gesteld * alsmede, dat de bewijzen van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven door de Rijkscommissie van toezicht op de Botervereeniging, op grond van die certificaten, zullen gelden tot Dinsdag 26 September a.s., des voormiddags te 12 uur. 's Gravenhage, 8 September 1916. lEli Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ V. GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 42. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 14 October 1915, Directie van den Landbouw,, n°. 25372, 2de afdeeling, bureau A, laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 24 November 1915, Directie van den Landbouw, n°. 28805, 2de afdeeling, bureau A; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat voor iedere hoeveelheid van 100 volversche kipeieren, waarvoor ingevolge art. 3, sub 2, en art. 4, sub 2, zijner voormelde gewijzigde beschikking consent tot uitvoer wordt afgegeven, voor de dagen 10 tot en met 16 September 1916 eene hoeveelheid van 50 volversche kipeieren beschikbaar moet worden gesteld, overeenkomstig het bepaalde in voormelde artikelen; 2°. dat andere eiersoorten niet beschikbaar behoeven te worden gesteld voor binnenlandsch verbruik, doch met consent mogen worden uitgevoerd; 3°. dat, in afwijking zijner bovengenoemde gewijzigde beschikking van elke 50 eieren, welke voor de sub 1°. genoemde dagen beschikbaar moeten worden gesteld, 30 moeten worden geleverd tegen een prijs van f7,30 per 100 stuks voor levering aan de gemeentebesturen, welke eieren zullen worden gedistribueerd overeenkomstig de bepalingen vastgesteld door het RijksCentraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage en dat voor conserveering geen eieren behoeven te worden gereserveerd. 's Gravenhage, 9 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ V. GlNKEL, P.-S.-G. 51 NoS. 43_44. N°. 43. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op art. 10 van zijne beschikking van 25 April 1916 (Nederlandsche Staatscourant van 25 April 1916, n°. 97), houdende regeling van den uitvoer van varkensvleesch; -•V.-. -' Heeft goedgevonden: het in art. 10 van voornoemde beschikking bedoelde gewichtspercentage voor het tijdvak van 11 tot en met 16 September 1916 onveranderd te laten voor het varkensvleesch en voor worst te bepalen op 125. 's Gravenhage, 9 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ V. GlNKEL, l°.-S.G. N°. 44. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 5 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 21682 *), 6de afdeeling B, houdende bepalingen omtrent eene regeling van het bedrijf van verduurzamen van groenten; Heeft goedgevonden te bepalen: de datum van het in werking treden van bovengenoemde beschikking, vermeld in art. 13, wordt gewijzigd in 18 September 1916. 's Gravenhage, 9 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ V. GlNKEL, l°.-S.-G. i) Zie n». 30, bladz. 37 t/m. 40. Nos. 45_46. 52 BJ. 45. Bij beschikking van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, van 8 September 1916 n°. 1210, afdeeling A.S., is aan den heer mr. M. M. Schim van der Loeffy lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, te Gouda, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als lid der Rijkscommissie van Toezicht op de „Kaasvereeniging", en is benoemd tot lid dier Rijkscommissie de hee> J. W. Albarda, w. L, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, te 's Gravenhage. N°. 46. N°. 72235. • Afdeeling Handel. >„n,„ „ v. „ „ . , ,„,„ s Gravenhage, 9 September 1916. Ik heb de eer u hiernevensx) te doen toekomen mijne beschikking van heden, houdende aanwijzing van artikelen ingevolge artikel 1 van de Distributiewet 1916. Ik voeg hieraan toe, dat deze artikelen verkrijgbaar zullen zijn voor gemeentebesturen, die vóór 24 dezer aan mij zullen hebben opgegeven, welke hoeveelheden zij behoeven. Mocht voor Uwe gemeente door den burgemeester in antwoord op mijne circulaire van 23 Mei 11., n°. 687, afd. A. S., opgave zijn verstrekt, dan zal u kunnen volstaan met naar die opgave te verwijzen, doch ik stel u hierbij in de gelegenheid, die opgave alsnog aan te vullen of te wijzigen. Deze opgave of verwijzing gelieve u te richten tot het Rijks Centraal Administratiekantoor voor de Distributie van Levensmiddelen. Ik herinner u er aan, dat ten gevolge van artikel 1, tweede lid, van de Distributiewet 1916, de gemeentebesturen thans zorg hebben te dragen, dat van de goederen genoemd in mijne hierboven vermelde beschikking, steeds voldoende hoeveelheden in de gemeenten aanwezig en verkrijgbaar zijn, tenzij de gemeentebesturen tijdig aan mij beschikbaarstelling hebben gevraagd en aan deze aanvrage niet of niet geheel is kunnen worden voldaan. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. i) Zie n°. 47, bladz. 63. 53 N°. 47. N°. 47. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, te bepalen, dat door hem worden aangewezen, overeenkomstig artikel 1 van de Distributiewet 1916, de na te noemen artikelen. A. Levensmiddelen. 1. Ongebuild tarwemeel, voor zoover dit dient voor het bakken van Regeeringsbruinbrood. 2. Rogge, voor zoover deze dient voor het bakken van Regeeringsroggebrood. 3. Aardappelen, t. w. Eigenheimers, Groninger Kroonen, Roode Stars en daarmede door den Minister gelijk te *.^**ïi stellen soorten. 4. Groenten, t. w. de volgende stapelgroenten: . roode kool, gele kool, uien, Friesehe peen, Flakkeesche of Hillegomsche peen, knolrapen, en de volgende vatgroenten: Pronksnijboonen, enkele en dubbele sperzieboonen, zuurkool, andijvie. 5. Peulvruchten, t. w. bruine boonen en groene erwten. 6. Rundvet. 7. Spek, t. w. inlandsch en Amerikaansch. 8. Varkensvleesch. 9. Rijst, (t. w. Voorloop Rangoon of Bassein). 10. Gort (gewone soort). 11. Havermout (Inlandsche of Amerikaansche). 12. Margarine (t. w. normaal-margarine). 13. Boter. 14. Kaas, t. w. de soorten, genoemd in de lijst van maximumprijzen voor de maand September 1916. 15. Eieren. 16. Melk. 17. Suiker. 18. Zeevisch. Nos. 47_48. 54 B. Brandstoffen. 19. Turf. C. Huishoudelijke artikelen. 20. Zachte zeep (groene of gele). ;ïÉ*%f 's Gravenhage, 9 September 1916." De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. 48. . De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt bekend, dat ingevolge art. 8, 3de lid, der Distributiewet 1916, door hem voor natte pulp, gedroogde pulp en suikerpulp de navolgende maximumprijzen zijn vastgesteld: a. voor. natte pulp:. f 4.50 per 1000 K.G. op voertuig aan defabriek. f 4.50 per 1000 K.G. aan bietencontractanten, boven de 50 pet. met retourvracht voor rekening der koopers. f 4.50 per K.G. vletwerk op de binnenrivieren en rondom de fabrieken, met vracht voor rekening der koopers. f 5.75 per 1000 K.G. groote vaart „Holland", franco voor den wal. f 5.75 per 1000 K.G. plus 15 cent extra onkosten als van ouds, op,Rotte, en Leidsche Vliet, franco voor den wal. alles onder waarborg van voldoend gewicht en van voldoende qualiteit (maximum 66 pet. van het bietengewicht); b. voor gedroogde pulp f 10.50 per 100 KG. gewone condities; c. voor suikerpulp, met ten minste 30 . pet. suiker, f 14 per 100 KG. gewone condities. Voorts is door hem ingevolge artikel 8, le lid, van voormelde wet, de navolgende distributieregeling vastgesteld. De fabrikanten zullen bij de aflevering der pulp den voorrang verleenen aan melkveehouders, die melk voor consumptie leveren, alsmede aan producenten van bieten, die voor geleverde bieten pulp 00 Nos. 48—49. terugontvangen, en zullen aan gemelde categorieën geen grooter hoeveelheden pulp afleveren dan redelijkerwijze geacht kan worden voor hun eigen bedrijf noodig te zijn. Eerst wanneer in de behoeften aan pulp bij gemelde categorieën voorzien zal zijn, zullen andere personen voor het ontvangen van pulp in aanmerking komen. De aandacht wordt er op gevestigd, dat overtreding van het hiervoren bepaalde ingevolge art. 12 der Distributiewet strafbaar is met mogelijkheid van verbeurdverklaring der goederen, en dat aan de gestelde strafbepalingen streng de hand zal worden gehouden. 's-Gravenhage, 11 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 49. E°. 315/13. Centraie^rood- 's Gravenhage, 11 September 1916. commissie. Ik heb de eer ü mede te deelen, dat, evenals dit volgens mijne circulaire n°. 23553/8tns 3) van 29 Augustus 1916 met rogge mogelijk is, aan landbouwers of anderen, die gewoon zijn hun eigen tarwebrood te bakken, eene hoeveelheid tarwe kan worden gelaten, noodig voor het bakken van deze broodsoort voor zich en hun gezin. Zij zijn dan van het verkrijgen van brood(meel)kaarten en van rogge om daarvan zelf brood te bakken uitgesloten. De hoeveelheid tarwe, welke hun zal kunnen worden toegewezen, bedraagt 1 tot l1/» H.L. per jaar voor ieder gezinslid boven de twee jaar, welke hoeveelheid is te bepalen in overleg met de Provinciale _ Broodcommissie naar mate van de plaatselijke omstandigheden. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. i) Zie n°. 20, bladz. 25. 57 N° 50. d. voor den uitvoer van enkele spersieboonen: enkele spersieboomen; e. voor den uitvoer van andere soorten spersieboonen: enkele of dubbele spersieboonen. Artikel IV. De beschikbaar te stellen vaten boonen moeten gemidddelcï inhouden hetzelfde netto uitleverend gewicht als die voor den uitvoer waarvan zij worden beschikbaar gesteld. De beschikbaar te stellen vaten boonen moeten zijn van prima qualiteit en afkomstig uit fabrieken of inmakerijen, welke, naar het oordeel van het bestuur der Vereeniging „Groenten-Centrale", den waarborg bieden, dat bij de behandeling de boonen vóór, tijdens en na het inzouten de vereischte reinheid .en zindelijkheid betracht zijn. Artikel V. Nadat de beschikbaar gestelde boonen goedgekeurd zijn, zullen de vaten door voornoemd bestuur worden gemerkt en verzegeld. De exporteurs, door wie de boonen zijn beschikbaar gesteld, verliezen van af het tijdstip, waarop die beschikbaarstelling plaats had, elke beschikking over de gemerkte en verzegelde vaten boonen. Zij zijn gehouden er voor te zorgen, dat deze in denzelfden staat blijven en dezelve op eerste aanmaning van voormeld bestuur, geheel of in gedeelten, behoorlijk voor aflevering gereed gemaakt, franco boot of spoor te leveren, een en ander naar genoegen van voormeld bestuur. Artikel VI. Voor de beschikbaar te stellen gezouten boonen zullen, na aflevering, de navolgende prijzen worden vergoed: * Voor alle soorten snijboonen en" dubbele spersieboonen IS cent per K.G.; voor enkele spersieboonen 15 cent per K.G. Met kilogram wordt bedoeld kilogram netto uitleverend gewicht. De okshoofden en tiercés, waarin de boonen worden beschikbaar gesteld, zullen worden betaald met respectievelijk f 5 en f 4,50. 's Gravenhage, 12 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. Nos. 51—53. 58 N°. 51. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 19 Augustus 1916, Directie van den Landbouw, n°. 20583, 2de afdeeling; Heeft goedgevonden: met wijziging van punt 3 zijner voormelde beschikking te bepalen, dat met ingang, van 12 September 1916 consenten voor den uitvoer van oude hennen slechts worden uitgereikt aan die exporteurs, die van af 25 Juli 1916 levende jonge hanen hebben uitgevoerd, en wel in dien zin, dat voor elk tweetal jonge hanen, dat is uitgevoerd, een drietal oude hennen zal kunnen worden geëxporteerd op de in zijne voormelde beschikking genoemde voorwaarden. \* :)i-Slf'< 's Gravenhage, 12 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ V. GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 52. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel: Gelet op zijne beschikking van 24 Juli 1916, Directie van den Landbouw, n°. 18995, 2de afdeeling; Heeft goedgevonden": met wijziging van punt 1 zijner voormelde beschikking, het minimum gewicht van levende jonge hanen, waarvoor consent tot uitvoer kan worden verleend, te bepalen op zeven ons. " 's Gravenhage, 12 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVES V. GlNKEL, l". S.-G.- 59 53. ■ N°. ■ 53. N°. 64607. Afdeeling Handel. 's Gravenhage, 12 September 1916. Ik heb de eer u te berichten, dat door mij overwogen is in hoeverre het noodig en wenschelijk zou zijn krachtens de bepalingen der Distributiewet 1916 (Staatsblad n°. 416), regelen vast te stellen ten einde te verzekeren, dat voldoende voorraden brandstoffen in het aanstaande winterseizoen beschikbaar zijn en eene regelmatige distributie daarvan kan plaats vinden. Vooralsnog bestaat er naar mijne meening geene aanleiding óm tot dergelijke maatregelen over te gaan, aangezien de regeling, welke ter zake reeds' getroffen is door de Rijkskolendistributie, een voldoenden aanvoer en distributie van brandstoffen in genoegzame mate verzekert. De door de Rijkskolendistributie getroffen regeling komt in hoofdzaak hierop neer, dat de geheele productie van brandstoffen hier te lande, zoowel als de hoeveelheden welke uit Duitschland, België en Engeland worden ingevoerd, worden gedistribueerd onder controle van de Rijkskolendistributie. Vaste prijzen zijn voor het halfjaar 1 April—1 October 1916 vastgesteld voor de groot-industrie, waaronder te verstaan zijn de verbruikers van meer dan 500 ton per jaar, en voor de kleinindustrie, gevormd door de overige industrieele verbruikers. Alleen voor' de Belgische kolen gelden voor de maanden Augustus en September hooger prijzen.' Voor de anthraciet zijn, wat betreft de Limburgsche en Duitsche kolen, prijzen vastgesteld voor het geheele jaar 1 April 1916—1 April 1917. Ditzelfde geldt voor de eierbriketten uit Limburg en Duitschland en voor de Limburgsche kachelkolen. Voor Duitsche kachelkolen gelden de prijzen* voor het halfjaar 1 April—1 October 1916, terwijl voor Belgische huisbrandkolen de prijzen voor de maanden Augustus en September verhoogd zijn. Aan den groothandel is eene bepaalde winstmarge toegestaan, zijnde f 6 voor anthraciet en f 5 voor kachelkolen per 10 ton, = 10 000 K.G. Aan de Rijkskolendistributie is derhalve nauwkeurig bekend voor welken prijs de brandstoffen beschikbaar worden gesteld voor de detaillisten in brandstoffen. De toebedeeling der voorradige hoeveelheden aan kleinhandelaren is over het geheele land geschied op de basis van de N°. 53. 60 door hen over het jaar 1913—1914 afgenomen hoeveelheden. Door de regeling, welke alle importeurs en producenten met de Eijkskolehdistributie hebben getroffen, is het deze mogelijk te allen tijde na te gaan, hoeveel brandstoffen aan iederen kleinhandelaar zijn afgeleverd. Dank zij deze regeling is het mogelijk om, indien mocht blijken, dat in de eene streek, in verhouding tot de andere, te veel of te weinig brandstoffen voorradig mochten zijn, dit te veel of te weinig door eene gewijzigde distributie te egaliseeren. Naar het mij voorkomt, is aldus met instandhouding van den groot- en den kleinhandel èene behoorlijke distributie van steenkolen verzekerd, mits alle belanghebbenden zich blijven houden aan de regels waartoe zij bij contract gebonden zijn. Ik twijfel er niet aan, dat dit ook inderdaad het geval zal zijn, en acht, in verband hiermede, verder ingrijpen mijnerzijds vooralsnog onnoodig. Met name acht ik de vaststelling van maximumprijzen voor steenkolen ongewenscht, aangezien deze in de practijk vele moeilijkheden zou opleveren, voornamelijk ten gevolge van plaatselijk soms zeer verschillende omstandigheden, transportkosten, enz., die aanleiding geven, dat de prijzen voor steenkolen in verschillende gemeenten ook in gewone omstandigheden sterk uiteenloopen. Mocht echter blijken, dat in uwe gemeente met voldoende hoeveelheden steenkolen aanwezig zijn, respeetievelijk aangevoerd worden, of dat door kleinhandelaren onredelijk hooge prijzen voor hunne artikelen in rekening worden gebracht, dan verdient het aanbeveling, dat van een en ander uwerzijds onverwijld mededeeling wordt gedaan aan den directeur der Rijkskolendistributie, Javastraat 44, 's-Gravenhage, die dan de noodige maatregelen kan treffen, opdat, hetzij het tekort aan brandstoffen worde aangevuld, hetzij brandstoffen tegen matigen prijs te uwer beschikking worden gesteld. Ten einde u een overzicht te verstrekken van den loop der steenkolenprijzen over de laatste jaren zij het volgende opgemerkt: Een ter zake ingesteld onderzoek heeft tot resultaat gehad, dat mag worden aangenomen, dat per H.L. franco aan huis bezorgd gekost heeft: a. in de winters 1912/13 en 1913/14: Limburgsche en Duitsche Anthraciet f l,5s> Belgische Anthraciet » Eierbriketten » 1'10 Nos. 53—55. 62 uwerzijds de noodige maatregelen zijn getroffen, opdat voldoende hoeveelheden van deze brandstof tegen matigen prijs in de gemeente verkrijgbaar zijn. ; Intusschen zal ik, indien ten uwent eene dergelijke fabriek bestaat, gaarne vernemen, welke regelen zijn- vastgesteld m zake den verkoop der cokes en welke prijzen thans voor het product in rekening worden gebracht. Ten aanzien' van turf verwijs ik u naar mijne circulaires van 25 Augustus j.1., respectievelijk rif»> 63164 en 64702 % Afdeeling Handel. |3PI* De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. 54. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden in te stellen eene Rijkscommissie van Toezicht als bedoeld in artikel 6 der bij Koninklijk besluit van 9 September 1916 n°. 76 goedgekeurde statuten van de vereeniging „Zaad-Centrale" gevestigd te 's Gravenhage en tot leden dier commissie te benoemen: A. J. A. Gilissen, lid van de Eerste Kamer der StatenGeneraal, te Rotterdam; dr. B. D. Eerdmans, lid van de Tweede-Kamer der StatenGeneraal, te Leiden, en Th. J. Mansholt, Rijkslandbouwleeraar in algemeenen dienst te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 13 September 1916. De Minister voornoemd, .'tf" Posthuma. . N°. 55. De Minister van .Landbouw, Nijverheid en Handel maakt bekend, dat, met ingang van 15 September e. k., is besloten: 1 den prijs vantarwebloem (gebuild, inlandsch, uitsluitend één soort) te'stellen op f 20,75 per 100 kilogram; i) Zie n°. 3, 6 en 7, bladz. i t/m. 17. 63 N08. 55—56. 2. den prijs van tarwemeel (ongebuild) te stellen op f 18,90 per 100 kilogram; 3. dat de onder 1 en 2 vastgestelde prijzen zijn netto-contant, af fabriek of molen voor bakkers en dergelijke verbruikers en dat aan tusschenpersonen op verzoek eene reductie moet worden toegekend, als is aangegeven in zijne circulaire van 23 Maart 1915, n°. 12001/6. 4. den maximum prijs voor brood vast te stellen per kilogram contant, afgehaald van bakkerij of winkel voor: a. gebuild tarwe-waterbrood op 24^- cent. b. gebuild tarwe-waterbrood gebakken onder rabbinaal toezicht op 25J- cent, (de prijzen van de andere soorten gebuild tarwebrood naar evenredigheid); c. ' ongebuild tarwebrood (bruinbrood) op 22 cent. 's Gravenhage, 13 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 56. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien art. 6 en art. 15 van de Distributiewet 1916; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat vóór 1 October 1916 verboden is de verwerking en het drogen van geelvleezige aardappelen; 2°. dat na 1 October 1916 de verwerking en het drogen van geelvleezige aardappelen alleen zal kunnen geschieden ten aanzien van partijen, voor welker verwerking of droging door hem toestemming is verleend; 3°. dat alle geelvleezige aardappelen zullen worden beschouwd als eetaardappelen. Partijen dezer aardappelen niet voor gebruik van den eigenaar of zijn gezin bestemd, moeien overeenkomstig art. 15 der Distributiewet zoodanig worden bewaard, dat zij onder normale omstandigheden niet ontijdig tot bederf overgaan, of als eetaardappelen ongeschikt worden. 's Gravenhage, 13 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. 65 NoS- 59—60. De sub I genoemde fabrikanten en molenaars zullen voor zoover zij dit wenschen en voor zoover de voorraad dit toelaat, inlandsche tarwe kunnen ontvangen in plaats van de door hen te ontvangen buitenlandsche tarwe. Zij hebben-hunne wenschen dienaangaande kenbaar temaken aan van Stolk's Commissiehandel, te Botterdam. De sub II genoemde fabrikanten, molenaars en bakkers richten hunne aanvragen, vermeldende de hoeveelheid die zij per maand wenschen te ontvangen, door bemiddeling van een erkenden handelaar of tusschenpersoon (aan wien f 0,05 per 100 K.G. door de koopers moet worden uitgekeerd) aan van Stolk's Commissiehandel te Botterdam. Deze hoeveelheden mogen niet grooter zijn dan den gemiddelden maandelijkschen omzet gedurende de eerste zeven maanden van het jaar 1914. De prijs der tarwe, welke wordt gesteld vrij boord of lichterovername, opslagplaats der Provinciale Brood-Commissie, wordt aan van Stolk's Commissiehandel voldaan en bedraagt tot nader bekendmaking f 426 per last. De tarwe zal onder door de Regeering te stellen voorwaarden moeten worden vermalen. Verkoop aan anderen is niet toegestaan. Het meel mag slechts voor menschelijk verbruik worden verkocht tegen door de Regeering bepaalde prijzen. Bij eventueele overtreding zal de fabrikant of molenaar van de ontvangst van tarwe uitgesloten worden. 's Gravenhage, 16 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 60. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Heeft goedgevodden: te bepalen, dat gedurende de week van 17 tot 24 September 1916 voor 40 pet. der boterproductie certificaten van uitvoer ■zullen worden verleend en 60 pet. voor het binnenlandsch verbruik zal moeten worden beschikbaar gesteld, alsmede, dat de bewijzen van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven 5 Nos. 60—61. 66 door de Rijkscommissie van toezicht op de Botervereeniging, op grond van die certificaten, zullen gelden tot Dinsdag 3 October a.s., des voormiddags te 12 uur. 's Gravenhage, 16 September 1916. Voor den Minister, De Secretarisgeneraal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 61. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 14 October 1915, Directie van den Landbouw, n°. 25372, 2de afdeeling, bureau A, laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 24 November 1915, Directie van den Landbouw, n°. 28895, 2de afdeeling, bureau A; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat voor iedere hoeveelheid van 100 volversche kipeieren, waarvoor ingevolge art. 3, sub 2, en art. 4, sub 2, zijner voormelde gewijzigde beschikking consent tot uitvoer wordt afgegeven, voor de dagen 17 tot en met 23 September 191J3 eene hoeveelheid van 50 volversche kipeieieren beschikbaar moet worden gesteld, overeenkomstig het bepaalde in voormelde artikelen; 2°. dat andere eiersoorten niet beschikbaar behoeven te worden gesteld voor binnenlandsch verbruik; 3°. dat, in afwijking zijner voormelde gewijzigde beschikking van elke 50 eieren, welke voor de sub 1°. genoemde dagen beschikbaar moeten worden gesteld, 20 moeten worden geleverd tegen een prijs van f 7,80 per 100 stuks voor levering aan de gemeentebesturen, welke eieren zullen worden gedistribueerd overeenkomstig de bepalingen vastgesteld door het RijksCentraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 16 September 1916 Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G. 67 N». 62—64. N°. 62. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op de artt. 7 en 10 van zijne beschikking van 25 April 1916 (Nederlandsche Staatscourant van 25 Aprii 1916, n°. 97), houdende regeling van den uitvoer van varkensvleesch ; Heeft goedgevonden: den duur der periode, welke bij beschikking van 19 Augustus 1916, n°. 1729, was bepaald van 21 Augustus tot en met 15 September 1916, te verlengen tot 80 September a.s., onder handhaving van het in de aangehaalde beschikking vastgestelde gewichtspercentage. 's Gravenhage, 16 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 63. De Minister van. Landbouw, Nijverheid en Handel maakt, ingevolge zijne circulaire n°. 23.651/8 bisJ), van 25 Augustus 1916, bekend, dat van Maandag 18 September e.k. tot en met Zaterdag 23 September d.a.v. de prijs van maïs, uitsluitend bestemd om aan gemeentebesturen te worden verstrekt voor ruiling tegen rogge van den oogst 1916, bedraagt: voor la Plata, zoowel als voor Amerikaansche mixed maïs f 235 per last van 2000 K.G. of f 8,225 per 70 K.G., uitsluitend te Rotterdam te ontvangen. 's Gravenhage, 18 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 64. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien het' Koninklijk besluit van 6 October 1915 (Staatsblad n°. 422), houdende verbod van uitvoer van alle kool, van alle soorten van snijboonen, van spersieboonen, van. Heinrich's Riesenboonen, van uien, van alle peensoorten, voor zoover niet reeds verboden, en van kroten; i) Zie n°. 8, bladz. 18. 69 N°. 65. Teneinde de landbouwers era handelaren in staat te stellen rogge, tarwe, gerst en haver voor den zaai geschikt te koopen of te verkoopen is door mij het volgende bepaald: , 1°. Het graan voor den zaai geschikt, behoeft tot 15 December e.k. door U niet te worden gevorderd. Hieronder worden begrepen herfst-zaaizaden, terwijl de voorj'aars-zaaizaden tot 1 April e.k. niet behoeven te worden gevorderd. Onder zaaigraan wordt verstaan zaad van gewassen, die vanwege de Landbouw-Maatschappij en van Uwe provincie te velde als voor den zaai geschikt zijn goedgekeurd, verder ook het zaad van uitnemende kwaliteit ter beoordeeling van den Rijkslundbouwleeraar of personen van zijnentwege aangewezen. De landbouwers, die het door hen geteelde era de handelaren, die het door hen gekochte zaad als zaaizaad wenschen te verkoopen, moeten opgave doen van de soorten en de hoeveelheden, die zij daarvoor beschikbaar hebben. Deze opgave moet door hen worden verstrekt zoowel aan de Burgemeesters hunner woonplaats als aan de LandbouwMaatschappij hunner Provincie, aan wie de in deze circulaire bedoelde bevoegdheid tot aan- en verkoop is verleend. 2°. Landbouwers en handelaren, die zaaizaad wenschen te koopen, moeten aan de Burgemeesters hunner woonplaats opgave doen van de soort en de hoeveelheid, die zij door hunne bemiddeling wenschen te betrekken van de LandbouwMaatschappij hunner Provincie, eventueel ook van den naam van den teler of handelaar van wien het graan afkomstig moet zijn. De Burgemeesters vragen de voor hunne gemeenten benoodigde hoeveelheid onder opgave van soort en andere bijzonderheden aan bij de Landbouw-Maatschappij hunner Provincie. 3°. De Landbouw-Maatschappij koopt het bij haar aangevraagde zaaigraan, hetzij van de landbouwers of handelaren harer provincie, die hun wensch te kennen hebben gegeven om zaaigraan te verkoopen, hetzij van de LandbouwMaatschappij eener andere Provincie. Zij betaalt aan de verkoopers het verschuldigde bedrag en levert het zaaizaad af; a. Aan de Burgemeesters harer Provincie, die voor hunne gemeenten zaaizaad hebben gevraagd. b. Aan de Landbouw-Maatschappij en eener andere Provincie, die het zaad op hare beurt verkoopen aan de burgemeesters harer provincie. De Burgemeesters leveren het zaad aan de landbouwers. 71 Nos. 65—66. Als zaaigraan-handelaar kan optreden hij, die als zoodanig door de Provinciale Brood-Commissie zijner provincie is erkend, op grond van het feit, dat hij zijn geregeld bedrijf maakt van den handel in zaaigraan. Na afloop van de onder 1°. genoemde termijnen leveren de landbouwers en handelaren de niet verkochte zaaizaden onder overlegging van de noodige bescheiden af aan de Burgemeesters hunner woonplaats tegen de prijzen, vastgesteld in mijne circulaire van 27 Juli j.l. n°. 21993/8bis. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. 66. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel brengt ter algemeene kennis, dat ingevolge art. 5 van de Distributiewet 1916 door een ieder die anders dan voor gebruik door hem zelf of zijn gezin varkens bezit, aan den burgemeester van de gemeente waar de varkens zich bevinden, heeft op te geven het aantal van de op 30 September a. s. bij hem in het bezit zijnde varkens, gespecificeerd-als volgt: a. biggen beneden 6 weken; ö. fokvarkens (hieronder moeten alleen gerekend worden gedekte zeugen, zeugen met biggen — deze laatste echter onder de biggen te tellen — afgezoogde zeugen, voor zoover men ermede wenscht door te fokken, en fokbeeren); c. loopvarkens; d. mestvarkens beneden 50 K.G. getaxeerd slachtgewicht; e. mestvarkens boven 50 K.G. getaxeerd slachtgewicht. Onder verwijzing naar art. 5 der Distributiewet 1916, wordt de bijzondere aandacht er op gevestigd, dat ingevolge art. 10 van genoemde wet het niet doen van opgaven of het onjuist opgeven strafbaar is met mogelijkheid van verbeurdverklaring der goederen. 's Gravenhage, 19 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. 73 Nos. .67—68. Eenerzijds toch lijkt het mij in het belang der centrumgemeenten, dat zij zorg dragen zich als zoodanig te handhaven, terwijl anderzijds voor de omliggende gemeenten het in voorraad houden van de bij art. 1 aangegeven artikelen eigenaardige bezwaren kan medebrengen. Eene schikking ter zake bovengenoemd lijkt mij derhalve voor beide partijen gewenscht. Mocht echter eene centrum-gemeente het noodig oordeelen krachtens eene verordening, welke zij volgens art. 8, sub 4, der Distributiewet 1916 kan ontwerpen, den uitvoer van de levensmiddelen bovenbedoeld uit hare gemeente te verbieden, dan zal, nadat mij gebleken is dat overleg heeft plaats gehad, eenerzijds door mij aan zulk eene verordening de goedkeuring niet worden onthouden, anderzijds zal aan omliggende gemeenten dan ook de plicht worden opgelegd tot het organi. seeren van eene eigen levensmiddelenvoorziening. Ook om deze redenen meen ik niet genoeg op onderling overleg in deze bij gemeentebesturen te kunnen aandringen. Ten slotte zij u medegedeeld, dat ik van oordeel ben, dat niet anders dan in de uiterste noodzakelijkheid moet worden overgegaan tot het inrichten van gemeentewinkels en tot rechtstreeksche distributie van gemeentewege. De grossiers en winkelstand dienen zooveel mogelijk de plaats te behouden, welke zij in normale, tijden innemen. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. 68. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden in te stellen eene Rijkscommissie van Toezicht als bedoeld in art. 6 der bij Koninklijk besluit van 19 September 1916 n°. 30 goedgekeurde statuten van de Vereeniging „Fruit Centrale", gevestigd te 's Gravenhage en tot leden dier commissie te benoemen de heeren: K. Czn. de Boer, lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, te Assendelft; mr. V. H. Rutgers, lid van de Tweede Kamer der StatenGeneraal, te Boskoop; Nos. 68—70. 74 J. H. A. Schaper, lid van de Tweede Kamer der StatenGeneraal, te Rijswijk (Z.-H.); C. van Lennep, secretaris van den Nederlandschen Tuinbouwraad, te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 21 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 69. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt bekend, dat voor de granen en veevoederartikelen, die in de maand September worden toegewezen, de volgende prijzen zijn vastgesteld: voor voertarwe f 426 per last van 2400 K.G. {Voer 18 „ ) „ gerst-buitenlandsche l Canada 19 „ > 100 „ (Brouw 20 „ ) „ buitenlandsche voerhaver 18 „ 100 „ „ lijnkoeken 180 „ 1000 „ basis onbepaalde merken, van La Platazaad geslagen, bepaalde merken en soorten, ook schilfers naar de gewone verhouding. 's Gravenhage, 21 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 70. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, stelt ingevolge art. 8 der Distributiewet 1916, voor maïs de volgende maximumprijzen in den kleinhandel vast : voor La-Plata-maïs: ongemalen f 15 per 100 K.G.; gemalen f 15,50 per 100 K.G.;. 75 N*.-70—72. voor mixed en Indische maïs: ongemalen f 15,50 per 100 K.G.; gemalen f 16 per 100 K.G.; afgehaald van magazijn of winkel van den verkooper^ - Hiermede zijn vervallen de prijzen vastgesteld bij zijne circulaire van 10 Juli 1916, n°. 18329/35. 's Gravenhage, 21 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 71. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt bekend, dat exporteurs, die voor de verpakking van goederen gebruik maken van jute-emballage, zich voor het verkrijgen van uitvoervergunningen voor die emballage dienen te wenden tot de Nijverheidscommissie, Mauritskade 43, te 's Gravenhage, ook al wordt voor de artikelen, welke aldus ingepakt uitgevoerd zullen worden, de benoodige vergunning door ee.ne andere commissie uitgereikt. 's Gravenhage, 21 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ V. GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 72. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt, ingevolge zijne circulaire n°. 23651 /8bisx) van 25 Augustus 1916, bekend, dat van Maandag 25 September e. k. tot en met Zaterdag 30 September d.a.v. de prijs van maïs, uitsluitend bestemd om aan gemeentebesturen te worden verstrekt voor ruiling tegen rogge van den oogst 1916, bedraagt: zoowel voor la Plata, als voor Amerikaansche mixed maïs f 235 per last van 2000 K.G. of f 8,225 per 70 K.G. uitsluitend te Rotterdam te ontvangen. 's Gravenhage, 22 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. i) Zie 11". S. bladz. 18. 79 Hos. 76—78. worde uitgevaardigd, waarbij wordt bepaald, dat de verbouw van bruin en geel mosterdzaad, kanariezaad, karwijzaad, blauwmaanzaad, spinazièzaad, vlas, suikerbieten en zaaiuien door voornoemden Minister kan worden verboden, beperkt of niet dan voorwaardelijk toegestaan. Voorts ligt het in de bedoeling de teelt dezer gewassen zoo noodig te beperken tot den omvang, welke zij gemiddeld in de jaren 1913, 1914 en 1915 hadden. Den landbouwers wordt aanbevolen hiermede bij het opmaken van hun bouwplan voor het jaar 1917 rekening te houden. N°. 77. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, brengt, ter algemeene kennis, dat de opgave volgens zijne beschikking dd. 19 dezer,J) door een ieder, die anders dan voor gebruik door hemzelf of zijn gezin varkens bezit, te doen van het op 30 September bij hem in bezit zijnde aantal varkens, uiterlijk op 5 October a.s. bij den burgemeester der gemeente, waar de varkens zich bevinden, moeten zijn ingekomen. Onder verwijzing naar artikel 5 der Distributiewet 1916, wordt de bijzondere aandacht erop gevestigd,"dat ingevolge artikel 10 van genoemde wet het niet doen van opgave of het onjuist opgeven strafbaar is met de mogelijkheid van verbeurdverklaring der goederen. 's-Gravenhage, 23 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 78. N°. 76924. Afdeeling Handel. 's Gravenhage, 22 September 1916. Onder verwijzing naar mijne circulaire van 1 dezer N°. 69500,2) Afdeeling Handel, betreffende maximumprijzen heb ik de eer 1) Zie n°. 66, bladz. 71. 2) Zie n°. 28, bladz. 27/29. Nos. 78—79. 80 u te berichten, dat de maximumprijzen voor rijst thans door mij zijn vastgesteld als volgt: IN DEN GROOTHANDEL: Rijst (grofmiddel Bassein &/of Rangoon) le-handcondities per 50 K.G f 14,50 Rijst (voorloop Bassein &/of Rangoon) le-hand-condities per 50 K.G • • • » 15,25 Rijst (grof voorloop Bassein &/of Rangoon) le-handcondities » 15,75 IN DEN KLEINHANDEL: Rijst (grofmiddel Bassein &/of Rangoon) le-hand- condities per | K.G • 18 ct. Rijst (voorloop Bassein &/of Rangoon) le-hand-con- dities per £ K.G. • ■ ' • • K•• • 19 ct. Rijst (grof voorloop Bassein &/of Rangoon) le-hand- condities per J K.G 20 ct. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. 79. De Minister van Landbouw Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 14 October 1915, Directie van den Landbouw, n°. 25372, 2de afdeeling, bureau A, laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 24 November 1915, Directie van den Landbouw, n°. 28895, 2de afdeeling, bureau A; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat voor iedere hoeveelheid van 100 volversche kipeieren, waarvoor ingevolge art. 3, sub 2, en art. 4, sub 2, zijner voormelde gewijzigde beschikking consent tot uitvoer wordt afgegeven, voor de dagen 24 tot en met 30 September 1916 eene hoeveelheid van 50 volversche kipeieren beschikbaar moet worden gesteld, overeenkomstig het bepaalde in voormelde artikelen; 2°. dat andere eiersoorten niet beschikbaar behoeven te worden gesteld voor binnenlandsch verbruik; 81 Nos. 79_81. 3°. dat, in afwijking zijner voormelde gewijzigde beschikking van elke 50 eieren, welke voor de sub 1°. genoemde dagen beschikbaar moeten worden gesteld, 25 moeten worden geleverd tegen een prijs van f8,30 per 100 stuks voor levering aan de gemeentebesturen, welke eieren zullen worden gedistribueerd overeenkomstig de bepalingen vastgesteld door het RijksCentraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 23 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 80. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Heeft goedgevonden: te bepalen, dat gedurende de week van 24 September tot 1 October 1916 voor 35 pet. der boterproductie certificaten van uitvoer zullen worden verleend en 65 pet. voor het binnenlandsch verbruik zal moeten worden beschikbaar gesteld, alsmede, dat de bewijzen van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven door de Rijkscommissie • van toezicht op de Botervereeniging, op grond van die certifikaten, zullen gelden tot Dinsdag 10 October a. s., des voormiddags te 12 uur. 's Gravenhage, 23 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G. N°. De Minister van Landbouw, Gezien zijne beschikking van den Landbouw, n°. 21246, 6de 81. Nijverheid en Handel; 21 Augustus 1916, Directie van afdeeling B, en van 25 Augustus 83 Nos. 83—84. N°. 83. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel brengt ter kennis van belanghebbenden: 1°. dat de vrije uitvoer van caseïne in poedervorm met ingang van 24 dezer niet meer wordt toegelaten; 2°. dat, met ingang van genoemden datum, de gelegenheid wordt geopend op beperkte schaal caseïne in poedervorm uit te voeren en daartoe door de Rijkscommissie van Toezicht op de Vereeniging van Fabrieken van melkproducten, onder inachtneming van de daarvoor geldende bepalingen, consenten tot uitvoer van caseïne in poedervorm zullen kunnen worden afgegeven aan die fabrieken, alwaar de bereiding van caseïne reeds vóór 1 Augustus 1914 een onderdeel van het bedrijf vormde; 3°. dat bij de vaststelling van de hoeveelheid waarvoor aan de sub 2°. bedoelde fabrieken consenten worden verleend, geen consenten zullen worden afgegeven tot grootere hoeveelheid dan de productie in normale jaren, onder inachtneming van eene normale uitbreiding van het betrokken bedrijf. 's Gravenhage, 23 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 84. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel: Gezien het Koninklijk besluit van 2 September 1916 (Staatsblad n°. 430), houdende verbod van uitvoer van appelen en peren, ook in verduurzaamden toestand; Gezien zijne beschikking van 22 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 23002, 6de afdeeling B}) houdende bepalingen omtrent het verleenen van uitvoerconsenten voor bepaalde partijen appelen en peren; Heeft goedgevonden te bepalen: I. Als soorten appelen en peren, waarvoor overeenkomstig art. I van bovengenoemde beschikking geen consenten zullen i) Zie n». 75, bladz. 77. No. 84. 84 worden afgegeven, worden aangewezen alle soorten van zoete appelen en alle soorten stoofperen. JT/, * II. het percentage der aanvoeren ter veiling dat overeenkomstig het bepaalde sub III van meergenoemde beschikking voor het binnenland moet worden geveild, wordt tot nadere beschikking vastgesteld als volgt: voor zure appelen op 40 pet.; S^Jt voor maagdeperen op 40 pet.; III. Handperen met uitzondering van maagdeperen mogen geheel voor het buitenland worden geveild. IV. Appelen en peren, van alïè soorten, met uitzondering van maagdeperen, waarvan ten genoegen der Rijkscommissie van Toezicht wordt aangetoond, dat zij bij de uitvaardiging van het betreffende uitvoerverbod reeds geplukt waren, mogen voor 100 pet. voor het buitenland worden geveild, onder voorwaarde, dat voor elke 60 K.G. waarvoor consent wordt gevraagd,- ten genoegen der Fruitcentrale 40 K.G. appelen van de soorten zure Bellefleur, Dubbele Goudrenette, Sterappel, Court Pendu of Rabauw, in prima bewaarbare qualiteit beschikbaar zullen worden gehouden, welke appelen zijn aan te koopen uit het voor het buitenland te veilen gedeelte. V. Als plaatsen waar inlading van appelen en peren onder ambtelijk toezicht kan plaats vinden, worden aangewezen: Amsterdam, Arnhem, Barendrecht, Beek-Elsloo, Bergen op Zoom, Oud-Beijerland, Bovencarspel, Breda, Brielle, Bunde, Culemborg, Cuyk, Deventer, Dordrecht, Drunen, Eist, Enkhuizen, Eysden, Geldermalseu, Goes, 's Gravenzande, Groningen, den Haag, Harlingen, Hoek van Holland, Honselersdijk, Hoofddorp, Hoorn, Kapelle-Biezelinge, Kesteren, Krabbendijke, Kruiningen, Leeuwarden, Loppersum, Maasland, Maastricht, Middelburg, Monster, Naaldwijk, Terneuzen, Nijmegen, Oldenzaal, Olst, Oostburg, Poeldijk, Purmerend, Roermond, Rotterdam, Sittard, Tiel, Utrecht, Valkenburg, Venlo, Vlissingen, Vlijmen, Wageningen, Westerlee, "Winschoten, Zaltbommel, ZettenAndelst, Zutfen, Zwaag en Zwijndrecht. 's Gravenhage, 23 September 1916. Sgéj Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G. 86 N°. 85. N°. 85. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt bekend, dat voor de mouters eene zekere hoeveelheid inlandsche en/of buitenlandsche gerst zal worden beschikbaar gesteld. Zij kunnen bestellingen doen telkens voor één kwartaal, voor het eerst voor de maanden October, November en December e. k., tot een maximum van de capaciteit van hun bedrijf op heden, waarvan zij binnen 14 dagen na plaatsing van deze bekendmaking opgave hebben te doen aan de Centrale Commissie uit -de Graanimporteurs (adres: Het Comité van Graanhandelaren te Rotterdam). Zij doen twee bestellingen, elk voor de geheele benoodigde hoeveelheid, zoowel bij een erkenden grossier in inlandsche granen, door wiens bemiddeling zij eventueel te leveren inlandsche gerst wenschen te betrekken, als bij hun gewonen leverancier van buitenlandsche granen (importeur of grossier), door wiens bemiddeling zij eventueel te leveren buitenlandsche gerst wenschen te betrekken, de laatste bestelling desgewenscht door een tusschenpersoon, aan wien door de importeurs eene provisie van f 1 per 2000 K.G. over .de afgeleverde hoeveelheid moet worden uitgekeerd. De grossier in inlandsche granen en de leverancier van buitenlandsche granen vereenigen de bestellingen op daarvoor beschikbaar gestelde formulieren tot eenige gespecificeerde aanvrage en zenden die aan de voornoemde Centrale Commissie uit de graanimporteurs. II. Aanvragen. De Centrale Commissie onderzoekt de aanvragen, controleert of de hoeveelheden overeenkomen met de behoefte, verlaagt deze zoo noodig en stelt maandelijks, in verband met de door het Rijksgraanbureau beschikbaar gestelde hoeveelheden, het percentage vast, dat op de in tweevoud ingekomen bestelling van eene mouterij kan worden geleverd. Zij stelt tevens vast welk deel daarvan zal bestaan uit inlandsche en welk deel uit buitenlandsche gerst. Voor de toegewezen gerst reikt zij aan de aanvragers toewijzingsbiljetten uit, onder vermelding van de boeveelheid die kan worden geleverd, wat betreft de inlandsche gerst met aanduiding van de- Provinciale Broodcommissie, door wie de gerst zal worden afgeleverd. Aan de betrokken Provinciale Commissies wordt kennis gegeven van de afgegeven toewijzingsbiljetten. N°. 88. 92 voor consumtie geschikte en benoodigde aardappelen van zanden veengrond niet in de fabrieken worden vermalen; 3°. dat het drogen van voor consumtie geschikte aardappelen in het geheele land wordt beperkt. In verband met bovenstaande zijn de volgende maatregelen genomen. ■«.*£ In de eerste plaats is krachtens de Distributiewet het vervoer van de volgende aardappelsoorten van de klei, anders dan naar de opslagplaats van den verbouwer, tijdelijk verboden: Bravo, Blauwen, De Wet, Frisia en Roode Star, Industrie. Vrees voor schade tengevolge van dit tijdelijke vervoerverbod behoeft bij de houders van deze aardappels niet te bestaan; er zal voor worden gezorgd, dat hun de ondervonden last en schade later door een loonenden prijs wordt vergoed, alsmede dat hun, zoo noodig, voorschotten op de vastgestelde aardappelen worden verstrekt. In de tweede plaats is in de vier noordelijke provinciën alleen de vermaling van die geelvleezige aardappelen toegestaan, welke voor de consumtie ongeschikt zijn. In verband hiermede is reeds eenige dagen geleden aan de fabrieken verlof gegeven door eigen controleurs de voor consumtie ongeschikte partijen te doen aanwijzen en deze te vermalen, onder voorwaarde, dat van Regeeringswege door controle aan de fabriek wordt nagegaan, of van déze bepaling misbruik wordt gemaakt. De landbouwers hebben tegen deze methode behalve in gevallen, waarin de ongeschiktheid boven eiken twijfel verheven is, nog al bezwaar, daar verschil van opvatting tusschen de controleurs er toe kan leiden, dat reeds naar de fabriek vervoerde aardappels per slot van rekening niet mogen worden vermalen. Ook zijn zij van meening, dat de Regeering de partijen, die niet mogen worden vermalen, moet aankoopen. Ten einde aan deze bezwaren tegemoet te komen zal desverlangd keuring op het land vanwege de Regeering plaats hebben. De regeling van deze këuring is, evenals de bovengenoemde controle aan de fabriek, opgedragen aan de Aardappelvereeniging. De keuring zal plaats hebben onder tweeërlei omstandigheden: A. Met den méést mogelijken spoed zal worden nagegaan, welke partijen, met Tiet oog op ingetreden bederf, onmiddelijk moeten worden vermalen. Landbouwers, welke aardappelen bezitten, die dreigen te bederven, gelieven zich dienaangaande ten spoedigste te wenden 93 Nos. 88—89. tot den heer A. J. Herwig te Veendam, onder opgave van de hoeveelheid, waarvan keuring wordt aangevraagd en onder toezending van 1 cent per H.L. Deze heffing geschiedt niet, om door de verbouwers de kosten der keuring te doen betalen; maar alleen om te voorkomen, dat deze spoedkeuring noodeloos wordt aangevraagd wat tot oponthoud leiden en daardoor tot nadeel strekken zou van hen, wier aardappelen werkelijk gevaar loopen te bederven. Voor zoover bij keuring blijkt, dat de opgegeven partij in een toestand verkeert, dat inderdaad onmiddellijke vermaling noodzakelijk is, wordt het toegezonden bedrag teruggegeven. B. In de tweede plaats kan keuring op het land plaats hebben ten aanzien van die partijen geelvleezige aardappelen, welke niet tengevolge van bederf onmiddellijk behoeven te worden vermalen. Deze keuring zal geleidelijk kunnen geschieden, doch in elk geval vóór eind October zijn afgeloopen. Zij, die hunne. aardappelen aan deze keuring wenschen te onderwerpen, gelieven zich mede te wenden tot den heer Herwig bovengenoemd, echter zonder toezending van het onder A vermelde bedrag. De aardappelen, welke bij deze keuring voor consumtie ongeschikt worden verklaard, kunnen onmiddellijk worden vermalën. De voor consumtie goedgekeurde kunnen desverlangd tegen f 3 per H.L. aan de Regeering worden geleverd. Deze behoudt zich echter tot eind October het recht voor de aangeboden partijen niet te nemen, in welk geval mede verlof tot' vermaling zal worden gegeven. N°. 89. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien art. 8 van de Distributiewet 1916; Heeft goedgevonden te bepalen: dat, in verband met den aanvang van de campagne in de suikerfabrieken, deze geen product (ruwsuiker of witsuiker) mogen verzenden, zonder zich te hebben verstaan met de Nos. 89—90. 94 Commissie van Advies inzake de suiker, adres Vijgendam 2, te Amsterdam. Deze zal hun op aanvraag berichten waarheen de suiker moet worden verzonden en aan wie ze moet worden afgeleverd. 's Gravenhage, 28 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 90. No. 76917. Afdeeling Handel. 's Gravenhage, 28 September 1915. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te bepalen: I. dat de goederen, door hem ingevolge artikel 1 der Distributiewet 1916 bij zijne beschikking van 9 September 1916, n°. 72235 3), aangewezen tot nadere aankondiging aan den verbruiker mogen worden te koop aangeboden of verkocht tegen ten hoogste den prijs achter elk dier goederen in onderstaande lijst vermeld. A. Levensmiddelen. :£$ï& " '- '^1- 1. Ongebuild tarwemeel, voor zoover dit dient voor het bakken van bruin brood voor particulieren, die hun brood zelf bereiden .... 14 cent per K.G. 2. Rogge wordt niet aan den ver¬ bruiker te koop aangeboden of verkocht. 3. Aardappelen, t. w. Eigenheimers, Groninger Kronen, Roode Stars van zand en veengrond en daarmede door mij gelijk te r ■ .^f stellen soorten f 3.10 per H.L., f 1.62J per \ H.L. . . . . 5 „ . „ „ 4. Groenten, t. w. de volgende stapel¬ groenten : ei. Roode kooi 5 » » » i) Zie n°. 46, blz. 52. 96 N°. 90. b. Gele kool 5 cent per K.G. c. (Jien 8 „ „ „ d. Friesehe en andere soorten fijne peen 6 „ „ „ e. Flakkeesche of Hillegomsche peen 5 „ „ „ f. Knolrapen 3^ , „ „ en de volgende vatgroenten: a. Pronksnijboonen 18 „ „ n 6. Enkele sperzieboonen ... 22 „ „ „ c. Dubbele sperzieboonen. . . 18 „ „ „ d. Zuurkool 10 ., „ „ e. Andijvie 14 „ „ „ 5. Peulvruchten te weten: (21 a. Bruine boonen . . . -. . < ( 22 b. Groene erwten { " " " 6. Rundvet 40 „ \ „ 7. Spek, t. w. a. inlandsch (gezouten vet) . . 50 ., „ i „ b. Amerlkaansch 45 „ „ 1 „ 8. Varkensvleesch: a. Karbonaden 65 ,, b. Kluiven 15 n c. Rollade 70 d. Fricandeau . . . . . 70 „ e. Vette lappen ...... 50 „ f. Doorregen lappen .... 55 „ g. Magere lappen 65 „ h. Gehakt 60 „ i. Versch spek ...... 50 „ j. Versch doorregen spek . . 55 „ k. Gerookt vet spek .... 55 „ l. Gerookt en gezouten mager spek 60 o. 90. 96 m. Reuzel (rauwe) 50 cent per f K.G. 9. Rijst (t. w. Voorloop Rangoon of Bassein) . . 14 Pj „ | „ 10. Gort (gewone soort). . : . . 13 -„" „ i „ 11. Havermout (Inlandsche of Ame- rikaansche) ....... 16 „ „ 2 » .12. Margarine (t. w. Normaal-Margarine) • 45 „ ,, | „ 13. Boter 100 „ „ \ „ 14. Kaas, te weten: ct. Volvette jonge Goudsche kaas, \ 52| ,. „ | „ met Rijksmerk (11 „ „ 0.1 „ l 50 „ „ 1 „ b. Volvette jonge Goudsche kaas j - Q ^ c. Jonge kaas (40 -)-) Edammer l 47| „ „ | „ en Goudsch model . . . . ( 10 „ --„ 0.1 „ d. Jonge kaas (30 -j-) Edammer t 40 „ „ i „ en Goudsch model . . . . ( „ „ 0.1 „ e. Jonge kaas (20 -j-) Edammer } 33 „ „ h » en Goudsch model . . . . ( 7 B „ 0.1 „ f. Nagelkaas, in fabrieken ge- ( 23 - „ „ i „ maakt • i 5 / „ ., 0.1 „ 15. Eieren 9|- „ „ stuk. 16. Melk. De prijs is gelijk aan winterprijs 1915/1916 met inachtneming van mijne circulaire aan de Commissarissen der Koningin dd. 22 September 1916, n°. 22380. 17. Suiker, Melis I (of daarmede door mij gelijk te. stellen soorten) . 28 cent per f K.G. 18. Zeevisch: ct. Kleine schelvisch .... 28 ,, „ „ b. Wijting. . . . È: ... 27 „ | . c. Kleine gul 28 „ „ / „' d. Kleine poon en pieterman . 26 „ „ „ e. Horsmakreel 22 „ „ „ f. Makreek"* . . .l.,a. ■ • 32 „ „ g. Kleine schol . . . • • 28 „ „ „ 97 N°. 90. h. Gerookte kleine schelvisch . 34 cent per \ K.G. i. „ makreel 35 „ „ „ Uitgesneden . . 10 „ „ 0.1 „ j. Gerookte haring (bokking zonder staart 5 „ „ stuk. k. Haring (zonder kop) ... „ „ „ „ B. Brandstoffen. 19. Turf. (Zie mijne circulaire van 25 Augustus 1916, n°. 63164, afd. Handel.) C. Huishoudelijke artikelen. 20. Zeep, (zachte, groene of gele) . 14 cent per £ K.G. II. Ingevolge art. 8, lid 3 der Distributiewet 1916, dat tot nadere aankondiging de navolgende' goederen tegen ten hoogste de daarachter vermelde prijzen in den groothandel, in den tusschenhandel en in het klein mogen worden te koop aangeboden of verkocht. Naam der goederen. Groothandelprijzen. Tusschenhandel- Kleinhandelprijzen. prijzen. Boter bij verpakking in wit fust v. 50 K.G. Per K.G. f 1.75 per K.G. f 1.80 \ Boter bij verpakking in wit fust v. 25 K.G. , „ „ 1.76 ,. „ „ 1.81 J Boter bij verpakking in wit fust v. 125 K.G. i , ... .. , en 10 K.G. ..7 „ , 1.77 „ „ 1^2 ! dezelfde prijs als „... ,. .. . . _ ... , ,r .. . " ) vermeld hierbo- Boter bij verpakking m Delftsch of Leidsch [ ven SUD j fust v. 20 K.G „ „ „ 1.80 „ „ „ 1.85 1 Boter bij verpakking in Delftsch of Leidsch 1 fust v. 10 KG „ „ „ 1.81 „ „ „ 1.86 I Cichorei . „ 100 „ „26,- per 0.1 KG. f O.O81/1 Gort „ 100 „ „21.— „ 100 „ „22.- dezelfde prijs als vermeld hierboven sub I 10. Havermout (Inlandsen of Amerikaansch). „ 100 „ „ 26.— „ 100 „ „ 27.— Idem sub I 11. Kaas: o. volvette Jonge Goudsche kaas met Bijksnierk „ 50„ „38.— „ 50 „ „41.- \ 6. volvette Jonge Goudsche kaas ... „ 50 „ „ 36.— „ 50 „ „ 39. 1 c. Jonge kaas +40 Edammer en Goudsch model „ 50 „ „35.— „ 50 „ „38.— [ dezelde prijs als d. Jonge kaas+30 Edammer en Goudsch > vermeld hierbomodel . . . . > „ 50 „ „28.— „ 50 „ „31.- I ven sub I 14. e. Jonge kaas +20 Edammer en Goudsch 1 model „ 50„ „22.— „ 50 „ „25.— ] f. Nagelkaas in fabrieken gemaakt . . „ 50 „ „ 16.— „ 50 „ „ 19.— / Margarine Normaal „ 1/2 „ „0.39 Idem sub 112. 7 N°. 90. 98 Peekoffie Per 100 KG. f 21.- Petroleum Roggebrood, gebakken van Regeeringswege en uitsluitend qp broodkaart te verstrekken (zal nader worden bekend gemaakt). Rijst (Voorloop Rangoon of Bassein). . . „ 100 „ „21.25 per 100K.G, Soda „ 100 „ „12.— „ 50 „ Suiker Melis I (of daarmede door mij gelijk te stellen soorten „ 100 „ „ 50.25 „ 100 ^ Tarwebloem (inlandsen) „ 100 „ „ 20.75 Tarwebrood, brhinbrood uitsluitend op broodkaart te verstrekken Tarwemeel (ongebuild) „ 100 „ „ 18.90 Tarwewaterbrood (gebuild) „ . „ gebakken onder Rabbinaal toezicht Zeep (zachte, groene of gele) „ 100 „ „21.— „ 100 „ Zeevisch. Kleine schelvisch ., 50 „ „8.— „ „ ■Wijting „ 60 „ „ 7.50 „ „ Kleine gul „ 50 „ „ 8.— „ „ Kleine poon of pieterman... „ 50 „ „ 7.— „ Horsmakreel „ 50„ „ 5.— „ „ Makreel • „ 50„'„ 10.— „ „ Kleine schol „ 50„ „ 8.— „ „ (Maatjes haring (zonder kop) per ton inhoudende 1060 stuks netto vischgewicht 115 a 120 „ „27.50 Gerookte kleine schelvisch . . per 60 „ „ 12.— „ makreel „ „ , „ 0.65 ' „ haring (bokking zonder staart) „ stuk „ 0.035 Zout ' . per 0.1 KG. f 0.01. „ Liter f 0.12. ƒ.22.25 dezelfde prijs als vermeld hierboven sub I 9. „ 7.— per K.G. f 0.18. „51.50 dezelfde prijs als - vermeld hierboven sub 1 17. per K.G. f 0.27. „ „ „ 0.12. „ „ „ 0.241/j. „ „ „ 0.251/2„22.— dezelfde prijs als vermeld hierboven sub I 20. „ 0.20 \ 5 0.19 j „ 0.20 f , 1.18 „ 0.14 „ 0.20 „ 0.22 "Idem sub I 18. Idem sub 118. Idem sub 0.09. Ten aanzien van bovengenoemde prijzen, maak ik U opmerkzaam dat deze onder geen voorwaarde mogen worden verhoogd, en het den detaillist verboden is daarboven iets te berekenen, hetzij voor verpakking, hetzij voor thuisbezorgen of eenige andere door hem te verrichten werkzaamheid. Intusschen kan levering in verpakking of aan huis slechts verlangd worden voorzoover die gebruikelijk was. Evenmin is het geoorloofd, aan den verkoop eenige bijzondere voorwaarde te verbinden, met name niet die van het bijkoopen van eenig ander artikel. Voor onderdeelen van de eenheden in de prijslijst bij de verschillende artikelen genoemd mag geen verhoogde prijs in rekening worden gebracht, tenzij deze in de lijst vermeld staat.- Het komt mij noodzakelijk voor, dat de winkeliers en andere 99 Noo. 90—91. detaillisten op voor het publiek zeer duidelijk zichtbare en van den openbaren weg waarneembare wijze lijsten ophangen inhoudende de door hen ten verkoop voorradige artikelen, waar^ voor maximumprijzen bestaan met vermelding van den maximumprijs. Ook marktkramers en venters moeten deze lijsten in hun kramen of op hun wagens zichtbaar bevestigen. Tevens vestig ik Uwe aandacht er op, dat de gemeentebesturen geheel vrij zijn de hierboven genoemde artikelen aan den verbruiker te doen verkoopen of te verkoopen tegen een lageren dan den achter die artikelen gestelden prijs. Mocht het bestuur der aan Uwe zorgen toevertrouwde gemeente van oordeel zijn, dat daartoe voor een bepaald artikel in Uwe gemeente aanleiding bestaat, zoo verzoek ik U mij van het voornemen tot het stellen van lagere prijzen dan de vastgestelde maximumprijzen in kennis te stellen. Be Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. 91. N°. 78864. Afdeeling Handel., 's Gravenhage, 28 September 1916. Ik heb de eer U mede te deelen, dat de goederen, aangewezen bij mijne beschikking van 9 September 1916 n°. 72235l) volgens art. 1 der Distributiewet 1916 voor de gemeentebesturen, die van behoefte daaraan tijdig hebben doen blijken, verkrijgbaar zijn tegen de in onderstaande lijst vermelde prijzen. In de bespreking, door mij gehouden met de besturen der gemeenten Amsterdam, Rotterdam en 's Gravenhage en het bestuur der Vereeniging van Nederlandsche gemeenten, werd de wensen uitgesproken, dat door mij leiding zou worden gegegeven bij de vaststelling der verkoopprijzen, welke de gemeente ontvangt ingevolge art. 3, lid 1, der Distributiewet 1916. Aan dezen wensch geef ik gaarne bij deze gevolg, daarbij aannemende, dat de besturen der gemeenten dan ook bedoelde leiding zullen volgen. De verkoopprijzen, zoowel die voor grossiers als voor detail- i) Zie n»s. 46 en 47, bladz. 52/54. N°. 91. 100 listen, welke ik meen in overweging te moeten geven, gelieve TT hieronder aan te treffen. Ten slotte wijs ik op de reeds herhaalde malen door mij uitgedrukte wensehelijkheid, dat de gemeentebesturen zich zooveel mogelijk zullen bedienen van de tusschenkomst van den tusschenhandel, voor zoover deze in de hieronder te noemen goederen zijn bestaan vindt. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. Aan de Gemeentebesturen. Verkoopprijs, welke aan de gemeente in Naam der goederen. inkoopprijs gemeente. overweging wordt gegeven. Verkrijgbaar gesteld (Art 3 Distributie. : Dislribuüewet 1916. W6t 1916)- «• *an grossiers. > aan detaillisten. ' A. LEVENSMIDDELEN per 100 K.G. f 18.90 per 100 K.G. f 11.55 per 100 K.G. f 11.80 1. Ongebuild tarwe- „ 70 „ „ 9.10 „ ™ „ ., 6.80 meel 2. Kogge „ H.L. „ 3.60 „ H.L. „ 2.50 „ H.L.,. 2.75 8. Aardappelen, te verminderd met evenweten Eigenhei- tueele bijdrage der mers, Groninger aardappelenfabrieken. ..Via" Kronen, Boode Stars van zand en veengrond en daarmede door mij geluk te stellen soorten 4. Groenten. Eoode kpol per KG. f 0.035 _„ K.G.,, 0.03» J Gele kool „ ., ., 0.02» '» . H °-025 i Uien „ „ „ 0.06 „ . 0.06 Friesehe en andere „ „ 0.04 » »• - °-04 soorten fijne peen Flakkeesche of Hil- „" •• „ 0.03 „ » » °-03 ; gomsche peen Knolrapen : „ . " „ „ 0.02 » » » °-02 Pronksnijboonen „ 100 „ „ 8,25 „ 100 „ „ 8.25 Enkele sperzie- „ 100 ,, „ 9.75 » 100 >• » 9-75 boonen Dubbele sperzie- „100 „ „ 7.25 .,100 „ „ 7.2d boonen Zuurkool „ 100*" .. „ 4.75 „ 100 » " 4-7° . Andijvie „ 100 „ „ 6.25 „ 100 „ „ 6.2o 101 N°. 91. Naam der Goederen'. _ , Verkoopprijs, welke aan de gemeente in I vo-kritohoar coataiH Inkoopprds gemeente. overweging wordt gegeven. I verkrugoaar gesteia t 3 Distributie- , volgens art. 1 f I Distributiewet 1916. a. aan grossiers. 6. aan detaillisten. 5. Peulvruchten te weten: Bruine boonen per 100 K.G. f 16 - per 100 K.G. f 16.- per 100 K.G. f 17.- bij minder dan 50 K.G. f 17.85 per 100 K.G. Groene erwten .100 „ „ 17.- „100 „ „ 17.- per 100 K.G. f 18.- bij minder dan 50 KG. f 18.85 per 100 K.G. ■ 6 Rundvet „100 „ ,. 90.— „100 ., „ 70— per 100 K.G. f 71.50 bij minder dan 25 K.G. f 72.— per 100 KG. § 7. Spek (inlandsen of „ 100 „ „ 95.- per 100 KG. f 80.- | Amerikaansch) 18. Levend varken per KG. slachtgewicht per K.G. slachtgewicht f 1.20 1 0.80. §9. Rüst (te weten voor- per 100 KG. f 28.25 „ 100 „ „21.25 per 100 K.G. f 22.25 loop Rangoon of Bassein) 10. Gort (gewone soort) „ 100 „ „ 23.50 „ 100 „ „ 21.— „ 100 » „ 22.— 11. Havermout (inland- „ 100 „ „ 29.50 „ 100 „ „ 26.— „ 100 „ „ 27.— \ sche of Amerikaan- \ sche) -12- Margarine (normaal „ 60 „ ' „ 39.— „ 100 „ „ 39 — margarine) 13 Boter wit fust van 50 KG. f 1.76 witfust'van50KG. f 1.75 wit fust van 50 K.G.f 1.80 „ „ „ 25 „ „1.76 „ „ „ 25 „ „1.76 „ „ „ 25 „ „ 1.81 " 1 „ 12i/j„ „1.77 „ „ „ 121/2-, „1-77 „ „ „ 121/2,, „1-82 " " " 10 " "l.77 " " " 10 „ ^1.77 " „ " 10 „ „1-S2 Delftsch' of Leidsch fust Delftsch of Leidsch fust Delftsch of Leidsch fust van 20 K.G. f 1.80 van 20 KG. f 1.80 van 20 KG. f 1.85 Delftsch of Leidsch fust Delftsch of Leidsch fust Delftsch of Leidsch fust fel i - van 10 KG. f 1.81 van 10 KG. f 1.81 van 10 KG. f 1.86 ■ alles per K.G. alles per K.G. alles per K.G. EL4. Kaas. Volvette jonge per 50 K.G. f 38.— per 50 KG. f 38.— por 50 KG. f 41.— Goudsche kaas met Rijksmerk. Volvette jonge „ 50 „ „36.— „ 50 ., „36.— „ 50 „ „39.— r Goudsche kaas Jonge kaas 40 + „ 50 „ „ 35.— „ 50 „ „ 35.— „ 50 .. ,, 38.— f Edammer en V Goudsch model Jonge kaas 30 + „ 50 „ „ 28.— „ 50 „ „ 28.— „ 50 „ „ 31.— ► Edammer en . - v \ Goudsch model Jonge kaas 20 + „ 50 „ ■„ 22.— „ 50 „ ,. 22.— „ 50 „ „ 25.— : Edammer en j. Goudsch model Nagelkaas in fa- „ 50 „ „ 16.— „ 50 „ „ 16.— „ 50 „ „ 19.— brieken gemaakt 15. Eieren wordt wekehjks bekend dezelfde prijs als in- detaillisten betalen 30 gemaakt koopsprijs gemeente cents per honderd stuks boven grossiersprijs. N°. 91. 102 Naam der goederen Verkoopprijs, welke aan de gemeente in Verkrijgbaar gesteld ^J^- fTT*"" oyerweging wordt gegeven. , ** . (Art. 3 Distnbutie- * volgens art. 1 , Distributiewet 1916. «• aan grossiers. 6. aan detaillisten. 16. Melk prfls is gelijk aan den prijs is gelijk winter- i (Zie mijne circulai- winterpijs 1915/1916 . prijs 1915/1916 vermin: res van 16 Septem- plus 2i/2 cent per Liter < derd met een halve ber 1916 n°. 23546 en vermeerderd met cent, voor zoover de en 22 September nog een halve cent gemeente dezen toe1916 n°. 22380.) per liter voor zoover slag aan slijters of de gemeente dezen melkinrichtingen uit- toeslag aan slijters of ' keert, melkinrichtingen uitkeert, verminderd met de eventueels bijdrage van kaasvereeniging, *V^*f _T* vereeniging van fabrieken van melkproducten, botervereeniging en margarinefab rieken. 17. Suiker (Melis I of per 100 K.G. f 50.25 per 100 KG. f 50.25 per 100 K.G. f 51.50 daarmede door mij gelijk te stellen soorten) 18. Zeevisch. Kleine schelvisch Ilo 50 „ „ 8.— » „ „0.20 "Wijting „ 50 „ „ 7.50 „ 50 „ „ 7.50 „ „ „ 0.19 Kleine gul „ 50 „ „ 8.— „ 50 „ „ 8.— „ „ „ 0.20 Kleine peen en pie- „ 50 „ „ 7.— „ 50 „ „ 7.— „ „ „ 0.18 terman Horsmakreel „ 50 „ „ 6.— „ 50 .„ „, 5.— „ „ „ 0.14 Markareel . „ 50 „ „ 10.— „ 60 „ £10.- „ „ „ 0.20 Kleine schol „ 50 ,/ „ 8.— „ 50 „ „ 8.— „ „ „ 0.22 Gerookte kleine „ 50, „ „ 12.— „ 50 „ „ 12.— schelvisch Gerookte makreel ' „ 50 „ _ 0.65 ,. „ „ 0.55 Gerookte haring per stuk f 0.035 per stuk f 0.035 (bokking z. staart) Haring zonder kop per ton, inhoudende per 100 stuks f 2.75 1050stuks, netto vischgewicht 115 a 125 KG. f 27.50 . B. BRANDSTOFFEN. 19. Turf (Zie mijne circulaire van 25 Augustus 1916 n». 64164, Afd, Handel.) C. HUISHOUDELIJKE ARTIKELEN. 20. Zachte zeep (groene per 100 KG. f 31.— per 100 KG. f 21— per 100 KG. f 22.— of gele) 103 Nos. 92—93. N°. 92. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt, ingevolge zijne circulaire n°. 23651/8öis~j, van 25 Augustus 1916, bekend, dat van Maandag 2 October e. k. tot en met Zaterdag 7 October d.a.v. de prijs van maïs, uitsluitend bestemd om aan gemeentebesturen te worden verstrekt voor ruiling tegen rogge van den oogst 1916, bedraagt: voor la Plata, zoowel als voor Amerikaansche mixed maïs f 235 per last van 2000 K.G. of f 8,22° per 70 K.G., uitsluitend te Rotterdam te ontvangen. 's Gravenhage, 28 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 93. De kunstmest-commissie maakt bekend: dat een aanvang zal worden gemaakt met de verdeeling der bestelde snperphosphaat, ten behoeve van de bemesting voor den oogst 1916/1917, en wel tot eene hoeveelheid van 15 pet. van iedere door haar goedgekeurde aanvrage; dat beschikbaar zal zijn superphosphaat van 14 pet. en 17 pet., welke twee soorten zullen verdeeld worden over de aangenomen bestellingen, zonder dat rekening zal kunnen worden gehouden met het door bestellers gewenschte gehalte, zoodat de aanvragen worden geacht te zijn gedaan zonder opgave van gehalte; dat de prijs, door bestellers voor deze ter beschikking komende hoeveelheid te betalen is vastgesteld : -~ voor superphosphaat 14 pet. op f 8 per 100 K.G., bruto voor netto, in zakken, af fabrieksterrein (stuwloon voor rekening der ontvangers), en voor superphosphaat 17 pet. op f 9,70 per 100 K.G., zelfde conditiën: dat deze prijzen slechts verhoogd mogen worden met de werkelijk betaalde vervoerkosten, daar alle provisien en vergoedingen in deze prijzen zijn begrepen; dat de monstername zal geschieden door de commissie aan de fabrieken, bij aflevering, terwijl de aldus genomen monsters i) Zie n°. 8, bladz. 18. Nos. 93—94. 104 zullen worden onderzoekt door het Rijkslandbouwproefstation te Maastricht; dat de uitkomst van de analyse van het monster eener partij bindend zal zijn ten aanzien van het gehalte der daaruit aan de bestellers af te leveren hoeveelheden; dat de commissie, door middel van eene briefkaart, aan iederen besteller kennis zal geven van de beschikbaarstelling der voor hem bestemde hoeveelheid. N°. 94. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 9 September 1916 (Staatsblad n°. 212)J), houdende aanwijzing van levensmiddelen overeenkomstig art. 1 der Distributiewet 1916; Heeft goedgevonden: ingevolge de artikelen 6 en 8 van genoemde wet, voor zoover van toepassing, het navolgende te bepalen: A. Verboden is het vervoer van de volgende op kleigrond geteelde soorten aardappelen, anders dan naaf de opslagplaats van den verbouwer en met uitzondering van de partijen die op den dag der afkondiging van deze beschikking reeds in schepen of spoorwegwagons waren geladen, te weten: Bravo's, Blauwe, Bonte Blauwen, Roode Star, Frisia's, de "Wetten en Industries. (Zie verder n°. 151). Het vervoer van poters der genoemde soorten of van door bederf aangetaste aardappelens) zal worden toegestaan op vervoerbiljet, aan te vragen bij de Rijkscommissie van Toezicht op de Aardappelvereeniging. Aan houders van bovengenoemde soorten aardappelen zal bij aankoop een loonende prijs worden betaald, vermeerderd met het gebruikelijke bestop- en bewaarloon. Ook zal desgewenscht aan deze houders een voorschot tot een bedrag van f 1,50 per H.L. worden gegeven op aanvrage gericht tot de Aardappelvereeniging, .over welk bedrag 5 % rente zal worden berekend. 1) Zie n°». 46 en 47, bladz. 52/54. 2) In dit verband wordt gewezen op art. 15 der Distributiewet 1916. 105 N°». 94—95. B. Het vermalen of verwerken van geelvleezige aardappelen is op grond van de dezerzijdsche beschikking van 13 September 1916 afdeeling Handel, n°. 74001 ]), verboden. Slechts die partijen welke door de vanwege de Aardappelvereeniging aangewezen controleurs ongeschikt voor consumptie worden verklaard, mogen worden vermalen. C. Aan gemeentebesturen, welke gevolg gaven aan het in dezerzijdsche circulaire, n°. 72235 *), afdeeling Handel, alinea 2, bepaalde, zullen prima gladde gezonde consumtie-aardappelen worden geleverd, te weten: Eigenheimers of andere daarmede dezerzijds gelijkgestelde soorten van zand- of veengrond, tegen een prijs van f515 per 10 000 K.G., franco geleverd laatste spoorwegstation of scheepwater. De aanvragen tot levering worden ingediend bij het RijksCentraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen, voor de eerste maal vóór of op 6 October en vervolgens naar behoefte. Met de levering wordt 9 October begonnen. De aardappelen worden door den afzender aan de gemeente berekend tegen den prijs van f357,50 per 10000 K.G. De betaling dezer bedragen zal geschieden binnen 3 maal 24 uur na aankomst der aardappelen aan het bij de berekening vermelde adres. Bij eventueele geschillen over gewicht of qualiteit legt het gemeentebestuur zich met afstand van recht op hooger beroep of welke andere voorziening ook, neer bij de uitspraak der door den Minister aan te wijzen deskundigen. Het is den leveranciers dezer aardappelen verboden aan den producent-verkooper een lageren inkoopprijs dan f 3 per H.L. van 70 K.G. te betalen. 3) 's Gravenhage, 30 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 95. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 14 October 1915, Directie van den Landbouw, n°. 25372, 2de afdeeling, bureau A, laatstelijk - i) Zie u°. 56, bladz. 63. 2) Zie n°. 46, bladz. 52. 3) In dit verband wordt gewezen op art. 12 der Distributiewet 1916. Nos. 95_96. 106 gewijzigd bij zijne beschikking van 24 November 1915, Directie van den Landbouw, n°. 28895, 2de afdeeling, bureau A; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat voor iedere hoeveelheid van 100 volversche kipeieren, waarvoor ingevolge art. 3, sub 2, en art. 4,,sub 2, zijner voormelde gewijzigde beschikking consent tot uitvoer worden afgegeven, voor de dagen 1 tot en met 7 October 1916 eene hoeveelheid van 50 volversche kipeieren beschikbaar moet worden gesteld, overeenkomstig het bepaalde in voormelde artikelen; 2°. dat andere eiersoorten niet beschikbaar behoeven te worden gesteld voor binnenlandsch verbruik; 3°. dat, in afwijking zijner voormelde gewijzigde beschikking van elke 50 eieren, weïke voor de sub 1°. genoemde dagen bessciiikbaar moeten worden gesteld, 25 moeten worden geleverd tegen een prijs van f 8,80 per 100 stuks voor levering aan de gemeentebesturen, welke eieren zullen worden gedistribueerd overeenkomstig de bepalingen vastgesteld door het Rijks-Centraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 30 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 96. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op de artt. 7,10 en 12 van zijne beschikking van 25 April 1916 (Nederlandsche Staatscourant van 25 April 1916, n°. 97), houdende regeling van den uitvoer van varkensvleesch; Heeft goedgevonden te bepalen: het in art. 10 van voornoemde beschikking bedoelde gewichtspercentage zal voor het tijdvak van 1 tot en met 28 October 1916 bedragen voor varkensvleesch zoowel als voor worst 100. 107 Nos. 96—98. De in art. 12 bedoelde afkoopprijs zal gedurende de periode eindigende 28 October a. s., bedragen 40 cent per K.G. 's Gravenhage, 30 September 1916. Voor den .Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G_. N°. 97. De .Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Heeft goedgevonden: te bepalen, dat gedurende de week van 1 tot 8 October 1916 voor 35 pet. der boterproductie certificaten van uitvoer zullen worden verleend en 65 pet. voor het binnenlandsch verbruik zal moeten worden beschikbaar gesteld, alsmede, dat de bewijzen van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven door de Rijkscommissie van toezicht op de Botervereeniging, op grond van die certificaten, zullen gelden tot Dinsdag 17 October a. s., des voorm'iddags te 12 uur. 's Gravenhage, 30 September 1916. Voor den Minister, Dé Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 98. N°. 26703/36. Rijksbureau voor , =' distributie s Gravenhage, 2 October 1916. van graan en meel. Naar aanleiding van het aanwijzen van ongebuild tarwemeel overeenkomstig art. 1 der Distributiewet 1916, heb. ik de eer u het volgende mede te deelen. N°._98. 108 1. Wegens het vervallen van de welstandsgens zal bruinbrood voortaan voor ieder, doch uitsluitend op broodkaarten, verkrijgbaar zijn. De maximum prijs blijft bepaald op f 0,12 per kilogram. Dit brood mag worden gebakken zoowel van ongebuild meel afkomstig van inlandsche tarwe, als van ongebuild meel gemalen van Amerikaansche tarwe. Evenzeer zal ongebuild meel, waarvoor de maximum prijs op f 0,14 per kilogram blijft bepaald, uitsluitend worden beschikbaar gesteld op meelkaarten. 2. De maximum prijs, bedoeld in art, 2 van de Distributiewet 1916, bedraagt ingevolge mijne circulaire van 28 Sept, afdeeling Handel, n°. 78864 >), f 11,80 per 100 kilogram ongebuild meel, terwijl de inkoopsprijs, bedoeld in art. 3 van deze wet, tot nader order op f 18,90 per 100 kilogram is vastgesteld. 3 Door de gemeenten zal aan de meelfabrikanten en molenaars worden uitbetaald de prijs, waarvoor de gemeenten het meel ter beschikking van bakkers en meelhandelaren stellen, terwijl de kosten, welke ingevolge art. 3 der Distributiewet 1916 ten laste van de gemeenten komen, door het Rijks- Centraal Administratiekantoor voor de Distributie van Levensmiddelen met u zullen worden verrekend. 4 De aanvragen van ongebuild meel moeten, evenals tot nu 'toe, maandelijks aan het Rijksgraanbureau worden' ingezonden, onder opgave van den prijs (prijzen) waarvoor de gemeente het meel ter beschikking van bakkers en meelhandelaren stelt. - . , 1ü1ft 5. Overeenkomstig mijne circulaire van 29 Augustus n°. 23553/8&is 3) bedraagt: de maximum hoeveelheid brood 3 kilogram per week voor ieder hoofd der bevolking boven de 2 jaar; de maximum hoeveelheid meel 21 hectogram per week voor ieder hoofd der bevolking boven de 2 jaar. Zij die gebruik maken van eene roggebroodkaart en zij die zelf brood bakken van eigen verbouwde tarwe of rogge, kunnen niet in aanmerking komen voor eene tarwebrood- of meelkaart. 6. Bovengenoemde bepalingen worden geacht op 1 October jj. te zijn ingegaan. Voor zoover in uwe gemeente reeds eene controle-regeling is getroffen, gelieve u deze overeenkomstig het ■ bovenstaande te wijzigen en mij ter goedkeuring voor te leggen. 1) Zie n°. 91, bladz. 100. 2) Zie n°. 20, bladz. 25 en 26. 109 Nos. 98—99. Voor zoover in uwe gemeente nog eene controle-regeling moet worden ontworpen, verwijs ik u naar het bij mijne circulaire van 24 April 1915, n°. 455, gevoegd ontwerp, hetwelk met bovenstaande bepalingen zal moeten worden aangevuld. Aan deze gemeenten zal geen ongebuild meel worden verstrekt, alvorens, eene contröle-regeling aan mij ter goedkeuring is ingezonden. -Ik maak u nog opmerkzaam, dat het niet nakomen van eenige verplichting, voorgeschreven bij de contröle-regeling als boven bedoeld, ingevolge de Distributiewet strafbaar is gesteld. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. 99. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van: 'J^*f";. a. 19 Augustus 1916, Directie van den Landbouw, n°. 20583, 2de afdeeling; b. 12 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 22933, 2de afdeeling; (zie n°. 51) c. 12 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 22932, 2de afdeeling; (zie -n°. 52) Heeft goedgevonden: ■ . onder intrekking zijner sub c genoemde beschikking en met wijziging van punt 3 zijner sub a genoemde beschikking te bepalen, dat consenten voor den uitvoer van oude hennen slechts worden uitgereikt aan die exporteurs, welke ingevolge zijne beschikking van 24 Juli 1916, Directie van den Landbouw, n°. 18995, 2de afdeeling, levende jonge hanen hebben uitgevoerd, en wel in dien zin, dat voor elk tweetal jonge hanen, dat na 12 September 1916 is uitgevoerd, een drietal oude hennen zal kunnen worden geëxporteerd op de voorwaarden, bedoeld in de beschikkingen sub a en b. 's Gravenhage, 2 October 1916. Voor den- Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 100. 110 N°. 100. N°. 81816. 's Gravenhage, 3 October 1916. Afdeeling Handel. Ik heb de eer er uwe aandacht op te vestigen, dat van de artikelen, genoemd in mijne beschikking van 28 September 1916, n°. 76917afd. Handel, betreffende de maximumprijzen ingaande 1 October 1916, de volgende bereids geregeld aan de gemeenten, die daarom hebben gevraagd, worden afgeleverd en dus in die gemeenten voor de verbruikers verkrijgbaar zijn, met inachtneming der in bovengenoemde beschikking aangegeven maximumprijzen, te weten: 1. Ongebuild tarwemeel. 2. Rogge. 8. Varkensvleesch. 12. Margarine. 13. Boter. 14. Kaas. 15. Eieren, v 16. Melk. 17. Suiker. 18. Zeevisch. De overige artikelen zullen eerst worden afgeleverd met ingang van een nader u mede te deelen datum, zoodat zij eerst na dien datum in de gemeenten, welke om de meerbedoelde artikelen hebben gevraagd, ingevolge de beschikbaarstelling van Rijkswege en met inachtneming der maximumprijzen, verkrijgbaar zullen zijn. , . , Ter vermijding van misverstand gelieve u hiervan aan het publiek mededeeling te doen. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, ,v^Aj Posthuma. i) Zie n°. 90, bladz. 94 t/ra. 96. Lil N°. 101. N°. 101. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Overwegende, dat het noodzakelijk is de levering van turf aan steen- en eenige andere industrieën, aan bepaalde regelen te binden: Gezien art. 8 der Distributiewet 1916 ; Heeft goedgevonden voor de distributie van fabrieksturf vast te stellen de navolgende bepalingen: Artikel 1. Onder turf wordt in den zin van deze regeling verstaan het veenproduct, hetwelk in het jaar 1916 gegraven is. Onder haardbrand wordt in den zin van deze regeling verstaan de turf, die normaal voor huishoudelijk gebruik' geleverd wordt. Onder fabrieksturf wordt in den zin van deze regeling verstaan de turf, die normaal meer in het bijzonder ten behoeve van industrieele bedrijven geleverd wordt en in de provincies Groningen, Drenthe en Overijssel in het jaar 1916 gegraven is. Aflevering van fabrieksturf aan steenfabrieken en andere door den Minister aan te wijzen industrieën en bedrijven, wordt geleid door een nader door den Minister aan te wijzen Distributiecommissie. Als industrieën, in het voorgaande lid bedoeld, worden door den Minister bij dezen aangewezen: steen-, pan-, pijpen-, tegel-, kalk-, aardewerk- en plateelfabrieken. Artikel 2. De productie van fabrieksturf zal voor 1/i door de verveners ter beschikking gehouden worden van de Distributiecommissie, overeenkomstig de door of namens haar te geven aanwijzingen. Wannéér tegen eene aanwijzing als in het voorgaande lid bedoeld bij belanghebbenden bezwaren bestaan, kan daartegen binnen 3 dagen na de ontvangst van de betreffende schriftelijke mededeeling, onder opgaaf van redenen bij Tien Minister in beroep gekomen worden. Artikel 3. . De oppame van de in 1916 gegraven hoeveelheden fabrieksturf, zal geschieden door of vanwege de Distributiecommissie. N°. 101. 112 Den met deze opname belasten controleurs wordt tot de veenplaatsen toegang verleend, op vertoon van een hun door de Distributiecommissie uit te reiken legitimatiebewijs. Artikel 4. Steenfabrieken en de andere, aan het slot van art; 1 bedoelde bedrijven, die fabrieksturf wenschen te betrekken, behooren daartoe vóór 15 October 1916 een, aanvraag in te - dienen bij de Distributiecommissie overeenkomstig een door deze vastgestelden vorm. Aanvragen als in het vorig lid bedoeld worden door de Distnbutiecommissie slechts in behandeling genomen, wannéér zij zijn ingezonden "door of strekken ten behoeve van de daar •bedoelde fabrikanten, die voor de instandhouding van hun bedrijf op het gebruik van fabrieksturf zijn aangewezen. Aanvragen van hen, die met steenkolen of met andere brandstof zonder ernstig bezwaar tot instandhouding van hun bedrijf kunnen volstaan, worden door de Distributiecommissie afgewezen. Tegen eene afwijzing als in het voorgaande lid bedoeld tan belanghebbende, doch uiterlijk binnen 3 dagen na ontvangst van het bericht van afwijzing, bij den Minister in beroep komen. Artikel 5: Blijkt het totaal der ingekomen aanyragen de beschikbare hoeveelheid te overtreffen, dan is de Distributiecommissie gehouden op de aanvragen een pondspondsgewijze verminderde toedeeling te doen volgen. Hierbij wordt rekening gehouden met de voorraden, waarover elke aanvrager reeds beschikt. Van beslissingen, als in het voorgaande lid bedoeld, staat, mits binnen 3 dagen na de desbetreffende mededeeling, beroep open op den Minister. Artikel 6. lr$& Door of namens de Distributiecommissie worden op de veenplaatsen de partijen aangewezen, welke door haai-ten behoeve van aanvragers zijn overgenomen. Zij heeft de onbeperkte keuze uit den aanwezigen voorraad fabrieksturf, met inachtneming van het bepaalde in art. 2. Door de Distributiecommissie zal zooveel mogelijk eerste 113 V.% 101. soort fabrieksturf geleverd worden. Op hare beschikkingen ten aanzien van de kwaliteit van de aan eiken aanvrager te leveren ladingen is geen hooger beroep toegelaten. Artikel 7. De verveners ontvangen ten spoedigste van de Distributiecommissie schriftelijk mededeeling van de tijdstippen, waarop van de voor de industrie beschikbaar gehouden hoeveelheid fabrieksturf de aflevering moet plaats vinden, onder opgaaf van de namen van hen, te wier behoeve deze levering zal hebben te geschieden. De verveners dragen zorg dat deze aflevering met bekwamen spoed op de bepaalde tijdstippen plaats vindt. Zij stellen het noodige personeel ter beschikking ten einde die aflevering zonder verhindering en onverwijld te doen geschieden. Blijven de verveners in dit opzicht in gebreke, dan geeft de Bistributiecommissie daarvan onverwijld kennis aan den Minister, ten einde dezen de gelegenheid te geven ingevolge de Distri butiewet de noodige maatregelen te nemen." Voor iedere gestuwd geleverde lading wordt aan de verveners ontvangbewijs verstrekt. Wanneer bovendien meting der lading door een beëedigd scheepsmeter plaats vindt, wordt van deze meting eveneens een schriftelijk bewijs aan den vervener uitgereikt. Een duplicaat van dit bewijs wordt den schipper ter hand gesteld, die bovendien een derde exemplaar ontvangt ter overhandiging aan den ontvanger der lading, terwijl gelijktijdig een vierde exemplaar wordt toegezonden aan de Distributiecommissie. Artikel 8. De aflevering der door tusschenkomst van de Distributiecommissie verkregen turf geschiedt eerst na vooruitbetaling der ingevolge art. 11 verschuldigde koopsom. De- bedongen vracht is voor rekening der aanvragers en moet door hen na behoorlijke uitlossing bij aankomst ter plaatse aan de schippers worden voldaan. De storting der krachtens het eerste lid bij vooruitbetaling verschuldigde kooppenningen geschiedt 'onmiddellijk na eerste aanmaning op door de Distributie-commissie aan te wijzen tijd en plaats. Artikel 9. De aflevering van turf op de veenplaatsen kan tegen geen hoogere prijzen geschieden dan die, genoemd in art. 11 respec- 8 m. 101. 114 tievelijk die, welke door den -Minister zijn of nader worden vastgesteld. Artikel 10. Het is verboden haardbrand ten behoeve van industrieele bedrijven te leveren of te gebruiken. Artikel 11. De in artikel 2 bedoelde beschikbaar te houden fabrieksturf zal, totdat daarvoor door den Minister andere prijzen zullen worden vastgesteld, door de betrokken verveners, met inachtneming van het bepaalde in het laatste lid van dit artikel, geleverd worden tegen de navolgende prijzen: ©Toningsche Turf: Zwarte Turf: ^\."\ le soort groote turf f 1.60 per Ml 2e „ | n J|' « 1.45 * Bonte Turf: le soort dikke turf „, 1.05 „ 2e „ „ „ „ 0.75 „ Drentscne Turf: Zwarte Turf: le soort kwartiersturf (Groninger bestek) . f 1.60 per M*. 2e „ „ " , • < .,; 1.45 „ le „ groote turf (Amsterdamsch bestek) „ 1.50 „ 2e „ „ „ ; „ _„ ; 1.30 3e 1 1 „ „ » /» 1-15 „' Grijze of Bonte Turf: le soort Groninger bestek . , . . . - f' 1.05 per M3. 2e „ „ „.......„ 0.75 le „ Amsterdamsch bestek . . . . „ 0.85 ., 2e „ .,....„ ^0.70 „ Groote Doesterd Turf: Groninger bestek . f 1.15 per M3. 11E N°. 101. Overflsselsche Turf: Zwarte turf: le soort groote turf (Amsterdamsch bestek) f 1.50 per M3. •2e „ „ „ „ „ : 1,30 „ In de bovengenoemde prijzen zijn de kosten van het schipladen, alsmede die van het loegen en stuwen, volledig inbegrepen. De stuwage moet, naar den eisch van goed werk, zoo dicht mogelijk geschieden. Bij de aflevering wordt in acht genomen, dat brokken van geringere grootte dan een halve turf, alsmede de natte voetturf op de veenplaats achterblijven en niet in de onder art. 2 bedoelde hoeveelheid mogen worden begrepen. De in het eerste lid genoemde prijzen worden voorts nog verhoogd met f 0,10 per M3. ter bestrijding van de kosten voortvloeiende uit deze regeling. Artikel 12. De betaling aan de verveners der overgenomen ladingen zal eerst plaats vinden nadat bij ontvangst ter plaatse gebleken is, dat ten aanzien der hoeveelheden aan de leveringsvoorwaarden is voldaan. Blijkt zulks niet het geval, dan wordt de lossing van het in lading liggende schip niet voortgezet, doch daarvan door hem l) bericht gegeven aan de Distributiecommissie, die beslist of al dan niet aan de leveringsvoorwaarden is voldaan. Tegen deze beslissing kan belanghebbende, mits binnen 3 dagen, in beroep komen bij den Minister. Artikel 13. De Distributiecommissie is gehouden aan den Minister of aan hem, die daartoe door den Minister wordt aangewezen, alle inlichtingen te verstrekken en alle onderzoekingen toe te staan, zoomede inzage te verleenen van alle boeken en van het archief, voor zoover een en ander op het bedrijf der Distributiecommissie betrekking heeft. Zij onderwerpt hare beslissing inzake de toekenning der aangevraagde hoeveelheden, aan de goedkeuring van den Directeur-Generaal van den Arbeid. Wordt deze niet verkregen, dan kan de DistributieCommissie daartegen bij den Minister in beroep komen. i) Aangevuld bij n°. 104, sub ïl, zie bladz. 117. Nos. 101—103. 116 De Directeur-Generaal van den Arbeid en de Directeur der Rijkskolendistributie benevens de door hen aan te wijzen ambtenaren, hebben recht van toegang tot alle vergaderingen der Distributiecommissie, waarvan zij steeds tijdig vooraf, onder opgaaf der dagorde, worden verwittigd. Artikel 14. De baten, welke de in voorgaande artikelen bedoelde bemoeienissen der Distributiecommissie mochten afwerpen, worden in de Rijks-Schatkist gestort. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 102. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikkingen van 24 Juli 1916, Directie van den Landbouw, n°. 18995, 2de Afdeeling, en 19 Augustus 1916, Directie van den Landbouw, n°. 20583, 2de Afdeeling; Heeft goedgevonden te bepalen: dat aan de in voormelde beschikkingen genoemde havenplaatsen Amsterdam en Rotterdam, waarlangs "de uitvoer van jonge en oude hanen en oude hennen zal kunnen plaats hebben, wordt toegevoegd Harlingen. 's Gravenhage, 3 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ V. GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 103. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 1 Juli 1916, Directie van den Landbouw, n°. 17586, 2de Afdeeling, gewijzigd bij zijne 117 Nos, 103—104. beschikking van 24 Juli 1916, Directie van den Landbouw, n°. 192111, 2de Afdeeling; Heeft goedgevonden te bepalen: dat aan de in voormelde beschikking genoemde havenplaatsen Amsterdam en Rotterdam, waarlangs de uitvoer van eieren zal kunnen plaats hebben, wordt toegevoegd Harlingen. 's Gravenhage, 3 October 1916. Voor den Minister, 'De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ V. GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 104. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 3 October 1916, n°. 79418 *), afdeeling Handel, houdende eene distributie-regeling voor de levering van turf aan steen- en eenige andere industrieën; Heeft goedgevonden: I. te benoemen in de Distributie-commissie bedoeld in artikel 1 van voornoemde beschikking: a. tot voorzitter, den heer A. de Witte, v. Lawick v. Pabststraat 57, te Arnhem; b. tot secretaris, den heer M. Th. Onzeele, te Buren; c. tot leden, de heeren: André de Vries, te Leeuwarden, Zaailand; C. J. Hendricks, te Woerden; H. R. Holthuis, te Muntendam; W. A. Hoijing, te Gouda; A. Goedewaagen jr., te Gouda; H. te bepalen dat art. 12 van aangehaalde beschikking in dier voege gewijzigd zal worden, dat in de tweede zinsnede tusschen de woorden: „doch daarvan door hem" en „bericht gegeven", wordt ingevoegd: „die tegen de inontvangstneming bezwaar maakt". 's Gravenhage, 5 October 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. i) Zie n°. 101, bladz. 111. N°. 105. 118 N°. 105. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel brengt ter kennis van belanghebbenden, dat voor de maand November 1916 door de Regeering eene zekere hoeveelheid voevoeder beschikbaar wordt gesteld, uitsluitend ten behoeve van de hieronder genoemde personen, en zulks onder de navolgende voorwaarden: , 1. Inlandsen graan, buitenlandsch graan (waaronder maïs) en veekoeken worden ter beschikking gesteld uitsluitend van veehouders, d. w. z. allen die voor de voeding van huhne paarden, runderen, schapen, varkens, pluim- en ander vee bedoeld veevoeder noodig hebben. Deze personen moeten dit betrekken: a. voor zoover betreft houders van niet meer dan 50 stuks pluimvee, welke tevens geen ander vee houden, door bemiddeling van het gemeentebestuur hunner woonplaats, volgens eene regeling, vastgesteld bij afzonderlijk besluit; b. voor zoover alle anderen betreft, door bemiddeling van eene aankoopvereeniging of andere dergelijke organisatie, of door bemiddeling van een handelaar in die artikelen, alles door invulling en onderteekening van een bestelbiljet op daarvoor beschikbaar gestelde formulieren. 2. De bedoelde organisaties en handelaren verzamelen de bestelbiljetten van hunne leden of cliënten, welke tot het gebied van eenzelfde veevoederbureau behooren, telkens tot ééne aanvraag, door invulling en onderteekening op daarvoor beschikbaar gestelde formulieren. 2bis. a. De aanvraag wordt uiterlijk op 16 October 1916 door de bedoelde organisaties en handelaren bij het voor die leden of cliënten aangewezen veevoederbureau ingediend en wel hetzij rechtstreeks, hetzij door bemiddeling van een provincialen grossier, indien de organisatie of handelaar de gewoonte had zijn veevoeder door een provincialen grossier te betrekken; 'b. onder provincialen grossier wordt verstaan hij die van den verkoop van veevoeder aan handelaren of organisaties vóór 1 Augustus 1914 zijn hoofdbedrijf maakte en op zijn verzoek door het veevoederbureau van het gebied waarin hij zijn hoofdkantoor houdt, als zoodadig is erkend geworden; c. ingeval zoodanige erkenning door een veevoederbureau is geweigerd geworden, heeft hij, die'beweert provinciale grossier 119 N°. 105. in den zin van dit besluit te zijn, recht van beroep op de Toewijzigingscommissie voor veevoeder te 's Gravenhage, welke finaal beslist; d. de provinciale grossier ontvangt eene reductie op den door de Regeering vastgestelden prijs van het veevoeder van f 1 per 1000 K.G., en heeft, in afwijking van het bepaalde bij art. 7 recht op de voordeelen, die door besparing van vracht en andere verzendingskosten, ontstaan bij de samenlading van kleinere partijen; e. wordt bij de aanvraag gebruik gemaakt van een tusschenpersoon, dan ontvangt deze f 1 per 2000 K.G. commissie over de toegewezen hoeveelheid. 2 ter. De aanvrage moet vergezeld zijn v.an de bestelbiljetten der leden of cliënten en van eene nauwkeurige opgave van het aantal stuks vee van elk hunner, dat met de bestelde hoeveelheden moet worden gevoerd. 3. Veevoederbureau's zijn gevestigd: voor NoordhoRand: te Amsterdam, Vohdelstraat n°. 38; voor Groningen en Drenthe: te Groningen, Oude Ebbingastraat n°. 38; voor Friesland: te Leeuwarden, Stationsweg n°. 4; voor Limburg: te Roermond, p/a. J. H. van Andel, Veeladingstraat ; !** vïJfS voor Zuidholland, Zeeland en Noordbrabant: te Rotterdam, Beursgebouw (ingang Visschersdijk); voor Utrecht: te Utrecht, Catharijnesingel n°. 49; voor Gelderland en Overijssel: te Zwolle, Huize Eekhout. 4. Deze veevoederbureau's beoordeelen en controleeren de bij hen ingekomen aanvragen. Zij zijn bevoegd een onderzoek in 'te stellen hetzij zelf, of door één hunner leden, hetzij door een controleur, bij welk onderzoek elke veehouder, handelaar, organisatie, provinciale grossier of tusschenpersoon, door wien of door wiens bemiddeling een bestelbiljet of aanvraag is ingediend, ten aanzien daarvan opening van zaken.verplicht is te geven. De veevoederbureau's kunnen eene aanvraag en/of een bestelbiljet goedkeuren, wijzigen en zelfs ongeldig verklaren (bijv. indien eene aanvrage of bestelbiljet onduidelijk is, of niet op een der voorgeschreven formulieren behoorlijk ingevuld, dan wel ten behoeve van anderen dan hen voor wie het veevoeder beschikbaar wordt gesteld is ingediend); een en ander met inachtheming van door mij of door de Toewijzingscommissie N°. 105. 120 voor veevoeder te 's Gravenhage gegeven of nader te geven voorschriften. Bij de beoordeeling wordt rekening gehouden met de voor veevoeder aan een veehouder gelaten granen. 5. Wanneer aan een veevoederbureau blijkt, dat bedriegelijke middelen zijn aangewend om eene grootere hoeveelheid veevoeder in aanvragen te kunnen vermelden dan waartoe men anders gerechtigd zoude zijn (bijv. doordat het aantal stuks vee niet naar waarheid is opgegeven, of, doordat door bemiddeling van meer clan één persoon of vereeniging bestellingen zijn gedaan) doet het mededeeling aan de Toewijzingscommissie, welke alsdan kan bepalen dat veevoeder aan den betrokkene gedurende een te bepalen tijdvak slechts zal worden afgeleverd, tegen eene prijsverhooging van 50 pet. boven den door de Regeering vastgestelden prijs. Een en ander kan ook geschieden door de Toewijzingscommissie ambtshalve. Zoo spoedig mogelijk worden door de veevoederbureau's aan de aanvragers toewijzingsbiljetten gezonden, waaruit o. a, blijkt de hoeveelheid, die aan eiken aanvrager zal kunnen worden afgeleverd. Ongeacht wat aangevraagd is: a. voertarwe, voerrogge, inlandsche gerst, buitenlandsche gerst en/of maïs; b. inlandsche haver en/of buitenlandsche haver, afgeleverd in de keuze der Regeering. 6. De aflevering geschiedt ter plaatse in het toewijzingsbiljet te vermelden, tegen voorafgaande betaling, volgens de door de Regeering vastgestelde prijzen, vrij bóófd plaats van aflevering, des noodig, na afsluiting van een contract met de Nederlandsche Overzee Trust Maatschappij en onder in het toewijzingsbiljet zoo noodig nader te stellen bedingen. 7. Organisaties en handelaren leveren de door hen ontvangen voederartikelen af aan degenen voor wie zij bestellingen ontvingen, in verhouding van het aan hen toegewezen percentage, en met inachtneming van de wijzigingen, door de veevoederbureaux of de Toewijzingscommissie in de aanvragen en bestelbiljetten aangebracht, tegen een prijs gelijk aan de door de Regeering vastgestelde prijzen, vermeerderd met werkelijk betaalde vracht, onkosten en ten hoogste f 0,25 belooning per 100 K.G. Verkoop aan anderen dan aan bestellers en opslaan met speculatieve doeleinden is aan handelaren en organisaties verboden. Elke vervreemding- aan wie ook, en opslaan met speculatieve doeleinden, van de hierbij bedoelde voederartikelen, is den bestellers verboden. 121 N08. 105—106. Ibis. Handelaren, organisaties, provinciale grossiers of tusschenpersonen die naar het oordeel der Toewijzingscommissie opzettelijk of door nalatigheid bevorderd hebben, dat de bij art. 5 bedoelde bedriegelijke middelen zijn aangewend of die op andere wijze de gelijkmatige verdeeling van veevoeder hebben belemmerd, kunnen (ongeacht de strafrechterlijke vervolgingen die tegen hen mochten worden ingesteld) door de Toewijzingscommissie voor een bepaalden tijd uitgesloten worden van de bevoegdheid, aanvragen voor van Regeeringswege ter beschikking gestelde veevoederartikelen in te dienen of hunne bemiddeling daartoe te veiieenen. Het besluit van uitsluiting wordt openbaar gemaakt in de Staatscourant en/of op zoodanige wijze als aan de Toewijzingscommissie geraden zal voorkomen. 8. Klachten moeten *worden ingebracht bij de veevoederbureaux. 9. De veehouders, handelaren, organisaties, provinciale grossiers en tusschenpersonen zijn gehouden zich te onderwerpen aan de besluiten van de veevoederbureaux, van de Toewijzingscommissie en van den Minister van Landbouw, Nijverheid "en Handel, krachtens dit besluit genomen en doen afstand van elke aanspraak op schadevergoeding ter zake daarvan tegen de Regeering of wien ook. 's Gravenhage, 5 October 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 106. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt bekend, dat houders van niet meer dan 50 stuks pluimvee, welke tevens geen ander vee houden, met ingang van de maand November 1916 maandelijks in de gelegenheid zullen wórden gesteld maïs en/of gerst van de Regeering te betrekken op de navolgende wijze: 1. Deze personen kunnen zich tot het verkrijgen van eeri bon, geldig voor ééne maand, vóór of op den 12den van elke vorige maand richten tot het Gemeentebestuur hunner woonplaats onder schriftelijke opgave van het aantal stuks pluimvee, dat in hun bezit is. 2. Door of vanwege het Gemeentebestuur wordt, des noodig voorkomende, door gepaste middelen te zijner beoordeeling, de juistheid der gedane opgave gecontroleerd, en op den af te geven bon de daarop te verkrijgen hoeveelheid veevoeder aan- N°. 106. 122 geteekend, berekend naar den maatstaf van l1/» K.G. per stuk pluimvee per maand. Tot zoodanige controle blijft het Gemeentebestuur gerechtigd ook nadat de bon is afgegeven. Bij gebleken onjuiste opgave wordt de bon waardeloos verklaard en ingetrokken, en worden den houder in volgende maanden geen bons meer uitgereikt, alles onverminderd de strafrechterlijke vervolging, die ter zake zal kunnen worden ingesteld; 3. Het Gemeentebestuur wijst in zijne gemeente alle, dan wel bepaalde winkeliers (handelaren of organisaties) aan, bij wie tegen afgifte van de bons, de daarop gestelde hoeveelheden verkriigbaar zullen zijn, voor zoover de aanwezige voorraad bij de winkeliers dit toelaat. 4. Deze winkeliers dienen voor de maand November 1916 eene aanvrage in bij het Veevoederbureau hunner woonplaats, voor zoodanige hoeveelheid, als door of vanwege het Gemeentebestuur ten aanzien van elk hunner zal worden bepaald; het Gemeentebestuur zal als maatstaf nemen het totaal der krachtens artiker 1 aangevraagde bons, vermeerderd met 20 °/ö en deze hoeveelheid omslaan over de onder 3 bedoelde winkeliers, naar hunnen vermoede! ij ken omzet. 5. Voor de maanden December 1916 en volgende zullen de aanvragen der winkeliers vergezeld moeten zijn. van: a. eene verklaring van of vanwege het gemeentebestuur hunner woonplaats, dat zij aangewezen zijn als bedoeld onder 3. b. bons, bij hen gedurende de afgeloopen maaria of maanden ingeleverd, vermeldende eene gelijke hoeveelheid veevoeder als in hun aanvraag vermeld. 6. De bedoelde aan wagen zullen ingediend en beoordeeld worden geheel op gelijke wijze als de aanvragen van handelaren en organisaties, bedoeld in het Besluit des Ministers van Landbouw, Nijverheid en Handel d.d. 5 October 1916 *) betreffende verstrekking van veevoeder, evenwel met deze afwijking dat overal, waar in dat' Besluit vermeld worden bestelbiljetten van veehouders, daarvoor in de plaats zullen treden, in November 1916, eene schriftelijke opgave van het gemeentebestuur, gegrond op artikel 4, en in December 1916 en volgende maanden de over te leggen bons van vorige maanden, bedoeld onder 5t>. 7. De winkeliers moeten het veevoeder, inclusief alle kosten en in verpakking, afleveren tegen een prijs, afgehaald aan winkel of magazijn, gelijk aan de door de Regeering aan.de winkeliers * berekende prijzen, vermeerderd met hoogstens 31/» cent per K.G. i) Zie n°. 105, bladz. 118. 123 Nos, 106—107. 8. Voor zoover in dit besluit niet anders is bepaald, zijn op de aanvragen van meerbedoelde winkeliers toepasselijk het besluit over November-levering van veevoeder (Besluit d.d. 5 October 1916), en de besluiten nader uit te vaardigen omtrent de levering van veevoeder over de volgende maanden. 9. Dit besluit kan worden aangehaald als: „Pluim veebesluit 1916". 's-Gravenhage, 5 October 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. A. Model van de schriftelijke opgave (art. 1.) Ondergeteekende - wonende te in de straat N° bezit stuks pluimvee en geen ander vee, en verzoekt tot voedering van die dieren te ontvangen een bon, ter verkrijging van veevoeder, krachtens het besluit van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel d.d 1916. Ondergeteekende is er mede bekend, dat het doen van onware opgaven blootstelt aan strafrechterlijke vervolging. Gemeente als voren den (datum). • (onderteekening). B. Model van den bon (art. 1). Gemeente Houder dezes is gerechtigd, om in de maand 1916 tegen afgifte van dezen bon bij een der daartoe aangewezen winkeliers in deze gemeente aan te koopen tegen de daarvoor vastgestelde prijzen K.G. Regeeringsveevoeder. Deze bon is waardeloos na afloop van de maand, waarvoor de bon is afgegeven. N°. 107. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien het Koninklijk besluit van 6 October 1915 (Staatsblad n°. 422), houdende verbod van uitvoer van diverse soorten groenten; N°. 107, 124 Gezien zijne beschikkingen van 12 Augustus 1916, Directie van den Landbouw, n°. 20706, 6de Afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van snijboonen enz. en van 18 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 23602, 6de Afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van witte kool; Heeft goedgevonden te bepalen: . \^ 1°. laastgenoemde beschikking wordt met ingang van heden ingetrokken (zie n°. 64) (zie verder n°. 165); 2°. aan de sub 1 der beschikking van 12 Augustus 1916, Directie van den Landbouw, n°. 20706, 6de Afdeeling B, genoemde groentensoorten, waarvoor consenten kunnen worden afgegeven, worden toegevoegd witte kool (met uitzondering van Deensche witte kool), roode kool (met uitzondering x) van van roode bewaarkool), savoyekoól, boerenkool en uien; 3°. artikel 3 van de beschikking van 12 Augustus 1916, Directie van den Landbouw, n°. 20706, 6de Afdeeling B, wordt gelezen als volgt: De exporteur is verplicht voor elke partij, die hij met consent wenscht uit te voeren, eene bepaalde hoeveelheid van nader aan te geven soort voor binnenlandsch verbruik beschikbaar te stellen of te houden, al naar gelang zulks zal worden bepaald, welk dë"Sl moet zijn van prima qualiteit, (voor zoover het inmaakgroenten betreft: voor den inmaak geschikt) en waarvan de aflevering overeenkomstig de door de sub I genoemde Rijkscommissie te geven voorschriften en ten genoegen der „Groentencentrale" zal geschieden. 's Gravenhage, 5 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ V. GlNKEL, 1°. S.-G. i) Zie n°. 162. 125 N°. 108. N°. 108. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien het Koninklijk besluit van 3 Augustus 1914 (Staatsblad n°. 372) houdende verbod van uitvoer van peulvruchten; Gezien zijne beschikkingen van 6, 19 en 29 November 1915, 6 December 1915 en 25 Februari, 26 Mei, 21 Juni, 7 Juli, 21 Juli, 22 en 28 September 1916, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van peulvruchten; (zie n°. 87) Heeft goedgevonden te bepalen: dat aan houders van verklaringen der Verplegingscommissie in de Stelling van Amsterdam over ter beschikking van het Rijk gestelde peulvruchten van den oogst 1915 de gelegenheid wordt geboden, die peulvruchten uit te voeren, op voorwaarde, dat zij zich vóór 25 October tegenover de Peulvruchtenvereeniging verbinden om voor elke uit te voeren hoeveelheid van 100 K.G. dier peulvruchten ter beschikking van het Rijk te stellen 150 K.G bruine boonen èn 150 K.G. groene erwten van den oogst 1916, van welke hoeveelheden de helft vóór 1 Januari 1917, de andere helft uiterlijk 31 Maart 1917 beschikbaar moet zijn gesteld. De beschikbaar te stellen hoeveelheden worden verminderd met 10 pet. bij de deponeering en inlevering der overeenkomst van beschikbaarstelling vóór 15 October 1916, met 5 pet. indien de inlevering geschiedt vóór 1 December 1916. De beschiibaar te stellen hoeveelheden zullen worden verhoogd met 5 pet. bij inlevering der overeenkomst van beschikbaarstelling na 15 Januari 1917. De beschikbaar te stellen peulvruchten van den oogst 1916 zullen moeten zijn voor menschelijk gebruik zeer geschikt, goed machinaal geschoond, natuurdroog en houdbaar en puik kokend. Zij moeten wotden verpakt- in gave balen van 100 K.G. bruto. De beschikbaarstelling geschiedt door opslag der partijen op een der bij de Nederlandsche Bank geaccrediteerde veemen in de Stelling van Amsterdam, onder teekening van eene overeenkomst, waarbij het Rijk het recht verkrijgt de peulvruchten te allen tijde over te nemen tegen de navolgende prijzen: groene erwten tegen f 16 per 100 K.G., bruine boonen tegen f 15 per 100 K.G., bruto voor netto inclusief baal. Bij overneming zijn de kosten van pakhuishuur en assurantie .van af ten hoogste 8 dagen vóór den datum van het contract ten laste van het Rijk. N«s. 108—109. 126 Er zij ten slotte op gewezen, dat, voor het geval niet voldoende gedeponeerd wordt voor het gansche tijdperk, gedurende hetwelk de distributie zal moeten geschieden, in overweging zal worden genomen krachteus de Distributiewet over te gaan tot onteigening tegen de in deze beschikking vastgestelde prijzen. 's Gravenhage, 5 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H FlEVEZ V. GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 109. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel;. Hezien zijne beschikkingen van 12 Augustus 1916, Directie van den Landbouw. n°. 20706, 6de afdeeling B, en van 5 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24744, 6de afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer en de beschikbaarstelling voor het binnenland van diverse soorten groenten; Heeft goedgevonden te bepalen: ï. exporteurs van witte kool zijn verplicht voor elke 100 K.G. waarvoor zij consent aanvragen 20 K.G. witte kool, aan den Langendijk of in „de Streek" in de provincie Noordholland geteeld, beschikbaar te stellen voor binnenlandsch verbruik, tegen den prijs van lx/2 cent per K.G.; II. exporteurs van roode kool zijn verplicht voor elke 100 K.G. waarvoor zij consent aanvragen, .60 K.G. roode kool, aan den Langendijk of in „de Streek" geteeld, beschikbaar te stellen voor binnenlandsch verbruik, tegen den prijs van 4 cent per K.G.; Hl. exporteurs van gele savoye kool zijn verplicht voor elke 100 K.G. waarvoor zij consent aanvragen, 30 K.G. gele savoye kool, aan den Langendijk of in „de Streek" geteeld, beschikbaar te stellen voor binnenlandsch verbruik, tegen den prijs van 3 cent per K.G.; IV. exporteurs van groene savoye kool zijn verplicht voor elke 100 K.G. waarvoor zij consent aanvragen, 10 K.G. gele savoye kool, aan den Langendijk of in „de Streek" geteeld, 127 Nos 109—111. beschikbaar te stellen voor binnenlandsch verbruik, tegen den prijs van 3 cent per K.G. 's Gravenhage, 5 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ v. Ginkel, 1°. S.:G. N°. 110. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel: Gezien zijne beschikking van 28 Juni 1916, Directie van den Landbouw, n°. 16954, 6de afdeeling B. houdende bepalingen betreffende den uitvoer van groenten; Heeft goedgevonden te bepalen: aan de lijst van groentensoorten, bedoeld sub I van bovengenoemde beschikking, waarvoor consenten tot uitvoer zullen worden verleend, wordt toegevoegd spruitkool. Van de aanvoeren ter veiling behoeft tot nadere beschikking niets voor het binnenland te worden geveild. 's Gravenhage, 5 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ V. GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 111. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien het Koninklijk besluit van 2.September 1916 (Staatsblad n°. 430), houdende verbod van uitvoer van appelen en peren, ook in verduurzaamden toestand; Gezien zijne beschikkingen van 22 en 23 September 1916 ter zake: Heeft goedgevonden te bepalen: dat aan de lijst van plaatsen waar inlading van appelen en Nos. 111—113. 128 peren onder ambtelijk toezicht kan plaats vinden, worden toegevoegd : Bunnik, Dodewaard,Houten,Schalkwijk,Schinnen,Wadenoijen, Wijlre—Gulpen en 's Hertogenbosch. 's Gravenhage, 5 October 1916. Voor den Minister, De Secretarie:Generaal, H. FlEVEZ'V. GlNKEL, l. S.-G. N°. 112. De Kunstmest-commissie maakt bekend: dat de gelegenheid tot het doen van bestellingen op patentkali wederom is opengesteld; dat de prijs hiervoor blijft vastgesteld op f 7,06 per 100 K.G. franco op den wagon, vrachtbasis Stassfurt, los verladen, voor directe verzending aan de verbruikers; dat de bestellingen moeten geschieden op kaarten, welke door de commissie op de gebruikelijke wijze ter beschikking van den handel zullen worden gesteld; dat de gelegenheid tot het doen van bestellingen 15 November a. s. wordt gesloten, zoodat de commissie den bestellers dringend in overweging geeft hunne bestellingen ten spoedigste bij hun gewonen handelaar in te zenden/ten einde verzekerd te zijn van levering; dat de gelegenheid tot het doen van verdere bestellingen op kalizout 20 pet. eveneens tot bovensta'an'den datum blijft opengesteld. N°. 113. De ervaring der laatste jaren heeft geleerd, dat, ten gevolge der prijsverhoudingen de teelt van de fabrieksaardappelen zich uitbreidt en die van comsumtie-aardappelen afneemt. Het is de bedoeling door inwerking op de prijzen deze beweging zooveel mogelijk tegen te houden. Met het oog op liet bovenstaande worden telers van aardappelen, speciaal in de vier noordelijke provinciën, er attent 129 Nos. 113—115. op gemaakt, tijdig maatregelen te nemen, die hen in staat stellen het a. s. voorjaar eene behoorlijke oppervlakte met consumtie-aardappelen te bezetten. N°. 114. N°. 76384. Afdeeling Handel. 's Gravenhage, 5 October 1916. In aansluiting aan mijne circulaires d.d. 25 Augustus j.1. n°. 64702 x) en n°. 63164 2), afdeeling Handel, lijsten n°. XXIX en XXX, heb ik de eer u te berichten, dat door mij nog de navolgende maximumturfprijzen zijn vastgesteld: Maximumturfprijzen op de reenplaatsen. Friesehe turf. Turfsoorten. Maximumprijs loco schip op Baggelaar la. Veenderijen in Ter de veenplaats. Idzard, Oldeholtwolde en Katlijk f 6,60 per 1000 stuks. Maximumturfprijzen In den kleinhandel. Overijssel en Friesland. Kleinhandelprijs per 100 stuks. Baggelaar lste soort l f 0,95. 2de „ 0,85. „ 3de „ 0,75. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. 115. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te bepalen: met intrekking van het ter zake bepaalde in zijne circulaire dd. 28 September jl. n°. 76917, afdeeling Handel3): I. dat zeevisch, door hem ingevolge art. 1 der Distributiewet 1916 bij zijne beschikking van 9 September 1916 n°. 72235, 1) N°. 6 blz. 4 en 6. 2) N». 7 blz. 12 en 14. 3) N°. 90 blz. 96 sub 18. 9 N°. 115. 130 afdeeling Handel, aangewezen, tot nadere aankondiging aan den verbruiker mag worden te koop aangeboden of verkocht tegen ten hoogste de navolgende prijzen:' a. kleine schelvisch f' 0,28 per K.G. b. wijting 0,27 „ „ c. kleine gul 0,28 „ „ d. „ poon en pieterman 0,26 „ „ e. horsmakreel 0,22 „ „ f. makreel 0,32 „ „ g. kleine schol . . 0,28 „ „ h. gerookte kleine schelvisch 0,34 „ „ i. Engelsche bokking (zonder staart) . . . 0,05 „ stuk j. gezouten maatjes- of volle haring (zonder staart) ".'ffi 0,04 „ „: k. gemarineerde haring (zonder kop) . . .. 0,06 „ „ II. ingevolge art. 8, lid 3, der Distributiewet 1916, dat tot nadere aankondiging zeevisch tegen ten hoogste de navolgende prijzen in den groothandel, den tusschenhandel en in het klein mag te koop aangeboden of verkocht: Groothandelprijzen. Tusschenhandelprijzen. Kleinhandelprijzen. Per 60 KG. Per 50 K.G. Per K.G. a. kleine schelvisch f 8— f 10— , f 0,28 b. wijting . . . 7,50 9,50 0,27 c. kleine gul . . \ 8,— 10,— 0,28 d. kleine poon en pieterman . . 7,— 9,— 0,26 e. horsmakreel . 5,— 7,— 0,22 f. makreel . . . 10,— 12,— 0,32 g. 'kleine schol . . 8,— 10,— 0,28 h. gerookte kleine schelvis . . . 12— — 0,34 Per stuk. Per stuk. Per stuk. i. Engelsche bokking (zonder-staart) f 0,03-5 — f 0,05 Per ton 1860 stuks). Per ton (850 stuks). Per stuk. j. volle haring (zonder staart) f 20,25 f 0,04 131 Nos. 115—H6. Per ton (900 stuks). Per ton (900 stuks). Per stuk. maatjesharing (zonder staart) f21,50 f 0,04 Per stuk. Per stuk. Per stuk. gemarineerde haring (zonder kop) f 0,045 f 0,04-5 f 0,06 's Gravenhage, 6 October 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 116. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien art. 8 van de Distributiewet 1916; Heeft goedgevonden: onder intrekking van zijne beschikkingen van 11 en 15 September 1916, Afd. Handel nos. 72236 J) en 75856 2), inzake pulp, het navolgende te bepalen: I. vastgesteld worden de volgende maximumprijzen, zoowel wat betreft pulp campagne 1916/17 als oudere pulp: a. voor natte pulp: f 4,50 per 1000 K.G. op voertuig aan de fabriek; f 4,50 per 1000 K.G. vletwerk op de binnenrivieren en rondom de fabrieken, met vracht voor rekening der koopers; f 5,75 per 1000 K.G. groote vaart „Holland", franco voor den wal; f 5,75 per 1000 K.G. -f- 15 cent extra onkosten als van ouds, op Rotte en Leidsche Vliet, franco voor den wal; alles onder waarborg van voldoend gewicht en van voldoende qualiteit (maximum 66 pet. van het bietengewicht); b. voor gedroogde pulp f 10,50 per 100 K.G. gewone condities geleverd in zak, welke teruggeleverd moet worden; c. voor suikerpulp met een suikergehalte van ten minste 30 pet. f 14 per 100 K.G.; met een suikergehalte van ten minste 20 pet. f 13, en met een suikergehalte van ten minste 10 pet. f 12 per 100 K.G., gewone conditie, geleverd in zak, welke teruggeleverd moet worden; 1) Zie n°. 48 blz. 54. 2) Zie n». 58 blz. 64. N°». 116—117. 132 II. a. pulp mag niet afgeleverd worden tegen hoogere prijzen dan de gestelde maxima, ook al werd de verkoopovereenkomst vóór de vaststelling van de maximumprijzen gesloten; b. pulp mag slechts worden afgeleverd: 1. aan producenten van beetwortelen, die, ingevolge contract, recht hebben om voor geleverde bieten pulp terug te ontvangen, zulks echter tot ten hoogste 50 pet. van het gewicht van de geleverde beetwortelen en uitsluitend voor eigen gebruik; 2. aan melkveehouders, die melk voor consumtie leveren, voor eigen gebruik; 3. aan handelaars, die bewijzen, op hunne beurt weder te leveren aan melkveehouders, als bovenbedoeld. De aandacht wordt er op gevestigd, dat overtreding van het hiervoren bepaalde, ingevolge art. 12 der Distributiewet, strafbaar is, met mogelijkheid van verbeurdverklaring der goederen, en dat aan de gestelde strafbepalingen streng de hand zal worden gehouden. Be Mintster voornoemd, Posthuma. N°. 117. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien het Koninklijk besluit van 24 September 1914 (Staatsblad n° 461) houdende verbod tot uitvoer van oliezaden, gewijzigd bij Koninklijk besluit van 17 Maart 1916 (Staatsblad n°. 134) en het Koninklijk besluit van 17 April 1916 (Staatsblad n°. 163); Heeft goedgevonden te bepalen: I. aan exporteurs van tuinbouwzaden, ingeschreven bij de Rijkscommissie van Toezicht op de Vereeniging Zaadcentrale, kan vergunning worden verleend voor den uitvoer van: 1°. bepaalde partijen bloemkoolzaad, sluitkoolzaad en andere zaden van als groente geteelde koolsoorten; 2° bepaalde partijen knollenzaad, mits voor elke 100 K.(x. knollenzaad, waarvoor consent wordt aangevraagd, ten minste 20 K.G. goed kiemkrachtig zaad van in Nederland gebruikelijke soorten wordt gereserveerd voor verkoop in binnenland; 3. bepaalde partijen koolrapenzaad, mits voor elke 100 K.G., waarvoor consent wordt aangevraagd, ten minste 20 K.G. goed 133 Nos. 117—118. kiemkrachtig zaad van de soort Engelsche gele koolraap wordt gereserveerd voor verkoop in binnenland; II. de exporteurs zullen gehouden zijn die waarborgen voor de nakoming der verplichtingen, welke zij tei verkrijging van het uitvoerconsent zullen aangaan te verstrekken, welke van en door de vereeniging „Zaadcentrale" onder goedkeuring van de Rijkscommissie van Toezicht op die vereeniging zullen worden gevraagd; III. geen consent zal worden gegeven voor partijen zaad, waarvan de herkomst en de identiteit niet ten genoegen van de vereeniging Zaadcentrale kan worden vastgesteld. 's Gravenhage, 6 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 118. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien het Koninklijk besluit van 27 September 1915 {Staatsblad n°. 410), houdende verbod tot uitvoer van spinaziezaad; Heeft goedgevonden te bepalen: Aan exporteurs van tuinbouwzaden, ingeschreven bij de Rijkscommissie van Toezicht op de Zaadcentrale, kan vergunning worden verleend voor den uitvoer van bepaalde partijen rond spinaziezaad, onder voorwaarde, dat voor 300 K.G. rond spinaziezaad, waarvoor consent wordt aangevraagd, 100 K.G. scherp spinaziezaad met eene kiemkracht van ten minste 70 pet. en eene zuiverheid van ten minste 88 pet. ter beschikking wordt gesteld van de vereeniging Zaadcentrale, tegen een prijs van f 50 per 100 K.G., af te leveren op een nader door de vereeniging Zaadcentrale aan te geven tijdstip en op eene door die vereeniging vast te stellen wijze. De exporteurs zijn gehouden die waarborgen voor de nakoming hunner verplichtingen te geven, die de vereeniging Zaadcentrale, onder goedkeuring van de Rijkscommissie van Toezicht, zal eischen.' 's Gravenhage, 6 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G. N°s. 119—120. 134 N°. 119. N°. 33026/43. Rüksburau voor >g Gravenh 6 October 1916. de distributie van graan en meel. Het komt mij voor, dat met medewerking van de dorschvereenigineren en particulieren, die dorschmachines exploiteeren, controle kan worden uitgeoefend op de juistheid der door de landbouwers gedane opgaven van de door hen aan het Rijk verkochte granen. In verband hiermede heb ik de eer u te verzoeken, en tevens te machtigen, ingevolge art. 9 van de Distributiewet 1916 genoemde vereenigingen en personen bij. schriftelijke vordering op te dragen u opgaven- te doen van de namen van alle personen die bij hen laten dorschen, alsmede van de hoeveelheid en soort der granen. U gelieve deze opgave wekelijks ter kennis te brengen van de Broodcommissie van uw rayon. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. 120. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien art. 8 der Distributiewet 1916; Heeft goedgevonden: voor kleiaardappelen van de soort Borgers of Eigenheimers, op de gebruikelijke manier voor de consumptie gesorteerd, al maximumprijs voor den groothandel (afgeleverd bij den verbouwer) vast te stellen f 4 per H.L. en voor den kleinhandel van f 0.07Vg per K.G. 's Gravenhage, 7 October 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. 135 N«. 121—122. N°. 121. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt, ingevolge zijne circulaire van 25 Augustus 1916, n°. 23651/8ln'sx), bekend, dat van Maandag 9 October e. k. tot en met Zaterdag 14 October d.a.v. de prijs van maïs, uitsluitend bestemd om aan de gemeentebesturen te worden verstrekt voor ruiling tegen rogge van den oogst 1916, bedraagt voor alle soorten maïs f 235 per last van 2000 K.G. of f 8,22-5 per 70 K.G. uitsluitend te Rotterdam te ontvangen. 's Gravenhage, 7 October 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 122. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 14 October 1915, Dirctie van den Landbouw, n° 25372, 2de afdeeling, bureau A, laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 24 November 1915, Directie van den Landbouw, n°. 28895, 2de afdeeling, bureau A; 1°. dat voor iedere hoeveelheid van 100 volversche kipeieren, waarvoor ingevolge art. 3, sub 2, en art. 4 sub 2, zijner voormelde gewijzigde beschikking consent tot uitvoer wordt afgegeven, voor de dagen 8 tot en met 14 October 1916 eene hoeveelheid van 50 volversche kipeieren beschikbaar moet worden gesteld, overeenkomstig het bepaalde in vermelde artikelen; 2°. de andere eiersoorten niet beschikbaar behoeven te worden gesteld voor binnenlandsch verbruik; 3°. dat, in afwijking zijner voormelde gewijzigde beschikking van elke 50 eieren, welke voor de sub 1°. genoemde dagen beschikbaar moeten worden gesteld, 25 moeten worden geleverd tegen een prijs van f 8,80 per 100 stuks voor levering aan de gemeentebesturen, welke eieren zullen worden gedistribueerd overeenkomstig de bepalingen vastgesteld door het Rijks-Centraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 7 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris- Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, V.-S..G. i) Zie n°- S blz. 18. Nos. 123—125. 136 N°. 123. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Heeft goedgevonden: te bepalen, dat gedurende de week van 8 tot 15 October 1916 voor 35 pet. der boterproductie certificaten van uitvoer zullen worden verleend en 65 pet. voor het binnenlandsch verbruik zal moeten worden beschikbaar gesteld, alsmede, dat de bewijzen van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven door de Rijkscommissie van toezicht op de Botervereeniging, op grond van die certificaten, zullen gelden tot Dinsdag 24 October a.s. des voormiddags te 12 uur. 's Gravenhage, 7 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, l°.-S.-G. N°. 124. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt bekend, dat geen uitvoervergunningen voor honing zullen worden verleend, aangezien de geheele Nederlandsche productie voor het binuenlandsch verbruik noodig is, in het bijzonder voor de koekfabrieken. Met het oog hierop wordt aan belanghebbenden dringend aangeraden honing niet op speculatie te koopen, noch opgeslagen te houden, maar ze zoo spoedig mogelijk ter beschikking van de binnenlandsche behoefte af te leveren. Wanneer aan de-waarschuwing binnen korten tijd niet gevolg wordt gegeven, zullen dwingende maatregelen moeten volgen. 's Gravenhage, 10 October 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 125. De Kunstmest-commissie maakt bekend; dat een aanvang zal worden gemaakt met de verdeeling der bestelde Chilisalpeter, ten behoeve van de bemesting voor 137 Nos. 125—126. den oogst 1916/17 en wel tot eene hoeveelheid van 10 pet. van iedere door haar goedgekeurde aanvrage; dat de prijs, door bestellers hiervoor te betalen, is vastgesteld op f 25 per 100 K.G-., bruto voor netto, in origineele zakken, franco langs boord van het zeeschip (stuwloon voor rekening der ontvangers), terwijl bij levering uit de opslagplaatsen der commissie deze prijs zal zijn, vrij uit schaal aan het pakhuis; dat deze prijs slechts verhoogd mag worden met de werkelijk betaalde vervoerkosten en eventueel maalloon, daar alle provisiën en verhoogingen in den prijs zijn begrepen; dat het malen slechts mag geschieden op uitdrukkelijk verzoek der bestellers; dat het maalloon, door den handelaar aan den besteller te berekenen, ten hoogste 15 cents per 100 K.G. mag bedragen, waarin de kosten van opzakken begrepen zijn, terwijl gewichtsverlies op gemalen partijen in geen geval ten laste van den besteller mag komen; dat de monstemame zal geschieden door de commissie bij de overlading uit het zeeschip, of bij de aflevering uit de opslagplaatsen, terwijl de aldus genomen monsters zullen worden onderzocht door het Rijkslandbouwproefstation te Maastricht; dat een gehalte aan stikstof van 15V2 pet. wordt gewaarborgd; dat de uitkomst van de analyse van het monster eener partij bindend zal zijn ten aanzien van het gehalte der daaruit aan de bestellers af te leveren hoeveelheden; dat de commissie, door middel van een briefkaart, aan iederen besteller kennis zal geven van de beschikbaarstelling der voor hem bestemde hoeveelheid. N°. 126. Le Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt bekend, dat er zal worden overgegaan tot den aankoop voor rekening van het Rijk van den binnenlandschen oogst van paardenboonen, wierboonen, schapenboonen, duivenboonen en Waalsche of tuinboonen (met uitzondering van speciaal voor zaad gewonnen witkiemige, groene of zwarte tuinboonsoorten), alsmede tot opneming van genoemde boonsoorten in de veevoederdistributie. 's Gravenhage, 12 October 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. 127—128. 138 N°. 127. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt" bekend, dat granen en veevoeder-artikelen, die in de maand October worden toegewezen, tegen de volgende prijzen door de Eegeering zullen worden afgeleverd: La Plata-, Mixed- eu Indische maïs, f 285 per 2000 K.G. Voertarwe 426 „ 2400 „ Voerhaver 17 „ 100 „. ( Voer ; 18 „ 100 „ Gerst j Canada 19 „ 100 „ ( Brouw ...... , 20 „ 100 „ Lijnkoeken 180 „ 1000 „ basis onbepaalde merken, van La Platazaad geslagen, bepaalde merken en soorten, ook schilfers naar de gewone verhouding. 's Gravenhage, 12 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Géneraal, Vebsteeg. N°. 128. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 8 April 1916, Directie van den Landbouw, n°. 6964, 5de afdeeling, houdende voorschriften betreffende den uitvoer van boter; Heeft goedgevonden te bepalen: dat de uitvoer van boter naar Duitschland, met ingang van 15 October a. s., alleen zal geschieden per spoor langs de kantoren Nieuweschans, Enschedé, Oldenzaal, Zevenaar, Gennep en Venlo. 's Gravenhage, 12 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 139 N°». 129—131. N°. 129. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, maakt ingevolge zijne circulaire van 25 Augustus 1916, n°. 23651/öis bekend, dat van Maandag 16 October e. k. tot en met Zaterdag 21 October d.a.v. de prijs van maïs, uitsluitend bestemd om aan gemeentebesturen te worden verstrekt voor ruiling tegen rogge van den oogst, 1916, bedraagt voor alle soorten f 235 per last van 2000 K.G. of f 8,22^ per 70 K.G., uitsluitend te Rotterdam te ontvangen. 's Gravenhage, 13 October 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 130. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Bandel maakt bekend, dat aan maïsaanvragers, wier aanvragen over de maand October zijn goedgekeurd, 40 pet. van de door hen voor die maand aangevraagde hoeveelheden zal worden afgeleverd. 's Gravenhage, 13 October 1916. Voor .den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 131. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikkingen van 28 Juni 1916, Directie van den Landbouw, n°. 16954, 6de afdeeling B, en van 23 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24059 l), 6de afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van diverse soorten groenten ;> Heelt goedgevonden te bepalen: aan de lijst van stations bedoeld in bovenvermelde beschik- i) Zie n°. 82 blz. 82. Nos. 131—132. 140 kingen, waar inlading van groenten onder ambtelijk toezicht kan geschieden, wordt toegevoegd Zaltbommel. 's Gravendage, 13 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 132. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op art. 7 der Distributiewet 1916 (Staatsblad n°. 416); Gezien het Koninklijk besluit van 30 September 1916 (Staatsblad n°. 463), houdende aanwijzing van de gewassen, waarvan het verbouwen overeenkomstig art. 7 der Distributiewet 1916 kan worden verboden, beperkt of niet dan voorwaardelijk worden toegestaan. Heeft goedgevonden te bepalen: I. De verbouw van geel mosterdzaad, bruin mosterdzaad, kwarwijzaad, kanariezaad, blauw-maanzaad, spinaziezaad, zaai-uien, suikerbieten en vlas wordt niet toegestaan dan onder de voorwaarden: a. dat de verbouwer vóór 1 Januari 1917 opgave heeft gedaan aan den burgemeester der gemeente waar zijn bedrijf is gevestigd, van de oppervlakte der door hem in het oogstjaar 1917 met één of meer der genoemde gewassen te betelen en hem daarvoor door dien burgemeester een vergunningsbewijs volgens een door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel vast te stellen model is uitgereikt; b. dat de oppervlakte door den aanvrager in het geheel met geel mosterdzaad, bruin mosterzaad, karwijzaad, kanariezaad, blauw-maanzaad, spinaziezaad en zaad-uien te betelen, niet grooter zij dan het gemiddelde der oppervlakten, welke in het bedrijf, waarover de opgave loopt, in de jaren 1913, 1914 en 1915 met deze gewassen in 't geheel zijn beteeld; c. dat de oppervlakte door den aanvrager met suikerbieten en vlas te betelen voor elk dezer gewassen niet grooter zij 141 Nos. 132—138. dan het gemiddelde der oppervlakten, welke in het bedrijf, waarover de opgave loopt, in de jaren 1913, 1914 en 1915 met elk dezer gewassen zijn beteeld; d. dat het vergunningsbewijs, bedoeld onder a, op eerste vordering wordt getoond aan de ambtenaren vermeld in artikel 19 der Distributiewet 1916; II. De oppervlakten, welke volgens bet hiervoor onder Ic vermelde met suikerbieten of met vlas mogen worden beteeld, kunnen telkens met 1 H.A. worden vergroot, wanneer de oppervlakte, welke door denzelfden aanvrager met de onder Ib genoemde gewassen mag worden beteeld, met 2 H.A. wordt ingekrompen; III. Het vorenstaande is niet van toepassing op den verbouw van het reeds te velde staande karwij, met dien verstande, dat de daarmede beteelde oppervlakte wel in rekening wordt gebracht, indien de aanvrager naast karwijzaad tevens een of meer der gewassen genoemd onder Ic wenscht te verbouwen. 's Gravenhage, 13 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 133. De MiDister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op het Koninklijk besluit van 18 Juli 1916 (Staatsblad n°. 327); Hoeft goedgevonden te bepalen: 1. Door de Rijkscommissie van Toezicht op de Eiervereeniging kunnen volgens door die commissie nader vast te stellen regelen van af 15 October 1916 consenten voor den uitvoer van versch geslachte tamme konijnen worden uitgereikt, tegen betaling aan genoemde commissie van 50 cent voor elke 100 K.G. uit te voeren versch geslachte konijnen. 2. De consenten worden slechts uitgereikt aan hen die door de Rijkscommissie voornoemd als exporteur voor den sub 1 bedoelden uitvoer zijn ingeschreven. Zij die als expor- Nos. 133—134. 142 teur wenschen te worden ingeschreven, moeten zich daartoe schriftelijk wenden tot de Rijkscommissie voornoemd (Regentesselaan 6, Amersfoort) en daarbij bewijzen overleggen: ' ct. dat zij vóór 1 Augustus 1914 geregeld konijnen hebben; uitgevoerd; b. dat die uitvoer voor hen een hoofdbedrijf uitmaakte, en c. dat zij Nederlander zijn. 3. De uitvoer van versch geslachte konijnen kan alleen op werkdagen plaats hebben. De verzending zal geschieden overeenkomstig de regelen door de Rijkscommissie voornoemd vast te stellen. 4. De Rijkscommissie voornoemd is gemachtigd exporteurs, die handelen in strijd met de ten aanzien van bovenbedoelden uitvoer gestelde bepalingen, of met de door die Rijkscommissie vast te stellen regelen, te schrappen als exporteur voor den duur van ten hoogste drie maanden. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel behoudt zich het recht voor exporteurs voor goed van de lijst van exporteurs te schrappen. 5. Alle geschillen, uit deze regeling voortvloeiende worden in hoogste ressort onderworpen aan de uitspraak van drie deskundigen, door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel aan te wijzen. Aan exporteurs, in die geschillen betrokken, worden geen consenten uitgereikt, zoolang omtrent die geschillen geen uitspraak is gedaan. 's Gravenhage, 13 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 134. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; . Overwegende, dat het wenschelijk is eene regeling vast te stellen ter bevordering eener goede distributie van suiker: Gezien art. 8 der Distributiewet 1916; 143 N°. 134. Heeft goedgevonden vast te stellen de volgende bepalingen betreffende de distributie van suiker. Artikel 1. (1) De handel in suiker is alleen aan diegenen geoorloofd die bij het Suiker-Distributiekantoor (hierna te noemen S. D. K.) zijn ingeschreven, hetzij als beetwortelsuikerfabriek, hetzij als raffinaderij, hetzij als witfabriek, hetzij als tusschenhandelaar, hetzij als kleinhandelaar. (2) Het verzoek om in een dier qualiteiten te worden ingeschreven wordt gericht tot en daarop wordt beslist door het bestuur der Suiker-vereeniging (na te noemen het bestuur). (3) Bij eene beslissing door het bestuur, strekkende tot inschrijving in een dier genoemde qualiteiten, bepaalt dit bestuur, voor zoover betreft de tusschenhandelaren en kleinhandelaren, de maximum hoeveelheid suiker, welke door ieder van hen zal mogen worden omgezet. In bijzondere omstandigheden is de vaststelling van deze hoeveelheid voor wijziging vatbaar. (4) Alvorens ingeschreven suikerfabrieken, raffinaderijen, witfabrieken en tusschenhandelaren hun handel mogen aanvangen, zullen zij eene garantie moeten stellen, waarvan het bedrag en de nadere bepalingen door de Rijkscommissie van Toezicht op de Suiker-vereeniging (na te noemen R. C. T.) wordt vastgesteld. (5) Onverminderd de straffen, bedreigd in de Distributiewet 1916, is ieder, die wenscht ingeschreven te worden, verplicht een verklaring te onderteekenen, waarbij hij de R. C. T. bevoegd verklaart, bij overtreding van eenige bepaling dezer regeling of van eenige nog in het bijzonder op te leggen verplichting, ten aanzien van den overtreder: 1 °. de garantie geheel of gedeeltelijk verbeurd te verklaren; 2°. de inschrijving, bedoeld in het lste lid van dit artikel te schorsen of te royeeren. (6) Van de beslissing van de R. C. T., als bedoeld in het voorgaande lid, staat beroep open op den Minister; van eene beslissing van het bestuur, als bedoeld in het 2de en 3de lid van dit artikel, staat beroep open op de R. C. T. Artikel 2. (1) De beetwortelsuikerfabrieken stellen de suiker, onmiddelijk na de productie, ter beschikking van het bestuur. (2) De prijs, waarvoor deze suiker zal moeten worden ter beschikking gesteld, zal nader door den Minister worden vast- N°. 134. 144 gesteld; onder dezen prijs zal zijn begrepen de courtage voor de makelaars, welke die suiker zullen behandelen. (3) Onverminderd het bepaalde in het 1 ste lid van dit artikel zullen afgesloten contracten op de campagne 1916/17 mogen worden uitgevoerd onder voorbehoud nochtans, dat de suiker steeds ter beschikking blijve van het bestuur tegen den bovenbedoelden prijs en op de wijze, door dat bestuur vast te stellen. Voor de inachtnemeing van dit voorbehoud zijn de in het lste lid genoemde fabrieken verantwoordelijk. Artikel 3. Het bestuur bepaalt de hoeveelheid wit gedraaide suiker, welke door de witfabrieken in consumptie mag en zoo noodig moet worden gebracht, voor welke hoeveelheid zij door het S. D. K. worden belast op een voor hen te openen suikerrekening. (2) Tegen vaststelling van deze hoeveelheid staat voor de witfabriek beroep open op de R. C. T. (3) Voor de vastgestelde hoeveelheid wordt iedere witfabriek door het S. D. K. belast op een voor hem te openen rekening. Artikel 4. De overeenkomstig art. 2 ter beschikking gestelde hoeveelheden suiker worden door het bestuur naar behoefte verdeeld over de raffinaderijen, die daarvan consumtiesuiker maken, hetzij in den vorm van Melis I, hetzij in den vorm van bijsoorten, dit laatste voor zoover dit ingevolge het bepaalde in artikel 5, 2de lid, geoorloofd is, en onder de in het 4de lid van dat artikel gestelde voorwaarde. Artikel 5. (1) Raffinaderijen stellen de gefabriceerdë consumtiesuiker ter beschikking van het binnenlandsch gebruik, met dien verstande, dat voor elke 100 K.G. ruwe suiker, welke te harer beschikking is gesteld, 90 K.G. consumtiesuikér moet worden afgeleverd. (2) Aan raffinaderijen is het geoorloofd bijsoorten in consumtie te brengen, zoolang naar het oordeel van den Minister op voldoende wijze voorzien wordt in behoefte aan Melis I. (3) Voor de hoeveelheden consumtiesuikér, door de raffinaderijen overeenkomstig het bepaalde in het lste lid van dit artikel af te leveren, worden deze door het S. D. K. belast op een voor haar te openen suikerrekening. (4) Mocht naar het oordeel van den Minister op eenig oogenblik in de behoefte aan Melis I niet voldoende zijn voorzien, dan zullen de bijsoorten moeten worden beschikbaar 145 N°. 134. gesteld tegen den prijs, welke door den Minister voor Melis I is vastgesteld. Artikel 6. (1) De combinatie van twee of meer der in art. 1 genoemde qualiteiten, waarin handel in suiker kan worden gedreven, is verboden. (2) . Van het verbod, in het voorgaande lid bedoeld, kan op voordracht van den burgemeester der gemeente, waar belanghebbende is gedomicilieerd, dispensatie worden verleend door de E. C. T. Deze dispensatie kan ter bevordering eener goede controle aan bepaalde voorwaarden worden gebonden. (3) Van een beslissing, als in het voorgaande lid bedoeld, staat beroep open op den Minister. Artikel 7. De -raffinaderij of witfabriek levert suiker, bestemd voor binnenlandsch verbruik, aan ingeschreven tusschen handelaren alleen af tegen een door het S. D. K. af te geven volgbrief. Artikel 8. Raffinaderijen en witfabrieken zenden op door het S. D. K. te bepalen tijdstippen aan dat kantoor de volgbrieven in van de in de afgeloopen week aan tusschenhandelaren afgeleverde suiker. Artikel 9. De suikerrekeningen der raffinaderijen en witfabrieken worden ontlast van de hoeveelheden, waarvoor zij volgbrieven hebben ingezonden. Artikel 10. Op de volgbrieven wordt de te leveren hoeveelheid onderscheiden in Melis n°. 1 en in nader aan te duiden bijsoorten. Artikel 11. De volgbrieven zijn op naam gesteld en zijn niet voor overdracht vatbaar. Aflevering van suiker mag alleen geschieden voor rekening van en aan hem, die in den volgbrief is genoemd. Artikel 12. Tusschenhandelaren, die suiker van de raffinaderij of witfabriek wenschen te ontvangen, vragen een volgbrief bij het. S. D. K. aan. Na akkoordbevinding van deze aanvraag wordt hun met bekwamen spoed een volgbriefje toegezonden. Alleen tegen afgifte van dit volgbriefje is de raffinaderij of witfabriek bevoegd de daarop vermelde hoeveelheid af te leveren. Volgbriefjes tot een hooger quantum dan Vis van het totaal, waarvoor de betreffende tusschenhandelaar bij het S. D. K. overeenkomstig het bepaalde in 10 N°. 134. 146 art. 1, 3de lid, is ingeschreven, zullen, buitengewone omstandigheden voorbehouden, niet tezelfder tijd worden afgegeven. Artikel 13. De aflevering aan winkeliers, door den tusschenhandelaar van op bovenstaande wijze ontvangen suiker, is slechts geoorloofd voor zoover de tusschenhandelaar in het bezit is van een overeenkomstige bestelling van dien Winkelier, welke door het gemeentebestuur van de plaats van domicilie van den winkelier is goedgekeurd. Artikel 14. De tusschenhandelaar is verplicht nauwkeurig aanteekening te houden van de hoeveelheden, die hij aflevert, met de vermelding van den leveringsdatum en den naam van dengene aan wien geleverd wordt. Artikel 15. Van alle bovengenoemde afleveringen moet. door den tusschenhandelaar dagelijks opgave geschieden aan het S. D. K., onder bijvoeging van de in art. 13 bedoelde bestelkaarten. Artikel 16. De voorraad die den tusschenhandelaar ter beschikking wordt gesteld is eerst voor aanvulling vatbaar, nadat hij aan het S. D. K., door overlegging van bestelkaarten als voren bedoeld, heeft aangetoond, dat van zijn vorigen voorraad door hem 80 pet. ter beschikking van winkeliers is gesteld. Artikel 17. (1) Het bestuur stelt voor iedere fabriek van suikerhoudende goederen en voor ieder kleinbedrijf eene gelijkstelling vast, voor zoover de toepassing van deze regeling betreft, hetzij met den tusschenhandel, hetzij met den winkelier, hetzij met den consument. (2) Van eene beslissing als in het voorgaande lid bedoeld staat beroep open op den Minister. Artikel 18. Behoudens het geval, voorzien in de laatste zinsnede van het 3de lid van art. 1, zal geen levering, boven het maximum-quantum, waarvoor de betrokkene bij het S. D. K. is ingeschreven, geschieden. Een tijdelijke uitsluiting kan door de R. C. T. worden bevolen, indien te eeniger tijd de door den betrokkene reeds ontvangen hoeveelheid niet in normale verhouding staat tot de maximum hoeveelheid, voor de ontvangst waarvan hij voor den duur van het geheele campagnejaar is ingeschreven. Artikel 19. Ten aanzien van verzoeken te richten tot, en opgaven te verstrekken aan het S. D. K., is dit kantoor be- 147 Nos. 134_136. voegd modellen vast te stellen, waarvan het nauwkeurig volgen verplicht is. 's Gravenhage, 14 October 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 135. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel stelt, ingevolge art. 8 der Distributiewet 1916, met ingang van 15 October 1916, en zulks onder intrekking van zijne beschikking van 21 September j.1. (Nederlandsche Staatscourant n°. 222) x) voor maïs de volgende maximumprijzen in den kleinhandel vast: Voor La Plata-, Mixed- en Indsche mais: ongemalen f 15,50 per 100 K.G. gemalen 16,— „ 100 „ afgehaald van magazijn of winkel van den verkooper. De prijs, waarvoor gedurende de maand October en volgende maanden maïs door de Regeering zal worden gedistribueerd, is tot nader order vastgesteld voor La Plata-, Mixed- en Indische maïs op f 285 per last van 2000 K.G. 's Gravenhage, 14 October 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 136. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt ingevolge artikel 8 van de Distributiewet 1916 bekend, dat organisaties en handelaren, die na toewijzing door de Toewijzingscommissie voor veevoeder en de Veevoederbureau's granen en veevoederartikeien, met uitzondering van maïs, van de Regeering betrekken, deze af moeten leveren aan degenen voor wie zij bestellingen ontvingen, in verhouding van het aan hen toegewezen percentage en met inachtneming van de i) Zie n°. 70 blz. 74. Nos. 136—138. 148 wijzigingen, door de Veevoederbureau's of de Toewijzingscommissie in de aanvragen en bestelbiljetten aangebracht, tegen een prijs gelijk aan de door de Regeering vastgestelde prijzen, vermeerderd met werkelijk betaalde vracht, onkosten en ten hoogste f 0,25 belooning per 100 K.G. Belanghebbenden worden opmerkzaam gemaakt, dat overschrijding van deze bepalingen ingevolge artikel .12 van de Distributiewet 1916 strafbaar is. 's Gravenhage, 14 October 1916. • De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 137. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijn beschikking d.d. 14 October 1916, n°. 85662, Afdeeling Handel, (zie n°. 184); Heeft goedgevonden: de prijs van de suiker, bedoeld in art. 2, 2de lid, dier beschikking, vast te stellen op f 18 per 100 K.G. 's Gravenhage, 14 October 1916. Voor den Minister, De SecretarisGeneraal, Versteeg. N°. 138. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Heeft goedgevonden: te bepalen, dat gedurende de week van 15 tot 22 October 1916 voor 35 pet. der boterproductie certificaten van uitvoer zullen worden verleend' en 65 pet. voor het binnenlandsch verbruik zal moeten worden beschikbaar gesteld, alsmede, dat de bewijzen van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven door de Rijkscommissie van toezicht op de Botervereeniging, op grond van 149 Nos, 138—140. de certificaten, zullen gelden tot Dinsdag 31 October a. &., des voormiddags te 12 uur. Voor den Minister, De Secretarisgeneraal, Versteeg. N°. 139. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 14 October 1915, Directie van den Landbouw, n°. 25372, 2de afdeeling, bureau A, laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 24 November 1915, Directie van den Landbouw, n°. 28895, 2de afdeeling, bureau A; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat voor iedere hoeveelheid van 100 volversche kipeieren, waarvoor ingevolge art. 3, sub 2, en art. 4, sub 2, zijner voormelde gewijzigde beschikking consent tot uitvoer wordt afgegeven, voor de dagen 15 tot en met 21 October 1916 eene hoeveelheid van 50 volversche kipeieren beschikbaar moet worden gesteld, overeenkomstig het bepaalde in voormelde artikelen; 2°. dat andere eiersoorten niet beschikbaar behoeven te worden gesteld voor binnenlandsch verbruik; 3°. dat, in afwijking zijner voormelde gewijzigde beschikking van elke 50 eieren, welke voor de sub 1°. genoemde dagen beschikbaar moeten worden gesteld, 25 moeten worden geleverd tegen een prijs van f 9,30 per 100 stuks voor levering aan de gemeentebesturen, welke eieren zullen worden gedistribueerd overeenkomstig de bepalingen vastgesteld door het RijksCentraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 14 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 140. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Heeft goedgevonden: met wijziging van zijne beschikking van 12 Augustus 1916, n°. 1691, Uitvoercertificatenbureau, te bepalen, dat, met ingang Nos. 140—142. 150 van 15 October 1916, 40 pet. van den inkoop of de productie van alle kaassoorten, met uitzondering van komijnekaas van Leidsch of Delftsch model, voor het binnenlandsch verbruik beschikbaar moet blijven. 's Gravenhage, 14 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 141. |§j|| N°. 34132/35. Rijksbureau voor de distributie 's Gravenhage, 14 October 1916. van graan en meel. Ik heb de eer u mede te deelen, dat de prijs, waarvoor in October en volgende maanden . mais door de Regeering zal worden gedistribueerd tot nader order is vastgesteld voor La Plata, Mixed en Indische mais op f 285 per last van 2000 K.G. Ingevolge art. 8 der Distributiewet zijn de maximum prijzen voor den kleinhandel door mij met ingang van 15 October a.s. bepaald voor La Plata, Mixed en Indische mais. ongemalen f 15,50 per Ï00 K.G. gemalen f 16 per 100 K.G. afgehaald van magazijn of winkel van den verkooper. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. 142. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel brengt ter kennis van belanghebbenden, dat vergunningen tot uitvoer van onder eenig uitvoerverbod vallende goederen, behoudens de daaraan verder verbonden voorwaarden, in door of vanwege den Minister van Financiën te bepalen gevallen slechts dan 151 Nos. 142—144. geldig zijn, indien de consenten voor het vervoer der goederen in het grensgebied volgens de voorschriften van dien Minister van eene ambtelijke aanwijzing zijn voorzien van het vervoermiddel waarmede, den vervoerder door wien, den weg waarlangs en den tijd waarbinnen veivoer en uitvoer moeten plaats hebben. 's Gravenhage, 16 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 143. De Minisiër van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van: 1°- 24 Juli 1916, Directie van den Landbouw, n°. 18995, 2de Afdeeling; 2. 12 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 22933, 2de Afdeeling (zie n°. 52); Heeft goedgevonden: met wijziging van punt 1 zijner eerstgenoemde beschikking, het minimum gewicht van levende jonge hanen, waarvoor consent tot uitvoer kan worden verleend, nader te bepalen op vijf ons. 's Gravenhage, 19 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 144. De Toewijzingscommissie voor Veevoeder te 's Gravenhage heeft de ondervolgende personen en lichamen, na verhoor of behoorlijke oproeping, en gelet op art. 7 bis van de ministerieele besluiten betreffende de beschikbaarstelling van veevoeder, voor eene maand uitgesloten van de bevoegdheid aanvragen voor veevoeder in te dienen, te weten: 1. G. Beuijssen te Horst (Limburg). 144—145. 152 2. de N. V. het Limburgsch Landbouw Syndicaat te WijkMaastricht (Limburg), directeur Arnold Spauwen. 3. Jasper van der Bijl, te Haarlemmermeer (Noordholland). 4. D. Vromans, Amsterdam. 5. Coöperatieve Inkoopvereeniging „de Vooruitgang", te Wormerveer (Noordholland). Deze personen of lichamen mogen derhalve in de maand November 1916 geen zoodanige aanvragen onderteekenen of indienen. Bestellingen van veehouders, voorkomende op aanvragen dezer personen, worden ter zijde gelegd. 's Gravenhage, 13 October 1916. De Toeurijzingscomrnissie, voor Veevoeder, Mr. H. J. Rink, Secretaris. N°. 145. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikkingen van 12 Augustus 1916, Directie van d en Landbouw n°. 20706, 6de afdeeling B, en van 5 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24744, J) 6de afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer en de beschikbaarstelling voor het binnenland van diverse soorten. stapelgroenten; Heeft goedgevonden te bepalen: I. Exporteurteurs van zaaiuien zijn verplicht voor elke 100 K.G. zaaiuien, waarvoor zij consent aanvragen, 15 K.G. 'uien beschikbaar te stellen voor binnenlandsch verbruik, tegen den prijs van 31/s cent per K.G., en bovendien 15 K.G. knolrapen in eigen bewaarplaatsen beschikbaar te houden voor binnenlandsch verbruik, tegen den prijs van 1% cent per K.G. LT. Exporteurs van Friesehe en andere soorten fijne peen zijn verplicht voor, elke 100 K.G., waarvoor zij consent aanvragen, 40 K.G. in eigen bewaarplaatsen beschikbaar te houden voor binnenlandsch verbruik, tegen den prijs van 2]/2 cent per K.G. HL Tot meerdere zekerheid, dat zij aan hunne verplichtingen zullen voldoen, zullen de exporteurs van uien en fijne peen ten i) Zie n°. 107 blz. 123—124. 153 ti°*. 145—147. genoegen van de Rijkscommissie van Toezicht op de Groenten centrale eene cautie per uit te voeren hoeveelheid van 10 000 K.G. stellen van: voor uien f 25; „ fijne peen „ 50. Iedere exporteur is verplicht eene verklaring te teekenen, waarbij hij de Rijkscommissie van Toezicht, bedoeld in art. 6 der statuten van de Vereeniging Groentencentrale, bevoegd verklaart, bij overtreding van eenige bepaling dezer beschikking ten aanzien van den overtreder de cautie geheel of gedeeltelijk verbeurd te verklaren. 's Gravenhage, 20 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 146. De Minister van'Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikkingen van 28 Juni 1916, Directie van den Landbouw, n°. 16954, 6de afdeeling B, en van 6 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 22550 6de afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van bloemkool; Heeft goedgevonden te bepalen: het percentage van eerste en tweede soort bloemkool, geteeld in de provincie Limburg en aangevoerd op veilingen in die provincie, ingeschreven bij de Groenten-centrale, dat ingevolge eerstgenoemde beschikking voor het binnenland moet worden geveild, wordt tot nadere beschikking vastgesteld op 50 pet. 's Gravenhage, 20 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 147. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien 1°. het Koninklijk besluit van 4 Maart 1915 (Staatsblad i) Zie n». 34 blz. 42. N°. 147. 154 n°. 123), houdende verbod van uitvoer van cichorei in eiken vorm (daaronder begrepen cichoreiwortelen) en peekoffie; 2°. zijne beschikking van 16 October 1915. Afdeeling Handel, n°. 42106, regelende den uitvoer van en de beschikbaarstelling van cichorei; Heeft goedgevonden te- bepalen: dat van den oogst van gedroogde cichoreiwortelen over het jaar 1916 40 pet. zal kunnen worden uitgevoerd. Hij die een certificaat tot uitvoer wenscht, zal verplicht zijn het bewijs te leveren, dat hij voor elke 40 K.G. gedroogde wortelen, waarvoor consent tot uitvoer wordt aangevraagd, 60 K.G. aan een Nederlandschen cichoreifabrikant geleverd heeft, moet leveren of tegen een prijs, welke f 15 per 100 K.G. wortelen (gewone leveringsvoorwaarden) niet te boven gaat, voor binnenlandsche verwerking beschikbaar stelt, en tot 31 Maart 1917 beschikbaar zal houden. Na 31 Maart 1917 zal de prijs, waarvoor beschikbaar gesteld moet worden als volgt zijn geregeld: gedurende de maand April 1917 f 15,23 per 100 K.G., gedurende de maand Mei 1917 f 15,31 per 100 K.G., gedurende de maand Juni 1917 f 15,38 per 100 K.G. en vervolgens voor elke maand later 8 cent per 100 K.G. meer Aanvragen aan den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel tot het verkrijgen van certificaten tot uitvoer moeten op zegel zijn gesteld en worden ingezonden bij de Commissie in zake Voeding van Mensch en Dier, Amaliastraat 2, te 's Gravenhage. De houder van een certificaat tot uitvoer, die daarvan geen gebruik wenscht te maken, is gerechtigd de partij wortelen, waarvoor certificaat verleend is, geheel of gedeeltelijk te verkoopen aan een cichoreifabrikant hier te lande; in geval van zulken verkoop, wordt op het certificaat de verkochte partij afgeschreven en voor deze hoeveelheid een certificaat tot uitvoer verstrekt aan den kooper voor eene overeenkomstige hoeveelheid cichorei of peekoffie. Bij de verrekening wordt aangenomen, dat 100 K.G. wortelen gelijk staat met 75 K.G. peekoffie of 100 K.G. cichorei. Op grond der vorenbedoelde certificaten van uitvoer kuunen consenten tot uitvoer worden aangevraagd bij de bovengenoemde commissie. De hoeveelheid van elk consent wordt op het desbetreffende certificaat afgeschreven. Cichoreiwortelen, welke uit het buitenland voor verbruik hier te lande zijn ingevoerd, zullen, mits na verkrijging van 155 Nos. 147^148. consent op aanvrage bij genoemde commissie, als cichorei of peekoffie mogen worden uitgevoerd. De controle op de vorenbedoelde regeling wordt opgedragen aan door den Directeur-Generaal van den Landbouw daartoe aan te wijzen ambtenaren, voor zooveel noodig in overleg met de betrokken Rijksnijverheidsconsulenten. 's Gravenhage, 20 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Veksteeg. N°. 148. N°. 88581. Afdeeling Handel. 's Gravenhage, 20 October 1916. Ten aanzien van de distributie van de goederen, welke overeenkomstig artikel 1 der Distributiewet 1916 door mij bij beschikking van 9 September 1916, n°. 72235J), afdeeling Handel werden aangewezen (hierna aan te duiden als Regeeringsgoederen), heb ik de eer het volgende te Uwer kennis te brengen. Uit de mij reeds ter goedkeuring toegezonden gemeentelijke distributieregelingen, als bedoeld in art. 8, 4de lid der Distributiewet 1916, is mij van zóó groote verschillen gebleken, ^betrekkelijk het te dien aanzien te volgen beleid, dat het mij in het algemeen belang wenschelijk voorkomt meer eenvormigheid te bevorderen. Mitsdien heb ik de eer U hieronder eene uiteenzetting te geven van den toekomstigen gang van zaken gelijk ik mij dien denk; in deze uiteenzetting liggen uit den aard der zaak de grondregelen opgesloten, waaraan de mij ter goedkeuring voor te leggen gemeentelijke distributieregelingen zullen worden getoetst. Wijze van distributie. I. Vooropstellende, dat de Distributiewet 1916 den gemeentebesturen op dit punt zekere vrijheid van handelen laat, breng ik U dan in de eerste plaats mijne reeds meermalen i) Zie n°. 46 blz. 52 en n°. 47 blz. 53. N°. 148. 156 geuite meening in herinnering, dat het in gewone tijdsom standigheden geworden handelsverkeer zooveel mogelijk behoort te worden in stand gehouden. Hierbij heb ik in 't bijzonder het oog op de positie, welke tusschenhandelaren hebben verkregen bij de distributie van de goederen, welke thans als Regeeringsgoederen zijn of zullen worden ter beschikking gesteld. Distributie door tusschenkomst van grossiers. Het komt mij voor, dat men aan dit beginsel recht laat wedervaren, bij eene regeling met de volgende hoofdtrekken. De winkelier, aan wien Regeeringsgoederen, van welke het gebruikelijk is ze door tusschenkomst van eenen grossier te betrekken, ten verkoop zullen worden gegeven, vraagt de vereischte hoeveelheid schriftelijk aan bij het bestuur der gemeente alwaar hij is gedomicilieerd onder opgave van den grossier, door wiens bemiddeling hij die goederen wenscht te ontvangen. Bijaldien het gemeentebestuur meent, dat aan die aanvrage gevolg moet worden .gegeven (op welke meening o. m. van invloed zal zijn de vraag of, bijzondere omstandigheden daargelaten, de gevraagde hoeveelheid voldoende overeenstemming vertoont met den normalen omzet van den aanvrager) voorziet genoemd bestuur de bedoelde aanvrage van een bewijs zijner goedkeuring, b.v. door afstempeling; de winkelier zendt zijn aldus goedgekeurde aanvrage, welke eerst dan als bestelling is te beschouwen, aan zijn grossier. Een grossier, die zoodanige bestelling niet wenscht uit te voeren, zendt deze ten spoedigste aan den betreffenden winke-, lier terug. Ten einde den grossier in de gelegenheid te stellen bestellingen van dezen aard uit te voeren wordt hem met inachtneming van nader vast te stellen bepalingen, door de zorgen van het Rijks Centraal Administratiekantoor voor de Distributie van Levensmiddelen — hierna aan te duiden als R. D. K. — een door dit kantoor te bepalen voorraad van het betreffende Regeeringsgoed toegezonden 1). Behoudens de voldoening aan vorenbedoelde voorwaarden zal de grossier den Directeur van het R. D. K. naar diens genoegen moeten aan- i) Eenvoudigheidhalve wordt te dezer plaatse aangenomen, dat de leveringivan alle Regeeringsgoederen zal loopen over het R. D. K. Intusschen zal hij enkele artikelen uit practische overwegingen eene andere distributiecentrale (bijv. het Suiker Distributie Kantoor) de plaats van het R. D. K. innemen, zonder dat daardoor overigens wijziging in den algemeenen gang van zaken wordt gebracht. 157 N°. 148. toonen, dat hem door een winkelier een bestelling van dat goed, goedgekeurd door een gemeentebestuur, is gedaan. Deze voorraad van den grossier wordt later op gelijke wijze en onder dezelfde voorwaarden aangevuld tot een door genoemden Directeur te bepalen grens, nadat de grossier het R. D. K. ontvangbewijs heeft overgelegd, aantoonende de aflevering van het Regeeringsgoed aan winkeliers tot een totaal van minstens 80 % van den hem verstrekten vorigen voorraad. De Directeur van het R. D. K. verkrijgt aldus een overzicht van de hoeveelheden Regeeringsgoed, die in iedere gemeente, onder goedkeuring van zijn bestuur, onder het bereik van de gemeentenaren worden gebracht door tusschenkomst van een grossier. Ten aanzien van de Regeeringsgoederen, welker inkoopprijs voor de gemeenten den verkoopprijs te boven gaat, zullen de door tusschenkomst van den grossier aan den winkelier geleverde hoeveelheden geacht worden te zijn verstrekt aan het bestuur der gemeente, met welker goedvinding de bestelling is geschied. Door het R. D. K. zullen deze besturen daarom belast worden voor 1/lü gedeelte van het verschil tusschen die beide prijzen over zoodanige hoeveelheid, als aan de winkeliers van hunne gemeente werd afgeleverd. Bij eene regeling als de bovenstaande wordt de grossierderij niet beperkt tot een handel binnen de grenzen der gemeente. De vorenstaande regeling bevat tevens de elementen om te waarborgen, dat de gemeente, waar de grossier gedomicilieerd is, niet aansprakelijk wordt voor het 1/10 gedeelte der kosten, bedoeld in art. 3 Distributiewet 1916 voor zoover de door dien grossier te betrekken goederen aan elders gedomicilieerde winkeliers worden afgeleverd. Betalingsvoorwaarden. Toezending van Regeeringsgoed aan een grossier zal door het R. D. K. eerst geschieden, na voorafgaande betaling van den verschuldigden koopprijs aan den door of vanwege den Directeur van het R. D. K. aan te wijzen leverancier van het Regeeringsgoed. Hetzelfde geldt ten aanzien van bestellingen aan het R. D. K., door gemeentebesturen gedaan zonder tusschenkomst van een grossier, hetzij voor eigen distributie, hetzij voor rekening van winkeliers zonder tusschenkomst van een grossier. Grossier-winkelier. Het is verboden om grossier en tevens winkelier te zijn in hetzelfde Regeeringsgoed. N°. 148. 158 Dispensatie, tot wederopzeggens toe, van dit verbod kan worden gegeven door mij, of wie anders door mij mocht worden aangewezen op voordracht van den Burgemeester van de plaats van domicilie van den grossier-winkelier. Zekerheidstelling voor den grossier en den grossier-winkelier. De grossier zal eene zekerheid hebben te stellen ten minste gelijk aan de totale waarde der goederen, die op eenig oogenblik onder zijn berusting zijn. Deze zekerheid zal bij overtreding door den grossier of door den grossier-winkelier van de getroffen distributie-regelingen of van eenige daarnaast nog opgelegde verplichting geheel of gedeeltelijk kunnen worden verbeurd verklaard door dengene, aan wien de vaststelling van het bedrag der zekerheidstelling wordt opgedragen. Met deze verbeurdverklaring kan intrekking van het recht om als grossier in Regeeringsgoed op te treden gepaard gaan; alles onverminderd de strafbedreiging welke de Distributiewet 1916 op het overtreden van distributieregelingen stelt. Levering aan elders gedomicilieerden. II. Voorts behooren verkoopen van winkeliers aan elders gedomicilieerde consumenten zoo min mogelijk belemmering te ondervinden, óók indien dit Regeeringsgoederen betreft, waarvan de inkoopprijs den verkoopprijs te boven gaat, en behoort dus ook in dit opzicht de toestand van normale tijden te worden bestendigd. Ik ontveins mij de daaraan verbonden moeilijkheden geenszins, doch blijf van oordeel, gelijk ik reeds vroeger deed uitkomen, dat met onderling overleg te dezen opzichte bevredigende resultaten te bereiken zijn. Uit den aard der zaak zullen de gemeentebesturen daarbij waarborgen kunnen eischen, dat zij slechts in zóóverre aansprakelijk zullen zijn voor het yi0 gedeelte van het verschil tusschen in- en verkoopprijs van de in hunne gemeente verkochte Regeeringsgoederen, als deze zijn gekocht door degenen, die in hun gemeente domicilie hebben. Contröle. Te ontkennen valt niet dat daarvoor eene contröle onvermijdelijk is, in weerwil van de noodzakelijk daaraan verbonden moeilijkheden. Want behalve het belang dat daarbij is be- 159 N°. 148. trokken voor de gemeenten om te kunnen geraken tot eene juiste verdeeling der kosten, welke art. 3 der Distributiewet 1916 op haar heeft gelegd, kan zij niet worden gemist, om te voorkomen, dat de consumenten grootere voorraden inslaan dan zij voor een normaal huishoudehjk gebruik noodig hebben. De vorenomschreven contröle zou doelmatig kunnen geschieden door invoering van doorloopend genummerde domiciliekaarten, iederen kooper legitimeerende voor zijnen persoon, de grootte van zijn gezin *) en zijn domicilie. De gegevens, op deze kaart voorkomende, zullen steeds zooveel mogelijk overeenkomstig de werkélijkheid moeten worden gehouden. Wordt dit systeem van contröle gevolgd, dan zal moeten worden bepaald, dat verkoopen van Regeeringsgoed slechts geoorloofd zijn op vertoon van een kaart als bovenbedoeld en tot hoeveelheden, niet onevenredig aan den omvang van het gezin en voorts onder de verplichting voor den winkelier om van zijn verkoopen behoorlijk aanteekening te houden. Deze aanteekeningen zullen dagelijks of wekelijks aan het Gemeentebestuur moeten worden ingezonden. Dit bestuur doet van de verkoopen van Regeeringsgoederen aan elders gedomicileerden mededeeling aan het bestuur der gemeente, waar de kooper zijn domicilie heeft. Op deze wijze wordt het tweeledige doel van de in te stellen contröle bereikt: 1°. komt ieder gemeentebestuur in het bezit van de gegevens, vaststellende den totaal-inkoop van ieder zijner gemeentenaren, hetzij dan in of buiten de gemeente en kan dat bestuur derhalve ingrijpen waar inkoopen tot een abnormaal hoog totaal door één persoon worden gedaan; 2°. kan ieder gemeentebestuur vaststellen: eenerzijds tot welke bedragen elders gedomicilieerden inkoopen in zijne gemeente hebben gedaan van Regeeringsgoederen, van welke de inkoopprijs den verkoopprijs van het R. D. K. te boven gaat; anderszijds tot welke bedragen zijn gemeentenaren elders — en waar en tot welke bedragen — zoodanige goederen hebben gekocht. i) Ter vermijding van belemmeringen van het gebruikelijke personenverkeer ware m. i. vast te stellen dat tot het gezin van hotel- en pensionhouders en van houders van restaurants, ook geacht zullen worden te behooren de gasten of bezoekers dier inrichtingen. Bij de toepassing van dezen regel zal het gemeentebestuur goed doen zich op een ruim en practisch standpunt te stellen, zooals trouwens ook ih alle opzichten wenschehjk is. N°. 148. 160 Het stelsel der wet brengt mede, dat iedere gemeente 1/10 gedeelte bijdraagt in het verschil van in- en verkoopprijs van laatstbedoelde goederen, voor zoover deze aan haar eigen gemeentenaren ten goede zijn gekomen; de gemeente, waar elders-gedomicilieerden zoodanige inkoopen hebben gedaan, zal derhalve dat Yio gedeelte terug moeten ontvangen van de domiciliegemeente waar de kooper woont. Deze bedragen zouden bijv. maandelijks verrekend kunnen worden. Ik acht het overigens niet uitgesloten dat door middel van bonboekjes (waarbij de verkooper in stede van bovenbedoelde aanteekeningen, de ontvangen bons periodiek bij zijn gemeentebestuur zal moeten inleveren) of op eenigerlei andere wijze de in dit opzicht gewenschte contröle mogelijk zal zijn. De keuze van het controlemiddel, welke ook verband kan houden met de grootte der gemeente, plaatselijke omstandigheden e. d., meen ik aan de prudentie der gemeentebesturen te mogen overlaten. Ik verwacht nochtans dat de gemeentebesturen aan dit, voor eene goede werking van de Distributiewet zeer belangrijke punt, hun volle aandacht zullen schenken. Maximum-prijzen. Het komt mij noodzakelijk voor aan handelaren, met inbegrip van marktkramers en venters, de verplichting op te leggen om op eene, voor den kooper duidelijk zichtbare wijze, de geldende maxiumprijslijst voor zoover betreft de Regeeringsgoederen die zij verkoopen of voorhanden hebben, op te hangen. Proviandeering van schippers en bewoners van gestichten e. d. Het is mij gebleken dat bezwaren worden ondervonden bij de levering van Regeeringsgoederen aan schippers, aan bewoners van gestichten, inrichtingen e. d. en van vluchtelingen kampen zoomede bij de levering aan vluchtelingen en geïnterneerden, buiten de bestaande kampen woonachtig. Uit den aard zal aan een schipper een domiciliekaart moeten worden verstrekt door de gemeente alwaar hij is gedomicilieerd. Echter zullen schippers hunne inkoopen grootendeels elders, en wel in verschillende gemeenten doen. M. i. verdient het boven subsidiair aanbevolen controlesysteem door middel van bonboekjes, — uit te geven door de gemeente, welke de 161 N°. 148. kaart afgeeft —, in dit bijzondere geval de voorkeur èn om toezicht te kunnen uitoefenen op den omvang van inkoopen door schippers èn ter bepaling van het aandeel, dat het bestuur der domiciliegemeente voor de pioviandeering harer schippersbevolking zal hebben bij te betalen. Ik vertrouw, dat alle gemeentebesturen bereid zullen zijn gedurende den overgangstijd, welke noodzakelijkerwijs moet verloopen alvorens de schippers in het bezit van zoodanige bonboekjes — of eenig ander controlemiddel — zijn, geen bezwaren in den weg te leggen aan inkoopen binnen redelijke grenzen door schippers, aan wie eenig legitimatiebewijs ontbreekt. Het komt mij voor, dat in dit opzicht een overgangstijd, loopende tot 15 November a. s. voldoende is. Naar mijne meening is het niet aan twijfel onderhevig, dat de bewoners van een gesticht of inrichting geacht moeten worden inwoners te zijn der gemeente alwaar die inrichting is gevestigd. Hetzelfde geldt voor vluchtelingen en geïnterneerden, buiten de bestaande kampen woonachtig. De bewoners van vluchtelingenkampen zullen als in die gemeente gedomicilieerd moeten worden beschouwd; in hoeverre er aanleiding kan zijn voor de toekenning eener bijzondere subsidie aan sommige dier gemeenten, maakt nog een punt van overweging uit. Ik meen goed te doen uitdrukkelijk vast te stellen dat ik slechts dan gemeentelijke regelingen, afwijkende van hetgeen hierboven als wenschelijk werd aangegeven zal kunnen goedkeuren, wanneer mij zal zijn gebleken dat eene overeenstemmende regeling door bijzondere omstandigheden niet wel mogelijk is. Gemeentebesturen die een. regeling ter goedkeuring inzenden, welke met mijn hierboven uitgesproken bedoeling niet in overeenstemming zijn, gelieven aan hunne, ter goedkeuring in te zenden regeling toe te voegen eene opgave van bijzondere daartoe aanleiding gevende omstandigheden. Ik merk nog op dat, waar de Distributiewet 1916 bepalingen bevat omtrent de straffen, bedreigd tegen overtreding van gemeentelijke distributieregelingen, er geen aanleiding is deze in die regelingen zelf te herhalen. Het verdient m. i. echter wèl aanbeveling op de domiciliekaart, het bonboekje of welk controlemiddel men dan ook neemt, te herinneren waaraan overtreders van gestelde voorschriften zich blootstellen. 11 SJ°. 148. 162 Ten slotte wordt medegedeeld: 1. • dat met de beschikbaarstelling van Regeeringsgoederen, met welker aflevering reeds is begonnen, op dezelfde wijze zal worden voortgegaan; de hier bedoelde goederen *) zijn: (1) ongebuild tarwemeel, (2) rogge, (3) aardappelen, (8) varkensvleesch, (12) margarine, (13) boter, (140 kaas, (15) eieren, (16) melk, (17) suiker, (18) zeevisch; 2. dat met levering van: (4) groenten, (5) bruine boonen, groens erwten. (6) rundvet, (7) spek, (9) rijst, (10) gort, (11) havermout en (20) zachte zeep op nader te bepalen data in den loop dezer maand zal worden aangevangen; 3. dat bestellingen niet behooren te geschieden, alvorens van de beschikbaarstelling mededeeling is gedaan, en dat zij moeten worden gericht tot het R. D. K. ; 4. dat het niet gewenscht is meer, dan voor een maand tegelijk te bestellen (stapelgroenten voor 14 dagen); 5. dat iedere gemeente ten aanzien van de te haren behoeve betrokken Regeeringsgoederen, van welke de inkoop- den ver- i) De tusschen" haakjes geplaatste nummers vóór de navolgende goederen, verwijzen naar de nummering der maxiniumprijslijsten. 163 N09. 148—149. koopprijs te boven gaat, door het R. D. K. wordt belast voor het Vio gedeelte van het verschil tusschen die beide prijzen, zoodat het Rijk reeds aanstonds het 9/10 gedeelte van dat verschil voor hare rekening neemt, zonder dat dit eerst door de gemeente behoeft te woiden voorgeschoten; 6. dat aan het begin van iedere maand het R. D. K. aan iedere gemeente eene afrekening zal doen toekomen; 7. dat het verschuldigde terstond moet worden voldaan. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. 149. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 14 October 1915, Directie van den Landbouw, n°. 25372, 2de afdeeling, bureau A, laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 24 November 1915, Directie van den Landbouw, n°. 28895, 2de afdeeling, Bureau A; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat voor iédere hoeveelheid van 100 volversche kipeieren waarvoor ingevolge art. 3, sub 2, en art. 4, sub 2, zijner voorvermelde gewijzigde beschikking consent tot uitvoer wordt afgegeven, voor de dagen 22 tot en met 28 October 1916 eene hoeveelheid van 50 volversche kipeieren beschikbaar moet worden gesteld, overeenkomstig het bepaalde in voormelde artikelen; 2°. dat andere eiersoorten niet beschikbaar behoeven te worden gesteld voor binnenlandsch verbruik; 3°. dat, in afwijking zijner voormelde gewijzigde beschikking, van. elke 50 eieren, welke voor de sub 1°. genoemde dagen beschikbaar moeten worden gesteld, 25 moeten worden geleverd tegen een prijs van f 9,30 per 100 stuks voor levering aan de gemeentebesturen, welke eieren, zullen worden gedistribneerd overeenkomstig de bepalingen vastgesteld door het Rijks-Centraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 21 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. Nos. 150—151. 164 N°. 150. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Heeft goedgevonden: te bepalen, dat gedurende de week van 22 tot 29 Octobe.i 1916 voor 35 pet. der boterproductie certificaten van uitvoer zullen worden verleend en 65 pet. voor het binnenlandsch verbruik zal moeten worden beschikbaar gesteld, alsmede dat de bewijzen van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven door de Rijkscommissie van toezicht op de Botervereeniging, op grond van die certificaten, zullen gelden tot Dinsdag 7 November a. s., des voormiddags te 12 uur. 's Gravenhage,- 21 October 1916. Voor den Minister, Secretaris-Generaal. Versteeg. N°. 151. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 30 September 1216, Directie van den Landbouw, n°. 24742, 6de afdeeling B (zie n°. 94): Heeft goedgevonden te bepalen: na de eerste alinea van het bepaalde sub A der voormelde beschikking worden de volgende woorden ingelascht- Onthefnng van het verbod in de voorgaande zinsnede vermeld, kan worden verleend door den burgemeester, doch alleen voor vervoer binnen de gemeente en van die aardappelen, welke ten tijde van de afkondiging van bovenvermelde beschikking binnen de gemeente aanwezig waren. 's Gravenhage, 21 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 165 N°s. 152—153. N°. 152. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt, ingevolge zijne circulaire van 25 Augustus 1916, n°. 23651/8 bis bekend, dat van Maandag 23 October e.k. tot en met Zaterdag 28 October d.a.v. de prijs van maïs, uitsluitend bestemd om aan gemeentebesturen te worden verstrekt voor ruiling tegen rogge van den oogst 1916, bedraagt voor alle soorten f 235 per last van 2000 K.G. of f 8,22° per 70 K.G., zoowel te Botterdam als te Amsterdam te ontvangen. 's Gravenhage, 23 October 1916. Voor den Minister, De SecretarisGeneraal, Vehsteeg N°. 153. N°. 28014/36. Rijksbureau voor , • , . . „ .,' i ,„,„ de distributie 's Gravenhage, 24 October 1916. van graan en meel. Het is mij gebleken, dat de door mij in mijne circulaire van 28 September j.1. n°. 78864 2), Afdeeling Handel, voor ongebuild tarwemeel bij verkoop aan detaillisten in overweging gegeven prijs van f 11,80 per 100 K.G., tot moeilijkheden aanleiding geeft. Er schijnt bij de verschillende gemeentebesturen geen bezwaar te bestaan den prijs van f 11,80 als verkoopprijs aan meelhandelaren voor den verkoop op meelkaarten te handhaven. Voor de bakkers echter schijnt, met het oog op de in de velschillende gemeenten zeer afwijkende kosten der bakkerij, een uniforme prijs bezwaarlijk te kunnen worden doorgevoerd bij een vaststaanden maximum-bruinbroodprijs van 12 cent per K.G. in verschillende gemeenten zullen derhalve de gemeentebesturen van den in overweging gegeven verkoopprijs aan de bakkers wenschen af te wijken. Ik verzoek U, het Rijksgraanbureau overeenkomstig mijne 1) Zie n°. 8 blz. 18. 2) Zie n°. 91 blz. 99. N°8. 153—154. 166 circulaire van 2 dezer n°. 26705/36 J), Afdeeling Rijksbureau voor de Distributie van Graan en Meel, mededeeling te doen van den door U vastgestelden prijs. Ik maak TJ nog opmerkzaam, dat mijne circulaire van 22 Juni 1915, n°. 4734/36, Afdeeling Rijksbureau- voor de Distributie van Graan en Meel, van kracht blijft. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. 154. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien art. 6 der Distributiewet 1916; Gezien de beschikking van 5 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 21682 -). 6de afdeeling B, houdende eene regeling van. het bedrijf van verduurzamen van groenten; Heeft goedgevonden te bepalen: aan voornoemde beschikking wordt toegevoegd: Art. 5 a. De overeenkomstig art. 2 als ondernemingen voor het verduurzamen van groenten ingeschreven ondernemingen zullen als bijdrage in de extra-kosten van toezicht, op een dooide Rijkscommissie van Toezicht op de vereeniging Groentencentrale te bepalen wijze ten name der vereeniging Groentencentrale hebben te storten eene door genoemde Rijkscommissie van Toezicht, onder goedkeuring van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel te bepalen bedrag, hetwelk f 15 per week en per inrichting niet te boven gaat. 's Gravenhage, 24 October 1916. Voor den Minister, De SecretarisGeneraal, Versteeg. i) Zie n°. 98 blz. 107. • S) Zie n». 30 blz. 37/40. 167 Nos. 155—156. N°. 155. • De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt bekend, dat door hem is besloten met ingang vim 27 October eerstkomend: 1. den prijs van tarwebloem (Inlandsch, uitsluitend één soort) te stellen op f 21,25 per 100 kilogram. v 2. den prijs van tarwemeel (ongebuild) te stellen op f20,35 per 100 kilogram; 3. dat de onder ï en 1 vastgestelde prijs zijn netto, contant af fabriek of molen voor bakkers en dergelijke verbruikers, en dat aan tusschenpersonen op verzoek eene reductie moet worden toegekend als is aangegeven in zijne circulaire van 23 Maart 1915, n°. 12001/6; 4. den maximumprijs voor. tarwebrood vast te stellen per kilogram contant, afgehaald van bakkerij of winkel voor: ct. gebuild tarwewaterbrood op 25 cents; 5. M n gebakken onder rabbinaal toezicht op 26 cent; (de prijzen van de andere soorten gebuild tarwebrood naar evenredigheid). 's Gravenhage, 25 October 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 156. De Minister van Landbonw, Nijverheid en Handel; Gezien het Koninklijk besluit van 29 Juli 1916 (Staatsblad n°. 362), houdende verbod van uitvoer van alle groenten in gezouten of gedroogden toestand of op andere wijze verduurzaamd, welke in verschen toestand niet uitgevoerd mogen worden; Gezien zijne beschikking van 12 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 23325, 6de afdeeling B, regelende den uitvoer van gezouten snij- en spersieboonen, (zie n°. 50); Heeft goedgevonden te bepalen: Naast de 35 vaten gezouten snij- en spersieboonen, die de 156—157. 168 exporteurs overeenkomstig, art. III van bovengenoemde beschikking beschikbaar moeten houden voor binnenlandsch verbruik voor elke 100 vaten, waarvoor zij consent aanvragen, zullen zij eveneens ten genoegen van de Rijkscommissie van toezicht op de vereeniging Groentencentrale nog eene extra reserve moeten houden van 50 vaten per 100 vaten, waarvoor zij consent aanvragen. 's Gravenhage, 25 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 157. . De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; • Gezien zijne Deschikkingen van 12 Augustus 1916, Directie van den Landbouw, n. 20706, 6de Afdeeling B, van 5 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24744 1), 6de Afdeeling B en van 5 October 1916, Directie van den Landbouw, n° 247441, 6de Afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer en de beschikbaarstelling voor het binnenland, van diverse soorten groenten; ' Heeft goedgevonden te bepalen: met wijziging van het sub I van laatstgenoemde beschikking: Exporteurs van witte kool zijn verplicht voor elke 100 K.G. waarvoor zij consent aanvragen, 15 K.G. witte kool aan-den Langendijk of in „de Streek" in de provincie Noordholland geteeld, beschikbaar te stellen voor binnenlandsch verbruik tegen den prijs van V/i cent per K.G. 's Gravenhage, 25 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. ') Zie n°. 107 en '109. 169 N°. 158. N°. 158. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Heeft goedgevonden: I. te bepalen krachtens artt. 2 en 8 der Distributiewei 1916, dat de consumtiemelk-voorziening wordt geregeld als door hem in zijne missiven van 16 September 1916, Directie van den Landbouw, N°. 23546, 5de Afdeeling,' en van 22 September 1916, Directie van den Landbouw, N° 22380, 5de Afdeeling, aan Commissarissen der Koningin in de onderscheidene provinciën als volgt is aangegeven: ï. Melklevering. Degenen, hetzij dit natuurlijke of rechtspersonen zijn, die in het vorige jaar gedurende den winter gewoon waren melk voor de consumtie te leveren naar bepaalde gemeenten, belmoren dit ook thans te doen naar dezelfde gemeenten, op dezelfde wijze en althans voor ten hoogste in dezelfde hoeveelheden als zij zulks gewoon waren. Zij zijn echter niet gehouden om te leveren aan denzelfden persoon of aan dezelfde melkinrichting. Melkveehouders, die in vorige jaren gedurende den winter gewoon waren melk aan fabrieken van melkproducten te leveren,, kunnen ook'leveren aan boter- of kaasfabrieken, mits laatstgenoemde fabrieken de verplichting op zich nemen, welke volgens art. 2 der statuten van de Vereeniging van Fabrieken van Melkproducten ten aanzien van de beschikbaarstelling van consumtiemelk aan de leden dier vereeniging is opgelegd. Daarvoor dragen zij tevens bij in de kosten van de vereeniging ten behoeve van de melkvoorziening naar verhouding van de hierboven bedoelde hoeveelheden melk. De verplichting tot melklevering rust op het bedrijf; indien derhalve een bedrijf in andere handen overgaat, dan gaat de verplichting tot levering van consumtiemelk op dien ander over. II. Melkprijs. De prijs, die door de leveranciers van consumtiemelk in rekening mag worden gebracht aan dengene, die deze melk aan de verbruikers levert, is de winterproductieprijs 1915—1916. Indien in eenige gemeente geen bepaalde winterprijs ten m 158. 170 vorigen jare bestond, doch een vaste voor het geheele jaar geldende prijs, dan kan deze beschouwd worden als de gemiddelde van een winterprijs en een zomerprijs, van welken laatste over het algemeen kan worden aangenomen, dat deze 1 cent per liter lager is dan de winterprijs. De voor den aanstaanden winter vast te stellen productieprijs behoort dan gesteld te worden op den bovenbedoelden Winterprijs. Indien in eenige gemeente in den vorigen winter meerdere •winterprijzen bestonden, dan worden de" dezen' winter te bedingen prijzen gesteld op de bedragen, geldende gedurende de overeenkomstige maanden van den winter 1915/1916. De prijs, die aan de verbruikers van consumtiemelk in rekening mag worden gebracht, is de winterconsumtieprijs 1915/16 zonder eenige verhooging, ot de winterconsumtieprijs 1914/15 verhoogd met het bedrag, waarmede in laatstgemelde periode de productieprijs is verhoogd geworden. De winterconsumtieprijs 1916/17 zal, behoudens in het hierna te noemen geval, dien van den winter 1914/15 met geen hooger bedrag dan 2 cents mogen overschrijden. Hierbij wordt door mij in het algemeen aangenomen, dat in den komenden winter de marge tusschen den in- en verkoopsprijs (afgezien van den door de producenten te ontvangen toeslag van 2^ cent per liter) in de grootere plaatsen niet beneden de drie cent per liter blijft. Mocht er, naar de meening der betrokken gemeentebesturen, aanleiding bestaan de winstmarge voor de door melkinrichtingen geleverde melk te bepalen op een voor de desbetreffende gemeente noodig geacht hooger bedrag, zoo ben ik bereid, een daarmede overéénkomenden bijzonderen maximumprijs voor bedoelde melk in die gemeente vast te stellen. Voor zoover noodig, vestig ik er echter de aandacht op, dat de verhooging van den consumtieprijs, die uit de vaststelling van een bijzonderen maximumprijs voor van inrichtingen afkomstige melk mocht voortvloeien, in haar geheel door het publiek zal moeten worden gedragen en derhalve het maximum van den aan melkproducenten en handelaren te zamen uit te keeren toeslag bepaald blijft op drie cents per liter. De winterlevering en de winterprijzen worden geacht in te gaan op 1 October. Als winterperiode wordt beschouwd een tijdperk van zes maanden, aanvangende met den datum waarop de winterlevering en de winterprijzen in werking treden. 171 N°. 158. De melkprijzen in de onderscheidene gemeenten worden door mij vastgesteld overeenkomstig het bepaalde in art. 8, 3de lid, der Distributiewet 1916, aan de hand van de daartoe door de burgemeesters der betrokken gemeenten, bij mij ingediende voorstellen. III. Toeslag. Aan de leveranciers van consumtiemelk zal een toeslag van 2| cent per liter worden uitgekeerd boven den onder II genoemden winterproductieprijs 1915/1916. Aan de melkslijters en melkinrichtingen zal, ter beoordeeling van het betrokken gemeentebestuur, een toeslag van £ cent per liter kunnen worden uitgekeerd boven den winterconsumtieprijs 1915/16 of den met ten hoogste twee cent verhoogden winterconsumtieprijs 1914/15. Deze uitkeeringen zullen geschieden in den geest der regeling voor den toeslag als deze in mijn schrijven aan H.H. Commissarissen der Koningin, dd. 9 Maart 1916, Directie van den Landbouw, N°. 7258, 5de Afdeeling, werd aangegeven. De voor deze uitkeeringen benoodigde gelden zullen worden gevonden voor zooveel zulks met de te maken exportprijzen is overeen te brengen uit bijdragen van de Kaasvereeniging, Botervereeniging, Vereeniging van Fabrieken van Melkproducten en Margarinefabrieken. Mochten bedoelde bijdragen onvoldoende zijn of worden dan wordt de betaling der uitkeering gevonden op de wijze als voorgeschreven bij art. 3 der Distributiewet 1916. IV. Ontheffing van de verplichting tot melklevering. Overmelk. Overmelk mag niet tot zuivel worden verwerkt, behoudens: a. door slijters en melkinrichtingen (gemengde bedrijven) onder inachtneming van de hoeveelheden, die zij ter beoordeeling van de Rijkscommissie van Toezicht op de Vereeniging van Fabrieken van Melkproducten, in normale omstandigheden gewoon waren te verwerken; b. door melkveehouders, die ten genoegen der Rijkscommissie van Toezicht op de Vereeniging van Fabrieken van Melkproducten kunnen aantoonen tijdig pogingen in het werk te hebben gesteld om tegen den vastgestelden maximum productieprijs hunne melk te verkoopen in de gemeente waarheen zij gewoon waren te leveren of in andere voor die levering in aanmerking komende gemeenten. , Hun kan door de voornoemde Rijkscommissie eene bijzondere N«. 158. 172 machtiging tot verwerken van de overmelk op zuivel worden verleend, mits zij zich verbinden op eerste aanmaning van genoemde Rijkscommissie hunne melk beschikbaar te stellen naar de gemeente, welke hun door meergemelde Rijkscommissie daarvoor wordt aangewezen. Wijziging van het bedrijf. Wanneer kan worden aangetoond, dat veehouders, ten gevolge van de uitoefening van hunne militieplichten, na 1 Augustus 1914 hun bedrijf hebben moeten wijzigen, zoo geldt te .hunnen opzichte" de verplichting tot melklevering, alléén dan wanneer zij vóór bovengemelden datum gewoon waren melk voor consumtie te leveren. V. Tekort aan melk. Wanneer zich in eene gemeente een tekort 'aan melk voordoet, zal na aanvrage van de betrokken burgemeesters op aanwijzing van de Rijkscommissie van Toezicht op de Vereeniging van Fabrieken van Melkproducten in dat tekort kunnen worden voorzien, totdat door toepassing van de bepalingen van'de Onteigeningswet of Distributiewet 1916 of op grond van andere voorschriften, de melktoevoer weer op. het normale peil zal zijn gebracht. Mocht het voorkomen, dat in gemeenten waar de melkproductie kleiner is dan de hoeveelheid melk die voor consumtie in die gemeente benoodigd is, terwijl in die gemeente of in omliggende gemeenten zuivelbedrijven zijn gevestigd, die gewoon zijn een deel van de in hunne inrichtingen aangevoerde melk als consumtiemelk te verkoopen, doch als hoofdbedrijf het andere deel tot boter en kaas verwerken, door bedoelde bedrijven voor de distributie thans een grooter hoeveelheid beschikbaar moet worden gesteld, dan is aan de schade, welke daardoor wordt veroorzaakt, te gemoet te komen door te bepalen, dat de meer te leveren melk in boter zal worden omgerekend en de aldus verkregen hoeveelheid boter zal worden in mindering gebracht van de hoeveelheid die zij volgens de regeling van den uitvoer van boter voor binnenlandsch verbruik ter beschikking hebben te stellen. Eene bepaling van soortgelijke strekking kan gemaakt worden voor de fabrieken die kaas maken, of een ander melkproduct waarvan beschikbaarstelling plaats vindt. De kostprijs van de distributiemelk is in beide bovenbedoelde gevallen te bepalen op de wijze hiervoor sub 2 aangegeven. 173 N°. 158. Noch uitvoerconsenten, noch daarmede gelijkgestelde geleidebiljetten zullen worden gegeven aan: A. boterfabrieken, kaasfabrieken, fabrieken van melkproducten, margarinefabrieken, welke melk verwerken van melkveehouders, die in den vorigen winter gewoon waren melk voor de consumtie te leveren; B. melkveehouders, die boter of kaas maken, terwijl zij in den vorigen. winter gewoon waren melk te leveren öf voor de consumtie, öf aan de fabrieken van melkproducten. Evenmin zullen uitvoerconsenten en daarmede gelijkgestelde geleidebiljetten worden uitgereikt aan hen, van wie blijkt, dat zij middellijk of onmiddellijk producten betrekken of hebben betrokken van de onder a en b genoemde producenten. VI. Districtscommissim, De door de Commissarissen der Koningin ingestelde districtscommissiên voor de melkvoorziening dienen mij van advies bij de vaststelling van maximum melkprijzen.. Zij stellen zich op de hoogte of de tot haar district behoorende gemeenten behoorlijk van melk worden voorzien en stellen indien zulks niet het geval zoude zijn, mij met de oorzaken daarvan in kennis. Zij zijn niet bevoegd buiten mijn voorkennis regelingen te treffen of voorschriften te geven. II. in vervolg op het door hem in zijn schrijven aan gemeentebesturen van 28 September 1916, N°. 76917, Afdeeling Handel, bepaalde omtrent de melkprijzen in den winter 1915—1916, krachtens artikel 2 en 8 der Distributiewet 1916, nader vast te stellen de navolgende maximum-melkprijzen, opgenomen in de navolgende lijst. N°. 158. 174 MELKPRIJZEN 1916/17. Productie- Consumtie- - Gepasteuriseerd Gemeente. Pnjs *) prijs ») ct. per L. ct. per L. ct- Per L- M Alblasserdam . 9a/o 11 — Alphen..... 10 12 — Amerongen . . 9 10 — Amersfoort . . 9 11 13 Ammerstol . . 9 11 — Amsterdam . . —> 13 — Andijk .... 91/» 11 — Anloo .... 9 — Appingedam . . 10 — Arcen en Velden 10 — Avereest ... 11 — Baarn .... 9i/„ 12 — Baflo 10 11 — Benschop . . . 9V2 11 — Bergambacht. . 9 11 — Bergen (N-H.) .9 11 — Berkel en Rodenrijs .... 9 .11 Beverwijk. . . 9 11 — Bleiswij'k . . . 9l/a li1/, — Bloemendaal. . 91/» 12 Bodegraven . . 10 12 — Bolsward . . . 8V2 10 — Brandwijk. . . — " 10 — Brielle .' . . . 10 11 Bunnik. . . '. 10 lli/„ — Bussum . . . 9J/2 12 — Capelle (N.-B.) . 8 9V2 — ^£ ^* en bij verkoop van onderdeelen van een L. 10 per L. Capelle op den IJssel. ... 10 12 — Coevorden. . . 8 10 i) Ongerekend den toeslag van 2i/2 cent. *) Ongerekend den voorwaardelijken toeslag van 1/2 cent. 175 N°. 158. Productie- Consumtie- „ , . , r>rü=!ii nriis^ I Gepasteuriseerd. Gemeente. PnJs > pllJS } ct. per L. et. per L. ct. per L. De Bilt.... 10 12 Delfzijl .... — 10 De Rijp. . . . 9V2 11 Diemen. . ... 9% 12 Doorn . . . . 91/» 12 Driebergen . . 9 12 — Eemnes. ... — 9 — Ermelo. ... 9 11 — Ezinge .... — 10 — Gendringcn . . — 10 — Gieten .... S 10 — Giessendam . . 91/., 11 — Gorinchem . 9 HVs — Gorsscl. ... 10 Groningen. . . 9 10 | bij levering door melkinrichting 11 per L. Grootegast. . . — 10 — Gouda 10 12 Goudriaan. . . — 10 . — Haarlem . . . 9i/3 12 Haastrecht -. . 9i/a H]/s- Haskerland . . — 10 Heemstede . . 91/» . 12 — Noordelijk deel van de gemeente en 11 zuidelijk deel van de . gemeente Heerdc .... 11 — Hekelingen . . — 10 — Hendrik Ido Ambacht. ... 9 10 Herwen en Aerdt 8 10 Heusden ... — 10 — 1) Ongerekend den toeslag van 21/2 cent. 2) Ongerekend den voorwaardelljken toeslag van 1/2 cent. N°. 158. 176 Productie- Consumtie- . _ > v ,-,1-üq i\ nriio 21 Gepasteuriseerd. Gemeente. lJ11Jb > PriJs i >- ct. per L. ct. per L. . ct. per L. Hiliegom . . . 91/» 12 — Hilversum. . . afgehaald 8]/3. 12 0.8 franco stad 9 L. flesch 13 ct., rauwe volle melk ',i-n flesschen 13 ct. per. L. Hoogeveen . . 9 10 — Hoogkerk ... — 10 Hoogvliet ... — 10 — Hoorn .... October '1.6 8 11 November'16 December '16 Januari '17 Februari '17 Maart '17 9 Huizen .... — 9 in flesschen 14, rauwe melk in flesschen 11 ct. p. L. Jutphaas . ... 10y2 12 — Kampen . . . 9y2 ll]/2 — Katwijk . . . 9T/2 12 — Kerkrade ... — " 12 — Klaaswaal. . . — 10 — Klundert . . . 9 10 Kortenhoef • . —■ 10 — Koudekerk (Z.H.) 10 12 — Krimpen a/d Lek 9 11 — Krimpen a/dlJssel 10 12 — Leens .... — 10 — Leiden .... 10 j 12 voor melkver- koopersen 13 voor melkinrichtingen Leimuiden. . . 9 11 — Lekkerkerk . . 8]/2 11 — 1) Ongerekend den toeslag van 2t/s cent. 2) Ongerekend den voorwaardelijke!! toeslag van 1/2 cent. 177 Nö. 158. I I I Productie- Consumtie- Gepasteuriseerd. Gemeente. Pr«sl) pnJS "} ct. per L. ct. per L. ct. per L. Lemsterland . . 9 10 Limmen ... 9 Loenen a/dVecht | 93/2 11 Loosdrecht . . — 9 Loosduinen . . 10 13 Maarssen ... 10 12 Maarsseveen . . i 10 12 Maasdam ... — 10 Maasland ... — 12 — Marum. . . . j — 10 Middelstum . . i — 1° Molenaarsgraaf . — 1° Moordrecht . . 9 Muiden. ... — 11 Mijdrecht • • • 9Vs H — Naaldwijk. . . 10 .12 — • io Naaiden .. . . 91/» 12 0.8 Literflesch 13 en per Literflesch 15, flesschen melk 13 ct. per Liter. Nieuwe Niedorp 81/» 10 . Nieuw Helvoet . 91/* 10 Nieuwkoop . . 9 11 Noordwijk. . . 10 12 — Noordwijkerhout 9 11 — Nijkerk — 9y2 — Nijmegen ... 9 12 Odijk 10 li1/» — Oost- en WestSouburg. • • I 8 10 Ottoland ... — 10 — Oude Pekela. . 8% 10 — Ouder Amstel . 9Vj 12 — Oudewater . . I 9 11 — Oudshoorn . . 10 12 — i) Ongerekend den toeslag van 2i/i cent. 3) Ongerekend den voorwaardelnken toeslag van 1/2 cent. 12 N°. 158. 178 Productie- Consumtie- _ . Gemeente. P1^1) P1^2) ! Gepasteuriseerd. ct. per L. I ct. per L. ct. per L. Poortugaal . . 10 — Purmerend . . 91/» 11 Va Renkum . . . 9>/2 12 — Rheden.... voor Velp 91/» voor Velp 12, \ — voor andere voor de overige deelen der deelen der gegemeente en meente 101/3 voor melk te leveren aan melkinrichting te Velp 8V«- Rhoon .... 10 Ridderkerk . . 8y3 11 Roosendaal en Nispen .... — 10 Rijnsburg. . . 9V2 12 Rijsenburg . . 9 12 — Rijswijk ... 10 13 Sassenheim . -. 91/» 12 — Schagen ... 9 11 — Schipluiden . . 10 12 — Schoonhoven. .10 12 — Schoterland . . — 91/» — Sliedrecht.... — 11 — Spijkenisse . . — 10 — Stedum ... — 10 — Steen wij kerwold — 10 — Stompwijk en Veur. . . . 9y2 12 Texel .... 8 9 — Tholen .... 7V2 8J/2 — Tiel 9 10 — door Geldersche melkinrichting geleverd 11 ct. 1) Ongerekend den toeslag van 21/2 cent. 2) Ongerekend den voorwaardelijken toeslag van 1/2 cent. 179 N°. 158. Productie- Consumtie- ". ^ nriidi) nriis si Gepasteuriseerd. Gemeente. pnjso prijs ) ct. per L. ct. per L. ct. per L. Ulrum .... — 10 — Uithuizermeeden — 10 — Usquert ... — 10 — Utrecht. ... 10 4de kwartaal ) 1916, 12 ( per flesch van lste kwartaal, [ 3/4 L. 11 ct. 1917, 13 Veendam ... 9 11 — Vinkeveen en Waverveen . S1/» 10 — Vlaardingen . . 10 13 — Vlissingen. . . 8 10 — Voorschoten.,. 10 12 — . Vrijhoeve Capelle — 9y2 — bij verkoop van onderdeelen van een L. 10 ct. per L. Waddinxveen . 9 li1/» — Warmenhuizen . 9 11 — Warmond. . . 9^ 12 Warnsveld . . — 10 Waspik. ... 10 — — Werkhoven . . 10 liys — Wildervank . . 9 11 Wilnis . . :.„'. 9Vï H — Winsum ... — 10 — Wisch .... — voor Terborg 11 — voor Silvolde 11 voor Varsseveld 10 Woerden ... 10 12y2 — Wijngaarden. . — 10 — IJlst — 9 afgehaald — en 9x/2 bezorgd Usselstein. . . 10 12 — i) Ongerekend den toeslag van 21/2 cent. ') Ongerekend den voorwaardelijken toeslag van 1/2 cent. Nos. 158—159. 180 Productie- Consumtie- „thïc i\ iirüQ 2\ Gepasteuriseerd. Gemeente. Pms1) pnjs") 1 ct. per L. ct. per L. ct. per L. Zandvoort... 9 12 — Zeist. .... 9i/3 12 — Zevenaar . . . 9i/2 10y2 Zoetermeer Zegwaard ... 91/» 111/2 • — Zuid Beijerland. — 11 — Zuilen .... 10 12 — Zwartsluis . . — 10 — Js Gravenhage, 25 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 1) Ongerekend den toeslag van 2i/2 cent. 2) Ongerekend den voorwaardelijken toeslag van 1/2 cent. N°. 159. Be Minister van Landbouw. Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 28 Juni 1916, Directie van den Landbouw, n°. 16954, 6de afdeeling B, en van 5 Augustus 1916, Directie vari den Landbouw, n°. 20392, 6de afdeeling B, hpudende .bepalingen betreffende den uitvoer van diverse soorten groenten; Heeft goedgevonden te bepalen: het bepaalde sub II van laatstgenoemde beschikking, waarbij •de voorwaarden, waaronder de uitvoer van grove breekpeen is toegestaan, werden vastgesteld, wordt ingetrokken, zoodat de uitvoer van deze peen niet meer zal zijn toegestaan. 's Grevenhage, 25 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 181 Nos 160—161. N°. 160. De Toewijzingcommissie voor Veevoeder te 's Gravenhage heeft, na verhoor of behoorlijke oproeping, en gelet op art. Ibis van de ministerieele besluiten betreffende de beschikbaarstelling van veevoeder, voor eene maand uitgesloten van de bevoegdheid eene aanvrage voor veevoeder in te dienen, te weten: G. Gardenbroek, te Elspeet. Deze persoon mag derhalve in de maand November 1916 geen zoodanige aanvragen teekenen of indienen. Bestellingen van veehouders, voorkomende op de aanvrage van dezen persoon, worden ter zijde gelegd. 's Gravenhage, 20 October 1916. De Toewijzingscommissie voor Veevoeder Mr. H. J. Rink, Secretaris. N°. 161. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikkingen van 12 Augustus 1916, Direc van den Landbouw, n°. 20706. 6de afdeeling B, van 5 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24744. 6de afdeeling B, en van 20 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 25725 0 6de afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer en de beschikbaarstelling voor het binnenland van diverse soorten stapelgroenten; Heeft goedgevonden te bepalen: Het bepaalde sub 1 van laatstgenoemde beschikking wordt als volgt gelezen: exporteurs van uien zijn verplicht voor elke 100 K.G. uien, waarvoor zij consent aanvragen, 15 K.G. zaaiuien beschikbaar te stellen voor binnenlandsch verbruik, tegen den prijs van-3L/3 cent per K.G. en bovendien 15 K.G. knolrapen in eigen bewaarplaatsen beschikbaar te houden voor binnenlandsch verbruik, tegen den prijs van 172 cent per K.G. 's Gravenhage, 26 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. i) Zie n°. 145 blz. 152, Nos. 162—163. 182 N°. 162. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien het Koninklijk besluit van 6 October 1915 (Staatsblad n°. 422), houdende verbod van uitvoer van diverse soorten groenten; Gezien zijne beschikkingen van 12 Augustus 1916, Directie van den Landbouw, n°. 20706, 6de afdeeling B, en van 5 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24744, 6de afdeeling B *); Heeft goedgevonden te bepalen; Het in laatstgenoemde beschikking sub 2°. bepaalde wordt als volgt gelezen: Aan de sub 1 der beschikking van 12 Augustus 1916, Directie van den Landbouw, n°. 20706, 6de afdeeling B, genoemde groentensoorten, waarvoor consenten kunnen worden afgegeven, worden toegevoegd witte kool (met uitzondering van Deensche witte kool), roode kool (met uitzondering van roode kool in Noordholland benoorden het Noordzeekanaal geteeld en van roode bewaarkool), Savoije kool, boerenkool en uien. 's Gravenhage, 26 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 163. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, . Gezien zijne beschikkingen van 28 Juni 1916, Directie van den Landbouw, n°. 16954, 6de afdeeling B. en van 6 September 1916, JDirectie van den Landbouw, n°. 22550, 6de afdeeling B., houdende bepalingen omtrent de hoeveelheden bloemkool, welke voor het binnenland en voor den inmaak moeten worden geveild; Heeft goedgevonden te bepalen: I. De beschikking van 6 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 22550 2), 6de Afdeeling B., wordt ingetrokken; 1) Zie n°. 107 blz. 123/124. 2) Zie n». 34 blz. 42. 183 Nos. 163—164. Bi Het percentage van de aanvoeren ter veiling van bloemkool, dat volgens de bepalingen van de beschikking van 28 Juni 1916, Directie van den Landbouw, n°. 16954, 6de afdeeling B, voor het binnenland moet worden geveild, wordt tot nadere beschikking vastgesteld op 35 pet. van eiken aanvoer (alle soorten, uitschot inbegrepen, dooreengenomen). Het overige mag, wat eerste en tweede soort aangaat, voor het buitenland en wat het uitschot aangaat voor den inmaak worden geveild. 's Gravenhage, 26 October 1916. De Secretaris-Generaal, ■ - Voor den Minister, Versteeg. N°. 164. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel brengt ter algemeene kennis, dat het scherp spinaziezaad, dat overeenkomstig zijne beschikking van 6 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24108l), 6de Afdeeling B]), door exporteurs voor binnenlandsch verbruik beschikbaar wordt gesteld, overeenkomstig de volgende regeling voor de verbruikers verkrijgbaar zal worden gesteld. De verbruiker van scherp spinaziezaad kan dit zaad in hoeveelheden van minstens 100 K.G. bij. zijnen gewonen zaadhandelaar bestellen op daartoe bestemde formulieren, die bij den zaadhandelaar verkrijgbaar zijn. Op dit formulier verbindt hij zich het te betrekken scherp spinaziezaad te zullen gebruiken als zaaizaad in eigen bedrijf en het in geen geval te verkoopen aan derden, op straffe van eene boete van f 100 per 50 K.G. Hij verbindt zich den zaadhandelaar te betalen: f 56 per 100 K.G. netto a contant of f 60 per 100 K.G. netto op gebruikelijke rekening. De zaadhandelaar kan, onder overlegging van de geteekende formulieren, die bij de vereeniging Zaadcentrale verkrijgbaar zijn, het benoodigde scherp spinaziezaad van de Zaadcentrale betrekken tegen den prijs- van f 51 per 100 K.G., netto a oontant. De Zaadcentrale zal, bij akkoordbevinding der overgelegde formulieren, de bestelde hoeveelheid .scherp spinaziezaad doen i) Zie n°. 118 blz. 183. N09. 164—165. 184 afleveren door de exporteurs, die bedoeld zaad ter beschikkinghebben moeten houden. Het zaad moet een kiemkracht bezitten van ten minste 70 pet. en eene zuiverheid van ten minste 88 petOvertreft de aanvraag het beschikbare quantum, dan zal voorloopig een zeker percentage worden afgeleverd, dat aangevuld wordt naarmate de beschikbare hoeveelheid toeneemt. Zaadhandelaren, die scherp spinaziezaad van de vereeniging Zaadcentrale wenschen te betrekken voor afnemers, in hoeveelheden kleiner dan 100 K.G., zullen door opening hunner boeken hebben aan te toonen, dat de gevraagde' hoeveelheid ook in voorgaande jaren door hen in kleine hoeveelheden aan Verbruikers werd afgeleverd. 's Gravenhage, 26 October 1916. De Minister voornoemd, Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 165. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschouwingen van 12 Augustus 1916, Directie van den Landbouw, n°. 20 706, 6de Afdeeling B, van 5October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24 744 ]), 6de Afdeeling B, en van 20 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 25 728 *), 6de Afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer en de beschikbaarstelling voor het binnenland van diverse soorten groenten; Hoeft goedgevonden te bepalen: 1°. Artikel 1 van eerstgenoemde beschikking wordt gelezen als volgt: Uitvoer van bepaalde partijen van alle soorten van snijboonen, van spersieboonen, van Heinrichs Reisenboonen, van witte kool (met uitzondering van Deen sche witte kool), van roode kool (met uitzondering van roode kool in Noordholland benoorden het Noordzeekanaal geteeld en van roode bewaarkool), van savoyekool, van boerenkool, van uien, van Friesehe peen, en van andere soorten fijne peen mag i) Zie n°. 107 en 145. 185 IS08. 169—166. alleen geschieden op vertoon van consenten, afgegeven dooide Rijkscommissie van Toezicht als bedoeld in artikel 6 der Statuten van de Vereeniging „Groentencentrale", wanneer die producten op eene veiling van een bij de Vereeniging „Groentencentrale" ingeschreven veilingsvereeniging, volgens, door de „Groentencentrale" te geven voorschriften zijn geveild en wanneer zij onder ambtelijk toezicht ten uitvoer ingeladeh worden op door den Minister voor uitvoer van groenten reeds aangewezen of alsnog aan te wijzen plaatsen;. 2°. Aan de genoemde beschikking worde toegevoegd: Artikel Ia. Veilingsvereenigingen, die bij de Vereeniging „Groentencentrale" wenschen te worden ingeschreven, moeten daartoe vóór 1 November 1916 het verzoek richten tot de Rijkscommissie van Toezicht voornoemd. De aan de inschrijving te verbinden voorwaarden worden onder goedkeuring van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel vastgesteld door genoemde Rijkscommissie; 3°. .Artikel II vau eerstgenoemde beschikking wordt gelezen als volgt: Consenten worden uitsluitend afgegeven aan hen, die als exporteur bij de „Groentencentrale" zijn ingeschreven, als zoodanig niet zijn geschorst, voldaan hebben aan hierna te noemen verplichtingen en eene verklaring overleggen van den marktmeester eener ingeschreven veilingsvereeniging, ten bewijze, dat de partij overeenkomstig de voorschriften der „Groentencentrale" werd geveild. 's Gravenhage, 26 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal? Versteeg. N°. 166. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Gezien art. 6 der Distributiewet 1916; Overwegende dat het noodig is de uitoefening van het bedrijf van verduurzamen van fruit te regelen; Heeft goedgevonden te bepalen: I. Het is verboden in eenige onderneming voor het verwerken van fruit, fruit op eenige wijze te verwerden, tenzij N°. 166. 186 in eene onderneming bij de Rijkscommissie van Toezicht, als bedoeld in art. 6 der statuten der vereeniging „Fruitcentrale", ingesteld bij beschikking van 21 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 1282, 6de afdeeling B, ingeschreven .als inrichting voor het verwerken van fruit en met inachtneming van de voorschriften bij of krachtens deze regeling ^gesteld. II. Bij het aanvragen van de inschrijving onder I be•doeld worden in den door de Rijkscommissie bepaalden vorm •opgegeven: 1°. de namen en woonplaatsen van het hoofd of de hoofden •der onderneming, of, is de onderneming eene naamlooze vennootschap van koophandel of coöperatieve vereeniging, van den directeur of de persoon met de leiding van het bedrijf belast; 2°. ' de perceelen, waar de inrichting, waarin de onderneming wordt uitgeoefend, gevestigd is, alsmede de perceelen, waar de onderneming kantoren, opslagplaatsen of magazijnen van grondstoffen of van verwerkte artikelen heeft; 3°. de hoeveelheid fruit, naar soorten gespecificeerd, welke in de kalenderjaren 1913 en 1914 verwerkt is; 4°. de voorraden op het oogenblik der aanvrage aanwezig zoowel van versch, als van geheel of gedeeltelijk verwerkt fruit met opgave van de plaatsen waar die voorraden zich bevinden; 5°. indien de onderneming ook als exporteur van jam, appelsiroop, marmelade of pulp wenscht te worden ingeschreven, de hoeveelheid verwerkte jam, appelsiroop, marmelade of pulp, naar soorten gespecificeerd, welke in 1914 door haar is uitgevoerd; 6°. indien de onderneming is opgericht na 1 Augustus 1914, de redenen, welke voor de oprichting hebben gegolden. De -aanvrager is tevens verplicht op te geven hetgeen verder door de Rijkscommissie van Toezicht voormeld onder goedkeuring van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel is voorgeschreven. III. Van de na de aanvrage ingetreden wijzigingen betreffende het in het vorige artikel onder 1°. en 2°. vermelde wordt door het hoofd of de hoofden der onderneming onverwijld aan de Rijkscommissie van Toezicht kennis gegeven. IV. Aan de Rijkscommissie van Toezicht worden op door •haar te bepalen tijden en in door haar te bepalen vorm alle 187 N°. 166. door haar. verlangde opgaven gedaan, betreffende voorraden versch of geheel of gedeeltelijk verwerkt fruit en vermeerderingen en verminderingen. V. De Rijkscommissie van Toezicht beslist binnen veertien dagen op eene aanvrage om inschrijving. Van de beslissing wordt schriftelijk kennis gegeven aan den aanvrager. Van de beslissing staat gedurende veertien dagen beroep open bij den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel. VI. Eene onderneming kan door de Rijkscommissie van Toezicht voor een bepaalden of voor een onbepaalden tijd van de lijst der ingeschreven ondernemingen worden afgevoerd. Het tweede en derde lid van art. 5 zijn dan van toepassing. VII. Aan de leden der Rijkscommissie van Toezicht en aan de door haar aangewezen personen wordt te allen tijde toegang verleend tot de perceelen, genoemd in II, sub 2°. Aan hen wórdt op hun verzoek onverwijld inzage verleend van de boeken en bescheiden eener onderneming als in I bedoeld, echter niet dan na overlegging van een schriftelijken last van de Rijkscommissie van Toezicht. VIII. De overeenkomstig art. II als onderneming voor het verwerken van fruit ingeschreven ondernemingen zullen als bijdrage in de kosten van toezicht op de door de Rijkscommissie van Toezicht te bepalen wijze ten name der vereeniging „Fruitcentrale" hebben te storten een door de Rijkscommissie van Toezicht onder goedkeuring van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel te bepalen bedrag, hetwelk niet te boven gaat: f40 per inrichting en per week voor de ondernemingen voor het verwerken van jam, marmelade, appelsiroop of pulp; f 5 per inrichting en per week voor de overige ondernemingen. IX. In eene ingeschreven onderneming voor het verwerken van fruit mag alle fruit verwerkt worden, behoudens het bepaalde in art. X. X. In eene ingeschreven inrichting voor het verwerken van fruit mogen appelen en peren, waarvan de uitvoer verboden is, tot pulp, jam, marmelade en appelsiroop verwerkt worden, alleen: ct. indien de appelen en peren afkomstig zijn uit partijen, die op eene bij de Fruitcentrale ingeschreven veiling voorliet buitenland zijn geveild; N«. 166—167. 188 b. indien de appelen en peren zijn te rekenen tot.het kroet,. doch uitsluitend voor zoover dit gekocht is beneden een doorde Rijkscommissie van Toezicht vastgestelden prijs. De bevoegdheid tot verwerking, krachtens dit artikel verkregen,, brengt niet mede eenige aanspraak op_ uitvoerconsent. XI. De bovenstaande bepalingen blijven buiten toepassing ten aanzien van de verwerking van fruit, wanneer blijkt, dat. dit plaats heeft met het oogmerk om dit niet in het groot in den handel te brengen en dat verwerkte fruit ook niet in het groot in den handel komt. XII. Deze regeling • treedt in werking met ingang van, 1 November 1916. 's Gravenhage, 26 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Vebsteeg. - N°. 167. N°. 89053. Afdeelrng^Handel. 's Gravenhage, '27 October 1916. Ten vervolge op mijne circulaire van 3 October jl., n°. 81816 f),; afdeeling Handel, heb ik de eer u mede te deelen, dat ook de aardappelen, vermeld onder n°. 3 van mijne beschikking van 9 September 1916, n°. 72235 2), geregeld aan dé gemeenten,, die daarom hebben gevraagd, worden afgeleverd en dus voorbelanghebbenden kunnen worden beschikbaar gesteld. U gelieve hieraan de noodige bekendheid te geven. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 1) -Zie n°. 100 blz. 110. 2) Zie n°. 46 blz. 52. 189 N°. 168. N°. 168. N°. 88597. AfdeeïïnTHandel. 's Gravenhage, 28 October 1916. Ten vervolge op mijne circulaire van 27 dezer, n°. 89053, Afdeeling Handel, heb ik de eer U mede te deelen, dat van af heden eene voldoende hoeveelheid ter beschikking kan worden gesteld voor die gemeentebesturen, die van behoefte daaraan tijdig mededeeling hebben gedaan, van de volgende, in mijne circulaire van 9 September jl. n°. 72235 J), Afdeeling Handel, vermelde goederen: (4) Stapelgroenten: roode kool; gele kool; uien; Friesehe en andere soorten fijne peen. Vatgroenten; pronksnijboonen; enkele spercieboonen: dubbele .'.'»,; - ƒ■ zuurkool; andijvie. Voorts deel ik U mede, dat met 1 November a.s., op de wijze als bovenbedoeld, ter beschikking zullen zijn de volgende in bedoelde circulaire vermelde goederen: (6) rundvet; (7) spek; (9) rijst; (10) gort; (11) havermont. • U gelieve aan een en ander de noodige bekendheid te geven. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Voor den Minister, ' De Secretaris-Generaal, Versteeg. i) Zie n°. 46 blz. 52. Nos. 169—170. 190 N°. 169. N°. 28671/36. Rijksbureau voor de distributie 's Gravenhage, 28 October 1916. van graan en meel. Ik heb de eer LT te verzoeken mij vóór 15 November e. k. de volgende opgaven te doen toekomen: a. van het aantal broodkaarten, dat op 1 October 1916 in Uwe gemeente was afgegeven; b. van het aantal broodkaarten in omloop op 1 November; e. van de hoeveelheid brood, welke vóór 1 October 1916 in Uwe gemeente gemiddeld per maand werd verstrekt; d. van de bevoegdheid brood, welke gedurende de maand October werd verstrekt. Bovenbedoelde opgaven moeten geschieden zoowel van tarweals van roggebrood. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 170. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 28 Juni 1916, Directie van den Landbouw, n°: 16954, 6de afdeeling B, en van 23 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24059, 6de afdeeling houdende bepalingen betreffende den uitvoer van diverse soorten groenten; Heeft goedgevonden te bepalen: aan de lijst van stations, bedoeld in bovenvermelde beschik•kingen, waar inlading van groenten onder ambtelijk toezicht kan geschieden, worden toegevoegd Baflo, De Steeg, Oostwoud, Franeker, Sexbierum, Tjummarum, Minnertsga, St. JacobiParochie, Marrum en Ferwerd. 's Gravenhage, 28 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 191 N09. 170—171.. N°. 171. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel: Heeft goedgevonden: te bepalen, dat gedurende week van 29 October tot of November 1916 voor 40 pet. der boterproductie certificaten van uitvoer zullen worden verleend en 60 pet. voor het binnenlandsch verbruik zal moeten worden beschikbaar gesteld, alsmede, dat de bewijzen van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven door de Rijkscommissie van toezicht op de Botervereeniging, opgrond van die certificaten, zullen gelden tot Dinsdag 14 November a. s., des voormiddags te 12 uur. 's Gravenhage, 28 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 172. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien het Koninklijk besluit van 2 September 1916"(Staarsblad n°. 430), houdende verbod van uitvoer van appelen en peren, ook in verduurzaamden toestand; Gezien zijne beschikkingen van 22 en 23 September 1916ter zake; Heeft goedgevonden te bepalen: dat aan de lijst van plaatsen, waar inlading van appelen» en peren onder ambtelijk toezicht kan plaats vinden, wordt, toegevoegd Venray. 's Gravenhage, 28 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaalr Versteeg. Nos. 173—174. 192 N°. 17.3. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel: Gezien zijne beschikking, van 30 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24742 x), 6de afdeeling B, zooals deze is gewijzigd bij beschikking van 21 October 1916, Directie van •den Landbouw, litt A, 6de afdeeling B (zie n°. 151): Heeft goedgevonden: ingevolge de artt. 6 en 8 der Distributiewet 1916 te bepalen: Het verbod van vervoer van aardappelen, bedoeld sub A van •eerstgenoemde beschikking, wordt met ingang van heden uitgebreid tot kleiaardappelen van alle soorten, dus ook tot Eigenheimers en Borgers van de klei. Hiervan zijn uitgezonderd die partijen kleiaardappelen van alle soorten, behalve Bravo's Blauwen, Bonteblauwen, Roode Star, Frisia's, de Wetten en Industries, welke op den dag der .afkondiging van deze beschikking reeds in spoorwegwagons of schepen geladen waren. 's Gravenhage, 28 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 174. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 14 October 1915, Directie van •den Landbouw, n°. 25372, 2de afdeeling, bureau A, laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 24 November 191-5, Directie -van den Landbouw, na. 28895, 2de afdeeling, bureau A; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat voor iedere hoeveelheid van 100 volversch kipeieren, waarvoor ingevolge art. 3, sub 2, en art. 4, sub 2, zijner voormelde gewijzigde beschikking consent tot uitvoer wordt afgegeven, voor de daged 29 October tot en met 4 November 1916 eene hoeveelheid van 70 volversche kipeieren beschikbaar moet i) Zie n°. ftt. 193 Nos. 174—175. worden gesteld, overeenkomstig liet bepaalde in voormelde artikelen; 2°. dat andere eiersoorten niet beschikbaar behoeven te worden gesteld voor binnenlandsch verbruik; 3°. dat, in afwijking zijner voormelde gewijzigde beschikking, van elke 70 eieren, welke voor de sub 1°. genoemde dagen beschikbaar moeten worden gesteld, zoo noodig, ter beoordeeling van de Rijkscommissie, ten hoogste 25 moeten worden geleverd tegen 'een prijs van f 9,30 per 100 stuks voor levering aan de gemeentebesturen, welke eieren zullen worden gedistribueerd overeenkomstig de bepalingen vastgesteld door het Rijks-Centraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 28 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 175. .In verband met het onlangs gepubliceerde officieele communiqué in zake winteraardappelen wordt, in antwoord op de tot den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel gerichte vraag, welke soorten nu wel en welke niet vervoerd mogen worden, het volgende medegedeeld. Vervoer naar buiten de gemeente is verboden van alle kleiaardappelen. Terwijl dit vervoerverbod zich aanvankelijk bepaalde tot de meest duurzame soorten: Bravo's, Blauwen, Bontblauwen, Roode Star, Frisia's de Wetten en Industrie, is het thans uitgestrekt tot alle kleiaardappelen, dus ook tot de op klei verbouwde Eigenheimers en Borgers. De aardappelen van zand- en veengrond mogen alle worden vervoerd. Voor de consumtie komen hiervan vooral in aanmerking Eigenheimers, Groninger Kroon en Roode Star. Met het oog op den slechten oogst van consumptieaardappelen op de kleigronden wordt het pubiek nogmaals opgewekt, om, ter voorkoming van aardappelschaarschte in het aanstaande voorjaar, voor de eerstvolgende maanden vooral aardappels van zand- en veengrond op te slaan. 13 Nos. 175—177. 194 Doet het publiek zulks niet, maar volgt het den dezer dagen, door den directeur eener coöperatieve vereeniging te Rotterdam gegeven raad, om in plaats van de goedkoope Regeeringsaardappelen te nemen, liever iets meer te besteden, dan kan men voor het bezwaar komen te staan, dat er in Mei 1917 hier te lande geen aardappelen meer te krijgen, zullen zijn. N°. 176. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden aan den heer E. M. Teenstra, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, te 's Gravenhage, op zijn verzpek, eervol ontslag te verleenen als lid der Rijkscommissie van. Toezicht op de „Aardappelvereeniging". 's Gravenhage, 30 October 1916. Voor den Minister, Be Secretaris- Generaal, Versteeg. . N°. 177. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden aan de heeren mr. J. Limburg en jhr. mr. dr. E. A. van Beresteyn, beiden lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, te 's Gravenhage, op hun verzoek, eervol ontslag te verleenen als lid van de Rijkscommissie van Toezicht op de Vereeniging van Aardappelmeelfabrikanten. 's Gravenhage, 30 October 1916. Voor den Minister, Be Secretaris-Generaal> Versteeg. 195 Nos. 178—179. N°. 178. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 26 October 1916, houdende bepalingen betreffende den uitvoer en de beschikbaarstelling van bloemkool voor binnenlandsch verbruik; (zie n°. 163) Heeft goedgevonden te bepalen: het bepaalde sub II van bovengenoemde beschikking wordt gelezen als volgt: H. Het percentage van de aanvoeren ter veiling van bloemkool, dat volgens de bepalingen van de beschikking van 28 Juni 1916, Directie van den Landbouw, ri°. 16954, 6de afdeeling B, voor het binnenland in lste en 2de kwaliteit moet worden geveild, wordt tot nadere beschikking vastgesteld op 35 pet. van eiken aanvoer (alle soorten, uitschot inbegrepen, dooreengenomen). Het overige mag, wat eerste en tweede soort aangaat, voor den inmaak worden geveild. 's Gravenhage, 30 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 179. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel brengt ter kennis van belanghebbenden, dat voor elk der maanden December 1916 en Januari 1917 door de Regeering eene zekere hoeveelheid veevoeder beschikbaar wordt gesteld, en zulks ingevolge art. 8 der Distributiewet 1916, onder de navolgende voorwaarden: 1. a. Inlandsch graan, buitenlandsch graan, boonen, Amerikaansche lijnkoeken en lijnmeel, benevens samengestelde koeken, worden ter beschikking gesteld uitsluitend van veehouders, d. w. z. allen die voor de voeding van hunne paarden, runderen, schapén, varkens, pluim- en ander vee bedoeld veevoeder noodig hebben: b. deze personen moeten dit betrekken: voor zoover betreft houders van niet meer dan 50 stuks N°. 179. 196 pluimvee, welke tevens geen ander vee houden, door bemiddeling van het gemeentebestuur hunner woonplaats, volgens eene regeling, vastgesteld bij afzonderlijk besluit (Puimveebesluit 1916); • voor zoover alle andere betreft, door bemiddeling van eene aankoop vereeniging of andere dergelijke organisatie, of door bemiddeling van een handelaar in die artikelen, alles door invulling en onderteekening van een bestelbiljet op daarvoor beschikbaar gestelde formulieren. c. dit bestelbiljet moet vermelden de hoeveelheid veevoeder, die de veehouder over elk der maanden December en Januari wenscht te ontvangen, en wordt voor die beide maanden slechts eenmaal ingediend. 2. De bedoelde organisaties en handelaren verzamelen de bestelbiljetten van hunne leden of cliënten, welke tot het gebied van eenzelfde veevoederbureau behooren, telkens tot ééne aanvraag, door . invulling en onderteekening op daarvoor beschikbaar gestelde formulieren. 2bis. a. De aanvraag moet uiterlijk op 14 November 1916 zijn ingediend bij het voor die leden of cliënten aangewezen veevoederbureau en wel door bemiddeling hetzij van een erkenden tusschenpersoon, hetzij van een erkenden - grossier; indien door bemiddeling van een erkenden grossier is verplicht, indien de aanvraag in totaal 20 ton of daarbeneden bedraagt; b. grossiers. dienen de bij hen ingekomen aanvragen in met een verzamelstaat op daarvoor beschikbaar gestelde formulieren, waarop een tusschenpersoon moet zijn aangewezen: c. 'onder „erkende grossier" wordt verstaan hij, die van den verkoop van veevoeder aan handèlaren of organisaties vóór 1 Augustns 191,4 zijn hoofdbedrijf maakte en op zijn verzoek door het veevoederbureau van het gebied, waarin hij zijn hoofdkantoor houdt, op de lijst der erkende grossiers is geplaatst geworden; d. onder „erkende tusschenpersoon" wordt verstaan hij, die van het voor zijn meester koopen en verkoopen van veevoeder tegen provisie vóór 1 Augustus 1914 zijn hoofdbedrijf maakte en op zijn verzoek door het veevoederbureau van het gebied, waarin hij zijn hoofdkantoor houdt, op de lijst der erkende tusschenpersonen is geplaatst geworden; e. ingeval erkenning als grossier of als tusschenpersoon 197 N°. 179. door een veevoederbureau is geweigerd geworden, heeft hij, die beweert grossier of tusschenpersoon in den zin van dit besluit te zijn, recht van beroep op de Toewijzingscommissie voor Veevoeder te 's Gravenhage, welke finaal beslist; deze is ook ambtshalve bevoegd, verandering aan te brengen in de lijsten der door de veevoederbureau's erkende grossiers en tusschenpersonen; f. erkenning als grossier of tusschenpersoon brengt mede bevoegdheid tot uitoefening van dat beroep in het gebied van alle veevoederbureau's; g. de belooning zoowel van den grossier als van den tusschenpersoon bedraagt f 1 per 2000 K.G., berekend over de toegewezen hoeveelheid; de grossier heeft daarenboven, in afwijking van het bepaalde bij artikel 7, recht op de voordeden, die door besparing van vracht en andere verzendingskosten ontstaan bij de samenlading van verschillende partijen. -2ter. De aanvrage moet vergezeld zijn van de bestelbiljetten der leden of cliënten en van eene nauwkeurige opgave van het aantal stuks vee van elk hunner, dat met de bestelde hoeveelheden moet worden gevoerd. 3. Veevoederbureau's zijn gevestigd: voor Noordholland: te Amsterdam, Vondelstraat n°. 38; voor Groningen en Drenthe: te Groningen, Oude Ebbingestraat n°. 38; voor Friesland: te Leeuwarden, van Swietenstraat n°. 4: voor Limburg: te Roermond, p/a Johs. van Andel, Veeladingstraat ; voor Zuidholland, Zeeland en Noordbrabant, te Rotterdam, Beursgebouw (ingang Visschersdijk); voor Utrecht: te Utrecht, Catharijnesingel n°. 49; voor Gelderland en Overijssel, te Zwolle, Huize Eekhout. 4. a. Deze veevoederbureau's beoordeelen en controleeren de bij hen ingekomen bestelbiljetten, aanvragen en verzamelstaten, voor elk der maanden December en Januari afzonderlijk. Zij zijn bevoegd een onderzoek in te stellen hetzij zelf, of door één hunner leden, hetzij door een controleur, bij welk onderzoek elke veehouder, handelaar, organisatie, grossier of tusschenpersoon, door wien of door wiens bemiddeling een bestelbiljet, aanvrage of verzamelstaat is ingediend, ten aanzien daarvan opening van zaken verplicht is te geven. N°. 179. 198 b. De veevoederbureau's kunnen bestelbiljetten, aanvragen en verzanielstaten, voor elk der maanden December en Januari afzonderlijk, goedkeuren, wijzigen en zelfs ongeldig verklaren (bijv. indien een dezer stukken onduidelijk is, of niet op een der voorgeschreven formulieren behoorlijk ingevuld, dan wel ten behoeve van anderen dan hen voor wie het veevoeder beschikbaar wordt gesteld, is ingediend); een en ander met inachtneming van door mij of door de Toewljzingscqmmissie voor veevoeder te 's Gravenhage gegeven of nader te geven voorschriften. Bij de beoordeeling wordt, rekening gehouden met de voor veevoeder aan een veehouder gelaten granen. 5. a. Indien aan een veevoederbureau blijkt, dat bedriegelijke middelen zijn aangewend om eene grootere hoeveelheid veevoeder te verkrijgen dan waartoe men anders gerechtigd zoude zijn, (bijv. doordat het aantal stuks vee niet naar waarheid is opgegeven, of abnormaal groote hoeveelheden veevoeder zijn aangevraagd geworden, dan wel door bemiddeling van meer dan één persoon of vereeniging bestellingen zijn gedaan), of dat een veehouder op andere wijze de gelijkmatige verdeeling van veevoeder heeft belemmerd, doet het mededeeling aan de Toewijzingscommissie, welke alsdan kan bepalen dat het veevoeder aan den betrokkene gedurende een te bepalen tijdvak slechts zal worden afgeleverd tegen eene prijsverhooging van 20 tot 50 pet. boven den door de Regeering vastgestelden prijs. Een en ander kan ook geschieden door de Toewijzingscommissie ambtshalve. b. Zoo spoedig mogelijk worden door de veevoederbureau's toewijzingsbiljetten voor elk der maanden December en Januari afzonderlijk, afgezonden, waaruit o. a. blijkt de hoeveelheid, die aan eiken aanvrager zal kunnen worden afgeleverd. c. Ongeacht wat aangevraagd is, wordt: a. voertarwe, voerrogge, inlandsche gerst, buitenlandsche gerst en/of maïs; b. inlandsche haver en/of buitenlandsche haver, afgeleverd in de keuze der Regeering. 6. De aflevering geschiedt ter plaatse in het toewijzingsbiljet te vermelden, tegen voorafgaande betaüng, volgens de door de Regeering vastgestelde prijzen, desnoodig, na afsluiting van een contract met de Eederlandsche Overzee Trust Maatschappij én onder in het toewijzingsbiljet zoo noodig nader te stellen bedingen. 199 N°. 179. 7. a. Handelaren en organisaties leveren de door hen ontvangen voederartikelen af aan degenen voor wie zij bestellingen ontvingen, in verhouding van het aan hen toegewezen percentage, en met inachtneming van de wijzigingen, door de veevoederbureau's of de Toewijzingscommissie in de aanvragen en bestelbiljetten aangebracht, tegen een prijs gelijk aan de door de Regeering vastgestelde prijzen, vermeerderd met werkelijke betaalde vracht, onkosten en ten hoogste f 0,25 belooning per 100 K.G. b. Vervreemding aan anderen dan de als grossiers, tusschenpersonen, handelaren en organisaties aangewezenen, en opslaan met speculatieve doeleinden is verboden. c. Aan bestellers is elke vervreemding aan derden of opslag met speculatieve doeleinden verboden. 7bis. a. Handelaren, organisaties, grossiers of tusschenpersonen, die naar het oordeel der Toewijzingscommissie opzettelijk of door nalatigheid bevorderd hebben, dat de bij art. 5 bedoelde bedriegelijke middelen zijn aangewend of die op andere wijze de gelijkmatige verdeeling van veevoeder hebben belemmerd, kunnen (ongeacht de strafrechtelijke vervolgingen die tegen hen mochten worden ingesteld) door de Toewijzingscommissie voor een bepaalden tijd uitgesloten worden van de bevoegdheid, aanvragen voor van Regeeringswege ter beschikking gestelde veevoederartikelen in te dienen of hunne bemiddeling daartoe te verleenen. b. Het besluit van uitsluiting wordt openbaar gemaakt in de Staatscourant en/of op zoodanige wijze als aan de Toewijzingscommissie geraden zal voorkomen. 8. Klachten moeten worden ingebracht bij de veevoederbureau's. 9. De veehouders, handelaren, organisaties, grossiers en tusschenpersonen zijn gehouden zich te onderwerpen aan de besluiten van de veevoederbureau's, van de Toewijzingscommissie en van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, krachtens dit besluit genomen, en doen afstand van elke aanspraak op schadevergoeding ter zake daarvan tegen de Regeering of wien ook. Overgangsbepaling. Dengenen, die op den datum van dit besluit door een veevoederbureau erkend zijn „als provinciale grossier" krachtens vorige besluiten betreffende veevoeder- N1S. 179—181. 200 distributie, en zij die na 30 Augustus 1916 als tusschenpersoon bij veevoederdistributies zijn opgetreden, blijven voorloopig gerechtigd als grossier en als tusschenpersoon werkzaam te zijn, mits zij uiterlijk 30 November 1916 een verzoek om erkenning, hetzij als grossier, hetzij als tusschenpersoonr op de wijze als omschreven bij artikel 2 bis, letters c en d, indienen, waarop alsdan zal worden beschikt. 's Gravenhage, 31 October 1916. De Minister, voornoemd,. Posthuma. ■ '>-:;.. rt n°. 180. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel brengt ter algemeene kennis, dat door hem ingevolge artikel 8, 3de lid, der Distributiewet 1916 voor de gemeente Hoogwoud de navolgende maximum prijzen in den kleinhandel zijn vastgesteld: voor gerookte kleine schelvisch . 40 cent per K.G. voor haring (zonder staart) ... 5 „ „ stuk. 's Gravenhage, 31 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. n°. 181. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikkingen van 28 Juni 1916, Directie van den? Landbouw, n°. 16954, 6de afdeeling B, en van 23 September 1916r Directie van den Landbouw, n°. 24059, 6de afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van diverse soorten groenten ; Heeft goedgevonden té bepalen: aan de lijst, van;stations, bedoeld in. bovenvermelde beschik- 261 N<*>. 181—182. kingen, waar inlading van groenten onder ambtelijk toezicht kan geschieden, wordt toegvoegd Alphen aan den Rijn. 's Gravenhage, 31 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal,. Versteeg. N°. 182. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt,, ingevolge zijne circulaire van 25 Augustus 1916, n°. 23651/8 bis ]> bekend, dat van Maandag 30 October e.k. tot en met Zaterdag 4 November d. a. v. de prijs van maïs, uitsluitend bestemd om aan gemeentebesturen te Worden verstrekt voor ruiling tegen rogge van den oogst 1916, bedraagt voor alle soorten f235 per last van 2000 K.G. of f 8,22° per 70 K.G.. zoowel teRotterdam als te Amsterdam te ontvangen. 's Gravenhage, 31 October 1916. S Voor den" Minister,. De Secretaris-Generaal,. Versteeg. N°. 183. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in vervolg op het door hem in zijn schrijven aan gemeentebesturen van 28 September 1916, n°. 76917 -), Afdeeling Handel, bepaalde omtrent de melkprijzen in den winter 1916/1917, krachtens artikel 2 en artikel 8 der Distributiewet i916, nader vast te stellen de maximum, melkprijzen, opgenomen in denavolgende lijst. 1) Zie n". 8 blz. 18. 2) Zie n°. 90 blz. 96 sub 16 en n°. 168 blz. 169/180. N°. 183. 202 MELKPRIJZEN 1916/1917. Productieprijs O Consumptieprijs2) Gemeente. ct. per L. ct. per L. Achtkarspelen. . . — 10 Adorp. ...... — 10 JEngwirden. ... =— 91/» Ambt-Doetinchem . — 10 Ameide en Tienhoven (Z.-H.) • ■ • 9 10 Arnemuiden ... — 9 Baardwijk .... — 10 Bathmen — 10 Bedum — 10 Berkenwoude . . . | 9 10 j voor October 1916 'j l en Maart 1917 8, „ ,. , ) voor November en ( , 1 Berkhout .... , December 1916 en ( 11 I Januari en Februari \ I 1917 9Vs ' ■Bierum . . '. . . I — 10 Ltorculo — 10 Borger — 10 Boxmeer 10 11 Cuiemborg .... 9 10 Deventer 81/» 11 Diever '4 — 9V2 Dinxperlo .... — 10 Doesburg .... — 10 Egmond Binnen . . ,9 11 Enkhuizen .... , 91/, 11 Genemuiden ... — 91/» •Goirle — 10 Gouderak .... 9 11 «Grijpskerk .... — 10 1) Ongerekend den toeslag van 21/2 cent. 2) Ongerekend den voorwaardelijken toeslag van V2 cent. 203 N°. 183. Productieprijs1) Consumptieprijs-) Gemeente. T . T ct. per L. ct. pei L. Haarlemmerlie.de en Spaarnwoude . . 91/»' 12 Haren '9 10 Heenvliet .... 10 Hellendoorn ... — 10 Kantens 10 Kethel en Spaland .10 12 Landsmeer .... 91/» lH/s Lichtenvoorde... — 10 Maassluis . . . 1 10 13 Meppel — 1° Monster ..... ! 9*/, 12 Nederhorst den Berg 9 10 Nieuw-Beijerland. . — 10 Nieuwenhoorn . . — 10 Numansdorp ... 9 11 Oldehove — 10 Oldekerk — 10 Oostvoorne.... — 10 Oudenrijn .... 10 12 Puttershoek ... — 10 Roermond .... 11 Rockanje .... — 10 's Gravenzande . . 10 12 St. Pancras. ... 9 11 Steenwijk .... 10 Stolwijk 10 12 Ten Boer .... 9 10 Termunten.... — 10 Tienhoven (U.) . . 9 11 Tilburg 81/» 10 'tZand — 10 Twisk 9 11 1) Ongerekend den toeslag van 2>/j cent. 2) Ongerekend den voorwaardeUJken toeslag van V2 cent. Nos. 183—184. 204 - Productieprijs O Consumptieprijs —) Gemeente. ; ct. per L. ct. per L. Veenendaal. . . .. S1^' • 11 Wassenaar ./.".":..■ 10 12 terwijl de prijs voor de melk geleverd door melkinrichtingen aan verbruikers op 14 ct. per L. wordt bepaald. Wervershoof ... 91/» 11 Westmaas .... — 10 Zutphen.... 8 101/». Zwartewaal. ... — 12 's Gravenhage, 31 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal,. Versteeg. - i) Ongererekend den toeslag van 21/2 cent. 5) Ongerekend den voorwaardelijken toeslag van 1/2' cent. . N°. 184. De Minister van Landbouw, Nijverheid ën Handel; Gezien zijne beschikkingen van 22 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 23127, 6de afdeeling B, van 28 September 1916, Directie van den Landbouw, n°.24556,6de afdeeling B, en van 5 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24336, 6de afdeeling B; (zie nos. 87 en 108). Overwegende, dat de ingetreden bijzondere omstandigheden het niet geraden doen zijn verderen uitvoer van peulvruchten toe te staan; 205 Nos. 184—186. Heeft goedgevonden te bepalen: met ingang op heden de voornoemde beschikkingen in te trekken. 's Gravenhage, 31 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg-. N°. 185. De Kunstmestcommissie maakt bekend, dat: de Coevorder Kunstmesthandel Firma H. Spijkman & C0., Coevorden, wegens het weigeren van inlichtingen omtrent de herkomst van verkochte Chilisalpeter, Binneveld en Schelten, Rotterdam, E. M. Baerveldt Jr., Rotterdam, G. C. Holscher, Wildervank, op eigen verzoek, en J. Offerhaus Hzn.. Aalsmeer, wegens overlijden, zijn afgevoerd van de lijst van Eerste-hands-handelaren voor de distributie van kunstmeststoffen ten behoeve van den oogst 1916/17. N°. 186. De Minister van Landbouw, Nijverheid en" Handel heeft goedgevonden aan den heer A. C. A. van Vuuren, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, te 's Gravenhage, op zijn verzoek, eervol ontslag te verleenen als lid der Rijkscommissie van Toezicht op de „Peulvruchten-vereeniging". 's Gravenhage, 1 November 19i6. De Minister voornoemd, Posthuma. NQS. 187—188. 206 NV 187. De Minister van Landbouw, Nijverheid' en Handel heeft goedgevonden te bepalen, dat, met ingang van 1 November 1916, de maximum kleinhandelprijs van versche kipeieren, ingevolge art. 2 der Distributiewet 1916, zal bedragen f 0.10 per stuk en dat de maximum grossiersprijs van kalkeieren, ingevolge art. 8 der gemelde wet, zal bedragen f 0,06 per stuk en de maximum kleinhandelprijs f 0,07 per stuk. 's Gravenhage, 1 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 188. De slechte oogstuitkomsten in Amerika en de ongunstige vooruitzichten van den graanoogst in verschillende andere overzeesche landen, gepaard met de minder goede resultaten van den oogst hier te lande, zijn oorzaak, dat de toekomstige voorziening in de behoeften der volksvoeding steeds meer zorg baart. Uit dien hoofde dringt zich meer en meer de noodzakelijkheid op om van die artikelen, welke zich daartoe leenen, zooveel mogelijk voorraden te vormen. In verband hiermede zijn de beschikkingen, welke betrekking hebben op den uitvoer van peulvruchten ingetrokken. Ten einde te kunnen beschikken over de peulvruchten, voor de distributie benoodigd, worden die, welke nog in de veemen te Amsterdam zijn gedeponeerd, door de Regeering overgenomen en worden houders van diverse soorten erwten en stamboonen — en zulks ter vermijding van de bezwaren aan inbeslagneming verbonden — uitgenoodigd, aanbiedingen voor levering van deze peulvruchten, geschikt voor menschelijk voedsel, met opgave van prijs en onder bijvoeging van monsters, vóór 15 November a.s. in te zenden aan den directeur van het Centraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage. Aan hetzelfde adres kunnen ook aanbiedingen worden gedaan voor de levering van voedererwten. De voorwaarden, waaraan de erwten en stamboonen voor menschelijk voedsel 207 Nos. 188—189. moeten voldoen, worden in de Nederlandsche Staatscourant bekend gemaakt. Mochten op de hiervóór omschreven wijze te weinig erwten en stamboonen voor menschelijk voedsel ter beschikking der Regeering komen, dan zal tot inbeslagneming moeten worden overgegaan. N°. 189. Erwten en stamboonen. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel brengt ter algemeene kennis, dat vóór 15 November a. s. bij den directeur van Rijks- Centraal Administratiekantoor voor de^ distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage aanbiedingen worden ingewacht van: groenten erwten; capucijners en grauwe erwten; bruine en witte stamboonen; geschikt voor menschelijk voedsel. Bij de aanbieding dient opgave te worden gedaan van den verlangden prijs per H.L. of per 100 K.G. inclusief zak, franconaaste spoorwegstation, alsmede van het tijdstip waarop levering kan plaats hebben. Voorts moet een monster worden ingezonden. De erwten en boonen moeten zijn van den oogst 1916, machinaal geschoond of met de hand gelezen, puik kokend, droog en houdbaar. Voorts kunnen aan hetzelfde adres aanbiedingen worden gedaan van voedererwten, eveneens met opgave van prijs en bijvoeging van monster. Deze moeten zijn goed droog en houdbaar. N°. 190. 208 N°. 190. N°. 33683/43. Hijksbureau voor de distributie van graan en meel. 's Gravenhage, 12 October 1916. 1 Bijlage. Het is mij in het belang der veevoedering noodzakelijk gebleken, dat het Rijk de beschikking verkrijgt over den binnenlandschen oogst van die boonsoorten, welke als veevoeder gebruikt worden. Ik noodig U derhalve uit om met gebruikmaking van de hierbij overgelegde conceptverklaring zoo spoedig mogelijk over te gaan tot den aankoop van alle in Uwe gemeente geteelde paardenboonen, wierboonen, schapenboonen, duivenboonen ■en Waalsche- of tuinboonen (met uitzondering van speciaal voor zaad gewonnen witkiemige, groene of zwarte tuinboonsoorten) en daarbij gevolg te geven aan de voorschriften, die U namens mij door de Provinciale Brood-Commissies zullen worden verstrekt. Het is mijne bedoeling bovengenoemde boonsoorten in de ■distributie van het overige veevoeder op te nemen. De prijzen door U te besteden zijn als volgt door mij vast¬ gesteld : paardenboonen . . . . wierboonen schapenboonen . . . . -duivenboonen . . . . Waalsche- of tuinboonen voor goede qualiteit. In het belang der veevoeding zal aan de landbouwers, die gëwoon waren eigen verbouwde boonen voor veevoeding te gebruiken, desverlangd kunnen worden toegestaan, dat zij de beschikking houden ' over dat gedeelte van hun oogst, dat noodzakelijk is voor veevoeding gedurende de eerstvolgende acht maanden. Ter bevordering van de goede uitvoering dezer maatregelen f 17 _ per 100 K.G. 209 N°. 190. is het mijne bedoeling den handel in de gelegenheid te stellen •de Provinciale Brood-Commissies bij hunne taak behulpzaam te zijn. Zoo door U mocht worden getwijfeld aan de juistheid deiafgelegde verklaring, machtig ik U in dit geval eene schriftelijke vordering, als bedoeld in art. 9 der Distributiewet, te doen. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. VERKLARING. De ondergeteekende wonende gemeente provincie .' verklaart te hebben verkocht aan den burgemeester van •optredende namens Zijne Excellentie den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, de geheele opbrengst van zijn paardenboonen, wierboonen, i schapenboonen, \ 00gst 1916 duivenboonen, 1 Waalsche- of tuinboonen, I uitgezonderd : H.L. speciaal voor zaad gewonnen witkiemige groene of zwarte tuinboonen, zijner perceelen in de gemeente of onmiddellijk aan de perceelen dier gemeente grenzende in de gemeente samen ter grootte van circa are paardenboonen are wierboonen . are schapenboonen i . . are duivenboonen are Waalsche- of tuinboonen eene vermoedelijke opbrengst van L. paardenboonen L. wierboonen • • • • L. schapenboonen ......... L. duivenboonen ......... L. Waalsche- of tuinboonen. 14 Nos. 190—192. 210 tegen een prijs, die is vastgesteld voor: paardenboonen op wierboonen op schapenboonen op duivenboonen op Waalsche- of tuinboonen op per H.L. voor goede qualiteiten en met de gebruikelijke kortingen te leveren waar en ten tijde waarop zulks door den burgemeester zal worden verlangd. Het is mij bekend, dat voor het voederen van mijn eigen vee eene, later door den burgemeester te bepalen, hoeveelheid kan worden gehouden. 1916. Handteekening, N°. 191. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft, met intrekking van het ter zake in zijne beschikking dd. 28 September 1916, . n°. 76917 x), afdeeling Handel, vastgesteld, dat de maximum prijs voor zandaardappelen, ingevolge- art. 2 der Distributiewet 1916, in de gemeente Haskerland tot nadereaankondiging zal bedragen f 2,85 per H.L., 1,50 per 1/i H.L.. en 41/» cent per K.G. 's Gravenhage, 2 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 192. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden: a. in te stellen een commissie, aan welke wordt opgedragen een'onderzoek in te stellen naar de gestie in haar vollen omvang van het sinds den aanvang der crisis gevoerde graan- i) Zie n°. 90 blz. 94 sub 3. 211 Nos. 192—194. bedrijf en hem verslag uit te brengen van de uitkomsten, waartoe het door haar ingestelde onderzoek heeft geleid; b. in deze commissie te benoemen: tot leden de heeren: S. P. van Eeghen, voorzitter van de Kamer van koophandel en fabrieken, te Amsterdam; E. P. de Monchy Ez., voorzitter van de Kamer van koophandel en fabrieken, te Rotterdam, en F. G. Waller, directeur der Gist- en Spiritusfabriek, te Delft; tot secretaris, de heer mr. F. W. J. A. del Campo, genaamd Camp, rechtsgeleerd directeur der 's Gravenhaagsche Hypotheekbank, te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 3 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 193. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt bekend, dat door hem aan de Commissie van Toewijzing in zake de Maïsdistributie, ingesteld bij ministerieel besluit van 14 Februari 1916, ontheffing is verleend van de haar gegeven opdracht. 's Gravenhage, 3 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 194. Door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel is tot de burgemeesters de navolgende circulaire gericht: N°. 35132/43. Rijksbureau voor de distributie 's Gravenhage, 2 November 1916. van graan en meel. Ik heb de eer u mede te deelen, dat met de woorden „of Nos. 194—195. 212 anderen" in mijne circulaire van 11 September 1916, n°. 315/13,*) uitsluitend bedoeld zijn arbeiders in dienst van de landbouwers, welke gewoon zijn een deel van hun loon in natura te ontvangen. Voorts blijkt mij, dat bedoelde circulaire door enkelen wordt opgevat als zoude het geoorloofd zijn het brood bij bakkers in loondienst te laten bakken. Naar aanleiding daarvan deel ik u mede, dat tarwe aan landbouwers slechts kan worden gelaten en aan arbeiders verstrekt indien zij zelf hun brood bakken. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. ■ N°. 195. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikkingen van 22 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 23002, 6de afdeeling en van 23 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24085, 6de afdeeling B, houdende bepalingen omtrent den uitvoer van appelen en peren, (zie nos. 75 en 84); Heeft goedgevonden te bepalen: Het percentage der aanvoeren ter veiling, dat overeenkomstig liet bepaalde sub III van eerstgenoemde beschikking voor het binnenland moet worden geveild, wordt, met wijziging van liet bepaalde sub II van laatstgenoemde beschikking, met ingang van heden vastgesteld voor zure appelen op 70 pet. 's Gravenhage, 3 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. i) Zie n°. 49, bladz. 55. 213 Nos. 196—197. N°. 196. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikkingen van 26 November 1915, Directie van den Landbouw, n°. 29393, 6de afdeeling B, en van 20 Mei 1916, Directie van den Landbouw, n°. 14155, 6de afdeeling B, houdende bepalingen omtrent den uitvoer van peulvruchten voor zaad; Heeft goedgevonden te bepalen: aan exporteurs en producenten van tuinbouwzaden, ingeschreven bij de Rijkscommissie van Toezicht op de Vereeniging Zaadcentrale, zal vergunning worden gegeven voor den uitvoer van bepaalde partijen van nader door de Rijkscommissie van Toezicht op de Vereeniging Zaadcentrale aan te wijzen soorten van tuinbouwzaaderwten. 's Gravenhage, 3 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 197. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt, ingevolge zijne circulaire van 25 Augustus 1916, n°. 23651/&is,l) bekend, dat van Maandag 6 November e. k. tot en met Zaterdag 11 November d.a.v. de prijs van maïs, uitsluitend bestemd om aan gemeentebesturen te worden verstrekt voor ruiling tegen rogge van den oogst 1916, bedraagt voor alle soorten f 235 per last van 2000 K.G. of f 8,22° per 70 K.G., zoowel te Rotterdam als te Amsterdam te ontvangen. 's Gravenhage, 4 Noember 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. 1) Zie n°. S blz. 18. Nos. 1:98—199. 214 N°. 198. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Heeft goedgevonden: te bepalen, dat gedurende de week van 5 tot 12 November 1916 voor 50 pet. der boterpróductie certificaten van uitvoer zullen worden verleend en 50 pet. voor het binnenlandsch gebruik zal moeten worden beschikbaar gesteld, alsmede, dat de bewijzen van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven door de Rijkscommissie van toezicht op de Botervereeniging, op grond van die certificaten, zullen gelden tot Dinsdag 12 November a. s., des voormiddags 12 uür. 's Gravenhage, 2 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 199. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel: Gelet op zijne beschikking van 14 October 1915, Directie van den Landbouw, n°. 25372, 2de afdeeling, bureau A, laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 24 November 1915, Directie van den Landbouw, n°. 28895, 2de afdeeling, bureau A; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat voor iedere hoeveelheid van 100 volversche kipeieren, waarvoor ingevolge art. 3, sub 2, en art. 4, sub 2, zijner voormelde gewijzigde beschikking consent tot uitvoer wordt afgegeven, voor de dagen 5 tot en met 11 November 1916 eene hoeveelheid van 100 volversche kipeieren beschikbaar moet worden gesteld, overeenkomstig het bepaalde in voormelde artikelen; 2°. dat andere eiersoorten niet beschikbaar behoeven te worden gesteld voor binnenlandsch verbruik; 3°. dat, in afwijking zijner voormelde gewijzigde beschikking van elke 100 eieren, welke voor de sub 1°. genoemde dagen beschikbaar moeten worden gesteld, zoo noodig, ter beoordeeling van de Rijkscommissie, ten hoogste 40 moeten worden geleverd tegen een prijs van f 9,30 per 100 stuks voor levering aan de gemeentebesturen, welke eieren zullen worden gedistribueerd 215 N08. 199—201. overeenkomstig de bepalingen vastgesteld, door het RijksCentraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 4 November 1916 Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 200. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden met.afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking dd. 25 Augustus j.1., n°. 63164 »), afdeeling Handel, de maximum-kleinhandelprijzen voor turf in de gemeente Koudekerk (Z.H.) ingevolge art. 8 der Distributiewet 1916 te bepalen op de volgende bedragen: 1. Lange Friesehe turf, per 100 stuks . . . . f 1, 2. Lange losse turf (haverstroo) 2de soort, per 100 stuks 1» 3. Noordhollandsche turf lste soort, per 100 stuks 0,90 4. Noordhollandsche turf 3de soort, per 100 stuks 0,70 5. Karturf 2de soort, per 100 stuks 0,70 's Gravenhage, 6 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 201. De Minister van Landbouw, Handel en Nijverheid heeft goedgevonden, met afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking dd. 28 September 1916, n°. 76917 2), afdeeling 1) ' Zie n°. 7 blz. 12 t/m 17. 2) Zie n°. 90 blz. 94 sub 8. Nos. 201—203. 216 Handel, te bepalen, dat de maximum-kleinhandprijs ingevolge art. 2 der Distributiewet 1916, voor aardappelen, in voormelde beschikking bedoeld, in de gemeente Assen zal bedragen f2,80 per H.L. f 1,47° per ys H.L. en ets. per K.G. 's Gravenhage, 6 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 202. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, heeft goedgevonden, met afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking dd. 28 September jl., n°. 76917 *), afdeeling Handel, te bepalen, dat de maximum-kleinhandelprijs voor boter, ingevolge art. 2 en art. 8 der Distributiewet 1916 voorde gemeente Oud-Vossemeer zal bedragen f 1,90 per K.G.. 's Gravenhage, 6 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 203. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, heeft goedgevonden te bepalen, in afwijking van het ter zake vastgestelde bij zijne beschikking dd. 25 Augustus 1916, n°. 63164 2), afdeeling Handel, dat de maximum-kleinhandelprijs van Noordbrabantsche lange turf (Pijpert) voor de gemeenten Zaltbommel en Tiel zal bedragen f 1,50 per 100 stuks, en die van Noordbrabantsche Bakkersturf (Haardbrand) f 1.15 per 100 stuks. 's Gravenhage, 6 November 1916. , »"*' Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 1) Zie n°. 90 blzr. 96 sub 13. 2) Zie n°. Vblz. 12 t/m 17. 217 Nos. 204—305. N°. 204. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 24 Juli 1916, Directie van den Landbouw, n°. 18995, 2de afdeeling, laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 19 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 26155, 2de afdeeling (zie n°. 143); Heeft goedgevonden: onder intrekking zijner voormelde gewijzigde beschikking te> bepalen, dat, te rekenen van 6 November 1916, consenten voor den uitvoer van levende jonge hanen niet meer zullen worden afgegeven, doch dat de reeds uitgereikte consenten nog geldig zijn tot en met 18 November 1916. 's Gravenhage, 6 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal,. Versteeg. N°. 205. . De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 26 October 1916, Directie vanden Landbouw, n°. 26751, 6de Afdeeling B, houdende bepalingen omtrent de uitoefening van het bedrijf van verduurzamen van fruit; (zie n°. 166) Heeft goedgevonden te bepalen: de bij bovenvermelde beschikking vastgestelde regeling treedt,, met wijziging van het bepaalde sub XII dier beschikking, in werking met ingang van 15 November 1916. 's Gravenhage, 7 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 296—207. 218 ■ N°. 206. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien het Koninklijk besluit van 31 October 1916 (Staats blad n°. 486), houdende intrekking van de tijdelijke opheffing van het verbod van uitvoer van peenzaad; Heeft goedgevonden te bepalen: aan exporteurs en producenten van tuinbouwzaden, ingeschreven bij de Rijkscommissie van Toezicht op de Vereeniging .Zaadcentrale, zal vergunning worden gegeven voor den uitvoer van bepaalde partijen peen- of wortelzaad, van nader door genoemde Rijkscommissie van Toezicht aan te wijzen soorten. 's Gravenhage, 7 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 207. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 2 Mei 1916, Directie van den Landbouw, n°. 12475, 2de afdeeling; Heeft goedgevonden: met wijziging van punt IV zijner voormelde beschikking te bepalen, dat consenten voor den uitvoer van geconserveerde eieren alleen kunnen worden verstrekt aan het bestuur van den Bond van eierkalkers in Nederland, overeenkomstig de door de Rijkscommissie van Toezicht op de Eiervereeniging gestelde en nog te stellen voorwaarden. 's Gravenhage, 7 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 219 N09. 208—209. N°. 208. De Toewijzingscommissie voor veevoeder te 's Gravenhage heeft de ondervolgende personen en lichamen, na verhoor of «behoorlijke oproeping, en gelet op art. 7 bis van de ministerieele 'besluiten betreffende de beschikbaarstelling van veevoeder, uitgesloten van de bevoegdheid aanvragen voor veevoeder in te dienen, te weten: 0. in de maanden November en December 1916: 1. A. J. van Grinsven, te Dinther (N.-Br.); b. in de maanden November en December 1916 en Januari ^en Februari 1917; 1. W. Leenaarts, te Breda; 2. P. van de Reyt, te Prinsenhage. Deze personen mogen derhalve in de genoemde maanden .geen zoodanige aanvragen teekenen of indienen. Bestellingen van veehouders, voorkomende op aanvragen -dezer personen, worden 'ter zijde gelegd. 's Gravenhage, 1 November" 1916. De Toewijzingscommissie voor Veevoeder, Mr. H. J. Rink, Secretaris. N°. 209. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien artikel 6, lste lid, der „Distributiewet 1916"; Heeft goedgevonden: ingevolge voormelde wetbepaling te verbieden, dat zonder :zijne schriftelijke toestemming rijst, garf en havermout anders worden gebruikt dan voor menschelijk voedsel. 's Gravenhage, 8 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. Nos. 210—211. 220 N°. 210. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te bepalen, ingevolge art. 8 der Distributiewet 1916, dat de maximum-groothandelprijs van andijvie in de gemeente Zwijndrecht zal bedragen f 2,40 per 100 K.G. 's Gravenhage, 8 November 1916. < Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 211. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien het Koninklijk besluit van 6 October 1914 (Staatsblad n°. 422), houdende verbod van uitvoer van diverse soorten groenten; Gezien zijne beschikkingen van 12 Augustus 1916, Directievan den Landbouw, n°. 20706, 6de afdeeling B, van 5 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24744, 6de afdeeling B, van 20 October 1913, Directie van den Landbouw, n°. 25723, 6de afdeeling B en van 26 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 27632, 6de afdeeling B (zie n°. 3, 107, 145en 165); Heeft goedgevonden te bepalen: Art. 1 van eerstgenoemde beschikking wordt gelezen als volgt: Uitvoer van bepaalde partijen van alle soorten van snijboonen,. van spersieboonen, *van Heinrichs Riesenboonen, van witte kool (met uitzondering van Deensche witte kool), van roode kool (met uitzondering van roode kool in Noordholland benoorden het Noordzeekanaal geteeld en van roode bewaarkool), van savoyekool (met uitzondering van gele savoyekool in Noordholland benoorden het Noordzeekanaal, geteeld), van boerenkool^ van uien, van Friesehe peen, en van andere soorten fijne peen mag alleen geschieden op vertoon van consenten, afgegeven door de Rijkscommissie van Toezicht als bedoeld in art. 6der statuten van de Vereeniging „Groenten-Centrale", wanneer die producten op eene veiling van eene bij de Vereeniging- 221 N°<». 211—213. „Groenten-Centrale" ingeschreven veilingsvereeniging volgens •door de „Groenten-Centrale" te geven voorschriften zijn geveild .en wanneer zij onder ambtelijk toezicht ten uitvoer ingeladen worden op door den Minister voor uitvoer van groenten reeds aangewezen of nog aan te wijzen plaatsen, 's Gravenhage, 8 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg, N°. 212. N°. 4586/6. Rijksbureau voor ,g Gravenhage 8 November 1916. de distributie van graan en meel. Mijne aandacht wordt er op gevestigd, dat in veel gemeenten de afnemers van meel en bloem nalatig zijn om de zakken, waarin meel en bloem aan de afnemers geleverd wordt, aan de fabrieken terug te zenden. In verband met de heerschende schaarschte aan jute zoude dit tot stoornis in cle meel- en bloemverzending aanleiding kunnen geven. Ik verzoek u derhalve beleefd uwe medewerking te willen verleenen, dat door de afnemers van meel en bloem in uwe gemeente voor een behoorlijke terugzending der zakken wordt zorg gedragen. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 213. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt bekend, dat granen en veevoederartikelen, die in de maand N° 213—214. 222 November worden toegewezen, tegen de volgende prijzen dooide Regeering zullen worden afgeleverd: Mixed ) La Plata ] Voertarwe Voergerst Canadagerst Voerhaver , Lijnkoeken . mais f 16,75 per 100 K.G. 16,75 „ „ 16,75 „ „ 21,00 „ " „, 18,00 „ 19,00 „ , „ basis onbepaalde merken, van La Platazaad geslagen, bepaalde merken en soorten, ook schilfers naar de gewone verhouding; Lijnmeel f 20,70 per 100 K.G. inclusief baal, bruto voor netto, af fabriek; Samengestelde koeken f 18,90 per 100 K.G. netto, af fabriek, zonder verpakking. 's Gravenhage, 9 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 214. De Minister van Landbouw, Nijverheid èn Handel heeft, met intrekking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking dd. 28 September jl., n°. 76917,*) afd, Handel, vastgesteld, dat de maximumprijs van boter ingevolge artt. 2 en 8 der Distributiewet 1916 voor de gemeente Wildervank tot nadere aankondiging zal bedragen f 1,95 per K.G. 's Gravenhage, 9 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. i) Zie n°. 90 blz. 96 sub 18. 228 Nos. 215—317. N°. 215. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking dd. 6 October jl., n°. 82380,*) afdeeling Handel,, den maximumprijs, ingevolge art. 2 en art. 8 der Distributie.wet 1916, voor bokking zonder staart in de gemeente Heerlen vast te stellen op 4J/2 cent per stuk en voor haring zonder staart op 31/» cent per stuk. 's Gravenhage, 9 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal,. Versteeg. W. 216. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft, met intrekking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking, dd. 28 September jl., n°. 76917,2) afdeeling Handel, vastgesteld, dat de maximumprijs van boter ingevolge artt. 2 en 8 der Distributiewet 1916 voor de gemeente Lichtenvoorde tot nadere aankondiging zal bedragen f 1,90 per K.G., f 0,95 per >/s K.G.,. f 0,47-5 per i/4 K.G. en f 0,19 per 0,1 K.G. 's Gravenhage, 9 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal,. VeesteeG, N°. 217. N°. 94474. Afdeeling Handel. 's Gravenhage, 9 November 1916. Ik heb de eer ü te berichten, dat het mij wenscheiyk voor komt, in verband met de instelling der Rijkscommissie voorde distributie van ijzer en staal, zoo spoedig mogelijk een overzicht te verkrijgen van de voorraden ijzer en staal, welke hier te lande aanwezig zijn. 1) Zie n°. 116 blz. 130 en 131. 2) Zie n°. 90 blz. 96 sub 13. N°. 217. 224 In verband hiermede verzoek ik ü, alle personen in Uwe •gemeente, die daartoe naar Uwe meening en gelet op het hieronder volgende, in aanmerking kunnen komen, ingevolge art. 9, lste lid, der Distributiewet ten spoedigste uit te noodigen, aan U opgave te doen van de bij hen aanwezige voorraden van zoowel bewerkt als onbewerkt ijzer en staal. Dergelijke •opgave zal voor het- eerst moeten geschieden omtrent de hoeveelheden, welke omstreeks 15 dezer in voorraad zijn en zal vervolgens elke maand herhaald moeten worden, ten einde op de hoogte te blijven van uitbreiding of vermindering der voorraden. De opgave van voorraden ware niet alleen van de handelaren in bovengenoemde materialen te vorderen, maar ook van de metaal-nijverheid en van enkele groot-verbruikers. Hierbij zal, wat de handelaren betreft, ook de aandacht moeten worden gewijd aan gelegenheidshandelaren en speculanten, die in gewonen tijd niet in ijzer en staal doen. Wat de industrieelen aangaat, zullen de talrijke huissmeden, rijwielherstellers en Vergelijken in het algemeen wel buiten beschouwing kunnen en moeten blijven. Ik meen aan U te kunnen overlaten te bepalen waar hier de grens zal moeten worden getrokken. Onder groote verbruikers behooren gerekend te worden groote aannemers van bouwwerken en gemeentediensten en -bedrijven (als publieke werken, gas- en waterleiding-bedrijven, enz.). Ik stel mij voor, om aan de Rijksbedrijven en -inrichtingen tot bewerking van ijzer en staal en aan de groote spoor- en intercommunale tramwegmaatschappijen rechtstreeks vanwege mijn Departement de gewenschte opgaven te vragen. • De uitnoodiging aan belanghebbenden tot het verstrekken van de verlangde gegevens zou door U kunnen geschieden met gebruikmaking van de circulaire, waarvan een aantal exemplaren hiernevens gaat en waarop door U alleen ingevuld behoeft te worden het adres, de onderteekening en de dagteekening. Meerdere exemplaren van deze circulaire zijn op aanvrage Uwerzijds aan mijn Departement verkrijgbaar. De door U ontvangen antwoorden gelieve U zoo spoedig mogelijk toe te zenden aan de Rijks-commissie voor de distributie van ijzer en staal, Zeestraat 102, 's-Gravenhage. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. 225 N°. 217. , den November 1916. Aan Ingevolge van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel ontvangen last, krachtens Artikel 9, eerste lid, der Distributiewet 1916, verzoek ik u mij schriftelijk opgaaf te ■doen van den voorraad ijzer en staal aan u toebehoorend of onder uw berusting zijnde en wel: 1°. voor de eerste maal uiterlijk den 20sten November 1916; 2°. verder maandelijks telkens uiterlijk op den 20sten der maand. De opgaven moeten den toestand weergeven op den 15den der maand. Wanneer dit bij de eerste opgaaf niet mogelijk is, moet daarbij de datum worden vermeld waarvoor de opgaaf geldt. De opgaven moeten de volgende materialen omvatten: 1. Ru wijzer (Roheisen, big-iron) in alle soorten. 2. Gegoten staal en vloeiijzer in blokken en voorgewalste halffabrikaten (Halbzeug). 3. Walsproducten, t. w.: a. Spoorstaven, lasclïplaten, enz. b. Balk- en Kanaalijzer. c. Hoek- en Tee-ijzer. d. Ander profielijzer. e. Band- en staafljzer. f. Plaatijzer grof (Grobbleche) 5 m.M. en dikker als scheeps■en ketelplaten, platen en strippen voor constructiewerk. g. Plaatijzer middelbaar (Mittelbleche) dikte 3 tot onder 5 m.M. -en dun (Peinbleche) dikte onder 3 m.M. h. Plat en gegolfd dakijzer, goten enz., verzinkt en onverzinkt. i. Blik (Weissblech). j. Getrokken buizen en pijpen. Gewalst en getrokken draad. 4. Gegoten ijzeren buizen en hulpstukken. Voor elke van de hie' oven genoemde, met een cijfer of letter aangeduide soorten afzonderlijk, moet worden opgegeven: 1°. Het totale gewicht, 2°. Welk gedeelte daarvan noodig is voor de uitvoering van loopende contracten en bestellingen. Uitvoerige specificatie wordt niet verlangd. De Burgemeester van . . . 15 Nos. 218—219. 226 N°. 218. Aangezien blijkbaar bij vele belanghebbenden de meening bestaat, dat uitvoer-consenten, welke ten name van een bepaald persoon verleend zijn, zoo noodig nog weer verhandeld mogen worden, zoodat de uitvoer van bedoelde goederen plaats vindt door een ander dan dengeen, op wiens "naam het consent oorspronkelijk verleend > was, komt het mij wenschelijk voor ter algemeene kennis te brengen, dat elke verkoop van een consent door een oorspronkelijken houder, tenzij zulks in de betrokken uitvoerregeling speciaal mocht zijn geoorloofd, ten gevolge zal hebben het intrekken van het verhandelde consenten eventueel eene schorsing van den exporteur als zoodanig. 's Gravenhage, 10 November 1916. De Minister van Landbouw? Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. 219. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; A. Maakt bekend dat het Pluim veebesluit 1916 (Nederlandsche Staatscourant n°. 234) 1) wordt gewijzigd als volgt: Art*. 5 wordt gelezen: Voor de maand December 1916 dienen de winkeliers bij het Veevoederbureau hunner woonplaats uiterlijk Donderdag 23 November a.s. in: a. eene aanvrage volgens formulier, verkrijgbaar bij elk Veevoederbureau; b. eene gelijke verklaring als verplichtend was gesteld voor de maand November 1916 van het Gemeentebestuur hunner woonplaats, houdende opgaven van de hoeveelheid pluimveevoeder, welke door de winkeliers uit de distributie betrokken kan worden. öbis. Voor de maanden Januari 1917 en volgende dienen de winkeliers bij het Veevoederbureau hunner woonplaats uiterlijk den 15den van elke voorafgaande maand in:. J) Zie n°. 106 blz. 121. 227 Nos. 219—220. a. eene verklaring van of vanwege het Gemeentebestuur hunner woonplaats, dat zij aangewezen zijn als bedoeld onder artikel 3; b. bons, bij hen tot dien datum ingeleverd, vermeldende eene gelijke hoeveelheid véevoeder als in hun aanvraag vermeld. B. Brengt in herinnering, dat overigens de aanvragen dezer winkeliers ingediend en behandeld moeten worden op de wijze als voorgeschreven bij het besluit betreffende veevoederdistributie dd. 31 October jl. (Nederlandsche Staatscourant n°. 256) 1), en dat dus in het bijzonder aanvragen van 20 ton of daar beneden moeten worden ingediend door bemiddeling van een erkenden grossier. 's-Gravenhage, 10 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 220. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking, dd. 6 October j.1., n°. 823802), afdeeling Handel, ingevolge art. 2 en art. 8 der Distributiewet 1916, voor de gemeente Enschedé voor de na te noemen soorten zeevisch de navolgende maximumprijzen vast te stellen: kleine schelvisch .... per :/2 K.G. 13 cent wijting „ „ „ 12-5 „ kleine gul „ „ 13- „ kleine poon en pieterman . „ • „ „ 12 „ horsmakreel „„ „ 10 „ makreel „ „ „ 15 „ kleine schol ,, „ 13 's Gravenhage, 10 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. i) Zie n°. 179 blz. 195 t/m 200. J) Zie n°. 115 blz. 129 t/m 180. N". 221—222. 228 N°. 221. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking d.d. 30 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24742, J) 6de afdeeling, B, houdende vaststelling van verschillende maatregelen in zake de aardappelvoorziening ingevolge de Distributiewet 1916; Heeft goedgevonden te bepalen: sub B van bovengenoemde beschikking wordt gelezen als volgt: Het vermalen of verwerken van geel- en witvleezige aardappelen is verboden, met uitzondering van die partijen," welke blijkens. eene verklaring, af te geven door of vanwege de Aardappelvereeniging, voor de consumtie ongeschikt zijn. 's Gravenhage, 10 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 222. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 13 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 26151, s) 6de afdeeling, B, houdende maatregelen omtrent de beperking van den verbouw van handelsgewassen ; Heeft goedgevonden te bepalen: in sub IH van genoemde beschikking wordt gelezen in plaats van: „gewassen genoemd onder le"; „gewassen genoemd onder 1£>". 's Gravenhage, 10 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal Versteeg. i) Zie 94 blz. 104 en 105. ■ 2) Zie n°. 132 blz. 140 en 141. 229 Nos. 223—325. N°. 223. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt, ingevolge zijne circulaire van 25 Augustus 1916, n°. 23651/80'ts1), bekend, dat van Maandag 13 November e. k. tot en met Zaterdag 18 November d.a.v. de prijs van maïs, uitsluitend bestemd om aan gemeentebesturen te worden verstrekt voor ruiling tegen rogge van den oogst 1916, bedraagt voor alle soorten f 235 per last van 2000 K.G. of f 8,22-5 per 70 K.G., zoowel te Rotterdam als te Amsterdam te ontvangen. 's Gravenhage, 11 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 224. De Minister van Landbouw, Nyverheid en Handel; Gelet op de artt. 7, 10 en 12 van zijne beschikking van 25 April 1916, (Neder landsclie Staatscourant van 25 April 1916, n°. 97), houdende regeling van den uitvoer van varkensvleesch; Heeft goedgevonden te bepalen: het in art. 10 van voornoemde beschikking bedoelde gewichtspercentage zal voor het tijdvak van 13 November tot en met 2 December 1916 bedragen voor varkensvleesch zoowel als voor worst ,100. De in art. 12 bedoelde afkoopprijs zal gedurende de periode eindigende 2 December a. s.,. bedragen 40 cents per K.G. 's Gravenhage, 11 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 225. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 14 October 1915, Directie van den Landbouw, n°. 25372, 2de afdeeling, bureau A, i) Zie n". 8 blz. 18., N<». 225—236. 230 laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 24 November 1915, Directie van den Landbouw, n°. 28895, 2de afdeeling, bureau A; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat voor iedere hoeveelheid van 100 volversche kipeieren, waarvoor ingevolge art. 3, sub 2, en art. 4, sub 2, zijner voormelde gewijzigde beschikking consent tot uitvoer wordt afgegeven, voor de dagen 12 tot en met 18 November 1916 eene hoeveelheid van 100 volversche kipeieren beschikbaar moet worden gesteld, overeenkomstig het bepaalde in voormelde artikelen; 2°. dat andere eiersoorten niet beschikbaar behoeven te worden gesteld voor binnenlandsch verbruik; 3°. dat, in afwijking zijner voormelde gewijzigde beschikking, van elke 100 eieren, welke voor de sub 1°. genoemde dagen beschikbaar moeten worden gesteld, zoo noodig, ter beoordeeling van de Rijkscommissie, ten hoogste 40 moeten worden geleverd tegen een prijs van f 9,30 per 100 stuks voor levering aan de -gemeentebesturen, welke eieren zullen worden gedistribueerd overeenkomstig de bepalingen vastgesteld door het RijksCentraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 11 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 226. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in vervolg op het door hem in zijn schrijven aan gemeentebesturen van 28 September 1916, n°. 76917l), afdeeling Handel, bepaalde omtrent de melkprijzen in den winter 1915/1916, krachtens art. 2 en art. 8 der Distributiewet 1916, nader vast te stellen de maximum melkprijzen, opgenomen in de navolgende lijst. i) Zie n°. 90 blz. 96 sub 16 v/d lijst. 231 Melkprijzen 1916/1917. N°. 226. Gemeente. Productie prijs !) ct. per L. Consumptieprijs 2) ct. per L. Aarlanderveen. Abcoude-Baambrugge. . . Abcoude-Proosdij Alkmaar . . . Amsterdam 3) . Apeldoorn . . Assen .... Barendrecht Barwoutswaarder Beek Beemster. . . Beerta. . . . Beesd . . . Bellingwolde Bennebroek. Benthuizen . Bleskensgraaf en Hofwegen Bloemendaal Boskoop . . Bovenkarspel Buiksloot Delden . . Den Bommel Dirksland . Doniawerstal 10 10 10 9 9V« 10 9 91/» 9 9 10 9 10 9 91/* Etteri 12 uVi 13 11 10 12 12 10 HV, 10 voor melkinrichtingen 11 10 10 voor melkinrichtingen 11 11 12 10 11 12 11 ll1/, 10 10 10 10 li 1) Ongerekend den toeslag van 21/2 cent. 2) Ongerekend den voorwaardelijken toeslag van V2 cent. 3) Voor van Regeeringswege op de melkmarkt aangevoerde melk mag 91/2 ct. per liter berekend worden. N°. 226. 232 Gemeente. Productie prijs i) ct. per L. Consumptieprijs 2) ct. per L. Fin ster wolde . . Giessen-Nieuwkerk Grave .... 's Gravenhage3) Grootebroek. . Hattem . Hengelo (G.) Herkingen Heukelum Hoogezand Jaarsveld. . Kamerik . . Kampen 4) . Kesteren. . Koog a/d Zaan Krommenie. Kwadijk . . Leek . . . Leiderdorp . Lexmond. . Loon op Zand Lopik . . . Maartensdijk 9V, 10 6) 9 9 9 10 9 10 voor melkinrichtingen 11 10 10 13 • j tï.-r. 10 10 10 10 10 voor melkinrichtingen 11 10 11 6) 10 11 11 10 10 12 10 10 10 4de kwartaal 1916 12, lste kwartaal 1917, 13 1) Zie bladz. 231. 2) Zie bladz. 231. . 3'. ,D.oor d£ N-v-'?6ravenhaagsche Melkinrichting „De Sierkan", de N.V. Melkininricbtang „De Landbouw , de 's Gravenhaagsche Bakkerij en Verbruiksvereeniging -De Hoop iAfdeeling Melkinrichting) te 'sGravenhage en de N.V. Ten Siethoffl Kindemieel-labriek en Modelstal „Berkendael" te Loosduinen mag 14 ct. per liter in rekening worden gebracht. vo,lle melk van Hygiënische Melkboerderif „De Viersprong" 11 ct oer 0.756 literflesch. ■ 1 5) Keeds vastgesteld. (Zie blz. 176.) 233 N°. 226. Gemeente. Productie prijs l) ct. per L. Consumptieprijs 3) ct. per L. 9V, HVs 9 10 voor melkinrichtingen 11 - io 9 10 voor melkinrichtingen 11 _ 10 8V, 10V3 10 12 9 10 voor melkinrichtingen 11 9 10 voor melkinrichtingen 11 9 10 voor melkinrichtingen 11 _ 10 9 10 voor melkinrichI tin gen 11 9 10 voor melkinrichtingen 11 9 11 8i/„ 10. 10 12 9 10 voor melkinrich tingen 11 _ 10 9 11 _ 10 Medemblik Meeden . Melissant Midwolda Middelharnis . Millingen . . Moercapelle . . Muntendam. . Nieuweschans . Nieuwe Pekela Nieuwe Tonge Nieuwolda . Noordbroek Obdam . Odoorn . Oegstgeest Onstwedde Ooltgens'plaat Odstzaan. . Oude Tonge 1) Zie bladz'. 231. 2) Zie bladz. 231. ~N°. 226. 234 Productie ConsumptieGemeente. prijs 0 prijs 8) ct. per L. ct. per L. Raalte. . Rietveld . Ruurlo . ■Scheemda Scheliuinen. . Schoonre woerd Smallingerland Sommelsdijk . ■Streefkerk . . 10 Ter Aar . . , Terschelling 'Tietjerksteradeel Uitgeest . . . Valkenburg (Z.H.) Venhuizen . . Vlagtwedde. . Vleuten Voorbun Voorhout. Waarder . Warffum. Wedde . Weesperkarspel . Westzaan . . . "Willemstad. . . "Willige Langerak i) Zie bladz. 231. *) Zie bladz. 231. «V. 9V2 9 10 10 10 10 9 10 12 10 10 voor melkinrichtingen 11 10 10 10 10 10 11 8 9 11 10% 11 10 voor melkinrichtingen 11 12 12 voor melkinrichtingen 13 12 12 10 10 voor melkinrichtingen 11 11 10 10 10 235 Nos 226—237. Gemeente. Productie prijs x) ct. per L. Consumptieprijs 2) ct. per L. Winschoten. Worm er Wormervëer . . . Wijk aan Zee en Buin Zaandam. Zaandijk . Zeist3) . Zuidwolde Zuidbroek Zwammerdam . Zwolle . . . 9 9 9 9 9 10 81/. 1) Zie bladz. 231. 2) Zie bladz. 231. 3) gepasteuriseerd per fllésch van 5/4 Liter 11 ct. 's Gravenhage, 10 November 1916. 10 voor melkinrichtingen 11 11 11 11 11 11 10 10 voor melkinrichtingen 11 12 10 Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 227. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Heeft goedgevonden te bepalen: te bepalen, dat gedurende de week van 12 tot 19 November 1916 voor 50 pet. der boterproductie certificaten van uitvoer zullen worden verleend en 50 pet. voor het binnenlandsch verbruik zal moeten worden beschikbaar gesteld, alsmede, dat de bewijzen van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven N09, 227—229. 236 door de Rijkscommissie van toezicht op de Boter vereeniging,. op grond van die certificaten, zullen gelden tot Dinsdag 28 November a. s. des voormiddags te 22 uur. 's Gravenhage, 11 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, ' Versteeg. N°. 228. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel brengt ter kennis, dat met het oog op de heerschende schaarschteaan veevoeder geen vergunning zal worden gegeven voor den uitvoer van koolrapen en paardepeen. Het is noodig dat degeheele oogst dezer gewassen in het binnenland wordt verbruikt,, daar in geen geval van uitvoer sprake kan zijn. N°. 229. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt ingevolge artikel 6 en 8 der Distributiewet 1916, onder verwijzing naar zijne bekendmaking van 25 September 1916,. n°. 33371/43,J) ten aanzien van de aflevering van gerst voorde mouterij, het volgende bekend: De levering geschiedt tot door de Regeering vastgestelde prijzen; wat inlandsche gerst betreft, door de Provinciale Broodcommissie, aan welke de grossier tegen de inlevering van het toewijzingsbiljet betaalt; wat buitenlandsche gerst betreft,, door de importeurs, die met de aflevering zijn belast. Deze laatste verkoopen geschieden op de condities van de Amsterdamsche Korenbeurs, respectievelijk Rotterdamsche Graanbeurs, naargelang de levering te Amsterdam of teRotterdam geschiedt. De grossiers, door wier bemiddeling de bestelbiljetten zijn ingekomen, moeten de door hen ontvangen gerst afleveren, aan de bestellers tegen den aan de Regeering betaalden prijs-,, vermeerderd met werkelijk' betaalde vracht, kosten en f 2 V) Zie n°. 85 blz. 85. 237 N°. 229. per 2000 K.G. belooning; ongeacht het vorenstaande hebben 'i recht op de voordeelen, die door besparing van vracht •en andere verzendingskosten ontstaan bij de samenlading van kleinere partijen. De importeurs ontvangen van Rijkswege over de door hen afgeleverde gerst l1/* % over het factuurbedrag en zorgen voor de Nederlandsche Overzee Trust Maatschappij-garantie. De importeur betaalt den tusschenpersoon zijne provisie van f 1 per 2000 K.G., ook als de grossier de order door een tusschenpersoon heeft verkregen. Heeft de grossier de order direct gekregen, dan wijst de importeur den tusschenpersoon aan, die de provicie zal ontvangen. Is de aanvraag door bemiddeling van een importeur ingekomen, dan geldt hetzelfde tusschen den importeur en tusschenpersoon direct. ^-ïli De mouters leveren de producten af tegen den aan de Regeering betaalden prijs, vermeerderd met productie-kosten -en een matige winst. Kleine of afval-gerst moet door hen tegep nader vast te stellen prijs aan de Regeering worden teruggeleverd. Voor zoover door hen afvalproducten, als moutkiemen, worden verkocht als veevoedsel, doen zij wekelijks opgave van de namen -der veehouders, die de producten kochten en van de hoeveelheden die hun werden geleverd, aan de veevoederbureaus, die zijn aangesteld voor het gebied, waartoe de veehouders behooren. De mouters mogen de gerst uitsluitend gebruiken voor verwerking in eigen fabriek en mogen de daarvan vervaardigde fabrikaten, met uitzondering van de afvalproducten, slechts verkoopen voor menschelijk gebruik. De uit de door de Regeering beschikbaar gestelde gerst bereide mout'mag uitsluitend gebruikt worden voor de bier- fabricage. . . ., De mouterijen zijn verplicht aan de Centrale Commissie uit de Graan-Importeurs (adres Comité van Graanhandelaren te Rotterdam) van de door haar ontvangen gerst op te geven aan wien zij de , daaruit bereide mout hebben afgeleverd en tegen welken prijs. 'i . . Afwijking van dit of eenig ander voorschrift stelt hen bloot, behalve aan eene strafvervolging op grond van artikel 11 en 12 der Distributiewet 1916, aan uitsluiting van volgende leveringen. Nos. 229 239. 238 Ditzelfde geldt voor de inporteurs en grossiers, die zich niet stipt aan deze bepalingen houden. 's Gravenhage, 13 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 230. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te bepalen, in afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking dd. 28 September j.1. n°. 76917 i), afdeeling Handel, dat de maximumprijs van boter ingevolge artt. 2 en 8 der Distributiewet 1916 in de gemeerte Etten c. a. zal bedragen f 1,90 per K.G. 's Gravenhage, 13 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 231. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden in te stellen eene Rijkscommissie van Toezicht als bedoeld in art. 6 der bij Koninklijk besluit van 19 October 1916 n°- 51 goedgekeurde statuten van de Suikervereeniging, gevestigd te Amsterdam, en tot leden dier commissie te benoemen de heeren: J. A. Laan, lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, te Wormerveer; W. Boissevain, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, te Amsterdam; .K- tei' Laan, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, te Zaandam. 's Gravenhage, 14 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. i) Zie n°. 90 blz. 96 sub 13 v/cl lijst. 239 Nos. 383—938» N°. 232. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te benoemen tot lid der Rijkscommissie van Toezicht op de Aardappelenvereeniging, den heer A. Spanjaard, ouddirecteur der Stoomspinnerijen en Weverijen voorheen S. JSpanjaard te Borne, wonende te Scheveningen. 's Gravenhage, 14 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 233. N°. 51770/36. Rijksbureau voor , de distributie 's Gravenhahe, 13 November 1916. van graan en meel. }/■['? '" Ik heb de eer u mede te deelen, dat, in afwijking van mijne circulaires van 20 Juni j.1., n°. 9907/36, en 25 October j.1. n°. 4064/6, L) afdeeling Rijksbureau voor de Distributie van Graan en Meel, de door mij vastgestelde broodprijzen zoodanig moeten worden opgevat, dat, in deze prijzen het bezorgloon is begrepen, zoodat, overeenkomstig mijne circulaire van 28 September j.1., n°. 76917, 3) afdeeling Handel, het den bakkers verboden is daarboven iets te berekenen voor thuisbezorgen. - . Ik verzoek u beleefd hiermede rekening te houden. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. ''stjf 1) Zie n°. 156 blz. 167. 2) Zie n°. 90 blz. 98. Nos. 234—235. 240 N°. 234. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 9 September 1916, afdeeling Handel, n°. 72235, houdende aanwijzing van artikelen ingevolge -art. 1 van de Distributiewet 1916 (zie n°. 47) ; Gelet op art. 8 der Distributiewet 1916; Heeft goedgevonden te bepalen: Art. 1. De aflevering en het vervoer van alle soorten groene •en bruine stamboonen is verboden. Art. II. Het bepaalde in het voorgaande artikel is niet van toepassing: a. indien de aflevering en het vervoer plaats vinden binnen •de gemeente van inwoning van den eigenaar der in art. I genoemde peulvruchten; b. op de aflevering en het vervoer van partijen gedekt door •een vervoerbewijs afgegeven door de Rijkscommissie van 'Toezicht op de Peulvruchtenvereeniging; c. op de aflevering en het vervoer van partijen die op den ■dag van afkondiging dezer beschikking in de Nederlandsche ■Staatscourant in spoorwagens of schepen waren geladen; d. ■ op monsters van gewone grootte. 's Gravenhage, 14 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 235. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft ■goedgevonden, in de Rijkscommissie van Toezicht op de Vereeniging van Aardappelmeelfabrikahten te benoemen: tot lid, den heer D. L. de Koe, notaris te Sappemeer; tot secretaris, den heer J. A. van der Ploeg, accountant te •Groningen. 's Gravenhage, 15 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. 241 N°. 236. N°. 236. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel brengt ter kennis van belanghebbenden, dat ten aanzien van de toekenning van den toeslag aan melkveehouders en ten opzichte van -de terugbetaling van dien toeslag aan slijters en melkinrichtingen door hem de volgende regeling is vastgesteld: REGELING voor de toekenning van den toeslag voor consumptiemelk en voor de terugbetaling van den door den melkhandel aan de melkveehouders uitgekeerden toeslag ad 2l/s cent per liter. Voor alle melk, welke als zoodanig rechtstreeks voor de consumptie moet dienen, wordt een toeslag van 2y2 cent per liter gegeven. Hieronder wordt Ook begrepen de melk, geleverd aan hotels en café's, aan spijskokerijen volksgaarkeukens. Niet in aanmerking komt de melk, welke ten behoeve van bakkerijen, beschuitfabrieken en ijsmakers wordt geleverd. De toeslag wordt in zijn geheel terugbetaald voor alle melk, geleverd aan melkinrichtingen en slijters, die, behalve ter bereiding van de noodzakelijke hoeveelheden karnemelk of ondermelk, verder geen melk verwerken en deze producten tegen door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel op voorstel van den burgemeester vastgestelde maximum-prijzen verkoopen. Bovenbedoelde slijters en melkinrichtingen worden door het betrokken gemeentebestuur bepaaldelijk aangewezen (Hierin ligt dus opgesloten, dat de toeslag ook wordt vergoed voor de melk die als gepasteuriseerde melk of als melk in flesschen wordt verkocht). De toeslag wordt alléén voor een deel terugbetaald, voor zooveel gemengde bedrijven, die consumptiemelk ontvangen, kunnen aantoonen, dat de ontvangen melk rechtstreeks voor consumptie is geleverd. Bovenbedoelde uitkeeringen zullen geschieden in den geest der regeling ais aangegeven in het schrijven aan H.H. Commissarissen der Koningin, dd. 9 Maart 1916, Directie van den Landbouw, n°. 7258, 5de afdeeling. Deze regeling wordt gerekend te zijn ingegaan op 1 October 1916. 's Gravenhage, 15 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 16 Nos. 237—238. 242 N°. 237. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking dd. 25 Augustus 1916, n°. 64702,l) afdeeling Handelingevolge art. 8 der Distributiewet 1916, voor turf op de veenplaatsen in de gemeente Schoterland de navolgende maximum,, prijzen vast te stellen: Blauwe turf . . . . f 7,50 per 1000 stuks Zwarte „ .. . • 7,—- V » » Scherpe „ . . . . 6,50 „ „ „ Grijze \ lste soort 3,75 ■ „ „ „ „ „ 2de soort 3,25 „ „ „ Grauwe „ . . . . 3,— „ „ „ 's Gravenhage, 15 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal? Versteeg. .: ., - N°. 238. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft, in afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking d.d. 28 September j.1., n°. 76917, 2) afdeeling Handel, goedgevonden te bepalen: dat de maximumprijs van rundvet in de gemeente Gaasterland ingevolge art. 2 der Distributiewet 1916, zal worden gesteld op 39 cent per ]/a K.G. 's Gravenhage, 15 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal? Versteeg. 1) Zie n°. 6 blz. 4 t/m 12. 2) Zie n". 90 blz. 95 sub 6 v/d lijst. 243 N08, 239—240. N°. 239. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikkingen van 28 'Juni 1916, Directie van den Landbouw, n°. 16954, 6de afdeeling B, en van 23 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24059, 6de afdeeling B,J) houdende bepalingen betreffende den uitvoer van diverse soorten groenten; Heeft goedgevonden te bepalen: aan de lijst van stations, bedoeld in bovenvermelde beschikkingen, waar inlading van groenten onder ambtelijk toezicht kan geschieden, wordt toegevoegd Vlake. 's Gravenhage, 15 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal. Versteeg. N°. 240. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikkingen van 28 Juni 1916, Directie van den Landbouw, n°. 16954, 6de afdeeling, B, en van 5 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 25302, 6de afdeeling, B;s) Heeft goedgevonden te bepalen: met wijziging van laatstgenoemde beschikking wordt het percentage van de dagelijksche aanvoeren van spruitkool, hetwelk volgens het bepaalde sub III van eerstgenoemde beschikking op de ingeschreven veilingen voor het binnenland moet worden geveild, tot nadere beschikking vastgesteld op 40 pet. 's Gravenhage, 15 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 1) Zie n°. 82 blz. 82. 2) Zie n°. 110 blz. 127. N08. 341—242. 244 N°. 241. De Toewijzingscommissie voor-Veevoeder te 's Gravenhage heeft de ondervolgende personen en lichamen, na verhoor of behoorlijke oproeping, en gelet op art. 7 bis van de ministerieele besluiten betreffende de beschikbaarstelling van veevoeder, uitgesloten van de bevoegdheid aanvragen voor veevoeder in te dienen, te weten: A. in de maanden December 1916 en Januari 1917: 1. H. F. X. Peters, te Weid (Gelderland). 2. C. Koomen, te Wormer. B. in de maanden December 1916 en Januari en Februari 1917: A. Aalbers, te Heteren (Gelderland). Bestellingen van veehouders, voorkomende op aanvragen dezer personen, worden ter zijde gelegd. 's Gravenhage, 10 November 1916 Be Toewijzings-Commissie voor Veevoeder, Mr. H. J. Rink, Secretaris. N°. 242. N°. 51847/36. ESeSXtl°e01' 'b Gravenhage, 15 November 1916. van graan en meel. Als vervolg op mijne circulaire van 20 October j.1., n°. 88581, l) afdeeling Handel, heb ik de eer U mede te deelen, dat de in deze circulaire aangegeven regeling voor de Distributie van Regeeringsgoederen, ten aanzien van bewoners van een gesticht of inrichting, ook geldt voor de verstrekking van brood op broodkaarten aan de Rijksinstellingen, welke onder het Departement van Justitie ressorteeren. Door de burgemeesters van de gemeenten waar eene dergelijke instelling is gevestigd, zal derhalve eene broodkaart voor deze instelling afgegeven moeten ■worden. Op deze broodkaart zal dan, in afwijking van mijne «irculaire van 2 October j.1., n°. 26703/36,2) afdeeling Rijksbureau 1) Zie n°. 148 blz. 155 t/m 163. 2) Zie n°. 98 blz. 107 t/m 109. 245 N°s. 242—243. voor de Distributie van Graan en Meel, de hoeveelheid brood kunnen worden betrokken, waarop de bewoners van deze instellingen overeenkomstig den bestaanden algemeenen maatregel van bestuur recht hebben, dat is 6 ons per dag. Waar de gemeenten, waarin eene instelling als bovenbedoeld is gevestigd, in normale tijden hiervan economisch voordeel ondervinden, komt het mij billijk voor, dat thans door tiaar wordt bijgedragen in de kosten, zoodat ook te dezen opzichte yi0 gedeelte van deze kosten te haren laste zullen komen. Ik laat het intusschen aan de beoordeeling van mijn ambtgenoot van Justitie over, of in eenig bijzonder geval van dezen regel behoort te worden afgeweken. Indien U derhalve termen aanwezig acht voor de restitutie van bovenbedoelde kosten, gelieve U zich te wenden tot den Minister van Justitie. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. 243. N°. 93946. 's Gravenhage, 15 November 1916. Afdeeling Handel. Ten vervolge op mijne circulaire van 12 September 1916, n°. 64607, J) afd. Handel, heb ik de eer U te berichten, dat zich ook daarna ten aanzien van voorziening in de behoefte aan brandstoffen, als anthraciet, eierkolen, kachelkolen, enz. geen omstandigheden hebben voorgedaan, welke alsnog aanleiding zouden geven ten opzichte van deze artikelen speciale maatregelen te treffen ingevolge de Distributiewet 1916. De eenige reden toch, welke tot een dergelijk ingrijpen aanleiding had kunnen geven, zou deze geweest zijn, dat Duitsche en Belgische huisbrandkolen tegen aanmerkelijk hoogeren prijs dan destijds te voorzien was aan de verbruikers zouden moeten worden geleverd. Dit nu is niet het geval. Dank zij de regeling door de Rijks-Kolendistributie getroffen, mag thans als vaststaand worden aangenomen, dat de prijzen van bovengenoemde i) Zie n". 53 blz. 59 t/m 62. N°. 243. 246 brandstoffen gedurende den winter in het algemeen niet zullen stijgen boven: Limburgsche en Duitsche anthraciet . . . . . f 2,20 hetgeen boven de prijzen in Augustus j.1. genoemd voor Limburgsche en Duitsche anthraciet eene vérhooging van' f 0,05 per H.L.; voor Belgische anthraciet van f 0,10 per H.L., en voor eierbriketten van f 0,05 per H.L. uitmaakt, terwijl kachelkolen op den prijs van f 1,75 blijven. Wel is het thans echter zaak, er voor te zorgen, dat de handel zich aan deze prijzen houdt en dat het publiek zijnerzijds geen hoogere prijzen betaalt. In verband hiermede acht ik het nuttig, deze prijzen te Uwer kennis te brengen, met verzoek daarvan, voor zooveel noodig, ook mededeeling te doen aan het publiek en er voor te zorgen, dat deze prijzen niet worden overschreden. Geschiedt dit, dan gelieve U hiervan onverwijld kennis te geven aan den directeur der Rijks-Kolendistributie, Javastraat 44, 's Gravenhage. Door genoemden directeur zijn ook reeds alle betrokken handelaren gewaarschuwd tegen afwijking van de genoemde prijzen buiten zijne goedkeuring. In verband met het feit,, dat de aanvoer van steenkolen uit Duitschland en België in den laatsten tijd zeer veel te wenschen overlaat, acht ik het nuttig van deze gelegenheid gebruik te maken U te wijzen op de wenschelijkheid, dat bij het gebruik van steenkolen de uiterste spaarzaamheid worde betracht. Met name dient hierop ook gelet te worden bij het verbruik van kolen door de gasfabrieken en electrische' centrales. Het komt mij zeer raadzaam voor, dat van de zijde van betrokken gemeenten maatregelen getroffen worden om kolenverbruik door deze inrichtingen zooveel mogelijk te beperken. Dit acht ik zoo urgent,, dat men zelfs voor eene verhooging der tarieven voor gas en electriciteit niet zal mogen terugschrikken. Gaarne verneem ik, welke maatregelen ten deze door U worden of wellicht reeds zijn getroffen. Belgische anthraciet Eierkolen . . . Kachelkolen . . 2,50 1,60 1,75 De Minister van Landbouw. Nijverheid en Handel, Posthuma. 247 N°. 244—245. N°. 244. De Minister vaii Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden : 1°. in verband met de bij Koninklijk besluit van 14 September 1916. n°. 9, bekrachtigde wijziging van de statuten der bij Koninklijk besluit van 8 October 1915, n°. 56, goedgekeurde Varkensvleesch vereeniging, de bij zijne beschikking van 16 October 1915, n°. 1212, afdeeling Algemeene! Secretarie, ingestelde Rijkscommissie van Toezicht aan te wijzén als Rijkscommissie van Toezicht op de. Vleeschvereeniging; ' -2°. te benoemen tot leden van voormelde commissie de heeren: F. W. N. Hugenholtz, lid van de Tweede Kamer der StatenGeneraal, te 's Gravenhage, en dr. IJ. van der Sluis, directeur van het Gemeentelijk Slachthuis, te Amsterdam. 's Gravenhage, 16 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 245. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te bepalen: 1. onder toezicht van de Rijkscommissie van Toezicht op de Peulvruchtenvereeniging wordt aan deze vereeniging opgedragen door tusschenkomst van de leden der Vereeniging van handelaren in Peulvruchten voor rekening van het Rijk de voor de distributie benoodigde groene erwten en bruine stamboonen aan te koopen; 2. de handelaren, door wier tusschenkomst die aankoop plaats vindt, moeten voldoen aan door de Peulvruchtenvereeniging onder goedkeuring van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel te stellen eischen en voorwaarden; 3. de Peulvruchtenvereeniging wijst eene- technische commissie aan, die haar bij de uitvoering van hare taak ter ziide staat. Zij bestaat uit zeven handelaren, tevens leden van het N°. 245. 248 bestuur der vereeniging, die onder goedkeuring van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel uit haar midden drie gedelegeerden aanwijzen; 4. de aan te koopen groene erwten en bruine stamboonen, welke in goede zakken vrachtvrij moeten worden geleverd, moeten zijn: a. van den oogst 1916; b. voor menschelijk gebruik zeer geschikt; e. goed machinaal geschoond; d. puik kokend; e. natuurdroog en houdbaar, een en ander ter beoordeeling van door den Minister van Landbouw,- Nijverheid en Handel aan te wijzen deskundigen; 5. de levering der goedgekeurde partijen geschiedt volgens nader door de Peulvruchtenvereeniging te geven voorschriften op een der bij de Nederlandsche Bank geaccrediteerde veemen binnen de Stelling Amsterdam, waar zij voor rekening van het Rijk zullen worden opgeslagen; 6. bij de levering worden de cedulen aan de Peulvruchtenvereeniging ter hand gesteld, waarna deze binnen 14 dagen., per 100 K.G. inclusief zak, bruto voor netto, voor het daarop aangegeven gewicht f 35 betaalt; 7. de partijen, welke niet voldoen aan de onder 4 gestelde eischen, kunnen, op advies van de technische commissie, de deskundigen, onder 4 bedoeld, gehoord, eveneens door de Peulvruchtenvereeniging voor het Rijk worden gekocht tegen nader overeen te komen prijzen en voorwaarden; 8. de tot dusverre bij. den directeur van het Rijks Centraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen ingekomen aanbiedingen van groene erwten en bruine stamboonen, zoomede die welke door belanghebbenden alsnog mochten worden gedaan, worden overgedragen aan de Peulvruchtenvereeniging. 's Gravenhage, 16 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 249 Nos. 246—247» N°. 246. N°. 51938/36. Riiksbureau voor , « , , o vr i m-ia ae distributie s Gravenhage, 16 November 1916. van graan en meel. Het is mij gebleken, dat de in mijne circulaire van 2 October n°. 26703/36,]) afdeeling Rijksbureau voor de Distributie van Graan en Meel, opgenomen bepaling: „dat bruinbrood voortaan voor ieder, doch uitsluitend op broodkaarten verkrijgbaar is"' in verschillende gemeenten verkeerd is begrepen. Naar aanleiding hiervan breng ik nog eens nadrukkelijk onder uwe aandacht, dat thans geen ander bruinbrood mag worden verkocht, dan dat, wat op broodkaarten wordt verstrekt. Aan ieder die bruinbrood wenscht te betrekken, zal derhalve eene bruinbroodkaart: moeten worden uitgereikt. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. 247. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Heeft goedgevonden: in afwijking van het ter zake bepaalde in- zijne beschikkingdd. 28 September jl. n°. 76917, 2) afd. Handel, in de na tenoemen gemeenten, ingevolge art. 2 der Distributiewet 1916, de navolgende maximumprijzen voor varkensvleesch vast te stellen (prijzen in cents per V2 K.G.). Voor zoover in eenige der hiervoren bedoelde gemeenten geen afwijkende maximumprijs is vastgesteld voor een der soorten varkensvleesch, blijft er de bij vorenyermelde beschikking dd. 28 September jl. vastgestelde maximumprijs van kracht.. 's Gravenhage, 17 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. i) Zie n». 98 blz. 107 t/m 109. *) Zie n°. 90 blz. 95 sub 8 v/d Üjst. N». 247. 250 Maximum prijzen van Varkensvleesch ingevolge art. 2 der Distributiewet 1916. a | S M g* . Q a S? 8, i g £• -'ij G ' • §1* °< "oj O O s I * s* | j . I ' i g g M I .§ M'ï la-S g § 4 ■§ ~ g s s -s S ï l-ë (2 E | (§ S f> R S 5 Op «jü> i i iii r- Alkmaar 60 — | — — 45 — ,1— — 45 52» 47» 575 _ J — Asperen 65 15 j 575 575 45 50 575 65 50 50 50 50 ! 50 1 — Assen ...... 60 15 I 65 — 50 55-66 60 ! 50 50 50 55 j 50 50 Avereest . .... 55 — ! 65 — 475 525 60 575 475 _ _ _ 1 475] _ Baarderadeel ... 52» — j 60 — 45 52» 57» 50 | 455 475 50 55 475 _ Baarn 65 16 j 70 — 40 50 65 65 j 46 50 50 56 60 45 Bergen op Zoom. . 60 125 j — 70 475 525 62 625 475 _ 525 50 50 — Boskoop 55 15 60 60 50 50 60 55 j 50 50 50 55 50 — Brouwershaven . . 575 16 65 — 60 55 60 55 I 60 55 525 575 _ 52= Dongen 57» — 60 ■ 62» "*60- 55 60 55 50 52» 55 60 50 - Eenrum 55 15 60 - — — 60 60 42» 47» 42» 47» 475 _ Enschedé 55 — 625 - 47» — 62» - — — 50 55 — — Franeker 50 15 60 60 45 50 55 50 45 50 50 65 47» 45 Gendringen .... 55 15 70 70 40 52» 60 60 47» 52» 50 50 47» — Gorinchem .... 57» 16 65 — 45 50 60 52» 46 52» 50 — 60 — Harderwjjk .... 60 15 65 70 505560556055505550 - Harlingen 52» 16 60 — 475 50 575 50 45 475 50 60 475 — Hellevoetsmis ... 55 16 66 65 45 50 60 55 45 -50 45 — 50 — Heukelum .... 65 15 57^ 57» 46, 50 67» 55 50 50 50 50 50 — Heumen 60 15 65 65 45 52 '60 56 50 55 55 55 50 — Jutphaas 55 12» 60 — 45 50 60 55 45 50 50 55 45 — Kampen 55 15 — — 4650 — 50465045 50 45 — Katwijk 60 15 65 — 505565606055506550 — Kerkrade 60 15 70 65 50 55 65 60 40 45 50 55 50 — Kloosterburen ... 55 15 60 - - — 60 60 42» 47» 42» 475 475 Leens 55 15 60 — — — 60 60 42» 47» 42» 475 475 _ Leerdam ..... I 56 15 57» 57» 45 50 57» 55 50 50 60 50 50 — Leeuwarden.... 52» 15 60 — 45 47» 57» 50 42» 47» 47» 52» 47» — Lelden 65 16 65 70 45 50 65 55 45 50 50 50 50 50 Lexmond 55 15 60 — 46 50 60 55 46 60 60 55 45 — Lichtenvoorde ... 50 15 55 — 42» 50 55 55 47» 47» 60 50 50 50 Lienden 65 15 65 65 50* 56 65 60 50 55 50 55 60 — Lochem 60 15 60 — 45 55 60 60 45 50 50 52» 47» 60 Lonneker 50 16 57» - 47» 50 57» 50 47» 50 47» 60 47» 47» Menaldumadeel . 50 — 55 — 47» — 55 50 47» — 55 60 45 — Noordwijkerhout . . | 65 15 70 70 46" j 50 65 55 — — 50 50 50 60 251 N°B. 347—248. d I s - I 1 ü Et I . - I 1 g I . I I ^ sl §•§ 1.1 1 k| « | I | | f-y | |a l ll Nijkerk 57» | 15 65 I 56 45 55 60 60 50 55 55 56 | 50 50 Oldemarkt .... 50 15 52» — 50 50 52»| 52» 47» 47» 50 52» 47» 50 Nieuwe Pekela. . . 50 — 60 — — 50 55 j 55 45 50 45 50 50 45 Baamsdonk ..... 55 15 50 - 45 50 55 52» 45 47» 50 55 45 — Ridderkerk .... 55 10 65 70 50 55 65 55 50 55 58» 55 60 - BoosendaalenNispen 60 15 65 65 50 55 60 ] 50 50 | 56 50 55 45 | 50 Sappemeer .... 55 15 60 60 — - 60 60 44 49 60 57» 50 - Sassenheim .... 62» - 65 65 47» 52» 62» 57» - - 52» 67» 47» - Schoonrewoerd. . . 55 15 57» 57» 45 60 57» '55 50 50 50 50 50 — Smallingerland. . . 50 — 57» — 50 — 57» 50 47» — 47» — 50 — Steenwijk 50 15 556045 5055 55 50455055 60- Steenwijkerwold .'. 50 — 65 — 45 — 55 — — 4560 55 — — Tilburg....... 60 15 62» 62» 45 50 60 55 45 50 50 60 50 45 •Oude Tonge .... 55 ' 15 60 - 50 55 60 60 50 55 - - 50 - Twisk 65 15 65 - 45 55 65 60 45 50 50. 52» 50 - TJlrum 55 15 60 - — - 60 60 42» 47» 42» 47» 47» - Veenendaal .... 55 15 62» 62» — — 57» 57» 47» 47» 52» 55 50 — Veghel ...... 57» 12» 57» — 47» 52» 65 — 45 50 45 50 45 - Vianen 55 — 60 — 45506055 45 50 50 564550 Vlissingen .... 55 — 60 — 45 506550 50-655056.5060 Wierden 50 — 55 — 50 — 55 — 50 50 50 60 50 — Willemstad .... 60 15 65 65 50 52» 65 50 47» 52» 60 57» 50 — Winkel 57» 15 65 65 47» 52» 60 57»| — - 52» — - Winschoten .... 55 15 60 — 45 506060 46 506065 — 50 Winsum 56 15 60 - - - 60 60 42» 47» 42» 47» 47» - Woerden 55 15 66 65 47» 52» 60 55 ' 45 50 60 55 50 50 IJsselstein .... 55 15 60 — 45 50 60 55 45 60 50 55 45 50 N°. 248. De Minister van • Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking dd. 28 September jl. n°. 78864, -) afd. Handel, den maximum inkoopprijs, ingevolge art. 3 der Distributiewet 1916, voor in gemelde beschikking genoemde aardappelen, te weten Eigenheimers, Groninger Kronen, Roode Stars van zand- en •veengrond en daarmede gelijk te stellen soorten, met ingang i) Zie n°.-91 blz. 100 sub 8 v/d lijst. Nos. 248—250. 252 van 11 November jl., vast te stellen op f 3,71 per H.L. of f535 per wagon van 10000 K.G. (Zie n°. 262). De verkoopprijs, welke aan de gemeenten in overwegingwordt gegeven, blijft voor zoover betreft den verkoop aan grossiers, bepaald op f 2,50 per H.L. en voor zoover betreft, den verkoop aan detaillisten op f 2,75 per H.L. 's Gravenhage, 17 November 1916. De Minister voornoemd, ^ Posthuma. N°. 249. De Minister van Landbouw', Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te benoemen tot lid der Rijkscommissie van toezicht op de „Peulvruchtenvereeniging", de heeren: dr. E. J. Beurner, lid van de Tweede Kamer der StatenGeneraal, te Utrecht; en H. W. Groeneveld, oud-voorzitter van eene Coöperatieve Verbruiksvereeniging te Amsterdam, wonende te 's Gravenhage^ 's Gravenhage, 17 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 250. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien het Koninklijk besluit van 29 Juli 1916 (Staatsblad: n°. 362), houdende verbod van uitvoer van alle groenten in gezouten of gedroogden toestand of op andere wijze verduurzaamd, welke in verschen toestand niet uitgevoerd mogen, worden; Heeft goedgevonden te bepalen: . Artikel 1. De Rijkscommissie van Toezicht, als bedoeld in artikel 6" der statuten van de Vereeniging „Groenten-Centrale", zal van18 November 1916 af consenten kunnen verleenen voor den uitvoer van zuurkool. 253 N°. 250. Artikel 2. Consenten worden, met inachtneming van de hiernavolgende bepalingen, alleen verleend ten name van hen, die als exporteurs van zuurkool bij de in artikel 1 genoemde Rijkscommissie van Toezicht zijn ingeschreven en niet als zoodanig zijn •geschorst, terwijl afgifte van die consenten alleen plaats heeft voor den uitvoer van die hoeveelheden, welke ingevolge het bepaalde in de artt. 2 en 4 van de regeling, van het bedrijf van verduurzamen van groenten, vastgesteld bij beschikking van 5 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 21682, -) .gde afdeeling, B, als voorradig of als ingezouten zijn opgegeven. Artikel 3. De exporteurs van zuurkool zijn verplicht' voor elke 100 vaten, waarvoor zij consent aanvragen, 15 raten voor binnenlandsch verbruik beschikbaar te houden en af te leveren, met inachtneming van het bepaalde in de art". 4 en 5. Artikel 4. De beschikbaar te stellen vaten zuurkool moeten gemiddeld inhouden hetzelfde netto uitleverend gewicht als die voor den uitvoer waarvan zij worden beschikbaar gesteld. De beschikbaar te stellen vaten zuurkool moeten zijn van prima qualiteit en afkomstig uit fabrieken of inmakerijen, welke naar het oordeel van het' bestuur der Vereeniging „Groenten-Centrale", den waarborg bieden, dat bij de behandeling der kool vóór, tijdens en na het inzouten de vereischte reinheid en zindelijkheid betracht zijn. Artikel 5. Nadat de beschikbaar gestelde zuurkool goedgekeurd is, zullen de vaten door meergenoemd bestuur worden gemerkt en verzegeld. De exporteurs, door wie de zuurkool is beschikbaar gesteld, verliezen van af het tijdstip, waarop de beschikbaarstelling plaats had, elke beschikking over de gemerkte en verzegelde vaten zuurkool. Zij zijn gehouden er voor te zorgen, dat deze in denzelfden staat blijven en op eerste aanmaning van voormeld bestuur, geheel of in gedeelten, behoorlijk voor aflevering gereed gemaakt, franco boot of spoor worden geleverd, een en ander naar genoegen van voormeld bestuur. ï) Zie n". 30 blz. 37 t/m 40. N°s. 250—252. 254 Artikel 6. Voor de beschikbaar te stellen zuurkool zal 4| cent per K.G. worden vergoed. Met kilogram wordt bedoeld kilogram netto uitleverend gewicht. De vaten, waarin de zuurkool wordt beschikbaar gesteld, zullen worden betaald met f 4,50. 's Gravenhage, 17 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal. H. FlEVEZ VAN GlNKEL, Z°. S.-G. N°. 251. De Toewijzingscommissie voor Veevoeder te 's Gravenhage heeft, na verhoor en gelet op artikel "bis van het ministerieel besluit van 5 October 1916, mevrouw de weduwe van Oeijen, te Venlo, in de maanden December 1916 tot en met Mei 1917 uitgesloten van de bevoegdheid hare bemiddeling te verleenen bij de indiening van aanvragen voor van Regeeringswege ter beschikking gestelde veevoeder-artikelen. Handelaren en organisaties hebben, voor hunne aanvragen, hiermede rekening te houden. 's Gravenhage, 8 November 1916. De Toewijzingscommissie voor Veevoeder, Mr. H. j. Rink, Secretaris. N°. 252. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt, ingevolge zijne circulaire van 25 Augustus 1916, n°. 23651/8ÖÏS1) bekend, dat van Maandag 20 November e.k. tot en met Zaterdag 25 November d.a.v. de prijs van maïs, uitsluitend bestemd om aan gemeentebesturen te worden verstrekt voor ruiling tegen rogge van den oogst 1916, bedraagt voor alle soorten f 235 per last van 2000 K.G. of f 8,22-5 per 70 K.G., zoowel te Rotterdam als te Amsterdam te ontvangen. 's Gravenhage, 18 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. i) Zie n°. 8 blz. 18. 255 Nos. 258—254. N°. 253. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te benoemen tot lid van de commissie van advies in zake het verleenen van uitvoerconsenten aan fabrikanten van of handelaren in producten van bedrijven, die in de crisis werden opgericht of uitgebreid, de heeren: S. de Graaff, oud-directeur van het departement van binnenlandsch bestuur in Nederlandsch-Indië, te Scheveningen, en mr. A. S. de Blécourt, rechter in de arrondissements-rechtbank te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 18 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 254. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking dd. 28 September j.1., n°. 76917,]) Afdeeling Handel,, voor de gemeente Franeker, ingevolge artikel 2 der Distributiewet 1916, vast te stellen een maximumprijs voor aardappelen van f 1,55 per x/2 H.L. en voor rundvetvan 39 cent per -/2 K.G. Tevens worden door hem, in afwijking van het bepaalde in zijne beschikking dd. 6 October j.1., n°. 82380,2) Afdeeling Handel, voor bovenbedoelde gemeente ingevolge artikel 2 en artikel 8 van voormelde wet voor de na te noemen artikelen de navolgende maximumprijzen vastgesteld: per Vs K.G. rijst .13 cent havermout l^Vs -» ' per K.G. kleine schelvisch 24 cent wijting - 24 „ kleine gul 24 „ kleine poon of pieterman .... 24 „. horsmakreel 20 „. makreel 28 „ kleine schol 26. „ gerookte kleine schelvisch .... 30 „ 1) Zie n°. 90 blz. 94 en 95 sub 3 en 6 v/d lijst. 2) Zie n°. 115 blz. 129 t/ni 131. 256 per stuk gerookte haring (bokking zonder staart) 5 cent gezouten haring (zonder staart). . . 3y2 per Vo K.G. zachte gele zeep 13 cent Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, >_ Versteeg. N°. 255. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking dd. 6 October j.1., n°. 82380, -) afdeeling Handel, ingevolge art. 2 en art. 8 der Distributiewet 1916, voor de gemeente Winschoten vast te stellen de navolgende maximumprijzen voor zeevisch: kleine schelvisch .... per K.G. 24 cent kleine gul |J| n „26 horsmakreel n „20 makreel 28 kleine schol v „ 26 's Gravenhage, 18 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N0.: 256. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking d.d. 28 September j.1., n°. 76917, ?) afdeeling Handel, voor de gemeente Winkel vast te stellen, ingevolge art. 2 en art. 8 der Distributiewet 1916, de navolgende maximumprijzen: i) Zie n°. 115 blz. 129 t/m 131. -9 Zie n°. 90 blz. 96 sub 13 en 14 v/d lijst 257 N°s. 256—258. per -/s K.G. 'boter 95 cent. jonge Goudsche en Edammer kaas 40 X • 45 „ „ 30 X • 37V. . „ „ * „ „ 20 X • 30 "s Gravenhage, 18 November 1916. Voor den Minister, ' De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 257. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking dd. 6 October, n°. 82380, -) afdeeling Handel, ingevolge art. 2 en art. 8 der Distributiewet 1916, voor de gemeente Lonneker clen maximumprijs voor kleine schelvisch vast te stellen op 22 cent per K.G. en van kleine schol op 24 cent per K.G. 's Gravenhage, 18 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 258. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 1'4 October 1915, Directie van -den Landbouw n°. 25372, 2de afdeeling, bureau A, laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 24 November 1915, Directie van den Landbouw, n°. 28895, 2de afdeeling, bureau A; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat voor iedere hoeveelheid van 100 volversche kipeieren, waarvoor ingevolge art. 3, sub 2, en art. 4, sub 2, zijner voormelde gewijzigde beschikking consent tot uitvoer wordt l) Zie n°. 115 blz. 129/130. 17 Nos. 258—259. 258 afgegeven, voor de dagen 19 tot en met 25 November 1916 eene hoeveelheid van 100 volversche kipeieren beschikbaar moet worden gesteld, overeenkomstig het bepaalde in voormelde artikelen; 2°. dat andere eiersoorten niet beschikbaar behoeven te worden gesteld voor binnenlandsch verbruik; 3°. dat, in afwijking zijner voormelde gewijzigde beschikking, van elke 100 eieren, welke voor de sub 1°. genoemde dagen beschikbaar moeten worden gesteld, zoo noodig, ter beoordeeling van de -Rijkscommissie, ten hoogste 40 moeten worden geleverd tegen een prijs van f 10,30 per 100 stuks voor levering aan de gemeentebesturen, welke eieren zullen worden gedistribueerd overeenkomstig de bepalingen vastgesteld doof het RijksCentraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 18 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal,, Versteeg. N°. 259. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Heeft goedgevonden: te bepalen, dat gedurende de week van 19 tot 26 November 1916 voor 40 pet. der boterproductie certificaten van uitvoer zullen worden verleend en 60 pet. voor het binnenlandsch verbruik zal moeten worden beschikbaar gesteld, alsmede, dat de bewijzen van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven door de Rijkscommissie van toezicht op de Boter vereeniging, op grond van die certificaten, zullen gelden tot Dinsdag 5. December a. s„ des voormiddags te 12 uur. 's Gravenhage, 18 November 1916. ' Voor den Minister, De Secretaris-Generaal,. Versteeg. 259 N«s. 260—262. N°. 260. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in afwijking van het bepaalde in zijne beschikking dd. 28 September j.1, n°. 76917, -) afdeeling Handel, voor de gemeente Twisk, ingevolge art. 2 en art. 8 der Distributiewet den maximumprijs voor boter vast te stellen op f 1,90 per K.G. 's Gravenhage, 18 November 1916. , Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 261. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, heeft goedgevonden, in afwijking van het bepaalde in zijne beschikking dd. 28 September jl. n°. 76917, *) afdeeling Handel, voor de gemeente Oude-Tonge, ingevolge art. 2 en art. 8 der Distributiewet 1916, den maximumprijs voor boter vast te stellen op f 1,95 per K.G. 's Gravenhage, 18 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 262. In de beschikking betreffende den maximum-inkoopprijs ingevolge art. 3 der Distributiewet 1916 voor aardappelen van zand- en veengrond (Ned. Staatscourant dd. 17 November j.1., n°. 271), worde gelezen in plaats van f 535 per wagon, f 530 per wagon. (Zie n°. 248).. 's Gravenhage, 18 November 1916. Be Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. i) Zie n°. 90 blz. 96 sub 13. NoS. 263—264. 260 N°. 263. N°. 97480. Afdeeling Handel. M 1 's Gravenhage, 20 November 1916. Betreffende kosten art. 3 Distributiewet 1916. Ik heb de eer u te berichten, dat mij ter oore is gekomen, dat in verschillende gemeenten de maximumprijzen van varkensvleesch in dier voege worden gehandhaafd, dat op eenigerlei wijze, hetzij openlijk, hetzij verscholen, de slagers aan de gemeenten vergoeden het één-tiende van het bedrag van het nadeelig verschil tusschen de in- en verkoopprijzen, bedoeld in het lste lid van art. 3 der Distributiewet 1916. Ln. verband hiermede vestig ik er uitdrukkelijk uwe aandacht op, dat ingevolge het tweede lid van art. 3 der genoemde wet zoodanige handelwijze niet toelaatbaar is. Mochten door my gevallen worden geconstateerd, waarin gemeenten vorenbedoelde voor hare rekening komende kosten van distributie van varkensvleesch op eenige wijze op de slagers afwentelen, dan -zal de aflevering van varkens aan die gemeenten worden gestaakt. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Haudel, Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 264. De Minister van Landbouw Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, met afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking d.d. 28 September j.1. n°. 76917,-) afdeeling Handel, maximumprijzen ingevolge art. 2 der Distributiewet 1916, voor de onderscheidene soorten varkensvleesch in de gemeente NieuwHelvoet vast te stellen op de navolgende bedragen: Fricandeau f 0,65 Rollade 0,62& i). Zie n°. 90 blz. 95 sub 8. 261 Nos. 264—266. Magere lappen f 0.60 Doorregen lappen 0,55 Vette lappen 0,475 Karbonade 0,55 Gehakt 0,55 Versch en gezouten spek 0,475 „ doorregen spek 0,52 Gerookt vet spek 0,50 Reuzel 0,50 Kluiven 0,15 's-Gravenhage, 20 November 1916. Voor den Minister, . De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 265. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, met wijziging van zijne beschikking van 14 October 1916 n°. 2105, -) Uitvoercertificatenbureau, ie bepalen, dat met ingang van 19 November 1916 50 pet. van den inkoop of de productie van alle kaassoorten, met uitzondering van komijnekaas van Leidsch of Delftsch model, voor het binnenlandsch verbruik beschikbaar moet blijven. 's Gravenhage, 20 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 266. De Minister van Landbouw,-Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in afwijking met het ter zake bepaalde in zijne circulaire dd. 28 September j.1., n°. 76917,~) afdeeling Handel, den maximumprijs van voorloop Rangoon- en Bastijnrijst/ingevolge i) Zie n°. 140 blz. 149/150. =) Zie n°. 90 blz. 96 sub 9. N°s. 266—267. 262 art. 2 en art. 8 der Distributiewet 1916 voor de gemeente Schoterland vast te stellen op 13 cent' per l/2 K.G. 's Gravenhage, 20 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, /°. S.-G. n°. 267. ljV De Minister van Landbouw, Nijverheid- en Handel heeft goedgevonden, ingevolge artikel 8 der Distributiewet 1916, vast te stellen de navolgende maximumprijzen voor handelsmaterialen in ijzer en staal: per 100 KG. Vloeiijzer, plat, rond en vierkant f 20,— „ hoek,- en Tee- . S%j . . . . . 21,— Hoefijzer en wielbeslag . . j|t ........ 21,— Weiijzer, Duitsch 21,— „ Hoef W. U. Nachrodt en P. L. H. Kroon ' 22,50 „ Zweedsch P. P. S. . . W/ 32,— „- „ S. P 40,— Bandijzer en halfrond . . . - . ..... 22,— Duitsche platen onder 3 m.M. dikte .". §|t:. , . . 24,— Staalplaten 3 tot onder 5 m.M 25.— „ vlak en geruit 5 m.M. en dikker . . . 22,50 Strippen 150 m.M. en breeder, 8 m.M. en dikker. . ' 20,— 150 „ onder 8 m.M 21,— Gegalvaniseerde Staalplaten n°. 10 en dikker . . . 36,— „ '„ gegolfd n°. 20 '.Jgfj . . 44 — „ „ „ , 24 . . . . 50,— „ bandijzer 1* a 2" nos. 10, 12 en 14 27,— ■Gepolijste staalplaten nos. 14—-16 39,50 „ 17—20 .... y: -. . 43,— „ r , „ 21—26 .... . . 50,— Gepolijste staalplaten (houtskool) 53,— i) Zooals het luidt na de hij n". 270 bekend gemaakte wijziging. 263 N°. 267. Veerenstaal, Duitsch lste kwaliteit ". 31,— a „ 2de , *i 25,-- „ Engelsch lste „ ' 44,-- „ ' ' 2de ,, 34,— Balk- en U-ijzer boven 80 mM. hoogte 18,—■ De hierboven voor de verschillende materialen gestelde prijzen zijn grondprijzen, geldende voor de normale afmetingen, qualiteit ■en hoeveelheden. Prijsverhoogingen voor afwijkende maat, lengte, •qualiteit en geringe hoeveelheid, mogen niet hooger worden berekend dan is vastgesteld : a. voor staaf- en profielijzer; door het Stahlwerks-VerbandA. G. Dusseldorf Abt. Stabeisen-Ausfuhr, Holland. (Ueberpreisliste für Stab-und Universaleisen, Ausgabe 10 Januar 1916); b. voor strippen, als voren (zelfde Ueberpreisliste); c. voor zwart bandijzer: door het Stahlwerks-Verband Abt. Stabeisen Ausfuhr, Dusseldorf (Bandeisenskala van 9 Juni 1.916); d. voor gegalvaniseerd bandijzer: door de firma Thyssen & Co., Muhlheim Ruhr (Ueberpreisliste van Augustus 1916); e. voor Duitsch plaatijzer onder 3 m.M. en staalplaten van 3 tot onder 5 m.M.: door de Schwarzblech Vereinigung te Keulen (Ueberpreisliste für Peinbleche, Ausgabe October 1913); f. voor staalplaten 5 m.M. en dikker; door het SchiffsbauStahlkontor te Essen (Grobblech-Ausfuhr-Vereinigung, Ueberpreisliste laatste uitgaaf 1916); g. voor gegalvaniseerde platen: door de Ausfuhrvereinigung te Keulen (Ueberpreisliste van 3 Augustus 1916); h. voor gepolijste platen: door het General-Gouvernement für Belgiën te Brussel (lijst van Mei 1916); i. voor Zweedsch ijzer: als in den handel gebruikelijk voor dit soort materiaal; j. voor veeren staal: gelijk t. Vorengenoemde prijzen gelden voor leveringen uit den voorraad bij betaling op 4 maanden, netto, franco vervoermiddel vóór het leverend magazijn. Voor de levering aan den tusschenen kleinhandel worden deze prijzen verminderd met de gebruikelijke reductie, die door den groothandel wordt gegeven, 's Gravenhage, 21 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. Nos. 268—269. 264 N°. 268. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel'heeft goedgevonden, met afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking dd. 28 September jl. n°. 76917,-) afdeeling Handel, de maximumprijzen ingevolge art. 2 der Distributiewet 1916; voor de onderscheidene soorten varkensvleesch' in de gemeente Heerlen vast te stellen op de navolgende bedragen: Karbonaden per y, K.G. f 0,60 Kluiven „ „ „ 0,15 Rollade „ „ - „ 0,70 Fricandeau „ „ 0,65 Magere lappen „ ;, „ 0,60' Gehakt „ „ ,, 0,60' Versch vet spek .... „ . „ „ 0,40' „ doorregen spek . . „ „ ,. 0,45' Gerookt of gedroogd vet spek „ „ „ 0,50' „ ., .. mager „ ., „ „ 0,55 Reuzel . . ' ,' „ „ 0,50 's Gravenhage, 20 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal? Versteeg. N°. 269. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikkingen van 22 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 23002,2) 6de afdeeling B, van 23 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24085, ~) 6de afdeeling B, en van 3 Novem 1916, Directie van den Landbouw, n°. 28344, 2) 6de afdeeling B, houdende bepalingen omtrent den uitvoer van appelen en peren; Heeft goedgevonden te bepalen: het percentage der aanvoeren ter veiling, dat overeenkomstig 1) Zie n°. 90 blz. 95 sub 8. 2) Zie n°». 75, 84 en 195. 265 N08. 269—270. het bepaalde sub III van eerstgenoemde beschikking voor het binnenland moet worden geveild, wordt, met wijziging van laatstgenoemde beschikking, met ingang van 22 November 191& vastgesteld als volgt: ■'- voor Goudreinetten op 30 pet.; voor Holgaten op 30 pet. Van alle andere soorten zure appelen zal geen uitvoer meer worden toegestaan. 's Gravenhage, 21 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal,. Versteeg*. N°. 270. In de beschikking van 21 November 1916 betreffende maximumprijzen voor handelsmaterialen in ijzer en staal wordt, gelezen: (Zie n°. 267.) In den vijfden regel van de lijst van prijzen „Hoef" in plaats van -„Hoek"; In den twee en twintigsten regel in plaats van „Staalplaten (houtskool)": „Gepolijste staalplaten (houtskool)". De laatste alinea van bovenbedoelde beschikking wordt gelezen als volgt: „Vorengenoemde prijzen gelden voor .leveringen uit den voorraad, bij betaling op vier maanden, netto, franco vervoermiddel voor het leverend magazijn. Voor levering aan den tusschen- en kleinhandel worden deze prijzen verminderd met de gebruikelijke reductie, die door den groothandel wordt gegeven. 's Gravenhage, 22 November 1916. De Minister van Landbouw? Nijverheid en Handel, Voor den Minister, De Secretaris-Generaal? Versteeg. Nos. 371—272. 266 N°. 271. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 8 April 1916, Directie van den Landbouw, n°. 6964, 5de afd., houdende voorschriften betreffende ■den uitvoer van boter; Heeft goedgevonden: met ingang van 25 November 1916 in te trekken zijne beschikking van 12 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 22995, -) 5de afd., en te bepalen.- dat de uitvoer van boter naar Duitschland en België alleen zal geschieden per spoor en wel voor zooveel Duitschland betreft langs de kantoren Enschedé, Oldenzaal en Zevenaar en voor zooveel .België aangaat langs de kantoren Roosendaal en Eysden. 's Gravenhage, 22 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 272. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 19 Augustus 1916, Directie van den Landbouw, n°. 20583. 2de afdeeling, laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 2 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24106, 3) 2de afdeeling; Mede gelet op zijne beschikking van 12 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 22932,3) 2de afdeeling; Heeft goedgevonden: met inachtneming van sub 7 zijner eerstbedoelde beschikking te bepalen: 1°. dat van af 27 November 1916 consenten voor den uitvoer van geslachte oude hennen zullen worden uitgereikt - aan die exporteurs, welke ingevolge zijne laatstgenoemde beschikking levende jonge hanen hebben uitgevoerd, "en wel in dien zin, dat voor iedere 4 uitgevoerde jonge hanen alsnog •één oude hen zal mogen worden uitgevoerd; 2°. dat voor het aanvragen der consenten, de aanwijzing 1) Zie n». 128 blz. 138. 2) Zie n°. 99 blz. 109. 3) Zie n°. 52 blz. 58. 267 N«. 272—273. der grensstations,, de verpakking en het transport, de kosten van consenten, benevens omtrent de eventueele geschillen, de bepalingen gelden bedoeld in zijne eerstgenoemde beschikking; 3°. dat de consenten, welke ingevolge zijne eerstbedoelde beschikking voor levende oude hennen mogen worden uitgereikt, na 22 November e. k. niet meer zullen worden afgegeven, doch dat de reeds uitgereikte consenten nog geldig zijn tot 3 December e. k. 's Gravenhage, 22 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 273. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op het Koninklijk besluit van 11 Augustus 1916 (Staatsblad n°. 397) houdende o. m. verbod tot uitvoer van ganzen, zoowel levend als geslacht; Heeft goedgevonden te bepalen r 1. Met ingang van 27 November 1916 zal op vertoon van een. daartoe strekkend consent de uitvoer zijn toegestaan van geslachte tamme ganzen; 2. De consenten, bedoeld sub 1, worden afgegeven door de Rijkscommissie van Toezicht op de Eiervereeniging, aan hen die als exporteurs van pluimvee zijn ingeschreven bij de Rijkscommissie voornoemd; 3. De uitvoer zal slechts kunnen plaats hebben over de navolgende stations: naar Duitschland: via Nieuweschans, Oldenzaal, Winterswijk, Zevenaar, Groesbeek, Venlo en Roermond; naar België: via Maastricht, en (per boot) via Hansweert; over zee: via Amsterdam, Rotterdam en Harlingen, en wel op de dagen en uren door de Rijkscommissie voornoemd aan te wijzen: 4. De consenten moeten schriftelijk worden aangevraagd bij voornoemde Rijkscommissie, Regentesselaan 6, Amersfoort, overeenkomstig de voorschriften, door die Commissie te verstrekken en met vermelding van het aantal en het gewicht der ganzen, waarvoor vergunning tot uitvoer wordt gevraagd. N«. 273—274. 268 Bij de aanvraag om consenten zullen tegelijk moeten worden betaald de kosten van keuring en contröle, zijnde f 0,50 per 100 K Gr. geslachte tamme ganzen, benevens f 0,75 zegelkosten per consent. Bij geschillen, ontstaan door weigering van een aangevraagd consent, beslist de Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel. 5. Ten aanzien van de contröle, de wijze van verpakking en transport zullen door de Rijkscommissie voornoemd naderevoorschriften worden gegeven. 6. De exporteurs, die op eenigerlei wijze niet voldoen aan de voorwaarden hierboven gesteld of nog te stellen, of aan de voorschriften en bepalingen door de Rijkscommissie van Toezicht op de Eiervereeniging te stellen of nog te stellen, zullen door die Commissie voor den duur van ten hoogste drie maanden als exporteur van de lijst van exporteurs kunnen worden geschrapt. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel kan exporteurs voorgoed van de lijst van exporteurs schrappen. 7. Alle geschillen uit deze regeling voortvloeiende worden in hoogste ressort onderworpen aan de uitspraak van driedeskundigen, door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel aan te wijzen. Aan exporteurs, in die geschillen betrokken,, worden geen consenten uitgereikt, zoolang omtrent die geschillen geen uitspraak is gedaan. 's Gravenhage, 22 November 1916.- Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 274. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien artt. 2 en 8 der Distributiewet 1916; Heeft goedgevonden: voor de gemeente Ilpendam een maximum kleinhandelprijsvoor lste soort Noordhollandsche turf vast te stellen van f 6,75per 1000 stuks. 's Gravenhage, 23 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 269 Nos. 275—276. N°. 275. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in afwijking met het ter zake bepaalde in zijne beschikking d.d. 28 September j.1., n°. 76917, l) afdeeling Handel, voor de gemeente Gennep, ingevolge art. 2 der Distributiewet 1916, voor de na te noemen soorten varkensvleesch de navolgende maximumprijzen vast te stellen: Karbonade f 0,58 per V, K.G. Kluiven . . . . . . . 0,15 „ „ „ Rollade 0,68 „ „ „ Fricandeau 0,68 „ „ „ Vette lappen 0,45 „ „ ,, Doorregen lappen .... 0,50 „ „ „ Magere lappen 0,62 „ „ „ Gehakt 0,55 „ „ „ Versch vet spek .... 0,50 „ „ „ „ doorregen spek . . 0,55 „ „ „ Gezouten of gerookt vet spek 0,54 „ „ „ „ „ „ mager „ 0,55 „ „ „ Reuzel 0,50 „ „ „ 's Gravenhage, 23 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Veesteeg. N°. 276. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 17 November 1915, Directie van den Landbouw, n°. 28526, 5de afdeeling, houdende voorschriften betreffende den uitvoer van kaas; Heeft goedgevonden te bepalen: dat met ingang van 25 'November 1916 de uitvoer van kaas i) Zie a". 90 blz. 95 sub 8. N0*. 276—279, 270 naar Duitschland en België alleen zal geschieden per spoor en wel voor zooveel Duitschland betreft langs de kantoren Nieuwe Schans, Oldenzaal, Groesbeek en Zevenaar, en voor zooveel België aangaat langs het kantoor Roosendaal. 's Gravenhage, 23 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Vebsteeg. N°. 277. ' De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te bepalen, dat met ingang van 1 December 1916 vergunningen tot uitvoer van nagelkaas' niet meer worden verleend. 's Gravenhage. 23 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 278. De Minister van Landbouw, Nijverheid en.Handel: Gezien art 6 der Distributiewet 1916 : Heeft goedgevonden te bepalën: dat tot nader vast te stellen datum in de gemeente Leiden geen volle melk mag worden gebruikt bij de bereiding van brood. 's Gravenhage, 24 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 279. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt, ingevolge artikel 8 der Distributiewet bekend, dat zij die gedurende de maanden December en volgende afvalproducten afkomstig van de bloemfabricage, als zemelen, grind en nor- •271 Nos. 279—280- maal gries wenschen te betrekken, deze slechts kunnen ontvangen, indien zij die artikelen hebben aangevraagd volgens de voorschriften betreffende de beschikbaarstelling van veevoeder laatstelijk gepubliceerd in de Staatscourant van 31 October 1916 (zie n°. 179). Na ontvangst van het toewijzigingsbiljet zullen de aanvragerszich hebben te lichten tot door de Toewijzings-commissie voor Veevoeder aangestelde grossiers, die met de ontvangst en distributie zullen wórden belast. Deze grossiers zullen de van de fabrikanten ontvangen afvalproducten afleveren tegen den prijs, door hen aan de fabiikanten betaald, welke prijzen maandelijks zullen worden gepubliceerd, vermeerderd met de werkelijk betaalde kosten voor vracht,, onderwicht en eventueele uitschotten en eene belooning van f 1,60 per 1000 K.G. j Genoemde grossiers zullen zich ten aanzien van de ontvangst hebben te richten naar de vqorschriften hun door de betrokken fabrieken te geven, en zullen bij nalatigheid in de ontvangst de producten moeten ontvangen van de Provinciale Broodcommissie,- waarheen zij . door de fabrikanten zullen worden verwezen. Tevens zal alsdan door de Toewijdingcommissie voor Veevoeder hunne aanstelling als grossier kunnen worden ingetrokken.' 's-Gravenhage, 24 November 1916 De Minister voornoemd, felfiglj Posthuma . N°. 280. De Minister van Landbouw Nijverheid en Handel; Gelet op het Koninklijk besluit van 26 October 1906 (Staatsblad n°. -273), laatstelijk gewijzigd bij Koninklijk besluit van 14 Juni 1913 (Staatsblad n°. 274), houdende bepalingen omtrent de commissiën van deskundigen voor de Rijnvaart en omtrent de Rijnschippers en scheepspatenten; Heeft goedgevonden: onder intrekking van de dezerzijdsche beschikkingen, dd. 30 December 1911, n°. 7412, en 12 Januari 1915, n°. 239, afdeeling Nijverheid, voor den tijd van vijf jaren, ingaande 23 November 1916, te benoemen in de commissie van deskundigen voor de Rijnvaart te Amsterdam: 280—381. 272 tot lid en voorzitter, den heer C. L. J. Kotting, havenmeester ■der gemeente Amsterdam, te Amsterdam; tot leden de heeren: J. D. Geselschap, onderhavenmeester der gemeente Amsterdam, te Amsterdam; G. S. Vlieger, redacteur van het weekblad „Schuttevaer", te Amsterdam; D. Goedkoop Dzn., industrieel te Amsterdam; tot plaatsvervangende leden de heeren: H. L. Scholten, griffier bij den havendienst te Amsterdam; F. A. Brink, makelaar in scheepsbevrachting te Amsterdam; J. C. Vierhout, inspecteur van Bureau Veritas te Amsterdam. *a Giavenhage, 24 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 281. Ten einde het mogelijk te maken, dat in de behoefte aan klompen hier te lande tegen niet te hoogen prijs kon worden voorzien, is door de Regeering bij Koninklijk besluit van B October jl. (Staatsblad n°. 465) een verbod tot uitvoer van deze artikelen uitgevaardigd. Hierdoor zou de geheele productie aan klompen voor het binnenland beschikbaar blijven'en derhalve mocht verwacht worden, dat klompen tegen billijken prijs -zouden worden aangeboden. Echter is deze verwachting niet bewaarheid, zoodat blijkbaar -door enkele personen voorraden klompen worden vastgehouden, in de hoop, dat te eeniger tijd -eene vergunning tot uitvoer van dit artikel zou worden verleend en dat dan tegen hooge prijzen in het buitenland een afzetgebied zou kunnen worden gevonden. In verband hiermede wordt thans nog eens ter algemeene kennis gebracht, dat opheffing van het uitvoerverbod van klompen is uitgesloten. Houders van voorraden klompen wordt ■dan ook in hun eigen belang aangeraden deze niet met speculatieve bedoelingen op te houden. Mocht blijken, dat de .prijs van klompen niet weldra lager wordt, dan zal de Regeering 273 N«. 281—282. verplicht zijn, krachtens de bepalingen der Distributiewet in te grijpen ten aanzien van hen, die zich aan vasthouden van voorraden schuldig maken. 's Gravenhage, 24 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 282. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel: Gelet op het Koninklijk besluit van 26 October 1906 (Staatsblad n°. 273), laatstelijk gewijzigd bij Koninklijk besluit van 14 Juni 1913 (Staatsblad n°. 274), houdende bepalingen omtrent de commissiën van deskundigen voor de Rijnvaart en omtrent de Rijnschippers- en scheepspatenten; Heeft goedgevonden: cnder intrekking van de dezerzijdsche beschikking, dd. 2 Juni 1916, n°. 4333, afdeeling N., voor den tijd van vijf jaren, ingaande 23 November 1916, te benoemen in de commissie van deskundigen voor de Rijnvaart te Dordrecht: tot lid en voorzitter, den heer W. Berkhout, havenmeester der gemeente Dordrecht, te Dordrecht; tot leden, de heeren: P. HoebeePzn., scheepsbouwmeester, te Dordrecht; L. H. Gelissen, scheepvaartkundige, te Dordrecht; tot plaatsvervangende leden, de heeren: D. HoebeePzn., scheepsbouwmeester, te Dordrecht; Chr. W. van Seventer, werktuigkundige en electro-techniker, te Dordrecht. 's Gravenhage, 24 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. 18 NoS. 283—284. 274 N°. 283. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op het Koninklijk besluit van 26 October 1906 {Staatsblad' n°. 273), laatstelijk gewijzigd bij Koninklijk besluit van 14 Juni 1913 (Staatsblad n°. 274), houdende bepalingen omtrent de commissiën van deskundigen voor de Rijnvaart en omtrent de Rijnschippers- en scheepspatenten; Heeft goedgevonden: onder intrekking van de dezerzijdsche beschikking dd. 19November 1913, n°. 6302?, afdeeling Nijverheid, voor den tijd van vijfjaren, ingaande 23 November 1916, te benoemen in de Commissie van deskundigen voor de Rijnvaart te Rotterdam: tot lid en voorzitter: den heer L. J. H. "Willinge, havenmeester der gemeente Rotterdam, te Rotterdam; tot leden, de heeren: H. Kortlandt, scheepsbouwkundige te Rotterdam; J. van Ouwerkerk, gep. officier-machinist lste kl. Koninklijkemarine, te Rotterdam; C. C. Staab, particulier, te Rotterdam; tot plaatsvervangende leden, de heeren: J. H. Wilton, directeur der N. V. Wilton's Machinefabriek en Scheepswerf, te Rotterdam; G. C. Nuy, chef van den Nederlandschen Stoomsleepdienst,. voorheen van P. Smit Jr., te Rotterdam. 's Gravenhage, 24 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 284. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in vervolg op het door hem in zijn schrijven aan gemeentebesturen van 28 September 1916, n°. 76917, -)• afdeeling Handel, bepaalde omtrent de melkprijzen in den winter 1915/1916, krachtens art. 2 en art. 8 der Distributiewet 1916,. nader vast te stellen de maximum melkprijzen, opgenomen in de navolgende lijst: i) Zie n°. 90 bladz. 96 sub 16 van de lijst. 275 N°. 284. Melkprijzen 1916/1917. —i —( Productie- Consumptie- Gemeente. prijs -) prijs2) ct. per L. ct. per L. Abbekerk .... — 10-/2 Arkel 9 10 Assendelft .... 9 11 Bemin el — 10 Bleskensgraaf en Hofwegen . . . 9-/2 3) Blokzijl — 9-/2 Breukelen-Nijenrode. 10 12 Breukelen-St. Pieters 10 12 Brouwershaven . . — 9 Brummen .... — 11 Dalfsen — 10 Dinteloord c. a. . . — 10 Stad-Doetinchem . . — 10 Dordrecht .... 10 13 Eelde 8 10 Eibergen 9x/2 11 Enschedé .... 8 10 Eygelshoven ... — 12 Gasselte — 10 gepasteuriseerd en gecentriflgeerd 11 Geldrop — 10 Goudswaard ... — 10 Graft ...... 81/-. 10 's Gravendeel ... 9 11 Haaksbergen ... — 10 Halsteren .... 9 12 Harderwijk .... 9 10 gepasteuriseerd 11 Harenkarspel . . . | 8-/ï 10 1) Ongerekend den toeslag van 21/2 cent. 2) Ongerekend den voorwaardeüjken toeslag van 1/1 cent. ') Reeds vastgesteld. N°. 284. 276 Productie- Consumptie- . Gemeente. prijs -) prijs2) ct. per L. ct. per L. —————— — Heemstede .... s) 3) door melkinrichting „De Sierkan" mag in het zuidelijk gedeelte der gemeente 12 ct. worden berekend. Hei- en Boeicop . . 9 10 Hekendorp .... 10 12 Hengelo (O.). . . . 8-/2 " 9 Herwijnen .... — 10 Hummelo en Keppel — 10 Jisp — 11 Kedichem .... 9 10 Kockengen .... 10 12 Koedijk 9 11 Koudekerke. . . . 8 10 Langbroek .... 9 10 Lange Ruige Weide. 10 12 Laren (N.-H.) ... — 10 Leeuwarden . . . 8-/2 10 Lisse 9 11 Lonneker .... 8 10 Maarn 91/» 12 St. Maarten .... — 9 Made ca — 10 Markelo — 10 Meerkerk — IO-/2 Meerssen — 11 Middelie 9 10 Monnikendam ... 9 11 Mijnsheerenland . . 81/» 11 Nieuw- en St. Joosland — 9 i) Ongerekend den toeslag van Sa/2 cent. j) Ongerekend den voorwaardehjken toesiag van V» cent. 3) Reeds vastgesteld. 277 N°. 384. Productie- Consumptie- Oemeente. prijs-j prijs2) ct. per L. ct. per L. Nieuw-Lekkerland . 10 12 Nieuw veen .... 9 11 Nigtevecht .... 9V2 11 Nijmegen3) . . . . 3) 3) gepasteuriseerd 14 Oii schot 10 11 Oisterwijk .... — 10 Oldemarkt .... 9V2 10 Ooststellingwerf . . — 9 Opperdoes .... — 10 Opsterland .... 10 Piershil — 10 Polsbroek .... — 9 Rozenburg .... 10 11 Rijnsaterwoude . . 9 11 Schalkwijk .... — 9-/0 Schinnen .... — 11 Schoten . ... . . 9-/2 12 Simpel veld .... 12 Sprang — 10 Stad aan 't Haringvliet ..... — 10 Standdaarbuiten . . — 10 Steenbergen ... — 10 Streefkerk .... 91/» 3) Strijen — 10 Tuil en 'tWaal . . — 9-/2 Ubbergen ..... 9 11 Utrecht 3) 3) gepasteuriseerd per flesch van 3/8 L. 6 i) Ongerekend den toeslag van 21/2 cent. -) Ongerekend den voonvaardelijken toeslag van 1/3 cent. 3) Reeds vastgesteld. N°. 284. 278 ' . ', Productie- Consumptie- Gemeente. prijs1) prijs3) ct. per L. ct. per L. Vaals — 9-/2 Veendam .... 8-/23) 103) Veghel 10 Vianen 9]/2 10V2 Vledder V- 9 Vlist ...... 9 10 Ambt-Vollenhove. . 10 Stad Vollenhove . . — 10 Vreeland. . . . . 9-/s 11 Vreeswijk .... I 10 • 12 Waalre . . ' ; . 9 11 Waalwijk .... — 10 Wageningen .... 9-/3 11 Weesp 9 11 Westdongeradeel . . — 10 Wierden — 9 Wieringerwaard . . 8-/2 10 Wildervank. . . 8-/28) 103) Winkel — 11 Winterswijk ... — 11 Woudrichem ... — 10 Wijdenes .... 9 IO-/2 Wijdewormer ... — 11 Wijk bij Duurstede. 8-/2 10 Zuilen — tot en met 31 Dec. 1916 12 van 1 Jan. tot en met 31 Maart 1917 13*) 1) Ongerekend den toeslag var, 21/2 cent. 2) Ongerekend den voorwaardelijkeh toeslag van 1/2 cent. Hiermede vervalt de prijs, bekend gemaakt in de Nederlandse/ie Staatscourant van 25 October 1916, n°. 251. <) In afwijking van den prijs bekend gemaakt in de Nederlandsche Staatscourant van 25 October 1916, n». 251. 279 N0B. 284—385. Voor zooveel noodig wordt er aan herinnerd, dat vorenstaande bedragen zijn maximumprijzen en dat voor bezorging aan huis voor zoover deze gebruikelijk was, niets in rekening mag worden gebracht. 's Gravenhage, 23 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 285. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 28 Juni 1916 Directie van den Landbouw, n°. 16954, 6de afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van groenten; Heeft goedgevonden te bepalen: aan de lijst van groentensoorten, bedoeld sub I van bovengenoemde beschikking, waarvoor consentèn tot uitvoer zullen worden verleend, wordt toegevoegd winterspinazie, voor zoover geveild op eene ingescheven veiling in Limburg. Van de aanvoeren ter veiling behoeft tot nadere beschikking niets voor het binnenland te worden geveild. 's Gravenhage, 24 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 286. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikkingen van 28 Juni 1916, Directie van Landbouw, h°. 16954, 6de afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van diverse soorten groenten; Heeft goedgevonden te bepalen: N« 286—287. 280 aan de lijst van stations, bedoeld in bovenvermelde beschikkingen, waar inlading van groenten onder ambtelijk toezicht kan geschieden, worden toegevoegd Blija en St. Anna Parochie. 's Gravenhage, 24 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-üeneraalf Veêsteeg. N°. 287. n°. 101430. ■ ' Afdeeling Handel. 's Gravenhage, 24 November 1916. Ten vervolge op mijne circulaire van 15 November 1916 n°. 93946 afd. Handel (zie n°. 243) heb ik de eer er alsnog Uwe aandacht op te vestigen, dat het ter verkrijging van de volstrekt noodzakelijke besparing van brandstoffen noodig is, dat de door Uwe gemeente te treffen maatregelen uiterlijk op 7 December a. s. in werking treden. Ik meen goed te doen er, wellicht te allen overvloede, op te wijzen, dat m. i. als doeltreffende bepalingen voor besparing van gas- en electriciteitsverbruik inzonderheid in aanmerking komen: 1. verhooging van den gas- en electriciteitsprijs, welke verhooging zich met het oog op het doel, n'.l. bereiking van bezuiniging op gebruik en rekening houdend met de financieele draagkracht der ingezetenen, er toe kan bepalen, het verbruik boven een vast te stellen minimum zeer aanmerkelijk te belasten. 2. het stellen van dwingende regelen, waardoor, gas- en electrische verlichting van winkels, koffiehuizen, hotels, bij voortduring zeer beperkt en na een bepaald uur verboden wordt. Ik maak van deze gelegenheid gebruik, U mede te deelen, dat bij den aanvang van elke maand door den directeur der Rijkskolendistributie aan alle gas- en electriciteitsbedrijven in Nederland opgave zal worden gedaan van de in die maand voor hun bedrijf te verwachten hoeveelheden. Ten einde alle bedrijven in staat te stellen hunne taak te blijven verrichten zal door genoemden directeur bij de verdeeling van de aan de 281 N°«. 287—289- Rijkskolendistributie in totaal ter beschikking staande hoeveelheden brandstoffen rekening worden gehouden met de ter plaatse thans reeds aanwezige voorraden, terwijl bovendien, wanneer uit de maandelijks aan de Rijkskolendistributie te verstrekken opgave der verbruikscijfers eene niet afdoend doorgevoerde bezuiniging blijkt, dit voor de betreffende bedrijven van ongunstigen invloed zal zijn op het toedeelingspercentage.. Van de door U genomen maatregelen zal ik gaarne nog in. kennis worden gesteld. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel. Posthuma. N°. 288. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft, goedgevonden, te benoemen tot lid der Rijkscommissie van toezicht op de Botervereeniging, den heer jhr. mr. L. E. M. von Fisenne, lid van Gedeputeerde Staten van Zuidholland,, te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 25 November 1916. De Minister voornoemd, Postuma. N°. 289. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt,, ingevolge zijne circulaire van 25 Augustus 1916, n°. 23651/Söts, -). bekend, dat van Maandag 27 November e. k. tot en met Zaterdag 2 December d.a.v. de prijs van maïs, uitsluitend bestemd om aan gemeentebesturen te worden verstrekt voor ruiling tegen rogge van den oogst 1916, bedraagt voor alle soorten f 235per last van 2000 K.G. of f 8,225 per 70 K.G., zoowel teRotterdam als te Amsterdam te ontvangen. 's Gravenhage, 25 November 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. i) Zie n°. 8 blz. 18. N™. 290—291. 282 N°. 290. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 14 October 1915, Directie van •den Landbouw, n°. 25372, 2de afdeeling, bureau A, laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 24 November 1915, Directie van den Landbouw, n°. 28895, 2de afdeeling, bureau A; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat voor iedere hoeveelheid van 100 volversche kipeieren, waarvoor ingevolge art. 3, sub 2, en art. 4, sub 2, zijner voormelde gewijzigde beschikking consent tot uitvoer wordt afgegeven, voor de dagen 26 November tot en met 2 December 1916 •eene hoeveelheid van 100 volversche kipeieren beschikbaar moet worden gesteld, overeenkomstig het bepaalde in voormelde artikelen; 2°. dat andere eiersoorten niet beschikbaar behoeven te •worden gesteld voor binnenlandsch verbruik; 3°. dat, in afwijking zijner bovengenoemde gewijzigde beschikking, van elke 100 eieren, welke voor de sub 1°. genoemde dagen beschikbaar moeten worden gesteld, zoo noodig, ter be-oordeeling van de Rijkscommissie van toezicht op de Eier-. vereenigiug, ten hoogste 40 moeten worden geleverd tegen -een prijs van f 10,30 per 100 stuks voor de levering aan de gemeentebesturen, welke eieren zullen worden gedistribueerd overeenkomstig de bepalingen vastgesteld door het Rijks•Oentraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 25 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 291. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikkingen van 13 September 1916, afdeeling Handel, n°. 74001 -), betreffende de verwerking van geelvleezige i) Zie n». 66 blz. 63. 283 N«. 291—392. aardappelen; van 30 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24742 -), 6de Afdeeling B, betreffende het vervoer, het verwerken en de distributie van aardappelen; en van 10 November 1916, Directie van den Landbouw, n°. 28747 »), ■6de afdeeling B, betreffende de verwerking van witvleezige soorten aardappelen; Heeft goedgevonden te bepalen: I. de beschikking d.d. 13 September 1916, afdeeling Handel, n°. 74001 3), het bepaalde sub B der beschikking d.d. 30 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24742 J), 6de afdeeling B, •en de beschikking d.d. 10 November 1916, Directie van den Landbouw n°. 28747 s), 6de afdeeling B, worden ingetrokken; II. het verwerken van aardappelen tot aardappelmeel of aardappelmeelproducten is met ingang van heden verboden; III. het sub II bepaalde is niet van toepassing op partijen .zand- en veenaardappelen, 'gedekt door eene verklaring, afgegeven door of vanwege de Aardappelvereeniging, dat deze partijen voor de consumptie ongeschikt zijn. 's Gravenhage, 27 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 292. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, met wijziging van het ter zake bepaalde in zijne beschikking d.d. 28 September jl., n°. 76817 *), afdeeling Handel, ingevolge art. 2 der Distributiewet 1916, voor de gemeente Nieuw-Helvoet voor de na te noemen soorten varkensvleesch vast te stellen de volgende maximumprijzen: Karbonade f 0,55 per l/2 K.G. Rollade 0,65 „ „ „ Fricandeau 0,65 „ „ „ Kluiven . . : 0.15 „ „ „ 1) Zie n°. 94 blz. 104. 2) Zie n». 221 blz. 228. 3) Zie n». 56 blz. 63. «) Zie n°. 90 blz. 95 sub 8. N*. 292—293. 284 Vette lappen ....... f 0,45 per -/„ K.G. Doorregen lappen 0,50 „ „" Magere lappen ...... 0,60 „ Gehakt 0,55 „ „ "„ Versch vet spek 0,45 „ „ doorregen spek ... 0,50 „ „ „ Gerookt of gezouten vet spek . 0,45 -.„-.- „ „ ,, „ „ mager „ . 0,50 „ „ „ Reuzel * . \lj o,50 „ „ 's Gravenhage, 27 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal) Versteeg. N°. 293. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in afwijking van het ter zake bepaalde in zijne circulaira, d.d. 28 September.jl., n°. 76917 ]), afdeeling Handel,, voor de gemeente Maastricht, ingevolge art. 2 _ der Distributiewet 1916, voor de na te noemen soorten varkensvleesch de navolgende maximumprijzen vast te stellen: Rollade ........ f 0,70 per J/2 K.G. Fricandeau ....... 0,70 „ „~ Magere lappen 0,65 „ „ „ Doorregen lappen 0,55 „ „ Vette lappen 0,50 „ „ „ Versch vet spek 0,40 „ „ „ doorregen spek ... 0,50 „ „ „ Gezouten of gerookt vet spek 0,45 „ „ „ »! li „ doorregen „ 0,55 „ „ ,, Gehakt ........ 0,55 „ „ - „ Reuzel . . . . 0,50 „ „ Kluiven 0,15 „ „ 's Gravenhage, 14 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal,. Versteeg. i) Zie n°. 90 blz. 96 sub 8. 285 Noa. 294—296. N°. 294. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft •goedgevonden te bepalen, dat gedurende de week van 26 November tot 3 December 1916 voor 35 pet. der boterproductie ■certificaten van uitvoer zullen worden verleend en 65 pet. voor het binnenlandsch verbruik zal moeten worden beschikbaar gesteld, alsmede, dat de bewijzen van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven door de Rijkscommissie van toezicht op de Botervereeniging, op grond van die certificaten, zullen gelden tot Dinsdag 12 December a.s., des voormiddags te 12 uur. 's Gravenhage, 27 November 1916. Voor den Minister, De SecretarisGeneraal, Versteeg. N°. 295. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, heeft goedgevonden, in afwijking van het ter zake in zijne beschikking, dd. 28 September jl. n°. 76917,-) afdeeling Handel, bepaalde, den maximumkleinhandelprijs voor boter in de gemeente Emmen, ingevolge artt. 2 en 8 der Distributiewet 1916, vast te stellen op f 1,90 per K.G. 's Gravenhage, 27 November 1916. Voor deri Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 296. N°. 95177. Afdeeling Handel. 's Gravenhage, 27 November 1916. De vraag heeft zich voorgedaan, in hoeverre door de gemeentebesturen betaling kan worden gevorderd voor maximumprijslijsten, bonboekjes, e. d. welke ter uitvoering van de Distributiewet uitgereikt moeten worden, alsmede voor het i) Zie n°. 90 blz. 96 sub 13. N°8. 296—297. 286 afstempelen van bestelbiljetten, bedoeld in art. 13 der Suikerdistributieregeling en andere soortgelijke papieren. Te dezer zake heb ik de eer U mede te deelen, en zulks onder intrekking van wat U ter zake vroeger mocht zijn bericht, dat naar mijne meening voor die papieren en die afstempelingen geen betaling mag worden gevorderd, waarvan deze betaling door handelaren zou moeten geschieden, althans wat betreft het eerste exemplaar; voor de vervanging van in het ongereede geraakte of onbruikbaar geworden exemplaren zou een zeker bedrag in rekening kunnen worden gebracht. De winstmarge toch, welke voor handelaren wordt opengelaten, is zoodanig gestéld, dat daarop kwalijk kosten, als de bovenbedoelde, kunnen worden verhaald. Voor die papieren echter, waarvan hetzij de verstrekking rechtstreeks aan het publiek geschiedt, (broodkaarten, domiciliekaarten, bonboekjes, e. d.) hetzij — indien zoodanige papieren bestaan — de kosten door handelaren op het publiek kunnen worden verhaald, zal van gemeentewege, voor zooveel dit door U noodig wordt geacht, betaling, doch tot geen hooger bedrag dan den kostenden prijs, kunnen worden geeischt. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. 297. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, onder intrekking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking dd. 28 September jl. n°. 78864, -) afd. Handel, den maximuminkoopprijs, ingevolge art. 3 • der Distributiewet 1916, voor bruine boonen en groene erwten vast te stellen op f 35 per 100 K.G. De verkoopprijzen ingevolge art. 3 van gemelde wet, welke aan de gemeenten in overweging worden gegeven, blijven ongewijzigd en bedragen mitsdien, voor zoover betreft, levering van bruine boonen aan grossiers per 100 K.G. f 16, bij levering aan detaillisten per 100 K.G. f 17; geschiedt levering bij hoeveelheden van minder dan 50 K.G., dan bedraagt de prijs f 17,85 per 100 K.G. Voor groene erwten bedraagt de verkoop- i) Zie n°. 91 blz. 101 sub 5 van de lijst. 287 prijs, welke in overweging wordt gegeven, bij levering aan grossiers f 17 per 100 K.G. en bij levering aan detaillisten f 18 per 100 K.G.; geschiedt de verkoop bij hoeveelheden van minder dan 50 K.G., dan bedraagt de prijs f 18,85 per 100 K.G. De bij beschikking dd. 28 September jl. n°. 76917 ingevolge art. 2 der Distributiewet 1916 vastgestelde maximumprijsblijft ongewijzigd.' (Zie n°. 90). 's Gravenhage, 26 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 298. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; . Gelet op het Koninklijk besluit van 6 October 1914 (Staatsblad: n°. 422), houdende verbod van uitvoer van diverse soorten groenten; Gezien zijne beschikkingen van 12 Augustus 1916, Directievan den Landbouw, n°. 20706, 6de afdeeling, B, van 5 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24744, 6de afdeeling, B, en van 8 November 1916, Directie van den Landbouw, n°. 28803,. 6de afdeeling, B; (zie nos. 109 en 211) Heeft goedgevonden te bepalen: met wijziging van laatstgenoemde beschikking kunnen consenten wordeü afgegeven voor uitschot van roode kool en van gele savoyekool, in Noordholland benoorden het Noordzeekanaal geteeld. - 's Gravenhage, 28 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, ■ Versteeg. N°. 299. De Toewijzingscommissie vóór Veevoeder te 's Gravenhage " heeft C. B. v. d. Wal, handeldrijvende onder den firmanaam Jac. v. d. Wal & Zoon, te Randwijk gem. Heteren, N08. 299—401. 288 na verhoor, en gelet op art. 7bis van de ministerieele besluiten betreffende de beschikbaarstelling van veevoeder, uitgesloten van de bevoegdheid om in de maanden December 1916, Januari •en Februari 1917 aanvragen voor veevoeder in te dienen. Bestellingen van veehouders, voorkomende op de aanvrage van genoemden persoon, worden ter zijde gelegd. 's Gravenhage, 23 November 1916. Be Toewijzingscommissie voor veevoeder, Mr. H. J. Rink, Secretaris. m. 300. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te benoemen tot lid der Rijkscommissie van toezicht op do „Rundvee-Vereeniging" den heer J. B. Westerdijk, voorzitter van de Groninger Maatschappij van Landbouw en Nijverheid, te Uithuizermeeden. 's Gravenhage, 30 November 1916. De Mintster voornoemd, Posthuma. N°. 301. Me Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te bepalen, dat, met ingang van 1 December 1916, de maximum-kleinhandelprijs van versche kipeieren, ingevolge art 2 der Distributiewet 1916, zal bedragen f 0,11 per stuk ; en dat de maximumgrossiersprijs van kalkeieren, ingevolge art. 8 der gemelde wet, zal bedragen f 0,06 per stuk en de maximumkleinhandelprijs f 0,07 per stuk. 's Gravenhage, 30 November 1916. De Minister voornoemd^ Posthuma. 289 Nos. 302—303. N°. 302. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking dd. 28 September jl., n°. 76917 -), afdeeling Handel, voor de gemeente Baflo, ingevolge art. 2 der Distributiewet 1916, de navolgende maximumprijzen voor varkensvleesch vast te stellen: Karbonaden f 0,55 per 1/s K.G. Kluiven 0,15 „ „ „ Rollade 0,60 „ „ Magere lappen 0,60 „ „ „ Gehakt - . . 0,60 „ „ Versch spek 0,425 „ J » „ doorregen spek . . . 0,47° „ „ „ Gerookt vet spek 0,425 ,, „ „ Gerookt en gezouten mager spek 0,475 ,, „ „ Reuzel 0,47« „ „ s 3 Gravenhage, 30 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 303. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, met afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking d.d. 28 September jl. n°. 76917 -), afdeeling Handel, voor de gemeente Achtkarspelen, ingevolge art. 2 der Distributiewet 1916, de navolgende maximumprijzen voor varkens vleesch vast te stellen: Rollade f 0,62-> per % K.G. ■ Magere lappen 0,55 n , ,, i) Zie n°. 90 blz. 99 sub 8. 19 N«. 303—304. 290 Doorregen lappen f 0,525 per ]/» KG. Vette lappen 0,50 „. y „ Karbonade 0,50 „ „ ,, Versch vet spek 0,475 , „ „. „ doorregen spek . Int*. . 0,475 „ „ „ Gezouten of gerookt vet spek 0,55 „ „ „ „ „ „'- mager „ 0,60 „ „ „ Reuzel . . .- ~. " . . . . 0,50 '„ „ „ J^Ej Kluiven . 0,15 ,. „ "éi^h Gehakt .. / 0,52-5 f ;, „ 's Gravenhage, 30 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 304. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te bepalen, met afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking van 28 September jl., n°. 76917 -), afdeeling Handel, dat, ingevolge artikel 2d der Distributiewet 1916, voor de gemeente Zwijndrecht voor de na te -noemen artikelen de navolgende maximumprijzen zullen gelden: Boter per V3 K.G. . . . f 0,90 Bruine boonen „ K.G 0,20 Havermout . ;■ „ .-/s K.G. ... . W 0,14 Rijst „ Vs " S- • • 0,12 Zachte zeep „ " Vs » • • • °>12 's Gravenhage, 30 November 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G. i) Zié n°. 90 blz. 95 en 96. 291 N°. 305. N°. 305. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden: krachtens art. 8 der Distributiewet 1916 vast te stellen de hierna volgende distributieregeling voor rijst. Artikel L (1) Het Bestuur der Vereeniging van Nederlandsche Rijstpellers, na te noemen de Vereeniging, houdt de rijst, door die Vereeniging bij overeenkomst van 15 November 1916 door haar aan den Staat der Nederlanden verkocht, ter beschikking van het Rijks Centraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen (na te noemen R. D. K.). (2) Het is den leden der Vereeniging verboden de in het voorgaande lid bedoelde rijst te koopen, anders dan voor eigen normaal gebruik. Artikel 2. (1) Het Bestuur der Vereeniging (na te noemen het Bestuur) ""levert de rijst in zakken van 100 K.G. bruto voor netto, franco wal of station van bestemming, spoor, Doot of laatste veer, slechts af op volgbrief, af te geven op de Vereeniging door het R. D. K. en voorts overeenkomstig de door dit kantoor te geven aanwijzingen. (2) ln dezen volgbrief zal de prijs zijn genoemd, welke aan den ontvanger der rijst door de Vereeniging wordt berekend. (3) De' volgbrieven zijn op naam gesteld en niet voor overdracht vatbaar. (4) Het Bestuur kan verlangen, dat door den afnemer het verschuldigde bedrag vóór de aflevering wordt voldaan. Artikel 3. (1) Het verzoek tot afgifte van een volgbrief kan tot het R. D. K. worden gericht zoowel door gemeentebesturen als door grossiers, aan wie door winkeliers bestelkaarten, als bedoeld in art. 7, lste lid, zijn gezonden. (2) Het R. D. K. geeft zooveel mogelijk gevolg aan verzoeken, bij inzending van den volgbrief gedaan ten aanzien van de levering. Artikel 4. Volgbrieven zullen ten verzoeke van grossiers alleen worden afgegeven voor zoover deze als zoodanig bij het R. D. K. zijn ingeschreven. N°. 305. 292 Artikel 5. (1) Het verzoek tot inschrijving als grossier wordt gericht tot en (Jaarop wordt beslist door den Directeur van het R. D. K. (2) De inschrijving heeft niet plaats alvorens de grossier eene zekerheid heeft gesteld, waarvan het bedrag wordt bepaald door den Directeur van het R. D. K. en de grossier eene verklaring heeft onderteekend, waarin hij bij niet-naleving der op hem rustende verplichtingen, den Directeur van het R. D. K. bevoegd verklaart: 1°. die zekerheid geheel of gedeeltelijk verbeurd te verklaren ten behoeve van 's Rijks schatkist; 2°. zijne inschrij ving als grossier te schorsen of te royeeren; een en ander' onverminderd de straffen welke de Distributiewet 1916 op overtreding van distributieregelingen en bepalingen stelt. (3) Voor zoover door den grossier reeds eene zekerheid werd gesteld ingevolge de distributieregeling van een ander Regeeringsgoed, is de Directeur van het R. D. K. bevoegd: hetzij den grossier te ontslaan van de verplichting tot het stellen van eene zekerheid ingevolge het voorgaande lid van dit artikel; hetzij te volstaan met de reeds gestelde zekerheid tot een door den Directeur te bepalen bedrag te doen aanvullen, mits de grossier eene verklaring als in het voorgaande lid bedoeld onderteekent, waardoor de reeds gestelde * zekerheid, respectievelijk de door hem aangevulde zekerheid, mede verbonden wordt voor de nakoming zijner verplichtingen ingevolge de onderwerpelijke distributieregeling. Artikel 6. pflt* (1) De Directeur van het R. D. K. kan een grossier op diens verzoek een volgbrief afgeven, ten einde hem te voorzien van een voorraad rijst voor hoogstens ééne maand. (2) Volgbrieven tot aanvulling van dezen voorraad zullen door den Directeur van het R. D. K. eerst kunnen worden verstrekt nadat de grossier aan het R. D. K. bestelkaarten zal hebben ingezonden als voorgeschreven in art. 7, 2de lid, tot een totaal van minstens 80 pet. van den hem verstrekten voorraad. Artikel 7. (1). De grossier levert rijst uitsluitend af aan winkeliers en niet dan op bestelkaarten, voorzien van een bewijs van 293 N°. 305. goedkeuring van het bestuur der gemeente waar die winkelier is gedomicilieerd. (2) De grossier zendt deze bestelkaarten uiterlijk binnen 8 dagen na aflevering aan het R. D. K. (3) De grossier, die eene hem opgedragen bestelling niet •wenscht uit te voeren, zendt de bestelkaart onmiddellijk terug aan den winkelier. (4) Het is den winkeliers verboden grooteren voorraad te bestellen dain voor drie weken. Artikel 8. (1) De winkeliers leveren rijst uitsluitend af aan verbruikers. (2) Onverminderd de straffen, welke de Distributiewet 1916 stelt op overtreding van distributieregelingen en -bepalingen kan een winkelier door den Directeur van het R. D. K. worden uitgesloten, tijdelijk of voorgoed van de verkrijging ten verkoop van rijst. (3) Het is verboden een overeenkomstig het voorgaande lid uitgesloten winkelier rijst ten verkoop te leveren. Artikel 9. (1) Het is den leden der Vereeniging, grossiers en winkeliers, verboden in meer dan ééne dezer hoedanigheden handel in rijst te drijven. (2) Vaii het verbod in het voorgaande lid gesteld, kan op voordracht van den Burgemeester der gemeente, waar belanghebbende is gedomicilieerd, dispensatie worden verleend door den Directeur van het R. D. K. Deze dispensatie kan ter verzekering eener goede contröle aan bepaalde voorwaarden worden verbonden. (3) Onder geen voorwaarden kan een lid der Vereeniging tevens als winkelier optreden. Artikel 10. De winkeliers zijn verplicht om op eene voor den kooper duidelijk zichbare wijze de geldende maximumprijslijst, voor zoover betreft de Regeeringsrijst, die zij verkoopen of voorhanden hebben, op te hangen. Artikel 11. De leden, grossiers en winkeliers, zijn verplicht hem, die daartoe door den Minister is gemachtigd, in hunne bedrijven Nos. 305—306. 294 en zaken toe te laten, boek- en voorradeiicontröle op eerste aanvrage toe te staan en, voor zoover noodig, daarbij behulpzaam te zijn. Artikel 12. Van alle beslissingen, ingevolge deze regeling opgedragen aan den Directeur van het R. D. K., staat beroep open op den Minister. Artikel 13. Ten aanzien van verzoeken tot en opgaven overeenkomstig deze regeling te verstrekken aan het R. D. K. of zijn Directeur, is de Directeur van het R. D. K. bevoegd modellen vast te stellen, waarvan het nauwkeurig volgen verplicht is. 's'Gravenhage, 1 December 1916. Be Minister voornoemd, Posthuma. N°. 306. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, krachtens art. 8 der Distributiewet 1916, vast te stellen dé hierna volgende distributieregeling voor havermout. 'Artikel 1. 1. Degene, aan wien ingevolge overeenkomst met den Staat der Nederlanden haver ter vermaling is-gegeven (na te noemen fabrikant) stelt de volledige eindproducten dier vermaling onmiddellijk ter beschikking van den Directeur van het Rijks Centraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen (na te noemen R. D. K.). 2. Het is den fabrikant verboden de in het voorgaande lid bedoelde eindproducten te koopen, anders dan voor eigen normaal gebruik. 3. Het is den fabrikant, behoudens vooraf verkregen toestemming van den Directeur van het R. D. K., verboden andere haver te vermalen dan die, welke hem ingevolge art. 1, lste lid, ter beschikking is gesteld, en andere dan uitsluitend van die haver afkomstige eindproducten af te leveren. 4. Het is den fabrikant verboden de tot veevoeder te vermalen afval te vermengen met andere, dan van de in het lste lid bedoelde haver afkomstige producten. 295 N°. 806, Artikel 2. 1. De fabrikant levert de havermout slechts af op een volgbrief, op hem af te geven door den Directeur van het R. D. K. en voorts overeenkomstig de door dit kantoor te geven aanwijzingen. 2. In dezen volgbrief zal de prijs zijn genoemd, welke aan den ontvanger der havermout wordt berekend door den fabrikant. 3. ' De volgbrieven zijn op naam gesteld en niet voor overdracht vatbaar. 4. Bij het opmaken van den volgbrief beschikt de Directeur van' het R. D. K. naar keuze, over de overeenkomstig art. 1, lste lid, ter beschikking gestelde en over de geïmporteerde havermout. 5. De fabrikant kan verlangen, dat door den afnemer het verschuldigde bedrag vóór de aflevering aan hem wordt voldaan. Artikel 3. 1. Het verzoek tot afgifte van een volgbrief kan tot den Directeur van het R . D. K. worden gericht, zoowel door gemeentebesturen als door grossiers, aan wie door winkeliers bestelkaarten als bedoeld in art. 7, le lid, zijn gezonden. 2. De Directeur van het R, D. K. geeft zooveel mogelijk gevolg aan verzoeken, bij inzending van den volgbrief gedaan ten aanzien van de levering. Artikel 4. Volgbrieven zullen ten verzoeke van grossiers alleen worden afgegeven voor zoover deze als zoodanig bij het R. D. K. zijn ingeschreven. Artikel 5. 1. Het verzoek tot inschrijving als grossier wordt gericht tot en daarop wordt beslist door den Directeur van het R, D. K. ■2. De inschrijving heeft niet plaats alvorens de grossier eene zekerheid heeft gesteld waarvan het bedrag wordt bepaald door den Directeur van het R. D. K., en de grossier eene verklaring heeft onderteekénd, waarin hij bij niet-naleving der op hem rustende verplichtingen, den Directeur van het R. D. K. bevoegd verklaart: 1°. die zekerheid geheel of gedeeltelijk verbeurd te verklaren ten behoeve van 's Rijks schatkist; N°. 306. 296 2°. zijne inschrijving als grossier te schorsen of te roijeeren, een en ander onverminderd de straffen, welke de Distributiewet 1916 op overtreding van distributieregelingen en - bepalingen stelt. 3. Voor zoover door den grossier reeds eene zekerheid-werd gesteld ingevolge de distributieregeling van een ander Regeeringsgoed, is de Directeur van het R. D. K. bevoegd: hetzij den grossier te ontslaan van de verplichting tot het stellen van eene zekerheid ingevolge het voorgaande lid van dit artikel, hetzij te volstaan met.de reeds gestelde zekerheid tot een door den Directeur te bepalen bedrag te doen aanvullen, mits de grossier eene verklaring als. in het voorgaande lid bedoeld onderteekent, waardoor de reeds door hem gestelde zekerheid, resp. de door hem aangevulde zekerheid, mede verbonden wordt voor de nakoming zijner verplichtingen ingevolge de onderwerpelijke distributieregeling. Artikel 6. X. De Directeur van het R. D. K. kan een grossier op diens verzoek een volgbrief afgeven, teneinde hem te voorzien van een voorraad havermout, voor hoogstens één maand. 2. Volgbrieven tot aanvulling van dezen voorraad zullen door den Directeur van het R. D. K. eerst kunnen worden verstrekt, nadat de grossier aan het R. D. K. bestelkaarten zal hebben ingezonden als voorgeschreven in art. 7, 2de lid tot een totaal van minstens 80 % van den hem verstrekten voorraad Artikel 7. L De grossier levert havermout uitsluitend af aan winkeliers en niet dan op bestelkaarten, voorzien van een bewijs van goedkeuring van het Bestuur der gemeente, waar de winkelier is gedomicilieerd. 2. De grossier zendt de bestelkaart uiterlijk binnen 8 dagen na uitvoering der desbetreffende bestelling aan het R. D. K. 3. De grossier, die eene hem opgedragen bestelling niet wenscht uit te voeren, zendt de bestelkaart onmiddellijk terug aan den winkelier. 4. Het is den winkelier verboden grooteren voorraad te bestellen dan voor drie weken. Artikel 8. 1. De winkeliers leveren havermout uitsluitend af aan verbruikers. 2. Onverminderd de straffen, welke de Distributiewet 1916 297 N°.*306. stelt op overtreding van distributieregelingen en -bepalingen, kan een. winkelier door den Directeur van het R. D. K. worden uitgesloten tijdelijk of voor goed van de verkrijging ten verkoop van havermout. 3. Het is verboden, een overeenkomstig het voorgaande lid uitgesloten winkelier, havermout ten verkoop te leveren. Artikel 9. 1. Het is den fabrikant, den grossiers en den winkeliers verboden in meer dan één dier hoedanigheden handel te drijven in havermout. 2. Van het verbod in het voorgaande lid gesteld kan op voordracht van den Burgemeester der gemeente, waar belanghebbende is gedomicilieerd dispensatie worden verleend dooiden Directeur van het R. D. K. Deze dispensatie kan, ter verzekering eener goede contröle, aan bepaalde voorwaaiden worden verbonden. 3. Onder geen voorwaarde kan een fabrikant tevens als winkelier optreden. Artikel 10. De winkeliers zijn verplicht om op eene voor den kooper duidelijk zichtbare wijze, de geldende maximumprijslijst voor, zoover betreft de Regeeringshavermout, die zij verkoopen, of voorhanden hebben, op te hangen. Artikel 11. De fabrikanten, grossiers en winkeliers zijn verplicht hem, die daartoe door den Minister is gemachtigd, in hunne bedrijven en zaken toe te laten, boek- en voorradericontröle op eerste aanvrage toe te staan en voor zoover noodig, daarbij behulpzaam te zijn. Artikel 12. Van alle beslissingen, ingevolge deze regeling opgedragen aan den Directeur van het R. D. K., staat beroep open op den Minister. Artikel 13. Ten aanzien van verzoeken tot en opgaven overeenkomstig deze regeling te verstrekken aan het R. D. K. of zijn Directeur, is de Directeur van het R. D. K. bevoegd modellen vast te stellen, waarvan het nauwkeurig volgen verplicht is. 's Gravenhage, 1 December 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. Nov 306—307. 298 N°. 307. N°. 36008/43. Rijksbureau voor de distributie 's Gravenhage, 13 November 1916. van graan en meel. In aansluiting aan - mijne circulaire van 12 October j.1. N°. 33683/43, -) betreffende den aankoop van paarden-, wier-, schapen-, duiven- en Waalsche- of tuinboonen, U door bemiddeling van de Provinciale Broodcommissie toegezonden, heb ik de eer U mede te deelen: 1°. dat den landbouwers als bewaarloon dient te worden vergoed 5 cents per week voor iedere H.L.. welke afgeleverd wordt na 1 December aanstaande, te rekenen van 1 December af. 2°. dat den landbouwers voor het bezaaien van de bij hen in gebruik zijnde landerijen voor elke te bezaaien H.A. de volgende hoeveelheden kunnen worden gelaten: Paardenboonen 21/» H.L. Wierboonen 3-/2 „ Schapenboonen 21/» „ Duivenboonen 2 .. Waalsche- of tuinboonen 4 3°. dat het verbod van uitvoer uit de Gemeente, voor rogge, roggemeel, tarwe, gerst en haver, gegeven in mijne circulaire van . 9 Augustus j.1., N°. 19909/43, wordt uitgebreid tot de in deze circulaire bedoelde boonen; 4°. dat aan verbouwers en handelaren de gelegenheid wordt gegeven de in deze circulaire bedoelde boonen, voor zoover zij voor den zaai geschikt zijn, te koopen of te verkoopen, onder dezelfde voorwaarden als voor rogge, tarwe, gerst en haver is bepaald in mijne circulaire van 19 September j.1. N°. 33285/43.2) De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. ij Zie n°. 1-26, blz. 137. • ') Zie n". 30 blz. 68 t/m 71. 299 N<* 308—309. N°. 308. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt, ingevolge zijne' circulaire van 25 Augustus 1916, n°. 23651/86is, •). bekend, dat van Maandag 4 December e.k. tot en met Zaterdag 9 December d.a.v. de prijs van maïs, uitsluitend bestemd om aan gemeentebesturen te worden verstrekt voor ruiling tegen rogge van den oogst 1916, bedraagt voor alle soorten f 235 per last van 2000 K.G. of f 8,225 per 70 K.G., zoowel te Rotterdam als te Amsterdam te ontvangen. 's Gravendage, 2 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikkingen van 22 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 23002, 6de afdeeling B,s) van 23 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24085, 6de afdeeling. B,2) van 3 November 1916, Directie van den Landbouw, n°. 28344, 2de afdeeling B,2) en van 17 November 1916, Directie van den Landbouw, n°. 29900, 6de afdeeling B,2) houdende bepalingen omtrent den uitvoer van appelen en peren; Heeft goedgevonden te bepalen: met wijziging van het bepaalde van laatstgenoemde beschikking zullen, met ingang van 3 December 1916, geen consenten tot uitvoer van appelen, van welke soort ook, meer worden uitgereikt. 's Gravenhage, 13 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. i) Zie n°. 8 blz. 18. °) Zie nos. 75. 84, lftó en 269. Nos. 310—311. 300 N°. 310. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te bepalen, dat gedurende de week van 3—10 December 1916 voor 35 pet. der boterproductie certificaten van uitvoer zullen worden verleend en 65 pet. voor het binnenlandsch verbruik zal moeten worden beschikbaar gesteld, alsmede, dat de bewijzen' van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven door de Rijkscommissie van toezicht op de Botervereeniging, op grond van die certificaten, zullen gelden tot Dinsdag 19 December a.s., des voormiddags te 12 uur. 's Gravenhage, 2 December 1916. Voor den Minister, . De SecretarisGeneraal, Vehsteeg. JST°, 311. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 18 Februari 1916, Directie van den Landbouw^ n°. 18Ó1, 2de Afdeeling, bepalende, dat door de Rijkscommissie van Toezicht op de Eiervereeniging consenten voor den uitvoer van levende en geslachte eenden zullen worden uitgereikt; Heeft goedgevonden te bepalen: dat te rekenen van af 3 December 1916 voornoemde beschikking zal zijn ingetrokken en dat de ingevolge die beschikking reeds uitgereikte en nog niet gebezigde consenten geldig zijn tot 9 December 1916. 's Gravenhage, 2 December 1916. * ■ Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 301 Nos, . 312—313. N°. 312. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 14 October 1915, Directie van den Landbouw, n°. 25372, 2de afdeeling, bureau A, laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 24 November 1915, Directie van den Landbouw,. n°. 28895, 2de afdeeling, bureau A; Heeft goedgevonden%te bepalen: 1°. dat voor iedere hoeveelheid van 100 volversche kipeieren, waarvoor ingevolge art. 3, sub 2, en art. 4, sub 2, zijner voormelde gewijzigde beschikking consent tot uitvoer wordt afgegeven, voor de dagen 3 tot en met 9 December 1916 eene hoeveelheid van 150 volversche kipeieren beschikbaar moet worden gesteld, overeenkomstig het bepaalde in voormelde artikelen 2°. dat andere eiersoorten niet beschikbaar behoeven te worden gesteld voor binnenlandsch verbruik; 3°. dat, in afwijking zijner bovengenoemde gewijzigde beschikking, van elke 150 eieren, welke voor de sub 1°. genoemde dagen beschikbaar moeten worden gesteld, zoo noodig, ter beoordeeling van de Rijkscommissie van Toezicht op de Eiervereeniging, ten hoogste 75 moeten worden geleverd tegen een prijs van f 10,30 per 100 stuks voor de levering aan de gemeentebesturen, welke (fieren zullen worden gedistribueerd overeenkomstig de bepalingen vastgesteld door het Rijks-Centraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 2 December 1916. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, krachtens art. 8 der Distributiewet 1916, vast te stellen de hierna volgende distributieregeling voor gort. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 313. N°. 818. 302 Artikel 1. 1. De leden der Vereeniging van Nederlandsche Gortpellers na te noemen: de Vereeniging) stellen het volledige eindproduct van de hun door die Vereeniging ter pelling gegeven gerst onmiddellijk ter beschikking van het Bestuur dier Vereeniging. Het bestuur doet van deze terbeschikkingstelling onverwijld mededeeling aan den Directeur van het Rijks Centraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen (na te noemen R. D. K.). 2. Het is den leden, behoudens vooraf verkregen toestemming van den Directeur van het R. D. K., verboden de in het voorgaande Md bedoelde eindproducten te koopen, anders dan voor eigen nornaal gebruik. 3. Het is den leden, behoudens vooraf verkregen toestemming van den directeur van het R. D. K., verboden andere gerst te pellen dan die, welke hun door de Vereeniging ter beschikking is gesteld, en andere dan uitsluitend van die gerst afkomstige eindproducten af te leveren. 4. Het is den leden verboden den tot veevoeder te vermalen afval der pelling te vermengen met andere, dan van de in het lste lid bedoelde gerst afkomstige producten. Artikel 2.' 1. Het bestuur levert de te'zijner beschikking gestelde gort slechts af op volgbrief op de Vereeniging, af te geven door den Directeur van het R. D. K. en voorts overeenkomstig de door dit kantoor te geven aanwijzingen. 2. In dezen volgbrief zal de prijs zijn genoemd, welke aan den ontvanger der gort wordt berekend door de Vereeniging. 3. De volgbrieven zijn op naam gesteld en niet voor overdracht vatbaar. 4. Het bestuur kan verlangen, dat door den afnemer het verschuldigde bedrag vóór de aflevering aan de vereeniging wordt voldaan. Artikel 3. 1. Het verzoek tot afgifte van een volgbrief kan tot den Directeur van het R. D. K. worden gericht, zoowel door gemeentebesturen als door grossiers, aan wie door winkeliers bestelkaarten, als bedoeld in art. 2, lste lid, zijn gezonden. 2. De Directeur van het R. D. K. geeft zooveel mogelijk gevolg aan verzoeken, bij inzending van den volgbrief gedaan, ten aanzien van de levering. 303 N°. 313. Artikel 4. Volgbrieven zullen ten verzoeke van grossiers alleen worden afgegeven voor zoover deze als zoodanig bij het R. D. K. zijn ingeschreven. Artikel 5. 1. Het verzoek tot inschrijving als grossier wordt gericht tot en daarop wordt beslist door den Directeur van het R. D. K. 2. De inschrijving heeft niet plaats alvorens de grossier eene zekerheid heeft gesteld waarvan het bedrag wordt bepaald door den Directeur van het E. D. K. en de grossier eene verklaring heeft onderteekend, waarin hij bij niet-naleving deiop hem rustende verplichtingen, den Directeur van het R. D. K. bevoegd verklaart: 1°. die zekerheid geheel of gedeeltelijk verbeurd te verklaren ten behoeve van 'sRijks schatkist; 2°. zijne inschrijving als grossier te schorsen of te royeeren, een en ander onverminderd de straffen, welke de Distributiewet 1916 op overtreding van distributieregelingen en -bepalingen stélt. 3. Voor zoover door den grossier reeds eene zekerheid werd gesteld ingevolge de distributieregeling van een ander Regeeringsgoed, is de Directeur van het R. D. K. bevoegd: hetzij den grossier te ontslaan van de verplichting tot het stellen van eene zekerheid ingevolge het voorgaande lid van dit artikel, hetzij te volstaan met de reeds gestelde zekerheid tot een door den Directeur te bepalen bedrag te doen aanvullen, mits de grossier eene verklaring als in het voorgaande lid bedoeld onderteekent, waardoor de reeds door hem gestelde zekerheid, resp. de door hem aangevulde zekerheid, mede verbonden wordt voor de nakoming zijner verplichtingen ingevolge de onderwerpelijke distributieregeling. Artikel 6. 1. De Directeur van het R. D. K. kan een grossier op diens verzoek een volgbrief afgegeven, ten einde hem te voorzien van een voorraad gort, voor hoogstens ééne maand. 2. Volgbrieven tot aanvulling van. dezen voorraad zullen door den Directeur van het R. D. K.- eerst kunnen worden verstrekt, nadat de grossier aan het R. D. K. bestelkaarten zal hebben ingezonden als voorgeschreven in art. 7, 2de lid, tot een totaal van minstens 80 pet. van den hem verstrekten voorraad. N°. 313. 304 Artikel 7. 1. De grossier levert gort uitsluitend at' aan winkeliers en niet dan op bestelkaarten, voorzien van een bewijs van goedkeuring van het Bestuur der gemeente, waar de winkelier is gedomicilieerd. 2. De grossier zendt de bestelkaart uiterlijk binnen 8 dagen na uitvoering der desbetreffende bestelling aan het R. D. K. 3 De grossier, die eene hem opgedragen bestelling niet wenscht uit te voeren, zendt de bestelkaart onmiddellijk terug aan den winkelier. 4 Het is den winkelier verboden grooteren voorraad te bestellen dan voor 3 weken.' Artikel 8. 1 De winkeliers leveren de gort uitsluitend af aan verbruikers. 2 Onverminderd de straffen, welke de Distributiewet 1916 stelt op overtreding van distributieregelingen en -bepalingen kan een winkelier, door den Directeur van het R. D. K. worden uitgesloten tijdelijk of voor goed van de verkrijging ten verkoop van gort. 3 Het is verboden een overeenkomstig het voorgaande lid uitgesloten winkelier gort ten verkoop te leveren. Artikel 9. 1 Het is den fabrikanten, grossiers en winkeliers verboden, in meer dan ééne dier hoedanigheden handel te drijven in gort, 2 Van het verbod in het voorgaande lid gesteld, kan op voordracht van den burgemeester der gemeente, waar belanghebbende is gedomicilieerd, dispensatie worden verleend dooiden Directeur van het R. D. K. Deze dispensatie kan, ter Verzekering eener goede contröle, aan bepaalde voorwaarden wordeq verbonden. 3 Onder geen voorwaarde kan een peller tevens als winkelier optreden. Artikel 10. De winkeliers zijn verplicht om op eene voor den kooper duidelijk zichtbare wijze de geldende maximumprijslijst, voor, zoover betreft gort, die zij verkoopen of voorhanden hebben, op te hangen. Artikel 11. Leden der. vereeniging, grossiers en winkeliers, zijn verplicht hem, die daartoe door den Minister is gemachtigd, in hunne. 305 Nos. 313—314. bedrijven en zaken toe te laten, boeken- en voorradencontröle op eerste aanvrage toe te staan en voor zoover noodig daarbij behulpzaam te zijn. Artikel 12. Van alle beslissingen, ingevolge deze regeling opgedragen aan den Directeur van het R. D. K. staat beroep open op den Minister. Artikel 13. Ten aanzien van verzoeken tot en opgaven overeenkomstig deze regeling te verstrekken aan het R. D. K. of zijn Directeur, de Vereeniging en zijn Bestuur, is de Directeur van het R. D. K. resp. het Bestuur, bevoegd modellen vast te stellen waarvan het nauwkeuMg volgen verplicht is. 's Gravenhage, 4 December 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 314. De Minister van Landbouw, Nijverheid en 'Handel heeft goedgevonden: krachtens art. 8 der Distributiewet 1916 vast te stellen de hierna volgende distributieregeling voor zeep. Artikel 1. 1. De leden der Vereeniging van fabrikanten van zachte zeep (na te noemen de Vereeniging) stellen ter beschikking van het Bestuur dier Vereeniging zeep, waaronder in deze regeling wordt verstaan zachte zeep,-'groene of gele eerste soort, met een minimum yetzuurgehalte van 39 pet., welke overigens voldoet aan de daaraan door den Directeur van het Rijks Centraal Administratie Kantoor voor de distributie van levensmiddelen (na te noemen R. D. K.) te stellen eischen. 2. Het is den leden verboden zeep te koopen anders dan voor eigen normaal gebruik. Artikel 2. 1. Het Bestuur levert de te zijner beschikking gestelde zeep slechts af op volgbrief op de Vereeniging, af te geven door den 20 m 314. 306 Directeur van het R. D. K. en voorts overeenkomstig de door dit kantoor te geven aanwijzingen. 2. In dezen volgbrief zal de prijs zijn genoemd, welke aan den ontvanger der zeep wordt berekend door de Vereeniging. 3. De volgbrieven zijn op naam gesteld en niet voor overdracht vatbaar. 4. Het Bestuur kan verlangen, dat door den afnemer het verschuldigde bedrag vóór de aflevering aan de Vereeniging wordt voldaan. Artikel 3. 1. Het verzoek tot afgifte van een volgbrief kan tot den Directeur van het R. D. K. worden gericht, zoowel door gemeentebesturen als door grossiers, aan wie door winkeliers bestelkaarten als bedoeld in art. 7, lste lid zijn gezonden. 2. De Directeur van het R. D. K. geeft zooveel mogelijk gevolg aan verzoeken bij inzending van den volgbrief gedaan ten aanzien van de levering. Artikel 4. Volgbrieven zullen ten verzoeke van grossiers alleen worden afgegeven voor zoover deze als'zoodanig bij het R, D. K. zijn ingeschreven. Artikel 5. 1. Het verzoek tot inschrijving als grossier wordt gericht tot en daarop wordt beslist door den Directeur van het R. D. K. 2. De inschrijving heeft niet plaats alvorens de grossier eene zekerheid heeft gesteld waarvan het bedrag wordt bepaald door den Directeur van het R. D. K. en de grossier eene verklaring heeft onderteekend, waarin hij bij niet-naleving der op hem rustende verplichtingen den Directeur van het R. D. K. bevoegd verklaart: 1°. die zekerheid geheel of gedeeltelijk verbeurd te verklaren ten behoeve van 's Rijks Schatkist; 2°. zijne inschrijving als grossier te royeeren of te schorsen, een en andër onverminderd de straffen welke de Distributiewet 1916 op overtreding van distributieregelingen en bepalingen stelt. 3. Voor zoover door den grossier reeds eene zekerheid werd gesteld ingevolge de distributieregeling van een and er Regeeringsgoed is de Directeur van het R. D. K. bevoegd: 307 No. 314. hetzij den grossier te ontslaan van de verplichting tot het stellen van eene zekerheid ingevolge het voorgaande lid van dit artikel, hetzij te volstaan met de reeds gestelde zekerheid tot een door den Directeur te bepalen bedrag te doen aanvullen, mits de grossier eene verklaring als in het voorgaande, lid bedoeld onderteekent, waardoor de reeds door hem gestelde zekerheid, resp. de door hem aangevulde zekerheid, mede verbonden wordt voor de nakoming zijner verplichtingen ingevolge de onderwerpelijke distributieregeling. Artikel 6. 1. De Directeur van het R. D. K. kan een grossier op diens verzoek een volgbrief afgeven teneinde hem te voorzien van een voorraad zeep, voor hoogstens twee weken. 2. Volgbrieven tot aanvulling van dezen voorraad zullen door den Directeur van het E. D. K. eerst kunnen worden verstrekt, nadat de grossier aan het R. D. K. bestelkaarten zal hebben ingezonden als voorgeschreven in art. 7, 2e lid, tot een totaal van minstens 80 °/0 van den hem verstrekten voorraad. Artikel 7. 1. De grossier levert zeep uitsluitend af aan winkeliers en niet dan op bestelkaarten, voorzien van een bewijs van goedkeuring van het Bestuur der gemeente, waar de winkelier is gedomicilieerd. 2. De grossier zendt deze bestelkaart uiterlijk binnen 8 dagen na uitvoering der desbetreffende bestelling aan het R. D. K. 3. De grossier, die eene hem opgedragen bestelling niet wenscht uit te voeren, zendt de bestelkaart onmiddellijk terug aan den winkelier. 4. Het is den winkelier verboden grooteren voorraad te bestellen dan voor twee weken. Artikel 8. 1. De winkeliers leveren zeep uitsluitend af aan verbruikers. 2. Onverminderd de straffen, welke de Distributiewet 1916 stelt op overtreding van distributieregelingen en -bepalingen, kan een winkelier door den Directeur van het R. D. K. worden uitgesloten voor tijdelijk of voorgoed van de verkrijging -ten verkoop van zeep. 3. Het is verboden een overeenkomstig het voorgaande lid uitgesloten winkelier zeep ten verkoop te leveren. N°. 314. 308 Artikel 9. 1. Het is den fabrikanten, grossiers en winkeliers verboden in meer dan ééne dier hoedanigheden handel in zeep te drijven. 2. -Van het verbod in het voorgaande lid gesteld kan op voordracht van den burgemeester van de gemeente, waar belanghebbende is gedomicilieerd, dispensatie worden verleend door den Directeur van het R. D. K. Deze dispensatie kan ter verzekering eener goede contröle aan bepaalde voorwaarden worden verbonden. 3. Onder geen voorwaarde kan een fabrikant tevens als winkelier optreden. Artikel 10. ~ De winkeliers zijn verplicht om op eene voor den kooper duidelijk zichtbare wijze de geldende maximumprijslijst, voorzoover betreft Regeeringszeep, die zij verkoopen of voorhanden hebben, op te hangen. Artikel 11. Fabrikanten, grossiers en winkeliers zijn verplicht hem, die daartoe door den Minister is gemachtigd, in hunne bedrijven en zaken toe te laten, boeken- en voorradencontröle op eerste aanvrage toe te staan en voor zoover noodig, daarbij behulpzaam te zijn. Artikel 12. Het is verboden, behoudens toestemming van den Minister, andere zachte zeep te fabriceeren, in den handel te brengen en ten verkoop in voorraad te hebben dan de zachte zeep in art. 1, lste lid', nader omschreven. Artikel 13. Van alle beslissingen, ingevolge deze regeling opgedragen aan den Directeur van het R. D. K., staat beroep open op den Minister. Artikel 14. Ten aanzien van de verzoeken tot en de opgave overeenkomstig deze regeling te verstrekken aan het R. D. K, of zijn Directeur, en aan-de vereeniging of zijn Bestuur, is de Directeurvan het R. D. K. resp. het Bestuur bevoegd modellen vast te. stellen-, waarvan het nauwkeurig volgen verplicht is. 's Gravenhage, 4 December 1916. De Minister voornoemd.. Posthuma. 309 N«. 315—316. N°. 315. N°. 6650/6. Rijksburau voor , _ , ime , . ., ,. s Gravenhage, 2 December 1916. de distributie van graan en meel. Ingevolge artikel 9, eerste lid, der Distributiewet 1916 heb ik de eer Uwe medewerking in te roepen ten einde mij de blijkens ingesloten formulier vereischte opgaven te doen verstrekken door allen, die als detaillist in Uwe gemeente voor hun beroep of bedrijf meel of bloem behoeven; in de allereerste plaats komen daarvoor in aanmerking: a. de bakkers, banketbakkers, koek- en beschuitfabrikanten; b. de kruideniers en grutters. Een aantal formulieren gaat te Uwer bediening hierbij -); meerdere exemplaren zijn op Uwe aanvrage bij de Landsdrukkerij verkrijgbaar. De ingevulde formulieren worden gaarne uiterlijk 20 December bij mijn Departement ingewacht. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 316. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikkingen van 9 September 1916, afdeeling Handel, n°. 72235, houdende aanwijzing van artikelen, overeenkomstig art. 1 der Distributiewet 1916, en van 30 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24742, 6de afdeeling B, van 21 October 1916, Directie van den Landbouw, litt. A, 6de afdeeling B, van 28 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 28053, 6de afdeeling B, houdende bepalingen omtrent het vervoer, het verwerken en de distributie van aardappelen; (Zie verder blz. 312.) i) Die formulier is op pag. 310 en 311 opgenomen. MINISTERIE VAN LANDBOUW, NIJVERHEID EN HANDEL. Prorincie: Gemeente: Aangifte Tan verbrnlk en voorraad Tan Tarwebloem. Tarwemeel, Roggebloem en Roggemeel, Ingevolge art. 9 der Distributiewet 1916. Ondergeteekende .■ van beroep '. : : v. : ...:..r bedrijf uitoefenende te (gemeente) ...',.* straat, wijk en huisnummer Provincie „ verklaart hierdoor dat hy in de week van 10 tot en 16 December heeft noodig gehad voor de uitoefening van zijn bovengenoemd bedrijf de onderstaande hoeveelheden Bloem Meel. AAN&U1TE VERBRUIK. Tarwebloem. Tarwemeel. Roggebloem. Roggemeel. Opgave van de bakkers, enz. BB »*,66«i.. TOELICHTINGEN Benaming van de bakwaren. (gebuild) i) (ongebuild) . (gebuild) (ongebuild) Kilogram. Kilogram. Kilogram. Kilogram. a. Witbrood (groot en klein i) Inlandsche en Ame- to zamen) — — 1—I 1 1—I j 1 1— 1 [— [—I— rikaansche Tarwebloem _ . . . te zamen op te geven. Bruinbrood -, .. _ II i_ ; J i J) Bakkers die bloem Roggebrood _!_ | l_ of meel in 't klein verkoopen moeten de hoeBeschuit —I— I veelheid hiervan ook onder 6 invullen. Banket (gebakjes, taarten, koekjes enz.) _!_!_ _LJ :l 3) Hier in te vullen in welke veemen, pak- : Koek (ontbijtkoek) enz.. . J_J II I ; _ huizen, enz, de bloem is opgeslagen. Biscuit _ _ •_■ _ _! _ ^ J I _!_;_ _ Scheepsbeschuit j I |_ » Opgave van grutters enz.. >. Verkoop in het klein -) . . !_J TOTAAL — — '——j— L. ——— ! I i I I 1 M I I I i I Herleid tot balen a 50 Kgr. . " ~ —■u— — f -^,,--< AANGIFTE VAN VOORRAAD. I Tarwebloem balen a 50 Kgr. I Voorraad op Zondagmiddag 12 uur. J Tarwemeel Roggebloem Rogge en _ , , , balen a 50 Kgr. balen ii 50 Kgr. roggemeel. Inlandsen. Amerikaansch. 6 | I Kilogram. 0 Dcc. 1916. In pand waar bodrijf wordt uitgeoefend . . I..', I Op andere plaatsen als: veemen, pakhuizen, enz. . . . I' : ].... I' ' ' To^i.... |ZZZÏ1 :.:..[,: ..[ [: 7 Dcc. 1916. In pand waar bedrijf wordt uitgeoefend . . ! I .V...;.....,..: I p andere plaatsen als: veemen, pakhuizen, enz Totaal .... f ; -„L \ , I v Art. H der Distributiewet 1916 luidt: 1. Hij, die aan een schriftelijke vordering, als bedoeld bij artikel Aldus naar waarheid opgemaakt. 9, opzettelijk niet voldoet of die op zoodanige vordering opzettelijk eea onjuiste opgave doet, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten den 1916 hoogste een jaar of geldboete van ten hoogste tien duizend gulden. 2. Indien het niet — voldoen — aan de vordering of het doen van niankteeheninrh eene onjuiste opgave aau schuld is te wflten, wordt hechtenis van ten hoogste zes maanden of geldboete van ten hoogste zes duizend gulden opgelegd. 8. De goederen, met betrekking tot welke het feit is gepleegd, kunnen, voor zoover zy den schuldige toebehooren, met hunne verpakking worden verbeurd verklaard. ?.- ■ • -.»" M. Cl O cc o OS N08. 316—317. 312 Gezien art. 8 van genoemde wet; Heeft goedgevonden te bepalen; i. sub A der beschikking dd. 30 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24742,J) 6de afdeeling B, alsmede de beschikkingen van 21 October 1916, Directie van dén Landbouw, litt. A, 6de afdeeling B, *) en van 28 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 28653, 6de afdeeling B,J) worden ingetrokken ; H. de aflevering en het vervoer van kleiaardappelen zijn verboden; IH. het sub II bepaalde is niet van toepassing; a. op de aflevering of het vervoer van kleiaardappelen binnen de grenzen der gemeente, waarin zij zich bij de afkondiging dezer beschikking bevinden; b. op de aflevering of het vervoer van partijen kleiaardappelen, gedekt door een vervoerbewijs, afgegeven door de Rijkscommissie van Toezicht op de Aardappelvereeniging. 's Gravenhage, 5 December 1916. Voor den Minister," De Secretaris-Generaal, t Versteeg. N°. 317. De kunstmestcommissie maakt bekend: dat een aanvang zal worden gemaakt met de tweede distributie der bestelde superfosfaat, ten behoeve van de bemesting voor den oogst 1916/17 en wel tot eene hoeveelheid van 30 pet. van iedere door haar goedgekeurde aanvrage; dat het iu het belang van een vlug verloop dezer distributie noodig is, dat de provinciën Noordholland, Zuidholland, Zeeland en Groningen in de eerste plaats moeten afnemen vóór half Januari a.s., terwijl de overige provinciën vervroegde levering mogen vragen, doch eveneens vóór een bepaalden datum de volle 30 pet. moeten afgenomen hebben (vermoedelijk 28 Februari a.s.); i) Zie n»s. 94, 151 en 173. 313 Nos. 317—318. dat de prijs, door bestellers voor deze ter beschikking komende hoeveelheid te betalen, blijft vastgesteld voor superfosfaat 17 pet. op f 9,70 per 100 K.G-., bruto voor netto, in zakken, af fabrieksterrein (stuwloon voor rekening der ontvangers); . dat deze prijs slechts verhoogd mag worden door werkelijk betaalde vervoerkosten, daar alle provisiën en verhoogingen in dezen prijs zijn begrepen; dat de monstername zal geschieden door de commissie aan de fabriek bij aflevering, terwijl de aldus genomen monsters zullen worden onderzocht door het Rijkslandbouwproefstation te Maastricht; dat de uitkomst van de analyse van het monster eener partij bindend zal zijn ten aanzien van het gehalte van de daaruit aan de bestellers af te leveren hoeveelheden; dat de commissie door middel van eene briefkaart aan iederen besteller kennis zal geven van de beschikbaarstelling der voor hem bestemde hoeveelheid. N°. 318. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt bekend, dat granen en veevoederartikelen, die in de maand December worden toegewezen, tegen de volgende prijzen dooide Regeering zuilen worden toegewezen: (herplaatst in Staatscourant n°. 290) Mixed ) La Plata \ maïs • • • ■ f 16,75 per 100 K.G. Voertarwe 16,75 „ 100 „ Voergerst 16,75 „ 100 „ Voerhaver 19,— n ioo „ Boonen 21,— „ 100 „ Amerikaansche lijnkoeken . 200,— „ 1000 „ basis onbepaalde merken van La Platazaad geslagen bepaalde merken en soorten, ook schilfers naar de gewone verhouding. Al deze artikelen te leveren vrijboord opslagplaats der Regeering. Lijnmeél f 21,76 per 100 K.G. inclusief baal, bruto voor netto af fabriek; samengestelde koeken f 19,35 per 100 K.G. netto af fabriek zonder verpakking; NoS. 318—319. 314 .zemelen ) _„ 'i&'JL „ f 17,50 per 100 K.G.; grind l gries f 22 per 100 K.G'., te leveren in balen en waarvoorden koopers berekend wordt f 1,50 per 100 K.G., zoodat de prijs wordt: zemelen j , „,,' „ „ f 19 per 100 K.G.; grind ^ gries f 23,50 per 100 K.G.; inclusief baal, netto-ge wicht,» af fabriek of opslagplaats deiprovinciale broodcommissie; gerstafval f 22 per 100 K.G.; haverafval f 17,50 per 100 K.G.; franco laatste spoorwegstation of veer, inclusief baal, bruto voor netto. 's Gravenhage, 8 December 1916.. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 319. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op de artt. 7, 10 en 12 van zijne beschikking van 25 April 1916 (Nederlandsche Staatscourant van 25 April 1916, n°. 97), houdende regeling Van den uitvoer van varkensvleesch; Heeft goedgevonden te bepalen: het in art. 10 van voornoemde beschikking bedoelde gewichtspercentage zal voor. het tijdvak loopende tot 25 December 1916 bedragen voor varkenvleesch 100. De in art. 12 bedoelde af koopprijs zal gedurende de periode eindigende 25 December a. s., bedragen 40 cent per K.G. 's Gravenhage, 9 December 1916. De Minister voornoemd, ' Posthuma. 815 Nos. 320—321. X°. 320. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien het Koninklijk besluit van 29 November 1916 {Staatsblad n°. 520), houdende wijziging van het verbod van uitvoer van zuurkool en van alle groenten in gezouten of gedroogden toestand of op andere wijze verduurzaamd, welke in verschen tóestand niet mogen worden uitgevoerd. Heeft goedgevonden te bepalen: aan exporteurs van verduurzaamde groenten, ingeschreven bij' de Rijkscommissie van Toezicht op de Vereeniging Groenten-Centrale kunnen door genoemde Rijkscommissie uitvoerconsenten worden afgegeven voor bepaalde partijen gezouten gedroogde, of op andere wijze verduurzaamde groenten, waarvan de uitvoer in verschen toestand niet verboden is. 's Gravenhage, 9 December 1916. Voor den Minister, Dt Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 321. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te bepalen, dat gedurénde de week van 10 tot 17 December 1916 voor 35 pet. der boterproductie certificaten van uitvoer zullen worden verleend en 65 pet. voor het binnenlandsch verbruik zal moeten worden beschikbaar.gesteld, alsmede, dat de bewijzen van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven door de Rijkscommissie van toezicht op de Botervereeniging, op grond van die certificaten, zullen gelden tot Dinsdag 26 December a. s., des voormiddags 12 uur. 's Gravenhage, 9 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N<*. 322_323. 316 N0.. 322. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt, ingevolge zijne circulaire van 25 Augustus 1916, n°. 23651/Söis,1) bekend, dat van Maandag 11 December e. k. tot en met Zaterdag 16 December d.a.v. de prijs van maïs, uitsluitend bestemd om aan gemeentebesturen te worden verstrekt voor ruiling tegen rogge van den oogst 1916, bedraagt voor alle soorten f 235 per last. van 2000 K.G. of f 8,225 per 70 K.G., zoowel te Rotterdam als te Amsterdam te ontvangen. 's Gravenhage, 9 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 323. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 14 October 1915, Directie van den Landbouw, n°. 25872, 2de afdeeling, bureau A, laatselijk gewijzigd bij zijne beschikking van 24 November 1915, Directie van den Landbouw, n°. 28895, 2de afdeeling, bureau A; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat voor iedere hoeveelheid van 100 volversche kipeieren, waarvoor ingevolge art. 3, sub 2, en art. 4, sub 2, zijner voormelde gewijzigde beschikking consent tot uitvoer wordt afgegeven, voor de dagen 10 tot en met 16 December 1916 eene hoeveelheid van 150 volversche kipeieren beschikbaar moet worden gesteld, overeenkomstig het bepaalde in voormelde artikelen; 2°. dat andere eiersoorten niet beschikbaar behoeven te worden gesteld voor binnenlandsch verbruik; '3°. dat, in afwijking zijner bovengenoemde gewijzigde beschikking, van elke 150 eieren, welke voor de sub 1°. genoemde dagen beschikbaar moeten worden gesteld, zoo noodig, ter beoordeeling van de Rijkscommissie van Toezicht op de Eiervereeniging, ten hoogste 75 moeten worden geleverd tegen een prijs van f 12,80 per 100 stuks voor de levering aan de i) Zie n». 8 blz. 18. 317 N°s. 323—325. gemeentebesturen, welke eieren zullen worden gedistribueerd overeenkomstig de bepalingen, vastgesteld door het RijksCentraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 9 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Veksteeg. N°. 324. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Gezien zijne beschikkingen van 22 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 23002, 6de afdeeling B, en van 23 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24085, 6de afdeeling B, houdende bepalingen omtrent den uitvoer van appelen en peren; (zie nos. 75 en 84) Heeft goedgevonden te bepalen: met ingang van 11 December 1916 zullen geen consenten tot uitvoer van tafelperen meer worden uitgereikt, met uitzondering van die partijen tafelperen, die bij de afkondiging dezer beschikking van eene geldige veilingsverklaring, ten bewijze dat zij voor het buitenland geveild zijn, zijn voorzien. Na 15 December zullen in het geheel geen consenten voor den uitvoer, van peren meer worden uitgereikt. 's Gravenhage, 9 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 325. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 28 Juni 1916, Directie van den Landbouw, n°. 16954, 6de afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van groenten; Nos. 325—327. 318 Heeft goedgevonden te bepalen: van de hoeveelheden kropsla, die op de ingeschreven veilingen worden aangevoerd, behoeft tot nadere beschikking niet voor het binnenland te worden geveild. 's Gravenhage, 11 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, sfe^f5* Versteeg. N°. 326. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft, in afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking dd. 25 Augustus jl., n°. 63164,]) Afdeeling Handel, goedgevonden te bepalen, dat de maximum turfprijzen in den kleinhandel in de gemeente Groningen, ingevolge artt. 2 en 8 der Distributiewet 1916, als volgt zullen worden vastgesteld: (lste soort f 0,70 per 100 stuks 1. Baggelaar ' ]2de ' „ 0,60 „ „ „ (3de „ 0,55 „ „ „ 11ste „ .0,80 „ „ . „ 2. Greinmank blauwe turf < 2de „ 0,75 „ „ „\ (3de „ 0,70 „ „ -„ ï Dikke zwarte turf f 1,25 per 100 stuks, 's Gravenhage, 11 December 1916. Voor den Minister, De :Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 327. ' De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien artikel 6 der Distriburiewet 1916: i) Zie n». 7, blz. 12 t/m 17. 319 Nos. 327—329. Heeft goedgevonden te bepalen: dat tot nader vast te stellen datum in de gemeente Nijmegen geen volle melk mag woiden gebruikt bij de bereiding van brood. 's Gravenhage, 12 December 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 328. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden : a. krachtens art. 2 der Distributiewet 1916 vast te stellen voor spiering een maximum (/roóihahdelprijs van 16 cents per K.G. en een maximum fctówhandelprijs van 22 cent perK.G.: b. krachtens art. 3, eerste lid, der Distributiewet 1916, den maximum inkoopprijs van spiering voor de gemeenten vast te stellen op 16 cents per K.G. 's Gravenhage, 12 December 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 329. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking dd. 28 September jl., n°. 76917, afdeeling Handel, ingevolge art. 2 der Distributiewet 1916, den maximumprijs voor versch spek in de gemeente Heerewaarden vast te stellen op f 0,46 per Vs K.G. 's Gravenhage, 12 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. Nos. 330—331. 320 N°. 330. De Minister van,Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 28 Juni 1916, Directie van den Landbouw, n°. 16954, 6de afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van diverse soorten groenten; Heeft goedgevonden te bepalen: aan de lijst van stations, bedoeld in bovenvermelde beschikking, waar inlading van groenten onder ambtelijk toezicht kan geschieden, worden toegevoegd: Schiedam, Vlissingen en Gennep. 's Gravenhage, 12 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 331. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel doet in verband met de tijdsomstandigheden een ernstig beroep op, de Nederlandsche landbouwers om het bouwplan voor het volgend oogstjaar zoodanig te regelen, dat het grootst mogelijke deel der productie voor de voeding van de Nederlandsche bevolking en van den veestapel gebruikt kan worden. In verband hiermede is het wenschelijk, dat de ruimst mogelijke uitbreiding gegeven wordt aan den verbouw van die voedingsgewassen — met name granen en peulvruchten — waarvan in normale omstandigheden de productie kleiner is dan de comsumtie. De teelt dezer gewassen, die wel is waar voor de voeding van groot belang zijn, maar waarvan de normale productie grooter is dan het verbruik, behoort te worden ingekrompen en in geenen deele behooren bedrijven, welke niet gewoon waren dergelijke gewassen te verbouwen, hiermede in deze tijdsomstandigheden te beginnen. In het bijzonder wordt hier gedacht aan de teelt van grove tuinbouwgewassen in landbouwbedrijven, waarin tot dusverre deze gewassen niet werden verbouwd. In de derde plaats moet zooveel als zulks bij een rationeel bouwplan kan worden doorgevoerd de teelt nagelaten worden van gewassen die vrijwel uitsluitend voor export verbouwd worden. 321 N°s. 331—332. De Minister deelt verder mede, dat hij de volgende maatregelen zal nemen ter ondersteuning van de hiervoor omschreven cultuurinrichting. In de eerste plaats zullen de voor binnenlandsch verbruik verbouwde gewassen zoo noodig zijnerzijds aangekocht worden tegen flinke prijzen. Voor de vaststelling dezer prijzen zal voor elk product eene commissie van advies benoemd worden, waarvan drie leden zullen worden aangewezen door de landbouworganisaties, en drie door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel. Deze commissie voor prijsbepaling zal' haar advies in de eerste pleats moeten baseeren op productiekosten. Voorts zullen zoodanige maatregelen genomen worden, dat de verbouw van geheel of gedeeltelijk voor export geteelde gewassen minder winsfgevend zal zijn dan de teelt van landbouwproducten voor binnenlandsch verbruik. De Minister is voornemens een beroep te doen op de medewerking van de landbouworganisaties om het landbouwbedrijf te sturen in de richting, die voor de voorziening in de Nederlandsche voedselbehoefte noodzakelijk is, en verwijst ten slotte naar zijne beschikking van 13 October 1916, 'Directie van den Landbouw, n°. 26151, 6de Afdeeling B (zie n°. 132 blz. 140). N°. 332. N°. 104818. Afdeeling Handel. 's Gravenhage, 12 December 1916. In verband met van verschillende gemeentebesturen ontvangen aanvragen, of bezwaar bestaat tegen het uitvaardigen van een verbod tot gebruik van melk bij het bakken van brood, heb ik de eer er, voor zooveel noodig, uwe aandacht óp te vestigen, dat een dergelijk locaal verbod tot bakken van melkbrood door den burgemeester of het gemeentebestuur krachtens de bepalingen der Distributiewet 1916 niet kan worden uitgevaardigd. Wel kan een zoodanig verbod ingevolge artikel 6 der genoemde wet door mij uitgevaardigd worden. Acht u een dergelijk verbod gewenscht voor uwe gemeente, dan ben ik bereid daartoe op uw voorstel over te gaan. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. 21 Nos. 333—334. 322 N°. 333. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden in te stellen eene Rijkscommissie van toezicht, als bedoeld in art. 6 der bij Koninklijk besluit van 11 December 1916 n°. 67 goedgekeurde statuten van de „Vlasvereeniging", gevestigd te Rotterdam, en tot leden dier commissie te benoemen de heeren: J. ter Laan, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, te Rotterdam; jhr. R. R. L. die Muralt, lid van de Tweede Kamer der StatenGeneraal, te 's Gravenhage, en J. J. Stieltjes, oud-hoofdingenieur, chef van den post-, telegraaf- en telephoondienst in Nederlandsch-Indië, te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 13 December 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 334. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien art. 8 van de Distributiewet 1916, Heeft goedgevonden: onder intrekking van zijne beschikkingen van 21 en 22 November j.1. respectievelijk n°. 97500 en 90501 Afd. Handel, vast te stellen de navolgende maximumprijzen voor handelsmaterialen in ijzer en staal. (Zie nos. 267 en 270). Vloei-ijzer, plat, rond en vierkant en balk en U-ijzer beneden 80 mM. hoogte . f 20.— per 100 K.G. Vloei-ijzer, L- en T „ 21.— „ Hoef-ijzer en wielbeslag „ 21.— „ Wei-ijzer, Duitsch „ 21.— ,. „ „ Hoef, W.'TJ. Nachrodt en P. L. H. Kroon . „ 22.50 „ Zweedsch P. P. S ., 32.— „ „ „ ' S. P „ 40.— „ Band-Ijzer, halfrond en ovaal-ijzer . . „ 22.— „ Duitsche platen onder 3 m.M. dikte . „ 24.— „ 323 No 224. Staalplaten 3 tot onder 5 m.M. . . . f 25. per 100 K.G „■ vlak en geruit 5 m.M. en dikker „ 22.50 Strippen 150 mM. en breeder, 8—30 mM dik 20 — Gegalvaniseerde staalplaten n°. 10 en dikker „ 36. » „ gegolfd n°. 20 ,, 44.— „ „ » 22 » 48.— „ „ ■ 24 „ 50.— „ „ ■ » 27-— n n ■ „ 39.50 „ „ n ■ « i3-~ ,i » ■ » 50-— n » „- . ,. 53 „ „ ' . .. 31.— .. o.— 44.— 34.— 18.— materialen gestelde „ bandijzer . . . Gepolijste staalplaten Nos. 14—16 „ 17—20 „ 21—26 » „ (houtskool) . Teerenstaal, Duitsch lste kwaliteit * „ üde 9.i :, Engelsche lste „ .■: „ 2de Balk- en U-ijzer 80 m.M. en hooger . De hierboven voor de verschillendp prijzen zijn grondprijzen, geldende voor de normale afmetingen, jiniuiw/n en iiuoveeiiitiuen. Prijsverhoogingen voor afwijkende maat, lengte, kwaliteit en geringe hoeveelheid mogen niet hooger worden berekend dan in de hierbij gevoegde lijst') van prijsverhoogingen n° 1 is aangegeven. Vorengenoemde prijzen en prijsverhoogingen gelden voor levering uit den voorraad, bij betaling op 3 maanden netto, franco vervoermiddel voor het leverend magazijn; bij afwijkende voorwaarden met bij- of afrekening van rente, als in den • handel gebruikelijk is, en eventueel van de transportkosten naar billijken maatstaf. Voor den tusschen- en kleinhandel verminderd met de gebruikelijke-reducties, die door den groothandel worden gegeven. 's Gravenhage, 11 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. j) Deze lijst is hieronder opgenomen. N°. 334. 324 LIJST VAN PRIJSVERHOOGINGEN H6. L (UITGEDRUKT IN GULDENS PER 100 K.G.) I. VLOEI-IJZER. 1. Prijsverhooging voor plat Ijzer. ' I I I I I ! , „i , £r BREEDTE. 1/2' 5/8* 3/4' 7/8" 1"—4" I4J"—5" oi"-6" Dik 3/16". . .. £2,50 f2,— f 1,25 f 1— f 0,50 f 1,25 I f 2,— 1/4" . . . 2— 1,501 1,— 0,75 — f 0,75 .1,25 „ 5/16" • • • 1,50 1,25 0,75 0,75 — 0,75 1,25 „ 3/8" ... I 1,25 " 1— 0,50 0,50 — 0,75 ■ „ 7/16" . . . J. — !— 0,50 0,50 i — 0,75 1/2" ... — 1,—j 0,50 0,50 \ — 0,75 _ ! - | - - ; H-4" - - Ij* ij» . — — | — —■ 0,75 0,75 1,25 2. Prijsverhoogingen voor rond en vierkant. j 3/16' 1/4» j 5/16" I 3/8» I 7/16» I 1/2' j 9/16» 2%—!» 41/8—5» 5V8-6i/4" rond f2,50 f 1,75 j f 1,25 f 1— f0,75 f 0,50 f 0,25 I f 0,50 ! f 1,— f 1,50 vierkant . . 3,60 2,75 2,25 1,50 1- 0,50 0,25 j 0,50 j 1,- j 1,50 Extra's voor zwaardere maten naar handelsgebruik. 3. Prijsverhoogingen voor betonijzer. 5 6 en 7 8 en 9 10 en 11 m.M. "f 1,75 f 1,25 1 0,75 f 0,50 4. Prijsverhoogingen voor halfrond en ovaal ijzer. BREEDTE. 1/2" 5/8" 3/4* | 7/8"—li" f 3_ f 2,— f 1,50 j f 1,25 325 N°. 334. 5. Prijsverhoogingen yoor klein U-ijzer. 30 X 33 mM. | : f 1,50 I, 40 X 20 mM. ! f 1,50 40 X 35 „ 1,— i 50 X 25 „ 1,— 50 X 38 „' 0,75 60 X 30 ,. 0,75 65 X 42 „ 0,50 75 X 45 „ 0,50 In voorraaclslengten van 10 meter, met ,eene verhooging van f 0,75 voor op aan te geven maat snijden. 6. Prijsverhoogingen voor hoekijzer. Gelijkzijdig. Rondhoekig. Scherphoekig. 13 X13 X 3 mM. . . I f 5,— 15 X 15 X 3 ,, : . 'f f 4.— 4,50 20 X 20 X 3 „ .- . 2,50 3,50 23 X 23 X 3 r". '• v J 3,50 25 X 25 X 3 „ . ■.. f 2,25 3,50 25 X 25 X 4 „ . . I 1,50 _ 30 X 30 X 3 „ . . — 3_ 30 X 30 X 4—6 „ . .' I 1,25 — 32 X 32 X 3 „ . ". f 3,- 35 X 35 X 4 ,, . . 1— -- 40X40X 3 "„' J — 2 — 40 X 40 X 4—6 „ . ". I 0,50 — Ongelijkzijdig. 80 X 20 X 3 mM. . ■ „ \ — 4 _ 45 X 30 X 4—5 „ . . I 1,50 50X40X 5 „ . . 0,75 — 60 X 30 X 5 „ . . 0,75 — 60 X 40 X 5 „ : .". . 0,75 _ Zwaardere maten. . . . 0,25 N". 334. 326 7. Prijsverhoogingen roor T4jzer. ■Gelijkzijdig. Ongelijkzijdig. 20 X 20 X 3 mM. • . \ f 3,50 j 60 X 30 X H mM. f 1,50 23X23X3 „ . . f 3,50 70X35X 6 ,, j ' 1,25 '25X25X31 „-'',... 8— 80X40X < O 1 — 30X30X4 „ . ■ . I 2,50 90X45X 8 „".f T— 35X35X4+ „ • • I- 2,— 100X50X 81 „' j 1,— 40 X 40 X 5 „' . . 1,50 1120X60 X 10 „ ]- 0,75 45X45X51 „ . . 1— Ü49X70X Hl r X 0.75 50 X 50 X 6 „ / • 0,75 60 X 60 X 7 „ en zwaarder .... I 0,50 | — — 8. Prijsverhoogingen voor Duitsch wel-ljzer, platte maten. Breedte i 3/8" 1/2" | 5/8" I 3/4" 7/8" 1"—4": U"—5" 51"—6" dik 3/16" f 3,60 If 3— f 2,50 jf 1,25 jf l,25jf 0,75 I —■ „ 1/4" 3— 2,50 2,— | 0,75 0,75 — f-0,75 | f' 1.,— „ 5/16" — 2,50 2,— 0,75 0,75: — 0,75 | 1,— „ 3/8" — 1,75 1,50! 0,75 j 0,75 j — 0;50 j 0,75 ,, 7/16" — — 1,50 0,75 j 0,75 — 0,50 ; 0,75 „ 1/2" — — I 1,50 0,75 0,75 — I 0,50 j 0,75 ;, 5/8" I — — — | — j — — j 0,50 j 0,75 ;; 3/4" . — — — _ _ 0,50 | 0,75 l l" — — — — — r— I . 0,50 0,75 „ H" — — — ■ — '• —.[ 0,50 0,75 1 — ,11" — — — — — 1,— | 1,25 I 1,75 „2" — — — I — — 2— '2,50 i II ! lil 9. Prysyerhoogingen voor Duitsch welójzer, rond en vierkant. 3/16" 1/4* j 5/16"! 3/8" 7/16" 1/2" | 9,16" 2|*—3*- 3è"—4" f 4— |f 3,—|f 2— |f 1,50 (f 1 — |f 0,50 jf 0,50 f 0,75 f 1,50 327 N°. 334. 10. Prijsverhoogingen Voor strippen. Breedte. Dikte. Prijs- verhoogingen. Boven 150—1250 m.M. 3 tot onder 6 m.M. f 1,50 „ 150—1250 ,, 6 „ „ . 8 „ 1,— 11. Prijsverhoogingen voor fixe lengten. Voor nauwkeurige of fixe lengten wordt de prijs per 100 K.G. stafijzer, genoemd in groep I, N°. 1—10, voor zoover niet met de koudzaag afgesneden, verhoogd: bij staven van meer dan 1000 m.M. lengte met f 1 — ner 100 K.G.; bij staven van meer dan 301—1000 m.M. lengte met f 1,50 per 100 K.G.; Is afsnijden met de koudzaag noodig, zoo bedragen de prijsverhoogingen voor nauwkeurige lengte: bij staven van meer dan 1000 m.M. lengte f 1,50 per 100 K.G.: » » „ „ •„ 351—1000 m.M. lengte f 2,— per 100 K.G. ' 1 Hierbij verkregen afval mag in rekening worden gebracht. 12. Prijsverhoogingen voor kwaliteit. Voor Siemens Martin kwaliteit wordt f 2— per 100 K.G. prijs verhooging in rekening gebracht. Voor de niet genoemde bijzondere kwaliteiten mag een prijsverhooging worden berekend naar handelsgebruik. ■ 18. Prijsverhoogingen voor kleine hoeveelheden. j ^-o2^ ^dragen voor de materialen genoemd onder groep Bij hoeveelheden van onder 500—250 K.G. f 0,30 per 100 K.G. >■ » „ 250—100 „ 0,50 „ 100 „ ;; ioo „ 0,75 „ ïoo „ Bemerking: De grondprijs is te verstaan voor levering der bovengenoemde materialen in gewone handelslengten. N°. 334. 328 II. ZWART BANDIJZER. Prij sverhoogingen. Dik N°. 1—10 12 j 14—16 I 17—18 I 20 Breedte. 1/2" f 5,— • f 5,— f -5,50 f 6,— f 6,75 5/8" 3,— 3,— 3,— 5,— 5,50 3/4" en 7/8". . 1,50 1,50 2 — 2,50 3,— 1" a 1|" . . . — 0,50 0,75 1,50 2,— lf" a 2" . .' — 0,50 0,75 j 1,50 3,— 2i — ' 0,50 0,75 | 2,50 3,50 2£ a 3" . . — 0,50 0,75 ! 2,50 — 3|" a 6" . . . I 0,75 | 1,50 j — — Prijsverhoogingen tooi' geringe hoeveelheden. Bi] hoeveelheden van minder dan 250 K.G. mag bij afmetingen van 1/2" tot 8" breedte, f0,75 per 100 K.G. extra in rekening worden gebracht. Bij levering van minder dan volle bossen wordt f 1,50 per 100 K.G. extra berekend. III. GEGALVANISEERD BANDIJZER. Pr y sverhoogingen. Breedte. Dikte. j vei-hoogmgen. 1/2"—3/4" N°. 5—11 f 3,75 „. 12 en 13 5,25 „ 14—16 6,75 • v 17 en 18 7,50 „ „ 19 en 20 9,— „ 21 10,50 5/8" ,, 21 12,— 3/4"—1" „ 5—11 1,50 „ 12 en 13 3,00 v „ 14—16 4,50 „ „17 en 18 5,25 „. „ 19 en 20 6,— „ 21 9,— 329 No. 334. Breedte. Dikte Prijs- verhoogingen. boven 1"—3i" N°. 5—11 f O, » „ • ,, 12 en 13 1,50 * ">* „ 14—16 3 — „ 17 en 18 - 3,75 „ 1"—H" „ 19 en 20 4,50 „ 21 6,75 li"—2%' „ 19 en 20 6,— „ 2|"—3i" - „ 18 en 19 6,— • „ 3i"—6" „ 5—11 2,25 i „" 12 èn 13 3,— „ 14—16 3,75 31"—51" „ 17 en 18 4,50 Prijsverhoogingen voor geringe hoeveelheden. Als voor zwart bandijzer vastgesteld. IV. DUITSCHE PLATEN (FEINBLECHE) en MIDDELBARE PLATEN (MITTELBLECHE). Nummer j L j Grootste afmetingen. Nummer I Overprijs Lernf6 ! B-W- G- 1 m"M' MTTTTT" °VerPrUS mSTin Lehre. ylak Lengte. Breedte. in pct. fc 10 11 1 2,75 | 4 M2. 4 M. 1.25M.! 0 8 11 12 2,50 * 5 3 12 13 I 2,25 ( - 3 M. 1.25M. 5 3 13 W 2- ) 5 3 14 15 I 1,75 1 5 3 15 16 | ' 1,50 j - 2.5M. 1-25M & g 16 17 1,375 | 10 5 17 18 I 1,25 - 1 M- io 5 18 19 1,125 ]6 5 19 20 1,- - 2.M. 1 M. 15 B 20 21 ! 0,875 \ 20 5 21 22 [ 0,75 25 5 22 23 0,625 K _ 2 M. 1 M. 30 5 23 24 0,562 i 35 5 24 25 j 0,500 ) 45 10 25 26 | 0,438 ) _ 1.60 M. 0.80 M. 60 10 26 28 j 0,375 j 75 10 ! L I 1 .1 N°. 334. 330 1. Extra verhooging voor Duitsche platen N°, 21B. W. en dunner. Voor de nummers 21 B. W. G. en dunner is de grondprijsmet 20 pet. te verhoogen. 2. Prijsverhoogingen grootere afmetingen. Bij overschrijding der bovenstaand aangegeven grootste afmetingen wordt extra in rekening gebracht. A. Bij platen n°. 10 D. L (n°. 11 B. W. G.) voor iedere aangevangen 0.10 M2. meer oppervlakte en ieder 50 m.M. meer breedte f 0,10 per 100 K.G. B. Bij platen n°. 11—26 D. L. (n". 12—23 B. W. G.) voor ieder aangevangen 100 m.M. meer lengte en 50 m.M. meer breedte: a. voor n°. 11 t/m 21 D. L. (n°. 12 t/m 22 B. W. G.) f 0,15 per 100 K.G.; b. voor n°. 22 D. L. (n°. 23 B. W. G.) f0,30 per 100 K.G. c. voor nos. 23 en 24 D.L. (nos. 24 en 25 B. W. G.) f0,40 per 100 K.G.; d. voor nos. 25 en 26 D.L. (nos. 26 en 28 B. W. G.) f 0,50 per 100 K.G. 3. Prijsverhoogingen voor geringe hoeveelheden. Voor hoeveelheden beneden 250 K.G. voor Duitsche platen n°. 21 D. L. fn°. 22 B. W. G.) en dunner en voor hoeveelheden beneden 500 K.G. voor platen n°. 20 D. L. (n,°. 21 B. W. G.) en dikker wordt f 1,— per 100 K.G. extra in rekening gebracht. De bovenstaande prijsverhoogingen voor Duitsche platen en middelbare platen zijn in deze volgorde te berekenen: 1°. de grondprijsverhooging van 20°/o voor de nummers 21 B. W. G. en dunner; 2°. de prijsverhoogingen voor grootere afmetingen; 3". de prijsverhoogingen voor geringe hoeveelheden; 4°. de nummerprijsverhoogingen; 5°. de prijsverhoogingen voor nauwkeurige (fixe) maat. 4. Prijsverhoogingen voor gestrekte platen. Deze bedraagt f 1,50 per 100 K.G. 331 N°. 334. V. STAALPLATEN, 5 m.M. en dikker. De grondprijs geldt voor volgende normale maten en gewichten Breedte en I , ' . , Dikte. diameter Oppervlakte; Gewicht [ tot m.M. I tot MS- | tot K:G; 5 tot onder 6 m.M. 1600 6 500 6 „ „ '7 „ 1700 7 600 7 „ „ 8 „ '- : : ; 1800 8 700 8 „ , 9 „ ' 1900 9 800 9 „ „ 10 „ . 2000 10 900 10^ „ , 15 „ 2200 12 1250 15 „ ., 25 „ I - 2400 ■ 15 2500 25 „ 40 „ 2700 20 3500 Prijsverhoogingen voor maat en gewicht. Bij overschrijding der vorengenoemde maten en gewichten worden volgende prijsverhoogingen berekend; n.1. bij overschrijding: a. der normale breedten resp. diameters voor elk der aangevangen 25 m.M ~' f l,— b. der normale oppervlakte voor elke aangevangen 0.1 M2. 0,75 c. van het normale gewicht ., „ „ 100 K.G. 1,— PrHsrerhoogingen voor geruite platen. Breedte. 5 m.M. en dikker, j 4 m.M. 1000 m.M. f 1,— f 2,— 1220 „ - I 1,50 • • 3,'— PrHsrerhoogingen voor geringe hoeveelheden. Als vastgesteld voor de Duitsche en middelbare platen. PrHsverhooglngen voor bijzondere kwaliteit. Naar handelsgebruik. VI. GEGALVANISEERDE PLATEN (vlakke). N°. 8—10 12—13 14—15 16 en 17 18—19 20 0 f 0,65 f 1,50 f 2,50 f 4,— f~5^ N°. 21 B.W.G. _ 22' 23 en 24 25 26 B.W.G. f9,— f 10,25 f 11,25 rïö\5Ö f 22,— Prijsverhoogingen voor geringe hoeveelheden. Als vast gesteld voor de Duitsche platen en middelbare platen. NoS. 384—885. 332 VII. GEPOLIJSTE PLATEN. Nummer-OverprHzen als in de lijst van maximum prijzen vastgesteld. Prijsverhoogingen voor geringe hoeveelheden. Als vastgesteld voor Duitsche en middelbare platen. VIII. BALK EN U-IJZER 80 ïn.M. en hooger. Profieloverprijs. Balkijzer in lengten van 1 tot 12 Meter. alle profielen van 80 t/m 304 m.M. . . . O. „ boven 304 t/m 400 m.M. . . . f 0,30 van 400 ■ „ '500 „ . . . 0.50 U-ijzer in lengten van 1 tot 10 Meter. alle profielen van 80 t/m 200 m.M 0,40 „ 200 „ 300 „ .... 0,55 Grey-I in lengten van 1 tot 12 Meter. Grey-I N°. 18 t/m 26.B %' 1,15 ' „ „27 „ 30 B '.. . 1.30 * „ 32 B , . ■. . . £ 1,50 Lengte prijsverhooging voor I—NP., U—NP. en Grey—I. ü—NP. boven 10 Meter..... -sp^jv . • ) I—NP. en Grey—I boven 12 Meter per Meter. f 0,40 I— en U—NP. en Grey—I van 1 M.—0.5 M. . ] Lengten beneden 0.5 Meter als gebruikelijk Levering op fixe lengte 0,30 Levering op gefraisde lengte 0,60 Voor elke hoeveelheid van minder dan 2000 K.G. in een profiel en lengte wordt 0,30 per 100 K.G. extra berekend, behalve voor de even profielnummers in I—NP. van 1—12 Meter en in TJ—NP. van 1—10 Meter en alle bovengenoemde Grey—I in lengte van 1—12 Meter. Andere prijsverhoogingen, hierboven niet voorzien, naar bestaand handelsgebruik. —f NP. 335. De Toewijzings-Commissie voor Veevoeder te 's Gravenhage heeft, na verhoor of behoorlijke oproeping, en gelet op art. Ibis 333 Nos. 335_337. van de ministerieele besluiten betreffende de beschikbaarstellingvan . veevoeder, uitgesloten om in de maand Januari 1917 aanvragen in te dienen: Frarjs Houben, te Heerlerheide (L.). Deze persoon mag derhalve in genoemde maand geen zoodanige aanvragen teekenen of indienen. Bestellingen van veehouders, voorkomende op aanvrage van dezen persoon, worden ter zijde gelegd. 's Gravenhage, 8 December 1916. De Toewijzings-Commissie voor Veevoeder, Mr. H. J. Rink, Secretaris. N°. 336. De Minister van Landbouw, Nijverheid .en Handel heeft in afwijking van zijne beschikking, dd. 28 September jl., n°. 76917,J) afdeeling Handel, goedgevonden te bepalen, dat de maximumprijs voor boter in den kleinhandel voor de gemeente Dinxperlo zal worden gesteld op f 1,87 per K.G. 's Gravenhage, 15 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Veksteeg. N°i 337. De Kunstmestcommissie maakt bekend: dat een aanvang zal worden gemaakt met de eerste distributie van den bestelden groentenmest ten behoeve van de bemesting voor den oogst 1916/17 en wel tot eene hoeveelheid van 50 pet. van iedere door haar goedgekeurde aanvrage; dat de prijs, door bestellers voor deze ter beschikking komende hoeveelheden te betalen, is vastgesteld op f 16,50 per 100 K.G. bruto voor netto, in zakken, vrij uit schaal aan het pakhuis der fabriek waar de aflevering plaats vindt; dat de aflevering zal geschieden.in zakken van 50 K.G. bruto; dat de prijs slechts verhoogd mag worden met de werkelijk betaalde vervoerkosten, daar alle provisiën en verhoogingen in • dezen prijs zijn inbegrepen; )) Zie n". 90, blz. 96 sub 13. ]N0S. 337—338. 334 dat een gehalte wordt gewaarborgd van 5 pet. stikstof, 6 pet. fosforzuur en 8 pet. kali; dat de monstername zal geschieden dooi de commissie aan de fabriek vóór de aflevering, terwijl de aldus genomen monsters zullen worden onderzocht aan het Rijkslandbouwproefstation te Maastricht; dat de uitkomst van de analyse van het monster eener partij bindend zal zijn ten aanzien van het gehalte van de daaruit aan de bestellers af te leveren hoeveelheden; dat de commissie door middel van eene brief kaart aan lederen besteller kennis zal geven van de beschikbaarstelling der voor liem bestemde hoeveelheden. N°. 338. N°. 102291. .... 7. , , 's Gravenhage, 15 December 1916. Afdeeling Handel. Ik heb de eer er Uwe aandacht op te vestigen, dat het bij verkoop van ingevolge artikel 1 der Distributiewet door mij aangewezen artikelen aan schippers en andere rondtrekkende personen, niet gevestigd in de gemeente, waar zij hunne inkoopen doen, noodig zal zijn, dat door de gemeente van inwoning aan de andere gemeente restitutie wordt verleend voor het bedrag aan kosten, dat uit de beschikbaarstelling van levensmiddelen voor die personen, ingevolge de Distributiewet, te haren laste zou komen. Aangezien er, naar mij gebleken is, onzekerheid bestaat aangaande den datum, met ingang waarvan de daartoe noodige verrekeningen zouden moeten aanvangen, deel ik U mede, dat het mij aanbevelenswaardig voorkomt, dat door alle gemeentebesturen als zoodanig wordt aangenomen 9 September j.1., zijnde de dag, waarop door mi] ingevolge artikel 1 der Distributiewet, de verschillende, voor distributie in aanmerking komende artikelen, zijn aangewezen. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 335 N°. 339—340. N°. 339. N°. 107426. Afdeeling Handel. . 's Gravenhage, 15 December 1916. Ten vervolge op mijne circulaire van 4 December jl. n°. 102088, afd. Handel (Zie n°, 314) heb ik de eer u mede te deelen, •dat, in verband met moeilijkheden in zake de verkrijging van •de benoodigde grondstoffen, met de beschikbaarstelling van Regeeringszeep niet, zooals in die circulaire is aangegeven, op 11 dezer is kunnen worden aangevangen. Het ligt thans in het voornemen, die beschikbaarstelling op 2 Januari a.s. een aanvang te doen nemen. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 340. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op het Koninklijk besluit van 24 October 1914 (Staatsblad n°. 506), houdende verbod tot uitvoer van paarden: Heeft goedgevonden te bepalen: Artikel 1. Aan de Paardenvereeniging wordt onder toezicht van eene Rijkscommissie, welke den naam Rijkscommissie van Toezicht op de Paardenvereeniging draagt, de uitvoering opgedragen van alle maatregelen welke in verband met bovenbedoeld uitvoerverbod zijn of zullen worden genomen. Artikel 2. Een ieder die, wanneer er gelegenheid is tot uitvoer van paarden, daarvan gebruik wil maken, zal zich daartoe bij gezegeld verzoekschrift moeten wenden tot de voornoemde Rijkscommissie, Buitenhof 42, te 's Gravenhage. Artikel 3. Consenten voor den uitvoer van paarden worden afgegeven door de Rijkscommissie, voornoemd, op door die commissie, N°s. 340. 336 behoudens goedkeuring van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, vast te stellen voorwaarden en tegen betaling der kosten voor afgifte van het consent, zijnde f 5 per uit te voeren paard. De consenten worden slechts uitgereikt aan personen en vereenigingen die voldoen aan de eischen, door de Rijkscommissie, voornoemd, onder goedkeuring van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel te stellen. Tot die eischen behoort het storten van eéne waarborgsom, ten aanzien waarvan belanghebbenden verklaren, dat de Rijkscommissie, voornoemd, de bevoegdheid zal bebben deze som geheel of gedeeltelijk verbeurd te verklaren bij niet nakoming van eene der in het lste lid van dit artikel bedoelde voorwaarden. Aan vreemdelingen kunnen geen consenten worden uitgereikt. Artikel 4. De Rijkscommissie van Toezicht, voornoemd, kan, indien haar dit noodzakelijk voorkomt, behoudens goedkeuring van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, de grensstations aanwijzen waarlangs de uitvoer van paarden kan plaats hebben. Artikel 5. Zij, die met een hun uitgereikt consent een paard of paarden trachten uit te voeren, waarvan de uitvoer verboden is, verliezen hun recht *op dat consent en worden gedurende ten minste drie maanden van het verkrijgen van vergunning tot uitvoer van paarden uitgesloten. Artikel 6. Alle geschillen uit deze regeling voortvloeiende worden in hoogste ressort onderworpen aan de uitspraak van drie scheidslieden, door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel aan te wijzen. Exporteurs, in die geschillen betrokken, ontvangen geen consenten, zoolang omtrent die geschillen geen uitspraak is gedaan. 's Gravenhage, 16 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 337 Nos. U1—U2. Np. 341. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 14 October 1915, Directie van den Landbouw, n°. 25373, 2de afdeeling, bureau A, laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 24 November 1915, Directie van den Landbouw, n°. 28895, 2de afdeeling, bureau A; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat voor iedere hoeveelheid van .100 volversche kipeieren, waarvoor ingevolge art. 3; süb 2, en art. 4, sub 2, zijner voormelde gewijzigde beschikking consent tot uitvoer wordt afgegeven, voor de dagen 17 tot en met 28 December 1916 eene hoeveelheid van 150 volversche kipeieren beschikbaar moet worden gesteld, overeenkomstig. het bepaalde in voormelde artikelen; 2°. dat andere eiersoorten niet beschikbaar behoeven te worden gesteld voor binnenlandsch verbruik; 3°. dat, in afwijking zijner bovengenoemde gewijzigde beschikking, van elke 150 eieren, welke voor de sub 1°. genoemde dagen beschikbaar moeten worden gesteld, zoo noodig, ter beoordeeling van de Rijkscommissie van Toezicht op de Eiervereeniging, ten hoogste 75 moeten worden geleverd tegen een PrUs van f 12,80 per 100 stuks voor de levering aan de gemeentetoesturen, welke eieren zullen worden gedistribueerd overeenkomstig de bepalingen vastgesteld door het Rijks- Centraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 16 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 342. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, onder intrekking zijner beschikking van 30 November 1916 n°. 98895,L) afdeeling Handel, te bepalen, dat met ingang van 16 December 1916 de maximumkleinhandelprijs van versche kipeieren, ingevolge art, 2 der Distributiewet 1916, l) Zie n". 301 blz. 288. Nos. 342—344. 338 zal bedragen 14 cent per stuk en dat voor kalkeieren, ingevolge art. 8 der gemelde wet de maximumgrossiersprijs zal bedragen 6 cent per stuk en de maximumkleïnhandelprijs 7 cent per stuk. 's Gravenhage, 16 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Veesteeg. N°. 343. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt, ingevolge zijne circulaire van 25 Augustus 1916, n°. 23651/Söis,x) bekend, dat van Maandag 18 December e. k. tot en met Zaterdag 23 December d. a. v. de prijs van maïs, uitsluitend bestemd om aan gemeentebesturen te worden verstrekt voor ruiling tegen rogge van den oogst 1916, bedraagt voor alle soorten f 235 per last van 2000 K.G. of f 8,22-5 per 70 K.G., zoowel te Rotterdam als te Amsterdam te ontvangen. 's Gravenhage, 16 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Veesteeg. N°. 344. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heèft goedgevonden te bepalen, dat gedurende de week van 17 tot 24 December 1916 voor 30 pet. der boterproductie certifiicaten van uitvoer zullen worden verleend en 70 pet. voor het binnenlandsch verbruik zal moeten worden beschikbaar gesteld, alsmede, dat de bewijzen van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven door de Rijkscommissie van toezicht op de Botervereeniging op grond van die certificaten, zullen gelden tot Dinsdag 2 Januari 1917, des voormiddags te 12 uur. 's Gravenhage, 16 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Veesteeg. i) Zie n°. 8 blz. 18. 339 N». 345—346. N°. 345. De Kunstmest-commissie maakt bekend: dat een aanvang zal worden gemaakt met de eerste distributie der bestelde Ammoniak Super, ten behoeve van de bemesting voor den oogst 1916/17 en wel tot eene hoeveelheid van 40 pet. van iedere door haar goedgekeurde aanvrage; dat de prijs, door bestellers voor deze ter beschikking komende hoeveelheid, te betalen, is vastgesteld op f 18 per 100 K.G-., bruto voor netto, in zakken, vrij uit schaal'aan het pakhuis der fabriek waar de aflevering plaats vindt; dat deze prijs slechts verhoogd mag worden met de werkelijk betaalde vervoerkosten, daar alle provisiën en verhoogingen in dezen prijs zijn begrepen; dat een gehalte wordt gewaarborgd van 7 pet. stikstof en 9 pet. fosforzuur; dat de monstername zal geschieden door de commissie aan de fabriek vóór aflevering, terwijl de aldus genomen monsters zullen worden onderzocht door het Rijkslandbouwproefstation te Maastricht; dat de uitkomst van de analyse van het monster eener partij bindend zal zijn ten aanzien van het gehalte van de daaruit aan de bestellers af te leveren hoeveelheden; dat elke zak door de commissie zal worden voorzien van eene blikplombe, voorzien van de initialen K. M. C.; dat de commissie door middel van eene briefkaart aan iederen toesteller kennis zal geven van de beschikbaarstelling der voor liem bestemde hoeveelheid. N°. 346. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; •Gezien art. 8, 3de lid, der Distributiewet 1916; Heeft goedgevonden: te bepalen, dat voor de gemeenten Wormerveer, Zaandam en N°. 346—347. 340 Koog aan de Zaan worden vastgesteld de navolgende maximumkleinhandelprijzen voor rundvleesch: Biefstuk W • f 1— Pei' Va Biefstukhaas ....... ï ^ 1,20 „. „ Bouilli • 0,70 „ „ ~ „ , Gehakt 0,70 „: „ Klapstuk 0,75 „ - Lappen _ 0,70 „ „ Ossehaas 1,20 „ ;, , -» Poulet 0,70 „ ,, Rib (zonder been) .... 0,80 „ „ „ Roastbief 0,95 „ „• j * Rollade 0,80 „ „ Schenkel 0,70 „ „ „' Soepvleesch 0.70 „ „ „ Staart 0,10 „ (|| k Vet 0,70 , , 's Gravenhage, 19 December 1916. De Minister voornoemd? Posthuma. N°. 347. No. 106239. Afdeeling Handel. 's'Gravenhage, 18 December 1916. Ten vervolge op mijn schrijven van 9 November 1916,. N°. 94474 l), afdeeling Handel, heb ik de eer D hierbij toe te zenden eene nieuwe circulaire (N°. II) s) ter uitreiking aan alle handelaars, metaal-industrieelen en groote verbruikers van ijzer en staal, in mijn bovengenoemd schrijven bedoeld. 1) Zie n°. 217 blz. 223 t/m 225. 2) Deze circulaire is hieronder opgenomen. 341 Nd. 347. Zooals U uit die circulaire zal blijken, wordt de verplichting tot het doen van opgaven over de maand December door mij opgeheven en verder voor het volgende jaar beperkt tot éénmaal per kwartaal, te beginnen met 15 Januari. Ten einde belanghebbenden onnoodige moeite te besparen zou de uitreiking der nieuwe circulaire zoo spoedig mogelijk dienen te geschieden. Daar het voor de administratie zeer gewén scht is de opgaven te ontvangen ingevuld op het daartoe bestemd formulier, is aan elke circulaire thans zulk een formulier gehecht, ter gebruikmaking door den belanghebbende. Ik vestig er Uwe aandacht op, dat, blijkens mededeeling van de Rijkscommissie voor de distributie, van ijzer en staal, nog een groot aantal opgaven van meer en minder belangrijke bedrijven en zelfs van geheele gemeenten ontbreken. Het is dringend noodzakelijk, dat de nalatigen worden aangemaand qin alsnog ten spoedigste aan de hun krachtens de wet opgelegde verplichtingen te voldoen, en dat de ingekomen opgaven onverwijld aan de Rijkscommissie, Zeestraat 102, worden toegezonden. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. \ CIRCULAIRE N°. II, betreffende opgave van den voorraad ijzer en staal. den December-1916. Aan Met afwijking van het bepaalde in de U den November j.1. toegezonden circulaire betreffende opgave van den voorraad ijzer en staal, is door den Minister yan Landbouw, Nijverheid en Handel bepaald': le. dat over de maand Deeemher geen opgaaf behoeft te worden gedaan; 2e. dat de eerstvolgenderopgaaf moet worden gedaan per 15 Januari 1917 en bij mij moet worden ingezonden uiterlijk den Sisten dier maand; 3e. dat daarna opgaven moeten worden gedaan om de drie maanden, derhalve per 15 April 1917; „ 15 Juli 1917; „ 15 October 1917 enz., en telkens uiterlijk den laatsten der genoemde maand bij mij moeten worden ingezonden. De eerstvolgende opgaaf moet geschieden met gebruikmaking van het aan deze circulaire gehechte formulier. Voor latere opgaven zullen nieuwe formulieren worden toegezonden. Onder verwijzing naar de artikelen 9 en 14 der Distributiewet 1916 wordt dringend aanbevolen de opgaven volledig en op tijd in te dienen. Achterstallige opgaven voor de maand November worden alsnog ten spoedigste ingewacht. De Burgemeester van OPGAAF ran op den 15en der maand Januari 1917 bH te .-..=fiPj^BP! aanwezige voorraden Mzer en staal. Van het in de vorige „ r, n K „, w Totaal kolom genoomde o u u K 1 Ji jn. noodig voor uitvoering gewicht. loopende contracten en bestellingen. K.G. K.G. 1. Kuwijzer (Roheisen, pig-iron) in alle soorten I I 2. Gegoten staal en vloeiijzor in blokken en vóorgewalste halilabrikaton (Halbzoug) ' . 3. Walsproducten, t. w.: a. spoorstaven, laschplaten, enz | b. balk- en kanaalijzer c. hoek- en Tee-^|zer , d. ander proliolijzer e. band- en staafijzer ' . - I /'• plaatijzer grol' (Grobbleche) -5 m.VI. en dikker dan scheeps- en kotelplaten, platen en strippen voor constructewerk g. plaatijzer middelbaar (Mittelbleche) dikte 3 tot onder 5 mM. on dun (Feinbleche) dikte onder 3 mM , h. plat en gegolfd dakijzer. goten, enz. verzinkt en onverzinkt . . . I. blik (Weissblech) . . . .- ' ; I j. getrokken buizen en pijpen . . [ J k. gewalst en getrokken draad . . , 4. Gegoten ijzeren buizen en hulpstukken .'. . .• co *co N.B. Ijzerwaren, machinedeelen en anderè bewerkte voorwerpen vallen buiten de opgaaf. Aan den heer Burgemeester Nos. 348—350. 344 N°. 348. De Minister van Landbouw, Nijverheid en. Handel heeft goedgevonden : L in te stellen eene commissie van advies in zake de uitvoering van art. 7 der Distributiewet 1916, en II. te benoemen tot leden dier commissie, de heeren K. J. A. G. baron Collot d'Escury, te Houtenisse, tevens voorzitter, K. Breebaart, te Winkel, J. van der Koogh, te Middelharnis, J. Oortwijn Botjes, te Oostwold (Oldambt), J. P. Wiersma, te Leeuwarden. 's Gravenhage, 19 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 349. De Minister van Landbouw, Nij verheid en Handel heeft goedgevonden, met wijziging van het ter zake bepaalde in zijne beschikking dd. 28 September j.1. n°. 76917 J), afdeeling Handel, ingevolge artt. 2 en 8 der Distributiewet 1916, voor de gemeente Nieuw-Helvoet voor boter vast te stellen een maximum kleinhandelpri)s van f 0.873 per */s K.G. 's Gravenhage 19 December 1916. Voor den Minister, De Secretarisgeneraal, Versteeg. N°. 350. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking dd. 28 September jl., n°. 76917 l), afdeeling Handel, te bepalen, dat de maximumprijs in den kleinhandel voor boter i) Zie n». 90 blz. 96 sub 13. 345 Nos. 350—352. In de gemeente Buurmalsèn, ingevolge artt. 2 en 8 der Distributiewet 1916, zal worden gesteld op f 1,95 per K.G. 's Gravenhage, 19 December 1916. Voor den Minister, Be Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 351. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel brengt ter kennis van belanghebbenden, dat, met het oog op de behoefte aan ijzer- en staaldraad hier te lande, geen uitvoervergunningen zullen worden verleend voor dit draad, of voor artikelen uit dit draad vervaardigd, ook niet voor zoover betreft uitvoer naar de Nederlandsche Koloniën. 's Gravenhage, 19 December 1916. Voor den Minister, Be Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 352. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden: de bij zijne beschikking van 1 November 1915, n°. 1317, afd. A. S., ingestelde Rijkscommissie van Toezicht op de „Eiervereeniging", bestaande uit de heeren; mr. R. J. H. Patijn, lid van de Tweede Kamer der StatenGeneraal, te 's Gravenhage; jhr. G. J. A. Schimmelpenninck, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, te Rhenen, en H. B. Beaufort, pluimveeconsulent, te Amersfoort, tevens aan te wijzen als Rijkscommissie van Toezicht als bedoeld in art, 6 der bij Koninklijk besluit van 14 December 1916 n°. 52 goedgekeurde statuten van de Pluimvee-vereeni- Nos. 352—354. 346 ging, gevestigd te Amersfoort, zulks onder den naam van Rijkscommissie van Toezicht op de Eiervereeniging en de Pluimveevereeniging. 's Gravenhage, 20 December .1916. De Minister voornoemd, Posthuma.- N°. 353. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 3 October 1916, n°. 79418 l), afdeeling Handel, houdende. eene distributieregeling voor de levering van turf aan steen- en eenige andere industrieën; Heeft goedgevonden: te benoemen eene commissie van advies, welke hem van raad en voorlichting zal dienen in gevallen waarin overeenkomstig art. 12 van zijne voormelde beschikking op zijne tusschenkomst een beroep wordt gedaan. Tot leden van. deze commissie te benoemen de heeren W. C. A. Hofkamp te Leeuwarden, A. Smits Azn., te 's Hertogenbosch en C. Warmels, te Hoogeveen. 's Gravenhage, 20 December 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 354. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Gezien zijne beschikking van. 13 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 26151, 6de afdeeling B ~), houdende regelen, volgens welke de verbouw van gewassen, in het oogstjaar 1917 zal worden beperkt; Heeft goedgevonden te bepalen: het model van het door den burgemeester uit te reiken vergunningsbewijs voor den verbouw van gewassen, bedoeld sub Ia van bovengenoemde beschikking, wordt vastgesteld als volgt. i) Zie n°. 101 blz. 111 t/m 116. 2| Zie n°. 132 blz. 140 en 141. 347 N°.' 354. MODEL. • VERGUNNINGSBEWIJS, bedoeld onder Ia van de beschikking van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel van 13 October 1916, Birectie van den Landbouio, n°. 26151, 6de Afdeeling B. De burgemeester der gemeente geeft voor het oogstjaar 1917 aan te . ■ vergunning tot het bouwen in zijn bedrijf, op zijn bedrijf van . . ... . . H.A A. in totaal met een of meer der gewassen geel mosterdzaad, bruin mosterdzaad, karwijzaad, kanariezaad, blauwmaanzaad, spinaziezaad en zaaiuien. H.A A. met vlas. H.A A. met suikerbieten. Stempel gemeente. De Burgemeester der gemeente, Dit bewMs verliest zijne geldigheid, wanneer blijkt dat het is uitgereikt op grond van onjuiste opgaven. z.o.z. (Ommezijde). WET van den 19den Augustus 1916 tot vaststelling Van bepalingen in het belang van de volksvoeding en van eene doelmatige distributie van goederen. Art. 7. Door Onzen Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel kan in het algemeen of in bepaalde gedeelten des lands het verbouwen van bij algemeenen maatregel van bestuur aan te wijzen gewassen worden verboden, beperkt of niet dan voorwaardelijk worden toegestaan, indien naar zijn oordeel de verbouw van andere gewassen van meer belang voor de voeding van mensch en dier is. Art. 11. Overtreding van de verbodsbepalingen of de regelingen, bedoeld in de artikelen 6 en 7, wordt gestraft met Nos. 354—356. 348 hechtenis van ten hoogste zes maanden of geldboete van ten hoogste zes duizend gulden. 's Gravenhage, 20 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 355. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Heeft goedgevonden: ingevolge art, 8 der Distributiewet 1916, te bepalen, dat voor rundvleesch in de gemeente Sassenheim zullen gelden de navolgende maximumprijzen: Runderlappen. . . ~.||., . f 1,50 per K.G. Rundergehakt 1,45 „„„ , Rollade È • 1,65 „ Soepvleesch 1,50 ,, " ,,- - ' Rosbief . 1,'0 » , Baklappen 1,80 „ „-. Biefstuk 2.— „ „ - 's Gravenhage, 20 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal. Versteeg. N°. 356. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in vervolg op het door hem in zijn schrijven aan gemeentebesturen van 28 September 1916, h°. 76719, afdeeling Handel, bepaalde omtrent de melkprijzen in den winter 1915/1916, krachtens artikel 2 en artikel 8 der Distributiewet 1916, nader vast te stellen de maximum melkprijzen, opgenomen in de navolgende lijst. 349 :N°. 356. MELKPRIJZEN 1916/17. Productie- Consumtie- Gepasteuriseerd Gemeente. Pr«s ]) Pr«s 2> , T ct, per L. | ct. per L. <*■ Per Aalsmeer ... 9 12 — Aalten . . . • '.. - — 10 — Alkmaar ... 93^ tot 1 Jan. 1917 j 11 van 1 Jan. tot en ! met Maart 1917 j HVs 4) Almelo10 Amersfoorta) . — — — Amstenrade . . — 11 — Amsterdam b) . — — — Avenhorn . . .' - 91/» 11 ' Avereest ... — 10 5) . — Beilen .... 10 — Besoijen ... — 10 — Bloemendaal. . 9V2 12 — voor Vogelen- voor Vogelenzang zang 9 *) ll4) Blokker ... 9 11 — Borné .... 8 10 — Cothen .... j 8 10 — Dodewaard . . — 10 — Stad-Doetinchem — — H Dongen. . . . | — H Doornspijk . . I — 9 — a) Karnemelk, per liter 5 ct. Ondermelk, per liter 5 ct, b) Karnemelk, per liter 6 ct., literflesch 8 ct, 0,8 literflesch 6 ct. Ondermelk, pér liter 6 ct., literflesch 7 ct, 1) Ongerekend den toeslag van 2% cent. 2) Ongerekend den voorwaardelijken toeslag van 1/2 cent. 3) Hiermede vervalt de prijs, bekend gemaakt in de Nederlandsche Staatscourant van 11 November 1916, n°. 266 (zie n°, 226). «) In afwijking van den prijs, bekend gemaakt in de Nederlandsche Staatscourant van 11 November 1916, n°. 266 (zie n". 226). 5) Hiermede vervalt de prijs, bekend .gemaakt in de Nederlandsche Staatscourant van 25 October 1916, n°. 251 (zie n". 168j. 356. 350 i Productie- Consumtie- , nviia i\ nrii« sv j Gepasteuriseerd. Gemeente. PrlJs > PnJs > . ct. per L. I ct. per L. ct: Pei L- Doorwerth . . 91/» 12 — Dreischor . . . i — 9 — Drunen. ... — 10 — Druten .... — 10 — Emmen ... — 10 — Epe . . . . . 8 10 — Ermelo.... — — 12 Eysden. . . . — 9V3 — Geldermalsen . — 10 — Gemert.... 8 10 — Genemuiden . '. — 103) — Giethoorn ... — 10 — Goes. .... 8 10 — Goor. .... — 10 — Gouda ct) ... — — — Grafhorst ... — 9 — Gramsbefgen . — 9 — 's Gravemoer. . — 10 — 's Gravenhage b). — — — Groesbeek. . . 8 11 — Ambt-Hardenberg 8 10 —• Stad-Hardenberg 8 10 Harderwijk . . — — 12 (in flesschen) 4) Havelte - ... 1 — 91/» — Helden .... — 101/» — Hengelo {O.) . . — 10 *) 's Hertogenbosch tot 15 Febr. '17 12 14 . 81/» (in flesschen) van 16 Febr. tot 1 April 1917 9 «) Karnemelk, per liter 7 ct. Ondermelk, per liter 6 ct. b) Karnemelk, per liter 7 ct. Karnemelkspap, per liter 11" ct Ondermelk, per liter 7 ct. 1) Ongerekend den toeslag van 21/2 cent. ' 2) Ongerekend den voorwaardelijken toeslag van 1/2 cent. 3) Hiermede vervalt de prijs, bekend gemaakt in de Xéderlandsche Staatscourant van 31 October 1916, n°. 256 (zie n°. 183). i) Hiermede vervalt de pr^s, bekend gemaakt in de Nederlandsche Staatscourant van 24 November 1916, n°. 277 (zie n». 284). 351 N°. 356. Productie- Consumtie- _ . Gemeente. - P^8 i) "prijs■) j Gepasteuriseerd. ct. per L. I ct. per L. ct. per L. Hooge- en Lage Zwaluwe . . — 10 —■ Hoogkarspel . , 9]/2 11 — Ilpendam ... 9 11 — Kampen ... — 9 0.83 Literflesch voor melk- 11 inrichtingen 10 *) voor de „Vier- ■ sprong" per 0,7.5 literflesch 12 3) Leersum ... 10 12 — Leiden a) . . . — — 15 r'v **•' per v» Liter ,i<~ièit 8 Lienden ... — 10 —• Linschoten . . 10 11 — Loenersloot . . — 10 — Loosdrecht .' .. . — 104) — Losser .... 9 10 — Middelburg . . 8 10 — Moergestel . . — . j 10 — Ter Neuzen . . ; 8 11 ' Nieuwleusen. . ' — 10 — Nootdorp ... — 12 — Oosterhésselen . 8 10 — Opmeer . . . 81/» 10 — Oudewater . . I 10 *) 12 *) — a) Karnemelk, per liter 6 ct. Afgeroomde melk, lste soort, per .liter 8 ct., 2de soort, per liter 6 .ct. 1) Ongerekend den toeslag van 2Vj cent. 2) . Ongerekend den voorwaardelijken toeslag van 1/2 cent. 3) Zie noot 3 op blz. 319. 4) Zie noot 5 op blz. 349. N°. 356. 3591 Productie- Consumtie- j : nvii« ii nrü« 2) Gepasteuriseerd. Gemeente. PrlJs ' pnJs > ct. per L. . ct. per L. ct. per L. Pernis .... 11 — Polsbroek ... 9V= 3) — Putten .... 9 — Pijnacker ... — 12 — Raamsdonk . . voor Raams- voor Raamsdonk — donksveer 10 9 voor Raams- donksveer 11 > Roosendaal en Nispen ... 10 tot 1 Dec. 1916 11 van 1 Dec. 1916 tot 1 April 1917 12 *) Ruinen.... — 9 — Ruinerwold . . — 10 — Ruwiel.... — 10 — Sappemeer . . — 10 — voor melkinrichtingen11 Noord-Schar- woude ... 10 12 — Zuid-Scharwoude 10 12 — Sleen .... — 9 — Smilde .... — 9 — Sneek .... 9 10 — Soest .... 9 11 — voor Soester- voor Soesterberg berg 9V2 12 Spanbroek . . 8i/2 10 — Steenderen . . — 9 — Strijen .... 10]/2 3) — 1) Ongerekend den teeslag van 21/2 cent. 2) Ongerekend den voorwaardelijken toeslag van i/j cent. 3) Zie noot 4 op blz. 350. 4) Zie noot 5 op blz. 349. 353 N°. 356. Productie- Consumtie- „ ' nHia r» nriio 21 Gepasteuriseerd. Gemeente. PnJs > prrjs-*) 1 . ct. per L. ct. per L. ct Per ** Veldhoven • • — 10 — Velsen .... 9 12 hëele flesch 14 halve flesch Vit Vlieland ... — 10 — Vries .... — 9 — Wolphaartsdijk . 8i/2 10 _ Wonseradeel. . 9 10 Woubrugge . . 10 12 _ Woudenberg. . 9 11 Wijhe (O.). . . 9V2 U _ Wijk bij Duurstede . . . 9i/2 3) 11 3) _ Wijmbritseradeel — 10 Zaandam ... — — 13 Zegwaart ... 12 4) _ Zelhem. ... — 10 _ Zevenhuizen (Z.-H.) . . .. 8 10 _ Zoetermeer . . — 12 4) Zuidlaren . . . 9 Zundert ... 10 12 _ Zwaag .... 9V2 H _ Zwolle. . . : I 6) . . B) 0.8 literflesch Voor hygiënische boer- 1 _ derij Spoolde 19 cent per literflesch en 10 ct. per 1/2 literflesch. . *", 1) Ongerekeud den toeslag van 21/2 c°nt. 2) Ongerekend den voorwaardelijken toeslag van 1/2 cent. ') Zie noot 4 op blz. 350. *) Zie noot 5 op blz. 349. 5) Beods vastgesteld (zie n°. 226). Voor zooveel noodig wordt er aan herinnerd, dat bovenstaande bedragen zijn maximum-prijzen en dat voor bezorging aan huis, voor zoover deze gebruikelijk was, niets in rekening mag worden gebracht. 's Gravenhage, 21 December 1916. De Secretaris-Generaal, Voor den Minister, Veesteeg. 23 Nos. 357—358. 354 N°. 357. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op de artt. 7, 10 en 12 van zijne beschikking van 25 April 1916 (Nederlandsche Staatscourant van 25 April 1916, n°. 97), houdende regeling van den uitvoer van varkensvleesch; Heeft goedgevonden: den duur der periode, welke bij beschikking van 9 December 1916 was bepaald tot 25 December 1916, te verlengen tot 31 December 1916, onder handhaving van het in de aangehaalde beschikking vastgestelde gewichtspercentage en den af koopprijs; de uitvoer van varkensvleesch zal alleen geschieden langs een der grensstations Nieuweschans, Oldenzaal, Zevenaar en Venlo. 's Gravenhage, 21 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 358. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien de Koninklijke besluiten van 7 Januari 1916 (Staatsblad n°. 6) en van 17 October 1916 (Staatsblad n°. 477) houdende verbod van uitvoer van verschillende zaden; Heeft goedgevonden te bepalen: aan exporteurs en producenten van tuinbouwzaden, ingeschreven bij de Rijkscommissie van Toezicht op de Vereeniging Zaadcentrale, zal vergunning worden gegeven voor den uitvoer van bepaalde partijen augurken- en komkommerzaad, radijszaad, kropslazaad, pluksla- en snijslazaad, mangelwortelenzaad, voederbietenzaad, krotenzaad, veldslazaad, rammenaszaad en snijbietzaad van nader door genoemde Rijkscommissie van Toezicht aan te wijzen soorten. 's Gravenhage, 21 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. . 355 No». 359_i360. N°. 359. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikkingen van 28 Juni 1916, Directie van den Landbouw, n°. 16954, 6de afdeeling B, van 5 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 25302, 6de afdeeling B, en van 15 November 1916, Directie van den Landbouw, n°. 28804, 6de afdeeling B; (zie n03. 110 en 240) Heeft goedgevonden te bepalen: met wijziging van laatstgenoemde beschikking wordt het percentage van de dagelijksche aanvoeren van spruitkool, hetwelk volgens het bepaalde sub Hl van eerstgenoemde beschikking op de ingeschreven veilingen voor het binnenland moet worden geveild, tot nadere beschikking vastgesteld op 70 pet. 's Gravenhage, 21 December 1916. Voor den Minister, ' De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 360. N°. 37882/43. Rijksbureau voor 's Gravenhage, 21 December 1916. de distributie van graan en meel. Ik heb de eer U mede te deelen, dat mij gebleken is, dat graan van den oogst 1915, al dan niet vermengd met graan van dén oogst 1916, tegen buitensporige prijzen in den vrijen handel wordt gebracht. Om dit tegen te gaan heb ik gemeend het verbod van uitvoer uit eene gemeente, bedoeld in mijne circulaire van .9 Augustus j.1., n°. 19909/43, te moeten uitbreiden tot alle rogge, tarwe, gerst, haver en boonen, in gemalen of ongemalen toestand, en ü beleefd te verzoeken den uitvoer van deze granen, welke niet reeds door het Rijk zijn aangekocht, te beletten, tenzij de eigenaren deze alsnog door Uwe bemiddeling aari het Rijk verkoopen tegen de prijzen, die zijn vastgesteld voor de granen van den oogst 1916. Nos. 360—362. 356 Bij eventueele pogingen tot uitvoer, weigering tot verkoop aan het Rijk, of pogingen tot verkoop aan derden, gelieve ü zoo noodig machtiging tot inbezitneming aan mij te verzoeken. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. 361. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te bepalen, dat de bewijzen van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven door de Rijkscommissie van Toezicht op de Botervereeniging, waarvan de geldigheidsduur op 26 December 1916 zou eindigen, zullen gelden tot Donderdag 28 December 1916, des middags te 12 uur. 's Gravenhage, 22 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 362. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 5 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 21682, 6de afdeeling B, i) houdende bepalingen betreffende het bedrijf van verduurzamen van groenten: Heeft goedgevonden te bepalen: Aan inrichtingen voor het drogen van groenten, ingeschreven bij de Rijkscommissie van Toezicht op de Vereeniging Groentencentrale, wordt gelegenheid gegeven boerenkool te drogen, onder de voorwaarden vermeld in bovengenoemde beschikking, alsmede onder de voorwaarde, dat het geheele gedroogde product in goed houdbaren toestand tot 1 Juli 1917 ter beschikking van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel wordt gehouden tegen een nader te bepalen prijs. Deze prijs zal i) Zie n°. 30 blz. 37/40 357 N°s. 362—364. worden vastgesteld op de basis van een prijs van 3,5 cent per K.G. voor het versche product, geleverd vrij op het spoor of groot scheepswater door den verbouwer. 's Gravenhage, 22 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, • Versteeg. N°. 363. De Minister van Landbouw, Nijverheid en-Handel; Gezien artikel 6 der Distributiewet 1916; Heeft goedgevonden te bepalen: dat tot nader vast te stellen datum in de gemeente Nijmegen geen voile melk mag worden gebruikt bij de bereiding van brood. 's Gravenhage, 22 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 364. De Toewijzingscommissie voor Veevoeder te 's Gravenhage heeft O. P. Middelkoop te Vijfhuizen, na verhoor en gelet op art. 7 bis van de ministerieele besluiten betreffende de beschikbaarstelling van veevoeder, uitgesloten van de bevoegdheid aanvragen voor veevoeder in te dienen in de maanden Januari en Februari 1917. Deze persoon mag derhalve in de genoemde maandeen geen zoodanige aanvrage teekenen of indienen. Bestellingen van veehouders, voorkomende op de aanvrage van dezen persoon, worden ter zijde gelegd. 's Gravenhage, 14 December 1916. De Toewijzingscommtssie voor Veevoeder, Mr. H. J. Rink, Secretaris. N°. 365. 358 N°. 365. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, gelet op art. .8 der Distributiewet 1916, brengt ter kennis van belanghebbenden, dat voor elk der maanden Februari en Maart 1917 door de Regeering eene zekere hoeveelheid veevoeder beschikbaar wordt gesteld onder de navolgende voorwaarden: 1. a. Inlandsch graan, buitenlandsch graan, boonen, Amerikaansche lijnkoekeja en lijnmeel, samengestelde koeken benevens afvalproducten van de meelfabricatie worden ter beschikking gesteld uitsluitend van veehouders, d. w. z. allen, die voor de voeding van hunne paarden, runderen, schapen, varkens, pluim- en ander vee bedoeld veevoeder noodig hebben; b. deze personen moeten dit betrekken: voor zoover betreft houders van niet meer dan 50 stuks pluimvee, welke tevens geen ander vee houden, door bemiddeling van het gemeentebestuur hunner woonplaats, volgens eene regeling vastgesteld bij afzonderlijk besluit (Pluimveebesluit 1916); voor zoover alle anderen betreft, door bemiddeling van eene aankoopvereeniging of andere dergelijke organisatie, of door bemiddeling van een handelaar in die artikelen, alles door invulling en onderteekening van een bestelbiljet op daarvoor beschikbaar gestelde formulieren; c. dit bestelbiljet moet vermelden de hoeveelhéid veevoeder, welke de veehouders over elk der maanden Februari en Maart 1917 wenscht te ontvangen en wordt voor die beide maanden slechts eenmaal ingediend. 2. a. De bedoelde organisaties en handelaren verzamelen de bestelbiljetten van hunne leden of cliënten, die tot het gebied van een zelfde veevoederbureau behooreh, telkens tot ééne aanvraag, door invulling en onderteekening op daarvoor beschikbaar gestelde formulieren; b. Zij zijn verplicht een dubbel aan te houden van elke door hen ingediende aanvraag en aanteeking te houden van de door hen afgeleverde partijen. 2bis. a. De aanvraag moet uiterlijk op 16 Januari 1917 zijn ingediend bij het voor die leden of cliënten aangewezen veevoederbureau en wel door bemiddeling hetzij van een erkenden tusschenpersoon, hetzij van een erkenden grossier; 359 N°„ 365. indiening door bemiddeling van een erkenden grossier is verplicht, indien de aanvraag in totaal 20 ton of daarbeneden bedraagt; b. grossier dienen de bij hen ingekomen aanvragen in met een verzamelstaat op daarvoor beschikbaar gestelde formulieren, waarop een tusschenpersoon moet zijn aangewezen; c. onder „erkende grossier" wordt verstaan hij, die van den verkoop van veevoeder aan handelaren or organisaties vóór 1 Augustus 1914 zijn hoofdbedrijf maakte en op zijn verzoek door het Veevoederbureau van net gebied, waarin hij zijn hoofdkantoor houdt, op de lijst der erkende grossiers is geplaatst geworden; d. onder „erkende tusschenpersoon" wordt verstaan hij, die van het voor zijn meester koopen en verkoopen van veevoeder tegen provisie vóór 1 Augustus 1914 zijn hoofdbedrijf maakte, en op zijn verzoek door het Veevoeder bureau van het gebied, waarin hij zijn hoofdkantoor houdt, op de lijst der erkende tusschenpersonen geplaatst is geworden; e. ingeval erkenning als grossier of als tusschenpersoon door een Veevoederbureau is geweigerd geworden, heeft hij, die beweert grossier of tusschenpersoon in den zin van dit besluit te zijn, recht van beroep op de Toewijzingscommissie voor Veevoeder te 's Gravenhage, welke finaal beslist; deze is ook ambtshalve bevoegd, verandering aan te brengen in de lijsten der door de Veevoederbureaux erkende grossiers en tusschenpersonen; f. erkenning als grossier of tusschenpersoon brengt mede bevoegdheid tot uitoefening van dat beroep in het gebied van alle veevoederbureaux; g. de belooning zoowel van den grossier als van den tusschenpersoon bedraagt f 1 per 2000 K.G.} berekend over de toegewezen hoeveelheid; de grossier heeft daarenboven in afwijking van het bepaalde bij art. 7, recht op de voordeden, welke, door besparing van vracht en andere verzendingskosten, ontstaan bij de samenlading van verschillende partijen. 2 ter. De aanvraag moet vergezeld zijn van de bestelbiljetten der leden of cliënten en van eene nauwkeurige opgave van het aantal stuks vee van elk hunner, dat met de bestelde hoeveelheden moet worden gevoerd. 3. De Veevoederbureaux zijn gevestigd: N°. 365. 360 voor Noordholland: te Amsterdam, Vondelstraat 38; voor Groningen en Drenthe: te Groningen, Oude Ebbingestraat 38; voor Friesland: te Leeuwarden, van Swietenstraat 4; voor Limburg: te Roermond, p/a. Johs. van Andel, Veeladingsstraat ; voor Zuidholland, Zeeland en Noordbrabant: te Rotterdam, Beursgebouw (ingang Visschersdijk); voor Utrecht: te Utrecht, Catharijnesingel 49; voor Gelderland en Overijssel: te Zwolle, Huize Eekhout. 4. a. Deze Veevoederbureaux beoordeelen en controleeren de bij hen ingekomen bestelbiljetten, aanvragen en verzamelstaten, voor elk der maanden Februari en' Maart afzonderlijk. Zij zijn bevoegd een onderzoek in te stellen, hetzij zelf of door één hunner leden, hetzij door een controleur, bij welk onderzoek elke veehouder, handelaar, organisatie, grossier of tusschenpersoon, door wien of door wiens bemiddeling een bestelbiljet, aanvraag of verzamelstaat is ingediend, ten aanzien daarvan verplicht is opening van zaken te geven; b. de Veevoederbureaux kunnen bestelbiljetten, aanvragen en verzamelstaten, voor elk der maanden Februari en Maart 1917 afzonderlijk, goedkeuren, wijzigen en zelfs ongeldig verklaren (bijv. indien een dezer stukken onduidelijk is, of niet op een der voorgeschreven formulieren behoorlijk, ingevuld, dan wel ten behoeve van anderen dan hen, voor wie het veevoeder beschikbaar wordt gesteld, is ingediend); een en ander met inachtneming van door mij of door de Toe wijzigingscommissie voor Veevoeder te 's'öravenhage gegeven of nader te geven voorschriften. Bij de beoordeeling wordt rekening gehouden met de voor veevoeder aan een veehouder gelaten granen. 5. a. Indien aan een Veevoederbureau blijkt, dat bedriegelijke middelen zijn aangewend om eene grootere hoeveelheid veevoeder te verkrijgen dan' waartoe men anders gerechtigd zoude zijn, (bijv. doordat het aantal stuks vee niet naar waarheid is opgegeven, of abnormaal groote hoeveelheden veevoeder zijn aangevraagd geworden, dan wel dooibemiddeling van meer dan één persoon of vereeniging bestellingen zijn gedaan) of dat een veehouder op andere wijze de gelijkmatige verdeeling van' veevoeder heeft belemmerd, 361 No.. 365. doet het mededeëling aan de Toewijzingscommissie, welke alsdan kan bepalen dat veevoeder aan den betrokkene gedurende een te bepalen tijdvak slechts zal worden afgeleverd tegen een prijsverhooging van 20 tot 50% boven den dooide Regeering vastgestelden prijs. Een en ander kan ook geschieden door de Toewijzingscommissie ambtshalve. Het bedrag dezer prijsverhooging wordt over het-vorenbedoelde tijdvak geschat en vastgesteld door de Toewijzingscommissie, en moet aan deze ten behoeve van het Rijk voldaan zijn op de wijze en binnen den termijn door haar te bepalen; zoolang die niet is voldaan, is de besteller uitgesloten van de bevoegdheid van Regeeringswege ter beschikking gestelde voederartikelen te bestellen en te ontvangen; hieraan wordt dooide Toewijzingscommissie zoo noodig openbaarheid gegeven; b. Zoo spoedig mogelijk worden dooi de Veevoederbureaux toewijzingsbiljetten, voor elk der maanden Februari en Maart 1917 afzonderlijk, afgezonden, waaruit o. a. blijkt de hoeveelheid, die zal kunnen worden afgeleverd; c. Ongeacht wat aangevraagd is, worden: ct. voertarwe, inlandsche gerst, buitenlandsche gerst en/of maïs; b. inlandsche haver, buitenlandsche haver en/of boonen; c. de verschillendé soorten afvalproducten, afgeleverd in de keuze der Regeering. 6. De aflevering geschiedt ter plaatse in het toewijzingsbiljet te vermelden, tegen voorafgaande betaling, volgens de door de Regeering vastgestelde prijzen en onder, in het toewijzingsbiljet zoo noodig naar te stellen, bedingen. 7. a. Handelaren en organisaties leveren de door hen ontvangen voederartikelen af aan degenen, voor wie zij bestellingen ontvingen, in verhouding van het aan hen toegewezen percentage, en met inachtneming van de wijzigingen, door de Veevoederbureaux of de Toewijzingscommissie in de aanvragen en bestelbiljetten aangebracht, tegen een prijs gelijk aan de door de Regeering vastgestelde prijzen, vermeerderd met werkelijk betaalde vracht, onkosten en ten hoogste f 0,25 belooning per 100 K.G.; ö. Vervreemding aan anderen dan de als grossiers, tusschenpersonen, handelaren en organisaties aangewezenen, en opslaan met speculatieve doeleinden is verboden; c. Aan bestellers is elke vervreemding aan derden of opslaan met speculatieve doeleinden verboden. Ibis. a. Handelaren, organisaties, grossiers of tusschenpersonen, die naar het oordeel der Toewijzingscommissie op- N°. 365. 362 zettelijk of door nalatigheid bevorderd hebben, dat de bij art. 5 bedoelde bedriegelijke middelen zijn aangewend of die op andere wijze de gelijkmatige verdeeling van veevoeder hebben belemmerd, kunnen (ongeacht de strafrechterlijke vervolgingen, die tegen hen mochten worden ingesteld) door de Toewijzingscommissie voor een bepaalden tijd uitgesloten worden van de bevoegdheid, aanvragen voor van Regeeringswege ter beschikking gestelde voederartikelen in te dienen of hunne bemiddeling daartoe te verleenen. b. Het besluit van uitsluiting wordt openbaar gemaakt in de Staatscourant en/of op zoodanige wijze als aan de Toewijzingscommissie geraden zal voorkomen. 8. Klachten moeten worden ingebracht bij de Veevoederbureaux. 9. De veehouders, handelaren,- organisaties, grossiers en tusschenpersonen zijn gehouden zich te onderwerpen aan de besluiten van de Veevoederbureaux, van de Toewijzingscommissie en van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, krachtens dit besluit genomen, én doen afstand van elke aanspraak op schadevergoeding ter zake daarvan tegen de Regeering of wien ook. Slotbepaling. Aanvragen, die na 16 Januari 1917 bij een Veevoederbureau mochten worden ingediend, worden bij uitzondering op de voordracht' van het betrokken Veevoederbureau door de Toewijzingscommissie toegewezen, voor zoover alsdan nog voldoende veevoeder beschikbaar is, tegen eene prijsverhooging van 25 pet. boven de door de Regeering laatstelijk vastgestelde prijzen, mits — ongeacht de oorzaak der te late indiening — de aanvrage vergezeld zij van het bedrag dier prijsverhooging, met een minimum van f 10 per besteller. Aanvragen, niet vergezeld van dat bedrag, worden niet in behandeling genomen. Aanvragen voor de Februari-levering, ingediend na 15 Februari 1917, of voor de Maart-levering, ingediend na 15 Maart 1917, worden zelfs onder bijbetaling als voren niet "meer in behandeling genomen. 's Gravenhage, den 23 December 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. 363 Nos. 366—368. N°. 366. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te bepalen, dat gedurende de week van 24 tot 31 December 1916 voor 30 pet. der boterproductie certificaten van uitvoer zullen worden verleend en 70 pet. voor het binnenlandsch verbruik zal moeten worden beschikbaar gesteld, alsmede, dat de bewijzen van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven door de Rijkscommissie van toezicht op de botervereeniging, op grond van die certificaten, zullen gelden tot Dinsdag 9 Januari 1917, des voormiddags te 12 uur. 's Gravenhage, 23 December 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 367. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt, ingevolge zijne circulaire van 25 Augustus 1916, n°. 23651/Scns,x) bekend, dat van Maandag 25 Februari tot en met Zaterdag 30 December d. a. v. de prijs van maïs, uitsluitend bestemd om aan gemeentebesturen te worden verstrekt voor ruiling tegen rogge van den oogst 1916, bedraagt voor alle soorten f 235 per last van 2000 K.G. of f 8,22^ per 70 K.G., zoowel te Rotterdam als te Amsterdam te ontvangen. 's Gravenhage, 23 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 368. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 14 October 1915, directie van den Landbouw, n°. 25372, 2de afdeeling, bureau A, laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 24 November 1915, directie van den Landbouw, n°. 28895, 2de afdeeling, bureau A; 3) Zie n°. S blz. 18. Nos. 368—369. 364 Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat voor iedere hoeveelheid van 100 volversche kipeieren, waarvoor ingevolge art. 3, sub 2 en art. 4, sub 2, zijner voormelde gewijzigde beschikking consent tot uitvoer wordt afgegeven, voor de dagen 24 tot en met 30 December 1916 eene hoeveelheid van 150 volversche kipeieren beschikbaar moet worden gesteld, overeenkomstig het bepaalde in voormelde artikelen; 2°. dat andere eiersoorten niet beschikbaar behoeven te worden gesteld voor binnenlandsch verbruik; 3°. dat in afwijking zijner- bovengenoemde, gewijzigde beschikking van elke 150 eieren, welke voor de sub 1 genoemde dagen beschikbaar moeten worden gesteld, zoo noodig, ter beoordeeling van de Rijkscommissie van Toezicht op de Eieren Pluimveevereeniging, ten hoogste 75 móeten worden geleverd tegen een prijs van f 11,80 per 100 stuks voor de levering aan de gemeentebesturen, welke eieren zullen worden gedistribueerd overeenkomstig de bepalingen, vastgesteld door het Rijks Centraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 23 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 369. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op het Koninklijk besluit van 18 December 1916 (Staatsblad n°, 557), houdende verbod tot uitvoer van ganzen, kalkoenen, tamme konijnen, alle soorten van wild, benevens wilde konijnen, zoowel levend als gedood; Heeft goedgevonden het volgende te bepalen: 1". met ingang van 27 December 1916 zal op vertoon van een daartoe strekkend consent de uitvoer zijn toegestaan van alle soorten van wild, als bedoeld in art. 17 van de Jachtwet, bénevens van wilde konijnen, zoowel levend als dood, een en ander mét inachtneming der bestaande wettelijke voorschriften ; 365 N°. 869. 2°. de consenten, bedoeld sub 1, worden'afgegeven dooide Rijkscommissie van Toezicht op de Eiervereeniging aan hen, die ten genoegen van die Rijkscommissie kunnen, aantoonen, dat zij reeds vóór 1 Augustus 1914 geregeld wild uitvoerden. Aan vreemdelingen kunnen geen consenten worden uitgereikt ; 3°. de -consenten moeten bij gezegeld adres worden aangevraagd hij . de Rijkscommissie voornoemd, Regentesselaan 6, Amersfoort, overeenkomstig de voorschriften door die commissie te verstrekken, en met vermelding van het aantal en het gewicht der dieren, waarvoor vergunning tot uitvoer wordt gevraagd. Bij de aanvraag om consenten zullen te gelijk moeten worden betaald de kosten van afgifte der consenten, zijnde f 0,50 per 100 K.G. uit te voeren doode dieren en 10 cent per stuk uit te voeren levend dier van een of meer der soorten bedoeld sub 1 dezer beschikking, benevens f 0,75 wegens zegelkosten per consent. Bij geschillen ontstaan door weigering van een aangevraagd consent, beslist de Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; 4°. de uitvoer zal slechts kunnen plaats hebben over de nagenoemde stations en havenplaatsen: in de richting van Duitschland via Nieuweschans, Oldenzaal, Winterswijk, Zevenaar, Groesbeek, Venlo en Roermond; in de richting België via Maastricht, en (per boot) Hansweert; over zee via Amsterdam, Rotterdam en Harlingen. en wel op de dagen en uren, aan te wijzen door de Rijkscommissie voornoemd; 5°. ten aanzien van de contröle, de wijze van verpakking en transport zullen door de Rijkscommissie voornoemd nadere voorschriften worden gegeven; 6°. exporteurs, die niet voldoen aan de voor hen geldende bepalingen, hierboven gesteld, of nog te stellen, of aan de voorschriften en bepalingen door de Rijkscommissie voornoemd gesteld of nog te stellen, kunnen door die commissie voor den duur van ten hoogste drie maanden als exporteur van de lijst van exporteurs worden geschrapt. De Minister van Landbouw, Nij verheid en Handel kan exporteurs voor goed van de lijst van exporteurs schrappen; N°s 369—870. 366 7°. alle geschillen uit deze regeling voortvloeiende, worden in hoogste ressort onderworpen aan de uitspraak van drie scheidslieden, door- den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel aan te wijzen. Aan exporteurs, in die geschillen betrokken, worden geen consenten uitgereikt, zoolang omtrent die geschillen geen uitspraak is gedaan. 's Gravenhage, 27 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 370. N°. 109141. Afdeeling Handel. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Overwegende dat het noodzakelijk is maatregelen te nemen ter beperking van het gebruik van brood en van grondstoffen voor de bereiding van brood; Gezien art. 8, lste lid, der Distributiewet 1916; Heeft goedgevonden: Vast te stellen de volgende Distributieregeling van brood, bloem, meel en rogge. {Zie voor de tot en met 28 Maart 1917 bij gewerkte-regeling blaadje n°. 13 blz. 7/20.) Artikel 1. (1) Het Rijk stelt, door tusschenkomst van de gemeentebesturen verkrijgbaar: a. wittebroodkaarten, ter voorziening in de behoefte aan wittebrood, zoet roggebrood en bakkersbeschuit, uitsluitend van den houder en van het gezin, waartoe hij behoort; onder bakkersbeschuit wordt in deze regeling verstaan alle beschuit, met uitzondering van die, welke in ongeschonden origineele verpakking wordt verkocht; 367 N«. 370. b. bruinbrood-kaarten, ter voorziening in de behoefte aan bruinbrood, uitsluitend van den houder en het gezin, waartoe hij behoort; . c. roggebrood-kaarten, ter voorziening in de behoefte aan grof roggebrood, uitsluitend van den houder en het gezin, waartoe hij behoort; d. aanvullings-broodkaarten, strekkende tot aanvulling in de behoefte aan brood, uitsluitend van dengene, voor wien, naar het oordeel van het gemeentebestuur, de hoeveelheid brood, te 'verkrijgen op een kaart als bedoeld sub a, b of c, niet voldoende is in verband met den aard zijner werkzaamheden en zijne normale wijze van voeding; op de aanvullingsbroodkaarten is uitsluitend óf bruinbrood óf grof roggebrood verkrijgbaar; e. dag-broodkaarten, strekkende ter voorziening In de behoeften aan wittebrood, zoet roggebrood en bakkersbeschuit, uitsluitend voor een tijdelijk hier te lande in een hotel of soortgelijke inrichting vertoevende vreemdeling. (2) De wittebrood,- bruinbrood-, roggebrood- en aanvullingsbroodkaarten zijn geldig voor de daarop aangegeven week; de dagbroodkaarten zijn geldig voor den daarop aangegeven dag. (3) Alleen de aanvullingsbroodkaarten staan op naam. Artikel 2. (1) De broodkaarten worden voorzien van een aantal afscheurbare bons, ieder gemerkt met een W, een B of een R, naar gelang zij behooren tot een wittebrood-, tot een bruinbrood-, of tot een roggebroodkaart, en vermeldende het gewicht der broodsoort, hetwelk daarvoor kan worden gekocht en veikocht; de kaarten en de bons zijn bovendien voorzien van een cijfer overeenkomende met het volgnummer van de week, waarvoor zij geldig zijn. (2) Eén of meer der bons van een wittebrood- resp. van een bruinbroodkaart kunnen worden geldig verklaard tot koop en verkoop van bloem, resp. meel, in stede van wittebrood, resp. bruinbrood. Artikel 3. (1) De uitreiking der broodkaarten geschiedt in iedere gemeente op de wijze, ingevolge art. 8, 4de lid, der Distributiewet 1916, door het bestuur van die gemeente te bepalen met N°. 370. 368 inachtneming van de volgende leden van dit artikel en onder goedkeuring van den Minister van Lannbouw, Nijverheid en Handel. (2) Aan iederen ingezetene, kinderen beneden den leeftijd van één jaar niet medegerekend, worden vier broodkaarten tegelijkertijd uitgereikt, hetzij alle wittebrood-, hetzij alle bruinkrood-, hetzij alle roggebroodkaarten naar zijne keuze, en geldig voor vier opvolgende weken; iedere ingezetene wordt in de gelegenheid gesteld tijdig voor een volgend tijdvak van vier weken wijziging te brengen in zijne keuze. (3) Broodkaarten worden niet uitgereikt aan een tarwe- of roggeverbouwer, wien tarwe of rogge is -gelaten voor het zelfbakken van brood, noch aan die leden van het gezin, waartoe hij behoort, in wier behoefte aan brood eveneens wordt voorzien door de beschikking te laten over een hoeveelheid tarwe of rogge. De hoeveelheid tarwe of rogge, welke per hoofd ter beschikking kan worden gelaten, wordt bepaald, en kan naar omstandigheden worden gewijzigd, door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel. (4) Een gezinshoofd zal de aanvrage kunnen doen mede voor de leden van zijn gezin. (5) Aanvullingsbroodkaarten worden, met inachtneming van het bepaalde in het lste lid sub d van artikel 1 en het 3de lid van artikel 1, uitsluitend afgegeven op verzoek van den belan ghebbende. (6) Aan houders van inrichtingen, waai- nachtverblijf aan tijdelijk hier te lande vertoevende vreemdelingen wordt verstrekt, kan een bepaald aantal dagbroodkaarten ter uitreiking aan hunne logeergasten in voorraad worden gegeven onder verplichting: a. iedere dagbroodkaart, voor hare uitreiking, te voorzien van den datum van afgifte en den naam der inrichting, door welker houder zij wordt uitgereikt; b. geen volgende dagbroodkaart af te geven dan tegen overgave van de vorige kaart met de bons, voor zoover daartegen geen brood werd gekocht ; c. wekelijks nauwkeurige verantwoording te doen van de ontvangen, van de uitgereikte en van de, ingevolge het bepaalde sub b terugontvangen dagbroodkaarten, zulks onder overlegging van extracten uit het nachtregister. (7) De gemeentebesturen zijn bevoegd in deze regeling bepalingen op te nemen ter bevordering van controle als anderszins, die zij voor hunne gemeenten wenschelijk achten. 369 N°. 370. (8) De regeling, overeenkomstig de voorgaande delen vast te stellen, wordt ingezonden bij de Provinciale Broodcommissie, waaronder de gemeente ressorteert; genoemde Commissie zendt die regeling voorzien van haar advies, aan den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel. (9) Bijaldien eene, voor goedkeuring vatbare, regeling niet is ingezonden vóór den 15 Januari 1917, wordt voor de betrokken gemeente de regeling vastgesteld door den- Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, gehoord de Provinciale Broodcommissie. Artikel 4. (1) Een gemeentebestuur kan in zijn regeling ingevolge art. 3, lste lid, voorschrijven, dat in den loop van de week, volgende op de week van geldigheid van de broodkaarten, bedoeld in art. 1, sub a, b, c en d, deze door of namens den rechthebbenden met de bons, voor zoover daartegen geen brood werd gekocht, zal worden ingeleverd ter plaatse door het gemeentebestuur aan te wijzen. (2) De aldus ingeleverde broodkaarten zoowel als de ingevolge het bepaalde in art. 3, 6de lid sub c, ingeleverde dagbroodkaarten worden ter beschikking van de Provinciale Broodcommissie gehouden. Artikel 5. (1) De gemeentebesturen geven uiterlijk twee weken vóór den aanvang van ieder tijdvak van vier weken aan het Rijks Centraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen (na te noemen R. D. K.) het aantal broodkaarten van iedere soort op, dat zij voor hunne gemeente noodig hebben. (2) Het gemeentebestuur doet aan het eind van ieder tijdvak van vier weken aan . de Provinciale Broodcommissie opgave van het aantal uitgereikte broodkaarten, wat de aanvullingsbroodkaarten betreft tevens onder opgave van de namen van de rechthebbenden en van de redenen, die tot de afgifte hebben aanleiding gegeven. De niet uitgereikte kaarten worden ter beschikking gehouden van die Commissie. (3) De Provinciale Broodcommissie zendt de opgaven, bedoeld in de eerste zinsnede van het voorgaande lid van dit artikel, voorzien van hare opmerkingen, door aan het na te noemen Centraal Broodkantoor. 24 N°. 370. 370 Artikel 6. (1) Het gebruik van de bruinbrood- en van de roggebroodkaart is beperkt tot de gemeente, waar zij werd uitgereikt, behoudens: 1°. dat de verkoop van bruinbrood, tarwemeel en grof roggebrood in naburige gemeenten kan blijven plaats hebben waar zulks te doen gebruikelijk was; 2°. dat van schippers en de bij hen aan boord vertoevenden, mits zij zich als zoodanig legitimeeren, op een bruinbrood-, resp. een roggebroodkaart, bruinbrood resp. grof roggebrood, voor zoover voorhanden, zal worden verkocht, waar zij zich ook bevinden. (2) In het geval, voorzien in het lste lid sub 1°. van dit artikel is de gemeente, alwaar bruinbrood, tarwemeel of grof roggebrood wordt afgeleverd uit eene andere gemeente, aansprakelijk voor het V10 gedeelte der kosten, bedoeld in art. 3 der Distributiewet 1916, vallende op de afgeleverde hoeveelheden tarwemeel en op de verstrekking van de hoeveelheden tarwemeel en rogge, voor het afgeleverde brood verbruikt. De betrokken gemeentebesturen regelen de verrekening dier kosten bij gemeen overleg. Voor zoover zij daarin niet slagen wordt ter zake eene regeling vastgesteld door de Provinciale Broodcommissie, behoudens beroep op den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel. (3) Het gebruik van de wittebroodkaart is niet beperkt tot de gemeente, waar zij werd uitgereikt. Artikel 7. (1) Behoudens het bepaalde in het eerste lid van het volgende artikel geschiedt koop en verkoop van brood en bakkersbeschuit tegen door den verkooper af te scheuren bon of bons, in aanduiding overeenstemmende met gewicht en soort van hetgeen werd afgeleverd. Slechts voor zoover dit op de bon vermeld staat, kan in stede van brood worden verkregen tarwebloem of tarwemeel. (2) Losse bons zijn ongeldig. Artikel 8. (1) Het bepaalde in het eerste lid van het voorgaande artikel is niet van toepassing op den verkoop van wittebrood, zoet roggebrood en bakkersbeschuit ten behoeve van inrichtingen, 371 N°. 370. geheel of gedeeltelijk bestemd tot het verstrekken van maaltijden aan het pubiek. (2) Aflevering van brood of bakkersbeschuit aan een bezoeker van zoodanige inrichting geschiedt tegen afscheuring van zijn broodkaart van een bon in aanduiding overeenstemmende met gewicht en de soort van hetgeen werd afgeleverd. (3) Losse bons zijn ongeldig. (4) De houder van bedoelde inrichting draagt de ontvangen bons af aan dengene, die hem het brood verkocht. Artikel 9. De houder van eene inrichting, als in het eerste lid van art. 8 bedoeld, bestelt de voor zijn bedrijf benoodigde hoeveelheid tarwebloem bij het na te noemen Centraal-Broodkantoor op bestelkaarten bij dit kantoor verkrijgbaar. Op deze bestelling is het bepaalde in de eerste zinsnede van het 8ste lid van art. 12 van toepassing. Artikel 10. (1) Door of vanwege den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel kan in door hem te bepalen hoeveelheden, hetzij ingevolge overeenkomst, hetzij krachtens de voorwaarden behoorende bij deze regeling, tarwe ter vermaling worden gegeven aan fabrikanten en molenaars. (2) Door hen, die krachtens 'genoemde voorwaarden malen, wordt uitsluitend meel, door hen die overeenkomstig genoemde overeenkomst malen, wordt bloem en zoo noodig ook meel vervaardigd tot eene hoeveelheid als door of namens den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel zal worden vastgesteld. (3) Het volledige eindproduct der vermaling wordt in beide gevallen steeds ten volle ter beschikking gehouden van de consumptie; de aflevering van meel en bloem geschiedt overeenkomstig de voorschriften dezer regeling; de aflevering van den tot veevoeder verwerkten afval overeenkomstig daartoe nader te geven voorschriften. Artikel 11. (1) Er wordt opgericht een Centraal Broodkantoor (na te noemen C. B. K.). (2) De inrichting en wijze van werken van het C. B. K. N°. 370. 372 wordt nader door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel geregeld. Artikel 12. (1) Aan bakkers en winkeliers worden nieuwe voorraden grondstof voor hun bedrijf verstrekt tegen inlevering bij het gemeentebestuur van de door hen ontvangen W-, B- en R.bons. (2) De verhouding van het gewicht dat de ingeleverde bons vertegenwoordigen en het gewicht van de nieuwe grondstoffen, dat naar aanleiding van die inlevering zal kunnen worden verstrekt, wordt door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel bepaald. (3) De bons worden wekelijks ingeleverd met inachtneming van de volgende bepalingen. (4) De bons worden ingeleverd op bladen geplakt; op één blad worden slechts bons, éénzelfde gewicht vertegenwoor. digende gehecht. (5) Verkrijgbaar worden gesteld opplakbladen: a. voor W-bons tegen inlevering waarvan inlandsche tarwebloem wordt terugverlangd; b. voor W-bons tegen inlevering waarvan Amerikaansche tarwebloem wordt terugverlangd; c. voor W-bons tegen inlevering waarvan rogge, voor de bereiding van zoet roggebrood wordt terugverlangd; d. voor B-bons tegen inlevering waarvan tarwemeel wordt terugverlangd; e. voor R-bons tegen inlevering waarvan rogge voor de bereiding van grof roggebrood wordt terugverlangd. (6) Iedere inlevering als in het voorgaande lid sub ct, b, c, d of e bedoeld is vergezeld van een afzonderlijken verzamelstaat, waarop vermeld de ingeleverde bladen en de daarop gehechte bons. (7) Op iederen verzamelstaat wordt, behalve naam en woonplaats van hem die dien staat inleverde, vermeld welke grondstof wordt terugverlangd. Voor zoover deze grondstof is inlandsche tarwebloem of tarwemeel, worden daarbij namen en woonplaatsen opgegeven van hen, door wie men die grondstof wenscht te doen leveren; Amerikaansche tarwebloem wordt door het C. B. K., rogge door de Provinciale Broodcommissie geleverd. 373 N°. 370. (8) Het C. B. K. is bevoegd bij onvoldoenden voorraad bestellingen als vorenbedoeld geheel of gedeeltelijk onuitgevoerd te laten. Voor het onuitgevoerd gebleven gedeelte der bestelling bevordert het C. B. K. de levering van inlandsche tarwebloem voor zoover dit verlangd wordt. Artikel 13. (1) Indien de verzamelstaten overeenkomen met het aantal ingeleverde bladen en bons, schrijft het gemeentebestuur ten name van hem, die die staten inleverde, bestelkaarten uit ter verkrijging van de gewenschte nieuwe grondstoffen. (2) Op de bestelkaarten voor tarwebloem en tarwemeel wordt tevens de naam en woonplaats vermeld van hem, die ingevolge verzoek van den belanghebbende de bestelling zal uitvoeren. Op de bestelkaart voor Amerikaansche tarwebloem staat vermeld, dat de bestelling wordt gericht tot het C. B. K.; op de bestelkaart voor rogge staat vermeld, dat de bestelling wordt gericht tot de Provinciale Broodcommissie. (3) De bestelkaarten worden door het gemeentebestuur aan den rechthebbende uitgereikt. De bestelkaarten zijn niet voor overdracht vatbaar. (4) De levering van grondstoffen geschiedt in den regel rechtstreeks aan den rechthebbende. Het gemeentebestuur is nochtans bevoegd de levering van rogge voor de bereiding van grof roggebrood en de levering van tarwemeel door zijne tusschenkomst te doen geschieden. Indien het gemeentebestuur van deze bevoegdheid wenscht gebruik te maken, voorziet het de bestelkaart van eene desbetreffende mededeeling. Artikel 14. (1) Het gemeentebestuur zendt de verzamelstaten te zamen met een afschrift van de naar aanleiding daarvan afgegeven bestelkaart aan de Provinciale Broodcommissie, die deze, voorzien van hare opmerkingen, doorzendt aan het C. B. K. (2) Het gemeentebestuur houdt de ontvangen bladen met bons beplakt ter beschikking van de Provinciale Broodcommissie. (3) Het C. B. K. doet wekelijks aan het R. D- K. gemeentewijze opgave van de geleverde hoeveelheid tarwemeel en de geleverde hoeveelheid rogge voor de bereiding van grof roggebrood. Artikel 15. De bakker zendt iedere hem door het gemeentebestuur ter hand gestelde' bestelkaart aan dengene, die daarop tot uitvoering der bestelling is aangewezen. No. 370. 374 Artikel 16. (1) De formulier-bladen, bestemd om daarop bons te hechten als in art. 12, 5de lid omschreven, de formulier-verzamelstaten in te vullen als in art. 12, 6de lid bepaald, de formulierbestelkaarten bedoeld in art.' 13 en de afschriften daarvan, bedoeld in art. 14, lste lid, worden door het E, D. K. aan het gemeentebestuur toegezonden, welk bestuur, voor zoover betreft de beide eerstbedoelde formulieren, zorg draagt voor de uitreiking aan belanghebbenden. (2) Ieder gemeentebestuur doet, gelijktijdig met het verzoek om toezending der broodkaarten als bedoeld in art. 5, lste lid, aan het R. D. K. opgave van het, van ieder dier formulieren benoodigde aantal. Artikel 17. (1) Beschuit-, biscuit- en koekfabrikanten, koek- en banketbakkers kunnen op daartoe bij het C. B. K. aan te vragen bestelkaarten aflevering te hunnen behoeve vragen van tarwebloem, tarwemeel, geïmporteerde Amerikaansche bloem of, voor zoover hun bedrijf daaraan behoefte heeft, ook van rogge. Het bepaalde in de eerste zinsnede van het 8ste lid van art. 12 is ten deze van toepassing. De aflevering geschiedt tegen prijzen, door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel te bepalen. (2) De aflevering van beschuit, uit de in het lste lid bedoelde grondstoffen te vervaardigen, geschiedt zoowel door de fabrikanten als door bakkers en winkeliers uitsluitend in ongeschonden orgineele verpakking en niet op broodkaart. (3) Voor zoover dit te doen gebruikelijk is, kan aan fabrikanten, bedoeld in het lste lid van dit artikel, in stede van tarwebloem of tarwemeel, ook tarwe worden geleverd, onder voorwaarde: a. dat zij deze tarwe zelf vermalen; b. dat zij het volledige afvalproduct, tot veevoeder verwerkt, ter beschikking stellen van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel en afleveren overeenkomstig diens aanwijzingen. Artikel 18. Tarwebloem, tarwemeel en rogge, aan een bakker geleverd op eene bestelkaart als bedoeld in art.-13 wordt door hem 375 N°. 370. zelf tot wittebrood, bruinbrood of roggebrood verwerkt onder voorbehoud nochtans dat hij de tarwebloem en de rogge, noodig voor de bereiding van de voor zijn bedrijf vereischte hoeveelheden bakkers-beschuit en zoet roggebrood, aan een ander ter verwerking kan afstaan. Artikel 19. (1) Een fabrikant of molenaar, wien ingevolge artikel 15 eene bestelling is opgedragen, voert deze uit voor zoover zijn voorraad dit toelaat, en doet daarvan zoo spoedig mogelijk nauwkeurige mededeeling aan de Provinciale Broodcommissie. (2) Voor zoover hij eene bestelling niet kan uitvoeren doet hij daarvan onverwijld mededeeling aan het C. B. K. (3) De Provinciale Broodcommissie geeft, voor zoover de voorraad dit toelaat uitvoering aan bestellingen tegen een prijs als door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel te bepalen. Artikel 20. (1) Onverminderd de straffen, door de D. W. 1916 bedreigt tegen overtreding dezer regeling kan de Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, al dan niet op voordracht van het C. B. K., een Provinciale Broodcommissie of een gemeentebestuur eene uitsluiting voor tijdelijk of voor goed uitspreken bij overtreding van bestaande verplichtingen: a. ten aanzien van den houder eener inrichting waar nachtverblijf wordt verstrekt aan tijdelijk hier te lande vertoevende vreemdelingen: voor zoover betreft de te zijner beschikkingstelling van dagbroodkaarten ter uitreiking, als bedoeld in art. 3 sub 6e. b. ten aanzien van den houder eener inrichting geheel of gedeeltelijk bestemd tot het verstrekken van maaltijden aan het publiek: voor zoover betreft de toepassing van art. 8, lste lid. Eene uitsluiting van dezen aard schorst voor eenzelfde tijdvak de mogelijkheid van toepassing van art. 9, ten aanzien van den uitgëslotene. c. ten aanzien van bakkers en winkeliers: voor zoover betreft de verstrekking van nieuwe grondstoffen overeenkomstig het bepaalde in art. 12. Eene. uitsluiting van dezen aard schorst voor eenzelfden tijd de mogelijkheid van toepassing van art. 16 ten aanzien van den uitgëslotene. No. 370. 376 d. ten aanzien van koekfabrikanten, biscuitfabrikanten, koek- en banketbakkers, voor zoover betreft de toepassing van art. 17, lste lid, lste zinsnede en art. 17, 3de lid. - Artikel 21. (1) Het is aan houders van wittebrood-, bruinbrood- en roggebroodkaarten verboden: 1°. voor eigen persoon en voor eenzelfde week meer dan één kaart aan te vragen of in ontvangst te nemen; 2°. datgene, wat op de kaart verkrijgbaar is, te koopen anders dan: a. op een broodkaart, welke is uitgereikt aan hem zelf of een der leden van het gezin, waartoe hij behoort; b. tegen bon of bons, in aanduiding van gewicht en van soort, overeenstemmende met hetgeen wordt gekocht, met dien verstande, dat tarwebloem en tarwemeel slechts kan worden gekocht op die bons, waarop de aan brood evenredige hoeveelheid tarwebloem resp. tarwemeel'uitdrukkelijk staat vermeld; c. op bon of bons, welke bij den koop van de broodkaart worden afgescheurd; 3°. een broodkaart in bewaring te geven aan een ander dan een der leden van het gezin, waartoe hij behoort; 4°. bons van de broodkaart af te scheuren of te doen afscheuren, waarvoor niet de overeenkomstige hoeveelheid brood, tarwebloem, tarwemeel, bakkersbeschuit werd in ontvangst genomen. (2) Voor de toepassing van het lste lid van dit artikel zijn de hoofden van gezinnen verantwoordelijk voor de houders van broodkaarten welke tot het gezin belmoren. Artikel 22. (1) Het is aan houders van aanvullingsbroodkaarten verboden: a. bruinbrood of roggebrood op de aanvullingsbroodkaart te doen strekken ten behoeve van een ander dan hem zelf; b. hetgeen aan houders van wittebrood-, bruinbrood- en roggebroodkaarten werd verboden in het voorgaand artikel sub 1°., sub 2°. onder b en c, sub 3°. en sub 4°.; (2) Het bepaalde in het 2de lid van art. 21 is ten deze van toepassing. 377 N°. 370. (3) Een gemeentebestuur is bevoegd den houder eener aanvullingsbroodkaart bij overtreding van de op hem in dit verband rustende verplichtingen, uit te sluiten van verdere verkrijging van aanvullingsbroodkaarten. Artikel 23. (1) Het is aan den houder eener inrichting, waar nachtverblijf aan tijdelijk hier te lande vertoevende vreemdelingen wordt verstrekt, verboden: 1°. een dagbroodkaart uit te reiken zonder deze vooraf te hebben voorzien van datum van afgifte en den naam der inrichting, door welker houder zn' werd uitgereikt; 2°. een dagbroodkaart uit te reiken of af te geven aan anderen dan aan tijdelijk hier te lande vertoevende vreemdelingen, die nachtverblijf in zijne inrichting hebben genomen; 3°. aan zoodanigen vreemdeling op één dag meer dan één dagbroodkaart te verstrekken; 4°. aan zoodanigen vreemdeling een volgende dagbroodkaart te verstrekken, tenzij de vorige tegelijker tijd wordt ingeleverd. Artikel 24. (1) Het is aan den houder eener inrichting, geheel of gedeeltelijk bestemd tot het verstrekken van maaltijden aan het publiek, verboden: 1°. aan hem, die een maaltijd in zijne inrichting komt gebruiken, wittebrood of bakkersbeschuit af te leveren, anders dan tegen afscheuring van de broodkaart van den bezoeker van een bon of bons, overeenstemmende in gewicht met hetgeen wordt verstrekt. 2°. Het is aan houders van inrichtingen als bedoeld in het eerste lid verboden beschuit, vervaardigd van grondstoffen, die verstrekt zijn ingevolge art. 17, af te leveren anders dan met inachtneming van het bepaalde in het 2de lid van art. 17. Artikel 25: Het is aan een bakker en winkelier verboden: 1°. brood, tarwebloem of tarwemeel of bakkersbeschuit te verkoopen anders dan: N°. 370. 378 ct. tegen bon of bons, in aanduiding van gewicht en soort overeenstemmende met hetgeen wordt verkocht, met dien verstande, dat tarwebloem en tarwemeel slechts kan worden verkocht op die bons, waarop de aan brood evenredige hoeveelheid tarwebloem resp. tarwemeel uitdrukkelijk staat vermeld: b. óp bon of bons, welke bij den verkoop van de broodkaart worden afgescheurd. 2°. eon broodkaart in bewaring te nemen van een ander dan een der leden van het gezin, waartoe hij behoort; 3°. bon of bons af te scheuren, te doen afscheuren of in ontvangst te nemen, waarvoor niet de overeenkomstige hoeveelheid brood, tarwebloem, tarwemeel of bakkersbeschuit werd afgeleverd. 4°. beschuit, vervaardigd van grondstoffen, welke ter beschikking zijn gesteld ingovolge het bepaalde in art. 17, lste lid, af te leveren anders dan met inachtnemeng van het 2de lid van dat artikel. Artikel 26. Het is aan een bakker en winkelier bovendien verboden bons ter verkrijging van nieuwe grondstoffen overeenkomstig art. 12 in te leveren, welke niet door hem zijn ontvangen ingevolge het bepaalde in art. 6. Artikel 27. (1) Het is den bakker verboden hem geleverde tarwebloem of tarwemeel resp. rogge door anderen tot wittebrood of bruinbrood resp. grof roggebrood te doen verwerken. (2) Het is den bakker verboden de hem verstrekte rogge anders te doen verwerken dan tot zoet roggebrood, dat door hem zal worden verkocht. Artikel 28. (1) Het is aan hen, die, hetzij ingevolge overeenkomst, hetzij ingevolge de voorwaarden behoorende bij deze regeling, tarwe ter vermaling ontvangen, verboden de eindpoducten der vermaling, hetzij geheel, hetzij gedeeltelijk af te leveren anders dan in art. 10 voorgeschreven. (2) Het is aan een fabrikant, bedoeld in art 17, 3de lid, verboden de afvalproducten anders af te leveren dan in dat lid bepaald. 379 Nos. 370—373. Artikel 29. Deze regeling treedt in werking op een nader te bepalen datum met dien verstande, dat de opgaven, bedoeld in art. 5, lste lid en art. 16, lste lid worden ingezonden tusschen 5 en 10 Januari 1917 en dat de gemeentelijke regelingen, bedoeld in art. 3, vóór den 12 Januri 1917 in handen der Provinciale Broodcommissie zullen moeten zijn.- 's Gravenhage, 27 December 1916. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. 371. N°. 39192/43. Rijksbureau voor de distributie 's Gravenhage, 27 December 1916. van graan en meel. Met het oóg op de schaarschte aan haver komt het mij wenschelijk voor, dat de aflevering van dit graan zoovéél mogelijk worde bevorderd. In verband hiermede verzoek ik u bij de landbouwers, die zich verbonden hebben haver aan het 'Rijk te leveren, op spoedige levering daarvan aan te dringen. Indien het mocht blijken, dat landbouwers weigerachtig zijn aan uw verzoek te voldoen, dan gelieve u mij zulks mede te deelen, waarna u machtiging tot inbezitneming zal worden verleend. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma.. N°. 372. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 22 November 1916, Directie N°s. 373—373. 380 van den- Landbouw, n°. 29298, 2de afdeeling betreffende den uitvoer van geslachte tamme ganzen; (Zie n°. 273.) Heeft goedgevonden: voornoemde beschikking in te trekken. 's Gravenhage, 28 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 373. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in afwijking van zijne beschikking, dd. 25 • Augustus j.1. n°. 63164, afdeeling Handel, te bepalen, dat voor de gemeente Wormerveer worden vastgesteld de navolgende maximumprijzen voor turf: (Zie n°. 7.) I. in den tusschenhandel:' 1°. korte Friesehe turf (hard en zwart) f 0,80 per 100 stuks; 2°. Noordhollandsche turf (hard en wit) f 0,65, lste soort, per 100 stuks; 3°. lange losse turf, haverstroo (zacht), lste soort, f 0,70 per 100 stuks; II. voor den kleinhandel: 1°. korte Friesehe turf (hard en zwart), 2°. Noordhollandsche turf (hard en wit), lste soort, 3°. lange losse turf, haverstroo (zacht), lste soort, f 0,90 per 100 stuks. 's Gravenhage, 28 October 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 381 Nos. 374—375. N°. 374. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel: Gelet op zijne beschikkingen van: a. 24 Juli 1916, Directie van den Landbouw, n°. 18995, 2de Afdeeling, laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 19 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 26155, 2de Afdeeling; (Zie n°. 143.) b. 19 Augustus 1916, Directie van den Landbouw, n°. 20570, 2de Afdeeling, betreffende den uitvoer van jonge hanen, zoowel levend als geslacht, Heeft goedgevonden: voornoemde beschikkingen in te trekken, 's Gravenhage, 28 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 375. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 19 Augustus 1916, Directie van den Landbouw, n°. 20583, 2de Afdeeling, laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 2 October 1916, Directie van den Landbouw, n°. 24106, 2de Afdeeling, en op die van 22 November 1916, Directie van den Landbouw, n°. 29682, 2de Afdeeling, betreffende den uitvoer van oude hennen en hanen, zoowel levend als geslacht; (Zie nos. 99 en 272) Heeft goedgevonden: onder intrekking van voormelde beschikkingen te bepalen, dat de ingevolge die beschikkingen uitgereikte consenten slechts geldig zijn tot 31 December 1916. 's Gravenhage, 28 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. Nos. 376—377. 382 N°. 376. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, met inachtneming van art. 8, lste lid, van de Distributiewet, te bepalen, dat: 1°. de commissie, belast met de zorg en den aanvoer en de distributie van kunstmeststoffen, na 1 Januari 1917 zal zijn belast met de aflevering van zwavelzuren ammoniak; 2°. de prijs, waarover de groothandel den sub 1°. bedoelden zwavelzuren ammoniak aan de voornoemde commissie zal. hebben te leveren, zal bedragen f 35 per 100 K.G bruto voor netto af fabriek, inclusief zakken, bij een gegarandeerd stikstofgehalte van 20,4 % meer of minder gehalte naar evenredigheid. 's Gravenhage, 28 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 377. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 7 November 1916, Directie van den Landbouw, n°. 28387, J) 2de Afdeeling; Heeft goedgevonden: te bepalen, dat voor den uitvoer van kalkkipeieren geen consenten meer zullen worden uitgereikt en dat reeds uitgereikte consenten voor dien uitvoer slechts geldig zijn tot 31 December 1916. 's Gravenhage, 28 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. i). Zie n°. 207 blz. 218. 383 N°. 378. N°, 378. N°. 109441. Afdeeling Handel. 3 bijlagen: I. Distributieregeling voor brood, bloem, meel en rogge. (Zie n°. 370) II. Ontwerp-regeling als bedoeld in art. 3 der sub 1 genoemde distributieregeling.III. Ontwerp-regelingen als bedoeld in art. 6, 2de lid, der sub 1 genoemde distributieregeling. Ik heb de eer u hierbij te doen toekomen de distributieregeling voor brood, bloem meel en rogge, gelijk deze door mij werd vastgesteld. In eene bijeenkomst, waarin de Centrale Broodcommissie, de Provinciale Broodcommissies, de besturen van enkele groote gemeenten en de Vereeniging van- Nederlandsche Gemeenten vertegenwoordigd waren, is mij verzocht voor de regelingen, van de zijde der gemeente-besturen te treffen ingevolge art. 3 en art. 6, 2de lid, ontwerpen samen te stellen. Ter voldoening aan dat verzoek zijn bij deze circulaire de bijlagen II en III 2) gevoegd, inhoudende zoodanige ontwerpen met bijbehoorende toelichting. Het ligt in mijn voornemen de distributieregeling op 5 Februari 1917 in werking te doen treden; ik zal het derhalve op prijs stellen, indien uwerzijds tijdig de vereischte voorbereidende maatregelen worden getroffen, in welk verband in het bijzonder uwe aandacht wordt gevestigd op art. 29 der distributieregeling, bepalende dat de reeds bovengenoemde gemeentelijke uitvoeringsvoorschriften vóór den 12 Januari a. s. in handen der Provinciale Broodcommissies moeten zijn. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. £.3 's Gravenhage, 27 December 1916. ') Deze bijlagen zijn hieronder opgenomen. N°. 378. 384 BIJLAGE II. Behoort bij circulaire van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel dd. 27 December 1916 N°. 109441 afd. Handel. Ontwerp-regeling ingevolge art. 3 der Distributieregeling voor brood, bloem, meel en rogge. Burgemeester en Wethouders van Gezien artikel 3 der distributieregeling van brood, bloem, meel en' rogge en art. 8, 4e lid der Distributiewet 1916; Besluiten: vast te stellen de volgende: BROODKAARTENREGELING. Artikel 1. Door het gemeentebestuur worden op daartoe strekkende verzoeken van belanghebbenden tegelijkertijd vier broodkaarten, ieder geldig voor één week, voor een tijdvak van vier opeenvolgende weken uitgereikt: a. aan allen, die, als hebbende hun hoofdverblijf in de gemeente, in het bevolkingsregister staan ingeschreven; b. aan allen, van wie blijkt, dat zij te beschouwen zijn als hebbende tijdelijk of voor goed, hun hoofdverblijf in de gemeente, met dien verstande, dat geen broodkaart zal worden verstrekt aan een tarweof roggeverbouwer, wien tarwe is gelaten voor het zelf bakken van brood, noch aan die leden van het gezin, waartoe hij behoort, in wier behoefte aan brood eveneens wordt voorzien door ter beschikking gelaten tarwe of rogge, tot een hoeveelheid per hoofd als door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel is bepaald. Artikel 2. . (1) Een verzoek tot uitreiking van broodkaarten wordt tot het gemeentebestuur gericht door ieder hoofd van een gezin 385. N°. 378. op een daarvoor bestemd formulier, hetwelk zoodanig is ingericht, dat daarop kan worden ingevuld: a. de naam van het hoofd van het gezin, zijn beroep, zoomede de namen van de tot dat gezin belmoren de personen kinderen beneden den leeftijd van één jaar niet medegerekend ■ b. de woonplaats van het gezin; c in welk aantal wittebrood-, bruinbrood- en/of roggebroodkaarten ten behoeve van het gezin worden gewenscht. (2) Een alleenloopend persoon die een eigen huishouding voert, wordt beschouwd als hoofd van een gezin. (3) De bestuurder van een binnen de gemeente gevestigd gesticht, ziekenhuis of dergelijke inrichting, wordt ten opzichte van hen, die, zij het ook tijdelijk, aldaar verblijven, aangemerkt als hoofd van een gezin. (4) Zij die, zij het ook tijdelijk, verblijf houden in binnen de gemeente gevestigde gestichten, ziekenhuizen en dergelijke inrichtingen, alsmede vluchtelingen en buiten bestaande kampen woonachtige geïnterneerden, worden geacht hun hoofdverblijf in de gemeente te hebben. (5) Het gemeentebestuur zal aan aanvragen tot uitreiking van broodkaarten voldoen, tenzij hem blijkt, dat de aanvrage niet in overeenstemming is met de feiten. Artikel 3. (1) Formulieren, bestemd tot het aanvragen van broodkaarten met uitzondering van aanvullings- en dagbroodkaarten worden aan de bakkers ter uitreiking aan hun klanten verstrekt! (2) De bakkers, door wie formulieren als bedoeld in het voorgaande lid ter uitreiking aan hun klanten zijn verstrekt zamelen deze, nadat zij door hun klanten zijn ingevuld, weder in en overhandigen die 'aan het gemeentebestuur. (3) De uitreiking der wittebrood-, bruinbrood- en roggebroodkaarten aangevraagd op de wijze als in de voorgaande leden omschreven, wordt aan de bakkers, ieder voor zoover zijn klanten betreft, opgedragen, en geschiedt niet dan tegen behoorlijk onderteekend ontvangstbewijs, door den bakker bij het gemeentebestuur in te leveren. (4) De kaarten welke door een bakker niet konden worden uitgereikt, levert hij zoo spoedig mogelijk weder bij het gemeentebestuur in. 25 N°. 378. 386 Artikel 4. (1) Door of namens het hoofd van een gezin wordt van iedere wijziging in de opgaven, door hem verstrekt ingevolge artikel 2; lste lid, sub a en b, ten spoedigste mededeeling gedaan aan het gemeentebestuur. (2) Aan het verlangen tot wijziging in de opgave, gedaan ingevolge art. 2, lste lid, sub c, mits kenbaar gemaakt aan het gemeentebestuur vóór den loden van een loopende maand, zal worden voldaan bij de uitreiking der broodkaarten voor de daarop volgende kalendermaand. Artikel 5. (1) Zoolang geen wijziging is gedaan van de opgaven, verstrekt ingevolge art. 2, wordt, tenzij het tegendeel blijkt, aangenomen dat ook geen wijzigingen hebben plaats gehad. (2) Over ieder volgend tijdperk van 4 weken heeft de verstrekking van de bedoelde broodkaarten plaats als m het . derde lid van art. 3 bepaald. Artikel 6. (1) Door het gemeentebestuur worden ter plaatse bij gebruikelijke openbare kennisgeving aan te wijzen, formulieren beschik- • haar gesteld, bestemd tot het aanvragen der broodkaarten, welke niet overeenkomstig het bepaalde in art. 3 kunnen worden uitgereikt. (2) Op deze formulieren is het bepaalde in art. 4 van toepassing. (3) Ter plaatse, door het gemeentebestuur aan te wijzen, worden de broodkaarten, aangevraagd overeenkomstig het lste lid, uitgereikt. Artikel 7. (1) Aanvullingsbroodkaarten worden uitsluitend uitgereikt -op een rechtstreeks tot het gemeentebestuur door den belanghebbende gericht, met redenen omkleed verzoek, waarvan het formulier door dat bestuur wordt vastgesteld; de wijze van uitreiking dezer kaarten wordt door het gemeentebestuur bepaald. Bij zijn verzoek geeft belanghebbende op of hij eene bruinbrooddan wel eene roggebrood-aanvullingskaart verlangt. (2) Een aanvullingsbroodkaart wordt uitsluitend verstrekt aan hem, voor wien naar het oordeel van het gemeentebestuur de hoeveelheid brood, te verkrijgen op een wittebrood-, een 387 N°. 378. bruinbrood- of een roggebrood-kaart, niet voldoende is in verband mét den aard zijner werkzaamheden en zijne normale wijze van voeding. (3) Door of namens dengene, wien een aanvullings-broodkaart is uitgereikt wordt onverwijld mededeeling gedaan van het vervallen der redenen, welke tot de uitreiking aanleiding gaven. (4) Zoolang eene mededeeling, als in het voorgaande lid gedaan niet wordt ingezonden, 'noch wijziging is gebracht in de keuze, gedaan ingevolge de laatste zinsnede van het eerste lid van dit artikel, wordt telkens voor een volgend tijdvak van vier opéénvolgende weken vier aanvullingsbroodkaarten van dezelfde soort als een vorige maal ter beschikking van den belanghebbende gesteld, tenzij van den aanvang af reeds vastgesteld was, dat die uitreiking slechts voor een bepaald tijdvak zou geschieden. Artikel 8. Aan houders van inrichtingen, waar nachtverblijf aan tijdelijk hier te lande vertoevende vreemdelingen wordt verstrekt, kan •een bepaald aantal dagbroodkaarten ter uitreiking aan hunne logeergasten in voorraad worden gegeven onder verplichting.: a. iedere -dagbroodkaart, vóór hare uitreiking, te voorzien van den datum van afgifte en den naam der inrichting, door "welker houder zij wordt uitgereikt; b. geen volgende dagbroodkaart af te geven dan tegen overgave van de vorige kaart met de bons, voor zoover daartegen geen brood weid gekocht; c. wekelijks nauwkeurige verantwoording te doen van de ontvangen, van de uitgereikte en van de, ingevolge het bepaalde sub b terugontvangen dagbroodkaarten, zulks onder overlegging van extracten uit het nachtregister. Artikel 9. (1) De vervallen broodkaarten, met de bons, waartegen geen brood werd gekocht, daaraan nog bevestigd, moeten worden ingeleverd bij het gemeentebestuur in de week volgende op die harer geldigheid. Op de achterzijde van iedere kaart wordt de naam vermeld van hem, aan wien die kaart werd uitgereikt, (2) Verzuim der verplichting, in het voorgaande lid opgelegd, kan ten gevolge hebben, dat geen nieuwe broodkaarten worden uitgereikt. N°. 378. 388 Artikel 10. (1) Van iedere verstrekking van broodkaarten, evenals van iedere voorkomende wijziging, hetzij in het getal, hetzij in den aard der broodkaarten (als b.v. verwisseling eener wittebroodkaart. voor een bruinbroodkaart enz.) wordt aanteekening gehouden op door het Gemeentebestuur aan te leggen controlekaarten, waarop zijn vermeld; a. de naam, voornamen en woonplaats van het hoofd van het gezin; b. het aantal leden van hef gezin, kinderen beneden den leeftijd van één jaar niet medegerekend ; e. de hoeveelheid broodkaarten aan het hoofd van het gezin verstrekt; d, de datum dier verstrekking met de maand, gedurende welke de broodkaartan geldig zijn; e. de mutaties in de broodkaarten-verstrekking; /'. zoo mogelijk de hoeveelheid brood, die door het gezin van den houder in werkelijkheid wordt gebruikt. Artikel 11. (1) Het gemeentebestuur is bevoegd te allen tijde te eischen, dat de broodkaarten aan de daartoe aangestelde controleambtenaren of aan de daarmede belaste ambtenaren der gemeentepolitie worden vertoond. (2) Elk houder van een broodkaart is verplicht op eerste aanvrage van de voormelde ambtenaren zijn broodkaart aan hen ter inzage te verstrekken. (3) Elk houder van een broodkaart is eveneens verplicht zich persoonlijk met zijne broodkaart bij het gemeentebestuur te vervoegen indien dit van hem wordt gevorderd. Artikel 12. (1) Wordt gestraft overeenkomstig dé bepalingen der Distributiewet 1916: a. hij, die de opgaven, ingevolge art. 2 dezer regeling doet in strijd met de waarheid; b. hij, die daartoe gehouden, verzuimt de opgaven te doen, voorgeschreven in art. 4, le lid dezer regeling; c. hij, die onder onjuiste opgaven als bedoeld in art. 7, te zijnen behoeve uitreiking eener aanvullingsbroodkaart verzoekt; 389 No, ,378. hij, die verzuimt opgave te doen als voorgeschreven in art. 7, 3e lid, van het vervallen van de redenen, die tot afgifte van een aanvullingsbroodkaart aanleiding hebben gegeven; e. hij, die weigert gevolg te geven aan een der eischen, als in art. 11 omschreven. (2) Wordt gestraft overeenkomstig de bepalingen der Distributiewet 1916 de bakker, die bij de uitvoering-van de hem in art. 4 opgedragen taak op eenigerlei wijze daarvan afwijkt. Deze verordening treedt in werking op den dag nadat zij, door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel goedgekeurd, op de gebruikelijke wijze zal zijn afgekondigd. Aldus vastgesteld door Burgemeester en Wethouders deigemeente den Januari 1917, en in duplo ter goedkeuring toegezonden aan den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, door tusschenkomst der Provinciale Broodcommissie in Ten einde aan de strafbedreigingen, voorkomende in de distributieregeling van brood, meel en rogge, de vereischte bekendheid te geven, zoude te dezer plaatse de tekst der artikelen 20 tot en met 28 dier regeling nog kunnen worden afgedrukt. De Provinciale -Broodcommissie in Artikel 18. Burgemeester en Wethouders voornoemd Burgemeester. De Secretaris (Wethouder). adviseert tot staande regeling. der voren¬ den Januari 1917. Be Provinciale Broodcommissie voornoemd, Vi drenstaande regeling goedgekeurd den Januari 1917. Be Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, N°. 378. 390 Toelichting. Het is duidelijk, dat ieder een broodkaart zal moeten hebben art. 1 en art. 2, 5de lid werd daarom in den meest ruimen zin geredigeerd, ook al werd ter bevordering eener goede controle — waarover hieronder meer- — een rechtstreeksch verband gelegd met de bevolkingsregisters. , In art. 3 werd eene regeling neergelegd, volgens welke de bakkers, die dagelijks met een belangrijk gedeelte van het broodkoopend publiek in persoonlijk contact komen, belast worden met de uitreiking der broodkaarten, en hetgeen daaraan vooraf behoort te gaan. Het woord „bakker" is in deze bepaling in ruimen zin bedoeld: niet alleen de bakker, die het brood aan de huizen rondbrengt, doch ook de bakker-winkelier, bij wien vooral in volkswijken het benoodigde brood pleegt te worden afgehaald, is in dit verband als schakel tusschen het gemeentebestuur en het publiek gedacht. Aldus wordt eene decentralisatie van de broodkaarten-uitreiking bereikt, welke voorkomt dat het publiek iedere maand in grooten getale zich bij het gemeentebestuur zelf zal moeten vervoegen. Dat ook op andere wijze zoodanige decentralisatie kan worden bereikt, ligt voor de hand: politieposthuizen, wijklokalen e. cl. kunnen dezelfde diensten bewijzen als bakkerswinkels en rondrijdende bakkerskarren. In dit verband is ook wel de aandacht gevestigd op een stelsel van uitreiking, gebaseerd op de aanstelling van een aantal wijkmeesters, ieder aangewezen tot de uitreiking van broodkaarten en desgewenscht ook tot het, in ontvangst nemen van de broodkaarten, waarvan de geldigheidsduur is verstreken in een bepaald stadsgedeelte; aan deze wijkmeesters kan voorts zooveel mogelijk, de controle opgedragen worden op de aangiften, waarop de uitreiking van het aantal broodkaarten is gebaseerd. Het spreekt wel vanzelf dat, wie dit stelsel verkiest, de wijken niet te groot behoort te nemen. Van plaatselijke omstandigheden zal het afhangen aan welke dezer beide — dan wel aan een derde wijze — de voorkeur dient te worden gegeven; doch hoe dan ook, eene vérstrekkende decentralisatie zal voor de uitreiking moeten worden geregeldr nu 4 wekelijks nieuwe broodkaarten in ontvangst te nemen zijn, kan van het publiek niet gevorderd worden dat daarmee veel tijd verloren gaat. Naast eene, ingevolge het vorenstaande geregelde uitreiking van kaarten, zal het echter noodig blijken een centraal punt. 391 N°. 378. aan te wijzen waar zij, die langs dien weg niet in het bezit: van een kaart kwamen, zich dat onmisbare document kunnen verschaffen. Tot dat doel strekt art. 6. Aan dat centrale adres zal tevens aanvrage moeten worden-' gericht tot uitreiking van' aanvullings-broodkaarten (art. 7). Hier toch geldt het de uitreiking van kaarten, die een zeer persoonlijk karakter dragen, die een persoonlijk onderzoek vereischenr — waaromtrent het wenschelijkr is, dat algemeene voorschriften, worden vastgelegd in de regeling, hetgeen in het voorgaandeontwerp niet werd gedaan, omdat ook dit punt zeer van plaatselijke omstandigheden afhankelijk is — en die dus niet op dezelfde wijze kunnen worden verstrekt als de hoofdkaarten, waarvan er één in ieder's bezit zal moeten zijn. Dat de opgaven in art. 2 geeischt, niet gemist kunnen worden',, zal zonder meer duidelijk zijn. In dit verband mag er de aandacht op worden gevestigd1 dat broodkaarten, zij het geen directe, dan toch eene indirecteop geld waardeerbare waarde hebben, aangezien op de daaraan gehechte bons de aanspraak van den bakker is gebaseerd voor de levering van nieuwe grondstoffen. Het is dus van groot belang, dat niet meer kaarten worden uitgereikt dan het gezamenlijke publiek toekomen. Op grond van deze overweging werd voor de uitreiking van broodkaarten, in art, 3 niet de voorkeur gegeven aan verzending per post, omdat daarbij zoo licht, b.v. door onvermijdelijke abuizen in dé adresseering, kaarten niet te juister plaatse aankomen; het is daarom óók, dat hier moge worden aanbevolen de opgaven van art. 2 nauwkeurig te toetsen aan de officieele gegevens betreffende de in iedere gemeente gevestigde bevolking en de uitreiking op te schorten,, totdat eventueele- verschillen zijn opgehelderd. Maatregelen; dienen voorts te worden genomen, b.v. door aanteekening in het bevolkingsregister, dat niet ten behoeve van eenzelfde» persoon, meer dan één kaart wordt uitgereikt. Een globaal opgezet stelsel ter verkrijging van het benoodigdecontrole-materiaal werd bovendien in art. 10 geschetst. Het schijnt overbodig, gelet op art. 4 en 7 3e lid, maandelijks nieuwe aanvragen tot verkrijging van broodkaarten teeischen. In dezen gedachtengang werden de artikelen 5 en 7,.. 4e lid opgenomen. Art. 9 werd ingelascht voor die gemeentebesturen, diewenschen gebruik te maken van de bevoegdheid, hun verleend in art. 4 der distributie-regeling. N°. 378. 392 De overige voorschriften houden grootendeels rechtstreeksch verband met wat art. 3 der distributieregeling voorschrijft. Nadere toelichting schijnt daarvan overbodig. De aandacht werd er reeds op gevestigd, dat het voorgaande ontwerp slechts bedoeld te zijn een leidraad; plaatselijke omstandigheden kunnen aanleiding zijn tot het brengen van wijziging, resp. aanvulling. Ten aanzien van aanvulling van het ontwerp moge gewezen worden op de bevoegdheid der gemeentebesturen om de levering van tarwemeel en van rogge voor de bereiding van grof roggebrood — zijnde de artikelen, voor welke de gemeenten een bijslag als bedoeld in art. 3 der Distributiewet 1916 hebben te bètalen (rogge voor de bereiding van zoet roggebrood zal den bakkers worden geleverd tegen een prijs waarop geen bijslag verschuldigd is, omdat dit brood als luxe-brood is te beschouwen) — door hunne bemiddeling te doen geschieden; de gemeentebesturen, welke van deze bevoegdheid wenschen gebruik te maken, gelieven de door hen in te zenden regeling met eene bepaling van die strekking aan te vullen. Wordt ten slotte verzocht ter bevordering eener zoo vlug mogelijke afdoening van het onderzoek of eene ingezonden regeling kan worden goedgekeurd: 1°. op de bepalingen, welke afwijken van vorenstaand ontwerp bij begeleidend schrijven de aandacht te vestigen; 2°. het voor goedkeuring bij de Provinciale Brood-Commissie in te zenden ontwerp in duplo in te zenden; één dier exemplaren zal dan, voor goedkeuring gewaarmerkt, aan het gemeentebestuur worden teruggezonden. 'É|§||| BIJLAGE III. Behoort bij Circulaire van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel van 27 December 1916. N°. 109441 Afdeeling Handel. Regeling ingevolge art. 6 2de lid der Distributieregeling van brood, bloem, meel en rogge. Art. 6 der nevengenoemde Distributieregeling legt den Gemeentebesturen de verplichting op toe te laten de levering van bruinbrood, tarwemeel en grof roggebrood uit hunne gemeeten 393 N°. 378. naar andere gemeenten voor zoover zulks te doen gebruikelijk was en légt daarnaast de verplichting op aan de bij zoodanige levering betrokken gemeentebesturen zich met elkander te verstaan omtrent de verrekening der kosten, bedoeld in Art. 3 der Distributiewet 1916, op zulk een levering vallende. Omtrent deze verrekening worde op het volgende de aandacht gevestigd. De mogelijkheid van verrekening doet de noodzakelijkheid van een controle-stelsel ontstaan, hetwelk, afgezien van daaraan verbonden moeite, meer kosten vordert, naarmate het op grootere nauwkeurigheid wordt ingericht. L Voor zoover alzoo de bedoelde levering beperkt blijft tot relatief bescheiden verhoudingen, schijnt het de moeite en de kosten niet te loonen om maatregelen tot verrekening te treffen en zou die levering, óók op elders afgegeven broodkaarten, geheel vrij kunnen worden toegelaten. II. Tot eenzelfde gedragslijn zouden bij gemeen overleg wellicht ook kunnen komen een aantal gemeenten, wier omstandigheden van vrijwel gelijken aard zijn in dit opzicht, dat globaal berekend eenzelfde hoeveelheid in de gemeente komt als uit die gemeente voor eene andere wordt afgeleverd. Naarmate een grootere kring van gemeenten zich vormt, zal het gemakkelijker blijken dezen toestand te bereiken. III. Elders weer zal het voorkomen, dat één of meer bakkers uit een bepaalde gemeente andere min of meer naburige gemeenten van brood voorzien. Waar bestendiging van den bestaanden toestand de strekking is van art. 6 der Distributie regeling, zal het wel geen moeite kosten vast te stellen, welke hoeveelheden aldus de ééne gemeente verlaten om aan inwoners van andere gemeenten ten goede te komen. IV. Voor zoover het geval, sub I verondersteld niet aanwezig is en voor een geval, als sub II omschreven, voldoende gelijkheid wordt geacht te ontbreken, zal een regeling voor de dan noodzakelijke kostenverrekening niet kunnen worden gemist. Ook dan echter is het wel zeer wenschelijk, dat een zoo groot mogelijke gemeenschap wordt gevormd. Bij de tot dit doel op te stellen regeling moet niet uit het oog worden verloren, dat de afgeleverde broodhons door den bakker, die daarop brood verkocht, binnen één week bij zijn gemeentebestuur moeten ingezonden worden ter verkrijging van nieuwe grondstof. Die bons blijven dan weliswaar bewaard bij het gemeentebestuur, dat ten eigen behoeve verrekening kan eischen, doch de bons, uit de onderscheiden gemeenten N°. 378. 394 afkomstig, zullen dooreen op de opplakbladen zijn ingeleverd en een zeer tijdroovende contröle zou dus noodig zijn, indien men de vordering van het belanghebbende gemeentebestuur zou willen verifleeren. Deze wijze van contröle veronderstelt een vermelding van den naam van de gemeente op alle bons der in die gemeente afgeleverde broodkaarten, zulks voor alle gemeenten, die tot een groep van dezen aard zijn toegetreden. Een contröle en tevens verrekeningsmiddel bij een gegeven als het onderwerpelijke kan op andere wijze nog gevonden worden in een stelsel van neven-bons. Dat in het geval, sub' I en II 'omschreven, geen verrekeningsbepalingen vereischt worden, is duidelijk. Mochten er in het geval, sub II bedoeld, gemeenten zijn, die in een groep niet kunnen worden gemist, doch die om eenigerlei reden bezwaar hebben tegen aansluiting, dan zal ten -deze een beroep op de Provinciale Broodcommissie ingevolge Art. 6, 3de lid een bevredigend resultaat kunnen hebben, hetzij doordat deze de aangevoerde bezwaren ongegrond verklaart, hetzij doordat zij een der andere vorenomschreven gevallen aanwezig mocht achten, in welk geval een daarvoor passende regeling kan worden vastgesteld. Bestaat voldoende overeenstemming dan kan met een eeneenvoudige wederzijdsche verklaring worden volstaan. Voor zoover een oplossing op een dezer beide wijzen wordt gevonden, verdient het aanbeveling de Provinciale Broodcommissie daarvan mededeeling te doen ook al werd zij er niet in gemoeid, opdat deze volledig op de hoogte blijve van hetgeen op dit punt in hare provincie van kracht is. Het geval, sub III bedoeld, zou kunnen worden afgedaan door een regeling, bestaande uit één enkel artikel; mocht een stelsel van stempelen der bons of nevenbons daarbij gewenscht worden, dan zouden de desbetreffende artikelen, voor het geval sub IV omschreven, daaraan toegevoegd kunnen worden. Het èènige artikel kan luiden aldus: I Burgemeester en Wethouders van-^; Gezien Art 6, 2de lid dei Distributieregeling voor Brood, Bloem, Meel en Rogge, Hebben besloten, in gemeen overleg met het gemeentebestuur —- vast te stellen de volgende: 395 N°. 378. Verrekeningsregeling. Eenig Artikel. 1) Bakkers, door wie uit gemeente I Bruinbrood, Tarwemeel of grof Roggebrood is geleverd aan ingezetenen der gemeente II, doen van de aldus verstrekte hoeveelheden nauwkeurige mededeeling aan het bestuur der gemeente'I onder opgave aan wie en tot welke hoeveelheid aan ieder werd geleverd. 2) De opgaven, door het gemeentebestuur van I aldus ontvangen, worden wekelijks in afschrift aan het gemeentebestuur van II toegezonden, ónder opgave van de kosten, bedoeld in art. 3 der D. W. 1916, daaruit voortvloeiende ten laste der gemeente II. 3) De verrekening der kosten, in het 2de lid bedoeld, geschiedt aan het eind van iedere kalendermaand. Voor zoover dit niet noodzakelijk voorkomt, zou voor de mededeeling, in het 1 ste lid bedoeld, kunnen worden volstaan met een opgave, die minder in bijzonderheden afdaalt. Eene regeling voor het sub IV omschreven geval zou wellicht als volgt kunnen luiden : B. en W. van Gezion art. 6, 2de lid der Distributieregeling van brood, bloem, meel en rogge, hebben besloten vast te stellen de volgende: Verrekeningsregelins;. Arrikel 1. De levering van bruinbrood, tarwemeel en rogge voor bereiding van grof roggebrood aan inwoners van andere meenten geschiedt onder de navolgende voorwaarden. Artikel 2. De aflevering in art. 1 bedoeld kan slechts geschieden op broodbons, welke behalve in overeenstemming met de bepalingen der Distributieregeling van brood enz., bovendien aan de voorzijde gestempeld zijn met den naam der gemeen- of Artikel 2. 1) De aflevering' in art. 1 bedoeld kan slechts geschieden op broodbons als voorgeschreven in de Distributieregel*ing van brood enz. en bovendien onder gelijktijdige overgave van een nevenbon, vermeldende het afgeleverde brood. N°. 378. 396 te. waar de betreffende brood- " 2) Voor de nevenbons in kaart werd afgegeven. het voorgaande lid bedoeld gelden (voor zoover toepasselijk) dezelfde bepalingen als voor de bons behoorende tot de broodkaarten. 3) De nevenbons zijn door het betreffende gemeentebestuur uitgereikt gelijktijdig met de broodkaart en tot een gelijk aantal als er aan de verstrekte broodkaarten broodbons zijn bevestigd. 4) De nevenbons zijn in uiterlijk ^aanzien zeer duidelijk te onderscheiden van de bons gehecht aan een broodkaart; zij dragen den naam der gemeente, door welke zij worden uitgereikt. Artikel .3. 1) De bakker of winkelier zendt wekelijks, gelijktijdig met zijn verzoek om levering van nieuwe grondstof, een gemeentewijze gespecificeerden staat in, houdende de in iedere gemeente afgeleverde hoeveelheid brood of meel. 2) Hij houdt ter eventueele navraag zijn aanteekeningen, wanneer, aan wie en tot welke hoeveelheden hij in iedere gemeente afleverde, ter beschikking. Artikel 3. De bakker of winkelier zendt wekelijks, gelijktijdig met zijn verzoek om levering van nieuwe grondstof, de ontvangen nevenbons in, gemeentewijs gesorteerd en op een bijgevoegden staat gespecificeerd. Artikel 4. 1) Het gemeentebestuur zendt de ingevolge het voorgaande artikel ontvangen staten Artikel 4. 1) Het gemeentebestuur zendt afschrift van dien staat, te zamen met de ontvangen 397 Nos. 378—379. in afschrift aan het gemeentebestuur wien het aangaat onder opgave van de kosten, bedoeld in art. 3 der D. W. 1916, daaruit ten laste van die gemeente voortvloeiende. 2) Het gemeentebestuur zendt de opplakbladen met bons, door bakkers en winkeliers ingeleverd ter verkrijging van nieuwe grondstof, ter beschikking voor inzage van die besturen der gemeenten, aan welke afschriften als' in het eerste lid bedoeld werden gezonden. 3) De verrekening der kosten, in het lste lid bedoeld, geschiedt aan het einde van iedere kalendermaand. nevenbons aan het gemeentebestuur, wien het aangaat onder opgave van de kosten, bedoeld in art. 3 -der D. W. 1916, daaruit ten laste van die gemeente voortvloeiende. 2) De verrekening der kosten, in het lste lid bedoeld, geschiedt aan het einde van iedere kalendermaand. Waar het hier betreft eenige administratieve regeling, schijnen verbodsbepalingen hier minder op haar plaats. Ten aanzien van vorenstaande ontwerpen en de inzending daarvan ter goedkeuring, moge worden verwezen naar hetgeen aan het slot van bijlage II werd opgemerkt. 379. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft, in afwijking van het ter zake bepaalde bij zijne beschikking dd. 28 September jl., n". 76917, ]) afdeeling Handel, goedgevonden te bepalen, dat krachtens art. 2 der Distributiewet 1916, voor de gemeente Avereest wordt vastgesteld een maximum kleinhandelprijs van gezouten' vet inlandsch spek van 47J/„ ct. per l/s K.G. 's Gravenhage, 29 December 1916. Voor den Minister, . De Secretaris-Generaal, Versteeg.' i) Zie 90 blz. 95 sub la. N<* 380—381. 398 N°. 380. De Toewijzings-Commissie voor Veevoeder te 's Gravenhage heeft 0. Spelt Czn., Heiligenbergweg te Amersfoort, en gelet op art. Ibis van de ministerieele -besluiten betreffende de beschikbaarstelling van veevoeder, uitgesloten van de bevoegdheid aanvragen voor veevoeder in te dienen, in het jaar 1917. Deze persoon mag derhalve in het genoemde jaar geen zoodanige aanvragen teekenen of indienen. Bestellingen van veehouders, voorkomende pp aanvragen van dezen persoon, worden ter zijde gelegd. 's Gravenhage, 22 December 1916. De ■Toewijsingscommissie voor Veevoeder, Mr." H. J. Rink, Secretaris. N°. 381. De Minister van Landbouw, Nijveiheid en Handel, Gezien zijne beschikking van 9. September 1916, n°. 72235, afd. Handel, (zie n°. 46 en 47 blz. 52 t/m 54). Gezien art. 2 en art, 8, 3de lid, der Distributiewet 1916, Heeft goedgevonden: lo. tot nadere aankondiging vast te stellen voor de goederen, in deze beschikking sub 3°. genoemd, de maximumprijzen achter . ieder dier goederen vernield, zijnde die vaststelling geschied ingevolge art. 2 en ingevolge art. 8, 3de lid, der Distributiewet 1916, gelijk sub 3°., respectievelijk in kolom A en kolom B nader staat aangegeven; 2°. ten aanzien van de sub 8°. gestelde maximumprijzen te bepalen: a. dat onder de groothandel- en tusschenhandelprijzen zijn te verstaan, franco station van bestemming, spoor, boot of laatste veer, tenzij bij het betrokken artikel anders is bepaald;_ b. dat de prijzen onder geen voorwaarde mogen worden verhoogd noch voor verpakking, noch voor thuisbezorgen, noch voor eenige andere door' den verkooper te verrichten werkzaamheid, kunnende in'tusschen levering in verpakking en thuisbezorging slechts worden verlangd voor zoover die gebruikelijk was; 399 No. 381. c. dat het niet geoorloofd is, aan den verkoop eenige bijzondere voorwaarde te verbinden, met name niet die van het bijkoopen van eenig ander artikel; d. dat voor onderdeelen van de eenheden in de prijslijst bij de verschillende artikelen genoemd geen verhoogde prijs in rekening mag worden gebracht, tenzij deze in de lijst vermeld staat, zullende int-usschen de groothandel en de tusschenhandel niet verplicht zijn kleinere hoeveelheden te leveren dan de bij de maximumprijs vermelde eenheid; 3°. tot wederopzeggens vast te stellen de navolgende maximumprijzen ; ]) 4°. speciale maximumprijzen, door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel vastgesteld voor bepaalde gemeenten, blijven voor deze gemeenten van kracht, ook al wijken zij af van die sub 3°. genoemd. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. i) Zie de prijslijst hieronder. Maxiumprijzen behoorende b\j de beschikking van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, van 30 December 1916, n°. 95177. A. B. j (Maximumprijzen | (Maximumprijzen vastgesteld ingevolge art. 8, vastgesteld in- i 3de lid, Distributiewet 1916.) gevolge art, 2 r-. der Distributie- I Groothandel- j Tusschenhandel- Kleinhandelwet 1916.) prijs. prijs. prijs. 1 geTolge^^T^der^Distributiewet 1916, aangewezen bij beschikking van 9 September 1916 n°. 72235 afd. Handel. A. Levensmiddelen. 1. Ongebuild tarwemeel, voor zoover dit dient voor het bakken van bruin brood voor particulieren, die hun brood zelf bereiden 14 ct. per 1 K.G. 2. Rogge wordt niet aan ! ' den verbruiker te koop aangeboden of verkocht I — — — x". 881. 400 .4. B. (Maximumprijzen (Maximumprijzen vastgesteld ingevolge art, 3. ' vastgesteld in- 3de lid, Distributiewet 1916.) gevolge art. 2 | ■ — ——— der Distributie- j Groothandel-- Tusschenhandel- Kleinhandelwet 1916.) i prijs. prijs. prijs. 3. Aardappelen, te weten Eigenheimers, Groninger Kronen, Roode Stars van zand-en veengrond en daarmede door mij gelijk te stellen soorten t' 3.40 per 1 H.L.) ïSaP l f3.40 per 1 H.L. I 1-75 „ Vj „ [ ]. 1.75 „ i/2 „ •51/2 ct. .. 1 K.G.) f 51/2 ct. ,1 K.G. 4. Groenten, t. w. de vol- I gende stapelgroenten: «. Roodo kool . . . . 6 , 1 ,, • 6 ,, ., 1 ... b. Gele kool j 6 „ ., .1 „ " - — 6 „ ,. 1 .Jgj c Uien I 8 „ , 1 ,. — 8 ,, s 1 .-; tl. Friesehe en andere I soorten fijne peen . ! 6 ,. ,, 1 „ (i „ .. 1 ., e. Flakkeesche of Hil- j gomsche peen . . . i 5 ., ., 1 ,. 5 ,. .. 1 /'. Knolrapen 7 ... I 3'/2 „ „ 1 ... . 31/2 ,, .1 .. . en de volgende vatgroenten: ((. Pronksnijboonen . . 18 .. .„ 1 „ \ 18 ,. _ 1 .. b. Enkele sperzieboonen 22 „ jj 1 ..,' - - - 22 - .. ., 1 ., ■ c. Dubbele sperzieboonen 18 ., ,, 1 ., : — 18 „. .. 1 „' il. Zuurkool jlO „ „ 1 „ | — 10 „ ,, 1 . Gort (gewone soort) . . 13 ., „ i/2 „ „ 100 „ '„21.— ., 100 „ „22.—13 . i/2 11. Havermout (Inlandsche • of Amerikaansche) . . 16 „ ,. J/2 „ „ 100 ., „ 26.— ,. 100 „ „27.—16 „ i/2 12. Margarine . (t. w. Nor- [ maal-margarine) . . . 45 ., „ i/, ., „ i/2 „ n o.39 45 * i/2 Ë8. Boter i) 100 ,, „ i/2 ., _ Boter bij verpakking in wit fust v. 50 KG. . . .,1 „ i; 1.75 .. 1 „ „ 1.80 i Boter bij verpakking in j f Wit fust v. 25 K.G. . . „ 1 „ „ 1.76 „ t „ „ 1.8lj f Boter bij verpakking in f' ï wit fust v. 12* K.G. en , „„ \ W K.G. . _ „ 1 1.77 „ 1 „ 1.821Q0 - " h " Boter bij verpakking in I t Delftsch of Leidsch fust ! v' 20 K-G .., 1 ., „ 1.80 „ 1 „ ,, 1.85] I Boter bij verpakking in f Delftsch of Leidsch fust f v- 10 KG • • „ 1 ,, „ 1.811 „ ' 1 ,. „ 1.86 [Ï4. Kaas, te weten: | a. Volvette Goudsche ; kaas seisoen 1916 met Rijksmerk. . . 61 ct. per ViK.G.) U, ... ,.„,.v r 13 „ , 0.1 „50 K.G. f46.-per 50 K Gr f 49.—g <*. per i/,K.(x | 6. Volvette Goudsche kaas en Edam (40+) seizoen 1916.... 59 ., „ i/, i Kq 12%: ;; è: »M» *> . ^'-!li/2» o/f" t c. Volvette jonge Gouda en Edam (40+) met Rijksmerk. . . . 571'» „ „ V, i „ Uti/ 1/ 12!:; ;; Ai; I» *> . „ so .„- „«.-J^,,v2 „ ■ d. Volvette jonge Gouda enEdam(40+)zonder Rijksmerk 55 , i/„ , =~ llVi" 0.1 ^ | » 00 » -,■»•-[„ 50 „ ,44.-jg1/2» » 0^ .<; E e. Jonge Gouda en . Edammer (40+) . . 52i/2„ „ i/2 ., , " 521/ 11 „ „ 0.1 „ ( » 50 » :>40.—. „ o0 ., „43.— 2" " 0'| " N°. 381. 402 f. Jonge Gouda en Edammer (30+) . g. Jonge Gouda en Edammer (20+) . h. Nagelkaas. Eieren . . . A. (Maximumprijzen vastgesteld ingevolge art. 2 der Distributiewet 1916.) (Maximumprijzen vastgesteld ingevolge art. 8^ ,3de lid, Distributiewet 1916.) Groothandel- Tusschenhandel- Kleinhandelprijs. ' prijs. prijs. 16. Melk. De prijs is gehjk aan winterprijsl915/1916 met inachtneming van de circulaire aan de Commissarissen der Koningin dd. 22 September 1916 n°. 22380.) . . 17. Suiker (Melis I of daarmede door hem geluk te stellen soorten). . . 18. Zeevisch: a. kleine schelvisch . . 6. wijting c. kleine gul d. kleine poon en pieterman ...... e. horsmakreel.... ƒ. markreel . '. . . ■ g. kleine schol .... h. gerookte kleine schelvisch ï. spiering j. Engelsche bokking zonder staart) . . . k. volle haring (zonder * staart gezouten).. . I. maatjesharing (zonder staart gezouten). jk. gemarineerde haring (zonder kop).... 16 ct. per ih K.G.| nffl. B0 K„ f „_ Der 50 KG. f s6 145 ct.per i/2 K.G. 0.1 o.i 1 -50 50 „21.- 60 „24. 'I 8 _|29 I 6 Vi „ 0.1 „ ' V: „ 0.1 „ f 0.14 per stuk. Zal verder wekelijks bekend gemaakt worden, i) 0.28 0.27 0.28 0.26 0.22 0.32 0.28 0.34 0.22 0.05 0.04 0.04 0.06 stuk per 100 kg. f 50.25 per 100 k.g. f 51.50 f 0.28 per >/j k.g. „ 60 „ „ 8.— „ . 50 ,. „10.— „0.28 „ 1 „ „ 50 „ „ 7.50 „ 50 „ „ 9.50 ,, 0.27 ,, 1 „ . „ 50 „ „ 8.-L-' 60 , „10-„0.28 „ 1 „ „ 50 „ „ 7.— „ 50 ,. „ 9.— „ 0.26 „ 1 „ „ 50 „ „ 5.— „ 50 ,., „ 7.— „ 0.22 „ 1 „ „ 60 „ „ 10.- „ 50 „ „ 12.- „ 0.32 „ 1 „ „ 50 „ „ 8.- „ 50 „ ,, 10.— „ 0.28 „ 1 „ „ 60 „- „12.- „ 0.34 ,. 1 „ „ 50 „ „ 8.- „ 50 „ „10.-„0.22 „ 1 „ „ stuk f 0:031/2. - „ 0.05 „ stuk. „ ton (860 st.) ,, 004 „ „ 1 per ton (900 st.) |„ 0.04 „ f 21.50 per stuk f O.Oli/ó. per stuk f 0.04i/2.L 0.06 „ „ i) Zie de beschikkingen onder eieren uitvoer en beschikbaar houden en maximumprijzen in de Klapper op de m 1917 verschenen Diaaajes. 403 N°. 381. A. B. (Maximumprijzen (Maximnmprijzen Vastgesteld ingevolge art. 8, vastgesteld in- 3de lid, Distributiewet 1916.) gevolge art. 8 - —— ■ der Distributie- Groothandel- Tusschenhandel- Kleinhandel wet 1916.) prijs. prijs. prijs. B. Brandstoffen: 19. Turf. (Zie mijne circu^ laire van 25 Augustus 1916, n». 63164 afd Handel en van 5 October - 1916 n°. 75384 afdeeling Handel • - • — — — C. Huishoudelijke arti- tikelen: , 20. Zeep (zachte,- groene of ' £ele) . f 0.14 per >>, K.G. per 100 K.G. f 21?- per 100 K.G. f 22.— f 0.14 per i/2 K.G. II. Goederen niet aangewezen ingevolge beschikking sub I genoemd. Cichorei. ....... „ 100 „ „26.— — „0.03i/2 „ 0.1 „ Peekoffie „ 100 „ „31.— — „0.04 „ 0.1 , Petroleum. ..... _ „0.13 „ Liter. Koggebrood, gebakken van Regeeringsrogge en uitsluitend op broodkaart te verstrekken • .- „0.28 „ 1 „ Tarwewaterbrood (gebuild) gebakken onder rabbinaal toezicht. ." . I _ _ _ 0 29 1 N0.. 382. 4Q4 -N°: 382. De Minister van 'Landbouw, Nijverheid en Handel Leeft goedgevonden: in afwijking van het ter zake bepaalde" in zijne circulaire dd. 28 September jl. n°. 76917, ') afd. Handel, ingevolge art. 2 der Distributiewet 1916, in ■ de na te noemen gemeenten, de navolgende maximumprijzen voor varkensvleesch vast te stellen (prijzen in cents per ]/3 K.G.). Voor zoover in eenige hiervoren bedoelde gemeente geen afwijkende maximumprijs is vastgesteld voor een der soorten varkensvleesch, in de vorenvermelde beschikking dd. 28 September jl. genoemd, blijft in deze gemeente de bij beschikking dd. 28 September jl. vastgestelde maximumprijs van kracht. Maximum prijzé*n van Varkensvleesch ingevolge, art. 2 der Distributiewet 1916. Fiat §* § . IS » iS)""! "g. 11 j § 1 g | I J 1j§§! fj llilil i s f § -l 1 \ii III i ll a j '3 a I £ 8 " | | §| 2 S| 3 SS UJ|S|p5|Ê||>|p S \> ê ü> k ö~ Alkemade. . . . ! 55 i 15 60 65 i 45 50 j 60 I 65 I 45 50 50 • 55 j 50 I — Assendelft, . . . . j 65 I 15 | 70 70 j 45 "55 65 60 ! 45 50 50 | 55 I 50 — Brielle .55 15' 62» 65 !.4ï*| 55 60 55 [ 47» 52= 50 ]-— f 50 47*- Capelle (N.-Br.).', . / 60 | 15 f 62» | 62» j 45 50 60 55 | 45 . 5Q 50 i 60 I 50 — Dinxperlqp . . . . ; 50 ■ 15 j 57*' 60 [ 45 56 57* 60 i 48 — ~- j 55 j 50 — Geervliet 55 15 I 62* 65 j 47* 55 60 55 i 47* 52* 50 ' — ! 60 47*- Heen vliet 55 j 15 j 62* 65 I 47* 55 60 55 j 47* 52* 50, — ; 60 47*- Hellevoetsluis 2) ". . 55 15 62* 65 47* 56 | 60 55 j 47* 62* 50 — | 50 | 47*- Hoogeveen | 55 15 ! 60 — I 60 55 60 60 j 50 — — — i 50 ' — Hulst 65 I — | 70 — i 50' 55 65 I 60 j 50 55 .55 60 60 - Jisp 65 j 15 ! 70 70 | 45 55 65 I 60 j 45 60 50 55 50 - Koog a/d Zaan. . . 65 I 15 j 70 | 70 45 55 . 65 60 ' -45 50 60 55 I 60 j — Krommenie . . . . 65 15 70 ! 70 45 55 ' 65 60 1 45 50 I 50 '55 \ 50 ! — Leimuiden .... 60 j 10 65 I 65 45 50 | 60 55 | 45 60 I 50 55 45 - Mijdrecht 60 j 10 65 . 65 45 50 j 60 55 I 45 50 j 60 öö \ 45 | —■ Nieuwenhoorn ... 55 15 | 62* 65 | 47*: 55 [60 55 47* 62* 50 j 50 47*- Kieuwveen .... 60 10 65 65 I 45 , 50 60 55 45 50 j 60 65 45 | - Oostzaan 65 15 .70 I 70 45 55 65 60 45 "50 | 60 55 i 60 [ — Roekan je 55 15 62* 65 47* 55 60 55 47*. 52* 50 — ! 50 47*- 1) Zié n°. 90 bladz. 96 sub 8. 2) De maximumprijzen bij n". 247, blz. 250, zijn hiermede voor Hellevoetsluis vervallen. 405 Nos. 382—383. c j ! § — S. 'v ^ § ■» >*>u ' > ■S § | s 'g & & o g g §> gji o g | p | 0 g g S -g -g^ -S m | S « | é J i> q I Lï j ^ i>° S 5** « . Roggel 51 I 15 51 51 47 47 51 - I 47 47 — I 60 I 47 I — Rijnsaterwoude . . 60 j 10 65 65 45 50 60 55 45 50 50 55 45 — Sassenheimn ... 60 I — 65 65 45 50 60 55 j — — 50 55 45 —. Ter Aar 60 j 10 65 65 45 50 60 55 45 50 50 55 45 — Uithoorn 60 10 65 65 45 50 60 55 46 50 50 j 55 45 — Vierpolders .... 55 15 62» 65 47» 55 60 55 47» 52» 60 j — 50 47» Voorburg ...... 55 \ 15 65 70 45 52» 62» 55 47» 65 50 I 55 • 45 47» Vrijhoeve Capelle . 60. j 15 62» — 45 60 60 55 45 60 50 j - j 60 — Wassenaar .... 60 J 15 65 70 45 50 65 55 I 45 50 50 [ 55 | 50. — Westzaan 55 | 15 70 70 45 55 65 60 1 45 50 50 55 I 50 I — Wilnis 60 j 10 65 65 45 | 50 60 55 j 45 50 50 55 I 45 — Wormer 55 I 15 70 70 45 1 55 65 60 I 45 50- 50 55 J 60 — Wormerveer. ... 65 i 15 70 70 45 j 55 65 60 ! 45 50 50 55 j 50 — Woubrugge .... 60 j 10 65 65 45 I 50 60 55 j 45 50 50 55 | 45 — Wijde Wormer . . 53 j 15 70 70 45 53 65 60 ; 45 60 ! 60 E5 50 — Zaandam ...... | 65 | 15 70 70 45 55 65 ' 60 I 45 50 I 60 55 601U, Zaandijk 65 15 70 70 45 55 65 60 j 45 60 50 55 50 — Zevenhoven,. . . . 60 | 10 65 '65 45 | 50 I 60 55 I 45 50 | 50 56 1 45 I — Zuidland 56 15 62». 65 47»! 55 j 60 55 j 47» 52»j 60 — | 50 47= Zwartewaal . . . . j 55 15 62» 1 65 47» 55 60 55 47» 52» | 50 | — - 60 47» 's Gravenhage, 30 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 383. De Minister van Landbouw Nijverheid en Handel heeft ingevolge artikel 8, lid 3, der Distributiewet 1916 goedgevonden te bepalen: 1°. dat met ingang van 1 Januari 1917 tot nadere aankondiging de navolgende goederen tegen ten hoogste de daarachter vermelde prijzen mogen worden verkocht: a. tarwebloem (gebuild inlandsch uitsluitend éen soort): 100 K.G. f 24,85, per K.G. f 0,31; ]) De maximumprijzen bij n°. 247, blz. 251, zijn hiermede voor Sassemheim vervallen. N°. 383. 406 b tarwemeel (ongebuild) in het groot, uitsluitend te leveren aan gemeenten: 100 K.G. f 22,35, per K.G. f 0,24; c tarwewaterbrood (gebuild), inclusief bëzorgloon, per K.G. f 0,28; d. tarwewaterbrood (gebuild) gebakken onder rabbinaal toezicht, inclusief bëzorgloon, per K.G. f 0,29; 2°. dat de -onder 1°., a en b, vastgestelde prijzen zijn netto, contant, franco laatste spoorwegstation of laatste veer der gemeente, waarheen de bloem en het meel worden gevoerd voor bakkers en dergelijke verbruikers, terwijl aan tusschenpersonen op verzoek eene reductie moet worden toegekend als is aangegeven in zijne circulaire van 23 Maart 1915, n°. 12001/6; dat de fabrikanten en molenaars de zendingen bloem en meel althans voor zoover deze moeten worden geleverd buiten de gemeente, waarin zij gevestigd zijn, per goedkoopste gelegenheid franco laatste spoorwegstation of laatste veer deigemeente, waarheen bedoelde artikelen worden vervoerd, moeten verzenden, terwijl de vervoerkosten van het laatste spoorwegstation of laatste veer naar de eindbestemming blijven voor 'rekening van de ontvangers. Fabrikanten en molenaars, die meer dan eene fabriek of molen hebben, zijn verplicht de verzending te doen van die fabriek of molen, welke voor de plaats van bestemming het gunstigst is gelegen, tenzij door het Rijksbureau voor de Distributie van Graan en Meel een uitzonderings verlof is gegeven; 4°. dat de kosten van vervoer van de gemeente, waar de verzendende fabrikant of molenaar is gevestigd, of tot het laatste spoorwegstation of laatste veer als bedoeld onder 3°., door de fabrikanten en molenaars worden voorgeschoten en met het Rijk verrekend zullen worden; 5°. dat voor de verrekening der onder 4°. genoemde voorschotten aan het'Rijksbureau voor dë Distributie van Graan en Meel eene afdeeling meelvracht-verreken-kantoor (nader te noemen M. V. V. K.) wordt ingericht, waarvan.het adres is: Rijksgraanbureau afdeeling meelvracht-verreken-kantoor Koningskade 22, 's Gravenhage; 6°. dat door de fabrikanten en molenaars ter verkrijging van de terugbetaling der voorschotten onder 4°., genoemd bij het M. V. V. K., volgens nader te bepalen modellen rekening 407 N°. 383. van vrachtvoorschotten zullen kunnen worden ingediend, in welke rekeningen, die op den 14den en laatsten dag eener maand dient te worden afgesloten, moeten worden aangegeven: a. datum, hoeveelheid en bestemming van elke zending bloem en meel; b. gebezigd middel van vervoer; c. vrachtvoorschot voor elke zending gedaan; 7°. dat, voor zoover het M. V. V. K. tegen eene voorloopige goedkeuring der ingevolge 6°. ingediende rekening geen bezwaar heeft, onmiddellijk eene voorloopige verrekening plaats heeft door middel 'van eene aanwijzing op van Stolk's CommissieHiii handel te Rotterdam, welke aanwijzingen bij betalingen aan van Stolk's Commissiehandel te Rotterdam, aan de Coöperatieve .Handelsvereeniging voor Molenaars te Rotterdam en aan den Algemeenen Nederlandschen Molenaarsbond te Utrecht, in verrekening kunnen worden gegeven, tenzij de fabrikanten en molenaars aan eene andere wijze van incasseering der aanwijzingen dg voorkeur geven; 8°. dat na de -voorloopige goedkeuring het M. V. y. K. zoo ■ spoedig mogelijk overgaat tot definitieve goedkeuring der rekeningen, waarvan den fabrikanten en molenaars bericht wordt gezonden. Tot aan de definitieve goedkeuring blijft op de fabrikanten en molenaars de verplichting rusten de. nog in hunne voorschotrekening gevonden verschillen onmiddellijk na kennisgeving aan het M. V. V. K. te verantwoorden; 9°. dat de fabrikanten, en molenaars verplicht zijn voor de vrachtvoorschotten, welke zij doen, van de vervoerders bewijzen te vorderen en bij de in te leveren voorschot-rekeningen over te leggen; 10°. dat de fabrikanten die bij de verzending gebruik maken van de bemiddeling van tusschenpersonen als bedoeld onder 3°., verplicht zijn deze tusschenpersonen van de verzendingsverplichtingen in kennis te stellen, terwijl bij het gebruik maken van zulke bemiddeling geen hoogere vervoerkosten in rekening mogen worden gebracht dan bij directe verzending zouden zijn ontstaan. 's Gravenhage, 29 December 1916. De Minister voornoemd,. Posthuma. Nos. 384—385. 408 N°. 384. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt aan belanghebbenden bekend, dat met ingang van 11 Januari eerstkomend de afvalproducten van de bloemfabricage tegen de volgende prijzen zullen worden gedistribueerd: Zemelen. . . . f 17,50 per 100 K.G. Grind. ...... f 17,50 per 100 K.G. Gries f 22,— per 100 K.G. inclusief baal, netto gewicht af. fabriek of opslagplaats der. Provinciale Brood-Commissie. Desgewenscht kan in kooperszakken worden geleverd, waarvoor den koopers eene reductie wordt gegeven overeenkomende met f 1,50 per 100 K.G. afgeleverde producten. 's Gravenhage, 30 December 1916. ;".---->De Minister voornoemd, • POSTIÏUMA. N°. 385. De Minister van Landbouw, Nijverheid èn Handel; Gelet op de artikelen 7, 10 en 12 van zijne beschikking van 25 April 1916 (Nederlandsche Staatscourant van 25 April 1916, n°. 97), houdende regeling van den uitvoer van varkensvleesch ; heeft goedgevonden: den duur der periode, welke bij beschikkeng van 21 December 1916, n°. 2556, Dltvoercertificatenbureau, was verlengd tot 31 December 1916, andermaal te verlengen, thans tot 23 Januari 1917, onder handhaving van het in de aangehaalde beschikking vastgestelde gewichtspercentage en den afkoopsprijs. 's Gravenhage, 30 December 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. 409 Nos. 386—387. N°. 380. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te . bepalen, dat gedurende de week van 31 December 1916 tot 7 Januari 1917 voor 35 pet. der boterproductie certificaten van uitvoer zullen worden verleend en 65 pet. voor het binnenlandsch verbruik zal moeten worden beschikbaar gesteld, alsmede, dat de bewijzen van toelating tot uitvoer van boter, afgegeven door de Rijkscommissie van toezicht op de Botervereeniging, op grond van die certificaten, zullen gelden tc>t Dinsdag 16 Januari 1917, des voormiddags te 12 uur. 's Gravenhage, 30 December 1916. Voor den Minister, Be Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 387. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 14 October 1915, Directie van den Landbouw, • n°. 25372, 2de afdeeling, bureau A, laatstelijk gewijzigd bij zijne beschikking van 24 November 1915, Directie van den Landbouw, n°. 28895, 2de afdeeling, bureau A; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat voor iedere hoeveelheid van 100 volversche kipeieren, waarvoor ingevolge art. 3, sub 2, en art. 4, sub 2, zijner voormelde gewijzigde beschikking consent tot uitvoer wordt afgegeven, voor de dagen 31 December 1916 tot en met 6 Januari 1917 eene hoeveelheid van 125 volversche kipeieren beschikbaar moet worden gesteld, overeenkomstig het bepaalde in voormelde artikelen; 2°. dat andere eiersoorten niet beschikbaar behoeven te worden gesteld voor binnenlandsch verbruik; 3°. dat, in afwijking zijner voormelde gewijzigde beschikking, van elke L25 eieren, welke voor de sub 1°. genoemde dagen beschikbaar moeten worden gesteld, zoo noodig, ter beoordeeling van de Rijkscommissie, ten hoogste 50 moeten N°s. 387—389. 410 worden geleverd 'tegen een prijs van f 11,30 per 100 stuks voor levering aan de gemeentebesturen, welke eieren zullen worden gedistribueerd overeenkomstig de bepalingen, vastgesteld -door het Eijks-Centraal Administratiekantoor voor de distributie van levensmiddelen te 's Gravenhage. 's Gravenhage, 30 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 388. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel'maakt, ingevolge zijne circulaire van 25 Augustus 1916, n°. 23651/Söis,1} bekend, dat van Maandag 1 Januari eerstkomende tot en met Zaterdag 6 Januari d.a.v. de prijs van maïs, uitsluitend bestemd om aan gemeentebesturen te worden verstrekt voor ruiling tegen rogge van den oogst 1916, bedraagt voor alle soorten f 235 per last van 2000 K.G. of f 8,225 per 70 K.G., zoowel te Rotterdam als te Amsterdam te ontvangen. 's Gravenhage, 30 December 1916. Voor den Minister, . De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 389. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden in te stellen de navolgende commissiën, 'belast met het doen van voorstellen inzake het vaststellen van prijzen voor landbouwproducten van den oogst 1917: a. eene commissie voor de prijsbepaling van tarwe, haver en gerst, waarvoor als leden worden benoemd de heeren: 1. I. G. J. Kakebeeke, inspecteur van den landbouw; 2. mr. L. J. A. Trip, thesaurier-generaal bij het Departe-ment van Financiën;- 3. G. Minderhoud, Rijkslandbouwieeraar in Groningen; 4. dr. S. E. B. Bierema, te Usquert; - i) Zie n"i 8 lilz. 18. 411 Nos. 389—390. 5. W. Kakebeeke, te Goes; 6. W. H. Woudenborg Rzn., te Houten (U.);' b. eene commissie voor de prijsbepaling van rogge, waarvoor als leden worden benoemd de heeren: 1. 1. G. J. Kakebeeke, inspecteur van den landbouw; 2. mr. L. J. A. Trip, thesaurier-generaal bij het Departement van Financiën; 3. L. A. J. M. de Gier, Rijkslandbouwleeraar in Limburg; 4. J. A. Arclts, te Beugen; 5. P. Dekkers, te Wouw; 6. J. L. Loohuis, te Beuningen bij Denekamp; ' c. eene commissie voor de prijsbepaling van peulvruchten, waarvoor als leden werden benoemd de heeren: 1. I. G. J. Kakebeeke, inspecteur van den landbouw; 2. mr. L. J. A. Trip, thesaurier-generaal bij het Departement van Financiën; 3. Const. Stevens, Rijkslandbouwleeraar in Zeeland; 4. J. H. M. Evelein, te Vijfhuizen, Haarlemmermeer; 5. A. A. Mijs, te Sommelsdijk; 6. D. van Wijk Heuff, te Zoeten; d. eene commissie voor de prijsbepaling van aardappelen, waarvoor als leden worden benoemd' de heeren: 1. I. G._J. Kakebeeke, inspecteur van den landbouw; 2. mr. L. J. A. Trip, thesauriergèneraal bij het Departement van Financiën; 3. C. R. Brinkman, Rijkslandbouwleeraar in Friesland; 4. J. Huges, te Gasselternijveen; 5. J. van der Meer, te Leeuwarden, 6. J. Th. Verheggen, te Buggenum. ?-'!.,'"' Als plaatsvervangend lid voor den heer thesaurier-generaal bij het Departement van Financiën 'in bovengenoemde commissiën wordt benoemd de heer J. M. J. Schepper, commies bij genoemd Departement. Voor den Minister, De Secretaris Generaa l, H. Fievez van' Ginzel, 7°. S.-G. N°. 390. De Minister van Landbouw, Nijverheid Handel; Gezien zijne beschikking van 28 Juni 1916, Directie van den Nos. 390—392. 412 Landbouw. n°. 16954, 6de afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van diverse soorten groenten; Heeft goedgevonden te bepalen: aan de lijst van stations, bedoeld in bovenvermelde beschikking, waar inlading van groenten onder ambtelijk toezicht kan geschieden, wordt toegevoegd: Sluis, "s Gravenhage, 30 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Généraal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, P.-S..G. N°. 391. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden, in afwijking van het ter zake bepaalde in zijne beschikking dd.' 28 September jl., n". 76917 J), afdeeling Handel, ingevolge art. 2 en art. 8 der Distributiewet 1916, voor de gemeente Oosterwolde vast te stellen een maximumkleinhandelprijs van voorjoop Rangoon- en Basseinrijst van 13 cents per 1/2 K.G. 's Gravenhage, 30 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 392. De Minister van Landbouw, Nijverheid, en Handel; Gezien art. 6 der Distributiewet 19l6; Heeft goedgevonden: te bepalen, dat tot nader vast te stellen datum in de gemeenten Culemborg, Enkhuizen, Gouda, 's-Gravenhage, Hoogvliet, Nieuwveen en Sneek geen volle melk mag worden gebruikt bij het bereiden van brood. 's Gravenhage, 30 December 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G. i) Zie n°- 90 blz. 96 sub 9. CHRONOLOGISCH OVERZICHT. Ned. Staatscourant van 25 Augustus 1916 n". 200. N°. Bladz. 1. Beetwortelen en suiker, verboden anders dan in melasse- . vorm te verwerken op spiritus, ingevolge art. 6 D. W. . 1. 2. Bloemkool, uitvoer en beschikbaar houden, wijziging lijst gemeenten 1 3. Groenten, uitvoer, aanvulling lijst Stations-inlading . . 2 4. Boonen, uitvoer en beschikbaar houden, prijzen ... 2 5. Aardappelen, gebruik van den oogst 3/4 Ned. Staatscourant van 26 Augustus 1916 n°. 201. 6. Turf, maxim.prijzen o/d veenplaatsen ingev. art. 8 D. W. 4/12 7. Turf, maxim.prijzen kleinhandel ingevolge art. 8 D. W. 12/17 8. Maïs, in ruil tegen rogge, aanvragen 18 9. Groenten en vroege aardappelen, opheffing maxim.prijzen. 18 10. Maïs, in ruil tegen rogge, prijs 19- 11. Eieren, uitvoer en beschikbaar houden, prijzen .... 19/20 12. Suiker, distributie, opgave voorraad ingev. art. 5 D. W. 20 13. Suiker, maxim.prijs ingevolge art. 8 D.W 21 14. Boter, uitvoer en beschikbaar houden 22 15. Varkensvleesch, uitvoer en beschikbaar houden. ... 22 16. Uien, diverse soorten, uitvoer 22/23 Ned. Staatscourant van 28 Augustus 1916 n°. 202. 17. Rogge, aanwijzing ingevolge art. 1 D. W 23 maximumprijs ingevolge art. 2 D.W 23- inkoopsprijs 'gemeenten • ingevolge art. 3 D. W. . 23- Ned. Staatscourant van 29 Augustus 1916 n°. 203. 18. Kaas, maximumprijs voor de maand September 1916. . 23/24 19. Boter, maximumprijs voor de maand September 1916 . 23- Ned. Staatscourant van 30 Augustus 1916 n°. 204. 20. Rogge- en bruinbrood, distributieregeiing (circulaire). . 25/26- 21. Veevoederburean, benoeming lid, Amsterdam 27 ii chronologisch; overzicht. No Bladz. 22. Bloemkool, uitvoer ' en beschikbaar houden, aanvulling lijst gemeenten . _ 27 Ned. Staatscourant van I September 1916 n". 205. 23. Levensmiddelen enz., max.prijzen lijst, ingev. art. 8D.W. 27/33 Ned. Staatscourant van 2 September 1916 n" 206. 24. Varkensvleesch, uitvoer en.beschikbaar houden. ... 34 25. Maïs, in ruil tegen rogge, prijs '. 34 26. Eieren, uitvoer en beschikbaar houden, prijzen .... 34/35 27., Boter,. uitvoer en beschikbaar houden 35/36 28. Peulvruchten, uitvoer en beschikbaar houden .... 36 Ned. Staatscourant van 5 September 1916 n°. 208. 29. Turfstrooisel, maximumprijs • 36 30. Verduurzamen van Groenten, regeling van liet bedrijf . 37/40 Ned. Staatscourant van 6 September 1916 n°. 209. 31. Veevoederbureaux, benoeming leden 40 32. Fruit, appelen en peren, uitvoer 41 Ned. Staatscourant van 7 September 1916 n°. 210. 33. Bloemkool, uitvoer en beschikbaar houden 41 34. Bloemkool, uitvoer en beschikbaar houden 42 35. Tuinbouwzaden, aanvragen uitvoer 42 Ned. Staatscourant van 8 September 1916 n". 211. 36. Veevoeder, aanvragen beschikbaarstelling 43/46 37. Veevoederbureau, benoeming leden 46 38. Frnit, appelen en peren, uitvoer s . - ' . 46/47 Ned. Staatscourant van 9 September 1916 n°. 212. 39. Rogge, Tarwe, Gerst en Haver, voor den. zaai .... 47/49 40. Maïs, in ruil tegen rogge, prijs . . 49 41., Boter, uitvoer eri beschikbaar houden '. 49/50 42. Eieren, uitvoer en beschikbaar houden, prijzen .... 50 43. Varkensvleesch en Worst, uitvoer en beschikbaar Houden 51 44. Verduurzamen van Groenten, regeling, inwerkingtreding 51 45. Rijkscommissie v. Toezicht o/d Kaasvereen., mutatie leden 52 Ned. Staatscourant van II September 1916 n°. 213. 46. Distributie, aan wijziging ingevolge art. 1 D.W 52 47. Levensmiddelen, Brandstoffen en Huish. art., aangewezen ingevolge art. 1 D. W • ■ • 53/o4 48. Pulp, distributiegeling ingevolge art. 8, D. W., le lid. . 54/55 maximumprijzen ingevolge art. 8, D. W., 3e' lid . 54 CHRONOLOGISCH OVERZICHT. III N°. • Bladz. Ned. Staatscourant van 12 September 1916 n". 214. 49.. Tarwe, hoeveelheid voor zelfbakkers 54 50. Groenten, verduurzaamde, uitvoer en beschikbaar houden 56/57 51. Pluimvee, uitvoer . 58 52. Pluimvee, uitvoer 58 Ned. Staatscourant van 13 September 1916 n°. 215. 53. Brandstoffen, voorziening 59/62 54. Rijkscommissie v. Toezicht o/d Zaadcontröle, instelling. 62 55. Tarwe-, bloem, meel en brood, maximumprijs ingevolge art. 2 en 8 D. W. ' . . . . ' . 62/63 56. Aardappelen, geelvleezige, ingevolge art. 6 D.W, . . . 63 Ned. Staatscourant van 15 September 1916 n°. 217. 57. Maximumprijzen in het algemeen 64 58. Pulp, suikerpulp, bereiding ingevolge art. 6 D. W.. . . 64 Ned. Staatscourant van 16 September 1916 n°. 218. 59. Tarwe, inlandsche, beschikbaarstelling 64/65 60. Boter, uitvoer en beschikbaarhouden 65/66 61. Eieren, uitvoer en beschikbaar houden, prijzen .... 66 62. Varkensvleesch, uitvoer en beschikbaar houden. ... 67 Ned. Staatscourant van 18 September 1916 n". 219. 63. Maïs, in ruil tegen rogge, prijs 67 64. Rooi, witte, uitvoer en beschikbaar houden 67/68 Ned. Staatscourant van 19 September 1916 n". 220. 65. Rogge, Tarwe, Gerst en Haver voor den zaai .... 68/71 66. Varkens, vordering opgave aantal ingevolge art. 5 D.W. 71 Ned. Staatscourant van 20 September 1916 n°. 221. 67. Distributie van ingev. art. 1 D. W. aangew. artikelen . 72/73 Ned. Staatscourant van 21 September 1916 n°. 222. 68. Rijkscommissie van Toezicht op de „Fruit-Centrale". . 73 69. Voederartikelen, prijzen.' 74 70. Maïs, maximumprijzen ingevolge art. 8 D. W 74/75 71. Jute, emballage, uitvoervergunning 75 Ned. Staatscourant van 22 September 1916 n°. 223. 72. Maïs, in ruil tegen rogge, prijs 75 73. Peulvruchten, uitvoer 76 74. Peulvruchten, uitvoer '. . . 76/77 75. Fruit, appelen en peren, uitvoer 77/78 76. Verbouw van handelsgewassen 78/79 IV HRONOLOlilSUH OVERZICHT. K". • Bladz. Ned. Staatscourant van 23 September 1916 n°. 224. 77. Varkens, vordering opgave aantal ingev. art. ó D.W. . 79 78. Rijst, maximumpr. groot- en kleinh. ingev. art, 8 D. W. 79/80 79. Eieren, uitvoer en beschikbaar houden, prijzen. . . . 80/81 80. Boter, uitvoer en beschikbaar houden . . C\,'?i '•■ • ^ 81. Bloemkool, uitvoer en beschikbaar houden '-. Jsï . . . 81/82 82. Groenten, uitvoer, aanvullinglijst stations-inlading. . . 82 83. Melkproducten, caseïne, uitvoer.. V .t/j^^M^^. • ■ 83 84. Fruit, appelen en peren, uitvoer. 83/8A Ned. Staatscourant van 25 September 1916 n'. 225. 85. Gerst, voor mouters, aanvragen, aflevering 85/87 Ned. Staatscourant van 27 September 1916 n°. 227. 86. Drogen van aardappelen, regeling bedrijf ingev. art. 6 D. W. 87/90 Ned. Staatscourant van 28 September 1916 n°. 228. 87. Peulvruchten, uitvoer en beschikbaar, houden .... 91 88. Aardappelen, maatregelen inzake den oogst 91/93 89. Suiker, verzending 93/94 90. Maximumprijzen geldig } v. distrib. art. ingev. art. 2 D. W. 94/97 v/m 1 Oct. 1916 \ „ andere „ „ art. 8 D. W. 97/98 91. Inkoopprijzen, gemeenten van distrib. art. „ art. 3 D. W, 99/102 Ned. Staatscourant van 29 September 1916 n". 229. 92. Maïs, in ruil tegen rogge, prijs . : . . ■ ■ •' • 103 93. Kunstmest, distributie ; 103 Ned. Staatscourant van 30 September 1916 n°. 230. 94. Aardappelen, maatregelen inzake-voorziening ingevolge art. 6 en 8 D. W 104 95. Eieren, uitvoer en beschikbaar houden, prijzen .... 105 96. Varkensvleesch, uitvoer en beschikbaar houden ^ . . . 106 97. Boter, uitvoer en beschikbaar houden ..... 107 Ned. Staatscourant van 2 October 1916 n'. 231. 98. Bruinbrood en meel, distributie, kaarten, ingev. art'. 8 D.W. 107 99. Pluimvee, uitvoer . , • ■ 109 Ned. Staatscourant van 3 October 19(6 n°. 232. 100. Distr.-artikelen, welke reeds geregeld beschikbaar zijn . 110 101. Brandstoffen, turf voor industrieën, distributieregeling ingevolge art 8 D. W • • Hl 102. Pluimvee, uitvoer, havenplaatsen . .". 116 103. Eieren, uitvoer, havenplaatsen 116 CHRONOLOGISCH OVERZICHT. V N°. Bladz. Ned. Staatscourant van 5 October 1916 n°. 234. 104. Brandstoffen, turf voor Industrieën, benoeming leden Distributiecommissie en aanvulling art. 12 der regeling. 117 105. Veevoeder, beschikbaarstelling, voorwaarden 118 106. Maïs, Gerst voor pluimvee 121 107. Groenten, witte-, roode-, savoye- en boerenkool en uien, uitvoer en beschikbaar houden 123 108. Peulvruchten, bruine boonen, groene erwten, uitvoer en beschikbaar houden j 125 109. Groenten, witte, roode en savoyekool, uitvoer en beschikbaar houden 126 110. Groenten, spruitkool, uitvoer 127 111. Fruit, appelen en peren, uitv., aanv. lijst stations-inlading 127 112. Kunstmest, verkrijgbaarstelling 128 113. Aardappelen, teelt 128 Ned. Staatscourant van 6 October 1916 n°. 235. 114. Brandstoffen, turf, maximumprijzen ingev. art. 8 D.W. 129 115. Zeevisch, maximumprijzen ingevolge art. 2 en 8 D. W. . 129 116. Pulp, distr.-regeling en rnax.-prijzen ingev. art. 8 D.W.. 131 117. Tuinbouwzaden, uitvoer oliezaden 132 118. Tuinbouwzaden, uitvoer spinaziezaad 133 Ned. Staatscourant van 7 October 1916 n°. 236. 119. Granen, controle 'op de rekeningen van d/h Rijk gekochte hoeveelheden door opgave van dorschers ingev. art. 9 D.W. 134 120. Aardappelen, maximumprijzen, ingevolge art. 8 D. W. 134 121. Maïs, in ruil tegen rogge, prijs 135 122. Eieren, uitvoer en beschikbaar houden, prijs 135 123. Boter, uitvoer en beschikbaar houden 136 Ned. Staatscourant van 10 October 1916 n". 238. 124. Honig, niet aan de consumtie onttrokken 136 125. Kunstmest, distributie 136 Ned. Staatscourant van II October 1916 n". 239. 126. Veevoeder, regeeringsaank. diverse boonen voor distrib. 137 Ned. Staatscourant van 12 October 1916 n". 240. 127. Voederartikelen, prijzen waartegen de Reg. aflevert . . 138 128. Boter, uitvoer naar Duitschland 138 Ned. Staatscourant van 13 October 1916 n°. 241. 129. Maïs, in ruil tegen rogge, prijs 139 130. Maïs, aanvragen voor October 40 % afgeleverd .... 139 27 VI CHRONOLOGISCH OVERZICHT. Bladz. 131. Groenten, uitvoer, aanvulling lijst stations-inlading . . 139 132. Verbouw, gewassen, beperking ingevolge art. 7D.W, . 140 133. Konijnen, uitvoer 141 Ned. Staatscourant van 14 October 1916 n°. 242. 134. Suiker, distributieregeling ingevolge art. 8 D.W. . . . 142 135. Maïs, maximumprijzen ingevolge art. 8 D.W 147 136. Veeioederart., aflev. en maximumpr. ingev. art. 8 D.W- 147 137. Suiker, prijs waartegen moet worden beschikb. gesteld . 148 138. Boter, uitvoer en beschikbaar houden 148 139. Eieren, uitvoer en beschikbaar houden, prijs 149 140. Kaas, uitvoer en beschikbaar houden . ' 149 Ned. Staatscourant van 16 October 1916 n°. 243. 141. Maïs, maximumprijzen ingevolge art. 8 D. W. . . . . 150 142. Uitvoer, vergun, v. goed. onder eenig uitvoerverb. valiende 150 Ned. Staatscourant van 19 October 1916 n°. 246. 143. Pluimvee, uitvoer, aanvulling n°. 52 . , 151 144. Veevoeder, uitsluiting leverantie voor één maand ... 151 Ned. Staatscourant van 20 October 1916 n°. 247. 145. Groenten, uien en peen, uitvoer en beschikbaar houden 153 146. Groenten, bloemkool, uitvoer en beschikbaar houden. . 153 147. Cichorei, Peekoffie, uitvoer en beschikbaar houden . . 153 Ned. Staatscourant van 21 October 1916 n°. 248. 148. Regeeringsgoederen, distributie ingevolge art. 8 D.W. . lo5 149. Eieren, uitvoer en beschikbaar houden, prijs 163 150. Boter, uitvoer en beschikbaar houden, prijs ." • ' • •• • 164 151. Aardappelen, vervoer, aanvulling n°. 94 164 Ned. Staatscourant van 23 October 1916 n°. 249. .152. Maïs, in ruil tegen rogge, prijs 165 Ned. Staatscourant van 24 October 1916 n". 250. 153. Tarwe, meel, prijs aan detaillisten. . . . . • • • • 165 154. Verduurzamen van Groenten, regel, bedrijf, aanv. n°. 30. 166 Ned. Staatscourant van 25 October 1916 n°. 251. 155. Tarwe, bloem, meel en brood max.prij zen, ingev. art. 8. D.W. 167 156. Groenten, verduurzaamde, uitvoer en beschikb. houden. 167 157. Groenten, witte kool, uitvoer en beschikbaar houden . 168 158. Melk, voorz. consumtie en max.pr. ingev. art. 2 en 8 D.W. 169 159. Peen, uitvoer van grove breekpeen niet meer toegestaan 180 160. Veevoeder, uitsluiting leverantie voor één maand ... 181 CHRONOLOGISCH OVERZICHT. VII N". i Bladz, Ned. Staatscourant van 26 October 1916 n . 252. 161. Groenten, uien, uitvoer en beschikbaar houden.. . . . 181 162. Groenten, roode kool, uitvoer en beschikbaar houden . 182 163. Groenten, bloemkool, „ „ „ „ . 182 161. Spinaziezaad, verkrijgbaarstelling en aanvragen. . . . 182 165. Groenten, snijb., sperzieb., H. Riezenb., witte, roode, savoye en boerenkool, uien, peen, uitv. en beschikb. houden 184 166. Fruit, verduurzamen, regeling bedrijf ingev. art. 6 D. W. 185 Ned. Staatscourant van 27 October 1916 n". 253. 167. Aardappelen, geregeld beschikbaar van distributie. . . 188 Ned. Staatscourant van 28 October 1916 n°. 254. 168. Distributieartikelen, welke geregeld beschikbaar zijn. . 189 169. Brood, opgave hoeveelheid p. maand en kaarten in omloop 190 170. Groenten, uitvoer, aanvulling lijst stationsinlading . . 190 1/1. Boter, uitvoer en beschikbaar houden 191 172. Fruit, appelen en peren, uitvoer, plaatsen van inlading. 191 1.73/ Aardappelen, vervoer, aanvulling n°. 94 en 151.... 192 174. Eieren, uitvoer, beschikbaar houden en prijzen .... 192 175. Aardappelen vervoer, consumtie en opslag 193 Ned. Staatscourant van 30 October 1916 n°. 255. 176. Aardappelen vereeniging, Rijkscom. v. toezicht, ontsl. lid 194 177. Aardappelenmeelfabrik., Rijkscom. v. toezicht, ontsl. leden 194 178. Groenten, bloemkool, uitvoer en beschikbaar houden. . 195 Ned. Staatscourant van 31 October 1916 n°. 256. 179. Veevoeder, distributie ingevolge art. 8 D. W 195 180. Zeeviseh, maximumprijs ingevolge art. 8 D.W. . . . 200 181. Groenten, uitvoer, aanvulling lijst stationsinlading . . 200 182. Maïs, in ruil tegen rogge, prijs 201 183. Melk, maximumprijzen ingevolge art. 2 en 8 D. W. . . 201 184. Peulvruchten, uitvoervergunningen ingetrokken. v- . . 204 185. Kunstmest, uitsluiting firma's distributie 205 Ned. Staatscourant van f November 1916 n". 257. 186. Peulvruchtenvereeniging, R. Comm. v. Toez., ontslag lid 205 187. Eieren, maximumprijzen ingevolge art. 2 en 8 D. W. . 206 188. Erwten en stamboonen, ovérname door itegeering. . . 206 189. Erwten en stamboonen, offertes ingewacht door CD. K. 207 Ned. Staatscourant van 2 November 1916 n°. 258. 190. Veevoeder, boonsoorten aankoop door Prov. Br. Comm. en machtiging Burgem. schriftel. vordering art. 9 D. W. 208 191. Aardappelen, maximumprijs ingevolge art. 2 D. W. . . 210 vm CHRONOLOGISCH OVERZICHT. ft». Bladz. Ned. Staatscourant van 3 November 1916 n". 259. 192. Graanbedrqf, Commissie tot onderzoek gestie .... 210 193. Maïsdistributie, Comm. van Toewijzing ontheff. opdracht 211 194. Tarwe, hoeveelheid voor zelf bakkers (toelichting op n°. 49) 211 195. Fruit, appelen uitvoer, aanvulling n°. 75 en 84 . . . . 212 196. Zaad, peulvruchten, uitvoer tuinbouwzaaderwtën . .. . 213 Ned. Staatscourant van 4 November 1916 n°. 260. 197. Maïs, in ruil tegen rogge, prijs 213 198. Boter, uitvoer en beschikbaar houden 214 199. Eieren, uitvoer en beschikbaar houden, prijzen .... 214 Ned. Staatscourant van 6 November 1916 n". 261. 200. Brandstollen, turf maximumprijzen ingev. art. 8 D.W, . 215 201. Aardappelen, maximum prijs ingevolge art. 2 D. W. . . 216 202. Boter, maximum prijs ingevolge art. 2 en 8 ü. W. . . 216 208. Brandstoffen, turf maximum prijzen ingev. art. 8 D.W. 216 204. Pluimvee, uitvoer intrekking 217 Ned. Staatscourant van 7 November 1916 n°. 262. 205. Fruit, regeling bedrijf verduurzamen inwerkingtreding . 217 206. Zaad van peen, uitvoervergunningen 218 207. Eieren, uitvoer geconserveerde eieren 218 208. "Veevoeder, uitsluiting leverantie. . : 219 Ned. Staatscourant van 8 November 1916 n". 263. 209. Rijst, gort en havermout, slechts als menschelijk voedsel, ingevolge art. B D.W 219 210. Andijvie, maximum prijs ingevolge art. 8 D. W. . . . 220 211. Groenten, uitvoer snij-, spersie, Riesenboonen, witte, roode, Savoye-, boerenkool, uien en peen 220 Ned. Staatscourant van 9 November 1916 n". 264. 212. Meel en bloem, terugzending jute zakken 221 213. Veevoederartikelen, pryzen waartegen de Reg. aflevert. 221 214. Boter, maximum prijs ingevolge art. 2 en 8 D.W. _•. . 222 215. Zeevisch, maximum prijs ingevolge 2 en 8 D.W. . . . 223 216. Boter, maximumprijs ingevolge art. 2 en 8 D.W. . . . 223 Ned. Staatscourant van 10 November 1916 n". 265. ■217. IJzeren Staal, vordering opgave voorraad ingev. art. 9 D.W. 223 218. Uitvoerconsenten zijn persoonlijk ' , .. , 226 219. Maïs en Gerst voor pluimveevoeder 226 220. Zeevisch, maximumprijzen ingevolge art. 2 en 8 D.W. . 227 CHRONOLOGISCH OVERZICHT. IX N"., Bladz. 221. Aardappelen, maabr. inzake voorz. ingev. art. 6 en 8 D.W. 228 222. Verbouw, handelsgewassen, wijz. n°. 132 ingev. arb. 7 D.W. 228 Ned. Staatscourant van II November 1916 n". 266. 223. Maïs, in ruil tegen rogge, prijs 229 224. Varkensvleesch, uitvoer en beschikbaar houden. . . . 229 225. Eieren, uitvoer en beschikbaar houden, prijzen .... 229 226. Melk, maximumprijzen ingevolge art. 2 en 8 D. W. . . 230 227. Boter, uitvoer en beschikbaar houden 235 228. Koolrapen en paardepeen, geen uitvoervergunning. . . 236 Ned. Staatscourant van 13 November 1916 n". 267. 229. Gerst, voor mouterijen, regeling aflevering ingevolge art. 6 en 8 D.W . .. 236 230. Boter, maximumprijs ingevolge art. 2 en 8 D.W. . . . 238 Ned. Staatscourant van 14 November 1916 n". 268. 231. Suikervereeniging, Rijkseomm. v. Toez., benoeming leden 238 232. Aardappelen vereen., Rijkseomm. v. Toez., benoeming lid 239 233. Brood, maximumprijzen ingevolge art. 8 D. W 239 234. Erwten en boonen, maatregelen voorz. ingev. art. 8 D.W. 240 Ned. Staatscourant van 15 November 1916 n°. 269. 235. Aardappelen, meelfabrikanten, Commissie van Toezicht benoeming leden ... 240' 236. Melk, voor consumtie, toeslag veehouders 241 237. Brandstoffen, turf, maximumprijzen veenplaats. ingevolge art. 8 D. W ' 242 238. Rundvet, maximumprijs ingevolge art. 2 D. W 242 239. Groenten, uitvoer, aanvulling lijst stations-inlading . . 243 240. Groenten, uitvoer spruitkool 243 241. Veevoeder, uitsluiting leverantie 244 Ned. Staatscourant van 16 November 1916 n". 270. 242. Regeeringsgoederen, distributie ingevolge art. 8 D.W. . 244 243. Brandstoffen, voorziening ' 245 244. Vleeschvereeniging, Rijkseomm. van Toez., ben. leden . 247 245. Erwten en boonen, aankoop voor distributie ..... 247 Ned. Staatscourant van 17 November 1916 n". 271. 240. Brood, bruin-, op broodkaarten voor ieder verkrijgbaar . 249 247. Varkensvlèesch, verschillende gemeenten, max.-prijzen ingevolge art. 2 D.W . . . .... . 249 248. Aardappelen, in- en verkoopsprijs gemeenten ingevolge art. 8 D. W 251 X CHRONOLOGISCH OVERZICHT. N°. Bladz. 249. Peulvruchtenvereeniging, Rijkseomm. v. Toez., ben. leden 252 250. Groenten, verduurzaamde, uitvoer . 252 251. Veevoeder, uitsluiting leverantie . 254 Ned. Staatscourant van 18 November 1916 n". 272. 252. Mais, in ruil tegen rogge, prijs 254 253. Uitvoerconcenten. commissie van advies, ben. leden . . 255 254. Maximumprijzen; verschillende art. ingev. art. 2 en 8 D.W. 255 255. Zeevisch, maximumprijs ingevolge .art. 2 en 8 D.W. . . ' 256 256. - Boter en kaas, maximumprijs ingevolge art. 2 en 8 D.W. 256 257. Zeevisch, maximumprijs ingevolge art. 2 en 8 D.W. . . 257 258. Eieren', uitvoer en beschikbaar houden, prijzen .... 257 259. Boter, uitvoer en beschikbaar houden, prijzen .... 258 260. Boter, maximumprijs ingevolge art. 2 en 8 D.W. . . . 259 261. Boter, '„ „ - „ 2 en 8 D.W. . . . 259 262. Aardappellen, inkoopsprijs gemeente ingevolge art. 3 DW. 259 •liÉpf' Ned' Staatscourant van 20 November 1916 n". 273. 263. Varkensvleesch, verrekening kosten bedoeld in art. 3 D.W. 260 264. Varkensvleesch, maximumprijs ingevolge art. 2 D.W. . 260 265. Kaas, uitvoer en beschikbaar houden 261 266. Rijst, maximumprijs ingevolge art. 238 D.W 261 Ned. Staatscourant van 21 November 1916 n". 274. 267. IJzer en staal, handelsmat., max.prijzen ingev. art. 8 D.W. 261 268. Varkensvleesch, maximum prijs ingevolge art. 8 D.W. . 264 269. Fruit, appelen uitvoer aanvulling nos. 75, 84 en 195 . . 264 Ned. Staatscourant van 22 November 1916 n". 275. 270. IJzer en staal, handelsmat., max.prijzeh ingev. art. 8 D.W. 265 271. Boter, uitvoer naar Duitschland en België .-.....> 266 272. Pluimvee, uitvoer • JS.1 ..... 266 273. Ganzen, uitvoer ; 267 Ned. Staatscourant van 23 November 1916 n". 276. 274. Brandstoffen, turf maximumprijs ingev. art. 2 en 8 D.W. 268 275. Varkensvleesch. maximumprijs ingevolge art. 2 DW. . 269 276. Kaas, uitvoer naar Duitschland en België ....... 269 277. Kaas, uitvoer van nagelkaas niet meer toegestaan . . 270 Ned. Staatscourant van 24 November 1916 n". 277. 278. Melk, gebruik bij broodbereiding verb. ingev. art. 6 D.W. 270 279. Bloem, afvalproducten beschikbaarstelling 270 280. Commissie, deskundige v/d Rijnvaart te Amsterdam . . 271 CHRONOLOGISCH OVERZICHT. XI ■;N°/, ( . _ Bladz. 281. Klompen, uitvoer verbod wordt niet opgeheven. . . . 272 282. Commissie, deskundigen v/d Rijnvaart te Dordrecht . . 273 283. Commissie, deskundige v/d Rijnvaart te Rotterdam . . 274 284. Melk, maximumprijzen ingevolge art. 2 en 8 D.W. . . 274 285. Groenten, winterspinazie toegelaten tot uitvoer. . . . 279 286. Groenten, uitvoer, aanvulling lijst stations-inlading . . .279 Ned. Staatscourant van 25 November 1916 n°. 278. 287. Brandstoffen, voorziening en besparing 280 288. Botervereeniging, R. Comm. van toezicht, ben. lid . . 281 289. Maïs, in ruil tegen rogge, prijzen 281 290. Eieren, uitvoer en beschikbaar houden, prijzen .... 282 Ned. Staatscourant van 27 November 1916 n°. 279. 291. Aardappelen, maatregelen inz. voorz. ingev. art. 6,8 D. W. 282 292. Varkensvleesch, maxim. prijs ingevolge art. 2 D. W. . . 283 293. Varkensvleesch, maximumprijs ingevolge art. 2 D. W. 284 294. Boter, uitvoer en beschikbaar houden , 285 295. Boter, maximumprijs ingevolge art. 2 en 8 D. W. . . 285 Ned. Staatscourant van 28 November 1916 n". 280. 296. Distributie, kosten v. versch. modellen en formulieren . 285 297. Boonen en erwten, in- en verkoopspr. gem. ing. art. 3 D. W. 286 298. Groenten, roode- en savoye kool, uitvoer 287 299. Veevoeder, uitsluiting leverantie 287 Ned. Staatscourant van 30 November 1916 n". 282. 300. Rundvee-vereeniging R. Comm. v. Toezicht, ben. lid . . 288 301. Eieren, maximumpr. in het alg. ingev. art. 2 en 8 D.W. 288 302. Varkensvleesch, maximumprijzen ingev. art. 2 D. W. . 289 303. Varkensvleesch, „ v 2 D. W. . 289 304. Maximumprijzen, boter, boonen, havermout, rijst en zeep ingevolge art, 2 D.W. . . . .^ff- .. . . . .-• . .- . 290 Ned. Staatscourant van I December 1916 n". 283. 305. Rijst, distributieregeling ingevolge art. 8 D. W. . ! . . 291 306. Havermout, distributieregeling ingev. art. 8 D. W. . .. 294 Ned. Staatscourant van 2 December 1916 n". 284. 307. Veevoeder, div.' boonen, maatr. inz. voorz. ing. art. 8 D. W. 298 •308. Maïs, in ruil tegen rogge, prijs . . . . . .... . . 299 309. Fruit, appelen, geen uitvoervergunningen meer . . . 299 310. Boter, uitvoer en beschikbaar houden . . . . ' : . .- 300 311. Eenden, geen uitvoervergunningen meer . . . . . ■ .- 300 312. Eieren, uitvoer en beschikbaar houden, prijzen , . -.- ; • 201 XII CHRONOLOGISCH OVERZICHT. Ifo. Blad*. Ned. Staatscourant van 4 December 1916 n". 285. 313. Gort, distributieregeling ingevolge art. 8 D. W 301 314. Zeep, distributieregeling ingevolge art. 8 D.W. . . .~ . 305 Ned. Staatscourant van 5 December 1916 n°. 286. 315. Bloem en meel, opgave voorraad ingevolge art. 9 D.W. 309 316. Aardappelen, maatr. (vervoer) inz. voorz. ing. art. 8 D. W. 309 Ned. Staatscourant van 7 December 1916 n". 288. 317. Kunstmest, distributie 312 Ned. Staatscourant van 8 December 1916 n". 289. 318. Voederartikelen, prijzen waartegen de Reg. aflevert . . 313 Ned. Staatscourant van 9 December 1916 n°. 290. 319. Varkensvleesch, uitvoer en beschikbaar houden .... 314 320. Groenten, verduurzaamde, uitvoer .... .y,-.. . . 315 321. Boter, uitvoer en beschikbaar houden 315 322. Maïs, in ruil tegen rogge, prijzen 316 323. Eieren, uitvoer en beschikbaar houden, prijzen .... 316 324. Fruit, peren, geen uitvoervergunningen meer . '. . . 317 Ned. Staatscourant van II December 1916 n". 291. 325. Groenten, uitvoer kropsla 317 326. Brandstoffen, turf maximum prijs ingev. 2 en 8 D. W. . 318 Ned. Staatscourant van 12 December 1916 n . 292. 327. Melk, verboden bij broodbereiding ingev. art. 6 D.W. . - 318 328. Zeevisch, Spiering maximum prijzen ingevolg art. 6 1). W. en inkoopsprijs gemeente ingevolge art. 3 D. W 319 329. Spek, maximum prijs ingevolge art. 2 D.W 319 330. Groenten, uitvoer aanvul), lijst stationsinlading. . . . 320 331. Landbouwproducten, verbouw en prijzen 320 Ned. Staatscourant van 13 December 1916 n". 293. 332. Melk, bij bereiding van brood in het algemeen . : -. . 321 333. Vlasvereeniging, R. Comm. v. Toezicht, benoeming leden 322 Ned. Staatscourant van 14 December 1916 n". 294. 334. IJzer en Staal, handelsmater. max. prijzen ingev. 8 D. W. 322 335. Veevoeder, uitsluitend leverantie 332 Ned. Staatscourant van 15 December 1916 n". 295. 336. Boter, maximum prijs ingevolge art. 8 D. W 833 337. Kunstmest, distributie 333 CHRONOLOGISCH OVERZICHT. XIII N". Bladz. Ned. Staatscourant van 16 December 1916 n°. 296. 338. Distributie artikelen, verreken.kosten ingev. art. 3 D. W. 334 339. Zeep, beschikbaarstelling 335 340. Paarden, uitvoer 335 341. Eieren, uitvoer en beschikbaar houden, prijzen .... 337 342. Eieren, maximumprijzen ingevolge art. 2 en 8 D. W. . 337 .343. Maïs, in ruil tegen rogge, prijzen 338 344. Boter, uitvoer en beschikbaar houden 338 Ned. Staatscourant van 18 December 1916 n". 297. :345. Kunstmest, distributie 339 Ned. Staatscourant van 19 December 1916 n". 298. 346. Rundvleesch, maximumprijzen ingevolge art. 8 D. W. . 339 347. IJzer en Staal, vorder.opgave voorraad ingev. art. 9 D. W. 340 348. Verbouw, beperking, Commissie van advies 344 •349. Boter, maximum prijs ingevolge art. 2 en 8 D.W. . . 344 350. Boter, maximum pijjs ingevolge art. 2 en 8 D. W. . . 344 :351. IJzer- en Staaldraad, uitvoer 345 Ned. Staatscourant van 20 December 1916 n". 299. 352. Eiervereeniging;. Rijks Comm. van Toezicht benoem, leden 345 353. Turf voor industrieën, Commissie van advies 346 354. Verbouw, gewassen, vergunningsbewijs 346 .355. Kundvleesch, maximum prijzen ingevolge art. 8 D.W. . 348 Ned. Staatscourant van 21 December 1916 n". 300. 356. Melk, maximum prijzen ingevolge art. 2 en 8 D. W.. . 348 357. Varkensvleesch, uitv. en beschikb. houden, grensstations 354 -358. Zaden, uitvoervergunning diverse zaden 354 359. Groenten, spruitkool, uitvoer en beschikbaar houden. . 355 Ned. Staatscourant van 22 December 1916 n°. 301. 860. Graan, maatregel inzake voorziening 355 361. Boter, uitvoer 356 362. Groenten, Verduurzamen van boerenkool 356 363. Melk, verbod gebruik bij broodbereiding ingev. art. 6 D.W. 357 364. Veevoeder, uitsluiting leverantie 357 Ned. Staatscourant van 23 December 1916 n°. 302. ■365. Veevoeder, beschikbaarstelling ingevolge art. 8 D. W. . 358 .366. Boter, uitvoer en beschikbaar houden 363 4567. Maïs, in ruil tegen rogge, prijzen 363 368. Eieren, uitvoer en beschikbaar houden, prijzen . . . . 363 XIV CHROSTOLOGISOH OVERZICHT. X°- Bladz. Ned. Staatscourant van 27 December 1916 n°. 303. 369. Wilduitvoer, vergunningen .( 364 Ned. Staatscourant van 28 December 1916 n". 304. 371. Haver, levering bespoediging 379 372. Ganzen, uitvoervergunningen worden niet meer verleend 379 373. Turf, maximumprijzen ingevolge art. 8 D.W 380 374. Pluimvee, uitvoervergunningen worden niet meer verleend 381 375. Pluimvee, uitv.vergunn. slechts geldig tot 31 Dec. 1916. 381 avo. Kunstmest, distributie van zwave zure ammoniak . XX' 377. Eieren, geen uitvoer meer van kalkeieren 382 Ned. Staatscourant van 29 December 1916 n". 305. 378. Brood, distributie-ontwerp der gemeentelijke uitvoeringsvoorschriften : 383 379. Spek, maximumprijs ingevolge art. 2 D. W 397 380. Veevoeder, uitsluiting leverantie .' . . . 398 381. 382. 383. 384. 385. 386. 387. 388. 389. 390. 391. 392. Ned. Staatscourant van 30 December 1916 n". 306. Levensmiddelen, max.-prijslijst ingev. art. 2 en 8 D. W Varkensvleesch, verschillende gemeenten maximum-prijs lijst ingevolge art. 2 D.W.. . . . . , •. .? . . . Brood, bloem en meel, max.prijzen ingev. art. 8D.W. Bloemfabricage, afvalproducten, prjjzen Varkensvleesch, uitvoer en beschikbaar houden. . . Boter, uitvoer en beschikbaar houden Eieren, uitvoer en beschikbaar houden, prijzen . . . Maïs, in ruil tegen rogge, prijzen Landbouwproducten, commissiën vaststelling prijzen. Groenten, uitvoer, aanvulling lijst stations-inlading . Rijst, maximumprijs ingevolge art. 2 en 8 D. W. . . Melk, verboden bij broodbereiding, ingevolge, art. 6 D.W 398- 404 405 408 408 409 409 410410>411 412: 412: N09. 1—2. N°. h De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op art. 6 der Distributiewet 1916; Heeft goedgevonden te bepalen; het is verboden beetwortelen en suiker anders dan in melassevorm te verwerken op spiritus. 's Gravenhage, 25 Augustus' 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 2. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 21 Augustus 1916, Directie-van den Landbouw, n°. 21246, 6de afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van bloemkool: Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. aan de lijst van gemeenten bedoeld in bovengenoemde beschikking van waar de aldaar geteelde bloemkool gedeeltelijk in gezouten staat mag worden uitgevoerd, worden toegevoegd Zoetèrwoude, alsmede de gemeenten in de Streek (N.-H.), en die aan den Langendijk (N.-H.), terwijl van deze lijst wordt afgevoerd de gemeente Zoetermeer; 2°. het percentage der bloemkool dat overeenkomstig meergenoemde beschikking voor het binnenland moet worden geveild, wordt voor de gemeenten in de Streek en aan den Langendijk vastgesteld op 50 pet. en voor de overige gemeenten op 25 pet. 's Gravenhage, 25 Augustus 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. Nos. 8—4. •2 N°. 3. De Minister van Landbouw, Nijverheid en ^Handel; Gezien zijne beschikking van 28 Juni 1916, Directie van den Landbouw, n°. 16954, 6de afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van diverse soorten groenten; Heeft goedgevonden te bepalen: aan de lijst van stations bedoeld in bovenbedoelde beschikking, waar inlading van groenten onder ambtelijk toezicht kan geschieden, Wordt toegevoegd Dordrecht en Gouda. 's Gravenhage, 25 Augustus 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 4. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op zijne beschikking van 12 Augustus 1916, Directie van den Landbouw, n°. 207061, 6de afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van verschillende soorten boonen; Heeft goedgevonden: onder intrekking van het bepaalde sub VI van bovengenoemde beschikking, vast te stellen, dat de exporteurs van Hinrichs Riesenboonen en van alle andere in meergenoemde beschikking niet vermelde soorten stamspersieboonen verplicht zullen zijn, voor elke 100 K.G. dezer boonen, .waarvoor zij consent aanvragen, beschikbaar te stellen voor binnenlandsch gebruik vijf en dertig K.G. witbloeiende pronksnijboonen tegen den prijs van 6 cents per K.G. of vijf en dertig K.G. enkele spersieboonen zonder draad, tegen den prijs van 11 cents per K.G. of vijf en dertig K.G. dubbele spersieboonen tegen den prijs van 6 cents per K.G. 's Gravenhage, 25- Augustus 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 3 N°. 5. N°. 5. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel brengt ter kennis van alle belanghebbenden bij den handel in en bij de verwerking van aardappelen, dat na eene bespreking met de betrokken vereenigingen en Commissiën van Toezicht door hem in hoofdlijnen de volgende regeling is vastgesteld ten einde de voorziening van het binnenland met aardappelen voor het jaar 1916/1917 zooveel mogelijk te verzekeren. 1°. Naar het zich laat aanzien zal de oogst van de in Nederland onder gewone omstandigheden verlangde soorten consumtieaardappelen voldoende zyn voor binnenlandsch verbruik, maar geen overschot voor uitvoer overlaten, zoodat de uitvoer van deze aardappelen dan ook niet kan worden toegestaan. 2°. Aan de aardappelmeelfabrieken is voorloopig toegestaan de vermaling van 8,2 millioen H.L. fabrieksaardappelen onder verplichting van het geproduceerde meel 50 pet. ter beschikking van de Regeering te houden en onder voorwaarde, dat de verdeeling dezer 8,2 millioen H.L. over de speculatieve en coöperatieve fabrieken door deze onderling wordt geregeld, hetgeen reeds is geschied. Voor zoovei-* de fabrieken nog niet over het quantum aardappelen, waarvan de vermaling is toegestaan, beschikken, zullen ze die op de vrije markt kunnen aankoopen. 3°. Naast de bovengenoemde in Nederland gevraagde consumtieaardappelen en de hoeveelheid van 8,2 millioen H.L., waarvan de vermaling aan de fabrieken is toegestaan, blijft er, naar . het zich laat aanzien, nog eene aanzienlijke hoeveelheid aardappelen over, hoofdzakelijk bestaande uit fabrieksaardappelen en daaraan verwante soorten, die onder gewone omstandigheden hun weg vinden öf naar de aardappelmeelfabrieken en drogerijen öf naar den exporteur. Het ligt in de bedoeling deze hoeveelheid dienstbaar te maken aan het vormen van eene reserve voor binnenlandsch verbruik in het algemeen en in het bijzonder van eene reserve van die soorten welke kunnen duren tot de maanden Mei en Juni. Ten einde de belangen der volksvoeding zooveel mogelijk te dienen zonder die van verbouwers, aardappelmeelfabrikanten, aardappeldrogers en exporteurs al te zeer uit het oog te verliezen* is het de bedoeling, zoover de grootte der voorraden N09. 5—6. 4 en de prijzen der aardappelen zulks toelaatbaar doen schijnen, de verwerking of den export van de genoemde fabrieksaardappelen en daarmede verwante soorten op nader vast te stellen tijdstippen toe te staan onder voorwaarde, dat door fabrikanten en exporteurs eene zekere hoeveelheid van voor binnenlandsche consumtie geschikte soorten, ter beschikking van de Regeering worden gesteld, tegen nader vast te stellen prijzen. Voor zoover genoemde fabrikanten en exporteurs de ter beschikking te stellen aardappelsoorten niet bezitten en bezwaar hebben om ze zelf aan te koopen, zal de Aardappelenvereeniging daarbij hare-bemiddeling verleenen. Eene nadere uitwerking dezer regeling zal te zijner tijd ter kennis van de belanghebbenden worden gebracht. N°. 6. N°. 64702. Afdeeling Handel. Betreffende maximum 's Gravenhage, 25 Augustus 1916. turfprijzen op de veenplaatsen. Ik heb de eer u hiermede te doen toekomen eene lijst *) met maximumprijzen voor turf op de veenplaatsen in de provincies Groningen, Drenthe, Overijssel, Noordbrabant, Limburg, Friesland, Noordholland, Zuidholland en Utrecht. Deze lijst vervangt de vorige, waarin de thans ook voor de provincies Noordholland, Zuidholland- en Utrecht vastgestelde maximumprijzen nog niet waren opgenomen. Ten aanzien van de in nevensgaande lijst genoemde maximumprijzen voor fabrieksturf teeken ik aan, dat deze prijzen uitsluitend gelden bij levering voor steenfabrieken, kalkbranderijen en bakkerijen en derhalve niet bij levering aan andere nijverheidsondernemingen. Met het oog hierop acht ik het wenscheluk dat de levering aan. genoemde industrieën zooveel mogelijk gelijkmatig over de verschillende veenplaatsen in uw gemeente verdeeld worde. ,. .... Ik vestig er uwe aandacht op, dat het mijn uitdrukkelijke *) Zie bladz. 6 t/m. 12. 5 N°. 6. wensen is, dat in geen geval en op geen enkele plaats van vervening in de voormelde provincies de gestelde maxima zullen overschreden worden. Voor zooveel noodig moge ik er op wijzen, dat de vaststelling dér nevensgaande maximumprijzen is geschied overeenkomstig art. 8 der Distributiewet 1916 (Staatsblad n°. 416) en opzettelijke niet nakoming daarvan ingevolge art. 12 der bedoelde wet gestraft wordt met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van ten hoogste tien duizend gulden. Voor zoover een of meer der op nevensgaande lijst vermelde tusfsoorten in uwe gemeente zelf worden geproduceerd, verzoek ik u bedoelde lijst zoo spoedig mogelijk ter openbare kennis te brengen en haar eene zoo ruim mogelijke verspreiding te geven; in het belang eener goede werking der maximumprijsregeling is het noodzakelijk deze lijst in afdruk te verstrekken aan de verveners in uwe gemeente, benevens aan hen die geacht kunnen worden bij deze aangelegenheid groot belang te hebben, zooals de turfschippers en de brandstoffenhandelaren. Burgemeèsters uit de provincies Groningen, Drenthe, Overijssel, Noordbrabant, Limburg, Friesland, Noordholland, Zuidholland en Utrecht zullen daartoe nog een 25-tal exemplaren der lijst van maximumprijzen ontvangen; mochten zij meerdere exemplaren wenschen, dan kunnen zij zich daartoe liefst telegraphisch, wenden tot de afdeeling Handel van mijn Departement, Lange Houtstraat 36, 's Gravengage, welke op eerste aanvrage het gewenschte aantal exemplaren aan de opgegeven adressen zal doen toekomen. Mocht u het wenschelijk achten met het oog op plaatselijke omstandigheden ook voor andere dan de vermelde soorten maxima vast te stellen of verlaging in de gestelde maxima aan te brengen, dan zal ik daarvan gaarne bericht ontvangen. Tot wijziging en aanvulling van de lijst gelieve u intusschen niet over te gaan, alvorens mijn antwoord op uw bericht u bereikt heeft. Voorts veroorloof ik mij onder uwe aandacht te brengen, dat artikel 76c der Onteigeningswet de mogelijkheid opent in zekere gemeenten turf te doen onteigenen ten behoeve van andere gemeenten op verzoek van den burgemeester van die andere gemeente, wanneer de verveners in eerstbedoelde plaatsen weigerachtig zijn, van de beschikbare voorraden tegen de maximumprijzen af te leveren. Indien u dus blijkt, dat binnen uwe gemeente op eene of andere wijze behoefte aan turf bestaat of binnenkort zal bestaan, N°. 6. 6 doordat bijv. de binnen uwe gemeente turf leverende schippers op de veenplaatsen geen lading kunnen bekomen, gelieve u mij telegraphisch op te geven, uit welke gemeente(n) u turf wenscht te betrekken. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. XXIX. 25 Augustus 1916. Deze lijst vervangt l^jst XXVI (turf) doch niet lijst XXVIII (algemeene maximum prezen). LJJst van eenige der meest voorkomende turfsoorten met daarvoor aangenomen maximum prijzen op de veenplaatsen Jn de provincies Groningen, Drenthe, Overijssel, Noordbrabant, Llmbnrg, Friesland, Noord- en Zuidholland en Utrecht. Maximum prijs, TURFSOORTEN. loco schip op de veenplaats. i) I. GRONINGSCHE TURF. A. Fabrieksturf voor steenfabrieken, kalkbranderijen en bakkerijen. Zwarte turf. lste soort groote turf f 1,50 per M3. 2de „ „ „ !>35 » » Bonte turf. lste soort dikke turf 0>95 „ „ 2de }. „ „ 0,65 „ „ B. Haardbrandturf. Zwarte turf. lste soort kleine . . . . " f3,60 p. 1000 st. 2de „ „ 3,25 „ „ „ i) De prijzen zijn er op berekend dat het schipladen plaats vindt op de wijze, welke volgens plaatselijke gewoonte gebruikelijk ia De prijzen voor tur$ die per M». verkocht dient te worden, zijn bedoeld voor in het schip gestuwd te leveren ladingen. 7 N°. 6. Maximum prijs TURFSOORTEN. loco schip op de veenplaats. ') Baggerturf. lste soort (Veenderijen Noordlaren) .... f 5,75 p, 1000 st, lste „ ( „ Tolbert en omstreken) 4,50 „ „ „ 2de „ ( „ . overig deel der provincie) 4,25 ,, ' „ „ Sponturf. lste soort 4,05 n „ „ 2de „ 3,55 „ „ „ II. DRENTHSCHE TURF. A. Fabrieksturf voor steenfabrieken, kalkbranderijen en bakkerijen. Zwarte turf. lste soort Kwartiersturf (Groninger bestek . . 1,50 per M3. 2de „ jj „ * • 1,35 „ „ lste „ Groote turf (Amsterdamsen bestek) 1,40 „ „ 2de „ „ „ 1,20 „ „ 3de „ „ 'n , 1,05 „ „ Grijze of bonte turf. lste soort Groninger bestek 0,95 „ „ 2de „ „ „ ....... 0,65 , , lste - Amsterdamsen bestek 0,75 „ „ 2de „ , 0,60 „ , Groote Doesterd- turf. Groninger bestek. 1,05 „ „ B. Haardbrandtürf. Dargturf. lste soort Groninger bestek Valthermond. . f5,60 p. 1000 st. lste „ „ „ overig Drenthe. 5,05 „ „ „ 2de „ „ „ „ ,, . 4,70 „ „ „ lste „ Amsterdamsen bestek .... 3,40 „ „ „ 2de „ „ „ .... 2,95 „ „ „ i) Zie noot op bladz. 6. N°. 6. 8 Maximum prijs TÜRFSOORTEN. ' loco schip op de veenplaats. >) Blauwe turf. Extra zware ondergegraven Groninger bestek f 5,00 p. 1000 st. lste soort Groninger bestek 4,60 „ „ „ 2de „ „ „ 4,30 „ „ „ 3de 9 , . 4,00 „ „ „ Extra zware ondergegraven Groninger bestek 4,30 „ „ „ lste „ Amsterdamsch bestek .... 3,95 „ „ n 2de „ „ ■ ■ • ■ 3,45 „ „ „ Greinmank turf. Kleine lste soort 4,40 „ „ „ , 2de , 3,90 n B „ " 3de 3,65 i i n Doesterd turf. Kleine lste soort. 3,35 „ „ „ „ 2de „ 3,00 , „ „ \ 3de „ 2,75 , i „ Grijze of bonte turf. Kleine." 2,80 „ \ \ Grauwe en witte turf. Kleine 3,25 „ „ „ Haverstroo. lste soort • • 4,80 „ „. , 2de „ 3,90 „ , | Scheeps- of burgeriurf. Kleine lste soort 3,25 „ „ „ 2de „ " 2,70 „ „ , Baggerturf. lste soort Drenthsche Zuidlaarder .... 5,75 „ M3. lste „ „ Zuidkant Valthermond en Valtherkiel. . . 5,65 „ „ lste „ ,, overig Drenthe . . . 5,05 „ „ 2de - overig Drenthe 4,40 „ „ 3de „ . , | 3,90 i , i) Zie noot op bladz. 6. 11 N°. 6. Maximum prijs, TÜRFSOORTEN. loco schip op de veenplaats.l) Kolige, scherpe en ondergraven turf. lste soort f4,85 p. 1000 st. 2de „ 4,35 v v » Haverstroo. lste soort 2,80 „ „ „ 2de i 2,60 J i J Zwarte turf. lste soort 3>50 „ „ » 2de . 3,10 , „ „ Grauwe turf. lste soort 2,40 „ ( „ 2de „ 2,25 „ „ „ Sponturf. 1. Veenpolder Opsterland en Smallingerland. lste soort 5,00 „ „ „ Veenpolder Opsterland en Smallingerland. 2de soort 4.75 „ „ „ 2. Triiegaasterveenpolder. Burgerturf. . . 5,50 „ „ „ „ Karturf. . . . 5,00 „ „ „ 3. Haskerveenpolder. Burge-turf .... 5,00 „ „ „ Karturf 4,50 „ „ „ 4. Echtensche veenpolder en veenderyen in Schoterland en Weststellingwerf. Burgerturf 5,50 „ „ „ Karturf . 4,50 „ , , Baggelaar. 1. Veenderijen in Nijehorn, Nijeholtpade en Oldeberkoop 6,60 „ „ „ 2. Overige veenderijen in "Weststellingwerf, Schoterland en Lemsterland: lste soort . 6,00 „ „ „ 2de „ . 5,50 „. „ „ 3de „ .1 5,00 „ „ , 3. Veender^en in Opsterland, Smallingerland en Aengwierden: lste soort 5,50 „ „ „ 2de „ 5,00 „ „ „ 3de „ 4,50 „ „ , 4. Veenderyen in Appelscha en Fochteloo . 4,25 ,,,,,, i) Zie noot op bladz. 6. 13 in de lijst *), toegevoegd aan mijne circulaire dd. heden, afdeeling Handel n°. 64702, dan gelden de maximumprijzen, welke bij genoemde lijst zijn vastgesteld. Ik verzoek u beleefd aan bijgaande lijst m uwe gemeente de noodige bekendheid te geven en ik vestig uwe aandacht op hetgeen onder de lijst vermeld is omtrent het indienen van klachten aangaande de inachtneming der gestelde maxima. De prijzen welke in deze lijst zijn vastgesteld, zijn gebaseerd op de maximumprijzen, welke in den groothandel gelden en welke op hunne beurt zijn vastgesteld na uitvoerige onderzoekingen naar de transport-, ladings- en lossingskosten in verschillende deelen van het land. Tevens zijn deze prijzen getoetst aan de meest geldende prijzen, die thans in tal van plaatsen betaald worden. Met het oog op de transportkosten is mede overleg gepleegd met de voornaamste daarbij betrokken schippersorganisaties. Ook in verband met de winst der tusschenhandelaren zijn de maximum prijzen, naar mijne meening, naar billijkheid gesteld. Ik zal het derhalve op prijs stellen, dat deze ten strengste gehandhaafd worden. Voor zooveel noodig moge ik er op wijzen, dat de vaststelling der nevensgaande maximumprijzen is geschied overeenkomstig art. 8 der Distributiewet 1916 (Staatsblad n°. 416) en opzettelijke niet nakoming daarvan ingevolge art. 12 der bedoelde wet gestraft wordt met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van ten hoogste tien duizend gulden. Bij' de samenstelling van achterstaande lijst van turfsoorten is zooveel mogelijk getracht naar behoud der benamingen welke in de onderscheidene gewesten bij den plaatselijken handel algemeen gebruikelijk zijn. Deze benamingen geven niet altijd de juiste herkomst der turf weer. De benaming „Friesehe turf' bij voorbeeld duidt eene algemeen bekende turfsoort aan, welke echter in vele gevallen niet uit in de provincie Friesland gelegen veenderijen afkomstig is. Vandaar dat oogenschijnlijk niet overal aansluiting gevonden wordt tusschen den inhoud van deze lijst en die behoorende bij mijne zooëven bedoelde circulaire dd. heden, n°. 64702, afd. Handel. Mocht u het wenschelijk achten met het oog op plaatselijke omstandigheden ook voor andere dan de gemelde soorten maxima vast te stellen of verlaging in de gestelde maxima aan te brengen, dan zal ik daarvan gaarne bericht ontvangen. Intusschen gelieve u tot wijziging en aanvulling van de lijst *) Zie bladz. 6 t/m. 12. N». 7. 14 niet over te gaan, alvorens mijn antwoord op uw bericht u bereikt heeft. ^'ïi; ?i3 Voor het geval u meerdere exemplaren der inliggende lijst van maximum prijzen wenscht te ontvangen, gelieve u aanvragen daartoe te richten tot de Algemeene Landsdrukkerij, Pluweelen Burgwal 18 te 's Gravenhage. Het gewenschte aantal exemplaren zal u dan onverwijld tegen vergoeding van kosten worden toegezonden. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel. Pösthüma. N°. XXX. 25 Augustus 1916. Deze lijst vervangt niet bjstXXIX(maximumtui-fpryzen op de veenplaatsen) en XXVin (algemeene maximumprijzen). Maximum kleiuhandelprijzen voor turf. Onder kleinhandelprijs wordt verstaan de prijs van de turf, afgehaald bij den tusschenhandel {niet op de veenplaats). Kleinhandelprijs, per 100 stuks. (*) Zuidholland. 1. Korte Friesehe turf f 0,90 2. Lange ,, ,, *:* 1,07* 3. Lange losse turf (Haverstroo) lste soort 1,25 ,, ,, 2de soort 1,15 4. Machinale Drentsche turf (Eahder) 1,15 5. Noordhollandsche turf, lste soort ..: 1,00 ,, 2de soort ; 0,90 ,, 3de soort 0,80 6. Luchtballen 0,80 7. Bakkersturf f,05 Noordholland. 1. Korte Friesehe turf 0,90 2. Lange losse turf"(Haverstroo) lste soort 1,25 ,, ,, ,, 2de soort 1,15 (*) Bi; verkoop van geringer hoeveelheden mogen slechts evenredig© prijzen bedongen worden. 15 N°. 7. Kleinhandelprijs, per 100 stuks. (*) 3. Machinale Drentsche turf (Rahder) f 1,15 4 Noordhollandsche turf, lste soort 1,00 „2de soort 0,90 "t „ 3de soort 0,80 5. Luchtballen, lste soort °>80 2de soort 0,70 6. Bakkersturf 0>jj5 7. Lange harde turf 0,95 Utrecht. |. Lange losse turf l'l^ 2. Machinale Drentsche turf (Rahder) 1,15 3. Noordhollandsche turf, lste soort 1,00 „2de soort 0,90 4. Karturf, lste soort °>85 2de soort O'75 5. Korte losse turf O'85 6. Bakkersturf !'05 Gelderland. \. Lange losse turf, lste soort 1,15 „ ,, 2de soort • 1,05 2. Lange harde turf 0,95 3. Korte harde turf, lste soort 0,90 „ 2de soort 0,80 {i „ „ 3de soort 0,70 4. Bakkersturf °>85 Overijssel. 1. Korte turf, lste soort 0,90 ,, 2de soort 0,80 „ 3de soort 0,70 2. Machinale lange turf 1>10 3. Yuuraanmakers, lste soort 1,00 2de soort 0,90 4. Zwarte turf °>85 (*) Zie noot bladz. li. 16 Kleinhandelprijs, per 100 stuks. (*) 5. Blauwe turf, lste soort f 0,90 „ 2de soort 0,80 6. Witte turf (Bakkersturf) 0,70 Drenthe. 1. Baggelaar, lste soort 0,85 2de soort 0,75 - ,, . 3de soort 0,65 2. Sponturf, lste soort 0,75 2de soort 0,70 ,, 3de soort 0,65 3. Blauwe turf, lste soort 0,85 ,,- ,, 2de soort 0,80 ,, 3de soort 0,75 4. Greinmank turf, lste soort 0,85 „ • ,, 2de soort 0,75 5. Bakkersturf (groote) 1,05 (kleine) 0,75 Friesland. 1. Spon- of korte turf, lste soort 0,90 „ „ ,, „ 2de soort ' 0,80 ,, ,, ,, 3de soort 0,70 2. Darg- Blauwe en Greinmank turf (harde lange) lste soort 1,00 Darg- Blauwe en Greinmank turf (harde lange) 2de soort 0,90 Darg- Blauwe en Greinmank turf (harde lange) 3de soort 0,80 3. Scheepsturf (lichte lange), lste soort 0,85 2de soort 0,75 4. Doesterd turf (gewone lange), lste soort 0,75 „ „ „ ,, 2de soort 0,70 „ 3de soort 0,65 5. Dikke zwarte turf 1,25 (*) Zie noot bladz. 11. 17 N°. 7. Kleinhandelprqs, per 100 stuks. (*) Groningen. 1. Baggelaar, lste soort , •••• f 0,90 2de soort 0,80 3de soort 0,70 2. Greinmank en Blauwe turf, lste soort 1,00 „ 2de soort 0,90 , ,, 3de soort 0,80 Dikke zwarte turf 1,25 Zeeland. 1. Korte turf °,95 2. Zachte lange turf 1,15 3. Harde lange turf 1,05 4. Lange bakkersturf , 1,05 Noordbrabant. 1. Korte turf 0,95 2. Lange losse turf 1,15 3. Pijpert 1,25 4. Smoezenturf 1,15 5. Burgerturf 1.05 Limburg. 1. Korte turf 0,95 2. Losse turf 1,25 3. Groote turf 1,05 Klachten over n iet-inachtneming van bovenvermelde maxima, alsmede wenschen om voor bepaalde op de lijst niet vermelde turf soorten maxima vast te stellen, of wel om met het oog op plaatselijke omstandigheden voor eene bepaalde gemeente wijziging in de maxima te brengen, behooren gericht te worden tot den burgemeester. (*) Zie noot bladz. li. 2 N°. 8—9. 18 N°. 8. N°. 23651/8&4S. 's Gravenhage, 25 Augustus 1916. In aansluiting aan mijne circulaire van 17 Juni 1916, n°. 8731/8&ïs heb ik de eer U mede te deelen, dat aanvragen om plaatsvervangend veevoeder, maïs of voerrogge in ruil voor de' afgeleverde rogge van den oogst 1916 door U ten behoeve van de landbouwers Uwer gemeente kunnen worden ingediend bij de Provinciale Broodcommissie van het gebied, waartoe Uwe gemeente behoort. Ik verzoek U beleefd daarbij het volgende in acht te willen nemen: 1°. dat de aangevraagde hoeveelheid in geen geval grooter is dan de afgeleverde hoeveelheid rogge; 2°. dat het gevraagde strikt noodzakelijk is voor de voedering van het vee van den betreffenden landbouwer; 3°. dat bij elke aanvrage een staat wordt overgelegd, waarin vermeld is het aantal stuks vee van eiken landbouwer, dat met het gevraagde moet worden gevoederd. De prijs van de bedoelde maïs of voerrogge zal, met inbegrip wan de kosten, niet hooger zijn dan f 250.— per last van 2000 K.G. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, ~ Posthuma, • N°. 9. - N°. 68461. Afdeeling Handel. ■ 'sGravenhage, 26 Augustus 1916. Ik heb de eer u te berichten, dat van.af heden zijn opgeheven de maximumprijzen voor groenten en vroege aardappelen, welke na de opheffing der maximumprijzen voor bloemkool, bospeen en doperwten^, nog. gegolden hebben, te weten die van tuinboonen: én, van kropsla, alsmede die van ronde aardappelen en van müïzen.v: -rón-.-- .;.*£; > De Miüister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N»s. 18—19. 24 gesteld bij zijne beschikking van 28 Juli 1916, Directie van den Landbouw, n°. 19401, 5de afdeeling, voor de maand Augustus 1916, ook voor de maand September 1916 zullen gelden. 's Gravenhage, 29 Augustus 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 19. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gelet op het Koninklijk besluit van 29 October 1914 (Staatsblad n°. 510) en op de ministerieele beschikking van 8 April 1916, Directie van den Landbouw, n°. 6964, 5de Afdeeling; Heeft goedgevonden te bepalen: a. dat de maximumprijs voor boter, bestemd voor verbruik in Nederland, geleverd door producenten aan verkoopers van boter, gedurende de maand September 1916, f 1,55 per K.G. zal bedragen bij verpakking in wit fust van 50 K.G. Bij verpakking in wit fust van 25 K.G. kan vorengenoemde prijs verhoogd worden met 1 cent per K.G. Bij verpakking in Delftsch of Leidsch fust van 20 K.G. kan vorengenoemde prijs met 5 cents per K.G. en bij verpakking in Delftsch of Leidsch fust van 10 K.G. met 6 cent per K.G. verhoogd worden. Bovengenoemde prijzen zijn franco station van afzending; b. dat de maximumprijs voor boter, verkocht aan verbruikers, gedurende de nmand September 1916 f 1,75 perKG. zal bedragen. De verkoop aan verbruikers tegen detailprijs kan geschieden onafhankelijk van de te leveren hoeveelheid. Voor boter bereid onder rabbinaal toezicht kan door de Rijkscommissie van toezicht op de Botervereeniging, in overleg met de betrokken handelaren of boterbereiders, een verhoogde prijs worden toegestaan. 's Gravenhage, 29 Augustus 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. 27 Nos. 21—23. N°. 21. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te benoemen tot lid. van het Veevoederbureau te Amsterdam, de heer W. T. Jongejans, te Assendelft. 's Gravenhage, 29 Augustus 1916. De Secretaris-Generaal, Voor den Minister, Versteeg. N°. 22. » De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 21 Augustus 1916, Directie van den Landbouw^ n°. 21246, 6de afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van bloemkool; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. aan de lijst van gemeenten bedoeld in bovengenoemde beschikking van waar de aldaar geteelde bloemkool gedeeltelijk in gezouten staat mag worden uitgevoerd, worden toegevoegd Leiden en Leiderdorp; 2°. het percentage der bloemkool dat overeenkomstig genoemde beschikking voor het binnénland moet worden geveild, wordt voor deze gemeenten gesteld op 25 pet. 's Gravenhage, 30 Augustus 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, Versteeg. N°. 23. N°. 69500. ... ~ ~ , , "'s Gravenhage, 1 September 1916. Afdeelmg Handel. Ik heb de eer U te berichten, dat door mij, ingevolge art. 8 der Distributiewet 1916, zijn vastgesteld maximumprijzen, als N°. 23. 30 Boter (bij verpakking in wit fust van 50 K.G.) 0 per K.G. „ 1.55 Boter (bij verpakking in wit fust van 25 K.G.) W „ „ „ 1.56 Boter (bij verpakking in Delftsch of Leidsch fust van 20 K.G.) 0 , „ „ 1.60 Boter (bij verpakking in Delftsch of Leidsch fust van 10 K.G.) (l) „ „ „ 1.61 Volvette Goudsche kaas met Rijksmerk, seizoen 1915 (!) per 50 „ „ 55.00 Volvette Goudsche kaas. seizoen 1915 O. „ 50 „ „53.00 Kaas 40 + (Edammer en Goudsch model), seizoen 1915 (l) „ 50 „ „ 51.00 Volvette jonge Goudsche kaas met Rijksmerk (4 n 50 „ „ 41.00 Volvette jonge Goudsche kaas (J). ... ,, 50 „ „ 39.00 Jonge kaas 40 -j- (Edammer en Goudsch model) (!) „ 50 „ „ 38.00 Jonge kaas 30 -j- (Edammer en Goudsch model) (!) „ 50 „ „ 32.00 Jonge kaas 20 -|- (Edammer en Goudsch model) (i) . . . : , 50 „ „ 26.00 Jonge magere kaas (Edammer en Goudsch model) (2) voor zoover voorradig ... „ 50 „ „ 16.00 Nagelkaas, in fabrieken gemaakt (x) . . „ 50 „ „ 19.00 Rijst (Grofmiddel Bassein &/of Rangoon 'lste handcondities „ 50 „ „ 14.00 Rijst (Voorloop Bassein &/of Rangoon) lste handcondities „ 50 „ „ 14.75 Rijst (Grof voorloop Bassein &/of Rangoon) lste handcondities „ 50 „ „ 15.25 (i) Deze prijzen zijn niet van toepassing op room-en lunchkaas en kaas bereid onder Rabbinaal toezicht. Onder kaas gemerkt 40' +, 30 + of 20 + wordt kaas verstaan, welke respectievelijk 40 pet. of meer, 30 pet of meer of 20 pet. of meer vet in de droge stof bevat. Exporteurs zijn verplicht ten behoeve van den kaasverkoop voor binnenlandsch verbruik aan de centrale pakhuizen kaas te leveren tegen f5 beneden den maximumprijs voor verkoop in net groot. . . De in de centrale pakhuizen aanwezige kaas wordt aan bij de Rijkscommissie van Toezicht op de Kaasvereeniging ingeschreven grossiers geleverd tegen f3 beneden den maximumprijs voor verkoop in het groot. Opgemerkt wordt nog, dat 4e vorenbedoelde prijzen slechts betrekking hebben op boter en kaas, bestemd voor verbruik in Nederland. Voor boter bereid onder Rabbinaal toezicht kan door de Rijkscommissie van Toezicht op de Botervereeniging in overleg met de betrokken handelaren of boterbereiders een verhoogde prijs worden toegestaan. Voor speciaal verpakte boter zal geen vergunning tot prijsverhooging meer worden verleend. 31 N°. SS, Havermout . . . per 100 K.G. f 30.00 Suiker (witte geraffineerde) (O (bij levering van 1000 KG. of daarboven) „ 100 „ „ 50.90 Suiker (witte geraffineerde) (bij levering van 300 K.G. tot 1000 K.G.) .... „ 100 „ „ 51.00 Suiker (witte geraffineerde) (bij levering van 100 K.G. tot 300 K.G.) ..... „ 100 „ „ 51.20 Normaal-Margarine (*) (in kistjes van 10 of 5 K.G. in perkament papier verpakt) . „ 1j2 „ „ 0.39 Peekoffie.. . . . „ 100 „ „31.00 Cichorij . „100 „ „26.00 Raapolie (3) Soda „ 100 „ „ 12.00 Zeep zachte, groene of gele) (3) Keine schelvisch „ 50 „ „ 8.00 Wijting . „ 50 „ „ 7.50 Keine gul „ 50 „ „ 8.00 Kleine poon en pieterman „ 50 „ „ 7.00 Horsmakreel „ 50 „ „ 5.00 Makreel . .'...'„ 50 „ „10.00 Kleine schol „ 50 „ „ 8.00 Maatjesharing (zonder kop) per tón, inhoudende 1050 stuks, netto vischgewicht 115 a 120 K.G. . „ 27,50 Gerookte kleine schelvisch ...". *. '. „ 50 „ „ 12.00 „ makreel (groote sorteering) . . „ „ „ 0.55 „ haring (bokking zonder staart) . „ stuk „ 0.036 GROSSIERSPRIJZEN. Kleine schelvisch <.U . per K.G. f 0.20 Wijting „ „ „ 0.19 Kleine gul . : . . „; „ „ 0.20 Kleine poon en pieterman . . . . . ■ „• • „ „ 0.18 Horsmakreel „ „ „ 0.14 Makreel • „ „ „ 0.20 Kleine schol „ „ „ 0.22 Soda „ 50 „ „ 7.— (1) Zie hieromtrent ook circulaire dd. 26 Augustus 1916, n°.. 68459 Afd. Handel. (2) Zie daaromtrent circulaire dd. 25 Juli 1916, n°. 57855 Afd. Handel. (3) Voor deze artikelen wordt voorloopig geen maximumprijs vastgesteld. N°. 23. 32 Suiker (witte geraffineerde) (*) bij levering van 100 K.G. of daarboven perlOO K.G. f 51.50 Suiker (witte geraffineerde) (bij levering van 50 K.G. tot 100 K.G ,100 „ „51.75 Suiker (witte geraffineerde) bij levering van 25 K.G. tot 50 K.G „ 100 „ „ 52.00 KLEINHANDELPRDZEN. Regeeringsbrood (bij verkoop op broodkaart) per K.G. f 0.12 Tarwewaterbrood (gebuild) ,, „ 0.23 „ „ (gebakken onder Rabbinaal toezicht) „ i „ 0.24 Tarwebrood (ongebuild; bruinbrood). . . „ „ „ 0.20 Roggebrood (s). Regeeringstarwemeel (bij verkoop op meel- kaart) ï „ n 0.14 Tarwebloem (gebuild inlandsch) . . . . „ ,, „ 0.25 Tarwemeel (ongebuild) „ „ » 0.21 Boter (3) „ rVi K.G. „ 0.875 Volvette Goudsche kaas met Rijksmerk, per v2 kg. perOjKG* seizoen 1915 (3) f 0,68 f0,14 Volvette Goudsche kaas, seizoen 1915 (3) „ 0.66 „ 0.135 Kaas 40 -f (Edammer en Goudsch model) seizoen 1915 (3) „ 0.60 „ 0.12 Volvette jonge Goudsche kaas met Rijksmerk (3) „ 0.50 „ 0.10 Volvette jonge Goudsche kaas (s) . . . „ 0.48 „ 0.10 Jonge kaas 40 4- (Edammer en Goudsch model) (3) 0.46 „ 0.095 Jonge kaas 30 + (Edammer en Goudsch model) (3) • » 0.39 , 0.08 ' Jonge kaas 20 + (Edammer en Goudsch model) (S) . : n 0.325 „ 0.065 Jonge magere kaas (Edammer en Goudsch model) (3) (voor zoover voorradig). . . „ 0.20 „ 0.04 Nagelkaas, in fabrieken gemaakt (3). . . „ 0.23 „ 0.05 (ij Zie hieromtrent ooktircnlaire dato 26 Augustus 1916 n°. 68459, afd. Handel. O Een uniforme prijs voor roggebrood, geldend voor het geheele land, kan in verband met de zoo uiteenloopende bereidingswijze in de verschillende provincies niet worden vastgesteld. Daarom zal zulks voor elke provincie afzonderlijk geschieden, in overleg met de provinciale rogge-commissies. (3) zie noot 1 bladz. 30. Opgemerkt zij voorts, dat het den kleinhandel verboden is onaangesneden kazen te verkoopen. 33 N°. 23. Rijst (Grofmiddel Bassein &/of Rangoon) . per^/aKG- f 0.175 „ (Voorloop *'% „ » ) • » » « » 0185 „ (Grof voorloop „ „ » ) • » » » » °-195 Havermout (inlandsche en buitenlandsche). „ , „ . 0.19 Suiker (witte geraffineerde) » » » » °-27 Normaal-margarine (*) (in perkamentpapier verpakt) * » » » a4& Koffie (Santos, gebrand) (3) Peekoffie (in pakjes) , 0.1 , , 0.04 Cichorei („ „ ) . . » » » » °-035 Raapolie (*) Zout Per » n 0.09 Zeep (zachte, witte of gele) (2) Soda ■ o » °-18 Petroleum . » L- » °-12 Kleine schelvisch » K.G. » °-28 Wijting i * » O-27 Kleine gul ■ » » °-28 ,Kleine poon en pieterman » » » °-26 Horsmakreel » » » °-22 Makreel n . » 0.32 Kleine schol ■ * » °-28 Gerookte kleine schelvisch » » » 0.34 „ makreel per Vs K.G. f 0.35; uitgesneden per 0,1 K.G. B 0.10 „ haring (bokking zonder staart) . , stuk „ 0.05 Haring (zonder kop) » » » 0.04 De hierboven vermelde prijzen gelden voor de maand September behoudens vroegere vervanging. Klachten over niet-inaehtneming van bovenvermelde maxima, alsmede wenschen om voor bepaalde op de lijst niet vermelde artikelen maxima vast te stellen, of wel om met het oog op plaatselijke omstandigheden voor eene bepaalde gemeente wijziging in de maxima te brengen, behooren gericht te worden tot den Burgemeester. (J) Zie noot 2 bladz. 31. O Voor deze artikelen wordt voorloopig geen maximumprijs vastgesteld. 45 N°. 36. 5. Wanneer aan een veevoederbureau blijkt, dat bedriegelijke middelen zijn- aangewend om eene grootere hoeveelheid veevoeder in aanvragen te kunnen vermelden dan waartoe men anders gerechtigd zoude zijn, (bijv. doordat het aantal stuks vee niet naar waarheid is opgegeven, of, doordat door bemiddeling van meer dan één persoon of vereeniging bestellingen zijn gedaan) doet het mededeeling" aan de Toewijzingscommissie, welke alsdan kan bepalen dat het veevoeder aan den betrokkene slechts wordt af geleverd of (indien het reeds afgeleverd is) dat in den vervolge veevoeder gedurende een te bepalen tijdvak slechts zal worden afgeleverd, tegen eene prijsverhooging van 50 pet. boven den door de Regeering vastgesteldèn prijs, een en ander kan ook geschieden door de Toewijzingscommissie ambtshalve. Zoo spoedig mogelijk worden door de veevoederbureau's aan de aanvragers toewijzingsbiljetten gezonden, waaruit o. a. blijkt de hoeveelheid die aan eiken aanvrager zal kunnen worden afgeleverd; ongeacht wat in het bijzonder aangevraagd is, kunnen door elkaar worden toegewezen en aan aanvragers afgeleverd worden: os. voertarwe, voerrogge, inlandsche gerst of buitenlandsche gerst; b inlandsche haver of buitenlandsche haver, een en ander ter keuze der Regeering. 6. De aflevering geschiedt ter plaatse in het toewijzingsbiljet te vermelden, tegen voorafgaande betaling, volgens de door de Regeering vastgestelde prijzen, vrij boord plaats van aflevering, des noodig, na afsluiting van een contract met de Nederlandsche Overzee Trust Maatschappij en onder in het toewijzingsbiljet zoo noodig nader te stellen bedingen. 7. Organisaties en handelaren leveren de door hen ontvangen voederartikelen af aan degenen voor wie zij bestellingen ontvingen, in verhouding van het aan hen toegewezen percentage, en met inachtneming van de wijzigingen, door de veevoederbureau's of de Toewijzingscommissie in de aanvragen en bestelbiljetten aangebracht, tegen een prijs gelijk aan de door de Regeering vastgestelde prijzen, vermeerderd met werkelijk betaalde vracht, onkosten en ten hoogste f 0,25 belooning per 100 K.G. Verkoop aan anderen dan aan bestellers en opslaan met speculatieve doeleinden is verboden. 7bis. Handelaren, organisaties, provinciale grossiers of tusschenpersonen, die naar het oordeel der Toewijzingscommissie opzettelijk of door nalatigheid bevorderd hebben, dat de bij Nos. 36—38. 4b art. 5 bedoelde bedriegelijke middelen zijn aangewend of die op andere wijze de gelijkmatige verdeeling van veevoeder hebben belemmerd, kunnen ongeacht de strafrechtelijke vervolgingen die tegen hen mochten worden ingésteld) door de Toewijzingscommissie voor een bepaalden tijd uitgesloten worden van de bevoegdheid, aanvragen voor van Regeeringswege ter beschikking gestelde veevoederartikelen in te dienen of hunne bemiddeling daartoe te verleenen. Het besluit van uitsluiting wordt openbaar gemaakt in de Staatscourant en/of op zoodanige wijze als aan de Toewijzingscommissie getaden zal voorkomen. 8. Klachten moeten worden ingebracht bij de veevoederbureau's. 9. De veehouders, handelaren, organisaties, provinciale grossiers en tusschenpersonen zijn gehouden zich te onderwerpen aan de besluiten van de veevoederbureau's, van de Toewijzingscommissie eri van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, krachtens dit besluit genomen, en doen afstand van elke aanspraak op schadevergoeding ter zake daarvan tegen de Regeering of wien ook. 's Gravenhage, 8 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma.- N°. 37. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft goedgevonden te benoemen tot leden van het Veevoederbureau te Roermond, de heeren M. Gaillart, te Stevensweert en Félix Goossens, te Venlo. 's Gravenhage, 8 September 1916; De Minister voornoemd, Posthuma. S7y N°. 38. In verband met het 5 dezer afgekondigde uitvoerverbod van appelen en peren brengt de Minister van Landbouw, 47 Nos. 38—39. Nijverheid en Handel ter kennis, dat overwogen wordt eene regeling te maken, waarbij het mogelijk zal zijn bepaalde partijen appelen en peren van z. g. luxe soorten onder vast te stellen voorwaarden ten uitvoer toe te laten. Stoofperen en -appelen, alsmede handappelen, die hier te lande veel gegeten worden, zullen niet ten uitvoer worden toegelaten. N°. 39. N°. 32662/43. Rijksbureau voor de distributie 's Gravenhage, 9 September 1916. van graan ën meel. Ten einde de landbouwers in staat te stellen rogge, tarwe, gerst en haver voor den zaai geschikt te koopen of te verkoopen is door mij het volgende bepaald: 1°. Het graan voor den zaai geschikt behoeft tot 15 December e. k. door U niet te worden gevorderd. Onder zaaigraan wordt verstaan zaad van gewassen die vanwege de landbouwmaatschappijen van uwe provincie te velde als voor den zaai geschikt zijn goedgekeurd, verder ook het zaad van uitnemende qualiteit te uwer beoordeeling. ^i"^ De landbouwers die het door hen geteelde zaad als zaaizaad wenschen te verkoopen moeten opgave doen van de soorten en de hoeveelheden die zij daarvoor beschikbaar hebben.. Deze opgave moet door hen worden verstrekt zoowel aan de burgemeesters hunner woonplaats als aan de landbouw maatschappij hunner provincie aan wie de in deze circulaire bedoelde bevoegdheid tot aan- en verkoop is verleend. 2°. Landbouwers die zaaizaad wenschen te koopen moeten aan de burgemeesters hunner woonplaats opgave doen van de soort en de hoeveelheid die zij door hunne bemiddeling wenschen te betrekken van de landbouwmaatschappij hunner provincie, eventueel ook van den naam van den teler, van wien het graan afkomstig moet zijn. De burgemeesters vragen de voor hunne gemeenten benoodigde hoeveelheid onder opgave van soort en andere bijzonderheden aan bij de landbouwmaatschappij hunner provincie. 49 Nos. 39—41. rekening van eventueel prijsverschil plaats vinden tusschen landbouwers uit Uwe gemeente-onderling. Slechts indien de kooper geen zaaizaad uit eigen oogst heeft gehouden zal in dit geval met Uwe toestemming zaaizaad mogen worden gekocht zonder dat eene evengroote hoeveelheid gebruiksgraan aan den verkooper in ruil wordt geleverd. Beleefd verzoek ik U voor het vervoer van in deze circulaire bedoelde partijen graan, vergunningsbewijzen af te geven. Voor den verkoop en de ruiling van graan in deze circulaire bedoeld gelden ten aanzien van het zaaigraan niet de maximumprijzen bedoeld in mijne circulaire van 29 Juli 1916, n°. 19771/43. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Posthuma. N°. 40. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt, ingevolge zijn circulaire van 25 Augustus 1916, n°. 23651/8öis bekend, dat van Maandag 11 September e.k. tot en met Zaterdag 16 September d.a.v. de prijs van maïs, uitsluitend bestemd om aan gemeentebesturen te worden verstrekt voor ruiling tegen rogge van den oogst 1916, bedraagt: voor la Plata en Amenkaansche mixed maïs f 235 per last van 2000 kilogram of f 7,875 per 70 kilogram, uitsluitend te Rotterdam te ontvangen. 's Gravenhage, 9 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 41, De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Heeft goedgevonden: te bepalen, dat gedurende de week van 10 tot 17 September 1916 voor 40 pet. der boterproductie certificaten van uitvoer zullen worden verleend en 60 pet. voor het binnenlandsch 1) Zie n°. 8, bladz. 18. 4 N°. 50. 56 N°. 50. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien het Koninklijk besluit van 29 Juli 1916, Staatsblad n°. 362, houdende verbod van. uitvoer van alle groenten in gezouten of gedroogden toestand of op andere wijze verduurzaamd, welke in verschen toestand niet uitgevoerd mogen worden, heeft goedgevonden te bepalen: Artikel I. De Rijkscommissie van Toezicht, als bedoeld in art. 6 der statuten van de Vereeniging „Groenten-Centrale", • zal van 13 September 1916 af consenten kunnen verleenen voor den uitvoer van alle soorten gezouten snij boonen en spersieboonen. Artikel II. Consenten worden, met inachtneming van de "hiernavolgende bepalingen, alleen verleend ten name van hen, die als exporteurs van de in art. I genoemde producten bij de in datzelfde artikel genoemde Rijkscommissie van Toezicht zijn ingeschreven en niet als zoodanig zijn geschorst, terwijl afgifte van die consenten alleen plaats heeft voor den uitvoer van die hoeveelheden, welke, ingevolge het bepaalde in de artikelen 2 en 4 van de regeling van het bedrijf van verduurzamerTvan groenten, vastgesteld bij beschikking dd. 5 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 21682 6de afd. B,, als voorradig of als ingezouten zijn opgegeven. Artikel III. De exporteurs van de in artikel I genoemde producten zijn verplicht, voor elke 100 vaten, waarvoor zij consent aanvragen, volgens door het bestuur der Vereeniging „Groenten-Centrale" onder goedkeuring der Rijkscommissie van Toezicht te geven voorschriften, 35 vaten voor binnenlandsch verbruik beschikbaar te houden en af te leveren, met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 4 en 5, met dien verstande, dat moeten worden beschikbaar gesteld: a. voor den uitvoer van pronkboonen: pronkboonen; b. voor den uitvoer van snijboonen: snijboonen; c. voor den uitvoer van dubbele spersieboonen: dubbele spersieboonen; i) Zie n°. 30, bladz. 37/40. 7- 61 N°. 53. Kachelkolen f 1,15 b. in den winter 1914/15: Limburgsche en Duitsche anthraciet . . . . „1,65 Belgische Anthraciet „ 1,80 Eier briketten „ 1,15 Kachelkolen „ 1,25 c. in den winter 1915/16 : Limburgsche en Duitsche anthraciet ,, 2,05 Belgische anthraciet „2,10 Eierbriketten ,. 1,35 Kachelkolen „ 1,55 d. en Augustus 1916 kost: Limburgsche en Duitsche anthraciet „ 2,15 Belgische anthraciet .-...„ 2,40 Eierbriketten „1,55 , Kachelkolen „ 1,75 Uit dit overzicht, hetwelk uiteraard globaal is en niet uitsluit, dat met het oog op verschillen in transportkosten de prijzen plaatselijk kunnen uiteenloopen, blijkt, dat mag worden aangenomen, dat van de twee laatste jaren vóór den oorlog tot op thans eene stijging heeft plaats gehad voor: Limburgsche en Duitsche anthraciet . ca. 39 pet. b. eierbriketten .. 50 „ c. kachelkolen „ 50 ,. terwijl in deze stijging ten opzichte van den vorigen winter is begrepen eene verhooging resp. voor a, b, en c, van ca. 5 pet., 22 pet., en 13 pet. Een en ander kan u tot richtsnoer strekken bij beoordeeling der vraag, of in bepaalde gévallen door den kleinhandel al dan niet onredelijk hooge prijzen worden gevorderd. De distributie van bruinkoolbriketten valt niet onder de regeling, welke door de Rijkskolendistributie is gemaakt. Niettemin verdient het aanbeveling, dat eventueele klachten, omtrent het tekort aan deze brandstof, of te hooge prijzen, welke daarvoor gevraagd worden, eveneens ter kennis worden gebracht van den directeur der Rijkskolendistributie. Wat betreft gascokes meen ik te mogen aannemen, dat voor zoover in uwe gemeente eene gemeentegasfabriek aanwezig is, Nos. 57—59. 64: N°. 57. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt bekend, dat, indien in den kleinhandel artikelen, waarvoor door hem ingevolge art. 8 der Distributiewet 1916 maximumprijzen zijn vastgesteld, verkocht worden in geringer hoeveelheid dan als eenheid in zijne desbetreffende bekendmaking is vermeld, -de te berekenen prijs evenredig moet zijn met den gestelden maximumprijs. 's Gravenhage, 15 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. • N°. 58. De Minister van Landbouw, Nijverheid en.Handel maakt bekend, dat door hem, ingevolge art. 6 der Distributiewet 1916, verboden is de vervaardiging van suikerpulp met een gehalte van minder clan 30% suiker. s Gravenhage, 15 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 59. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel maakt bekend, dat van heden af de fabricage van bloem of ongebuild meel bestemd tot brood-, beschuit-, biscuits- 'of banketbakkerij, inlandsche tarwe zal worden beschikbaar gesteld ten behoeve van: I meelfabrikanten en molenaars, die hetzij rechtstreeks, hetzij door bemiddeling van de Coöperatieve Handelsvereeniging van Molenaars of den Algemeenen Nederlandschen Molenaarsbond, vóór 15 September 1916 van de Regeering buitenlandsche tarwe betrokken; II. meelfabrikanten, molenaars en bakkers, die tot heden gewoon waren inlandsche tarwe te vermalen, en die vóór 15 September 1916 geen buitenlandsche tarwe van de Regeering betrokken. N08. 64—65. 68 Gezien zijne beschikkingen van 28 Juni 1916 en 22 Juli 1916, Directie van den Landbouw, nos. 16954 en 19321, 6de afdeeling B. betreffende den uitvoer van diverse soorten groenten; Gezien zijne beschikkingen van 12 Augustus 1916, Directie van den Landbouw, nos. 20706 en 207061, 6de afdeeling B, betrekking hebbende op de afgifte van consenten voor den uitvoer van alle soorten snijboonen, spersieboonen en van Heinrich's Riesenboonen; Heeft goedgevonden te bepalen: 1°. dat de ingevolge de beschikking van 22 Juli 1916, Directie van den Landbouw, n°. 19321, 6de afdeeling B, ten aanzien van witte kool geldende bepalingen komen te vervallen; 2°. dat het in de beschikking van 12 Augustus 1916, Directie van den Landbouw, n°- 20706, 6de afdeeling B, sub 1 bepaalde, met ingang van 18 September 1916 mede van toepasssing wordt op wittekool; 3°. Dat de exporteurs van. witte kool verplicht zullen zijn voor elke 100 K.G. waarvoor zij consent aanvragen, 20 K.G. witte kool, in Noordholland geteeld, beschikbaar te stellen voor binnenlandsch verbruik, tegen den prijs van l*/s cent per K.G. een en ander ten genoegen der vereeniging „Groenten centrale" en overeenkomstig de door de Rijkscommissie van Toezicht te geven voorschriften. 's Gravenhage, 18 September 1916. Voor den Minister, . De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ V. GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 65. N°. 33285/43. Rijksbureau voor de distributie 's Gravenhage, 19 September 1916. van graan en meel. Ik heb de eer D mede te deelen, dat mijne Circulaire van 9 September 1916, N°. 32662/43 *) als vervallen dient te worden beschouwd en vervangen is door de volgende: i) Zie n°. 39, bladz. 47/49. N°. 65. 70 of handelaren, die eene bestelling hebben gedaan, tegen den kostenden prijs. Deze landbouwers moeten aan het Rijk, voor zoover hun zaaigraan uit eigen oogst is gelaten, eene even groote hoeveelheid graan leveren tegen de gewone prijzen, als hun aan zaaizaad wordt verstrekt. De Landbouw-Maatschappijen, aan wie door mij bij dezen de bevoegdheid tot aan- en verkoop van zaaizaad wordt gegeven, zijn: voor de provincie Groningen: de Groninger Landbouwbond; voor de provincie Friesland: de Friesehe Maatschappij van Landbouw; voor de provincie Drenthe: het Genootschap tot Bevordering van den Landbouw in Drenthe; voor de provincie Overijssel: de Overijsselsche LandbouwMaatschappij ; voor de provincie Gelderland: de Geldersch-Overijsselsche Maatschappij van Landbouw; voor de provincie Utrecht: het Genootschap voor Landbouw en Kruidkunde in Utrecht; voor de provincies Noord- en Zuid-Holland: de Hollandsche Maatschappij van Landbouw; voor de provincie Zeeland: de Maatschappij tot bevordering van Landbouw en Veeteelt in Zeeland; voor de provincie Noord-Brabant: de Noordbrabantsche Maatschappij van Landbouw; voor de provincie Limburg: de Limburgsche Landbouwbond. Ter voorkoming van nutteloos vervoer kan onder Uw toezicht plaatselijke ruiling van zaaizaad tegen gebruiksgraan met verrekening van eventueel prijsverschil plaats vinden tusschen landbouwers uit Uwe gemeente onderling. Slechts indien de kooper geen zaaizaad uit eigen oogst heeft gehouden, zal in dit geval met Uwe toestemming zaaizaad mogen worden gekocht, zonder dat eene even groote hoeveelheid gebruiksgraan aan den verkooper in ruil wordt geleverd. Beleefd verzoek ik U voor het vervoer van in deze circulaire bedoelde partijen graan vergunningsbewijzen af te geven. Voor den verkoop en de ruiling van graan, in deze circulaire bedoeld, gelden ten aanzien van het zaaigraan niet de maximumprijzen, bedoeld in mijne circulaire van 29 Juli 1916, N°. 19771/43. N°. 67. 72 N°. 67. N°. 75861. Afdeeling Handel. '* Gravenhage, 19 September 1916. Ik heb de eer u mede te deelen, dat de distributie der door mij krachtens artikel 1 der Distributiewet 1916 aangewezen artikelen, uitgezonderd ongebuild tarwemeel, rogge en varkensvleesch, waarvan de distributie reeds volgens de wet geschiedt, zal aanvangen op 1 October. De aanwijzing in mijne beschikking dd. 9 September 11. (circulaire n°. 72235)J) had plaats, opdat de gemeentebesturen de benoodigde hoeveelheden tijdig kunnen opgeven en hunne maatregelen voor de plaatselijke distributie kunnen treffen. De distributieregelingen en de prijszettingen voor de verschillende artikelen zullen binnenkort worden vastgesteld en voor zoover noodig aan u medegedeeld. Waar door de vergadering, bestaande uit de gemeentebesturen der drie grootste steden en het bestuur van de Vereeniging van Nederlandsche gemeenten, mij werd verzocht zooveel mogelijk in zake distributie en prijszetting leiding te geven, naar welke leiding de gemeentebesturen ter wille van de uniformiteit zich zouden richten, zullen door mij, naast de maximumprijzen van artikel 2 der Distributiewet 1916 en de inkoopprijzen van artikel 3 dier wet, ook de verkoopprijzen, bedoeld/in artikel 3, worden aangegeven. Bij den verkoop van die artikelen, ten aanzien van welke een nadeelig verschil tusschen in- en verkoop bestaat en dus krachtens art. 3, sub 2, van gemeentewege 710 van het nadeelig saldo moet worden betaald, zullen voor die gemeenten, waar door bewoners van naburige plaatsen inkoopen worden gedaan, moeilijkheden kunnen ontstaan, aangezien aldus uit de gemeentekas wordt betaald over wat door inwoners van andere gemeenten wordt geconsumeerd. Deze moeilijkheden dienen m. i. dadelijk onder de oogen te worden gezien en zoo mogelijk te worden ondervangen. Daarom adviseer ik gemeentebesturen van centrum-gemeenten, waaronder ik versta marktplaatsen, of gemeenten van waaruit de omgeving hare levensmiddelen gewoonlijk betrekt, met de gemeentebesturen der omliggende gemeenten in overleg te treden om tot eene „voor beide partijen bevredigende régeling te geraken. ') Zie n°. 46, bladz. 52. 76 N°. 73. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien het Koninklijk besluit van 3 Augustus 1914 (Staatsblad n°. 372) houdende verbod van uitvoer van peulvruchten; Gezien zijne beschikkingen van 6, 19 en 29 November 1915, 6 December 1915, en 25 Februari, 26 Mei, 2j. Juni, 7 Juli en 21 Juli 1916, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van peulvruchten; Heeft goedgevonden te bepalen: , dat partijtjes peulvruchten van oogst 1915 of ouder, van soorten, welke tot nu toe niet vielen onder bepaalde uitvoerregelingen en ook niet voor binnenlandsch gebruik gevraagd werden, alsnog ten uitvoer kunnen worden toegelaten. Zij die bovenbedoelde peulvruchten willen uitvoeren, hebben zich vóór 25 September a.s. te wenden tot den secretaris der Peulvruchtenvereeniging, onder juiste opgave der uit te voeren soort en hoeveelheid en onder overlegging van een behoorlijk monster. Omtrent de voorwaarden, waarop uitvoervergunning kan worden verkregen, zal, voor iedere soort afzonderlijk, door de Peulvruchtenvereeniging een voorstel aan den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel worden gedaan. 's Gravenhage, 22 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ V. GlNKEL, P.S.-G. N°. 74. • De "Minister van Landbouw, Nijverheid en, Handel; Gezien het Koninklijk besluit van 3 Augustus 1914 (Staatsblad n°. 372) houdende verbod van uitvoer van peulvruchten; Gezien zijne beschikkingen van 6, 19 en 29 November 1915, 6 December 1915 en 25 Februari, 26 Mei, 21 Juni, 7 Juli en 21 Juli 1916, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van peulvruchten; Heeft goedgevonden te bepalen: dat voor exporteurs, houders van peulvruchten oogst 1915, 77 N09. .74—75. waarvan de uitvoer thans is toegestaan, de gelegenheid tot uitvoer — bijzondere omstandigheden voorbehouden — voor onbepaalden tijd zal blijven opengesteld, mits zij voor '25 -Sepv tember e.k. de voor dien uitvoer thans vereischte hoeveelheden van den oogst 1915 voor binnenlandsch verbruik zullen hebben beschikbaar gesteld volgens de daarvoor geldende regelen. Voor partijen, waarvoor na 25 September Wordt gedeponeerd, zal uiterlijk 5 October consent moeten zijn aangevraagd en de uitvoer daarvan zal 15 October moeten hebben plaats gevonden. 's Gravenhage 22 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ V. GlNKEL, i°.-S.-G. N°. 75. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien het Koninklijk besluit van 2 September 1916 (Staatsblad n°. 430) houdende verbod van uitvoer van appelen en peren, ook in verduurzaamden toestand; Heeft goedgevonden te bepalen: I. Aan exporteurs van- fruit, ingeschreven bij de vereeniging „Fruitcentrale", zal gelegenheid worden gegeven van heden af voor bepaalde partijen appelen en peren, met uitsluiting; van nader door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel aan te wijzen soorten, uitvoerconsenten te verkrijgen. IÏ. Zoodanige consenten zullen uitsluitend worden afgegeven voor partijen appelen en peren, welke op eene veiling van eene bij de vereeniging Fruitcentrale ingeschreven veilingsvéreeniging zijn geveild. in. Veilingsvereenigingen, welke bij de vereeniging „Fruitcentrale" wenschen te worden ingeschreven, moeten daartoe vóór 1 October 1916 het verzoek richten tot de Rijkscommissie van Toezicht als bedoeld in art. 6 der statuten van de vereeniging „Fruitcentrale". De aan de inschrijving te verbinden voorwaarden worden onder goedkeuring van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel vastgesteld door de genoemde Rijkscommissie. Deze voorwaarden houden onder meer Nos. 75—76. 78 in, dat de Veilingsvereeniging er voor zorg draagt, dat van elke te veilen partij appelen of peren een door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel vast te stellen percentage voor het binnenland zal worden geveild. Aanvoer van eene variëteit appelen en peren beneden een gewicht van 50 K.G. worden uitsluitend voor het binnenland geveild. IV. Consent tot uitvoer van een zekere hoeveelheid van de sub I bedoelde appelen of peren, gekocht op eene der sub H bedoelde veiling, zal aan een exporteur slechts worden gegeven na overlegging van eene verklaring van den marktmeester eener ingeschreven veüingsvereeniging, ten bewijze dat de partij voor het buitenland is geveild en indien, voor zoover het de sub V bedoelde monster veilingen betreft, blijkt, dat ten aanzien van het binnenlandsche gedeelte door den verkooper aan de door de Rijkscommissie van Toezicht onder goedkeuring van den Minister gestelde verplichtingen werd voldaan. V. De verkoopers van op monster te veilen partijen zijn verplicht aan de Rijkscommissie van Toezicht voornoemd, de waarborgen te geven, die verlangd zullen worden ten aanzien van de bestemming der voor binnenlandsche consumtie beschikbaar te houden partijen appelen en peren. VI. De afgifte van consenten geschiedt alleen ten aanzien van appelen en peren, die onder ambtelijk toezicht worden ingeladen op nader door den Minister aan te wijzen plaatsen. VIL Deze beschikking wordt van kracht met ingang van Maandag 25 September 1916. 's Gravenhage, 22 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ v. Ginkel, l°.-S.:G. N°. 76. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel vestigt er bij herhaling de aandacht van belanghebbenden op, dat het in zijne bedoeling ligt, nu de Distributiewet 1916 is ingevoerd, te bevorderen, dat een algemeene maatregelen van bestuur N°s. 81—82. 82 1916, Directie van den Landbouw, n°. 21602,J) 6de afdeeling B en 6 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 22550r,2) 6de afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van bloemkool; Heeft goedgevonden te bepalen: het percentage van eerste en tweede soort,reuzenbloemkool, geteeld te Rijnsburg, Katwijk, Noordwijk, Valkenburg, Oegstgeest, Zoeterwoude, Koudekerk, Leiden en Leiderdorp, dat ingevolge eerstgenoemde beschikking voor het binnenland moet worden geveild, wordt tot nadere beschikking vastgesteld op 25 pet. 's Gravenhage, 23 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 82. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien zijne beschikking van 28 Juni 1916, Directie van den Landbouw, n°. 16954, 6de afdeeling B, houdende bepalingen betreffende den uitvoer van diverse soorten groenten; Heeft goedgevonden te bepalen: aan de lijst van stations, bedoeld in bovenvermelde beschikking, waar inlading van groenten onder ambtelijk toezicht kan geschieden, worden toegevoegd: Obdam, Barneveld, Krabbendijke en Bedum. 's Gravenhage, 23 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ VAN GlNKEL 1°. S.-G. 1) Zie n°. 2, bladz. 1. 2) Zie n». 33, bladz. 41. N°. 85. 86 Voor de afgegeven toewijzingsbiljetten voor de buitenlandsche gerst reikt zij aan de Commissie voor den Graanhandel te Amsterdam voor te Amsterdam liggende gerst en aan het Comité van Graanhandelaren te Rotterdam van te Rotterdam liggende gerst volgbrieven uit, welke lichamen deze volgbrieven overhandigen aan de importeurs, die met de levering worden belast, tegen betaling van de koopsom en inlevering van een bewijs, dat de importeur een contract heeft aangegaan met de Nederlandsche Overzee Trustmaatschappij. III. Aflevering. De levering geschiedt tot door de Regeering vastgestelde prijzen, wat inlandsche gerst betreft, door de Provinciale Broodcommissie, aan wie de grossier tegen inlevering van het toewijzingsbiljet betaalt; wat buitenlandsche gerst betreft, door de importeurs, die met de aflevering zijn belast. Deze laatste verkoopen geschieden op de condities van de Amsterdamsche Korenbeurs, resp. Rotterdamsche Graanbeurs, naar gelang de levering te Amsterdam of te Rotterdam geschiedt. De grossiers, door wier bemiddeling de bestelbiljetten zijn -ingekomen, moeten de door hen ontvangen gerst afleveren aan de bestellers tegen den aan de Regeering betaalden prijs, vermeerderd met werkelijk betaalde vracht, kosten en^f 2 per 2000 K.G. belooning, terwijl hij recht heeft op de voordeelen, die door de besparing van vracht en andere verzendingskosten ontstaan bij de samenlading van kleinere partijen. De importeurs ontvangen van Rijkswege over de door hen afgeleverde gerst iys pet. over het factuurbedrag en zorgen voor de N. O. T.-garantie. De importeur betaalt den tusschenpersoon zijne provisie van f 1 per 2000^ K.G. ook als de grossier de order door een tusschenpersoon heeft gekregen. Heeft de grossier de order direct gekregen, dan wijst de importeur den tusschenpersoon aan, die de provisie zal ontvangen. Is de aanvraag door bemiddeling van een importeur ingekomen, dan geldt hetzelfde tusschen den importeur en tusschenpersoon direct. De mouters leveren de producten af tegen den aan de Regeering betaalden prijs, vermeerderd met productiekosten en eene matige winst. Kleine of afvalgerst moet door hen, tegen nader vast te stellen prijs aan de Regeering worden teruggeleverd. 87 Nos. 85—86. Voor zoover door hen afvalproducten als moutkiemen worden verkocht als veevoedsel, doen zij wekelijks opgave van de namen der veehouders, die de producten kochten en van de hoeveelheden, die hun werden geleverd aan de veevoederbureau's, die zijn aangesteld voor het gebied waartoe de veehouders behooren.' De mouters mogen de gerst uitsluitend gebruiken voor verwerking in eigen fabriek en mogen de daarvan vervaardigde fabrikaten met uitzondering van de afvalproducten slechts verkoopen voor menschelijk gebruik. Afwijking van dit of eenig ander voorschrift stelt hen bloot aan uitsluiting van volgende leveringen. Ditzelde geldt voor de importeurs en grossiers die zich niet stipt aan deze bepalingen houden. 's Gravenhage, 25 September 1916. De Minister voornoemd, Posthuma. N°. 8B. De Ministér van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien art. 6 der Distributiewet 1916; Overwegende, dat het noodig is de uitoefening van het bedrijf van drogen van aardappelen te regelen; Heeft goedgevonden: vast te stellen de navolgende regeling van het bedrijf van drogen van aardappelen. Artikel 1. Het is verboden in eenige onderneming voor het drogen van aardappelen aardappelen op eenige wijze te drogen of op andere wijze te verduurzamen, tenzij de onderneming, bij de Rijkscommissie van Toezicht op „de Aardappelvereeniging", waarvan de statuten zijn goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 8 October 1915 (Staatsblad n°. 252). ingeschreven is als inrichting voor het drogen van aardappelen en met inachtneming van de voorschriften bij of krachtens deze regeling gesteld. N°. 86. 88 Artikel 2. Bij het aanvragen van de inschrijving, onder art. 1 bedoeld, worden in den door de Rijkscommissie van Toezicht op de Aardappelenvereeniging bepaalden vorm opgegeven: 1. de namen en woonplaatsen van het hoofd of de hoofden der onderneming-of, is de onderneming eenfe naamlooze vennootschap van koophandel of coöperatieve vereeniging, van den directeur of de personen, met de leiding van het bedrijt belast; 2°. de perceelen, waar de inrichting, waarin de onderneming wordt uitgeoefend, gevestigd is, alsmede de perceelen, waar de onderneming kantoren, opslagplaatsen of magazijnen van grondstoffen of van verwerkte artikelen heeft; 3°. de hoeveelheid aardappelen, welke in elk der kalenderjaren 1912, 1913 en 1914 zijn gedroogd; 4°. de voorraden, op het oogenblik der aanvrage aanwezig, zoowel van versche aardappelen, als van geheel of gedeeltelijk verwerkte aardappelen, met opgave van de plaats, waar die voorraden zich bevinden; '5°. indien de onderneming ook als exporteur van gedroogde aardappelen is ingeschreven of wenscht te worden ingeschreven, de hoeveelheid gedroogde aardappelen, wélke in 1914 door haar is uitgevoerd; 6°. indien de onderneming is opgericht na 1 Augustus 1914, de redenen welke voor die oprichting hebben gegolden. De aanvrager is tevens verplicht op te geven hetgeen verder door de Rijkscommissie' van Toezicht voormeld onder goedkeuring van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel is of zal worden voorgeschreven. Artikel 3. Van de na de aanvrage ingetreden wijzigingen betreffende de in het vorig artikel onder 1°. en 2°. vermelde, wordt door het hoofd of de hoofden der onderneming onverwijld aan de Rijkscommissie van Toezicht kennis gegeven. Artikel 4. Aan de Rijkscommissie van Toezicht worden op door haar te bepalen tijden en in door haar te bepalen vorm alle door haar verlangde opgaven gedaan betreffende voorraden, versche 89 N°. 86. of geheel of gedeeltelijk verwerkte aardappelen en vermeerderingen en verminderingen. Artikel 5. De Rijkscommissie van Toezicht beslist binnen veertien dagen op eene aanvrage om inschrijving. Van de ,beslissing wordt schriftelijk kennis gegeven aan den aanvrager. Van de beslissing staat gedurende veertien dagen beroep open bij den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel. Artikel 6. Eene onderneming kan door de Rijkscommissie van Toezicht voor een bepaalden of voor een onbepaalden tijd van de lijst der ingeschreven ondernemingen worden afgevoerd. Het tweede en derde lid van art. 5 zijn dan van toepassing. Artikel 7. Aan de leden van de Rijkscommissie van Toezicht en aan de door haar aangewezen personen wordt te allen tijde toe gang verleend tot de perceelen, genoemd in art. 2, sub 2°. Aan hen wordt op hun verzoek onverwijld inzage verleend van de boeken en bescheiden eener onderneming, als in art. 1 bedoeld, echter niet dan na overlegging van een schriftelijken last daartoe van de Rijkscommissie van Toezicht. Artikel 8. In eene ingeschreven onderneming voor het drogen van aardappelen mogen- slechts die soorten aardappelen worden gedroogd, welke daartoe onder goedkeuring van den Minister van Landbouw. Nijverheid en Handel door de Eijkscommissie van Toezicht zullen worden aangewezen. De Rijkscommissie van Toezicht is gemachtigd onder goedkeuring van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel ten aanzien van de soorten, de grootte en de herkomst der partijen aardappelen, die gedroogd mogen worden, nadere voorschriften te geven. De bevoegdheid tot drogen, krachtens dit artikel verkregen, brengt niet mede eenige aanspraak op uitvoerconsent. Artikel 9. In eene ingeschreven inrichting voor het drogen van aardappelen mogen niet meer aardappelen worden gedroogd dan N°. 86. 90 gemiddeld in de jaren 1912 tot 1914 zijn gedroogd, zulks naar genoegen van de Rijkscommissie van Toezicht aan te toonen. De Rijkscommissie van Toezicht is bevoegd met bijzondere of algemeene machtiging van den Minister al of niet voorwaardelijk ontheffing te verleenen van deze voorwaarden. Artikel 10. Door de Rijkscommissie van Toezicht wordt de hoeveelheid, in het vorig artikel bedoeld, binnen veertien dagen na' het daartoe strekkend verzoek van eene onderneming vastgesteld en schriftelijk aan haar medegedeeld. Artikel 11. Tot meerdere zekerheid voor de nakoming der verplichtingen waarvan de ingeschreven drogerijen overeenkomstig deze beschikking hebben te voldoen, zullen zij aan de Rijkscommissie van Toezicht eene garantie in geld moeten geven, waarvan het bedrag door de Rijkscommissie wordt vastgesteld. De onderneming, door welke een der vorenbedoelde verplichtingen wordt overtreden, verbindt zich tot afstand ten behoeve van de Nederlandsche schatkist van het geheele bedrag der gestelde garantie of een gedeelte daarvan al naar gelang het een of het ander door de Rijkscommissie van Toezicht van hem wordt verlangd. De verplichting tot zoodanigen afstand ontstaat zonder dat eenige in-gebreke-stelling is vereischt, zonder eenige vorm van protest en zonder dat eenige andere aanzegging dan een schriftelijke mededeeling van voornoemde Commissie zal hebben te geschieden. Artikel 12. Deze regeling treedt in werking met ingang van den 2den October 1916. 's Gravenhage, 27 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, H. FlEVEZ V. GlNKEL, Z°..S.-Cr. 91 Nos. 87—88. N°. 87. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel; Gezien het Koninklijk besluit van 3 Augustus 1914 (Staatsblad n°. 372) houdende verbod van uitvoer van peulvruchten; Gezien zijne beschikkingen van 6, 19 en 29 November 1915, 6 December 1915 en 25 Februari, 26 Mei, 21 Juni, 7 Juli, 21 Juli en 22 September 1916 houdende bepalingen betreffende den uitvoer van peulvruchten; Heeft goedgevonden te bepalen: dat de termijn van beschikbaarstelling van peulvruchten van oogst 1915, welke in zijne beschikking van 22 September 1916, Directie van den Landbouw, n°. 23127, J) 6de afdeeling B., was vastgesteld te eindigen met 25 September j. K, wordt verlengd tot 10 October 1916. Voor partijen, waarvoor na 10 October 1916 wordt gedeponeerd, zal uiterlijk 20 October consent moeten zijn aangevraagd en de uitvoer daarvan zal 25 October moeten hebben plaats gehad. 's Gravenhage, 28 September 1916. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal. H. FlEVEZ VAN GlNKEL, 1°. S.-G. N°. 88. De oogst van consumtieaardappelen laat dit jaar, naar de toestand zich thans laat aanzien, zeer te wenschen over. In de eerste plaats zijn minder aardappels uitgepoot en in de tweede plaats is de opbrengst per' H.A. onvoldoende. Met het oog daarop is het, ten einde gebrek aan aardappelen in het laatst van het seizoen te voorkomen, wenschelijk: 1°. dat de kleiaardappelen, speciaal de duurzame soorten, zoolang mogelijk worden bewaard en in de eerstvolgende weken vooral de minder duurzame zandaardappelen worden gegeten; 2°. dat de in de vier noordelijke provinciën verbouwde, i) Zie n«,s. 73 en 74, bladz. 76.