HET GASTRATIEVRAAGSTUK EEN ONDERZOEK NAAR DE GEVALLEN VAN CASTRATIE VAN SEXUEEL ABNORMALE PERSONEN IN NEDERLAND EN IN HET BUITENLAND door Dr. J. SANDERS met medewerking van Prof. Dr. L. VAN DER HORST Arts C. T. KORTENHORST en Dr. M. WESTERTERP 's-G RAVEN H AG E — G. NAEFF - 1935 HET CASTRATIEVRAAGSTUK EEN ONDERZOEK NAAR DE GEVALLEN VAN CASTRATIE VAN SEXUEEL ABNORMALE PERSONEN IN NEDERLAND EN IN HET BUITENLAND DOOR Dr. J. SANDERS MET MEDEWERKING VAN Prof. Dr. L. VAN DER HORST Arts C. T. KORTENHORST en Dr. M. WESTERTERP 's-GRAVENH AGE — G. NAEFF — 1935 INHOUD. Bladz. Woord vooraf ^ Inleiding ~ Geschiedenis der castratie .11 Eigen onderzoek xg De castratiegevallen uit het Buitenland 36 Castratie van vrouwen 52 Slotsom ^ Tabellen Literatuur TO~ WOORD VOORAF. Zijne Excellentie de Minister van Justitie heeft tijdens de bespreking van Hoofdstuk IV (departement van justitie) in de zitting van de Tweede Kamer op 6 December 1934 over de castratie onder anderen het volgende gezegd (zie Handelingen blz. 842): „Laat men eerst van particuliere zijde in de verschillende wetenschappelijke kringen, door moraal-philosophen, medici en juristen, een onderzoek doen instellen en rapport uitbrengen". Deze wenk was voor één onzer (S.) aanleiding het initiatief te nemen tot de vorming van een commissie van artsen, om een zuiver medisch, wetenschappelijk onderzoek in te stellen naar de castratie zoowel hier te lande als in het buitenland. Het rapport is samengesteld door Dr. j. Sanders, met medewerking van de andere ondergeteekenden. Prof. Dr. L. van der Horst. Arts C. T. Kortenhorst. Dr. J. Sanders. Dr. M. Westerterp. INLEIDING. Een juiste begrenzing, van hetgeen in de volgende bladzijden zal worden besproken, is niet alleen gewenscht maar noodzakelijk. Immers in openbare besprekingen blijkt maar al te vaak een groote begripsverwarring te bestaan tusschen het hier te behandelen onderwerp, de castratie, en de sterilisatie. Men zou eigenlijk castratie een bepaalde vorm van sterilisatie kunnen noemen. Sterilisatie zou dan beteekenen het opheffen van het voortplantingsvermogen. Dit zou echter tot zeer groote verwarring aanleiding kunnen geven. Het is daarom noodig het begrip castratie niet tot de sterilisatie in den gewonen zin van het woord te rekenen. Onder sterilisatie verstaan wij de operatie, die alleen opheffing van het voortplantingsvermogen, onder castratie die, welke het opheffen van de geslachtsdrift tot doel heeft. In de volgende tabel zijn de verschillen tusschen sterilisatie en castratie aangegeven. sterilisatie castratiel) 1. reden de aanwezigheid van onge- de aanwezigheid van voor wenschte erffactoren. den persoon zeer hinder¬ lijke, sexueele neigingen. 2. doel eugenetisch;alleenhetvoor- therapeutisch; alleen het komen van een nage- genezen van deze neislacht. gingen. 3. methode doorsnijden of afbinden van verwijderen van zaadballen zaad- of eileider. of eierstokken. 4. gevolg opheffing van het voort- opheffing of sterke vermin- plantingsvermogen met dering van de geslachtsbehoud van de geslachts- drift en alle daarmee drift. samenhangende abnor¬ male neigingen; voortplantingsvermogen tevens opgeheven. Het doel van de sterilisatie is dus het opheffen van het voortplantingsvermogen om sociale redenen en uit rassenhygienisch 1) We laten hier voor een oogenblik buiten beschouwing de gevallen, waarin castratie noodzakelijk is wegens een organisch lijden der geslachtsklieren. oogpunt. De castrie is een medische behandeling, en dient om den persoon van een afwijking te genezen. Ten einde de gecastreerde gevallen in ons land te leeren kennen, hebben we de volgende circulaire tot alle psychiaters en chirurgen gericht: Geachte Collega, Wij hebben het plan opgevat een onderzoek in te stellen naar de oorzaken die, leiden tot, en de gevolgen van castratie, speciaal bij personen met abnormale sexueele neigingen. Dit doel hopen wij onder anderen te bereiken door een rondvraag aan de psychiaters en chirurgen hier te lande. Ten einde de gevolgen van de castratie voor den betrokkene te leeren kennen, is het natuurlijk niet noodig, dat de reden voor deze operatie juist van sexueelen aard is geweest. Castratie als therapie bij gezwel, tuberculose, of om andere reden is voor ons doel ook belangrijk. Zoo heeft Prof. Lange in Breslau de gevolgen nagegaan bij militairen, die in den oorlog door verwonding zijn gecastreerd. Het onderzoek zal van zuiver medischen aard zijn. Wij roepen voor het slagen er van Uw hulp in en verzoeken U daarom beleefd voor elk geval van castratie, dat U bekend is, de onderstaande vragen zoo uitvoerig mogelijk te beantwoorden en daarna deze antwoorden aan den laatsten ondergeteekende te zenden. Mocht U den patiënt in langen tijd niet hebben gezien en komt het U gewenscht voor hem nog eens te onderzoeken, dan zouden we dit zeer op prijs stellen. Of wel, U zendt de vragen rechtstreeks of via den patiënt naar diens huisarts met verzoek diens antwoord op de verschillende vragen aan de Uwe toe te voegen. Hoe meer gegevens wij krijgen, hoe aangenamer het ons zal zijn. Wij hopen Uw zeer gewaardeerd antwoord binnen één maand na ontvangst dezes te mogen ontvangen en danken U bij voorbaat voor Uwe moeite. Hoogachtend, coll., Prof. Dr. L. van der Horst, Amsterdam. Dr. M. Westerterp, Avereest. Arts C. T. Kortenhorst, 's-Hertogenbosch. Dr. J. Sanders, 's-Gravenhage, Van Alkemadelaan 350. Vragenlijst. 1. Ouderdom ten tijde van de operatie. Geslacht, beroep. 2. Datum der operatie. 3. Om welke reden is de patiënt gecastreerd? Liefst een zoo uitvoerig mogelijke beschrijving der symptomen. 4. In hoeverre en zoo ja, wanneer zijn de verschijnselen na de operatie verdwenen? 5. Zijn er na de castratie andere lichamelijke of geestelijke verschijnselen opgetreden? Zoo ja, welke? 6. Kan patiënt zijn beroep weer uitoefenen, of heeft hij een ander moeten kiezen? Zoo ja, welk en waarom? 7. In hoeverre heeft patiënt hinder van de verschijnselen, die na de castratie zijn opgetreden, in en buiten het beroep? 8. Welke invloed heeft de castratie gehad op de psychische en lichamelijke sexueele verhouding tusschen de echtgenooten? 9. Hoeveel tijd na de operatie hebt gij patiënt het laatst gezien en onderzocht? 10. Acht gij door de castratie den toestand van den patiënt verbeterd, gelijk gebleven of verminderd? En in hoeverre? 11. Komen er bij de grootouders, ouders, broers, zusters of kinderen van den patiënt ook lichamelijke of geestelijke afwijkingen voor? Zoo ja, welke? 12. Is patiënt zelf tevreden of ontevreden over de resultaten der castratie? Heeft hij er al dan geen spijt van in de operatie te hebben toegestemd? 13. Kan U ter toelichting van dit geval nog meer meedeelen, dat niet onder een der voorgaande vragen valt? In het Nederlandsch tijdschrift voor geneeskunde van 23 Maart 1935 is deze circulaire, maar dan bestemd voor alle artsen, afgedrukt. Zoodoende hebben we de ziektegeschiedenissen van 11 gecastreerde personen gekregen, welke in een afzonderlijk hoofdstuk worden meegedeeld. Wij zijn ons wel bewust, dat niet alle Nederlandsche gevallen ons bekend zijn geworden. Maar toch zijn we overtuigd, dat uit deze gevallen blijkt, dat de castratie meer in Nederland is en wordt toegf pastvoor sexueel abnormalen, dan menigeen vermoedt. Niemand zal de wettigheid ooit hebben betwijfeld van een castratie verricht wegens een organische afwijking van de geslachtsorganen. Dit is toch ook een zuiver medische behandeling, die een levensbelang voor den patiënt kan zijn en op één lijn gesteld kan worden met elke andere operatie. Wij hebben toch gemeend ook deze gevallen te moeten vermelden, omdat de eventueele lichamelijke en geestelijke veranderingen van den patiënt p. o. voor ons daarbij van belang waren. Dat personen echter wegens sexueele abnormale neigingen in ons land gecastreerd zijn, is van niet zoo algemeene bekendheid. En de vraag rijst daarbij, of dit wettelijk geoorloofd is. Op het eerste oog zal men deze twijfel misschien vreemd vinden en ongemotiveerd. Als immers de arts meent, dat hij door castratie een patiënt van zijn abnormale sexueele neiging kan genezen, dan is die operatie een zuiver medische behandeling, en dus geoorloofd. We komen in het laatste hoofdstuk hier nog op terug. GESCHIEDENIS DER CASTRATIE. Reeds in de oudheid werd de castratie toegepast. Möbius gelooft, dat eerst castratie aan krijsgevangen is verricht. De ervaring had reeds lang geleden geleerd, dat de moed door de castratie wordt verminderd. Aan de overwonnen, zoowel de levenden als de dooden, werden de geslachtsorganen afgesneden; de levenden werden slaven; hun geslachtsorganen waren overwinningstropheeën. Typhon neemt de penis van Osiris als trophee, Kronos castreert Okeanos; Jupiter doet evenzoo met Saturnus. David brengt aai: Saul 200 genitaliën, die hij aan de Phiïistijnen heeft afgesneden. De Egyptenaren sneden aan de overwonnenen ds hand of de penis af. Koningin Semiramis liet zwakke en ziekelijke mannen castreeren, om een minderwaardige nakomelingschap te voorkomen. In Athene en Rome, en later bij de Hunnen en Spanjaarden, werden sexueele misdadigers met castratie gestraft, en de Galliërs ontmanden hun slaven wegens diefstal. In China, Australië, Indië en bij de Indianen bestond de castratie als strafmaatregel. In Alexandrië bestond ongeveer 200 n. Chr. de verordening, dat alleen met toestemming van de justitie, die deskundig medisch advies had ingewonnen, mocht worden gecastreerd. Chardin beschrijft de Pekinger castratenfabriek, die alleen voor het Hof werkte. De keizer had 3000 eunuchen, iedere prins en prinses 30. In de middeleeuwen werden nog vaak de krijgsgevangenen gecastreerd, en in de Italiaansch-Abessynische oorlog van 1896 castreerden de Abessyniërs alle krijgsgevangen Italianen. Zelfs in het jaar 1920 zijn nog massacastraties in den oorlog tusschen Armenië en Georgië in Bakoe voorgekomen. De gecastreerden verloren den moed en de geslachtsdrift, waardoor zij bruikbaarder slaven werden. In Europa werd in middeleeuwen niet zelden voor medische doeleinden gecastreerd; b.v. tegen lepra, jicht, huidziekten, bij breukoperaties. Bekend zijn de gecastreerde zangers, die in Italië sedert de renaissance tot in de 19e eeuw bestonden. Tot de beroemdste van deze zangers behooren Farinelli (1705— 1782), Caffarelli (1703—1785). Senesius, Pacchierotti, Crescentini, Velutti, Alessandro Moretti, die door MagnusHirschfeld nog is onderzocht en beschreven. In Roemenië bestaat nu nog de Russisch-Roemeensche castratensekte, de Skopzen, die in de 2e helft van de vorige eeuw door Pelikan is onderzocht en later door Koch, Tandler en Grosz. Deze onderzoekingen hebben volgens Wolf betrekkelijk weinig waarde, daar de Skopzen, zeer onbeschaafd, en voor het meerendeel geestelijk abnormaal waren. Arme menschen verkochten voor weinig geld hun jonge zonen aan de Skopzen, die dan verder heer en meester over die kinderen waren en hen op jeugdigen leeftijd vaak castreerden. In het laatst van de vorige en begin van deze eeuw werd de castratie toegepast als therapie bij prostaathypertrophie. Ramm uit Noorwegen was de eerste, die in 1893 deze methode toepaste, spoedig gevolgd door de Amerikanen White en Kirby. Volgens Socin zou de Rus Ssinitzin in 1886 deze methode al hebben toegepast. Uit de literatuur blijkt, dat de methode inderdaad in een groot deel der gevallen succes had. Doch er waren ook slechte resultaten; 15—20 % gingen volgen Fauld dood o.a. aan uraemie. Spoedig werd deze methode verlaten; vooral toen door verbetering van de techniek der locaalanaesthesie de radicaaloperatie ingang vond. Om psychiatrische reden werd reeds voor eeuwen de castratie toegepast. In den laatsten tijd is het Forel in Zürich geweest, die in 1892 een imbecil met hypersexueele neigingen castreerde; de onmiddellijke reden tot de operatie was gevaar voor zelfcastratie wegens neuralgie van de testikels. De eerste castratie van sexueele misdadigers had ook in Zwitserland m 1906 plaats. Sedert dien zijn in dit land en in de Vereenigde Staten verschillende sexueele misdadigers gecastreerd. Negen gecastreerde gevallen uit de psychiatrische kliniek te Burghölzli-Zürich zijn het eerst uitvoerig door Oberholzer m 1911 beschreven. Von Sury heeft deze gevallen in 1912 onderzocht. Frank heeft in 1925 uit dezelfde kliniek 29 gecastreerde gevallen, waartoe die van Oberholzer ook behooren, beschreven. Van deze 29 waren 19 mannen en 10 vrouwen. Kartal beschreef in 1929 16 gevallen, die in de Züricher universiteitskliniek waren geopereerd. Hackfield heeft in 1933 ook uit de Züricher kliniek 40 gecastreerde gevallen beschreven, die voor een deel dezelfde zijn als die van Oberholzer en Frank. Deze gecastreerden zijn dus gedurende een reeks van jaren medisch gevolgd en onderzocht, en vormen dus een buitengewoon belangrijk wetenschappelijk mareriaal. In de literatuur vinden we verder nog 6 gevallen door Barr beschreven, 3 door Hirschfeld, 4 door Mühsam en nog enkele andere gevallen van verschillende psychiaters en chirurgen. In Denemarken zijn sedert de invoering van de sterilisatie- en castratiewet op 1 Juli 1929 verschillende castraties uitgevoerd. Wildenskov, Goll en Schmidt hebben over deze gevallen gepubliceerd. Ook over deze zal hieronder nader worden gesproken. Kolle heeft in 1934 een samenvattend overzicht gegeven van 134 uit de literatuur bekend geworden castraties. De uitgebreidste studie is wel die van Wolf, in 1934 verschenen. Hij heeft in de jaren 1927—1934 op verzoek van Prof. de Quervain te Bern een uitvoerig onderzoek naar de gecastreerden ingesteld en in een 300 bladzijden bevattend boek het resultaat van dit onderzoek neergelegd. Ten slotte heeft Lange in 1934 het resultaat gepubliceerd van 310 gecastreerde oorlogsverminkten. Hiervan waren 179 totaal gecastreerd door schotwonden, 63 door in den oorlog verkregen tuberculosis testes en 68, bij wie nog enkele resten van testikels waren achtergebleven. Wij willen er hier direct op wijzen, dat men met de resultaten van dit onderzoek zeer voorzichtig moet zijn. We hebben hier te doen met mannen, die sexueel normaal waren, en door de oorlogsverwonding plotseling van hun testikels, dat is dus van hun man-zijn, worden beroofd. Dat dit hun geweldig deprimeert, is volkomen begrijpelijk. Bovendien ontvangen zij als oorlogsverminkten een rente. Het is aan te nemen, dat zij hun klachten bij het geregelde naonderzoek in het algemeen zullen overdrijven, ten einde zoo'n hoog mogelijke rente te krijgen. Deze twee redenen verzwakken zeer die conclusies van Lange, welke berusten op de subjectieve gegevens van de patiënten zelf. Heel anders is het gesteld met de psyche van de sexueel abnormalen, die een ellendigen tijd van strijd, vrees, gevangenisstraf, ja zelfmoordgedachten hebben doorgemaakt, voordat ze gecastreerd zijn. Voor hen zullen ongemakken, die na de castratie misschien zijn opgetreden, van zoo goed als geen beteekenis zijn in verhouding tot de vroeger doorstane ellende, terwijl juist de gecastreerde oorlogsverminkten elk na de castratie optredend verschijnsel zeer breed zullen uitmeten. Onze slotsom is dan ook, dat de conclusies, welke berusten op gevoelsoverwegingen van de patiënten zelf, en waartoe Lange komt, niet te vergelijken zijn met die van hen, die gecastreerde sexueel abnormalen hebben onderzocht. Voor ons doel hebben daarom de onderzoekingen van Lange maar een zeer beperkt belang. Lange zelf schrijft hieromtrent dan ook (blz. 39): ,M<& bei den Kastraten ist es natürlich nicht anders als bei einer sehr groszen Zahl von anderen Kriegsrenteempfangern: Der Schaden wird nach Möglichkeit schwarz gemalt. Wir werden also im ganzen ein Bild bekommen, das ungünstiger ist, als der Wirkhchkeit entspricht. Dasz dies wirklich zutrifft, geht aus mancherlei Unstimmigkeiten in den Akten hervor". EIGEN ONDERZOEK. Naar anleiding van onze rondvraag bij de Nederlandsche artsen (zie blz. 8) zijn ons de ziektegeschiedenissen van n gecastreerden meegedeeld. Deze waren allen mannen. Hiervan waren 4 gecastreerd wegens een organisch lijden van de testikels, en wel 3 wegens tuberculose (nos. 8, 9 en 10) en één wegens carcinoom (no. 11). De andere 7 gevallen waren sexueel abnormalen, die als volgt verdeeld kunnen worden: exhibitionisme nos. 1 en 2 onzedelijke handelingen met kleine meisjes no. 3 polymorphe perversiteit nos. 5 en 6 satyriasis no. 4 homosexualiteit no. 7 Hier volgen de ziektegeschiedenissen van de patiënten. Geval n o. 1. Antwoord op de vragen, gegeven 5 Maart 1935. 1. 35 jaar, electricien. 2. 21 Maart 1930. 3. Exhibitionisme. Begonnen op 16-jarigen leeftijd. Na den diensttijd erger. Raakte nooit meisjes aan. Zoodra patiënt de genitaliën in tegenwoordigheid van meisjes te voorschijn haalde, volgde direct bevrediging en daarmee was het uit. 4. Direct na de operatie. 5. Gewicht is toegenomen. In dienst 156 pond; na castratie 176 pond, thans 170 pond. Abnorme neigingen totaal verdwenen. Geen erecties meer. Heel weinig lust in coitus. Eenigen tijd na de castratie last van opstijgingen; de vlammen sloegen uit de wangen. Geen depressie na of door de operatie. Nu niets geen last meer. Niet zwaartillend. Stem is zwaar gebleven. Het onderhuidsche vet meer, en de mammae groot er geworden. 6. Ja. 7. Geen. 8. Echtgenoote zeer tevreden en zou willen, dat het 5 jaar eerder gebeurd was. Het huwelijksleven is veel beter. De liefde voor vrouw en kinderen is zeer goed gebleven. Er is rust gekomen. 9. Heden 5 jaar na de operatie. 10. Verbeterd. 11. Neen. 12. Zeer tevreden over de gevolgen. De psychiater teekent bij bovenstaande antwoorden van den huisarts aan: Het betrof een man, die herhaalde malen met de justitie in aanraking was geweest en ten slotte 14 dagen gevangenisstraf had gekregen. Daardoor was hij zijn toenmalige betrekking kwijt geraakt. Het was daarna 4 jaar goed gegaan, hoewel het toch wel bleek, dat hij ondanks zeer scherpe controle van zijn vrouw, reeds eerder er toe was overgegaan, dan de omgeving wist. Hoe het zij, hij was meer gesnapt en waar hij reeds vroeger herhaalde malen voorwaardelijk was veroordeeld, was het duidelijk, dat de rechtbank hem thans weer tot gevangenisstraf zou veroordeelen en het stond vast, dat hij dan weer zijn betrekking zou verliezen en dat het gezin, bestaande uit vrouw en 3 kinderen dan weer geheel op straat zou staan. Hij heeft zelf aangedrongen op het nemen van elke maatregel, die de kans zou meebrengen, dat hij van zijn ziekte zou worden genezen en zijn vrouw drong eveneens sterk daarop aan. Bij de zitting is toen overgelegd een verklaring, dat hij zich bereid verklaarde castratie te ondergaan en op grond van die verklaring is hij toen veroordeeld tot 3 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar. Tien dagen na de uitspraak heeft de castratie plaats gehad. Hier heeft zich het tamelijk merkwaardige geval voorgedaan, dat de rechtbank zooal niet onder voorwaarde van castratie, dan toch op grond van de mededeeling, dat castratie zou plaats vinden en dat daardoor een groote kans bestond, dat hij van zijn ziekelijke neiging zou worden genezen, een voorwaardelijke veroordeeling heeft uitgesproken. Zoowel de huisarts, als de chirurg en ik, die alle drie toentertijd lang en breed over het geval hebben beraadslaagd, zijn nog altijd verheugd, dat wij er toe zijn overgegaan. Het succes is, zooals uit de antwoorden blijkt, inderdaad groot. In het eerst na de castratie vond nog 3 a 4 maal per jaar coitus plaats. Er kwam geen zaad, wel iets vocht. Nu in het geheel geen coitus meer. Het is niet volkomen duidelijk, of er nog libido bestaat. Blijkbaar bestaat die echter niet meer. Deze patiënt, die reeds op 16-jarigen leeftijd exhibitioneerde, hetgeen in de volgende jaren verergerde, en daardoor herhaal- delijk tot botsingen met den strafrechter aanleiding gaf, is door de castratie geheel van de abnormale neiging genezen. Hij en zijne vrouw zijn zeer tevreden en het normale familieleven is in dit gezin teruggekeerd. Geval n o. 2. Antwoord op de vragen, gegeven 15 Maart 1935. 1. 24 jaar, arbeider. 2. Augustus 1933. 3. Sedert 17e jaar exhibitionist. 4. Direct daarna zijn de verschijnselen verdwenen. 5. Af en toe last van oogenblikken van warm gevoel en gaat dan zweeten. Meent, dat hij sterker is dan voorheen. 6. Zelfde beroep. 7. Geen noemenswaardige hinder. 8. Veel verbeterd. 9. Enkele weken geleden. 10. Zeer verbeterd. 11. Voor zoover bekend, neen. 12. Zeer tevreden; patiënt drukt er zijn spijt over uit, dat deze ingreep niet vele jaren eerder is geschied. 13. Zie hiervoor het ziekteverslag. Ziektever slag. De patiënt leed van af zijn 17e jaar aan een sterke neiging tot exhibitioneeren. Hij was in 1933 enkele jaren gehuwd en vader van een kind. In zijn huwelijk gaf hij blijk van een abnormaal sterke potentie. Hij cohabiteerde vaak meerdere malen daags en had daarna nog een onbedwingbare neiging tot exhibitioneeren. Het is meermalen voorgekomen, dat hij na de coitus de straat opging en dan exhibitioneerde. Hij was meerdere malen met de justitie in aanraking gekomen en voorwaardelijk veroordeeld. Na herhaald recidief raadpleegde hij mij (den psychiater) op advies van zijn advocaat, die voorzag, dat zijn cliënt een langdurige gevangenisstraf of een langdurige verpleging in een psychopatheninrichting te wachten stond. De patiënt vertoonde een normaal intellect. Hij vertoonde geen verdere psychopathische defecten. Lichamelijk was hij goed gezond. Op mijn advies is hij daarop gecastreerd. Sindsdien is zijn neiging tot exhibitioneeren volkomen verdwenen. Als gevolg van de castratie heeft de patiënt nog af en toe last van oogenblikken, dat hij een warm gevoel krijgt en gaat zweeten. Neurotische verschijnselen zijn niet opgetreden. Hij verricht nog steeds zwaar werk en meent zelfs, dat hij sterker is dan voorheen. Het huwelijksleven van patiënt is veel verbeterd. Het Castratievraagstuk. 2 Nog onlangs sprak ik zijne vrouw, die niet alleen zeer dankbaar was, dat de misdadige neiging van haar man geheel was verdwenen, maar ook vond zij, dat hij veel rustiger en normaler was geworden. De geestelijke verstandhouding der echtgenooten is zeer goed. Geslachtsverkeer heeft ongeveer eens per maand nog plaats; de patiënt krijgt daarbij een normale erectie en zou ook orgasmus krijgen. Eenige weken geleden heb ik den patiënt nog onderzocht. Zijn toestand is door de castratie belangrijk verbeterd. De gegevens betreffende erfelijke afwijkingen in zijn familie zijn mij niet voldoende bekend. In zijn naaste familie komen echter geen gevallen van psychopathie of psychose voor. De patiënt is zeer tevreden over het resultaat der castratie. Hij drukte mij zijn spijt uit, dat deze ingreep niet vele jaren eerder was geschied. Deze patiënt begon op 17-jarigen leeftijd te exhibitioneeren; was bovendien hypersexueel. Hij was meerdere malen met de justitie in aanraking gekomen. Op advies van den psychiater is hij gecastreerd met het gevolg, dat zijn abnormale neiging is verdwenen en hij en zijne vrouw thans een gelukkig leven leiden. De arts, die hem 1% jaar na de operatie nog zag, is ook zeer tevreden over het verkregen resultaat. Geval n o. 3. Antwoord op de vragen, gegeven 12 April 1935. 1. 23 jaar, fabrieksarbeider. 2. October 1933. 3. Patiënt kreeg ongeveer eens in de 4 maanden de drang meisjes van ongeveer 6 jaar onder de rokken de genitaliën te betasten. 4. Direct na de operatie verdwenen. 5. Patiënt is dikker geworden, ongeveer 10 kg in gewicht toegenomen. 6. Kan hetzelfde beroep weer uitoefenen. 7. Geen hinder. 8. Is ongehuwd. 9. 12 April 1935 het laatst onderzocht. 10. Zeer verbeterd. 11. Moedersvader en vadersvader waren chronische alcoholisten. 12. Zeer tevreden. 13. Zie hieronder de ziektegeschiedenis. Ziektegeschiedenis, opgenomen door Dr. J. Sanders op 12 April 1935Patient is geboren in 1910 als 4e kind van zes kinderen. Hij was als kind zeer stil en begon heel laat te spreken. Hij was geheel anders dan de andere kinderen. Hij gaf op vragen weinig antwoord. Hij hing meer aan de moeder dan aan den vader. Op school leerde hij slecht, zoodat hij op de school voor achterlijke kinderen werd geplaatst. Volgens zijne moeder onaneerde hij al van zijn 6e jaar af. Hij drinkt geen alcohol, is niet driftig, doet, hetgeen men van hem verlangt, is dus heel gedwee. Patiënt zelf zegt, dat hij van zijn 17e jaar af den drang kreeg ongeveer om de 4 maanden kleine meisjes onder de rokken te voelen. Hij kreeg daarbij erectie en ejaculatie. Normale gemeenschap met vrouwen heeft hij nooit gehad, verlangde hij ook niet. Hij zou de kans er ook niet voor krijgen, daar de meisjes volgens zijn eigen beweren toch niet met hem wilden uitgaan. Hij is door deze abnormale sexueele handelingen 2 maal met de zedenpolitie in aanraking geweest; doch er is geen vervolging ingesteld, omdat hij ontoerekenbaar is verklaard. In de familie komen geen geestelijke afwijkingen voor; alleen waren de grootvaders beiderzijds verstokte alcoholisten. Zijn broers en zusters konden goed leeren. Ten einde hem van zijn perverse neigingen te bevrijden is hij October 1933 geopereerd. Libido en potentie zijn direct na de operatie verdwenen. Hij heeft nadien geen drang tot eenige sexueele actie gehad. Na de operatie is hij in gewicht toegenomen; doch, daar patiënt nog al groot is (1,94 m), is dit niet in het bijzonder hem aan te zien. Hij weegt nu 105 kg. Hij zweet wel iets vlugger dan vroeger, doch heeft daar geen last van. Zijn kracht en arbeidslust zijn niet verminderd. De baardgroei is hetzelfde gebleven. Hij heeft geen andere verschijnselen aan zich zelf waargenomen. Hij zegt zeer tevreden te zijn met de operatie. Ook de ouders zijn blij, dat patiënt thans geen kinderen meer lastig valt. De neuroloog uit het ziekenhuis, waar patiënt is geopereerd, heeft in de ziektegeschiedenis het volgende opgeteekend: Reusgroei, imbecillitas, goed geproportioneerd, geen akromegale kenmerken, wel licht eunuchoiede verschijnselen (wat breed bekken, te weinig baardgroei, vrouwelijke schaamharen-type). Voorts bij Röntgenologisch onderzoek opvallend ondiepe sella turcica, verkalking van de glandula pinealis, sterk uitgesproken impressiones digitatae. Fundus intact, geen of zwakke buikreflexen, geen andere neurologische afwijkingen. (Dit neurologisch onderzoek heeft plaats gevonden vóór de operatie). Deze patiënt, die geen voldoende weerstand bleek te bezitten om den abnormalen drang te onderdrukken, is thans volkomen genezen. Hij verricht op het oogenblik huishoudelijk werk voor zijne oude moeder, omdat hij werkeloos is. Geval no. 4. Antwoord op de vragen, gegeven 16 Februari 1935. 1. 27 jaar, onderwijzer. 2. Juni 1932. 3. Satyriasis. Kon geen vrouw met rust laten en dikwijls ook geen kleine jongens en meisjes. 4. Zes weken na de operatie volkomen rustig; ook geen last meer van erecties en polluties. 5. Ja; vier weken na de operatie begonnen de baardharen uit te vallen; een paar maanden later toenemende adipositas; patiënt is namelijk dikker geworden. Gelijktijdig is patiënt ook in toenemende mate apathisch, en indolent en lui geworden. y. Vroeger totaal ongeschikt voor zijn beroep; nu is hij geschikt voor een gemakkelijke betrekking. 8. Ongehuwd. 9. Een half jaar geleden. 10. In maatschappelijk opzicht zeer verbeterd; voordien kon hij om schandalen te vermijden slechts onder streng toezicht min of meer opgesloten verpleegd worden. Is nu geheel vrij, verricht op eenvoudige wijze zijn werk. II Voor zoover bekend niet. 12. De patiënt is tevreden; hij beschouwt den vroegeren toestand als een groote last en den huidigen als relatief goed. 13. Zie het ziekteverslag hieronder. ZicktcvcTslct^t Patiënt is op een pensionaat geweest. Tijdens dit verblijf aldaar was hij volkomen onopvallend op sexueel gebied. Zelf verzekert hij uitdrukkelijk, dat hij niet de minste last had van zijn sexuahteit. Onanie kwam niet voor. Nauwelijks in de praktijk op 24-jangen leeftijd of de moeilijkheden komen. Hij geeft zich af met kleine jongens, zoodat dit spoedig tot een schandaal dreigt te worden. Overgeplaatst als onderwijzer naar een andere school geeft hij zich niet alleen af met jongens maar ook met minderjarige meisjes. Een nieuw schandaal wordt slechts met moeite gesmoord. Hij wordt nu geruimen tijd onder streng toezicht in een inrichting geplaatst. Na een jaar wordt met hem een nieuwe proef genomen. Bijna onmiddellijk daarop is het weer mis Hij spreekt schaamteloos meisjes op straat aan, doet ze oneerbare voorstellen en men kan nauwelijks door snel ingrijpen voorkomen, dat het weer misgaat. Opnieuw naar een inrichting, waar tenslotte op zijn eigen verzoek tot castratie wordt overgegaan. De castratie zelf is vlot verloopen, maar eenige dagen nadien heeft hij thrombose gekregen achtereenvolgens in beide beenen, waardoor zijn verblijf in de ziekeninrichting tot 6 maanden werd verlengd. Nadien is hij onder leiding en toezicht geplaatst op een dorpsschool. Er is sinds de operatie niets meer voorgevallen. De man zelf verklaart, dat hij zich de eerste dagen na de operatie reeds bevrijd gevoelde van zijne hypersexueele neigingen en nu verklaart hij uitdrukkelijk, dat hij zich geheel anders gevoelt dan vroeger, en „geheel op zijn gemak". Sinds eenige maanden is hij onderwijzer op een dorp bij een hoofdonderwijzer, die is ingelicht. Er is niets op hem aan te merken; ook letterlijk niets. Omtrent de luiheid, genoemd in antwoord no. 5 het volgende. Beter is het te zeggen, dat hij nog gemakzuchtiger is dan vroeger. Hij heeft niet zooveel te doen, maar zoekt ook geen bezigheid, doch lummelt wat aan. Toevallig had ik dezer dagen gelegenheid om bij zijn chef naar hem te informeeren. Ik kreeg de verzekering, dat het goed gaat met hem en dat hij zelf tevreden is en zijn bestaan thans menschwaardig vindt. Over de adipositas kan ik meedeelen, dat ik alleen gehoord heb, dat hij „erg dik" was. Zijn stem is niet veranderd. Deze onderwijzer heeft tot zijn 24ste jaar geen enkel abnormaal sexueel gevoel gehad; heeft zelfs niet geonaneerd. Maar nauwelijks komt hij door zijn beroep in aanraking met kinderen, of er treden abnormale sexueele neigingen op, welke door zijn wilskracht niet bedwongen kunnen worden. Geen enkel middel baat, totdat de castratie hem van zijn abnormale neigingen bevrijdt, en hij weer gewoon zijn beroep kan uitoefenen. Geval n o. 5. Antwoord op de vragen, gegeven 21 Februari 1935. 1. 21 jaar, geen beroep, manlijk. 2. Januari 1931. 3. Polymorphe perversiteit. 4. Verdwenen. 5. Ja, het bestaande parkisonisme is versterkt aanvankelijk, later weer afgenomen; nu niet sterker dan voor de castratie. 6. Neen, wordt nog geobserveerd in gesticht. 7. Geen hinder meer. 8. Ongehuwd. 9. Vier jaar, dagelijks geobserveerd tot heden. 10. Wat de afwijking betreft, die aanleiding was tot de castratie, volkomen verdwenen. 11. Zuster van patiënt is achterlijk. 12. Zeer tevreden; heeft geen spijt. 13. Zie ziekteverslag hieronder. Ziektegeschiedenis. Het betreft een jonge man, die in 1918 griep en in aansluiting hieraan op 11-jarigen leeftijd encephalitis epidemica kreeg. Na zijn zoogenaamd herstel ontwikkelde zich langzamerhand een karakterverandering in ongunstigen zin. Hij werd op school lastig, plaagzuchtig, slenterde veel rond, begon te stelen en werd handtastelijk. In 1923 werd hij wegens mishandeling tot 6 maanden tuchthuisstraf veroordeeld. Deze tijd bracht hij grootendeels door in de psychiatrische kliniek te G., omdat hij ook in de tuchtschool onhandelbaar bleek. Thuis gekomen beging hij tallooze sexueele delicten aan kinderen en jonge vrouwen. In 1925 werd hij opnieuw in de kliniek te G. opgenomen, van waar hij naar een krankzinnigengesticht werd overgebracht. Ondanks streng toezicht pleegde hij talrijke aanslagen met duidelijke sexueele bedoeling, zoowel op het manlijk als op het vrouwelijk personeel. Hij is lichamelijk een sterke jonge man met typisch psychopathisch, bijna verdierlijkt uiterlijk (Lombrosotype). Somatisch zijn parkisonistische symptomen onmiskenbaar, speekselvloed, stijve houding, bewegingsarmoede. Hij heeft geen tremor, is zeer onbetrouwbaar, wreed en sluw, bloeddorstig, zeer wellustig en onbeschaamd. Zijn grootste genoegen bestaat hierin, dat hij onverhoeds iemand van het personeel aanvalt met de bedoeling hem te worgen. Hij uit dikwijls valsche beschuldigingen, waarbij hij zeer listig en geraffineerd te werk gaat, zooals slechts mogelijk is bij een behoorlijk ontwikkeld intellect. Hij exhibitioneert en masturbeert herhaalde malen per dag, bij voorkeur als de hoofdverpleegster in de buurt is. Hij tracht te complotteeren met andere patiënten ten einde gemeenschappelijk een moordaanslag te plegen. Wanneer hij geen kans heeft zijn bloeddorst aan anderen te lesschen, brengt hij zich zelf diepe, bloedende verwondingen toe met stukjes glas of spijkers. Bij de herhaaldelijk daarvoor noodzakelijke wondhechtingen blijkt hij weinig of geen pijngevoel te hebben. Opmerkelijk is, hoe deze sadist voortdurend strijd voert tegen zijn slechte natuur. Hij schrijft tallooze brieven, waaruit dit blijkt, en ook mondeling smeekt hij om hulp om zijn lusten te onderdrukken. Met alle denkbare middelen der paedagogiek wordt getracht hem in betere banen te leiden. De gansche scala van belooning tot straf wordt zonder blijvend succes in alle toonaarden doorloopen. Van sedativa per os en parenteraal wordt ruimschoots gebruik gemaakt. Het resultaat is steeds gelijk, n.1. een heroieke worsteling met zeer kortdurend succes en dan weer de wanhopige mededeeling, dat hij deze of gene schurkestreek eenvoudig niet heeft kunnen laten. Waar het door encephalitis beschadigde cerebrum van dezen patiënt blijkbaar ondanks alle pogingen tot opvoeding niet in staat bleek deze driften blijvend te onderdruk- ken, bleef de vraag over, of het mogelijk zou zijn door castratie deze driften zelf te beteugelen. Na zeer lang en rijp overleg met uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van patiënt zelf zoowel als van zijne ouders werd besloten tot dezen ingreep over te gaan. Van sterilisatie alleen was hier weinig heil te verwachten. Op ons verzoek werd door collega X de operatie verricht in Januari 1931. Korten tijd na de operatie kon reeds een verminderde sexueele prikkelbaarheid worden vastgesteld. Door patiënt zelf werd dit als een groote verlichting gevoeld. Hij zegt geen moord- en vechtlust en meer te bespeuren en gedraagt zich ontegenzeggelijk veel beter. Hinderlijke uitvalsymptomen zijn niet geconstateerd; wel zijn de parkisonistische verschijnselen na de castratie opvallender geworden, waarbij echter het post of propter in het midden moet worden gelaten. Libido en potentie zijn bij den patiënt na de operatie geheel verdwenen; althans van het tegendeel is niets bekend. Resumeerende moet het resultaat op zijn minst bevredigend worden genoemd. In 1933 namen de verschijnselen van het postencephalitische parkinsonisme belangrijk toe. Patiënt ging herhaaldelijk blikkrampen vertoonen, liep met den mond open in voorover gebukte houding, pleegde allerlei ticachtige bewegingen en dwanghandelingen, zooals zich plotseling laten achterover vallen en over den kop duikelen, terwijl hij steeds door een progressieven speekselvloed werd gekweld. Deze verschijnselen bereikten hun hoogtepunt in de herfst van 1934 toen patiënt een volkomen versuften indruk wekte. Er werd toen begonnen met de HiRSAUERsche atropinekuur. Vrijwel onmiddellijk trad eenige verbetering in, welke toenam met de hoeveelheid atropine. Thans krijgt hij dagelijks 3 maal 12 mgr. De parkinsonsche verschijnselen zijn nu belangrijk teruggegaan en niet sterker dan vóór de castratie. Patiënt is weer actief, loopt vrijwel rechtop, heeft geen speekselvloed, blikkramp of dwanghandelingen meer. Deze patiënt, die na encephalitis lethargica moreele defecten en abnormale sexueele driften kreeg, moest voortdurend worden geinterneerd. En zelfs in het krankzinnigengesticht trachtte hij nog op allerlei manieren zijn perverse lusten bot te vieren. Toen deze aan alle therapie weerstand boden, is tot castratie besloten. Het resultaat kan zeer bevredigend worden genoemd, en het is zeker niet uitgesloten, dat patiënt binnen niet al te langen tijd uit het krankzinnigengesticht wordt ontslagen. Geval n o. 6. Antwoord op de vragen, gegeven 12 April 1935. 1. 20 jaar, manlijk, geen beroep. 2. Mei 1933. 3. Polymorphe perversiteit. 4. Na een paar maanden was patiënt geleidelijk zijn perverse neigingen kwijt. 5. Is in 1% jaar 7 pond zwaarder geworden. 6. Heeft geen beroep. 7. Geen hinder. 8. Is ongehuwd. 9. 12 April 1935. 10. Verbeterd. 11. Vaderszusterszoon is idioot. Vaderbroer is verpleegd geweest voor hoogmoedswaanzin, was 2 maanden in een Duitsch gevangenkamp, waarover hij artikelen heeft geschreven. Vader en vadersvader waren alcoholisten. Jongste broertje is zenuwachtig en bewegelijk. Vader is psychopatisch gedegenereerd; is 5 jaar geleden gescheiden. 12. Is niet in staat een oordeel uit te spreken, maar heeft wel den psychiater kort na de operatie verweten, dat deze door den duivel was bezeten, toen hij hem liet castreeren; want nu kon hij geen nageslacht meer krijgen. 13. Zie de ziektegeschiedenis. Ziektegeschiedenis. Overgenomen uit de aanteekeningen in het gesticht, waarin patiënt thans wordt verpleegd, aangevuld door de persoonlijke meening van den behandelenden psychiater. Patiënt heeft in Mei 1924 op 11-jarigen leeftijd encephalitis lethargica gehad. Was voordien normaal, kon goed leeren. Hij heeft toen 14 dagen geslapen, werd n weken in een ziekenhuis verpleegd, daarna in herstellingsoord. Hier kreeg hij caracterveranderingen. Hij werd verdrietig, had urenlange gilbuien, was ongezeggelijk, lastig, prikkelbaar. Dit werd steeds erger, toen hij in zijn woonplaats weer naar school ging. Daarop is hij weer in het ziekenhuis opgenomen, waaruit hij na 3 weken in een gesticht is ondergebracht. Daar was hij zoo lastig, dat hij 11-6-1927 weer in het ziekenhuis is opgenomen. Hier was hij zeer lastig voor zijn medepatiënten, zoodat hij enkele dagen later in een krankzinnigengesticht is opgenomen. Volgens de mededeeling van dit gesticht was hij daar zeer druk en lastig, beweeglijk, bemoeizuchtig, brutaal, schreeuwde; moest gesepareerd worden verpleegd. Op verzoek van de moeder is patiënt toen naar een ander gesticht overgebracht, waar hij thans nog wordt verpleegd. Hier is hij 15-6-1932 opgenomen. Volgens mededeeling van den psychiater van dit gesticht was pa- tient lastig, bemoeizuchtig, had kinderlijke grootheidsdenkbeelden, was wispelturig, wanordelijk, praatte den geheelen dag, liet geen mensch met rust, vroeg ieder, dien hij te pakken kon krijgen, om boeken. In November 1932 werd hij 's nachts herhaaldelijk betrapt op homosexueele handelingen met andere patiënten. In Januari 1933 wordt opgeteekend, dat hij over dag verscheidene malen onaneert. Bij de geringste kans, die hij krijgt, grijpt hij zijn medepatiënten bij de genitaliën. De sexueele perversiteit neemt toe. In Februari 1933 neemt de agitatie ook toe. Als hij buiten werkt, klimt hij vaak over het hek, gaat op den openbaren weg staan om, als meisjes of vrouwen voorbijkomen, te onaneeren, zonder dat deze dit echter speciaal moeten zien. Exhibitioneeren doet hij dus niet. Als hij in een geïllustreerd tijdschrift een vrouwenfiguur ziet, knipt hij die uit, stelt het portret voor zich en onaneert dan, terwijl hij naar het portret kijkt. In Maart 1933 moet hij vaak opgesloten worden wegens zijn sexueele aanvallen op zijn medepatiënten. In Mei 1933 wordt met toestemming van zijne ouders tot ligatuur van de geheele zaadstreng beiderzijds besloten in de hoop, dat hij behalve zijn sexueele perversiteiten ook de andere psychische verschijnselen kwijt wordt. Het gevolg van de operatie is, dat één testikel atrophieert, de ander hypertrophieert. Hij behoudt echter alle normale verschijnselen. Daarop wordt in November 1933 weer met toestemming der ouders tot castratie besloten. Geleidelijk aan zijn de perverse neigingen na een paar maanden verdwenen. Hij. zegt nu gemakkelijker in staat te zijn een zedelijk leven te leiden. Toch verwijt hij den psychiater, dat hij nu geen kinderen meer kan krijgen, hetgeen hem zeer spijt. De andere verschijnselen zijn niet verdwenen. Wel is patiënt thans iets rustiger geworden. Hij valt de medepatiënten niet meer sexueel lastig. Hij vraagt nog wel iedereen, dien hij ziet, om iets; is nog bemoeizuchtig. Op sexueel gebied zijn echter geen afwijkingen meer waargenomen. De arbeidsgeschiktheid is gebleven, voorzoover patiënt evenals vroeger zin heeft om te werken. Hij is 6 pond zwaarder geworden. Deze patiënt, die, voordat hij encephalitis lethargica kreeg, normaal was, vertoonde kort nadien abnormale sexueele neigingen, waarvan wel sexueele aanvallen op zijn medepatiënten de voornaamste waren. Opgemerkt zij, dat het beiderzijds afbinden van de zaadstreng geen succes heeft gehad, waarna tot castratie wordt besloten. Deze heeft tot gevolg, dat geleidelijk aan de abnormale sexueele driften verdwijnen. De andere psychische afwijkingen blijven, hetgeen den psychiater tegen is gevallen, omdat hij had gehoopt, dat ook die zouden verdwijnen. Toch kon hij vaststellen, dat patiënt over het algemeen wat rustiger is geworden. Geval n o. 7. Antwoord op de vragen, gegeven 8 Maart 1935. x. 44 jaar, koopman. 2. December 1921. 3. Homosexualiteit. 4. De verschijnselen zijn totaal verdwenen. 5. Neen. 6. Doet zijn oud beroep weer. 7. Geen. 8. Ongehuwd. 9. 8 Maart 1935 onderzocht. 10. Totaal genezen. 11. Vadersvader en vader waren dronkaards. Moeder is op 33-jarigen leeftijd aan ca. mammae overleden, waardoor de kinderen aan de zorgen van een huishoudster waren overgelaten. Moedersbroer hypersexueel. 12. Zeer tevreden. 13. Zie de ziektegeschiedenis hieronder. Ziektegeschiedenis, door patiënt zelf op 8 Maart 1935 aan Dr. j. Sanders verteld. Als kind was ik zeer eigenaardig; dweepziek, speelde graag voor meisje, liep met een schort voor en hielp graag in de keuken. Ik kon niet goed leeren; speciaal rekenen was voor mij onmogelijk. Talen ging veel beter. Ik heb 3 klassen H.B.S. doorgemaakt. Ik heb 2 broers en 1 zuster, die normaal zijn. Mijn moeder is vroeg overleden. Mijn vader dronk veel; en als hij dronken thuis kwam, begon hij met de huishoudster, drukte haar tegen zich aan, waar de kinderen bij waren. De huishoudster was er wel van gediend. Deze was een eigenaardig persoon. Ze gaf de kinderen vaak een cent, als zij ze 20 slagen op de bloote billen mocht geven. Moedersbroer was hypersexueel; hij begon wel eens met meisjes van 16 jaar, die op zijn atelier werkten. Op 12-jarigen leeftijd voelde ik mij tot jongens aangetrokken. Ik sliep al jaren bij mijn broertje. Ik ging vaak op hem liggen, met de genitalia bloot tegen elkaar, of ik wreef mijn penis tegen zijn achterste. Ik vond dat bevredigend, ofschoon er natuurlijk geen ejaculatie plaats had. Reeds op 7-jarigen leeftijd onaneerde ik. Ik verlangde er steeds naar met een jongen sexueele handelingen te verrichten als hier beschreven. Ik deed het ook wel met andere jongens. Op 14-jarigen leeftijd kwam het verlangen naar meisjes. Op den leeftijd van 16 jaar heb ik de eerste maal gecohabiteerd. Ik had toen ejaculatie. Even goed ging ik met andere jongens en lag dan boven op hun billen. Geen paederastie. Door het wrijven had ik ejaculatie. Ik deed dat eenige malen per week, of eigenlijk zoo vaak, als ik maar de gelegenheid daarvoor kreeg. Ik was in dien tijd slecht gehumeurd, omdat ik die neiging, die ik in den grond slecht vond, maar waartegen ik mij niet kon verzetten, trachtte te verbergen. Ik piekerde dan wel en was dan levensmoe. Ofschoon ik ook wel met meisjes gemeenschap had, voelde ik me toch het meest tot jongens aangetrokken. Op 19-jarigen leeftijd ging ik naar Crefeld. Ik ging al gauw met jongens van 14 a 15 jaar. Ik had weinig rust, was wispelturig. Een jaar later naar Brunswijk; daar hetzelfde. Toen naar Keulen. Hier voelde ik mij aangetrokken tot meisjes van ongeveer 16 jaar, terwijl ik zelf 21 jaar was. Ik was afdeelingschef bij Tietz en kon dus gemakkelijk die meisjes krijgen. Hoe meer, hoe liever. Ik was zeer hartstochtelijk: kwam al klaar, voor ik gemeenschap had. Na een jaar ging ik naar Frankfort. Daar had ik voorliefde voor meisjes van 17 —19. Toen naar Zürich; dito hier. Ik had geslachtsgemeenschap met meisjes, zooveel ik maar kon. Toen ik ongeveer 24 jaar was, kwam ik in Arnhem. Daarna ging ik naar Berlijn. Daar maakte ik in een zaak kennis met een jongeman, die later bleek homosexueel te zijn. Hij heeft mij er nooit over gesproken en ook nooit iets in dien geest voorgesteld. Maar ik leidde het af uit het feit, dat hij nooit met meisjes wou uitgaan, als ik zoo iets voorstelde. In mijn Berlijnschen tijd voelde ik mij weer tot jongens aangetrokken, maar ik ging ook wel met meisjes van 14 jaar. Eens ben ik door de politie hiervoor aangehouden. Ik zat 5 weken in voor-arrest; doch, daar het wettig bewijs niet geleverd kon worden, ben ik tegen cautie vrijgelaten. Ik ging toen weer naar Nederland terug. Daar kwam weer de neiging tot jongens van 14—16 jaar op. Ik was toen ongeveer 31 jaar en woonde in Amsterdam. Ik reisde ook in Engeland voor een Duitsche firma. Een heel enkele keer had ik nog gemeenschap met een meisje, maar veel meer met jongens. Ik kuste de genitalia van jongens en werd daardoor bevredigd. Ik nam ook wel hun penis in den mond met hetzelfde gevolg. Zij verrichtten bij mij ook wel mutueele onanie. Kortom, allerlei perversiteiten deed ik met hen. Langzamerhand begon ik van een meisje te walgen. Ik begreep niet, hoe iemand een meisje kon zoenen, laat staan geslachtsgemeenschap er mee hebben. In Amsterdam heb ik een keer met een jongen van 16 jaar voor een avond afgesproken. De politie was er achter gekomen en nam mij mee, doch liet mij dienzelfden avond weer vrij. Ook ben ik een keer in Rotterdam aangehouden, toen ik een afspraak had gemaakt. Ik had de schrik te pakken; wist, dat ik vroeg of laat in de gevangenis terecht kwam, maar kon het niet laten. Gevangenis of zelfmoord zou het einde zijn. Ik had in mijn broek een geheim zakje laten maken, waarin een arsenicumpoeder en een giletmesje verborgen waren. Mocht de politie mij pakken, dan was ik zeker van plan zelfmoord te plegen, als ik veroordeeld zou werden. Toch loerde ik nog steeds op jongens. Ik had daar geen weerstand tegen. Ik werd er door een geheimzinnige macht toe gedreven. Ik had niet den moed zoo maar zelfmoord te plegen, maar toch zocht ik vaak het gevaar. Ik ben wel eens tusschen de wagons van een rangeerenden trein doorgekropen in de hoop, dat de trein zich dan juist in beweging zou zetten. Of wel ik liep op het trottoir onder een hijsch door in de hoop, dat dè hijsch op mijn hoofd zou vallen. Tusschen de 35 en 45 jaar walgde ik zoo van een vrouw, dat ik een man, van wien ik hoorde, dat hij een vrouw zelfs maar had gekust, abnormaal noemde. Ik meende stellig, dat gemeenschap met jongens het normale was. Voor de Duitsche firma heb ik 5 jaar in Engeland gewerkt. Ik ging daar steeds met jongens uit. Ik was toen bijna 40 jaar. Tijdens den oorlog ging ik vooreen Engelsche firma naar Italië. Ook hier deed ik hetzelfde. Ik wist, dat de politie mij hier volgde, en wist dus, dat het verkeerd zou loopen. Als ik gemeenschap met jongens had gehad, verachtte ik mij zelf, en verweet mij zelf dan, dat ik geen weerstand genoeg had; maar een paar dagen later deed ik het toch weer. Waarom had ik dan niet zooveel wilskracht mij er tegen te verzetten? Ik weet het niet. Daar is niets tegen bestand. Al hadden ze mij 10 jaar in de gevangenis gestopt; als ik er uit was gekomen, had ik het toch weer gedaan. In Turijn heb ik 5 weken in voorarrest gezeten wegens sexueele handelingen met jongens. Dank zij de bemoeienissen van den Nederlandschen consul ben ik onder cautie vrijgelaten; ik werd later tot 3 maanden gevangenisstraf veroordeeld, maar had het land toen reeds verlaten. Ik ging weer naar Engeland; daar precies hetzelfde. Ik werd gepakt, toen ik met een 13-jarigen jongen samen was. Drie maanden heb ik in voorarrest gezeten. Wegens gebrek aan bewijs ben ik vrijgelaten. Ik was toen 43 jaar. Wel ben ik toen het land uitgezet. In den Haag ben ik toen een zaak begonnen. Nog steeds had ik dezelfde neiging. Gezien, hetgeen gebeurd was, en wetende, dat ik er mij niet tegen kon verzetten, heb ik een psychiater opgezocht. Hij behandelde mij eerst met veronal en arsenicum. Het hielp niets. Ik wenschte mij dood; zoo had ik een hekel aan mij zelf. Toen ben ik met Röntgenstralen behandeld, mijn testikels namelijk. Ook zonder succes. Ik stelde den psychiater toen voor mijn geslachtsdeelen weg te nemen. Na lang beraad is dit gebeurd in December 1921. In het eerst volgende half jaar werden de verschijnselen minder; ja, veel minder. Direct na de operatie was ik wel wat teleurgesteld, want ik keek nog naar jongens op straat, ofschoon ik mij toen volkomen kon bedwingen om hen aan te spreken. Maar dat werd steeds minder. Ik was toen 44 jaar. Mijn tegenzin in vrouwen verdween ook. Ik kon weer vrouwen normaal zien, kon ze, als ik daartoe in de gelegenheid was (b.v. bij afscheid nemen van goede kennissen) een kus geven zonder er van te walgen. Vier jaar daarvóór zou ik dat zeker niet gedaan hebben. Thans is de toestand zoo, dat het mij om het even is, of ik een knappe jongen of een knap meisje zie. Ik krijg daardoor geen wellustgevoelens meer. Ik kan mij in alle opzichten volkomen beheerschen. De libido en de potentie zijn na de operatie sterk verminderd en langzamerhand verdwenen, zoodat ze na een jaar geheel weg waren. Lichamelijk of geestelijk ben ik verder niet veranderd. Mijn stem is de zelfde gebleven. Ik ben niet dikker geworden. Ik oefen mijn beroep weer met het grootste plezier uit. Ik heb thans verschillende zaken in ons land. Ik heb weer levensvreugde gekregen; ben weer een absoluut normaal mensch geworden. Ik had nooit gedacht, dat zoo'n leven mij nog beschoren zou zijn. De psychiater geeft de volgende historia morbi: Voor ruim 10 jaar kwam bij mij een beschaafd man, ongehuwd, ongeveer 45 jaar. Hij was zakenman, had veel gereisd in Europa en werkte hard aan zijn bloeiende zaak, zelfs zeer hard, om weg te dringen uit zijn bestaan de afwijking, waaronder hij zeer gebukt ging. Hij was pervers homosexueel, gaf zich af met kleine jongetjes, met wie hij zich afzonderde om hen de genitalia te kussen. Hij had in het buiteland meermalen in voorarrest gezeten (nl. in Italië en Engeland). Hij vreesde steeds herhaling van een arrestatie en deelde mij mede, mocht dit gebeuren, een eind aan zijn leven te maken. Hij droeg daartoe steeds vergif bij zich en had een giletmesje handig verborgen in een rand van zijn broek. Hij was een intellectueel type, schaakte zeer goed. Hij ging gaarne om met intellectueele vrouwen als kennis, maar verder niet. Hij was een aangenaam causeur. Ook deed hij veel met zijn vrienden aan zeilsport. Hij verlangde te worden gecastreerd. Na zijn vertrouwen te hebben gewonnen, behandelde ik hem meer dan een jaar psychisch en liet hem met Röntgenstralen behandelen. Hoewel hij iets rustiger werd, bleef de afwijking bestaan. Ten slotte besloot ik hem te helpen. Dat ging niet zoo gemakkelijk. Een hoogleeraar in de chirurgie weigerde hulp. Een chirurg vond ik bereid. Hij verwijderde de testikels. Het succes was daverend. Te voren had ik den patiënt gezegd, dat zijn geslachtsleven vernietigd zou worden. Daar stapte hij volkomen over heen, hetgeen mijn besluit gemakkelijk maakte. Hij was volkomen zijn abnormale geslachtsprikkel krijt. Hij bezocht mij met eenige maanden tusschen- poozen, doch bleef ten slotte, dat was 2 jaar na de operatie, weg. Hij zag in mij zijn redder, bracht mij steeds bloemen mee, drong er op aan, dat ik zijn geval zou publiceeren, opdat andere ongelukkigen eveneens zouden kunnen worden geholpen. Deze koopman, eigenaar van 5 zaken, ging zeer onder zijn homosexueele neiging gebukt. Hij liep met vergif en een giletmesje bij zich rond om bij eventueele arrestatie zich van kant te kunnen maken. Ten einde raad zocht hij een psychiater op, wien hij na zijn lijden verteld te hebben kort en bondig voor het volgende dilemma plaatste: „Help mij, of ik bega zelfmoord". Nadat andere middelen gefaald hadden, is tot castratie besloten, met schitterend resultaat. Patiënt noemt den psychater en den chirurg zijn levenredders. Geval n o. 5. Antwoord op de vragen, gegeven 13 Februari 1935. 1. 56 jaar, bakker. 2. Februari 1930. 3. Tuberculose van het urogenitaalstelsel. 4. Genezen. 5. Neen. 6. Wordt verpleegd in een krankzinnigengesticht. 7. Neen. 8. Geen enkele afwijking valt te bemerken. 9. Een paar jaar later. 10. Verbeterd. 11. Neen. 12. Tevreden. 13. Patiënt is lijdende aan manisch depressieve psychose. Geen enkele invloed van de castratie is merkbaar geweest. Patiënt is voor en na de operatie jaren lang geobserveerd. G e v a 1 n o. 9. Antwoord op de vragen, gegeven 19 Februari 1935. 1. Geboren 22-1-1899, smid. 2. 14 Juli 1930 semicastratie, en 27 Juli 1932 totale castratie. 3. Tuberculosis van de testes. 4. Tot nu toe geen tbc. van eenig orgaan met manifeste verschijnselen gehad. 5. Lichamelijk is hij veel zwaarder geworden. Hij verricht zijn zwaren arbeid als smid met opgewektheid. Geestelijk valt op te merken, dat hij vroeger zeer prikkelbaar was, en thans zoo zacht als een lammetje. 6. Is weer smid. 7. Niets geen hinder. 8. Cohabitatie nu nog om de 4 a 5 weken, hoewel de prikkel gaaneweg minder wordt. Krijgt erectie en zou ook ejaculatie hebben. 9. Onlangs gezien en onderzocht. 10. Verbeterd. 11. Niet bekend; de familie is gezond. 12. Patiënt voelt zich zeer gelukkig met het resultaat der operatie en zijn vrouw eveneens. 13. Patiënt is 14-7-1930 voor het eerst geopereerd wegens een rechtszijdige epididymitis tuberculosa cum fistula. De behandeling bestond in semi-castratie. Bij zijn terugkeer uit het ziekenhuis werd noch in de blaas noch in de catheterurine een aanwijzing van verdere tbc. van het uropoötisch apparaat gevonden. Cystoscopisch beeld en pyelogrammen waren normaal. Caviaproef negatief. Spoedig daarna echter ontstond er zwelling der rechter liesklieren met abcesvorming, waarna perforatie met 2 fistelgangen. Hiervoor werd hij eerst thuis, later als loopend patiënt behandeld, o.a. met de hoogtezon. 25 Augustus 1930 hervatte hij zijn werk en 23 Maart 1931 waren de fistels gesloten, terwijl de urine geen afwijkingen meer bevatte. De tweede operatie had plaats 27-7-1932. De diagnose luidde tuberculose van testikels en epidimydidis, links. De behandeling bestond in ruime excisie, daar het koude abces geperforeerd was in de omgeving. Drainage van de wond. In de urine na de behandeling geen tbc.bacillen. Een tijd land heeft hij na de tweede operatie testanon gebruikt; nu in langen tijd niets meer. In de linker scrotaalhelft is nog iets te voelen, wat misschien een rest van een testikel is. In ieder geval is de geslachtsdrift niet geheel verdwenen. Hij heeft 3 gezonde kinderen, waarvan één werd geboren met een te kort been. De jongste is in 1930 geboren. Geval no. 10. Antwoord op de vragen, gegeven 5 April 1935. 1. 30 jaar, bakker. 2. Begin Augustus 1925 een testikel, een jaar later de tweede. 3. Gedurende een fietstocht kreeg patiënt hevige pijn in een testikel, die geweldig opzwol, en later van tuberculeuzen aard bleek. Operatie, testikel weggenomen. De wond wilde niet genezen. Inspuitingen met tuberculine (Denys) gedurende langen tijd. Toen begon de andere testikel, die ook verwijderd moest worden; daarna genas alles. 4. Na 2e operatie gezond. 5. Patiënt is na de 2e operatie een absoluut gezonde man geworden. Hij is dezelfde persoon gebleven, even energiek als tevoren. Hij doet steeds zijn werk en is bestuurslid van verschillende vak- en andere vereenigingen. Zijn humeur en andere psychische eigenschappen zijn niet veranderd. 6. Hetzelfde beroep. 7. Heeft geen enkel hinderlijk verschijnsel, is asexueel. 8. De vrouw heeft eerst veel verdriet gehad; is kinderloos; maar heeft zich bij de omstandigheden neergelegd. De verhouding is even vrienschappelijk en innig als tevoren. 9. Heden onderzocht, ongeveer 9 jaar na de operatie. 10. Verbeterd, is nu gezond. 11. Neen.; 12. Zeer tevreden. Heeft blijkbaar geen gevoel van een gemis, ook al door de houding van zijne vrouw. 13. Neen. Geval no. II, Antwoord op de vragen, gegeven 18 Februari 1935. 1. 45 Jaar, huisknecht in een gesticht. 2. 8-11-1933. 3. Carcinoma penis. 4 5. Patiënt is na de operatie eerder magerder dan dikker geworden. Psychisch zegt patiënt eerder vooruit te zijn gegaan dan achteruit. Patiënt eet goed. 6. Patiënt kan goed zijn werk doen. Hij verricht huishoudelijk werk in het gesticht. Dat deed hij ook al een paar jaar voor de operatie. Daarvoor was hij fabrieksarbeider. 7. Hij heeft geen bijzondere klacht. 8. Patiënt is ongehuwd. 9. 8-11-1933 geopereerd, 9-12-1933 ontslagen; heden 18-2-1935 het laatst gezien en nagekeken. 10. Ik acht den toestand verbeterd. 11. In de familie komen geen afwijkingen voor. 12. Patiënt is tevreden over de resultaten der castratie. Hij zegt, dat de libido nooit groot bij hem is geweest en dat hij eigenlijk geen verschil kan bemerken voor en na de operatie in zijn sexueele gevoelens. Van potentie is na de operatie nooit meer sprake geweest. Bij deze gevallen, waarbij de castratie om een locaal organisch lijden is verricht, kan worden opgemerkt, dat zij geen hinderlijke verschijnselen ten gevolge heeft gehad. Bij no. 8 merkt de psychiater op, dat de manisch depressieve psychose zeker niet het gevolg is van de castratie. Alle patiënten zijn tevreden. Het resultaat kan dus geformuleerd worden: In alle 7 gevallen, waarbij abnormale sexueele neigingen bestonden, zijn deze na de castratie verdwenen, zonder dat hinderlijke verschijnselen van blijvenden aard p.o. zijn opgetreden. Alle patiënten, voor zoover zij tot oordeelen in staat zijn, zijn tevreden over het resultaat, evenals de behandelde psychiaters. De hierachter volgende statistische gegevens kunnen uit deze gevallen worden samengesteld. Bij de groep sexueel abnormalen (A) kan het volgende opgemerkt worden: 1. De operatie is geschied na de puberteitsjaren. De meest voorkomende leeftijd is tusschen de 20 en 28 jaar. In dit verband blijkt, dat!de post-operatief opgetreden verschijnselen van weinig beteekenis zijn en zeker geen last aan die patiënten veroorzaken. 2. De observatietijd is minstens ix/4 jaar geweest; in 3 gevallen 4 jaar en langer. Voor de gevallen 2, 3, 4 en 6 is de tijd wel wat te kort om een vast oordeel over het resultaat van den ingreep te kunnen vaststellen. De voorloopig gunstige resultaten van deze 4 gevallen moeten dus onder eenig voorbehoud worden aanvaard, alhoewel we voorloopig tevreden er over kunnen zijn. 3. Vier patiënten blijken min of meer erfelijk belast te zijn; van drie is daaromtrent niets aan den arts bekend. Het aantal is te klein om een oordeel te kunnen uitspreken over de erfelijke belasting bij sexueel abnormalen in vergelijking met die bij de gemiddelde bevolking. 4. Het resultaat mag zeker tot groote tevredenheid stemmen. Allen zijn hun abnormale sexueele neigingen kwijt geworden. Patiënten en medici zijn beiden tevreden. Enkele patiënten drukken hun spijt er over uit, dat de operatie niet eerder is geschied. Het huwelijksleven is beter geworden, hetgeen men misschien niet verwacht zou hebben, daar het sexueele leven tusschen de echtgenooten vaak de sterkste huwelijksband is, en dit niet meer bestaat. Patiënt no. 6, die evenals no. 5 abnormale neigingen heeft gekregen na op n-jarigen leeftijd encephalitis lethargica te hebben gehad, is niet in staat een oordeel over zijn eigen toestand te vellen. Hij verkeert nog steeds in een krankzinnigengesticht. Zijn bemoeizucht en prikkelbaarheid zijn wel is waar iets verHet Castratievraagstuk. 3 34 A. BIJ DE SEXUEEL ABNORMALEN. No. i No. 2 No. 3 No. 4 No. 5 | No. 6 No. 7 Diagnose Exhibitio- Exhibitio- Ontucht met Satyriasis Polymor- Polymor- Homosexu- nisme nisme meisjes phe per- phe per- aliteit imbeciel versiteit versiteit leeftijd bij de operatie 35 jaar 24 jaar 23 jaar 27 jaar 21 jaar 20 jaar 44 jaar tijd van observatie p. o 5 jaar 1 Mijaar iV«jaax 2 % jaar 4 jaar 2 jaar 13% jaar erfelijke belasting geen onbekend groot- geen zuster zwaar vader en vaders achterlijk belast grootvader alcoholist alcoholici toestand der sexueele afwijking . verdwenen verdwenen verdwenen verdwenen verdwenen verdwenen verdwenen oordeel patiënt tevreden tevreden tevreden tevreden tevreden — tevreden oordeel arts gunstig gunstig gunstig gunstig gunstig gunstig gunstig verschijnselen ten gevolge der gewichts- geen gewichts- vetafzet- geen gewichts- geen „castratie" toename toename ting, baard- toename uitval EIGEN ONDERZOEK B. VOOR LOCAAL ORGANISCH LIJDEN GEOPEREERD. No. 8 No. 9 No. 10 No. 11 leeftijd bij operatie 56 jaar 31 jaar 30 jaar 45 jaar tijd van observatie na castratie . 5 jaar 4% jaar 8% jaar 1V4 jaar reden tot castratratie tbc. v/d testes tbc. v/d testes tbc. v/d testes carcinoma v/d testes verschijnselen tengevolge der cas- geen gewichtstoename geen geen tratie oordeel patiënt tevreden tevreden tevreden tevreden oordeel arts gunstig gunstig gunstig gunstig minderd, maar niet verdwenen, hetgeen de psychiater had gehoopt. Dit in tegenstelling met no. 5, bij wien ook de andere verschijnselen zeer zijn teruggegaan. 5. De postoperatieve veschijnselen zijn van geen beteekenis. Enkele zijn van tijdelijken aard geweest. Blijvend zijn de gewichtstoename, de haaruitval en de vetafzetting, waarvan de patiënten echter verklaren geen hinder te hebben. Van no. 4 wordt meegedeeld, dat hij nog wat gemakzuchtiger is geworden dan hij vroeger al was. Summa summarum spreken we als ons oordeel uit, dat alle zeven gevallen een gunstig resultaat hebben opgeleverd. Bij patiënt no. 1 doet zich het eigenaardige voor, „dat de rechtbank zooal niet onder voorwaarde van castratie, dan toch op grond van de mededeeling, dat castratie zou plaatsvinden, en dat daardoor een groote kans bestond, dat hij van zijn ziekelijke neiging zou worden genezen, een voorwaardelijke veroordeeling heeft uitgesproken". En ook patiënt no. 2 is, ofschoon de advocaat een langdurige gevangenisstraf of een langdurige verpleging in een psychopatheninrichting voorzag, dank zij de castratie voorwaardelijk veroordeeld. We willen hier nog meedeelen een geval, door Prof. Wiersma in het Nederlandsch tijdschrift voor Geneeskunde van 16 Maart 1935 blz. 1074 zeer in het kort meegedeeld. Hij schrijft daar: „Een patiënt van ongeveer 30 jaar werd voortdurend door gedachten van geslachtelijken aard in beslag genomen. Hij werd ongeschikt voor zijn werk, onaneerde sterk, had neiging tot exhibitionisme, liep naar publieke vrouwen, viel vrouwen op straat lastig. Hij vroeg raad aan tal van doktoren, maar vond geen baat. Ten slotte ging hij naar Duitschland, waar hij gecastreerd werd. Daarna deed hij met opgewektheid zijn werk, leefde geregeld en was verlost van zijn vroegere ziekelijke neigingen". Naar aanleiding van dit geval merkt Prof. Wiersma verder op: „Uit de literatuur zijn tal van gevallen van de gunstige werking der castratie bekend en het boven aangehaalde geval, dat ik waarnam, wijst in die richting. Wanneer deze operatie door den patiënt, of, zoo hij geestelijk minderwaardig is, door zijn wettelijken plaatsvervanger gewenscht wordt, dan lijkt mij deze ingreep gewettigd. Moreele bezwaren zullen zich tegen het verwijderen van ziekelijk overprikkelde kiemklieren moeilijk kunnen handhaven, omdat hier een medische indicatie bestaat. DE CASTRATIEGEVALLEN UIT HET BUITENLAND. De in de literatuur beschreven gevallen van gecastreerden wegens abnormale sexueele neigingen hebben we in 5 groepen verdeeld, te weten: 1. Exhibitionisten. 2. Zij, die ontucht met minderjarige meisjes plegen. 3. Zij, die ontucht met jongens plegen; homosexueelen. 4. Personen met abnormale sexueele neigingen tegenover vrouwen (verkrachting, lustmoord, enz.) 5. Overige gecastreerden. Daarenboven zijn er nog personen in de literatuur beschreven, die om andere reden gecastreerd zijn, zooals door een locaal organisch lijden of door een trauma. Er zijn natuurlijk gevallen, die in meer dan één groep ondergebracht kunnen worden. We hebben echter die groep gekozen, welke het voornaamste van het geheel ziektebeeld mag worden genoemd. Alleen die gevallen, waarvan voldoende gegevens in de ons ten dienste staande literatuur waren bekend, zijn zeer in het kort tabellarisch vermeld. Daarbij is aangegeven, waar elk geval uitvoerig is beschreven. (Zie de tabel aan het einde). De lezer zal na bestudeering van deze 100 gevallen eenigszins een beeld krijgen van den toestand der patiënten voor en na de operatie. Het zijn allen mannen uitgezonderd 11 gevallen, behoorende tot de 5e groep. Over deze gecastreerde vrouwen zal nader worden gesproken. Wolf heeft, zooals reeds is gezegd, de uitvoerigste studie over de castratie geschreven. Hij heeft 35 gevallen uit de literatuur en 40 eigen gevallen beschreven. Aan zijn statistische beschouwingen is het volgende ontleend. Erfelijke belasting. Van 66 gevallen was bekend, of ze wel of niet erfelijk belast waren. Deze 66 waren als volgt verdeeld: , geen erfehike belasting erfelnk belast V . 1 aangetoond aan vaderszijde in 13 gevallen 19 gevallen = 28,8 % aan moederszijde in 13 gevallen aan beide zijden in 24 gevallen totaal ... 47 gevallen = 71.2 % Alcoholmisbruik kwam in 25 gevallen (37,9 %) in de ascendentie voor; 10 van de 15 psychopathen waren met alcoholisme erfelijk belast. Alcoholisme bij de patiënten zelf bestond er in 18 gevallen. De erfelijke belasting is dus bij deze patiënten zeer aanzienlijk. Werking van de castratie of de libido. T .... . gevallen uit de Libido eigen gevallen ... 0 0 literatuur onveranderd 1? 4 licht verminderd ... 7 6 sterk verminderd ... 14 3 verdwenen 9 16 De eindtoestand is bereikt na o—6 6—12 1—2 j. meer onbe- mnd. mnd. dan2j. kend eigen gevallen . . 11 3 6 7 9 literatuurgevallen .6 2 8 16 Hieruit blijkt, dat de libido slechts in 6,7 % der gevallen onveranderd is gebleven. In 42 % was hij totaal verdwenen, in 50 % min of meer verminderd. In 46% % der gevallen is de eindtoestand binnen het jaar bereikt; doch in 35 % heeft het nog meer dan 2 jaar geduurd. Verder is aan Wolf gebleken, dat bij gecastreerde zwakzinnigen de libido meestal geheel verdwijnt; bij schizophrenen niet. Bij jeugdige personen is het resultaat intensief, treedt echter soms veel langzamer op, dan men zou verwachten. Bij mannen van gemiddelden leeftijd bevinden zich de gevallen met weinig veranderde libido. Bij ouderen verdwijnt de libido weer in veel sterkere mate, maar niet altijd vlug. Er bestaat positieve correlatie tusschen de intensiteit van het resultaat en de snelheid. Van de 9 gevallen van Wolf zelf, waarbij de libido geheel is verdwenen, was de eindtoestand al in het eerste halfjaar bereikt in 7 gevallen, en bij de 2 andere binnen het jaar. Vooral bij de zwakzinnigen gaat de vermindering der libido zeer snel. Deze zijn dus bijzonder geschikt voor het verkrijgen van een goed resultaat. Potentie. Over het algemeen volgt de potentie dezelfde regels als de libido. Van 53 gevallen was er in 32 volkomen overeenstemming tusschen het resultaat bij libido en potentie; in 6 gevallen was de libido meer, in 15 minder beinvloed dan de potentie. Van de 36 gevallen bereikten bij 25 libido en potentie ongeveer gelijktijdig de eindtoestand. Psychische toestand, a. Karakter. De werking van de castratie op het karakter blijkt uit de prikkelbaarheid en de drift. Deze was voor de na de castratie castratie zeer hoog 9 onveranderd 3 minder sterk 7 zeer verhoogd 4 licht verhoogd 3 duidelijk vermind. 19 waarvan 10 bij patiënten, die vroeger abnormaal prikkelbaar en driftig waren. Van de 19 werden eenige volkomen rustig, die vroeger zeer dirftig waren. b. Moreele ongeremdheid. Deze wordt weinig beinvloed: slechts in 4 gevallen was een duidelijke verbetering te constateeren. c. Neurosen, nerveus karakter. Van de 8 patiënten met neurosen hadden 3 na de castratie bijna geen neurotische symptomen meer. Eén was een geheel normaal persoon geworden; bij 2 duurde het langer en was de genezing onafhankelijk van de castratie; bij 2 is verbetering zonder verdere opgave ingetreden. De castratie kan dus vroeger bestaande nerveuse en neurotische toestanden gunstig beïnvloeden. d. Psychopathie. Van de 20 psychopathen was bij 6 geen of een onwezenlijke verandering van het karakter opgetreden; 7 waren zeer veel verbeterd. Doch ongunstige exogene invloeden kunnen soms weer psychische onrust veroorzaken. e. Schizoied en schizophrenie. Vier personen waren schizoied; hiervan is één na de castratie snel genezen, één na een uitgesproken schizophrenie te hebben doorgemaakt; twee zijn iets verbeterd. Vijf schizophrenen bleven onbeinvloed. /. Epilepsie. Een epilepticus is na de castratie spoedig genezen; één kreeg 1 jaar p.o. epileptische insulten; mogelijkerwijs is er eenig verband tusschen de operatie en de epilepsie. Een ander kreeg 5 jaar p.o. enkele aanvallen. In een ander geval bestonden voor de castratie epileptische aequivalenten, die er na niet meer zijn voorgekomen. Wolf houdt de invloed van de castratie op de epilepsie voor ongevaarlijk, ook bij erfelijk belaste patiënten. g. Depressietoestanden. Bij 34 van de 66 patiënten bestond na de castratie heelemaal geen depressie. Van deze 34 hadden er 23 te voren ook geen depressie gehad; 11 werden dus van de depressie bevrijd. Bij 2 werden zware depressietoestanden door lichte vervangen. 17 patiënten kregen depressies, die ze van te voren niet hadden; bij 2 veranderde de lichte in een ernstige depressie. Van de 4 patiënten met zelfmoordgedachten vóór de castratie zijn er 3 na de operatie bevrijd van gebleven. Eén deed vóór de operatie 3 ernstige pogingen een ander één poging, doch er na geen meer. In 5 van de 7 gevallen was dus het zelfmoordgevaar verminderd of geweken; bij 2 niet, te weten een schizophreen en een epileptoiede psychopaath. Wolf komt tot de slotsom, dat bij castratie, op verzoek van den patiënt verricht, het gevaar voor zelfmoord door den ingreep niet wordt verhoogd, maar wel in sommige gevallen verminderd. h. Zwakzinnigheid. De zwakzinnigheid wordt door de castratie noch verbeterd, noch verslechterd. *'. Geestelijke werkzaamheid. De geestelijke werkzaamheid bleek na de castratie toegenomen in ii gevallen, afgenomen in 2 gevallen. In zeldzame gevallen was dus een ongustige, in de meeste gevallen een gunstige invloed vast te stellen. Subjectief bevinden van den patiënt. De patiënt was over de operatie zeer tevreden in 27 gevallen = 44,3 % ) tevreden in 25 gevallen = 41,0 % \ /o ontevreden in 9 gevallen = 14,7 % De ongustige resultaten hangen voor een groot deel samen met een onjuiste indicatie tot opereeren, ook al vroeger tengevolge van gemis aan ervaring. We weten nu, dat in gevallen, waarin de patiënten zelf de castratie nadrukkelijk verlangen, het resultaat bijna steeds gunstig is. Bij patiënten, die tegen hun wil gecastreerd zijn, waaronder de oorlogs- en traumatische gecastreerden, is het aantal ontevredenen zeer groot. Er bestaat dus een zeer sterke positieve correlatie tusschen subjectieve instelling vóór de operatie en het resultaat. Lichaamsgewicht. Uit het materiaal van Wolf blijkt, dat het lichaamsgewicht is gevallen uit de gevallen van literatuur Wolf sterk toegenomen (8—25 kg) 10 gevallen 4 gevallen licht toegenomen 12 gevallen 11 gevallen licht afgenomen 3 gevallen 2 gevallen onveranderd 11 gevallen 11 gevallen Het gevaar voor een uitgesproken vetzucht is gering. Bij de jeugdige gecastreerden van Wolf's patiënten was geen enkel geval van uitgesproken vetzucht. De gewichtstoename bleef steeds binnen de normale grenzen. Spierkracht. Afname der spierkracht komt voor, is echter geen regel. Van de patiënten bleek de spierkracht sterk toegenomen in 2 gevallen \ licht toegenomen in 3 gevallen \ n gevallen gelijk gebleven in 6 gevallen 1 licht afgenomen in 8 gevallen ) sterk afgenomen in 5 gevallen \ I^ Seva en Secundaire geslachtskenmerken. Twee patiënten, gecastreerd op den leeftijd van 11 % en 21 jaar, kregen een sopraanstem. Bij de anderen traden geen stemveranderingen op. Beharing. In vele gevallen vermindert de beharing, speciaal de baard: ook bij laat gecastreerden. Het hoofdhaar is slechts in één geval 4 jaar p. o. begonnen uit te vallen. Toename der beharing is bij 3 oorlogsgecastreerden vastgesteld. Alopecia areata is in één geval na de castratie genezen. Het gezichtshaar (op kin en wangen) is totaal uitgevallen in o gevallen veel uitgevallen in 14 gevallen licht uitgevallen in 7 gevallen onveranderd gebleven in 10 gevallen licht toegenomen in 1 geval. Het meest werden de wangharen getroffen; de kinharen minder. De beharing van den romp en de ledematen is totaal uitgevallen bij een, die reeds a.o. zwak behaard was in 5 gevallen licht afgenomen bij een, die reeds a.o. zwak behaard was in 3 „ sterk afgenomen bij een, die reeds a.o. zwak behaard was in 5 „ licht afgenomen bij een, die reeds a.o. sterk behaard was in 6 „ in het feminine type veranderd (pubishaar van boven scherp begrensd) in 10 „ onveranderd in 13 „ Hieruit blijkt dus, dat in ongeveer 1I3 der gevallen de beharing onveranderd blijft, in 1/3 lichte en in 1j3 sterke afname optreedt. De patiënten vinden dit over het algemeen niet hinderlijk. Castratentype. Het castratentype bij personen, die na de puberteit zijn geopereerd, bestaat uit: 1. feminine vetverdeeling; dit is vetafzetting aan de borsten, onderbuik en heupen, billen, wangen en bovenbeenen. 2. feminine beharing aan het lichaam, in den regel met naar boven sterp afgegrensde pubisbeharing en gedeeltelijke baarduitval. 3. eigenaardige huidtoestand, in het bijzonder aan het gezicht en de handen, zooals ze bij de eunuchen onder de naam van gerodermie bekend is: rimpels, gedeeltelijk behaard, bleek, fijn. Onder de gevallen van Wolf was de verdeeling: volledige castratentype in 7 gevallen / vetverdeeling in 10 gevallen partieele 1 beharing in 9 gevallen castratentype j vetverdeeling en beharing in . 5 gevahen \ huid in 1 geval aangeduid was het type in 3 gevallen het type ontbrak in 12 gevallen Bij uitzondering vertoont de laat gecastreerde het type van den eunuch. Meestal is eerstgenoemde veel minder opvallend dan laatstgenoemde. Verschillende patiënten zagen er opvallend jong uit. Wolf vond dit in 5 van de 42 gevallen. Nerveuse stoornissen. Wolf vond bij 2 patiënten p.o. een bleek gezicht; een andere patiënt kreeg dit alleen bij opwinding. Hoofdpijn trad in 7 gevallen p. o. af en toe op. Congesties kwamen soms kort na de operatie voor (in 6 gevallen), maar verdwenen dan langzamerhand. 12 van de 42 gevallen waren p.o. volledig vrij van elke nerveuse stoornis. Algemeene gezondheidstoestand. De algemeene gezondheidstoestand bleek voortreffelijk te zijn. Wolf komt tot de slotsom, dat de castratie voor den lichamelijken toestand ongevaarlijk is; de niet frequente lasten kunnen nooit het leven of de gezondheid van de patiënten in gevaar brengen. Sexueele delicten. In de literatuurgevallen vindt Wolf 5 recidivisten p.o., in eigen gevallen geen enkele. „In verband met de onderdrukking van de sexueele delicten kan het resultaat als schitterend genoemd worden, als men bedenkt: dat vroeger 60 patiënten (met de Deensche meer dan 70) meer of minder ernstige zedelijkheidsdelicten hadden begaan, dikwijls in groot aantal, en dat alleen de ernstige gevallen geopereerd zijn, waarbij te voren alle mogelijke behandelingsmethoden te vergeefs waren toegepast", schrijft Wolf. Eigendoms- en andere delicten. Een vermindering van deze delicten schijnt werkelijk een indirect gevolg van de castratie te zijn. Dit geldt niet voor beroepsmisdadigers, maar voor gelegenheidsmisdadigers. A rbeidsgeschiktheid. De arbeidsgeschiktheid is hoogst zelden verminderd; integendeel, dikwijls vermeerderd. Ook de frequentie van het veranderen van beroep en betrekking is verminderd. Van de 14 patiënten, die voor de operatie elk oogenblik van woonplaats wisselden, werden 10 veel rustiger; slechts 4 wisselden nog steeds. Onder de sexueele misdadigers is geen enkele intelligente landarbeider; wel een aantal debielen en zwakzinnigen. Evenmin worden gecastreerde homosexueelen onder de landarbeiders gevonden. Maatschappelijke positie. De maatschappelijke positie is zeer verbeterd in 6 gevallen iets verbeterd in 12 gevallen onveranderd gebleven in 11 gevallen verslechterd in 1 geval. Tien patiënten verdienen voor zich en hun gezin de kost; 3 patiënten moeten zeer bescheiden leven, maar genieten geen steun; 1 patiënt krijgt werkeloozenuitkeering; 6 leven op kosten van de familie; slechts 4 zijn op staats- of gemeentekosten tijdelijk of voortdurend geinterneerd. Had de castratie niet plaats gehad zegt Wolf, dan zouden van de 18 personen, die nu zelf in hun onderhoud voorzien, ongeveer 13 op staats- of gemeentekosten voortdurend verzorgd moeten worden. Prestaties. In een groot aantal gevallen zijn de prestaties na de castratie normaal gebleven of stonden soms boven het gemiddelde. Het familieleven. Na de castratie heeft geen enkele echtscheiding plaats gehad. De verhouding tusschen de echtgenooten was steeds uitstekend. In geen enkel geval is de castratie een gevaar voor het gezin geworden; integendeel, in eenige gevallen is de verhouding veel beter geworden. Wolf komt ten slotte tot de volgende conclusies: A. De gevaren van de castratie, op verzoek van den patiënt uitgevoerd, zijn gering. De voordeden zijn groot; in talrijke gevallen kan van redding van het psychische en sociale leven worden gesproken. Eenige mislukkingen zijn onvermijdelijk; doch nooit bereikten de ernstigste toestanden na de therapeutische castratie de hoogte, als bij de traumatisch gecastreerden. De verhouding van de voordeden tot de nadeden schijnt ons gunstig te zijn. Zoo houden we de castratie voor een medisch beslist toelaatbare operatie. B. Contraindicaties zijn de volgende: 1. Onder de 25 jaar kan de castratie schadelijk zijn; na het 18e jaar is ze wel ongevaarlijk. 2. Weerstand van den patiënt tegen de operatie. Sommigen hebben toestemming gegeven om maar uit het gesticht te komen, terwijl ze innerlijk er tegen waren. Deze gevallen moeten bijtijds herkend worden, want de prognose bij deze gevallen is twijfelachtig. Daarom is ook de dwangcastratie niet aanbevelenswaardig. Doch de dwangcastratie van sexueele misdadigers is niet alleen uit medisch oogpunt bedenkelijk. Een algemeen menschelijk bezwaar ligt nog in de beperking van de lichamelijke integriteit van den enkeling ten gunste van de gemeenschap. De eerbied voor de lichamelijke integriteit is een stuk menschenrecht. 3. Een laatste contraindicatie is een ernstige dispositie voor schizophrenie. C. Indicaties voor de castratie zijn: 1. Het gevaar voor zelfmoord of voor zelf castratie. Deze vormt een dringende indicatie. Onder zulke omstandigheden moet de arts het recht hebben zonder meer tot castratie te besluiten. 2. Het gunstigst is het resultaat bij exhibitionisme en gewelddaden op sexueelen bodem. Bij moord als secundair verschijnsel moet nooit tot levenslange gevangenisstraf worden veroordeeld of tot de doodstraf, maar moet worden gecastreerd. De kans op uiteindelijke genezing is daarbij groot. Bij homosexueelen is het resultaat veel beter dan vele schrijvers meenen. Bij zwakzinnigen is de castratie buitengewoon gunstig; de operatie kan in elk geval met of zonder toestemming met goede prognose worden uitgevoerd. Bij schizophrenie is het resultaat slecht. Gevaar voor zelfcastratie kan een indicatie zijn. Maar in het algemeen moet de castratie bij schizophrenen worden afgeraden. Tot zoover Wolf. Wij hebben zijn conclusies wat uitvoerig weergegeven, omdat ze het resultaat zijn van een van de laatste studies en zeker de meest uitvoerige is over de castratie. Hackfield geeft zijn meening als volgt weer. „Wat bij het naonderzoek der oudere patiënten bijzonder opviel, was hun jeugdig uitzien. Alle patiënten zijn lichamelijke gezond en geestelijk bezig, zooals met hun oorspronkelijken aanleg overeenkomt. Daaruit laat zich met zekerheid besluiten, dat de castratie op den algemeenen gezondheidstoestand niet schadelijk werkt. De biologische werking door wegvallen van de homosexueele geslachtsdriftcomponenten is wel de intensiefste werking, maar niet de eenige; door deze wordt zonder twijfel de geheele verhouding van den persoon tot het leven veranderd, en wel bij juiste keuze van de gevallen in gunstigen zin. Vele van de patiënten waren voor de operatie ook in ander opzicht abnormaal, in het bijzonder met alcoholtendenzen. De castratie van krankzinnigen of andere ernstig psychisch abnormale mannen als bijverschijnsel van hun abnormale crimineele sexualiteit en bij vrouwen met of zonder krankzinnigheid heeft geen gunstig resultaat". Maier drukt zich als volgt omtrent de castratie uit. „De castratie heeft kans op gunstig resultaat bij diegenen, die overigens moreel eenigermate ordelijk van aanleg zijn en zich met alle moeite tegen den abnormalen drang hebben verzet, maar te vergeefs. Wanneer een dergelijke instelling van de overigens normale personen tegen de crimineele tendenz niet bestaat, maar deze in de geheele psyche vast zit, kunnen ook recidieven na de operatie optreden; evenzoo natuurlijk als het krankzinnigen betreft. De gevallen moeten zeer nauwkeurig onderzocht worden, en eerst moeten ook alle andere behandelingsmethoden zijn beproefd. Eventueele later optredende verschijnselen vallen in het niet tegenover de defecten van vóór de operatie en vormen geen contraindicatie. De toestemming van de patiënten hebben we tot nu toe altijd gekregen. We houden dit ook psychotherapeutisch van belang. Vóór alles hebben we ernstig bezwaar gemaakt om den rechter de bevoegdheid te verkenen de castratie als bijstraf aan sexueele misdadigers op te leggen. De bezwaren tegen elke dwangcastratie zijn m.i. steekhoudend. Het is de vraag, of zoowel de gerechtsarts in Duitschland, waar dwangcastratie bestaat, als de rechter in staat zijn, die gevallen uit te kiezen, waarbij de ingreep werkelijk is geindiceerd. Laat men hen beslissen over menschen, die men min of meer naar de strafmaat beoordeelt, dan zijn eensdeels mislukkingen zeker te verwachten, anderdeels is er sprake van een gerechtelijke maatregel betreffende een ingreep in de lichamelijke integriteit, die zeker niet met de medische beginselen overeenkomt en waarvoor de wetgever alleen de verantwoording heeft te dragen. In de laatste 25 jaar zijn ongeveer 45 sexueele misdadigers in de kliniek te Zürich op hun verzoek, of, als ze niet tot oordeelen in staat waren, met toestemming van den voogd, gecastreerd en wel om zoo te zeggen zonder uitzondering met goed gevolg. Anderen waren met de methode niet zoo tevreden, wat echter naar mijne meening komt, doordat men de gevallen niet voldoende goed heeft onderzocht en ongeschikte gevallen opereerde. Het eenige geval, waarbij een recidief optrad, is misschien het beste bewijs: De chirurg had, zonder dat ik het wist, om de involutieverschijnselen minder sterk te laten werken, een testikel onder de buikhuid getransplanteerd: de man werd 3 maanden na ontslag weer teruggebracht wegens recidief, toen de testikel nog in het onderhuidsche bindweefsel lag. Nadat ze geheel was geatrophieerd, heeft de patiënt geen delicten meer begaan". Lange kwam in zijn publicatie betreffende 310 oorlogsge- castreerden tot de conclusie, dat de meesten in de maatschappij weer waren teruggekeerd, verschillenden hadden na de castratie weer in het leger gevochten, een aantal waren gehuwd; enkelen zelfs hadden de potentie behouden. Het optreden van vasomotorische en climacterische symptomen zou meermalen de arbeidsprestatie hebben verminderd, terwijl arbeidsongeschiktheid alleen bij van huis uit psychopathen is gevolgd. (Wij brengen hier in herinnering, wat we in de inleiding gezegd hebben omtrent de waarde, die we aan de resultaten van Lange toekennen). Kolle geeft een korte tabel omtrent de resultaten der castratie, waarbij hij opmerkt, dat de observatieduur niet zoo groot is geweest: met mefi zonder niet te J°~ gunstig tW1^ e " gunstig ge- taal gevolg aC !g gevolg bruiken gevolg Uit de literatuur gevallen 58 18 4 12 17 door Quervain en Wolf 35 29 3 — 3 in Denemarken (Goll) 41 40 — 1 — Totaal ... 134 87 7 13 20 De gevallen, die niet te gebruiken waren, waren nog te kort van duur. Uit deze statistiek blijkt wel, dat het aantal gunstige gevallen bijzonder groot is. Dat het aantal ongunstige resultaten zoo groot is bij de gevallen, die zoo hier en daar in de literatuur gepubliceerd zijn, komt doordat deze medici niet over voldoende ervaring hebben beschikt om de juiste indicatie tot opereeren te stellen". Over de castratie in Denemarken hebben verschillende deskundigen geschreven. We zuilen hier de meening weergeven van den officieelen Medischen Raad, die is ingesteld ter uitvoering van de sterilisatie- en castratiewet van 1 Juni 1929, van Oberreichsanwalt August Goll en van den Procureur-Generaal bij den Hoogen Raad, Otto Schlegel. Schlegel zegt in een rapport over de juridische zijde van het castratievraagstuk: „Voor de geinterneerde patiënten in het onjuist te spreken van „eigen wil", van het oogenblik af, dat de patiënt weet, dat hij na de castratie mogelijk wordt vrijgelaten. In werkelijkheid handelt hij meestal onder een sterken druk. Aan de eene kant is het zijn dorst naar vrijheid, die vecht, aan de andere kant zijn sexueele instincten; en normaal is het aan zijn zwak en ziekelijk karakter een onmatig zwaren eisch stellen, als men hem de keus wil laten doen tusschen deze twee alternatieven. Het schijnt mij dus veel menschelijker om het aan de maatschappij over te laten om in ieder afzonderlijk geval een beslissing te nemen, rekening houdende met de maatschappelijke veiligheid, de mogelijke gevolgen van den ingreep en het belang van den patiënt. Daar bij dit feit overwegingen van verschillenden aard te pas komen, moet de beslissing niet aan den rechter, maar aan een deskundigen-commissie worden overgelaten, samengesteld b.v., zooals die voor de sterilisatie. Deze maatregelen, veel rationeeler en menschelijker dan de tegenwoordige, bevrijden de geïnterneerden van vele overdenkingen en zullen in een grooter mate dan nu zijn terugkeer in het vrije leven der maatschappij toelaten". Goll stelt daarentegen „als eerste voorwaarde voor de castratie van geïnterneerden, dat deze zelf de castratie wenschen en dus hun toestemming daartoe geven. Deze toestemming is niet in elk geval te verwachten; velen van de geïnterneerden geven de voorkeur er aan jaar in jaar uit in een inrichting te verblijven. Dwang of overreding tot inwilliging wordt nooit uitgeoefend. Wenscht de patiënt de castratie, dan moet hij nog zoo lang in de inrichting blijven, tot men zeker weet, hoe zijn karakter en neiging zijn geworden en tot hij in zooverre tot rust is gekomen, dat de directeur de verantwoordelijkheid voor een goed gedrag op zich kan nemen. Dan moet de patiënt nog langen tijd geregeld worden gecontroleerd. In dien tijd blijft hij inwoner van de inrichting, opdat kan worden vastgesteld, of de ingreep een gunstig resultaat op hem heeft gehad. Voor hij ontslagen wordt, moet er voor gezorgd zijn, dat hij een passende betrekking heeft en er toezicht op hem wordt uitgeoefend. Eerst dan kan hij op proef ontslagen worden. Ten slotte moet hij zich elk jaar voor een medisch onderzoek melden". De Medische Raad voor sterilisatie en castratie in Denemarken heeft bij schrijven van 15 December 1934 een verslag aan den Minister van Justitie uitgebracht over de resultaten van de wet van 1 Juni 1929, betreffende sterilisatie en castratie. Omtrent deze laatste wordt o.a. het volgende opgemerkt: „In het geheel zijn er na in werking treden der wet 59 mannen gecastreerd. Voordien waren er op verzoek van de justitie reeds 4 mannen gecastreerd; te samen dus 63 mannen. Deze patiënten zijn over alle lagen der maatschappij verdeeld. Bij 4 personen is de castratieaanvrage door den Raad geweigerd.Van de overblijvende 59 mannen waren er 13 vrij en 46 geinterneerd. Onder de patiënten waren velen, die reeds meermalen voor sexueele delicten veroordeeld waren. In een paar gevallen is gecastreerd wegens vrees voor sexueele misdaden. Een groot deel der patienten was zwakzinnig tot imbeciel toe; 10 waren licht achterlijk. Zoowel de zwakzinnigen als de psychopathen vertoonden naast de sexueele ook moreele defecten, zooals diefstal, bedrog, brandstichting. Er was zelfs een, die reeds 14 maal voor brandstichting was veroordeeld. Bij de psychopathen speelt het sexueel leven een belangrijke rol. Het aantal aangeboren homosexueelen was niet groot. Ook komen onder de gecastreerden nog al wat normalen voor, behalve dan, dat zij sexueele afwijkingen hebben. Velen begingen hun delicten in een alcoholroes, of waren chronische alcoholisten. Merkwaardig is het geval van een man, die op n-jarigen leeftijd encephalitis lethargica had gehad. Daarna vertoonde hij karakterverandering, welke zich o.a. uitte in onzedelijke handelingen met kleine meisjes. Bij een wandeling van de gezamenlijke gestichtspatienten deed hij echter plotseling een poging tot verkrachting van eene 74-jarige vrouw. De 4 gevallen, waarin castratie is geweigerd, waren van dien aard, dat een gunstig resultaat van de operatie twijfelachtig was". Wat de lichamelijke veranderingen p.o. betreft, wordt het volgende meegedeeld. „De veranderde stofwisseling uit zich in veranderde groeiverhoudingen, nl. een langer worden van de ledematen en een gewichtstoename. Castratie na de puberteit geeft echter geen lengteveranderingen. In de helft der gevallen bestond gewichtstoename zonder hinder voor de patiënten op één enkele uitzondering na. De gewichtstoename bestond in vetafzetting op de typische plaatsen, te weten schouders, borsten, buik, heupen en bovenbeenen. In een aanzienlijk aantal gevallen Het Castratievraagstuk. namen de castreerden in gewicht af; weer anderen bleven onveranderd. In de helft der gevallen bestond een neiging tot spoedig zweeten; soms was dit hinderlijk. Dit verschijnsel verdwijnt langzamerhand; na een jaar hebben de patiënten er geen hinder meer van. De spierkracht is zelden verminderd. Verder waren er geen klachten over hoofdpijn, duizeligheid of flauwtes. Van de zijde van het vaatsysteem, maagdarmkanaal en de urinewegen bestonden geen klachten. De slotsom is dus, dat er geen belangrijke lichamelijke bezwaren tot nu toe zijn waargenomen. Ook zijn er geen wezenlijke ernstige geestelijke nadeelen geconstateerd. Als een deel der gecastreerden aangeeft last te hebben van depressie, gebrek aan energie, geheugenzwakte, verminderde interesse, dan moeten we er altijd rekening mee houden, dat we met psychopathen te doen hebben, die overgevoelig zijn, en die terwille van het verkrijgen van de vrijheid in de castratie j hebben toegestemd. Wel geven alle gecastreerden te kennen de uiterlijke rust en de innerlijke zekerheid, die na de operatie bij hen is opgetreden. De vrees voor nieuwe delicten is met één slag verdwenen. Bij psychopathen is niet zelden geconstateerd een gunstige werking op hun gevoelsleven, een rustiger worden; bij zwakzinnigen daarentegen niet. Allen zijn meer evenwichtig geworden; hun prikkelbaarheid, neiging tot onbeheerschte affect-explosies, ontevredenheid, querulentie zijn belangrijk verminderd. Er is een vervlakking van de fantasie opgetreden, die meestal een sexueele inhoud had. Sexueele voorstellingen en droomen zijn verdwenen, evenals de sexueele drang. Dat een deel der psychopathen niet wezenlijk verbeterd is ten opzichte van temperament enz., was natuurlijk bij de sterke vastlegging van hun geestelijke abnormaliteit en hun verkeerden aanleg te verwachten". Omtrent de crimineel-therapeutische werking wordt het volgende meegedeeld: ,,In 50 van de 63 gevallen kan eenige gevolgtrekking daaromtrent worden gemaakt; bij 13 was de observatietijd nog te kort. Bij de anderen schommelde die tijd tusschen 1 en 5 jaar, behalve bij de 4 gevallen van voor 1929, waar de tijd dus grooter was. Volgens de wetenschap zou de abnormale sexueele drift veroorzaakt worden door een hormonale en een psychische component, welke laatste in de hersenen zou vastliggen. Nu heeft men gevreesd, dat de castratie wel de hormonale component kan doen verdwijnen, maar niet de psychische. Er blijkt nu echter uit de 50 gevallen, dat de geslachtsdrift in verreweg de meeste gevallen is verdwenen of zeer sterk verminderd en de abnormale werking is opgehouden. Bij een zeer kleine groep (behoorende tot de homosexueelen) schijnt van de psychische component nog iets overgebleven te zijn. Een paar gecastreerden hebben nog vriendschappelijke omgang (geen sexueele) met mannen en jongens. Maar bij geen van hen zijn abnormale sexueele handelingen geconstateerd, behalve in een geval, waarin de gecastreerde kort na de operatie met minderjarigen homosexueele handelingen verrichtte. Volgens den patiënt zelve echter hadden deze handelingen plaats na provocatie van de kant van den minderjarigen partner. Hij had daarbij geen geslachtsgenot. Niettemin is de man toch weer geinterneerd. Het resultaat kan bij het aanleggen van een strengen maatstaf niet anders dan gunstig luiden. Iedere andere medische behandeling, die zoo'n absoluut minimaal en zoo'n gering recidief kan aanwijzen, zou men zeker voortreffelijk noemen". De Medische Raad spreekt ten slotte als zijn meening uit na een 5-jarige ervaring: „De castratie uit zich als zeer effectief, en de resultaten zijn bijzonder gunstig. De gevaren en ongemakken zijn zoo gering, dat ze niet in aanmerking komen tegenover de persoonlijke en maatschappelijke voordeelen". De buitenlandsche onderzoekers komen dus, kort samengevat tot de volgende conclusies: Wolf. „De gevaren van de castratie, op verzoek van den patiënt uitgevoerd, zijn gering. De voordeelen zijn groot; in talrijke gevallen kan men van redding van het psychische en sociale leven spreken. Eenige mislukkingen zijn onvermijdelijk; doch bereikten de ernstige toestanden van de therapeutische castratie nooit de hoogte als bij de traumatische gecastreerden. De verhouding van de voordeelen tot de nadeelen schijnt ook gunstig te zijn. Zoo houden we de castratie voor een medisch beslist toelaatbare operatie". Maier. Deze heeft in de laatste 25 jaar ongeveer 45 sexueele misdadigers op hun verzoek of met toestemming van den voogd laten castreeren. Hij zegt, dat deze om zoo te zeggen zonder uitzondering allen met goed gevolg bekroond zijn. Indien anderen niet zoo tevreden zijn geweest met de methode, komt dit, doordat men de gevallen niet voldoende goed heeft onderzocht en ongeschikte gevallen heeft geopereerd. Hackfield. Deze vond van 25 niet krankzinnige, recidiveerende, niet anders te genezen sexueele misdadigers 22, die na de operatie een dadelijk optredende genezing vertoonden; bij 3 trad de genezing langzamer op. Echter bij allen, zonder dat zich geestelijk of lichamelijk schadelijke gevolgen van eenige beteekenis hebben voorgedaan. Medische Raad in Denemarken. Deze komt ten slotte tot den slotsom, dat het resultaat van de castratie voortreffelijk mag worden genoemd; eventueele onaangename gevolgen vallen geheel in het niet tegenover de belangrijke, verkregen voordeelen. De zeven gevallen uit Nederland zelf vormen zeker geen groot aantal om daaruit een vaststaanden slotsom te trekken. Maar zij motiveeren wel het voorstel de castratie van sexueel abnormalen als een belangrijke aanwinst aan ons therapeutisch handelen toe te voegen. Indien een chirurg bij toepassing van een nieuwe operatiemethode de eerste zeven gevallen met goed gevolg opereert, dan beschouwt hij zeker die methode als een groote aanwinst en zich gerechtigd haar bij anderen zeer aan te bevelen; te meer, als hij weet, dat er tot nu toe geen enkele goede behandelingsmethode voor de afwijking bestond. Analoog komen wij tot de slotsom, dat de verkregen resultaten ons het recht geven de castratie in het kader van ons therapeutisch handelen op te nemen. CASTRATIE VAN VROUWEN. In Nederland zijn, zijn voor zoover ons bekend is geworden, geen vrouwen wegens sexueele afwijkingen gecastreerd. In de buitenlandsche literatuur vinden we verschillende gevallen genoemd, waarvan wij n min of meer uitvoerig in het tabellarisch overzicht hebben beschreven (de nos. 86, 88, 90, 91, 92, 93, 94. 95. 97» 99' I00)- Het resultaat is, dat van geen van allen gezegd kan worden, dat dit gunstig is. Bij één, die behalve sexueel abnormaal nog debiel was en een moreel defect vertoonde, verdween de sexueele afwijking door de castratie wel, maar het moreele defect bleef bestaan. Bij drie andere vrouwen was het resultaat iets gunstig; bij de 7 overigen viel van eenigen invloed van de castratie op de sexueele afwijking niets te bespeuren. Maier geeft als zijn meening omtrent de castratie van vrouwen het volgende te kennen: „De castratie hebben we ook uit psychiatrische overwegingen bij vrouwen toegepast, die wegens een sexueele afwijking of ernstige opwindingstoestanden tijdens de menstruatie geïnterneerd moesten blijven en bij wie gehoopt werd door wegnemen der eierstokken ze weer sociaal geschikt te maken. De resultaten waren bij die vrouwen niet zoo bevredigend, al konden af en toe geringe resultaten bereikt worden, dat we den ingreep in de toekomst weer zullen verrichten. De sexualiteit van de vrouw is veel meer dan die van den man algemeen psychisch vastgelegd, en reeds anatomisch is de voortzetting van excessen, waardoor zij zelf en de omgeving gevaar loopen, door de operatie in geen geval uitgesloten". Hackfield had gevonden, dat bij 6 vrouwen, waarbij de operatie wegens een sexueele afwijking van de menstruatie begeleidende opwindingstoestanden was verricht, de ingreep zonder eenigen invloed was gebleven. Tonkes heeft in de kliniek van Prof. de Snoo te Utrecht nagegaan de vrouwen, bij wie wegens een organisch lijden van de baarmoeder de eierstokken mede waren weggenomen. De dervingsverschijnselen, die als gevolg van de castratie optreden, bestaan voornamelijk uit congesties, sterk zweeten, en dikker worden. Hij kwam tot de volgende slotsom: „Uit mijn in dit proefschrift medegedeelde onderzoek over het voorkomen van dervingsverschijnselen na het wegnemen der baarmoeder met en zonder eierstokken heb ik niet den indruk kunnen krijgen, dat in het algemeen vrouwen, die men na het verwijderen der baarmoeder een of beide eierstokken heeft gelaten, minder last hadden van deze bezwaren, dan vrouwen, bij wie tegelijk met de baarmoeder ook de eierstokken waren weggenomen. De veronderstelling, dat de achtergelaten eierstokken nog een belangrijke werkzaamheid hadden en nog van groote beteekenis waren voor het leven, lijkt mij dan ook op grond van de verschillende mededeelingen in de geschriften en van mijn eigen onderzoekingen niet op voldoende stevigen grondslag te staan; ja, zelfs verkeerd te zijn. Met het oog op de dervingsverschijnselen meen ik te mogen zeggen, dat de beschouwingen over het voordeel van het sparen der eierstokken niet in overeenstemming zijn met de werkelijkheid". Hieruit blijkt, dat de gevolgen, die bij de vrouw na castratie kunnen optreden, niet alleen afhankelijk zijn van de hormonale component, maar ook van de psychische, daar zij in een niet minder groote frequentie kunnen optreden bij vrouwen, die niet gecastreerd zijn. Terecht zegt Tonkes dan ook in no. 6 van zijn conclusies: ,,De dervingsverschijnselen, die dan eens wel, dan eens niet na de verwijdering der baarmoeder met en zonder sparen der eierstokken worden waargenomen, zijn niet alleen zonder meer afhankelijk van gebreken aan de werking der eierstokken of van het geheel ontbreken daarvan. Zij berusten nog op andere werkingen, in het bijzonder van het zenuwstelsel, dat bij de bestrijding dezer verschijnselen in de eerste plaats onze aandacht vraagt". SLOTSOM. Wanneer we thans onze meening omtrent de castratie van sexueel abnormalen samenvatten, dan komen we tot het volgende. 1. De castratie kan alleen bij mannen geindiceerd zijn. De ervaring heeft geleerd, dat de operatie bij vrouwen meestal zonder invloed is; in enkele gevallen valt er bij hen eenig gering resultaat te bespeuren. 2. Bij een deel der sexueel abnormalen komst castratie als therapie in ernstige overweging. 3. De patiënt moet zich vrijwillig aan de operatie onderwerpen. Dit „vrijwillig" is vaak moeilijk vast te stellen, als een patiënt in een gesticht is geinterneerd. De reden voor de toestemming is dan vaak meer de kans om te worden ontslagen, dan te genezen. Het is de taak van den deskundige te trachten zoo goed mogelijk de ware reden van de toestemming te weten te komen. Is de patiënt geestelijk niet in staat over den ingreep te kunnen oordeelen, dan moet de toestemming van zijne ouders of zijn voogd worden gevraagd. Indien mogelijk zal in alle gevallen steeds getracht worden hun toestemming te verkrijgen. 4. De patiënt moet, als regel, niet jonger zijn dan 25 jaar. Is hij nog in de puberteitsjaren, dan moet hij voorloopig worden geinterneerd, totdat deze voorbij zijn. 5. Alvorens tot castratie wordt geadviseerd, moet medisch aangenomen kunnen worden, dat van andere therapeutische middelen geen blijvend succes is te verwachten. 6. Bij sexueele abnormaliteit op den bodem van schizophrenie of ernstige dispositie daartoe worde niet gecastreerd, daar deze operatie dan geen of weinig invloed heeft op de sexueele afwijking. In de inleiding hebben we er reeds op gewezen, dat de castratie een zeer ernstige ingreep is; niet de operatie zelve, maar om de gevolgen er van, namelijk de opheffing van elk sexueel gevoel en van het voortplantingsvermogen. Wij meenen dan ook, dat de castratie van sexueel abnormalen niet dan na rijp beraad en na raadpleging van de beste deskundigen mag worden verricht. Ten einde onherstelbare fouten in deze zooveel mogelijk te vermijden lijkt het ons wenschelijk, dat van Regeeringswege een instantie in het leven wordt geroepen, waartoe men zich om advies kan wenden. De medicus, in wiens praktijk zich dan een geval voor castratie voordoet, kan dit aan dien officieele instantie voorleggen. Ook zullen er medici zijn, die de groote verantwoordelijkheid voor de beslissing in een geval van castratie niet willen dragen, en blij zijn die op een officieele commissie te kunnen afwentelen. Er is nog een argument, waarom een regeling door de Regeering gewenscht is. Er zijn deskundigen, die overeenkomstig een opvatting van de psychopathie de abnormale sexueele neiging niet als een ziekelijk maar als een abnormaal verschijnsel beschouwen. Hieruit kan juridisch de gevolgtrekking worden gemaakt, dat de castratie geen medische behandeling is ter mogelijke genezing van een ziekte, maar beschouwd wordt als een ernstige lichamelijke mishandeling. De medicus, die een persoon met een abnormale, geen ziekelijke neiging opereert, zou daardoor de kans loopen met den strafrechter in aanraking te komen ingevolge een der artikelen 300—303 van het wetboek voor strafrecht. Wij gelooven niet, dat dit in de praktijk inderdaad zoo'n vaart zal loopen; maar het is voor den medicus zeer onaangenaam geen zekerheid te hebben, of hij mogelijk door zijn handeling onder de strafwet zou kunnen vallen. Volgens onze meening behoort de chirurg in dergelijke gevallen absoluut veilig te zijn. Dit is echter niet het geval; te meer, daar op dit nieuwe terrein in ons land de jurisprudentie nog geen enkel geval vermeldt. We zijn hier echter op een gebied, dat niet meer tot het zuiver medische behoort, en meenen daarom met deze korte uiteenzetting te kunnen volstaan. OVERZICHT van de gecastreerde gevallen uit het buitenland, voor zoover deze voldoende in de literatuur waren beschreven. I. EXHIBI- TIONISTEN Leeftijd Leeft, bij No. SchriJyer en Diagnose Anamnese Erfelijke bij en en jaar Libido potenüe Toestand bij laatste Oordeel Oordeel gevalsno. belasting jaar van v. laatste onderzoek patiënt arts castratie onderz. ■ | . 1. Frank II, Psychopa- Reiziger, geb. 1878; moeilijk Vader hyper- 34 jaar 54 jaar, verdwe- verdwe- Is een geheel ander mensch zeer gunstig Slotopols- thie met op te voeden; in opvoe- sexueel; dito Novemb. 1932 nen nen geworden; heeft zich maat- tevreden ky III, perverse dingsgesticht. Is 1896— zuster; broer 1912 schappelijk opgewerkt; zeer Hack- neigingen; 1912 14 maal bestraft, zie no. 2. energiek; goed echtgenoot field 13, sadisme, waarvan 11 maal voor ze- Zusteren en vader; werkt zelfstandig. Staehelin moreele denmisdrijven, meest exhi- halfz. zwak- Iets eunuchoiede habitus; 9, Broer v. defecten; bitionisme. zinnig. gewichtstoename; geen we- no- 2- exhibitio- zenlijke veranderingen, nisme. 2. Frank III, Psychopa- Los werkman, geb. 1880; als boven. 34 jaar, 52 jaar, verdwe- ? Rustiger geworden; aanvan- ? tamelijk Hackfield thie met moeilijk op te voeden; vage- 1914 1932 nen kelijk nog steeds arbeids- gunstig 14. Broer v. moreele de- bond; 1901—1913 23 maal schuwen leugenachtig. Geen no. 1. fecten, ex- gestraft voor diefstal, be- zedelijkheidsdelicten meer; hibitionis- drog en sexueele delicten. tenslotte maatschappelijk me. Zeer hypersexueel, leugen- geworden. Soms alcoholachtig en onbetrouwbaar. misbruik met betrekkingsOngehuwd. waan; mogelijk schizoiede symptomen; geen baard- • groei; het gaat hem in 1932 goed, heeft rustig leven. 3. Frank V, Psychopa- Melkhandelaar, geb. 1883. Vader licht- 40 jaar, 49 jaar, verdwe- verdwe- Werkt nu geregeld; geen zeer gunstig Sloto- thie, exhibi- Exhibitioneert veel, waar- zinnig; moe- 9-7-1923 1932 nen nen sexueele afwijkingen meer; tevreden polsky X, tionisme. voor verschillende malen dersvader sexueel-perverse droomen Hackfield gestraft. Gehuwd. Zegt tus- souteneur; verdwenen, eunuchoied 16, Stae- schen 1921 en 1923 min- moeders- type. helin 5. stens eens per maand ge- broer ar- | exhibitioneerd te hebben. beidsschuw. Schrijver en Leeftijd , Leeft, bij N°' geva.sno. «*«— 5X ! v»2« Libido P„te„,ie * J-* Oordeel Oordee. 5 1 ~ v. laatste onderzoeker patiënt arts , castratie onderz. | " J ^ " — 4. Frank VII, Debiel, ex- Tuinman, geb. 1895. Kon Vader zeer 2oiaar Hackfïeld hibitio- slecht leeren. 1916-1923 se el £ 37 jaar, zeer ver- zeer ver- Nog 2-3 maal wekelijksch zeer gunstig 18. nisme. vele malen voor diefstalen moeder gaat I24 ^ geslachtsverkeer met zyne tevreden exhibitionisme veroordeeld, met andere Vr°UW,'' g6en abnormale Exhibitioneert in I922 bij- mannen, is T , ^ëen meer. na dagelijks. Gehuwd. Sexu- ook sexueel Aanvankelijk 20 kg ge- eel zeer veeleischend van abnormaal- wichts oename, daarna ge- zijne vrouw, broer exhi- hjkgebleven. bitioneert, zuster hypersexueel. 5. FrankVIII, Debiel, psy- Steenhouwer,geb. 1868.Kon Ouders beiden kaï^t ■ , „, , Slotopols- chopathie, niet goed leeren; op r7 jaar alcM^ ™^ 6\1™' ™ verdwe- Werkt vlijtig, zorgt goed tevreden gunstig k VIII, exhibitio- hersenschudding; chroni- fbToers 9 93 ^ *" voor zijn gezin; drinkt niet Kartal nisme. sche alC0h0licus; Ig03_ 3wakzinni ^ ™£ gee» zedehjkheids- III, Hack- I922 verschillende malen ddlcten meer; succes m field 15. wegens exhibitionisme ver- Zaken- Gennge gewichts" oordeeld; is soms ontoe- toename; eenigszins eunu- rekenbaar verklaard. Ge- Ch°led type; zeer religieus. huwd; daarna toch nog exhibitionisme. t 6. Frank XVI, Imbeciel.mo- Arbeider, geb. 1906. Kon niet Niets van be «io.r Slotopols- reel defect, leeren; 1914-1920 vele on bekend r/ro' 35 ^ ff ^1925 Chirurg heeft een 5 mm dik- Heeft spijt; gunstig kt V, Kak- exhibitio- zedelijke handelingen met 4 9 1932 ^ gebleVGn' ke Schijf van de testikel was liev*r tal XII, nisme, pae- kinderen soms daarbij ge verdwe- daarna praeperitoneaal bevestigd; geinter- Hackfield dophilie. exhibitioneerd. In 1918 ge- 1 verdwe" wellicht als gevolg hiervan neerd om 19. huwd. Een kind. nen ln het voorjaar van 1920 dan later te recidief. Voorbijgaande de- ontsnappressietoestand. Kan nog pen. geslachtsverkeer uitoefenen; geen zedelijkheidsdelicten meer na het eene recidief. Geen lichamelijke of geestelijke verschijnselen van blijvenden aard zijn I opgetreden. Leeftijd Leeft, bij No- StJluLen Diagnose Anamnese Erfelijke bij en en jaar potentie Toestand bij laatste Oordeel Oordeel gevaisno. belasting jaar van v. laatste onderzoek patiënt arts |_ castratie onderz. 7. Wolf X Psychopa- Mechanicien,geb. 1891. Stui- Vader driftig, 36 jaar, 37 jaar, na 3 mnd. na 3 mnd. Geen exhibitionisme meer; tevreden tamelijk thie, mis- pen als zuigeling; driftig; alcoholist; Jan. Febr. verdwe- verdwe- aanvankelijk gedeprimeerd; gunstig schien schi- leerde goed; op 18 jaar ex- broer onze- 1927 J928 nen nen 3 maand p.o. weer aan de zoiede ge- hibitioneerde een oom voor dehjkehan- arbeid;geendriftbuienmeer; dachten- hem, en pakte hem bij zijn delingen met in het diepst van de psyche gang, exhi- genitaliën; op 20 jaar ver- schoolkin- af en toe onrustig, vooral bitionisme. liefd, maar afgewezen; be- deren; moe- na den dood van zijne gon te drinken en te ona- dersbroer vrouw. Lichaamsgewicht neeren;exhibitioneerdevoor exhibitio- 6 kg in het begin verminschoolmeisjes; bestraft in nist; moeder derd; daarna toename van 1913; 1916 huwelijk; lang- angstaan- 11 kg. zamenhand weer exhibitio- vallen, neeren; 1916—1918 4 maal bestraft; 1919 semicastratie; na 2 jaar weer exhibitionisme, bestraft. 8. WOLF XI. Debiel, psy- Slager, geb. 1876. Heeft als Moeder alco- 46 jaar, 52 jaar, zeer verdwe- 1 a 2 maal per jaar nog ge- zeer gunstig chopathie, kind reeds kleine meisjes holiste, zus- Aug. Januari sterk nen slachtsverkeer; hierbij zwak- tevreden exhibitio- betast; op 15 jaar exhibitio- ter aan 1922 !929 vermin- ke erecties; wel genot; is nisme. neerde een tuinman voor epilepsie derd een ander mensch geworhem; van 17 jaar af zeer overleden. den; regelmatige levensveel geonaneerd; begon te wijze; werkt nu 51/2 jaar in exhibitioneeren voor jonge dezelfde betrekking. Iets vrouwen, waarbij bevredi- prikkelbaarder geworden; ging; vele malen bestraft; gauw driftig; in het begin 1906 huwelijk ; daarna 9 hoofdpijn en congesties, nu jaar normaal; 1915 recidief niet meer; vermindering inlichte dronkenschap; 1919 baard, dito; 1921 en 1922 vele malen geexhibitioneerd; 12 maal voor exhibitionisme, 3 maal voor dief stal bestraf t. Leeftijd Leeft, bij Schriiver en _. . Erfelijke bij en en jaar T., ., . .. Toestand bij laatste Oordeel Oordeel No. ov-llllJ;c Diagnose Anamnese . . .* . J , Libido Potentie J . gevaisno. belasting ]aar van v. laatste onderzoek patiënt arts castratie onderz. 9. Wolf II. Debiel, mo- Geb. 1886. Al vroeg onanist; Ouders alco- 39 jaar, 46 jaar, na 14 na Geen delicten meer; in 1930 ? Het is de reel defect, gehuwd; 4 maal wegens ex- holisten; Jan. Febr. mnd. 114 jaar van exhibitionisme beschul- vraag of de psychopa- hibitionisme bestraft. broer ona- 1927. 1934 geheel verdwe- digd, toen hij urineerde; is q. waan thie, exhi- nist en exhi- verdwe- nen niet bewezen en is niet ver- het gevolg bitionisme. bitionist. nen volgd. Gewicht verminderd; is van de gezichtshaar verminderd. castratie; P.o. pijn in de lies; nu nog bij overigens sterke vermoeidheid; er is gunstig, querulantenwaan opgetreden met afname arbeidskracht en levenslust; wordt ondersteund. Na opname, waan bijna genezen. 10. Wolf XV. Schizophre- Kapper, geb. 1887. Eerste Vader drin- 37 jaar, • 40 jaar, ? ? Huwlijk goed; zeer zelden ge- zeer zeer nie, exhibi- exhibitionisme in 1906; later ker; moeder 1924. 1927 slachtsverkeer; vroegere, tevreden; gunstig tionisme. gelukkig huwelijk met zeld- schizo- psychisch abnormale ver- voelt zich zaam geslachtsverkeer; phreen; zus- schijnselen verdwenen; van verlost, nooit gestraft, wel geinter- ter epilepsie. schizophrenie geen spoor neerd. Op 27 jaar schizo- meer; er rijst twijfel aan die phrenie; na huwelijk ook vroegere diagnose; heeft nog exhibitionisme. een schitterende kappers¬ zaak. 11. WolfXXIX Prophebe- Geb. 1897. Kon slecht leeren; Ouders ma- 25 jaar, 34 jaar, alleen verdwe- Kort p.o. woedeaanval; uri- ? zonder phrenie, 3 jaar in krankzinnigenge- tige drin- Juli 1931 nog nen nebezwaren; tot Juli 1923 eenigen imbeciel, sticht; 3 jaar in opvoedings- kers; heele 1922. libidi- teruggang van de hebephre- invloed exhibitio- gesticht; van 16e jaar bijna familiezwak neuse nie; toen weer exhibitionis- nisme. steeds in krankz.gesticht. begaafd. droomen me; daarna allerhande schi- Op 24 jaar exhibitionisme zophrene verschijnselen; 5 voor volwassen vrouw; ster- jaar p.o. nog allerhande ke libido; in Nov. 1921 po- sexueele, masochistische en ging tot zelfcastratie, daar- femininoiede droomen. Na na tot zelfmoord. 9 jaar dito. Zeer weinig li¬ chamelijke afwijkingen. Het Castratievraagstuk. 5 Leeftijd Leeft, bij XT Schrijver en ~ . Erfelijke bij en en jaar T . , v Toestand bij laatste Oordeel Oordeel No. , Diagnose Anamnese . , ? . J J Libido Potentie jor.,„„i, ™+,or,+ arts gevaisno. 5 belasting jaar van v. laatste onderzoek patiënt arts castratie onderz. ' — —~~ 12. Wolf XVI Psychopa- Reiziger, geb. 1892. Vanaf Vader grof, 33 jaar 36 jaar, nog niet verdwe- Prikkelbaar, nog nerveuse blijkbaar gunstig thie, zwak- 14e jaar onanie; tot 1915 homosexu- 1925. 1928 geheel nen storingen, arbeidsgeschikt- gunstig zinnig, ex- geslachtsverkeer met vrou- eel?; vaders- verdwe- heid verbeterd; verdient hititionis- wen; later exhibitionisme; 6 vader drin- nen zijn eigen kost, opheffing me. maal voor den rechter; 1924 ker; moeder van curateele is door psy- dubbelzijdige vasectomie debiel. chiater voorgesteld. zonder resultaat. 13. WolfXVIII Debiel, mo- Bankwerker, geb. 1887. Goe- Vader, va- 36 jaar, 40 jaar, spoedig zeer Geen recidieven; denkt er Aanvanke- tamelijk reel defect, de leerling; exhibitionist in dersvaderen Sept. 1928 verdwe- ver- niet meer aan; geen alcoho- lijk onte- gunstig psychopa- militairen dienst; 1917 huw- broer alco- 1923. nen minderd lisme meer; 2 jaar p.o. nog vredenheid, thie, exhi- lijk. Van 1904 af onanie holici; neef in staat tot coitus zonder door de bitionisme. onder invloed van alcohol imbeciel; libido, met zwakke erecties, vrouw aan- voor schoolmeisjes. Kan zuster de- Typische vetverdeeling over gewakkerd; geen alcohol verdragen; al- biel. het lichaam; 16 kg gewichts- later tevre- leen exhibitionisme na alco- toename; tijdelijk joodbase- den. holgebruik; 1906—1921 2 dow gehad; arbeidslust ver¬ maal voor exhibitionisme minderd; geen interesse, bestraft. 14. WolfXXIII Imbeciel, ex- Geb. 1902. Kon niet goed Vadersvader 19 jaar, 26 jaar, vermoe- ? Geen exhibitionisme meer blijkbaar gunstig hibitionis- leeren; veel boevenstreken; drinker, April Maart delijk voorgekomen; volgens de tevreden me. met 18 jaar onaneeren voor vadersneef 1921. 1928 nog iets moeder ook geen onanie vrouwen en meisjes; ook krankzinnig; aanwezig meer; rustig, ordelijk; geen diefstal. dito moe- erotische droomen meer. dersneef. Iets gewichtstoename; geen baard; geen eunuchoiede type; gezichtsuitdrukking infantiel; in 1926 na schrik een epileptiforme aanval volgenden dag; nadien nog enkele aanvallen; sedert Aug. '27 niet meer. Leeftijd Leeft, bij Schrijver en „. A Erfelijke bij en en jaar , ..., . ,■ Toestand bij laatste Oordeel Oordeel No. J, Diagnose Anamnese , , ■> Libido Potentie , J . .. , gevaisno. belasting jaar van v. laatste onderzoek patiënt arts castratie onderz. 15. Wolf XIX. Imbeciel, Tuinman, geb. 1891. Hyper- Moeder en 31 jaar, 37 jaar, na ruim na ruim 1—3 maal per week nog ge- blijkbaar gunstig exhibitio- sexueel; onaneerde onver- verschillende 1922. 1928 5% jaar 5% jaar meenschap; zijn vrouw be- tevreden nisme. schillig waar, soms 6 maal familieleden nog niet nog niet merkt niets van de castraper dag; ook op straat; voor schizo- verdwe- verdwe- tie; overigens veel rustiger; ontucht met meisjes be- phreen; 2 nen nen sexueele drang verdwenen; straft; dan 2 maal voor ex- broers en normale libido; geen onanie hibitioneeren, en 2 maal zuster de- of exhibitionisme; arbeidsvoor ontucht met jongens; biel. geschiktheid normaal. Geen 3 diefstallen; tuchthuis; hal- 1 castratentype; vroeg grijs, lucinaties; verdacht van dat een familiekwaal is; schizophrenie, gehuwd. feminine lichamelijke beharing, die al voor de castratie bestond. 16. Wolf Zwakzinnig, Landarbeider, geb. 1898. Is 2 zusters met 29 jaar, 32 jaar, direct direct Geen exhibitionisme meer; blijkbaar gunstig XXXVII exhibitio- later stoker geworden. Op diabetes !927- ongeveer verdwe- verdwe- arbeidsgeschiktheid goed; gunstig nisme. 21 jaar eerste sexueele harts- mellitus. 1930 nen nen werkt met plezier; nog diatocht: onanie, daarna exhi- betes mellitus; 2 jaar na casbitionisme; diabetes melli- tratie acute gonnorrhoe, getus. kregen van een vroegere geliefde, die hem tot den coitus had gedwongen; beharing iets minder. 17. Hackfield 2 Debiel, psy- Kapper, geb. 1900. Nerveus; Geen erfe- 31 jaar, 35 jaar, spoedig ? Na de operatie een tijd lang zeer gunstig chopathie, nachtwandelen; op 21 jaar lijke belas- 2A~g-'^i jan. verdwe- hartpijnen, die spoedig ver- tevreden exhibitio- betasten van de genitaliën ting. 1 1934 nen dwenen; geen exhibitionis- nisme. van een meisje; 1922 ver- me meer; geringe gewichts- krachting van een 15-jarig toename, meisje; sedert 1924 geregeld exhibitionisme, speciaal voor meisjes, waarvoor verschillende malen veroordeeld; 1927 gehuwd; ontoerekenbaar soms verklaard; vele recidieven. Leeftijd Leeft, bij No. Schrii;er en Diagnose Anamnese f/61^ biJ en e" >aar Libido Potentie T°eStand Wj ,aatSte °°rdeel °°rdeel gevaisno. belasting jaar van v. laatste onderzoek patiënt arts castratie onderz. 18. Hackfield Zwakzinnig, Los werkman, geb. 1900. Erfelijk be- 30 jaar, 32 jaar, ? ? Aanvankelijk nog alcohol- ? gunstig 3 psychopa- Moeilijk op te voeden. 1919 last met Nov. Febr. misbruik; na eenigen tijd is thie, alco- en 1926 wegens exhibitio- zwakzinnig- 1930 1932 die verbeterd en werd door holisme, nisme voor kinderen in heid en alco- den psychiater opheffing exhibitio- dronkenschap bestraft. Se- lisme. van curateele voorgesteld; nisme. dert 1928 vele recidieven; geen sexueele delicten meer. ontoerekenbaar verklaard; geen verbetering. 19. Hackfield Psychopa- Postbeambte, geb. 1884. Erfelijk niet 45 jaar, 48 jaar, ? ? P.o. dadelijk verbetering van blijkbaar gunstig 4 thie, exhi- Middelmatige leerling; in belast. Aug. Febr. den gemoedstoestand; geen gunstig bitionisme. beroep uitstekend; sexueele 1929 I932 erotische gevoelens meer; behoeften matig; 1925 ex- bevrijd van sexueel-perverhibitionisme; dito 1926. se droomen; aanvankelijk Niettegenstaande hij er iets gewichtstoename, daartegen vocht toch recidie- na constant, ven, waarna depressie en zelfmoordgedachten. 20. Hackfield Zwakzinnig- Los werkman, geb. 1896. Zwakzinnig- 32 jaar, 36 jaar, zeer ? Exhibitioneert niet meer; tevreden gunstig 6 heid.diabe- Was als kind niet te be- heid en dia- 1928. 1932 vermin- werd verliefd; daar sociale tes mellitus, heerschen; driftbuien; kon betes melli- derd positie veel verbeterd is, exhibitio- niet goed leeren; in 1916 tus. volgde huwlijk; voelt zich nisme. exhibitioneerde hij voor het rustiger; alcoholgebruik vereerst; vele recidieven. minderd; aanvankelijk iets gewichtstoename; beharing armen en borst iets verminderd ; arbeidsgeschiktheid en arbeidslust gelijk gebleven. 21. Hackfield Ernstige Kantoorbediende, geb. 1897. Erfelijk be- 30 jaar, 35 jaar, ? ? Heeft p.o. voor zich zelf ge- blijkbaar gunstig 7- psychopa- In weeshuis grootgebracht; last. Febr. Febr. zorgd; huwlijk April 1930; tevreden thie, exhi- prikkelbaar, overgevoelig; !927. I932 geen recidief; geen alcohol- bitionisme. sedert 1918 4 maal wegens misbruik meer; geen licha- exhibitionisme veroordeeld; melijke veranderingen, in kliniek opgenomen; daarna nog dikwijls recidief; veel alcoholmisbruik. Leeftijd Leeft, bij Schrijver en ^ Erfelijke bij en en iaar ., „ . Toestand bij laatste Oordeel Oordeel m- eevalsno Diagnose Anamnese ï^wiJL • , J~~ Libido Potentie , * .. . gevaisno. belasting jaar van v. laatste onderzoek patiënt arts castratie onderz. 22. Hackfield Debiel, psy- Schilder, geb. 1897. Onecht Onbekend. 31 jaar, 35 jaar, ? ? Geen sexueele delicten meer; tevreden gunstig 8- chopathie, kind; lichzinnig, geen vast 1928. Febr. alcoholexcessen namen af; chronisch karakter; 1919 wegens exhi- I932 kan in eigen onderhoud alcoho- bitionisme in dronkenschap voorzien; langzaam aan verlisme. geinterneerd; vele recidie- beterd; iets gewichtstoeven; 1918 poging tot ver- name; verder geen verandekrachting en sodomie. ringen. 23. Frank IX, Epileptoide Kapper, geb. 1890. In wees- Vader alcoho- 33 jaar, 42 jaar, verdwe- spoedig De geslachtsdrift bleef nog tevreden gunstig Hackfield aequivalen- huis door het hoofd en an- list; zuster 23-6-'23. Januari nen verdwe- korten tijd, verdween daar- 9- ten, exhi- dere kinderen tot abnor- epileptoide 1932 nen na; geen sexueele opwinding tionisme. male sexueele handelingen psycho- meer; geen delicten meer; verleid; onaneerde voor paath; zus- huwlijk is gelukkiger gewor- meisjes vele malen; gevan- tersbroer en den; in gewicht toegeno- genisstraf; op 21 jaar naar zusterskind men; heeft in 1928 multiple het buitenland; exhibitio- epileptici; sclerose gekregen, die niet neerde toen zelden; 23 jaar zuster schi- met de castratie in verband geen bevrediging bij ge- zophreen. staat, slachtsverkeer, dacht aan exhibitionisme daarbij; van 1914 af weer exhibitionisme; vele malen gestraft; 1920 getrouwd; ongelukkig huwlijk; in droomtoestand exhibitionisme. i 24. Muller. Ernstige de- Exhibitioneert. Niet ver- 38 jaar, 41 jaar, na 4 ? Geen recidief; direct na de ? gunstig generatieve meld. !927. t 1930 maanden operatie depressie, later mi- psychopa- verdwe- graine aanvallen; zweeten; thie, exhi- nen typische vettoename; oksel- bitionisme. haren verdwenen. Schrijver en v •• LeeftiJd Leeft, bij No" pevaknr. Diagnose Anamnese Erfelijke bij en en jaar .... . Toestand bij laatste Oordeel Oordeel g belasting jaar van v.iaatste Llbldo Potentie onderzoek patiënt arts : . [ castratie onderz. Hir-iTTUTT, ü.',^^'6^6 ^evfr' geb' I^2' Goede 2 vaders- 31 jaar, Aug. ? verdwe- Geen sexueele delicten meer; tevreden tamelijk Hackfield psychopa- leerling, prikkelbaar, I9r4 broers epi- begin I{£ nen depressie is in 1924 terug- gunsüg 26- ^, exhi- -r9I9 wegens exhibitio- lepsie; moe- 1923. gekomen; de psychische toe- biüomsme. nisme 2 maal gestraft; 1922 der en moe- stand is niet veel verbe- weer geexhibitioneerd; zelf- dersmoeder terd moordgedachten; depressie, onverdraaggeinterneerd. zaam; broer in opvoegingsgesticht wegens woedeaanvallen. 26. Barri. Imbeciel Nerveus. onrustig, wantrou- Moeder imbe- 11% jaar. Ongeveer na 2 jaar ? Spoedig verdraagzamer; ge- blijkbaar gunstig moreel de- wend, dief, leugenaar, hui- ciel, nym- %ar verdwe. slachtsdrift in een paar jaar tevreden iect, exhi- chelaar; onaneert geregeld- nhomaan- 2 , , „„ ut- ■ ...... 5 5 ' Puum<* i . , . 1U1L1U- • 45 jaar, 48 jaar, langza- langza- Geen sexueele delicten meer; zeer gunstig nisme. neert sedert 1912; is 8 maal to^t 5 j uj i,. • u j i. * , ai -1931 1934 merhand merhand voelt zich een ander mensch; tevreden veroordeeld. . , . . . . verdwe- verdwe- beoetent sport. nen nen / 28 Kolle II Exhibitio- Geb. 1804 Exhibitionperr > „„. niCmo . , y4 ^xmDltl0neert ? 37 ]aar, A0 jaar ? ? Geen sexueele delicten meer. ? gunstig nisme. sedert 1924; is daarna 4 I93I 14 maal veroordeeld. 29 KrahlI Exhibitio- Geb X890. Exhibitioneert ? 39 jaar, ? ? Niet meer bestraft. Geen li- ? gunstig regelmatig. Rontgencastra- ,929 ^ ' chamelijke veranderingen. tie was zonder resultaat ge- bleven. Leeftijd Leeft, bij _ , , _ , . c - ïïrfp,i;Vfl p en iaar Toestand bij laatste Oordeel Oordeel *■ SX *"™« SSS iaarvan S libido Potenüe onderzoeker pat.ent atts castratie onderz. _J t 1 Ml • ■ ■—■ 30 Kartal I Exhibitio- Galvaniseur. Geb. 1896. Ex- ? 28 jaar, 32 jaar, direct Tot 1927 Geen recidief; geen lichame- tamelijk gunstig nisme. hibitioneert geregeld; 54 ex- 3-3-1924 verdwe" Sebleven Hjke veranderingen Nu rus- tevreden hibitionistische delicten; 3 nen Üg; vUjtig famllielfven; 15 maal gestraft. Röntgencas- g°ed= wordt door de imP°" tratie was zonder resultaat tentie in zooverre gestoord' bleyen omdat zijn vrouw graag een kind wil hebben, en omdat hij bang is, dat zijn vrouw hem ontrouw wordt. 31 Kartal II Exhibitio- Commies. Geb. 1892. Exhibi- Vader homo- 32 jaar, 36 jaar, Na 2 jaar Na 3 jaar Geen recidief. Een tijdje slap, tevreden gunstig nisme. tioneert geregeld sedert 24e sexueele ex- 8-8-1925 1928 verdwe- verdwe- moe, prikkelbaar; m Janu- jaar; daarvoor dikwijls ge- hibitionist. nen nen ari 1926 nog geringe sexu- interneerd; vasectomie zon- > eele driften- In ^27 treedt der gunstig resultaat. verandering op: wordt vlij- tig, werkt, verdient regelmatig; in 1928 geen erecties meer; psychiater wenscht opheffing van curateele. 32 Kartal IV Exhibitio- Koopman. Geb. 1898. Exhi- ? 29 jaar, 30 jaar, Was tot verdwe- Geen recidief; heeft eerst nog ? gunstig nisme. bitioneert geregeld. Al 9 1-2-1927 1928 einde'27 nen hoofdpijn en last van moe¬ jaar geinterneerd. aanwezig heid gehad; eerst m begin 1928 trad aanzienlijke verbetering in; doet zijn werk goed. 33 Kartal V Exhibitio- Parketvloerlegger.Geb. 1900. ? 27 jaar, 28 jaar, onveran- onveran- Elk half uur sterke congés- nisme, de- Exhibitioneert regelmatig; 22-3-'27 Juni derd derd ties, die hem het werken een gen biel, later is zwakzinnig. Is veel ge- 1928 verhinderen. Eet voor 3, lnvloed schizophre- straft. Elke nacht coïtus. maar is toch m de laatste ,3 nie mnd. 10 kg afgenomen; als hij zijn meisje kust, krijgt hij erectie. Coitus nog 2 maal per maand met orgasmus. Agraveert zeer, omdat hij bang is zijn meisje te verliezen; die vrees maakt hem radeloos. 7-7-1928 hysteriforme zelfmoordpoging, waarop in gesticht geinterneerd, waar de diagnose schizophrenie wordt gesteld. 1 Leeftijd Leeft, bij No. Schrijyer en Diagnose Anamnese Erfdijke biJ en en ïaar Libido Potentie T°eStand bij ,aatSte °°rdeel °°rdeel gevaisno. s anamnese belasting jaar van v. laatste LWia° rotentle onderzoek patiënt arts castratie onderz. 34. Kartal VII Exhibitio- Geb. 1893. Exhibitioneert ? 32 jaar, 35 jaar, ? ? Geen recidief; geen lichame- tevreden gunstig nisme. geregeld. Sedert 1914 ver- 30-7-'25 1928 lijke veranderingen, schillende malen gestraft. 35. Flesch-the- Exhibitio- Geb. 1908. Exhibitioneert ge- ? 22 jaar, 24 jaar, ? ? Geen recidief. ? gunstig Besius II nisme. geregeld. I93o ' ig32 36. Kartal VI Exhibitio- Kapper, geb. 1895. Exhibi- Broers en zus- 28 jaar, 33 jaar, verdwe- verdwe- Voelt zich sedert de castratie blijkbaar gunstig nisme, epi- tioneert sedert zijn 16e jaar. ters allen 6-4-1923 1928 nen nen bevrijd; geen exhibitionis- tevreden leptoiede Gehuwd. epileptoied me meer; evenmin sexueele zwakzin- en katatoon. droomen. Geen coitus meer nigheid. met zijne vrouw; heeft nu een kapperszaak. 37. Kartal VII Exhibitio- Koopman, geb. 1896. Exhi- ? 29 jaar, 32 jaar, ? ? Geen exhibitionisme meer; tevreden gunstig nisme. bitionisme sedert 1914; ver- 3o-7-'25 geen verandering van de schillende malen bestraft. secundaire geslachtskenmerken. vrn Schrijver en ~Leeffijd^Leeft. bij • gevalsn„. Arilrmese Er^e ^ ^ ^ J I v. laatste onderzoek patiënt arts 1 ■ ■ . , | castratie onderz. 38' 0zBERRHX0VTT HyPeTÏT KaPPer' gCb- l8* Reeds Vader psy- 30 iaar fT~. • , • " 1 zer XVII, me, fetis- lang onanist, 5—6 maal chopaath T' 4 ]*™' larenlang 3 jaar Nog eigendomsdelicten ver- ? zonder rRANK IV, chisme.epi- daags; alcoholist; vagabond- vadersmoe 1 1922 noS be- lang on- schillende malen; sterke al- eenigen Von Suy leptoiede eenmaal een bewusteloos- der seniel h°Uden V6r" coholist; woedeaanvallen; invloed XV. psychopa- heid, waarbij kleine ver- anderd in 1908 gehuwd; in 1910 thie, exhibi- wonding: exhibitionisme; behou- gescheiden; langzamerhand tionisme. onzedelijke handelingen met den, daar- overgang tot perversiteiten; meisjes verschillende malen na ver" bood zich vrouwen aan als waarvoor 1 maal bestraft' dwenen ongevaarlijke bevrediger; daarbij diefstallen en be- ^ater hc-nrosexualiteit tot dr°g; 5 jaar in krankzin- paederastie toe; baarduit- nigengesticht. val. 39- Wolk III Psychipa- Landarbeider, geb. l886. In- Vader alcoho- 4I jaar - thie, mo- telligent;opi2jaaronamie- heus was 80 T l 43 jaar, na 2 jaar nog niet Geen neiging tot kleine meis- ? gunstig reel defect 13-15 jaar gemeenschap jaar toen pa- ril ' ^ libid° Ver" jes meer; normale verhou" met psy- met n-jarig meisje; neiging tient gebo- VCr" mlnderd ding met 18-jarig meisje; chosexueel tot meisjes; vele zedelijk- ren is va minderd, niets meer gehoord van ei- infantilis- heids- en eigendomsdelic- dersvader " normaal gendomsdelicten. me, exhibi- ten; 4 maal bestraft voor ex- alcoholicus- geworden bitiomsme. hibitionisme en ontucht broer on- ' met jonge meisjes; 12 maal tucht met wegens diefstal. meisjes. 40. WoleXXII Psycnopa- Mandenmaker, geb. r9o, Vader ver- x8V2 jaar I fil/• thie, mo- Lang 1,95 M. Heeft degene- dacht van A " /2]aar' vermin" vermin- Geen ontucht met kleine Voelt de cas- tamelijk reel defect, ratieteekens; slechte opvoe- cohabitatie Ug' Maart derd derd meisjes meer; heeft nog om tratie als gunstig ding; intelligentie tamelijk; met dochter- 1919 1928 de 2 a 3 weken gemeen- minder- steelt; leugenachtig; op 12 later veroor- SChap' Sedert 1927 geen waardig; is jaar ontucht met kleine deeld wegens diefstal meer; heeft arbeids- er niet over meisjes; van school gejaagd; misbruik lust' Psvchisch niet verbe- tevreden. gewrichtsrheumatiek met van klein- terd' aortainsufficientie; hae- dochter; moptoë; veel in ziekenhuis; moeder' be- op 16 jaar minstens 7 maal delaarster ontucht met meisjes; op- voor diefstal voedingsgesticht; daarna gestraft; oom recidlef- en broer zelf- I moord. ) Het Castratievraagstuk. g I Leeftijd Leeft, bij Schrijver en Erfelijke bijen en i aar T _.. x. Toestand bij laatste Oordeel Oordeel N°- gevaisno. Dlagnose Anamnese ^J.^ .J^ y ^ Libido Potentie onderzoek patiënt arts castratie onderz. 41. Wolf Imbeciel. Heeft herhaaldelijk een 6- ? 42 jaar 44 jaar, verdwe- ? Rustig, vlijtig als boeren- ? gunstig XXVII jarig meisje misbruikt. nen knecht werkzaam; geen verschij nselen van geslachtsdrift meer; geen sexueele delicten meer. 42. Wolf XXV Zwakzinnig. Onanist; in een bosch een 4% Aan moeders- 22 jaar 23 jaar ? ? Erotische droomen en voor- jarig meisje misbruikt; in zijde alco- stellingen spoedig verdwe- krankzinnigengesticht. holici. nen; werkt beter; verdient eigen kost ; jongenstype kleingroei (1,60 m.); haaruitval. 43. Wolf Imbeciel. Vele ontuchtige handelingen ? 26 jaar 35 jaar, ? ? Geen recidief; is.rustig en te- tevreden gunstig XXXIV met kinderen. vreden; beharing weinig. 44. Wolf XX Debiel, Geb. 1899. Slechte opvoe- Vadersvader 25 jaar, 29 jaar, ? verdwe- In Aug. 1925 ontslagen, werd Blij, dat hij gunstig bisexueel ding; kon niet goed leeren; en vaders- Mei 1928 nen hij Dec. 1925 weer terugge- zijn neiging en sexueel op 12 jaar onanie en paede- broer over- 1924 bracht wegens poging tot tot jongens infantiel. rastie; op 15 jaar ontucht leden aan de- verleiding van een 16-jarig kwijt is; ta- met jongens; daarna on- lirium tre- meisje; in 1926 geen neiging melijk te- tucht met jongens en meis- mens; vader meer tot jongens; af en toe vreden. jes; in 1918 3 jaar in krank- alcoholicus. normale coitus met vrou- zinnigengesticht; na reci- wen zonder ejaculatie; or- dief weer opname; in 1924 gasmus verlaat; erotische gevlucht na zedelijkheids- droomen zelden, handelen delict. over vrouwen; gewichtstoe¬ name 8 kg; beharing feminien type; krachtvermindering, pijn in lies; hartklopping bij opwinding; congesties. 52 jaar, ? ? Geen recidief. ? gunstig 45- Flesch-the- Geb. 1880. Ontucht met kin- ? 50 jaar, 1932 besius. deren. I930 ■ Leeftijd I Leeft, bij Schrijver en p.. Erfelijke bij en I en jaar _.. , _ _ , .. Toestand bij laatste Oordeel Oordeel No- PPvaknr, Diagnose Anamnese J ' Libido Potentie , , ... gevaisno. belasting jaar van v. laatste onderzoeker patiënt arts castratie ] onderz. " |J 46. Frank I, Psychopa- Schrijnwerker, geb. 1867. Ge- Broer wegens 49 jaar, 65 jaar, verdwe- verdwe- Geen delicten meer voorge- tevreden gunstig Hackfield thie, hyper- huwd. Onaneerde van 13e zedelijk- voorjaar | 1932 nen nen komen; rustig; haar in ge- 10, Asper sexueel. jaar af; hypersexueel; coha- heidsdelict 1916 zicht verdwenen; borstha- 19, Sloto- biteerde soms 5 maal per gevlucht; ren verdwenen; geen vet- polsky & nacht en dan nog verschil- broer alco- afzetting; vrouwen prikke- Schinz 4. lende malen per dag; lokte holist; 4 kin- len hem sexueel niet meer; tevens jonge meisjesin huis deren debiel. arbeidsgeschiktheid onvervoor onzedelijke handelin- minderd. gen; verschillende malen gevangenisstraf. 47. Fischer 1 Zwakzinnig. Daglooner, geb. 1898. Vaga- Vadersmoe- 23 jaar, 27 jaar, ? ? Geen sexueele delicten meer; ? sexueel bondeert; 1917 eerste ge- der alcoho- 1921 1924 onsociaal optreden; werkt gunstig, weid tegen meisjes; reci- liste; moeder slecht, kan in geen enkele sociaal dieven; 3 maal bestraft; op- moreel onge- betrekking blijven; 1 jaar onbein- voedingsgesticht; dan remdheeft4 nacastratie epileptische toe- vloed, krankzinnigengesticht. onechte kin- vallen, tot status epilepticus dern; ontzet toe; opname; driftig, weer- uit de ouder- spannig; hypochondrische lijke macht. gedachten; lichamelijk de gewone uitvalverschijnselen 48. Pietruskyi Ernstige Geb. 1887. Intelligente stu- Broer zonder- 33 jaar, 38 jaar, na 1 jaar verdwe- Erotische droomen verdwe- tevreden gunstig psychopa- dent; onaneert; liep als stu- ling, exhibi- 1920 1925 verdwe- nen nen; psychisch goed; geen thie dent schoolmeisjes na; van tionist; neef nen delicten meer; lichamelijke 26e jaar af onzedelijke han- en nicht beharing verminderd; af en delingen met hen; 1913— krankzinnig; toe congesties; atrophie der 1919 vele malen gearres- in verdere genitaliën; voor 2 examina teerd; eindelijk in krank- familiemeer- thans geslaagd. zinnigengesticht; bracht het dere psychi- in de studie niet ver; exa- sche afwij- menangst, dwang voorstel- kingen. ling; 1916 uit den militairen dienst ontslagen wegens valschheid in geschrifte; 1918 verloofd. 49. Kartal Imbeciel, Los werkman, geb. 1902. Im- 21 jaar 26 jaar, verdwe- verdwe- Geen delicten meer; werkte ? gunstig XIII sexueele in- beciel; sexueele handelingen 2-1-1923 1928 nen nen goed. continentie met kinderen. m. PERSONEN MET ABNORMALE SEXUEELE NEIGINGEN TEGENOVER VROUWEN (VERKRACHTING, LUSTMOORD, ENZ.). T ^ Leeft, bij _ ... Leenijü | gn . r Toestand bij laatste Oordeel Oordeel Na Schnjyeren ^ Anamnese Erfelijke bij en ^ Libido Potentie onderZoek patiënt arts gevaisno. belasting jaar van onderz castratie 1 — „„ ,«„,.vvm v i • • t ^ u v j ■ 23 jaar, na 5 mnd. na 5 mnd. Vrouwen laten hem koud; staat er zeer 50. WolfXXVI Zwakzinnig, Los werkman geb. 1905 Vader tot 14e 21 jaar, \] yerdwe. denkt niet meer aan sexu- onverschillig gunstig moreel de- Stotterde van het 5e jaar af, jaar gestot- Maart nen nen eele dingen; wil niet lui zijn; tegenover fect. werd steeds erger; luiaard, terd. 1926 stotteren hetzelfde; li- vagebondeerde; 2 lichte ver- chaamskracht verminderd; grijpen tegen meisjes; m spoediger vermoeid; baard- Oct. 1925 getracht een 25- en borstharen iets vermin. jarig meisje te overweldi- dgrd gen; toen ze schreeuwde, sloeg hij haar bewusteloos. ^ u;„Tr vvr »1 -1 , . a , . zeer verdwe- Rustig geworden; 1915 aan tevreden gunstig 51. Wolf XXI Abnormaal Matroos, geb. 1877. 3 ver- ? 34 iaar , fu 1 A , , , ' b . , ' ver- nen longtbc. overleden, sexueel. krachtingen van minder- ion . , , • ■ . . , * mmderd jarige meisjes, de eerste op 31 jaar; in de gevangenis tentamen suicidium door het inslikken van 250 schroeven, spijkers enz. ij. vttt iwi \ u -a . o 0 , .,, . „ . 30 jaar, na 3 mnd. spoedig Impulsen tot onweerstaan- zeer te- zeer 52. Wolf XIII Psycho- Arbeider, geb 1898. Moeder Vader in de 28 jaar, [ ' ^ bare libido verdwenen; prik- vreden en gunstig paath vroeg overleden, waardoor jeugd alco- Maart nen nen kelbaarheid sterk vermin- gelukkig gebrekkige opvoeding; goe- holicus; 1926 derd; orddijk mensch de leerling; onaneerde als broer alco- ( worden; dheidstoe. kind reeds; later 3 maal per holepilepti- stand goed; arbeidsgeschiktdag; in 1916 exhibitionisme cus; broer heid zeer toegenomen evenen verkrachtingspoging van exhibitio- als de lichaamskracht; 25 een 31-jange vrouw; gevan- nist en dief. k gewichtstoename; weegt gemsstraf; enkele malen nog bij g m x be. exhibitionisme; dan onder Z • t-i 10 , " haring gelijk gebleven, alcohohnvloed verkrachtingspoging van een 33jarige cretin; gevangenisstraf; huwlijk; prikkelbaarder, driftiger; erotische droomen; plotseling aanvallen van onweerstaanbare libido. Leeftijd ! Leeft, bij Schrijver en j^. _ Erfelijke bij en en jaar ,., ^ . .. Toestand bij laatste Oordeel Oordeel No. „„jL-i Diagnose Anamnese , , ..J . J . . . Libido Potentie „„ior,„ . ,. . „rTQ gevaisno. ° belasting jaar van v. laatste onderzoek patiënt arts castratie onderz. 53. Obeehol- Sexueele Los werkman, geb. 1875. Vader alcoho- 32 jaar, 50 jaar, nog iets spoedig P.o. enkele weken een inwen- indepressie- tamelijk zer XI, perverse Onaneerde al heel vroeg; list; moeder Juli 1907 1925 aanwezig verdwe- dig angstgevoel; geen zede- toestand gunstig Hackfield psychopa- was lui, leugenachtig; drift- overleden nen lij kheidsdelicten meer; ook ontevreden 25, Wolf i thie, homo- aanvallen; in opvoedings- aan tabes niet meer andere delicten; sexueel. gesticht; homosexueele han- dorsalis. nog wel aan stemmingswisdelingen; bestianie; 3 maal seling onderhevig; in devoor homosexueele hande- pressietoestand betreurt hij lingen en 4 maal voor dief- het gemis van de geslachtsstal en bedrog gestraft; 4— drift; kan beter met vrou5 jaar in krankzinnigenge- wen opschieten dan vroeger; sticht; ongehuwd. baarduitval. 54. Frank XII, Psychopa- Decorateur, geb. 1862. Als ? 59 jaar, 70 jaar, spoedig spoedig Geen verdere zedelijkheids- zeer gunstig Slotopols- thie, homo- kind had hij alleen vrien- 4 Oct. 1932 verdwe- verdwe- delicten meer; is in het arm- tevreden ky VI, sexueel. dinnen; middelmatige leer- 1921 nen nen huis, waar hij den tuinman Kartal ling; van af 17 jaar onanie; helpt; geen lichamelijke eu- XI, Hack- waarbij hij zich jongens nuchoiede verschijnselen; field 24, voorstelde; daarna homo- eenigzins vrouwelijk karak- Wolf 13. sexueele handelingen met ter gekregen; werkt wei¬ jongens van 12—20 jaar; nig. verschillende malen gestraft. 55. Maier, Moreel de- Homosexueel en dipsomane ? 1925 i ? ? ? Na de castratie nog een ho- ? zonder Wolf 21 fect, dipso- perioden; eigenaardige ver- mosexueel delict. invloed manie, ho- houding (geld) met een mosexueel. oudere vrouw, huwlijk; de dipsomane verschijnselen worden door de energieke , vrouw onderdrukt; in een dipsomane periode voor het huwlijk één homosexueel delict. Leeftijd XT Schrijver en _.. Erfeliike hii pn Leeft, bij N°- gevaisno. DlaSnose Anamnese belasting jaar van en ïaar Libido Potentie Toestand bij laatste Oordeel Oordeel castratie V- laatste onderzoeker patiënt arts .—. , | onderz. " 1 — 56. Kartal IX Homosexu- Geb. 1888. Homosexueele ? 40 jaar eel. handelingen; verschillende ao-II-'23 44 jaaf' ^V&T' ? Na de castratle gehuwd; ? tamelijk malen bestraft Au§- minderd bij homosexueele droomen gunstig 1928 sterke opwinding en bevre¬ diging; geen recidief; 1 maal per maand nog coitus; regelmatig leven. Hij voelt zich toch nog tot het manlijke geslacht aangetrokken, maar doet geen homosexueele handelingen. 57. Wolf Normaal, Leeraar; heeft tientallen ja- ? 55 jaar XXXIX homosexu- ren tegn de homosexueele ( 56% jaar ? ? Zeer spoedig homosexueele zeer gunstig eel. neiging gevochten; in dien nei§inS verdwenen. gelukkig tijd maar 2 maal voor het gerecht voorwaardelijk veroordeeld; als kind reeds homosexueele neigingen; gehuwd, omdat de vrouw hem beminde; relatieve impotentie; ongelukkig huwlijk, gescheiden. 58. Wolf I Psychopa- Geb. 1897. Onecht kind; in- Moeder ner- 27 jaar thie, homo- telligentie goed; van 6 jaar veus Junii924 35 jaar' verdwe" verdwe- Nog af en toe onanie; heeft zeer te- gunstig sexueel. af veel geonaneerd-ook met I932 nen nen nog wel homosexueele ge- vreden en jongens; 1918 huwlijk-onge- dachten, maar geen libido gelukkig lukkig; in militairen dienst meer; zelden erotische dro°- 1919; homosexueele hande- men met gedachten aan lingen met 3 jongens; sexu- . jongens; huwlijk veel ge- eele handelingen met 4- lukkiger; geen geslachtsver- jarig meisje; vele malen we- keer met ziin vrouw; soci- gens homosexueele hande- aal veel verbeterd; baard- lingen gestraft. Sroei iets minder; is mager gebleven. Leeftijd Leeft, bij M Schrijver en . Erfelijke bij en en iaar T., „ , . • Toestand bij laatste Oordeel Oordeel No- gevaisno, Diagnose Anamnese .J^ y Libido Potentie onderzoek patiënt arts castratie onderz. 59. Wolf VI Psychopa- Kapper, geb. 1867. Middel- Vader ruwe 50 jaar, 61 jaar, sterk spoedig Na 2 jaar nog verlangen naar zeer zeer thie, mo- matige leerling; aangeboren alcoholist; April 1928 ver- verdwe- jongens, maar beging toch tevreden gunstig reel defect, homosexueele neigingen; al- moeders- 1917 minderd nen geen homosexueele hande- en geukkig homosexu- coholist; wegens diefstal vader bi- lingen; 3 jaar p.o. soms nog eel. veroordeeld; 13 jaar onanie sexueel 2 erotische droomen; geen en sexueele handelingen broers alco- diefstal meer; geestelijk dimet jongens; nog eenige ma- holici; zuster reet p.o. normaal geworden; len bestraft wegens diefstal; leeft in con- alle ongewenschte vervan 20 jaar af geregeld ho- cubinaat. schijnselen zijn spoedig vermosexueele handelingen; dwenen; borstharen uitgemet 30 jaar in voorloopig vallen; iets feminine type; arrest; had daar hallucina- heeft zich sociaal opgeties en waanideeën; perio- werkt, dische hallucinatoire krankzinnigheid; 2 jaar in gesticht; na ontslag homos, handel, met jongens; afwisselend in gevangenis en gesticht. 60. Wolf VII Psychopa- Zadelmaker, geb. 1901. Op Voor zoover 25 jaar, 29 jaar, ? ? Kort na de castratie weer Volgens gunstig thie, mo- 12 jaar onanie; op 15 jaar bekendgeen. 1926 1930 diefstal; in 1930 van een meedeelmg reel defect, homosexueele handelingen; vriend, die door patiënt van vriend debiel, ho- later nog verschillende ma- voor castratie gezonden, tevreden, mosexueel. len met jongens; diefstallen; vernomen, dat patiënt zeer in het geheel voor 2 zede- gelukkig was. lijkheidsdelicten en 2 andere bestraft. 61. Wolf Psychopa- Geb. 1885. Van 6 jaar homo- ? 43 jaar, 1932 ? ? Kort p.o. sterke congesties, Wilde 4 jaar gunstig XXXVIII thie, wils- sexueele neigingen; voor 1928 die hem de slaap verstoor- p.o. aan- zwak, ho- kleine diefstallen en enkele den; bijna steeds in krank- klacht tegen mosexueel. overtredingen bestraft. zinnigengestichten; geen operateur homosexueele neigingen indienen, meer. Leeftijd I eeft. bij Erfeliike bfi en I en jaar T., t> . . • Toestand bij laatste Oordeel Oordeel No Schriiyeren Diagnose Anamnese belasting jaar van [J v. laatste Llbld° P°tenÜe onderzoek patiënt arts ' gevaisno. castratie! onderz. 62 WolfM I Psychopa- I Kok, geb. 1896. Patiënt ona- ? 36 jaar, I 38 jaar, verdwe- ? Homosexueele neiging ver- zeer gunstig 62. WolfM. ^vchoP ^ved? de homosexu- 1932 I 1934 nen dwenen; alleen in droomen tevreden ' ; . , „„ ctml/. nog wel eens voorstellingen sexueel. eele drang was zeer sterk, & . ö b o zonder libido; cocamege- cocaimst. ., . . . , bruik afgewend; is kok, werkt met plezier; typische vetafzetting. 6, WolfV Schizoied, Geb. 1890. Vlijtige leerling; Vader epilep- 25 jaar, I 38 jaar, sterk ? Religieuse waanideën; in zeer gunstig 63. WolfV ben ^, ^ 9 verschillende ticus, alco- Aug. 1928 ver- krankzinnigengesticht 2epi- tevreden eel ' woedeaanvallen; 1899 epi- holist; va- minderd leptische insulten; schizoleptisch insult; koprolagnie; dersbroer 1915 I Phrenle= vrijgelaten, weer homosexueele neigingen; krankzinnig; terug in gesticht; dit eenige van 19 jaar af onanie onder moeder psy- malen; homosexuahteit vervoorstelling van vrouwen; chopaath dwenen; onaneert 2 maal dan met een vrouw cunni- met homo- per week; homosexueele lungus en mutueele onanie; sexueele nei- voorstellingen nog wel; bij 1 jaar later hetzelfde; toen gingen; moe- zien van jongens of meisplotseling verandering in dersvader jes geen geslachtsdrift meer, homosexuahteit, hetgeen krankzinnig; waardoor geen recidieven; aan schizophrenie doet den- broer anthi- waansysteem zeer teruggeken; vele homosexueele ex- pathie tegen drongen; xs vegetariër en cessen onder voorstelling vrouwen. antivivisectionist geworvan jongens; steeds mutu- den, vormen iets ronder geeele onanie, likken, zelden worden. Lichaamsgewicht koprolagnie, niet paederas- geüjk gebleven; de castratie tie; predikte de natuur- heeft ^er het alf™ mensch als ideaal; ging hem geheel van gedachten blootsvoets. doen veranderen. 64 Wolf XXX Schizoied, Geb.i889.Prikkelbaar,eigen- Beide groot- 35 jaar, 39 jaar, zeer ver- zeer ver- Geen homosexueele neigin- zeer gunstig 4' homosexu- zinnig kind; van 13e jaar af ouders alco- 1924 1928 minderd minderd gen meer voor jongens; tevreden eel onanie; geheelonthouder; holici; moe- voelt voor een vriend meer homosexueele handelingen dersbroer liefde dan vriendschap met jongens; 4 maal be- idioot. maar deze is heterosexueel; straft; in 1918 nog eens ge- levende sympathie voor straft; dubbelzijdige vasec- een dienstmeisje opgevat, tomie verricht; één testikel dat hij graag wil trouwen; atrophieert; daarna toch geen geheelonthouder meer; nog 3 maal bestraft voor arbeidsgeschiktheid goed; homosexueele delicten. I l godsdienstig, sentimenteel. c n ■• Leeftijd Leeft, bij No' eevaknn Diagnose Anamnese , Erfelijke bij en I' en jaar Ljbkk) Potentie Toestand bij laatste Oordeel Oord el belasting jaar van v. laatste onderzoek patiënt arts ' castratie onderz. 65. Wolf IX Zwakzinnig, Schilder, geb. 1884. Als kind Broer schizo- 42 jaar, 1928 na 3 mnd. ? Liegt nog, maakt een slechte gelukkig tamelijk moreel de- door mannen misbruikt; phreen;moe- 1926 sterk ver- indruk; geen delicten meer, en gunstig tect.homo- leugenachtig; als volwas- dersbroer minderd of sexueele gedachten; geen tevreden sexueel. sene homosexueele hande- krankzinnig. erotische droomen; gewicht hngen met jongens; gehuwd iets toegenomen; kracht ge¬ in 1905 wegens diefstal ver- lijk; hoofdpijn, oordeeld; dan nog 5 maal voor diefstal en 6 maal voor homosexueele handelingen gestraft. 66. Wolf XVII Debiel, ho- Hotelknecht, geb. 1893. Op Bijna alle ge- 28 jaar, 35 jaar, na4mnd. verdwe- Geen sexueele gedachten tamelijk tamelijk mosexueel. 16 jaar geslachtsdrift ont- zinsleden al- 1921 1927 verdwe- nen meer of droomen; geen ho- tevreden gunstig waakt en wel homosexueel; coholici; nen mosexueele handelingen van 20 jaar af verhoudingen geen enkel meer; gezicht opgeblazen; met jongens. normaal. had struma, kreeg jodbase- dow; nerveus; congesties. 6?' ft5™VI' BiseXfel' Mechanicien.geb. 1873. Al Oudershyper- 50 jaar, 58 jaar, verdwe- langza- Geen recidief meer; geen ero- zeer gunstig riACKFiELD psychopa- vroeginopvoedingsgesticht; sexueel; i3-3-'23 Januari nen merhand tische droomen meer; in ie tevreden 23 SLOTO- thie. daar geonaneerd; 1897 huw- broer lieder- 1932 verdwe- jaar 6 kg gewichtstoename; ° h)k> sPoedig daarna homo- lijk; zuster nen schaam- en okselharen uit- ™f 9- sexueele handelingen met heeft onecht gevallen; ziet er jong uit. *-ARTAL jongens, nadat hij met een kind; moe- VIIL schoonzuster en een nicht dersbroer al- sexueel verkeer had gehad, coholist. syphilis had gekregen en zijn vrouw geïnfecteerd had; 1919 voornamelijk gestraft voor homosexuahteit. 6s' fm™^ItV' Deibiel'hebe- Los werkman, geb. 1900. Vaderalcoho- 23 jaar, I 31 jaar, ? ? P.o. voor proef ontslagen; in ? zonder Hackfield phreen, ho- Slechte leerling; geweldda- list; zuster Aug. I 1931 1923-1931 6 maal aange- invloed mosexueel. dig, leugenachtig; homo- achterlijk. 1923 klaagd voor zedelijkheids- sexueele handelingen met en eigendomsdelicten; is oude gestichtspatienten; in thans een demente schizo- opvoedingsgesticht; daar- phreen; geen lichamelijke na 1920 in krankzinnigen- afwijkingen, gesticht; onrustig; tracht steeds homosexueele handelingen te verrichten. Het Castratievraagstuk. 7 7 Leeftijd Leeft, bij x7 Schrijver en ^ . Erfelijke bij en en jaar T., v . . • Toestand bij laatste Oordeel Oordeel N°- gevaisno. Dlagn0Se Anamnese bdastiJng ^ yan y Libido Potentie onderzoek patiënt arts castratie onderz. 69. Hirsch- Homosexu- Geb. 1883. Patiënt werd in ? 21 jaar, 43 jaar, verdwe- verdwe- Geslachtsdrift verdwenen; ? gunstig feld 1 eel. rgo4 door jaloersche vriend 1904 1926 nen nen vorming van vrouwelijke in de genitaalstreek ver- karaktereigenschappen; pe- wond, waardoor de testikels riodieke stemmingsveran- verwijderd moesten worden. dering; sopraanstem; typische vetlaag; typische castratenhuid. 70. Hirsch- Homosexu- Religieuse, intelligente koop- ? 46 jaar 1 49 jaar verdwe- ? 's Morgens nog vaak erecties zeer gunstig feld 2 eel. man; met zwervers pleegde nen zonder sexueele opwinding; tevreden hij soms in open gelegen- sterke affecten, bijna heden onanie; kon dit niet dwanglachen en -huilen; bedwingen; wenschte ge- bijna volledige haaruitval; castreerd te worden onder typische vetverdeeling; libedreiging met zelfmoord; chaamsgewicht zeer toegewas al 2 maal bestraft. nomen. 71. Mühsam III Haarfeti- Politiebeambte, geb. r88i. ? 39 jaar, 4ii/2jaar, ? ? Tegenover beide geslachten tevreden gunstig schisme, Sedert r3e jaar homosexu- 1920 1922 onverschillig; alleen erechomosexu- eele neigingen; daarna later ties bij het ruiken van eel. haarfetischisme; gelukkig mannenhaar; heeft nog huwlijk;dipsomanie;dwang- voorliefde voor het gezelvoorstellingen, schap van mannen; psychisch voelt hij zich goed; toename der wilskracht. 72. Kartal X Homosexu- Geb. 1907. Geregeld homo- ? 26 jaar, ' 21 jaar, ? ? Geen sexueele delicten meer; ? gunstig eel, demen- sexueele handelingen. i6-3-'27 J 1928 werkt weer; gewichtstoete epilepsie, name 10 kg. 73. Flesch-the- Paederastie. Geb. 1896; homosexueele ? 34 jaar, I 36 jaar, bijna zeer zei- Paederastische neiging ver- tevreden gunstig besius I handelingen geregeld; ook 1930 1932 verdwe- den nog dwenen; gezond, bloeiend paederastie. nen korte gezicht. erecties N Schrijver en _ , Leeftijd Leeft, bij ' gevaisno. diagnose Anamnese ki ?■ . blJ en I en jaar Toestand bij laatste Oordeel Oordeel belasting jaar van : v.jaatste Libido Potentie onderZoek patiënt arts - . castratie I onderz. 74- Hacfield Hebephre- Gescheiden vrouw, geb. 1895. ? oTiaa7f 29 nie, homo- Als kind overgevoelig la- f' 37 ]aar' ? ? Perverse sexueele handelin- ? zonder sexueel, biel; overdreven phantasie 1932 gen met haar dochtertje en invloed pervers. leven; 1916 gehuwd- sexu- e6n andere mdsje; 1927 hal" eel ongeremd; buitenechte- lucmatoire opwindingstoe- lijke gemeenschap- gonor- stand; morPhiniste; homo- rhoe; eierstokken verwij- sexueele handelingen nog derd steeds; 1932 weer in krankzinnigengesticht; lichamelijk geen veranderingen. V. OVERIGïI GEVALLEN. Leeftijd Leeft, bij XT Schrijver en . Erfeliike bii en en jaar xl_j tï . Toestand bij laatste Oordeel Oordeel No. J Diagnose Anamnese iMieii|k.e dij en c ' la Libido Potentie J , gevaisno. belasting jaar van v.laatste onderzoeker patiënt arts castratie onderz. 75. Wolf XII Nerveus, hy- Op 16 jaar ie pollutie; nooit Nerveuse fa- 37 jaar 39 jaar, verdwe- direct Polluties verdwenen; sexueel tevreden gunstig pochondrie. geonaneerd; zelden ge- milieleden. nen verdwe- indifferent en daardoor verslachtsverkeer; huwlijk met nen heugd; hypochondrie en 28 jaar; vrouw in kraam- nerveusiteit zeer verminbed overleden; is daarna derd; de vroeger bovenhypochondrisch geworden menschelijke lichaamsen gaf het onaneeren de kracht zeer verminderd; schuld; verlangde castratie. toch nog voldoende voor houtkapper; 8 kg gewichtstoename ; typische vetverdeeling. 76. Wolf Fetischisme, Geb. 1900. Op 15 jaar ona- Vader hyper- 27 jaar, XXXII transvesti- nie; 1907 tbc. rQ24 extirpa- sexueel. Februari 33 jaar, vermin- verdwe- Na r3 mnd. al veel verbe- zeer gunstig tisme. tie tuberculeuse nier; 1925 1927 1933 derd nen terd; ook longen rustig, tevreden extirpatie tuberculeuse epi- urine helder; temperatuur didymis; in 1920 reeds sexu- bijna normaal; geslachts- eele opwinding door korte drift verminderd; nog iets rokken, vleeschkleurige fetischistische neigingen; na kousen en bobbiekapsel; 6 jaar blijkt hij als bank- 1924 gehuwd; 1926 om de werker volwaardig te zijn; 4 weken enkele dagen met longtbc. latent; in prostata publieke vrouwen geld ver- tbc. haard; huwlijk geluk- teren; mishandelde zijn kig; kracht toegenomen; vrouw;koopt 6paarvleesch- normaal gewicht; beharing kleurige dameskousen, en zeer afgenomen; in de laat- wordt bij het aantrekken ste 5 jaar geen veranderin- van deze sexueel opgewon- gen. den; onaneert nog steeds. c , .. Leeftijd j Leeft, bij No. rlJver en j3ia„nose Anamnese Erfelijke bij en en jaar T., ., n. .. Toestand bij laatste Oordeel Oordeel gevaisno. 5 anamnese ■ , \ , Libido Potentie J . ° belasting jaar van v. laatste onderzoek patiënt arts castratie onderz. 77. Wolf XLII Psychopa- Geb. 1896. Met 13 jaar ho- Vader tbc. 34 jaar, 36 jaar, ? ? Prikkelbaarheid afgenomen; tevreden gunstig thie. mosexueel misbruikt; is Moeder alco- 1930 1932 onanie verdwenen; schijnt toch heterosexueel; ge- holiste. steeds gelukkiger te worden; slachtsverkeer met exces- nog een jaar lang vele con- sen; onaneert ook veel; gesties, die al meer en meer prikkelbaar, strijdlustig, ge- teruggingen, welddadig; alcoholist; tentamen suicidium; in krankzinnigengesticht; verschillende tentamina vooral na onanie; na de excessen steeds depressie. 78. Wolf XIV Genuine epi- Tuinman, geb. 1906. Op 3 Geen. 20% jaar] 22 jaar, zeer na 1 jaar Onaneerde in de eerste 3 zeer gunstig lepsie. jaar ie epileptisch insult; I927 ig28> ver. verdwe- mnd. p.o. nog 4 maal per tevreden in de puberteit toename; I5 mnd. mmderd nen dag; geen of zeer zwakke toen ook veel onanie; aan- p 0 epileptische insulten daar- vallen bijna regelmatig in na; na 4 mnd. niet meer ge- aansluiting aan de onanie; onaneerd; moest echter % de aanvallen werden steeds jaar luminal hebben; na 1 er£er- jaar sexueel indifferent ; alle 14 dagen een licht epileptisch insult; verliefd en dacht te trouwen; goed tuinman, verdient goed zijn brood; lichaam onveranderd. 79- Wolf IV Schizophre- In de jeugd geonaneerd; tbc. Vader zonder- 30 jaar 33 jaar ? ? In krankzinnigengesticht 2e ? zonder me- van been en gewrichten; ling. tentamen suicidium; typi- invloed wegens de onanie schuld- sche katatonie; verbetering gevoel; zelfcastratie voor na 3 mnd.; verheft zich in boete zijner zonden; in een verpleegster; nadat deze krankzinnigenlokaal bij de gehuwd is en patiënt ont- politie tentamen suicidium. slagen, recidief; weer opge¬ nomen; heeft nog steeds dezelfde aan de sexueele sfeer gebonden waanideeën; is 1 jaar later overleden. Leeftijd Leeft, bij No. Schriifr en Diagnose Anamnese biï en en jaar LibidQ potentie Toestand bij laatste Oordeel Oordeel gevaisno. belasting jaar van v. laatste onderzoek patiënt arts castratie onderz. 80. Wolf VIII Schzophre- Dominé, geb. 1888. Onaneer- Vader perio- 37 jaar, 40 jaar, ? ? Aanvankelijk tevreden; na ? zonder nie. de; op het gymnasium ver- dieke ver- Juni 1928 2 mnd. echter weer in de invloed volgingsgedachten; terug- wardheid; 1925 oude schizophrene toestand; getrokken; huwelijk igo5;in moeders- onaneert weer; slechte toe- 1918 minderwaardigheids- broer zelf- stand in 1927; hallucina- gevoel als gevolg van studie moord; een ties; ziektetoestand verer¬ over psychoanalyse; vecht andere soms gert; castratie onwerkzaam; te vergeefs tegen een ver- verward. geen lichamelijke verande- houding met de vrouw van ringen, een collega; 1920 opwindingstoestand met hallucinaties; kan zijn beroep niet meer goed uitoefenen; wordt vervolgd door collega, tracht deze te worgen; in krankzinnigengesticht; voert zijn ziekte terug tot de onanie; wil gecastreerd worden; doet zelf een poging, die mislukt. 81. Kartal XIV Paedophilie, Knecht, geb. 1869. Oefende ? 55 jaar, 59 jaar, ? ? Geen sexueele delicten meer; tevreden gunstig perverse met kinderen perverse sexu- 19-3-'24 October rustig; gelukkig; het spijt sexualiteit, eele handelingen uit. 1928 hem, dat hij niet vroeger is debiel. gecastreerd. Werkt flink. 82. Hackfield Sexueele, Meubelmaker, geb. 189^ Va- Geen. 40 jaar, 41 jaar, ? ? 1 maand later, toen hij een tevreden gunstig 1 perverse, der van 3 kinderen; 1914— Juni Juli vrouw met half ontbloote crimineele 1923 7 maal wegens dief- 1931 1932 beenen zag, had hij niet het psychopa- stal, brandstichting en be- minste sexueele gevoel meer, thie; feti- drog veroordeeld; in 1930 terwijl hij vroeger bij zoo schisme. aangeklaagd wegens 24 ei- iets moest masturbeeren; gendomsdelicten en ver- regelmatig leven; vroolijk, dacht van moord op ir- rustig; geen innerlijke con- jarig zoontje (deze wegens flicten meer; geringe ge- gebrek aan bewijs ingetrok- wichtstoename, ken); volgens psychiater affect labiel, moreel niet defecte, sexueel perverse psychopaath; ontoerekenbaar verklaard; 1931 recidief. XT Schrijver en Erfelijke ^fen Kar f, Toestand bij laatste Oordeel Oordeel N°- gevaisno. Dlagnose Anamnese "n v. laLtste Llbld° P°tenÜe onderzoek patiënt castratie l onderz. 83. Hackfield Debiel, feti- Dakbedekker, geb. 1901. On- Moeder5maal 33 jaar 30 jaar, zeer ? Het stelen spoedig verdwe- zeer gunstig 5 schisme. gehuwd; als kind trekkin- getrouwd, 1927 Februari vermin- nen; nog wel erecties; bij tevreden gen in oogleden en schou- bedreef 1932 derd coitus ejaculatie van pro- ders; verschafte zich, ook bloedschan- statavocht, maar geen m- door diefstal, vrouwenklee- de met een tensieve libido; pervers- ren; nam deze mee in bed oudere zoon, sexueele droomen verdwe- om te onaneeren; 1927 voor die wegens nen= SermSe gewichtstoe- kleerendiefstal veroordeeld; zedelijk- name;eunuchoiedegezichts- 5 maal recidief; ontoereken- heidsdelic- uitdrukking, baar verklaard; nog vele re- ten was ver- cidieven. oordeeld. 84. Oberhol- Imbeciel. Geb. 1858; ongehuwd; 2 maal Vader hyper- 33 jaar 60 jaar, nog iets verdwe- De eerste jaren iets rustiger, iets zer XIII, hersenschudding op 6-jari- sexueel en Jan 1919 aanwezig nen maar toch ruw; 6 mnd. p.o. gunsug Frank gen leeftijd; leerde slecht; driftig; moe- 1892 bleven de erecties weg; ging XV, Hack- eigenzinnig, boosaardig, dersmoeder, van het eene krankzmmgen- field 27. loogveel,stal;vani4jaaraf 2 moeders- gesticht naar het andere; naar bordeelen; op 17 jaar broers en 2 toch gemakkelijker te beingeinterneerd; daarna sexu- vaderszus- vloeden dan vroeSer; 15 lets eele uitspattingen; tot de ters krank- kalmer geworden, maar niet castratie reeds 10 jaar in zinnig; moe- zoo, dat hij buiten gestichtstuchthuis wegens diefstal- der eigenzin- verpleging kan; castratenlen en landlooperij; wegens nig, broer ^P^ beweerde in 1919 alle hallucinatoire verwardheid zenuwziek. 3—4 weken te menstruin krankzinnigengesticht in eeren> hetgeen in het ge1890; na 1 jaar ontslag; sticht ook is vastgesteld; daarna allerlei misdrijven; voelt zelf geen nadeelen van heeft neuralgieën in de °-e castratie, testes. I Leeftijd Leeft, bij Schrijver en , Erfelijke bij en en jaar Libido Potentie Toestand bij laatste Oordeel Oordeel No- gevaisno. Diagnose Anamnese belasting jaar van v. laatste onderzoek patiënt arts castratie onderz. 85. Frank IV, Epileptoiede Kapper, geb. 1876. Als kap- Vader psy- 30 jaar, 55 jaar, ? in ry3i Alcoholmisbruik is gebleven; ? zonder Hackfield psychopa- persleerling reeds alcohol- chopaath. October J932 nog aan- vele depressieperioden; ook invloed 30, Ober- thie. misbruik, bestal zijn ouders; 1906 wezig nog sexueel-pervers; in 1916 holzer vagebondeerde;drankzucht; n°g homosexueel met pae- XII, Von 1897 in hersteUingsoord derastie en onanie; nog ge- Sury XV. voor drankzuchtigen; na y2 interneerd; geen verbete¬ jaar er uit; weer hetzelfde rin§; alleen baarduitval. leven; 1898—1901 6 maal gestraft wegens diefstal, bedrog enz., onaneert van puberteit af sterk; bij het zien van vrouwen 6 maal en ejaculatie; 1901 in krankzinnigengesticht; heeft meisjes betast, voor hen geonaneerd, en zelfs een verkracht; in het gesticht een aanval van bewusteloosheid; liederlijk leven. 86. Frank Imbeciel, Naaister, geb. 1885; zwak- Vader alcoho- 26 jaar, 47 jaar, ? ? Iets rustiger en kalmer; zelf zonder XXIII, prophebe- zinnigengesticht; hyper- licus, broer 7-7-1911 x932 werkt; nog eenige ernstige tevreden invloed Hackfield phreen. sexueel, weerspannig, boos- eveneens. opwindingstoestanden en 31 aardig; 1910 in krankzinni- sexueel gekleurde lichaams- $ gengesticht, nadat ze met ' hallucinaties; klaagt steeds, moord en brandstichting meest erotisch gekleurd; had gedreigd; klaagde over laat zich beter leiden, maar opwindingstoestand tijdens bliJft geinterneerd; geringe de menses; vele sexueele ge- gewichtstoename, dachten; zeer ruw, onrustig; hallucinaties. 87. Kartal XV Paedophilie, Bouwarbeider, geb. 1896. ? 30 jaar, 32 jaar, In begin In begin In 1927 nog libido; misschien Uit sexu- manisch- Prikkelbare psychopaath, 3-2-1926 Augustus 1928 1928 toen ook nog sexueele han- eel oogpunt depressieve perverse sexueele hande- 1028 verdwe- verdwe- delingen met jongere man- gunstig krankzin- lingen met kinderen. nen nen nen'' is prikkelbaarder ge- nigheid worden; manisch depressie- psychopa- ve toestand; is zeer terug- thie, per- getrokken; sluit zich weken vers sexu- °P- eel. _ , .. LeeftiJd Leeft, bij No. ScnnJyer en Diagnose Anamnese Erfelijke bij en en jaar Toestand bij laatste Oordeel Oordeel Sevalsno- belastl"g laarvan v. laatste Llbldo PotenÜe onderzoek patiënt arts | castratle onderz. 88. Oberhol- Epüepsie. Geb. r822; ongehuwd; sedert Vader zelf- 25 jaar, 50 ■ ? ? Epileptische insulten geble- ? zonder zer XV, 15e jaar epilepsie; 1902 ie moord; moe- 1907 ven; zegt geen sexueele invloed StjryXVI, onechte kind; kort daarop derdemen- droomen meer te hebben en Frank 2e onechte kind: ie zwak- tia praecox; daarmee tevreden te zijn; de XXVIII, zinnig, 2e epileptisch; nog zuster insulten komen niet meer Hackfield vele epileptische insulten; zwakzinnig; z00 vaak; toont een lang. 32 1906 ontslagen uit het ge- zuster heeft zaam voortschrijdende de- $ sticht, doch spoedig is zij onecht kind mentie; is nog geinterneerd. weer geinterneerd. vermoord; zuster heeft onecht kind; zuster epi- leptica en heeft een onecht kind; broer zwakz. alcoholist 89. Frank Hebephre- Geb. 1895; goede leerling; op Moeder ma- 27 jaar, 3? jaarj weinig aanwezig psychisch en sexueel weinig ? zonder XIII, me. gymnasium kon hij echter nisch-de- 1922 Ig32 ver_ veranderd; is nog geinter- invloed Hackfield niet meekomen; in mili- pressief; anderd neerd; vele erotische waan- 33- tairen dienst veel geld uit- moederszus- ideeën; onaneert nog; ac- gegeven voor geschenken ter zenuw- tieve hypersexualiteit iets aan dames; disciplinaire bot- ziek; moe- verminderd; geringe ge- singen; in krankzinnigenge- dersvader wichtstoename; haaruitval; sticht; als kind van 8 jaar excentriek; eunuchoied gelaat; femi- met een meisje geonaneerd; hij ging er nine type> na dien nog eens; op 12 jaar met een kel- geslachtsverkeer met dienst- nerin van meisje; onaneerde veel; sa- door naar distische voorstellingen; Amerika energieloos; hallucinaties ; arbeidsongeschikt; sexueel zeer geprikkeld; 1 maal homosexueele handelingen ; normaal geslachtsverkeer ging niet; in 1922 depressie met opwindingstoestanden. Het Castratievraagstuk. 8 Leeftijd Leeft, bij XT Schrijver en _ . Erfelijke bijen en jaar Potentie Toestand bij laatste Oordeel Oordeel No" gevaisno. Diagn0Se Anamnese bdasüng jaar van v. laatste Llbld° F°tenÜe onderzoek patiënt arts castratie onderz. 90. Frank XX, Moreele Vrouw, geb. 1897; goede leer- Vader alco- 27 jaar, 35 jaar, ? ? Spoedig van haar sexueele ? zonder Hackfield zwakzin- ling; met 14 jaar reeds ge- holintole- 6-2-1924 I932 neigingen verlost; 3 maan- invloed 35 nigheid, slachtsgemeenschap; gein- rant; moe- den later betrekking in een $ pseudolo- fecteerd met lues en gonor- dersvader alcoholvrij restaurant; maar gia phan- rhoe; geen arbeidslust; in hersenziekte; spoedig recidief, en mter- tastica. 1920 gesteriliseerd; sexueel moeders- neenng noodzakelijk tot geen verandering; in 1923 zuster de- heden toe. geinterneerd; vele sexueele mentia paraopwindingstoestanden; 10- lytica. 12-1923 Röntgencastratie zonder resultaat. 91. Frank Imbeciel, Geb. 1893; slechte leerling; Vader alcoho- 28 jaar, 39 jaar, aanwezig ? Kon niet op eigen beenen zonder XXVII, nympho- hypersexueel; wegens ge- list. Juli *932 staan; daarom in November invloed Hackfield maan. vaar voor zwangerschap 1907 1922 weer opgenomen; nieu- 37 1918 in krankzinnigenge- we sexueele excessen; 1931 $ sticht; korten tijd er uit; met proefverlof. toen weer opgenomen. 92. Frank Hysterie,ab- Dienstmeisje, geb. 1897. On- Vader dronk 25 jaar, 35 jaar, ? ? Hysterische accessen blijven iets XXIX, normaal- echt kind; achterlijk; als vroeger.psy- 9.11*22 *932 bestaan; 1923—1925 weer gunstig Hackfield sexueel, kind reeds hysterische ac- chopaath. in gestlcht; gehuwd; alge- 36 psychopa- cessen; met 23 jaar zwan- meene toestand verbeterd; $ thie. ger; in armhuis opgenomen; voelt zich goed. dagelijks hyst. accessen; in 1922 in krankzinnigengesticht; praemenstrueele opwindingstoestanden. 93. Frank Imbecielmet Dienstmeisje, geb. 1879; on- Vader alcoho- 28 jaar, ' 53 jaar, ? ? Geen blijvend resultaat; ? zonder XXVI, cyclos- gehuwd; bij oudtante opge- list, zuster Juli *932 moest weer geïnterneerd invloed Hackfield thyme ver- voed; liep weg naar andere imbeciel; 1907 worden; onaneerde nog wel; 38 schijnselen. tante; bleef geregeld 3 da- van 8 half- verwisselt dikwijls van be$ gen per week in bed; 1903 broers en trekking; geen wezenlijke in gesticht; opwindingstoe- -zusters geen verbetering door de castra- standen; buikpijnen bij men- normaal. *ie" ses; semicastratie in 1906 zonder goed resultaat; sexueel geen buitensporigheden. Leeftijd Leeft, bij Schriiver en Erfelijke bij en en jaar t, .. Toestand bij laatste Oordeel Oordeel No" gevaisno. Diagn0SC Anamnese belasting jaar van v. laatste Llbld° P°tenÜe onderzoek patiënt arts castratie onderz. 94. Frank Zwakzinnig, Dienstmeisje, geb. 1889; Vader alcoho- 26 jaar, 43 jaar, ? ? Geen resultaat; manische en ? zonder XXII, manisch- slechte leerling opwindings- licus. Aug. 1932 depressieve perioden; her- invloed Hackfield depressief, toestanden, waarbij zij din- 1915 haalde malen geinterneerd; 39 prophebe- gen stuk sloeg; hypersexu- j heeft nog sterk erotische o. phrenie. eel; erotische droomen; trekken; soms opwindings- hoorde stemmen; 1914 in toestanden, gesticht, ro maanden later ontslagen; 6 jaar later weer opgenomen; zeer opgewonden. 95. Frank St. Prophebe- Strijkster, geb. 1897, onge- Geen. 26 jaar, 35 jaar, ? ? Aanvankelijk ging het goed; tevreden iets K., Hack- phrenie, huwd; achterlijk op school; Mei 1932 toen vluchtte zij uit ge- gunstig field 40 debiel. onaneerde veel; 1914 ge- 1923 sticht; zwierf rond, tot de $ slachtsgemeenschap; gein- politie haar terugbracht; terneerd gedurende 2 jaar; eerst weer goed, tot ze weer recidief; weer geinterneerd; stemmen hoorde; in sexu- ontslagen na enkele jaren; eel opzicht verbeterd; sedert 1923 in ziekenhuis wegens 1926 niet meer geinter- ovariaalcyste geopereerd; neerd. beide ovaria verwijderd. 96. Mühsam I Sexueele Koopman, geb. 1897. Van ? 22 jaar, 29 jaar, ? ? Sedert operatie rustig; geen tevreden gunstig neurose. 19e jaar af alleen nog met 1919 1926 sexueele voorstellingen sexueele voorstellingen be- meer; vindt gezellige om- zig; geen onanie; impotent, gang met vrouwen zeer aan- omdat de erectie op het genaam. laatste oogenblik verdween; suiciede gedachten; op verzoek een testikel verwijderd en onderbinding van de andere zaadstreng; geen resultaat; integendeel, nog ernstiger; daarna andere testikel verwijderd. ' T ppftiiH Leeft, bij „ _ J pn iaar Toestand bij laatste Oordeel Oordeel XT Schrijver en _. Erfelijke bij en c" J^ Libido Potentie onderzoeker natient arts No- gevaisno Diagnose Anamnese belasting jaar van v. laatste onderzoeker patiënt arts castratie I onderz- , , ^3 iaar p ? 1015 weer diefstal; beweerde ? sexueelgun- 97. FrankXXI, Moreel de- Dienstmeisje? geb. 1891; leu- Moeder mo- 19 jaar, 33 3 . • maandelijksche opwellingen stig, moreel Oberhol- fect, hyper- genachtig; oneerlijk; leerde reel defect. 1910 V* te hebben-dan 4 dagen wild geen in- zerVIII sexueel.de- slecht; 1909 veroordeeld we- en kwaadaardig; gehuwd; vloed. ? biel. gens diefstal; m betrekking : aangeklaagd wegens weer diefstal; sexueele ge- melkvervalsching; beweer- meenschap met een man en de ond„ dwang te hebben een ra-jarigen jongen; gra- gehandeld; geen sexueele v'°-a- abnormaliteiten meer. . 2Q jaar, aanwezig aanwezig P. o. 2 maal daags erecties. tevreden gunstig 98. MühsamII Transvesti- Medicus, geb. 1897. Werd tot Van moeders- 23 jaar, ¥ ■> • Na 5 dagen weer studeeren; tisme. 5e jaar door moeder als zijde erfelijk April * na een wegk coitus met Qr_ meisje gekleed; was er zoo belast. 1920 gasmus en ejaculatie; ar. aan gewend, dat hij het beidsgeschiktheid verbe- later onaangenaam vond terd; transVestitisme ster- mannenkleeren te dragen; ker ^ voorheen; op ver. officier in den oorlog ge- zoek ovariumirnpiantatie; weest; onaneerde; droeg 3 verzoek om amputatio pe- -8 maal daags vrouwen- nig; MüHgAM yerbergt iy kleeren; heterosexueel maar ,^ dg penis Qnder dg peri. impotent wegens te vroeg neaalhuid; 2 mnd. later op ophouden van de erectie; yerzoek pgnis m oude posi. vele nachtelijke polluties; tie; voelt zich nu man; geen kan de medische studie niet onanie meer; m Aprü Ig21 voortzetten. fa betrekking ais huisonderwijzeres; na 1 jaar transvestitisme verdwenen, elke nacht erecties; coitus; studeert goed; is patholooganatoom geworden. 41 iaar ? ? In 1908 weer geinterneerd ? tamelijk 99- Oberhol- Zwakzinnig, Fabrieksarbeidster, geb. Vader alcoho- 36 jaar, \L2 ' ' wegens opwindende psy- gunstig zer VII, moreel de- 1871; 2 onechte kinderen hst; moeder 1907 chische toestand; ingesticht Frank fect. met 4 jaar tusschenpauze; moreel de- veel rustiger; na 1 mnd. ont- XXIV onzedelijk leven; r9o4 in fect. slagen; verder goed; na en- $ gesticht; zeer lastig; dief- kde • overleden. stal; vluchtte; teruggebracht, even lastig. -4 , i Leeftijd Leeft, bij VT Schrijver en Erfelijke bij en en iaar „ . Toestand bij laatste Oordeel Oordeel No. , Diagnose Anamnese , , /. . J en Jd<" Libido Potentie , , . gevaisno. b belasting jaar van v. laatste ^1U1UU onderzoek patiënt arts castratie onderz. , . _|{ 1 ioo. Oberhol- Erotisch, Dienstmeisje, geb. 1875. ? 3T jaar, 33 jaar, ? ? Eenigen tijd ging het goed; ? zonder zer V, imbeciel. Leerde slecht; hypersexu- October 1908 toen weer aanvallen van invloed XXV eel; 2 maal gravida; 1906 1906 opwinding; 1908 overleden Frank opname in gesticht, waar aan nephritis. $ ze sexueele opwindingstoe¬ standen had. 1 • LITERATUUR. Aschaffenburg, G., 1923. Das Verbrechen. Barr, Martin W., 1920. Some notes on asexualization; with a report of 18 cases. Journal of nervous and mental disease, page 231. Birnbaum, 1931. Kriminalpsychopathologie und psychobiologische Verbrecherkunde. Boeters, G., 1933. Ein 30 mal bestrafter Exhibitionist. Monatschrift für Kriminalpsychologie und Strafrechtsreform, Heft 7, Seite 418. ( 1934. Zur Entmannung von Sittlichkeitsverbrechern. Monatschrift für Kriminalpsychologie und Strafrechtsreform, Heft 10/12, Seite 579. Burt, Cyril. The young delinquent. Carp, E. A. D. E., 1934- De psychopathieën. Clauberg, C. & Schultze, K. W., 1934- Die Sterilisierung und Kastration bei Mann und Frau. Zeitschrift für arztliche Fort- bildung, no. 31, Seite 425—430. Feber, Mr. G. H., 1934. De vrijwillige castratie van zedenmisdadigers als therapeutische maatregel. Nederlandsch juristenblad van 21 April. Flesch-Thebesius, 1932. Sexualbiologie und Chirurgie. Archiv für Frauenkrankheiten und Konstitutionslehre, XVIII, Seite 137. Forslag til Lov om Adgang til Sterilisation og Kastration. Lovforslag Nr. 102. Fremsat i Folketinget den 20 Marts 1935. Frank, Sihwart, 1925. Praktische Erfahrungen mit Kastration und Sterilisation psychisch Defekter in der Schweiz. Monatschrift für Psychiatrie und Neurologie, Bd. LVII. Hackfield, A. W., 1933. Ueber die Kastration bei vierzig sexuell Abnormen. Monatschrift für Psychiatrie und Neurologie, Bd. 87, Heft 1. Hirschfeld, M., 1912. Kastratenstudien. Sexualprobleme VIII, Heft 2. Kafka, V. 1932. Sexualpathologie. Kankeleit, Otto. 1929. Die Unfruchtbarmachung aus rassenhygiennischen Gründen. Kartal, St. 1929. Kastration auf psychiatrischer Indikationsstel- lung. Eine chirurgische Nachuntersuchung. Archiv für klinische Chirurgie, Bd. 155. Kauders, O. 1928. Keimdrüse, Sexualitat und Zentralnervensystem. Abhandelungen aus der Neurologie, Psychiatrie und ihren Grenz- gebiete; Beiheft zu Bonhoeffer's Monatschrift für Psychiatrie und Neurologie, Heft 44. Kolle, Kurt. 1932. Sexualpsychopathologie. Zeitschrift Fortschritte der Neurologie, Psychiatrie undihrerGrenzgebiete, Jahrgang IV, Heft 8. 1934- Sexualpsychopathologie. Zeitschrift Fortschritte der Neurologie, Psychiatrie und ihrer Grenzgebiete, Jahrgang VI, Heft 6. Krahl. 1932. Kastrationsfalle aus meiner gerichtsarztlichen Praxis. Algemeine Zeitschrift für Psychiatrie, 98, 206. Lange, J. 1929 Verbrechen und Schiksal. I934- Die Folgen der Entmannung Erwachsener. 1934. Kastration und Standpunkt des Psychiaters. Medizinische Klinik, II, Seite 1081—1084. Lauphlin, H. H. 1926. Eugenical sterilisation in the U.S.A. Ley, Aug. 1933. La stérilisation et la castration des dégénérés aux points de vue eugénique et thérapeutique. Revue droit pénal 13, p. 56I—577- Mallow-Bremen, S. 1933. Beitrag zus Kastration von Sexualverbrechern. Zeitschrift für gesamte Neurologie und Psychiatrie, 148 Band, Seite 501. Mayer, H. W. 1932. Psychiatrische Erfahrungen über Schwangerschaftsunterbrechung und Unfruchtbarmachung. Deutsche medizinische Wochenschrift no. 17. I934- Prinzipielles zur psychiatrischen Eugenik. Schweizerische medizinische Wochenschrift, Nr. 34, Seite 787. Möbius, P. 1906. Ueber die Wirkungen der Kastration. Mockel, W. 1925. Sterilisation und Kastration. Sozialhygienische Mitteilungen; Zeitschrift für Gesunfheitspolitik und -Gesetzgebung, Heft 4. Mühsam, R. 1926. Chirurgische Eingriffe bei Anomalien des Sexual- lebens. Therapie der Gegenwart, Seite 451. Niedenthal. 1934. Entsprechen die Ausführungsbestimmungen des Gesetzes gegen gefahrliche Sittlichkeitsverbrecher den arzt- lichen Erfahrungen? Deutsche medizinische Wochenschrift, No. 15, Seite 555. Oberholzer, E. 19TT. Kastration und Sterilisation von Geisteskranken in der Schweiz. Oberholzer, E. 1912. Ueber die Wirkung der Kastration aufdie Libido sexualis. Sexualprobleme VIII, Seite 829. Pelikan, E. 1876. Gerichtlich-medizinische Untersuchungen über das Skopzentum in Rusland; Deutsch von Iwanoff. Pietrusky, F. 1924. Die gerichtarztliche und sozialarztliche Bedeutung der Kastration und Sterilisation als Heilmittel. Deutsche Zeitschrift für die gesamte gerichtliche Medizin, III, Seite 162. Pippel, H. J. 1933. Sterilisatie. Popenoe, P. 1934. Kastration und Verbrechen. Monatschrift für Kriminalpsycholigie und Strafrechtsreform, Seite 239. Quervain, F. de. r929. Resultate der Kastration bei Sexualabnormalitaten. Schweizerische medizinische Wochenschrift, Seite 252. Roling, B. V. A. r933. De wetgeving tegen de zoogenaamde beroepsen gewoontemisdadigers. Slotopolsky—Dukor.B. 1932. Kastration einer Schizophrenen mit sexuellen Zwangstrieben und sexuellen Beeinflussungswahn. Zeitschrift „Der Nervenarzt", Heft 11. Slotopolsky, B. & Schinz, H. R. 1925. Histologische Hodenbefunde bei Sexualverbrechern. Virchow's Archiv, Seite 257—294. Sand, Knud. 1935. Der danske Sterilisationslov af 1 Juni 1929 og dons Resultater, med Overvejelser om Lovens Revision. Nordisk Tidsskrift for Strafferet, Hefte 1. Ook in het Duitsch verschenen in Monatschrift für Kriminalpsychologie und Strafrechtsreform, 1935, Heft 2. Staehelin, J. 1926. Untersuchungen an 70 Exhibitionisten. Habilitationsschrift, Zürich. Steck, H. r933. Das Gesetz vom 3 September 1928 über Unfruchtbarmachung geistig Minderwertiger im Kanton Waadt und seine Anwendung. Zeitschrift für Psychiatrie, Band 99, 1—5 Heft. Stekel, Wilhelm. Impulshandlungen. Stieda. 1907. Ueber im jugendlichen Alter Kastrierten. Deutsche medizinische Wochenschrift, Nr. 13, Seite 543. Sury, Von. 1912. Die Berechtigung der sozialen Indikation und ihre forensische Bedeutung; Viertel] ahresschrift für gerichtliche Medizin. 3 Folge, XLIII; 2 Supplementsheft., Seite 95. Tandler & Grosz. 1910. Ueber den Einflusz der Kastration auf den Organismus. Wiener klinische Wochenschrift, XX, Seite 1596. Tonkes, E. 1933. Over de beteekenis der baarmoeder voor de eierstokken; proefschrift, Utrecht. Verslag van den toestand van het geneeskundig gesticht voor krankzinnigen te Franeker, T931, pagina 43. Wantoch, Hans. 1934. Zur Frage der Sterilisation und der Kastration geistig und sexuel Abnormer. Schweizerische medizinische Wochenschrift, I, Seite 572—575- Weygandt, W. 1933. Sterilisation und Kastration als Mittel zur Rassenhebung. Münchener medizinische Wochenschrift, No. 33, Seite 1275. 1934. Ueber Kastration. Sonderdruck aus Erblehre und Rassen- hygiene im völkischen Staat. Wiersma, E. D. 1935. Sterilisatie en castratie. Nederlandsen tijdschrift voor geneeskunde, 16 Maart 1935, blz. 1074. Wolf, Ch. 1934. Die Kastration bei sexuellen Perversionen und Sittlichkeitsverbrechern des Mannes. \ ■