1070 HANDLEIDING 1NLANDSCHE BESTUURSAMBTENAREN ÖP JAVA EN MADOERA. Mo. E Uitgave van het Departement van Binnenlandsch-Bestuur. 89 ' iMmVk DRUKKERIJ RUYGROK & Co. No. 35/B.B. HANDLEIDING TEN DIENSTE VAN DE INLANDSCHE BESTUURSAMBTENAREN OP JAVA EN MADOERA. No. 35/B.B. Het Volkscredietwezen. BATAVIA DRUKKERIJ RUYGROK & Co. 1920. PEMIMPIN BAGI PRIJAJI BOEMIPOETERA Dl TAN AH DJAWA DAN MADOERA. No. 35/B.B. Pekerdjaan pindjaman ra'jat. Dikeloewarkan oléh Departemén Pemerintahan-dalam-Negeri. BATAVIA DRUKKERIJ RUYOROK & Co. 1920. HET VOLKSCREDIETWEZEN. L REGELING VAN HET CREDIETVERBAND. II. GEDRAGSLIJN DOOR DE AMBTENAREN BIJ HET BINNENLANDSCH BESTUUR OP JAVA EN MADOERA TE VOLGEN TEN AANZIEN VAN HET VOLKSCREDIETWEZEN EN DE COÖPERATIE. III. EENIGE AANGELEGENHEDEN MET HET VOLKSCREDIETWEZEN VERBAND HOUDENDE VOOR DEN INLANDSCHEN BESTUURSAMBTENAAR VAN BELANG. a) . De Centrale Kas voor het Volkscredietwezen. b) . Waarmerking van vingerafdrukken en bewijs¬ kracht van onderhandsche geschriften. c) . Verjaring van schulden. d) . Bestrijding van den woeker. PEKERDJAAN PINDJAMAN RA'JAT ')• I PERATOERAN TANGGOENGAN OETANG. II. DJALAN JANG HAROES DITOEROETI OLÉH AMTENAR-AMTENAR PEMERINTAHAN DALAM NEGERI TENTANG PEKERDJAAN PINDJAMAN RA'JAT DAN KOPERASI Dl TANAH DJAWA DAN MADOERA. III. BEBERAPA HAL JANG BERHOEBOENG DENGAN PEKERDJAAN PINDJAMAN RA'JAT JANG BERGOENA BAGI PRIJAJI BOEMIPOETERA. a) . Kas Sentral boewat Pekerdjaan pindjaman ra'jat. b) . Kesahan tanda bekas djari (tanda djempol) dan kekoewatan keterangan soerat-soerat dibawah tangan. c) . Laloe témpoh oetang. d) . Memerangi riba. ') De Maleische vertaling is bezorgd door het kantoor van de Commissie voor de Volkslectuur. HOOFDSTUK I. 1. Wat is credietverband? De regeling van het credietverband. A. Aard en strekking van het credietverband. Het credietverband is een zakelijk recht op zaken als hierna onder 6 vermeld, strekkende om daarop de voldoening eener verbintenis te verhalen (K. 1) ')• Daar het credietverband een zakelijk recht is, brengt dit mee, dat de zaken daarmede belast blijven, in welke handen zij ook overgaan (K. 2, al. 2). Indien de schuldenaar, die de zekerheid stelde, en die hier verder credietverbandgever zal worden genoemd, zijn overeengekomen verplichtingen niet nakomt, kan de credietverbandhouder, dat is de persoon, die op die zekerheid crediet verleende, de verbonden zaak, in wiens handen zich die ook bevindt, op bevel van den rechter publiek doen verkoopen, teneinde zich uit de opbrengst schadeloos te stelleu. De grosse 2) van de credietverbandakte die in handen van den schuldeischer wordt gesteld, heeft namelijk kracht van vonnis en kan op last en onder leiding van den president van den landraad ten uitvoer worden gelegd. De schuldeischer heeft slechts recht op het bedrag der verstrekte nog niet afgeloste, doch wel invorderbare leening vermeerderd met de nog te vorderen renten en kosten. 1) Dit beteekent Koninklijk besluit van 6 juli 1908 No. 30 (Staatsblad No. 542) tot regeling van het credietverband, artikel 1. 2) Grosse beteekent authentiek afschrift. BAB I. 1. Apakah tan goengan-oetang itoe? Peratoeran tanggoengan-oetang. . A. Sifat dan maksoed tanggoengan-oetang. Tanggoengan oetang itoe jaïtoe hak barang atas harta jang terseboet dibawah ini pada 6 dan maksoednja oentoek penanggoeng pembajaran sesoewatoe perdjandjian (K. 1) ')■ Dari sebab tanggoengan-oetang itoe adalah soewatoe hak barang, maka harta jang mendjadi tanggoenganoetang itoe tetap diberati hak itoe, walau barang itoe djatoeh ke tangan sijapa sekalipoen. (K. 2, ajat 2). Bilamana si pemindjam, jang menanggoengkan barangnja dan jang akan dinamaï pemberi tanggoengan-oetang, tidak mentjoekoepi perdjahdjiannja, maka si pemegang tanggoengan-oetang, jaïtoe jang memberi pindjaman boléh dengan perintah hakim menjoeroeh melélang barang jang bersangkoetan itoe, dalam tangan sijapapoen barang itoe ada, lélang itoe jaïtoe oentoek mengganti keroegian si pemegang tanggoengan itoe jang disebabkan oléh keléngahan si pemberi tanggoengan-oetang. Grosse 2) soerat-akte tanggoengan-oetang, jang diberikafl kepada si penagih oetang, mempoenjaï kekoewatan sebagai poetoesan hakim dan boléh didjalankan, asal dengan perintah dan pimpinan presidén Landraad. Si penagih oetang hanjalah berhak atas sedjoemlah oewang jang beloem dibajar, jang masih dapat ditagih, ditambah dengan boenganja dan ongkos-ongkos. 1) Ini artinja: Firman Radja tanggal 6 Juli 1908, No. 50 (Stbl. No. 542) oentoek mengatoer tanggoengan-oetang, pasal 1. 2) Grosse, artinja: salinan soerat jang sah. 2. Waarom er behoefte bestond aan de instelling van het credietverband? Het meerdere moet aan den rechthebbende, credietverbandgever of derden bezitter, worden uitgekeerd (K. 19, 25). In de Inlandsche maatschappij komt het stellen van zakelijke zekerheid veelvuldig voor in den vorm van verpanding van bouwgronden, vruchtboomen of huizen, dan wel in den vorm van overeenkomsten van deelbouw (maro of neloe) of van voorschot op het groene gewas (idjon). Dergelijke overeenkomsten, waarbij zakelijke zekerheid wordt gesteld, kunnen echter alleen worden aangegaan tusschen Inlanders onderling; de afdeelingsbanken, die Europeesche rechtspersonen zijn, kunnen van deze rechtsmiddelen geen gebruik maken. Aan den anderen kant kent het Europeesche recht als zakelijke zekerheid op onroerende zaken de hypotheek. Maar dit recht is al evenmin bruikbaar voor de afdeelingsbanken, omdat het alleen bestaanbaar is op onroerende zaken, waarop een recht van eigendom, van opstal, van erfpacht, van vruchtgebruik of van agrarisch eigendom wordt uitgeoefend, zoodat de op Inlandsche wijze bezeten gronden van de debiteuren der banken er niet voor in aanmerking komen. Toch kunnen de volksbanken niet in alle gevallen genoegen nemen met de persoonlijke credietwaardigheid der leeners. Hierom niet, aangezien niet alle credietbehoevenden persoonlijk aan de bankbeheerders bekend ziin aangezien somtijds leeningen worden aangegaan voor een langen termijn, waarin allerlei gebeurlijkheden denkbaar zijn, zooals tusschentijds overlijden van den debiteur, rampen, misgewas, veeziekten, slechte invloeden, die op hem werken, of ook ingeval leeningen worden aangegaan tot het drijven van zaken, waarvan de uitslag noe twijfelachtig is. Zonder de beschikking over het rechtsmiddel van zakelijke zekerheid zouden de banken derhalve van dergelijke credieten moeten afzien, d.w.z. zouden zij ten aanzien van de bevrediging dier credietbehoeften met in staat zijn om met kans op goeden uitslag den strijd tegen den op eigen belang bedacht zijnden Inlandschen mededinger te aanvaarden en uit te vechten. 2. Apakah sebabnja perloe adatanggoeng an-oetang ? Sisanja mesti diberikan kepada jang berhak, jaïtoe pemberi tanggoengan-oetangatau sipoenja'iifïlikjangketiga(K.19,25). Dalam doenija Boemipoetera banjak sekali orang jang menanggoengkan barangnja, seperti: gadaian tegalan, pohon boewah-boewahan atau roemah, ataupoen memakai perdjandjian maro atau neloe, atau mengambil porskot boewat tanam-tanaman jang masih moeda, (idjon). Perdjandjian jang sedemikian itoe, jang ditetapkan ketentoean barangnja hanjalah boléh diboewat antara Boemipoetera sahadja, bank—bank afdeeling dibawah hoekoem oendang-oendang bagi bangsa Éropah tijada boléh memakai djalan itoe. Tetapi sebaliknja hak bangsa Éropah itoe boléh menanggoengkan harta tetapnja sebagai „hypotheek". Tapi hak itoepoen ta' bergoena poela bagi bank afdeeling, sebab hak itoe hanjalah boléh diberikan kepada harta tetap, jang dipoenjaï dengan hak eigendom, hak opstal, hak-toeroen-temoeroen, hak-memoengoet hasil atau hak-eigendom menoeroet hoekoem tanah, sehingga tanah-tanah jang dipoenjaï tjara Boemipoetera oléh jang beroetang pada bank tidak boléh dipakai akan djadi tanggoengan. Pada hal bank ra'jat itoe tidak selamanja dapat mempertjajaï si pemindjam sadja dengan tidak ada tanggoengan. Sebab tidak segala orang jang perloe memindjam oeang jang dikenal oléh pemegang bank, Sebab atjap kali ada pindjaman jang perdjandjiannja boewat waktoe jang lama, sedang dalam témpoh itoe kadang-kadang terdjadilah hal-hal, seperti: si pemindjam mati, ada bala, tanamtanaman tijada djadi, banjak penjakit-héwan, boeroek keadaan jang berpengaroeh atas segala itoe, ataupoen djoega bila orang memindjam boewat mendjaiankan soewafoe pentjarian jartg boewahnja beloem dapat ditentoekan. Djika bagi bank-bank itoe tidak ada djalan akan beroléh tanggoengan barang, nistjajalah bank-bank itoe tidak akan dapat memberi pindjaman, artinja bank-bank itoe tidak dapat meritjoekoepi keperloean orang-orang jang perloe memindjam dengan ada tanggoengannja dan tidak dapat ija bersaingan dengan pemmdjamkan oewang bangsa Boemipoetera jang mengingat keselamatannja sendiri sadja. 3. Waarom is het credietverband voor beperkt gebruik bestemd? 4. Ten behot van wie credi verband mag worden geve: tigd. ï Zoowel het belang der volksbanken, als dat der credietbehoevenden brengt mitsdien mede, dat de eersten in staat zijn om naar omstandigheden zoo noodig ook sakeHjke zekerheid te verkrijgen. Heeft de wetgever door het instellen van het credietverband den Inlander ten aanzien van de afdeelingsbanken credietbevoegder gemaakt dan voorheen, en daardoor in meerdere mate het crediet der volksbanken voor hem toegankelijk gemaakt, geenszins mag worden voorbijgezien, dat die bevoegdheid tot een ramp voor hem zelf zal worden indien ook zijn credietwaardigheid niet in dezelfde mate toeneemt, d.w.z., dat bij den Inlander tegenover een gemakkelijker toegang tot de geldmarkt behooren te staan een verhoogd voortbrengingsvermogen en de wil om zijn schulden te blijven betalen uit zijn verdiensten en andere inkomsten. De tot zekerheid te stellen zaak mag nimmer worden beschouwd als het middel om de schuld te betalen, noch door den geldschieter, noch door den geldnemer; de beteekenis van de zekerheidstelling mag niet hooger worden gesteld dan als laatste middel om den geldschieter voor verlies te behoeden. Juist omdat het rechtsmiddel afwijkt van die, welke in de Inlandsche maatschappij gebruikelijk zijn, en de credietvetbandgever, die de beschikking over zijn grond behoudt, geneigd zal zijn te meenen, dat het credietverband niet veel te beteekenen heeft en er luchthartig toe zal overgaan, is het noodzakelijk, dat de credietgever de gewenschte matigheid betracht en dat de ambtenaar, ten wiens overstaan de akte verleden wordt, den schuldenaar de verplichtingen, die het credietverband meebrengt, duidelijk voor oogen stelt. re Met het oog op het hiervoor vermelde heeft de wetgever het dan ook raadzaam geacht zich het recht voor te behouden een schifting te maken tusschen crediteuren, ' voor wie voorshands het credietverband wel of niet toegankelijk zal zijn, een bevoegdheid, welke in zich sluit 3. Apakah sebabnja tanggoengan-oetang itoe dloentoekkan boewat dipakai dengan dibatasi sadja? 4. Oentoek sijapa tanggoengan-oetang itoe boléh di adakan. Sebab itoe baik oentoek kepentingan bank ra'jat maoepoen oentoek orang-orang jang perloe memindjam, maka bank-bank itoe djika perloe boléh mendapat djoega tanggoengan barang. Dengan mengatoerkan tanggoengan-oetang itoe madjelis pemboewat oendang memberi kelapangan kepada Boemipoetera lebih dari dahoeloe akan dapat memindjam dari bank-bank afdeeling; hal itoe adalah berbahaja sekali bagi diri maréka sendiri, djika kekoewatannja oentoek memindjam itoe tidak bertambah poela, artinja, oentoek mendapat pindjaman dengan moedah, maka Boemipoetera hendaknja bertambah kekoewatannja akan mendatangkan penghasilan dan bertambah kehendaknja oentoek membajar oetangnja dari pentjariannja dan hasil jang lain-lain. Harta jang ditanggoengkan sekali-kali tidak boléh dipandang oentoek pembajar oetang, baik oléh si pemindjamkan oewang, maoepoen oléh si pemindjam; péndéknja tanggoengan itoe djangan diartikan lain dari soewatoe oepaja oentoek mentjegah soepaja pemindjam wang djangan dapat roegi. Dari sebab hak hypotheek menjimpang dari hak jang lakoe di doenija Boemipoetera, maka si pemberi tanggoengan-oetang jang dalam hal itoe tetap mengoewasaï tanahnja, akan mengira dengan moedah sadja, bahwa tanggoengan-oetang itoe ta' berapa berarti, sehingga ija dengan gampang menanggoengkan tanahnja, oléh karena itoe si pemberi oetang seboléh-boléh sedang-sedang sadja memberi pindjaman dan amtenar-amtenar jang menghadiri memboewat soerat akte, hendaknja menerangkan dengan sedjelas-djelasnja kepada si pemindjam, apa kewadjibannja disebabkan tanggoengan-oetang itoe! Mengingat jang terseboet didepan itoe, maka madjelis pemboewat oendang-oendang memandang perloe memegang sendiri hak akan memilih antara pemindjamkan, sijapa jang akan boléh mendapat tanggoengan-oetang itoe sijapa tidak; hak ini mengandoeng kekoewasaan 5. Wie als credietverbandgever mogen optreden. Ie macht om aan een credietgever, die het hem verleende voorrecht misbruikt, dit te ontnemen (K. 38). Bij verschillende Gouvernementsbesluiten zijn thans ïog slechts bepaalde volkscredietbanken aangewezen als nstellingen ten behoeve van welke credietverband mag worden gevestigd. Een volkscredietbank kan tot de regeering het verzoek richten om als bevoegde instelling te worden aangewezen. Credietverband kan slechts worden gevestigd door hem, die de bevoegdheid heeft om het bezwaarde goed te verkoopen (K. 6). De deelgerechtigde in communalen grond kan derhalve zijn aandeel niet met credietverband bezwaren, echter wel de daarop staande gebouwen en gewassen. Indien een zaak in het onverdeeld bezit van meerdere personen is (b.v. gemeenschappelijke ontginning) kan ieder van hen daarop credietverband itèstigen. Na de verdeeling blijft dan echter het verband'alleen gevestigd op het deel, dat aan den schuldenaar is toebedeeld. (K. 5). In het algemeen kan hij, die over een goed slechts in beperkte mate kan beschikken, het ook niet anders dan in dezelfde beperkte mate verbinden (K. 7). Dit brengt mee dat, wanneer bijv. iemand credietverband vestigt op een goed dat hij met recht van wederinkoop heeft gekocht, het verband te niet gaat, wanneer de oorspronkelijke rechthebbende het goed heeft teruggekocht. Ingeval het goederen betreft van Inlandsche gemeenten, van familiën of andere gemeenschappen en van minderjarigen zal er verder op moeten worden gelet, dat de credietverbandgever voldaan heeft aan de voorwaarden en formaliteiten door de wettelijke bepalingen of het volksrecht gevorderd (K. 8). Zoo zal bijv., waar het goederen van Inlandsche gemeenten betreft, rekening moeten worden gehouden met de Inlandsche gemeente-ordonnantie. 5. Sijapa jang boléh mendjadi pemberi tanggoengan-oetang? boewat mentjaboet izin itoe, bila pemberi pindjaman meroesakkan kepertjajaan dalam hal itoe (K. 38). Dengan beberapa firman Goebernemèn ditentoekan, bahwa sekarang hanjalah tinggal beberapa bank pindjaman ra'jat sadja, jang ditoendjoekkan boléh menerima tanggoenganoetang. Bank pindjaman ra'jat jang lain boléh mengoendjoekkan permohonan kepada Pemerintah oentoek mendapat kekoewasaan menerima tanggoengan-oetang itoe. Tanggoengan-oetang hanjalah boléh diberikan oléh orang, jang berhak mendjoewal barang jang ditanggoengkan itoe (K. 6). Dari sebab itoe maka jang dapat bagian tanah-désa tidak boléh mendjadikan bagiannja itoe djadi tanggoenganoetang, ketjoewali roemah-roemah dan tanam-tanaman jang ada diatas tanah itoe. Bilamana sesoewatoe barang mendjadi kapoenjaan lebih dari seorang dengan tidak dibagi-bagi, (oempamanja pemboekaan tanah persekoetoean), maka tijap-tijap orang daripada merékaitoe boléh mendjadikan barang itoe tanggoengan-oetang. Tetapi djika barang itoe telah dibagi, maka jang tetap djadi tanggoengan-oetang hanjalah sebagian sadja, jaïtoe jang mendjadi milik si beroetang. (K. 5). Pada 'oemoemnja djika orang berkoewasa atas sesoewatoe barang dengan dibatasi, maka haknja oentoek menggadaikan barang itoepoen dibatasi djoega sebagai itoe (K. 7). Dari itoe bilamana oempamanja seorang-orang mendja^ dikan sesoewatoe barang, jang dibelinja dengan perdjandjian djoewal akad, tanggoengan-oetang, maka tanggoengan-oetang itoe batal, djika jang poenja asal membeli kembali barang itoe. Bilamana harta itoe kepoenjaan désa, sekaoem keloewarga atau persekoetoean lain-lain dan kanak-kanak jang beloem sampai 'oemoer, maka haroeslah didjaga, soepaja pemberi tanggoengan-oetang mentjoekoepi perdjandjian dan sjarat-sjarat jang dimestikan oléh ketentoean-ketentoean hoekoem atau hoekoem 'adat (K. 8). Dari sebab itoe maka oempamanja boewat barang kepoenjaan désa haroeslah diindahkan ordonansi-désa. Het is de taak van de afdeelingsbank om eigen benadeeling te voorkomen door van te voren nauwkeurig te onderzoeken of de verbandgever tot het bezwaren van• het goed bevoegd is en het onbeperkt verkoopsrecht er van heeft; het laatste te meer, daar het twijfelachtig is of het verzwijgen van. de beperkingen in K. 7 bedoeld wel steeds strafbaar is volgens artikel 385 van het Strafwetboek; het is de plicht van den ambtenaar, ten wiens overstaan de akte verleden wordt, den verbandgever te wijzen op de straf in bedoeld artikel 385 gesteld. 6. Op welke zaken credietverband mag worden gevestigd. 7. Credietverband op gebou wen en beplan tingen. Credietverbandgever en leener moeten dezelfde persoon zijn. Het is derhalve niet geoorloofd, dat iemand credietverband geeft op zijn goederen als borg voor een derde, die geld van de bank leent. Credietverband mag gevestigd worden op Inlandsche gebruiksrechten op het landsdomein of op de particuliere landerijen en verder op reeds bestaande of nog tot stand te brengen gebouwen, werken, beplantingen of bezaaiingen aan Inlanders toebehoorend, op grond waarop Inlandsche gebruiksrechten worden uitgeoefend (K. 3). Het credietverband strekt zich niet enkel uit tot hetgeen bij het aangaan van de overeenkomst een gedeelte van de zaak uitmaakt, maar ook tot alle verbeten ringen en tot hetgeen er door aanwas, opbouw of beplanting mee vereenigd is (K. 4). Ter verduidelijking van de boven aangegeven regel (K. 3) volgen hier eenige toepassingen. Communaal bezit mag enkel door de Inlandsche gemeente met credietverband worden bezwaard. De opgezetenen van particuliere landerijen mogen hun ■zakelijke gebruiksrechten verbinden. ■ Op gebouwen en beplantingen van Inlanders op gronden, waarop Inlandsche gebruiksrechten worden uitgeoefend, 6. Barang jang boléh didjadikan tanggoengan-oetang. IJ7. Tanggoengan-oetang atas roemah-roemah dan tanam-tanaman. Adalah kewadjiban bank afdeeling boewat mendjaga soepaja djangan mendapat roegi, jaïtoe hendaknja memeriksa dengan tjermat, adakah pemberi tanggoengan berhak mendjadikan barang itoe tanggoengan-oetang dan adakah ija berhak mendjoewalnja dengan tidak dibatasi; teristiméwa jang terseboet terkemoedijan itoe jaïtoe hak oentoek mendjoewal barang itoe haroes diamat-amati soenggoeh, sebab adalah disakki, kalau-kalau menjemboenjikan hak jang dibatasi itoe, jang dimaksoed dalam pasal 7 K. tidak selamanja boléh dihoekoem menoeroet pasal 385 Kitab oendang-oendang hoekoeman; oléh karena itoe maka amtenar jang menghadiri pemboewatan akte itoe diwadjibkan akan memberi tahoekan hoekoeman jang ditetapkan dalam pasal 385 terseboet kepada pemberi tanggoengan itoe. Pemberi tanggoengan-oetang dan pemindjam haroeslah orang jang seorang itoe djoega. Dari sebab itoe tidak diizinkan, djika orang-orang mendjadikan barangnja tanggoengan-oetang sebagai boroh oentoek orang lain jang memindjam oewang dari bank. Tanggoengan oetang boléh diberatkan atas hak-pakai Boemipoetera atas tanah-radja, atau atas tanah partikoelir, dan lain daripada itoe atas roemah-roemah jang telah ada atau jang akan didirikan, perboewatan, tanam-tanaman atau penaboeran, jang mendjadi milik Boemipoetera dengan beralasan hak pakai Boemipoetera (K. 3). Jang mendjadi tanggoengan-oetang itoe boekannja sadja barang atau sebagian daripada barang jang ditanggoengkan ketika memboewat perdjandjian, tetapi djoega segala peroebahan dan hasil pohon-pohonan, roemah-roemah atau tanamtanamannja K. 4). Soepaja atoeran (K. 3) jang terseboet itoe mendjadi terang ditambahkan disini keterangan sebagai berikoet. Tanah désa hanjalah boléh didjadikan tanggoenganoetang oléh désa. Pendoedoek tanah partikoelir boléh mendjadikan barang, jang dipoenjaïnfa dengan hak pakai tanggoengan-oetang. Roemah-roemah dan tanam-tanaman Boemipoetera di tanah-tanah jang dipoenjaïnja dengan hak pakai, boléh kan reeds credietverband worden gevestigd als ze nog tot stand moeten worden gebracht. Deze bepaling is een groot voordeel, daar hierdoor Inlanders, die een huis willen bouwen of een gewas willen teelen op hun grond, doch daartoe niet over de noodige geldmiddelen beschikken, crediet kunnen krijgen tegen de zakelijke zekerheid van dat toekomstige huis of gewas. Geheel zonder gevaar voor den credietgever is dit echter niet. Immers terwijl gronden, die met credietverband zijn belast, daarmede bezwaard blijven, in welke handen zij ook overgaan (K. 2), gaat het credietverband op gebouwen en beplantingen teniet, zoodra zij vervreemd en verwijderd zijn van dën grond, waarop zij bij het vestigen van het credietverband zich bevonden of zouden worden tot stand gebracht (K. 29). Het is dus zaak, dat de credietverbandhouder steeds terdege oplet, dat de verbonden zaak niet op eenige wijze aan het credietverband wordt onttrokken. Vandaar de bepaling (K. 18), dat de verbandhouder zich door het Hoofd van plaatselijk bestuur kan laten machtigen om de maatregelen te nemen noodig.tot het behoud van zijn recht, desvereischt zelfs met de hulp van het openbaar gezag. Het is echter de taak van den ambtenaar, ten wiens overstaan de akte wordt verleden, bij het vestigen van een dergelijk credietverband den credietverbandgever te waarschuwen dat hij, door het opzettelijk geheel of ten deele onttrekken van de zaak aan het er op rustend credietverband, zich schuldig maakt aan een misdrijf, waarop gevangenisstraf tot 2 jaar kan worden gesteld (Str. Wb. art 404 4°). Met uitzondering van de hierboven genoemde gebouwen en beplantingen, kan credietverband enkel worden gevestigd op tegenwoordige goederen, zoodat bijvoorbeeld credietverband op gronden, die men door erflating hoopt te krijgen of die men van plan is te koopen, nietig is (K. 9). didjadikan tanggoengan-oetang, sekalipoen roemah-roemah atau tanam-tanaman itoe beloem selesai. Ketentoean ini adalah mengoentoengkan sekali bagi Boemipoetera, sebab bilamana Boemipoetera hendak mendirikan roemah atau bertjotjok tanam di tanahnja sendiri, tetapi tidak mempoenjaï oewang tjoekoep oentoek itoe, maka marékaitoe boléhlah mendjadikan roemah-roemah, jang akan didirikan atau tanam-tanaman jang akan ditanamkan itoe tanggoengan-oetang. Tetapi ketentoean itoe bagi pemberi oetang ada berbahaja sedikit. Sebab tanah jang didjadikan tanggoengan-oetang tetap diberati dengan tanggoengan itoe, mesti barang itoe pindah (K. 2) ke tangan sijapapoen; akan tetapi tanggoengan-oetang atas roemah-roemah dan tanam-tanaman tidak lakoe lagi, bilamana roemah-roemah atau tanam-tanaman itoe telah djatoeh ke tangan orang lain, atau dipindahkan dari tanah tempat ija ada, didirikan atau ditanamkan ketika didjadikan tanggoengan-oetang (K. 29). Maka kewadjiban pemegang tanggoengan-oetang mendjaga, soepaja barang jang didjadikan tanggoenganoetang tidak dapat lepas dari tanggoengan itoe. Dari sebab itoe maka adalah ketentoean (K. 18), jang memboléhkan pemegang tanggoengan-oetang memohonkan kepada Kepala pemerintahan senegeri soepaja ija dikoewasakan mengoepajakan sendiri soepaja haknja itoe djangan hilang djika perloe dengan pertolongan Pemerintah 'oemoem. Poen amtenar jang menghadiri memboewat akte diwadjibkan, pada waktoe mengadakan tanggoengan-oetang memberi ingat kepada pemberi tanggoengan-oetang jang bila ija dengan sengadja hendak meiepaskan sebagian atau semoewa dari barang jang ditanggoengkan itoe, maka ija akan dipersalahkan memboewat kedjahatan jang boléh dihoekoem sampai doewa tahoen lamanja (Kitab oendang-oendang Hoekoeman pasal 404, 4°). Dengan mengetjoewalikan roemah-roemah dan tanamtanaman jang terseboet diatas, maka tanggoengan-oetang itoe hanjalah boléh diberatkan atas harta benda jang telah ada dan mendjadi milik si pemberi tanggoengan, sehingga misalnja tanah, jang diharap orang akan diwarisinja atau jang hendak dibelinja, tidak dapat didjadikan tanggoengan-oetang (K. 9). No. 35/B.B. 2 8. Middelen ter bescherming van de zekerheid voor den schuldeischer. Hierboven werd reeds gewezen op het middel dat aan den credietverbandhouder gegeven is, om onttrekking van het verbonden goed aan het credietverband te beletten. Deze bepaling (K. 18) strekt zich ook uit tot maatregelen ter voorkoming dat het bezwaarde goed door gebrek aan voldoend onderhoud in waarde vermindert. De verbandhouder draagt voor deze maatregelen wel de verantwoordelijkheid maar de verbandgever zal, indien zij gegrond blijken, kosten, schaden en interessen moeten betalen. De verbandgever behoort dus voor de gevolgen van verwaarloozing te worden gewaarschuwd. 9. Bepaling var het bedrag waarvoor credietverband is gevestigd. 10, Beperkinge van het beschikkingsrechl van den crediei verbandgever. Een credietverband is slechts van waarde, inzoover de som, waarvoor het is toegestaan zeker en bij de akte bepaald is. Is de hoegrootheid van de schuld van te voren niet te bepalen, dan moet zij worden geschat en deze geschatte waarde in de akte worden opgegeven (K. 10). Onder schuld is daarbij niet enkel te verstaan het bedrag dat in leen verstrekt wordt of dat den verbandgever vergund wordt ten hoogste op te nemen, maar het bedrag, dat hij op een gegeven oogenblik in totaal aan den verbandhouder schuldig kan zijn. Nu is de credietverbandakte, blijkens het daarvan gegeven model, wel tevens als obligatie ingericht, en zal dus in die akte het bedrag van de leensom moeten worden vermeld, dit neemt niet weg dat daarnaast als bedrag, waarvoor credietverband wordt verleend, dient te worden opgenomen de som van het geleend bedrag en het geschatte bedrag van de renten en kosten, opdat bij executie de geheele vordering van de bank uit de opbrengst van de verbonden goederen mogen worden verhaald. Men zie de modelakte hierachter. n Het is den credietverbandgever verboden om zonder schriftelijke toestemming van den verbandhouder: a. het verbonden goed te verhuren of in deelbouw te geven. 8. Oepaja boewat memberi tanggoengan kepada si berpijoetang. Diatas ini telah ditoendjoekkan oepaja bagi pemegang tanggoengan oetang boewat mendjaga, soepaja barang jang telah djadi tanggoengan-oetang djangan dapat dilepaskan dari tanggoengan itoe. Ketentoean (K. 18) itoe mengandoeng poela ichtijar oentoek mendjaga, soepaja barang jang djadi tanggoengan-oetang dipelihara dengan baik sehingga harganja tidak mendjadi koerang. Oentoek melakoekan ichtijar itoe jang menanggoeng si pemegang tanggoengan-oetang, tetapi bilamana njata, bahwa soenggoeh-soenggoeh si pemberi tanggoengan jang léngah dalam hal itoe, maka jang haroes membajar ongkos-ongkos, keroegian dan boenga si pemberi tanggoengan-oetang itoe. Dari sebab itoe maka hal itoe haroes diingatkan kepada si pemberi tanggoengan-oetang. 9. Menentoekan banjaknja wang jang memakai tanggoenganoetang. Tanggoengan-oetang hanjalah berharga, bilamana djoemlah wang jang diizinkan tentoe dan ditetapkan dalam akte. Djika besarnja oetang tidak dapat ditentoekan lebih dahoeloe, maka besarnja itoe mesti ditaksir dantaksiran itoe haroes diseboetkan dalam akte (K. 10). Óengan perkataan oetang selainnja banjak wang jang dipindjamkan atau wang jang sebanjak-banjakrija boléh diizinkan kepada si pemindjam, termasoek djoega, banjak wang, jang si pemindjam pada soewatoe ketika boléh beroetang kepada pemegang tanggoengan. Seperti njata pada tjontohnja, maka akte tanggoengan-oetang itoe diatoerkan seperti „obligatie"; djadi oewang jang dipindjam ditoeliskan pada akte itoe, akan tetapi lain dari itoe haroes ditoeliskan djoega djoemlah oewang jang dipindjamkan itoe dan taksiran boenganja (renten) serta ongkos-ongkosnja, soepaja waktoe mendjalankan kepoetoesan hakim akan menjoeroeh bajar nanti segenap djoemlah oetang itoe boléh ditarikkan dari barang jang ditanggoengkan tadi. Lihatlah tjontoh akte dibelakang ini. 10. Membatasi Maka si pemberi tanggoengan-oetang dilaranglah, djika tanggoeneanberitida'C ^apat soerat izin dari si pemegang tanggoengan: oetang (me- a" menjéwakan atau memperdoewakan (maro) barang ngoewasaï ba- jang djadi tanggoengan-oetang itoe. b. het met credietverband bezwaarde gebruiksrecht te vervangen door een anderen titel, bijvoorbeeld eigendom, recht van opstal, erfpacht enz. De credietverbandgever mist de bevoegdheid om het verboden goed te verkoopen met recht van wederinkoop, het te verpanden, of met een tweede credietverband te bezwaren, zelfs al zou de verbandhouder er in toestemmen. Dergelijke handelingen van den verbandgever zullen derhalve nietig zijn. Het verhuren of in deelbouw geven van het bezwaarde goed zal, indien het op korten termijn geschiedt, geen afbreuk doen aan de verkoopswaarde. Daarom is dit toegelaten, mits met toestemming van den verbandhouder. Wat met het credietverband gebeurt, wanneer het bezwaarde gebruiksrecht door een anderen titel wordt vervangen, melden de wettelijke bepalingen niet. Geschiedt het met toestemming van den credietverbandhouder dan kan deze van het credietverband afstand doen onder voorwaarde dat hem, nadat de nieuwe titel verkregen is, hypotheek zal worden gegeven. Vandaar dat de gelegenheid tot deze vervanging, mits met toestemming van den verbandhouder, open gelaten is. Al kan geen tweede credietverband op een goed worden gevestigd, is het wel mogelijk om met onderling goedvinden van partijen de bestaande overeenkomst te ontbinden en opnieuw credietverband te vestigen tot het totaal beloop der schulden. Het eerste verband moet alsdan worden doorgehaald. Wel kan hij, die op een goed credietverband gaf, dat goed niet meer verpanden, maar het is mogelijk dat iemand die een goed reeds verpand heeft, dat ook nog bezwaart met credietverband. Het is daarom van groot belang, dat de credietgever te voren nauwkeurig onderzoekt of dit geval niet aanwezig is, vooral omdat verpanding, tot stand gekomen voor de vestiging van het credietverband, van kracht blijft en zelfs voorrang heeft boven het crediet- rang jang ditanggoengkan). b. mengganti nama hak-pakai jang djadi tanggoenganoetang dengan nama lain, seperti: hak-eigendom, hakopstal, hak-toeroen-temoeroen d.s.b. Pemberi tanggoengan-oetang ta' mempoenjaï kekoewasaan oentoek mendjoewal 'akad barang jang didjadikannja tanggoengan-oetang itoe, atau menggadaikannja dan mendjadikan lagi oentoek kedoewa kalinja barang itoe djadi tanggoengan, sekalipoen dengan seizin pemegang tanggoengan. Perboewatan jang sedemikijan itoe tidak sah. Menjéwakan atau memperdoewakan barang jang djadi tanggoengan-oetang, bila hanja oentoek sedikit témpoh sadja, tidak akan mengoerangkan harga barang itoe. Dari sebab itoe maka menjéwakan atau memperdoewakan barang itoe diizinkan, asal dengan semoepakatnja si pemegang tanggoengan. Dalam ketentoean-ketentoean hoekoem tidak diseboetkan bagaimana akan djadinja hak-pakai jang djadi tanggoengan-oetang, djika ija diganti namanja dengan nama jang lain. Bilamana hak-pakai itoe diganti namanja dengan seizin pemegang tanggoengan-oetang, maka boléhlah ija meiepaskan tanggoengan itoe, asal dengan perdjandjian, bahwa barang itoe, setelah namanja diganti akan dimasoekkan hypotheek poela. Itoelah sebabnja maka barang jang sama djadi tanggoengan-oetang boléh diganti namanja djika dengan seizin pemegang tanggoengan. Walaupoen barang jang masih djadi tanggoengan tidak boléh boewat kedoewa kalinja didjadikan tanggoengan-oetang, tetapi bila dengan semoepakat si pemegang tanggoengan, maka perdjandjian jang telah ada itoe boléh djoega dirombak dan setelah itoe barang itoe didjadikan poela tanggoengan oentoek sebanjak djoemlah kedoewa oetang itoe. Tanggoengan jang pertama haroeslah dihapoeskan. Orang jang mendjadikan barangnja tanggoengan-oetang, tidak boléh menggadaikan barang itoe, tetapi orang jang telah menggadaikan barangnja boléh mendjadikan barang itoe tanggoengan-oetang. Dari sebab itoe besarlah kepentingannja bilamana pemberi oetang memeriksa dengan tjermat lebih dahoeloe, adakah barang jang akan didjadikan tanggoengan telah digadaikan atau beloem, sebab djika barang itoe telah digadaikan sebeloem didjadikan tanggoengan, maka ga- verband (K. 17). De bestuursambtenaar, voor wien de akte wordt verleden, moet van zijn kant den credietverbandgever waarschuwen geen reeds op het goed rustende verpanding te verzwijgen, door hem er op te wijzen, dat hierop gevangenisstraf tot vier jaren staat (Str. Wb. art. 38). 11. Beperkingen van de bevoegdheid van den credletverbandhouder. Ook voor den credietverbandhouder gelden eenige verbodsbepalingen, namelijk: a. het is den credietverbandhouder verboden een vermeerdering te vorderen van de goederen, die onder het credietverband vallen, tenzij hij zulks van te voren bedongen heeft (K. 11). b. het is den credietverbandhouder verboden zich te doen machtigen om zich het verbonden goed toe te eigenen; dergelijke bedingen zijn nietig (K. 12). In afwijking van hetgeen bij hypotheekrecht is bepaald, heeft de credietverbandhouder de tusschenkomst van den rechter noodig om zijn vordering op de verbonden zaken te verhalen. Zoo zal dus steeds een onpartijdig persoon beoordeelen of het credietverband wel in orde is, voordat de verbandhouder van zijn voorrecht mag gebruik maken. 12. Rechten van den verbandhouder bij onteigening en bij uitkeering van assurantiepenningen. Ingeval van onteigening van het verbonden goed ten algemeenen nutte is de verbandhouder bevoegd zijn recht uit te oefenen op de som, die aan den onteigende is toegekend en zulks onverschillig of zijn schuldvordering opeischbaar is of niet (K. 14). Tusschen beide partijen kan worden bedongen, dat, in geval van schade aan het verzekerde of te verzekeren bezwaard goed, de assurantiepenningen, tot het bedrag dat de verbandgever schuldig is, voor dat credietverband in de plaats zullen treden. Dat beding zal aan den verzekeraar moeten worden beteekend. Deze is in dat geval verplicht de verschuldigde schadevergoeding met den 11. Membatasi kekoewasaan si pemegang tanggoenganoetang. 12. Hak si pemegang tanggoengan djika ada penghapoesan hak da pemberian oewang asoerans (assurantie).. daian itoe tetap berkekoewatan dan kekoewatannja itoe lebih-lebih daripada tanggoengan-oetang (K. 17). Amtenar pemerintah jang menghadiri memboewat akte, haroes memberi ingat kepada si pemberi tanggoengan, bahwa ija mesti mentjertyerakan, kalau-kalau barang itoe masih dalam gadaian, djika tidak ditjeriterakan akan dihoekoem dengan hoekoeman pendjarasampai4tahoen lamanja(K.O.H. art. 38). Djoega bagi si pemegang tanggoengan-oetang adalah beberapa ketentoean larangan, jaïtoe: ö. si pemegang toenggoengan-oetang dilarang meminta tambahan barang-barang jang masoek golongan tanggoengan-oetang, ketjoewali kalau hal itoe dipintakan lebih dahoeloe (K. 11). b. si pemegang tanggoengan-oetang dilarang akan meminta, soepaja ija dikoewasakan akan mendjadikan barang jang djadi tanggoengan itoe kepoenjaannja sendiri, permintaan sebagai itoe tidak sah (K. 12). Melaini jang ditentoekan pada hak-hypotheek, maka pemegang tanggoengan-oetang oentoek meminta ganti keroegian atas barang jang djadi tanggoengan perloe memakai pengantaraan hakim. Djadi selamanja sebeloem pemegang tanggoengan boléh dapat ganti keroegian itoe ada seorang jang tegak ditengah jang menimbang, adakah tanggoengan-oetang itoe benar atau tidak. Bilamana hak si poenja atas barang jang djadi tanggoengan dihapoeskan oentoek kebadjikan 'oemoem, maka si pemegang tanggoengan koewasa mendjalankan haknja n atas sedjoemlah wang jang diberikan kepada orang jang dihapoeskan kekoewasaannja itoe; itoe boléh lakoekan i ta' pedoeli panagihan oetang itoe soedah boléh ditagih atau tidak (K. 14). Antara kedoewa pihak itoe boléh didjandjikan, bila ada kesoesahan atas barang jang djadi tanggoengan-oetang jang telah dimasoekkan asoeransi atau jang akan dimasoekkan, maka akan mendjadi ganti tanggoengan-oetang itoe jaïtoe oewang asoeransi sebanjak oetang si pemberi tanggoengan itoe. Perdjandjian itoe haroes diberi-tahoekan kepada maskapai asoeransi jang bersangkoetan. Bilamana credietverbandhouder te verrekenen (K. 14). Eenvoudiger is wanneer in de credietverbandakte wordt bedongen, dat de verbandhouder voor het bovenomschreven doel een brandverzekering mag sluiten op het verbonden goed en de premies ten laste mag brengen van den verbandgever. In dat geval is geen beteekening noodig en geschiedt de uitkeering vanzelf aan den verbandhouder. 13. Rechten en plichten van den derden bezitter. Indien een gedeelte van het met credietverband bezwaarde goed in het bezit van een derde is overgegaan en de schuldeischer wil zijn vordering op het verbonden goed verhalen, dan kan die derde bezitter, door aan te toonen, dat het overige verbonden goed de vordering voldoende dekt, vorderen dat eerst dat goed zal worden verkocht (K. 20). Overigens is de schuldeischer geheel Vrif9arang-barang. Pada waktoe memboewat perdjandjian oetang, maka bank afdeeling mesti mendjaga, soepaja segala perdjandjian-perdjandjian jang dikehendakinja diseboetkan dengan terang, sebab tidak diizinkan bila hal itoe hanja ditoendjoekkan kepada reglemén-oetang dari bank atau kepada soerat perdjandjian (obligatie) dibawah tangan jang djadi tambahan boewat oetang itoe sadja. Oentoek perdjandjian oetang maka tjontoh akte mengizinkan, jang boewat tijap-tijap pindjaman menoeroet perdjandjian, selainnja dari akte tanggoengan-oetang boléh diadakan peratoeran sendiri-sendiri. Apa jang ditjétak miring adalah berhoeboeng dengan tijaptijap perdjandjian sendiri-sendiri dan diboewat demikijan sebagai tjontoh; djadi tjontoh itoe haroes ditoelis. Bijasanja bank afdeeling jang menjedijakan tjontoh jang ditjétak dan pegawainja seboléh-boléhnja mengisi akte itoe.- Tetapi amtenar pemerintahan haroes memeriksa adalah peratoeran-peratoeran firman Radja ditjoekoepi sebab hal itoe ijalah jang menanggoeng dan boewat pelanggaran tentang atoeran itoe ija dapat dihoekoem (pasal 22 b). Memboewat akte itoe dan memasoekkannja kedalam boekoe (lihatlah pasal 10 dibelakang ini) mesti dengan bahasa Melajoe dan dengan hoeroef Belanda (K. 15, al. 5). Pada No. 72 dari daftar pembébasan hak-ségél maka segala soerat-soerat, jang diboewat menoeroet atoeran tanggoengan-oetang, dibébaskan dari hak-ségél ketjoewalir a. naskah (soerat asal) grosse dan salinan-salinan akte tanggoengan-oetang, jang diboewat oentoek mendjadi tanggoengan pembajaran dari sesoewatoe penagihan jang lebih dari ƒ 300.—. b. soerat koewasa dari Kepala pemerintahan daérah jang diberikan kepada si beroetang oentoek mendapat grosse kedoewa dan selandjoejtnja, jang.dimaksoed pada pasal 8, ajat 3 dari reglemén jang dimoewatkan dalam reglemén ini. Dalam hal-hal ini haroeslah orang membajar bija ségél ƒ 1.50. Djoemlah oewang jang. terseboet pada a, jaïtoe „harga taksiran" jang diseboetkan dalam akte (lihatlah hal ini pada 9). Bila naskah akte memakai ségél, maka grosse dan salinansalinan djoega haroes memakai ségél. Pasal 2. (1). Keterangan barang jang djadi tanggoengan-oetang dalam akte, ja'ni: c i 18. De partijen; de wijze waarop zij worden wat aangaat de grondstukken, waarop de te bezwaren gebruiksrechten worden uitgeoefend of waarop de te bezwaren goederen zich bevinden of zullen bevinden do'or vermelding: le. van het gewest, de afdeeling, het district, de gemeente en het gehucht; 2e. van de uit metingen bekende of van de geschatte grootte; 3e. van den cultuurtoestand (sawah, tegalveld, vischvijver, tuin, woonerf als anderszins) en de grenzen; 4e. van het nummer, waaronder zij in voor 's Lands dienst gebezigde kohieren of registers mochten voorkomen; ?. wat aangaat gebouwen en werken, door vermelding van de bestemming, den aard der materialen, waaruit zij in hoofdzaak zijn of zullen worden vervaardigd, en de voornaamste afmetingen; wat aangaat beplantingen en bezaaiingen, door vermelding van den soortnaam, zoo mogelijk tevens van den ondersoortnaam der gewassen, met opgaaf of deze al dan niet reeds te velde staan. (2). Het staat partijen vrij, de met credietverband te aezwaren goederen in de akte nader aan te duiden op zoodanige wijze als door hen gewenscht. Aanbevolen wordt de hier gestelde regelen stipt in acht te nemen en c.q. niet te verzuimen, om te doen uitkomen of de verbonden goederen alsnog zullen worden tot stand gebracht, dan wel reeds bestaan. Ook in het geval alleen opstallen of gewassen worden verbonden, behoort niettemin de grond, waarop zij zich bevinden of zuilen bevinden op de aangegeven wijze te worden aangeduid. Indien de grenzen op het terrein niet behoorlijk zijn afgebakend, behoort zulks te geschieden voordat kan worden overgegaan tot het vestigen van credietverband. Artikel 3. (1). Behoudens het bepaalde bij de volgende alinea moeten partijen in persoon verschijnen voor den ambtenaar, te wiens overstaan de akte van credietverband wordt a. tentang tanah, jang dipoenjaï dengan hak-pakai jang akan didjadikan tanggoengan, atau tempat terletaknja barang-barang jang akan didjadikan tanggoengan itoe, atau dimana barang-barang itoe akan diadakan, pada keterangan itoe diseboetkan: le. daérah, afdeeling, distrik, désa dan pedoekoehannja; 2e. besarnja menoeroet oekoeran atau kira-kira; 3e. tempat peroesahaan (sawah, tegalan, empang, keboen, pekarangan) dan batas-batasnja; 4e. nomornja, bilamana tempat-tempat itoe ada dalam kohir atau register jang dipakai oentoek pekerdjaan Negeri; b. tentang roemah-roemah dan boewatan, dengan menjeboetkan maksoednja, sifat bakalnja jang teroetama dipakai atau akan dipakai dan oekoerannja jang teroetama; c. tentang tanam-tanaman dan taboeran, dengan menjeboetkan nama djenisnja, dan kalau dapat djoega nama djenisnja dengan diberitakan adalah tanamtanaman itoe dan taboeran itoe telah ada atau beloem. (2). Maka kedoewa pihak oentoek boléh menambahi keterangan dari barang jang akan didjadikan tanggoengan sebagaimana jang dikehendakinja. Jang haroes diperingatkan dengan tjermat dan tidak boléh dilalaikan ja'ni: menjatakan dengan terang, adakah barang itoe masih akan diadakan atau soedah diadakan. Djoega bilamana hanja roemah-roemah, boewatan atau tanam-tanaman jang djadi tanggoengan, maka haroeslah tanah tempat barang-barang itoe ada atau akan diadakan, diterangkan dengan tjara jang telah ditoendjoekkan. Bilamana tanah-tanah itoe tidak dibatasi dengan sepatoetnja, maka hendaklah hal itoe dilakoekan sebeloem tanah itoe didjadikan tanggoengan-oetang. 18. Pihak-pihak; tjara bagaimana meré- Pasal 3. (1). Ketjoewali jang ditentoekan pada ajat jang berikoet maka kedoewa pihak mesti menghadap sendiri kehadapan amtenar, jang mesti menghadiri pemboewatan akte No. 35/B.B. 3 vertegenwoordigd en de Ambtenaar die de akte verlijd verleden, dan wel zich daarbij doen vertegenwoordigen door een ten genoege van dien ambtenaar schriftelijk aangewezen gevolmachtigde, als hoedanig niet mogen optreden "Landsdienaren, ondergeschikt aan dien ambtenaar, noch lieden, tot dezen in persoonlijke dienstbetrekking staande. (2) . Zedelijke lichamen, naamlooze vennootschappen, Inlandsche gemeenten, familiën of andere burgerlijke gemeenschappen, getrouwde vrouwen, minderjarigen, onder curateele gestelden en afwezigen, worden vertegenwoordigd door den persoon of de personen, die krachtens de statuten dan wel ingevolge de wettelijke bepalingen of het volksrecht daartoe aangewezen zijn. (3) . De ambtenaren, belast met het verlijden der akten van credietverband mogen geen akten opmaken, waarin zijzelven, hunne vrouwen, hunne bloedverwanten of aangehuwden, in de rechte linie zonder onderscheid van graden en in de zijlinie tot den derden graad ingesloten, hetzij in persoon, hetzij door gemachtigden, als partij voorkomen. Gewoonlijk is in de statuten der credietinstelling de administrateur aangewezen als vertegenwoordiger bij het verlijden van credietverbandakten. Waar dit niet het geval is, moet het geheele bestuur verschijnen, tenzij een bepaald bestuurslid bij de statuten is aangewezen. De aangewezene kan zich bij schriftelijke volmacht doen vertegenwoordigen. De ambtenaar die de akte verlijdt zal te beslissen hebben of die volmacht in orde is en den gemachtigde voldoende duidelijk aanwijst. Echter zal dari voor elke akte een volmacht moeten worden gegeven, daar volgens artikel 5 al. 2 de akte van lastgeving moet worden vastgehecht aan de minuut van de credietverbandakte. Het komt wel voor, dat een afdeelingsbank niet onmiddellijk bij het verstrekken van het crediet credietverband eischt, maar er mede genoegen neemt, dat de schuldenaar iemand machtigt, bijv. een van de bankbeambten, om credietverband te sluiten. Zoodra dan de bank zakelijke zekerheid wenschelijk acht, doet zij dien gevolmachtigde het credietverband vestigen. Is een dergelijke gevolmachtigde aan den ambtenaar, met het verlijden der akte belast, niet be- ka diwakili dan amtenar jang memboewat akte. tanggoengan-oetang itoe, ataupoen menoendjoekkan seorang koewasa oentoek mewakilinja, sehingga menjenangkan hati amtenar itoe; jang mendjadi wakil itoe ta' boléh pegawai Negeri, jang dibawah perintah amtenar itoe, ataupoen orang-orang jang bekerdja padanja. (2) . Maka toeboeh-toeboeh jang disahkan, perséroan dengan memakai andil, pengoewasaan désa-désa, kaoem keloewarga, atau persekoetoean ra'jat lain-lain, perempoewan jang bersoewami, kanak-kanak jang beloem sampai 'oemoer, orang-orang jang dibawah walijat dan orang jang (tidak ada) beralangan, diwakili oléh orang jang ditoendjoekkan boewat itoe menoeroet statuten, atau menoeroet ketentoean oendang-oendang dan hoekoem 'adat. (3) . Amtenar-amtenar jang diserahi pemboewatan akte tanggoengan-oetang tidak boléh memboewat akte itoe, djika meréka sendiri, isterinja, sanak-saudaranja atau keloewarganja jang terdjadi oléh perkawinan, jang mendjadi salah satoe pihak, sekalipoen diwakili oléh orang lain; sanak-saudara atau keloewarganja jang masoek mendjadi pihak itoe, kalau dalam toeroenan jang loeroes ta' dipandang daradjatnja dan kalau toeroenan jang menjimpang sampai daradjat ketiga. Bijasanja jang ditoendjoekkan dalam statuten bank pindjaman oentoek menghadiri pemboewatan akte tanggoenganoetang jaïtoe administrateur dari bank itoe. Bila tidak demikijan maka sekalijan bestuurnja jang haroes menghadiri itoe, ketjoewali bila ada seorang lid dari bestuur itoe jang ditoendjoekkan boewat itoe. Lid jang ditoendjoekkan itoe boléh mengadakan wakil dengan soerat koewasa. Amtenar jang memboewat akte akan memoetoeskan benar tidaknja soerat koewasa itoe dan terang tidaknja penoendjoekan akan wakil itoe. Akan tetapi boewat tijap-tijap akte haroes diberikan satoe soerat koewasa, sebab menoeroet pasal 5 ajat 2 soerat akte pemberiah perintah haroes disematkan pada akte tanggoengan-oetang. Atjap kali afdeeling bank pada waktoe memberi pindjaman tidak minta tanggoengan-oetang, dan telah bersenang hati, bila jang beroetang mengoewasakan seorang-orang, misalnja seorang pegawai bank, oentoek mengadakan tanggoengan-oetang. Tetapi bilamana bank memandang perloe ada tanggoengan-oetang beroepa barang, maka disoeroehnja jang mendjadi wakil itoe mengadakan tanggoengan-oetang. Djika jang mendjadi wakil itoe tidak diketahoei oléh amtenar kend, dan wordt hij krachtens art. 4 al. (3) aan: dezen bekend gemaakt door twee willekeurige betrouwbare getuigen. De bestuursambtenaar voor wien de akte verleden wordt zal zich behooren te vergewissen dat beide partijen bevoegd zijn als zoodanig op te treden. Wat de partij van den verbandgever betreft zal verder voldaan moeten zijn aan de bepaling in art. 4. "Partijen kiezen bij de credietverbandakte woonplaats ten kantore van den ambtenaar, die de akte verlijdt (K. 15 al. 3). Daar de schuldenaar als regel wel niet de beteekenis van dit „woonplaats kiezen" zal begrijpen moge hem goed duidelijk worden gemaakt dat exploiten, dagvaardingen en vervolgingen, bij de akte bedoeld, geschieden aan de gekozen woonplaats en voor den rechter dier woonplaats. Echter verdient het aanbeveling dat de ambtenaar, die de credietverbandakte verleent, den schuldenaar bij voorkomende gevallen onmiddellijk verwittigt. De Inlandsche bestuursambtenaar ten overstaan van wien de credietverbandakte wordt verleden, wordt voor een bepaalden kring aangewezen door het hoofd van gewestelijk bestuur. Welke ambtenaar in een bepaald geval bevoegd is, wordt niet bepaald door dé'woOnplaats van den verbandgever maar door de plaats, waar de te verbinden goederen gelegen zijn of zullen worden tot stand gebracht (K. 15 al. 1 en 2). De aangewezen ambtenaar mag de hier bedoelde werkzaamheid op geen andere plaats verrichten dan die, welke hem te dien einde door het hoofd van gewestelijk bestuur wordt aangewezen. Hier moeten ook de minuten en registers worden bewaard en niet dan bij rechterlijk bevel mogen deze worden verplaatst (K. 32). De ambtenaar mag in geen geval weigeren of vertragen zijn verplichtingen met betrekking tot het credietverband te vervullen, op straffe van vergoeding van kosten, schaden en interessen jegens partijen (K. 35). De verordening heeft geen regeling gegeven voor het geval credietverband moet worden gevestigd en de voor het verlijden aangewezen ambtenaar krachtens artikel 3 (3) niet gerechtigd is als zoodanig op te treden. De eenige uitweg is om alsdan gebruik te maken van de bepaling in art. 14 en de aanwijzing, door het hoofd van gewestelijk bestuur, van een tijdelijken vervanger uit te lokken. jang diserahi memboewat akte, maka menoeroet pasal 4 al (3) ija mesti diberi-tahoekan kepadanja oléh doewa saksi jang boléh dipertjaja. Amtenar pemerintah jang menghadiri pemboewatan akte, haroeslah tahoe, jang kedoewa pihak itoe berhak berlakoe sedemikijan itoe. Tentangan pihak pemberi tanggoengan mesti ditjoekoepi ketentoean dalam pasal 4. Kedoewa pihak memilih tempat tinggal pada akte tanggoengan-oetang di tempat kantor amtenar, jang memboewat akte (K. 15 ajat 3). Dari sebab pada 'oemoemnja si jang beroetang tidak mengerti, apakah artinja perkataan „memilih tempat tinggal" maka haroeslah kepadanja diterangkan dengan terang, jang pemberi-tahoean, panggilan kemoeka hakim, dan toentoetan auakoekan di tempat jang dipilih itoe dan dimoeka hakim di tempat itoe. Amtenar, jang memberi akte tanggoengan-oetang sebaik-baiknja dengan segera dalam hal-hal itoe memberi tahoekan kepada si beroetang dengan segera. Maka prijaji Boemipoetera, jang menghadiri pemboewatan akte tanggoengan-oetang, ditoendjoekkan oentoek soewatoe lingkoengan jang tentoe oléh Kepala pemerintahan daérah. Amtenar mana jang berhak boewat itoe, itoeiah tidak beïgahtoeng kepada tempat tinggal si pemberi tanggoengan, akan tetapi kepada tempat, tempat barang jang akan didjadikan tanggoengan ada atau akan diadakan (K. 15 al. 1 dan 2). Amtenar jang ditoendjoekkan tidak boléh mendjalankan pekerdjaannja di tempat lain dari jang ditoendjoekkan oléh Kepala pemerintahan daérah. Naskah dan registerregister haroes disimpan di tempat itoe dan tidak boléh dipindahkan lain dari atas perintah hakim (K. 32). Amtenar itoe sekali-kali tidak boléh menolak atau melambat-lambatkan kewadjibannja jang berhoeboengan dengan tanggoengan-oetang; djika demikijan dihoekoemlah ija mengganti ongkos-ongkos, keroegian dan boenga kepada kedoewa pihaknja (K. 35). Dalam oendang-oendang tidak ada atoeran, djika sesoewatoe pindjaman haroes memakai tanggoengan dan menoeroet pasal 3 (3) amtenar jang ditoendjoekkan memboewat akte tidak ada hak akan berlakoe sebagai itoe. Oentoek itoe hanjalah ada satoe djalan, jaïtoe memakai ketentoean dalam pasal 14, dan penoendjoekan oléh Kepala pemerintahan daérah oentoek mengadakan pengganti boewat sementara. 19. Getuigen. Artikel 4. (1) . Bij het verlijden van de akte zal mede tegenwoordig zijn het hoofd of een ander bestuurslid van de gemeente, waar de te bezwaren goederen zich bevinden of zullen bevinden, ten einde te constateeren dat de verbandgever daarvan rechthebbende is, dan wel, wanneer het toekomstige goederen betreft, dat hij op de grondStukken, waarop zij zich zullen bevinden, de rechten heeft, welke hij zegt daarop te hebben, hetzij het een en ander persoonlijk bekend is aan den met het verlijden belasten ambtenaar of ten genoege van dezen blijkt uit overgelegde geschriften. (2) . Indien de verbandgever in persoon bij het verlijden van de akte tegenwoordig is en hij den met het verlijden van de akte belasten ambtenaar niet persoonlijk bekend is, zal hij bijgestaan worden door het Hoofd of een ander bestuurslid van de gemeente, waar hij woonachtig is, ten einde zijne identiteit te constateeren. (3) . Andere comparanten, die aan den met het verlijden der akte belasten ambtenaar onbekend zijn, moeten hem worden bekend gemaakt door twee betrouwbare getuigen. Indien de te verbinden goederen in de gemeente zijn gelegen, waar de verbandgever woont, zal een desahoofd of desabestuurslid als getuige voldoende zijn om de identiteit zoowel van de goederen als van den persoon te constateeren. Indien de verbonden goederen zich bevinden in meerdere gemeenten zal uit elk van die gemeenten minstens een desahoofd of -bestuurslid als getuige aanwezig moeten zijn. Kan uit overgelegde geschriften ten genoege van den met het verlijden belasten ambtenaar (onverschillig of het ook ten genoege van den verbandhouder is) blijken dat de verbandgever rechthebbende is op de te bezwaren goederen en is deze aan den ambtenaar persoonlijk bekend dan heeft de verbandgever geen getuigen van noode. De hierbedoelde geschriften zullen alsdan aan de minuut van de verbandakte moeten worden vastgehecht (zie art. 5 (2)). 19. Saksi-saksi. Pasal 4. (1) . Pada waktoe memboewat akte akan toeroet berhadir kepala atau seorang anggota pemerintah désa, tempat barang-barang jang akan didjadikan tanggoengan ada atau akan diadakan, jaïtoe oentoek memperkenankan jang pemberi tanggoengan soenggoeh berhak atas barangbarang itoe, ataupoen, bila barang itoe baroe hendak diadakan, jang ija berhak atas tanah, tempat barang-barang itoe akan diadakan; hak itoe haroes dioendjoekkan kepada amtenar jang memboewat akte; ketjoewali bila hal itoe diketahoei oléh amtenar itoe sendiri atau ternjata dari soerat-soerat jang dipertaroehkannja, sehingga menjenangkan hati amtenar itoe. (2) . Bilamana pemberi tanggoengan menghadiri sendiri pemboewatan akte akan tetapi tidak dikenali oléh amtenar pemboewat akte, maka ija akan disertaï Kepala désa atau seorang dari anggota pemerintah désa, tempat ija tinggal, jaïtoe goenanja oentoek menerangkan bahwa ija soenggoeh orang itoe. (3) . Orang-orang lain jang menghadap amtenar terseboet itoe, akan tetapi tidak dikenali oléh amtenar ini, haroes diberi-tahoekan kepadanja oléh doewa saksi jang boléh dipertjajaï. Djikalau barang jang didjadikan tanggoengan ada dalam désa, tempat tinggal pemberi tanggoengan, maka seorang kepala désa atau seorang anggota pemerintah désa telah tjoekoep mendjadi saksi jaïtoe goenanja oentoek menerangkan bahwa ija soenggoeh orang itoe. Bilamana barang-barang itoe ada pada berbagai-bagai désa, maka dari tijap-tijap désa itoe sekoerang-koerangn# haroes ada seorang kepala désa atau pemerintah désa hadir sebagai saksi. Kalau dari soerat-soerat jang dipertaroehkan ternjata, bahwa pemberi tanggoengan soenggoeh jang berhak atas barang jang akan didjadikan tanggoengan, sehingga menjenangkan hati amtenar jang diwadjibkan memboewat akte (ta' pedoeli hak itoe ada djoega menjenangkan hati pemegang tanggoengan) serta ija dikenali sendiri oléh amtenar itoe, maka pemberi tanggoengan itoe ta' perloe mempoenjaï saksi lagi. Soerat-soerat jang dimaksoed disini mesti disematkan pada naskah akte tanggoengan (lihatlah pasal 5 (2)). Artikel 5. 20. Onderteekening van de akte. (1) . De akte wordt na voorlezing, voorzooveel noodig voorhouding in ieders landstaal, onmiddellijk onderteekend door partijen of hare vertegenwoordigers en door de gemeentebestuursleden en getuigen, wier bijstand ingevolge het vorige artikel vereischt wordt, zoomede door den ambtenaar te wiens overstaan de akte wordt verleden. Indien de comparanten of dengenen die hen bijstaan, verklaren niet te kunnen schrijven of verhinderd zijn hun naamteekening te stellen, zal van die verklaring of van de reden der verhindering uitdrukkelijk melding worden gemaakt in de akte. (2) . De akten van lastgeving, bedoeld in het eerste lid van art. 3, en de geschriften, bedoeld in het 'eerste lid van art. 4, worden vastgehecht aan de minuut van de akte van verband. Legalisatie van vingerafdrukken is enkel geregeld ten aanzien van onderhandsche geschriften daar er bij authentieke akten, zooals de credietverbandakte, geen behoefte aan bestaat. Indien echter de verbandhouder, ten behoeve van de identificatie, op de grosse, zoo die hem als obligatie dient, een vingerafdruk van den schuldenaar wenscht, bestaat daartegen geen wettelijk bezwaar. Artikel 6. 21. Aanbrenger van wijziginger en aanvullingen en verdere vormvereischten. i (1). Veranderingen en bijvoegingen moeten op den 1 kant der akte geschreven worden, doch zijn alleen geldig, voorzoover zij elk afzonderlijk door de personen, die de akte onderteekend hebben, geteekend of gewaarmerkt zijn. (2). Ingeval eene verandering of bijvoeging te wijdloopig is, om op den kant der akte te worden geschreven, wordt die achteraan, doch voor het slot der akte geplaatst, met aanduiding van de bladzijde en den regel, waartoe zij behoort, op straffe van nietigheid van elk op eene andere wijze of zonder deze aanduiding gedane verandering of bijvoeging. 20. Menandatangani akte. 21. Memboewal peroebahan dar tambahan serta sjarat bangoen nja. i 1 1 i i i i i i i i Pasal 5. (1) . Adapoen akte itoe setelah dibatjakan, bila perloe ialam bahasa anak-negeri, mesti dengan segera ditandaangani oléh kedoewa pihak atau wakilnja serta oléh lid— id pemerintah désa dan saksi-saksi, djoega oléh amtenar ang menghadiri pemboewatan akte. Bilamana orang-orang ang menghadap itoe atau jang menolongnja menerangkan )ahwa merékaitoe tidak pandai menoelis atau ada rinangan boewat menaroeh tanda-tangannja, maka keterangan itau sebab rintangan itoe haroes diseboetkan dengan erang dalam akte. (2) . Akte pemberian perintah, jang dimaksoed dalam ijat pertama dari pasal 3 dan soerat-soerat, jang dinaksoed dalam ajat pertama dari pasal 4, mesti disematkan >ada naskah akte tanggoengan. Kesahan tanda bekas djari hanja diatoer bagi soerat-soerat dibawah tangan sadja, sebab soerat-soerat jang sah, misalnja akte tanggoengan-oetang, ta' perloe akan itoe. Tetapi bilamana pemegang tanggoengan minta, sebagai tanda bekas djari si beroetang pada grosse, bila grosse ini akan dipakainja sebagai obligatie, maka menoeroet oendang-oendang boewat itoe tidak ada keberatan. Pasal 6. (1) . Peroebahan dan tambahan haroes ditoelis di pinggir akte; peroebahan dan tambahan itoe hanjalah sah, bilamana ditanda-tangani atau diparaaf sendiri oléh orang-orang, jang menandaï akte itoe. (2) . Bilamana ada peroebahan atau tambahan jang terlaloe pandjang boewat ditoelis di pinggir akte, maka peroebahan atau tambahan itoe ditoelis dibelakang, tetapi sebeloem penoetoep akte itoe; dengan menjeboetkan moeka dan garis jang berhoeboengan dengan itoe; djika hal itoe tidak ditoeroet sebagaimana mestinja, maka peroebahan atau tambahan itoe tidak lakoe. Artikel 7. (1) . Het is niet geoorloofd, in eene akte anders dan op den voet van het vorig artikel of in de veranderingen en bijvoegingen, welke op den kant of voor het slot zijn gesteld, eenige overschrijving, tusschenvoeging of bijvoeging van woorden, letters of cijfers te doen, of die op eenige wijze uit te schrappen, of te doen verdwijnen en andere in de plaats daarvan te stellen, op straffe van nietigheid van de voor of in de plaats geschreven en van de tusschen of bijgevoegde woorden, letters of cijfers. (2) . Indien doorhaling van woorden, letters of cijfers in eene akte noodig mocht zijn, moet zulks geschieden met eene dunne streep, zoodanig, dat leesbaar blijft wat er gestaan heeft; het getal der doorgehaalde woorden, letters of cijfers wordt op den kant der akte opgegeven, terwijl de doorhalingen door alle onderteekenaren van de akte moeten worden goedgekeurd. (3) . Aan het slot der akte moet worden vermeld, of zij al dan niet met doorhalingen of bijvoegingen is verleden en, zoo ja, met hoevele. De akten moeten goed leesbaar zijn, verkortingen mogen er niet in voorkomen evenmin open tusschenruimten; deze moeten door een sluitlijn voor verdere beschrijving onbruik-, baar worden gemaakt. Er mogen geen woorden tusschen de regels worden geschreven en gedrukt en dus ook geen boven elkaar staande door een streep gescheiden ter keuze, kampong Jaartallen en dagteekeningen, zoomede alle getallen ter bepaling van de hoeveelheid of hoegrootheid der zaken, welke in de akten worden vermeld, moeten in schrijfletters worden uitgedrukt, doch kunnen bovendien in cijfers worden geschreven. desa bijv. Artikel 8. 22. De verlee ning van grossen en (1). Alleen de wettige bewaarder van de minuut der akte van credietverband is bevoegd daarvan grossen of afschriften te verleenen. Pasal 7. (1) . Ketjoewali peroebahan dan tambahan jang diseboet dalam pasal diatas, maka dalam soewatoe akte, atau dalam tambahan dan peroebahan tadi jang ditoeliskan di pinggir atau penoetoepan akte, tidak boléh mengganti, menjamboeng atau menambah perkataan, hoeroef atau angka, atau dengan djalan jang lain mentjoréng menghapoeskan atau mengganti perkataan dan lain-lainnja itoe; djika hal itoe dilakoekan, maka perkataan, hoeroef atau angka jang dipakai mengganti, menjamboeng atau menambah itoe tidak lakoe. (2) . Bilamana perloe mentjoréng perkataan, hoeroef dan angka dalam sesoewatoe akte, maka pentjoréngan itoe haroes memakai garis jang ketjil flekali, sehingga perkataan, hoeroef atau angka tetap dapat dibatja, banjaknja perkataan, hoeroef atau angka jang ditjoréng haroes ditoeliskan di pinggir akte, sedang tjoréngan itoe haroeslah dilakoekan dengan sepakatnja jang bertanda-tangan di akte itoe. (3) . Pada menoetoep akte itoe haroeslah diberitakan, adakah akte itoe pada waktoe diboewat memakai tjoréngan atau tambahan, kalau ada berapakah banjaknja. Akte itoe haroes dapat dibatja terang, dan tidak botéh ada ringkasan perkataan atau antara jang terboeka; kelapangan itoe haroes dipenoehi dengan garis, soepaja ta' dapat dipakai tempat menoelis lagi. Antara baris-barisan tidak boléh ada perkataan ditoeliskan.atau ditjétak djadi soesoenan perkataan, jang dipertjeraikan dengan garis oentoek dipilih désa , tidak boléh, seperti: . kampoeng Tahoen dan tanggal, begitoe poela angka-angka oentoek menentoekan banjak dan besarnja barang-barang, jang diseboetkan dalam akte, haroes ditoelis dengan hoeroef bijasa akan tetapi boléh djoega dengan angka. Pasal 8. 22. Menerima- (1). Adapoen jang berhak akan memberikan grosse kan grosse dan dan salinan-salinan akte hanjalah penjimpan naskah akan salinan-salinan tanggoengan-oetang jang sah. afschriften en van inzage van registers en akten; afgeven van schriftelijke verklaringen. (2) . De uitreiking van grossen geschiedt uitsluitend aan den schuldeischer. (3) . Geen tweede of verdere grosse mag worden uitgereikt dan na schriftelijke machtiging van het Hoofd van gewestelijk bestuur. (4) . Ieder is bevoegd afschriften van akten te vorde ren tot het door hem gewenscht aantal. (5) . Aan het slot der grossen en afschriften worden gesteld respectievelijk de woorden: „Uitgegeven voor eerste (tweede enz.) grosse", met vermelding c.q. van datum en nummer der bij alinea 3 van dit artikel voorgeschreven beschikking van het Hoofd van gewestelijk bestuur, of: „Uitgegeven voor gelijkluidend afschrift", in beide gevallen gevolgd door de handteekening van den betrokken ambtenaar. De ambtenaar, ten wiens overstaan de akte wordt verleden, is verplicht aan den schuldeischer een grosse uit te reiken (K. 15 al. 6). De grosse moet aan het hoofd voeren de woorden: „In naam der Koningin" (K. 15 al. 7); deze woorden mogen niet in het maleisch vertaald worden vermeld. Indien in de akte doorhalingen en bijvoegingen voorkomen behooren deze in de grosse niet ook als zoodanig te worden geschreven; de doorhalingen worden weggelaten, de bijvoegingen op haar plaats in den zin opgenomen. Zie voor het verschuldigd zegelrecht hierboven onder art. 1. De machtiging van het hoofd van gewestelijk bestuur voor uitreiking van een tweede grosse moet van een zegel zijn voorzien. De namen van al de personen die hebben geteekend aan het slot der akte, dus ook die van den bestuursambtenaar voor wien de akte werd verleden worden aan het slot der grosse gewoon geschreven met er voor: (w.g.). Afschriften moeten tot het gewenschte aantal worden verstrekt aan ieder die er om vraagt. Echter alleen de grosse heeft executoriale kracht. De ambtenaar is verplicht aan al degenen, die zulks verlangen inzage van registers en akten te verleenen en schriftelijke verklaring af te geven van het op eenig goed ingeschreven credietverband, dan wel dat er geen bestaat (K. 33). Indien echter deze verklaring verzuimt een ingeschreven verband op te geven, is het goed daardoor nog niet van het verband ontheven (K. 34). Zoowel voor het verleenen van inzage als voor het afgeven van afschriften dan wel van een verklaring mag de ambtenaar blijkens artikel 16 een vergoeding vorderen. serta register dan akte oentoek dibatja; pemberian salinan soerat keterangan. (2) . Grosse itoe semata-mata hanja diberikan kepada penagih oetang. (3) . Sebeloemnja ada soerat koewasa dari Kepala pemerintahan senegeri, maka grosse kedoewa dan ketiga tidak boléh diberikan. (4) . Segala orang berhak minta salinan akte sebanjak jang dikehendakinja. (5) . Pada penoetoep grosse dan salinan itoe ditoelis bertoeroet-toeroet perkataan: „Dikeloewarkan pertama (kedoewa d.s.b.) kali grosse" dengan menjeboetkan tanggal dan nomor soerat Koewasa dari Kepala pemerintahan daérah, seperti jang terseboet dalam ajat ketiga dari pasal ini, atau: „Dikeloewarkan sebagai salinan jang bersamaan", maka dalam kedoewa-doewanja hal itoe amtenar jang bersangkoetan haroes menaroeh tanda-tangannja. Amtenar jang menghadiri pemboewatan akte diwadjibkan menerimakan grosse kepada penagih oetang (K. 15 al. 6). Kepala grosse itoe haroes demikijan boenjinja: „In naam der Koningin" (K. 15 al. 7); perkataan ini (artinja „atas nama Seri Baginda Maharadja) tidak boléh disalin kedalam bahasa Melajoe. Bilamana dalam akte ada tjoréangan atau tambahan, maka tjoréngan dan tambahan itoe ta' boléh diloekiskan lagi dalam grosse, melainkan apa jang ditjoréng itoe dihilangkan dan apa jang djadi tambahan ditempatkan pada tempatnja. Berapa besarnja bija ségél boewat itoe, lihatlah pasal 1 diatas. Soerat koewasa dari Kepala pemerintahan daérah oentoek menerimakan grosse kedoewa haroes memakai ségél. Nama orang-orang, jang bertanda-tangan pada penoetoep akte (djadi nama amtenar jang menghadiri pemboewatan akte djoega) haroes ditoelis pada penoetoep grosse seperti bijasa dan dihadapannja diboeboeh: (jang bertanda-tangan). ' Salinan-salinan haroes diberikan setjoekoepnja kepada orang-orang jang memintanja. Tetapi hanjalah grosse jang mempoenjaï kekoewatan sebagai ponis. Amtenar diwadjibkan menerimakan register dan akte boewat dibatja dan memberikan soerat keterangan dari tanggoengan-oetang jang beroepa barang ataupoen jang tidak beroepa barang serta jang diboekoekan kepada orang jang memintakannja (K. 33). Akan tetapi bilamana dalam soerat keterangan itoe tidak diseboetkan tanggoengan jang telah diboekoekan, maka oléh sebab itoe barang jang djadi tanggoengan tidak bébas dari tanggoengan itoe (K. 34). Baik boewat menerimakan register dan akte oentoek dibatja, maoepoen boewat pem- Artikel 9. (1) . De minuten der akten worden, naar tijdsorde gerangschikt, jaarlijks, ter bewaring door den ter plaatse met het verlijden belasten ambtenaar, samengevoegd in een boekdeel, op den omslag waarvan door dien ambtenaar eene gedagteekende, door hem onderteekende verklaring wordt gesteld, vermeldende het jaartal en het aantal in het boekdeel vervatte minuten. (2) . De bewaring der minuten en minutenbundels geschiedt op eene voegzame, veilige plaats. De ambtenaar is verplicht de minuten der akten onder zich te houden d.w.z. hij mag ze voor geen doel afgeven, tenzij op rechterlijk bevel (K. 15 al. 4 jo. 32 al. 2). Het model eener verklaring als op de minutenbundel moet worden gesteld is hierachter opgenomen (model 2). Artikel 10. 24. De inschrijving in openbare registers. (1) . De akten van credietverband worden door den met het verlijden belasten ambtenaar naar tijdsorde, zonder eenige tusschenruimte, elk in een door een inktstreep afgesloten vak en onder een doorloopend nummer, ingeschreven in een jaarlijks af te sluiten, volgens het aan deze ordonnantie gehecht model Letter B opgemaakt openbaar register, hetwelk voorzien wordt van een alphabetischen klapper van de namen der gemeenten, binnen welker gebied de bezwaarde goederen zich bevinden of zullen bevinden. (2) . De folio's van het register worden doorloopend genummerd en gewaarmerkt door een door het Hoofd van gewestelijk bestuur aan te wijzen landsdienaar. (3) . Op de minuut en de grosse der akten wordt aanteekening gehouden van het folionummer en van het doorloopend aktennummer, waaronder de inschrijving is geschied. 23. De bews ' ring van de akten. 23. Menjimpan akte. 24. Memboekoekan dalam register 'oemoem, berian salinan-salinan atau soerat keterangan, maka amtenar itoe boléh minta oewang ganti. Pasal 9. (1) . Tijap-tijap tahoen maka naskah akte diatoermeloeroet hari boelannja (lamanja) dan didjadikan satoe boengkoesan, jaïtoe boewat disimpan oléh amtenar jang diwadjibkan memboewat akte di tempat itoe; padakoelit boengkoesan itoe ditoelis oléh amtenar itoe, satoe keterangan, jang diberinja bertanggal dan ditanda-tanganinja; keterangan itoe menjeboetkan banjaknja naskah jang ada dalam boekoe itoe. (2) . Menjimpan naskah dan boengkoesan naskah haroes di tempat jang patoet dan ta' berbahaja. Amtenar itoe diwadjibkan memegang naskah sendiri, artinja ija tidak boléh memberikan naskah dengan maksoed apapoen, lain dari atas perintah hakim (K. 15 ajat 4 jo. 32 ajat 2). Tjontoh keterangan jang ditoeliskan pada boeng-' koesan naskah, dimoewatkan dibelakang ini (tjontoh 2). Pasal 10. (1) . Akte tanggoengan-oetang diboekoekan dalam register 'oemoem, jang ditoetoep tijap-tijap tahoen dan diboewat menoeroet tjontoh Letter B jang disertakan pada ordonansi ini; memboekoekan kedalam register itoe dilakoekan oléh amtenar jang diwadjibkan memboewat akte itoe dan disoesoen menoeroet hari boelannja dengan tidak diberi berantara serta ditoetoep dengan kotak-kotak garis dawat jang dinomori bertoeroet-toeroet; register itoe memakai klapper a, b, c dan seteroesnja dari mana désa-désa, tempat barang-barang jang didjadikan tanggoengan-oetang ada atau akan diadakan. (2) . Moeka register itoe moesti dinomori bertoeroet-toeroet dan ditandaï oléh seorang pegaWai permerintah jang ditoendjoekkan oléh Kepala pemerintahan daérah. (3) . Pada naskah dan grosse akte diperingatkan moeka nomor dan nomor akte jang bertoeroet-toeroet, tempat memboekoekan. I ] 1 25. De doorhaling der credietverbanden. (4). Omtrent de bewaring der registers geldt mede iet bepaalde bij het laatste lid van artikel 9. Artikel 11. Voor 1 April van elk jaar wordt door den met het rerlijden van akten van credietverband belasten ambtenaar :en door hem van eene verklaring van gelijkluidendheid :n van zijne onderteekening voorzien afschrift van het >p het onmiddellijk voorafgaand jaar betrekking hebbend egister Letter B overgebracht bij de griffie van den ^andraad of van de gelijkstandige Inlandsche rechtbank, linnen het ressort waarvan hij zijne bediening uitoefent. De ambtenaar is verplicht er voor te zorgen dat het credietverband terstond in het register wordt ingeschreven (K. 15 al. 4). Er mag geen open tusschenruimte blijven tusschen de verschillende inschrijvingen. Onder afsluiten van het register wordt verstaan dat het register verder niet meer mag worden gebruikt. Elk jaar wordt dus een nieuw register aangelegd. De ervaring moet uitwijzen uit hoeveel folio's dit register moet bestaan. Dit hangt af van de mate, waarin de afdeelingsbank van het credietverband gebruik maakt. De noodige binnen- en buitenvellen kunnen bij het hoofd van gewestelijk bestuur worden aangevraagd, die ze zelf, op aanvraag, van landswege bekomt. De klapper op het register vermeldt onder den naam van de betrokken gemeente het folionummer en het doorloopend aktennummer van de akten, die goederen verbinden in die gemeente gelegen. Het is niet voorgeschreven dat de nummering der akten ieder jaar wederom met 1 moet beginnen, doch evenmin verboden. Den ambtenaar wordt,aanbevolen het register onmiddellijk in duplo aan te leggen zoodat hij tijdig kan voldoen aan het voorschrift in artikel 11. Artikel 12. (1). De doorhaling van het credietverband geschiedt op schriftelijke of mondelinge aanvraag van de houder van het verband, door aan den voet van de minuut der akte, alsmede, zoo mogelijk van de grosse der akte, eene (4). Tentang penjimpanan register toeroet berlakoe ketentoean ajat achir dari pasal 9. Pasal 11. Pada tijap-tijap tahoen sebeloem tanggal 1 April maka oléh amtenar, jang diwadjibkan memboewat akte tanggoengan diterimakan kepada kantor griffier Landraad atau mahkamat Boemipoetera lain, jang disamakan dengan itoe tempat ija melakoekan pekerdjaannja satoe salinan register Letter B dari tahoen jang baroe laloe; salinan register itoe haroes.ditanda-tangani dan diberinja keterangan, bahwa sama boenjinja dengan naskahnja. Amtenar itoe diwadjibkan mendjaga soepaja tanggoenganoetang dengan segera diboekoekan dalam register (K. 15 ajat 4). Maka antara matjamTinatjam pemboekoean tidak boléh ada kelapangan. Menoetoep register artinja, jaïtoe bahwa register itoe sedjak itoe tidak boléh dipakai lagi. Djadi tijap-tijap tahoen haroes diboewat register baharoe. Berapa tebalnja register itoe, itoelah menoeroet pendapat jang soedah-soedah, artinja banjak moeka itoe bergantoeng kepada banjaknja tanggoengan-oetang dalam tijap-tijap tahoen. Koelit register dalam dan loewar dapat dipohonkan kepada Kepala pemerintahan daérah, jang menerimanja dan Negeri atas permintaannja. Klapper dari register itoe menerangkan dibawah nama désa jang bersangkoetan, nomor-moeka dan nomor akte, jang bertoeroet-toeroet dari akte-akte, jang ménanggoengkan barang di désa itoe. Menómori akte pada tijap-tijap tahoen moelaï dari nomor 1, tidak diwadjibkan akan tetapi tidak poela dilarang. Amtenar itoe diperintahkan dengan segera memboewat register dengan rangkap doewa, soepaja ija dapat pada waktoenja mentjoekoepi peratoeran dalam pasal 11. Pasal 12. 25. Menghapoeskan tanggoenganoetang. (1). Adapoen tanggoengan-oetang itoe dihapoeskan atas permohonan pemegang tanggoengan-oetang dengan soerat atau dengan moeloet, penghapoesan itoe dilakoekan dengan menempatkan keterangan di kaki naskah dan No. 35/B.B. 4 door den bewaarder gedagteekende en onderteekende verklaring te plaatsen, dat het credietverband op grond van zulk een nader te omschrijven aanvraag is teniet gegaan. (2) . Ingeval de aanvraag schriftelijk is geschied, wordt het betrekkelijk geschrift aan de minuut vastgehecht. (3) . Is de aanvraag mondeling gedaan, dan wordt de in het eerste lid bedoelde verklaring mede onderteekend door den houder van het verband, tenzij deze mocht verklaren zijn naam niet te kunnen teekenen of daarin verhinderd te zijn, in welk geval van deze omstandigheid alsmede van de reden der verhindering uitdrukkelijk melding wordt gemaakt. Artikel 13. In het in artikel 10 bedoeld openbaar register wordt door den bewaarder onverwijld aanteekening gehouden van de doorhaling van het credietverband. Op straffe van vergoeding van kosten, schaden en interessen jegens den schuldenaar is de schuldeischer verplicht om binnen een maand bij den betrokken bestuursambtenaar aangifte te doen van het tenietgaan van het verband (K. 30- Eerst wanneer deze aangifte is geschied, is de ambtenaar bevoegd het credietverband door te halen. Daar het voor den bezitter der verbonden goederen van belang is dat het verband wordt doorgehaald, is de verbandhouder verplicht de aangifte binnen een maand te doen. Indien de verbandhouder, hetgeen regel zijn zal, een zedelijk lichaam is, moet de bestuursambtenaar er op letten dat de aangifte en, bij mondelinge aangifte, de verklaring op de minuut onderteekend wordt door den daartoe bevoegden persoon. Het doorhalen heeft slechts de beteekenis van openbaarmaking van het tenietgaan der verbintenis. De term doorhaling moet natuurlijk slechts in figuurlijken zin worden opgevat. Van de in artikel 12 bedoelde verklaring is hierachter een model opgenomen (model 3). kalau dapat di grosse akte, jang tanggoengan-oetang menoeroet asas permohonan, jang kemoedijan akan diterangkan, telah batal; keterangan itoe haroes diberi bertanggal dan ditanda-tangani oléh jang menaroeh akte itoe. (2) . Bilamana permohonan itoe memakai soerat, maka soerat itoe disemat pada naskah. (3) . Djika permohonan itoe dilakoekan dengan moeloet, maka keterangan jang dimaksoed dalam ajat pertama itoe haroes ditandaï djoega oléh pemegang tanggoengan, ketjoewali bila ija menerangkan, jang ija tidak pandai menoeliskan namanja atau beralangan boewat itoe; djika demikijan maka haroeslah hal itoe (kalau karena beralangan, djoega jang mendjadi alasan) diterangkan dengan sedjelas-djelasnja. Pasal 13. Penghapoesan tanggoengan-oetang diperingatkan oléh si penaroeh dengan segera dalam register 'oemoem jang dimaksoed dalam pasal 10. Dengan dihoekoem membajar ongkos-ongkos, keroegian dan boenga kepada jang empoenja oetang, djika si penagih oetang tidak memberi-tahoekan dalam satoe boelan kepada amtenar pemerintahan jang bersangkoetan dari hal batalnja tanggoengan-oetang (K. 31). Bilamana hal itoe telah diberi-tahoekan, maka baharoelah amtenar itoe berhak oentoek menghapoeskan tanggoenganoetang itoe. Dari sebab bagi jang empoenja barang jang djadi tanggoengan ada kepentingannja tanggoengan itoe dihapoeskan, maka pemegang tanggoengan diwadjibkan memberi-tahoekan hal itoe dalam satoe boelan. Bilamana pemegang tanggoengan toeboeh jang disahkan (itoelah pada 'oemoemnja), maka amtenar pemerintah haroes memperhatikan, bahwa pemberi-tahoean, dan bila pemberi-tahoean itoe dengan moeloet, soerat keterangan pada naskah ditanda-tangani oléh orang jang berhak akan itoe. Penghapoesan itoe hanjalah mempoenjaï arti, jaïtoe meng'oemoemkan batalnja perdjandjian. Disini perkataan penghapoesan tentoe sadja haroes diartikan sebagai perkataan kijasan. Dibelakang ini dimoewatkan tjontoh keterangan jang dimaksoed dalam pasal 12 (tjontoh 3). Ingeval de schuldenaar zijn verplichtingen niet nakomt en het voldoen der verbintenis wordt verhaald op het verbonden goed, kan dat op bevel van den rechter publiek worden verkocht. Is zulks geschied, dan behoeft de kooper van de verbonden goederen de koopsom niet te storten bij den vendumeester, zoolang niet het verband is doorgehaald; dit geschiedt ook dan op aangifte van den verbandhouder; zoodra die doorhaling is geschied, is de Inlandsche bestuursambtenaar verplicht om van die doorhaling een afzonderlijke^ op ongezegeld papier te stellen verklaring op te maken, welke wordt ter hand gesteld aan. den verbandhouder ter afgifte aan den kooper van het goed (K. 30). Een model hiervan is hierachter opgenomen (model 4). Onder § 13 is het geval besproken dat een derde in het bezit is gekomen van een deel van het verbonden goed en de geheele schuld heeft gekweten en daardoor in de rechten van den verbandhouder is getreden voor .wat betreft het overige verbonden goed. Ter verzekering van zijn recht is hij verplicht om daarvan inschrijving te vorderen in het register; de dag van deze inschrijving zal door den ambtenaar op de grosse worden aangeteekend. De ambtenaar heeft het recht voor deze inschrijving een schadeloosstelling van ƒ 0.25 te vorderen. Krachtens den algemeenen regel van K. 15 al. 8 zou de schuldenaar met deze kosten moeten worden belast, de billijkheid kan echter meebrengen dat in dit geval de nieuwe schuldeischer betaalt. De oorspronkelijke verbandhouder heeft dan slechts de doorhaling van het eerstgenoemde deel van het verbonden goed aan te vragen. De doorhaling van het overige deel echter zal eerst geschieden nadat de nieuwe schuldeischer zijn recht als zoodanig zal hebben doen gelden of in de doorhaling zal hebben toegestemd (K. 23). In beide gevallen moet die derde daarvan overeenkomstig artikel 12 aangifte doen. In artikel 12 al. 1 is nog bepaald dat de ambtenaar „zoo mogelijk" mede op de grosse een verklaring van doorhaling zal stellen. Daar grossen executoriale kracht hebben, verdient het aanbeveling zulks nimmer na te laten. arSL*?! 26. Voorzienin- (1) gen bij afwezig- van heid, vertrek ofyan ( Artikel 14. Bij verlof, ontslag, schorsing of overplaatsing den ambtenaar, belast met het verlijden van akten :redietverband worden de onder diens berusting zijn- Bilamana jang beroetang tidak mentjoekoepi kewadjibannja dan pembajaran itoe diganti dengan barang jang djadi tanggoengan, maka barang itoe atas perintah hakim boléh dilélang. Djika barang jang djadi tanggoengan itoe telah dilèlang, maka si pembeli barang itoe ta' oesah membajar akan itoe kepada toekang lélang selama tanggoengan beloem dihapoeskan; penghapoesan ini dilakoekan sesoedah diberitahoekan oléh pemegang tanggoengan; kalau penghapoesan itoe telah dilakoekan, maka prijaji Boemipoetera diwadjibkan memboewat keterangan boewat itoe sadja pada kertas bijasa dari hal penghapoesan itoe, jang diterimakan kepada pemegang tanggoengan soepaja diberikan kepada si pembeli barang itoe (K. 30). Satoe tjontoh tentang ini dimoewatkan dibelakang (tjontoh 4). Pada § 13 dibitjarakan, djika orang lain dapat memiliki sebagian daripada barang jang djadi tanggoengan-oetang, dan membajar oetang itoe sama sekali, maka ija mendapat hak pemegang tanggoengan, jaïtoe terhadap kepada barangbarang sisa jang djadi milikhja itoe. Oentoek menegoehkan haknja itoe, maka ija diwadjibkan meminta soepaja hal itoe diboekoekan kedalam register; hari waktoe memboekoekan itoe akan diperingatkan oléh amtenar itoe dalam grosse. Boewat memboekoekan itoe amtenar itoe mempo'enjaï hak meminta ganti keroegian ƒ 0.25. Menoeroet peratoeran 'oemoem dari K. 15 ajat 8 jang haroes membajar ongkos itoe jaïtoe jang empoenja oetang, akan tetapi mengingat ke'adilan dalam hal ini jang membajar ongkos itoe si penagih oetang. Si pemegang asal hanja berkewadjiban lagi akan minta penghapoesan jang sebagian dan barang tanggoengan jang terseboet pertama sekali. Penghapoesan barang sisa itoe hanja dilakoekan atas permohonan si penagih oetang baroe atau dengan sepakatnja (K. 23). Menoeroet pasal 12 maka pihak ketiga dalam kedoewa hal itoe mesti mengoendjoekkan pemberi-tahoean. Dalam pasal 12 ditentoekan poela, bahwa amtenar itoe seboléhboléhnja toeroet memberi keterangan pada grosse dari hal penghapoesan itoe. Pasal 14. 23. Atoeran dji- (1). Djika amtenar jang diwadjibkan memboewat akte ka jang menjim- tanggoengan-oetang dalam verlof, dilepas, dipetjat atau pan akte ta' ada, dipindahkan, maka naskah, boengkoesan naskah dan regis- overlijden van den bewaarder der akten. de minuten, minutenbundels en registers bij een door beide partijen te onderteekenen, in drievoud opgemaakt proces-verbaal, overgenomen door den definitieven of tij— delijken wettigen vervanger of anderen, door het Hoofd van gewestelijk bestuur aangewezen bestuursambtenaar, te wiens overstaan de akten van credietverband alsdan zullen moeten worden verleden. (2) . Bij overlijden van den ambtenaar, niet plaats vindend tijdens een hem verleend verlof, zoomede wanneer ingeval van verlof, ontslag, schorsing of overplaatsing als in de vorige alinea bedoeld, die ambtenaar door ziekte of anderszins niet in staat is zelf bij de overgave tegenwoordig te zijn, geschiedt de overneming op gelijke wijze ten overstaan van een te dien einde als vertegenwoordiger van de belangen van meerbedoelden ambtenaar door het Hoofd van gewestelijk bestuur aan te wijzen persoon, die het proces-verbaal van overneming mede onderteekent. (3) . Zoo spoedig mogelijk nadat de verlofganger zijne werkzaamheden heeft hervat, dan wel na het optreden van den wettigen vervanger of opvolger van den met het verlijden van de akten van credietverband belasten ambtenaar, nadat inmiddels een ander bestuursambtenaar daarmede tijdelijk belast is geweest, worden de minuten, minutenbundels en registers eveneens met inachtneming van de bij alinea 1 van dit artikel voorgeschreven formaliteiten van den houder overgenomen. Artikel 15. Van de in het vorig artikel bedoelde processen-verbaal wordt een exemplaar ingediend aan het Hoofd van plaatselijk bestuur; de beide andere exemplaren zijn bestemd voor de onderteekenaren. Het Hoofd van gewestelijk bestuur wijst als ambtenaren, ten wier overstaan de akten van credietverband worden verleden, niet bepaalde personen maar enkel zekere functionarissen, op Java gewoonlijk hoofden van districten, aan. Daardoor behoeft niet bij elke wisseling van personen een berangkat atau mati. ter jang ada dalam tanggoengannja diterima oléh pengganti"iQÊ jing sah atau pengganti sementara atau oléh amtenar pemerintah lain jang ditoendjoekkan oléh Kepala pemerintahan daérah, dari penerimaan itoe diboewat satoe porsésperbal dengan rangkap tiga jang haroes ditanda-tangani oléh kedoewa pihak itoe; pengganti atau amtenar pemerintah jang ditoendjoekkan itoe haroes menghadiri pemboewatan akteakte itoe. (2). Bilamana amtenar itoe meninggal doenija boekan dalam verlof atau waktoe ija verlof, dilepas, dipetjat atau dipindahkan, seperti jang dimaksoed dalam ajat diatas, amtenar itoe sebab sakit, atau ada hal lain-lain, tidak dapat menghadiri timbang terima sendiri, maka penerimaan itoe dilakoekan dihadapan seorang-orang jang ditoendjoekkan oléh Kepala pemerintahan daérah oentoek mewakiü keperloean amtenar jang telah kerap kali terseboet itoe. (3). Demi amtenar jang habis verlof moelaï melakoekan lagi pekerdjaannja, atau djika penggantinja jang sah atau penggantinja jang tetap telah mendjalankan pekerdjaanitoe, maka bila sementara itoe ada amtenar negeri jang diserahi pekerdjaan itoe boewat sementara, dengan segera naskah, boengkoesan naskah dan register diierimanja dari pemegangnja dengan memperhatikan peratoeran jang terseboet pada ajat 1 daripada pasal ini. Pasal 15. Sehelai dari porsés-perbal jang dimaksoed dalam pasal jang baroe laloe dikirimkan kepada Kepala pemerintahan senegeri; kedoewa helai jang lain dioentoekkan bagi jang bertanda-tangan. Kepala pemerintahan daérah tidak menoendjoekkan orang tetap boewat mendjadi amtenar jang haroes menghadiri perboewatan tanggoengan-oetang, melainkan jang ditoendjoekkannja itoe hanja matjam pegawainja sadja, seperti di tanah Djawa bijasanja kepala distrik. Dari sebab itoe maka pada nieuw aanstellingsbesluit te worden geslagen. Wel echter is voorgeschreven dat bij elke zoodanige wisseling een procesverbaal van overneming in drievoud moet worden opgemaakt. Het normale geval is, dat de nieuwe'functionaris het credietverbandarchief onmiddellijk van den aftredenden functionaris overneemt. Het is echter mogelijk dat tusschen dit aftreden en optreden een tijdsruimte ligt zoodat de aftredende functionaris niet in persoon zijn archief aan zijn opvolger kan overgeven. In dat geval kan een willekeurig door het Hoofd van gewestelijk bestuur aan te wijzen persoon, die dus geen bestuursambtenaar behoeft te zijn, als vertegenwoordiger van den afgetreden functionaris voor dezen het procesverbaal van overneming teekenen. De derde alinea van art. 14 schrijft voor, dat de tijdelijke vervanging zoo kort mogelijk moet duren en moet ophouden zoodra de oude functionaris weder zijn werkzaamheden aanvaardt of de nieuwe defrnitieve functionaris is opgetreden. Het model van een proces-verbaal van overneming, zooals dit bij elke wisseling in den persoon van den met het verlijden van akten belasten ambtenaar in drievoud moet worden opgemaakt, is hierachter opgenomen (model 5). 27. De kosten. Artikel 16. Aan de ambtenaren, belast met de in de vorige artikelen omschreven werkzaamheden, is verschuldigd: a. voor de verleening van hun bijstand tot het verlijden van eene akte van credietverband, daaronder begrepen de inschrijving in het bij artikel 10 bedoeld openbaar register en de uitreiking van eene eerste grosse aan den houder van het verband .... ƒ 0.50; b. voor het verleenen, na verkregen machtiging, van eene verdere grosse of voor de afgifte van een afschrift van een akte van credietverband . ƒ 0.25; c. voor het verleenen van inzage, behalve op vordering van Landsdienaren, die ambtshalve tot raadpleging verplicht zijn, van de minuten, minutenbundels of. registers, voor elk kwartier of gedeelte daarvan ƒ 0.25; d. voor de bij het tweede lid van artikel 23 van het Koninklijk besluit van 6 Juli 1908 No. 50 (Indisch Staatsblad No. 542) bedoelde inschrijving in het bij artikel 10 vermeld register / 0.25; 27. Ongkosongkos. waktoe amtenar itoe berganti ta' oesah lagi memboewat beslit angkatan baroe. Melainkan waktoe berganti orang jang demikijan itoe diwadjibkan akan memboewat porsésperbal penerimaan dengan rangkap tiga. Bijasanja pegawai jang baroe menerima dengan segera pérsimpanan soeratsoerat tanggoengan-oetang dari pegawai jang meletakkan djabatan itoe. Tetapi boléh djadi ada waktoe berselang antara pegawai jang meletakkan pekerdjaan itoe pergi sampai ada penggantinja sehingga pegawai itoe tidak dapat menemtiakan sendiri penjimpanan soerat-soeratnja kepada jang mendjadi gantinja. Dalam hal itoe maka Kepala pemerintahan daérah boléh menoendjoekkan orang bijasa sebagai wakil amtenar jang meletakkan: djabatannja, jaïtoe oentoek menanda-tangani porsés-perbal menerimaan; djadi wakil itoe ta' oesah pegawai pemerintahan. Alinea ketiga dari pasal 14 memerintahkan, bahwa pengganti boewat sementara hendaknja boewat sedikit waktoe sadja dan haroes dengan selekas-lekasnja berhenti bila pegawai lama moelaï lagi bekerdja atau pegawai tetap jang baroe diangkat moelaï mendjalankan pekerdjaan itoe. Tjontoh pqa^s-perbal jang haroes diboewat pada waktoe tijap-tijap pergantian amtenar, jang diwadjibkan menghadiri perboewatan akte itoe, dimoewatkan dibelakang ini (tjontoh 5). Pasal 16. Maka pada amtenar-amtenar, jang diserahi pekerdjaan seperti jang terseboet pada pasal diatas haroes dibajar: a. oentoek pertolongannja dalam pemboewatan akte tanggoengan-oetang, oentoek memboekoekannja dalam register 'oemoem, jang dimaksoed dalam pasal 20, dan oentoek pertolongannja akan memberikan grosse jang pertama kepada pemegang tanggoengan . . ƒ 0.50; b. boewat pemberian satoe grosse jang kedoewa, setelah mendapat soerat koewasa, atau oentoek pemberian satoe salinan akte tanggoengan-oetang. . .ƒ0.25; c. boewat memperlihatkan naskah, boengkoesan naskah atau register boewat dibatja dalam tijap-tijap seperempat djam atau bagiannja ketjoewali djika jang minta membatja itoe pegawai Negeri, jang diwadjibkan boewat itoe ƒ 0.25; d. oentoek tijap-tijap kali pemboekoean, jang dimaksoed pada ajat kedoewa dari pasal 23 firman Radja tanggal 6 Juli 1908 No. 50 (Staatsblad Hindia No. 542), dalam register jang terseboet dalam pasal 10 ƒ0.25; e. voor de afgifte van eene schriftelijke verklaring, bedoeld bij artikel 33 van het evenvermeld Koninklijk besluit .....ƒ 0.25. Artikel 17. (1) . De bij het eerste lid van artikel 4 bedoelde hoofden of andere leden van het bestuur van Inlandsche gemeenten kunnen voor elke akte, bij de opmaking waarvan zij hun bijstand verleenen, van den verbandgever ieder eene vergoeding vorderen van ......... f 0.25. (2) . Bovendien hebben zij aanspraak op vergoeding door den verbandgever, of indien bijstand is verleend bij het opmaken van meerdere akten, door de gezamenlijke verbandgevers van de gemaakte reis-, verblijf- en andere kosten, ten bedrage, voor iederen verbandgever bepaald door den ambtenaar, te wiens overstaan de akte is verleden. De kosten van de akte, van de inschrijving en van de grosse zijn voor rekening van den schuldenaar, indien het tegendeel niet bedongen is. De doorhaling van het verband geschiedt kosteloos (K. 15 al. 8). Daar de administrateur en de employé's van de afdeelingsbank en het meerendeel der bestuursleden niet behooren tot de landsdienaren die ambtshalve tot raadpleging zijn verplicht, zullen zij, willen zij inzage nemen van minuten of registers, aan den betrokken ambtenaar schadeloosstelling moeten betalen. De verschillende schadeloosstellingen in artikel 16 genoemd, komen ten bate van den ambtenaar met de werkzaamheden belast. Hij wordt over deze inkomsten niet in de bedrijfsbelasting aangeslagen. Terwijl krachtens artikel 17 de desahoofden of bestuursleden, die bij het verlijdën van de akte tegenwoordig zijn, ten einde te constateeren dat de verbandgever rechthebbende is op de goederen die worden bezwaard, voor schadeloosstelling in aanmerking komen, is dit niet het geval met de desa-hoofden of bestuursleden, zoo dit andere personen zijn, dan bovengenoemden die den persoon van den verbandgever moeten identificeeren en evenmin met de getuigen bedoeld in art. 4 al. (3). e. boewat pemberian soerat keterangan jang dimaksoed pada pasal 33 firman Radja jang baroe terseboet ƒ 0-25. Pasal 17. (1) . Tijap-tijap kepala désa atau anggota pemerintah désa jang lain jang terseboet dalam ajat pertama pasal 4, boléh minta kepada pemberi tanggoengan boewat tijap akte, jang pada waktoe diboewat dalam pertolongannja ganti keroegian f 0.25. (2) . Lagi poen kepala atau anggota pemerintah désa itoe mempoenjaï hak atas oewang djalan, ongkos menginap d.1.1. dari tijap-tijap pemberi tanggoengan-oetang; bilamana pertolongannja bagi beberapa pemboewatan akte, maka ongkos-ongkos itoe ditanggoeng bersama-sama oléh pemberi-pemberi tanggoengan dan berapa banjaknja tijaptijap pemberi tanggoengan haroes membajar, itoelah ditentoekan oléh amtenar, jang menghadiri pemboewatan akte itoe. Ongkos-ongkos akte, memboekoekan dan grosse ditanggoeng oléh jang beroetang, ketjoewali kalau lebih doeloe didjandjikan akan dibajar oléh si berpijoetang. Menghapoeskan tanggoengan dilakoekan dengan pertjoema (K. 15 ajat 8). Dari sebab administrateur afdeeling bank dan pegawainja, djoega kebanjakan dari anggota bestuurnja, boekan pegawai negeri, jang menoeroet pekerdjaannja diwadjibkan akan membatja naskah atau register, maka bila merékaitoe hendak membatja naskah dan register itoe, haroes membajar ganti keroegian pada amtenar jang bersangkoetan. Adapoen matjam-matjam ganti keroegian jang terseboet dalam pasal 16 jaïtoe oentoek amtenar jang diserahi pekerdjaan itoe. Penghasilan itoe tidak dikenakan padjak pentjaharian. Menoeroet pasal 17 kepala-kepala désa atau anggota pemerintah désa jang menghadiri pemboewatan akte oentoek menerangkan soenggoeh tijadanja pemberi tanggoengan mempoenjaï hak atas barang jang ditanggoengkannja itoe, haroes dapat ganti keroegian; tetapi kepala atau anggota pemerintah désa itoe tidak dapat ganti keroegian itoe, bila orang lain jang haroes memberi keterangan dalam hal jang terseboet diatas itoe; poen saksi-saksi jang terseboet dalam pasal 4 ajat (3) begitoe poela. 28. Het toezicht over de betrokken ambtenaren. Toch zullen ook dezen wel voor een schadeloosstelling in aanmerking willen worden gebracht. Artikel 18. Met het toezicht op de vervulling van de werkzaamheden, welke aan de bij artikel 9 bedoelde ambtenaren als zoodanig zijn opgedragen, zijn belast de door het Hoofd van gewestelijk bestuur daartoe aan te wijzen Landsdienaren. Artikel 19. (1) . Zoo dikwijls zij zulks noodig achten, doch minstens eenmaal 's jaars, vervoegen de in het vorig artikel bedoelde landsdienaren zich ten kantore van iederen aan hun toezicht onderworpen ambtenaar tot het nazien van de minuten der inmiddels verleden akten en de vergelijking daarvan met de registers, ten einde na te gaan of de voorschriften van het Koninklijk besluit van 6 Juli 1908 No. 50 (Indisch Staatsblad No. 542) en van deze ordonnantie behoorlijk zijn nageleefd. (2) . In de registers wordt aanteekening gehouden van de gedane opnemingen, met vermelding van het getal der daarin sedert de laatste opneming ingeschreven akten, terwijl, na verificatie, de ingevolge het eerste lid van artikel 9 gestelde verklaring op inmiddels aangelegde minutenbundels door den toezicht houdenden landsdienaar voor gezien en accoord bevonden geteekend wordt. Artikel 20. (1) . Bij ontdekking van eenige overtreding maakt de toezicht houdende landsdienaar daarvan proces-verbaal op en teekent hij zijne bevinding tevens aan op de minuut der akte, waarop het feit betrekking heeft. (2) . Van dit proces-verbaal wordt aan dengene, die de overtreding heeft begaan, een afschrift ter hand gesteld. 28. Pengawasan atas amtenar ; jang bersang- j koetan. Tetapi walaupoen demikijan merékaitoe tentoe akan soeka djoega mendapat ganti keroegian itoe. Pasal 18. Pengawasan atas pekerdjaan jang diserahkan kepada amtenar jang dimaksoed dalam pasal 9 ditanggoengkan pada pegawai Negeri jang ditoendjoekkan oléh Kepala pemerintahan daérah boewat itoe. Pasal 19. Pegawai Negeri jang dimaksoed dalam pasal jang baroe laloe sekoerang-koerangnja mesti satoe kali dalam satoe tahoen, dan kalau dipandangnja perloe beroelang-oelang, datang di kantor tijap-tijap amtenar jang ta'loek pada pengawasannja, oentoek memeriksa naskah-naskah, jang dalam pada waktoe itoe telah diboewat dan membandingkannja dengan register-register, soepaja dapat diketahoei, adakah peratoeran firman Radja tanggal 6 Juli 1908 No. 50 (Staatsblad Hindia No. 542) dan peratoeran dari ordonansi Jtti'ditjoekoepi dengan patoet. (2). Pemeriksaan jang baroe dilakoekan itoe diperingatkan dalam register dengan menjeboetkan banjaknja akte jang diboekoekan dalam register itoe sampai waktoe pemeriksaan jang terachir itoe; sedang keterangan jang diboewat menoeroet pasal 9 di boengkoesan naskah, setelah diperiksa, oléh pegawai Negeri jang diwadjibkan mengawasi, diberi bertanda „telah dilihat dan kedapatan tjotjok." Pasal 20. (1) . Bilamana didapatnja ada soewatoe pelanggaran, maka pegawai negeri jang mengawasi itoe memboewat porsés-perbal dari hal itoe dan memperingatkan pendapatannja itoe di naskah akte, jang bersangkoetan dengan hal itoe. (2) . Satoe salinan dari porsés-perbal itoe diberikan kepada orang jang memboewat pelanggaran itoe. Artikel 21. Het proces-verbaal, bedoeld bij het vorig artikel, wordt door den betrokken landsdienaar opgezonden aan het Hoofd van plaatselijk bestuur, onder wien de in overtreding bevonden ambtenaar ressorteert, door welk bestuurshoofd het noodige tot de vervolging wordt verricht. 29. De straffen Artikel 22. De met het verlijden, de registreering, de bewaring als anderszins van de akten van credietverband belaste ambtenaren dan wel hunne tijdelijke vervangers worden gestraft: a. met eene geldboete van ƒ1.—(een gulden) tot ƒ 50.— (vijftig gulden) bij weigering of nalatigheid om de onder hen berustende minuten van akten en registers aan de krachtens het bepaalde bij artikel 18 voor het toezicht op de vervulling van hun ambt aangewezen personen ter hand te stellen; b. met eene geldboete van ƒ1.—(een gulden) tot ƒ 10.— (tien gulden) ingeval van andere overtredingen van de in het eerste lid van artikel 19 aangeduide voorschriften. Artikel 23. De vervolgingen ter zake van de in het vorig artikel aangeduide feiten vervallen door verloop van den tijd van drie jaren. 29. Hoekoeman. Pasal 21. Maka porsés-perbal jang dimaksoed dalam pasal jang soedah, dikirimkan oléh pegawai Negeri jang bersangkoetan kepada Kepala pemerintahan senegeri, tempat amtenar jang kedapatan berboewat pelanggaran itoe bekerdja. Kepala pemerintah itoe melakoekan sebagaimana mestinja oentoek menoentoet amtenar itoe. Pasal 22. Amtenar-amtenar atau penggantinja boewat sementara, jang diwadjibkan memboewat, memboekoekan, menjimpan d.1.1. akte tanggoengan-oetang dihoekoem: o. dengan hoekoeman denda dari ƒ1.—(satoe roepijah) sampai ƒ 50.— (lima poeloeh roepijah) bila merékaitoe menolak atau melalaikan memberikan naskah akte atau register kepada orang, jang menoeroet ketentoean dalam pasal 18 ditoendjoekkan oentoek mengawas-awasi merékaitoe dalam pekerdjaannja; b. dengan hoekoeman denda ƒ 1.— (satoe roepijah) sampai ƒ io._ (sepoeloeh roepijah) djika ada pelanggaran lain dari peratoeran jang terseboet dalam ajat pertama dari pasal 19. Pasal 23. Maka toentoetan atas hal-hal jang diterangkan dalam pasal jang soedah, dibatalkan bilamana témpohnja telah ïebih dari tiga tahoen. 30. De plichten van den ambtenaar belast met het verlijden der credietverbandakten. Van het geven van een overzicht van de verplichtingen van den bestuursambtenaar, belast met het verlijden der credietverbandakten is afgezien: het zou een herhaling worden van het onder B vermelde, althans van de paragrafen 16 t/m 26. Het geldt hier verplichtingen waarvan elke overtreding strafbaar is. Doch al vallen ze niet onder die verplichtingen zoo mogen ook de aangelegenheden onder A in de §§ 5, 7, 8, 10 en 15 vermeld, aan de behartiging van den bestuursambtenaar worden aanbevolen. De schuldenaar behoort bij het geven van credietverband zoo duidelijk mogelijk te weten wat hij te doen en te laten heeft. 30. Kewadjiban amtenar jang memboewat akte tanggoengan-oetang. Maksoed hendak memberi ichtisar tentang kewadjiban amtenar-amtenar pemerintahan jang memboewat akte tanggoengan-oetang, tidak djadi: sebab djika demikijan hanja mengoelang jang terseboet pada B, jaïtoe dari paragraaf 16 sampai 26. Inilah ada kewadjiban jang dihoekoem bila orang melanggarnja. Tetapi walau hal ini tidak masoek dalam kewadjiban itoe, maka hal-hal jang terseboet pada A dalam paragraaf 5, 7, 8, 10 dan 15, sepatoetnja diperhatikan oléh amtenar pemerintahan itoe. Jang beroetang sepatoetnja pada waktoe memberi tanggoengan-oetang mengetahoei dengan sedjelasdjelasnja apa jang haroes dikerdjakannja serta apa jang haroes ditinggalkannja. No. 35/B.B. 31. Modellen. INGEVULD MODEL DER AKTE. Tjontoh-tjontoh. TJONTOH DARI SOERAT AKTE '). Nummer katja (folio) daftar. /. Nummer bertoeroet-toeroet. 1. District: Soekanegara Afdeeling: Tjiandjoer Residentie: Prijangan Soerat pada menjatakan perdjandjian— „CREDIETVERBAND" !— Pada tahoen 1910 (seriboe sembilan ratoes sepoeloeh) pada hari Senin tanggal 4 (empat) boelan April adalah datang menghadap saja, bernama Mas Sastradipoera djabatan Wedana district Soekanegara, tempat kedoedoekan Soekanegara, jang dikoewasakan oléh Residén Prijangan dengan soerat besluit jang tertoelis pada tahoen 1910 '(seriboe sembilan ratoes sepoeloeh) tanggal 12 (doewabelas) boelan Januari, nummer 32 (tiga poeloeh doewa) akan memboewatkan soerat Credietverband didalam district Soekanegara, afdeeling Tjiandjoer dihadapan saksi jang terseboet dibawah ini: : Pertama, seorang bangsa Soenda bernama Martawidjaja, ketika ija lagi ketjil bernama Tihoel, pekerdjaan atau djabatannja tani dan sekarang beroemah di désa Pataroeman, district Soekanegara, afdeeling Tjiandjoer, residentie Prijangan dan lagi ija mendjalankan perkara ini boewat dirinja sendiri (atau: mendjadi kepala désa Pataroeman, jang dikoewasakan dengan besluit Assistent-Resident Tjiandjoer tanggal 3 December 1909 nummer 15 akan memindjam ') Tjontoh ini hanjalah édjaannja dioebah oléh Balai Poestaka. oewang besarnja tidak lebih dari seriboe roepijah) [men- ] ; jaïtoe jang minta beroetang, jang terseboet, „pihak jang pertama." Kedoewa, seorang bangsa Belanda bernama Johannes Slot, ketika ija lagi ketjil bernama . , ^kerdjaan nja atau djabatannja adjunct-administrateur dari Tjiandjoersche Afdeelingsbank, dan sekarang beroemah di Kampoeng Kadjaksan, district Tjiandjoer, afdeeling Tjiandjoer, residentie Prijangan, dan lagi ija mendjalankan perkara ini (boewat dirinja sendiri) mendjadi wakil seorang bangsa bernama Tjiandjoersche Afdeelingsbank, ketika ija lagi ketjil bernalma , dan sekarang beroemah di Tjiandjoer, district Tjiandjoer, afdeeling Tjiandjoer, residentie Prijangan, . jaïtoe jang memberi oetang, jang diseboet „pihak jang kedoewa." | _ Pihak jang kedoewa itoe terkenal kepada saja dan pihak jang pertama soedah diterangkan kepada saja oléh saksi bernama Matahir pekerdjaan djoeroetoelis désa, beroemah di désa Pataroeman, district Soekanegara, dan pekerdjaan beroemah di , district ,;;.Maka] harta-bendanja jang dimasoekkan mendjadi tanggoengan] credietverband soedah diterangkan kepada saja oléh saksi bernama Moesa, kepala désa, beroemah di désa Gedangan, district Soekanegara [terkenal kepada saja; diterangkan kepada saja dengan soerat-soerat jang dilampirkan akte ini] | ■ ' Maka pihak jang pertama itoe adalah ija mengakoe beroetang kepada pihak jang kedoewa itoe, jaïtoe beroetang oewang, banjaknja 200 (doewa ratoes) roepijah, .... sén, dan kedoewa pihak itoe mengakoe, bahwa soedah moepakat sebelah menjebelah.____ Dan lagi oléh pihak kedoewa belah itoe soedahlah diterangkannja, bahwa oetang itoe terbit oléh karena. mem- djadi wakil seorang bangsa. ketika ija lagi ketjil bernama sekarang beroemah di afdeeling , bernama , , dan . . . , district , residentie (Gouvernement) bangoenkan roemah dan lagi dengan perdjandjian jang terseboet dibawah ini: pihak jang pertama berdjandjüah akan membajar kembali oewang itoe dalam empat bajaran, pada tanggal empat October seriboe sembilan ratoes sepoeloeh, empat April dan empat October seriboe sembilan ratoes sebelas dan empat April seriboe sembilan ratoes doewa belas, tijap-tijap kali 50 (lima poeloeh) roepijah. Lagi berdjandjilah ija akan tijap kali kalau ija membajar pokok ija membajar djoega boenga (renten) terhitoeng dari ketinggalannja oetang pada tijap-tijap masa itoe satoe persén boewat satoe-satoenja boelan jang soedah léwat, atau djikalau antéro pokok atau sebagian dari pokok itoe soedah dibajar kembali didalam boelan waktoe oetang itoe diberi. Lantas ija bajar renten dihitoeng dari oewang jang dibajar kembali tadi boewat satoe boelan. Maka berdjandjilah ija semoewa pembajaran itoe didjalankan di kantornja pihak kedoewa ada di Tjiandjoer. Djikalau pihak jang pertama tijada menoeroet perdjandjian itoe, ija boléh didenda oléh pihak jang kedoewa lima persén dihitoeng dari banjaknja oewang jang wadjib dibajar oléhnja serta kalau ija tidak diberi pertanggoehan oléh pihak jang kedoewa, lantas oetang itoe dengan boenga dan denda, demikijan djoega segala belandja jang dikeloewarkan oléh pihak jang kedoewa didalam perkara ini, hendak ditagih dihadapan pengadilan dengan memakai hak-credietverband. (d.l.l perdjandjian tentang hal pembajaran oetang). [Maka oléh kedoewa pihafcitoe adalah diterangkannja, bahwa soedah berdjandji sebelah menjebelah demikijan: Tijap-tijap kali pihak jang pertama minta memindjam oewang, maka permintaan itoepoen hendak diterimaoléh pihak jang kedoewa, maka diseboetkanlah oléh pihak jang pertama, berapa banjaknja oewang jang perloe akan dipakainja atas perdjandjian jang dimoepakatkan pada tijap-tijap kali; akan tetapi pokok oetang itoe, djika didjoemlahkan dengan böenganja, jang soedah terbit, maka djoemlahhja sekali-kali tijada boléh lebih daripada f '3000.— (tiga riboe) roepijah]. tmei^ Sjahdan akan menegoehkan segala perdjandjian jang diperdjandjikan diatas itoe, dan akan menanggoeng tentoenja membajar oetang itoe, lagi poela akan membajar boenga dan mengganti segala belahdja (ongkos) jang terbit daripada perkara ini, maka oléh pihak jang pertama adalah ditanggoengkannja dengan diboewatkannja Credietverband segala haknja dan harta-bendanja, jang dinjatakan dibawah ini, bahwa sah benar hak dan harta-bendanja itoe pihak jang pertama jang empoenja, ja'ni: I. Hak-jasan (poesaka, désa) pada satoe keboen kelapa terpernah di désa Gedangan, doekoeh Tjisaat, district Soekanegara, afdeeling Tjiandjoer,residentie Prijangan, lébarnja kira-kira empat ratoes roe persegi, banjaknja pohon kelapa jang berdiri di keboen besar ketjil ada tiga poeloeh empat, djoega diboewatkan credietverband, Watasnja keboen itoe sebelah lor Kali saat, sebelah koeion sawah poenjanja orang bernama Abdoelrachman. ■ Keboen kelapa itoe terseboet di kohir padjak boemi (letter B Staat satoe) di bagian perceel nummer empat belas, II. Seboewah roeman tijang kajoe, pagar gedék, atap genting, dasar oebin berdiri, diatas keboen terseboet tadi, oekoerannja roeman itoe lébarnja enam meter, pandjangnja delapan meter, tingginja pagar sampai di atap tiga meter lebih setengah . III. Tanaman padi tjempo jaag akan ditanam didalam moesim ketiga tahoen seriboe sembilan ratoes sepoeloeh di sawah poesaka iempatnja.terpernah di doekoeh Tjisaat, désa Gedangan terseboet diatas di bagian perceel nummer tigabelas dalam kohir padjak boemi (letter B Staat satoe). Lébarnja sawah itoe kirakira ada doewa bahoe seratoes roe persegi, maka watasnja, sebelah lor sérokan disAssem, sebelah koeIon tanah tegal, sebelah kidoel sawah poenjanja Marta, sebelah wétan sawah poenjanja Mangoendikromo. Tetapi sawah jang akan ditanami padi tidak termasoek dalam perdjandjian credietverband, segala hak dan harta-benda itoe akan mendjadi tanggoengannja pembajaran pokok, boenga, denda dan lain-lain be- land ja (ongkos) jang terseboet diatas djoemlah tijada lebih dari f 3000.— (tiga riboe roepijah) dengan banjaknja oewang-oewang ini credietverband diboewat Lagi poela pihak jang pertama menerangkan, bahwa hak serta harta-benda terseboet tadi semoewa tidak diberati oetang soewatoepoen djoega Maka adalah lagi pihak jang kedoewa itoe, bahwa soenggoeh ija soedah moepakat dan diterimanja credietverband atas segala hak dan harta jang terseboet diatas itoe. Lain daripada itoe maka adalah doewa belah pihak itoe telah berdjandji-djandjian poela sebelah pada sebelah jang demikijan ini. A. Pada semoewa tanah serta harta-benda lain terseboet diatas jang mendjadi penegoeh credietverband oléh pihak jang kedoewa hendak diberi tanda dengan merk K. A. B. ditoelis pada papan besi jang dipakoe atau ditaroeh padanja. Maka sanggoeplah pihak jang pertama akan memelihara merk-merk itoe, demikijan djoega ija sanggoep memelihara tanah, pohonan dan harta-benda terseboet diatas dengan sepatoetnja serta kalau ija tidak menoeroet perdjandjian, itoelah semoewa boléh dipelihara serta dibaiki oléh pihak jang kedoewa dengan belandjanja pihak jang pertama B. Kalau menoeroet timbangannja pihak jang kedoewa tanah dan harta-benda terseboet diatas salah soewatoepoen roesak, terbakar, hilang atau harganja toeroen, pihak jang pertama lantas djoega sanggoep memberi tambahan penegoeh credietverband setjoekoepnja. C. Harta-benda jang mendjadi penegoeh credietverband boléh dimasoekkan assurantie kebakaran oléh pihak jang kedoewa dengan belandjanja pihak jang pertama. Dan polls boléh dipegang oléh pihak kedoewa; lagipoen kalau ada keroegian sebab terbakar, oewang keroegian jang dibajar oléh Assurantiemaatschappij hendak dipandang gantinja harta-benda itoe akan mendjadi tanggoengan credietverband. (d.U. perdjandjian tentang hal [harta-benda jang dimasoekkan credietverband). Lagi poela kedoewa pihak itoe memberi-tahoekan, bahwa kantor saja dipilihnja dan ditetapkannja mendjadi tempat kedoedoekannja (domicilie) pada hal hendak mendjalankan barang soewatoenja jang terbit daripada perdjandjian ini. Bahwa sesoenggoehnja maka soerat perdjandjian ini diboewatkan dan didjadikan di Soembersari pada hari jang terseboet diatas itoe, jaïtoe dihadapan saksi jang menghadap saja djoega bersama-sama dengan doewa pihak itoe. Sebagai lagi soerat perdjandjian ini soedah dibatjakan dan diterangkan boenfifeja kepada kedoewa pihak itoe dan kepada saksi-saksi dengan disalin dalam bahasa anak-negeri, laloe diboeboehtanda-tanganoléh pihak jang kedoewa, saksi bernama Matahir dan saja, maka pihak jang pertama. dan saksi bernama Moesa tidak boeboeh tanda-tangan, oléh sebab Martawidjaja katanja tidak pandai menoelis dan tangannja Moesa sakit. Tertoelis dengan satoe perkataan jang1 diparang dan satoe perkataan jang ditambah ■ (t.t) J. Slot. Matahir. Sastradipoera. 2. Model der verklaring op de 2. Tjontoh keterangan jang ditoeminuten bundels te stellen liskan pada boengkoesan nas(zie toelichting bij artikel 9). kah, (lihat keterangan pada pasal 9). Tahoen Ini djilidasinja. . . . lembar minuut akte credietverband. tanggal .... boelan .... tahoen . . . Pegawai jang terseboet memboewat soerat credietverband. 3. Model der verklaring van tenietgaan van het credietverband (zie toelichting onder artikel 12 en 13). 3. Tjontoh keterangan tentang batalnja tanggoengan-oetang (lihat keterangan pada pasal 12 dan 13). Melihat soerat pertelaan jang dihoeboengkan pada minuut ini tanggal .... boelan tahoen. . . . dari orang bernama (menoeroet penoedoehan- nja orang bernama dengan lisan diha- dapan saja) maka credietverband jang terseboet dalam akte ini soedah ditijadakan sama sekali (pada hak atau harta-benda jang terseboet dibawah ini) oléh karena. . . tanggal . . . boelan .... tahoen . . . (jang minta menijadakan) Pegawai jang memegang minuut. 4. Model verklaring van doorhaling van het credietverband bij gerechtelijken verkoop van het bezwaarde goed (zie toelichting onder artikel 12 en 13). 4. Tjontoh keterangan penghapoesan tanggoengan-oetang dari harta-benda jang ditanggoengkan jang didjoewal dengan paksa (lihat keterangan pada pasal 12 dan 13). Soerat ini akan menerangkan, bahwa credietverband jang tertoelis dalam akte tanggal.... boelan tahoen. . . . nummer katja daftar nummerber- toeroet-toeroet. . . . , jang termoewat pada (disini diseboetkan hak atau harta-benda jang soedah dikeloewarkan dari credietverband) telah ditijadakan dan dihilangkan. tanggal . . . boelan .... tahoen . . . Pegawai jang memegang minuut, 5. Model proces-verbaal van overgave en overname (zie blz. onder artikel 12, 13). Heden den negentien honderd hebben wij ondergeteekenden: van beroep (krachtens besluit van het Hoofd van gewestelijk bestuur van ddo No aangewezen als vertegenwoordiger van de belangen van van beroep ) en van beroep krachtens besluit van het Hoofd van gewestelijk bestuur van , ddo No. . . . aangewezen als (definitieven of tijdelijken) wettigen (vervanger of opvolger) van eerstgenoemde, Overgegeven en overgenomen. le minuten bundels bevattende alle minuten van akten van credietverband hier ter plaatse opgemaakt in de jaren tot en met ; 2e. .... minuten genummerd tot en met . . . opgemaakt in den loop van dit jaar; 3e registers van de jaren , . . . . tot en met , vermeldende de in die jaren hier ter plaatse opgemaakte credietverbandakten, met de bij die registers behoorende alfabetische klappers; 4e. een gelijksoortig register voor het loopende jaar en een daarvan bijgehouden duplicaat beide met een alfabetische klapper. en hebben wij van deze overgave en overname dit proces-verbaal in drievoud opgemaakt om te dienen waar en wanneer zulks zal behooren. Gedaan te den !origineel duplicaat triplicaat Voor de overname Voor de overgave 5. Tjontoh porsés-perbal timbang terima (lihatlah moeka. . . . pasal 12, 13). Hari ini tanggal tahoen seriboe sembijan ratoes kami jang bertanda-tangan dibawah ini: .pekerdjaan (menoeroet beslit, Kepala pemerintahan daérah tanggal No ditoendjoekkan djadi wakil bagi keperloean pekerdjaan ) dan pekerdjaan menoeroet beslit Kepala pemerintahan daérah , tanggal No ditoendjoekkan djadi (tetap atau boewat sementara) pe^* ï^iï jang sah dari jang terseboet pertama. Timbang terima. le. boengkoesan naskah, berisi sekalijan naskah akte tanggoengan-oetang jang diboewat disini dalam tahoen sampai tahoen. ......; 2e naskah jang dinomori dari nomor. sampai nomor diboewat dalam tahoen ini; 3e register tahoen sampai tahoen , jang menerangkan banjaknja akte tanggoenganoetang jang diboewat dalam tahoen-tahoen itoe dengan klappernja jang memakai abc pada register-register itoe; 4e. register sematjam itoe boewat tahoen jang lagi berdjalan, dan satoe rangkapannja jang diisi; kedoewanja itoe memakai klapper abc. dan kami memboewat dari timbang terima ini satoe porsés-perbal dengan rangkep tiga, jang akan digoenakan bila ada perloenja. Termaktoeb di tanggal soerat asal Diboewat \ rangkap doewa rangkap tiga Boewat pemberian Boewat penerimaan HOOFDSTUK II. I Gedragslijn door de ambtenaren bij het binnenlandsch bestuur op Java en Madoera te volgen ten aanzien van het Volkscredietwezen en de coöperatie. Circulaire No. 597: 1 Maart 1906 aan de Hoofden van gewestelijk bestuur. 32. De door de 1. Het is den Gouverneur-Generaal noodig gebleken Regeering in aan rje ambtenaren bij het Binnenlandsch Bestuur op 1906 aangewe- jaya en j^a(joera duidelijk kenbaar te maken, welke get^v^heTvolks dragslijn door hen zal moeten worden gevolgd ten aanzien credietwezen. van bet Inlandsch Landbouwcredietwezen ')• 2. Sommige bestuursambtenaren verkeeren te dien aanzien nog in onzekerheid of zijn niet overtuigd van het groote nut, dat goed ingerichte credietinstellingen, waaronder zijn te verstaan zoowel afdeelingsbanken als desaloemboengs 2), voor de Inlandsche bevolking kunnen hebben, terwijl ook bij eenige ambtenaren de minder juiste opvatting bestaat, dat hunne belangstelling in deze zaak van algemeen nut een zuiver persoonlijk karakter draagt en dus niet aan de bemoeienis van dienstchefs en van de Regeering onderworpen is. 3. Zijne Excellentie wenscht daarom door UHEdG. ter kennis van de in Uw gewest dienende bestuursambtenaren te zien gebracht, dat de Regeering de ontwikkeling van het Inlandsche Landbouwkredietwezen van het hoogste belang acht en daartoe dus door die ambtenaren naar hunne beste krachten en voorzooveel de omstandigheden het zulfen toelaten, behoort te worden medegewerkt. J) Sinds 1912: Volkscredietwezen. 2) Sedert zijn hierbij gekomen de desabanken. BAB II. Djalan jang haroes ditoeroeti oléh amtenar-amtenar pemerintahan dalam negeri tentang pekerdjaan pindjaman ra'jat dan koperasi di tanah Djawa dan Madoera. Soerat édaran No. 597:1 Maart 1906 kepada Kepala pemerintahan daérah. 32. Djalan jang L Maka njatalah kepada Toewan-Besar Goebernoerditoendjoekkan Djenderal jang perloe diterangkan kepada amtenar peoléh pemerin- merintahan dalam negeri, djalan jang haroes ditoeroet tah'oen^o'e 0'^n arntenar~arntenar hoe tentang pekerdjaan pindjaman tentang peker- peroesahaan tanah ')• djaan pindjam- 2. Tentang hal itoe adalah antara amtenar-amtenar an ra'jat. pemerintah jang masih berhati sjak atau tidak tahoe betoel akan kebadjikannja roemah tempat memindjam jang baik bagi ra'jat Boemipoetera, seperti bank afdeeling atau loemboeng désa 2); ada djoega antara amtenar-amtenar itoe jang salah mengerti, jang menjangka bahwa penghirauannja dalam keperloean 'oemoem itoe semata-mata dari kebaikan merékaitoe sendiri, djadi tidak ta'loek kepada pendjagaan pembesar pekerdjaan itoe serta Pemerintah. 3. Dari sebab itoe maka Toewan-Besar berkenan soepaja padoeka Toewan soedi memberi tahoekan kepada amtenaramtenar pemerintahan dalam djadjahan Toewan, jang Pemerintah adalah memandang perloe sekali akan kemadjoeannja Pekerdjaan pindjaman peroesahaan tanah bagi bangsa Boemipoetera; dari sebab itoe hendaknja amtenaramtenar itoe mengoesahakan diri menoendjang pekerdjaan itoe dengan sesoenggoeh-soenggoehnja. J) Sedjak tahoen 1912. Pekerdjaan pindjaman ra'jat. 2) Sedjak itoe ditambahkan poela bank désa. 4. Zij zullen deze aangelegenheid niet meer hebben te beschouwen als een volksbelang, waaraan zij zich naar eigen verkiezing al of niet kunnen laten gelegen liggen, doch als een op den voorgrond tredend onderdeel hunner ambtelijke plichten ')• 5. Dit sluit natuurlijk in dat de Landvoogd van de Hoofden van gewestelijk bestuur verwacht, dat zij hunne ondergeschikten ook in deze voorgaan en de noodige leiding geven, zoomede dat zij het vereischte toezicht op de nakoming dezer opdracht zullen houden. 6. Zal mitsdien al hetgeen voor het Inlandsch Landbouwcredietwezen gedaan wordt staat kunnen maken op de bijzondere belangstelling van den GouverneurGeneraal, daartegenover meent Zijne Excellentie echter te moeten waarschuwen tegen overijling en overdrijving, zoomede tegen onoordeelkundig handelen, waarbij geen rekening wordt gehouden met plaatselijke omstandigheden. 7. Hierop moet vooral worden gelet bij de oprichting van desaloemboengs 2) die niet aan de bevolking moeten worden opgedrongen maar waarvan zij geleidelijk het nut moet leeren inzien, waartoe het in de eerste plaats noodig is, dat de inrichting zich aanpast aan de behoeften der streek, waar de instellingen zullen worden in het leven geroepen. 8. In het bijzonder dient voorts in het oog te worden gehouden, en dit geldt vooral bij de oprichting en het beheer van afdeelingsbanken, dat het niet in de bedoeling Voor de nadere uitwerking van de taak der Inlandsche bestuursambtenaren ten aanzien van de dorpscredietinstellingen en ten aanzien van de afdeelingsbanken wordt verwezen naar § 34 hierbeneden en naar de voorrede en den inhoud van de door den dienst van het Volkscredietwezen in 1917 uitgegeven „Aanwijzingen ten behoeve van de inrichting, het beheer van èn het toezicht op Desabanken," naar het gelijksoortige werkje betreffende de Desaloemboengs en naar de brochure „De Inlandsche bestuursambtenaar en de afdeelingsbank." Dit drietal werkjes:is in de Nederlandsche en Maleische taal gesteld en door tusschenkomst van de Hoofden van Gewestelijk Bestuur aan alle inlandsche bestuursambtenaren op Java en Madoera toegezonden. 2) Hetzelfde geldt voor desabanken. 4. Dikemoedijan hari merékaitoe djangan memandang pekerdjaan itoe hanja satoe kebadjikan ra'jat, jang meréka boléh kerdjakan dengan sekehendak hatinja, tetapi hendaknja sebagai pekerdjaan jang perloe didjalankan sebab kewadjiban djabatannja ')• 5. Apa jang telah terseboet itoe mengandoeng poela pengharapan Toewan-Besar, soepaja Kepala-kepala pemerintahan daérah dalam hal ini memberi tjontoh dan pimpinan jang perloe kepada pegawai jang dibawahnja, serta mengawas-awasi, adakah merékaitoe mentjoekoepi perintah itoe atau tidak. 6. Meskipoen apa jang dioentoekkan boewat pekerdjaan pindjaman peroesahaan tanah Boemipoetera boléh diharap akan mendapat pertjampoeran loewar bijasa dari ToewanBesar Goebernoer-Djenderal, tetapi Toewan-Besar sebaliknja mentjegah kelakoean jang tergopoh-gapah, ketelandjoeran atau tidak setimbang dengan keadaan masingmasing tempat. 7. Kelakoean jang seroepa itoe pertama-tama haroes didjaga pada waktoe mendirikan loemboeng-loemboeng désa *); loemboeng itoe djangan dipaksakan kepada ra'jat, tetapi ra'jat haroes berangsoer-angsoer dapat mengetahoei goenanja loemboeng itoe; oentoek diketahoeinjapertamatama bangoenan itoe perloe dapat mentjoekoepi keperloean lingkoengan, tempat loemboéng itoe akan diadakan. 8. Lebih-lebih haroes diperhatikan, bahwa dengan pendirian afdeeling bank, tidak sekali-kali ada maksoed akan memadamkan kehendak pihak partikoelir dalam hal >) Oentoek menjelesaikan rentjana peri hal kewadjiban amtenar pemerintahan Boemipoetera tentang loemboeng désa dan afdeeling bank lihatlah § 34 dibawah ini dan pendahoeloean dan isi „Petoendjoek goena roemah tangga, pengoewasaan dan pengawasan atas bank désa, jang dikeloewarkan oléh Pekerdjaan pindjaman ra'jat dalam tahoen 1917, dan lihatlah pekerdjaan jang sematjam itoe tentang Loemboeng désa, dan lihatlah soerat sebaran „amtenar Pemerintahan dan afdeeling bank". Ketiga pekerdjaan itoe ditoelis dalam bahasa Belanda dan Melajoe dan dikirimkan dengan pengantaraan Kepala-kepala pemerintahan daérah kepada sekalijan amtenar pemerintahan Boemipoetera di tanah Djawa dan Madoera. -) Begitoe djoega bagi bank-désa. ligt het particulier initiatief te doodpn, doch integendeel er naar moet worden gestreefd de lust van particulieren op te wè&jken om aan deze publieke zaak mede te werken. 9. Dergelijke banken komen het meest tot haar recht, niet als het betrokken bestuurshoofd de leiding geheel aan zich trekt, doch als zij steunen op de belangstelling van velen, wat aanleiding geeft tot gedachtenwisseling bij het zoeken naar den juisten weg en waardoor de taak van den leider aanmerkelijk kan worden verlicht. 10. De bankbesturen kunnen zich beschouwen als leidende colleges, waarin de actieve deelneming van velen noodig is, wat nog het onschatbare voordeel heeft dat kan worden tegengegaan de vaak voorkomende neiging om te verwaarloozen, wat voorgangers hebben begonnen en dat kan worden vastgelegd hetgeen in de praetijk doeltreffend is gebleken. 11. Aan de Hoofden van gewestelijk bestuur wenscht de Gouverneur-Generaal daarbij mede op te dragen de zorg voor die noodige eenheid en continuïteit. 12. Zij zullen als het ware de superintendentie moeten uitoefenen over de credietinstellingen, met dien verstande dat het initiatief van plaatselijke ambtenaren en particulieren niet worde belemmerd en aan de bankbesturen de vrije hand worde gelaten. 13. WatBBu gaat de bijzonderheden van het hierboven in algemeenretekken geschetst be$tviursbeginsel, dienaangaande zullen UHEdG. de noodige inlichtingen worden verstrekt door den tijdelijken Inspecteur van het Inlandsen Landbouwcredietwezen ')» die te dier zake van de noodige instructies is en zal worden voorzien. 14. Niet overbodig schijnt het den Landvoogd hierbij te doen opmerken, dat die Inspecteur voor de richtige vervulling zijner taak moet kunnen beschikken over de meest volledige gegevens nopens de in de praktijk verkre- i) Sinds 1912 adviseur voor het Volkscfl&di«twezen. itoe, melainkan haroes didjaga soepaja kerrraoean pihak partikoelir akan mendirikan bank jang sematjam itoe djangan mendjadi koerang, sebaliknja kemaoean pihak partikoelir akan memperhatikan hal itoe haroes dibangoenkan oléh pegawai negeri. 9. Bank-bank jang demikijan itoe bertambah baiknja, tidak kalau Kepala pemerintahan jang mengoewasaï bank itoe menarik sekalijan kekoewasaan kepadanja, melainkan djika bank itoe dapat toendjangan dari orang banjak; karena djika banjaknja pertoekaran pikiran waktoe mentjari djalan jang benar, tentoe hal itoe akan memoedahkan pekerdjaan pemimpin. 10. Bestuur bank boléh dipandang sebagai satoe kerapatan, jang perloe memakai bantoean orang banjak; bantoean itoe besar sekali paédahnja, jaïtoe misalnja akan menegah kehendak bestuur boewat menjija-njijakan apa jang telah dimoelaï oléh bestuur jang lama dan oentoek menegoehkan apa jang dalam praktijk njata baik. 11. Toewan-Besar Goebernoer-Djenderal menghendaki lagi soepaja Kepala pemerintahan daérah mendjaga akan kesatoean dan ketetapan pekerdjaan itoe. 12. Kepala pemerintahan daérah itoe seolah-olah djadi pengawas besar daripada bank-bank itoe, tetapi kebébasan amtenar pada satoe-satoe tempat dan kebébasan pihak partikoelir serta pengoeroes-pengoeroes bank karena itoe djanganlah berkoerang dan bertanggoeh akan berboewat sesoewatoe kebaikan dalam perkara bank-bank itoe. 13. Bagaimana landjoetnjahaloewan atoeran pemerintahan jang terseboet diatas itoe, akan diterangkan kepada padoeka Toewan oléh Inspéktoer pekerdjaan pindjaman peroesahaan tanah Boemipoetera '), jang telah dan akan mendapat perintah jang perloe tentang hal itoe. 14. Toewan-Besar Goebernoer-Djenderal mengira ada djoega paédahnja akan memberi-tahoekan, bahwa Inspéktoer itoe, soepaja dapat memenoehi pekerdjaannja dengan baik, haroes mendapat keterangan setjoekoepnja tentang 1) Sedjak 1912 penasihat pekerdjaan pindjaman ra'jat. No. 35/e.B. 6 33. Handhaving van het standpunt van de Regeering in 1912. gen ervaringen en dat mitsdien de betrokken ambtenaren hem in de gelegenheid dienen te stellen om kennis te nemen van al hunne verrichtingen en bemoeiingen ter zake ook waar zij mochten meenen krachtens hunne ambtelijke functie niet daartoe gehouden te zijn. 15. Door de mededeeling van het vorenstaande, met verzoek daaraan het vereischte gevolg te willen geven, heb ik de eer aan eene opdracht van den Gouverneur-Generaal te voldoen. De Gouvernements Secretaris, (w.g.) HULSHOFF POL. Circulaire van den Directeur van Binnenlandsch Bestuur van 17 September 1912 No. 4877 ')• De tot dusver verkregen uitkomsten doen het den Gouverneur-Generaal raadzaam achten, dat op den ingeslagen weg stelselmatig en met kracht worde voortgegaan en mitsdien door samenwerking van belangstellenden in en buiten 's Lands dienst onderling en met de belanghebbenden zeiven, zoomede door het verspreiden van kennis aangaande goede beginselen omtrent financieel beheer en coöperatie onder de Inlandsche ingezetenen, het Volkscredietwezen allerwege, waar het verondersteld wordt een nuttige rol te kunnen vervullen, worde uitgebreid en bevestigd. Taak van de bestuursambtenaren. Op den voorgrond blijft daarbij mitsdien de verplichting van de bestuursambtenaren staan om, te rade gaande met den door de Regeering aangestelden adviseur, daartoe naar hun beste vermogen mede te werken, met dien verstande, dat zij i) In 1912 werd de dienst van het Inlandsen Credietwezen sindsdien aangeduid met den meeromvattenden term „Volkscredietwezen," gereorganiseerd. De Regeering machtigde daarop den Directeur van Binnenlandsch Bestuur om tot toelichting van de getroffen maatregelen de bovengenoemde circulaire aan de Hoofden van gewestelijk bestuur uit te vaardigen. Het hier volgende vormt een gedeelte van den inhoud van dat rondschrijven. 33. Pikiran Pemerintah dalam tahoen 1912 jang tidak dioebah. pendapat dari hal itoe dalam praktijk; dari sebab itoe maka amtenar-amtenar jang bersangkoetan hendaknja memberi kepadanja kesempatan oentoek mengetahoei apa jang dikerdjakan dan ditjampoerinja tentang itoe, djoega bila amtenar-amtenar itoe mengira, bahwa hal itoe menoeroet djabatannja tidak diwadjibkan. 15. Bahwasanja segala jang terseboet diatas itoe diberitakan dengan maksoed soepaja ditoeroet sebagaimana mestinja, sedang saja adalah mendjoendjoeng titan ToewanBesar Goebernoer-Djenderal. Sekertaris Goebernemén, (bt.) Hulshoff POL. Soerat-édaran Diréktoer Pemerintahan-dalam-Negeri tanggal 7 September 1912 No. 4877 ')• Menilik hasil pekerdjaan jang sampai sekarang diperoléh, maka Toewan-Besar Goebernoer-Djenderal memandang perloe, djalan jang telah ditoeroet sampai sekarang dilandjoetkan dengan atoeran dan keras; dari sebab itoe maka baiklah dibesarkan dan ditegoehkan dengan bekerdja bersama-sama didalam atau diloewar pekerdjaan Negeri dan dengan orang jang berkepentingan sendiri; Pekerdjaan pindjaman ra'jat, jang dikira ada bergoena lagi keperloean 'oemoem itoe djoega dengan menjebarkan pengetahoean tentang asal jang baik dalam hal pengoewasaan oewang dan koperasi antara pendoedoek Boemipoetera. Pekerdjaan amtenar-amtenar pemerintahan. Dalam hal itoe maka kewadjiban amtenar pemerintahan pertama-tama, jaïtoe: membantoe hal itoe dengan sesoenggoeh-soenggoehnja dan tijada melalaikannja, dan bila perloe maka amtenar-amtenar itoe dengan kemaoean padoeka Toewan •) Sedjak tahoen 1912 maka Pekerdjaan pindjaman Boemipoetera itoe diberi nama jang lebih loewas artinja, jaïtoe: „Pekerdjaan pindjaman ra'jat." Setelah itoe Pemerintah menitahkan Diréktoer Pemerintahan-dalam-Negeri memberi keterangan tentang ichtijar jang dilakoekan dengan mengirimkan soerat-édaran jang dimaksoed diatas kepada Kepala-kepala pemerintahan daérah. Jang berikoet dibawah ini adalah sebagian dari isi soerat édaran itoe. 34. Korte uiteenzetting van de gewenschte gedragslijn van den Inlandschen bestuursambtenaar tegenover de afdeelingsbank. niet zullen mogen nalaten en zoo noodig daartoe door UHEdG. worden aangespoord om de medewerking van andere daarvoor krachtens hun ambt, aanleg en gezindheid in aanmerking komende landsdienaren bij andere diensttakken en van notabele particulieren in te roepen. De hoogergenoemde Regeeringscirculaire ') blijft mitsdien voor Java en Madoera in allen deele van kracht en behoort voortaan ook als richtsnoer te worden beschouwd voor de daarbuiten gelegen gewesten, voorzoover aldaar aan volkscredietinstellingen behoefte zal blijken te bestaan, waarbij uiteraard rekening zal zijn te houden met de plaatselijke omstandigheden, wat de te volgen richting aangaat. Door zijn dagelijksche aanraking met de Inlandsche maatschappij kan de Inlandsche bestuursambtenaar geacht worden de aangewezen persoon te zijn om de resultaten van de volksbank naar buiten, haar uitwerking op den welvaartstoestand der bevolking na te gaan. Men kan zelfs verder gaan en verklaren, dat zonder den actieven steun van den Inlandschen ambtenaar in dezen het de volksbank moeilijk zal vallen haar werking in het goede spoor te houden. Dit beteekent niet dat de Inlandsche ambtenaar deel behoort te nemen in de bedrijfsvoering der bank. Hiervoor heeft deze haar personeel. Maar de bank heeft de actieve belangstelling van den ambtenaar noodig op het gebied, waar haar de medewerking van belanghebbenden nog al te zeer ontbreekt. De volksbank beoogt bevordering van de volkswelvaart, maar bereikt zij haar doel? Zijn de leeners door de hun verleende credieten gebaat? Kunnen zij hoofdsom en rente uit hun inkomsten betalen zonder hun bezittingen aan te spreken? Zijn de afbetalingstijdstippen juist gekozen? Verricht het Inlandsch bankpersoneel voor het buitenwerk zijn taak naar behooren, zonder aanzien des persoons, zoowel het doel van de bank als het welbegrepen belang van leener en aanvrager in het oog houdend? Zijn het doel van de bank, de beginselen volgens welke zij werkt, haar organisatie i) Die van den Gouvernements Secretaris, gedateerd 1 Maart 1906 No. 597, zie hierboven. boléh minta bantoean pegawai negeri dari pekerdjaan lain-lain, jang menoeroet djabatannja, sifatnja dan keadaan hatinja dalam hal itoe boléh diminta pertolongannja, dan bantoean orang-orang partikoelir jang baik-baik. Soerat-édaran Pemerintah jang terseboet lebih doeloe ') berlakoe di seloeroeh tanah Djawa dan Madoera dan boléh dipandang sebagai tjontoh boewat di daérah-daérah tanah Seberang, bilamana di tempat itoe njata perloe oentoek mengadakan pekerdjaan pindjaman ra'jat; toedjoean mana jang haroes ditoeroeti pada waktoe mengadakan pekerdjaan itoe, itoelah bergantoeng kepada keadaan satoesatoe tempat. 34. Keterangan péndék bagaimana amtenar pemerintahan Boemipoetera mesti berlakoe terhadap kepada bank-afdeeling. Oléh sebab ambtenar pemerintahan Boemipoetera bergaoel sehari-hari dengan Boemipoetera, maka ija dipandang amtenar jang terpatoet oentoek menjelidiki hasil bank-bank ra'jat tentang kema'moeran ra'jat. Bahkan orang dapat menjeboetkan jang bank-bank ra'jat itoe, djika tidak ada bantoean baik dari amtenar Boemipoetera, soesah akan dapat mendjalankan pekerdjaannja dengan sebenar-benarnja. Inipoen artinja boekannja amtenar itoe haroes toeroet mendjalankan pekerdjaan bank. Boewat itoe bank itoe mempoenjaï pegawai sendiri. Akan tetapi bank itoe perloe diindahkan oléh amtenar itoe soenggoeh-soenggoeh dalam segala hal djika bank itoe tidak dapat bantoean dari ra'jat jang berkepentingan. Bank ra'jat itoe bermaksoed akan memadjoekan kema'moeran ra'jat tetapi adakah ija dapat mentjapai maksoednja? Adakah si pemindjam tertolong oléh oewang jang diberinja pindjam ? Dapatkah merékaitoe membajar pokok, oetang dan boenganja dari pendapatannja dengan tidak meroesak harta bendanja? Adakah waktoe pembajarannja dipilih dengan baik ? Adakah pegawai bank bangsa Boemipoetera mendjalankan kewadjibannja dalam pekerdjaan loewar dengan patoet, tidak pandang orang dan memperhatikan maksoed bank serta kepentingan si pemindjam jang dapat diartikan? Adakah maksoed bank itoe dari djalan pekerdjaan jang ditoeroetnja dan peratoeran- l) Soerafrédaran Sekertaris Goebernemén tanggal 1 Maart 1906 No. 597, lihatlah diatas. wel goed en algemeen bekend? Zijn er misschien verkeerde invloeden van dorpshoofden of particulieren, onkunde en misverstand bij de credietbehoevenden te bestrijden ? Zijn er maatschappelijke klassen, bijvoorbeeld van den middelstand, die zich verre houden van de volksbank en andere klassen of behoeften die bij de bank geen baat vinden en het voortbestaan van den particulieren geldschieter noodzakelijk maken? In welke opzichten schiet dan het bankcrediet voor hulp in dezen te kort? Ziedaar vragen, waarvan de beantwoording ook door den Inlandschen bestuursambtenaar moet worden gezocht. Het is ook vooral de Inlandsche bestuursambtenaar, die de barometer van den achterstand geregeld behoort te raadplegen voor wat zijn ressort betreft en de oorzaken van stijging onmiddëllijk behoort te onderzoeken. 'De invloed van de volksbank ten goede of ten kwade op de Inlandsche maatschappij is zoö groot, dat de Inlandsche bestuursambtenaar zich aan het belangstellend en nauwgezet nagaan van dien invloed niet mag onttrekken. Toont hij zijn belangstelling, dan zal de bankadministrateur ongetwijfeld gaarne bereid zijn de noodige inlichtingen en gegevens te verstrekken. Er vallen bij de debiteuren zooveel onkunde en misverstand, zooveel verkeerde neigingen te overwinnen, de afstand die de bank van haar leeners scheidt is veelal nog zoo groot, dat iedere hulp die zich aanbiedt om daarin verbetering te brengen dankbaar zal worden aanvaard. Bij rondschrijven van den Directeur van Binnenlandsch Bestuur ddo. 30 Maart 1910 No. 939 werd aan de Hoofden van gewestelijk bestuur mededeeling gedaan van de zienswijze der Regeering, dat „Inlandsche gemeente credietinstellingen niet mogen worden aangemerkt als een middel ter voorziening in algemeene gemeentelijke behoeften, doch bepaaldelijk moeten strekken om credietbehoevende ingezetenen, onder de vereischte waarborgen het strikt noodige te leenen tegen een naar gelang van omstandigheden zoo laag mogelijk te stellen rente. „Naar gelang van omstandigheden" beteekent dat de credietinstelling haar inkomsten op zulk een peil moet houden, dat daaruit haar bedrijfsonkosten kunnen worden goedgemaakt, haar schulden geleidelijk kunnen wordeft afgelost 35. Standpunt van de Regeering in zake de aanwending van de reserves van dorpscredietinstellingen. ^ 35; Pikiran Pemerintah tentang memakai bekal djagadjaga dari loemboeng désa dan bank désa. nja telah 'oemoem benar? Adakah barangkali pengaroeh kepala-désa atau orang partikoelir jang tidak baik, dan kebodohan dan salah pengertian pada orang-orang jang perloe pindjam jang perloe diperangi? Adakah golongan ra'jat oempamanja kaoem pertengahan, jang mendjaoehkan diri dari bank ra'jat dan kaoem lain-lain, jang tidak dapat tolongan dari bank, sehingga mendjadikan perloe tinggal ada pemindjamkan wang partikoelir? Dalam hal manakah pertolongan pindjaman bank ada kekoerangan ? Inilah pertanjaan, jang djawabannja djoega haroes ditjari oléh amtenar pemerintahan Boemipoetera. Begitoe poela priftiji Boemipoetera haroes mengetahoei poekoel ratanja ketoenggakan di djadjahannja dan memeriksa dengan segera sebab-sebabnja bilamana ketoenggakan itoe mendjadi naik. Maka adalah besar sekali pengaroeh jang baik ataupoen jang boeroek dari bank ra'jat itoe atas doenija Boemipoetera sehingga amtenar pemerintahan Boemipoetera mesti dengan tjermat mengamat-amati pengaroeh itoe. Bilamana amtenar itoe menoendjoekkan soeka mengindahkan pekerdjaan itoe, maka administrateur bank tentoe soeka memberi keterangan dan pemberitaan jang perloe kepadanja. Dari sebab banjak orang jang beroetang tijada tahoe dan salah mengerti, banjak kehendak salah jang haroes diperangi, dan masih besar antara bank dan pemindjamannja, maka tijap-tijap pertolongan jang datang oentoek memperbaiki segala hal itoe akan diterimanja dengan segala senang hati. Pada soerat-édaran Diréktoer Pemerintahan-dalam-Negeri tanggal 30 Maart 1910 No. 939 adalah diberikan kepada Kepala pemerintahan daérah peri hal pendapatan Pemerintah, jaïtoe bahwa loemboeng dan bank désa ta' boléh dipandang sebagai oepaja oentoek mentjoekoepi keperloean désa 'oemoem melainkan hanjalah oentoek pendoedoek jang perloe memindjam dengan perdjandjian akan memindjam seperloenja sadja, serta menoeroet keadaannja dengan memakai boenga jang rendah sekali. „Menoeroet keadaannja" haroes dipahamkan, bahwa roeman tempat memindjam mesti tjoekoep penghasilannja sehingga dari penghasilan itoe dapat ija membajar ongkos pekerdjaannja, oetangnja dengan berangsoer-angsoer dan en een eigen vermogen, voor de desaloemboengs in padi en geld, voor de desabanken in geld alleen, kan worden gevormd voldoende voor de behoefte aan bedrijfsmiddelen en voor reserve ten behoeve van mogelijke afschrijvingen en herstellingen van gebouwen, dekking van verliezen en voorziening in buitengewone behoeften als een gevolg van oogstmislukking. Krachtens dit beginsel werden de overwinsten der credietinstellingen aangewend voor de vorming van een eigen vermogen. Toen bleek dat in verscheidene streken de desaloemboengs op deze wijze voldoende reserves hadden gekweekt en de rente tot het veilig minimum hadden teruggebracht, deelde de Directeur bij rondschrijven van 10 Januari 1916 No. 180/B aan de Hoofden van gewestelijk bestuur mede, dat de Regeering het „ten aanzien van desaloemboengs, welke in den hier bedoelden gunstigen toestand verkeeren, doch ook alleen ten éfemzien van deze, niet in strijd acht met de strekking der aangehaalde circulaire (van 30 Maart 1910) om hetgeen de reserve meer mocht bedragen dan voor de aangegeven doeleinden noodig wordt geacht, te storten in de kas der betrokken desa ten behoeve van algemeene uitgaven, indien de desa zulks wenscht en de gelden niet noodig zijn voor de stfëhting van eene desabank." „Uit den aard der zaak", zoo werd er ten overvloede aan toegevoegd, „zal er tegen dienen te worden gewaakt, dat de rente wederom wordt verhoogd of het uitleenen van padi of geld wordt bevorderd ten behoeve van de versterking der desakassen." Nadat ook de desabanken op verschillende plaatsen meer dan de benoodigde reserves bleken te hebben gekweekt, achtte de Regeering den tijd gekomen om vrijWid te laten over de overtollige gelden ook van deze credietihstelhngen te beschikten ter voorziening in algemeene gemeentelijke behoeften. Zulks werd door den Directeur van Binneniandsch Bestuur aan de Hoofden van gewestelijk bestuur medegedeeld bij rondschrijven van 13 September 1918 No. 9561/B. Ook hierin werd het volgende voorbehoud gemaakt. „Uiteraard zullen de plaatselijke ambtenaren bij overschrijving van de overtollige gelden op de desakas zich vooraf hebben te verzekeren van de volle instemming der belanghebbenden, in het bijzonder van de toegelaten leeners, die eigenlijk de overtollige gelden hebben opgebracht en voorts zal voorbehouden moeten worden, dat gewaakt worde mempoenjaï harta-benda sendiri misalnja boewat loemboeng désa padi dan oewang, boewat bank désa oewang; hartabenda itoe hendaknja tjoekoep oentoek keperloean oepaja pekërdjaannja boewat bekal djaga-djaga oentoek pengganti penghapoesan dan oentoek memperbaiki roemah-roemah,menoetoep keroegian dan bagi persedijaan keperloean loewar bijasa jang disebabkan pertahoenan tidak mendjadi. Menoeroet asas ini maka laba jang terlebih didjadikan kepoenjaannja sendiri. Setelah njata bahwa loemboeng-loemboeng désa di beberapa djadjahan menoeroet tjara jang terseboet tjoekoep mendapat bekal dan dapat menoeroetkan boenganja sampai jang sedikit-sedikitnja dengan tidak berbahaja, maka Diréktoer jang terseboet' memberiHtahoekan dalam soerat-édaran tanggal 10 Januari 1916 No. 180/B. kepada Kepala-kepala pemerintahan daérah jang Pemerintah „terhadap kepada loemboeng-loemboeng désa, jang ada dalam keadaan jang baik seperti jang dimaksoed disini, tidak memandang melanggar soerat-édaran jang terseboet disini (soerat-édaran tanggal 30 Maart 1910), bilamana ada bekal terlebih daripada jang dioentoekkan bagi matjam-matjam maksoed, dimasoekkan ke kas désa jang bersangkoetan oentoek belandja 'oemoem; hal itoe hanjalah boewat loemboeng-loemboeng désa jang ada dalam keadaan jang baik, lagipoen bila désa menjoekaï hal itoe dan oewang-oewang itoe tidak perloe oentoek dipakai mengadakan bank-désa." „Menoeroet sifatnja perkara itoe" begitoelah kerap kali disini dikatakan „sepatoetnja didjaga, soepaja boenganja djangan dinaikkan lagi atau memadjoekan pemberian pindjaman padi atau wang oentoek menegoehkan kas désa." , Setelah bank-bank désa di beberapa tempat dapat menjimpan bekal djaga-djaga lebih daripada jang perloe, maka Pemerintah memandang waktoenja telah datang oentoek memberi kemerdékaan akan memakai oewang kelebihan itoe oentoek menjedijakan keperloean désa 'oemoem. Hal itoe diberi-tahoekan oléh Diréktoer Pemerintahandalam-Negeri kepada Kepala pemerintahan daérah dalam soerat édaran tanggal 13 September 1918 No. 9561/B. Djoega dalam hal ini didjandjikan sebagai berikoet: „amtenar-amtenar pada satoe-satoe tempat patoetlah pada waktoe menghapoeskan oewang kelebihan di kas désa mendapat izin dahoeloe dari jang berkepentingan dengan setjoekoep-tjoekoepnja teristiméwa dari orang-orang jang soedah memindjam, sebab sesoenggoeh-soenggoehnja merékaitoelah jang mengoempoelkan oewang kelebihan itoe; 36. Terugbetaling van de bevolkingsbij dragen bij opheffing van desaloemboengs. tegen renteverhooging of het bevorderen van het uitleenen van geld door de desabanken ten behoeve van de versterking der desakassen en eveneens dat overleg worde gepleegd met de betrokken ambtenaren voor het Volkscredietwezen omtrent de vraag, welk gedeelte der bij de afdeelingsbanken of elders belegde reservefondsen der desabanken ten behoeve van het bedrijf dezer instellingen dient te worden gereserveerd". ' Bij rondschrijven van 7 December 1914 No. 8914 aan de Hoofden van gewestelijk bestuur gaf de Directeur van Binnenlandsch Bestuur ten aanzien van deze aangelegenheid het volgende als zijn meening te kennen: „Het komt in den laatsten tijd herhaaldelijk voor in verschillende deelen van Java, hetzij als gevolg van den aandrang van het desabestuur, hetzij op initiatief van de plaatselijke ambtenaren, dat, nadat de bevolking haar instemming daarmede heeft betuigd, wordt overgegaan tot opheffing van desaloemboengs. „Wanneer daartoe is besloten behoort allereerst nauwgezet de vraag te worden overwogen, in hoeverre die loemboengs bij de liquidatie van het bedrijf kunnen voldoen aan de verplichtingen, welke zij eenmaal op zich hebben genomen. „Onder dié srerplichtingen valt in de eerste plaats de teruggave aan de inleggers van de oorspronkelijke bijdrage voor den beginvoorraad of voor den bouw van een schuur. Bij de oprichting toch is uitdrukkelijk aan de bevolking. voorgehouden, dat die bijdragen haar weder zouden worden teruggegeven zoodra de winst uit het bedrijf het toeliet, waarbij dan gewoonlijk een termijn van vier of vijf jaar werd genoemd als voldoende om tot die restitutie te kunnen overgaan. „Meermalen nu is het gebeurd — en het valt niet te ontkennen dat daarbij de wenschen der Bestuursambtenaren een voorname rol hebben gespeeld — dat, na liquidatie der loemboeng en na verkoop van padi, de opbrengst hiervan met instemming van de bevolking in de gemeentekas werd gestort en werd aangewend voor verschillende doeleinden, gewoonlijk afhankelijk van de uiteenloopende inzichten der bestuursambtenaren. „Nu komt het voor dat van alle inleggers de namen niet meer bekend zijn of dat een deel der inleggers vertrokken is naar elders, dan wel is overleden. „In dat geval kunnen de bijdragen der niet meer bekende inleggers gevoegelijk in de gemeentekas worden gestort, indien althans familieleden daarop geen aanspraak kunnen 38; Membajar kembali oeroenan ra'jat pada waktoe menghapoeskan loemboeng désa. lain daripada itoe hendaklah didjaga, soepaja boenga oewang djangan dinaikkan atau djangan dimadjoekan pemberian , pindjaman oewang bank désa oentoek menegoehkan kas désa; tentang pertanjaan, bagian manakah dari oewang djaga-djaga bank désa jang disimpan pada bank afdeeling atau bank lain-lain, jang akan didjadikan bekal djaga-djaga boewat bank désa sendiri haroes bermoepakat lebih dahoeloe dengan amtenar dari Pekerdjaan pindjaman ra'jat jang bersangkoetan." Pada soerat édaran tanggal 7 December 1914 No. 8914, maka Diréktoer Pemerintahan-dalam-Negeri memberi tahoekan timbangannja peri hal ini sebagai berikoet: „Dalam beberapa tempat di tanah Djawa beloem selang berapa lama ini telah kerap kali kedjadian baik dengan adjakan perfteiintah désa maoepoen dengan kehendak amtenar satoe-satoe tempat, setelah mendapat moepakat ra'jat loemboeng désa dihapoeskan. „Bilamana boewat menghapoeskan loemboeng itoe telah ditentoekan, maka sepatoetnjalah pertama-tama mesti ditimbang-dengan tjermat, berapa kekoewatan loemboeng itoe pada waktoe memperhentikan pekerdjaannja itoe dapat mentjoekoepi kewadjibannja, jang ditanggoeng oléh loemboengloemboeng itoe sendiri. Kewadjiban itoe pertama-tama jaïtoe mengembalikan kepada si penjimpan oeroenan padi permoelaan atau boewat mendirikan loemboeng. Sebab pada waktoe mendirikan loemboeng itoe diterangkan dengan seterang-terangnja kepada rakjat, jang oeroenaaiija akan diberikan kembali bilamana laba jang diperoléh dari pekerdjaan telah tjoekoep; témpoh sampai dapat mengembalikan oeroenan itoe bijasa empat lima tahoen. „Kerap kali telah kedjadian itoelah ta'dapat dimoengkiri, jang dalam hal itoe kehendak amtenar pemerintahan adalah besar pengaroehnja, bahwa setelah menghapoeskan loemboeng dan setelah padinja didjoewal, pendapatannja dimasoekkan kedalam kas désa serta dipergoenakan oentoek berbagai-bagai keperloean menoeroet pikiran amtenar pemerintahan jang berlain-lainan. ;-!i,i,Oj»ega kerap kali kedjadian nama si penjimpan tidak dikenaji Jagi atau sebagian dari. merékaitoe pindah ke tempat lain, atau meninggal doenija. „Dalam hal itoe oeroenan orang jang tidak diketahoei lagi boléh dimasoekkan kedalam kas désa, itoepoen bila sanak-saudaranja tidak meminta. hak itoe. 37. De door d< Regeering aangewezen gedragslijn inzakt oprichting van coöperatieve vereenigingen. maken. Zijn de inleggers echter wel bekend, dan is het gevaar niet denkbeeldig dat, indien wordt gehandeld als hooger omschreven, die inleggers of een gedeelte van hen, zij het ook een minderheid, van oordeel zijn dat de vroeger gedane beloften van teruggave zijn geschonden. „Mijns inziens nu dient alles in het werk te worden gesteld opdat het Bestuur een dergelijk verwijt ontga. „Ik acht het daarom ten zeerste gewenscht dat, behoudens bovenvermelde uitzonderingen, de inlagen aan de rechthebbenden worden teruggegeven. Verdient het naar het oordeel van de Bestuursambtenaren aanbeveling pogingen in het werk te stellen de gewezen inleggers over te halen het bedrag der hun te restitueeren bijdragen te bestemmen voor een doel van algemeen nut, dan geschiede zulks nadat de teruggave heeft plaats gehad, opdat de vrije wil van de inleggers tot medewerking in dien zin vaststa". Circulaire van den Directeur van Binnenlandsch Bestuur van 26 November 1913 No. 396/A Bij werd advies uitgebracht nopens de vraag, welk standpunt behoort te worden ingenomen tegenover de in meerdere streken op Java onder de Inlandsche bestuursambtenaren geconstateerde beweging om ware of vermeende coöperatieve vereenigingen in het leven te roepen ter bevordering van handels- en andere doeleinden. Te dezen aanzien wenscht de Regeering, in aansluiting bij mijne circulaire van 15 September 1912 No. 4877 ') betreffende het Volkscredietwezen, het volgende onder Uwe aandacht te zien gebracht. , ; ..Ongetwijfeld behoort de bevordering van coöperatie op economisch terrein onder de Inlandsche bevolking tot de middelen om hare welvaart te verhoogen. Dat de bestuursambtenaren derhalve hunne medewerking verleenen tot oprichting van coöperatieve vereenigingen heeft de instemming der Regeering, mits goede leiding verzekerd zij ter voorkoming van mislukking of van misstanden, welke zoowel aan de zaak der coöperatie zelve als aan het vertrouwen in het inzicht der betrokken landsdienaren afbreuk zouden doen. !) Zie hierboven § 33. 37. Djalan jang ditoendjoekkan oléh Pemerintah dalam hal mendirikan perkoempoelan koperasi. Tetapi apabila si penjimpan diketahoei, maka djika hal jang terseboet diatas masih djoega dilakoekan, maka boléh djadi sekali penjimpan-penjimpan itoe atau sebagian daripada merékaitoe, walau bagian jang terketjil sadja mempoenjaï pikiran, bahwa perdjandjian akan mengembalikan oeroenan itoe diroesakkan sadja. „Pada pikiran saja hendaknja didjaga baik-baik, soepaja Pemerintah tidak dapat tjela jang sedemikijan itoe. Dari sebab itoe adalah saja memandang perloe soepaja oeroenan itoe selainnja dari ketjoewalian jang terseboet diatas, ; dlkembalikan kepada jang poenja hak. Bilamana amtenar pemerintahan menimbang perloe oentoek beroepaja mengadjak si penjimpan mengoentoekkan oeroenannja bagi kebadjikan 'oemoem, maka adjakan itoe hendaknja dilakoekan setelah oeroenan itoe dikembalikan, sehingga si penjimpan tidak terpaksa menoeroet adjakan itoe. Soerat-édaran Diréktoer Pemerintahan-dalam-Negeri tanggal 26 November 1913 No. 396/A. Pada diberi nasihat tentang pertanjaan, kedoedoekan manakah sepatoetnja haroes dipegang, terhadap kepada pergerakan prijaji Boemipoetera pada beberapa tempat di tanah Djawa oentoek mengadakan perkoempoelan koperasi, jang soenggoeh atau jang disangkanja soenggoeh, bagi kemadjoean pernijagaan dan pentjaharian lain-lain. Berhoeboeng dengan soerat édaran saja tanggal 15 September 1912 No. 4877 ')> jaïtoe tentang Pekerdjaanpindjaman ra'jat, maka Pemerintah memperingatkan hal itoe kepada Toewan-toewan sebagai berikoet. Tidak salah lagi, bahwa memadjoekan koperasi itoe adalah masoek soewatoe oepaja oentoek menambah kema'moeran ra'jat. Dari sebab itoe apabila amtenar pemerintah soeka memberi bantoean akan pendirian koperasi, maka hal itoe diizinkan oléh Pemerintah, asal sadja baik pimpinannja, djangan pekerdjaan itoe sampai djadi sija-sija atau salah, jang dapat mendatangkan kesoesahan atas pekerdjaan itoe atau mendjadikan hati orang sjak atas kepandaian pegawai Negeri jang bersangkoetan. Lihatlah § 33. 1 I 38. De houding door Inlandsche bestuursambtenaren aan te nemen tegenover Inlandsche coöperaties buiten hun bemoeienis opgericht. Een én ander maakt het wenschelijk dat niet zonder foorkennis van het Europeesch bestuur, hetwelk op zijn jeurt deskundig advies van de ambtenaren voor het Volks:redietwezen kan inwinnen, door Inlandsche bestuursimbtenaren het initiatief genomen wordt tot oprichting /an coöperatieve vereenigingen door de Inlandsche bevolking ')• De Directeur van Binnenlandsch Bestuur (w-g.) Tollenaar. Circulaire van den Directeur van Binnenlandsch Bestuur van 1 Maart 1915 No. 1596. Naar aanleiding van mij door den wden Adviseur voor het Volkscredietwezen gedane mededeelingen neem ik de vrijheid Uwe aandacht te verzoeken voor een verschijnsel, diens werkkring betreffende, dat samenhangt met de bij het Javaansche volk meer en meer tot uiting komende neiging tot emancipatie. In de residentiën Kediri en Madioen zijn, geheel spontaan, in eenige desa's dorpscredietinstellingen opgericht. Deze staan buiten bemoeienis van het desabestuur, zij werken met uitsluitend in de desa verkregen bedrijfsmiddelen, zorgen voor eigen boekhouders, en zijn verder op dezelfde wijze ingericht en hebben een gelijk arbeidsveld als de door de Overheid opgerichte gemeentelijke credietinstellingen, die gewoonlijk met den naam van desabanken worden aangeduid. De oprichters en bestuurders van eerstbedoelde bankjes zijn uitdrukkelijk gekant tegen inmenging van de zijde van het dorpsbestuur of van Inlandsche bestuursambtenaren, wenschen evenmin in relatie te treden met een afdeelingsbank, doch hebben tot nu toe zich vrijwillig ') Voor hulp en voorlichting kunnen de oprichters zich wenden tot den Adviseur voor het Volkscredietwezen, wiens taak zich niet beperkt tot het credietwezen, doch die, daartoe mede in staat gesteld door hem vanwege het Departement van Justitie toegezegde hulp, desgevraagd ook adviezen verstrekt betreffende ontwerpstatuten van andersoortige coöperatieve vereenigingen (handelsverenigingen, productie-coöperaties, inkoopscoöperaties en dergelijke). » 1 ] 38. Sikap prijaji Boemipoetera terhadap kepada koperasi Boemipoetera jang didirikan diloewar oesahanja. Segala sesoewatoe itoe mendjadikan perloe soepaja naksoed prijaji Boemipoetera jang berkehendak mendirican perkoempoelan koperasi bagi ra'jat itoe ') dengan setahoe pemerintah bangsa Éropah dan amtenar bangsa iropah itoe meminta poela timbangan ahli, jaïtoe amtenarimtenar Pekerdjaan pindjaman ra'jat. Diréktoer Pemerintahan-dalam-Negeri (b.t.) Tollenaar. Soerat édaran Diréktoer PemerMjiahan-dalam-Negeri tanggal 1 Maart 1915 No. 1596. Menoeroet pemberi-tahoean Penasihat Pekerdjaan pindjaman ra'jat kepada saja adalah saja berharap soepaja Tóewan-toewan soedi memperhatikan akan hal-hal, jang menoendjoekkan bahwa pada ra'jat Djawa telah lahir kehendak oentoek dapat kemerdékaan dalam hal pekerdjaan itoe. Di keresidénan Kediri dan Madioen dalam beberapa désa adalah didirikan roemah tempat memindjam jang sekali-kali tidak dipaksa. Roemah tempat memindjam itoe berdiri diloewar oesaha pemerintah désa, bekerdja semata-mata dengan perkakas kerdja jang terdapat dalam désa itoe memegang boekoe sendiri serta diboewat dan berkoewasa sebagai roemah tempat memindjam désa jang didirikan oléh Pemerintah dengan nama bank désa. Pendirikan dan pemerintah bank jang terseboet pertama itoe menjatakan tidak soekanja dalam hal itoe pemerintah désa atau prijaji Boemipoetera toeroet tjampoer djoega merékaitoe tidak soeka berhoeboengan dengan bank afdeeling, tetapi dengan soekanja sendiri merékaitoe Oentoek mendapat pertolongan dan nasihat maka orangorang jang mendirikan koperasi itoe boléh menghadap Penasihat Pekerdjaan pindjaman ra'jat, jang djoega diberi izin dan kesempatan oléh Departemén Djoestili, bila dipintakan, oentoek memberi nasihat, tentang memboewat statuten dari perkoempoelan koperasi jang lain-lain (perkoempoelan pernijagaan, koperasi hasil, koperasi modal d.s.b.)- gesteld onder contröle en toezicht van de ambtenaren van het Volkscredietwezen, wier adviezen omtrent de boekhouding, de wijze van uitleenen en de renteberekening zij volgen. Nu doet zich de vraag voor, welke houding de Inlandsche bestuursambtenaren tegenover deze uitingen van den volksgeest zullen aannemen, een houding welke van te meer belang is, omdat ook reeds in andere gewesten dergelijke uitingen zijn geconstateerd. Waar op Java de geheele Overheidsbemoeiing met de volkshuishouding in handen van ambtenaren is, daar loopen niet alleen deze laatsten ten slotte gevaar tot de overtuiging te geraken, dat deze toestand de meest wenschelijke is en dientengevolge moet worden bestendigd, maar zal ook in vele gevallen de bevolking de meening zijn toegedaan, dat zij zich niet mag plaatsen op het reeds door de Overheid betreden terrein. Zoo is mij bekend, dat soms het dorpsbestuur aan dorpsgenooten verbiedt om aan elkander padi te leenen tegen rentebeding, als er een gemeentelijke padiloemboeng in het dorp gevestigd is, daar dat bestuur zulks beschouwt als een ongeoorloofde concurrentie aan een Overheidsinstelling. Ik ben er dan ook van overtuigd dat vele Inlandsche hoofden het oprichten van bankjes als hoogeromschreven óf ongeoorloofd zullen achten óf, indien zij zich daartegen niet verzetten, zich toch zullen willen bemoeien met den gang van zaken, zelfs tegen den zin der oprichters, ook wanneer zulks uit een politioneel oogpunt beschouwd geenszins noodig is. Noch het een noch het ander schijnt mij gewenscht. Wanneer is gebleken dat in een desa plannen zijn gevormd tot het oprichten van een dorpsbankje buiten het desabestuur om, dan behooren deze voornemens m.i. niet te worden tegengewerkt, doch zou de betrokken Inlandsche bestuursambtenaar aan de oprichters den raad kunnen geven zich te wenden tot den ambtenaar voor het Volkscredietwezen. Daarentegen komt het mij voorshands ook niet gewenscht voor, dat voor de oprichting van meer- ada dibawah pemeriksaan dan pengawasan amtenar pekerdjaan pindjaman ra'jat, jang nasihatnja dalam hal memegang boekoe, djalan memberi pindjaman dan menghitoeng boenga ditoeroetnja. Sekarang timboellah pertanjaan, bagaimana sikap prijaji Boemipoetera terhadap kepada pergerakan ra'jat itoe, sebab hal itoe penting sekali, teristiméwa sekarang di daérah lain-lain telah tampak pergerakan jang sebagai itoe. Dari sebab di tanah Djawa tjampoernja Pemerintah dengan roemah ra'jat didjalankan oléh amtenar-amteiaar, maka adalah bahaja, pertama amtenar-amtenar itoe nanti dapat pikiran, bahwa keadaan itoelah jang terbaik dan oléh karena itoe haroes dikoewatkan, kedoewa ra'jat dalam kebanjakan hal akan mengira, bahwa merékaitoe tidak boléh melakoekan sesoewatoe akan kebadjikannja sendiri djika tidak ditjampoeri amtenar, pada hal itoelah jang disoekaï Pemerintah. Begitoelah saja telah mengetahoei, bahwa atjap kali pemerintah désa melarang kepada teman sekampoengnja memindjamkan padi dengan memakai boenga, bilamana dalam désa itoe telah ada loemboeng désa, sebab pada pikirannja hal itoe bersaingan dengan loemboeng désa dan hal itoe tidak boléh diizinkan. Saja boléh pastikan, bahwa kebanjakan kepala-kepala Boemipoetera akan memandang pendirian bank jang terseboet diatas itoe sebagai tidak sah atau, bila merékaitoe tidak menjangkal, tentoe ija hendak mentjampoeri pekerdjaan itoe, walau tidak disoekaï oléh orang-orang jang mendirikannja, sekalipoen dan meskipoen hal itoe menoeroet peri hal kepolisian sekali-kali tidak perloe. Segala hal itoe saja rasa tidak baik. Bilamana ternjata, bahwa dalam sesoewatoe désa ada maksoed boewat mendirikan satoe bank désa diloewar oesaha pemerintah désa, maka sepatoetnjalah pada pikiran saja maksoed itoe djangan dirintangi, tetapi hendaknja prijaji Boemipoetera jang bersangkoetan memberi nasihat kepada orang-orang jang mendirikannja, soepaja merékaitoe minta pertolongan amtenar bagi Pekerdjaan pindjaman ra'jat. Sebaliknja sepandjang pendapatan saja boewat No. 35/B.B. 7 genoemde dorpscredietinstellingen propaganda wordt gemaakt door ambtenaren, hetzij van het Bestuur, hetzij van het Volkscredietwezen. De Directeur van Binnenlandsch Bestuur, (w.g.) Tollenaar. 39. De districtshoofden belast met het verlijden van akten van toetreding tot of uittreding uit een coöperatieve vereenigtag- Bij. ordonnantie van 13 October 1917 Staatsblad No. 617 zijn, behalve de notarissen en de besturende Europeesche ambtenaren (dezen echter met uitzondering van de Hoofden van gewestelijk bestuur), de districtshoofden aangewezen als ambtenaren ten wier overstaan akten van toetreding tot of uittreding uit een coöperatieve vereeniging kunnen worden verleden. Het voorschrift geldt enkel coöperatieve vereenigingen opgericht volgens de verordening op de coöperatieve vereenigingen (Staatsblad 1915 No. 431). De in hoofde genoemde verordening, modellen van de daarin bedoelde akten, de voorwaarden, waaraan bij het opmaken van deze akten moet worden voldaan, zijn te vinden in de door den dienst van het Volkscredietwezen uitgegeven „Verzameling van wettelijke voorschriften betrekking hebbende op coöperatieve vereenigingen, met korte toelichting op eenige daarvan", waarnaar moge worden verwezen. Dit boekje is door tusschenkomst van het Hoofd van gewestelijk bestuur o.a. aan alle districtshoofden of Java en Madoera toegezonden. 39. Kepala-kepala distrik jang diwadjibkan memboewat akte masoek atau keloewar dari soewatoe perkoempoelan koperasi. sementara tidak baik memboewat propaganda oentoek mendirikan bank-bank désa jang terseboet itoe oléh amtenar-amtenar, baik amtenar pemerintahan, maoepoen amtenar Pekerdjaan pindjaman ra'jat. Diréktoer Pemerintahan-dalam-Negeri, (b.t.) TOLLENAAR. Pada ordonansi tanggal 13 October 1917 Staatsblad No. 617 adalah ditoendjoekkan, lain dari notaris dan amtenaramtenar pemerintah bangsa Éropah (tetapi diketjoewalikan Kepala-kepala pemerintahan daérah), kepala-kepala distrik sebagai amtenar, jang menghadiri pemboewatan akte masoek atau keloewar dari perkoempoelan koperasi. Peratoeran itoe hanjalah berlakoe oentoek perkoempoelan koperasi jang didïfïkan menoeroet oendang-oendang perkoempoelan koperasi (Staatsblad 1915 No. 431). Maka oendang-oendang jang terseboet diatas itoe, tjontoh-tjontoh akte jang dimaksoed dalam oendaug-oendang itoe, perdjandjian-perdjandjian jang mesti ditjoekoepi pada waktoe memboewat akte itoe, semoewa itoe boléh didapat dalam „Himpoenan peratoeran-peratoeran oendangoendang jang berhoeboengan dengan perkoempoelan koperasi dan beberapa dari peratoeran itoe memakai keterangan péndék", jang dikeloewarkan oléh pekerdjaan pendjabatan pindjarr\an ra'jat jang boléh ditoendjoekkan. Boekoe itoe dikirimkan dengan pengantaraan Kepala pemerintahan daérah kepada sekalijan kepala-kepala distrik ditanah Djawa dan Madoera. HOOFDSTUK III. 40. De Centrale Kas voor het < Volkscredietwezen. , Eenige aangelegenheden met het volkscredietwezen verband houdende voor den Inlandschen bestuursambtenaar van belang. De Centrale Kas werd opgericht bij Koninklijk besluit rm 10 Mei 1912 No. 118 Ind. Staatsblad No. 393, gewijzigd bij Koninklijk besluit van 30 Mei 1918 No. 23 (Ind. Staatsblad No. 848) en trad op 1 Januari 1913 in werking, Zï\ is rechtspersoon en te Batavia gevestigd. Haar bestemning is het verstrekken van bedrijfsmiddelen aan en het n belegging nemen van gelden van volkscredietinstellingen en het geven van raad en hulp in het beheer van zoodanige credietinstellingen. De verhouding van de Centrale Kas tot het Gouvernement is geheel commercieel. Zij betaalt voor het haar door het Gouvernement verschafte grondkapitaal een rente gelijk aan de gemiddelde rente die het Gouvernement zelf voor de door of ten behoeve van Nederlandsch-Indië aangegane geldleeningen moest betalen op het tijdstip,^ waarop het aan de Centrale Kas de gelden in leen verstrekte. Voorts komen alle kosten van de Centrale Kas, ook de bezoldiging van haar personeel ofschoon dit uit Gouvernementsambtenaren bestaat, ten laste van haar bedrijf. Ten slotte is de Centrale Kas geheel zelf aansprakelijk voor de voldoening van haar verbintenissen en niet het Gouvernement. Dit alles verplicht haar ook tegenover de afdeelingsbanken streng commercieel op te treden d.w.z. bij de bepaling van haar rente en van het bedrag, waarvoor zij aan een afdeelingsbank crediet wil geven, enkel rekening te houden met de credietwaardigheid dier instelling. Hierin nu ligt onder meer de beteekenis van de Centrale Kas, dat zij door haar credietopening de betrokken bank stempelt BAB III. 40. Kas Centraal bagi Pekerdjaan pindjaman ra'jat. Beberapa perkara jang berhoeboengan dengan pekerdjaan-pindjaman ra'jat jang bergoena bagi prijaji Boemipoetera. Adapoen Kas Centraal didirikan dengan firman Radja tanggal 10 Mei tahoen 1912 No. 118 Staatsblad Hindia No. 393, dioebah pada firman Radja tanggal 30 Mei 1918 No. 23 (Staatsblad Hindia No. 848) serta moelaï berlakoe tanggal 1 Januari 1913. Kas itoe adalah toeboeh jang disahkan dan ada di Betawi. Maksoednja kas itoe, jaïtoe oentoek memberi modal kepada bank-bank ra'jat dan menjimpan oewang bank-bank itoe serta memberi nasihat dan pertolongan dalam hal memegang bank-bank ra'jat jang sebagai itoe. Sikap Kas Centraal itoe terhadap kepada Goebernemén semata-mata sebagai badan pernijagaan. Kas itoe membajar boenga pokok modal jang diberikan oléh Goebernemén kepadanja sama dengan boenga jang Goebernemén haroes bajar boewat pindjamannja oentoek keperloean Hindia-Belanda pada waktoe wang itoe dipindjamkan kepada Kas Centraal. Segala ongkos-ongkos Kas Centraal, djoega gadji pegawainja, walau pegawai itoe terdjadi daripada amtenar-amtenar Goebernemén, ditanggoeng oléh Kas itoe sendiri. Penghabisannja Kas Centraal poela jang menanggoeng sama sekali boewat mentjoekoepi perdjandjiannja, boekan Goebernemén. Segala hal itoe mewadjibkan poela Kas itoe berlakoe sebagai badan pernijagaan terhadap kepada bank afdeeling-afdeeling, jaïtoe pada waktoe menentoekan boenga, dan djoemlah wang, jang akan dipindjamkannja kepada bank afdeelingafdeeling dengan mengingati kekoewatan bank itoe. Itoelah kebaikan Kas Centraal itoe jaïtoe, bahwa djika Kas Centraal itoe memberi pindjaman kepada soewatoe bank, tot een instelling die het vertrouwen, dat zij van de geldbeleggers geniet, niet ontleent aan een geldelijke aansprakelijkheid van het Gouvernement die niet bestaat, maar aan eigen deugdelijkheid. Bovendien verhoogt de Centrale Kas die deugdelijkheid door ter beschikking van de banken te stellen een staf van ambtenaren in staat om de boekhouding der instellingen te verbeteren en te controleeren. Het grondkapitaal der Centrale Kas is gesteld op een maximum van ƒ5.000.000.—, dat haar op de bovenvermelde voorwaarden door het Gouvernement wordt verschaft. De Directeur van de Centrale Kas is ondergeschikt aan den Directeur van Binnenlandsch Bestuur. Bovendien wordt op den toestand en het beheer van de Centrale Kas toezicht uitgeoefend door een Commissie van Toezicht en Bijstand, bestaande uit minstens drie leden door den Gouverneur-Generaal benoemd. Alhoewel de Centrale Kas in den regel slechts crediet verstrekt aan afdeelingsbanken en soortgelijke instellingen, is haar vrijheid gelaten om naar omstandigheden ook andere credietinstellingeu (gemeentelijke of coöperatieve) te steunen. Steeds echter verleent zij enkel crediet in rekeningcourant, d.w.z. houdt zij zich de bevoegdheid voor het crediet te allen tijde op te zeggen, in welk geval de schuldenaar verplicht is zijn debet onmiddellijk aan te zuiveren. Voorts is de schuldenaar verplicht: a. te allen tijde aan door de Centrale Kas speciaal daartoe aangewezen personen op haar verzoek toegang te verleenen tot het bedrijf en beheer in alle onder-' deelen; b. aan de Centrale Kas geregeld toe te zenden een maandelijksche proefbalans; c. aan de Centrale Kas op haar verzoek inlichtingen omtrent het bedrijf te verstrekken; d. goedkeuring van de Centrale Kas af te wachten op de aanstelling van een administrateur; e. zijn kasovervloed te storten bij de Centrale Kas. De Centrale Kas zal, door den vorm, waarin zij crediet verstrekt, een middel bij de hand hebben om een mendjadikan bank jang bersangkoetan soewatoe bank jang dapat kepertjajaan dari penjimpan-penjimpan wang boekannja disebabkan oléh karena ditanggoeng wangnja oléh Goebernemén jang mémang tidak, tetapi dari sebab kebaikannja sendiri. Lagipoen Kas Centraal itoe menambah kebaikan bank itoe oléh memberi beberapa amtenar kepada bank-bank itoe jang pandai memperbaiki dan memeriksa boekoe bank-bank itoe. Pokok modal Kas Centraal jang diberikan oléh Goebernemén dengan memakai perdjandjian, sebagai jang terseboet diatas ditetapkan, sebanjak-banjaknja ƒ 5.000.000.— Diréktoer Kas itoe adalah dibawah perintah Diréktoer Pejmerintah-dalam-Negeri. Lagi keadaan dan pegangan Kas itoe diamat-amati oléh Koemisi Pendjaga dan Pembantoe, jang terdjadi dari sekoerang-koerangnja tiga anggota jang diangkat oléh Toewan Besar Goebernoer-Djenderal. Walaupoen Kas Centraal itoe bijasanja hanja memberi pindjaman kepada bank afdeeling-afdeeling serta kepada bank sematjam itoe sadja, diberi poela padanja kemerdékaan akan menoendjang bank pindjaman jang lain-lain (bank désa atau koperasi), djika dirasa boléh. Tetapi selamanja Kas itoe memberi pindjaman dalam rekening-koran, artinja Kas itoe mempoenjaï kekoewasaan oentoek mentjaboet pindjaman pada sebarang témpoh; dalam hal itoe jang beroetang diwadjibkan dengan segera membajar loenas oetangnja. Jang beroetang diwadjibkan: a. mengizinkan pada sebarang waktoe kepada orangorang jang ditoendjoekkan oléh Kas Centraal dan dengan permintaannja oentoek memeriksa pekerdjaan dan pengoewasaan bank itoe dalam segala bagiannja; b. mengirim proefbalans boelanan pada waktoe jang tetap kepada Kas Centraal; c. memberi keterangan atas permintaan Kas Centraal kepada Kas itoe tentang pekerdjaannja; d. menoenggoe moepakatnja Kas Centraal oentoek mengangkat Administrateur; e. memasoekkan kedalam Kas Centraal kelebihan kasnja. Maka Kas Centraal itoe oléh karena memberi pindjaman dengan djalan sebagai itoe, mempoenjaï oepaja oentoek 41. Waarmerking van vingerafdrukken en bewijskracht van onderhandsche geschriften. 42. Waarmerking van vinger afdrukken. jank die volgens haar slecht wordt beheerd en niet langer M-edietwaardig is, te nopen tot het rekening houden met / haar inzichten, door het crediet op te zeggen. Aan den anderen kant heeft de afdeelingsbank in het crediet van de Centrale Kas, behalve een bewijs van haar credietwaardigheid, de beschikking over gelden die zij opnemen of terugstorten kan, al naar zij die al of niet van noode heeft en waarover zij slechts gedurende den tijd, dat zij er gebruik van maakt, rente heeft te betalen. Heeft een afdeelingsbank meer geld dan zij voor haar bedrijf kan benutten, bijv. ten gevolge van haar verplichting om beleggingen van desaloemboengs, desabanken, desa's en van particuliere Inlanders aan te nemen, dan kan zij die overtollige gelden met onmiddellijke opzegbaarheid bij de Centrale Kas beleggen. Ook reservefondsen kunnen op die wijze bij haar worden geplaatst. Bij Koninklijk besluit van 24 Maart 1915 No. 25 (Ind. Stbl. 1916 No. 42) j° het Koninkl. Besluit van 3 Juni 1919 No. 26 (Ind. St. No. 603) werd het Burgerlijk Wetboek voor Nederlandsch-Indië gewijzigd en aangevuld met bepalingen betreffende de waarmerking van vingerafdrukken in en betreffende de bewijskracht van onderhandsche geschriften. Daarop werden bij ordonnantie van 17 Januari 1916 St. 44 en 1 December 1919 St. 776 de bepalingen nopens de bewijskracht van onderhandsche geschriften van Inlanders of met hen gelijkgestelde personen (Stbl. 1867 No. 29) met die nieuwe voorschriften in overeenstemming gebracht. Met de onderteekening van een onderhandsch geschrift') ■wordt gelijkgesteld een daaronder gestelde vingeraf- i) Onder onderhandsche geschriften worden verstaan onderhands geteekende akten, brieven, registers, huiselijke papieren en andere geschriften, welke zonder tusschenkomst van een openbaren ambtenaar zijn opgemaakt. (Stbl. 1916 No. 44). Onder registers en huiselijke papieren zijn te verstaan niet alleen boeken en cahiers maar ook losse papieren voor het doen en bewaren van aanteekeningen tot eigen gebruik omtrent ontvangsten en uitgaven, gÉdleeningen, aflossingen daarvan, enz. 41. Kesahan tanda bekas djari serta kekoewatan keterangan soerat dibawah tangan. 42. Kesahan tanda bekas djari. mentjaboet pindjaman bank, jang menoeroet pendapatannja boeroek pegangannja dan tidak koewat beroetang lagi. Sebaliknja bank afdeeling-afdeeling disebabkan dapat oetang selainnja dari mempoenjaï boekti jang ija koewat membajar oetangnja, djoega mempoenjaï kekoewasaan atas wang jang boléh diterimanja atau dipoelangkannja bergantoeng kepada perloe tidaknja ija memakai oewang itoe; oentoek wang itoe bank-bank itoe hanja mesti membajar boenga selama wang itoe dipakai. Bilamana soewatoe bank afdeeling mempoenjaï wang lebih dari pada jang perloe, seperti oléh karena disebabkan kewadjibannja oentoek menerima simpanan dari loemboeng-loemboeng désa, bank-bank désa, désa-désa serta dari Boemipoetera partikoelir, maka bank afdeeling itoe boléh dengan segera menjimpan oewang jang lebih itoe pada Kas Centraal. Djoega fonds bantoean boléh dimasoekkan kedalam Kas itoe dengan djalan jang demikijan. Dengan firman Radja tanggal 24 Maart 1915 No. 25 (Stbl. Hindia 1916 No. 42) berhoeboeng dengan firman Radja tanggal 3 Juni 1919 No. 26 (Stbl. Hindia No. 603); maka Kitab oendang-oendang sipil boewat Hindia-Belanda dioebah dan ditambah dengan ketentoean-ketentoean tentangan keterangan kesahan tanda bekas djari dan tentang kekoewatan keterangan soerat dibawah tangan. Setelah itoe pada ordonansi tanggal 17 Januari 1916 St. 44 dan 1 December 1919. Stbl. 776 ketentoean-ketentoean peri hal kekoewatan soerat keterangan soerat dibawah tangan dari Boemipoetera atau jang disamakan dengan dija. (Stbl. 1867 No. 29) disetoedjoekan dengan peratoeran baroe. Maka dengan menanda-tangani soerat dibawah tangan ') disamakan tanda bekas djari jang diboeboeh dibawah J) Dengan perkataan „soerat dibawah tangan" dimaksoed segala akte, soerat, register, (kertas jang ada di roemah) dan soerat lain-lain, jang ditanda soerat keperloean roemah tangga diboewat dengan tidak memakai perantaraan amtenar 'oemoem. (Stbl. 1916 No. 44). Dengan perkataan register dan soerat-soerat keperloean roemah tangga dimaksoed, selainnja dari boekoe-boekoe dan boekoe-boekoe toelisan, djoega kertas tertjerai-tjerai oentoek memboewat dan menjimpan peringatan jang dipakai sendiri tentang penerimaan dan belandja, pindjaman oewang, pembajarannja dsb. druk, gewaarmerkt door een gedagteekende verklaring van een notaris of een anderen bij ordonnantie aan te wijzen ambtenaar, waaruit blijkt dat hij den steller van den vingerafdruk kent of dat deze hem bekend gemaakt is, dat de inhoud der akte aan den steller van den vingerafdruk duidelijk is voorgehouden en dat daarna de vingerafdruk in tegenwoordigheid van den ambtenaar is gesteld. 43. Bewijskracht van onderhandsche geschriften. Het geschrift wordt daarop door den ambtenaar geboekt. Bevoegd tot het waarmerken 'van vingerafdrukken zijn behalve de notarissen, 1°. de besturende Europeesche ambtenaren, met uitzondering van de Hoofden van gewestelijk bestuur, dat wil dus zeggen op Java en Madoera de Assistent-Residenten, en 2°. de voorzitters van de landraden. De kosten, die aan de betrokken ambtenaren moeten worden vergoed, bedragen f h voor elk geschrift, ongeacht het aantal daarop voorkomende vingerafdrukken. Over het algemeen heeft een onderhandsche akte ten aanzien van haar dagteekening tegen derden geen kracht dan van den dag waarop degenen of een van degenen, die de akte onderteekend hebben, overleden zijn, of van dien waarop haar bestaan bewezen wordt bij een akte door een openbaren ambtenaar opgemaakt, of wel van den dag, waarop de derde, tegen wien men zich van de akte bedient, haar bestaan schriftelijk heeft erkend. Is een van deze gevallen aanwezig, dan levert het onderhandsch geschrift ten aanzien van de onderteekenaars en hunne erfgenamen en rechtverkrijgenden hetzelfde volledig bewijs op als een authentieke akte. Nu kan men echter de dagteekening van een onderhandsch geschrift laten waarmerken en daardoor bewerken dat het onmiddellijk volledig bewijs levert als bovenbedoeld. Bij onderhandsche geschriften met vingerafdrukken geldt de legalisatie daarvan tevens als waarmerking van den datum, bij onderteekende onderhandsche geschriften kan deze waarmerking geschieden door een gedagteekende verklaring van een der bovengenoemde ambtenaren. Ook in dit laatste geval zijn de eischen gesteld dat de ambte- i i 1 i i i i in 43. Kekoewatan keterangan soerat dibawah tangan. ioerat itoe, tanda bekas djari itoe disertaï keterangan ang diberikan berhari-boelan dari notaris atau amtenar ain jang ditoendjoekkan pada ordonansi sehingga njata, >ahwa notaris atau amtenar itoe kenal pada jang bertanda )ekas djari itoe atau bahwa jang bertanda itoe telah diberiahoekan kepadanja, dan bahwa isi akte itoe telah diterangkan cepada jang bertanda bekas djari itoe dengan sedjelas-djeasnja serta tanda bekas djari itoe diboewat dengan dihadiri )léh amtenar itoe. Setelah itoe soerat dimasoekkan kedalam boekoe. Jang berhak oentoek memberi keterangan kesahan tanda sekas djari selainnja daripada notaris, ja'ni: 1°. amtenar semerintah Éropah, ketjoewali Kepala-kepala pemerintahan laérah, djadi di tanah Djawa dan Madoera Asistén-asis:én-Residén, serta 2°. presidén-presidén landraad. Ongkos-ongkos jang haroes' dibajar kepada amtenaramtenar jang bersangkoetan, jaïtoe ƒ 1.— boewat tijaptijap soerat; banjaknja tanda bekas djari jang ada pada soerat itoe tidak dipandang boewat menghitoeng bajaran. Pada 'oemoemnja tanggal akte dibawah tangan itoe baroe mempoenjaï kekoewatan terhadap kepada pihak jang ketiga, moelaï dari hari orang-orang atau seorang dari jang menanda-tangani soerat itoe mati, atau dari hari akte itoe diterangkan pada akte jang diboewat oléh amtenar 'oemoem, ataupoen dari hari soerat itoe diakoe hal adanja dengan soerat oléh orang, jang dilawan dengan memakai soerat itoe. Bilamana satoe daripada ketiga hal itoe ada, maka soerat dibawah tangan itoe terhadap kepada jang bertanda-tangan dan ahli warisnja dan jang mendapat hak dari padanja, sama kekoewatannja dengan akte autentiek (jang sah). Tetapi orang dapat menjoeroeh mensahkan tanggal soerat dibawah tangan itoe, djadi oléh sebab itoe mendjadikan soerat itoe dengan segera mempoenjaï kekoewatan sebagai jang terseboet diatas. Maka pada soerat dibawah tangan dengan tanda bekas djari berlakoelah djoega keterangan kesahannja sebagai kekoewatan tanggal; soerat dibawah tangan jang ditanda-tangani boléh disahkan oléh soewatoe keterangan jang memakai tanggal dari seorang daripada amtenar jang terseboet diatas. Djoega 44. Verjaring van schulden. naar den onderteekenaar kent of dat deze hem bekend gemaakt is, dat de inhoud van de akte aan den onderteekenaar duidelijk is voorgehouden en dat daarha de onderteekening in tegenwoordigheid van den ambtenaar heeft plaats gehad. Ook in dit geval wordt de akte daarop door den ambtenaar geboekt en is een bedrag van f 1. per geschrift verschuldigd. Terwijl in het algemeen (behalve bij zaken van koophandel) vereischt wordt, dat een onderhandsche eenzijdige schuldverbintenis tot voldoening van geld of een zaak geheel geschreven wordt door den onderteekenaar of althans dat deze behalve zijn handteekening een goedkeuring stelt vermeldende in voluitgeschreven letters de som of de hoegrootheid of de hoeveelheid van de verschuldigde zaak, zal men met een enkele onderteekening kunnen volstaan, indien deze op de boven aangeduide wijze wordt gewaarmerkt, en verder ook met een gewaarmerkten vingerafdruk. Indien aan de hiergenoemde voorschriften niet is voldaan levert de geteekende akte, bij ontkenning van de verbintenis, slechts een begin van bewijs op, moet dit dus van elders worden aangevuld. De termijn van verjaring valt voor gerechtelijke of notarieele verbintenissen na 30 jaar, voor onderhandsche verbintenissen bij leven van den debiteur na 5 jaar. Het begin van dit tijdsverloop ligt op den dag, waarop de schuld gevestigd is, echter indien de schuld nadien erkend is op den dag dier erkenning en indien de schuld sedert dien gerechtelijk is gevorderd op den datum dier vordering. Indien iemand na afloop van den verjaringstermijn voor een onderhandsche of onbeschreven verbintenis in rechten wordt aangesproken, is de rechter verplicht den schuldeischer af te wijzen zoodra maar de verjaring wordt ingeroepen. De schuldeischer van zijn kant houdt dan echter gedurende resp. 5 en 2 jaar het recht om van den schuldenaar ■ 44. Laloe témpoh oetang. dalam hal jang achir itoe adalah ditetapkan sjarat-sjarat jaïtoe, amtenar itoe kenal kepada jang bertanda-tangan itoe atau bahwa jang bertanda-tangan dikenalkan kepadanja, dan isi akte diterangkan kepada jang bertanda-tangan itoe sedjelas-djelasnja serta menanda-tangani akte itoe dilakoekan dihadapan amtenar. Djoega dalam hal itoe akte itoe oléh amtenar itoe dimasoekkan kedalam boekoe dan oentoek tijap-tijap soerat naroes dibajar ƒ 1.— Pada 'oemoemnja (ketjoewali pada perkara pernijagaan) diwadjibkan, bahwa perdjandjian oetang dibawah tangan aentoek membajar wang atau barang mesti ditoelis oléh jang bertanda-tangan atau jang bertanda-tangan itoe selainnja menaroeh tanda-tangannja djoega menaroeh tanda izinnja jang menjeboetkan dengan hoeroef djoemlahnja atau besarnja atau banjaknja oetang itoe, tetapi djika tanda tangannja itoe disabkan dengan tjara jang terseboet tadi; atau dengan tanda bekas djari jang diberi keterangan kesahan, tjoekoeplah bila orang hanja menanda-tangani sadja. Bilamana tidak ditjoekoepi peratoeran-peratoeran jang terseboet diatas itoe, maka djika perdjandjian dimoengkiri, akte itoe hanjalah mempoenjaï keterangan permoelaan artinja, keterangannja sendiri haroes ditambah lagi dengan keterangan jang lain-lain. Témpoh perdjandjian jang dilakoekan dihadapan hakim atau notaris laloe waktoenja setelah 30 tahoen; perdjandjian dibawah tangan, djika jang beroetang masih hidoep setelah 5 tahoen. Permoelaan témpoh itoe ja'ni pada hari oetang diboewat, tetapi kalau oetang itoe diakoe kemoedijan, maka témpoh itoe moelaï pada hari pengakoean itoe serta apabila oetang itoe telah ditagih dengan pengantaraan hakim, pada tanggal penagihan itoe. Bilamana seseorang ditagih oentoek mentjoekoepi perdjandjian dibawah tangan atau perdjandjian jang tidak memakai soerat tetapi témpohnja telah laloe, maka hakim diwadjibkan menolak si penagih djika telah dioendjoekkan kepadanja bahwa témpohnja telah laloe. Tetapi si penagih bertoeroet-toeroet dalam 5 dan 2 tahoen berhak oentoek menjoeroeh soempah kepada jang 45. Bestrijding van den woeker. den eed in rechten te vorderen dat de schuld werkelijk is voldaan: Bij Ind. Stbld. No. 643 van 1916 werd een Koninklijk besluit van 17 Juli van dat jaar afgekondigd houdende vaststelling van een voor alle bevolkingsgroepen geldende regeling tot bestrijding van den woeker. Daarbij wordt aan den rechter (welke deze rechter is, zal afhangen van het bedrag der schuld en van den landaard van partijen) de bevoegdheid gegeven, op verzoek van de benadeelde partij, de verplichting dier partij te matigen dan wel de geheele overeenkomst nietig te verklaren. De rechter zal daartoe moeten uitmaken of er werkelijk van woeker sprake is. Hiertoe moet, blijkens wettelijke bepaling, misbruik zijn gemaakt van de lichtzinnigheid, de onervarenheid of den noodtoestand van den bedrogene om een onevenredig voordeel te bedingen. Ook al brengt de woekeraar geschriften aan, waaruit zou blijken dat van geen woeker sprake is, kan de bedrogene door getuigen het tegendeel bewijzen. De rechter zal altijd bevoegd zijn om partijen de noodige voorlichting te geven en haar opmerkzaam te maken op de rechts- en bewijsmiddelen, die zij kunnen aanwenden. Het is best mogelijk dat de woekeraar de zaak aanhangig maakt, maar de rechter mag slechts ingrijpen op verzoek van den bedrogene, al kan hij dezen wijzen op het middel dat de wet hem aan de hand doet. Behalve de rechter kunnen ook de bestuursambtenaren en andere volksvrienden aan de benadeelde personen de noodige steun en voorlichting geven, het geen wel noodig is daar anders wellicht de lijdzaamheid, de onwetendheid, de vrees of het ontzag voor den woekeraar, de afhankelijkheid van dezen, de angst voor vergeefsche moeiten en kosten de benadeelde partij er van afhouden het haar geboden middel aan te wenden. Toch zijn aan dit middel tot woekerbestrijding enge grenzen gesteld. Wanneer op woeker gelijkende overeenkomsten niet het gevolg zijn van de bovengenoemde bij- 45. Mentjegah riba. beroetang jaïtoe akan menoendjoekkan bahwa oetangnja itoe betoel telah djelas. Dengan Staatsblad-Hindia No. 643 tahoen 1916 dima'loemkanlah firman Radja jang bertarich 17 Juni tahoen itoe dan berisi penetapan peratoeran oentoek mentjegah riba bagi segala golongan ra'jat. Dengan firman itoe diberikan hak kepada hakim (hakim mana itoelah bergantoengan kepada banjaknja oetang dan pada bangsa kedoewa pihaknja) djika ada permohonan pihak jang menanggoeng roegi oentoek menjedangkan kewadjiban pihak itoe ataupoen membatalkan perdjandjian itoe sama sekali. Maka hakim itoepoen haroes menentoekan, bahwa soenggoeh ada riba. Menoeroet keteritoean oendang-oendang maka adanja riba itoe disebabkan oléh koerang timbangannja atau koerang pengetahoeannja atau kesoekarannja orang jang diperdajakan. Djoega bila pemakan riba menoendjoekkan soerat-soeratnja, jang boléh menjatakan, bahwa sama sekali tijada ada riba, maka jang diperdaja boléh memboektikan dengan memakai saksi hal adanja riba itoe. Hakim selamanja berhak oentoek memberi keterangan kepada kedoewa pihak dan memperingatkan kepadanja oepaja-hoekoem dan boekti-boekti jang boléh kepakai oléh kedoewa pihak itoe. Boléh djadi pemakan riba itoe mendjalankan teroes 'perkara itoe, tetapi hakim hanjalah boléh melakoekan sebagai jang terseboet itpe atas permohonan jang teperdaja, walau ijapoen dapat menoendjoekkan kapada jang teperdaja itoe oepaja jang diberikan oléh oendangoendang kepadanja. Selainnja daripada hakim boléh djoega amtenar-amtenar pemerintahan serta teman-ra'jat lain-lain memberi pertolongan dan keterangan; itoelah perloe sebab boléh djadi oléh sebab kelembékan, kebodohan, ketakoetan atau maloe kepada si pemakan riba, atau dari sebab si teranijaja hidoepnja bergantoeng kepada dija, taköet kalau-kalau kesoekarannja atau ongkosnja, akan sija-sija menahan dija akan beroepaja memakai djalan sebagai jang ditoendjoekkan kepadanja. Tetapi walaupoen demikijan oepaja itoe dibatasi sekali. Apabila adanja riba itoe boekan terdjadi dari sebab hal-hal jang terseboet diatas (koerang timbangan, koerang zondere persoonlijke omstandigheden (lichtzinnigheid, onervarenheid, noodtoestand) maar van den algemeenen 'toestand, waarin de bevolking verkeert, zal de toepassing van de woekerverordening geen verbetering brengen. Deze verordening toch bestrijdt alleen de gevolgen, bepaalde uiterlijke verschijnselen van het kwaad, maar neemt de oorzaak van het kwaad niet weg. Indien zij niet met voorzichtigheid en beleid wordt toegepast zal zij zelfs een averechtsche uitwerking hebben. De schuldeischer toch, die vreezen moet, dat zijn eisch door den rechter geheel of gedeeltelijk zal worden ontzegd, zal zich tegen dat risico dekken door zijn eischen nog hooger te stellen en wanneer de andere partij voor het verkrijgen van hulp van dien schuldeischer afhankelijk is, zal zij zich ook bij die zwaardere eischen moeten neerleggen. pengetahoean, kesoekaran) tetapi oléh sebab keadaan 'oemoem di doenija Boemipoetera, maka melakoekan oendangoendang riba itoe tidak akan memperbaiki keadaan itoe. Oendang-oendang itoe hanjalah memerangi 'akibat jang disebabkan kedjahatan itoe dan membatasinja, tetapi tidak menghilangkan pokok kedjahatan itoe. Bilamana oendangoendang itoe tidak dilakoekan dengan tjermat dan tjerdik tentoelah kedjadiannja lebih-lebih berbahaja. Sebab si penagih oetang disebabkan takoet, tagihannja sama sekali atau sebagiannja ditolak, oentoek menoetoep keroegiannja itoe, tentoe meninggikan boenga pijoetangnja djika pihak jang lain boewat mendapat pertolongan adalah bergantoeng kepadanja, maka pihak itoe tentoe akan menjerah sadja. No. 35/B.B. INHOUD, DE BEPALINGEN. I. De regeling van het Credietverband. A. Aard en strekking van het credietverband. blz. 1. Wat is credietverband? 6 2. Waarom er behoefte bestond aan de instelling van het credietverband? 8 3. Waarom is het credietverband voor beperkt gebruik bestemd? 10 4. Ten behoeve van wie credietverband mag worden gevestigd 10 5. Wie als credietverbandgever mogen optreden. . 12 6. Op welke zaken credietverband mag worden gevestigd 14 7. Credietverband op gebouwen en beplantingen . 14 8. Middelen ter bescherming van de zekerheid voor den schuldeischer 18 9. Bepaling van het bedrag waarvoor credietverband is gevestigd 18 10. Beperkingen van het beschikkingsrecht van den credietverbandgever 18 11. Beperkingen van de bevoegdheid van de credietverbandhouder ... 22 IS1N J A. KETENTOEAN-KETENTOEAN. I. Peratoeran tanggoengan oetang. A Sifat dan maksoed tanggoengan oetang. moeka 1. Apakah tanggoengan oetang itoe? 7 2. Apakah sebabnja perloe ada tanggoengan oetang?. 9 3. Apakah sebabnja tanggoengan oetang itoe dioentoekkan boewat dipakai dengan dibatasi sadja? 11 4. Oentoek sijapa tanggoengan oetang itoe boléh diadakan? 11 5. Sijapa jang boléh mendjadi pemberi tanggoengan oetang 13 6. Barang jang boléh didjadikan tanggoengan oetang. 15 7. Tanggoengan oetang atas roemah-roemah dan tanam-tanaman 15 8. Oepaja boewat memberi tanggoengan kepada si berpijoetang 19 9. Menentoekan banjaknja wang jang memakai tanggoengan oetang 19 10. Membatasi hak si pemberi tanggoengan oetang mengoewasaï barang jang ditanggoengkan . . 19 11. Membatasi kekoewasaan si pemegang tanggoengan oetang 23 blz. 12. Rechten van den verbandhouder bij onteigening en bij uitkeering van assurantiepenningen. . . 22 13. Rechten en plichten van den derden bezitter. . 24 14. Teniet gaan van credietverband 26 15. Strafbare handelingen van den credietverbandgever 26 B. Reglement op het vestigen enz. van credietverband. Ordonnantie van 17 December 1909 Staatsblad No. 584. 16. Artikel 1. De vorm der akten; verschuldigd zegelrecht 28 17. Artikel 2. De aanduiding der goederen. ... 30 18. Artikel 3. De partijen, de wijze waarop zij worden vertegenwoordigd en de ambtenaar die de akte verlijdt . 32 19. Artikel 4. Getuigen 38 20. Artikel 5. Onderteekening van de akte. ... 40 21. Artikel 6 en 7. Aanbrengen van wijzigingen en aanvullingen en verdere vormvereischten ... 40 22. Artikel 8. De verleening van grossen en afschriften en van inzage van registers en akten; afgeven van schriftelijke verklaringen 42 23. Artikel 9. De bewaring van de akten .... 46 24. ArtHtel 10. en 11. De inschrijving in openbare registers 46 25. Artikel 12 en 13. De doorhaling der credietverbanden 48 26. Artikel 14 en 15. Voorzieningen bij afwezigheid, vertrek of overlijden van den bewaarder der akten. 52 moeka. 12. Hak si.pemegang tanggoengan djika ada penghapoesan hak dan pemberian oewang asoeransi (assurantie) . 23 13. Hak dan kewadjiban si poenja milik jang ketiga. 25 14. Batalnja tanggoengan oetang 27. 15. Kelakoean si pemberi tanggoengan oetang jang boléh dihoekoem. . . . , 27 B. Reglemén perkara mendjadikan d.s.b. tanggoengan oetang. Ordonansi tanggal 17 December 1909 No. 584. 16. Pasal 1. Bangoen akte; bija ségél jang diwadjibkan , 29 17. Pasal 2. Keterangan barang-barang 31 18. Pasal 3. Pihak-pihak, tjara bagaimana meréka diwakili dan amtenar jang memboewat akte . . 33 19. Pasal 4. Saksi-saksi 39 20. Pasal 5. Menanda-tangani akte 41 21. Pasal 6 dan 7. Memboewat peroebahan dan tambahan serta sjarat bangoennja 41 22. Pasal 8. Menerimakan grosse dan salinan-salinan serta register dan akte oentoek dibatja; pemberian salinan soerat keterangan 43 23. Pasal 9. Menjimpan akte 47 24. Pasal 10 dan 11. Memboekoekan dalam register 'oemoem 47 25. Pasal 12 dan .13. Menghapoeskan tanggoengan oetang 49 26. Pasal 14 dan 15. Atoeran djika jang menjimpan akte ta' ada, berangkat atau mati .53 blz. 27. Artikel 16 en 17. De kosten . . . ... . 56 28. Artikel 18 t/m 21. Het toezicht over de betrokken ambtenaren 60 29. Artikel 22 en 23. De straffen 62 30. De plichten van den ambtenaar belast met het verlijden der credietverbandacten 64 31. Modellen 66 II. Gedragslijn door de ambtenaren bij het Binnenlandsch Bestuur op Java en Madoera te volgen ten aanzien van het volkscredietwezen en de coöperatie. blz- 32. De door de Regeering in 1906 aangewezen gedragslijn t. a. v. het volkscredietwezen.... 76 33. Handhaving van het standpunt van de Regeering in 1912 82 34. Korte uiteenzetting van de gewenschte gedragslijn van den inlandsche bestuursambtenaar tegenover de afdeelingbank 84 35. Standpunt van de Regeering in zake de aanwending van de reserves van dorpscredietinstellingen. 86 36. Terugbetaling van de bevolkingsbijdragen bij opheffing van desaloemboengs 90 37. De door de Regeering aangewezen gedragslijn in zake oprichting van coöperatieve vereenigingen. 92 38. De houding door Inlandsche bestuursambtenaren aan te nemen tegenover inlandsche coöperaties buiten hun bemoeienis opgericht. 94 39. De districtshoofden belast met het verlijden van. : akten van toetreding tot of uittreding uit een coöperatieve vereeniging 98 moeka. 27. Pasal 16 dan 17. Ongkos-ongkos 57 28. Pasal 18 sampai 21. Pengawasan atas amtenar jang bersangkoetan 61 29. Pasal 22 dan 23. Hoekoeman 63 30. Kewadjiban amtenar jang diserahi memboewat akte tanggoengan oetang ....... '. • 65 31. Tjontoh-tjontoh . • • ■ • • 66 II. Djalan jang haroes ditoeroeti oléh amtenaramtenar Pemerintahan-dalam-Negeri tentang pekerdjaan pindjaman ra'jat dan koperasi di . tanah Djawa dan Madoera. moeka. 32. Djalan jang ditoendjoekkan oléh Pemerintah dalam tahoen 1906 tentang pekerdjaan pindjaman ra'jat . . . . ' 77 33. Pikiran Pemerintah dalam tahoen 1912 jang tidak dioebah 83 34. Keterangan péndék bagaimana amtenar pemerintah Boemipoetera mesti berlakoe terhadap kepada bank afdeeling 85 35. Pikiran Pemerintah tentang mamakai bekal djagadjaga dari loemboeng désa dan bank désa . . 87 36. Membajar kembali oeroenan ra'jat pada waktoe menghapoeskan loemboeng 91 37. Djalan jang ditoendjoekkan oléh Pemerintah dalam hal mendirikan perkoempoelan koperasi. 93 38. Sikap prijaji Boemipoetera terhadap kepada koperasi Boemipoetera jang didirikan diloewar oesahanja 95 39. Kepala-kepala distrik jang diwadjibkan memboewat akte masoek atau keloewar dari soewatoe perkoempoelan koperasi 99 III. Eenige aangelegenheden met het volkscredietwezen verband houdende voor den inlandschen bestuursambtenaar van belang. blz. 40. De Centrale Kas voor het Volkscredietwezen. . 100 41. Legalisatie van vingerafdrukken en bewijskracht van onderhandsche geschriften 104 42. Legalisatie van vingerafdrukken 104 43. Bewijskracht van onderhandsche geschriften . . 106 44. Verjaring van schulden 108 45. Bestrijding van den woeker 110 III. Beberapa perkara jang berhoeboengan dengan pekerdjaan pindjaman ra'jat jang bergoena bagi prijaji boemipoetera. moeka. 40. Kas Centraal bagi Pekerdjaan pindjaman ra'jat. 101 41. Keterangan kesahan tanda bekas djari serta kekoewatan keterangan soerat dibawah tangan. . 105 42. Keterangan kesahan tanda bekas djari . . . .105 43. Kekoewatan keterangan soerat dibawah tangan. 107 44. Laloe témpoh oetang . . 109 45. Mentjegah riba 111