Een verpletterend getuigenis. Ambtelijke Mededeeling van Zijne Excellentie Minister BRAND WHITLOCK, Gezant der Vereenigde Staten te Brussel. (Januari 1917.) Office Beige. Voor Land en Vrijheid. Een verpletterend getuigenis. Ambtelijke Mededeeling van Zijne Excellentie Minister BRAND WHITLOCK, Gezant der Vereenigde Staten te Brussel. (Januari 1917.) Om zich een juist denkbeeld nopens den toestand te voijmen, is het noodig terug te keeren tot den Herfst 1914. Op het oogenblik dat wij het Werk van Ondersteuning;, het Nationaal Comité, inrichtten, stelde de Belgische ondersteuningscommissie, die met de Commission for Reliëf in Belgium samenwerkt, een schikking voor, waarbij bopaald werd dat de Belgische Regeering aan hare eigen in het land gebleven ambtenaren en aan andere mannen zonder bezigheid het salaris zoude uitkeeren, dat zij gewend waren te ontvangen. De Belgen wenschten zulks te doen zoowel uit humanitaire als vaderlandslievende beweegredenen; zij wenschten aan de personen zonder betrekking de middelen tot het bestaan te verzekeren en terzelfdertijd te voorkomen dat zij zich in dienst der Duitschers zouden stellen. Het voorstel werd aangenomen en ten uitvoer gelegd, zoodat op de lijsten van het Nationaal Comité honderd duizenden namen — 700.000 naar ik vermeen — van deze werkloozen werden opgeschreven, die van dezen onderstand, verdeeld volgens de gemeenten, genoten. Niettemin was de aanwezigheid dezer werkloozen een aanhoudende prikkel voor de Duitsche begeerigheid. Verscheidene malen trachtten zij in 't bezit te treden van de lijsten der werkloozen, maar steeds werden zij van de hand gewezen door de bevestiging dat, onder de waarborgen van het ondersteuningswerk, aan de daden van het Natiöh 4 naai Comité en van zijn verschillende onderdeelen de immuniteit verzekerd was. Liever dan zich bloot te stellen aan de onderbreking van den toevoer van levensmiddelen, hebben de Duitschers — hoezeer zij ook betreurden eenige dankbaarheid aan de Vereenigde Staten verschuldigd te zijn — zich steeds erkentelijk getoond, aangezien deze werkzaamheid tot resultaat had de bevolking kalm te houden; en nergens drongen zij tot het bekomen der lijsten aan, tenzij bij de burgemeesters der gemeenten. Ten slotte echter besloot de militaire partij, steeds brutaal in haar optreden, en met een volledige miskenning van de publieke gezindheid en van het zedelijk gevoel, er toe om deze werkloozen te werk te stellen. In Augustus werd von Hindenburg met het opperbevel belast. Men beweert van hem dat hij von Bissing's beleid als te toegevend afkeurde; oneenigheid ontstond; von Bissing begaf zich naar 'Berlijn [om te protesteeren en dreigde met ontslag — bedreiging die hij evenwel niet ten uitvoer bracht. Hij keerde terug en een Duitsche officieele personaliteit verklaarde dat België thans aan een strenger regiem zou onderworpen worden en eindelijk zou leeren beseffen wat oorlog is. Deze voorspelling is bewaarheid geworden. De deportaties vingen aan in October in het Etappengebied, te Gent en te Brugge. De maatregel werd uitgebreid; de rijke nijverheidsstreek van Henegouw, de koolmijnen en de staalnijverheden van de omstreken van Charleroi werden eerst aangetast; thans grijpen zij de mannen aan in Brabant, zelfs te Brussel, in weerwil van zekere aanwijzingen, ja zelfs voorspellingen, van de burgerlijke autoriteiten, dat men de ontvoeringen zou staken. Tijdens de laatste veertien dagen, worden mannen met geweld aangeworven ook te Brussel, maar men gaat hier klaarblijkelijk met meer omzichtigheid te werk dan in de provincies en tracht vooral den schijn te redden. Geen openbare afkondiging van de aanstaande deporta1 5 ties had plaats gehad, maar plotseling, ongeveer tien dagen geleden, ontvingen zekere personen in de steden, wier namen vermeld waren op de lijsten der werkloozen, bevel om zich naar een der spoorstations op een bepaalden dag te begeven; strafbepalingen waren vastgesteld voor het verzuim om gevolg te geven aan het bevel en er bevond zich op de kaart een dienstaanbieding door de Duitsche Regeering, 't zij in Duitschland, 't zij in België. Voor den eersten dag hadden ongeveer 1500 man aanzegging gekregen om zich aan te bieden aan het Zuidstation, ongeveer 750 gaven er gevolg aan. Deze werden door Duitsche geneesheeren onderzocht en drie honderd werden geschikt bevonden. Er was geen de minste wanorde, een aanzienlijke macht van bereden Uhlanerj dreef de menigte terug en versperde den toegang tot hét station voor elkeen, behalve voor hen die aanzegging had^ den ontvangen om zich aan te bieden. De Commlssion for Reliëf in Belgium had verlof gekregen om aan eiken ontvoerden man een snede brood te verstrekken en enkele gemeenten bezorgden warme kleeding aan dezen die er geen hadden en daarenboven een geringe geldelijke uitkeering. Als door een ironie van het leven, was de Winter veel kouder dan men ooit in België beleefd had en, was menigeen onder hen die zich aanboden voldoende gevrijwaard tegen koude, een groot aantal had zelfs geen overjas. De mannen sidderend van koude en angst, het afscheid van weenende vrouwen en kinderen, de afsluitingen door brutale Uhlanen: dit alles droeg er toe bij om aan het tooneel een weerzinwekkend en hartverscheurend karakter mede tëdeelen. Men verwachtte zich er op dat de deportaties zouden worden voortgezet te Brussel, maar verleden Donderdag, een buitengewoon kouden dag, werden degenen, die opgeroepen waren, zonder onderzoek naar huis gezonden. Men veronderstelt dat het ruig weder de Duitschers heeft aangezet om de deportaties te verdagen. 6 De razernij, de afschrik en de wanhoop door dezen maatregel in gahsch België verwekt, overtrof alles waarvan wij getuigen geweest zijn sinds den dag van de intrede der Duitschers in Brussel. Bij hun terugkeer te Brussel, deden de afgevaardigden der Commission for Reliëf in Belgium de pijnlijkste verhalen nopens de tooneelen van wreedheid en ellende, die met de deportaties gepaard gingen. En sindsdien werden eiken dag, meestal zelfs elk uur van den dag, schrikwekkende verhalen gedaan door Belgen, die naar de Legatie kwamen. Het is ons niet mogelijk ons van de waarheid dezer verhalen te vergewissen, in de eerste plaats: omdat wij de grootste omzichtigheid hoeven in acht te nemen bij het behandelen' van dit onderwerp en, in de tweede plaats, omdat er geen verbinding bestaat tusschen het bezette gebied en hét Etappengebied. Het reizen, waar ook in België, biedt moeilijkheden: de buurtspoorwegendienst is zeer beperkt bij gebrek aan olie, terwijl daarenboven al de paarden werden opgevorderd. Bijgevolg moeten de menschen, die zich van 't eene dorp naar 't andere willen begeven, den weg te ,voet afleggen of gezeten in boerenwagentjes, voortgetrokken door de zeldzame ellendige paarden, die in 't bezit der eigenaars zijn gebleven. De vrachtwagens der brouwerijen, de eenige instelling die de Duitschers zorgvuldig ontzien hebben, worden door ossen getrokken. Er dient natuurlijk rekening te worden gehouden met de welgekende nijging van sensationeele berichtgevers om steeds te overdrijven, vooral in oorlogstijd en in den toestand als die waarin wij ons thans bevinden, zonder? nieuwsbladen die als dagelijksche afzet kunnen dienen voor al de geruchten die zoo gereedelijk worden geloofd als zij gretig worden voortverteld; maar zelfs indien slechts een gering dèel van hetgeen men vertelt waar is, blijft er voldoende aanleiding om deze daad als een der schandelijkste, die de geschiedenis kent, te brandmerken. Ik ontvang aanhoudend uit alle streken van België ■ 7 verslagen, die er naar streven om de geschiedenissen van brutaliteit en wreedaardigheid, die men steeds hoort herhalen te bevestigen. Men vertelt dat een aantal mannen, die terug naar Bergen werden gestuurd, op sterven liggen, en dat verschillende onder hen aan tering lijden. Te Meche^ len en te Antwerpen zijn teruggekeerde mannen bezweken, terwijl hun vrienden verklaren dat zij het slachtoffer zijn van verwaarloozing en wreedaardige behandeling, of van koude en honger. Van burgemeesters van tien gemeenten uit de streeK van La Louvière ontving ik aanvragen om toelating te verkrijgen aan de ontvoerde mannen in Duitschland patoken met voedingsmiddelen te sturen, in denzelfden aard als die welke naar de krijgsgevangenen worden verzonden, l ot nog toe hebben de Duitsche overheden verlof daartoe geweigerd, behoudens in uitzonderlijke gevallen, en terugkeerende Belgen verhalen dat, zelfs wanneer dergelijke pakken worden toegezonden, zij door de overheden van het kamp benuttigd worden enkel als een middel te meer om de arbeiders te nopen een werkverbintenis aan te gaan. Naar men zegt, kwam, in weerwil van het hoog salaris toegezegd aan hen die een vrijwillige verbintenis aangingen, nog geen geld toe in België van werklieden in Duitschland. Een belangwekkend resultaat der deportaties moet worden aangestipt: een resultaat dat eens te meer "in het helderst daglicht stelt den Duitschen aanleg om onbehendigheden te begaan, meestal even merkwaardig als de Duitsche aanleg tot wreedaardigheid. De Duitschers hebben den genadeslag toegebracht aan elk vooruitzicht, dat zij ooit zouden kunnen hebben gekoesterd, om door de bevolking der Vlaamsche streken geduld te worden; door aan haast elke nederige woning te lande een echtgenoot, een vader, een zoon of een broeder te ontrukken, hebben zij een haard van afkeer gesticht, die nooit zal kunnen uitgedoofd worden; zij hebben aan den geest 8 der gansche landelijke bevolking, op een wijze die de afgunst onuitwischbaar in het geheugen van drie geslachten zal prenten, een heldere voorstelling gegeven van de beteekenis der Duitsche methoden, niet als bij de vroegere gruweldaden in de hitte van den hartstocht en den eersten oorlogsroes, maar door een dezer daden die ons doen wanhopen van de toekomst van het menschelijk geslacht; een koud ontworpen daad, door studie tot rijpheid gebracht, op voorbedachte en systematische wijze uitgevoerd; een daad zóó wreed dat, naar men verhaalt, Duitsche.soldaten tijdens de uitvoering hebben geweend en zóó' monsterachtig, dat zelfs Duitsche officieren er om blozen