KONINKLIJKE BIBLIOTHEEK 0251 6091 BUKS GESCHIEDKUNDIGE PUBLICATIEN UITGEGEVEN IN OPDBAOHT VAN Z. EXO. DEN MINISTER VAN BINNENLANDSCHE ZAKEN. 26, J AP1KSE, RESOLUTIËN DEK STATEN-GENERAAL VAN 1576 TOT 1609. EERSTE DEEL. 'S-GRAVENHAGE, MABTINUS NIJHOFP 1915. RESOLUTIËN DER STATEN- GENERAAL VAN 1576 TOT 1609 BEWERKT DOOK t>R. N. JAPIKSE. EERSTE DEEL. 1576—1577. 'S-GRAVENHAGE, MARTINUS NIJHOPF 1915. De uitgave van Resolutiên der Staten-Generaal van 1576 tot 1609 werd aan de Commissie voor 's Rijks Geschiedkundige Publicatiën voorgesteld door haar bestuur, den 30sten november 1909. ZlJ werd door de Commissie aanbevolen aan Z. Exc. den Minister van Binnenlandsche Zaken, 7 Februari 1910. Z. Exc. droeg de bewerking op aan Dr. N. Japikse, 10 Februari 1910. Nadat eene bewerking der resolutiên van 1594 door Dr. Japikse als proef was ingeleverd en door de Commissie goedgekeurd, werden nadere regelen, naar welke de uitgave zoude geschieden, door haar vastgesteld. het toezicht op de uitgave werd uitgeoefend door het lid der commissie Mr. R. Fruin. INHOUD. Bladz. Inleiding . . . . ïx I. Voorgeschiedenis en Plan dezer Uitgave ïx II. Het Bijeenbrengen van het Materiaal . . . ; ,7 . . . xxn III. Belgische Plannen. — De bijeenroeping der Staten-Generaal in 1576 xlvii IV. De Bronnen van Deel I lxi Lijst dek Gedeputeerden 1576 1 .Lijst van de Personen, door de 8taten benoemd in de colleges der Centrale Regeering 1576 ... - ■ 4 Resolutiên 1576 .. :r' ..... !. 5 I. De Vergadering der Staten-Generaal ........ 9 II. Betrekkingen met Holland, Zeeland en den Prins van Oranje. . . . •. . . ; ;''f:... . 17 Steden nog tegenover Oranje . ; » . • 31 III. Betrekkingen tot Philips II, Don Jan van Oostenrijk en de Spaansche troepen in de Nederlanden . . 35 Spaansche troepen . 48 IV. Buitenlandsche Betrekkingen . . . 69 a. . Frankrijk . . •. • • .• '. . 69 b. Engeland , . . . » | *»■■■*. . 74 c. Duitschland !. . 75 d. De Paus 82 .V. Middelen van. Aan val, en Verweer Mim-i 127 VIII. Bemoeiingen met Gewesten en Steden 132 IX. Kerkelijke Zaken . . . . 143 X. Handel . . . . ; . . . 143 XI. Munt - v * -'i . . . 143 XII. Varia v#'V . ;.'~\ M -. . . 144 Lijst der Gedeputeerden 1577 ... . . . . . . 146 Lijst van de Personen, door de Staten benoemd in de colleges der Centrale Rbgeering 1577 T~7 152 VIII inhoud Bladz. Resolutiën 1577 , 154 I. De Vergadering der Staten-Generaal 154 II. Betrekkingen met Holland, Zeeland en den Prins van Oranje 161 Steden nog tegenover Oranje 173 m. Betrekkingen tot Spanje, Don Jan van Oostenrijk en de Spaansche troepen in de Nederlanden 180 Spaanscfae troepen ,. 240 IV. Buitenlandsche Betrekkingen 291 o. Frankrijk 291 b. Engeland , 299 c. Schotland , 307 d. Duitschland 307 e. Portugal 321 f. De Paus 324 V. Middelen van Aanval en Verweer 326 VI. Geldmiddelen 430 a. Leeningen 430 6. Petitiën en generale middelen 461 c. Buitengewone inkomsten 516 VII. Centrale Regeering 519 VIII. Unie ...... 536 IX. Bemoeiingen met Gewesten en Steden 543 X. Kerkelijke Zaken 578 XI. Handel 584 XII. Munt 588 XIII. Personalia 592 XIV. Varia 594 Indices 599 Chronologische lijst der Resolutiën . . . v 601 Chronologische lijst der Uitgaande en Inkomende Stukken . . . 631 Index van Eigennamen 634 Index van Zaken 666 Lyst van Archiefdépöts, waaruit documenten zjjn gebruikt . . . 671 Lijst van verkorte Titels van gedrukte werken 673 Addenda et Corrigenda 675 AFKORTINGEN. R. = Resolutie of Resolutiën. I. d. = in dato; p. p. = post prandium. S. G. = Staten-Generaal. Voor afkortingen van archiefdépöts enz. zie de lijsten op p. 671 en p. 673. INLEIDING. I. VOORGESCHIEDENIS EN PLAN DEZER UITGAVE. Deze onderneming is, in haar oorsprong, niet baanbrekend. Op een tiental jaren na is het een eeuw geleden, dat de toenmalige substituutarchivarius van het rijk J. C. de Jonge, haar — voor het eerst, voor zoover ons bekend is *) —• voorsloeg. De Jonge, na eenige kleinere publicatiën als de Unie van Brussel 2) en de Onuitgegeven Stukken s) in het licht gegeven te hebben, voelde zich „door de gunstige wijze", waarop het publiek zijne eerste proeven wel had willen ontvangen, aangemoedigd, om „met verdubbelden ijver" op den ingeslagen weg voort te gaan. De „gewone" middelen hiertoe waren echter niet voldoende. Hij moest vooral hulp hebben bij het copiëeren en op het Rijksarchief was men toen maar één klerk rijk, die zich — natuurlijk, zouden wij zeggen — voornamelijk moest bezighouden met „rangschikking en de afdoening der loopende zaken". Ook kwam het De Jonge niet gewenscht voor zich tot een uitgever te wenden. Zoo iemand, meende hij, bedingt hooge prijzen, die velen van het koopen zullen afschrikken, en dus wordt „het groote oogmerk van de uitgave van diergelijke stukken, hetwelk de verspreiding van kennis is, niet of ten minste in geringe mate bereikt". „Om al welke redenen" hij zich 12 Januari 1826 wendde tot den administrateur voor Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen 4) met het voorstel hem een som te verleenen voor het doen afschrijven van „zoodanige stukken, welke ik der uitgave noodig en nuttig oordeelen zal", en om den druk te doen plaats hebben op de landsdrukkerij, zoodat aan het publiek voor weinig geld geleverd zal kunnen worden. De voorsteller vleide zich, „dat dit aan het Rijk alleen een uitschot en geen verlies van 1) Over den druk der resolutiën, door de SI at en-Generaal zelf ondernomen—sedert 1669—, behoeft hier niet gehandeld te worden; zij had om zuivere utiliteitsredenen plaats (zie Griffie, 47,104). 2) Hierna, p. 1. 3) I dln. 4) Het schrijven is bewaard in het archief van het Kabinet des Konings. X INLEIDING. penningen zal kosten". — „De bescherming", zoo besluit De Jonge zijn sympathiek schrijven, „welke Z. M. aan de wetenschap verleent, de opgeklaarde handelwijs, welke het gouvernement volgt, geven mij de hoop, dat dit mijn voorstel, alleen uit zucht voor de opheldering van 's Lands geschiedenis voQrtspruitende, bij den Koning goedkeuring en bij U H. Ed. Q-estr. medewerking zal erlangen". De Jonge vergiste zich niet. Reeds 17 Januari 1826 1) droeg de minister van Binnenlandsche Zaken, onder wiens departement Onderwijs op dat oogenblik ressorteerde, op advies van den administrateur aan koning Willem I voor, om De Jonge's voorstel, dat tegelijk werd overgelegd, in hoofdzaak aan te nemen. Met deze motiveering: „dat ik als van groot aanbelang beschouwe de uitgave en gevolgelijk meerdere bekendmaking dier oude oorkonden en gedenkstukken, welke als bronnen onzer nationale geschiedenis zijn aan te merken, en dat ik de uitgave beschouwe als een middel, om het nationaal gevoel en de algemeene volksgeest meer op te wekken en eene goede richting te geven". Een jaarlijksch bedrag van /"300, door het departement van den minister te dragen, voor het maken van afschriften van „stukken, voor de Nationale geschiedenis van belang, welke op 's Rijks archieven aanwezig zijn en waardig zouden worden geoordeeld, om in druk te worden uitgegeven", zou aan De Jonge, te beginnen met het loopende jaar, worden toegekend. De druk zou ter landsdrukkerij plaats hebben: de minister — haast even optimistisch als De Jonge — meent, dat de uitgave wel geen grooten aftrek zal vinden, maar de drukkerij, al spint ze er geen zij bij, zal hare onkosten toch licht vergoed krijgen. De prijs zou bij ieder deel worden vastgesteld. „Aan de grondige beoefening van 's Rijks geschiedenis", vertrouwde de minister, zouden de aldus te ontwerpen uitgaven een grooten dienst bewijzen. Wij behoeven het niet te verhelen, dat deze laatste motiveering ons meer in den smaak valt dan de eerder in den brief genoemde. 21 Januari 1826 reeds verscheen een koninklijk besluit, waaruit bleek, dat de Koning de voordracht van den minister geheel goedkeurde, terwijl de minister met de verdere uitvoering van het besluit werd belast. De Jonge had reden tot volle tevredenheid, toen hem een schrijven van den administrateur van 1 Februari bereikte, waarin de inhoud van het koninklijk besluit te zijner kennis werd gebracht. Hem werden tegelijk 1) Dit en de hierna te noemen stukken betreffende De Jonge's uitgave komen voor: li. A., B. Z. na -1813, ns. 1971, 1974, 1977, 1978, 1980, 1987, 1988, 2007, 2087,12091, 2602. Mr. Ebell heeft mg aan zich verplicht door zich met de zorg voor het bijeenzoeken dezer stukken te willen belasten. INLEIDING. eenige voorschriften van weinig beteekenis gegeven voor de administratieve zijde zijner onderneming. In de keuze der onderwerpen — hierop komt het aan — werd hij alleen in zooverre gebonden, dat de administrateur bij de uitgave van elk deel een voorstel tegemoet zou zien „nopens de stof, welke aan U het meest belangrijk moge voorkomen, om den inhoud van elk boekdeel uit te maken". De Jonge talmde niet lang met zijne keuze te vestigen. In een schrijven van 17 Februari 1826 kwam hij, om aan het „gunstig besluit" nityoering te geven, aan met de Resolutiën der Staten-Generaal uit 1576 en de eerste jaren daarna. Wij laten hem zelf de uitgave hiervan verdedigen: „Er is in 's Lands algemeene geschiedenis geen tijdvak te vinden, hetwelk voor het geheele Vaderland zoo belangrijk is, als dat, toen al de Nederlandsche gewesten, Luxemburg alleen uitgezonderd, zich vereenigden tot het handhaven hunner vrijheid tegen de dwingelandij van Spanje. Ik bedoel het tijdvak, hetwelk een aanvang neemt na den dood van Requesens in het jaar 1B76. Veel is er over dat tijdvak geschreven, maar er schiet nog meer over, hetwelk geheel onbekend is, of over hetwelk duisterheid heerscht. En dat alles vindt men grootendeels aangewezen of opgehelderd in de tot hiertoe onuitgegeven Notulen der Staten-Generaal. beginnende met 1 October des jaars 1B76 Om een aanvang te maken met de uitgave van onuitgegeven stukken komt mij geen keuze gelukkiger voor noch welke meer algemeen belang zal inboezemen, of de wetenschap meer zal uitbreiden dan die van deze vroegste Notulen der Staten-Greneraal In dezelve staat op- geteekend, al wat opmerkelijks in de vergadering der Algemeene Staten is voorgevallen; er is geen gebeurtenis, welke in die gewigtige dagen plaats vond, of zij is in deze Notulen vermeld, terwijl men uit dezelve de geestgesteldheid der onderscheiden gewesten, de inzigten en bedoelingen der Edelen en Burgers op het naauwkeurigste leert kennen; in één woord, geene gedenkstukken bestaan er van dat belangrijk tijdperk, welke voor 's Lands Historie van zoo groot gewigt zijn. Ik neem derhalve de vrijheid U H. Ed. Gestr. de uitgave derzelve voor te slaan, niet twijfelende, 'of zulks zal de goedkeuring en toejuiching van alle beoefenaren onzer geschiedenis erlangen". Hij stelt bovendien, om het belang der uitgave zooveel mogelijk te vergrooten, voor aan de Notulen als bijlagen toe te voegen „zoodanige onuitgegevene stukken, als tot opheldering der Notulen zelve en tot bijlichting onzer geschiedenis in het algemeen, strekken kunnen". Een „groote voorraad" hiervan, waaronder „van het hoogste aanbelang", is in het Archief aanwezig. Het eindpunt der uitgave acht hij moeilijk te bepalen, omdat deze XII INLEIDING. „van den inhoud der Notulen grootendeels zal afhangen". Twee punten komen naar zijne meening in aanmerking: de afzwering van Philips II, de dood van Willem I. „Het eerste is zeker een gewichtig tijdpunt, doch deze afzwering werd meer gedaan, om de scheuring tusschen Spanje [en Nederland] grooter te maken en de wankelende gemoederen te sterken dan wel omdat de omstandigheden voor zulk eene beslissende daad rijp waren geworden. Zij valt bovendien in het midden van den strijd der Nederlanders tegen Spanje voor, terwijl met den dood van Willem I de laatste steun aan de algemeene vrijheid van Nederland ontviel en de scheiding tusschen de Noordelijke en Zuidelijke gewesten, eene zoo aanmerkelijke gebeurtenis in onze geschiedenis, om zoo te spreken, tot stand kwam of daarvan een gevolg was". Hij voelt er dus meer voor het eindpunt te stellen bij den dood van Willem I „of daaromtrent", maar koestert vrees, dat het getal der deelen „al te groot geoordeeld zal worden".. De uitgave zou dan 8 a 10 deelen in quarto beslaan, de bijlagen inbegrepen, terwijl het eerste tijdvak 4 a 5 deelen zou omvatten. Ook ditmaal had De Jonge succes. De minister berichtte 24 Februari aan den Koning, dat hij de stof „zeer gelukkig" gekozen achtte. Als eindpunt meende de minister de „afzwering" te moeten voorslaan; na bereiking hiervan zou men verder kunnen zien. Drie dagen later reeds kwam het antwoord: de Koning schonk zijn bijval aan de voorgestelde uitgave „en wel met het voornemen", om haar „tot aan den dood van Willem I te doen vervolgen". Hiermede werd De Jonge eenige dagen later in kennis gesteld, echter zonder dat hij mededeeling kreeg van 's Konings persoonlijken invloed op de vaststelling van het eindpunt. Wij voor ons, al zouden wij bezwaar hebben tegen De Jonge's vrij zwakke motiveering der beide door hem in overweging gegeven eindpunten, achten in elk geval 's Konings beslissing gelukkiger dan die door den minister voorgeslagen was. Nu kon De Jonge aan den arbeid gaan. Zijne uitgave is een spruit — het wordt uit de correspondentie zoo duidelijk mogelijk — van de toen ter tijd oplevende belangstelling in het vaderlandsch verleden, ten deele voortkomende uit wetenschappelijke belangstelling, ten deele uit motieven van nationalen aard. 's Ministers motiveering in de voordracht aan den Koning bewijst, dat bij de regeering de laatste op den voorgrond stonden *); 1) Zooals ook bij het Koninklijk Besluit van 23 Oec. 1826 (Hubrecht, Onderwijswetten in Nederland, E II, 30), dat vooral vermaardheid heeft gekregen door het artikel 2, dat over de bewerking van „de algemeene Nederlandsche geschiedenis" handelt. Vgl. daaromtrent Overzicht der Comm. voor 's 11. G. P., Inleiding. Over De Jonge's antwoord op de prijsvraag (R. A., B. Z. na 1813, n°. 2192), zie Colenbrander, Historie en Leven, II, 164. Het staat in geenerlei verband met de Resolutiën-uitgave, die alleen terloops even vermeld wordt.. INLEIDING. XJH waarschijnlijk zal zij, al blijkt dit uit de stukken niet, De Jonge's voor* stel betreffende de eerst op het getouw te zetten uitgave te eer hebben aangegrepen, omdat dit betrekking had op een tijd, toen de Nederlanden één geheel vormden. De Jonge liet zich in het algemeen meer door zuiver wetenschappelijke belangstelling leiden. Men behoeft er zich niet over te verwonderen, dat De Jonge con amore begon. Reeds in April 1826, bij schrijven van den llen, wendde hij zich tot den administrateur met een zakelijk, hoewel langwijlig betoog over de zwarigheid, die zich voordeed betreffende de in de noten, marginale aanteekeningen en „registers of indices" te gebruiken taal. De resolutiën waren immers tot 1582 grootendeels en tot 1584 nog voor een niet onbelangrijk gedeelte in het Fransch gesteld; moest hierbij nu ook Fransche tekst ter toelichting? Belangen der nationale taal en der internationale geleerden werden gewikt en gewogen, waaruit de slotsom werd getrokken,'dat het het beste ware beide talen te gebruiken. In hoofdzaak in overeenstemming met de door De Jonge gedane voorstellen viel 13 Mei de beslissing van den Koning, die de minister, door den administrateur in het geval betrokken, had uitgelokt. In de marginale aanteekeningen zouden beide talen, in de noten de taal van den tekst der resolutiën worden gebruikt, terwijl de registers *) dubbel, dus èn in het Nederlandsen èn in het Fransch, zouden worden opgemaakt. Hetzelfde geschiedde, zooals uit de uitgave zelf blijkt, met de inleiding. Den tijd in aanmerking genomen, mag men deze beslissing in een kwestie — die voor ons gelukkig geen kwestie meer is! — gelukkig en rationeel noemen. Na deze vlugge voorbereiding ging de afwerking van het plan niet meer zoo vlot. 26 Februari 1828 informeerde de administrateur voor onderwijs, kunsten en wetenschappen bij De Jonge, hoe het stond met de uitgave der resolutiën, waarvan hij sedert geruimen tijd niets had gehoord; hij wenschte op de hoogte gebracht te worden van eventueele bezwaren tegen de voortzetting. De Jonge antwoordde 14 Maart, dat het eerste deel op de bijlagen na, waarmede men bezig was, was afgedrukt en dat hij gaarne zou zien, dat „met meerdere kracht werd voortgezet". De schuld van den tragen voortgang lag aan de drukkerij, die niet vlugger voort kon. Misschien, hoopte de substituut-archivarius, zou het beter gaan na de aanstaande scheiding der Staten-Greneraal, wier bijeenzijn zooveel van de drukkerij vergde. De voorspelling kwam uit. 1) De minister sprak in zijne voordracht aan den Koning van 11 Mei over de „registers, welke niet veel meer tullen zijn dan een samentrekking van de kantteekeningen" — een minder juiste opvatting natuurlijk. De Jonge's uitgave bewijst duidelijk, dat registers in den zin van indices bedoeld waren. INLEIDING. Het eerste deel verscheen nog in 1828, omstreeks September J). Het omvatte de resolutiën van 1 October 1576 2) tot het einde van dat jaar met een vrij groot aantal bijlagen. Na de verschijning van het eerste deel begon het eerst recht te haperen aan een vlotten gang van zaken. Pas in het einde van 1831 verscheen het tweede deel, bevattende de resolutiën van de eerste helft van 1577, opnieuw met een vrij groot aantal bijlagen. En toen was het heelemaal uit. Men heeft een begin gemaakt met het derde deel: een drukproef van het eerste halve vel met correctiën van De Jonge is nog bewaard. Wat was tusschenbeiden gekomen? Wij willen niet veronderstellen, dat De Jonge's toewijding verslapt was. Wel kreeg hij tijdens de uitgave ten deele andere inzichten omtrent hare uitvoering — een bewijs, dat zij vooraf niet goed opgezet was —, maar hij verzuimde niet met de opgedane ervaring zijn voordeel te doen. Reeds in het voorbericht voor zijn eerste deel toonde de substituut-archivarius beter begrip van de waarde der Staten-resolutiën te hebben gekregen dan toen hij zijn voorstel tot de uitgave deed. De waarde-bepaling is nu een paar tonen lager en daarom — naar het ons voorkomt — juister: „Tot hiertoe ontbrak ons die vruchtbare bron, waaruit zeer veel zal kunnen geput worden, hetwelk tot aan onzen tijd öf onvolledig, öf niet bekend was. Wij zullen er onderscheidene daadzaken in vinden, welke vruchteloos bij eenigen schrijver zouden gezocht worden. Onze betrekkingen met de buitenlandsche Mogendheden worden daarin op eene wijs voorgesteld, hoedanig dezelve nergens anders voorkomen. Eindelijk, de beweegredenen der meeste door het Bestuur in dien tijd genomen maatregelen, alsmede de drijfveren der daden van vele bijzondere personen, welke voor ons verborgen waren, leert men daaruit kennen". In het Voorbericht voor het tweede deel kondigt de Uitgever aan, dat hij zich voorstelt, „om in de volgende deelen niet meer dengeheelen inhoud der Besluiten te geven", maar alleen „die gedeelten te kiezen, welke eene rechtstreeksche betrekking tot de geschiedenis hebben". „Het werk", zoo stelt hij zijne lezers gerust, „zal door deze bekorting niets verliezen; integendeel zal het hierbij wirinen, omdat op die wijs veel zal weggelaten worden, dat in onze dagen van "weinig nut is, terwijl daarentegen alles, wat van eenig aanbelang is, zorgvuldig zal behouden 1) Het tijdstip volgt uit een correspondentie over de distributie der present-exemplaren (R. A., Waterstaat na 1813, n°«. 2369, 2370, 2471, en B. Z. na 1813, n°. 2602). Ook deze is mij medegedeeld door mr. Ebell. 2) Zie over dezen datum nader: de 2e afd. van onze Inleiding (hierna, p. XXII). INLEIDING. XV Worden". De Jonge toont zich klaarblijkelijk met de bekorting ingenomen. De ervaring had hem geleerd, dat lang niet alles in de resolutiën van groot of ook maar van eenig belang was. Toch lag de hoofdoorzaak, die tot den genoemden maatregel geleid had, elders. Wij leeren haar kennen uit den aanhef van het Voorbericht: „Ten einde kosten te sparen, en dit werk, waarvan de uitgave in een gelukkig tijdstip aangevangen is, toen het Koningrijk der Nederlanden eene diepe rust genoot, en de vereeniging met de zuidelijke gewesten aan de Besluiten der voormalige Staten-Greneraal een dubbel belang gaf, niet onnoodig te verlengen, heeft de schrijver zich voorgesteld" ..... Natuurlijk was dit besluit genomen na beraad met, misschien wel op last van de regeering. Het besluit komt ons — wij zijn in 1831! — geheel begrijpelijk en billijk voor. Tot ons leedwezen zien wij ons echter gedwongen ook nog een andere conclusie te maken: de belangstelling van het publiek moet zeer tegengevallen zijn. Men wilde kosten sparen, maar volgens de oorspronkelijke berekening zou de uitgave van 1831 af niet veel meer gekost behoeven te hebben. Immers! De copieën van de resolutiën tot en met 1584 waren juist in 1831 *) gereed gekomen — bleven nog wat bijlagen, Waarvan die voor de tweede helft van 1577 ook reeds afgeschreven waren — en daarna zou de uitgave zich zelf bedropen hebben! De kostelijke naïveteit bij den opzet dezer belangrijke uitgave wreekte zich bij de uitvoering. Maar ook in den verkorten vorm, waarin — te beginnen met deel 3 — de resolutiën zouden uitkomen, is niets meer verschenen. De redenen hiervan zijn ons onbekend 2). Maar gerust durven wij verklaren dit niet te betreuren. Uit een deel der copie, waarin een vrij groot aantal resolutiën doorgehaald zijn, valt af te leiden, dat De Jonge met zijne uitlatingen tamelijk willekeurig te werk ging. Wij zijn er lang niet geyust op, dat alleen resolutiën van „eenig" en niet ook van zeer wezenlijk „aanbelang" uitgedelgd zouden zijn. De weinig gelukkige formuleering, door den uitgever in het Voorbericht voor zijn tweede 1) Een declaratie van J. A. Rode voor van Jan.-^Sept. 1831 verricht copieerwerk, bestaande in het copieeren der resolutiën van 24 Juli—31 Dec. 1584, is nog in de Correspondentie van het R. A. aanwezig. 2) Een onderzoek, met toestemming van Z. Exc. den Minister van Binnenlandsche Zaken in het deparlements-archief na 1830 ingesteld, om de redenen hiervan na te sporen, is geheel vruchteloos geweest. Er is in de jaren na 1830 — wij zetten ons onderzoek voort tot en met 1837 — geen correspondentie (behalve een paar geheel onbeduidende brieven) over de resolutiè'nuitgave bewaard. Wel bleek ons uit de correspondentie, dat De Jonge's benoeming tot archivarius des Rijks in Jan. 1832 plaats had; het is mogelijk, dat deze gebeurtenis verdagingen tenslottte afbreking der uitgave ten gevolge heeft gehad. XVI fc INLEIDING-. deel gemaakt, voor de scheiding tusschen wat op te nemen en wat uit te laten ware, kan onze onrust eer vermeerderen dan verminderen. Trouwens, ook tegen de wijze van uitgave der beide in extenso gegeven deelen hebben wij wel eenige bezwaren. Zeker, de tekst is over het almeen vrij correct afgedrukt naar het origineele register der resolutiën van den griffier 1). Maar de verklarende aanteekeningen zijn bij een tekst, die dikwijls zeer moeilijk te verstaan is, te karig aangebracht, ook wat de namen der genoemde personen betreft, en — wat ons het meest hindert — de bijlagen staan vóór een belangrijk gedeelte slechts in verwijderd verband tot den tekst en schijnen niet alle met overleg gekozen. Om deze redenen zouden wij haast durven zeggen: het is maar gelukkig, dat het zelfs ook met de uitgave in extenso bij twee deelen gebleven is. Wat ons hiervan het meest terughoudt is onze overtuiging, dat juist de staking der uitgave ten gevolge gehad heeft, dat de Nederlandsche geschiedschrnving van de resolutiën der Staten-Greneraal lang niet het nut getrokken heeft, dat wenschelijk geweest ware. Maar wat ons weêr troost: ware de uitgave voortgegaan, zij zou naast zijne andere ambtsbezigheden De Jonge zóó zeer in beslag genomen hebben, dat zijn standaardwerk over het Nederlandsche Zeewezen misschien ongeschreven ware gebleven. En dit zou stellig heel wat meer te betreuren geweest zijn dan de staking zijner resolutiën-uitgave. Wel lang heeft de hervatting van de uitgave van een onzer belangrijkste geschiedbronnen, die de resolutiën der Staten-Greneraal nu eenmaal zijn, op zich laten wachten. Het bleef geruimen tijd bq het uitspreken van de wenschelijkheid er van. Gachard, op wiens uitgebreide werkzaamheden in verband met de oude vergaderingen der Staten-Generaal wij in ander verband straks terugkomen, deed dit in zeer stellige bewoordingen 2) en wenschte, dat, indien Nederland de uitgave niet weder opnam, de Belgische regeering haar voor het tijdvak van 1576—1585 zou ondernemen. Hij verklaarde zich tevens overtuigd, dat een onverkorte uitgave onnoodig was, en — duidelijker en beter dan De Jonge — gaf hij den vorm voor de weg te laten gedeelten aan. De Staten, zoo was zijne redeneering, ontvingen zeer veel requèsten van privaat belang, die, zooals men in de beide deelen van De Jonge kan zien, een vrij groote plaats in de resolutiën innemen. „On tiendrait pour règle que toute mention et toute résolution de ce genre seraient exclues du Becueil", wel te verstaan met uitzondering van requèsten van de hoofden der regeering en der revolutie. Gachard's roepstem bleef onverhoord. Na 1) Waarover zie nader de 4e afdeeling van onze Inleiding. 2) In de Inleiding tot de Actes, I, XXIX. INLEIDING. XVII hem ontvouwde Jhr. Mr. van Riemsdijk, toen hij aan het einde van zijn onwaardeerbaar werk óver de Griffie van Haar Hoog Mogenden zijne wenschen formuleerde betreffende de inventariseering van het archief der Staten-Generaal, een plan „tot het in druk uitgeven van tijdrekenkundige registers op de resoluties en depêches, loopende over een zeker aantal jaren, onder respecten ingedeeld en van alphabetische bladwijzere voorzien''. Als aanvangsdatum van dit register dacht de heer Van Riemsdijk zich ongeveer het jaar 1B93, waarin de vergaderingen der Staten-Generaal ï permanent worden en ook meer volledigheid in het archief der Staten begint te heerschen. Voor de jaren vóór 1593 Werd een uitgave in extenso in overweging gegeven 1). Dan neemt de Commissie voor 's Rijks Geschiedkundige Publicatiën — het is mogelijk, dat wij eén enkele om een resolutiën-uitgave roepende stem oversloegen — het woord. In het bekende Overzicht, waarmede zij hare werkzaamheden opende, noemde zij de Resolutiën der Staten-Generaal als een der te publiceeren bronnen, waarmede zij de leemten in onze kennis der Nederlandsche Geschiedenis wenschte aan te vullen. En wel begrijpt men dit. De Oommissie ontwierp meteen een plan in hoofdlijnen. Zij wilde volstrekt geen uitgave in extenso, maar alleen dat uitgeven, wat „tot recht verstand der algemeene landsgeschiedenis noodig is, meer niet". Zij wilde systematisch gebruik maken van de inkomende en uitgaande stukken der Staten en van officieuse aanteekeningen van het ter vergadering behandelde. Dit zijn de beide voornaamste punten van haar plan, dat tevens een uitgave van de resolutiën der gewestelijke Staten, voor zoover, nog niet in druk verschenen, omvatte. Een algemeene resolutiën-serie dus, verdeeld in onderaeriën. De Commissie kreeg pas eenige jaren na hare instelling gelegenheid tot het uitvoeren, van dit haar plan, voor zoover de resolutiën der StatenGeneraal betrof. De uitbreiding van het in vasten dienst voor haar werkend wetenschappelijk personeel van één op twee personen — die tevens aanleiding was tot de oprichting van het bureau voor 's Rijks Geschiedkundige Publicatiën — maakte het mogelijk één werkkracht voortdurend aan de resolutiën-uitgave te zetten. De onderdirecteur van dit bureau, schrijver dezer regelen,, en deze uitgave — voorloopig tot de jaren 1576—1609 beperkt — waren sedert de indiensttreding van den eersten onafscheidelijk aan elkander verbonden. Alleen veel ongesteldheid bij den eersten deed de tweede in den bond in den beginne niet al die zorg toekomen, waarop ze aanspraak mocht maken. Maar allengs ging het beter. Anders dan ten tijde van De Jonge werd nu vooraf met zorg over- I) Griffie, 160 en noot 1. II XVHI INLEIDING. wogen, hoe de uitgave der resolutiën zou geschieden. Met gebruikmaking van de ervaring, uit De Jonge's uitgave te trekken, en van de plannen van Gachard, Van Riemsdijk en de Commissie werden hiertoe een aantal regels door den bewerker in overleg met mr. S. Muller Fz., die zich eerst met het toezicht op de uitgave had belast, ontworpen en door de Commissie vastgesteld. Zij werden eerst toegepast op het jaar 1594, een meer normaal jaar dan 1576, dat als beginjaar was gekozen, en nadat' hare deugdelijkheid op deze wijze op de proef gesteld was, waarvan de Commissie zelf zich overtuigde, werd met het bijeenbrengen van het materiaal voor het eerste deel der uitgave ernstig een aanvang gemaakt. De regels zijn de volgende: I. Het is niet noodig, alle resolutiën te drukken, te excerpeeren of zelfs te vermelden. II. Eene lijst van de by de bewerking niet gebruikte resolutiën (in regest of als index) wordt in de uitgaaf niet opgenomen. III. Resolutiën over onderwerpen, waarover in het Ovenicht der Commissie afzonderlijke uitgaven ontworpen zijn (zooals Handel, Financiën der Generaliteit, Convooien en licenten, Muntwezen, Oost-Indische Compagnie) worden bij de uitgaaf der resolutiën niet uitgesloten. IV. De data van de resolutiën over onderwerpen, behoorende tot eene bepaalde rubriek, die bü de bewerking van deze rubriek niet gebruikt zijn, worden allen vermeld in noten bij de plaatsen, waarop zij betrekking hebben. V. a. Aan de resolutiën van elk jaar gaat vooraf eene lijst van de gedeputeerden, in dat jaar ter vergadering aanwezig; bij een nieuw lid wordt de datum van zijn optreden vermeld. Bij een lid, dat niet dan sporadisch aanwezig was, worden de data zijner aanwezigheid genoemd. b. In eêne tweede lijst worden de voorzitters v»n het jaar'opgenoemd in volgorde van de weken, waarin zij als voorzitter optraden. VI. Na de bovengenoemde lijsten volgt eene lijst van de namen der personen, die in dat jaar in de Generaliteitscolleges benoemd en er uit getreden zijn. VII. De behandelde stof wordt verdeeld in de rubrieken: Oorlog, Buitenlandsche Betrekkingen, Geldmiddelen, Middelen van aanval en verweer, Geschillen in de Unie, Afhankelijke landen, Handel en Nijverheid, Munt, Kerkelijke Zaken, Huizen van Oranje en Nassau, Personalia en Varia. Indien het noodig blijkt, kunnen voor sommige jaren andere rubrieken daaraan toegevoegd worden. Voor de eerste jaren van 1576 af zal de indeeling, althans gedeeltelijk, anders gemaakt moeten worden. VIII. Het zal meestal gewenscht zijn, de verschillende rubrieken nader in onderdeelen te splitsen. Deze splitsing is niet vooraf algemeen vast ie stellen, maar moet naar de te behandelen stof voor elk jaar afzonderlijk vastgesteld worden. • - IX. a. De resolutiën van elk jaar kunnen, indien het noodig is, geopend worden met enkele opmerkingen van algemeenen aard, betrekking hebbende op den inhoud der resolutiën, op de vergaderingen en dergelijke. INLEIDING. b. Elke rubriek of elk onderdeel Tan eene rubriek wordt ingeleid door den bewerker, die in deze inleidingen den inhoud van die rubriek of dat onderdeel kortelijk aanduidt. X. De resolutiën worden op drie verschillende wijzen bekend gemaakt: a. geheel in den eigen tekst der resolutie; b. voor een grooter of kleiner gedeelte als a en ten deele in de woorden van den bewerker; c geresumeerd door den bewerker in tusschen of achter de medegedeelde resolutiën geplaatste overzichten of in de noten. In het eerste en tweede geval zijn de resolutiën genummerd; in het derde geval alleen dan, wanneer er een inkomend of uitgaand stuk in den tekst bij medegedeeld wordt. XI. a. Ingekomen stukken worden in de uitgave steeds vermeld, wanneer naar aanleiding er van eene deliberatie heeft plaats gebad of eene resolutie genomen is; zij kunnen geheel of gedeeltelijk medegedeeld worden, als dit voor het juiste begrip eener resolutie noodig is. In de eerste plaats zal hierbij gelet dienen te worden op de stukkeu, waarvan de insertie in bet net-register der resolutiën geschiedde of althans door den griffier voorgeschreven werd. b. Niet in den considerans eener resolutie genoemde ingekomen stukken kunnen, indien dit voor het juiste begrip eener resolutie bepaald noodig is, in eene noot geresumeerd worden. XII. a. De generale petitiën worden, evenals de consenten der provinciën, in de uitgave opgenomen; echter zal het wellicht niet noodig zijn, deze stukken voor elk jaar in onverkorten vorm mede te deelen. b. De staten van oorlog worden weggelaten en alleen, indien dit ter toelichting van de petitie bepaald noodig is, gedeeltelijk in noten verwerkt. XIII. Aan het slot van ieder boekdeel zal de bewerker een verzamelstaat opnemen van a. de in het behandelde tijdvak aangevraagde; b. de geconsenteerde; c. (voor zoover mogelijk) de gefurneerde penningen. XIV. a. Van uitgaande stukken zal slechts dan gebruik gemaakt worden, indien de mededeeling daarvan voor het juiste begrip eener resolutie noodig is. b. InstructiSn, waarvan in het register der resolutiën gewoonlijk alleen vermeld wordt, dat ze gearresteerd zijn, zullen echter veelal geheel (of althans gedeeltelijk) medegedeeld moeten worden. XV. Omtrent ingekomen stukken, naar aanleiding waarvan resolutiën genomen zijn, wordt aangeteekend, of zij nog in originali, en omtrent uitgaande stukken, of zij nog in minuut aanwezig zijn; zoo niet, waar zij in copie te vinden zijn. XVI. Ingekomen en uitgaande stukken, die in den tekst geheel of gedeeltelijk medegedeeld worden, dragen hetzelfde nummer als de resolutie, waarbij ze behooren; alleen is dit nummer dan met a en zoo noodig met b, c, enz. aangevuld. XVII. a. Zoogenaamde particuliere notulen van het verhandelde in de Staten-Generaal worden, indien zij gevonden worden, bij de bewerking niet uitgesloten. b. Het gebruiken van stukken uit andere archieven is overigens slechts XX INLEIDING. geoorloofd ter vervanging van verloren origineelen uit het archief der StatenGeneraal. c. Stukken uit het archief van den Raad van State (c.q. College tot de Nadere Unie, Landraad) kunnen echter, indien dit voor het juiste begrip eener resolutie bepaald noodig is, ter toelichting in noten gebruikt worden. XVIII. a. De over een bepaald onderwerp bestaandediteratuur en bronnenuitgaven worden bij de behandeling van het onderwerp niet vermeld. Er wordt alleen in de noten gebruik van gemaakt, indien dit voor het juiste begrip eener resolutie onvermijdelijk .is, geenszins, wanneer zij alleen dienen tot uitbreiding ouzer. kennis. .ïtiji&'l b. De correspondeerende plaatsen in de gedrukte resolutiën van Holland en Zeeland worden echter geregeld in de noten vermeld. XIX. Bestaande drukken van resolutiën of van daarbij behoorende stukken, die ook in de uitgave opgenomen worden, worden ter rechtvaardiging van een verkorten afdruk als verwijzing in de noten vermeld. XX. Fouten in de medegedeelde resolutiën worden in noten verbeterd; indien dit niet mogelijk blijkt, wordt op de fouten althans de aandacht gevestigd. ilftglM XXI. In de rubriek Personalia worden samengebracht de resolutiën over min of meer bekende personen uit de Nederlandsche geschiedenis of uit de geschiedenis van andere landen, indien in die resolutiën iets medegedeeld wórdt, dat voor de kennis van dergelijke personen van beteekenis moet geacht worden en dat niet reeds om andere redenen opgenomen is. XXII. De in de resolutiën genoemde personen worden, indien dit noodig is, in noten aangeduid door juiste mededeeling van hun naam en hun ambt, XXIII. a. De druk van de resolutiën geschiedt naar het oorspronkelijke, door den griffier gehouden register. De druk der ingekomen en uitgaande stukken geschiedt zoo mogelijk resp. naar de origineelen en de minuten. 6. Het is onnoodig, bestaande kopieën van een stuk te vermelden, .indien het origineel of de minuut daarvan te vinden is. Zelfs zal het, ook indien eene kopie voor den druk gebruikt moet worden, in den regel onnoodig zijn, om andere bekende kopieën van dit stuk te vermelden. r» »Vï . XXIV. De teksten der resolutiën en de door den bewerker gestelde résumés of excerpten' van resolutiën zullen niet met dezelfde letter gedrukt worden. XXV. In ieder deel wordt opgenomen: ct. eene chronologische lijst van de in de uitgave op de eene of andere wijze medegedeelde resolutiën, met aanduiding van de rubriek, waaronder zij medegedeeld zijn; b. een index van eigennamen; »i» c. een zaken-index. Mén zal licht opmerken, dat bij de opstelling dezer regels het ernstige streven heeft voorgezeten: 1°. om den gebruiker der uitgave het naslaan der resolutiën over een bepaald onderwerp — in de geschreven registers warrelen alle onderwerpen dooreen — zoo handzaam mogelijk te maken en hem het begrijpen van den tekst zooveel mogelijk te ver- INLEIDING. XXI gemakkelijken; 2°. om den bewerker, wien een zekere mate van vrijheid gelaten is, te dwingen tot voortdurende zelfbeperking bij gebruikmaking van een zeer ruim materiaal. Waar in het algemeen de bedoeling der uitgave is: de besluiten der Staten-Greneraal in verkorten vorm, maar met aanbieding van het wezenlijk belangrijke in extenso, te doen kennen, moest, vooral in de eerste jaren, wanneer de notuleering meestal zeer summier is x), ter toelichting en verduidelijking, van inkomende en uitgaande stukken en in het bizonder van de laatste in zeer ruime mate geprofiteerd worden. In latere jaren, wanneer de notuleering uitvoeriger en duidelijker wordt, zullen inkomende en uitgaande stukken veel minder diensten behoeven te bewijzen. Met opzet is den bewerker niet toegelaten zijne onderzoekingen in dezer voege uit te breiden, dat hij het ontstaan en de uitwerking der Staten-resolutiën trachtte na te sporen in de resolutiën der provinciale Staten of die van andere colleges 2). Evenmin heeft hij mogen gebruik maken van de correspondentie der gedeputeerden ter vergadering met hunne committenten. Het zou het werk te veel hebben uitgezet en de voltooiing van een eenigszins belangrijk gedeelte in gevaar gebracht. Toch was de verleiding groot, vooral voor zoover de correspondentie betreft: alleen hieruit kunnen de „handelingen" der Staten, die, naar men weet, den geheelen tijd der Republiek door, nooit meer bevatten dan de genomen besluiten en enkele malen de adviezen der. gewesten, nog verder worden begrepen en toegelicht 3). Het is niet raadzaam geacht in de regels te omschrijven, wat precies weg te laten, wat op te nemen ware. De praktijk leert den bewerker tot dusverre, dat, bij toepassing der gestelde regels, in hoofdzaak alleen dat wegvalt, wat Gachard reeds had willen verwijderen. Het zijn de zeer vele requèsten van puur privaat belang. Het aantal geheel weggelaten resolutiën van anderen inhoud is voorloopig zeer gering; het zal voor latere jaren waarschijnlijk iets grooter kunnen worden. Mocht men de in dit deel, bep. in de vijfde rubriek, voorkomende resolutiën meermalen van zeer gering belang achten — wat de bewerker allerminst zou willen 1) Zie nader de 4e afdeelihg dezer Inleiding. 2) Met uitzondering van het vastgestelde in regel 17 b en % 3) Voor overdreven voorstellingen van het belang dezer correspondentie moet men zich echter hoedeif. De vele brieven van gedeputeerden in onderscheiden archieven, die wij doorlazen, overtuigden ons weliswaar, dat hierin in vele opzichten een prachtbron ongebruikt blijft liggen, maar aan den anderen kant trof het ons dikwijls, hoezeer de gewestelijke zaken de meeste aandacht der gedeputeerden hadden (hiervoor gingen ze dan ook in de allereerste plaats naar de vergadering!). Daarom zal het ernstig overweging verdienen deze bron bij een eventueele uitgave der gewestelijke Staten-resolutiën te gebruiken. Zgn. Stalen-rapporten, die veelal van weinig beteekenis zijn, troffen wij weinig aan. INLEIDING. bestrijden — dan bedenke men, alvorens de opname te veroordeelen, dat juist in het zich moeten bezighouden met allerlei regeeringszaken, tot de kleinste toe, een der eigenaardigheden van de werkzaamheid der Staten in de eerste jaren van 1576 af Egt — en dat dit natuurlijk ook in onze bewerking duidelijk aan het licht moest komen. Zeer zeker zal het aantal der resolutiën, waarvan alleen de data vermeld worden, stijgen; deze data zijn, waar ze in de noten voorkomen, ter onderscheiding van andere, cursief gedrukt." II. HET BIJEENBRENGEN VAN HET MATERIAAL. Er zijn in ons materiaal, zooals de regels van zelf leeren, twee gedeelten te onderscheiden: a. de resolutiën zelf; b. de inkomende en uitgaande stukken. . Ware het alleen om de eerste te doen geweest, onze voorbereiding, voor zoover de bijeenbrenging van het materiaal betreft, had niet lang behoeven te duren. Want de origineele, door den griffier zelf gehouden registers der resolutiën — wij spreken hier alleen van den tijd tot 1609 — zijn in onafgebroken reeks in het archief der Staten-Greneraal ter Rijksarchieve voorhanden en naar deze heeft onze uitgave plaats. Het eerste register neemt — afgezien van eenige, later ingebonden pagina's, waarop resolutiën van de Staten van Brabant geschreven staan — een aanvang op 1 October 1576 x). Het was een novum. In vorige bijeenkomsten der Staten-Generaal was een dergelijk register niet gehouden. De omstandigheden waren nu ook zoo geheel anders. Men moet wel aannemen, dat het gewicht der vergadering tot het aanleggen van het register geleid heeft. Een besluit hieromtrent is niet bekend, evenmin als over de aanstelling van Cornelis Weellemans tot griffier 2). Ook dit was een novum. Tot nu toe hadden de Staten bij hunne samenkomsten geen bureau, geen griffie bezeten. De gewestelijke Staten of hunne gedeputeerden, wier samenkomst eigenlijk de vergadering der Staten-Generaal uitmaakte, hadden elk hunne eigen ambtenaren. Het was dan ook zeer begrijpelijk, dat de Staten-Generaal, nu ze aan eigen krachten behoefte kregen, leentjebuur gingen spelen bij de beter georganiseerde gewestelijke Staten — en dan natuurlijk in de eerste plaats bij die van Brabant, de machtigste en in wier land de bijeenkomst 1) Tevens ten naasten bij onze aanvangsdatum (zie het 3» gedeelte dezer Inleiding). 2) Hierna, p. 2. INLEIDING. xxiiï plaats vond, die als het ware de recipieerenden waren. Zij leenden Weellemans, den griffier der Staten van Brabant, zij leenden het zegel van die Staten, zij stelden den ontvanger in het kwartier van Brussel, Thierry van der Beken, tot hun ontvanger-generaal en tresórier-generaal aan. Maar zij maakten van stonde aan een eigen griffie, bestaande, onder den griffier en een sedert 1578 voorkomenden agent, uit een zeker aantal, ten deele niet in vasten dienst zijnde klerken 1). De griffier hield zelf het register en in elk geval sedert Maart 1577 was hij verplicht de resolutiën^ van denzelfden dag nog vóór het einde der vergadering op te stellen 2). De notuleering liet vooral in den eersten tijd, onder "Weellemans, zeer veel te wenschen over 3). Naast het eigenhandig, door den griffier bijgehouden register bestond een net-register. De verplichting tot het aanleggen hiervan werd den griffier bij zijne instructie van 19 April 1578 bepaald opgelegd 4). Hij is hiermede echter reeds eerder begonnen, want het oudste dezer net-registers begint 20 Mei 1577 en loopt parallel met het tweede der door "Weellemans geschreven, dus origineele registers 5). Voor ons is het net-register van minder belang. "Wij gebruikten het alleen als middel van controle op de dikwijls moeilijk leesbare origineele registers, waarvan het een trouwe, door een klerk geschreven copie — echter in veelal andere spelling — is. De serie der net-registers lijkt op het eerste gezicht ook compleet, maar bij nadere beschouwing valt hierop wel een en ander af te dingen. Er komen zeer stellig deelen in voor, die er niet in thuis hooren 6). Maar hoe dit precies in elkander zit, zal pas uit te maken zijn, nadat eerst de hérkomst van de verschillende, meest incomplete serieën van copie-resolutiën, die in het Rijksarchief bewaard worden — ik telde er, het officieele net-register inbegrepen, vijf 7) —, zal zijn •vastgesteld. Het onderzoek, dat bemoeilijkt wordt, doordat in 1869 een 1) Zie hierna onze Rubriek I van 1576 en 1577, passim; cf. Griffie, 32 vJg., waarheen mg verder voor dit onderwerp mogen verwijzen. 2) Griffie, 19, 89; cf. Aetes I, App., 441. 3) Zie nader het 4e gedeelte van onze Inleiding, waar wij over de registers, die voor dit eerste deel gediend hebben, meer in bizonderheden zullen handelen; 4) Art. 12 (Griffie, 169). 5) Het is natuurlijk ook mogelijk, dat dit oudste der net-registers pas in 1578 is geschreven. — In de serie der zgn. net-registers (S. G. 519 en vlg.) komt ook een deel voor, dat parallel loopt met het eerste van de origineele registers (van 1 Oct—18 Mei 1577). Maar de hand verraadt duidelijk, dat dit een veel latere copie is, die waarschijnlijk later, om de serie compleet te maken, bij de eigenlijke net-registers is gevoegd. 6) Behalve het in noot 5 genoemde register ook die van 20 April—30 Sept. 1578 en van 1 Juli 1579—31 Dec. 1580, beide geschreven met dezelfde hand als het in noot 5 bedoelde. 7) De vier andere — tot één hiervan behooren ook de in noot 5 en 6 genoemde registers — komen voor onder de dubbelen Staten-Generaal (iriv. hiervan, 1 vlg. en 79, 90 vlg., 163 vlg). XXIV INLEIDING. distributie van copie-registers over een paar archieven en enkele bibliotheken J) heeft plaats gehad, waarbij van één (of van meer) dezer serieën is gebruik gemaakt, is voor onze uitgave van geen belang. Dezezuiverarchivalische zaak behoeft ons hier dan ook niet verder bezig te houden. Vermelden wij alleen nog met een enkel woord, dat men — zonder verband met de pasgenoemde distributie — ook in de provinciale archief-dépots copieën van de resolutiën aantreft. Zij zijn, behalve in Utrecht en Zeeland, incompleet, vooral voor de eerste jaren. Het zijn waarschgalijk de copieën, die uit de griffie der Staten-Generaal door en vanwege de gewesten onderhouden klerken (deze waren er sedert 1578 *)) geleverd zijn; maar — het zij voorzichtigheidshalve opgemerkt — wij hebben dit punt niet opzettelnk onderzocht. Voor onze uitgave doen ze natuurlijk niet ter zake, evenmin als de keurige, ± 1860 op initiatief van Gachard vervaardigde copie van de resolutiën van 1576—1585, die in de Archives Générales te Brussel s) aanwezig is. Wel konden wij ons voordeel doen met de voor De Jonge's uitgave gemaakte copieën, die — voor verreweg het grootste gedeelte — op het Rijksarchief werden teruggevonden en die door den heer Algemeen Rijksarchivaris met groote welwillendheid te onzer beschikking werden gesteld. Zoo dienden zij nog voor hare oorspronkelijke bestemming. Veel meer beslommeringen gaf ons het tweede deel van ons materiaal. Wat men onder uitgaande stukken van de Staten heeft te verstaan, wij behoeven na de zeer duidelijke uiteenzetting van den heer Van Riemsdijk «) hierover niet uit te weiden. Het zijn extract-resolutiën 5), acten (resolutiën of ordonnantiën in vorm van acte), plakkaten, brieven, instructiën, apostilles of appointementen bij memories of andere ingediende stukken, v.n. bij requèsten van particulieren. Inkomende stukken zijn adviezen, brieven, memories of remonstrantiën, requèsten (de laatste ge- 1) HL R. A. Utrecht, G. A. Nijmegen; Bibliotheek der Universiteit te Leiden (die het meeste kreeg), Utrecht en Groningen; Koninklijke Bibliotheek (waar ook nog — afgezien van de distributie — een paar andere registers zijn, behoorende tot éën der in noot 7 op de vorige bladzijde genoemde serieën). 2) Zie later Rubriek I van onze bewerking der resolutiën in deel II dezer uiteave-verder Griffie, 35 en cf. 33. ' 3) Nu Cart. 327 H i-« K.—Q. i) Griffie, 91 vlg. 5) Deze vorm kwam in den eersten tijd weinig voor. Wij troffen voor de eerste jaren weinig extract-resolutiën in verschillende archieven aan; de oudste, die wij zagen, was van U Nov. 1576 (A. V. Vpres, port. 23*). Hier staat onder: „Cest article est tiré hors Ie cohier des résolutions des seigneurs dépuléz des Estalz du Pays-Bas, assembléz a Bruxelles, reposant dessoubz le greffier des Estatz de Brabant, par moy soubzcripst Cornelius Weellemans. Collationné avec 1'original et trouvé accordé par moy. (signé) Van der Haghe". Het is dus een copie van het origineele extract; de onderteekenaar is waarschijnlijk Gerolf van der Haghen, pensionaris van Gent. De res. viodt men hierna, p. 121. INLEIDING. XXV woonüjk ongedateerd). Zooals reeds is opgemerkt, hebben deze stukken in de eerste jaren onzer uitgave voor ons een veel grooter belang dan in latere jaren het geval zal wezen -— om de wijze der notuleering. Maar juist in deze eerste jaren liet het archief der Staten-Generaal, waar wij. dit deel van ons materiaal allereerst hadden te zoeken, ons zoo goed als geheel in den steek. Het ligt niet op onzen weg de lotgevallen van het archief ') te bespreken. Wij hebben slechts in herinnering te brengen, dat van de «udste bestanddeelen er van alleen over zijn: de origineele registers der resolutiën en de net-registers, de registers voor de Engelsche, Pransche en Duitsche correspondentie — op een enkel deel na —, de. zgn. ordinaris depêchen-boeken, enkele losse stukken. Tot het houden van een viertal registers — behalve de beide soorten der registers met resolutiën — werden de beide na het aftreden van Weellemans benoemde secretarissen bij hunne instructie 8) verplicht. Zij schijnen kunne opdracht in dezen niet geheel letterlijk te hebben uitgevoerd. De hun voorgeschreven registers voor de zaken betreffende den Hertog van Anjou en betreffende • de Koningin van Engeland vindt men gemakkelijk terug in de pas genoemde Fransche en Engelsche registers *); hun register, waarin Zij moesten registreeren „les lettres et pièches d'affaires d'importance", in het zgn. ordinaris depêchen-boek, al is dit dan niet begonnen vóór 1579 5). Maar van het register, waarin zij moesten annoteeren alle „aecords d'ayde" (consenten) van de provinciën en de door deze gefurneerde penningen, is niets terug te vinden, waaruit wij, in aanmerking genomen, hoe goed de registers der andere serieën bewaard zijn, met vrij groote waarschijnlijkheid mogen concludeeren, dat het nooit aangelegd is 6). Het register 1) Zie Griffie, 121, noot 3. 2) Cf. bij het volgende Griffie, 111—112. 3) Art. 12 (Griffie, 169). — De opnoeming der te houden registers in de instructie voor den agent en de klerken (id., 171—174) is niet geheel identiek met die in de bovengenoemde instructie. 4) Hesp. St.-Gen. 3783 en vlg., 3791 en vlg. Het eerste Fransche register begint 13 Juli 1578, maar de eerste helft is open gelaten, blijkbaar om het later aan te Tuilen. 1 Oct. 1578 werd aan Guillaume van der Kelen (een der gezworen klerken in de Griffie) 25 p. toegekend op voorwaarde dat hij zon registreeren alle depêches betreffende Frankrijk sedert de bijeenkomst- (..1'union") der Staten-Generaal en de toekomende, deze binnen drie dagen, nadat ze hem ter hand gesteld zouden zijn. — 9 Uct. werd aan Arnould Fabri (eveneens gezworen klerk) ƒ25 toegekend voor het houden van het register van de Engelsche zaken, op voorwaarde dat hij het zou voltooien van de vereeniging der Staten .af (R. i. d p, p.). 5) S. G. 3770 en vlg. (het nummer 3771 is overgeslagen: 3772 volgt op 3770). — Over de wijze der registratie in deze en de andere depèchen-boeken, die in vorm nog al eens verschillend was, behoeven wij niet te handelen. 6) Wel vindt men in de loketkas der Staten-Generaal eenige opgaven (uit 1576—1578) van door. enkele gewesten gefurneerde penningen (v.n in lpopende 25), maar dit kunnen geen overblijfsels der hier bedoelde registers zijn. XXVI INLEIDING. der Duitsche correspondentie werd in den eersten tijd gehouden door een afzonderlijken secretaris 1). Dit geschiedde blijkbaar in navolging van wat bij de centrale regeering gewoonte was, waar een afzonderlijke Duitsche staats-secretarie bestond. Tot het domein van dezen secretaris behoorde ook de correspondentie, met de Noord-Oostelijke gewesten in de Nederlanden, maar toch niet uitsluitend; men vindt ook brieven naar Gelderland, Overgsel en Friesland, bénevens naar stad Groningen en Ommelanden, die uitgegaan zgn van den griffier, en deze zijn gewoonlijk dé belangrijkste: het zijn die over geldelijke aangelegenheden. Ook de correspondentie met Duitschland werd niet geheel aan den afzonderlijken secretaris overgelaten. Voor zoover zij betrekking had op de algemeene politiek, bleef zij grootendeels in handen van den griffier (c.q. de dezen remplaceerende ambtenaren); de correspondentie met den Keizer haast geheel; verder die over de Keulsche onderhandelingen, waarvan een afzonderlijk register bewaard is 2), dat niet van den Duitschen secretaris afkomstig is. Van verscheidene dezer depêchen-registers zijn, evenals van de resolutiën-registers, in het archief ook nog in lateren tijd vervaardigde copieën aanwezig 3), waarover wij hier niet verder behoeven te handelen 4). étd&èi Verloren zijn voor de eerste jaren — behalve een enkel der registers — voor verreweg het grootste gedeelte de losse stukken, die eenmaal aan de lias zaten, waarvan in de resolutiën der eerste jaren herhaaldelijk gewag gemaakt wordt. Heeft men deze losse stukken, die de eerste klerk moest „inventorier et enfiller par ordre et selon leur daté" 5), 1) S. G. 3799 en 2800. Buiten op het eerstgenoemde staat behalve een titel: „n°.2". Vermoedelijk zal dit cijfer later bijgeschreven, toen S. G. 3798 (zie de vlg. noot) reeds bestond. N°. 3799 begint in Oct. 1577 en het is hoogst onwaarschijnlijk, dat hieraan nog een register is voorafgegaan. De secretaris was Johan van Langen (Griffie, 17). 2) S. G. 3798: „Gerrnanien. Second traieté du paix" (1576—1580). De stukken van vóór 1579 kan men als een inleiding op de Keulsche onderhandelingen beschouwen; in het begin alleen komen een paar stukken, die men er niet zou verwachten. 3) In de afdeeling: dubbelen der Staten-Generaal. — Eveneens kunnen wij ter zijde laten een register met copieën (S. G. 3804), dat eigenlijk onder de dubbelen thuis hoort; een register, bevattende copieën van 'met Frankrijk gesloten verdragen van 1578 af (S. G. 8302); een register, bevattende „verscheydene brieven, gesereven in t jaer 1577" (S. G. 3799), waarmede bedoeld zijn geintercipieerde brieven van don Jan, Escovedo e. a. (gedrukt achter het „Sommier Discours", waarover zie hierna, p. 238; een brouillon van het „Discours'' zelf in Verspr. Coll., Kamer 11, lijst XIII, n°. 36). 4) Buiten beschouwing blijven voorloopig ook de serieën van registers (van acten, ordonnantiën, commissiën en instructiën), die pas later beginnen (Griffie, 130 vlg.)> Volgens de instructie voor den agent en de klerken (Griffie, 174) moest er in 1578 ook een register van de commissiën aangelegd worden, maar dit is uit de eerste jaren niet aanwezig. 5) Griffie, 172. — Men moet dus wel aannemen, dat de lias, waarnaar in de resolutiën meermalen Verwezen wordt, de in de vergadering zelf aanwezige lias beduidt en dat de stukken hiervan werden opgeborgen — na rangschikking — wanneer men ze in de vergadering niet meer noodig had. 'Hftf * •INLEIDING. XXVII verwaarloosd, nadat met hunne registratie een aanvang gemaakt was? Zijn ze door een ongelukkig toeval verdwenen? Het zal wel nooit uitgemaakt worden. Er zijn wel losse stukken uit de eerste jaren in de tegenwoordige liassen van het archief der Staten i), maar slechts enkele hiervan hebben met de Staten iets uit te staan 2). Voor verreweg het grootste gedeelte zijn het stukken, uitgegaan van of ingekomen bij de in het begin van 1578 opgetreden regeering van Matthias en den Raad van State naast hem en de daarna volgende regeeringen 8). Men moet haast wel aannemen, dat de vermenging van de archieven dezer regeeringen met dat van de Staten-Generaal (tot ± 1585) geen willekeurig toeval, maar opzet is geweest, wanneer men bedenkt, dat in latere jaren de resolutiën van den Landraad nevens Anjou (opvolger van den Raad van State naast Matthias) in het register van de resoltliiën van de Staten-Generaal' zijn geschreven voor het tijdvak van 14 Aug. 1581— 19 Jan. 1582 4), en wanneer men verder bedenkt, dat ook onder de depêohen-registers in het archief der Staten-Generaal registers voorkomen met brieven van de genoemde regeeringen 5). De vermenging moest in de hand gewerkt worden, omdat de Staten en deze regeeringen enkele ambtenaren gemeen hadden. Maar, hoe dit zij, de losse stukken uit het Staten-archief zijn in de tegenwoordige verzameling in de eerste jaren niet meer aanwezig op enkele uitzonderingen na, die men aantreft in de liassen, in de loketkas en de secrete kas der Staten en in het zoogenaamde supplement (of vervolg) van het archief van dit lichaam 6). Hoe zeer het te betreuren valt, dat het belangrijke Staten-archief 1) Zie over de verschillende serieën vart de lias Griffie, 209, waar het aanvangsjaar van enkele serieën niet geheel juist wordt medegedeeld. - 2) De eerste is S. G. 4683, waarin verschillende stukken van vóór 1576 (betreffende de centrale regeering), één Spaansch stuk uit 4576 en een 5-tal stukken betreffende de StatenGeneraal uit 1577. 3) Dit geldt zoowel van de lias loopende (S. G. 4684 en vlg.) als van de andere liassen, die reeds stukken uit deze jaren bevatten (o.a. S. G. 5951: Paltz; S. G.5956: Hanze; S. G.5960: Kleef, Gulik, Berg; hierin uit 1578 en eerstvolgende jaren haast uitsluitend brieven aanMatthias). 4) Griffie, 102. 5) S. G. 3801—3803 bevatten de uitgaande Duitsche correspondentie van Matthias en den Raad van State en loopen dus parallel met S. G. 3799 (dat tot 1581 gaat); in het ééne register wordt soms naar de andere verwezen. — S G. 3775 bevat de „expéditions, commandées par S. A. (sc. Anjou) au S*. d'Asseliers" enz, beginnende 28 Juli 1582. — S. G. 3779 bevat de „Sentbrieven van Zyne Genade (Maurits) en die van den Rade van State" van 26 Nov. 1584— 14 Mei 1585. 6) liet ligt natuurlijk niet op mijn weg dit in bizonderhéden te beschrijven, al heb ik al de stukken uit deze 3 onderdeelen van het Staten-archief (zie over de beide eerste: Griffie, 126 vlg. en 135 vlg.), voor zoover ze voor mij van belang waren, moeten onderzoeken. Uit de loketkas Wijs ik in het bizonder op: loopende 24, waarin verscheidene minuten van 1577. Uit het supplement op de nos. 107 en 108, waarin origineele rekeningen van Thierry van der Beken en Asseliers. Overigens noem ik deze stukken alleen, voor zoover noodig; bij de bewerking der resolutiën zelf. XX.VHI INLEIDING. voor de eerste jaren zulke groote verliezen geleden heeft, er zijn gelukkig surrogaten. De weg, om deze te vinden, is jaren geleden op meesterlijke wijze ge teekend en tevens betreden door Gachard. Men vindt hem in breede trekken in de Inleiding tot de Actes des Etats Grénéraux (1576—1585) en het resultaat van Gachard's pioniersarbeid ten dezen in de twee gepubliceerde deelen (— 1580) van dit helaas! onvoltooide werk 1). De weg is eenvoudig genoeg, alleen wat lang; het kost moeite hem tot het einde toe af te loopen. Men onderzoeke, in welke archieven de origineelen van de van de Staten-Generaal uitgegane stukken bewaard zijn, ter vervanging van hunne minuten, waarbij men natuurlijk in de eerste plaats heeft te denken aan de archieven der geadresseerden zelf. Men onderzoeke, waar copieën van stukken, aan de Staten gericht of van hen afkomstig, terecht zijn gekomen, ter vervanging dus zoowel van origineelen als minuten. Dergelijke copieën werden in de griffie gemaakt voor de gewesten, ter vergadering compareerend, al heeft hierin in den beginne waarschijnlijk niet veel systeem bestaan 2). Ook werden in enkele provinciën van deze copieën weer copieën gemaakt voor de steden, ter gewestelijke Staten-vergadering compareerend 3). Men vindt zulke stukken dus in archieven van provinciale en stedelijke regeeringsorganen, meerdere malen ook geregistreerd in de registers der resolutiën der provinciale Staten, enkele malen zelfs in een register met stedelijke resolutiën. Ook kregen buitenlandsche gezanten zulke copieën—,op welke wijze, doet voor ons hier minder ter zake. Een vrij groot aantal kwam ten slotte in particulier bezit — deze stellig voor een groot gedeelte uit openbare archieven afkomstig —, waardoor er enkele collectiën ontstonden, die in hun nieuwen-vorm weer ten deele zijn teruggekomen in archieven, waar men ze dan nu onder de Aanwinsten heeft te zoeken, en in bibliotheken. Wij mochten dus voor ons onderzoek onze hoop vestigen op archieven (rijks- en gemeente-) in Nederland en in België, het Koninklijk Huisarchief in Nederland, op bibliotheken, waar verzamelingen van handschriften worden gehouden, en op andere, niet-Belgische, buitenlandsche archieven. Onder de eerste natuurlijk in de allereerste plaats op het archief van de Spaansche regeering in de Nederlanden en op andere verzamelin gen van het Brusselsche staatsarchief. Dit is de weg, door Gachard gewezen, door ons ten einde toe doorgetrokken. Althans hier op het 1) Regesten van het onuitgegeven gedeelte (1581—1585) worden in nis. bewaard in de Arcbives Générales te Brussel (Cart. 327Bbi«); wij hebben er dankbaar gebruik van gemaakt. 2) Zie o. a. hierna, p. 156 en vlg. 3) Bepaaldelijk kon ik dit constateeren voor Holland (zie hierna, p. XLIV). Overigens raag de aanwezigheid van copieën in stedelijke archieven niet overal tot de conclusie leiden, dat dit copieën van.copieën zijn (zie wat hierna over Gelderland, Vlaanderen en Overijsel wordt gezegd). DJliBlDlNO. papier. In de praktijk hebben wij de uiterste consequentie niet trachten te bereiken. Evenals Gachard deed, hebben wij voor ons zoeken een keuze gedaan en daarbij de keuze van Gachard belangrijk uitgebreid, vooral in ons land zelf, waar Gachard alleen het Algemeen Rijksarchief had bezocht. In België stelden wij er ons mede tevreden Gachard's spoor in hoofdzaak te volgen, hier en daar een zijspoor inslaande. Frankrijk, Engeland- en Spanje lieten wij buiten ons onderzoek of liever wij stelden ons tevreden met het werk, door anderen vóór ons hiér reeds verricht. Voordat wij in de volgende bladzijden een overzicht bieden van onze onderzoekingen, nog een paar opmerkingen. Dit deel van ons onderzoek werd opgezet en — wat de voorbereiding aangaat — afgehandeld voor de jaren 1576—1585, dezelfde periode, waarvoor Gachard materiaal verzameld had. Dit leek ons het meest praktisch, omdat na 1585 het archief der Staten-Generaal zelf wat beter voorzien is dan daarvóór en dus van buiten alleen naar strikt noodige aanvullingen zal behoeven Omgezien te worden, en vooral omdat ha 1585 de Belgische oogst uitgeput is. Door de zaak zóó op te zetten, konden wij met één bezoek aan België volstaan, een groot voordeel, al kostte de voorbereiding voor ons eelfete deel dan ook wat langer tijd. Het bezoek — aldus onze tweede opmerking — had niet alleen ten doel Gachard aan te vullen, maar ook de stukken te zien. door hem gesignaleerd. Immers óns einddoel was niet hetzelfde. Hem was het te doen om korte regesten, die hij in zijne Actes opnam en die in zeer ongelijken vorm en inhoud als de sporen dragen van hun ontstaan op verschillende tijden en plaatsen. Ons was het te doen om de heele stukken zelf, die wij voor onze toelichting noodig hadden. Maar zeker zouden de vijf weken, die wij in Bélgië doorbrachtèn, onvoldoende geweest zijn, hadden wij niet vooruit geweten, dat wij de stukken, die wij nader wilden bestudeeren, voor een zeer groot gedeelte in Den Haag konden toegezonden krijgen. Dit gold in het bizonder van de Belgische staatsarchieven, wier zeer liberale beheerder, de heer J. Cuvelier, met groote tegemoetkomendheid toezending van de gewenschte stukken naar het Algemeen Rijksarchief beloofde ên later bezorgde. Bovendien werden de burgemeester van Ieperen, de heer R. CoHard, en de archivaris dier stad, de heer E. de Sagher, bereid bevonden eenige portefeuilles uit de zeer rijke verzamelingen van het lepersche stadsarchief naar Den Haag op te zenden. Zooals op onze Belgische rondreis 'voor het grootste gedeelte, konden wij ons op onze Nëderlandsche rondreis uitsluitend beperken tot het aanteekenen van de voor ons in aanmerking komende registers en losse stukken, want niet alleen uit de rijksarchieven in de provinciën, maar ook uit de gemeentearchieven (een enkel niet, zonder dat aanvankelijke bezwaren overwonnen XXX INLEIDING. moesten- -worden) was overzending naar Den Haag mogelijk. Op het Algemeen Rijksarchief kon dus de oogst ten slotte nader geproefd worden. Hier werden dan ook de meeste afschriften voor onze uitgave gemaakt. Ons overzicht beginnen wij met het gastvrije België en hier wénden wij ons allereerst naar de: Archives Générales te Brussel 1). Het archief van den Audiencier en den secretaris van den Raad van State 2), dat, althans voor den tijd, die ons aangaat, vrijwel het heele arehief van de Spaansche regeering in de Nederlanden omvat, wordt bewaard in groóte, hooge doozen, „liassen" genoemd, waarin reeds zoo velen, ook Nederlanders, iets van hunne gading hebben gezocht en gevonden. Maar voor ons bevatten deze doozen zeer weinig meer van eenig belang, want Gachard heeft er ook voor de jaren, die ons bezig hielden, eenige reeksen van stukken over bepaalde onderwerpen uit gehaald 3) en hiervan afzonderlijke, keurig ingebonden verzamelingen gemaakt, waarbij dan ook wel stukken van andere herkomst zijn gevoegd. Archivalisch een zeer bedenkelijke maatregel, al is het gebruik van deze ingebonden deelen heel wat gemakkelijker dan de moeilijk handelbare doozen. En juist van deze reeksen van stukken moesten wij het vooral hebben. Het zijn de N é g o c i ations de don Juan d'Autriche avec les Etats-Généraux, 5 dln. 4), door Gachard ongetwijfeld verzameld voor het Appendiee van zgn Précis de la Oorrespondance de Philippe H sur les affaires des Pavs-Bas; in het Appendice van het vijfde (laatst verschenen) deel vindt men reeds een aantal stukken uit deze verzameling. Grootendeels zijn dit origineelen (nl. van de brieven van de Staten) en minuten (nl. van de brieven aan de Staten, van de hand van Jean Baptiste de Berty, secretaris van den Raad van State). Verder de verzameling: Etats-Généraux 'de 1576 a 1600 5), gevormd uit zeer heterogene bestanddeelen en zonder veel 1) In het algemeen raadplege men hiervoor: Th. Bussemaker. Verslag van een Voorloopig Onderzoek te Lissabon en Brussel naar Archivalia, belangrijk voor de geschiedenis van Nederland ('sGrav. 1905), 142 vlg. 2) Zie hierover den Inventaire Sommaire des papiers d'état et de 1'audience, par Edg. de Marneffe. Een zeer gemakkelijke handleiding, die echter niet geheel volledig is. In de Inleiding een en ander over den oorsprong. 3) Cf. Bakhuizen van den Brink, Studiën en Schetsen, V, 38. — Een opgave van deze reeksen in Gachard's rapport over het Belgische Archiefwezen aan den minister van Binnenl. Zaken van 1866, p. 127. 4) Aud., 252—256. — 256 bevat correspondentie „avec divers", maar toch ook v.n. met de Staten-Generaal. — In zijne Actes noemt Gachard deze collectie nog niet. Hij citeert de stukken er uit als losse stukken (cop., min. enz.). 5) Aud. 652—659. — 659 loopt tot 1584, maar 657 bevat stukken tot 1600 (deze nog niet ingebonden). — Deze collectie wordt door Gachard in de Actes reeds als zoodanig geciteerd (cf. de Introduction, XXXIX, n°. 45; daar nog slechts 5 dln.). INLEIDING. XXXI plan bijeengebracht. Men vindt er o. a. veel in over de samenroeping der Staten in 1576, over financieels zaken, terwijl één deel geheel gewijd is aan de onderhandelingen van de Staten met Anjou 1). Ook in deze verzameling zijn verscheidene origineelon, maar het aantal eopieën overweegt. Er zgn nog andere verzamelingen, die bepaaldelijk op de StatenGeneraal betrekking hebben en ook wel op dezelfde wijze als de vorige gevormd zullen wezen 2). Zij beslaan echter een veel grooter tijdvak. Voor ons komen ér sléchts enkele stukken van belang in voor. Afzonderlijk noemen wg verder een register; Instructions et ordonnances yeiatives aux Etats-Généraux de 1576 a 1578 3). Dit is niet een later gevormd deel, maar een register met instructiën, grootendeels copieën uit den tijd zelf eri uit 1578 ook enkele origineelen, geteekend Matthias of Blylëven (toen een der secretarissen van de Staten-Generaal). Het is zonder twijfel een register, dat, zoo al niet uit de griffie der Staten-Generaal afkomstig, toch hier dichtebij zgn oorsprong heeft geVonden en dat zeker niet in het archief der Audience behoort 4). Hek zelfde geldt van een collectie, die .wij het best in dit verband noemen : de dépêches des rebelles, en de hier bijbehoorende: lettres émanant des Gouvernemens des rebelles, beide van 1577— 1583 s). Naar onze vaste overtuiging is de meening van P. L. Muller 6), dat wg hier te maken hebben met het archief van Jean d'Asseliers, audiencier vanwege de Staten-Generaal van 1679—1583, geheel juist. Vele minuten der brieven, plakkaten en andere stukken in deze 1) N°. 655. Alles uit dit deel, dat uitsluitend uit copieën bestaat, is bekend. 2) Aud. 1228—1231. (Recueil de pièces relatives aux assemblees des Et. Gen. de 1504 4 1598). — Aud. 647 (Etats-Généraux et Etats de Brabant, de 1519 a 1739). 3) Aud. 651. — Een ander deel met instructiën (Aud. 795: „Instructions pdur diverses personnes, envoyées en mission a 1'intérieur" 1527 a 1657) bevat instructiën van wege de Spaansche regeering, waaronder een enkele uit den tijd van de regeering van den Baad van State en van don Jan voor ons van belang is. 4) Ook Aud. 660—662: „Rentes et actions sur les Etats-Généraux" 1576—1582, is een op zich zelf staande collectie, in den lijd zelf gevormd en wel behoorend tot het Archief der Audience. De titel boven de inhoudsopgave van deel I licht den inhoud juist toe: „Déclaration de plusieurs rentes tant héritières, viagères et aultres actions, prétendues a la charge des EstatsGénéraux de pardeca, distinguées par diverses années dont les enseignemens autenticquées et mémoires sont délivréz es mains de mess™. Loyes Verreycken, chey., premier secr. et audiencier du Roy suyvant le contenu du placcart de Sa Mu'\ en date du" [niet ingevuld]. De deelen zijn van belang voor iemand, die zou willen nagaan, hoeveel rentebrieven (en aan wie) door de Staten-Generaal zijn uitgegeven. Men vindt er enkele requèsten aan de Staten van particucuderen aard tusschen en ook rentebrieven van de Staten van Brabant. 5) Resp. Aud. 550—563 en 564—579. — Aud. 484: „arrivée et réception de 1'arcbiduc Matthias", in den Inventaire Sommaire bij deze collectie genoemd, bevat in werkelijkheid nieuwsbrieven aan don Jan en Parma van 1578 en 1582—1583. — Aud. 488: „Correspondance du duc d'Alencon, 1583*', dan volgend in den Inventaire, bevat: „papiers, saisis sur le S». Charretiére, secrétaire du duc d'Anjou en 1583" (zie Anjou, V, 206, noot). 6) Handelingen M«. Ned. Lett., 1889, 124. XXXlI INLEIDING. uitgebreide verzameling zijn door hem geschreven. Hóe dëze stukken te Brussel gekomen zijn, doet er voor ons niet toe. Men zou ze eer verwachten bij de restes van het archief van den in 1578 opgerichten Raad van State, die wij in het archief der Staten-Generaal aantroffen (ook hierbij meerdere stukken van Asselièrs' hand); de beide deelen, vereenigd, zouden een dergelijke dubbele verzameling vormen als in de papiers d'état et de 1'audience van Spaansche zijde aanwezig is. Voor ons komt in de verzameling betrekkelijk weinig van direct belang voor. Iemand, die de regeering van Matthias en Anjou in vollen aanvang wil bestudeeren, mag de collectie, waarvan tot nu toe alleen de eerste helft, de depêches, gebruikt werd, terwijl de andere helft, de lettres patentes, haast geheel onaangeroerd werd gelaten, zeker niet overslaan. Wel weêr gèvormduit de liassen der Spaansche audience is de verzameling: „Réconciliations des pro vinces Wallonnes" *), ten onzent een der meest bekende, o. a. door het gebruik, dat Bussemaker er voor zijne Afscheiding der Waalsche Gewesten van maakte. Zij bevat v. n. stukken over de onderhandelingen van de Spaansche regeering in de Nederlanden met de edelen (malcontenten) en'met de Staten der Waalsche gewesten; voor de Staten-Generaal komt er niet zoo heel veel in voor. Er zijn meerdere, kleinere verzamelingen, waarvan de reconciliatie het onderwerp is (o.a. met Mechelen, Groningen, Antwerpen, Brugge) 2), maar deze bevatten alleen stukken van Spaansche zijde. Een uitzondering maken nog twee kleine verzamelingen losse stukken, getiteld: pacificatión des Pays-Bas 8) 1576—1599, die behalve (door Gachard reeds uitgegeven) stukken betreffende de pacificatie ook stukken over de satisfactiën van Utrecht en Amsterdam behelzen en onder de laatste eenige, voor ons van beteekenis. Eindelijk hebben wij nog enkele der deelen uit de verzameling: Aydes et Subsides te noemen, die, grootendeels althans, ook later gevormd schijnt. Het zijn accoorden van de provinciën, acten van acceptatie van de regeering en andere, met deze materie verband houdende documenten, meestal loopende over een ruim tijdsbestek. Elke provincie heeft hierin zijne registers. Slechts enkele hiervan bevatten, bepaaldelijk uit de jaren 1576 en 1577, toen Spaansche regeering en Staten-Generaal nog zoo wat naast elkander stonden, stukken, die wij moesten gebruiken: 1) Aud. 580—585. 2) Aud. 586—590. — Evenzoo bevat Aud. 410: „Négocjations de Cologne", in den Inventaire Sommaire bij de afdeeling: Réconciliations, geplaatst, alleen stukken van Spaansche zijde. — Ook 591 („traictés de pacificatión") bestaat uit dergelijke stukken. 3) Aud. 587' en 587»; deze niet in den Inventaire Sommaire. — Er zgn nog meerdere dergelijke kleine verzamelingen, niet in den Inventaire Sommaire genoemd, dje den vagen titel hebben: „documens divers XVIe siècle". Verscheidene hiervan, die wy doorgezien hebben, bevatten niets van belang voor ons onderzoek. . . uisli ••.< INLEIDING. XXXIII bep. die van Artois, Rijsel, Douay en Orchies, Doornik en het Doorniksche. J) Overigens is deze op zich zelf zeer merkwaardige verzameling, die nog weinig gebruikt is, alleen voor de financiën der Spaansche regeering (en hare voorgangster) in de Nederlanden van belang. De overige onderdeelen, die in dit archief in zijn tegenwoordigen staat aangetroffen worden, leverden voor ons niets op 2): noch de chartes dé 1'Audience noch de registres journaux de 1'Audience — om maar iets te noemen —, terwijl, naar wij reeds opmerkten, de liassen, na wat er uitgehaald is, voor ons vrijwel van belang ontbloot waren. Wij mochten, ze doorbladerende, wel vele malen de verzuchting slaken: wat is hier nog een rijke oogst voor onze geschiedenis te halen 3)! Behalve in de papiers d'état et de 1'audience hadden wij onze gading te zoeken in de van heinde en ver bijeengekomen afdeeling der cartulaires et manuscrits 4), die het best te vergelijken is met de Aanwinsten en de Verspreide Collectiën van ons Algemeen Rijksarchief samen. Alle onderling verband ontbreekt. Wij kunnen niets doen dan opsommen, welke nummers hieruit ons materiaal vermeerderden, en houden ons — overslaande de nummers, die wij zonder baat raadpleegden — bij deze opsomming aan de volgorde van den inventaris (afd. ouvrages manuscrits): 182—184: Papiers de Henri de Bloyere, bourgmaitre de Bruxelles. Veel gebruikte verzameling, vooral voor de onderhandelingen met Anjou van beteekenis 5). Voor ons doel komen alleen deel II en deel III eeniger* mate in aanmerking. 194B : Brieven van de magistraat van Valenciennes, 1561—1583, waaronder, uit de jaren 1578 en 1579, van en aan de Staten-Oeneraal. 196B : Een deel met copieën uit de jaren 1576—1581; grootendeels ook van elders bekende stukken. 327A—D: de manuscrits d'Alegambe, welbekende, door Gachard rijkelijk benutte verzameling copieën 6) van den gedeputeerde ter Staten-, 1) Besp. Aud. 685, 754, 769. 2) Aud. 1195 (inventaire des joyaux engagés a la reine Elisabeth), beheorende tot de afdeeling: Affaires extérieures (Inventaire Sommaire, 30 vlg.) bevat nog een enkel stuk van belang. 3) Behalve deze liassen is er nog een afzonderlijke collectie, bekend als de cartons (beschreven in inv. 384 tot 388 van de tweede Sectie; cf. Inventaire Sommaire, 34). Hierin troffen wij slechts één Carton (nl. n°. 191: over Utrechtschc zaken), dat ons iets opleverde. Vrij veel van deze collectie is niet meer ter plaatse aanwezig, maar in andere collectiën overgebracht. 4) Een gedeelte hiervan, het supplement, is door Bussemaker in zijn Verslag niet gebruikt, evenmin als een niet beschreven deel dezer collectie. Beide zijn trouwens van gering belang. 5) Het zijn de 3 deelen, die Bakhuizen (Studiën en Schetsen, IV, 47), zonder den titel te noemen, aanduidt als verzameld door den heer Lammens. C) Op verscheidene hiervan staat: Tournay, wat bewijst, dat het voor een deel copieën zijn uit de griffie, bestemd voor Doornik. Het zijn volstrekt niet uitsluitend copieën van brieven van en aan de Staten-Generaal. 111 XXXLV INLEIDING. Generaal namens Doornik, Louis Alegambe, heer van Bassenghien; zij is vooral belangrijk voor de jaren 1676—1579 en bevat nog enkele stukken uit 1680 en 1581. 327B : een register met eigenhandig geschreven aanteekeningen van Barthélemy Liébart, gedeputeerde van het Doorniksche *). Zij zijn te beschouwen ten deele als particuliere notulen van het ter Staten verhandelde 2) en lichten dan de notuleering van het officieele register van den griffier op verscheidene plaatsen toe; ten deele als een copie van dit laatste register s). 327°: Becueil de dépêches, instructions etc, adressées aux EstatsGénéraux ou émanées d'eux, 1583-1598. Het deel schijnt af komstig van de griffie der Staten-Generaal 4). Daar dit deel vooral voor den tijd na 1585 van belang is, behoudens wij ons een nader oordeel voor. De stukken tot 1686, die er in voorkomen, zgn ook van elders bekend. 810A : Deel met copieën van stukken uit Don Jan's tijd, waaronder enkele voor ons van beteekenis. Het is een dergelijke, maar kleinere verzameling als de manuscrits d'Alegambe en de later te noemen, op het Algemeen Rijksarchief aanwezige Acta Statuum Belgii 5). Van de overige Belgische staatsarchieven bezochten wg die te Bergen, Brugge en Gent. Over alle drie kunnen wg kort zijn. De door ons hier geraadpleegde deelen werden vrijwel alle ook reeds door Gachard voor zijne Actes gebruikt. TeBergenis aanwezig het archief der Staten van Henegouwen en tevens dat der Staten van het Doorniksche 6). Uit het eerste komt in aanmerking een register met resolutiën van de Staten van Henegouwen uit 1578, waartusschen verscheidene stukken van en aan de Staten-Generaal zijn geïnsereerd; een register met copieën van 1516-1577, waaronder eveneens stukken betreffende de Staten-Generaal; nog een dergelijk register met copieën van 1570—1634 7). Uit het tweede een zwaar register metreso- 1) De naam staat niet in het deel, maar de hand bewijst genoeg. 2) V.n. 't eerste gedeelte, dat notulen bevat van 29 Dec. 1576 en van 23, 30 Jan., 15—22 Febr. 1577. 3) Nl. van 19-25 Febr. 1577 en van 21 April 1578-5 Oct. 1579 (dit laatste echter meer regest dan copie). ïn dit gedeelte zyn slechts enkele verschillen met het register van den gnffier. 4) Cf Actes, Intr., I, XL, n». 49. — Het daar volgende nummer: Etats Généraux tenus en 1618 et 1619, pour diseater les prétensions du Roy d'Angleterre (Cart. 327B), bevatte geene ons onbekende stukken meer, voor zoover deze ons aangingen. 5) Een onderzoek, door ons ingesteld in het archief der secrétairerie d état allemande en in het ook op de Archives Générales bewaarde archief van de Staten van Brabant (hiervan bestaat een Inventaire Sommaire) leverde voor ons doel niets op. 6) Van beide bestaat een Inventaire Sommaire. — Voor het eerste zie men nader: L. Devillers, Inventaire analytique des archives des Etats de Hainaut (Mons, 4884), 3 dln. 7) InveWaire Sommaire, resp. n°«. 405, 409 en 585 (de beide eerste bij Gachard, Actes, Introd., I, XLIII, resp. n<». 60 en 59). INLEIDING. XXXV lutiën van de Staten van het Doorniksche en hiertusschen geïnsereerde stukken, 1572—1589 1). Te Brugge (dépot van West-Vlaanderen) komen voor een viertal recueils de pièces de toute nature van 1402—1646. Zij maken deel uit van het archief van het Vrije van Brugge 2), één van de vier leden van Vlaanderen. Er komen onder deze niet chronologische geordende stukken verscheidene voor, die de StatenGeneraal aangaan en waarvan wij eenige hebben kunnen gebruiken. Verder berust hier nog een pak losse stukken, meest copieën uit 1577 8), die ons op één stuk na ook van elders bekend waren. Het staatsarchief te Gent *) (van Oost-Vlaanderen) bezochten wij alleen om kennis te maken met hier aanwezige registers van resolutiën der Staten van Vlaanderen uit de jaren 1580—1583. De geïnsereerde stukkeu, die wij hierin hadden kopen aan te treffen, ontbraken wel niet geheel, maar ze waren voor ons van geen belang 6). Wat de Belgische stadsarchieven betreft: wij bezochten die van Ieperen, Brugge, Gent en Antwerpen, Hoe de vier leden van Vlaanderen hunne copieën kregen — of zij voor alle vier gemaakt werden in de griffie dan wel elders —, weten wij niet. De vier leden 6) hadden geen vaste vergaderplaats en evenmin een permanent bureau. Wij konden ons wel overtuigen, dat copieën van dezelfde stukken voorkomen in alle drie de archieven der Vlaamsche steden en bovendien in de pas genoemde verzameling, van het Vrije afkomstig, en dat bovendien enkele aan de vier leden geadresseerde (origineele) brieven terecht zgn gekomen in de stedelijke archieven (bep. te Ieperen en Gent), waaruit 1) Inventaire Sommaire, n°. 1 (actes des assemblées des Etats; ook bij Gachard, t. a. p., n°. 61). — De rapporten van Liébart in dit archief (nos. 109) zijn grootendeels uitgegeven door Gachard (Buil. III10 en III11); de onuitgegeven gedeelten zijn voor ons zonder belang. Ook n°. 111 (journal d'un dépnté) bevat aanteekeningen van hem, maar meest over zijne verrichtingen buiten de Staten-Vergadering. 2) E. van den Bussche, Inventaire des archives de 1'état a Bruges. Section première. Franc de Bruges, 2 dln. (1881—1884). Onze recueils hierin: deel II, § XI, n«». 636—639 (ook gebruikt door Gachard: Actes, I, Introd., XLIII, n°. 58). 3) Archiefnummer: liasse du Franc 7553. 4) Hiervan alleen een ms. inv. 5) Op het staatsarchief te Antwerpen berusten nog resolutiën van den Breeden Raad, collectie der Bereyders (1579—1583) en collectie der Wij ck mees Iers (1579—1585), waarin correspondentie van de Staten-Generaal geïnsereerd. De heer Vannerus, de conservateur, berichtte ons, dat Gachard deze deelen, die vroeger te Brussel waren, zelf gebruikt had, al noemt hij ze nergens. Wij hopen de deelen later, als onze uitgave tot 1579 gevorderd zal zijn, in Den Haag op te vragen. — Noch in het dépot te Luik (zie den Inventaire Sommaire van den „conseil privé" en van de „trois états") noch in dat te Namen (zie J. Carlot, Revue des Bibl. et Arch. de Belgique, II, 214 vlg.) schijnt iets voor ons van belang voorhanden. 6) Vergaderingen hiervan kwamen in de jaren, die ons bezig houden, geregeld voor. Die van de Staten van Vlaanderen (adel en geestelijkheid en vier leden) waren zeldzaam; deze werden door den Raad van Vlaanderen bijeengeroepen (zie b.v. hierna, p. 497). XXXVI INLEIDING. wij misschien mogen concludeeren, dat de stad, waar de vergadering plaats had, de voor die vergadering ingekomen stukken bewaarde. Verreweg het belangrijkste dezer depóts vormen de zeer rijke archieven van Iep eren. Wij wisten het vóór ons bezoek wel, dat hier een zeer groote voorraad copieën bewaard werd. Maar wij hadden gemeend, dat na de talrijke publicatiën van I. L. A. Diegerick, na de oogst, die P. L. Muller en A. Diegerick er hadden uit gehaald, na de stukken, die Gachard er in vermeldde, er niet meer zoo heel veel zou overblijven. Het bleek een — gelukkige —vergissing! Nu wij deze verzameling goed kennen, aarzelen wij niet te verklaren, dat hier voor ons onderwerp verreweg de grootste hoeveelheid aangetroffen wordt. Al deze stukken met elkander (copieën en meerdere orgineele brieven, zoo aan de magistraat van Ieperen als aan de vier leden) zouden, althans voor de jaren 1576—1578 (van 1579 af wordt de hoeveelheid steeds minder), ten naasten bij het geheele archief der Staten-Generaal compleet kunnen maken. In den tegenwoordigen toestand is de verzameling in haar geheel niet gemakkelijk te overzien. Zij is door Diegerick op dezelfde wijze behandeld als die van de liassen der Audience door Gachard en dus nu, vrijwel geheel, naar onderwerpen geclassificeerd *). Voor ons maakte dit het werk veel gemakkelijker, te meer, omdat Diegerick op de meeste pakketten had aangeteekend, wat er van uitgegeven was, en zelfs, welk gedeelte wel en welk gedeelte niet in de Actes van Gachard 2) gebruikt was. Alweêr: uit archivalisch oogpunt hoogst bedenkelijk, maar voor den onderzoeker (althans in ons geval!) aangenaam. Hoe veel wij aan deze verzameling nog hebben kunnen ontleenen, de noten in dit deel zullen het uitwijzen. Wij mogen van dit archief geen afscheid nemen zonder den wensch uit te spreken, dat het den heer De Sagher, die er reeds zoo veel verdienstelqk werk verrichtte, moge gegeven zijn er een inrichting aan te geven, waardoor de rijkdom van het dépot geheel tot zijn recht komt 3); maar het personeel, bestaande uit den heer De Sagher alleen, mocht dan wel vertiendubbeld 1) Zie de opnoeming der pakketten bij E. de Sagher, Notice des Archives Commnnales d'Ypres (ïpres, 1898), 227 vlg. Wij citeeren niet naar deze pakketten zelf, maar naar de portefeuilles, waarin ze nu zijn ondergebracht. 2) Gachard heeft uit dit archief eerst na de voltooiing van zijn eerste deel in belangrijke mate geput. . 3) Wij dienen er op te wijzen, dat er op dit. archief bij ons bezoek ook nog met of slecht geordende gedeelten waren, waardoor het mogehjk is, dal een en ander aan onze aandacht is ontgaan. Zoo was er een collectie „mortuaire Diegerick" (een verzameling, na den dood van A. Diegerick uit Gent teruggekomen), die wij -slechts zeer globaal hebben kunnen raadplegen. De heer De Sagher, die bij ons bezoek zich reeds zoo veel moeite gegeven had, heeft ons nog meer aan zich verplicht door na ons bezoek verder in enkele richtingen te zoeken; dit echter zonder resultaat. INLEIDING. XXXVII worden. Ook het stadsarchief van Gent 1) behelsde voor ons een belangrijke hoeveelheid documenten: vooreerst in enkele uit de statige rij van registers 2) met copieën van stukken van onderscheiden aard, dan inde verzameling der ontvangen brieven (waaronder ook verscheidene aan de Staten van Vlaanderen) — beide ook reeds aan Gachard bekend, al heeft hij — naar zijn gewoonte — geen van beide tot den bodem geleegd 8). Ten slotte is hier onder de registers met resolutiën van de Staten van Vlaanderen één deel, waarin eenige geïnsereerde stukken (brieven aan de vier leden uit 1579), die ons goed te pas kwamen Een dergelijk deel met resolutiën van de Staten van Vlaanderen, waarin eveneens eenige geïnsereerde stukken van belang uit 1580 en 1581, troffen wij aan op het stadsarchief van Brugge 4). Hier waren verder van beteekenis twee registers met copieën, die Gachard ook reeds gebruikte 5). Een portefeuille met losse stukken, getiteld: Etats-Généraux 1555—1600, leverde slechts een paar documenten, die ons van eenigen dienst konden wezen. Veel minder goed voorzien dan de Vlaamsche zijn de Brabantsche stadsarchieven 6), althans voor ons onderwerp. Alleen Antwerpen bewaart een verzameling copieën, die v.n. uit einde 1577 en uit 1578 zijn en waarvan die uit 1577 haast uitsluitend op de ontvangst en de aanstelling van Matthias als landvoogd betrekking hebben. Verder troffen wij hier in de correspondentie der magistraat een paar brieven van en aan de Staten-Generaal aan uit 1578 en 1579. Deze stukken waren aan Gachard onbekend gebleven of althans door hem niet gebruikt 7). 1) V. van der Haeghen, Inventaire des arcbives de la ville de Gand (Gand, 1896). 2) Die genummerd X, Y, Z (op deze registers, waarin de stukken niet chronologisch voorkomen, is een chronologische ms.- tabel, die tevens als regesten-1 ijst kan beschouwd worden) en het register betreffende de teruggave der privilegiën en de gevangenneming van Aerschot in 1577 (cf. Actes, I, Introd., XLIV, nos. 64—67; verder Van der Haeghen, 49 en 32). 3) Onder de andere collectiën was niet veel, dat voor ons in aanmerking kwam (zoo in dè Corresp. de Guill. le Taciturne, Pacificatión de Gahd, Paix de religion, Union d'ütrecht, — Van der Haeghen, 30 en 33). Wij vestigen nog de aandacht op een copie van het register van den griffier (inv., p. 5), dat loopt van 1 Oct.—45 Dec. 1576; stellig een der oudste copieën van het register en waarschijnlijk voor Gent bestemd. 4) Het is opmerkelijk, dat in de exemplaren der resolutiën van deze Staten (die ons overal onvolledig toeschenen) in verschillende archieven volstrekt niet dezelfde geïnsereerde stukken staan. In het bedoelde deel te Brugge, loopende van 1580—1582, komen er 892 voor (de meeste uit einfle'1581, v.n. afkomstig van den landraad). In een ander deel, loopende van 1580—1583 (in hetzelfde archief) ontbreken ze. In dat te Gent (Staatsarchief, zie hiervóór, p. XXXV) wel geïnsereerde stukken, maar andere! — Een copie-deel van deze resolutiën van 1580—1583 ook ter Koninklijke Bibliotheek in Den Haag (hs. 132 A 16). 5) WiUenboeck C en D (Actes, I, Introd., XLIII, no». 62—63). 6) Voor Mechelen verzekerde ons de heer H. Diericx, archivaris' der stad, dat alle voor ons in aanmerking komende stukken geanalyseerd zgn in: P. J. van Doren, Inventaire des archives de la ville de Malines (Malines—1865), 4 dln. Zoo noodig zouden wij van deze stukken copieën kunnen vragen, waartoe wij tot nu toé geen aanleiding vonden. 7) Te Brussel noch te Leuven was blijkens ingewonnen inlichtingen iets van belang.— XXXVIII INLEIDING. Wij komen in Nederland terug en vermelden nu allereerst, dat wij in het Huisarchief, waar wij door de goedgunstige beschikking van H. M. de Koningin toegang hadden, behalve eenige orgineele brieven van en aan Oranje, eenige copieën van stukken van de StatenGeneraal mochten aantreffen; evenzoo een paar origineele brieven van Jan van Nassau uit 1579. Over het Algemeen Rijksarchief spraken wij reeds, voor zoover het archief der Staten-Generaal aangaat. Er valt hier verder nog te spreken over enkele Aanwinsten en enkele nummers uit de Verspreide Oollectiën. Wij laten er een opsomming van volgen^ zooals wij deden met de Gartulaires et manuscrits van de Archives Générales: Aanwinsten 1826, n°. 18 (3 dln.), de zoogenaamde Acta Statuum Belgii (aangekocht uit de collectie-Musschenbroek). Deze verzameling bevat grootendeels copieën van 1576—1579, in den tijd zelf gemaakt, en deze voor een deel afkomstig uit de griffie van de Staten-Generaal. Wij onderschrijven de meening van Gachard, dat zij zeer waarschijnlijk heeft toebehoord aan het kapittel van St. Bavo te Gent *); de uit de griffie afkomstige copieën zouden dan misschien die zijn, die werden gemaakt voor de geestelijkheid van Vlaanderen. Aanwinsten 1833, n°. 84 (hss. Jac. Koning). Een kleine verzameling losse copieën uit 1577—1580, grootendeels uit den tijd zelf; herkomst onbekend. Aanwinsten 1860, n°. 178 (hss. Van Voorst). Een deel met stukken van zeer verscheiden aard, waaronder ook meerdere copieën van stukken betreffende de Staten-Generaal, de meeste uit de jaren 1576—1578. Er komen meerdere origineele brieven in voor, v.n. van Jörgen Voet, aan graaf Willem van den Berg. Of het deel uit diens archief afkomstig is 2)? Verder troffen wij nog enkele weinige stukken aan in de Aanwinsten 1832 (Gérard), 1895 (Van de Spiegel) en 1906 (n°. XLIII, 4-8), die voor ons belang hadden en waarvan wij gebruik konden maken. De hier en daar in de Aanwinsten voorkomende copieën, die ons reeds van elders bekend waren, behoeven wij hier niet te noemen. Van de Verspreide Oollectiën leverden ons alleen kamer 10, lijst 1, n°. 31—33, en kamer 11, lijst 13, n°. 36, een geringe oogst op voor het Evenmin te Doornik (zie A. Hocquet, Inventaire analytique des archives de la ville de Tournay) en te Mons (L. Devillers, Inventaire analytique des archives de la ville de Mons, 1882—1896, 3 dln ). 1) Actes, I, Introd., IX; cf. echter Bakhuizen van den Brink, Overzicht van het Nederlandsen Rijksarchief, 117. De collectie bevat volstrekt niet uitsluitend stukken betreffende de Staten-Generaal. 2) Cf. Actes, I, Introd., X. — Behalve de origineele brieven aan Van den Berg ook enkele aan Seino van Dordt. INLEIDING. XXXIX jaar 1577. Het is bij de weinig bevredigende wijze, waarop een deel dezer verzameling1) beschreven is, trouwens wel moeilijk met eenige zekerheid te zeggen, of men alles gezien heeft, wat van belang zou kunnen zgn. Het ook op het Algemeen Rijksarchief berustende archief der Staten van Holland was voor ons van zeer weinig belang. In het archief van Paulus Buys, dat zeer slecht bewaard is, vonden wij niets. In dat van Oldenbarnevelt is een vrij groot aantal stukken van vóór 1585, waarvan wij een enkel konden gebruiken. Het archief van den R aad van State begint — enkele registers met resolutiën, die in 1581 (landraad beoosten Maze) 2) aanvangen, daargelaten — pas in lateren tijd. De Rijksarchieven in de provinciën hebben —op die van Limburg en Drente na — alle hun min of meer belangrijke bijdragen voor onzen arbeid geleverd. Boven aan in rijkdom van voor ons belangrijke stukken staat het dèpöt in Utrecht, het eenige tevens, dat wij niet persoonlijk bezochten, omdat de beheerder zich welwillend belastte met de aanwijzing en opzending der voor ons in aanmerking komende portefeuilles uit de reeds geheel geordende verzameling van het Statenarchief. Het zijn losse stukken, verdeeld in: origineele brieven van de Staten-Greneraal; stukken, uitgaande van de Staten-Generaal; afschriften van nouvelles, ingekomen bij de Staten-Generaal; afschriften van bij de Staten-Generaal ingekomen stukken; vertalingen voor de Staten van Utrecht van de hun door hunne gecommitteerden gezonden stukken, alles van 1576—1585. Verder raadpleegden wij ook met vrucht eenige portefeuilles uit de papieren, nagelaten door Floris Heermale en door Floris Thin. Niet veel minder rijk is het Staten-archief in het dépot in Zeeland, waar het meerendeel onzer stukken in de welbekende, immers reeds door Van de Spiegel gebruikte registers van oude acten A, B, 0 en D 3) voorkomt, althans voor de jaren 1576—1578. Losse stukken troffen wij hier aan in de relatieven tot de Notulen van Staten en Raden, die eerst van 1580 af van beteekenis voor ons werden. Ook gaven de losse stukken uit de eveneens hier bewaarde papieren van Jan van de Warcke eenige belangrijke bijdragen, v.n. voor 1578 4). Als curiosum noteeren wij, dat onder de .papieren van dezen pensionaris van Middel- 1) Wij mogen met vreugde mededeelen, dat de zonderlinge verzameling bestemd is opgelost te worden, en dat hiertoe reeds voorbereidende werkzaamheden verricht worden. 2) Het register van de resolutiën van den landraad bewesten Maze, ook in 1581 beginnend, berust in Aanwinsten 1864 (hss. Rethaan Maearé). 3) Nu ras. inv., resp. n«". 820, 821, 8, 822 (het laatste voor mij van geen belang). 4) Een paar stukken gaven ook de brieven, ingekomen bij de Brabantsche gedeputeerden -ter Generaliteit, bij de Staten-Generaal en bij den Prins van Oranje 1574—1582 (Varia 14*; hss. 242). XL INLEIDING. burg, die in de resolutiën der Staten-Generaal meermalen genoemd wordt en blijkbaar een niet onbelangrijke rol speelde, zelfs enkele origineele brieven, aan de Staten-Generaal geadresseerd, voorkomen. Dit geeft eenige vingerwijzing voor bet verloren raken van de losse stukken uit het Staten-archief zelf, waarvan wij boven gewaagden. Ten slotte hebben wij hier nog de registers der Staten-resolutiën te vermelden, die — ook eerst van 1580 af — voor ons hunne beteekenis krijgen om de geïnsereerde stukken, die men er in vindt *), en een paar in het archief van de Rekenkamer gevonden deelen 2), waarin stukken van zeer verschillenden aard, onder welke een en ander, dat wij goed konden gebruiken. Het in algemeen zin uitermate rijke Geldersche dépot bevat ook verscheiden documenten, die wij noodig hadden. Een eigenlijk Staten-archief is hier niet; wij hadden hier te maken met de archieven van het Hof en van de Rekenkamer 3). In deze beide kwamen voor ons in aanmerking: de boeken van landzaken A, B, D en E 4); de diverse landzaken ten tijde van Karei V en Philips II (3 dln.); de Tomus van de handelingen van Jan van Nassau (4 dln.; deel 2 is verloren); landdagsrecessen van 1576 af, waarin meerdere geïnsereerde stukken; de correspondentie van het Hof; op de laatstgenoemde verzameling na, die van zeer groote waarde is, al leverde ze ons weinig op —, alle geregistreerde stukken. Bij het nadere onderzoek bleken alleen register E der boeken van landzaken, deel 3 der diverse landzaken, deel 1 en 4 der handelingen van Jan van Nassau, het deel der landdagsrecessen van 1576—1583 een en ander van waarde voor ons te hebben^ De reeds in de 18" eeuw door P. Bondam's Onuitgegeven Stukken 5) bekend geworden collectie Van Heil (5 dln.) konden wij grootendeels ter zijde laten, omdat de stukken zelf, waarnaar Van Heil zijne tallooze copieën vervaardigd had, ons ook ter beschikking stonden — op eenige weinige na uit een viertal registers van het gemeente-archief van Zutphen, die hier niet meer aanwezig zijn 6). E r i e s 1 a n d's dépot vermeerderde onzen voorraad met verscheidene losse stukken (meest copieën; enkele origineelen van brieven aan de 1) Zij zijn, naar men weet, van 1587 af gedrukt. Er zijn van 1580—1586 twee deelen, waarvan één deel in het archief van Tholen berust. Een uitgave er van door dr. Heeringa is in voorbereiding. — De resolutiën van Staten en Raden van vóór 1580 (ms. inv., 1 vlg.) zijn voor ons zonder direct belang. 2) N°. A 508 en het 10» copulaatboek. 3) Noch de gedrukte inventaris van het eerste van P. Nijhoff (1856) noch de ms. inventaris van de tweede van I. A. Nyhoff geeft den tegenwoordigen toestand juist weer. 4) Hiervan een latere copie ter Koninklijke Bibliotheek in Den Haag (hss. 78 A 6). 5) Zie deel I, Inl., XIV vlg. 6) Onder de losse stukken, opgesomd in den ms. inventaris van de Rekenkamer van I. A. Nyhoff, trof ik slechts een enkel stuk uit 1583 aan van eenig belang; in wat er over is van de in den ms. inventaris van Van Spaen beschreven collectie van het Hof, niets. INLEIDING. XLI Staten van het gewest en minuten van uitgaande brieven), die ten deele in het Staten-archief worden aangetroffen, ten deele in de verzameling, afkomstig van S. A. Gabbema, landshistorieschrijver van Friesland (1659—1688), die in 1911 in het bezit van het Rijksarchief te Leeuwarden kwam; de door ons hieruit bedoelde stukken zijn ongetwijfeld oorspronkelijk uit het Staten-archief van dit gewest afkomstig 1). Er is door Schwartzènberg, die zich in zijn Charterboek allerminst tot Charters bepaalde, van deze stukken een tamelijk ruim gebruik gemaakt. Ook in de registers der resolutiën van de Staten van Friesland troffen wij eenige geïnsereerde stukken aan, die niet zonder beteekenis waren 2). In het dépot van Overijsel moesten wij ons tevreden stellen met enkele geïnsereerde stukken in de registers der resolutiën der Staten van dit gewest en één brief van deze laatsten aan de Staten-Generaal uit 1584 3). Te Groningen bestaat vóór 1594 geen Staten-archief 4). Wij hadden hier te maken met het Ommelander-archief, dat geheel in het rijksdépöt, en met het stads-archief, dat ten deele hier, ten deele op het stadhuis bewaard werd. In de groote „Verzameling van Stukken", bestaande uit ingebonden deelen (die men nu uit elkander heeft gehaald), vond men van beide soorten. Het grootste gedeelte der documenten, voor ons belang (copieën; enkele origineelen van inkomende en minuten van uitgaande stukken) wordt ook opgenoemd in het bekende register-Feith 5). De verzameling in het archief van de stad (dit begrijpelijkerwijs slechts tot 1580) is van dergelijken aard als die in het Ommelander-archief. Bizondere waarde heeft in het eerste het register van den stadssyndicus Johan de Goude, waarin een vrij groot aantal copieën van brieven van de Staten-Generaal aan de stad en van haar aan de Staten zijn geregistreerd 6); in het laatste een nog onbekend protocol van de Ommelander gedeputeerden ter Staten-Generaal in 1579. Het dépot te 's-Hertogenbos ch ten slotte is alleen hierom van belang, omdat een 4-tal registers „van den doleantiën ende dachten der Staten van Brabant metten provisiën, daerop verworven", oorspronkelijk afkomstig uit het archief 1) Bep. in de afdeelingen C, D, F en G van den inventaris hiervan (Verslagen van 's Rijks Oude Archieven, 1912). — Van het Staten-archief zelf bestaat hier nog alleen een ms. chronologische regestenlij8t. 2) Bep. in de copie, die 1577 begint. De origineelen van deze registers zijn verloren. 3) De registers beginnen 1578. — Het Staten-archief in dit dépot is beschreven in den ms. inventaris, waarin de inhoud van het heele dépot wordt opgenoemd. 4) De enkele stukken van vóór 1594, die tot dit archief gebracht zgn, waren voor rag' zonder waarde. Evenmin vond ik iets van belang in het archief der Hoofdmannenkamer. 5) Voor zoover mogelijk verwijzen wij hiernaar in onze aanhalingen. 6) Een enkele brief van de stad aan de Staten int 1579 in de registers van uitgaande missives van Alting en Julsing 1561—1607 (3 dln.). XLII INLEIDING. der Staten van Brabant en in 1826 voor het Algemeen Rijksarchief aangekocht 1), aan dit dépot zijn afgestaan. Deze registers, die meerdere copieën van stukken van de Staten-Greneraal behelzen, behooren in dit dépot niet thuis. Van de Nederlandsche gemeente-archieven trokken die in Gelderland en Overijsel ons het meest aan. In deze beide gewesten deed zich hetzelfde geval voor als in Vlaanderen. De Staten-vergadering (resp. landdag of vergadering van ridderschap en steden genoemd) had geen vaste vergaderplaats. De archieven van de meeste der steden, waar zij beurtelings bijeenkwamen, bevatten inderdaad ook hier meerdere stukken, die eigenlijk deel moesten uitmaken van het Staten-archief. In Gelderland treft men bovendien in de steden, waar de Staten der kwartieren plachten bijeen te komen, restes van de archieven van deze vergaderingen aan, natuurlijk niet afzonderlijk, maar vermengd met het archief der stad zelf. Moesten wij een prijs uitreiken aan de stad, die haar archief het best bewaard heeft, wij aarzelden niet Arnhem 2) te bekransen. Registers van landdags- en kwartiers-recessen 3) (bijeengevoegd) van 1576 af met tal van geïnsereerde stukken, 6 registers van landzaken A, B1, B2, 0, D en E van 1578—1586 (waarin ook kwartiersrecessen), de uitgaande en inkomende brieven (diversen UI en deel X en vlg.; hieronder ook aan de Staten van Gelre) geven een rijkdom, die herinneren aan dien van Gent; zij leverden ook ons vrij wat op. Ook Zutphen 4) was éénmaal rijk, maar is het nu niet meer — wij bedoelen altijd voor het onderwerp, dat ons bezig hield. Er zijn, behalve enkele losse stukken, 2 bij elkander aansluitende ingebonden deelen, waarin landdags- en kwartierrecessen en verder ettelijke copieën van bij den Zutphenschen kwartierdag of den Gelderschen landdag ingekomen stukken, bep. ook uitgaande van de Staten-Generaal; ook eenige origineele brieven van dezen. Voor een belangrijk gedeelte zijn dit stukken, die gediend hebben als bijlagen van het rapport der eerste Geldersche deputatie ter Staten- 1) Het zgn reg. 2. 3, 4 en 5; het eerste loopt over 1574—1575, de drie andere resp. over 1576, 1577, 1578 (tot 13 Mei). De titel van alle is niet geheel dezelfde; wij namen die van reg. 3. — Zij zijn afkomstig uit de collectie Musschenbroek (cf. Bakhuizen van den Brink, t. a. p., 118; Actes, I, Introd., XLV, n°. 76). Een copio van deze registers trof ik aan in A. G., Cart. 333A (hierbij ook register I van 1566—1574). Dat de registers te Den Bosch de origineelen zijn, blijkt hieruit, dat verscheidene copieën er in gewaarmerkt zijn door Weellemans, als griffier der Staten van Brabant. 2) Er is een gedrukte inventaris van P. Nijhoff (1864). 3) Het zgn deze deelen, die P. Bondam veelvuldig citeert als „Boeeken van landsaecken der stadt Arnhem".. 4) Er is een tijdrekenkundig register van alle oorkonden in dit archief van mr. R. W. Tadama (1854). INLEIDING. XLIII Generaal, dat zelf ook in het tweede onzer deelen (fol. 209 vlg.) voorkomt1). Nijmegen 2) bezit onder de ingekomen stukken, die hier voor onzen tijd naar onderwerpen verdeeld zijn, behalve copieën ook enkele origineele brieven van de Staten-Generaal aan de Staten van Gelre; de voorraad is echter niet groot. Onder de Geldersche gemeente-archieven komt verdèr dat te Harderwijk nog voor ons in aanmerking van wege een zeker aantal hier bewaarde . copieën 3). Het kwartier van Roermond hebben wij onbezocht gelaten. De opnoeming der in de archieven van Roermond en Venlo aanwezige stukken in de er van bestaande beschrijvingen 4) bewees ons voldoende, dat een bezoek hier niet loonend zou kannen zijn. In Overijsel wedijveren Deventer en Kampen in beteekenis voor ons. De reiseboecken in het archief der eerste stad 5) correspondeerende met de dagvaartboeken in dat der tweede 6), — beide bevattende de resolutiën van ridderschap en steden met geïnsereerde stukken, maar deze niet geheel dezelfde —, de brieven van Berend van Winssem (1577—1578) en de ingekomen brieven te Deventer (waaronder origineelen van de Staten-Generaal aan de Staten van Overijsel), verschillende verzamelingen over bepaalde onderwerpen in beide archieven 7), de minuten van uitgaande brieven te Kampen leverden ons op allerlei punten gewenschte aanvullingen. Zwolle 8) legt het hier bij de beide andere IJsel-steden verre af. Slechts enkele origineele brieven van de Staten-Generaal aan de stad zelve vormden hier onze oogst 9). Van de gemeente-archieven in andere provinciën raadpleegden wij nog met vrucht: Groningen, waarover reeds werd gehandeld; Middelburg 10), waar enkele ingekomen stukken van eenige beteekenis 1) Gedrukt bij Bondam, I, 299 vlg. — Van Heil (hiervóór, p. XL) heeft deze 2 deelen druk gebruikt. Hij noemt ze A. De door hem uit dit archief geciteerde deelen B, C, I) en li trof ik niet meer aan. 2) Gedrukte inventaris van P. NijholT (1864). 3) Opsomming door mr. G. A. de Meester in Kronyk, XIX, 175 vlg. De ms. inventaris (of liever regesten-lijst) geeft tot 1584 niets meer dan deze opsomming. —De ms. inventarissen van enkele andere Geldersche archieven, die ik op het R. A. te Arnhem kon raadplegen, overtuigden mij, dat ik deze ter zijde kon laten. Evenzoo de archieven van Haltem en Doesburg (gedrukte inventarissen van P. Nijhoff, resp. 1854 en 1865). 4) Voor Roermond van J. B. Sivré in verschillende afleveringen, gevoegd als bijlagen bij het gemeente-verslag van 1868 en volgende jaren. — Voor Venlo van Franquinet (Maastricht, 1872). 5) Hiervan een gedrukte inventaris (1870). 6) Hiervan het gedrukte register van charters en bescheiden, waarvan deel III (1864) en IV (1875) voor ons in aanmerking kwamen. 7) Te Deventer vat ik hieronder ook samen de weinig geordende collectie: Varia, Middeleeuwsch Archief, die men enkele malen geciteerd zal vinden (in dit deel nog niet). 8) Hiervan een ms. inventaris van jhr. mr. Th. van Riemsdijk. 9) Bep. in n°. 176 van den ms. inventaris; ook n°. 156 bleek van eenig belang. 10) Gedrukte inventaris van mr. J. H. de Stoppelaar (1883). — De Inl., p. XXXII, 52, genoemde punten van beschrijving, nl. van wat ter „Generaliteit" behandeld zou worden, betreffen alleen de Zeeuwsche Staten. XLIV INLEIDING. zijn; Den Bosch. waar even geringe rijkdom van stukken voor ons moest geconstateerd worden als in de archieven der steden van Belgisch Brabant: wij troffen er slechts enkele copieën aan, die wij ook van elders reeds kenden. Hetzelfde geldt van Leeuwarden 2j. In Holland, waar wij de meeste gemeente-archieven door een vroeger onderzoek uit eigen aanschouwing reeds kenden en waar wij dus onze keuze gemakkelijk konden doen, waren alleen de archieven van Leiden, Gfouda, Alkmaar, Hoorn en Medemblik 3) van eenig belang. Het in deze archieven door ons onderzoek geconstateerde feit, dat er copieën van stukken van de Staten-Generaal in berusten — te Leiden ook geïnsereerd in de vroedschapsresolutiën —, die duè waarschijnlijk in de secretarie van de Staten van Holland gemaakt zijn, is op zich zelf al niet zonder beteekenis. Amsterdam leverde ons voor den tijd, dat het nog aan Spaansche zijde stond, een paar brieven van burgemeesteren in het ook reeds door Ter Gouw in zijne Geschiedenis van Amsterdam benutte minuutboeck 1577—1578. Van bibliotheken 4) kwam ons alleen de Bibliothèque Royale te Brussel met haren rijken voorraad te hulp. Wij laten een opnoeming volgen der hier door ons geraadpleegde handschriften 5), waarvan de meeste ook reeds aan Gachard bekend waren: ms. 19298: Recueil de documens concernans 1'histoire politique de la Belgique de 1576 a 1580. Behalve een aantal copieën uit den tijd zelf treft men in dit deel verschillende origineele brieven aan de Staten van Zeeland aan, bep. van Jan van de Warcke als gedeputeerde ter StatenGeneraal, v.n. uit 1578. De herkomst van dit deel schijnt ons niet twijfelachtig 6). Hoe het uit Zeeland verdwenen is, kunnen wij echter niet verklaren. ms. 7223 en 7199: twee bij elkander aansluitende deelen met copieën uit lateren tijd, v.n. van 1576—1578 (zie Actes, Introd. I, XLI) 7). Het is opmerkelijk, dat al de copieën van 1576 in ms. 7223 ook in ms. 19298 voorkomen, zoodat men geneigd wordt aan te nemen, dat de copiïst 1) Gedrukte inventaris door mr. B. A. van Zuylen jr. (1860). 2) Gedrukte inventaris van Singels (1893). 3) Van deze beide archieven bestaan nu ms. inventarissen, gemaakt op het B. A. te Haarlem. 4) Te Leiden waren alleen in de verzameling-Vulcanius een paar stukken van eenig belang. — Ter Koninklijke Bibliotheek in Den Haag hadden wij alleen de hiervóór (p. XXIV, noot 1, p. XXXVII, noot 4, en p. XL, noot 4) genoemde copieën te signaleeren. 5) Zie hierover in hét algemeen den Catalogus van pater Van den Gheyn, bep. deel VII en VIII (1907). — De omschrijving van den inhoud laat, althans wat de door ons geraadpleegde mss. betreft, in dezen Catalogus vrij wat te wenschen over. 6) Het werd — blijkens een aanteekening voorin — in 1842 gekocht te Gent van madame la veuve Parmentier. 7) Ms. 9238 en 15901 bevatten, naar Gachard, t. a. p-, reeds mededeelt, copieën uit ms. 7223. INLEIDING. XLV van 7223 ze hieruit heeft overgenomen; voor 1577 en 157$ gijn de deelen verschillend. ms. 5884—5925 en ms. 16123—1131 (Actes, t.a.p.) bevatten beide ook onderscheiden copieën uit lateren tijd van voor ons in aanmerking komende stukken. Men zal ze echter door ons niet geciteerd vinden, omdat wij deze allen ook van elders — en beter — kenden. ms. 12938—12940 (Actes, t.a p.). Dit deel ontleent zijne waarde hieraan, dat er de origineele correspondentie van de deputatie der StatenGeneraal op het vredescongres te Keulen van 1579 (brieven aan en van hen — deze als minuut) in voorkomt benevens hun verbaal. Men zou het in het archief der Staten-Generaal eerder verwachten dan ter plaatse, waar het nu is. De inhoud is grootendeels ook van elders bekend. Onder meerdere andere handschriften, die wij doorgingen, leverde verder nog alleen ms. 13601 een paar stukken van eenige beteekenis J). Een enkel woord nu nog over de verzamelingen in Frankrijk, Engeland en Spanje, waarover wij reeds mededeelden, dat we ze niet zelf bezochten 2). De verzameling copieën in Frankrijk, in de Bibliotheque Nationale (fonds francais) aanwezig, was reeds door Sirtema van Grovestins, Stratenus, S. Muller Fz. onder handen genomen 8) en voor een belangrijk deel gecopiëerd. De copieën der beide eerstgenoemden, ten Rijksarchieve berustend 4), leverden voor ons eigen onderzoek niets van wezenlijk belang meer op. Waarom dan nog zelf naar Parijs-te trekken, hoe verlokkelijk de reis ware? De copieën te Londen in de Flanders Correspondence, door Gachard reeds gebruikt naar door Ernst van Bruyssel 5) gemaakte aanteekeningen, zijn sedert benut voor den Calendar of State Papers, Foreign Series 6); wij vonden hier slechts een heel enkel stuk in, dat wij niet kenden. Te Simancas hadden noch Gachard 1) Een collectie (3 dln.) uit de bibliotheek van de Belgische Chambre des Représeotants, door Gachard nog gebruikt (Introd., I, XLII), is sedert verbrand. De alleen hierin voorkomende stukken kennen wij dus alleen uit Gachard's regesten. 2) In Frankrijk niet die van Lille (Rijsel) en Arras (Alrecht), waar Gachard (Actes, I, Introd., XLVI) niet veel gevonden had. Wij hadden ten opzichte van deze archieven dergelijke plannen als ten opzichte van Mechelen (hiervóór, p. XXXVII, noot 6), maar hebben deze om den oorlogstoestand niet kunnen uitvoeren, liet waren tot dusverre slechts een paar stukken, waarvan wij geen copieën machtig konden worden en waarvoor wij dus alleen naar Gachard's regesten kunnen verwijzen. 3) Cf. Anjou, | VI. 4) Resp. Aanw. 1830, n°. 8, en 1842 (9 doozen). — Later werden dezelfde stukken, voor een deel, nog weer eens opgesomd in het Verslag — naar Archivalia te Parijs — van G. Busken Huet en d*. J. S. van Veen ('sGrav., Nijhoff, 1899). 5) Zie Buil. 1860 en 1861; cf. Actes, 53, noot. Dat men met deze aanteekeningen wat voorzichtig moet zgn, leert het voorbeeld hierna, p. 293, noot 2. 6) Voor de jaren 1576 en volgende. XLVI INLEIDING. noch Bussemaker *) bepaalde oollectiën, voor ons onderzoek van belang, aangewezen. Trouwens, zij zouden al van zeer groote beteekenis hebben moeten zijn, hadden wij er de kosten van een verre reis aan durven wagen. Het aantal stukken immers, door ons op en buiten Gachard's voetspoor verzameld, is zoo groot geworden, dat wij eigenlijk niet konden verwachten ergens nog veel nieuws te zullen ontdekken 2). Ten slotte een opmerking van algemeenen aard. Van de door ons gezochte stukken vonden wij natuurlijk dikwijls meer dan één exemplaar. Was het er, dan namen wij het origineel. Was dit er niet, dan de copie uit den tijd zelf en — bij aanwezigheid van meerdere exemplaren — de hiervan ons het best lijkende. Alleen bij afwezigheid van copieën uit den tijd zelf, behielpen wij ons met latere copieën. Omdat het aantal copieën verreweg overwegend was, meenden wij in onze eerste deelen te kunnen volstaan met aan te geven, waar wij een origineel of een minuut ter beschikking hadden. Vindt men dus bij een stuk een archiefverwijzing zonder meer, dan heeft men met een stuk te doen, waarvan wij alleen een copie kennen 8). Om verder ons werk ten dezen zooveel mogelijk te doen aansluiten bij dat van Gachard en de vergelijking van beide te vergemakkelijken, noemen wij van de door ons gebruikte stukken, voor zoover deze in Gachard's lijst voorkomen, altijd eerst het nummer hiervan (dus Actes, n0.), waarna wij dan onze, meermalen van Gachard afwijkende verwijzing naar het archief-dépot of het gedrukte werk, waaraan wij het stuk ontleenden, laten volgen. 1) Resp. in Corresp. de Philippe II, I, Introd., en Bussemaker, Verslag, 90 vlg. — In zijn Lettre a MM. les questeurs de la Chambre des Représentans sur les documents concernant les anciennes assemblées nationales de la Belgique, qui existent dans les archives de Simancas et dans les bibliothèques de Madrid (Bruxelles, 1845), signaleert Gachard (p. 8) slechts in het algemeen de aanwezigheid van „beaucoup d'actes traduits en espagnol, et un petit nombre de pièces originales" (wat trouwens geheel natuurlijk is!;. Maar noch Bussemaker in zijn Overzicht van voor Nederland belangrijke stukken uit de Documentos ineditos (Bijdr. Vad. Gesch. en Oudb. III9, 352) noch Petit in zijn Repertorium van tijdschriftartikelen, waarin de voor onze geschiedenis in aanmerking komende stukken uit de Documentos ook worden opgenoemd, wijzen eenig stuk voor ons van belang aan. 2) Wel zullen natuurlijk hier en daar enkele copieën worden aangetroffen, die ons onbekend bleven. Nog pas leverde Brom, Archivalia, 111, 494, ons een tot dusverre onbekende brief van de Staten-Generaal uit 1577. 3) Bij in de resolutiën vermelde inkomende of uitgaande stukken, die ons onbekend gebleven zijn, vindt men in het geheel geen verwijzing. Natuurlijk vindt men inkomende stukken, die in de resolutiën niet vermeld worden, gewoonlijk- ook niet in onze uitgave genoemd. INLEIDING. XLVII m. BELGISCHE PLANNEN. — DE BIJEENROEPLNG DER STATEN-GENERAAL IN 1676. Niemand zal van ons mogen vergen, dat wij in deze Inleiding een geschiedenis schrijven van de Staten-Greneraal van vóór 1576 1). Die geschiedenis is nog ongeschreven en zal dit moeten blijven, zoolang men niet een behoorlijke verzameling van stukken betreffende de oudste vergaderingen — die van 1463—1574 — bezit. Wel heeft men er recht op, dat wij verklaren, waarom wij zelf pas in 1576 beginnen. Dit geschiedt vooreerst, omdat de Staten-Generaal van vóór 1576 van veel meer belang zijn voor Zuid- dan voor Noord-Nederland, waarvan tot genoemd jaar toe alleen Holland en Zeeland, in den laatsten tijd ook Utrecht, geregeld werden opgeroepen. Vervolgens — en deze tweede reden is afdoende —, omdat ongeveer tegelijk met onze plannen van uitgave dergelijke plannen in België ontstonden. Het was in 1905, bij gelegenheid van de herdenking van het 75-jarig onafhankelijk bestaan van België, dat prof. Pirenne in de Commission royale d'histoire voorstelde bij de regeering pogingen te doen tot het hervatten van Gachard's onderneming aangaande de publicatie van de „Actes 2) des Etats Généraux". De commissie verklaarde er zich unaniem voor. De regeering werd weldra bereid bevonden geld voor de publicatie beschikbaar te stellen. Inmiddels werd aan den heer Ouvelier, den tegenwoordigen Belgischen rijksarchivaris, toen sous-chef van de tweede sectie van de Archives Générales, opgedragen een rapport over Gachard's werkzaamheden betreffende de Staten-Generaal op te stellen. Het rapport 3) was spoedig gereed. Het was zeer volledig en duidelijk. Het gaf tevens een zeer hoogen dunk van de kracht, waarmede Gachard zijne groote onderneming had aangevat en voor een niet onbelangrijk deel ten uitvoer gelegd, al was het hem dan niet gelukt haar geheel ten einde te brengen. Naar aanleiding van dit rapport werd de heer Cuvelier aan prof. Pirenne, die inmiddels met de voorbereiding der uitgave belast was, toegevoegd. Beide bekende Belgische historici zetten zich nu aan den arbeid, om Gachard's werk te completeeren. Zij beperkten zich daarbij voorloopig tot de Bourgondische periode, dus tot 1515. 1) Een poging tot bet schrijven van een geschiedenis van dit staatslichaam is lot dusverre alleen gedaan door Th. Jaste in zijn tweedeelig werk: Histoire des Etats-Généraux (BruxellesLa Haye, 1864). — De poging was prematuur; Juste kende de resolutiën der Staten-Generaal niet, behalve het kleine gedeelte, door De Jonge gepubliceerd. 2) „Actes" is hier op te vatten in den zin van: „Handelingen"; niet in de meer beperkte beteekenis, waarin wij (hiervóór, p. XXIV) van Acten spraken. 3) Buil. 75 (1906), XXXV1I1. — Zie verder over deze aangelegenheid Buil. 74 (1905), X, XVII; 76 (1907), CV; 77 (1908), VII, XIV, LXVII; 78 (1909), XII; 79 (1910), IX; 81 (1912), zitting van 1 Juli, XIV; 82 (1913), zitting van 7 Juli. XLVI1I INLEIDING. Nederland werd bezocht, Noord-Frankrijk eveneeas. Een belangrijk materiaal werd dientengevolge verzameld. Natuurlijk droeg dit werk een heel ander karakter dan het onze. Een register met resolutiën, uitgaande en inkomende stukken staan voor dien ouden tijd niet of haast niet ter beschikking. Wat op de Staten-Greneraal van vóór 1576 betrekking heeft, moet uit alle mogelijke ten dienste staande bronnen bijeengegaard worden. Het Belgische vooronderzoek was daardoor nog veel omslachtiger dan het onze. Inmiddels namen de Belgische heeren met ingenomenheid van onze plannen kennis, die immers hun werk voor een zoo groot gedeelte zouden verlichten. De verdeeling van den gemeenschappelijken, ofschoon buiten onderling overleg op het getouw gezetten arbeid was van zelf gevonden. Beviel ons deel België niet, het kon op de periode van 1576—1585 — verder gaat België in geen geval — altijd een aanvulling, een nalezing houden. Over Gachard's werkzaamheid ten bate van het beter doen kennen van wat hij bij voorkeur „les anciennes assemblées nationales" noemde, behoeven wij na Cuvelier's rapport niet veel te zeggen. Wij gedachten reeds met dankbaarheid, wat de ijverige en voortdurend werkzame eerste Belgische rijksarchivaris meer in het bizonder voor ons tijdvak heeft gedaan. Over een andere zijde van zijne werkzaamheid dienen wij nu nog te spreken. Omstreeks 1860 kwam het plan op tot het samenstellen van een „tableau des anciennes assemblées nationales de la Belgique". Bedoeld werd een lijst, waarop zouden worden opgenoemd tijd en datum van alle vergaderingen, de gedeputeerden, ter vergadering compareerend, een summiere opgave der beraadslagingen, een opgave der bronnen. De geheele machinerie van het Belgische archiefwezen werd in beweging gesteld, om de noodige gegevens hiertoe te verzamelen. Maar dit leverde grootere moeilijkheden op dan aanvankelijk vermoed was. Bepaaldelijk met het opsporen van de namen der gedeputeerden was dit het geval. Op de meeste Belgische staats- en stads-archieven werd met groote vlijt gewerkt. De arbeid bleef toch zeer onvolledig. Wij hebben van de nog bewaarde opgaven voor de jaren 1576—1585 *) gebruik gemaakt voor de lijsten van gedeputeerden, die in onze uitgave aan de resolutiën van elk jaar voorafgaan; wij hebben er slechts luttel profijt van kunnen trekken. Het schijnt, dat noch de rekeningen noch de resolutie-boeken der in aanmerking komende staatslichamen voldoende gegevens bezitten, om het „tableau" volledig te maken 2). 1) Zij worden door Cuvelier in zijn rapport (t. a. p.) opgenoemd. De verzameling is op de Archives Générales nu bekend als „Etats-Généraux". 2) Zie het uitvoerig verslag van Gachard zelf in zijn 3 rapporten aan den minister (Rruxelles, 1804, 1865, 1866). — Tot een verwerking van dit materiaal is Gachard niet gekomen. INLEIDING. XLIX Een dergelijke ondervinding als Gachard in België deed trouwens eenige jaren vroeger Bakhuizen van den Brink in Nederland op, waar in 1854 reeds een plan tot het samenstellen van een lijst van de gedeputeerden ter Staten-Generaal van 1576—1796 — voor 1576—1585 alleen voor de Noordelijke gewesten — door de huishoudelijke Commissie uit de Tweede Kamer aan de orde was gesteld x). Bakhuizen, toen pas algemeen rijksarchivaris, wist met behulp van de ambtenaren Eeylbrief en Hingman en met die van de provinciale archivarissen of daarmede gelijkstaande ambtenaren in een drietal jaren aan den wensch der Commissie te voldoen. Bij schrijven van 15 Augustus 1857 zond hij de lijst aan de Commissie in, terwijl hij tegelijkertijd een verslag gaf van de wijze der samenstelling 2). Bakhuizen's taak was gemakkelijker dan die van Gachard, omdat sedert ongeveer 1585 de namen der gedeputeerden geregeld eiken dag in de resolutiën werden aangeteekend en natuurlijk voor den tijd na 1576 veel meer gegevens beschikbaar waren dan voor de jaren, waarmede Gachard vooral had te maken. En toch is ook de lijst van Bakhuizen, die nu in de vergaderzaal onzer Tweede Kamer prijkt, voor de eerste jaren onvolledig, terwijl Bakhuizen aan een latere opdracht van den Minister van Binnenlandsche Zaken 3), om, voor zoover Noord-Nederland betrof, ook een lijst van vóór 1576 samen te stellen, in het geheel niet heeft voldaan. Natuurlijk hebben wij met Bakhuizen's lijst ons voordeel gedaan, al konden wij zijne resultaten niet in allen deele aanvaarden, zooals men bij een vergelijking van zijne en onze lijsten Van de jaren 1576 en 1577 gemakkelijk zal zien. Alvorens wij er nu toe overgaan de bijeenroeping van 1576 zelf te bespreken, dienen wij er op te wijzen, dat in de ontwikkelingsgeschiedenis der Staten-Generaal van vóór 1576 zich twee vormen voordoen waarop Eruin in een meesterlijk artikel 4) het eerst de aandacht gevestigd heeft. In het midden der 16do eeuw, althans 'sedert 1555, bestond er een 1) liet volgende is ontleend aan de Correspondentie van het R. A.. 1854—1858. — Onder invloed van dit voorstel is waarschijnlijk het Belgische plan ontstaan (Cuvelier, t. a. p., p. XLH, noot 1). 2) Aan het slot van zijn brief schrijft de algemeene rijksarchivaris, dat het onderzoek ook daarom loonend is geweest, omdat het veel geleerd heeft omtrent den aard der Staten-Generaal, wat hem allerminst zou maken tot een laudator temporis acti. Het materiaal van het onderzoek zou op het R. k. bewaard blijven, opdat de eventueel? geschiedschrijver der Staten-Generaal er zijn voordeel mee zou kunnen doen. — Hoe jammer dit ook is, het materiaal is op ditoogenblik niet meer te vinden. Wel is de ljjst der gedeputeerden in copie op het R. A. aanwezig. Een en ander van het werk der provinciale ambtenaren vindt men in de in noot 1 genoemde correspondentie. 3) Bij schrijven van 17 Oct. 1860. — Dit geschiedde naar aanleiding van een besluit van de Tweede Kamer van 9 Oct. 1860, dat genomen werd naar het voorbeeld van de opdracht aan Gachard in België. 4) Verspreide Geschriften, IX, 1 vlg. — Cf. Bjjdr. Vad. Gesch, V3, 1 vlg. IV L INLEIDING. vergadering, waartoe alleen de zgn. patrimoniale gewesten beschreven werden, en een vergadering, waartoe ook de door Karei V onderworpen, dus de Noord-Oostelijke gewesten der Nederlanden werden opgeroepen, terwijl de bij beide vormen compareerende gewesten niet in beide op geheel dezelfde wijze vertegenwoordigd waren. In de vergadering van den eersten, den ouderen vorm, wier oorsprong van ± 1463 dateerde, werden in de 16de eeuw gewoonlijk niet anders meer dan zaken van beden behandeld. Had Philips II zijn plan, om een absolute monarchie in de Nederlanden te stichten, kunnen verwezenlijken, deze soort vergaderingen zou verdwenen zijn. In die van den nieuwen vorm, die in 1555 bij den troonsafstand van Karei V voor het eerst — en naar het schijnt ook alleen toen — gedaagd heeft, kwam de vereeniging van alle Nederlanden, zooals Karei V deze had tot stand gebracht en in het tractaat van Augsburg en de Pragmatieke Sanctie van 1549 bevestigd, tot uiting. Zij was als de zinnebeeldige, ideëele uiting te beschouwen van de Nederlandsche eenheid, zooals deze onder het patronaat der regeering bezig was zich te ontwikkelen. Zij had in een absolute monarchie desnoods kunnen voortbestaan als ornaat, zooals de Fransche Etats-Généraux in het einde der 16do en het begin der 17de eeuw. De aanleiding' tot de bijeenkomst der Staten-Generaal in 1576 is bekend genoeg. De Spaansche regeering over de Nederlanden verkeerde na den dood van Requesens (Maart 1576) compleet in ontbinding. De Raad van State, op dat oogenblik tot het op zich nemen der regeering bevoegd, had niet de minste autoriteit. De Spaansche troepen, sedert lang niet betaald, bedreigden het land, dat men hun altijd geleerd had met de diepste minachting te beschouwen. Zij eischten, grootendeels in staat van muiterij, wat zij noodig hadden, op straffe van plundering. Toen was eindelijk het lange geduld van de bewoners der Zuidelijke gewesten, die tot nu toe de Spaansche heerschappij verdragen hadden, uit. De gewestelijke Staten, door den Raad van State in het voorjaar en in den zomer meer dan eens bijeengeroepen 1), gaven op sterke wijze uiting aan hun misnoegen over den toestand. Enkele hunner, bepaaldelijk Brabant, begonnen, met oogluikende toestemming van den Raad van State, troepen te werven. Maar, terwijl zij aldus een element tot zelfverdediging schiepen, ging de ontbinding der opperste regeering nog een stap verder. Op den 4den September werden de te Brussel aanwezige leden van den Raad van State gevangen genomen door Jacques de Glymes, baljuw van Nivelles 1) Bij brieven van 14 April, 12 Mei en 15 Juli (Devülers, Inventaire analytique des archives des Etats de Hainaut — Mons, 1884 — I, CLXXVIII). INLEIDING. LI en Waalsch-Brabant l% handelend op bevel van Guillaume de Hornes, heer van Heze, lid van het college der Edelen in de Staten van Brabant. Deze Staten zelf hadden echter met den staatsgreep niets te maken. Zij hadden er juist in hunne meerderheid meer belang bij, den Raad van State, met wiens steun zij misschien bij Philips II maatregelen tegen de soldaten zouden kunnen uitwerken, te handhaven. Het is ook eigenlijk nooit betwijfeld, al is er ook geen direct bewijs voor aangevoerd 2), dat zich hier een invloed deed gelden, die er wel belang bij had, den ten slotte toch Spaanschgezinden Raad van State te verwijderen —, de invloed van Oranje, van de partij, die in 1572 den opstand was begonnen en nu de gelegenheid schoon zag, eindelijk in het Zuiden een slag te slaan. Zeer spoedig na dezen staatsgreep werd overgegaan tot de samenroeping van de Staten-Generaal, waarvan tot op dit oogenblik van verschillende zijden alleen de wenschelijkheid was betoogd. En wel belastten de Staten van Brabant zich met de bijeenroeping. Dit lag te veel inde lijn van Oranje, dan dat men de vooronderstelling ongerijmd zou kunnen noemen, dat ook deze bijeenroeping met zijn medeweten, misschien op zijn instigatie, geschiedde. De bijeenroeping der Staten-Generaal door Brabant was gelijksoortig met die van de Staten van Holland door Dordrecht in 1572. In beide gevallen handelden de leden, die zich in de beide vergaderingen een soort prioriteitsrecht hadden verworven. De wettigheid van de Brabantsche handeling was nog meer betwistbaar dan die van de Dordtsche. Hadden al de Staten van Holland bij verschillende gelegenheden in de 16°e eeuw verkondigd, dat het hun recht was, om eigenmachtig bijeen te komen, wat trouwens niet onbetwist was gebleven 8), in de Staten-Generaal moest men tot het Groot-Privilege van 1477 teruggaan, om een aanspraak op een dergelijk recht te vinden —, en dit privilege was lang in vergetelheid geraakt, waaruit het trouwens ook nu niet te voorschijn werd gehaald. Op den 6 op zgn laatst in het einde van September. Hij gaf hetzelfde doel aan als Brabant-Henegouwen-Vlaanderen gedaan hadden, het vertrek der Spaansche soldaten inbegrepen. Hij drong er op aan, dat men elkander, in het bizonder Brabant als het meest bedreigde gewest, zou ondersteunen met de reeds gelichte troepen. Een curieus schrijven! Ziehier een college, dat de hoogste autoriteit in de Nederlanden heette te vertegenwoordigen en dat de verantwoordelijkheid van een daad, die tegen de bevelen van den Koning inging, niet op zich durfde nemen, maar de daad ook niet durfde weigeren. Nog curieuser schijnt het, dat de Raad zijn brief eerst alleen zond aan de „XIII pays, estans accoustuméz de contribuer par ensemble" 3), en dus bij den oproep een beden-vergadering voor oogen had, terwijl eerst eenige dagen later ook een oproep aan de in deze vergadering niet compareerende gewesten4) volgde. Men is licht geneigd de schuld van deze handelwijze, die in strijd was met de bedoeling, die Brabant had gehad, den Raad van State aan te wrijven. Deze zou misschien gemeend hebben een beden-vergadering, waar immers geld te krijgen was, bij den Koning beter te kunnen verdedigen dan een buitengewone vergadering. Toch is dit niet zoo. De schuld ligt uitsluitend bij de Staten van Brabant, die, door den Raad van State hieromtrent ondervraagd, 18 September uitdrukkelijk te kennen hadden gegeven, dat de oproepbrieven gezonden moesten worden aan de dertien Nederlandsche gewesten, die samen contribueerden, met inbegrip van Utrecht 5), en dus hier in tegenstelling met hun eigen oproep adviseerden. 1) Alsvoren, 379. 2) Actes, n°. 7; in extenso ald., Appendice, 422; cf. Metsius, t. a. p., 755—756. 3) Volgens Actes, n°. 8; in extenso ald., Appendice, 424. 4) Actes, n°. 15; in extenso ald., Appendice, 425 (ook Bondam, I, 15). 5) Aud., lias 162 (copie in copieën Bakhuizen van den Brink: R. A., Aanw, 1911, XIX, 26): „Les Estatz de Brabant déclairent sur les poinctz, proposéz par monsieur le président du Couseil Privé de Sa M*4., comme ung des conseillers d'estat, en présence de mons'. le Marquis de Haverech et conseiller, Sr. d'Indevelde, que leur intention a esté, en faisant bier présenter aux Srs. dudict Conseil d'Estat certaine requeste, et est encoires que les lettres requises s'envoyeront aux gouverneurs et villes (1) de 13 pays qui sont accoustuméz de contribuer ensamble, entre lesquelz sont comprins ceulx d'Utrecht, affin de se trouver, a la letlre veue, en ceste ville". Hierop werd geapostilleerd: „Après avoir communicqué le XVHIm9 de Septembre sur ces articles avec les députéz des Estatz de Brabant, ont ceulx a ce condesccndu que a cause de la paouvreté INLEIDING. LV Een gevolg van ontevredenheid in deze materie? Een vergissing dus? Men moet het wel aannemen — en kan het begrijpen in de verwarde tijdsomstandigheden. Maar het duurde niet lang, of de Brabantsche Staten kwamen op de zaak terug en gaven toen den wensch te kennen, dat de Raad van State ook nog zou schrijven aan de Staten van Luxemburg, Grelderland, Friesland, Overijsel, Groningen en Utrecht1). De Raad voldeed aan dezen wensch, althans ten deele: hij zond de brieven voor deze gewesten niet aan hunne Staten, maar aan hunne gouverneurs. Laten wij nu eerst preciseeren, aan wie de brieven van 20, aan wie die van 28 September geadresseerd werden. De eerste waren gericht aan de Staten van Vlaanderen, Artois, Henegouwen, Valenciennes, Lille, Douay en Orchies, Namen, Doornik, het Doorniksche, Mechelen 2); verder — deze brieven zijn pas 22 September gedateerd — aan het Hof van Holland, wel te verstaan het in 1572 naar Utrecht uitgewekene, aan de rentmeesters beoosten- en bewesten-Schelde, resp. Bruninck van Wijngaarden en Philips van Serooskerke, aan het Hof van Utrecht 3) en aan den gouverneur van Limburg, Arnould van Amsterrode, heer van Geleen *). Deze oproep van 20, resp. 22 September gold zoo duidelijk mogelijk een vergadering in den ouden vorm, waar in onderscheid van de nieuwe vergadering Valenciennes afzonderlijk (dus niet samen met Henegouwen) en waar Doornik en het Doorniksche afzonderlijk (en niet als één gewest) compareerden. Toch zijn er ook verschillen. Vooreerst werd de oproep gewoonlijk gezonden aan de gouverneurs of (en) aan de hoven der verschillende gewesten. De Raad van State is in dit geval waarschijnlijk van den gewonen weg afgeweken, omdat de Staten van Brabant zich in hun oproep reeds tot de Staten der gewesten gewend de ceulx d'Utrecht que on laisseroit d'escripre ausdicts d'Utrecht ce qu'on escripvise aux autres Estatz, accoustumées a contribuer ensemble". — Toch werd aan Utrecht geschreven (zie boven). — Over Utrecht's positie ten opzichte der beden-vergaderingen, zie Fruin, t. a. p. — Omtrent Limburg had Brabant den wensch te kennen gegeven, dat het door den Raad van Brabant zou worden opgeroepen; maar dit is niet geschied (zie hierna, p. LVI). 1) In het stuk, genoemd Actes, n°. 14; de datum van dit stuk (Aud. 657) is echter niet 27 Sept. (deze datum staat wel op het blad, maar heeft alleen betrekking op de verzending van plakkaten, die door den Baad geschieden zou). — Waarom Utrecht opnieuw genoemd wordt, is niet duidelijk. Misschien hangt het hiermede samen, dat Brabant in de meening verkeerde, dat aan Utrecht niet geschreven was (volgens de in de vorige noot genoemde apostille). 2) Actes, n°. 7 (waar de adresseering niet juist is opgegeven; ik ontleen de juiste aan de minuut in Aud. 652, fol. 3); in extenso ald., Appendice, 422. Of ook nog aan Brabant zelf geschreven is, blijkt niet, maar doet weinig ter zake. 3) Actes, n°. 15; minuut in Aud. 657. De datum staat er niet op, maar volgt uit een nader te noemen brief van 4 Oct; zie ook Bondam, I, 7. 4) Minuut alsvoren; hierop staat als datum: 27, wat doorgehaald is en waarboven geschreven is: 22 Sept. LV1 INLEIDING. hadden x). Dat zij hiervan weer afweken voor Holland en Zeeland, is verklaarbaar, omdat er geen Staten van de niet opgestane gedeelten van deze gewesten waren 2). Een tweede afwijking van den gewonen oproep voor een vergadering in den ouden vorm was, dat Limburg afzonderlijk beschreven werd, ofschoon dit tot nu toe alleen in 1555 geschied was (volgens den ouden vorm werd het gewoonlijk gerekend bij Brabant te behooren). De brief van 28 September werd geadresseerd aan gouverneur en Hof van Gelderland, aan den gouverneur van Overijsel en Lingen, aan den gouverneur van Friesland en Groningen 3). Bovendien aan waarnemend-gouverneur en Hof van Luxemburg 4). Door den oproep aan deze autoriteiten werden dus de gewesten, die in de vergaderingen volgens den ouden vorm niet compareerden — met uitzondering dan van Limburg —, beschreven. Hier volgde de Raad van State den gewonen weg van den oproep, zooals hij bij den eersten oproep ook voor Utrecht reeds gedaan had B). De uitschrijving geschiedde dus in twee tempo's en op zoodanige wijze, dat de samenstelling der vergadering deels die van een gewone vergadering in den ouden vorm, deels die van een ongewone in den nieuwen vorm werd. Het aantal der compareerende gewesten, indien alle aan den oproep gehoor hadden gegeven, zou 19 geweest zijn. De inhoud der oproepingsbrieven — die aan de Noordelijke gewesten in het Nederlandsch — was voor alle dezelfde; alleenstonden in die, bestemd voor de tot nu toe niet in de gewone vergaderingen compareerende gewesten, de woorden ingelascht: „all sonder prejudicie van de previlegiën, die zy mogen hebben ter contrariën, ende zonder 't selffde te trecken in consequentie", wat geen toelichting van noode heeft. Toen de brieven van 28 September verzonden werden, was de vergadering der Staten-Generaal eigenlijk reeds begonnen. De gedeputeerden van Vlaanderen, in gevolge van de besluiten van dit gewest 20 September op weg gegaan, kwamen twee dagen later te Brussel aan, hadden nog dien eigen dag een samenkomst met de Staten van Brabant 1) Toch had Brabant in de hiervóór, p. LIV, genoemde remonstrantie gevraagd, om te schrijven aan de gouverneurs 1 2) Op de minuut (hiervóór, p. LV, noot 3) stond eerst: „En thiois. Aux Estatz de Hollande. Aux Estatz de Zélande", wat doorgehaald is en waar de door ons medegedeelde adressen boven geschreven staan. — Ook plakkaten werden wel aan de beide rentmeesters in Zeeland gezonden (Fruin, t. a. p., 11, noot 3). 3) Minuten deels in Aud. 657, deels in Aud., lias 162. 4) Dat aan Luxemburg geschreven werd, is mij alleen gebleken uit den nader te noemen brief aan de Staten van dit gewest van 5 Oct. 5) Ook dit weer in tegenstelling met het verzoek van Brabant, dat nu gevraagd had aan de Staten te schrijven. INLEIDING. LVII op het stadhuis te Brussel, waarin besloten werd de aankomst van de gedeputeerden van andere gewesten af te wachten 24 September kwamen ook de gedeputeerden van Henegouwen 2). Toen heeft men zich blijkbaar gerechtigd geacht, de vergadering niet langer uit te stellen. Van den 25stcn September dateeren de eerste resolutiën van „les députéz des Estatz, assembléz en la ville de Bruxelles", die in vorm van remonstrantie aan den Raad van State aangeboden werden. Den volgenden dag was er een plechtige processie, waaraan zoowel de gedeputeerden der drie gewesten als de Raad van State deelnamen. Er had toen tevens gemeenschappelijk overleg tusschen Raad en gedeputeerden plaats 3). Men kon de vergadering, al was zij niet als gewoonlijk van wege de regeering met een propositie geopend, als begonnen beschouwen. Een uitbreiding haast van de Staten van Brabant lijkt deze vergadering der Staten-Greneraal in den beginne. Zij maken — wij wezen er reeds op — den griffier der Staten van Brabant tot hun griffier, zij gebruiken het zegel dier Staten voorloopig als hun zegel 4). Zij houden zich, voor een groot deel ten minste, bezig met dezelfde onderwerpen, waarmede de Brabantsche Staten zich in de vorige weken hadden beziggehouden: troepen werven, geldmiddelen; maar zij breiden hunne werkzaamheden weldra ook nog veel verder uit, zich tevens veel moeite gevende, om de comparitie der andere gewesten te bevorderen. Deze ging langzaam, maar ten slotte kwam men toch in hoofdzaak, waar men wilde zijn. Het eerst verscheen Namen op den 2den October 5). De beraadslaging over de commissie der gedeputeerden van dit gewest, die door de andere niet voldoende werd geacht, gaf aanleiding tot het opstellen eener belangrijke verklaring aangaande het doel der vergadering. De bedoeling der Staten, zoo luidde deze verklaring, was: te adviseeren en te besluiten over de middelen der zoo noodige bevrediging en om tevens Holland en Zeeland onder de gehoorzaamheid van den Koning terug te brengen met handhaving van den Katholieken godsdienst zonder eenige vernieuwing hierin. Men zou in de eerste plaats de 1) Een beschrijving hunner komst le Brussel en de eerste ontmoeting in een verslag der deputatie «elf is door ons medegedeeld in Bijdr. Vad. Gesch., V», 35. 2) Volgens een „Verhael in 't corte van 't gene des tot Bruessel tsedert de mutinatie der Spaignaerden es geschiet a°. 1576" (in Cart. 810A). 3) Zie hierna, p. 5 vlg. 4) Typeerend is, dat gedeputeerden der stad Groningen, toen (voor een heel ander doel) te Brussel, die 26 en 27 Sept. uitgenoodigd werden ter vergadering te verschijnen, meenden, dat zij geroepen werden bij -de Staten van Brabant (Bijdr. Gesch. en Oudh. Groningen, VII, 133 vlg.). 5) Zie voor het volgende Rubriek I onzer bewerking der resolutiën van 1576 en 1577. Lvni INLEIDING. Spanjaarden doen vertrekken, als voornaamste en eenig middel om het doel te bereiken. Dit was een korte en vrij duidelijke samenvatting van de gedachten, die aan de bijeenroeping der Staten-Generaal ten grondslag gelegen hadden en die ook in de eerste bijeenkomst der Ylaamsche en Brabantsche gedeputeerden tot uiting waren gebracht. Deze verklaring werd ook van de later compareerende gedeputeerden gevergd, althans tot aan de Pacificatie van Gent toe, en deze hebben haar ook, al valt dit uit de resolutiën niet voor alle met zekerheid af te leiden, toch wel alle aanvaard. Op aandrang van de drie reeds gecompareerde wendde de Raad van State zich — bij brieven van 4 en 5 October — opnieuw tot de gewesten, die nog afwezig waren. Die van 4 October waren gericht aan de volgens den ouden vorm beschreven gewesten, voor zoover toen nog niet gecompareerd: dus aan de Staten van Artois, Valenciennes, Lille, Douay en Orchies, Doornik, het Doorniksche, Mechelen, Holland, Zeeland (namenlijk de niet in opstand gekomen steden in deze beide gewesten) en Utrecht1). Die van 5 October aan de Staten van Luxemburg, Gelderland, Friesland, Groningen, Overijsel en Lingen 2). Het was op bepaald verzoek van de Staten-Generaal aan den president van den Raad van State, dat deze laatste brieven niet weer aan de gouverneurs gericht werden. Alleen de voor Limburg bestemde brief werd aan den gouverneur gezonden, die last kreeg, de Staten van zijn gewest bijeen te roepen, opdat zij gedeputeerden zouden zenden 3). Wat de hoofdzaak betreft, hield de Raad dus bij dezen tweeden oproep vast aan de wijze, die bij den eersten was toegepast: het bleef een gemengde vergadering der beide soorten. Nog in October maakten de gedeputeerden van haast alle gewesten, die volgens den ouden vorm compareerden, hunne opwachting te Brussel. 5 November herhaalde de Raad van State de aanschrijving toen nog eens aan de gewesten, die volgens den ouden vorm niet compareerden *) en tot 1) Actes, n°. 31; in extenso ald., Appendice, 429. — Het adres op de brieven aan Holland luidde: „Onsen lieven ende wel beminden, die Staten van den lande ende graefscepe van Hollant ofte huere gedeputeerde, als Amsterdamme, Haerlem ende anderen ende elke van hen besundere". Voor Zeeland mut. mut. hetzelfde, waarbij dan genoemd: „Ziericxzee, ter Goes ende andere" (op de minuut in Aud. 652, fol. 45). Het adres werd volgens het besluit der Staten-Generaal aldus vastgesteld (het besluit — in verkeerd verband — Actes, 7, noot 2). 2) Actes, n°. 34; in extenso ald., Appendice, 431 en 432. Of aan Lingen afzonderlijk geschreven werd dan wel aan dit landschap samen met Overijsel, blijkt niet; waarschijnlijk komt mij het eerste voor, omdat in Lingen een afzonderlijke Staten-vergadering voorkomt. — Aan Gelderland was ook reeds 1 Oct. door de Staten zelf geschreven (Bondam, I, 12). 3) Actes, Appendice, 433. 4) Waarschijnlijk wel aan alle. Ik ken alleen die aan Gelderland (Bondam, t. a. p., 76), aan Overijsel (G. A. Deventer, Reisboek 1567—1577, fol. 284v°), aan Groningen (G. A. Groningen, reg. De Goude, fol. 24). INLEIDING. TJX toen ook alle waren weggebleven. Naar Gelderland ging zelfs een afgezant, om op den landdag van dit gewest tot comparitie aan te sporen. De pacificatie van Gent, die als een eerste belangrijk sncces van de vergadering der Staten-Generaal moest worden beschouwd en die juist in dien tijd gesloten werd, zal stellig de pogingen, om de gedeputeerden der Noord-Oostelijke gewesten in Brussel te krijgen, vergemakkelijkt hebben. Zij kwamen daarna een voor één, maar nog heel langzaam. De gedeputeerden van Gelderland op den 10den December, die van de Ommelanden 14 dagen later. Eindelijk, nadat in het einde van 1576 nog eens een nieuwe aanschrijving — nu door de Staten zelf — gericht was aan het Hof van Friesland, ook de gedeputeerden van Friesland x). Het allerlaatste — het was toen reeds Mei 1577 geworden — die van Overijsel. Het behoeft haast niet afzonderlijk vermeld te worden, dat deze gewesten de gelegenheid niet lieten voorbijgaan, om zich hunne privilegiën uitdrukkelijk te laten waarborgen en dat deze ook werkelijk gewaarborgd werden. Ontbreken bleef de stad Groningen, ofschoon deze reeds in November betuigd had, zich bij de Staten-Generaal te willen aansluiten; hare gedeputeerden zijn pas in 1578 ter Staten-Generaal gekomon. Ontbreken bleef ook Luxemburg, waarna de eerste aanschrijving de waarnemend-gouverneur, de graaf van Manderscheidt, geweigerd had, de Staten van het gewest bijeen te roepen; terwijl, toen deze eindelijk toch waren bijeengekomen 2), zij hunne gedeputeerden slechts zonden voor één bepaald doel, n.1. om de invrijheidsstelling te bewerken van hun stadhouder, Ernst van Mansfelt. Het is mogelijk, dat de spoedig daarna volgende aankomst van don Juan van Oostenrijk, den nieuwen landvoogd, die eerst te Luxemburg verblijf hield, de definitieve'zending van de gedeputeerden van dit gewest in den weg heeft gestaan 3). Ook Limburg en Lingen zgn nooit gecompareerd —, om welke reden is ons onbekend. Van de Hollandsche en Zeeuwsche steden, die niet in opstand waren gekomen, hebben de meeste zich, öf schriftelijk öf door het zenden van gedeputeerden naar Brussel, wel met de Staten-Generaal in verbinding gesteld — enkele als Amsterdam en Tholen zijn ook afzonderlijk in de Unie opgenomen —, maar een afzonderlijke plaats 1) In het Noorden heeft de stadhouder, Billy, het zenden van gedeputeerden tot aan zjjne gevangenneming in Nov. te Groningen tegengehouden. Hierges had zijn aanvankelijk verzet na de pacificatie opgegeven. 2) Waarschijnlijk naar aanleiding van een nieuw bevel van den Raad van State aan Manderscheidt (Actes, t. a. p., 434 en 436). 3) Waarschijnlijk wendde de Raad van State zich in het begin van 1577 nogmaals tot Luxemburg. In een remonstrantie van de Staten-Generaal aan den Raad (B. R. B., ms. 7223, fol. 33) werd deze verzocht nogmaals te schrijven aan de Staten van Luxemburg „et autres, si aulcuns en a" (nl. die nog niet verschenen rijn), om gedeputeerden te zenden. — Cf. hierna, p. 156. LX INLEIDING. in de Staten-Generaal hebben zij nooit gekregen. Wel compareerden de gedeputeerden van de Staten van Holland en Zeeland zelf, van de opstandelingen dus, zooals dit bij de pacificatie van Gent in het vooruitzicht was gesteld —, echter eerst in Januari 1577, nadat in December 1576 een voor-deputatie was verschenen, die eigenlijk alleen kwam, om den stand van zaken op te nemen. Deze had toen voor deze gewesten een bedenkelijk aanzien gekregen, omdat de Staten-Generaal spoedig na don Juan's aankomst ook met den nieuwen landvoogd in onderhandeling waren getreden, wat men aan 's Prinsen zijde niet al te best vertrouwde. Zij vertrokken weer na het sluiten van het Eeuwig Edict, om in Augustus, nadat er tusschen de Staten-Generaal en don Juan een ernstige breuk was ontstaan ten gevolge van de verrassing van het kasteel van Namen, terug te keeren. Zoo was de wat langwijlige geschiedenis van de bijeenroeping en samenkomst der Staten-Generaal van 1576. Het doel van de vergadering moest als bereikt worden beschouwd, nadat Pacificatie en Eeuwig Edict, met het hierop volgend vertrek van de Spaansche soldaten, waren tot stand gebracht. Maar in werkelijkheid — wij duidden hier reeds op bij het komen en verdwijnen der Hollandsche en Zeeuwsche gedeputeerden — lag er in Pacificatie en Eeuwig Edict een onoverkomelijk geschilpunt opgesloten: dat over de alleenheerschappij van het Katholicisme, die de Calvinisten in Holland en Zeeland niet konden aanvaarden. Men had de kwestie bij het sluiten der zoo zeer gewenschte bevrediging verdaagd. Eerst na het herstel der rust — zoo luidde art. 3 van de Pacificatie, dat in art. 2 van het Eeuwig Edict was bevestigd, — zou worden overgegaan tot de bijeenroeping van een vergadering der Staten-Generaal, zooals bij den afstand van Karei V geschied was: zij zou de overblijvende kwestiën, bepaaldelijk die van den godsdienst, regelen; hare uitspraak zou bindend zijn. Maar de moeilijkheden, die zich ook na het vertrek der Spaansche soldaten nog voordeden, hebben de bijeenroeping diér vergadering in den weg gestaan. Zij zou natuurlijk evenmin een definitieve regeling hebben kunnen bewerken als de vergadering van 1576 zelve. Het eenige verschil tusschen beide zou geweest zijn, dat de een op wat regelmatiger wijze zou zijn bijeengeroepen dan met de andere was geschied. In afwachting van een oplossing der moeilijkheden liet men inmiddels, met goedvinden van don Juan 1), de vergadering van 1576 voortduren, ook na het vertrek der Spanjaarden. Zij is bijeengebleven na de breuk met don Juan en is eerst vervangen door een nieuwe, door den landvoogd Matthias bijeengeroepene, in Maart 1) Dit is mij gebleken uit een commissie-brief van de gedeputeerden van Doornik van 16 Nov. 1577 (zie hierna, p. 151). INLEIDING. LXI 1579. Maar in het wezen der zaak veranderde dit ook toen niets. Wel waren de omstandigheden geheel gewijzigd: de Waalsche gewesten hadden zich van de Generale Unie, die door de Staten in Januari 1577 tot stand gebracht was, afgescheiden en Matthias heeft tevergeefs getracht haar te herstellen. IV. DE BRONNEN VAN DEEL L Over de gegevens voor de samenstelling van onze lijsten der gedeputeerden, die aan de resolutiën van elk jaar voorafgaan, is reeds gesproken en wordt verder gehandeld in noten bij de lijsten zelf x). Een lijst van de voorzitters is voor de jaren 1576 en 1577 niet te geven, omdat deze nergens — op een toevallige vermelding van een enkelen na — opgenoemd worden. Óver de samenstelling van de lijsten der leden van de Generaliteits-colleges of colleges van de Centrale regeering is bij de lijsten zelf het noodige medegedeeld 2). De resolutiën van deze beide jaren beslaan ongeveer de drie door Weellemans gehouden registers 8). Het eerste gaat van 1 October 1576— 18 Mei 1577; het tweede van 20 Mei—21 November 1577; het laatste van 22 November 1577—20 April 1578. Ongeveer op dien datum trad Weellemans af. Ze zijn grootendeels door Weellemans zelf geschreven — op een paar gedeelten in het tweede en derde na (resp. van 9 October— 24 October en 28 Maart—20 April), die van de hand van den gezworen klerk Francois de Jonge zijn 4). Over de aanleiding tot het aanleggen van een register met resolutiën blijkt uit het eerste register zelf niets. Dit begint op 1 October, als het ware plotseling, bovenaan een bladzijde van een katern — zonder eenige verdere aanduiding; alleen in margine staan de woorden: „Les S™. députéz dest(!) Estatz de Brab., Flandres et Haynault". Het beslaat 126 beschreven folio's, medegerekend de 10 folio's, waarop resolutiën van de Staten van Brabant van 4 Augustus— 1) Hiervóór, p. XLVIII; hierna, p. 5 en 146. — De aard van de bronnen maakt, dat aan deze lijsten in deze jaren niet geheel die vorm gegeven kon worden, die in onze regels is voorgeschreven. 2) Hierna, p. 4 en 152. 3) S. G. 1, 2 en 4 (over S. G. 3 straks nader). Hiermede loopen parallel de net-registers, S. G. 519, 520 en 521 (cf. hiervóór, p. XXIII). 4) Dit blijkt uit de laatste resolutie (deze nog van de hand van Weellemans) van het derde register (S. G. 4): aan Frangois de Jonghe, gezworen klerk, voor het schrijven van het „verbal" en andere copieën te betalen door Van der Beken 10 p. 11 s. art. (R. i. d.). — Behalve „verbal" (deze naam ook R. 29 Dec. 1577 en 2 Febr. 1578) noemt Weellemans zijne registers ook „roanuel" (Actes, I, XIX, noot 3; cf. Griffie, 102). LXH INLEIDING. 8 October 1576 *) staan. Van de eerste katern zijn de drieiaatste folio's 2) onbeschreven; van de tweede de acht eerste 3). Toch is hier geen hiaat in de resolutiën, ten minste voor zoover de data dit uitwijzen. Later zijn nog een paar folio's slechts ten deele beschreven (op 14 December 1576 on 4 Mei 1577), terwijl op enkele plaatsen kleine ruimtes zijn open gelaten, al moest nog iets ingevuld worden. Met register is hier en daar aan de kanten wat verschrompeld en ook op een enkele plaats bij het binden afgesneden, wat de lezing dan bemoeilijkt 4). Het tweede 5) en derde register tellen resp. 187 en 152 folio's en zijn beter geconserveerd dan het eerste. Ook in deze beide zijn enkele folio's onbeschreven, terwijl meermalen in beide eenige ruimte is open gelaten. Weellemans schreef zijne resolutiën op de ééne helft aan beide kanten der folio-bladzijden; de andere helft bleef open voor verbeteringen en aanvullingen; soms (lang niet geregeld) werd hier een korte aanduiding van den inhoud geplaatst; soms ook een korte toelichting 6). Gewoonlijk zijn de resolutiën dicht in elkander geschreven, zoodat er veel op één folio staat. Haast alle dagen werd vergaderd, ook Zondags. Alleen bij de verhuizing naar Namen en bij den terugkeer vandaar naar Brussel 7) komen gedurende enkele dagen geen resolutiën voor. Het is waarschijnlijk, dat de resolutiën van 19 Mei ontbreken: de laatste folio van het eerste register, dat 18 Mei eindigt, is klaarblijkelijk ten deele afgescheurd en verloren gegaan. De datum 10 October 1577 komt tweemaal voor, evenzoo die van 20 April 1578. De notuleering is doorgaans zeer kort, wat men.tot op zekere hoogte als een verdienste mag beschouwen; zij leidt echter ook vele 1) Daarna zijn enkele folio's uitgesneden, die behoorden tot de katern, waarop de resolutiën van Brabant. 2) Op één hiervan staan de namen der zgn. contribueerende gewesten. 3) Men ziet aan den uiterlijken vorm van dit register gemakkelijk, dat het bestaat uit later bijeengebonden gedeelten (katernen), die niet precies even lang waren. Ook bij het derde register is dit aan geen twijfel onderhevig. Het tweede register maakt meer den indruk van uit één stuk te zijn samengesteld. 4) Op één plaats zelfs onmogelijk maakt. Op 3 Nov. nl. is van één resolutie nog alleen leesbaar: „D'escripre a mons1. de Hierge que les Srs. de" 5) Hier voorin een titel en een motto. 6) Zie een voorbeeld, hierna, p. 79, noot 1. Ik maak van de gelegenheid gebruik, om hier nog een toelichting te geven bij ons n°. 175. Hierbij staat i. m.: „Les mots subvirguléz sont ordonnéz d'estre ostéz par mess", les prélatz de Vliers, S'. Michiel et par le Sr. de Gembloux et les députéz des . villes selon que mons'. de Schoore a relaté". De onderstreepte woorden zijn: „y adjoustant Wespelaer". — Op fol. 20 nog een aanteekening: „Yssche soit mandé sur paine de autre L £". — De net-registers zijn geregeld van korte inhoudsaanduidingen in margine voorzien (cf. van Riemsdijk, t. a. p., 108, waar verder over de op de resolutiën gemaakte indices gehandeld wordt). 7) Van 23 Dec., 3, 4, 5, 6 Jan. zijn dientengevolge geen resolutiën aanwezig. — Verder ook niet van 7 April en 13 Oct. 1577. INLEIDING. LXII1 malen tot onduidelijkheid, terwijl meermalen een resolutie onvolledig opgeteekend werd. De redactie der resolutiën geschiedde haast uitsluitend in het Fransch, dat op ons — maar wij kennen onze onervarenheid te dezen opzichte te goed dan dat wij hier positief zouden durven spreken — op verscheidene plaatsen een slordigen indruk maakt, als ware Weellemans meer bedreven geweest in het Dietsch1); dit laatste werd in deze registers door hem slechts een heel enkelen keer — en dan voor zaken van de Noordelijke gewesten — gebruikt. In het algemeen schijnt Weellemans aan de registers niet veel zorg te hebben gewijd. Nog meer dan de onduidelijkheid en de veronderstelde slordigheid wijst hierop de onvolledigheid, die in vele gevallen te constateeren valt. En het eigenaardige is, dat meermalen juist van belangrijke besluiten geen melding wordt gemaakt! Het vaststellen van uitgaande brieven wordt lang niet geregeld aangeteekend, het ontvangen van inkomende brieven haast nooit. Eenig systeem hebben wij hierbij niet kunnen ontdekken. Evenmin vonden wij systeem in de wijze van notuleering: soms wordt de inhoud eener resolutie, soms zelfs met de acte van het stuk er bij, korter of langer vermeld; dan weer wordt volstaan'met de aanteekening van het feit, dat een resolutie over eenig onderwerp genomen was, zonder aanduiding van den inhoud; tweemaal wordt een stuk geïnsereerd 2). Dit geeft aan Weellemans' registers een onevenredig, een asymmetrisch aanzien. Men houdt ten slotte den indruk, alsof onze man vooral ten eigen behoeve begonnen is aan te teekenen, wat ter vergadering voorviel, zonder naar volledigheid te trachten, zooals iemand, die pro memorie een en ander opschrijft van wat hij beleeft en wat hem verder van pas kan komen. Maar spoedig zouden dan zijne aanteekeningen als officieel zijn beschouwd 8) en hem ook voorgeschreven zijn ze te houden. Toch behielden zijne notulen altijd iets vaags en vlottends, als bleef het oorspronkelijk particulier karakter hun ten deele eigen *). Het is een gissing, die wij hier opdisschen, maar die het lang en veelvuldig gebruik van Weellemans' resolutiën ons als niet heelemaal verwerpelijk heeft leeren beschouwen. Het woord: „resolutiën" is voor een groot deel van Weellemans' aanteekeningen haast te weidsch, vooral wanneer men hierbij denkt aan den afgeronden vorm, die de besluiten der Staten-Generaal in de 17de en 184e eeuw kregen. Het register van „resolutiën, ordonnantiën en. acten", zooals des griffiers register bij Weellemans' aftreden officieel 5) bestempeld werd, is een 1) Waarin de resolutiën der Staten van Brabant, althans de ons bekende, gehouden werden. 3) Hierna, p. 9 en 206. 3) Cf. hiervóór, p. XXIV, noot 5. 4) Zie b.v. hierna, p. 431, noot 1. 5) In de instructie voor de opvolgers (Actes, I, 443). LX1V INLEIDING. zeer embryonale vorm van het register van resolutiën uit lateren tijd; voor ordonnantiën en acten had men toen andere, ook zeer deftige registers. Het eerste lijkt proefwerk van een niet onknap kind, het tweede exemplair werk van een volwassene. Wat het meest aantrekkelijk is, moeten wij hier in het midden laten. Voegen wij hier nog uitdrukkelijk bij, dat Weellemans' notulen langzamerhand wel een streven naar beter, naar iets meer afs, vertoonen, al werd eenige perfectie nooit bereikt. De man moet het dan ook wel bar druk hebben gehad. Hij was immers ook nog griffier van de Staten van Brabant! Con amore vervulde hij in dezen voor de Staten-Greneraal toch zoo merkwaardigen tijd zijn ambt, naar het schijnt, niet. Reeds in 1577 trachtte hij een anderen post te krijgen: hij wilde hoogerop, liefst lid worden van den Raad van Brabant. Zijn wensch werd in 1578 vervuld 1), en daarna, merkt men weinig meer van hem. Stellig was de taak, door hem als griffier der Staten-Generaal vervuld, zwaar: hij kreeg twee opvolgers, over wie in ons volgend deel. De belangrijkste vraag, die zich bij de beschouwing van Weellemans' registers voordoet, hielden wij nog achterwege. Wanneer schreef hij zijne resolutiën in den vorm, waarin wij ze hebben, op? Tijdens of na de vergadering? Wij wezen er reeds op 2), dat hij sedert Maart 1577 verplicht was de resolutiën nog vóór het einde der vergadering op te stellen. Naar het ons wil voorkomen, is het grootste gedeelte zijner resolutiën ons overgeleverd in den vorm, dien hij tijdens de vergadering er aan gaf, niet dus in later om- of bijgewerkten vorm. Het uiterlijk van de folio's met het dikwijls uitermate vlugge; haastige en daardoor vele malen onduidelijke schrift, met de talrijke doorhalingen, verbeteringen, aanvullingen wijst hierop — en dit is eigenlijk de eenige maatstaf ter beoordeeling, die wij hebben. Een uitzondering moeten wij maken voor de resolutiën van de eerste katern (1 October en volgende), die er bizonder netjes uitzien en den indruk maken van — door Weellemans zelf — gecopieerd of later opgemaakt te zijn. Bovendien voor de resolutiën van October 1577 af. Hier ligt het geval stellig wat anders. Maar alvorens dit te kunnen uiteenzetten, moeten wij spreken over een register, dat in de rij der resolutiën een geheel afzonderlijke plaats inneemt en tot nog toe niet voldoende gekend wordt. Het staat tusschen het tweede en derde register van Weellemans in en heeft in den inventaris het nummer 3. Wij noemen het daarom bij voorkeur: S. G. 3. 1) Zie hierna, p. 158 (n°. 10) en Rubriek I van de resolutiën van 1578 in ons tweede deel. 2) Hiervóór, p. XXIII. INLEIDING. LXV; Dit merkwaardige register, waarop tot nu toe alleen de heer Van Riemsdijk 1) de aandacht heeft gevestigd, bevat resolutiën van de 'StatenGeneraal van 9 October 1577—20 April 1578 2). Het heeft echter zeer groote hiaten, vooral in den beginne. Het is geschreven door zeer verschillende handen, meermalen uitermate onduidelijk. Het vertoont soms veel overeenkomst met de resolutiën uit het register van den griffier; soms is het hieraan geheel gelijk. Het vertoont echter ook zeer belangrijke afwijkingen: niet alleen door een andere redactie van vele resolutiën; ook doordat er verscheidene — en meermalen niet onbelangrijke — resolutiën in staan, die bij "Weellemans-zelf ontbreken. De veronderstelling, door den heer Van Riemsdijk geopperd, dat wij hier met ons door Weellemans zelf gesignaleerde „memorialen" van de voorzitters te doen hebben, is zonder twijfel juist. Bij een nauwkeurige beschouwing van dit register, dat klaarblgkelijk uit later samengebonden katernen bestaat, ziet men spoedig in, dat een wékelijksche afwisseling van het schrift valt te constateeren. Bepaaldelijk in de eerste maanden van 1578, wanneer deze resolutiën vrij geregeld doorloopen, wordt dit duidelijk. Leest men boven de resolutiën van 3 Januari 1578 nog: „présidence de Brabant aux Estatz Généraux", boven die van 10 Januari: „présidens ceulx de Guéldr'es du Xe janvier 1578", boven die van 24 Januari: „Artois", om van enkele verdere aanduidingen van denzelfden aard maar te zwijgen-, en herinnert men zich even, dat het presidium wekelijks wisselde s), dan is verdere twijfel aan de juistheid der genoemde veronderstelling eigenlijk uitgesloten. De reden, waarom de voorzitter tot het aanleggen dezer „memorialen" kwam, is ons door Weellemans zelf medegedeeld: het was hem zelf niet steeds mogelijk „de vaquer atout" 4). Dannamde president dus zijn werk over, voor zoover het aanteekenen der resolutiën betreft. Inderdaad heeft Weellemans ons gezegd, dat de president ze schreef. Het lijkt echter vreemd, dat deze hiertoe tijd en gelegenheid zou hebben. Zou niet veeleer een der beide assessoren van den president 5), die naast hem zaten en die gewoonlijk wel pensionarissen uit de deputatie van het gewest, waartoe de president zelf behoorde, zullen geweest zijn, de resolutiën opgeteekend hebben? -1) Griffie, 1(M, noot. 2) Eén katern, bevattende resolutiën van 21—24 April (bewaard R. A., S. G., loketkas, loopende 60: „Notulen van den jare 1588" — L 1578), sluit hier onmiddellijk bij aan; het had eigenlijk bij S. G. 3 ingebonden moeten zijn. Deze resolutiën zijn ook nog door Francois de Jonge in S. G. 5 (het eerste der registers van Houfflin en Blyleven, waarover zie de Inleiding tot ons tweede deel) bijgeschreven. 3) In elk geval sedert Maart 1577 (Actes, I, 440). 4) Actes, I, XIX, noot 3. De naam: memorialen, wordt t.a.p. ook door Weellemans zelf gebruikt. 5) Als noot 3. V f LXV1 INLEIDING. Met dit al blijft in dit register S. Gr. 3 -wel een en ander over, dat nog niet direct zoo heelemaal duidelijk wordt. Vooreerst zgn er de resolutiën van de eerste folio's (fol. 1—28: 9—24 October), die een zeer verwarrenden indruk maken en bij welke men er mét de verklaring alleen, dat dit register „memorialen" van den president bevat, niet komt. Men vindt hier eerst eenige resolutiën van 14, 15 en 16 October van de hand van Weellemans zelf, die niet geheel overeenstemmen met die in zijn eigen register. Volgen resolutiën van 9 en 10 October, niet van Weellemans' hand en gelijk aan die in Weellemans' eigen register. Dan resolutiën van 11—14 October in twee redactiën: de ééne van de hand van Weellemans en niet overeenstemmend met, de andere niet van de hand van Weellemans en wel overeenstemmend met zijn eigen register. Tusschen deze in nog resolutiën van 9 en 10 October van de eerstgenoemde soort. Dan nog weer eens resolutiën van 11,12,14,15,16,17 October van de tweede soort, van 17 en 18 October van beide soorten, van 19, 20, 21 en 22 October van de eerste soort, maar wel overeenstemmend met het eigen register, waarna weer resolutiën in andere hand van 18—24 October volgen. Men zal dit gewirrewar moeilijk afdoende kunnen ophelderen. Het komt ons het meest aannemelijk voor, dat in deze periode — die precies samenvalt met de eerste, welke in Weellemans' eigen register met andere hand geschreven is (zie p. LXI) — als het ware proeven genomen zijn met een notuleering door of van wege den president, terwijl Weellemans ook nog zelf trachtte te notuleeren. Toen nu later Francois de Jonge de hiaten in Weellemans' registers aanvulde uit de memorialen van den president x), schreef hij de gedeelten over, die niet van Weellemans' hand waren, maar, omdat deze niet alles bevatten, werd het eerste gedeelte van wat hij copieerde onvolledig. Weellemans zelf heeft het noodig geacht dit gedeelte uit 1577 op verschillende plaatsen wat aan te vullen, ofschoon het ook toen nog onvolledig bleef. Bovendien is er nog een op het eerste gezicht ontstellend iets. Niet alleen in de eerste periode bevat S. Gr. 3 dikwijls meer — trouwens ook dikwijls minder — dan Weellemans' eigen register, ook in de volgende periodes is dit het geval, terwijl ook dan vrij dikwijls redactie-afwijkingen te constateeren vallen. Nemen wij b.v. de resolutiën van 8—21 November 2), 1) Dat dit inderdaad later — na Weellemans' aftreden — geschiedde, volgt uit Weellemans' boven reeds geciteerden brief (Actes, I, XIX, noot 3). 2) Tusschen fol. 36 en 37 is een bladzijde uitgesneden; op een strook, die is overgebleven, staan de woorden: „Ce que estoit icy, a esté copié, pourestrechose tressecrèteet 1'avoirdoublé, pour (estre) envoyee a mons'. le Prince, et est remis sur le mons. Weellemans". — Het zijn resolutiën van 17 Nov. 1577, die aldus verdwenen. INLEIDING. LXV1I die in S. G. 3 op die van 22 October volgen, dan constateeren wij de wekelijksche afwijking van schrift, waarover reeds gesproken is, wij missen nu altijd Weellemans' hand, maar wij zien tevens op verschillende dagen belangrijke verschillen met Weellemans' eigen register. Hetzelfde is op te merken in de periode van 5—31 December, waar de overeenstemming door elkander iets grooter wordt. In het begin van Januari 1578 vinden we nog meerdere afwijkingen van beteekenis, maar daarna neemt de overeenkomst meer en meer toe, terwijl eindelijk, bepaaldelijk in het tweede der door Francois de Jonge gecopieerde gedeelten, vrijwel geheele gelijkheid bereikt wordt. De conclusie moet dus luiden, dat Weellemans in zijn register volstrekt niet overal de „memorialen" van den president heeft afgeschreven. Hij moet zijne Notulen, waar deze parallel loopen met de memorialen van den president, voor een vrij groot gedeelte toch zelfstandig gemaakt hebben, terwijl hij deze voor een ander gedeelte zeer zeker heeft gecopieerd x). De kleinere ruimtes, juist in de latere gedeelten op meerdere plaatsen in zijn eigen registers opengelaten, waren dan misschien voor latere aanvulling bestemd na een eventueele vergelijking met de memorialen, die echter uitgebleven is. Het spreekt van zelf, dat wij van S. G. 3 het gebruik gemaakt hebben, dat wij konden, nl. het te doen dienen tot die aanvulling van Weellemans, die deze zelf heeft nagelaten 2). De vraag, of Weellemans' resolutiën in den vorm, waarin ze ons overgeleverd zijn, wat het latere gedeelte betreft, tijdens de vergadering opgeschreven zijn, is met de bovenstaande uiteenzetting vrijwel beantwoord. Ten deele zeer zeker wel — voor de dagen of weken, waarin geen memorialen van den president gehouden, althans overgebleven zgn, is het vormen van een oordeel bezwaarlijk —, ten deele zeer zeker niet. Behalve de door Weellemans gehouden registers moeten er nog bestaan hebben resolutiën, gehouden door de vergadering te Brussel, terwijl een ander deel der Staten te Namen vertoefde; deze door Jean Gilles 3) opgeteekende resolutiën zijn verloren gegaan op een enkel 1) Een zeer duidelijk voorbeeld hiervan levert een resolutie van 10 Jan. 1578 (zie later Rubriek V van onze bewerking der resolutiën van 1578 in ons tweede deel). Ook bij vergelijking van S. G. 3 en S. G. 4 op 15 Nov. p. p. zal men gemakkelijk zien, dat het laatste naar het eerste gecopieerd is. 2) Hier en daar komen in dit register losse (nu ingeplakte) bladen voor, waarop een enkel reqUest, een acte, een resolutie van den Raad van State e.d. Een enkele maal ook korte memoranda over te schrijven brieven. Éénmaal een resolutie van de.Staten van Brabant van 5 Oec. (fol. 44). Voor zoover noodig, hebben wij ook van deze stukken gebruik gemaakt. 3) Of de Antwerpsche pensionaris van dezen naam bedoeld is of de Brabantsche rekenmeester, blijkt niet; waarschijnlijk o.i. de laatste, omdat hij, evenals Weellemans, Brabantsch ambtenaar was. LXVlil INLEIDING. extract na 1). Verder wijzen wij in dit verband nog op het register van Liébart, waarover wij reeds handelden 2) en waarvan wij, voor zoover het behelst, wat men particuliere Notulen pleegt te noemen, ter vergelijking overal hebben gebruik gemaakt, waar dit noodig was. Dan op het rapport van Liébart en op het verhaal der Geldersche deputatie van 1576, beide gedrukt, die wij — ter toelichting — een enkele maal citeerden 3), maar die wij hem, die de resolutiën van dezen tijd wenscht te bestudeeren, nog nadrukkelijk signaleeren, evenals de hier en daar gedrukte brieven van gedeputeerden ter Staten-Generaal 4). Inkomende en uitgaande stukken, vooral de laatste, hebben wij vóór deze jaren in grooten getale gebruikt. De vorm, waarin Weellemans' resolutiën gegoten zijn, maakt dit noodzakelijk., De meeste der archieven, die wij bezochten, hebben dan ook reeds voor dit deel hun tribuut geschonken. Men vindt een lijst er van met de archief bestanddeelen, waaruit geput werd, aan het einde van dit deel bij de indices. De quotenlijst, waarvan sprake is in regel 13, meenden wij om den korten tijd, waarover dit deel loopt, en om het tekort aan beschikbare gegevens, beter tot deel II uit te stellen. Bij het raadplegen der uitgaande stukken zal men er licht door getroffen worden, hoe goed deze gewoonlijk gesteld zijn. Vooral de dépêches maken geregeld een aangenamen, soms een weisprekenden indruk. Na de summiere notulen van Weellemans is het een verademing met deze geheel uitgewerkte stukken kennis te maken. Wie ze gesteld heeft? Wij kunnen het onmogelijk van alle zeggen; immers de minuten ontbreken. Ongetwijfeld heeft Weellemans, tot wiens taak ook het opstellen der dépêches enz. behoorde, hierbij veel steun gehad. De resolutiën zelf leeren dit op onderscheiden plaatsen. Pensionarissen, v.n. Nicasius Sille van Namen, een enkelen keer ook anderen, b.v. Ohampagney, werden dikwijls met de extensie van eenig stuk belast of belastten zich vrijwillig hiermede5). Het plan kwam zelfs op en werd misschien ook voor korten tijd in praktijk gebracht, om een „Chambre des Dépêches" in te stellen, zooals er een „Chambre des Aydes" verrees 6). Deze instelUng zou dienen tot vluggere afdoening van zaken, die men reeds in 1577, toen de geheele last der regeering meer en meer op de schouders der Staten begon te 1) Hierna, p. 16 en cf. p. 157. 2) Hiervóór, p. XXXIV. 3) Hierna, p. 4, noot 2, en p. 15, noot 3. 4) Bep. bij Bondam, I. 5) In hoeverre de audiencier in dezen tijd stukken voor de Staten stelde, zouden wij niet weten te zeggen. Later deed hij dit in vrij ruime mate. Het is een onderwerp, dat stellig een afzonderlijk onderzoek verdient. 6) Hierna, p. 155; cf, ook Actes, I, App., 441, INLEIDING. LXIX drukken, als noodzakelijk ondervond. Zoo trachtte men ook een afzonderlijke regeling te treffen voor de afhandeling der overstelpende massa particuliere requèsten1). Maar tot een definitieve, beklijvende orde kwam het niet; alleen de Kamer der Beden raakte goed aan het werk. De veelhoofdi ge vergadering was voor de praktijk der regeering uiteraard weinig geschikt. Men mag het echter in haar prijzen, dat zij zich althans heeft ingespannen, om zich in deze administratieve zaken aan de nieuwe behoeften aan te passen. Er voortdurend naar strevende, om den omvang van ons uit den aard der zaak uitgebreid werk te beperken, waar dit kon, hebben wij bij inkomende en uitgaande stukken zooveel mogelijk verwezen naar gedrukte werken — vooral voor deze eerste jaren bestaande —, ten einde ons zelf den afdruk te besparen.'De resolutiën zijn voor ons altijd de hoofdzaak. De toelichting uit andere stukken, hoe belangrijk ook, is ten slotte bijkomstig. Waar dus een behoorlijke druk van een stuk aanwezig was, hebben wij er mede volstaan den gebruiker onzer uitgave hierop te wijzen. Wij meenden hierbij zelfs zóó ver te mogen gaan, dat wij bij Bor e. e. in vertaling voorkomende stukken niet weer afdrukten. Wel hebben wij in deze gevallen en overal, waar ons dit in het algemeen wenschelijk voorkwam, tevens een archiefplaats opgenoemd, ten einde iemand, die dit wenschte, gemakkelijk in staat te stellen, zich een copie van het stuk te verschaffen. Natuurlijk moeten wij hierbij de mogelijkheid open laten, dat ons hier en daar de afdruk van een of ander stuk onbekend gebleven is, wat men te eerder zal willen veroritschuldigen, wanneer men bedenkt, in hoe vele publicatiën, groot, middelmaat en klein, de gegevens voor de geschiedenis van 1576 en 1577 verspreid staan. Een lijst van de werken, door ons meermalen gebruikt en daarom geregeld met zeer verkorten titel geciteerd, vindt men aan het einde van dit werk bij de indices. Wij zijn er ons volkomen van bewust, dat ons werk door deze methode hier en daar een wat onevenredig aanzien heeft gekregen. Nemen wij een voorbeeld: Gachard's bekende uitgave van de correspondentie van Philips LT over de zaken der Nederlanden eindigt met deel V in het midden van Juli 1577. In dit deel, bep. in het Aanhangsel, vindt men een massa stukken, waarnaar wij konden verwijzen, zoodat wij in de Rubriek III: Betrekkingen met Spanje, zelf nergens nieuwe stukken ter toelichting behoefden mede te deelen —■ althans tot in het midden van Juli 1577! Maar daarna moest een andere wijze van werken gevolgd en uit ongedrukte stukken medegedeeld, wat, met inachtneming 1) Hierna, p. 15 en 159. LXX INLEIDING. onzer regels, noodig was. Wij getroostten ons echter liever deze onevenredigheid, die trouwens meer schijn dan wezen is, dan ons werk te bezwaren met den herdruk van vele uitgegeven stukken. Het is niet onze schuld, dat in materie van belangrijke historische uitgaven, die dezen tijd betreffen, de regel schijnt gegolden te hebben, niet alleen om ze onvoltooid te laten, maar ook deze, om kleinere gedeelten, zonder samenhang, uit grootere bestanddeelen lukraak aan het licht te brengen. Dit bedenke men, alvorens ons om de door ons gevolgde methode aan te klagen. Hoe verder onze publicatie voortschrijdt, hoe minder men van de door ons zelf aangeduide onevenredigheid last zal hebben. Vooreerst zal het aantal stukken, ter toelichting noodig, slinken, al naar mate de resolutiën zelf meer afgerond en dus duidelijker worden. Vervolgens zullen de grootere publicatiën ons, hoe verdef we van 1576 afkomen, meer en meer in den steek laten en wij dus meer uitsluitend met ongedrukte stukken moeten werken. Voor al te groote uitzetting van dit werk zij men echter daarom niet beducht. Wij maken ons sterk de jaren 1576—1609 in 10 a 12 deelen in het licht te geven, wat men waarlijk voor een publicatie als deze niet overdreven zal mogen achten. Dat in dit eerste deel slechts één en een kwart jaar gaan, komt van den vorm der resolutiën, die zooveel toelichting noodig maakt; bovendien is het aantal resolutiën geweldig groot, v.n. in 1577, omdat de Staten toen met haast de geheele centrale regeering der Zeventien Nederlanden belast waren 1). In 1578 en 1579 en vooral daarna wordt dit anders, zooals men in onze volgende deelen — naar wij hopen: weldra — zal zien. Onze indices vullen het laatste gedeelte van dit deel. Voor den aard er van verwijzen wij naar regel 25. Wij hebben hieraan slechts dit toe te voegen: De chronologische lijst der resolutiën heeft vooral ten doel te doen zien, hoe de opvolging der resolutiën op één of anderen dag was, wat men in sommige gevallen zal wenschen te weten. Op den index van eigennamen wijzen wij met eenigen nadruk. Alweêr om ruimte in onzen tekst te sparen, hebben wij de overigens ook zeer kort gehouden toelichting bij de vele min of meer bekende personen, die men zal tegen komen, slechts éénmaal — gewoonlijk de eerste maal, dat de persoon voorkwam, — gegeven en bij een volgende vermelding niet meer hiernaar verwezen: men vindt de plaatsen immers toch bijeen in den index. 1) Men tal het ons, naar wij hopen, ten goede houden, dat wij met de verdeeling van de massa kleingoed ons enkele malen vergist hebben, en ook, dat wij bij onze bewerking een paar resolutiën oversloegen. Gelukkig ontdekten wij onze fouten ten deze nog bij de definitieve samenstelling der chronologische lijst, zoodat wij de afgedwaalde schapen nog in de Addenda konden onderbrengen, waar wij tevens onze vergissingen aanwezen. INLEIDING. LXXI De zaken-index geeft een verdere detailleering van de zaken-indeeling, die ook de tekst zelf reeds brengt. Aan het einde van dit eerste deel hebben wij velen onzen dank te betuigen. Wij mogen onze inleiding niet bezwaren met het opsommen van al degenen, die ons op de één of andere wijze aan zich verplichtten. Het was — enkele z warte herinneringen daargelaten — niets dan groote welwillendheid, die wij ondervonden. De algemeen rijksarchivaris van België, de heer J. Ouvelier, wiens naam men reeds eerder in deze inleiding heeft gelezen, moge hier nog eens in het bizonder gehuldigd worden om de onbekrompen royaliteit, waarmede hij ons voortdurend onzen arbeid heeft vergemakkelijkt. De reden, die ons hier ook de heeren burgemeester en archivaris van Ieperen afzonderlijk nog eens doet noemen, is reeds vermeld. Ten slotte een woord van zeer vriendelijken dank aan Prof. Mr. B. Fruin, het toezichthoudend der Commissie, wiens hartelijke belangstelling in deze uitgave en voortdurende hulp bij het nagaan der drukproeven voor den bewerker veel genoegen en groot voordeel en voor den gebruiker in ruime mate het laatste heeft opgeleverd. Oct. 1915. N. JAPIKSE. t LIJST DER GEDEPUTEERDEN 1576 »). 1. BRABANT *). Voor de geestelijkheid: Lanrens Metsius, bisschop van Den Bosch, prelaat van Tongerlo. — Pierre Coels, prelaat van Vlierbeek. — Francois de Vleeschhouwer, abt van S'. Michiel. — Gerard Campenhout, abt van Grimbergen. — Gille Bernart (of Bernardi), abt van Heylessem. — Charles van der Linden, abt van Parck (d. I. de abdij in het Park bij Leuven). — Livine de Conwenbergh, abt van Dielegem. — Jean van der Linden, abt van S'. Geertruid te Leuven. — Lambert Hanckaert, abt en heer van Gembloux. Voor den adel: Gnülaume de Hornes, heer van Heze, Geldorp etc. — Adrien de Bubempré, baron van Beves, heer van Bièvre etc — Jean de Witthem 8), baron van Boutershem, Berselle of Beersele, Braine-la-leu etc. — Jean, baron van Merode, heer van Duffele, Perwez etc."). — Jan, baron van Merode, heer van Petershem. — Antoine de "Witthem, heer van Issche, Arkenne etc. *). — Jean de Mol, heer van Oetingen. — Philippe van der Meeren, heer van Zaventhem. Voor de steden: Bolland de Rijcke, pensionaris van Leuven. — Jean de Schore, schepen van Lenven. — Antóine Quarré, heer van Salmslach, burgemeester van Brussel. — Jean Malcote, pensionaris van Brussel 8). — Henry van Berchem, ridder, heer van Berchem, burgemeester van Antwerpen. — Jean de Schoonhoven, 1) Voor de data der comparitie zie men de eerste rubriek van onze bewerking der Resolutiën van dit jaar (hierna, p. 9 vlg.). 2) De namen van de gedeputeerden van Brabant, wier commissie niet bekend is, worden 'hier medegedeeld naar een lijst, getiteld: „Noms et surnoms de ceulx qui ont esté a 1'assemblée des Etats du Pays-Bas a BruxeUes depuis le mois de Sept. 1576" (B. R. B., ms. 9238, fol. 1, en ms. 7223, fol. 1). Deze lijst, die de namen bevat van de gedeputeerden van Brabant, Vlaanderen, Artois, Henegouwen, Valenciennes, Lille, Douay en Orchies, Namen, Doornik, het Doorniksche, Mecbelen, is betrouwbaar; waar gelegenheid bestaat tot vergelijking met commissie-brieven, zooals bij de meeste gewesten het geval is, vallen geene afwijkingen van beteekenis op te merken. De spelling is uitermate slordig (het meest in die van 7223). Voor zoover mogelijk, heb ik deze slordigheden stilzwijgend verbeterd, v.n. met behulp van de namen bij J. C. de Jonge, de Unie van Brussel des jaars 1577 ('s-Grav. 1835). Enkele malen heb ik ook gebruik kunnen maken van "het uit verschillende archieven voor Gachard bijeengebrachte materiaal voor zijn tableau des anciennes assemblées nationales de la Belgique (zie nader onze Inleiding; dit wordt geciteerd als „Etats-Généraux", naam, waaronder het op de Archives Générales' te Brussel bekend is). 3) Onze lijst heeft: Jean de Beersele, enz. 4) Onze lijst noemt dezen en den volgenden alleen als: „le baron de Merode, Duffele, Perwez etc." en „le S*. de Petershem"; cf. De Jonge, Unie, 49 en 121. 5) Onze lijst noemt dezen alleen: „le S*. d'Issche, d'Arkenne etc." 6) Volgens Etats-Généraux n°. 2 (A. G.) waren behalve Quarré en Malcote op 11 Nov. 1576 namens Brussel ook als gedeputeerden aanwezig Nicolas de Beckere, de onder-burgemeester, en Antoine van der Hert, de ontvanger. 19 Dec. 1576 werden Quarré, Van der Hert en Malcote gecommitteerd, om mee naar Namen te gaan (hierna, p. 16). 1 2 ridder, schepen van Antwerpen. — Jean Gilles, pensionaris van Antwerpen. — Henry Bloeyman, heer van Helvoirt, schepen van 's-Hertogenbosch l). — Roeloff Loquemans, pensionaris van 's-Hertogenbosch. — Cornelis Weellemans, griffier van de Staten van Brabant *). — Jean Gilles, raad en rekenmeester van Brabant. 2. GELDEBLAND 8). Voor de bannerheeren: Frederik van Boymer. Voor het kwartier van Nijmegen: Gillis Pieck, heer tot Enspyck. Voor de stad Nijmegen: Barthold van Gent, heer van Loenen, burgemeester van Nijmegen. Voor het kwartier van Boermond: Cornelis van Boetbergen, maarschalk in Den Haag. — Georgien opten Berch. — Dirk van Westrum. Voor het kwartier van Zutfen: Zeino van Dordt, heer tot Dordt. Voor de stad Zutfen: Hendrik van Till, burgemeester van Zutfen. Voor het kwartier van Arnhem: Cornelis van Wees. Voor de stad Arnhem: Willem van Znylen van Nyevelt, burgemeester van Arnhem. 3. VLAANDEBEN 4). Voor de geestelijkheid: Michiel van der Maelen (of van Male), abtvanNienhoven. — Guillaume Valerius, kanunnik van S'. Bavo en „seelleur de la cour spirituelle a Gand". Voor den adel: George de Montmorency, ridder, heer van Croiselles. — Francois de Halewijn, heer van Sweveghem. Voor de vier leden: Philippe Triest, heer van Auweghem, schepen van Gent.— Josse Borlunt, pensionaris van Gent. — Philippe de Baesdorp, schepen van Brugge. — Jacques Yman, pensionaris van Brugge. — Arthus de Ghistelles, ridder, heer van Bymeersch, groot-baljuw van Ieperen. — Jan van der Caemere, schepen van Ieperen. — Poland de Conrteville, schepen van het Vrije. — Adolphe de Meetkercke, ontvanger en pensionaris van het Vrije. — Loys Luykx, ridder, heer van Swevezele. — Hector van der Woestijne, heer van Becelaere. 4. ABTOIS e). Voor de geestelijkheid: Jean Six, licentiaat in de theologie, kanunnik van de kathedraal van S'. Omer, groot-vicarius van den bisschop. — Jacques de Dostrel, abt van S'. André-au-Bois. 1) Volgens Etats-Généraux n°. 5 (A. G.) was Bloyman in 1576 schepen (volgens de lijst: ,,bourguemaitre ou président") en was bovendien de tweede pensionaris Andries Hessels namens Den Bosch aanwezig. 2) Tevens fungeerend als griflier van de Staten-Generaal. Dit was reeds het geval op 26 Sept. (hierna, n°. 2). Van zijne aanstelling als zoodanig is mij nergens iets gebleken. 3) Naar Actes, n°. 137. — Over de verschillen, die hier en elders vallen op te merken tusschen onze lijst en die in de Tweede Kamer der Staten-Generaal, zie men onze Inleiding. 4) Ook de namen van de gedeputeerden van Vlaanderen zijn overgenomen uit de lijst in B. R. B., ms. 9238, fol. 2. — Niet al deze gedeputeerden waren voortdurend aanwezig. Een instructie voor twee hunner, nl. Triest, en Courtevilie, dd. 13 Oct. 1576, gegeven door de Vlaamsche gedeputeerden, werd slechts door vier anderen, nl. Borluut. Meetkercke, Camere, Yman geteekend (A. V. Ypres, port. 23 ■*). Toen waren dus slechts zes Vlamingen te Brussel. 5) Naar Actes, n<». 37 en 97. 3 Voor den adel: Ondart de Bournonville, ridder, heer van Capres, vicomte van Barlin. — Eustache de Croy, heer van Crecquea *). Voor de steden: Antoine de Canlers, ridder, schepen van Atrecht. — Pasquier Gosson, alsvoren. — Antoine Anbron, eerste raad van 8'. Onier. — Waleran Maupetit, pensionaris van Béthnne. — Jean Péhart, schepen van Aire. 5. HENEGOUWEN s). Voor de geestelijkheid: Matthien Monlart, abt van S'. Ghislaln. — Frederic d'Yve, abt van Maroilles. Voor den adel: Charles de Gavre, heer van Fresin. — Adrien d'Ongnies, heer van Willerval. Voor de steden: Qnentin dn Pret, schepen van Mons. — Simon de la Barre, schepen van Mons. — Louis Corbault, raad van Mons. — Philippe du Mont, heer van Bampemont, raad van Mons 3). — Louis Carlier, griffier van de Staten. 6. VALENCIENNES 4). Francois le Mesureur, schepen. — Francois d'Oultreman, pensionaris. 7. LILLE, DOTJAY en ORCHLES 6). Voor de „qnatre seigneurs hauts j us ticiers": Francois de Haynin, ridder, heer van Breucq, baljuw van de chatellenie van Rijssel. — Poland de Vicq, ridder, baljuw van de seigneurie van Wavrin. Voor de steden: Bandouin de Croix, ridder, heer van Oyenburg, schepen van Rijssel. — Antoine Muyssart, pensionaris van Rijssel. ■— Eustache dAoust, heer van Jumelles, „chef" van Douay. — Philippe Broide, Ucenciaat, pensionaris van Douay. — Antoine Consteau, „chef" van Orchies. Voor de geestelijkheid: Pierre Carpentier, abt van Los. Voor de edelen: Jean de la Haye, ridder, heer van la Haye. 8. NAMEN 6). Voor de geestelijkheid: Antoine Havet, bisschop van Namen. — Dom Guillaume d'Oupaix, prelaat van Floreffe. Voor de edelen en het platteland: Jean de Bourgogne, heer van Froidmont. — Philibert de Marbais, heer van la Haye a Brigbde. — Guillaume de Carondelet, heer van Crupet en Wavremont. 1) Waarschijnlijk later ook nog Anthoine d'Assignics, ridder, heer van Alloigne, die zeker in 1577 voorkomt als gedeputeerde van Artois en waarschijnlijk ook bedoeld is in n°. 205 van onze bewerking der resolutiën van 1576 onder den naam van d'Alloisnes. 2) Naar de lijst der gedeputeerden, gepubliceerd door Leopold Devillers in Buil., t. 74 (1905), 119. 3) De lijst in B. B. B., ms. 7223, fol. 3, en ms. 9238, fol. 3, noemt in plaats van dezen Jacques de la Croix, die volgens de lijst vau Devillers pas in 1577 als gedeputeerde voorkomt (maar zie ook n°. 220 van onze bewerking der resolutiën van 1576). 4) Naar Actes, n°». 44 en 84. 5) Naar Actes, n°. 81; de namen verbeterd naar de copie van de commissie in A. V., Ypres, port. 8. 6) Naar Actes, n°. 43; De Jonge, I, 242. Enkele namen aangevuld uit Etats-Généraux n°. 45 (A. G.). 4 Voor de steden: Nicolas Marotte, heer van Arbre, schepen van Namen. — Nicasius de Sille, pensionaris van Namen. 9. DOORNIK Louis Alegambe, ridder, heer van Bassenghien, tweede prévöt van de stad. — Erasme du Chambge, pensionaris van de stad. 10. HET DOORNIKSCHE. Jean Cotterel, ridder, heer van Esplechin. — Marcel Huün, griffier van de Staten van het Doorniksche. Later s): Matthias de la Chaussée, ridder, heer van Montsoret, baljuw van Philippe, heer van Beaufort en Ruines, „haut-justicier". — Barthélemy Liébart, „licencié es droictz, bailli général du temporel" van den bisschop. 11. UTRECHT 8). Engelbert van Bruhesem, thesaurier van den dom te Utrecht. — Hendrik van Abcoude van Meerten, heer van Essestein. — Jan Taets van Amerongen, burgemeester van Utrecht. 12. MECHELEN 4). Jean Schooffs, burgemeester. — Josse de Claerhout, heer van Hamme, pensionaris. 13. OMMELANDEN 6). Herman Doccum, abt van Felwert, alias Oldenclooster bij Appingadam. — Lambert Tjaarde van Starkenburg. — Peter Sickinge. — Eyse Jarges, hoveling. II. LIJST VAN DE PERSONEN, DOOR DE STATEN BENOEMD IN DE COLLEGES DER CENTRALE BEGEERING, 1576. Raad van Oorlog: Philippe de Croy, hertog van Aerschot. — Philippe, graaf van Lalaing. — Charles Philippe de Croy, markgraaf van Havré. — Adrien d'Ongnies, heer van Willerval. — Anthoine de Qoignies, heer van Vendegise auBois. — Francois de Halewijn, heer van Sweveghem. — Adrien de Bailleul, heer van Evre. — Steenbeke6). — Jean de Mol, heer van Oetingen. — Louis de Montigny, dict de Sivry, heer van Mériconrt. 1) Dit en het volgende naar Actes, n<». 32, 55 en 238. 2) Volgens het rapport van Liébart (Buil., III10, 302) compareerden de nieuwe gedeputeerden op 30 Dec. te Namen. Zij werden volgens hunne commissie (van 24 Dec. — Actes, n°. 238) gedeputeerd ter vervanging van Cotterel, die gestorven was, en Hutin, „sequestré pour une cause a eux inconnue" (cf. hierna, p. 14). Een enkele titel aangevuld uit Etats-Généraux n». 47 (A. G.). 3) De commissie ontbreekt. De namen zijn ontleend aan den brief der gedeputeerden bij Bondam, I, 33 en 77. 4) Naar Actes, n°. 63. 5) Naar Actes, n°. 178. — De stad Groningen compareerde noch in 1576 noch in 1577. 6) Waarschijnlijk dezelfde, dien wij in de resolutiën van 1577 zullen aantreffen als „monsieur de Steenbeke, gouverneur de Bapaulme". RESOLUTIËN 1576. Op 25 September, toen de Staten-Generaal hnn eerste besluit namen, waren aanwezig de gedeputeerden van Brabant, Vlaanderen en Henegouwen *). Dit besluit is, hoewel toen nog geen register van de resolutiën aangelegd was 2), bewaard gebleven in den vorm, waarin het aan den Baad van State werd voorgelegd. Wij laten dit besluit of liever deze reeks van besluiten hier onmiddellijk volgen, omdat de belangrijkste zaken, waarmede de Staten zich in den eersten tijd van hun samenzijn zonden hebben bezig te houden, er haast alle in voorkomen. I. R. 25 september 3). — I. Premiers, comme pour la direction des affaires et occurences, signament pour le faict de la guerre, est nécessairement requis d'avoir ung chief, pour pourveoir a tout et y avoir recours, lesdicts députéz ont a ce choisy la personne de mons*. le Duc d'Arschot, comme premier dudict Conseil d'Estat, lequel Conseil est commis par Sa Majesté au gouvernement desdictz pays et comme personne principale d'iceulx. II. Et comme ledict Sr. Duc ne pourra en personne vaquer a tout et partout, pour les grandes affaires dudict Conseil, il a samblé que mons'. le Comte de Lalaing ') seroit bien qualifie pour estre son lieutenant général au faict de la guerre. III. Et pour assister de Conseil audicts S™. chieff et lieutenant, ont trouvéz bien souffisantz et idoines mons'. le Marquis de Havrechz, les S™. Dongnies, Willerval 5), Goingnies, Zweveghem, d'Evere, Steenbeke, D'Uetingen et Méricourt, desquelz ledict Sr. Duc pourra choisir et retenir ceulx que bon luy semblera. IV. Et pour marischal du camp ont trouvé bien capable ledict S*. de Goingnies. V. Au surplus, qu'il est fort requis et nécessaire de joindre les forces et former ung camp a toutte diligence pour faire teste a 1'ennemy. 1) Over het voorspel van de samenkomst zie de Inleiding tot dit deel. 2) Dit geschiedde pas op 1 Oct. ; zie verder hieromtrent de Inleiding tot dit deel. 3) Actes, n°. 9; A. G., Aud. 652, fol 15—16 (orig.). De titel van dit stuk is: „Késolutions, advisées sous ie bon plaisir de mess", du Conseil d'Estat, commis par Sa Majesté au gouvernement des Pays-Bas de par deca, par les députés des Estatz, assembléz en la ville de Bruzelles le XXV8 de Septembre XV° LXXVI". — In margine: „Faict par les Estatz de Brabant, Flandres et Haynaut, le XXV8 de Septembre 1576 et présenté audict jour a mess"." (sc. du Conseil d'Etat). 4) Zie lijst II (hiervóór, p. 4), ook voor de namen in art. 3. 5) D'Ongnies en Willerval is als één naam op te vatten; Willerval is er als het ware ter verduidelijking achter gezet; zoo vindt men elders: „le frère de monsr. de Oetingen, Mol". 1576. 6 VI. Pour a quoy furnir a esté trouvé nécessaire de faire incontinent monter et remplir les bendes d'ordonnance qui se peuvent lever. Et a ceste fin leur faire qnelcque bon payement. VII. Et pardessus, recepvoir en service quatre eens chevaulx, moictié lances, moictié pistoliers du commandeur de Bernesem *). Aultres cinc eens chevaulx pistoliers arméz, que présente ung gentilhomme de Gueldres au nom de Simon Belven et Henry Ratio, natyffz du pays de Limborch avecq six enseignes de piétons. Aussy deux eens chevaulx arméz harquebousiers, soubz la conduyte du Sr. d'Immersele, estans tous prestz pour marcher. VIII. Et pour meilleure asseurance continuer le waertgelt a deux ou troys mille reytres. IX. Item pour parvenir a la pacificatión tant desirée avecq les Estatz de Hollande et Zélande, ont trouvé expediënt d'euvoyer vers enlx pour traicter ou faire venir leur députéz suivant la requeste, a ceste fin dressée a messeigneurs du Conseil d'Estat. X. Et comme 1'on a entendu n'y avoir bonne eorrespondence entre 1'infanterie en Alost et chevaulx légiers Espaignolz, convient d'envoyer vers lesdicts en Alost, pour sonder leur intention, s'ils vouldroient traicter avecq les Estatz des Pays-Bas pour se retirer, moyennent asseurance de la reste de leur payement. Auquel cas se pourroient reciprocquement envoyer députéz au lieu que 1'on trouvera convenir. XI. Et que le semblable se face aux chevaulx légiers Bourgenons et Italiens. XII. Et s'accorder, s'il est possible, avecq les coronelz Allemans qui ont leurs compagnies en diverses villes et places de Brabant, Flandres, Haynault et aultrepart, en leur donnant asseurance et promesse de payement de ce que sera trouvé leur estre deu en raison, affin que par la soyent tenuz a la dévotion desdicts pays et que 1'Espaignol ne soit admis es villes qu'ilz ont en leur garde. XIII. Item d'escripre lettres de par tous les Estatz desdicts Pays-Bas au Roy, nostre Sire, a nostre Sr. Père le Pape, a 1'Euipereur, aux Evesques de Liège et Coloiugne, Dnc de Olève et aultres Princes de 1'Empire et aussi au gouverneur et Estatz de la Franche-Comté de Bourgoingne, seavoir au Roy la justification de la bonne intention desdicts Estatz. Et que mesdicts S™. du Conseil d'Estat y veullent joindre lettres de leur part, pour confirmation et asseurance de ladicte justification de leur dicte bonne intention. Et a 1'Empereur et aultres Princes d'Empire, affin de commander aux Allemans, estantzde pardeca, de ne ses joingdre aux Espaignols mutinéz et rebelles' contre les subjects de Sadicte Majesté Royalle esdicts Pays-Bas, et oultre ce deffendre a tous aultres Allemans de se mectre en leur service. XIV. Item de supplier mesdicts S™. dudict Conseil d'Estat d'envoyer en toutte diligence lettres iteratives aux Estatz d'aultres pays absents, affin que incontinent ilz se ayent a trouver a 1'assemblée desdits Etatz. XV. N'ayant trouvé bon d'admettre la neutralité, par de ceulx de Malines requise, ses conformant en ce a 1'advys de mesdits S". du Conseil d'Estat 2). 1) Nicolaas Huyn d'Amsterrode, commandeur van Bernesem. 2) De apostiUes van den Baad van State op dit besluit, die bij het oorspronkelijke stuk voorkomen, worden hier weggelaten, omdat zij voor ons doel niet ter zake dienen. Zij zgn gedrukt bij De Jonge, I, 1 vlg. 7 1576. Het onder n°. IX in dit besluit genoemde request ') aan den Raad van State is van den volgenden inhoud: la. (25 september). — Remonstrent les Etatz, icy assembléz que, considerans le mal, procédé de guerres intestines qui ont si longuement durées, et la diversité que jusques ores a esté entre les Estatz de Hollande et Zélande d'une part et les aultres Estatz de pardecha d'aultre, 1'on treuve bien nécessaire, pour une fois mettre fin a tant de désordres, desgatz et pilleryes dn pays, le remettre en son anchien estat et prospérité, a quoy on espéroit de pouvoir parvenir par mutuele eommunication, puisqu'on entend si peu de différent rester a la pacificatión et réduction desdicts d'Hollaude et Zélande et mesmes, suivant ce que de la part de Sa Majesté avoit esté commencé de besoignersur la requeste, par eulx a icelle présentée, et qu'il n'y restoit que le point principal sur le faiQt de la religion et celluy du partement des Espagnolz, sur lequel desja résolution estoit prinse. Et comme il faict a espérer que, saicbants lesdicts d'Hollande et Zélande la finale détermination de Sa Majesté et intention des aultres Estatz sur le dict poinct de la religon, ilz ne vouldront en ce persistert mais s'accommoder en tout a la volonté de Sa Majesté, supplient lesdicts renionstrans, qu'il plaise a Vos S.ries consentir et accorder, d'envoyer leurs députéz ou député devers le Prince d'Oranges et lesdits Estatz d'Hollande et Zélande, pour finablement seavoir leur intention et d'avoir asseurance; ou bien, d'évoquer icy les députéz desdicts d'Hollande et Zélande aveeq 1'asseurance requise, si Voz S.ries le treuvent ainsy mieux convenir 2). Van den volgenden dag, 26 September, is geen enkel besluit van de Staten bewaard. Van hunne verrichtingen geeft een stuk, dat blijkbaar een aanteekening van één der gedeputeerden behelst, een belangrijk overzicht; wij laten dit in extenso volgen: 2. aanteekening. 26 sbptbmber 8). — Ende volgende de resolutie, 's daegs te voren gedaen 4), is een solemnele processie generael geweest ende zeer veel volex mit torsen 't heylichweerdich sacrament vergeselschapt ende onder andere de gedeputeerde van de Staten van Henegouw, Vlaenderen ende Brabant mitte heeren van den Raide van State van Zijnder Ma*, ende mijnheere de Hertoge van Aerschot al mit haetzen B) oft flanbeaux in groote devotiën. Voer den maeltijt, die alle de heeren gedeputeerde van den voirscreven Staten hebben gehadt by mynen voirscreven heere de Hertoge, es expresseljjck verhaelt denselven heeren gedeputeerde, dat, alsoe de heeren Staten hem hadden 's daegs te voren gebeden t'aenveerden den last van chieff te wezenen van dese orloge, hy zulcken last zoude doen, hoewel die heeren gedeputeerde wel souden mogen eenigen anderen, daertoe meer gequalificeert, gevonden hebben, maer nyettemin soude geerne den landen dienen, om daermede dienst te doenejerst God almachtich, onsen heere den Ooninck ende den landen, protesterende ende verclarende wel oepenlick ende doen[de] by den greffier van den Staten van 1) Actes, n» 10; A. G., Aud. 652, fol. 15 (orig.). 2) Wat de apostille bij dit request betreft, geldt hetzelfde als bij die van het vorige stuk; zij is gedrukt bij De Jonge, I, 5. 3) A. V. Ypres, port. 23*. 4) Deze resolutie van 25 Sept. wordt alleen hier vermeld. 5) Haeczen = aexen (zie M. Ned. Wdb. i. v.) zullen bedoeld wezen. 1576. 8 Brabant note houden, dat hy egeenssins en verstaet den verscreven last t'aenveerden dan tot onderhoudt van Godts dienst ende der ouder Catholyeker Roomsche religie, tot onderhoudt van den dienst ende gehoorsaemheyt van onsen heere den Goninck ende tot het meeste prouffyt ende welvaren van den landen, sonder dat hem eninge ambitie oft andere ombehoorlycke'zaecke daertoe beruert ende dat alleenelick totter tij t toe deze zaeken werden ghepasseert ofte anderssin s by Zyne Ma*, sul wezen geordineert. Naer denwelcken heeft mijuheere den president Sas vort ') gelesen d'appostillen, die gegeven z(jn by den Raide van State opte voorseide resolutiën van den Staten ter presentatie van den anderen heeren van den Staten. D'welck gedaen zijnde ende den Hertoge van Aerschot mitten heeren van den Raide van State vertrocken zijnde uuyte galderye van den voirseiden Hertoge in de groote sallette, om te gaen ter tafelen sitten, is by den greffier, duer last van den Staten voirseid, jerst den voirscreven hertoge ende daernaer alle de heeren van den Raide van State van Zijnder Ma*, geseeglit als hierna volght: „ Monseigneur, les S™. députéz des Estatz de Brabant, Flandres et „Haynault cy présentz m'ont donné charge de remercier en premier lieu Vostre „Exce. bien grandement de la bonne veulle et affection qu'elle a monstréavoir „au service de Dieu et de Sa Maté. et au bien du pays, en ayant accepté la charge „par laquelle ilz avoient prié de entreprendre. Quant a eulx ilz obéiroient a „tout que Son Exce. leur commanderoit touchant sa charge, messeigneurs les „députéz des Estatz de Brabant, Flandres, Haynault remerciant semblablement „Voz Messeigneurs de la dépesche qu'il a pleu de faire sur les articles qu'ilz „ont hier exhibé, déclairans estre contens d'obéir a tous coinmandemeus con„cernans la charge de Voz Srie8. sans en rien contrevenir." Ayans aussy lesdicts S™. députéz consenty que le Sr. de Malsle 2), suivant la recommandation de sa personne, faicte par monsgr. le Ducq d'Arschot, soit envoyé par les Estatz a 1'Empereur et monsgr. le Marquiz de Haverehz en Angleterre. Van 27—30 September zijn eenige resolutiën bewaard, die — althans voor het grootste gedeelte — bepaalde onderwerpen betreffen. Deze deelen wij dus in bij de rubrieken, waartoe ze behooren s). De eerste rubrieken voor dit jaar vinden wij reeds in de besluiten van 25 September vertegenwoordigd. De voornaamste onderwerpen, daarin behandeld, zijn: 1) het ter vergadering bescheiden van de andere gewesten; 2) het aanknoopen van onderhandelingen met den Prins van Oranje, Holland en Zeeland; 3) het schrijven aan den koning van Spanje en het nemen van maatregelen ten opzichte van de Spaansche troepen, den vijand van het oogenblik; 4) het schrijven aan onderscheiden buitenlandsche vorsten; 5) het nemen van maatregelen van militairen aard, tot afweer en tot aanval. Van deze onderwerpen maken wjj onze eerste vijf rubrieken. We dienen er nog aan toe te voegen: 6) zorg voor de geldmiddelen; 7) bemoeiingen met de centrale regeering; 8) bemoeiingen met gewesten en steden; 9) godsdienst; 10) handel; 11) munt; 12) varia — de vier laatstgenoemde rubrieken nog zeer schaars bedeeld. Toch zien we uit deze korte opsomming, dat de Staten in de eerste drie maanden van hun samenzijn reeds aanleiding vonden in te grijpen in haast al die zaken, waarmede ze ook op den duur in aanraking zonden blijven. 1) Arnoult Sasbout, president van den Geheimen Raad. 2) Gauthier van der Gracht, heer van Maelstede, moet hier bedoeld zijn. 3) Over de verdeeling in rubrieken en in het algemeen over de methode van bewerking zie de Inleiding tot dit deel. 9 Verg. St.-Gen. 1576. I. DE "VERGADERING DER STATEN-GENERAAL. Onze eerste rubriek, die wij de vergadering der Staten-Generaal zullen noemen, bevat, naar w» reeds aanduidden, alles, wat omtrent de comparitie van de gedeputeerden van op 25 September nog niet vertegenwoordigde gewesten door de Staten besloten werd; wij voegen er aan toe, wat wij vonden aangaande de in de vergadering te onderhouden orde en aangaande de griffie. De Staten lieten hèt onder n°. XV van hunne besluiten van 25 September genoemde niet aan den Raad van State over Reeds op 1 October schreven zij ook zelf aan de Staten van Gelderland, dezen, met bekendmaking van het doel hunner vergadering, verzoekende, zich met hen te vereenigen en gedeputeerden naar Brussel te zenden *). De eerste mededeeling in het register der resolutiën, die in deze rubriek behoort, treffen wij aan op 2 October: 3. R. 2 octobek. — Les S™. députéz de Namur, tant de la part des prélatz, nobles que villes, sont comparuz, et après avoir remonstré leur povoir et que icelluy n'estoit trouvé souffisant, mesmement qu'il ne s'extendoit pour résouldre sur les moyens de la pacificatión, ny sur le point de la retraicte des Espaignols, les S™. des aaltres pays les ont requis, se debvoir pourveoir d'anltre povoir plus ample ad ce que dessus, ensemble ad ce quy en dépend, leur ayant donné par escript 1'intention a la quelle ilz tendent, dont la teneur s'ensuyt: L'intention des S™. députéz des Etatz, cy assembléz, est d'adviser et résouldre sur les moyens de la pacificatión tant nécessaire et pour aussy ramener a 1'obéissance de Sa Majesté les pays d'Hollande et Zélande en 1'observation de nostre saincte foy et religion Gatbolicque Romaine et sans aulcune innovation d'icelle et a ces fins faire tout préalablement faire retirer les Es- 1) Men zal in de volgende resolutiën veel lezen over onvoldoende commissiën der compareerende gedeputeerden. Hierbij valt nog op te merken, dat ook de commissie van de gedeputeerden van Vlaanderen niet geheel in orde bevonden werd, zooals blijkt uit een hierna volgend gedeelte uit de instructie van de Vlaamsche gedeputeerden voor Courteville van 30 Sept., om aan de 4 leden naderen last te gaan vragen (A. V. Bruges, port. Etats-Généraux 1555—1G00): Omme dièswille dat daeghelicx ter voornoomde vergaederynghe van den Staten occurreren diversche zaken, dependerende van het effect van de resolutie van de Staten van Vlaendren ende van de andere Staten, dienende tot 't welvaeren van den lande, daerup de ghedeputeerde van Brabant ende Henegauwe absoluterlick hier resolveren, ende dat zommeghe ghedeputeerde van Vlaendren daertoe zoo volcommelick niet ghelast en zijn noch en zouden durven daerup flnalick resolveren, zonder alvooren daertoe thebbene 't advis ende last van hueriier collegiën, zoo ijst, dat de voornoomde Courtewille zal den coüegie van Ghend ende andere ghedeputeerden van de vier leden, aldaer wesende, representeren de verachteringhe ende retardement van 't gheheele ontgonnen ghebesoigneerde van de voornoomde Staten, indien dat telker occurentie van noode zoude zyne daeromme over te scriven an den collegiën, mits dat binnen middele tyde d'opportuniteit zoude moghen voorbygaen ten grooten intereste van den lande. Ende zoude alleenelick de voornoomde authorisatie haer moghen refereren up tghone, dat haeste begheert ende van noode werd om te dirigeren het stick van de gendarmerie, van noode wesende ter defensie van den lande ende dat daeraf dependeert, te meer dat by den ghedeputeerde van de Staten, hier wesende in zulcke grooten ghetalle, niet ghedaen en werdt dan met adveu ende autoriteyt van den Raede van Staten, dewelcke ooc niet begheert te ordonnerene dan met correspondentie van de zeiven Staten. 2) Actes, n°. 22; Bondam, I, 12. Op denzelfden dag schreef ook de Baad van State met hetzelfde doel aan Gelderland (Bondam, I, 10). Dat op 1 Oct, aan Gelderland geschreven werd, hangt waarschijnlijk samen met de toen ontworpen zending van Leoninus (zie rubriek IV). Verg. St.-Gen. 1576. 10 paignolz, comme principal, seul et unicq remède pour y par?enir, prévoyant et considérant que aultrement n'est possible de espérer la dicte pacificatión, parquoy est requis que les députéz des Etats de Namur soient authoriséz, d'adviser et résouldre sur tout ce que dessus et quy en dépend Op 5 October requestreerden de Staten aan den voorzitter van den Raad van State, om de nieuwe oproepbrieven voor Friesland, Groningen, Overysel, Utrecht en Lingen te zenden aan de Staten en niet aan de gouverneurs dier gewesten *). 4. R. 5 october. — Et pour meilleure direction des affaires du PaysBas et éviter toute confusion, est résolu, que mons'. le Réverendissiine de Bois-le-Duc de la part des Estatz de Brabant, monsr. le prélat de Nienhoven 3) de la part des Estatz de Flandres et monsr. le Réverendissime d'Arras de la part des Estatz de Haynault seront successivement authoriséz comme présidens, chacun pour ungne sepmaine, a proposer tout ce que bon luy semblera, assisté d'ung pensionaire ou deux; a recepvoir les lettres et escriptz desdictz Estatz et faire imposer silence et teuir 1'ordre, deu a tel et semblable college *). Que aussy les pensionaires s'assembleront tousjours après midy, pour faire exécuter les résolutions des S™. députéz tant a 1'endroit les lettres a faire et envoyer la et ainsy qu'il appertient, et aultrement comme ilz trouveront convenir, et de coucher les pointz qu'ilz trouveront convenir a estre proposéz lendemain a 1'assetnblée des tous Srs. députéz. 10 October compareerden twee gedeputeerden van de stad Doornik, die te kennen gaven ruimere commissie te verwachten: „aussy pour résouldre sur les poinctz de la pacificatión et retraicte des Espaignolz" (R. i. d.). Het register spreekt duidelijk van de stad Doornik. Toch zou men kunnen vermoeden, dat bedoeld zijn twee gedeputeerden van het Doorniksche 5), wier commissie reeds van 4 October dateert 6) en van wier comparitie elders niet gewaagd wordt 7). 1) Deze verklaring is woordelijk gelijk aan wat Actes, n°. 27, als remonstrantie aan den Raad van State voorkomt (A. G., Aud. 652, fol. 38). 2) Actes, n°. 33 (haast woordelijk overgenomen uit A. G., Aud. 652, fol. 49). Men leze voor: „des lettres itératives" „les lettres itératives". Bedoeld zijn de brieven, waarom reeds 25 Sept. verzocht was; 5 Oct. werden deze verzonden aan de in den tekst genoemde gewesten behalve Utrecht; 4 Oct. aan Artois, Lille, Douay en Orcbies, Tournay en Tournaisis, Valenciennes, Mechelen, Hólland en Zeeland (nl. de trouw gebleven gedeelten: zie nader de Inleiding) en Utrecht (Actes, n°. 31 en 34; cf. ald., Appendice, 429, 431—433); 5 Oei. aan Luxemburg (Appendice, 431). Op het verzenden van deze brieven heeft betrekking, wat men op 5 Oct. in de resolutiën leest: te schrijven aan Pierre de Perre, „commis des messagiers de I'escuirie du Roy", om direct de brieven van den Raad van State aan de gewesten te zenden; de Staten beloven betaling. Een request van dezen Van de Perre op 25 Nov. (R. i. d.). 3) 12 Oct. werd een geschrift van dezen gelezen, „duysant pour 1'orde et manière a observer en ceste assemblee", waarvan door de heeren copie gevraagd werd (R. i. d.). 4) Dit is tevens punt V van de op 9 Oct. door den Raad van State geapostilleerde remonstrantie (Actes, n. 45; A. G., Aud. 658, fol. 4). 5) Voor de namen van deze en de hierna genoemde gedeputeerden verwijzen wjj naar de lijst der gedeputeerden (hiervóór, p. 1). 6) Actes, n». 32; A. E. Mons, Tournaisis 1, fol. 123™. 7) Trouwens ook van die van de gedeputeerden van de stad spreekt het register elders niet. Maar de commissie van deze (zie verder in den tekst) is pas van 12 Oct. 1576 (Actes, n°. 55; B. R. B., ms. 7223, fol. 25™). 11 Verg. St.-Gen. 1576. Inderdaad is deze commissie niet „ample" genoeg. De Staten van het Doorniksche, bijeengeroepen naar aanleiding van den brief van den Raad van State van 20 September'), verklaarden hierin zich niet te zullen losmaken van Vlaanderen, waarmede ze bij een Unie van 1521 door Karei V vereenigd waren; zaj verbonden zich verder troepen te werven — op voorwaarde, dat de stad van 3 compagnieën Duitschers bevrijd zou worden — of hunne quote naar advenant van die van Vlaanderen te zullen opbrengen, alnaarmate de Staten-Generaal of die van Vlaanderen zouden besluiten, „a 1'honneur de Dieu, religon catholicque apostolique et romaine, service dn roy et conservation de ceste pouvre patrye". In de commissie van de stad werden de gedeputeerden gemachtigd „pour adviser illec avec icenlx [nl. de andere Staten] sur ladicte pacificatión, retraicte et dépendences" volgens den brief van den Raad van State van 20 September; de stad weigerde troepen te lichten of geld op te brengen dan na de verwijdering van de drie Duitsche compagnieën uit de stad. 11 October schreven de Staten opnieuw aan Gelderland *). 5. R. 12 octobkk. — Les S™. deputez de Namur sont comparuz et aussy de Lille, Douay et Orchies et après avoir examiné les povoirs et commissions, les S™. assernbléz ont, en premier lieu, remercié lesdictz de Lille, Douay et Orchies, et aussy lesdictz de Namur, de leur bonne veulle et affections qu'ilz démonstroient au service de Sa Maté. et du pays, et que la commission de mesdictz S". de Namur estoit bonne, ample et souffissante, mais d'aultant que lesdictz S™. trouvoient la commission de mesdictz S™. de Lille, Douay et Orchies ne contenir le faict d'adviser sur la retraicte des Espaignolz ny aussy le faict de povoir conclure sur tout et sur ce quy en dépend, ont esté requis lesdictz de Lille, Douay et Orchies d'envoyer quel ung, pour obtenir plus ample commission, conforme a celle desdictz S™. députéz de Namur dont on leur a donné le doublé. De commissie van Namen, dd. 8 October 8), is geheel overeenkomstig de door de_ Staten-Generaal zelf gestelde verklaring (ons n°. 3). Die van Lille, Douay en Orchies ') dateert van 1 October. De Staten, ook hier bijeengeroepen naar aanleiding van den brief van den Raad van State van 20 September, besloten althans op dien dag 5) tot het zenden van gedeputeerden, verklarende verder troepen te zullen werven „a la garde et défence desdites villes et chatellenies et autrement comme par Sa Majesté sera ordouné pour le maintiennement et conservation de la religion catholycque romaine et 1'authorité et obéissance a Sa Majesté, bien et tuytion de ses pays et subiectz"; dit op hun eigen kosten. 6. R. 14 october. — Les S™. députéz de Lille, Douay et Orchies et de Namur, apres débat faict sur la précédence et ordre a donner advis et opinions, ont consenty que, sans préjudice du droict des parties hinc inde, ils donneront les advis alternativement jusques a demain. 7. R. 15 october. — Les députéz d'Arthoys et Valenchiennes sont comparuz et, après avoir exposé leur charges et que leurs commissions ont ésté 1) Zie omtrent dezen eersten oproepbrief nader de Inleiding. 2) Actes, n°. 52; Bondam, I, 21. 3) Actes, n«. 43; De Jonge, I, 242. 4) De komst van deze gedeputeerden was reeds aangekondigd door een brief van Sweveghem, die 7 Oct. ter Staten-Generaal gelezen werd (R. i. d.). 5) De commissie zelf is ons onbekend. Het besluit in A. V. Ypres, port. 7. Verg. St.-Gen. 1576. 12 leutes, 1'on les a remercié de la bonne veulle et affection qu'ilz démonstrent monstrer au service de Sa Maté. et bien du pays, et sont esté requiz, qu'ils se veullent pourveoir de plus ample commission, mesmement pour résouldre sur tout, seavoir sur le faict de pacificatión et de la retraicte des Espagnolz et de ce quy en dépend. De commissiën der gedeputeerden, in de vorige resolutie genoemd, zgn resp. van 6 October en 8 October '). In die van Artois wordt gezegd, dat de Staten van dit gewest, bijeengeroepen naar aanleiding van den brief van den Raad van State van 20 September, besloten hebben gedeputeerden naar Brussel te zenden, „pour avecq ceulx des aultres Estatz adviser les moiens et remèdes de ladicte pacificatión, 1'honneur de Dieu et deue obéissance de Sa diote Maté. et le bien pnblicq et ce que sera advisé, le tont renvoyer aus dictz Estatz dArtois afin d'en résouldre, conclure et arrester ce que se tronvera convenir." 8. R. 16 october. — Ceulx de Malines sont comparuz par leurs députéz et, après lecture de leur commission et le remerciement comme dessus, messeigneurs les ont requis vouloir obtenir plus ample commission pour la retraicte des Espagnolz. Betreffende Mechelen 2) hadden de Staten-Generaal den Baad van State gerequesfcreerd de stad aan te schrijven, om hare gedeputeerden te zenden 3). Het besluit tot aansluiting bij de Staten en de commissie van de gedeputeerden zijn beide van 15 October 4). 9. R. 18 october. — D'aultrepart ont les députéz de Lille, Douay et Orchies exhibé certain acte d'appointement, par eulx obteuu le XVI6 de ce moys 6), contre ceulx de Namur dont ceulx de Namur ont requis copie. 10. R. 19 october. — Troys députéz d'Utrecht sont comparuz avecq le doublé de certaine leur commission, datée le VIe de ce moys, et pour non estre trouvée souffisante, de tant qu'elle ne contient povoir de résouldre sur les poinctz de la pacificatión et retraicte des Espaignolz, les Srs. députéz ont en premier lieu remercié lesditz d'Utrecht de lenr bonne affection et diligence, par eulx démonstré pour le service de Sa Maté. et le pays, requirans voloir obtenir plus ample commission suyvant la forme que 1'on leur donnera, et qu'ilz veullent demourer besongner et adviser avecq les aultres, on leur fera avoir le doublé que jusques oires a esté traicté et résolu. 11. R. 20 october. — Les troys clereqz de Weellemans, Zoete et Walschaerts 6) ont faict serment de tenir secret tout ce qu' ilz escripveront, mesmes les missives et aultres escriptz quy doibvent demourer secretz, sans donner a auleun copie, sy non par préalable conimandemant du grefher des Estatz de Brabant. Les aultres clereqz ont semblablement faict serment de tenir secret 1) Actes, n». 36—37 en 44; n». 36 ook in A. G., Aud. 685, lol. 277. 2) Cf. n». XVI van de besluiten van 25 Sept. 3) Wat de Raad 13 Oct. gedaan had (Actes, n». 59). 4) Actes, n°*. 62—63; n°. 62 bij De Jonge, I, 251; n°. 63 (de commissie) is verder zonder eenig belang. 5) Actes, n°. 66; in extenso ald., Appendice, 437. 6) Blijkbaar is één naam weggelaten; Weellemans was de griffier (zie de lijst der gedeputeerden, hiervóór, p. 1). 13 Verg. St.-Gen. 1576. tout ce qu'ilz copient et doublent, sy longuement qu'il doibt demourer secret, sans délivrer copies avant le commandement du greffier desdictz Estatz de Brabant, et que nulz aultres, sy non Spoelberch, avec les aultres seront admis a escripre pour lesditz Estatz. Que le pensiönaire Bourlut et le pensionaire de Tournay Du Change sont commis pour parler aux députéz de Luxembourch J) et les remonstrer la justification de 1'assemblée des Estatz et requérir qu'ilz ayent a ses joindre avecq lesditz Estatz et faire induire les Estatz de Luxembourch de faire le semblable puisqu'il est pour le service de Sa Maté. et du pays. 12. R. 22 october. — Résolu que a VII heures se dira la messe et a VILJ le déjeuné et osté quant sone la cloche de VIII heures pour commencher a besoingner. 13. R. 25 october. — Les S™. députéz des Estatz de Luxembourch sont comparuz et ont prins congié de Messieurs, demandant s'il leur plaisoit quelque chose commander, ils estoient prestz a 1'accomplir; sur quoy lesditz S™. députéz les ont remercié et dict, que Dieu le Créatenr les veulle donner bon viaige et convoy, requirants voloir faire leur debvoir et faire haster la venue de leurs députéz pour se joingdre avecq les aultres au faict de la pacificatión et de la retraicte des Espaignólz et sur tout adviser et résouldre. 14. R. 26 october p. p. — Que le greffier des Estatz de Brabant fera les ordonnances, pour faire payer a bon compte les clercqs escripvans pour les Estatz2). 28 October werd de volmacht van Valenciennes in orde bevonden (R. i. d.). Bedoeld is de nieuwe commissie, dateerend 20 October 8). 15. R. 29 october. — Le pensionaire de Lovain, le prélat de S*. Andrieu, le prélat de Heylissem et le Réverendissime de Namur ont chacun aussy 4) faict le serment5) de tenir secret ce que deviene icy, pour aultant et sy longuement qu'il peult ou doibt demourer secret. 1) Deze gedeputeerden waren te Brussel voor een aangelegenheid, waarover zie rubriek VII. De brief van rencharge van 20 Oct. van den Baad van State aan den gouverneur van Luxemburg (Actes, n°. 85; in extenso ald., App., p. 438) houdt waarschijnlijk ook verband met het optreden der Staten bij deze gedeputeerden, waarvan onze tekst spreekt. De gedeputeerden waren „messire George, S*. de Crehanges et Pittance et maréchal héréditaire de cestuy duché de Luxembourg et comté de Chiny, messire Anthoine Houst, docteur es droictz, conseiUer de Sa dite Mató. en ce lieu, Richard Dourien, Sr. de Tavigny et Limpach, et Adam Schutz, eschevin de ceste ville de Luxembourg" (brief van president en raden van Luxemburg aan de Staten van Brabant 3 Oct 1576; R. A., Aanw. 1860, n. 178, fol. 31). 2) 20 Dec. (R. i. d.) is sprake van 8 klerken, „ayans escript pour les Estatz", die dan een betaling krijgen onderscheidenlijk van 30'en 25 p.; één, Janen Walschaerts, krijgt 50 p. De andere zgn Henry Pasteur, Jean Spoelberg, Josse Willems. Francois de Jonge, Pierre Schotelmans, Pierre van der Woerden en Dielis Thielemans. Bovendien wordt aan een secretaris, met name Boude wijn, 21 Dec. „sur ces depesches, par luy faictz pour les Estatz-Généraux, par advis du pensionaire de Bruxelles et Ie greffier des Estatz de Brabant, ad ce commis", 60p. toegelegd (R. i. d.). Bedoeld moet zijn Jéróme Iioudewijn, secretaris van den geheimen Raad en controleur van de zegelrechten. 3) Actes, n°. 84; De Jonge, I, 279. 4) De andere gedeputeerden hadden dus ook dezen eed gedaan, waarvan de resolutiën niets vermelden. 5) Van hier af in het register van den griffier (S. G. 1) bij het binden afgesneden; het verdere dus naar den tekst bij De Jonge, I, 81, waarvan „bongnement" klaarblijkelijk fout is. Verg. St.-Gen. 1576. 14 Les deux S™. députéz d'Utrecht, le chanoine Bruese et le Sr. d'Issche ') ont faict pareil serment, comme les aultres ont faict. 30 October legden de gedeputeerden van Artois hunne nieuwe commissie 2) van 27 October over, die voldoende bevonden werd (E.. i. d.). Zij werden hierin gemachtigd met de anderen te handelen over de pacificatie en het vertrek der Spanjaarden, terwijl er verder opnieuw op werd aangedrongen, dat de lichting op de vroeger aangegeven voorwaarden zou mogen geschieden. Denzelfden dag werd besloten iemand van wege de Staten te zenden naar de vergadering van de Staten van Gelderland 8) „et ceux du Conseil -d'Etat feront le semblable" 4) (B. i. d.). 31 October noteerde de griffier: de gedeputeerden hebben zich allen bevonden „avec ungne hache a la procession générale du Saint-Sacrement avant le disner par ordre" 6) (B. i. d.). 16. R. 2 november. — Que le Sr. de Zaventhem est commis pour se trover a 1'assemblée des Estatz de Geldres suyvant la réqnisition d'iceulx de Gheldres, avecq le commissaire de la Court •)• Hier blijkt heel duidelijk, dat de zending naar Gelderland door dit gewest was uitgelokt. "Wij moeten daarom wel aannemen, dat een afgezant van Gelderland, nl. Dirk van Westrum, omstreeks 30 October ter Statenvergadering verschenen was, waar hij overeenkomstig zijne instructie van 22 October om zulk een zending verzocht had tegen den op 6 November te Nijmegen uitgeschreven landdag 7). 3 November werd ordonnantie op Van der Beken gegeven, om aan Zaventhem voor zijne reis 100 p. uit te keeren. Wegens ziekte van Zaventhem werd deze op B November vervangen door „le frère de mons1. de Uetingen, Mol" 8). Op 6 November werd echter De la Haye met Nicasius de Sille gecommitteerd en hun samen bij ordonnantie op Van der Beken 100 daalders toegekend (B. i. d.). De commissie en de instructie, waarvan de resolutiën niet spreken, waren op 3 November vastgesteld; de nadere commissie voor De la Haye en Sille op 5 November 9). 13 November legde de griffier van het Doorniksche den eed af „comme les aultres et ne partir de la ville sans consentement des Estatz" (B. i. d.) 10). 1) Lees: Essesteyn, in plaats van Issche. 2) Actes, n». 97—98; n». 98 ook in A. G., Aud. 685, fol. 282. 3) Nl. die zou beginnen op 6 Nov. (zie nader ons n°. 16). 4) Opmerking als hiervóór, p. 13, noot 5. 5) Hetzelfde op 6 Dec., „au matin le jour de S. Nicholas", waartoe op 4 Dec. besloten was (R. i. d.). 6) Versta: de door het Hof, L e. de regeering, in dit geval dus de Raad van State, te benoemen gezant. 7) Hiervan niets in de resolutiën. — Van Westrum's instructie bij Bondam, I, 43. 8) Misschien P. F. de Mol, die als onderteekenaar van de eerste Unie van Brussel voorkomt? Overigens mij onbekend. 9) Actes, n°«. 409—110 en 115; in extenso Bondam, I, resp. 69, 71 en 74. De instructie, zooals Bondam deze in vertaling geeft, was bestemd voor Zaventhem. Voor La Haye en Sille is een nieuwe instructie opgesteld (A. G., Aud. 651, fol. 5), die Wat anders ingekleed is, maar toch in substantie hetzelfde behelst. — Voor een andere opdracht aan deze gedeputeerden naar Gelderland, zie rubriek UI en V. 10) . Marcel Hutin, hier bedoeld, was in Oct. gesequestreerd. 28 Oct. werden de pensionaris van Antwerpen, de groot-baljuw van leperen en eenige anderen gezonden naar Aerschot, om van hem te vernemen „les raisons, pour lesquelles on auroit sequestré le greffier de Tournaisis" (R. i. d.). Hij was nu blijkens onzen tekst weer in vrijheid, maar is toch blijkbaar later opnieuw gesequestreerd (zie ons n°. 18 en de lijst der gedeputeerden, hiervóór, p. 1). 15 Verg. St.-Gen. 1576. 15-November werd besloten hen, die in de Staten geweest waren en nn afwezig waren, te bescheiden „se tronver incontinent icy" (R. 1. d.). 17. R. 16 november. — Que doresenavant 1'ung pensionaire ou aultre de chacun estat de ceulx quy sont cy présens, s'assemblera a troys heures après midy pour wider les requestres et, quant ilz trouveront difficulté, ils enferont le raport pour en estre ordonné comme de raison. 18. R. 24 november. — Que 1'on fera ungne ordonance que tous ceulx qui sont et comparent aux Estatz, entendent entrer et sortir la ville de Bruxelles saus debvoir avoir passeport de monsr. de Heze, mais souffira qu'ils aient licence d'icelluy, qui présidera pour le temps ausditz Estatz '). Que requeste sera presentée a messieurs du Conseil d'Estat pour faire restituer le greffier de Tournesiz au lieu et collége des Estatz du Pays-Bas, dont il s'est distraict et spolié, pour estre personne publicque et nullement violable; et en cas que 1'on le veulle incoulper d'aucun crimen, ceulx dudict Tournesiz envoyent ung aultre leur commis, pour en povoir besoingner comme convient. 5 December kwamen „goede tijdingen" uit Groningen betreffende de gebeurtenissen aldaar 2). De Staten besloten toen aan die van Groningen en Friesland te schrijven, om onmiddellijk hunne gedeputeerden te zenden (R. i. d.). Dit besluit werd 9 December herhaald, terwijl toen ook Overijsel genoemd werd; tevens zou de Raad van State verzocht worden te schrijven (R. i. d.). 19. R. 10 december 3). — Les députéz des Estatz de Geldre et Zutphen se sont trouvéz auprès les aultres Seigneurs et, après que 1'on les a requis voloir faire overture de leur commission, et que eulx requiroient oyr premièrement et avant tont la proposition laquelle leur a esté faict en brieff, selon le contenu des lettres de leur con vocatiou, de par le Conseil d'Estat et des Estatz envoyéz, out declairé, que, après avoir oy la proposition et examiné lesdites lettres, lesditz Estatz ont trouvé la proposition raisonnable, de manière qu'ilz se joingdent et mettent en union avecq les aultres Estatz, ayants accordé d'entretenir mille nous hommes a leur despens 1'espace de III moys et selon 1'opportunité de temps plus longuement, requirantz de prendre de bonne part leur bonne affection pour la grande misère et pouvreté par eulx supporté. Dont les S™. des aultres Estatz 1'ont grandement remercié de leur bonne et^ grande affection qu'ilz portent au pays, requirant voloir demourer auprès d'aultres, pour les assister de conseil et advis sur tout, mesmement sur le poinct de 1'exécution de la pacificatión et de la retraicte des Espaignolz et de tout ce quy en dépend. Néantmoings pour ce que cenlx de Geldre et Zutphen ont privilege de non evocando et aultres, de ne debvoir comparoir aux Estatz des aultres pays, demandent acte que ceste comparition ne leur faee aulcun préjudice a leursditz privileges, en quoy lesditz aultres Estatz sont condescenduz. De commissie (in vorm van instructie) van de gedeputeerden, bovengenoemd, was 1) Cf. ook rubriek VII. 2) Nl. de gevangenneming van Billy (zie rubriek VIII). 3) Volgens het1 verbaal der Geldersche gedeputeerden had hunne comparitie op 11 Dec. plaats (Bondam, I, 304—307). Verg. St.-Gen. 1576. 16 van 13 November De acte, door de Staten-Generaal aan de gedeputeerden op hun verzoek verleend, stemt ten naastenbij woordelijk met de resolutie overeen !). In verband met de onderhandelingen met don Jan 8) werd een deel der vergadering naar Namen verlegd. De toebereidselen hiertoe begonnen op 19 December, toen Van der Beken geordonneerd werd 24 p. art. te geven aan Florian Fourier, om de Staten „faire avoir logis a Namur". 20 December werd de eerste deurwaarder der Staten hierheen gedirigeerd, „pour continuer son service etc." (R. i. d.). 22 December vertrokken de leden naar Namen 4), waar de vergadering op 23 December hervat werd. Wij vinden dan voor deze rubriek alleen nog 6): 20. R. 24 december. — Les Sra. ont accordé que le pensionaire de Namur portera la parole, sans préjudice du droict d'ung chacun, et que ceulx de Brabant diront premiers leurs opinion et advis, comme tousjours ilz sont esté premiers requis, et le pensionaire Bourlut a expressément déclaré avoir veu que, estans les Estatz a Gand, ceulx de Brabant ont declairé premiers leur advis sur tout ce que ce proposoit. Een gedeelte der leden bleef te Brussel en vormde ook een vergadering °). Deze achtte het noodig omtrent hare bevoegdheid nog nader te informeeren blijkens de volgende passage uit haar schrijven van 22 December aan de vergadering te Namen'): „Au surplus désirons seavoir, sy nous, estans icy demouréz suyvant la résolution prinse et arrestée le jonr d'hier 8), serons anctoriséz d'adviser et résouldre sur toutes requestes, missives et aultres affaires survenantes et que jonrnellement se pouvront icy représenter, sur quoy serat bon que nous envoyez déclaration et enseignement. Et comme pour 1'absence de Weellemans avons commis pour greffier moy subsigné Jehan Gilles, vous requérons d'envoyer semblablement sur ce votre aggréation par escript." De resolutiën van deze vergadering zijn niet bewaard op één aanstonds te noemen uitzondering na. Wij kennen echter hare verrichtingen, althans voor een belangrijk gedeelte, uit hare brieven aan de vergadering te Namen; wij maken hiervan gebruik bij onze rubrieken. In de vergadering te Brussel 9) compareerden op 24 December de gedeputeerden van de Groninger Ommelanden. Hiervan is bewaard de volgende acte van een resolutie der Brusselsche Staten: 21. R. 24 december 1 °). — Op den vierentwintichsten dach Decembris anno XVC zessentseventich zjjn gecompareert voor mynen heeren de Staeten van dese Nederlanden, vergadert bynnen der stadt van Bruesselen, die gedeputeerde van de abten, prelaeten, gemene ridderscap, eygenerfden und volmachtigen 1) Actes, n°. 137; Bondam, 1,141. 2) Actes, n°. 200; in extenso ald., Appendice, 439 (fransche tekst), en Bondam, I, 232 (nederlandsche tekst). 3) Bubriek UL 4) Dit volgt uit Actes, n°. 229. 5) Te Namen compareerden nieuwe gedeputeerden van het Doorniksche (zie de lijst der gedeputeerden, hiervoor, p. 1). 6) Zie ons n». 78. 7) Actes, n°. 72 (met fouten datum); A. V. Ypres, port. 11. 8) Waarschijnlijk is „avant hier" bedoeld (zie onsn°. 78); een resolutie van 21 Dec. over dit onderwerp is althans niet bewaard. 9) Welke gedeputeerden te Brussel bleven, is niet precies bekend. 10) R. A. Groningen (reg. Feith 1576, n°. 17). 17 Verg. St.-Gen. 1576. der karspelen van den Frieschen Ommelanden by Groeninghen, verclarende, dat zy vereert waren vuyt cracbte van huer procuratie in date den iersten Decembris LXXVI, hen te unieren ende vueghen metten anderen Staeten, welcken volgende heeft men deselve gedeputeerde versocht daighelijcx hen te willen vienden in de voirscreven vergaderinghen, ettsamen helpen adviseren op de affairen, die daer getracteert sullen wordden '). In de in deze resolutie genoemde commissie van 1 December a) verklaren de Staten der Ommelanden, bijeengekomen naar aanleiding van den oproepbrief van den Raad van State van 5 November, dat ze gedeputeerden zenden, om zich met de anderen „te nnieeren"; aan de gedeputeerden wordt volmacht verleend tot het adviseeren over alle middelen, dienende tot herstel van de rust; alleen niet betreffende zaken, die voor de Ommelanden te bezwaarlijk zouden zijn. Van deze comparitie gaven de Staten te Brussel aan die te Namen kennis in hun schrjjven van 24 December 8), waarin ze echter ten onrechte spraken van de komst van „les députéz des prélatz, ridderschap, borgmaistres et conseil de la ville et Ommelandes de Groeningen". In hun reeds genoemden brief van 22 Decemher aan de Staten te Namen herinnerden die te Brussel er aan, dat „ceulx de Leeuwarde et Groeninghe" *) er op hadden aangedrongen, dat nogmaals aan het Hof van Friesland zou geschreven worden en evenzoo aan Rennenberg 5), ten einde de Staten van Friesland en Groningen samen te roepen tot het zenden van gedeputeerden, aangezien de vorige brieven door Billy onderschept waren. Hieraan voldeden die te Namen 26 December e). II. BETREKKINGEN MET HOLLAND EN ZEELAND EN DEN PEINS VAN ORANJE. Een der voornaamste wenschen van de Staten was „la pacificatión" met Holland en Zeeland, te bereiken door de in 1576 in naam van Philips II gevoerde onderhandelingen voort te zetten. Hiervan maken wij onze tweede rubriek, die wij nog uitbreiden door er in op te nemen alles, wat de resolutiën bevatten omtrent de betrekkingen met Holland en Zeeland en den Prins van Oranje. De apostille op het request van de Staten-Generaal aan den Raad van State van 26 September (ons n°. 1») behelsde, dat het oirbaar geacht werd, dat de tegenpartij gedeputeerden naar Gent of Brussel zou zenden. Dientengevolge besloten de Staten 27 September Jean de Mol, heer van Oetingen, naar den Prins te zenden 7). Li een hem voor den Prins medegegeven brief8) gaven zij tevens te kennen, dat de zaak geen resultaat zou kunnen hebben, „n'est que veuillez assurer de ne vouloir riens innover au faict de nostre religion anchienne catholicque romaine, ny de 1'obéissance, deu au Boy, nostre 1) De door ons weggelaten Onderteekening van bet stuk is moeilijk leesbaar; het schijnt een verbaspeling van J. Gilles, den griffier (zie hiervóór, p. 16). 2) Actes, n°. 178; R. A., Aanw. 1826, n°. 18, fol. 118. 3) Actes, n». 234; B. R. B., ms. 19298, fol. 125. 4) Over de gedeputeerden van Leeuwarden zie rubriek VIII; wie van Groningen hier bedoeld zijn, weet ik niet. 5) Zie over zijne zending naar het Noorden rubriek VIII. 6) B. A. Friesland; Charterboek, III, 1084. 7) Het laatste punt van de op 27 Sept. aan den Raad van State voorgehouden resolutiën (Actes, n°. 11; De Jonge, I, 11). 8) Actes, n». 12; Corresp) Guill. le Tac, III, 113. 2 Betr. Holl. Zeel. Oranje 1576. 18 prince naturel", de Prins wapenstilstand toesta en zijne soldaten terugtrekke uit Gent. Met hetzelfde doel werd 29 September Jacques de Boussu, seigneur de Haussy of Auxy, naar den Prins gezonden De Prins koos Gent bij zgn schrijven van 3 October 1576 aan de Staten-Generaal *). Dit schrijven leidde tot het volgende besluit: 22. R. 5 octobek p. p. — L'advis des députéz des Estatz de Brabant sur la lettre du Prince d'Orange, datées du IIP de ce moys d'Octobre, est que incontinent et sans aulcnn dilay soyent députéz troys des Estats de Brabant, troys de Flandres et troys de Haynault, pour estre envoyéz a Gand le XII6 de ce dict moys d'Octobre et y communioquer avecq les députéz dudict Prince et des Estats d'Hollande et Zélande sur le faict de la pacificatión et icelluy faict tellement avancer, comme faire aucunement le pourront, jnsques a le conclure et arrester exclusivement; le tout selon que sera déclairé plus amplement par 1'instruction qui a eest effect leur sera délivré, saulff toutesfoys que la religion Catholicque Romaine se exercera et demourera entière sansinnovation quelconque et sans toucher a 1'obéissance, deue a Sa Majesté. Et que aces fins saulffconduit sera par lesdictz Estatz donné et envoyé avant tout audict Sr. Prince en forme amplissime, affin que ledict Sr. Prince et lesdictz d'Hollande et Zélande envoyent sembable saulffconduit ausdicts députéz des Estatz, assembléz a Bruxelles, tant pour aller que retourner, lesquelz députéz a envoyer, comme dessus, feront en premier lieu leur debvoir a faire cesser les armes; et ce tout soubz le bon plaisir de messeigneurs du Conseil d'Estat de Sa Mtó. A quoy s'estans assez en substance conforméz les S™. députéz des Estatz de Flandres et Haynault, sont ad ce dénomméz de par les Estatz de Brabant le révérend père en Dieu, 1'abbé de S'. Gertrud, le Sr. d'Uetinghe et le docteur Léonin; par lesdictz de Flandres le prélat de St. Pierre lez Gand ou docteur Bucho Ayta, chanoine de S*. Bavon, le Seigneur de Zweveghem et le conseiller Bevere ou Huysman au Conseil de Flandres; de par ceulx de Haynault le Rhme. d'Arras, prélat de S'. Gislain, le Seigneur de Fresin et Sr. Quintin de Prez, chief des eschevins de la ville de Mons 8). 23. R. 7 october. — Après que monsr. de Willerval a faict le raport de la part de mess™, du Conseil d'Estat de ce entres aultres, que iceulx du Conseil ses conformoient a la détermination des députéz des Estatz assembléz, quant a 1'envoy et dénomination a Gand le jour préfix, pour communicquer avecq les députéz du Prince d'Orange et d'Hollande et Zélande, et que en premier lieu le Sr. d'Uetinghe soit envoyé au Prince, pour le annoncer ceste résolntion, affin qu'il envoyé ses députéz aussy audict jour préfix; que aussy 1'intention dudict Conseil est, que 1'on avance et mette en 1'instruction pour les députéz 1) Actes, n°«. 19 en 20; Corresp. Guill. le Tac, III, 115 en 116. De vorige zending van Haussy, waarvan de brief spreekt, was die namens eenige Vlaamsche heeren (Buil. IV3, 330). —24Nov: aan d'Auchy 550 p. art. wegens vacatiën voor de Staten-Generaal, „selon que mons1. de S'. Gertrude a dict estre accordé en présence de mons1. de Berchem" (B. i. d.). 2) Actes, n». 29; Corresp. Guill. le Tac, III, 117. 3) Als advies van de drie gewesten werd het bovenstaande aan den Raad van State voorgehouden: het is punt VII en VIII van de „résolutions" enz., bedoeld Actes, n°. 45; de beide punten in extenso Buil. IV3, 389. — De voorgedragen gedeputeerden komen op enkele na in onze lijst I voor. Uitgezonderd zijn: Elbertus LeOninus, toen hoogleeraar te Leuven; Pierre de Bevere of Josse Huysman uit den Raad van Vlaanderen; Ghislain Timmerman, abt van St. Pieter, of Bucho Ayta, aartsdiaken van Ieperen. 19 Betr. HoU. Zeel. Oranje 1576. a traiter la paix, qu'ilz feront incontinent tant que treuves soient faictes, contenantes que le Pays-Bas pourra recepvoir tous gens de guerre et assistence dudict Prince et d'Hollande et Zélande qu'il sera besoing, pour plus grande seurté de nostre pays contre les Espaignolz. De commissie en de instructie voor Oetingen, wiens zending naar Oranje in de voorgaande resolntie vermeld wordt, werden dienzelfden dag gearresteerd Bij resolntie van 9 October werd den gedeputeerden naar Gent bet kiezen van een secretaris overgelaten *). Een request van de burgers van Brussel, om Leoninns niet te comitteeren, werd op dienzelfden dag afgewezen (B. i. . 240 en 243; Buil. I14,7, en IV2,441). 5) Actes, n°. 244; B. R. B., ms. 19298, fol. 133. 6) Met dezen moeten de gedeputeerden der Ommelanden of de afgevaardigden van Leeuwarden (zie rubriek VII) bedoeld wezen; Friesland was ter vergadering nog niet vertegenwoordigd. 7) Actes, n». 256; Corresp. de Philippe, II, V, 649. 8) Ik meen dezen brief te herkennen in een brief in G. A. Zutphen (vertaling in het Ned.), waarvan de datum is 8 Dec; deze datum zou dan moeten zijn 28 Dec. Lalaing heeft vernomen, Betr. Spanje 1576. 48 in persoon aan de vergadering aangeboden, voor ditmaal willen toegeven, omdat don Jan reeds op de boogte gesteld is. Daarna gaan de Staten voort: De brief, door JJ aan Boda gezonden (zie hiervóór, p. 45), is door ons geopend en gewijzigd, omdat wij den inhoud niet vonden in termen overeenkomstig de qualiteit van Boda, die immers bij plakkaat rebel en falsaris verklaard is. Wij verzoeken TJ voor het laatst met den Baad van State a.s. Woensdag *) hier terug te zijn,, waartoe Willerval zegt, dat ge besloten zijt. Alleen hiermede hebben wij „les députéz de Hollande et Zélande ensemble ceux de West-Frise et Groeninghen" hier kunnen houden. Aubigny5) komt TJ rapport doen van zijne reis naar Frankrijk, in het bizonder „des vantises" van den Spaanschen gezant te Parijs; hierdoor zult ge te beter geïnformeerd worden van de listen der Spanjaarden. Eindelijk — als laatste onderafdeeling van deze rubriek — de verhouding^ waarin de Staten stonden tot de Spaansche troepen hier te lande. Deels door geweld, deels door overreding hebben de Staten deze troepen meester trachten te worden. Men bedenke, dat er tusschen de Spaansche troepen en de door enkele gewestehjke Staten, bep. die van Brabant, Henegouwen en Vlaanderen, op de been gebrachte troepen3) reeds vijandelijkheden gepleegd waren, vóórdat de vergadering der Staten-Generaal begon. Ook houde men in de gedachten, dat de Spaansche troepen h. 1.1. uit verschillende natiën bestonden. Wij zullen zien, dat het optreden der Staten verschillend was, alnaarmate ze te maken hadden 1°. met de eigenlijke Spanjaarden, waarbij wij ook de Italianen en de Bourgondiërs kunnen nemen, die haast nooit afzonderlijk genoemd worden; 2°. met de Walen of 3°. met de Duitschers, die in Hoogen Neder-Duitschers te onderscheiden zijn. Wat de Staten in hunne resolutiën van 25 September (ons n°. 1) in punt X—XII betreffende de te nemen maatregelen reeds hadden aangestipt, werkten ze 27 September breeder uit. De pnnten I—VLTI uit de resolutiën van dezen dag, die op ons onderwerp betrekking hebben, volgen nu eerst: 85. R. 27 september 4). — I. Premièrement, qu'ilz envoyeront lettres aux soldartz en Alost, affin que, s'ilz veullent traicter avecq les députéz des Estatz, assembléz a Bruxelles, ilz pourront envoyer leur commis au lieu convenable a declairer mesdicts Seigneurs dudict Conseil d'Estat, pour par ensemble pouvoir trouver moyens a appoincter. II. Que lettres seront escriptes au magistrat d'Alost, pour faire 1'advertence de ce que dict est, touchant la communication a faire avecq les soldartz et que icelle pourra servir a ladicte ville. III. Que le Sr. Serclaes 6) soit commis pour 1'envoyer au Comte d'Eversteyn et aultres colonels et capitaines Allemans en Anvers, pour traicter avecq dat don Jan verlenging heeft gevraagd; hij geeft nu te kennen, dat deze begeerte hem zeer verdacht voorkomt; don Jan wil blijkbaar uitstel om antwoord van den koning af te wachten en zijne toerusting te voltooien. Hij herinnert aan het antwoord van den paus aan den hertog van Anjou, toen deze den hertog van Schwaben gevangen had: „Vita Conradini mors Caroli, vita Caroli mors Conradini". —„Alsoo oick de prolongatie, die wy hem souden geven, zoude ons bederven ende ter contrarien syne prompte ende openbaere declaratie ons bewaeren ende salveren". 1) 3 Januari. 2) Gilles de Lens, baron d'Aubigny; zie over zijne zending' rubriek IV». 3) Over de troepenmacht, door de Staten-Generaal zelf op de been gebracht, zie rubriek V. 4) Actes, n°. 11; A. G., Aud. 652, fol. 21 (orig.). — De titel is mut. mut. dezelfde als die van ons n°. 1 (hiervóór, blz. 5, noot 3). — Ook bij dit stuk zijn de apostilles van den Raad van State door ons weggelaten. 5) Waarschijnlijk Wenceslaus t'Serclaes. 49 Betr. Spanje 1570. eulx de la part desdicts députéz des Etatz, et que lettre sera envoyé au Sr. de Boudri, pareydevant marckgrave d'Anvers, pour assister ledict Sr. Serclaes avecq adjoinction de Pierre de Perre pour la langue. IV. Que a 1'instruction, faicte pour lesdicts Allemans, soit adjonsté, en cas que ledict Comte d'Eversteyn *) s'accorde avecq lesdits Estatz: que 1'on face publier et effectuer les placcartz, dernièrement envoyéz; que 1'on arme les bourgeois; que 1'on trenchise contre le ehasteau; que 1'on ne laisse entrér les enseignes du lieutenant du Comte Hannibal «), mais que 1'on les permectra entretenance et service ailleurs que en Anvers, la part a ordonner par mesdicts S™. dudict Conseil d'Estat; et que néantmoings ledict Comte d'Eversteyn se pourra ayder avec six enseignes de bourgeois de ladicte ville; que par amour ou par force il se saisisse et face mener dedans Anvers 1'artilerie que Charles Foucquer faict mener de Breda; que 1'on procédé contre les prisonniers Espaignolz et Angloys etc, selon que 1'on trouvera convenir par droict. V. Et que lesdicts Estatz du Pays-Bas asseurent et promectent au Comte d'Eversteyn, luy et ses gens et soldartz, payer tout ce que 1'on luy doibt, en partie par termes et obligations et en partie par deniers comptautz, et que 1'on luy donnera nouvelle retenue pour le Roy et les Estatz. VI. Et que ledict Sr. Serclaes fera ouverture de sa charge au Sr. de Champaignie, luy recommandant l'exécution d'icelle, a laquelle fin il plaira a mesdicts Sra. dudict Conseil d'Estat luy escrivre lettres particulières. VII. Que suyvant 1'advis de mesdicts S". du Conseil d'Estat, 1'on remercié le Sr. d'Estorniel s) des bonnes et courtoises offres qu'il présente, en remectant encoires 1'employ d'icelles jusques a aultre occasion, dont 1'on 1'advertira en temps et lieu, et pour ses paines et diligences et bon offices 1'on le priera de prendre de bonne part une chaisne d'or de cent et cincqnante escuz, et qu'il soit par lesdicts Estatz diffroyé. VIII. Que lesdicts Estatz supplient mesdicts Srs. dudict Conseil d'Estat de pourveoir aux postes a Engien, Ath, Gand, Mons, Oudenarde et aultres lieux qui conviendra. In overeenstemming met n°. I en II van dit besluit zonden de Staten op 27 en 28 September brieven aan Everstein, aan de Spaansche soldaten te Aalst en aan de magistraat van deze stad 4). De brief aan Everstein geeft kennis van het doel, waarmede de Staten zijn samengekomen en verzoekt zijne hulp tegen de Spaansche muiters; al de gages en achterstallen „tant du passé que a venir" zullen aan zijn regiment betaald worden, „ayant prins la monstre et faict les descomptes soit d'argent comptant, atterminations asseurées et autrement, comme sera trouvé le plus convenable". Bovendien schreven de Staten over deze zaak een brief aan Liedekercke5): 86. 28 september. — Monsieur de Liekercke. Comme messeigneurs du Conseil d'Estat nous ont communicqué certaine lettre, a ceulx envoiée par 1'electo et soldatz, estans en la ville d'Alost 6), et que lesdicts S". ont trouvé 1) Philip, graaf van Everstein. 2) De kolonel Hannibal d'Altaemps. 3) Is A. d'Estonrniel, Sr. de Rémy, gouverneur van Breda, bedoeld? 4) Resp. Actes, n°». 13, 16, 17; de eerste B. A., Aanw. 1860, n«. 178, fol. 21. 5) A. V. Ypres, port. 23\ 6) Deze brief is mij onbekend. Wel ken ik een brief van de magistraat van Aalst van 26 Sept., die gedrukt is Corresp. de Philippe II, IV, 737. De brief is daar gedresseerd: „ A Mess"., 4 Betr. Spanje 157i 50 expediënt que de nostre part soit respondu a icelles et que ladicte responce s'addresseroit par la mesme main que leur dicte lettre a esté envoiée qui a esté la vostre, parquoy nous vous prions que ceste joincte y puist estre addressée et nous advertir en ceste ville de leur responce. — Van eenig belang is verder punt 10 van de resolutiën van 28—30 September (overigens medegedeeld onder rubriek V')), dat hier volgt: 87. R. 28—30 september. — Que le bon plaisir de mesdictz Srs. du Conseil d'Estat sera d'escripre lettres de crédence ausdictz commissaires 2) pour 1'amman de Grave, Steenbuyse, et aultres pour le magistrat illecq et aussi une troisiesme au magistrat de Weert, affin d'asseurer les Allemans de leur prest et aussy après le monstre et descompte de leur deu. Op 1 October namen de Staten belangrijke besluiten, waarvan hun register van resolutiën niets vermeldt. Wij laten deze nu volgen: 88. R. 1 october 3). — I Qu'il plaise a messeigneurs du Conseil d'Estat déporter Sancho d'Avila de 1'estat et charge d'admiral de la mer 4) et que nulz capitains, soldatz et aultres ne luy aient doresenavant a obéir, les deschergeant du serment qu'ilz peuvent avoir fait a luy ou son lieutenant et viee-admiral ou aultre de sa part, veu que ledict Sancho d'Avila s'est porté chieff des rebelles; et a ceste fin escripre lettres au Conté d'Ebersteyn et le Sr. de Champeignet, ensamble au magistrat d'Anvers, qu'ilz tiennent ledict Avila pour déporté. Et actendu que la pluspart des maronniers et matelotz ensambles quelques capitaines, alans servy soubz ledict Davila, se sont depuis la publication du placcart, émané dernièrement contre les rebelles5), venuz présenter au service du Sa Mató. et des Estatz du pais, lesquelz 1'on recoit journèlement, que pendant que 1'on besoigne de les pouveoir des capitaines et aussi de commectre aultre admiral et vice-admiral, soit ordonné par lesdictes lettres ausdicts Conté d'Ebersteyn, Sr. de Champangne et magistrat d'Anvers de laisser suyvre ausdictz Estatz de Brabant ou a leurs commis dont leur apperra, telle quantité des bateaulx avecq leur munition que sont en la nouvelle ville audict Anvers que lesdictz commis leur déclaireront ou monstreront estre nécessaire pour le service de Sa Mató. et lesdictz Estatz. II Que pour meilleure garde et seureté de ladicte ville d'Anvers et que pour mieulx tenir le menu peuple d'icelle ville en obéissance et service, il Mess", les députés du conseil des Estatz", wat ook op het origineel (A. G., Aud. 658, fol. 1) staat. Het is ongetwijfeld een brief aan den Raad van State, omdat er sprake in is van vorige brieven aan dit staatslichaam. 1) Hierna, n». 166. 2) Nl. Guillaume Angelis en Hugues de Berckel, door den Baad van State naar de Kempen gezonden. 3) Actes, n°. 23; A. G., Aud. 652, fol. 27 (orig.). De bij dit stuk behoorende apostilles van den Baad van State van 4 Oct. (t.a.p., fol. 30™) zijn hier weggelaten. 4) Herhaling op 21 Oct.: de procureur Schorlandt brengt aan de Staten plakkaten, gepubliceerd te Antwerpen van wege Sancho d'Avila, „tant alendroict de maroniers et mattelolz que les navires et navigation", waarin D'Avila zich noemt: „Superintendant ou admiral de la mer"; besloten den Baad van State te verzoeken D'Avila's commissie en de plakkaten in te trekken (R. i. d.). 5) Plakkaat van 22 Sept. 1576 (Bor, I, 714). Betr. Spanje 1576. plaise ausdictz seigueurs du Conseil d'Estat eseripre lettres audict Sr. de Champaigny, gouverneur dudict Anvers, d'incontinent lever ung régiment de dix enseigues d'entre les bourgeois a la soulde de ladicte ville dont ledict Champaigny sera le chieff et coronnel, et leur baillera tel artikelbrief qu'il conviendra. Hl. Et pour antant que le coronnel Foucker s'est monstré affectionné aux rebelles et tient avecq eulx intelligence et accointance, faisant marcher les gens de guerre de son régiment au secours des rebelles, il plaira a mesdictz S™. déporter et casser ledict Foeker et de mesmes eseripre audict Sr. de Champaigny de s'asseurer de sa personne et en faire bonne garde et que au lieu dudict Focker soit par mesdictz S™. retenu coronnel son lieutenant qui y est présentement, lequel avecq les capitaines et soldatz dudict régiment renouvelleront leur serment es mains dudict Champaigny de servir en tout et partout oü que leur sera commandé pour le service de Sa Maté. et du pays; et au Conté d'Eversteyn lettres d'assister le Sr. de Champaigny en ce que dessus. IV. Semblablement déporter le coronnel Montdragon ') de sa charge et le déclairer ennemy de Sa Maté. et dudict pays, pour s'estre aussy portéchieff des rebelles et eommectre le Sr. De Glimes 2) pour se transporter vers le régiment des Walons dudict Montdragon, estantz de dixhuict enseignes pour le reeepvoir comme leur chieff et coronnel avecq lettres aux capitaines, officiers et soldatz susdietz recevoir, tenir et obéir icelluy De Glimes pour tel, lesdeschargeant du serment qu'ilz ont faict audict Montdragon ou ses lieutenans, en le renouvellant es mains dudict De Glimes pour Sa Maté. et dudict pays avecq promesse que ledict De Glimes leur fera de la part des Estatz de Brabant, Flandres, Haynnau et Namur, qu'ilz seront.payéz de tout ce qu'il sera trouvé leur estre redebvable dont iceulx Estatz demeureront respondans. V. Au surplus qu'il plaise a mesdictz seigneurs faire eseripre a tous les coronnelz Allemans le fait et justification du fait de Nivelle 8) et que eulx en sont cause, aians faict force aux bourgeois et y iutroduire autres Allemans pour après les piller et saccager, les exhortaut par tant ne voulloir permectre que leurs gens de guerre se mectent soubz ce prétext contre Sa Ma", et le pays et que 1'on leur envoyera justification du fait. VI. L'on entend qu'il n'y a que deux cent Espaignolz en la ville de Lyere lesquelz cotissent et exactionnent tous les villaiges d'allentour. Pourtant seroit bien nécessaire que l'on envoyasse deux cent hommes de pied et trois cent chevaulx, tant a Waelhem que Duffle, pour y garder les pontz, tenir les passaiges libres et préserver les pouvres subjectz desdictz contributions; par oü plaira a mesdictz S™. y pourveoir. VII. Depuis la crudélité advenue par les Espaignolz prés d'Anvers le coronnel Fronsberch 4) at juré de ne plus se trouver au chateau d'Anvers in consilio impiorum. II plairat mesdictz Srs. le tenir en ceste volnnté et dévotiou par leurs lettres. 1) Christoval de Montdragon, de bekende Spaansche aanvoerder. 2) Jacques de Glymes, groot-baljuw van Nivelles en Waalsch-Brabant, de medestander van Heze in den aanslag op den Raad van State. 3) Waar het Duitsche garnizoen was uitgejaagd. 4) Ceorg, baron van Frundsberg, een der Duitsche kolonels. Betr. Spanje 15? 52 Het eerste bericht in het register der resolutiën, dat bij deze rubriek behoort, is van 2 October: 89. R. 2 october *). — Semble que l'on pourra donner aux Allemans soubz Montisdocqua 2) mille escus de prest, affin qu'ilz puissent estre employéz celle part que monseigneur le Duc d'Arschot et les Srs. du Conseil d'Es-tat trouveront convenir. II semble que l'on pourra par. ceulx d'Utrecht attirer les Bas-Allemans a la devotion du service da Sa Mté. et des Estatz du Pays-Bas comme patriotes, et ce par bonnes parolles de faire alendroit leur prest et payement tout ce que ce pourra faire, et que messeigneurs dudict Conseil d'Estat leur veullent donner ung nouveau chieff, a quoy est denommé le Sr. de Tambergbe. Op dezen zelfden dag schreven de Staten aan baron Polviller8) (R. i. d.). De brief was een antwoord op diens brief van 1 October4) en hield in: dat de Staten dank betuigden voor den goeden wil van hem en de andere Hoog-Duitsche kolonels, om hen tot een accoord te brengen met de Spaansche soldaten; dat ze door middel van gedeputeerden van beide zijden hiertoe gaarne in een conferentie zonden treden op 7 October, waartoe ze de dorpen Tesselt en "Willebroeck voorsloegen. 90. R. 3 october p.p. — Les S™. ont unanimement résolu en présence de monsr. le Duc d'Arschot et de mons1. le Marquis de Havrech que les S™. députéz des Estatz, icy assembléz, escripveront incontinent lettre aux colonelz Allemans conformément a 1'escript leu, et que par aultre lettre doibt estre escript au Baron Polleweler que Tintention des députéz desdictz Estatz n'a esté et n'est aultre, sinon d'entrer en communication sur la retraite des soldatz Espaignolz du Pays-Bas par voye amiable, dont ilz requirent d'estre advertiz endedans deux jours. Uit den brief aan Polviller van 3 October6), aan het einde van dit besluit genoemd, blijkt, dat nog een brief van hem van 2 October ontvangen was: „Ayans veu la vostre du deuxiesme de ce mois, avons trouvé expédient, avant entrer en communication, de vous advertir clèrement de nostre Intention laquelle n'est ny a esté en entrer plus avant sy non sur la retraicte" — [verder als in de resolutie]; in een briefje, in den brief gesloten, leest men nog: „Les deux jours s'entendent après laréception de cestes". 91. R. 4 october. — Les Srs. ont astheure résolu d'escripre lettres apart aux colonelz et point conjoinctement avecq messeigneurs du Conseil d'Estat de Sa Mté., comme hier estoit conclud; depuys arresté d'escripre conjoinctement en Franchoys. 1) Dit besluit betreffende de soldaten le Utrecht werd genomen naar aanleiding van een remonstrantie van de toen te Brussel aanwezige gedeputeerden van de Staten van Utrecht aan den Raad van State, waarin kennis was gegeven, dat Hierges op 12 Sept. 3 compagnieën NederDuitschers in de stad gebracht had en dat vrees voor plundering bestond; er werd op aangedrongen, deze troepen door betaling voor de Staten te winnen. Op deze remonstrantie is het besluit van de Staten (als in onzen tekst) te vinden, geteekend Weellemans (A. G., Aud. 652, fol. 32). 2) Juan Francisco Montesdoca, bevelhebber van het garnizoen te Maastricht. 3) Nicola, baron van Polviller en Florimont, een der Duitsche kolonels. 4) Actes, n°«. 24—25; de laatste Blaes, I, 330. 5) A. V. Ypres, port. 23 K 53 Betr. Spanje 1576, De substantie van wat aan de Duitsche kolonels geschreven werd — klaarblijkelijk hetzelfde als het in ons 90 genoemde geschrift — luidt als volgt: 91*. (+ 4 october ')). — Asscavoir: comme lesdictz colonelz ont desja entendu par lettres, a eulx escriptes le XXe 2) jour de Septembre passé, que les Estatz-Généraulx n'estoient assembléz en ceste ville de Bruxelles a aultre intention sinon pour regarder, avec 1'aydé de Dieu, de trouver certains moyens et expédiens, par lesquelz la religion catholicque romaine, joinct 1'auctorité et 1'obéissance, deu a Sa Mate., fussent estroictement observées et quant et quant la pacificatión et commune tranqnillité dn pays advanchée et maintenue et en oultre aussy trouver moyen dont les coronelz et leurs gens de guerre fussent payés ou pour le moings asseuréz de leur deu. Et combien que iceulx dudict Conseil ont depuis receu responce, soubsigné de tous colonelz, si est ce que ladicte responce est trouvée si obscure et ambigue que ceulx dudict Conseil ne scavent bonnement comprendre, si lesdicts colonels avecq leurs gens se veullent règler et accommoder selon les ordonnances et commandemens de ceulx dudict Conseil, comme ilz sont tenuz de faire en vertu de leur retenue qu'ilz ont de Sa Maté., et mesmes par lettres particuliers que Sadicte Ma*6, leur at escript respectivement depuis le trespas de feu [le] Commandeur major, de sorte que ceulx dudict Conseil avoient espéré une plus ouverte et absolute résolution non seullement sur les lettres susdictes, ains aussy sur pluiseurs aultres, depuis a eulx escriptes; par lesquelles ilz ont assez peu entendre les insolences, commises par les soldatz espaignolz amutinéz, y joinct la réquisition de ceulx dudict Conseil, tendant a la fin que lesdictz colonelz et leurs gens ne se voulsissent faire participant du faict desdictz Espaignolz, ains plustost ses jondre avecq les bourgeois de leurs garnisons pour le serment de Sa Ma*6, et la deffence et tuition des villes, a quoy toutesfois leurs capitaines n'ont volu obéir sans exprès commandement de leurs colonelz. Quoy considéré et mesniement que l'on a depuis trouvé, tant par lettres, escriptes par le baron de Polwilier a ses capitaines, estans en garnison a Nivelle et Jedoingne, que aussy de leur propre faict, naguères usé audict Nivelle, que ledict Polwiller et ses gens se sont fort esloingnéz de 1'obéissance qu'ilz doibvent a ceulx dudict Conseil de »la part de Sa Ma*6, en vertu desdictes lettres de retenue et particnlières d'icelle, en 1'endroict que ledict Polwiller at commandé a ses gens d'obéyr aux Espaignolz et regarder de leur faire maistre de ladicte ville de Nivelle, dont est ensuivy 1'acte d'hostilité, selon que lesdictz colonelz ont ja plus amplement entendu par lettres particulièresde ceulx dudict Conseil, lesquelz voyans d'aultre part tant par pluiseurs advertences que aultrement que lesdicts colonels ny leurs gens ne font encorres grande démonstration d'estre d'intention de se voulloir conduire, selon ce que leur estenchargé par les lettres susdictes et le serment, faict en suyvant Partiele-brieff, pour 1) A. V., Ypres, port. 23A. — Het stuk, waarvan de titel luidt: Substance de ce que messeigneurs du Conseil d'Estat, conjoinctement les Estats des Pays-Bas, out résolu d'escripre aux colonelz Allemans, is zonder datum. — In dezelfde portefeuille is ook bewaard de brief van de Staten zelf van 4 Oct., die volgens de resolutie (ons n°. *91) niet afgezonden is. Deze is met hetzelfde doel geschreven, nl. om opheldering te vragen, maar is over het geheel iu wat vriendelijker toon gesteld. 2) Lees: XXVII? Betr. Spanje 1576. 54 1'asseurance et deffenee du pays, sont esté occasionéz de leur faire ceste remonstrance pour seavoir bien a certes leur finale et absolute résolution, asscavoir s'ilz sont d'intention d'obéyr aux mandemens de ceulx dudict Conseil et incontinent, avecq 1'ayde et assistence des Estatz, exploicter et exécuter tout al 1'encontre les Espaignolz amutinéz, si comme perturbateurs de la commune tranquillité que aultrement, ce qu'il conviendra pour le serment de Sa Ma*6, et le bien du pays. Demandant sur ce responce, affin que eeulx dudict Conseil d'Estat et députéz des Estatz librement et francbement puissent en après ordonner a cause de prest et 1'advanchement de 1'asseurance de leur payement, desja offert par lesdicts Estatz, ce qu'ilz trouveront convenir. Nog werd op 4 October p. p. besloten') de Neder-Duitschers te Utrecht tevreden te stellen, „partie en deniers comptanz, partie par atterminations après monstre et descompte faict", op voorwaarde van de muiters niet te helpen . 17 october. — Monseigneur. Ayant entendu par la proposition verbale des députés de vostre Srie. et vu par leur instruction la bonne sonvenance et affection, qu'icelle a eu et porte pour la sceure direction de noz affaires, ne la scaurions assez remerchier, signament des grandes offres qu'elle nous faict de gens de pied et de cbeval, et nous en resentons grandement voz obligés, combien que, pour estre présentement compétament pourveuz de gens de guerre selon la nécessité quy s'offre, nous contenterons d'en faire plus grande levée, quant a présent bien délibérés et intentionés que, sy 1'occasion se présente de passer plus avant, d'avoir rethour a eest effect pardevers vostre STie., considéré que ne scaurions d'aultre part recepvoir plus asseuré secours que de celluy qui sur toutz aultres est bon et enthier patrio te, requérans bien in stam ment vouloir empescher les emprinses de noz adversaires par toutz bons moyens, soit en les divertissant par lettres ou aultrement, comme vostre Srie. trouvera mieulx convenir et au surplus nous faire ce bien de nous advertir a diligence de ce que se passera en eest endroict et de quy nous debvons avoir juste ocassion de doubter. Nog werd op 18 October besloten tot monstering van de ruiters van Bièvre; de Raad van Oorlog zon voorzien in de „deservice, faict par anenns en Flandres, on qu'ilz auroient planté leur conducteur". — Verder tot betaling van ƒ602 voor een maand gage aan 60 musketiers van de garde van Aerschot. — Eindelijk: dat in de commissie van Martin Martiny gesteld zou worden, dat hij zulk een gage zou ontvangen als andere krijgslieden „de semblable retenue et charge" (R. i. d.). 172. R. 19 october. — Que capitaines de Mourvay et le lieutenant de monsr. de Megen ') sera donné pour le traictement de chacun capitain C £ arth. par moys et L £ pour son lieutenant et le soubslieutenant la moitié et pour le souldat a cheval XV £ arth. et que par acte particulière on donnera encoires cincquante livres a chacun desdictz capitaines par moys et au lieutenant XX livres par moys et au soubslieutenant X X arth. par moys. Que Beken payera a chacun desdictz deux capitaines sur la main mille livres arth. et au jour du monstre qu'ilz doibvent avancer endedans ung moys au plus long, leurs gaiges de troys moys 2). Et que les chevaulx légers de Luxembourch seront gaigéz comme ledictz Mourvay et Glimes. 1) Tot het in dienst nemen van deze twee, ieder met 100 paarden, op soldij als Bièvre, was 17 Oct. besloten (R. i. d.). 2) Men vindt op dezen zelfden dag in de resolutiën de acte van dit besluit en de ordonnantie tot betaling op Van der Beken. Er blijkt uit, dat de luitenant van Megen heette Servaes de Glymes (zie ook in deze rubriek op 12 en 13 Nov.) en de andere Jean Mourvay. — 21 Oct. werd besloten aan beiden op hun request »dix surpayes" toe te staan, om eenige officieren en heeren te onthalen (B. i. d,; ook de acte van dit besluit is op dien dag opgenomen.) 91 Midd. van aanv. en verw. 1576, Denzelfden dag was er sprake van het in dienst nemen van 3000 of 4000 paarden van Mandersloo volgens het door den Raad van Oorlog gezonden memoriaal, waarover aan Oranje geschreven zou worden (R. i. d.) 1). 20 October: Van der Beken zal de tien kapiteins ter zee betalen „a 1'advenant de XLVI £arth." voor ieder, hunne knechts inbegrepen, volgens de rol, opgemaakt door den raadsheer Indevelde. — De Raad van Oorlog zal aan Immersele de plaats tot monstering van 200 paarden aanwijzen en hem 2 maand gage betalen, na aftrek van ongeveer f 2000, op hand betaald (R. i. d.) 2). Over een „exploict" van de zeelieden wordt gehandeld in verscheiden resolutiën 8) van dienzelfden dag: 173. R. 20 october p. p. — Les Sra. de Vilers et Parck, de Gembloux, le pensionaire de Lovain, le Sr. de Schoonhoven, le pensionaire d'Anvers et le pensionaire de Boisleduc avecq lè pensionaire de Bruxelles, les pensionaires de Bruges et du Franck, le Sr. de Fromont et le greffier des Estatz de Haynault ont ordonné a Beken payer a 1'hoste de Vos et Croene la somme de XIII £ artb. pour les despens, euz par diverses personnes, mattelotz,• au disner de ce XXe d'Octobre jusques au nombre de XXXVIII, tant capitaines et aultre3. Lesdictz Sra. ont par rapport du pensionaire de Bruxelles de la bouche de monsr. le Marequis ordonné au recepveur Beken payer pour XXXV maroniers la somme de cent daelders a Jacques de Vos, leur général, et ses compaignous quy seront dénomuiés audict recepveur. Tout ce que le lieutenant amman de Bruxelles déboursera ou fera aehepter pour provision ou munition a Jacques de Vos, général, et certains ses compaignons, a 1'avantaige de quelque bon exploit, sera payé et ledict lieutenant en deschargé par les Estatz du Pays-Bas. Faict a Bruxelles le XXe d'Octobre 1576. De heeren gedeputeerde van de Staten van de Landen van herwertsover, vergadert tot Bruessele, hebben geloeft ende geloeven mits desen Jacop de Vos, generael, ende zyne medegesellen, sceppers ende bootsgesellen, die hy zal tot hem nemen, te versekeren ende mittertjjt te voldoene, 't gene men bevinden zal, dat Zyne M'. hem ten achter mach wesen van dienst, derselver M*. gedaen, ende zoe verre zy in d'exploit, d'welek zy voerhanden hebben, fortune cregen van aldaer huer leven te laeten oft andere diergelycke, sal 't selve gedaen wordden aen huerluyden weduwen oft erffgenamen. Aldus gedaen tot Bruessele opten XXen Octobris 1576. Que les Estatz escripvent lettre au magistrat de Malines d'assister lesdictz maroniers d'argent et de tout ce que leur sera nécessaire pour 1'exploit qu'ilz ont a la main, et les Estatz Généraulx en rembourseront ladicte ville de Malines. 174. R. 22 october. — Qu'il plaise aussy a mesdictz S™. du Conseil de 1) Cf. hiervóór, p. 22, en hierna, p. 103. 2) 26 Oct.: deze monstering, evenals die van Bièvre, te doen geschieden door Serclaes (B. i. d. p. p.). 30 Oct. komt opnieuw een besluit tot monstering van Bièvre voor (R.i. d.).— Hij is spoedig daarna gestorven. Een request van zijne weduwe, „dame Claude de Croy", wordt 11 Dec. vermeld (R.i. d.); hij is, zooals zijn t. a. p. volledig opgegeven naam bewijst, dezelfde als de gedeputeerde' van Brabant (zie de lijst der gedeputeerden, hiervóór, p. 1). 3) In wat wij hiervan mededeelen, komen, zooals men zal opmerken, 2 actes van resolutiën voor. Weggelaten hebben wij een ordonnantie van betaling op Van der Beken en de resolutie betreffende de betaling, te doen aan eventueele weduwen, die beide ook in het register op 20 Oct. p. p. staan. Midd. van aanv. en verw. 1576. 92 Guerre pour venir de faire mettre quelque petit camp devant la ville d'Anvers, pour tenir le passaige ouvert et par ce moyen s'en povoir servir des deniers. P. p. Que l'on dira a mons'. de Grevenbroeck -*) que les S™. accepteront ses gens a cbeval jusques a VIIIC en nombre endedans X jours, saulff qu'il ne recepvra nul argent que au jour de monstre quy se fera au Pays-Bas decha la Meuze, dont commissaire luy sera donné, le tout sur le pied que l'on a prins alendroit des aultres. Que l'on pourra requérir les colonelz de faire partout, oü leurs soldats sont, tousiours publier que les bostes ne les doibvent nourir. Et quant a la lettre de Sr. Jacques Glimes, escript de Thielmónt, pour pourveoir que nul désordre adviene plus a Thielmónt eutre les gens dudict Thielmónt et les gens du Sr. de Berssele, et quant a 1'agent requis, on oyra le recepveur Beken pour seavoir 1'estat du payement faict. 23 October werd besloten te stellen in de commissie van den provoost-generaal van het kamp, dat hij door de Staten-Generaal zal betaald worden (R. i. ihs seront acceptéz par les S™. Estatz en service du pays, ayant le Sr. de Merode esté commis pour avecq eulx traicter, et le pensionnaire de Malines et le Sr. de Namur. Que Jehan Diers sera accepté a wartgelt deux moys a III daelders pour le cheval jusques a mille chevaulx, moyennant qu'il debvera estre prest, doiz que l'on le mand era Que les Eseoussois seront acceptés en service a tel traictement et gaiges, comme le Prince d'Orainge les a eu, saulff qu'ilz ne pourront faire exercicede leur religion en aucnn staid(?), et a entrer au service au jour de la monstre qu'ilz feront au Sas prèz de Gand. Que l'on fera dresser les mattelotz de IIII™ £ art., au lieu de IIm qu' ilz estoient adviséz, et ce au monstre quy se fera a Vilvorde. 185. R. 7 november. — Que l'on dépeschera placcart a faire battre tous gruins, pour les faire mener es villes fermées. Le pensionaire de Malines, mre Guillaume Gryspere, envoyé vers le3 Estatz par lettres de crédence, requirant qu'il plaise a mesdictz S18. pourveoir a ladicte ville de V ou VI enseignes d'ung régiment, pour les povoir commander par le gouverneur dudict Namur8), comme par le couronnel; ensemble de munition, de pouldre et semblable. Que les Srs. Serclaes et pensionaire8) oyront les maronniers de Bruxelles selon la précédente ordonnance et que Beken payera encoires mille £ arth. plus qu'il n'estoit hier ordonné, et ainsy en tout V mille £, pour ne se avoir volu contenter desdictz IIIIm £. Het besluit betreffende de granen vindt men met een besluit betreffende de wapening van alle edellieden enz., waarvan liet register niets mededeelt, in een acte van de Staten, zooals deze aan den Raad van State ter goedkeuring werd voorgelegd. Wij laten het hiertoe betrekkelijke gedeelte van deze acte 4) volgen: 185a. (november). — [Les Estatz du Pays Bas — ont advisé:')] Au surplus de commander a tous gentilzhomnrcs et ceulx qui pour telz veullent estre tenuz et representéz, soyent ecclésiasticques ou séculiers, ensemble les fiefvéz et arrierfiefvéz, de prestement soy monter, armer, équipper et mettre en service par lny ou par substitut pour le bien et salut de la patrie a pied et a cheval selon la condition, nature et qualité desdictz fiefz ou arrièrefiefz dont ilz se pourront rachapter, en mettant aultre ou payant antant, comme selon la condition desdictz fiefz ou 1'ancienne manière ou coustume de chacuue province convient, exceptéz ceulx qui sont en actuel service de Sa Maté. de Jguerre ou de la Républicque. 1) Hiervóór, p. 22. 2) Lees: „Malines"(?), of in de eerste regel voor: „Malines" „Namur" (?). 3) Vul in: de Malines. — Een op liet eerste gezicht zeer onduidelijke resolutie van C Nov. heeft op ditzelfde onderwerp betrekking. Zij luidt: „Mess™, ont député le Sr. Serclaes et pensionaire de Malines, pour s'infonner sur le contcnu de ceste (een request van de zeelieden?) et en oyant les remonstans, pour après en faire raport a mess1", les Estatz" (R. i. d.). 4) Het eerste gedeelte hiervan wordt medegedeeld als n°. 228*. 5) De kop van n°. 228» dient hier weer bij gedacht. 97 Midd. van aanv. en verw. 1576. Item que soit aussy commandé par édict publicq de battre es lieux, oü 1 ennemi est proche et voisin, tous les grains avec toute célérité et sans aulcune mtermission et les retirer aux fortz et villes circumvoisines, non estans es mains des ennemis, a paine d'en estre reprins, corrigéz et mulcté a Parbitraige de justice. Que soit pareillement enjoinct et commandé a tous gouverneurs provinciaulx de prendre ou faire prendre le serment de tous S™., gentilzhommes, gouverneurs particuliers, capitaines, consaulx, baillys, officiers, magistratz, juges et aultres gens de qualité, d'estre fidelz de servir a la patrie de corps et bien en cette présente nécessité, sans adhérer ny avoir aulcune correspondence avec les Espaignolz amutinéz, associéz, et aultres ennemis du pays, faysans advertence de ceulx qu'ilz trouveront refusans ou dilayans, pour y estre pourveu, comme Ion trouvera appartenir; requérans lesdictz Estatz mesdictz Seigneurs du Con seil d'Estat vouloir décerner sur le tout lettres de mandement, en tel cas pertin en s. 186. R. 8 november. — Que l'on prendra et acceptera en service actuel de Sa Mtó. et des Estatz IIm ryters de Manderslo *) et IIm en waergelt et que l'on feroit traicter sur ce par celluy que le Prince d'Orainge a recommandé, seavoir Stensel Nameslo, et que l'on feroit lesdictz IIm ryters incontinent marcher pour Luxembourch, bien entendu que, sy l'on pourroit délaisser les llm ryters en waertgelt, ce seroit fort a conseiller. Que l'on licentiera le S'. Simon Belvin et que l'on acceptera le Sr. de Grevenborch *) pour V° chevaulx, moyennant qu'ilz soient prestz et au PaysBas endedans XHII jours. Que Beken délivrera ceulx de Malines Vc £ arth. pour par ce moyen faire faire du salpeter pouldre, affin de s'en ayder, et lettre leur sera escript de les assister de gens de guerre en nécessité. Que Conrard de Here sera commis a recepvoir des deniers, consignéz es mains de justice du pays de Namur, la somme de VI° £ arth., pour employer en achapt de pouldre et arcquebouses, a délivrer a monsr. de Heze. 187. R. 9 november. — Les Sra. ont selon le raport, faict par le pensionaire de Bruxelles, ordonné a Conrad de Herre 8) délivrer a ceulx de Malines la quantité de XII0 livres de pouldre. Que l'on envoyé mons'. Glimes pour gouverneur de Malines et colonel de toutes telles compaignies qu'il pourra lever, mesmes aussy la compaignie de Martin Martiny 4). en IVc. Geldmiddelen 1576. 112 211. 30 september 1). — [Zullen aan de inwoners de voordeelen van een pacificatie van het land en de verwijdering der Spanjaarden, die het land in slavernij willen brengen, voorhouden, en evenzoo de wandaden der Spanjaarden]. Que pour ad ce pouvoir parvenir, lesdicts Estatz, ayantz par ensemble déliberé, n'ont scen adviser meilleur moyen ny plus prompt et expediënt que de requérir les bons snbjectz et inhabitans desdicts pays, tant ecclésiastiques que séculiers, affin que ung chacun, selon qu'on pourroir estimer sa qualité, voulsist assister en argent comptant ou en or, en argent non monnoyé, lequel on est content d'accepter, asscavoir 1'or d'escuz a vingt et deux florins 1'once et 1'argent a XXXVII pattbars 1'once et plus ou moings, selon le valeur et estimation des gens a ce entendans. Et que pour leur asseurance et indemnité seront baillées lettres de constitution de rente a ung chacun, a 1'advenant le denier seize, bipothecqué sur le commun corps desdicts Estatz. Espérans lesdicts Estatz que personne ne se vouldra excuser, principalement en chose si juste et raisonnable, et assister a son propre bien et dont dépend la totalle masse dn maintiennement du pays. Et quant a ceulx qui n'auroient moyen de furnir argent comptant ny aussy or ou vasselle et toutesfois ont des biens immeubles, pour lesquelz on pourroit lever argent sur leur crédit et obligation, on fera telz induire de donner leur obligations pour somme raisonnable et modérée. Et oü il eust quelcques ungs, ayans le moyen qu'ilz ne se vouldroient voluntairement employer a tout ce que dessus, on les pourra a ce contraindre par exécution réele sur leurs personnes et biens a la discrétion de ceux des loix. Et si porront aussi lesdicts commis et recepveurs des Estatz lever incontinent argent comptant a fraict, intérest raisonnable des marchantz et aultres sur les obligations dudict Pays-Bas ou du moings des Estatz de Brabant, Flandres et Haynault, jusques a la somme de six cent mille florins ou livre de quarrante groz, monnoye de Flandres la livre, le tout a discrétion desdictz magistratz et loix des villes et villaiges. Bien entendu que personne ne sera travaillé ou induict a ce que dict est, fors seullement en ung lieu, seavoir au lieu de sa résidence principalle. Om in de eerste behoeften te voorzien, richtten de Staten den blik naar Antwerpen. Dit blijkt uit een ook uit de laatste dagen van September dateerend besluit 8),datnn volgt: 212. R. (± 30 september). — Sur le premier poinct, remonstré aux députéz des Estatz Uniz par révérend père en Dieu 1'abbé de S'. Gheleyn de la part de Son Exce., touchant la nécessité de avoir argent et que les Estatz y veuillent pourveoir, aulcuns desdictz députéz dient [1. disent] estre asseuréz qu'il n'y a faulte d'argent en Anvers ny de personnes voluntaires d'en assister la patrie a condition raisonnables, moyennant que le[s] chemins entour Coutwijck fussent asseurés, d'aultant qu'il y a la environ trente ou quarante soldatz espaignolz seulement, lesquelz font batre les grains et menier a Liere et destroussent et désarment tous ceulx qui y passent; par quoy tous les députéz desdictz 1) Actes, n°. 21; R. A., Aanw. 1826, n». 18, fol. 35. — Aan het slot: besloten door de gedeputeerden van Brabant, Vlaanderen en Henegouwen „sur le bon plaisir et adveu" van den Baad van State. 2) A. G., Aud. 652, fol. 29. lid Geldmiddelen 1576. Estatz supplient Son Exce. pourveoir a la seurté desdictz chemins, ce qnelenr samble se pourrat faire par envoyer deux enseingnes d'infanterie et cent chevaulx a Coutwijck, Haulte Croix, Bouterssin, la oü il y a bon lieu de retraicte. De eerste resolutiën betreffende deze aangelegenheid, die in het register voorkomen, hebben ook haast uitsluitend op het aangaan van leeningen betrekking. Deze volgen: 213. R. 3 octobee. — Que lettres seront escriptes aux eommis de laconduicte des obligations des Estatz de Brabant que incontinent ilz facent leur debvoir d'essayer combien, de quy et pour quel temps ilz pourroient lever deniers a frait et intérest, pour, ce fait, en advertir incontinent a mess™, les députéz des Estatz, cy assembléz. 214. R. 4 octobee. — Que messeigneurs du Conseil d'Estat veullent faire ordonnance aux borgmaitres, eschevins, commis a la réduction des rentes et trésoriers et recepveurs de la ville d'Anversqu'ilz ayent incontinent a délivrer au porteur des lettres Jehan van Nyversele tous les deniers endessoubz eulx, consistans pour le payement des rentiers, n'ayans jusques orez volu condescendre a ladicte réduction, soubz obligation des Estatz a en rendre et rembourser endedans certaiu terme, seavoir troys moys, sur le ce dernier. Item les prélat/, douze de Brabant lèveront soubz leur obligation XVIm £ arth.; le Sr. Duc d'Arschot Xra £ arth., le Sr. Baron de Revez, Sr. de Bièvre, deux mille, le Baron de Boutersem, Sr. de Beerssele, deux mille £ arth., le Sr. de Merode VIm, le Baron de Wesemale ») II mille £, mons1. de Heze mille fl orins, raonsr. de Getnbloux six cent £. Het in deze resolntie bedoelde wordt duidelijker nit de aan den Raad van State te dien einde door de Staten voorgehouden remonstrantie *): 214a. (4 octobee). — Remonstrent les députéz des Estatz, assembléz a Bruxelles, comme pour estre par ceulx de la ville d'Anvers gardéz pluisieurs deniers comptans et oyseux pour et au prouffict du grand nombre de gens, ayans rentes sur ladicte ville et ne s'estans jusques ores condescendu a la réduction des rentes, par iceulx d'Anvers prétendue, et que lesdictz Estatz ont nécessairement besoing de grande quantité de deniers pour la deffence du pays, conservation de la religion Catholicque Romaine, service de Sa Maté. et repos publicq, comme a ung chascun est notoir, et que le recepveur Jehan van den Steenwinckle ne peult wyder ses mains desdictz deniers ailleurs que au payement des rentiers, obstant 1'ordonnance de Sa Mató., sy prient iceulx Estatz qu'il plaise a Vos &AeB. ordonner bien et expressément aux borgmestres, eschevins, trésoriers et ledict recepveur de ladicte ville d'Anvers et aux commis a ladicte réduction qu'ilz ayent incontinent et sans aulcun dilay a délivrer a Guillaume de Rouck, recepveur général de Brabant au quartier de Bruxelles, ou a son commis qu'il dénommera, porteur de cestes, tous telz deniers qu'ilz ont es mains, provenans de ce que dessus, et ce soubz 1'obligatiou dudict De Rouck ou sondict commis, laquelle obligation lesdictz Estatz ont tenu et tien- 1) Over een zending naar Antwerpen cf. nog hiervóór, p. 77, en ons n°. 148". 2) Grobbendonck (hiervóór, p. 34). 3) A. G., Aud. 658, fol. 2. — De Staten wendden zich ook zelf tot de magistraat van Antwerpen (Actes, n». 30; B. R. B., ms. 7223, fol. 12). Dit stuk is verder zonder belang. 8 Geldmiddelen 1576. 114 nent pour vaillable, et en ce lieu bailleront a icelluy De Rouck autant d'obligations en forme deue que porteront lesdictz deniers furniz, a rembourser au boult de trois mois après le date de la délivrance, ponr par ledict De Rouck descbarger ses obligations vers lesdictz d'Anvers, dérogant pour ce faict a ladicte Ordonnance et serment dudict recepveur pour ceste foys. Quoy faisant etc. 215. R. 8 october. — Que l'on escripve a monsr. de Merode qn'il veulle tant faire que la personne du Sr. de Conroys dunne aux Estatz du Pays Bas a rente le denier XVI, XLIII ou XII ou a frait raisonable pour ung au a X ou XII pourcent ungne notable somme de deniers, comme de XXVIm ouXLm£ arth., et il nous fera grand service. Mais que pour ce ledict Sr. de Merode ne délaisse pour ce, a haster sa venue, et qu'il veulle faire debvoir a prester cincq ou VIm £ arth., comme les aultres nobles ont faict. Que l'on requerra messieurs du Conseil d'Estat avoir lettres au chancelier de Brabant et aultres Consaulx des provinces, affin d'envoyer lettres aux villes et villaiges qn'ilz se ayent a règler suyvant 1'ordonnance du second Octobre ,), faict a 1'endroit du prest et recouvrement des deniers 2). 216. R. 9 october. — Que 1'acte d'indemnité se dépeschera pour monsr. de Nyenhoven de la caution de IIm £ arth. que le Sr. de S\ Bavon donne a rente sur les Estatz, comme le project a esté leu s). 217. R. 11 october p. p. — Gelesen zijnde den brieff van Berckel ende Angelis, aen mynen heere den Hertoghe van Aerschot geschreven, is geordineert, brieven gescreven te wordden aen Bacx, om 't geit over te bringene ende executoriën te verwerven om de particuliere t'executeren volgende den consente, daertoe gedraegen by deghene, daertoe gèauthoriseert wesende, ende voirts aen d'andere in 't quartier van Antwerpen, om van gelijcken 't geldt hier te seynden. 218. R. 13 october. — Que l'on envoyé audict Conseil d'Estat le doublé de 1'instruction, faicte pour recouvrer argent, et requérir plus ample commission, comme on a requis le IX* d'Octobre 4). 219. R. 22 october. — Que l'on envoyera ung des députéz de Lille, Douay et Orchies, pour avecq instruction et copie auctenticque de 1'instruction et oetroy chercher des marchantz dudict Lille argent a fraict sur obligations des Estatz Généraulx, a quoi est dénomnié le Sr. Nortboven avec le secrétaire de Bruxelles, Melyn. 220. R. 23 october. — Que l'on demande du Er*, de Cruykenborch et le 1) Bedoeld is ons n°. 211; de instructie was 2 Oct. door den Raad van State goedgekeurd. 2) Dit is tevens punt 11 van de op 9 Oct. door den Raad van State geapostilleerde remonstrantie (Actes, n°. 45; A. G., Aud. 658, fol. 4). Wij lichten hieruit ter verduidelijking van onzen tekst den aanhef: „Que mesdicts Srs. dudict Conseil d'Estat veullent incontinent ordonner a 1'audiencier D'Overloope [Pierre d'0 verloope] a eseripre lettres au chancelier et aultres du Conseil de Brabant et semblablement aux Consaulx de toutes aultres provinces'', enz. 3) Waarschijnlijk hangt ook de dan in het register volgende, niet geheel duidelijke resolutie hiermede samen: „Que l'on sollicitera vers messrs. du Conseil d'Estat la widenge du proces, pendant indécis et en estat de wider au Conseil Privé entre 1'abbé de Nienhoven et le commis de finances Bengot, pour par icelluy abbé povoir avance deux mille livres pour la défence du pays". 4) Dit is ook punt 3 van de 15 Oct. door den Raad van State geapostilleerde remonstrantie (Actes, n°. 64; A. G., Aud 652, fol. 54). — In zijne apostillé op het request van 8 Oct. (zie ons n°. 245) had de Raad van State om een dubbeld gevraagd. 115 Geldmiddelen 1576. greffier de la Court féoudale, pour povoir lever argent, y nampty soubz caution, et semblablement tous deniers quy pourroient estre consignéz, soit au Conseil de Brabant, Courtes féoudales que aultrepart. P. p. — Les S™. ont député mons*. le Rhme. de Bois-le-Duc, le S*. de Zwevezeele, le S*. de La Croix, Sr. Nicolas Marot et le S'. Basseghien, pour incontinent aller parler aux Srs. et dames, inhabitans de Bruxelles, dénomméz au billet, a ceste attaché, affin de les induire par tous moyens convenables a donner a rente ausdictz Estatz, et ceulx que se excuseroient n'avoir argent comptant, leur vaselle, or non monoyé, pour povoir le tout employer en la nécessaire et souldaine nécessité et défence dudict pays contre les ennemis d'icelluy pays. Faict & Bruxelles. En cas que mons*. le Rhme. de Bois-le-Duc ne peult vacquer ny en son lieu quelung des eschevins de Bruxelles, les autres S™. commis pourront besoingner en ce que dessus. II est accordé que billet sera affligé 4 toutes portes et églises de tous pays, ayants ce consenty, comme de Brabant, Flandres, Haynault, Namur et Malines, de vendre rentes sur les Pays Bas: rentes héritables au denierXIIou XIII et viagières le denier VI sur ungne vie et au denier VIII sur deux vies et de recepvoir 1'once d'argent non monoyé a XXXVIII s. arth. Het eerste van deze besluiten wordt duidelijker uit de volgende remonstrantie aan den Raad van State 2): 220*. 23 octobee. — Comme pour mener les affaires de ces Pays-Bas a une bonne et heureuse fin, il convient surtout trouver une bonne et notable somme de deniers, sur quoy les députéz des Estatz, assembléz en ceste ville, sont présentement négociantz, mais comme pour le difficil acces de la ville d'Anvers l'on n'a moyen si tost que convient, lever les deniers requis, mesmes ce qui se practicque par dehors, ne peut si tost venir en mains, et que pour éviter aux grandz inconvéniens qui pourroient aultrement advenir a cause de la nécessité présente, lesdictz députéz ont trouvé expediënt, de quoy ilz requièrent mess1*, les commis au gouvernement de ces pays, que incontinent soient escript lettres par mons*. le chancellier au S*. de Cruyckenborch et le greffier de la Court féodale et a tous aultres du pays de Brabant qui ont ou peuvent avoir aulcuns deniers namptyz ou consignéz en leurs mains, qu'ilz ayent prestement les envoyer es mains desdictz députéz ou leurs commis en ceste ville, soubz bonne asseurance que sera donnée par lesdictz Estatz de les rendre et restituer incontinent que ladicte ville d'Anvers sera accessible ou d'autres deniers que lesdictz Estatz lèveront d'aillenrs, mesmes soubz promesse et bonne asseurance de payer par lesdictz Estatz tout tel intérest que aulcuns particuliers pourroient prétendre, et affin qu'il soit de tant mieulx cogneu qnelz deniers ilz ont es mains, soient aulcuns commis par le chancellier ou aultres subalternes de visiter ou faire visiter les registres de chascune court ou colliège, 1) Een overigens zeer onduidelijke resolutie van 29 Oct: Froidmont zal „faire passer monstre au pays de Namur tous ceux quy sont encoires en faulte, mesme le bailly et majeur de Bouvines" (11. i. d.), heeft misschien Ook hierop betrekking. * 2) A. G., Aud. 658, fol. 30 (orig.). Geldmiddelen 1576. 116 ordonnant et en cas de delay ou refus constraindant ceulx, ayans es mains lesdictz deniers, d'y satisfaire a 1'instant et sans aulcun retardement. Söyent escriptes aux mesmes effectz semblables lettres aux président et gens du Conseil en Flandres, Artbois, Valencbiennes et Namur, gouverneur de Lille, Douay et Orchies, gouverneur et bailly de Tournay et Tournesiz, au magistrat de Malines et Utrecht et que chascun d'eulx ayent a commander et constraindre ou faire commander et constraindre par ceulx qu'il convient, a tous dépositaires desdictes villes et pays et de tous lieux soubz leur jurisdiction respectivement satisfaire a ce que dessus a paine d'y estre constrainct réellement et de faict. 221. R. 24 octobee. — Que l'on exhibera et présentera la requeste couchée et leute, pour faire donner toutes chaines d'or et d'argent et vaselle, tant des gens d'église, monastères que séculiers, et ce a rente, saulff que chacun pourra rachapter sa vaselle selon sa valeur par argent comptant '). La vefve de Waelhem 8) furnira IIII0 £ arth. en argent comptant et 11° £ de vaselle, oultre les VI0 £ arth. furniz. 222. R. 25 octobee. — Les S™. députéz sont démouréz respondantz vers Babany *) et ont permis de rendre la somme de deux mille £ arth. a la semonce et ordonnance du Conseil de Brabant, le tout suyvant 1'apostille dudict Conseil, datée le XXIIII6 de ce moys, soubsigné Boudewjjs, et ee devant deux eschevins de Bruxelles et le secrétaire Cattenbroeck. 223. R. 29 octobee. — Que l'on treuve moyen de faire les Espaignolz a Bruges contribuer par prestz quelques notables sommes de deniers, de tant qu'ilz ne s'abstiennent encoires de faire les braves (?) pour les soldatz Espaignolz. 224. R. 30 ootobeb. — Que l'on ordonné le maistre de la table de prest a Bruxelles faire mettre par inventaire les biens meubles, estans en sa maison, appartenaus aux Espaignolz, pour après incontinent estre par 1'officier de la ville de Bruxelles, selon que l'on est accoustumé de faire, venduz publicquement au plus offrant, et le surcroys de la debte, compétant audict de la table de prest, estre délivré es mains du recepveur m™. Thiery van der Beken, pour estre employéz en ceste présente guerre, a charge d'en tenir ledict Beken compte et reliqua, promettant lesdictz Estatz de tout ce indemner ledict mre. envers tous et quelconcques. 225. R. 31 octobee. — Que quel'ung du Conseil de Brabant soit commis pour practicquer les deniers et vaselle a Lovain et la entour et es aultres places en Brabant. Et que le semblable se face es aultres provinces *). 22f>. R. 9 november p. p. — II est aecordé que les cheysnes et vaselles des villes, chapitres, confréries, colléges et compaignies se donneront a rente, oultre le centiesme désja auparavant aecordé, saulff que chacun pourra trouver 1'équivallent par tel aultre moyen que bon luy sembleroit. 227. R. 12 november. — Les Estatz promettent au m1*. de la table du prest en 1) Zie ons n°. 228 voor de toelichting. 2) Ons onbekend. 3) Thomas Balbany, koopman te Antwerpen. 4) Hiervan verneemt men verder niets. Uit de resolutiën van 6 Nov. blijkt, dat Roland de Vic en Jean Melyn (cf. ook ons n«. 219) hiertoe gezonden waren naar Rijssel; zij kregen toen betaling voor hunne onkosten- en vacatiën op de reis hierheen, „pour trouver deniers nécessaires a la guerre" (R. i. d.). 117 Geldmiddelen 1576. Bruxelles rendre a Pasques prochainement venant la somme de quatorze cent livres arth. qu'il a preste ausdictz Estatz en leurs nécessitéz, ou tant faire vers messieurs des Finances de Sa Mté. que telle somme luy sera rabbatue sur ce qu'il debvra lors a icelle Sa Mté, obligeans pour ce leurs persones et biens. 228. R. 16 november. — Que les Estatz ensuyveront 1'apostille de mess™, du Conseil de Finances a 1'endroiet des vasselles et or saulff le pris, mais que le prix demourera comme auparavant, seavoir 1'once d'or a XXII florins et 1'unce d'argent XXXVIII s. arth., et que on exceptera non seulement ce que que est consacré, mais aussy ce que est de'die' au service divin. Het is wenschelijk dit besluit te verduidelijken. Wjj doen dit door hierna te laten volgen de acte van de Staten-Generaal conform hunne besluiten van 24 October en 9 November (n<">. 221, en 226), zooals deze aan den Raad van State ter goedkeuring werd voorgelegd met in margine het advies van den Raad van Financiën '), in ons n°. 228 genoemd. Semble que le contenu de eest article se pourra effectuer pour aultant que concerne les magistratz, colléges des loix, églises, chapitres, confréries, colléges et compaignies, mais quant aux aultres gens particnliers seroit plus a propos et de moindre mesconteutement de user en leur endroict de voye d'induction en leur présentant plustost XL8, pour 1'once de la vasselle blanche et XXIII flor. pour celle de 1'or, et pour indempner les Estatz de 1'hau leem ent du pris de 1'or et de 1'argent, se pourroit forger une nouvelle pièce tant d'or que d'argent pour estre allouée a tel pris que les Estatz n'en souffrissent dommaige, voires qu'ilz en fissent prouffict, et a telle fin pourroit estre défendu aux mres desmonnoyes ne forger icelles pièces qne pour lesdicts Estatz. Semble que le placcart, mentionné en eest article, doibt s'addresser aux magistratz des villes et contenir commandement que, en le publiant, ilz dénomment les personnes qu'ilz vouldront commectre a la réeeption desdictz vaselle et or, lesquelz par le mesme placcart seront autoriséz — a la réquisition desdictz Estatz — d'en 228*. (november). — Les Estatz du Pays-Bas, assembléz a Bruxelles, considerans 1'extrème nécessité, oü se retreuvent les affaires dudict pays, ont advisé estre nécessaire et totalement convenir de se efforcer et que a ces fins l'on se doibt ayder promptement de toutes les chaisnes et vasselles d'or et d'argent tant des gens d'église que séculiers S1*., gentilzhommes, magistratz, colléges de loix, églises, chapitres, confréries, colléges et compaignies, exceptéz les calices, ciboires, croix et aultres choses, consacrées ou dédiées au service divin. Pour a quoy parvenir se pourroit édicter ung mandement ou placcart, commandant les porter es mains des magistratz ou leurs commis ou du rnoins les dénoncer endedans trois jours après la publicatiou, pour par après les faire peser par orfèbvre et gens a ce cognoissans, sermentéz, a peine defourfaire le doublé de la valeur dont le tiers vien- 1) A. G., Aud. 658, fol. 55. Geldmiddelen 1576. 118 donner leurs recépisses, contenans dra au prouffict du dénunciateur, 1'aultre promesse de leur faire avoir endedans tiers de 1'officier et le troisiesme tiers six sepmaines obligations desdictz des Estatz, pour après estre envoyé par Estatz payables endedans ung an lesdictz magistratz ou commis a la monavec cours de rente au denier seize noye plus voisiue. Que néantmoings et ce a ceulx qui aymeront mieulx seroit receu par poix au pris de XXXVIII 1'avoir, ainsy que rentes au pied, men- patars 1'once d'argent et de XXII florins tionné en ce texte 1). 1'once d'or d'escu et 1'argent partout doré a 1'advenant et selon que sera dict et prisé et estimé par gens, ad ce cognoissans, bien entendu que ceulx qui vouldront rédimer lesdictz chaisnes et vasselles, le pourront faire au mesme pris, le tout soubz 1'obligation desdictz Estatz a gracieulx intérest et cours de rente ou pension au plaisir et déclaration des propriétaires suyvant le pied, sur ce prins par lesdictz Estatz, seavoir est en rentes héritiers au denier douze, XIIII ou seize et viagières a une vie au denier six et a deux vies au denier buict, et que incontinent après ladicte dénunciation et envoy lesdictz du magistrat ou commis ayent a envoyer au Conseil des Finances de Sa Maté. la quantité et poix desdictes vasselles et chaisnes, lesquelz en tiendront note 2). 229. R. 19 november. — Les S™. ont commis le S*. de S*. Gertrud, monsr. de Frezin, 1'eschevin d'Ypre Van der Gameren et 1'advocat Liesfeit9), pour par tous moyens possibles induire les marchantz d'Oistlande des boeuffz et semblables bestes a corne de voloir délaisser leur argent jusques a LX ou LXXm £ arth., avecq 1'asseurance de leurs restituer au my quaresme ou a Pasques prochainement venant, et en après faire raport et examiner 1'affaire, sy l'on he scauroit arrester telz deniers, en cas que lesdictz marchantz ne voulsissent entendre a la raison. 230. R. 21 november. — II est ordonné au recepveur Van der Beken de faire de la part de messieurs les Estatz da Pays Bas, cy assembléz, arrester par le lieutenant amant de Bruxelles les deniers, compétentz aux marchantz des beuffz de diverses nations, consignes en lieu seur, au proffict dudict Pays Bas, a condition que les Estatz leur donneront raisonable intérest jusques ad ce que iceulx marchantz s'en debvront ayder nécessairement. Maar 24 November werd op een request van de ossenkooplieden beschikt, dat de 1) Hierna volgt in het stuk een apostillé van de Staten-Generaal, in substantie gelijk ons n°. 228. Dan nog een approbatieve apostillé van den Raad van State ln dato 8 Dec. 2) Het volgende gedeelte is medegedeeld als n°. 185*. 3) Theodore de Liesfeit, ridder, heer van Baesrode enz. 119 Geldmiddelen 1576. penningen van arrest ontheven zouden worden '). — Dienzelfden dag werd de abt van 8'. Geertruid aangewezen, om met kapitein Blom over een leening te handelen (B. i. d.). 231. R. 28 november. — II est résolu d'exhiber certain escript pour avoir de 1'argent et exécutiou quant aux deniers dépositéz. Item que le greffier des Estatz donnnera acte d'ordonnance a Van der Reken de rendre et restituer au recepveur général des domaines et finances de Sa Mte. les dis mille £ arth. endedans uug moys. pröehainement venant, et ce a eau se que icelluy recepveur Yau der Beken recepvra par forme de prest au proffict desdictz Estatz telle semblable somme des deniers des domaines, destinéz ponr les officiers de la Court par expres consentement desdictz Srs. de. Finances. Jn het hier in de eerste alinea genoemde geschrift meenen wij dehierna volgende remonstrantie aan den Baad van State -) te mogen herkennen: 231?. 28 november. — Actendn que en ceste urgente nécessité, pour supporter les grandes charges des gens de guerre et aultrement, on a journellement affaire bonnes sommes de deniers, les Estatz, présentement assembléz en ceste ville, supplient qu'il plaise a messeigneurs du Conseil d'Estat d'ordonner au trésorier de 1'espairgne de Sa Mate. Reyngout de dresser estat de son administration, actendu que selon le rapport qu'en est faict par ce moien, se poulront recouvrir cincquante ou soixante mil florins, reposans comme on dict soubz luy, lesquelz lesdictz Estatz a 1'effect que dessus désireroient avoir prestéz sur leur lettre obligatoire de les rembourser des premiers deniers qui se recouvreront deans ung mois on deux pröehainement venant, soit par les moyens généraulx qui se practicquent on aultrement. Semblablement prient que a mons*. le président de la Chambre des Comptes en Brabant et le mro. de la dicte Chambre Pennants, commis a 1'audition des comptes du trésorier des confiscations Del Ryo B), soit ordonné de faire aussy dresser audict Del Ryo son estat, affin d'en pouvoir servir des deniers clers qu'il peult avoir soubz luy en la manière susdict et la lettre et obligation desdictz Estatz. Finablement qu'il plaise a mess*3, du Conseil d'Estat faire donner nouvelle rencharge aux gouverneurs et magistratz des villes qu'ilz ayent ordonner aux dépositaires et aultres personnes, tenans ou ayans aulcuns deniers en dépost, de les envoyer incontinent en ceste ville en conformité des lettres que aultresfois ont esté escriptes soubz paine telle que lesdictz magistratz y poulront apposer, et que aultrement lesdictz dépositaires .seront constrainctz et exécutéz a lenrs fraiz et despens. 232. R. 5 december. — Que les Estatz ont promis au pensionaire Yman de Bruges et Rolant Courteville, eschevin du quartier de Franck au pays de 1) 26 Nov. nog eenzelfde beschikking op een request van 2 ossenkooplieden Gerard Lcusen van Deventer en Jean Alberto van Embden (R. i. d.). 2) Actes, n*. 185; A. G., Aud. 658, fol. 54. — Er staat met de hand van Berty, den secretaris van den Raad van State, op geschreven: „Exhibé au Conseil d'Estat le IIHm* de Décembre 4576". 3) Louis del Rio, bekend als lid van den Raad van Beroerten, is hier bedoeld. Geldmiddelen. 1576. 120 Flandres, députéz de la part de deux membres de Flandres, les indemniser de telle obligation qu'ilz donneront a certains marchans allemans jusques a la somme de dix mille £ arth., par eulx a lever sur leur propre et privé nom au proffict desdictz Estatz, avecq promesse que mons". le prélat de S*. Gertrnde et le Sr. de Fresin et chacun pour tout indemneront lesdicts pensionaire et eschevin tant du capital que tous fraitz et intérestz que ad ce pourroient ensuivre. Et sy prometteront lesdictz Estatz d'indemner lesdicts prélat et S1. de Fresin, estans aussy lesdictz Estatz contentz que le payement que lesdictz de Flandres feront desdicts Xm £ arth. ausdicts marchantz, leur servira en diminution et défalcation et en tant moings de leur centiesme ou aultre secours a faire avecq lesdicts Estatz Généraulx. 233. R. 15 december. — Le pensionaire de Bruges Yman avecq le conseiller de Tournay est commis pour contracter aveeq certain homme, présentant faire tenir ausdicts Estatz par forme de prest la somme de VIcm. £ arth. etc. b. Petitiën en generale middelen. Door het middel van leeningen kregen de Staten bij lange na geen geld genoeg. Zij zelf openden andere bronnen van inkomsten en ook particulieren *) trachtten hun hierbij de behulpzame hand te bieden. 234. R. 23 october. — Monseigneur le Duc d'Aerschot s'est trouvé auprès des messeigneurs les députéz et a faict adinonition de trouver argent, comme sans le nerff de guerre icelle ne se peult entretenir, et que les députéz des Estatz de Brabant veullent exécuter le ce et aussy les impostz et que les Estatz Généraulx veulent mettre en avant quelques moyens généraulx. P. p. — Résolu que chacun des Estatz assembléz furnira sa quote par forme de prest en la somme de IIP™. £ arth. endedans XIIII jours, affin de secourir le pays en la nécessité, et ce sans préjudice de debvoir suyvre le pied des quotes, certain temps observé. 235. R. 2 november. — Et que itératives soyent escriptes de par messieurs du Conseil d'Estat a chacun des Estatz du Pays Bas, a furnir incontinent sa quote et contingent es IIP". £ arth., par iceulx accordéz, estre payéz endedans XIIII jours, maintenant expiréz. 236. R. 3 november. — Touchant le faict a trouver argent pour ceste guerre: Les députéz des Estatz de Brabant ont déclaré estre contentz que la généralité du Pays Bas sera servie d'ung centiesme denier, par eulx a lever snr les anciens cohiers du premier centiesme de 1'an XVe LXIX, saulff qu'ilz auront grace et défalcation au regard de villes et villaiges brusléz, piléz, destruictzet semblables lieux, esquelz la levée ne se pourra practicquer suyvant 1'opinion et advis des S™. députéz de FlandreS, sans en icelluy centiesme excepter ou exempter personne ecclésiasticqne ou séculière, privilégié ou non privilégié, bien entendu que tous les aultres Estatz facent le semblable accord. Auquel advis se sont conforméz les députéz dudict Flandres et Haynault. 1) Voorstellen van dezen worden een paar malen zonder nadere toelichting in de resolutiën genoemd: zoo 3 Oct. een van burgemeester Berchem van Antwerpen, dat op schrift zou gesteld worden; 23 Oct. een van kapitein Oost. Requèsten van dezen kapitein Oost worden nog vermeld it SO Oct., 27 Oct. p. p., 9 Nov. p. p., 4 Dec. In de laatste wordt hij genoemd „Nicolas de Limborch, dict capitaine Oost". 121 Geldmiddelen 1576. Les députéz d'Arthoys en advertiront les Estatz dudict Arthoys, pour avoir povoir limité a leur quote. Les dépntéz de Valencfaienes advertiront semblablement leur Sn. du magistrat et aultres, ausquelz il appartient. Les députéz de Lille, Douay et Orchies demandent lettres dn Conseil d'Estat de réquisition aux Estatz, affin de se conformer a la généralité de la contribution dn ee. denier, et ceulx de Namur ont offert XXXII™ £, moyennant qu'il soit eseript lettre par le Conseil d'Estat aux Estatz de Namur, affin qu'ilz se conforment avecq les aultres Estatz audict c°. denier. Semblablement demandent les députéz de Tournay et Tournesiz. Les députéz de Malines se conforment avecq cenlx de Brabant, moyennant que l'on ait aussy regard sur leurs pertes et domniaiges. 237. R. 6 november. — Que le ce. se payera en troys termes de deux moys en deux moys et sera la sixiestne part a charge du louagier et censier. 238. R. 7 november. — Les S™. députéz requièrent ceulx de Finances et le trésorier Molckeman qu'ilz facent 1'estat de la guerre comme de temps de feu. 1'empereur Charles a esté faict, et que chacun se évertue en toute telle sorte, comme lors a esté faict. Hieromtrent blijkt nit de resolutiën verder niets. Waarschijnlijk is de staat van oorlog, dien De Jonge ') medegedeeld heeft, de vrucht van deze opdracht. 8 November werd besloten de kohieren van quotisatie, bij financiën berustende, te onderzoeken (E,. i. d.). — 9 November werden „lettres exécutoriales" (aan de provinciën) verzocht (nl. van den Raad van State) voor de quotes in de ƒ300.000 2). (R. i. d. p. p.). — 11 November werd besloten acte te geven, dat de bedoeling der Staten was, dat ieder gewest de waarde van den 100en penning met andere middelen zou kunnen voldoen, indien het dit wenschte (R. i. George de Ligne, graaf van Fauquemberghe, heer van Estumbruges et Montrenil. — *Francois de Halewijn. — Ponthus de Noyelle, heer van Bourse. — Paul de Noyelle, heer van Noyelles sur 1'Escaut. — Charles de Ghistelle, heer van Provene. — Ferdinand de la Barre, ridder, heer van Mouscron, groot-baljuw van Gent. — Valentin de Pardieu, heer van La Motte en Ekelbeke. — Charles dAubermont, heer van Ribaucourt en Plancques, groot-baljuw van Dendermonde. — Philippe d'Ongnies, baljuw van Brugge en het Vrije. — Hendrik van Varick, heer van Libersart. — Jacques de Lalaing, heer van La Mouillerie, burggraaf van Oudenaarden8). — Philips van Heriselle (of Herzele), heer van Monsbroeck en Boeselies s) (?). Voor de vier leden: *Phihppe Triest. — Gille Borluut, schepen van Gent. Pieter de Brune, schepen van Gent. — *Josse Borluut, heer van Bouclé, schepen van Gent. — Philippe Roose, heer van Straetseele (= Stracelle), schepen van Gent. — Gerlof van der Haghen, pensionaris van Gent '). — Francois Hembyse, schepen van Gent *). — Adolf de Grnytere, schepen van Gent *). — Francois de Groote, schepen van Gent (?). — *Phüippe de Baesdorp. — "Jacques Yman. — George de Bracle, heer van Hanterive, burgemeester van Brugge 8). — Andriesz Andeians, schepen van Brugge *). — Tobias de Cerf, schepen van Brugge 3). — Anselmus de Boodt, schepen van Brugge 8). — Gille Wyts, pensionaris van Brugge. — *Arthns de Ghistelles. — *Jan van der Caemere. — Guillaume Kayngeart, pensionaris van Ieperen 8). — Charles van den Rhyne, schepen van Ieperen4). — Charles Utendaele, pensionaris van Ieperen*). — Willem van de Kerckhove, heer van Vaulx, hoofdschepen van leperen8). — J.Lansaem, namens Ieperen J). — *Roland de Courteville. — *Adolf de Meetkercke. — Caesar le Clercq, burgemeester van het Vrjje. — Francois Ourssin, alsvoren. — Isembart de Provins, pensionaris van het Vrije 6). — Charles de Provins, namens het Vrge (?). — Noël de Caron, heer van Schoonewal, namens het Vrije 8). — *Swevezele. — *Hector van der Woestijne. — Philippe du Bosch, heer van Maesdam en Overham 8). — Francois de Schouteete, alias van Zuylen, heer van Erpe, groot-baljuw van Kortrijk 8). — Francois d'Herve 6) (?). 4. ARTOIS. Voor de geestelijkheid: *Jean Six. — Nicolas de Lengaigne, deken van 1) Van hem geldt hetzelfde als van Appeltern (hiervóór, p. 147). 2) Van hem geldt hetzelfde als bij Charles van Brecht (hiervóór, p. 147). 3) Zijne aanwezigheid büjkt alleen: Rubriek V op 4 Aug. 4) Dit meen ik te lezen, waar De Jonge N. Kyndt las; niet geheel onmogelijk acht ik het, dat het de handteekening van Eeyngeart zou kunnen zijn. 5) Hiervóór, p. 76, blijkt, dat hij ook reeds in 4576 tot de aanwezigen behoorde en dus in de lyst van dat jaar had opgenomen moeten worden. 6) Iets dergelijks meen ik te lezen, waar De Jonge Francois de Bevriem las. De persoon is mij onbekend. 149 „Notre Dame" te Atrecht. — *Jacques de Dostrel — Balduin, abt van HenninLiétard *). Voor den adel: Bobert de Melnn, vicomte van Gent, stadhouder van Artois. — Jean de 8*. Omer, ridder, heer van Moerbeke, burggraaf en gouverneur van Aire. — *Antoine dAssignies. — *Eustache de Croy. — Charles de Lievin (?), heer van Famars. — Eustache de la Viefville, heer van Watou. — Guislain de la Viefville. — Antoine de Bailleul, (heer van Lesdain?). — *Oudard de Bournonville. — Loys du Maisnil 8). — Francois d'Ongnies, heer van Beaumont 4). Voor de steden: *Pasquier Gosson. — *Antoine Aubron. — Jean de Conronnel, pensionaris van Atrecht 5). — *Antoine de Caulers 6). — *Jean Pénart. — ♦Waleran Maupetit. — Hugues Hournes 7). — Waleran Obert, schepen van Atrecht8). 5. HENEGOUWEN 9). Voor de geestelijkheid: *Frederic d'Yve. — *Matthieu Moulart, abt van S'. Ghislain, elect van Atrecht. — Jacques Froye, abt van Hasnon. — Bobert d'Ostelart, abt van Cambron. — Jean du Mesny, abt van Crespin 10). Voor den adel: *Charles de Gavre. — *Adrien d'Ongnies. — George de Lalaing, heer van Ville, graaf van Bennenberg. — Philippe, graaf van Lalaing, stadhouder van Henegouwen. — Louis de Soumaing, ridder, heer van Louvignies. — Jacques de Hennin-Liétard, dict de Bossu, heer van Haussy of Auxy. — Charles Philippe de Croy, markies van Havré. — Lancelot de Peyssant, heer van la Haye 11). — Bobert de Trazegnies, heer van Sepmeries. — Gilles de Lens, baron van Aubigny. — Emanuel Pbilibert de Lalaing, markies van Benty, baron van Montigny. — Jacques d'Ongnies, heer van Estrée. — Jean de Carondelet, heer van Solre-sur-Sambre, gouverneur van Enghien. — Antoine Boysin, heer van Rongies etc. — Bauduin de Gavre, baron van Inchy. — Michel de Fornye, heer van Cruxelly. — Louis de Montigny, dict de Sivry, heer van Mericourt. — Antoine de Goignies, heer van Vendegise au Bois. — Bobert de la Pierre, heer van Bousies, gouverneur van Landréchies. — Florent de Berlaimont, heer van Floyon. Voor de steden: *Lonis Corbault. — *Jacqnes de la Croix, heer van Caulmont. — *Quentin dn Pret. — Francois Gaultier, pensionaris van Bergen. — Laurent Monissart, schepen van Bergen. — *Simon de la Barre *). — Jean de Givry, heer van Brevillers, schepen van Bergen. — Nicolas Chamart, schepen van Bergen *). — J. du Buisson, heer van Oisy, schepen van Bergen*). — David de Hauchin, pensionaris 1) Yan hem geldt hetzelfde als bij Charles van. Brecht (hiervóór, p. 147). 2) Hij compareerde 41 Nov. (hierna, n°. 705). Of hij toen pas teekende? In elk geval teekende hij als Van Brecht e. a. onderaan. 3) Yan hem geldt hetzelfde als bij Balduin. 4) Hij onderteekende de Unie niet. Hij werd 23 Oct. gedeputeerd loco den heer van Crecques (Eustache de Croy) (Actes, n°. 859). 5) Hij werd in Aug. vervangen door Aubron en Caulers (Actes, n°. 702). 6) Het is mogelijk, dat diens onderteekening staat, waar Be Jonge las: A. Dennetieres, wat in elk geval onjuist is. Caulers was stellig onder de gedeputeerden (zie noot 8). 7) Dit meen ik te lezen, evenals De Jonge deed, maar de persoon is mij onbekend. 8) Als bij Beaumont. Hij werd 6 Nov gedeputeerd loco Antoine de Caulers (Actes, n°. 881). 9) Cf. de lijst van Devillers in Buil., t. 74 (4905), 420. 10) Komt alleen voor bij Devillers. 14) De. handteekening is zeer onduidelijk. Ik meen haar te lezen op een plaats, die De Jonge in zyne transcriptie alleen door „Louis" aanduidde. 150 van Bergen l). — Jean d'Offegnies, heer van Marqué, raad van Bergen 1). — *Louis Carlier. — Thierry d'Offegnies, heer van CalleneUe, griffier der Staten van Henegouwen *). 6. VALENCIENNES. Petrus, abbas Beatae Mariae. — "Francois le Mesureur. — "Francois d'Onltreman. — André de Bouchout. — A. Collard, pensionaris van Valenciennes '). 7. LILLE, DOUAY en ORCHIES. Voor de „quatre seigneurs hauts jnsticiers": *Roland de Vicq. — "Francois de Hennin. — Jan de Merode. Voor de steden: *Antoine Muyssart. — Jehan des Fontaines, griffier der Staten van Rijsel, Douay en Orchies. — "Eustache d'Aoust. — "Philippe Broide. — Nicolas de le Lys (of Lelys), pensionaris van Douay. — "Antoine Coustean. — Adrien de Bruart (?) »). Voor de geestelijkheid: Arnonld, abt van Marchienne. Voor de edelen': "Jean de la Haye. — Claude de Berlaimont, heer van Haultepenne. — Maximilien de Hennin, graaf van Bossu. — Jacques de Hennin, heer van Gislengien, baljuw van Comines. 8. HOLLAND 4). Jacob Mnys van Holy, trésorier en ontvanger-generaal van Holland. — Sebastiaan van Loosen. — Jan van "Woerden van Vliet, gouverneur van Den Briel. — Paulus Buys, raadpensionaris van Holland. — Dirk de Bye Jorisz., lid van de rekenkamer der domeinen van Holland. — Nanninck van Foreest, pensionaris van Alkmaar. — Adriaan Reiniersz. Cromhout, burgemeester van Medemblik. ^ 9. ZEELAND. Andries Jacobsz. de Jonge, schepen van Middelburg. — Geleyn Bouwensz. Schot, raad van Vlissingen. — Eustache (of Staes?) Adriaansz. van Polanen, raad van VHssingen. — Gaspar Mulder, raad van Veere (?). — Jan van de Warcke, pensionaris van Middelburg. 10. NAMEN. Voor de geestelijkheid: "Antoine Havet. — Francois Romeignoz, abt van Waulsort en Hastière. Voor de edelen: "Jean de Bourgogne. — "Guillaume de Carondelet. — 1) Van hem geldt hetzelfde als bij Charles van Brecht (hiervóór, p. 147). 2) Hij komt alleen voor bij Devillers. Of zouden de krabbels, die bij de handteekeningen der Unie onder Monissart en links van Carlier staan, zijne handteekening aanduiden? 3) Namens Lille enz. heeft onderaan nog geteekend iemand, wiens handteekening De Jonge leest als A. Wion; dit staat er ra. i. stellig niet, maar ik kan het gekrabbel niet ontcijferen. 4) De comparitie van Holland en Zeeland geschiedde 25 Jan. (hierna, n°. 1). — De drie te Brussel reeds aanwezige gedeputeerden (hiervóór, p. 30) teekenden de Unie voorwaardelijk (hierna, n°. 636); de 25 Jan. nieuw compareerenden teekenden niet. — De gedeputeerden verlieten de vergadering op 17 Febr. na het sluiten van het Eeuwig Edict (zie de relation van Liébart in Buil., III10, 304). — Zij compareerden opnieuw 20 Aug. (hierna, n". 11); de gedeputeerden waren toen Van Vliet, De Bye; Loosen, Van de Warcke. 151 Henry d'Yve, heer van Yve. — *Philibert de Marbais. — Nicolas de Salmyr, heer van Melroy. — Hector de Davré, heer van Witterzies. — Denis de Berlo, heer van Brus. Voor de steden: *Nicasius de Sille. — Guillaume Burlen, pensionaris van Namen (?). 11. DOOBNIK. Pierre de Werchin, sénéchal van Henegouwen, stadhouder van Doornik en het Doorniksche. — "Louis Alegambe '). — Lanrent de Hovyne, pensionaris van Doornik. — Jacques le Clercq, raad van Doornik *). 12. HET DOOENLKSCHE. "Matthias de la Chaussée. — "Barthélemy Liébart3). — H.Frayere(?)*). — Jehan Houfflin, griffier van de Staten van het Doorniksche. — F. Olivier, abt van Chasteau 1'Abbaie *). 18. FRIESLAND. Voor de steden: Christoffel Aernsma 6). Voor het platteland'): Marten van den Nytzem. — Schelto van Tzjaarda. — Feycke Tatmans. 14. UTRECHT 8). Voor de geestelijkheid: "Engelbert van Bruhesem. — Floris Heermale, kanunnik en trésorier van Oudmunster te Utrecht. Voor de edelen: Frederik uten Eng '). Voor de steden: "Jan Taets van Amerongen. — Henrick de Voocht van Rijneveldt, burgemeester van Utrecht. — Peter Foeyt, raad van Utrecht. — Louff van der Haer, ontvanger van Utrecht. — Johan Jacobsz. van Leemput, burgerhopman van Utrecht 9). Floris Thin, advocaat van de Staten van Utrecht. 1) Hij compareerde (stellig niet voor het eerst in den loop van dit jaar) krachtens commissie van 16 Nov. 1577 (Actes, nO. 895; A. G., Cart. 327B, fol. 225 (orig.)). — Zie omtrent deze commissie ook de Inleiding tot dit deel. 2) Hij werd 7 Jan. gecommitteerd (Etats Généraux n°. 47, A. G.). 3) Hij werd na 20 Juni vervangen door Houfflin (Etats-Généraux n°. 48, A. G.). 4) Deze lezing van De Jonge, die ik niet kan verbeteren, komt mij zeer onzeker voor. 5) Bij de handteekeningen van het Doorniksche staat nog die van M. du Sart, maar hieronder staat duidelijk: 1578; hij behoort dus klaarblijkelijk niet tot de gedeputeerden van 1577. 6) Hij compareerde 25 April (hierna, n°. 5). Zijne instructie, dd. 18 Maart: Charterboek, IH, 1444. 7) Wanneer deze drie compareerden, blykt niet; klaarblijkelijk waren zij op 2 April reeds aanwezig (hierna, n°. 667). 8) De Staten van Utrecht besloten 12 Jan. 1577 de te Brussel aanwezige gedeputeerden terug te roepen en hen te vervangen door Thin, die voortdurend te Brussel zou blyven, benevens door een gedeputeerde uit een der 3 leden, beurtelings: geestelijkheid, ridderschap en steden, die om de 6 weken zou worden vervangen; voor den eersten keer werd Heermale aangewezen (R. A. Utrecht: Staten-archief, comm. en instr. voor Heermale). 9) De aanwezigheid van dezen (en van Leemput en Van der Haer) bleek mij alleen uit enkele brieven der gedeputeerden uit 4577 (R. A. Utrecht: Staten-archief, brieven van gedeputeerden). Uf Leemput en Van der Haer ook ter Staten-Generaal compareerden, blijft onzeker. — Uit dergelijke brieven van 1576 blijkt eveneens, dat Thin ook reeds in 1576 (sedert midden-Nov.) als gedeputeerde te Utrecht had vertoefd, zoodat hij in de Kjst van de gedeputeerden van dat jaar had vermeld moeten zijn. 152 15. MECHELEN. Guillaume de Merode, ridder, heer van Royenburg, burgemeester. — *Josse de Claerhout. — Roelants. — Frederik Verstrepen 16. OVERIJSEL 8). Voor de edelen: Eusebius Bentinck, drost van Usselmniden, — Johan Ripperda. Voor de steden: Barend van Winssem, raad van Deventer. — Coenraad van der Vecht, burgemeester van Kampen 4). 17. OMMELANDEN. *Herman Doccum. — *Lambert Tjaarde van Starkenburg. — *Peter Sickinge. — *Eyse Jarges. — Claes van Burmannia, hoveling te Grijpskerk 2). — Hieronymus Verrutius, syndicus. Griffier: *Cornelius Weellemans. *Jan Gilles 5). U. LIJST VAN DE PERSONEN, DOOR DE STATEN BENOEMD LN DE COLLEGES DER CENTRALE REGrEERLNG, 1577. a. Chambre des dépesches6): Brabant: mons1. Schore, eschevin de Louvan. — Mre. Johan Gillis, pensionaire d'Anvers. Güeldres : Sr. Thiery van Westrum. Flandres: le Sr. de Sweveghem, en son absence le Sr. d'Auweghen ou le pensionaire Bourlut, en son absence le pensionaire mre. Jacques Yman de Bruges. Artois: mre. Pasquier Gosson. Haynnau: Louis Carlier, greffier des Estats de Haynnauw. Lille, Doday et Orchies: le conseillier de Douay. Hollands et Zélande: ung. Namur: le docteur Nicaise Sille. Tournay: le pensionaire de Tournay. Malines: le pensionaire de Malines. 1) Komt niet onder de onderteekenaars der Unie voor. Hij compareerde 2 Nov. ter vervanging van Roelants (R. i. d.), die evenmin de Unie teekende. 2) Hij en Verrutius compareerden 31 Mei (R. i. d.). — Hunne commissie (deze orig.) en instructie, d.d. 14 Mei uit Groningen, in R. A. Groningen, Archief der Ommelanden. 3) Compareert 29 Mei (hierna, n°. 6). 4) Een request van hem wordt vermeld li. 12 Dec. Het betreft een particuliere zaak, waarover de Staten 13 Dec. schreven aan Pilgrim van den Gruithuisz, rechter te Arnhem (R. A., S. G. 3799). 5) Hij is de onderteekenaar, wiens handteekening De Jonge las als: Jac. van der Eist. In welke hoedanigheid hij teekende, blijkt niet. Over hem vindt men R. 20 Dec.: op request van Gilles hem hetzelfde tractement toegestaan als aan Lievin Wouters „en qualité de conseUler", te beginnen heden en te betalen als de andere „estatz des finances (R. i. d.). 6) Zie over de instelling: hierna, n°a. 2 en 4. Van het functionneeren van deze Kamer vond ik geen nadere bewijzen. — De lijst der leden, zooals ik haar mededeel, komt voor: A.V. Ypres, port. 23B. — De namen komen allen in lijst I voor. 153 6. Chambre des Aydes Brabant: le prélat de Ste. Gertrud a Louvain. — Messire Henry de Berehem, chevalier, bnrgmaistre d'Anvers. Gueldres: vacat. Flandres: le S*. Jacques van den Camere, eschevin d'Ypre. — Le Sr. Boelant Cortewille. Haynnau: Qnintin dn Prez, chief [des] eschevins de Mons en Haynnanw. Lille, Douay et Orohies: le S1. de la Haye. Holland e et Zélande: ung d'Hollande. Namur: le Sr. de Marbays. Later werden nog benoemd: Northoven. — Sille *). — Gilles in plaats, van Berchem *). — Een „échevin juré (van Ieperen?) in plaats van Van der Caemere'). — Brus in plaats van Gilles *). — Jacqnes de Hennin, in plaats van Northoven *). c. Baad van Oorlog9): Philippe, graaf van Lalaing. — Bobert de Melnn, vicomte van Gent. — Antoine de Goignies, heer van Vendegise au Bois. — Valentin de Pardien, heer van la Motte. — Charles de Gavre, heer van Fresin. — Tamberge6). — Adrien de Bailleul, heer van Evre. — Antoine de Bailleul, (heer van Lesdin?). — „Le S1. de Sanelle" '). — Maximilien de Hennin, graaf van Bossu. — Frederic Perrenot, baron van Benaix, heer van Champagney. Secretaris: Bebreviette. d. Baad van State8): Philippe de Croy, markies van Havré. — Arnoult Sasbout. —Jean van der Linden, abt van S'. Geertruid. — Theodore deLiesvelt,heervanBaesrode. — Elbertus Leoninus. — Pierre de Bevere. — Adolf van Meetkercke. — Steenbeke. — Frederic d'Yve, abt van Marolles. — Maximilien de Hennin, graaf van Bossu. — Adrien d'Ongnies, heer van Willerval. — Charles de Gavre, heer van Fresin. — Philips van Marnix, heer van S'. Aldegonde. — Jean de Bourgogne, heer van Froidmont. — Jacques le Clercq, raad van Doornik. Secretarissen: Jean van Asseliers. — Nicasins de Sille 9). 1) Zie over de instelling: hierna, n°. 601. Van deze Kamer der Beden wordt in de resolutiën voortdurend melding gemaakt. — De lijst der leden is eveneens uit A. V. Ypres, port. 23°. — In margine bovenaan staat: „Lesdicts Estatz requerent adjunction de monseigneur Champaigny pour assister ladite Chambre". 2) Hierna, Rubriek VII op 4 Juni. 3) Idem op 12 Juli. 4) Idem op 3 Aug. 5) Nieuwe samenstelling: zie hierna, n°*. 372 en 609; ef. ook n°*. 603 en 606. 6) Vroeger luitenant-kolonel van het regiment-Bossu. 7) Misschien dezelfde als Gille de Senselles (hiervóór, p. 146)? Hij is mij overigens onbekend. 8) Hier is aangenomen de definitieve samenstelling op 29 Dec. (hierna, n'. 634). — Voor wat hieraan voorafging, raadplege men Rubriek VII. 9) Hunne benoeming dateerde van 21 Dec. (hierna, n°. 631). RESOLUTIËN 1577. De rubrieken van dit jaar zgn in hoofdzaak dezelfde als die voor 1576, waarnaar wg dus voor de opnoeming en de volgorde kunnen verwijzen. Ingelascht zijn twee nieuwe rubrieken: Unie en Personalia. De eerstgenoemde meenden wg het best te plaatsen na de rubriek.' Centrale Regeering, omdat er de pogingen tot nadere vereeniging van alle gewesten in opgenomen zijn. De andere kreeg een plaats vóór de rubriek: Varia. Het geheele aantal rubrieken werd dus nu veertien, terwijl door de uitbreiding de nummers der laatste rubrieken niet alle gelijk bleven aan die van 1676. I. DE VERGADERING DER STATEN-GENERAAL '). By het begin van dit jaar hébben we nog te maken met twee vergaderingen: die te Namen en die te Brussel. De eerste keerde op 4 Januari9) naar Brussel terug, waar op den 7den de besognes hervat werden. 8 Januari verklaarden de gedeputeerden van de Ommelanden „expressément", dat die van Groningen nog niet verschenen waren (B. i.'-d.)*). 11 Januari verklaarde Brussel „expressément", dat de dejeuners en maaltijden der „heeren" voortaan zouden komen ten laste van de Generaliteit; waarmede de „heeren" zich vereenigden (R. i. d. p. p.). 14 Januari verklaarde de pensionaris van Mechelen alles te zullen goedkeuren, wat gedurende zijne afwezigheid bg meerderheid van stemmen werd besloten (R. i. d.) *). 1. R. 25 jANUAEi. — Ceulx de Hollande et Zélande se sont trouvéz auprès des aultres S™., ayans délivré leur commission; laquelle veue, a esté trouvé souffisante et a on remercié de leur venue et requis de demourer auprès des aultres pour ensemble povoir délibérer et résouldre. De commissiën der gedeputeerden6) van Holland en Zeeland, resp. van 3 en 17 1) Comparitie van nieuwe gedeputeerden van gewesten, die in 1576 reeds vertegenwoordigd waren, wordt, voorzoover er van blijkt, alleen vermeld in de lijst der gedeputeerden. 2) In het register komen resolutiën voor op 1 en 2 Jan.; daarna volgt een hiaat tot 7 Jan. Van 3 Jan. zgn nog enkele brieven uit Namen gedateerd. — De datum van den terugkeer blijkt uit Liébart's rapport (Buil. III1*, 303). 3) Van de. comparitie van de gedeputeerden der stad btijkt uit het register niets. 17 Febr. schreven de Staten-Generaal aan de stad met verzoek, om gedeputeerden te zenden (G. A. Groningen, register De Goude, fol. 43™). 4) 27 Febr. p. p. verklaarde dezelfde gedurende zijne afwezigheid Vlaanderen's advies te volgen (B. i. d.). 5) Hunne namen in de lijst der gedeputeerden (hiervóór, p. 150). 155 Verg. St.-Gen. 1577. Januari, zijn, mutatis mutandis, eensluidend *). De gedeputeerden worden gemachtigd zich bij de Staten-Generaal te voegen, ten einde met dezen over alle voorkomende zaken tot „voirderinge, conversatie ende bescherminge" van deze landen te handelen, v.n. tot onderhond der pacificatie; verder moeten zij handelen overeenkomstig hunne instructie. 2. R. 25 februari. — Que 1'ordre, mis par escript pour 1'addres de dépesches des affaires des Estatz est aecordé de debvoir estre entretenu et que monsr. 1'esléu évesque d'Arras est choisy et bien instamment requis de présider avecq 1'assesseur, le pensionaire du Francq, Meskercke, et quelque aultre, a cboisir par ledict président, 1'espace d'ung moys; et pour sur ce povoir myènlx procéder, le docteur Sille a prins a sa charge par 1'instance des Srs. a mettre lesdictz articles en ordre. De inhoud van dit besluit wordt verduidelijkt door het volgende ontwerp tot vlugger behandeling van zaken -): 2a. (februari). — Actendu la longheur que se troeuve a 1'expédition des affaires des Estatz pour le grand nombre de ceulx qui comparent sans aulcun repartement aux dépesches, semble convenir que de la Généralité seront choisyz eulx que on jugera les plus idoines, affin de les repartir en deux chambres et que en chacune souffira le nombre de sept oultre les greffiers et les recepveurs ou clereqz qui seront requiz. En 1'une desquelles se traicteront les affaires de deniers tant pour les faire venir ens que des moyens pour cela que sur les exécutious et sollicitations qui seront requises. L'aultre pour tenir soing des lettres, responces, requestes et appostilles que eonviendra donner, ayant esgard a 1'ordre qu'il y fauldra tenir pour dépescher les affaires plus précis des premiers et que les aultres ne soyent négligéz. Par après de chacune desdictes chambres on viendra faire rapport a la générale assemblee pour prendre les advis et déterminations qu'il semblera convenir, 1'effectuation et exécuation desquelles seront sollicitéz respectivement par ceulx desdictes chambres. Et en chacune de celles la ceulx que les Estatz choisiront, dresseront leurs instructions pour les eommnnicquer au corps général, affin de les arrester 3). 10 Maart werd de beslissing over een voorstel van Havré, om aan Mansfeit tc schrijven ten einde de Staten van Luxemburg bijeen te roepen tot het zenden vai gedeputeerden ter Staten-Generaal, tot den volgenden dag uitgesteld (E. i. d.). 3. R. 19 maart. — Que l'on advisera sur les despens et vaeations des commis a 1'assemblée des Estatz, sy se trouveront sur la Généralité ou non 4) 4. R. 20 maart. — Les Srs. ont aecordé a 1'escript des despesches et ordonnc que ceulx de Brabant, Flandres, Arthoys en Haynault feront mettre au nel comme ilz accorderont par ensemble. Et que de chacnn des Estatz présidera i son tour, soit prélat, noble ou aultre. 1) Actes, n<*. 275 en 315; R. A., Aanw. 1826, n». 18, fol. 216 en 214. 2) R. A. Groningen (inv. Feith 1577, n». 99). 3) Over de Kamer van de Beden, zie nader rubriek VII. De leden van beidé Kamen zie lijst II (hiervóór, p. 152). 4) Cf. hierbij rubriek VI op 20 Haart. Verg. St.-Gen. 1577. J56 Que les députéz de chacun Estat porteront leurs fraictz, vacations et despens a part, en délaissant venir a la Généralité les moyens généraulx des impots et ce denier, et ce par pluralité des voix, jusques ad ce que aultrement soit ordonné *). Het „escript des despesch.es", bovengenoemd, is van den volgenden inhoud: 4*. (maakt) 2). — Sur ce qu'il auroit pleu a Messieurs pour accélérer la dépesche des requestes et aultres affaires qui en grand nombre journeilement se présentent, dénommer et choisir aulcuns de ce corps pour continuellement y vacquer et soy employer, iceulx, considerans la pluralité et importance desdites affaires qui ne scauroient bonnement par eulx estre dépeschées arrière de ceste assemblée sans auctorité et povoir espécial de ce faire, joinct que pendant leur empeschement en ce que dessus ledit corps est pour leur absence diminué de XIII personnes et eulx privéz de seavoir adviser et ouyr les résolutions des aultres, treuvent a correction de Voz SrieB. trés expédient et nécessaire, que pour obvier en premier lieu aux désordres qui ont causé ladite division, qu'un personnaige d'entre tous feust choisy pour président continuel de toute ceste assemblée sans préjudice de 1'anchien pied et de chacune des provinces 8). 12 April werd besloten request te presenteeren aan den Raad van State, dat Luxemburg en Overijsel zich zouden vereenigen met de Staten-Generaal of hunne intentie verklaren (B. i. d. p. p.) 4). 1B April: de Staten zullen verklaren Weellemans te hebben gemachtigd hunne obligatiën en acten te teekenen (R. i. d.). 19 April werd besloten geen copieën van brieven of andere geschriften te maken, tenzij de griffier met eigen hand er op had geschreven: fiat copie (B. i. d.)s). 5. R. 25 april. — M™. Christophle Aernsma, doctoer ende advocaet in den Raide tot Leeuwarden, is gecompareert voer de Staten Generael, bedanckende den heeren van de pacificatie van wegen den Staten ende steden van Vrieslant ende overghevende ample commissie ende procuratie, op hem gedepescheert6); ende alsoe die is innehoudende macht om t' approberen de pacificatie, gemaect tot Ghendt, ende d'accord, aengegaen met don Jehan over d' onderhoudt van de heylige kersten apostolicque religie ende van de authoriteyt van de Majesteyt, hebben deselve van Vrieslant aenvaert tot haerder Uniè'n, om de pacificatiën te genietene, bedanckende hen van huere diligentie ende goede affectie ende begherende, dat deselve commissaris hier blyve, om ruitten anderen te advi- 1) Hierna volgt in het register nog de acte van dit besluit. 2) A. V. Ypres, port. 23». 3) De verdere inhoud, hoewel korter, stemt in hoofdzaak overeen met het op 27 Maart vastgestelde reglement „des Etats-Généraux sur 1'ordre a observer dans leurs assemblées" (Actes, n°. 502; in extenso ald., Appendice, 440). 4) Het request betreffende Luxemburg werd 15 April geteekend (R. i. d.). 5) Uit den aanhef van de acte van dit besluit (A. V. Ypres, port. 7) blijkt de considerans: „Comme plusieurs despens inutiles se font journeilement paree [que] chacun faict faire copies de plusieurs missives, n'ayans nul ou fort peu d'effect, voires de nulle importance et que oultre ce plusieurs choses doibvent demeurer secrètes sans les faire communicquer aux aultres que aux Srs riénntés dos Kst.it/ sans «n dplivnir pnvnvpr mnips aillieurs" I vnlni hot hnsluitl. seren ende te resolveren. Ende heeft overgegheven ten versuecke van de Staten copie van den tractate van den jareXXIIII, daertoe haer de commissie refereert. De klerken in de griffie zullen ontvangen „ung sol et VI deniers arth." per blad, en de griffier zal hun ordonnantie geven, „d'estre payé soubz leur ordonnance"; aldus werd denzelfden dag vastgesteld (R. i. d.). 1 Mei werd besloten request te presenteeren aan den Raad van State om te genieten vrijdom van „maltote" van wijn „qu'ils mettent en cave ou voisent quérir en cave de la Court" volgens hunne privilegiën en het gebruik „de tout temps" (R. i. d.). 6. R. 29 mei. — Les députéz des Estatz de Zwol, Campen et Deventer et Overijssel, représentautz les Estatz du pays d'Overijssel, sont comparuz, apportantz icy leur procure pour besoingner aveeq les aultres députéz suyvant la réquisition des Etatz Généraulx et de ceulx du Conseil d'Estat, a condition expresse que riens ne sera innové a 1'endroit de la religion catholicque romaine ny a 1'obeissance deue a Sa Mu\, et que le tout ce faict sans diminution de leurs privileges et anciens droitz et sans contribuer aultre chose que selon leur ancienne manière de faire et sans précédent consentement. Et ont messieurs a eulx aecordé acte suyvant leur requeste. Uit deze acte van 29 Mei') zelf blijkt nog, dat de gedeputeerden compareerden, voorzien van een commissie2), om zich met de Staten te vereenigen „snivant 1'acte on lettre de ladite commission du XVIII de décembre dernier *)" en om te „adviser et résouldre sur ce que convient pour 1'effect de la pacificatión et ce quy en dépend" overeenkomstig den oproep van Raad van State en Staten-Generaal. 7. R. 12 juni. — Quant au proiect de 1'acte, présenté par mr. Jehan Gilles, contendant avoir advoyé par messieurs les Estatz les articles, par luy recueltiz des résolutions et ordonnances, faictes par aulcuns des députéz des Estatz Généraulx, demouréz en la ville de Bruxelles, les aultres estantz a Namur, est résolu que ung de chacun Estat visite ra le cahier desdicts actes, pour en faire rapport aux Estatz quy en ordonneront comme de raison. 26 Juni werd den klerken twee patars per blad toegestaan, mits niet meer dan één copie voortaan aan elke provincie werd gegeven en mits een zeker aantal naar hun schrift en bekwaamheid werden uitgekozen en de andere ontslagen (R. i. d. p. p.). 6 Juli werd besloten de namen van alle gedeputeerden ter vergadering aan den president voor te leggen „pour etc." 4). 14 Juli: „nihil actum pour la procession du S*. sacrement miraculeux" (R. i. d.). 8. R. 1 augustus 6). — Conclud, d'aultant que mre. Nicaise Sille, docteur, a servy fort bien et fidèlement a ses Estatz et ville de Namur et aussy a la Généralité, lettre sera escripte an magistrat et juréz dudict Namur ad ce qu'ilz le veuillent continuer pour commis de ladicte ville, pour faire service a 1) G. A. Deventer: brieven van Berend van Winssem 1577—1578. 2) Van 7 Mei (Actes, n». 566; G. A. Deventer: Reisboek 1567—1577, fol. 32lvo). 3) Bedoeld is de verklaring der Staten van Overijsel tot aansluiting bij de Staten-Generaal (G. A. Deventer, alsvoren, fol. 294; het stuk is hier 46 Dec. gedateerd). 4) Cf. Bubriek III op 5 Juli. 5) Cf. Rubriek V op 27 Juli. ladicte ville et a la Généralité; et qu'ilz veuillent satisfaire ses vacations nonobstant la révocation de sa personne faicte et aux provinces (?) notifié au moys de juillet'). 9. R. 3 augustus. — Résolu d'escripre lettres a toutes provinces quy n'ont cy aulcuns députés d'envoyer incontinent et ceulx quy n'ont que ung oudeux, d'envoyer des aultres de chascun estat du moings ung, seavoir de 1'estat ecclésiasticque ung, des nobles ung et des villes un, deux ou trois. 3 Augustus deden de klerken den eed geheim te zullen houden, wat zij schrijven of geschreven hebben. — Naar aanleiding van „le congié", gevraagd door Brns, besloten, „qu'il ne s'envoye sans congié de la province et qu'ilz n'envoyent aultres députéz (B. i. d.). 6 Augustus schreven de Staten aan de vier leden van Vlaanderen *), dat het van belang moest geacht worden, „que les secretz et résolutions que se prennent icy a toutes occurences, ne soient divulgués", terwijl te vreezen stond, dat door de brieven der gedeputeerden „lesditz secretz" bekend zouden kunnen worden aan „aulcuns suspectz et tenanz contre les Estatz"; zij verzochten dus ter vergadering geen personen toe te laten, „dont on pourroit avoir quelque mauvaise impression, pour avoir eu trop grande familiarité avecq ceulx, tenans a present contre lesditz Estatz". 7 Augustus werd Courteville gecommitteerd met brieven van de Staten aan de bisschoppen van Ieperen, Brugge en den elect van Atrecht, om onmiddellijk ter vergadering te compareeren (R. i. d. p.p.). 13 Augustus werd besloten, dat de pensionarissen één uur vóór en één uur na „disner wideront" alle aan de Staten gepresenteerde requèsten; bij moeilijkheden deze aan de Staten voor te houden (B. i. d.). 10. 14 augustus. — Messieurs ont aecordé a messieurs les nobles de se povoir servir pour-les advis, lettres et sembables au Conseil de Guerre, de tel ou telz que bon leur semblera, pour les trés grandes occupations du greffier Weellemans; et ce au taux des gaiges que ceulx de la Chambre des Aydes adviseront. Et nonobstant que ledict greffier Wellemans a prié estre deschargé de son estat de la Généralité, pour ne povoir satisfaire a la charge et qu'il avoit charge assez pour les Estatz de Brabant, si n' ont lesdicts Estatz voullu accepter la descharge, mais requis d'encore entendre a sa charge". Dienzelfden dag beloofde Ayta op verzoek der Staten aan dezen een klerk te bezorgen, die Hoog-Duitsch schreef en bij wjjlen Viglius gediend had (B. i. d. p. p.). 19 Augustus: de zaak van de 6 hellebardiers voor de deur van de „Consaux des Estatz" te stellen in handen van den luitenant-amman van Brussel, ter fine van rapport (B. i. d. p.p.). 11. R. 20 augustus. — Les députéz des Estatz d'Hollande et Zélande se sont présentéz aux Estatz avec povoir leqnel a esté trouvé assez souffisante et en cas que aucune difficulté survient, on les pourra requénr povoir plus bastant. De commissie der gedeputeerden s), gedateerd 6 Augustus te Haarlem, door de 1) 18 Nov. werd op een request van Sille beschikt: hem toe te kennen 30 p. van 40 gr. voor eiken dag sedert 27 Juli U. en zoolang hij in dienst der Staten zal wezen (R. i. d). 2) Actes, n°. 708; A. V. Ypres, port. 23». 3) R. A. Zeeland, Staten-archief, ms. inv. 821, fol. 100; cf. Res. Holl. 6 Aug. 1577. — Zie de namen in de lijst der gedeputeerden (hiervóór, p. 150). [59 Verg. St.-Gen. 1577. ,ridderschap, edele ende gedeputeerde van de Staeten, representerende de Staeten van ELollandt ende Zeelandt", machtigt hen tot comparitie der Staten-Generaal, ten einde ,aldaer te helpen raeden ende adviseren alle 't gene tot voldoeninge van de pacificatie ran Gent ende tot conservatie van de liberteyt, rust ende vrede van den lande behoort, ichtervolgende d'instructie, hemlieden gegeven *), ende dat onder protestatie van geheel ;e blyven in hen previlegiën uuyt cracht van dewelcke zy niet en zijn gehouden buyten ïenne provincie te compareren". 27 September: gelast morgen ochtend generale processie te doen (R. i. d.) 6 October werden „aulcunes lettres" van de Staten van Utrecht van 29 September relezen, dat zij gedeputeerden ter vergadering zonden (R. i. d.). 17 October werd Sille verzocht aan de afwezigen te schrijven, om onmiddellijk ter vergadering te komen (R. i. d.). 12. R. 6 november. — Conclud que toutes les requestes seront données it délivrées es mains des pensionaires de Bruxelles, de Gand, Yan der Haghen, le Valenchiennes, de Lille et de Middelborch pour les wider et dépescher iux heures extraordinaires et d'icelles esquelles difficulté seroit trouvé, feront raport a mess", les Estatz pour par eulx les appoincter comme de raison. 18 November werd op een request van Guillaume Ramet -) beschikt, dat hij conform het advies van de Kamer van de Beden een gage zou krijgen van 20 s. art. per dag sedert 27 September 1576, met aftrek van wat hij reeds ontvangen mocht hebben (R. i. d.). Denzelfden dag werd geproponeerd orde te stellen op de „chambre des clereqz", >pdat alle zakeu geheim blijven; besloten de pensionarissen Provins, Asseliers, Weert ;n Gollard te committeeren, om hierover advies uit te brengen 3). 13. R. 4 december. — Mess™, les esleux prélatz d'Affligem et Tongerlo, ayans esté par mons1. le chancellier de Brabant mandéz par lettres a l'instance st réquisition des aultres prélatz de Brabant de comparoir aux Estatz de Brabant, se sont présentéz aux Estatz Généraulx, pour ayder et assister au premier des troys estatz dudict Brabant en conseil et aultrement es affaires et négoces des pays; et ont donné leur advis avecq les aultres desdictz Estatz de Brabant. Dienzelfden dag kregen Jean Wimmericx en Smellinck, dienaren van Brussel, op aunne remonstrantie samen 47 p., 16 s., 6. d., wegens onkosten en vacatiën voor de bewaking op last der Staten van wijlen Marcel Hutin gedurende 18 dagen; te betalen van le goederen, door Hutin nagelaten en te voldoen door Jean Gombault, Sr. d'Achmont, jntvanger der confiscatiën in het kwartier van Doornik en het Doorniksche (B. i. d.). 7 December schreven de Staten aan de vier leden van Vlaanderen 4), om er op ian te dringen, dat zij „aulcuns de vos députéz", die naar huis vertrokken waren, zoo spoedig mogelijk terug zouden zenden, liefst in vermeerderd aantal: „les affaires nous xugmentent et pressent tellement qne nous est grand besoing d'ayde et assistence de 1) Deze t. a. p. 2) Zijne functie wordt hier niet vermeld. Later was hij agent der Staten (Van Riemsdijk, Sriffie, 34, 40). — 8 Maart werd hem 73 p. art. toegekend voor zijne diensten en „poursuites, biet a la Court pour les Estatz". 3) Dit alleen in S. G. 3 (waarover zie de Inleiding tot dit deel). — De pensionaris Weert is mij onbekend. 4) A. V. Ypres, port. 23». — Er staat geen adres op den brief, maar de bestemming is niet twijfelachtig. Verg. St.-Gen. 1577. 160 personnes, douées de bonne prndence et grande expérience, pour adviser etpourveoira toutes occnrences du temps présent et entendre a la reception prochaine" van Mathias als landvoogd '). 15 December werd gelezen een minuut betreffende bet leenen van het zegel van Brabant (R. i. d.). Bedoeld is dat van den grooten Raad van Mechelen. Het stuk, dat tevens goedgekeurd werd, is de volgende resolutie in vorm van acte *): 14. R. 15 december. — Les Estatz Généraulx des pays de par deca, considérans que journeilement s'offrent matières diverses de grande importance sur lesquelles par 1'audiencier et autres secrétaires du Roy tant du Privé Conseil qne de Brabant doibvent estre despesché et signé pluisieurs lettres patentes soubz le seel de Sa Mtó., estant besoing souvent les avoir prestz sans dilation, au regard de quoy, ven que le Sr. don Jean d'Austrice, s'ayantmonstréennemy de la patrye, a son partement vers Namur a emporté le grand seel-du Conseil Privé de Sa Mtó., on soit esté nécessité de s'en servir quelque foiz du seel du Conseil de sadicte Mtó. audict Brabant, non seullement pour affaires concernaus la ducé de Brabant, ains aussy en général toutes les autres provinces dont monsr. le chancelier et autres dudict Conseil de Brabant a la requisition et ordonnance desdictz Estatz 3) n'ont fait difficulté n'y feront, ainsi qu'ilz out déclaré, a 1'advenir, jusques a ce qu'il y aura autre seel audict Conseil Privé, moyennant que pour leur descharge ordonnance soit baillée pertinente, a cette cause lesdictz Estatz, désirans advancer et accélérer les affaires, ont pour les raisons susdictz requiz et néantmoins de par sadicte Mté. ordonné, reqoièrent et ordonnent par ceste ausdictz chancelier et autres dudict Conseil d'Estat de faire seeller par ledict seau de Sa Mw. en Brabant toutes lettres patentes, placcars et autres semblables mandemens, despeschéz et signéz par le chancelier et autres secrétaires de Sadicte Mtó., que selon les occurrenoes du temps leur seront par lesdictz Estatz Généraulx envoyéz soubz ordonnance, signée par leur greffier Weellemans ou autre advenir, non obstant qne semblables lettres peu vent toucher autres pays de par deca 4). 24 December werd aan Guillaume d'Aichy, „prevost des marischaulz" in Luxemburg, op zijn request vrije toegang tot de Staten verleend (R. i. d.). 15. R. 28 december 6). — Résolu de faire graver ung seel pour 1'absence d'icelluy de Sa M*6. lequel a esté emporté a Namur par le Sr. don Jehan, ensemble de graver ung contre-seel en conformité de 1'autre comme cellny de Malines. 1) Zie hierover Rubriek VII. 2) Actes, n°. 935; A. ÉL, Aud. 652, fol. 104. 3) De Staten hadden er 10 Dec. over geschreven aan den Grooten Raad (Actes, n°. 930; A. G., Aud. 585, fol. 3). 4) Get. Weellemans. 5) Over klerken van de griffie zie Jt 14, 15, 22, 23 Jan,, 11 Febr. p.p., 23 Maart, 21 April, 8, 19 Juni p.p., 20 Sept. (Melchior Modelius van 7—12 en van 3—7 uur a 15 s. per dag), 29 Oct. p.p., 4 (p.p.) en 20 Nov., 3, 4 en 19 Deo. — Voor leverantiën van flambouwen, papier, was enz. aan de Staten, zie R. 26 Jan., 1, 6 Febr., 15, 19 Maart, 6 April p.p.. 29 April p.p., 23 Mei p.p., 19 Juni p.p. — 26 Oct.: Jan van Langen als klerk in dienst genomen (R.i. d.).— Over betaling van Florian Vftal (hiervóór, p. 16), zie R. 19 Febr., 11 Maart, 20 April, 24 Mei. Hij wordt „fourier de Sa Majesté" genoemd. Betr. HoH., Zeel., Oranje 1577. II. BETREKKINGEN MET HOLLAND, ZEELAND EN DEN PRINS VAN ORANJE. Er is reden, om, al waren Holland en Zeeland sedert 25 Januari ') gedurende korten tijd in de Staten-Generaal vertegenwoordigd, voor de betrekkingen met hen en met Oranje in dit jaar nog een afzonderlijke rubriek open te houden, omdat zg voorloopig een eigen plaats blijven innemen. Dit duurt tot de komst van Oranje naar Brussel in September 1577, wanneer hunne betrekkingen met de Staten-Generaal meer normaal worden; daarna behoeft deze rubriek dan ook niet meer voortgezet te worden. Met de gedeputeerden van Holland en Zeeland, die einde December 1576 te Brussel gekomén waren, werd onderhandeld over de steden Amsterdam enz. !). Dit leidde tot de zending van Leoninus, wien ook andere zaken ter behandeling opgedragen werden, zooals blijkt uit zijue instructie, die op 18 Januari gearresteerd werd s). Hg" moest met den Prins en de Staten van Holland en Zeeland, naar aanleiding van de moeilijkheden met de Engelsche kooplieden, overleggen, „affin qne libre commerche soit permis d'une part et aultre par la marine"; hij moest tevens klagen over de „services", die de soldaten te Nieuwpoort van de burgers eischten. 20 Januari werd hem verder opgedragen met eenige kooplieden van Noord-Holland te handelen „sur eest affaire de bléz" volgens de memorialen, gezonden door Grevenbroek 4) (B. i. d.). 20 Januari werd ter Staten-Generaal voorgesteld den Prins van Oranje naar Brussel te roepen, omdat de onderhandelingen met don Jan geen voortgang hadden; Havré zou zich zoo noodig naar den Prins willen begeven, om hem uit te noodigen. Er viel hierop geen resolutie 5). Op een request van den Portugeeschen koopman Simon Suero werd 24 Januari besloten aan den Prins ten gunste van den suppliant te schrijven, opdat hem geen hinder werd aangedaan in zjjne nit Spanje komende goederen, en aan den Baad van State te antwoorden, om Suero algemeen vrijgeleide te geven, mits lüj den vijanden der Staten niets mededeelde (B. i. d.). 2 Februari schreven de Staten dienovereenkomstig aan den Prins8). 6 Februari bevalen de Staten, gezien hebbende den brief van den Prins en gehoord La Motte, de ringen en juweelen van Suero, door Charles de Beaulieu namens den Prins teruggebracht, te zenden naar „ceulx du Francq", opdat deze er mede zouden handelen naar recht en rede (B. i. d.) 7). In verband met den stand der onderhandelingen met don Jan werd 5 Februari besloten Willerval en Paulus Buys 8) naar Oranje te zenden, om hem van alles op de hoogte te brengen (R i. d.). Aan Willerval en „le docteur conseiller de 1'empire" 9) werd 7 Februari voor de reis naar den Prins 400 p. art. toegelegd (B. i. d.). Dien eigen dag werden een credentie-brief en een instructie voor Willerval en Buys vastgesteld10). 1) Zie ons n°. 1 van 1577 en cf. de lijst der gedeputeerden, hiervóór, p. 150. 2) Zie de onderafdeeling aan het einde dezer rubriek (hierna, p. 173 vlg.). 3) Actes, n°. 320; A. V. Ypres, port. 7. — De resolutiën vermelden op dien dag alleen, dat hij 300 p. art. kreeg voor zgne reis „en Geldre" (hierheen ging hij ook: zie rubriek III). 4) Hier zal waarschijnlijk de Geldersche gedeputeerde van dezen naam bedoeld wezen. 5) Actes, n». 330; R. A., Aanw. 1826, n°. 18, fol. 211. 6) Actes. n°. 366; B. R. B., ms. 7223, fol. 145. 7) Misschien is van deze zaak ook sprake R. 7 Januari: eenstemmig besloten „telle lettre" aan den officier van Nieuwpoort te zenden over de goederen van zekeren Portugees, aldaar in beslag genomen; de koopman moet een eed afleggen dat hij geen fraude heeft begaan en geen goederen heeft gekregen bij de plundering van Antwerpen of daarna van deze goederen gekocht. 8) In het register minder juist genoemd: borgmaistre de Middelborch. 9) Bedoeld is dr. Gaili, één der keizerlijke gezanten, die met Willerval en Buys medeging. Hem werd daartoe paspoort gegeven (B. 7 Febr. en Actes, n°. 377). 10) Actes, n<". 375 en 376; resp. Corresp. Guill. le Tac, III, 204, en De Jonge, II, 441. 11 Betr. Holl., Zeel., Oranje 1577. 162 14 Februari werd besloten „autres lettres de rencharge" aan den Prins te schrijven (B. i. d.). "Waarover blijkt niet. 16. R. 14 februari. — Que ceulx quy ont esté commis a la pacificatión, seavoir le Rh6. d'Arras, le prélat de S*. Gertrud, le Sr. de Zwevegem, le chieff des eschevins, Quintin du Pret, avecq 1'archidiacre d'Ypre, seront commis pour faire projecter tous les grieffz quy on scauroit estre faictz cöntre la pacificatión, pour en faire raport avecq project de lettres qtie on escripvra a monsr. le Prince d'Orainge pour les faire redresser. 17. R. 17 februari. — Responce sera escripte sur les lettres des Estatz de Zélande seavoir que on ne demande que d'óbserver la pacificatión, selon que les Estatz ont donné charge a mess™, de Hierge et Bossut, et encoires donnera on charge de faire desloger les gens de guerre des garnisons en Holland e et Zélande '-). Met de laatste woorden zgn bedoeld de garnizoenen van Haarlem, Schoonhoven en Muiden, die volgens last van den Raad van State uit genoemde steden zonden verwijderd worden. Dit werd den Prins bericht in een brief van 16 Februari, waarin hem verder de motieven van het sluiten van het Eenwig Edict werden medegedeeld *). Om hem hierover nader te onderhouden, werden Sweveghem en Meetkercke naar hem afgevaardigd; hunne instructie is gedateerd Van 18 Februari 4). 19 Februari werd Courteville naar den Prins afgevaardigd, om de gevangenen naar Brussel te doen brengen, ten einde ze in vrijheid te stellen, zoodra de Spanjaarden dit met de hunne gedaan zouden hebben5) (B. i. d.). 18. R. 21 februari. — Le Sr. de Willerval ajaiet raport de ce qu'il a besoingné avecq mons1. le Prince d'Orainge et ceulx de Hollande et Zélande, ayans apporté lettre de Son Exce. et la déclaration par escript sur 1'approbation de 1'accord, faict avecq don Jehan 6); auquel Sr. de Willerval les S™. ont grandement remercié de son travail et bonne négociation, par luy raporté, et de sa bonne veulle et affection qu'il porte a la patrie, se sentans pour ce grandement a luy et a posterité obligéz, offrans en tous endroitz recógnoistre selon leur possibilité. Leoninus deed 23 Februari rapport van zijne zending, dat hij beloofde schriftelijk te zullen indienen (R i. d. p. p.)'). 1) In Liébart's register (A. G., Cart. 327», fol. 12v°.) is sprake van de brieven van de Staten van Holland en Zeeland, „se complaindant que l'on altenteroyt contre leur traicté de pacificatión". 2) Een aanschrijving hieromtrent aan den Baad van State (z. d.) in B. B. B., ms. 7223, fol. 173v°.: de Raad moet tot het beoogde doel schrijven aan Bossu en Hierges en aan de garnizoenen van Haarlem, Schoonhoven, Vianen, Wcesp, Muiden, Buren en Goes. 3) Actes, n». 399; Corresp. Guill. le Tac, Hl, 212. 4) Actes, n°. 404; Corresp. Guill. le Tac, III, 218. 5) Cf. Actes, n°. 407; Corresp. Guill. le Tac, III, 233. — Over Louis del Rio, één der gevangenen, was reeds 7 Febr. geschreven, met verzoek hem terug te zenden „au lieu dont il a esté contre les droictz et privilèges du pays prins et mené" (R. i. d.). 6) Actes, n». 403 en 406; Corresp. Guill. le Tac, III, resp. 222 en 225. 7) Het rappport, dd. 3 Maart: R. A., Aanw. 1895, n». 623. 163 Betr- HoÜ., Zeel., Oranje 1571 27 Februari werd besloten de nit Middelburg gebrachte gevangenen naar Vilvoorde te brengen, „pour leur propre meillieure garde", en ze later naar Mechelen te voeren1) (R. i. d. p. p.). 19. R. 27 februari p. p. — Les Sra. de Zwevegem et pensionaire du Franeq, Meeskercque, ont faict leur raport de leur besoingné faict avecq monsr. le Prince d'Orainge dont a esté dict, a 1'instance des S™., qne ledict raport se donneroit par escript en Généralité *). Lesdictz S™. ont déclairé estre prestz de déclarer demain au matin leur advis sar 1'escript de monsr. le Prince d'Orainge et des Estatz d'Hollande et Zélande touchant 1'accord, faict avecq dort Jehan. 20. R. 1 maart. — Touchant 1'aete que s'accorde a mons1'. le Prince d'Orainge et ceulx d'Hollande et Zélande 8), se fera par la pluralité des voix selon 1'opinion des Estatz de Brabant et Flandres leute. Résolu que l'on donnera copie de la lettre des Estatz Généraulx, escripte aux commis a Gand le XXVIIP d'Octobre 1576 4). Que l'on escripvra lettres a monsr. le Prince d'Orainge, Estatz d'Hollande et Zélande d'envoyer et laisser icy leurs députéz continuellement et qu'ilz veillent aussy mettre en exécution au proffict de la Généralité le ce et les moyens généraulx, comme font toutes aultres provinces. 7 Maart besloten de Staten tot de zending van Leoninus en Saventhem naar den Prins „pour le faict de la ville d'Amstredam"6) (R. i. d.). De instructie, ontworpen door den aartsdiaken van Ieperen en „par commune voix" 9 Maart gearresteerd (R.i. d.p. p.) e), bewijst, dat zij ook andere zaken te hehandelen kregen als: afschaffing van buitengewone lasten in Holland en Zeeland, vrijheid van handel, beslissing over klachten in verband met de pacificatie 7). 11 Maart werd besloten den Prins te schrijven, om de schepen van Brussel en Mechelen naar Antwerpen te laten passeeren volgens de aan zgn admiraal ter hand gestelde acte (R. i. d.). 12 Maart werd den Prins geschreven met verzoek om aan Groningen en Ommelanden te schrijven over de invrijheidstelling van Billy en andere gevangenen8). 21. R. 18 maart9). — Quant a la requeste de ceulx de Nyeupoirte et copie des lettres du Conseil de Flandres a mess13, du Conseil d'Estat, est dict que l'on escripvera incontinent a ceulx de Nyeuport de faire prendre information pertinente des faictz, contenuz en leur requeste, pour après par lesdictz Estatz envoyer a mons'. le Prince d'Orainge, affin qu'il soit faict chastoy exemplaire, comme estant directement contre les articles de la pacificatión. 1) Zie nader rubriek III. 2) Actes, n». 427; Bijdr. Vad. Gesch. en Oudh. N. B., I, 268. 3) Actes, n°. 434; Archives, I«, 7. 4) Hiervóór, p. 20. 5) Zie de onderafdeeling van deze rubriek (hierna, p. 176). 6) Actes, n°. 451; De Jonge, II, 449. 7) Saventhem werden 400 daalders voor deze reis toegelegd (R. 9 Maart p. p.). 8) Actes, n°. 455; Corresp. Guill. le Tac, III, 263. 9) Den zelfden dag schreven de Staten aau den Prins met verzoek de muntmeesters van Holland en Zeeland naar Brussel te zenden, om met hen over de muntzaken le raadplegen (Actes, n°. 472; Corresp. Guill. le Tac, III, 265). 164 22. R. 21 maart. — [Résolu] aussy d'envoyer vers Son Exce. quelque personaige pour traicter avecq luy sur la future conduite de 1'entretienement de la pacificatión, vouloir mander et faire induire ceulx d'Hollande et Zélande de se déporter de lever aulcuns particuliers impostz au préjudice d'aultres Estatz uniz, mais qu'ilz veullent mettre en practicque les impostz, par la Généralité accordéz, et pour secourir ladicte Généralité envoyer quelque bonne somme de deniers comptants, et pour faire cesser toutes licences et aultres charges, mises sur leurs batteaulx. Deze resolutie had een zending van Leoninus ten gevolge, wiens credentie van 24 Maart gedateerd is '); waarschijnlijk zal dus de instructie *) ook van dien datum zgn. 23. R. 22 maart. — Que sur la lettre de monsr. le Prince d'Orainge 8) sont les S™. d'advis que de requérir ceulx du conseil d'Estat voloir faire remettre la ville de Breda es mains de mons1'. le Prince suyvant la pacificatión, faicte et arrestée a Gand. P. p. 4). — L'advis des Estatz Généraulx est qne mons1. le Prince d'Orainge sera mis en la possession de la ville et ehasteau de Breda, saulff la sou verainité du Roy, et que les S™. du Conseil d'Estat seront requis de tenir la main ad ce que ce soit effectué, et que ce ensuyvant lesdicts du Conseil veillent ordonner a Verdugo, en cas qu'il tient encoires ledict ehasteau, ou aultres, tenants le ehasteau pour le présent, de vuider le mesme ehasteau et de le délivrer es mains dudict Sr. Prince ensuyvant la pacificatión, faicte a Gand. 24. R. 29 haart. — Touchant l'advis de messieurs du Conseil d'Estat pour Breda est la résolution des Estatz Généraulx d'examiner premièrement la pacificatión de Gand et 1'accord, faict avecq Son Altèze. Dit advies *) van 27 Maart luidde als volgt: 24a. 27 maart. — [Aanhef als de hierna, p. 165, te noemen definitieve acte:] Samble a mesdicts S™. du Conseil d'Estat que suyvant le traicté d'accord, faict entre monseigneur don Jehan et lesdictz Estatz Généranlx, par lequel se dict que les villes et chasteaulx qui estoyent occupéz par les Espaignolz ou leurs adhérens, aprèz leur partement doibvent estre mis par advis desdictz du Conseil es mains de personnaiges naturelz des Pays-Bas et qualifiéz selon les privilèges d'iceulx et pour ceste fois aggréables ausdicts Estatz, se doibt observer eest ordre, en faisant sortir dudict ehasteau les Allemans, y estans entréz, et faisant icelluy ehasteau recepvoir hors leurs mains par le.Sr. Van der Meren que lesdictz du Conseil d'Estat ont advisé sera aggréable ausdictz Estatz Généraulx pour avec quelques cincquante ou soixante soldatz par dessus vingt-cincq, y estans d'ancienneté, tenir pour quelque temps garnison audict ehasteau et, cela faict, qne ladicte restitution se face audict Sr. Prince, moyennant que personnellement ou par procureur il preste le serment, ordonné par deca estre faict par ceulx qui en 1) Actes, n«. 490; Corresp. Guill. le Tac, III, 275. 2) Actes, n». 491; De Jonge, II, 454. 3) Actes, n». 473; Corresp. Guill. le Tac, III, 266. 4) Woordelijk hetzelfde als het stuk, bedoeld: Actes, n». 487; A. G., Aud. 658, fol. 102. 5) A. G., Aud. 658, fol. 105 (orig). 165 Betr. Holl., Zeel., Oranje 1577. vertu de la pacificatión de Gaud retournent a leurs biens; et en oultre que séparation se face des artiileries et munitions, appertenans a Sa Mt8., et de celles, estans d'ancienneté dudict ehasteau, ayant samblé ausdictz du Conseil d'Estat, eu considération que ledict ehasteau est une fortresse au mitant du pays, estre conveuable qu'il y ayt quelque garnison de la part de Sa Mté. comme souverain pour aulcun temps, et ont bien volu représenter le tout a mesdicts S™. les Estatz, pour, aprèz avoir esté advertiz de leur intention la-dessus, y faire procéder oultre comme il appertient • Wat hierop verder besloten werd, blijkt nit de volgende resolutie in vorm van acte5): 25. (R. 27 maart—1 april). — Ayans les Estatz-Généraulx veu 1'escript de messeigneurs du Conseil d'Estat touchant la restitution des ville et ehasteau de Breda, leur a samblé qu'il seroit moins suspecte et de plus grand contentement a monsr. le Prince d'Orainges en la forme jointe a ceste s); supplient partant leurs Sries. vouloir faire dépescher 1'act en conformité pour en faire part audict Sr. Prince et traicter les affaires avecq plus grande seureté *). 30 Maart, 8, 6 en 8 April schreven de Staten over verschillende aangelegenheden aan den Prins "'). 26. R. 13 april. — Le docteur Leoninus a faict raport de ce qu'il a besoigné avecq monsr. le Prince d'Orainge et les Estatz de Hollande et Zélande, ayant exbibé lettres de crédence de Son Exoe. et oultre ce certaine résolution desdictz Estatz d'Hollande et Zélande c). Que les Sra. de Zwevegern et Berchem visiteront les pièches, exhibéz par ledict Sr. docteur Leoninus, comme devant. 16 April werd besloten, dat „honestement" zou geantwoord worden op den brief van den Prins van 12 April nit Geertruidenberg „pour Zichem et ses villaiges al'entour" (R. i. d.). 19 April werd besloten de brieven van Breda „pour 1'entretienement du ehasteau" aan den Raad van State te zenden, om er volgens de pacificatie in te voorzien (R. i. d.)'). 1) Get. Berty. — Op een copie te Ypres (A. V., port. 7) staat nog i. m.: Rpw. XXIX martii 1577 aprez midy. 2) A. G., Aud 658, fol. 103 (orig.). 3) A. G., Aud. 658, fol. 104; in dezen vorm is het stuk, zonderwijziging van beteekenis, door den Raad van State 2 April goedgekeurd (t. a. p., fol. 104) en in den definitieven vorm gedrukt in Corresp. Guill. le Tac., III, 270, noot 1. 4) Get Weellemans. 5) Actes, no». 508, 519, 527, 535; resp. Corresp. Guill. le Tac, III, 276, 283, 286; De Jonge, II, 488. 6) Waarschijnlijk is bedoeld het antwoord van den Prins en de Staten van Holland en Zeeland of liever de antwoorden, want er waren er twee, op de propositie van Leoninus van 30 Maart: deze laatste is te vinden R. A., Aanw. 1895, n°. 617; de beide antwoordenj R. A., Holl. vóór 1795, n». 2582°; het ééne is bedoeld: Actes, n». 525, en gedrukt: Bor, I, 807-808. — 20 April werd Leoninus verzocht zijn rapport op schrift te stellen (R. i. d.). 7) Dienzelfden dag is sprake van den brief van de „Chambre des Comptes" te Breda, die door Stracelles, schepen van Gent, aan den Raad van State en Raad van Oorlog zal worden medegedeeld ter fine van advies, tegelijk met een brief van Aerschot van 11 April (R. i. d). L66 21 April werd besloten aan den Prins te schrijven ten gnnste van de dorpen onder Heusden, om hen van alle lasten vrij te stellen, terwijl in de instructie van de naar den Prins te zenden persoon melding van genoemde dorpen en van Breda en Steenbergen J) zou worden gemaakt (B. i. d.). 27. R. 23 april. — Sur la lettre de monsr. le Prince d'Orainge touchant ses bien3 de Vian[d]en en Luxemborch ou conté de Chyny, datéele XVIIP d'Apvril 1577, avecq la copie de 1'assignation, faicte par ceulx du Conseil d'Estat du IIP de ce moys pour le Comte de Mansvelt, est dict que messieurs de Liekercke et Courteville se trouverront vers messieurs du Conseil d'Estat, affin de déclarer les raisons que les a esmeue, pour empescher Son Exce. en ses biens contre la pacificatión. Et quant a la lettre de Son Exce., escripte au Sr. de Zaventhem, est dict que lesdictz commis requereront aussy lesdictz du Conseil d'Estat voloir accommoder mons1. le Prince pour sa ville de Breda selon la copie de ladicte lettre que leur sera démonstrée. Que l'advis sur la lettre du Prince d'Orainge et le raport du docteur Léonin a esté résolu touchant les licences et semblables charges, mises en avant par ceulx de Hollande et Zélande, et pour mettre en ordre ledict advis ou instruction, seront commis les pensionaires d'Anvers, Yman de Brueges et celluy de Douay. Et a esté résolu de mander en diligence ledict docteur Léonin 2); et cependant on ad visera lequel l'on luy adjoindra, et aulcuns ont esté d'opinion de comettre le Sr. de Grobbendonc. Que a la mesme instruction sera adjousté le faict de Breda, de Heusden et Steenbergen, et la gratification, a faire des artelerjes, pouldres et aultres munitions, délivrées au ehasteau de Gand. 28. R. 24 april. — Sur ce que a esté proposé de la part de monsr. le Prince du tort que se faisoit d'assigner IIm florins au Comte de Mansfeit sur le recepveur des confiscations de Vianden, a esté résolu que, sy avant qne conste que lesdictz deux mille ont esté receues par ledict recepveur devant le S*. Jehan LXXYT, 1'assignation debvra sortir son effect, sans que ledict S1. Prince s'en puisse en raison aulcunement resentir pour la disposition expresse, contenue aux XIIII et XV* articles de la pacificatión, arrestée a Gand, dont se fera note et sera chargé docteur Leoninus en son instruction d'en faire part a Son Exce. 29. R. 27 april. — Après estre leue 1'instruction, faicte pour mons1. le docteur Léonin 8) vers monsr. le Prince d'Orainge, il est dict de joingdre le point de Warneston, recommandé par ledict Prince, et le faict d'Amstredam; et sont commis principaulx avecq ledict docteur messieurs de Champaignie et le trésorier de Grobbendonck; et sur la requeste desdicts de Warneston il est conclud de complaire a monsr. le Prince d'Orainge. 29 April werd een brief aan den Prins, ontworpen door Carlier, gelezen en goedgekeurd (B. i. d.). 1) Zie rubriek V op 16 April p. p. 2) Ook 19 April was reeds besloten Leoninus onmiddellijk op te ontbieden (R. i. d.). 3) Leoninus kreeg 23 April voor zyne reizen, voor de Staten gedaan en te doen, 600 p. toegelegd (R. i. d.) B. 167 Betr. Holl., Zeel., Oranje 1577, 5 Mei werd besloten den Prins te schrijven, om Nienwpoort terug te geven, aangezien men hem zijne soldaten terugzond (E,. i. d.). 7 Mei werd besloten als gezanten naar den Prins behalve Grobbendonck en Leoninus ook nog aan te wijzen Lalaing, Champagney en Meetkercke (B. i. d.) 8 Mei werd een request van den prior en „de gemeyne religiense" van hét klooster „van de Chartroisen" buiten Geertrnidenberg gesteld in handen van Leoninus en Grobbendonck, „om dyenaengaende ende andere gelycke cloosteren huerluyden instructie vermeerdert te wordden" (B. i. d. p. p.). 30. R. 9 mei. — Sur la remonstrance dn Sr. de Grobbendonck, trésorier général etc, est appoincté comme s'ensuyt: Les Estatz Généraulx,consydérans que 1'ancienne quote des provinces d'Hollande et Zélande est la juste moitié de la quote de Brabant et que au gratuit, mentioné en ceste requeste, les Estatz de Brabant ont avancé et payé LVIIIm £ arth., soit icelle représentée ausdictz Estatz de Hollande et Zélande pour satisfaire le tout prétendu qu'est la reste de leur quote dont ilz ne doibvent faire aulcune difficulté, tant pour 1'acquit de leur promesse selon que tous les autres ont faict, comme aussy pour donner contentement a Sa Mtó. Réginale [1.Royale?]. Van dezen zelfden dag is de instructie voor Leoninus en Grobbendonck gedateerd2). 31. R. 16 mei. — Arresté d'escripre aux commis vers mons'. le Prince qu'ilz veullent enquester, sy le placcat a esté publié 8), comme la copie s'envoyera, et quelle chose auroit esmeu mons'. le Prince d'ainsy faire contre la pacificatión et d'usurper le nom de Sa Mté., pour en advertir les Estatz et, ce faict, en délibérer comme convient. La lettre, conceue par le Sr. greffier Carlier, adressée ausdictz commis, envoyéz vers Son Ex06., contre le placcat du Prince d'Orainge, est arresté, et que les raisons, couehées en ungne lettre, dressée vers monsr. le Prince, laquelle toutesfois ne sera envoyée, seront mises en la lettre desdictz commis, y adjoustant que les Estatz n'ont receu que simple copie du placcat dont ilz se plaindent *). 18 Mei werd, gehoord den brief van den Prins, melding makende van Hohenlohe, die 12.000 daalders moet hebben, besloten de obligatie te geven a 10 of 12%; de Staten van Vlaanderen, Artois en Lille, Douay en Orchies werden verzocht hunne particuliere obligatien te willen geven tegen brieven van indemniteit (B. i. d.). 1) Cf. ook rubriek III op 5, 7, 14 en 15 Mei. 2) Actes, n° 572; Corresp. Guill. le Tac, III, 431. — Over één der laatste punten dezer instructie, nl. de zaken van Utrecht, schreven de Staten 8 Mei afzonderlijk aan den Prins in antwoord op zijn brief van 4 Mei (beide R. A. Utrecht: Staten-Archief. afschriften van bij de Staten-Generaal ingekomen stukken; de eerste: Actes, n». 569; Bor, I, 800). In den brief van 4 Mei gaf de Prins te kennen, dat bij, indien de wanordelijkheden te Utrecht voortduurden, niet zou kunnen nalaten hulp te bieden; hij drong er op aan, dat de Staten de soldaten uit het „pays et territoire" van Utrecht zouden verwijderen. 3) Uit het antwoord van Schetz en Leonius, dd. 19 Mei (A. V. Ypres, port. 11), volgt, dat hier bedoeld is een te Weesp gepubliceerd plakkaat betreffende kerkelijke goederen, (cf. Corresp. Guill. le Tac, III, 445). 4) 24 en 26 Mei werd aan de bodes Vincent van Holleborre en Francois Mechelmans resp. 6 p. 8 s. en 28 p. toegekend voor het brengen van brieven van de Staten aan dé gezanten te Geertruidenberg (R. i. d.). Betr. Holl., Zeel., Oranje 1571 168 32. R. 1 juni. — Pour traicter et communicquer avecq les députéz, ayans esté auprès de monsr. le Prince d'Orainge, Estatz de Hollande et Zélande, et quelquel ung a joindre par Son Altèze du Conseil de Sa Mtó., sont commis de par messieurs les Estatz Généraulx les Sra. prélat de S'. Gertrud, 1'esleu évesque d'Arras, monsr. de Fresin, le docteur Elbert Léonin, le Sr. de Champaigny et le doyen d'Arras, le pensionaire Yman de Bruges et le licentié Wensen, député du pays d'Overyssel, saulff que rien ne se conclura avant faire raport Les députéz de Geldre, comme le Sr. de Westeren et le borgm™. de Ruermonde, ont déclaré bien expressément qu'ilz n'ont eu aulcune secrète intelligence avecq le Prince d'Orainge; mais sy aulcuns particuliers prétendent d'avoir quelque collusion avecq Sön Exce., que l'on attaicbe a ceulx etnon pas aux Estatz de Geldre. La mesme déclaration font les députéz de Frize, seavoir Schelto Tjarda et docteur Christoffel Arisma, et aussy les députéz du pays d'Overyssel, seavoir Eusebius Bentinck, Jehan Ripperda, Bernard de Winsen et Gerard van der Vecht, respective docteurs et licentié. Semblablement les députéz d'Ommelanders de Groeningen, seavoir Nicolas de Broumangne et docteur Jeronimus Warutius. Et pour faire de tout ce que dessus raport a son Alteze, est commis mons1. le prélat de Marolle. Denzelfden dag diende Leoninus schriftelijk rapport in over zijne zending naar den Prins*). 8 Jnni rapporteerden Havré, Rassenghien en de president van den Geheimen Raad over de preeken bij Mechelen en den brief, hierover door Oranje geschreven. — De Staten wezen Ghislain, den deken van Atrecht, den pensionaris van Valenciennes, Liedekercke en Meetkercke aan als gecommitteerden, om te onderzoeken^,les pieches de conventielos et presches" bij Mechelen (R. i. d.). 33. R. 12 juni. — Après avoir oy le raport de la lettre de monsr. le Prince d'Orainge, escripte au magistrat de Maliues, pour en faveur d'ung bourgeois dudict Malines quy auroit esté aux presches deffendues, ont messieurs les Estatz résolu d'escripre audict magistrat qu'iceulx doibvent faire droict et justice contre le prisonier selon que suyvant la pacificatión de Gand convient et comme qu'ilz trouveront en raison convenir, d'aultant que ledict prisonnier seroit perturbateur du repos commun d'avoir esté es dictes preches: acte schandaleuze. Et quant ad ce que Son Exce. auroit escript que la liberté de conscience doibt estre permise selon ladicte pacificatión et qu'il seroit requis acte schandalense, avant eStre deffendue, pour en faire correction, sera tout ce réservé pour par la première commodité faire déclarer a Son Exce. que la liberté de conscience sera suyvant ladicte pacificatión seullement permise en ces PaysBas, horstnis Hollande et Zélande, pour les réfugiéz réforméz et point pour les inhabitans esdicts Pays Bas; et que selon ladicte pacificatión se fist acte schandaleuse, sans qu'il debvroit estre notoire ou manifeste, d'aultant que le text de ladicte pacificatión ne contient ledict mot: notoire ou manifeste. 1) Actes, n°. 585 (A. G., Aud. 659, fol. 3) is niets dan een extract-resolutie. 2) Actes, n». 582; Corresp. Guill. le Tac, Hl, 459. — Zie nader rubriek III op 31 Mei, 3 Juni. 169 Betr. Holl., Zeel., Oranje 157' 14 Juni werd besloten Baesdorp of iemand anders, door die van Vlaanderen te kiezen, naar den Prins te zenden, om dezen te bewegen zijne troepen uit Nieuwpoort te doen gaan (B. i. d.) 1). De credentie en instructie van Baesdorp zijn gedateerd van 3 Juli 1577. Hij kreeg o. a. ook nog in opdracht den Prins te verzoeken er voor te zorgen, dat de gedeputeerden van Holland en Zeeland ter Staten-Generaal terugkeerden3). 5 Juli werd een brief van den Prins *) ontvangen uit handen van zijn agent Theron; deze zei, dat hij sedert een maand geen copie had kunnen krijgen van het te Brussel verhandelde, ofschoon hij dit vroeger kreeg door middel van Schorlantz. Na den middag werd besloten copie van 's Prinsen brief voor elke provincie te maken, nl. 12, en morgen te adviseeren, wat er op te besluiten (R. i. d. en p. p.). 9 Juli: besloten copie van 'sPrinsen brief van 20 Juni4) aan don Jan mede te deelen6). Jean Gilles, de pensionaris van Antwerpen, de pensionarissen van Doornik, Valenciennes en Lille met den griffier Carlier werden gecommitteerd, om het advies te ontwerpen op 's Prinsen brief (B. i. d.). 34. R. 26 juli. — Le Sr. de Baesdorp 6) a faict raport de ce qu'il a négocié avecq monsr. le Prince d'Orange tant sur le faict de la restitution de la ville de Nyeupoorte par le renvoye des geus de guerre de monsr. le Prince que sur 1'envoy des députéz des Estatz d'Hollande et Zélande aux Estatz Généraulx, que aussy pour 1'envoy des entenduz au faict des monoyes, seavoir que Son Exce. s'accommodoit voulentiers ausdicts Estatz d'envoyer députéz desdicts de Hollande et Zélande et aussy entenduz an faict de monnoies pour satisfaire a la pacificatión, et aussy quant a la restitution de ladicte ville de Nyenporcte sy avant ,que les Estatz Généraulx trenvent convenir que ce face avant la sortie des Haultz Allemans; que néantmoings Son Exce. se plaindroit de ce que n'avoit restitution de ses biens en Luxemborch ny de Breda; et que quant au faict d'Amsterdamme commissaires s'envoyeroient. Conclud d'envoyer incontinent a monsr. le Prince d'Orainge copie de la lettre de Son Altèze et des deux lettres qu'elle a faict présenter et délivrer par mons1'. le Baron de Rassegem ensemble de 1'instruction, envoyée par mess", de Marolle, archidiacre d'Ipre et le Sr. de Bruesse7), avecq lettre, contenant le simple faict de ce qu'est advenu de la personne de Son Altèze au ehasteau de Namur. 1 Augustus werd besloten den brief over de teruggave van Nieuwpoort, door de gedeputeerden van Vlaanderen ontworpen, aan den Prins te verzenden (R. 1. d.). 1) Cf. nader rubriek V op 14 Juni. 2) Aetes, n°. 634—636 (= 597); Corresp. Guill. le Tac, III, 308—311. Een brief van denzelfden inhoud aan Holland en Zeeland: A. G., Aud. 659, fol. 15 (miuuut). — Aan don Jan gaven de Staten van deze zending bij schrijven van 4 Juli kennis, hem verzoekende haar goed te keuren (Corresp. de Philippe II, V, 765). 3) Die van 20 Juni: Actes, n°. 608; Corresp. Guill. le Tac, III, 302. 4) Brief hierover aan don Jan: Actes, n°. 648; Corresp. de Philippe II, V, 775. 5) Er staat in het register: „Jean Gilles, pensionaire d'Ipre", wat onjuist moet zijn; mogelijk zou zijn, dat de pensionaris van Ieperen ook nog tot gecommitteerde benoemd werd. 6) Hij bracht mede 'sPrinsen brief van 20 Juli: Actes, n°. 660; Corresp. Guill. le Tac, III, 313. — Baesdorp kreeg 121 p., 16 s., 6 d. als vacatiën (R. 12 Aug. p.p.). Een request van hem was 7 Aug. naar de Kamer der Beden verwezen om advies (B. i. d. p. p.) 7) De zin is corrupt. Versta: de instructie voor Marolles etc, gezonden naar don Jan. (waarover zie rubriek III). Betr. Holl., Zeel., Oraiy'e 1577^ 170 3 Augustus werd besloten den Prins en de Staten van Holland en Zeeland mededeeling te doen van wat te Brussel gescbiedde met alle stukken (B. i. d. p. p.). 6 Augustus gelastten de Staten den Prins te schrijven, om de schepen van Portugal naar Antwerpen te laten gaan (B. i. d.) 35. R. 7 augustus p.p. — Conclud d'escripre lettre a monsr. le Prince d'Orainge vouloir traicter avecq les marchantz ausquelz appartiennent plusieurs grosses sommes d'argent, ameuéz par la flotte de Portugal, affin qu'ilz les prestent aux Estatz Généraulx au raisonnable intérest; et estenchargé le maistre des comptes, maistre Jehan Gillis, a faire la lettre. 15 Augustus werd Aldegonde verzocht de vier door hem voorgestelde punten op schrift te stellen2), om er beter over te kunnen beraadslagen (B. i. d.). 16 Augustus: besloten een rencharge-brief aan den Prins te schrijven volgens het memoriaal, hiertoe gemaakt; Haussy, „estant la", zou de zaak kunnen vervolgen (B. i. d.). 36. E. 18 augustus. — Résolu sur le faict de Grave que l'on debvra incontinent envoyer personne expresse vers monsr. le Prince d'Orainge, pour luy remonstrer bien vivement que la prinse de ladicte ville de Grave est contre 1'intention des Estatz et que a grand tort on a sy mal traicté les Allemans, puisqu'ilz estoient au service des Estatz, et qu'il en veulle faire déinonstration convenante pour retirer ses soldatz de la, pour en remettre d'aultres, sy les Estatz trouvent convenir. 20 Augustus deed Haussy rapport van zijne zending betreffende Den Bosch en den Prins (E. i. d.). 22 Augustus werd een brief van den Prins van 14 Augustus ontvangen tot aanbeveling van den Engelschman Morgan; dezen te bedanken voor zijn dienstaanbod: hem bericht te doen, als hij noodig is (B. i. d. p. p.). 23 Augustus schreven de Staten aan kapitein Bruel, commandant van Nieuwpoort, of aan diens plaatsvervanger8), dat van Oranje een brief was ontvangen *), waarin hij zich bereid verklaarde Nieuwpoort aan de vier leden van Vlaanderen terug te geven; bij werd daarom verzocht zich naar Walcheren te begeven, om zich ten dienste van zijn kolonel te stellen. 25 Augustus werden Boxtel en Courteville gecommitteerd naar Holland en Zeeland, om aan de Staten het voorstel te doen tot hunne quote in den reeds betaalden 100en penning, in de gemeene middelen en in de .2.780.000 p. art. (R. i. d.). 31 Augustus werd besloten het advies van den Baad van Oorlog op dat van den Prins van Oranje 5) aan dezen te zenden, om hierop z\jn advies te hebben; copie er van aan de gewesten (B. i. d.). Dit advies zou aan den Prins gebracht worden door Bassigny en Courteville •). Zij kregen bovendien een zending in Holland zelf te vervullen blijkens de volgende instructie 7) van 28 Augustus: 1) Cf. Rubriek IV° op 30 Juli. 2) Actes, n». 764; Corresp. Guill. le Tac, IV, f. 3) A. V. Ypres, port. 23». 4) Nl. van 16 Aug.: Actes, n». 726; Corresp. Guill. le Tac, III, 315. 5) Gebracht door Courteville: Actes, n°. 755 en cf. 750; resp. Corresp. Guill. le Tac, IV, 10 en cf. 6; het advies van den Raad van Oorlog: id., 14. 6) Volgens het besluit, zooals het voorkomt aan het einde van het pas genoemde advies van den Raad van Oorlog. — Aan Bassigny (ook Baucignies, dezelfde als Boxtel: zie de ljjst der gedeputeerden, hiervóór, p. 146) werd 29 Aug. voor zijne reis naar Holland 300 p. art. gegeven (R. i. d. p. p.). Een memorie van hem wordt vermeld R. 15 Aug. 7) G. A. Leiden, vroedschapsboek 1577—1578, fol. 28v°. 171 Betr. Holl., Zeel., Oranje 15T' 37. 28 augüstüs. — Eerst dat mijn voornoemde heeren den Staten van Holland ende Zelandt — regard nemende op de grote ende ontallige lasten, myn heere den Generale Staten overgecomen zedert de pacificatie van Gend — believe op te brengen ende naar Bruessele te senden in handen van heurluyder trésorier • generael mr. Dierick van der Beecken heurluyder paert ende deel van de hondersten penning, by de Generaliteyt alsdoen geaccordeert ende naderhandt by den meestendeel van de andere provinciën opgebracht ende betaelt, bedragende geleek mijn voornoemde heeren t'anderen tyden veel verstaen mogen hebben het deel van die van Brabant over heurluyder Ce penningen ter somme van VIIIcm guldens, hebbende die van Hollant van allen ouden tyden in allen contributiën betaelt d'een helft van de voornoemde van Brabant ende die van Zeeland een vierde van die van Holland, d'welcke twee partyen, te weeten die van Holland [en Zeeland], t' samen belopen zoude ter somme van vn'ff hondert duysent gulden. Ten tweden dat diezelve van Holland ende Zeeland believe op te stellen elex in zün quartier voor den tjjt van een halff jaer die generale middelen, onlancx in alle andere provinciën gepractiqueert, ende die penningen, daeraff comende, te willen zenden naer Bruessele in handen vau heurluyder voorseide trésorier generael, mr. Dirrick van der Beecke, opdat dezelffde penningen geëmployeert worden ter defentie ende bescherminge van de gemeene vaderlande volgens de voorseide pacificatie, gemaect tot Gend, mit presentatie van myn voornoemde heeren, de Staten van Holland ende Zeeland, te doen hebben ettelicke exemplairen totten effecte als boven. Ten derden dat diezelve van Holland ende Zeeland believe te contribueren mitto andere provinciën heurluyden paert ende deel in de quote van XXVII0 LXXXm guldèn, oock geaccordeert ende airede begonst te lichten by de andere provinciën, te weten in drie diverscbe partyen, eene van LXXXm, d'ander van VIIcm ende de derde van twe milioenen guldens1), als wesende het eenich middele ende remedie omme die Duytlantsche uuyten lande te verdryven ende uythouden. Ten vierden, gemerckt tzelffde grotelicx gelegen is in acceleratie ten fyne die Generale Staten niet verrast en werden, sal die Staten van Hollandt ende Zelandt believen promptelick ende in minderinge van meerdere schulden, zoe van 't voorgaende als het toecomende, zeynden naer Bruessele, te weten die van Hollandt hondert duysent daelders ende die van Zeelandt XXVm gelicken daelders. Ten vijften zal die voornoemde van Holland ende Zelandt believen op te brengen by provisie in minderinge van haerluyder quote in drie voorseide partyen die somme van hondert duysent guldens over haerluyder beede. Ten sesten ende laetsten sal de voornoemde Staten van Holland ende Zeeland heurluyder gedeputeerde, te Bruessele wesende ofte noch te commen, volcomelick authoriseren ten fynen. 3 September: de brief van den Prins van 31 Augustus is medegedeeld aan den Raad van Oorlog (R. i. d.) *). 1) Zie hierover nader Rubriek VI. 2) Cf. hierna Rubriek III, 2° ald., op 4 Sept. Betr. Holl., Zeel., Oranje 1577. 172 38. R. 6 septembbe. — Aecordé de requérir monsr. le Prince d'Orainge se voloir transporter en Bruxelles et de se voloir accommoder es aultres pointz, plus amplement de'clairés en certain advis des nobles, et selon 1'instruction a donner '). Et pour ce faire sont commis le prélat de S*. Gertrud, le Sr. de Champaigny, le docteur Leonin et 1'advocat de Liesvelt. 7 September besloten de Staten, gehoord een kort rapport van Bassigny en Courteville, dat deze omstandig aan den Raad van Oorlog zouden rapporteeren.' - De instructie voor de gecommitteerden aan den Prins werd gelezen en de griffier gelast haar te teekenen (R. i. d.). 9 September werden een brief van den Prins van 3 September over Eindhoven en een van 6 September nit Geertruidenberg aan den Raad van Oorlog gezonden (R. i. d.). 10 September werd op een brief van den Prins van 4 September uit Geertruidenberg ten gunste van Herman de Canbouchum (?), kapitein van een compagnie voetvolk, besloten de aanbeveling bij gelegenheid te gebruiken; op het oogenblik waren alle compagnieën bezet (R. i. d.). 11 September werd besloten Courteville met Bassigny, die zich excuseerde, naar de vergadering der Staten van Holland en Zeeland te zenden volgens de gegeven instructie, waarin opgenomen zou worden het punt van Heusden (R. i. d.). — In plaats van Bassigny werd 12 September de burgemeester van Leuven aangewezen (R. i. d. p. p.). 39. R. 13 september. — Que ceulx de Hollande et Zélande seront requis de vouloir payer les soldats, estans en garnison a Heusden, en tant moings de ce qu'ilz doibvent contribuer avecq la Généralité, authorisants les députéz, envoyéz aux Estatz dudit Hollande et Zélande, de traicter avecq lesdictz soldatz pour 1'attermination de leur deu et les promptz deniers et aultrement, comme ilz trouverront convenir au plus grand proffict et moingdre charge des Estatz. Sur la lettre de monsr. le marequis de Haverech est dict que les députéz, envoyéz aux Estatz de Hollande et Zélande, remercient bien affectueusement monsr. le Prince d'Orainge de ce qu'il présente faire divertir les franchois touchant leur venue a 1'ayde de don Jehan, et que les Estatz ont desia commis les Srs. de Welerval et baron d'Aubiny pour ses trouver vers le duc d'Alenchon a 1'effect que dessus; et sy avant que ledict Sr. Prince a aultre moyen a la main, il en veulle advertir aux Estatz pour en user en toute célérité comme de raison. Ordonné depuys d'escripre a monsr. le Prince d'Orainge que les Estatz remercient Son Ex°e. de son offre et qu'icelle Son Exee. veulle divertir les forces du duc de Gnise aux moindres fraitz et despens que faire ce pourra2). 40. R. 14 september. — A esté ordonné d'augmenter 1'instruction de Rolant de Corteville 3), eu tant que touche de requérir le Prince d'Orainge, affin de divertir les forces du duc de Guise, comme il a promis de faire au marequis de Haverez et baron de Vile. P. p. — Sur Ia requeste du bourgmaistre et eschevins de Dunckereke est résolu qu'icelle et les pièces joinctes seront mises es mains du borgmaistre 1) Actes, n». 776; Archives, 1«, 155. — De credentie: Actes, n°. 775; B. R. B., ms. 16123 — 16131, fol. 75. 2) Actes, n°. 790; Corresp. Guill. le Tac, IV, 17. 3) 13 September werd hem en Roelofls 200 p. art. toegelegd (R. i. d.). 178 Betr. Holl., Zeel., Oranje 1577. de Lovain, Roeloffz, et Sr. de Courteville, eschevin du Francq, pour les communicquer de la part des Estatz Généraulx et faire remonstrance et iustance a monseigneur le Prince d'Orainges aux fins, contenuz en ladicte requeste. Ordonné qu'ensuyvant la résolution, prinse hier, soit adjousté a 1'instruction, a donner a monsr. de Courteville et le borgtnaistre de Lovain, de requérir que monsr. le Prince veulle renforcher son camp devant Breda. 41. R. 18 september. — Sur la remonstrance, faicte par le pensionaire de Middelborch, est dict que les lettres, tiltres, papiers et munimens concernans monsr. le Prince d'Orainge, trouvéz aux coffrez, amenéz du ehasteau d'Anvers, seront renduz audict pensionaire au proffict dudict Sr. Prince moyennant inventoire et recepisse; et fera quel ung des députéz a visiter toutes les pieches 1'inventoire. 19 September werd geadviseerd „les Srs. le séneschal, de Capres et de Fresin" met „les abbés de Vileers et Marolles" te verzoeken den* Prins te Antwerpen te verwelkomen. — Na den middag: de gecommitteerden krijgen een credentie en een instructie ') mede (R. i. d. p. p.). 42. R. 24 september. — Monsr. le Prince d'Orainge s'est trouvé aux Estatz, ayans esté ad ce requis de la part d'iceulx par certains commissaires, ad ce fin commis, et a promis et assuré les Estatz pour sa personne et sa suyte que nul scandal sera faict suyvant la réquisition desdictz Estatz. Sur le raport de messieurs les prélatz de Vileers et Maroille, messieurs les sénéchal, Fresin et Capres d'avoir amené monsieur le Prince d'Orainge en ceste ville ont Messieurs déclairé iceulx avoir bien faict et avoir en ce ensuivy leur instruction dont ilz ont demandé et obtenu acte pour leur descharge. 1 October werden de pensionaris van Den Bosch, Provins en de burgemeester van Deventer aangewezen, om de „lettres et instructions" van de Staten van Holland en Zeeland te onderzoeken en hierover rapport te doen (B. i. d.). 43. R. 12 october. — Le Sr. de Courtewille ayant faict rapport des poinetz de sa commission, est ordonné que ledict Sr. Courtewille mectra les poinetz, icy remonstréz, par escript. Néantmoings si le recepveur Bacx veult debourser les trois mille florins, qu'on escripve lettres aux villages entour de Huesden de rembourser des premiers deniers qu'ilz auront a contribuer, et eseripre lettres au capitaine de Huesden, afin qu'ayant receu lesdictz trois mille florins, il sorte la ville*- et requérir ledict Sr. de Courtewille dont le borgemaistre de Louvain fera le descompte et en prendra la charge et luy1 donner ordonnance et commissaires pour les faire incontinent marcher au camp. Ook nu voegen wij aan deze rubriek een afzonderlijke onderafdeeling toe voor de betrekkingen met de steden in Holland en Zeeland, die nog niet de zijde van den Prins gekozen hadden. Zij betreffen voor het leeuwendeel Amsterdam; de andere, hierbij genoemde steden, sluiten voor en na hare satisfactiën met den Prins en komen dan in deze rubriek niet verder ter sprake. 1) Acte», n». 804 en 805; Corresp. Guill. Ie Tac, IV, 19 en 21. Betr. Holl., Zeel., Oranje 157' 174 44. R. 13 januari. — Que l'on cassera les mattelotz et gens de la guerre marine, estans a Amsterdamme, et lorsque les commis dudict Amsterdamme seront arrivéz, l'on traictera avecq iceulx, affin qu'ilz les asseurent et payent. Cependant est ordonné par le Conseil de la Guerre au secrétaire dudict Amsterdam de faire les comptes et descomptez 1). 45. R. 15 januari. — Les Sre. ont pour aggréable la négociation ce que a esté aecordé par monsieur de S'. Gillain, le prélat de Marolle et le Sr. docteur Leoninus avecq les députéz des Estatz de Hollande et Zélande suyvant 1'escript, ad eest effect faict et signé. Les Sra. ont commis monsr. le docteur Elbert Léonin et Ie docteur Boyemer, pour ses trouver vers Son Exce. a Middelborch et les Estatz de Hollande et Zélande et traicter sur le contenu de 1'acte, cy-dessus aecordé. Het bovengenoemde geschrift 2) luidt als volgt: 45a. 15 januari. — Comme aux Estatz Généraulx ont esté représentéz certaines difficultez et différens, esmeuz au regard de la conduyete et régiment des villes de Haerlem, Amsterdam, Schoonhoven et aultres, ensemble au regard du retour d'aulcuns particuliers en la ville de Valenchiennes qui ont esté banniz de ladicte ville devant 1'an LYI, ont esté commis certains personnaiges par lesdictz Estatz pour communicquer sur le tout avecq les députéz d'Hollande et Zélande, estans présentement en la ville de Bruxelles, qui après plusieurs conférences, tenues par ensemble, ont advisé sur le bon plaisir desdictz Estatz et du Sr. Prince d'Oranges avecq les Estatz d'Hollande et Zélande que suyvant le teneur et vraye interprétaticn de la pacificatión, pen naguerres faicte, lesdictes villes se doibvent effectuellement déclairer et joindre avecq lés Estatz Généraulx, devant joyr de 1'effect de ladicte pacificatión; item que dépend[l. devant?] ladicte déclaration et adjoinction faicte, lesdictes villes, estanz requiz de la part dudict Prince pour s'associer avecq les aultres villes d'Hollande dessoubz le gouvernement dudict Sr. Prince, debvront exhiber en bonne foy et sans dilay leurs difficultéz tant au regard de la religion que aultrement et que ledict Sr. Prince debvra sur lesdictes difficultés donner satisfaction ausdictes villes, devant qu'ilz seront tenues se soubmectre audict gouvernement, et que cependant et après ladicte adiunetion avecq les Estatz Généraulx l'on debvra faire cesser toute hostillité d'ung costé et d'aultre. 1) Aan Leoninus werd bij zijne zending naar het Noorden (zie beneden) opgedragen ook met Amsterdam hierover te handelen. Volgens zijne instructie werd hem commissie op Francois lloussart medegegeven, om met de kapiteinen en matrozen af te rekenen, indien Amsterdam goed vond ze af te danken. A'erder: Et combien que semble par lesdictes lettres dudict Sr. baron [nl. van Hierges, in ander verband in de instructie reeds genoemd] que les arriérages desdicts mattelotz seroient grandes et que néantmoingz on les pourroit contenter avec quinze ou seize mii florins ou livres arthois, si induira ledict Sr. docteur ceulx dudict Amstelredam pour les faire furnir ladicte somme par voye de quelque petit impost ou aultrement, signamment considéré que lesdictz mattelotz pour la plus grande part sont manans de ladicte ville d'Arastelredam et que tout ce que recepvront redondera au proufiit d'icelle, a cause des debtes, contractéz par iceulx mattelotz en ladicte ville. 2) Actes, n°. 307; A. V. Vpre3, port. 7. — In Leoninus' instructie (hiervóór, p. 161) wordt voor dit gedeelte zijner opdracht verwezen naar „l'advis, delibvré audict docteur par escript", waarmede natuurlijk bet in onzen tekst genoemde geschrift bedoeld is. — De credentie-brief van 16 Januari: Actes, n°. 311; Corresp. Guill. le Tac, lil, 180; deze is ook op naam van Boymer. 175 Betr- Holl,. Zeel., Oranje 1577. Et quant ausdicts bannis, retournéz en la ville de Yalencbiennes, at esté advisé que l'on doibt aussy sur ce poinct rapporter et ultérieurement communicquer avècque lesdicts Sr. Prince et Estatz d'Hollande et Zélande et que cependant lesdictz bonnaires, retournéz et saisiz en ladicte ville de Yalenchiennes, debvront estre relaxéz et renvoyéz bors les pays dont ilz sont banniz, jusques a ce que par ultérieure communication aultrement sera ordonné. Item pour tenir ladicte communication, ensemble pour intercéder et moyenner la satisfaction que ledict Sr. Prince donnera aux villes susdictes, seront députéz et envoyéz vers lesdict Sr. Prince et Estatz d'Hollande et Zélande commissaires avecq povoir convenable pour la liquidation et résolution des poincts et articles susdictz. 46. R. 29 januaki. — Sur la remonstrance verbale de ceulx d'Hollande au nom du Prince d'Orainge touchant le deschargement des gens de guerre de ceulx de Harlem est dict que les Estatz intercéderont vers ceulx du Conseil d'Estat pour descharger ladicte ville desdicts gens de guerre, veu que ladicte ville seroit d'accord avecq ledict Prince d'Orainge l). Sur la requeste de ceulx d'Amsterdam 2): lettres itératives au colonel des Escoissoys, affin qu'il ayt a renvoyer les députéz d'Amsterdam en tel estat qu'ilz sont, es mains des Estatz Généraulx saulf son droict. 3 Februari werd besloten bet request van de gedeputeerden van Amsterdam aan kolonel Balfonr mede te deelen, „pour sur icelle dire on respondre demain au matin" in de vergadering der Staten (B. i. d.). — 5 Februari: Balfour en de gedeputeerden"voor gecommitteerden.te ontbieden, om ze te booren (B. i. d.). — 7 Februari: hen te hooren „devant les S18.", om daarna over te beschikken (B. i. d.). Nog dienzelfden dag: 47. R. 7 februari. — Après avoir oy la lecture du povoir des députéz d'Amsterdam, cy amenéz prisonniers avecq le capitaine des Escoiesois, il est dict que certains pensionaires, comme d'Anvers, de Bruges, Yman, et de Tournay, seront commis pour entendre les débatz de parties et en faire raport; et ont Broerham, advocat, et Ghindertalen, procureur, respondu pour les députéz d'Amsterdam jusques a la somme de IIIm escuz et sur icelle relaxéz, moyennant promesse ne sortir la ville sans consentement. Et ayant faict la caution es mains du greffier des Estatz, ont lesdictz députéz promis les indemner de ladicte caution et promis ne sortir la ville sans consentement. 1) Verder hierover 18 Febr. p. p.: Terion, Ayta en Yman met den schout van Haarlem zullen aan den Raad van State remonstreeren, dat deze brieven verleene aan Bossu en aan de kapiteinen en soldaten te Haarlem, om zich onmiddellijk overeenkomstig de pacificatie te verwijderen; dergelijke brieven zullen de Staten schrijven (B. i. d.). Volgens het register van Liébart (A. G., Cart. 327B, fol. 13) werd hiertoe besloten: „oye la remonstrance verballe de 1'escoutette de Harlem des misères, calamités et pouvretés et anxiétés de ceulx dudict Harlem". — De brief aan den Prins van 20 Februari: Actes, n°. 411; Corresp. Guill. le Tac, III, 238. Dergelijke requèsten als betreffende Haarlem kwamen van streken eh steden, die in hetzelfde geval verkeerden, meer in: van Zuid-Beveland en Goes 29 Jan. en 6 Febr. en cf. 9 Febr. (gerenvoyeerd aan den Raad van Oorlog). 2) Waarschijnlijk zal bedoeld zijn de brief van de burgemeesters van Amsterdam van 22 Januari 1577, waarin deze den Staten kennis geven van de gevangenneming hunner gedeputeerden door de Schotten en aandringen op hunne bevrijding (G. A. Amsterdam: minuutboek 1577—1578). Betr. Holl., Zeel., Oranje 1577. 176 Ten opzichte van Balfour: zflne remonstrantie te toonen aan de gedeputeerden van Amsterdam, om hierop voor commissarissen te antwoorden (R. 11 Februari). 48. R. 12 februari. — Sur la requeste de ceulx d'Amsterdamme les Estatz ont reinerciéz lesdictz d'Amsterdamme, les recoipvant en 1'Union en advoyant le traicté de paix, fait a Gand, sans préjudice du droict des Escossois, sy aulcun ilz en ont contre eulx, et que ce ensuyvant seront escriptes lettres au Prince d'Orainge et aultres suyvant le dispositiff dê leur requeste '), et ce après par eulx avoir déclairé leur intention avoir esté tonsiours sincère et encoires estre celle que de se joingdre avecq les Estatz et se conformer et règler suyvant ledict traicté en et par tout. De acte 3) van dit besluit verduidelijkt het: 48a. 12 februari. — Après avoir par mess™, les Estatz Généraulx du Pays-Bas veu et oy la lecture du povoir et commission de Jacques Theus Gerritszen, Sybrant Buyck, vieuborgemestre, et mre. Martin Blocklant, pensionaire de la ville d'Amsterdam, que leur a esté donné par les bourgmestres et Conseil de ladicte ville le XIP de déceinbre XVc LXXVI 3), signé Coppens, tendant icelle, affin de avec les députéz des Estatz Généraulx de tous les pays de pardeca, assambléz a Bruxelles, adviser, conclure et résouldre tant a 1'endroict de la pacificatión, faicte avec le Prince d'Orange, Hollande, Zélande et associéz, comme de la retraicte et sortie des soldatz espaignolz hors lesdicts pays, saulff tontefois 1'observance de la religion catholicque appostolicque romaine et obéissance, deue a Sa Mté., repos et tranquillité desdictz Pays Bas, ont mesdicts S™. des Estatz en premier lieu remercié lesdicts d'Amsterdam de leur bonne veulle et affection qu'ilz démonstrent et portent a la commune patrie, les acceptans pour ce et aultrement [enj leur générale union, requérans d'aultre part qu'il plaise a monseig'. le Prince d'Oranges, les Estatz d'Hollande et Zeelande et associéz les accommoder selon le contenu de la pacificatión, faicte a Gand, puisque lesdicts d'Amstelredam ont expressément, tant de bouche que aultrement, déclairé en toute siucérité se vouloir conformer et ce partout selon icelle pacificatión en tous et queleoncqr.es ses points et articles, a laquelle fin seront par lesdictz Estatz Généraulx escriptes lettres tant a Son Exce. et aultres selon le dispositiff de la requeste desdicts d'Amstelredam. Met Leoninus en Saventhem, 7 Maart naar den Prins gedeputeerd *), zou ook één der burgemeesters van Amsterdam medegaan (R. i. d.). 9 Maart: Jacob Theeuws, een der burgemeesters van Amsterdam, blijft borg voor de pretensiën der Schotten, daarvoor zijn persoon en goederen verbindende; de andere belooft hem „costeloos ende schadeloos daeraff t' ontheffen" (R. i. d. p. p.) 5). 1) De brief aan den Prins van 13 Febr.: Actes, n». 393; Corresp. Guill. le Tac, III, 208. 2) A. V. Ypres, port. 7. 3) R. A., Aanw. 1826, n«. 18, fol. 145. 4) Hiervóór, p. 163. 5) Denzelfden dag besloten de Staten den burgemeesters, van Amsterdam den inhoud van hun request toe te staan, „parmy furnissans ad ce qu'ilz présentent" (li. i d. p. p.). 177 Betr. Holl., Zeel., Oranje 1571 26 Maart en 2 April werden resp. antwoord van de gedeputeerden van Amsterdam met antwoord „sur le renvoy y attaché" en repliek van kapitein „Bobert Gailliere" *) in handen van partijen gesteld (B, i. d.). 49. R. 2 april. — Les Sn. ont accepté ceulx de la Thole, pays de Zélande, en leur Union. Aujourd'hny, le II6 d'Apvril 1577, ont mess™, les Estatz Généraulx des Pays Bas, après avoir visité les povoirs et commissions de certains députéz de la ville et pays de la Thole, pays de Zélande, en date le XXX" de Mars dernier, déclairé et déclairent par cestes leurs commissions estre souffisantes et pertinentes, les ayans accepté, joinctz et uniz avecq eulx, Estatz Généraulx, pourjoyirdela pacificatión, faicte a Gand aveeq monsr. le Prince d'Orainge, les Estatz d'Hollande et Zélande et associéz. Faict a Bruxelles au jour, moys et an que dessus *). 9 April werd op een request van AmBterdam besloten, dat de supplianten nader moesten specificeeren de punten, waarover zij zich beklaagden (B. i. d. p. p.). 10 April werden Van de Caemere en de pensionaris van Doornik gecommitteerd, om de door die van Amsterdam te berde gebrachte punten te hooren en er rapport over te doen (B. i. d.). 13 April rapporteerden de pensionarissen van Antwerpen, Brugge en Doornik over het „différent communicatoir" tusschen de gedeputeerden van Amsterdam en de Schotten; besloten rapport te doen aan den Baad van State, om het geschil te beslissen. De pensionaris van Doornik rapporteerde over het request van Amsterdam; besloten werd, dat hij een brief aan den Prins zou ontwerpen, om de stad ter wille te zijn in de door haar voorgestelde artikelen, als geheel gegrond op de pacificatie (B. i. d.). 19 April werd de brief aan den Prins 3) gearresteerd (E. i. d.). 50. R. 27 april. — Après avoir leu la requeste de la ville d'Amsterdam, tant pour le faict de licentes que pour le faict de satisfaction a obtenir de mons'. le Prince4), a esté dict que, actendu que ceulx de ladicte villedésirent que ceulx du Conseil d'Estatz et Estatz Généraulx interposeroient leurs authoritéz, d'aultant qu'ilz ne povoient accorder avecq Son Ex06., les pièches seront délivrées a mess™, du Conseil d'Estat, pour oyr avant tout leur advis. 8 Juni kwamen dezelfden, die over de preek bij Mechelen een propositie deden "'), 1) 2 April wordt hij: „Goerlet" genoemd. 46 April is sprake van een request van Jean Gorle, broeder van Hobert Gorle, kapitein der Schotten (Ti. i. d.). 2) Nader 27 April: naar aanleiding van den brief van den Prins van 12 April ten gunste van Tholen en de satisfactie van Tholen besloten, dat de gedeputeerden van Tholen hunne klacht aan den Raad van State zullen voorhouden; de Staten zullen er gaarne toe medehelpen, dat zij van de „gendarmerie" bevrijd worden (R. i. d ). 24 Hei werd volgens een apostillé van den Raad van Financiën op een request van Tholen Van der Beken gelast een obligatie van 4000 p. te geven. (R.i. d ). 5 Juni werd naar aanleiding van een brief van Tholen besloten aan de stad te schrijven, dat de Staten met de afrekening der Hoog-Duitscbers bezig waren (R. i. d.) en 28 Juni op een request van burgemeesters en schepenen, dat Beken zyne particuliere obligatie van 1000 p. zou geven, in 2 maanden te betalen, volgens advies van den Raad van Financiën (R. i. d.). 3) Inhoudsopgave: Bor, I, 810. 4) In het request aan de Staten (A. G., Aud. 587*) is alleen sprake van de satisfactie: hierover is geen overeenstemming verkregen, zooals blijkt uit het gebesoigneerde [nl. met den Prins]; daarom verzoeken de „bourgmaistres et régens" van Amsterdam, dat de Staten hunne autoriteit gebruiken, om een overeenkomst te bewerken. — Cf. hiervóór, n°. 29. 5) Hiervóór, p. 168. 12 ÏSetr. Holl., Zeel., Oranje 15?' 178 het advies van don Jan over „le faict d'Amstredam" proponeeren; de Staten wezen tot onderzoek dezelfde gedeputeerden aan (R. i. d.). 51. R. 20 juni. — Mess18, les Estatz Généraulx des Pays Bas trouvent bon, que ensuyvant les lettres de Son Altèze on escripve lettres a monsr. le Prince d'Orainges, Estatz d'Hollande et Zélande, affin que ensuyvant lecontenu du traictié de la pacificatión, faicte a Gand, ilz se veullent accommoder avecq ceulx d'Amstredamme; et cornme ilz voyent qu'il y a quelques différentz entre eulx et lesdicts d'Amstredamme quy ne se peuvent bonnement accorder, que Son Exee. et lesdicts d'Hollande et Zélande veullent commettre quelques ungspour vnyder lesdicts différentz, ceulx des Estatz avecq consentement de Son Altèze commetteront semblablement, pour avecq eulx ad ce entendre et accorder parties amiablement, reqnérans que cependant Son Exoe. et ceulx d'Hollande et Zélande veullent superséder de toutes voyes de faict, en délaissant lesdictz d'Amstredamme joyr du fruict de ladicte pacificatión, comme tous aultres subiectz des Pays Bas, et conséquament en leur libre navigation, entrée et sortie de ladicte ville par toutes sortes de navires en flotte et sans flotte et communication du traficq des marcbandises en toute sorte que ce soit, selon que les privileges et droietz anciens avecq les libertéz sont par ladicte pacificatión confirméz etjnréz d'entretenir et observer '). De aanhef van den bovengenoemden brief *) der Staten aan den Prins en aan de Staten van Holland en Zeeland, dd. 21 Juni, luidt als volgt: 51a. 21 juni. — Hebbende ghehoirt het rapport van de heeren Jaspar Schetz, tresoirier generael van Zgnder Mtey*., ende doctor Elbertus Leoninus ende daer beneffens ontfangen hebbende zekere doleanciën, die de regeerders der stadt van Amsterdamme by supplicaciën hebben te kennen gegeven, zo aen de Hoocheyt van don Jehan d'Austrice, gouverneur generael van dese Zgnre Mteyts, Nederlanden, als aen ons 8), nae djversche communicatiën, daerop ghehouden, en hebben wy niet kunnen onderlaten by desen Uwe Excle., Edelheyt, weerden ende leefden t'adverteren [Volgt het besluit.] 22 Juni zonden de Staten dezen brief met begeleidend schrijven ter goedkeuring aan don Jan; zfj gaven tevens te kennen hem hun besluit van 20 Juni niet te hebben medegedeeld, omdat zij meenden, dat Rassenghien en Grobbendonck, beiden bij het nemen er van aanwezig, dit gedaan hadden 4). Dit schreven zij naar aanleiding van don Jan's brief van 21 Juni, waarin hij, gehoord hebbende, dat Amsterdam van alle kanten omsloten was, in overweging gaf „quelque personne de qualité" naar den Prins te zenden om hierover te onderhandelen 5). 1) Cf. Actes, n°. 612; A. G., Aud. 5873 (orig.). Deze acte is woordelijk gelijk aan wat in de resolutiën staat. Klaarbijkelijk is Actes, n°. 661, hetzelfde stuk; de datum er van is dan onjuist. 2) A. G., Aud. 587». 3) Een zeer uitvoerige remonstrantie, waarin al de geschilpunten tusschen Amsterdam en den Prins in den breede behandeld worden: Actes, n°. 611; A. V. Ypres, port. 7. Wanneer dit stuk aan de Staten is voorgelegd, blijkt uit de resolutiën niet. Stellig vóór 8 Juni, want op dien dag werd het advies van don Jan (A. V. Ypres, t.a. p.), opgesteld naar aanleiding dezer memorie, reeds ingediend (zie boven). Het besluit der Staten komt in hoofdzaak met de conclusie van dit advies overéén. 4) A. G., Aud. 587' (orig.). 5) Alsvoren (minuut). 179 Betr. Holl., Zeel., Oranje 1577. 52. R. 27 juni. — Les Estatz se sont conforme'z a la re'quisition de Son Altèze, déclarée par sa lettre close '), et ce ensuyvant commectent mons'. le président Sasbout pour besongner avec monsr. le Prince d'Orainge, Estatz d'Hollande et Zélande sur le faict d'Amstredamme suyvant la résolution précédente; et que mess™. De Schoonhoven et pensionaire de Bruges, Ymant, se trouveront vers ledict président Sasbout, affin qu'il veulle acceptér la charge suyvant 1'instruction qu'on luy donnera2). P. p. — Conclud que mons'. le président Sasbout seul se trouvera vers mons'. le Prince d'Orainge, Estatz d'Hollande et Zélande et que 1'instruction luy sera donhée conformément a la résolution, prinse sur le faict de la ville d'Amstredamme. De instructie van Sasbout werd 28 Juni gearresteerd (B. i. d.) 8). 18 Augustus werden op het request van de burgemeesters en andere gedeputeerden van Amsterdam Bossu, Sasbout en Grobbendonck gecommitteerd, om met de gedeputeerden van den Prins te besogneeren (B. i. d.). 25 Augustus werd op het request van de gedeputeerden van Amsterdam beschikt, dat de gedeputeerden van Holland aanwezig zijn, om in overleg te treden met hen, wien de Staten last hebben gegeven volgens hunne instructie (B. i. d.). 53. R. 21 september. — Sur la requeste de ceulx d'Amstredamme est conclud d'escripre lettre a Son Exee. de voloir faire cesser toute hostilité vers ceulx d'Amstredam. durant ie débat sur la satisfaction, a donner par Son Exce. ausdicts d'Amstredame. Et pour wider le différent de ladicte satisfaction, on attendra quelques jours, troys ou quatre, pour seavoir, sy Son Ex"*, ae trouvera a Bruxelles. Aultrement seront mess™, le Comte de Boussu, président du Conseil Privé et le S'. de Grobbendonck requis de faire la dicte widange en Anvers avecq Son Ex66. Het hier bedoelde request 4) luidt: Remonstrent en toute révérence les députéz de la ville d'Amstelredam, comme ilz supplians, ayans icy estéz environ six sepmaines en espéranee de povoir accorder avecq les députés de monseign'. le Prince d'Oranges sur la satisfaction, demandée au nom de ladicte ville, n'ont encoires peu obtenir quelque chose sinoncq que lesdictz députés après dispute et communication, eue d'une part et d'aultre sur tous les différens devans inesseign". les commissaires le conté de Bossu, le président Sasbonlt et le Sr. de Grobbendoncq, ont promis tant faire vers Son Exoe. que leur fut envoyé de brief procure suffissante pour finablement sur lesdictz différens transiger, sans toutesfois que riens en est suyvy, nonobstant que passé XIIII jours a ceste fin a esté escript vers Sadicte Ex06, par vous nobles Srie8., avecq lesquelles, comme bruict est, que ledict 1) Van 20 Juni: Actes, n°. 620; Corresp. de Philippe II, V, 758. 2) Cf. Actes, n». 623. 3) Hem werd 200 p. art voor de reis toegelegd (R. 28 Juni). — 13 Aug. werd eenrequest van Sasbout verwezen naar de Kamer der Beden om advies. 3 Sept. werd Van der Beken gelast hem 239 p. 17 s. art. te betalen wegens zijne verschotten, waarvan de reeds betaalde 200 p. af te trekken. 20 Sept. werd hem nog 200 p. voor z\jne reis toegekend (R. i. d.). 4) A. G., Cart. 327B, fol. 152. Betr. Holl. Zeel., Oranje 1577. 180 Sr. Prince se trouvera de brief, les supplians n'ont peu laisser de ramentevoir qu'en leurs demandes ilz ne tendent a aultre but que de povoir par bonne assceurance maintenir dedans leur territoire la saincte foy Catholicque Romaine, ensamble 1'authorité de la Mté. Royalle, conserver leurs droictz et privileges et de divertir de leurs povres poeuples aulcunnes impositions intollérables dont en conformité de 1'accord et union, par eulx faicte avecq vosdictes gries, ijt ausquelles ilz prient trés hnmblement de vouloir prendre au eoeur le pouvre estat de ladicte ville et en respect de ladicte union tant faire vers ledict ST. Prince que leur demande comme juste et raisonnable leur soit accordée, ou sur le rapport desdictz Srs. commissaires — partyes, sy besoing sera, ouyes — déclarer ouvertement vostre intention et jugement sur chacun desdictz différens, affin que les supplians, se confians a la sagesse, prudenceet équité de vosdictes S1*68., se poeuvent avecq préallable ordonnance reigler selon icelluy jugement, ou du moingz qu'il vous plaise en ce que dessus user de brief de tel aultres remèdes que plus trouveres convenir. 54. R. 25 september. — Sur la requeste des députéz de la ville d'Amstredamme est dict que mess18, les Estatz Généraulx requièrent mess™, les Comte de Boussu, le président du Conseil Privé de Sa Mté. et le Sr. de Grobbendonck vouloir suyvant leur commission avancer la widainge du différent, estant entre les supplians et l'Exce. de monsr. le Prince d'Orainge, cy nientioné. 7 December schreven de Staten aan den Prins naar aanleiding van een klacht van Amsterdam *) over den overval van de stad door eenige Hollandsche compagnieën op den 23sten November, met verzoek er voor te zorgen, dat dergelijke inbreuken op de pacificatie niet meer zonden voorkomen 3). 11 December rapporteerden Courteville en Eoeloffs onder meer *): „quant au faict d'Amstredamme il y seroit remédié" (R. i. d.). 55. R. 15 december. — Sur les lettres de ceulx de la ville d'Amstredamme du IX° du passé 5) est aecordé passeport pour les députéz desdictz d'Amstredamme que pourront venir icy, et aussy eseripre a monsr. le Prince d'Orainge, affin de donner ordre que lesdicts d'Amstredamme puissent joyr de la pacificatión de Gand selon qu'ilz requirent par leur lettres dont l'on envoyera copie a Son Exce. m. DE BETREKKINGEN MET SPANJE, DON JAN VAN OOSTENBIJK EN DE SPAANSCHE TROEPEN IN DE NEDERLANDEN. Deze rubriek bevat voor 1577 twee af deelingen. De directe betrekkingen met Spanje werden geheel ondergeschikt aan die met don Jan en konden gevoeglijk hierbij behandeld worden. Deze laatste doorloopen verschillende stadia, wat wij — bij de uitgebreidheid van het onderwerp — goed voor oogen dienen te houden: tot aan de publicatie van het Eeuwig Edict (Februari); tot aan don Jan's komst te Brussel (Mei); tot aan 1) In dezen tusschenzin is, naar men zal. opmerken, iels uitgevallen of de constructie deugt niet; misschien is in plaats van „dont" — „tout" te lezen. 2) Dij brief van 27 Nov,.(G. A. Amsterdam, minuutboek 1577—1578). 3) Bor, I, 908. 4) Zie ook rubrieken VI en XII. — Over hunne vacatiën zie R. 13, 17, 29 (2 X) Dec. 5) G. A. Amsterdam, minuutboek 1577—-4578: de stad van alle kanten ingesloten; verzoek om voldoende paspoort voor gedeputeerden en boden der stad. 181 Betr. Spanje 1577 de Verrassing van het kasteel te Namen (Juli); tot aan de opzegging van de gehoorzaamheid aan den landvoogd (December). In de tweede afdeeling volgen dan de betrekkingen met de Spaansche soldaten. 1 en 2 Januari gaven de Staten van Namen aan die te Brussel een kort verslag van den stand der onderhandelingen '), o. a. mededeelende, dat don Jan besloten had „de se mectre entre noz mains en une ville de Brabant, pour accomplir ses promesses','. 2 Januari schreven ze aan don Jan over de afpersingen van de Spaansche soldaten met verzoek hierop orde te stellen '•). Dienzelfden dag „a 12 heures de nuict" schreven de Staten te Namen aan die te Brussel8): „Nöus avons receu la vostre, envoyé par le S*. de Court, et ayant veu le contenn d'icelle, n'avons bonnement scen entendre les particularitéz et moins la résolution que semble estre prinse par vous aultres messieurs, vous priant bien fort vous vouloir trouver selon votre promesse et serment en ceste ville et ce incontinent et sans dilay quelconque, affin d'éviter toute occasion de séparation et pour joinctement obvier aux' inconvéniens que pourroient sourdre. A tant messieurs" — — 3 Januari schreven de Staten te Namen aan don Jan over de onderhandelingen *). Tevens schreven zij aan de keizerlijke gezanten, aan de gezanten van den Bisschop van Luik en aan den gezant van Engeland, om dezen te bedanken voor den aan hunne gedeputeerden verleenden steun s). 56. R. 7 januari. — Le prélat de S'. Gislain, esleu évesque d'Arras, a pour luy, le Sr. marequis de Haverech, le vicomte de Gand, le vicomte de Bruxelles et le pensionaire dn Francq, Meestkercke, faict raport de ce qu'ilz ontnégocié avecq Son Altèze a Marche en Famine et faict ostention de leur instruction et de 1'instruction précédent*, usé a Luxembourch, avecq les offres qu'ilz povoient faire par tous moyens a eux possibles, asseurance de la personne de Son Altèze, en cas qu'il se volsit joingdre avecq les Estatz, requirant et priant les Sra. prendre de bonne part leur travail. Diénzelfden dag werd besloten het request van Antwerpen aan den Baad van State te zenden, opdat deze gelijk met de Staten aan don Jan zou schrijven „en conformité du dispositiff de ceste" (B. i. d.) 6). De inhoud blijkt uit den brief der Staten zelf: hij handelt over een edict van Boda, om de burgers, die Antwerpen na de plundering verlaten hebben, te dwingen er terug te keeren '). 57. R. 9 januari. — Les ambassadeurs de 1'Empereur ses sont présentéz et après avoir déclaré 1'intention de Son Altèze a 1'endroit des Escoissois, envoyéz oultre Meuze, les S™. ont dict de les lire la dernière lettre, escripte a Sadicte Alteze, pour les contenter 8), et que l'on deinandera copie de 1'instruction du Sr. conseillier Fonck. 1) Actes, n°. 264; Corresp. de Philippe II, V, 650 en 656. 2) Actes, n°. 271; Corresp. de Philippe II, V, 655. 3) A. V. Ypres, port. 11. 4) Actes, n°. 272; Corresp. de Philippe II, V, 656. 5) Als noot 3. 6) De postmeester werd verzocht onmiddellijk een bode met brieven van Raad van State en Staten-Generaal naar don Jan te zenden (R. i. d. p. p.). 7) Actes, n°. 278; Corresp. de Philippe II, V, 660. 8) Tot verklaring van deze zending der Schotten hadden de Staten 7 Januari aan don Jan geschreven (Actes, n°. 279; Corresp. de Philippe II, V, 659). Betr. Spanje 1577. 182 10 Januari schreven de Staten aan don Jan over de onderhandelingen; zij kondigden de zending van Willerval aan, die een vrijgeleide moest vragen voor den Raad van State, die voor de verdere onderhandelingen naar Hoey zon gaan •). Hierover schreven zij ook aan den Bisschop van Lnik s). 12 en 18 Januari schreven de Staten aan don Jan naar aanleiding van de plundering van de stad Utrecht 8) en 16 Januari kondigden zij de aanstaande komst van den Raad van State en van gedeputeerden van hen zelf naar Hoey aan, waartoe tengevolge van het rapport van Willerval was besloten4). Op dezen laatsten dag schreven ze nogmaals aan den Bisschop van Luik en aan de magistraat van Hoey om vrijgeleide 6) en tevens aan de keizerlijke gezanten te Hoey om dit te bezorgen *).' 17 Januari besloten de Staten op de remonstrantie van Champagney, dat deze in handen zon worden gesteld van de gecommitteerden tot de instructie voor de gedeputeerden naar Hoey, „pour emplier icelle du contenu de ceste" (R. i. d.). 58. R. 18 januari. — Les S**., ayans aussy oy la lecture de l'instruction, a donner a mess™, quy s'envoyent vers Son Altèze, ont aecordé d'arrester icelle 7), saulff que le point d'Angleterre, pour le premier article, ne doibt différer 1'effect de la pacificatión et que le mot d'Oultremeuse soit omise. 59. R. 19 januari. — II est dict que les S™. députéz et ceulx du Conseil d'Estat, destinéz vers Son Altèze, partiront cejourd'huy, nonobstant que monsr. de S". Gertrud auroit faict dire a Son Exce. de par les Estatz qu'ilz ne partiront cej'ourd'huy et que les Estatz escripvront lettre a monsr. le Rhme. et ville de Huy et envoyeront par le courier de Sa Grace Rhme., affin d'envoyer a Namur semblable saulvegarde pour les députéz des Estatz, comme a esté envoyé pour les Srs. du Conseil d'Estat. 60. R. 30 januari. — Les S™. du Conseil d'Estat, comme monsr. le Duc d'Arschot, le Baron de Rasseghem, le président Sasbout, les conseilliers Ponck et Indevelde et le S1. de Grobbendonck, trésorier général des finances, se sont trouvéz aux Estatz Généraulx, aussy les S™. commis, envóyés a Huy vers don Jehan d'Austriche, comme monsr. l'esleu évesque d'Arras, 1'archidiacre d'Ypre, Bucho, le Sr. de Champaigny, le Sr.de Zwevegem et le pensionnaire Meeckercke du Francq ses sont aussy trouvéz a 1'assemblée desdictz S™. des Estatz, ayans faict raport de leur besoingné 8), faict suyvant leur charge avecq Son Altèze, déclarans en oultre que monsr. le Rhme. de Liège et aultres subdéléguéz ambassadeurs de 1'Empereur sont requis d'obtenir de Son Altèze que les Espaignolz puissent sortir par terre et sans charge de les debvoir payer, et qu'ilz se trouveront a Bruxelles ce soir 9). 1) Actes, n°. 290; Corresp. de Philippe H, V, 665. — Over Willervars reis in de resolutiën alleen, dat Beken hem hiervoor zal betalen (R. 11 Jan. p. p.). 2) Actes, n°. 291. 3) Actes. n<». 295 en 300; Corresp. de Philippe II, V, 666 en 669. 4) Actes, n°. 310; Corresp. de Philippe II, V, 671. 5) Actes, n°». 313 en 314; Groesbeck, 19 en 20. 6) A. V. Ypres, port. 11. 7) Actes, n°. 319; Corresp. de Philippe II, V, 672, waar ook de namen der gedeputeerden van wege de Staten. 8) Actes, n°. 354; Corresp. de Philippe II, V, 675. — Blijkens het journaal van Liébart (A. G., Cart. 327B, fol. 7) werd nog door Champagney geproponeerd „la charge qu'il avaitreceue dudict don Jean, consistant en ce qu'il tint la main a " 9) Denzelfden dag: Yan der Beken aan hen, die 100 daalders hebben voorgeschoten als 183 Betr. Spanje 1577. De la Haye, Breucq, de aartsdiaken van Ieperen, Saventhem en Antoine van der Hert werden den keizerlijken gezanten, die te Leuven en Brussel onthaald zonden worden, tegemoet gezonden (R. i d.). Den volgenden dag werden Maroilles, Fresin, Beersele en Saventhem aangewezen om den Bisschop van Luik, die voor 100 „éens" onthaald zou worden, op te halen (B. i. d.) *). 61. R. 1 februabi. — Les S™. ambassadeurs de 1'Empereur se sont trouvéz vers les S™. des Estatz et, après avoir dict ce qu'ilz avoient en charge de dire, lesdicts S". des Estatz ont dict et respondu qu'ilz remerchient bien grandement les S™. ambassadeurs de leur paine, travail et debvoir, par eulx faict, pour mener les affaires troubléz en paix, supplians qu'ilz veullent continuer et persévérer en leur bonne dévotion, et que ceulx quy ont ésté envoyé en Huy, jointz deux ou troys aultres, avecq mess™, du Conseil d'Estat, communicqueront particulièrement avecq lesdicts ambassadeurs, pour après en faire raport; et que lettre sera escripte aux Allemans, se ayans joinctz avecq les Espaignolz, qu'ilz ont en ce faict directement contre le commandement, a eulx faict par 1'Empereur, ansquelz qu'ilz debvoient obéir. 62. R. 5 febedabl — Résolu que les S™. par pluralité des voix se conforment a l'advis de mess™, du Conseil d'Estat a 1'endroict le point du payement, encoires demouré indéciz, bien entendu que la présentation de la somme se fera a la moinghdre charge des Estatz et que en tout éven t on n'excédera la somme de IIfcm escuz; que monseignr. le Prince d'Orainge sera de tout informé et requis de donner son advis avant la finale résolution de la paix; que les Espaignolz, Italiens en Bourgoingnons ne pourront aulcunement toucher les munitions, mais qu'icelles demoureront pardecha; que la personne du Comte de Bueren sera restitué a sa liberté, comme avoir esté mené hors les pays, ville et université de Lovain contre les notoirs drpitz et privileges de Brabant et desdicts de Lovain et pour aussy aultrement estre comprins dessoubz la pacificatión, conclute entre enlx et ledict Prince d'Orainge, ceulx d'Hollande, Zélande et associéz; et qne quant au restablissement des gouvernemens, estatz et offices, ostéz a aulcuns, ce point doibt estre réservé et remis jusques a l'assemblée desdictz Estatz Généraulx suyvant le traicté de paix, faict a Gand, jusques auquel temps il ne convient rien innover pour asseurance desdictz Estatz et pays. Faict a Bruxelles 2). Ceulx de Geldre ont dict ne refuser a contribuer a la somme que se donnera pour estre quict les soldatz Espaignolz et cavallerie estrangière. Het advies 3) van den Raad van State, boven genoemd, luidt als volgt: geschenk voor de soldaten te Hoey, deze terug te betalen (R. i. d.). 4 Febr.: Jau van Beersele 128 daalders van 24 s. te betalen, door de gedeputeerden aan de soldaten en het scheepsvolk te Hoey gegeven (R. i. d.). — Ghislain kreeg als vacatiën wegens verblijf te Hoey 186 p. 9 d. art. (R. 2 Febr.). — Marolles en Crecques 380 p. 8 s. art. voor hunne vacatiën te Luxemburg jny soit semblablement payé, veu la bonne patience qu'il at eu iusques eest heure, sans en avoir oncques esté payé. 4. Oultre ce est plus que nécessaire pour tenir les soldatz en la bonne volunté en laquelle ils sont présentement de faire faire leurs desconiptes et leur donner les asseurances; lesquelles ayant receues, s'enchemineront la part, oü l'on vouldrat. 5. Si n e fault faire estat de tirer d'Utrecht les cincquante mille florins prétenduz, pour estre illecq desia employéz, tant en prestz qu'en munitions de guerre, encoires est ce chose bien nécessaire envoyer argent pour contenter les Walons qui sont tant en Haerlem, Schoonhoven, Vianen qu'en aultres places, ausquelz, passé long temps, l'on at promis deux mois de de payement. [Verder wordt aangedrongen in nog 3 punten op wegtrekking van de bezettingen nit Haarlem, Vianen, Schoonhoven en Buren *)]. 1) In de resolutie staat nog: „et ce que leur restera au premier payement, leur sera supplé par le second ou dernier payement". — Een aanschrijving aan Van der Beken, dd. 13 Febr., Ut betaling der in deze apostillé genoemde bedragen: R. A. Utrecht, Staten-archief, alsvoren. 2) In de resolutie staat: „que les XXXVI compaignies en Geldre et Utrecht seront payéz de leur prest de moys en moys par la Généralité". 3) In de resolutie gaat hieraan nog vooraf: „Sur le VJe [1. \e?] poim docteur Leonin a plaine commission". Daarna volgt nog: „Sur le VII» il est purgé par 1'article précédent". Het blijkt niet, waarop dit slaat. 4) Bij deze .3 punten geen apostilles. Uit de resolutie volgt nog, dat hieraan — alleen Buren wordt niet genoemd i- ook werd voldaan. Les asseurances sont envoyéz par docteur Leoninum et la commission pour faire le descompte est dépeschée sur Pranchois Houssaert. Messeigneurs du Conseil d'Estat escripvent lettres, affin de faire sortir les soldatz, et les Estatz d'Hollande pourvoy eront aux deniers nécessaires *). 247 Betr. Spanje 1577. •% Denzelfden dag werd naar aanleiding van een brief van den pensionaris van Mechelen besloten: Van der Beken zal hoofdelijk betalen volgens de resolutie der Staten en acte van den Baad van State; de betaling van de soldaten van Montdragon te doen volgens de rol der vorige monstering. — Op het request van de „gentilhommes, officiers et m". canoniers", gediend hebbende te Zierikzee, werd beschikt ordonnantie tot betaling van 2 maanden soldij te verleenen na 2 maanden; „et ce pour 1'instante prierye du Sr. de Trelon" (R. 1. d.) *)• 20 Februari keurden de Staten goed de door de gedeputeerden van Den Bosch ontworpen „lettres d'asseurance" voor het door Merode gemaakte contract (B. i. d.p.p.). 158. R. 21 februari p. p. — Résolu d'envoyer les lettres, conceues par mess™, du Conseil d'Estat, aux Allemans en Boisleduc, pour ne povoir faire payement en aultre monoyé que courrante, mais on attendra deux ou troys jours, jusques ad ce que on aura nouvelles de Son Altèze. Soit advisé que c'est chose estorquée par force, et ont encoires envoyé a don Jehan leurs commis, après avoir faict le contract avecq don Jehan [1. les Estats?]. Depuys résolu que on envoyera incontinent lesdictes lettres et, en cas que lesdicts Allemans ne se veullent contenter sans apparent grand dangier, on leur promettera d'aller quérir les lettres d'asseurance et de promesse des Estatz, et le Sr. de Merode 1'aura faict dépescher pour sa descharge, et que l'on les délivrera endedans deux ou troys jours. Deze resolntie wordt verduidelijkt door de volgende aanteekening uit het register van Liébart s): 158». 21 februari p. p. — Résolu de requérir inspection des lettres du Conseil d'Estat pour les Allemans en Boisleduc sur 1'asseurance demandée et promesse par appoinctement, avec eulx faict par le Sr. de Merode au nom des Estatz de payement de leur deu; et, icelles veues, ordonné est d'attendre deux a troys jours jusques nouvelles oyes de Son Altèze. Et leur a semblé que ledict appoinctement auroyt est[é] extorquié par force, eu regard au contenu de plusieurs lettres, tant dudict de Merode que d'aultres, mesmes selon les lettres du magistrat dudict Boisleduc, veu que lesdicts Allemans ont admys — depuis ledict appoinctement et sortye dudict de Merode hors ladicte ville — trompettes espagnolles et communicqué avec eulx et aultres six Espaignolles et aussy envoyé vers Son Altèze six a huict des leurs, [par oü] se retrouve avoyr contrevenue et forfait ledict contract et appoinctement partout; affin de ne déroguyer et se priver desdictes exeptiona [1. conditions ?], a semblé bon de n'envoyer encores lettres d'aggréation dudict appoinctement. Depuys résolu qu'on envoyera incontinent lesdictes lettres, sans les délivrer toutefois ausdictz Allemans, bien en cas qu'ilz ne se veullent contenter et qu'il y ait apparent dangier [verder gelijk aan n°. 158]. 1) Ook is dien dag sprake van een brief om betaling voor „ceulx de Mondragon", waarop besloten werd: wat Van der Beken hun lal betalen, lal rijn „pour le nouveau deu"; voor „le vieulx deu" nog wat geduld te oefenen (R. i. d.). Zie nog R. 14 Maart. 2) A. G., Cart. 327E, fol. 16v°. Betr. Spanje 1s77. 248 0 22 Februari werd Van der Beken gelast aan den trésorier Molckeman »), secretaris Melyn en andere gecommitteerden, om de rekening betreffende de Spaansche soldaten in handen der contadores te stellen, 100 p. art. te furneeren (B. i. d.). 26 Februari werd besloten, dat „ung ou deux" aan Francois Houssart zouden toegevoegd worden voor de afrekening met de krijgslieden te en om Utrecht, en goedgevonden, dat Bossu te Utrecht zou blijven, „tant que le Baron de Hierges v soit" *) (B. i. d. p. p.). 6 J ' 1 Maart schreven de Staten aan Schetz en Eouck, die als gedeputeerden te Antwerpen waren "), een brief 4), waarvan de aanhef volgt: 159. 1 maart. — Nous avons communicqué voz lettres ») a messeigneurs du Conseil d'Estat et a celuy de la Guerre et tous ensemble sommes d'advis qu'on ne peult ny ne doibt on mesier le faict des Allemans avecq ceulx des Espaignolz qui nous tiennent assez empesche'z, tellement qu'il les fault wider avant toutte oeuvre. Ceulx la achevéz, on entendra ce qui touche aux Allemans conforme 1'accord, faict avecq Son Altèze. 2 en 6 Maart verleenden de Staten apostilles op twee memories van Cruningen betreffende de soldaten te Utrecht en hunne betaling e). 5 Maart verklaarden de Staten tevreden te zijn, dat de Spanjaarden voor elke compagnie met 2 a 8 wagens werden voorzien mits tegen borgstelling, dat ze de wagenvoerders en de paarden geen kwaad zonden doen en ze niet buiten het land voeren; dit tegen 9 patars per dag, te betalen door de Spanjaarden; desgelijks betreffende dé levensmiddelen tegen redelgken prijs. - Tot „principal des vivres" bij den uittocht der Spanjaarden werd de commissaris Tseraerts aangewezen 7) (B. i. d.). 8 Maart werd op de drie punten, namens Hierges geëxhibeerd, besloten zooals blijkt uit de „apostilles, mises a la liache", en 9 Maart op de memorie van Hierges geapostilleerd „comme a la liache" (R. L d.) 8). 160. R. 10 maart. — Les 8™. ont aecordé aux lettres qu'on envoyé a mess™, de Bossu et Hierche, donnans povoir de lever LXm £ arth. pour casser aulcuns régimens, moyennant et a protestation et condition que ceulx de Geldres et Utrecht furnissent aussy le ce et moyens généraulx. 1) Dezen werd 8 Maart voor zijne commissie naar Antwerpen 200 p. art. toegelegd (R. i. d.). 2) Dit laatste besluit werd waarschijnlijk genomen naar aanleiding van een remonstrantie van de Staten van Utrecht, om Bossu, die de overgave van het kasteel op il Febr. bewerkt had en die weigerde op verzoek der Staten als gouverneur te Utrecht te blijven, te requireeren dit wel te doen (R. A. Utrecht, Staten-archief, vertalingen van Fransche stukken). 3) Zie hierna, p. 249, en Rubriek VI». 4) A. V. Ypres, port. 11. 5) Van 26 en 27 Febr. (resp. A. V. Ypres, port. 11, en R. A. Groningen, inv. Feith 1577, n». 97; de laatste ook Actes, n«. 428). De gedeputeerden brachten hierin ook de afrekening met de Duitschers ter sprake. 6) Actes, n». 438 en 442; Codex, II, ff», 34 vlg. — In de resolutiën wordt op 5 Maart alleen vermeld: geapostilleerd de „mis en avant" van Bossu, „dont copie est a Ia liache". Ook werd op dien dag een brief aan Bossu geschreven (R. i. d. en p. p.). 7) 9 en 25 April werden brieven van dezen Maximilien Tseraerts ontvangen uit Maastricht; de boden kregen resp. 2 philippus daalders en 23 s. art. Bedoeld rijn brieven van 7 April (Actes' n«. 534; R. A., Aanw. 4826, n<». 18, fol. 334) en 22 April (A. V. Ypres, port. 40). 8) 44 Maart werd de bode, van Hierges gekomen, aan dezen met brieven teruggezonden •n Van der Beken moest hem 25 p. geven (R. i. d.). 249 Betr. Spanje 1577, Uit den brief, dien de Staten 10 Maart aan Hierges schreven blijkt, dat de 60.000 p. bestemd waren tot cassatie van zijn regiment en van dat van Megen: „car puisque ce sont gens dont l'on ne poelt thirer service, comme déclairez, se sera ung bien bon office de descharger le pays, comme espérons aura faict monsieur le Comte de Boussu de son régiment". De som is gebracht op 60.000 p., ten einde iets overblijve om de soldaten te Boermond tevreden te stéllen *). 161. R. 13 maart. — Le commissaire Serraets a proposé qu'il luy est nécessaire d'avoir Xm £ arth. pour faire provision de vivres aux soldatz Espaignolz, Italiens et Bourguignons quy doibvent sortir, signament ceulx, estans en Anvers et Liere, et que aultrement iceulx soldatz ne vouldroient sortir, asseurans de les payer au tanx raisonable, tel qu'il sera ordonné par les commis, ad ce a ordonner, disant ledict commissaire qu'il y a XVIIIm bouches des hommes et VIIIm chevaulx. Sur quoy après délibération a esté résolu que les Estatz feront avancer audict commissaire Serraetz ou celluy quy en sera commis recepveur, la somme de six mille livres arth. des deniers de ceulx d'Arthoys quy seront cy cejourdhuy, et on le accommodera de la reste, montant IIII"1 £, par moyen de mons1. le président du Conseil d'Estat, a condition que ledict recepveur donnera sa lettre de remboursement endedans XV jours ou III sepmaines; néantmoings que ceulx d'Anvers et les villaiges le pourront aussy ayder en tant moings de leur centiesme s). 14 Maart werden de gedeputeerden te Antwerpen: Ayta, Grobbendonck en Rouck, gemachtigd aan de Duitschers te geven „bonnes parolles",. mits ze het verdrag niet te buiten gingen (B. L d.) 4). 15 Maart werden Schoonhoven, Courteville en Carlier gecommitteerd, om den Baad van State den brief van Grobbendonck te brengen over de volgens het verdrag aan de Duitschers te Antwerpen na het vertrek der Spanjaarden aan te wijzen plaats. — Dienzelfden dag werd besloten den Duitschers, van Dendermonde gekomen, 16 p. 12 s. te betalen (E. i. d.). 162. R. 17 maart5). — Les Estatz treuvent l'advis de messieurs du Conseil d'Estat bon a 1'endroict des Allemans, a demourer en Anvers, tant que l'on leur ait assigné aultre lieu, soubz serment, a faire a monsr. le Duc d'Arschot6). Een brief van de Staten aan de Duitschers werd denzelfden dag gearresteerd 1) A. G., Aud. 658, fol. 99; er is geen aanduiding van het adres op den brief, maar de geadresseerde is buiten twijfel Hierges. 2) Met deze afrekening staan waarschijnlijk ook in verband de obligatiên, aan Wittenhorst op diens verzoek gegeven, „requirans qu'il veulle recepvoir les bledz a tel pris qu'il a achapté, en tant moings de 1'assignation que luy a esté donné pour le payement de la bende d'ordonnance du S». de Hierge" (R. 15 Maart). 3) 14 Maart: Weellemans zal de ordonnantie voor 6000 p. voor de levensmiddelen teekenen (R. i. d ). 4) Ook aan de Duitschers te Antwerpen schreven de Staten één dezer dagen: een bode, deze brieven gebracht hebbende, kreeg 45 Maart f3, 8 s. art. (R. i. d.). 5) 16 Maart komt de volgende, onvolledige resolutie voor: , sur le premier article de 1'escript des Allemans est dict" ..... (R. i. d. p. p.). 6) Cf. biervóór, p. 193, noot 1. Betr. Spanje 1577. 250 (R. i. d.) '). — Evenzoo een brief aan Aerschot, wien ook van deze resolutie werd kennis gegeven s). 18 Maart werd besloten de Duitschers te Philippeville te casseeren en „la charge" (hiertoe ?) te geven aan Ryhove en brieven van secretaris Scharemberger te vragen (R. i. d.). 28 Maart besloten de Staten „het request van die van Antwerpen" door Berchem en Sweveghem aan den Raad van State te doen mededeelen (R. i. d.). Bedoeld is hier een request van de stadsregeering van Antwerpen 3), om de compagnieën van Frundsberg en Fugger nit de stad te doen gaan en om als van ouds de bewaking der stad over te laten aan den magistraat en de „guldes on confréries sermentées", terwijl alleen in de citadel eenige compagnieën, „a tel nombre que l'on trouvera convenir", gelegerd zouden blijven. 1 April verklaarde Rassenghien, dat men, indien de Staten in plaats van het garnizoen der Duitschers te Antwerpen Walen wilden met „ung S'. des Estatz", dit zou doen (B. i. d.). 163. R. 4 april. — Les S™. ont aecordé l'instruction cy leute pour Gabriel Salasar 4), commissaire, Sr. de StaverdeD, a traicter avecq les colonelz Haultz Allemans, les Barons de Polweyer, Frunsbereh et Fugger. Item aultre instruction touchant les neuff compaignies de feu le Comte d'Eversteyn, rompues en Anvers. Item aultre servant a 1'endroit les quatre comp»ijrqies de feu le Comte d'Eversteyn, en garnison a Boisleduc. Que les Sra. Duc d'Arschot, le Comte de Bossut et le S1. de Willerval feront leur debvoir avecq le commissaire Salazar a comtnencher a traicter avecq les Allemans, estans a Malines. De hier genoemde instructiën van Salazar ») luiden in hoofdzaak als volgt: 163». 4 april. — Premiers s'adressant ledit De Salazar aux colonnelz Allemans, leur délivrera ses lettres de crédence. Et entrant en communication, déclairera 1'intëntion droieturière que les Estatz ont de suivant la capitulation de 1'accord, faict avecq Son Altèze, traicter avecq eulx en toute raison et équité, désirantz pour ce d'entrer en négociation avecq eulx pour les licentier et renvoier en leur maisons. Et pour estre impossible de leur faire prompt payement, regardera d'essayer, comment lesdits colonnelz tous ensemble ou aultrement en particulier se vouldront reigler et accommoder avecq les Estatz Généraulx; tant endroit de raisonnable attermination que de 1'asseurance qu'ilz demanderont. Sera aussy besoing d'entendre, comment ilz vouldront user au regard de de ce qu'ilz ont mengé sur le plat pays, sans avoir donné obligation, asscavoir s'ilz vouldront entrer en descompte particulière pour en rabattre ce que les paysans intéresséz pourroient demander par forme de quelque tauxe et estimation raisonable. 1) Actes, n«. 470; De Jonge, II, 466. 2) A. V. Ypres, port. 23». 3) A. G., Aud. 658, fol. 414. 4) Salazar kreeg 400 p. art. voor de reizen, die hij moest doen (R. i. d.). 5) Resp. A. V. Ypres, port. 23B; R. A., Aanw. 4826, n». 18, fóh 323: (Actes, n?. 522).; A. V. Ypres, port. 10. 251 Betr. Spanje. 157' Et en cas qne cela se rejecte comme chose mal traictable et de longue durée, l'on regardera, a quelle quictance ilz se vouldront accorder d'aulcuns mois de leur soulde. S'entendant que, pour effectuer cecy, il fauldra que l'on s'adresse premièrement aux colonnelz pour sonder leur intention et résolution laquelle se communiequera aux Estatz Généraulx pour après procéder tellement qu'ilz trouveront convenir. Se remectant toutesfois a la discrétion dudit De Salazar, en cas que les colonnelz ne se venillent accommoder de s'imformer de 1'intention des capitaines et souldatz principaulx et [1. en?] particulier pour les induire de se vouloir contenter de la raison endroict les asseurances et atterniinations équitables. 163b. 4 apeil. — Premiers se transportera ledict De Salazar es villaiges de Mol et Balen vers ledictes compaignies, leur donnant a entendre que l'on veult procéder a leur redressement. Et après que lesdictes compaignies seront arrivés ausdicts lieux et point devant, l'on comptera les testes des soldatz et les enrollera de nouveau, sans passer aultres quy ne soyent Haultz Allemans et sortis dudict Anvers. Et se demandera au lieutenant du Conté d'Eversteyn, Hans van Lemhach, estant en Boisleduc, la rolle desdictes testes que bientost après la deffaicte d'Anvers et a leur arrivée audict quartier de Boisleduc il en a faict tenir par Diederich N., secrétaire du feu Conté, laquelle y servira de contrerolle, et a cette fin sera donné lettre de commandement a icelluy lieutenant, pour délivrer lesdictes rolles. On sïnformera desdicts soldatz sur leur serment, doiz de quel jour ilz servent et quelles souldées et surpayes ilz ont pour les noter esdictes rolles nouvelles et confronter en après avecq celles du Roy quy a eest effect se recouvreront des mains du trésorier Aert Molckeman. Se fera lediet redressement en quattre compaignies dessoubz les capitaines, eneores vivans, le Conté Robert d'Everstain, Masehenbam, Furst et le provantmaistre, en cas que pour la quatriesme compaignie il [n']y ait aultre capitaine vivant quy la mérite plus qu'icelluy. Et comme ledict redressement se faict principallement pour restituer les soldatz en leur honneur et qu'il est le plus honorable que soldatz soyent licentiéz soubz enseignes que aultrement, seront ausdictes quattre compaignies données nouvelles enseignes, eneores que l'on n'eust affaire de leur ultérieur service et qu'il fusse tant seullement pour bien peu de temps. . [Verdere bizonderheden over de „redressement": wapenen op crediet te verstrekken, indien ze nog in garnizoen worden gelegd; justitie als algemeen geldend in het regiment-Eberstein], Mais en premier lieu et tout au mesme temps que l'on sera empesché [1. employé?] audict redressement et enrollement, sera besoing de traicter vers lesdicts soldatz et regarder, comment et avecq quelle somme ilz se vouldront casser et retourner en leurs maisons, estans comme dessus restitué en leur honneur, et de ce advertir les Estatz. Et pour les faire mieulx venir a la raison, sera ausdictz soldats mis devant les yeulx, comment il n'y en a qü'environ trois eens ou trois eens cincquante d'entre eulx quy après la deffaicte d'Anvers se sont venuz remectre a 1'obéyssance dudict Hans van Lembach en Boisleduc, lieutenant-eolonnel dudiet feu Conté, estans tous les aultres demouréz plusieurs jours avecq les Espaig- Betr. Spanje 1577. 252 no z et aultres consortz du sacq, communicans avecq Jeronimo de Roda et aultres chiefz pour estre d'eulx receuz et retenuz en service avecq 1'asseurance de leurs arnéraiges. Ce que leur estant refuse' et soustenant ledict Roda leurs gaiges debvoir au prouffict de Sa M». demourer consignées a cause de la trahison qu'il les disoit avoir commise, s'en sont a la fin venuz demander ordre et advis audict lieutenant-eolonnel, s'exeusans qu'ilz avoient tant fardé' pour ne seavoir plustost sceu [1. se] défaire des Espaignolz. Ores que les butins que plusieurs d'entre entre eulx avoient faictz, tant en deniers, drapz de soye, meubles et habillemens de bourgeoisie, tesmoignent assez de quel pied iceulx avoient cheminé, sans que par ce l'on entend desrobber ou diminuer 1'honneur de ceulx quy se sont acquictéz de leur serment, suyvant le party de leur colonel et chiefz, comme pour ceste raison les soldatz quy, comme dessus est dict, se soient venuz rendre les premiers devers ledict heuteuant-colonnel, ne se sont vouluz joindre avecq les derniers venuz, sinon après longue espace de temps, s'estans aussy quelques ungz d'entre iceulx naguères esgare'z de leurs compaignies et remis avecq les Espaignolz quy s'estoient emparéz d'Eyndhoven et Helmont, desquelz les aultres bons ne doibvent emprendre la cause. Semble oultre ce, puisque les soldatz susdicts ont mangé le povre homme depuis la deffaicte d'Anvers qu'ilz debvront en quicter bonne somme au prouffict des paysans et s'accommoder a raissonnable appoinctement, coinprennant aussy leurs mangeries du temps passé au pied de la généralle négociation que se fera avecq les aultres régimens. 163°. 4 april. — Premièrement se transportera ledict De Salazar en la ville de Boisleduc vers le lieutenant-eolonnel du Conté d'Eberstain, Hans van Lembach, et aultres capitaines et chiefz de quattre compaignies du régiment dudict Conté, y estans en garnison, et leur défivrera les lettres de crédence qui luy seront baillées de messieurs du Conseil d'Estat. [Moet hun voorstellen, ora twee compagnieën uit Den Bosch te doen weggaan, en hen hiertoe trachten over te halen met behulp van den vicomte Daublan, gouverneur der stad, hen o. a. wijzende op de goede behandeling en de betaling, door de stad gedaan]. Et en cas que lesdicts quattre compaignies ne vouldront entendre a se séparer les ungz des aultres, ains diront vouloir demeurer joinctz, on leur représentera de combien ce refuz et désobéyssance sera de conséquence et contrariera aux promesses que tousjours ilz ont faict de vouloir obéyr a messieurs du Conseil d'Estat comme gouverneurs et capitaines légittimes du Roy es pays de par deca, ausquelz leur a esté commandé d'obéir après le trespas du grand commandeur de Castille. Cependant l'on regardera d'entendre, si, ponr ne se séparer, ils aymeroyent mieulx et seroient d'intention de sortir tous ensemble, les asseurant a eest effect que mesdicts seigneurs du Conseil ne tachent en cecy qu'a donner quelque soulaigement a ladicte ville, de longtemps par trop travaillé, et que leur sera désigné lieu d'aultre garnison bonne et favorable. Et la oü non obstant toute raison ilz ne vouldront s'accomoder a ladicte sortie, soit tous ou en partie, ains vouldront prétendre d'estre payéz, avant sortir de ladicte ville suyvant 1'accord qu'ilz allègueront peult estre avoir esté contracté avecq le seigneur de Merode au nom desdicts Estatz, il eonviendra leur réplicquer qu'icelluy accord au .troisiesme article ne parle qu'en cas qu'on les 253 Betr. Spanje 1577. voulsist licentier et casser dont il n'y a ici question, mesmes que puis naguerres leur ayant esté présenté par mons'. le gouverneur de la ville 1'instrument dudict accord soubz le seel et ratification des Estatz, ils ne se sont a icelluy tenuz, 1'ayant rejecté et refuzé de 1'accepter. Ce néantmoins sera bon d'enfoncer quel party ilz vouldroyent faire aux Estatz, en cas qu'on vienst a les casser, tant endroict attermination raisonnable — puisque n'est possible les payer comptant — comme de prendre denrées en payement. [De Staten van alles op de hoogte te houden]. 164. R. 5 april. — Sur les lettres du Duc d'Arschot, affin de seavoir, oü que l'on pourroit loger le régiment de Mario, et que ceulx du Conseil avoient advisé d'y envoyer le commissaire Longin pour commencher le descompte et après le casse[r], et que le Comte de Bossu avoit advisé de le povoir casser avecq Xm £ arth., a esté envoyé le pensionnaire de Boisleduc au Conseil d'Estat *). 165. R. 6 april. — A esté faict rapport par monsr. le Comte Bossu, comment, aiant traicté aveeq le Sr. Duc d'Arschot avecq les colonels en Anvers, il les a trouvé fort voluntaires de s'accommoder avecq toute raison, pourveu qu'on députe quelque Sr. de qualité pour traicter avecq eulx, comme cy devant a esté accoustumé faire; sur lequel raport a esté leuct l'advis du Conseil d'Estat des lieux, esquelz on pourroit mettre lesdicts Allemans, sy comme a Tillemont les troys et a la ville de Leeuwe celle de Fouckere, en leur faisant renouveller le serment et en leurs furnissant le mois de prest, A esté advisé de traicter avecq lesdicts colonelz, cependant qu'ilz sont en Anvers, et entendre leur intention sans résouldre néantmoings et en advertir ceulx des Estatz, et oü la communication seroit de trop longue durée, mectre lesdictes compaignies es susdictes villes. Et pour rasseurer les marchans, il sembleroit que ladicte ville se debvroit mettre en la garde des bourgeois, veu qu'il y a chasteau. D'aultres estoient d'advis de mettre lesdicts Allemans es dictee villes, pour après commettre aulcuns pour communicquer avecq eulx, P. p. — Ceulx quy ont esté assembléz, ont persisté en la résolution du matin et que suyvant icelle lesdicts Allemans demoureront encoires aulcuns jours en Anvers, pendant lesquelz on advisera de commettre quelungs et former 1'instruction pertinente. 10 April werden Sweveghem en Champagney gecommitteerd om de moeilijkheden betreffende de afrekening door Thomas Gramaye en Honssart met de Neder-Duitschers te hooren (R. i. d.). 14 April werd op een request van Kampen en Deventer besloten den Raad van State te verzoeken aan de Duitsche officieren te schrijven, om zich van „tort ou altrage" van de burgers te onthouden en dat de Staten zich mettertijd volgens de pacificatie met hen zouden verstaan, terwijl de Staten van Overijsel zonden worden verzocht hunne gedeputeerden ter vergadering te zenden *) (R. i. d.). 1) 9 April werd een instructie voor Jacques Roehelle vastgesteld, om de cassatie en afrekening met het hier bedoelde regiment „qui fut a Mario Cardony", te doen; hg zal met advies van den gouverneur van Den Bosch uitmaken, waar het regiment in afwachting zal verblijf houden (A. G., Aud. 651, fol. 22). — 10 April: Aerschot te antwoorden „sur les lettres" (die van 5 April?) (R. i. d.). 2) Dan volgt: „Et sont les eschevin Van den Cameren et pensionaire d'Anvers commis pour" (sc. om naar den Raad van State te gaan?). Betr. Spanje 1577, 254 166. R. 15 april. — D'escripre a Son Altèze de voloir requérir ceulx de Luxemborc a faire prest aux Allemands audict Luxemborch et les accommoder, et que cependant quelques S™., comme de Champaigny et quelques aultres, traicteront avecq eulx a les licentier on avecq leur coronel. Résolu de requérir, comme les S™. requirent présentement les S™. Comte de Bossu, S1-. de Rasseghem, Sr. de Champaigny et le Sr. de Hierge voloir traicter avecq les V compaignies de Focquer a Luxembourch et leur promettrc deux moys de gaiges en argent, ung moys en drapz et la reste de ce qne après le descompte se trouvera a eulx compéter, endedans troys ans ou au moings endedans deux ans, en lingne de quatre villes d'Allemaigne, soit a Ansbourch, Straesborch, Norenborch ou a Baele. Que Beken rembourséra monsr. le Comte de Beesu des Xïfp» £ artS; Hierover in S. G. 3 op 8 Nov.: de artikelbrief voor de Neder-Duitschers van Bossu is vastgesteld. — Zie ook Rubriek V op 11 Oct. 4) Hierover in S. G. 3 op 8 Nov.: de compagnie zonder monstering te betalen, volgens de afrekening, door de commissarissen gemaakt, 2 maand in laken en 2 in geld. 5) Tot de monstering hiervan Longin aangewezen in plaats van Backer (Bacart), „lieutenant de l'artillerie" (R i. d. p. p.). 6) R. A., S. G. 3799. — Aan dezelfde kapiteinen (Leopart en Servits) schreven de Stalen 28 Nov. om hen te verzoeken met hunne troepen de buurt van Geel te verlaten (alsvoren). — Op denzelfden dag aan de hopmannen der 9 Ebersteinsche vendels in Daelhem met verzoek zich behoorlijk te gedragen (id.). 7) Actes, n°. 883; B. R. B., ms. 7199, fol. 291. 8) Dit alleen in S. G. 3. 9) R. A., S.. G. 3799. — In denzelfden -geest schreven de Staten H Nov. aan Gelderland (alsvoren). 287 lietr. Spanje 157' vernomen hadden, dat Polviller het te Roermond niet lang meer zon kunnen houden; zij verzochten hem daarom met behulp van ridderschap en afgevaardigden van Gelderland de stad zoodanig te „beschantsen und begraben, auch das geschütz dafür stellen", dat alle passen en wegen aan Polviller en de zijnen afgesneden werden; zij gaven tévens kennis van aan de „Kriegsrathe" in het leger voor Namen geschreven te hebben om goed toe te zien, waarheen de vijand mocht trekken, en Hohenlohe zoo noodig hulp te zenden. 218. R. 15 kovëmber. — Résoln de, en licentiant les soldatz allemans, achepter d'eux leurs armes au meilleur marché que faire se polra, a quoy faire est député le borgmaitre de Malines. Les lettres de Comte de Holoch ont esté leues, contenans que la ville de Ruremonde est bien furnie des vivres, de sorte qu'il luy fait envoyer renforcement de gens dé pied et de cheval avecq artelerie; sur quoy a esté advisé d'en eseripre a monsr. le Prince pour y donner ordre par envoyé d'artelerie des villes voisines et aultrement, comme il trouvera convenir, et faire marcher Isselsteyn et aultres, ponr n'estre possible de envoyer secours, paree que mesme en avons peu pour Namur. 17 November werd op het rapport van den burgemeester van Mechelen betreffende de rekening en overeenkomst met de Hoog-Duitschers, die te Gent ') geweest waren, besloten deze aan te nemen; echter adviseerden de gedeputeerden, of men niet „pourroit gaigner davantage en diminution de la charge" *).— Denzelfden dag rapporteerde Willerval s) namens Oranje, dat een fort bij Roermond „en 1'isle" gemaakt moest worden, om den vijand het voordeel der stad te ontnemen, wat ter discretie van den Prins werd gelaten, en dat, betreffende het accoord met de Duitschers uit Breda, de Staten, kolonel Frundsberg loslatende, slechts één maand zouden betalen, wnt onder dankbetuiging aan den Prins goedgevonden werd (R. i. d.). 219. R. 19 november. — Le Sr. de Merode, commnnemaitre de Malines, a faict raport qu'il a cherché tous moyens pour mener les capitaines et soldatz haults allemans a plus grande quictance que faict n'estoit, mais qnelz debvoirs qu'il ait faict, il n'a sceu parvenir a plus grande diminution, par quoy sera suivy l'advis, concept et traicté sans aultre limitation et suyVant ce conclnre les comptes. Denzelfden dag besloten de Staten het formulier voor het regiment van Hannibal (sc. d'Altaemps) mede te deelen aan de Kamer van de Beden, om ze met andere dergeljjke obligatiên te vergelijken (R. i. d.) 4). — Denzelfden dag werd de behandeling van een brief van Hohenlohe uitgesteld tot na den middag en daarna werd de brief gesteld in handen van den pensionaris van Middelburg ■'). 1) In S. G. 3 is in deze res. sprake van: „Grave". 2) In S. G. 3 hiernaast in margine: „ils ont fait rapport qu'ilz n'ont peu rienpronfflter"; daarom het advies aan te nemen. 3) Zie over dit rapport ook rubriek IV9. — Waarschijnlijk wis. hij ook de brenger van de brieven over Boermond en IJselstein, die dezen dag ter vergadering gelezen werden '(dik alleen in S. G. 3). — Over al de punten van Willerval's rapport schreven de Staten 19 Nov. aan Oranje; hiertoe gedeputeerd de pensionaris van Middelburg (alsvoren). 4) In S. G. 3 ia hier sprake van een obligatie van 28540 p., 47 s. 5) Bit alleen in S. G. 3. Betr. Spanje 1577. 288 21 November besloten de Staten, dat de commissarissen voor de monstering van en de afrekening met de Hoog-Duitschers in het kwartier van Bergen-op-Zoom toegang zonden hebben tot de papieren van Fugger om te zien, of ze er iets voor de uitvoering van hun last in zouden vinden '). — Denzelfden dag schreven de Staten aan Gelderland met verzoek om geschut naar Roermond te zenden a). 22 November werd de obligatie voor Servits gelezen; de Staten vonden goed dergelijke obligatiên aan andere Hoog-Duitschers te verleenen. Lille, Douay en Orchies verklaarden echter zich niet verder te kunnen verplichten dan tot het bedrag hunner quote, zooals ze bij dergelijke obligatiên altijd hadden verklaard (R. i. d.) 8). 26 November schreven de Staten een brief aan Hohenlohe-4), dien wij in hoofdzaak laten volgen: 220. R. 26 KOVEHBEB. — [Ontvangen uw brief van 19 dezes en daaruit den hoogen nood van het leger bij Roermond vernomen]. Und mugen darauf derselben in antwurt nit verhalten, das wir bei unsz rhatsam empfunden, an E. 1. brengern dieses, Wilhelmen von Merode, mit bevelch und instruction abzufertigen, umb mit demselben uber alle puncten — davon in obgedachtem E. 1. schreiben meldung geschicht — mundtlich und nach notturfft zu communiceren und demnachanf vorgehenden E. 1. rhat und guetduncken sich nach Nymwegen und Arnhem zu verfuegen umb daselbst die Obrigkheit mit allem ernst und muglichem fleisz dahin zu underweisen und zu bewegen, dasz sie E. 1. auf derselben ersuchen, nach all ihrem vermugen zu allen des legers furfalllenden sachen und nhoten behelfflich sein mugen, dergleichen auch bei der Ritterschafft und gemeinen Stenden des furstenthumbs Gelderen zu werben, das dieselben des heren von Iselsteins reuter und knechten stracks zu E. 1. ins leger khomen lassen, und sovil das Kriegsvolck betrifft, welchs hiebevoren under dem von Hierges gewesen und der her von der Horst dasselbig jetz under den graven von Egmundt in verwaltung hat, haben wir an demselben Von der Horst gescbriben 8), das Er E. 1. in allem, wes die ime gepieten werden, gehorsamheit leisten solle, und sollen wir uber disz und mitlerzeit nit underlassen, zuverscbaffen, damit 'die Schotten, welche schon uber meer ankkomen und im antzug sein, sobald immer muglich E. 1. zu bilff khomen mugen, der hoffnung das sie in kurtz im leger bei E. 1. sich finden lassen sollen; mitlerweil aber pitten wir freundlich und dienstlich, E. 1. wollen hinfnro wie bisz anhero, iren getreuwen eiffer und fleisz zu unser aller und dieses gemeinen Vatterlandts wolfart empsiglich anzuwenden nit underlassen, wie wir dan auch, mit allem ernst an die Ritterschafft von Gelderen, Nymwegen und Arnhem geschriben 6), dasz sie sich bewerben sollen umb siechere vendlejn pyouiers oder schantzengraber in dienst an und aufzunemen, und das sie mitlerzeit nit zum argsten deuten, dasz E. 1. so lang sich mit den gemeinen da umbtrent gesessenen bauren, weil die nhot vurhanden, behelffen, wie wir dan auch unsz gegen Inen 1) Dit alleen in S. O. 3. 2) R. A., S. G. 3799. 3) 7 Dec.: aan Leopart zal Van der Beken 200 p. art. betalen op aftrek van het hem verschuldigde (R. i. d.). 4) R. A., S. G. 3799. 5) Deze brief vau 26 Nov., die verder zonder belang is, ook in S G 3799. 6) Alsvoren. 289 Betr. Spanje 1577. dabin erkleret, das wir desfals E. 1. volle macht und bevelch zugeschickt. [Verdere aansporing om flink op te treden, als in den brief van 10 November. Alle toegangen af te sluiten, ook over de rivieren]. Weshalber dan nun in zeit E. 1. sich aller platzen und der rivieren diepffte aufs fleissigst erkundigen werden, und nachdem wir disz ordts bericht, das ettwa mitten in der riviere eine zimbliche breidte insel gelegen, so Hessen wir unsz well als rhatsam gefallen, das man daselbst von stundt an einige sterckte machete, die woll beschantzen und begraben liesse, damit man also dardurch dem feiandt alle commoditet die statt zu entsetzen, al ware es auch also, das sie ihr euserste best theten, benemen mugte, und pitten derwegen E. L gantz freundlich, dieselben wollen doch hierauf mit allem ernst sich bedencken und alles reifflicb erwegen und nach befindung dasselbig also zu werck bringen lassen, damit E. 1. in allem gefall, da man das leger solte verlassen und aufbrechen mussen, altzeit einen siecheren mehrern zuflucht oder vertreekunge holen mugen, und was den rest belaugt, werden E. 1. alzeit mit den herren dort im leger guete correspondence halten, wie wir dan auch au Inen samptlich geschriben, das sie dergleichen mit unsz auch underhalten wollen. [P.S.l) Hooren tot hun groot leedwezen, dat hij gewond is.] In denzelfden zin schreven zij terzelfder tijd aan Wittenhorst en Gelderland '). 1 December verleenden de Staten een attestatie aan de twee vendels nit Bergenop-Zoom, dat zij eerlijk gediend hadden en hnn kolonel niet aan Champagney hadden overgeleverd; Fugger had zich door eigen toedoen in handen van Champagney gesteld 8). 3 December werd een brief van Hohenlohe 4) gesteld in handen van die van Brabant, om er in te voorzien (R. i. d.). 4 December werd in plaats van Merode, die binnenkort zou vertrekken voor zaken van de Staten5), Aerschot aangewezen tot de besogne met de Hoog-Duitschers, waartoe hem dergelijke commissie als 19 October aan Merode verleend werd 8) (B. i. d.). 7 December werd de informatie tegen de soldaten uit Bergen op-Zoem wegens de „foulles" te Weelde en omstreken gesteld in handen van den advocaat Van der Haghen en Broyaert ter fine van rapport (B. L d.). 221. R. 18 december. — Sur le faict du Comte de Hohenloy résolu que lettres les plus gratieuses luy seront escriptes pour le supplier a demourer sy long temps auprès de Ruremonde, jusques ad ce que l'on voye le fin, et que les Estatz feront tous debvoirs de au plustost luy furnir son payement. Auquel effect lettre sera escripte a monsr. le Prince d'Orainge pour recouvrer en Anvers 1) Dit P.S. is 28 Nov. gedateerd. 2) R. A., S. G. 3799. 3) Alsvoren. 4) Er staat in het register: Hogheloy. 5) 6 Dec.: op een brief van de magistraat van Mechelen over de verontschuldiging van Merode's reis te antwoorden, dat men voor ditmaal hem nog zijne commissie wil laten vervullen (R. i. d). 6) De commissie van Merode volgt dan, blijkbaar bij wijze van voorbeeld, geïnsereerd in het register: hij wordt gemachtigd te geven de ordonnantiën, noodig voor Van der Beken of diens commies, voor de levering van lakens en gelden, bestemd voor de Hoog-Duitschers, in garnizoen geweest in Tholen, Steenbergen, Breda, Den Bosch en elders, benevens van de zekerheidsbrieven voor de rest van het hun verschuldigde. 19 Betr. Spanje 1577. 290 aulcuns deniers; d'abondant que lettre aussy sera escripte aux Estatz de Gueldre pour furnir en partie audict payement 1). 19 December: de gedeputeerden van Gelderland remonstreeren, dat bet noodig is twee regimenten naar Roermond te zenden; maar, wijl de brief der Staten van Gelderland „en la langue thioise" was, werd besloten, hem te vertalen en door een gedeputeerde zelf naar het kamp te laten brengen (R. i. d.). 24 December werd op het request van Breda beschikt het met de Duitschers ui* deze stad gemaakte contract te doen vertalen en dan met de bijbehoorende stukken aan de Kamer van de Beden om advies te zenden. — Besloten werd aan den Baad van Oorlog te schrijven, dat Champagney voorgesteld had een deel der Schotten naar Boermond te zenden; de beslissing werd aan den Raad gelaten (R. i. d.). 27 December werd besloten aan Heze te schrijven met zijn regiment naar Roermond te gaan, „dont d'Herve (?) a prins la charge". — Na den middag werd een brief ontvangen van Nytzem uit Maastricht van 27 December, dat de vijand voor Limburg was en zijn rendez-vous bij Maastricht (R. i. d. en p. p.). 28 December werd vastgesteld de drie laatste Schotsche compagnieën naar Roermond te zenden, waarvan den heeren van het kamp bericht zou gegeven worden (R. i. d.) *). 222. R. 31 december. — Signé par le greffier, a la réquisition de monsr. d'Arschot en vertu de sa commission du IIII* de ce moys de Déeembre, semblable a celle qu'a eu le communemaitre de Malines au licencement des Haultz Allemans, plusieurs ordonnances'de payementz sur le trésorier-général au profict et en faveur des Allemans quy se retireroient. Comme premièrement en argent comptant Vc £ arth. aux neuff officiers de 1'estat du couronel Charles Foecker, sortiz de la ville de Berghes sur lë Zoom, pour deux moys de gages. II" ordonnance aux mesmes pour semblable somme. IIIe de V° £ arth. en drapz et aultres marehandises. IIII* de la somme de six mille LTIC LX £ arth. pour Lancelot Ruyn van Strién, lieutenant de la compaignie couronel d'infanterie des Haulz Allemans du régiment dudict Foucquer. La Ve de VIm III0 LX £ arth. pour le mesme Lancelot en marehandises. La VIe de la somme de sept mille IIII0 XLII £ X s. arth. pour Nicolas Woytha, aussy capitaine 3). 1) Uit S. G. 3 op 19 Dec. blijkt, dat toen de brieven aan Oranje en Hohenlohe werden afgezonden. 2) Deze te monsteren in Nederweert, een dorp bij Weert (R. i. d.i. 3) Over deze betaling handelen nog twee brieven van de Staten aan hopman Nicolasz Waythe von Malckendorff (over wien zie ook li. 30 Dec.) en andere bevelhebbers der 2 vendels van 5, 17 en 31 Dec. (R. A., S. G. 3799). — Dergelijke brieven over betaling en met vermaning om zich rustig te gedragen aan de 6 vendels van het regiment-Frundsberg van 2 Dec., aan hopman Peter Ingenhoven en andere bevelhebbers van een Hoog-Duitsch vendel van 17 Dec, aan Dominicus Leopart, commissaris Herman Toeput en Diedrich Servitz van 17 Dec., aan de vendels op Tholen in garnizoen geweest zijnde, van 25 Dec. (alle alsvoren). 291 Buiten!. Betr 1577. IV. BUITENLANDSCHE BETREKKINGEN. De btütenlandsche betrekkingen in 1577 zijn een voortzetting van die, welke in 1576 met verschillende landen door de Staten aangeknoopt waren. Voor het eerst komen ze in dit jaar, nog maar even, in aanraking met Schotland en Portugal, waarmede dus de onderafdeelingen van deze rubriek uitgebreid worden. De betrekkingen met de voornaamste landen zijn nu voor een groot gedeelte afhankelijk van de verhouding tot don Jan. a. Frankrijk. 223. R. 7 januari p. p. — L'ambassadeur de France s'est présenté, demandant de la part de son maistre qu'il plaise aux Estatz faire eslargir mons*. le Comte de Mansvelt suyvant lenr promesse, faicte au Roy de France x); sur quoy luy a esté bien expressément déclaré qu'ilz ont faict leur debvoir et satisfaict a leur promesse, seavoir d'avoir intercédé pour ledict eslargissement vers ceulx quy avoient faict le saisissement, voires, sy avant que ceulx quy 1'avoient faict saisir, ont esté contentz de le myeulx traicter et luy donner la maison de madame de Hoochstraten, ce qu'il a refusé d'accepter, de manière qu'il ne tient aux Estatz, mais audict Sr. Conté qu'il n'est myeulx traicté 2). 8 Januari werd besloten den „gentilhomme" s) van Alengon nog 7 a 8 dagen op te houden, alvorens hem het definitieve besluit betreffende „l'assistence des Franchoys" mede te deelen (R. i. d ). 224. R. 22 januari. — L'ambassadeur de France s'est trouvé, requirant aux Estatz voloir relaxer le Sr. Comte de Mansfeit au mesmes traicté que le Conté de Berlyamont est relaxé *), mesme consydéré la promesse, faict au Roy, son maistre s). Sur quoy luy a esté déclairé que lez Estatz ont satisfaict a leur dicte promesse de intercéder vers ceulx quy détiennent ledict Conté de Mansvelt, et encoires intercéderont volentiers et que ladicte détention n'est faicte par eulx ou a leur charge et que lediet Sr. ambassadeur pourra semblablement intercéder. L'ambassadeur du Duc d'Alenchon est comparu avecq lettre de Son Altèze *), declarant en oultre que les gens de guerre, par Son Altèze tenuz pour deux ou troys moys, sont licentiéz et sont astheure a charge des Estatz pour faire service ou les faire casser, attendans a eest effect les capitaines sur les frontières. Sur 1'intercession, faicte par les Estatz, signament par la bouche de monsieur le Comte de Lalaing et le prélat de Marolle a monsr. de Heze pour eslargir 1) Hij legde waarschijnlijk tevens een brief van Hendrik III, d.d. 31 Dec. 1576 uit Blois, over, waarin hetzelfde verzoek gedaan werd (Actes, n°. 260; A. V. Ypres, port. 23A). 2) Waarschijnlijk werd naar aanleiding van dit besluit de brief aan Hendrik III geschreven, die voorkomt Actes, n°. 344; de datum hiervan is in elk geval fout (zie hierna, p. 293, noot 2». 3) Bonyvet of Bellangreville ? 4) Zie rubriek VII. 5) Cf. Actes, n°. 338; het stuk ontbreekt in Calendar, Foreign (cf. hierna, p. 293, noot 2). 6) Actes, n». 303; Anjou, I, 37. Buitenl. Betr. 1577. 292 le Sr. Comte de Mansvelt suyvant la requeste d'icelluy et la réquistion verbale, faicte aujourd'huy" par l'ambassadeur de Franee, a ledict Sr. de Heze respondu qu'il n'en peult riens sans advis de messieurs du Conseil d'Estat quy sont absens. 225. E. 23 januari. — Sur la requeste des capitaines Francboys, demandant payemens de ce qu'ilz auroient despendu pour deux moys jusques a Vc escuz chacun, en nombre de XI1), d'aultant que les commissaires De Bloyere et Van der Noot les auroit faict marcher est dict: Videantur les instructions desdicts Bloyere et Van der Noot, pour etc. 2). L'ambassadeur de France avecq le Sr. de Hallain de France s'est trouvé auprez des S™. des Estatz, présentant lediet Sr. de Hallain lettre du Roy trés Chrestien 8) et aultres du Comte Charles de Mansvelt, tendantes affin de faire eslargir le Comte de Mansvelt suyvant la promesse que lesdicts S™. auroient faict par lettres, envoyées au Roy de France. Uit de aanteekening op dezen dag uit Liébart's register *) blijkt tevens, wat de Staten besloten: 225a. 22 januari. — Item l'ambassadeur de France avec un gentilhomme, portant lettres tant du Roy que du Comte Charles de Mansfeit, auroyt eu audience, remonstrant comme ledict Roy, son maistre, avoyt envoyé ledict gentilhomme avec lettres quy furent leues et tendoyent affin d'eslargissement de la personne du Comte de Mansfeit 1'aisné, se fondant sur promesses que lesdictz Estatz leur avoyent faictes par leurs lettres, datées du 5), dont la minute fut releue, que ledict eslargissement se feroyt de brief. Les lettres dudict Comte Charles eontenoyent par la fin menasses de prendre par aultre voye, en caó que celle de pryères ne proufitoit de riens. Sur quoy avoit été résolu d'importuner le Sr. de Heise quy avoit faict le tout, affin d'eslargir ledict Comte de Mansfeit, moyennant promesse qu'il n'attenteroyt riens ny aussy son fils contre les Estatz et Pays-Bas et, pour entendre sou intention, furent envoyer le Sr. Comte de Lallin, le , ensamble Jean Gilles. 226. R. 25 januari. — Les S™., ayans oy par le Sr. Comte de Lalaing que monsr. le Comte de Mansvelt est eslargy et offre corps et biens pour la patrie, ont remercié le S'. de Heze d'avoir eslargy ledict Sr. Comte de Mansfeit, prians que sa garde lui soit ostée et qu'il luy donne ung gentilhomme pour estre tesmoing de ses actions; et que lettre sera escripte au Roy trés Chrestien et au Conté Charles, comment ledict Sr. Conté de Mansfeit est eslargy. 1) In het register van Liébart (fol. 5) luidt de aanhef van deze resolutie: „Leue certaine requeste [de] douze capitaines francoys soubz le Duc d'Alencon, tendante affin d'avoir la derniére résolution des Estatz et estre récompenséz des frays et mises, par eulx faictz pour équipper et tenir en tel estat a (!), passé troys ou quatre moys, ensamble de leurs labeurs. Sur quoy résolu" [enz]. 2) 31 Jan. wordt op een request van (Henri) de Bloyere en (Jacques) van der Noot geapostilleerd, dat de supplianten hunne commissie met declaratie hunner onkosten zullen overleggen (R. i. d. p. p.). — In handen van deze twee werd ook gesteld een request van Nicolas le Parmentier, S1. de L'Estoile, kamerdienaar van Alencon (B. 24 Jan.). — 8 Juni nog op een request der 2 eerstgenoemde: commissie en instructie te toonen (R. i. d.). Zie nog R. 29 Jan., 12 Juni en 19 Nov. 3) Een andere dan de hiervóór, p. 294, noot 1, bedoelde? Of werd deze eerst nu overgeleverd ? 4) A. G., Cart. 327^, fol. 5. 5) Zie de noot bij ons n°. 226*. 293 Buitenl. Betr. 1577. De brief aan den Koning van Frankrijk '), in deze resolntie genoemd, is van den volgenden inbond: 226a. 25 .tanuaki. — Sire. II plaira a V. M*6. de croire que depuis la première requeste dont icelle nous a voulu honnorer pour la délivrance de monsr. le Comte de Mansfeit, et pour satisfaire a ce que par notre responce a) avons promis, nous sommes efforcéz par diverses prières et instances a ceulx qu'il appertenoit," de poursuyvre l'eslargissement dudict Sr., tellement aussy que 1 avions obtenu en semblable que pour le Sr. Conté de Berlaymont, asseavoir qu'il seroit relaxé soubz certaine garde, a cause que les affaires estoient encoire assez troubléz, pour laquelle raison mesmement et que l'hostel dudict Sr. Oomte de Mansfeit est aux extrémitéz de la ville et oü ledict Sr. ne fut esté trop asseuré, survenant quelque alarme ou commotion, avoit esté advisé de luy donner l'hostel de Hoochstrate, mais ledict Sr. Conté ne y avoit volu entendre, estant par ainsy demoré au premier lieu, encoire que n'ayons oublyé ou négligié a poursuyvre le meisme que V. Mtó. désiroit, ce que a la réception des dernières qu'il a pleu a icelle nous eseripre, avons redoublé, de manière que ledict Sr. Conté de Mansfeit a esté au jour d'byer relaxé et mis a plaine délivrance en son logis, ayant esté ce jourd'buy déchargié de la garde que a sa réquisition luy avoit esté donnée pour la nuicte passée. II a requis que luy fut laissée quelque gentilhomme pour luy faire compaignie et respondre de ses actions, combien que n'en avons oncques heu -aulcune diffidence et encoire n'avons, 1'ayant congneu seigneur tant valeureulx qu'il mérite toutte honneur et recognoissance de ses services. Nous supplions Y. Mtó. trés Chrétienne recepvoir noz petitz debvoirs de bonne part et d'avoir en favorable recommandation notre emprinse tant par devers le Roy, *notre Sr. et Prince naturel, ad ce qu'elle soit servie d'appaiser ces troubles par les moyens propiees et nécessaires que requérons et prétendous avecq bonne et saincte intention, comme par nesouffrir a aulcuns de ses subiectz de la France s'eslever ou armer a notre préiudice. [De brief wordt gebracht door Haillon]. 26 Januari kwam Hallain een copie vragen van den voor den Koning bestemden brief, die bem verleend werd. Na den middag kwam hij terug, verzoekende de onvoorwaardelijke invrijheidstelling; de Staten antwoordden wel te willen „intercéder Vers ceulx quy détiennent, mais iceulx font difficulté pour 1'absence de messieurs du Conseil d'Estat" (R. i. d. en p. p.) 8). 1) A. V. Ypres, port. 7. — Die aan Karei van Mansfeldt, in hoofdzaak hetzelfde behelzende: Actes, n°. 343; A. V. Ypres, t. a. p. Deze had zich bij schrijven van 16 Jan. op dezelfde wnze beklaagd als de koning van Frankrijk had gedaan: A. V. Ypres, t. a. p. 2) Dit zal waarschijnlijk zijn Actes, n°. 344, welke brief blijkens de inhoudsopgave stellig een verkeerden datum heeft; hij zal moeten zgn van + 7 Jan (cf. hiervóór, p. 291, noot 2).— Wij kunnen echter voor dien brief alleen verwijzen naar' het . regest van Gachard, dat door dezen overgenomen is van Ernest van Bruyssel (Buil. IIP, 354); de brief zelf is niettegenstaande een expresselijk daartoe voor ons ingesteld onderzoek' niet teruggevonden kunnen worden in het Public Record Office, waar men hem zou verwachten ih dé Flandres-Correspondence; ook de Calendar, Foreign, noemt hem niet. 3) Denzelfden dag werd op het request „du S». de Marche" besloten hem /'2 per dag te betalen voor den tijd van de reis, die bij naar Frankrijk gedaan'had (B. i. d.). Buitenl. Betr. 1577. 294 227. B. 31 januari. — Le Sr. de Hallain, commis dn Roy de France, est venu, demandant que le Comte de Mansfeit soit entièrement relaxé, pour estre arrivéz les Sn. du Conseil d'Estat; sur quoy luy a esté respondu que les Estatz ont satisfaict a leur promesses, et s'il demande davantaige, qn'il s'addresse a monsieur de Heze, d'aultant plus que ledict Compte a demandé gentilhomme pour estre tesmoing de ses actions. 228. R. 9 februari. — Touchant le faict des capitaines du Duc d'Alenchon, le tout est différé jusques ad ce que on scaura, sy Son Altèze signera la pacificatión on non, et que cependant le gentilhomme s'entertiendra icy. 18 Februari werd besloten de Fransche kapiteinen te onthalen met 1642 p. art. en „celluy quy est icy I)" zon een gouden ketting van 300 écns krijgen en tevens onthaald worden, aan Alencon zou een bedankbrief worden geschreven *), maar „le plus ample remercement" zon gedaan worden door Aubigny 3) (R. i. d.). 19 Februari werd besloten, dat Van der Beken aan Bellangreville*) voor zijne reis „en poste" naar don Jan, o.a. om hem de overeenkomst met don Jan te brengen, 100 p. zou geven (B. i. d. p. p.). 229. R. 8 maart. — Sur ce qne les capitaines Franchoys sont en ceste ville poursuyvant a grandz fraitz et intérest la récompense, arrestée pour leur service, de mille livres arth., puisque monsieur le Vicomte de Gand présente d'accepter et faire furnir ladicte somme des premiers deniers que procéderont des moyeus généraulx du pays d'Arthoys, sy ont messieurs les Estats Généraulx ausdicts capitaines assigné et assignent par cestes ladicte somme sur lesdicts Estatz d'Arthoys; et par[my] raportant ceste avecq acquit par le recepveur ou commis desdicts Estatz d'Arthoys ausdicts moyens généraulx, seavoir les impostz, luy sera telle somme alloué en son compte particulier la et ainsy .qu'il appartiendra. Faict en 1'assemblée desdicts Estatz Généraulx 5). 22 Maart: „fault eseripre a monsr. le Baron d'Aulbeny" •) (R. ,i. d.). 230. R. 1 april. — Les S™. ont ordonné au greffier Weellemans eseripre lettre au recepveur on commis des Estatz d'Arthois qu'il ait a rendre 1'acquit ou enseignement que mons'. le Baron d'Aulbiny luy a donné a 1'endroit les Xc £ arth., accordéz a quelques capitaines Franchoys, d'aultant que ledict Sr. Baron n'en est aulcunement tenu, et souffist audict recepveur 1'ordonnance a luy donnée des Estatz Généraulx, de furnir ladicte somme ausdicts 4) Bellangreville volgens reg. Liébart, fol. 13. 2) Anjou, I, 42. 3) Nl. „quand le traicté (sc. met don Jan) sera effectué" (volgens reg. Liébart, fol. 13).— Aubigny kreeg voor zijne reizen naar Frankrijk en Engeland behalve de reeds ontvangen 1000 p. nog 838 p. 9 s. 6 d. art. (B. 46 Febr.). Hij was 7 Febr. ontboden om „par devers les Seigneurs" onmiddellijk te verschijnen (R. i. d.). 4) De naam, in het register van den griffier verknoeid, staat duidelijk in dat van Liébart. 5) Op een request van de Fransche kapiteinen: zij zijn verwezen naar de Staten van Artois (R. i. d.). 6) 27 Maart werd besloten hem 4000 p. terug te geven, door hem gegeven aan „quelques capitaines franchoys" (R. i. d.). Zie hiervóór nog R. 18 Oct. 295 Buitenl. Betr. 1577. capitaines, car sera ladicte somme en vertu de ladicte ordonnance et quictance des capitaines passé en son compte particulier. 3 April schreven de Staten aan Anjou over het gebeurde met Bony vet en Bellangreville (hiervóór, p.. 194) '). 231. R. 21 april. — Les Sre. ont sur la requeste du capitaine Poyet et consortz ordonné qu'ilz facent marcher leur gens jusques au pays de Franche, en délaissantz deux ou troys pour attendre 1'argent et le descompte cincq ou six jours, a quoy est commis le Sr. de Liekercke, tant pour les armes, pouldre, munitions que vivres; et que lettre sera escripte au commissaire Pippin, affin de faire conduire les soldatz Franchoys vers le pays de France a). 232. R. 29 april. — Certain gentilhomme Franchoys, envoyé de la part de monsieur le Duc d'Alenchon, a proposé les plainctes, en vertu des, lettres dé Son Altèze, touchant le saisissement des S™. de Bonivet et de Brengaville; •après la lecture desquelles et avoir ledict gentilhomme parlé, messieurs, ayans déliberé, ont dict que, en premier lieu, ilz remercient Son Altèze de ses offres, bons offices, affections et amitiés qu'elle porte aux Estatz, prians qu'elle les veille continuer; et comme les affaires de pardecha ne sont pas en totale asseurance, pour n'estre encoires sortiz tous les estrangiers les Pays Bas, ilz envoyeront personaige a la remercier plus amplement. Et de tant que touche ledict saissement, ilz ont doiz le IIP de ce moys par lettre adverty de ce que s'est passé et advenu bien au regret d'eulx, dont ilz pensent avoir donné a Son Altèze par ladicte lettre plain contentement et appaisement, présentant en faveur de justice toute assisstence contre ceulx quy auroient esté délateurs, dont ilz sont ignorans. Résolu que la lettre dudict Sr. Duc d'Alenchon se délivrera a messeigneurs du Conseil d'Estat pour advis. 8 Mei werd besloten tot een gezantschap naar Alencon en hiertoe Aubigny aangewezen (R. i. d.) 8). B Juli besloten de Staten don Jan voor te houden, dat zy het noodig achtten aan Alencon te schrijven en hem „quelque gentilhomme" te zenden, hem verzoekende hierin toe te stemmen 4) (E. i. d.). 1) Actes, n». 518; De Jonge, II, 483, en cf. Anjou, I, 45. — Bellangreville kreeg 240 p. voor zijne reis naar Frankrijk, gedaan op bevel der Staten, welke som door den eersten deurwaarder van den Raad van Brabant tot aan Van der Beken's terugkomst zou voorgeschoten worden. Zijne kosten sedert 17 Dec. tot 4 April tot een bedrag van 892 p. art. zouden de S.taten aan zijn „hoste de S*. Andrieu sur le Zabulon" betalen. Hij en zijn broeder kregen gouden kettingen, resp. van 200 en 400 gouden écus, waarvoor beiden de Staten hebben bedankt „et prins congié d'eulx" (R. 4 April). De „hoste", Christoffel Dunois, kreeg op zijn request nog 48 p. 44 s.art. (R. i. d. p. p,). Zie nog R. 8 Juni. 2) 22 April: de klerk van Van der Beken zal aan Poyet en Philippe de Jason 200 p. betalen, „en tant moings dé 1'aposüÜe précédent" (R.i.d.). 27 April: ontvangen eeu brief van Francois Pepin de Floberque van 26 April, om de Franschen vóór hun vertrek naar Frankrijkte voldoen (R.i.d. p. p.). 29 April: op een request van Poyet: deze tevreden te zijn met de betaling, die Van der Beken hem zal doen van den dag der monstering tot zijn vertrek uit het kamp (B. i. d.). Zie nog R. 8 Mei. 3) Zie ook op Engeland: 26 Juni (hierna, p. 303). 4) Na den middag werd dit besluit herhaald met deze bg voeging: dat don Jan de zending goedkeure „suyvant les promesses des Estatz, par plusieurs fois faictes a Sa grande Altèze" (Alencon 1). Buitenl. Betr. 1577. 296 10 Juli: besloten, dat Havré en Maroilles don Jan zullen polsen, of deze goedvindt, dat de Staten bedankbrieven aan Alencon schrijven (R. i. d.). 233. R. 26 augustus p. p. — Le frère de l'ambassadeur de France a faiet ses plainctes du Sr*, gouverneur du chasteau de Cambray, qu'il 1'auroit détenu prisonnier et luy osté lettres qu'il avoit, tant du Roy trés Crestien, son maitre, que d'aultres; sur quoy on luy a dict que les Estatz escripveront audict gouverneur, affin qu'il informe les Estatz de la vérité, d'aultant que les Estatz ne cherchent que tenir bonne correspondance avecq ledict Roy trés Chrestien et le pays de France, et ne scauroient croyre que ledict Sr. s'auroit oublié en semblable chose. 234. R. 27 augustus. — Sur ce que le frère de l'ambassadeur de France a requis, tant pour 1'empeschement que a Yalenchienes auroit esté faict audict ambassadeur, et que luy seroit donné passeport général pour luy et oultre son train, a esté diet que lettre sera escripte au gouverneur de Yalenchienes, comme a esté faict au gouverneur de Cambray, et que pour ledict frère sera donné passeport, d'aultant que les S™. ne sont pas en nombre compétant pour donner général passeport. 30 Augustus: besloten Aubigny naar Alencon te zenden, om den toestand van het land mede te deelen (R. i. d.). — 8 September: besloten Aubigny per brief te ontbieden, om hem naar Frankrijk te kunnen zenden (R. i. d.). 11 September werd besloten Alencon „par forme de remboursement des fraictz, par Son Exoe. deulx (!)", 100.000 p. art*, de helft binnen 3 maanden, de wederhelft binnen de volgende 3 maanden te schenken; bovendien hem een tapijtwerk ter waarde van 20 000 p. ten geschenke te geven „et aultrement" volgens het advies der edelen; ook betreffende de 2000 p. voor de reizen (R. i. d.) *). 235. R. 12 september. — Les lettres, conceues vers le Roy de France, le Duc d'Alenchon et la Royne de Navarre a), sont esté arrestéez. Comme aussy a esté 1'instruction sur messieurs de Willerval et du Baron d'Aulbiny, saulff que touchant le Roy sera faicte mention spéciale du Duc de Guize. Résolu de laisser en 1'instruction de messieurs de Willerval et Baron de Aulbigny le présent de tapecherie de XXm £ arth., mais que sera omise la somme de Cm £, comme non estantz les Estatz ad ce authoriséz 8). D'aultre part les greffier des Estatz de Haynault, Carlier, et pensionaire de Lille sont commis pour chercher toutes lettres, escriptes au Duc d'Alenchon et par luy aux Estatz et du Prince d'Orange, pour seavoir quelle promesse les Estatz en auroient faict audict Duc touchant les fraictz, par luy souffert pour les Pays Bas. 18 September: besloten aan de vier leden van Vlaanderen te schrijven, om aan Alencon 100.000 p. art. te willen toestaan (R. i. d.). 1) In margine van dit besluit schreef de griffier: „Ceux de Flandres ont deffendu au greffier de donner acte de cecy en présence des Estatz a IIII heures". 2) Waarschijnlijk die Anjou, I, 50, gedrukt is. 3) 4 Oct.: aan Willerval wegens zijne reis met de Koningin van Navarre naar Kamerijk 70 p. art. te betalen (R. i. d.). 297 Buitenl. Betr. 1577. 22 September verzochten de Staten Aerschot, om door eenige lieden in Frankrijk te doen spionneeren, wat er omging, opdat zij „seures nouvelles" kregen; onkosten hem terug te betalen (B. i. d.). 26 September: paspoort verleend aan den Franschen gezant Fontaines 1), om met zijn gevolg en bagage van Namen te gaan, waarheen hij verkiest (B. i. d.). 1 October: besloten Aubigny of een ander edelman in allerijl naar den Koning van Frankrijk en Alencon te zenden met brieven en instructie met de verontschuldiging, dat men niet geschreven heeft. „Et aussy eseripre lettres de remercement de 1'advertence faicte au Comte de Lalaing" *) (B. i. d.). 7 October werd besloten Aubigny te ontbieden voor de reis naar Alencon volgens de vroeger genomen resolutie (B. i. d. p. p.). 236. R. 8 october. — Touchant la requeste du S". de Fontaines, ambassadeur de France es pays de par decha, est appoincté: Les Estatz Généraulx ont satisfaict a ce que le Sr. de Fontaines requiert d'avoir escript lettres aux députéz généraulx de troys Estatz d'Arthoys, vers lesquelz ledict Sr. s'en pourra retirer. 12 October: besloten Oranje, Champagney en Sille te verzoeken de voor Aubigny eenige dagen geleden ontworpen instructie te herzien; een brief aan de Koningin van Navarre te schrijven (B. i. d. p. p.). 14 October: gelezen en gearresteerd de instructie voor Aubigny en Mansart 3) en de brieven voor Anjou, den Koning, de Koningin van Navarre, de „régente", de Koningin en andere heeren aan de hoven van den Koning en van Anjou 4) (B. i. d.). 18 October werd besloten door Aubigny aan Alencon drie tapijtwerken tot een waarde van ƒ20.000 ten geschenke te doen geven; om ze te koopen Berchem, Malcote en Bouck gedeputeerd; ze naar Parijs te zenden. — Van der Beken gelast te betalen 25 exemplaren van het „discours de justification", die Aubigny en Mansart in Frankrijk zullen, leveren (B. i. d.) e). 28 October bracht Theron brieven van de gedeputeerden in Frankrijk, van Alencon en de Koningin van Navarre 6), die gelezen werden (B. i. d. p. p.). — 29 October deed Theron „quelque raport" van de onderhandelingen der gezanten met Alencon (B. i. d.). 1 November werden Steenbeke, gouverneur van Bapaeume, en Bousy (fc Bousies), gouverneur van Avesnes (en Landréchies), beiden gemachtigd iemand té kiezen, om secrete berichten nit Frankrijk te geven; volgens verdienste te betalen (B. i. d.). 1) Het register heeft: Fonthielle; Fontaines (zie ook ons n°. 236) vertegenwoordigde Frankrijk bij don Jan. 2) Zie hierover: Anjou, I, 50, noot 1. — Waarschijnlijk heeft op hetzelfde betrekking een resolutie van 20 Sept. na den middag: naar aanleiding van Lalaing's brief van 19 Sept. hem te verzoeken te Brussel te komen, om dan tè adviseeren over wat hij vraagt, en hem te bedanken voor rijn bericht; Sille den brief te ontwerpen. Ook voor den middag komt dit besluit in korteren Vorm voor (R. i. d. en p. p.). — 19 Oct.: Lalaing te antwoorden conform de door de Staten genomen resolutie (ook hierover?) (B. i. d.). — Een request van Lalaing: B. 27 Sept. 3) Guillaume de Maulde, heer van Mansart, gouverneur van Oudenaarden. 4) De instructie en de meeste dezer brieven (aan Anjou twee): Anjou, I, 56—65, en III, 675—678. 5) 17 Oct. werden de gewesten aangespoord onmiddellijk hunne quote in de 500 écus voor Aubigny's reis op te brengen (B. i. d.). — In S. G. 3 op 16 Oct.: 5000 „ecus" (I) voor Aubigny en Mansart voor hunne reis naar Frankrijk, en op 17 Oct.: aan Aubigny 1000 p. te betalen uit de penningen, die van de Staten van Doornik komen. -•v''- 6) De twee laatste: Actes, n°. 864 (van 25 Oct.) en 843 (klaarblijkelijk met, foutieven datum van 40 Oct.); Anjou, I, 74 en 72. De eerste van 23 Oct.: Anjou, I, 70. Buitenl. Betr. 1577. 298 7 November stuurden de Staten de van de gezanten in Frankrijk ontvangen brieven aan Oranje om advies *). 10 November werden Champagney, Aldegonde, Asseliers en de pensionaris van Doornik gedeputeerd, om een antwoord op te stellen aan den Koning van Frankrijk, Alencon en de Koningin van Navarre volgens het advies van Oranje (B. i. d.). 237. R. 12 novembee. — Mémoire d'escripre aux députéz vers le Duc d'Alencon d'ung bruyt quy court icy que l'on auroit publié a la sciere (?) du prédicant 2) a Paris de prier pour la prospérité de don Jehan, protectenr de la religion Catholique Romaine, contre ceux du Pays Bas. 16 November werden brieven aan Alencon, de Koningin van Navarre en de gezanten in Frankrijk gelezen en goedgekeurd s). 18 November werd een paspoort verleend aan Nepven, „gentilhomme" van Alencon, en hem een gouden ketting van 100 écns verleend, „soubz espoir qu'il fera aux Estatz advertence des occnrences" (R. i. d.) 4). — 19 November: Weellemans gelast het paspoort voor Nepveu, „gentilhomnre francoys, portant lettres des Estatz an duc d'Anjou et aultres", en alle dergelijke paspoorten te teekenen, omdat de Staten nit het rapport van den pensionaris van Brussel gehoord hebben, (dat het paspoort?) „ne seroit faicte que pour les bourgeois de ceste ville" 5). 28 November brachten Aubigny en Mansart brieven van den Koning en de Koningin van Frankrijk en deden rapport van hunne onderhandelingen, overleggende „leur verbal de trois remonstrances, faictes au Boy, et les verbaux, sur ce tenuz" 6) (B. i. d.). — 29 November schreven de Staten aan Anjou 7). 238. R. 11 december. — Sur la proposition, verballement faicte par le Sr. d'Alférain de la part de monsr. le Duc d'Alencon, l'on a donné charge au S*. de S«°. Aldegonde de faire responce courtoise de remerchement de la bonne 1) Actes, n°. 883; B. B. B., ms. 7199, fol. 291. — Van dé geranten waren nog brieven van 31 Oct. en 3 Nov. ontvangen; de eerste: Actes, n°. 870; Anjou, 1,77; de tweede: Anjou, 1,79. 2) S. G. 3 heeft hier alleen: „en la ville de Paris". 3) Dit alleen in S. G. 3. — Deze 3 brieven, resp. van 18, 17, en 17 Nov.: Actes, n°. 902, 898 en 897; Anjou, I, 96, 87 en 88. 4) In S. G. 3 hierover op 18 Nov,: „Sur la difnculté que s'est représentée sur ce que a esté dict que le Baron d'Aubigny est party ce jourd'huy et qu'il y a aulcuns sur le chemin aulcuns pour estrousser les lettres et que l'on a icy retenu Nepveu assez longtemps, estant bien volu du frère du Boy, affin qu'il face tout bon office, a esté advisé de luy dire que, en cas que ledict Sr. Baron soit party, il face hardiment ouvrir les lettres que s'adressoient a luy et les monstrer au Roy et a son frère". Verder over het geschenk. .— Verdetynpg: gelezen een brief van Bonyvet en goedgekeurd. — Cf. in het register van den griffier 8 Nov.: op het rapport van den burgemeester van Mechelen vereenigden de Staten zich met het advies van de Kamer der Beden „touchant 1'assault de Bonnivet" van 22 dagen gage (B. i. d.). 5) Nog op dezen dag: „Ordonné de signer passeport pour ung serviteur du S*. d'Alféran, gentilhomme a mons1. le Duc d'Alenchon, avecq ung lacquay" (B. i. d.). Waarschijnlijk zal hier ook sprake zgn van Nepveu. — 20 Nov.: Van der Beken gelast 210 p. 14 s. te betalen voor een gouden ketting, die cadeau is gedaan aan „certain francois Waseran" (= Alféran?) op advies van Willerval (R. i. d.). 6) Actes, n». 899—901; Blaes, II, 335, 336, en cf. Anjou, I, 69. noot 1. 7) Actes, n°. 921; Blaes, II, 337. 299 Buitenl. Betr. 1577. affection dudict Sr. Duc et excuses sur les plainctes, par luy faictes de ce que les Estatz sembloient avoir eu en peu d'estime 1'authorité dudict Sr. Duc 1). 239. E. 24 december. — Monsr. le Duc d'Arischot et aultres Sra., ayans esté députéz vers monsr. le Prince d'Orainge, ont esté authoriséz de traicter avecq mons". De Mondouchet sur aulcuns poinetz, proposéz et a eulx enchargéz par ledict Sr. Prince, a charge de faire raport de leur négociation a messieurs les Estatz Généraulx. 30 December: „pour le faict de Mondoulcet est dict d'entrer demain en communication avec luy" (R. i. d.). b. Engeland. 240. R. 7 januari. — L'ambassadeur de la Royne d'Angleterre s'est cotnparu avecq certain aultre Sr. Anglois, déclarant comme ilz sont envoyé de la Royne vers don Jehan d'Austrice 2), luy déclarantz ouvertement la charge qu'ilz avoient de Sa Mté, seavoir qu'elle désiroit que ledict don Jehan fist la paix intre les Estatz du Pays Bas et les Espaignolz, tellement que iceulx Espaignolz se retirent dudict Pays Bas; et au cas que lesdictz Estatz persévèrent en leur promesse de point changer leur prince, a eulx donné de Dieu, et que don Jehan ne faict sortir les Espaignolz, la Royne d'Angleterre feroit assistence ausdicts Estatz, tant de gens que de deniers, nou pas en faisant guerre contre le Roy Catholicque, mais contre les Espaignolz; dont messieurs leur ont remercié par le Duc d'Arschot bien grandement et sont d'intention d'escripre lettres a la Royne touchant ledict remerciement et prieront de continuer 1'affection; et aussy au Comte de Licestre lequel, comme l'on entend, offre venir pardecha en persone pour assister lesdicts Estatz, et que les Estatz luy feroient gratuite. 241. R. 8 januari. — Les S™. ayans [Lont?] receu par uions". le Duc d'Arschot certaine signature de l'ambassadeur d'Angleterre 8), dont S. Ex08, a requis copie. Et ont aecordé d'estre escripte lettre de remerciement a la Royne d'Angleterre et au Comte de Licestre 4) et au Prince d'Orainge de recommendation, pour et affin qu'il veille laisser passer les navires d'Angleterre sans détorbier ou empeschement, en faisant la visite des biens suyvant le placcat; et ce a 1'instance dudict ambassadeur. . 10 en 13 Januari werd besloten een „couppe d'argent dorre", wegende 27 mark, 3 ons (het ons a 48 patars), kostende 525 p., 12 s. ar£, aan den gezant, die bij don Jan geweest was, te geven (R. 1. d.). 242. R. 15 januari. — Le Sr. de Zweveghen a faict raport de ce qu'il a négocié en Angleterre suyvant sa charge, sur quoy les S™. luy ont requis de mettre le tout par escript, pour en besoingner seurement et résoucdre, tant a 1) 8 Dec. was paspoort verleend aan Philippe de Oassonière „de la chambre de mons'. le prince de Condé" (R. i. d). 2) Eduard Horsey was naar don Jan geweest; met den anderen Engelschman zal waarschijnlijk Thomas Wilson, toen als agent te Brussel, bedoeld wezen. 3) De schriftelijke verklaring van Eduard Horsey namens de Koningin: Actes, n°. 280; Relations, IX, 138. . 4) Brieven van 10 Jan. aan de Koningin en aanLeicester: Actes, n°. 292 en 293; Relations, IX, 439 en 440. Buitenl. Betr. 1577. 300 1'endroit des asseurances, par la Royne requises touchant 1'argent, par elle prestee jusques a XLm angelotz, ou la valeur x). 243. R. 17 januari. — Que on donnera acte a la Royne d'Angleterre que les Estatz sont en guerre contre les soldatz Espaignolz et leurs adhérens. 18 Januari werd goedgekeurd „le tont que le S*. de Zweveghem a proiecté" *); voor vacatiën van zijne Engelsche reis 19 p. art. per dag, behalve de buitengewone onkosten s) (B.. 1. d.). In het register van Liébart komt op 30 Januari het volgende voor, dat in het register van den griffier ontbreekt: 244. R. 30 januari *). — Item leues lettres de la Reyne d'Angleterre dattées du [18] de Janvier 6) et addressantes [ aux Estats] et pour ce qu'elles contenoyent clause de crédence, mandé le porteur quy déclare n'avoir cherge que parler au Conseil d'Estat; commys le Conté de Lalin et ledict Sr. Champigny pour y estre, quand ledict ambassadeur feroyt son ambassade, au nom des Estats et ce a la requeste dudict Arschot *). Lueues lettres du millor Robert 7), offrant aux Estats ses biens, gens et personne en date du [18 de Janvier]. 31 Januari schreven de Staten aan de Koningin en aan Leicester, hoofdzakelijk om hen te bedanken voor hunne brieven van 18 Januari 8). 245. R. 9 februari. — Que lettres seront escriptes aux six villes, affin qu'elles veillent dépescher lettres conformes au proiect, faict par la Royne d'Angleterre, et que les Estatz les promettent de les indemner et les donner toutes telles asseurances qu'elles requireront 9). Que semblables lettres seront escriptes de par messieurs du Conseil d'Estat, saulff les indemnitéz. Dienzelfden dag schreven de Staten aan de Koningin naar aanleiding van de onderhandelingen met don Jan en een verzoek van Elizabeth hieromtrent 10). 1) Het rapport: Actes, n°. 309; Relations, IX, 145. 2) Bedoeld zijn de stukken: Actes, n<". 323 en 324; Relations, IX, 149 en 448. — Dienzelfden dag besloten de Staten tot het geven van geschenken aan een drietal Engelsclien: Sr. Thomas Wyndebanc, Richard Zwalin en Jean Matin, die bij de overbrenging van het zilver uit Engeland, door Sweveghem medegebracht, goede diensten hadden verricht (R. i. d.). De aan den eersten geschonken gouden ketting kostte 68 p. 17 s. art. „et pour la colorer avec la faichon VI £, arthoys", te betalen aan den -goudsmid Jean de Roovere (R. 20 Jan. p. p.). 3) Over de afrekening nog: R. 13 Febr. (R. i. d.). — Harvy (hiervóór, p. 75) kreeg voor vacatiën 300 p. art. (R. 8 Febr.). 4) A. G., Cart. 327», fol. 7. 5) Actes, n°. 321; Relations, IX, 450. 6) In een vorige resolutie over een ander onderwerp genoemd. 7) Actes, n°. 322; Relations, IX, 451. 8) Resp. Actes, n°. 358, 359; Relations, IX, 466, 167. 9) Deze brieven: Actes, n°. 381; Relations, IX, 181, noot 1. Ook aan den Prins van Oranje schreven de Staten 9 Febr., om Middelburg, één der 6 steden (zie verder ons n°. 246), te bewegen een obligatie als verzocht te verleenen: Actes, n°. 382; Corresp. Guill le Tac, III, 206. — Hét formulier van de te verleenen obligatie vindt men in reg. Engeland 1576—1580, fol. 19v°. (R. A., S. G. 3791). 10) Actes, n». 380; Relations, IX, 182. 301 Buitenl. Betr. 1577. 246. R. 11 februari. — II est aecordé au Sr. de Zweveghem qu'il sera iudemné èt aura acquit, signé par le greffier des Estatz, de la somme et valeur de XLm jangelotz, par luy amenéz d'Angleterre, oires que par les assayez lesquelles se font des lingotz, fust trouvé que 1'argent ne fust sy pur et fin que porte 1'acquit qu'il a donné en bonne foy au Sr. Thomas Wundebanck, gentilhomme de la Royne d'Angleterre, sur espoir qu'il sera trouvé tel, lorsque ledict Sr. de Zweveghem fust contrainct pour le service des Estatz se partir avecq les aultres vers la communication de Huy, au retour de laquelle il trouva lediet Sr. Thomas party et retourné vers Angleterre, avant que lesdicts assayez fussent faictz, Voires point commenchéz. Que ledict Sr. de Zwevegem ne retournera en Angleterre, avant qu'avoir faict délivrer a l'ambassadeur de la Royne les obligations particulières de Bruxelles, Bruges, Gand, Dunekercke, Nyeuwporte et Middelborch en Zélande; et que l'on luy aura donné contentement et asseurance ou assignation, oü se pourra prendre 1'argent pour faire rembourser a la Royne ladicte valeur de XLm angelotz, pour en donner satisfaction a icelle. Et sera besoing que l'on envoyé en sa compaignie audict Angleterre ung ou deux persones, entendues en faicte de monnoie, pour faire les essayes audict Angleterre, prendre soing de pacquer et seurement conduire par decha le prest nouveau et promis que l'on pourra practicquer, dont se pourra la moitié laisser a Bruxelles, pour estre illecq forgé, sans que ledict Sr. de Zweveghem se ait a mesier d'aultre que de négocier ledict prest, en donner les acquitz et retourner par le chemin qu'il trouvera le plus convenable. Et pour entreprendre ce voyaige, sera requis que l'on luy avance quelque bonne et notable somme pour les grandz fraictz lesquelz s'augmentent a la journée en semblables légations. Dienzelfden dag werd Courteville gecommitteerd, om de obligatiên tot cautie voor Engeland van Brugge, Nieuwpoort en Middelburg te vragen (B. i. d.) 17 Februari werd er in toegestemd, dat de griffier de kwitantie voor Sweveghem wegens het door hem uit Engeland gebrachte geld zou teekenen in den vorm, dien hij zou ontwerpen (B. i. d.). 18 Februari werd besloten nogmaals brieven aan Gent, Brugge, Nieuwpoort „et semblables" te schrijven om hunne obligatiên te leveren, omdat de termijn van 40 Sagen -) weldra voorbij zou zgn s). Na den middag werd besloten indemniteitsbrieven voor de zes steden te doen ontwerpen door Sille en Yman. Tevens werd toen Sweveghem gecommitteerd naar Engeland, om een aanzienlijke geldsom te leenen, zoodra hij naar den Prins geweest zou zijn *) (B. i d. en p. p.). 21 Februari werden de indemniteitsbrieven goedgekeurd „avecq les dénominations des Estatz Généraulx et avecq les clauses de rénunciations, comme en 1'obligation générale, in amplissima forma" s) (B. i. d. p. p.). 1) 4 Maart werd voor Courteville een ordonnantie geteekend ter betaling van 37 p. 10 s. wegens de reis naar Middelburg hiertoe en 133 p. 14 s. 6 d. voor de reis naar den Prins om de gevangenen (hiervóór, p. 462) (B. i. d.). Nog 33 p. 5 s. art. (voor niet nader genoemde vacatiën (R. 48 Maart p. p.)). Zie nog R. 22 Mei p. p. 2) Versta: binnen welken dezen obligatiên geleverd moeten worden aan de Koningin. 3) Actes, n°. 401; B. A., S. G. 3791, fol. 24v. 4) Cf. hiervóór, p. 162. 5) Actes, n°. 446. — De generale obligatie bij Bor, I, 902. Buitenl. Betr. 1577. 302 19 Maart werd Champagney gecommitteerd, om met den Engelschen gezant te spreken over da obligatiên der steden *) (R. i. d.). 11 April leverde de pensionaris van Brussel „les lettres particulières obligatoires" (van wie?) over, die door Sweveghem aan den Engelschen gezant zouden overhandigd worden (R. i. d.). 247. R. 12 april. — Que les Estatz requiriront le Sr. de Zweveghem, voloir prendre la charge de se trouver en Angleterre, affin de practiquer encoires quelque prest de notahle somme de deniers et faire dons a ceulx que bon luy semblera d'avoir mérité, asseurer la Royne du prest déja faict sur les moyens généraulx, et que chacun des Estatz debvra procurer d'avoir estat de ce que les moyens généraulx portent. Après que lediet Sr. de Zwevegem a esté requis d'accepter ladicte charge, il a bien expressément refuisé, paree qu'il n'y a fondement pour asseurer ladicte Royne, tant pour ce que lesdicts moyens généraulx de Flandres ne sont bastans, comme ne montantz que a IIIcm £ arth., par an, et aultres raisons, oultre ce que les députéz dudict Flandres ont aussy dict qu'ilz sont trop chargé en particulier a la Généralité, de sorte qu'ilz ne scauroient en ce accommoder a la réquisition des Estatz. 16 April werd een reqnest van den Engelschen gezant in handen van Sweveghem en Champagney gesteld om advies (R. i. d.). 248. R. 21 april. — Sur la requeste des marchans Anglois, ayans esté travailléz a Bruges des impostz, signé par Thomas Wilson, ambassadeur de la Royne d'Angleterre, est appoincté selon l'escript de mons". de Champaignie: Comme il n'appert par les traictéz que les Anglois soient exemptz des impositions, assises sur ce quy se consommé au pays, ains seulement de ce qu'ilz y apportent ou exportent, mons". l'ambassadeur polra déclarer, sy et en quoy l'on contrevient. 249. R. 3 mei. — Sur la requeste des Anglois, signé par l'ambassadeur, est appoincté comme s'ensuyt: Comme aux Estatz n'est d'interpréter les traictéz, convenuz entre les princes, ains a celluy ou ceulx quy les représentent, quy sont pour le présent en ce Pays Bas messieurs du Conseil d'Estat, mons". l'ambassadeur se pourra addresser vers eulx pour cela que pour les plainctes qu'il meet es termes. 8 Mei werd op een request van de Engelsche kooplieden aan don Jan besloten het mede te deelen aan Sweveghem en den raadsheer Boisschot om advies (R. i. d.). 11 Mei gaf Boisschot zgn advies; besloten werd, dat Weellemans naar hem zou gaan om het advies op naam der Staten te ontwerpen (R. i. d.). 14 Mei stemden de Staten er in toe dit advies als hnn advies aan don Jan te zenden (R. i. d.). 24 Mei werden, om met de gecommitteerden van don Jan de meening van den Engelschen gezant te hooren over „leur *) prétendue exemption des impostz", Champagney en Carlier gecom- 1) Nog 25 Haart drong de gezant Thomas Wilson in een brief aan de Staten-Generaal (A. V. Ypres, papiers provenant de feu Alphonse Diegerick, fardé 7: lre ambassade du seigneur de Sweveghem) op overlevering er van aan; alleen Gent en Brugge hadden ze gegeven. 2) Sc: van de Engelsche kooplieden. 303 Buitenl. Betr. 1577. mittëerd (B. i. d.). 3 Juni werd een brief van den Engelschen gezant in handen van de pas genoemde gecommitteerden gesteld (B. i. d.). 250. R. 8 juni — Résolu de requérir mons". de Zwevegem se voloir transporter en Angleterre, pour practicquer prolongation du terme de XXm [£] sterlinghe quy expire en la fin de ce moys, et quelque nouveau prest de Jlljxxm £ sterlinghe, affin qu'il assiste mons". le Vicomte de Gand, auquel on donne commission; et que l'on requerra Son Altèze consentir que ledict Vicomte en prenne la charge pour ledict prest. 251. R. 9 juni. — Mons". de Grobbendonck a rapporté que Son Altèze est contente que mons*. le Vicomte de Gand pourra au nom des Estatz Généraulx, aussy oultre sa commission qu'il a de Son Altèze en Angleterre, négocier nouvelle debte de prest et obtenir prolongation du prest, par la Royne d'Angleterre auparavant faict ausdicts Estatz. 10 Juni werd de zending van den vicomte alleen door de Staten goedgekeurd. (R. i. d.) »). Dienzelfden dag gaven de Staten antwoord aan den Engelschen gezant op zijn request betreffende de belasting-vrijheid voor de Engelsche kooplieden 26 Jnni werd naar aanleiding van wat de pachters der nieuwe belastingen hadden voorgesteld, besloten de gezanten van Engeland en Frankrijk, „estantz sur leur partement 4) et retour", voorloopig niet te executeeren en ook de pachters van het door de gezanten verschuldigde bedrag voorloopig vrij te stellen (B. i. d.) s). 6 Juli: de Engelsche gezant, die van de Staten volgens den brief van de Koningin afscheid neemt, zal door S'. Ghislain bedankt worden en in de eerste plaats de Koningin; hem een geschenk van een gouden keten ter waarde van 300 écus te gevene). — Aan de Koningin een bedankbrief te schrijven. — Na den middag: de brief vastgesteld 7) (B. i. d. en p. p.). 29 Juli: de vicomte van Gent doet rapport van zijne onderhandelingen met de Koningin van Engeland over de verlenging van den termijn der leening en levert een brief van de Koningin over 8) (B. i. d.). 13 Augustus: een brief van de Koningin van Engeland ontvangen „par moyen de certain ambassadeur" (B. i. d. p. p.). 1) 5 Juni werd een brief van Sweveghem, dd. 3 Juni uit Doornik, gelezen (R. i. d.). 2) Brieven hierover van 12 Juni aan Bobert de Melun zelf benevens diens instructie en aan de Koningin: Actes, n°. 592—594; Relations, IX, 344—342. — 18 Juni werd 30 p. gerestitueerd aan Adrien Ballegrn. kamerdienaar van S*. Ghislain, die dit had voorgeschoten aan een bode, in alle haast met brieven voor Melun naar Engeland gezonden (R. i. d.). 3) Actes, n°. 591; Relations, IX, 333. 4) Wilson was door Elizabeth teruggeroepen, waarvan bij brief van 17 Juni aan de Staten kennis was gegeven (Actes, n°. 603; Relations, IX, 349). 5) Ook de acte van dit besluit op dezen dag in de resolutiën. —10 Mei was op een request van Sosyne van Raenst, pachteres te Brussel, besloten, dat de gezanten van Frankrijk en Engeland niet vrij van belasting waren (R. i. d.). 6) Denzelfden dag werd Van der Beken gelast deze te koopen (R. i. d.). — 7 Juli: de eerste deurwaarder van Brabant gelast naar Antwerpen te gaan, om de ketting daar aan den gezant te doen aanbieden door Liedekercke en Courteville of door iemand uit de magistraat; is de gezant reeds naar Gent of Brugge vertrokken, dan hem daar te doen aanbieden door Borluut of iemand van de wet (R. i. d.). 7) Actes, n°. 642; Relations, IX, 387. 8) Van 8 Juli (Actes, n°. 646; Relations, IX, 395). — De gezant was William Davison. Buitenl. Betr. 1577. 304 25 Augustus: Weellemans een ordonnantie op Bassigny te teekenen om 40 burgers uit Brussel te kiezen, met hen naar Rotselaar te gaan en volgens een door Aerschot te ontwerpen instructie den Engelschman „Hervege" (qf Hervy) gevangen te nemen en naar Brussel te brengen (R. i. d.)— 26 Augustus rapporteerde Bassigny, dat hij Hervy gevangen genomen had; besloten hem voor eenigen tijd op Trenrenborg, later in het logies van den; eersten deurwaarder van den Raad van Brabant te plaatsen (R, i. d. p. p.). 30 Augustus: besloten om Sweveghem naar Engeland te zenden, om een leening te krijgen. — Na den middag: Havré naar Engeland gedeputeerd *) (R. i. d. en p. p.). 81 Augustus: Hennin en Jean Grilles aangewezen tot het onderzoek van Thomas Hervy, „chevalier et gentilhomme de la Court dn Roy" (R. i. d.). — Denzelfden dag werden de instructie 3) en de credentie-brieven voor Havré 8) vastgesteld. 7 September: besloten aan Havré als assistenten Lelys en Meetkercke mede te geven en 'sPrinsen advies aan Havré te zenden 4). — Na den middag: een aanbevelingsbrief aan de Koningin verleend voor eenige kooplieden van Oostende, gesteund door de magistraat der stad, over door de Engelschen genomen koopvaarders ten getale van 45 5) (R. i. d. en p. p.). 8 September: Hervy in vrijheid te stellen, mits belovende aan den eersten deurwaarder om terug te keeren, als luj geroepen wordt (R. i. d.). — 9 September: besloten om Hervy, in geval hij niet op last van de Staten terugkeert, als vijand van het land te beschouwen (R. i. d.) °). 252. R. 6 octobee. — Touchant les lettres et escriptz de monsieur le marequis de Haverech 7) et Nicolas Cariensony touchant les Cm £ sterlincg,faisant VIIIcm £ arth., que la Royne d'Angleterre offre aux Estatz pour VIII moys est dict: les Estatz acceptent 1'offre de 1'argent, mais quant aux gens offertz, il est encoires réservé, et pour les ligues, copies seront données pour adviser demain. Et que sont députéz pour besoingner en Anvers, affin d'obtenir argent [par] change avecq Carissony, mess1*, de Liekercke et Rouck et de députer aulcuns pour remerchier Ie ambassadeur d'Angleterre et prier vouloir assister ledict Carissony. 253. R. 9 october p. p. — A esté résolu d'envoyer le Sr. de La Haye et Sr. de Bassigny vers l'ambassadeur d'Angleterre pour le remerchier des bons offres qu'il a faict pour le bien de ces pays, prier de vouloir continuer et mesmement pour le faict de la négociation de Cm £ sterlingz, promis par Sa Mtó. Réginale. 11 October werd naar aanleiding van Havré's brief besloten aan Havré, de Koningin en Leicester te schrijven 8) (R. i. d.). 4) 3 Sept.: Havré wisselbrieven voor 3000 écus verleend, om er zich zoo noodig van te bedienen (R. i. d.). 2) Actes, n°. 760; Relations, IX, 487. 3) Actes, n°. 767 (met foutieven datum) en 768; de eerste R. A. Utrecht: Staten-archief, afschriften van bij de Staten-Generaal ingekomen stukken, en de andere gedrukt Relations, IX, 497—499. 4) Brieven hierover aan Havré, Meetkercke en Oranje: Actes, n°. 778—789;Relations, IX, 503, 504, 502. 5) Actes, n°. 784; Relations, IX, 505. 6) Verder hierover nog R. 15, 16 en 18 Sept. 7) De brief van 28 Sept. van Havré en Meetkercke (Actes, n°. 826; Relations, IX, 542) en Carenzoni's geschrift van 5 Oct. (Actes, n°. 838; Relations, IX, 563) zullen bedoeld wezen. 8) Actes, n». 845—847; Relations, X, 7—10. 305 19 October werden „au faict de Carenchony", om te Antwerpen te onderhandelen, Liedekercke en Rouck toegevoegd (R. i. d.). 254. R. 29 october. — Lettres de messieurs de Liekercke et recepveur Rouck a esté leue de ce qu'ilz auroient négocié avecq Carieusony touchant la levée d'argent sur les obligations de la Royne d'Angleterre et est résolu de renvoyer ledict Carieusony en Angleterre, pour y practicquer 1'argent, puysque icy il n'y a apparence d'avancer telz deniers, et que les Srs. docteur Sille, les pensionaires de Tournay et Ypre avecq le Sr. de Willerval visiteront les lettres de mons". le Marquis de Haverech et de Medekereke -) avecq l'escript des pointz que demande la Royne, pour en faire raport et estre lettres responsives et les résolutions requises faictes comme les Estatz trouveront convenir. 30 October werd de brief aan de gedeputeerden in Engeland gelezen en vastgesteld (R. L d.). 255. R. I november. — Résolu d'escripre lettre a mons". le Prince d'Orange avecq copie de la lettre du discoirs des députéz en Angleterre 2), envoyéz aux Estatz, requirant voloir admonester 1'agent ou ambassadeur d'Angleterre qu'il auroit contre la vérité informé sa maistresse, la Royne d'Angleterre, et qu'il veulle redresser la faulte, et que ledict Sr. Prince veulle eseripre a ladicte Royne la vérité a). 256. R. 7 november. — Mons*. le Comte de Boussu a faict raport des excuses de l'ambassadeur d'Angleterre, par luy faictes de ee qu'il auroit aultrement informé la Royne que la vérité n'est et entre aultres que la minute de la lettre, envoyé a la Mte. Réginale, démonstre aultrement que l'on auroit escript, sur quoy est résolu d'escripre lettre de contentement et qu'il veulle faire tout bon office pour la patrie 4). 8 November: „le faict d'argent d'Angleterre de Carionzony" te bespoedigen (R. i. d.). — Denzelfden dag werden 8 brieven van Havré *) ontvangen en gesteld in banden van den pensionaris van Doornik,, om ze met andere voorafgaande te onderzoeken en er den volgenden dag rapport over te doen met den pensionaris van Ieperen en Sille a). 257. R. 9 november 7). — Sur le rapport du pensionnaire d'Hypre, 1) Klaarblijkelijk die van 17 en 19 Oct.: Actes, n°». 853 en 854;Relations,X, 18en29. — Het „escript des pointz" is blijkbaar het verbaal of rapport van Meetkercke, gevoegd bij den laatsten brief en gedrukt t. a. p., 23. 2) Gevoegd bij hun bovengenoemden brief van 19 Oct. 3) 2 Nov. schreven de Staten ook zelf aan Davison (Relations, X, 71). 4) Actes, n». 884; Relations, X, 78. 5) Van 28 Oct.: Actes, n°. 865—867; Relations, X, 58, 60; de laatste, die over Havré's compagnie van ordonnantie handelt, is t. a. p. niet gedrukt; de eerste is een brief van Havré en Meetkercke samen volgens de copie in A. G., Cart. 810A. fol. 292. 6) Dit alleen in S. G. 3, waar op 8 Nov. verder nog: „A résouldre demain (?) pour le fait d'Angleterre". — Zie over de rekening met Carenzoni nog R. 5 Sept. 7) Alleen in S. G. 3. 20 Buitenl. Betr. 1577. 306 docteur 'Sille, pensionnaire de Tournay a esté résolu ce que s'ensuyt: Sur le premier poinct touchant 1'argent est résolu de accepter. Quant aux gens, requis par le Sr. Marquis d'Havrecq a la Royne d'Angleterre tant de pied que de cheval, a esté résolu a pluralité de voix de prendre lesdicts gens, bien entendu que les traictéz et conditions que l'on voldroit stipuler avecq lesdicts Anglois seront remis a la discrétion de mons". le Prince d'Orenge. Touchant le poinct de la ligue, alliance et confédération avecq Sa Mtó. Réginalle a esté advisé de eseripre aux députéz, estaus en Angleterre, qne l'on est bien content d'entendre a quelque bonne alliance, mais que l'on désire de seavoir préallablement, quelles alliances elle entendroit estre renou vel lees et de coucher par escript les poinetz et articles d'icelles alliances. Quant au poinct de l'ambass[ad]eur que l'on pourat tenir ordinairement en Angleterre, les Estats sont contens de y entendre, pourveu que ne conste aux despens desdicts Estats. Quant au poinct de ne riens faire sans l'advis de la Royne et au surplus de la assister réciprocquement a esté résolu que les Estatz tiendront bonne et mutuelle correspondance avecq Sa Mté. Réginalle et qu'ils la advertiront de ce que se passera, estant d'importance. Quant a 1'article YUP, commenchant: „et si quelque prince", a esté advisé de le laisser derrière pour estre ia piecha (?) comprins en 1'article précédent. Quant au IXe article advisé que iceluy demourat, ainsy qu'il est couché par escript. Le Xe article est trouvé bon, moyennant que Sa Mu'. fache le réciprocque. Le XP touchant 1'exemption des maltostes faict, en faisant argent aux Estatz, paree que le réciprocque soit aecordé par Sa Mtó. Réginalle a ceulx de ce pays, estans par dela. Touchant le dernier article qu'ils feront tous leurs debvoirs pour le contenu en eest article. A esté résolu de eseripre et envoyer aux Srs., estans au camp, et a mons". le Prince ladicte résolution pour avoir l'advis, et aussy d'escripre a mons". le Marquis de Havrech; pour quoy faire ont estés députés les docteur Sille et pensionnaire de Tournay. 258. R. 17 november. — Les lettres de mons". le Marequis de Haverech du YP de ce moys a Londres 1) ont été leues et, pour y donner response, a esté advisé de respondre que l'on a, passé quelque temps, satisfaict ad ce qu'il requiert par son faict d'Angleterre, 1'advertissant de ce qu'est passé par la délivrance du S*. Duc d'Arschot *), son frère, et son nepveu, le Prince de Chimay, avecq aultres occurences d'icy et semblablement respondre amons". le Prince d'Orainge pour ce que touche le secours d'Angleterre. 22 November: „mémoire de décider demain" over het antwoord op de brieven van Havré (R. 1. d.). — Denzelfden dag schreven de Staten aan Davison, hem bedankende voor zijne goede diensten 8). 23 November werd besloten op de brieven van Havré te antwoorden conform het advies van Oranje4), waartoe gedeputeerd werden Aldegonde, Provins en de pensionaris van Doornik (R. 1. d.). De brief werd nog denzelfden dag vastgesteld °). 1) Actes, n°. 882; Relations, X, 76. 2) Zie Rubriek IX. 3) Actes, n». 913; Relations. X, 114. 4) Actes, n». 908; Corresp. Guill. le Tac, IV, 25—26. 5) Actes, n°. 914; Relations, X, 115. 307 Buitenl. Betr. 157?. 13 December werden gelezen en -vastgesteld „certaines lettres" aan Havré en Meetkercke (R. i. d.). 18 December besloten de Staten de acte betreffende de afschaffing van de licent der hop te teekenen „selon la forme et manche" van het geschrift aan de lias (R. i. d.). — In deze acte verklaarden de Staten naar aanleiding van een brief van den Engelschen gezant betreffende het transport van de hop op licent *) volgens commissie van Requesens, dat deze licent sedert 29 October was afgeschaft blijkens hunne apostillé op een request der magistraat van Antwerpen a); dat de pretendenten, vragende om 3000 p. art., die de collecte dezer licent sedert 29 October zou opgebracht hebben, hiervan specificatie konden geven en eveneens van alle transporten, krachtens hunne commissie gedaan; dat, indien bleek, dat hun tekort gedaan was, Antwerpen bereid was, hun dit te vergoeden 8). 31 December deden Havré en Meetkercke met den agent van de Koningin, Thomas Carenzoni, rapport op schrift, „pour éviter longueur", dat Meetkercke voorlas *) (R. i. d.). c. Schotland. Aan den Koning en den regent van Schotland schreven de Staten 8 Mei, dat de kolonel Balfour en zijne compagnieën 6) den Koning en de Staten trouw hadden gediend (R. i. d.). 20 October: het request van den conservator der privilegiën van de Schotsche natie af te doen door gedeputeerden der Staten en die van Holland en Zeeland (R. i. d.) «). d. Duitschland. Wij verdeelen deze onderaf deeling op dezelfde wijze als in 1576. Aan den Keizer schreven de Staten 28 Februari om hem, in antwoord op zijn. brief van 7 Februari 7), te bedanken voor zijne welwillendheid en voor zijne bemoeiingen door middel van zijne gezanten ten bate van den vrede met don Jan 8). 8 Mei werd besloten een gezantschap naar den Keizer te zenden (R. i. d.). 13 Juni werd besloten dit uit te stellen tot na de regeling met de Hoog-Duitsche soldaten (R. i d.), 5 JuK weed besloten den Keizer te schrijven °) (B. i. d.). 10 Juli: besloten „a cause du pen d'apparence des moyens des mises d'envoyer quelqu'ung" en omdat de Duitschers nog niet vertrokken waren, de zending aan den Keizer nog uit te stellen, maar een bedankbrief met de (keizerlijke) gezanten mede te geven (B. i. d.). 16 Augustus besloten de Staten Maelstede naar den Keizer te zenden met brieven, door Bossu en Sweveghem met eenige pensionarissen te ontwerpen (B. i. d. p. p.). — 17 Augustus werd de door Sweveghem ontworpen brief vastgesteld (B. i. d.). In dezen 1) Zie Rubriek XII. 2) Cf. ons n». 749 van dit jaar. 3) Deze acte in A. V. Ypres, port. 23B. 4) Actes, n°. 959; Relations, IX, 190. 5) Zie Rubriek V op 18 April. 6) 25 Oct. werd Van der Beken gelast aan den conservator George Acquet (of Racket), resideerende te Brugge, 600 p. te betalen voor zijne vacatiën en onkosten „a faire service des Estatz" in Schotland (B. i. d.). 7) Actes, n°. 374; R. A., S. G. 3798, fol. 42v°. (de brief was op 49 Febr. ontvangen „ex manibus episcopi Leodiensis"). 8) Actes, n°. 430. Zie hierover verder Rubriek III. 9) Na den middag werd dit herhaald. Dan is sprake van „lettres de remerciement" (R. i. d. p. p.). In beide resolutiën: ook aan den Hertog van Gulik en den Bisschop van Luik. Blijkbaar zijn dus bedankbrieven voor de bemoeiingen ten bate van de onderhandelingen met de Hoog-Duitsehers bedoeld. Buitenl. Betr. 1577. 308 brief, gedateerd 18 Augustus '), gaven de Staten verslag yan don Jan's vertrek naar Namen, de aanleiding hiertoe en de gevolgen er van, op dezelfde wijze als in den brief aan Philips H van 24 Augustus!). Wij lichten alleen één zin uit den aanhef: de Staten verzoeken den Keizer de Staten te vertrouwen en niet „ceux qui pour couvrir leur malversation, nous auront voulu calumnier et a grand tordt accuser des deux crismes les plus grands et énormes du monde, asseavoir d'avoir voulu abandonner nostre religion anchienne Catholicque Romaine et 1'obéyssance deue au Boy, nostre prince naturel". 18 September werd de voor de Keizerin ontworpen brief goedgekeurd (B. i. d. p. p.) *). 14 October werden de brieven aan den Keizer, den Hertog van Savoye en „autres princes" met de justificatie der Staten 4) vastgesteld (R i. d.). 24 October: bij den brief aan den Keizer 5) copie van twee brieven te voegen, die de Staten aan don Jan schrijven (R. i. d.). Bij dezen brief van 24 October, die mutatis mutandis ook aan verschillende Duitsche vorsten 6) gezonden werd, deden de Staten hunne justificatie toekomen. Zij voegen hieraan toe, dat don Jan zich begint te wapenen, wat „nous a constrainct de nous résouldre a ce que nous avons faict, confiantz que Yostre Mté. et tous les princes de 1'Empire, tant électeurs que aultres, a la faveur de Yostre Mté. nous garantiront selon nostre bon droict en noz previlèges et libertéz, comme la raison le veult, puisque nous sommes touttes provinces des Pays Bas de 1'ung des cercles dudict Sainct Empire et partant soubz la protection de celluy-la et particuhèrement de Vostre Mté., oultre ce que plusieurs desdictz provinces de leur nature ressortent soubz celluy-la"; zij vertrouwen dus, dat noch Z. M. noch het Bijk zullen dulden, dat zij worden getyranniseerd; hunnerzijds zijn ze besloten zich hiertegen met alle kracht te verzetten, „n'entendans par cecy déroguer en rien a 1'obéyssance et fidêlité que nons debvons a nostre prince sonverain". 2 November werd besloten den Keizer te schrijven, dat Maelstede r) nog niet te Brussel gekomen was, om rapport te doen; zoodra hij terug is, zal men den Keizer schrijven, waarmede de gedeputeerde van Priesland belast is (B. i. d.). 259. R. 4 november. — Résolu d'escripre lettres a Sa Mtó. Impériale, 1) Actes, n°. 728; R. A. Utrecht: Staten-archief, afschriften van bij de Staten-Generaal ingekomen stukken. — De brief van 28 Aug. (Actes, n». 753; A. G., Cart. 327B, fol. 96), waarvan Gachard een geheel ander regest geeft, is precies dezelfde brief; alleen de datum: 28 Aug. is anders en waarschijnlijk foutief. 2) Hiervóór, p. 227, noot 1. 3) 9 Sept. werd paspoort verleend voor een koerier, met brieven uit Duitschland komende (R. i. d.). 4) Het Sommier Discours (hiervóór, p. 238, noot 1). 5) R. A. Friesland; Aanw. 1911 (Gabbema), G. 15. 6) Zie Bor, I, 881. — Dergelijke brieven van 15 Oct. aan de stad Keulen en Hertog Albrecht van Beieren in R. A., S. G. 3798, fol. 22, 24; in den laatsten gaven de Staten tevens antwoord op Albrecht's brief van 20 Sept. (t. a. p., fol. 23), waarin deze de belangen van kolonel Fugger had aanbevolen, door te verwijzen naar hunne justificatie. — 29 Oct. aan landgraaf Willem van Hessen, graaf van Catzenellenbogen, Dietz enz., wien zij tevens in antwoord op een brief van hem van 17 Oct. toezeggen, dat zij zullen trachten op te sporen een persoon, die zich te Brussel voor graaf Christoffel van Dietz, broeder van den landgraaf, uitgeeft. 29 Oct. ook aan den rijksdag te Frankfurt, tevens als antwoord op den brief van den rijksdag van 5 Oct. (deze beide in R. A., S. G. 3799; die van 5 Oct. in S. G. 3798, fol. 40, en Van Hasselt, UI, 220). 7) Hij had bij schrijven van 24 Oct. uit Keulen bericht, dat Matthias, met wien hij te Keulen aangekomen was (hierna Rubriek VU), hem verzocht had bij hem te blijven; hij zond echter den door hem medegebrachten brief van den Keizer vooruit (R. A. Utrecht: Statenarchief, alsboven in noot 4). — Cf. nog 40 Oct.: de papieren betreffende „le faict de Malstede" te steUen in handen van den burgemeester van Deventer en Asseliers ter fine van rapport (R. i. d.). 309 Buitenl. Betr. 15Ï7. responsives aux siennes 1), seavoir en premier lieu qu'il ne tient aux Estatz Généraulx que la paix n'a esté conservée, mais a don Jehan et ses adhérens, selon que bien amplement est discouru par la justification, a Sadicte Mté. envoyée; que la copie des derniers articles des Estatz, envoyéz a Son Altèze, et d'envoyer par Sadicte Mt(\ Impériale aulcuns ambassadeurs, les Estatz ne les refuseront, pour faire retirer Son Altèze et laisser governer 1'Archiduc Mathie, son frère, avecq lequel les Estatz estiment povoir vivre en paix et repos. Et quant aux éouriers ausquelz tort auroit esté faict, il seroit advenu sans le sceu des Estatz, mais a 1'advenir ilz mettront 1'ordre qu'il convient que nulle iniure sera inféré aux couriers ou messagiers, mais pour aultant qu'il touche le coulonel Focquer et soldatz allemans, les Estatz ont faict ledict coulonel constituer prisonnier a juste cause et ne sera traicté, sy non par droict et justice, comme sont les Estatz accoustuméz de faire, comme aussy seront les allemans soldatz payéz, comme convient, tant ceulx avecq lesquelz l'on a particulièrement convenu pour avoir transgressé leurs serrnentz que aultres. 10 November *): de brieven aan den Keizer zgn gelezen en goedgekeurd (R. i. d. p. p.). Er zijn hier twee brieven bedoeld, de één gedateerd 10 November en de andere 11 November 3). Uit den eersten brief 4) volgt hier een gedeelte: 260. R. 10 november. —■ [Herinnering aan hun vorigen brief '). Don Jan's optreden veroorzaakt groote ongelegenheid]. Le peuple s'altère de plus en plus de la facon de procéder que ledict Sr. don Jehan use présentement, entrent en diffidence en pluysieurs lieux contre tous ceulx lesquelz semblent avoir eu quelque accès vers icelluy Sr. [Te Gent Aerschot en anderen gevangen genomen '). Zij vreezen, dat hierdoor] le service de Dieu et de Sa Mtó. ne soyent journeilement de plus en plus retardéz a nostre trés grand regret, chose a laquelle se pourra difficillement obvier, n'est par le département dudict Sr. don Jehan avecq ses gens de guerre et estant envoyé pour gouverneur aultre seigneur, acceptable a ce peuple quy désire estré traité en toutte sincérité suyvant la pacificatión, faite et ratifiée par 1'édict perpétuel du Roy, notre Sire, a quy, veu que ledict S*. nous a déclaré d'estre remandé par Sa Mte. et qu'aultre viendront (!) en son lieu, semble 1'archiduc Matthias 7), frère a V. M*é., vouloir tellement recommander vers le Roy, nostre Sire, qu'il puisse estre commys au gouvernement général de pardeca et nous joyr soubz luy de ladicte paix quy est le seul remède pour obvier a tant de calamitéz apparentes au grand intérest de la République Chrétienne. — 1) Nl. van 12 Sept.: Actes, n». 791; R. A., S. G. 3798, fol. 18. — Waarschijnlijk medegebracht door Maelstede bij zijn terugkeer; althans in den aanhef wordt medegedeeld, dat de Keizer den door Maelstede gebrachten brief van de Staten ontvangen heeft. — Aan Maelstede werd 10 Dec. op zijn request 880 p. art. toegelegd overeenkomstig het advies van de Kamer van de Beden (R. i. d.). jSli f -'X.' 2) Voor den middag: „a dépescher ce-jourdhuy le courier de 1'Empereur". (R. i. d.). — 11 Nov.: den koerier „pour gratuite" 30 daalders van 30 s. te betalen en hem een sauvegarde te verleenen (R. i. d.). 3) De laatste: Actes, n». 888; Bondam, IV, 64. 4) A. V. Ypres, port. 12. 5) Nl. van 24 Oct. (hiervóór, p. 308). 6) Zie Rubriek IX. 7) Zie Rubriek VII. Buitenl. Betr. 1577. 310 21 December: Charles Rym, „escuyr", te deputeeren naar den Keizer (R.i.d.) '). 27 December werden de Prins van Chimay en Rym gedeputeerd naar den Keizer; Beaumont en Courteville werden aangewezen om Aerschot hiervan kennis te geven, opdat hij de benoeming goedkeurde (R. i. d.). — 28 December rapporteerde Courteville, dat Aerschot over de zending van zijn zoon zou beraadslagen, waarover na de terugkomst van Havré (sc. uit Engeland) beslist zou kunnen worden. — Rym gaf denzelfden dag te kennen, de zending naar den Keizer en naar den Aartsbisschop van Keulen aan te nemen; instructie op te maken (R. L Sr. d'Oetinghen et Wamesius copie, il plaise audict cercle de insister vers 1'Empereur et aultres cercles de 1'Empire que les supplications qu'ilz disent avoir faict, sortissent effect et que les quattre colonnelz Polwilder, Frunsbergh, Foucker et Cornelis van Empden soyent rappelléz et leurs biens saisyz et arrestéz, tant qu'ilz ayent respondu des mesnz et aultres fourfaictz, perpétréz par decha, auquel effect est donné ausdict Sr. d'Oetinghen et Wamesius ce que on a mis par escript contre lesdictz coronnelz. Poulrons aussy lesdictz Sr. d'Oetinghen et Wamesius, s'ilz trouvent convenable et prouffitable et si les occasions se donnent en particulier parler avecq mons*. de Couloingne, comme ayant ledict Sr. Wamesius vers Sa Ulme. et Rhme. S"-e. familiarité, auquel effect leur soit donné lettres de crédence desdicts Estatz Généraulx Au surplus lesdicts Sn. d'Oetinghen et Wamesius a 1'endroict de ceste leur charge négocieront selon qu'ilz veront a 1'exigence d'icelle et pour la mieulx effectuer nécessaire. 30 Januari: request van Johan Casünir „pour estre admys en service des Estatz avec chevaulx légiers"; uit te stellen tot den volgenden dag *). 10 Februari werd besloten den bode van Lttbeck 2 daalders gratificatie te geven (R. i. d.). Hij was de brenger van een brief van de regeering van Lübeck van 5 Januari over door hunne burgers te Antwerpen bjj de Spaansche plundering geleden schade s). 262. E. 23 februari. — Résolu que le Sr. Schoor traictera avec aulcuns marchants de Straesborch quy donneroient aux Estatz Généraulx la somme de deux ou troys cent mille livres arth. a fraict pour six ans, saulff que lesdicts Estatz Généraulx et chacun en particulier donneront leurs obligations. Et pour effectuer, ledict Sr. Schoor priera lesdicts marchantz tant faire, que sy avant qu'ilz demandent a contractei-, renvoyent en poste nouvelles des conditions, sur lesquelles ilz seroient arrestéz de prester ledict argent, affin que les Estatz s'en pourroient selon ce rigler. Na den middag van dienzelfden dag werden Champagney en Oetingen gecommitteerd om met den voorzitter en Wamesius te overleggen, of gedeputeerden gezonden moesten worden naar de vergadering van den Westfaalschen kreits op 4 Maart a.s. (R. i. d. p. p.). 263. R. 25 februari. — Que les S™. d'Uuetinghen et docteur Wamesius seront envoyéz aux cercles d'Allemangne quy s'assemblent a Coloingne le HIP de Mars pröehainement venant; et que on leurs fera furnir la somme de VI° £ arth. Depuys a esté dict de X° £ sur les Estatz d'Oultremeuze. Hunne dien zelfden dag vastgestelde instructie 4) luidt in hoofdzaak als volgt: 1) Deze credentie: Actes, n°. 342 (met foutieven datum); A. V. Ypres, port. 42(met juisten datum van 44 Jan.), waar ook nog een credentie voor baron van Wynenburg. 2) Alleen in register Liébart (A. G., Cart. 327&, fol. 7v.). 3) Actes, n». 277; R. A., Aanw. 4826, n°. 48, fol. 188 (op de copie staat: ree. 10-Febr.). 4) A. G., Aud. 658, fol. 96. — Een credentie voor hen van 25 Febr., woordelijk gelijk aan die van 14 Jan., in A. V. Ypres, port. 12 (zonder adres). Buitenl. Betr. 1577. 312 263a. 25 februari. — Premièrement lesdictz S™. députéz se joindront avecq les députéz qui de la part de l'Illme. et Rhme. Grace de mons". 1'Evesque de Liège se debvront trouver audict Coloingne. Et arrivéz audict lieu, exposeront aux cercles, tant de Westphale électorial du Rin que celuy du Rin supérieur, qu'ilz sont venuz a ladicte assemblée suyvant leur advis et conseil [met hetzelfde doel als Wamesius ') op de vorige vergadering]. Et les remercieront des courtoises offres que lors lesdictz cercles fisrent et de 1'assistement, par eulx promise, déclairans en oultre ce que depuis est ensuivi entre Son Altèze et lesdictz Estatz, les priant de vouloir continuer en la bonne intention qu'ilz ont monstré en cette occasion et aux Pays Bas en particulier et signamment, si eest accordt n'estoit suivy de 1'effect qu'on espère. Et aussy vouloir tenir la bonne main vers les aultres cercles qui s'assatnbleront audict Coloigne, que ilz s'y veullent aussy employer. [Verder zich te gedragen volgens de instructie van 14 Januari] '-). 5 Maart committeerden de Staten Comhuysen, om geld in Duitschland teleenen, terug te geven tegen denzelfden prijs, waartegen het geleend werd (R. i. d. p. p.) 8). 19 Maart werd naar aanleiding van een request van Floris, graaf van Kuilenburg, besloten aan den gouverneur en luitenant van het land van Munster te schrijven „aux fins icy mentionéz" (R. i. d.). 13 April werd besloten twee requèsten van Hendrik Snderman, syndicus der Hanzesteden, in handen van Sweveghem en Berchem tot onderzoek te stellen (R. i. d.) en 16 April werden de genoemde twee benevens de deken van Atrecht aangewezen om Suderman's requèsten mede te deelen aan den Raad van State 4) (R. i. d.). 264. R. 17 april. — Résolu que doctor Ludolff Halden et doctor Rava seront employés suyvant 1'instruction, a faire par monsieur de Grobbendonck, pour praticquer argent en Allemaigne a fraict ou rente au proffict des Estatz, et que lettre sera envoyée aux Pocquiers. 265. R. 20 april. — Ayans messieurs oy la lecture des lettres de crédence, instruction et lettres, a envoyer aux villes d'AUeniaingne pour la négociation de 1'argent, lesdits S™. ont trouvé bon de se rigler selon lesdicts conceptz faitz, saulff que on adjousteroit aux lettres, que les Allemans seront payéz en toute raison et équité suyvant le traictié de la pacificatión. Les Estatz escripveront lettres au borgmaistre de Coloingne pour trouver deniers, et de requérir docteur Zodermans d'escripre audict borgmaistre, son frère, en conformité. 1) Oetingen had 21 Jan. aan de Staten bericht, dat bij niet naar Keulen kon medegaan.— Hij was nog te Luik; verschillende berichten van hem uit Jan., waaronder dat van 21 Jan., in A. V. Ypres, port. 12 (cf. nog Rubriek V). 2) De instructie werd, blijkens onderschrift, 27 Febr. door den Raad van State bevestigd. 3) 9 Maart besloten de Staten op een request van Henry van Comhuysen den Raad van State te vragen hem credentie-brieven te verleenen (R. i. d.). 48 Maart: credentie-brie ven volgens het ontwerp voor hem te maken (R. i. d.). Een dergelijke brief voor Augsburg: Actes, n°. 474. 4) 20 Aug.: besloten te schrijven aan die „de Hamstede", als aan de lias (R. i. d.). Zijn hier de Hanzesteden bedoeld? 313 Buitenl. Betr. 1577. Dé instructie ') voor Ludolf Halber s), „doctéur es droictz et conseiller de Sa Mté. et de monsieur le duc de Bavière", én voor Jean Rava, „aussy docteur", dd. 22 April, luidt in hoofdzaak als volgt: 266. 22 APaiL. — Premièrement remonstreront aux villes de Auspurg, Norembourg, Ulm, Straesbourg et aultres desquelz les manans et inhabitans sont accoustuméz de négocier et traffiequer en Anvers par leurs facteurs ou commis, le grand bénéfice et commodité qu'ilz receveront par la pacificatión faicte, leur remectant devant les yeulx 1'incommodité, paine et dommaige qu'ilz ont senti par la misérable guerre intestine, et que par ce doibvent, en favorisant a ladicte paix, assister les Estatz de pardeca de tout leur povoir, pour maintenir icelle tant par crédit que par argent pour par ce moyen tant plus franchement et librement négocier par deca et se restaurer eulx mesmes des dommaiges passéz et souffertz, nommément par le saccaigement de ladicte ville d'Anvers, tant plus qu'on demande ladicte assistence sans leur dommaige ou intérest. Leur donnant a entendre la grande sceurté, consistante en la généralle obligation des Estatz de par deca, poinetz et uniz ensemble, asseavoir Brabant, Geldres, Flandres, Artbois, Haynau, Valencbiennes, Lille, Douay et Orchies, Namur, Tournay, Tournesiz, Utrecht et Malines et chacun d'eulx insolidum, coniunctum et divisim, qu'est 1'obligation et chose la plus asseurée que en tous ces pays de par deca se pourroit trouver, immaginer ou demander. Au regard que les bourgeois et manans de toutes lesdictes provinces y sont obligéz et en faulte de payement seroient arrestables et exécutables, se trouvans en Allemaigne ou ailleurs, oü pour leur commerce et trafficque ne peulvent laisser de hanter. Que lesdicts Estatz, comme intentionnéz de bien payer, ne feront difficulté d'insérer ladicte clause en leurs obligations ou lettres d'indempnité par verba expressa, pour donner tant meillieur contentement a ceulx quy furniront deniers ou presteront leur crédit pour eulx. Que lesdictes obligations, dressées en telle forme qu'on pourra demander et eulx mesmes vouldront adviser, pour oster toute scrupulosité, se feront avecq aggréation de Sa Mtó. ou du Sr. don Jehan comme gouverneur de ces pays en son nom. [De gezanten moeten er op wijzen, dat de generale middelen, die de Staten zullen invoeren, „grandes et excessives sommes" zullen opbrengen, en dat de Staten voor de bétaling der Duitschers moeten zorgen, die zé willen doen op lange termijnen.] Que par ce pour faire meilleur appoinctement, on requiert lesdictes villes pour assistence de leur crédit sur promesse ou lettre d'indempnité de telles sommes et a telz termes qu'on aura de besoing ou telz qu'ilz vouldront, pour gratisfier a ces Estatz, consentir. [De Staten hebben om de Duitschers wat op reis mede te geven en voor de afdanking van andére soldaten ook gereed geld noodig.] Requireront aussy au nom desdicts Estatz icelles villes de vouloir assister de quelque argent comptant,s'ilz ont le moyen, 1) Actes, n». 551; A. G., Cart. 327», fol. 234. 2) Halber of Haller was de correspondent van de Staten in Duitschland. 8 Maart werden (voor het eerst naar het schijnt) berichten van hem ontvangen, „portant toutes bonnes nouvelles" (R. i. d. p. p.). Een heel pak nieuwstijdingen van hem vindt men in A. V. Ypres, port. 7; kleinere verzamelingen ook in andere archieven. De ontvangst zijner brieven wordt in de resolutiën niet dan sporadisch vermeld (zie B. 12 April). Buitenl. Betr. 1577. 314 du moings animer et exhorter tellement leur bourgois, hantans et ne'gocians par leur facteurs en ces pays de par deca, affin qu'ilz assistent dudict argent et qu'ilz escripvent a leurs facteurs de ainsy le faire par decha, prendant a telle fin note et mémoire de ceulx que par telle exhortation respectivement en chacune desdictes villes seront apparens de faire quelque assistence d'argent, pour envoyer ausdicts Estatz la liste avec leur advis, comme l'on pourrat par deca procéder avecq eulx, pour parvenir a 1'effect de ce qu'on prétend. Avecq les S™. Fuggers et aultres, ayans le moyen de faire en eest endroict assistence aux Estatz, se debvra procéder en la mesme manière et tendre ala mesme fin, insistant plus en 1'assistence d'argent que du crédit, ne fust pour contenter lesdicts Allemans pour quelques longues atterminations, puisque ceulx qu'ont bon moyen dudict argent, sont plus facilz a prester 1'argent que le crédit, comme s'a peu comprendre a ce que jusques oires at esté négocié avecq le facteur desdicts Fuggers en Anvers, pour lequel convient en toute manière obtenir desdicts ses S™. lettres, par lesquelles luy soit ordonné ou permis d'assister les Estatz en leur occurentes nécessitéz soubz les asseurances susdictes et sans dommaige. Le tout a intérest de cinq, six, sept, huict pour cent a rate de 1'an, soit par forme de rente ou bien de finance, selon le goust et intention de ceulx avecq lesquelz se traictera. Et pour ce que tant lesdictes villes ou les bourgeois que les Fuggers sont intéresséz en vielles debtes de Sa Mté. Catholicque, mesmes entre aultres des lettres des recepveurs et dont le docteur Rava mesmes at par cy devant eu charge de solliciter en Court le payement, les Estatz ont bien voulu déclairer qu'ilz ne sont aulcunement intentionnéz de prendre telles debtes des lettres des recepveurs ou aultres semblables a leur charge et par ce paravisent qu'on n'en admecte ou accepté aulcune négociation, tendante a entremellure (!) desdictes vielles debtes de Sa Mté., ausdicts Estatz nullement touchantes et dont 1'acceptation seroit a iceulx trop intéressable. Finablement lesdicts S™. docteurs s'exposeront fort diliganiment en leur exploict, pour en estre bientost secouru, pour ce que le dilay, quelque petit seroit, consumeroit par la multiplication et accroissement de la debte tout le secours et assistence qu avecq succession de temps polroit estre recouvré et négotié. Promectans par x) lesdicts Estatz Généraulx d'avoir pour aggréable et ratiffier tout ce que par eulx sur le pied de ceste instruction sera expédié et négocié, mesme d'en passer et donner les obligations et asseurances requises et au surplus acquicter, descharger et rembourser lesdicts S™. doeteurs de toutes les mises et fraix que a ceste cause 1'hauront frayé, exposé et soustenu, et oultre ce de les récompenser et gratiefie[rj condignement de leurs debvoirs, travaulx et services. 21 April werd „le faict du Duc de Loraine *) et de Sr. de Waterville (!)"3) gesteld 1) Dit „par" schijnt overbodig. 2) 15 April kreeg een bode, die een brief van de Staten aan den hertog bracht, 6 p. art: (R. i. d.). : 3) 30 Maart: Havré, Grobbendonck en Berchem gecommitteerd om te „adviser et conclure" op het aanbod van „le S*. de Wateville" (= Wattenwyl in Zwitserland) om 25.000 écus of meer te leveren (R, i, d. p. p.). 315 Buitenl. Betr- 1577. in lianden van Champagney en de Kamer van de Beden, om den volgenden dag rapport te doen (B. i. d.). 22 April werd Grobbendonck gelast met dr. Gaill te overleggen over het nit Keulen te betrekken geld a 1.200.000 p. art. en hierover rapport te doen (R. i. d.). 267. R. 24 afbil. — Quant a l'escript d'Alexauder Roy -) est dict que les Estatz oyeront mons*. de Grobbendonck pour le faict de XXm escuz de mons*. de Wateville, pour ce que la partie est assignée, entre aultres, pour la satisfaction de Son Altèze touchant les Hl6111 £ arth.; et quant a la partie des grains du Duc de Loraine, les Estatz, conformément a l'advis des commis a la Chambre des Aydes, escripveront lettres de remerchement audict Duc. 268. R. 25 apbil. — II est conclud que a Jehan van Mertens.... sera donné commission de povoir traicter et faire avoir aux Estatz Généraulx la somme de IIcm £ arth. a raisonable frait et intérest et a ung sur cent au proffict dudict commissaire, saulff qu'il n'aura aulcunes vacations; et que les marchantz se contenteront avecq obligations des Estatz Généraulx, contenantes clauseset chacun insolidum 2). Denzelfden dag werd besloten aan Watteyille te schrijven volgens het advies van Grobbendonck (B. i. d.). 28 April werd besloten aan den Hertog van Lotharingen te schrijven, om hem te bedanken voor zjjn graan-aanbod, waarbij de Staten groote schade zonden lijden; het besluit betreffende Watteville werd herhaald en aan den procureur zou een obligatie van 20.000 écus en een van 5000 p. art. gegeven worden; de brieven te schrijven volgens de memorie van de Kamer van de Beden (B. i. d.). 8 Mei en 13 Juni werden betreffende den Hertog van Gulik dezelfde besluiten genomen als betreffende den Keizer (hiervóór, p. 307) (B. i. d.). 269. R. 30 mei. — Quant a la lettre du docteur Rava, escripte a Ausborch, de lever argent de troys quartz et ung quart es lettres de recepveurs, a esté résolu de point accepter telles parties, d'aultant que l'on trouveroit semblables en Anvers. 270. R. 10 juni p. p. — Résolu que le Sr. de Grevenbroeck 8) sera commis pour se trouver vers le Duc Julius de Sassen 4) pour practiquer le prest de deux cent mille daelders pour les Estatz Généraulx a VI pour cent sur le crédit de Sa Mté. ou de Son Altèze et desdicts Estatz Généraulx; et en cas qu'il puisse obtenir, les Estatz luy feront gratuite d'ung sur cent, et en cas qu'il ne puisse practicquer, les Estatz ne seront en luy obligéz. 12 Juni werd gearresteerd een recommandatie-brief voor Hertog Julius op „le Sr. de Bee" (B. i. d. p. p.). 1) 13 April: Guillaume Maes, eerste deurwaarder, 440 p. art. terug te betalen, doorhem verschoten voor de Staten „au S*. de Longerville et Alexander le Roy" (R. i. d.). 2) 7 Juni: de commissie, 25 April aan Jean van Mertens gegeven, om geld in Duitschland te vinden, te stellen op naam van Francois de Rop (R. i. d.). 3) Denzelfden dag over hem: „Sur Ia requeste du S*. de Grevenbroeck est appoincté que le suppliant aura en premier lieu [a] monstrer sa commission, en vertu de laquelle il compare aux Estatz et en exhibeant les charges, a luy données par les Estatz avecq ce qu'il auroit besoigné en vertu d'icelles; lors on luy donnera attestation pertinente". — Requèsten van hem werd 11 en 15 Mei aan de Kamer van de Beden gerenvoyeerd (R. i. d.). 4) Hier = Brunswijk. Buitenl. Betr. 1577 316 271. R. 27 juni. — Résolu que le Sr. de Grevenbroeck fera sans fraitz et despens des Estatz, autant que en luy est et sera possible, vers le Duc Julius, que icelluy Duc veulle prester la somme de IIom daelders ou plus sur telle forme d'obligation, comme elle est sy arrestée, en omettant la clause royée. 272. R. 3 juli. — Conclud d'envoyer- au Sr. de Grevenbroek la forme de 1'obligation laquelle les Estatz seroient contentz donner au Duc Julius de Bruyswick pour le prest qu'il feroit, et saichants les Estatz 1'intention dudict Duc et du lieu qu'il désigneroit en Anvers ou a Couloingne, oü que les Estatz seront intentionéz de recepvoir 1'argent, les obligations s'envoyeront pour 1'asseurance dudict Duc. 5 Juli besloten de Staten don Jan's steun voor de leening bij Hertog Julius te vragen *). Hierover besloten ze 12 Juli nader zich, naar aanleiding van hun brief van 4 (is bedoeld 5?) Juli, hg don Jan te verontschuldigen, dat er door misverstand was geschreven, dat don Jan zich bij den Hertog voor de leening zou verplichten; de Staten vragen alleen, dat hij aan hertog Julius en anderen schrijve, dat de leening hem aangenaam is (R. i. d.). 23 Juli leverde de commissaris Corpels een brief van den Keurvorst van Brandenburg over (R. I. d.). 18 September: brief van Johan Casimir4) ontvangen, waarin hij o.m. zegt, dat het noodig is den Prins (sc. van Oranje) tot chef „de notre entreprinse" aan te stellen (R.i.d.p.p.). 9 October werd, betreffende adviezen van Johan Casimir, geadviseerd, ze te verwijzen naar den Raad van Oorlog, om te hooren, welk antwoord te geven ware (R. i. d. p.p.). 19 October: aan den Hertog van Kleef te schrijven om de lakens, die naar Heinsberg gebracht zijn (R. i. d.). 273. R. 22 octobee. — Sur la mémoire touchant la commission du docteur Léonin s) mess™, les Estatz requirent le docteur Léonin de faire 1'instruction, comme estant conforme des affaires, et aussy qu'il veuille soingner de draps qui sont a Hansberge, et mesmement sur le faict de la contribution et qu'il porte la justification pour le Ducq de Clèves 4). Denzelfden dag werd besloten 6) den Prins te verzoeken zijn broeder, Jan van Nassau, te willen uitnoodigen, om de belangen der Staten in Duitschland te behartigen: „et luy mesmes se trouver en personne premièrement, en retournant vers Allemaigne, vers le prince de Clève et aussy a la diète que se doibt faire, comme on entend le XVe de Novembre prochain a Eranckf ort" — om daar de houding der Staten toe te lichten; „qne ledict Sr. Conté veulle aussy avoir ses gens de qualité es courts tant de 1'Empereur que aultres prinses ponr en représenter a toute opportnnité les affaires de ces Pays Bas et entendre les desmenées des adversaires, les luy eseripre et faire seavoir pour en après par ledict Sr. Conté en estre les Estatz advertiz, accordans lesdictz Estatz audict S*. Conté Jehan de Nassau pour les fraiz desdictes affaires, tant par luy que ses commis a faire et fraier, deux mil daelders pour ung demy an; lequel 1) Zie ons n°. 267 van dit jaar. 2) Van 6 Sept.: Actes, n». 777; Bezold, I, 280 (Duitsche tekst); Bor, I, 873 (Ned. tekst). 3) Cf. hiervóór, p. 285. 4) 3 Nov.: Gelderland schrijft uit Venlo bij brief van 2 Nov., dat het den Sta ten-brief aan den Hertog van Kleef gezonden heeft (R. i. d. p. p.). 5) Volgens de acte van dit besluit: G. A. Hoorn, ms. inv., n°. 1774. 317 Buitenl. Betr. 1611, expiré, ordonneront iiltérieurement comme au regard du bien et fruict que les pays en recepvront, trouveront convenir". 30 October schreven de Staten aan Ernst Mnlart, drost te Lingen '), dat Erik van Brunswijk met ruiters en voetvolk — naar gemeld werd — don Jan zou te hulp komen; hij werd verzocht aan de grens de noodige waakzaamheid te betrachten om dit te verhinderen. 4 November schreven de Staten aan de Staten van Bourgondië "), om er zich over te beklagen en er voor te waarschuwen, dat deze er in volhardden „a assister les ennemys de nostre liberté raisonnable et de gens et de moyens"; zij vormen immers één kreits en zijn sedert lang vereenigd; de Spanjaarden „ne vous laisseront non plus francq que aultres", indien ze tot hun doel geraken, „craindans qne, s'ilz vous occupoient avant les aultres, vous n'enssiez trouvé moyen avec vos amys de serrer le passaige a la tyrannie". Zij zonden tevens hunne justificatie. 14 December werden brieven van Oranje ontvangen, dd. 11 December, dat de Staten moesten zenden naar Trnchses, onlangs tot aartsbisschop gekozen, om hem geluk te wenschen s). — Nog schreven de Staten op dezen dag aan Herman, bisschop van Minden, Eüsabeth, gravin v%p Schauwenberg (Schaumburg), en Adolf, graaf van Schauwenburg, over een secretaris van hen, die met zijne brieven gevangen genomen is, maar op bevel der Staten onmiddellijk losgelaten. Zij verklaren dit hieruit, dat, nadat nit onderschepte brieven van don Jan diens ware bedoelingen gebleken waren, „diversis in locis detenti fuere qui apud provinciales alioquin non sine causa dubios ae perplexos in suspicionem venerant, vel quod exteri forent vel quod initae societatis ac confoederationis cnm dicto Austriaco conscii videbantur". Zij -rijn er verre vandaan Duitschen gezanten geweld te willen aandoen *). 21 December: "Wamesius naar den Aartsbisschop van Keulen te deputeeren *) (E. i. d.). Ten slotte Luik. Van een zending van Jean Marotte in het begin van dit jaar blijkt alleen nit een brief van den Bisschop aan de Staten van 3 Januari •). 16 Januari werd besloten opnieuw een brief aan het kapittel en de burgemeesters van Luik te zenden, om te bedanken voor de den Schotten verleenden steun (B. i. d.)7). 30 Januari werden brieven van den Bisschop aan den Baad van State en aan de Staten-Generaal door Aerschot gelezen 8). 11 Februari werd naar aanleiding van een request van de inwoners van „Thourne, Hougard et de Bavechem *)" aan den Bisschop van Luik besloten den Baad van State te verzoeken te voorzien „aux désordres", hierin bedoeld; de Staten willen het Luiksche land door hunne soldaten niet doen lastig vallen (B. i. d.). 26 Februari werd op het request van die van „Hoegarden" besloten Lalaing aan te schrijven, op instantie van den Bisschop van Luik, het krijgsvolk vandaar te doen weggaan (B. i. d. p. p.). 21 Mei werd een request van den Bisschop van Luik in handen gesteld van Havré 1) R. A., S. G. 3799. 2) A. V. Ypres, port. 23B. Het adres is: „Aux Estatz du Bourgoigne" (versta: la Franche Gom té de Bourgogne). — Een copie (met datum: 24 Oct.) in R. A., S. G., loketkas, loopende 25. 3) Dit alleen in S. G. 3. 4) R. A., S. G. 3798, fol. 42v». 5) Cf. hiervóór, p. 240. — In S. G. 3 op dezen dag: Cloetingen en Wamesius naar Keulen en elders in Duitschland te deputeeren. 6) Actes, n°. 274; Groesbeck, 47. — 11 Jan.: aan Marotte voor 10 dagen vacatiën30p. art. toegekend (R. i. d.). 7) Een dergelijke brief van 12 Jan. aan de regeering van Luik: Actes, nB. 298; Groesbeck, 18. 8) Dit alleen in register Liébart (A. G., Cart. 327^, f0i. 7). 9) Tourinnes, Hougaerde en Beveeon of Bauvechain. Buitenl. Betr. 1577. 818 en Lalaing, om orde te stellen op de „foulles" van de paarden van Barthold Entens en de gelicentieerde paarden van Bernesem in Luik en Loon, in het bizonder te Welle TJbbeeck en „Herten" *) (B. i. d.). 4 Augustus werd een brief aan de 32 ambachten te Luik vastgesteld (E. i. d. p. p.). 20 September werd het request van den Bisschop van Luik "), „affin d'y pourveoir comme il trouvera convenir" en den Bisschop alle voldoening te geven (E. i. d.). 274. R. 26 september. — Ordonné d'envoyer le Sr. de d'Uuetingen a monsr. le Rhmc. de Liège pour déclairer que la prinse de la villet de Borchloon, attentée par le régiment de mons". de Champaigne 3), a esté sans le sceu, charge ou adveu des Estatz et que leur desplaist la foulle, y advenue, que l'on les face retirer de la, et que Sa Grace Rhme. et les XXII mestiers veullent accepter les prisoniers des Estatz en garde snyvant'le traictié des paix conceu4), que aussy les Estatz advertiront Sa Grace Rhme. quant quelques soldatz seront meuez par son pays, affin qu'elle puisse donner commissaire a pourveoir contre touts désordres 6). 27 September: aan den Bisschop te schrijven om de 4 compagnieën Duitschers uit Den Bosch °) door het gebied van Luik te laten passeeren naar Limburg (B. i. d.). 6 October werd een brief van den Bisschop 7) gelezen (B. i. d. p. p.). 275. R. 9 ootober p. p. — L'on a faict lecture de la minute des lettres, escriptes a mons'. de Liège, a esté approuvé 8), en adjoustant de assister de gens de guerre, nations [1. munitions], de vivres, d'argent et aultrement et en mettant naturelz du Pays Bas 9) au lieu de vassaulx de Sa Mté. Et eseripre icelles lettres aux magistratz et XXXII mestiers dudict Liège 10), affin de ne donner assistence de passaige, munitions, de vivres, pouldre ou aultrement aux ennemis d« nostre patrie; aussy pareilles lettres au Ducq de Juilliers et a mor»*; rAtt&evesque ou chapitre de Couloigne. 17 October gaven de Staten ten gevolge van den brief van Lumey sauvegarde aan die van Luik (B. i. d.). 18 October werden in plaats van Oetingen verzocht naar .Luik te gaan „le Sr. de Froidmont et Moriame", Sille en de secretaris Asseliers (E.i d.) "). —19 October werden „messrs. de Froidmont et de Moriame" naar Luik gecommitteerd, om den Bisschop over te halen zich met de Staten te vereenigen, volgens de hun gegeven instructie; 1) Ubach-over-Worms en Heerlen (?). 2) Hier is in het register blijkbaar iets uitgevallen, b.v.: „in handen gesteld van den Baad van Oorlog". 3) Zie den brief van den Bissehop van 22 Sept.: Actes, n°. 815; Groesbeck, 23. 4) Nl. met don Jan (hiervóór, p. 194). 5) Deze brief: Actes, n°. 824; Groesbeck, 24. 6) Hiervóór, p. 283. 7) Van 3 Oct.: Actes n». 832; Groesbeck, 26. 8) Actes, n'. 844; Groesbeck, 28. 9) „Quelques personnaiges confidens, bons patriots et naturels des Pays Bas de Sa Mté.", staat er in den brief. 10) Alsvoren, Tesp. n°. 842 en p. 31. 11) In S. G. 3 volgt hierna op dezen datum: naar aanleiding van het request van Moriame over de inbeslagneming zijner paarden worden Oetingen en Gilles verzocht tot de burgers te spreken. 319 Buitenl. Betr. 1577. „d'adjouster a la lettre, escripte a mons" " (R. i. d.). — 28 October werd, in plaats van Moriame, Glimes aangewezen (R. i. d.). 276. R. 26 octobub. —: D'escripre a mons1. le Rhme. de Liège responce aux siennes et qne Sa Grace Rhme. veille avoir patience que les compaignies du Sr. de Lumpmé passent le pays de Liège et qu'en passant puissent passer monstre a Borchloon, comme on avoit auparavant ungne foy escript a Sadicte Grace. Et que sera escript audict Sr. de Lumpmé pour ne faire laisser par ses soldatz fouller le pays de Liège. 277. R. 29 octobee. — Résolu d'escripre a Sa Grace Rhme. et magistrat dudict Liège qu'ilz ne veullent doresenavant laisser envoyer armes, vivres et aultres munitions de guerre a noz ennemis, comme l'on entend que l'on auroit faict aussy publicquement. 278. R. 2 november. — Sont députéz mons1. de Froimont et le Sr. de Mierlaerloo, sont commis pour se trouver incontinent a 1'assemblée des Estatz de Liège affin, contenu en rinstruction conceue et encoires a augmenter. Mons*. de Froymont -), adverty que la commune de Liège entend de demeure neutre, n'a laissé d'en faire. )a déclaration, sur quoy conclud de prier mess™, de Froymont et Melroy de se trouver a la diète de Liège que se tiendra le Ve de ce moys. Aussy d'escripre a mess™, les Comte de La Marehe et Baron de Moriame de vouloir en ceste assemblée faire tous bons debvoir, s'ilz se y treuvènt. P. p. — L'instructiou, couchée pour messieurs de Froymont et Mierloo 2), a esté arrestée, comme elle a esté augmentée, hors les traictéz, faictz par feuz le Duc Jehan en 1'an XIII0 XLVII, de dame Jehanue, Duchesse de Braband, en 1'an XIIP IIII" et XVIII et de 1'Empereur Charles le Ve de 1'an XVC XVIII. De bovengenoemde instructie 3) luidt als volgt: 278a. 2 november. — Aprèz les affectueuses, humbles recommandations s'addresseront premièrement a monseigneur l'Illme. Évesque et Prince de Liège et luy préseiiterout les lettres de crédence desdictz Estatz, en vertu desquelles luy déclaireront que leur adversaires practicquent de saisir la ville de Dinant et que par ladicte ville et aultres subiectz de Sa Grace Illme. 1'ennemy est assisté de touttes sortes de vivres et amonitions. Par ce les Estatz Généraulx du Pays Bas sont esté occasionnéz d'envoyer requérir et prier Sadicte Grace, d'en continuant la bonne amitié et mutuelle correspondence que Sa Grace et prédécesseurs d'icelle ont du tout temps eu aveeq le Pays Bas a cause de leur voisinance, vouloir consentir, que par le saisissement de ladicte ville de Dinant le[s] pays voisins de Sa Mté. ne soient endommaigéz, que aux despens et charges des Estats soyent mises quelques compaignyes en ladicte ville pour la tuition d'icelle ou, si Sa Grace Illme. ne vouldroit a ce consentir, de par elle pourveoir 1) 27 Oct. werd op een request van Froidmont beschikt: de Kamer der Beden alle middelen te zoeken op „le cler des demaines" van den Koning, hetzij op den ontvanger Niepen in Vlaanderen of een ander, om den suppliant te voldoen. 29 Oct. werd dit besluit herhaald niettegenstaande de verontschuldiging van den Baad van Financiën (R. i. d. p. p.). 2) = Melroy. 3) R. A. Friesland, Aanw. 1911 (Gabbema), G 15. Buitenl. Betr. 1577. 32Q telleoient par garnison et amunitions souffisantes a la seureté de ladicte ville qu'elle ne soit par les adversaires desdicts Estats et du pays surprinse, mesmes donner tant bon ordre que assistence de vivres et amunitions ne soit faicte ausdictz ennemys par le moyen des subiects de Sadicte Grace, comme l'on entend naguerres avoir esté faict par notable quantité des grains, descenduz a Dinant et d'illecques menéz par chariotz a Namur. Pour quoy empescher lesdictz Estatz seroient — a faulte dudict ordre ou garnison — constrainctz a leur regret mectre gens de guerre es aultres lieux plus commodieux; pour quoy ne trouver estrange luy sera remonstré bien sérieusement que, estants ces Pays-Bas de Sa Mté. oppresséz ou gastéz, en resentiroit aussi le pays de Liège, comme estant de toutte parts si estroictemént enclavéz et par privilèges, traictéz et eoncordatz d'ancienneté si unis et confédéréz que, eu souffrant 1'ung, 1'aultre ne peult ny doibt estre sans évident dangier, de tant plus an régard de la guerre présente pour estre 1'orgueil, ambition et tyrannye des Espaignolz, désia par expérience cognue, estre tant insatiable qu'ayants subjugé le pays, ne laisseront Liège tant voisine et propice en repos, et qu'autant conviendroict pour seureté de tous les deux pays non seullement entretenir estroictemént ,les anchiens accordatz [1. accordz?] et traictéz, mais aussy de faire nouvelles confédérations et alliances tant offensives que deffensives, du moings telles qüe ny a 1'ung ny a 1'aultre des pays seroit permis faire ou donner quelque assistence ausdictz ennemis, soit par gens, munitions, deniers ou aultrement, considéré que par lesdictz traictéz ceulx de Liège ne doibvent souffrir a aulcun, voulant grever le pays de Brabant, de prendre vivres, artillerie* et aultres biens en leur cité et pays, ains sont tenuz conforter les habitans dudict Brabant contre ceulx quyl les vouldroient piller, invahir ou grever, et que les habitans' desdicts pays respectivement ne peuvent recepter, soustenir ne favoriser les ennemys et malveuillans 1'ung de 1'aultre, ne donner passaige, ayde ny assistence par villes, fortresses, chasteaulx et aultres lieux, mais chacun est tenu ayder et assister son allié touttes et quantes fois que le cas y eseherra et requiz en sera. Que Sa Grace Illme. veuille ordonner a ses subiectz, se tenans es villaiges voisins a la ville de Maestricht, qu'ensuyvant la publication, de la part de Sa Mte. et des Estatz faicte 1), ilz amènent leurs grains en ladicte ville, qu'on puisse ordonner que lesdictz villaiges assistent avecq quelque nombre des villageois ladicte ville pour la fortiffier, considéré que c'est leur plus proChe refuge en temps de guerre et nécessité. Contre quoy présenteront lesdictz Sra. de Froitmont et Milleroy a Sa Grace toutte réciprocque bonne correspondence, ayde et secours desdictz Estatz et leurs moyens en semblable nécessité, [comme aux] bourgmaistres, conseil et juré des trente deux mestiers de la cité de Liège et aultres Estatz dudict pays, leur remonstrant tout ce que dessus. Semblablement aux personnaiges ausquelz les lettres quy seront bailléz, s'adresseront. [Zullen hun verklaren, hoe de breuk met don Jan ontstaan is, hoe de Staten „pour leur deffence, permise a chacun de droict de nature", de wapenen hebben moeten opnemen en hoe Luik er om het gevaar, dat het ook anders zelf zal loopen van Spaansche zijde, belang bij heeft de Staten te steunen]. 1) Zie Rubriek V op 6 Aug. 321 Bttitenl. Betr. 15Ï7. 4 November werd op een remonstrantie van de drie leden van Brussel om gecommitteerden naar Luik te zenden, beschikt: Froidmont en Melroy zgn gisteren vertrokken (R. i. d.). 8 November werd besloten het antwoord op 'sBisschops brief van 28 October tot den volgenden dag uit te stellen J). 9 November: te schrijven aan Froidmont en Melroy, om den Bisschop te onderhouden over de versterking van Maastricht 3). 15 November deden Froidmont en Melroy rapport, „selon qu'il est couché par escript" (R. i. d.). 10 December werd gelezen een antwoord op den brief van den Bisschop van 8 December over „foulles" van de soldaten in zgn land; tevens te schrijven aan de heeren in het kamp en aan Hohenlohe *), om dit voortaan te voorkomen (R. i. d.). 30 December: besloten brieven te schrijven aan den Bisschop en den Hertog van Gulik; Melroy ze te brengen (R. i.d.). — 31 December nam de pensionaris van Doornik op zich aan den Bisschop, de 32 ambachten en den Hertog van Gulik te schrijven (R. i. d.). e. Portugal. De betrekkingen met Portugal, in dit jaar voor het eerst aangeknoopt, betreffen èn handels- èn staatkundige aangelegenheden. Er is sprake van vrijheid van vaart voor de Portugeezen en van bemiddelingspogingen van den Portugeeschen Koning bij Philips II. Het eerste besluit is: 30 Juli: op de memorie van de Portugeesche natie wordt geantwoord, dat aanbevelingsbrieven zullen gezonden worden aan den Prins van Oranje, om hare bevrachte schepen te laten passeeren, mits er niets in zij „au préiudice du pays"; betreffende het paspoort moet de natie zich tot don Jan wenden (R. i. d. p. p.). Op het request van Nuno Alvarez Pereira *), „facteur" van den Koning van Portugal, werd 30 Augustus besloten paspoort te verleenen voor alle koopwaren behalve ammunitie, die voor redelijken prijs in het land moet blijven om de tegenwoordige troebelen; hierover aan Oranje te schrijven. Paspoort aan Pereira en gevolg verleend (R. i. d.). 11 September besloten de Staten de beschikking op het request van Pereira nog eenigen tijd uit te stellen (R. i. d. p. p.). 19 October: op den brief van den Koning van Portugal °) besloten, dat de agent het paspoort van de Staten met de lijst, die hij vraagt, zal vertoonen (R. i. d.). 21 October: naar aanleiding van de remonstrantie der Portugeezen ') besloten Berchem en Asseliers naar den agent en anderen hunner natie te zenden, om met hen te overleggen; na hun rapport Asseliers verzocht de zaak te vervolgen en acte te geven van het gebesogneerde (R. i. d.). 279. R. 23 octobee. — II est ordonné eseripre response au Roy de Portugal et est commis le secrétaire Asseliers. 1) Zie ook Rubriek VII. 2) Dit alleen in S. G. 3. 3) Alsvoren. Zie verder Rubriek V. — De brièf aan Froidmont en Melroy (R. A. Friesland, alsvoren) is van 10 Nov.: zij worden hiertoe gelast, omdat „aulcuns soustiennent", dat Maastricht gedeeltelijk aan Luik behoort. 12 Nov. worden zij gelast den bisschop goed te doen vinden, dat 4 compagnieën van Bersele naar Maastricht gaan (R. A. Friesland, alsvoren). 4) Deze brief aan Hohenlohe van 41 Dec. in R. A., S. G. 3799. 5) Cf. Rubriek VI» op 24 Aug. . 6) In S. G. 3 op 18 Oct.: besloten den brief van den Koning te laten vertalen. — Requèsten van Pereira worden nog vermeld R. 10, 11 (p. p.) en 20 Sept. 7) Cf. Rubriek XI op 17 Oct. 21 Buitenl. Betr. 1577. 322 De brief l) is in hoofdzaak van den volgenden inhoud: 279*. 23 october. — Serenissime potentissimeqne Rex. Literas, Ulissebonae XX Septembris datas, die 18 Octobris tradidit nobis Junius Alvarez Péreira quae gratissimae fuere, cum eo nomine quod a T. Mte. profecta[e] tum quod ex iis intelleximus, eam quam hactenus comperimus in excipiendis nostris in sua regione benevolentiam nulla ex parte diminutam, eundemque erga nos atque has regiones T. M. animum gerere, quem elapsis temporibus sui clarissimi predecessores ac ipsamet hucusque exhibent. ïdemque nos vicissim prestaturos certo sibi persuadeat nee aliqua ratione toleraturos ministros familiares subditosve Tuae Matls. aliquo incommodo in his regionibus afBci. [Hiertoe is hun een vrijgeleide van wege de Staten 2) verleend]. Corroboravimus preterea omnia jura, p[r]ivilegia immunitatesque, a principibus harum regionum mercatoribus Lusitanis concessa, et ea nos, quantum ad nos attinet in nostraque potestate erit, observaturos promisimus. Quantum attinet ad pulverem, tormenta area aliaque bellica instrumenta quae bic dictus Junius Alvarez Pereira in usuui expeditionis Apbricae quam T. M. parat adque hoe — ut intelligimus — elassem instruit, emerat, jamdudum concessimus, ut omnia tormenta instrumentaque bellica evehere onerareque in navibus Lusitaniam petentibus libere tutoque posset, et quamque ipse Junius Alvarus Pereira sedulam navaverit operam, ut quam primum ea oneraret in navibus Lusitaniam petentibus, tarnen, quia plebs illi impedimentum mierit (!) — ob novas quae hic nuper emerserunt turbas commota — ignara quorsum ea veherentur, non potuit tam cito quam cupiebat hoe prestare, verum nune huic rei ita a nobis prospectnm est, quod absque aliquo post hac impediment» poterit ea ad T. M. mittere. Quantum vero ad pulverem bellicum attinet, quia ob iniuriam quam huic regioni ac nobis intulit d. Joannes Austriacus, regis Hispaniarum clementessimi domini nostri frater illegittimus, prout intelligere poterit T. M. actis ex iis quae in libello his nostris' iuncto continentur, quem ut legere dignetur, ne forte alioquin quid sinistri de nobis immerito suspicetur, iterum atque iterum rogamus, arma sumere atque nos ad tnendam libertatem, jura, privilegia, vitas denique nostras componere compulsi sumus. Ea res in causa fuit, ut, cum tanta copia pulveris bellici quantum sufficeret, ad manum non esset, illud quod coraparaverat Junius Alvares, ad usum nostrum applicaverimus, verum illi tantundem pulveris bellici vel justum precium refundere promisimus, nee ea in re deerimus, quod cum antiquitus ita in huiusmodi ingruentibus necessitatibus ubique et apud omnes principes usitatum hactenus fuit, ut aequi bonique (!) consulat rogamus, nee quid sinistri de nobis eam ob causam suspicetur, verum T. M. nos nostrosque inter sibi addictississimis habeat ac benevolentia solita prosequatnr. 280. R. 15 november. — Le Sr. de.S*. Aldegonde a faict raport que mons". le Prince 1'avoit enchargé de dire que l'ambassadeur de Portugal luy avoit déclairé que le Roy son maitre avoit esté en délibération de retirer ses agens de ces pays; toutesfoys finablement s'est résolue de les laisser en la ville d'Anvers avecq offre de s'employer pour le faict de nous procurer paix, mesmes que, en cas qu'on ne sceust ad ce mener Sa Mté., que ledict Sr. Roy ne délaissera 1) R. A. Friesland, Aanw. (Gabbema) 1911, G 15. 2) Van 22 Oct. (R. A. Zeeland, Staten-archief 820, fol. 268). 323 Buitenl. Betr. 15??. d'assister ces pays endroit la justice de uostre cause, sur quoy l'on pourra adviser. 281. R. 17 november. — [Rapport Willerval ') namens Oranje]. Premiers que le Roy de Portugal seroit prest de nous assister vers le Roy, affin de nous faire avoir la paix; a esté advisé de suyvre L'advis de mons'. le Prince que seroit de requérir ledict Roy de Portugal de soy y vouloir employer, luy donnant a cognoistre la justice de nostre cause; pour quoy eseripre a esté dénommé 9 December: Aldegonde en Asseliers werden gecommitteerd om „plus particulièrement" met den gezant van Portugal te overleggen (B. i. d.). 23 December: naar aanleiding van de propositie van de Portugeesche gezanten en van den brief van Oranje besloten dezen te schrijven „et entendre a faire accommoder lesdicts ambassadeurs, comme il trouvera convenir" (B. i. d.). 282. R. 24 december. — Résolu de donner instruction au facteur de Portugal et eseripre lettres au cardinal de Portugal, affin d'intercéder versie Roy de Portugal, en faveur de ces pays, pour la retraicte de don Jehan, avecq copie de la lettre, envoyé audict Roy de Portugal, et pour former ladicte instruction, la charge est donnée au Sr. de Champagny de en communicquer a mons7. de Grobbendonck. De brief aan den Koning van Portugal, bovengenoemd, is van 14 December -). Wij laten er een passage uit volgen: 282!l. 14 december. — [Breuk met don Jan. Komst van Matthias. Verzoek aan den Koning, om zijne welwillendheid te continueeren]. Insuper pro auctboritate, necessitndine atque amicitia sua cum Rege Catholico apud Mam. Suam intercedere et provincias istas a dictis calumniis per rationes, in libello, praecedentibus nostris litteris ad Tuam Mam. misso, comprehensas, purgare atque hoe agere et obtinere, ut Matas. Sua, commisseratione cladium nostrarum commota, velit praefatum D. Joannem revocare, gubernationem archiducis ratam habere ac confirmare,ipsasque ditiones hostilis invasionis periculo liberare ac bella gerere, non ad oppressionem coniunctissimorum snbditorum et eversionem patrimonialium suarum ditionum, sed quae magis sunt honorata et ad amplificandam gloriam suam et promovendam utilitatem rei publieae Christianae convenientiora, priusquam in dictis patrimonialibus ditionibus, maioribus malis ultro citroque illatis, bellum incredescat et desperationem syncerae et verae reconciliationis maior animorum abalienatio sequatur. Nos, si Ma*. Sua, ut decet et expedit, recta consilia et benevolentiam snbditorum — quae sola foelices beatosque facit reges — amplectatur, fideliter ei obedire iuraque sua devote conservare una cum religione Catholica Romana secundum pacta et observatis capitulis pacis, Gandavi superiori anno initae, non recusabimus, uti plenius declarabit proprius Ma'8. Tuae agens, Nunius Alvarez Pereira, qui concordiae pacisque publieae desiderio ad nostrem requisitionem laborem proficiscendi revertendique ad Ma01. Tuam non gravatim suscepit, ■ 1) Voor andere punten uit Willerval's rapport zie rubriek III, 2e afd.. rubriek V, XII. 2) Actes, n". 933; A. G., Aud. 652, fol. 109. — De brief van 24 Dec. aan Hendrik, kardinaal van Portugal: Actes, n°. 953; B. A., S. G. 3798, fol. 45. Buitenl. Betr. i5M. 324 obsecrando, [ut] Ma8. Tua illi fidem adhibere dignetur in bis quae nostro noruine pro conservando mutua eommerciorum frequentationem et enixa propensione nostra ad pacis studia cum Rege nostro Catholico explicabit. — 283. R. 28 december. — Lettres de mons". le Prince d'Orange, par lesquelles il est porté qu'il emprend a charge de traicter avecq l'ambassadeur et facteur de Portugal, a raison de quoy est ordonné que lettres patentes seront dressées aux Allemans, estans au service dudict Roi de Portugal. f. Paus. 30 Januari committeerden de Staten Ayta, Champagney en Meetkercke, om de instructie voor Fonck, die als gezant naar den Paus zou gaan, te ontwerpen (R. i. d. p. p.) »)• 9 Maart werden S'. Ghislain en Champagney benoemd, om den pauselijken nuntius, die volgens den brief van Aerschot te Leuven moest aankomen, te verwelkomen (R. i. d.). 13 Maart werden tot hetzelfde doel aangewezen de bisschop van Den Bosch a) en Liedekercke en — nadat deze zich geëxcuseerd had — Berchem; tevens van den nuntius zoo mogelijk „le pouvoir et commission" te hooren (R. i. d.). 14 Maart werd besloten te wachten met den nuntius te onthalen, totdat men zijne commissie zou kennen (R. i. d.).8). 16 Maart vonden de Staten „par précédent advys" goed den nuntius te onthalen, „venant icy ponr le bien du pays et asseurer la paix et accord, faict avec les Estatz"; Schoore zal zgn „maistre d'hoste" zijn (R. i. d.). 16 Maart werd besloten, dat 10 of 12 heeren den nuntius uit zijn logies naar de mis in de kerk „de S'. Goule" zouden begeleiden, vandaar naar de vergadering der Staten op het stadhuis en vandaar naar huis (R. i. d.). 284. R. 17 maart. — Le nunce apostolieq s'est représenté aux Estatz et, après quelque petite oraison en latin et la bénédiction de par nostre S'. père le Pape a chacun des Sn. donnée, a exhibé certain brève apostolieq, contenant in effecte crédence 4); après la lecture duquel il a déclairé les causes de sa légation et en summe que Sa Saincte té avoit consydéré les grandes calamitéz de ses Pays Bas, souffertz sy longuement par le soldat estrangier, et pour appaiser les guerres intestines 1'avoit envoyé et pour y donner toute ayde et assistence possible, et qu'elle, ayant oy après le partement dudict nunce, que par intervention du Serenissime Prince don Jehan d'Austriche les guerres estre pacifiées, estoit fort joyeuse, rendant graces a Dieu le créateur pour le grand bien et benefice, imparty ausdicts Pays Bas, s'offrant au surplus tout service et office pour 1'exécution du traicté et paix. 285. R. 18 maart. — Les S™. ont commis le Rhme. de Boisleduc, le Rhme. esleu d'Arras et le Sr. de Champaignie pour entendre de mons". le Rhme., le nunce apostolicque, ce que bien partieulièrement il auroit en charge de nostre 1) Volgens het register van Liébart (A. G., Cart. 327», fol. 7v°.) werd dit besloten naar aanleiding van een rapport vanS'. Ghislain: „que mons". Fonck seroyt prest de partyr pour Rome, affin de représenter la juste cause des Estatz a Sa Sainteté, requérant avoir son instruction a ces fins par escript". 2) 22 Mei: aan den bisschop wegens zijne vacatiën te Leuven 21 p. art. te betalen (R. i. d.). 3) Denzelfden dag werd de ontvanger van de Staten van Henegouwen gelast Jacques de Ville, die naar Italië gezonden was om te informeeren „dé ce que se traictoit", 36 écus of 72 p. art. te geven. Tegelijkertijd moest Van der Beken aan „ung messagier" (uit Italië?) 3 p. betalen (R. i. d.). 4) Actes, n». 387j, R. A., Aanw. 4826, n°. 18, fol. 265. De nuntius was, zooals uit deze credentie volgt, Philips Sega, bisschop van Ripatransone (in midden-Italië). 325 Buitenl. Betr. 1577 S*. père le Pape, sans riens résouldre, mais pour en faire du tout raport aux Estatz, et est adjoinct le pensionaire Van der Delfft 8 Mei en 13 Juni werden ten opzichte van den Paus dezelfde besluiten genomen als ten opzichte van den Keizer (R. i. d.) a). 14 Mei werd besloten het „faict dn nunce apostolieq" nog eenigen tijd uit te stellen (R. i. d.). 30 Mei: dat de nuntius nog „sera réservé" voor 6 a 7 dagen, om ondertusschen de zaak met de Duitsche soldaten te regelen (R, i. d.). 8 Juni verklaarden S'. Ghislain en Champagney, dat de nuntius de Staten hoogelijk bedankte voor hun goed onthaal en van plan was op eigen kosten hier te blijven, „comme il entend de recepvoir quelque faculté de nostre Sr. père le Pape"; hiertegen willen de Staten zich niet verzetten (R. i. d. p. p.). 9 Juni committeerden zij de pas genoemden, om den nuntius te bedanken (R. i. d.) *). 286. R. 17 jdli. — Après que mons". de Champaigny a déclairé que le nuuce apostolicque de Sa Saincteté présente a servir et avancer le bien des Estatz, en cas qu'il en soit requis, a esté dict que ledict Sr. de Champaigny le remerciera par lettre de sa bonne affection et amitié qu'il présente, priant de le continuer et intercéder vers Son Altèze ad ce qu'elle veuille venir a Bruxelles, pour oster tous telz et semblables bruitz quy se sèment. 287. R. 22 juli. — II est survenu le nunce apostolicque lequel, après avoir présenté certain brève apostolicque de Sa Saincteté, a prins congié et offert tout debvoir et office vers Sa Mtó. Royalle de tant plus qu'il est assez informé de la bonne dévotion du peuple en la religion et obéissance, deubve a Sa Mté. Le tout ouy, a esté dict que mons". le prélat de Nienhoven ou archidiaere d'Ypre luy fera le remerciement de tant des bons offices par Sa Srie. Rhme. démonstré a la patrie et bien de 1'effect de la pacificatión, priant vouloir avoir en bonne reeommendation et aussy faire recommender vers Sa Mté. lesdicts Pays Bas et donner tesmoignage de la bonne affection du peuple vers ladicte religion et son obéissance et luy représenter la nécessité du pays. Et que l'on luy fera présent de la valeur de XII0 £ arth., soit en tapecheries ou aultre baggue. 4 September werd besloten den bisschop van Ieperen te ontbieden, om de instructie voor den gezant naar den Paus te voltooien; de bisschop van Brugge hier te blijven, om bjjde opstelling te helpen. — Een onderschepte. brief van den bisschop van Den Bosch van 28 Juli aan den nuntius is gelezen, dien men beleedigend voor den prelaat van S'. Geertrnid en voor Boxtel gevonden heeft (R. i. d.). 21 December: den aartsdiaken van Ieperen, proost van S*. Bavo, naar den Paus te deputeeren (R. i. d.). 30 December: Ayta 4) te schrijven om zijne zaken gereed te maken, ten einde naar den Paus te gaan; de door hem ontworpen instructie en brieven aan Oranje mede te deelen (R i. d.). 1) Mij overigens onbekend. 2) Hiervóór, p. 307. 3) 26 Juni besloten de Staten, dat Snellinck de wijnvaten van den nuntius in den kelder van „madame de Jouctae" zou vullen „de telz bons vins ou meilleur vin qu'il avoit dont il s'auroit avancé d'hoster lesdictz vins"; en dit op kosten van Snellinck (R. i. d. p. p.). i) Vacatiën van Ayta: R. 11 Dec, Midd. van aanv. en verw. 1577. 326 V. MJJJDBLEN VAN AANVAL EN VERWEER. Ook deze ondergaan in dit jaar in sterke mate den invloed van de verhouding tot don Jan. Eerst bljjft onderhond der in dienst genomen legermacht noodig. Na het Eeuwig Edict en vooral na het vertrek der Spaansche troepen is men op afdanking bedacht. Later, na de breuk met don Jan, vormt men een nieuw leger. 2 Januari besloten de Staten kapitein Morvault te schrijven, om Aremberg los te laten, omdat het wapenstilstand was; sedert werd deze invrijheidsstelling nog opgeschort. — Nog werd op een request van Mericourt, gouverneur van Charlemont, beschikt hem, zijn soldaten en hellebardiers en het garnizoen 2 maand gage te betalen nit den 100en penning van Namen door middel van assignatie op den oütvanger daar (R. i. d. p. p.). Courteville zal ten bate der matrozen 350 p., de pensionaris van Leuven 100 p., Meetkercke 150 p., Tman 100 p., Baesdorp en Swevesele ieder 50 p. voorschieten, op belofte van teruggave door de Staten (R. 7 Jan. p. p.). 12 Januari: Van der Beken zal met alle mogelijke middelen trachten de som van 4 a 500 p. art. te vinden voor het onderhoud der matrozen, totdat ze hunne 12.000 p. ontvangen zullen hebben (B. i. d. p. p.). 288. R. 13 januari. — Que Beken furnira incontinent des XVm £ arth., receuz de ceulx de Lille, Douay et Orchies, a mons1. le Comte de Lalaing x) la somme de XIIm £ arth. et les IIIm £ arth. au proffict de mons*. le superintendant des vivres -), pour employer aux vivres aux Escoissoys, et que l'on escripvra au Sr. de Uetinge 3) qu'il veulle avoir patience pour 1'argent jusques a VIll ou X jours, estans les Estatz contentz que ledict Van der Beken se payera et indemnera de tout ce dont il a respondu, des deniers que viendront d'Angleterre. 289. R. 14 januari. — Que le Sr. de Wittenhorst passera monstre des gens du capitaine Blom tant a pied que cheval suyvant le contract, avecq luy faict, et point plus avant, dont on luy envoyera copie. Lettres se envoyeront audict capitaine qu'il se ait a conformer audict contract et obligation quant a 1'argent ou que aultrement les Estatz entendent se conformer audict contract et que toutes charges et dommaiges seront sur luy; et touchant 1'artelerie, que lediet Sr. de Wittenhorst regarde et visite et informé sur la valeur et pris, pour en advertir aux S™., s'il seroit expediënt de la retenir pour tel pris que ledict capitaine dict d'avoir achapté. Que l'on fera incontinent payer aux mattelotz la somme de XIIm£arth. des plus promptz moyens et deniers, mesmes des deniers, amenéz par le S*. de Zweveghen, a condition qu'ilz feront serment de point servir contre les Estatz, 1) De hellebardiers van Lalaing kregen 2 Jan. één maand gage (R. i. d.). 21 April nog één maand aan 12 hellebardiers en hunne hoofden (R. i. d.). 2) Een request van Fresin om tractement werd 14 Jan. in handen van S'. Geertruid, Maroilles, Saventhem en Berchem om rapport gesteld (R. i. d.). 3) Waarschijnlijk in verband met zijn brief van 9 Jan. (A. V. Ypres, port. 42), waarin hij naar aanleiding van een gevecht van Bernesem's ruiters en de Schotten met de Spanjaarden op het zenden van meer versterking daarheen aandrong. 327 Midd. van aanv. en verw. 1577. mais bien a iceulx Estatz, doiz qu'ilz en seront requis, en quittant leurs gaiges de quatre, cincq ou six jours; a quoy, pour traicter avecq eulx, sont commis les S™. de Schore et Van den Cameren. Denzelfden dag werden Evre en La Motte gedeputeerd om met de door Oranje gezonden kapiteins en soldaten te handelen over hunne pretensiën (R. i. d.). 1B Januari werd op een request van kapitein Allayne, te Mechelen, besloten zijne compagnie hoofd voor hoofd na monstering 2 maand gage te betalen van de eerst in te komen penningen van Artois *) (R. i. d.). 17 Januari: „Que le camp se dressera incontinent et sans ultérieur dilay" (R. i. d.). 290. R. 19 januaki. — II est résolu que on doibt trouver moyen de cent mille livres arth. pour former ung camp, et que l'on passera monstre général, et que, pour donner contentement aux soldatz au quartier de Malines, on furnira présentement XXm £ arth. en tant moings desdicts O £ arth., et que aux compaignies de mons*. de Heze sera déliveré la somme de IIIm £ arth. entant moings comme dessus, jusques a la monstre générale de son régiment. Tevens werd besloten het regiment-Glymes behoudens de kolonelscompagnie te casseeren *) (R. 1. d.). 20 Januari besloten de Staten de compagnie in garnizoen te Hesdin-fort (Hedinfert?) 2 maand te betalen uit de penningen van Artois (R. i. d. p. p.). 21 Januari werden Havré, Fresin en Terion gecommitteerd om met kapitein Morvault 8) te* handelen over „les gens a faire Oultremeuze" en om ook eenig krijgsvolk te zenden. — Serclaes zal de Schotsche soldaten monsteren; daarna zal men hun 20.000 p. art. betalen en 10 dagen later de rest van hunne gage voor 2 maand (R. i. d. p. p.). 22 Januari werd besloten een request van Mechelen in handen van La Motte te stellen met brief, om geheel of ten deele te doen, wat de remonstranten wenschen, echter in de stad een behoorlijk garnizoen latende; „et attendu le prest aecordé et avancé, les gens de guerre ayent a vivre sur leur bourse" (R. i. d.). 23 Januari: 800 p. art. door Van der Beken aan commissaris Tiras te leveren voor de matrozen (R. i. d.) *). 24 Januari: 4000 p. door denzelfden aan Balfour te betalen volgens contract6).— 1500 p. van de eerst te ontvangen penningen aan de officieren der artillerie, gezien hun request, en omdat de Staten van Vlaanderen, wien de betaling 10 December j.1. is toegewezen, geen middel hiertoe hebben. — Na den middag werd op een request van 1) 11 Jan. was besloten deze compagnie 1 maand gage uit te keeren (R. i. d. p. p.). 2) Van der Beken zal de „compagnie viele" van Glymes na monstering 2 maand betalen, zoodra hij hiertoe geld heeft (R. 27 Jan.). Cf. ook nog R. 26 Jan. 3) Deze kreeg 22 Jan. 300 p. voor zijne buitengewone uitgaven, zoowel voor boden als om soldaten te krijgen en anderszins (R. i. d. p. p.). 4) 29 Jan. nog 500 p. voor de matrozen van het geld uit Engeland (R. i. d. p. p.). 2 Febr. nog ƒ400, terwijl de Raad van State moet adviseeren, of men eenige er van in dienst zal houden (R. i. d.). 3 Febr.: f800 a f4000 en allen afdanken behoudens belofte als 14 Febr. (R. i. d.). 8 Febr.: op het request „de ceulx des armées de mer" hun nog 300 p. art. te betalen (R. i. d.). 30 Jan. en 20 Maart worden requèsten van Martin Martiny genoemd, die nader onderzocht zouden worden (R. i. d.). 5) 27 Jan. werd een brief van Balfour over Jean Laurens in handen van Lalaing gesteld (R. i. d. p. p.). 5 Febr. een request van denzelfden aan de Kamer van de Beden gezonden (R. i. d. p. p.). Midd. van aanv. en verw. 1577. 328 kapitein Coene namens Hohenlohe beschikt, dat de requirant nog gednld moet hebben (B. i. d. en p. p.). 25 Januari: de „capitaine de justice T zal voortaan soldaten hebben, zoo te voet als te paard, volgens den ouden voet, waarvan Molckeman getuigenis zal geven, om zich hiernaar te regelen. - Op een brief van de Staten van Henegouwen werd na'den middag besloten, dat Philippe Praneau, ontvanger der beden in Henegouwen, aan de vendels van hun regiment en aan de compagnie-Philome, vroeger van Vienville nu te Mechelen, 2 maand gage per hoofd zou geven na monstering»). — Aan den kapitein der soldaten op „le Borch" {zon Van der Beken 200 p. art. betalen, om te verdeelen als gratificatie onder de roeiers, „quy ont rimé la grande galère d'Anvers an proffict des Estatz hier au soir" s) (R. i. d. en p. p.). 26 Januari werd op een request van Bernesem en Martin Grïjn als gedeputeerde van Bernesem's ruiters gezegd, dat die van Overmaze beloofd hadden hun te betalen en dat aan den gouverneur aldaar geschreven zou worden, om hierin spoedig te voorzien. — Op een request van Dendermonde: de Staten zullen hun best doen de stad zoo spoedig mogelijk van de „gensdarmerie" te bevrijden (B. i. d.). 291. R. 27 januaki. — Que touchant la haulche ou augmentation des gaiges de la cavallerie, seavoir de quatre solz arth. pour chacun homme de cheval, par aulcuns propose', d'aultant qu'il seroit de conse'quence, l'on a différé a la venue de ceulx du Conseil d'Estat pour communicquer avecq eulx; et que en tout évent, devant former camp, fault faire ung Zie ook Bubriek IX op 19 Aug. 374 Denzelfden dag werd besloten, dat La Motte en Mocram zonden onderhandelen met den luitenant van Entens, om met 300 paarden de Staten te dienen— Na den middag: besloten 8 Fransche compagnieën „Dalun, Dnrant et Deville" in dienst te honden, mits ze geen aanstoot geven en zich houden aan de pacificatie (E,. i. d. en p. p.). 356. K. 20 augustus. — Mess™, les Estatz par pluralité des voix ont résolu, sauff que ceulx de Flandres ont prins dilay jusques a après midy, qu'ilz consentent et ordonnent, sur Ia remonstrance des membres d'Anvers, que le ehasteau ou citadelle d'Anvers sera desmantelé du costé de la ville, a condition que les membres dudict Anvers donneront acte de promesse par serment de tellement et fidèlenient garder et conserver ladicte ville que nul inconvénient en advienne contre aucun des articles de la pacificatión, et sighament point contre la religion Catholicque Romaine ny contre 1'obéissance et authorité deue a Sa Mté. Royalle *). P. p. — Ceulx de Flandres déclarent n'estre contraire a la résolution, prinse ce matin sur le desmantèlement du chasteau d'Anvers, a condition toutesfoys que l'on snrceroit 1'exécution jusques a la venue des commissaires, envoyéz a Son Altèze a Namur. Sur la sortie des Estatz ordonné d'escripre lettre a monsr. de Bours, afiin qu'il ait a effectuer la résolution, faicte aujourd'huy touchant le desmantèlement du chasteau d'Anvers, et a se rigler a 1'intention des Estatz, a déclarer par le Sr. Baron de Liekercke. 21 Augustus werd besloten het gewone garnizoen van Henegouwen „au grand pied" te betalen, omdat Vlaanderen en Artois dit ook deden. — Voisin in dienst genomen voor 100 harquebusiers of zooveel meer als de Eaad van Oorlog noodig zal vinden; hem twee maand gage op hand te betalen8). — Bij meerderheid van stemmen besloten, op het request van groot-baljuw en schepenen der beide banken van Gent, aan de stad een dergelijke acte te geven voor de ontmanteling van het kasteel aldaar als 20 Augustus aan Antwerpen *). — Brieven van Jacques Bossel, van Francois Pepin en Charles de Glymes nit Philippeville, alle van 20 Augustus, werden medegedeeld aan den Eaad van Oorlog. — Na den middag: aan Crecques en „capitaine Beury" te schrijven over de ontmanteling van het kasteel van Gent (B. i. d. en p. p). 22 Augustus: de burgemeester van Deventer zal een „lettre de retenue" voor 1000 paarden op Schenck maken. — Op het request van Jan van Efferen, heer van Stalberg, 1) 22 Aug.: aan George van Holstein, kapitein van 300 harquebusiers, 3000 p. art. te betalen op rekening (R. i. d. p. p.). — 27 Aug.: omdat Holstein het aanbod der Staten heeft geweigerd, geven de Staten de opdracht aan een ander; aldus beschikten ze op een request van Holstein, hem echter voor zijne onkosten 30 daalders toekennende (R. i. d. p. p.). Zie nog R. 30 Aug., 2 Sept. 2) Uit de acte van dit besluit (A. V. Ypres, port. 23B) blijkt nog, dat de remonstrantie, in den aanhef genoemd, uitging van „le Sr. et Baron de Liedekercke comme chieff et superintendant général, bourgmaistre, eschevins, conseil, commune, bourgeois, marchans et habitans de la ville dAnvers". — Een andere remonstrantie met hetzelfde doel, voorzoover valt na te gaan uitgaande van de Staten van Brabant, in B. H. B., ms. 13600 - 6, fol. 11. 3) Voisin 1825 p. te betalen door Van der Beken en 1825 p. door den ontvanger der Staten van het Doorniksche wegens 2 maand gage (FL 22 Aug. p. p.). 4) Deze acte: Actes, n°. 736; A. V. Gand (orig.). 375 Midd. van aanv. en verw. 1577; stonden de Staten hem toe 300 paarden te werven — Van der Beken gelast aan La Motte 2000 p. art. te geven, „pour faire avancer le faict d'artelerie". — Na den middag: den „conseiller" van Bijsel gelast een antwoord op den brief van Geleen te maken (B. i. d.). 23 Augustus: aan Aerschot 100 paarden in plaats van 50 en een maand gage toegestaan en aan Lalaing een compagnie voetknechten van 200 koppen. — Op het request van Servaes de Glymes2) werd beschikt, dat Houssart zou af trekken „tant sur les deniers comptans que sur les descomptes desdicts capitaines"(!), wat de remonstrant en zijne soldaten „de leurs traictement» et gaiges" te vorderen hebben; van de betaling der achterstallen hem „descompte particulier" te geven. — Aan Morvault door Van der Beken 1 maand gage te betalen. — Evenzoo aan Bersele te Maastricht. — Aan La Motte nog 2000 p. art. voor „cordaige, instrumentz de pioniers et semblables". — Gelast te schrijven aan den controleur der artillerie in het kasteel van Antwerpen (R. i. d.). 24 Augustus 3) gelastten de Staten Jean Hanucq, luitenant-drost van Brabant, in de toren of vesting Marienfert 10 of 12 soldaten met een korporaal te laten tot nader order. — Het geschrift van Aert Molckeman, beginnende: „doléances", werd om advies aan den Raad van Oorlog medegedeeld *) (R. i. d. p. p.). 25 Augustus werd Van der Beken gelast de 3 compagnieën van Egmond 1 maand gage te betalen. — Aan den Raad van Oorlog werd overgelaten om een kolonel voor de 10 vendels oude garnizoenen te benoemen. — "Weellemans gelast een brief der Staten aan den kapitein op het kasteel te Gent, Beury, te teekenen, om met zijne compagnie naar Nivelles te gaan, om last van Lalaing en Goignies af te wachten. —- Van der Beken gelast, om uit de gelden nit Vlaanderen 23.000 p. art. aan het regiment-Champagney te betalen èn nog 3000 p. uit het geld, geleend te Antwerpen, benevens voor 16.000 p. laken (B. i. d.). 26 Augustus werd aan Lumey 5) de lichting van 300 paarden toegestaan op door Aerschot en La Motte met hem overeen te komen voorwaarden. — Van der Beken gelast aan het regiment-Aerschot nog 1 maand gage te betalen; te nemen uit de „deniers promptz". — Verder 6000 p. voor 1 maand gage voor 4 compagnieën te Philippeville, één van Florines 6) en drie van het regiment-Capres. — La Motte gelast in allerijl 18 stukken artillerie, „dont les six seront canons et la reste a sa discrétion", naar Brussel te zenden (B. 1. d.). 27 Augustus werden brieven gelezen van D'Aussy, gouverneur van Kamerijk, en van het kapittel en de magistraat dier stad, waaruit blijkt, dat zij zich geheel met de adviezen der Staten vereenigen. — De kapiteinen Hannon en Souhay ') worden gelast te gehoorzamen aan de bevelen van La Motte. — Na den middag: op den brief van 1) Op een request van dezen werd 1 Sept. beschikt volgens het advies van den Raad van Oorlog, dat, wijl de remonstrant luitenant was geweest onder Peeter Bloem, zijne reputatie door deze werving niet verminderd, maar eer vermeerderd was; hij kon zich tevreden stellen met denzelfden voet als Cruningen behalve het aantal; hem ook 5 daalders aanritgeld toegekend (R. i. d) 2) Het request wordt ook genoemd R. il Aug. 3) Denzelfden dag werd Bossu naar Antwerpen gezonden met een instructie, die voor een klein deel ook op versterking dezer stad betrekking had (zie Rubriek VI», op dezen datum). i) 30 Aug.: dit geschrift, gehoord het advies der edelen, te zenden aan de Kamer der Beden om advies (R. i. d.). — 19 Sept.: op het request van Molckeman, deels conform het advies van den Raad van Oorlog, besloten, dat het tractement van Van der Beken „sera modéré"; de diensten van Molckeman te beloonen, zoodra de gelegenheid zich voordoet (R. i. d.). 5) Bij schrijven van 30 Aug. werd Lumey (Willem —, graaf van der Marck, de man van Den Briel; ook genoemd hiervóór, p. 293) voor een gewichtige aangelegenheid naar Brussel ontboden (Actes, n». 758; B. B. B., ms. 7199, fol. 311). 6) Charles de Glymes, baron van Florines. Requèsten van hem worden vermeld R. f5,36 Aug. (2 X), iö Sept., 6 Oct. 19 Nov. Een brief van hem was 22 Aug. ontvangen (R. i. d.). 7) Een request van Hubert de Souhay wordt vermeld R. 29 Aug. p. p. Midd. van aanv. en verw. 1577, 376 Francois Pepinl) werd besloten, dat aan Florines *) last gegeven is, conform wathij verzoekt, om zich te wenden tot Lalaing voor al zijne benoodigdheden, wien ook last gegeven is, om in alles ten besten te voorzien; hem te bedanken voor zijn bericht over wat hij gedaan heeft met hen, die te Charlemont zijn binnengekomen, en te verzoeken met zfine goede diensten voort te gaan (R. i. d. en p. p.). 28 Augustus: besloten „de point saisir" de moeder noch de goederen van „le Sr. du Boyssecq", al wil deze het kasteel van Weert niet in handen van Koning en Staten stellen (R. i. d.). 29 Augustus werd besloten de soldaten „en campaigne du costé de Namur" te stellen, ten einde „les pauvres villagioys" te verlichten; „les S™. général, marischal général de 1'artillerie" verzocht hiertoe de noodige order te stellen. — Verscheidene „retenues" voor soldaten te schrijven, de namen der kapiteins en vendrigs blank te laten. — De instructie, „donnée par Aprienel ponr déclarer a messieurs les Estatz Généraulx touchant Maestricht", gezonden aan den Raad van Oorlog om advies. — Naden middag: hetzelfde te doen met de door Courteville voorgestelde artikelen. — Naar aanleiding van het request van de dorpen Stabroek, Lillo, Berendrecht en Soutvliet onder Antwerpen werd besloten Heze te schrijven, de dorpen niet met 60 p. art. per dag te quotiseeren, als tegen de privilegiën van het land (R. i. d. en p. p.). — Nog schreven de Staten op dezen dag aan de Staten van Vlaanderen»), om zooveel pioniers te lichten als mogelijk was, minstens 600, ten einde ze voor mogelijke gebeurtenissen gereed te houden In een anderen brief van denzelfden dag «) zonden zij aan de genoemde Staten een staat van 3 maand gage voor de oude en van 1 maand voor de nieuw te lichten „piétons" met verzoek de er in genoemde som van 16.432 p. onverwijld te voldoen, om ze na de monstering door een door hen aan te wijzen commissaris onmiddellijk te doen marcheeren; dit op aftrek van de quotes; de „piétons" hoofd voor hoofd te betalen. 357. R. 30 augustus. — Résolu de prendre et retenir en service Sr. Henry Balfour, comme coulonel, avecq X enseignes escoissoys bien arméz suyvant 1'équippage ordinaire de la nation, a deux cent testes chacune enseigne, aux gaiges et traictemens de sa retenüe précédente; sy requirent icelluy Balfour de haster la levée et mener lesdicts gens de guerre en toute diligence en ce pays, prenant terre, au Sas de Gand. Denzelfden dag werden een brief van Capres en een van den Vicomte van Gent verwezen naar den Raad van Oorlog om advies. — Van der Beken werd gelast het garnizoen van Philippeville een geheele maand soldij te betalen, dus nog 612 p. art. boven de reeds betaalde 6000 p. art. (R. i. d. p. p.). 358. R. 31 augustus. — Messieurs ont authorisé monsr. le Comte de Lalaing pour traicter avecq les soldatz de Marienbourg, Charlemont et semblables places, occupéz par aultrez que pour Sa M«. et Estatz Généraulx, en toute telle sorte, fust sur les descomptes, payernentz, oubliance des choses passées ou aultrement, comme Sa SP*, trouvera myeulx convenir pour la plus grande seureté des pays, tant pour leur descomptes, payemens que aultrement, promet- 1) Aan Claude Boucquet en Francois Pepin waren 3 Aug. paspoorten verleend (B i dl Zie nog R. 6 Aug., 19 Nov. 2) Den-elfden dag werd Van der Beken gelast hein, gouverneur Van Philippeville, 158 p. art. te betalen. Op een request van hem werd na den middag beschikt, dat hij wat geduld moest hebben (R. i. d. en p. p.). 3) A. V. Ypres, port. 23». 4) Alsvoren. 377 Midd. van aanv. en verw. 1577. tans de tenir pour bon, ferme, aggréable et estable de ce qu'elle traictera avecq approbation et aggréation de ce que desia en ce et en ce qu'il en dépend, pourroit avoir traicté et négocié. Denzelfden dag werd op het request van Guillaume Edneston beschikt, dat de Staten volgens het advies van den Baad van Oorlog goedvonden, dat de 50 „chevaulx retenuz" zouden landen te Sas van Gent; hun zou betaald worden ƒ13 per paard, ƒ100 voor den kapitein, ƒ 50 voor den luitenant en ƒ 25 voor den kornet per maand '). — Na den middag: ordonnantie van 20.375 p., 15 s. op Van der Beken te verleenen om volgens den staat hiervan aan de garnizoenen van Kamerijk, Avesnes, Landréchies, Philippeville en Quesnoy 3 maand gage te betalen. — Van der Beken gelast de 50 karabiniers van Aerschot te betalen op den voet van Aerschot's regiment na aftrek van wat hun reeds betaald mocht zijn volgens vorige ordonnantie. — Aan Merode en Bersele te schrijven, om de 3 compagnieën van Bourse in Maastricht toe te laten, totdat de aan hen beiden toegestane lichting van 3 compagnieën zou gedaan zijn (B. i. d. en p. p.).s). — Nog schreven de Staten aan Simon Belwin, kapitein van Limburg, om alle hulp te verleenen aan hun commissaris „Matthis Schelt", wien zij belast hebben met de lichting van zooveel mogelijk limoenpaarden 8). 359. R. 1 september. — De Generale Staten van dese Nederlanden, aenmerckende d'importantie, dat de stadt van Bruessele in desen tegenwoirdigen tijt ende saisoene wel versien wordde van ammunitie van oirloge, versoecken ende nyettemin ordonneren by desen den controlleur van de artelerye, Bernart Vuesels, den suppliant sonder eenigbe zwaericheyt te laten volgen de partyen van geschutten, clooten ende andere aminunitiën, hier inne dese requeste geruert, mits nemende van deselve supplianten behoirlycke reeepisse. Messieurs ont ordonné au trésorier Van der Beken de faire payer par moyen du recepveur des Estatz de la Comté de Haynault troys moys de gaiges et soldée aux garnisons ordinaires que sortireront hors de lieux de leur garnison pour les mettre aux champs, et ung moys de gaiges que se payera semblablement aux piétons que se lièveront de nouveau pour les mettre en leurs lieux, seavoir a Cambray pour IIC ordinaires IIIIm IX° LIX £; pour les CL testes de nouveau a lever I"- IIII0 III £; a Avesnes de C ordinaires IIm IIII0 LXXIX £ X s.; pour les LXXV piétons nouveaux Vlc LI £ X s.; a Landreschies cent ordinaires IIm IIII» LXXIX £ X s.; et pour LXXV nouveaulx VI0 LI £ X s.; a Philippeville IP testes IIIIm IX° LIX £; pour IP nouveaux pour ung moys Im VP LIV £; a Quesnoy L soldatz XIP£; recreute de cent L testes riens, pour estre payé pour ung moys; somma XXm HIP LXXXVII £. Denzelfden dag werd op het request van den pensionaris van Den Bosch beschikt Van der Beken te gelasten, om VU maand te betalen aan de soldaten vóór de stad volgens de er in genoemde voorwaarde. — De Staten verklaarden aan den controleur der artillerie Van den Driessche 4), dat van de 4000 p., bestemd voor artillerie, waartoe ordonnantie op Van der Beken was verleend, 2000 p. bestemd waren voor den 1) 2 Sept.: op het request van Edneston beschikt, dat de Staten hein, indien hij met zgne paarden komt, reden tot tevredenheid voor zijn passage zoowel bij komst als terugkeer zullen geven (R. i. d.). 2) Evenzoo te schrijven aan de magistraat van Maastricht (R. 1 Sept. ,p. p.). 3) Actes, n». 762; B. R. B., ms. 7199, fol. 312. 4) Een request van hem wordt vermeld R. 5 Sept. Midd. van aanv. en verw. 1577. 378 aankoop van werktuigen voor de pionniers; dat zij zich ook konden helpen met de werktuigen uit de kasteelen van Antwerpen, Gent en Utrecht en dat de 2000 p. ter beschikking van La Motte of diens plaatsvervanger zouden zijn om 300 pionniers te lichten a 7 p. art. per maand. — Jeröme Baccartluitenant van La Motte, zal bij afwezigheid van dezen de artillerie commandeeren. — Na den middag werd Serclaes gemachtigd om één of twee anderen te kiezen ter assistentie bij de monstering van het regimentChampagney. — La Motte te bedanken voor de gelden voor de garnizoenen van Bourbourg en Grevelingen en den vier leden van Vlaanderen te schrijven om La Motte deze terug te betalen. — Op den brief van commissaris Houssart van 28 Augustus werd conform het advies van den Raad van Oorlog beschikt: het advies van den Raad van State te volgen, genoemd in de bijgevoegde brieven, en dus „leurs comptes" te stellen op ƒ 5 van 25 patars per maand „chacune paye" (R. i. d. en p. p.). 360. R. 2 september. — Sur l'escript de la déclaration en brieff, a quoy porte le traictement d'ungne compagnie de IIC testes par moys, a esté dict que ce pied a esté arresté, requirans les Estatz messieurs les nobles et du Conseil de Guerre proiecter ung articklebrieff, selon lequel les soldatz se auront a rigler et faire leur serment. Denzelfden dag werd op den brief van den Vicomte van Gent van 28 Augustus besloten, aan Capres te schrijven, om een zijner compagnieën in Atrecht te leggen. — Betreffende het tractement van Goignies werd vastgesteld, „comme est leu", behalve dat in elk regiment een commissaris-controleur zou zijn, om controle te houden op het aantal soldaten en anderen „et de ceulx qui partent on rentrent, aux gaiges du Xe denier de ce qu'il controllera". — Naar aanleiding van het request van Fresin werd Van der Beken gelast Matthieu de Vos, ontvanger der levensmiddelen, 200 p. art. te betalen. — De ingenienr Jacques van Noye 2) verzocht te voorzien in de versterking van Brussel; dit op instantie en request van de drie leden der stad. — Acte te depescheeren voor de kapiteinen Anderlecht en Nieuland van het regiment-Heze, dat Houssart, Gramaye en Farisis geheel met hunne compagnieën afrekenen voor den geheelen tijd van hun dienst, wel te verstaan dat zij behalve de 4 maand, waarvan alle andere compagnieën afstand doen, er van nog 2 afstand doen. — Op het request van Charles de Facuwez, heer van Wissemant en La Haye a Goy le Piéton, werd beschikt, dat de Staten zóó belast zijn, dat zij den remonstrant niet kunnen steunen, hem echter verzoekende zijne plaats zooveel mogelijk te versterken en te verdedigen. — Op het request van Entens werd beschikt den suppliant, te bedanken, omdat de Staten genoeg voorzien zijn; bij een andere gelegenheid aan hem te denken. — D'Acre en zijne compagnie, evenals die van Philome, zullen staan onder Bourse. — Na den middag: Van der Beken gelast den auditeur George Kueffel 4 maand gage te betalen. — Louis le Clercq3) benoemd tot „mareschal des logis", dienende ook als „mareschal de camp"; Molckeman gelast zijne commissie te depescheeren (R. i. d. en p. p.). 3 September gelastten de Staten Van den Driessche aan den commies der artillerie te Landréchies 100 p. te geven volgens wat Baccart zon verklaren en wel om in het kwartier van Antwerpen, Gent en elders te halen de „blocwagens (?), affuys, quelques reix de relay (?)", dienende voor de artillerie, en alle pionierswerktuigen, die hij kon vinden. — 1) Requèsten van hem worden vermeld R. 2 Sept. p. p., 14, f7 Nov. 2) 16 Sept. werd op de remonstrantie van den Raad van Oorlog besloten Jacques van Noye als ingenieur in dienst te houden op hetzelfde tractement als hij van den Koning had (R. i. d.). Een request van hem wordt vermeld R. 7 Nov. 3) Een request van hem wordt vermeld R. 31 Aug. 379 Midd. van aanv. en verw. 1577. Een brief van Andries Hessels, pensionaris van Den Bosch, van 31 Augustus, en een van Merode van 30 Augustus werden medegedeeld aan den Raad van Oorlog. — Aan Christoffel Schenck, baron van Tontenburg enz., werd f 200 a 25 s. art. per maand toegelegd buiten het tractement volgens zijn „retenue" — Op het request van den prior en anderen van het klooster der Karthuizers te Lier werd beschikt, Egmond te gelasten zijne soldaten onmiddellijk uit het klooster te doen gaan. — Aan Liedekercke te schrijven, om de magistraat van Antwerpen te bewegen 6500 p. art. voor te schieten voor de betaling van de 3 compagnieën van Egmond te Lier, om 2 hiervan naar het kamp te zenden; dit op aftrek van hunne belastingen. — Brieven van Gramaye, Houssart en Parisis van 30 Augustus „pour le poinct du drossart de Lingen" werden medegedeeld aan den Raad van Oorlog. — De door de Staten te lichten 300 pionniers te betalen a 7 p. art. per maand per hoofd *). — Conform het advies van den Raad van Oorlog op een request van Béthune werd besloten het advies van den Vicomte van Gent over het al of niet afbreken van het kasteel in te winnen (R. i. d.). 4 September werd besloten aan Lalaing te schrijven, dat de Staten op aandrang van Valenciennes het besluit genomen hadden, om het kasteel aldaar aan de zijde der stad te ontmantelen, „saulff que l'on en advertira premièrement audict Sr. Comte 3)". — Op aandrang van Lalaing werd- aan kapitein Nicolas de Malmaison commissie verleend om 300 pionniers te lichten tegen een gage van 7 p. art. per maand (R i. d.). 5 September werd aan Capres 4) de staat van „louverie" in Artois, die De Vaux bekleedde, gegeven; betreffende de vermeerdering zijner compagnie advies van den Raad van Oorlog gevraagd. — Gezien de stukken van de weduwe van Jean Fleuruchamp en het advies van de Kamer der Beden van 30 Augustus met de declaratiën van Serclaes en Van der Beken, resp. van 26 Augustus en 3 September, gelastten de Staten Van der Beken aan genoemde weduwe, de officieren en soldaten van Fleuruchamp hoofd voor hoofd volgens de rol te betalen 1779 p. 3 s. 4 d. — Na den middag werd aan Lumey toegestaan 8 compagnieën voetknechten en 100 paarden te lichten; later werd toegestaan: een regiment infanterie. — Op het request van de bewoners van het platteland van Lingen werd beschikt, conform het advies van de Kamer der Beden: hun 8000 p. art. schadeloosstelling 6) toe te staan en de 15.000 p. art., in het request genoemd, terug te betalen uit de door Lingen toe te stane gelden; hiertoe te schrijven aan de commissarissen, belast met de afrekening der regimenten van Hierges en Megen (R i. d. en p. p.). 6 September werd besloten, dat Aerschot zich zou begeven naar zijn muitend regiment en het de betaling van het verschuldigde beloven uit de eerste gelden van de 2 millioen gouds, door de Staten geaccordeerd (R. i. d.). 7 September werd besloten den brief van Charles de Glymes, gouverneur van Philippeville, van den zelfden dag aan Lalaing te zenden, om te informeeren naar het er in. genoemde feit, ten einde satisfactie te geven. — Aan de soldaten van Aerschot te schrijven, om zich tevreden te stellen met de hun geboden 3 maanden, onder belofte 4) 5 Sept.: de Kamer van de Beden gelast het aanritsgeld voor kapitein Schenck a 6000 daalders en voor Stalberg a 1800 daalders te betalen. Na den middag: de griffier gelast „le traictement" voor kolonel Schenck te teekenen" (t) (B. i. d. en p. p.). — Requèsten van Stalberg worden nog genoemd R. 30 Aug., 15 Sept. (2 X>> 13, 15 Nov. 2) Oen bode of „conducteur van de pionniers" 3 daalders van 30 s. art. te betalen om brieven te brengen aan den Bisschop van Luik en den gouverneur van Limburg „tot het maecken van pionniers" (R. i. d.). 3) Een tweede request van Valenciennes werd ter fine van rapport in handen van Provins gesteld (R. i. d.). — Den volgenden dag werd de postmeester of diens substituut gelast per estafette zekere brieven aan Lalaing te zenden (R. i. d.). 4) Requèsten van Capres worden vermeld R. 30 Aug. p. p., 9 Dec. 5) Nl. voor „mangeries" (zie nog hierna op 1 Oct.). Midd. van aanv. en verw. 1577. 380 van de rest binnen een maand te betalen, waarvoor de obligatiên te geven. — Besloten in Brussel 20 „quintanx des flnes pouldres" voor de harquebusiers van de 200, den Koning toebehoorende, quintalen, die er zijn, te nemen, ten einde ze naar Philippeville te zenden; de magistraat van Brussel gelast ze Baccart mede te geven. — Na den middag: een brief van Capres van 6 September werd om advies aan den Baad van Oorlog gezonden (B. i. d. en p. p.). 361. R. 8 september. — Sur la requeste du Conté de La Marche est dict : Quand au premier poinct, advis du Conseil de Guerre. Quand au II8 article, commencant: „premièrement", est ordonné au trésorier Van der Beken de luy furnir la somme de troys mille livres pour la levée de son régiment que sera rabbattu a sa monstre. Sur le III6 poinct est dict que ledict Sr. Conté sera asseuré pour deux moys au lieu de six, par luy requis. Toucbant le dernier article est dict qu'il sera descbargé vers le marchant Baptiste Voire ou aultre deux moys a raison de XL £ pour chacune enseingne. Quant a l'escript de messieurs des Finances de Sa Mtó. est dict que messieurs sont bien contentz que sUy vant le pied, observé en la conduite des affaires de Sa Mtó., les munitions, appartenans a Sa Mtó. a la citadelle d'Anvers, soient venduz par les officiers de Sadicte Mte. en présence et avecq intervention des Sr. de Liekercke et recepveur De Rouck, ad ce commis par lesdicts Estatz, saulff que, la vente ainsy effectuée par lesdicts officiers de Sa Mte. quy en doibvent respondre, les Estatz Généraulx en seront serviz desdicts deniers en procédantz, en les faisant par lesdicts officiers 'a ceste fin délivrer es mains du recepveur des aydes au quartier d'Anvers, Nyverzele, en délaissant néantmoings a la discrétion desdicts Sr. Baron de Liekercke et recepveur Rouck de accepter au lieu desdictes munitions les deniers, pour lesquelz lesdictes munitions dernièrement ont esté prisées et estimées. Op den brief van Christoffel By van Schouwenborg werd denzelfden dag beschikt, dat Tseraerts of een ander, die de afrekening begonnen was, deze zou voltooien en rapport aan de Staten doen l). — Betreffende het geschrift over de tractementen van de compagnieën van Balfour werd besloten, dat de '„retenue" hiervolgens gemaakt zou worden. — Aan Villers voor zijne compagnie van 100 paarden 1 maand gage te betalen (B. i. d.). 9 September werd een brief van Pierre de Werchin uit Doornik van 7 September en na den middag werden brieven van La Motte van 8 September uit Grevelingen, een request van Merode en een brief van Arnoult van Amsterrode uit Pauquemont van 8 September naar den Baad van Oorlog verwezen. — Nog werd na den middag beschikt': „que le semblable" s) in het algemeen is toegestaan aan alle andere steden van den Prins van Oranje en andere particulieren, aan wie „sera trouvé aulcunes arteleries appartenir" (B. i. d. en p. p.). 1) 10 Sept. werd Jean Robert hiertoe aangewezen (R. i. d.). — 16 Sept.: Van der Beken gelast de aan Robert voor de afrekening noodige stukken onder recepisse te geven (R.i.d.). — 6 Oct. werd de brief van Robert van 4 Oct. over deze compagnie aan de edelen medegedeeld (R. i. d. p. p.). Zie nog R. 30 Oct. (request van Erasmus Christiaan). 2) Waarschijnlijk sluit dit-aan bij het in het register voorafgaande: „Sur la requeste de la ville de Malines fiat suyvant l'advis du Conseil de Guerre". 381 Midd. van aanv. en verw. 1577, :362. R. 10 september. — Ordonné que tous couronels, capitaines, généraulx ou superintendahtz de vivres, arteleries, officiers et aultres, ayans charge, debvront actüèlement et en persone exercer leur estat auprès de leurs gens, sans s'en povoir absenter, sy non congié du général du camp ou en son absence du marischal dudict camp, a paine que dès maintenant ilz seront casséz et privé/, de leur traictementz. Sur l'escript, commenchant: „pointz que remonstre a messieurs etc. le Baron d'Inehy" 1), est appoincté: Que en premier lieu audict Sr. d'Inehy sera délivré la somme de troys mille livres arth., a prendre sur les premiers et plus clers deniers du demainedeSa Mtó., pour estre employéz a la plus nécessaire fortification et deffence de la citadelle de Cambray, le tout suyvant ledict escript. Secondement que acte luy sera dépesché de commission du gouvernement de ladicte citadelle de Cambray, comme l'on a dépesché pour aultres gouverneurs. Tiercement que l'on dépeschera lettre de retenue pour la recreute de cent testes que messieurs luy ont aecordé pour la garnison de ladicte citadelle, avecq ordonnance d'ung moys des gaiges pour la levée d'icelle. Et quant aux lettres de rencharge a Charles de Martigny, recepveur général de Haynault, pour faire vendre les bledz, estanz en ladicte citadelle, et y en remettre d'aultres, en telle quantité que convient a place de telle importance et sy frontière, pour n'avoir par ledict De Martigny acquiescé aux premières lettres des Estatz, s'excusant ne povoir employer aulcuns deniers de sa recepte sans expresse ordonnance de ceulx des Finances, est dict: en soit parlé aux Srs. des Finances, affin d'envoyer 1'ordonnance. Et touchant aultres lettres au mag'«trat de la ville de Cambray aux fins qu'ilz laissent librement transporter en j,dicte citadelle les meubles du Sr. de Licqnes, estans en ladite ville, d'aultant qu'aultrement icelle pourroit estre receptable des biens quy pourroient estre confisquéz, est appoincté: advis de ceulx de ladicte ville, a laquelle fin lettres seront escriptes. Et pour aultant qu'il concerne la compaignie d'ordonnance de mons'. le Marequis d'Havrech dont ledict Sr. baron ést lieutenant, 'pour seavoir 1'ordre qü'il y auroit pour leur furnir promptement le payement de six moys, despiecha par messieurs aecordé, sans lequel ilz n'auroient, au moings la plus grande partie d'iceulx, aulcun moyen se remonter et esquipper d'armes, actendu la grande perte qu'ilz ont souffert et le peu d'entre (!), est appointé: il en fault faire instance aux Estatz de Brabant et néantmoings est nécessaire pourveoir a toutes les compaignies d'hommes d'armes. Denzelfden dag werd Van der Beken gelast de 10.000 p. art., hem gebracht nit Lille, Douay en Orchies, onmiddellijk naar het kamp te zenden. ■»* Na den middag werd een remonstrantie van Aerschot naar de Kamer van de Beden verwezen s) (B. i. d. en p. p.). 363. R. 11 september. — Résolu derechieff par les voix et opinions que . acte sera donnée pour les villes suyvant l'advis du Conseil de Guerre, seavoir 1) 9 Sept. was besloten op deze remonstrantie het advies der edelen in te winnen (R. i. d.). 2) Een request van de magistraat en anderen van Antwerpen (over krijgszaken?) word op dezen dag naar den Raad van Oorlog om advies verwezen (R. i. d. p. p.). Midd. van aanv. en verw. 1577. 382 que lea Estatz ordonnent au controlleur d'artelerie et aultres que appartient, de laisser suivre aux magistratz des villes de Brabant, Flandres, Arthois leur piècbes d'artelerie qu'ilz feront apparoir appartenir ausdictes villes ou avoir appartenu avant le commencbement des premières troubles, soit que lesdictes piècbes se treuvent aux chasteaux d'Anvers, Gand, Utrecht ou alleurs 1). Denzelfden dag werd „le billet ponr 1'instruction" van den commisaris-generaal der wagens met levensmiddelen van bet kamp aan den Raad van Oorlog gezonden. — Van der Beken verklaarde bereid te wezen in te staan voor 3000 p. art., te leveren aan Lumey *), en nog voor 3G00 p. art., mits h\j ze kon terugkrijgen uit de eerste gelden, die hij zon ontvangen. — Op het request van Merode werd beschikt, dat Van der Beken voor iedere te lichten compagnie 300 p. art. en bij de monstering 1 maand gage zou toezeggen; de compagnie te Maastricht 2 maand gage te betalen, te nemen door Van der Beken uit het geld in de mnnt te Maastricht. — Opnieuw te schrijven aan kapitein Grenet, om Heusden met z\jne soldaten te verlaten en naar het kamp voor Den Bosch of Breda te gaan; voor de afrekening den commissaris Van der Beken gedeputeerd. — Te schrijven aan de magistraat van Kamerijk, om 100 „mencaulx de bied" te leveren voor de citadel tegen belofte van restitutie; „au prélat d'Inchy" om 80 „mencaulx"; aan dien van S*. Aubert te S'. Sepulcre om 30, de abdij van Vergiers om 20, aan het Kapittel van Onze Vrouwe te Kamerijk om 80, de abdij van Vauselle om 40. — Na den middag werd besloten aan Cruningen voor 300 ruiters 3000 p. art. toe te staan, „sans pour 1'aenrytgelt déduction, d'aultant qu'il les a chergié en Geldre et aultrepart", es dus 300 p. art. boven de 2700 door hem ontvangen. — Een brief van Venlo van 4 September werd aan den Baad van Oorlog medegedeeld (B. i. d. en p. p.). 364. B. 12 september. — Les Estatz, se conformans a l'advis de monsr. le Comte de Lalaing, gouverneur de Haynault, et de messieurs du Conseil de Geurre, ont consenty et consentent par cestes que le chasteau de la ville de Valenchienes sera desmantelé du costé de la ville, moyennant satisfaction préalable, a bailler par le magistrat et bourgeois de ladicte ville touchant 1'observation de la religion Catholicque Bomaine et la deue obéissance de Sa Mté., recommandant ausdicts de Valenchienes la fortification de la ville et la garde d'icelle, comme ilz en doibvent et vouldront respondre devant Dieu, Sa Mu\ et lesdicts Estatz. Les lettres, a eest effect leues, sont arrestées. Denzelfden dag werd besloten overal het plakkaat der wagens van 17 Juni 11. te hernieuwen volgens „le mémorial cy-joint"; betreffende de vermeerdering der gage advies van den Raad van Oorlog. — Op zeer dringend verzoek van Aerschot ontsloegen de Staten hem onder dankbetuiging voor zijne diensten als kolonel van een regiment infanterie. Montigny tot zijn opvolger benoemd, wat Lalaing in naam van zijn broeder aannam. — Na den middag: aan Goignies 3) 20 quintalen kruit te zenden, om onder de soldaten te verdeelen (R. i. d. en p. p.\ 1) De acte: Actes, n». 790; A, G., Cart. 327B, fol. 123 en 298. — Aan Rennenberg gaven de Staten van hun besluit kennis bij schrijven van 11 Sept. (R. A. Friesland: Res. der Staten van Friesland 1577, fol. 204v°). 2) Op een request van dezen werd na den middag beschikt de Kamer van de Beden te gelasten Baptiste Voire te bewegen den suppliant de vaandels te geven onder belofte van hem bij de eerste gelegenheid te betalen (R. i. d. p. p.). 3) Een request van hem wordt nog vermeld /(. 31 Aug. 383 Midd. yan aanv. en verw. 1577. 13 September werd op het request van Hohenlohe beschikt, dat de drost van Brabant met zijne lieden naar het kwartier van Den Bosch zon gaan van wege de „brigans, voleurs, meurtriers et malfacteurs", die er volgens den brief van Hohenlohe zoo in overvloed waren — Besloten de pionniers, door den sénéchal van Henegouwen gelicht, naar hun woonplaats te zenden tot nader order (R. i. d.). s). 14 September werd naar aanleiding van een brief van Goignies besloten hem commissie te verleenen tot het lichten van 100 paarden; Van der Beken hem hiervoor 2 maand gage te verleenen, één bij de lichting, één bij de monstering. — Betreffende het tractement van Tremelle s), aan het hoofd van 3 Eransche compagnieën en met opdracht er nog 1 te lichten, werd na den middag besloten het advies der edelen te volgen; de Franschen te betalen, zooals deze gewoonlijk betaald worden, en de nieuwe compagnie als gewoonlijk „les soldatz par decha"; Tremelle te bezoldigen als andere kolonels van 5 compagnieën4). — Besloten den Staten van Gelre te schrijven, om het garnizoen te Waclitendonck te betalen, op aftrek van hunne quote (B. i. d. en p. p.). 365. R. 15 september. — Sur la lettre du gouverneur de Limborch les Estatz se conforment avecq l'advis de messieurs les nobles, en luy escripvant et adhortant que soit bon patriot et pour le présent n'y a aulcun moyen de donner charge de lever chevaulx, par quoy l'on le priera de s'ayder des gens du pays au myeulx qu'il pourra, et pour cent cincquante hommes de pied l'on escripvera aux Estatz d'Oultremeuze, affin de les payer, et luy envoyera l'on ungne patente pour lesdicts CL hommes pour la tuition des ville et chasteau de Limborch; et d'escripre lettre a monsr. de Geleen, gouverneur d'Oultremeuse, affin de proposer et persuader par tous moyens possibles ausdicts Estatz de payer lesdicts cent cincquante harcquebousiers.' Op het request van Bernesem 5) werd denzelfden dag beschikt: advies van de Kamer der Beden te vragen om de Staten te informeeren, of men den suppliant „autre plus prompte assignation" zou kunnen geven. — Het request van Maastricht achtten de Staten redelijk, mits de stad wederkeerig voor hare zekerheid de drie compagnieën nit Antwerpen wegens het door de Staten voorgestelde opnam (B. i. d.). 16 September gelastten de Staten den compagnieën van Bailleul en Evre ieder 2 maand gage te betalen volgens vorige assignatie op de Staten van Artois en dit van 20.000 p. art., resteerende van de quote van Artois in de 780.000 p. art.; het hiervan overblijvende aan Capres voor zijn regiment te betalen 6). — Op het request van Egmond werd beschikt, dat Van der Beken hem voor elk der 7 compagnieën, waarvan 6 van Mario Cardinno waren, 200 p. art. zou betalen'). — Op dat van Lumey, dat de Staten op zijn verzoek om de consequentie niet konden ingaan; echter werd „ponr aulcuns 1) Waarschijnlijk heeft hierop ook betrekking: betreffende de berichten van Glyines aan Lalaing over „1'ordre requis" is de beschikking aan den Raad van Oorlog gelaten (B. 16 Sept.). 2) 14 Sept. werd dit besluit herhaald met bijvoeging, dat den sénéchal op zijn brief in dezen zin geantwoord zou worden (R. i. d.). 3) Zoo gewoonlijk genoemd; er staat hier in het register: „Trennelis". 4) 47 Sept.: besloten met de 3 compagnieën van Tremelle tevreden te zijn. totdat men zekere tijding van don Jan zal hebben (R. i. d.). 5) Ook vermeld R. 2 Sept. 6) Dit besluit werd na den middag herhaald naar aanleiding van een request van Capres; de quote van Artois wordt dan genoemd als 43.000 p. art. (R. i. d. p. p). — 19 Sept. werd Van der Beken gelast Capres 2767 p. 8 s. art. te betalen „a bon compte de son régiment" en wel van de quote van het Doorniksche in 780.000 p. art. (B. i. d.). 7) Nog een request van Egmond wordt vermeld R. 27 Sept. Midd. van aanv. en verw. 1577. 384 bon respects" zijne assignatie van 3000 p. art. met ÏOOÓ p. art. verhoogd'). — Na den middag: op het mondeling rapport van Aerschot, dat hetregiment-Champagneybegint te muiten, besloten den 4en maand ook in geld toe te staan. — Aan Lumey te schrijven, dat hij volgens de overeenkomst moet'lichten *). — Op het request van Merode werd geadviseerd: door Van der Beken 40 p. art. voor elk zijner drie vendels te doen betalen. — Naar aanleiding van de stukken van kolonel Van den Tempels) werd Van der Beken gelast hem 2300 p. art. te betalen, nl. 2050 p. als kolonels-tractement en dat zijner hooge officieren, gedurende 3 maanden sedert 24 December ÉL. en 250 p. voor „les espies et autres faictz secretz", door hem voorgeschoten; hiervan 200 p. af te trekken, die hij reeds ontvangen heeft (R. i. d. en p. p.). — Nog schreven de Staten op dezen dag aan Rassenghien 4), dat „la guarde que se faict en la ville de Donay, assez maigre" was. Hij wordt verzocht zich te verzekeren van die stad, er benoemende „quelque gentilhomme notable qui emprende la charge et superintendance de ladicte guarde et responde de ladicte ville, comme vous mesmes y estes tenu". 17 September werd op advies van den hiertoe gehoorden ingenieur besloten, dat het kasteel van Béthune aan de zijde der stad kon worden ontmanteld, mits de stad verzekerde de beide platformen te maken, door den Vicomte van Gent noodig geacht6) en tevens, dat zij den Katholieken godsdienst en de den Koning verschuldigde gehoorzaamheid zou handhaven. — Brief aan Beauregard, om de 50 paarden van Capres te monsteren 6) (R. i. d.) 366. R. 18 september. — Combien que 1'estat, dressé sur le faict d'artelerie, ne soit encoires signé et que toutesfoys il soit requis de furnir a la despence de la levée des piones et chevaulx lymoniers, ensemble a diverses aultres parties de despence selon les occurrences et nécessitéz, messieurs les Estatz Généraulx des Pays Bas ont ordonné et ordonnent par ceste a George van den Driessche, commis a la recepte de 1'artelerie, que de IIIIm £ du pris de XL groz monoyé de Flandres le livre, par lny naguères receu a leur ordonnance, il ait a promptement faire payement a ungne compaignie des pionniers de XV jours de gaiges a 1'advenant de sept livres dudict pris pour chacune teste par moys et au surplus satisfaire a la levée des chevaux lymoniers et a toute autre despence, selon que par ledict maistre ou lieutenant et controlleur d'icelle artelerie sera trouvé requis et nécessaire pour le service desdicts Estatz, et par ledict Van den Driessche rapportant avecq ceste les rolles y servantes, vérifiéz desdicts maistre ou lieutenant et controlleur, tout ce qu'il aura ainsy payé, luy 1) 30 Sept.: Gille Chavelot in plaats van Marcq d'Ocoche, „auparavant ad ce commis", aangewezen om het regiment-Champagney te geleiden (R. i. d.). 2) 2 Oct. werd op het request van Lumey beschikt, dat Van der Beken hem de 10CO p. art., er in genoemd, zou geven van de eerst inkomende penningen; zoodra noodig een monstercommissaris te benoemen en in het toegezegde geld te voorzien (B. i. d. p. p.). 10 Oct. werd, naar aanleiding van een request van Lumey, Van der Beken naar de vorige ordonnanlie verwezen (R. i. d.). 3) Requèsten van dezen worden vermeld R. 25 Aug., 2 Sept. p. p. 4) A. V. Ypres, port. 23B. 5) Later op den dag werd besloten, dat de stad hiertoe „lettres obligatoires'' moest geven (R.i.d.). — 29 Sept.: volgens request van Béthune te schrijven' aan den gouverneur, de soldaten „et aultres que eonviendra", nadat door de stad de „lettres obligatoires" zullen gezonden zijn (R. i. d. p. p.). 6) 18 Sept.: Molckeman gelast patent te maken voor Capres tot het lichten van 50 paarden, in zijn regiment begrepen, conform dat voor Egmond, en een patent voor zijn regiment (R. i. d. p. p.). 385 Midd. vsn aanv. en verw. 1577. sera passé et alloué en Ia despence de ses comptes, la et ainsy qu'il appartiendra, ordonnant a ceulx quy seroit (L seroient) commis a 1'audition d'iceulx, d'ainsy faire sans aulcune difficulté *). De „m™. ou lieutenant et controlleur de 1'artillerie du Roy» werd denzelfden dag gelast aan het regiment van Montigny te Gembloux 1000 p. lonten te leveren *) — Molckeman werd gelast het patent voor den Vicomte van Gent als generaal van de cavallerie, zoowel „des hommes d'armes que chevaulx légiers", te maken. - Na den middag werd besloten de groote galei te verkoopen en haar naar Antwerpen te doen brengen „et que les Estatz seront serviz des deniers" »). - Op een brief van Hohenlohe werd beschikt, dat de Staten van Brabant de voor den drost van Brabant en diens lieden noodige onkosten zouden fnrneeren en dat Mudeus, „conseillier de Sa Mté», zonder wien de drost niet had willen vertrekken, betaald zou worden a 4 p. 10 s. art, per dag, zonder hem te geven „quelque gratuite de chariot", als zijn voorganger zou gehad hebben. Hierop gaven de Staten van Brabant den drost assignatie van 1600 p art op de 4 kwartleren van Den Bosch en 500 op de abdij van Tongerloo, in mindering van het hoofdgeld van den bisschop van Den Bosch en de abdij; nog een assignatie van 200 p. op den ontvanger Roeloffz voor Mudeus (R 1. d.). 367. R. 19 september. — Soyent escriptes lettres au Sr. de Goingnies que assistence des soldatz luy seront envoyéz, et au Comte d'Egmont qu'il face retirer de Lire au campt II de ses compaignies et qu'il les face incontinent marcher vers le camp et aussy ses aultres compaignies. De hier bedoelde brief aan Goignies van 19 September schijnt niet bewaard. Wel zijn er nit de vorige dagen twee brieven van de Staten aan Goignies 4), waaruit duidelijk blijkt, wat er gaande was: 367». 17 september. — Monsieur de Goignyes. Nous avons entendu par voz lettres, escriptes a mons". le (Conté) de Lalain, 1'excursion qu'a fait 1'ennemy avec (cent et XX chevaulx) assez prés des portes de Gemblours, et qu'il (s'est) rethiré, sans avoir esté attaqué ou endommagé, a deffaulte que nostre camp est despourveu de cavaillerie, ce que nous a grandement despleu, et pour y remédier a 1'advenir, avons prié monsr. le Viscomte de Gand se transporter audit camp avec la meilleure troupe de chevaulx qu'il poura amasser, et donner ordre que 1'ennemy ne soit désormais tant avantageux ou présumptueux, du moingz sans qu'il se resente de la feste, vous priant vous emplier avec mondit seigneur le Viscomte a faire tous bons exploietz d'armes et d'hostilité, sans laisser eschapper aucunes occasions, affin de douter notre ennemy et par armes le faire condescendre a raison, et soubz espoir que vous y acquicterez tant vertueusement et d'aussy bon coeur, comme nous recommandons a votre bonne grace, prierons 1) Na den middag werd dit besluit in korteren vorm geregistreerd (R. i. d. p. p.). 2) Na den raiddag werd dit besluit in anderen vorm herhaald (R. i. d. p. p.). 3) 21 Sept.: „aecordé Ia lettre leue pour faire vendre la grande galère" (R. i. d.). — 30 Sept : aan Liedekerke en Rouck brieven verleend, om bij den verkoop der booten door ceulx de Finances" aanwezig te zijn (R i. d ). - 10 Oct.: de pensionaris van Den Bosch, Provins en Hovines gedeputeerd, om de geschriften over de crediteuren, pretendeerende aandeelen in de te verkoopen schepen, te onderzoeken (R. i. d.). Zie nog S. G. 3 op 18 Nov. p. p. 4) R. A., S. G., loketkas. loopende 24 (minuten). Enkele woorden, in onzen tekst tusschen () geplaatst, zijn aangevuld uit de copie in A. V. Ypres, port. 11. - In den brief aan Egmond van 19 fept. (alsvoren, loopende 25) gaven de Staten te kennen, dat het kamp op verzoek van Goignies versterkt moest worden. 25 Midd. van aanv. en verw. 1577. 386 [P.S.] Monsieur. L'on a différé de despeseher vostre commission, non a deffaulte de bonne volunté, mais d'argent, a quoy sera en brief remédié, vostre dite commission au plustost que sera possible envoyé. 367b. 18 septembbr. — Monsieur de Goignyes. Nonobstant la rescription que vous a fait Son Altèze x) dont nous avez envoyé le doublé, ne sommes (d'advis) que faictes cessation d'armes, du moingz auparavant que les ville et chasteau de Namur nous soient remiz en mains pour le service de Sa Mté., par ou vous povez conduire en conformité de noz précédentes du jour d'hier, selon que plus amplement vous pourra déclarer mons'. de Montigny qu'avons a plain informé de nostre intention, auquel adjousterez plaine foy et crédence, soit pour vous saisir des places et exécuter aultres choses qu'il vous déclairera de nostre part et que trouverez estre convenable. [P.S.] Quant est de 1'argent et aultres choses dont nous a communicqué ledit Sr. de Montigny, 1'avons aussy informé de nostre intention pour vous en faire part. 368. R. 20 september p. p. — Messieurs les Estatz se raportent sur la requeste des bourgeois de Bruxelles pour les soldatz au ehasteau de Vilvorde a) a la' discrétion des Estatz de Brabant lesquelz ont trouvé bon que, au lieu de Michiel van der Beke, soit constitué chieff desdicts soldatz Benoit de Baudoulx et que, au lieu de XXX, n'y aura que XXIIII lesquelz joyront les gaiges de XXX, ordonnant bien expressément et a certes audict chieff et soldatz de ne se plus mesier que de la garde dudict chasteau, sans injurier personne ou commettre aulcun schandale, mais délaisser les barcques et batteaulx de Bruxelles ou d'Anvers librement et franchement avoir leur passaige, sans en faire aulcune visite. Denzelfden dag werd aan Pierre van den Eynde 2000 p. art. van 20 patars toegestaan op afrekening; aan den pensionaris van Mechelen obligatiên der Staten te geven, om hem het bedrag te bezorgen (R. i. d.). 21 September werd Fraineau, ontvanger der Staten van Henegouwen, gelast aan de „compagnie ordinaire" van 40 man van Lalaing 3 maand „aux grandz gaiges" te betelen. „Quant a la crente [l.recreute?]": er over te spreken bij zijn komst. — Aan Valenciennes te schrijven, om kastelein en soldaten te schrijven, ten einde hen het kasteel spoedig te doen verlaten. — Besloten de soldaten, genoemd in den brief van den „S* de Nitze" "), op soldij te houden van den dag af, dat ze in dienst gebruikt zijn; de gedeputeerden van Friesland en de pensionaris van Mechelen er mede belast te antwoorden op „le surplus de contenu" van den brief. — Na den middag: gelast de f600, genoemd in den brief van baron d'Inchy 4), aan de soldaten van de citadel van Kamerijk te betalen. — 1) Overgezonden bij Goignies' brief van 17 Sept. (R. A., loketkas S.G., loopende 24; orig), waarin Goignies verder om nadere orders vroeg. Don Jan schrijft in zijn brief van 46 Sept. aan Goignies (t. a. p.), dat „le Sr. de Mossez", uitgezonden om te voorzien in de wanordelijkheid der soldaten, buiten bevel van don Jan is gegaan tot bij Gembloux, waar hij zich gericht heeft tegen eenige soldaten der Staten; bij geeft de verzekering, dat zoo iets niet meer zal gebeuren. 2) Ook 49 Sept. wordt een request van de burgers van Brussel genoemd met een apostillé, geteekend Goeswijns, waarop beschikt wordt, dat de advocaat Van der Haghen zal ontboden worden, om rapport te doen (R. i. d. p. p.). Is dit hetzelfde als het in den tekst bedoelde? 3) Van Nytsem werd 3 Nov. een brief van 2 Nov. ontvangen, waarin hij vroeg, om tot belooning zijner diensten te mogen „prendre a composition ung Servaes Jacops", benevens restitutie van eenige penningen, aan don Jan door hem voorgeschoten; hij meldt dan tevens de groote wanorde onder de soldaten in het kwartier van Maastricht (R. i. d. p. p.). 4) Een request van hem wordt vermeld R. 9 Oct. 387 Midd. van aanv. en verw. 1577. Betreffende de propositie van Baccart werd beschikt, dat hij al de gereede limoenpaarden zon hebben, maar ze niet mocht laten marcheeren zonder nadere order. — Te schrijven aan Atrecht en Béthune, om op hunne hoede te zijn ') (B. i d. en p. p.). 22 September werd Van der Beken gelast de compagnie van Alloigne 2 maand gage te betalen. — Den Vicomte van Gent werd als generaal der cavallerie ƒ1000 per maand toegestaan en 30 p. art. voor twee trompetters (R. L ont aucthorisé les quatre membres de Flandres de pourveoir a toutes invasions que se feroient de tous ennemis au quartier de Westflandre et aultrepart et a tout ce qu'il y pourroit dépendre 1). Een brief van Cbarles de Glymes nit Philippeville werd denzelfden dag om advies aan de Kamer der Beden medegedeeld. — Op het request van Jean Morvault, kapitein „de chevaulx légiers", werd beschikt hem te verzoeken genoegen te nemen met den voet van andere dergelijke compagnieën; echter werd hem „ponr anlcnns bons respectz" een geheime belooning toegezegd, „condigne a ses mérites"; zijne gage gerekend in te gaan op 25 September 11. *) (R. i. d. en p. p.). 5 November: aan kapitein Morvault voor zyne buitengewone diensten 100 p. art. per maand, zoolang de Staten dit goedvinden, toegekend. — Na den middag: de 140 lemoenpaarden, te Brussel gekomen, te stallen in de stallen van Z. M. ') (R. i. d. en p. p.). 6 November: Molckeman gelast de commissie voor Bastien als kapitein van een compagnie infanterie te „Bovines" (Bouvignes) te depescheeren. — De commissaris Van der Beken gelast de compagnieën van Capres te Zellicke te monsteren en in allerijl naar het kamp te brengen 4) (B. i. d.). 7 November werd Van der Beken gelast van de 24.000 p. art. uit Vlaanderen aan den ontvanger der levensmiddelen 2000 p. en voor de artillerie 2000 p. te betalen; de rest naar het kamp te zenden, om verdeeld te worden onder de „plus nécessiteux" naar het oordeel van den Raad van Oorlog en Provene. — Op het request van de drie gilden met de burgers van Lier werd beschikt: Egmond te gelasten zijne 108 compagnie uit de stad weg te nemen en naar het kamp te doen gaan, mits de magistraat en de supplianten de stad bewaken onder de superintendentie van den sénéchal van Henegouwen, gedurende diens verblijf in de stad; aan de magistraat en den sénéchal hierover te schrijven *). — Op dat van Jacques van Wilree, geboortig uit den ban van Spremont, heerlijkheid Neufchatean in Limburg: dat de suppliant gemachtigd werd 30 soldaten te lichten voor de bewaking van het huis en de omliggende plaatsen op kosten der Staten; dit met advies en onder de superintendentie van Geleen 6) (R. i. d.). 386. B. 8 november. — Ordonné ') au lieutenant amman de faire arrester 1) Uit den aanhef van de acte van dit besluit (A. V. Ypres, port. 23B) blijkt de considerans er van: „Les députéz des Estatz Généraulx, assembléz en la ville de Bruxelles, ayans eu pluysieurs advertissemens de diverses costelz que 1'ennemy machine de surprendre aulcunes villes frontiéres au pays de Flandres, nommément la ville de Broucbourg (I), Dunckercke et aultres" 2) Tot monstering van Morvault's compagnie Geleen aangewezen (R. i. d.). 3) Zie nog R. 11 Nov. 4) Cf. hierbij ook rubriek IX op 2 Nov. 5) 12 Nov.: brief van den sénéchal van 14 Nov. over den eed, door de soldaten te Lier afgelegd, gesteld in handen der Staten van Brabant, om er in te voorzien. Ordonnantie aan kapitein Hans Bernart, om met zijne compagnie uit Lier naar het kamp te gaan. Te schrijven aan Egmond en den sénéchal, „comme appert par la liache". 43 Nov.: Weellemans gelast deze door Asseliers ontworpen brieven te teekenen (B. i. d.). — In S. G. 3 nog op 13 Nov.: te adviseeren over ƒ600 voor den sénéchal van Henegouwen. — Cf. hierbij Rubriek VIL 6) 10 Nov.: volmacht en commissie van Wilree gelezen; hij heeft den eed afgelegd, om in Overmaze te dienen (R. i. d.; duidelijker in S. G. 3). 7) In S. G. 3 luidt de aanhef: „Sur les plainctes et doléances, faictes par le docteur Sille de la personne de Hierosme Bacquart, ayant proféré plusieurs iniures au deshonneur dudict Sille, a esté advisé de donner charge" enz. 403 Midd. van aanv. en verw. 1577. le lieutenant de 1'artelerie Backart et défendre qu'il ne sorte la ville sans consentement dudict officier et des Estatz, et qu'il prendra incontinent information de ce qu'il auroit faict ou dict au docteur Zille pour le faict de la commission et charge dudict Zille qu'il avoit de par mesdicts S™. des Estatz; pour icelle information veue, estre procédé comme de raison. Quant a la plainete du lieutenant de 1'artelerie Baccaert de ce qu'il ne scavoit obtenir payement. de sa debte, ordonné de la somme de CXXXV £ arth., soubz umbre que Beken ne scauroit payer, sy ce n'est que messieurs luy ordonnent, sur quelz deniers il payeroit, est dict que les Estatz chercheront tous moyens possibles des deniers et des premiers deniers on luy fera dresser le payement x). Denzelfden dag werd besloten aan Florines, gouverneur van Philippeville, door Philippe Fraineau, ontvanger van Henegouwen, 1 maand gage te doen betalen en 4000 p. voor de versterking der stad2). — Na den middag werd het request van S'. Omer om advies medegedeeld aan den Vicomte van Gent en La Motte. — Op het request van Anthoine van Bossche c.8.: te schrijven aan Liedekercke, om den supplianten de stukken artillerie, die zij kunnen bewijzen hun toe te behooren, over te leveren (B. i. d. en p. p.). — Denzelfden dag 3) werd de „conseiller" van Doornik gelast te antwoorden op de brieven van Lumey en Bersele. 387. R. 9 november *). — Ont esté leutes deux lettres, receus des S™., estans as camp du VIII*; convient respondre a toutes deux. Sur le rapport, faict par le Sr. docteur de Namur qu'il avoit quelques cent muydz de bied du domaine de Sa M**. que se debvoit livrer en certaine abbaye pres Namur, a esté advisé d'en advertir les S™., estans au camp, pour faire quelque surprinse. Quant aux compagnies du Sr. de Bersele, estant a Mastricht et alentour, a esté advisé que l'on prendra quelque payement tel que d'ung mois hors de 1'argent que doibt arriver de Flandres, et en advertir ledict Sr. A eseripre lettres au S*. de Merode, Bersele et De Nitzen 6), affin de besoingner au faict de la fortification de ladicte ville incontinent selon l'advis de Jacques van Noye, ingéniaire, que l'on envoyé, et que messieurs de Brabandt adviseroient de furnir argent au plus tost que leur sera possible, auquel effect ilz pourront employer les gens de village. Oultre ce de ordonner que les maisons, approchans le rempars, ne se rédiffient. Et de autboriser eeulx de Mastricht •) de mettre quelques impositions ou 1) In S. 6. 3 dit anders: „Sur requeste, présentée par ledict Bacquart, affin de itérative ordonnance pour la somme de CXXXV fl., a esté advisé de surcheoir jusques a ce (que) 1'estat des charges et obligations que l'on a donné charge de faire par ceux de la Chambre des Aydes, sera passé, pour lors luy bailler telle assignation que l'on trouvera convenir". 2) In S. G. 3 nog: „mémoires de respondre aux lettres dernières du Sr. de Florines, sur les poinetz marquéz". 3) Dit alleen in S. G. 3, waar p. p. nog gelezen wordt: te besluiten „pour le fait de 1'artillerie et pionniers". 4) Al het volgende van 9 Nov. alleen in S. G. 3. 5) Nog in S. G. 3 p.p.: „A respondre aux lettres de Nitzen". 6) Hierbij i. m.: A escrivre lettres a ceulx du raagistraet d. . . . Midd. van aanv. en verw. 1577. 404 aultres charges pour ladicte fortiffication, de requérir 1'ingéniaire se voloir transporter incontinent vers ledict Mastricht et déclarer quelle somme il fauldroit avoir pour ladicte fortiffication. Na den middag werd besloten Bossn op zijn brief te antwoorden, dat bij twee maand moest leenen voor de Fransche compagnieën van La Garde; terug te betalen van de penningen nit Vlaanderen of Bijsel; hém commissie voor de monstering te zenden. 10 November werd, betreffende den brief van Lalaing om de 4 compagnieën van Cruningen en Morvault in het kamp te doen blijven, besloten: dit aan hem en den Baad van Oorlog over te laten en hiervan Oranje en Hohenlohe op de hoogte te brengen. — Aan den luitenant Viron uit „la gouvernance" van Bijsel, naar aanleiding van zijn brief, ordonnantie te zenden, om de pionniers te kunnen dwingen, zooals hij verzocht. — Besloten 2 maand gage tot een bedrag van 9438 p. art. aan de compagnieën van Merode en Bersele te betalen en hiertoe ordonnantie aan Van der Beken te verleenen op de penningen, uit Vlaanderen gekomen. — Betreffende de compagnieën van La Garde geadviseerd den ouden voet te volgen; eventueele geschillen voor te leggen aan Oranje en Bossu. — De luitenant-amman van Brussel werd gelast de door den trésorier aangehouden kar door zijne lieden uit de handen van de bedienden van Heze te doen halen, om geld naar het kamp te kunnen brengen ') (B. i. d.). 388. R. 11 november. — L'estat *) de la despence de XLIIII barcqs, pontz et aultres appartenances pour le terme d'ung moys est communicqué aux commis de la Chambre des Aydes pour advis, declarant qu'il convient avoir IIIIC L chevaulx pour le faict desdictes barques *). Veu la mémoire de Vuezels pour le prévost de 1'artelerie et la copie de la commission, parcidevant faicte pour ladicte office, est dict qu'il fault changer en la commission du prévost et mettre: aux gaiges et traictement, couchépar l'estat, et tant et jusques a ce que le camp sera entretenu 4). Les lettres et aultres escriptz, représentéz par le Sr. de Frezin, touchant les farines et aultres choses, dépendantz de son office de super-intendant aux vivres, ont esté leutes et approuvées et d'escripre aux provinces, affin de furnir leur contingent 5). Denzelfden dag: Van der Beken gelast zich te regelen naar den staat van verdeeling der 40.000 p. art. nit Vlaanderen. — Hij werd tevens gelast Bossu op diens request voor 18 vaandels 720 p. te betalen. — Aan Van Noye 600 p. op aftrek van zijne vacatiën sedert Oef ober 1576. — Na den middag: betreffende het geschriftenden brief van Glymes, groot-baljuw, besloten hem te schrijven de gevangenen aan La Motte 1) 11 Nov. op de memorie van den luitenant-amman van Brussel: de suppliant nader te verklaren, hoe men de karren zou kunnen krijgen (B. i. d.). 2) Volgens S. G. 3 ingediend door den controleur der artillerie. 3) Volgens S. G. 3 ook noodig ƒ 900 voor de equipage der barken, ten getale van 40. 4) In 8. G. 3 nog op 43 Nov.: den controleur der artillerie te ontbieden, om te weten, of hij voor /' 8000 8 stukken artillerie naar het kamp kan brengen. '!) 5) Nl. van een in de steden te brengen hoeveelheid granen, zooals blijkt uit den brief van de Staten aan den Raad van Vlaanderen van 12 Nov. (A. V. Ypres, port. 23B), waarin deze verder werd aangeschreven de noodige maatregelen te nemen, opdat deze hoeveelheid voor Vlaanderen te Gent werd samengebracht. Een dergelijke brief aan de Staten van Gelre van 12 Nov., waarbij Nijmegen tot stapelplaats van Gelderland aangewezen werd: Bondam, IV, 71. 405 Midd. van aanv. en verw. 15771 uit te leveren, om recht te doen; evenzoo aan La Motte.— Namens de Staten-Generaal te schrijven aan Duinkerken, Bourbourg en Bergen S'. Wynox, om alle garnizoenen, door de Staten van Vlaanderen gezonden, op te nemen; deze brieven gelezen en goedgekeurd (B. i. d. enp.p.). — De brief van de heeren in het kamp werd gelezen en gesteld in handen van den pensionaris van Doornik ter fine van onderzoek *). 12 November: de staat van de munitie, noodig voor de citadel te Kamerijk, werd gezonden naar de Kamer van de Beden om advies. — Evenzoo een brief van Oranje van 7 November ten gunste van Noyelles, om te weten, waarop men dezen zijne pretensie zou kunnen toewijzen *). — Paspoort verleend voor 4 tonnen, bevattende eenige „corseletz et ettaineries" (!), bèhoorende aan La Motte, van Brussel naar Grevelingens). — De secretaris van Lalaing verzocht om onverwijld order te stellen te Bouvignes en Philippeville; anders gevaar ze te verliezen. Besloten den secretaris te gerieven met een kar, „pour mener ses hardes". De den secretaris gegeven instructie gesteld in handen van de Kamer der Beden. — Besloten 4000 p. art. nit Henegouwen te besteden, deels voor het garnizoen van, deels voor de versterking van Philippeville (B. i. d.). 389. R. 12 november p. p. 4). — Ont esté examiné les comptes du Comte de Lalain pour wider les difficultéz que se y présentent: premiers touchant la somme de IX eens florins, mentionné fol. 3°. A esté résolu de passer ladicte somme, en faisant apparoir par le rendant compte avoir desboursé ladicte somme et que le(s) XX archers, par dessus les XL hommes d'armes, ont estés mis en service; aussy que ledict Comte donnera son obligation pour acquicter les Estats, en cas qu'ils seroient cy aprèz inquiétéz par lesdicts archers pour ledict payement. Touchant la somme de III mil CII1I» VI £ a esté advisé de royer 1'article et renvoyer le comptant aux Estatz de Haynault, ordonnant audict rendant de le payer, que néantmoings rendra a la charge de la Généralité. 390. R. 13 november 5). — Ayant examiné les difficultés que se représentoient sur le compte rendu du S*. Comte de Lalain par certain Jonart, son commis, a esté résolu •) que ledict compte sera réservé et rendu sur le nom du S1. Comte ou de son commis aux Estatz Généraulx et que riens ne luy sera passé sans dubve (?)7) commission, et seront audict Sr. Comte délivrées les difficultés par escript par ceulx de la Chambre des Aydes. Sur le IIe poinct a esté advisé de luy accorder, après que ladicte commission sera veue. Quant au IIIe article a esté résolu de suy vre l'estat du VII6 de décembre soixante et seize par lequel est arresté, que le Sr. Duc d'Areschot avoit selés XVI eens livres promis duquel ledict Sr. Duc s'est contenté, par quoy lesdicts Estatz entendent que ledict Comte se contentera de mesme, duquel traictement que est compris en l'estat de IIII eens mil florins par mois, sera donnée assurance 4) Dit alleen in S. G. 3. 2) 15 Nov.: gezien het advies der Kamer, aan Noyelles 1173 p. te betalen van de uit Hijsel te verwachten gelden (R. i. d.; het besluit komt op dien dag 2 maal voor). 3) Denzelfden dag werd geschreven „aux prélatz" (zonder nadere aanduiding), om een goede quantiteit graan in Grevelingen te brengen, ten einde hier te worden opgeslagen (A. V. Ypres, port. 23*). 4) Deze resolutie alleen in S. G. 3. 5) Alsvoren. 6) I. m.: premier article. 7) Het zeer onduidelijke woord kan ook als „dubve!" worden gelezen. Midd. van aanv. en verw. 1577. 406 sur le thrésorier Van der Beken, d'aultant que tous deniers, accordéz par les Estatz, doibvent estre mis es mains dudict Van der Beken. Quant au IIII6 article touchant les gentilhommes a esté aecordé XVI florins par jour aussy longtemps qu'ilz seront en service. Item pour XXIIII hallebardiers a X £ de XL gros par mois chacun. Item trois trompettes a XV £ par mois chacune trompette. Item VIII charriotz a III chevaulx et a IX pattars chacun cheval, comme avoit le &. Duc d'Arschot. Quant au Ve article a esté advisé que, en ordonnant quelque ingéniaire, que les Estatz arresteront avecq iceluy de son traictement. Le VI6. Les Estatz ont donné aux capitaines et aultres officiers plusieurs payements, par le moyen desquelles il(s) peuvent récompenser les soldatz, ayant faict bons debvoirs et mérites. Si quelques soldatz auroi(en)t faict quelque service remarcquable, en le recommandant par le Sr. Conté, les Estatz adviseroient de le reeognoistre. Le VII8 a esté advisé de requérir le S1. Conté qu'il luy plaise déclarer quelle somme il entendroit avoir, pour par après en estre ordonné, comme les Estatz trouveront convenir. Sur le VIII6 article a esté advisé de requérir ledict Sr. Conté qu'il luy plaise esclarcyr eest article de quelz voyages il entend parler, d'aultant mesmes qu'il y a IIII gentilhommes tractéz que porroient estre employéz aux voyages, mentionnéz en eest article. Sur le IX6 article sera dict que l'on a escript aux S™. du Conseil de Guerre, dénomméz en eest article, passéz quelques jours, pour eulx trouver au camp au traictement, ascavoir chacun desdicts seigneurs du Conseil de Guerre a VIII florins par jour et au docteur De Rebreviettes III florins par chacun jour qu'ilz seront en service, a commencher du jour qu'ilz seront entréz ou entreront audict service. Denzelfden dag >): op het request van Hugo de Berckel, kapitein, en anderen van een vendel onder Heze, beschikt, conform het advies van de Kamer der Beden, om aan Van der Beken te gelasten de 3 maand, verzocht door den suppliant, te betalen'). — D'Ongnies te schrijven, om Adrien de Cierck als soldaat op het kasteel te Sluis toe te laten. — Naar aanleiding van La Motte's brief van 12 November besloten, om den Schotschen kapitein, door La Motte aanbevolen, te behandelen op dezelfde wijze als Balfour; rencharge aan de Staten van Vlaanderen, om een maand in lakens voor deze compagnie te betalen. — Op het request van Gillis Hoffman, koopman en burger te Antwerpen: te schrijven aan den schout van Mechelen „ende alle andere", om de genoemde 5 stukken geschut den suppliant of zijn gemachtigde mede te geven, ten einde ze te gebruiken, „sonder die tot anderen eynde te besigen", hiertoe stellende cautie. — Op dat van Nicolas Cockart, luitenant van den provoost-generaal van het kamp: Van der Beken gelast hem en zfjn lieden 2 maand gage te betalen uit de eerst te ontvangen penningen, mits hn direct naar het kamp ging (B. i. d.). 391. R. 14 november. — Le commissaire Serclaes a faict raport que aulcuns soldatz du régiment de mons'. de Champagny sont du tout irritéz, faisans 1) Dit wéér uit het register van den griffier. 2) Herhaling op 14 Nov. met bijvoeging, dat de betaling zal geschieden uit de eerste penningen van Vlaanderen of Rijsel (R. i. d.). 407 Midd. van aanv. en verw. 1577. grandes foulles au plat pays, et que la pluspart des capitaines dudict régiment sont incapables tellement que l'on ne peult avoir service dudict régiment avecq telz capitaines et qu'il est nécessaire que le Sr. de Champaigny soit au camp. Ledict commissaire a aussy faict raport que les soldatz du Sr. de Cruyninghen faisoient plusieurs voleries et hrigandaiges; ledict Sr. a promis en faire justice exemplaire après information tenue. A esté résolu que ledict Sr. de Cruyninghen et ses gens marcheront vers le camp incontinent et non vers Ruremonde, a laquelle fin s'escripvera aux S™., estans audict camp x), et au lieutenant dudict Sk de Cruyningen, tant de la part desdicts Estatz que dudict Sr. avecq le commissaire Tserraets. A eseripre au Sr. de Lumé que incontinent et sans dilay il ait a marcher au camp. Les députéz des troys membres de Bruxelles ont par mre. Cornele van der Straten, advocat, requis pour amour de la passion de Dieu que messieurs effectuèlement veullent envoyer artelerie au camp (et trouver argent incontinent par moyens généraulx, pour salver les vies et biens des Estatz et d'eux mesmes desdicts députéz de troys membres, asseurant que aultrement lesdicts Estatz ne seront asseuréz aussy de la part des inhabitans de Bruxelles *)), adjoustant qu'a présent l'on ne doibt disputer de la religion ny de 1'authorité de Sa M**., puisqu'elle et don Jehan ont prins les armes contre nous, pour enfraindre la pacificatión, jurée par Sa Mté., mais que l'on doibt précisément insister es termes de ladicte pacificatión, pour, après que l'on sera quicte de 1'ennemy, résouldre comme convient. Sur s) le rapport, faict par les députéz du Tournesis, que le &. Conté de Lalain auroit diverty la somme de IIII mil florins que estoit destinée par les Estatz pour la garnison de Philippeville, pour 1'employer au payement de sa compagnie d'hommes d'armes, a esté résolu de eseripre audict Conté le malcontentement que ont eu les Estatz pour ledict divertissement contre leur résolution et que lesdicts Estatz entendent que leur résolution doibt sortir son effect; le conseiller de Mons a charge de faire ladicte response. Denzelfden dag werd besloten Bossu te schrijven, om er voor te zorgen, dat de soldaten in de dorpen Geel, „Fersele" (= Vorsele) Vierle, Oelen, Oevel, Noderwïjk zich begaven naar plaatsen, die de gestelde tax niet betaald hadden. — Na den middag: over de instructie van den commissaris-generaal van de karren, conform het advies van den Baad van Oorlog, het advies te vragen van den commissaris Imbert Huges Parent (B. i. d. en p. p.). 392. R. 15 november. — Lettres du camp avecq celles du capitaine Du Mont, requirant argent et assistence a Bovignes et Philippeville, sur quoy a esté advisé d'escripre a ceulx Haynault et au Comte Lalan, affin de trouver tous moyens pour y pourveoir, comme estans voisins et importans a son gou- 1) Van hieraf in S. G. 3, in plaats van de drie in den tekst volgende regels: „laquelle résolution ayant esté déclarée audict Sr., iceluy a promis d'estre demain audict camp; soit mandé le commissaire Tseraerts, pour conduire lesdicts chevaulx au camp". 2) In plaats van de door ons in den tekst tusschen () geplaatste regels in S. G. 3: „et que l'on doibt adjouster de employer de main commune toutes nos forches contre nostre ennemy". 3) Deze resolutie alleen in S. G. 3. Midd. van aanv. en verw. 1577 408 vernemen!, et qu'il ne divertisse des deniers des Estatz, comme l'on entend aud a faict de IIIIm £, destinéz pour Bovignes; les lettres leutes, a esté aussy dict que ledict Comte pourra venir a Bruxelles 1). Sur 1'instruction du S'. de Tangry *), envoyé du camp, a esté résolu *n premier lieu touchant les LXXV» V° IIII- XVI £, deu aux soldatz «), que l'on escripvera que l'on faict tous debvoirs pour recouvrer deniers et ad ce(s) fins escripvera l'on lettres de rencharge aux provinces, de quoy la charge a esté donne au conseiller de Valenchienes. Pour faire marcher les gens de Lumey et aultres*), ausquelz fault argent de mesme que on faict les debvoirs requis et que de leur part ilz facent aussy Quant aux compaignies franchoyses, elles marchent vers le camp, debvans d huy estre a Walham, pour par Seraerts prendre la monstre 5) et les faire marcher, et pour les gens de Cruyninghen on les a mandé et a le S'. de L-ruymnghen promis de mener ses gens au camp ce soir. Et quant a avanturer leurs forces: que ce délaisse a leur discrétion •), desquelles lettres faire est donné la charge au conseillier de Mons Résolu de renvoyer le ». Nutzen a Maestricht, accompaigné'des lettres a messieurs de Beerssele et magistrat, et que lettres seront escriptes a ceulx de Drize de se contenter que ledict Nitzen soit employé audict Maestricht ') Le povoir que ledict Nitzen a eu des Barons de 'Merode et Bouterssem a este leu et, pour le ratifier ou amplier en la forme requise, est dict que premièrement advis sera demande' de mons'. le Prince d'Orainge et a ces fins lettre escnpte audict S'. Prince, de quoy la charge a esté donnée au pensionaire de Valenchienes °j. Denzelfden dag werden de brief en stukken van Moerbeke gesteld in handen van Caulers en den pensionaris van Doornik; gehoord hun rapport, werd geadviseerd aan .balarng en La Motte te schrijven, wat Champagney op zich nam 9). — De brief van 1) In S. G. 3 hierbij i. m.: „Ces lettres ont esté leues et a icelles est adjousté que ledict S-. Conté - suyvant ce qn'ü faict dire de bouche par le S'. Fournye -, polra venir en ceste ville pour ce faict, en retournant incontinent, comme il a faict paraistre". 2) Van 13 Nov.; get Lalaing, Goignies, Robert de Mélun, La'Motte, Jacques de Lalaine Hierin wordt par le menu l'estat présent du camp" opgegeven en wat voor onderhoud en versterking noodig is. 3) Het bedrag is volgens de instructie van Tangry noodig voor de betaling der compagnieën voetvolk en ruitern" in het kamp, die alle opgenoemd worden. 4) Sc. naar het kamp; in de instructie werd er verder op aangedrongen nog zooveel mogelijk troepen te zenden, omdat de vijand zich ook versterkte. 5) Hiertoe werd op dezen dag nog een afzonderlijk besluit genomen (R i d) 6) Hieromtrent wordt niets in Tangry's instructie gevraagd. Misschien reflecteert het op de laatste passage er van: „Ce matin depuis cestes escriptes est venu rapport de la venue du fc*. de Billy a Namur du jour d'hier après disner avecq quelque cavaillerie et infanterie, disant le rapporteur que don Jehan y doibt aussy estre audict Namur endedans dix jours au plus tard avecq encoires aultres forces pour se mectre aux champs hors dudict Namur vers icy, selon que ia par plusieurs fois avons adverty". * 7) Uit S. G. 3 blijkt, dat dit besluit of liever de twee besluiten genomen werden naar aanleiding van twee remonstrantiën van Nytzem. 8) 19 Nov. werd een brief van Oranje over Nytzem „pour la vüle de Maestricht" gelezen en m handen van Malcote gesteld, om hem aan de Staten van Brabant mede te deelen (dit alleen in S. G. 3). v 9) S. G. 3 hierbij i. m.: „les lettres ont esté escriptes". 409 Midd. yan aanv. en verw. 1577 Bousies, gouverneur van Avesnes, werd gesteld in handen van Champagney en.Saventhem. — Op het request van Aalst werd toegestaan: voor de versterking der stad nit ieder dorp „et enclavemens" drie personen met hunne werktuigen op kosten der dorpen; den pensionaris van Ieperen opgedragen de brieven hiertoe op te maken1).— Gelast 5 of 6 ton kruit, lonten en andere noodige munitie in te slaan, waarmede D'Aloigne belast werd. — Op het request van Donay en Orchies over het graan, aan het laatste kamp geleverd, werd advies van de Kamer der Beden gevraagd (B.. i. d.). 393. R. 16 november. — Comme les députéz des Estatz de Brabant s'esvertueront a trouver VII ou VIIIm £ arth., pour fair marcher 1'artelerie incontinent, aymans plustost laisser manger leur pays de Brabant sy longuement soubz ferme espoir que les Estatz les rembourseront endedans six ou sept jours, sy est que lesdicts Estatz et chacun d'eulx et signament et espécialement les députéz de quatre membres de Flandres ont promis et asseuré, promettent et asseurent par cestes lesdicts de Brabant de les rembourser de ladicte somme, mesmement des premiers deniers que procéderont desdicts de Flandres, a quoy ceulx dudict Flandres se sont obligéz et faictz fortz 2). D'escripre lettres au magistrat de Lovain ad ce qu'ilz ayent suyvant certain escript, a eulx a envoyer et exhibé par les XVIII, ordonnéz en la ville Bruxelles s), garder la ville et qu'ilz dénomment troys de qualité pour estre superintendens de la garde de ladicte ville, pour par les Estatz estre prins 1'ung d'iceulx et le commettre a celle fin. Résolu de donner charge et povoir pertinent a Jehan d'Offegnies, Arnoult Mereau et m™. Philippe de la Saine d'aller par le plat pays de Haynault, pour solliciter que les grains soyent menéz es villes dudict Haynault suyvant le placcart, naguaires publié, a la quelle (fin) seront escriptes lettres a ceulx du Conseil du Roy a Mons, affin qu'ilz ayent a ordonner audict commis de faire les debvoirs requis *). Le Sr. de Froimont a remonstré qu'il est trés nécessaire de pourveoir a Philippeville et Bovignes s) conformément ad ce que les lettres du capitaine Du Mont et du Baron de Florines portent desdictes deux villes, et sy dict qu'il est adverty que 1'ennemy se veult emparer de Pbalen qu'est ungne forte place, auquel effect il a dict d'escripre a monsr. de Lalaing. Le capitein Pepin, estant mandé pour déclarer ce que seroit nécessaire pour Bovignes, dict qu'il est besoing que en toute haste il fault y mettre munitions de pouldre, meches et vivres, comme grains, lard et semblables choses 1) 16 Nov. op het request van Aalst: te schrijven aan de „borgmaistres et eschevins de deulx villes et bailliff de deux villes de cincq villages" in het land van Aalst, om onmiddellijk aan het request te voldoen; de versterking absoluut noodig (ft. L d. p. p.). 2) In S. G. 3 aan het einde nog: „depuis soit sur quelz deniers que ce soit que premiers viendront". 3) Het comité der 18 (ook wel der 26) was een deputatie uit de drie leden van Brussel, dat toen grooten invloed had. 4) In S G. 3 volgt aan het einde nog: „Seront aussy escriptes lettres aux S™. commis". 5) Eerder op den dag was reeds besloten Van der Beken te gelasten in te staan voor 2000 p. lonten, opdat de controleur der artillerie deze naar Bovignes zou zenden. Verder: een aanzienlijke som gelds bijeen te brengen, om onmiddellijk Philippeville bij te staan (R. i. d.). — Uit S. G. 3 blqkt nog, dat dien dag ook afzonderlijke brieven van'Philippeville ontvangen werden om hulp en munitie; waarop geantwoord zou worden, wat de „conseiller" van Mons op zich nam. Midd. van aanv. en verw. 1577. 410 qne sa pourroient trouver a Dinant, et affin d'en avoir secours, le Sr. de Melroy a promis d'en eseripre au bourgmaistre dudict Dinant. Surquoy a esté mandé le controleur *) lequel a promis d'envoyer ung chariot, portant quelques dix ou unze quintaux de pouldres et pour les meschez sera besoing d'avoir deux mille livres, de quoy Van der Beken a prins la cbarge avecq le controlleur, et ad ce faire fault troys chariotz que se prendront par la justice *). Sur ce que ledict capitaine Pepin a remonstré que les Liégeoys prétendent passer sur 1'eau, a esté dict que l'on a escript au Prince de Liège lettres d'excuse et que a 1'advenir ilz ne passeront pas. Pour 1'argent nécessaire audict Bovines fault IIIIm OLXXVIII £ de reste 8). Sur ce que ledict Sr. de Melroy s'est présenté d'assister ceulx de Bovignes des vivres par le moyen de Dianant, oü il dict avoir cognoissance, a esté advisé de ad ce faire le requérir et d'escripre lettres de crédence avecq instruction, que (1. dont) le pensionaire de Valenchiennes et Sille ont prins la charge 4). P. p. 8). — Les lettres de monsieur de Lalaing et des S". que sont au camp, ont esté leues et par icelles et copies joinctes entendu que l'on auroit envoyé secours de pouldre et de mesches avecq six eens florins audict Bovines; a esté résolu d'envoyer les pouldres et mesches, destinées pour ledict Bovines, au camp, pour en faire la distribution es Heus voisins, comme ilz trouveront convenir. Sur aultre missive du Sr. Conté pour cinquante chevaulx davantage en la compaignie de Cruninghe qu'il dist que a faulte de retenue fauldroit renvoyer, de sorte que au lieu de HIP ledict Cruningne en auroit IIII0 L, a esté dict que l'on les debvera accepter et pour ce escrire lettres audict Sr. Conté, ensemble luy mander ledict envoy de poldre et mesches, avecq promesse d'envoyer argent au plustost, en quoy travaillons jour et nuict, et au regard de son voyage en Haynault que l'on ne trouve bon qu'il quitte le camp, mais comme il a ces jours faict dire qu'il avoit quelque chose a communicquer de bouche que ne se povoit escrire, il se polra icy trouver, sy bon luy semble, a quoy est député le conseiller de Tournay *). Denzelfden dag werd op het request van Zutfen beschikt: aan Lochem te schrijven, om aan Zutfen de 6 aan de stad behoorende stukken artillerie terug te geven; aan Lochem de acte van dit besluit zoowel „en flamengz qu'en franchoys" te zenden (R. i. d.). 1) In S. G. 3 komt hiervóór: „Soient mandes controrolleur et commis de 1'artillerie comme Jean Rameth". 2) In S. G. 3 hierover nog: „A esté advisé de faire ordonnance a Van der Beken de respondre de 1'acbapt desdictes mesches, comme il la demande pour sa descharge". 3) Na den middag werd nog besloten Wuezels te gelasten in allerijl naar Bouvignes 10 vat kruit te zenden van die te Brussel, behoorende aan Z. H. (R. i. d. p. p.). — 17 Nov.: ordonnantie op Van der Beken voor 400 p. aan elke compagnie te Bouvignes, samen 1200 p„ mits kapitein Pepin hiermede voor nu tevreden is (R. i. d.). 4) In S G. hierbij i. in.: „en ladicte instruction est touché de pouvoir s'avoient (?) lesdictes vivres jusques a ladicte somme de" 5) Deze besluiten van. na den middag alleen in S. G. 3. 6) Nog in S. G. 3 na den middag: aan Bouvignes te schrijven, dat voor kruit en levensmiddelen gezorgd wordt. 411 Midd. van aanv. en verw. 1577. 394. R. 17 november. — Eseripre a monsr. de La Motte que l'on a furny argent pour 1'artelerie et chevaulx lemoniers, de sorte que ne reste, que a moins que elle ne marche; que le capitaine Pepin est dépesché avecq argent et munitions et que fol a fol on envoyé encoires. [Rapport Willerval namens Oranje *)]. 3°. qu'il seroit nécessaire pour nostre tuition avoir le plus de reiters que sera possible, les mander en toute diligence, espécialement la compaignie du Comte d'Arenberghe laquelle a esté mandée, et se croit que elle soit au camp avecq le lieutenant dudict Comte, et au surplus est advisé de a toute diligence faire marcher les compaignies d'ordonnance. 4°. Quant a quelque affaire secrète, conditions et traictemens a esté approuvé le pourject de monsr. le Prince dont partant ne se faict icy plus longue mention, paree qu'il importe ponr tout nostre bien, honneur etc., et chacun de nous a promis par serment le tenir secret,. remettant le tout a l'advis et pourveue discrétion de Son Exce., et quant a 1'argent, requis pour Son Exce. entendre a eest effect, y sera advisé. Quinto. Pour deulx gentilshommes des confins de Borurgoingne (!) avecq LX chevaulx et CXXX piétons, pour empescher le passaige, avecq aultres quy s'offrent susprendre villes, chasteaux et aultrement divertir les emprinses de nostre ennemy. Sur 2) la remonstrance, verbalement faicte par le recepveur général de monseigneur le Duc d'Arschot, que sa ville de Chimay estoit en grand dangier d'estre saisie par 1'ennemy, sy elle ne estoit promptement secourue, mesmement par quelque payement que l'on feroit a la garnison dudict lieu, lesdicts Estatz ont requis ledict Sr. Duc de vouloir prestement avancher la somme de mille livres de XL gros pour ceulx de dicte garnison, laquelle luy seroit restitué des premiers deniers que viendroient de 1'accord de provinces, par quoy lesdicts Estatz ordonnent a Yan der Beken de rendre audict Sr. Duc ladicte somme de mille livres de premiers deniers que viendront en ses mains de 1'accord desdictes provinces, et laquelle somme luy sera passée et alouée es mises de son entremise, ainsy qu'il appartiendra 8). Sur les lettres de mons'. de Goignies de ce jourd'huy pour le faict du lieutenant du prévost du camp 4), auquel fauct deux moys de gaiges, portans a troys inille six cent florins, pour quoy le trésorier Van der Beken estoit prest respondre moyennant contre-obligation des pensionaires de Flandres et le remplir endedans troys sepmaines, dont iceulx pensionaires ont faict difficulté, et sur ce ceulx de Lille, Douay et Orchies ont promis de le faire en leurs noms privéz, pourveu que les Estatz leur promettent qu'ilz se pourront remplir des premiers deniers quy viendront de leur province, ce que lesdicts Estatz Géné- 1) Gf. hiervóór, p. 323. 2) In S. G. 3 staat deze resolutie p. p. — Oe aanhef is daar: „sur les lettres d'Ennetières, gouverneur de Chimay, a madame la ducesse d'Arschot, icy monstrées pour le grand danger" enx.' 3) 27 Nov.: assignatie te geven op den ontvanger-generaal van de beden van Henegouwen voor 2000 p. in plaats van 3000 p., door die van Chimay gevraagd; Aerschot had reeds 1000 p. gefurneerd (R. i. d.). — 29 Nov,: Van der Beken gelast de compagnie van den gouverneur van Chimay 2 maand gage te betalen van de eerst te ontvangen penningen van Doornik (R. i. d.). 4) Een request van dezen werd op dezen dag eerst gesteld in handen van pensionaris Wyts; daarna ordonnantie op Van der Beken om 3600 p. te betalen (R. i. d.). — In S. G. 3 hierbij nog i. m.: „Cecy est widé cy-après". . Midd. van aanv. en verw. 1577. 412 raulx ont promis et promettent; et pour le faict des commissions y mentionées, que sont pour luy comme marischal du camp, pour le marischal des logis et pour 1'auditeur, on les doibt despescher. p• p- *)• — Sur les lettres du Conté de La Marck et instruction, apportée par son lieutenant De Lintre, a esté advisé de luy respondre qu'on le tient pour bien affectionné au service des Estatz, le remerciant et priant de voloir continu er; et quant aulx pointz proposéz, en premier lieu pour les prisonniers: que les juges ordinaires comme mareschal du camp en doibvent eognoistre, et quant aulx baudries(?): que les Estatz ne se le scavent persuader; néantmoins oo escripvera que ce soit corrigé, en cas que fut véritable. Quant a l'assceurance, demandée contre le Sr. de Crehem, luy sera respondu que l'on ne luy peult oster son action et que les partyes a la requeste dudict de Crehem sont renvoyées, pour par le mareschal du camp en eognoistre, et pour rassceurance générale qu'on escripvera que sa personne sera assceurée et ne luy sera faict tort, desquelles lettres faire la charge a esté prinse par le conseiller de Tournay. Sur les lettres de monsieur le Prince sur le faict de lever des reyters est dict que a esté résolu que l'on en a escript a mons1. le Prince qu'il face tout debvoir, et envoyé députéz vers Son Exce. en Anvers pour trouver argent. Denzelfden dag werd het request van Otto de Backere, ammunitie-meester te Antwerpen, en van Adriaan Prienen, met De Backere uitvinder van zekere nieuwe, onlangs toegepaste „instruction" betreffende de artillerie, verwezen naar de Kamer der Beden =). — Betreffende de lemoenpaarden te Brussel werd Van der Beken gelast, de 2268 p. conform het advies van de Kamer der Beden, niettegenstaande de moeihjkheden, door Van der Beken gemaakt, te furneeren *) (B. i. d.). 18 November: besloten Heetvelde bij provisie aan te stellen als super-intendent voor de bewaking van Lier «). — Op het request van den secretaris en afgevaardigde van Balfour werd beschikt: Serclaes te deputeeren om de compagnieën te brengen, waarheen hem gelast zou worden; Serclaes met hem over den inhoud van de overeenkomst te handelen 8) (B. i. d.). — Denzelfden dag schreven de Staten aan Gelderland, Overijsel en Friesland, dat de praktijken van don Jan opnienw duidelijk bleken nit de bekentenis van Johan Spies van Gangelt, gevangene; zij verzochten hun naar aanleiding hiervan groote waakzaamheid te betrachten, om zulke „verretters und brandtstichters" in de uitvoering hunner voornemens te belemmeren 6). — De Staten *) schreven aan Lalaing of zyn plaatsvervanger, Goignies, om escorte aan de artillerie te verleenen, direct na ontvangst van bericht van Baccart. — Op een brief van Heze om betaling 1) De twee volgende resolutiën alleen in S. G. 3. 2) 20 Nov.: gezien het advies der Kamer, acte te depescheeren (R. i. d.). 3) Nog op dezen dag: Van der Beken verklaart gereed te zijn de gelden te furneeren uit die, aan de Staten van Brabant behoorende, mits op ordonnantie als hem beloofd is (B, i. d.). 4) Volgens S. G. 3 geschiedde dit naar aanleiding van een brief van den sénéchal van Henegouwen. Aan deze zou bovendien geschreven worden, dat hij het geld (hiervóór, p. 402, noot 5) te Antwerpen zou vinden, waarover rencharge-brieven te schrijven. — 27 Nov.: commissie voor Adolf van Heetvelde, heer van Eeckhout, geteekend en doen zegelen (B. i. d.). 5) In S. G. 3 hierover: betreffende de Schotten, in het Sas aangekomen, Serclaes gecommitteerd om ze te monsteren en naar het kamp te doen marcheeren; eveneens de compagnie van Lier, waartoe last gegeven aan den commissaris Van der Beken en waarover te schrijven door den „conseiller" van Bergen aan Egmond. Nog i. m.: sedert zijn de requèsten der Schotten in handen van Serclaes gesteld. 6) R. A., S. G. 3799. 7) Het nu volgende van 48 Nov. alleen in S. G. 3. 413 vaal 1 maand voor zone compagnie te antwoorden, dat hij op de rol staat en van de eerst inkomende gelden zal betaald worden; de „conseiller" van Doornik hiermede belast. — De burgemeester van Brussel bericht, dat de karrevoerder, die het kruit en „chimeau" (!) naar Bouvignes zou brengen, het „en une ruelette" te Saventhem heeft neergezet en op de vlncht gegaan is; Baccart te ontbieden, die daarna last heeft gegeven, het hierheen terug te brengen. 19 November: Baccart legt den eed af in handen van den „conseiller" van Bijsel, president der vergadering, waarvan op zijne commissie aanteekening gedaan werd'). — Molckeman gelast de commissie te teekenen voor den fourier der artillerie *). — Op het request van Maastricht: generale acte aan den suppliant te verleenen, om de artillerie en munitie in het kasteel van Antwerpen terug te doen geven aan den eigenaar, mits „preuve préalable" 3). — Op het request van Jacques de Glymes, groot-baljuw: Van der Beken gelast hem 7493 p. art. te betalen. — Van der Beken gelast door middel van Philippe Fraineau, ontvanger-generaal der beden in Henegouwen, aan het garnizoen van Philippeville 4000 p. te betalen op aftrek van de quote van Henegouwen *) (B. i. d.). — Nog werden brieven van Lalaing van 17 en 18 November gelezen; de „conseiller" van het Doorniksche verzocht er op te antwoorden 6). 20 November werd op het request van kapitein Pierre d'Estlingen onder Capres beschikt: Van der Beken te gelasten den suppliant de door hem gevraagde maand te betalen; dit uit de eerste gelden van het accoord van Artois (B. i. d.). 395. R. 20 november •) p. p. — Pour le faiet du chasteau de Leauwarde en Frise et aultres que les Frisons veuillent avoir démolys, est dict de le diflërer jusques ad ce qu'on ayt l'advis, et cependant pour le faict des munitions et haulcement du payement des soldatz sera communicqué avecq les Finances et pour le surplus en rapport du faict de Frise se trouvera escript par ledict pensionaire de Middelbourg que en a faiet le rapport. Sur le rapport de mons'. le Conté de Boussu a esté advisé d'eserire lettres au Sr. de Prelle, Liégeois, affin qu'il luy plaise de voloir assister au camp au Conseil de Guerre, comme on a faict aulx aultres, le priant bien estroictemént de voloir ad ce condescendre et pour former lesdictes lettres est député le conseiller de Tournay. Geadviseerd betreffende de Schotten, dat Serclaes ze zal monsteren en naar het kamp geleiden en dat Vlaanderen iemand naast hem kan Stellen en iemand, die goed Schotsch kent, om te zien, of er soldaten onder z$jn, die geen Schotsch kennen; deze te casseeren; Vlaanderen verzocht 1 maand en ƒ1400 voor de boot te furneeren. — 1) 20 Nov.: op het request van Baccart verklaren de Staten, dat zijn dienst hun aangenaam is blijkens de van hen uitgegane commissie (R. i. d.). 2) 5 Dec.: gelast de commissie voor Louis le Clercq als fourier of maréchal du camp te teekenen; gage te beginnen op 2 Sept. 11. (R. i. d.). — Het patent voor Le Clercq te teekenen als maréchal des logis, behalve dat de minuut en de retenue zullen gecollationneerd worden „pour la date du commencement du service" (R. i. d.). 3) Aan Mechelen schreven de Staten 19 Nov., om de artillerie der stad onder goed escorte buiten de stad te doen voeren, omdat ze weldra naar het kamp moest (Doren, IV, 261). 4) Volgens S. G. 3 geschiedde dit op verzoek van de gedeputeerden van Henegouwen. 29 (of 19?) Nov. schreven de Staten aan Mechelen, om voor het garnizoen van Philippeville 2800 p. beschikbaar te stellen, waarop tot toen slechts 400 p. betaald waren (Doren, IV, 263). 5) Dit laatste alleen in S. G. 3, waar 18 Nov. een brief van Lalaing vermeld wordt 6) Al het volgende van 20 Nov. alleen in S. G. 3. Midd. van aanv. en verw. 1577. 414 Francois Bernard, met zijne compagnie nit Lier gekomen, te ontbieden, „ponr ce qu'il n'advanche chemin, combien qu'il soit mandé au camp, ains menge le bon homme"; brief hiertoe gelezen. — Een brief van Evre met specificatie van wat noodig was voor ammunitie te Landréchies, werd gelezen en aan de Kamer der Beden gezonden, „comme ont esté les autres". — Na den middag: de brief van Wuesels uit Mechelen gelezen; te antwoorden, dat verlof was gegeven het vereischte uit het kamp te doen komen; betreffende de karren rencharge; ondertusschen op weg te gaan met die hij heeft; de „conseiller" van Doornik gedeputeerd om den brief op te maken. Voor de artillerie 1 maand gage te betalen van de eerst inkomende gelden, behalve wat nu betaald was. — Wat Egmond aangaat, wiens soldaten reeds 1 maand in het kamp zijn geweest, die niet kunnen leven zonder geld, besloten hen te helpen nit de eerste gelden; hieruit ook 2 maand voor zijne lichte paarden, opdat deze naar het kamp gaan. —Voor de 3 Fransche compagnieëen heeft Bossu geld betaald; hij verzoekt terugbetaling nit de eerste gelden, om zelf geen schade te lijden aan rente. 21 November werd op het request van Jodoigne beschikt: aan Lalaing te schrijven, om de soldaten uit het kamp te doen weggaan »). — Op dat van Edmond de Voert, heer van Voert: de verzochte sauvegarde toegestaan, mits de soldaten door Hoegaerden mogen passeeren, er alleen 's nachts ophoudende (B. i. d.). 396. R. 21 november 2). — Le capitaine francois Bernard, mandé par lettres, est comparu et luy a esté ordonné de a toute diligence marcher et entrer au camp, sans faire foulle sur le paysant selon les articles-briefz de les soldatz et au surplus pour les doléances sera tenue bonne et souffissante information pour, icelle veue, faire ce que de raison, et que lettres seront escriptes au Gonte d'Egmont qu'ilz seront après demain au camp; pour 1'information ceulx de Brabant ont pris la cherge, et pour les lettres le conseiller de P. p. — Sur le rapport monsr. de La Motte de quelque affaire secret, pour laquel ledict S". est envoyé par le Conseil de Guerre pour trousser trois personnes, estans en ceste ville, quy font maulvais office contre la patrie, a esté advisé de les faire prendre et examiner par 1'amman ou son lieutenant et aulcuns de ceste ville pour conservation des privilèges d'icelle ville. Sur la proposition, faicte par le bourgmaistre et aultres de la ville et université de Louvain, a esté résolu que en ladicte ville se fera le guet et guarde, selon qne se faiet es aultres villes avecq enseingne et tabourin et pour superintendent ont choisy des trois dénomméz par le Conseil dudict Louvain Willem Bernaerdtz, couché en second lieu, de quoy ilz ont demande'lettres que leur sont accordées, et pour les former est député le docteur de Frise. Mechelen gelast aan den ingenieur Van Noye ƒ600 te betalen op aftrek van zijn quote. — Aan de vier leden van Vlaanderen te schrijven, om aan den gecommitteerde van Balfour te betalen, wat hem toekomt volgens het contract 8). 22 November werd op het request van Jacques le Boy te Antwerpen, aanbiedende 600 quintalen fijn, goed gewreven en droog kruit, beschikt: gezien het advies van de Kamer der Beden 4), La Motte te committeeren, om met Le Boy over den koop te 1) Volgens S. G. 3 werd tot het schrijven van den brief de „conseiller" Van Doornik gedeputeerd. 2) Al het volgende van 21 Nov. alleen in S. G. 3. 3) Nog in S. G. 3: gecommitteerd, om de zaak der Schotten te onderzoeken, Willerval en Louvignies met Serclaes. 4) Volgens S. G. 3 was dit advies 19 Nov. p. p. ingediend door deze Kamer. 415 Midd. van aanv. en verw. 1577. handelen. — Naar aanleiding van den brief van Oranje van 21 November gelastten de Staten La Garde 2000 p. van 40 gr. voor te schieten, met inhouding van 500 p. gedurende 4 maanden; op voorwaarde, dat hij met zijne 3 nieuwe en 3 oude compagnieën onmiddellijk naar het kamp zou gaan *). — Het request van Fresin werd aan de Kamer der Beden gezonden om advies; de Kamer iemand te benoemen om te deputeeren bij het hooren der rekeningen, in het request genoemd. — Op het request van Alexander Campbell, kapitein eener Schotsche compagnie, werd, gezien het advies van La Motte, beschikt: hem te betalen volgens het contract met de Schotsche troepen. — Op den brief van Goignies van 18 November: het garnizoen van Quesnoy een maand te betalen nit de ontvangst van Henegouwen op aftrek van de quote in de 400.000 p. — Op het request van Aerschot met klachten over de „foulle" van soldaten in eenige zijner dorpen: geadviseerd aan de kapiteinen te schrijven, om vandaar weg te gaan en aan den drost der dorpen om informatiën (E,. i. d.). 28 November; gelast aan Van der Beken, om D'Estrouvelle voor zijne compagnie, die naar Bouvignes gaat, 600 p. art. te betalen s). — De voorzitter gelast den griffier ordonnantie te geven aan den luitenant-amman van Brussel, om een kar in beslag te nemen, ten einde „les hardes et bagaiges" van Cruningen naar het kamp te brengen. Op het request van Rosendale, agent van Schenck, werd beschikt, dat lüj onmiddellijk naar zijne soldaten moest gaan, om ze spoedig hier te brengen; over de f 50, waarover hij klaagde, en over zijne belooning later te beslissen (R. i. d.). 25 November: aan Van der Beken toegestaan La Motte 600 p. art. te betalen in mindering van wat de Staten hem schuldig zjjn. — Op het request van de wet en de de bewoners van het dorp Seneffe werd beschikt: aan den kolonel en de kapiteinen van het bedoelde regiment te schrijven conform de eischen der supplianten. — Op dat van Hans Snoeck 3), mr. timmerman en ingenieur: aan hem 24 p. art. toegekend ter belooning van zijne diensten (B. i. d.). 397. R. 26 november. — Résolu d'accorder acte amonsr. le Prince d'Orainge, par laquelle Son Exoe. sera authorisé pour traicter avecq aulcuns quy présentent faire grandz services et exploitz secretz a 1'avantaige de la patrie contre les ennemis, et pour les promettre certaines notables somme d'argent, en cas que les effectz s'ensuyvent et point aultrement, promettans les Estatz Généraulx de tenir bon et agréable tout ce que par Sadicte Exce., en ce que dict est, avecq ce que en dépend, sera faict et promettra, et de payer ce que Sadicte Exce. aura ainsy promis. Denzelfden dag werd besloten het aanritsgeld voor de lichting van 2000 ruiters van Schwarzburg te betalen volgens het advies van Bossu. — Oranje werd gemachtigd te handelen met Schwarzburg en met de ritmeesters van 1500 paarden onder Havré. — Commissie werd gegeven aan Jean d'Offegnies, om de Waalsche compagnieën onder Estorniel, luitenant-kolonel van Capres, te monsteren (B. L d.). 27 November werd besloten door Van der Beken aan de 8 Fransche compagnieën 1200 p. art. te betalen, die zouden komen van Mechelen; de rest van 2 maand te betalen binnen 14 dagen. — Aan die van Terion de kosten voor versterking te vergoeden. — Op den brief van Jean de Hey, dienaar van Florines, werd beschikt: door Van der 1) Dit en het vorige besluit worden in ongeveer denzelfden vorm op dezen dag nog eens herhaald (R. i. d.). 2) 24 Nov. wordt dit besluit herhaald; daar wordt echter gezegd, dat de compagnie garnizoen gaat houden te Walcourt (R. i. d.). 3) Requèsten van hem worden ook vermeld li. 3 Aug. en Dec. Midd. van aanv. en verw. 1577. 416 Beken aan Florines of diens gecommitteerde 2800 p. van 40 gr. te betalen en wel van de eerste gelden van Mechelen, na de 1200 p. van de 3 Fransche compagnieën (R. i. schepenen (sc. van Kortrijk) om advies (R. i. d.). 423 Midd. van aanv. en verw. 1577 leur résolution; l'on a donné charge a mre. Jehan Gillis de concepvoir la minute dudict placcat. Denzelfden dag werden de geschriften van de Kamer der Beden over de ammunitie gesteld in handen van secretaris Asseliers, den pensionaris van Den Bosch en Van der Haghen, ter fine van rapport. — Op het request van Baccart werd beschikt, dat. hg zich conform het advies der Kamer van de Beden tevreden stellen moest met het salaris zijner voorgangers (R. i. d.). 406. R. 18 december. — Sur la requeste de cincq verges du pays et comté d'Alost est résolu que cent persones *) serviront pour la fortification de ladicte ville aux despens de la comté dudict Alost, au lieu de troys persones de chacun villaige, a telle condition que les despens soyent réputéz en forme de contingens et aydes ordinaires 2). Sur la requeste du Comte de Haultkercke s) est. résolu que la caution se traictera devant le juge ordinaire et d'escripre lettres au Prince d'Orainge pour avoir son advis pour la garde du chasteau de Weert, ensemble au Comte de Nyeuwenaerde, pour seavoir son intention pour la seureté dudict chasteau *); depuys riens quout prius. Résolu que les XVIm six cent LXVI £, arrivé de Lille, seront promptement envoyéz au camp et que monseigneur le Prince de Chimay sera assigné sur aultres dix mille livres que l'on rattent en brieff de ceulx dudict Lille, et que du résidu que sera trouvé estre deu audict Sr. Prince, il sera assigné sur les deniers de Tournesis. Denzelfden dag werd besloten Lalaing acte te verleenen, om 2500 p. te furneeren aan Florines voor de betaling zijner soldaten te Philippeville, op de geconfisqueerde goederen in het gouvernement van Lalaing. — De oude compagnie van Florines te betalen door Henegouwen. Over de door Florines gevraagde ammunitie aan Lalaing te schrijven. — Aan „ceulx du camp" te schrijven, om te. weten, onder welke bewaking de pionniers van Dendermonde moeten staan, die men vermeent, dat gereed zijn (B. i. d.). 407. R. 19 decembee. — Arresté de faire chercher les placcatz vieux, parcydevant publiéz sur le faict des transportz des arm es et chevaulx, pour après en réspurdre sur le renouvellement ou changement d'iceulx. Résolu d'escripre lettres aux magistratz de villes d'Arthoys de faire tenir lesdictes villes munies de vivres et amonitions, pour sub venir a toutes nécessitéz. Touchant la ville de Maestricht est résolu de requérir mons'. de Berssele, se vouloir transporter au camp, pour déclairer a ceulx de la Guerre, en quelle nécessité la ville se retreuve; ensemble que lettres seront escriptes a monsr. le Prince d'Orange, affin qu'il tienne la main a ce que les bourgeois rechoip- 1) In S. G. 3 volgt bjerna nog: „ou tel nombre que 1'ingéniaire trouvera convenir." 2) 19 Dec: het geschrift voor de „cincq verges" van Aalst gearresteerd, als blijkt uit de minuut, „estant a la liache" (R. i. d). 3) Een ietwat andere redactie van dit besluit op denzelfden dag (R. i. d ). 4) In S. G. 3 volgt hierna: „dont le pensionnaire de Malines a prins la charge." Midd. van aanv. en verw. 1577. 424 vent garnison, attendu la ne'cessité présente, et que la compaignie dudict Sr. De Berssele sera payée des premiers deniers, ensemble d'ung moys de draps que viendront de Flandres. Denzelfden dag werd Van der Beken gelast den Prins van Chimay 1300 p. art., in mindering van wat aan de bende van ordonnantie van Aerschot competeert, aan Cruningen 2000 en aan La Motte 1200 p. art. te betalen; dit van de 4000 p. art., van het Doorniksche gekomen (B. i. d,). 20 December werd een brief van Bailleul uit Landréchies gelezen. - Op de remonstrantie van de magistraten van Kortrnk, Oudenaarden, Dendermonde en Grammont ») werd, gezien het advies van Fresin en dat van de Kamer der Beden, gelast, dat de kasteleinijen met de genoemde steden zouden contribueeren voor de levering van graan „selon le transport" (R. i. d.). 21 December werd besloten de Schotsche compagnieën, sedert eenigen tijd aangekomen in Vlaanderen, niet aan te nemen; de anderen, die nog volgden, niet te ontschepen, maar terug te doen keeren; hiertoe aan de kapiteinen en officieren dier compagnieën brieven te schrijven „par le S*. de Courteville avec instruction arrestée"*). Vastgesteld een lijst van graan, te leveren voor het kamp door de kapittels en kloosters van de steden en kasteleinijen van Lille, Douay en Orchies (B. i. d.). 408. R. 22 DKCKMBBE. — Sur la requeste de Henry d'Oyenbrugge, escuyr, est dict que les Estatz se conforment a l'advis de messieurs des Finances de Sa M4*., asseavoir que, attendu 1'expresse de'fence que ceulx desdicts Finances ont d'entrer en aulcune haulche des gaiges ou soldée, ilz ne peuvent ordonner sur 1'augmentation requise; bien sera escript au recepveur général de Frise faire pour 1'advenir les payements desdicts gaiges de troys moys en troys moys. Et quant a la provision de places. de Leeuwarden et Staveren, il y est pourveu par lettres particuliers. Op het request van Nivelles werd denzelfden dag beschikt: te schrijven aan den Eaad van Oorlog, om voorziening tegen de „foulles" van de soldaten in het kamp; evenzoo aan de officieren van de compagnieën te Nivelles (B. i. d.). Nog s) werd naar aanleiding van de brieven van Capres besloten: op het eerste punt hem te schrijven, dat men hem Obligatiên van Artois zendt tot een bedrag van 20.000 p., opdat hij zich in zijn naam verplichte, om 11.000 p. aan zijne compagnie te furneeren en de rest te Brussel te bezorgen; op het tweede punt aan Havré te schrijven om zich te bevinden bjj zijne soldaten. 409. R. 23 december. — D'escripre itérativement a monsr. de La Motte qu'il se treuve incontinent au camp *). Sur la présentation de messieurs les Estatz d'Hollande et Zélande de pour 1) Zg was 16 Dec. ingediend en toen naar de Kamer der Beden om advies verwezen (R. i. d). — 21 Dec: op het request van Oudenaarden beschikt, dat de supplianten voor ditmaal „la cotte des farines" zullen leveren volgens de lijst; voor het vervolg bij dergelijke contnbutiën rekening te houden met de „modérations cy mentionnées" (R. i. d.). 2) Versta: volgens vastgestelde instructie? 3) Het volgende alleen in S. G. 3. 4) 22 Dec. schreven de Staten de kapiteinen aan zich bij hunne compagnieën te bevinden (eett dier aanschrijvingen: A. G, Aud. 652, fol. 105). 425 Midd. van aanv. en verw. 1577. la présente guerre, au lieu de contribution, entretenir XXV enseignes de gens de pied et cent chevaulx, a esté accepté ladicte présentation, pourveu que chacune compaignie soit de deux cent testes et qu'ilz prendent en payement les XIIII enseignes devant Ruremonde et aussy les XIII enseignes des Escoissois, estans au camp, a laquelle fin léur seront envoyées lettres, et pour Ia monstre seront députéz commissaires de la part des Estatz Généraulx. Résolu d'escripre lettre a monsr. le Prince d'Orainge que messieurs les Estatz ont accepté le XXV enseignes, présentées par messieurs d'Hollande et Zélande, moyennant que les enseignes soyent de IP testes, et que partant s'ilz (1. s'il) a oultre les XIIII enseignes, estans devant Ruremonde, qu'il veulle assister les Estatz et les envoyer audict Ruremonde, pour dépescher 1'affaire. Denzelfden dag: voor Florines naar het kamp te schrijven, om hem te gerieven met 1 maand gage voor de soldaten en eenige „hyaulx (?)') et autres munitions" voor de versterking van Philippeville. — Naar aanleiding van den brief van Nytzem nit Thielmónt van 22 December besloten: den Raad van Financiën te gelasten aan den ontvanger der domeinen in het kwartier van Thielmónt te schrijven, om onmiddellijk aan de stad.Limburg 30 mud graan te leveren (R. i. d.). 24 December op het request van den prelaat van Villers: te schrijven aan den Raad van Oorlog om „semblables foulles" te voorkomen. — Aan Capres te schrijven, om de soldaten in hun garnizoen te doen teruggaan. — Den Engelschen kapitein te bedanken en een rencharge te zenden aan Courteville. — De commissarissen rapporteeren over de monstering van 10 vendels Schotten; de kapiteinen verklaarden een verschil te hebben van ƒ26 met hun vorig tractement (R. L d.). 410. R. 25 december. — A esté faict raport qu'il seroit expédient d'envoyer quelques compaignies en Ia ville de Lovain, crangnant la surprinse de ladicte ville. Prendre aussy regard de Malines, crangnant les intelligences que l'on entend y avoir. A Ia requeste de monsr. de Fresin, général des vivres, a esté assigné a Mathieu de Vos, recepveur général desdicts vivres, la somme de deux mille et aucuns eens florins, deubz par messieurs d'Arthoys es restes de leur cote es IIII0"1 £ arth. par moys, pour les employer au faict desdicts vivres, chariotz et aultres choses nécessaires. D'escripre lettres a toutes villes maritimes que l'on ne laisse désembarcquer aulcuns soldatz, veullans venir pardecha, sans avoir congié ou patente de messieurs les Estatz 2), et pour le mesme effect seront escriptes lettres a monsr. le Prince d'Orange. • 26 December op het request van Balfour: wijl de 2 bedoelde compagnieën niet zijn ontboden, maar gehonden „de grace espéciale", verklaren de Staten de 200 p. van 40 gr. „ponr les faictz, y déclaréz", niet schuldig te zijn. — Op dat van kapitein Gimbale: zijne Schotsche compagnie in dienst te nemen en met Balfour's regiment te vereenigen, mits de kolonel hiervoor geen grooter kolonelstractement vraagt. — Op dat van kapitein 1) Dit moeilijk leesbare woord is in het register van den griffier opengelaten en hier op de gis ingevuld naar S. G. 3. 2) Een dergelijke brief Van 26 Dec. aan Sas van Gent: Actes, n». 951; A.V. Gand, reg. Z, fol 4v°. Midd. van aanv. en verw. 1577. 426 Preston, luitenant-kolonel van Balfour: de 40 bedoelde soldaten op te nemen in de drie andere compagnieën, „qne l'on a advisé de retenir de grace espécialle" — Op het request van Aerschot werd beschikt: aan Liedekercke te schrijven, om eenige „faulconnaux" te furneeren te Beaumont en te Chimay *) (B. i. d.). 411. R. 27 december. — Sur la requeste du coronel des Escoissois Baulfour et sa responce sur la précédente apostillé d'hier, est appoincté: les Estatz accordent au suppliant deux mille IIII0 £ arth., mentionés en sa requeste, dont il sera payé des premiers deniers que le trésorier Van der Beken recepvra. Ordonnance se fera a Van der Beken, pour furnir an payement des deniers, venans de Flandres. Lettres seront escriptes a ceulx du Conseil de Guerre, pour entendre, s'il seroit expédient de donner au colonel Balffour cincquante chevaulx, a prendre sur son régiment, don(t) De Fontaines a prins la charge; et est enchargé audict couronel de se transporter prestement au camp avecq ses gens. Denzelfden dag: den commissaris Van der Beken te Vilvoorde te schrijven, om naar Brussel te komen, ten einde aanwezig te zijn bij de monstering van 2 Schotsche compagnieën. — Op de mondelinge remonstrantie van La Garde: hem te betalen nit de eerst inkomende penningen, waartoe ordonnantie op Van der Beken. — Verklaard werd, dat Gelderland de 7 vendels van Yselstein te zijnen laste zou nemen. — Na den middag werd aan Heyst op daartoe gedaan request sauvegarde verleend s) (B. i. d. en p. p.). 412. R. 28 december. — Sur la requeste de Guillaume de Horne (1. Herff ?), ëkde Alstoff, Hert etc. *), est arresté que lettres seront escriptes au Prince d'Orange, affin que Son Ex06, donne advis sur le ehasteau de Carpen, sy il le debvra mettre es mains dudict Sr.; ensemble au Comte Hohenloy lettres d'advis sur 1'acceptation de la garnison et la restitution des biens, transportéz hors ladicte maison, ponr a 1'advenir éviter toutes extorsions, et que condigne chastoy sera faict. Denzelfden dag werd een brief van Lalaing ontvangen, dat de Schotten naar het kamp moesten gaan en dat daar nog eenige karren noodig waren. — Besloten de drie laatste Schotsche compagnieën van de kapiteinen Patorque Ogelbey, Thomas Menton en Jan Cranston in dienst te nemen en hen te behandelen als de andere „avec attermination de deux mois" 6). — Gelast de soldaten van Noyelles 6 weken te betalen op hunne obligatiên van de eerst inkomende penningen, mits niet voor het kamp bestemd. — Aan Entens door Van der Beken de 8ste maand van zijn dienst te betalen, geëindigd 30 Jnni 11., a 700 p. art. — Besloten den 3 Fransehen compagnieën, na voldoening van het kamp, zoowel hunne nieuwe vordering van db 400 p. art. als de 6 weken 1) Later op den dag: de 3 andere Schotsche compagnieën „de grace espéciale" in dienst te houden en met Balfour's regiment te vereenigen, mits niet te betalen „pour leur faire" (?) en mits Vlaanderen de betaling doe, om de monstering te verhaasten (Ft. i. d.). 28 Dec. schreven de Staten hierover aan de vier leden van Vlaanderen (A. V. Ypres. port. 10): noodig was ƒ6000 voor deze drie Schotsche compagnieën, die bestemd waren naar Roermond te gaan; zij werden verzocht deze op 2 Jan. te Antwerpen te furneeren. 2) 30 Dec.: „mémoire": nieuwe brieven hierover aan Liedekercke te schrijven (R. i. d.). 3) Herhaling op 28 Dec. (R. i. d.). 4) Cf. hiervóór, p. 336. 5) Dit besluit op 28 Dec. 2 maal. Den tweeden keer blijkt, dat het genomen werd op request der kapiteinen zelf (R. i. d.). 427 Midd. Tan aanv. en verw. 1577. „dn temps passé" te betalen. — Op de remonstrantie van Lalaing'): hem 4000 p. art. te betalen en zooveel, als het overschot van zyne rekening bedraagt, van de gelden, die Havré nit Engeland heet mede te brengen. — Aan La Marck beleefdelijk te schrijven, dat de Staten niet van plan zijn hem opdracht te geven tot eenige lichting; de pensionaris van Doornik hiermede belast (R. i. d.). Nog *) werden „Coudenbourck" (= Couwenberg ?) en d'Alloigne gedeputeerd, om met Walbeke te onderhandelen over de door dezen aangeboden ruiters. — „Le faict et besongne des amonitions de pondres" werd uitgesteld tot den terugkeer van La Motte; ondertusschen de stukken te stellen in handen van den ontvanger Bart en Van den Berghe. — „Mémoire": den volgenden dag Van der Beken te roepen, om de monsterrollen van Lumey te zien. 29 December werd op het request van Balfour beschikt: commissie te depescheeren op Thomas Wels, om de Schotten te geleiden volgens „la résolution, couchée par le verbal s)". — Volgens de ordonnantie van 28 December werd gelast „particulièrement ordonnance" voor de 6 compagnieën te maken 4). — Den gedeputeerden van Ieperen werd gelast de lakens, uit de stad gekomen, te leveren aan Van der Beken en hem te helpen bij de distributie er van in het kamp volgens de hiertoe verleende ordonnantie (R. i. d.). 413. B. 30 december. — Les Estatz Généraulx ont ordonné que six pieches de fer d'Anvers s'envoyeront en Flandres pour la munition du fort de Mardyck, ensemble huyt aultres pieches, estans au chasteau d'Anvers, a la ville de Lovain, sy on les peult recouvrer, avecq boullons, cincquante pour chacune pièche, requirantz le ST. Baron de Liekercke, maistres et controleur de 1'artelerie et tous aultres qu'il appartiendra, de en ce donner aux commis dudict Lovain toute ayde et assistance. Denzelfden dag werd besloten uit de ordonnantie der kapiteinen Des Noyelles en anderen te nemen de woorden: „moyennant qu'ilz ne soient destinéz pour le camp". 31 December: aan Fresin op diens brief te antwoorden, dat er aan voldaan is, „quant aux chariotz". — Gelast, dat La Garde de 3 Fransche compagnieën in het dorp Roeux in Henegouwen zal monsteren. — Op het request van Geneval: „lettres closes" verleend, dat het van de sauvegarde kan profiteeren. — Ten opzichte van het plan tot vermeestering van het kasteel van Weert machtigden de Staten den edelman „quy pourra 1'exploict par quelque voye que ce soit", volgens het advies van Brabant (R. i. d.). Evenals in 1576 voegen wg' ook nu enkele resolutiën betreffende benden van ordonnantie 5) bijeen: 10 Januari: de bende van den Vicomte van Gent te betalen van de eerste penningen van Artois, nadat de twee eerste assignatiën hierop, nl. voor de matrozen en voor Terion, voldaan zullen zgn (R. i. d.). 1) 26 Dec.: „Sur le faict du recepveur de monsr. de Lalaing advis de la Chambre des Aydes" (R. i. d.). — 29 Dec: Lalaing te betalen 4447 p. 6 d., „pour clóture des comptes, icy veues", nit de eerst inkomende penningen (R. i. d.). 2) Het hier volgende van dezen dag alleen in S. G. 3. 3) Is ons n". 444 bedoeld? — Thomas Wels alleen te betalen eiken keer, dat men hem gebruikt (R. i. d.). 4) Misschien heeft dit betrekking op het volgende van 28 Dec: „Six capitaines:capitaine Pettum lieutenant-coronel, capitaine Grenu, capitaine Du Bois, capitaine Plouchart, capitaine Jehan le Noiret, capitaine Jaspar Rynne". 5) Zie ook hiervóór, p. 339. Midd. van aanv. en verw. 1577. 428 15 Februari: de benden van Roeulx en D'Ongnies zullen gemonsterd worden, of bun zal geen betaling geschieden. — Aan Havré te schrijven, dat de Staten hun best zullen doen middel te vinden, om de ontredderde benden tevreden te stellen (E. i. 4.) *). 27 Februari: die van Henegouwen de bende van Lalaing met 3 a 4000 p. art.te steunen, omdat zaj, evenals Brabant en Vlaanderen, op zich genomen hebben drie benden te betalen; sedert besloten nog geduld te oefenen, omdat Henegouwen geen middelen heeft (E. i. d.). Op het request van den vendrig Grendon, „hommes d'armes et archiers" van de bende van Lalaing, werd 18 April besloten: aan de bende volgens de ordonnantie van 1 April door Philippe Frainean, ontvanger der beden in Henegouwen, 2 maand gage op aftrek van de quote in de 600.000 p., „ou environ", te betalen (E. i. d.). 8 Mei op de mondelinge remonstrantie van d'Evre voor de compagnieën van ordonnantie: wat het request van d'Evre aangaat, geapostilleerd, dat hij den kapitein heeft te noemen, wien hij de in het request genoemde ƒ 200 gegeven heeft (R. i. d.). 1 Augustus werd op een request van Rennenberg *) beschikt, dat de ontvanger der Staten van Henegouwen hem voor zijne compagnie van ordonnantie „les grands gaiges des trois mois" tot een bedrag van 40 p. art. per gendarme zou betalen, zooals aan alle compagnieën is gedaan, terwijl deze slechts de kleine gage van 30 p. heeft ontvangen; dit op afrekening van de contributie van Henegouwen. — Dergelijke ordonnantiën voor Lalaing en den Vicomte van Gent (E. i. £ arth. dont la moitié est debte des Estatz de Brabant, moyennant que les Estatz de Brabant donnent lettres d'indemnité ausdicts Estatz Généraulx du principal et intérestz suyvant 1'acte semblable du XX° de Janvier. Ceulx *) d'Arthoys, Lille, Douay et Orchies et Tournesiz déclairent que en ceste acte ilz ne consentent. 1 Maart schreven de Staten aan Schetz en Rouck een brief, waaruit wij nog -) het volgende mededeelen: 430. 1 maart. — L'on a faict tous devoirs possibles envers les Estatz particuliers, pour recouvrer les IIIC mil livres, et a l'on d'aulcuns sy bonne responce qu'il n'y aura faulte d'argent au jour préfix. Toutesfois ne laissez a négocier tout ce que polrez, veu ce que nous est nécessaire pour nostre armée et aultrement. Sur ce que aulcuns marchans et aultres de la ville ont mis en avant des fortz s), personne ne s'en doibt donner paine, car, estant les Espaignolz sortiz de ceulx qu'ilz tiennent, on advisera ce que sera nécessaire et pour le bien du païs, et mandera l'on a monsr. le Prince d'Orenge touchant son armée de la tenir en lieu, oü elle ne pressa (1. pourra) donner empeschement ny mauvaise impression. La tauxe des maisons, contenue au billet, annexé a voz lettres, yroit a la longue et vouldroit grand temps es provinces les plus longtaines avecq ce que 1'exécution a faire seroit de trop mauvaise conséquence, et espérons qu'il n'en sera besoing; néantmoings sy ceulx d'Ampvers le voeullent practicquer, ne sera que bon. — — Aan het einde is de volgende memorie 4) bedoeld: 430a. (26 of 27 februari). — Aulcuns marchans et bourgeois de ceste ville, voyans la difficulté que trouvons icy a négocier, ont mis en avant que l'on deut incontinent mectre sur chacune maison de ceste ville dix ou vinght florins et le semblable en aultres villes ou bien moindre quote selon la qualité 1) Het volgende staat in het register in margine. 2) De aanhef hiervóór, p. 248. — 28 Febr. kreeg een koerier, die met brieven van de Staten naar Antwerpen ging, 12 p. art (R. i. d.). 3) Nl. om deze, aan de Schelde van weerszijden opgeworpen, te vernietigen en de vaart geheel vrij te maken (brieven der gedeputeerden van 26 en 27 Febr., geciteerd hiervóór, p. 248, noot 5). 4) A. V. Ypres, port. 23B. 28 Geldmiddelen 1577. 434 d'icelles, généralloment par tout le Pays Bas, a payer cinq ou six jours aprèz la publication faicte sur paine de payer le doublé et sur prompte et réèle exécution, si ne souffisoit par justice ou huyssiers, par moyen de soldatz, que sembleroit ung expediënt prompt pour (de) tout le pays tirer une notable somme pour employer au payement des soldatz. Messeigneurs y poulront aviser. 431. R. 5 maart. — Sur la requeste de Crimbra de Latre est dict que lettres seroient escriptes a ceulx d'Anvers, affin qu'ilz veullent condescendre a la tauxe des maisons, conformément que le S1, de Grobbendonck a icy représenté. 6 Maart: de brief voor „monsr. de Haisnon" wegens storting van 2600 p. art. zal geteekend worden; aangewezen op de gemeene middelen te Valenciennes (R. i. d.). 8 Maart werd een brief voor den agent der Fuggers verzonden (R. i. d.). 432. R. 9 maart. — Quant a la mémoire du Sr. de Grobbendonck, les Estatz Se sont conforme pour le premier article, parlant de Baptista Spinola, moyennant lettres d'indemnité des Généraulx a taux; et quant au second point, parlant de Alonso Lopez Gaillo, que 1'offre et eonditions se esclarsissent plus amplement; pour ce faict etc Résolu que. les S™. archidiacre d'Ipre, le Sr. de Grobbendonck et le recepveur de Brabant, Rouck, se retrouveront a Anvers, pour asseurer les Estatz des troys cent mille livres arth.-par lettres de cbange; aussy pour tenir correspondence avecq les Espaignolz en Anvers et pourveoir a toutes occurences et, entre aultres, pour recommander et avancer les tapecbiers pour la restitution de leurs marchandizes x) et aultrement, suyvant 1'instrnction que leur sera donnée. De bovengenoemde memorie *) luidt als volgt: 432*. (maart). — Baptista Spinola, marchant genevois, a offfert de furnir a Gènes XXVm escuz d'or en or, deux mois après que les Espaignolz seront partiz de la ville et chasteau d'Anvers, et recepv(r)oy (!) icy en monnoye courrante trois mois après la date de la lettre de change son payement a raison de XLVI pattars et demy esceu, comme ilz vaillent présentement, sans aultre prouffyt, sur obligation de telz Estatz qu'il dénommera, et pardessus ce obligation et responsion générale des Estatz Généraulx, moyennant que l'on luy accepté aussy sur semblable obligation pour XXm £ de draps et dont il donnera terme d'ung an sans intérest et s'obligera d'en faire délivrance et accorder le pris avec les soldatz a leur contentement, tant avec les Allemans que Wallons, comme par cy-devant en semblables négoeiations at esté faict, tellement que les 1) Denzelfden dag werd op een request van de „marchantz de tapecheries" te Brussel en Antwerpen besloten aan don Jan te schrijven over het arrest op hunne goederen en „point plus avant" (R. i. d.). 2) A. V. Ypres, port. 23B. De apostilles der Staten op dit stuk zijn in substantie gelijk ons n°. 432 en worden dus bij het stuk weggelaten. 435 Geldmiddelen 1577. Estatz en seront sërviz en payement de ce qu'ilz doibvent aux soldatz sans leur perte ou dommaige. II plaira a messieurs les Estatz Généraulx déclairer leur intention et semblablement sur ce que leur at esté proposé endroict le Sr. Alonzo Lopez Gaillo pour se povoir aussy servir des XL ou Lm livres en la manière qu'il les at offert, en cas que par aultre voye dn ne peult parfurnir les VIC111 £, promis a Son Altèze 1). Bg dit stuk behoort nog een andere memorie van Grobbendonck') voor de Staten: „pour meilleur direction de ce qni touche matière d'argent". Deze doen ■wij nu volgen met de er op gegeven apostilles: 432b. (maakt). — Les articles II" de la pacificatión, faicte) a Gand, et les III0 de 1'accord, faict avec Son Altèze, sont clers, de sorte qu'il n'y gist aulcun ultérieure esclarsissement *). Cecy convient estre differé jusques a la sortie des soldatz espaignolz hors d'Anvers pour le plus grand office des Estatz. Comme ceux d'Anvers sont subietz a porter les charges du cme denier et moyens généraulx, ne convieüt qu'ilz soient plus ou aultrement chergéz que tous aultres pays. En premier lieu, pour ce qu'on at trouvé en Anvers une pene générale en tous. les marchans de nations estrangiers, comme Espaignole, Portuguèse, Italiene et' semblable, de debvoir sortir le pays pour Ia malveuillanee qu'il samble estre conceue des Estatz contre eulx, convient adviser de faire quelque déclaration que le partement prétendu des estrangiers ne s'entend qu'en endroict des gens de guerre et ceulx, ayans porté armes contre les Estatz, sans en ce comprendre marchans ou aultres particuliers, ne se meslans que de leurs particuliers affaires. Item pour ce que les négocians prendent considération, non seulement a la qualité de leur débiteur, mais aussi au moyen qu'il at de payer, se trouve convenable qu'en Anvers et ailleurs se publient les moyens généraulx, encoires que se différa la fermé ou collectation jusques a ce que les gens de guerre seront sortiz, car servira de beaucop pour augmenter le crédit desdits Estatz. Item, pour ce qu'on n'at sceu trouver secours quelconqne d'argent entre les bourgeois, s'excusans tous sur les saccagemens et rancbons et pour avoir chacun saulvé ce que luy pouvoit rester, plusieurs d'eulx sont esté d'opinion qu'on debvroit audit 1) 13 Maart werd op het biljet van Grobbendonck, melding makende van Alonso Lopes Gaillo, geapostilleerd: nihil (R. i. d.). 2) A. V. Ypres, port. 23B. 3) 13 Maart: wat betreft „1'ultérieure déclaration", door Grobbendonck gevraagd betreffende hen, die het land moeten verlaten, wordt gepersisteerd, dat genoemde artikels duidelijk genoeg zijn (R. i. d.). Geldmiddelen 157 436 Que Son Altèze sera requise, après que les Espaignolz, Italiens et Bourguignons seront sortiz les villes, chateaux et forteresses, de faire avoir pour les Estatz Généraulx tous registres, comptes et aultres enseignemens, reposans dessoubz les contadores de 1'exercito et le pagador ou commissaire des mon stres, servantes aulcunement pour les comptes et descomptes des Allemans et aultres gens de guerre suyvant le X Ve article dudict accord, sans qu'il est besoing de retenir par deca lesdits contadores, pagador ou commissaires des monstres, sy ce n'est que les Estatz advi- Anvers tauxer généralement toutes les maisons on mesnaiges de quelque somme compétente, que sembleroit convenir estre fait promptement et avant la sortiedes Espaignolz, et la tauxe fut remise a ceulx du magistrat d'Anvers et mesmes le pied ou forme qu'on en auroit a prétendre, fust sur le propriétaire ou sur le fermier ou partie sur 1'ung et partie sur 1'aultre, lequel mesme pied par après pourroit aussy servir en aultres villes, cbargéz de gens de guerre. Et pour ce que faict a craindre que aux comptes avec les gens de guerre il y aura plusieurs difScultéz non seulement des Espaignolz et Italiens qu'on est faisant présentement, mais aussy des Allemans qu'on doibt faire cy après, semble tant pour redresser ce que pourroit estre obmis ausdits comptes des Espaignolz, encoires que fust après leur partement, que pour assister en ceulx des Allemans, estre requis que les contadores de 1'exercito et le pagador ensemble ceulx qu'ont servy de commissaires de monstres, demeurent eneores quelque temps par deca pour y adsister, et seroit bon que se trouvisse quelque moyen de les a ce indnire voluutairement, affin qu'ilz fussent tant plus affectionnéz a faire bon office. sent d'en retenir aulcuns. 433. B.. 21 maart. — Que les obligations générales pour furnir a la somme de IIIcm £ arth., a trouver a Gènes, seront faictes suyvant l'escript du S*. de Grobbendonck, et aussy pour cent mille £ arth., marchandizes de drapz, de linges et de soye. Que le Sr. de Baesdorp s'envoyera incontinent en diligence vers le pensionairé de Mekercke, pour avoir crédit et asseurance de CLXm £ arth. endedans deux moys a Gènes, et aussy vers les membres de Flandres, pour les faire requérir les obligations particuliers, demandées par les marchantz d'Anvers *). Résolu que le greffier Weellemans fera et signera les obligations générales pour cent Lm £ arth. avecq clause: et chacun Estat insolidum, comme dessus. De memorie van Grobbendonck s) volgt hier ter verduidelijking: 4) Bij het leenen te Antwerpen werd ook Jacques de la Croix van Bergen gebruikt: hij kreeg 19 April 40 p., 40 s. art. als vacatie-gelden hiervoor (B. i. d.). — Vacatiën en verblijf kosten voor Baesdorp 26 p., 14 s. te betalen (B. 6. April p. p.). 2) A. V. Ypres, port 23B. 437 Geldmiddelen 1577. 433a. (20 maart) x). — A Baptista Spinola pour XXm eseus dont il donnera lettres de change paiables a Gennes endedens deux mois, pour lesquelz luy sont esté promis LVIIIm CXXV livres arth., a quoy reviennent lesditz XXVm escus, comptéz a raison de XLVI solz et demie la pièce, comme ilz ont présentement cours, et de ladite somme obligations payables par tout le mois de Juing au porteur, laissant le nom en blancq, lesquelles il a désiré estre reparties, comme s'ensuyt: Asseavoir des Estatz de Flandres deux, Une de XXm £ j XXXm Et aultre de . Xm „ \ Des Estatz d'Arthois une de XTIII"» „ Aultre de VIm » Et une des Estatz de Lille, Douay, Orchies . . . VIIIm CXXV £ Somma lesditz . . . LVIII^CXXV £ Et pardessus ce désire une acte des Estatz Généraulx, contenant obligation et responsion générale et de chacuns d'eulx insolidum pour toutes les obligations susdites. Aux Sra. Anthonio Fuckar et nepveux pour semblables XXVm escus, dont leur facteur donnera ses lettres de change, tant sur Milan que Florence, revenans audit pris de. XLVI solz et demy a ladite somme de LVIIIm CXXV £, de laquelle somme se doibt dresser une obligation des Estatz Généraulx et de chascun d'eulx insolidum sur le nom desditz S™. Anthonio Fuckar et nepveux ou au porteur payable par tout le mois de Juing prochain venant. A Benedicto et Bernardius Boninsy (?) pour Xm escus, dont Paulo Burlamarchi, leur facteur, donnera ses lettres de change par Gennes, revenans a pris susdit de XLVI solz et demy a XXIIIP1 IP L £, dont fault dépescher sur le nom desditz Benedicto et Bernardino Boninsy (?) ou au porteur obligation des Estatz Généraulx payable par tout le mois de Juing prochain, combien que ledit Burlamachi aye pourparlé de compter les escus a tel pris, comme le change de Gennes retournera par icy, que pourroit estre plus ou moings que le pris susdit, espérant ce néantmoings le contenter avecq le susdit pris ferme. A Pedro de Manbya et Pedro Rodrigues de Malvende pour Vm escus, dont ilz donneront leurs lettres de changes sur Gennes, montans audit pris a XIm VP XXV £, a payer comme dessus dedans deux mois, dont fault aussy dépescher obligations des Etatz Généraulx payables ausditz ou au porteur audit Juing, 4) De memorie zelf is ongedateerd, maar werd toegezonden bij brief van Schetz en Rouck van 20 Maart (A. V. Ypres, port. 23»), waarvan de aanhef volgt: „Comme ces Espaignolz sont cejourdhuy partyz, ne pourons plus longuement dilayer au secrétaire Scovedo de luy furnir ses lettres de change de trois mil £ arth., desquels ne sommes encoires furniz plus qu'environ de LXX mil. escuz, pour ce que jusques orez n'avons eu nouvelles aulcuns de Bruges, dont selon 1'espoir qu'en a esté donné, attendons une bonne somme, meismes ayans d'icy procuré que ceulx de Matansa, entre aultres, feront quelque secours d'importance. Nous regarderona, si les marchans et aultres bourgeois seront maintenant plus volontaires, estans deschargéz des Espaignolz, et cependant s'envoye a Voz S^es. Ung mémorial de ce que jusques ores a esté négocié pour faire dresser les obligations, lesquelles eonviendra avoir dressées en bonne forme et accoustumée, avant que les marchans vouldront donner leurs lettres de change". Geldmiddelen 1577. 438 combien qu'ilz ayent pourparlé de compter les escnz, comme ledit Burlamarehi. Ce que se meet aussy par mémoire. Item convient avoir obligations pour la somme de O1 £ que Baptista Spinola a promis furnir en drapz de laine et de soye au contentement des soldatz et ce endedans deux mois, lesquelz lesditz Estatz Généraulx sont esté contens d'accepter a la condition susdite, tant pour le service du secours, fait par ledit Baptista Spinola, des XX Vm eseus, cy-devant mencionnéz, que aultrement, et dont ledit Spinola a désire avoir dressé les obligations payables le XXI.me de Mars mil cincq eens septante huyct sans aulcun intérest, reparties que dessus et au porteur, laissant le moyen blanc. Asseavoir: Des Estatz de Flandres deux Et, pardessus ce, 1'acte des Estatz Généraulx, cy-devant mencionnée, et semblable comme des XXVm escus. 27 Maart beloven de Staten den Vicomte van Gent hem binnen 2 maanden 2000 p. art. terug te betalen, door hem voorgeschoten ten behoeve van La Motte (R. i. d.) ')• 434. R. 1 april. — Les Sre. ont aecordé et accordent par cestes a mre. Thiery van der Beken de povoir tenir ens tous deniers premiers quy viendront ens jusques a la somme de sept mille V° £ arth., pour laquelle il pourra recouvrer semblable somme, tant par prest que vaselles et aultres manières quelconcques, pour parfurnir la somme de IIIcm £ arth., promis a Son Altèze. F- r. — Les Sra. ont aecordé a la minute leute d'ungne procure espéciale pour recouvrer de Berne la somme de XXVm escuz soleila) par prest a huyct pour cent sur telles personnes que sont dénomméz agens et de bonne cognoissance de monsieur de Champaignie. 435. R. 3 apeil. — Quant aux Xm £ arth., donnéz en prest aux Estatz Généraulx par messieurs des Finances et dont le trésorier général estoit empesché par poursuyte judiciaire du Conseil d'Estat, est résolu d'ordonner audict trésorier de satisfaire ladicte somme endedans six moys pröehainement venant et (suivant) la précédente ordonnance et sa promesse, faicte en son nom propre, nonobstaut quelconques aultres ordonnances ou assignations. P. p. — Résolu d'escripre au facteur de messieurs de Foggers, affin qu'il veulle parfurnir aux Estatz VIIm £ arth., ce que ausdicts Estatz reste que lesdicts Estatz doibvent pour le parfurnissement des IIIcm £ arth.; et que le trésorier Van der Beken donnera telle asseurance qu'il demandera, de le rembourser des premiers deniers qu'il recepvera des moyens, généraulx. Une de XXIIIP» £ I Yrm Aultre de XVIm , j D'Arthois une de XXIIm Et aultre de XVIII™ D'Haynault une de XIIm „ Et aultre de VIIIm Somma lesditz ... O» £ 1) Ook de acte van dit besluit volgt in het register. 2) Eig. écus d'or au soleil, in Frankrijk ± 1500 geslagen munt (rie Littré, Dictionnaire, L v. écu). 439 Geldmiddelen 1577. 4 April stemden de Staten er in toe, dat Leonard Jujot, die gedurende 20 jaren de goederen van Champagney en wijlen diens vader in Bourgondië (sc. Franche Comté) bestuurd had, de 25.000 écus uit Bern zou halen. Besloten werd, dat de griffier zou teekenen een door Champagney te ontwerpen brief aan Jujot, om 25.000 écus te betalen op ordonnantie van don Jan of Escovedo (B. i. d.) '). 6 April werd een brief gezonden aan een geldschieter s), om zich tevreden te stellen met de obligatie der Staten onder het zegel der Staten van Brabant en de handteekening van dier griffier. - Na den middag werd besloten acte te geven aan Grobbendonck voor de wisselbrieven voor de écus a 461/* s., opdat de Staten zouden dragen „1'intérest des marchant(s) endroit la value desdicts escus et pareillement le proffict quy pourroit venir audict priz" (B. i. d. en p. p). 9 April werd een brief van Paulo Bourlamachl van 8 April gelezen, dat hij zon voldoen aan rijne belofte betreffende de wisselbrieven, en een van Jean Anrique Montprot van denzelfden datum, dat het hem onmogelijk was wisselbrieven tot een bedrag van 20.000 écus op Italië te geven (B. i. d.). Hoe de 54000 p. art., bedoeld in ons n». 88 (hiervoor, p. 199) bijeengebracht werden, bhjkt nit de volgende memorie *) der Staten van 9 April: 436. 9 april. — Oultre les obligations que les Estatz Généraulx des Pays Bas donneront aux marchantz quy furniront en deniers comptans la somme de LIIIIm £ arth. pour le parfurnissement des IIIcm & arth. que les Estatz doibvent procurer a Gennes en Italië, se obligeront aussy en particulier et en leur nom privé les personnes dont la spécification s'ensuyt: Brabant. Premièrement le Ré vérend Père en Dieu, le prélat de Nostre Dame de Vilers pour ...... Xm £ arth. Le S'. de Berchem, mess'. Henry de Berchem, chevalier, Vm pour semblabes Flandres. Premièrement le Sr. de Zwenchem, le Sr. de Beselaer, m™. Josse de Borlut, pensionnaire de Gand, Sr. Jehan van den Cameren, eschevin d'Ypre, mre. Guillaume Valerius, seelleur dudict Gand, mre. Izembart de Provin, pensionnaire du Francq, pour la somme de XXm „ „ Arthoys. Monsr. mre. Nicolas Langaingne, doyen de 1'église cathédrale de Nostre Dame d'Arras, et mre. Jehan Colonnel, conseillier dudict Arras, pour V*Im , „ Haynault. Monsr. le Conté de Lalaing, mons'. le Révérend Père en Dieu, Frédéricq d'Ieve, prélat de Maroilles, S*. Charles de Gavre, Sr. de Frezin, Quintin du Pret, ehief et premier des eschevins de Mons en Haynnault, Jacques de la Croix du conseil dudict Mons et Philippe Muyssart, eschevin dudict Mons, pour VIm » » [Transport . . LIIm £ arth.] 1) Dit laatste besluit werd na den middag herhaald: brief en duplicaat door Weellemans te teekenen en te xenden aan Grobbendonck. — Tegelijkertijd werd Van der Beken gelast aan Alexander le Roy van Noseroy in Bourgondië,,die in post naar Bourgondië en Bern ging, 200 p. te geven (R. i. d. p. p.). Dit laatste nogmaals: R. 9 Mei p. p. 2) De naam in het register niet ingevuld. 3) R. A., Aanw. 1826, n«. 18, fol. 344. Geldmiddelen 1577. ,440 [Transporté . . Lil1» £ arth.] Lille, Douay et Orchies. Monsr. le Conté de Lalaing, Sr. Jehan de la Haye, Sr. dudict lieu, et m™. Anthoine Muyssart, conseillier de Lille, pour . . . . . IIIIm , B Mali nes. Sr. Guillaume de Merode, bourgmestre, et mre. Josse Clarhout, pensionaire de Malines, pour . . . II™ , „ Somme . . . LVIIIm £ arth. x). 12 April werd Van der Beken gelast 200 écus aan den voorzitter van den Grooten Baad te Mechelen terug te betalen, door dezen voorgeschoten aan La Motte of Lalaing en waarvoor Fresin borg gebleven was (B. i. d.). 437. R. 15 apeil. — Certain s troys députéz de Geldre ont faict proposer, entre aultres, deux poinetz en leur langue, seavoir a) et qu'ilz peuvent avoir acte de non préjudicier ceulx de Geldre les lettres obligatoires des Estatz, ausquelles eulx sont dénomméz, nonobstant qu'ilz ne contribuent avecq les aultres Estatz 8); ausquelz députéz a este' requis de exhiber leur proposition par escript, pour etc. Après a 1'ung desdicts députéz proposé plusieurs moyens a trouver argent en grand nombre, exhibeant quant ad ce certain escript, lequel sera visité et examiné par les commis a la Chambre des Aydes présentement dressée 4). 17 April werd de raadsheer Oudart gecommitteerd naar Antwerpen, om de kooplieden te bewegen geld te leenen tegen behoorlijke rente. — Denzelfden dag werd aan Pedro Boderiqne de Malvenda schriftelijk beloofd hem de 6000 kronen, waarvoor bij te Antwerpen wisselbrieven op Italië gegeven had, terug te geven tegen den prijs van 46Vs s. of tegen zulken prfjs „que la change retonrnera d'Italie" (E. i. d.) 5). 18 April werd tot het zenden van een indemniteitsbrief voor den Vicomte van Gent besloten wegens de schriftelijke cautie, door hem voor de Staten aan Spinola gegeven (B. i. d.). 438. R. 20 apeil •). — Le Sr. Westeren a déclairé que ceulx de Geldres n'entendent que leur nom soit mis es obligations, sur quoy les S™. ont dict 1) Get. Weellemans. . 2) Het hier weggelaten punt is reeds genoemd hiervóór, p. 342. 3) Misschien heeft hierop ook betrekking, wat in de R. 31 Mei p. p. te lezrn staat: betreffende het request van Van der Beken geapostilleerd, dat de Staten conform het advies van de gecommitteerden van de Kamer van de Beden den suppliant gelasten de betaling te doen volgens de ordonnantie van Bossu. 4) Een dergelijk protest op 15 April van de gedeputeerden van Utrecht (Bondam, II, 262). Ook Friesland protesteerde: „Ende van gelycke protest ende verclairinge hebben gedaen die gedeputeerden van Vrieslandt, die dit gehoort hebben, namentlijck Schelto van Tziaerda ende Feycken Tetraans, ende es geschiet, presiderende den pensionaris van Valenchiennes, daer present waeren onder meer anderen mijn heere die grave van Bossu, den heere, ende Bossu (I), den heere ende baron van Hierges, den abt van St. Gcleyen, gedesigneert biscop van Atrecht, den pensionaris van Bruyssel, den greffier Wellemans ende heer Henrick van Berchem, die namentlycken deese propoesten wel gehoort ende acht daerop geslaegen hebben". — Deze passage is ingelascht in het protest van Utrecht, zooals dit voorkomt in R. Ai Friesland, aan het einde vóór: „Gecollationneert" enz. 5) In iets kortere redactie dit besluit ook reeds op 15 April (R. i. d.). 6) Dienzelfden dag werd aan George Oegleyn commissie gegeven, om geld te leenen; hij zou den 100»» penning krijgen van het door hem opgenomene (R. i. d). 441 Geldmiddelen 1577. que cy, puysqu'ilz advoyeut la pacificatión et que icelle porte expressément que tous les Estatz feront sortir les Espaignolz et Allemans et qu'ils contribueront en ce raisonablement. Les députéz des pays et comté d'Arthoys et des villes et chastelenies de Lille, Douay et Orchies et du pays et comté de Namur ont protesté et protestent qu'ilz ne sont souffissament authoriséz de leurs maistres et colléges pour passer obligations spéciales et particulières a obliger particulièrement les villes et provinces, et que partant ne doibt préjudicier ausdictes provinees la clause d'obligation: insolidum, conjunctim* et divisim, mise a 1'instruction de 1'Allemaigae ou aultres escriptz, servantz a la négociation d'argent. 439. R. 25 apeil. — Sur la lettre de ceulx S'. Berthin x) est dict qne, conformément a l'advis des commis a la Chambre des Aydes, ceulx de S'. Berthin se pourront contenter de 1'obligation générale sur le seel de Brabant, ainsy que ordinairement se dépesché pour le corps desdicts Estatz, les asseurant néantmoings les faire dresser par ceulx d'Arthois, sy avant que lors iceulx soient trouvéz estre redebvable quelques deniers aux Estatz a raison de leurs accordz faictz ou a faire. 440. R. 28 apeil. — Que Beken tiendra ens des premiers deniers qu'il recepvera, huyct ou IX mille £ suyvant 1'obligation, par luy donnée pour Montport, en luy deffendant bien expressément de ne wider ses mains desdicts deniers. 441. R. 30 apeil p. p. — Sur ce que monsr. de Grobbendonck a proposé touchant Baptista Spinola pour les lettres de changes de Xm escuz restans, que les S™. des Estatz le vouldroient deseharger, ont résolu qu'ilz vouldroient bien complaire audict Spinola, mais d'aultant qu'ilz n'ont point le moien a la main, ilz insistent qu'il aura a furnir a sa promesse et contract, sy ce n'est qu'il puisse procurer que les Estatz soient serviz de XXVm escuz des aultres marchantz, au quel cas ilz le tiendront pour deschargié desdicts Xm escuz et, oultre ce, prendront pour XI™ escuz de draps et luy donneront obligations. 442. E. 5 mei. — Le Sr. de Liekercke a promis donner son obligation jusques a Xm £ arth. au proffict des soldatz du régiment de mons1. de Bossu, pour estre payéz endedans ung demy an, moyennant que les Estatz Généraulx avecq clausule: chacun pour tout, promettent et luy donnent lettres d'indemnité de telz deniers et des dommaiges et intérestz; en quoy lesdicts S™. des Estatz ont consenty. Denzelfden dag werden Borluut en Yman 2) naar Antwerpen gecommitteerd met de volgende instructie *): 443. 5 mei. — In den yersten debvoir te doene te ondersoeckene, oft zy eenige coopluyden souden vinden connen, dewelcke van den advyse zouden wesen eenighe penningen te willen furnieren ende leenen op interest, ten minsten dat moghelijck zoude wesen ende — zoe verre als 't noodt zy — te 1) 20 April: particuliere obligatie voor die van S'. Berthin te maken, indien ze met de ulgemeene niet tevreden zijn (B. i. d.). 2) Deze kreeg 30 Maart „pour ses deffroyeraens" 66 p., H s., 1 d. art. toegelegd (B. i. d. p. p.). 3) A. V. Ypres, port. 23B. Geldmiddelen 1577. 442 geven hnerlien particuliere obligatiên, by dewelcke zylieden benzelven verbinden souden elck voer andere ende elck voer al, emmers tot alsulcken somme, als zy zullen connen gecrygben, emmers ten minsten tot suleken somme als 't billet, haer bygevuecht 1), onderteekeut Weellemans, uuytwijst, midts nemende t' huerlieder bewaernisse de middelen generaele, loopende in Vlaenderen, boven de beloefte van indempniteyt, dewelcke de voornoemde Staten hemlieden mits desen gegeven hebben ende noch breeder geven zullen — is 't noot — dezelve obligatiên t' adtermineren op een halff jaer oft één jaer, in gevalle dat doenhjck is, belovende de voornoemde generaele Staten goet, vast ende van weerde te houden al 't gene by de voirnoemde huerlieder gedeputeerde in desen gedaen zal hebben (!). 9 Mei bewilligden de Staten in het request om octrooi tot verkoop van renten tegen den penning 12, 14 of 16 en van lijfrenten op 2 levens en op 1 leven, resp. tegen den penning 8 en 6 (R. i. d.). 444. R. 10 mei p. p. — Résolu que monsr. de Capres déliv(r)era es mains de Van der Beken les VIHm £ qu'il avance pour ceulx d'Arthoys, pour les estre employéz au payement des Escoissoys et aultres du Prince d'Orainge; et en oultre, que ledict Sr. de Capres trouverra bon et pourra rabbatre sur la première ayde, a accorder par ceulx d'Arthoys, les XIX0 IIII11 XVII florins, par luy avancéz pour le payement de la compaignie du capitaine Poyet, Franchoys, suyvant le descompte, faict avecq le trésorier Van der Beken, délivré audict capitaine. Les S". de Froymont et Fresin sont commis a ses trouver vers monsr. le prévost d'Aire, Morillon, pour demander VIm £ arth. a rente de la maison mortuaire de feu monsr. Viglio, et les Estatz luy donneront asseurance d'aulcun Sr. noble pour respondant. 11 Mei werd besloten de 3600 p. art., aangeboden door Grimaldi op lijfrente tegen den penning 6, aan te nemen (R. i. d.). 445. R. 12 mei. — Ordonné d'escripre lettres aux Focquiers en Anvers, et procurer de Son Altèze aultres en conformité, pour obtenir Xm £ arth. pour les distribuer au régiment- de monsr. le Comte de Bossu a Utrecht, a se povoir entretenir, tant qu'il soit licencié et contenté, a condition que les soldatz dudict régiment ne viennent en Brabant. 14 Mei werd betreffende het request over de leening der 10.000 p. art. door Montprot besloten dezen te verzoeken het geld aan Van der Beken of diens commies te leveren, die het aan Bossu of diens gecommitteerde zou betalen (R. i. d.). 18 Mei gelastten de Staten den Staten van Henegouwen een indemniteitsbrief van 6000 p. art. te geven, door hen op hun particulier crediet voor de Generaliteit gelicht; dit op aftrek van hunne beden (R. i. d.). 446. R. 20 mei. — Sur la remonstrance verbale de monsieur le Comte de Bossu a esté dict que tout ce que a esté besongné en Anvers par le pension- 1) Ontbreekt. 413 Geldmiddelen 1577. naire Yman *) et S™. de Liekercke et Berchem, sera redigé par escript pour meurement résouldre, et néantmoings ceulx de Flandres, pour accomoder monsr. le Comte de Bossu, donneront leurs obligations particulières jusques a XXVIm Vc £ arth. soubz promesse d'indemnité en général et particulier, et qu'ilz se pourront rembourser sur les deniers que eulx doibvent contribuer. 447. R. 24 hbi. — Résolu que ceulx de Brabant donneront obligation particuliere a 1'abbaye de S'. Berthin a S*. Homer pour la somme de Vm £ arth., a prester par ladicte abbaye aux Estatz Généraulx 1'espace de troys ans sans in tére tz, affin de povoir contenter le commis d'Anthoine van den Berghe icelle somme que lesdicts Estatz luy doibvent pour délivrance de pouldres; et néantmoings les aultres Estatz Généraulx donneront lettre d'indemnité ausdicts de Brabant en forme accoustumée. Monsr. de Liekercke est député avecq les commis a la Chambre desiAydes pour traicter avec certain homme, présentant prester IIom £ arth., moyennant que les Estatz prendent a leur charge Lm £ arth., debte de Sa Mtó. Les S". ont promis donner lettres d'indemnité aux quatre membres de Flandres pour leur obligation particuliere de XXVIm V° £ arth. envers Montprot Van der Beken werd denzelfden dag gelast deze som in ontvangst te nemen, om ze aan Bossu tot afdanking van zgn regiment te leveren (R. i. d.). 448. R. 25 mei. — Sur la remonstrance, faicte par le pensionaire de Namur, touchant ce que messieurs les Estatz Généraulx, pour donner quelque contentement et casser les reyters du commandeur de Bernessem, ieeulx s'estoyent serviz de la somme de VIIIm IIIIC£ arth. que les Estatz de Namur avoient a main pour rachapter leurs obligations de semblable somme, par eulx délivrée a Cornille Pruyn, marchant d'Anvers, a condition que iceulx Estatz Généraulx prendroient a leur charge le reachapt desdictes obligations et fraitz d'icelle du jour de la délivrance de la susdicte somme en avant, a l'occasion de quoy, voyant que ledict Pruyn ou son ayant cause pressoit lesdicts de Namur pour estre satisfaict de la somme, contenue en ladicte obligation, a requis ledict pensionaire, pour éviter fraitz et despens, que par lesdicts Estatz Généraulx fussent aulcuns députéz pour traicter aveeq ledict Pruyn ou son aiant cause a Pindemnité et asseurance entière desdicts de Namur; a quoy satisfaire, ont lesdicts Estatz député ceulx de la Chambre des Aydes. 27 Mei werd de indemniteitsbrief voor Vlaanderen vastgesteld en besloten dergelijke brieven te maken voor allen, die hunne particuliere obligatiên aan de Generaliteit gaven (E. i. d.). 1 Juni schreven de Staten aan de vier leden van Vlaanderen, om hunne particuliere obligatie te willen geven voor ƒ80.000, die Henry Montprot, „agent et facteur" der Fuggers, wilde leenen voor de afdanking van de 3 "Waalsche en de 3 Neder-Duitsche regimenten *). 1) 21 Mei: „les S™. ont donné commission" aan Yman (R. i. d.). — Ook in verband met de geldleening? 2) Actes, n°. 586; A. V. Ypres, port. 23B. Geldmiddelen 1577. 444 449. R. 2 juni. — Résolu d'accepter la partie de Jehan Baptista Spinoli que de furnir VIm £ en argent comptant au proffict et licencement du régiment de Barthol Entens et III compaignies franchoises; et donneront les Estatz Généraulx leurs obligations non seullement desdicts VIm, mais des aultres VIm £ que ceulx de Brabant luy doibvent, bien entendu que lesdicts de Brabant indemneront lesdicts aultres Estatz de leur dicte debte de VIm £. Depuys riens n'est eusuivy. Autorisant le pensionaire de Bruges, Yman, a traicter avecq ledict Spinola touchant le fraict et intérest. 450. R. 7 juni p. p. — Messieurs authorisent les commis a la Chambre des Aydes pour induire les persoires (1. persones) quy ont presté argent aux Estats Généraulx, qu'ilz se contentent de rente, en prenant pour assistence ceulx qu'ilz trouveront servir a ce propos. 451. R. 8 juni. — Advisé de faire requérir par lettres de Son Altèze et des Estatz Généraulx ceulx de Lille, Douay et Orchies, qu'ilz donnent leur obligation patieulière au marchant1) quy doibt déliverer pour Xm £ de draps au régiment de La Mergelle; et que néantmoings on requerra monsr. de Grobbendonck voloir induire le marchant se contenter avecq obligation des Estatz Généraulx. 452. R. 12 juni p. p. — Sur le mémorial du Sr. de Grobbendonck touchant la denrée d'alluns, offerte aux Estatz, pour en faire argent, quy a esté leu avecq l'advis premier et deuxiesme de ceulx de la Chambre des Aydes, n'a esté rien résolu, ains démouré ouvert. Oy 1'offre de marchandize de draps pour X a XII mille florins, a livrer aux Estatz pour le cassement de lenrs gens de guerre, faicte par Triboulet, 1'affaire a esté remise a la Chambre des Aydes pour sur ce entendre leurs advis, les commettant pour traicter absolutement avecq ledict marchant, avecq condition de prendre terme de payement plus long qu'ilz pourront. 453. R. 13 juni. — Résolu que monsr. le trésorier Schetz 2) sera requis que oultre il veulle avancer le contract des alluns et donner instruction a Michiel van Breen, selon qu'il a cy relaté, pour incontinent s'enquester du pris et sy la vente bientost se pourra faire. Et est aussy requis de projecter 1'obligation générale, pour donner contentement aux marchantz. Quant a l'escript de Phillippo Cathaineo, marchant en Anvers: messieurs les Estatz Généraulx, se conformans a l'advis des commis a la Chambre des Aydes. du XIIe de ce moys, acceptent 1'allung y mentioné pour le terme de demy an sans intérest et au prix, comme il se vend en Anvers en deniers comptans, duquel se debvra faire apparoir d'aulcuns marchantz traficquantz sur ladicte marchandise ou de courretiers, pourveu toutesfois que, avant absolutement conclure le marché, l'on soit asseuré, en cas que la manière de le dietribuer par induction au mesme prix deffaillit, d'en povoir faire argent en brieff temps, parmy perdant seullement a raison de X ou XII pourcent. Et quant au quart, prétendu par le remonstrant, icelluy se pourra contenter du sixiesme qu'il recepvra fil a fil que la marchandise se revendra, et dont ceulx 1) Philippe Cataneo te Antwerpen is bedoeld, zooals volgt uit den brief der Staten aan Lille enz. van 8 Juni (A. CL, Aud. 659, fol. 5). 2) Het hier weggclatene betreft de betaling aan Floyon (reeds vermeld hiervóór, p. 355, noot 3). 445 de Flandres pourront donner leur obligation pour ung tiers et ceulx de Brabant, Arthoys et Haynault pour les deux aultres tiers par esgale portion avecq lettres d'indemnité en deue forme des Estatz Généraulx. Et quant au point d'accepter ponr IXm £ arth. lettres de Jacques Grameyen, le remonstrant se pourra addresser a ceulx des Estatz de Brabant, pour par eulx accepter ladicte lettre, sy avant qu'il leur semble convenir. 454. R. 15 juni. — Résolu que l'intérest de IIII™™ £ de Monprot aura eu cours de XVI* de May, députant le Sr. de Courteville pour communicquer avecq le S1. de La Motte touchant le faict de Barthol Entens; et que Beken doibt recepvoir les restans deniers de Monprot, a distribuer par luy les XXm au coulonel de La Mergelle et la reste pour le parpayement de Berthol Entens et les Franchoys. Que le Sr. Courteville s'adressera a monsr. de Grobbendonck et a 1'agent Michiel de Breen pour traicter avecq aulcuns marchantz pour trouver argent; et en cas que aulcuns ne veullent traicter que de mesier draps et argent, qu'il pourra faire jusques a X pour cent, et avecq ceulx quy presteront argent seul, jusques au XII pour cent par an. Denzelfden dag werden op het request van Bernard Liebens, burger van Antwerpen, de Kamer van de Beden en de pensionaris van Donay gecommitteerd, om den suppliant te bewegen meer in geld dan in laken op de Staten-obligatiën te leenen (B. i. d.). Twee dagen later wérd op het rapport van De la Croix besloten, dat de Kamer van de Beden Liebens moest bewegen zich met de obligatie der Staten tevreden te stellen; anders zonden de Staten niet met hem kunnen contracteeren voor 20.000 a 25.000 p. art. in laken en 10.000 p. in geld zonder rente voor 6 maanden (B. 17 Juni). 455. R. 17 juni. — Sur la lettre de ceulx du monastère de S'. Bertraind et requeste de Anthoine van den Berghe est dict que lesdicts de S'. Bertraind doibvent furnir les Vm £ arth. avecq promesse d'indemnité vers mess™, des Finances de Sa Mtó., et que les S™. de Finances debvront promettre ausdicts de StV Bertrain, que ladicte somme se compte aux Estatz suyvant la promesse qu'ilz ont faict a iceulx Estatz, et que les Estatz tiendront la main ad ce que la cause de complaincte demeure au Conseil de Flandres, juge compétent i). Messieurs les Estatz Générauk des Pays Bas négocieront tellement avecq messieurs des Finances de Sa Mté. que 1'assignation, donnée pour les cinq mille livres arth. au suppliant Anthoine van den Berghe, sorte son effect vers ceulx dé 1'abbye de S'. Bertrain, sans qu'il soit besoing d'aultre lettre d'authorisation de Sa Mtó. ou de ceulx de Finances. 456. R. 18 juni. — Quant aux Vm £, a prester par ceulx de S'. Berthin, les Estatz escripveront lettres pour avoir 1'effect de la promesse, faict par iceulx de S*. Berthin, et qu'on requerra ceulx de Finances qu'ilz se déportent de la poursuite qu'ilz ont faict pour la mesme somme; néantmoings en cas que Anthoine van dén Berghe soit content avecq la parolle et asseurance de mess™. 1) Hiermede is bedoeld een klacht van S*. Berthin tegen den bisschop van Brugge, zooals uit een andere resolutie van denzelfden dag blijkt; de Staten verklaren zich hierin bereid bij don Jan te intercedeeren, om de genoemde klacht voor den Baad van Vlaanderen te doen blijven (R.i.d.). Geldmiddelen 1577. 446 des finances, ne sera besoing d'envoyer ausdicts de S*. Bertrain, dont sera ledict Van den Berghe adverty par lettres. 457. R. 20 juhi. — Messieurs les députéz des Estatz de Haynault ont déclaré pour monstrer léur bonne affection qu'ilz ont tousiours portéz et portent au bien des Pays Bas et a la descharge d'iceulx, qu'ilz sont contentz de donner leur(s) obligations particulières aux marchantz d'Anvers pour la somme de qnarante mille livres arth., moyennant que les Estatz Généraulx leur donneront premièrement et avant tont lettres d'indemnité en forme deue, contenantes clause que pour leur indemnité ilz pourront tenir ens leurs moyens capitaulx, généraulx et aultres aydes, accordées et a accorder audict Haynault, et que les deniers, a recepvoir desdicts marchantz, soient employéz au licentieinent des gens du Prince d'Orainge, du régiment de La Mergelle et de Floyon. 26 Juni werd besloten aan te nemen het aanbod van Lille, Douay en Orchies aangaande een obligatie van 10.000 p. art. in laken; deze terug te koopen in een jaar, „rabattant 1'intérest" volgens het advies van Grobbendonck (B. i. d. p. p.). 27 Juni beloofden de gedeputeerden van Lille enz. aan Grobbendonck te schrijven, dat ze hunne obligatie voor de lakens van Spinola voor het regiment-Mergelle zouden zenden (B. i. d.) '). 458. R. 27 jüni. — Résolu d'accepter la partie de XVI™ £ arth., proposée par le Sr. de Courteville, moyennant que les Estatz indemnent les Estatz 2) pour la rente ou rentes qu'ilz doibvent dont ledict Courteville en a faict mention, comme aussy ceulx d'Anvers indemneront ponr les rentes que ladicte ville Anvers doibt; et exhibera ledict De Courteville les conditions et circumstances par escript. P. p. — Résolu d'escripre lettre a mess™, de Grobbendonck et Courteville, affin qu'ilz veullent par tous moyens possibles chercher sur obligations de la Généralité argent jusques a la somme de X, XII ou XIII mille livres arth. pour gaiges d'ung moys au proffict des Allemans, tenans garnison en la ville de Boisleduc. 29 Jnni werd besloten Grobbendonck, Courteville en Liedekercke te schrijven om de kooplieden te Antwerpen te bewegen de obligatiên voor de wisselbrieven te verlengen (B. i. d.). 4 Juli werd Weellemans gelast een indemniteitsbrief van 80.000 p. art., in plaats van 25.000 p. art., voor Vlaanderen te maken 3) (B. i. d. p. p.). 8 Juli: Capres, Fresin en Champagney bieden aan ieder 1000 p. voor Den Bosch te leenen, mits de Staten indemniteitsbrieven geven *) (B. i. d.). 459. R. 10 juli. — Résolu quant a la mémoire de monsT. de Grobbendonck de ce que les marchans, ayans presté argent par lettres de change, seroient contentz de prendre rente au denier douze sur Flandres et aussy viagière an 1) Van der Beken werd denzelfden dag conform het advies van de Kamer der Beden gelast, 290 p., 4 s., 9 d. art. te betalen aan Grobbendonck naar aanleiding van een memorie van hem (voor vacatiën?) (R. i. d.). 2) Wie zijn hier bedoeld? 3) Nl. van hunne obligatie voor Montprot volgens het stuk zelf (A. V. Bruges, port. EtatsGénéraux, 1555-1600). 4) Cf. de 2e afd. dezer Bubriek op 8 Juli. 447 Geldmiddelen 1577. denier VIe, et que encoires aultres marchants se treuvent d'Italie quy presteroient semblablement deniers a telles rentes, saulff leur cboix des Estatz particuliers, est dict1), que copie se donnera a ceulx de Flandres pour itérativement en advertir leurs membres a y consentir. 460. R. 11 juli p. p. — A esté accepté la partie, présenté par Pierre de Pape d'environ XIIIm florins, seavoir VI™ florins en argent et la reste en marchandeze, livrable aux gens de guerre, et telle dont lesdicts gens se contenteront a payer endedans 1'an sans frait; semblablement ungne aultre partie de Xllm £ en argent et XXIIIIm £ en draps. Depuys est dict: commissaires seront ordonnéz pour traicter de donner, moitié en argent et moitié en marchandize. 461. R. 12 juli. — Résolu d'escripre a chacun des Estatz et provinces de par la Généralité de vouloir vendre rentes tant viagières que aultres, pour faire amasse de deniers et qu'ilz se veullent particulièrement laisse(r) obliger aux rentiers vers telz que vouldroient choisir, a condition d'estre indemnéz par la Généralité, et que l'on requerra Son Altèze vouloir eseripre lettres en conformité ausdicts Estatz et chacun d'eulx en particulier. 16 Juli werd naar aanleiding van een brief van Pierre Blom beschikt: hem, evenals vroeger, te schrijven, dat ldj niets krijgt om de groote „faulte qu'il a faict aux Estatz, ayant promis lenr faire avoir V a VIm daelders, et n'en a faict quelque debvoir" (B. i. d.)*). 16 Juli: naar aanleiding van den brief van Liedekercke van 14 Juli een brief van aanbeveling aan don Jan te schrijven voor Angelo Bergamo. — Besloten werd, dat „les Estatz particuliers" zouden schrijven aan hunne meesters, om voor eenigen tijd geen lijfrenten meer te verkoopen, maar dat de Staten-Generaal „s'en serviront de vendition de telles rentes". — Toegestaan Grobbendonck te behandelen volgens zijn geschrift, „pour esté imdemné de Thomas Balbany de la somme dellmIII0 XXV £" (B. i. d. p. p.). 462. R. 20 juli. — Sur le raport, faiet par le Sr. de Liedekercke et Abraham de Hertoghe, commis pour traicter en Anvers avecq aulcuns marchantz a trouver argent, messieurs sont résolu d'accepter la partie d'achapt des rentes viagières au denier six a ungne vie pour la somme de deux ou troys cent mille livres arth., selon que aulcuns Italiens désirent achapter sur lettres de rente, a dépescher par la Généralité, contenantes clause que chacun des Estatz sera tenu pour le tout avecq clause de rénuneiation du droict de division et aultre clause non déclarée: sy avant qu'elle ne soit préjudiciable aux Estatz, bien entendu que les Estatz Généraulx passeront ung acte, par laquelle ilz accorderont que ceulx quy seront exécutéz en particulier, pourront user le mesme moyen prompt d'exécution vers les aultres saulff leur quote; néantmoings ceulx de Lille Douay et Orchies; Namur, Tournay et Tournesiz déclairent n'avoir charge d'acorder la clause: et chacun insolidum et chacun pour le tout, combien que le pensionaire de Tournay dict avoir désia escript pour induire ses maistres a consentir. 463. R. 21 juli. — Messieurs ont aecordé les obligations sur les Estatz Généraulx, contenantes la clause, comme hier a esté résolu, non obstant les difficultéz, derechieff représentées par ceulx de Lille, Douay et Orchiez, Tournay, 1) Deze 2 woorden zijn overbodig. 2) 16 Juli is sprake van een request van Jean van Efferen, heer van Stalborg, compagnon van Blom (R. i. d. en p. p.). Geldmiddelen 1577. 448 Tonrnesiz; et pour 1'acte de 1'indemnité, conceue par le docteur Sille, a le pensionaire de Namur déclaré se conformer avecq la piaspart des Estatz. Estans leues les parties de deniers, traictées par les commis, le Sr. de Liedekercke et Abraham de Hertoghe, en Anvers pour les Estats Généraulx, il est résolu, comme s'ensuyt: Premièrement sur la présentation, faicte aux Estatz Généraulx de la part de Christoffle Haghenboucher de furnir la somme de IIIIm £ arth. en deniers clers et en debtes de Sa Mtó. de XXXIIm £ ou XLm £ arth., soubz obligation de chascune province, a distribuer entre eulx selon leur quote ou portion a 1'intérest de IX ou X pour cent par an, que l'on traictera avecq Monprot, lorsqu'il comparera en présence des Estatz Généraulx et qu'il aura charge absolute de ses maistres. Secondement sur la partie de Pierre Donnel quy offre de furnir la somme de IIlIm £ ponr le terme d'ung an, seavoir II mille £ en marchandize au(x) capitaines, estans en Anvers, sans intérest et aultres deux mille £ en argent a raison de X pour cent, moyennant obligation particulière des quatre membres de Flandres que ceulx de Flandres accordent, et seront employéz pour le licenciement du régiment de Cerff, et sy c'est sur les XXVm £ de Flandres, ne seront dépesehées lettres d'indemnité. Aultrement se feront lettres d'indemnité a 1'advenant des quotes. Tiercement Franchoys de Wintre óffre la somme de IIIIm £ soubz condition précédent* moyennant obligation particulière des Estats de Brabant et défalcation de VP £, par luy prestéz ausdicts Estatz, datées troys annés encha. Touche a ceulx de Brabant. Quartement quant a Gille de Ponte quy consente furnir IIIIm £ arth. en clers deniers et aultres IIm £ en marchandize au contentement des capitaines soubz obligation des Estatz de Haynault. Comme au IP article. Quartement (!) touchant Daniël Rintsvleisch quy offre furnir VIm £pour six moys a Y pour cent soubz les obligations de ceulx de Haynault et celle du commis De Hertoghe pour IIm £ et a condition que les Estatz de Brabant le assistent de LXII £ de gros de Flandres, par luy prestéz pour troys années, ceulx de Haynault furnirout leurs obligations pour VIm £ arth. et seront indemnéz par aultres Estatz a rate des quotes, sy avant que ce ne soit ponr sommes désia accordées. Et de LXII £ de Flandres les Estatz de Brabant furnirout soubs lettres d'indemnité de ceulx d'Anvers. Quintement (!) touchant Guillaume Luchtmakere, présentant en draps de soye au contentement comme dessus, seavoir des capitaines d'Anvers, ponr IXm £ sans intérest pour VI moys soubz 1'obligation des Estatz Généraulx. Ceste partie s'accorde soubz obligation des Estatz Généraulx en forme ancienne sans la clause de 1'ung pour 1'aultre, moyennant qne le marchant donne terme d'ung an. Septement pour la partie de Vincent de Smet le jeusne et Joisse van den Steere, consentans prester IIIIm £ et continuation d'aultres six mille £ soubz obligation des Estatz de Brabant a rate de X pourcent par an pour six moys saulff assignation pour leur seureté sur les moyens généraulx. Touche a ceulx de Brabant; messieurs de Brabant se contentent. D'aultre part touchant ce que Jan Bellcron se contente furnir comptant XHm £ pour neuff moys sans intérest soubz obligation des Estats d'Arthoys, 449 Geldmiddelen 1577. attendu le refuz d'Arthoys, l'on advisera de contenter les marchantz d'obligation des Estatz Généraulx. Le mesme se contente de furnir en marchandisez au contentement des capitaines et soldatz pour la somme de XXXm £ ou XXVm ou XXm £ pour neuff ans sans intérest et obligations des Estatz 1) susdicts. Idem ut supra. Et quant a Henry Henricxsse de Boisleduc quy offre furnir en deniers XXXm soubz obligation des Estatz Généraulx pour ung an de dix pour cent et aultres XXXm £ en marchandise de linge au contentement des capitaines et soldats a Boisleduc, acceptent les Estatz ces parties soubz obligation d'iceulx Estatz comme dessus. Quant aux rentes viagières, requises par plusieurs Italiens, jusques au capital de IIcm£ arth., l'on verra la minute que formeront ceux de la Chambre des Aydes. Quant au droiet de courtaige, il se remet a la discrétion des mess™, les commis. Quant an cent mille livres arth., offert par Gramayen en rente le denier XII et a une vie VI et a deux vies au denier VIII, ordonné de faire le plus grand proffict des Estatz comme dessus. 464. B. 23 juli. — Messieurs, ayans oy ce que mons'. de Grobbendonck a proposé alendroit de venditions des rentes viagières jusques a VIm £ arth. en capital, ont consenty et consentent par cestes soubz 1'acte d'indemnité, proiecté par le docteur Sille, seavoir que, en cas que quelque estat fusse exécuté pour le tout, il pourra avoir le recouvrement sur ung aultre, le tout saulff sa quote, mais néantmoings les députés des Estatz de Lille, Douay et Orchies, Tournay et Tournesiz ont protesté, comme aultresfoys ilz ont faict, que leur povoir ne s'extend sy avant. Résolu que les Estatz particulières ne pourront vendre rentes viagières au denier VI a ungne vie si longuement que les Estatz Généraulx seront servies de VIcm £ arth. par vendition de telles rentes viagières au rachapt le denier VI, lequel achapt aulcuns marchantz selon le raport du Sr. de Grobbendonck sont d'intention de faire bientost. Et néantmoings sera permis ausdicts Estatz particuliers vendre rentes viagières au denier VII ou VIII a ungne vie ou IX ou X a deux vies et rentes héritables suyvant 1'octroy que lesdicts Estatz ont. 465. R. 24 juli. — Conclud que monsr. de Liekercke et De Hertoghe se transporteront incontinent en Anvers pour achever ce qu'ilz ontencommenché a traicter avec les marchantz pour trouver argent, et que la commission du frère de monsr. de Grobbendonck de conduire les finances des Estatz Généraulx avecq Michil van Breen demourera en son vigueur et a eulx délivré leur commission et que, cependant que ledict frère ne soit de retour, lediet Sr. de Grobbendonck fera le debvoir et astheure achèvera les parties de rentes de IIC m £ arth. en capital et aultre partie de rentes viagières jusques aVIom£ arth. en capital. 466. R. 7 augustus p. p. — Conclud d'envoyer lettres a monsieur de Liekercke *) et Michiel van Breen de praticquer incontinent sur la Généralité la somme de 1) In margine hierbij: „Arth(ois)". 2) Deze kreeg 26 Juli 938 p. 9 s. art. aan vacatiën toegekend volgens bet advies van de Kamer der Beden, dat 25 Juli op een request van Liedekercke gevraagd was (R. i. d.). 29 Geldmiddelen 1S77. 450 XXX ou XL"1 £ arth. pour les employer et couvertir aux debtes contractées, tant pour aulcuns pouldres que pour le deffroyement de mons1. le Rhme. de Liège at des ambassadeurs et subdéléguéz de 1'Empereur. 8 Augustus: aan Champagney te Antwerpen te schrijven, om met alle middelen een aanzienlijke som te leenen, „soit par 1'amiable voye ou aultrement, comme il trouvera convenir", van de kooplieden der verschillende natiën, die vroeger „an desservice dn pays" geleend hebben (R. i. d.). 18 Augustus: gelast de drie obligatiên volgens „la mémorie et signature" van Michiel van Breen te hernieuwen (R. i. d.). 16 Augustus: Havré met Meetkercke gecommitteerd naar Brugge, om geld van de kooplieden te leenen, „soit par voye amiable ou aultrement"; vandaar te gaan naar de Staten van Artois volgens de hun gegeven instructie l). — Voor hetzelfde doel gingen Liedekercke en Rouck naar Antwerpen (R. i. d.). 16 Augustus rapporteerde Rouck over „ce qu'il a exploité en Anvers", wat hij daarna op schrift inleverde. — Besloten werd gecommitteerden naar Antwerpen en Brugge te zenden, om op alle mogelijke wijzen geld te leenen; wilden de kooplieden niet „entendre par bonne voye, qu'on y procédé ung peu extraordinairement, en leur donnant intérest raisonnable et bonne hypothecque. Depuis nihil qnout antea". — Besloten werd de negotiatiën van Liedekercke en De Hertoge zoo in lakens als in geld te Antwerpen aan te nemen (R. i. d.). 17 Augustus werd de griffier gelast de apostilles der Staten op de memorie en instructie voor Rouck van wege Bourse en Liedekercke te teekenen *) (R. i. d. p. p.). 467. R. 18 augustus. — L'instruction, dressée sur le Sr. de Liekercke, recepveur De Rouck et le recepveur Nyverzele pour besoingner en Anvers sur le faict de deniers, a esté après lecture et examination arrestée, nonobstant ce que le pensionaire d'Anvers, Gilles, a remonstré au contraire. Deze instructie *), die staat op naam van Liedekercke, Oudart en Rouck, luidt in hoofdzaak als volgt: 467a. 17 augustus. — Premiers se trouveront erf toutte diligence en ladicte ville d'Anvers dev(e)rs ceulx du magistrat illecq, ensembles vers tous aultres magistratz ou que besoing sera, leur délivrant lettres que lesdictz Estatz escripvent a la fin soubzscripte que contiennent crédence. [Moeten wijzen op het van wege don Jan dreigende gevaar. Nu geld noodig.] Et estants lesdictz Estatz totallement despourveuz de deniers, ne S9avent plus prompt remède pour prestement et avant la main en furnir que par forme de prest, & faire par 'les particuliers personnes et marchans, tant estrangiers que bourgeois, manuans et inhabitans de chascune ville desdictz pays et les ressortz d'icelles. Et comme le magistrat de chascune desdictes villes doibt avoir bonne congnoissance de la quantité et faculté desdictz marchans, inhabitans et man- 1) In plaats van Havré, wiens aanwezigheid te Brussel vereischt werd, werd 18 Aug. Fresin gecommitteerd voor de zending naar Artois (R. i. d.). — Zyne instructie van 22 Aug.: Actes, n°. 737. 2) Zie ons n°. 475. g} ^tai* 3) A. G., Aud. 652, foL 96. 451 Geldmiddelen 1577. nans *) audict magistrat d'Anvers et d'ailleurs de leur donner tous telz personnes qu'ilz scavent en icelle ville et ressort d'icelle, ayans faculté et moyen de furnir quelque somme, principallement ceulx qui se meslent de débailler leur argent a fraict et intérest. Lesquelles personnes ainsi dénomméez ou aultrement par lesdictz députéz congneus, iceulx députéz manderont vers eulx en présence d'aulcuns des plus notables du magistrat, sy besoing soit ou aultrement, comme ilz trouveront plus convenable. Lesdictz personnaiges estans devers eulx, leur remonstreront en effect ce que dessns, meismes qne sans leurs promptz moyens il n'est possible de empescher la destruction et ruyne générale bien apparente de ces pays. Que partant ilz s'eslargissent, en tant que en eulx sera et selon la faculté et puissance que Dieu leur a presté, libérallement, réallement et de bonne et sincère affection et ne se facent trop payer d'une chose tant équitable et que réussira a leur bien particulier, meismes que par la se conservera la Généralité, estant peu de chose qu'ilz y donnent on prestent du leur en respect de la vie que ceulx qui en doibvent estre soustenuz, sont prestz a offrir pour la salve(r) en général. Et néantmoins que pour Passenrance de leurs prestz on leur donnera obligation desdictz Estatz Généraulx ou particuliers de quelque proyince appart. Oultre et pardessus ce pourront lesdictz S™. députéz promectre intérest raisonnable et tel que se paye conununément a ceulx qui aultrement n'y vouldroient entendre, s'entendant que la coeuille desdictz deniers se face au moindre intérest et faict possible, non excédant douze pour cent. Et oü il se trouveront aulcuns desdictz marchans estrangiers, naturelz, bourgeois, mannans, inhabitanz ou aultre de quelque qualité ou condition qu'il fust, estans accoustuméz de faire marchandise de deniers et donnans leur argent a fraict et intérest, qui, nonobstant les raisons susdictes, ne vouldroient entendre a faire le debvoir au furnissement susdict et que néantmoins on congnoistroit asseurément en avoir bon moien et qu'ilz en fussent (L fissent) refus ou dilay par avarice particulière ou bien pour avoir opinion ou affection sinistre et non saine a la commune cause, pourront lesdictz S™. députéz user de constraincte et de telz faire recherche plus particulière de-leurs moyens et, selon qu'ilz trouveront leurs facultéz, les mectre a quelcque quote et sOmme raisonnable, n'estant chose nouvelle et hors de raison qu'en une tèle extrémité et pour conserver le général, on use vers telz particuliers d'ung peu d'extraordinaire, touttesfois 1'excusant ung peu, sy faire se poeult, y usant de toutte discrétion possible et ne mectant lesdictz moyens extraordinaires en exécution que par nécessité. Le meisnie que dessus se pourra practicquer vers les abbayes, cloistres, monastères,* colléges, eonfraries et semblables, tant ecclésiastiques que séculiers soubz ladicte ville d'Anvers, district d'icelle et aultre part. Et pourront lesdictz S™. députéz adjouster ausdictz remonstrances et persuasions la sincère affection et libéralité incroyable que ceulx de Bruxelles par dessus tous aultres ont usé en ceste cause, n'ayans espargné moyen queleoncque pour y subvenir, comme encoires ilz font continuellemènt, y ayans pardessus touttes leurs sollicitudes désia furny la somme de deux eens mille florins ou environ. ■1) Hier schijnen eenige -woorden weggevallen. Geldmiddelen 1577. 452 22 Augustus werd Guillaume van der Beken gelast aan den tresorier-generaal Van der Beken te leveren „les deniers, contenuz et mentionnéz au blancq de cestes, portant XXITm £ arth." ') (R. i. d.). 468. R. 24 augustus. — Monsr. le Comte de Boussy est commis ponr négocier sur le faict de 1'argent, venu avecq la flotte de Portugal. De instructie -) luidt als volgt: 468a. 24 augustus. — S'emploira ledict S*. a 1'assistence des S™. Baron de Liedquercke, conseillier Rouck et ceulx du magistrat de ladicte ville, affin que par tous moiens possible(s) 1'argent, arrivé avecq la flotte de Portugal *), puist tomber au service des Estatz soubz bonne asseurance, tant des deniers capitaulx que fraict que sera pour ce donné aux marchans par lesdictz Estatz, conformément 1'instruction qu'en ont lesdictz Sn. Baron de Lidquercke et Rouck. De mesme fera tous bons debvoirs et offices pour recouvrer et practicquer autres deniers, a 1'assistence desdictz Srs., du Fougger et de tous aultres bons et puissan s marchans et bourgeois de ladicte ville ensuyvant aultre instruction desdictz Srs. des Estatz, despeschée ausdictz de Lidequerke et Rouck. Fera aussy tous debvoirs selon 1'intention desdictz Estatz, affin que le desmantelletuent dudict chasteau et retraicte des soldars, estans en garnison en icelluy, soyt bien effectué sans aulcun désordre. Et pour aultant que, faisant ledict desmantellement, convient pourveoir a la sceure garde de ladicte ville, s'empliera aussy ledict Sr. Conté, affin que la bourgoisie soyt bien polieé et repartie par enseignes et compaignies selon 1'ordre qu'il scet convenir, le tout avoecq ledict de Liedquerke, commis a la snperintendence de ladicte garde. De mesmes prendre bon regard a la fortification pour 1'adjonction que se doibt faire du costel de la citadelle. Finablement communicquera ledict Sr. Conté avoecq le facteur du Roy de Portugal sur le contenu de sa requeste, présentée aux Estatz le XXIIIP de ce mois d'Aoust, pour après en advertir les Estatz et résouldre 3). 469. R. 27 augustus. — Messieurs ont authorisé ceulx de la Chambre des Aydes a procurer en toute diligence deniers jusques a XXVIII ou XXIXm £ arth. et en dessoubz, soit soubz obligations des Estatz ou rente, avecq promesse de leur faire rembourser des premiers deniers que viendront ens, et signament de XXIX £ arth. que les Estatz de Lille, Douay et Orchiez doibvent aux Estatz Généraulx. 470. E 28 augustus p. p. — Sur certaine remonstrance, faicte par les députéz de quatre membres de Flandres, que les marchans d'Anvers ne vouloient recepvoir leurs cinq obligations, portans a neuff mille florins, passées en leurs privéz noms, ne fut que lesdicts députéz se feissent fort desdicts quatre membres de Flandres, leurs maistres, a esté ordonné que messieurs les Estatz reseripveront ausdicts de Flandres, leur remonstrant que leur(s)dicts députéz pour urgente nécessité se seroient obligéz vers les marchantz dessusdicts pour 1) Het is niet met zekerheid te zeggen, of dit een leening betreft. 2) A. G., Aud. 661, fol. 31. 3) Cf. hiervóór, p. 170, 321 en 375, noot 3. 453 Geldmiddelen 1577. la somme que dessns, en eulx faisans et portans fort de leursdicts maistres, requirant de vouloir agréer lesdictes obligations. Denzelfden dag werd besloten het ontwerp-plakkaat over de geldleening, gemaakt door de Kamer der Beden, aan Liedekercke en Rouck te zenden, om met de magistraat (van Antwerpen) advies te geven. — De brief van „Henrick" Montprot, facteur der Fuggers, werd om advies aan de Kamer der Beden gezonden (R. i. d.). 471. R. 31 augustus. — Re'solu d'escrire lettres de reucharge aux S™. de Liekercke et le recepveur De Rouck, mesmes pour suyvant leur instruction practicquer que plusieurs marchantz et bourgeois, n'ayans moyen de prester, donneront leur crédit a ceulx quy ont argent. Deze brief aan Liedekercke en Rouck J) luidt als volgt: 471a. 31 augustus. — Messieurs. Comme après la sortie de la garnison de Ia citadelle d'Anvers nuls deniers ne se sont peu recouvrer bonne somme 2), qui auront causé ce que l'on auroit esté plus enclins a faire sortir ladicte garnison, se confiant aux promesses et asseurances des marchans, mais attendu que iceulx ne (se) sont voulu acquicter de leurs promesses, a celle fin vous requérons bien instament par ceste que ayez a besoingner selon vostre instruction pour par tous moyens possibles trouver argent pour survenir a noz nécessitéz tres urgentes du temps présent, mesmes sur le crédit des particuliers lesquelz seront indempnéz par les Estatz, puisque les aydes demandées sont ia accordées de la pluspart des provinces et en eest endroit user de pouvour, donner (1. du pouvoir, donné) par ladicte instruction, par 1'intercession et auctorité du magistrat, lequel debvra prendre regard a ce, combien la chose peut importer, attendu que pour 1'expiration du temps bonne somme est deue aux régimens de messieurs d'Hierges et Megen. 472. R. 1 september p. p. — Résolu d'accepter ungne partie de IIIm £ arth. de Aarth Memskens Roeloffz en linge et aultre marchandise au contentement des soldatz et ungne aultre de semblables quatre mille livres arth. de Perine Barthelomeeus, aussy en draps et linges, pour estre rembonrsé endedans IX mois sans intérest, moyennant qu'elle(s) soyent asseurées par lettre de Simon Bacx sur les deniers des consentementz, faictz par les Estatz de Brabant, bien entendu que les Estatz Généraulz indemneront ceulx de Brabant, ou que cédera telle somme en diminution de ce que ceulx de Brabant doibvent. 473. R. 2 september. — Résolu de donner commission a monsr. de Liekercke et recepveur De Rouck pour povoir tauxer aus3y bien les inhabitans d'Anvers a prester argent, aussy bien ceulx quy n'ont accoustume de donner leur argent a fraict que ceulx quy coustumièrement donnent leur argent a fraict. D'escripre lettre que les lettres de change de Jean , payables le XX6 d'Aoust, deuez a Petro Malavenda, de mille deux cent soixante treize escuz et XVII s. ne soyent encoires furnies, ains le payement différé, tant que aultrement en Soit ordonné. 1) B. B. B., ms. 7199, fol. 311 (2« pagineering). 2) Of „nuls deniers" of „bonne somme" ia overbodig in den xin. Geldmiddelen 1577. 454 474. R. 7 september. — Geresolveert zekere commissie opten heere van Liekercke ende den rentmeestere Royck, om geit te practizeren op interest met Janen Santvoirt, Janen van Roode, Peeter Arnoult, aelmoessenier geweest hebbende, Wouter Serroyen, heere van Schelde (?), ende Valerius van Daeleu ende die treffelijck te taxeren, ende deselve taxatie .met discretie te doen executeren. - Ende boven desen is gecommitteert ende geauthoriseert den heere van Champaigny om te saiseren de comptoiren van de Italiaenen ende Spaengnarden al op eenen dach, zoe van Antwerpen als Brugge, om by sulcke middelen hen te bedwingen tot furnissemente van penningen, den lande nootelnck, op interest. Le Sr. de Henin est commis pour se trouver a Bruges, affin d'effeetuer la commission de practicquer argent. 475. R. 10 september p. p. — Sur la requeste de Loys Peres, marchant, résidant en Anvers, est dict qu'ilz persistent en la résolution, auparavant prinse et envoyé a monsr. de Champaigny pour Anvers et Hennin pour Bruges, et suyvant icelle se saisir des lettres de change de quatre mille escuz, mentionéz en ceste requeste. 11 September besloten de Staten de door Liedekercke en De Hertoghe genegotieerde partijen laken aan te nemen (R. i. d.). Denzelfden dag werden de apostilles op de „mémoire et instruction" van Rouck ') (hiervóór, p. 450) vastgesteld: 476. R. 11 september. — I. Cest article touchant en particulier les Estatz de Brabant, auaquelz lesdictz Estatz Généraulx requièrent de y pourveoir promptement. II. Que l'on envoyera aulcuns députéz de la part des Estatz Généraulx vers monsr. le chancellier de Brabant, affin de obtenir lettres exécutoriales, icy requises, et ad ces fins concepvra incontinent une requeste avecq les meilleurs raisons que l'on poulra mectre en avant. III. L'on faiet assez démonstration de guerre par les actes d'hostilité, monstrées par Son Altèze, et 1'amas de gens de guerre de tous costelz. I. En premier lieu il convient sur tout de mectre en exécution les moyens généraulx, affin d'asseurer ceulx qui donneront lenr argent, et leur faire rembourssement. II. De dresser exécutoriales sur ceulx qui par les commissaires sont esté tauxéz en Anvers, clausulant les raisons légitimes etc. III. Item incontinent déclairer a don Jehan la guerre ou Ia paix, affin qne chascun scache, comment il s'aura a rigler et se conduyre. 1) A. V. Ypres, port. 23B. — I. m. van het door ons weggelaten opschrift van het volgende stuk staat: „Ces articles ont esté visitéz en 1'assemblée des Estatz Généraux et a chascun d'iceulx permises les apostilles que s'ensuyvent, le Xle de Septembre 1577". 455 Geldmiddelen 1577. IIII. Advis de messieurs du magistrat d'Anvers pour, icelluy veu, estre ordonné, comme l'on trouvera convenir. V. Semble aux Estatz Généraulx que l'on debvra mectre ordre de continuer la charge au Sr. de Liedekercke, a Michiel van Breen, au Sr. de Grobbendoncq, Guillaume de Bouck, pour effectuer les cottisations, et a Jehan Matthy ssen et clore la main aux aultres, et signamment a Frédericq van de Sande, et de donner charge audict Sr. de Liedekercke de reprendre les commissions aux députéz lesquelsrendront compte de leur adruinistration la, oü et quant ilz seront semons (?) de la part desdictz de Liedekercke et De Bouck. VI. II semble ausdictz Estatz raisonnable que le contenu en eest article soit effectué et que a eest effect lettres soyent escriptes a ceulx de Bruges et aux tollenaers de Gravelinges et aultres, mesmes exécutoriales IIII. Aussy de publier que — en regard a la présente coniunctnre — toutes personnes suspectz sortent et vuydent le pays pour le temps d'ung an, y laissant leurs biens, et que pour obvier a plus grandz inconvéniens et ne bailler occasion a la commune de user aultrement qu'on ne vouldroit que personne, tant marchant que aultre, ne poulra recepvoir, loger ou retenir en leurs maisons ou aultrement, tant dedens que dehors la ville, aulcuns qui pourroyent estre coulpables des pillaiges et sacq passéz ou suspectz d'avoir (1. de n'a voir?) favorizé ou favorizer a la patrie. Et a ceste fin ordonner tant aux Espaignolz, Italiens et Portuguez qu'ilz ayent a livrer es mains du Baron de Liedekercke ou a ceulx qui sont commis a son assistence, les noms de ceulx qui sont rescéants dessoubz leurs nations, lesquelz ilz treuvent de n'avoir (1. d'avoir) part audict sacq ou ne portent faveur a la patrie, ensemble de ceulx qu'ilz tiendront suspectz desdictz mesuz, tout sur paine d'estre réputéz et puniz comme leurs faülteurs. V. Qu'on n'employe pas tant de gens a 1'endroict de la levée des deniers pour messieurs les Estatz lesquelz ou par leur peu de practicque ou crédit qu'ilz ont, ne servent que a grande desréputation desdictz Estatz et diminution de leur crédit, meslantz mille ordures et intollérables conditions parmy leur contractation, laissans trotter es mains de tout le monde les obligations, a ceste fin leur bailleés. VI. Ledict De Rouck demandera ordonnance des Estatz pour le faict des passeportz des houblons en conformité des lettres et mémorial, sur ce naguerres y envoyéz, pour sa descharge de la promesse, tant par luy que le Baron de Liedekercke faicte pour le service des Estatz. Geldmiddelen 1577. 456 envoyées a ceulx qui ont obtenu les passeportz, passéz soubz caution, et de faire renouveller la publication des placcarts, a durer jusques ad ce que les deux passeportz, obtenuz par Herman van Gapenberge et Marcus Ninnius, soyent acompliz, le tout sans préiudicier aux privileges du pays de Flandres. VII. Advis de messieurs du magistrat d'Anvers et néantmoins tenir pour déportéz dès maintenant les estrangiers, icy dénomméz, et cependant deservira l'estat par provision Valerius, cy dénommé, soubz telle instruction que luy sera délivrée. VII. II sera fort requis pour le service de la patrie et plusieurs respectz que ledict De Rouck déclairé de bouche ausdictz Estatz qu'on déporte de sa charge Diego Goncales Gante et son substitut Jheronimo de Zotto, Espaignol, et ledict Gante secrétaire du Duc d'Alve, ayans administration pour tenir contrerolle de tous les marchandises qui vont et viennent dens et hors de ce pays par forme d'asseurance, eten ce lieu commectre Valerius van Dale, homme de bien, riche bourgeois de la ville d'Anvers et trés bon patriot. VIII. Et ne sera que bien que les Estatz ordonnent a ceulx du magistrat de la ville d'Anvers que toutes offices qui sont esté conféré indeuement, pendant que les Espaignolz ont tenu le chasteau et ville d'Anvers depuis le IIII8 du mois de Novembre dernier passé, soient casséz etanichilléz, en pourvoyant par ceulx dudict magistrat des aultres non suspectz, idoines et qualifiéz personnaiges. IX. Item déclairé ra ledict Rouck que les S*. prélat de S'. Gertrud, Conté d'Egmont, les Barons de Heze et de Liedekercke sont bien d'advis qu'on procédé a la tauxation d'aulcuns inhabitans de ladicte ville suyvant le cobier qu'il en exhibera a mesdictz S™. des Estatz, et de ceulx qui après on y poulroit encoires adiouster, et que 1'ondélibère sur la forme d'exécution at le placcart, sur ce a publier. X. Et comme il y a certaine dispute entre les secrétaires de Ia ville d'Anvers et le Baron de Liedekercke, seavoir qui donnera les passeportz,il semble que, puisque 1) Aan het einde der apostilles: gearresteerd ter Staten Generaal 11 Sept. 1577; get. C. Weellemans. VIII. Soyent escriptes lettres de la part desdictz Estatz Généraulx audict magistrat d'Anvers, affin que le contenu de eest article soyt accomply. IX. Fiat en conformité de eest article. X. Advis du magistrat d'Anvers pour, icelluy veu, estre ordonné comme l'on trouvera convenir 457 Geldmiddelen 1577. lediet S\ Baron est superintendent de la garde de ladicte ville, qu'il doibve bien avoir 1'auctorité de donner par luy seul les passeportz, addressans aux gardes des portes, qnel personnes et biens ilz debvront laisser passer, d'aultant qu'il en doibt respondre. 477. R. 12 september p. p. — Ordonné au greffier de signer la requeste des Estatz, dressée au Conseil de Brabant, pour exécutoriales sur les bourgeois d'Anvers; sur quoy le pensionaire d'Anvers a protesté, d'aultant que ce seroit contre les privileges du pays de Brabant, contre la pacificatión et Union, sans que encoires il appert du refuz ou d'aultres pointz, contenuz en 1'instruction, donnée au S*. de Liekercke et recepveur De Rouck. 16 September beloofden de gedeputeerden van Lille, Douay en Orchies hunne particuliere obligatie voor 15.388 p. 17 s. 6 d. tegen indemniteitsbrieven der StatenGeneraal (R. i. d. p. p.). 478. R. 17 september. — Le recepveur De Rouck et greffier Barlicom sont commis pour ses trouver en Anvers avecq les lettres de schange, estans soubz eulx, tant de XXVm ducatz que plusieurs aultres sommes, pour practicquer 1'argent d'icelles vers les débiteurs, soubz promesse de raisonnable intérest et de les indemner vers les crediteurs et tous aultres intéresséz. 479. R. 18 september p. p. — Ordonné a Anthoine van Male de délivrer les lettres de schange avecq le recepveur Rouck et Barlicom pour en user selon leur commission. 19 September: te schrijven aan de vier leden van Vlaanderen, om hunne particuliere obligatiên te willen geven voor zekere geldsommen in mindering hunner quote van 2 millioen en hiertoe de gedeputeerden van Vlaanderen te machtigen (B,. L d. p. p.). 480. R. 20 september — Résolu que le trésorier Van der Beken reeepvra 1'argent et aultres meubles quy vient de Paris et arresté par le bourgeois de Bruxelles, en présence de deux eschevins de Bruxelles et ung de la Chambre des Aydes, et est 1'intention des Estatz de s'en ayder dudict argent par prest, en baillant raisonable intérest. 481. R. 21 september. — Résolu d'envoyer au Sr. de Liekercke et recepveur De Rouck en Anvers les XX lettres de change, revenans a XIII mille IIP XX daelders, trouvées entre les papiers du secrétaire du Comte Otto van Schouwenberch, arrestées en ceste ville par mre. Iaspar Piere. Résolu d'escripre lettres aux députéz d'accélérer leur négociation et leur envoyer copie des lettres des 8"., estans au camp 2), et d'envoyer le Sr. Thobias de Cherf en Flandres •). 482. R. 24 september. — Sur le raport de messieurs les Comtes d'Egmont et de Boussu *) et du recepveur De Rouck touchant leur besoingné, faict en 1) Ter toelichting zie ons n°. 483. 2) Bedoeld moet wezen: Actes, n°. 809; Buil. II', 330. 3) Zie over de laatste nader de 2e afdeeling dezer Rubriek. 4) Alsvoren op 18 Sept. Geldmiddelen 1577. 458 An vers, est résolu que mesdicts Srs. députéz induiront ou escripvera (1. escripveront) lettres derechieff les deur derniers membres d'Anvers de se vouloir conformer a la bonne intention des Estatz et que l'Excce. de monsieur le Prince d'Orainge escripvera ausdicts deux membres lettres de recommandation. 25 September: aan Valenciennes te schrijven, om aan den „maitre de la table de prest" de door hem verschoten 2534 p. 17 s. terug te betalen op afrekening van de quote der stad (R. i. d.). 483. R. 26 september. — Quant a la requeste de Hubert van de Wiere et Christien Goethals, marchants d'Anvers, est dict: ayans oy les supplians par serment par lequel ilz ont affirmé que ilz n'ont envoyé or ny argent en France que les un ziens (!), trouvéz es deux panniers saisiez, leur appartenant, et provennant de ventos de tailles, par eulx faictes a Paris, ont les Estatz aecordé aux supplians la mainlevée, par eulx requise, ordonnant a Van der Beken et tous aultres de faire et laisser ausdicts supplians suyvre leur argent et bardes. 484. R. 29 september. — Aecordé d'escripre lettres au maitre de monoyé a Bruges d'envoyer les III ou IIIIm £ arth., y estans pour les droitz de réserve, nonobstant interpellations des ceulx de Finances au contraire. Et semblables lettres a ceulx du magistrat dudict Bruges. 485. R. 4 octobee. — Messieurs accordent aux S™. des Finances acte d'indemnité pour les LVIIIm que l'on entend de faire venir ens de la recepte du demaine de Lille par moyen de la Chambre illecq. 486. R. 11 october. — Sur la requeste de ceulx de Breda est appoincté que, considéré que les Estatz ne sont présentement furniz d'argent, les suppliants pourront trouver argent sur Pobligations (!) des Estatz et seront les Estatz contentz de porter 1'intérest jusques a la raison de douze pourcent a 1'an et donner nouvelles obligations, s'il est besoing. 487. B. 19 october. — Quant a la requeste des bailly et eschevins de deux bancqz et notables de la ville de Gand, par laquelle ilz requièrent octroy pour povoir charger la ville jusques a XXXm florins par venditon de rentes, soit au denier XVI, XIII ou XII, et rente viagière au denier X a deux vies et le denier VIII a ungne, si besoing est du moings, au moindre frait que faire se peult, le tout par consentement de ceulx du Conseil de Flandres, eeclésiastiques et aultres de la ville, est dict: fiant brieven van consente ende ottroy als worden versocht. 20 October: te schrijven aan den ontvanger der abdjj S'. Vaast te Atrecht, om 9000 daalders te leenen, waarmede belast is de pensionaris van Douay; evenzoo aan prior en religieusen (R. i. d.). 488. R. 23 october. — Que on escripvera a ceulx de Flandres, affin que leur plaise accorder leur signature pour le tiers de HIP* (m), pour paier a Baptiste Spinola 1) au nom des Estatz de Brabant semblable somme, paiable le 15 de Fébvrier, affin que les Estatz soient serviz dudict Spinola de XXm daelders, pour estre emploiéz au waertgelt de Vm chevaulx, les trois mille sur Casimir 1) 30 Sept. was een memorie van dezen gesteld in handen van de Kamer der Beden (R.i. d.). 459 Geldmiddelen 1577. et deux mille sur Swartzenburgh, et le mesme seroit faict pour Artbois, Lille, Douay et Orchies. Sur ce que mr. Jean Gilles a remonstré que 1'archevesque de Cambray a faict donner pour leur argent (1. faict devoir pour lever 1'argent *)) et joyaulx de 1'église a Nre. Dame de Haulx, est résolu de y envoyer député avecq instruction ponr lever ledict argent et ioyaulx 2). De bovengenoemde brief aan Vlaanderen is gedateerd 26 October 8). Er blijkt nog nit, dat Spinola den Staten ƒ300.000 4) voorgeschoten had; dat het aan Vlaanderen in obligatiên verzochte bedrag bedroeg ƒ26.676 12 st. 4 d., betaalbaar 15 April a. s. 5); dat Srabant bereid was „contre-obligations" aan Vlaanderen te geven en dat de Staten ook aan Vlaanderen wilden toestaan het bedrag van de quote af te trekken; dat Spinola de ƒ80.000 beslist noodig had, ook voor zijn eigen crediet; dat het bedrag 1 October vervallen was •). 1 November: octrooi verleend aan Dendermonde, om lijfrenten te verkoopen tot een bedrag van 6000 p. arth. (R. i. d.). 18 November werd besloten de papieren, betreffende „la négociation de Jehan Mathys" 7), te stellen in handen van Provins, Weert en Sille ter fine van rapport. — Op de remonstrantie van Willerval voor de betaling van ƒ1400 aan Jan Francisco Capello 8) beschikt: deze te betalen nit de eerst-inkomende gelden van Lille, Douay en Orchies en Artois; aan Liedekercke en Michiel van Breen te schrijven, om de genoemde som tot betaling van Capello, wien dit ook geschreven zou worden, achter te houden (B. i. d.). 489. R. 14 november •). — Sur la négociation de Jehan Matissen, advisée par ceulx de la Chambre des Aydes, a esté résolu de prendre dudict marchand aultant de drap que convient nécessairement avoir pour les Bas- et HaultAllemans qni sont a casser, et ce soubs 1'obligation des Estatz Généraulx, en cas que ledict marchant se voeille contenter, et pour iceluy induire sont députéz le Sr. de Berkeem (!). 490. R. 15 november. — Résolu de faire délivrer a Jan Mathysens cum sociis obligations pour la somme de cent neuf mille 11° XXII £ X s. XII d., seavoir ungne des quatre membres de Flandres de XLm £ arth., ungne en draps de ceulx de Flandres de cincquante mille livres, ungne des Estatz de Lille, Douay et Orchies IX mille livres et ungne des Estatz Généraulx deXm 11° XXII £ X s. XI d. arth. 491. R. 19 november. — Messieurs ont député le gouverneur de La Briele, Van Vliet, et le docteur Sille pour en présence d'ung eschevin et secrétaire de 1) Deze lezing in S. G. 3. 2) 4 Nov.: te schrijven aan „ceulx de N™. Dame de Hault", om inventaris le zenden „des biens de 1'église, ornemens, argent, monnoye et convertir en plates" (R. i. d.). 3) A. V. Ypres, port. 23B. — Er is geen adres op den brief; de bestemming is echter niet twijfelachtig. 4) Op een andere plaats in den brief is zelfs sprake van ƒ350.000. 5) Dit in onderscheiding van 4e resolutie. 6) Rencharge van dezen brief aan Vlaanderen: 23 Nov. (A. V. Ypres, port. 23B). 7) Een request van hem wordt vermeld R. 5 Oct. 8) Uit R. 24 Nov. bhjkt, dat het bier een geldsom betreft, waarvoor Willerval zich in naam der Staten verplicht had; naar aanleiding van een brief van Capello werd dit besluit toen herhaald. 9) Dit besluit alleen in S. G. 3. Geldmiddelen 1577. 460 Bruxelles et ung des députéz de troys membres de Bruxelles interrogier Jeban Mathysen et Gaultier Serroyen et Abraham de Hertoge *) pour les faictz pour lesquelz ilz seroient saisiz *). 21 November werd op het request van burgemeesters, schepenen en raad van Oudenaarden beschikt: de supplianten te machtigen 6000 p. op te nemen „par levée des deniers de rente", mits óp de gewone wijze rekening doende s) (R. i. d.). 22 November op het request van Jean Matthysen c. s.: acte te depescheeren aan de vier leden van Vlaanderen, dat de som, waarvoor de pensionarissen der vier leden hunne obligatiên beloofd hadden, met de quote van Vlaanderen zon verrekend worden 4) (R. i. d.). 30 November werd op het request van Houfflin en De Hertoghe over de leening van mr. Jean Boisschot beschikt: Boisschot te gelasten te doen blijken, in welke soorten hij de betaling van 650 p., in het request genoemd, gedaan heeft 6) (R i. d.) 6). 16 December werd een brief van Baptiste Spinola7) van 10 December in handen van de gedeputeerden van Vlaanderen gesteld ter fine van rapport (R. i. d.). 17 December werd op het request van schepenen en dekenen van Gent8) beschikt: conform het advies van de Kamer der Beden, den audiencier Pottelsberg te gelasten octrooi te depescheeren „de charger la ville de LXXm £ en capital de rentes"•) (R. i, d.). 1) Een request van dezen werd denzelfden dag in handen dezer gecommitteerden gesteld (R. i. d.). Nog een op 20 Nov. en tevens een memorie van hem en Joris de Deckere in handen van den luitenant-amman van Brussel (R. i. d.). Zie nog R. 26 (2 X), 28 Nov.; 5, ii, i8 (2 X), 19, Si (2 X), 22, 25, 29 (2 X), 30 Dec. 2) In S. G. 3 hierover nog op dezen dag: „Sur Ia proposition, faicte de Ia part des députéz des trois membres touchant la détention d'Abraham de Hertoghe et de Jean Mathisen et que pour de tant plus descouvrir les fraudes, seroit besoing de saisir Conrard de Briel, nepveu dudict De Hertoghe et compagnon au contract, faict avecq Mathysz. et consors, avecq tous ses livres, papiers, raunimens et enseignemens, et ad ce faire commettre aulcuns qu'ilz ont dénommé, a esté advisé de ne le faire en la forme, conceue par lesdicts députéz, mais que seroient par les Estatz escriptes lettres au magistrat d'Anvers pour faire les debvoirs requis iudiciairement et au margrave pour le saisissement, ponr lesquelles lettres faire est cherge donnée a Sille". — En na den middag: „Les députéz des trois membres de ceste ville ont pro posé qu'il est besoing d'avoir quelques députéz avec eulx, pour trouver la somme de 1400 (?) flor. que sont deus aulx Estatz, saulf qu'ilz sont affectéz a 400 flor., et pour rechercher ceulx quy se sont mal acquittéz de leurs sermens et obligations de Sa Ut6., sur quoy les députéz du jourdhies, asseavoir Vliet et Stille, ont esté continuéz en Ia cherge de trouver argent avecq les dessus nomméz". 3) In S. G. 3 hierbij i. m.: „1'octroy est dépesché". 4) Ongeveer in denzelfden vorm komt dit besluit'op denzelfden dag nog eens in de resolutiën voor met de bijvoeging: „et semblablement pour ceulx de Lille" (R. i. d.). 5) 17 Dec werd op request als boven beschikt: aan Houfflin acte te verleenen tot zijne indemniteit, „en tant qu'il touche ce que pourroit prétendre le conseiller Boisschot a cause de la hausse des monnoyes" (R. i. d. p. p.). 6) In hoe verre de Actes, n°. 922, bedoelde obligatie van 1 Dec. betrekking heeft op een leening van Robert Poynts, Engelsch koopman, valt uit het regest van Gachard niet na te gaan; het stuk zelf is verloren. 7) Op een request van Pierre Spinola, Genneesch koopman te Antwerpen, werd 13 Dec. beschikt: Jean Cabo, ontvanger der domeinen in het kwartier van Antwerpen, te gelasten hem 140 p. sfrt. te betalen uit de penningen van den verkoop der schepen (biervóór, p. 385). 8) Waarschijnlijk hetzelfde, dat 46 Dec. om advies aan de Kamer der Beden gezonden werd (R. i. d.). 9) 18 Dec.: de datum van het octrooi op 18 Dec. te stellen, „pour avoir ledict Pottelsberge faict cejourd'huy son serment" (R. i. d.). 461 Geldmiddelen 1577. 492. R. 30 december. — Résolu que Baptiste Spinola quictera aux Estatz six mille livres sur ce que les Estatz luy peuvent debvoir, et que en oultre fera prest aux compaignies de mons*. de Heze de la somme de douze a XIII™ £, aultant plus ou moings que pourra porter ung moys de gaiges, sans intérest pour tout le moys de Fébvrier, soubz obligation de ceulx de Flandres, Arthoys, Lille, Douay et Orchies, a condition et sy avant que ceulx de Flandres luy facent la livrison de 1> £ arth. en draps selon 1'accord, faict avecq ledict Spinola 1). Denzelfden dag werd acte van indemniteit verleend aan Provins en Watervliet „touchant HUL rentes, portant ensemble a üli° L £ arth., an reachapt le denier XVI". — Een brief van Jean Mathysen werd gesteld in handen van de Kamer der Beden om advies (R. i. d.). 81 December werd, naar aanleiding van den brief der Staten van Bijsel van 24 December, besloten acte te depescheeren op Bijsel conform wat gewenscht werd *) (R. i. d.). Denzelfden dag schreven de Staten aan de vier leden van Vlaanderen', naar aanleiding van een request van Spinola, over het niet leveren door Vlaanderen van de ƒ50.000 in lakens en de obligatiên van ƒ26.600 volgens het met hem gemaakte contract. Zij dringen er op aan deze te leveren, wijzende op de groote verdiensten van Spinola, die reeds ƒ20.000 voor de soldaten van Hierges en Megen — „partie desquels est présentement au camp" — heeft verschaft tegen zeer redelijken prijs en bereid is de rest te verschaffen en de Staten ook verder te helpen. Dit is zeer noodig om Brabant, dat de betaling der Duitschers op zich heeft genomen, „ce qne leur vient promptement en argent quy excédoit ce qu'ilz nous debvront de leur quote de deux millions, bien la somme de CLVHIm II0 £", van de Duitschers te bevrijden. In een postscriptum voegden de Staten nog toe: „Comme entendons la principale difficnlté que pourrez faire audict Spinola, reposer sur ce poinct que vouldrez mectre ladicte partie en compte sur vostre contingent es HU010 £ par mois, destinéz a nostre camp, vous prions bien affectueusement de ne vouloir en ce insister, ains vous contenter de la trainer sur 1'ayde précédente de deux millions on aultre future et ce au regard de ceulx de Brabant quy par faulte de ce paiassent tant et si longuement, et part es mérites dudict Spinola vers la Généralité du pays, oultre ce qne ce nous sera ung grand repos de nous veoir quictes de ces gens de guerre allemans, pour n'en plus craindre les déservices apparentes". 6. Petitiën en generale middelen. 493. R. 2 januari p. p. — Que nonobstant la réquisition des Estatz de Namur pour exemption des bourgeois de Namur quy brassent de cervoises selon leur privilège, qu'ilz peuvent brasser librement, sans payer maltote ou aultre charge quelconque, les Sn. des Estatz Généraulx requièrent lesdicts S™. députéz des Etatz de Namur se voloir conformer a 1'accord général, sans préjudice de de leurdict privilège, affin que égalité soit partout conservée *). 1) De acle van dit besluit in A. V. Ypres, port. 23B. 2) Waarschijnlijk zal wat op denzelfden dag iets verder volgt, op hetzelfde betrekking hebben: gelast acte te verleenen aan Rijsel met machtiging, om 50.000 p. art. te lichten in zulken vorm als in den brief van Rijsel gevraagd wordt. . 3) De remonstrantie hierover aan den Raad van State: B. R. B., ms. 19298, fol. 163. — 7 Maart: de Staten bewilligen den Raad van State te vragen „qu'ilz veullent emprendre le mestier ou mestiers de Namur quy ne se sont régléz avecq la plus sane partie au regard des impóts et moyens généraulx, en remettant la clause ou condition que les bourgeois brassans pour leur provision seroient exemptz" (R. i. d.). Geldmiddelen 1577. 462 9 Januari: brieven te schrijven aan den Vicomte van Gent en aan de prelaten en edelen van Artois, om evenals de steden den 10O"1 penning en de generale middelen toe te staan (R. i. d. p. p.) 10 Januari werden d'Aussy en d'Aubigny verzocht zich tegen den 20611 in de vergadering der Staten van Artois te laten vinden. — De pensionarissen van Antwerpen, Mechelen en Bergen werden gedeputeerd, om te hooren den koopman en zekeren ingenieur „a trouver argent sans grieff des subiectz, selon que le Sr. de Mars en auroit adverty Son Ex08." (R. i. d.). 11 Januari werd Grobbendonck tot hetzelfde doel gedeputeerd, om te overleggen met Jean Baptiste Schormutse (R. 1. d.). 494. R. 14 januari. — Qne les fermiers des impostz ne recepvront ancun impost de toutes denrées que les Estatz achapteront ou livreront par leurs commis aux soldatz ou geus de guerre tant de pied que de cheval en payement de leur soldes, ains lesdicts Estats mesmes *). Que ceulx du Conseil d'Estat seront requis donner lettres a requérier et contraiudre néantmoings ceulx du chapitre de Tournay a contribuer les impostz avecq ceülx de Tournay que les Estatz Généraulx ont consenty, puisqu'ilz y sont tenuz pour la défence du pays. Que ceulx de Tournay seront requis de ses conformer quant aux impostz comme les aultres pays ont consenty, sans arrester a leur prétendu privilège, n'ayant riens du commun avecq la défence du commun pays, mais seullement s'entendant pour le particulier de Sa MM., et que les rentes sont et demoureront hypothéquées sur la Généralité et sur chacun Estat en particulier *). Touchant 1'acte de 1'accord des Estatz de Lille, Douay et Orchies du III0 de ce moys de Janvier de la somme de IIIom £ arth., au lieu du III6 ce, est résolu que lesdicts Estatz insistent en leur précédente résolution, prinse le III* de Décembre, seavoir que les payements, faictz aux gens de guerre, par eulx levéz, comme ungne partie, depuys ledict III* de Décembre, seront déduictz sur lesdicts 11°m £ arth., comme aussy seront déduictz XIIm V° £ et XVm £ arth. en aultre partie, depuys par eulx avancéz, en tant moings desdicts IIcm £ arth., et que ce que paravant auroit a iceulx soldatz esté payé, sera rabattu sur les moyens généraux. Que en oultre, en cas qu'ilz avancent les Cm £ arth., au temps de la rédemption dudict ce par eulx promis a Pasques, réèlement a la Chandeleur pröehainement venant ou endedans X ou XII jours après, ilz pourront proffiter la sixiesme part d'icelle somme et non pas plus avant, requirantz parmy ce messieurs du Conseil d'Estat leur faire expédier lettres d'ottroy et d'acceptation pertinentes 4). Sur la requeste de ceulx de Rosendale, Etten ende Sundert onder Breda: dat de Generale Staten nyet en verstaen, dat de supplianten eenige contributie sullen doen aen deu gouverneur ende soldaten van Breda, maer zgn tevreden 1) 7 Jan. schreven de Staten een brief aan de schepenen van Douay en aan die van Orchies met verzoek om, zooals Lille reeds gedaan had op voorwaarde van eenparigheid, ook in de generale middelen voor een half jaar toe te stemmen (A. G., Aud. 658, fol. 78). 2) De acte van dit besluit: Actes, n°. 305; ft. A. Noord-Brabant, reg. doleantiên 4, fol. lv°. 3) Het request: Actes, n°. 306. 4) Eerder op dezen dag: besloten eenigen te zenden, om met Lille, Douay en Orchies te accordeeren over het verschil aangaande de voorwaarden van hun consent in den 100"" penning (R. i. d.). — 17 Januari: bij meerderheid van stemmen gepersisteerd in het besluit van den 14«n (in het register staat: 13en) aangaande het accoord van 200.000 p. art. van die van Lille enz. in plaats van den 100*' penning (R. i. d.). 463 denselven supplianten te laten affcortten op huerluyden quote van den cen penning oft imposten by generale middelen zulcke contributiën, als zy ten versuecke van mynen heere den Prince van Oraingnen sullen moeten doen opte fortresse van Nyeuwsgastel, ter ordinantie van Zyne Extle., ende dat voer den tjjt van twee maenden, alleenlijck henluyden bevelende de reste van huerluyden quote te bringene in handen van Mr. Dierick van der Beken, trésorier generael van de voerschreven Staten 1). Faict a Bruxelles le 17 (1. 14) de Janvier 1577. Aengaende der requeste van de gedeputeerde der Ommelanders by Groeninghen is geappoincteert: Myne heeren gedeputeerde van de Staten van de landen van herwertsovere, gesien hebbende dese verthoeninghe, versuecken den Staten van den Ommelanden by Groeninghen, te willen tot behulp van de noótelycke oncosten ende groote zware lasten van de tegenwoirdige oirloge by provisie opbringen in handen van den trésorier generael, m™". Dierick van der Beken, de somme van XXVm daelders, totter tijt ende wylen dat de voorschreven Staten beter informatie sullen hebben van de macht van deselve supplianten. 495. R. 19 januaki p. p. — L'estat, faict pour le payement de chacune compaignie de 1'infanterie, apporté par monsieur le Comte de Lalaing, a esté arresté par les S™. des Estatz, revenant ledict estat a la somme de XVP LUI £ arth. 496. R. 20 januari. — Résolu que on rabbattera a ceulx de Lille, Douay et Orchies sur leur ce denier qu'il(s) ont rachapté pour IPm £ arth., la somme de XXm £ arth. ungne foys, a condition que le cler restat desdicts deux cent mille £ arth. par dessus les XXVIP» V° £ qu'ilz ont avancéz, sera par eulx furny et payéz, moitié endedans la Chandeleur pröehainement venant et la reste le XVe de Febvrier ensuyvant, et leur passer ce que aura par eulx esté payé depuys le IIP de Décembre aux compaignies qu'ilz ont levé et livréz au service des Estatz, bien entendu que lesdicts XXm £ arth. se rabbatteront sur la dernière moitié desdicts termes. En apportant par ceulx de Valenchienes en cler denier la somme de VIIIm £ arth., ilz pourront parmy icelle rachapter le c" sans riens rabbatre, mais pourront sur les moyens généraulx rabbatre ce qu'ilz auront payé pour ceste guerre. 24 Januari besloten de Staten op een request van Jean Tilman, pachter van de belasting op koren te Brussel, dat de pensionarissen van Gent, Brussel en Mechelen partijen en andere dergelijke pachters voor zich zouden roepen, om ze zoo mogelijk te verzoenen; anders te rapporteeren (R. i. d.) '). 26 Januari: aan die van Grave zal van hunne „aydes" worden afgetrokken, wat ze aan de soldaten betaald hebben; de Raad van State verzocht aan het land van Knik te gelasten, om hun gewoon deel te dragen van het door Grave betaalde8). — De Staten 1) 11 Juni: voor Van der Beken hier te lezen „mr. Jan Nyverzeele, rentmeester in 't quartier van Antwerpen" (B. i. d. p. p.) 2) Een ander geschil over pacht in R. 29 Jan.: op een request van Gille de Byne besloten, dat „la clause et semblables faict entendre tout ce quy est de marchandise de semblable sorte et dont 1'aune vanlt 10 patars et en dessus, durant les trois moys de la ferme courante". 3) In het register volgt nog de acte van dit besluit, waaruit bljjkt, dat de Staten hun besluit namen, gehoord hebbend het rapport „de ces pièches" (niet nader aangeduid). Geldmiddelen 1577. 464 vereenigden zich met de middelen, door de gedeputeerden van Den Bosch voorgesteld, den griffier gelastende de noodige ordonnantiën te maken (R. i. d.). 27 Januari werd het accoord van Artois gelezen en besloten er na onderzoek den volgenden dag op te antwoorden. 497. R. 28 januari. — Que l'on accepté 1'accord de ceulx d'Arthoys et que l'on les assistera pour obtenir du Conseil d'Estat lettres d'acceptation, par eulx requises, moyennant que, en cas que les biens des hospitaulx et aultres semblables places debvroient estre exemptéz dn ce, les aultres biens de semblables hospitaulx et semblables lieux es tous aaltres pays seront aussy exemptéz dudict ce. Dit accoord van 20 Januari ') luidt in hoofdzaak als volgt: 497a. 20 januari. — [De Staten van Artois, vergaderd in de abdij van St. Vaast te Atrecht volgens oproepbrieven van den Baad van State van 9 Januari, om te hooren, wat de Vicomte van Gent betrelfende den 100*" penning, de gemeene middelen „et aultres" zou proponeeren:] après pluisieurs Communications et conférences ensamble, tant audict jour que par deux assemblées précédentes, désirans eulx accommoder avec les aultres pais pour les affaires et urgentes nécessitéz présentes, ont unanimement consenty et acordé la levée dn ce des meubles et immeubles en la forme et manière qu'il s'est levé en 1'an soixante noeuf sans aulcun récollement. Entendu que en icelluy acord seront comprins les immeubles qui estoient confisqnéz audict an soixante noeuf et depuis remys es mains des propriétaires ou de leurs héritiers. A condition que les revenuz des hopitaulx, maladries, povres et aultres semblables dédiéz et aplicquéz a la substentation desdictz povres en seront exemptz. [Volgen nog verschillende andere gewestelijke voorwaarden voor de heffing]. Et en oultre ont consenty et acordé la praticque des moiens généraulx audict pais d'Artois pour les lever en la forme et manière que leur a esté envoié par escript, pour demy an seullement, sans tourner en conséquence ny aulcunement promener ausdictz d'Artois a debvoir cy-après passer par leur quote ancbienne et acoustumée, et a lever lesdictz moiens généraulx du jour que iceulx seront bailléz a ferme et que l'on entend estre général en ung meisme jour par toutes les provinces du Pais Bas. Et comme les députéz desdictz Estatz a la collecte et levée desdictz moiens désirent pour leur descharge eulx conduire en conformité des aultres provinces, il plaira leur envoier instruction bien ample pour selon icelle eulx pooir reigler. Ont encoires lesdictz Estatz ratiffié 1'acord, faict par leurs députéz, assambléz a Bruxelles, en la somme de trois eens mil livres pour une partie et pour aultre de six eens mil livres a 1'advenant du sixième de Flandres, a icelles quotes paier et furnir endedens ung mois après la réception des lettres d'octroy et d'acceptation. [Volgen" voorwaarden betreffende de heffing dezer twee quotes in het gewest], Ce présent acord faict a la cherge et condition expresse que toutes les aultres provinces du Pais Bas joinctz et uniz facent semblable acord et non aultrement et que tous les acordz ou pourparléz, faictz en général ou particulier, 1) Actes, n°. 331; A G., Aud. 685, fol. 291 (orig.). 465 Geldmiddelen 1577. paravant cestuy, comme non acceptéz, demonreront sospitz 1) et estainctz. Et que les placartz, despeschéz sur le faict de la levée des chaines, joiaulx, baghues ét vaisselles et cotisation particulière des personnes, demoureront aussy sospitz et ne sortiront aulcun effect 2). 498. R. 30 januaki. — Quant a la requeste ou offre de ceulx de Tournay 8) pour la rédemption du ce dernier, on suyvera l'advis des commis de la Chambre des Aydes, seavoir quy passeront, parmy furnissant la somme de XXXII" £ arth., les XVI™ endedans XV jours et les XVI* restans par tout le moys de Pébrier, sans povoir défalcquer quelque chose, mais les IIm II0 XXII florins IIII pathars VI deniers, par eulx requis a déduire, se pourront défalcquer sur les moyens généraulx, seavoir les impostz. Het accoord4), in vorm van remonstrantie, luidt in hoofdzaak als volgt: 498a. (± 29 JANUAEl). — [De gedeputeerden van het Doorniksche remonstreeren namens de Staten, dat sedert 1569 zware lasten op het land hebben gedrukt en drukken wegens inlegering van troepen en de „aydes du passé"]. Par oü se peult assez clèrement entendre que le troysiesme cme aecordé portera beaucop moyns que celluy de 1'an XV0 soixante , noef quy lors fut prins et levé audict Tournesis en toute rigeur — et aussy qu'a grandissinie difficulté il se pourra collecter audict Tournesis par dessus celluy et ledict daldre au bonnier quy se lievvent journeilement 5). Néantmöyns comme bons et loyxaulx subiectz et vrays patriotes, veullans de tout^ leur pouvoyr s'évertuer a secourir Sadicte Mtó. et la patrie en ses néeessités et délivrer mesdicts seigneurs de la collecte dudict cm« troysiesme, non moyns odieuse que facheuse, difficile et mesmes impossible pour quelque' espace de temps, sont contens et offrent en rédemption dudict cme trente mille florins du pays de quarant gros le florin, a payer la moictié endeans un moys dès le jour de 1'acceptation et 1'aultre six sepmaines après. Moyennant que leur en soyt quicté le sixiesme en vertu du placcart, faict sur la quictance du sixiesme dudict cme, et non obstant qu'ilz ne furnissent le reste endeans le moys de Janvier présentement courrant pour les raisons que dessus. Et mesmes que pour de leurs députtéz quy ont aecordé ledict cme, 1'un estre — comme l'on croyt — décédé en la ville d'Anvers au service de Sadicte Mté. et la patrie et 1'aultre avoyr esté et estre encoires séquestré dont ilz ignorent la cause6), ilz n'auroyent esté advertiz dudict accord et de beaucoup moyns de ladicte quictance du sixiesme fors que depuys quelques jours enca. A condition aussy que les sommes susmentionées de six mille par une et de deux mille deux eens vingt deux florins quattre patars et demy par aultre partyes leur seront défalquiées, comme ayants esté avancées sur les premières aydes et livré tant bien comme 1'aultre, furnyes depuys la conionction faicte 1) = Suspens? 2) Get. P. Marchant. 3) Te lezen: Tournaisis; het is mogelijk, dat dit in het register eigenlijk ook bedoeld is: in de laatste letters van Tournay, dat er in elk geval eerst stond, is geknoeid, maar de correctie is niet duidelijk. — Het request was den vorigen dag aan de Kamer van de Beden gerenvoyeeerd (R. i. d.). 4) Actes, n°. 356; A. G., Aud. 769, fol. 175 (orig.). 5) Met „ledict daldre au bonnier" is bedoeld: een daalder van 30 patars op iederen bunder land, in Tournaisis bizonderlijk geheven om de kosten der laatste jaren te dekken. 6) Cotterel en Hutin (hiervoor, p. 4 en noot 2). 30 Geldmiddelen 1577. 466 d'iceulx remonstrans avee les Estats des aultres provences. [Volgen gewestelijke voorwaarden voor de heffing]. 6 Februari werd besloten aan de Staten van Henegouwen te schrijven, zooals geschreven was aan die van Artois, om de generale middelen in praktijk te brengen (R. i. d.). 499. R. 9 februari. — Résolu que pour assister les gens de guerre a Utrecht et la entour, on laissera passer ceulx de Valenchiennes au lieu du c6 denier avecq VIIm £ arth. et ceulx de Tournesiz avecq XXXII™ £ arth. et qu'ilz pourront rabbattre les IIm IIC XXII & IIII sols VI deniers qu'ilz ont demandé, bien entendu que lesdicts de Tournesiz payeront la moitié par tout le moys courant et 1'aultre moitié endedans le moys de Mars prochain x). Sur la requeste de ceulx d'Utrecht et Geldre est dict qu'ilz seront en partie secouruz par prest des deniers que ceulx de Lille, Douay et Orchies furniront. 500. R. 10 februari. — Que le Sr. de Hierge sera servie pour ses gens de guerre des deniers du ce de ceulx de Valenchiennes, seavoir de VI Im £ en ungne partie, et de ceulx de Tournesiz pour la somme de XXX™ £ ou environ suyvant 1'acte d'hier; et au regard de deniers que pourront furnir ceulx de Lille, Douay et Orchies, ceulx de Boisleduc 2) et Grave seront serviz pour la nécessité urgente de la première paye, demourant la reste pour lesdicts gens du Sr. de Hierge. Résolu sur la requeste de Cinno Cracq a Charpffensteyn, chevalier de 1'ordre de Jerusalem et commandeur de Pitsenborch a Malines: d'aultant que personne n'est exempt et que le ce et impostz sont accordéz pour la défense et tuition du pays, pour la garde des biens, le suppliant aura patience 3). 501. R. 11 februari. — Les S™. ont accepté 1'accord de ceulx de Lille, Douay et Orchiez qu'ilz passeront pour leur ce denier, parmy furnissant IPm £ arth., la moitié endedans le moys courrant et 1'aultre moitié endedans le Mars pröehainement venant, aux conditions, reprinses en 1'acte du XXIX6 de Janvier dernier *), requirans messeigneurs du Conseil d'Estat voloir dépescher ausdicts de Lille, Douay et Orchies lettres d'ottroy et d'aceeptation en toute diligence. 502. R. 12 februari. — Sur la requeste des prélatz et ecclésiasticques de Lille, Douay et Orchiez est dict que les Estatz les requirent de s'accommoder a la Généralité, sans que 1'instruction des moyens généraulx desja en practicque en plusieurs provinces peult estre change, espérans que les fermiers seront tant civilz qu'ilz ne diseommoderont les ecclésiasticques plus que des séculiers B). 1) De acte van dit besluit, voorzoover Tournaisis aangaat, in A. G., Aud. 769, fol. 178 (orig.). Aan het slot hiervan: de Raad van State wordt verzocht acte van acceptatie te verleenen. 2) Den Bosch te voorzien van de eerst inkomende gelden, óf van Lille öf van elders (R. 16 Maart). Den Bosch 28.000 p. art. te betalen volgens apostilles van 10 Februari en 16 Maart van de eerst inkomende gelden, nadat het kamp betaald zal zijn (R. 16 April p. p.). 3) Herhaling van dit besluit 16 Juli met de bijvoeging, dat hij ook in 1569 niet vrijgesteld was (R. i. d. p. p.). 4) A. G., Aud. 754, fol. 65. Het besluit werd genomen na ontvangst van een brief der Staten van 20 Jan. De voorwaarden, waarop de 200.000 p. van 40 gr. worden toegestaan, zijn alleen van gewestelijk belang; o.a. wordt aftrek van enkele gedane betalingen gevraagd. 5) De Staten van Lille enz. hadden bij besluit van 29 Jan. (A. G, Aud. 754, fol. 67) de heffing der gemeene middelen voor een half jaar goedgekeurd, onder verschillende voorwaarden, alleen voor het gewest van belang. Wat de geestelijkheid afzonderlijk te romonsteeren had, blijkt hieruit niet. - ' 467 Geldmiddelen 1577. Dienzelfden dag namen de Staten eenige beschikkingen betreffende de collectatie der gemeene middelen in Artois naar aanleiding van een remonstrantie van de Staten van dit gewest '). 503. R. 14 februari. — Sur la mémoire de messieurs des Finances touchant les Xm £ art.: que les Estatz tiendront leur promesse avecq 1'oportunité première et donneront ordre qu'ilz seront dresséz; et pour ce qu'ilz ont esté contrainctz payer IIC m £ arth. a Utrecht et la entour et pour former le camp et quant a la reste: nihil ad status, comme ceste dehte n'a riens du commun avecq les aydes présentes. Que l'on requerra messieurs du Conseil d'Estat qu'il leur plaise ordonner et commander a ceulx des Finances de dépescher les accordz de ceulx d'Arthoys et d'aultres, nonobstant que lesdicts de Finances n'ont mainiation des deniers. 504. R. 15 februari. — Que Beken donnera a Arnoult Bernardt en délaissant les moyens, par luy inventéz, avecq le pied, tant du pris que du taux, la somme de C dalders de XXXIIII s. arth. pièche; et sy ses moyens soient mis en exécution, il en sera superintendent; et sy donnera on copie desdicts moyens a chacun Estat pour obtenir consentement de leurs membres et colléges avant 1'expiration de III moys; et sy avant que les moyens se practiequent,il sera préféré avant tous aultres. Rapporté 3) par Borluc, pensionaire de Gand, 1'un de(s) commys vers le Conseil d'Estat pour obtenir ordonnance aux Finances de faire despescher lettres d'acceptation et octroy a celles des provinces quy les requéroyent suyvant la résolution desdicts Estatz, que lesdicts seigneurs d'Estat 1'avoyent aecordé. Dienzelfden dag: de gecommitteerde tot de ontvangst van den honderdsten penning en de generale middelen in Artois moet alle gelden aan Van der Beken afdragen (R. i. d.). 505. R. 22 februari. — Que ceulx de Brabant quy vouldront furnir leur centiesme denier en tout endedans le IIII6 du moys pröehainement venant, gaingneront le Vle part. Que ceulx de Brabant, pour furnir par les Estatz Généraulx des pays de pardecha la somme de IIIcm £ arth., a payer a don Jehan, passeront, parmy avanchant cincquante mille livres arth.; ceulx de Flandres ïïem £ arth. In verband met de aan don Jan te betalen geldsom namen de Staten in deze dagen nog andere maatregelen, waarvan het register der resolutiën geen gewag maakt. Wij deelen ze mede in de hierna volgende stukken. Vooreerst een brief aan de Staten van het Doorniksche4): 1) Actes, n°. 392; R. A., Aanw. 1826, n». 18, fol. 266. 2) Arnould Bernard had een voorstel tot belastingheffing op verschillende waren gedaan op andere wijze dan de generale middelen. Zijn brief aan de Staten, z. d., met de lijst der te belasten waren in A. G., Cart. 196B, fol. 55; de lijst alleen ook in R. A., S. G., loketkas, loopende 22; een advies van de Kamer van de Beden over zijn voorstel: A. G., Aud. 656, fol. 149. — Nog een request van hem wordt 26 Febr. vermeld: hij heeft tevreden te zijn met de eerste ordonnantie, totdat de gewestelijke Staten hunne adviezen op zijne middelen ingebracht zullen hebben (R. i. d. p. p.). 3) Het volgende alleen in het register-Liébart (A. G., Cart. 327E, fol. il). 4) Actes, n°. 410; A. E. Mons, Tournaisis 1, fol. 465. — Ook aan de andere contribueerende gewesten zal stellig in denzelfden geest geschreven zijn. Geldmiddelen 1577. 468 506. 19 februari. — [Noodig om het verdrag met don Jan uit te voeren direct de helft van 300.000 écus. Hierom] avons par ensamble advisé et résolu de reehercber et repartir ladicte somme de trois eens mil florins sur les provinches quy vraysemblablement ont meilleur moien de y assister en support de pluisieurs quy ont peu ou poinct de puissance, comme povez assez penser. Sur quoy nous a samblé que ne ferez difflcultéz d'avancher la somme de six mil florins que vous prions et requérons bien instament voulloir faire endedens dix jours procbains précisément, a rabattre ou reprendre sur les premiers deniers, procédans de vostre cme. et moiens généraulx, vous y faisans asister et secourrir par moyen de levées des deniers en rente aux deniers XII, XIII ou plus, pension a une ou deulx vies, au denier six ou plus a une vie, huyt ou plus a deulx vie(s), prestes d'argent et avancbement de vasselles voluntaires ou par taux selon que les facultéz des personnes vous seront notoires et cogneues, dont vous a aultresfois esté envoyéz mandement et instruction, et par toutte aultre voies que trouverez mieulx convenir, dont ne debvez faire aulcun scrupule ny 'personne faire refuz ou aVoir quelque crainte, de tant que letout se faict de 1'adveu, auctorité et oetroye de Sa Mtó., comme voirez par lediet traictié, et que le tout se rapportera et descomptera sur la Généralité sans intérest d'aulcun en général ny particulier. Et comme tant plus brieff sera ladicte somme avancbée et furnye, tant plustost jouyrons de 1'effect et asseurance de nostre traictié quy tant importe, comme scavez, pour le commun repos de la républicque Crestienne et de nous tous et nostre postérité, comme poves juger, retournons a vous prier n'y faire aulcune faulte. [Pas brief van den keizer ontvangen1)]. Et comme nous craindons que pour la diversitéz des monnoyes ne tumbe quelque defficulté ou retardement de nostre prétendu, vous prions bien effectueusement envoier ladicte somme en la meilleur monnoye que poulrez. [P. S.]. La grande importance et merveilleuse conséquence de ce faict nous force vous requérir derecbief ne faillir a ce grand besoing au salut de la patrie. pour la descharger une fois des Espaignolz et estrangiers que tant tont affligé, meismement de recouvrer ladicte somme, sy aultrement ne povez, par taux des personnes de vostre province selon leur faculté et exécution d'iceulx, les asseurant néantmoins pour les rendre tant plus voluntaire que les deniers leur seront restituéz, en pareille espèce et valleur ou bien au pris qne la monnoye pouroit estre baulchié de nouveau de leur contentement, de ce que procédera du eme. denier ou des moiens généraulx ou aultrement. Twee dagen later werd voor hetzelfde doel een instructie s) opgesteld voor jhr. BZector van de Woestine, heer van Becelaer 8), en mr. Jacob Yman, om te gaan naar de vier leden, andere steden en „casselryen" van Vlaanderen: 506a. 21 februari. — [Zullen te kennen geven, dat en waarom het noodig is spoedig ƒ300.000 op te brengen]. Soo sullen sy gedeputeerde den cpllegiè'n voren bauden ende vertoogen, dat niettegenstaende het verclaer, ten voorgeuden daegen van wegen die van Ylaenderen gedaen, dat men van henlieden geen assistencie 1) Cf. hiervóór, p. 307, noot 7. 2) Actes, n». 412; B. R. B., ms. 7223, fol. 181v«. 3) Deze kreeg 29 Maart voor vacatiën 119 p. 10 s. 6 d. art. (B. i. d.). 489 Geldmiddelen 1577. van penningen verwachten en soude, al soo lange als de Duytsche, tot Dermonde liggende, geen contentement gedaen en waere, sy lieden van Vlaenderen hemlieden souden willen evertueren metten anderen Staeten tot de vulcominge van de voornoemde appointementen, dewelke hunlieden selven gecottiseert hadden. Versoekende instantelijc, dat sy souden willen considereren, dat, indien de Staeten in faute hieven van de conditioneerde somme op te brengen binnen den besproken tijt van twintich daegen naer de sommatie, hunlieden gedaen, in der eeuwicheyt niet en souden konnen geëxcuseren van selve cause geweest te hebben van den retardemente van het vertrec van de Spaegnarden, daeruuyt groot inconvenient sonde mogen rysen ter reproche van een ygelgc, die in faute bleve van hem te employeren tot assistencie van sijn eygen ende de gemeene welvaert, ruste ende vrede van den lande ende daertoe aireede soo vele moyte ende cost gedaen hadde geweest, biddende eenen yegel\jc daeroppe sulken regard ende consideratie te nemen als de saeke verheyst, hopende, dat men in Vlaenderen daertoe wel vinden soude hondertdnysent gulden en meer, waer't doenhjc, ende de reste by de andere Staten, die van gelycke daertoe geschiet hebben gedeputeerde aen haerlieden collegiën, eenen yegelijc verclaerende, dat niemant en behoorde swaricheyt te maeken van gewillichlijc hem totter voornoemder assistencie te employeren, mits dat 't selve wesen mach sonder kost, ende sal hem daervoren crois gegeven worden naer advenant den penninc ses tot eenen* lyve ende acht te twee lyven ter kuere van eenen yegeln'c. Ende die geene renten en begeren, sal men sulken interest geven, als men met hunlieden sal overcomen, al waer 't tot twelf ten honderde, accorderende ende in henlieden handen stellende d© tienste penningen ende generale middelen, met belofte van sulke penningen hunlieden weder te gevene in sulke specie ende weerde, als sy die getelt sullen hebben, 't sy om coopen van renten oft andersins, ende dit ooc ten laste van de Generaele Staeten. [Krijgen brieven van de Staten aan die van Vlaanderen en van den Raad van State aan den Raad van Vlaanderen mede. Het geld, zoodra er maar een deel van bijeen is, te zenden, om de Spanjaarden zoo spoedig mogelijk te doen vertrekken]. Den volgenden dag schreven de Staten een brief aan de vier leden van Vlaanderen'): 506b. 22 febeuaei a). — Messieurs. Combien que par noz dernières 8) vous avons escript et requis de recouvrer et advancher la somme de [cent mille florins] 4) pour les causes, y représentées, toutesfois, comme nous nous trouvons renchargié, somméz et presséz de furnir argent aux gens de guerre de notre camp, entre lesquelz se présente doiz maintenant tel desroy — qu'on ne vous doibt aulcunement recéler — que pourrions bien retomber en pir inconvenient 1) A. V. Ypres. port. 23B. Er is een andere copie van denzelfden brief, gedateerd 24 Febr. — Evenzoo aan Tournaisis: Actes, n°. 414; A. E. Mons, Tournaisis 1, fol. 169v°. — Stellig zal ook aan de anderen gewesten in denzelfden geest geschreven zgn. 2) In margine de volgende quotisatie: Cm Flandres 11° mil florins; XXVm Haynault XXXVIm £; Arthois, renchargé pour les deux sommes de XXXm £; IIm Valenchiennes Vm; XVIIIm Lille, Douay XXV™; III" Namur VIm; III>n Tournay VD»; VI" Tournesiz XV™; Malines II">; le Conseil II1». Het eerste cijfer duidt het eerste bedrag der quotisatie, het tweede het verhoogde aan, waarover de brief handelt. 3) Blijkbaar van 19 of 21 Febr. 4) Alleen in de copie van 24 Febr. ingevuld. Geldmiddelen 1577. 470 que devant, s'il n'y est bientost pourveu avecq ce que, pour nostre grant prouffict et soulaigement, entendons et sommes délibéréz de casser bonne partie, prestement que serons asseuréz des fors. Et comme vous scavez que les deniers (ne) poeulvent provenir d'aultre part que de nous mesmes, a esté force de rehaulser les taulx derniers et de vous remectre jusques a la somme de [deux eens mil florins] x), a quoy vous prions vouloir entendre et tant faire que ladite somme soit par vous recouvrée et furnie endedens le mesme temps de dix jours précisement que contiennent nosdites précédentes, et sur ce bien considérer qu'il seroit trop tard de faire le debvoir, après que 1'inconvénient nous seroit sur les espaules, lequel aussy tant s'en fault qu'il vous excuseroit de ce que prétem Ions, que meisme apporteroit une ruyne, confusion et perdition totalle de tout les pays, auquel regard ne seroient sans coulpe d'avoir ceruiné ou consenti a telle ruyne tous ceulx et celles qui présentement s'exiberont, se monstreront froidz et rétifz, mais encoureront nutte perpétuelle a leur général honte et vitupère et de leur postérité, que vous prions vouloir bien et vivement déclarer et remonstrer a tous ceulx et celles qui trouverez convenir, n'obmectant riens quy soit de debvoir requis et pertinent pour les occasions, 1'appoinctement ia faict et aecordé, au regard mesmes de d'advancber leurs deniers en prest, rente, pention ou tel aultre intérest qu'ilz vouldront demander, selon que vous avons escript plus amplement. Bovendien droegen de Staten een zending aan .Rassenghien *) op naar Lille, Douay en Orchies, om dezen te bewegen tot fnrnissement van de hun opgelegde/-25.000. Zij schreven hem 22 Februari een brief "), om hnnne bedoeling toe te lichten. Wij lichten hieruit alleen de volgende passage: „vous povez considérer, si, par faulte de furnir a ladite somme de nostre costel, il convenoit encoire dilayer fsc. la sortie des Espagnols], en quelle perplexité nous nous retrouverions, d'ung costé estans en doubte, si 1'Espaignol le vouldra consentir, de quoy tant plus sommes en craincte, pour ce que sommes certainement advertiz qne les Espaignes, Italiennes et aultres telles provinces sont asseurées du Turcq qui se trouve assailly du Sophy *), et d'aultre costé de la difficulté qu'en ponlroient aussy faire le Prince d'Orange et Estatz d'Hollande et Zélande, veue leur résolution telle que dessns 6), pardessus le DU8 de nostre propre armée que, si n'avons le moyen de trouver IH° mil florins, a grand paine la scaurions contenter et entretenir pour faire la guerre". In bizonderheden wordt Rassenghien's lastgeving omschreven in zijne instructie 6), waaruit wij het volgende mededeelen: 506°. 22 febeuaei. — Premier il plaira audit Sr. Baron se transporteren toute diligence requise es villes de son gouvernement, signamment en celles de Lille et Douay; oü arrivé, fera assembier les loix, magistratz et consaulx desdictz lieux avec convocation des eccl(és)iasticques, nobles et aultres notables bourgeois desdictz lieux, ausquelz et a chacun d'eulx il fera remonstrance de la nécessité présente. 1) In de copie van 24 Febr. alleen ingevuld. 2) Waarschijnlijk zal een dergelijke zending naar Artois opgedragen zijn aan d'Alloigne, die 27 Maart „pour ses vacations" 175 p. toegekend kreeg, en naar Namen aan Nicolaas de Lengaigne, die 28 Maart voor hetzelfde 22 p. art. kreeg (R. i. d.). Zie ook R. i6 April. 3) A. V. Ypres, port. 23B. 4) De Coufis (fransch: Sophi) waren de toen in Perzië heerschende dynasten. 5) Waar mededeeling werd gedaan van de door Willerval (hiervóór, p. 462) medegebrachte boodschap. 6) Als noot 3. 471 Geldmiddelen 1577. Lesquelz magistratz, ecclésiasticques, nobles et bourgeois, tant en général que en particulier, il induira par tous moyens a luy possibles a contribuer par forme de prest amiable et aultrement a la plus grande somme que luy sera possible, pour-pourveoir ausdictz inconvénientz et nécessitéz, prenant avecq luy pour adioinct, asseavoir audict Lille ung ou deux des bailly des Sra. haultz justiciers et le conseillier De Hennin et audict Douay le Sr. d'Oudenhove avecq Eustache Daust, escuyer, Sr. de Jumelles, premier des eschevins, conseillier, procureur ou greffier de ladicte ville ou ceulx deulx ou quattre qu'il trouvera mieux convenir. Mesmes a 1'assistence dudict magistrat tauxera et quotizera les colléges, chapitres et aultres particuliers quy ne seroient trouvéz assez voluntaires et affectionnéz au bien publicq, respectivement suivant la faculté et puissance d'ung chacun, le tout par forme de prest et advanchement, a rabbattre sur le cme denier, et au cas que lesdictz prestz et avanches excédassent leur contingent, le surplus leur sera restitué et dont ledict Sr. les aseurera sur le recepveur, commis audict cme ou moyens généraulx. Voires en cas de refuz ou dilay de furnir promptement et effectuèlement ausdictz inductions, taxations ou quotisations enioindra au magistrat dudict lieu de procéder ou faire procéder par exécution et aultres voyes de justice jusques au prompt furnissement de la somme, a laquelle ilz seront tauxéz et assiz et ce en vertu de lettres de messieurs du Conseil d'Estat, commis au gouvernement du Pays Bas, contenantes clauses d'auctorisation a ces fins pertinentes, addressant a 1'officier et magistrat desdictz villes, j Item pour tant mieulx acheminer ceste négociation cerchera et advisera par tous moiens possibles de lever agent a fraiz ou en rente héritière au denier XII, XIIII et XVI et viagière a une vie au denier six, deux au denier huyct et trois vies au denier dix soubz 1'obligation des Estatz Généraulx tam coniunctim quam divisim, auquel effect avons auctorizé et auctorisons ledict Sr., luy donnant povoir espécial, en tel cas requis et pertinent, mesmes de nous obligier, en faisant passer une ou plussieurs lettres, deues a eest effect. Offrant d'abondant pour recouvrer argent esditz lieux a fraiz, rente ou intérest par dessus Fobligation générale desdictz Estatz la sienne particulière avec accord de main assye et ypothecque sur ses biens: fief, terres et héritaiges qu'il a situéz esdictes villes et chastellenies de Lille, Douay et Orchies selon la présentation qu'il a faict ausdictz Estatz, procédant de bon zèle et dévotion qu'il porte a la patrie en regard a 1'urgente nécessité, soy faisant et portant fort, en tant que besoing soit, de faire faire pareille obligation, sceureté et ypothecque par le Duc d'Arschot, madame la Princesse d'Espinoy, Comte de Lalaing 1), le Sr. de Willerval et aultres Sre. gentilzhommes, ayans biens et héritaiges, reséantz esdictes villes et chastellenies, lesquelz pour les considérations que dessus nous asseurons qu'il(s) ne fauldront de prester leurdicts noms et obligations pour subvenir au besoing de la patrie qui les en requiert; soubz promesse néautmoingz que promectons et chacun de nous respectivement insolidum 1) Aan dezen schreven de Staten hierover 22 Febr. (Actes, n°. 415; B. B. B., ms. 7223, fol. 183). Uit den brief volgt, dat ze ook schreven aan Aerschot, de prinses van Epinoy „et aultres". — Een brief aan Mauville, Cunchy (waarschijnlijk Jacques de Blendel, heer van Cuinchy), en Houchin van Bailleul (waarschijnlijk Charles de Houchin, heer van Longastre), die resp. verzocht worden f 20.000, ƒ20.000 en ƒ6000 voor te schieten, in A. V. Ypres, port. 23». Geldmiddelen 1577. d'indempner tous et chacuns lesdictz Sre. qui feront en contemplation que dessus lesdictz debvoirs d'obligation, mesmes d'avoir faict le remboursement de la somme, pour laquelle ilz s'obligeront au prouffit desdictz Estatz avecq le cours a rate de temps ou aultre intérest d'eulx, du moingz endedans ung ans a compter du jour de leur obligation, promectant pareillement aux particuliers qui presteren t, advancberont, soit en rente ou aultrement, et dont mention sera faicte par les lettres obligatoires que les deniers, par eulx furniz et débourséz, leur seront renduz en mesme espèce d'or ou argent que les auront délivré ou de semblable valeur, de sorte qu'ilz n'en puissent recepvoir aulcun intérest. A quoy faire lesdictz de Lille et chastellenies se laisseront tant plustost induire et persuader moiennant lesdites promesses et obligations tant générales que particulières, d'aultant que l'on entend que es dites villes de Lille x) et chastellenies de Lille, Douay et Orchies ne sont deu aulcuns droictz seignoriaulx pour ypotecque et constitution de rente et au cas que aulcuns droictz en fussent deuz, si esse que en respect et contemplation du benefice et bien publicq lesdictz Estatz par 1'auctorité de mesdicts S™. du Conseil n'entendent que aulcuns en soyent payéz. Déclairant d'advantaige aux particuliers pour tant mieulx les induire ausdictz prestz que l'on prendra la vaiselle dorées qu'ilz vouldront délivrer au pris de XLVIII et celle d'argent au pris de XXXVIII pattars 1'ouce ou aultrement a 1'arbitraige et jugement des orphèvres sermentéz, en ce portans cognoissance, pour ce choisiz et dénomméz par le magistrat desdictes villes. Item pour ne laisser nulle occassion d'avoir lesdictz deniers prompts selon ladicte nécessité, polra ledict Sr. lever ou faire lever tous les deniers qui seront trouvé par forme de nampt et dépost es mains et possession desdictes villes, gouvernemens et chastellenies soubz promesse néantmoingz qu'il fera de la part de messieurs du Conseil d'Estat et Estatz, tant en général qu'en particulier, d'indempnité ausdictz dépositaires contre et envers tous qu'il appartiendra, avecq promesse et obligation de restituer lesdictz deniers, levéz au prouffit des Estatz endedans deux ou trois mois du jour de ladicte levée et de le reeognoistre vers lesdictz dépositaires par quelque honeste gratuité. Ledict Sr. Baron, passant par Tournay, admonestra et requerra mons'. le séneschal de Haynnau, gouverneur, et magistrat et officiers dudict Tournay et Tournesiz a) [om hunne quote op te brengen. Hij zal bij Lille enz. op haast aandringen bij de toezending van het geld. Hij zal tevens aandringen op het in praktijk brengen der gemeene middelen aldaar]. 25 Februari schreven de Staten een rencharge aan de Staten van Vlaanderen en van Tournaisis a). 507. R. 23 februari. — II est ordonné au greffier de faire ungne acte d'attestation que tous les Estatz Généraulx quy sont accoustumé de contribuer ensemble, ont aecordé de mettre en practicque les moyens généraulx des im- 1) „De Lille" is overbodig in dezen zin. 2) Aan hem schreven de Staten ook afzonderlijk: Actes, n°. 413; A. E. Mons, Tournaisis, 1, fol. 167. 3) Resp. A. V. Ypres, port. 23B, en A. E. Mons, Tournaisis 1, fol. 171. Stellig zal ook aan de andere contribueerende gewesten opnieuw geschreven zijn. 473 Geldmiddelen 1577. postz, comme desia ceulx de Brabant, Haynault et aultres ont, passé ung moys, mis en exécution, et ce a 1'instance des Estatz de Namur 1). 24 Februari: ieder gewest moet binnen 14 dagen copie van zijne „accordz"sedert de bijeenkomst der Staten geven met een door bunne ontvangers geteekenden staat van hunne furnissementen in „ceste guerre" s) (B.. L d. p. p.). 508. B. 25 februari, — Que le député de Haynault requerra messieurs du Conseil d'Estat, de par les Estats Généraulx, vouloir eseripre an gouverneur du pays d'Oultremeuse, affin de faire incontinent assembier les Estatz d'Oultremeuse, pour trouver moyens a amasser deniers pour le payement des Escoissoys, et aultrement selon que aulcuns S™. dudict Pays ont déclaré s). 509. R. 28 februari. — Les S™. ont accepté 1'offre, par ceulx de Tournay faict, de furnir promptement XXm £ artb. au lieu du c°, pour lequel ilz ont payé XXVm £, a condition qu'on rabbatrera les XP XI £ II s. III d. arth., requirans qu'ilz rembourseront les IIIIm (1. IIIm) escuz a XXXIX s. pièche, débourséz aux Allemans des moyens généraulx. Ter verduidelijking laten wg den aanhef van de acte van dit besluit *) volgen: 509a. 28 februari. — Sur ce que de la part des Estatz et Consaulx de la ville et cité de Tournay a esté remonstré le rachat de leur deuxiesme centiesme denier, aecordé a Sa Mté., avoir porté vingt six mil florins, offrantz pour assister prestement les Estatz Généraulx la somme de vingt mil florins au lieu et pour le rachapt du troisiesme centiesme, a eulx demandéz par lesdictz Estatz Généraulx, qu'ilz furniront comptant, pourveu que déduction leur soit faicte sur ladicte somme de vingt mil florins de IIIm escuz de XXXIX s. arth. pièche, par eulx paiéz pour le secours des trois compaignies allemans du régiment du Baron de Pruntsberghe, y ayans tenu garnison, ledict paiement faict depuis 1'Union desdicts Estatz, et de onze eens onze florins deux solz trois deniers tournois, délivréz par lesdicts de Tournay a mre. Thiery van der Beke, recepveur desdicts Estatz pour leur quote en la somme de trois eens mil florins, demandéz par lesdicts Estatz et que se debvoient desduire sur ledict troisiesme centiesme, [nemen de Staten dit accoord aan]. Bequérans néantmoins lesdicts de Tournay trés instamment qu'ilz se veuillent déporter de prestement desduire sur ledict centiesme lesdicts trois mil escuz, veu 1'urgente nécessité, en laquelle la patrie se retreuve, si aulcunnement faire se peult, et les prendre et retirer des premiers deniers, procédans des moyens généraulx ou aultres aydes qu'on leur pourroit demander. [Verder worden eenige. voorwaarden betreffende de heffing der ƒ20.000, voor zoover de Staten aangaat, ingewilligd]. 1) Denzelfden dag schreven de Staten aan de vier leden van Vlaanderen met verzoek om bericht, of zij de ook door hen geconsenteerde generale middelen reeds in praktijk gebracht hadden in hun gewest en hoeveel ze opbrachten, indien ze verpacht waren, met aansporing om er toe over te gaan, indien ze het nog niet gedaan hadden (A. V. Ypres, port. 23B). Evenzoo aan Tournaisis: A. E. Mons, Tournaisis 1, fol. 170v°. _ 2) Do acte van dit besluit: Actes, n°. 417; A. V. Ypres, port. 23B (orig.). 3) 5 Maart: besloten eenigen naar Overmaze te zenden om geld te krijgen; als adjunct Pierre Laureys mede (R. i. d. p. p.). 4) A. G., Aud. 769, fol. 182. Geldmiddelen 1577. 474 1 Maart werd een brief yan Rassenghien ') gelezen over zijne besognes in Lille, Donay en Orchies; aan Carlier werd opgedragen „de faire responce de remerchement et anssy nngne lettre" (R. i. d. p. p.). — Denzelfden dag schreven de Staten aan de Staten van Tournaisis, om te bedanken voor de, (volgens hun brief van 25 Februari, geaccordeerde /"15.000, met verzoek dit bedrag spoedig te zenden *). Bovendien schreven ze aan Vlaanderen, om nogmaals op de zending der f200.000 aan te dringen 3). 2 Maart: de belastingen van de in het kamp geconsumeerde waren worden in heffing gegeven aan Herman van Oncle of een ander, die het tegen den geringsten prijs wil doen, onder voldoenden borgtocht (R i. d.). 4 Maart werden Northoven en de deken van Notre Dame te Atrecht „en poste" naar de Staten van Artois gezonden om hunne quote in de 300.000 p. art. (R. i. d.). Evenzoo Lodewijk Lncx, heer van Sweveseele, naar Vlaanderen *), wien opgedragen was, in de vier kwartieren na te gaan, hoeveel penningen gereed waren, en te zorgen, dat deze werden opgezonden; uit Vlaanderen moest minstens ƒ150.000 komen, omdat dit volgens de berekening ontbrak aan de contributiën der andere gewesten, om de ƒ300.000 vol te maken. Hij moest ook informeeren naar het werk van Becelaer, Yman en Meetkercke, allen voor hetzelfde doel naar Vlaanderen gereisd. 510. R. 8 maakt. — Beceu lettres de ceulx de Douay et a requis m™. Paoul du Mont acte que, sy avant qu'on trouve qu'il y a quelques deniers oultre le parfurnissement du ce, de les povoir trouver sur les moyens généraulx, ce que a esté aecordé 8). 511. R. 11 maart. — Les Estatz ont aecordé aux Estatz de Tournesiz qu'ilz pourront tenir ens ou défalcquer six mille livres, employéz aux Allemans, sur le ce denier, moyennant qu'ilz furnissent endedans le XXe de ce moys es mains du recepveur Van der Beken. 13 Maart: ordonnantie zal gegeven worden aan „messieurs de Flandres" om aan Van der Beken te leveren 114.000 p. art. voor de aan don Jan te betalen som (R. i. d.). 512. B. 16 haart. — Touchant la difficulté, représentée par 1'acte du consentement des Estatz de Namur pour les moyens généraulx, est résolu: premièrement que messieurs du Conseil d'Estat comprendront les bouchiers dudict Namur audict accord et consentement et que lesdicts de Namur ses rigleront selon que font tous les aultres Estatz et provinces a 1'endroit du payement des impostz des cervoises, aussy brassées par les bourgeois pour leur provision; ou en cas que ad ce ilz ne voulsissent aulcunement entendre, on debvra du moings faire annoter bien soingneusement et fidèlement de toutes cervoises ainsy brassées, affin que de moys a aultre ilz payeut par aultre voye ce que lesdictz impostz monteroient, sy lesdicts bourgeois le payassent selon la Généralité. 1) Van 28 Febr.: A. V. Ypres, port. 23B. De hoofdzaak is, dat de Staten van Lille enz. ƒ18.000 hebben geconsenteerd en Lille alleen nog ƒ7000; hij hoopt nog wel meer te krijgen. 2) Actes, n°. 432; A. E. Mons, Tournaisis 1, fol. 174. 3) Actes, n°. 433. 4) Dit blijkt alleen uit zijne instructie, dd. 4 Maart (A. V. Ypres, port. 23B), namens de Staten en namens zijne Vlaamsche medegedeputeerden. — 18 Maart kreeg hij 49 p. 13 s. art. voor vacatiën (R. i. d. p. p.). 5) 12 Maart op het request van Paul du Mont, ontvanger van Douay: de levering der gelden, in het request genoemd, zal hem strekken „es mises de son compte particulier, parmy apportant ceste, et acquit"; ook de reiskosten in zijne rekening te stellen, opdat de Generaliteit er rekening mede houde (R. i. d.). — Nog op 8 Maart: „la lettre de Zwartsenborch avec la lettre de Camergo sont envoyéz au Conseil d'Estat (R. i. d.). Behoort dit ook hierbij ? 475 Geldmiddelen 1577. 19 Maart op een request van Aalst: „que, pour avoir [sc. de Staten van Vlaanderen ')] rachapté le ce pour XII0 m £ arth., nihil ad status" *). — Op een request van de „taverniers des vins et brasseurs" van Den Bosch en advies van den Baad van Brabant verklaren de Staten overeenkomstig het advies der Staten van Brabants), dat de impost alleen betaald wordt ter plaatse, waar de waren, er aan onderhevig, worden verbruikt. — Na den middag op een request van den gouverneur van het land van Overmaze: den gecommitteerde, den raadsheer Boone jr., te deputeeren naar Overmaze, om de Staten van Overmaze te bewegen minstens 60.000 p. art. toe te staan voor de Generaliteit 4) (R. i. d. en p. p.). 513. R. 20 ma abt. — Que les payements, faictz aux Allemans par ceulx de Tournay avant l'Union, demoureront faictz, sans que iceluy (I. iceux) payements pourront estre défalcquéz aux accordz desdicts de Tournay. Dit besluit houdt verband met het accoord van Doornik van 12 Maart 1577 over de gemeene middelen, dat door de Staten onder enkele reserves aangenomen werd, zooals blijkt nit de acte 5) van 19 Maart, die ten deele volgt: 513a. 19 maart. — Les Estatz Généraulx, ayans veu 1'acte de 1'accord des moyens généraulx, faict par les Estatz de Tournay en date le XIIe de mars XV0 septantesept *), joinct a ceste, et meurement examiné lesconditions et restrictions y apposées, déclairent que sur les deniers en procédans ne se peuvent retenir les frais et despens, engendréz par leurs députéz en voyaiges et aultrement a cause de ladicte union et assamblée des Estatz Généraulx, pour aultant qu'il a esté résolu et arresté que chacune province soustiendra ses frais sans aulcune déduction 7), considérant que aultrement s'en pourroit ensuyvre grande confusion, voires que aulcuns soubz eest espoir se polroient tellement eslargir que les mises excéderoient leurs aydes et accordz et par ainsy Sa M**. et les pays frustréz de leurs secours, y joinct — cessant ceste raison — que lesdicts moyens seroient tellement diminuéz que peu ou riens en resteroit pour assister aux nécessitéz inexcusables. Aussy ne se trouve aulcunement fondé ny raisonnable que y soient prins les deux premiers payemens de IIIm escus chacun, faictz aux Allemans par lesdicts de Tournay, et pareillement les portions et services, par lesdicts Allemans extorquéz contra la deffence de Voz Seigneuries *), 1) Dit blijkt uit de apostillé op het request zelf (A. V. Ypres, port. 9). Het request vraagt om verlichting van lasten door garnizoensvermindering. 2) 30 Maart op een tweede request van Aalst (over hetzelfde?): de Staten zullen er bij tijd en wijle op letten, zooals de billijkheid eischt (R. i. d. p. p.). 3) In het register in margine bijgeschreven: zij geven hun advies conform dat van „de andere Staten Generael van de Nederlanden, tot Bruessele vergadert". 4) 21 Maart: den Raad van State hiertoe te bezenden (R.i.d.). 22 Maart hiertoe gecommitteerd. Oetingen enz. (als genoemd hiervóór, p. 337). 1 Juni: „que sera faicte instruction et qu'on s'enquestera, quelle instruction ceulx de la Court ont donné au conseiller mn. Corneillc Boone" (R. i. d. p. p.). 5) A. G., Aud. 769, fol. 191 (orig.). 6) Actes, n'. 458; A. G., Aud. 769, fol. 489 v°. (orig.). De inhoud er van blijkt voldoende uit de acte der Staten zelf. 7) Cf. hiervóór, p. 455. 8) Is de Raad van State bedoeld? Geldmiddelen 1577. 476 comme advenu au dehors et auparavant ceste union, aussy que ce seroit une ouverture a tous aultres de faire semblables prétensions, excédans tous les moyens adviséz et qui porteroient par millions a la nouvelle et entbière ruyne de tous les Estatz et pays de Sa M*6.; mais quant au reste et surplus desdictes conditions, ass9avoir qu'ilz practicqueront lesdicts moyens généraulx au mieulx que faire se pourra et comme se collectent les impostz tant vieux que nouveaulx, mis sus pour les affaires particuliers de ladicte ville de Tournay, sans fraude ny malengien, pour les deniers en procédans, receuz par le recepveur général, estre convertis aux affaires communes de 1'union, et moyennant que d'iceulx deniers lesdicts de Tournay retiennent IIm £ de XL gros que portent les debtes passives desdicts Allemans, que lesdicts Estatz de Tournay ont prins a leur charge suyvant la capitulation faicte avecq eulx pour leur sortie, moyennant quoy avoyent quicté tout ce que leur estoit deu de leurs gaiges et soldées, lesdicts Estatz Généraulx sont trés bien contens et d'advis que tout cela ayt lieu. — — — — [Voor 6 maanden, ingaande 4 April], 21 Maart: aan Antwerpen te schrijven, om er den 100en penning en de gemeene middelen te doen pnbliceeren (R. i. d.). 514. R. 22 haart. — Que lettre sera escripte a monsr. de Lalaing qu'il ait a donner a Nicolas de Dryvere toute ayde et assistance de povoir lever 1'impost des espèces que s'envoyent au camp, pour illecq estre consuméz, comme suyvant 1'acte d'accord et placcat sur les impostz convient, dont les Estatz ne sont d'intention voloir départir, de tant moings que les gaiges des gens de guerre leur sont esté augmentéz pour myeulx povoir porter les charges communes 515. R. 27 maart. — Veu l'advis du Sr. de Berchem, est ordonné a Beken de donner a ceulx de Tournay, moyennant la somme de XIII™ XXXVIII £ XVII s. IX d. arth. qu'il a receu, quittance absolute pour leur entier III6 c6 denier, par eulx rachapté; et a ceulx de Tournesiz, parmy (furnissant) la somme de XXIIIm IXC XXVII £ XV s. VI d. arth. en ungne partie et IIm 11° XXII £ IIII s. VI d. en la seconde somme, par luy receu, et la somme de Vm huyct cent £, payéz pour le prest d'ung moys a troys compaignies des Bas Allemans, ayans tenu garnison en la ville de Tournay, de leur c° denier, par eulx rachapté. Om aan den geldnood tegemoet te komen s), namen de Staten einde Maart maatregelen, die blijken uit hunne brieven aan de Staten van Brabant, Vlaanderen, Tournesis 8) en aan Mechelen 4). De brief aan Vlaanderen volgt hier gedeeltelijk: 516. 29 maart. — [De ƒ300.000 waren op den vastgestelden dag bijeen]. Touttesfois vous avez veu par le traicté qu'il nous convient casser et renvoyer tous les 1) 5 April op het request van Rombout Eschorix: de commandeur van Pitsenborg noch andere commandeurs vrij van de algemeene belastingen; zich te regelen naar instructie en plakkaat (R. i. d.). 2) Cf. ons n». 306. 3) Actes, n°. 505—507; resp. R. A. Noord-Brabant, reg. doleantiën 4, fol. 181; A. V. Ypres, port. 23B (orig.); A. E. Mons, Tournaisis 1, fol. 176v°. — Ongetwijfeld ook aan de andere contribueerende gewesten. 4) Doren, IV, 244. 477 Geldmiddelen 1577. estrangiers et faire le contentement des Allemans. Mesmement sera bon de commencer a casser nostre armée pour nons descharger et accélérer le tóut au plustost pour nous déscbarger et éviter la multiplication de tel fardeau, portant XXX a XLm florins par cbascun jour, aussi les prestz, services et fatigues qu'il conviendroit soustenir et recepvoir desdictz Allemans, s'ilz sont repartiz par ces pays es lieux que ad ce seront désignéz par le Conseil d'Estat selon que porte la pacificatión. Nous espérons bien d'obtenir quictance d'une partie des arriéraiges desdictz Allemans et attermination de la plus grande. Mais, comme nécessairement il eonviendra avoir quelques deniers comptans pour leur donner occasion de meilleur contentement et les tirer a plus gracieulx appoinctement qui redundera au trés grand bien, prouffict, salut et repos de vous et de tous les pays, avons advisé de repartir une notable somme sur toutes les provinces,' a furnir ung tiercb endedeus les Pasques prochaines et le surplus au plustost que pouvrez; en quoy estes assiz a la somme de trois eens mil livres artois x), a reprendre sur la reste des cme denier, moyens généraulx et aultrement; mesmement a frait et intérest sur vostre crédit, ores que fussiez tant redebvable a la cbarge néantmoins de la Généralité, car c'est force de s'a'yder et secourir 1'ung 1'aultre, mesmement les plus fouléz, en eest tant extréme nécessité. Si vous prions et requérons trés instamment que veuillez tant faire par tous moyens possibles que puissions estre secouruz de vostre part endedens le terme susdict de ladicte somme de trois eens mil livres art. [Nadere aandrang tot betaling; gebrek aan geld in het leger met de dreigende gevolgen hiervan]. 3 April werd Courteville naar Vlaanderen gezonden met een instructie s), waarvan het belangrijkste gedeelte luidt: 517. 3 april 3). En oultre suyvant le mémorial, exbibéaux- dictz Estatz par le trésorier général des finances, le Sr. de Grobbendonck *) dont ledict de Courteville porte copie, présentera icelle aux quattre membres de Flandres pour sur ce entendre leur intention et priera au nom desdictz Estatz qu'ilz veullent au plustost luy donner la résolution qu'ilz prendront, pour aultant qu'il touche ledict pays de Flandres. D'aultrepart comme les Estatz sont en train de licencier tous estrangiers, espéciallement 1'armée laquelle est au canal d'Anvers, ledict Sr. de Courteville requérera mess™, les eschevins de la cure de Gand, qu'ilz veullent ordonner a ceulx du pays de Waes furnir a 1'admiral, estant audict canal, la somme de cincq mil livres du pris de quarante groz, monnoye de Flandres, la livre, pour avecq lesdictz deniers licencier ses gens, et ce en tant moins de leur dixiesme denier de 1'année soixante seize, remonstrant que lesdictz de Waes s'en pourront descharger des charges qu'ilz en ont, et que par ce moyen la trafficque sera plus libre. Et si avant que lesdictz de Waes s'excusassent pour les grandz 1) Brabant: 120.000 p. art.; Tournaisis: 6666 p. art., 13 s.; Mechelen: 4000 p. art. 2) A. G., Aud. 651, fol. 17. 3) Het eerste gedeelte van de instructie draagt Courteville op een Spaansch gevangene uit Duinkerken te halen en naar St. Truyen te brengen; bovendien te Duinkerken en te Nieuwpoort om de obligatiên voor Engeland te vragen (cf. hiervóór, p. 304). 4) Waarschijnlijk Actes, n». 520; A. G., Cart. 327A, fol. 227. Geldmiddelen 1577. 478 frais, foulles et despens, par eulx supportéz depuis ces troubles, qu'il plaize en ce cas ausdictz de Gand d'encbarger leur commis de furnir ladicte somme sur et en tant moins des deniers que on a demande desdictz de Flandres pour le iicentiement desdictz estrangiers, dont ledict Courteville envoyera auxdictz Estatz ou aux députéz de Flandres én ceste ville la responce qu'ilz lui donneront. 4 April zonden de Staten een rencharge aan de gewesten voor de betaling van de sommen van 29 Maart 518. R. 11 apeil. — Sur la lettre des Estatz de Haynault est dict d'escripre lettre a monsieur le Comte de Lalaing de voloir faire payer tous S™. et nobles, soient chevaliers de 1'ordre ou aultres, le ce denier suyvant le consentement et placcat, sur ce dépesché et publié; que nul ne pourroit estre exempt et que de ce lettre d'advertence sera envoyé a nionsr. le Duc d'Arschot 2). Le Sr. Northoven a faict raport de ce qu'il a besoingné a Lille, Douay et Orchiez, tant a 1'endroit les obligations particulières, demandées par le marchant Spinola, que pour apporter le tiers de XXXVIIm £ qu'ilz furniront au million d'or, advisé a trouver. Et a esté résolu d'escripre de bon encrea ceulx de Douay, pour ne se avoir volu condescendre a ladicte obligation particulière, combien que ceulx de Lille et chasteline consentent s'enlx de donner ladicte obligation. 519. R. 14 apeil. — Sur la lettre de ceulx de Lille: que l'on requerra messieurs du Conseil d'Estat d'escripre a monsr. d'Oingnies, affin qu'il ait a donner en ferme les impostz généraulx es franchises de Blaton et l'Inselles, sans préjudice du droict de 1'ungne et 1'aultre partie du procés pendant au principai indécis au Conseil Privé de Sa Mté.; et qne les fermiers ayent a porter les deniers es mains du commis des Estatz de Lille, Douay et Orchies, aussy sans préjudice du droict d'ung chascun 8). 16 April ontvingen de Staten een brief van de -vier leden van Vlaanderen, dat hnnne qnote in de 100.000 p. art voor het kamp gereed was, nl. 34.000 p. art. (R. i. d.). 520. R. 18 apen.. — Sur *) la requeste de Nicolas Poignet, fermier des impostz a Tournay, est dict que les Estatz Généraulx déclairent que 1'impost des veaux se payera au lieu, auquel iceulx seront tuéz, ne fust toutesfoys que iceulx seroient tuéz es lieux non contribuans ausdicts moyens généraulx, auquel 1) Die aan Vlaanderen: A. V. Ypres, port. 83B. Hierop: „semblableachascune province".— Die aan Brabant: Actes, n°. 523; R. A. Noord-Brabant, reg. doleantiën 4, fol. 17v». — 10 April belastte Bailleul er zich mede naar de Staten van Artois te gaan (R. i. d ). Ook dit zal vermoedelijk met geldzaken samenhangen. 2) Waarschijnlijk is Henegouwen in verband met de geldzaken in dezen lijd ook bezonden. Aan Carlier werd 21 April als vacatiën voor zijne reis naar Henegouwen 13 p, art. toegekend (R. i. d.). 3) Het request hiertoe aan den Raad van State: A. G., Aud. 658, fol. 119. Er volgt nog uit, dat blijkens een brief van de Staten van Lille enz. d'Ongnies er zich op grond van een nog onbeeindigd proces voor den Conseil Privé tegen verzet had, dat „mesmesment pour la branche de la S*1». de Blaton tant a l'Inselles qu'a la Verde", ofschoon deze bij octrooi van Philips II van 42 October 1575 in de belastingen met Lille begrepen waren, de gemeene middelen in pacht gegeven werden. 4) Het nu volgende besluit staat in het register in margine. 479 Geldm iddelen 1577, cas se payera ledict impost au lieu de la consumption, et affin que ne soit commise faulte, debvra le vendeur, veullant débiter veaux, aillieurs tuéz, monstrer le billet du fermier du lieu, auquel il 1'auroit tué ou payé ledict impost. Les Sra. ont déclairé que 1'impost de la cbair se payera au lieu que les bestes sont tuéz selon le text de 1'instruction et quant aux bestes quy se tuent aux pays ausquelz nul impost se paye, comme au pays de Liège et semblable, l'on payera de telle cbair 1'impost au lieu que ladicte chair se consume. Que les recepveurs ou commis a recepvoir le ce denier et impostz debvront faire lever ledict ce et donner en ferme lesdicts impostz en tous lieux quy parcydevant auroient joy exemtion, comme Lembeke, Traisignies en semblables lieux. L'instruction, faicte pour le Vicomte de Gand, a esté leute et arrestée; et quant a la demeure de la ferme de-1'impost de bied au pays d'Arthoys, lesdicts d'Arthoys pourront passer, parmy payant par aultre moyen ladicte demeure pour le temps de deux moys, sans préjudice aultrement de l'instruction; et pour le temps, advenir, on advisera, comment on en usera. Het belangrijkste nit deze instructie ') volgt: 520a. 14 apeil. — [Melun moet de Staten overhalen hunne particuliere obligatiên a f 60.000 voor de f 300.000 aan wisselbrieven op Italië te geven, evenals de andere gewesten gedaan hebben; dit is geen verhooging van lasten, zoodat bet er in dit geval niet toe doet, „si cela excède le sixiesme de Flandres"]. Et comme a faulte de 1'auctorisation absolute de leurs députéz, les affaires sont bien souvent retardéz au trés grand préjudice et intérest du pays et encoires plus grand péril, ce qu'est aisé de comprendre, si bien l'on considéré que les pays sont ehargéz de XXX a XL mil florins par chascun jour, et qne a faulte de payement prompt et soubdain, l'on void les soldatz se desbander et desborder en dommaiges et excès incréables; et davantaige que les Espaignolz sont encoires icy a la grande ruyne, honte et confusion de tout le pays, quy en fussent sortis, passé plusieurs journées, si telles dilations ne se fussent représentées, de sorte que les intérests en provenantz se pourroient facilement excéder tout ce que s'avance par ceulx qui en sont cause, par quoy et pour ne tumber en semblable confusion a 1'advenir, qu'ilz veuillent absolutement auctoriser leursdictz députéz de passer oultre et s'accommoder a ce qne par la Généralité sera trouvé le plus expédient pour le bien et salut de la patrie, de quoy lesdictz Estatz d'Artois ne doibvent faire plus de débat ny scrupul que tous les aultres. Au surplus, comme ilz représentent par leurs lettres du XXVIIIme de Mars que les impostz portent peu et que pour la clamace du peuple y a apparance de diminuer, insistera ledict Sr. Viconte que l'on passé oultre a la collectation d'iceulx, soit a ferme ou aultrement, selon qu'ilz verront convenable pour le plus grand prouffict des Estatz Généraulx, signamment les impostz, mis sur les grains, et sur ce vouloir considérer que, pour se descharger, comme il convient nécessairement faire èt le plustot qu'on pourroit, si on ne veult succumber soubz le fardeau, est force non seullement souffrir la practique desdictz impostz, mais encoires beaucoup plus grande charge, selon qu'on pourra 1) A. G., Aud.-651, fol. 25. — Zij is hier reeds van 14 April gedateerd. Geldmiddelen 1577. 480 adviser, trouvanfc assez estrange que ung peuple et pays, tant a 1'avaut et de si longtemps libre de toutes foulles, se plainet et crie sy hault au regard d'aultres qui souffrent et portent 1'ung et 1'aultre; sur quoy semble que se pourroit plustost rejecter la conlpe sur aulcuns peu ou poinct voluntaires et affectionnéz au salut de la patrie que non pas du commun peuple, comme s'est assez apperceu et descouvert en la diversité des accordz desdictz cme. denier et moyens généraulx, a quoy lesdictz Estatz pour leur propre bien doibvent pourveoir. 521. R. 20 april. — Résolu de députer quel'ung pour se trover vers messeigneurs du Conseil d'Estat, affin qu'ilz commettent quel'ung a se trouver pardevant les Estatz de Geldre avecq instruction et demander contribution de deniers a la descharge des gens de guerre, et qu'il veille faire assembier a celle fin lesdicts Estatz, a laquelle fin sera aussy quel'ung envoyé par ceulx de Brabant; et sy ont aulcuns expressément déclairé que l'on escripvera a monsieur de Hierge qu'il ait a faire retirer ses gens de Brabant en leur garnison 1). Et est commis monsr. le docteur Leoninus a la fin susdicte et requireront les Estatz monsT. de Hierge voloir tenir la main a ladicte commission. 21 April schreven de Staten aan de Staten van Vlaanderen een brief s), dien we laten volgen: 522. 21 april. — Messieurs. Comme les députéz des Estatz Généraulx ont commis certains personaiges d'entre eulx pour manier leurs aydes a raison des accordz, faictz depuis 1'assemblée et union desditz Estatz, et ce qu'en dépend sur certaine instruction, par eulx arrestée, et que pour satisfaire k eest charge, convient nécessairement pour le service de Sa M*6. et desditz Estatz avant toute chose dresse(r) estat pertinent de tout ce que par chascune province depuis 1'union a esté furny et payé a ceste présente guerre et nécessité du pays, ensemble des assignations sur les deniers, procédéz es leurs accords, et comme eest affaire requiert toute accélération, nous vous avons bien volu requérir par ceste qne incontinent donnez ordre que soit de ceste estat bien distinctement desditz accordz faictz (1. faict), tant de centiesme, moyens généraulx que aultres, et le nous faire tenir au plustost que pourrez, ensemble copie autenticque des ordonnances et règlemens des moyens généraulx, mis a collecte ou donné en ferme, soubz chascun district a part, et tous aultres enseignemens que trouverez nécessaires, affin de coingnoistre l'estat, en quel les affaires se treuvent. 523. E. 22 april. — Les Sra. ont aecordé de furnir les Vc LXXVIIIm £ arth., adviséz passéz six sepmaines et dont les cent mille premiers sont furniz au camp, endedans laPenthecouste, desquelz cent premiers mille livres arth. seront 1) De brief van 20 April aan Hierges: A. G., Aud. 658, fol. 124. Er werd hem echter alleen in medegedeeld, dat de Staten de door Gelderland gelichte ruiters zoo spoedig mogelijk wenschen af te danken, opdat zij zich kunnen behelpen mét de rest van de gelden voor hunne gage van 6 maanden; verzoek om dit besluit uit te voeren. — In een aanschrijving aan den Baad van State (t. a. p., fol. 123) werd deze verzocht een dergelijken brief aan Hierges le richten. 2) A. V. Ypres, port. 23B. — Een dergelijke brief aan Brabant: B. A. Noord-Brabant, reg. doleantiën 4, fol. 481. — Rencharge aan Brabant 1 Mei: t. a. p., fol. 52v°; idem aan Vlaanderen: A. V. Gand, reg. Y, fol. 43 (Actes, n°. 563). — Nogmaals aan beide 27Mei: t.a.p., resp. fol. 63 en 92. 481 Geldmiddelen 157?, furniz endedans le jour de 1'Ascension aux régiments de messieurs de Bossu, Megen et Hierge, moyennant qu'ilz soient présentement casséz et conduitz a partir pour Geldres, dont aulcuns sont venuz en Brabant. 23 April: de gecommitteerden in de Kamer van de Beden zullen twee of drie deputeeren, om met Grobbendonck te overleggen over „la practicque des moyens a trouver argent" (R. i. d.). 524. R. 26 apeil. — Les S™. ont aecordé de furnir endedans VI jours les sommes cy suyvantes: Brabant XVIm; Flandres XXXVIm £ arth., XVIm VIC £; Haynault Xm £; Valenchiennes exhibera son estat; Lille, Douay et Orchiez Xm £; Namur a furny le ce entièrement et par assignation IIIm £, sans y comprendre leurs troys compaignies, IIm £; Tournay XII0 £; Tournesiz IIm IIII0 £; Malines X° £\ le tout par provision sur le second terme de 1'ayde provisionèle, naguaires aecordé 1). Twee dagen te voren badden de Staten aan de Staten van Tournaisis 2) geschreven, dat om den geldnood het tweede derdedeel van de bede van ƒ600.000 reeds nu opgebracht moest worden. 28 April werd besloten copieën van de „moyens de capitale imposition", door eenigen schriftelijk voorgesteld, te doen maken (R. i. d.). 8 Mei werd besloten, dat Utrecht in de gemeene middelen moest contribueeren, indien het door de Staten gesteund wenschte te worden (R. i. d.). 525. R. 5 mei p. p. — Les S™. trèstous ont consenty que les impostz auront cours, tant que les debtes des pays, contractéez depuys 1'union, soient payéz, et ce soubz le bon plaisir de leurs membres quy les ont icy envoyéz, saulff que ceulx de Lille, Douay et Orchiez ont déclairé n'estre authoriséz d'accorder lesdicts moyens généraulx, sy longuement que leurs maistres n'ayent aecordé, mais advertiront volontier leurs maistres. 526. R. 7 mei. — Les S". ont par pluralité des voix aecordé sur le bon plaisir des Estatz quy les ont cy envoyéz, la capitation, selon que se mettra par escript par aucuns, a députer de chacune province. Et quant a prolonger la levée des impostz est dict par la pluralité desdictes voix qu'elle demourera avoir son cours, tant que les debtes seront deschargées. 527. R. 8 mei p. p. — Résolu que les impostz généraulx auront cours Pespace de troys ans oultre les VI moys, pour lesquelz ilz sont esté accordéz, et ce soubz le bon plaisir des maistres quy les ont onvoyés icy. Denzelfden dag werd een request van de pachters van de nieuwe belastingen te Gent aan de Kamer van de Beden om advies gezonden (R. i. d. p. p.). 9 Mei na den middag werd besloten, dat de collecteurs van den 100*1 penning een 100en penning van het door hen bijeengebrachte zouden krijgen op rekening van elk 1) Oienzelfden dag leest men in het register: „que le greffier signera la petite requeste pour ceulx de Flandres conformément a la résolution du XVIIIo d'Apvril". (R. i. d.). — Heeft dit ook op deze geldzaken betrekking? 2) Actes, n». 557; A. G., Aud. 652, fol. 87 (orig.). Waarschijnlijk eveneens aan de andere contribueerende gewesten. 31 Geldmiddelen 1577. 482 gewest — Na onderzoek van den staat van Artois betreffende den 100™ penning bevalen de Staten aan Guillaume le Vasseur, ontvanger in Artois, onmiddellijk 10.000 p. art. op aftrek van den 100™ penning aan Van der Beken te leveren (B. i. d. p. p.). 528. R. 10 mm. — Sur la requeste, sans nom exhibé, pour trouver moyen d'argent: soit monstre aux commis de la Chambre des Aydes lesquelz les Estatz Généraulx authorisent d'oyr ceulx quy vouldront mettre en avant les moyens, pour, en cas qu'ilz soient nouveaulx, bons et practicables, de sorte que lesdicts Estatz les mettent en exécution, donner honneste récompense aux inventeurs *). Les S™. prélatz de Brabant ont protesté que, en accordant la capitation, ne sont d'intention charger aultres gens d'église que ceulx que sont dessoubz leur estat, pour n'encourir 1'excommunication.. 529. R. 16 mei. — Résolu que les députéz des Estatz furniront a l'escript de la capitation s) soubz le bon plaisir de leurs maistres et colléges et a condition que tous ensuyvent sans excepter persone, degré en degré, d'estat en estat; et que aultrement, sy leurs maistres ne 1'accordent, ilz recouvriront ce qu'ilz auront desboursé sur la Généralité, le tout sans préjudice du droict des Estatz. 530. R. 17 mei p. p. — Résólu sur la proposition de monsieur le Comte de Bossu est dict *) que quelques commissaires seront envoyéz vers les Estatz de provinces quy n'ont jusques orez contribué, affin de les induire a contribuer les moyens généraulx, tant les ce, impost que capitation, comme suyvant la pacificatión convient; et en cas que ad ce ilz ne vouldroient entendre, qu'ilz auront a contribuer par aulcuns aultres moyens notable somme équivalente ausdicts moyens. 20 Mei: het hoofdgeld nog niet te doen drukken, voor de gewesten er in hebben toegestemd (R. 1. d.). 531. R. 21 mei. — Sur la requeste de ceulx de la ville d'Anvers est résolu que les supplians auront a exhiber leurs grieffz prétenduz bien particulièrement, ensemble les moyens aultres quy seroient intentionéz practiquer au lieu des impostz; pour, ce faict, après en estre ordonné, comme ilz trouveront convenir. Quant a la requeste des officiers et gens de loy du pays de Langle, enclavement d'Arthoys, parcidevant eschichié (t) de la chastelenie de Bourbourg, comté de Flandres, assiz et marchissant aux frontières de France, sans y avoir quelque terre ou villaige entre deux, estant nagnères reconquis sur les Anglois, faisant aussy front a la mer prèz de Gravelingen, est appointé que, puisque 1) Acte van dit besluit: Actes, n». 571; A. G., Cart. 327±, fol. 248. 2) 12 Mei wordt hetzelfde besluit in wat andere bewoordingen genomen; tot het onderzoek wordt dan ook Champagney gecommiteerd. Er is dan sprake van het request, „conceue sur les noms incognuz, mais sur le nom d'aucuns bons subjectz de Sa M*6." (R. i. d.). 3) Actes, n°. 579; Bondam, III, 4 (in vertaling; het stnk in het Fransch: A. V. Ypres, port. 23B; A. V. Bruges, Wittenbouck C, fol. 42; A. E. Mons, Tournaisis 4, fol. 185v°.). 4) Of résolu óf est dict in dezen zin is overbodig. 483 Geldmiddelen 157?. le cme. est aecordé pour la Généralité, les Estatz ne scauroient complaire aux suplians, aussy point pour la conséquence. 532. R. 24 mei. — Résolu que tous députéz des Estatz, estans présens a Bruxelles, furniront endedans le lundy prochain a leurs capitations par manière de provision et sans préjudice pour en répéter, en cas que les Estatz n'accordent les moyens de ladicte capitation; et chacun pensionaire de chacune proviuce apportera demain sa liste des députéz des Estatz présentz. Et quant aux trois difficultéz, proposées par les prélatz de Brabant, elles sont esté reiectées. Et sy sera ladicte capitation receupte par quelung des Estatz de chacune province et employé au licentiement des gens de guerre, envoyéz pardecha par le Prince d'Orange. 533. R. 25. mei. — Quant ü la requeste de Henry Moelemans, pachter van den nieuwen impost van den visch, harinck ende bocxharinck, conformeren hen de Staten nae den advyse, sulx dat men van elcke tonne gesouten visch, weder dat dyen gevuelt off gepact is mit hooffden van den abberdaen, zal 't recht betaelen sonder distinctie te maecken als van de tonnen, gevuelt met abberdaen, om te schouwen alle frauden; ende aengaende den neye harinck, gemerct dat versche visch is, zal men laten passeren sonder impost. 534. R. 26 mei. — Sur la requeste des officiers, justiciers et communs habitans des villaiges de Calmphout, Loenhout et Brecht est appoincté que, en faissant par les suppliants apparoir le contenu de leur requeste, ordonnent aux fermiers des impostz rembourser aux suppliants les deniers cy mentionéz, saulff que on en tiendra compte avecq ceulx d'Hollande, pour par eulx en rendre autant aux Estatz Généraulx, deffendantz ausdicts supplians de plus faire aulcunes contributions au fort cy mentionné; et que lettre sera escripte a monsr. le Prince de faire desmolir ledict fort et de ne laisser plus travailler les suppliants des contributions suyvant la pacificatión. 27 Mei protesteert de pensionaris van Namen, dat hij de Staten van Namen zich voor niet meer dan hunne quote wil laten verplichten (R. i. d.). 535. R. 1 juni. — Pour se trouver vers les Estatz de Geldre et requérir récompense du cme et moyens généraulx sont commis le Sr. de Zaventhem et le docteur Leonin ou docteur Sille, celuy des deux qui poura vacquer 1). P. p. —■ Sur la requeste des prélatz, nobles et communautéz, faisans les Estatz de Tournesiz: messieurs, se conform ans a l'advis des commis a la Chambre des Aydes, acceptent la somme de trois mille troys cent trente troy3 livres, six solz, neuff deniers arth., par les suppliauts avancéz au licenciement des gens du Prince d'Orange, accordans que iceulx remonstrans s'en rembourseront de ladicte somme sur les moyens généraulx des impostz ou aultres aydes a accorder. Résolu que les Sn., sur ce que aulcuns députéz des Arthoys ont allégué ne vouloir assembier les Estatz sur 1'accord de la capitation, ne soit qu'ilz ayent les consentementz du ce et généraulx de tous les Estatz Généraulx et qu'ilz ayent veu par estat que lesdicts Estatz ayent furny leur deu comme eulx, que eulx sont tenuz en vertu de 1'Union de s'assembler sur 1'accord de la capitation requis et que néantmoings cependant les Estats démonstreront avoir 1) 15 Juni: Leoninus gecommitteerd naar Gelderland en Overijsel (R. i. d.). Geldmiddelen 1577. 484 satisfaict autant et plas que lesdicts d'Arthois, et de postposer 1'accord, vu que a ung chacun est notoir que le pays doibt troys foys plus que les Estatz n'ont contribué, n'a nulle apparence, mais seroit contrevenir a 1'Union et aussy seroit donné occasion de la totalle ruine dudict pays. 2 Jnni werden Meetkercke, Sille en de „conseiller" van Douay gecommitteerd, om het antwoord op het geschrift van Artois te ontwerpen en den volgenden dag in te brengen (R. i. d.). Dit antwoord ') is van den volgenden inhoud: 536. 3 JUNi, — [Propositie van Tangry en den pensionaris van Béthune, gedeputeerden van Artois, conform den brief van de Staten van Artois aan don Jan van 29 Mei, bevattende 2 punten]. Au regard du premier, par lequel ilz demandent par 1'acceptation de leur dernier accord d'estre acquictéz et deschargéz de LXm £ arth., par eulx cy devant accordées, a esté résolu par lesdictz Estatz Généraulx comme autresfois, d'aultant que ledict accord a esté faict a Sa Mté. par avant 1'union desdictz Estatz Généraulx et non ausdictz, que ce poinct ne touche 1'affaire desdictz Estatz, ains gist ledict accord a disputer pardevant le Conseil de Sa Mté., par devers lequel iceulx d'Arthois doibvent estre renvoyéz pour eulx pourveoir comm'ilz trouveront convenir, selon qu'en semblable ont faict les aultres provinces, ayans faict pareil accord, estant aussy ce poinct d'aultant plus impertinent et sans propoz, comme iceulx d'Artois n'en sont a présent inquiétéz ny presséz. Touchant 1'aultre poinct concernant la réquisition d'avoir l'estat général des accordz, faictz par toutes les provinces de ces pays et2) sortie des estrangiers, pour par icelluy veoir et entend[re], si chacune province aura furny a ses accordz, quelz deniers ont esté payéz et desbourséz et de quelle somme ledict pays se trouvera encoires chargé, lesditz Estatz Généraulx disent estre tout cler et manifeste que toutes et chacune les provinces ont aecordé le cme et moyens généraulx qui sont les deux aydes qui ont esté imposéz depuis. 1'union, que l'on entend estre furnie par chacune desdictes provinces, au moings a la plus grand part, tellement que le reste et reliqua qu'aulcunes provinces polroient encoires debvoir 'est de si petite importance que l'on ny doibt prendre ou avoir esgard, du moins pour en ceste conjoincture ne se pourveoir d'aultres moyens pour furnir a 1'extrême nécessité présente, estant aussy impossible en si breff temps qu'ilz demandent faire ledict estat, d'aultant mesmes qu'aulcunes desdictz provinces sont encoires apres 3) pour faire et dresser leur estat particulier. Ne cesseront néantmoings lesdictz Estatz Généraulx a toute diligence et au plustost faire ledict estat requis. [Herinnering aan de vele en velerlei schulden, die de Staten hebben moeten aangaan. Het bedrag niet precies op te geven, zoolang de afrekening met de Duitschers niet geschied is]. Pourtant ne doibvent lesdictz d'Arthois différer 1'assemblée de leurs Estatz au jour présigné ny 1'accord prétendu des assiettes capitales et continuation des moiens généraulx pour le retardement dudict estat, entendu comme dict est les grandes et excessives sommes que lesdictz Estatz sont eneores redebvables, ausquelles lesdictz d'Arthois doibvent encoires notoirement contribuer. 1) Actes, n». 587; A. V. Gand, reg. Y, fol. 137. 2) Lees: és? 3) Lees: a present (?) 485 Geldmiddelen 1577. 8 Juni verklaarde de „conseiller" Muyssart van Bijsel, dat de 8000 p. art. van Lille, Douay en Orchies voor de afbetaling van de Duitschers of van Barthold Entens en drie Fransche compagnieën aangebracht waren (R. 1. d.). 537. R. 4 juni. — Quant au mémoire du pain, biscuit, cervoises et autres victuales, servants pour la provision des batteaux, affraictéz sur Espagne, France, Angleterre, Escoisse, Oostlande et aultres pays estrangiers, soit envoyé aux commis de la Chambre des Aydes pour advis. 538. R. 6 jühi. — L'instruction, faicte par les députéz de Flandres pour les membres dudict Flandres, cy leue, a esté arrestée d'envoyer. Et 1'eschevin de Meeskercke et conseiller de Douay, de former lettre générale aux Estatz de chacune province, servant d'admonition, affin qu'ilz treuvent bons les moyens capitaulx a les ensuivre et accorder sans aulcune difficulté. Et si est commis le Sr. de La Motte pour se transporter demain a bonne heure a Mons en Haynault, affin d'induire les Estatz dudict Haynault a consentir les premiers les moyens capitaulx, pour donner bon exemple aux aultres Estatz. 7 Jnni werd een brief van Breda gelezen met verzoek om uitstel van betaling der beden voor 6 maanden en ondersteuning met 2050 p. art. „chacun dix jours". — Na den middag werd geadviseerd en geresolveerd op verscheiden punten, voorgesteld door de Kamer van de Beden, volgens de apostilles bij de verschillende punten (R. i. d. en p. p.). Het bedoelde stuk ') handelde onder meer over het belasten der niet contribueerende provinciën. & Jnni werd besloten nogmaals te schrijven aan de Staten en den gouverneur van Overmaze om te furneeren op de vorige ordonnantiën (R. i. d.). 539. R. 14 juni. — Lettre leue de Son Altèze *) avecq copye, y inserée, de certaine lettre du président de Frise, contenant excuses de ne practiquer illecq l'assiette capitale; puis mesmes ceulx de Frize sont d'advis d'user des mesmes moyens pour parfurnir aux payements des gens de guerre et rembourser les deniers, ja par eulx levéz; après délibération a porté la résolution d'escripre a Son Altèze que les Estatz sont contentz qn'ilz envoyent les deniers de la capitation au payement des soldatz illecq, moyennant qu'ilz veullent envoyer pardecha bonne et notable somme pour la Généralité, tant pour le ce que impostz, par les aultres Estats contribuables souffertz 3). 540. R. 17 juni. — Lettre de Son Altèze du XIIII0 de ce moys *) a esté leue, par laquelle elle adhorte a recouvrer argent, non seullement pour la satisfaction des Allemans, en cas que l'on traicté avecq eulx, mais aussy pour plusieurs aultres nécessitéz. 541. R. 18 juni p. p. —* Messieurs ont résolu touchant le biscuit que se faict au Pays Bas, combien qu'il s'envoye au dehors desdicts Pays Bas, que 1'impost se doibt payer au pays, oü que ledict grain se donne a mouldre; mais quant a la cervoise, vins et aultres victuailles, que 1'impost se payera pardecha, combien qu'elle soit envoyé en dehors du Pays Bas; que les grains, 1) Actes, n°. 581. 2) Actes, n°. 596; Corresp. de Philippe II, V, 744. 3) Corresp. de Philippe li, V, 745. 4) Actes, n». 598; Corresp. de Philippe II, V, 748, Geldmiddelen 1577. 486 moulus pour convertir en biscuit, a la provision sur navires et batteaulx doibvent les impostz; pareillement les bierres et aultres victuailles quy se mettent par semblables provisions, attendu que telz maroniers sont manans du pays et qu'ilz doibvent contribuer aux impostz, habitans sur la mer, comme font tous aultres inhabitans sur la terre; et que a 1'advenir cela pour meilleure intelligence soit esclairchy et expressément déclaré. Donné x) 1'apostille, comme s'ensuyt: pour le pain, biscuit, pour avoir esté payé pour la farine dont il est imposé, 1'impost des moyens généraulx ne se doibt; mais au regard des cervoises et aultres victuailles que l'on cherge aux batteaux, ledict impost en est deu. 542. R. 20 juni. — Résolu d'envoyer messieurs le prélat de Marolle *) et Sr. de Goingnies avecq lettre de crédence et instruction a 1'assemblée des Estatz d'Arthoys pour le III6 de Juillet prochain venant, affin de les induire a consentir les moyens capitaulx et continuation des impostz, et que Son Altèze veulle députer quelung de par Elle au mesme effect s); et que les Estatz escripveront aux Sn. Comtes de Lalaing et Houtkercke ses y vouloir trouver et aux magistratz de villes, ad ce qu'ilz veullent accommoder a ce quy est tant nécessaire. 21 Juni compareerden verscheidene gedeputeerden van Gelderland, die na verscheidene „propos" hunne intentie schriftelijk indienden. Na den middag werd besloten hun te antwoorden, dat gedeputeerden naar de Staten van Gelderland gezonden zouden worden, die dezen zouden voorhouden, dat de Staten bereid waren elkander te steunen (R. i. d. en p. p.) 4). 543. R. 22 juni. — L'instruction pour les députéz a se trouver aux Estatz de Geldre est arrestée, saulff que la somme ennarrée de ceulx de Hollande et Zélande seront omis, en adjoustant les grandes charges des pays, montantz bien a VIII ou IX milions d'or, et de les monstrer les moyens généraulx, desia par les députéz des Estatz Généraulx adviséz; et que après le consentement obtenu, on requerra lesdicts de Geldre vouloir douner leur crédit pour notables sommes vers ceulx d'Allemaigne. ' Deze instructie 6) voor Saventhem6) en Leoninus luidt in substantie als volgt: 543a. 22 juni. — Premiers se transporteront lesdictz députéz en Gheldres pour estre le dernier jour de ce mois en la ville de Nimmeghem, oü seront lors 1) Het volgende in het register in margine van de vorige resolutie. 2) Deze excuseerde zich; in zijne plaats werd Provins aangewezen (R. 22 Juni). 3) Brief hierover aan hem van 20 Juni: Corresp. de Pbilippe II, V, 753. 4) Uit het schriftelijk antwoord der Staten van 21 Juni (A. V. Gand, reg. Y, foL 211v°) blijkt, dat hier gedeputeerden uit de kwartieren van Nijmegen en Roermond bedoeld zijn en dat deze geklaagd hadden over de groote lasten, op de landen drukkende; de Staten antwoordden in zeer algemeenen zin, verwijzende naar de aanstaande deputatie. 5) A. V. Gand, reg. Y, fol. 215v°. Het stuk is hier ongedateerd. Een andere copie in A. G., Aud. 659, fol. 43, heeft den datum 22 Juni. — De credentie-brief voor de Staten van Gelderland is van 26 Juni: Actes, n°. 621; Bondam, II, 384. Die voor Overijsel evenzoo: G. A. Deventer, Reisboek 1568—1577, fol. 371. 6) Conform het advies van de Kamer van de Beden kreeg deze op zijn request, dat 17 Juni aan de Kamer verwezen was, 22 Juni 553 p. 12 s. art. toegewezen (R. i. d.). — Zie nog R. 37 Sept., 15 Oct., 17 Dec, 487 Geldmiddelen 1577. assembléz lesdictz Estatz dudiet pays. [Ztf moeten dezen bedanken voor de vereeniging met de Staten en voor den steun met 1000 ruiten. Zij moeten hen wijzen op de hooge lasten, waarmede de Staten beladen worden], Que ceulx d'Hollande et Zeelande pour leur quote oultre 1'entretènement de leur battaulx de guerre et souldatz ont présenté d'y contribuer a la Généralité bonnes sommes de deniers, y adjouctant que les Etats Généraulx oultre les grandz payementz, jusques a present faictes, se trouvent encoires chargéz pour le payement des Hault et Bas Allemans avecq les aultres oultre la somme de sept milions d'or, de sorte que est convenable et nécessaire que en ceste extrémité tous les Estatz et pays assistent, par lesquelles et semblables remonstrances requéront lesdictz députéz ceulx de Geldres en vouloir aussy contribuer selon 1'exigence de la grande nécessité par compensation dudict cme et aultrement, comme ilz ont faict en aultre temps, quand la nécessité n'estoit poinct si grande. Et après qu'ilz s'auront condescendu a quelque iuste et raisonnable somme, lesdictz députéz les requéreront qu'ilz veuillent aussy assister de leur crédit a Colongne et ailleurs soubz promesse d'indemnité de tous les aultres Estatz. II est vray et les Estatz Généraulx regrettent grandement que le pays de Geldres en plusieurs lieux est fort gasté et ruiné par la dernière guerre, entretennement des garnisons et passaige des armées et soldatz, mais sera remonstré au contraire que le mal a esté général et que la plus grande part des aultres pays se resente également des misères des troubles passées et contribuent néantmoins oultre leur puissance póur estre unesfois descbargé et remis en 1'anchienne tranquillité, prospérité et liberté, ce que convient que lesdictz Estatz de Gheldres ensuyvent, veu que le fruict de la pacificatión, cassation et renvoy des soldatz est généralle et que tout ce que lesdictz Estatz contribueront, sera appücqué au payement des souldatz, aiant esté et que sont encoires audict pays de Geldres, pour le décharger, et ce encoires par assistence et contribudes Estatz Généraulx, estantz désia accordées avecq les gens de guerre, estants tant audict Geldres que au pays d'Utrecht. Finablement remonstreront lesdicts députéz que ceste contribution est généralle, extraordinaire et pour le bien et liberté des pays et que pour tant elle ne pourroit estre tiré en conséquence pour 1'advenir. Semblable proposition et remonstrance feront lesdictz députéz aux Estatz d'Overyssel, Lingen et que 1'intention des Estatz Généraulx est de les assister pour licentier et renvoyer les Allemans qui sont en leur villes de Deventer et Campen moyennant leur aide et contribution par le mesme manière, comme a esté dict cy devant au regard des Estatz de Geldres. [Zullen van het verhandelde schriftelijk rapport doen]. 544. R. 25 juni. p. p. — Sur la difficulté, proposé touchant de 1'envoy des députéz aux Estatz de Geldres, pour ce que mons*. de Hierge, gouverneur dudict Geldre, ne se trouveroit ausdicts Estatz avant 1'arrest de 1'accord avecq les Allemans, est dict que lesdictz députéz doibvent encheminer vers lesdicts Estatz de Geldre; et a ceste fin et que ledict Sr. de Hierge puysse suyvre incontinent par la poste, on escripvera lettres a Son Altèze *). 1) De brief van 26 Juni, waarbij dit verzocht wordt, in A. G., Aud. 252, fol. 163 (orig.). Eet was ook reeds verzocht in een brief aan don Jan van 24 Juni: t. a, p., fol. 160 (orig.). Geldmiddelen 1577. 488 26 Juni besloten de Staten don Jan kennis te geven van de zending der gedeputeerden naar Gelderland en van hunne instructie ') (R. i. d.). 28 Jnni werden de abt van S'. Geertrnid, Champagney, Fresin en De Hamme met Asseliers gecommitteerd om, zoo noodig, te vernemen eenige geheime middelen om geld te vinden (R. i. d.). 28 Jnni schreven de Staten een zeer uitvoerigen brief aan de Staten van Artois, om bij hen aan te dringen op aanneming van het door de meesten, ook door don Jan reeds aangenomen hoofdgeld J). Zij verdedigden het vooral hiermede, dat geen ander middel te bedenken viel, „attendu mesmes qne tont nostre crédit, aussy bien qne celny de Sa MM. cesse en Anvers et partout ailleurs", terwijl de belasting van een ieder „a 1'advenir de son estat et qualité sans exception d'anlcunes personnes nous a aussy semblé de tant plus expédient et practicable, qne par la sera pourveu aux grandes controverses et débatz qu'il y a tousiours eu, quant on a voulu descouvrir le bien des personnes, ce que aussy ne convient pour beaucoup de considérations, y ioinct la longueur de temps qu'il y fauldroit exposer, pendant laquelle 1'ayde seroit mesme consumée, par 1'accroissemeht de la debte que debvons acquiter". Zij deelden verder o.a. mede, dat een sommiere staat van het door de gewesten opgebrachte hun zou overgelegd worden en kondigden ten slotte aan, dat don Jan verzocht was de Staten opnieuw bijeen te roepen en dat Goignies en Provins benevens Nicolas de Lengaigne, deken van Notre Dame te Atrecht, een van de gedeputeerden van Artois en gecommitteerde in de Kamer van de Beden, in bezending zouden komen. Denzelfden dag schreven de Staten aan de stad Groningen met verzoek om, evenals de andere provinciën, een staat over te leggen van wat zij sedert de „unie" °) gegeven heeft tot betaling der soldaten en ontlasting van de Generaliteit; men wil zoo een „nyeuwen voet" vinden tot afdoening van het nog onbetaalde *). 545. B. 29 juni. — Résolu d'envoyer quelung aux Estatz de Namur pour les induire a consentir les moyens généraulx et la capitation, comme plusieurs aultres provinces ont consenty 5). Résolu que les Estatz de Brabant furniront au secours de gens de guerre, estans a la Généralité, tout ce qu'ilz pourront recouvrer par obligations a fraict et par venditions de rente sur les aydes accordées et a accorder. Et ceulx de Flandres ont promis d'escripre et faire leur myeulx de faire amener leur quote es IIIcm £ arth. au soulaigement de Brabant, tant chargé des gens de guerre, par provision sur les aydes accordées et a accorder; comme les aultres Estatz d'aultres provinces ont promis chacun pour sa quote par provision, pour cependant payer quelque chose a bon compte. 1) Brief van 26 Juni bovengenoemd. Ook van de zending naar Artois werd mededeeling gedaan. 2) Actes, n°. 628; A. E. Mons,'Hainaut 409, fol. 217. — Ook schreven de Staten hierover aan een ongenoemde (Actes, n°. 629). 3) Hier, zooals meermalen elders, gebruikt in den rin van: de bijeenkomst der Staten in 1576. 4) G. A. Groningen, reg. Oe Goude, fol. 57. 5) De Staten schreven 29 Juni aan de Staten van Namen een even uitvoerigen, wat anders ingekleeden brief (Actes, n°. 631; A. E. Mons, Hainaut 409, fol. 219) als 28 Juni aan Artois. Het doel blijkt uit de volgende passage: „Nous avons entendu et vous scavons fort bon gré qu'aves sy promptement et voluntairement aecordé ladicte ayde, mais certes 1'exeption de femmes, par vous proposée, ne se peult nullement du monde passer ny admettre, non seulement en vostre regard, quy seroit bien pen de chose, mais pour la conséquence, car toutte la reste des aultres provinces en voldroient faire tout aultant, qui diminueroit tellement 1'ayde, que nullement s'en polroit tirer Ie fruict qu'en espérons". Van de gemeene middelen is in den brief geen sprake. — Het consent van Namen in hoofdgeld en generale middelen van 8 Juni wordt genoemd Actes, n°. 589. 489 Geldmiddelen 1577. 1 Juli stonden de Staten op verzoek van de gedeputeerden van Overijsel toe acte van aggreatie van hun accoord van 30.000 p. art.'') te verleenen, evenals don Jan gedaan had (R. L d.). 3 Juli werd Lieven van der Steene, pachter van de imposten op zekere vruchten en lijnwaad, die een request gepresenteerd had, verwezen naar de vier leden van Vlaanderen (R. i. d.) J). 6 Juli werd besloten aan de Staten van Artois te schrijven, om met allen spoed 30.000 p. art. als rest van den 100™ penning en van de generale middelen te zenden en nog een aanzienlijk bedrag, omdat alle andere gewesten veel meer dan den 100™ penning en de generale middelen betaald hadden (R. i. d. p. p.).. 7 Juli deden de gedeputeerden van Vlaanderen mededeeling van hun accoord over het hoofdgeld en de generale middelen; copie verleend tot onderzoek (R. i. d.). 546. R. 8 juli. — Conclud que ceulx de Flandres veullent attendre de demander aggréation de leur accord de Son Altèze, tant que tous les aultres Estatz auront déclairé leurs accordz touchant les moyens de capitation et que lesdicts de Flandres authoriseront leurs députéz pour wider les modérations, par eulx proposées, avecq les députéz des aultres Estatz et par après faire expédier placcat pour tous les Estatz. Denzelfden dag werd besloten voor Armentières 8) te schrijven aan Lille, Douay en Orchies „vouloir attendre certain temps 1'exemption dn cme. denier, combien que 1'affaire ne touche la Généralité". — Besloten den Staten van Artois en dien van Lille, Douay en Orchies te schrijven — en don Jan te verzoeken dit ook te doen — om onmiddellijk te zenden, wat ze aan 100™ penning en „impostz" nog schuldig waren of ten minste een belangrijke som gelds, zoowel om Den Bosch, dat in den uitersten nood was *), als om andere redenen 5) (R. i. d.). 547. R. 9' juli. — Résolu sur les lettres du gouverneur d'Oultremeuse que lettre sera escripte de remerciement audict gouverneur et Estatz du pays d'Oultremeuse de leur accord de LVm £ arth. et qu'ilz veullent envoyer leur estat de ce qu'ilz auroient furny en tant moings dudict accord cy aux Estatz pour estre examiné, comme des aultres Estatz ont faict, et qu'ilz se veullent esvertuer a furnir la reste ou tant que leur sera possible, pour leur propre descharge et la commune. 1) Het is van 21 Maart 1577 (G. A. Deventer, Reisboek 1568—1577, fol. 310; cf. Uiterdijk, III, 225). 2) Herhaling hiervan op 6 Juli (R. i. d.). — De suppliant beklaagde zich blijkens zijn request (A. V. Gand, reg. Y, fol. 264v°.) over fraude van de kooplieden. — Over Van der Steene schreven de Staten 23 Juli aan de vier leden van Vlaanderen (A. V. Ypres, port. 23B): hij maakte zich schuldig aan onbehoorlijke praktijken hij de hefiing der gemeene middelen, waartegen moest worden opgetreden. 3) Eerder op dezen dag was op een request van deze stad besloten alles te stellen ter discretie van de Staten van Lille, Douay en Orchies (R. i. d.). 4) Zie hiervóór, p. 268. 5) De brief aan Artois van 9 Juli: A. G., Aud. 659, fol. 21. De aanhef luidt: „Comme par l'estat des deniers, exposéz par les provinces respectivement pour furnir aux nécessitéz et occurrences, se trouve que la pluspart ont grandement excédé, en avanchement et desboursement de deniers, leurs quottes et portions, tant cme. deniers, moyens généraulx qne aultres, tous termes non escheuz y comprins" . Artois is 30.137 p., 8 st, 4 d., achter en wordt aangespoord nog bovendien 63.729 p., 3 d., op te brengen, „ce qui est a 1'advenant que les aultres ont faict", de quote van Artois berekend op een 6de van die van Vlaanderen. Geldmiddelen 1577. 490 Denzelfden dag werden Montigny en Capres met Yman gecommitteerd naar de Staten van Artois, ten einde dezen te bewegen in het hoofdgeld toe te stemmen; wijl Yman naar huis ontboden was, een brief van verontschuldiging aan zijne meesters te schrijven (R. i. d.). 548. R. 10 jou. — Après délibération sur les lettres des commis, envoyéz aux Estatz de Geldre, et sur le refuz du consentement d'iceulx Estatz de Geldre quant aux moyens de capitation, a esté résolu que les borgmaistre de Deventer, le pensionaire de Boisleducq et mre. Jehan Gilles, greffier par cy devant des finances de Sa Mtó., feront lettres itératives bien fondées ausdicts Estatz de Geldres et que Son Altèze sera requise d'envoyer lettres en conformité. Et que ledict borgmaistre et pensionaire de Boisleducq sont commis a faire responce sur la lettre du S*. de Rie et de Grevenbroeck x). 549. R. 11 juli. — Sur la requeste des Estatz de Brabant a esté résolu de furnir endedans huyct jours sur les aydes, accordées et a accorder, la somme d'environ LIIm £ arth. selon la liste, de ce faict, seavoir: 12 Juli werd op den brief van don Jan en een request van Mechelen om machtiging tot verpachting „des impostz" besloten don Jan te antwoorden, dat de Staten goedvonden, dat hij Mechelen voor 3 maand hiertoe zou machtigen 5). — Op het request van Jan van den Bempden, koopman te Brussel, werd beschikt, dat de Staten geen plan hadden nu eenige waren hooger te belasten dan die in de „instructie" stonden, die men nu niet kon verminderen; gaan zij tot verpachting over, dan zullen de Staten hierin voorzien, zooals ze reeds gedaan hebben ten opzichte van de hop (R. i. d. p. p.). 550. R. 15 jüij r. p. — Le seigneur de Provene, ayant esté en 1'assemblée d'Arthoys, a faict son raport de n'avoir riens obtenu, exhibéant copie de 1'acte 3), par lequel prient que Son Altèze se déporte de demander moyens capitaulx et généraulx, qu'on face sortir les Allemans de villes, qu'on descompte, rabbate toutes mengeries, brantschatz et services pour, ce faict et voyant l'estat des debtes, recouvrir les deniers par quotes. 551. R. 16 juli. — Résolu par pluralité des voix que l'on fera ungne demande de II millions d'or, a trouver par chacun estat sa quote par telz moyens que chacun trouvera bon, et que promptement et endedans X jours soit trouvé la somme de VIPm £ arth. pour s'en servir au licenciement des Allemans, et Ceulx de Flandres . . Arthoys Haynault Valenchienes .... Lille, Douay et Orchies XXVm £ arth. XVm £ Ym £ le VP de Haynault IIIIm £ oultre les XXVIIm £ qu'ilz doibvent le ce le ini»e et Xe de Flandres le XLVe de Flandres mille livres Namur Tournay Tournesiz Malines . 1) Cf. hiervóór, p. 315. 2) Deze brief aan don Jan van 12 Juli: A. G., Aud. 253, fol. 52 (orig.). 3) Van 12 Juli; Actes, n». 651. 491 Geldmiddelen 1577. oultre ce la somme d'environ LXm £ arth. soit furnie, comme ceux de Brahant désia ont furniz leur contingent de VIIIm £ arth. pour le licencement des gens de La Mergelle, dont ceulx de Flandres ont diet d'avoir en leur charge ne povoir entrer en quotes. Conclu d'escripre a Son Altèze faire assembier les Estatz des provinces pour recouvrer la somme de VII0 mille livres ou telz autres moyens qu'on trouvera propices; sur ce a esté la minute advoyé. 17 Juli werd, gezien den brief van Saventbem en Leoninus met bet consent van Overijsel, besloten de stukken te zenden aan de Kamer der Beden, om er binnen twee dagen advies op te geven (R. i. d. p. p). 19 Juli werd besloten dr. Michaëli de door hem geeischte voorwaarden toe te staan, mits „1'invention" den Staten aangenaam zon zijn en werkelijk uit te voeren met aanzienlijk voordeel en het geen gebruikte middelen waren *) (R. i. d.). Denzelfden dag schreven de Staten een brief aan de Staten van Vlaanderen *), die volgt: 552. 19 juli. — Messieurs. Comme a nostre trés grand et indicible regret 1'ayde personnelle et moyens généraulx que la plus part des provinces avoient aecordé, ne peult avoir son effect et progrès pour le reffus d'aulcun particulier •) et qu'il est du tont nécessaire, sans qu'il se puist éviter, qu'on provoye de notable somme et finance pour satisfaire et furnir 1'offre, faicte aux Allemans, de trois mois en argent et ung mois en drap et descharger les pays d'iceulx et des aultres soldatz, mengeans le pouvre peuple jusque3 au désespoir, et considérant que, avant que puissions arrester sur la demande et proposition, a faire au regard des grosses charges, oü les pays se retrouvent, s'escoulera le terme, préfigé ausdictz Allemans, de douze jours, encommenchéz le XIII6 de ce mois, par arrest et ordonnance de Son Altèze, au chieff desquelz leur souldée aura prins fin, laquelle ilz pouldroient ou vouldroient remectre en estat, sy estions trop tardifz a leur donner satisfaction, avons résolu d'avancher prestement jusques a sept eens mil florins, chascun a 1'advenant de sa quote pardessus les LX a IIII131 mil, cy devant accordéz, pour licentier aulcunes compaignies, estans par le plat pays, désespérant le peuple, le tout a reprendreet déduire sur les aydes, accordées et a accorder, vous priant et exhortant bien instamment de vous y accommoder et envoyer voste contingent a toute diligence expresse, considérans et pour prévenir les grands inconvéniens et dangiers quy nous menassent a faulte de ladicte satisfaction *). 1) Een dergelijk besluit werd 30 Juli genomen ten opzichte van door Francois Lcurart voorgestelde middelen (R. i. d. p. p.). Eveneens 14 Aug. naar aanleiding van het request „des bons veullants de Sa M4*." (R. i. d.). 25 Aug. werd nog een dergelijk request gesteld in handen van Courteville (R. i. d.). Aan Michaëli werd 12 Oct. een jaargeld beloofd, mits de middelen nieuw en uitvoerbaar bleken. — Het aan Valentijn van Horenburg toegekende jaargeld (hiervóór, p. 78) werd dien dag ingetrokken (R. i. d.). — Zie nog hierna op 17 Nov. Zie ook R. 15 Nov. (2 X). 2) A. V. Ypres, port. 23*. — Een dergelijke brief aan de Staten van het Doorniksche: Actes, n°. 658; A. E. Mons, Tournaisis 1, fol. 199v°. — Ongetwijfeld ook aan de andere contribueerende provinciën. 3) Bedoeld is Artois. — De Staten hadden over de weigering van Artois 16 Juli aan don Jan geschreven; dit volgt alleen uit diens antwoord van 17 Juli (A. G., Aud. 253, fol. 64). , 4) In hun brief aan don Jan van 19 Juli (reeds genoemd hiervóór, p. 270, noot 9) verzochten de Staten hem dit schrijven aan de provinciën te willen ondersteunen. Geldmiddelen 1577. 492 553. R. 20 juli. — Touchant la lettre de docteur Léonin concernant Geldre est dict que lettre de crédence *) sera envoyé audict docteur Léonin et le Sr. van der Meren suyvant le contenu de ladicte lettre. Et que sur les lettres dudict Léonin concernant les Estatz d'Overyssel sera escript que ledict docteur puisse déclarer que les Estatz treuvent difficulté d'accepter 1'offre de leur accord de LXm £ arth. pour la grande charge de cincq compaignies qui y a audict pays d'Oultremeuze (1. Overyssel), et pour ce sera advisé plus prèz, et que cependant ilz veullent payer le quatre moys lesquelz convient furnir pour le licenciement de leurs compaignies. Het accoord van Overijsel *), bovengenoemd, is van den volgenden inbond: 553a. 9 JULI. i— [Ridderschap en steden van Overijsel, gehoord de propositie van Saventhem, Leoninus en Robert van der Reecke, raadsheer in Overijsel, namens don Jan en de StatenGeneraal, over het hoofdgeld of eenige andere contributie in compensatie van den 100en penning, verklaren gehoopt te hebben, dat men hen na de onlangs toegestane f 30.000, waarvan de helft reeds opgebracht is. terwijl de wederhelft vanwege den slechten tijd moeilijk zal sijn op te brengen, niet meer om geld zou lastig gevallen hebben en dat het hoofdgeld in Overijsel „noyt gehoirt noch gepractiziert is gewest"]. Niet tho weinigher damit die Generale Staten spueren mogen, dat Ridderschap ende Steden vuersz. nyet lievers sagen dan dat alle dese Erfnederlanden van den vrembden natiën ende andere kriegsvolck entlastet ende tho orer vorighe ruste ende walfart kommen solden moge, soe presentieren dieselve Ridderschap ende Steden vanwege des vursz. landesende steden van Overijssel, nyet in respect van die proponierde capitatioen noch compensatie dese hondersten pennincx, meer uth gueder getruwicheit ende affectie tot het welfaeren der Nederlanden, op tho brengen ende tho betalen die summe van viertich duysent Carolus gulden, den gl. tot 20 st., op navolgende conditiën: dat dieselve penninge tot gienen anderen einde imployert sollen werden dan alleenigen tot affdanckinghe ende in betalinghe der vjjff venlvjns hoichduitzscher soldaten, bynnen den voirsz. steden Deventer ende Campen liggende, ende dat dieselve penningen betailt sollen werden in 4 jaeren ende op 4 termynen, waervan die eerste termijn verschynen sall ein maent daernae, als die beyde garnisoenen uith Deventer ende Campen getagen ende uiten lande van Overyssel gekommen werden sjjn. Edoch soe veer die heren van den Generalen Staten verscliaffeden, dat die voersz. vjjff venlijns Hoichduitzscher soldaten bynnen die ierste 14 dagen, naedat dese presentatie tho haeve angekomen wordt sijnn, reëlicken ende mitterdaet uth ten vursz. steden ende lande vertreeken, soe presentieren die gemelte Staten van Overijssel op sulcken bescheyde boven die vursz. viertich duisent gulden noch twintich duysent dergelycke Carolus gulden op tho brengen, allet in die vursz. vier jaeren ende sonder eenighen interesse. Mit den oick uthdrucklicken bescheyde, dat bet landt noch steden van Overijssel, groet noch klein, mit gienen garnisoenen noch inlaeghe offt intochten van ruyteren oder knechten besweert noch belastet sollen werden. Voorts dat 1) Bedoeld is de brief aan de Staten van Gelderland van 22 Juli (Actes, n°. 664; Bondam, III, 42). 2) G. A. Deventer, Reisboek 4577—1579. 493 Geldmiddelen 1577. alle nieuwicheiden ende infractiën van des landes ende steden privilegiën, olde herkommen ende possessiën, die riede eensdeels geremonstriert sijnnen ende noch vorder remonstriert ende tho kennen gegeven sollen werden, geremediert ende affgedaen ende alle saecke in oeren olden staeten reduciert mogen woerden. [Oon Jan en de Staten moeten deze voorwaarden aggreëeren]. Volgens dat hiermede der landtschap ongekrenckt ende onbenanien sall sijn, tho sullen ende tho mogen die dertich duisent gl., soe sie in Martio lestleden bewilliget hebben, in anderen thoknmpstige hede defalcieren ende affkorten x). 21 Juli werd op het request van Josine van Ranst, pachteres van den wijnaccijns en den kleinen impost van den „comptoire van de vaert", gezien het bijgevoegde certificaat van 25 Juni, geteekent "Willens, besloten, dat Van der Beken de som van 519 p. 21 d. in betaling zon aannemen als betaling van hare schuld voor den wijnimpost van de Staten te Brussel en 39 p. 16 s. 6 d. „van den assyse ende impost van de voirsz. Staten" (R. i, d.). 554. R. 23 juli. — Sur la requeste de Jehan van Hoirenheke et Charles Laureynsse, fermier des impostz des espèces de vin et bierre en la ville de Tenremonde, est dict: les Estatz Généraulx entendent que les vivandiers, mentionnéz en ceste requeste, sont subiectz de payer 1'impost, par les supplians en vertu de leur ferme prétendu des vins et bières, par eulx aux Allemans de Tenremonde dispenséz, et suyvant ce accordent lettres favorables et de recomendations aux commis des quatre membres de Flandres, estans illecq empeschés (1. employés) an payement desdicts Allemans, affin de rabbattre des gaiges desdicts vivandiers allemans ce qu'ilz trouveront par eulx leur estre deu, sy faire se peult; aultrement les assister pour les faire dresser de leurdict deu, comme en conseil ilz trouveront convenir. 555. R. 25 juli p. p. — Sur 1'accord de ceulx d'Oultremeuze (1. Overyssel) et lettres des commis de Zaventhem et Leonino est dict que les Estatz, se conformans a l'advis des commis a la Chambre des Aydes, ont conclud d'escripre aux commis, lesdicts Sra. de Zaventhem et docteur Léonin, affin d'induire les Estatz dudict d'Overyssel a accorder la somme de LXXm £ arth. sur les condition s, par leur acte reprinses, desquelz la moitié se pourroit par eulx donner en payement prompt des soldatz, illecq estans, et 1'aultre moitié sy tost qu'il seroit possible, fust par levée de deniers a fraict ou du moings endedans deux ou au plus loing endedans troys ans et selon la perpaye que se fera par les Estatz Généraulx aux aultres Haultz Allemans, le tout au contentement des capitaines et soldatz. 556. R. 26 juli. — Sur la requeste des villaiges et places du quartier d Anvers est dict que les villaiges, voluntaires a faire la contribution pour éviter plus grand dommaige et perte, seront assignéz pour le remboursement sur la première ayde, a consentir par la Généralité, ou pourront tenir ens ce qu'ilz auront ainsy contribué en tant moings de leur quote de telle ayde. Et quant au taux en certain dernier et nombre de chacune enseigne ilz se adresseront vers monsieur de La Motte, pour y donner 1'ordre requis. 1) Gedaan op het raadhuis te Zwolle; get. Johan then Berge, secretaris van Deventer. Geldmiddelen 15??. 494 557. R. 31 juli p. p. — Et que lettres itératives de rencharge *) s'envoyeront a chacune provinee pour leurs quotes es VII01,1 £ arth. et es LXm £ arth. ordonnéz et que l'on envoyé députéz authoriséz de se povoir ohliger par obligation et rentes en général et particulier et ung pour tout insolidum, saulff lettres d'indemnité. Denzelfden dag werd Capres verzocht naar de Staten van Artois te gaan met een daartoe op te stellen instructie (E. i. d.). 558. R. 7 augustus p. p. — Messieurs accordent que les IIm V° £ arth. que le pensionaire de Tournay comptra ce jourd'huy au recepveur Van der Beken pour leur quote es VIIcm £ arth., ordonnéz pour le payement des Haultz Allemans, et es LXm £ pour le payement et licentiement d'aultres compaignies, leur seront évaluées sur aultres aydes, a accorder par les provinces, sy avant que chacune d'icelles ne furny plainement a sa quote et a 1'advenant que chacun seroit en courtresse. 559. R. 9 augustus r. p. — Conclud par les Estatz Généraulx et chacun d'iceulx de furnir réèlement endedans X jours sa quote et portion es LXm 2) arth. en ungue partie et es VIIcm £ arth. en la deuxiesme partie, a paine de recouvrer tous fraictz, dornmaiges et intérestz sur les deffaillantz. Arresté que messieurs de Flandres donneront leur obligations jusques a la somme de neuff mile livres arth. moyennant lettres d'indemnitéz des Estatz Généraulx et ce en tant moings de leur quote de deux milions d'or, proposéz ausdicts Estatz, dont sont dépesches cincq obligations. 560. R. 10 augustus. — Messieurs ont aecordé aux Estatz de Brabant de passer, en furnissant pour leur quote es deux milions d'or la somme de IIIem £ arth. sans préjudice ny entrer en conséquence. Et oultre ce que chacune provinee payera sa quote es VHcni £ arth. selon le taux faict, seavoir ceulx de Brabant Cm £ arth., ensemble sa quote es IIIIxxm £ arth., dont ceulx de Brabant ont piecha furny leur quote. Ce considéré et que les Estatz de Brabant auroient a la fin consenti a contribuer esdicts II milions d'or la somme de troys cent mille livres, ont mesdicts Sn. aecordé que lesdicts de Brabant furniront la moitié de IIC L™ £ arth. qu'il(s) avoient offert endedans IIII moys, a commencher dez le premier de Septembre prochain, et 1'aultre moitié endeans quatre aultres moys, comme tous aultres Estatz furniront leur entières quotes esdicts deux milions endeans lesdicts deux termes, et que les restans cincquante mille livres arth. seront par lesdicts Estatz de Brabant furniz endeans aultres quatre moys après lesdicts huyct mois; a paine expresse que chacun des deffaillantz a furnir sadicte quote endedans lesdicts termes pour icelle quote sera exécuté avecq les fraictz, dornmaiges et intérestz. 1) De brief aan Vlaanderen van 1 Aug.: Actes, n°. 694; A. V. Gand, reg. Y, fol. 363v°. (woordelijk gelijk aan die van 19 Juli, ons n°. 552). 2) Er zgn hier later nog twee X's bijgevoegd, zoodat er eigenlijk staat: LXXX, wat waarschijnlijk juist is (cf. hierna, p. 495 en 496); eerder (p. 491, p. 493 en boven in ons n°. 557) is echter ook sprake van 60.000 p. 495 Geldmiddelen 1577. Tot uitvoering van dit besluit werd Pro ven e (Charles de Ghistelles) naar Vlaanderen gezonden met een instructie1), waarvan de hoofdzakelijke inhoud volgt: 560a. 10 aüötjstüs. — Comme les Estatz Généraulx des Pays Bas, assambléz a Bruxelles, de tout costé sont esté advertis que son Alteze [niettegenstaande de pacificatie] auroit de longue main practicqué levée des gens de guerre et cherché gaingner par toutz moyens les magistratz des villes, collonnelz et capitaines des garnisons a sa dévotion, jusques a faire stipnler serment aultre et contraire a celluy, presté par eulx auparavant au Boy et ausditz Estatz, et que présentement tant d'Allemangne, Bourgoingne, France que Espaigne et Italië Sadicte Altèze faict marcher nouvelles gens de guerre, faisant mesmes retourner ceulx qui en conformité de la pacificatión estoyent ja sortis les pays de pardecha, tant cavaillerie que infanterie espaignolle et italienne, pour par ungne rigeur extréme de tout remuer 2) et accabler les provinces de pardecha et les habitans d'icelles [volgt een lange tirade over de inbezitneming van het kasteel van Namen, de onderschepte brieven en de gebeurtenissen van 2 Augustus te Antwerpen, waardoor de pogingen der Staten tot herstel van de rust mislukt zijn], ayant Son Altèze empesché ultérieur cassement et signamment des Haultz Allemans lesquelz Sadicte Altèze ait retenu en service, comme il est apparu par ses lettres interceptés du XXIHP de JuiUet, lesquelz Allemans les Estatz estoyent d'inteution de casser toutz par ensemble par -une bonne somme de deniers qu'ilz espéroyent recouvrir, ce que en partye at esté empesché par deffence expresse de Son Altèze, faicte a monsr. le Vicomte de Gand, de ne sonner mot en Angleterre, et comme contre lesdictz démonstratións et déclarations de hostilitéz la raison veult et commandé qu'on se pourvoyt — de tant plus que Son Altèze auroit dict s'en vouloir servir des Turcqz et aultres gens barbares et que son naturel estoit plus enclin a mener la guerre que gouverner pacificquement — et que pour ce faire est besoing de faire bonne provision de deniers, ont lesdictz Estatz advisé de faire une assiette de deux millions florins sur les provinces de pardecha, y comprins les ysles d'Hollande et Zélande, ayans déclairé y vouloir contribuer par dessus la somme de quatre vingt mille et sept eens (mille) florins, a trouver par les nioyens que les provinces respectivement trouveront plus convenables, et pour se pouvoir servir présentement en la nécessité trés urgente desdictz IIIIxxm et sept (eens) mille florins par parvision (L provision), d'aultant que par faulte de deniers pluysieurs emprinses de bonne apparence viendroyent a failïir et aultres se polroyent practicquer au désad vantaige et préjudice du pays, que les magistratz des villes tant principales que subalternes avancheront en icelle somme leur contingent sans préjudice de leur juste quote, en quoy les nécessitéz présentes n'admectent disputes sur les déductions, et ce endedans dix jours doiz le jour de 1'insinuation, a paine d'estre levéz a fraict et a charge des diffaillantz, ce que au bout desdictz jours seront trouvé 1) Actes n°. 716; A. V. Ypres, port. 23B. — Evenzoo de sénéchal van Henegouwen naar Doornik en het Doorniksche: Actes, n°. 715; A. E. Mons, Tournaisis 1, fol. 204 (zijne instructie is woordelijk gelijk aan die voor Provene). — 14 Aug. schreven de Staten aan de Staten van het Doorniksche een credentie voor den sénéchal van Henegouwen (Actes, n'. 723; A. e. Mons, Tournaisis 1, fol. 202v°.). — Waarschijnlijk zullen ook andere gewesten bezonden zijn. Havré en Meetkercke (hiervóór, p. 450) gingen waarschijnlijk hiertoe naar Artois. 2) De instructie voor den sénéchal (zie boven) heeft hier: ..ruiner". Geldmiddelen 1577, 496 estre redebvables par dessus ce qu'ilz doibvent es cme denier et moyens généraulx. Lesdictz deus millions se furniront en deus payemens, la moictié endedans quatre mois et 1'aultre moictié endedans aultre quatre mois, a commencber le premier jour de Septembre pröehainement venant, et a samblable condition que a charge et intérest sera levé ce qu'ilz polront a 1'ung et 1'aultre payement estre redebvables sur leurs quotes desdictz deux millions. Et comme les députéz d'Artois ont déclairé que en leur dernière assemblée des Estatz riens n'a esté résolu endroict aulcune levée des deniers, paree que contre la promesse, faicte par Son Altèze aux députéz des Estatz, n'auroit envoyé personne de sa part pour faire la proposition et demande, leur at esté représenté qu'en conformité du XVIIIme article de la pacificatión que l) les provinces sont respectivement authoriséz pour faire tout ce qui dépend a la retraicte des estrangiers allemans et aultres et empescher leur retour suyvant ladicte pacificatión, et conséquamment povoyent et debvoyent lever leurs deniers, sans lesquelz ladicte pacificatión ne scauroit estre entretenu *). De quotisatie van de 2.780.000 p. art. Liste en 1'ayde de deux millions Estatz du pays de pardeca: Brabant le quart Flandres ung tiers Arthois ung VIe de Flandres . . . Haynault ung semblable VI6 . . . Valenchiennes le VIe de Hainault . Lille, Douay et Orchies le VIIIme de Flandres Namur le cme de toutes aydes . . Tournay le HIT" Xe de Flandres . Tournesiz le XLVIII6 de Flandres . Malines le XXXIII6 part de Brabaut. Hollande la moictié de Brabant . . Zeelaude a 1'advenant de IIIom £ 4). blijkt nit de volgende 1 ij s t 3): VII°inixim£ arth., accordéz par les VI» IIII" XVm £. IXWXXVIm VI0 LXVI £ XIII s. IIII d. C LIIIIm IIII0 XLIIII £ VI s. X d. C LIIII"11111° XLIIII £ VIII s. X d. XXVm 11° XL £ XIII s. IX d. CXIIIm III" XXXIII £ VI s. VIII d. XXVIIm VIIP £. Xm 11°IIIIXX XVI £ VI s. XIXmIIIe V£XI s. IIII d. XXI* LX £ VIII d. IIP XLVIIm. I°IIIIxxIIIIm, ainsy 11° XIIIm LXXVII £ XVIII s. 14 Augustus schreven de Staten aan de Staten van Overijsel 8), dat ze, gehoord het rapport van Saventhem en Leoninus, hun aanbod van /"G0.000 accepteerden, ofschoon ze op meer gehoopt hadden; zij verzoeken, dat Overijsel niet zal staan op den aangegeven termijn voor de verhooging met ƒ20.000, en wijzen er op, dat ze zelf doen, wat ze kunnen. 18 Augustus werd besloten te schrijven aan de vier leden en aan de Staten van 1) Dit „que" is overbodig. 2) Get. Weellemans. 3) R. A. Utrecht : Staten-Archief, afschriften van bij de Staten-Generaal ingekomen stukken. 4) Sc. van die van Holland. 5) G. A. Deventer, Reisboek 1577—1579. — Denzelfden dag schreven de Staten naar aanleiding van het rapport aan de Staten van Gelderland (Van Hasselt, UI, 163). 497 Geldmiddelen 1577. Vlaanderen, om bijeen te komen, op dezelfde wijze als geschreven was aan Artois, wgl de Baad van Vlaanderen schreef hiertoe geen machtiging te hebben *) (R. i. d.). 19 Augustus werd Rassenghien gecommitteerd s), „pour jeudy prochain faire la proposition de demander de leur quote" in de 2.780.000 p. art. (R. i. d.). 21 Augustus werd een brief van Lalaing van 20 Augustus 3) nit Bergen gelezen en medegedeeld aan den Raad van Oorlog (R. i. d.). 24 Augustus werd Michel Hamont gelast „les contributions personelles" voor Henegouwen en Brabant te drukken (R. i. d. p. p.). 27 Augustus werd volgens het advies van de Kamer der Beden besloten nogmaals te schrijven aan de Staten van Lille, Douay en Orchies, om hun quote in de 80.000 p. art, 700.000 p. art. en twee millioen gouds toe te staan (R. i. d.). — 28 Augustus vereenigden de Staten zich met het advies der Kamer -van denzelfden dag, nl. om aan de Staten van Lüle, Douay en Orchies te schrijven, om de op hen verleende assignatiën te betalen (R. i. d.). 29 Augustus: te schrijven aan Lalaing „pour par les Estatz" (vanHenegouwen?) te kunnen genieten een som van 6000 p. art. (R L d.). 30 Augustus werd een brief van Provene gelezen, waarbjj hij mededeelde, dat de „prélatz, nobles et colléges" van de Staten van Vlaanderen in de gevraagde beden toegestemd hadden onder „1'adveu de leurs notables", waartoe zij zonden vergaderen op 5 September *). — Nog werd volgens het advies van de Kamer van de Beden op het request der pachters te Gent beschikt, dat alle waren, in het request genoemd, begrepen moesten worden in de generale middelen en dus „les fllez soubz le tax et imposition comme dn ling qu'est le XXVe denier" (R. i. d.). 561. R. 31 augustus. — Les Estatz, ayans veu 1'accord des Estatz d'Arthois, acceptent icelluy, ordonnants a ceulx de la Chambre des Aydes a faire acte d'acceptation, attendu que la proposition et demande a esté faicte de la part desdicts Estatz. 1) Deze brief van 19 Aug.; Actes, n». 731; A. G., Aud. 652, fol. 98"» (orig.). Er moet hier bepaaldelijk aan de Staten van Vlaanderen gedacht worden (dus de vier leden en de adel en de geestelijkheid); de vier leden vergaderden of hadden althans pas vergaderd te Gent, o.a. blijkens de instructie, aan Provene door hen bij rijn terugkeer van de boven vermelde zending medegegeven (Actes, n«. 727; A, V. Gand, reg. Y, fol. 509). — De oproep tegen 28 Aug. geschiedde op de volgenden gronden: „Ce que [nl. de bijeenkomst] ne povez et ne debvez refuser, tanten vertu de 1'édict perpétuel de Sa M**. sur 1'accord, faict entre Son Altèze et ses Estatz, par lequel Sadicte Mtó. auroit aggréée et approuvé toutes les constitutions de rentes, pensions et aultres obligations et asseurances que lesdictz Estatz ont faict et passé, feront et passeront verstous et chascun quy les ont assisté et furny, assisteront et furnyront de deniers pour s'en servir a 1'occasion des troubles, que aussy' de ladicte union et compromis, aggréé par mess", du Conseil d'Estat, lors commis par Sadicte M". au gouvernement de ces pays, et depuys par Son Altèze le VIme. de May dernier, oü avons tous promis donner assistence-par tous moyens, au cas que quelque provinee, estat, pays, ville, chasteau ou maison fust assiégée, assaillie, invahie, foullée ou oppressée en sorte que fust, selon que présentement voyons ledict chasteau de Namur que est avecq nous joincte et uny". — Naar de vergadering der Staten werd Provene opnieuw als gezant afgevaardigd; de credentie is van 26 Aug. (Actes, n°. 747; A. V. Gand, reg. Y, fol. 551v».). — Dien dag werd de griffier gelast de instructie voor Provene te teekenen (R. i. d.). — Over züne vacatiën enz. zie R. 5 Oct. v**. * 4 2) Bedoeld zal zijn: naar Lille, Douay en Orchies. 3) Actes, n». 734; A. V. Gand, reg. Y, fol. 560.— Handelt over de propositie der f 2.780.000 in de Staten van Henegouwen. 4) Zie ons n°. 568. 32 Geldmiddelen 157' 498 Dit accoord ') was van den volgende inhoud: 561a. 26 AüOUSTUS. — [De Staten van Artois, vergaderd te S'. Vaast, gehoord de propositie van Fresin als gedeputeerde der Staten-Generaal betreffende de 2 millioen, de 80.000 p. en de 700.000 p.J se sont promptement et sans retraite pour eette fois pour les urgens et importans affaires résoluz d'accorder, comme ilz accordent par cestes, leurs qnottes et contingens a raison du VIe de Flandres es trois sommes et parties, cy-dessus reprinses, a payer ladicte quote de deux millions a deux termes, telz que de quatre mois en quatre mois du jour de la réception des lettres d'acceptation de ce présent accord, et la quotte desdictes deux sommes de IIII" et VIP m livres pardedans dix jours du jour d'icelle acceptation, entendant que, pour ce faire, ilz seront assistéz suyvant la proposition et promesse dudict seigneur de Fresin de la somme de trente huict mil livres et sy luy est possible jusques a la somme de quarante trois mil trois eens trente trois livres six solz huict deniers, a quoy revient et porte icelle quote d'Arthoys esdictes deux dernières sommes, en prest et avancement soubz leur obligation desdictz Estatz d'Arthoys par certain marchant d'Anvers quy s'est offert de ce faire pour 1'espace de neuf mois sans aulcuns fraictz ny intérestz, lesquelles obligations desdicts (1. lesdicts d') Arthois exhibent promptement a celluy quy présentement vous présentera cedict acte; bien entendu que, sy le présent accord n'est accepté en tous les poiuctz et articles, icelles obligations seront de nulle valeur et efficace, a recouvrer leur dicte quote sur les impostz, présentement courans audict pays d'Arthoys, a condition que esdicts impostz et charges ung chacun, prévilégéz et non prévilégéz, seront contribuables également et que a ces fins lesdicts impostz continueront jusques au premier de Fébvrier prochain; que lors ilz seront augmentéz pour y contribuer chacun également, comme dict est, et icelle augmentation bailler en ferme, pour commencer audict premier jour de Fébvrier sans pour 1'advenir aulcunement préjudicier ausdicts prévilégéz, ayant a ces fins lettres d'authorisation pertinentes, contenant povoir de lever argent a rente héritable ou viaigière pour furnir a ce que dessus et a tel pris que se trouvera convenir, a condition aussy que sur tous lesdictz accordz se pourront retenir et déduire les payemens des gaiges des garnisons, estans présentement audict pays d'Arthoys, pour le temps de six mois quy se payeront par commissaires, comme s'est faict du passé, par les députéz desdicts d'Arthois; entendans néantmoins iceulx d'Arthoys que, sy aulcunes ou touttes les compaignies, estans pour ceste heure en garnisons, fussent mandéz, celles quy sortiront, seront payées jusques au jour de leur partement et celles quy entreront en leur lieu, seront payéz du jour qu'ilz entreront esdicts garnisons; ensemble que ce retiendra la somme de dix mil livres pour estre employéz aux fortifications des villes frontières du pays d'Arthoys pour en-faire repartissement a 1'ordonnance de monsr. le Vicomte de Gand, gouverneur d'icelluy pays. 10 September werd het accoord van Lille, Donay en Orchies in de 2 niillioen goud van 30 Augustus, geteekend De Fontanes, gezonden aan de Kamer der Beden. Evenzoo dat der Staten van Doornik van 4 September, geteekend Landas (B,. i. d.). 562. R. 12 september. — Messieurs du Conseil de Guerre ont exhibé cer- 1) A. V. Ypres, port. 9. 499 Geldmiddelen 1577. tain advis de faire trouver par chacun moys Vcm £ arth. et que les termes du furnissement de II milions d'or seront abbrévéz dont a esté aecordé a chacun copie pour en délibérer. Het bedoelde advies dat niet van den Raad van Oorlog, maar van de Kamer der Beden afkomstig blijkt, luidt als volgt: 562a. 12 september. — Messieurs de la Chambre sont d'advis pour aultant que selon 1'apparence du temps, soit de la guerre ou aultrement, pour le soulaigement du pays et repos publicq estre (1. est) nécessaire avoir argent prompt pour satisfaire aux urgens affaires qui pourroient survenir, et que pour a ce satisfaire seroit besoing avoir tout le mois a la main Ycm £ arth. et, combien que les provinces ont libéralement aecordé les deux millions de florins, payables la moictié endedens quattre mois et 1'aultre en aultres quattre mois après, seroit nécessaire d'abbréver ledict terme, asseavoir de quattre mois seullement, pour endedens icelles estre fourniz lesdictz deux millions enthièrement et estre accommodéz de Vcm £ arth. par chascun mois; et pour ce faire est nécessaire en faire nouvelle assamblée par tous les provinces, affin de les induire a accorder ledict payement et continuation d'icelle pour ung an enthier, portant quattre millions de florins oultre le deux millions susdictz par an, les authorisant de povoir lever icelles au plus grand soulaigement du commun peuple qu'ilz trouveront convenable. 16 September werden de beide, 10 September genoemde accoorden geaccepteerd (R. i. d. p. p.). 563. R. 18 september. — Advisé d'envoyer par toutes les provinces le besongne, faict par ceulx de la Chambre des Aydes, touchant la cotisation et induction, et mesmes en Anvers s'envoyeront messieurs les Comtes d'Egmont et de Boussu pour faire proposer. Et ceulx de Flandres, Haynault et Lille, Douay et Orchies ont aecordé 1'envoy dudiet besoingné soubz le bon plaisir de leurs maistres, pour ce qu'ilz pourroient recouvrer sur telle chose, moyennant qu'ilz rabbatteroient sur leurs quotes. P. p. — Arresté certaine négociation ou estat de deniers et draps que on debvoit payer pour le licencement d'aulcuns gens de guerre. Het in het eerste besluit genoemde „besogne" is vervat in den vorm van een acte van een Staten-resolutie *). Het behelst de aanwijzing van de noodzakelijkheid om over geld te beschikken, want de meeste soldaten zijn „amutinéz et en danger journeilement s'amutiner d'avantaige", terwijl de pogingen, om op de quotes in de 2.780.000 p. art. geld te Antwerpen op te nemen haast geheel mislukt zijn, „nonobstant qu'ilz [nl. de Staten] entendent la boursse en estre assez furnye". Na deze considerans volgt dan: 563*. 18 september. — Et comme est chose ny en raison ny aequité 1) A. V. Ypres, port. 23B. — Onderschrift: Actum en la Chambre des Aydes des Estatz Généraux le XII« de Septembre 1577. 2) Althans indien het in den tekst medegedeelde stuk werkelijk hetzelfde is als het in de resolutie bedoelde — en hieraan is twijfel vrijwel uitgesloten, al wordt de Kamer van de Beden in het stuk niet genoemd. Het is bewaard: R. A. Utrecht, Staten-archief, afschriften van bij de Staten-Generaal ingekomen stukken. Geldmiddelen 1577. 500 f unde que ceulx en facent difficulté qui peulvent sans leur dommaige et intérest faire tant de bien a la patrie, bien publicq et mesmes a leur propre ville, oü ils resident, que vient par faulte de ce tout autour estre mangée, tendant ce au grand préjudice de tout le peuple d'icelle, s'enchérichans a cause de ce les vivres en ladicte ville, empeschans aussy que on ne se peult servir desdicts villaiges a la fortification et abolissement dudict chasteau, et s'approchans journeilement de plus en plus les souldartz non payéz et malcontentz ladicte ville, poirroint machiner quelque chose en préjudice d'icelle, ont lesdicts Estatz résolu que sera requis et proposé aux membres de ladicte ville qu'en considération du bénéfice qu'ilz ont receu par le démolissement du chasteau, délivrance du garnison, aecordé par lesdicts Estatz a 1'instante requeste des membres de ladicte ville pour bénéficier icelle, et sur espoir qu'on avoit donné ausdicts Estatz qu'alors y auroit meilleur moyen pour illecq en lever d'argent et s'en servir aux nécessitéz communes, prennants aussy regard au bien que la ville d'Anvers, Brabant et tout le pays en recepvra par le prompt furnissement d'argent, ilz veullent consentir que lesdicts marchans et aultres, ayantz argent ou crédit sur la boursse et ne veullant de ce voluntairement accommoder lesdicts Estatz pour le terme de six mois, sans leur perte ou dommaige, puissent estre par lesdicts Sr. de Liedekercke et le conseillier et recepveur Rouex tauxéz avecq advis de ceulx de la loy et des 4>rincipaulx bourgeois, a ce a assumer, et après exécutéz, en leur baillant pour leur asseurance obligations et lettres de seurté su(s)dicte. Et qu'on ordonné que semblable taxation es tous aultres villes principalles du pays incontinent se face, affin que par les bourgeois prineipaulx et riches soit faict quelque prest, et a celle fin concepvoir propositions selon la qualité et condition de chacune ville 1). De „estat de deniers et draps" zal waarschijnlijk zijn de „estat en brief deceqne promptement convient furnir, tant en argent comptant que en draps, ponr en faire payement aux gens de gnerre", die 3 September in de Kamer van de Beden vastgesteld was 2). Er blijkt hieruit, dat voor verschillende troepen, zoowel voor die afgedankt zouden worden — bepaaldelijk de Duitschers — als die in dienst zouden blijven, noodig was 574.283 p. 5 st. De Kamer deed hieromtrent het volgende voorstel: „D samble a ceulx de la Chambre des Aydes que pour payer les parties, cy-debvant spécifiéz, que l'on porroyt expédier obligations ponr la somme de six eens myl livres de quarant groz, a les repartier par les provinces et chascune provinee selon leur quotte et portion es deux milions VU0 TTTT« myl livres artois, a paier endedens six mois a fraict de cincq ponr cent sur 1'argent comtant et sur les draps sans aulcun intrest, moyennant qne lesdictz draps et aultres marchandise soient apprêtiéz par gens de biens et de telle 1) Er is nog een ander stuk, dat met het in den tekst medegedeelde in strekking veel overeenkomst heeft, maar meer op een heffing in alle steden — niet in het bizonder op Antwerpen — ziet. Het schijnt concept gebleven te z\jn. In de beide copieën, die wij er van aantroffen (A. V. Ypres, port. 23*, en A. E. Mons, Hainaut 409, fol. 223) is het bedrag van de op deze wijze te heffen som open gelaten. 2) A. V. Ypres, port. 23B. — In het R. A. te Utrecht (Staten-archief, afschriften van bij de Staten-Generaal ingekomen stukken) bevindt zich een door de Kamer van de Beden op 4 Sept. gemaakte „estat en brief" van wat zoo in contanten als in lakens aan de Hoog- en NederDuitschers was te betalen, die dus ten deele parallel loopt met het in den tekst genoemde stuk van'B Sept. Het geheele bedrag is hier 316.610 p. 5 s. en in lakens 156.192 p. 501 Geldmiddelen 1677. valuer an contentement des capitaines et soldatz, antorisant de la part desdictz Estatz Jan van Zandtvoordt ende Jan Mathyssen, marchans et bourgeois de la ville d'Anvers, avec tel assistence qu'ilz trouveront nécessaires, afin que les capitaines et soldatz n'ayent occasion de se plaindre des Estatz on des marchans, ayans délivré ladicte marchandise". Dit besluit werd genomen in presentie van Bossu en is geteekend: Abraham de Hertoghe. 19 September werd het accoord van de Staten van Tournaisis om advies gezonden aan de Kamer der Beden (B. i. d.). 564. R. 20 september. — Les lettres d'acceptation de 1'accord de ceulx de Tournesiz sont esté lenes et trouvées bonnes. Dit accoord ') is van den volgenden inhoud: 564a. 5 september. — [Propositie van den sénéchal van Henegouwen, conform diens instructie van 10 Augustus *)]. Lesdictz Estatz de Tournesiz, considerans les cboses que dessus et les grandes et excessives debts, impos, tailles et gabelles dont ledict bailliaige est chergé pour avoir jusqu'a présent oultre son povoir contribué a toutes aydes pour le service de Sa Mté. et bien du pays, n'ayantung seul patard de rente comme aultres villes, provinces et Estatz, actendu meisme la petite quantité des villaiges dudict bailliaige et le peu de revenu qui en vient en la levée desdictz impos, selon que par diverses fois a esté remonstré, toutesfois pour ce, comme veuillans secourir lesdictz pays en ceste tant grande nécessité et s'évertuans au plus que possible leur a esté, ont aecordé et accordent de furnir et payer ledict quote et contingent esdictz deux millions a 1'advenant de ceulx du pays et comté de Flandres aux termes dessus dictz, moyennant et a condition que (pour) le recouvrement d'icelle, comme aussy de leur quote au précédent accord de VII0 soixante mil florins, ilz soient auctoriséz de povoir lever et colecter quinze patards sur cbacun bonnier de terre, scitué et gisant (en) ladicte bailliaige de Tournesiz, dépendances et appertenances, sans nul en exempter, fors les encloz des cloistres, abbayes et maisons de gentilzhommes, encloses de murailles ou fossetz d'anchienneté, a paier ausdictz deux termes, seavoir est la moictié par le censsier et occupant et 1'aultre moictié par le propriétaire; ensamble de mectre sus une taille capital e de six mil livres artois de pris de quarante gros la livre, a paier ausdictz termes par les mannans dudiet baillaige le plus esgallement et iustement que faire se polra, et le fort supportant le foible, comme en tel cas est acooustumé, les auctorisant aussy de povoir commectre et députer aucuns personnaiges idoisnes pour juger et déterminer les différens quy pouroient sourdre a cause de ladicte assiete de quinze patards au bonnier, nonobstant opposition ou apellation et sans préjudice d'icelles, que y continuer ceulx y estans présents au regard d'aultres impos (!); et que de ce soient promptement dépeschées lettres patentes en tel cas pertinentes. 565. R. 21 september. — Que semblablement on escripvera a ceulx de Lille, Douay et Orchies pour accélérer 1'envoy de 1'argent; d'escripre a mons'. le Comte de Lalaing pour faire accélérer la négociation des Estatz de Haynault et faire avancer argent sur les II milions d'or. P. p. — L'instruction pour les IIH mem bres de Flandres touchant d'avancer leur quote es deux milions d'or est arrestée. 1) A. E. Mons, Tournaisis 1, fol. 206. — De acte van acceptatie, dd. 26 Sept., ald., fol. 213. 2) Hiervóór, p. 494. I Geldmiddelen 1577. 502 Bedoeld ia de instructie voor Tobias de Cerf *), die nu ten deele volgt: 565a. 21 september. — [Opnoeming van de troepen1), waarvoor geld noodig is. Dreigende muiterij bij vele, v. n. bij die vroeger van Aerschot en bij die van Champagney], Dat omme 't zelve te remediëren, van noode zonde wesen een milioen guldenen ghereet ghelt, daerjeghens den trésorier generael Van der Beke noch hedent verclaerst heeft niet éénen gulden in bursse t'hebbene, zodat by den provinciën respectivelick daerinne zal moeten voorsien worden, betalende elck zyne quote in de gheaccordeerde ayde van (seven) hondert tachtentich duust gulden, ende zovarre dezelve quote by eenighe van dezelve provinciën niet betaelt waere, dat meer dan van noode es hemlieden te evertueren omme te advanceren zoveele pennynghen als 't elcken moghelick wordt ter goede rekenynghe van elcx quote in d'ander ayde van de twee milioenen guldenen. Dienvolghende zal den voornoemden joncheer Thobias by alle ghevoughelicke persuasiën induceren de voornoemde leden herwaerts te schickene ter goede rekenynghe van dies voorseyt es, tot twee hondert duust guldenen uterlick zovele als zy promptelick zullen connen opbrynghen ende dat hemlieden voorts believe, successivelick ende zo de pennynghen in buerse commen zullen, herwaerts te schickene al 't guendt zy zullen connen recouvreren. Te kennen ghevende, dat aen alle d'andere provinciën oock ghesonden ende ten fyne alsvooren ghescreven es van de Staten weghe omme den grooten apparenten noodt, alsnu voor oogben wesende. Denzelven joncheer Thobias zal met hem nemen de zesthien obligatiên, by den Staten alhier ghedepescheert, bedraghende t'zamen tot vichtich duust guldenen, ten fyne de voornoemde vier leden believe dezelve obligatiên te doen teeckenen of dat zy huerlieder ghedeputeerde tot Brussele daertoe behoirliek authoriseren, opdat de Staten hemlieden met de pennynghen, die alsnu ghevonden ende ghereet zijn binnen Andtworpen, moghen behelpen ende die den voorseiden volcke van oirloghe voor breedere mutinerie in den mont schieten. In al 't welcke de voornoemde vier leden — ter corréctie — niet en behoirden eeneghe zwarichede te maken, ghemerct hemlieden 't zelve in allen ghevalle afslach ende payement doen zal op de voorseide haerlieder quote in de twee milioenen ende dat alle d'andere provinciën ghelycke obligatiên, emmers naer advenante van haerlieder respectyve quoten, gheteeckent ende naer Antworpen ghesonden hebben, zonder den collegiën daeraf te adverteren. Ten laetsten sal den voornoemden joncheer Thobias vernemen aen den schout ofte stedehouder van Brugghe, wat hy mach gbebesoingneert hebben aengaende 't saisissement van de boucken ende andere goedynghen, toebehoorende Alonso Dies Daguilar ende, zoovarre daerinne noch niet gbebesoingneert en waere, te insisteren, dat 't zelve volcommen ende gheeffectueert worde in alder diligencie 8). Denzelfden dag werd besloten te schrijven aan de „dames chanonesses de Ste. Waul- 1) A. V. Ypres, port. 23B. — Cf. ons n«. 481. 2) Het aantal Duitschers uit Bergen-op-Zoom, Steenbergen, Tholen „ende andersins" wordt hier geschat op 30.000 met inbegrip van hunne knechten, huisvrouwen en kinderen. Zie over deze troepen Rubriek IHb en V. 3) Get, Weellemans. gQ5j Geldmiddelen 1577. druy et chanones de S'. Germain", dat ze de „contribution personelle" moesten betalen niettegenstaande de door hen gepretendeerde vrijstelling, die niet gold in zaken betreffende de gemeenschappelijke verdediging van het vaderland (R. i. d.). 22 September: „signé 1'instrnction" voor De la Haye naar de Staten van Lille, Donay en Orchies ') (R. i. d.). 3 October: aan de gouverneurs der provinciën te schrijven de gewestelijke Staten bijeen te roepen, „affin d'oyr telle proposition s) que leur sera faicte" (R. i. d.). 4 October werd het consent van de Staten van Lille, Douay en Orchies, waarbij zij 30.000 £ en obligatiên voor 25.300 £ toestonden, geaccepteerd (R. i. d.). 6 October: te schreven aan de „députéz généraux" van Artois, om de bewoners van Vanht en Hervares (= Hervé?), Fransche dorpen, enclaves van Artois, niet te quotiseeren (R. i. d,). 566. R. 6 octobee. — Conclud que le payement de IIII0 m £ arth., a faire par chacun moys, commenchera avoir cours le premier de Novembre et debvra estre parfurny le XXV* d'icelluy moys et ainsy de moys en moys. Tot deze heffing was op één der vorige dagen besloten, zooals blijkt nit de hierna volgende instrnctie 3) voor den sénéchal van Henegouwen naar de Staten van het Doorniksche van 5 October: 566a. 5 octobee. — [Moet hun de pogingen tot vrede, door de Staten aangewend, voorhouden. Het laatste antwoord van don Jap, medegebracht door den bisschop van Ieperen en Willerval 4), bewijst, dat vrede niet mogelijk is. De troepen-bijeenbrenging door don Jan bewijst, dat hij oorlog — „la plus cruelle que oncques ayt esté" — wil]. Or comme, pour aller au devant et obvyer a 1'enthière ruyne de ce pays et prouveoir (1. pourveoir) a nostre deffence et de noz femmes et enfans, franchises, libertéz et privileges, ensamble empescher a 1'advenir touttes foulles et oppressions que font au plat pays les gens de guerre mal disciplinéz a faulte de paiement, avons faict examiner de prèz ce que leur est deu, ensamble ce que sera besoing leur furnir au camp et pardessus ce, combien il fauldra pour nous descherger des Allemans avecq lesquelz on est aecordé, pour faire quicter les villes qu'ilz occupoient, ce que avons faict conférer avecq les accordz, faictz par chacune des provinces de pardeca es sommes de VII0 IIIPX mil et deux millions de florins 6). Par laquelle conférence trouvons estre néceasairement requis de furnir promptement aux quots desdictes sommes de VIP IIII" mil et deux millions, sans usez de quelque attermination, quy se serviroit seullement pour le passé et faire dresser le camp et subvenir a la nécessité présente selon l'estat sommier que 1) Zeker in verband met het onderwerp van n*. 565.— Waarschijnlijk tallen ook de brieven aan Rassenghien (andere dan die genoemd hiervóór, p. 387, noot 7) en die aan Douay, die 26 Sept. gearresteerd werden, hierop betrekking hebben (R. i. d.). 2) Waarschijnlijk in verband met de geldheffing van ons n*. 546. 3) Actes, n°. 837; A. E. Mons, Tournaisis 1, fol. 210v°. — De credentie-brief voor den sénéchal: ibid., resp. n°. 836 en fol. 210. 4) Hiervóór, p. 236. 5) WaarschijnUjk zal aan dit onderzoek te danken zijn de „estat de ce que reste encoires a payer en denim clers par les provinces des Pays Bas des accordz, faictz es deux millions sept eens quattre vingtz mille livres", opgesteld door de Kamer der Beden 29 Sept. 1577 (R. A. Utrecht: Staten-Archief, afschriften van bij de Staten-Generaal ingekomen stukken). Zie over dit stuk nader den staat van furnissementen, aan het eipde van ons volgend deel. Geldmiddelen 1577. 504 pour ce avons faict dresser que ne doubtons sera envoyé ausdictz Estatz de Tournesiz par leurs députéz, de manière que, sy l'on venoit a attendre les termes préfigéz, ne seroit aultre chose que réduire les pays en pauvreté, consumant le mesme ayde avant le tampz de son eschéance et cependant donner lieu a 1'ennemy de les perdre et accabler enthièrement Et comme pour continuer au payement, requis a 1'entretiennement dudict camp, est besoing faire ung prêt de la somme de IIIIC mil florins par mois, a furnir par la Généralité des provinces selon leurs quotes et par telz moyens que chacun advisera a la moindre foulle de peuple que faire se pourra, 1'avons aussy représenté aux députéz desdictz Estatz, ce qu'ilz ont trouvé bien raisonnable, et aultant qu'en eulx estoit, 1'ont consenty soubz le bon plaisir de leurs maistres ou colèges. [Hiertoe de Staten van het Doorniksche te bewegen. Dan alleen het land te bevrijden van allen overlast der soldaten] *). De In de instructie genoemde „estat sommier" 8) is te beschouwen als een staat van oorlog. Br komt een opgave in voor van de garnizoenen in verschillende gewesten en een opgave van bet voet- en ruitervolk, met inbegrip van de benden van ordonnantie. Aan de soldaten is aan „toutes arrières" te betalen, zoo in geld als in lakens, 825. 649 p. Een maand gage voor de soldaten in het kamp bedraagt 223.208 p. 3 st. 4 d. Samen is dit 1.048.857 p. 3 st. 4 d. De staat van de resten, door de gewesten verschuldigd, bedraagt 1.190.116 p. 13 st. 7 d., zoodat over blijft 141.259 p. 10 st. 3 d. 7 October werd de minuut van den brief aan Lalaing over „la nouvelle demande" gelezen door Carlier en goedgekeurd (B,. i. d. p. p.). 567. R. 10 october. — Résolu de donner lettres d'indemnité aux Estatz d'Arthoys de 1'intérest qu'ilz 'pourriont encourir a raison de leur obligations nouvelles en nombre de huyct, par lesquelz deux lettres ilz ne debvoient paier aulcun intérest pour ÏX mois conformément aux lettres d'acceptation de leur 1) Over het onmiddellijk zenden hunner quotes in de 2.780.000 p. schreven de Staten op 4 Oct. aan de vier leden van Vlaanderen; zij zonden hiertoe pensionaris Wijts. Rencharge9Oct. (beide A. V. Ypres, port. 23B). — Op do laatste staat: dergelijke brieven aan alle contribueerendegewesten, nl. Brabant, Vlaanderen, Artois, Henegouwen, Valenciennes, Rijsel, Doornik, het Doorniksche, Mechelen. — Wijts deed 18 Oct. rapport en werd verzocht dit op schrift testellen (dit alleen in S. G. 3). 2) Over deze aangelegenheid Bchreven de Staten 4 October1 van Douay een brief (A. V. Ypres, port 9), die in substantie gelijk is aan de instructie, in den tekst medegedeeld. Aan het slot de volgende passage: „auquel advenant et contribution plusieurs provinces ont consenty absolutement, aultres soubz le bon plaisir de leurs maistres, mais voz députéz, comme en aultres semblables demandes, n'ont riens voulu dire, sans vous en advertir et faire convocquer en forme d'estat, quy cause retardement de 1'exécution de nostre bonne volonté, de sorte que pour le présent, considéré l'estat, oü tout ce pays se retrouve, avons parceu estre nécessaire vous faire ce mot" met verzoek 4 Oct. te Rijsel hunne gedeputeerden te zenden, waar Rassenghien de propositie sal komen doen.— Een gelijkluidende brief aan de zes kapittels, twintig abten en den bisschop van Atrecht (ibidem, port. 11) met verzoek aan het slot in Oct. (de dag wordt niet genoemd) ter vergadering van de Staten van Artois in de abdij van St. Vaast te Atrecht te komen. — 13 Oct. een gelijkluidende brief aan eenige edellieden van Vlaanderen (A. G., Cart. 327B, fol. 184: een gedrukt stuk!), met verzoek aan het slot om 24 Oct. in de vergadering der Staten van Vlaanderen present te .rijn, die tegen dien datum, evenals de Staten van alle gewesten, bijeengeroepen zullen wo rden. 3) Actes, n». 829; A. V. Ypres, port. 23B. 505 Geldmiddelen 1577. accord, mis au registre des aydes, (et qu')ilz bailleront jusques a XLIII mil III eens XXXXI £ arth. pour leur quote es III" (1. VII") IIIP*> £ au leur (1. lieu) des obligations, premièrement baillées. 568. R. 12 octobee. — Le Sr. de Provene 1) a faict rapport des poinetz de sa commission'et a exhibé ung proiect du consent, fait par iceulx de Flandres touchant les VIP LXXXm et deux millions, lequel proiect est résolu qu'on uiectra en la Chambre des Aydes pour en avoir leur advis *). Het accoord van Vlaanderen 8), bovengenoemd, laten vrij ten deele volgen: 568a. (september). — [Gehoord de propositie van Provene namens de StatenGeneraal:] Lesdictz quatre membres des Flandres, après avoir sur ce communicqué et délibéré par ensemble et successivement le tout rapporté a leurs notables et commune, ensemble avecq l'advis des prélatz et nobles, s'etans trouvé audict Gand, et désirant tant qu'en eulx est perséverer en 1'Union, faicte entre lesdictz Estatz, et en tout ce conformer a leur bonne intention et suyvant ce aider de leurs personnes et biens a résister aux communes ennemis et défendre la liberté, privilèges, droictz et prérogatives du pays, ont par 1'advys de leur notables et commune consenty et aecordé la quote part et contingent dudict pays de Flandres esdites trois sommes, par lesdictz Estatz Généraulx demandéz, a payer aux jours par ladite proposition assignéz, ou aultres les plus briefz que leur sera possible, et aux fins, par lesdictz Estats proposéz, pourveu que ce soit sans par la advouer quotisation et répartition, par iceulx Estatz prétendues, estant notoirement inégale, et sans préjudice de pour 1'advenir la faire redresser et réduire a plus grand égalité et meilleure proportion, comme entre pays uniz convient estre faict. Et par dessus ce aux conditions et modifications, cy-après déclairées: Premiers que par tous les aultres Estatz soit faict semblable debvoir et contribution. Item que pour meilleur maintiennement de ladicte Union et écheoir toute matière de dissension ou disioinction desdictz Estatz, les ungs n'en prendront riens sur les aultres et spécialement qne de nulz estatz, offices ou bénéfices audict Flandres sera ordonné ou disposé par les aultres que du gré spécial, consentement et dénomination desdictz de Flandres de personaiges ad ce idoines et qualifiéz *). Item que les deniers de leurdict accord et quote seront a 1'ordonnance desdictz Estatz ou du superintendent quy poura cy-après estre dénommé, emploié 1) Hem werd 5 Oct. conform het advies van de Kamer der Beden aan onkosten 61 p. 9 s. art. toegekend; voor vacatiën zich te wenden tot zijn gewest (R. i. d.). 2) Zie verder over Provene's rapport ons n°. 649. 3) A. V. Vpres, port. 23B. — Er zijn niet minder dan 4 copieën van dit stuk in deze portefeuille aanwezig. Wjj hebben de ons het best voorkomende gekozen, een enkelen keer een woord ter verduidelijking uit één der andere copieën overnemende, dat dan tusschen () is geplaatst.— Naast het stuk zijn marginale aanteekeningen gesteld, waarschijnlijk afkomstig van de Kamer der Beden; wij hebben deze in de noten medegedeeld. 4) Hiernaast i. m.: D'aultant que eest article ne touche matière d'argent et qu'il ne convient déroguer a 1'auctorité de Sa Mw. ny des Estatz Généraulx, la représentant présentement; par quoy obmis. Geldmiddelen 1577, 506 au payement des gens de guerre et de tout ce que en dépend par les mains de leur trésorier particulier et sans les divertir a aultre usaige 1). Et finablement que sur leurdicte quote fera ausdictz membres parement et déduction tout ce que par eulx sera esté paié aux garnisons de Gravelynghes, Lescluze, Bourbourg et aultres quy pourront estre levéz ou establiz au pays de Flandres et aultres gens de guerre quelzconcques; (ensemble) les fortifications de leurs frontières jusques a la somme de quarante mil florins 2). [Volgen verschillende voorwaarden betreffende de heffing in Vlaanderen 3) zelf]. Denzelfden dag remonstreerde Amsterrode, dat het noodig was rekening door de ontvangers van Overmaze te doen afleggen (R. i. d.). 569. R. 15 october. — Est ordonné d'envoyer quelqu'ung par la poste vers Lille, afin qu'ilz fnrnissent incontinent leur trente mille florins, et eseripre au recepveur des aydes de les envoyer et aussy de (1. a) monsr. de Rassenghien qu'il tienne la main par toutes manières de faire incontinent venir lesdicts trente mille; .aussy eseripre lettres a ceulx de la Chambre de Comptes illecq, les promectant indempnité. Et est commis le prévost de Tournay, et pour les 30 mille fiorins, promis en particulier au magistrat. Uit den brief aan de Rekenkamer 4), bovengenoemd, blijkt, dat deze bij schrijven van 12 October op grond van zekere ordonnantiën bezwaar gemaakt had tegen de registratie van zekere (niet nader aangeduide) open brieven tot acceptatie van accoord en octrooi; de Staten gelastten haar hiertoe over te gaan en wezen er op, dat vertraging groote schade ten gevolge zou kunnen hebben. 570. R. 17 october. — Est ordonné que chacune des provinces furnira pour le mois de Novembre sa quote en quattre cent mille florins, laquelle quote debvra estre icy a Bruxelles le XXV8 de Novembre sans plus long dilay pour en povoir entretenir les soldatz au camp lequel apparentetnent aultrement on ne pourra tenir en office. 571. R. 18 october. — Résolu que l'instruction, conceu par Léonin pour Gueldres, se dressera sur le point de les persuader a condescendre a telles aydes et subsides que le pays puisse sentir allègement par moyens généraulx, laquelle instruction luy servira aussy pour ceulx de Frise et Overyssel 5). 1) Hiernaast i. m.: U est nécessaire que la distribution de deniers soit ordonné par les Estatz Généraulx, entre lesquelz ceulx de Flandres sont nng membre, et partant leur quote sera mise es mains du trésorier général Van der Beken pour ne causer disioinction, moiennant promesse que lesdictz deniers seront employéz au payement des gens de guerre. 2) Alsvoren: Les Estatz sont contens que déduction se face sur leurdict accord des parties cy mentionnées moiennant estat certain des gaiges des garnisons, duquel feront apparoir ausdictz Estatz, comme aussy les fortifications des frontières que l'on trouvera nécessaire estre faictes. 3) Hiernaast i. m.: flat ainsy. 4) Actes, n». 851; A. G., Cart. 327B, fol. 187. 5) Hierover in S. G. 3 op 49 Oct.: Leoninus legt over een advies, dienende tot opheldedering der besognes van Gelderland en verlangt te hebben de punten, waarop bij de instructie zou kunnen stellen, met inbegrip van de apostillé der Staten van 18 Oct. (cf. ons n°. 247). — Verderop volgt dan het besluit als ons n°. 574, hier genomen naar aanleiding van de door Leoninus gegeven opheldering. 507 G eldm idd elen 1577. Denzelfden dag werd het accoord van Henegouwen gesteld in handen van de Kamer der Beden ') (R. i. d.). 24 October: besloten aan de provinciën te schrijven, om onverwijld „tont 1'argent possible" naar Brussel te zenden, „ponr ponvoir faire marcher le camp" (B. i. d.). 572. R. 25 october. — Sur le billet et requeste du recepveur général de 1'ayde du cc du pays d'Arthois et l'advis de ceulx de la Chambre des Aydes, portant que les Estatz doibvent dépescher exécutoriales requises, que ceste acte sera mise en forme pour le délivrer es mains du Sr. de Wa(l)huon, recepveur, y dénommé, pour 1'effect, y mentioné. Quant a la spécification des mises, faictz pour ameuer d'Arras a Bruxelles la somme de IIIm £ arth. des deniers, provenuz de ia recepte des aydes d'Arthois, et l'advis de Ia Chambre des Aydes de luy passer LXV £ XY s. arth. est dict que messieurs suyvant l'advis que dessus, ordonnent a leur trésorier général de furnir le contenu cy dessus. 26 October werd een brief der Staten van Artois van 21 October *), geteekend Marchant, om advies gezonden aan de Kamer der Beden (R. i. d.). 573. R. 29 october. — Ordonné a ceulx des Aydes de faire en | toute diligence estat de toutes debtes extraordinaires des Estatz Généraulx, comme de ce qu'ilz doibvent aux bourgeois de Bruxelles *), maroniers et mattelotz, a la Rome d'Angleterre 4) et aultres marchantz semblables, pour par la Généralité estre trouvéz moyens prompt a les satisfaire et payer, ordonnantz néantmoings que lesdicts bourgeois seront contentés des premiers deniers que procéderont d'Angleterre ou de marchantz d'Anvers, non assignéz, sans que le trésorier général pourra telz deniers employer aux aultres usaiges. 29 October werd betreffende twee staten, overgelegd door Jacques Bauwel, commies van den ontvanger der Staten van Lille, Douay en Orchies besloten het advies van de Kamer der Beden te volgen in zake de salarissen, vacatiën en onkosten, in de staten genoemd (B. i. d,). 30 October: brieven van octrooi verleend aan de vier leden van Vlaanderen,naar aanleiding hunner mondelinge remonstrantie voor „les deux dixiesmes 4)" conform hun accoord (R. i. d.). 574. R. 1 november. — D'escripre lettres aux députéz, envoyéz a Gand 5), qu'ilz ayent a remonstrer aux membres de Flandres que don Jehan a qnasy toutes ses forces ensemble, en intention de nous assaillir, et que partant il est plus que besoing que 1'argent de ceulx de Flandres soit apporté en toute célérité, tant pour faire en haste marcher les six compaignies des Bas Allemans de monsr. le Comte de Bossu, les compaignies du Sr. Comte de La Marche et aultres. 1) Deze resolutie komt op dezen dag tweemaal in ongeveer denzelfden vorm voor. 3) Misschien in verband met het op 23 Oct. gedateerde accoord dezer Staten: Actes, n°. 858? 3) Ongetwijfeld zijn bedoeld de burgers, geleverd hebbende ten dienste van de keizerlijke gezanten, den nuntius e. a. (hiervóór, p. 200 en 324). 8 Nov. werd Jean Gilles, de rekenmeester, naar Antwerpen gecommitteerd, om met intercessie van Oranje en Liedekercke 32.000 p. art. te leenen, om de genoemden, die gerequestreerd hadden, te betalen (R. i. d.). 4) Deze woorden zijn later in den tekst tusschen de regels bijgeschreven en daardoor blijkbaar op ietwat curieuse plaats in den zin terechtgekomen. 5) Zie voor de toelichting op 13 Nov. 6) Zie Rubriek IX, Geldmiddelen 1577. 508 Een dergelijken brief als bovenbedoeld zonden de Staten op denzelfden dag aan de vier leden van Vlaanderen Zij herinnerden aan het rapport van pensionaris Wijts -) en de toezegging aan dezen om ƒ40.000 of meer spoedig te zenden, die echter nog niet vervuld was, ofschoon zij er reeds eenige assignatiën van betaling op uitgegeven en de rest bestemd hadden voor 8 a 10 stukken artillerie, die naar het kamp moesten. Zij zonden nu pensionaris Provins 3), om opnieuw op de geldzending aan te dringen. 575. B. 3 november p. p. — Résolu que les commis a la Chambre des Aydes feront incontinent avecq le trésorier ung estat pertinent de toutes extraordinaires despences des clereqz, gaiges, vacations, arréraiges des rentes, obligations et semblables pour selon ce adviser de faire demande grande a telle effect qu'elle puisse satisfaire a tout et davantaige. Denzelfden dag werd het accoord van Lille, Douay en Orchies in de 2 millioen en de 780.000 p., dd. 25 October, verwezen naar de Kamer der Beden om advies (B. i. d.). 12 November werd het accoord van de Staten van Artois *) gelezen en onderzocht; sedert geaccepteerd volgens het advies van de Kamer der Beden. — Ook werd dat van Henegouwen gelezen en daarop geadviseerd conform het advies van de Kamer der Beden 5) (E. L d.). 18 November werd de griffier gelast te teekenen de brieven aan de magistraten van Vlaanderen, om de brieven van octrooi voor „le consentement du Ve denier en Flandres ")" te publiceeren. — Denzelfden dag werd de instructie van La Haye naar Bijsel vastgesteld (over geldzaken?) 7) (R. i. d.). 16 November werd het accoord van Lille, Douay en Orchies van 25 October over de middelen hunner quote (nl. in de ƒ2.780.000 en in de ƒ400.000 per maand 8)) medegedeeld aan de Kamer der Beden om advies (B. i. d.). Denzelfden dag schrijven de Staten-Generaal aan de Staten van Brabant9) om er aan te herinneren, dat de eerste termijn voor de betaling der 400.000 p. per maand, waarin Brabant geconsenteerd heeft, 25 November vervalt; zij dringen met nadruk op 1) A. V. Ypres, port. 23». 2) Hiervóór, p. 504, noot 1. 3) Hem werden 29 Nov. 300 p. art. wegens vacatiën toegekend (R. i. d.). 4) Het hiervóór, p. 507, noot 2, genoemde in de bede van 400.000 p. per maand. 5) De brief van acceptatie is van dezen dag: Devillers, I, 68.— Henegouwen accordeerde, zooals hier blijkt, 90.836 p. 3 s. 4 d. als rest van de quote in de bede van f2.780.000 en de quote in de ƒ400.000 per maand onder voorwaarde van uitgifte van lijfrenten. 6) Nl. in Vlaanderen te heffen van de opbrengst van alle onroerende goederen en renten, één der voorwaarden betreffende de heffingen in Vlaanderen volgens het hiervóór, p. 505, genoemde accoord.—Waarschijnlijk heeft de 14 Nov. aan president en Raad van Vlaanderen gerichte brief (dit alleen in S. G. 3) ook hierop betrekking. — Ook het aan Brugge (evenals aan de andere Vlaamsche steden) 16 Nov. verleende octrooi is hiervan een uitvloeisel (Actes, n°. 896; Van Duyse, n°. 1359). Evenzoo dat aan Vlaanderen van 24 Dec. (alsvoren, resp. n°. 948 en n°. 1360). 7) De 12 Nov. (R. i. d.) gearresteerde brieven aan Lille, Douay en Orchies zullen waarschijnlijk ook hierover handelen. 8) Dit alleen in S. G. 3. 9) Actes, n°. 894; R. A. Noord Brabant, reg. doleantiën 4, fol. 104. — Ook aan Vlaanderen schreven de Staten met hetzelfde doel; dit blijkt uit de rencharge aan de vier leden van Vlaanderen van 20 Nov. (A. V. Ypres, port. 23B). — Ook 46 en 20 Nov. aan Mechelen (Doren, IV, 260 en 264). 509 Geldmiddelen 1577. de tijdige levering aau met oog op de dreigende houding van don Jan, de Staten van Brabant machtigende hunne quote te vinden „par tous telz moyens les plus promptz que sera possible de faire, soit d'impost, contribution ou autrement". Nog *) werd op dezen dag de brief van Oranje „sur le faict de Hagembourg ponr trouver argent" tot den volgenden dag uitgesteld. 17 November werd besloten de door Hagenbuger voorgestelde middelen *) te doen doen onderzoeken door de Kamer van de Beden met assumptie van Asseliers, Liesfeit en "Wijts. — Denzelfden dag proponeerde Willerval namens Oranje s): „tenir la main que les moyens généraulx soyent practiquéz" (R. i. d.). 576. R. 18 november 4). — Sur le rapport de ceulx de la Chambre des Aydes touchant les moyens d'avoir argent pour le faict de ceste guerre, a esté dict qu'ilz donneront par escript leurdict advis pour y adviser 6). 577. R. 21 november. — Sur le remonstrance itérative, faict par le pensionaire de Valenchienes, pour la réduction de la quote d'icelle ville a 1'advenant du XIIe de celle de Haynaut, a esté appoincté que supplians feront apparoir du contenu en ceste leur requeste pour, ce faict et veu, estre ordonné a la raison et cependant par provision et sans déport ny préjudice du principal furniront ce qu'ilz doibvent a 1'advenant de ce qu'ilz offrent 6). 578. R. 22 november. — L'on a examiné les estatz de chacune provinee '), entre lesquelles celle de Flandres est demouré redebvable de la somme de Vom £, et les aultres aussy de quelques sommes notables, tellement que l'on a trouvé estre deu par les provinces contribuantes environ VII0 m & arth., au moyen de quoy a esté résolu d'envoyer en Flandres vers les IIII membres le Sr. de La Motte, pour sommièrement remonstrer l'estat du camp aux députéz desdictz IIII membres, estans a Gand, et le pensionaire Canis d'Ipre 8). Item de commettre quatre personaiges pour examiner les estatz de chacune provinee. 1) Dit alleen in S. G. 3 (16 Nov. p. p.). — Hierbij i. m., wat 17 Nov. over deze zaak in het register van den griffier (zie onzen tekst) volgt. — Nog over Hagenbuger 4 en 8 Oct.: St. Geertruid en Champagney met Van de Warcke aangewezen om de door hem voorgestelde middelen te onderzoeken. 12 Oct: hem 3% te betalen, indien iflne middelen nog niet gebruikt en bruikbaar blijken (R. i. d.). 2) „Secret et moyens, inventéz par Christoffel Haghenbuchen et consors" enz. — een zeer uitvoerig stuk, bewaard in A. V. Ypres, port. 23». — Handelde ook Oranjes brief, die met bijgevoegde stukken 23 Nov. naar de Kamer van de Beden gezonden werd (R. i. d.), hierover? 3) Cf. hiervóór, p. 323 en p. 411. 4) Dit alleen in S. G. 3. 5) Hierbij i. m.: Le 19« eest advis a esté remis et quelque peu chambgé que a esté dict donner par escript pour y adviser & demain ensemble des pointe y adjoustéz. — In dit advies (Actes, n°. 903; A. E. Mons, Hainaut 409, fol. 266) stelde de Kamer van de Beden als v. n. middel de heffing van een 100«n penning voor, benevens uitvoering van de maatregelen, tegen de aanhangers van don Jan reeds vroeger vastgesteld (waarover zie de 3* afd. dezer Rubriek). 6) In ongeveer denzelfden vórm nogmaals in de resolutiën op dezen dag. — Volgens S. G. 3 werd 20 Nov. brieven van rencharge aan alle provinciën, „pour avoir argent", gelezen en goedgekeurd (cf. hiervóór, p. 508, noot 6). 7) Volgens den „estat des restes", door de gewesten verschuldigd in de beden van 3.780.000 p. art., opgemaakt in de Kamer der Beden 14 Nov. (A. E. Mons, Hainaut 409, fol. 262). Zie hierover nader den staat der furnissementen aan het einde van ons volgend deel. 8) Een credentie-brief van deze beiden voor de vier leden van Vlaanderen in A. V. Ypres, port. 23». Geldmiddelen 1577. 510 In een brief aan de Staten van "eenige provinciën ') van dezen dag lieten de Staten zich over de bovenbedoelde aangelegenheid als volgt nit: 578a. 22 november. — Messieurs. Nous vous tenons recors, comme au mois de May dernier fusmes en délibe'ration d'aceorder par toutes les provinces de pardeca en général telle somme que conviendroict pour furnir ung mois de prest aux Haultz-Allemans, ëstans en garnison a Bois le Ducq et aultres lieux du pays de Brabant, Gueldres, Overyssel et quartiers a 1'environ, ce que n'ayant pour lors esté mis a effect, aurions du depuis es móis de Juing et Juillet résolu furnir chascun nostre quote en la somme de IIIIXX mil florins pour satisfaire au plus nécessaire endroict le payement des gens de guerre et aultres occurrences journelles, obmectant tous débatz et difficultés que 1'ung ou 1'aultre des Estatz particuliers vouloit dès lors mouvoir, prétendant avoir plus payé que ne portoyent les IIIme centiesme, moyens généraulx et aultres accordz précédens, comme ce requérant plus grand tempz et meilleur occasion a en prendre cognoissance par ung estat général de toutes contributions entre lesditz Estatz quy se pourroit faire ey-après plus meurement et a loisir, suyvant laquelle résolution et nostre ordonnance dès le mois d'Aougst dernier sur proposition, faicte de nostre part, auroyent esté accordéz sept eens mil florins et du depuis deux millions pour pareillement emplier au payement des gens de guerre et subvenir aux fraiz, requis pour obvier aux difficultéz nouvelles, esmeuz an pays par le Sr. don Jehan d'Austrice, s'estant emparé des ville et cbastel de Namur; suyvant quoy plusieurs desdictes provinces auroyent plainement satisfait leurs quotes esdicts aydes accordées pour estre empliées prestement au faict de la guerre et combien que de vostre part ny deussiez avoir failly, sy est il que trouvons par estat qu'en avons faict qu'estes eneores redebvables sur vozdictz quotes la somme de a); a quelle cause, veu la trés grande nécessité présente, mesmes que plusieurs de noz soldatz tant de pied que de cheval sont entréz au camp, sans avoir receu le payement que leur avions promis, et aultres différent se monter, esquipper et acheminer vers ledict camp ou lieux, désignés pour garnison, exploictz et emprinses en faict de guerre, par oü le bien publicq est grandement retardé et tout le pays a telle faulte apparant tumber en trés grandz inconvéniens et dommaige irréparable. Ce considéré, n'avons peu laisser vous requérir bien instamment et néantmoingz de la part de Sa Mté. ordonner qu'ayez sans dilay ultérieur nous envoyer icy voz quotes esdictes sommes et aydes, remectant aultres difficultés touchant les délivrances de deniers que prétendez avoir faict a aultre fin, jusques a ce qu'ayons meilleure occasion d'entendre au susdict estat général. [Verder herinnering aan de quote in de f 400.000 per maand]. 27 November werd „1'acte" van de Staten van Doornik van 21 November 3) 1) A. V. Ypres, port 23». — Aan welke provinciën, blijkt niet. U» Er is nog een andere brief van denzelfden datum (t. a. p), waarin alleen op het zenden van geld aangedrongen wordt en'die blijkbaar ook aan meerdere provinciën gericht is. Waarschijnlijk is deze (of de andere) concept gebleven. 2) Niet ingevuld. 3) Klaarblijkelijk is hier een accoord bedoeld en dus niet het Actes, n°. 911, bedoelde stuk van 14 Nov. over de ontvangst van Matthias. 511 Geldmiddelen 1677. gesteld in handen van de Kamer der Beden om advies (R. i. d.). — 28 November werd „1'acte du consentement" van Doornik geaccepteerd (R. i. d.). Op den laatstgenoemden dag werd op een request van Douay en Orchies beschikt, dat de supplianten „pourront rabbatre les fermes sur les aydes, a accorder" (R i. d.). 80 November werd een request van de meierij van Den Bosch medegedeeld aan den ontvanger der beden in het kwartier van Den Bosch, „pour y dire ce que bon luy semblera" (R. i. d.). 1 December werd het accoord „des quotes" van Artois ') aan de Kamer der Beden om advies gezonden (R. i. d.). 3 December werd het accoord van Lille, Douay en Orchies van 25 October conform het advies van de Kamer der Beden, „omettant les lines subvergulées", geaccepteerd (R. i. d.). 5 December schreven de Staten aan de vier leden van Vlaanderen *), dat ze het naar aanleiding van de remonstrantie van den Vicomte van Gent en La Motte 8) noodig achtten gedeputeerden te zenden naar alle provinciën, naar Vlaanderen De Cerf, om aan te dringen op het overmaken van „alzulck eene somme van penningen als TJlieder commisen tegenwoirdeüjck souden moeghen in buirse hebben", om het leger „in desen nutersten noodt te secourerene". De legerhoofden hebben niet alleen nu, maar ook „over acht zo X daghen herwaerts" verklaard, het niet mogelijk te achten het leger langer bijeen „ende veel min in offieie" te houden, tenzij de gewesten zich inspannen maandelijks op te brengen, wat ze geconsenteerd hebben. 579. R. 9 december. — Ordonné d'escripre lettre aux quatre membres de Flandres4) de furnir en toute diligence leur reste es deux millions d'or, portant IXm IXC XVIII £ IIII d. arth., et aultre reste de IIm 11° XXII £ IlIIs.Vd. qu'ilz doibvent de leur quote es IIIIcm par mois, oultre les mille livres qu'ilz envoyent par lé dernier accord pour en faire payement au régiment demons', de Capres. Et d'aultant que Baptiste Spinola 6) diffère furnir aux LIIIIm £ en draps, sans préalablement avoir entre ses mains leur obligations, payables au premier de Mars prochain de XXXVIIm Vc £ dudict pris, suyvant les lettres que souventesfoys l'on a escript, faire rencharge d'incontinent envoyer lesdictes obligations. 10 December schreven de Staten opnieuw aan de vier leden van Vlaanderen 6) om geld, b.v. 100.000 p. op afrekening van de quotes, van wege den grooten nood in het leger; zij zonden hiertoe Jean de Bourgogne, heer van Froidmont, Ayta en Berchem 7). 1) Van 26—28 Nov.: Actes, n°. 918. — Waarschijnlijk tullen ook de beide brieven van Artois, de ééne van 28 Nov., die op dezen dag aan de Kamer der Beden om advies gezonden werden (R. i. d.), hierop betrekking hebben. 2) A. V. Ypres, port. 23». 3) Hiervóór, p. 448. 4) De woorden: „quatre membres de Flandres" rijn in het register doorgehaald. 5) Cf. hiervóór, p. 458 vlg. 6) A. V. Ypres, port. 23». — Denzelfden ook aan Mechelen om geld: de vijand trekt over de Maas, Namen wordt bedreigd (Doren, IV, 263). 7) 14 Dec.: brief (of brieven?) ontvangen van Froidmont en den aartsdiaken van Brugge (1. Ieperen) — dit alleen in S. G. 3. — Waarschijnlijk heeft op deze zending ook betrekking het rapport, dat Berchem 19 Dec. van zijne besognes bij de vier leden allegde (R. i. d.). Geldmiddelen 1577. 512 580. R. 11 december. — Messieurs de Courteville et Roeloffz, borgmaistre de Lovain, ont faict leur.raport, déclairans par icelluy que les Estatz de Hollande et Zélande s'excusent de la quote, d'eulx demandée, pour leur pouvreté et calamitéz des innundations et aultres, mais présentent servir avecq XXV enseignes piétons et cent ebevaulx légiers et les payer durant les troubles — 1). Néantmoings la responce d'Hollande et Zélande s'exhibe par escript. Touchant l'escript de responce des Estatz de Hollande et Zélande, apporté par les commissaires Jehan Roeloffz, bourgmaistre de Lovain, et Roland de Corteville, eschevin du Franck de Bruges, proposéz le XXIIIP de Septembre dernier, est dict que ceste responce et articles seront mis es mains de la Chambre des Aydes pour les visiter et, leur raport et advis oy, en estre appoincté comme de raison. A esté résolu d'envoyer le Sr. Schoore en Flandres avecq commission et instruction pertinente pour luy et le Sr. de Froimont et le prévost de S'. Bavon, affin de eulx trouver vers le III (1. IIII) membres de Flandres et leur remonstrer les nécessitéz tant de nostre camp que de ceulx de Maestricht et requérir d'envoyer icy au plus tost le plus de deniers que leur sera possible. 581. R. 12 december. — Les Estatz ont arresté les moyens, exhibéz par escript par les commis de la Chambre des Aydes, selon les restrictions et ampliations, faictes sur ledict escript, saulff que ceulx de Brabant ont dict de donner leur advis a demain. Wij meenen de door de Staten vastgestelde middelen te herkennen in het volgende, ongedateerde stuk *): 581B. (12 december ?), — I. Premiers ont trouvé que les moiens, envoyéz par monsr. le Prince d'Orenges a mess™, les Estatz Généraulx et proposéz par Gérard Grammaye touchant la grande lotherie et la table de prest au mont de piété 8), proposé par Escarmouche *) (?), après estre bien examinéz, auleunement se povoir practicquer pour s'acquyter et descharger des debtes et obligations des Estatz en son temps et sayson, mais poinct pour trouver argent comptant dont présentement il y a question. II. Et touchant les moyens, proposéz par Christoffel Haghenbucher et aultres s), est trouvé iceulx pour le présent n'estre practicquables. III. Et partant il n'y a plus prompt remède que le moyen du centiesme denier des biens meubles et immeubles, a lever générallement en touttes provinces avecq leurs enclavemens de quelque qualité ilz soyent, y comprins les pays d'Oultremeuze, Hollande, Zélande, Utrecht, Gheldres, Frise, Overyssel etGroe- 1) Zie hiervóór, p. 180 (over Amsterdam), en hierna, Rubriek XII. 2) A. V. Ypres, port. 23». — De titel ie: Moyens, adviséz par les Estats Généraulx, sur ce oyz ceulx des Finances de Sa Mtó. et la Chambre des Aydes, pour promptement trouver argent comptant de furnir aux nécessitéz de la guerre. 3) Zie nader ons n°. 594. 4) Zou de Antwerpsche koopman Giacomo Scaramuccia bedoeld zijn? — Een request van Jean Jacques de Charmuccia wordt vermeld R. 19 Nov. 5) Hiervóór, p. 509. 513 Geldmiddelen 1577. nynghen, en la forme et manière qu'icelluy centiesme s'est levé en 1'an soixante noeuf sans aulcune exemption, seavoir Brabant, Flandres, Arthois, Haynnault, Valenchiennes, Lille, Douay, Orchies, Hollande, Zélande, Tournay, Tournesis, Namur, Malines. IV. Et sy par aulcunes provinces estoit trouvé trop difficil de lever ledict cme, ilz le pourront changer en ung cinequiesme de tout le revenu des biens immeubles, reveuant a la eoncurrence de la somme qu'icelluy cme a porté en 1'an XV0 soixante noeuf, et oü aultres ne trouveroient convenable de lever ny ledict cme ny vme denier, pourront furnir la somme, a quoy a porté leur cm audict an XVC soixante noeuf. V. Et pour ce que les biens de chevaliers et officiers de 1'ordre de Malta et aultres, ayans esté prevélégiéz audict an XVC soixante noeuf, ne sont compris en la somme, levée dudict cme en ladicte année soixante noeuf, ledict cme se collectera sur iceulx réellement et de fait et se rapportera au proufict des Estatz Généraulx par nouveaulx quohiers pardessus la somme du cme dudict an soixante noeuf, comme se fera de tous ceulx quy audict temps pourroient avoir recélé leurs biens ou mal rap porté. Semblablement y seront comprins les pensions, gaiges et traitemens de vicaires, officiaulx, assesseurs, selleurs, promotteurs et aultres officiers des Courtz ecclésiasticques, gouverneurs des provinces et d'aultres particuliers gouverneurs ou leurs lieutenans, tous chiefz de guerre, coulonnelz, capitaines, chancelliers, présidens, conseilliers, maistres et auditeurs des comptes, recepveurs, advocatz, procureurs et générallement toutes semblables personnes, desquelz gaiges, pensions et traitemens sera payé le Vme du revenu d'une année, ensemble de leurs gaiges extraordinaires quy seront tauxéz comme les biens meubles se tauxoient en 1'an soixante noeuf au centiesme. VI. Et pour les provinces, oü ledict centiesme n'a jusques ores esté practicqué, seavoir Oultremeuze, Gheldres, Frise, Overyssel, Utrecht, Groenynghen, Omlanden, Linghen, Drenthe, sera par eulx collecté ensuyvant l'instruction quy a esté donné aux aultres provinces en 1'an XVC soixante noeuf, sans que nulz en seront previlégiéz ny exemptéz. Et au cas qu'ilz feissent difficulté de lever ledict centiesme, pourront lever ledict cinequiesme, comme dessus, ou par aultres moyens furnir la somme, a quoy par les quohiers sera trouvé la tauxe de cme monter, faite suyvant ladicte instruction de 1'an soixante noeuf, et aultres poinetz, y adjoustéz et a adjouster, le tout a payer en six mois et six termes par égale portion. VII. Et d'aultant que ledict centiesme ou cinequiesme du revenu ne pourra estre bastant et souffrir a touttes occurrences et qu'il convient avoir ung moulyn, moulant argent, seroit nécessaire par dessus ledict centiesme ou cinequiesme — qui ne seroit que pour une fois — mectre sus impostz et moyens généraulx sur touttes denrées, entrans et sortans les provinces et pays, et principallement de celles quy se consument esdits pays, si comme vin, cervoise etc. VIII. Mais d'aultant qu'il convient prendre soigneulx regard qne la négociation, trafficque et manufacture n'en soit intéressé tellement qu'elle vienne a cesser et se divertir ailleurs, puisque la prospérité du pays en dépend. IX. Et a ce regard, puisque la pluspart de ce qu'entre au pays, y sorte derechief, ne convient mectre impost notable ou grief de ce quy entre, ains se contenter d'ung ou au plus hault de deux pour cent. 33 Geldmiddelen 1577. 514 X. Et quant ad ce que sorte, il y a distinction de ce quy est entre' et de ce que n'y est poinct entré, ains provient du fond mesmes du pays ouque la nature du pays ou 1'industrie des manans donne. XL Pour ne changer aulcunement ce que de hors y est entré, mesmes ayant a 1'entrée payé une fois. XII. Mais bien ce que sorte, non y estant entré, le distinguant en deux sortes ou espèces. XIII. L'une de ce que procédé du creu et du fond du pays que l'on pourroit bien charger de six, sept, huict ou dix pour cent, au regard que en effect se tourne a la charge des estrangiers quy s'en veullent servir, comme sur houblon, garance, wedde ou pastel, bure, fromaige, fer, lin, ardoises, toutte sorte de grain et de bestial, creux et procrééz pardeca et sur aultres espèces de semblable nature. XIV. L'aultre, estant quasi d'une mesme nature, comme par une propriété singulière se trouvant en ce pays plus que en aultres, mais pour ce que consiste partie en industrie et manifacture, le convient a la sortie moins charger pour ne causer diversion, si comme harencg ou aultre poisson sallé, sel rafïïné, linge blanchy, toutte sorte de manifacture, asseavoir sayettes, ostades, tapytseries, touttes sortes de drap de laine et de soye, semblables denrées, se fabricans pardeca pour le moings deux pour cent. XV. Et pour ce que ceste imposition se fera seullement pour la présente nécessité, eonviendra le limiter seullement en certain terme, seavoir ung an pour ne scandalizer les marchans par une impression que ce debvroit estre chose perpétuelle, et après le continuer selon la nécessité occurrante. XVI. Mesmes affin que 1'importance fust tant plus grande, conviendroit en traiter avecq les previlégiéz, si comme Portugal, Angleterre et Oistlande, affin que pour le temps limité et pour assister les Estatz en leur présente nécessité, aussy pour éviter touttes frauldes quy soubz leur nom se pourroient commectre, ilz voulsissent consentir et contribuer nonobstant leurs previlèges et sans préjudice d'iceulx, et en ce l'on polroit emplier mons'. le Prince d'Orenges, ayant lesdictz previligiéz ou leurs facteurs en la main en la ville d'Anvers. Nota: que aulcuns des Estatz ont proposé qu'il ne seroit hors de raison de payer le Xme ou XXme denier de touttes successions collatéralles du eler des biens meubles et immeubles la part, oü lesdicts biens se trouveront assiz, bien entendu qu'ilz pourront déduire sur ledict Xme ou XXme ce que se paye aux villes ou seigneurs pour le droict d'issue, pontghelt etc. Nog werd op 12 December bet accoord der Staten van Artois na onderzoek van de Kamer der Beden geaccepteerd „en conformité des apostilles marginales" (B. i. d.). 13 December: besloten bet ontwerp der geldmiddelen aan de gewesten te zenden, op voorwaarde, dat het convooi-geld worde weggelaten 15 December werd op een remonstrantie van Brabant en Vlaanderen beschikt: hun octrooi te verleenen om te heffen „certains deniers de deux £ de (40) gros sur la mesure de terre" te Borgerweert, van die van Waes, Bevere en anderen, in het octrooi genoemd, tot de som van 25.000 p. art. (B. i. d.). 1) Dit alleen in S. G. 3. 515 Geldmiddelen 1577. 18 December werd de audiencier gelast een plakkaat uit te vaardigen „sur le faict de 1'invention de doctor Michaëli" voor Brabant volgens het consent der Staten, aan Brabant 12 October gegeven (B. i. d.). 24 December schrijven de Staten-Generaal aan de Staten van Brabant *), dat de Kamer van de Beden, om een staat op te maken van wat sedert de vereeniging door de gewesten is toegestaan en gefurneerd, de rekeningen der gewesten noodig heeft, waarom zij worden verzocht deze, bijgewerkt tot 81 December, op te zenden; tevens wordt gevraagd om een opgave van de opbrengst van den 100en penning van 1669. 582. B. 23 december. — Seront escriptes lettres aux Estatz de toutes les provinces, pour s'assembler au XVIe jour du moys de Janvier prochain, pour oyr ce que de la part des Estatz Généraulx leur sera proposé, et ce par 1'audiencier. 583. R. 25 december. — A esté résolu de rescripre lettre aux Estat(z) et (1. des) provinces que après les troys moys de IIIIom florins par moys escheux continue(r) aultres III moys VI*"1 florins par moys, a rabbatre sur les moyens et aydes advenir 2). Het nieuwe voorstel, aan de provinciën te doen, blijkt duidelijker uit de instructie voor Bassenghien of zijn plaatsvervanger s) van 28 December, waarbij hem werd opgedragen in de vergadering der Staten van Rijsel, Douay en Orchies van 16 Januari 1578 een propositie te doen. Zij is verder van den volgenden inhoud: 583a. 28 december. — [Moet wijzen op de noodzakelijkheid van geld voor de troepen tot afweer van den dreigenden aanval]. Pour ausquelles faches (1. forces) et invasions obvyer et pourveoir a nostre juste deffence, avons trouvé convenir et du tout nécessaire de avoir et entretenir, tant qu'il en sera besoing, le nombre de douze mil chevaulx et trente mil piétons sans les garnisons ordinaires, munitions et provisions des villes et places frontières, pour 1'entretènement de laquelle gensdarmerie parmy les provisions, munitions, artilleries, vivres, chariotz, pionniers et aultres choses nécessaris, selon que avez peu reconnoistre par la dernier (!) liste, a vous envoyeé, ne polra scufflre la somme de quatre eens mil livres sur la Généralité, ains sera besoing et (1. de) recouvrer la somme de six eens mil livres par mois pour aultres trois, a commencher de payer le XXV* de Fébvrier prochain. üurant lesquelz trois mois l'on se polera résouldre sur aulcuns moyens que avons concheu, pour générallement practiquer par tous ces Pays Bas, sur lesquelz se poleront recouvrer les frais de ceste guerre. Sur lesquelz moyens advenir se polra rabbattre ce que a cause desdicts six eens mil livres par mois aura esté payé et furny. 1) Actes, n°. 949; R. A. Noord-Brabant, reg. doleantiën 4, fol. 123v°. 2) Hieromtrent nog in S. G. 3 op 27 Dec.: het opstellen van de brieven tot samenroeping der provinciale Staten en van de instructie is opgedragen aan Des Fontaines, den pensionaris van Douay en den pensionaris van Atrecht. De „pensionaire d'Utrecht" (zou Thin bedoeld wezen?) belastte er zich mede aan Utrecht te schrijven „pour contribution de deniers et suivant ce de dresser l'instruction". 3) Actes, n. 956; A. G., Cart. 327B, fol. 232. — Dergelijke instructiën ongetwijfeld voor meerdere gedeputeerden naar de provinciën: zoo voor den sénéchal van Henegouwen naar Doornik en het Doorniksche: A. E. Mons, Tournaisis 1, fol. 225. Geldmiddelen 1577. 516 A 1'effect que dessus sera aussy remonstré que nostre ennemy par ses induitions a vollu persuader tous princes et potentatz et mesmement le Boy, nostre Sire et prince, contre la vérité que taéhons si non a 1'abolition de nostre saincte foy et religion Catholicque Bomaine, pour tant plus les animer a 1'encontre de ces pays et par ce les amener a donner a nostre dict ennemy tout confort et assistence, fondée sur son extréme désir et soif de sang et feu, comme plusieurs fois il a donné a eognoistre. A raison de quoy est du tout nécessaire faire incontinent monter, passer a monstre et entrer au camp touttes les compaignies d'hommes d'armes et aussy faire venir et entrer au pays en diligence les reytres, par nous retenus en service, auparavant que nosdicts ennemys ayent sur ce pays démonstré (1. dénoté) ou effectuer (!) aulcunes de leurs forces. [Bij overwinning van dezen vijand groote wreedheden van dezen te duchten enz.]. 584. R. 27 december 1). — Sur l'escript du recepveur général d'Arthois touchant le ce est dict que les Estatz ordonnent a leur greffier C. Weellemans de signer les lettres exécutoriales pour le faict de 1'entremise du recepveur du ce en Arthoys en forme et manière, comme elle est faict. 30 December werd besloten aan de vier leden van Vlaanderen te schrijven, dat, niettegenstaande de door hen gedane levering van lakens, deze slechts zal worden afgetrokken van de toe te stane beden (B. i. d.). 31 December werden Oirschot11) en Asseliers gemachtigd hen, die nalatig waren, te dwingen „par toute voye de justice" tot de levering van lakens (R. i. d.). c. Buitengewone inkomsten. Onder de bronnen van inkomsten van de Staten behoorden, in het bizonder in de 2e helft van dit jaar, enkele buitengewone, als de opbrengst der domeinen, ten deele te hunnen bate aangewend, die der geconfisqueerde goederen s), een loterij e. d. Wat omtrent deze inkomsten in de resolutiën voorkomt, vatten wij in de derde afdeeling dezer rubriek samen. 585. R. 12 augustus. — De tenir en arrest par 1'offieier du lieu tous biens, appartenans a ceulx quy tiennent partie adverse contre les Estatz Généraulx. 586. B. 10 september. — Ordonné que les Estatz se ayderont des restatz des comptes, ya deuz de fermes de Sa M*6., comme aussy du courrant et annuel des demaines, les charges annuèles déduictes, et de suspendre les assignations non payés, appartenantes a ceulx, tenans partie contraire. Pareillement les restatz des comptes des biens conflsquéz. Touchant que les Estatz se pourroient ayder du péaige et tonlieux d'entrées d'Hollande et Zélande quy se collectent en Anvers, les charges déduictes, et que l'on pourroit faire ungne coupe ou deux extraordinaire des bois de Sa Mté., est dict de communicquer avecq ceulx des Finances de Sa Mte. 1) Volgens S. G. 3 ook op dezen dag: te schrijven aan Beaumont en de Staten van Artois, „pour faire haster le 2. mois (blijkbaar van de f 400.000) ensemble de crédence" (blijkbaar voor Beaumont). — Ook te schrijven aan de vier leden, om het geld „que se pourra trouver a la main", te zenden. 2) Bichard van Merode, heer van Oirschot; behalve hier wordt hij in 1577 niet onder de gedeputeerden genoemd. 3) Cf. hiervóór, n». 229 en 240. 517 Geldmiddelen 1577. Aecordé de faire saisir les biens meubles et in meubles de ceulx, tenans la partie de Son Altèze et leurs traictemens. Et quant a faire pareille coppe des haultz fustailles de bois, tenans ladicte partie, est advisé d'advertir chacun recepveur en chacune provinee, affin de s'informer du profict quy en peult venir et par quel moyen et par quelle coppe et en advertir incontinent les Estatz. Arresté de communicquer avecq messieurs des Finances quy l'on pourra commettre aux saisissementz et reeeptes des traictemens et demaines. 587. R. 27 september. — Résolu d'escripre a mons'. le Vicomte de Gand, Baron de Rasseghem et tous aultres d'exécuter 1'acte du XIe d'Aoust1) touchant le saississement des biens nonobstant la modération de 1'acte du XVe dudict Aoust et que ladicte acte sera aussy exécuté vers ceulx des Consaulx provinciaulx et des officiers et juges des jurisdictions subalternes ausdictz Consaulx, en quoy seront comprins les gouverneurs, présidens, lieutenants-généraulx et particuliers, conseilliers secrétaires, advocatz et procureurs, fiscaulx, recepveurs et greffiers de Sa Mtó., ensemble leurs substitutz, sy avant qu'ilz soient deffaillantz a signer 1'Union tant en corps que en particulier. 588. R. 24 october. — Résolu envoier les lettres, aux Estatz leutes, a ceux d'Arthois, affin que on ait a inventarier les biens de ceulx qui tiennent contre la patrie, et aux aultres provinces, et pardessus fut faict ung placcart général. 589. R. 5 november. — Mess™, les Estatz Généraulx ordonnent a tous recepveurs généraulx et particuliers, ayans eu administration des confiscations de venir apporter et délivrer le cler des restatz de leurs comptes es mains du trésorier général Van der Beken pour les distribuer en Ia mesme forme et manière, comme l'on a faict du traictement de don Jehan 2); que a eest effect seront escriptes lettres et aussy de la part des Estatz Généraulx et de mons7. le Prince d'Orainge aux recepveurs d'Hollande et Zélande, affin d'exhiber leur estat de leur entremise de confiscation devant 1'an XV° LXXII. 590. B. 8 november. — Que les députéz de chacune provinee dénommeront demain au matin aulcuns super-intendens quy seront commis de recepvoir les biens meubles et revenue annuelle des immeubles par vendition des couppes de boixs, estans en saison des ventes, de tous ceulx quy tiennent partie contre les Estatz Généraulx, pour en rendre compte aux Estatz et estre employéz les deniers aux usaiges de la commune patrie. 591. R. 11 november s). — Mémoire que soit fait rencherge en chacune provenche, affin que les biens de ceulx, s'estans retiré vers noz ennemys soient saisiz et que soient commis en chacune provenche aultres bons patriotz a la recepte des biens d'iceulx ou du moins (?) pour avoir le regard et superintendence au revenu d'iceulx biens, affin qu'il puisse venir au prouffit des Estatz et de eseripre itérativement aux recepveurs en conformité des précédentes 4). 1) Zie Rubriek IX op 11 Aug. en Rubriek VIII op 15 Aug. 2) Hiervóór, p. 229. 3) Dit alleen in S. G. 3. 4) Nog hierover in S. G. 3 op 20 Nov.: Résolu de dresser ung placcart, par lequel tous ceulx. quy assistent don Juan, seront déclaréz rebelles et, pour ad ce entendre et concevoir ledict placcart, sont députéz Asseliers, Prouvin, Le Clercq et Collart. — Daarna in margine: Hz ont faict rapport et leu la forme dudict placcart, sur quoy, par avant résouldre, est dict que l'on le communicquera a mons*. le Prince, et suyvant son advis le mettre es mains du Conseil Privé pour dresser ledict placcart en forme. Geldmiddelen 1577. 518 18 November werd besloten de Rekenkamer van Brabant te vragen een dergelijke ordonnantie van f 15.000 te depescheeren op den ontvanger (sc. van de domeinen?) als 26 October *). — Gelezen en goedgekeurd de ordonnantie van f3000 op Charles de Martigny, ontvanger van de domeinen in Henegouwen, met belofte van indemniteit2) (B. i. d.). 20 November s) werd een brief gearresteerd aan den ontvanger van Esprelecque 4), opdat hij het geld van zijn meester, den Graaf van Megen, zou zenden. 592. R. 6 december. — Quant a la requeste de Frederic van de Zande est dict et appoincté: soit ceste mise es mains de lieutenant-amman de Bruxelles pour s'informer du faict cy mentioné, pour, son raport oy, estre faict comme de raison. Cependant ordonnent audict lieutenant s'asseurer de tous les draps et niarchandises, estans aux Carmes de ceste ville, mesmes par 1'asport et séquestre d'icelle. 7 December werd betreffende het request van Mathieu Thibault, zoon van Karei nit Ieperen, besloten den „évocquéz en la chambre des confiscations" te gelasten den suppliant de rente-brieven, in het request genoemd, terug te geven, tenzij zij redenen ter contrarie hadden (B. i. d,). 11 December werd het request van Walhnon, ontvanger-generaal van Artois en van den 100en penning aldaar, medegedeeld aan de Kamer der Beden ter fine van advies. Evenzoo de specificatie der salarissen van de ambtenaren, fiskalen van den Baad van Artois, door de Staten-Generaal gedeputeerd als commissarissen tot de inbeslagneming der goederen van in hun brief 5) genoemde, gerefugieerde personen met hulp van Walhnon •) (B. i. d.). 593. R. 12 december. — L'on a proposé, s'il ne seroit bon de soy ayder du revenu des bénéflces vacans ou que pourront vacquer durant ceste guerre, sur quoy a esté dict d'en parler demain. 594. R. 14 december. — Le S*. de Grobbendonck et commis Oyenbrugge avecq les commis en la Chambres des Aydes ont faict leur raport touchant certaine lötherie 7) et monte pietatis; sur quoy a este résolu de faire distribuer a chacune provinee copie de leur advis et moyens pour en délibérer. 595. R. 17 december p. p. — Quant a la requeste d'Alexandre de Malleboille, tenant table de prest en la ville de Valenchiennes, est dict: messeigneurs les Estatz Généraulx ordonnent a Jehan Laignier, super-intendent des tables de prest, qu'il ayt a recepvoir, en lieu de payement sur la pension de ce que ce suppliant pourra debvoir au Roy au Pasques prochain, la somme de XIP 1) Op dezen datum hiervan niets in de resolutiën. 2) Het besluit komt in twee, ietwat verschillende vormen in de resolutiën op dezen dag voor. 3) Dit alleen in S. G. 3. 4) Philippe Despres (of d'Espres) geheeten. 5) Blijkbaar een brief der Staten over deze aangelegenheid. 6) In korteren vorm komt dit laatste nog eenmaal op dezen dag in de resolutiën voor. 7) Voorgesteld door Gerard Gramaye (hiervóór, p. 512). — 5 Nov. waren Grobbendonck, D'Oyenbrugge, Berchem en Van de Warcke gecommitteerd om over een request van Gramaye te rapporteeren (R. i. d.); het besluit komt op dezen dag 2 keer voor). — Gerard Gramaye was een Antwerpenaar. 12 Oct en 10 Nov. wordt een request vermeld van Thomas Gramaye (R. i. d. p. p.; mj was eerste rekenmeester in Gelderland: hiervóór, p. 227) en 12, 20 Nov. en 12 Dec een van Jacques Gramaye, ontvanger-generaal der Beden in Brabant (R. i. d.) Van Gerard nog een request R. 22 Nov, 519 Geldmiddelen 1577. LXXVIII £ XVII s. arth., ordonnans a messieurs des Finances de passer et allouer audict Jehan Laignier ladicte somme es mises de son compte sur ce qu'il debvra a Sa Mtó. aux Pasques prochaines x). 18 December werd op het request van Jean Goubault, ontvanger der domeinen en beden in Doornik en het Doorniksche, beschikt de Kamer der Beden te gelasten over te gaan tot de auditie der in het request genoemde rekeningen of hiertoe iemand te deputeeren (B. i. d.). 596. R. 18 december. — Sur la remonstrance, faicte par ledict Baron de Florines a), par laquelle est portee qu'il scauroit cent mille florins, appertenans a ung Espaignol en Anvers, est résolu que celluy quy dèseouvra ladicte somme, aura le Xe denier de ce que viendra au profict des Estatz lesquelz ont résolu d'employer lesdicts deniers en la conformation de la fortification de ladicte ville de Philippeville. 21 December: de gedeputeerden van de Kamer der Beden zullen gaan naar den Raad van Financiën, opdat deze schrijve aan de ontvangers der domeinen, om geld te zenden (R. i. d.). 597. R. 26 december. — Ordonné aux lieutenant amptman et eschevins de Bruxelles d'incontinent inventorier et faire priser touts telz draps et bales des marchandises que au nom de Frederick van de Zande sont déposéz et mis en garde au monastère de Carmes de ceste ville. Et, ce faiet, derechieff pacquer, serrer et con signer et quant et quant les remectre es mains et seure garde du prieur dudict monastère, en luy payant pour icelle garde la somme de III s. par jour depuys le temps que lesdicts draps et marchandises y ont esté amenées. 30 December: den Raad van Financiën te bescheiden tegen morgen 10 uur, om zijn rapport te hooren over de banken van leening en de loterij ") (R. i. d.). VQ. DE CENTRALE REGEERING. In 1577 komen er door toedoen van de Staten belangrijke veranderingen in de centrale regeering. Zij trachten het beheer der financiën te verbeteren, zij erkennen na de breuk met don Jan een eigen landvoogd en richten een nieuwen Raad van State op. In tijdsorde komen het eerst nog eenige bemoeiingen ten gunste van de in 1576 gevangen genomen leden van den Raad van State, waarmede wij in aansluiting bij die van 1576 onze mededeelingen beginnen. 11 Januari committeerden de Staten Gemblonx, Westrum („le docteur de Geldre") en den pensionaris van Namen („maistre Guillaume"), om van Heze de invrijheidsstelling van Berlaimont te vragen, onder belofte, dat hij zonder Heze's toestemming de stad niet zou verlaten (R. i. d.). 1) 16 Dec. komt deze resolutie in wat korteren vorm ook reeds voor (B. i. d.). 2) Zie Rubriek V op dezen datum. 3) Misschien heeft ook het geschrift van Jean Molckeman, geteekend Sille en J. Gramaye, dat 26 Dec. om advies naar de Kamer der Beden verwezen werd (R. i. d.), hierop betrekking. Centrale regeering 1577. 520 598. R. 16 januari. — Les S™., en présence de messieurs du Conseil d'Estat et du docteur Léonin, ont résolu par la pluralité des voix, que certain acte 1), conceue par ledict docteur a la requeste de monsieur le Comte de Berlyamont, pour l'eslargissement dudict Sr. de Berlyamont, seroit signé, bien entendu qu'il se contiendra en la maison, tant que messieurs du Conseil d'Estat seront retournéz; a protestation expresse, par tous les S™. faicte, qu'ilz n'entendent advoyer ny approuver le faict du saississement des S™., advenu au moys de Septembre 1576, et oultre ce par les députéz de Tournesiz que leur povoir ne s'extend sy avant, et par ceulx de Tournay que la cause dudict saisissement n'est venu a leur cognoissance et que partant ils ne scauroient accorder 1'acte, et de celluy de Valenchiennes que son povoir ne s'extendoit sy avant. Item que l'on doibt oster la garde a monsr. le conseillier D'Assonleville soubz la caution de sa foy et de Xm escuz. 599. R. 19 januari. — Les S™. prélat de Marolle et docteur Leoninus a (1. ont) raporté que messeigneurs les Comtes de Berlyamont et de Megen et le Sr. de Hautepenne 2), après avoir esté constituéz en liberté, ont mandé lesdict S™. prélat et docteur, leur déclarants de remercier les S™. députéz des Estatz du Pays Bas du bon debvoir et affection qu'ilz ont monstré vers eulx pour les faire délivrer de leurs séquestrations, et en signe de remercement ont de leur propre mouvement déclaré d'estre content de se joingdre totallement avecq lesdicts S™. députéz des Estatz et aussy signer 1'acte de 1'Union; auquel effect sont commis lesdicts S™. prélat, docteur, le Sr. d'Auwegen et le Sr. Schoor, pour porter ledict acte d'Union pour la faire signer. Bjj den terugkeer van den Raad van State na de onderhandelingen met don Jan deed zich een feit voor, waarover de Staten een brief 3) aan Aerschot schreven: 600. 28 januari. — [Verheugd over den aanstaanden terugkeer,] trouvant néantmoins fort estrange, attendu PTJnion, entre nous si solemnellement et freschement faict, ce que le Sr. de Court suyvant ses lettres de crédence nous a remonstré a 1'endroiet de la libre entrée et sortie de ceste ville, comme ayants tousiours tant honoré mess™, du Conseil d'Estat lesquelz poeulvent commander a tous et dont 1'authorité a esté par ladicte Union confirmée et corroborée, et que lesdicts députéz sont noz confrères, qu'ilz ont pareille puissance et auctorité que nous, de tant mesmes que n'avons a 1'endroict ladicte entrée ou sortie aulcune auctorité ny pouvoir, estant chose qui concerne le magistrat de ceste ville, ayant néantmoins faict les debvoirs vers lesdicts du magistrat, affin qu'il soit effectué ce que ledict Sr. de Court a déclairé toucher ladicte libre entrée et sortie, estant ung faict qui nous touche comme a Votre Ex68., les S™. du Conseil d'Estat et les aultres députéz, en quoy lesdictz du magistrat n'ont faict aulcune difficulté comme V. Exoe. verra par 1'acte, joinct a cestes *). 1) Actes, n°. 312; Corresp. de Philippe II, V, 789. 2) Deze twee waren op last van den Raad van State in vrijheid gesteld (Corresp. de Philippe II, V, 790). 3) A. V. Ypres, port. li. Cf. hiervóór, p. 181. 4) Actes, n°. 353: R. A., Aanw. 1826. n°. 18. fol. 222. 521 Centrale regeering 1577. Wat de Sr. de Court te vragen had, blijkt nit zijne instructie '): 600a. 28 januari2). — Le S*. de Conrt déclarera a eulx Estatz que, comme ceulx du Conseil d'Estat et les députéz desdictz Estatz retournent au temps spécifié a Bruxelles, qu'ilz y entendent trouver liberté, tant de sortir que d'entrer, avec toute leur suyte et que par ce désirent un tel ordre soit mis que tous ceulx du Conseil d'Estat et Estatz ayent liberté de sortir, quand requis ou bon leur semble, leurs femmes, enffans et suyte, tellement que l'on n'aie a faire de passeport ou estre aultrement assubiectis a qui que ce soit, ny en doubte d'aulcun mauvais traictement, n'entendant toutesfois par ce fourclore, ains advancer le train de justice ordinaire pour ceulx qui le pourront avoir mérité, dont ilz désirent avoir lettres desdicts Estatz, ensemble du magistrat de la ville, pour leur asseurance, ce qui servira grandement a 1'advanchement des affaires et pour éviter a 1'advenir les reproches que son Altèze leur a sur ladicte subiection fait. 3 Februari: de bisschop van Namen en Liedekercke zullen zich begeven naar Mansfeit *), om hem de Unie te doeq teekenen, indien hij althans in volle vrijheid is; anders zoo lang te wachten (R. i. . 861; A. G., Cart 327B, fol. 196. 5) Waarschijnlijk in den brief van Maelstede (genoemd hiervóór, p. 308, noot 7), waarin deze ook aankondigde, dat Matthias de reis naar Maastricht zou voortzetten. — Aerschot was toen stadhouder van Vlaanderen (zie Rubriek IX). 529 Centrale regeering 1577. 620. R. 28 octobee. — La commission et instruction de ceulx du Conseil des Estatz *) ont esté arrestées par provision, saulff que copies seront envoyeés a leur(!) membres pour en eseripre leur advis. 29 October: besloten nogmaals aan. Marnix te schrijverij om zich, niettegenstaande zijne excuses, in den Raad van State te begeven. — Bij nieuwe brieven s) de afwezige „conseillers" te ontbieden; de aanwezigen met de besognes te beginnen (B. i. d.). 30 October: te schrijven aan den graaf de Senne, heer van Argenton, om te compareeren en het vaderland ten dienste te staan a) (B. i. d. p. p.). 31 October werd gelast, dat Haller nog bij Matthias te Lier 4) zou blijven, „donnant ordre que de la part de don Jehan ne s'approche aulcun quy fera mauvais office" (B. i. d. p. p). 621. R. 2 november p. p. — Résolu d'escripre lettre a monseigneur 1'Archiduc d'Austriche, responce sur la lettre, aujourd'huy receue, et remercier Son Altèze du bon office qu'il faict, et que les Estatz pour 1'altération a Gand n'ont jusques orez sCeu besongner sur 1'affaire de Son Altèze, mais doiz qu'ilz auront nouvelles d'aulcunes villes, ilz envoyeront leur intention. De brief van Matthias8), bovengenoemd, luidt als volgt: 621». 1 november. — Messieurs. Comme sommes arrivéz en ceste ville de Lyere selon 1'ordre et par la conduicte de voz ambassadeurs, n'avons voulu faillir de vous advertir de nostre arrivement, en attendant ce qu'il plaira a vous, messieurs, plus avant ordonner et commander, avecq intention que nous conduirons en telle sorte que Dieu et le monde auront satisfaction de noz actions, asseurans ne désirer aultre chose que travailler pour le bien et repos publicque au contentement d'ung chacun, et en ce, oü vous, messieurs, nous vouldriez employer, nous conformans en tout au bon conseil, comme avons plus amplement déclairé a vosdicts ambassadeurs et désirons monstrer par effect en toutes occasions. Nous avons aussy escript de cecy particulièrement au Prince d'Orainge, par ce qu'il n'estoit en vostre assemblée, comme eussions faict au Duc d'Arschot sans le changement, entrevenu en la ville de Gand, et entendans que le Conté de Lalaing est de présent en la ville de Bruxellés, vous prions que cestes luy servent comme a vous. A tant 3 November: Gelderland schrijft 2 November uit Venlo, dat het gewest een besluit zal nemen betreffende de artikelen over Matthias en dit 12 November zal zenden (B. i. d.). 1) Bondam, IV, 51 (Ned. tekst); A. V. Ypres, port. 11, en A. G., Cart. 327», fol. 107 (Fransche tekst). 2) De eerste worden waarschijnlijk bedoeld in S. G. 3 op 18 Oct.: brieven geschreven aan de leden van den Raad van State. 3) Waarschijnlijk zal bedoeld zijn: in den Raad van Oorlog (als bij Willerval, hiervóór, p. 523). 4) Matthias' komst hier was bericht in een brief der gecommitteerden van 29 Oct. (A. V. Anvers: briefwisseling St.-Gen. 1557—1580). 5) Actes, n". 873; A. G., Aud. 255, fol, 82. — Uit Lier. 34 Centrale regeering 1577. 530 622. R. 4 november. — Sur la remonstrance des troys membres de ceste ville de Bruxelles, contenante deux pointz, seavoir de voloir restablir le Conseil des Estatz 1) est appoincté: premièrement que la pluspart de dénomméz ponr ledict Conseil sont absentz et aultrement employéz en commission nécessaires pour le bien et utilité de la patrie, ausquelz- néantmoings l'on a escript se vouloir icy retrouver; et sy tost qu'ihv seront en nombre compétent, se pourront assembier. 10 November: besloten morgen ochtend te beraadslagen over de opname van Matthias in de regeering (R. i. d.). 623. B. 15 november. — Les lettres de 1'Archiduc Mathias et celles du séneschal de Haynault, faisant mention que la peste regnoit a Liere et que pour ee seroit besoing de changer le lieu et espéroient se trouver en Anvers, attendant 1'intention des Estatz, sur quoy a esté résolu de luy permettre aller en Anvers, et pour donner response ausdictes lettres, ensemble eseripre au Sr. Prince, est commis le pensionaire de Tournay. Sur le moyen de trouver argent pour ledict Sr. Archiduc a esté advisé de furnir mille livres arth. et pour ce requérir messieurs d'Anvers en faire le prest, ausquelles fins seront escriptes lettres au magistrat dudict Anvers. De bovengenoemde brieven aan Matthias, Oranje en Antwerpen van 15 November !) bevatten niets, wat verder vermelding behoeft. Uit de twee laatstgenoemde blijkt nog, dat de Staten de toestemming'aan Matthias verleenden overeenkomstig het advies van Oranje. Antwerpen werd verzocht de 1000 p. te furneeren — op aftrek van de quote — in handen van den sénéchal van Henegouwen *). 17 November: omdat eenigen nog niet gereed zijn te beslissen over Matthias, dit uitgesteld tot morgen ochtend 8 nnr 4) (B. i. d.). 19 November werd een brief van Oranje gelezen „de ce que estoit advisé de faire aller 1'Archiduc Matthias en Anvers *)". 23 November: op verzoek van de Kamer der Beden om versterking committeerden de Staten Jacques Gramaye, den rekenmeester Pennants en den auditeur Serveels „pour assistens" tot nader order (R. L d.). 1) Cf. ook Rubriek IX op 3 Nov. — Het tweede punt betrof Luik (hiervóór, p. 321). 2) A. V. Anvers: briefwisseling St.-Gen. 1557—1580. 3) Rencharge-brieven aan Antwerpen en Liedekercke over de 2000 p. voor Matthias (R. i. d.). — Inderdaad blijkt uit den brief aan Antwerpen — en evenzoo aan Oranje ■—(beide als in noot 2), dat nu 2000 p. in plaats van 1000 p. werd noodig geacht — 27 Nov. nogmaals rencharge aan Antwerpen, dat gemeld had de tweede 1000 p. niet te kunnen opbrengen. 4) In S. G. 3 hiernaast i. m.: Matthias a depuis esté prolongué. — Misschien heeft wat in S. G. 3 op 20 Nov. vermeld wordt ook hierop betrekking: Bossu, morgen naar Antwerpen vertrekkende, wordt verzocht aan Oranje te herinneren, wat de Staten hein gezonden hebben. 5) Dit alleen in S. G. 3. — De brief, wordt daar nog vermeld, handelde ook „de Nytzem pour la ville de Maestricht"; dit gedeelte werd gesteld in handen van Malcote, om te overleggen met de Staten van Brabant. Kr werd nog denzelfden dag besloten Bersele en Merode, „gouverneurs" van Maastricht, te gelasten niet tegelijk de stad te verlaten, maar altijd een van beiden aanwezig te zijn (cf. hiervóór, p. 417 en 420 vlg.). 531 Centrale regeering 1W7. 27 November schreven de Staten den volgenden brief aan Matthias '): 624. 27 november. — Monseigneur. Nous avons entendu ce que de la part de Vostre Altèze nous a esté proposé par le Comte de Boussu et docteur Elbertus Leoninus a), estans joyeux que Votre Altèze s'est retbirée en Anvers, oü tenons pour certain qu'elle sera bien servie et accomodée pour Ie temps qu'elle y séjournera, qu'espérons sera en brief, veu que attendons journeilement que ceulx d'entre nous qui ne sont auctoriséz par leurs provinces touchant la réception de Vostre Altèze au gouvernement général, auront plaine charge deans peu de jours, ne doubtans que ceste affaire prendra bien bon succès et que demeurerons a tousiours nniz et entendans 1'ung 1'autre, mesmes par les moyens, nou vellement mis en terme, pendant quoi supplions humblement Votre Altèze ne prendre cestuy nostre dilay de mal part, ains tenir pour certain que procédons en cecy avee tel bon zèle et affection vers Vostre Altèze et le bien publicq, que ce temps turbulent le peult emporter. A tant 625. B. 9 december 3). — Messieurs les prélatz de S*. Gertrud et Marolles, le Duc d'Arschot, le Prince d'Orainge et le S". de Fresin sont commis pour se trouver en Anvers et présenter a monsieur 4). Les articles et conditions de la réception de 1'Archiduc Mathias au gouvernement général des pays sont esté arrestéz, comme appert par l'escript 6). Sur la proposition, faicte par le Sr. prélat de Hanon, a esté résolu de former et faire concepvoir quelques lettres, addressantes a Sa Saincteté, a Sa Mté. Catholicque, a Sa Mté. Impériale et autres princes pour avoir confirmation de ce que les Estatz ont faict pour la réception de 1'Archiducq Mathias, pour quoy faire a esté commis le S*. de Grobbendonc, trésorier général de Sa Mtó. *). Le XVIII persones, députéz de par les nations de Bruxelles, ont demandé copie des articles, selon lesquelz on entend recepvoir 1'Archiduc Mathias, ensemble de la nouvelle conceue Union 7), pour délibérér par eulx sur 1'ung et 1'aultre, déclarans, combien qu'ilz ont esté trompéz par la trop légière réception de don Jehan, qu'ilz ne requiroient (1. recepvroient) ledict Sr. 'Archiduc, sans avoir préalablement résolu sur lesdicts articles. A esté résolu que lesdictz copies leur 626. B. 10 december. — Les Sr. de Beaumont et docteur Leoninus sont 1) A. V. Anvers: alsvoren. 2) Zij brachten bij hnn terugkeer uit Antwerpen een brief' van Mathias van 24 Nov. mede, waarin deze hun bedankte voor hunne goede genegenheid, blijkende uit hnn laatsten brief (van 15 Nov.?); hij wacht hunne „uftérieure volonté et résolution" (A. V. Ypres, port. 23B). 3) Op 6 Dec. in S. G. 3: conform het advies van Brabant over den Baad van State besloten. 4) In S. G. 3 volgt na „Anvers": traicter sur les articles, hier arrestéz avec le S'. Archiducq Matthias. 5) Actes, n». 927; A. G., Cart. 327B, fol. 260 (Fransche tekst); Bor, I, 927 (Ned. tekst).— Van de adviezen der gewesten verneemt men uit de resolutiën niets. Alleen dat van Artois wordt 1 Dec. vermeld als te zijn ingekomen (R. i. d.). De inhoud: Actes, n°. 918. De adviezen van Vlaanderen, Utrecht, Doornik, het Doorniksche: ald., n°». 909—911,915. Dat van Henegouwen (z. d.): G. A. Hoorn, Medegedeelde Stukken der Staten-Generaal; een Ned. vert. h iervan: R. A. Utrecht, Staten-Archief, vertalingen van door de Staten nit Brussel ontvangen stukken (cf. Anjou, 1,58). 6) Zie omtrent deze zendingen verder Rubriek IVd on ' op 21 Dec. 7) Zie Rubriek VIII. Centrale regeering 1577. 532 requis pour eulx trouver audict *) Conseil de Guerre au camp et leur communicquer les articles touchant 1'Archiduc Mathias et la nouvelle Union, pour les faire aggréer par eulx; a quelle fin s'escripvera ausdicts S™. au camp et lettres d'excuse au Sr. Archiduc et Prince d'Orainge pour ledict docteur Leonino. Sur certaine acte, conceue et présentée par ceulx de Flandres au dehors des articles, adviséz sur la réception de monseigneur 1'Archiduc Mathias, a esté résolu de ne leur donner ou accorder icelluy acte, trouvant bien que, sy iceulx vouloient faire quelque protestation, la pourroient faire coucher par escript pour y adviser. 627. R. 12 december. — Sur la remonstrance de Cornille de Pottelsberghe a), secrétaire extraordinaire du Conseil Privé du Roy, est appoincté: messieurs les Estatz Généraulx, après avoir veu l'advis de messieurs des Finances de Sa M*6., accordent et confèrent a ce suppliant par provision l'estat d'audiencier, par luy requis, pour le exercer et déservir en la mesme sorte et manière et aux gaiges, honneurs et émolumens que mre. Pierre d'Overloope le a déservy, ordonnant que lettres pertinentes soyent audict suppliant addressées s). 628. R. 14 december. — Le Sr. de Beaumont et docteur Léonin ont faict leur raport de ce qu'ilz ont faict et traicté avecq les Sn., estans au camp, et déclaré que lesdicts Srs., ayans meurement advisé sur les articles de 1'Archiduc Mathias et la nouvelle Union, se sont conforméz a la résolution des Estatz Généraulx, comme aussy par les lettres du XIIP du présent, par eulx escriptes ausdicts Estatz, ils ont déclaré, lesdictes lettres signées du Comte de Lalaing, mons1. de Montigny 4), monsr. le Vicomte, mons1. d'Egmont, monsT. de Goingnies, monsT. de La Motte et de Jacques de Lalaing, Sr. dé Tamberghe 6). 629. R. 15 december. — Les lettres desdicts Estatz que l'on doibt envoyer aux provinces pour la ratification des articles concernans la réception de monseigneur 1'Archiducq Mathias et de la nouvelle Union, ont esté approuvéez; et résolu que aultres lettres seront escriptes touchant la nouvelle Union que les Estatz demandent faire, et envoyer a chacune provinee 6), avecq aultres 1) Ook in een vorige resolutie genoemd. 2) Requèsten van hem worden ook vermeld Tl. 30 Sept., 16 Nov. 3) Hij deed 18 Dec. den eed (h jervóór. p. 460). — 20 Dec. werd het ambt van audiencier van Brabant aan Jeróme Boote verleend (R. i. d.). — Cf. 27 Nov.: advies van Brabant om het request van secretaris Boote om het ambt van audiencier van Brabant mede te deelen aan het Hof van Brabant; dienovereenkomstig besloten (R.i.d.). — Het request van „Hieronimus" Boote, „secrétaire en Brabant", in R"A. Brabant, reg. doleantiën 4, fol. 285; ald., fol. 284 en 289, nog dergelijke requèsten, resp. van Jeróme Boudewijns, buitengewoon secretaris van het Hof van Brabant, en van Jean van den Houte, buitengewoon secretaris supernumerair van hetzelfde Hof. — Beide worden in de resolutiën genoemd 1 Dec. en dan verwezen naar de Staten van Brabant (B. i. d.). 4) Actes, n°. 932; Lalaing, 43. 5) In S. G. 3 komt deze resolutie voor op de volgende wijze: Le sieur de Beaumont et docteur Leoninus, retournéz du camp, font leur rapport, en premier lieu que noz gens ont occupé le chasteau de Seele, et en oultre ce qu'ils ont besongné sur les conditions, exhibées a mess™, du Conseil de Guerre, sur la réception du Seigneur Archiduc, et le nouveau compromis d'entre ceulx de la religion Catholicque Romaine et ceulx qui se sont retiré d'icelle, qui est que iceulx Seigneurs condescendent a ce que par les Estatz Généraulx en sera arresté, comme plus amplement ont déclaré par leurs lettres, rendues aux Estatz par les susdicts députéz. 6) Zie Rubriek VIII. 533. Centrale regcering 1577. lettres pour faire assembier les Estatz pour causes dont les Estat(s) ne se peuvent assembier sans lettres d'en hault. 630. R. 20 december. — Messieurs le prélat de Marolle, Duc de Arschot et le S'. de Fresin ont faiet raport de leur commission vers monseigneur 1'Archiduc d'Austriche, Mathias, aportant lettres de Son Altèze *), par laquelle elle accepté et approuve les articles, a luy présentéz, aur lesquelz elle acceptera le gouvernement général 2). J3ur le raport, faict par messieurs les députéz, ayans esté vers 1'Ex00. de 1'Archiduc Mathias, quy ont déclaré que l'on a accepté et signé les articles, sur lesquelz on entend le recepvoir au gouvernement général des Pays Bas, et que, ayant communicqué avecq monsr. le Prince d'Orainge, itó avoient advisé aulcuns pour service et Conseil fix a Sadicte Altèze, telz que les prélatz de S'. Gertrud et de Marolle, le Conté de Boussu, S™. de Froidmont, Fresin, Willerval, Sr. de S*8. Aldegonde, de Steenbeke, le docteur Leoninus, Mèetkerke et Liessvelt, et pour secrétaires le docteur Sille et Asseliers, auquel Conseil auroient accès les gouverneurs des provinces, lorsqü'ilz y seront présent ou y seront permis (?) et y seront appeléz, a esté remis a demain matin, pour résurdre sur le faict dudict Conseil 3). 631. R. 21 december *). — Après avoir meurement délibéré sur l'advis, envoyé par monsr. le Prince d'Orainge et aultres 8), ayans esté en Anvers en commission vers monseigneur 1'Archiduc Mathias, pour ceulx que l'on doibt dénommer et déclarer quy seroient du Conseil d'Estat, suyvant le IIIP article des conditions, sur lesquelles l'on est d'intention de recepvoir Son Altèze pour gouverneur général des Pays Bas, est trouvé par la collectation de la pluralité des voix: premièrement que monsr. le prélat de S*. Gertruyde a eu dix voix, monsr. le Comte de Boussu XIIII, mons1. de Froymont XIIII, mons'. de Frezin XV, monsr. de Willerval XIII, mons'. le docteur Leoninus *) XV, monsr. de Medekercke XV, mons'. le président Sasbout XI, mons'. le conseillier de Flandres Bevere X, mons'. le Marequis de Havré X, mons'. de Champaigny X 7), et que mess™, les docteurs Asseliers, ayant eu XII voix, et Sille VIII, sont esté commis secrétaires dudict Conseil d'Estat; bien entendu qu'ilz se debvront 1) Van 17 Dec.: Actes, n». 938; Blaes, II, 343. 2) De brief van Oranje, op dézen dag gelezen (R. i. d.), heeft waarschijnlijk ook op dit onderwerp betrekking gehad. 3) In S. G. 3 komt nog het volgende voor, dat hierbij behoort: Les Sn. depputéz ont faict rapport que, ayans communicqué avecq monsr. le Prince d'Orenge, ilz treuvent expédient de accorder a 1'Ex08. de 1'Archiduc pour son traictement O» florins, sans comprendre sa garde ny la chapelle. Pour la garde seroit expédient de prendre L archiers piétons et XXX chevaulx ou XL archiers et aultant de chevaulx. Qu'il convient trouver par mois six eens mil florins par mois sur touttes les provinces pour entretenir XIIm chevaulx et XX™ piétons. — In margine hierbij: Sur ces trois articles et aultres que ont esté bailliéz par escript a chascun des depputéz, a esté prins jour a demain matin & huyt heures pour sur iceulx prendre résolution. — Over het laatste artikel hiervóór, p. 515. 4) Cf. ook hierbij Rubriek IVaenf 0p 21 Dec. (de gezantschappen). 5) Actes, n». 943; A. G., Cart. 327B, fol. 264. 6) Hem werd 20 Dec. f600 toegekend in mindering van zyne vacatiën, die de Staten hem schuldig waren (R. i. d.). 7) In een lijst der benoemden van 21 Dec. (A. V. Ypres, port. 23B) zijn de getallen bij een paar namen anders, nl. Froidmont 10, Willerval 15, Sasbout 10. — Cf. Archives, I', 270. Centrale regeering 1577. 534 deffaire de tous leurs aultres estatz et offices; et que en premier lieu Ton doibt déclarer que les seigneurs gouverneurs particuliers des provinces du pays de pardecha seront du Conseil d'Estat, esquelz messieurs les Estatz requirent de se y vouloir trouver et donner tout bon advis et conseil a Son Altèze pour le bien et salut desdicts Pays Bas, sy longuement qu'ilz pourront vacquer, en adjoustant ceulx que sont dénomméz cy devant. Sur le faict du traictement de 1'Altèze de 1'Archiduc a esté résolu de luy accorder six (1. cent) vingt mille florins par an, comprins sa garde et sa chapelle, a furnir la partie ordinaire sur les demaines et le surplus des deniers des Estatz Généraulx 1). 632. B. 22 december. — Sur la requeste des secrétaires Berthy et Scharenbergher est dict: les Estatz Généraulx treuvent les supplians pour diligens, comme si ilz retournoient endedans le temps, mentioné es lettres de placcart ?), les deschargeant des paines y contenues 8). La requeste de Jehan Espallart, requirant 1'office du secrétaire du Conseil Privé, Guillaume le Yasseur, est mise es mains de messieurs du Conseil Privé pour, ce faict, en estre ordonné, comme il appertiendra *). 633. R. 23 december 5). — Résolu de faire faire procession générale Jeudy prochain en ceste ville de Bruxelles et eseripre a toutes les provinces, affin de faire processions générales et prières publicques pour appaiser 1'ire de Dieu, donner bon succès aux affaires de ces pays de pardecha et ad ce que 1'Archiduc Mathias puist gouverner ees pays a 1'advanchement et bien desdicts pays. Aecordé a l'Exce. du Prince d'Orange la somme de cent florins de XL gros de Flandres le florins par jour pour demy an, a commencher depuys le partement de Sadicte Ex66, de Hollande, parquoy sera expédié ordonnance sur m". Thierry van der Beken, trésorier, qu'il ait a furnir ledict traictement a Sadicte Ex08. •). 634. R. 29 december. — Sur le faict du Conseil de Son Altèze les députéz de Brabant ont dénommé le prélat de S*. Gertrud et 1'advocat Liessvelt, pour Gueldre le docteur Leoninus, pour Flandres le conseillier Bevere et 1'eschevin Adolff de Medekercke, pour ceulx d'Arthoys le Sr. de Steenbeke, pour ceulx de Haynault le prélat de Marolle, jusques ad ce qu'il aura 1'administration du temporel de 1'abbaye de S'. Bertin 7), le Comte de Boussu, le S». de Welerval et le S*. de Fresin, pour ceulx d'Hollande et Zélande le S1. de S*e. Aldegonde, pour ceulx de Namur le Sr. de Froimpnt, n'entendans que les commissions, 1) De acte van dit besluit: Actes, n». 942. — Het tractement te betalen per drie maanden, heet het nog in een ander besluit van dezen dag (R. i. d.). 2) Hiervóór, p. 240. 3) 26 Dec. werd hun 6 weken tijd gegeven om terug te keeren (R. i. d.). 4) Requèsten van Jean de Quesnoy en Henri van der Heyden om hetzelfde ambt werden 23 Dec. verwezen naar de Kamer der Beden (R. i. d.). 5) Een brief hierover aan de Staten van Utrecht in R. A. Utrecht: Staten archief, brieven van de St.-Gen. (orig.). — Een dergelijke brief aan den Raad van Vlaanderen: A. V. Gand, reg. X, fol. 54; aan de Staten van Overijsel: G. A. Kampen; Uiterdijk, n°. 2535 (de datum is hier 26 Dec). Natuurlijk nog aan meerdere colleges. De gebeden en processiënmoeten gehouden worden in alle steden en dorpen der landen van herwaarts over, schreven de Staten onder meer in deze brieven. 6) De acte van dit besluit: Actes, n°. 946; Corresp. de Guill. le Tac, VI, 309. 7) Zie Rubriek X. 535 Centrale re'geering 1577. données par Sa Mtó. pour le Conseil d'Estat, soyent rappellées, ains que icelles, signament pour le Marequis de Haverech et le président Sasbout, demoureront en leurs vigeur, et seront telz S™. du futur, comme sont de présent dudict Conseil; Les députéz de Flandres se sont conforméz soubz le bon plaisir de leurs collègez, comme aussy ont faict et déclaré les députéz d'Arthoys, demourans entiers de dénommer eneores ung aultre personnage de leur provinee, comme il y avoient deux du temps dn Duc Charles. Ceulx de Haynault ont dict qu'ilz n'estoient authoriséz pour révocquer la première dénomination, faicte par les Estatz Généraulx, mais pour accommoder les affaires, ilz se sont conforméz soubz le bon plaisir de leurs maistres lesquelz, sy a 1'advenir désavouent ceste dénomination, que les députéz n'en veullent estre demandé, veu qu'ilz ont faict leur debvoir. Les députéz de Valenchiennes absent. Hollande et Zélande se sont conforméz. Lilie, Douay et Orchies, Tournay, Tournesiz soubz le bon plaisir de leurs maistres se sont conforméz en mesme sorte comme ceulx de Haynault, dénommant oultre les susdicts controlleurs (1. conseillers) pour lesdictes troys provinces m**. Jacques le Clercq, conseillier de la ville de Tournay, ee qu'il leur est enjoinct» Malines s'est conformé soubz le bon plaisir de ses maistres, disant qu'il failloit accommoder lesdictes provinces. Frize semblablement et les provinces suyvantes, de manière que ledict Conseil est uniformément arresté. Ordonné et aecordé que monsr. de Champagny sera chieff de Finances au lieu de mons7. de Berlyamont. Que lettres s'escripveront aux susdicts conseilliers, pour estre en persone a Bruxelles le 5e de Janvier 1578. 635. B. 30 december. — Bésolu de requérir monseigneur 1'Archiduc de se voloir transporter a Bruxelles Dimenche prochain x), pour lendemain faire le serment, mais qiie au préalable on envoyera copie de ses lettres a monsr. le Prince, pour entendre, sy Son Ex06, trouvera bonne la susdicte résolution, ensemble d'envoyer la copie a messieurs du camp et les advertir de la susdicte résolution. Ordonné que le S1. de Courteville se transportera en la ville de Gand, pour faire 1'advertissement a monsr. le Prince d'Orainge comme dessus. Mémoire de proposer a messieurs des Finances de trouver argent pour le traictement de Son Altèze et pour accommoder la maison de la Court. De brief aan Oranje s), waarin hem advies verzocht werd over het besluit aangaande Matthias, is van 30 December; keurde hij het goed, dan werd hij meteen uitgenoodigd ontvangst en eedsaflegging bfl te wonen. De brief van Matthias s) van 28 December, naar aanleiding waarvan het besluit (ons n°. 635) genomen werd, deelen wij ter verduidelijking ten deele mede: 635». 28 december. — Messieurs. Comme il vous a pleu nous faire l'honneur de me présenter par commun accord le gouvernement de ces Pays Bas 1) 5 Januari. 2) A. V. Anvers: briefwisseling der St.-Gen. 1567—1580. 3) Actes, n°. 955; A. G., Aud. 659, fol. 95. Unie 1577. 536 soubz certeines conditions lesquelles avons acceptées avec intention arrestée de les ensuivre et accomplir de bonne foy, sans iamais mancquer en aulcune chose que polra concerner le bien et repos desdictz pays et subiects, et que entendons avec grand regret qu'il y a entre vous dispute et question d'aulcunes choses partieolières dont est cause' le retardement de nostre réception, entrée et adrninistration, ensemble la provision nécessaire d'argent pour résister aux ennemis qui s'efforcent journeilement pour opprimer et asservir tous les pays, vos maisons et bons subiects a jamais, ausquelz aultrement vous, mess™., par ung bon accord — délaissant ces particularitéz — polriez bonnement pourveoir et nous selorrde bon désir qu'avons au soullagement desdictz pays, sans ceste incertitude et dilay de nostre réception, eussions desia escript et envoié vers 1'Empreur, tous potentatz d'Allemaigne et aultres pour faveur et intercession, comme sommes encoires résoluz de faire incontinent et avec la primière oportunité, ayant acquis la légittime auctorité, priant partant trés affectueussement qu'il vous plaise considérer le dangier qu'est & la main, et postposant touttes passions et différens particuliers, sur lesquelz se fonde 1'ennemy, prendre a cenr la conservation de vos biens, vie, prospérité et aymée patrie et point demeurer en débat qui at esté iusques a présent, mais passer oultre et résouldre générallement, demeurant toutte chose es termes et conditions susdictes et de la pacificatión de Gand. [Dringt nog nader op eensgezindheid en geld-furnissement aan]. vin. TJNIE. De bijeenkomst der Staten-Generaal werd als een vereeniging, als een Unie der gewesten aangemerkt. Pogingen tot nadere vereeniging van alle, weldra ook van eenige gewesten afzonderlijk, bleven'niet uit. Alles, wat de resolutiën hieromtrent bevatten, brengen wij in deze rubriek bijeen. Het sluiten van de zoogenoemde eerste Unie van Brussel ') op 9 Januari 1577 wordt in de resolutiën niet vermeld. Wel enkele verklaringen, naar aanleiding er van afgelegd: 636. R. 9 januari. — Les députéz de la ville et chastellenie d'Ypre, seavoir les S™. de Becelaer, vassal, Jan van de Cameren, eschevin, et m™. Nicolas Kint, pensionaire, ont exhibé au greffier des Estatz au soir du jour a), par lequel ilz ont protesté et déclairé n'entendre.par la signature de 1'Union, faicte le IXe jour de Janvier, d'aggréer ou approuver en aulcune manière les prinses ou détentions des S™. du Conseil d'Estat ny d'aultres S™. du Conseil du Roy, faictes en la ville de Bruxelles, ny plus amplement s'obliger que selon la première précédente Union porte, et seullement en tant que leurs povoirs comportent, desquelz ilz sont authoriséz et en tant que en eulx est. Faict le 9" dudict Janvier 1577 et exhibé es mains du greffier des Estatz de Brabant. En signe de vérité j'ay signé ceste; ainsi soubzeseript Cornelius Weellemans3). Les députéz de Namur ont protesté ne voloir advoyer par la soubsignature, a faire a rünion, datée de cejourdhuy, 1'emprisonnement et détention desS™., faicte an moys de Septembre en ceste ville de Bruxelles, ne voloir aussy pré- 1) Zie over de Unie: hiervóór, p. 146. 2) Hier schijnen een paar woorden, b.v.: „un acte", te ontbreken. 3) De verklaring zelf, die in substantie met de opteekening van Weelemans overeenkomt, in A. V. Ypres, port. 23B. 537 Unie 1577. judicier a leurs aultres protestation s, par eux faictes, et oultre ce, qu'ilz soubsigneront seullement suyvant la commission et povoir, a eulx baillée, et point plus avant. Le greffier des Estatz de Brabant protesté expressément que par la soubsignature, a faire a 1'Union, datée de cejourd'huy, il (!) n'entendent advoyer le saisissement et détention, faicte en ceste ville au moys de Septembre dernier, et ne voloir préjudicier aux protestations et déclarations précédentes, souvent faictes, par les S™. députéz desdicts Estatz. Le Sr. de Gembloux a fait semblable protestation et déclaration. Aussy ont faict les bourgmaistres, trésorier Van der Hert et pensionaire de Bruxelles et aussy les députéz de la ville d'Anvers et 1'eschevin de Lovain, De Schoore. Monsr. le prélat de S'. Gislain et esleu évesque d'Arras a déclairé qu'il soubsigné ladicte Union, tant que son povoir s'extend sy avant. Die gedeputeerde van Hollant ende Zeelant verclaren ende protesteren, dat zy mitter signaturen van de Unien, als nu gedaen, nyet en verstaen te derogueren het contract van de pacificatie tot Ghendt, den VIIIen Novembris lestleden aengegaen, ende der acte van non prejudicien, daerop gevolght in regard van de aggreatie van den Baede van Staete, welck contract van pacificatie principalijck is gemaect tot expulsie van de Spaengnaerts; noch in 't point van de religie ende d'authoriteyt van der M'., wesende gereserveert totter vergaederinghe van de Generale Staten nae 't vertreck van den Spaengnaerts ende andere uuytheemsche, ende dat de zaeken sullen gestelt zijn in tranquilliteyt ende verzekerheyt, daerinne de Generale Staten by de pacificatie hebben gecondescendeert ende dese voirschreven declaratie ende protestatie geadvoyeert. Ende is denselven verleent acte om hen te dienen, daer ende zoe behoiren zal. Les Sra-, après que ledict greffier avoit faict la déclaration, cy dessUs escripte a haulte voix, 1'ont aussy admis icelle déclaration et protestation, tant les Vicomte de Gand, le Sr. de Heze, Marquis de Havrech, le Sr. chanoine d'Utrecht, Bruhesius, le pensionaire de Mons, le prévost de Tournay et aultres. Denzelfden dag schreven de Staten aan den Raad van State met verzoek, om de Unie te willen „agréer et advoyer" 637. B. 18 januaki 2). — Après avoir oy la lecture de 1'information, prinse par 1'amman ou soubz-amnian de Bruxelles, contre ceulx quy ont avanthier a nyet (!) faict 1'appréhension de monsr. le Baron de Basseghem et de mons1'. le prélat de Nyenhoven, il est résolu que icelle réformation (1. information), par laquelle appert que Jehan van der Haghen en est cause, sera délivré es mains de 1'amman et du magistrat de la ville de Bruxelles, affin de faire faire droict et justice contre ceulx quy ont faict faire ladicte appréhension sans congié d'iceulx, ayans authorité; et ce pour la conséquence; et que néantaigmoings lesdicts du magistrat feront la remonstrance a leurs membres selon l'escript, pour ce faict. Messieurs de Helvoirt et De Courteville avecq le pensionaire de Douay sont commis pour proposer le faict de monsr. de Rasseghem. 1) A. G., Aud. 658, fol. 74 (orig.). 2) Rassenghien en Nienhoven waren in hechtenis genomen, omdat ze weigerden de Unie te teekenen (Actes, n°. 316; ald., App., 459). Unie 1577. 538 638. R. 28 jahüaei p. p. — Que ceulx du Conseil d'Estat seront reqnis décerner placcat conformément aux aultres précédens contre tous consaulx et colléges, nobles, ecclésiasticques et séculiers et aultres, estans requis, quy ne Touldroient signer 1'Union et Pacificatión, (qu'ilz) seront déclaréz rebelles et ennemyz a Sa Mtó. et a la patrie, et leurs persones et biens confisquéz. 6 Februari werd besloten aan de Staten van Henegouwen te schrijven, om de Unie door de „consaulx, magistratz et officiers" te doen teekenen; evenzoo aan alle „consaulx principaulx, secretz, des Finances, Grand a Malines, Brabant et autres provinciaulx, magistratz, officiers et juges de tout le pays"; den Baad van State te verzoeken hetzelfde te doen *) (B. i. d.). 7 Februari schreven de Staten aan den gouverneur en de provinciale raden („sièges") der Nederlanden tot uitvoering van hunne besluiten betreffende de onderteekening der Unie *). 9 April werd besloten den Baad van State om brieven aan de provinciale raden te vragen tot onderteekening der Unie; hiertoe gecommitteerd Lalaing, Heze, Borluut, de pensionarissen van het Doorniksche en Mechelen (B. i. d.). Di de instructie voor den .Vicomte van Gent van 14 April s) wordt deze ook gelast de Staten van Artois tot onderteekening der Unie over te halen. 639. R. 21 april. — Conclud que les Estatz Généraulx escripveront a tous Estatz particuliers que suyvant le dernier article de la pacificatión, faicte a Gand, ilz ayent a la faire advoyer, jurer, signer et seller, et les autres villes particulières en leurs propres noms. Et qu'ilz retiennent les signatures de 1'Union, pour laquelle on escript aussy, en envoyantz doublé authenticque aux Estatz Généraulx ou bien duplicata ou acte pertinent, de ce faisant mention 4). 640. R. 22 apeil. — Les S™. ont résolu de faire pour chacune provinee la Pacificatión en parchemin, pour le faire advoyer, signer et seller par les gouverneurs, prélatz, nobles et villes, et aussy par le seel des Estatz. 23 April werd besloten de Unie met de attestatie van „chacun estat, prélat, nobles et villes", die haar zouden onderteekenen, te doen drukken 6) (R. i. d.). 1) Het laatste deel van dit besluit werd 7 Febr. herhaald: den Raad te verzoeken te schryven aan alle '„consaulx principaulx, provinciaulx", opdat deze zouden schrijven aan alle andere „magistratz, évesques, colléges séculiers et ecclésiasticques et notables officiers des villes"; de origineele onderteekening te bewaren „en leurs fermes"; een dubbel naar Brussel op te zenden; onwilligen te melden (R. i. d.). — 24 Jan. hadden de Staten aan de Raad van State geschreven om de provinciale Staten te doen vergaderen, opdat deze de Unie zouden teekenen (A. G., Aud. 658, fol. 90; orig.) — Nogmaals 14 Febr.: bij den Baad van State aan te dringen om te schrijven aan de „consaulx et colleges des officiers royaulx et aux Estatz" tot teekening der Unie (R. i. d.). Dan 15 Febr. in hel register-Liébart (A. G., Cart. 327B, fol. 11): „Lettres missives leues, escriptes de la part des Estatz, avec requeste d'iceulx a ceulx du Conseil d'Estat pour aussy joindre la leur de commandement aux juges provinciaux et gouverneurs de chascun pays, affin de faire signer par chascun, estant de quelque qualité, de leur provinee et quartier le compromis de 1'Union". 2) A. V. Ypres, port. 11. 3) Hiervóór, p. 479. 4) De brief aan de gewestelijke Staten: Actes, n°. 552 en cf. 553. — Een copie of origineel trof ik in onderscheidene archieven aan. — Gedrukt: Charterboek, III, 122. 5) Remonstrantie hiertoe aan den Raad van State: Michel de Hamont, „imprimeur juré de Sa MM.", te veroorloven dit te doen en een exemplaar te zenden aan alle provinciën, particuliere colleges en anderen (A. G., Aud. 658, fol. 128). 539 Unie 1577. 8 Juli: een brief van de Staten van Friesland over den eisch tot teekening der Unie werd gelezen; besloten bem nit bet „Flameng" in het Fransch te doen vertalen (R. i. d.). 641. B. 17 juli. — Quant aux lettres et acte des Estatz de Phrise est dict que les Estatz Généraulx se con ten tent avecq la signature des Estatz et villes du pays et seigneurie de Phrise, sans qu'ilz prétendent préjudicier ausdicts de Phrise en leur privilèges de contributions. 25 Juli schreven de Staten aan de vier leden van Vlaanderen, hen vermanende naar aanleiding van don Jan's aanslag op het kasteel te Namen, om, „en récordation et a 1'effect de 1'Union qu'avez si solempnellement juré et signé", op hunne hoede te zijn, dat niets „ne soit attentée de vostre costé au préjudice du repos et salut de la patrie" 642. R. 4 augustus p. p. — Que le président et Conseil de Flandres sera requis d'envoyer partout 1'LTnion pour la faire signer aux nobles et Villes. Résolu d'envoyer le Sr. de Vile a Malines avecq lettres de crédence, pour et affin qu'ilz veullent conserver 1'Union et Pacificatión, sans permettre estre chose attentée contre icelle Pacificatión. 643. R. 7 augustus. — Le Sr. de Barnes, pensionaire de Malines, a faict raport de ce qu'il avoit en charge de par le magistrat dudict Malines et entre aultres que ceulx dudict Malines mettront corps et biens pour la Pacificatión et 1'Union, de manière que les Estatz ne doibvent de eulx avoir quelque diffidence, prians néantmoings les Estatz les tenir deschargéz quant a la garnison audict Malines pour la pouvrété de la ville et qu'il ne seroit encoires nécessaire et que, sy fust besoing, accepteront tousiours gouverneur; sur quoy Messieurs ont requis l'advis de messieurs les nobles. 644. R. 15 augustus. — Résolu de remonstrer aux Estatz particuliers les lettres interceptés et aultres, pour donner a entendre les faultes, commises par don Jehan, touchant 1'observation de la Pacificatión, et en cas que après ce, estant chacun des comparants aux Estatz et aultres requis de se joindre aux Estatz Généraulx pour la conservation de la religion Catholicque Romaine et de 1'authorité de Sa Mté., ne vouldroit ad ce entendre, l'on pourra exécuter 1'acte précédent, datée du XP de ce moys d'Aoust 2). 645. R. 16 augustus p. p. — Mess™, les Estatz Généraulx ont authorisé et authorisent par ceste les Seigneurs nobles de povoir traicter, mander et envoyer quirre tous gens, soient de grande ou petite qualité, conditions ou estat, pour servir a 1'entretènement et observation de la Pacificatión et Union; promettants que des despens que pour ceste cause en pourroient survenir, s en fera remboursement, comme il convient. 1) Actes, n°. 673; A. V. Bruges, Wittenbouck C, fol. 64v°. — Eenzelfde brief aan Namen: Actes, n°. 672; Analectes, 347. — Verder in het Ned. 26 Juli aan de stad Groningen: reg. De Goude, fol. 59; aan Friesland: Charterboek, III, 1143; aan Overijsel: G. A. Kampen, dagvaartboek 9 op 4 Aug. — Nog aan verscheidene personen: Actes, n°. 676; A. G., Cart. 327B, fol. 50 (op den hier aanwezigen brief, een minuut, staat: „semblables lettres ont esté escrites a plusieurs aultres"). — Nogmaals aan Namen en dan uitvoeriger: Actes, n°. 683; Analectes, 350. 2) Zie Rubriek IX op 11 Aug. Unie 1577. 540 646. E. 28 augustus. — Messieurs se contentent de la signature de 1'Union par ceulx de la Chambre des Comptes a Lille par leur collége suyvant la lettre qu'ilz ont escript aux Estatz le XXVI6 de ce moys. 647. R. 30 augustu8. — Ordonné d'escripre lettres au Conseil de Brabant, Privé, des Finances et Chambre des Comptes et grandz ou haultz officiers de Brabant, affin qu'ilz soubsignent. Et aux Conseilz Privé et de Brabant ensemble a la Chambre des Comptes de Brabant s'envoyeront lettres avecq 1'Union pour la signer, et a ceulx de Finances sont commis a se trouver messieurs de Vile, prévost de Tournay et le pensionaire Provin pour demander la signature de ladicte Union 1). Ceulx de Finances de Sa Mté., estans appelléz, ont déclairé estre contentz a signer 1'Union comme piecba ilz eussent faict, s'ilz en eussent esté requis, déclarantz en oultre de surseoir toutes ordonnances et signatures pour Son Altèze dont elle pourroit proffiter argent, sy ne soit par préalable advis et consentement de messieurs Généraulx. 648. B. 4 september. — Que aussy on escripra lettres a ceulx du Conseil d Estat et aultres S™., ayans signé 1'Union, pour les semondre et demander, a paine que aultrement on procédera par annotation de leurs biens et aultrement suyvant icelle Union 2). 8 September beschikten de Staten op het request van den „prévost de la Court", dat lüj zijn ambt zou kunnen blijven waarnemen, mits respecteerende de privileges, bepaaldelijk de Joyeuse Entrée, en teekenende de Unie 3) (R. i. d. p. p.). 11 September compareerde Marbais volgens den hem geschreven brief, betuigende, zooals hfl reeds tegenover Lalaing te Gembloux gedaan had, aan de door hem geteekende Unie in elk opzicht trouw te zullen blijven (R. i. d.). 16 September werd naar aanleiding van den brief van-Champagney besloten de Unie naar Den Bosch te zenden, om haar te doen teekenen, zooals in de andere steden geschied was (R. i. d.). 28 September: aan Den Bosch te schrijven, om er voor te zorgen, dat de Unie door allen geteekend worde en „le debvoir faict" tot handhaving van den Katholieken godsdienst en de gehoorzaamheid aan den Koning (R. i d.). 10 October werd een brief ontvangen van de hoogpoorters en vrije schepenen van Kortrijk en ook de Unie, geteekend door den griffier der stad (R. i. cL). 649. R. 12 october. — Et touchant la signature de 1'Union, faicte a sa 1) 8 Sept.: reeepisse gegeven aan Daniël, bode yan de Rekenkamer te Rijsel, voor de Unie, door de Kamer geteekend (R. i. d.). 2) Zie een dergelijken brief aan Mansfeit van 30 Aug.: Actes, n°. 756; B. R. B., ms. 7199, fol. 309. — 14 Sept. schreven de Staten opnieuw aan Mansfeit, om zich te verdedigen tegen het verwijt, dat zij de pacificatie zouden geschonden hebben, terwijl ze de berichten „que l'on auroit rompu les imaiges a Haerlem, qu'on feroit les presches en ceste ville", onwaar noemden; zij noodigden Mansfeit uit de Staten van Luxemburg bijeen te roepen, om zich met hen te vereenigen (A. V. Ypres, port. 11). 3) 43 Sept.: Anderlecht, „prévost de la Court", legt den eed in handen van Weellemans af. — Cf. nog 18 Sept.: Andries Anderlecht gecommitteerd, om het logies gereed te maken volgens het geschrift aan de lias (R. i. d.). Requèsten van hem R. 27 Aug., 25 Oct., 28 Nov. (2 X), 9 Dec. 541 poursuyte 1), ensuyvant sa commission par ceulx du Conseil en Flandres. Et ordonné que ladicte signature et escript sera mis es mains du pensionaire Provin pour par luy estre examiné et après en faire rapport, pour, icelluy oy, si on ne treuve a contentement des Estatz, requérir le Sr. de Provene d'en faire ultérienre poursuite vers lesdicts du Conseil. 650. R. 4 november p. p. — Monsr. de Ste. Aldegonde a faict certain raport de ce qu'il a eu en charge de par monsieur le Prince Orainge, requirant establissement d'ungne ferme Union, sans aulcune diffidence, pour point tumber en aultres inconvéniens, encoires devant que les ennemis nous approchent, exhibéant certaine copie d'ungne missive, escripte a Son Exce. contre 1'Union et pacificatión de Gand, adjoustant que ceulx de Valenchiennes, de Haynault et aultres font nouveau serment. Résolu de s'informer du contenu de la copie de ladicte missive, envoyée a mondict Sr. le Prince, et que les quatre persones, dénomméz en icelle missive, seront mandéz de comparoir pardevant mesdicts S". des Estatz Généraux. 651. R. 14 november. — Le député de Zélande a déclairé que, nonobstant qu'aulcuns prétendent persone ne povoir estre au Conseil d'Estat, ne fust qu'il eust signé 1'Union, chacun pourroit avoir office sans respecter, s'il eust signé ladicte Union ou non 2). 15 November: Nytzem overhandigt Weellemans de approbatie van de Unie door „les Estatz ecclésiasticques et nobles" van Overmaze, „pour estre mise de cousté, comme aussy elle est" (B,. i. d.). 652. R. 27 november. — Quant au concept de 1'Union nouvelle est dict que l'on accorde icelle suyvant les additions marginales, advisées par ceulx de Brabant, Flandres et Haynault; le tout soubz le bon plaisir des maistres quy ont lesdicts députéz cy mentioné. Et sont députéz pour mettre au net le Sr. de Champaigny (!). 653. R. 10 december. — Messieurs les Estatz ayans advisé sur le concept de 1'acte que se feroit touchant la déclaration a faire, que 1'Union et Edict perpétuel, ensuivy sur la pacificatión de Gand, demoureroient en leur force et vigueur et que au Conseil d'Estat seroient constituéz et continuéz ceulx quy ont leur povoir de Sa Mté. sans en destituer ung ou plusieurs sans cause légittime et bien cogneue, est résolu que mesdicts S". les Estatz ne veullent empescher que a ceulx quy en demanderont, sera donné acte de ce que aulcuns desdicts Estatz auroient cela protesté. L'Union 3) nouvelle a esté arrestée par les Estatz soubz le bon plaisir chacun de ses maistres et résolu de 1'envoyer par toutes les provinces et aussy aux Sn. du camp. 1) Nl. van Provene, wiens rapport (zie ons n°. 568) hier wordt voortgezet. 2) In S. G. 3 luidt dit besluit niet zeer duidelijk: „Les députéz de Hollande el Zeellande ont déclaré que estant venn a leur cognoissance que aulcuns Estatz pour le fait de la réception de 1'Archiduc Mathias et aussy pour le Conseil d'Estat que nul ne seroit admis audict Conseil que ne eust préallablement signé 1'Union et qu'icelle debvroit estre signée par ledict Sr. Archiduc". 3) Actes, n°. 028; De Jonge, Verh. en Onuitg. Stukken, II, 198. Unie 1577. 542 De brief aan de provinciën ') over de Unie van 15 Decembers), baidt als volgt: 654. 15 december. — Messieurs. Comme 1'an passé après la pacificatión, faicte a Gandt, pour meilleure intelligence et mutuelle correspondence des ungs aux aultres au régime gouvernement»! et manutention de ces provinces en la religion Catholicque Romaine et deue obéissance au Roy, nostre Seigneur et Prince, eussions dressé ung acte d'union et confédération que les députéz, icy estans, magistratz des villes et plusieurs aultres ont signé et approuvé, pensions ce estre bien ferme et souffissant pour d'ung concorde convenir les affaires au but de noz bonnes et sainctes intentions; mais tout Ie contraire est avenu, pour s'estre aulcuns advanchéz et retardéz le cours et advanchement des affaires tant bien commenchées, de quoy est descendue une defidence, rendant les bons conseilz suspectz, ammenant quant et son (1. quant) privation de 1'espérance de résister aux effortz pernicieulx des communs ennemiz de la patrie et de nous conserveer et maintenir de Fextrême ruine qui nous menace, si promptement ordre n'est esté donné aux inconvéniens qui nous cause ce mal, consistant en plusieurs poinetz, 1'ung desquelz se trouve estre le mal entendu dudict acte d'Union, par lequel est dict de maintenir et faire maintenir la religion Catholicque Romaine que les retiréz d'icelle soustiennent estre préjudiciable, voires contraire a ladicte pacificatión de Gandt et establissement d'une inquisition plus que espaignolle, a quoy désirans pourveoir et donner remède convenable, avons trouvé nécessaire de dresser une déclaration de nostre intention endroict ce, pour donner a eognoistre a chascun que oncques n'avons entendu contrevenir a ladicte pacificatión, laquelle déclaration dressée et mis en forme a samblé a ceulx quy en ont eu communication fort raisonnable et debvoir par chascun estre approuvée de faict et par signatures; touttesfois pour ne tomber en nouveau lx inconvéniens, n'avons volu ce faire, avant que chascune provinee ait donné povoir exprès a ses députéz, quy est cause que avecq cestes vous envoyons 1'acte de ladicte déclaration pour 1'examiner et, ce faict, auctoriser voz députéz a la signer en vostre nom, ne povans au surplus obmectre de vous donner a eognoistre que ces jours passéz noz gens de guerre ce sont mis audessus et emparé du chasteau de Selle 8) que 1'ennemy tenoit auparavant, par oü ilz ont moyen d'empescher les vivres et assistence par la Meuse (que) soloient aller de Liège a Namur, et entendons qu'ilz eussent marché plus avant, comme eneores mectroient a exécution aultres bonnes et notables emprinses, s'ilz osoyent se confier aux soldatz que faire ne peuvent sans continuel bon payement qui est du tout nécessaire, si voulons continuer la guerre et maintenir nostre camp, comme plus amplement cognoistrez par les lettres des Sre., estans au camp, dont vous aurez copie avecq cestes qui oultre ce vous feront saiges que lesdictz S™. ont approuvé les articles touchants la réception de 1'Archiduc Mathias au gouvernement général et ladicte déclaration et esclaircissement d'Union. Nous prions partant de faire tout extréme debvoir d'envoier ce que debvez de reste et haster au furnissement de ce que escherra le XXVe de ce mois *); sur quoy nous confians que 1) A. V. Ypres, port. 33B. — De in den tekst volgende brief is die aan Vlaanderen. 3) Zie ons n". 639. 3) Eigenlijk Seilles. 4) Zie hierover Rubriek Vlb. 543 flewesten en steden 1577. fürnires et satisferes a 1'ung et 1'aultre poinct dessus touchéz, prierons au Créateur IX. BEMOEIINGEN MET GEWESTEN EN STEDEN. Deze breiden zich in 1577 uit. Zij hebben onder meer betrekking op Rennenberg's zending naar het Noorden, op de aanstelling van gouverneurs, op de handhaving en bevestiging van privilegiën, op de onlusten te Gent. Wij laten de resolutiën hierover in chronologische orde volgen: 2 Januari schreven de Staten aan Hierges met verzoek om spoedig naar Brussel te komen; don Jan wenscht hem als bevelhebber zijner garde l). 655. R. 7 januaki p. p. — Veu les lettres de monsr. de Ville, escriptes a Groeninghen le XXIX6 de Décembre 1576 2), est dict que les Estatz escripveront aux capitaines et soldatz a Groeninghen que les Sn. les remercient de I leur bonne affection, les priant voloir en icelle continuer, et que leur sera aecordé acte, par aulx requise, et que les Estatz requerront ceulx du Conseil d'Estat voloir semblablement accorder tel acte. 9 Januari bewilligden de Staten in de uitwisseling van Caspar Gomez, ex-gouverneur van Grave, tegen Floyon s); de Raad van State het hiermede eens (R. i. d.). 11 Januari gelastten de Staten Van der Beken borg te z\jn voor de mondbehoeften van 17 personen, die Brecht, gouverneur van Diest, voor dezen nacht te Brussel gevangen, gebracht hadden (R. I. d.) 4). Omstreeks dezen dag remonstreerden de Staten aan den Raad van State betreffende Artois 6): 656. (11 januari). — Remonstrent humblement les Estatz Généraulx desdictz Pays Bas, assembléz en ceste ville de Bruxelles, comme estant venu 1) Actes, n°. 270; Codex, II, IV1, 162. — Hiermede hangt misschien ook samen, wat R. 11 Jan. voorkomt: de Staten gelastten Aerschot aan Hierges te schrijven, zooals hij mondeling gezegd heeft. — 26 Jan. wordt Hierges nogmaals, nu opdat de Staten over verschillende zaken overleg met hem kunnen plegen, ontboden (Actes, n°. 345). — 1 Febr.: Hierges te ontbieden, om onmiddellijk in de Staten te komen (R.i.d). — 2 Febr.: brief van Hierges gelezen (R. i.d). Bedoeld is die van 31 Jan.: Actes, n°. 360; B. B. B., ms. 7223, fol. 133. 2) Actes, n°. 255; Buil., II10, 120. — 8 Januari: de acte, behelzende de approbatie van de gevangenneming van Billy c. s., te teekenen en tegelijk met die van den Raad van State te verzenden (R. i. d. p. p.). — 11 Januari schreven de Staten aan Rennenberg, om hem voor zyne houding dank te betuigen (A. G„ Aud. 658, fol. 83). 3) Een request van dezen wordt 15 Febr. om advies in handen van Terion gesteld (R. i. d.). — 10 April over hem: „Les Srs. ont par moyen de monsieur le prélat de S'. Gislain, esleu d'Arras, bien grandement remerchié monsieur de Floyon de ses verluz et grande et bonne affection, démonstrée a la patrie, leur déplaisant sa fortune de la captivité, comme la fortune est variable, et dont il ne povoit avoir que honneur, le priant voloir continuer en sa bonne affection et dévotion envers ladicte patrie". 4) 27 Jan.: gehoord het rapport van De Hamme over de stukken tegen Brecht, wordt besloten Bourse te verzoeken andere stukken, die hij nog mocht hebben, over te leveren, ten einde allea in handen van den fiskaal van Brabant te stellen ter fine van rapport (R. i. d. p. p.). 28 Jan.: Bourse verklaarde geen andere stukken te hebben (R. i. d>). Een request van Brecht: zich te wenden tot den Raad van State (R. 25 Febr.). 5) A. G., Aud. 658, fol. 82. Gewesten en steden 1577. 544 a leur cognoissance par divers rapportz, lettres interceptés et advertences, qae le Sr. de Vaulx et quelques aultres ont faict trés mauvaix office au pays et conté d'Arthois, tant devers le Sr. don Jehan par auleunes secrètes intelligences et aultrement devers les Estatz illecq, de manière qu'il est requis pour eonserver ledict pays a la bonne dévotion desdictz Estatz, présentement uniz, que incontinent sans ultérieure dilay bon ordre soit mis, supplient pour ce lesdictz remonstrans, eu regard que en ceste concurrence on doibt obvier a tous inconvéniens, qu'il plaise a Voz Sries. de promptement pourveoir que nulle secrète surprinse par les snsdictz desnomméz n'advienne, ordonnantde saisir et se asseurer de la personne dudit Sr. de Vaulx et aultres qui seront trouvéz avoir audict Arthois faict mauvaix office, ou aultrement qu'il y soit tellement pourveu que telz et semblables, tachans de troubler d'advantaige ceste povre patrie, soient chastiéz a 1'exemple de tous aultres, sans exception de personne qui soit. Si ferez bien x). Evenzoo hielden zij omstreeks dezen tijd aan de „notables et communs de Brnxelles" een remonstrantie *) voor, waarin zij hnnne houding ten opzichte van de onderhandelingen met don Jan verdedigden. 23 Januari werd voor Leoninus, wiens zending 3) zich ook naar Groningen uitstrekte, een instructie 4) gearresteerd: 657. 23 januari. — Premiers que ledict Seigneur s'aura a transporter, sy tost que faire se pourra vers la ville et Ommelandes de Groeningen et que sy avant qu'il troeuve que ladicte ville se soit unie avecq les Estatz Généraulx et que desia auront trouvéz quelquez bons moiens — ou se pourront trouver — pour contenter les soldatz de leur payement, que lors incontinent il les face retirer dudict lieu en telz aultres, la oü qu'ilz polront faire service selon l'advis de mons'. de Vile et des Estatz dudict pays. Scavant que lesdictz pays a cause de leurs impossibilitéz ne povoient trouver moyens de contenter lesdictz soldartz du tout, les Estatz Généraulx donnent plaine auctorité et povoir de par tous bons moyens les contenter, comme pour le mieulx il trouvera convenir et les faire pareillement partir d'illecq par l'advis comme dessus. En cas que ledict S*. a son arrivée par dela troeuve quelque ville ou pays, ayant esté soubz le gouvernement de monsieur de Billy, qui ne se sont encoires uniz avecq lesdicts Estatz Généraulx — comme on présume que non — il donnera ordre qne ledict pays des Ommelandes puist estre deschargé tant dezdiets gens de guerre et aultres charges, selon qu'il trouvera estre nécessaire, pour tenir en debvoir ceulx qui ne se sont encoires unis et joinctz avecq lesdictz Estatz. 1) Onderaan met de hand van Berthy: Sur ceste remonstrance a esté escript lettre a mons'. le Visconte de Gand le XI« de janvier 1577. — Handelt de brief van dezen, die volgens het register-Liébart (A. G., Cart. 327*, fol. 7) 30 Jan. ter Staten-Generaal gelezen werd, ook hierover? 2) Actes, App., 452. — Op een exemplaar van dit stuk in Nederlandsche vertaling (A. V. Ypres, port. 7), leest men in margine: „Janvier 1577 présenté par Son Ex08, et leu a 1'assemblée des Estatz Généraulx, estant résolu (par) iceulx exhiber eest escript aux notables et communs de Bruxelles etc". — Het stuk is ongedateerd; de inhoud wyst op de eerste helft van Jan.; den ll»n was Aerschot, die met „Son Ex««." bedoeld is, ter vergadering (zie hiervóór, p. 543). 3) Hiervóór, p. 161. 4) Actes, n" 337; A. G., Cart. 327*, fol. 109. — Een copie in A. V. Ypres, port. 10, is van 20 Jan. 545 Gewesten en steden 1577. Ledict Sr. s'aura aussy a informer endroict le chasteau de Delfzele, asseavoir s'il trouvera convenir de desmolir comme n'estant d'aulcun service, veu qu'il n'y a craincte de quelque invasion par mer, ou si pour quelque temps on le doibt encoires entretenir, et en tel cas que ordre soit mis que ladicte fortresse soit gardée par les naturelz et inhabitans dudict pays. Item ledict docteur Leoninus fera tous debvoirs et effort pour induire tant ceulx de Gueldres, Groeninge que Frize a toutes telles contributions qu'il scait estre trés nécessaires pour le secours desdicts Estatz. Item s'informera avecq le Sr. de Vile dn revenu des demaines de Sa Mté. en Frize, Drenthe, Groeningen, Ommelandes de Groeningen et Lingen pour les applicquer au payement des soldatz et la cause commune. Le semblable se fera des demaines de Gueldres et Utrecht et pour mieulx avoir le revenu dudict Linghen, on pourra accepter 1'offre du drossart dudict Linghe, a condition de les payer du revenu dudict lieu. In een brief aan de stad Groningen van 24 Januari ') kondigden de Staten Leoninus' zending aan s). Zij deelden tevens mede, dat ze aan Rennenberg schreven om de gevangenen naar Brussel te zenden, om hier in goede bewaring gesteld te worden in afwachting van den uitslag der onderhandelingen met don Jan. 658. R. 24 januari. — Que l'on envoyera duplicata des lettres, escriptes aux capitaines et soldatz, au pays d'Ommelandes de Groeningen, touchant d'avoir par eulx faict grand service aux Estatz, en ayans faict prendre prisoniers les S'. de Billy et ses adhérens; et qu'ilz ne doibvent faire estime aux lettres de don Jehan, comme non estant encoires receu comme gouverneur, comme aussy il ne se recepvra poinct, devant que les Espaignolz sont effectuèlement partiz et la pacificatión d'Hollande et Zélande aggrée. 659. B. 25 januari. — Le lieutenant amman de Bruxelles s'est comparu et a faict raport que selon les informations, par luy prinses, il treuve que les bourgeois d'icelle ville ne se sont nullement mesléz avecq le faict du désordre, advenu hier, mais bien que le capitaine Pierre Nicol s'est avancé de mener deux ou troys soldatz en la maison de Thery van der Beken, trésorier général, en faisant force, donnans au serviteur et servante des souffletz, crians voloir avoir a disner, et menachans, en cas qu'ils ne fussent payéz; et que aucuns ont résisté a la justice, ayant reprins hors les mains du prévost aueuu prisonnier; quoy ayans les Srs. oy, ont expressément requis que bonne information soit prinse et par celluy auquel qu'il appartient, faiet chastoy et punition exemplaire 3). 660. R. 28 januari. — Que lettres s'escripveront aux Estatz de Groenenghen, les remerciant de 1'union et conjoincture, faicte avec les Estats Généraulx, requirans que incontinent ilz envoyent leurs députéz en ceste assemblée, muniz des povoirs souffisans, pendant quoy lesdicts Estatz Généraulx tiendront la bonne main vers ceulx du Conseil d'Estat a leur requeste touchant la démolition du chasteau dudiet Groeninghen. 1) G. A. Groningen, reg. De Goude, fol. 40. 2) Evenzoo aan de kapiteinen en soldaten te Groningen en aan het Hof van Friesland (Actes, n». 334—335). 3) 1 Febr. op een request van Mathieu de Vos, „recepveur des deniers aux vivres": dat de schepen van Brussel Van der Balct het huis van den suppliant vrij houde van soldaten, omdat hij de penningen van de Staten in bewaring heeft (R. i. d.). 35 Gewesten en steden 1577. 546 Sur la requeste ou mémorial de ceulx d'Overyssel que l'on doibt attendre Ia venue de monsT. de Hierge et de cenlx du Conseil d'Estat pour les requérir qu'ilz veillent faire publier la Pacificatión. Yan de aansluiting van Groningen kregen zij kennis door een brief -) van de stad, dd. 1 Januari 1577; wij deelen ter verduidelijking van de resolutie een enkele passage hieruit mede: 660a. 1 januaki. — [Propositie van Rennenberg tot de vereeniging]. Ende solden wy dien volgende onse gedeputeerden in der ile mede derwaerts affgeveerdicht hebben, overst, terwylen wy mits jegenwoerdiger subiter alteratie allertzyden zoe meenichfoldiger wyse zjjn beswaert und belastet, dat wy onse raidtvorwante vrunden sampt onsen syndico gants quellicken solden derven edder misten connen, hebben derwegen in ansehunge bysunders deesen ytzigen wynters- tüdt voer den langen, gefaerlicken und periculoesen weeh *) ons volgende het genedich gesinnent van Zyne Mats. voersz. Eaidt van State met thodoen van den voersz. heere stadtholder gevoucht, geunieert und verbonden met uwe eerw., edele, gestr. ende er. 1. ter eeren Godts, tot conservatie van de olde Catolycke Roomsche religie, ten dienste ende tot onderhoudenisse van de aucthoriteyt van Zyne Ma*., tot beschermenisse ende bewaernisse van 't voersz. vaderlant mitsgaders de pacificatie van dien ende omme nyet in een eeuwige servituyt ende slavernye van de voersz. Spaengnaerden gebrocht, mer daervan eens gevrijt und in 't gebruyck van onse olde rechten, privilegiën, coustumen und vryheyden gestalt und dat insunderheyt dat angelechte casteel alhyer datelick demolieert mochte werden volgende de beswoeren tractaten, tusschen hoechlofflicker memorie de Eey. Ma*, ende deese stadt und Omlanden van dien in den jaere 1536 opgerecht. [Mits de Staten zich op dezelfde voorwaarden met ons verbinden. Acte van vereeniging 4) aan den Raad van State toegezonden]. 30 Januari op het request van Ponthus de Noyelles, heer van Bourse: wat het gouverneurschap 6) betreft, zal hij zich wenden tot den Baad van State; wat de verzochte belooning aangaat, zijne commissie te toonen; voor betaling van gage 6) zich te wenden tot de Staten van Artois en den Baad van Oorlog (B. i. d.) 7). 1) Er is mij nit dezen tijd alleen een brief van ridderschap en steden van Overijsel, d.d. 45 Jan. 1577 uit Zwolle, bekend (G. A. Deventer, Reisboek 1558—1577, fol. 203), waarin zij verzoeken om vermindering van garnizoen, v.n. voor Deventer en Kampen. — Een remonstrantie van de Staten-Generaal aan den Raad van State, om Overijsel dubbeld van de pacificatie te zenden (z. d.), in B. R. B., ms. 7223, fol. 153. 2) G. A. Groningen, reg. De Goude, fol. 36. 3) Hier schijnt iets uitgevallen te zgn, b.v.: „hiervan afgezien, maar" — 4) Alsvoren, fol. 37. 5) Nl. van Diest, waar hij Brecht gevangen genomen had (aldus in reg. Liébart: A. G., Cart. 327», fol. 7v«). 6) Nl. van 2'/a maand voor hem en zijne soldaten (alsvoren). 7) 8 Febr. op een request van Jory de Brecht, „gentilhomme de la maison du Roy": Bourse gelast hem zijne meubelen en andere zaken terug te geven (R. i. d.). — Waarschijnlijk staat hiermede ook in verband een request van de stad Diest, waarop 14 Febr. beschikt wordt „sy getranslateert in 't Franchoys" en gesteld in handen van Havré en Lalaing, om er in te voorzien (R. i. d. p. p.). — 20 Febr. op een request van Brecht: de Staten, die tot zijn gevangenneming geen bevel gaven, vinden goed, dat hij vrij uitga (R. i. d.). — Een request van Bourse werd 5 Miart in handen van de gedeputeerden van Artois gesteld (ft. i. d.). 547 Gewesten en steden 1577 5 Februari: plakkaat uit te vaardigen, om alle vreemdelingen buiten dienst onmiddellijk Brussel te doen verlaten; die van de stad niemand te ontvangen, zonderde namen en qualiteiten aan de magistraat op te geven (R. i. d.). 661. R. 6 februabi. — Sur la requeste du Sr. de Helffault, chevalier, S*. dudict lieu, gouverneur et capitaine de Hesdinfert, est dict par advis de messieurs du Conseil d'Estat, commis au gouvernement général des Pays Bas: la cognoissance du faict des gouverneurs séquestréz a esté remise a la première assemblée générale des Pays Bas après la retraicte des Espaignolz et aultres ennemiz estrangiers; a tant le suppliant aura patience jusques lors 1). 6 Februari: de Staten, gezien het advies van Bennenberg over de afbraak van het kasteel van Groningen, besluiten request betreffende deze afbraak te presenteeren (sc. aan den Raad van State) *) (R. i. d.). 19 Februari: Van der Beken 30 p. te betalen aan den koerier, die de brieven van de Staten aan Hierges en Ville brengt, „pour aider les prisoniers, nommément monsr. de Billy" (R. i. d. p. p.). — In den brief aan Ville van 19 Februari 3) wordt deze verzocht Billy c.s. in handen van Hierges te doen stellen, ten einde de uitwisseling spoedig te kunnen doen plaats hebben overeenkomstig den vrede met don Jan. 28 Februari: Carel Roorda, gezant van de Staten van Friesland, heeft rapport gedaan krachtens zijn credentie-brief en heeft beloofd zgn rapport schriftelijk in te dienen (R. i. d. p. p.). 4 Maart apostilleerden de Staten op een remonstrantie 4) namens Ville: 662. 4 maart 6). — Sur le premier article: Soit communicqué a messieurs du Conseil d'Estat, estant l'advis des Estatz Généraulx qu'il soit démoli pour les raisons icy reprinses '). IP, IIP, HIP et Ve. Soit remis a messieurs du Conseil d'Estat et de la Guerre '). VP. Advis des maistres monnoyers lesquels se retireront vers messieurs des Finances, pour faire 1'assay 8). 1) Een dergelijke beschikking op een request van Unarelles Pois, ridder, gouverneur en kapitein van Avesnes 13 Febr. (R. i. d.). 2) De remonstrantie aan den Raad van State hierover in R. A., Verspr. Colt, kamer 10, lijst 1, n°. 28. De Staten motiveeren hunne remonstrantie v.n. met het advies van Rennenberg: „pour entre aultres n'estre (het kasteel) que une masse de terre foible, inutile, impertinente et de nul service, ains de beaucoup endommageant la fortresse de ladicte ville et qu'elle ne pourroit estre achevé que pour cent mill escus". 3) R. A. Groningen: reg. Feith 4577, n*. 95. 4) Buil., II10, 125; de apostilles: A. V. Ypres, port. 23B. Wij deelen alleen de laatste mede met een korte toelichting uit de gedrukte remonstrantie in de noten, voor zoover noodig. 5) Boven het stuk staat: Sur les poinetz et articles touchéz et proposéz par Ie Sr. de Ville a esté résolu par messieurs les Estatz Généraulx comme il s'ensuyt. 6) Over afbraak van het kasteel. 7) Besp. ontlasting van garnizoen; voorziening in de justitie te Groningen wegens de gevangenneming van den luitenant Mepsche; Oetingen te continueeren als drost van Harlingen; idem Pipenpoy als drost van Stavoren. 8) Groningsch geld koers door het heele land. Gewesten en steden 1577. 548 VII8. Comme l'on at ordonné icelluy de Billy estre délivré entre les mains de monsr. de Hierge, s'entend que l'on réserve a chacun son action tant sur leurs personnes que leurs biens 1). VIIP et IX6. Messieurs des Estats requièrent messieurs du Conseil d'Estat vouloir avoir esgard *). 19 Maart werd besloten een request van Dirk van Westrum aan den Raad van State te zenden met verzoek er voor te zorgen, dat de pacificatie in Gelderland gehandhaafd zon worden (R. i. d.). 663. R. 20 maart. p. p. — Les S**. ont résolu d'intercéder vers messieurs du Conseil d'Estat pour le Sr. Comte de Bossut, pour estre gouverneur de Frize, comme aultresfoys ilz out encoires intercédé. Et sont ad ce députéz le Sr. de Berchem, le Sr. de Zwevezeele et le docteur Sille, le doyen d'Arras et 1'esleu d'Arras. • _Den volgenden dag deden S'. Ghislain en Berchem hierover rapport (R. i. d.). 23 Maart: De la Haye met Sille te zenden naar de Staten van Friesland en Groningen, om op de bevrijding van Billy aan te dringen (R. i. d.) s). 664. R. 25 maart. — Bésolu d'envoyer lettres et homme exprès vers le Sr. de Hierge et Ville de faire envoyer tous prisoniers, aussy les troys capitaines a Harlingen en Frise, pour les renvoyer incontinent et en toute diligence, et ce jusques a Stockem; et que le Sr. de Billy escripve de sa main qu'il est en garde de monsr. de Hierge et que Pypenpoys soit a eest effect commis. Que l'instruction 4) faicte sur Pypenpoy 5) est trouvé bon 6). P. p. — Lettre du Baron de Hierge du XXI de ce moys est apportée, contenant que le Sc. de Billy avecq les aultres prisoniers estoient a Zwol et qu'il les ferait encheminer jusques a Grave, désirant seavoir quy les viendra quérir, d'aultant qu'il ne les scauroit faire conduire plus avant. 30 Maart schreven de Staten aan Ville, om er op aan te dringen, dat de soldaten drie achtergebleven gevangenen ook uitleverden 7). 1) Uitlevering vertraagd wegens geldvordering op Billy c. s. S) Continuatie van Ville in „la charge en laquelle il est présentement entremis". — Betaling van „plusieurs mises extraordinaires". 3) In den brief aan Hierges van 10 Haart (hiervóór, p. 249) hadden de Staten er bij hem nogmaals op aangedrongen spoed in dezen te betrachten. — Ook 2 April schreven de Staten aan Hierges: Van der Beken gelast 7 p, te betalen aan Henry Bastoigne, koerier van Hierges, voor het brengen van brieven aan Hierges (R. i. d.). 4) Actes, nc- 495; De Jonge, II, 474. 5) Francois de Pipenpoy was als afgezant van Ville in Maart te Brussel gekomen; zijne credentie van 3 Maart: R. A. Friesland; zijne zeer uitvoerige remonstrantie aan de Staten-Generaal: R. A. Groningen; reg. Feith z. j. e. d, n°. 135. — Een request van hem werd 28 Mei aan de Kamer van de Beden gerenvoyeèrd (B. i. d.). 6) Het register is op deze plaats sterk afgesleten; de lezing is toch niet onzeker behalve die van het laatste woord, dat ingevuld is naar de copie van het register van den griffier (S. G. 519) en De Jonge's tekst. 7) Actes, n». 509; Buil. llw, 135. 549 Gewesten en steden 1577. 665. R. 31 ma abt. — Quant a la requeste de ceulx de Liere est résolu que ilz pourront user le droict de rétention et hypothecque sur la charu quy est encoires en estre, en faisant apparoir de leur promesse dont ilz font mention; et que ceulx du Conseil d'Estat seront requis d'en pourveoir, comme ilz trouveront convenir, et que les cleffz de la ville soyent renduz a ceulx du magistrat et que au capitaine soit deffendu de ne plus user ou attribuer tiltre de gouverneur ny faire office de gouverneur, comme estant ce directement au contraire de 1'accord, faict avecq Son Altèze. 666*. R. 1 apeil p. p. — Que les Sra. de Helvort, Yman, De la Croix et ung d'ütrecbt sont commis pour examiner Jes moyens, proposéz par ceulx d'Utrecht, duysantz a accepter monsieur le Prince d'Orainge comme leur gouverneur suyvant la Pacificatión, et en faire rapport aux Estatz et en après a messeigneurs du Conseil d'Estat *). Sur la requeste des députéz de Frise *) ont messieurs commis le pensionnaire de Malines pour se trouver vers messeigneurs du Conseil d'Estat et requérir que le contenu d'icelle requeste soit effeetué; et que lettre de crédence sera aussy dépeschée sur ung des députéz, auquel le Sr. abbé de Marolle donnera vers Son Altèze toute assistence. 667. R. 2 apeil p. p. — Opte requeste van de gedeputeerde van WestVrieslant is geseeght, dat de supplianten hen sullen moegen versien aen mynen heeren van den Rade van Staten, aen dewelcke de Staten Generael over langhe en tot diversche tyden hebben doen recommanderen den persoen van den Grave van Bossut totten Gouvernemente van Vrieslant 8). Dit request *) luidt als volgt: 66711. (maabt of apeil). — Verthonen ende geven mit alder reverentie te kennen d'gedeputeerde van Westvrieslandt, hoe dat zy verstanden hebben, dat den Grave van Bossous zoude versien znn mit het gouvernemente van WestVrieslant ende dat duer willige recommandatie van mynen heeren; ende also 1) Dit waarschijnlijk naar aanleiding van een uitvoerig schrijven der Staten van Utrecht van 27 Maart 1577 (A. V. Ypres, port. 7; z. d. bij Dodt, Archief, 213), waarin deze verslag doen van de hangende onderhandelingen met den Prins over de satisfactie en de meening van de Staten hierover vragen. 2) Naar aanleiding van een som gelds, die Billy aan Friesland schuldig is; verzoek aan de Staten, zooals ze reeds aan den Raad van State hebben gedaan, om een van de drie gedeputeerden te authoriseeren, om van Billy authentieke copie zijner rekening op te vragen, ten einde deze voor onpartijdige commissarissen te doen afsluiten (B. A. Friesland). Naar aanleiding van deze zaak diende Billy een request om brieven van sauvegarde in, waarop de Staten 8 April het advies van den Baad van State vroegen en 9 April, gehoord dit advies, besloten: Billy zich te houden aan pacificatie en eeuwig edict; rekening te regelen bij procuratie (B. i. d. en Actes, n°. 536; R. A., Aanw. 1826, n°. 18, fol. 342). 16 April stemden de Staten er toe, dat Billy zou terugkeeren „en la maison du Roy" te Mechelen of in dat te Nostre Dame de Hault „soubz bonne garde a ses despens"; niemand toegang tot hem dan die hij noodig heeft en die gecommitteerd worden voor het hooren der rekening; na afloop hiervan hij weg te gaan uit het land (R. i. d.). 29 Mei op request van Billy: zich aan de vorige ordonnantie te houden (R. i. d.). 3) Een remonstrantie hiertoe van einde Maart in A. G., Aud. 658, fol 115; de Stoten motiveeren hunne voordracht hiermede, dat Aerschot 25 Maart verklaard heeft Bossu gescliikt te oordeelen. 4) R. A. Friesland. Gewesten en steden 1577. 550 d'gedeputeerde des voirsz. landts duer ons hebben aen mp heeren gepresenteert zekere requeste, alwaer noch niet op geappointeert en is in faveur van mynen heere, den bannerheere van Ville, aldaer in den landen nu residerende, ende dat sy beducht snn, dat nyt alsulke subite ende onversienlyke veranderinge wel enige grote inconvenient mochte rysen, gemerckt d'voirsz. heere van Ville duer zyne grote wijsheyt, diligentie, verstande ende goede conversatie die harten der ingesetenen gans tot hem heeft getrocken als d'gheue, die noch lijff, arbeyt ofte goet heeft gespaert, omme d'landen voirsz. uyte Hispanische tyrannie ende servituyt te ontlasten, d'welke voirgementioneerde duechelyke actiën by den ondersaten des landts voorsz. so bald niet vergeten sullen zijn, bidden ende versoecken, om reden boven verhaelt, dat mynen heeren gelieve d'handt daeraen te holden, dat d'voirsz. eyntlycke collatie des gouvernements voirsz. worde zolange gesurceert, ter tijt d'supplianten sullen hnere meesters daervan geadverteert hebben, om, huer andtwoert daerop gesien zijnde, voorts daernaer daerop gedisponeert te worden naer behoeren, opdatter gheen nieue troublen oft seditiën in denselven landen en rysen. D'welck doende, etc. 1). 668. R. 10 april p. p. — Sur la requeste des députéz de Frise: les S™. accordent aux supplians 1'acte d'acceptation de 1'Union saus préjudice de leurs droictz et privileges, requirans néantmoings bien affectueusemente que les Estatz de Frize veullent contribuer selon la pacificatión, faicte a Gand, et 1'accord de don Jehan. Dergelijke brieven aan Ville te schrijven als aan Hierges *) betreffende de soldaten (R. 18 April). 669. R. 21 april. — Que les Estatz Généraulx demanderont préalablement résolution de messieurs du Conseil d'Estat touchant lafaict de la ville d'Utrecht, 8'elle debvra obtenir satisfaction de monsr. le Prince d'Orainge ou non, avant de résouldre sur l'advis de mons7. docteur Léonin; que néantmoings lesdicts S™. du Conseil d'Estat seront requis donner commission pour faire casser les gens de guerre audict Utrecht par compaignies et aultrement, comme les Estatz d'Utrecht trouveront convenir ou auront le moyen, moyennant qu'ilz ne viennent en Brabant; et que a ceste fin sont commis monsr. de Champaignie et le pensionaire de Bruges, Ymant, pour faire ladicte requisition 8). Denzelfden dag op een reqnest van lnchy: deze den Staten aangenaam als gouverneur van Kamerijk 4) (R. i, d.). 1) Was geteekend: „Marten van den Nitzen, Schelto van Tiaerda, Ff. Tetmans". 2) Hiervóór, p. 25*. Een bode, Hana Ruyts, kreeg 10 p. art. voor het brengen van een brief aan Ville (R. 18 April p. p.) — De brief van 18 April: A. G., Aud. 658, fol. 120. 3) Dit besluit werd waarschijnlijk genomen naar aanleiding van een brief van de Staten van Utrecht aan de Staten-Generaal van 14 April (A.G., Aud., Carton 191, n». 48), waarin opnieuw op definitieve verklaring betreffende de Utrechtsche Zaken aangedrongen werd; een hoofd, zeggen de Staten, is hier dringend noodig. — De acte van het besluit: R. A. Utrecht: Staten-archief, afschriften van bij de Staten-Generaal ingekomen stukken. Er blijkt nog uit, dat het besluit werd genomen, gehoord het rapport van Leoninus over de onderhandelingen met Oranje, Holland en Zeeland (hiervóór, p. 165). 4) De baron de Licques, de vroegere gouverneur, was gevangen genomen, maar 12 Febr. 1577 in vrüheid gesteld (Corresp. de Philippe II, V, 792). — Over hem: 11 Febr. een request van de Licques (om invrijheidsstelling van hem en zgn zoon: A. G., Aud. 658, fol. 93) aan den 551 Gewesten en steden 1577. 23 April werd een brief van den Prins van Oranje gelezen, dd. 19 April '), over de zaak van Utrecht (R. i. d. p. p.). 670. R. 25 apbil. — Sur la requeste des bourgeois et habitans d'Anvers, ayans paty le sacq, y advenu le 1111° de Novembre dernier et après, demandans que les Estatz leur veullent faire avoir copie autenticque de la remonstrance, exhibée au Conseil d'Estat par aulcuns marchantz Espaignolz et aultres estrangiers, pour obtenir apostillé que le placcat du XVIII6 de Décembre dernier n'auroit contre eulx lieu, est dict que sur le nom des Estatz sera exhibé copie autenticque des remonstrance et signature cy mentionéz, pour etc. 671. R. 27 apbil. — Les S™. ont sur la remonstrance de ceulx d'Anvers et Estatz de Brabant *), exhibé doiz hier, résolu que de la part des Estatz Généraulx sera recom mandé ladicte requeste a messieurs du Conseil d'Estat, affin que leurs S*188. veullent pourveoir que, entre aultres, le chasteau d'Anvers soit desmantelé du costé de la ville ou tellement pourveu que la traficque y puisse demourer et que les marchantz n'y abandonnent icelle ville et facent aultre empore hors les Pays Bas; a quoy sont commis ceulx de Brabant, le S*. Westeren de la part de Geldres, le Sr. Meskercke de la part de Flandres, le conseiller d'Arras pour Arthois, mons1. le Lovegny pour Haynault, le pensionaire de Valenchienes pour Valenchienes, le conseillier de Lille ou Douay, le docteur Silly pour Namur, les pensionaires de Tournay et Tournesiz, le pensionaire d'Utrecht et le Sr. Jarta de Frise. 672. R. 28 apbil. — Monsr. le Baron d'Aulbiny s'est plainct de ce que ceulx du Conseil d'Estat 1'ont démis du gouvernement d'Arras et donné au S1. de Capres, requirant que, pour ce qu'il est directement contre la Pacificatión et Union, que les Estatz emprendent 1'affaire a leur cause; sur quoy a esté dict qu'il aura a exhiber sa plainte par escript, munie des enseignementz telz dont ilz (Lil) se vouldroit ayder, et que messieurs les prélat de Marolles, Comte de Lalaing, le Sr. de Champaigne et de Zwevegem se trouveront auprès de messeigneurs du Conseil d'Estat, pour entendre la cause que leur a esmeu d'ainsy avoir constitué *). 673. R. 29 apbil. — Le S*. Meskercke, ayant porté la parolle vers messeigneurs du Conseil d'Estat avecq les aultres députéz des Estatz Généraulx pour 1'affaire de ceulx de la ville d'Anvers, a déclairé avoir dict que luy et aultres députéz estoient par les Estatz Généraulx envoyéz, pour recommander bien singulièrement a mesdicts S™. du Conseil d'Estat la requeste desdicts d'Anvers pour conservation des privilèges, promis par Son Altèze au traictié, dernièrement faict avecq lesdicts Estatz,. et comme concernant 1'affaire non seullement ladicte ville et pays de Brabant, mais généralement tous les Pays Bas. Raad van State verwezen (R. i. d.); 22 Maart op request van hem verklaren de Staten da vrijheid van beweging van hem en zijn zoon niet te willen belemmeren (R. i. d.). — Zie nog R. 30, 22 April. 1) „A Utrecht", zegt het register, wat een vergissing moet wezen. 2) Zie de requèsten over de ontmanteling van het kasteel van Antwerpen aan de Staten van Brabant bij De Jonge, II, 498 vlg. — Nog andere requèsten van Antwerpen (waarvan de inhoud niet blijkt) worden 28 Maart en 11,12 Juni vermeld: de beide eerste werden gerenyoyeerd resp. aan den Raad van State en aan de gedeputeerden van de Staten van Brabant (R. i. d.). 3) Het besluit werd 29 April herhaald (R. i. d.). Gewesten en steden 1577. 552 674. B. 12 jüni p. p. — Sur la requéste des Estatz de Lille, Douay et Orchies1) est dict, veu l'advis des commis a la Chamhre des Aydes, seavoir qne les supplians pourront examiner sur le faict de la police, comme ilz trouveront convenir et selon qu'ilz sont accoustuméz en leur quartier, sans qu'ilz se doibvent mesier du quartier d'aultruy. 675. R. 13 juni. — Mess™, les borgmaistre de Lovain, Sr. de Bruys, le conseiller de Lille et le pensionaire d'Utrecht sont commis pour requérir ceulx du Conseil d'Estat d'avancer la détermination de 1'affaire de la ville d'Utrecht. Sur la requeste du pays d'Ommelandes et la remonstrance de bouche, par le commis faicte, a esté dict que les S™. de Berchem et Helvort, le pensionaire de Lovain, le Sr. Meskercke et conseiller Coulonel, ou ceulx quy sont d'entre eulx a Bruxelles, communicqueront ceste affaire avec messeigneurs du Conseil d'Estat pour examiner la remonstrance et déduction que ledict commis, docteur Jerosme Verrutius, en pourra faire. 14 Juni werd besloten aan de Staten van Friesland te schrijven, om onmiddellijk eenige gecommitteerden met de noodige stukken te zenden om de rekening van Billy te hooren. Deze te verblijven te Hault met een bewaking van 10 a 15 personen, zooals de baljuw van Hault noodig acht. Op „1'aultre requeste" *): de Staten zullen voldoen aan hnn vrijgeleide. Na den middag: in den brief voor de Staten van Friesland in plaats van het woord: „belasten", te stellen: „versoecken voor zoevele als 't henluyden aengaet"; en „au surplus envoyé en ladicte forme". Don Jan schriftelijk te verzoeken Friesland en anderen, wien het aangaat, te schrijven om gecommitteerden voor Billy's rekening te zenden ") (R. i. d. en p. p.). 15 Juni: te schrijven aan Utrecht, om in handen „des couronelz et capitaines" te leveren , de gevangenen, waarvan Bossu's brief spreekt (R. i. d.). 21 Juni besloten de Staten don Jan te schrijven, dat de Staten hun besluit ten opzichte van Billy, om deze te Hault en niet te Mechelen onder te brengen, niet veranderd hadden „pour aulcune diffidence de la persone de Son Altèze", maar om het wantrouwen, dat het volk zou kunnen opvatten „ponr la Court et la suyte de la Court" «) (E. 1. d. p. p.). 30 Juni besloten de Staten zich met die van Valenciennes te vereenigen betreffende de handhaving hunner privilegiën, bepaaldelijk dat van de hernieuwing der wet«) (R. i. d.). 8 Juli werd besloten door de gedeputeerden, die naar Mechelen gezonden werden «), aan don Jan „1'affaire et requeste" van de Staten van Friesland7) te doen aanbevelen^ 1) Hetzelfde request, dat 8 Juni naar de Kamer van de Beden om advies verwezen werd? (R. i. d. p. p.). 2) Sc. van Billy; een eerste request wordt niet genoemd, maar betreft blijkbaar de afrekening. 3) Corresp. de Philippe II, V, 747. — 21 Juni schreven de Staten aan de stad Groningen, dat de termijn voor de afrekening met Billy, die te Mechelen op S*. Jan a. s. zou geschieden^ tot 15 Juli verlengd was (G. A. Groningen, reg. De Goude, fol. 52). 4) Actes, n°. 614; Corresp. de Philippe II, V, 754. 5) 30 Aug.: Praets gelast door den secretaris Pardo de privileges van Valenciennes aan Lalaing en den pensionaris der stad te leveren (R. i. d.). 6) Hiervóór, p. 267. 7) Dit request — van de gedeputeerden van Friesland — houdt in: het gewest heeft meermalen aan don Jan en Baad van State om herstel der privilegiën doen verzoeken, tot nu tevergeefs; de Staten worden verzocht het te bevorderen, dat op een bijgevoegd request (binkbaar aan don Jan; niet bewaard) een gunstige beschikking worde verkregen en evenzoo op een ander over een privilege, waarvan Friesland herstel begeert (A. G., Aud. 659, fol. 18; orig.). — 10 Aug. werd een request van Jan van Matenesse, „gentilhomme" van Rennenberg, medegedeeld aan de Kamer der Beden (R. i. d. p. p.). 553 Gewesten en steden 1577; „pour aultant que chose quelconque en leur endroit fust faict contre la Pacificatión" (R. i d. p. p.). 676. R. 26 joli. — Messieurs ont déclairé n'avoir ordonné qu'il ne fust permis ou loisible d'aulcuns d'entrer ou sortir la ville de Bruxelles sans consentement des Estatz Généraulx, ains ont dict, comme font encoires, que la garde des portes d'icelle ville se délaisse a la bonne discrétion du magistrat, auquel telle authorité appartient, requirans par ce et aultrement lesdicts Estatz Généraulx aux bourgeois et inhabitans dudict Bruxelles se régler et d'obéir en ce regard selon les ordonnances et commandementz dudiet magistrat, comme convient1). 6 Augustus werden Champagney, Meetkercke en de pensionaris van Den Bosch gecommitteerd, om te ontwerpen „ungne lettre anx villes avecq justification de nostre légittime deffence" (B. i. d.) *). 8 Augustus: besloten aan Mericourt te schrijven, dat de Staten, wetende, dat de overlevering van het gouvernement van Charlemont in handen van don Jan ten gunste van Hierges is geschied zonder slechte bedoeling, hem verzoeken in de vergadering der Staten te komen om hen met „conseil et advis" bij te staan. — De aanstelling van een gouverneur van Dendermonde, hetzij Byhove, aanbevolen door de vier leden van Vlaanderen, hetzij een ander, aanbevolen door Lalaing, werd overgelaten aan de vier leden (B. i. d. p. p.). 677. R. 11 augustus. — Sur ce que monsieur le Vicomte de Gand a proposé tant a 1'endroit de sa nécessaire retraicte vers son gouvernement, tant pour y mettre 1'ordre que convient que aussy pour la maladie de sa compaigne que au regard du saisissement des nobles et aultres quy ne se vouldroient conformer suyvant 1'Union, par eulx signée, ou quy ne vouldroient icelle signer, que aussy de la résolution, prinse le VIII0 de ce moys sur la généralité de la cavallerie 8) tant légière que des bendes d'ordonnance, que aussy quant au payement de sa compagnie couronelle, a faire pour deux moys, est arresté: Premièrement qu'on remercira grandement Sa S1**. du bon debvoir et affection, désia démonstré pour le Roy et pays, et de la requérir d'y continuer, comme l'on a en luy entière confidence, et qu'il veulle retourner le plustost qu'il soit possible. Secondement que généralement tous nobles et aultres notables quy, estans requis de signer 1'Union, en ee seront trouvéz deffaillantz, et ceulx quy auriont signé icelle, après semonce ne se vouldroient conformer suyvant icelle et se joindre a la bonne intention des Estatz Généraulx conforme a Ia Pacificatión, pourront estre saisiz en leurs personnes et aultrement, selon qu'il est contenu a l'escript, attaiché a la liache •). 1) Cf. hiervóór, p. 209. — Een Ned. tekst van dit besluit in vorm van acte in A. G., Aud. 255, fol. 34 (orig.). 2) 24 Aug. schreven de Staten aan den Raad van Vlaanderen, om dezen er van af te houden aan de subalterne steden en kasteleinijen van Vlaanderen „la telle quelle justification de Son Altèze" te zenden; de Raad moet wachten, tot hij beter van de ,juste cause" der Staten zat geïnformeerd wezen, wat in de Staten-vergadering van Vlaanderen op 28 Aug. (hiervoor, p. 497) zal geschieden (Actes, n». 744; A. E. Br uges, reg. 639, het stuk na n°. 64). 3) Cf. hiervóór, p. 369. 4) Waarschijnlijk is hier de acte van dit besluit bedoeld, die in substantie hetzelfde bevat als de resolutie (Actes, n». 718; A. G., Cart. 327», fol. 90). Gewesten en steden 1577. 554 Tiercement que ledict Vicomte sera général de toute la cavallerie tant des bendes d'ordonnance que légière suyvant la résolution du VIII6 de ce moys. Et quartement que sa compaignie couronelle se payera pour deulx moys par les Estats d'Arthoys, en rabattant les mille livres par les soldatz d'icelle, sur ce receulx 1). 18 Augustus werd besloten een brief van de gedeputeerden der Ommelanden, geteekend Petrus Cornelius, mede te deelen aan den Eaad van Oorlog (R. i. d.). 678. R. 19 augustus. — Quant a la satisfaction que ceulx d'Utrecht doibvent recepvoir du Prinee d'Orainge, conclud qu'ilz la doibvent recepvoir suyvant les articles, par eulx exhibéz a messieurs du Conseil d'Estat et par eulx corrigéz et augmentéz, et dont copie a esté présenté par le Comte de Boussu ■). Ordonné sur la copie de l'escript de la satisfaction que le S1. Prince d'Orainge doibt donner a ceulx d'Utrecht, corrigé et augmenté comme dessus, que le greffier escripveroit, comme s'ensuyt: Articles, exhibéz par monsr. le Comte de Boussu, sur lesquelz ceux d'Utrecht pourront recepvoir satisfaction du Prince d'Orainge, ensuyvant l'advis de messieurs les nobles des Pays Bas et résolution de messieurs les Estatz Généraulx, sur ce prinse le XIX6 d'Aoust 1577. P. p. — Quant a la missive d'Ommelanders, prés de Groninghen, datée du X6 de ce moys, veu l'advis des nobles, est dict que messieurs les Estatz, ensuyvant l'advis de messeigneurs les nobles, que dessus, sont bien du mesme opinion que le Baron de Vile soit renvoyé en son gouvernement. 24 Augustus verleenden de Staten aan La Motte bjj provisie het gouverneurschap van kasteel en baljuwschap van Tournehem, waartoe de Raad van State vroeger geadviseerd had (R. tip. p.). 679. R. 30 augustus. — Que a la remonstrance des députéz de Flandres lettre sera escripte par les Estatz Généraulx a messieurs de Mocron et Oeecke3) pour procéder au renouvellement des loys de Bruges et Franc avecq messieurs de Rasseghem et Zwevegem en absence de Comtes de Reulx *) et Barlyamont, requirantz de vouloir prendre bons patriotes et les esleuz faire signer 1'Union, aussy vouloir avoir pour recommandé pour borgmaistre du Francq le 8*. de Courteville pour le bon office qu'il a jusques ores faiet a Sa Mtó. et patrie. P. p. — Sur la requeste du Comte de Reynenborch, baron de Vile 5), 1) 16 Aog. werd een request van den Vicomte van Gent vewezen naar den Raad van Oorlog om advies (R. i. d.). 2) Het besluit werd genomen naar aanleiding van het request der Staten van Utrecht, gedrukt bij Dodt, Archief, 207. 3) Mouscron en Corneille de Scheppere, heer van Eecke. 4) Dezelfden dag schreven de Staten aan de vier leden van Vlaanderen, dat zij het noodig achtten Vlaanderen van een gouverneur te voorzien in plaats van Roeulx,„tenant a présent partie contraire de ces pays pour Son Altèze"; zij vroegen den 4 leden advies, „mesmement sur le personnaige qu'il trouverez ad ce le plus ydoine a vostre contentement", ten einde spoedig orde op deze zaak te stellen (Actes, n°. 757; A. V. Gand, reg. V, fol. 635v°.). 5) Een request van hem werd 49 Aug. verwezen naar den Raad van Oorlog (R. i. d.). — Idem 30 Aug.; dien dag vereenigden de Staten zich met het advies der edelen op dit request (R. i. d. p. p.).— Het in den tekst bedoelde request: Actes, n°. 763; B. R. B., ms. 7199, fol. 313. 555 Gewesten en steden 1577. est dict que, suyvant l'advis du Conseil de Guerre, accordent d'estre escript lettre aux Estatz de Frize, Groeninghe et de la Drente qu'ilz veullent tenir pour leur gouverneur et capitaine par provision et tant que aultrement sera ordonné. Et quant a ceulx d'Overyssel et Lingen 1) est dict que l'on requerra d'iceulx leur advis et recommanderont néantmoings ledict ST. suppliant a iceulx d'Overysel et Lingen, et au regard de chasteau du Groonengen qu' icelluy, estant imparfaict quy ne serviroit de riens, sera abhattu; résolu de donner lettres et acte par provision comme a eu le Sr. de Bihoven *). 6 September: op bet request van Philips Grondet, Peeter Casteleyn, Michiel Boldwijn, Mare Petit „ende andere hure medegesellen", ingezetenen van Brussel, gepresenteerd aan de commissarissen, door de stad en negen natiën gedeputeerd, onderteekend Goeswijn en gezonden aan de Staten *). 680. R. 10 september. — Résolu par pluralité des voix sur la requeste du Sr. d'Oingnies, Sr. de Welerval, que pour son fidel service messieurs luy accordent l'estat de commissaire de Flandres, par luy requis, et que néantmoings ceulx de Flandres seront requis de trouver honne ladicte promotion; mais les députéz de Flandres ont protesté de point vouloir en eest affaire estre compris par la pluralité, ains qne premièrement et avant tout l'on doibt avoir advis des quatre membres de Flandres. Au contraire ont protesté lesdicts Estatz Généraulx et déclairé que tel acte doibt estre widé par la Généralité, selon que en semblable cas on est accoustumé de faire 4). 681. R. 12 september. — Résolu que la ville de Valenchiennes sera suyvant la-Pacificatión remise et réintégrée en tous et quelconques ses privileges, anciens usaiges et coustumes dont icelle a esté en possession a la venue du Duc d'Alve pardecha, et donnant icelle spécificquement a eognoistre les droitz, privileges, anciens usaiges et coustumes lesquelles elle prétend estre enfraiuctes, et en faisant de ee apparoir, messieurs les Estatz en ordonneront comme ilz trouvefont convenir par raison. 682. R. 16 september p. p. s) — Sur la requeste des Estatz d'0 mm elan des lez Groeninghen est dict que les Estatz sont d'advis que le placcat et ordonnance, cy mentionnéz, seront mis en surcéance, tant que aultrement en sera ordonné '). 1) Rennenberg vroeg vereeniging hiervan met Friesland volgens de oude gewoonte. 2) De commissie van Rennenberg van 31 Aug.: Charterboek, III, 1150; G. A. Groningen, reg. Feith 1577, n°. 5 (orig.); R. A. Friesland (orig.). — Brief van de Staten aan Friesland over de aanstelling, ook van 31 Aug.: ibid., 1151; R. A. Friesland (orig); zelfde brief aan Groningen: G. A. Groningen, reg. De Goude, fol. 59v°. 3) Het besluit loopt niet af. — Misschien is hier bedoeld het request, dat volgens het opschrift 4 Sept. door de burgers en notabelen van Brussel aan de Staten werd gepresenteerd en waarin verzocht werd met geweld tegen don Jan op te treden (B. R. B., ms. 13600—6, fol. 12). 4) In A. V. Ypres, port 23B, dit besluit in vorm van extract, get. Weellemans. 5) Het besluit komt in ongeveer dezelfde bewoordingen nogmaals in de resolutiën op dezen dag na den middag voor. 6) De Staten schreven hierover ook zelf aan de Ommelanden: Rengers ten Post, Werken (uitg. H. O. Feith), II, 55. Gewesten en steden 1577. 556 Het request der Ommelanden1), bovengenoemd, luidt als volgt: 682a. (sbptbmbee). — Remonstrant en toute révérence les Estatz des Ommelandes lez Groeninghen, comme depuis naguères les hoefftmans de Groeninghe, estans les juges du Roy audict pays, par leurs mauvaises et faulses remonstrances, faictes a Son Altèze en la ville de Namur, ont subrepticement, et sans que les supplians ayent esté advertiz ny ouyz, impétré de Sadicte Alteze certaine ordonnance en forme de placcart en date du Xme d'Aoust 2), répugnante directement aux bons droictz, privilèges et franchises dudict pays des Ommelandes, et combien que les supplians ne doubtent pas que Son Altèze, estant informée et advertie de leur droitz et privilèges, ne feroit difficulté de casser et révocquer sadicte ordonnance, comme subrepticement obtenue, toutesfois, veu et considéré l'estat et lieu, oü Son Altèze s'est mis pour le présent, et ne saichans, s'il est permis d'aller vers Son Altéze pour faire les remonstrances, devant que les différents entre les Estatz Généraulx et Son Altèze soyent coinposées, a ceste cause ont les suppliants voulu prendre en premier lieu leur recours a Voz Sries. pour entendre premièrement 1'adviz de Vos Sries., avant que de procéder en cecy ultérieurement, a seavoir si les ordonnances et placcars de Son Altèze, depuis qu'il s'est mis dedans le ehasteau de Namur et principallement du Xme d'Aougst et depuis émanées, doibvent estre observées sans aulcun respect et considération des altérations et différents, entre Son Altèze et les Estatz survenues, suppliants humblement qu'il plaise a Voz S*1™. de déclarer en cecy ouvertement vostre advis, affin que les suppliants saichent, comment en cecy ilz se debvront reigler. Quoy faisant etc. 683. R. 18 september p. p. — Sur la lettre de monsr. de Froimont du XVIme du présent est advisé de respondre qu'il doibt prendre la possession des ville et ehasteau de Namur incontinent a la sortie de Son Altèze pour se continuer en son gouvernement. 684. R. 19 september. — Sur la requeste, verbalement proposée de la part du Sr. de Froymont pour avoir esclarsissement de 1'intention des Estatz Généraulx touchant le gouvernement de Namur, a luy aultresfoys conféré a la requisition desdicts Estatz, iceulx déclairant que leur intention a tousiours esté que ledict Sr. de Froymont seroit pourveu dudict gouvernement de Namur, ensemble de l'estat de grand veneur du bailliage et de tous aultres offices et émolumens que ledict Sr. de Barlyamont avoit audict pays de Namur, et lesquelz luy sont conforméz et, en tant que besoing est, de nouveau accordéz et conféréz par lesdicts Estatz. 685. R. 20 septembeb» — Sur la requeste de monsr. le Duc D'Arschot est dict que messieurs luy accordent l'estat du gouvernement de Flandres, en tant que en eux est, requirans les quatre membres de Flandres avoir et tenir sa persone pour agréable audict estat et trouver bonne ladicte promotion; a laquelle fin sera escript lettre ausdicts IIII membres, nonobstant que les députéz desdicts IIII membres ont déclairé n'estre ad ce authorisés en conformité du protest, hier insinué 8). 1) R. A. Groningen, reg. Feith 1577, n». 55. 2) Zie Rengers ten Post, t. a. p., 54. 3) 19 Sept. werd den sénéchal van Henegouwen op zijn verzoek om „l'estat de commission" (1. commissaire) van Vlaanderen geantwoord, dat men eerst advies van Vlaanderen moest 557 Gewesten en steden 1577. De brief aan de vier leden van Vlaanderen '), bovengenoemd, luidt als volgt: 685a. 20 september. — Messieurs. Comme a cause de la révolte de pluisieurs contre lenr serment et signature de 1'Union, par eulx solempnellement faicte, les gouvernemens et offices d'iceulx doibvent méritoirement estre suspenduz en leur regard jusques 1'assamblée des Estatz Généraulx des Pays Bas ou que, continuans en leurs mauvais offices et bostilitéz contre leur patrie, ilz en soient du tout privéz et que mesmes, pour prévenir aux prétextes d'iceulx et de Son Altèze en cas d'accord avec icelle, pour ne retomber es précédens ou péieurs inconvéniens, semble trés expédient et nécessaire de promptement pourveoir ausdictz estatz de personnaiges, bons patriots et agréables aux Estatz, avons avec meure délibération trouvé bon de cboisir, commettre et vous présenter monseigneur le Duc d'Arschot etc. pour vostre gouverneur, luy accordant ledict gouvernement pour aultant qu'en nous est, lequel comme personnaige principal oultre toutes ses qualitéz, a chascun trés notoires, et auquel justement tout le Pays Bas est trés obligé pour ses mérites vers icelluy, joinct qu'il est prince, n'ayant présentement aultre charge et dont spécialement la provinee de Flandres pourra recepvoir trés grand support et contentement, vous recommandons et prions trés instamment voloir recepvoir, honnorer, respecter et traicter comme vostre gouverneur par provision, tant que par ladicte assemblée' généralle des Estatz aultrement soit ordonné. 686. B. 22 september. — Messieurs ont unanimement aecordé a monsieur le Comte de Boussu le gouvernement de la duché de Geldre et comté de Zutphem par provision et pour autant que en eulx est, soubz le bon plaisir des Estatz dudict Geldre et Zutphem, ausquelz on escripvera lettres favorables de vouloir ledict Sr. Comte recepvoir pour leur gouverneur par provision et avoir sa persone pour agréable *), le tout en conformité de 1'acte donné et lettres des Estatz, envoyées aux membres de Flandres pour monsieur le Duc D'Arschot pour le gouvernement de Flandres. 687. R. 23 september. — Sur la requeste, présentée par mre. Guillaume van de Cameren, est dict que, d'aultant que l'on entend y avoir procés pendant au Conseil en Flandres touchant de déporter Octavien de Clercq, bailly et capitaine de la ville et chasteau de Nyeupoirte, sur requeste, présentée par ceulx dudict Nyeupoirte contre ledict bailly, pour avoir faict maulvaises offices au préjudice de ladicte ville et la patrie, a esté advisé de surceoir a appoincter sur ceste requeste jusques a la fin dudict procés ou que par ceulx dudict Conseil sera faicte rescription endroict le prétendu maulvais office, pour lors estre faict, comme en raison sera trouvé convenir, et' prendre regard favorable pour le service du pays dudiet suppliant. 25 September werd besloten het request van Eustache de Croy, heer van Rumen- wachtcn, „sans préjudice du droict et prétension du S*. de Willerval" (R. i. d.). — Uit de acte van benoeming, zooals Gachard deze in regest bracht (Actes, n°. 807), blijkt, dat deze werd voorgesteld als te geschieden op voordracht van Vlaanderen. — Een acte van het besluit in onzen tekst in A. V. Ypres, port. 23B. 1) A. V. Ypres, port. 23». 2) Deze brief: Yan Hasselt, III, 194. — De Staten meldden hun besluit ook aan Rossu: Actes, n°. 813; Codex II, IV1, 50. Gewesten en steden 1577. 558 ghien *), groot-baljuw en gouverneur van S*. Omer, mede te deelen aan den Vicomte van Gent, om den requestrant en La Motte op te roepen en hen zoo mogelijk tot overeenstemming te brengen in dat, waarover de requestrant zich beklaagde (B. i. d.). 26 September werd op het request van „mons'. de Wulleppe *)" besloten, dat deze krachtens de Pacificatie „doibt entrer et jouir de sa maison"; hiertoe te schrijven aan de Staten en het Hof van Utrecht s) (R. i. d.). 688. R. 1 octobee. — Ayans oy messieurs la lecture de la lettre de IIII membres de Flandres du XXVIII* de Septembre dernier, soubsignées Groote, est résolu de dépescher la commission du gouvernement de Flandres sur monsieur le Duc d'Arschot selon et en la forme, contenue en ladicte lettre. Quant a la lettre des IIII membres de Flandres pour les estatz de commissaire au proffict du S*. de Goingnies (1. Oingnies) et de la venerie au proffict du S". de Crecq est résolu d'ordonner jusques a la résolution de Son Altèze, seavoir sy aurions guerre ou la paix. In hun laatstgenoemden brief, die 29 September gedateerd is 4), recommandeerden de vier leden Ongnies s) (dus niet: Goignies) tot „commissaire au renouvellement des loix" in Vlaanderen in plaats van Berlaimont, en Crecques tot „l'estat de la venerie" van Vlaanderen in plaats van denzelfden — beide bfl provisie, de laatste bepaaldelijk tot belooning zijner diensten als kastelein op het kasteel van Gent. 689. R. 4 october. — Sur la requeste de messire Eustache de Croy, Sr. de Crecques, pour l'estat et office de venerie de Flandres a esté appoincté que messieurs les Estatz luy accordent ledict estat provisionèlement par advis de IIII membres de Flandres, pourveu que monsieur le Duc d'Arschot comme gouverneur dudict Flandres pourra chasser audict Flandres, quant bon luy semblera, et que cela sera inséré en la commission dudict gouvernement et dudict Sr. de Crecques '). Le Sr. de Willerval s'est présenté en ceste assembleé, déclarant que aultresfoys estre choisy par les Estatz Généraulx pour la commissarie de Flandres, priant de ne vouloir changer des résolutious. Est conclud pour (le) Sr. d'Oingnies, par les Estatz et les IIII membres de Flandres dénommé, et que le premier estat sera pour lediet Sr. de Welerval 7). Le gouverneur de la ville de Boisleduc 8) s'est trouvé en 1'assemblée des Estatz, déclairant que, désirants les privilèges dn pays estre gardéz et entre aultres quy ny peult avoir gouvernement en Boisleduc, il avoit remis les clieffz es mains du magistrat. Et sy avant que messieurs désirent son service, il estoit prest pour le démonstrer. 1) Nog een request van hem wordt vermeld R. 3 Sept. 3) Jan van der Wulp, heer van Renesse. — Een request van hem komt 1 Juli voor, waarop beschikt: „se pourvoye par justice, si bon luy semble" (R. i. d.). 3) De brief aan de Staten: Actes, n°. 825: Bondam, III, 288. Die aan het Hof: R. A. Utrecht: Staten-archief, copieën van bij de Staten ingekomen stukken. Ald. bij de van de Staten-Generaal ontvangen brieven het orig. van dien aan de Staten. 4) A. G., Aud. 566, fol. 136. — Ook deze is geteekend F. de Groote.. 5) Een request van hem wordt vermeld R. 5 Oct. Misschien Frangois d'Ongnies? 6) 7 Oct.: op het request van Crecques beschikt hem conform het advies van de Kamer der Beden te betalen „sur le pied des gouverneurs précédens par les recepveurs, ayans payé du passé" (R. i. d. p. p.). 7) Hier sijn Ongnies en Willerval klaarblijkelijk niet dezelfden (cf. hiervóór, p. 526, noot 4). 8) In margine van dit besluit wordt hij „S1. de Sanselle" (cf. hiervóór, p. 263) genoemd. 559 Gewesten en steden 1577. 690. R. 7 octobee. — Sur la requeste des eschevins de Boisleduc a esté advisé d'escripre lettres au magistrat de ladicte ville et aussy a 1'eseoutète que 1'intention des Estatz n'a jamais esté de déroguer a 1'authorité du magistrat ou privilèges de la ville et qu'ilz ayent a tenir bonne correspondance 1'ung avecq 1'aultre pour la garde de la ville et que, endroit le renouvellement de la loy, ilz usent de leur privilèges et anchienues coustumes lesquelz les Estatz entenden t debvoir estre entretenuz. 691. R. 8 october. — Les députéz de troys membres de Bruxelles ont exbibé certaing escript 1). Les lettres des députéz des Ommelanders de Grueninghe ') ont esté lentes, par lesquelles ilz prient de ne riens voloir ordonner sur les requestes de ceulx de la ville de Grueninghen, sans les oyr préalablement, avecq ung acte, faisant mention de quelque différent que ont et lesdicts de Grueninghen. 692. B. 16 octobee. — Quant a la différence qu'est entre ceulx de Grunigen et le plat pays pardela touchant le démolissement de deux fortz est résolu que ceulx d'Overyssel et ceulx de Hollande et de Gueldre respectivement commecteront chacun deux personnaiges par advis de leur gouverneurs pour entendre leur différent et accorder les parties, tant que faire se pourra, et de leur besoingnée advertir les Estatz. 693. R. 18 octobee. — Sur la requeste de losse van Claren, commis de la ville de Groeninghen: soient lettres escriptes a la ville de Groeningen et Ommelanders, affin qu'ilz se riglent en conformité de leurs eontractz et privilèges et mesme la Pacificatión alendroict la démolition de ces fortz, et en cas de refuz envoyeront lesdicts Ommelandes icy vers lesdicts Estatz pour en prendre regard a la raison, et ensamble seront escriptes lettres au Conté de Renenborch, gouverneur, affin qu'il face tous les offices pour appoincter (!) les parties. De brief, dien de Staten 19 October aan de gedeputeerden van de Ommelanden 8) schreven, later wij ter nadere toelichting ten deele volgen: 693a. 19 octobee. — Eerwaerdige, edele, erentfeste, gunstige, lieve, besundere. Den eerbaren rade der stede Groeninghen hebben aen ons, so schriftelij ck als mondelinck, versocht de demolitie van de twee schantzen, leggende te Delffzijl ende opten Opslach, deur reden, onder andere in zeker tractaet, by wylen Carolus V, hoechlofflycker memorie ende de steden ende Ommelanden van Groeninghen opgericht, verhaelt, inhoudende, dat men in de Ommelanden van Groeningen geen sterckten en soude moegen maecken sonder consent van den voirsz. stede ende landen ende, indien eenige deur noodt gemaect waeren, dat men die wederomme soude affbreecken, wanneer die zeker nyet langer van nooden souden zn'n; dat alsnu de voorsz. twee schantzen meer nyet van nooden zijn, zoe te water geen meer oirloge en is. [Verder dat de Pacificatie afbreking van sterkten, in den tijd der troebelen gemaakt, bepaalt. Hierom besloten de Staten, gehoord het 1) Ook hier kan het Rubriek V op 6 Oct. genoemde request bedoeld wezen. 2) De brief is van 25 Sept. (orig. of minuut): R. A. Groningen, archief der Ommelanden. Uit Winsum, get. H. Verrutius. — Met de requèsten zijn bedoeld: eventueel door de stad in te dienen requèsten, zooals ze bij Rennenberg gedaan heeft; met de acte: die van 10 Aug. (hiervóór, p. 556). 3) G. A. Groningen, reg. De Goude, fol. 62. — Tegelijkertijd schreven de Staten over dezelfde zaak aan Rennenberg en aan stad Groningen (ibid., fol. 01 v°.). — Zie ook Rubriek V op 8 Oct. Gewesten en steden 1577. 560 advies Tan Rennenberg:] dat gy dezelve forteressen doet affbreken, ten waere dat gy eenige warachtige ende geuoechsaeme reden haddet ter contrarie, die u ordonnieren, indien gy midderler tyde metten eerbaren raede voer den voersz. gouverneur nyet en accordeert, die wy daertoe gecommitteert hebben, denselven gouverneur binnen twintich dagen nae de insinuatie van desen over te geven, omme ons overgesonden ende daerinne gedisponeert te wordden, beyde partyen reden gehoirt, als wy bevinden zullen te behoiren, u daer beneffens belastende middeler tyde te suspenderen van alle attentaten van oirloge ende die van Groningen met hun goede vry ende onverhindert voor byde voorsz. schantzen passieren te laten. 19 October: „la lettre de commission pour mons'. le Duc d'Arschot, gouverneur de Flandres" (werd vastgesteld?); tractement als Roeulx heeft gehad (R. i. d.). — 21 October: naar aanleiding van een remonstrantie van Aerschot besloten zijne commissie te redresseeren (R. i. d.). 694. R. 22 octobee. — Sur la IIIe requeste de ceulx de Gand a esté dict et appoincté que messieurs les Estatz consentent, pour aultant que en eulx est, que les suppliants soient restabliz en leur privilèges et aulcuns droictz qu'ilz ont eu et dont ilz joyssoient en 1'an XV0 XXXIX, moyennant qu'ilz ne soient préjudiciables aux villes, chastellenies et provinces voisines 1). Denzelfden dag werd het request van „ceulx de Mons2)" in Henegouwen gesteld in handen van de pensionarissen van Den Bosch en Gent, Henegouwen, Valenciennes en Holland ter fine van rapport. — Dat van den „souverain de Flandres" 8) om herstel zijner macht werd aan de vier leden van Vlaanderen om advies gezonden (B. i. d.). Nog erkenden de Staten op dezen dag, op het request van^de drie leden van Brussel en van de dekens en gilden en andere voorname burgers van Antwerpen, Oranje als gouverneur van Brabant 4). 26 October werd de instructie „du lieutenant de Limborch" medegedeeld aan den Baad van Oorlog (B. i. d.). 26 October werd de brief van de Staten van Overijsel=) medegedeeld aan „messrs., commis pour le Conseil des Estatz". — Na den middag werd het request van Béthune") 1) Acte van dit besluit: Actes, n°. 856; Diericx, Mémoires sur les loix des Gantois, 1,367; cf. Gachard, Notice, 15—16. 2) Nl. van eenige burgers van dese stad, die na de gebeurtenissen van 1572 van hunne goederen beroofd waren en om teruggave hiervan vroegen (A. E. Mons: Hainaut, 585). 3) Nl. Jean de Lichtervelde, ridder, heer van Beverwaert, „souverain bailly de Flandres", om herstel van de oude rechten van het baljuwschap, in 1570 door Alva er aan ontnomen en bestaande in de macht tot het verleenen van „graces, remissions et pardons de larcins et homicides, rappeaulx de ban, seuretéz, saulveconduictz et aultres choses, contenues en leurs instructions". Dit volgens het request zelf, gevoegd bij den brief der Staten aan de vier leden om advies van 22 Oct. (A. V. Ypres, port. 23»). 4) Actes, n». 857; Corresp. Guill. le Tac, IV, p. LXVII en CLIII (re»p. acte der Staten en request). 5) Zeker wel die van 17 Oct. (G. A. Deventer: brieven van Van Winssem 1577—1578), waarin verzocht werd Rennenberg ook tot stadhouder van dit gewest te benoemen. 6) Betreffende de samensteUing van de wet der stad: Actes, n». 833; A. G., Cart. 327», fol. 165. — Waarschijnlijk heeft ook het request van „bourgeois, cheffz des confréries sermentéz, capitaines et doyens de mestiers" van Béthune, dat 10 Dec. ook aan den Vicomte gezonden werd (R. i. d.), hierop betrekking. 561 Gewesten en steden 157?. medegedeeld aan den Vicomte van Gent als gouverneur van Artois. —Naar aanleiding van een brief van de Staten van Artois van 24 October, geteekend Marchant, werd besloten, dat de vier leden van Vlaanderen Grevelingen zouden gelasten zich te regelen naar den eisch van Artois, „nisi causam", welke den Staten binnen 14 dagen na de insinuatie zon moeten worden bericht (R. i. d. en p. p.). 27 October werd op het request van Rijsel beschikt, dat de Staten er in toestemden aan de supplianten te schrijven er zich mede tevreden te stellen, dat de wet tot 1 Januari a.s. gecontinueerd zou worden, zonder prejuditie hunner privileges— Het request van Antoine van Male en Bernard de Cuelier uit Antwerpen om het ambt van lange roede in die stad werd medegedeeld aan de Staten van Brabant om adviess) (E. i. d.). 695. R. 28 octobee. — Après plusieurs propos, tenuz par monsr. de Willerval, de ce que les Estatz n'avoient respecté ses services, en ayant donné l'estat de commissaire dé Flandres a aultre, nonobstant la pluralité de voix, sur luy tombée, et qu'il n'estoit dressé de ses vacations de sa responsion, faicte pour la compaignie de son filz, le Sr. de Philomez, et qu'il rendoit ladicte compaignie es mains de monsr. le général, monsr. le Comte de Lalaing, s'excnsant de ne povoir accepter la charge d'estre conseillier du Conseil des Estatz Généraulx, a laquelle fin il estoit mandé, et que messieurs les Estatz 1'avoient déclaré qu'il leur desplaisoit qu'il ne 1'avoient peu seconder a son intention dudict office de commissaire pour la charge aultre qu'avoient les députéz des Flandres, mais que en aultre plus grand estat mesdicts S™. le récompenseroient ponr ses mérites trop que évidentz, ilz ont résolu d'escripre encoires lettres aux quatre membres pour redresscher ladicte affaire de commissaire, en cas que faire ce povoit. 696. R. 29 octobee. — Le sacq, oü qu'il y a plusieurs papiers concernans les affaires de Frize, a esté mis es mains du pensionaire de Middelboreh et du borgmaistre de Deventer pour le tout visiter, en faire raport et, le raport oy, en estre ordonné comme de raison. Et a esté le gentilhomme Henry d'Oyenbrugge pour ce envoyé par le gouverneur de Frize. Ont esté leutes les lettres de la part desdicts Estatz aux quatre membres de Flandres touchant de laisser aux Estatz Généraulx 1'authorité de conférer les offices a telz qu'ilz trouveront convenir, après avpir eu leurs advis, et de vouloir trouver bonne la résolution, par eulx prinse en faveur du Sr. de Willerval pour l'estat du commissaire de Flandres. - 697. R. 30 october. — Les Sra. du magistrat de Bruxelles avecq les XXVI, commis de par les troys membres de Bruxelles, se sont trouvéz a 1'assemblée de messieurs les Estatz Généraulx, déclarans qu'il leur desplaisoit bién amèrement ce qu'estoit hier advenu a Gand touchant 1'emprisonnement de monsieur le Duc d'Arschot, Sre. de Zwevegem, Basseghem, Mocron, son filz, et Chapelain s) et que le président du Conseil d'Arthoys se seroit saulvé en sa chemise; et pour ce (que) aulcuns seroient vraysetnblablement troubléz par ledict faict et auroient peultestre ungne impression ou peur que le semblable pourroit advenir en ceste 1) De acte van dit besluit ook in de resolutiën op dezen dag. 2) 30 Oct werd een brief van Antwerpen over dit ambt ook in handen derzelfde Staten gesteld (R. i. d.). 3) Noch een zoon van Mouscron noch iemand met den naam Chapelain (of is misschien bedoeld, dat de zoon „chapelain" was?) komen in de opgave der gevangenen, zooals men die gewoonlijk vindt, voor; wel nog eenige anderen, die in onzen tekst ontbreken. 36 Gewesten en steden 1577. 562 ville ou aultres lieux, ilz déclairoient bien et a certes que mesdicts Sra. les Estatz n'auroient nulle craincte ou perplexité au regard de ceste ville, les asseurant et prométtant toute asseurance, voires mettoient pour lesdicts Estatz leurs corps et vies. Résolu d'envoyer le Sr. de La Hay, le Sr. de La Croys avecq le docteur Sille en toute diligence a Gand avecq lettre de crédence et instruction pour déclarer que les Estatz sont fort doléantz de ce qu'est advenu touchant 1'etnprisonnement des S™. a Gand, requirans seavoir les raisons, leur asseurant de faire tous debvoirs 'pour les donner tout contentement de leurs previlèges, et qu'ilz veullent incontinent remettre les S™. en leur libertéz, comme ilz doibvent estre francqs, puysqu'ilz s'estoient la trouvéz pour le bien et service des Estatz et de la patrie. Que le Sr. de Welerval sera envoyé a Liere vers monseigneur 1'Archiduc Mathia, luy déclarant ce que seroit entendu de d'altération de Gand. Que sera lettre escripte vers Son Exce., luy priant se vouloir tranporter a Bruxelles pour les affaires, advenues a Gand. P. p. — Bésolu de donner charge verbale aux commis, envoyéz a Gand, de requérir publication par le magistrat de Gand de promettre a ceulx quy revèleront le conseiller Hessels, certaine bonne somme et mettre paine a ceulx quy le recèleront. Adjousté a 1'instruction particulière de ceulx de Brabant, donnée au Sr. de Saventhem et secrétaire Asseliers vers le Prince d!Qrainge, ceques'ensuyt: requirant aussy a Son Exce. de la part des Estatz Généraulx qu'il veulle a ceulx de Gand par lettres ou aultrement, comme pour 1'importance de 1'affaire trouvera myeulx convenir, requérir qu'ilz veullent relaxer les S1*., illecq détenuz, affin qu'il ne vienne rumpre par cela 1'Union, suyve désordre entre noz gens de guerre au camp et aillieurs et que 1'ennemy par noz dissensions ne se fortifie davantaige. Nog op dezen zelfden dag werd de instructie voor de gedeputeerden naar Gent *) vastgesteld, die wij laten volgen: 697a. 30 october. — Premièrement s*addresseront a messieurs les eschevins de la kuere illecques ausquelz, aprèz présentation de touttes affectueuses recommandations de mesdictz seigneurs des Estatz, remonstreront que lesdictz seigneurs Estatz ont avecq trés grand desplaisir et doléance entendu que le XXVIIP de ce mois d'Octobre avoit eu en ladicte ville quelque malentendu entre ladicte commune, si avant que d'avoir mis les mains et saisy au corps monseigneur le Duc d'Arschot, naguerres a leur dénomination commis au gouvernement de Flandres et pour tel receu par lesdictz de Gand peu de jours auparavant 1'appréhension d'icelluy, et quelques aultres gentilzhommes dudict pays. Et comme lesdictz Estatz ont eu diverses advertences des causes que les avoient meu de ce faire, lesdictz Estatz auquelz en absence du gouverneur et lieutenant général de Sa Mté. le maintènement du bien, repos et tranquillité des pays de pardeca aprèz Sadicte Mtë. touche de plus prèz, et considérans que telle saisive, principalement de la personne dudict seigneur Duc, leur gou- 1) R. A. Friesland, Aanw. 1911 (Gabbema), G. 15. — Hunne credentie: Actes, n». 869; A. V. Gand, reg. documents sur la restitution des privilèges en 1577, n°. 26. 563 Gewesten en steden 1577. verneur, pourrat canser ung merveilleux défroy (1. desarroy?) et esmotion audict pays de Flandres et touttes aultres provinces, si estroictemént unies et confédérées pour le bien, salut et maintènement du repos, previlèges et liberté/. légittime desdictz pays. Désireulx pour 1'acquit de leurs devoirs non seullement maintenir le bien, jusques oires encommencé, mais aussy redresser tout malentendu, si avant que possible est, selon droict et toutte équité. Ont dépesché lesdictz seigneurs, leur députéz *), affin d'entendre bien particulièrement tout ce que cy est passé, signament les causes, ayans cansé ladicte saisive et aultres altérations ensuyvies. Et au cas qne lesdictz députéz entendent que ce seroit advenu pour le respect de quelques affaires particulières dudict Gand, si comme pour le restablissement de leurs privilèges, coustumes, droictz, franchises et prééminences anchiennes, les requéront bien instamment, puisque les Estatz Généraulx ont ja faict, aultant qu'en eulx est, pour la restauration et maintènement d'iceulx, (qu')ilz veuillent s'esvertir d'appaiser (par) tous bons moyens possibles la commune et aultres, s'estans meslé du faict, en leur donnant tout bon contentement et asseurance de recepvoir et jouyr de tout ce que raisonnablement ilz pourroyent ou scauroient demander. Et en cas que ce seroit advenu pour quelque cause, concernante le bien et repos du corps dudict pays et provinces en général, si comme pour avoir descouvert quelques secrètes démenées allencontre le salut et bien d'icelluy, les enhorteront bien sérieusement de vouloir prendre 1'affaire au coeur et soigneusement s'informer du faict et y mectre le remède convenable avecq la plus grande modestie que faire se peult, pour ne canser quelque plus grande esmotion, ensuyvant en tout la voye de justice, en semblables ca3 requise et usitée, et en advertir de tout auparavant aulcune exécution lesdictz Estatz, pour par main commune adviser a la conservation et maintènement de la cause commune. Et néantmoings se confians enthièrement que mondict messeigneur (!) le Duc d'Arschot ne se seroit si avant oublié que de vouloir estre participant a telz malheureulx desseings, feront instance lesdictz seigneurs vers le magistrat de s'employer tant de leur part que devers ladicte commune, que avant touttes choses ledict seigneur Duc soit eslargi avecq satisfaction convenable pour le main tien de sa réputation et grandeur. S'addresseront aussy vers messeigneurs les chiefz et notables de ladicte commune, ausquelz feront les recommandations et remonstrances que dessus. Et en oultre, aprèz avoir entendu les causes desdictes appréhensions, les admonesteront bien doulcement et sérieusement de leurs debvoirs et combien que leur compète et nous tous le maintien inviolable de 1'union et indissoluble confédération des provinces et pays de pardeca et que la moindre rupture d'icelle leur pourront et a tous causer dornmaiges, voires dangiers irréparables, pour estre le seul moyen, par lequel noz ennemis pourront parvenir a leur prétendue, a la grande confusion et extirpation de nous tous et tout ce que chacun doibt avoir le plus recommandé en ce monde. Et s'il y at cause légittime de ladicte saisive requerront et tiendront la main que chacun soit traicté selon droict et justice, en tel cas requise, et pour 1) Zij worden eerder genoemd in den door ons weggelaten titel van deze instructie. Gewesten en steden 1577. 564 garder tout bon ordre qu'ilz en laissent la cognoissance au magistrat, et en cas de difficulté qu'ilz députent ung d'eulx ou plusieurs de leurs pour avecq ledict magistrat en prendre la cognoissance, et néantmoings pour la conjoincture qu'il y at entre eulx et lesdictz Estatz Généraulx ne procéder a aulcune exécution sans préalable advis desdictz Estatz, lesquelz ne fauldront les seconder en touttes choses raisonnables pour le restablissement et maintien du bien publicq. Feront aussi 1'instance et requeste telle que ausdictz magistratz pour 1'eslargissement de monsr. le Duc d'Arschot pour les raisons et avecq la satisfaction que dessus. 698. E. 1 november. — Lettre des députéz, envoyéz a Gand, a esté leue 1), contenant entre aultres que le EhmB. d'Ipre seroit esté hier aussy saisy et que ceulx de la loy de Eueur ont déclairé ne seavoir les raisons de 1'appréhension des S™. et que les députéz des nobles et notables auroient respondu qu'ilz ne sont procédé a ladicte appréhension sans juste et bonne raison dont ilz exhiberont leur justification lendemain, et que copie des requestes 2), responce et réplicque pour les privilèges seroit aussy envoyé. 699. R. 2 novembeb p. p. — Lettre des députéz des Estatz, envoyéz a Gand, escriptes hier du soir, a esté leue, mais pour ne contenir aultre chose que le peuple a Gand a faict publier la copie de la lettre du conseillier Hessel s) sans monstrer 1'originale ou que ledict Hesselt Pauroit recogneu dont ledict peuple seroit plus allumé, et que quelques compaignies du 8r. de Capres seroient approchées la ville a III lieues prèz, dont ledict peuple seroit plus en crainte, advisant par ce que l'on doibt faire retirer au camp *). Résolu d'envoyer le commissaire Van der Beke pour faire incontinent retirer lesdictes compaignies du Sr. de Capres et faire marcher au camp. Denzelfden dag werd op een remonstrantie der drie leden van Brussel beschikt, dat men er mettertijd op zou adviseeren (B. i. d.). 700. R. 3 novembeb. — Lettre a esté receue des députéz, envoyéz a Gand, par laquelle ilz advertissent les Estatz n'avoir encoires receu la justification du saisissement des Srs. a Gand, mais que l'on leur auroit promis de la délivrer ce jour avant midy, et qu'il y a petit espoir d'obtenir relaxatiou desdicts Sre. Les députéz de la ville de Bruxelles se sont présentéz audevant de messieurs, requirantz troys ou quatre pointz, entre aultres que ceulx du Conseil des Estatz commencheroient a besoingner tant sur le faict de guerre que aultrement suyvant leur instruction et que Nytinck, promeu a 1'office de mre. de postes, est suspect, comme ayant dict parolles contre les Estatz, le Prince d'Orainge et semblables et comme ayant proffité du sacq de Malines, et que partant messieurs veillent pourveoir dudict estat a Sibert van Barlicom, ayant déservy an et jour, ou du moings quelque aultre Brabanson 5). 1) Van 31 Oct.: R. A. Friesland (alsvoren). 2) Nl. door de „nobles et notables" van Gent gepresenteerd aan de keur der stad. 3) De brief van Hessels aan Boeulx, o.a, Relations, X, 75, en Bor, 905; de authenticiteit is van den beginne af in twijfel getrokken. 4) Men zal opmerken, dat de constructie van dezen zin in de war is geloopen. 5) Hierover in S. G. 3 op 9 Nov.: „Les bourg eois de Bruxelles ont proposé a 1'assemblée plusieurs poinetz: premier de faire enchenimer 1'artillerie au camp en toute diligence, de casser trois. clereqz qui font icy mauvais office par révéler tout ce qui se passé,- a seavoir le clercq 565 Gewesten en steden 1577. P. p. — Deulx commis de la ville de Lille se sont présentéz vers messieurs les Estatz, déclairans en vertu de leur procure espéciale exhibée que ceulx de ladicte ville n'advoyent les lettres de continuation de la loy, par mre. Anthoine de Myssaert, pensionaire conseillier dudict Lille, sollicitée desdicts Estatz Généraulx sans charge de ceulx de la loy, d'aultant qu'ilz n'ont donné ceste charge, comme ilz encourreront note d'infamie de solliciter de demourer eschevins, requirans en oultre que lesdictes lettres de continuation seront cassées par mesdicts S™. et le registre semblablement x) et noté a la marge que cecy soit faict a la trés instante requisition desdicts députéz. Résolu d'envoyer en toute diligence a Gand vers le Sr. de Rihoven, le S". d'Embize et aultres principaulx, ayans saisy les S™. des Estatz et membres de Flandres, les prélat de Ste. Gertrud et 1'advocat Liesvelt pour induire par tous moyens possibles lesdicts principaulx a consentir a 1'eslargissement desdicts S™. et ad ce faire tout ce qu'ilz trouveront convenir, et que a eest effect ilz se pourront trouver en Anvers et obtenir de monsr. le Prince lettres de recotnmandation et crédence de Son Exoe. vers la commune. Et poura Sadicte Exoe. joingdre quelung, sy bon luy sembleroit. In den credentie-brief voor S'. Geertrnid en Liesfeit, dd. 4 November, geadresseerd aan Hembyze, Ryhove, Gilles Borluut en Croovelde*), noemen de Staten als bizondere reden om de zaak te beëindigen nog, dat Luik en andere naburen er zoo ontsteld over zijn, dat zij dreigen zich met de vijanden te zullen verbinden. Zij vragen loslating der gevangenen of beslissing van het geschil door de Staten. 701. R. 4 novembeb. — Quant a la lettre van de bannerheeren, ridderschappen ende steden des furstendoms Geldre en graeffschap Zutphen du premier de Novembre 8), mesmes au regard de ce que se debvroit faire a 1'endroitdes demeynes de Sa Mtó. en Geldres, est dict que soit ce point examiné par ceulx de la Chambre des Aydes pour en avoir leur advis et après en ordonner, comme sera trouvé convenir. 702. R. 6 novembeb. — Résolu d'insister en la continution de la loy de Lille jusques au premier de Janvier, tenant la remonstrance, pour ce faicte sur le nom des eschevins, comme non faicte, mais bien comme requise sur le nom du procureur de ladicte ville. 703. R. 8 november. — Résolu de dépescher la commission du Sr. Comte de Reynenbourch, Sr. de Vile, pour gouverneur du pays d'Overyssel par provision et tant que aultrement en sera ordonné *). P. p. — Sur la requeste de gentilzhommes et aultres particuliers, ayans rentes hypothéqués tant sur les Estatz et demaines de Hollande et Zélande, est dict Driesse de Liège, celuy de Carlier et ung aultre du secrétaire Praets. De casser Nutinck de 1'office de maistre des postes pour plusieurs raisons. De eslargir Bacquart, lieutenant de 1'artillerie, affin qu'il puisse aller au camp". 1) De bedoeling van deze woorden moet wezen: „dat het besluit in het register der resolutiën zou uitgedelgd worden". 2) Actes, n°. 879; A. G., Cart. 327», fol. 211. — De laatst geadresseerde is Charles de Gruuterë, heer van Croovelde, lid van het college der 18 te Gent, evenals de 3 anderen. 3) Cf. 2 Nov.: Westrum doet rapport volgens zijn credentie-brief en belooft morgen zijne propositie op schrift te geven (B. i. d. p. p.). 4) 10 Nov. gaven de Staten van deze benoeming kennis aan de Staten van Overijsel (G. A. Kampen, Dagvaartboek IX, waar ook Bennenberg's commissie voorkomt). Gewesten en steden 1577. 566 que les supplians se pourront addresser aux Estatz d'Hollande et Zélande. 704. R. 9 november p. p. *). — Les lettres du Sr. de Capres ont esté leutes et aussy celles que pour responce on luy escript, affin qu'il ayt a demourer en Arthois, pour y gouverner durant 1'absence du S'. Viscomte de Gand, nonobstant les Estatz qui le avoient mander de venir au camp 2). 705. R. 11 november p. p. — Le prélat de Hennin-Liétard et le Sr. de Mesnil et mre. Walleran Obert s), eschevin d'Arras, commis des Estatz d'Arthoys, ont apporté lettres de monsr. de Capres et de crédence desdicts Estatz avecq leur instruction *). Après avoir receu lettres des députéz des Estatz, estans a Gand, contenantes entre aultres que 1'affaire touchant 1'eslargissement de monsr. le Duc d'Arschot est sy avant démené que suyvant certain accord icelluy eslargissement sera effectué, a esté résolu d'envoyer acte, conforme a l'advis desdicts députéz, et aussy ungne aultre, conforme a l'advis de ceulx de Gand, pour faire ledict Sr. Duc eslargir de 1'ungne ou de 1'aultre manière. Et que de ce sera faicte advertence a monsr. 1'Archiduc Mathias, a monsr. le séneschal de Haynault et au camp. De brief der gedeputeerden6), S*. Geertrnid en Liesfeit, dd. 11 November, laten wij ter toelichting volgen: 705». 11 novembeb. — Messeigneurs, Depuis nostre dernière s) avons continuellement besoingné sur la délivrance de monsr.Je Duc d'Arschot et au primes hier soir tard le tout achevé et le faict passer par devant eschevins des deux courtz d'icy, comme Voz Sries. verront par copie auctenticque, allant joincte a ceste, et comme, en traictant eest accord7), il a esté dict tant (par) ledict S1. Duc que par nous, que a ceulx de Gand seroit livré acte approbatoire de Voz Sries., selon qu'est aussy contenu audict accord, et que lesdictz de Gand en ont voulu veoir le pouriect qu'en ferions, avant que conclure ledict accord, nous envoyons aussy copie d'icelluy pouriect, priant Voz S1*68. le vouloir enssuyvre pour accomplir noz promesses que nous a fallu faire pour en faire une fin, sans que la substance d'icelluy pouriect ait esté inséré audict accord, affin que ledict Sr. Duc ne se feit aulcun préjudice en 1'occasion de son emprisonnement laquelle il n'entendoit aulcunement de son costel justiffieron excuser mais seullement 1'oublier, teil qu'elle pouvoit estre. Lesdictz de Gand ont voulu audict pourject adjouster quelques motz et en oster d'aultres, comme Voz Sries. verront par ung aultre pourject, a quoy n'avons voulu condescendre, mais 1'avons remis a la bonne volunté de Voz Sries., suppliant icelles vouloir incontinent dépescher ce porteur avecq ladicte acte, d'aultant que ledict Sr. Duc ne peult sortir selon 1'accord que ledict acte ne soit premiers livré ausdictz de Gand, et icelluy Sr. Duc a désiré instamment que, en sortant la ville, voulsissions 1) Dit alleen in S. G. 3. 2) In S. G. 3 op 10 Nov.: de brief aan den luitenant van den gouverneur van Lille (is bedoeld: Artois?) vastgesteld. 3) Deze naam is in het register onduidelijk; maar zijne commissie komt ons te hulp (cf. hiervóór, p. 149). 4) Actes, n». 880. 5) R. A. Friesland, Aanw. 1911 (Gabbema), G. 15. 6) Een van 7 Nov. is bewaard in de pas genoemde collectie. 7) Actes, n°. 886; Van Dorp, I, 210. 567 Gewesten en steden 1577. estre en sa compaignie, estant d'intention de venir droict vers Voz Sries. a Bruxelles, et d'aultant que lors Voz Sries. entendront le tout plus a plain, ne ferons ceste plus longue In de acte '), zooals deze door de Staten verleend werd, kenren zij het accoord goed en verklaren, dat, wijl de gevangenneming van Aerschot geschied is „de bon zèle et sans malice," Gent hierover nooit op eenige wjjze lastig gevallen zal kunnen worden; de Staten nemen hen daartoe in sauvegarde. 706. R. 12 november. — Messieurs les Estatz aceordent a la requisition de mons1'. le Duc d'Arschot a) passeport pour povoir librement venir et sortir avecq sa dame compaigne la ville de Bruxelles 8). D'escripre lettres aux Estatz d'Arthoys, advertissans que l'on a advisé sur leurs pointz, représentéz par instruction de leur députéz, et les prier de vouloir résouldre sur la réception de 1'Archiduc Mathias. Ont esté lentes les lettres de remerchiement du Sr. Duc d'Arschot, luy ayant esté aecordé le passeport, par luy requis, et signament pour entrer et sortir la ville de Bruxelles, quant bon luy semblera. 13 November werd besloten „les lettres et besoingnes" van zekere gedeputeerden van Friesland *) te stellen in handen van den burgemeester van Kampen of Deventer ter fine van rapport. — Nog besloten de Staten naar aanleiding van'een brief van Capres te schrijven aan de steden van Artois, om Capres te gehoorzamen, als belast met het gouvernement van Artois gedurende de afwezigheid van den Vicomte van Gent (ït. i. d.). 16 November werd de brief van Aerschot5), na gelezen te zijn, gesteld in handen van den pensionaris van Doornik ter beantwoording; „ce qn'ayant esté faict, a esté leue et appronvée" (R. i. d.). 16 November werd. de brief van „ceulx d'Ommelanders" gesteld in handen van den „docteur de Frize" (Aernsma) ter fine van rapport 6). — Na den middag werden de prelaat van Hasnon, Champagney en Fresin gecommitteerd, om Aerschot te verwelkomen en te verklaren, „que la fortune, advenne a Gand, desplaist aux Estatz"; hem te verzoeken morgen ter vergadering te komen (E,. i. d. en p. p.). 707. B. 18 november. — Les prélat de Sto. Gertrud et 1'advocat Liesvelt ont faict raport de ce qu'ilz ont besoigné a Gand en vertu de leur commission et entre aultres ont exhibé certaine copie laquelle par manière de certification 7) 1) Actes, n°. 889; A. G., Cart. 327», fol. 218. - 2) Bij zijn brief van 11 Nov. (B. A. Friesland, alsvoren). 3) De Staten gaven biervan nog op dezen dag aan Aerschot kennis (alsvoren). 4) Bedoeld moet zijn het request: Charterboek, III, 1166; cf. hierna, p. 570. 5) In S. G. 3 op 8 Nov.: te schrijven aan Aerschot en hem te zenden de brieven, door Havré aan hem gezonden. 6) In S. G. 3 op 20 Nov. p. p.: betreffende het geschil tusschen Groningen en Ommelanden besloten partijen in te dagen; het schrijven van de brieven hiertoe opgedragen aan Van de Warcke. — 27 Nov. schreven de Staten aan Indevelde (nl. het lid van den Baad van State: Nicolaas Micault, heer van —) en Orth (Jean Orth, kanselier van Overijsel), die namens den Koning in commissie waren tot beslechting der geschillen tusschen Groningen en Ommelanden, dat zij het raadzaam achtten partijen voor zich te dagen tegen over drie weken en hun verzochten dan ook aanwezig te zijn (B. A. Gron., reg. Feith 1577, n°. 401; de naam van den tweeden geadresseerde is hier, evenals op de copie, verhaspeld tot Vredt). 7) Nl. dat Aerschot verklaard had het stadhouderschap te zullen neerleggen (Actes, n°. 893; A. V. Gand, reg. doe. sur la restitution des priv. en 1577, n°. 37 (orig.)). Gewesten en steden 1577. 568 ilz ont soubsigné a la trés instante requeste des nobles et notables de Gand, avant qu'ilz sceurent obtenir 1'effeetuel eslargissement de monsr. le Duc d'Arschot, et que lesdicts nobles et notables auroient promis d'envoyer augmentation de la justification x) du saisissement des S™., estans encoires détenuz, et que les évesques 2) seroient bientost eslargis *). Sur 4) l'escript, exhibé par mons'. de Champagney, pour responce ad ce que par la justification de Gand imprimée il estoit chergé d'avoir dicté a monsieur de Zveveghem une protestation 5), requérant que luy fut permis de le faire imprimer et publier pour sa plus grande descherge, a esté advisé d'escrire aulx nobles et notables de Gand ad ce qu'ilz ayent a supprimer tous les exemplaires de ladicte justiffication et qu'on trouve fort estrange que ce auroit ainsy esté imprimé audehors de celle, par eulx envoyée aulx Estatz, et au magistrat que l'on cbastie Pimprimeur a 1'exemple d'aultres, envoyant copie de la responce dudict Sr. de Champagney, et oultre ce de faire ung placcart ou renouveller les précédents, par lequel soit deffendu a tous imprimeurs de n'iniprimer aulcune chose sans permission, désadvouant 1'impression de ladicte justiffication. 708. E. 19 november. — Mre. Cornille van der Straeten, advocat, a deffendu au greffier Weellemans de point signer aulcuns passeports sans préalable advis des XVIII députéz de troys membres dé Bruxelles, et ce en préseuce de messieurs les prélat de Sw. Gertrude, le Sr. de Zaventhem, le Sr. de Berchem et pensionaires de Lovain et Anvers, ensemble de 1'advocat Liessvelt, adjostant que, en cas que ledict greffier signeroit doresénavant, il scavoit, comnignt qu'il le traicteroit. Les 6) lettres que s'eeripvent a Gand, affin qu'ilz se déportent de la levée des gens de guerre, leur ont esté leues et, pour y résouldre, remis a 1'après disner. Celles adressans audict Gand, tant au magistrat que nobjes et notables, pour 1) Een eerste justificatie was reeds 3 Nov. aan de gedeputeerden gegeven (Actes, n°. 877; A. V. Gand, reg. doe. sur la restitution des priv. en 1577, h°. 31; cf. Actes, n°. 876; ald., n°. 29; door Diegerick uitgegeven in de Annales de 1'Académie d'Archéologie de Belgique, 1860). 2) De bisschoppen van Ieperen en Brugge waren onder de gevangenen. 3) In S. G. 3, hieromtrent het volgende: Mess™, de St». Guertrude et Lisvelt ont faict leur rapport de ce qu'ilz ont traicté a Gand, en quoy s'estoit présentée difficulté en ce que les nobles et notables entendoyent que mons'. le Duc se déporteroit de son gouvernement, de quoy, ayans faict rapport a mondict S*., respondit qu'il estoit content de s'en déporter, puisqu'il avoit eu sy triste commenchement, et comme depuis ung du Francq estoit venu congratuler Son Exce je son eslargissement et de son gouvernement, lesdicts nobles, prendans ce de maulvaise part, se meirent en armes et finablement n'ont peu estre contens, sinon avecq ung acte, signé desdicts S™. de SK de Guertrude et Lisvelt, que a la première conférence mons'. le Duc leur avoit déclaré ce que dessus. Quant aulx aultres prisonniers que ne y avoit eneores apparence de les eslargir, disans qu'ilz, nobles et notables, envoyerontampiiation de leurs causes d'emprisonnement, et pour les ecclésiasticques polront d'icy a aulcuns jours estre relaxéz. Et touchant de les empescher de lever gens, comme ilz font, est (dict) que l'on yadvisera. — Iliermjjnog i.m.: Nota. L'on a minute lettres qne ont esté leues, mais, pour plus meurement adviser sur tout, la minute est es mains de Provins; depuis veue, approuvée et envoyée. 4) Het volgende alleen in S. G. 3. 5) Nl. tegen het stadhouderschap van Oranje in Brabant, waarvan Champagney beschuldigd werd in: Redenen ende verclaers, waeromine het saisissement ende arrest binnen Gendt geschiedt is. Te Ghendt bij de weduwe van Pieter de Clerck, — een op 9 Nov. in het licht gegeven justificatie, die voor het grootste deel een korte samenvatting is van de eerste, maar enkele toevoegingen (b.v. die over Champagney) behelst. 6) Het volgende alleen in S. G, 3. 569 Gewesten en steden 1577. le faict de la justification imprimée, affin que les exeuiplaires soyent suppriméz et donné ordre que semblables choses ne se facent, et envoyé le placcartx), défendant impression pour le républier, ont esté leues et différé la résolution jusques après disner et ad ces fins le tout est mis es mains de Prouvin. De in de eerste alinea van dit beslnit bedoelde brief aan Gent1), die blijkbaar 'snamiddags gearresteerd is, lnidt als volgt: 708*. 19 novembeb. — Messieurs. Combien que soit notoire a tous, comme il import en ces occurrences et temps turbnlens que les Estats du pays demeurent en bonne concorde et union et que chascun d'iceulx porte tel respect aux Estatz Généraulx comme au gouverneur du pays en 1'absence d'aultre et de Sa Mtó., si est que ne nous sommes peu contenir vous le représenter et mesmes que sommes bien esmerveilléz de ce que a nostre desceu et ne nous en ayant (rien?) touché, faictes levées de gens de guerre qui se logent es maisons des gentilzhommes, bourgeois et habitans de la ville a leur. grand desplaisir, foule et dommaige, sans qu'en puissons entendre les occasions, -tant s'en fault que ce advienne par nostre ordonnance et permission, chose de maulvaise conséquence, tendant a diffidence et dissension entre ceulx quy doibvent s'entendre comme uniz et vivre en toutte amitié et bonne correspondence. Quoy considéré, n'avons peu laisser de vous faire ceste, affin que nous veuillez advertir des causes et motifs de cestuy vostre faict et ensemble vous requérir et au nom de Sa Mu'. ordonner que ayez a vous déporter de faire venir en ladicte ville gens de guerre sans nostre sceu, mesmement licencier qui désia y sont entréz, craindant que aultres ne veuillent prétendre le semblable et par ce moyen causer une abusion d'armes les ungz contre les aultres par guerres intestinez et oü que icelles au contraire doibvent estre employéz contre les ennemis de la patrie dont porroient ensuyvre aultres plus grandz et reinarcquables inconvéniens et désordres; pour ausquelz obvier, trouvons aussy convenir que a la meilleure diligence que faire se pourra, advisez d'eslargir les évesques et aultres S™. gentilzhommes encoires détenu/., affin que Sa Stó., Sa Mtó. et aultres poten tatz et princes ne se sèrvent de ceste occasion pour blasmer nostre cause et estimer que tendons a une fin, contraire a icelle qu'avons tousiours protesté et au dehors nostre justification que avons faict imprimer, dont noz ennemiz se pourroient tellement prévaloir que a la fin nous nous trouverons poursuivis et accabléz de toutes parts a la totale ruyne et confusion générale de tous les pays, a quoy désirons que soit remédié promptement et le pied couppé a toutes opinions sinistres. [Dringen verder op eensgezindheid aan. Zullen, in geval niet geantwoord wordt, commissarissen zenden, om te zien, wat te Gent geschiedt]. 709. R. 20 november — Sur la requeste de m™. Anthoine de Caulers, escuyr, licencié es loix, député du pays et comté d'Arthoys, demandant 1'office de garde de chartres d'Arthoys pour la retraicte du Sr. D'Assonville avecq don Jehan, est appoincté: messieurs les Estatz Généraulx ont par provision aecordé au suppliant l'estat du garde de chartres dudict pays au lieu du conseillier D'Assonville, aux gaiges, proffitz, émolumentz et honneurs accoustuméz. 1) Versta: en bij welke brieven gezonden werd het plaakkaat, enz. 2) Actes^n0. 906; A. V. Ypres, port. 23B. — Geadresseerd: aux nobles, notables et commune de la ville de Gand. Gewesten en steden 1577. 570 21 November: de Staten gaven apostilles op verscheiden punten, overgelegd door Rennenberg, „comme a la liache" (R. i. d.) >). Deze apostilles, gegeven op het request van 13 November (hiervóór, blz. 667), zijn van den volgenden inhoud: 1. schrijven aan Rennenberg om informatie, in het bizonder of de „officiers en wethouders" *) op het platteland ten tijde van de Spanjaarden gecommitteerd zijn geweest conform de oude privilegiën en of zij zich na de Pacificatie getoond hebben vijanden van de Staten en ,,'t gemeene beste"; hierover den Staten te adviseeren; 2. advies van Rennenberg benevens wethouders van Harlingen en Leeuwarden 8); 3. te communiceeren aan den Raad van Financiën 4); 4. dat de heeren den Staten kennis geven van de middelen, daartoe dienende, tot nader onderzoek; verzoek aan hen zich te vereenigen met de generale middelen, die de Staten zullen beramen e); 5. te toonen aan den bisschop van Leeuwarden 8); 6. idem aan het Hof van Friesland 7); 7. de pacificatie spreekt niet „van den inhoud van dit request tot voordeel van 't gepretendeerde der supplianten"; te verschuiven tot de eerstvolgende vergadering der Staten-Generaal 8); 8. in te voorzien „by ordinaris wege van regt" °); 9. te schrijven aan den raad en de wethouders van Leeuwarden, om zich te regelen naar den inhoud van het request conform art. 14, 15 en 16 der Pacificatie 10); 10. te schrijven aan Rennenberg om de noodige orde te stellen, waarom toegestemd wordt in het houden van een landdag "); 11. Staten zullen hierin voorzien, zoo in Friesland als in de andere provinciën, conform art. 8 van de Pacificatie 12). 710. R. 23 november. — Les lettres de ceulx de Lille, Douay du XVIII"18) du présent ont esté leutes, contenant en effect la justification desdicts de Douay, et résolu de respondre ausdicts de Douay que on envoyera illecq commissaires, pour eulx informer de la vérité du faict, mentioné esdictes lettres14). 1) Volgens S. G. 3 op 19 Nov. brachten Provins en anderen rapport over Friesland uit; besloten werd dit advies te volgen en het opschrift te vragen „pour la peïplexité et multitnde de poinetz". 2) Punt 4 van het request vraagt verandering der wet in-de steden door Rennenberg, zooals reeds te Leeuwarden is geschied. 3) Betreft het afbreken der blokhuizen hier. 4) Betreft het gebruik der domeinen in de Bilt tot betaling van schulden door de Staten. 5) Betreft provinciale geldheffing. 6) Betreft de kloosters van Mariengaarde, Bergum en de proosdij van Bolsward. 7) Betreft de inbeslagneming door het Hof van het convent van Hassche. 8) Betreft de afzetting van ambtenaren door de Spanjaarden. 9) Betreft den verkoop van de goederen der „absenten". 10) Betreft de renten der „absenten". 11) Betreft het wapenen van den „gemeenen man". 12) Betreft tusschen de inwoners hangende kwesties, zoo in verband met de troebelen als met de Pacificatie. 13) Actes, n. 904; B. A., Aanw. 1826, n». 18, fol. 369. —De stad verdedigt zich uitvoerig tegen geruchten, dat zij, bepaaldelijk haar eerste schepen, D'Assignies, met Rassenghien zou onderhandeld hebben, en verder tegen de beschuldiging te dezen opzichte in de justificatie van Gent (hiervóór, p. 568); zij wil trouw blijven aan de Unie. 14) Waarschijnlijk houdt hiermede ook verband de volgende zeer moeilijk leesbare resolutie van 14 Nov. in S. G. 3: Sur les defTenses (?), verballement proposées .... (?) les S™. par les Srs. de Mamole et de Mesbras, gentilhommes de Douay, qui les avoient mandé a cause de certaines advertences que l'on avoit faict a leur cherge, a esté ordonné que commissaires seront déléguéz pour eulx informer de la vérité du faict et, après les avoir remerché de leur paines, on leur a donné congé de retourner en leur maison et de les desfroyer selon leur qualité. — Cf. nog R. 5 Nov.: de brief, ontworpen door den pensionaris van Rijsel, om de vier in den brief genoemden te examineeren wegens het feit, voorgevallen te Douay (is gearresteerd?) (R.i.d.). 571 Gewesten en steden 1577. 711. E. 26 november. — Messieurs, ayans entendu par certaine mémoire de la vefve de feu le conseillier Oudart pour récompense de tous bons offices, faictz par son feu mari, et qu'elle est délibérée de faire solemnèlemens ses exèques, requirans pour ce ordonnance au lieutenant du grand veneur de Brabant de faire chasser sur le boys de Zoingne pour ungne ou deux bestes sauvaiges, fust noir ou rouge, pour en servir ladicte vefve, ont aecordé a ladicte vefve sadicte requeste. 712. B. 27 november. — Sur la requeste des troys membres de la ville de Gand avecq adjoinction de eschevins de deux bancs est dict: messieurs les Estats Généraulx, ayans meurement délibéré sur ceste requeste, eu regard aux privilèges de la ville de Gand, consentent que la loy sera renouvellée conformément a iceulx privileges, dénommans pour commissaires les ordinaires et tels que doibvent estre selon lesdicts privilèges, asschavoir monseigneur le Duc d'Archot et gouverneur de Flandres et le Sr. d'Oignies, avecq faculté que, s'ilz ne se veullent ou peuvent trouver en persone audict Gand, ilz pourront subdéléguer aultres, agréables aux Estatz; et es lieux des Sre. de Basseghem et de Zweveghem-quy a cause de leur détention ne y peuvent vacquer, pour ceste foys, et sans préjudice desdicts privilèges, ont dénommé et député, dénomment et députent les S". Comte d'Egmont etc. et le Sr. de Noyelles etc., ausquelz quatre Sr*. commissaires ou subdéléguéz est donné povoir pertinent en forme deue de besoingner audict renouvellement et par mesme voye tant faire que les Sra. détenuz soynt relaxéz et mis en liberté, le plustot que sera possible, en faisant toutes instances requises avecq monseigneur le Prince d'Orange ou ses députéz 1). Est aussy résolu a) sur les remonstrances des députéz des IIII membres de Flandres d'escripre a mons*. le Prince d'Orainge,-affin qu'il luy plaise soy trouver en persone en la ville de Gand pour y appaiser le tout et pourveoir 1'eslargissement desdicts Sra.; et sy Son Ex00, ne se y veult ou peult comparoir, de voloir envoyer celle part quelque gentilhomme de respect a la mesme fin 3). Bésolu d'accorder 1'office de 1'ammanie d'Anvers au proffict de messire Loys van der Linden, chevalier, sans préjudice du droict d'aultruy, moyennant qu'il ne pourra demander ou exactioner a cause dudict office plus que n'est deu a icelluy et on a payé passé XXX ans ou environ; et qu'il sera tenu de déservir ledict office en persone, sans le povoir déservir par aultruy *). 1) Deze acte is dezelfde als Actes, n°. 919; A. V. Ypres, port. 23B. 2) Het besluit aangaande de herziening der wet, waarvan wij de acte mededeelden, komt op dezen dag eerder ook in de resolutiën voor; dan komt het nu in den tekst volgende besluit. .3) Staat met de Gentsche geschiedenis misschien ook in verband het volgende besluit uit S. G. 3 of 14 Nov.: Sur les lettres de monseigneur le Prince d'Orenge du XI» de Novembre a esté résolu de despescher le povoir requis avec clause de substitution, après avoir vue les requestes apostillées et appoinctements, mentionnéz en ses lettres? — Hierbij i. m.: Ces lettres ensemble les piècbes. • 4) Hierbij i. m.: Ceulx d'Anvers ont déclairé de se tenir content des lettres du magistrat d'Anvers, sur ce ehvoyées aux Etatz de Brabant. — Uit de acte van het besluit (B. B. B., ms. 5884—5925, fol. 183; daar dd. 20 Nov.) blijkt, dat Lodewijk van der Linden benoemd werd als opvolger van Godevaert Sterck, ridder, die met zijne aanhangers vertrokken was. — 7 Dec. werd besloten de commissie voor Van der Linden te depescheeren op naam van den Koning en onder het zegel van de kanselarij van Brabant; hiertoe ordonnantie op den kanselier van Brabant Gewesten en steden 1577. 572 - 29 November: zeker geschrift „de déclaration et protestation" door de drie leden van Brabant overgelegd; „et ayant len" (B. i. d.). 80 November persisteerden de Staten naar aanleiding van het request der gedeputeerden van Friesland, houdende klachten over de apostilles van 19 (21?) November. Een ander request der gedeputeerden van Friesland werd verwezen naar het Hof van Friesland om informatie over de er in genoemde privileges (B. i. d.). 713. R. 1 december. — Sur la requeste de ceulx de Frise est appoincté que messieurs commettent monsr. le Comte de Reynenbourch, gouverneur de Frise, pour s'informer du tout, selon que les supplians requirent. Et, en cas qu'il ne y puisse vacquer, qu'il substituera ad ce aulcun non suspect, pour, ce faict, et ladicte information et son advis estre envoyé ausdicts Estatz Généraulx et par iceulx estre ordonné, comme par raison se trouvera convenir. Quant au II8 poinct: messieurs requirent advis de mons1. le Comte de Reynenbourch et du magistrat de Staveren *). Les députéz des Ommeland de Groeninghen en nombre de IIII ont exhibé leur povoir avecq lettres de crédence et onf faict leur remonstrance verbale, contenant doléance et plainte de remprissonnement des prélatz et nobles en la ville de Groeninghen. Et ont esté chargéz de mettre le tout par escript. 714. R. 3 december. — Sur la requeste des doyens, anciens et aultres de six guldes ou sermentz de la ville d'Anvers est appoincté: les Estatz Généraulx ont député et commis le chancellier de Brabant et Baron de Liedekercke, pour avecq l'advis de monseigneur le Prince d'Orainge, eulx informer du contenu en ceste requeste et, en cas qu'ilz trouvent le cas disposé, procéder au renouvellement de la loy ou magistrat de ladicte ville d'Anvers, comme ilz trouveront convenir, auquel effect lesdicts Estatz les ont authorisé et authorisent par ceste 2). Sur la remonstrance des députéz des Ommelanders lez Groeninghen est appoincté que les Estatz Généraulx ont aecordé, par provision et sans préjudice du droict d'aultruy, que ces supplians feront ung estat apart et en telle qualité auront voix. Opte requeste van de ingesetenen van de stadt van Bruessele, renten hebbende opte persoenen ende goeden van de stadt ende ingesetenen van Antwerpen, jaerlb'cx bedraegende omtrent CXXXlIm £, is geappoincteert: sy gethoent die van Antwerpen, om te seggene 't gene des hen goetduncken zal. Opte requeste van de burgmeesters ende regeerders van de steden van Amersfoirt, Bhenen ende "Wnck, wesende mitte stadt van Montfoirt de vier cleyne steden van den Gestichte van Utrecht ende maeckende ende representerende mitte selve stadt Utrecht het derde litmaet van de Generale Staten des Stichs Utrecht, is ge- gegeven (R. i. d.). — 9 Dec. werd de ordonnantie op den kanselier geamplieerd, om ook gebruikt te worden in den Raad van Brabant voor het zegel der commissie van Van der Linden. Misschien heeft ook de beschikking van dezen dag op het request der dekens van de 6 gilden van Antwerpen: „depuys est ordonné au secrétaire Pottelberge de dépescher la commission en forme selon 1'apostille que dessus" (B. i. d.), hierop betrekking. 1) 11 Dec. werd een request van Leeuwarden in handen van Provins en den burgemeester van Kampen ter fine van rapport gesteld (R. i. d.). 2) De minuut-commissie op Liedekercke en den kanselier werd 10 Dec. goedgekeurd (R. i. d.). 573 Gewesten en steden 1577. seeght: fiant litrre, ten eynde de vijff godshuysen, ridderseap ende stadt Tan Uytrecht, hen reguleren nae d'inhoudt van desen, ten ware zy hadden redenen ter contrarien, daeraff zy gehouden zullen sijn binnen XV daighen nae de receptie de Staten scriftelnck t'adverteren 1). Uit den brief aan de Staten van Utrecht, dd. 3 December5), blijkt, dat het request van Amersfoort enz. inhield: „dat sie supplianten van allen ouden tyden zijn gepriviligeert und daeraff in possessie geweest op allen dachvaerden, concernirende die Generaliteyt des voirsz. Stadts (1. Stichts) van Utrecht, bescreven und gehoirt tho worden, sonder dat bnyten heuren consente 't voirsz. Stichte van Utrecht met eenighe contribution bezwaert geweest, und dat denselven ter contrarie zekere jaeren herwaerts by U. L. gedaen solde zijn, versoeckende daerop tot conservatie van order privilegie und gerechticheyden by ons nae behoiren geordineert tho wordden". 715. R. 4 december. — Sur la requeste de ceulx de Gand est conclud de suyvre la résolution, prinse le XXVII8 du passé, au regard des commissaires, dénomméz pour le renouvellement de la loy dudict Gand, et sur la proposition des députéz de Flandres a esté résolu de y envoyer de la part desdicts Estatz Généraulx monsr. le prélat de S'. Gertruid, monsr. de Froimont et 1'advocat Liessvelt, pour accompaigner monsr. le Prince d'Orainge 8), allant audict Gand pour moyenner la relaxation des Sre. saisiz. 716. R. 5 december. — Sur les excuses que les S™. prélat de S'. Gertrud et Liessfeit ont proposé pour non aller en la ville de Gand, a esté résolu dey envoyer le prévost de S'. Bavon et le Sr. de Froimont, pour avecq monsr. le Prince procurer au plustost 1'eslargissement des S™. saisiz, a laquelle fin seront escriptes lettres a ceulx de Gand, comme le pensionaire Yman a prins la charge dont il a faict lecture, et a esté approuvée. Quant a la doléance, faicte par.le Sr. Visconte, que l'on auroit conféré le gouvernement absolut du pays d'Arthoys au Sr. de Capres durant 1'absence dudict Vicomte, a esté résolu d'escripre audict Sr. de Capres que leur intention ne a jamais esté de riens diminuer 1'authorité dudict Sr. Viscomte pour son gouvernement d'Arthoys, ains leur intention a toujours esté que durant 1'absense dudict Sr. Viscomte il commanderoit au pays d'Arthoys selon le povoir que ledict Sr. Viscomte luy en aVoit donné par ses lettres. 717. R. 9 december. — Ponr les Ommelanders sont commis les Sra. de S*8. Aldegonde et de Berchem *). 1) 13 Dec. werd een request van Amersfoort (over hetzelfde) in handen gesteld van Provins en 15 Dec. werd het, dit advies gehoord, gezonden aan Oranje als stadhouder van Utrecht om diens advies (R. i. d.). 2) R. A. Utrecht: Staten-archief, van de Staten-Generaal ontvangen brieven (orig.). — Het request zelf met de apostillé der Staten, get. Weellemans (orig.): alsvoren, afschriften van bij de Staten-Generaal ingekomen stukken. 3) Van Oranje was 2 Dec. een brief van 26 Nov. (over Gent?) gelezen (R. i. d.). — Dat hij naar Gent zou gaan, berichtte Oranje in zijn brief van 2 Dec. (Actes, n°. 925; Corresp. Guill. le Tac, IV, 28). 4) In S. G. 3 hierover: Pour les Ommelandes sont aux lieux des dénomméz a cause des excuses, par eulx proposées, dénommé (verder als in onzen tekst). Gewesten en steden 1577. 574 De instructie voor Marnix ') en Sille •) (die das in plaats van Berchem gekomen was) naar Groningen en Ommelanden, dd. 11 December, luidt als volgt: 717a. 11 dkckmbeb. — Aldaer wesende, zult naevolgende uwe brieven van credencye burgmei stèren, rade ende andere wethouderen, metgaders der gemeynten der voorsz. stadt oft heuren gedeputeerden vertboonen ende voorhouden: Dat voorsz. Generale Staten met droef heyt vernomen hebbende het misverstandt ende alteratie, onlancx geschiet in der voorsz. stadt mits d'apprehensie ende detentie van den prelaten ende vele andere edele ende notable persoonen van de Ommelanden, aldaer comparerende staetsgewyse unt eraehte ende navolgende die brieven van den grave van Rennenburg, C°. Mat. stadthalder in VrieSlandt, hem daertoe bescryvende ende beroepende. Hebben voorsz. Generale Staten — als dien die gemeyne vrede, stilte ende welvaert van de voorsz. landen nae Co. Ma', aldermeest aengaet — niet cunnen onderlaten die voorsz. beruerte ende nieuwicheyt grootelicx ter herten te nemen ende u in alle neersticheyt aff te verdigen ende daer weder te senden. Om nae alle vriendelieke gepurende erbiedingen 't voorsz. misverstandt, soo vele immer niogelijck is, te verstaen, te slissen ende te stillen ende met alle middelen van ernstlycken aenhouden ende oock van wegeu Co. Ma', ende Generale Staten bevelen soo vele aen de voorsz. wethouderen ende burgeren te doen, dat die voorsz. gearresteerde persoonen ende goeden terstont worden ontslagen ende gerelaxeert. Daertoe gebruyckende ende hen voorhoudende, dat zülcke prejudiciable acte niet en can sijn zonder waerschynelicke groote alteratie ende partialiteyt, ja oock causeren mochte niet alleenlijck groote diffidentie, maer oock geheele mpture ende openbaer orloghe, welck met alle mogelicke middelen behoort geschoudt ende geremedieert te worden, besunderlick in dese conjoinctie ende unie, daermede die voorsz. stadt ende landen onderlinge ende met d'andere provinciën soo vastelick verbonden ende verplicht sijn. Ende soo verre als partyen niet en conden sommierlijck al geaccordeert worden, d'welck Generale Staten nochtans grootelicx wunsschen, sult van beyde syden commissarisen doen deputeren ende herwerts afverdigen met goeder instructie ende volcommene macht op alle heure geschillen, ende wat daer uutgeresen is of noch rysen soude mogen, te transigeren ende accorderen oft by faute van dien alle voorsz. geschillen ende differenten ten seggen ende determinatie van de Generale Staten entlicke resolutie ende decisie op alles alhier te verwachten. Ende niettemin sult ierst ende vooral insisteren ende maken, dat alle de voorsz. gearresteerde persoonen ende goeden vry ende ledich, oock sonder eenige obligatie oft beloeften, hen oft den landen schadelick ofte prejudiciable zijnde, ontslagen, gerelaxeert ende gelaten worden. Oock obtineren, dat die voorsz. van Groeningen zulcx oft andere dergelycke wegen niet meer attenteren, maer op alle heure geschillen ende pretensiën met recht procederen, ende wat daerinne by Generale Staten geresolveert sal worden, volcomelick nae te volgen. 1) Marnix kreeg 13 Dec. 400 p. art. toegekend als vacatie-geld (R. i. d.). 2) R. A. Groningen, archief der Ommelanden (klaarblijkelijk een vertaling). Bij dit stuk bevindt zich ook de commissie voor Marnix en Sille. 575 Gewesten en steden 1577. Ende ingevalle de voornoemde van Groeninge totter voorsz. slaeckinge in der vougen ende manieren vooren verhaelt in 't vriendelick niet verstaen en willen, obstinaet en verhart blyvende in huerlieder voornemen, zoo zult ghylieden van wegen den Generale Staten dezelve van Groeninge te kennen geven wel ernstelick, dat dezelve Generale Staten volgende de Unie, by henlieden geteekent ende zeer hoogbe gesworen, in afquytinge van hueren eedt genoodtsaect ende bedwongen sullen wesen de zaecke over den Ommelanders aen te nemen ende die van Groeninge tot redene te bringen by sulcken middele, als zy bevinden zullen te behooren nae de gelegentheyt van de zaecken. Ende van al 't gene dat ghylieden zult gevonden ende uutgerecht hebben, snldy voorsz. Generale Staten nerstelick ontbieden ende verwetigen, om daerop voordere te doen als nae recht ende redene worden bevonden te behooren tot welvaert van de voorsz. landen ende Co. Ma*, ondersaten 1). 718. R. 11 december. — Sur plusieurs requestes, présentées par aulcuns pour l'estat de conseillier de la chancellerie de Brabant, est résolu de conférer icelluy estat a monsr. mro, Jehan Malcote, pensionaire de Bruxelles, au lieu de feu messiere Oudart, aux gaiges et traictementz telz que avoit ledict feu, ne soit que la coustume en l'advis desdicts de la chancelrie eust esté jusques ores inviolablement observé au contraire; auquel cas lesdicts Estatz pourvoyent ledict Malcote de l'estat de mro. Guillaume Bocxhoren aux gaiges et traictement dudict Bocxhoren, ordonnant au greffier Weellemans dépescher 1'ordonnance pour ladicte commission in forma. Et aussy résolu de recommander monsr. le greffier Weellemans vers le Conseil de la chancellerie de Brabant, affin qu'il puisse estre dénommé et receu pour conseillier de ladicte chancelrie au lieu de Tsesticb, tenant le party de don Jehan, selon 1'arrest desdicts Estatz, le tout en considération de sa capacité, longe expérience et pour plusieurs ses fidelz et loyaulx services a). 12 December werd besloten over bet reqnest van Genemuiden: aan Rennenberg te schrijven, om de privileges te handhaven, indien deze geschonden mochten wezen 3). — De brieven aan Groningen en de Ommelanden werden gelezen en goedgekeurd (R. i. d.). 719. B. 14 december. — Sur la remonstrance *), faicte de la part des Estatz de Brabant en faveur du Sr. de Bersele pour l'estat de grandveneur de Brabant, a esté résolu de conférer ledict estat audict Sr., entendans toutesfoys lesdicts Estatz que le placcat, dressé sur le faict de ladicte venerie du temps du Sr. de Barlymont ne soit observée, ains réformé, selon que les Estatz de 1) Get. Weellemans. Gecollationneerd: B. Vulcanius. 2) 14 Dec.: gelezen en gearresteerd de minuut van een brief aan de kanselarij van Brabant ten gunste van Weellemans; mocht Tsestich ingevolge het plakkaat van 10 Dec. (hiervóór, p. 240) terugkeeren, dan zal hij tot de purge worden toegelaten (B. i. d.). — 23 Dec.: de brief aan den Raad van Brabant voor Weellemans goedgekeurd (R, i. d.). 3) De brief .aan Rennenberg en ook aan de Staten van Overijsel van 10 Dec.: R. A., St. Gen. 3799; er blijkt nog uit, dat het request een geschil gold tusschen Genemniden en den drost van IJselmuiden. 4) Dit besluit 'komt in precies denzelfden vorm nogmaals op dezen dag in de resolutiën voor. Gewesten en steden 1577. 576 Flandres ont propose', et que ordonnance sera donné au chancellier et aultres du Conseil de seller lettres pertinentes 1). Denzelfden dag werd het antwoord van burgemeesters en ontvangers van Antwerpen op het request van de bewoners van Antwerpen naar aanleiding van dat van bewoners van Brussel, die rente-brieven op Antwerpen hadden, medegedeeld aan Brussel (B. L d.) !). 720. R. 17 december. — Quant a la requeste touchant le renouvelleïnent de la loy es villes du pays de Frize, a esté résolu d'escripre monsr. le Comte de Renenborch, gouverneur dudict pays, de procéder audict renouvellement, selon que en conformité de leurs anciens privilèges il trouvera convenir, et, en cas qu'il y chiet quelque difficulté, d'en advertir les Estatz Généraulx. 721. R. 18 decbmbeb. — Résolu de renouveller la loy de Lille a 1'ordinaire et pour commissaires seront dénomméz le,Sr. de Rasseghem, ou en son lieu monsr. de Baerse 3), le président de la Chambre des Comptes, le Sr. de Brueck et Johan de Hennin, et le procureur de Lille a prins charge d'en advertir le magistrat, comme aussy de faire tous aultres debvoirs. 722. B. 19 december. — Certaine aultre remonstrance *) a esté par les Estatz de Gueld res exhibé, contenant plusieurs poinetz, sur lesquelz est résolu comme s'ensuyt: premièrement sur le premier, qu'il fault veöir 1'acte de protestation, mentionée en ladicte remonstrance. Sur le second que les, Estatz y adviseront, subit que le Sr. Archiduc sera admis au général gouvernement des pays de pardecha. Sur le III* point est demandé l'advis de messieurs des Finances de Sa Mtó., comme aussy est arresté de communicquer le dernier point ausdicts de Finances. 723. R. 20 december. — Sur la requeste de mn. Isembaert Provin, licentié es droitz, pensionaire du pays et terroir du Francq 5), est dict que messieurs les Estatz Généraulx accordent au suppliant 1'office d'eschevin dudict Francq, vacant par le trespas de mre. Arnoult van der Borse, Sr. de Riddervelde, et en cas que ledict trespas ne fust encoires advenu, 1'intention est que, 1'advenant, il soit avancé devant tous aultres pour ses services. 1) Uit de redactie van dit besluit in S. G. 3 blijkt, dat Berlaimont niet meer gequalificeerd werd geacht, om het ambt te bedienen, en dat Bersele gekozen werd „tant pour les bons services, par luy faictz, que pour estre Brabanchon natiff". 2) Niet onmogelijk is het, dat met deze zaak ook verband houden: een brief van den Raad van Financiën van 27 Nov., dien de Slaten 29 Nov. besloten aan Antwerpen mede te deelen (R. i. d.); het request van de drie leden van Brussel, dat 4 Dec. aan den Baad van Financiën en de Bekenkamer van Brabant werd medegedeeld, om in .te voorzien (R. i. d.); een request van Antwerpen, dat 5 Dec. aan den Raad van Financiën werd medegedeeld (R. i. d.); het request van de drie leden van Brussel, waarop de Staten 22 Dec. besloten executoriaal plakkaat le depecheeren conform het request, mits „le taux" door de magistraat van Brussel werd vastgesteld (B. i. d.); een request van Antwerpen, waarop de Staten besloten de rescriptie van den Raad van Financiën aan Antwerpen mede te deelen (R. i. d.). 3) S. G. 3 heeft: „Berse" (dus Bersele). 4) De eerste is genoemd hiervóór, p. 565. 5) Dit..request in A. G., Aud. 565, fol. 419. 577 Gewesten en steden 1577. 21 December werd besloten aan gouverneur en magistraat van Béthune *) te schrijven, dat de magistraat tot Lichtmis toekomende zon verlengd worden, om inmiddels te adviseeren over de namens burgers der stad voorgestelde punten. — Geadviseerd werd aan pensionaris Wyts de plaats in den Baad van Vlaanderen te geven, ingenomen door Bevere, in geval deze het lidmaatschap van den Baad van State aanvaardde (E. i. d.). 724. R. 22 december. — Opte messyffbrieff van de heeren gedeputeerden van de Staten van Gelderlant, van den XVen deser maent, onderteeckent Aithony, tot Venlo 2), is geappoincteert: de Generale Staten van dese Nederlanden, geëxamineert hebbende dese messyve ende hierop gehadt hebbende d' advys van de gedeputeerde van Gelderlant, beroerende d'affsetten van Otte van de Zande van zijn officie van drossaet van Herdewijck, hier geroert, verclaeren, dat zy volgende (1. volgen) 't advys van de Staten van Gelderlant ende dat dyen volgende de voirscreven Van de Zande zal blyven gedestitueert ende dat Josep van Arnhem sal gesurrogeert ende gestelt zijn in zijn plaetsse, die daerinne blyven ende worden gecontinueert. 23 December werd naar aanleiding van het rapport over de hernieuwing van de wet te Antwerpen besloten aan den kanselier (sc. van Brabant) te schrijven, om de privileges te handhaven. — Naar aanleiding van de requèsten om het ambt van „con* seillier et mambonr ordinaire" van Gelderland 8) werd geschreven aan Sasbout, om de adviezen betreffende de benoeming te zenden; de burgemeester van Kampen werd hiertoe gedeputeerd „pour faire le debvoir", wien de stukken werden ter hand gesteld. — Op het request van pensionaris Van der Haghen werd beschikt: hem te geveneen eventueel vóór de komst van Matthias openvallende plaats van raadsheer in Vlaanderen; voor een na diens komst openvallende hem aan Matthias te recommandeeren (B. i. d.)! 26 December werd op het request van Champagney beschikt: hem copie te geven van het „besoingné" van wege de burgers van Brussel 4) en gedeputeerden naar hem te zenden. — Te schrijven aan de Eekenkamer te Bijsel, om aan Gent de „comptes et privilèges", er in 1540 heen gezonden, terug te geven en copie te houden van de voornaamste er van „pour la conservation du droict des autres provinces" 6) (R. i. d.). 26 December: besloten geen copie te geven van het laatste geschrift van de burgers van Brussel «), vóórdat men de auteurs er van kent, „et que besoing sera signer" (B. i. d.). 1) Cf. biervóór, p. 560. 20 Dec. werden „les escriptz" van Béthune en het advies en den brief van den Vicomte van Gent gesteld in handen van Wyts, Van de Warcke en den pensionaris van St. Omer ter fine van rapport (R. i. d.). 2) R. A., S. G., loketkas loopende 25. — Op deze copie geen onderteekening. 3) Eigenlijk naar aanleiding van dat van Dionys van Wesenhage, ordinaris raad in Gelderland, die verzocht, dat Sasbout zou worden aangemaand advies te geven over de requèsten van hem e.a. om het momboirschap, vacant door de benoeming van Jean Orth tot kanselier van Overijsel, die in Sasbonfs handen gesteld waren. Uit een 2« apostillé op dit request blijkt, dat de Staten 28 Dec. besloten ook advies van de gedeputeerden van Gelderland te vragen (A. G, Aud. 565, fol. 7). — Een request van Wesenhage wordt nog vermeld A 27 Deo.— Een andere die de plaats ambieerde, was Jacques van Berck, extraordinaris-raad van Gelderland, blijkens zijn request (alsvoren, fol. 42). i) Bedoeld moet zijn de heftige remonstrantie tegen Champagney: Actes, n». 947; in extenso ald., App, 466 (cf. Actes, n». 946; ibid., 463). - 15 Dec. was op „les remonstrances" van Champagney beschikt, zooals blijkt uit de minuut van Asseliers, „attaiché a Ia liache" (B.i.d.). 5) De brief zelf: Actes, n°. 950; Gachard, Notice, 17. 6) Waarschijnlijk Actes, n. 952; in extenso ald., App., 474. Het hier gedrukte stuk is echter zeer onvolledig. Een volledige copie in A. V. Ypres, port. 23B. _ in de twist tusschen 37 Gewesten en steden 1577. 578 725. R. 27 december. — Sar la requeste du Sr. de La Bourse, commissaire ordinaire, estably par Sa Mté. au renouvellement de la loy de Lille, est appoincté* que les Estatz déclairent que la délégation des commissaires pour le renouvellement de la loy, iey mentioné, a esté par eulx faicte pour certains respectz pour ceste fois, sans préjudice ny estre pour 1'advenir tirer (1. tiré) en conséquence. Messieurs du Conseil de Brabant, comparans en personne, déclairent ne vouloir excuser 1'absence du conseillier Tsesticb, néantmoings que selon leurs consciences ne scauront nommer aultre pour estre surrogué en sa place, ains qu'il convient que partie soit oye, tant selon droict escript que privilèges du pays. Sur laquelle remonstrance les Estatz ont faict responce qu'ilz ne veullent priver persone de son estat sans cognoissance de cause, ains qu'ilz adviseront sur ce faict ung peu de plus prés, pour, le tout meurement considéré, en ordonner comme de raison. 28 December werd op de remonstrantie van Aerschot over zijn'tractement beschikt: het advies van de Kamer der Beden te volgen en ordonnantie op Van der Beken te verleenen, om aan den inhoud van het request te voldoen (B. i. d.). 726. B. 31 december. — Sur la requeste des commis des guldes de Boisleduc: advisé d'ordonner commissaires pour s'informer sur le contenu de ladicte requeste et instruction y joincte, entendre et mettre ordre sur telles et semblables affaires et police, contenues en icelle requeste, et surtout y tenir la main que bonne et droicturie justice soit excercée par le magistrat illecq. 81 December werd naar aanleiding van een brief van „ceulx de Gand" gelast aan de gecommitteerden voor de informatiën te Douay te schrijven, om hunne opdracht te voltooien. — Op het request van Houfflin werd beschikt: brieven van aanbeveling te zenden aan den sénéchal van Henegouwen en aan Doornik, om voor den suppliant te verwerven het ambt van „conseiller" van Doornik, vacant door het vertrek van Jacques le Clercq. — Op de punten, overgelegd door den burgemeester van Boermond, werden gesteld „les articles marginales" (B. i. d.) '). X. KEEKELIJKE ZAKEN. Hierover komt in 1577 meer dan in 1576 voor. Vooral in de laatste maanden doen Brussel en Champagney speelt de Luikenaar André Cameraco een rol. Over hem vindt men in S. G. 3 nog de volgende resolutie op 20 Nov. 1577: Le capitaine Cadet, estant venu sur Ie mand des Estatz pour le faict dudict (!) Cameraco, a déclaré qu'il ne l a prins, troussé ny emmené, et sy ses gens 1'ont troussé et volu mener a Renaix ou aultrement, il n'en a la cherge et tlent estre descbergé par l'escript, servy par monsr. de Champagney, de tant mesmes qu'il n'a donné cherge a ses soldatz; et a luy données les lettres, despeschées ce matin pour luy envoyer, déclaré qu'il ne le tient prisonnier et mesmes ne cognoit 1'homme. — Verder nog: Sur ce que dessus touchant ledict Cameraco a esté résolu d'escrire lettres au majeur de Haulz, affin qu'il ayt a Ie relaxer (et) luy contenir en toutes telles actions quy luy peuvent compéter, de quoy la cherge est donné au conseiller de Tournesis. — Hierbij in m.: Nota du XXIe. Les pieches concernant ce faict sont mises et mains' du pensionaire Malcot. 1) Meermalen worden in de resolutiën requèsten vermeld van den graaf van Berg; zij hebben betrekking op de twisten tusschen de twee broeders, graaf Willem en Frederik van den Berg. Men zie R. iO Febr., 4, 7 Juni, i8 Aug. p.p., 30 Oct., 14, Si Dec. Verder schreven de Staten graaf Willem 3 Nov. in verband met de belegering van Boxmeer: B. A., S. G. 3799. 579 Kerkelijke zaken 1577. de Staten verscheidene benoemingen tot kerkelijke waardigheden en vergeven meerdere beneficiën. 727. E. 2 januari p. p. — Que les S™. aecordent XXX £ arth. aux cordeliers et dix pour les grises seurs x), affin qu'ilz veillent insister aux prières pour le salut et bien du Pays Bas. 728. R. 9 januari p. p. — Que l'on escripve lettres a mons1. le Comte de Lalaing et a monsr. le Vicomte de Gamper, gouverneur de Pe'rone, que l'on ne taische en chose quelconque changer la religion Catholicque Romaine, mais que l'on a promis de maintenir icelle, comme tout ce que l'on a traicté jusques orez en peult tesmoingner a). 26 April: de prelaat van Nienhoven, „dominus Valerius" en de kanunnik van Utrecht zijn gecommitteerd om te onderzoeken den brief van Goes van 17 April 3) en hierover rapport te doen (E,. i. d. p. p.). 729. R. 4 mei. — Sur la requeste de la prioresse et aultres du cloistre de Schertoghenrylant, prez de Genapiën, est dict que le procureur général s'informera sur le contenu de cestes pour procéder contre Carondelet, comme selon 1'exigence de ses messoz convient; et que néantmoings mons*. le marischal fera le debvoir de faire sortir les soldatz, estanz audict cloistre. 730. R. 17 juni. — Quant a la requeste du provincial de Carmes a Malines: que avant tout fault veoir la satisfaction, faict par le Prince d'Orainge et de ceulx de Schoonhoven, pour entendre, si les corps de ceulx de la religion réformée doibvent estre enterréz au cemitière des Carmes a Schoonhoven; et que a eest effet sera escripte lettre des Estatz a ceulx du magistrat de Schoonhoven. 731. R. 18 juni p.p. — Le prélat de Heylissen a par requeste faict plaincte des soldatz de Heze, Bersel et Floyon pour avoir rompu son église, verreries (?) et choses semblables a 1'office divin, tué III hommes, voilé III aultres en publicq avec aultres excès. 732. E. 20 augustus. — Touchant la proposition des Juiffz, lesquelz désireroient avoir leur résidence en Anvers, comme aultresfoys, est résolu que le Sr. Baron de Vile quy a proposé ceste affaire, mettra quelques poinetz et articles par escript, sur lesquelz il traictera avecq eulx, pour, iceulx veux, estre ordonné par les Estatz, comme ilz trouveront convenir. P- p- ~ Mess™., ayans veu certains articles, conceuz sur la demeure des Juiffz en la ville d'Anvers, ont advoyé et aecordé absolutement que l'on traicté avecq lesdicts Juiffz sur le pied dessus reprins; ou sy faire se peult a meilleure party, l'on le pourra essayer et faire le myeulx. 20 September schreven de Staten aan den Raad van Vlaanderen 4) over de benoeming van een abdis in de abdij van Bourbourg, vacant door den dood van Marie 1) Waarschijnlijk die te Namen, vanwaar de Staten op dezen dag vertrokken. 2) Lm. hierbij: „informer les gouverneurs de Pérone et aultres gentilhommez de Pérone" 3) De zeer uitvoerige brief beschrijft een geschil tusschen Jan van Stryen, vicaris-generaal van Middelburg, en den generaal der orde het Heilige Kruis betreffende het klooster dier orde te Goes (Actes, n». 548; R. A., Aanw. 1826, n°. 18, fol. 354; orig.?). 4) R. A., S. G., loketkas loopende 25. Kerkelijke zaken 1577. 580 de Bernemicourt, waar de. religieusen zelf langs wettigen weg „damoiselle Anthonette de Bouy" aangewezen Lebben, terwijl don Jan Gistene de "Warlnzel benoemd beeft; zij verzochten den Baad de zaak voorloopig op te honden. 5 October werd besloten te schrijven aan den bisschop van Ieperen, den grootvicaris van S'. Omer, Huysman, lid van den Raad van Vlaanderen, en den abt „de Dunes", om informatiën in te winnen over „plus idoine religieuse" in de abdij van Bourbourg (B. i. d.). 733. E. 16 october. — Après meure délibération, prenant regard a la qualité et bonnes partz de monsr. le prélat de Marolles, est résolu d'escripre en faveur de monsr. le prélat de Marolles tant aux Estatz d'Arthois qu'aux religieux de S'. Bertin, affin qu'ilz le veullent recepvoir pour abbé illecq, 1'ayant les Estatz Généraulx nommé a 1'administration du temporel, et ordonné d'adjouster a l'instruction de mons1. de Frezin touchant ce qu'il aura a proposer ausdicts Estatz d'Arthois ladicte dénomination dudict prélat. 18 October gaven de Staten, voor zoover het in hunne macht lag, aan Charles de Croy, licentiaat in de rechten, oud 30 a 35 jaar, op diens request het beneficie van de „prévosté de S'. Pierre en 1'église de Seclin" bij Rijsel ') (R. i. d.). 734. B. 19 octobee. — Quant a la requeste des religieux, prieur et convent de S*. Bertin en S'. Omer, messieurs les Estatz Généraulx déclairent aux suppliants que pour les raisons, alléguéz en ceste requeste, et aultres considérations ilz ont pourveu a la prélature de 1'abbaye de S*. Bertin des le XVII8 de ce mois de monsr. le prélat de Marolles, duquel iceulx suppliants debvront acquiescer et obtempérer en conformité des lettres patentes, a son intention expédiées a ces fin, addressantes aux prieur et religieulx dudict lieu-de S. Bertin 2). 735. R. 21 octobee. — Sur la requeste des abbesse et religieuses de Messines en Flandres a esté dict: soyent escriptes lettres favorables a monsieur 1'évesque d'Ypre, affin qu'il laisse joyer les suppliants de leurs anchiens droictz et coustumes et sur icelles professer touttes telles nobles dames qu'elles trouveront idoines a leur profession, sans les constraindre a aulcune réformatioD, et ce par manière de provision, et que le différent, pendant entre les partyes indécys, soit décidé ou par 1'assemblée des Estatz Généraulx ou aultrement soit ordonné 8). 23 October werd den drost van Brabant en den raadsheer Mudeus gelast informatiën in te winnen over „actes schandaleuses" van eenige soldaten of anderen voor Boxmeer tegen de eer „du S*. sacrament d'aultel" (R- i- d.). 3 November werd op het request van pater, mater en anderen van den derden regel te Geertruidenberg *) beschikt: conform het request te schrijven aan Oranje om teruggave van al hunne niet vervreemde goederen, in elk geval om voldoende voeding voor hun onderhoud. — Op dat van prior en anderen van het klooster der Karthuizers bij 1) Pottelsberg werd denzelfden dag gelast hiertoe ordonnantie te depescheeren (R. i. d.). 2) Kennisgeving hiervan aan de abdij van St. Berthin van 23 Oct. in A. G., Aud. 659, fol. 45. — Maroilles was de opvolger van Gerard de Haméricourt. 3) In S. G. 3 luidt de laatste zin: „et jusques a ce qne par 1'assemblée généralle des Estatz aultrement en soit ordonné". 4) Er staat: „en la ville de St. Gertrude". En in de volgende resolutie: „prez la ville du Mont St. Gertrude". 581 Kerkelijke zaken 157T. Geertruidenberg: aan Oranje te schrijven, om de supplianten te voorzien volgens de pacificatie (R. i. d.). 736. R. 4 novembeb p. p. — Touchant le faict de la* nomination al'admistration de 1'abbaye de S'. Bertin en faveur de la persone de monsr. le prélat de Marolle est arresté par la pluralité des voix 1'acte d'ordonnance, conceue selon le raport de mons*. de Fresin, et .aussy lettre missive desdicts Estatz aux prieur et aultres du convent dudict S*. Berthin. Quant a la requeste des religieux, prieur et convent du monastère de S'. Bertin est dict pour certaines et grandes considérations: les Estatz ont pourveu de administrateur a ladicte abbaye du Sr. de Marolles doiz le XVI° d'Octobre, selon que lesdicts supplians ont esté deuement adverty, tant par 1'apostille a aultre requeste, a nous présentée, que par noz lettres et déclaration verbale du Sr. de Fresin, envoyéz exprès a eest effect, requirans partant ausdicts suppliants se vouloir conformer a la raisonable intention desdicts Etatz sans préjudice a leur privilège, a quoy n'entendons déroguer ny mesme tirer ladicte provision en conséqnence, retournant arrière a les requérir qu'ilz ayent a choisir, eslire et postuler a prélat futur de ladicte abbaye de S'. Bertin ledict prélat de Marolles, en quoy ilz nous feront chose aggréable. 5 November werd het request van „messire Floris Serclaes" om een prebende van S'. Servaes voor zijn zoon Charles, vacant door den dood van „messire Théodore Bert", medegedeeld aan den deken en het kapittel van S', Servaes te Maastricht om advies (R. i. d.) >). 737. B. 7 novembeb p. p. — Sur la requeste de ceulx du convent de 1'abbaye d'Eversbode en Brabant est dict: veu et oy le raport et advis des commissaires de Sa Mté. et oy aussy la déclaration, faicte de la part de monsr. le révérend père en Dieu le prélat de S'. Michiel, conforme au contenu d'icelle requeste, commettent par provision messire Arnoult de Leeffdale, prêtre religieux dudict monastère et pasteur de Oostham, a 1'administration de 1'abbaye dudict Everbode soubz le bon plaisir de Sa Saincteté et de Sa Mtó. Catholicque. Et que a eest effect lettres patentes seront faictes et lettres escriptes audict convent de recepvoir ledict messire Arnoult a ladicte administration et le recognoissent pour administrateur soubz ledict plaisir de Sadicte Saincteté et Mtó. In het request*), boven bedoeld, werd geremonstreerd: dat na den dood van Gilles Zemmers verscheidene malen commissarissen naar Everbode gezonden waren, om te informeeren naar de drie geschiktsten onder de geestelijken voor zijn opvolger, en dat deze informatiën ook aan den Koning gezonden waren; dat echter nog geen benoeming had plaats gehad, zoodat de prelatunr nu drie jaar vacant was; dat de commissarissen, in hun advies aan de Staten van Brabant, Leefdale den geschiktsten noemden; daarom verzochten de supplianten „Vos S*'»"., comme représentans la personne de Sa M16. ou du moins son gouvernement et lientenant-général des Pays-Bas", Leefdale bij provisie te benoemen. 1) Zie hierover ook 3 Dec: een prebende van St. Servaes gegeven aan Godefrid de Cbynecq, neef van Maerten van den Nytzem, wegens de afwezigheid van den bisschop van Kamerijk en proost van St. Servaes, die de partij van don Jan houdt (R. i. d.). Zie nog R. i9 Dec. 2) R. A. Noord-Brabant, reg. doleantiên 4, fol. 97. Kerkelijke zaken 1S77. 582 18 November: te schrijven aan de geestelijkheid te Maastricht, om den eed te doen zoowel aan de Staten als aan den Koning voor de gemeenschappelijke verdediging van het land en hierin samen te gaan met de burgers *) (R. i. d.). 738. R. 19 november. — Ayant oy le raport des convens d'Affligem, S*. Bernard et Tongerlo et les prélatz du pays de Brabant, y constituans le premier estat d'icelluy pays, faict par le pensionaire de Gand, Van der Hagben a), a esté appoincté que les supplians joindront les copies des pièces et munimens cy mentionées et le tout feront communicquer aux parties, pour y dire et respondre endedans III sepmaines après 1'insinuation ce que bon leur semblera. 21 November: op het request van prior en andere religiensen van het klooster Everbode (= Averbode) werd beschikt, dat zij, die gebesogneerd hadden over de informatie en keuze „de eest abbé" s), gedeputeerd werden, om hem op de gewone wijze te introduceeren. — Op dat van prior en anderen van het klooster S'. Bernard, dat voor de te nemen informatiën *) aangewezen werden de prelaat vanVilers en de raad Hovelmans, bekleed met de hiertoe noodige macht. — Op dat van Fresin, verzoekende om de abdij van S'. Vaast te Atrecht, vacant door het overlijden van Thomas de Parency, „pour 1'administration dn temporel et spiritnel et'temporel d'icelle par forme de provision", op het welbehagen van den Paus en den Koning: te schrijven aan den bisschop van Atrecht om advies (B. i. d.) 6). 25 November werd Josse des Gardine, profes „en la maison et prévosté de Watene" in Vlaanderen, naar aanleiding van zijn request en gezien/het advies der vier leden van Vlaanderen, bij provisie belast met de administratie van de goederen dier „prévosté" (R. i. d.). 1 December werd aan Louis de Quebem, geboortig nit Aire, laatstelijk sergeant van de compagnie van Egmond, op diens request toegestaan de prebende van de abdij van Dronchin(?) bij Gent (R. i. d.). 4 December besloten de Staten, gezien het advies van den bisschop van Atrecht 1) In S. G. 3 hierover: op rapport van Marnix over het geschil tusschen de geestelijken en de wereldlijken te Maastricht, waar de eersten geen eed voor de Staten willen afleggen, besloten aan de geestelijkheid te schrijven en last te geven „de recepvoir ledict serment". 2) Het rapport was uitgebracht op een request der in de resolutie genoemden (ft. A. Noord-Brabant, reg. doleantiën 4, fol. 272v.). Zij verzochten in een uitvoerig gemotiveerd betoog, om de incorporatie der kloosters van Tongerloo en Afflighero, resp. in het bisdom van Den Bosch en het aartsbisdom Mechelen, door Alva krachtens de kerkelijke indeeling van 1559 ten uitvoer gelegd, ongedaan te maken en de door Alva afgezette abten in hunne waardigheid te herstellen; voor St. Bernard verzochten zij benoeming van een abt, die reeds ongeveer twee jaar ontbrak.— Blijkens een apostillé bij dit request (t. a. p ) was 9 Nov. aan Van der Haghen het uitbrengen van het rapport opgedragen. In S. G. 3 komt het besluit hiertoe voor. — Een afzonderlijk request van St. Bernard, t. a. p., fol. 255. 3) Bedoeld is Leefdale, zooals nader blijkt uit het request zelf (R. A. Noord-Brabant, reg. doleantiën 4, fol. 103v). Uit de apostillé bij het request (t. a. p.) blijkt, dat de gedeputeerden waren de prelaat van St. Michiel en Jean Hovelmans, ordinaris-raad in den Raad van Brabant. 4) Nl. voor de benoeming van een abt, zooals nader blijkt uit den brief van de Staten van 24 Nov. aan den prelaat van St. Michiel (dus niet Vilers, zooals de resolutie heeft) en Hovelmans (R. A. Noord-Brabant, reg. doleantiën 4, fol. 404v°). — Deze brief werd 7 Dec. door de Staten gearresteerd (R. i. d.). 5) Nog een request van Capres en een van Atrecht worden genoemd 12 Dec.: de Staten besluiten dan te schrijven aan prelaat en geestelijkheid van het klooster St. Vaast (R. i. d.). — De naam is in het register niet ingevuld. 583 Kerkelijke zaken 157' In diens brief van 1 December, de prelatnnr der abdij van S'. Vaast te verleenen aan Jean Sarrasin als den meest geschikten *) (R. i. d.). 5 December werd besloten naar aanleiding van een klacht van den Vicomte van Gent over zeker request van de abdis van Avesnesgehoord de verdediging van den Vicomte, aan de abdis te schrijven, om copie van de obligatie van het geld, door haar aan den Vicomte geleend, aan dezen te zenden (R. i. d.). 739. R. 6 december. — Le Sr. Vicomte de Gand 3) a comme gouverneur d'Arthoys remonstré que le prieur de S'. Vaast a faict plusieurs actes contre Ia patrie, comme il offre vérifier, et que partant icelluy ne doibt estre pourveu de 1'abaye de S'. Vaast; mais le greffier Weellemans a déclairé que ses lettres estoient doiz hier envoyées; par quoy par mémoire seullement. Een brief van Oranje 4) tot aanbeveling van Maroilles werd op denzélfden dag gesteld in handen van Provins en den pensionaris van Douay (R. i. d.). 740. R. 7 decembeb. — Semblablement sont accordées par la pluralité des voix les lettres, conceuez sur les nom des Estatz Généraulx, aux prieurs religieux et conventz d Affligem et Tongerloo et chacun a part, pour tenir et réputer les esleuz abbéz, tant messire Arneult Motmans que messire Jacques Veltacquer, comme abbéz respective d'Affligem et de Tongerloo, comme ilz ont faict, avant qu'ilz sont esté de ce spoliéz ou dépossesséz par le Duc d'Alve et archievesque de Malines et évesque de Boisleduc, le tout suyvant le proiect, publicquement leu. 741. R. 10 decembeb. — Mons'. le prélat de Marolle a déclaré et protesté qu'il entend et est résolu de soy tenir a la provision que luy a esté donnée touchant 1'abbaye de S'. Berthin, puisque nonobstant les privilèges, alleguéz par ceulx dudict S*. Berthin et les Estatz d'Arthois, il a pleu a messieurs les^ Estatz eneharger ledict Sr. prélat de soy mettre en possesion de ladicte abbaye de S'. Berthin et d'escripre ausdicts d'Arthoys et de S'. Berthin qu'ilz eussent a eulx rigler en conformité de leurdicte résolution, requirans en cas d'ultérieure opposition luy estre ordonné juge compétant, par devant lequel il puisse poursuivre son bon droit. 11 December werd het antwoord der Staten op de remonstrantie der Staten van Artois, gesteld in het 6e artikel van hun accoord, betreffende Maroilles als prelaat van S'. Berthin, goedgekeurd 5) (R. i. d.). 12 December werd het request van de prelaten van Brabant aan de Kamer der Beden om advies medegedeeld (R. i. d.). 1) De commissie voor Sa ra sin van 4 Dec. in A. G., Aud. 659, fol. 58. — 15 Dec.: aan Sarasin en St. Vaast dit besluit te schrijven; aan den president en anderen van den Raad (sc. van Artois) en de fiskalen te schrijven, om hen in het bezit der prélat uur te stellen (R.i. d.). — 20 Dec. werd de benoeming niettegenstaande een request van St. Vaast gehandhaafd (R. i. d.). 2) Inged iend 25 Nov. en toen in handen gesteld van Capres als waarnemend-gouverneur van Artois om advies (R. i. d.). Bedoeld was de abdij van Notre Dame van Avesnes, toen overgebracht naar Bellemate bij Atrecht, zooals t. a. p. blijkt. 3) Waarschijnlijk zullen ook de brieven van de magistraat van Aire en van Eustache de Croy, heer van Rumenghien, die op dezen dag gesteld werden in handen van den „conseiller" van Atrecht, ten einde ze mede te deelen aan den Vicomte, over deze zaak handelen. 4) Van 3 Dec.: Brom, Archivalia in Italië, III, 493. 5) Herhaling hiervan op 12 Dec. (R. i. d.). Handel 1577. 584 14 December werd op het request van de koninklijke kapel in het Hof te Brussel'), conform het advies van de Kamer der Beden, beschikt: Van der Beken te gelastenden supplianten 1959 p., 12 s. art. te betalen uit de gelden van het tractement van don Jan. — Naar aanleiding van een brief van de vier leden van Vlaanderen van 7 December, geteekend Groote, werd aan Lievin Grenier, pastoor van de parochiekerk van S'. Michiel te Gent, de „doyennée et prébende" van de collegiale kerk te Kortrijk verleend. — Op een propositie van de Staten van Brabant betreffende de vaceerende abdij Grimbergen werd besloten deze te geven aan D'Oyenbrugge, waartoe dergelijke brieven als voor Everbode te depescheeren; de abt van S'. Michiel en de raad D'Amant aangewezen voor de introductie (B. i. d.). 24 December werd op het request van Pierre Ernest de Facuwez, geestelijke en „grenetier" van S'. Berthin, gezien het advies van Maroilles, besloten conform dit aan de geestelijken van S'. Berthin te schrijven, om Maroilles te gehoorzamen *) (B. i. d.). 25 December: „sur le faict de Nostre Dame de Hault" geadviseerdmr. Guillaume van der Haghen te hooren, om met Jean Gilles rapport te doen (B. i. d.). 31 December werd betreffende het request van de kloosters der Jacobijnen te Antwerpen en Den Bosch gelast de koffers, ornamenten en rente-brieven aan hen terug te geven (B. i. d.). XI. HANDEL. Ook hier valt, evenals in de vorige Rubriek, eenige uitbreiding van bemoeiing te constateeren. 742. R. 18 febeuaei p. p. — Sur la requeste de ceulx de Hollande touchant les tonlieux nouvaulx de chacune mesure de grains et du sel de Sont de par le Roy de Dennemarcq: soit renvoyé a mess™, du Conseil d'Estat, affin qu'ilz ordonnent ce que la raison re qui er t. 743. R. 26 juni. — Messieurs se sont conforméz a la requeste, conceue sur le nom des Estatz Généraulx pour le faict d'hoblon, et qu'elle sera présentée a Son Altèze. P. p. — Le Sr. de Liekercke est commis de présenter avecq Asseliers deux requestes sur le nom des Estatz, seavoir sur 1'hoblon et collecte du thonlieu en Anvers, et de demander favorables apostilles en conformité du dispositiff d'icelles. Het ééne der hier bedoelde requèsten 3) aan don Jan luidt als volgt: 743a. (26 juni). — Remonstrent en toute révérence les députéz des Estatz Généraulx, assembléz en la ville de Bruxelles, que, nonobstant diverses remonstrances, faictes a ceulx des Finances, on ne cesse de lever la licence de houblon de cincq solz de groz sur le eent, aultrefois par le grand Commandeur, sans consentement des Estatz, mis sus et aecordé a aulcuns particuliers pour bénéficier certains Espaignolz, ses ministres, ayant esté par lettres expresses desdictz de Finances, escriptes au collecteur des tholles en Zélande le XXVIIme. 1) Nog een request hiervan wordt vermeld B. 35 Oct. 2) Brom, t. a. p. 3) A. G., Aud. 252, fol. 173 (orig.). 585 Handel 1577. d'Apvril deruier, ordonné de continuer la levée de ladicte licence. Et cornme c'est chose nouvelle, faicte sans consentement desdictz Estatz et contre les privilèges du pays et conséqnamment, ensuyvant le Xme. article de la pacificatión et édict perpétuel, doibt estre osté, supplient que Vostre Altèze veuille incontinent ordonner qu'on supercède de la levée de ladicte licence. Et comme il a esté aultresfois publié, tant en 1'an XV0 LXVI que en 1'an LXXV, certain placcart, par lequel at esté défendn sur prétext de ehiereté apparente qui estoit alors, pour estre les houblons mal addressées, de ne mener hors du pays ledict houblon, apparant par les copies icy joinctes, lequel placcart a trés humble correction ne pouvoit avoir lieu, si non durant ladicte ehiereté, et, cessant 1'occasion de la défence, debvroit aussy cesser 1'édict, touttesfois comme le placcart qu'est publié en 1'an LXXV du temps du grand Commandeur, contient que durera ladicte défence jusques a la révocation et que icelle est préiudiciabel a la libre trafïïcque, causant monopolie et répugnant aussy aux previlèges du pays, et en cas qu'auroit eneores lieu, fairoit 1'impost des six pattarts, par les Estatz mis sur le cent de houblon, infructueulx, oultre se causeroit diversion de trafficque, considéré que de Huesden et aultres quartiers voisins, oü grande quantité d'houblon croist, seroit mené a Dordrecht et de la en Angleterre et aultrepart hors du pays, comme ilz ont accoustumé de faire durant le temps que le passaige de Vlissinghen a esté serré, et que pis est, est on informé que a cause des grandes charges, mises pardeca sur lesdictz houblons, on a commencé en Angleterre planter et cultiver dudict houblon, par quoy viendroit ladicte négociation — estant de grande importance — grandement en ces pays a amoindrir, supplient lesdictz remonstrans qu'en considération de ce que dessus le bon plaisir de Vostre Altèze soit de casser et révocquer ledict placcart et permeetre la- libre sortie dudict houblon, en paiant, oultre 1'ordinaire droict des tonlieux, ledict impost de six pattarts, comme des aultres vivres et semblables marchandises. Quoy faisant etc. *). Op het request van Simon Snero, Portugeesch koopman, burger van Antwerpen, werd 9 Augustus beschikt: de Staten keuren de den suppliant bij brieven van 17 Januari, geteekend Berthy en gezegeld met het zegel van den Geheimen Raad, toegekende „grace de sauvegarde" goed en bevestigen deze s) (R. i. d. p. p.) Over de hop schreven de Staten 12 September een brief aan de magistraat van Brugge3), dien wij laten volgen: 744. 12 september. — Messieurs. Nous estant remonstré de la partd'aulcuns bourgeois de la ville d'Anvers, ayantz passéz deux ans du feu grand Commandeur soubz le nom de Marcqus Nunius, Espaignol, et que, lors les Espaignolz estoient envoyé en Fébvrier dernier, soubz le nom de Herman van Capenberghe, obtenu passeport tant dudict Commandeur que de messieurs du Conseil d'Estat, pour lors commis au gouvernement général de ces pays, pour endens certaine temps pouvoir emmener hors ces pays certaine quantité des quintaulx des houblons aux conditions, esditz pasports expriméz, lesquelz, combien depuis 1) W.g. Cornelius Weellemans. 2) Cf. hiervóór, p. 164. 3) A. V. Ypres, port. 23». Handel 1577. 586 ilz sont esté ralongéz, si est que on leur donne en x) la joyssance d'iceulx passeportz, nonobstant que le nombre ne seroit complet, mesmes que en aulcuns lieux qu'ilz sont esté contrains mectre causion et plaise pour le passeport de certaine quantité des boublons qu'ilz y ont faict passer, et considéré qu« la raison veult qu'ilz en jouyssent entièrement, après en avoir furny aux (!) et droiet compétent, aussy que tant plus que le houblon est chargé de licence, tantmoings le sorte (!) du pays aussy se sorte, les estrangiers le payent, demourant paria meilleure marché, sy comment (!) aussy en ce regard ilz nous ont presté sans intérestz notable somme, nont (1. dont) nous sommes servis en ces présentes affaires pour la défence de la commune patrie, n'avons voulu laisser a 1'instante réquisition des dessus nomméz et Gapenbergbe et suivant ce que leur avons aecordé et permis, vous escripra (1. eseripre) la présente et requérir, comme faisons bien affectueusement, que, en tamps que vous touche et pour les raisons susdites, ayez a laisser youir plainement et paisyblement a iceulx Nunius et Capenberghe 1'effect desdictz passeport pour ceste fois seullement et sans préjudice des privilèges générales du pays de Flandres ou aultres particuliers que en ce regard entendons demourer en leur entier, et si aux susnomnréz ou a aultre en leur nom l'on eust soubz vostre jurisdiction laisser passer quelques quantitéz desditz houblons soubz caution, sans en avoir payé auleqn droiet, vous requérons, si besoing est, faire par les offices du lieu ou aultres qu'il convient, paier a iceulx ou leurs cationaris quy peuvent avoir envoyé aulcun houblon hors de ces pays durant les passeportz desdictz Nunius et Capenberghe, ne doubtans qu'estantz satisfaictz desdictz cautionnaris, iceulx passeportz seront accompliz de brief et en ce ne veuillez faire dilaye ou refuz. A tant 2). 8 October: bet request der kooplieden, hun wol verloren hebbende bij de plundering van Antwerpen, werd gesteld in handen van Saventhem en La Haye, om informatiën in te winnen; de ontvanger van het kwartier Antwerpen werd inmiddels gelast te „surceoir des laines" (!), in het request genoemd (R. i. d.) "). 745. R. 16 octobee. — Sur la requeste de Guillaume Geleyssens, marchant d'Anvers, est appoincté que, ayant esté ceste requeste par les S™. des Finances visitée, accordent au suppliant le passeport pour la pouldre, bonlletz et artillerie, en sa requeste mentionnéz, moyennant qu'il mecte pleige souffisante devant le loy d'Anvers, qu'il portera certification deue, passée devant le loy de Horne, qu'il aura emploié lesdicts pouldre, bouletz et artillerie sur ses navires pour leur défense, ordonnant les collecteurs de la tolle de Zeelande et tous aultres que le laissent en tel cas passer. 17 October werd op het request van de kooplieden der Portugeesche natie te Antwerpen4) beschikt: het mede te deelen aan de magistraat van Antwerpen om advies 1) Dit „en" is overbodig; men zou verwachten: „que on ne leur donne pas" enz. 2) W. g. Cornclius Weellemans. 3) 26 Oct. verder over dit request: de wol, er in genoemd, zal komen aan de kooplieden, waarvan het request en het advies van Saventhem en La Haye melding maken; hiertoe te schrijven aan den controleur op het kasteel van Antwerpen Arthus, om de wol terug te geven (R. i. d. p. p.). 4) Cf. Rubriek IV» op 21 Oct. 587 Handel 1577. over de wijze, waarop „sauvegarde et asseurance" aan de kooplieden zou kunnen toegekend worden (R. i. d.). 746. R. 18 octobee. — Députer ung des Estatz, a dénommer par ceulx d'Anvers, affin de se trouver a la bourse et demander les marchans, ayans chargé les navires 1), pour faire vole vers Espaigne, sy leur intention est qu'elles partiront, actendu le danger d'estre arresté audict Espaigne, et porter les nom8 et surnoms par mémoire aux Estatz de ceulx quy auront consenty ou estre de contraire opinion. 747. R. 19 octobee. — Sur la requeste des marchans naturelz des pays, estans leur train et trafficque des marchans sur les Royaulines et Sries»d'Espaigne et Portugal est appoincté par les Estatz: ayans eu rapport de ceste requeste, ont relaxé et relaxent par cestes les navires, arrestées et mentionnées par ceste requeste. 748. R. 22 octobee. — Sur la remonstrance, faict par le pensionaire Wits, touchant 1'asseurance et seurté pour faire venir les balles de laines, appartenans a la nation espaignolle et aultres, les Estatz ont aecordé asseurance en telle forme que les remonstrans ont demandé; pareillement le Prince d'Oranges en nom de ceulx d'Hollande et Zeelande et a ceste fin sera requis le Prince d'Oranges par lettre réquisitoire. 749. R. 29 october 2). — Suyvant la remonstrance de ceulx d'Anvers a esté aboly et osté 1'office de la conduite des asseurances comme nouvellité, introduicte par le Duc d'Alve contre la liberté des marchantz et chacune coustume, acceptant 1'offre, faicte par lesdicts d'Anvers, désirans que 1'gffect s'en adsuive a la plus grande faveur et subvention de la patrie que sera possible, et a fin que 1'induction voluntaire dont les remonstrans entendent user, ait tant meilleur progrès, sera prins 1'esgard et donné le contentement que de raison aux pointz cy ensuyvantz: Sera dépesché et publié placcat général, défendant toutes voyes de faict, oultraiges, envahies ou saisissements soubz quelque prétext que ce soit, et ordonnant qu'en semblables choses soit usé êt procédé par voye de justice ordinaires en forme accoustumée par intervention des magistratz des lieux. Résolu que les licences des hoblons seront ostées, moyennant que ceulx d'Anvers remboursent les IIIcm £ arth., par les marchantz débourséz. 2 November werd op het request van de „Consul, conseillers et marchantz" van de Genueesche natie in de Nederlanden aan deze paspoort en sauvegarde toegekend (R. i. d.1. 750. R. 19 november. — Sur la requeste de Laurens Francx et consortz 8), jusques au nombre de LXXV borgeois d'Anvers, est appoincté: les Estatz, ayans oy le raport de ceste requeste et pieches y joinctes, ont ordonné que lettres seront escriptes au commissaire Gornile Rosenborch 4) et le recepveur 1) In S. G. 3 volgen hierna de woorden: „prets en Zeelande et résolu". 2) Hen vergelijke hierbij Rubriek IVB op 18 Dec. 3) Requèsten van hen worden ook vermeld: R. 14 Oct. p.p., 3 (p.p.), 14 (p.p.), 36 Nov., 4, 7, 15, 34 Dec. 4) Requèsten van hem worden vermeld li. 30 Aug., 19, 39 Nov., 13 Dec. Munt 1577. 588 Jehan Cabo, affin qu'ilz s'informent plus partieulièrement de la nature des debtes, icy mentione'es, quant elles ont esté constituées, sy les denrées etmarchandizes ont esté consuméz ou employéz au proffict des Estatz Généraulx en tout ou partie, spécifiant bien par le menu les parties, vendues au proffict de la Généralité, oü que la vente ja est faicte et lesdictes denrées trouvées, sy les navires et batteaux et galéries, oü qu'ilz disent leur marchandises avoir esté employéz et esquelles ilz disent avoir faict leur manouvre, sont aussy vendues au proffict de la Généralité, faisant de tout bien spécifiquement déclaration pour, le tout veu, en estre ordonné comme de raison. 21 November werd aan Jean de Boeckel te Antwerpen op diens verzoek verleend het ambt van controlleur „des alluns", vacant door het vertrek van den Spanjaard Jean de Gastro uit het land; dit, gehoord het advies der Staten van Brabant en den aanbevelingsbrief van de magistraat van Antwerpen ') (B. i. d.). 18 December: naar aanleiding van de remonstrantie over „le faict de vins" werd besloten het hierover gepubliceerde plakkaat a) van kracht te laten (R. i. d.). 751. R. 19 december. — Arresté d'obtenir placcat de point transporter grains hors les Pays Bas. Mais depuys est dict que la remonstrance de ce, faicte par les députéz d'Arthoys, sera communicquée aux Estatz dudict Arthoys et d'Haynault. 22 December werd besloten het ontwerp-plakkaat betreffende het graan-transport mede te deelen aan den Geheimen Baad om advies 3) (B. i. d.). 23 December,werd de kanselier van Brabant gelast het plakkaat betreffende het graantransport voor alle gewesten behalve Gelderland, Friesland, Overijsel en Utrecht te depescheeren en te zegelen (B. L d.). XII. MUNT. Deze Rubriek begint ook iets beter gevuld te worden: 752. R. 23 januari *). — Item mys en termes de forger nouvelle monnoye et a quel pied et de continuer la monnoye de France, courante en ces pays, au mesme prys que pardevant jusques les Pasques. Sur quoy ont esté mandé et oy les deux généraulx de monnoyers quy ont déclairé les francqs de France n'estre en alloy que de quinze patars au plus, ce qu'auroyt demouré ouvert sans résolution. 753. R. 31 januari. — La pluralité des Estatz porte que les pathars de France et les francqz seront continuéz avoir cours, comme jusques ores ont eu, jusques a la St. Jehan et que doiz astheure, comme d'alors, ils seront tenuz pour billon. 1) Deze resolutie komt in wat korteren vorm nogmaals op dezen dag voor. — Zie over De Caslro nog R. 15 Juli p. p. 2) Dat van 4 Juli 4577, genoemd bij Terlinden? 3) Hierover in S. G. 3: op de rescriptie van den Raad (sc. Geheimen Raad?) „n'estre ordonné de faire seller deffence pour le faict des grains conformément a leur rescription et coucher placcat acoustumé". 4) Dit alleen in reg. Liébart (A. G., Aud. 327^), fol. 5. 589 Munt 1577. P, p. — La pluralité des voix porte que on doibt suyvre le pied de messieurs des Estatz de Hollande et Zélande pour le haulche des monoyez d'or et d'argent, comme aujourd'huy il a esté bien et au long débattu. 8 Februari: besloten den Raad van State te verzoeken „la permission" van de gouden en zilveren mnnt tot Paschen te verlengen (R. i. d.). 754. R. 15 februari. — Que lettres seront escriptes a monsT. le Prince d'Orainge d'envoyer pardecha aucuns, s'entendans au faict de monoie, pour aveeq les officiers de la monoyé pardecha et ceulx de Finances eoncepvoir ung pied suyvant le traictié de paix, faict a Gand. 27 Maart: de Staten stemmen er, voor zoover hen aangaat, in toe, dat het muntplakkaat, betreffende de Fransche munt, verlengd wordt tot S'. Jan a. s. (R. i. d.). 1 Juni: aangezien „la précédente tolérance" zich slechts tot S'. Jan uitstrekt, over de munt don Jan of den Raad van Financiën te hooren (R. i. d. p. p.). 7 Juni: Liedekerke, de pensionaris van Antwerpen en La Croix met De Hertoge gecommitteerd om met den Raad van Financiën over de munt te overleggen, of verandering noodig zij (R. i. d. p. p.). 755. R. 8 juni. — Que la requeste des Estatz Généraulx, concheue pour les droictz seigneuriautx de la monnoye, se présentera, comme elle a esté lue. Bedoeld is het volgende request 1) aan don Jan: 755a. (8 juni). — Remonstrent en toute humilité les députéz des Estatz Généraulx des pays de pardecha que, pour subvenir a la trés urgente nécessité, se représentant des au commanchement des dernières troubles de 2) leur auroit convenu, meismes en leurs privéz noms, chercher et trouver tous moyens possibles et de faict impétrer de messeigneurs du Conseil d'Estat, lorsques au gouvernement desdictz pays, que certaine neufve monnoye feust forgée au pied conceu et arresté, a intention et affin seullement que le surpassant les anchiennnes et accoustumées régales de Sa Mté., asseavoir sur la marcq d'or fin IX £ XII s. et sur la marcq d'argent XXI, seroit au prouffict desdictz Estatz pour lasubvention susdicte, sans laquelle Sadicte Mté. ny les Estatz ne pourient et n'eussent oncques volu consentir a ladicte haulse ny moins si libéralement y délivrer leurs vasselles, chennes, bagues et joyaulx, voires sans espargner celles des églises avecq parte de la fachon et dorures, et combien que ce considéré, meismes que par ladicte haulse n'est aulcunement dérogué audict viel droict de Sa Mté., joinct que tout ce que en pourroit venir ne s'employe que au payement des debtes de Sadicte M46., (les S™. des Finances?) ont levé certaines bonnes sommes desdictz droictz et donnent journeilement plusieurs grandes assignations sur iceulx au grand préjudice des remonstrans et commune patrie en ceste extréme nécessité publieque, par quoy supplient trés humblement qu'il plaise a Votre Altèze déclairer ladicte haulse appertenir et debvoir suyvre ausdictz Estatz Généraulx pour subvenir a ladicte nécessité, tant et si longuement qu'elle durera. Quoy fayssant etc. 1) A. V. Gand, reg. V, fol. 139v». 2) „De" schijnt overbodig. Kunt 1577. 590 756. R. 20 juni. — Messieurs par pluralité des voix ont résolu que l'on requerra que le placcat sur le faict de la monnoie soit encoires tolléré, sans publier celluy que de nouveau estoit conceu et aussy desia imprimé, le tout selon la requeste de ceulx des Estatz Généraulx, conceue par messieurs de Flandres, mais que Son Altèze fera par placcat deffendre a tous de aller quérir par grande quantité telle monnoie en France. 757. R. 26 juni. — Que les Estatz insisteront par manière de réplicque pour obtenir le droict de nouvelle réserve sur la monnoie, d'aultant que les Estatz ont aussy demandé, quant au moys de Janvier dernier ils requiroient lieence et congié de faire forger monnoie, et que ceulx du Conseil d'Estat 1'ont aecordé. 3 Juli schreven de Staten aan den Prins en aan de Staten van Holland en Zeeland *) met verzoek de muntmeesters dezer beide gewesten over de munt met hen te doen confereeren. 10 Juli werd op het request van Melchior van de Perre, „conseillier et général" van de munt, en Andrieu Serveels, auditeur van de Rekenkamer van Brabant, beschikt: aan elk van beiden volgens het advies van de Kamer der Beden door Van der Beken te doen betalen 2 p. art. per dag van 15 October 1576 tot 15 April 1577; dit uit de penningen „procédéz ou a procéder des réserves, levéz sur le faict de la monnoye en ces Pays-Bas" (B. i. d.). 12 Juli werd de memorie van Grobbendonck over „le faict de réserve de monnoier, requis par Gille Hoffman", om advies gezonden aan de Kamer der Beden (R. i. d. p. p.). 17 Juli werd „la réplicque ou itérative requeste pour les droictz de la monnoie" goedgekeurd volgens het advies van de Kamer der Beden (B. i. d. p. p). 20 Juli werd op het request van de vrijmunters en werkgezellen van de munten, begerende „vrydicheyt van de imposten ende beden, onder 't decxele van de privilegiën verleent", beschikt conform het advies van de Kamer der Beden, dat zij verplicht zonden zijn in deze en dergelijke beden, dienende tot defensie van het land, bij te dragen. — Op het tweede request van dezelfden om belooning voor hunne komst van Antwerpen naar Brussel werd beschikt conform het advies (ook van de Kamer der Beden?), dat zij nog geduld moesten hebben (R. i. d. p. p.). 16 Augustus werd gelast te Schrijven aan alle muntmeesters der Nederlanden over de munt (B. i. d.). 758. R. 10 september. — Touchant que aulcuns ont mis en avant de povoir haulcer la monoie conformément a ceulx de Hollande, a condition toutesfoys que chacun dudict pays, leveullant allouera tel pris, seroit tenu de faire marcquer la pièce en lieu, pour ce désigné, et avancer en argent comptant les deux tiers de la hanlce, demeurant 1'aultre a son proffict, est dict que l'on doibt communicquer avecq messieurs des Finances et de la Chambre des Aydes et de la monoye. 21 September werd het request van de „prévotz, juréz et commis" van de munt van den Koning als hertog van Brabant te Antwerpen verwezen naar de Staten van Brabant om er op te beschikken (R. i. d.). 759. R. 1 october. — Ordonné de continuer le cours des monnoyes jusques 1) Beide brieven genoemd hiervóór, p. 169, noot 2. 591 Munt 1577. au Noël, comme elles ont courru jusques oirez pour cependant pourveoir sur le faict desdictes monoies, comme convient, et pour ce demander placcat. 11 October: gelast te schrijven aan Antwerpen over de verlenging van den geldkoers tot Kerstmis aanstaande ') (R. i. d. p. p.). 29 October: de Kamer van de Beden gelast met een der gedeputeerden van Holland en Zeeland en Oranje te handelen over den aan te nemen muntvoet, na onderzoek van de adviezen van den Geheimen Raad en den Raad van Financiën*);morgen vóór den middag rapport te doen (R. i. d.). 760. B. 31 october. — Messieurs les Estatz Généraulx ayans oy le raport de ceulx de la Chambre des Aydes et aultres députéz pour le faict de la haulche des monoies, a esté résolu de suyvre leur advis par provision, selon que lesdicts députéz le ont couché par escript, et que a ces fins se dépecheront lettres pertinentes, bien entendu que les nouveaulx onzains ou pathars ou solz de France seront tolléréz jusques au Noël pröehainement venant et en après a III liarts pieche ou IX deniers arth., dont cenlx de Brabant, Geldres, Frise et Oultremenze (1. Overysel) ont protesté pour n'estre observé aulcun pied asseuré. P« p- ~ Ordonné que le placcart des monoies se fera soubz le nom des Estatz et par Sa Mté. 1 November werd vastgesteld, dat het voordeel van de muntverhoóging van Vlaanderen voor de Generaliteit zon wezen3). — Bij meerderheid van stemmen toegestaan, dat Provins het munt-plakkaat naar Vlaanderen zon brengen (R. i. d.). 2 November werd Weellemans bij meerderheid van stemmen gelast het muntplakkaat te teekenen. — De gouverneur van Den Briel, Van Vliet, verklaarde zich sterk te maken het munt-plakkaat van 31 October, „advisé et concln par les commis ou la pluralité d'iceulx des Aydes", door de Staten van Holland te doen goedkeuren, waarvan Brabant acte vroeg, die verleend werd (R. i. d.). 4 November werd Weellemans bij meerderheid van stemmen gelast het request op naam van de Staten aan den Geheimen Raad, om te verkrijgen „lettres de placcat" over de verhooging der munt, te teekenen (R. i. d.). 6 November: besloten met den Raad van Financiën en den Geheimen Raad te overleggen over de verhooging der munt „et ce aujourd'huy" (R. i. d.). 8 November: besloten tot morgenavond te wachten, alvorens iets betreffende de munt-verhooging te beslissen *) (R. i. d.). 1) Aan de vier leden van Vlaanderen schreven de Staten 13 Oct. (A. V. Ypres, port. 23*), dat de nu gangbare geldkoers tot Kerstmis a. s. gecontinueerd was. — Aan den Raad van Vlaanderen 23 Oct. hetzelfde (A. V. Gand, reg. X, fol. 42v.). — Waarschijnlijk zal één der beide, in deze noot genoemde data fout zijn en beide brieven óf op 13 óf op 23 Oct. geschreven wezen. 2) Waarschijnlijk zullen hier de door deze beide colleges op verzoek der Staten in Sept. uitgebrachte adviezen (dat van den Geheimen Raad is van 18 Sept.; het andere gaat hieraan vooraf) over de muntverhoóging bedoeld zijn, waarin beide zich in vrij uitvoerige betoogen hiertegen verzetten (Actes, n°. 801—802; A. E. Mons, Hainaut 409, resp. fol. 243 en 238). " 3) 8 Nov.: aan Vlaanderen toegestaan, dat het voordeel der muntverhoóging voor de door hun ontvanger te Brussel gebrachte 24.000 p. art. aan het gewest zal komen, omdat de ontvanger bevestigt „d'avoir receu les deniers a tel haulchement comme on a advisé" (R. i. d.), 4) In S. G. 3 hierover op 8 Nov.: betreffende de moeilijkheid over de verhooging van den muntvoet, geproponeerd door de Staten van Brabant en anderen, werd vastgesteld, dat, indien zij niet „oultre endedens demain" de veranderingen, die zij aangebracht wilden hebben, opgaven, het besluit geheel zou worden uitgevoerd en daartoe van het zegel van Brabant gebruik gemaakt. Personalia 1577. 592 761. R. 9 november 1). — Touchant le faict des monoyes a esté résolu de non user de quelque marqué pour avoir pour les Estatz aulcun prouffit, ains de mettre le réal d'or a IIII & X s. arth. et aultres pieches d'or a 1'advenant et le philippes daldre a XLIII soulz et aultres monoyes a 1'advenant, en prendant bien a la bonté intrinsecque, sur quoy seront les maistres monoyeers a demain 10 November: de lijst van de munt-verhooging werd vastgesteld bij meerderheid „des voix répétéz" *). 762. R. 12 november p. p. 8). — L'on a député le premier huyssier vers le chancellier de Brabant, affin de voloir seeller le placcart, résolu pour le faict de la rehaulse des monnoies, et du seel du Roy comme Duc de Brabant; lequel a faict rapport que ledict chancellier, après avoir faict de prime fache quelques difficulté, pour ce que l'on ne estoit accoustumé de user dudict seel, signamment pour les affaires de Brabant en particulier et non pour les affaires des Estatz Généraulx, auroit néantmoings consenty de seeller ledict placcart dudict seel sans préiudicier en aulcun cas ny le tourner en conséquence; ledict huyssier a prins la cherge de retirer ledict placcart hors des mains des secrétaires, ayans faict la despesche, et la porter pour le faire seeller dois ce jourd'huy. 763. B. 17 november. — [Rapport Willerval namens Oranje4)]. 2°. pour Ie faict des monnoies, affin que l'on puist traicter avecq les reiters, a esté advisé de remectre ce poinct a l'advis de monsr. le Prince pour le plus grand proffict des Estatz, en faisant toutesfoys premièrement quelque proiect, comment on polroit traicter avecq lesdicts reiters. 21 November werd besloten het geschrift van de Kamer der Beden over de munt mede te deelen aan den Raad van Financiën om advies (R. i. d.). 11 December rapporteerden Courteville en Roeloffz ook 5), dat Holland en Zeeland commissarissen voor de munt zouden zenden (R. i. d.). 18 December werden Wyts en de pensionaris van Douay gecommitteerd, om de mnntplakkaten te onderzoeken; de daalders, nit Rijsel gezonden, alle in stukken te breken „et aultres semblables que se pourront recouvrir" (R. L P" ~ Sur Ia re1ueste des dames Comtesses d'Egmont et Hoochstraeten, entendu l'advis de ceulx, (es mains) desquelz elle aestémise pour advis résolu de le signer en sorte que dessoubz: veu que la décision de ceste dependt de 1 interprétation du traictié de pacificatión, faict a Gand entre le Prince d Orainge et Estatz d'Hollande et Zélande d'une et les Estatz Généraulx des aultres pays de pardecha d'aultre part, a semblé a messieurs desdicts Estatz généraulx debvoir icelle estre communicquée ausdicts S'. Prince et Estatz de Mol ande et Zélande, pour par main commune prendre ungne ferme et asseurée résolution sur le faict, représenté en icelle et aultres semblables, sy avant que Son Alteze le treuve bon, a laquelle pour eest effect sera le tout communicqué. Het bedoelde request8) luidt als volgt: 764» 12 jdni. - Les dames Contesses d'Egmont et de Hoochstrate ont taict presenter requeste, il y a plus de trois mois passé8), affin d'avoir déclaration du traicté de Gand, faict par Voz Sries. ou yoz députéz, endroit les debtes jersonelles seavoir si le fisque de Sa M", ayant prouffité des meubles, sans en debvoir restituer quelque valeur, ne doibt porter debtes a 1'advenant desdictz auTtdirr6 0 C8té IS1 Ct C0DC,U Par ledict traicté' ^^egard des fruictz que ledict fisque a prouffité et partant est chargé a rate de temps des arriéraiges de rentes a fin que pour 1'obscurité ou imparfection dudict traicté ceste part les remonstrantes ne fussent constrainctes de tomber en infinité de procés pour hmportune poursuyte de pluisieurs créditeurs personelz que ledict fisque ou mmistres d icelluy debvoient avoir payé desdictz meubles. Et voyant lesdictes dames remonstrantes que aulcuns d'entre Voz S«<°. s'inclinoient de reniectre eest affaire a une aultre assemblée des Estatz Généraulx, et lesontpar créditeurs6 re7DfrCe reqfCS qUC GD CG CaS ^^Portune poursuyte desdictz vers htS 7 /]QSPar a CSte nonchalIant de Poursuyvre leur payement vers ledict fisque - fut surcée jusques a ladicte assemblée, ee que aussy semble estre mis en oubly ou tardance par aulcuns peu affectionnéz a ceste affaire, qui faict suppher lesdictes dames remonstrantes Voz Sries. en général k fi ' que leur plaize d ordonner sur 1'une ou 1'aultre desdictes requestes ce que de raison, sans parmectre que ung tel affaire qui leur importe tant, soit négligé ou mis en oubly par aulcuns quy a ceste affaire semblent estre peu affectionéz Ce fa.sLretcreSP qUalitóZ Ct SOnffrances desdictes dames remonstrantes. Mn,1]) Waa«*hflnlük 2g„ ook het „requeste et pieches attaichéz», die Champagney 22 Maart Yma^enLe^anannllon^^ * «-U - den de'kel 1^ Yman en Süle, van persoonlnken aard. - Men hoort er verder niets Van dan dat Sweveghem de genoemde deken en Berchem 16 April worden gecommitteerd, om de stukken aan den fltTvan f? i£ ~ And^6 reqUeSten ÏM ^ ^ Va" H^ra'ente ï?£ 2) A. 6., Aud. 659, fol. 9. wordt'vermeldTe t*?™ 7" H°°8Straten O™** *° Montmorency, comtesse-douagière de wordt vermeld 16 Maart en dan verwezen naar den Raad van State (R. i. d.). 38 Varia 1577. 594 8 Juli werd een brief van don Jan van 7 Juli ') gelezen over bet request van de gravinnen van Egmond en Hoogstraten (R. i. d.). 3 December werd een request van Jean le Petit, „greffier de la gouvernance et advoierié de Béthune", gesteld in handen van den Vicomte van Gent om advies (B. i. d.). XIV. VABIA. Ook nu zijn er enkele onderwerpen, waarover wij de resolutiën niet in een afzonderlijke Bnbriek behoeven bijeen te brengen. Vooreerst betreffende dezelfde, die reeds in 1576 voorkomen: Post. 765. B. 22 april p. p. — Quant a la requeste de Lenart de Tassis, maistre général des postes du Roy, nostre Sire, est dict que 1'assignation de Xm £ arth., faicte sur les membres de Flandres, ne touche pas les Estatz Généraulx, mais quant a ce qu'il touche la Généralité, il exhibera par bonne et debve spéeification, pour, ce faict, estre ordonné comme convient. 12 Juli werd een request van Leonard de Tassis, „maistre général des postes de Sa Mtó.", om advies aan de Kamer der Beden gezonden (R. i. d. p. p.). 6 Augustus werd de brief van Jean Bastoigne „en 1'office du général des postes dn Boy" te Brussel van 6 Augustus gesteld in handen der magistraat van Brussel, orn er in te voorzien (B. i. d.). 20 Augustus: besloten de opschriften van de „pacquets des lettres" en „celles que sembleront suspectes", te doen openen door Sweveghem en den pensionaris van Antwerpen (R. i. d.). 766. R. 3 september. — Touchant la requeste du maistre des postes d'Anvers est dict que messieurs les Estatz Généraulx ont résolu que la visitation des biens, en ceste requeste mentionnée, se face en Anvers et que a eest effect sera escript au Baron de Liekercke pour trouver et dénommer deux persones en ladicte ville ydoines, confidens, gens de bien et d'ung zei asseuré a la patrie, et d'en advertir les Estatz pour aux dénomméz donner charge a faire ladicte visitation selon l'instruction et ordonnance que a iceulx et au maistre des postes en eest endroict sera donné. 1 October werd op het request van Mansart om het vacante ambt van postmeester beschikt: te reserveeren tot een anderen tijd (R. i. d.). — 12 October werd op dat van Guillaume Nnytinck om hetzelfde ambt gelast het te voegen bij de andere requèsten hierover, om, „tout veuz", er over te beslissen (R. i d.) s). 27 October werd de Kamer van de Beden gecommitteerd, om met Nuytinck te spreken over den post naar Roermond, „seavoir combien qu'il coustera de mettre ung a Eynthoven et après pour Ruremonde" (R. i. d.). 767. B. 29 october. — Quant a la requeste de Guillaume Nuytinck, maistre des postes de la ville de Malines, est dict que messieurs, suyvant l'advis de •1) Actes, n». 644; Corresp. de Philippe II, V, 769. 2) 14 Oct. werd dit besluit herhaald. — Over Nutinck zie hiervóór, p. 564. 595 Varia 1577; messieurs du Conseil de Guerre du IIIe d'Octobre dernier, pourvoyent le suppliant de l'estat de général des postes par provision et jusques a rappel et que incontinent seront assiz suyvant l'advis d'iceulx des Aydes jeusnes gens et dispoz de pied de troys lieux a aultres a estre pretz nyet et jour pour porter toutes lettres et dépesches, allant et venant du camp, estant a Ruremonde, en ceste ville, et ce pour estre 1'assiette difficille pour chevaulx. 23 November werd een brief van Oranje van 10 November tot aanbeveling van Ohain als postmeester met een van Lalaing gesteld in handen van den rekenmeester Gilles ter fine van rapport (E,. i. d.). Secrete diensten. 18 Jannari werd Van der Beken gelast aan den secretaris van Aerschot 100 p. te betalen voor eenige lieden, die naar Frankrijk, Lotharingen en Savoye gingen om bericht te geven van „tont ce qne ce passé" (B. i. d.). 1 Jnni werd een request van Dominions Holman en Otto de Backere, „commis aux «ervices secretz", om advies aan de Kamer van de Beden verwezen en 2 Juni aan Lalaing en La Motte. 19 Juni werd Van der Beken gelast hun 852 p. 13 s. 9 d. 9 p. te betalen conform het advies van de Kamer der Beden, „parmy faisant serment par les supplians" aan de Kamer (alle drie R. i. d., de laatste p. p.) '). 27 Juli werden La Motte en Goignies. gecommitteerd, om door spionnen te doen nagaan, wat geschiedde in Duitschland, Bourgondië, Mazières en dergelijke plaatsen ten nadeele der Nederlanden, „fust par levée des gens ou autrement" (R. i. d.). 1 Augustus werd Van der Beken gelast La Motte en Goignies voor secrete diensten 600 p. art. te betalen (E. i. d.). 7 September werd besloten 100 écus per maand te geven aan diengene, dien Oranje zou aanwijzen voor zekere berichten van wat voorviel in Frankrijk en Duitschland (R. i. d.). 26 September ») werd op de mondelinge propositie van Sille voor zeker persoon, aanbevolen door de magistraat van Brussel, om te ontdekken verscheidene geheime zaken, geadviseerd, dat hij zich zou wenden tot den Raad van Oorlog (R. i. d.) 3). Gevangenen. 19 Maart werd een request van de „commissaires députéz" van de gevangenen te Brussel in handen van den Baad van State om advies gesteld (R. i. d.). 22 April werd op het request van „Jean de Hamuyton", Schotsch edelman, beschikt: de Staten hebben hem niet gevangen doen zetten; hij kan zich wenden, tot wien hem goed dunkt (R. i. d. p. p.). 5 November gelastten de Staten, den luitenant-amman van Brussel, den advocaat Van der Haghen en Brouart4) alle gevangenen, „dont ilz ont charge a les examiner", los te laten en te ondervragen, „lesquels ilz ne treuvent coupables" (R. i. d.). 1) Zie nog R. 25 Mei en 17 Juni. - TJp den laatsten dag wordt ook een requeat van den commissaris Rossel vermeld. 2) Voor Actes, n». 814 (22 Sept. 1577?), zie hiervóór, p. 144, noot 3. 3) Claude Rossel (hiervóór, p. 144), kreeg 4 Juli als betaling voor secrete diensten 3 patara per dag tot 17 April toe (R. i. d. p. p.). _ Requèsten van een Rossel (Jacques of Claude kunnen beide bedoeld wezen), die monster-commissaris was, worden genoemd R. 1 Juli p. p., 15,27 (p. p.) Aug. — Nog in S. G. 3 op 9 Nov. p. p.: Mémoire de adviser sur le recouvrement de 1'argent que, commendera, pour les affaires secrètes. 4) Guillaume van der Haghen en Brouart waren de gedeputeerden tot het onderzoek der gevangenen, zooals o. m. uit R. 27 Nov. blijkt. Varia 1577. 596 17 November werden de brieven van Limburg met „les interrogatoires" gesteld in handen van Sille ter fine van onderzoek *) (R. i. d.). 768. E. 18 november. — Touchant la requeste de Nicolas Schaghen, soubz amman de Bruxelles *), est dict: avant ordonner sur ceste requeste, messieurs disent que les pensionaires d'Ipre et de Middelborch s'informeront, sy Renax est absent, son quartier vuide et sy par la venue de ce suppliant les dames de Grevenbrouck et de Bovigne seroient discommodées, pour, leur advis oy, estre ordonné comme de raison. 26 November werd op het request van de gedeputeerden tot het onderzoek der gevangenen beschikt: de luitenant-provoost gemachtigd hen (de gevangenen?) naar het kamp en de steden te zenden „a leur facon selon son advis" (R. i. d.) s). Verder voegen wij aan deze rubriek nog een paar nieuwe onderwerpen toe: D ij k w e z e n. 12 Eebrnari werd een remonstrantie van Zierikzee en de gecommitteerden tot de „eaues et dicquages" van Schouwen 4) in handen van Terion, Berchem en „le conseiller .... ." gesteld, om de bedoeling der supplianten beter.te vernemen (R. i. d.) 6). 769. B. 22 apbil. — Sur la requeste du S*. Arthus de Gbistelles, Sr. de Rymersch, grand bailly de ville et chastellenie d'Ypre: messieurs les Estatz Généraulx des Pays Bas requirent messieurs des quatre membres de Flandres faire desbourser les despens nécessaires a la réparation de dicques perehées, cy mentionéz; et en cas qu'ilz facent apparoir que par charge et advis, tant des Estatz Généraulx que de messieurs du Conseil de Guerre, lesdictes dicques seroient esté perehées a la deffence et tuition de la commune patrie et pour 1) In S. G. 3 hierbij i. m.: Sille heeft rapport gedaan en daarop heeft men Geleen geantwoord. — Nog 18 Nov. hierover in S. G. 3: Het besogne van Limburg is gesteld in handen van Froidmont, Fresin en Willerval, die op zich namen den volgenden morgen rapport te doen ; Sille werd hun ter zijde gesteld, om het advies te coucheeren. — Hierbij i. m.: de gedeputeerden deden 19 Nov. rapport op schrift, dat in alle punten geaccepteerd werd; voor de uitvoering werd Sille aangewezen. 2) In S. G. 3 volgt hierna: pour estre logé en la maison de Cambroy que tient Renax quy s'est reliré avecq don Juan.' 3) Zie over gevangenen nog R. 30, SS Sept., 33 Oct., 1, 3, 13, SA, 37 Nov., 4 Dec. Over de in de 2 laatstgenoemde resolutiën behandelde zaak van Hans Firtel (of Fidel?) ook nog een brief van 3 Nov. in R. A., S. G. 3799. Requèsten van Firtel worden vermeld R. 4, 13 Sept., 8, 14, Oct., 1, 14, 31 Nov. p. p. 4) A. G., Cart. 327*, fol. 151: verzoek om steun bij het herstel der dijken; sedert 10Oct. 1575 de stad en het eiland „flottoit — es eaues de la mer en trés apparente daingier d'estre tost inundée et a jamais perdue". 5) 13 Febr. werd een request van Zierikzee (hetzelfde?), gehoord het rapport van den pensionaris van Brugge, teruggezonden aan den Raad van State (R. i. d.). — Op het request zelf (zie vorige noot) staat een apostillé van 18 (lees: 13?) Febr.: Schore en Yman gecommitteerd om het request aan den Raad van State aan te bieden en aan te bevelen. — Nog 4 Juni op een request van de gedeputeerden van Zierikzee (ook hierover?): besloten te wachten tot na het rapport van Leoninus en Grobbendonck over hunne onderhandelingen met den Prins en de Staten van Holland en Zeeland (R. i. d.). — 26 Aug. werd op een memoriaal van Zierikzee en Brouwershaven beschikt, dat de Staten er in toestemden, dat Berchem én Provins hierover zouden besogneeren (R. i. d.). 597 Varia 1577. empescher les emprinses, excuirsions et brantschatz des ennemis, comme ilz allègruent, on sy ceulx du Conseil d'Estat jugent et déclairent que lesdicts despens doibvent estre portéz par la Généralité, lesdicts Estats Généraulx deffalcqueront lesdicts despens, a ce que lesdictz de Flandres auront a contribuer a la nécessité et deffence commune x). 770. E. 14 juni p. p. — Ce que par ceulx de Lille, Douay et Orchiez et ceulx de Tournesiz a esté remis sur la charge des Estatz, a quy il compète principalement, sans eulx vouloir obliger ny aussy leurs maistres, pour n'en estre authoriséz aux fraitz et mises, qu'il eonviendra frayer pour la réfection des dicques y mentionéz 13 November werd zekere acte over de dijken van Vlaanderen tegenover Antwerpen gelezen en goedgekeurd (R. i. d.). 10 December werd de brief van Oranje, geschreven op verzoek van Zierikzee, gesteld in handen van de Staten van Brabant — te weten van den pensionaris van Brussel —, Vlaanderen, Holland en Zeeland om advies (B. i. d.). Dat deze brief waarschijnlijk op dit onderwerp betrekking heeft, blijkt nader nit: 771. R. 12 december. — Les députéz de Ziericxzé ont proposé les inconvéniens que sont advenues par faulte d'argent a réparer aux dicaiges, mesmement de 1'inundation, naguaires advenue par rupture d'aulcuns desdictz dicques. Sur la requeste de ceulx de la ville de Ziericxzee a esté résolu de les assister en obligations sur les Estatz Généraulx,jusquesalasommedeXXIIIIm £, pour obvier a ultérieures inundations de 1'isle de Schouwen, a repartir selon la cotte des provinces. 772. R. 15 december. — Sur la requeste de ceulx de Ziericxzee est appoincté: messieurs les Estatz Généraulx ont en conformité de la résolution, prinse le XII" de ce moys, consenty et aecordé que ces supplians pourront a leurs fraictz (emprunter) la somme de XXIIIIm £ arth. sur les obligations desdicts Estatz avecq attermination de cincq moys pour le remboursement 2). Vestiging in de Nederlanden. 773. E. 14 februari. — Sur la forme du serment que a esté conceue par messeigneurs du Conseil d'Estat pour ceulx quy denianderoient venir prendre leur résidence en ce Pays-Bas, est dict que les Estatz Généraulx la treuvent bonne, requirans messieurs du Conseil d'Estat voloir faire partout dépescher lettres en conformité d'icelle forme s). 27 Maart: Van der Beken gelast 3 p. 10 s. te betalen aan Pierre Claes voor zijne reis naar den Baad van Vlaanderen over den eed, door de vreemdelingen te doen, „venant demourer pardecha" (R. i. d.). Stndeeren buitenslands. 774. B. 31 october. — Sur la requeste de Adolff de Gruetere est dict que, 1) 14 Juni werd op een request van Gbistelles en Auweghem (over?) besloten bij meerderheid van stemmen: „t'accorderen in d'inhouden van deselver, als wel oirboirlijck ende nootzakehjek" (R. i. d. p. p.). 2) In korteren vorm komt dit besluit op dezen dag nogmaals in de resolutiën voor. 3) Actes, n». 326; Bondam, II, 79 (in het Nederl.; Fransche tekst: A. G., Cart. 327», fol. 15v°). Varia 1577. 598 comme messieurs les Estatz Généraulx tiennent le placcat du IIII0 de ce moys XVc LXIX, publié sur le faict des estudians du Pays-Bas et universitéz, pour suspendu suyvant le Ve article de la pacificatión de Gand et comme estant contre la liberté du pays, ordonnant aux consaulx, magistratz et tous aultres juges de se rigler suyvant ce et d'admettre tous licentiéz et docteurs aux offices et postulations, nonobstant qu'ilz ayent prins leurs degréz es aultres universitéz que a Lovain, Douay et Bome, tant que aultrement sera ordonné, de manière que George de Gruytere, fils du suppliant, pourra librement prendre son degré de licencié a Orleans, sans pour ce meffaire contre ledict placcat1). Papieren betreffende de troebelen. 775. B. 15 decembeb. — La minute 2) d'ordonnance sur Pratz et Mesdacb, secrétaires, recepveur de 1'artilerie Van der Driessche et Pierre Hordiys, huyssier, contenant commission sur ram. Gille Wyts, pensionaire de Bruges, mn. Theodore de Bye, mre. de eomptes en Hollande, et mre. Nicolas de la Lis, pensionaire de Douay, touchant la levée des pieches, tiltres et munimens concernant le faict de troubles, exhibéz en Court, est arresté par les Estatz Généraulx. Ten slotte volgen hier twee onverstaanbare resolutiën: 19 April: Les Estatz Généraux, ayans oy le raport des commissaires du différent cy mentionné, 1'ont ponr les raisons y contenues renvoyé eest advis avecq les pièces y servans a messeigneurs du Conseil d'Estat, pour y ordonner comme y trouveront convenir (E. i. d. p. p.). 18 October: receu lettre de Halden et ordonné de respondre par Arta s) (R.i.d.). 1) De acte van deze verklaring der Staten zonder relatie tot De Gruetere in R. A. NoordBrabant, reg. doleantiën 4, fol. 95. 2) Deze resolutie is in margine van het register bijgeschreven. — Eerder op dezen dag: men heeft gelezen een minuut „pour le faict des papiers concernant les troubles" (B. i. d.). — Cf. hiervóór, p. 173. 3) In S. G. 3 staat dit op dezelfde wijze; maar in plaats van Arta lees ik hier: „Arettha". INDICES. I. CHRONOLOGISCHE LIJST DER RESOLUTIËN *). Datum. 1576, Blz. No. Sept. 25 [Diverse onderwerpen] 5-6 1 27 [ » » ] 17,48-49, 85 74,82-83 28-30 [Duitschesoldaten;midd. 87 en van aanv. en verw.] 50 en 83 161 29 [Charlemont-Megen] 162 84 + 30 [Geldleening] 112 212 Oct. 1 Midd. van aanv. en verw. (2 X) 84-85 463 d Betr. Duitschland 76 » Spaansche soldaten 50 88 2 Verg. St.-Gen. (2 X) 9 3 » Duitsche soldaten (2 X) 52 89 » Betr. Engeland 74 138 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 85 164 » Midd. van aanv. en verw. 85 3 » » 85 d Maastricht 59? » Betr. Engeland 74 139 » Midd. van aanv. en verw. 85 » Betr. Duitschland 74 144 » Geldmiddelen 1201 » Geldleening 113 213 3 p.p. Duitsche kolonels 52 90 4 » » 52 91 » Betr. Duitschland 75 » Champagney en Antwerpen 132 265 » Geldleening (2 X) 113 214 » Midd. van aanv. en verw. 85 » Betr. Engeland 74 4 p.p. Duitsche soldaten 54 » Midd. van aanv. en verw. 85 5 Verg. St.-Gen. 104 » Betr. Duitschland 77 » Centrale Regeering 428 255 » Verg. St.-Gen. 10 4 » M. v. aanv. en verw. (4 X) 85 5 p.p. Duitsche kolonels 54 92 Datum. Blz. No. Oct. 5 p.p. Betr. Holl., Zeel., Oranje 18 22 7 » Duitschland 77 145 » Betr. Holl., Zeel., Oranje 18 23 » Duitsche kolonels 54 93 » Verg. St.-Gen. 11< » Midd. van aanv. en verw. 86 » » » 86 165 » Spionnendienst 85* » Midd. van aanv. en verw. 86 165 » » » 86 7 p.p. Duitsche kolonels 54 93 » Benden van ordonnantie 86 » Confiscatiën 128' 8 Walen (Montdragon) 55 94 » Midd. van aanv. en verw. 86 » » » 85» » Betr. Frankrijk 69 428 » Duitsche soldaten 56 94 » M. v. aanv. en verw. (4 X) 86 » Geldleening (2 X) 114 245 » Duitsche kolonels 56 94 9 Vacatiën-Oetingen 19' » Midd. van aanv. en verw. 86 166 » Betr. Frankrijk 69 » Geldleening 114 216 » » 114» 1 Betr. HoR., Zeel., Oranje (2 X) 19 9p.p. Lichting-Mansfeit 713 » Midd. van aanv. en verw. 86' » Benden van ordonnantie 86 166 » Gelderland 132 266 10 Gevangenen 145 » Midd. van aanv. en verw. 87 » Verg. St.-Gen. 10 » Betr. Frankrijk 69 11 Gevangenen 145 » Betr. Holl., Zeel., Oranje 19 » Midd. van aanv. en verw. 87 » Duitsche soldaten 57 96 1) Besolutiën, waarvan alleen de data in de noten vermeld worden, zijn in deze lijst niet opgenomen. De resolutiën, voor zoover ze niet in het register van den griffier voorkomen, zijn steeds tusschen [ ] geplaatst aan het einde van den dag, waarop ze genomen werden. De resolutiën uit S. G. 3 en uit het reg. Liébart, voor zoover ze alleen ter verduidelijking van resolutiën uit het register van den griffier geciteerd zijn, worden in deze lijst niet genoemd. 602 CHRONOLOGISCHE LIJST DER RESOLUTIËN. Datum. Blz. No. Oct. 11 Berlaimont en zoons 132 11 p.p. Geldleening 114 217 » i) Brussel 133' » Midd. van aanv. en verw. 872 » » » 87 » » » 86' 12 Betr. Frankrijk 69 » Verg. St.-Gen. 10» » Walen (Montdragon) 57 97 » Verg. St.-Gen. 11 5 12 p.p. Midd. van aanv. en verw. 87* » » » 87 13 Walen (Montdragon) 57 98 » Duitsche soldaten (3 X) 57l » Midd. van aand. en verw. 87 167 » Spaansche soldaten 57 98 n Geldleening 114 218 » Betr. Duitschland (2 X) 77 146 » Midd. van aanv. en verw. 87 14 Post 444 » Betr. Spanje 35 57 » Verg. St. Gen. 11 6 15 Betr. Holl., Zeel., Oranje 19* » Duitsche kolonels 57 99 » Verg. St. Gen. 11 7 » Midd. van aanv. en verw. 88 » Betr. Holl., Zeel., Oranje 19 » Frankrijk en Spanje 35 58 16 Verg. St. Gen. ' 12 8 » Duitsche soldaten 57 100 » Centrale regeering 128 256 » Midd. van aanv. en verw. 88 169 » Betr. Engeland (3 X) 74 140 » » Frankrijk en Spanje 36 16 p.p. Benden van ordonnantie 110 17 Betr. Oranje 19 24 » » » 20 » » Spanje 37 59 » » Engeland 74 141 » » Duitschland 77 147 » Betr. Holl., Zeel., Oranje 19 24 » Aanslag op Willebroeck 57 101 » Midd. van aanv. en verw. 90' » Betr. Duitschland 78 » Midd. van aanv. en verw. 88 470 18 b > 88 » Duitsche soldaten 58 102 » Verg. St. Gen. 12 9 » Midd. van aanv. en verw. 88 471 s Post 144 » Midd. van aanv. en verw. 88 174 ï Spaansche soldaten 58 102 » M. v. aanv. en verw. (3 X) 90 19 Betr. Duitschland 78 » M.v.aanv. en verw. (3X) 90 172 » Verg. St.-Gen. 12 » Betr. Holl., Zeel., Oranje 20 25 » Midd. van aanv. en verw. 91 » Walen (Montdragon) 59 103 » Duitsche soldaten 59 403 » Luik-Maastricht 59 20 Midd. van aanv. en verw. 91 » Maastricht 59 104 » Verg. St.-Gen. 42—13 11 » Walen (Montdragon) 59 » Betr. Duitschland 78 148 Datum. Blz. No. Oct. 20 Verg. St.-Gen. 43 » Midd. van aanv. en verw. 91 » Duitsche kolonels (3X) 59 104 » Benden van ordonnantie 410 20 p.p. Midd. van aanv. en verw. 91 173 21 » » (2X) 90 en n.2 » Baad van State (gevangen leden) 128 258 » Spaansche soldaten 50' 22 Verg. St.-Gen. 13 12 » Hierges-Gelderland 133 267 » Munt 143 » Betr. Frankrijk 70 » Walen (Montdragon) 60 105 » Midd. van aanv. en verw. 91 174 » Betr. Holl., Zeel., Oranje 19' » Geldleening 114 219 » Midd. van aanv. en verw. 921 » Betr. Holl., Zeel, Oranje 196 22 p.p. M v. aanv. en verw. (3 X) 91 174 » Baad van State (gevan- 23 gen leden) 129 Baad van State (gevan- » gen leden) 129 259 Geldmiddelen 120' » Baad van State (gevan- » gen leden) 129 259 Geldmiddelen 120 234 » M. v. aan v. en verw. (2 X) 92 en n. 2 » Geldleening 114 220 23 p.p. » (3X) "115 220 » Geldmiddelen 120 234 24 Midd. van aanv. en verw. 92 475 » Geldleening 116 221 » Luik-Maastricht 80 156 s> Geldleening 116 221 » Midd. van aand. en verw. 92 175 25 Geldleening 116 222 » Betr. Oranje 22 » Munt 143 281 » Brussel-Oranje 133 268 » Verg. St.-Gen. 13 13 » Betr. Spanje 60 36 25 p.p. M.v. aand. en verw. (3X) 92 176 » Betr. Spanje. 60 36 » Midd. van aanv. en verw. 92 176 » Betr. Holl, Zeel, Oranje 20 » Midd. van aanv. en verw. 93 26 » » 93 177 » Raad van State (gevangen leden) (2 X) 130 260 » Luik-Maastricht 81 157 » Maastricht 60 » Midd. van aanv. en verw. 91s 26 p.p. Centrale regeering 128 » Griffie 13 12 • 27 Midd. van aanv. en verw. 93 178 » Betr.^Duitschland 76 143 » Zierikzee en Duiveland 31 46 » Midd. van aanv. en verw. 93 » , » 93 178 27 p.p. Betr. Duitschland 76 I Benden van ordonnantie 110 » M.v. aanv. en verw. (2 X) 93 » » » » 95' » Maastricht 601 1) Bij vergissing in onzen tekst 4 Oct. gedateerd. CHRONOLOGISCHE LI Datum. Blz. No. Oct. 28 Verg. St -Gen. 13 » » » 1410 » Geestelijkheid 143 281 » Betr. Holl., Zeel., Oranje 20 26 29 Socretesse 13 15 j> Paspoorten 1431 » Geldleening 1151 | » 116 224 » Zierikzee 318 » Betr. Duitschland 78 » » Holl., Zeel., Oranje 20 27 » Handel 143 » M.v aanv. en verw. (2 x) 93 179 » Post 144 » Secretesse 14 45 » Benden van ordonnantie 110 » M. v.aanv.en verw. (4x) 93 479 » Bequesten (2 x) 1332 30 M. v. aanv. en verw. (2 x) 94 180 » Betr. Holl., Zeel., Oranje 21 » Geldleening 116 224 » Zierikzee-Goes 31 47 » Verg. St.-Gen. 14 » Stadhouders en gouverneurs 133 269 » Gelderland 44 » Midd. van aanv. en verw. 912 » » » 841 » » » . 94 120 f Duitsche soldaten 60 107 » Midd. van aanv. en verw 94 » » » 94 120 » Duitsche soldaten 60 » Betr. Holl., Zeel., Oranje 21 » Midd. van aanv. en verw. 94 420 » » » 941 31 » » 95 181 » » » 95 » Raad van State (gevangen leden) 131 » Midd. van aanv. en verw. 95 » Spaansche soldaten 61 108 » Midd. van aanv. en verw. 95 » Aerssen 851 » Geldleening 116 225 » Verg. St -Gen. 14 Nov. 1 Spaansche soldaten (Flo¬ yon) 61 » Midd. van aanv. en verw. 95 » Post naar Luxemburg 373 2 Midd. van aanv. en verw. 95 182 » Geldmiddelen 120 235 » Verg. St -Gen. 14 16 » Duitsche soldaten 61 109 » Betr. Oranje 22 3 Gewesten (2 x) 138 270 » Betr. Holl, Zeel., Oranie 21 » Midd. van aanv. en verw. 95 » » » 942 » Duitsche soldaten 64 410 » Verg. St.-Gen. 14 » Geldmiddelen 129 236 4 Antwerpen 61 » Betr. Holl., Zeel., Oranje (3 x) 21 28 5 Belr. Oranje 22 » I Midd. van aanv. en verw. 95 ST DER RESOLUTIËN. 603 Datum. Blz. No. Nov. 5 Midd. van aanv. en verw. 95 183 » Betr. Holl, Zeel., Oranje 21 » Duitsche soldaten 61 111 » Midd. van aanv. en verw. 95 183 » Antwerpen 64 » Verg St.-Gen. 44 > Midd. van aanv. en verw. 95 183 » Post naar Antwerpen 61 6 Betr. don Jan 36 61 » Verg. St.-Gen. (2 x) 14 » Betr. don Jan 37 61 » M. v. aanv. en verw. (2 x) 96 184 » » » » 963 » Duitsche soldaten. 61 » Geldmiddelen 121 237 » Midd. van aanv. en verw. 96 184 » | Geldleening 116-1 » Benden van ordonnantie 410 » Midd. van aanv. en verw. 94 184 7 Staat van oorlog 124 238 » Betr. Oranje 22 » Duitsche soldaten 62 112 » Midd. van aanv. en verw. 96 185 » Duitsche soldaten (2 x) 62 » Spaansche soldaten (Floyon) 62 » Midd. van aanv. en verw. 96 185 » Betr. Duitschland 77° » Midd. van aanv. en verw. 96 ■ 185 8 Betr. don Jan 37 62 » Geldmiddelen 421 » Betr. Frankrijk 70» » » » 70 129 » M. v. aanv. en verw. (2 x) 97 186 » Benden van ordonnantie 1104 » M. v. aanv. en verw. (2 x) 97 186 » Utrecht 134» 9 M. v. aanv. en verw. (2 x) 97 187 » Betr. Frankrijk 70 130 » Midd. van aanv. en verw. 97 187 d Betr. Oranje 22 29 9 p.p. Geldleening 116 226 » Geldmiddelen 121 » Midd. van aanv. en verw. 974 » Betr. Oranje 22 29 » Midd. van aanv. en verw. 97 187 » Post 444 40 Duitsche kolonels 62 » Betr. Frankrijk (2 x) 70 134 s Midd van aanv. en verw. 98 » Betr. Oranje 22 30 » Betr. Frankrijk 71 131 11 Duitsche kolonels 62 113 » Benden van ordonnantie 110 » Midd. van aanv. en verw. (Glymes) 98 » Geldmiddelen 121 » Midd. van aanv. en verw. (Zeelieden) 98 » Betr. Oranje 23 31 » » Luik 8u 12 » don Jan 38 63 » Duitsche soldaten 62 114 » Midd. van aanv. en verw. 981 » Benden van ordonnantie 110 > Duitsche soldaten 62 114 » » » 62 » Gent 62 604 CHRONOLOGISCHE LIJST DER RESOLUTIËN. Datum. Bic. No. Nov. 12 Geldleening 116 227 13 Midd. van aanv. en verw. 981 » » » 98 188 » » » (Glymes) 98 d Spaansche soldaten (Floyon) (2 X) 63 115 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 98 188 » Betr. Duitschland 79 149 » Duitsche soldaten 63 115 » Midd. van aanv. en verw. 98 188 » Spaansche soldaten 63 115 » Verg. St.-Gen. 14 14 Goes 32 » Geldmiddelen (2 X) 121 239 » Midd. van aanv. en verw. 99- » Spion nendienst 98 14 p.p. Betr. Duitschland 791 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 98-99 489 15 Spaansche soldaten (Floyon) 631 » Midd. van aanv. en verw. 99 190 » Betr. Frankrijk 71 432 » Verg. St.-Gen. 15 » Petitiën 4212 » Betr. Frankrijk 71 » Midd. van aanv. en verw. 99 190 » Betr. don Jan 378 16 Midd. van aanv. en verw. 99 » Verg. St.-Gen. 15 17 » Geldleening 117 228 » Gelderland 134 271 » Midd. van aanv. en"verw. 99 191 » Betr. Frankrijk 71 132 » Geldmiddelen 121 240 » Betr. Oranje 23 33 15 p.p. Midd. van aanv. en verw. 99 191 » » » 986 » » » 981 » » » 99 404 » Maastricht (2 X) 63 » Midd. van aanv. en verw. 99 » Gevangenen 145 17 Betr. don Jan (2 X) 38 64 » Gelderland 134 » Benden van ordonnantie 111 » Midd. van aanv. en verw. 99 » Betr. Oranje 23 > Vacatiën Leoninus 134-3 » Midd. van aanv. en verw. 99 » Munt (2 X) 143-144 282 » Geldmiddelen 122 j> Vacatiën La Haye 383 18 Betr. Oranje 24 34 » Midd. van aanv. en verw. 100 192 » Amsterdam enz. 32 48 19 Geldleening 118 229 » Duitsche soldaten (2 X) 63 » Betr. don Jan 38 » Bodeloon 63 » Hierges 134 » Vacatiën Boussu 591 » Midd. van aanv. en verw. 993 » » » 100 193 » Betr. Roda 63 116 » M.v. aanv. en verw. (2 X) 982 » Overmaze 1348 » I Franche-Comté 772 Datum. Blz. No. Nov. 20 Midd. van aanv. en verw. 100 194 » Geldmiddelen 122 » Walen (Montdragon) 63 117 » Goes 32 49 > Duitsche soldaten 64 117 21 Midd. van aanv. en verw. 100 195 » Walen (Montdragon) 65 118 » Betr. Oranje 24 » Benden van ordonnantie 110* » M. v aanv. en verw. (2 X) 100 195 » Spaansche soldaten 65 118 » Walen (Montdragon) 653 » M. v. aanv. en verw. (3 X) 100 » Geldleening 118 230 » Martiny Stella 1363 22 Betr. don Jan 38 65 23 Midd. van aanv. en verw. 100 196 » Betr. don Jan 38 66 » Handel 1432 24 Midd. van aanv. en verw. 100 » » » 985 » Betr. Holl, Zeel., Oranje 181 » » Engeland 75 142 » Geldmiddelen 419 » Betr. Oranje 24 35 » Egmond 706 » Betr. don Jan 39 » » Frankrijk 72 » Baad van State (gevangen leden) 434 261 » Midd. van aanv. en verw. v 120 » Baad van State (gevangen leden) 131 261 » Geldleening 118 » Verg. St.-Gen. 15 18 » Spaansche soldaten 63* » Duitsche soldaten 66 119 » Verg. St.-Gen. 15 18 » Geldmiddelen 422 244 » Raad van State (gevangen leden) 131 261 25 Midd. van aanv. en verw. 104 197 » Geldmiddelen 122 242 » Duitsche soldaten (Goes) 33 50 » Midd. van aanv. en verw. 101 197 » Egmond 706 » . Betr. don Jan 39 » Duitsche soldaten (Goes) 33 50 » Raad van State (gevangen leden) 131 » M. v. aanv. en verw. (3X) 101 197 26 Betr. Frankrijk 72 133 » » Luik 81 » > Frankrijk 72 133 » » Oranje (2 X) 24 » » Frankrijk 72 133 » Duitsche soldaten (Goes) 34 51 » Betr. Oranje 24 » Spionnendienst 404 198 » Benden van ordonnantie 1104 » Duitsche soldaten (Goes) 34 51 » Geldleening 1191 » Midd; van aanv. eu verw. 101 198 » » » 1032 » Gelderl. - Grevenbroeck 134 27 Betr. don Jan 39 67 » Midd. van aanv. en verw. 104 » Betr. Frankrijk 72 135 CHRONOLOGISCHE LIJST DEE RESOLUTIËN. 605 Datum. Blz. No. I Datum. Blz. No. Nov. Dec. 27 Duitsche soldaten (Goes) 52 34 4 Midd. van aanv. en verw. 1024 > Midd. van aanv. en verw. 101 199 » Vacatiën Philome 405 » » » 103* 4 p.p. Betr. Luik 81 159 » Walen (Montdragon) 60 » Geldmiddelen 124 » Midd. van aanv. en verw. 1044 5 Midd. van aanv. en verw. 103 » » » (2 X) 101 199 » Geldmiddelen (2 X) 424 247 » Walen (Montdragon) 66 » Groningen (2 X) 15 » Betr. Frankrijk 724 » Midd. van aanv. en verw. 103 » Geldmiddelen 122 » Betr. Duitschland 80 453 » Midd. van aanv. en verw. 401 » Spaansche soldaten (Flo- 28 » » 102 yon) 66 » Betr. Frankrijk . 73 » Geldleening 419 232 » Midd. van aanv. en verw. 1022 » Midd. van aanv. en verw. 1022 » » » 102 6 Verg. St.-Gen. 145 » Geldleening (2 X) 419 231 6 p.p. Betr. don Jan (2 X) 40 » Betr. don Jan 39 68 » Geldmiddelen 125 248 » Geldmiddelen 122 243 » Benden van ordonnantie 111 » Duitsche soldaten (Goes) 34 53 » Friesland-Groningen 435 273 29 Betr. Oranje (2 X) 24 36 » Groningen 4365 » Duitsche soldaten (Goes) 35 i 54 7 Betr. Duitschland 803 » Betr. Oranje (3 X) 24-25 36 » » don Jan (2X) 40 72 s » don Jan (2 X) 39 69 » Bossu 224 » Midd. van aanv. en verw. 102 » Betr. Oranje 26 40 » Betr. Oranje (3 X) 25 36 » Midd: van aanv. en verw. 1031 » » don Jan 40 » Spaansche soldaten > Midd. van aanv. en verw. 1024 (Floyon) 67 » » » 402 » Betr. Oranje (Hohenlohe) 26 30 Betr. don Jan 158 » Spaansche soldaten » Midd. van aanv. en verw. 102 200 (Floyon) 67 » Overmaze 134 » M.v. aanv. en verw. (2 X) 103 202 » Betr. Oranje (2 X) 25 37 8 Betr. Duitschland 803 Dec. » » don Jan 41 73 1 Midd. van aanv. en verw. 102 . » Groningen (2 X) 136 274 » Egmond 706 » » enz. (3 X) 436-137 » Geldmiddelen (3 X) 422 244 > Grave 436 274 » Spaansche soldaten (Flo- 9 Groningen (2 X) 137 yon) 66 420 i Onderschepte brieven 41 > Secrete tijdingen 144 » Midd. van aanv. en verw. » Betr. Duitschland 79 150 (Lalaing) 106 » » don Jan 401 » M.v. aanv. en verw. (4X) 406 203 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 102 » Bètr. Oranje (2 X) 26 41 » Antwerpen 66 120 10 Midd. van aanv, en verw. 1061 » Betr. don Jan 373 » Betr. don Jan 41 » Midd. van aanv. en verw. 102 » Midd. van aanv. en verw. 406 204 2 Betr. don Jan (2 X) 40 70 > » » 4021 » » Duitschland 79 151 » Betr. Oranje 28 » i Oranje 25 38 » Egmond 70* » I don Jan (2 X) 40 » Verg. St -Gen. 45 49 » Geldmiddelen 122 245 » Midd. van aanv. en verw. 100'- » Midd. van aanv. en verw. 102 » Amsterdam enz. 35 55 » Geldmiddelen 123 245 * Everstein 672 » Midd. van aanv. en verw 1023 •» Geldmiddelen 125 249 3 Betr. Oranje (2 X) 26 39 » Martiny Stella 4371 » Geldmiddelen (2 X) 423 246 11 Duitsche soldaten (2 X) 67 122 » Duitsche soldaten 66 122 » Betr. don Jan 41 74 * Betr. Duitschland 79 152 » Onderschepte brieven 413 » » Oranje 26 39 » Geldmiddelen (2 X) 126 250 3 p.p. Gevangenen 145 t Duitsche soldaten (Goes) 35 56 » Walen (Montdragon) 66 122 » Betr. Oranje 28 i Midd. van aanv. en verw 102 12 Onderschepte brieven 413 » Betr. Engeland 75 » Centrale regeering 128 257 4 » don Jan 40 71 » Petitiën 126 251 > M. v. aanv. en verw. (2X) 102 201 » Midd. van aanv. en verw. 1031 » Verg. St.-Gen. 446 » Betr. Holl., Zeel., Oranje 215 » Geldmiddelen 124 » Midd. van aanv. en verw. 1073 » Midd. van aanv. en verw. 403 „ Betr. Luik 84 » Luik-Oetingen 821 » Midd. van aanv. en verw. 106 205 » I Midd. van aanv. en verw. I 103 1 201 13 » » 1062 606 CHRONOLOGISCHE LIJST DEB RESOLUTIËN. Datum. Blz. No. Datum. Blz. No Dec. Dec. I 13 Midd. van aanv. en verw. 108 206 20 Midd. van aanv. en verw. 109 209 » » » 108 21 Betr. Duitschland 80 155 » Betr. Oranje 28 » Bode-Hierges 142» » Brussel 141 » Griffie 132 » Groningen 141 » Geldmiddelen 1272 » Midd. van aanv. on verw. 108 206 » Leeuwarden 142 278 45 » » 978 » Midd. van aanv. en verw. 110 » Geldmiddelen (2X) 127 252 » » » 1022 » Betr. Luik 81 160 » Varia 145 286 » » Duitschland 80 23 Betr. don Jan 43 79 » Hierge» 441 276 24 Verg. St.-Gen. (2 X) 16 ' 20 » Duitsche soldaten (2 X) 67 » » » 16 21 » » » 671 „ Betr. don Jan 43 80 » Midd. van aanv. en verw. 108 207 26 Midd. van aanv. en verw. 110 » Betr. Holl,, Zeel., Oranje 28 42 » Bossu-Walen 68 126 » Midd. van aanv. en verw. 108 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 110 210 » » » 1013 » » » (2X) 110 » » » 108 207 26 p.p. » » (2X) 110 210 » Geldleening 420 233 27 Duitsche soldaten 68 » Duitsche soldaten 67 123 27p.p. Baad van State (govan- » Groningen (soldaten) 141 276 gen leden) 132 264 16 Midd. van aanv. en verw. 108 28 Betr. don Jan 44 82 » » » 1082 28 p.p. » » 44 82 » » » (2 X) 408 29 » » 45 83 » Betr. Oranje (8 X) 28 43 30 » » 45 84 » Raad van State (gevan- 31 » Oranje 35 gen leden) 131 263 » Duitsche soldaten 68 » M.v. aanv. en verw. (2 X) 1081-09 » Geldmiddelen 127 254 » Betr. Oranje (8 X) 28-29 43 » Leeuwarden - 4427 16p.p. Secrete tijdingen 144 31 p.p. Midd. van aanv. en verw. ✓ 1102 » Betr. don Jan 42 » Leeuwarden 142 279 » Spaansche soldaten'en » Betr. Frankrijk 73 137 betr. Oranje 63Sen282 » Secrete tijdingen 144 17 Betr. don Jan 43 75 » Midd. van aanv. en verw. 110 » Midd. van aanv. en verw. 109 » Hendel 143 1577. 17 p.p. M. v. aanv. en verw. (2 X) 109 Jan. » » » » 4081 1 Betr. Duitschland 310 » Spaansche soldaten 68 124 2 Midd. van aanv. en verw. 326 » Betr. Duitschland 80 154 » » » 3261 18 Midd. van aanv. en verw. 1091 » Geldmiddelen 461 493 » » » 109 208 Midd. van aanv. en verw. 326 » Betr. don Jan 42* 2p.p. -Kerkelijke zaken 579 727 » » Oranje 29 7 Betr. Oranje 4647 » » don Jan (2 X) 42 76 » Betr. don Jan 181 56 18 p.p. » Oranje 29 » » » 181 19 Vacatiën Willerval 425 » Betr. Engeland 299 240 » Betr. don Jan 42 77 7 p.p. Groningen 543 655 » Geldmidddelen 1261 » Betr. Frankrijk 294 223 » Verg. St.-Gen. 16 » » don Jan 1816 » Betr. Duitschland 80 » Midd. van aanv. en verw. 326 19 p.p. Duitsche soldaten 68 125 8 Betr. Engeland 299 241 » Spaansche soldaten (Flo- » Verg. St.-Gen. 154 yon) 68 125 » Groningen 5432 » Geldmiddelen 127 253 » Betr. Frankrijk 291 20 Midd. van aanv. en verw. 1082 9 Grave - 543 » » » 409 209 » Betr. don Jan 181 57 » » » 1092 » Unie (7 X) 536 636 » Benden van ordonnantie 411 9p.p. Kerkelijke zaken 579 727 » Midd. van aanv. en verw. 409 » Geldmiddelen , 462 » d » 4092 10 Benden van ordonnantie 427 * » » (2X) 409 » Geldmiddelen (2 X) 462 » Verg. St-Gen. 46 » Betr. Engeland 299 » Betr. don Jan 43 78 11 Gouverneurs 5431 » Hierges 442 277 » Geldmiddelen 462 » Griffie 432 » Baad van State (gevan- » Midd. van aanv. en verw. 109 gen leden) 519 » Griffie (2 X) 132 11 p.p. Betr. Luik 3176 CHRONOLOGISCHE LIJST DER RESOLUTIËN. 607 Datum. Blz. No. Jan. | 11 p.p. Betr. don Jan 1821 » » Duitschland (2 X) 310 » Midd. van aanv. en verw. 3271 » Geldleening 430 419 » Diest 543 » Verg. St.-Gen. 156 12 p.p. Geldleening 430 420 » Midd. van aanv. en verw. 326 13 ï » 326 288 » Amsterdam 174 44 » Betr. Engeland 299 14 Geldmiddelen (2 X) 462 494 » Midd. van aanv. en verw. 327 » Verg. St.-Gen. 154 • Geldmiddelen 4024 » Betr. Duitschland 765 » Midd. van aanv. en verw. 3262 » » » (2X) 326 289 » Geldmiddelen 462 494 » Betr. Duitschland 310* » Geldmiddelen 462 494 » Midd. van aanv. en verw. 326 289 » Geldmiddelen 462 494 15 Betr. Engeland 299 242 » Midd. van aanv. en verw. 327 16 Baad van State (gevan¬ gen leden) (2 X) 520 598 » Betr. Luik 317 17 Geldmiddelen 462* » Betr. Engeland 300 243 » Midd. van aanv. eu verw. 327 » Duitsche soldaten 241 149 » Betr. don Jan 182 » Geldleening 431 434 48 Betr. Engeland 300 » » don Jan 182 58 » Baad van State (gevangen leden (2 X) 537 637 » Secrete diensten 505 » Betr. Eng. (5 X) 3002 » Gelderland 1643 19 Baad van State (gevan¬ gen leden) 520 600 » Betr. don Jan 1952 » [ » » 182 59 » Midd. van aanv. en verw. 327 290 » » » 327 19 p.p. Staat van Oorlog 463 495 20 Geldmiddelen 463 496 » Geldleening 431 422 » Geldmiddelen 463 469 » Betr. Oranje, Holl., Zeel. 464 20 p.p. Midd. van aanv. en verw. 327 » Duitsche soldaten 243 450 » Betr. Engeland 3002 21 Geldleening 43H 21 p.p. M. v aanv. en verw. (2 X) 327 22 » » » 327 » Betr. Frankrijk (3 X) 291 224 » Midd. van aanv. en verw. 3273 23 Betr. Frankrijk (2 X) 292 225 » Midd. van aanv. en verw. 327 » [Munt] 588 752 24 Betr. Frankrijk 2922 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 327 » Geldmiddelen 463 » Betr. Oranje 161 » Groningen 545 658 Datum. Blz. No. Jan. I 24 p.p. Midd. van aanv. en verw. 327 25 Betr. Frankrijk 292 226 » Brussel 545 659 » Verg. St.-Gen. 154 1 » Midd. van aanv. en verw. 328 25 p.p. > » (2X) 328 26 » » 328 » Geldmiddelen (2 X) 463 » Duitsche soldaten 243 151 » » » 2433 » Midd. van aanv. en verw. 328 » Geldmiddelen 463-464 » Betr. Frankrijk 2933 20 pp. » » 293 27 Midd. van aanv. en verw. 3272 » » » 328 291 27 p.p. Geldmiddelen 464 » Midd. van aanv. en verw. 328 » » » 3276 » Diest 543* » Betr. don Jan 1829 28 Groningen 545 660 » Midd. van aanv. en verw. 328 292 » Overijsel 546 660 » Geldmiddelen 464 497 » Betr. don Jan 2091 » Diest 543* » Midd. van aanv. en verw. 329 » » „ 3293 » Duitsche soldaten 243 152 » M. v. aanv. en verw. (2X) 328 292 28 p.p. Unie 538 638 29 Duitsche soldaten (2 X) 243 » Zuid-Beveland 4751 » Geldmiddelen 4G5;> » Haarlem 175 46 » Geldmiddelen 4632 » Amsterdam 475 46 29 p.p. Midd. van aanv. en verw. 327* 30 Betr. don Jan 182 60 » » » 482» » » » (2 X) 483 » Diest 546 » Geldmiddelen 465 498 » Midd. van aanv. en verw. 329 » [Betr. Luik 317 » Betr. don Jan 1828 » » Engeland (2 X) 300 244 » Duitsche soldaten 2436 » Artois 5441 » j Duitsche soldaten] 243 453 30p.p. Betr. Paus 324 » [Geldleening 431 423 » Midd. van aanv. en verw. 329 293 » Betr. Duitschland] 311 31 Munt 588 753 » Betr. Frankrijk 294 227 » » don Jan 483 » Midd van aanv. en verw. 329 31 p p. Betr. Frankrijk 2922 » Munt 588 753 Febr. 1 Betr. don Jan 183 61 » Gouverneurs 5431 » Duitsche soldaten 2432 » Midd. van aanv. en verw. 329 » » » (2X) 3296 » Brussel 5453 608 CHRONOLOGISCHE LIJST DER RESOLUTIËN. Datum. Blz. No. Febr. 1 Midd. van aanv. en verw. 329 2 Hierges en betr. don Jan 5431 en 4829 » Midd van aanv. en verw. 329 ,> » » 3274 » » » 329 3 Amsterdam 475 » Centrale regeering 521 » Duitsche soldaten 243 | 154 » Midd van aanv. en verw. 327* » » » 3292 4 Belr. don Jan 1829 4 p.p. Midd. van aanv. en verw, 3283 » » 330 5 Arasterdam 175 » Brussel 547 » Betr. don Jan 483 62 » » Oranje 161 5 p.p. Midd. van aanv. en verw. 330 » » » 3275 » Duitsche soldaten 244 » Waalsche » 244 6 Groningen 547 » Betr. don Jan 484 63 » Gouverneurs 547 661 » Midd. van aanv. en verw. 330 » Betr. Oranje 461 » M. v. aan v. en verw. (2 X) 330 » Goes 1751 » Geldmiddelen 466 » Unie 538 7 Midd. van aanv. en verw. 330 » Betr. Oranje 161 » Amsterdam 175 » Betr. Frankrijk 2943 » Unie 5381 » Midd. van aanv. en verw. 3283 b Belr. don Jan 485 » Midd. van aanv. en verw. 3293 » Amsterdam 475 47 » Betr. don Jan 485 » Geldleening 431 424 » » 431 » Betr. don Jan (4 X) 184 64 8 Centrale Regeering 521 » Midd. van aanv. en verw. 330 » » » 330 294 * Gouverneurs 5467 » Betr. don Jan 485 65 » Duitsche soldaten 244 155 » Midd. van aanv. en verw. 3274 » Betr. Engeland 3008 » Munt 589 b Midd. van aanv. en verw. 330 294 » » » 331 8 p.p. » » 3303 » j> » 330 294 9 » » 3283 » Betr. Engeland (2 X) 300 245 » » don Jan 1853 » Duitsche soldaten 244 » Midd. van aanv. en verw. 3342 » Waalsche soldaten 244 » Betr. Frankrijk 294 228 » Geldmiddelen (2 X) 466 499 9 p.p. Midd. van aanv. en verw. 3342 » » » 3304 » » » 331 295 Datum. Blz. No. Febr. 9 p.p. Duitsche soldaten 244» » Midd. van aanv. en verw. 331 10 Geldmiddelen (2 X) 466 500 » Betr. Duitschland , 341 11 Gouverneurs 5504 » Betr. Luik 317 b Midd. van aanv. en verw. 331 b Betr. Amsterdam 176 » ' Midd. van aanv. en verw. 328' » Betr. don Jan 188 » b Engeland 301 » Centrale regeering 5213 b Betr. Engeland (4 X) 301 246 » Geldmiddelen 466 501 11 p.p. Midd. van aanv. en verw. . 331 » Duitsche soldaten 244 156 12 Amsterdam 176 48 » Dijkwezen 596 » Geldmiddelen 466 502 '12 p.p. Midd. van aanv. en verw. 3281 13 » b 331 b Waalsche soldaten 247 b Duitsche soldaten (7 X) 245-246, noten » Geldleening 431 425 » Dijkwezen 5965 b Waalsche soldaten 247 » Midd. van aanv. en verw. 331 296 b Waalsche soldaten 2471 b Midd. van aanv. en verw. 3402 b b b (2 X) 331-333 b Gouverneurs 5471 14 Midd. van aanv. en verw. 332 297 b Betr. Oranje 162 » Vestiging in de Nederlanden 597 b Betr. Oranje 162 16 b Geldmiddelen 467 £03 » Midd. van aanv. én verw. 3311 b Unie 5381 14 p.p. Midd. van aanv. en verw. 3321 b Diest 5467 b Midd. van aanv. en verw. 332 297 15 Benden van ordonnantie 428 b Midd. van aanv en verw. 3304 b Benden van ordonnantie 428 b Munt 589 754 b Geldmiddelen 467 504 b Gouverneurs 5433 » - Betr don Jan (2 X) 188-189 67 b Geldmiddelen 467 b [Geldmiddelen 467 504 b Unie] 5381 46 Betr. Frankrijk 2943 b b don Jan 489 68 17 b Holl.-Zeeland 462 16 b b don Jan 189 69 » b Engeland 304 18 b b 301 b b don Jan 189 » b Frankrijk (2 X) 294 b b don Jan 189 '18 p.p. Handel 584 743 b Betr. don Jan 489 b b Engeland (2 X) 301 b Geldleening 434 b Haarlem 1751 » Midd. van aanv. en verw. 3314 CHRONOLOGISCHE L] Datum. Blz. No. febr. 19 Betr. don Jan (3 X) 190 » Geldleening 431. 426 » Betr. Oranje 462 » > don Jan 190 y> » » 1897 » Midd. van aanv. en verw. 332 49 p.p. Betr. don Jan 1908 » Midd van aanv. en verw. 332 » Gewesten 547 » Midd. van aanv. en verw. 3312 » Betr. Frankrijk 294 » „ don Jan 190 20 Diest 5467 » Midd. van aanv. en verw. 332 » Betr. don Jan 190 20p.p. Duitsche soldaten 247 21 Midd. van aanv. en verw. 332 » Betr. Holl., Zeel.,Oranje 162 18 » Midd. van aanv. en verw. 332 21 p.p. Betr. Engeland 304 » Duitsche soldaten (3X) 247 158 23 Spaansche soldaten 248 » Geldmiddelen (3 X) 467 505 33p.p. M.v. aanv.en verw.(3X) 404 » Geldleening 4348 » Betr. don Jan 190 70 23 » » 1897 » Geldmiddelen 472 507 » Belr. don Jan 1897 » » Duitschland (2X) 314 262 » Midd. van aanv. en verw. 3321 » » » (2X) 333 » Betr. don Jan 2091 » Midd. van aanv. en verw. 333 298 23 p.p. » » 333 298 » Friesland 547 » Betr. Oranje 162 » » Duitschland 311 24 M. v. aanv. en verw. (7 X) 333 24p.p. » , 3331 » Geldmiddelen 473 25 Midd. van aanv. en verw. 33 H » Betr. Duitschland 311 263 » Midd. van aanv. en verw. 3282 » Geldmiddelen 473 509 » Verg. St.-Gen. 155 2 » Midd. van aanv. en verw. 331* » » » 3338 » » » 334 26 Betr. don Jan. 190 471 20 p.p. Duitsche soldaten (2 X) 248 » Betr. Luik en Geldleening 317en432 427 » Geldmiddelen 5042 27 Geldleening 433 » Bender. van ordonnantie 428 » Betr. Spanje 191 112 i » » Holl., Zeel., Oranje 163 27 p.p. Geldleening 432 428 » Betr. Holl., Zeel., Oranje (2 X) 163 19 » Verg. St.-Gen. 155* » Geldleening 432 428 » M.v. aanv. en verw.(2X) 3333 28 Geldmiddelen 473 509 » Betr. don Jan 1903 » Geldleening 433 429 28 p.p. Geldleening 4321 » I Midd. van aanv, en verw. 333 I JST DES RESOLUTIËN. 609 Datum. Blz. No. Maart 1 Betr. Holl., Zeel., Oranje (3 X) 463 20 » Betr. don Jan 494 73 4 p.p. Geldmiddelen 474 » Betr. don Jan 191 73 > » Spanje 191 » M.v. aanv. en verw. (2 X) 334 2 Betr. don Jan 191 > Geldmiddelen 474 2 p.p. Midd. van aanv. en verw. 334 » Betr. don Jan 191 » Baad van State (gevangen leden) 521* ï Geldleening 4322 3 Midd. van aanv. en verw. 334 4 Betr. don Jan 491») » Geld m iddelen 474 » Midd. van aanv. en verw. 334 299 * Betr. Engeland 3011 5 Midd. van aanv. en verw. 334 300 » » » (2X) 334 » Duitsche soldaten 248 » Geldmiddelen 434 431 » Diest 5467 » Spaansche soldaten (2 X) 248 5p.p. Midd. van aanv. en verw. 335 » Geldmiddelen 4733 s M.v. aanv, en verw. (2 X) 335 » Betr. don Jan 19110 » » Duitschland 312 » Midd. van aanv. en verw. 3814 » Duitsche soldaten 2486 6 Midd. van aanv. en verw. 335 » Geldleening 434 » Midd. van aanv. en verw. 335 6 p.p. » » 331* 7 Betr. Oranje 163 » Geldmiddelen 4618 » Betr. don Jan 191 » » » 192 74 8 Geldmiddelen 474 510 » Midd. van aanv. en verw. 335 » Betr. Duitschland 3132 » » don Jan 191 » Duitsche soldaten 2481 » Raad van State (gevangen leden) 521 » Betr. Frankrü'k 294 299 » Midd. van aanv. en verw. 3356 » » > 335 » Duitsche soldaten 248 » Geldleening 434 » Geldmiddelen 4746 » Betr. don Jan. 192 » Griffie 1592 9 Midd. van aanv. en verw. 3353 » Betr. Duitschland 3123 » Duitsche soldaten 248 » Antwerpen 4341 » Geldleening (2 X) 434 432 » Betr. Paus . 324 » » Frankrijk 2946 » Midd. van aanv. en verw. 335 9p.p. » » 3332 » Retr. Oranje 163 » Amsterdam 4766 » Midd. van aanv en verw. 335 » ' Amsterdam 176 39 610 CHRONOLOGISCHE LIJST DEE RESOLUTIËN. Datum. Blz. No. Maart 9p.p. Baad van State (gevangen leden) 521 » Betr. Oranje 4637 10 Duitsche soldaten 248 160 » Raad van State (gevangen leden) 521 » Verg. St.-Gen. 155 » Midd. van aanv. en verw. 336° » » * 335 301 x Betr. don Jan 192 75 11 » » 1924 » Duitsche soldaten 2483 x Betr. Oranje 163 x Midd. van aanv. en verw. 335 302 » Geldmiddelen 474 544 12 » 474 13 Betr. Paus 324 x Geldmiddelen 474 » Spaansche soldaten 249 161 x Midd. van aanv. en verw. 335 » Betr. don Jan 192 x Geldmiddelen (2 X) 4351 en 8 13».p. Spaansche soldaten (2 X) 192 14 Betr. don Jan (2 X) 493 76 x Duitsche soldaten 249 x Betr. don Jan 193 76 x Spaansche soldaten 2493 x Midd. van aanv. en verw. 3332 x Betr. don Jan (3 X) 193 76 x x Paus 324 » Midd. van aanv. en verw. 3351 x Betr. Paus 3243 15 » » 324 x Duitsche soldaten 2402 x Midd. van aanv. en verw. 335 » Duitsche soldaten 248 x Baad van State (gevangen leden) 5217 x Duitsche soldaten 249 xxx 2494 16 Personalia 5933 x Midd. van aanv. en verw. 336 x Geldmiddelen 4662 x x 474 512 » Betr. don Jan 493 77 x » Paus 324 x x don Jan (2 X) 193-194 77 x M.v. aanv. en verw. (2 X) 335 303 16p.p. Midd. van aanv. en verw. 336 303 x Duitsche soldaten 249» 17 Betr. Paus 324 284 x Duitsche soldaten 249 162 xxx 249 48 Midd. van aanv. en verw. 3357 x Betr. Paus 324 285 x Duitsche soldaten 250 x Betr. Duitschland 3128 x x don Jan 194 x x Oranje 463 21 18 p.p. Midd. van aanv. en verw. 336 x Betr. Engeland 3041 x Geldmiddelen 46S3 49 x 475 x Betr. Engeland 302 x Gelderland 548 x Geldmiddelen 475 » Gevangenen 595 x Midd. van aanv. en verw. 336 ' Datum. Blz. No. Maart 19 Betr. Duitschland 342 x Verg. St.-Gen. 155 3 19p.p. Midd. van aanv. en verw. 336 x Geldmiddelen 475 x M. v. aanv. en verw. (2 X) 336 20 Verg. St.-Gen. 155 4 x Midd. van aanv. en verw. 336 » Verg. St.-Gen. 156 4 xxx 4561 x Geldmiddelen 475 543 x Midd. van aanv. en verw. 3274 20p.p. Friesland 548 663 x Midd. van aanv. en verw. 337 21 Betr. don Jan 194 78 x I » 194» x Friesland 548 x Geldmiddelen 436 433 x Belr. Holl., Zeel., Oranje 164 22 x Geldmiddelen 476 x Midd. van aanv. en verw. 337 304 x x x 337 x Geldleening 436 433 x Midd. van aanv. en verw. 337 x Geldmiddelen 4754 22 Midd. van aanv. en verw. 337 en en Geldmiddelen 475* x Geldmiddelen 476 514 x Midd. van aanv. en verw. 337 x Gouverneurs 5504 x Personalia - 5931 x Betr. don Jan 194 x » Oranje 164 23 x Spaansche soldaten 194 » Betr. Frankrijk 294 22 p.p. » Oranje 164 23 23 Midd. van aanv. en verw. 3374 x Groningen-Friesland 548 24 Midd. van aanv. en verw. 337 xxx 3357 x Betr. don Jan 1924 xix 194 79 xxx 194 x x » 194 79 25 Groningen-Friesland 548 664 x Belr. don Jan (8 X) 195-196 80 x » » 4961 » Groningen-Friesland 548 664 25p.p. Betr. don Jan 196 80 » Groningen-Friesland 548 664 26 Midd. van aanv. en verw. 337 x Betr. don Jan 196 84 x Midd. van aanv. en verw. 337 x Centrale Regeering 521 604 x Amsterdam 477 x Betr. don Jan 1961 26p.p. x » 1961 27 Vestiging in de Neder¬ landen 597 773 x Geldmiddelen 476 545 x Munt 589 x Geldleening 438 en 4381 » Midd. van aanv. en verw. 338 x Betr. don Jan 496 82 x Geldmiddelen 4702 x Fransche soldaten 2946 28 Antwerpen 5512 x ' Midd. van aanv. en verw. 338 305 CHRONOLOGISCHE LIJST DER RESOLUTIËN. 611 Datum. Blz. No. Maart 28 Betr. don Jan 197 83 » Antwerpen 5512 » Betr. don Jan 197 83 28 p.p. Geldmiddelen 4708 x Midd. van aanv. en verw. 3364 29 » » (2 X) 338 306 » Betr. Oranje 164 24 30 x don Jan 197 84 » Midd. van aanv. en verw. 338 30p.p. Geldmiddelen 4412 » » 4752 x Betr. don Jan 497 94 » Midd. van aanv. en verw. 338 307 » Betr. Duitschland 3143 x Midd. van aanv. en verw. 338 307 31 » » 339 308 » Lier 549 665 April 1 Betr. Frankrijk 294 230 » Geldleening 438 434 x Duitsche soldaten 250 x Betr. don Jan 498 85 x » x 1961 x M. v. aanv. en verw. (2 X) 339 310 x Geldleening 438 434 x Utrecht 549 666 1 p.p. Belr. don Jan 198 85 2 . Gouverneurs 5483 x Amsterdam 177 x Tholen (2 X) 177 49 2 p.p. Midd. van aanv. en verw. 3331 x Friesland 549 667 3 Betr. don Jan 198 x Midd. van aanv. en verw. 339 311 x » » (2 X) 340 x Geldleening 438 435 » Midd. van aanv. en verw. 340 3p.p. Geldleening 438 435 x M. v. aanv. en verw. (2 X) 340 » Midd. van aanv. en verw. 3351 4 Duitsche soldaten (3X) 250 163 x Geldleening 439 x Duitsche soldaten 250* xxx 2583 I x x x 250 463 x Geldleening 439 x Betr. Frankrijk (3 X) 2951 4 p.p. Midd. van aanv. en verw. 340 » Geldleening 4391 » Midd. van aanv. en verw. 3402 xx» 340 » Betr. Frankrijk 2951 x Geldleening 4391 5 Betr. don Jan 108 86 x Midd. van aanv. en verw. 3402 x x » 340 342 x Waalsche soldaten 253 464 6 Midd. van aanv. en verw. 340 x Geldleening 439 x Duitsche soldaten (2 X) 253 465 6 p.p. x x 253 165 x Geldleening 439 x x 4361 8 Midd. van aanv. en verw. 340 x Betr. don Jan 198 87 x Friesland 5492 x Betr. don Jan 199 87 Datum. Blz. No. April 8 Midd. van aanv. en verw. 340 313 9 Geldleening (2 X) 439-440 436 x Betr. don Jan 199 88 x Unie 538 x Midd. van aanv. en verw. 341 314 x Spaansche soldaten 2487 x Amsterdam 177 x Friesland 5492 x Betr. don Jan 199 10 Midd. van aanv. en verw. 3366 » Gouverneurs 5433 » Geldmiddelen 4781 x Amsterdam 177 x Duitsche soldaten 2531 xxx 253 10 p.p. Midd. van aanv. en verw. 341 x Friesland 550 669 11 Betr. Engeland 302 . x M. v.aanv. en verw. (3X) 344 315 » Geldmiddelen (2 X) 478 518 x Midd. van aanv. en verw. 341 315 12 Betr. don Jan 499 x Midd. van aanv. en verw. 341 x Betr. don Jan 199 x Betr. Duitschland en 3132 an ! Betr. don Jan 200* 1 » Betr. Engeland 302 247 x Geldleening 440 12p.p. Verg. St-Gen. 156 13 Midd. van aanv. en verw. 3441 x Betr. Holland. Zeeland, Oranje (2 X) 465 26 x Betr. Duitschland 312 x Waalsche soldaten 2563 x Amsterdam (2 X) '177 x Midd. van aanv. en verw. 341 x Betr. don Jan 4993 x x Duitschland 3151 44 Duitsche soldaten 253 xx x 2532 x Geldmiddelen 478 519 x Midd. van aanv. en verw. 341 x x x 341 316 15 Geldleening 4406 x Verg. St.-Gen. 456 x Duitsche soldaten (2 X) 254 166 xxx 254 xxx 254 166 x Verg. St.-Gen. 1566 x Belr. Duitschland 3442 x Geldmiddelen en Midd. 440 en van aanv. en verw. 342 437 16 Geldmiddelen 478 x Duitsche soldaten 254 x Friesland 549» x Midd. van aanv. en verw. 342 x Betr. Duitschland en 312 en Personalia 5931 » Betr. Engeland 302 x Duitsche soldaten . 254 x M.v. aanv. en verw. (2 X) 342 x Midd. van aanv. en verw. 3333 x Betr. Oranje 1771 xxx 165 x Duitsche soldaten 2541 lOp.p. Geldmiddelen 4662 » Midd. van aanv. en verw. 342 612 CHRONOLOGISCHE LIJST DER RESOLUTIËN. Datum. Blz. No. April 17 Midd. van aanv. en verw. 342 317 » Betr. Duitschland en 312 en 264 Geldleening 440 » Centrale regeering 522 602 » Geldleening 440 x Midd. van aanv. en verw. 3423 » » x 3424 » » » 343 18 Geldmiddelen (3 X) 478 520 x M. v. aanv. en verw. (2 X) 343 » Duitsche soldaten 254 x Gouverneurs 550 ' » Midd. van aanv. en verw. 343 x » i 343 318 x » » 336» x x i 343 » Geldleening 440 » Geldmiddelen 479 520 » Benden van ordonnantie 428 18 p.p. Friesland 5502 19 Amsterdam 177 » Betr. Holl., Zeel., Oranje 1662 » » x 165 » Duitsche en Waalsche soldaten 254 167 » Midd. van aanv. en verw. 343 319 » Griffie 156 x Geldleening 4361 » Betr. don Jan 199 » Midd. van aanv. en verw. 343 » Betr. Oranje 1657 19 p.p. Midd. van aanv. en verw. 3424 x Varia 598 20 Geldleening 44U » Betr. Duitschland 312 265 x Geldleening 440 438 » Betr. Duitschland 342 265 » Geldleening 4406 » Centrale Regeering 522 603 x Geldmiddelen (2 X) 480 521 » Betr. Oranje 1656 » Geldleening 444 438 21 Betr. Frankrijk 295 231 » Midd. van aanv. en verw. 3261 » Centrale regeering 5221 x Unie (2 X) 538 639 ■ Betr. Engeland 302 248 » Geldmiddelen 4781 » Betr. Oranje 166 » » Duitschland 314 » Utrecht 550 669 » Gouverneurs 550 32 Unie 538 640 x Betr. Frankrijk 2952 x Midd. van aanv. en verw. 343 320 » Dijkwezen 596 769 » Geldmiddelen 480 533 33 p.p. Gevangenen 595 » Post 594 765 » Betr. Duitschland 315 x Midd. van aanv. en verw. 3425 23 Geldmiddelen 481 » Betr. Oranje (2 X) 166 27 x Betr. don Jan 1982 x x Oranje (3 X) 166 27 » Unie 245 23 p.p. Utrecht 554 » 1 Midd. van aanv. en verw. 345 321 Datum. Blz. No. April 23 p.p. Betr. don Jan 2004 » Midd. van aanv. en verw. 345 24 Betr. don Jan 1982 » Waalsche soldaten 2563 x Betr. Duitschland 315 267 » Midd. van aanv. en verw. 345 x Betr. Oranje 166 28 » Midd. van aanv. en verw. 342» 24 p.p. » » 345 » Duitsche soldaten 254 » Midd. van aanv. en verw. 345 » » » 3452 25 Spaansche soldaten 2487 » Betr. Duitschland 315 x x x 315 268 » Midd. van aanv. en verw. 345 x Verg. St.-Gen. 456 5 » Antwerpen 551 670 x Geldleening 444 439 26 Midd. van aanv. en verw. 345 322 » Geldmiddelen 4841 I » 481 524 x Berlaimont 5216 26 p.p. Duitsche soldaten 255 x Midd. van aanv. en verw. 346 » » » (2 X) 345 322 x xx 3434 x Kerkelijke zaken 579 27 Betr. don Jan 2004 x Tholen 4772 x Midd. van aanv. en verw. 346 323 x Amsterdam 177 50 » Betr. Oranje 166 29 x Antwerpen 551 671 27p.p. Betr. Frankrijk 2952 x Midd. van aanv. en verw, 347 323 x Betr. don Jan 499 28 Midd. van aanv. en verw. 347 324 x Betr. Duitschland (2 X) 315 x x Oranje 1663 » x don Jan 200 x Gouverneurs 551 672 x Betr. don Jan (2 X) 200 89 x Geldleening 441 x Midd. van aanv. en verw. 3462 I Geldmiddelen 481 28 p.p. Betr. don Jan 200 89 29 i Frankrijk 2952 x x x (2 X) 295 333 i Gouverneurs 5513 i Antwerpen 551 673 29 p.p. Betr. don Jan 200 x Midd. van aanv. en verw. 347 xxi 3464 xxx 347 x Betr. Oranje 166 30 p.p. Midd. van aanv. en verw. 347 x Geldleening 444 441 x Spaansche soldaten (2 X) 255 169 x Midd. van aanv. en verw. 3424 Mei 1 Betr. don Jan 2004 x x x 3001 1 Verg. St.-Gen. 157 » Betr. don Jan (3 X) 200 90 2 i x 200 91 » Midd. van aanv. en verw. 347 3 Duitsche soldaten 356 CHRONOLOGISCHE LIJST DER RESOLUTIËN. 613 Datum. Blz. No. Mei 3 Betr, Engeland 303 349 » Geldmiddelen 484 » Betr. don Jan (3 X) 303 93 3 p.p. Duitsche soldaten 356 4 Betr. don Jan 303 93 » Kerkelijke zaken 579 739 5 Betr. don Jan 308 94 » Geldleening 441 443 » Betr. Oranje 167 5 p.p. Geldmiddelen 481 535 6 Midd. van aanv. en verw. 347 6 p.p. x » 347 7 Geldmiddelen (3 X) 481 526 » Betr. Oranje 167 » » don Jan 203 95 » Midd. van aanv. en verw. 3471 x » » 347 » Duitsche soldaten 356 8 Betr. Spanje, Duitschl., 302,307, Frankrijk, Paus 315, 295 en 325 » Benden van ordonnantie 428 » Betr. Engeland 302 8 p.p. Waalsche soldaten 2544 » Midd. van aanv. en verw. 348 » Betr. Oranje 167 » Geldmiddelen 481 527 x » 481 x M. v. aanv. en verw. (3X) 347 325 » Midd. van aanv. en verw. 349- x » » 348 9 Geldleening 442 » Betr. don Jan 203 96 » » Holland enZeeland 167 30 » Midd. van aanv. en verw. 348 326 9p.p. Geldleening 4391 » Geldmiddelen (2 X) 481-482 » Betr. don Jan (2 X) 303 96 10 Geldmiddelen 483 538 » Duitsche soldaten 256 » Midd van aanv. en verw. 3481 » Betr. Engeland 3036 x » don Jan (2 X) 203 97 » Waalsche soldaten 256 » Geldmiddelen 349 » Midd. van aanv. en verw. 3481 10 p.p. Geldmiddelen 442 444 x Midd. van aanv. en verw. 3492 » Betr. don Jan 203 97 » Midd. van aanv. en verw. 349 11 Betr. Engeland 302 » Midd. van aanv. en verw. 349 x Betr. Duitschland 3153 x Midd. van aanv. en verw. 3482 » Betr. Schotland 307 x Midd. van aanv. en verw. 349 » » » 3481 » Geldleening 442 » M. v. aanv. en verw. (3 X) 349 12 Midd. van aanv. en verw. 349 » Geldmiddelen 4822 » Geldleening 442 445 » Midd. van aanv. en verw. 3482 » x x 349 13 » » 349 » Betr. don Jan 203 98 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 349 d Midd. van aanv. en verw. 350* Datum. Blz. No. Mei | I 14 Betr. Engeland 302 » » don Jan 204 99 » Midd. van aanv. en verw. 350 x ara » 3508 » » » (2X) 350 » Waalsche soldaten (8 X) 356 » Betr. don Jan 304 99 > Geldleening 443 » Duitsche soldaten 256 15 Waalsche soldaten 256 170 » Betr. don Jan 304 100 » Waalsche soldaten 356 170 » Betr. Duitschland 3158 » Midd. van aanv. en verw. 3493 15p.p. » * 350 » Geldleening Add. 16 Midd. van aanv. en verw. 3431 » » » 3492 » Betr. don Jan 204 101 » » Oranje (2 X) 167 31 » Geldmiddelen 483 539 » Duitsche soldaten 3573 » Midd. van aanv. en verw. 350 17 Waalsche en Duitsche soldaten (16 X) 357 171 < M. v. aanv. en verw. (3 X) 350 » Duitsche soldaten (3 X) 357 » Midd. van aanv. en verw. 3493 17 p.p. Geldmiddelen 483 530 18 Geldleening 443 » Midd. van aanv. en verw. 350 337 > Betr. Oranje 167 » M. v. aanv. en verw. (3X) 3503 » Midd. van aanv. en verw. 350 337 x » » (3X) 350 30 » » 3482 » Geldmiddelen 483 » Betr. don Jan 304 403 x M. v. aanv. en verw. (3 X) 354 328 ». Geldleening 442 446 21 Midd. van aanv. en verw. 3372 » Duitsche soldaten (2 X) 258 172 x Geldleening 4431 x Duitsche soldaten 258 172 x Betr. Luik 317 x Midd. van aanv. en verw. 351 xxx 350 x Geldmiddelen (2 X) 482 531 x Midd. van aanv. en verw. 3511 x x x (2 X) 351 329 xxx 351 x Duitsche soldaten 258 172 22 Betr. don Jan 205 103 x Duitsche soldaten (2X) 258 x Betr. don Jan 2053 x x Paus 3242 x x don Jan 2051 x x » 205 103 x Midd. van aanv. en verw. 351 330 22 p.p. »x 352 330 x x » 352 x Duitsche soldaten 2583 23 » x 2588 x Midd. van aanv. en verw, 3506 23 p.p. xx 352 331 xxx 3505 x Duitsche soldaten 259 173 x Midd. van aanv. en verw. I 353 614 CHRONOLOGISCHE LIJST DER RESOLUTIËN. Datum. Oh. No. Mei 24 Midd. van aanv. en verw. 3523 » » » 3505 » » » (2X) 353 332 » Duitsche soldaten 259 174 » Geldleening (3 X) 443 447 » Midd van aanv. en verw. 349* » Geldleening 413 » Geldmiddelen 483 532 » Duitsche soldaten 259 - 174 » Betr. Engeland 302 » Midd. van aanv. en verw. 3472 » Betr. Oranje 167* 25 Geldmiddelen 483 533 » Geldleening 443 448 26 Geldmiddelen 483 534 » Belr. don Jan 205 104 » » Oranje 167* 27 Midd. van aanv. en verw. 349* » Geldleening 443 » Geldmiddelen 483 » Midd. van aanv. en verw. 3542 » » » 3495 » Betr. don Jan (3 X) 205 105 27 p.p. » » (2 X) 206 105 » Midd. van aanv. en verw. 353 333 28 Duitsche soldaten 259 » Midd. van aanv. en verw. 3542 » Gouverneurs 5485 » Duitsche soldaten 259 29 Midd. van aanv. en verw. 353 » » » 3531 > Duitsche soldaten 259 175 » Verg. St.-Gen. 157 6 » Friesland 5492 30 Midd. van aanv. en verw. 3531 » Betr. don Jan (2 X) 206 » » Duitschland 315 269 » » don Jan 207 » Midd. van aanv. en verw. 353 » Betr. Paus 325 » Midd. van aanv. en verw. 352° 31 Waalsche en Duitsche soldaten (3 X) 259 176 » Betr, don Jan 207 106 31 p.p. » » 2061 » » » 207 » Midd. van aanv. en verw. 3512 » Betr. don Jan 2061 » Midd. van aanv. en verw, 353 » Geldleening 4408 » Verg. St.-Gen. 1522 » Waalsche soldaten (2 X) 260 176 » Betr. don Jan 2061 Juni 1 , Midd. van aanv. en verw. 353 » Waalsche soldaten (2 X) 261 » Belr. Oranje (4 X) 168 32 » Midd. van aanv. en verw. 3512 » Duitsche soldaten 261 > Midd. van aanv. en verw. 3482 » Betr. Oranje 168 » Geldmiddelen 483 535 lp.p. » 483 535 i » 475* » Munt 589 » Geldmiddelen 483 535 » Midd. van aanv. en verw. 3512 » Duitsche soldaten I 261 Datum. Blz. No. Juni | . 1 p.p. Midd. van aanv. en verw. 3491 » ! Secrete diensten 595 2 I » » 595 i Midd. van aanv. en verw. 353 » » » 3531 » I » » 3532 * Geldleening 444 449 » Geldmiddelen 484 » Waalsche soldaten 2612 3 Geldmiddelen 485 » Betr. don Jan 207 » M. v. aanv. en verw. (8 X) 353-354 334 » Duitsche soldaten 261 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 354 » Betr. Engeland 303 4 Centrale Regeering 5223 » Duitsche soldaten 264 » Midd. van aanv. en verw. 3531 » Betr. dou Jan 207 107 » Midd. van aanV. en verw. 3532 » Geldmiddelen 485 537 » Midd van aan v. en verw. 3542 i Dijkwezen 5965 » Betr. don Jan 2052 5 Duitsche soldaten en 264 en Tholen 1772 » Betr. Engeland 3031 » Midd. van aanv. en verw. 354 335 » » » 3543 6 Duitsche soldaten (3 X) 261 177 » Geldmiddelen 485 538 » Midd van aanv. en verw. 3542 » » » 354 » » » 3543 7 Geldmiddelen 485 » Midd. van aanv. en verw. 3522 » » » 3543 » Betr. Duitschland 3152 7 p.p. Munt 589 » Geldleening 444 450 » Midd. van aanv. en verw. 3543 » » » 355 » Geldmiddelen 4857 » Midd. van aanv. en verw. 3543 » » » 3551 8 Geldleening 444 451 > Betr. Engeland 303 250 » Betr. Oranje, Amsterd. 168,177 en M. v. aanv. en verw. en 355 » Munt 589 755 » Betr. Oranje 168 8 p.p. Duitsche soldaten 262 » Betr. Paus 325 » » Frankrijk 2922 > Midd. van aanv. en verw. 3521 > Bijsel, Douay en Orchies 5521 9 Midd. van aanv. en verw. 355 336 > Betr. Engeland 303 851 » » Paus 325 > Midd. van aanv. en verw. 355 » Geldmiddelen 485 10 Midd. van aanv. en verw. 3553 » I _ » » (2X) 355 337 * Duitsche soldaten 262 » Betr. Engeland 303 > Grevenbroeck 3153 10 p.p. Betr. Duitschland 315 270 » I Midd. van aanv, en verw. I 355 337 CHRONOLOGISCHE LIJST DEE RESOLUTIËN. 615 Datum. Blz. No. Datum. Blz. No. Juni Juni 11 Midd. van aanv. en verw. 356 20 Geldleening 486 543 » » » 355* » Amsterdam 178 51 » » » 356 338 » Midd. van aanv. en verw. 3518 » Betr. don Jan 208 138 21 » » 3562 11 p.p. Antwerpen 5512 » » » 359* » Midd. van aanv. en verw. 356 » » » (5X) 359 » Geldmiddelen 4631 » Duitsche soldaten 2641 12 Midd. van aanv. en verw. 3558 » Geldmiddelen 486 » » » 356 31 p.p. Betr. don Jan 208 i Betr. Oranje (3 X) 168 33 » Friesland en Midd. van 553 en 13 p.p. Midd. van aanv. en verw. 3558 aanv. en verw. 359 » Bijsel, Douay en Orchies 553 674 > Geldmiddelen 486 » Geldmiddelen (3 X) 444 453 33 Duitsche soldaten 364 481 » Personalia 315 » Geldmiddelen 486 543 » Betr. Duitschland 593 764 » » 486» » Antwerpen 5542 » Duitsche soldaten 364 > Verg. St.-Gen. 457 7 » Midd. van aanv. en verw. 360 » Midd. van aanv. en verw. 356 » Duitsche soldaten 3592 13 Betr. Paus, Duitschland 335,307, » Geldmiddelen 4862 en Spanje 315 en » Midd. van aanv. en verw. 360 208 109 » » » 3598 » Utrecht 553 675 23 » » 3558 » Ommelanden 553 675 s » » 3426 » Betr. don Jan 2061 » Betr. don Jan 309 110 » Midd. van aanv. en verw. 350 340 * Duitsche soldaten ■ 264 182 i Geldleening en Midd. v. 444 en 453 » Midd. van aanv. en verw. 3602 aanv. en verw. 3558 » » » 3538' » Geldleening (2 X) 444 453 24 Duitsche soldaten 264 14 Geldmiddelen 485 539 » Midd. van aanv. en verw. 3553 » Midd. van aanv. en verw. 359 > Waalsche soldaten 364 » Friesland (3 X) 553 25 Midd. van aanv. en verw. 3601 14 p.p. Dijkwezen 5971 » » » 355* » » 597 770 > » » 360 » Friesland (2 X) 552 » Duitsche soldaten 265 183 » Midd. van aanv. en verw. 359 35p.p. » » 265 » » » 3593 , Geldmiddelen 487 544 15 Geldleening 445 » Midd. van aanv. en verw. 360 » » 445 454 » Duitsche soldaten 3652 » Midd. van aanv. en verw. 359 * Geldleening (3 X) 446 » Geldleening 445 454 » Duitsche soldaten 265 184 » Midd. van aanv. en verw. 3561 » » » 2642 » Utrecht 552 » Midd. van aanv. en verw. 3603 » Midd. van aanv. en verw. 3561 20 Handel 584 743 » » » (2 X) .359 » Munt 590 757 17 Geldmiddelen 485 540 » Centrale regeering 533 604 » Duitsche soldaten 363 > Geldmiddelen 488 » » » 2632 • Betr. don Jan 488 » » » 263 » » Engel, en Frankr. 303 » Waalsche 1 2642 » » » 3036 » Geldleening 445 » Midd. van aanv. en verw. 3561 » n (IX) 445 455 » Duitsche soldaten 365 » » 4451 36p.p. Betr. Paus 3358 » Kerkelijke zaken 579 730 » Verg. St.-Gen. 157 » Midd. van aanv. en verw. 3562 Midd. van aanv. en verw. 360* 17 p.p. Duitsche soldaten 263 » Handel 584 743 * Geldmiddelen 4863 27 Geldleening 446' 18 Geldleening 445 456 » » 446 » Midd. van aanv. en verw. 3541 . » » 440 458 I Betr. Engeland 3032 j » Duitsche soldalen 265 18p.p. Geldmiddelen (2 X) 485 541 » » > 2658 » Kerkelijke zaken 579 731 > Betr. Duitschland 316 371 19 Duitsche soldaten 263 179 1 Amsterdam 179 52 » Midd. van aanv. en verw. 3541 » Midd. van aanv. en verw. 360 19p.p. Secrete diensten 595 27p.p. Geldleening 446 458 20 Munt 590 756 * Amsterdam 179 > Geldmiddelen 486 542 28 Midd. van aanv. en verw. 360 » Duitsche soldaten 263 180 » » » (2 X) 360 341 » Betr. Paus I Add. I » Waalsche soldaten 2643 616 CHRONOLOGISCHE LIJST DER RESOLUTIËN. Datum. Blz. No. Juni 28 Amsterdam 4798 » Tholen 1772 » Geldleening 446 » Geldmiddelen 488 » Amsterdam 179 » Midd. van aanv. en verw. 360 » Duitsche soldaten 2642 28 p.p. Midd. van aanv. en verw. 360 341 29 Geldmiddelen 488 545 » Midd. van aanv. en verw. 3613 » » » 361 342 » » » 361* » Geldmiddelen (2 X) 488 545 » Midd. van aanv. en verw. 361 342 30 Duitsche soldaten 265 » » » 2592 » Midd. van aanv. en verw. 361 343 * Duitsche soldaten 265-266 » Valenciennes 552 » Midd. van aanv. en verw. 3521 Juli 1 Midd. van aanv. en verw. 362 » Duitsche soldaten 266 » Geldmiddelen 489 » Duitsche en Waalsche i soldaten (2 X) 266 » Midd. van aanv. en verw. 369» » Gewesten 5582 1 p.p. Midd. van aanv. en verw. 362 » Secrete diensten 5953 2 Midd. van aanv. en verw. 362 3 Waalsche soldaten 266 » Duitsche » 266 185 » Midd. van aanv. en verw. - 362 » Duitsche soldaten Add. » Betr. Duitschland 316 272 > Geldmiddelen 489 3 p.p. Midd. van aanv. en verw. 362 4 » » (2X) 362 4 p.p. Duitsche soldaten (2 X) 266 186 » Geldmiddelen 446 5 Midd. van aanv en verw. 3621 » Duitsche soldaten (2 X) 267 » Betr. don Jan (7 X) 209 111 » » Engeland 303 » » Oranje 169 » » Engeland (2 X) 303 » Duitsche soldaten (2 X) 267 187 » Betr. Duitschland en 307 en Frankrijk 295 5 p.p. Duitsche soldaten 267 » Betr. Oranje 169 » Midd. van aanv en verw. 3621 * Betr. don Jan 210 » Verg. St.-Gen. Add. » Duitsche soldaten 367 » Betr Engeland, Duitsch- 303,3079 land en Frankrijk en 2954 » Midd van aanv. en verw. 3622 6 » » 362 » Verg St.-Gen. 157 6 p.p. Geldmiddelen 4892 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 362 » Geldmiddelen 489 » Midd. van aanv. en verw. 363 7 Betr. Engeland 303" » » don Jan 210 » I Midd. van aanv. en verw. < 363 1 Datum. Blz. No. Juli 7 Geldmiddelen 489 546 8 Personalia en betr. don 594 en Jan 210 » Midd. van aanv. en verw. 3622 » Geldmiddelen 489"' » Midd. van aanv. en verw. 363 » » » 3622 » Unie 539 » Duitsche soldalen 267 188 » Geldmiddelen 489 546 » Duitsche soldaten 268 » ' » » 267 188 » Geldmiddelen 489 » Midd. van aanv. en verw. 363' » Geldmiddelen 489 » Geldleening 446 8 p.p. Midd. van aanv. en verw. 363' » Friesland 552 » Duitsche soldalen 268 9 » » Add. » Geldmiddelen 489 547 » Duitsche soldaten (2 X) 268 » Midd. van aanv. en verw. 363 » Geldmiddelen 490 » Betr. Oranje (2 X) 469 10 Geldmiddelen (2 X) 490 548 » Munt 590 » Betr. Frankrijk 296 » Geldleening 446 459 » M.v. aanv. en verw. (3 X) 363 » Duitsche soldaten 268 » Betr. Duitschland 307 » Midd. van aanv. en verw. 3632 » Betr don Jan 211 112 11 Midd. van aanv. en verw. 363' » Geldmiddelen 490 549 11 p.p. Duitsche soldaten 268° » » » 268 189 » Geldleening 447 460 12 Duitsche soldaten 268 » Betr. Duitschland 316 » Geldleening 447 461 » Duitsche soldaten 268 » Betr. don Jan 211 12 p.p. Post 594 » Geldmiddelen 490 » Duitsche soldaten 268 » Geldmiddelen 490 » Munt 590 13 Midd. van aanv. en verw. 363 » ' , • » » 3641 » Duitsche soldaten 269 190 13 p.p. Midd. van aanv en verw. 3634 » Duitsche soldaten 269 190 14 Verg. St.-Gen. 157 15 Midd. van aanv. en verw. 364 344 x Geldleening 490 » Midd. van aanv. en verw. 364 15 p.p. Geldmiddelen 490 550 16 » (2 X) 490 551 n Geldleening (3 X) 447 » Duitsche soldaten 2672 » Geldleening 4472 » Midd. van aanv. en verw. 364 345 » I » » 3632 16 p.p. » » 364 » Geldleening 4472 » I Geldmiddelen 466 CHRONOLOGISCHE Datum Blz. No. Juli 17 Betr. don Jan 2091 » » » (2X) 211 113 » » Paus 325 286 » Duitsche soldaten 269 » Betr. don Jan 211* 17 p.p. Midd. van aanv. en verw. 364 » Munt 590 » Unie 530 641 » Geldmiddelen 491 18 Betr. don Jan 211 114 » Hidd. van aanv. en verw. 364 » » » 364 346 » » » 364 » » » 364» » Duitsche soldaten 969 » Betr. Spanje 212 114 49 Duitsche soldaten 270 191 » Midd. van aanv. en verw. 365 348 » Geldmiddelen 491 » Betr. don Jan 213 115 » Duitsche soldaten 270 19 p.p. M. v. aanv. en verw. (2 X) 365 20 Duitsche soldaten 270 192 » Geldleening 447 462 » Geldmiddelen 492 553 20 p.p. Duitsche soldaten 274 » Munt (2 X) 590 » Duitsche soldaten 271 » » » 271 192 21 Midd. van aanv. en verw. 3662 » Geldleening (15 X) 447 463 » Geldmiddelen 493 22 Betr. don Jan 213 116 » » Paua (2 X) 325 287 23 > Duitschland 316 » Duitsche soldaten 271 193 » Geldmiddelen 493 554 » Geldleening (2 X) 449 464 24 Betr. don Jan 213 » Duitsche soldaten 271 » Geldleening 449 465 25 Betr. don Jan 215 118 25 p.p. Geldleening ' 4491 » Geldmiddelen 493 555 26 Geldleening 449' » Brussel 553 676 » Geldmiddelen 493 556 » Belr. Oranje (2 X) 469 34 » Duitsche soldaten 271 194 26 p.p. Betr. don Jan 216* » Midd. van aanv. en verw. 365 27 Betr. don Jan 215 » Duitsche soldaten 272 » Secrete diensten 595 » Midd. van aanv. en verw. 366 350 27p.p. » * (3 X) 366 28 » » (2X) 366 » Duitsche soldaten 272 195 29 Betr. don Jan (2 X) 216 119 » » d 2166 » » » (2X) 216 119 » Betr. Engeland 303 30 Centrale Regeering (2 X) 522 605 30 p.p. Betr. don Jan 217 120 » Geldmiddelen 491» » Betr. Portugal 321 » » don Jan 218 31 » » (2 X) 218 ST DEK RESOLUTIËN. 617 Datum. Blz. No. Juli I | 31 Duitsche soldaten 273 » Midd. van aanv. en verw. 366 » Geldmiddelen 494 » Midd. van aanv. en verw. 367 31 p.p. » » 367 » Geldmiddelen 557 494 » Duitsche soldaten 273 » Midd. van aanv. en verw. 36(y> » » » 3678 Aug. 1 Secrete diensten 595 » Duitsche soldaten 273 197 » Geldmiddelen Add. » Betr. Oranje 169 y> » don Jan 209* » Duitsche soldaten 270* » Verg. St.-Gen. 157 8 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 367 » Midd. van aanv. en verw. 3632 » Duitsche soldaten 273' » Benden v. ordonn. (2 X) 428 » Duitsche soldaten 273 lp.p. Betr. Spanje 218 121 2 Duitsche soldaten 2738 » Betr. don Jan 2168 » Midd. van aanv. en verw. 367 » Duitsche soldaten 273 198 » » » (3 X) 274 2 p.p. Midd. van aanv. en verw. 367 » Duitsche soldaten 273 198 » Midd. van aanv. en verw. 367 » » » 2733 » » » 367 3 » » 367 » Duitsche soldaten 2733 » Midd. van aanv. en verw. 367 » Duitsche soldaten 2738 » Midd. van aanv. en verw. 367» » Duitsche soldaten 274 » » » 274 190 » Midd. van aanv. en verw. 367 » Benden van ordonnantie 428- x Centrale Begeering 523 » Midd. van aanv. en verw. 367 » Verg. St.-Gen. 158 » Midd. van aanv. en verw. 3761 » Verg. St.-Gen. 158 » Betr. don Jan 218 » Verg. St.-Gen. 158 9 3 p.p. Betr. don Jan 218 » » Holl., Zeel., Oranje 170 4 i don Jan 218 122 » Midd. van aanv. en verw. 368' » » . » 367 » Duitsche soldaten (2 X) 274-275 200 » Midd. van aanv. en verw. 367 » Unie 539 642 » Midd. van aanv. en verw. 368 4 p.p. » » (2X) 368 » » » 3682 » Unie 539 642 » Betr. Luik 318 » Duitsche soldaten (2 X) 275 200 5 » » (6X) 275 201 » Midd. van aanv. en verw. 368 » Duitsche soldaten (2 X) j 275 201 » Midd. van aanv. en verw. 368 5p.p. » » 368 618 CHRONOLOGISCHE LIJST DER RESOLUTIËN. Datum. Blz. No. Datum. Blz. Aug. | Aug. 5 p.p. Betr. don Jan 218 123 12 p.p. Betr. don Jan 2203 » Duitsche soldaten 2752 » » Oranje 1696 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 368 I 13 Midd. van aanv. en verw. 370 6 Midd. van aanv. en verw. 368 » » » 370 » » » 3685 » Duitsche soldaten 277 » » » 368 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 370 » Duitsche soldaten 210 » Midd. van aanv. en verw. 3701 » Betr. Oranje 170 » » » 370-371 » Midd. van aanv. en verw. 368 » Geldleening 450 » Betr. don Jan 219 » Amsterdam 179 » Gewesten Add. » Duitsche soldaten 277 » Betr. don Jan 2187 » » » Add. » Poat » ' Midd. van aanv. en verw. 371 » Midd . van aanv. en verw, 368 » Verg. St.-Gen. 158 » Duitsche soldaten 275 » Betr. don Jan 2202 6 p.p. Midd. van aanv. en verw. 368 » » Oranje 1793 7 Betr. don Jan (2 X) 219 124 13 p.p. Midd. van aanv. en verw. 371 » Duitsche soldaten 276 » Duitsche soldaten 2761 » Unie 539 643 » Midd. van aanv. en verw. 369* » Midd. van aanv. en verw. 368 » Betr. Engeland 303 » Centrale Regeering 523 » » don Jan 225 » Duitsche soldaten (2 X) 276 44 Duitsche soldaten 277 7 p.p. Geldleening 449 466 » Midd. van aanv. en verw. 371 » Midd. van aanv. en verw. 368» » Geldmiddelen 4911 » Betr. Oranje 170 35 » Midd. van aanv. en verw. 371 » Geldmiddelen 494 558 » » » 369* » Betr. Oranje 1697 » Duitsche soldaten 277 » Verg. St -Gen. 158 » Verg. St.-Gen. 158 » Midd. van aanv. en verw. 3691 14 p.p. Midd. van aanv. en verw. 3721 8 » » 369 » » » (2X) 371-372 » » » 3693 » Benden van ordonnantie 428 » Duitsche soldaten 276 » Midd. van aanv. en verw. 372 » M. v. aanv. en verw. (2X) 369 » Verg. St-Gen. 158 » Geldleening 450 15 Midd. van aanv. en verw. 372 » Midd. van aanv. en verw. 369 » » » 3632 8 p.p. » » 3683 » Betr. Oranje 170 » » » 369 » Unie 539 » Gouverneurs (2 X) 553 » Geldleening (2 X) 450 y> Midd. van aanv. en verw. 369 » Betr. don Jan 225 9 Betr. don Jan 220 » Duitsche soldaten 2762 » Duitsche soldaten 270 » Midd. van aanv. en verw. 372 » Midd. van aanv. en verw. 3691 » Duitsche soldaten 277 » Duitsche soldaten 276 46 Geldleening 450 » Midd. van aanv. en verw. 369 » Midd. van aanv. en verw. 373 9p.p. Duitsche soldaten 276 » Gouverneurs 5541 » Betr. don Jan 220 » Munt 590 » Handel 585 » Midd. van aanv. en verw. 373 » Geldmiddelen (2 X) 494 559 » Duitsche soldaten 278 10 » 494 560 » Midd. vau aanv. en verw. 3722 » Duitsche soldaten 276 » Betr. Oranje 170 » M v. aanv. en verw.(2X) 369 » Midd. van aanv. en verw. 3723 10 p.p. Friesland Add. » » » 372 » Midd. van aanv. en verw. 369 » » » 372* » Friesland 5527 » Duitsche soldaten (3X) ■ 277 » Utrecht Add. » Betr. don Jan 225 » Midd. van aanv. en verw. 369 » Geldleening (2 X) 450 » Duitsche soldaten (2 X) 276 202 1(5 p.p. M.v. aanv. en verw. (2 X) 372 11 Midd. van aanv. en verw. 369 » Belr. Duitschland 307 » Betr. don Jan (2 X) 220 125 » Unie 539 » Gouverneurs (5 X) 553-554 677 » Midd. van aanv. en verw. 3711 12 Duitsche soldaten 276 » » » (2 X) 373 x Betr. don Jan 220 126 17 » » 373 » Duitsche soldaten 276* » Betr. Keizer 307 » Midd. van aanv. en verw. 369 351 » » don Jan 225 I Duitsche soldaten 277 » M. v. aanv.en verw. (2X) 373 » Confiscatiën 516 585 17p.p. Duitsche soldaten 278 » Midd. van aanv. en verw. 369 » Geldleening 450 12 p.p. I » » (3X) 370 351 18 Duitsche soldaten 2782 CHRONOLOGISCHE LIJST DER RESOLUTIËN. Datum. Blz. No. Aug. 18 Geldmiddelen 4P6 » Geldleening 450 467 » Duitsche soldaten 278 » Betr. Oranje 170 36 » Midd. van aanv. en verw. 373 » Geldleening 4501 » Duitsche soldaten 278 » Midd. Van aanv. en verw. 373 » Ommelanden 554 » Duitsche soldaten 2781 » Midd. van aanv. en verw. 373 19 » » 374 » » » (2X) 3731 d Duitsche soldaten 278 » Midd. van aanv. en verw. 373 355 » Utrecht 554 678 ■ Midd. van aanv. en verw. . 3711 » Geldmiddelen 497 » Centrale Begeering (2X) 523 » Utrecht 554 678 19 p.p. Midd. van aanv. en verw. 374 n Ommelanden 554 678 i» Gouverneurs 5546 » Duitsche soldaten 278 20 Kerkelijke zaken 579 732 » Betr. Oranje 170 » Duitsche soldaten 278 » Betr. don Jan (2 X) 825 128 » Duitsche soldaten 2786 » » » 2788 » Verg. St.-Gen. 158 11 » Midd. van aanv. en verw. 374 356 20p.p. » » 3734 » » » 374 356 » Betr. Duitschland 312* » Midd. van aanv. en verw. 374 356 x Kerkelijke zaken 579 732 21 Midd. van aanv. en verw. 3732 » » » 374 » Duitsche soldaten 879 205 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 374 21 p.p. Duitsche soldaten 2798 » Midd. van aanv. en verw. 3732 » Duitsche soldaten 279 205 » Duitsche soldaten en 2791 en M. van aanv. en verw. 374 » Midd. van aanv. en verw. 874 22 Duitsche soldaten 279 » M. v. aanv. en verw. (3 X) 374 » Centrale Regeering 5231 » Duitsche soldaten 279 » Geldleening 452 22 p.p. Duitsche soldaten 279 » Midd. van aanv. en verw. 3741 » » » 3748 » Betr. Oranje 170 » Midd. van aanv. en verw. 375 » » » 3632 » » » 373* 23 Betr. don Jan (2 X) 226 129 » Centrale Regeering 583 » Midd. van aanv. en verw. 375 » Duitsche soldaten 379 » M. v. aanv. en verw. (3X> 375 » Duitsche soldaten 8782 » M. v. aanv. en verw. (8 X) 375 ,34 Geldleening . 453 468 » Betr. don Jan 836 130 Datum. Blz. No. Aug. I 34 p.p. Midd. van aanv. en verw. 375 » Duitsche soldaten 379 306 » Midd. van aanv. en verw. 375 » Tournehem 554 » Geldmiddelen 497 » Duitsche soldaten 379 206 35 Midd. van aanv. en verw. 375 » Amsterdam 479 » Geldmiddelen 4911 » Belr. don Jan (2 X) 226 » Midd. van aanv. en verw. 375 » Betr. Holland en Zeeland 170 » » Spanje (3 X) 236-227 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 375 » Betr. Engeland 304 26 M.v. aanv. en verw. (4X) 375 » Duitsche soldaten 3772 d Dijkwezen 5966 36 p.p. Duitsche soldaten 379 » Betr. Frankrijk 396 333 » » Engeland 304 » Duitsche soldaten 379 » Centrale Regeering 5331 37 Geldleening 453 469 » Midd. van aanv. en verw. 375 » Betr. Frankrijk 296 834 » » don Jan 827 » Midd. van aanv. en verw. 3762 » » » 375 » Geldmiddelen 497 27 p.p. Midd. van aanv. en verw. 375-376 » » » 3762 » » » 3741 28 Geldmiddelen 497 » Unie 540 616 » Geldleening (2 X) 453 » Midd. van aanv. en verw. 376 28 p.p. Duitsche soldaten 280 207 » Geldleening 452 470 » Duitsche soldaten 280 207 29 Midd. van aanv. en verw. 376 » Geldmiddelen 497 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 376 29 p.p. Betr. Spanje 227 » » Oranje Add. » Midd. van aanv. en verw. 376 » Betr. Holl.-Zeeland 1706 30 Vlaanderen 554 679 » Unie 540 647 » Betr. Engeland 304 » » don Jan 227 131 » Geldmiddelen 497 » Midd. van aanv. en verw. 3754 » Duitsche soldaten (4 X) 380 208 » Geldmiddelen 497 » Midd. van aanv. en verw. 376 357 » Valenciennes 5586 » Duitsche soldalen 281 » .Unie 540 647 30 p.p. Betr. Portugal 321 » Gouverneurs 5546 » Geldmiddelen Add. » M. v. aanv. en verw. (3 X) 376 » Gouverneurs 5546 » Betr. Engeland 304 » Gouverneurs 554-555 679 34 Midd. van aanv. en verw. 376 » I Geldmiddelen 497 561 620 CHRONOLOGISCHE LIJST DEK KESOLÜTIËN. Datum. Blz. No. Aug. 31 Midd. van aanv. en verw. 377 ■» Geldleening 453 471 » Betr. Engeland 304 » » Oranje 170 31 p.p. M. v. aanv. en verw. (3 X) 377 Sept. 1 Midd. van aanv. en verw. 377 359 » Benden van ordonnantie 428 » Midd. van aanv. en verw. 377 » » » 377 359 » » » 3751 » » » (2X) 377-378 lp.p. » » (2X) 378 » » » 3772 » » » 3712 * Geldleening 453 472 » Midd. van aanv. en verw. 378 2 » » 378 360 » Geldleening 453 473 » M. v. aanv. en verw. (3 X) 378 » Centrale Begeering 523 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 378 » Geldleening 453 473 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 378 » Midd. van aanv. en verw. 3771 -» » » 378 2 p.p. » » 378 » Duitsche soldaten 281 » Midd. van aanv. en verw. 378 » Geldmiddelen Add. » Midd. van aanv. en verw. 378 3 » » (3X) 378 » Duitsche soldaten 281 » » » 2801 » Centrale Regeering 523 606 » Amsterdam 1798 » Midd. van aanv. en verw. 379 » Betr. Oranje 171 » Midd. van aanv. en verw. 379 » Duitsche soldaten 281 209 » M. v. aanv. en verw. (4 X) 378 » Post 594 765 » Betr. Engeland 3041 * Midd. van aanv. en verw. 378'- 4 Duitsche soldaten 281 x Betr. don Jan 227 132 » Unie 540 648 » Betr. Paus 325 » Duitsche soldaten 284 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 379 » Betr. Paus 325 5 » Spanje 2272 » Midd. van aanv. en verw. 379 » » » 3798 » » » 3791 » » » 379 5 p.p. » » 379 » » » 3791 » Duitsche soldaten 281 » Midd. van aanv. en verw. 379 .6 Betr. don Jan 228 133 » Midd. van aanv. en veiw. 379 » Brussel 555 » Betr. Oranje 472 38 6 p.p. » don Jan 2283 » I » »> 228 133 7 Duitsche soldaten 281 Datum. Blz. No. Sept. I 7 Midd. van aanv. en verw. 379 » Betr. Engeland 304 » Secrete diensten ■ 595 » Betr. Holl., Zeel.. Oranje 172 » Midd. van aanv. en verw. 379 .» Geldleening (2 X) 454 474 » Duitsche soldaten 280* » Midd. van aanv. en verw. 380 » Geldleening 454 474 » Betr. Oranje 172 7 p.p. "» Engeland 304 » Midd. van aanv. en verw. 380 » Betr. don Jan 2287 » Duitsche soldaten 2804 8 M. v. aanv. en verw. (4X) 380 361 ï Unie 5401 » M. v. aanv. en verw. (3X) 380 » - Betr. Frankrijk 296 d Centrale Regeering 5232 » Midd. van aanv. en verw. 380 361 » Betr. Engeland 304 8 p.p. Unie 540 9 Betr. don Jan 228 134 » Midd. van aanv. en verw. 3811 » Betr. don Jan 228 134 » Midd. van aanv. en verw. 380 » Betr. Duitschland 3083 » » Engeland 304 9p.p. Midd.\an aanv. en verw. 3802 » » » 380 » Betr. Oranje 172 x Midd. van aanv. en verw. 380 > Betr. Oranje 172 » M. v. aanv. en verw. (2X) 380 i Betr. Spanje 228» 10 Midd. van aanv. en verw. 381 » Betr. don Jan (2 X) 229 135 » Midd. van aanv. en verw. 3801 x Geldmiddelen (2 X) 498 » Midd. van aanv. en verw. 3632 d » » 381 362 > Belr. Oranje 172 > Vlaanderen 555 680 i M. v. aanv. en verw. (7 X) 381 362 » Munt 590 758 » Geldmiddelen (5 X) 516-517 586 10 p.p. Geldleening 454 475 » Midd. van aanv. en verw. 3812 » » » 381 11 » » <2X) 382 i Unie 540 » Midd. van aanv. en verw. 382 » » » 381 363 » » » 382 » Betr. Holl.-Zeeland 172 » » Frankrijk 296 » I Midd. van aanv. en verw. 382 » I Geldleening 454 11 p.p. Duitsche soldaten 280* x Midd. van aanv. en verw. 382 » Duitsche soldaten 281 » Midd. van aanv. en verw. 382 > » » 3822 12 Valenciennes 555 680 » Midd. van aanv. en verw. 382 364 » Betr. Frankrijk (2 X) 296 235 CHRONOLOGISCHE LIJST DER RESOLÜTIÉN. 621 Datum. Blz. No. Datum. Blz. No. Sept' Sept. 12 Midd. van aanv. en verw. 382 18 p.p. Duitsche soldaten 282 x Geldmiddelen 498 562 » Betr. don Jan 2333 » Betr. Frankrijk 296 I 235 » . x 233 12 p.p. Midd. van aanv. en verw. 382 x M. v. aanv. en verw. (2 X) 285 » Betr. HoU.-Zeeland 172 » ! Betr. Duitschland 308 » Geldleening 457 477 x » » 310 13 Unie 5403 x Midd. van aanv. en verw. 3852 » Betr. don Jan 229 xxx 3851 » Midd. van aanv. en verw. 383 » Gouverneurs 556 683 » Betr. Holl.-Zeeland (2 X) 172 39 19 Geldmiddelen 504 564 » » n 172» » Midd. van aanv. en verw. 383fi » Betr. Frankrijk 296 » Duitsche soldaten 2765 » x Oranje 172 39 x Ambten 523 » Midd. van aanv. en verw. 383 » Betr. Oranje 173 » Duitsche soldaten 281 » Benden van ordonnantie 429 14 Midd. van aanv. en verw. 3832 » Gouverneurs 556 684 x x » 383 19 p.p. Geldleening 457 x Duitsche soldaten 270* » Midd. van aanv. en verw. 3862 x Betr. Oranje 172 40 x » x 3891 14p.p. » » (2 X) 172 40 » » x 385 367 x M. v. aanv. en verw. (2X) 383 » Betr. Oranje 173 15 Betr. don Jan (2 X) 229 136 20 Midd. van aanv. en verw. 386 x Midd. van aanv. en verw. 383 x Betr. Frankrijk 2972 » i » 383 365 » Vlaanderen 556 684 » » » 383 » Geldleening 457 480 » Duitsche soldaten 282 » Geldmiddelen 501 564 » Betr.' don Jan 229 136 » Betr. Luik 318 16 Midd. van aanv. en verw., Add. 20 p.p. Midd. van aanv. en verw. 386 368 » » » (3X) 383 » Duitsche soldaten 282 » » » 3782 » Betr. Frankrijk 2972 x x » 3801 21 Munt 590 » Unie 5403 » Midd. van aanv. en verw. 386 • Duitsche soldaten en 282 en » Geldmiddelen 502 Unie 540 » Amsterdam 179 53 16p.p. Ommelanden 555 682 » Geldleening 457 484 » Midd. van aanv. en verw. 384 » Midd. van aanv. en verw. 386 » Duitsche soldaten Add. » Geldleening 457 481 » Midd. van aanv. en verw. 282 » Midd. van aanv. en verw. 3853 » Geldmiddelen (2X) 499 xxx 386 x Geldleening 457 21 p.p. » » 386 » Midd. van aanv. en verw. 3836 » Geldmiddelen 502 565 » » x 3831 » Midd van aanv. en verw. 387 x x x 384 » Betr. don Jan 233 » Ommelanden 5556 » Midd. van aanv. en verw. 387 » Benden van ordonnantie 428 414 22 » » 387 » Midd. van aanv. en verw. 384 » Betr. Frankrijk 297 17 • » 384 » Gelderland 557 686 » Benden van ordonnantie Add. » Papieren-troebelen 282 » Geldleening 457 478 » Midd. van aanv. en verw. 387 » Duitsche soldaten 282 » Geldmiddelen 503 » Midd. van aanv. en verw. 383* 22 p.p. Midd. van aanv. en verw. 3876 » Bend. van ordonn. (2 X) 428 23 Nieuwpoort 557 687 » Midd. van aanv. en verw. 3841 24 Midd. van aanv. en verw. 387 369 » Betr. don Jan 233 » Betr. Oranje 173 42 » Midd. van aanv. en verw. 38* » » don Jan (2 X) 233-234 137 18 » » 385 » Geldleening 457 482 » » » 384 366 » Betr. don Jan 173 42 » Geldmiddelen 499 563 24 p.p. Centrale Regeering 523 » Betr. Oranje 173 41 i Midd. van aanv. en verw. 387* » Midd. van aanv. en verw. 385 » » » 3878 18 p.p. ■ » (2X) 3846 25 Duitsche soldaten 282» » • » 385' » Midd. van aanv. en verw. 387 » Geldleening 457 479 » Amsterdam 480 54 x Duitsche soldaten 2813 » Gouverneurs 557 » » » 282 x Midd. van aanv. en verw. 387 » Geldmidddelen 499 563 » Geldleening 458 x Betr. don Jan 233 26 Betr. Frankrijk 297 CHRONOLOGISCHE LIJST DER RESOLÜTIÉN. Datum. Blz- No- Datum. Bli. No. Sept. Oct, 6 Betr. Luik 318 274 4 Midd. van aanv. en verw. 389 i Geldleening 458 483 » Centrale Begeering 523 607 t Geldmiddelen en Midd 5031 en » Vlaanderen 558 689 van' aanv. en verw. 387? » Gouverneur* 558 689 x Betr. don Jan 235 » Geldmiddelen 503 x Secrete diensten 595 » Midd. van aanv. en verw. 389- , Utrecht 558 » » x (2X) 389 ,> Duitsche soldaten 283 x Betr. don Jan (2 X) 235-236 440 » Betr. don Jan 2352 » M.v. aanv. en verw. (2X) 389-390 x Duitsche soldaten (2 X) 282-283 211 » Geldleening 458 484 x Benden van ordonnantie 429 415 5 Centrale Begeering 524 » Betr. don Jan 235 » Duitsche soldaten 284 214 27 M. v. aanv. en verw. (2 X) 387 » Betr. don Jan 236 ,, Verg. St -Gen. 159 » Duitsche soldaten 284 214 » M. v. aanv. en verw. (2X) 387-388 » ■» » 2804 x Confiseatiën 517 587 » Midd. van aanv. en verw. 3898 » Betr. Luik 318 » Kerkelijke zaken 580 27 p.p. Centrale Begeering 523 » Geldmiddelen 503 » Betr. don Jan 235 139 x Midd. van aanv. en verw. 390 28 Duitsche soldaten 283 » x » 3894 » » x 2831 » > » 390 28 p.p. i I 2822 « Betr. QOn jan 236 » Midd. van aanv. en verw. 388 x » » 2361 29 Duitsche soldaten 2804 o Midd. van aanv. en verw. 390 x Geldleening 458 484 » Verg St.-Gen. 459 » Midd.'van aanv. en verw. 388 370 » Betr. don Jan 236 » Duitsche soldaten (2 X) 283 212 » Midd. van aanv. en verw. 390 371 » Midd. van aanv. en verw. 384» » Betr. don Jan 2361 » x » 388 370 x x Engeland (2 X) 304 252 30 Duitsche soldaten 283 213 x Geldmiddelen 503 566 x Midd. van aanv. en verw. 3841 » Midd. van aanv. en verw. 3903 , Duitsche soldaten (2 X) 283-284 213 x x x (2X) 390 x M. v. aanv. en verw. (4 X) 388 » » x 3898 , » x (2X) 388 » x » 3891 „ Duitsche soldaten 2824 x x x 390 » Midd. van aanv. en verw. 3853 6 p.p. » » 3801 » » x 388 » • B r» » 390 371 Oct. » » » 390 1 Midd. van aanv. en verw. 388 Belr. Luik 318 » Vlaanderen 558 C88 7 Midd. van aanv. en verw. 390 » Betr. Holl.-Zeeland 173 x Duitsche soldaten 2804 » Munt 590 759 x x x 284 » Midd. van aanv. en verw. 3873 » Den Bosch 559 690 t> Vlaanderen 558 688 » Benden van ordonnantie 429 » Benden van ordonnantie 4201 x Midd. van aanv. en verw. 3902 1 M. v. aanv. en verw. (2X) i 388-389 7 p.p. x x 391 » Benden van ordonnantie 429 x Vlaanderen 5587 , Post 594 x Benden van ordonnantie 4284 , Betr. Frankrijk (2 X) 297 » Betr. don Jan 236 141 2 Duitsche soldaten 284 x Midd. van aanv. en verw. 291 , » » 2841 x Duitsche soldaten 284 215 2 n v Benden van ordonnantie 429 x Centrale Regeering 524 608 » x x x 4291 x Betr. don Jan 236 141 x Midd. van aanv. en verw. 3842 » Geldmiddelen 504 , » x 389 x Duitsche soldaten 2804 3 Geldmiddelen 503 » Midd. van aanv. en verw. 391 x Midd. van aanv. en verw. 389 x Belr. Frankrijk 297 „ 3891 8 M. v. aanv. en verw. (2 X) 391 » ' » (4 X) 389 » ÜMache soldaten 284 ia \A oom x Midd. van aanv. en verw. 391 x oS 389 » Handel 586 » * - ' l' A' ™ x Midd. van aanv. en verw. 391 4 x x 389 xx » 3911 x Vlaanderen 558 689 x x x 391 x Betr. Frankrijk 2964 „ rjej,. Frankrijk 297 236 x Benden van ordonnantie 4284 „ Midd. van aanv. en verw. 391 372 x Geldmiddelen 5091 „ Centrale regeering 524 x Duitsche soldaten 284 x 1 Betr. don Jan 236 I 142 CHRONOLOGISCHE I, Datum. Blz. No. Oct. 8 Brussel 559 691 d Ommelanden 559 691 » Midd van aanv, en verw. 991 » » » 391* 9 Duitsche soldaten (4 X) 285 216 9 p.p. Betr. Duitschland '316 » » Luik 318 275 » Duitsche soldaten 285 » Midd van aanv. en verw. 391 » Betr. Engeland 304 253 » Centrale Begeering 524 609 » Midd. van aanv. en verw. 391 » Centrale Regeering 524 609 10 Midd. van aanv. en verw. 391 » Unie 540 » Centrale Begeering 525 610 » Geldleening 504 567 » Midd. van aanv. en verw. 392 » » » 391* » » » (4 X) 392 » » » 3853 » » » 392 10p.p. » » 3993 11 Geldmiddelen 458 486 » Betr. Engeland 304 » Centrale Regeering 525 611 » Midd. van aanv. en verw. 392 373 11 p.p. Munt 591 » Midd. van aanv. en verw. 390fi » » » 392 373 » [ » » ] 3981 12 » .» (2 X) 392 » Geldmiddelen 506 » » 505 568 » Unie 540 649 » Midd. van aanv. en verw. 3922 » Betr. Holl.-Zeeland 173 43 » Midd. van aanv. en verw. 392 » Geldmiddelen 4911 » » 5091 » » 4911 » Post 594 » Centrale Regeering 525 612 12p.p. Benden van ordonnantie 429 » M. v. aanv. en verw. (3 X) 392 ■ Betr. don Jan 238 443 14 » Frankrijk 297 » Midd. van aanv. en verw. 392 » Centrale Regeering 5232 » Duitsche soldaten 285 217 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 393 » Post 5942 » Duitsche soldaten 285 217 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 392-393 374 » » » (2X) 393 » Betr. Frankrgk 297 11 p.p. Midd. van aanv. en verw. 393 15 Geldmiddelen 569 506 » Midd. van aanv. en verw. 393 375 » Centrale Regeering 5253 i Midd. van aanv. en verw. 393 » » » 393 375 » Centrale Regeering 5252 16 Midd. van aanv. en verw. 394 x Centrale Regeering 525 613 » Groningen 559 692 » M.v. aanv. en verw. (2X) 394 376 » Kerkelijke zaken 1 580 733 ST DER RESOLUTIËN. 623 Datum. Blz. No. Oct. 16 Centrale Begeering 525 613 » Handel 586 745 » [Midd. v. aanv. en verw. 3933 » » » ] 3945 17 Betr. Luik 318 » Midd. van aanv en verw. 395 » Betr. Frankrijk en Cen- 294 en ' trale Regeering 526 » Betr. don Jan 238 » Verg. St.-Gen. 159 » Centrale Regeering 526 614 » M v.aanv. en verw. (2X) 395 377 » Geldmiddelen 506 570 » Handel 586 » Midd. van aanv. en verw. 395 » » '» 395 377 » » » 3995 18 » > 395 i Handel 587 746 » Midd. van aanv. en verw. 395 d Geldmiddelen 507 » Midd. van aanv en verw. 395 » Betr. Frankrijk 297 » Centrale Regeering 526 615 » Betr. Luik 318 » Midd. van aanv. en verw. 395 » Geldmiddelen 507 n Midd. van aanv. en verw. 395 » Kerkelijke zaken 580 » Midd. van aanv. en verw. 395 » Kerkelijke zaken 5801 » Geldmiddelen 506 571 » Groningen 559 693 » Centrale Regeering (2 X) 426 6t5 » Varia 598 » Betr'.' Frankrijk 297 » Midd. van aanv. en verw. 3908 » » » 395 » [Belr. Portugal 321« » Geldmiddelen 5041 » Centrale regeering] 5292 19 Handel 587 747 » Midd. van aanv. en verw. 396 » Duitsche soldaten 285 » Betr. Duitschland 316 » Duitsche soldaten 285 » Midd. van aanv. en verw. 396 378 » » » 396 » Betr. Portugal 321 » Midd. van aanv. en verw. 396 » Betr. Engeland 305 » Midd. van aanv. en verw. 3962 » Betr. Luik 318 » Kerkelijke zaken 580 734 » Betr. Frankrijk 2972 » Betr. don Jan 2335 » Midd. van aanv. en verw. 396 » Geldleening 458 487 * Midd. van aanv. en verw. 396 » Duitsche soldaten 285 » Gouverneurs 560 » M. v. aanv en verw. (2 X) 396 » [Geldmiddelen 5062 » Midd. van aanv. en verw. 396* » » » ] 3923 20 « » 3953 » 1 Centrale Regeering 526 » I M. v. aanv. en verw. (3 X) 396 > 624 CHBONOLOGISCHB LIJST DEE RESOLUTIËN. Datum. Blz. No. Oct. 20 Betr. Schotland 307 » Geldleening 4581 » » 458 21 Midd. van aanv. en verw. 390* s Kerkelijke zaken 580 735 » Betr. Portugal 321 » Midd. van aanv. en verw. 396 » » » 396* » » » 396 » Gouverneurs 560 22 Gent 560 694 » Bergen 560 ï Midd. van aanv. en verw. 396* » » » 396 » Betr. Duitschland 316 273 » Midd. van aanv. en verw. 396 » Vlaanderen 560 » Midd. van aanv. en verw. 396 ■ Handel 587 748 23 Midd. van aanv. en verw. 397 > Centrale regéering 526 616 » Kerkelijke zaken 580 » Betr. Portugal 321 279 » » don Jan 238 144 » » Luik 319 » Duitsche soldaten 285 » Geldleening 458 488 » Midd. van aanv, en verw. 397 » Centrale Regeering 5251 » Duitsche soldaten 2851 » Midd. van aanv. en verw. 397 » Geldleening 459 488 24 Centrale Begeering 527 . 617 » Midd. van aanv. en verw. 397 » Geldmiddelen 517 588 » M.v. aanv en verw. (2 X) 397 » Betr. Duitschland 308 » Spaansche soldaten 285' » Midd. van aanv. en verw. 397 » » » 3973 » » » 397 » Centrale Regeering 527 617 » Midd. van aanv. en verw. \ 3971 25 Geldmiddelen (2 X) 507 572 » Centrale Regeering 527 | 618 » Detr. Schotland 3076 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 397 » Gouverneurs 560 » Midd. van aanv. en verw. 397 26 » » (3X) .397 379 » Betr. Luik 319 276 » Centrale Regeering 527 » Geldmiddelen 507 ï Midd. van'aanv. en verw. 398 379 » » » 3982 » » » (3X) 398 » » » 398 379 » » » 3971 » Overijsel 560 ï Verg. St.-Gen. 160» | 20 p.p. Béthune 560 » Handel 5863 » Artois 561 » Centrale Regeering 527 27 Betr. don Jan en Geld- 2361 en middelen Add. » Midd. van aanv. en verw. 393 » i Post 1 594 I Datum. Blz. No. Oct. 27 Midd. van aanv. en verw. 398 380 » Rijsel 561 » Centrale Regeering 528 619 27p.p. Betr. Luik 3191 » Benden van ordonnantie 429 » Midd. van aanv. en verw. 3961 » Centrale Regeering 528 619 » Benden van ordonnantie 4293 : » Midd. van aanv. en verw. 397 » Antwerpen 561 28 Midd. van aanv. en verw. 399 » Centrale Begeering 529 620 »- Midd. van aanv. en verw. 399 » Vlaanderen 561 695 28 p.p. Midd. van aanv. en verw. 399 » Retr. Frankrijk 297 » Midd. van aanv. en verw. 399 » » » 3992 | » » » 399* 29 » » 399 » Centrale Regeering 529 > Midd. van aanv. en verw. 399 ï » » 399* » Betr. Luik 3191 » Friesland 561 696 ■ Betr. Frankrijk 297 » » Luik 319 277 » > Engeland 305 254 » Midd. van aanv. en verw. 399 » Post 594 767 » Centrale regeering 529 » Geldmiddelen 507 573 » Midd. van aanv. en verw. 399 » » » 399» » » » 399 » Handel (3X) 587 749 » Vlaanderen 561 696 » Geldmiddelen 507 29 p.p. M.v.aanv.en verw. (2X) 399 30 Midd. van aanv. eu verw. 400 » Antwerpen 5612 » Betr. Spanje 236* » Geldmiddelen 507 » Midd. van aanv. en verw. 400 x Betr. Engeland 305 » Gent (4X) 561-562 697 » Midd. van aanv. en verw. 399 381 30p.p. Gent 562 697 » Midd. van aanv. en verw. 400 „ Centrale Regeering 529 » Gent 562 697 ■ 31 Studeeren buitenslands 597 774 » Midd. van aanv. en verw. 3981 » Munt 591 760 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 400 » Midd. van aanv. en verw. 4001 31 p.p. » » 400 382 » Centrale Regeering 529 » Midd. van aanv. en verw. 400 » Munt 591 760 Nov. 1 Gent 564 698 x M.v. aanv. en verw. (2X) 400 » Betr. Engeland 305 255 » Duitsche soldaten 285 « Midd. van aanv. en verw. 400 383 » Geldmiddelen 507 574 » Midd. van aanv. en verw. I 400 383 ÖHKOÏTÓLOeiSÖHE LIJST DÉR BËSOLVTIÉK. 625 Datum. Blz. No. Nov. 1 M.v.aanv.en verw.(3X) 400 » Midd. van aanv. en verw. 3911 » Munt 591 » Geldleening 459 » M.v aanv. en verw. (2X) 400-401 » Betr. Frankrijk 297 » Midd. van aanv. en verw. 397* » Betr. don Jan 239 446 » Munt 591 » Betr. Duitschland 308 » Midd. van aanv. en verw. 401 2 Betr. Luik 319 276 » Duitsche soldaten 2862 » Midd. van aanv. en verw. 404 » Betr. Luik (2X) 319 276 » Midd. van aanv. en verw. 401 » Verg. St.-Gen. 152 » Brussel 564 » Munt 591 » Midd van aanv. en verw. 401 » » » 401 384 2 p.p. Gelderland 5652 » | Betr. Luik 319 276 » Gent (2 X) 564 699 » Munt 591 » Centrale Regeering 529 621 a Handel 587 3 Midd. van aanv. en verw. 401 » Geldmiddelen 508 » Midd. van aanv. en verw. 398* » Gent (2 X) 564 700 » Kerkelijke zaken (2 X) 580 » Betr. Spanje 236* » Midd. van aanv. en verw. 401 3 p.p. Geldmiddelen 508 575 » Bijsel 565 700 » Gent 565 700 » Duitsche soldaten 286 » Centrale Begeering en 529 en Duitsche soldaten 286 » Midd. van aanv. en verw. 3868 4 » » 4012 » » » (2X) 401 385 • Gelderland 565 701 » Munt 591 » Midd. van aanv. en verw. 401 385 » Betr. Duitschland 308 259 » Midd. van aanv. en verw. 3888 » » r, 402 385 » » » 3998 » Geldleening 4592 » Centrale Begeering en 530 en 622 Betr. Luik 321 » Betr. Luik 421 » Midd. van aanv. en verw. 402 4p.p. Unie (2 X) 541 651 » Midd. van aanv. en verw. 4022 » • » 402 » Kerkelijke zaken (2 X) 581 736 » Duitsche soldaten 286 5 Geldmiddelen 518? » Midd. van aanv. en verw. 402 » Kerkelijke zaken 581 » Geldmiddelen 518' » Gevangenen 595 » Duitsche soldaten 286 » Benden van ordonnantie 429 » Confiscatiën 518 589 Datum. Blz. Nd. Nov. 5 p.p. Midd. van aanv. en verw. 402 » Douay 570» 6 Midd. van aanv. en verw. 3632 » Rijsel 575 702 » Duitsche soldaten 286 » Midd. van aanv. en verw. 402 l Munt 591 » Verg. St.-Gen. 159 12 » Duitsche soldaten (3X) 286 » Midd. van aanv. en verw. 402 7 » » 402 » I Duitsche soldaten 286 » Betr. Engeland 305 256 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 402 7p.p. Kerkelijke zaken 581 737 » Duitsche soldaten 286» 8 Midd. van aanv. en verw. 3998 » » » (2 X) 402-403 386 » Betr. Engeland 305 » Geldmiddelen * 517 590 » Munt 591 » Midd. van aanv. en verw. i 403 y> Gouverneurs 565 703 » Munt 591* » Betr. Frankrijk 298* » [Midd.vanaanv.en verw.] 4038 8 p.p. Holland en Zeeland 565 703 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 403 » [Betr. Engeland 305 » » Luik 321 » » Engeland 305» » Midd. van aanv. en verw. 4038 » Duitsche soldaten 2868 » Midd. van aanv. en verw. 4032 » Gouverneurs] 5675 9 [M. v. aanv. en verw. (2X) 403 387 » Benden van ordonnantie 429* » Brussel 5645 » Benden van ordonnantie 429 » M. v. aanv. en verw. (3 X) 403 387 » Betr. Luik 321 » Midd. van aanv. en verw. 403 387 » Waalsche soldaten 286* » Betr. Engeland 365 366 257 9 p p. Kerkelijke zaken 5822 » Midd. van aanv. en verw. 4035 « Secrete diensten 5958 » Midd. van aanv. en verw. 404 » Artois 566 704 » Duitsche soldaten 286 » Munt] 592 764 10 Midd. van aanv. en verw. 4028 » » » (3X) 404 | Betr. Duitschland 3092 i » Frankrijk 298 » Midd. van aanv. en verw. 404 » Centrale Begeering 530 » Midd. van aanv. en verw. 404 40 p.p. Betr. Duitschland 309 i Munt 592 » Geldmiddelen 5187 » [Gouverneurs] 5662 11 M. v. aanv. en verw. (3X) 404 » Betr. Duitschland 3092 x * don Jan 239 » M. v. aanv. en verw. (3 X) 404 388 » Benden van ordonnantie 429 11 p.p. I Gent (3 X) I 566 1 705 40 626 CHRONOLOGISCHE LIJ Datum. Blz. No. Nov. 11 p.p. Midd. van aanv. en verw. 4041 » » » (2X) 404-405 » [Midd. van aanv. en verw. 405 »' Geldmiddelen] 517 591 12 Verg. St.-Gen. 147» » Gent 567 706 » Midd. van aanv. en verw. 4025 » » » (2 X) 405 » Geldmiddelen 5187 » » 508 » Midd. van aanv. en verw. 405 » Betr. Frankrijk 298 237 » Artois 567 706 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 405 » Midd. van aanv. en verw. 4025 » Gent 567 706 » Geldmiddelen 508? » » 508 » Midd. van aanv. en verw. 4025 42 p.p. [Munt 592 762 » M. v. aanv. en verw. (2 X)] 405 389 13 Geldmiddelen 508 » Midd. van aanv. en verw. 4025 » .» " » (2X) 406 » Friesland 567 » Geldleening (2 X) 459 » Dijkwezen 597 » M. v. aanv. en verw. (3x) 406 » Geldmiddelen (2 X) 518 » Artois 567 » [Midd. van aanv. en verw. 405 390 » » » (2X) 404* » Midd. van aanv. en verw. 4025 14 » » (5X) 406-407 391 » Midd. van aanv. en verw. 407 » Unie 541 651 » Midd. van aanv. en verw. 4061 » » » 407 » » » 407 391 » Gent 571» 14 p.p. Douay 57644 » Geldleening] 459 489 15 » 459 490 » Midd. van aanv. en verw. 4052 » » » (3X) 408-409 » Gouverneurs 567 » Duitsche soldaten (2 X) 287 218 » M. v. aanv. en verw. (5 X) 407-408 392 » Midd. van aanv. en verw. 409 » Betr. Luik 324 » Unie 541 » Midd. van aanv. en verw. 4085 » Betr. Portugal 322 280 » Centrale Regeering (2 X) 530 623 » Midd. van aanv. en verw. 4052 » .» » 409 » . » » 408 392 16 » » 409 393 » » » 4095 » » » 409 393 » Geldmiddelen 508 » Midd. van aanv. en verw. 4095 » Ommelanden 567 » M.v.aanv. en verw. (7 X) 409-410 393 » Midd. van aanv. en verw. 410 16 p.p. » » 4103 » Gouverneurs 567 » Midd. van aanv. en verw. 4091 3T DER RESOLÜTIÉN. Datum. Blz. No. Nov. | 16p.p. [M.v. aanv.en verw. (2X) 410 393 » Geldmiddelen 539 » Betr. Frankrijk 298 » Midd. van aanv. en verw ] 4095 17 » » (2X) 412 » Duitsche soldaten 217 » Gevangenen 596 » Geldmiddelen 509 » Midd. van aanv. en verw. 3971 » » » 4414 | » : » » 4103 » I Centrale Begeering 530 Midd. van aanv. en verw. 411 391 » Betr. Portugal 323 281 » Munt 592 763 » M. v. aanv. en verw. (3 X) 411 399 » Duitsche soldaten 287 » Geldmiddelen 509 » Duitsche soldaten 287 » Midd. van aanv. en verw. 411 399 » Betr. Engeland 306 253 » Midd. van aanv. en verw. 4123 » » » 414-412 39D » [ » » 287» 17 p.p. » » (2 X)] 412 399 18 Midd. van aanv. en verw. 412 » Kerkelijke zaken 582 » Centrale Begeering 5303 » Gent 567 707 » Duitsche soldaten 284» » Verg. St.-Gen. 159 » Gevangenen 596 768 » Verg. St.-Gen. 1581 » Midd. van aanv. en verw. 412 » Betr. Frankrijk 298 » [Betr. Frankrijk 2984 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 412-413 » Gent 568 707 » Midd. van aanv. en verw. 443 » Betr. Frankrijk 2984 » Geldmiddelen 509 576 18 p.p. Gevangenen 5961 » Verg. St.-Gen.] 159 19 Midd. van aanv. en verw. 413 » Brussel 568 708 » Betr. Frankrijk 298 » Midd. van aanv. en verw. 413 > Betr. Frankrijk 298» d Duitsche soldaten 287 219 » Geldmiddelen 459 491 ï Handel 587 750 » Midd. van aanv. en verw. 413 » Geldmiddelen 4601 » Duitsche soldaten 287 » M. v aanv. en verw. (2 X) 413 » [Friesland 5701 » Duitsche soldaten 287» » Gent (2X) 568 708 » Duitsche soldaten 287 » Friesland 5701 19 p.p. Centrale Begeering en 530 en Midd. v. aanv. en verw. 4083 » Midd. van aanv. en verw. 413 » 7> » ] 4144 20 » » 413 » Artois 560 709 n Geldmiddelen 4601 » Benden van ordonnantie i 429 416 CHRONOLOGISCHE LIJST DEK RESOLÜTIÉN. 627 Datum. Blz. No. Datum. Blz. No. Nov. Nov. 20 Geldmiddelen 4601 28 Midd. van aanv. en verw. 4171 » Midd. van aanv. en verw. 4131 » Betr. Frankrijk 298 » Betr. Frankrijk 2986 » Midd. van aanv. en verw. 416 » [M.v. aanv. en verw. (3 X) 413 » Geldmiddelen 511 » Benden van ordonnantie 430 » Verg. St.-Gen. 4466 » Geldmiddelen 517* » Geldmiddelen 511 » » 518 29 » 5093 » » 5096 » Midd. van aanv. en verw. 417 20 p.p. Midd. van aanv. en verw. 414 » » » 446 398 » Groningen 567* » » » 417 » M.v. aanv. en verw. (2 X) 443 395 » » » 4113 » » j, (3X) 414 » » » 417 » Centrale Begeering] 530* » Antwerpen , . 576'- 24 Midd. van aanv. en verw. 414 » Midd. van aanv. en verw. 417 » Kerkelijke zaken (2X) 582 30 » » 4172 » Geldmiddelen 509 577 » Friesland (2 X) 572 » Midd. van aanv. en verw. 414 » Geldmiddelen 511 » Munt 592 » Geldleening 460 » Kerkelijke zaken 582 » Midd. van aanv. en verw. 4l62 » Handel 588 30 p.p. » » (2 X) 417 » Geldmiddelen 5096 üec. » Handel 5881 1 Friesland (2X) 572 713 » Geldleening 460 » Midd. van aanv. en verw. 417 » Gouverneurs 570 » Centrale Begeering 5323 » [Midd. van aanv. en verw. 414 396 » Midd. van aanv. en verw. 417 » » » 4143 » Centrale Regeering en 5316 en » d d 414 Geldmiddelen 511 » Duitsche soldaten 288 » Kerkelijke zaken 582 » Midd. van aanv. en verw. 414 » Geldmiddelen 5111 21p.p. » » (2X)] 414 396 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 417 22 » » (2 X) 414 » Midd. van aanv. en verw. 417 399 » Geldmiddelen 460 » » » 417 » M. v. aanv. en verw. (4 X) 414-445 » Ommelanden 572 743 » Duitsche soldaten 288 » Midd. van aanv. en verw. 417 399 » M. v. aanv. en verw. (2X) 4151 » » » 417 » Geldmiddelen 460* 2 Gent 5733 » » 509 578 3 Antwerpen 572 743 » Betr. Engeland 306 » Ommelanden 572 743 » Geldmiddelen 509 578 » Geldmiddelen 511 23 Centrale Regeering 530 » Brussel 572 713 » Geldmiddelen 5092 » Personalia 594 » Post 595 » Midd. van aanv. en verw. 418 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 445 » Duitsche soldaten 289 » Douay 570 740 » Midd. van aanv. en verw. 418 » Midd. van aanv. en verw. 445 » Amersfoort 572-573 713 24 Geldmiddelen 459» 4 M. v. aanv. en verw. (2X) 418 » Midd, van aanv. en verw. 4452 » Gent 573 714 25 » » 415 » Verg. St.-Gen. 159 I Kerkelijke zaken 5832 » » 459 43 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 415 » Midd. van aanv. en verw. 418 » Gevangenen 596 » Brussel 5762 » Kerkelijke zaken 582 » Kerkelijke zaken - 582 26 Midd. van aanv. en verw. 415 397 » Duitsche soldaten 289 » » » (3X) 415 5 Antwerpen 5762 » Oudart 571 714 » Gent 573 746 27 Gent 571 en 712 » Midd. van aanv. en verw 418 5711 » » » 418 400 » Midd. van aanv. en verw. 415 » Benden van ordonnantie 430 417 » Gent 571 712 » M. v. aanv.en verw. (2X) 418 400 » Unie 544 652 » Kerkelijke zaken 583 » Antwerpen 571 712 » Midd. van aanv. en verw. 418 400 » Midd. van aanv. en verw. 4118 » » » 4132 » » » 415 6 Belr. Spanje 2401 i Geldmiddelen 511 » Geldmiddelen 518 592 » Midd. van aanv. en verw. 412* » Midd. van aanv. en verw. 418-419 401 » » » 415 »■ » » (2X) 419 28 Betr. don Jan 2361 » Betr. Spanje 240 »■ I Centrale Regeering 5323 » Duitsche soldaten 2895 628 chronologische lijst dér resolutiën. Datum. Blz. No. Dutum. Blz. No. Dec. I Dec. i C Kerkelijke zaken 583 ! 13 Midd. van aanv. en verw. 421 » » » 5833 i » » » 420 j 403 » | M. v. aanv.en verw (2x) 419 401 » Groningen 5741 » Midd. van aanv. en verw. 4432 » Geldleening 400' » | » » 419 401 » Midd. van aanv. en verw. 4173 » ; Kerkelijke zaken 583 739 » Betr. Engeland 307 » [Midd. v. aanv. en verw. 419 i » Amersfoort 5731 » Centrale Begeering 5313 » I Midd. van aanv. en verw. 420 I 403 » I Midd. v. aanv en verw.] 419 » [Geldmiddelen 514 7 | Kerkelijke zaken 582* j » Betr. Spanje. 240 < 148 » » » 583 ! 740 » Midd. van aanv. en verw. 421 » Confiscatiën 518 13 p.p. I » » (ox)] 420-421 I 403 » Midd. van aanv. en verw. 418* j 14 Kerkelijke zaken (2 x) 584 i ï I Duitsche soldaten 289 j » Brabant 575 719 » I M. v. aanv. en verw. (2 x) 419 j » Kerkelijke zaken 584 » ! Midd. van aanv. en verw. 419 | 402 » Antwerpen 576 » | Duitsche soldaten 2883 » Brabant 5752 8 | Betr. Frankrijk 2991 I » Geldmiddelen 518 j 594 9 | Centrale Regeering 531 625 » : Centrale Regeering 532 j 628 » Antwerpen 571* ! » Midd. van aanv. en verw. 421 , » J Centrale Regeering 531 > 625 » Brabant 575* i •'•'» j Antwerpen 571* i » [Betr. Duitschland 317 » i Ommelanden 573 717 » Geldmiddelen 511' » i Geldmiddelen (2x) 511 579 * Midd. van aanv. en verw.] 4212 » i Midd. van aanv. en verw. i 4173 15 » » 422 | » » » 420 I » » » 4201 j » Betr. don Jan 240 » > » 422 j » I Midd. van aanv. en verw. j 420 I » Centrale Begeering 532 629 » Centrale Begeering (2x) 531 625 » | Papieren over de troe- 5982 en 10 Unie 541 653 belenen Verg. St.-Gen. 160 » I Betr. Duitschland 3091 ! » Amersfoort 5731 » Béthune 5606 ! » Amsterdam 180 55 » Kerkelijke zaken 583 741 » Midd. van'aanv. en verw. 424 404 » Antwerpen 5722 » Dijkwezen 5972 » Betr. Luik 321 i » Midd. van aanv. en verw. 424 j 404 » Centrale Regeering 531-532 i 626 » Papieren over de troe- » I Betr. Luik 321 I beien 598 j 775 » Midd. van aanv. en verw. ! 420 ( » Kerkelijke zaken 5831 » Centrale Begeering 532 626 » Dijkwezen 597 | 772 » Dijkwezen 597 » Geldmiddelen 514 » j Unie 541 653 » Brussel 577* ! 11 Geldmiddelen, Amster- 512,180 580 16 Geldleening 4608 | dam en Munt en 592 » Midd. van aanv. en verw. 421* » Confiscatiën (2x) 518 » » » 422 » Midd. van aanv. en verw. 420 » » » 4241 » I » » ' 4178 » » » 422 » Leeuwarden 5721 » Geldleening 460 i Geldmiddelen 512 580 » Geldmiddelen 5191 » Betr. don Jan 2492 17 M. v. aanv. en verw. (2 x) 422 405 » ! Brabant (2x) 575 » Geldmiddelen 460 » Geldmiddelen 512 580 » Midd. van aanv. en verw. 422-423 405 » Betr. Frankrijk 298 238 » Friesland 576 720 » Kerkelijke zaken 583 | 17p.p. Geldmiddelen 518 595 12 Centrale Begeering 532 i 627 » Geldleening 4606 » Kerkelijke zaken 5826 j » M. v. aanv. en verw. (2 x) 423 » Midd. van aanv. en verw. 4192 18 Midd. van aanv. en verw. 4238 y> Genemuiden 575 » Geldleening 460» » Midd. van aanv. en verw. 420 » Geldmiddelen 519 » Kerkelijke zaken 5836 i » Midd. van aanv. en verw. 4232 » Geldmiddelen 514 i » » » 423 » Midd. van aanv. en verw. 420 » Betr. Engeland 307 » Kerkelijke zaken 583 » M. v. aanv en verw. (2 x) 423 » Midd. van aanv. en verw. 420 » Geldmiddelen 519 596 » Groningen en Omme- » » 515 landen 575 » Rijsel 576 721 » I Geldmiddelen 512 581 » M. v. aanv. en verw (2 x) 423 406 » | » 518 593 » Handel 588 » I Dijkwezen (2x) I 597 I 771 tl Munt I 592 i CHRONOLOGISCHE LIJS •aluin. Blz. No. Dec. 18 Midd. van aanv. en verw. 423 > Duitsche soldalen 289 221 » [Belr. Spanje] Add. 19 Midd. van aanv. en verw. 423» » » 422$ » Handel 588 751 » Benden van ordonnantie 430 418 » M. v. aanv. en verw. (3 X) 423 407 » Midd. van aanv. en verw. 4221 » Duitsche soldaten 290 » | Gelderland 576 722 » Geldmiddelen 5117 » ' Midd. van aanv. en verw. 424 » | Duitsche soldaten 2901 20 I Béthune 5771 » Centrale Regeering 533 630 » Centrale Regeering en 5332 en Midd. v. aanv. en verw. 424 » Midd. van aanv. en verw. 424 » i Centrale Regeering 533 630 t Vlaanderen 576 723 » Centrale Regeering 5238 » » » 1525 » Kerkelijke zaken 5831 » Centrale Regeering 5323 » [Betr. Spanje] 240 21 Midd. van aanv. en verw. 424 » Béthune 577 » Centrale Regeering 533 631 » Midd. van aanv. en verw. 4241 » Vlaanderen 577 » Betr. Paus 325 I » Duitschland (2 X) 317 en 310 » * Spanje 240 » Centrale Begeering 5331 » Geldmiddelen 519 » Centrale Begeering 533 631 » Betr. don Jan 240 » Midd. van aanv. en verw. 424 22 » » 424 408 » Centrale Begeering 534 632 » Gelderland 577 724 » Handel 588 » lirussel 5762 » Centrale Begeering 534 632 » Midd. van aanv. en verw. 424 » Betr. Spanje 240 » [Midd. v. aanv. en verw.] 424 23 Handel 588 » Betr. Portugal 323 » Centrale Regeering • 534 633 » Midd. van aanv. en verw. 424 409 » I » » 425 » » » 424-425 409 » Munt 592 » Antwerpen 577 » Centrale Regeering 534 633 » Geldmiddelen 515 582 » Midd. van aanv. en verw. 425 » » » 425 409 » Gelderland 577 » Vlaanderen 577 » Brabant 5752 24 Verg. St.-Gen. 460 » Duitsche soldaten . 290 » Betr. Duitschland 3101 ■ j » ' Midd. van aanv. en verw. ' 425 T DER RESOLUTIËN. '629 Datum, Blz. No. Dec. 24 Betr. Frankrijk 299 239 » M. v. aanv. en verw. (2 X) 425 » Belr. Portugal 323 282 > Midd; van aanv. en verw. 425 » Duitsche soldaten 290 » Kerkelijke zaken 584 25 M.v. aanv. en verw. (2 X) 425 410 « Geldmiddelen 515 583 » Brussel 577 » Midd. van aanv. en verw. 425 410 » Kerkelijke zaken 584 » Midd. van aanv. en verw. 425 410 » Gent 577 ' 26 Centrale Regeering 5343 » Geldmiddelen 5193 » » 519 597 » M. v. aanv. en verw. (3X) 425 » Benden van ordonnantie 430 » Midd. van aanv. en verw. 426 » » » 4271 » Brussel 577 » Midd. van aanv. en verw. 4261 27 Geldmiddelen 516 584 » Centrale Begeering 5344 » Rijsel 578 725 » M. v. aanv. en verw. (3X) 426 411 » » » (2X) 426 » Brabant 578 725 » Duitsche soldaten 290 » Midd. van aanv. en verw. 426 » Betr. Duitschland 310 » Centrale Regeering 5344 » [Geldmiddelen] 5461 27 p.p. Antwerpen 5762 )> Betr. Spanje 240 » Spaansche Soldaten 290 > Midd. van aanv. en verw. 426 » [Geldmiddelen (2X) 5152 » Geldmiddelen] 5161 28 Betr. Duitschland 310 » M.v. aanv. en verw. (2 X) 426 » Benden van ordonnantie 430 > Betr. Duitschland 310 » Duitsche soldaten 290 » Midd. van aanv. en verw. 426 » » » 4274 » > » (2X) 426 » Midd. van aanv. en verw. 4263 » » » 427 » Duitsche soldaten 2902 » Gouverneurs 578 » Verg. St.-Gen. 460 45 » Betr. Portugal 324 283 » Midd. van aanv. en verw. 427 » » » 426 412 » » » 4265 28p.p. [ » » (3X)] 427 29 Midd. van aanv. en verw. 4271 » » » (2X) 427 » Cenlr. Begeering (40 X) 534-535 634 » Midd. van aanv. en verw. 427 » » » 4273 » [Betr. Duitschland] 310 30 Centrale Begeering (2 X) 535 635 v Geldmiddelen 516 » » 519 * Midd. van aanv. en verw. 4202 i Benden van ordonnantie ' 430 630 CHRONOLOGISCHE LIJST DER RESOLUTIËN. Datum. Blz. No. Datum. Blz. No. Dec. Dec. 30 Midd. van aanv. en verw. 427 443 34 Betr. Luik 321 » Geldleening 464 » Midd. van aanv. en verw. 427 » Betr. Luik 321 » Geldleening 4642 » » Frankrijk 299 » Betr. Engeland 307 * » Paus 325 » Midd. van aanv. en verw. 427 » » Spanje 240 » Gent 578 » Centrale Begeering 535 635 » Duitsche soldaten (8 X) 290 222 » Geldleening 464 » Doornik 578 » Midd. van aanv. en verw. 427 » Midd. van aanv. en verw. 427 » Geldleening 461 492 » Kerkelijke zaken 584 31 » 461 » Roermond 578 » Midd. v. aanv. en verw. en 427 en » Geldmiddelen 516 Benden v. ordonnantie 430 » Den Bosch 584 726 II. CHRONOLOGISCHE LIJST DER UITGAANDE EN INKOMENDE STUKKEN ft Datum. 1576. Blz. No. Sept. I 25 Request aan den Raad van State 7 26 Aanteekening van de ver¬ richtingen der Staten 7 28 Brief aan Liedekercke 49 86 30 Instructie voor Courteville 91 » Instructie tot geldheffing 111-112 Oct. 4 Geschrift voor de Duit¬ sche kolonels 53 91a » Remonstrantie aan den Raad van State 113 214a 5 Instructie van graaf Willem van den Berg 89 171a 7 Instructie voor Aerschot 55 93a 9 Remonstrantie aan den Raad van State 56 95 -f-13 Remonstrantie aan den Baad van State 87 168 17 Brief aan graaf Willem van den Berg 90 171b 23 Remonstrantie aan den Raad van State 115 220a i 23 Request van Peter Ernst van Mansfeit 130 259a 29 Instructie voor Melchior Martiny 78 148a Nov. -J- 6 Acte van de Staten-Gene- 96 en 185a raai met apostillé van | 117 en den Raad v. Financiën I 185a 10 Rrief aan Brugge 22 30a 11 Request aan den Raad van State 23 32 15 Brief aan den Koning van Frankrijk 71 132a 20 Geschrift voor den pen¬ sionaris van Goes 32 49a » Instructie voor Leoninus en Wittenhorst 64 417a » Volmacht tot geldheffing 65 117b 21 Brief van Oranje 34 53a Datum. Blz. No. Nov. I 27 Instructie voor Namslo en Oyenbrugge 103 202a 27 Accoord van Doornik 125 247a 28 Remonstrantie aan den Baad van State 119 231a Dec. 3 Acte van acceptatie v/h accoord van Rijsel enz. 123 246a » Bequest van de gedeputeerden van Utrecht 434 272 8 Acte van de Staten-' Generaal 124 247a 10 Brief aan Valenciennes 125 249a 41 » » stad Groningen 137 274a » » » de soldaten te Groningen 1373 » Acte van de StatenGeneraal 138 275 » Instructie van Rennenberg 138 275a 12 Acte van de StatenGeneraal 27 41a » Advies van den Raad van Oorlog 107 205a 14 Brief aan Hierges 142 276a 22 Brief van de Staten van Holland en Zeeland 30 45 » Brief van de Staten te 17,46,80, BrusselaandieteNamen 82 en 111 24 Brief alsvoren 16,17,47, 68 en 111 » Brief alsvoren 111 I 26 » » 47 )> Brief aan Oranje 29 44 y> » » Willerval 43 81 27 Brief van de Staten te 47, 69 BrusselaandieteNamen en 73 30 Brief alsvoren 47 » Aanteekening v. Liébart 45 84a Jan. 1577. Ê Brief van de stad Groningen 546 660a 1) Stukken, die óf in den tekst óf in de noten slechts met enkele woorden zijn aangeduid, worden hier weggelaten. 632 CHRONOLOGISCHE LIJST DER ÜI1 Datum. Blz. No. Jan. 11 Request aan den Raad van State 543 656 14 Instructie voor Oetingen en Wamesius 310 261 15 Overeenkomst met Hol¬ land en Zeeland 174 54a 18 Instructie voor Leoninus 244 149a * Brief aan Bossu en Hierges 242 149b 20 Accoord van Artois 464 497a 23 Instructie voor Leoninus 544 657 » Aanteekening v. Liébart 292 225a 25 Brief aan den Koning van Frankrijk 293 226a 28 Brief aan Aerschot 520 600 » Instructie van den Raad van State voor DeCourt 521 600a 29 Remonstrantie van de gedeputeerden van het Doorniksche 465 498a Febr. 4 (?) Advies van den Raad van State 184 62a 10 Remonstrantie van den- zelfden met apostilles vandeStaten-Generaal 185 66 11 Memorie van Champag¬ ney 244 456a 12 Acte van de Staten- Generaal 176 48a 13 Memorie van Cruningen met apostilles van de Staten-Generaal 245 157 19 Instructie voor Schetz en Rouck 434 426a » Brief aan de Staten van het Doorniksche 468 506 » Instructie voor Woestine en Yman 468 506a 21 Aanteekening v. Liébart. 247 158a 22 Brief aan de vier leden van Vlaanderen 469 506a » Brief aan Rassenghien 470 » Instructie voor Rassenghien 470 506a 25 Brief voor Oetingen en Wamesius 311 263a (26-27) Memorie over belasting 433 430a 28 Acte van de Staten- . Generaal 473 509a ( » ) Ontwerp tot vlugger behandeling der zaken 155 2a Maart 1 Brief aan Schetz en Rouck 433 430 4 Apostilles op een remonstrantie namens Rennenberg 547 662 19 Acte van acceptatie van het accoord van de Staten van Doornik 475 513a 20 Memorie van Grobben¬ donck 437 433a y> Brief van SchetzenRouck 4371 27 Acte van de StatenGeneraal 464 24a ± 27 Acte van de StatenGeneraal 165 25 29 Brief aan de vier leden van Vlaanderen 476 516 GAANDE EN INKOMENDE STUKKEN. Datum. Blz. No. Maart 30 Instructie van don Jan voor Heze 197 84a (Maart) „Escript des despcsches" 156 4a ( » ) Memoriën van Grobbendonck, de tweede met apostillesvandeStaten- 434-435 432a Generaal en b (Maart Request van de gedeputeerden van Friesland 549 667a April 1 Acte van de Staten- Generaal 339 339 3 Instructie voor Courte¬ ville 477 517 4 Instructiën voor Salazar 250-253 163a, b en c 9 Memorie van de StatenGeneraal 439 436 44(?) Instructie voor den Vicomte van Gent 479 520a 16 Advies van den Baad Baad van State 344 320a » Brief aan de vier leden van Vlaanderen 480 522 » Instructie voor Haller en Rava 313 266 25 Acte van de StatenGeneraal 255 168 (26) Request aan den Raad van State 346 322a 27 Instructie van don Jan voor Aerschot 199» Mei 2 Rede van don Jan 201 91a 5 Instructie voor Borluut 441 443 (29) Advies van de gedeputeerden tot de onderhandelingen met de Hoog-Duitsche soldaten 260 176a Juni 3 Accoord van Artois 484 536 (i6) Acte van de StatenGeneraal 262 178 (8) Remonstrantie aan don Jan 589 755a 12 Remonstrantie aan don Jan 356 339 (12) Request van de gravinnen van Egmond en Hoogstraten 593 764a 20 Acte van de Staten- Generaal 263 180a 21 Brief aan Oranje en de Staten van Holland en Zeeland 178 51a 22 Instructie voor Saven¬ them en Leoninus 486 543a (26) Remonstrantie aan don Jan 584 783a 28 Brief aan don Jan 361 341a Juli (5) Memorie van Rassenghien 209 lila 9 Accoord van Overijsel 492 553a 18 Memorie van La Motte met apostilles van de 269 en 347 Staten-Generaal 365 CHRONOLOGISCHE LIJST DER UITGAANDE EN INKOMENDE STUKKEN. 633 Datum. Blz. No. Juli | 19 Brief aan de vier leden van Vlaanderen ' 491 552 20 Brief aan Philips II 212 114a 22-24 Memorie van Grobbendonck met apostilles van de Staten-Generaal 213 117 26 Brief aan don Jan 215 118a » Instructie voor Courteville 365 349 28 Brief aan don Jan 272 196 29 » » 216 119a Aug. 2 Instructie voor La Motte, Liedekercke en Sille 274 198a 7 Verklaring van Grobbendonck 219 124a 10 Instructie voor Provene 495 560a met bijlage: quotisatie 496 12 Apostilles van de Staten- Generaal op eenmemorie van Grobbendonck | 221 126a 8-12 Memorie van Grobbendonck met apostilles van de Staten-Generaal 223 126b 13 Instructie voor Heze 277 203 18 » voor Liedekercke, Oudart en Rouck 450 467a 24 Instructie voor Bossu 452 468a 26 | Accoord van Artois 498 561a 28 i Instructie voor Bassigny en Courteville 171 37 31 Brief aan Liedekercke en Bouck 453 471a sept'j Accoord van Vlaanderen 505 568a Sept. 4 Brief aan don Jan 227 132a 5 Accoord van het Door¬ niksche 504 564a 11 Memorie van Rouck met apostillesvandeStaten- Generaal 454 476 42 Advies van de Kamer der Beden 499 562a » Brief aan Brugge 585 744 15 Antwoord op voorstellen van don Jan 230 136a » Instructie voor den bisschop van Brugge en Willerval 232 136a (16) Bequest van de Ommelanden 556 682a 17 Brief aan Goignies 385 367a 18 » » 386 367b » „Besogne" over geldmiddelen 499 563a Datum. Blz. No. Sept. I 20 Brief aan de vier leden | van Vlaanderen 557 685a 21 Instructie voor De Cerf 502 565a (21) Bequest van de gedeputeerden v. Amsterdam 179 53a 25 Instructie voor den bis¬ schop van Brugge en Willerval 234 138 Oct. 5 Instructie voor den sénéchal van Henegouwen 503 566a 8 Brief aan don Jan 237 142a 16 [ Overeenkomst met Balfour 394 376a 19 Brief aan de gedeputeerden der Ommelanden 559 693a 23 Brief aan den Koning van Portugal 322 279a 24 Brief aan don Jan 238 445 28 Instructie voor Egmond en Leoninus 527 618a 30 Instructie voor La Haye, De la Croix en Sille 562 697a (Oct.) Memorie van den Baad van Oorlog 524 607a Nov. 1 Brief van Matthias 529 621a 2 Instructie voor Froid¬ mont en Melroy 319 278a 10 Brief aan Budolf II 309 260 » » » don Jan 239 147 » » van St. Geertruid en Liesfeit 566 705a 49 Brief aan Gent 569 708a 22 » » de gewesten 510 578a 26 » » Hohenlohe 288 220 27 » » Matthias 531 624 (29) Staat van verdeding van ƒ26.000 416 398 Dec. 11 Instructie voor Marnix en Sille 574 717a (12) Memorie over geldmiddelen 512 581a 14 Brief aan den Koning van Portugal 323 282a 15 Acte van de Staten- Generaal 160 14 » Brief aan de vier leden van Vlaanderen 542 654 28 Instructie voor Rassen¬ ghien 515 583a » Brief van Matthias 535 635a I III. INDEX VAN EIGENNAMEN. A. Aalst, 6, 48, 49, 57, 60, 61, 107, 390, 392, 409, 423, 475. Abcoude, Hendrik van — van Meerten, heer van Essestein, 4, 14, 57, 58, 61, 98, 99, 103. Achmont, heer van, zie Gombault. Acquet, George, conservator van de Schotsche natie, 307, 348. Acre, D', 378. Adriaansz., zie Polanen. Aernsma, Christoffel, 151, 156, 168, 363, 414, 567. Aerschot, Arschot, 107. Aerschot, zie Croy. Aerssen, Cornelis van, secretaris van Brussel, 85, 460. Afflighera, 345, 582, 583. Afllighera, prelaat van, 159. Aichy, Guillaume d', 160. Ainsyn, zie Inchy. Aire, 3, 107, 149, 390, 392, 395, 582, 583. Aithony, 577. Aix, 79, 398. Aken, 78, 79. Alberto, Jean, 119. Aldano, Diego, 63. Aldano, Garcia, 63. Aldegonde, St., zie Marnix. Alegambe, Louis, heer van Bassenghien, prévót van Doornik, 4, 107, 115, 151, 418, 419, 506, 537, 540. Alencon, zie Anjou. Alexander, George, 391. Alféran, D', 298. Alkmaar, 450. Allamont, Jean d', baron van Buzy, 40. Allayne, Allène, zie Assignies. Allbertsen, Jan, 436. Allemands, Allemagne, zie Duitschers, Duitschland. Allenas, zie Assignies. Alloigne, Alloisnes, zie Assignies. Alost, zie Aalst. Altaemps, Hannibal d', 49, 56, 287. Alva, hertog van, 35, 440, 331, 555, 560, 582, 583, 587. Amant, D', zie Damant. Amerongen, zie Taets. Amersfoort, 572, 573. Amsterdam, LVIH, LIX, 19, 29, 31, 32, 35, 142, 161, 163, 166, 169, 173—180, 239, 363. Amsterrode, Arnould d', heer van Geleen, -1 gouverneur van Limburg en Overmaze, LV, 134, 263, 330, 336, 318, 344, 347, 355, 370, 371, 375, 379, 380, 383, 388, 390, 401, 402, 475, 485, 489, 506, 596; Addenda. Amsterrode, Nicolaas Huyn van, heer van Bernesem, 6, 60, 85, 86, 100, 108, 264, 326, 328, 330, 332, 335, 340, 341, 342, 362, 363, 368, 383, 398, 419, 443. Andeians, Andriesz., schepen van Brugge, 148. Anderlecht, 26, 387. Anderlecht, ontvanger en amman van Grave, 136; dezelfde als de volgende? Anderlecht, Andrieu, „prévost de la Cour", 282, 378, 540. André-au-Bois, of Andrieu, St., abt van, zie Dostrel. Andrieu, St. — sur le Zablon, een logement, 196, 295. Angelis, Guillaume, 50, 58, 60, 62, 84, 114, 332, 336. Anglais, Angleterre, zie Engelschen, Engeland. Anjou, Frans, hertog van, XXVII, 40, 69 en vlg., 172, 196, 208, 291—298. Annaland, St., 19. Ansbrugge, 92. Antwerpen, Anvers, 1, 2, 22, 26,30,32,36—37, 38, 40—43, 48-51, 58, 60, 61, 63, 66, 67, 69, 71, 77, 78, 80, 81, 84, 98, 110, 112—116, 120, 125, 132, 136, 145, 147, 152, 153, INDEX TAN EIGENNAMEN. 635 161, 163, 170, 173, 181, 184, 186, 188, 189, 190—195, 198, 204—207, 212, 222, 227, 230, 233, 239, 240, 244, 248—251, 253, 256, 257, 259, 260, 261, 264, 267, 269—276, 278, 279, 281—283, 289, 303—305, 307, 311, 313—316, 322, 328, 330, 332, 336, 340, 341, 345, 347, 348, 350, 352, 353, 354, 358, 362—366,368— 370, 372—376, 378-383, 385, 386, 389, 391, 393, 395—400, 406, 412—414, 422, 426, 427, 434—436, 440—445, 447—458, 460, 465, 476, 477, 482, 488, 493, 495, 498—502, 507, 512, 514, 516, 518, 519, 530, 531, 537, 551, 560, 561, 565, 571, 572, 576, 577, 579, 584-586, 588, 590, 591, 594, 597; Addenda. Antwerpen, burgemeester van, zie Berchem. Antwerpen, markgraaf van, zie Werve. Antwerpen, pensionaris van, zio Gilles. Anvers, zie Antwerpen. Aoust, Eustache d', heer van Jumelle, «chef» van Douay, 3, 150. Appelmans, 276. Appeltern, Otto van, heer tot Persingen, 147. Appingedam, 4. Aprienel, 376. Arbre, zie Marotte. Arckelens, 340. Aremberg, Charles, graaf van, 83, 93, 110,146, 202, 204, 258, 326, 411, 429, 430. Argentad, 1', 260. Argenton, zie Senne. Argille, Ponthus de 1', 330. Arkenne, zie Witthem. Armentières, 489. Arnhem, kwartier van, 2, 147, 288. Arnhem, stad, 2, 107, 147, 152, 28a Arnhem, Joseph van, 577. Arnould, zie Marchienne. Arnoult, Peter, 454. Arras, zie Atrecht. Arta, Arettha (?), 598. Arthus, zie Proost. Artois, 167, 233, 281, 327, 328, 336, 346, 349, 357, 361, 366, 374, 379. 382, 383, 388, 400, 443, 417, 419, 423, 424, 427, 428, 430, 439, 442, 459, 462, 464, 467, 469, 470, 479, 482, 488—491, 495—498, 503, 504, 507, 508, 511, 513, 516, 521, 531, 534," 544, 551, 561, 566, 567, 568, 573, 577, 583. Artois, Staten van, LV, LVIII, 10, 12, 109, 110, 121, 122, 123, 124, 125, 127, 167, 294, 297, 313, 335, 341, 367, 383, 422, 425, 430, 437, 438, 445, 448, 449, 450, 462, 464, 466, 467, 474, 478, 479, 483, 484, 486, 488, 489, 490, 494, 497, 498, 504, 507, 514, 515, 523, 538, 546, 554, 564, 566, 567, 580, 583, 588. Artois, gedeputeerden van, 2, 3, 44, 42, 44, 20, 65, 74, 121, 127, 129, 148, 152, 155,433,444, 483, 488, 496, 498, 535, 546, 588. Artois, Raad van, 416, 392, 518; president van den Raad van, 561, 583. . Artois, ontvanger van, zie Walhuon. Assche, 57. Asseliers, Jan van, secretaris van Antwerpen, later: secretaris van den Raad van State en audiencier, XXVII, XXXI, XXXII, 147, 153, 159, 225, 239, 298, 308, 318, 321, 323, 402, 447, 423, 488, 509, 516, 517, 524, 533, 562, 577, 584. Asseliers, Philippe d', 391. Assignies, Anthoine d', heer van Alloigne, 3, 107, 149, ;236, 327, 332, 333, 345, 346, 347, 348, 351, 387, 393, 416, 427, 470. Assignies, D', schepen van Douay, 570. Assonleville, Assonville, Christtfphe d', baron van Bouchoute, lid van den Baad van State, 129, 131, 520, 521, 524, 569. Ath, 19, 422. Atrecht, 3, 107, 127, 149, 387, 392, 422, 458, 464, 474, 504, 551, 582, 583. Atrecht, deken van, zie Lengaigne. Atrecht, pensionaris van, zie Couronnel. Atrecht, „conseiller" van, zie Aubron. Atrecht, elect van, zie Moulart. Aubermont Charles d', heer van Ribaucourt en Plancques, grootbaljuw van Dendermonde, 148, 389. Aubert, prelaat van St., 382. Aubigny, zie Lens. Aubron, Antoine, eerste „conseiller" van St. Omer, 3, 25, 121, 149; Addenda. Augsburg, 79, 205, 254, 264,312,313,315; Add. Aurault, D', 341. Autriche, Austriche, zie Oostenrijk. Auweghem, zie Triest. Auxy, zie Bossu. Averbode, Everbode, 581, 582, 584. Averoul, D', 274. Avesnes, 107, 377, 393, 547. Avesnes, abdij van, 583. Avila, Sancho d', 41, 50, 55. Axel, 235. Ayale, Gille, 389. Ayta, Bucho, kanunnik van St. Bavo, aartsdiaken van Ieperen, 18, 148, 158, 162, 163, 169, 175, 182—184, 189—191, 194, 498, 200, 244, 213, 215, 220, 225, 227, 249, 279, 324, 325. 344, 350, 388, 391, 434, 541, 542, 526, 573; Addenda. Ayta, Vigüus — van Zwichem, president van den Geheimen Raad, LUI, 79, 158, 326, 442. 636 INDEX VAN EIGENNAMEN. B. Bacart, Jérome, 286, 378, 380, 387, 401—403, 412, 413, 423, 565. Backer, zie Bacart. . Backere, Otto de, 412, 595. Bacx, Simon, ontvanger in het kwartier van Den Bosch, 67, 114, 173, 352, 453. Baerdeghem, 57. Baert, Nicolaas, ontvanger-generaal, 34, 236, 427, 526. Baesdorp, Philippe de, schepen van Brugge, 2, 65—67, 121, 148, 169, 243, 259, 261, 326, 436, 554. Baesrode, zie Liesfelt. Bailleul, 471. .. Bailleul, Adrien de, heer van Evre, gouverneur van Landréchies, 4, 5, 83, 95, 110, 111, 146, 153, 327, 351, 383, 391, 399, 414, 417, 419, 428—430. Bailleul, Antoine de, heer van Lesdain (?), 110, 111, 149, 153 332, 336, 345, 383. 391, 419, 424, 429, 478. Bailleul, J. de, 110. Baillon, zie Bouillon. Balbany, Thomas, 116, 447. Balct, Van der, schepen van Brussel, 545. Bale, Bazel, 238, 254. Balen, 251, 271, 365. Balfour, Henry, 22, 108, 109, 175,176,307,327, 331, 335, 343, 348, 349, 354, 355, 376, 380, 392, 394, 396, 399, 401, 406, 412, 414, 418, 419, 425—427. Bapaume, 4, 107, 416. Baptiste, Jean, 416. Barlicom, griffier, 457; dezelfde als de volgende? Barlicum, Sibert van, 564. Barlin, zie Bournonville. Barnel, Jacques, heer van Steenbeke (?), 388; zie ook Steenbeke. Barois, Philippe, 273. Barre, Ferdinand de la, heer van Mouscron, groot-baljuw van Gent, 148, 526, 554, 561. Barre, De la, zoon van den vorigen, 561. Barre, Simon de la, schepen van Bergen, 3,121, 144, 149. Barthelomeeus, Perine, 453. Bas-Allemands, zie Neder-Duitschers. Bassenghien, zie Alegambe. Bassigny of Baucignies, zie Hornes. Bastien, 402. Bastoigne, Henri, 548. Bastoigne, Jean, 594. Batenburg, Joost, heer van — en Bronkhorst, 142. Batton, 361. Baudoulx, Baudoux, Benoit de, 386, 400. Bauwel, Jacques, 507. Bavechem, Bauvechain, 317. Bavo, St., kanunnik van, zie Ayta. Bavo, St.. kanunnik van, zie Valerius. Beaufort, zie Chaussce. Beaulieu, Charles de, 30, 161. Beaumont, 426. Beaumont, zie Ongnies. Beauregard, 384. Beaurewart, zie Lichtervelde. Becelaere, zie Woestijne. Beckere, Nicolas de, onder-burgemeester van Brussel, 1, 147. Beecke, Bobert van, raadsheer in Overijsel, 492. Beerse, zie Schwarzenborg. Beersele, zie Bersele. Beierën, Albrecht, hertog van, 308, 313. Beilstein, zie Wijnenberg. Beken, Guillaume van der, heer van Assenghien, monster-commissaris, 382, 389, 390, 396,412, 422, 426, 452. Beken, Michiel van der, 368, 386, 396. Beken, Thierry van der, thesorier-generaal, XXIII, XXVII, LXI, 14, 16, 21, 37, 42, 44, 57, 58, 60, 64, 66, 68, 75, 77, 85—'88, 90-98, 400, 102, 103, 106—111, 116, 118, 119, 122, 128, 136, 171, 177, 179, 182, 191, 200, 205, 216, 228, 236, 237, 241, 246—248, 254—256, 258, 259, 264, 266, 273, 275, 276, 280, 281, 281, 285, 288, 289, 294, 295, 297, 298, 303, 307, 324, 326—329, 331, 332—341,346—353,359— 364, 366—384, 387—398, 400—403, 405, 406, 409—416, 449, 420. 422, 424, 426, 427, 428, 430, 431, 438—443, 452, 457, 458, 463, 467, 473, 474, 476, 482, 493, 494, 502, 506, 517, 521—523, 525—527, 534, 543, 545, 546, 548, 564, 578, 584, 595, 597; Addenda. Beken, Van der, drost van Grimbergen, 521. Beldam, Ewart, 360. Bellangreville, 196—198, 203, 291, 294, 295. Bellcron, Jan, 448. Belmont, zie Cheisieu. Belvin, Simon, „luitenant" van Limburg, 6, 78, 85, 86, 97, 99, 108, 377, 401, 560. , Bempden, Jan van den, 490. Bentinck, Eusebius, drost van Ysclmuiden, 152, 168, 360. Berch, Georgien op ten, 2, 147. Berchem, 387. Berchem, Henry van, heer van Berchem, burgemeester van Antwerpen, 1, 18,54,120,147, 453, 165, 189, 191, 202, 204, 250, 297, 312, 314, 321, 324, 326, 431, 439, 440, 443, 476, 511, 518, 521, 522, 548, 552, 568, 573, 574, 1 593, 596. INDEX VAN ÉIGENNAMEN. 637 Berek, Jacques van, 577. Berckel, llugues de, schout van Peelant, 50,58, CO, 84, 114, 283. Berckel, Hugo de, kapitein, 406; dezelfde als de vorige? Bcrendrecht, 376. Berg, Frederik, graaf van den, 578. Berg, Willem, graaf van den, 88—90, 99, 108, 142, 578. Bergamo, Angelo, 447. Bergen, pensionaris van, zie Gaulier. Bergen, Mons, 3, 18, 49, 144, 149,150,153,409, 422, 430, 436, 485, 497, 525, 560. Bergen-op-Zoom, 230, 270, 271, 273, 274, 276, 277, 279, 283, 288—290, 332, 349, 353, 502. Bergen St. Wynoz, zie Wynoxbergen. Berghe, Antoine van den, 100, 108, 109, 329, 427, 443, 445, 446. Berghe, Johan ten, secretaris van Deventer, 493. Berguerzele, 387. I'ergum, 570. Berlaimont, Charles, graaf van, 74, 83,110,129, 131, 132, 136, 229, 291, 293, 337, 429, 519— 521, 535, 554, 556, 575, 576. Berlaimont, Claude de, heer van llaultepenne, 87, 136, 150, 229, 520. Berlaimont, Florent de, heer van Floyon, 58, 60—63, 65, 66, 68, 149, 209, 210, 215, 229, 233, 257, 260, 337, 345, 352, 354, 355, 358, 359, 363,367—369,372,390,444,446,543,579. Berlaimont, Gilles de, baron van Hierges, stadhouder van Gelderland, Overijsel en Lingen, LVI, LIX, 22, 26, 30, 44, 52, 56, 57, 60—62, 64—68, 110, 132—136, 138, 141, 142, 446, 162, 174, 488, 190, 192, 198, 200, 202, 204, 207, 216, 229, 233, 241—245, 248, 249,254— 260, 264, 267, 268, 275—280, 282, 284, 285, 288, 330, 332, 343, 350, 358, 362, 363, 379, 429, 440, 453, 461, 466, 480, 481, 487, 521, 543, 546—548, 550, 553, 558, 564. Berlaimont, Lancelot de, graaf van Megen, gouverneur van Charlemont, 22, 56, 57, 65, 67, 84, 88, 90, 132, 136, 146, 229, 233, 243, 249, 254, 255, 257, 267, 268, 275—278, 280, 282, 284, 285, 368, 379, 453, 461, 481, 518, 520. Berlo, Denis de, heer van Brus, 151, 153, 158, 169, 199, 205, 211, 213, 215, 216, 218, 264, 267, 351,353,355,356,363, 522,552; Addenda. Bern, 438, 439. Bernaerdts, Willem, 414. Bernard, St., abdij van, 582. Bernard, Arnould, 467. Bernard, Francois, 414, 416. Bernard, Hans, 402. Bernart of Bernardi, Gille, abt van Heylessem, 1. 13. 145. 146. 579. Bernémicourt, Marie de, 580. Bernesem, zie Amsterrode. Bernisart, Jean de Failly, heer van, 101. Bersele, 387. Bersele, zie Witthem. Bert, Théodore, 581. Berthin, St., abdij van, 441, 443, 445. 534,580, 581, 583, 584. Berthin, St., abt van, zie Omer, St., bisschop van. Bertraind, zie Berthin. Berlrand, Jacques, 99. Berty, Berthy, Jean Baptiste de, secretaris van den Baad van State, XXX, 141,258,267,344, 523, 534, 544, 585. Beteier, Nicolas de, 280. Béthune, 3, 407, 379, 384, 387, 392, 395, 560, 577, 594. Béthune, pensionaris en procureur van, zie Maupetit. Beury, kapitein, 374, 375. Bevecon, 347. Bevere, 387, 514. Bevere, Pierre de, raadsheer in Vlaanderen, 18, 153, 526, 533, 534, 577. Bevriem, Francois de, 448. Bièvre, Adrien de Bubempré, baron van Reves, heer van, I, 54, 85, 90, 91, 113, 328. Billy, zie Robles. Bilt, De, 570. Blaton, 478. Bleyckers, Henri, 145. Blockland, Maarten, pensionaris van Amsterdam, 176. Bloeyman, Henry, heer van Helvoirt, schepen (of burgemeester?) van Den Bosch, 2, 147, 174, 388, 537, 549, 552. iilois, zie Treslong. Blom, Bloera, Pierre, 101, 102, 119, 326, 330, 332, 335, 336, 375, 447. lilondel, Jacques de, heer van Cuinchy, 471. Bloyere, Henri de, 72, 185, 202, 399. Boeckel, Jean de, 588. Boendale, 387. Boeselies, zie Heriselle. Boetbergen, Cornelis van, maarschalk in Den Haag, 2, 147. Bois, Baptiste du, 41. Bois, Du, 341, 427. Bois-le-Duc, Bolduc, zie Hertogenbosch. Boisot, Guillaume, 400. Boisschot, Jean Baptiste, lid van den Geheimen Raad, 240, 302, 460, 521, 526. Boissecq, heer van, 376. Boldwijn, Michiel, 555. Bolsward. 570. 638 INDEX TAN EIGENNAMEN. Bonefle, abt van?, 121. Boninsy, Benedicto, 437. Boninsy. Bornadius, 437. Bonivet, Bonyvet, Henri Goufficr, heer van, 72, 73, 196, 197, 203, 291, 295, 298. Bonnier, 416. Boodt, Anselmus de, schepen van Brugge, 148. Boone, Corneille, lid van den Baad van Brabant, 475; Addenda. Boote, Jeróme, audiencier van Brabant, 532. Boraige, 335. Borchloon, 318, 319. Borgerweert, 514. Borluut, Gille, schepen van Gent, 148, 565. Borluut, Josse, heer van Bouclé, pensionaris van Gent, 2, 13, 16, 36, 61, 69, 72, 92, 144, 148, 152, 200, 220, 303, 333, 340, 343, 367, 439, 441, 467, 538; Addenda. Born, 65. Borse, Arnoult van der, heer van Ridder velde. 576. Bosch, Philippe du, heer van Maesdam en O verham, 148. Bosch, Den, zie Iiertogenbosch. Bosques, zie Haultain. Bossche, Anthoine van, 403. Bossu, Boussu, Jacques de Hennin-Liétard, dict de —, heer van Haussy of Auxy, 18,136, 149, 170, 275, 282, 369, 462. Bossu, Maximilien do Hennin, graaf van, 22, 26—30, 35, 56, 57, 60—62, 65, 67, 68,86,87, 410, 111, 135—137, 141, 142, 150, 153, 162, 175, 179, 180, 190, 194—196, 218, 221, 223, 233, 234, 241—246, 248—250, 253—259, 264, 267, 271, 272, 278—280, 284—286, 305, 307, 339, 343, 357, 387, 388, 391, 393, 399, 400, 401, 403, 407, 413 —415, 417, 418, 428,440— 443, 452, 457, 481, 482, 499, 501, 507, 525— 527, 530, 531, 533, 534, 548, 549, 552, 554, 557; Addenda. Boterman, Genelotte, 61. Bouchin, 107. Bouchout, André de, 150. Bouchoute, zie Assonleville. Bouckholt, Godart van, heer van Grevenbroeck, 65, 67, 88, 134, 147, 161, 202, 256, 258, 261, 315, 316, 352, 359, 390, 490. Bouclé, zie Borluut, Josse. Boucquet, Claude, 376. Boudewijn, Jeróme, secretaris van den Geheimen Raad, 13, 116, 532. Boudri, heer van, 49. Bouillon, hertogin van, 100. Boulogne, Francois de, 108. Bourbourg, 346, 366, 367, 373, 378, 394, 395, 402, 405, 482, 506, 579, 580. Bourct, Burcht, 107, 328, 333, 337, 345. I Bourgogne, Jean de, heer van Froidmont, 3,39, 78, 80, 91, 115, 128, 144, 150, 153, 202, 205, 206, 211, 229, 230, 235, 318—321, 335, 346, 347, 351, 361, 362, 396, 409, 418—420, 442, 511, 533, 534, 556, 573, 596. Bourgogne, Jean de, heer van Fontes, 57,58,61; dezelfde als de vorige ? Bourgondië, kreits van, 340. Bourgondië, zie Franche-Comté. Bourgondiërs, 6, 48, 83, 183, 184, 187,195,203, 211, 249, 436. Bournonville, Oudart de, heer van Capres, vicomte van Barlin, 3, 149, 173, 191, 198, 202, 203, 254, 255, 268, 270, 274—276, 342, 360, 362, 363, 367—370, 372, 375, 376, 378— 380, 383, 384, 392, 396, 399, 400, 402, 413, 415, 417, 424, 425, 442, 446, 490, 494, 551, 566, 567, 573, 583. Bourse, zie Noyelle. Bousy, Bousies, zie Pierre. Boussin, 393. Boussu, zie Bossu en Marotte. Boutersem, 113. Boutersem, zie Witthem. Bouvines, Bouvignes, 115, 230, 231, 390, 397, 402, 405, 407 —410, 413, 415. Bouwensz., zie Schot. Bouy, Anthonette de, 580. Boven-Rijn, kreits van den, 312. Bovigne, dame de, 596. ' Bovignes, zie Bouvines, Bouvignes. Boxhorn, Guillaume, 575. Boxmeer, 578, 580. Boxtel, zie Hornes. Boymer, Frederik van, 2, 147. Brabant, 2, 6, 23, 76, 80, 101, 107, 113, 115, 116, 122, 130, 160, 167, 171, 181, 185, 196, 204, 222, 254, 257, 261, 265, 270, 286, 310, 320, 328, 329, 332, 338, 344, 346, 347, 349, 352—361, 366—368, 382, 388, 393, 396, 409, 427, 428, 439, 444, 442, 457, 459, 461, 473, 477, 480, 481, 488,-496, 497, 500, 504, 510, 513—515, 518, 521, 524, 531, 532, 550, 551, 568, 571, 575, 582, 583, 591, 592. Brabant, Staten van, XXII, L—LVH, 7, 8, 10, 12, 13, 48, 50, 51, 57, 58, 64, 66, 70, 78, 82, 86, 88, 412, 113, 121, 129, 130, 136, 158, 159, 163, 167, 195, 209, 227, 234, 243, 265, 284, 313, 333, 349, 368, 374, 381, 385, 391, 393, 399, 400, 402, 408, 442, 418, 431, 432, 433, 439, 443—445, 448, 453, 454, 467, 475, 476, 478, 480, 488, 490, 491, 494, 508, 509, 515, 530, 532, 536, 551, 561, 562, 571, 572, 575, 581, 584, 588, 590, 591, 597. Brabant, gedeputeerden van, LXI, 1, 5, 7—9, I 18, 35, 40, 41, 65, 85, 95, 100, 101, 120,146, INDEX VAN EIGENNAMEN. 639 •152, 153, 155, 192, 236, 263, 289, 409, 414, 448, 512, 534, 541, 551, 591. Brabant, prelaten van, 482, 483, 582. Brabant, Staten van, griffier van de, zie Weellemans. Brabant, Raad van, 95, 114—416, 134,295,303, 457, 475, 532, 538, 540, 575, 576, 578, 582; Addenda. Brabant, Rekenkamer van, 119, 420, 518, 576. Brabant, aartsdiaken van, zie Torcntinus. Brabant, drost van, zie Glymes. Brabant, fiskaal van, 543. Brabant, kanselier van, zie Scheyfve. Brabant, Jan III, hertog van, 319. Brabant, Johanna, hertogin van, 319. Bracle, George de, heer van Hauterive, 148. Braine-la-Leu, zie Witthem. Brandenburg, keurvorst van, 316. Braüsborch, Braunsberg, 79. Brecht, 282, 483. Brecht, Charles van, burgemeester van Brussel, 447. Brecht, Jory, gouverneur van Diest, 543, 546. Brecht, monster-commissaris, 396. Breda, 19, 23, 24, 49, 84, 164—166, 169, 173, 190, 231, 270, 273, 274, 276, 277, 279—281, 283, 284—287, 290, 332, 336, 345, 382, 458, 462, 485. Breda, gouverneur van, zie Estorniel. Brederode, Beynart van, heer van Cloetingen enz., 69, 84, 317. Breen, Michiel van, 444—446, 449, 455, 459, 522. Bremen, 79. Breucq, zie Haynin. Brevillers, zie Givry. Briel, Den, 150, 375. Briel, Conrad de, 460. Briffeul, 430. Broerham, 475. Broide, Philippe, pensionaris. van Douay, 3, 66, 150, 152. Broothuis, het, 130, 275, 277. Brouwershaven, 596. Broyaert, Brouart, Pierre, 289, 395, 595. pjlp Bruart, Adrien de?, 150. Bruel, commissaris, 399. Bruel, kapitein, 170; dezelfde als de vorige? Brugge, 2, 20, 22, 23, 66, 116, 119, 120, 134, 143, 148, 152, 301—303, 307, 348, 354, 395, 422, 437, 450, 454, 455, 458, 502, 508, 585. Brugge, bisschop van, zie Druitius. Brugge, pensionaris van, zie Yman. Bruhesem, Engelbert van, thesaurier van den Dom te Utrecht, 4, 14, 151, 537. Brune, Pieter de, schepen van Gent, 148. Brunswijk, Erik, hertog van, 27, 317. Brunswijk, Julius, hertog van — Lunenburg, 77—79, 267, 315, 316. Brus, Bruys, zie Berlo. Brussel, L—LIV, LVI—LIX, 1, 9, 12, 13, 15— 20, 22, 30, 32, 37, 39, 41—48, 52, 53, 57,61, 62, 64—68, 70, 71, 73, 80, 82, 85, 86, 91,93, 94, 96, 99, 407—109, 111, 113—118,122,126, 128, 131—133, 136, 141, 144, 145, 147, 154, 157, 159, 161—163, 170—172, 176,177,180— 185, 189—193, 196, 197, 199, 200, 203, 204, 206, 209, 211, 213—216, 218, 240, 261, 264, 266, 267,270,275,281,282,286,286,297—299, 301, 303, 304, 308, 310,325,328,334,337,339, 340, 314, 348, 350, 352, 363, 366—378, 380, 386, 387, 390, 395, 397. 398, 400, 402, 405, 407—410, 417, 420, 424, 426, 429, 430, 432, 434, 450, 451, 457, 460, 463, 464, 475, 490, 493, 495, 502, 506, 507, 518, 519, 521, 523, 529—531, 534- 538,543—548, 552, 553, 555, 559, 560, 562, 564, 567, 568, 572, 576—578, 584, 590, 591, 594. 595; Addenda. Brussel, burgemeester van, zie Quarré. Brussel, luitenant-amman van, zie Schagen. Brussel, pensionaris van, zie Malcote. Brussel, secretaris van, zie Aerssen. Brussel, vicomte van, zie Hannart. Buesinghen, 397. Buisson, Jean du, heer van Oisy, schepen van Bergen, 149, 211. Buren, 134, 162, 246. Buren, Philips Willem, graaf van, 25,183, 234. Burgerhout, 274. Burlamachi, Paulo, 437—439. Burlen, Guillaume, pensionaris van-Namen, 151, 519. Burmannia, Ctaes van, hoveling te Grijpskerk, 152, 168. Busschen, Andries, schepen en burgemeester van Roermond, 147, 168, 259, 578. Rustamente, 140. Buyck, Sybrant, oud-burgemeester van Amsterdam, 176. Buys, Paulus, raadpensionaris van Holland, 150, 161. Buzy, zie Allamont. Bye, Dirk de — Jorisz., lid van de Bekenkamer der domeinen van Holland, 150, 598. Byne, Gille de, 463. C. Cabo, Jean, ontvanger der domeinen te Antwerpen, 460, 588. Cadet, 578. 640 INDEX YAN EIGENNAMEN. Caemere, Jan van de, schepen van Ieperen, 2, | 99, 118, 131, 148, 153, 177,253,439,522,536. Galais, 205. Calenelle, zie Offegnies. Callero, 260. Calmphout, 282, 483. Camboachum, Herman de, 172. Cambray, zie Kamerijk. Cambron, zie Ostelart. Cambroy, huis van, 596. Cameraco, André, 578. Camere, Guillaume van de, 557. Camergo, 474. Campbell, Alexander, 395, 415. Campenhout, Gerard, abt van Grimbergen, 1. Canis, zie Hondt. Canitz, Johan de, 24. Cant, Gautier, 394. Capelle, La, 58. Capello, Jan Francisco, 459. Capenberghe, Herman van, 456, 585, 586. Capreau, Capriau, Jean, 102, 419. Capres, zie Bournonville. Carduino, Mario, 64, 67, 68, 100, 241, 242,253, 256, 257, 260, 276, 281, 383, 390. Carenzony, Nicolas, 304, 305. Carenzony, Thomas, 307. Carette, 94. Carlier, Louis, griffier van de Staten van Henegouwen, 3, 21, 25, 35, 40, 91, 92, 402, 124, 128, 130, 131, 137, 150, 152, 166, 167, 169, 191, 233, 234, 235, 249, 263, 296, 302, 389, 431, 474, 504, 565. Carmelieten, Carmes, 518, 519, 579. Caron, Antoine de, 418. Caron, Noël de, heer van Schoonewal, 148. Carondelet, Ferry de, heer van Polelies, 70. 77. Carondelet, Guillaume de, heer van Crupet en Wavremont, 3, 59, 81, 150. Carondelet, Jean de, heer van Solre-sur-Sambre, gouverneur van Enghien, 149. Carondelet, 579. Carpen, 99, 241, 266, 426. Carpen tier, Pierre, abt van Los, 3. Caruse, Hercules, 328. Casteleyn, Peter, 555. Castilië, groot-commandeur van, zie Requesens Castro, Jean de, 588. Cathaneo, Philippe, 444. Cats, Guillaume de, 25, 26, 34. Cats, Joris van, 284. Cattenbroeck, 416. Caulers, Antoine de, schepen van Atrecht, 3, 24 (?), 149, 408, 569. Cerf, Tobias de, schepen van Brugge, 148, 457, 502, 511. Cerff, Cherff, Le, 233, 256, 257, 358, 363, 364, 366, 448. Chalen, Chaleu (?), zie Chevreau. Chamart, Nicolas, schepen van Bergen, 149. Chambge, Erasme du, pensionaris van Doornik, 4, 12, 36, 120, 122, 128. Champagney, zie Perrenot. C'hamplite, graaf van —, heer van Vergi, 77. Chapelain ('!), 561. Charlemont, 22, 84, 107, 228, 230, 231, 326, 366, 368, 376, 387, 553. Charmuccia, zie Fearamuccia. Chasteau 1'Abbaie, 151. Chastel, Guillemette de, mevrouw Montdragon, 208, 209. Cbateau Thierry, 230, 231. Chaulers(?), zie Caulers. Chaussée, Matthias de la, heer van Montsorct, baljuw van Philippe, heer van Beaufort en Bumes, 4, 45, 151. Chavelot, Gille, 384, 390. ' Chavrot, zie Chavelot. Cheisieu, Claude de, dit de Belmont, 111. Chevreau, Henri de Viennc, baron de, 229, 239, 357. Chimay, 389, 390, 395, 411, 426, 428. Chimay, zie Croy. Chinecq, Godefrid de, 581. Chinery, Godefroy de, 417. Chinery, zie Naves. Chiny, Chyny, 166. Christiaan, zie Kuchler. I Cigoigne, 363. Claerhout, Josse de, heer van Hamme, pensionaris van Mechelen, 4, 01, 80, 94, 95, 96, 101, 102, 106, 107, 121, 152, 154, 332, 333, 335, 336, 337, 338, 340, 345, 348, 349, 352, 353, 359, 362- 364, 369, 373, 386, 419, 420, 421, 323, 440, 462, 463, 488, 538, 539, 543, 549. Claes, Pierre, 597. Clarout, 316. Clerck, Adrien de, 406. Clercq, Aloys le, 416. Clercq, Caesar le, burgemeester van het Vrije, 148, 517. Clercq, Jacques de, raad van Doornik, 151, 153, 578. Clercq, Louis ie, 378, 413. Clercq, Octavien le, 557. Clève, zie Kleef. Clocman, Pierre, ontvanger te Brussel, 147,275. Cloetingen, zie Brederode. Cobel, Jacques of Isaac, 334, 340; Addenda. Cockart, Nicolas, 406, 418. Coels, Pierre, abt van Vlierbeek, 1,145,146,259. INDEX VAN EIGENNAMEN. 641 Coene, Johan, 328, 340, 343, 356. Coens, Conrad, 276. Col beau, Michiel, 404. Colder, zie Columbier. Coligny, Erasmus de, 330. Collard, A., pensionaris van Valenciennes, 450, 159, 168, 346, 395, 408, 410, 517, 551, 552; Addenda. Colonnel, zie Couronnel. Columbier, 395, 399. Comhuse, Comhuysen, Henri de, 275, 312: Comines, 150. Condé, prins van, 70, 299. Conroy, 77, 111. Coppens, 176. Corbault, Louis, raad van Bergen, 3, 149. Corcon, Hugo, 273. Cordua. zie Cuefica. Corduino, zie Carduino. Cornelius, Petrus, 554. Corpels, 276, 316, 399 Corxelles, 94, 101, 332, 333, 360. Cotterel, Jean, heer van Esplechin, 4,57,59,465. Coudenburg, zie Masin. Cou fis, de, 470. Coulogne, zie Keulen. Couronnel, Jean de, pensionaris van Atrecht, 149, 139, 515, 521, 551, 552, 583. Cours, zie Glymes, Servaes. Court, De, 181, 520, 521. Courteville, Roland de, schepen van het Vrije, 2, 9, 34, 63, 119, 122, 148, 153,158,162,166, 170, 172, 173, 180, 194, 196, 198, 199, 207, 249, 256, 258, 266, 301, 303, 310, 326, 327, 330, 333, 337, 348, 354, 355, 362, 365, 366, 368, 369, 376, 418, 424, 425, 445, 446, 477, 478, 491, 512, 523-526, 528, 535, 537, 554, 592. Cousteau, Antoine, „chef" van Orchies, 3, 150. Coutreau, Maxi milieu de, heer van Glabbeke, 63. Coutwijck, 112, 113. Couwenbergh, Livinc de, abt van Dieleghem en Jette, 1, 145, 148. Cracq, Cinno — a Charpffenstein, commandeur van Pitsenborg, 466, 476. Craen, Joachim, 236. Crampen, 279. Cranston, Jan, 426. Crassonière, Philippe de, 299. . Crecques, zie Croy. Crehanges, George, heer van — et Pittance, erfelijk maarschalk van Luxemburg, 13. Crehem, heer van, 399, 412. Crfespin, zie Mesny. Creynhem, 387. Crocq, zie Ocoche. Cr oen e, 91. Croiselles, zie Montmorency. Croix, Baudouin de, heer van Oyenburg, schepen van Rijsel, 3, 115, 521, 522. Croix, Henri, heer van La, 144. Croix, Jacques de la, heer van Caulmont, schepen van Rijsel, 3, 449, 336, 439, 445, 549, 589. Croix, Jacques de la, Vim Bergen, 436. Croix, zie Lichtervelde. Crol, Gillis, 393. Cromhout, Adriaen Reiniersz., burgemeester van Medemblik, 150. Croovelde, zie Gruutere. Croy, Charles de, 580. Croy, Charles de, prins van Chimay, zoon van Aerschot, 147, 493, 216, 222, 306, 310, 347, 364, 423, 424. Croy, Charles Philippe de, markgraaf van Havré, LUI, 4, 5, 8, 36, 39, 42, 44, 52, 54, 58—62, 69, 84, 86—88, 91, 92, 94, 95,109—111,149, 153, 155, 161, 168, 172, 181, 189, 190, 193, 194, 197, 203, 204, 216, 218, 263, 274, 278, 296, 304—307, 310, 314, 317, 327, 336, 338, 339, 343, 348, 349, 352, 355, 356, 358, 381, 387, 404, 445, 424, 427—429, 450, 495, 526, 533, 535, 537. Croy, dame Claude de, 91. Croy, Eustache de, heer van'Crecques, 3, 33. 38, 39, 45, 149, 183, 335, 367, 369, 374,526,558. Croy, Eustache de, heer van Rumenghien, gouverneur van St. Omer, 148, 430, 557, 583. Croy, Jean de, graaf van Roeulx, stadhouder van Vlaanderen, 20, 21, 62, 148, 190, 229, 233, 337, 343, 345, 346, 357, 428, 554, 560, 564. Croy, Philippe de, hertog van Aerschot, LUI, 4,5, 7, 8, 44, 21, 23, 26, 34, 36—38, 40-442,44— 46, 52, 54, 58, 60, 61, 63, 65, 68—70, 74,75, 80, 82, 83, 85—87, 90, 98, 102,110,111,114, 120, 130—132, 145, 165, 182,185,186,190—' 193, 195, 196, 199, 200, 204, 206—208, 215, 218, 220, 233, 236, 244, 249, 250, 253, 257, 259, 260, 273, 274, 289, 290, 297, 299, 300, 304, 306, 309, 310, 317, 324, 336, 340, 342, 345, 347, 351, 353—361, 364-r371, 375, 377, 379, 381, 382, 388, 391, 393, 395, 405, 406, 411, 415, 418, 424, 426, 429, 433, 471, 478, 502, 520, 521, 529, 531, 533. 543, 544, 546, 549, 556—658, 560—564, 566—568, 571, 578, 595. Croy, 357. Cruningen, Maximiliaan van, heer van Ueenvliet, 245, 248, 371, 373, 375, 382, 388, 396, 401, 404, 407, 408, 410, 415, 421, 424, Crupet, zie Carondelet. Cruxelly, zie Fornye, 149. Cruyckenborch, 114, 115. 41 642 INDEX VAN Cuelenborch, zie Kuilenburg. Cuelier, Bernhard de, 561. Cuenca, bisschop van, 35. Cuestere, Quevin de, 194. Cuinchy, zie Blondel. Cybil, Mose, 102. D. Daele, Valerius van, 454, 450. Daelhem, 286, 331, 421. Daguilar, Alonso Dies, 502. Dale, Jean van, 122. Dalfsen, 268. Dal un, 374. Damant, Nicolas, lid van den Baad van Brabant, 584. Damhoudere, 526. Damys, Jean, 333. Daniël, bode, 540. Daublan, zie Senselles. Danst, Eustache, heer van Jumelles, 471. Davison, Williain, gezant van Engeland, 303— 306. Davré, Uector de, heer van Wittersies, 151. Deckere, Joris de, 460. Deilfen, Henry, 398. Deletache, zie Oooche. Delft, 75. Delfft, Van der, pensionaris, 325. Delfzijl, 139, 140, 545, 559. Dendermonde, 28, 58, 61, 68, 122, 148, 243, 249, 256, 260, 266, 267, 273, 278, 328, 335, 359, 390, 423, 424, 459, 469, 493, 528, 553. Denemarken, koning van, 584. DenneÖeres (?), A., 149. Deux-Ponts, zie Tweebruggen. Deventer, 68, 119, 152, 157, 188, 231, 235,241, 243, 253, 259, 266,278,280,487,492,493,546. Deventer, burgemeester van, zie Winssem. Deville, Derville, 374, 419. Dieden, zie Gent. Diegem, 387. Dielbeke, 387. Dielegem, 387. Dielegem, abt van, zie Couvvenberg. Diersen, zie Tienen. Diest, 61, 62, 93, 107, 230, 260, 269, 340, 527, 543, 546. Dietz, Christoffel, graaf van, 308. Dinant, 45, 46, 319, 320, 410. Doccoche, zie Ococbe. Doccum, Herman, abt van Felwert, alias Olden- clooster, 4, 152. Dóle, 77. Donnel, Pierre, 448. EIGENNAMEN. Doornik, stad, 4, 12, 66, 101, 109,116,121,151, 153, 159, 230, 254, 260, 266—269, 303, 372, 380, 388, 397, 411, 462, 465, 469, 472—474, 476, 478, 481, 490, 495, 496, 511, 513, 515, 531, 535, 578. Doornik, Staten van, LV, LVIII, 10, 11, 15, 122—125, 297, 313, 340, 372, 498. Doornik, gedeputeerden van, LX, 4, 10, 36, 57, 65, 121, 151, 152, 372, 447, 449. 520, 535. Doornik, bisschop van, 47. Doornik, pensionaris van, zie Cbambge en Hovyne. Doornik, prevoost van, zie Alegambe. Doornik en het Doorniksche, stadhouder van, zie Werchin. Doorniksche, het, 101, 116, 159, 383, 397, 423, 469, 472, 481, 490, 495, 496, 501, 504, 513, 515, 531. Doorniksche, Staten van het, LV, LVIII, 4, 40, 41, 123, 313, 465—467, 469, 472—474, 476, 477, 484, 483, 491, 495,501,503,504,510,597. Doorniksche, gedeputeerden van het, 4, 10, 16, 36, 57, 65, 121, 151, 407, 433, 447—449,465, 520, 535, 597. Doorniksche, griffier van de Staten van het, zie Houfflin. Doorniksche, pensionaris van het (= Houfflin?), 220, 413, 429, 538, 551, 578. Doorniksche, ontvanger van het, 374. Dordrecht, LI, 67, 585. Dordt, Zeino van, heer tot Dordt, 2, 147. Dostrel, Jacques de, abt van St. André-au Bois, 2, 13, 143, 149. Douay, 3, 150, 384, 462, 471, 474,478,503,504, 511, 570, 578, 598. Douay, zie Rijsel, Douay en Orchies. Douay, pensionaris van, zie Broide en Lelys. Dourien,Richard,heervan Tavigny enLimpach,13. Dremborn, Alexander de, 368. Drente, 140, 513, 545, 655. Driessche, George van den, 377, 378, 384, 396, 526, 598. Driesse, 565. Droogenbosch, 387. Drouchin, 582. Druitius, Remigius, bisschop van Brugge, 47, 148, 158, 202, 226, 229, 232, 234, 235, 325, 445, 524. Dryvere, Nicolas de, 476. Duffel, 51, 107. Duffele, zie Merode. Duinkerken, 19, 107, 172, 301, 346, 365—367, 373, 402, 405, 407. Duitschers, 6, 11, 27, 32—35, 48 en vlg. 76, 103 en vlg., 122, 125, 164, 170,171,183,184, 187, 188, 192, 197, 199, 201, 203, 205—208, 212, 222, 230, 232, 233, 235, 312—314, 318, INDEX TAN EIGENNAMEN. 643 325, 331, 347, 350, 367, 360—363, 365, 368, 373, 434, 441, 446, 461, 469, 473—477, 485, 487, 490, 491, 493, 495, 500, 502; Addenda. Duitschers, zie ook Hoog- en Neder-Duitschers. Duitschland, 6, 24, 25, 27, 28, 45, 46, 55, 70, 75 en vlg., 88, 89, 103, 135, 190, 254, 307— 317, 441, 486, 495, 536, 595. Duitschland, Karei, V, keizer van, L, LUI, II. 121, 130, 219, 319, 534, 559. Duitschland, Maximiliaan II, keizer van, 6, 35. 69, 75, 76, 77. Duitschland, Rudolf II, keizer van, .45, 46, 76, 181—185, 188, 189, 191—193, 199, 197, 203, 205, 219, 220, 225, 261, 263, 276, 279, 307— 310, 315, 325, 373, 450, 524, 525, 527, 528, 536. Duitschland, keizerin van, 308. Duiveland, 49, 31. Dundee, kapitein, 110. Dunes, abt van, 580. Dunois. Christoffel, 295. Ounquerque, zie Duinkerken. Durant, 374, 419. E. Eberstcin, zie Everstein. Eckelbeke, zie Riem. Edneston, Guillaume. 377. Eecke, zie Scheppere. Eeckenberge, baron de, .342. Eeckhout, zie Heetvelde. Eersen?, 421. Ell'eren, Jean van, heer van Stalberg, 336, 374. Eggertsz., Gaspar, 95. Egmond, Philips, graaf van, 70, 93—95, 100, 101, 108, 109, 146, 191, 198, 209, 210, 233, 284, 288, 333, 341, 346, 357, 375, 379, 383 —385, 388, 390, 392, 394, 395, 398, 399,402, 412, 414, 416, 429, 456, 457, 499, 525, 527, 532, 571, 582. . Egmond, Sabina van Beieren, gravin-douairière van, 70, 593, 594. Eindhoven, 172, 252, 364, 594. Ekelsbeke, zie Pardieu. Eist, Jac. van der'?, 152. Embden, 119. Empden, zie Eynde, Empt, Hendrik, heer tot, 147. Eng, Frederik n ten, 151. Engeland, 8, 30, 74 en vlg., 77, 161, 181, 182, 187, 241, 243, 294, 299—307, 340, 327, 331, 427, 477, 485, 495, 507, 514, 585. Engeland, Elisabeth, koningin van, 69, 74 en vlg., 86, 167 (?), 187, 299—307, 507. Engeland, eezant van. zie Wilson en Davison. I Engelbelt, Crislollel, 389, Engelschen, 306, 328, 360, 482. Enghien, 49, 149, Ennelières, Arnoul d', 212, 227. . Ennetières, Louis d', gouverneur van Chimay, 390, 441. Enspyck, zie Pieck. Ensyn, zie Inchy. Entens, Darthold — van Mentheda, 209, 318, 335, 342, 345—349, 351, 356, 358^-365^:374, 378, 391, 426, 444, 445, 485. Entiers, rekenmeester in Luxemburg, 52G. Epinoy, Rolande de Werchin, prinses van, 471. Erpe, Erps, 349, 399. Erpe, zie Schouteete. Es, Este, Van den, 225. . Escarmouche, zie Scaramuccia, £. .. ,'. . Eschorix, Rombout. 476. Escluse, 1', zie Sluis. Escosse, Escossois, zie Schotland, Schotten. Escovedo, Juan de, XXVI, 41, 43, 44, 68,. 185, 190—192, 198, 199, 204—206, 211, 21-2,: fttt, 217, 259, 269, 344, 437. Espagne, Espagnols, zie Spanje, Spanjaarden. ; Espallart, Jean, 534, Esplechin, zie Cotterel. Esprelecque, 518. Espres, Philippe d', 518. Essestein, zie Abcoude. Est lingen, Pierre d', 413. Estourniel, A., heer van St. Remy. gouverneur van Breda, 23, 49, 133, 415. Estrées, zie Ongnies. Eslrouvelle, D', 415. Estrumelle, Gertrud d', 430. Estumbruges, zie Ligne. Elebes?, 229. Etten, 462. Etterbeke, 387. Everbode, zie Averbode. Everstein, Hubert, graaf van, 261, 279, 282. Everstein, Otto, graaf van, 48—51, 55, 59tt62, 67, 250—252, 256, 258, 259, 268, 269, 275, 276, 280, 281, 283, 286; Addenda. Everstein, Robert, graaf yan, 251. Evre, 387. Evre, zie Bailleul. Eynatten, zie Strijthagcn. Eynde, Cornelis van den, 230, 255, 268, 269, 272, 311, 369, 365; Addenda Eynde, Pierre van den, 373, 386. Eynthoven, Pierre van, 359, 360, 362. Fabri. Arnould. XXV. 644 INDEX VAN Facuwez, Charles de, heer van Wissemant en La Haye a Gay le Piéton, 330, 378. Facuwez, Pierre Ernst de, 584. Faes, Herman, 59. Famars, zie Liévin. Fauquemberghe, zie Ligne. Fauquemont, zie Valkenburg. Felwert, abt van, zie Doccum. Fersele, zie Vorsele. Feukere = Feustre?, 266. Feustre, 229. Firlel of Fidel?, Hans, 598. Flandres, zie Vlaanderen. Fléru, 57. Fleuruchamp, Florenchamp, Jean de, capitaine de justice, 93, 103, 109, 328, 342, 364, 379. Fleute, Jean de la, 144, 228, 523. * Floreffe, abt van, zie Oupaix. Florence, 437. Floreques, zie Fleuruchamp. Florimont, zie Pol viller. Florines, zie Glymes. Floyon, 58 Foeyt, Peter, raad van Utrecht, 151. Fonck, Jan, aartsdiaken en domproost te Utrecht, lid van den Raad van State en den Geheimen Raad, LUI, 39, 40, 181, 182, 185—187, 190, 207, 324. Fontaine, De la, 332. Fontaines, Jean des, griflier van de Staten van Rijsel, Douay en Orchies, procureur van Rijsel, 150, 426, 498, 515, 576. Fontaines, Des, gezant van Frankrijk, 297. Fontes, zie Bourgogne. Fontpertuis, 72. Foreest, Nanning van, pensionaris van Alkmaar, 150. Forloiz, 200. Fornye, Michel de, béér van Cruzelly, 149, 334, 337, 391, 400, 408. Foucker, zie Fugger. Foullon, Adrien de, ontvanger van de beden in Namen, 93, 444, 211, 347, 352. Fourier, Florian, 16. Fourier, Jéróme, 419. Fraipont, Francois de, 205. Franc, zie Vrije. Franche Comté de Bourgogne, 6, 76, 77, 231, 401, 411, 439, 495, 595. Franche Comté, Staten van, 317. Francx, Laurens, 587. Franeau, Fraineau, Philippe, ontvanger van de beden in Henegouwen, 328, 330, 341, 371, 377, 386, 400, 403, 411, 413, 428—430. Frankenborg, zie Schwartzenberg. Frankfort, 78. EIGENNAMEN. Frankfort, rijksdag van, 308, 316. Frankrijk, France, 20, 69 en vlg., 75, 80, 98, 99, 103, 105, 143, 291, 294- 298, 332, 401, 438, 482, 485, 495, 588, 590, 595. Frankrijk, Hendrik III, koning van, 35, 36, 69 en vlg., 86, 98, 99, 131, 291—298. Frankrijk, koningin van, 297, 298. Frankrijk, koningin-moeder van, „regentes", 69, 70, 73, 297. Frankrijk, gezant van, zie Mondoucet. Franschen, 75, 100, 232, 294, 295, 346, 355, 358, 359, 363, 383, 387, 398, 403, 415, 416, 419, 421, 427, 444, 485. Frayere, H.?, 151. Frenoy, 416. Fresin, sie Gavre. Friesland, 47, 48, 407, 135, 137—139,141,192, 196, 243, 221, 256, 350, 357, 358, 371, 413, 440, 506, 512, 539, 545, 548, 549, 551, 555, 561, 570, 574, 576, 588. Friesland. Staten van, LIV, LVIII, 10, 15, 17, 156, 266, 357, 371, 408, 412, 421, 539, 547, 548, 550, 552, 555; Addenda. Friesland, gedeputeerden van, LIX, 451, 168, 308, 362, 371, 386, 391, 440, 485, 535, 549, 550, 552, 572, 591; Addenda. Friesland, Hof van, LIX, 17, 545, 570, 572. Friesland, gouverneur van, zie Robles. Friesland, president van het Hof van, 485. Friesland, «le docteur» van, zie Aernsma. Frihit, Christoffel, 310. Frise, Frize, zie Friesland. Frituna, Filio, zie Frytema. Froidmont, zie Bourgogne. Frondsberg, Frundsberg, Georg, baron Van, 51, 56, 62, 66, 250, 260, 270, 271, 274, 283, 286, 287, 290, 311, 473. Froye, Jacques, abt van Hasnon, 149, 200, 202, 434, 531, 567. Frytema, Feico van, 138. Fuckar, Fucker, zie Fugger. Fugger, Antonio, 437. Fugger, Karei, 49, 51, 64, 62, 225, 250, 253, 254, 260, 27Ö, 271, 274,276—279,285,288— 290, 308, 309, 311, 342. Fuggers, de bankiers, 261, 312, 314, 391, 434, 438, 442, 452, 453; Addenda. Fuggers, agent van de, zie Montprot. Fumay, 390, 395, 397, 399. Furnes, zie Hornes. Furst, 251. O. Gaesbeke, zie Hornes. Gaffler, Thierry, 345. INDEX VAN EIGENNAMEN. 645 Gailüere, zie Gorle. Gaillo, Alonzo Lopes, 434, 435. Gaillo, Loupez, 64. Gampor, vicomte de, gouverneur van Péronne, 579. Gand, zie Rassenghien. Gand, zie Gent. Gangel, Wilhem van, 80. Gangelt, 412. Ganshove, 387. Gante, Diego Goncales, 456. Gantoir, 266. Garde, De la, 404, 415, 422, 426, 427. Gardine, Josse des, 582. Gautier, Francois, pensionaris van Bergen, 149, 236, 407—409, 412, 462, 537, 551. Gavre, Baudouin de, heer van Inchy, gouverneur van Kameiijk, 1, 49, 375, 381, 386. 392,550; Addenda. Gavre, Charles de, heer van Fresin, 3, 18, 33, 37, 54, 72, 100, 101, 107, 109, 118, 120,124, 149, 153, 168, 173, 183, 204, 206, 264, 268, 286, 326, 327, 333, 337, 341, 348, 352, 378, 391, 399, 404, 415, 417, 424, 425, 427, 430, 431, 439, 440, 442, 446, 450, 488, 498, 531, 533, 534, 567, 580-582, 596. Gayl, Andreas, 45, 161, 220, 315. Geel, 270, 286, 407. Geertruid, St., 387. Geertruid, St., abt van, zie Linden. Geertruidenberg, 165,167,172,222,345,580,581. Geertsz., Cornelis, 363. Gelas, Charles, 40, 42. Gelder, Carel van, 148. Gelderland, 6, 14, 61, 66, 67, 76, 77, 107, 110, 134, 135, 161, 213, 241, 242, 246, 248, 255, 277, 284, 285, 288, 357, 382, 404, 426, 481, 483, 486—488, 492, 506, 510, 512, 513, 618, 534, 545, 548, 551, 557, 559, 565, 577, 588. Gelderland, Staten van, LIV, LVIII, LIX, 9,11, 14, 45, 64, 133, 134, 468, 265, 270,277—280, 286—290, 313, 316, 383. 389, 390, 404, 412, 440, 480, 483, 486, 487, 490, 492, 496, 529, 565, 576, 577. Gelderland, gedeputeerden van, LIX, 2, 45, 22, 41, 47, 131, 132,142, 446, 447,152, 153,168, 278, 284, 290, 342, 429,440,466,486,577,591. Gelderland, Hof van, LVI, 390, 399. Gelderland, voogdij van, 285. Gelderland, kanselier van, 204. Geldorp, zie Hornes. Geleen, zie Amsterrode. Geleyssens, Guillaume, 586. Gembloux, 230, 260, 385, 386, 540; Addenda. Gembloux, zie Hanckaert. Gemmenteh, landdrost van, 220, 228. 263. Genapiën, 579. Genemuiden, 575. Geneva), 427. Gent, LVIII—LX, 2, 9, 17—22, 26, 49, 62, 63, 83, 86, 98, 100, 103, 107, 122, 144, 448, 154, 459, 463-166, 168, 171, 176—178, 180, 183, 191, 207, 238, 281, 287, 301—303, 309, 328, 335, 342, 346, 350, 367, 368, 369, 374, 375, 377, 382, 395, 401, 404, 435, 458, 460, 477, 478, 481, 497, 505, 509, 425, 527, 529, 535 —538, 541—543, 558, 560—569, 571, 573, 577, 578, 582, 584, 589, 593, 598. Gent, Barthold van, heer van Loenen, burgemeester van Nijmegen. 2, 147. Gent, Johan van, heer van Oyen en Dieden, jagermeester van Gelderland, 147, 400. Gent, pensionaris van, zie Haghen. Gent, prelaat van St. Pieter bij, zie Timmerman. Gent, vicomte van, sie Melun. Genua, Gennes, 199, 432, 436, 437, 439. Genueezen, 587. Germain, St., 503. Gery, frère, 36. Ghislain, Gheleyn, St, abt van, zie Moulart. Ghistelle, Charles de, heer van Provene, 148, 264, 277, 393, 402, 490, 495, 497, 505, 541. Gbistelles, Arthus de, heer van Rymeersch, groot-baljuw van Ieperen, 2, 14, 21, 61, 69, 70, 148, 596, 597. Gilles, Jean, pensionaria van Antwerpen, LXVII, 2, 14, 24, 25, 91, 92, 121, 134,136,147, 152, 153, 166, 169, 175, 177, 225, 253, 285, 334, 337, 372, 450, 457, 462, 522, 568, 589, 594. Gilles, Jean, raad en rekenmeester van Brabant, LXVII, 2, 16, 17, 39, 74, 99, 122, 152, 157, 170, 188, 292, 304, 318, 331, 423, 459, 490, 507, 584, 595. Gimbale, 425. Gindertalen, 175. Gislengien, zie Hennin. Givry, Jean de, heer van Brevillers, schepen van Bergen, 149. Glabbeke, zie Coutreau. Glymes, Charles de, baron van Florines, gouverneur van Philippeville, 369, 374—376, 379, 389, 390, 402, 403, 409, 415, 423, 425, 519. Glymes, Jacques de, groot-baljuw van Nivelles en Waalsch'-Braban^ L, 51, 70, 85. 92, 97, 101, 130, 319, 327,'329,*330, 334, 347, 351, 358, 383, 385, 396, 397, 404, 413, 447, 580. Glymes, Servaes de, heer van Cours, 90, 98, 400, 102, 347, 352, 358, 375. Goerlet, zie Gorle. Goes, LVIII, 26, 31—35, 67, 162, 175, 244, 264, 278, 282, 286, 579. Goeswijns, 386. 646 INDEX VAN EIGENNAMEN. Goethals, Christien, 458. Goethals, zie Mudeus. Goignies, Anthoine, heer van Vondegise-au-ISois. 4, 5, 98, 149, 153,191,206, 246, 256,258, 259, 263, 268, 270, 271, 274, 277, 341, 348, 3Ï4, 353, 355, 359, 360, 363, 364, 366, 370, 372, 375, 378, 382, 383, 385—392, 395, 397, 398, 408, 411, 412, 415, 416, 486, 488, 532, 558, 595. Gombault, Goubault, Jean, heer van Achmont, ontvanger van Doornik en het Doorniksche, 159, 519. Gomez, Jaspar, 136, 543. Gommicourt, Adrien de, 229. Gonzaga, Gonzagua, Octavio de, 41, 43, 44, 68, 183, 185, 186, 194-196, Gorle, Jean, 177. Gorle, Robert, 177. Gossen, Pasquier, schepen van Atrecht, 3, 149, 152. Goude, Johan de, syndicus van Groningen, 138, 141. Goutart, Nicolas, 347. Goy, Gouy, zie Goignies. Gracht, Gauthier van der, heer van Maelstede. 8, 75, 76, 307—309, 373, 528. Gramaye, Gerard, 512, 518. Gramaye, Jacques, commissaris, 378, 379, 388, 445, 530. Gramaye, Jacques, ontvanger van de beden in Brabant, 261, 262, 268, 518, 519; dezelfde als de vorige? Gramaye, Thomas, eerste rekenmeester van Gelderland, 253, 254, 257, 277, 449, 518. Grandmont, Grammont, 396, 424. Grave, 26, 28, 50, 68, 107, 136, 170, 243, 260, 278, 287, 331, 333, 342, 350, 362—364, 373, 463, 466, 543, 548. Grebels, Melchior, 333. Gregorius XIII, paus, 6, 69, 82, 238, 324, 325, 531, 581, 582; Addenda. Grendon, 428. Grenet, Antoine de, heer van Werp, 340, 351, 352, 382, 388, 447,418. Grenier, Lievin, 584. Grenu, 427. Greve, Guillaume 's, abt van St. Michiel, 146,. , 584, 582, 584. . Grevelingen, 107, 346, 365, 366, 373, 378, 380, 394, 395, 405, 419, 456, 482, 506. Grevenbroeck, Raes van, 28, 86, 92, 95, 97, 99, 100. Grevenbroeck, „dame" de, 596. Grevenbroeck, zie Bouckholt. Griecken, Gerard van, burgemeester van Leuven, 147, 351, Grimaldi, 442. Grimbergen, 521. Grimbergen, abdij van, 584. Grimbergen, abt van, zie Campenhoüt. Grobbendonck, zie Schetz. Grondel, Philippe, 555. Groningen, gewest, LIV, 10, 15, 17, 48, 135 en vlg., 192, 512, 5'3, 545, 548, 555, 559; Addenda. Zie ook Ommelanden. Groningen stadhouder van, zie Robles. Groningen, stad, LIX, 4, 15, 135 en vlg., 154, 163, 244, 391, 463, 488, 539, 543—547, 552, 554- 556, 559, 560, 567, 572, 574, 575. Groote, Francois de, schepen van Gent, 448, ! .558, 584. Grooten-Rygaarden, 387. Gruithuisz, Pilgrim van den, rechter le Arnhem, 152. Gruutère, Adolf de, schepen van Gent, 148,597, ! 598. Gruulere, Charles de, heer van Croovelde, 565. Gruutere, George de, 598. Grij n, Martin, 328, Grijpskerk, 152. Grysperre, Guillaume, pensionaris van Mechelen (of Namen?), 96. Gudule, St., 324. Guebels, Francois, 205. Gueldres, zie Gelderland. Guise, hertog van, 70, 172, 211, 296. Gulik, 86. Gulik, Willem, hertog van —, Kleef enz., 6, 45, 46, 77, 488, 228, 307, 315, 316, 318,321. Gulik, gedelegeerde van, zie Gemmenich. Giilpe, 344. Gulpen, Guillaume de, luitenant van den gouverneur van Limburg, 331, 332. H Haag, Den, in Gelderland, 2. Haarlem, LVIII, 19, 25, 29, 31, 32,35,135,142, 158, 162, 174, 175, 246, 260, 276, 540. ; Haarlem, schout van, 175. Hacket, zie Acquet. Haecht, 92, 419. Haer, Louff van der, ontvanger van Utrecht, 154. Hagenbuger, Hagenboucher, Christoflel, 448,509, 512. Haghen, Gerolf van der, pensionaris van Gent, XXIV, 68, 148, 159, 268, 276, 419, 423, 463, 524, 560, 577, 582. Haghen, Guillaume of Willem van der, 278, 289 386, 395, 584, 595. Hainault, Haynault, zie Henegouwen. Halber, Halden, Haller, Ludolf, 312—314. INDEX VAN EIGENNAMEN. 647 Halen, 61. Halden?, 598. Halewijn, Francois de, heer van Sweveghen, 2, 4, 5, 11, 18, 24, 26, 72, 74, 75, 115,148,152, 462,' 163, 165, 182, 187, 191, 197, 199, 200, 202, 220, 225, 226, 244, 253—256, 299—304, 307 312 326, 342, 526, 554, 554, 561, 568, 571. Halewijn. broeder van, 523. Hallain, Haillain, 71, 72, 292, 293. Halle, Hal, 58. Halle, Jan van, 145. Haller, Charles de, 525, 527, 529. Haller, zie Halber. Hamburg, 79. Haméricourt, Gérard de, 580. Hamilton, Jacques, 145. Hamilton, Jean, 445. Hamme, Jeróme, 362. Hamme of Hames, zie Claerhout. Hamont, Michiel van, 240, 497, 538, Hamstede, zie Hanzesteden. Hamuyton = Hamilton?, Jean de, 595. Hanckaert, Larabert, abt en heer van Gembloux, 1, 91, 113, 130, 143, 146, 185, 204, 336, 519, 537. Hangenart, Philippe, ontvanger van Rijsel, Douay en Orchies, 429, 446. Hannart, Charles de, baron van Liedekercke, vicomte van Brussel, 39, 42, 49, 146,166,168, 181, 187, 192, 193, 200, 204, 208, 258, 260, 261, 268, 273—276, 295, 303—305, 324, 340, 343, 356, 366, 368, 372, 374, 379, 380, 385, 391, 403, 426, 427, 441, 443, 446—450.452— 457, 459, 500, 507, 524, 522, 527, 530, 572, 584, 589, 594; Addenda. Hannibal, zie Altaemps. Hannon, 375. Hansberge, zie Heinsberg. Hanucq, Jean, luitenant-drost van Brabant, 375. Hanzesteden, 312. Harderwijk, 577. Harduyn, Denys de, auditeur-generaal, 103,351. Haren, 387. Harlingen, 140, 547, 548, 570. Harvy, James, 74, 75, 300. Hasnon, zie Froye. Hassche, 570. Hasselt, 82. Hastière, 150. Hauchin, David de, pensionaris van Bergen, 149. Haugwitz, Ernst van, 394. Hault, 205, 367, 459, 549, 552, 578, 584. Haultain, Josse de, heer van Bosque, 337, 351. Haulte-Croix, 113. Haultepenne, zie Berlaimont. Hauroul, De, 390. Haussy, zie Boussu. Hauterive, zie Bracle. Hauts-AUemands, zie Hoog-Duitschers. Havet, Antoine, bisschop van Namen, 3, 13, 46, 47, 131, 138, 143, 150, 200, 229, 235, 354,521. Havré, zie Croy. Haye, Jean de la, heer van La Haye, 3,14,61, 150, 153, 304, 330, 391, 440, 503, 508, 548, 562, 585. Haye, La, zie Facuwez. Haye, La, z» Peyssant. Haye & Brigode, zie Marbais. Haynin, Francois de, heer van Breucq, baljuw van de chatellenic van Rysel, 3, 107, 150, 183, 474, 576. Heen vliet, zie Cruningen. Heerlen, 318. Heermale, Floris, kanunnik en trésorier van Oudmunster te Utrecht, 151, 302, 579. Heetvelde, Adolf van, heer van Eeckhout, 442. HelTault, heer van, gouverneur van Hedinfert. 547. Heidelberg, 78. Heinsberg, 316. Hellegaten, 60. Helmond, 95, 252. Helvoirt, zie Bloeyman. Hembyse, Francois van, schepen van Gent, 148. Hembyse, Jan van, 565. Hemskerck. J., 141. Henegouwen, 6, 28, 102, 107, 124, 144,233,328, 336, 337, 346, 354, 356-358, 361, 371, 374, 396, 397, 405, 409, 410, 415, 416, 423, 427, 430, 439, 469,#473, 478, 481, 485, 490, 496, 497, 504, 507-^-509, 513, 521, 525, 531, 534, 541, 551, 560. Henegouwen, Staten van, LH—LV, 10, 48, 51, 82, 108, 112, 313, 324, 328, 334, 350, 351, 369, 405, 407, 428, 438, 442, 445, 448, 466, 478, 485, 497, 501, 538, 588. Henegouwen, gedeputeerden van, LVII, LXI, 3, 5, 7—9,18, 36, 65, 85,115,120, 121,149,152, 153, 155, 211, 400, 413,446,473,499,535,541. Henegouwen, Raad van, 189. Henegouwen, ontvanger van de beden in, zie Franeau. Henegouwen, ontvanger van de domeinen in, 372. Henegouwen, ontvanger-generaal van, zie Martigny. Henegouwen, griffier van de Staten van, zie Carlier. Henegouwen, sénéchal van, zie Werchin. Hennin, Balduin, abt van — Liéterd, 149, 566. Hennin, Jacques de, heer van Gislengien, baljuw van Comines, 450, 153, 236, 304, 454, 523. 648 INDEX VAN Hennin. Jean de, 576. Hennin, zie Haynin en Bossu. Henrixsse, Henry, 449. Herbec<]ue, 417. Herff, Guillaume de, heer van Alsdorp, Hert, Carpen, Lommersem etc., 336, 426. Herenthals, 58, 60, 95, 107, 256, 364, 367. Heriselle, Herzele, Philips van, heer van Monsbroeck en Boeselles, 148. Herlay, Jaspar van, 367. Herle, 401. Herre, Conrad de,'80, 95, 97, 109, 192, 369. Herre, J. de, 335. Hersellp, Guillaume de, 330. Hert, Antoine van der, ontvanger te Brussel, 1, 147, 183, 205, 537. Herten, zie Heerlen. Hertogenbosch, 's-, 2, 19,61,62,64,66—69,170, 186, 190, 191, 202, 206, 231, 233, 243—247, 250—252, 256, 261, 263, 268—271,279,281— 284, 289, 318, 352, 364, 369, 382, 383, 385, 388, 446, 449, 464, 466, 475, 489, 540, 51L 540, 558, 559, 578, 584. Hertogen bosch, 's-, burgemeester van, zie Bloeyman. Hertogenbosch, 's-, gouverneur van, zie Oaublan en Senselles. Hertogenbosch, 's-, pensionaris van, zie Hessels. Hertogenbosch, 's-, bisdom van, 582. Hertogenbosch, 's-, bisschop van, zie Metsius. Hertogenbosch, 's-, meierij van, 282—284, 337, 362. Hertogenrade, 's-, 401, 421. Hertogenrylant, 's-,*578. Hertoghe, Abraham de, 283, 373,400,447—450, 460, 501, 522, 523. 580. Hervares, 503. Herve, Francois d' (?), 148, 290. Hervy, Herrivy, zie Harvy. Hervy, Hervege, Thomas, 304. Hesdin, 107, 395. Hesdin-fort, = Hedinfert?, 327, 547. Hessels, Andries, pensionaris van Den Bosch, 2, 91, 147, 173, 208, 219, 236,244,245,255,256, 258, 269, f 279, 281, 285, [337, 367, 369, 377, 379, 395, 423, 490, 553, 560. Hessels, lid van den Baad van Vlaanderen, 562, 564. Hessen, Willem, landgraaf van, 308. Heule, zie Liedekercke. Heusden, 166, 172, 173, 340, 351, 382,388,585. Heverié, 218. Hey, Jean de, 415. Heyden, Henri van der, 534. Heylessem, abt van, zie Bernart. Heyst, 426. Heze, zie Hornes. Hierges, zie Berlaimont. Hinckaert, Jean de, heer van Ohain, 78 595. Hoboken, zie Schetz. Hoey, Huy, 44—46, 182, 183, 196. Hoffman, Gille, 406, 590. Hoffmeyer, Henry, 389. Hogaerdes, Hougaerde, 100, 317, 414, 432. Hohenlohe, Philips, graaf van, 24, 26- 28, 100, 167, 280, 281, 284—290, 321, 328, 333, 34o) 343, 356, 367, 383, 385, 391, 404, 426. Hoirenbeke, Jean van, 493. Holland, LVII—LX, 9, 17, 19, 26, 28—31, 35, 37, 64, 71, 107, 134, 137, 161—180, 183,'202| 241, 387, 398, 483, 486, 487, 495, 496, 512, 513, 516, 517, 521, 534, 545, 550, 559, 560, 565, 584, 587, 592. Holland, Staten van, LI—LUI, LVI, LX, 6—8, 10, 18, 25, 30, 41, 140, 159, 161—180, 207^ 221, 246, 343, 358, 359, 424, 425, 470, 512, 566, 589—592, 596, 597. Holland, gedeputeerden van, 30, 47, 48, 150, 152—154, 158, 161, 175, 535, 537, 541, 591, 592. Holland, Bekenkamer van, 397. Holland, Noord-, 161. Holleborre, Vincent van, 167. Holman, Dominicus, 595. Holstein, Adolf, hertog van, 27. Holstein, Holsteyn, George van, 362, 363, 374. Holy, zie Muys. Homer, zie Omer. Hondschoote, zie Hornes. Hondt (of Canis), Jacob d', pensionaris van Ieperen, 509. Hoog-Duitschers, 48, 52, 169, 177, 204, 206— 210, 215, 240—290, 307, 357, 358, 393, 459, 487, 492—495, 500, 510. Hoogemierde, 284. Hoogstraten, 107, 282. Hoogstraten, LeOnora de Montmorency, gravindouairière van, 291, 593, 594. Hoogstraten, huis van, 131, 293. Hoorn, 586. Hopperus, Joachim, 35, 36. Hordijs, Pierre, 598. Hornbourch, Horenburg, Valentijn van, 77—79, 491. Hornes, kapitein, 416. Hornes, George de, graaf van Houtekerke, baron van Hond schooien, burggraaf van Furnes, heer van Gaesbeke, 146, 399, 423, 486. Hornés, Gerard de, heer van Baucignies of Bassignies, baron van Boxtel, 147, 470, 172,244, 245, 304, 325, 366. Hornes, Guillaume de, heer van Heze, Leende INDEX VAN EIGENNAMEN. 649 en Geldorp, LI, I, 15, 28, 51, 58, 61, 62, 70, 72, 85, 93, 97) 99, 100, 101, 107, 113, 128— 132, 145, 146, 187, 188, 191, 197, 209, 210, 214, 233, 275, 277, 279, 280, 290—292, 294, 327, 333, 340, 346, 368, 370, 376, 378, 395, 397, 399, 404, 406, 412, 416, 417, 429, 456, 461, 519, 537, 538, 57'.'. Horny, De, 188. Horsey, Eduard, 299. Horst, zie Wittenhorst. Houchin, Charles de, heer van Longastre, 471. Houfflin, Jean, griffier van de Staten van het Doorniksche, 151, 220(?), 460. Zie ook Doorniksche, pensionaris van het. Hournes, Hugues, 149. Houssart, Francois, 174, 241,246. 248, 253,254, 257, 264, 268, 276, 278, 375, 378, 379, 388. Houst, Anthoine, raadsheer in Luxemburg, 13. lloute, Jean van der, buitengewoon secretaris supernumerair van het Hof van Brabant, 532. Houtekercke, zie Hornes. Houwarts, 419. Hou we, Jean, 349, 404. Houwitz, Etienne Ernst van, 79. Hovelmans, Jean, raad in den Raad van Brabant, 598*.* Hovyne, Hovines, Laurent de, pensionaris van Doornik, 151, 152, 166, 169, 175, 177, 236, | 258, 271, 298, 305, 306, 321, 385, 390, 403, 405, 408, 410, 412—414, 427, 447, 494, 515, 524, 526, 530, 537, 551, 567, 578. Hulsel, 284. Hulst, 107. Hutin, Marcel, griffier van de Staten van het Doorniksche, 4, 14, 15, 59, 159, 465 Huy, zie Hoey. Huygens, Corneille, 87. Huysingen, 387. Huysman, Josse, lid van den Raad van Vlaanderen, 18 , 580. Hyberghes, zie Yberghen. I. - Icxsem, zie Nytzem. Ieperen, 2, 98, 99, 118, 148, 153, 387, 427,509, 518, 522, 536. Ieperen, aartsdiaken van, zie Ayta. Ieperen, bisschop van, zie Rythovius. Ieperen, groot-baljuw van, zie Gbistelles. Iëperen, pensionaris van, zie Kayngeart, Kindt en Hondt. Immersele, Engelbert d', heer van Yeteghem, 6, 85, 91, 334, 347, 352, 358. Inchy, zie Gavre. Inchy, prelaat van, 382. Indevelde, Nicolas Micault, heer van, lid van den Raad van State, LIV, 86, 91, 182, 207, 567. Ine?, 229. In gen hoven, Peter, 290. Innsbrück, 278; Addenda. Inselles, L'. 478. Issche, zie Witthem. Italianen, 6, 48, 83, 183, 184, 187, 195, 203, 211, 238, 249, 361, 435, 436, 447, 449, 454, 455. Italië, 181, 188, 210, 324, 401, 432, 439 440, 447, 479, 495. Italië, Spaansche provinciën in, 470. Itterbeke, 387. J. Jacobs, Francois, burgemeester van Brussel, 147. Jacobs, Michiel, 101. Jacobs, Servaes, 386. Jacobijnen, 584. Jamaert, zie Jonnart. Jan, conciërge, 331. Jarges, Eise, 4, 152. Jarta, zie Tjaarda. Jason, Philippe de, 295, 416. Jette, 387. Jette, zie Couwenberg. Joden, 579. Jodoigne, 53, 414, 417, 420. Jonge, Andries Jacobsz. de, schepen van Middelburg, 150. Jonge, Francois de, LXI, LXV, LXVI, 13. Jonnart of Jamaert?, secretaris van Lalaing, 405, 422. Joossens, Adriaan Jacob, 86. Joossens, Joes Jacob, 86. Jouche, madame de, 325. Jujot, Leonard, 439. Juliers, Juilliers. zie Gulik. Jumelles, zie Daust. K. — Zie ook O. Kamerijk, 93, 107, 218, 296, 337, 371, 372,377, 381, 382, 386, 387, 393, 405, 550. Kamerijk, aartsbisschop van, 459. 581. Kampen, 157, 231, 235, 241, 243, 253,259,278, 280, 487, 492. Kampen, burgemeester van, zie Vecht. Karthuizers, 379, 394, 580. Kayngeart, Guillaume, pensionaris van Ieperen, 148, 169, 305, 367. Kelen, Guillaume van der, XXV. Kempen, 50, 58, 68, 84, 94, 152, 242, 546. 650 INDEX VAN Kerckhoven, Willem van den, heer van Vaulx, hoofdschepen van leperen, 148. Kerynck, Johan van, raad van Zutfen, 147. Keulen, 27, 66, 75—79, 308, 310—312, 315— 318, 487, 524, 525, 527, 528. Keulen, aartsbisschop van, 6. Keulen, Gebhard Trüchsess, aartsbisschop van, 310, 311, 317, 318. Kleef, 76, 77, 86. Kleef, hertog van, zie Gulik, hertog van. Kindisch, baron de, 66. Kortrijk, 148, 422, 424, 540, 548. Kreinck, zie Kerynck. Kriekenbeek, zie Stalbergen. Kruis (orde van het Heilige), 579. Kuohler, Erasmus Christiaan, 333, 342. Kueffel, George, auditeur in het kamp, 403, 108, 328, 340, 351, 378, 416. Kuik, land van, 463. Kuilenburg, Floris van Pallandt, heer van, 142, 342. Kyndt, Nicolas, pensionaris van Ieperen, 448, 536, 596. L. Ladeville, 389. Laegemierde, 284. Laeken, Leken, 387. Laignier, Jean, 518, 519. Lalaing, Emanuel Philibert de markies van Renty, baron van Montigny, 149. Lalaing, George de, graaf van Rennenberg, heer van Ville, 17, 102, 137 en vlg., 149, 172, 190, 194, 224, 256, 279, 317, 357, 371, 382, 391, 421, 428, 429, 539, 540, 543—548, 550, 552, 554, 555, 559, 560, 565, 570, 572, 574—576, 579, 592. Lalaing, Jacques de, heer van La Mouillerie, burggraaf van Oudenaarden, 148, 408, 532. Lalaing, Philippe de, graaf van, 4, 5, 44, 47, 61, 62, 68, -83, 85, 86, 95, 100, 102,106,108,110, 111, 149, 153, 189, 193, 195, 196, 200, 202, 211, 229, 234, 254—256, 258, 259, 275, 276, 284, 291, 292, 297, 300, 318, 326, 327, 330— 338, 340—342, 344—346, 348, 351, 354, 358, 368, 369—373, 375, 376, 379, 382, 383, 385— 388, 390—393, 395, 399, 400,404—410,412— 414, 446, 417, 419, 421—423, 426—430, 432, 439, 440, 463, 471, 476, 478, 485, 497, 501, 504, 528, 529, 532, 538, 540, 546, 554—553, 561, 579, 595. Lamsens, 205. Lancelot, zie Parisii. Landas, Oe, griffier van de Staten van Doornik, 125, 498. Landréchies, 107, 149, 377, 378, 399, 414. EIGENNAMEN. Langcstraat, 58. Langen, Jan van, secretaris voor de Hoog- Duilsche dépêches, XXVI, 160. Langle, 482. Lannoy, Fernand de, graaf van La Roche, 83, 400, 133. Lansaem, J., 148. Latre, Crimbra de, 434. Laurens, Jean, 108, 327, 330. Laureynsse, Charles, 493. Laureys, Pierre, 473. Leefdale, Arnoult de, 581. Leefdale, Rogier van, 147. Leemput, Johan Jacobsz. van, burgerhopman van Utrecht, 151. Leenkerbeke, 387. Leeuwarden, 17, 47, 438, 141, 142, 413, 424, 570, 572. Leeuwe, 253, 266. Leicester, Robert Dudley, graaf van, 75, 299, 300, 304. Leinden, Van der, 205. Leipzig, 79. Leken, zie Laeken. Lelys, Nicolas de, of Lys, Nicolas de la, pensionaris van Douay, 150, 152, 304, 346,355, 421, 445, 458, 484, 485, 528, 551, 583, 592, 598; Addenda. Lembach, Hans van, 67, 251, 252. Lembeke, 479. Lengaigne, Nicolas de, deken van „Notre Dame" te Atrecht, 148, 168, 199, 259, 312, 337,439, 470, 474, 488, 548, 593. Lens, Gilles de, baron d'Aubigny, 48, 72—75, 149, 172, 294—298, 387, 462, 526, 551. Leon, Lion, Elias de, 340, 356, 367. Leoninus, Elbertus, hoogleeraar te Leuven, 9, 18, 19, 37, 38, 64, 65, 67, 68, 72, 76, 77, 79, 132, 134—136, 147, 453, 161—168, 172, 174, 476, 478,' 195, 207, 241—243, 246, 280, 285, 346, 363, 480, 483, 486, 491—493, 496, 506, 520, 525, 527, 531—534, 544, 545, 550, 596. Leopard, Dominicus, 264, 278, 282, 286, 288, 290; Addenda. Lesdain, zie Bailleul. Lestaunier, 334, 348, 353, 364, 368; zie ook Tenner. Leurart, Francois, 494. Leusen, Gerard, 449. Leuven, 1, 18, 21, 41, 47, 56, 57, 62, 63, 66, 68, 93, 407, 116, 145—147, 152, 153, 183— 185, 191, 195, 198, 202, 215, 221, 234, 256, 324, 342, 344, 345, 368, 399, 409, 414, 425, 427, 598. Leuven, burgemeester van, 62; zie ook Roeloffs. I Leuven, pensionaris van, zie Rijcke. INDEX TAN EIGENNAMEN. 651 Libcrsart, zie Varick. Licerra, Sancho du, 265. Lichtervelde, Jean de, heer van Beaurewart of Beverwaert, Croix enz., souverain-baljuw van Vlaanderen 417, 560. Licques, zie Récourt. Liébart, Barthélemy, LXVIII, 4, 45, 151. Liebens, Bern hard, 445. Liedekercke, Antoine de, heer van Heule, 148. Liedekercke, zie Hannart. Liège, zie Luik. Lier, 43, 51, 63, 69, 112, 190, 193—195, 198, 249, 337, 367, 379, 388, 399, 402, 412, 414, 527—530, 549, 562. Lier, Joachim van, 147. Liesfeit, Théodore de, heer van Baesrode, 118, 153, 172, 220, 509, 524, 533, 534, 565—568, 573. Liétard, zie Hennin. Liévin, Charles de, heer van Fa raars, 149 ('.')• Ligne, George de, graaf van Fauquernberghe, heer van Estumbruges, 148, 229; Addenda. Lille, zie Rijsel. Lillo, 376. Limborch, Nicolas de, dict capitaine.Oost, 120. Limburg, land, LVI, LIX, 6, 242, 255,290,318, 361, 377, 398, 402, 596. Limburg, Staten van, 367. Limburg, gouverneur van, zie Amsterrode. Limburg, luitenant van, zie Belvin. Limburg, stad, 383, 402, 420. Limpach, zie Dourien. Linden, Charles van der, abt van Parck, 1, 91, 121, 143. Linden, Jan van der, abt van St. Geertruid, 1, 18, 20, 63, 72, 75, 100, 118—120, 145, 146, 153, 162, 168, 172, 182, 185, 191, 310, 325, 326, 369, 447, 418, 456, 488, 509, 523, 531, 533, 534, 565—568, 573. Linden, Lodewijk van der, 571, 572. Lingen, 10, 22, 213, 254, 317,379,389,513,545, 555, 592. Lingen, Staten van, LVIII, LIX, 487, 592. Lingen, drost van, zie Mulert. Lingen, gouverneur van, zie Hierges. Lingen, Bomhard van, 389. Lint here, heer van, 401, 412. Lion, Jean de, 370. Lion, zie Leon. Lipaldi, zie Lixalde. Lissen, Andrieu a, 77. Lixalde, Francesco de, 255, 258. Lochem, 410. Locquenghien, Philippe de, baron van Pamele, heer van Oudenaarden, 146, 337, 359. Loenen, zie Gent. Loenhout, 282, 483. Londen, 306. Londerseele, 331. Longastre, zie Houchin. Longerville, heer van, 315. Longin, Charles, 253, 257, 278, 286, 332. Longucval, Maximilien de, heer van Vaulx, 102, 204, 229, 328, 379, 544. Loo, Jean van, 275. Loon, 318. Loosen, Sebastiaen van, 31, 150; Addenda. Loots, Ambrosius, abt van Parck, 146. Lopez, Anna, weduwe Jean de Mol, 146. Lopez, Pedro, 265. Loquemans, Roeloff, pensionaris van Den Bosch, 2. Lorraine, zie Lotharingen. Los, abt van, zie Carpentier. Lotharingen, 76, 359, 595. Lotharingen, hertog van, 77, 314, 315. Lotharingen, hertogin-weduwe van, 77. Loucbaro, 393, 396. Louchan, Jean de, 351. Louchart, Claude, 372. Louvignies, zie Soumaing. Louvain, zie Leuven. Lübeck, 311. Luchtmakere, Guillaume, 448. Luenden, Herman van, 279. Luik, Gerard van Groesbeek, bisschop van, 0, 45, 46, 59, 76, 77, 79 en vlg., 181—184,187— 190, 192—200, 203—205, 218, 219, 228, 307, 310, 312, 317—321, 338, 344, 370, 371, 379, 399, 410, 450. Luik, land, 45, 46, 75, 76, 80 en vlg., 317—321, 330, 479, 530. Luik, Staten van, 319. Luik, stad, 44, 59, 77, 80 en vlg., 93, 102,231, 312, 317—321, 333, 344, 371, 512, £65, 578. Lumey, 395. Lumey, zie Marck. Lunenburg, 79. Luxemburg, gowest, LIX, 85, 97, 156, 160,166, 169, 181,231,254,255,353,354,359-361,526. Luxemburg, Staten van, LI V, LYIH, LIX, 10,13, 129, 155, 367, 383, 540. Luxemburg, gedeputeerden van, 13,128,129,131. Luxemburg, gouverneur van, 13. Luxemburg, Baad van, LVI, 101. Luxemburg, stad, LIX, 31, 36—42, 45, 71, 86, 90, 100, 183, 238, 254. Luykx, Loys, heer van Swevezele, 2,66, 75,107, 148, 199, 326, 474, 521, 548. M. I Maas, 92, 104, 142, 198, 283, 343, 357, 542. 652 INDEX VAN EIGENNAMEN. Maastricht, 43, 59—61, 63—65, 69, 80, 81, _ 104, 190, 192, 199, 200, 230, 242, 248, 269, 284, 290, 294, 310, 320, 321, 332, 337, 338, 344, 345, 349, 350, 355, 357, 361, 362, 366, 368, 370, 371, 373, 375 -377, 382, 383, 386, 390, 396, 403, 404, 408, 413, 420, 421, 423, 512, 527, 528, 530, 581, 581; Addenda. Machcle, Mechelen, 387. Maelen, Michiel van der, abt van Nienhoven, 2, 10, 114, 145, 448, 200, 208, 325, 537,579. Maelstede, zie Gracht. Maes, Guillaume, 315, 331. Maesdam, zie Ilosch. Maeseyck, 82, 196. Magerman, Jean, 63. Mailliant, Louis de, 340. Maisnil, Loys du, 149, 566. Malavenda, Pedro Rodrigues de, 437, 440, 453. Malcote, Jean, pensionaris van Brussel, 1, 13, 67, 91, 97, 121, 131, 144, 147, 159, 199,200, 240, 297, 301, 408, 440, 463, 530, 537, 575, 578; Addenda. Male, Antoine van, 333, 419, 420, 457, 561. Male, zie Maelen. Malines, zie Mechelen. Malieboille, Alexandre de, 518. Mailmaison, Nicolas de, 379, 397. Malste, zie Gracht. Malta, orde van, 513. Mamole, heer van, 570. Manbya, Pedro de, 437. Mancryff of Marcyff ?, William, 98. Manderscheidt, Joachim van, waarnemend gouverneur van Luxemburg, LIX. Mandersloo, Ernst van, 22, 91, 93, 97—99, 103 en vlg. Manerole, Valerio, 389. Mansart, zie Maulde. Mansfeit, Karei, graaf van, 70—72, 292, 293, 430. Mansfeit, Peter Ernst, graaf van, LIX, 66,70— 72, 83, 110, 129—131, 155, 166, 291—294, 429, 521, 540. Marbais, Philippe de, heer van La Haye a Brigode en St. Amand, 3, 37, 38, 127, 151, 153, 183, 267, 387, 540. Marchant, Pierre, 465, 561. Marche-en-Famine, 46, 481, 185, 369. Marchienne, Arnonld, abt van, 150. Marck, Marche, Guillaume de la, heer van Lumey, 293, 318, 319, 375, 379, 380, 382— 384, 387, 389, 390, 396, 398, 399, 401, 403, 407, 408, 412, 417, 419, 427, 507. Mardijk, 427. Marez, Michel de, griffier van den Grooten Baad te Mechelen, 432, 523. Margelle, Mergelle, Guillaume de la, 233, 256, 257, 259—261, 264, 266, 354, 358, 444—446, 491. Margriete, 337, 345. Marienburg, 407, 228, 230, 231, 362, 367, 376, 387, 401. Marienfert, 375. Mariengaarde, 570. Mario, zie Carduino. Marle = Marlie, Thomas?, 229. Marnix, Philips van, heer van St. Aldegonde, 24— 26, 28, 29, 42, 72, 153, 170, 216, 221, 298, 306, 322, 401, 417, 526, 529, 533, 534, 541, 573, 574. Maroilles, abt van, zie Yve. Marotte, Jean, heer van Boussu en Fagne, 59,317. Marotte, Nicolas, heer van Arbre, schepen van Namen, 4, 115. Marqué, zie Üflegnies. Mars, heer van, 462. Martigny, Martini, Charles de, ontvanger-generaal van Henegouwen, 381, 393, 395, 518. Martini, Egidius, secretaris van Antwerpen, 147. Martiny, Francois, — Stella 136, 137. Martiny, Martin, 87, 90, 94, 67, 145, 327, 329, 352, 358. Martiny, Melchior, 78, 79. Martijn, 336. Maschenham, zie Muschenam. Masin, Viclor, heer van Coudenburg, 427; Addenda. Masius, Ingelbert, pensionaris van Antwerpen, 147. ! Matansa, 437. Matenesse, Jan van, 552. Matin, Jean, 300. Matthias, zie Oostenrijk. Matthysen, Jan, 445, 459, 460, 461, 501. Maulde, Guillaume de, heer van Mansart, gouverneur van Oudenaarden, 297, 298, 594. Maupetit, Waleran, pensionaris van Béthune, 3, 444, 149, 484. Maxmflien, 212. Mazières, 211, 389, 595. Mechelen, LUI, LV, LVIII, 4, 6, 10, 12, 54, 56, 58, 60, 66, 68, 87, 88, 91, 93—95, 97, 102, 106. 107, 110, 115, 116, 144, 160, 163, 168, 177, 207, 208, 216, 230, 236, 244, 245, 247, 250, 258, 260—273, 276, 278, 283, 289, 313, 327—329, 333, 334, 337, 340, 348, 349, 351, 363, 369, 397, 399, 406, 413, 444—416, 418, 425, 428, 432, 440, 466, 469, 476, 477, 481, 490, 496, 504, 508, 511, 513, 535, 539, 549, 552, 564, 579, 564. Mechelen, gedeputeerden van, 4, 12, 20, 36,65, 110, 121, 152, 153, 236. INDEX VAN Mechelen, Groote Raad van, 331, 432, 440,469, 538. Mechelen, aartsbisdom, 582. Mechelen, aartsbisschop van, 583. Mechelen, burgemeester van, zie Merode. Mechelen, pensionaris van, zie Claerhout. Mechelmans, Francois, 167. Medemblik, 150. Meeren, Paoul van der, 63. Meeren, Philippe van der, heer van Saventhem, 1, 14, 76, 77, 85, 107, 146, 163, 164, 166, 176, 183, 190, 207, 256, 259, 279, 280, 310, 310-312, 318, 326, 329, 330, 332, 348, 354, 359, 371, 391, 409, 417, 486, 491—493, 496, 562, 568, 585. Meerten, zie Abcoude. Meetkercke, Adolphede, ontvanger en pensionaris van het Vrije, 2, 21, 39, 69, 70, 102, 121, 148, 153, 155, 162, 163, 167, 168, 181, 182, 185, 188, 191, 200, 204, 218, 219, 223, 304, 305, 307, 310, 324, 326, 353, 436, 450, 474, 484, 485, 495, 522, 526, 533, 534, 551, 553. Megen, zie Berlaimont. Megen, Lucas van, 279, 350. Melroy, zie Salmyr. Melun, Robert de, markies van Roubaix, vicomte van Gent, gouverneur van Artois, 42 —44, 411, 127, 149,'153, 181, 190, 192, 193, 196, 303, 336, 343,^346, 353, 357, 369, 373, 376, 378, 379, 384, 385, 387, 388, 390—392, 395, 397, 399, 403, 408, 416, 418, 419, 422, 427—430, 432, 438, 440, 462, 464, 479, 495, 511, 517, 532, 537, 538, 544, 553, 554, 558, 560, 561, 566, 567, 573, 577,fj583, 594. Melijn, Jean, secretaris^van Brussel, 114, 115, 188, 211, 235, 248, 258. Menton, Thomas, 426. Mepsche, Johan de, 138, 547. Merchten, 57. Merean, 397. Mereau, Arnoult, 409. Méricourt, zie Montigny. Merode, Bernhard van, 68, 69, 77, 78, 88, 444. Merode, Guillaume de, heer van Royenbnrg, burgemeester van Mechelen, 152, 243, 245, 247, 252,269,280,285—290,298,348,349,440. Merode, Jan, baron van, heer van Duffele, Perwez enz., 1. Merode, Jan, baron van, heer van Petershem, 4, 96, 113, 146(?), 338, 370, 371, 377, 379, 380, 382, 384, 390, 403, 404, 408, 417, 420, 421, 530. Merode, Jan de, 150. Merode, Richard van, heer van Oirschot, 516. Mertens, Jean van, 315. Merxlex = Merxem?, 282. EIGENNAMEN. fi53 Mesbras, 570. Mesdacb, 598. Mesny, Jean du, abt van Crespin, 149. Messines, 580. Mesureur, Francois, schepen van Valenciennes, 3, 150. Metsius, Laurens, bisschop van Den Bosch, prelaat van Tongerlo, 1, 10, 47, 115, 145, 146, 202, 324, 325, 352, 385, 583. Meuse, zie Maas. Mexslien, zie Mepsche. Meynden, Roloff, de, 89. Meys, 387. Michaëli, Bonaventura, 389. Michaëli, Franciscus, 389. Michaëli, Joseph, 491, 515. Michiel, St., te Gent, 584. Michiel, St., abt van, zie Greve. Middelburg, 26, 27, 29, 34, 72, 450, 161, 163, 174, 300, 301, 350, 579. Middelburg, pensionaris van, zie Warcke. Mierde, 282. Mierlaerloo, Mierloo, zie Melroy. Milaan, 437. Milleghem, zie Oudart. Minden, Herman, bisschop van, 320. Minderhout, 282. Ministro, Al bert le, 101. Minorieten, klooster der, Addenda. Mocram, 374. Moelemans, Henri, 483. Moerbeke, zie Omer. Mol,. 251, 270, 365. Mol, Jean de, heer van Oetingen, 1, 4, 5, 14, 17—19, 81, 82, 146, 189, 190, 194, 337, 347, 388, 475, 547. Mol, P. F. de?, 14, 447. Mol, zie Lopez. Molckeman, Aert, 83, 85, 86, 88, 121, 187,192, 248, 251, 255—258, 261, 202, 273, 278, 286, 328 331, 342, 352, 374, 375, 378, 384, 385, 400) 402, 443, 418, 526. Molckeman, Jean, 519. Molckeman, zoon van Aert, 278, 332. Mondoucet, Claude de, gezant vau Frankrijk, 69, 291, 292, 296, 299, 303. Monissart, Laurent, schepen van Bergen, 149, 499(?). Mons, zie Bergen. Monsbroeck, zie Heriselle of Herzele. Mont, Paul du, ontvanger van Douay, 474. I Mont, Philippe du, heer van Rampemont, raad van Rijsel, 3. Mont, Du, 407, 409. Montdragon, Christoval de, 51, 56, 57, 59, 60, 64—66, 102, 247, 340, 355, 368, 369. 654 INDEX TAN EIGENNAMEN. Montdragon, mevrouw, zie Chastel. Montesdoca, Juan Francisco, 52, 56, 190, 286. Montfort, 416. Montigny, George de, baron van Noyelles sur 1'Escault, 334, 335, 343, 346, 347, 349, 350, 353, 357, 359, 360, 405; Addenda. Montigny, Louis de, dit Sivry, heer van Mericourt, gouverneur van Charlemont, 4, 5,449, 279, 326, 337, 342, 350, 351, 359, 361, 368, 369, 382, 385, 386, 389, 396, 397, 418, 490, 532, 553. Montigny, zie Lalaing. Montmorency, George de, heer van Croiselles. 2, 54, 61, 109, 148, 202, 261, 343. 347. Montprot, Jean Henri, facteur der Fuggers, 204, 257, 261, 311, 354, 358, 439, 441—443, 445, 446, 448, 453. Monlreuil, zie Ligne. Montsoret, Zie Chaussée. Moos, Jacques, 275. Morgan, 470. Moriame, heer van, 276, 278, 318, 319. Mossez, heer van, 386. Motmans, Arneult, 583. Morillon, proost van Ai re, 442. Morvay, Mourvay, Mourvault, Jean, 90,102,254, 286, 326, 327, 330, 335, 336, 349, 358, 359, 375, 389, 402, 404. Motte, zie Pardieu. Mouillerie, La, zie Lalaing. Moulart, Matthieu, abt van St. Ghislain, elect van Atrecht, 3, 10, 18, 47, 112,149,455,158, 162, 168, 174, 181—183, 185, 190, 191, 493, 195, 197, 202^-204, 206, 220, 225, 227, 259, 303, 324,325,386,440,537,543,548; Addenda. Mouscron, zie Barre. Moussaert, Philippe?, 199. Mudeus, Hieronymus, 76, 385, 580; Addenda. Muiden, 31, 32, 162. Mulder, Gaspar, raad van Veere (?), 150. Mulert, Ernst, drost van Lingen, 254; 379, 388, 389, 545. Munster, 79, 312. Muschenam, Jean, 251, 279, 281. Muson, Piérre de, 397. Muys, Jacob — van Holy, trésorier en ontvangergeneraal van Holland, 31, 150. Muyssart, Antoine, pensionaris van Rijsel, 3,131, 150, 159, 169, 296, 363, 375, 401, 413, 440, 485, 552, 565, 570. Muyssart, Philippe, schepen van Bergen, 439. I W. N., Diederich, secretaris van Everstein, 251. Namen, gewest, 97, 100, 115, 233, 326, 340, 352, 359, 361, 376, 397, 469, 470, 481, 488, 490, 496, 513, 534, 539, 542, 551, 556, 579. Namen, Staten van, LUI, LV, 10, 39, 44, 51, 110, 121, 122, 426, 457, 243, 272, 313, 340, 341, 346, 352 361, 443, 461, 473, 474, 483, 488, 539. Namen, 'gedeputeerden van, LVH, 3, 9, 41, 12, 20, 36, 38, 05, 96, 121, 129, 150, 152, 153, 354, 441, 447, 461^ 526. Namen, Raad van, 116. Namen, bisschop van, zie llavet. Namen, ontvanger van de beden in, zie Foullon. Namen, stad, LX, 1, 4, 16, 17, 29—31, 37, 39, 40, 42—47, 56, 62, 68, 73, 74, 80, 82, 96, 102, 104, 107, 109—111, 144, 151, 154, 157, 160, 169, 181, 182, 205, 215, 216, 818, 221, 223, 225, 226, 228, 231, 235, 238, 239, 272, 274, 278, 880, 287, 297, 308, 320, 347, 357, 366, 374, 386, 403, 408, 448, 461, 495, 497, 510. Namen, pensionaris van, zie Sille. Namesloo, Namsloo, Stensel, 97, 99, 103 en \lg., 243. Namez?, Jean de, 37. Namur, Gille de, 397. Navarete, Diego Fernandez; 187, 188, 265. Nassau, Jan, graaf van, 346. Navarre, Margaretba, koningin van —, hertogin van Vendosme, 240, 296, 297, 29-t. Navez, Jean de, heer van Chinery, lid van den •Baad van Luxemburg, 101, 333, 334. Nebra, Henri de, 522. Nebroke, zie Nebra. •Neder-Duitschers, 48, 52, 54, 56, 58, 61, 62, 64, 65, 68, 141, 240—890 (passim), 358, 371, 391, 393, 401, 417, 443, 487, 500, 507. Neder-Heernbeke, 387. Nederlanden, 6, 10, 19, 32, 33—36, 38, 53, 74, 76, 79, 86—89, 91— !'3, 95, 97, 111, 112,115, 120, 123, 128, 164, 168, 176, 178, 184, 193, 197, 208, 209, 211, 219, 224, 355, 259—261, 271, 296, 298, 299, 302, 308, 310^ 312, 310, 434, 416, 471, 485, 492; 515, 528, 534, 535, 538, 551, 579, 587, 588, 590, 597, 598. Nederlinteren, 345. Nederweert, 290. Nepveu, 298. Nertens, Jean, 100. Neufchateau, 402. Neve, Jean de, 99, 102, 109, 333, 334. Nicol, Pierre, 545. Nicolay, Pierrcson, 357; dezelfde als de vorige? Nienhoven, abt van, zie Maelen. Niepen, ontvanger in Vlaanderen, 319,333,339. Nieüland, 279, 378. Nieuwenaar, Adolf, graaf van, 77,109,329,423. INDEX VAN Nieuwgastel, 463. Nieuwpoort, 49—21, 161, 163, 169, 170, 301, 360, 366, 477, 557. Ninnius, Harcus, zie Nunius. Nivelles, 51, 53, 57, 230, 260, 263, 267, 269, 367, 370, 375, 420, 424, 430, 459, 476. Noderwijk, 407. Noiret, Le, 427. Noot, Jacques van der, 72, 292. Northoven, zie Vicq. Noseroy, 439. Noye, Jacques van, 378, 396, 399, 403, 404, 414, 420. Noyelles, Paul de, heer van Noyelles sur 1'Es- caut, 148, 574, 581. Noyelles, Ponthus de, heer van Bourse, 148, 273, 276, 277, 336, 353, 374, 377, 378, 390, 424, 543, 546, 578. Noyelles, zie Montigny. Noyelles, Bes, 427. Nuendy, zie Schwendi. Nunius of Ninnius, Marcus, 456, 585, 586. Nümberg, Norenborch, 202, 254, 313. Nuytinck, Nutinck, Guillaume, 564, 565, 594. Nyevelt, Willem van Zuylen van, burgemeester van Arnhem, 2. Nijmegen, kwartier van, 2, 147, 288, 486. Nijmegen, stad, 2, 14, 79, 107, 147, 280, 288, 404, 486, 525—527. Nyten, Gerard, 78. Nytzem, Harten van den, 451, 218, 266, 290, 370, 371, 386, 390, 403, 408, 417, 420, 425, 426, 530, 541, 550. Nyverseele, Jean van, ontvanger in het kwartier van Antwerpen, 113, 192, 273, 325, 353, 371, 380, 450, 463. O. Obbert, 422. Obert, Waleran, schepen van Atrecht, 149,566. Ocoche, Mare d', 37, 281, 283, 384. Oegleyn, George, 440. Oelen, 407. Oetingen, zie Mol. Oevel, 407. Ofiegnies, Jean d', heer van Marqué, raad van Bergen, 150, 409, 415. Offegnies, Thierry d', heer van Calenelle, griffier der Staten van Henegouwen, 150. Ogliby, Ogilly, Ogelbey, Patrick of Patorque, 98, 426. Ohain, zie Hinckaert. Oirschot, 283. Oirschot, zie Merode. EIGENNAMEN. 655 Oisy, zie Buiason. Oldenclooster, zie Ooccura. Oleveda, D', 265. Olivier, F., abt van Chasteau 1'Abbaie, 151. Omer, St., 2, 3, 107, 148,366,403,413,558, 580. Omer, St., pensionaris van, zie Aubron. Omer, St., bisschop van .—j abt van St. Berthin, 329, 430, 431. Omer, St., vicaris van den bisschop van, zie Six. Omer, St., Jean de, heer van Moerbeke, burggraaf en gouverneur van Aire, 110, 149, 258, 390, 408, 430. Ommelanden, 139, 513, 544—546, 552, 556,559, 567, 574, 575. Ommelanden, Staten van de, 17,140,463,554— 556, 559, 567, 573. Ommelanden, gedeputeerden van de, LIX, 4,46, 47, 47, 452, 154, 163, 168, 463, 454. Ommelanden,- syndicus van de, zie Verrutius. Oncle, Herman van, 474. Ongnies, Adrien d', heer van Willerval, 3—5, 18, 23, 27, 28, 39, 42—44, 48, 57,80,83—85, 97, 98, 109, 124, 141, 161, 162, 172,182,189, 194, 204, 207, 226, 229, 232, 234, 235, 250, 256, 259, 287, 296, 298, 305, 323, 353, 354, 406, 414, 417, 428—430, 459, 471, 478, 503, 509, 523—526, 529, 533, 534, 555, 557, 558, 561, 562, 592, 596; Addenda. Ongnies, Francois d', heer van Beaumont, 149, 310, 517, 531, 558, 571. Ongnies, Jacques d', heer van Estrée, 149. Ongnies, Philippe d', baljuw van Brugge en het Vrije, 148. Oost, zie Limborch. Oostende, 304, 366. Oostenrijk, don Jan van, landvoogd, XXVI, LX, 23—26, 29—31, 35 en vlg., 66, 69, 71, 73, 75, 102, 103, 135, 142, 156, 160, 162—164, 468, 172, 178—291 (passim), 294—300, 302,307— 309, 313,316,317,320,322—326,334,335,337, 349—351, 353—365, 368, 373, 383, 386, 388, 398, 400, 407, 408, 412, 430—432, 434—436, 438, 439, 442, 444, 445, 447, 450, 454, 467, 468, 474, 484, 485, 487—493, 495, 497, 503, 509, 540, 517, 520—524, 526, 528, 529, 531, 539, 540, 543—545, 547, 550, 552—558, 569, 575, 581, 584,585,589,593,594,596; Addenda. Oostenrijk, Matthias, aartshertog van, landvoogd, XXVII, LX, LXI, 240, 308-340,390,420,421, 510, 524—535, 541, 542, 562, 566, 567, 576, 577. Oosterwijk, 278, 283. Oostham, 581. Oostland, 118, 485, 514. Opslach, Den, 559. Opwoldere, 387. 656 INDEX VAN EIGENNAMEN. Oranje, Willem, prins van, LI, LX, LXVI, 7,8, 18—35, 37, 41, 43, 44, 46, 65, 72, 79, 80,86, 91, 93, 95—98, 104, 105, 108, 133, 134, 137, 140, 141, 161—180,183, 184, 189, 192, 193, 201, 202, 204, 207, 210, 221, 222, 225, 233, 235, 238, 239, 244, 245, 257, 280, 281, 283— 290, 296—299, 301, 304—306, 345, 317, 321, 323—325, 327, 337, 339, 342, 343, 345—349, 353, 360, 362, 363, 366, 369, 373, 380, 388, 392—394, 396—401, 404, 405, 408, 444, 442, 414, 445, 417, 449, 423, 425, 426, 433, 442, 446, 458, 463, 470, 482, 507, 509, 544, 517, 524-527, 529—535, 544, 549—551, 554, 560, 562, 564, 565, 568, 571—573, 579—581, 583, 587, 589—593, 595—597. Oranje, zoon van, zie Buren. Orchies, stad, 3, 462, 541. Orchies, zie Rijsel, Oouay en Orchies. Orgers, Jaspar, 93. Orleans, 598. Orth, Jean, kanselier van Overijsel, 567, 577. Osmont, Henri, 436. Ostelart, Bobert d', abt van Cambron, 149. Oudart, Nicolas, heer van Banst en Milleghem, 81, 125, 440, 450, 571,-575. Oudenaarden, 49, 148, 424, 460. Oudenaarden, bisschop van ('?), 47. Oudenaarden, zie Locquenghien. Oudenhove, heer van, 471. Oudewater, 19, 26, 29—32, 35, 134. Üultreman, Francois d', pensionaris van Valenciennes, 3, 25, 102, 107, 121, 150, 159. Oupaix, Guillaume d', prelaat van Floreffe, 3, 121. Ouissin, Francois, burgemeester van hel Vrije, 148. Overham, zie Bosch. Overhecque, zie Overyssche. Over-Heembeke, 387. Overkwartier, zie Roermond, kwartier van. Overloope, Pierre d', audiencier, 414, 190, 521, 523, 532. Overmaze, Outremeuse, 61, 62, 79,106,108,109, 134, 136, 141, 181, 182, 186, 327, 328, 330, 331, 336—338, 347, 349, 350, 355, 360, 361, 365, 396, 402, 420, 421, 473, 475, 492, 493, 506, 512, 513, 541, 591. Overmaze, Staten van, 134, 311, 359, 363, 368, 383, 473, 475, 485, 489. Overmaze, gouverneur van, zie Amsterrode. Overijsel, 156, 188, 213, 242, 244, 254, 264,280. 483, 512, 513, 555, 565, 588, 591. Overijsel, Staten van, LIV, LVIII, 10, 15, 22, 141, 253, 259, 278, 412, 486, 487, 491—493, | 496, 506, 512, 539, 546, 559, 560, 565, 577; Addenda. j I Overijael, gedeputeerden van, 152,157,168,261, 489, 546, 572, 591. Overijsel, gouverneur van, zie Hierges. Overyssche, 418. Oyen, zie Gent. Oyenbrugge, Erard d', 56, 103 en vlg., 257. Oyenbrugge, Henry d', 421, 424, 561, 584. Oyenbrugge, O', commies bij den Raad van Financiën, 518, 526. Oyenburg, zie Croix, Baudouin. Ozier, 370. P. Palts, graaf Johan Casimir van de, 79, 85, 311, 316, 401, 458. Pamele, zie Locquenghien. Pamere, zie Weles. Pannemaker, Guillaume, 526, 527. Pante, Gille de, 448. Pape, Pierre de, 447. Parck, abt van, zie Linden en boots. Pardieu, Valentin de, heer van La Motte en Ekelsbeke, 84, 98, 101, 102, 106, 148, 153, 161, 239, 258, 259, 261, 264, 269, 271—276, 285, 327, 331, 337—343, 345, 347-351, 354, 355, 359-366, 368,-370, 373—375, 378, 380, 389—401, 403—406, 408, 414, 415, 418 —421, 424, 427, 438, 440, 445, 485, 509,511, 524, 532, 554, 558. Pardo, 552. Parency, Thomas, 582. Parent, Imbert Huges, 134, 407. Parisii, Lancelot, 93, 102, 211, 276, 378, 379. Parmentier, Nicolas le, heer van L'Estoile, 292. Parijs, 48, 297, 298, 457, 458. Pasteur, Henri, 13. Pays-Bas, zie Nederlanden. Peelant, 283. Pélant, 62. Pénart, Jean, schepen van Aire, 3, 149. Pennanls, Jean de, 19, 119, 530. Pepin, Francois — de Floberque, 295, 374, 376, 409, 410, 411. Pereira, Nuno Alvarez, agent van Portugal, 321—324. Perez, Antonio, 217. Péronne, 579. Perre, Melchior van de. 590. Perre, Pierre de, 10, 49. Perrenot, Frédéric, heer van Champagney. baron van Benaix, 39, 49—51, 400, 132, 146, 153, 166—168, 172, 182, 185, 190, 194, 190, 202, 203, 208, 209, 216, 219, 220, 226, 233, 236, 238—240, 244, 253—256, 258—260, 271, 272, 274. 276. 279. 281—284. 286. 289. 290. 1NJDEX VAN ElOENNAMËN. 657 297, 298, 300, 302, 310, 311, 315, 318, 323— 325, 339, 342, 350, 355, 357, 359, 363, 364, 373, 375, 378, 384, 388, 389, 391, 393, 396, 406—409, 411, 446, 418, 420, 421, 438, 439, 446, 454, 482, 488, 493, 502, 509, 523, 525, 533, 535, 540, 550, 551, 553, 567, 568, 577, 578, 593, 595. Persingen, zie Appeltern. Perwez, zie Merode. Perzië, 470. Petershem, zie Merode. Petit, Jean le, 594. Petit, Mare, 555. Petrus, abbas beatae Mariae te Valenciennes, 150. Pettum, 427. Peyssant, Lancelot de, heer van La Haye, 149. Philippeville. 107, 250,328,362,367—369,374— 377, 379, 389, 397, 401—403, 405, 407, 413, 420, 423, 425. Philome, Philomez, heer van, 40, 80, 328, 378, 564. Phrise, zie Friesland. Pieck, Gilles, heer tot Enspyek, 2, 147. Piere, Jaspar, 457. Pierre, Robert de la, heer van Bousies, gouverneur van Landréchies en Avesnes, 149, 297, 393, 409. Pieter, St, abt van, zie Timmerman. Pietersz., Pieter, schout van Amsterdam, 32. Pinosa, 57. Pipenpoy, Francois de, drost van Harlingen, 547, 548. Pippin, zie Pepin. Pitsenborg, commandeur van, zie Cracq. Pittance, zie Crehanges. Plancques, zie Aubermont. Plantijn, Christoffel, 279. Platen, Otto, 99, 404. Plecy = Esplechin?, zie Cotterel. Plotto, zie Platen. Plouchart. 427. Poignet, Nicolas, 478. Pois, Unarelles, gouverneur van Avesnes, 547. Polanen, Eustache of Staes Adriaansz. van, raad van Vhssingen, 450. Polviller, Polweiler, Nicola, baron van — en Florimont, 52, 53, 57, 244, 250,256,260,264, 263, 266, 267, 270, 271, 278, 280, 287, 311, 359; Addenda. Portugal, 161, 170, 291, 321—323, 366, 452, 514, 587. Portugal, Sebastiaan, koning van, 236, 324— 324, 452, Portugal, Hendrik, kardinaal van, 323. Portugeezen, 321, 435, 455, 586. Potelles, zie Carondelet. I Pottelsberg, Corneille de, buitengewoon secretaris van den Geheimen Raad, audiencier, 95,460, 532, 572. Poyet, 295. 442. Poynts, Robert, 460. | Praets, Esteban, secretaris van den Geheimen Raad, 552, 565, 598. Prelle, heer van, 443. ! Preston, 426. Pret, Charles -du (?), 146. Pret, Quinlijn du, schepen van Bergen, 3, 18, 149, 153, 162, 439, 521. Prevaut, 103. I Prévost, Marcq, 102, 124. Prienen, Adriaen van, 412. I Proost, Arthur de, 419, 586. Provene, zie Ghistelle. Provins, Charles de, 148. Provins, Isembart de, pensionaris van het Vrije, 76, 91, 128, 148, 159, 173, 235, 236, 275,277, 306, 359, 360, 372, 379, 385, 394, 395, 417, 439, 459, 461, 486, 488, 508, 517, 524, 540, 541, 568—570, 572, 576, 583, 591, 596. Pruyn, Corneille, 443. j Pulle, 92. Pyerlinck, G., 136. Q Quaderebbe, 349, 399. Quarré, Antoine, heer van Salmslacb, burgemeester van Brussel, 1, 21, 147, 256, 413. Quarré, Antoine, kapitein, 367, 369, 370. Quehem, Louis de, 582. Quesnoy, 107, 372, 373, 377, 415. Quesnoy, Jean de, 534. B. Raad, Geheimen, president van den, zie Sasbout. Raenst, Sosyne van, 303, 493; Addenda. Rallegra, Adrien, 303. Ramet, Guillaume, 159, 526. | Rameth, Jean, controleur van de artillerie, 410. Rammekens, 348. Rampemont, zie Mont. Ranst, zie Oudart Rassenghien, Maximilien de Gand, dit Vilain, graaf van Isenghien, baron van, stadhouder van Rijsel, Douay en Orchies, 25, 38—40, 44, 73, 116, 168, 169, 178, 482, 490,195,202, 204, 206—210, 214—216, 218, 250, 254, 260, 263, 267, 273, 339, 346, 355, 373, 384, 387, 389, 392, 432, 470, 472, 474, 497, 503, 504, 506, 515, 523, 525, 526, 537, 554, 564, 570, 571, 576; Addenda. 42 658 Index van eigennamen. Ratisbonne, zie Regensburg. Ratio, Henri, 6. Rava, Jean, 312—315. Rebecque, 417. Rebreviettes, Adrien de, 153, 336, 391, 406. Récourt, Philippe de, heer van Licques, 229, 381, 550. Ree, le?, heer van, 315, 490. Regensburg, 46. Regnault, 399. Reingoud, Rengot, Rengauld, Jacques, commies bij den Raad van Financiën, 114, 119, 127, 393, 526. Reliegem, 387. Rémy, St., zie Estourniel. Renaix, 578. Renaix, baron van, zie Perrenot. Renax, 596. Renesse, zie Wulp. Rennenberg, zie Lalaing. Renty, 107. Renty, zie Lalaing. Requesens, don Luisde, groot-commandeur van Castilië, L, 53, 123, 239, 252, 307, 584, 585. Reves, zie Bièvre. Rheenen, 572. Rhin, zie Rijn. Rhyne, Charles van den, schepen van Ieperen, 148. Ribaucourt, zie Aubermont. Richardot, Jean, lid van den Geheimen Raad, 240, 526. Riddervelde, zie Borse. Riem, Charles, heer van Eckelbeke, 75, 310. Rifflart, 390. Rintsvleisch, Daniël, 448. Rio, Antonio del, 229. Rio, Louis del, 119, 162, 191, 229.' Ripatransone, zie Sega. Ripperda, Jan, 152, 168. Robert, Jean, burgemeester van Hesdin, 278, 279, 373, 380, 395. Robles, Gaspar de, heer van Billy, LVI, LIX, 15, 17, 57, 136, 139—141, 163, 191,192,211, 213, 229, 244, 266, 391, 408, 543—545,547— 549, 552. Roche, zie Lannoy. Rochelle, zie Rossel. Roda, Jeronimo de, 25, 32, 41, 42, 44, 45, 48, 55, 63, 181, 185, 190, 198, 239, 252. Rode-le-Duc, zie Hertogenrade, 's-. Roelants, 152. Roeloffs, Jan, burgemeester van Leuven, 147, 172, 173, 180, 202, 418, 512, 552, 592. Roeloffz, Aarth Memskens, 453. Roeloffz, Jasper, ontvanger in het kwartier van Leuven, 63, 70, 345. I Koels. Ghristoffel, pensionaris te Middelburg, Addenda. Roermond, kwartier van, 2, 147, 265, 486. Roermond, stad, 68, 447, 190, 231, 235, 241— 243, 260, 263, 265, 270, 277, 278, 280, 284— 290, 385, 407, 417, 425, 426, 594, 595. Roermond, burgemeester van, zie Busschen. I Roeulx, zie Croy. Roeuz, 427. Rome, 324, 598. Romeignoz, Francois, abt van Waulsort en Hastière, 150, 200, 202, 259. Rongies, zie Roysin. Roode, Janen van, 454. Roorda, Carel, 547. Roose, Philippe, heer van Straetseele of Stracelles, schepen van Gent, 148, 165, 202. Roovere, Jean de, 205, 300. Rop, Francois de, 315. Rose, Jean, 62. j Rosenborch, Corneille, 587. Rosendale, Alexander van, agent van Schenck, 391, 396, 415. Rossel, Claude, 144, 244, 257, 332, 595. Rossel, Rosseel, Jacques de, 401, 253, 353, 354, 359—361, 374, 395, 595. Rossignol, 229. Rotselaar, 92, 304. i Roubaix, markies van, zie Melun. Rouck, Guillaume de, ontvanger van Brabant, 413, 114, 192, 194, 248, 249, 273, 297, 304, 305, 362, 380, 385, 400, 431, 433, 434, 437, 450, 452—457, 500, 522. Boy, Alexander le, 315, 414, 439. Roy, Jacques le, 397. Roy, Louis le, 334. Royenburg, zie Merode. Roysin, Antoine, heer van Rongies, 149. Rozendaal, 462. i Rozendael, De, 367. Ruart, 276. Rubempré, zie Bièvre. [ Ruesel, 284. i Rumenghien, zie Croy. Rumes, zie Chaussée. Rupelmonde, 58, 63, 107, 359, 368, 400. Ruysbroeck, 136, 139, 387. Ruyts, Hans, 550. Rijcke. Rolland de, pensionaris van Leuven, 1, 13, 91, 121, 147, 326, 336, 522, 552, 568. Ryhove, Francois de Kéthulle, heer van, 250, 278, 553, 555, 565. Rijm, zie Riem. Rymeersch, zie Gbistelles. Rymenam, 92. I Rijn, 27. Index van eigennamen. 659 Rijnevelt, zie Voocht. Rynne, Jaspar, 427. Rijsel, Douay en Orchies, Staten van, LV, LVIII, '10, 11, 74, 108, 110, 121—125, 167, 233,236, 241, 246, 283, 288, 313, 326, 337, 346, 351, 356-358, 372, 381, 389, 397—399, 411, 421, 423, 424, 428, 429, 437, 440, 444, 446, 452, 466, 469—472, 474, 478, 481, 485, 489, 490, 496—498, 501, 503, 504, 507, 508, 511, 513, 515, 522, 535, 552, 570, 597; Addenda. Rijsel, Douay en Orchies, gouverneur van, zie Rassenghien. Rijsel, Douay en Orchies, gedeputeerden van, 3, 11, 12, 20, 36, 65, 114, 424, 123, 150, 152, 153, 433, 441, 447, 449, 457, 459, 460—463, 466, 499, 597. Rijsel, stad, 3, 114, 116, 235, 236, 361, 387, 389,-392, 398, 404—406, 461, 466, 471, 472, 474, 478, 504, 508, 523, 540, 561, 565, 566, 576- 578, 580, 592. Rijsel, pensionaris en procureur van, zie Muyssart. Rythovius, Martinus, bisschop van Ieperen, 47, 82, 143, 148, 158, 202, 226, 335, 503, 564, 580. 8. Saine, Philippe de la, 409. Salazar, Gabriël de, heer van Staverden, 250, 255—259, 263, 267, 270, 275, 281, 283, 285, 346, 360, 368. Salet, 346. Salmyr, Nicolas de, heer van Melroy, 151,349— 321, 410. Sambre, 357. Samson, 390, 399. Sande, Frederik van de, 349, 353, 367, 455, 518, 519. Sande, Otto van de, 577. Sanelle, zie Senselle. Santvoirt, Guillaume van, 58. Santvoirt, Jan van, 454, 501. Sarrasin, Jean, 583. Sart, M. du, 151. Sas van Gent, 66, 96, 106, 109, 376, 377, 394, 413, 425. Sasbout, Arnould, president van den Geheimen Raad, LUI, 8, 153, 168, 179, 180, 182, 207, 240, 355, 526, 533, 535, 577. Save, 349. Saventhem, 387, 413. Saventhem, zie Meeren. Savoye, 76, 595. Savoye, hertog van, 69, 77, 308. Scalle, 387. I Scaramuccia, Giacomo, 512. Schaarbeek, 369, 387. Schadenbroeck, Joachim van, 32. Schagen, Nicolaas t', luitenant-amman van Brussel, 158, 211, 275, 278, 395, 404, 415, 417, 460, 518, 519, 523, 537, 545, 595, 596. Scharemberger, Urbain, 79, 80, 250, 258, 534. Schauberg, zie Schomberg. Schaumburg, Adolf, graaf van, 317. Schaumburg, Elisabeth, gravin van, 317. Schaumburg, Otto, graaf van, 457. Schauwenburg, zie Schaumburg. Schelde, 345, 433. Schelle, 270. Schelt, Hatthis, 377. Schenck, Christoffel, vrijheer van Toutenburg. 374, 379, 391, 396, 398, 415. ! Schenck, agent van, zie Rosendale. Scheppere, Corneille de, heer van Eecke, 554. Scherenborgher, zie Scharembergher. Schetz, Balthasar, heer van Hoboken, 523. Schetz, Gaspar, baron van Wesemaele en heer van Grobbendonck, thesaurier-generaal, 34, 39. 113, 131, 166, 167, 178—180. 183, 187, 189, 190, 194, 306, 313, 216. 218—223, 236— 339, 233, 234, 240, 248, 249, 259, 260, 268, 273, 303, 312, 314, 315. 323, 347, 349, 354, 355, 434—437, 439, 441, 444—447, 449, 455, 462, 477,481, 518,522,525.526,531,590,596; Addenda. Schetz, Jean Antoine, zoon van Balthasar, 220, 240. Scheyfve, Jean, kanselier van Brabant, 114,115, 151, 159, 422, 454, 571, 572, 576, 577, 588. 592. Schilde, 347. Schoenbeke, zie Schaarbeek. Schomberg, Meinhard van, 85, 88, 99, 104. Schoons, Jan, burgemeester van Mechelen, 4,144. Schoonewal, zie Caron. Schoonhoven, 19, 134, 162, 174, 246, 579. Schoonhoven, Jean de, schepen van Antwerpen, 1, 91, 147, 179. 249, 330, 337, 353. Schoore, Erard de, 35, 70, 311, 324. Schore, Jean de, schepen van Leuven, 1,31,56, 57, 92, 93, 132, 147, 152. 327, 388, 513, 520, 537, 596. Schoren, George van, 395. Schorlandt, Schorlantz, Daniël, 50, 169. Schormutze, Jean Baptiste, 462. Schot, Geleyn Bouwensz., raad van Vlissingen. 150. Schotelmans, Pierre, 13. Schotland, 291, 307, 394, 401, 485. Schotland, Jacobus VI, koning van, 307, 343. Schotland, regent van, 307. 660 INDEX TAN EIGENNAMEN. Schotten, 96, 98, 106, 108, 109, 141, 142, 145, 175—177, 181, 193, 243, 244, 290, 307, 317. 326, 327, 330, 337, 345—350, 357, 394—397, 442—417, 419, 424—427, 442, 473. Schotten, kolonel van de, zie Balfour. Schouteete, Francois de, alias Van Zuylen, heer van Erpe, groot-baljuw van Kortrijk, 148. Schouwen, 596, 597. Schouwenberch, zie Schaumburg. Schouwenburg, Christoffel By van, 342, 380; Addenda. Schuer, Aert, ontvanger in Limburg, 398. Schutz, Adam, schepen van Luxemburg, 13. Schwarzburg, Albert, graaf van — Rudolstadt, 24, 25, 28, 333, 415, 459. Schwartzenberg, Gaspar, 331. Schwartzenberg, Melchior, heer van Frankenborg, 79, 106, 108, 134, 349, 316. Schwartzenberg, Otto Hendrik, graaf van, gezant van den keizer, 308. Schwarzenborg, Frederik, vrijheer van, heer van Beerse, 420. Schwendi, Lazarus, 24, 25. Scutteput, Adriaan van 134. Sebastiaan, 343. Seclin, 580. Seele, Selle, zie Seilles. Sega, Philippe, bisschop van Ripatransone, internuntius, 200, 324, 325. Seilles, 532, 542. Selzwel, 264, 278. Sempsich, 58. Seneffe, 415. Senne, graaf de, heer van Argenton, 529. Senselle, Gille de, vicomte Daublan, gouverneur van 's Hertogenbosch, 146, 153. 245, 252,253, 263, 391, 419, 429, 558. Sentre = Feustre? Sepmeries, zie Trazegnies. Sépulcre, St., 382. Seraerts, zie Tseraerts. Serclaes, Charles, 581. Serclaes, Floris, 581. Serclaes, Wenceslaus, 48, 49,95,96,98,102,258, 327, 328, 378, 379, 389, 391, 396, 401, 406, 412, 413, 415. Serooskercke, Philips van, rentmeester van Zeeland bewesten Schelde, LV, 32. Serroyen, Wouter, heer van Schelde?, 454, 460. Servaes, St., 581. Serveels, Andrieu, 530, 590. Servitz, Thierry, 264, 278, 282, 286, 288, 290. Sichem, 61, 165, 329. Sichem, Gerard van, 279. Sickinge, Peter, 4, 152. Sille, Nicasius de, pensionaris van Namen, 4,14, I 16, 28, 34, 40, 43, 44, 61, 88, 126, 151—151, 157—159, 202, 220, 256, 258, 261, 266, 270, 272—274, 276, 282, 285, 297, 301, 305, 306, 317, 326, 331, 340—342, 349, 352, 372, 387, 388, 391, 399, 402, 403, 410, 429, 443, 448, 459, 460, 483, 484, 519, 522—525, 533, 548, 554, 562, 574, 593, 595, 596. Sivry, zie Montigny. Six, Jean, kanunnik te St. Omer, groot-vicarius van den bisschop, 2, 131, 448, 580. Sluis, 19, 22, 23, 25, 27, 28, 346, 366, 406,506. Smeliinck, zie Snellinck. Smet, Vincent de — de jonge, 448. Snater, Hendrik, 279, 359. f'.): in het algemeen, 5, 82—111, 208, 230, 233, 326—430; afdanking van, 94—95, 97—98, 104, 111, 208-210, 327, 329, 330, 335. 340-343, 345, 347-353, 355-359^ 361, 364, 366, 368; betaling van, 85—87, 91—96, 98-103, 108—110, 167, 326—343, S*5» 347—430; bevelhebbers (aanstelling, traclementen), 45, 82—85,93,98,100—102, 106. 341, 351, 356, 366, 367, 370, 378, 381, 382, 384, 386, 387, 388, 394, 392, 396, 397, 399, 400, 411—413, 418, 420, 423, 424, 554; werving en monstering van, 5,24, 26-28, 83-111, 326, 327, 332, 333, 341, 343, 371, 374, 375-384, 389-391, 394, 396, 397, 404. 402, 404, 410—413, 415, 417, 418, 425-427; Fransche compagnieën, 100, 292, 294, 295, 347, 359, 362, 398, 404, 414, 415, 419, 426, 427; Duitsche ruiters, 88, 98—99, 103—106, 368, 411, 412; Schotten, 96—98, 106, 108—109, 181, 193, 244, 326, 330, 337, 343, 345, 347—350, 354, 355, 376, 377, 380, 392, 394, 396, 397, 399, 401, 406, 445, 447—419, 424—426, 427; benoodigdheden voor, 92—94, 97, 99-102, 106, 108-110, 326, 329, 331, 333, 335, 341, 347, 348, 353, 356, 364, 369—371, 376, 380, 382, 384, 392, 393, 395, 397-399, 401, 402, 404, 405, 409, 444, 415, 419, 421, 423, 425, 427; pioniers, 99, 106, 375, 376, 378, 379, 389, 396, 397, 404, 423; artillerie, 109, 326, 331, 332, 375, 377, 378, 380, 381, 384, 387, 391, 393, 395, 396, 398, 399, 402—404, 406, 407, 409—413, 417, 422, 426; cavalerie, 328' 336, 338; „foulles", 329—331, 336, 345, 347, 354, 356, 366, 379, 383, 388, 392,'394,' 397, 406, 407, 415, 417, 422, 424, 425; vaandels, 334, 392, 404; muiterij, 350, 379, 384; troepen, door Oranje gezonden, 319, 353, 358, 362; repartitie, 355, 356, 365; Walen !), 364, 445; rekening van Lalaing, 372, 405—406, 422, 427; troepen van Holland en Zeeland, 424, 425. L i c e n t e n, 167, 177, 307, 455, 584—587. Lij fre n ten, 458, 468. Loterij, 512, 518, 519. Luik: algemeene betrekkingen met, 80—82, 317—321; betrekkingen met den Bisschop van, 6, 76—77, 80—82, 317—321. Monstercommissarissen, 343. Munt, 113, 163, 169, 588—592. Neutraliteit, zie sauvegarde. Onderschepte brieven, 29, 41, 216—218, 221, 225, 226, 234, 317. Onlusten: papieren over de»), 598; te Gent, 561—569, 571, 573, 577. Oranj e "): komst naar Brussel, 43, 161, 172, 173, 235, 238; tractement van, 534. Orde ter vergadering»): aanvang, 13; presidium, 10, 16, 155; rang, 11, 12; reglement, 156; hellebardiers, 158; toegang tot, 160. Pacificatie van Gent: voorbereiding van 6, 7, 17—20; onderhandelingen over, 20—21; uitvoering van, 23-24, 26,47,142—143,162—166,221,222,224; attestatiên over, 43,47. Paspoorten, 456. Paus, betrekkingen met, 6, 82, 324—325. Petitiën en quotes, 111, 120—122, 463, 467, 468—481, 485 - 488, 490—492, 494—499, 501—504, 506—509, 511, 512, 515. 1) Zie ook Spaansch leger en Kamp. 2) In onderscheiding van de Walen, genoemd bij: Spaansch leger, zgn hier Walen in het Staten-leger bedoeld. 3) Zie ook Vestingen. 4) Zie ook Holland. 5) Zie ook op Beden, Dépesches (Kamer van de) en Bequesten. INDEX VAN ZAKEN. 669 Portugal: algemeene betrekkingen met, 321—324; met den Koning van, 321—324; met den Kardinaal van, 323; Portugeesche natie, 324. Post, 144, 594. Privilegiën, handhaving van, 214, 551, 555, 558, 559. Processie, 7, 14, 157, 159, 534. Quotisatie, 481, 490, 496. Raden: Raad van Oorlog, 4, 5, 83, 128, 153, 391, 413, 419, 522—525, 529; Raad van State, 127, 153, 520—521, 523, 524, 534: Raad van State (gevangen leden), 70—72, 128, 136, 291—294, 519—521; Gewestelijke, 133; Raad van State (nieuwe), 523—526, 529, 530, 533—535; Geheime Raad, 526, 534; Raad van Financiën, 526. Requèsten, behandeling van, 15, 159. Resolutiën (receuil van), 157. Satisfactiën: van Utrecht, 167, 549—552, 554; van Haarlem, 175; van Amsterdam, 175, 180, 239. Sauvegarde (neutraliteit), 6, 284, 387, 389, 394, 395, 400, 414, 417, 426, 427. Schotland1), betrekkingen met den Koning en den Regent van, 307'; Schotsche natie, 307. Secrete advertentiën en diensten, 444, 297, 404, 411, 415, 418, 595. Secretesse, 12—14, 158, 159, 209, 210, 441. Spaansche furie, 38, 61, 63, 66, 181. Spaansch leger: in het algemeen, 35, 39—44, 47—48, 57—58, 181; verbod van verstandhouding met, 97, 334; Spaansche soldaten, 6, 22, 28,48—52,56—61,63,65—69,135— 139, 182-199, 203, 205, 210, 211, 240, 248, 249, 255, 300, 344; Waalsche soldaten, 51, 55, 57, 59, 60, 63—66, 68, 212, 244, 242, 244, 246, 247, 250, 254, 256, 257— 261, 264, 266, 273, 274, 281, 345, 357, 358; Duitsche soldaten, 6, 32—35, 48—69, 434—435, 141-143, 183, 184, 489, 192, 199, 264—208, 210, 212, 215, 219, 222, 230—233, 235, 240—290, 318, 350, 357—359, 365, 371, 373, 379, 391, 502; werving door don Jan, 211, 213, 224, 230, 238, 239, 296, 430; belegering van Roermond, 284—290; andere vijandelijkheden, 385—386, 388, 411, 417, 418, 427. Spanje: betrekkingen met den Koning van, 6,35—36,180,191,201,202,208,209,211—213,218, 226 —228, 236, 240; betrekkingen (onderhandelingen) met don Jan '), 24—25,29—30, 35—48, 480—240; bemiddeling der keizerlijke gezanten, 45, 48, 180—240 (passim), 262, 263, 274, 279. Spionnendienst, 84, 85, 98, -101, 369, 392, 401. Staat van O o r 1 o g, 124, 396, 463, 480, 500, 504. Stadhouders (gouverneurs), 433—436, 444—142, 483, 196, 221, 547, 548, 551, 553—558, 560, 566, 567, 573. Staten-Generaal3) (hevoegdheid van), 128. Steden4) (bemoeiingen met), 132—143, 236, 544—547, 549, 551—553, 557—561, 564, 567, 570, 571. Studeeren buitenslands, 597. Superintendenten, zie gouverneurs. Tollen (in Zeeland), 516. Trésorier van den oorlog, 128. Unie: opneming van Amsterdam, 176; van Tholen, 178; 1« Unie van Brussel, 536—541; 2e Unie van Brussel, 534, 532, 544—543. 1) Cf. op Leger: Schotten. 2) Zie ook Landvoogd, Eeuwig Edict, Spaansch leger. 3) Zie ook Gedeputeerden, Griffie, Griffier, Vergaderplaats. 4) Zie ook Gouverneurs, Onlusten en Wet. 670 INDEX VAN ZA-KJEN. Vergaderplaats: Brussel, 155; Namen, 16, 42, 154. Vestiging in de Nederlanden, 597. Vestingen: garnizoenen in, voorziening en versterking van, 84, 87, 93—97, 102 107 193-195, 222, 274-279, 327, 328, 330, 334, 336-338, 340, 342, 343, 345, 349 350 352-353, 355, 367-372, 375-379, 384, 383, 384, 386—388,390,393-397,399-403^ 405, 407—411, 413—415, 417, 420-427; ontmanteling van, 103, 134, 137, 373, 374,' 382, 384, 387, 389—392, 413, 547; papieren, gevonden in het kasteel van Antwerpen' 173-, 281, 282. Vloot: te Amsterdam uitgerust, 175, 363; te Duinkerken uitgerust, 365; de groote galei, 328, 385; galeien, in Zeeland uitgerust, 334, 335, 339—340; matrozen (betaling van ae), 83, 85—87, 91, 93-96, 98, 99, 101, 106, 108, 109, 326—328, 331, 332 335 339' 349, 353, 356, 360, 362, 364. 372. Vlootuitrusting (in Spanje), 366. Wapening (van edellieden enz.), 90, 390. Wet (hernieuwing, verlenging van de), 552, 554, 561, 565, 576—578. Zeeland, zie Holland. Zegel, 160; van Bequesens en Philips II, 239. Zekerheidsplaatsen voor Oranje, 19—23,25, 163,169,170, 360,366. V. LIJST VAN ARCHIEFDÉPOTS, WAARUIT DOCUMENTEN ZIJN GEBRUIKT § Archives Générales du Royaume, Bruxelles (A. G.): a. Papiers d'état et de 1'Audience (Aud.): 252—255, 550»), 565, 566, 587» m>8, 651, 652, 656—659 »), 685, 754, 769, 795, 810* 1265; lias <) 162, 168, 169; carton 191. b. Cartulaires et manuscrits (Cart.): 183, 1968, 327*, 327B *), 327» 810*. c. Etats-Généraux: 1, 2, 4, 5, 45, 47, 48. Archives de 1'Etat, Bruges (A. E. Bruges): Archives du Franc de Bruges (Franc), register 639«). Archives de 1'Etat, Mons (A. E. Mons): a. Archives des Etats du Hainaut (Hainaut): 409?), 585. b. Archives des Etats de Tournaisis (Tournaisis): 1 8). Archives de la Ville, Anvers (A. E. Anvers): Briefwisseling Staten-Generaal 1557—1580. Archives de la Ville, Bruges (A. E. Bruges): Wittenbouck C; port. Etats-Généraux 1555—1600. Archives de 4a Ville, Gand (A. E. Gand): Begisters X, Y en Z; Ontvangen Brieven, I (1450—1578); Reg. documents sur la restitution des privilèges en 1577, ainsi que sur rarrèstation des seigneurs d'Arschot etc, 1577—1580. Archives de la Ville, Ypres (A. V. Ypres): Portefeuilles 7—12, 23AouB; papiers provenant de feu Alphonse Diegerick, fardé 7. Algemeen Rijksarchief, 's- Gr a ve n h a ge (R. A.): Archief der Staten-Generaal (S. G.): 1—4, 519—521, 3791»), 3798'»), 3799,4683»); loketkas, loopende 21, 22, 24, 25; secrete kas, loopende 1. 1) De verkorte namen of initialen, die wij ter verwijzing gebruikten, staan tusschen haakjes achter den volledigen titel. De in Gachard's lijst (Actes, I, Introd., XXIX) voorkomende deelen, die meestal op andere vrfjre geciteerd worden dan door ons geschiedt, worden, ter vergemakkelijking der vergelijking, in de noten bij onze lijst genoemd, voor zoover dit noodig scheen. 2) Gachard: Dépêches des rebelles (le deel). 3) Idem: Etats Généraux (onze n<». 652, 656, 657, 658, 659 vormen hiervan deel I, V en drie bij Gachard nog niet genoemde deelen). 4) Hiervóór, p. 84, noot 3 en 4, minder juist geciteerd als carton. 5) Gachard: manuscrits d'Alegambe (onze 327A on b zjjn hiervan deel I en II). 6) Idem: trois receueils de pièces enz. 7) Idem: Actes des Etats de Hainaut, de 1516 a 1577. 8) Idem: Registre aux actes et délibérations des Etats du Tournaisis, enz. 9) Idem: reg. Angleterre, de 1576 tot anno 1580. 10) Idem: reg. Hoogduits, depeschen, 1576—1579. 41) Idem: l»te loopende lias. 672 LIJST TAN AECHIWDÉPÖT8, WAARUIT DOCUMENTEN ZIJN GEBRUIKT. Archief der Staten van Holland (Holl. vóór 1795): n". 2582B.- Aanwinsten (Aanw.): 1826, n». 181); 1833, n°. 84; 1860, n°. 178-); 1895, n°. 623- 1906, XLIII* «n 8; 1911, XIX». Verspreide Collectiën (Verspr.'Coll.): kamer 10, lijst 1. Rijksarchief, Friesland (R. A. Friesland): Staten-archief: verschillende stukken. Aanwinsten: 1911 (Gabbema), G 15. Resolutiën der Staten van Friesland, I (1577). Rijksarchief, Gelderland (R. A.Gelderland): Diverse Landzaeken, III. Rijksarchief, Groningen (R. A. Groningen): Archief der Ommelanden: verschillende documenten *). Rijksarchief, Noord-Brabant (R. A. Noord-Brabant): - Register van de doleantiën enz. (reg. doleantiën), 4. Rijksarchief, Utrecht (R. A. Utrecht): Staten-archief: brieven van de Staten-Generaal; afschriften van bij de Staten-Generaal ingekomen stukken; stukken uitgaande van de Staten-Generaal; vertalingen van door de Staten nit Brussel ontvangen stukken; brieven van gedeputeerden. Rijksarchief, Zeeland (R. A. Zeeland): Staten-archief: 820, 821. Gemeente-Archief, Amsterdam (G.A.Amsterdam): Minuutboek 1577—1578. Gemeente-Archief, Arnhem (G. A. Arnhem): Landdagsrecessen, 7; registers van uitgaande en inkomende brieven (uitg. en ink. brieven): X (1577), XI (1578). Gemeente-Archief, Deventer (G. A. Deventer): Reisboek I: 1558—1577; II: 1577—1579; brieven van Berend van Winssem 1577— 1578; inventaris (gedrukt), n°. 1577 *). Gemeente-Archief, Groningen (G. A. Groningen): Register van Johan de Goude (reg. De Goude). Gemeente-Archief, Hoorn (G. A. Hoorn): Medegedeelde Stukken der Staten-Generaal (ms. inv., n°. 1771). G e me en te-Archief, Kampen (G. A. Kampen): Dagvaartboek, n°. IX; losse stukken '). Gemeente-Archief, Leiden (G. A. Leiden): Vroedschapsboek 1577—1578. Gemeente-Archief, N ij m e g e n (G. A. Nijmegen): Inventaris (gedrukt), P. 2. Gemeente-Archief, Zutphen (G. A. Zutphen): Twee ingebonden ms. deelen. Huisarchief van H. M. de Koningin (Huisarchief): Inventaris (ms.), nos. 2245'. Bibliothèque Boyale, Bruxelles (B. B. B.): mss. 5884—5925, 7199, 7223, 9238, 13600—6, 19298. 1) Gachard: Acta Statuum Belgii I. 2) Idem: Reg. Collection d'actes des Etats-Généraux receuillis par le comte Van den Bergh. 3) Ten deele geciteerd naar de nummers in reg, Feith (zie lijst der gedrukte werken). 4) Uit dit n». is de brief van 22 Mei, genoemd hiervóór p. 459, noot'2, wat daar bij vergissing niet medegedeeld is. 5) Ten deele geciteerd naar Uitterdijk (zie lijst van gedrukte werken). VI. LIJST VAN VERKORTE TITELS VAN GEDRUKTE WERKEN »). Actes: L. P. Gachard, Actes des Etats Généraux des Pays-Bas 1575—1585. Notiee chronologique et analytique, I: 1576—1578 (Bruxelles, La Haye, 1861). Analectes: L. P. Gachard, Analectes Belgiques (Bruxelles, 1830). Archives: G. Groen van Prinsterer, Archives ou Correspondance inédite de la Maison d'Orange- Nassau, I» S., t. V (Leide, 1839). Anjou: P. L. Muller et A. Diegerick, Documents concernant les relations entre le Duc d'Anjou et les Pays-Bas 1576-1584, 1.1: 1576—1578 ('s Gravenhage, 1889). Bezold: F. von Bezold, Briefe des Pfalzgrafen Johann Casimir (2 dln., München, 1882—1884). Bi bl. Nat.: L. P. Gachard, La Bibliothèque Nationale 4 Paris, t. I(Broxelles, 1875). Bijdr. Vad. Gesch.: Bijdragen voor Vaderlandsche Geschiedenis en Oudheidkunde (eDkele deelen). Blaes: J. B. Blaes, Mémoires Anonymes sur les troubles des Pays-Bas 1565—1580, 3 dln. (1859—1861, Bruxelles). Bondam: P. Bondam, Verzameling van Onuitgegeevene Stukken tot Opheldering der Vaderlandsche Geschiedenis, d. I—V (Utrecht, 1779—1781). Bor: P. Bor Chrz,, Historie der Nederlandtsche Oorlogen (Amsterdam, 1679). Buil.: Compte rendu des séances de la Commission Royale d'Histoire ou receuil des ses bulletins (diverse deelen). C a 1 e n d a r: Calendar of State Papers, Foreign Series of the reign of Elisabeth (London, 1904). Charterboek: G. F. toe Schwartzenberg, Groot-Placaat- en Charterboek van Vriesland (Leeuwarden, 1773). Codex: Codex diplomaticus neerlandicus, uitgegeven door het Historisch Genootschap, gevestigd te Utrecht, bep. II» S., d. IV, le afd. (Utrecht, 1859). Corresp. de Philippell: L. P. Gachard, Correspondance de Philippe II sur les affaires des Pays-Bas, t. V (Bruxelles, Gand, Leipzig, 1879). Corresp. deGuill. leTac.:L. P. Gachard, Correspondance de Guillaume le Taciturne, t. III (alsvoren, 1851). Dodt, Archief: J. J. Dodt van Flensburg, Archief voor kerkelijke en wereldlijke geschiedenissen (Utrecht, 1838—48). Doren: P. J. van Doren, Inventaire des archives la ville de Malines, t. III—IV (Malines, 1865). Gachard, Notice: L. P. Gachard, Notice historique et descriptive des archives de la ville de Gand (Bruxelles, 1835). Griffie: Th. van Riemsdijk, De Griffie van Hare Hoog Mogenden ('sGravenhage, 1885). 1) De verkorte titels staan, gespatieerd en in alfabetische volgorde, voorop. Het deel of de deelen, voor ons 1» deel gebruikt, worden alleen vermeld. 43 674 LIJST TAN VER.KOHTE TITELS TAN GEDEUKTE WEKKEN, Groesbeck: J. L. A. Diegerick, Quelques lettres sur Gerard de Groesbeck, 88« évêque de Liège (in Bulletin de 1'Institut archéologique liégeois; overdruk). H e n a u x: F. Henaux, La Belgique et le pays de Liège (Liége, 1838)'). Huybers: H. F. M. Huybers, Don Juan van Oostenrijk, landvoogd der Nederlanden, d. I en II (Utrecht, 1913; Amsterdam, 1914). De Jonge: J. G. de Jonge, Bésolutions des Etats Généraux des Pays-Bas, mises en ordre et augmentées de notes et de pièces justificatives, 2 dln. (La Haye, 1827 en 1831). K r o n y k: Kronyk van het Historisch Genootschap, gevestigd te Utrecht (enkele deelen). Lalaing: J. L. A. Diegerick, Lettres inédites de Philippe, Comte de Lalaing enz. (in Buil., II« S., t. VHP; overdruk). M. Ned. Wd b.: E. Verwijs en J. Verdam, Middel-Nederlandsch Woordenboek, d. I en vlg. ('s Gravenhage, 1885 en vlg.). Relations: Kervyn de Lettenhove, Relations Politiques des Pays-Bas et de 1'Angleterre sous le règne de Philippe II, t. VUI—X (Bruxelles, 1890—1892). Reg. Feith: H. O. Feith, Register van het archief van Groningen. Chron. gedeelte (deel II met vervolgen) (Groningen, 1855 enz.). Sommier Discours: Discours sommiers des justes causes et raisons qui ont contraint les Estats Généraulx des Pais Bas de pourveoir a leur deffence contre le seigneur don Jehan d'Austrice — enz. (Anvers, 1577). Terlinden: Ch. Terlinden, Liste Chronologique provisoire des Edils et Ordonnances des PaysBas. Bègne de Philippe II: 1555—1598 (Bruxelles, 1912). Uitterdijk: (P. C. Molhuysen en J. Nanninga Uitterdjjk), Begister van Charters en Bescheiden in het Oud-archief van Kampen, d. III en IV (Kampen, 1864 en 1875). Van Dorp: J. B. J. N. Ridder de Van der Schueren, Brieven en Onuitgegeven Stukken, d. I (Utrecht, 1887). Van Duyse: Inventaire analytique appartenant aux archives de la ville de Gand par Prudent van Duyse et Edmond de Busschere (Gand, 1867). Van Hasselt: G. van Hasselt, Stukken voor de Vaderlandsche Historie, d. III (Arnhem en Amsterdam, 1793). Van Meteren: E. van Meteren, Historiën der Nederlandsche en haerder naegebuyren oorlogen tot het jaar 1612 ('s Gravenhage, 1614). Van V1 o t e n: J. van Vloten, Nederlands Opstand tegen Spanje, d. III (Utrecht, 1860}. Véritable récit: Véritable récit des choses, passées es Pays Bas depuis la venue du seigneur don Jehan d'Austrice (Luxembourg, 1577). 1) Ons alleen bekend door de verwijzingen van Gachard. ADDENDA ET CORRIGENDA. a. De hiervóór,. blz. LXX, noot 1, bedoelde resolutiën, die bij de uitgave zijn uitgevallen, zijn de volgende: 1576. Rubriek I. Blz. 17. Op 1 November besloten de Staten, dat de Raad van State nogmaals zou schrijven aan de Staten van Friesland, Groningen en Overijsel, om onmiddellijk ,,se trouver" te Brussel bij de andere Staten, zonder te schrijven aan de gouverneurs, die de vorige brieven hadden onderschept (B. i. d.). — Cf. de Inleiding tot dit deel, blz. LVIII. 1577. Rubriek II. Blz. 170. Het op 31 Aug. genoemde advies van den Baad van Oorlog was 29 Aug. gevraagd (R. i. d. p. p.). Blz. 191, noot 6. Aan te vullen met 12 Juli p.p., terwijl voor 4 Juni 14 Juni moet gelezen worden. Blz. 197, noot 3. Aan te vullen met: zie voor de vacatiën van St. Ghislain nog R. 10 Juli. Blz. 210. De Staten besloten op 5 Juli ook nog, dat de president. Brus, den eed van „fidélité" zou afnemen en geen copie van de geschriften der Staten uitgeven noch geheimen der Staten onthullen „en présence du greffier" (R. i. d.). Blz. 218. Bij nr. 122, 4 Augustus, behoort nog het volgende: „Et pour responce est résolu que les Estatz requirent aulcuns Sra. de tant faire vers ceulx quy peuvent avoir au dessoubz eulx lesdictes lettres, papiers et enseignements, qu'ilz les veullent faire envoyer i. Son Altèze incontinent". Blz. 219. Hier is dezelfde resolutie geplaatst als op blz. 553. Op de laatstgenoemde bladzijde moet de volgende resolutie van 6 Augustus geplaatst worden: Namens de Staten te schrijven aan „chacun estat particulier la rupture de la pacificatión de la part de Son Altèze" (R. i. d.). Blz. 240. Hier moest nog medegedeeld zijn de volgende resolutie van 18 Dec. uit S. G. 3: „Les Estatz de Lille, Douay et Orchies ont exhibé en 1'assemblée des Sn. Estatz les lettres, expédiées estre escriptes par Sa M'«. et autres de don Jehan en conformité de celles, exhibées par plusieurs. aultres villes." Blz. 266, noot 5. Het in deze noot vermelde uit een brief aan don Jan staat ook met enkele woorden in de resolutiën van 3 Juli. Blz. 277. Over de afrekening met Bossu besloten de Staten nog op 13 Augustus, dat Van der Beken conform het advies van de Kamer der Beden hem 2232 p. 10 s. zou betalen. Blz. 280, noot 2. — Waarschijnlijk is van dezen onderschepten brief van Polviller ook sprake in de volgende resolutie van 9 Juli: besloten de te Maastricht gevonden, onderschepte brieven, gebracht door den burgemeester van Deventer en hem overgeleverd door den gouverneur van Overmaze, te doen onderzoeken door eenige gedeputeerden; instructies te ontwerpen voor den gouverneur, den raadsheer Boone en de magistraat van Maastricht tot onderzoek van den bode, bij wien de brieven gevonden waren (R. i. d.). Blz. 282. Over de in n°. 210 besproken zaak handelt nog de volgende resolutie van 16 September: de pensionarissen van Brussel, Brugge, Douay en Loose „de Zélande" (I) worden gecommitteerd tot onderzoek der papieren in zekere koffers uit het kasteel van Antwerpen ter fine van rapport (R. i. d. p. p.). Blz. 282, noot 2. Bij deze data nog te voegen 6 Oct. Rubriek IV. Blz. 294, noot 6. Aan te vullen met: R 12 Juli. Blz. 325. Van het gezantschap naar den Paus is ook nog sprake in de volgende resolutie 676 ADDENDA ET CORRIGENDA. van 20 Juni: besloten Ayta naar den Paus te zenden, die echter niet zal vertrekken, vóórdat de Duitschers uit het land zijn; de Staten hebben Ayta verzocht zich met de zending te belasten volgens een hem te geven instructie (R. i. d.). Rubriek V. Blz. 339-340. Bij n». 311 zie nog R. 4 April. Blz. 340, noot 1. Aan te vullen met: R. 9 en 10 Juli, 44 en 40 September. Blz. 356, noot 1. Aan te vullen met: Zie nog R. 40 Juli. Blz. 371, noot 2. Alsvoren met: Zie nog R 14 (p.p.) en 42 (p.p.) Sept. Blz. 379, noot 4. Alsvoren met: R. 8 Aug. Blz. 384. Wat hier vermeldt wordt uit een brief aan Bassenghien van 16 Sept., staat ook, zeer kort, in de resolutiën van dezen dag. Blz. 428. Op 17 September werd nog het volgende besluit genomen: Van der Beken gelast de compagnie van Ongnies 1 maand gage a 2300 p. 18 s. 8 d. art. te hetaien (R. i. d.;. Blz. 428. Bij de resolutie van 1 Sept. zie nóg R. 5 Sepl. Blz. 428, noot 4. Aan te vullen met: Zie nog R. 23 Juli. R u b r i e k VI. Blz 442. Op 15 Mei p.p. namen de Staten nog het volgende besluit: gezien den brief van Liedekercke van 13 Mei werd gelast obligatie te zenden voor de Fuggers, om de 10.000 p. te gebruiken voor de soldalen te Utrecht (R. i. d.). Blz. 494. Op 1 Augustus werd een door den pensionaris van Valenciennes ontworpen brief aan de Staten van Artois vastgesteld (B. i. d.). Blz. 497. Het in n°. 561 genoemde advies van de Kamer der Beden was 30 Aug gevraagd (R. i. d. p. p.). Blz. 507. 27 October verklaarde Hennin, dat de Staten van Bijsel, Douay en Orchies in ie gevraagde beden toegestemd hadden (R. i. d.). Rubriek VII. Blz. 523. Dergelijke brieven als aan Willerval werden op 7 Augustus aan Inchy geschreven. Rubriek IX. Blz. 552, noot 7. Een request van de gedeputeerden van Friesland werd op 10 Aug. naar de edelen om advies verwezen. Evenzoo een request van de Staten van Utrecht. Blz. 553. Zie bij de hier medegedeelde resolutiën van 8 Augustus nog: R. 10 Aug. p.p. Blz. 553. Zie de corrigenda op blz. 219. Rubriek XIV. Blz. 595. Zie bij de hier medegedeelde resolutie van 25 Juli nog R» 30 Juli. b. De hiervóór, p. LXX, noot 1, bedoelde resolutiën, die minder juist geplaatst zijn, zijn: Blz. 282. De resolutie van 25 Juni p. p. over Cornelis van den Eynde ware beter in Rubriek IIIb geplaatst, omdat zij op Duitsche soldaten betrekking heeft. De op blz. 286 en 401 genoemde resolutiën over de nieuwe vendels van Bossu waren beter alle in Rubriek V ondergebracht. Blz. 458, n«. 483, wave waarschijnlijk beter.in Rubriek XI geplaatst geworden. c. Nog eenige Addenda behalve de onder a genoemde: Blz. 3. Aubron ware ook hier, evenals elders, beter pensionaris dan raad („conseiller") genoemd; evenzoo is blz. 126, noot 1, voor: „raadslid", te lezen: „pensionaris". Ald. Bij Roland de Vicq moet aangevuld worden: „dit Northoven". Blz. 16. De vergadering te Namen werd gehouden in het klooster der Minorieten (Huybers II, 17). Blz. 21, n°. 18. Wie de hier bedoelde prelaat is, blijkt niet. Blz. 46. Niet Philip, maar Otto, graaf van Everstein, is de hier bedoelde (Bakhuizen van den Brink, Cartons, I, 140, noot 2). Blz. 60, noot 1. Verg. hierbij echter ons n°. 157 van 1576. Blz. 64, noot 5. De afd. van het Staten-Archief, waarin deze brief voorkomt, is: brieven van de Staten-Generaal aan de Staten van Utrecht; de brief is orig. Blz. 76, noot 6. Deze veronderstelling moet vervallen. De bedoelde persoon heette Jeronymus Mudeus (R. 3 Mei 1578). Blz. 86, noot 1. De gedeputeerden, in wier handen deze remonstrantie gesteld werd, waren Schore, Borluut en „ra". (Christoffel) Roels, pensionaire de Middelburch". — Het opmerkelijke is, dat deze laatste (pensionaris van prelaat en edelen in Zeeland) hier voorkomt, ADDENDA ET CORRIGENDA. 677 Blz. 116. „La vefve de Waelhem" is misschien de weduwe van Pierre Waelhem (f1569), lid van den Raad van Brabant en vice-luitenant van het Leenhof. Blz. 121. Het was misschien niet overbodig te vermelden, dat de tresorier-generaal van den Raad van Financiën, hier genoemd, Gaspar Schetz was. Blz. 130, noot 1. Hetzelfde stuk als Actes, n°. 90. Blz. 148. Bij George de Ligne enz. moet: „en Montreuil" geschrapt worden (cf. Bakhuizen Van den Brink, Studiën en Schetsen, V, 115, noot). Blz. 184. Het stuk van (4? Februari) moet genummerd worden 62» dat van f80Maart) op blz. 197 is n°. 84». Blz. 259, noot 2. Het Deventersche archiefstuk is uit n». 1577 van den gedrukten Inventaris. Blz 264 en blz. 278. Oominicus Leopard wordt inderdaad op de ééne plaats in het register afkomstig genoemd van Augsburg en op de andere van Innsbrück. Blz. 280, noot 2. De afdeeling uit het Staten-archief, hier bedoeld, is: Copieën van stukken, uitgaande van de Staten-Generaal. Blz. 334 en 340. Isaac Cobel zal op beide plaatsen gelezen dienen te wordeu, ofschoon het register op de eerste „Jacq" heeft. Blz. 342, noot 5. Niet Bernhard van, maar Christoffel Ry van Schouwenburg moet hier bedoeld wezen (cf. blz. 380). Blz. 350. De hier bedoelde Noyelles is George de Montigny, baron van Noyelles sur 1'EscauIt, zooals uit een der hier genoemde resolutiën van 48 Mei 1577 blijkt; deze zal dus ook overal in Rubriek V bedoeld zijn, waar de naam Noyelles voorkomt. Blz. 427. De hier genoemde „Coudenbourck" is Victor Masin, heer van Coudenburg, die overigens in 1577 nog niet onder de gedeputeerden der Staten-Generaal voorkomt. Blz. 493 en cf. blz. 303. Werkelijk is op de eerstgenoemde plaats sprake van „Josine" en op de andere van „Sosine". Blz. 576, nbot 2. De laatste resolutie, hier genoemd, is van 27 Dec. p.p. ■ Blz. 598. In noot 2 ware ook te verwijzen nar blz. 281 en 282. d. Opgemerkt zijn de volgende drukfouten: Blz. 10, noot 3 staat: orde, lees: ordre. » 13, nopt 5, staat: waarvan, lees: waar. * 15, regel 5 van boven, staat: requeslres, lees: reguestes. » 47, » 47 » » » Decemher, » December. » 19, » 9 » » » comitteeren, » comtnitteeren. » », » 15 » » i rependront, n reprendront. » 32, » 8 » » » 30 October, » 15 November. » 35, in het hoofd van Rubriek III, leze men liever: in de Nederlanden. ■» 38, n°. 66: schrap de komma na het ]. » 40, noot 1, staat: 2, lees: 4 December. » 57, noot 3, staat: d'Esplechin, lees: Esplechin. » 68, n°. 127, staat: ds, lees: de. » 72, regel 11, staat: requisi-, lees: reguisition. » 84, noot 3 en 4, staat: carton, lees: lias. d 92, regel 12 van boven, staat agent, lees: af gent. » 95, regel 16 van beneden, schrap het tweede Henry Witten. » 98, noot 1, staat: Mancyff, lees: Maneryff. d » noot 6: deze noot diende te staan op blz. 99 als noot 1 bij Jacques Bertrand. » 103, noot 5, staat: Stensel, lees: Ernst van Mandersloo. » 105, regel 12 van beneden, zal voor indemes Q) indeues gelezen moeten worden. » 106, n°. 205: schrap P.p. » 108, n°. 207, staat: Vm mille, lees: V mille. » 128, noot 3, staat: Leuven, lees: Brussel. » 131, regel 2 van boven, staat: grefllier, lees: greffier. » 133, noot, 2, staat: 4, lees: 44 October; de toevoeging R. i. d. is bij deze noot 2 maal vergeten. » 136, regel 15 van boven, staat: en, lees: et. n 143, n». 281, staat in regel 4: S>\, lees: 5*. 678 ADDENDA ET CORRIGENDA. Blz. 147, noot 5, staat: 1579, lees: 1581. » 155, noot 2, en blz. 248, noot 5, staat: inv., lees: reg. » 173, regel 16 van boven, staat: B. i. d. p. p., lees: ft t. d. en p. p. » 175, noot 1, staat: 337', lees: 327%. » 190 is op 20 Februari de toevoeging: R. i. d. vergeten. » 194, noot 7, staat: Rhoda, lees Roda. » 216, noot 6, staat: Gelre, lees: Gelderland. » 227, regel 1 van boven, staat: D'Ennetiers, lees: D'Ennetières.' » » noot 5, staat: Aud. 754, lees: Aud. 354. •■» 235, regel 15 van beneden, staat: de gevangen Spanjaarden, lees: den gevangen Spanjaard. Blz. 236, noot 4, staat: Aud. 359, lees: Aud. 659. » 272, n°. 196: de R. moet geschrapt worden. » 281, noot 3, staat R. i. d. p. p., lees: R. i8 Sept. p.p. » 282, noot 4, staat: Mierdee, lees: Mierde. » 286, noot 4, slaat: 8 Nov., lees: 9 Nov. » 289, regel 8 van beneden, staat: Zoem, lees: Zoom. » 292, n°. 225a; de datum moet zijn 33 Januari. » 293, regel 6 van beneden, staat: HaiUan, lees: Haillain. » 294, noot 5, staat: R. i. d., lees: R. 9 Maart. » 303, noot 8: de 5 laatste woorden vormen noot 9 en behooren b(j 13 Augustus. ' » 307, afd. e., regel 2, staat: 8, lees: 11 Mei. » 308, regel 4 van beneden, staat: 3, lees: i November. » 309, n°. 260: de R. moet geschrapt worden. » 328, noot 1, staat: 6, lees 13 Februari. » 336, regel 14 van beneden, staat: Antwepen, lees: Antwerpen. » > noot 5, staat: 13, lees: 18 April. » 363, noot 2, staat: ii, lees: i Aug. » 375, regel 4 van beneden, staat: K'Aussy, lees: D'Inchy. » 387, noot 5, staat: R. i. d. en p. p., lees: R. i. d. p. p. » 395, regel 18 van boven, staat: Gemploux, lees: Temploux. » 396, noot 4, staat: 33, lees: 33 Oct. » 407, regel 2 van beneden, vul na ceulx in: de. » 436: het nummer der le noot moet i zgn. » 446, regel 10 van beneden, staat: 39, lees: 28 Juni. » 464: bij de resolutie van 27 Januari is de toevoeging R. i. d. p. p. vergeten. » 468, noot 3, staat: 29, lees: 19 Maart. » 471, noot 1, staat: Rlendel, lees: Blondel. » 521, noot 7, staal: 5, lees: 15 Maart. » 532, noot 3, staat: 27, lees: 38 Nov. » 534, noot 4, staat: 23, lees: 37 Dec. ') 539, n°. 642: men schrappe p. p. » 540, noot 3, staat: 18, lees: 16 Sept. » 543, noot 2: men schrappe in den 3en regel: p. p. ■» 570, regel 8 van boven, staat: Leenwarden, lees: Leeuwarden. » 576, noot 4, staat: 565, lees: 290. » 579, noot 3, vul na orde in: van. n 592, regel 5 van beneden, staat: 28, lees: 33 December; en vul na kamer der Beden in: eh de generaals der munt. RIJKS GESCHIEDKUNDIGE PUBLICATIËN. Vroeger verschenen (bij' Martinus Nuhoff te 's-Gravenhage): Overzicht van de door bronnenpublicatie aan te vullen leemten der Nederlandsche Geschiedkennis (1904) (IX en 108 bladzijden) .... ƒ 1 .— 1. Gedenkstukken der Algemeene Geschiedenis van Nederland van 1795 tot 1840, uitgegeven door Dr. H. T. CoLEMBHAMDtlt. — Eerste (Inleidend) Deel — Nederland en de Revolutie, 1789—1795 (1905) (LXVIU'en 722 bladzijden) ƒ8.- 2. Gedenkstukken der Algemeene Geschiedenis van Nederland van 1795 tot 1840, uitgegeven door Dr. H. T. Colekbrander — Tweede Deel — Vestiging van den Eenheidsstaat, 1795—1798 (1906) (CXXX en 1037 bladzijden) / 7.50 3—4. Gedenkstukken der Algemeene Geschiedenis van Nederland van 1795 tot 1840, uitgegeven door Dr H. T. Colenbrander. — Derde Deel. — Uitvoerend Bewind; Engelsch-Bussische Inval; Amiens 1791—1804(2) (1907) (Twee stukken van te zamen LXIV en 1217 bladzijden) . . . ƒ 8.60 5—6. Gedenkstukken der Algemeene Geschiedenis van Nederland van 1795 tot 1840, uitgegeven door Dr. H. T Colenbrander. - Vierde Deel. — Staatsbewind en Raadpensionaris, 1801—1806 (1908). (Twee stukken van te zamen LXXVUI en 787 bladlijden) ƒ g._ 7. Relazioni Veneziane. Venetiaansche Berichten over de Vereenigde Nederlanden, van 1600—1795, verzameld en uitgegeven door Dr. P. J. Blok (1909) (XXIX en 422 bladzijden) ƒ 4.28 8. Bronnen tot de Geschiedenis van" de Leidsche Textielnijverheid, verzameld door Mr.- N. W. Posthumus. — Eerste Deel 1333—1480 (1910) (XXIV en 719 bladzijden) . .ƒ6.- 9—10. Bronnen tot de Geschiedenis van den Levantschen Handel, verzameld door Dr. K. Heerinoa. — Eerste Deel, 1590—1660 (1910) (Twee stukken van te zamen XXXII en 1175 bladzijden) ƒ 8.60 11—12. Gedenkstukken der Algemeene Geschiedenis van Nederland van 1795 tot 1840, uitgegeven door Dr. H. T. Colenbrander. — Vijfde Deel. — Koning Lodewijk, 1806—1810 (1910) (Twee stukken van te zamen LXIV en 848 bladzijden) ƒ 8. 43. Gedenkstukken der Algemeene Geschiedenis van Nederland van 4795 tot 4840, uitgegeven door Dr. H. T. Colenbrander. — Zesde Deel, eerste stuk. — Inlijving en Opstand, 1810—1813 (hoofdstukken I—III) (1911) (XL en 755 bladzijden) ƒ 8. 14. Bronnen tot de Geschiedenis van de Leidsche Textielnijverheid, verzameld door Mr. N. W. Posthumus. — Tweede Deel, 1481—1573 (1911) (XVI en 784 bladzijden) . . . . V . ƒ8.80 15. Briefwisseling van Gonstantijn Huygens, uitgegeven door Dr. J. A. Worp. — Eerste Deel, 1608—4634 (1911) (LVI en 510 bladzijden) ƒ4.60 16. Gedenkstukken der Alge meene Geschiedenis van Nederland van 1795 tot 1840, uitgegeven door Dr. H. T. Colenbrander. — Zesde Deel, tweede stuk. — Inlijving en Opstand, 1810—1813 (hoofdstukken IV— VI) (1912) (LVI en 830 bladzijden) ƒ 6.60 17. Gedenkstukken der Algemeene Geschiedenis van Nederland van 1795 tot 1840, uitgegeven door Dr. H. T. Colenbrander. — Zesde Deel, derde stuk. — Inlijving en Opstand, 1810—1813 (hoofdstukken VII— VIII) (1912) (CCXXXVII en 430 bladzijden) ƒ6.— 18. Bronnen tot de Geschiedenis van de Leidsche Textielnijverheid, verzameld door Mr. N. W. Posthumus. — Derde Deel, 4574—1610 (1912) (XV en 788 bladzvjden) ƒ 6.60 19. Briefwisseling van Constantijn Huygens, uitgegeven door Dr. J. A. Worp. — Tweede Deel, 1634—1639 (1913) (XVI en 554 bladzijden) ƒ4.60 20. Bronnen tot de Geschiedenis der Leidsche Universiteit, uitgegeven door Dr. P. C. Molhuysen. — Eerste Deel, 1574—1610(1913) (XVIII en 692 bladzijden) . . . . f 6.— 21. Briefwisseling van Constantijn Huygens, uitgegeven door Dr. J. A. Worp. — Derde Deel, 1640—1644 (1914) (XVI en 546 bladzijden) , ƒ4.60 22. Bronnen tot de Geschiedenis van de Leidsche Textielnijverheid, verzameld door Mr. N. W. Posthumus. — Vierde Deelv 4611—1650 (1914; (XVIII en 624 bladzijden) ƒ 6.— 23. Gedenkstukken der Algemeene Geschiedenis van Nederland van 1795 tot 1840, uitgegeven door Ur. II. T. Colenbrander. — Zevende Deel. — Vestiging van het Koninkrijk, 1813—1815 (met een kaart) (1914) (LXVII en 936 bladzijden) ƒ 7.60 24. Briefwisseling van Constantijn Huygens, uitgegeven door Dr. j. A. Worp. — Vierde Deel, 1644—1649 (1916) (XVI en 548 bladzijden) f*-*o 25. Gedenkstukken der Algemeene Geschiedenis van Nederland van 1795 tot 1840, uitgegeven door Dr. H. T. Colenbranber. — Achtste Deel. — Regeering van Willem I, 1815—1825. — Eerste stuk (1915) (XXXV en 711 bladzijden ƒ5.60 KLEINE SERIE. 1. Ontstaan der Grondwet. — Bronnenverzameling, uitgegeven door Dr. H. T. Colenbrander. — Eerste deel, 1814 (1908) (LXV en 580 bladzijden) ƒ 4. 2. Archivalia in Italië, belangrijk voor de geschiedenis van Nederland, beschreven door Dr. Gisbert Brom. — Eerste Deel. — Rome; Vaticaansch Archief. — Eerste Stuk (1908) (XXX en 464 bladzijden) ƒ 8.— 3. Acta der Particuliere Synoden van Zuid-Holland, 1621—1700, uitgegeven door Dr. W. P. C. Knuttel. — Eerste Deel, 1621—1633 (1908) (XXII en 555 bladzijden) ƒ 8.60 4. Baltische Archivalia. Onderzoek naar Archivalia belangrijk voor de geschiedenis van Nederland, in Stockholm, Kopenhagen en de Duitsche Oostzeesteden, ingesteld door Dr. G. W. Kernkamp (1909) (XXII en 364 bladzijden) ƒ 8.— t>. Aota der Particuliere Synoden van Zuid-Holland, 1621—1700, uitgegeven door Dr. W. P. C Knuttel. — Tweede Deel, 1634—1645 (1909) (XXVII en 554 bladzijden) ƒ 8.50 6. Archivalia in Italië, belangrijk voor de geschiedenis van Nederland, beschreven door Dr. Gisbert Brom. — Eerste Deel. — Rome; Vaticaansch Archief. — Tweede Stuk (1909) (VIII en 652 bladzijden) ƒ 4.— 7. Ontstaan dar Grondwet — Bronnenverzameling, uitgegeven door Dr. H. T. Colenrrander. — Tweede deel, 1815 (1809) (CXXIl en 663 bladzijden) .... ƒ4.50 8. Aota der Particuliere Synoden van Zuid-Holland, 1621—1700, uitgegeven door Dr. W. P. C. Knuttel. — Derde Deel, 1646—1656 (1910) (VIII en 585 bladzijden) ƒ 8.60 9. Archivalia in Italië, belangrijk voor de geschiedenis van Nederland, beschreven door Dr. Gisbert Brom. — Tweede Deel. — Rome; Vaticaansche Bibliotheek (1911) (XIV en 550 bladzijden) ƒ 8.60 10. Bescheiden in Italië omtrent Nederlandsche kunstenaars en geleerden, beschreven door Dr. J. A. F. Orbaan. — Eerste Deel. — Rome; Vaticaansche Bibliotheek (1911) (XXII en 438 bladzijden) ƒ 8.— 11. Aota der Particuliere Synoden van Zuid-Holland, 1621—1700, uitgegeven door Dr. W. P. C Knuttel. — Vierde Deel, 1657—1672 f1912) (XXXIII en 664 bladzijden) . . f 4.— 12. Bescheiden in Italië omtrent Nederlandsche kunstenaars en geleerden, beschreven door Dr. G. J. Hoogewerff. — Tweede Deel. — Rome; Archieven van bijzondere Instellingen (1918) (XV en 901 bladzijden) .....ƒ 6.50 13. Gedenkschriften van Anton Reinhard Palck, uitgegeven en met een Appendix voorzien door Dr. H. T. Colenbrander (1918) (XXV en 798 bladzijden) ƒ 5. 14. Archivalia in Italië, belangrijk voor de geschiedenis van Nederland, beschreven door Dr. Gisbert Brom. — Derde Deel. — Rome; Overige Bibliotheken en Archieven (1915) (LXXXVIII en 732 bladzijden) ... ƒ 6.— 15. Aota der Particuliere Synoden van Zuid-Holland, 1621—1700, uitgegeven door Pr. W. P. C. Knuttel. — Vijfde Deel, 1673—1686 (1915) (VI en 641 bladzijden ƒ 4.