BEKNOPTE HANDLEIDING VOOR BESTUREN VAN DE VEREENIGINGEN ♦ DER WERELDLIJKE ♦ DERDE ORDE VAN DEN H. FRANCISCUS VAN ASSISIË door Fr. Isidorus Trienekens o.f.m. Tweede herziene Uitgave Uitgave van het Secretariaat der Derde Orde Minderbroedersklooster s Weert 1922. ColL Wittcm. ad S* AlphonsL THEOLOGIA SERIES tj £ BEKNOPTE HANDLEIDING VOOR BESTUREN VAN DE VEREENIGINGEN ♦ DER WERELDLIJKE . DERDE ORDE VAN DEN H. FRANCISCUS VAN ASS1SIË door Fr. Isidorus Trienekens o.F.Mi Tweede Herziene Uitgave Uitgave van het Secretariaat der Derde Orde Minderbroedersklooster - Weert 1922. Imprimatur, j* Laurentius, Ep. Ruraemundensis. Ruraemundae, die 13 Martii 1922. I mpri m atur. Fr. Paulus Stein O.F.M. Deleg. Prov. Kerkradii, 20 Martii 1922. INLEIDING 1. Deze bladzijden zijn geschreven ten dienste der besturen van de „V e r e e n i g i ngen der Wereldlijke Derde Orde, staande onder de geestelijke rechtsmacht van den MinisterProvinciaal der Minderbroeders in Nederlan d". Deze woorden behoeven eenigen uitleg. 2. Gelijk de leden der Eerste en der Tweede Orde van S. Franciscus als broeders of zusters samenwonen in kloosters onder het bestuur hunner wettige Oversten, zoo behooren ook de Tertiarissen van een en dezelfde plaats onderling verbonden te zijn in eene Vereeniging der Derde Orde, eveneens onder leiding van geestelijke overheid en bestuur. 3. De geestelijke rechtsmacht over deze Vereenigingen der Derde Orde in de Ne derlandsche Kerkprovincie komt toe aan den Minister-Provinciaal der Minderbroeders en aan de Gardiaans der Minderbroederskloosters, in wier district de Vereeniging is opgericht; althans voor zoover deze Vereeniging is opgericht met machtiging van de Oversten der Minderbroeders, of na bekomen toestemming tot de rechtsmacht der Minderbroeders is ,overgegaan. ; 4. Aan de Oversten der Minderbroeders komt de bevoegdheid toe, voor deze Vereenigingen Directeuren te benoemen en Visitatoren aan te wijzen; alsook Statuten vast te stellen, welke door de leden en besturen dezer Vereenigingen moeten onderhouden worden.*) "*) Zie deze Statuten in ons Handboek voor 1 de leden der Wereld1 ij k e Derde O r d e, bladz. 65. HOOFDSTUK I. Leiding en Bestuur der Derde Orde. De Derde Orde is door de H. Kerk weliswaar geplaatst onder de leiding en geestelijke rechtsmacht der Eerste Orde, doch iedere Vereeniging der Derde Orde vormt niettemin een genootschap, dat wordt bestuurd door Over-, sten, gekozen uit de leden der Vereeniging zelve. § 1. Geestelijke leiding en uitoefening van rechtsmacht. ■ 1. De Oversten der Minderbroedersordé zorgen voor de geestelijke leiding der Derde Orde, ofwel door hunne onderhoorige priesters, ofwel door priesters buiten de Orde. Deze worden daartoe voorzien van de noodige volmachten en worden Directeurs genoemd. 2. Zij, die door de Oversten der Minderbroeders als Directeur zijn aangesteld, kunnen in hunne plaats een ander priester als Directeur laten optreden. Wordt aan zulk eeri priester het ambt geregeld opgedragen, dan komen hem uitsluitend, gedurende dien tijd, de titel en de rechten van Directeur toe, en bezit hij alle volmachten, aan dit ambt verbonden. 3. Krachtens de hun verleende volmachten zijn de Directeurs bevoegd tot het volgende: a. Zij kunnen, hetzij zelf, hetzij door een ander priester-biechtvader, personen van beiderlei geslacht tot de kleeding en tot de professie in de Derde Orde toelaten. Wel wordt tot toelating voor de kleeding of de professie in de vereeniging of tot toelating van Tertiarissen tot de vereeniging de meerderheid der uitgebrachte stemmen van het Bestuur vereischt, terwijl bij staking van stemmen de Directeur de beslissing geeft, doch de Directeur behoudt steeds het recht de toelating te weigeren.*). b. Zij hebben de volmacht de Inkleeding in de Orde en het afnemen der Professie te verrichten, de Generale Absolutie te geven aan de vereenigde Tertiarissen of aan afzonderlijke leden en den Pauselijken Zegen te ~*Y Zie "Statuten, Art. 5. geven in de vergadering.*) c. Zij hebben de leiding van de maandvergaderingen en van de andere plechtigheden der Vereeniging, en het voorzitterschap in de bestuursvergaderingen. d. Zij kunnen dispensatie verkenen in een of ander regelvoorschrift of het veranderen in andere goede werken. e. Hun komt het recht toe namens de Oversten der Minderbroeders onwaardige leden uit de Vereeniging te verwijderen. f. Eindelijk is het de taak van den Directeur zoowel de Vereeniging als de afzonderlijke Tertiarissen aan te voeren en te bezielen door leering, opwekking, vermaning en berisping, volgens de voorschriften en den geest van den Regel en volgens de Statuten. In het bijzonder behoort de Directeur de postulanten en novicen voldoende te onderrichten aangaande de voorschriften, de voordeden en den geest der Orde.**). *) In den biechtstoel kan de Generale Absolutie gegeven wórden door iederen biechtvader. (Zie ons Handboek, bladz. 85). **) Zie Statuten, A r t. 1 e n 10. § 2. Plaatselijk bestuur. 1. Evenals een kloostergemeente een plaatselijken Overste en een plaatselijk bestuur heeft, zoo kiest ook eene Vereeniging der Derde Orde uit hare leden een bestuur met een prefect aan het hoofd. 2. Dit bestuur heeft, binnen de grenzen zijner bevoegheid, recht van beraadslagen, beslissen en handelen in die zaken, waarbij geen geestelijke rechtsmacht wordt uitgeoefend. 3. Het staat het Bestuur vrij eenige ijverige en voorzichtige leden aan te stellen al$ zelateurs en zelatricen om het Bestuur in dé zorg voor den bloei der Vereeniging bij te staan. 4. Zij, die tot lid van het bestuur worden gekozen, moeten de verplichtingen daaraan verbonden, ijverig nakomen; het strookt zeker niet met den geest van den Regel, zoo de bestuursleden gewoon zijn te zeggen: laat de Directeur diat maar doen, bij hem is het zeker in goede handen. HOOFDSTUK II. Algemeene* plichten van het bestuur. De algemeene verplichtingen der bestuursleden kunnen aldus worden samengevat: lo. Voorgaan door het goede voorbeeld. De bestuursleden behooren aan alle broeders en zusters het goede voorbeeld te geven van trouw vervullen der godsdienstplichten, van stipte naleving der voorschriften van den Regel, van ernstige plichtsbetrachting in het huiselijk en maatschappelijk leven, zoowel als van liefdevolle toewijding en ijver voor goede werken. 2o. KennisvandeDerdeOrdeen haren Regel. Deze kennis zullen zij vooral aankweeken door herhaaldelijk de uitlegging van den Regel te lezen, zooals die b.v. in het Handboek te vinden is, alsook door de tijdschriften der Orde (Sint Franciscus en De Tertiaris) geregeld bij te houden. Zij zorgen tevens de Statuten goed te kennen. 3o. Getrouw b ij wonen der maandvergadering. Door zonder noodzakelijkheid de maandvergaderingen te verzuimen, zouden de bestuursleden niet slechts den Regel overtreden, doch bovendien een slecht voorbeeld geven. De onmogelijkheid om daarin tegenwoordig te zijn, zou een beletsel vormen om deel uit te maken van het bestuur. 4o. Propaganda maken voor d e Orde, De bestuursleden zijn ook gehouden mede te werken aan de uitbreiding der Derde Orde en bijzonder van hunne Vereeniging. Zonder te vervallen in onbescheidenheid of overdreven ijver, kunnen zij toch diegenen, die zij voor de Orde geschikt achten, te bekwamer tijd en op passende wijze over de Derde Orde spreken en hen aansporen Tertiaris te worden. Zij kunnen dit doen, door hun de schoonheid en het nut der Derde Orde voor oogen te stellen en de maandschriften alsook het Handboek en den Catechismus ter lezing te geven, enz. 5o. Toezicht over de leden. Wijl de bestuursleden in den waren zin tot over- sleri der Vereeniging zijn gekozen, zijn zij ook gehouden tot eenig toezicht over de leden. Bij merkelijke overtredingen of ontstichtend gedrag van een Tertiaris kunnen en moeten zij, naar gelang de omstandigheden het raadzaam maken, ofwel zelf den overtreder vermanen, waartoe zij als oversten het recht hebben, ofwel moeten zij den Directeur daaromtrent inlichten. Hierbij dienen zij tevens in aanmerking te nemen dat, zoo de overtreding nog aan weinigen bekend is, zij den Directeur afzonderlijk, onder vier oogen, moeten op de hoogte brengen; alleen die overtredingen, die algemeen bekend zijn, of waarvan het te voorzien is, dat zij spoedig openbaar zullen worden, kunnen in volle bestuursvergadering gebracht en besproken worden. Bij Huishoudelijk Reglement bepale men, hoe de controle over het bezoek der vergadering zal plaats hebben. 60. Toezicht over de novicen. Is het bestuur gehouden tot eenig toezicht over de leden, meer bijzonder zijn zij daartoe ver- plicht ten opzichte der novicen. Het noviciaat toch is ingesteld, niet alleen in het belang der novicen zelve, om den Regel te leeren kennen en te beproeven of zij zich tot de leefwijze daarin voorgeschreven kunnen verbinden, maar ook in het belang der Orde, om het gevaar te voorkomen, dat men iemand tot de professie zou toelaten, die door zijn gedrag de Derde Orde tot schade en schande zou strekken. Daarom moet het bestuur in dien tijd nagaan of de nieuwelingen geschikte leden zul-, len zijn, of ze moeite doen om den Regel goed te onderhouden en zich beijveren zijne voorschriften na te komen; in het bijzonder, of zij trouw de vergaderingen bijwonen, zich van gevaarlijke vermaken, kwaadspreken, twistzoeken en onmatigheid onthouden, of zij waarlijk godsdienstig zijn enz. 7o. Zieken bezoeken, Volgens den Regel moeten de Oversten, dat is: de bestuursleden, de zieke leden bezoeken of een ander zenden om hun liefdediensten te bewijzen. Wel behoort de Directeur, als geestelijke va- der en leider der Vereeniging, de zieke Tertiarissen te bezoeken, maar het voorschrift van den Regel moet verstaan worden van de Oversten, uit de Derde Orde zelve gekozen, namelijk de bestuursleden. Deze hebben dan ook tot taak de zieke leden te bezoeken en, in geval de noodige zorg en verpleging mocht ontbreken, naar middelen om te zien, opdat daarin door persoonlijke liefdediensten der leden of op andere wijze worde voorzien. Om dezen plicht op geschikte wijze te kunnen volbrengen, is het raadzaam, dat de bestuursleden deze taak onder elkander verdeelen, bijzonder in grootere plaatsen, en dat aan een ieder b.v. een bijzondere wijk worde aangewezen.*) Ook moeten de bestuursleden den Directeur omtrent de zieken inlichten, vooral indien er stervensgevaar is. Mocht een novice in stervensgevaar verkeeren, dan zullen zij, vooral wanneer de Directeur mocht verhinderd zijn, den zieke vermanen de professie af te leggen, hetgeen dan, wanneer geen gevol- *) Zie S t a t u t e n, Art. 3 2. machtigd priester aanwezig is, geschieden kan voor iederen biechtvader. 80. Beheer van t ij d e 1 ij k e g o ederen en inkomsten. Het bestuur eener Vereeniging der Derde Orde heeft (evenals de Oversten van religieuse huizen) het recht en den plicht om, met inachtneming der kerkelijke wetten, de tijdelijke goederen en inkomsten der Vereeniging te beheeren, alsook te beslissen over het uitdeelen der aalmoezen en over andere uitgaven. Op den Directeur echter rust de plicht om, als vertegenwoordiger der Kerk en der Eerste Orde, een waakzaam toezicht te houden, of de gelden en tijdelijke goederen overeenkomstig de voorschriften en den geest der Orde worden beheerd en besteed. Het bestuur is daarom aan den Directeur verantwoording verschuldigd. 9o. Het bestuur zorge voor een Huishoudelijk Reglement, door den Visitator goedgekeurd. Het is wenschelijk, dat aan alle leden dit Reglement worde verstrekt. lOo. Het aanvragen der jaar- lijksche Visitatie. De regel schrijft voor dat een Visitator uit de Eerste Orde jaarlijks alle vereenigingen bezoeke. Wijl nu het plaatselijk bestuur, in overleg met den Directeur, het best kan bepalen welke dag of tijd daartoe het meest geschikt is, is het bestuur verplicht te zorgen, dat eene daartoe strekkende aanvrage bijtijds geschiede. *). *) Zie Statuten, Art. 3 9. HOOFDSTUK III. De verschillende ambten in het bestuur. 1. Wijl de Regel geschreven is voor geheel de Derde Orde, over de gansche wereld verspreid, worden daarin omtrent het voorgeschreven bestuur weinig bijzondere bepalingen gegeven. Alleen wordt vastgesteld, dat de bedieningen der bestuursleden drie jaar zullen duren, dat een Tertiaris, die tot bestuurslid gekozen wordt, de hem toegewezen bediening niet mag weigeren en dat hij in de vervulling daarvan allen ijver moet aan den dag leggen. Al het overige wordt overgelaten aan de Oversten der Eerste Orde, wien, zooals boven (bladz. 4), gezegd is, de macht toekomt voor de hun onderhoorige Vereenigingen voorschriften, bepalingen en verordeningen te maken, naargelang de omstandigheden van tijd en plaats het vorderen. 2. Uit onze Statuten, Art 26 blijkt, dat in onze Vereenigingen het bestuur moet samengesteld worden uit een Prefect(e) en een Raad van drie of meer leden.*) 3. Uit en door het bestuur worden een onder-prefect(e), een secretaris (secretaresse) en een penningmeester (penningmeesteresse) gekozen. Ook zal een der bestuursleden worden aangewezen, aan wien de zorg over de- novicen wordt opgedragen, een die de leiding der ziekenzorg heeft, en een die zorgt voor het verspreiden van de maandschriften en andere lectuur. Verschillende ambten kunnen door hetzelfde bestuurslid worden waargenomen. § 1. De prefect (prefecte). 1. De prefect is de Overste, doch tegelijk de dienaar der geheele Vereeniging. 2. Zijne plichten kunnen aldus worden saamgevat: lo. Alles wat in het voorgaande hoofdstuk over de plichten van het bestuur in het algemeen gezegd is, geldt op de eerste plaats van den prefect. Hij moet derhalve: a) door zijn voorbeeld voorgaan in het goede, zoowel in het godsdienstig als in het *) Zie ook Statuten, Art. 2 8. huiselijk en maatschappelijk leven, in kennis van Regel en Statuten, in het trouw bijwonen van de maandvergaderingen en de andere plechtigheden der Orde. b) meer dan de overige bestuursleden is hij gehouden tot een1'ge waakzaamheid over het gedrag der leden, vooral der novicen, en over het nakomen der door den Regel voorgeschreven leefwijze; van hem vooral zal meermalen eene welgemeende vermaning, een hartelijk gesproken woord goed aangenomen worden en nut voortbrengen; c) meer dan de anderen is hij verplicht de zieken te bezoeken en toe te zien of zij, die daartoe zijn aangewezen, dezen plicht van liefde naar behooren vervullen. 2o. Bij afwezigheid van den Directeur zal, met diens machtiging, de prefect de bestuursvergaderingen voorzitten. 3o. Hij zal ook toezien of de overige bestuursleden, inzonderheid de secretaris en de penningmeester, hunne bediening goed waarnemen. Vooral ten opzichte van den penningmeester is dit toezicht noodzakelijk; want, rust op dezen de verplichting op bepaalde tijden rekening en verantwoording te doen, op den prefect rust de verplichting die rekening nauwkeurig te onderzoeken, opdat ook onvrijwillige fouten in het geldelijk beheer door goede controle onmiddellijk uit den weg geruimd worden. 4o. Bij plechtigheden van kleeding en professie zal hij den Directeur behulpzaam zijn; wanneer de kleeding of de professie (welke in volle vergadering der leden, in het openbaar moet plaats hebben) om bijzondere redenen somtijds in. stilte geschiedt, is het toch passend, dat tenminste de prefect daarbij tegenwoordig is, 5o. Bij de Hernieuwing der professie zal de prefect in aller naam het formulier der hernieuwing uitspreken; eveneens zal hij, indien de Directeur zelf het niet doet, de jaarlijksche toewijding aan het Heilig Hart in aller naam verrichten. 60. Wanneer de Tertiarissen gezamenlijk aan eene processie, eene begrafenis enz. deelnemen, zal de prefect voor de goede regeling zorg dragen en tevens toezien, dat de Derde Orde daarbij de haar toekomende plaats inneme. § 2. De onderprefect(e) of assistent(e). 1. De bijzondere taak van den onderprefect (assistent) is: lo. Hij zal den prefect in het volbrengen zijner plichten, waar het noodig is, zooveel mogelijk behulpzaam zijn. 2o. Hij zal de plaats van den prefect innemen en diens taak volbrengen, wanneer deze, om welke redenen ook, afwezig of verhinderd is. 2. De onderprefect (assistent) wordt bij voorkeur aangewezen om te zorgen voor de verspreiding der maandschriften en andere lectuur, ofschoon deze taak ook aan een ander bestuurslid kan opgedragen worden. Hiervoor zal hij, zoo noodig, eenige propagandisten (wijkmeesters, zelatricen, enz) onder zich hebben. 3. Om deze taak naar behooren te volbrengen, zal hij op de volgende wijze te werk gaan: a) hij moet eene lijst hebben der abonné's van het maandschrift Sint Franciscus en van DeTertiaris, waarvan alle exemplaren in één pakket aan zijn adres zullen verzonden worden; b) zoodra hij de maandschriften ontvangen heeft, deelt hij ze in partijen en geeft deze aan de propagandisten (zelatricen) ter verspreiding; ook is het raadzaam hun ten minste nu en dan eenige losse nummers mede te geven om ze bij niet-geabonneerden gratis te verspreiden. De propagandisten of zelatricen zullen ook eene lijst hebben van de abonné's hunner wijk, welke lijst zij, na hun werk verricht te hebben, bij den assistent (assistente) zullen terugbrengen; c) hij zorge ook dat de abonnementsgelden voor Sint Franciscus en De Tertiaris vóór Mei worden opgehaald en aan de Administratie „S int Franciscus" Minderbroeders, Woerden, opgezonden; andere lectuur, welke zij verspreiden en die niet gratis gegeven wordt, moeten zij contant laten betalen; d) hij zal nauwkeurig aanteekenen, wie de abonnementsgelden enz. betaald hebben en het ontvangen geld zoo spoedig mogelijk bezorgen bij den penningmeester. § 3. De secretaris (secretaresse). lo. Na afloop der plechtigheid van kleeding en professie moet de inschrijving in het Register der Vereeniging geschieden. De inschrijving is noodzakelijk, opdat de betrokkenen geldig lid der vereeniging zijn. Men noteer e: naam, voornaam, woonplaats en de datums van geboorte, inkleeding en professie. Deze inschrijving moet bevestigd worden door de handteekening van den priester die de plechtigheid verrichtte. De Directeur kan deze inschrijving opdragen aan den secretaris, die haar dan nauwkeurig behoort te doen, Behalve het eigenlijk Register der Vereeniging, dat bij den Directeur berust, houde het Bestuur nauwkeurige ledenlijsten. De zorg hiervoor worde den secretaris opgedragen. Het z.g. kaarten-systeem verdient aanbeveling. 2o. De secretaris heeft ook tot taak, het Memoriaalboek of Kroniekenboek der Vereeniging bij te houden; daarin zal hij aanteekenen: oprichting der Vereeniging, aanstelling van Directeur, verkiezing van bestuursleden, ondernomen sociale en liefdadige werken enz., bijzondere bepalingen in de bestuursvergaderingen vastgesteld, bijzondere plechtigheden als triduüm, visitatie, jubelfeesten, enz. Ook worde daarin opgenomen alles, waarvan de herinnering dient bewaard te blijven. Hij beware tevens alle officieele stukken. 3o. Bij iedere bestuursvergadering zal hij eenige notulen opstellen van hetgeen verhandeld wordt, ze in het Notulenboek inschrijven en ze in de volgende vergadering voorlezen. 4o. Geregeld zal de secretaris opzenden naar „DeRedactie Sint Franciscus te Weert (L.)": a) de namen der overleden broeders en zusters met den datum van professie en van overlijden; b) de bijdragen voor de S e r a p h ij nsche Kroniek, namelijk: verslagen van triduüms, plechtigheden van kleeding en professie, visitatie, bijzondere ondernemingen, bijzondere teekenen van bloei en andere vermeldenswaardige feiten. 5o, Ieder jaar in de maand April, indien de Directeur het hem opdraagt, moet hij aan „Den Zeereerw. Pater Commissaris der Derde Orde, Minderbroedersklooster, Weert (L.)" opzenden den „Staat van de Vereeniging" volgens een formulier, dat te voren aan den Directeur daartoe verstrekt wordt; het verdient aanbeveling daarbij te voegen een verslag over den bloei en de werkzaamheid der Vereeniging. 60. De professieplaten zal hij invullen, ze den Directeur en den Prefect ter onderteekening geven, en ze voorzien van den stempel * der Vereeniging. 7o. Verder kan den secretaris nog het voeren der gewone correspondentie worden opgedragen. § 4. De penningmeester (penningmeesteresse). De taak van den penningmeester is deze: lo. Hij collecteert op de vergaderingen der leden of zorgt dat de collecte hem na afloop der vergadering geregeld worde ter hand gesteld. 2o. Waar contributie geheven wordt zal de penningmeester ze, of persoonlijk, of door daartoe aangestelde wijkmeesters (zelatricen^ propagandisten, enz.) geregeld op den bepaalden tijd innen en in een afzonderlijk register nauwkeurig aanteekening houden van hen, die daaraan voldaan hebben. 3o. Ook moet hij bezorgd zijn, dat alle andere giften en inkomsten hem zonder uitstel worden overgedragen. 4o. In het Kasboek moet hij nauwkeurig aanteekening houden van alle inkomsten en uitgaven en zorgen dat zij onder verschillende vaste titels duidelijk geboekt worden, namelijk: INKOMSTEN. a. Maandelijksche collecte. b. Contributie. c. Giften. (i. Opbrengst van 1) Maandschrift Sint Franciscus; 2) Maandblad De Tertiaris;, 3) Andere lectuur. e. Opbrengst van scapuliers, koorden, professieplaten, handboeken, gebedenboeken, liederenboek j es, insignes, enz. f. Intrest van kapitaal. g. Bijdragen voor werken van godsdienstijver of barmhartigheid. h. Andere inkomsten. UITGAVEN. a. H.H. Missen voor levenden of overledenen. b. Altaar- en kerkbenoodigdheden. c. Giften aan armen en zieken. d. Uitgaven aan 1) Maandschrift Sint Franciscus; 2) Maandblad De Tertiaris; 3) Maandbriefjes en andere lectuur. e. Uitgaven voor scapuliers, koorden, professieplaten, handboeken, gebedenboeken, liederenboekjes, insignes, enz. f. Uitgaven voor tijdschriften en andere boeken ten gebruike van den Directeur.*) g. Bijdrage voor het Secretariaat der Derde Orde te Weert.**) h. Onkosten voor werken van godsdienstijver of barmhartigheid, met duidelijke omschrijving van iedere post. i. Huur, belasting, premie voor brandassurantie, enz. van de roerende en onroerende goederen, welke de Vereeniging in eigendom of in gebruik heeft. k. Intrest voor geleende gelden. 1. Correspondentiekosten. m. Andere uitgaven. 5o. Ook zal de penningmeester zorgen, dat *) Deze blijven eigendom der Vereeniging, opdat zij ook ten gerieve van opvolgende Directeurs dienen; daarom zal dit in die boeken zelf aangeteekend, of zal het stempel der Vereeniging daarin gedrukt worden. **) Vergelijk Statuten der Federatie § 7, n. la en c. Elke vereeniging stort jaarlijks minstens ƒ2.50 in de Bondskas, terwijl ook andere vrijwillige bijdragen zeer welkom zijn. er altijd voldoende voorraad aanwezig zij van scapuliers, koorden, professieplaten, handboeken gebedenboeken , liederenboekjes , maandbrief jes, insignes, enz,, we^e hij steeds tijdig zal bestellen aan het door het S e c r en t ari a ai d e r Derde Or de bepaalde adres. 60. Van alle inkomsten en uitgaven brengt de penningmeester verslag uit op de maandelijksehe bestuursvergadering. 7o. Minstens eens in het jaar zal hij in eene bestuursvergadering, met overlegging van kas en boek, rekening en verantwoording doen van zijn beheer, goed te keuren door het Bestuur. X.B. De penningmeester zal hierbij in het oog houden, dat het een volstrekt valsche meening is, dat nauwkeurige controle wantrouwen veronderstelt; integendeel, zij beoogt juist het vertrouwen te versterken en te bevestigen, wijl bij onvoldoende toezicht onwillekeurig minder goede praktijken bestendigd worden, welke meermalen de goede verstandhouding en het vertrouwen verstoren, i HOOFDSTUK IV. Bestuursvergaderingen. 1. Overeenkomstig het „Ceremonieel der Derde Orde van dein H, Franciscus, goedgekeurd door de H. Congregatie der Ke r k g eb ruike n> 18 Juni 1 88 3", moet iedere maand de bestuursvergadering gehouden worden. Het is raadzaam in het Huishoudelijk Regie ment dag en uur vast te stellen, waarop deze maandelijksche bestuursvergadering geregeld kan plaats hebben. Bovendien kan de Directeur de bestuursleden te zamen roepen, zoo dikwijls hij het noodig mocht oordeelen. 2. Voorzitter in de bestuursvergaderingen is, de Directeur der Vereeniging. Wanneer de Directeur verhinderd is de bestuursvergadering le leiden, kan hij den prefect en na dezen den onderprefect daartoe machtigen; de besluiten dier vergadering behoeven echter de goedkeuring van den Directeur. 3. In de bestuursvergaderingen wordt be- raadslaagd over de belangen der Vereeniging en hetgeen rechtstreeks of zijdelings betrekking heeft op de Derde Orde, terwijl alle andere onderwerpen buiten bespreking blijven. 4. Gewichtige en buitengewone zaken of ondernemingen moeten niet in dezelfde vergadering voorgesteld en beslist worden, Doch men zal eerst over de zaak beraadslagen en ze verder ter overweging aanhouden tot een volgende vergadering, om ze dan nog eens te bespreken en zoo mogelijk tot beslissing te komen. 5. De bestuursleden moeten bij alle beraadslagingen met bescheidenheid maar ook vrijmoedig hunne meening te kennen geven en openhartig zeggen, wat zij tegen een of ander voorstel hebben in te brengen. Zij zouden waarlijk de goede zaak een geringen dienst bewijzen, wanneer zij altijd alles, wat voorgesteld wordt, ook zelfs tegen hun gevoelen in, maar volmondig goedkeurden. 6. Wanneer uit de beraadslagingen blijkt, dat de gevoelens over eene te nemen beslissing verschillen, kan men overgaan tot stem- ming, waarbij de minderheid zich onderwerpt aan de beslissing der meerderheid. Bij staking van stemmen komt de beslissing toe aan den Directeur, die als Voorzitter meestemt. In beslissingen over geldelijke zaken bepaalt de Directeur zich tot aanbeveling en toezicht en bij staking van stemmen geldt het voorstel dan als verworpen, tenzij het bestuur de beslissing overlaat aan den Directeur.*) 7. Eindelijk worde nog in herinnering gebracht, dat de bestuursleden over alles, wat in de vergaderingen besproken wordt tot het strengste stilzwijgen verplicht zijn. 8. Om de zaken in de bestuursvergaderingen ordelijk te behandelen, is het aan te raden zich te houden aan eene Agenda of lijst van werkzaamheden, zooals wij hier laten *) Zie Verslag van het 3e Congres van Directeurs der Derde Orde, gehouden in het Minderbroedersklooster te Wychen, bladz. 18: „Referaat van P. Paulus Stein." Vgl. ook Maandblad voor Directeuren der Derde Orde, 3e Jaargang, bladz. 46: „Beschikking over tijdelijke zaken." volgen. Het spreekt v^n, zelf dat niet alle daarin aangegeven punten overal te pas komen en ook niet alle op iedere vergadering behoeven behandeld te worden. Toch dienen die punten welke met vette letter gedrukt zijn, in iedere maandelijksche bestuursvergadering yan; iedere vereeniging behandeld te worden. Agenda der maandelijksche bestuursvergadering. I. Opening. ,,! Gebeden voorgeschreven in het Ceremonieel der Derde Orde (zie Aanhangsel I, bladz. 39). II. Verslagen. a. Voorlezing van de notulen der vorige vergadering. b. Verslag van den secretaris over den staat der registers (namelijk: welke leden sedert de laatste vergadering overleden, vertrokken of om andere redenen uitgetreden zijn.) c. Verslag van den penningmeester over de inkomsten en uitgaven der laatste maand. d. Verslag van den assistent (of het be¬ stuurslid daartoe aangesteld) over vermeer- dering of vermindering van abonnementen op Sint Franciscus en De Tertiaris, over verspreiding van vlugschriften of andere lectuur. III. Besprekingen over de leefwijze. De leefwijze der leden en meer bijzonder de leefwijze der novicen, voor zoover betreft het naleven van den Regel, en wel: a) het bijwonen der maandvergaderingen en andere plechtigheden der Vereeniging; b) het dagelijksch bijwonen der H. Mis; c) het ontvangen der HH. Sacramenten; d) net onderhouden der godvruchtige gebruiken. Verder ook betreffende: e) hetgeen indruischt tegen de plichten van een waar katholiek leven, b.v. het aangaan of toestaan van gemengde verkeering, het zenden der kinderen naar neutrale scholen, het deelnemen aan neutrale vereenigingen, het steunen van neutrale of ongodsdienstige kranten, enz,; f) de zucht naar weelde, vooral in kleeding en wel bijzonder het kwetsen der welvoeglijk- heid en eerbaarheid in de kleederdracht; g) het deelnemen aan gevaarlijke en loszinnige vermaken; h) het overtreden der matigheid vooral in het gebruik van drank; i) het lezen van gevaarlijke kranten en boeken; k) het veroorzaken van twist en tweedracht; 1) het spreken van lichtzinnige en onkuische taal. IV. Beraadslagingen. a. Over de postulanten; namelijk wie of wat zij zijn, hoedanig hun gedrag is, of zij tot de kleeding kunnen toegelaten worden. b. Over de onderhouding van den Regel; namelijk welke middelen kunnen aangewend worden om de leden tot volmaakter onderhouding van een of ander voorschrift te brengen of om ze daarin behulpzaam te zijn. Hierbij kan men tevens beraadslagen over het aanvragen der visitatie, het houden van een triduüm, alsook of verandering moet gebracht worden in de bestaande plechtigheden en of er nieuwe ingevoerd kunnen worden, enz. c. Over de zieken; welke leden ziek zijn, door wie zij moeten bezocht worden, of er onder hen zijn, die bijzonderen steun behoeven, in hoeverre die steun kan verleend worden. d. Over de werken van godsdienstijver en barmhartigheid door de Vereeniging ondernomen; over het steunen van buiten de Vereeniging bestaande werken en instellingen. V. Rondvraag. Gelegenheid voor eenieder om vragen te stellen en een of ander voorstel te doen. Ten slotte kan bepaald worden of er eenig verslag, opgave of bericht zal worden opgezonden naar de Redactie der maandschriften. Is eenige afkondiging in de aanstaande vergadering noodig of gewenscht, dan wordt dit, zoo noodig, aan den Directeur gevraagd. VI. Sluiting. Gebeden voorgeschreven in het Ceremonieel der Derde Orde (zie Aanhangsel I, bladz. 40). HOOFDSTUK V. Verkiezing der bestuursleden. r. Bij de oprichting eener Vereeniging der Derde Orde wordt een bestuur benoemd door den daartoe gevolmachtigden priester. Daarna moet, zoo dikwijls een of meer bestuursleden aftreden, telkens door verkiezing in nieuwe bestuursleden voorzien worden. 2. Deze verkiezingen worden bij voorkeur gehouden ter gelegenheid der visitatie. Zij geschieden door middel van stembriefjes, waarop ieder stemgerechtigde de namen aangeeft van hen, die hij wenscht te kiezen. De prefect(e) wordt afzonderlijk gekozen. 3. De verkiezing geschiedt in eene algemeene vergadering, waarbij alle leden, die de professie hebben afgelegd, stemgerechtigd zijn; de wijze waarop deze verkiezing zal plaats hebben kan door iedere vereeniging in haar H u i s h o u d e 1 ij k Reglement worden omschreven. Het bestuur kan een candidaten-lij st opmaken overeenkomstig art. 3 0 der Statuten. 4. Om zeer bijzondere redenen, te beoordeelen door den Visitator, kan de verkiezing geschieden door het bestuur met inbegrip van Visitator en Directeur. 5. In geval van tusschentijdsche vacature kan door het bestuur een tijdelijke plaatsvervanger gekozen worden. 6. Bij alle verkiezingen zijn de Visitator, zoo hij aanwezig is, en de Directeur stemgerechtigd en heeft bij staking van stemmen de Voorzitter de beslissing. 7. Alle leden der Vereeniging, die de professie hebben afgelegd, zijn tot elke bediening verkiesbaar. De aftredende bestuursleden kunnen éénmaal voor drie jaar herkozen worden; daarna kunnen zij opnieuw gekozen worden, wanneer een termijn van tenminste één jaar na de aftreding verstreken is. De prefect kan als zoodanig éénmaal herkozen worden, ook al zou hij te voren reeds deel uitgemaakt hebben van het bestuur. 8. Vóór en na de verkiezingen moeten de gebeden verricht worden, daartoe bijzonder in het Ceremonieel der Derde Orde aangegeven. (Zie Aanhangsel II, bladz. 42.) 9. De slemgerechtigden moeten het zich tot een ernstigen plicht rekenen, diegenen te kiezen, die zij het meest geschikt achten om in het bestuur het welzijn der Orde en van hare leden te behartigen. Daarom moeten zij hunne stem uitbrengen op vertrouwde personen van onbesproken gedrag, ijverig voor alles wat de Derde Orde betreft en die tevens over den noodigen tijd beschikken om hunne bediening goed waar te nemen. (Zie hetgeen hieromtrent gezegd is, Hoofdstuk II, bldz. 9). 10. Daarbij moeten zij tevens in aanmerking nemen, dat een bestuur des te geschikter is, naarmate daarin de verschillende standen, alsook de verschillende wijken en buurten der plaats vertegenwoordigd zijn. Hoofdzaak blijft echter altijd, dat de bestuursleden in staat zijn mede te werken tot den bloei en de weldadige werking der Derde Orde, tot verlevendiging van den chrislelijken geest en tot herstel van alles in Christus. AANHANGSEL. I. GEBEDEN BIJ DE BESTUURSVERGADERINGEN. Bij het begin der vergadering. Kom, Heilige Geest, vervul de harten uwer geloovigen, en ontsteek in hen het vuur uwer liefde. Onder uwe bescherming nemen wij onze toevlucht, heilige Moeder Gods; verstoot onze gebeden niet in onze noodwendigheden maar verlos ons altijd van alle gevaren, o roemrijke en gezegende Maagd. Zie, o zalige Vader Franciscus, van uit de verheven woonplaats der hemelen neder, en spreek ten beste voor uw volk, dat volk, hetwelk gij uitgekozen hebt, om onder uwe oogen ten allen tijde den Heer te dienen. Heer, ontferm U onzer. Christus, ontferm U onzer. Heer, ontferm U onzer. Onze Vader, (i n s t i 11 e). V. En leid ons niet in bekoring. R. Maar verlos ons van den kwade. V. Gedenk uwe vergadering. R. Die gij bezeten hebt van het begin. V. Heer, verhoor mijn gebed. R. En mijn geroep kome tot U. V. De Heer zij met u. R. En met uwen geest. LAAT ONS BIDDEN. Wij bidden U, Heer, bestraal onze harten met het licht uwer klaarheid, opdat wij mogen kennen wat wij moeten doen, en mogen doen wat rechtvaardig is. Door Christus onzen Heer. R. Amen. Bij het einde der vergadering. Heer, ontferm U onzer. Christus, ontferm U onzer. Heer, ontferm U onzer. Onze Vader, (in stilte). V. En leid ons niet in bekoring. R. Maar verlos ons van den kwade. V. Gedenk uwe vergadering. R. Die gij bezeten hebt van het begin. V. Heer, verhoor mijn gebed. R. En mijn geroep kome tot U. V. De Heer zij met u. R. En met uwen geest. LAAT ONS BIDDEN. Wij bidden U, Heer, verleen ons de hulp uwer genade, opdat hetgeen wij door uwe verlichting als onzen plicht kennen, wij door uwen bijstand mogen vervullen. God, zonder wien niets krachtig, niets heilig is, vermeerder over ons uwe barmhartigheid, opdat wij, onder uwe bestiering en leiding, zulk gebruik maken van de tijdelijke goederen, dat wij de eeuwige niet verliezen. Door Christus onzen Heer. R. Amen. Wij bedanken U, almachtige God, voor al uwe weldaden. Die leeft en heerscht in de eeuwen der eeuwen. R. Amen. V. Zegenen wij den Heer. R. Gode zij dank. V. En dat de zielen der geloovigen doorGods barmhartigheid rnsten in vrede. R. Amen. II. GEBEDEN BIJ DE VERKIEZINGEN. Vóór de verkiezing. Kom, Geest en Schepper, Bezoek de zielen der uwen, En vervul met hemelsche genade De harten die gij geschapen hebt. Gij wordt genoemd Vertrooster, Gave van den allerhoogsten God, Levende Bron, Vuur, Liefde En geestelijke Zalving. Gij zijt zevenvoudig in uwe gaven, De Vinger van 's Vaders rechterhand; Gij, de ware belofte des Vaders, Die de stem met woorden verrijkt. Ontsteek het licht voor onze zinnen, StortJiefde in onze harten, Ons sterkend door uwe kracht Om de zwakheden des lichaams te verdragen. Verdrijf verre van ons den vijand En geef ons spoedig den vrede; Terwijl gij ons aldus voorgaat, Mogen wij al wat schaadt vermijden. Geef dat wij door U den Vader kennen; Door U ook kennen den Zoon; En in U, beider Geest, Ten allen tijde gelooven. Glorie zij aan God den Vader, En aan den Zoon, die van de dooden Is opgestaan, en aan den Vertrooster, Door de eeuwen der eeuwen. Amen. V. Zend uwen Geest uit, en zij worden geschapen. R. En gij vernieuwt het aanschijn der aarde. LAAT ONS BIDDEN. God, die de harten der geloovigen door de verlichting van den Heiligen Geest hebt onderwezen: geef ons in denzelfden Geest de ware wijsheid te.bezitten en ons altijd over zijne vertroosting te verblijden. Door Christus onzen Heer. R. Amen. Nu de verkiezing. U, o God, loven wij: U, Heer, prijzen wij. U, eeuwigen Vader, eert geheel de aarde. Tot U juichen alle Engelen, de hemelen en l alle machten. Tot U juichen de Cherubijnenen Serafijnen in rusteloozen zang: Heilig, Heilig, Heilig Heer, God der heerscharen. Hemel en aarde zijn vol van de majesteit uwer glorie. U looft het roemrijke koor der Apostelen, ƒ U looft het lofwaardig getal der Profeten, li looft het luisterrijk heir der Martelaren. U belijdt de heilige Kerk over geheel de . aarde. Vader van onmetelijke Majesteit, Uwen aanbiddenswaardigen waren en eenigen Zoon, Alsmede den Heiligen Geest, den Vertrooster. Gij zijl de Koning der Glorie, o Christus. Gij zijl de eeuwige Zoon des Vaders. Gij hebt, toen gij om ons te verlossen de nienschheid zoudt aannemen, den schoot eener Maagd niet geschroomd. (lij hebt, na den prikkel des doods verwonnen Ie hebben, den geloovigen het hemelrijk geopend. Gij zit aan de rechterhand Gods in de heerlijkheid des Vaders. Wij gelooven, dat gij als Rechter zult komen. W ij bidden U d a n, kom uwen d i en aren te h U 1 p d i e G ij met uw k o s tbaar bloed hebt v r ij g ek och t. Geef dal zij in de eeuwige glorie onder het getal uwer Heiligen mogen zijn. Red uw volk, o Heer, en zegen uw erfdeel. En bestuur hen en verhef hen tot in eeuwigheid. Eiken dag prijzen wij U. En wij loven uwen Naam in de eeuwigheid en in de eeuwigheid der eeuwigheden. Gewaardig U, Heer, ons dezen dag zonder zonden te bewaren. Ontferm U onzer, Heer, ontferm U onzer. Uwe barmhartigheid, o Heer, kome over ons, gelijk wij gehoopt hebben op U. Op U, Heer, heb ik gehoopt, in eeuwigheid zal ik niet beschaamd worden. V. Bevestig het, o God, wat gij in ons gewrocht hebt. R.Vanwege uwen heiligen tempel, die te Jeruzalem is. V. Bid voor ons, heilige Moeder Gods. R. Opdat wij de beloften van Christus waardig worden. V. Gij hebt, o Heer, uwen dienaar Franciscus geteekend. R. Met de teekenen onzer verlossing. V. Heer, verhoor mijn gebed. R. En mijn geroep kome tot U. V. De Heer zij met u. R. En met uwen geest. LAAT ONS BIDDEN. God, wiens barmhartigheden zonder tal zijn en wiens goedheid een onuitputbare schat is, wij brengen dank aan uwe goedertieren Majesteit voor de verleende weldaden, terwijl wij uwe goedheid voortdurend smeeken, dat gij, die aan de biddenden geeft, hetgeen zij U vragen, hen nimmer verlaat, maar hen tot de toekomstige belooningen geschikt maakt. God, die door de Onbevlekte Ontvangenis der Maagd uwen Zoon eene hem waardige woonplaats bereid hebt: wij bidden, dat gij, die om den dood van uwen Zoon, door U voorzien, haar voor elke smet hebt gevrijwaard, door hare voorspraak ook ons zuiver tot U moogt laten komen. Heer Jezus Christus, die, toen de wereld in de liefde verkoelde, om onze harten door het vuur uwer l;efde te ontsteken, in het lichaam van onzen allerzaligsten Vader Franciscus de heilige teekenen van uw lijden vernieuwd hebt: geef genadig, dat wij door zijne verdiensten en gebeden het kruis gedurig mogen dragen en waardige vruchten van boetvaardigheid voortbrengen. Die leeft en heerscht in de eeuwen der eeuwen. R. Amen. V. Zegenen wij den Heer. R. Gode zij dank. De zegen van den almachtigen God, den Vader, en den Zoon f en den Heiligen Geest dale over u neder en blijve altijd. R. Amen. III. VOLGORDE BIJ HET OPRICHTEN EENER NIEUWE VEREENIGING. Ritus servandus in aperienda nova Congregatione. Praeses Congregationem aperiet cantando: Psalm 110. Confitebor tibi, Domine, in toto corde meo: in consilio jus tor um, et congregatione. Magna opera Domini: exquisita in omnes voluntates ejus. Confessio et magnificentia opus ejus: et justitia ejus manet in saeculum saeculi. Memoriam fecit mirabilium suorum, misericors et miserator Dominus: escam dedit timentibus se. Memor erit in saeculum testamenti sui: virtutem operum suorum annuntiabit populo suo. Ut det illis haereditatem gentium: opera manuum ejus veritas, et judicium. Fidelia omnia mandata ejus, confirmata in saeculum saeculi: facta in veritate et aequitate. Redemptionem misit populo suo: mandavit in aeternum testamentum suum. Sanctum et terribile nomen ejus: initium sapientiae timor Dcmini. Intellectus bonus omnibus facientibus eum: laudatio ejus manet in saeculum saeculi. Gloria Patri, etc. V. Sperate in eo omnis congregatio populi. R. Effundite coram illo corda vestra. Oremus. Omnipotens sempiterne Deus, qui misericordia tua hos fideles specialiter aggregasti: in eorum corda, quaesumus, Paraclitum, qui a te procedit infunde, illosque in tua fide et cantate corrobora; ut temporali congregatione proficiant ad aeternae felicitatis augmentum. Deus, qui de vivis et electis lapidibus aeternum majestati tuae praeparas habitaculum: largire his fidelibus benediclionem tuam; ut et ipsi tamquam lapides vivi superaedificentur super lapidem vivum Dominum nostrum Jesum Christum Filium tuum. Defende, quaesumus Domine, beata Maria semper Virgine intercedente, islam ab omni adversitate familiam; et toto corde tibi prostratam, ab hostii m propilius tuere clementer insidiis. Per Dominum etc. R. Amen. : Deinde recitatis Veni Creator et precibus initio Congregation u m s o 1 i t i s*), Praeses Officiales nominabit. Demum dies di versa s pro lucrandis infra annum in J dulgentiis annuntiabit: et primum hunc conventum' absolvet Hymno Te Deum**); et pos t Hymnum dieet: V. Benedicamus Patrem et Filium cum sancto Spiritu. R. Laudemus et superexaltemus eum in saecula. *) Zie Handboek bladz. 92. " **) Zie H a n d b o e k bladz. 123. V. Confirma hoe, Deus, quod operatus es in nobis. R. A templo sancto tuo, quod est in Jerusalem. V. Memor esto Congregationis tuae. R. Quam possedisti ab initio. V. Domine, exaudi orationem meam. R. Et clamor meus ad te veniat. V. Dominus vobiscum. R. Et cum spiritu tuo. Oremus. Deus, cujus misericordiae non est numerus, et bonitatis infinitus est thesaurus: piissimae majestati tuae pro collatis donis gratias agimus, tuam semper clementiam exorantes; ut qui peteritibus postulata concedis, eosdem non deserens ad praemia futura disponas. Deus, largitor pacis, et amator caritatis: da famulis tuis in nomine tuo congregatis veram cum tua voluntate concordiam; ut ab omnibus liberentur adversis. Deus, qui per immaculatam Virginis Con- ceptionem dignum Filio tuo habitaculum praeparastr.quaesumus; ut qui ex morte ejusdem Filii tui praevisa, eam ab omni labe praeservasti, nos quoque mundos, ejus intercessione, ad te pervenire concedas. Deus, qui Ecclesiam tuam beati Patris mostri Francisci meritis foetu novae prolis amplificas: tribue nobis ex ejus imitatione terrena despicere, et coelestium donorum semper participatione gaudere. Per Dominum, etc. R. Amen. V. Benedicamus Domino. R. Deo gratias. V. Fidelium animae per misericordiam Dei requiescant in pace. R. Amen. Datur in fine benedictio sanctissimi Sacramenti, vel saltem, benedictio simplex sicut in die r e c e p t i o n i s. Post caeremoniam, Praeses cum Officialibus collocabit in Archivio documentum receptio- num et profes sionum aliosque Congr egationis li bros cum propriis titulis, simulque testimonium erectionis factae authenticum, quod c o n c i p i p o t e s t h i s verbis: Anno Domini. .. . mense. ... die. .. .Infrascriptus ego N. Guardianus (v e 1 Visitator, aut Moderator, a u t Sacerdos facultatibus legitimis a N. receptis munitus) erexi Sodalitatem Tertiariorum S. Francisci sub invocatione et patrocinio S. N., in loco N., Testibus N. N. praesentibus. In quorum fidem cum Testibus subscripsi. INHOUD Inleiding bladz. 3 Hoofdstuk I. Leiding en Bestuur der Derde Orde „ 5 § 1. Geestelijke Leiding en uitoefeningvan rechtsmacht 5 §2. Plaatselij k Bestuur . . . . „ 8 Hoofdstuk II. Algemeene plichten van het bestuur 9 Hoofdstuk III. De verschillende ambten in het bestuur „ 16 §1. De prefect (prefecte). . . 17 § 2. De onderprefect(e) of assistent (e) „ 20 §3. De secretaris (secretaresse) „ 22 §4. De penningmeester (pen- ningmeesteresse). . „ 25 Hoofdstuk IV. Bestuursvergaderingen . „29 Agenda der maandelijksche Bestuursvergadering . . ,, 32 Hoofdstuk V. Verkiezing der bestuursleden „ 36 Aanhangsel I. Gebeden bij de bestuursvergaderingen 39 Aanhangsel II. Gebeden bij de verkiezingen „ 42 Aanhangsel III. Volgorde bij het oprichten eener nieuwe Vereeniging „ 48 Electr. Drukkerij A. J. M. v. d. Drift — Delft