VOORWOORD. In de laatste helft van 1917 besloot het Bestuur der Vereeniging tot verbreiding van kennis over Nederland in den vreemde tot oprichting van eene Commissie, welke zich ten doel zou hebben te stellen in Japan, beter dan tot dusverre het geval was, bekend te doen worden hetgeen in Nederland en Ned. Indië op wetenschappelijk, industrieel en kunstgebied is tot stand gebracht, welke opvattingen daar leven en hoe deze tot uiting komen. Omgekeerd om hier te lande en in Ned. Indië de sympathie voor het Japansche volk te vergrooten door kennis te verspreiden omtrent zijne denkbeelden op verschillend gebied, zijne kunsten en wetenschappen, en al wat verder gerekend wordt te behooren tot de grootheid in edelen zin van een volk. Nadat voormelde Commissie, kortheidshalve „Japansche Commissie" genoemd, hare beginselverklaring had openbaar gemaakt, stelde zij zich in betrekking met Hunne Excellenties de Ministers van Buitenlandsche Zaken en van Koloniën, en vernam met vreugde, dat beide Staatsmannen bereid waren haar te steunen, overtuigd als zij bleken, dat de Commissie goed werk zou kunnen doen. Hierop volgde een bezoek aa