BIJ DEN 2DEN DEUK. Sinds 1932 is er principieel niets veranderd in Sovjet-Rusland. De gebeurtenissen hebben zich ontwikkeld zooals te verwachten was, de vervolgingen ztjn steeds scherper en ook geniepiger geworden. Men leze wat ik de laatste drie jaar daarover schreef (het volledige lijstje onzer uitgaven vindt men elders in deze" brochure) en vooral mrjn XXVI «te (verboden) radio-toespraak: Hoe staat het thans met de geloofsvervolgringen in Rusland. Hoe met de Hulpactie? Dat ook ten onzent het praatje der „geloofsvrijheid", die het communisme zou waarborgen, weldra heeft afgedaan, is voor niemand een geheim. Het masker der verdraagzaamheid wordt steeds meer opgeheven. Zoo lezen wij in De Tribune van 31 Oct. 1934: Ko Beuzemaker zeide in eerste instantie: „Daarom zeggen de communisten: godsdienst is opium voor het volk. Dat geldt voor allen godsdienst. Ook indien deze zich in schijn tegen het kapitalisme richt en zegt het bestaande niet te aanvaarden. Juist deze godsdienst is de gevaarlijkste opium voor het volk. Immers terwijl ze de antikapitalistische gevoelens der massa aanvaardt en overneemt houdt ze halt wanneer het er op aankomt daaruit de consequentie te trekken en de arbeiders tot den klassestrijd op te voeden." En verder: „De godsdienst kent de onveranderlijke begrippen van goed en kwaad. Tegenover den godsdienst stelt het Marxisme zijn eigen wereldbeschouwing. Het Marxisme is niet alleen een politieke economische leer, deze is slechts de consequentie van de filosofie van het Marxisme, die het dialectisch-materialisme is." Dat is ten minste duidelijk. Caveant consules. Men zij op z'n hoede. Febr. '35. X^rTX F" J" K* STAAT MEN IN RUSLAND AAN FELLE VERVOLGING BLOOT, ALLEEN OM HET FEIT, DAT MEN GELOOVIG IS? door Dr. F. J. KROP. Twaalfde Radiotoespraak. Naar aanleiding van mijn vorige toespraken is daar inHetHandelsblad een vraag gesteld, die ik niet mag negeeren; waaraan ik, integendeel, hedenavond al mijn aandacht wil wijden. Voorts heeft men, niet in het openbaar, doch in een particulier schrij ven, de waarde van mijn gegevens en daarop berustende beweringen min of meer in twijfel getrokken. Zulk een opmerking kon wel van een luisteraar komen, die nog niets deed dan luisteren, doch niet van iemand, die zich vooraf de moeite had getroost, mijn artikelen of brochures te lezen. Verwijzing naar de bronnen acht ik een eerste vereischte voor elk wetenschappelijk man, en ik tracht mij aan dien regel te onderwerpen bij al hetgeen ik schrijf. Maar men houde mij ten goede, dat ik mijn radiotoespraken niet ongenietbaar maak door een droge opsomming van boeken, brochures en stukken. Elk genre is geoorloofd, heeft een geestig Franschman gezegd, behalve het genre „vervelend"; en niet gaarne zou ik willen, dat een mijner onzichtbare hoorders door m ij n schuld onder het luisteren in slaap viel of, gramstorig, het contact verbrak. Dat in het voorbijgaan. En nu ter zake. De vraag, die aan een ander is gesteld, doch ter mijner intentie, laat zich aldus formuleeren: „Staat men in Rusland bloot aan felle vervolging, zonder eenige politieke aanleiding, alleen om het feit, dat men geloovig is?" *) Natuurlijk luidt het antwoord van den bekenden schrijver der Russische reisschetsen, op die meer dan simpele vraag, ontkennend. Gelijk hij ook „nogal rhetorisch" noemt de stellige bewering van mijn vriend Dr. O. Schabert, „dat het er voor de geloovigen in j. Rusland, heden ten dage, meer op aankomt manmoedig en trouw voor hun beginsel te sterven, dan voor hun overtuiging te leven". Maar die ontkenning en die qualificatie verhezen onmiddellijk al haar kracht door de volgende regelen: „Al legt de Russische wet de godsdienstvrijheid, d.w.z. de vrijheid van eeredienst, ook vast, zoo stelt zij tevens een reeks beperkingen, waarvan de strekking, de opzettelijke strekking is, om niet slechts de Kerk, doch ook den godsdienst zelf aan te tasten. De Bolsjewisten beschouwen den godsdienst in werkelijkheid als een sta-in-den-weg voor het welslagen van de revolutie. Zij zijn er daarom op uit, den godsdienst zelf te ondermijnen. Als diplomatieke tactici laten zij de oüde generatie in haar godsdienstige gewoonten onaangetast, doch zij zetten een heele reeks belemmeringen op den weg tusschen de godsdienstige leiders en de jeugd." *) Men leze het ingezonden stukje van Mevr. A. Tjadenv. d. Vlies in Het Handelsblad van Zaterdag 30 Januari en het antwoord van Ph. Mechanicus. VgL het artikel van dezen laatste, Karakter en doel der antireligieuze musea, 9 Jan. '32. En verder: „Hieruit moet men besluiten, dat de regeering, ofschoon den eeredienst toelatend, toch van haar machtsmiddelen gebruik om niet te zeggen, misbruik maakt, om hem de voorwaarden voor zijn duurzame instandhouding en gedijen te ontnemen." Dat zegt reeds genoeg. Neem ik nu voorts het Avondblad van 9 Januari '32 ter hand, dan lees ik o.a.: „De wet waarborgt officieel, zij het onder strenge restricties, geloofsvrijheid; doch practisch gesproken is er van geloofsvrijheid geen sprake en maakt de regeering door haar houding de wet krachteloos." Volkomen juist. Feitehjk maakt men van de volwassenen, die men toch niet meer tot ras-echte bolsjewisten kan omtooveren, stille huichelaars. Ik citeer: „De volwassen arbeider uit het oude regime, die bij kerk en geloof is grootgebracht, zou op de vraag: Geloof je in God? steêvast ten antwoord geven: In de fabriek niet, thuis wel. De bolsjewisten dwingen in fabriek en werkplaats inderdaad ontzag af voor het atheïsme en leggen het geloof het zwijgen op." Alle machtsmiddelen worden daartoe aangewend. Elke propaganda schijnt, met zulk een doel voor oogen, geoorloofd. Ik geef weer het woord aan Philip Mechanicus: „Boven den hoofdingang van het Lavraklooster leest men: „Gij zult de verlossing niet verwachten van .God, noch van de geestelijken; het proletariaat zal zichzelf helpen." Andere opschriften luiden: „Christus heeft nooit bestaan." „De popen zijn de vijanden van de arbeidersklasse." „De cultuur der ongeloovigen zal de cultuur der geloovigen vernietigen." „De godsdienst is steeds voor de uitbuiting gebruikt." Te Moskou vonden wij o.m. de volgende opschriften: „De strijd tegen den godsdienst is de strijd voor het socialisme." „Godsdienst is opium voor het volk." Soortgelijke opschriften vindt men overal elders. Dat nog niet alle kerken zijn gesloten, is eenvoudig een kwestie van tactiek (iets, wat ik altijd heb beweerd); van respect voor iemands overtuiging geen sprake, dus ook niet van vrijheid, dien naam waardig. „De Russische kerken zijn overal zichtbaar in verval. De Sowjet-regeering heeft niet den moed gehad, de kerken — en ook de synagogen en moskeeën — eenvoudigweg te sluiten. Volgens de wet mag sluiting van kerkgebouwen slechts geschieden, wanneer de groote meerderheid der geloovigen eener parochie ze voorstelt, of de kosten der kerk niet langer wenscht te dragen. De regeering heeft echter de positie der kerk ondermijnd, door haar heur bezittingen te ontnemen en haar bewegingsvrijheid volkomen aan banden te leggen. Haar fanatieke volgelingen hebben, vooral in de groote steden, er het hunne toe bijgedragen, de sluiting te bevorderen, hetgeen het vorig jaar in stormtempo geschiedde." En mochten de oudjes nog te dom of te ontwetend zijn, om de zegeningen van zulk een regime te waardeeren, dan moet men die maar laten wegsterven, als ze hun mond houden en heel zoet zijn; al z'n krachten kan men dan concentreeren op de jeugd. „Men vertrouwt op de resultaten van de opvoeding, op de evolutie van den geest en veronderstelt, dat de kerk, althans wat hier nog van over is, op den duur wei zal afsterven, zooals andere overblijfselen van het kapitalisme wel zullen afsterven." Zeker, het kon een oogenblik schijnen, alsof het meer ging tegen misbruiken en uitwassen, dan tegen het geloof „an sich"; maar de gebeurtenissen hebben de eigenlijke bedoeling van de Derde Internationale genoegzaam in het licht gesteld. „Toen de bolsjewisten eenmaal vast in den zadel zaten, konden zij onbewimpelder hun anti-godsdienstige gezindheid belijden ea het geloof rechtstreeks aantasten." • # Het verheugt mij, dat deze dingen zoo flink en zoo onbewimpeld zijn uitgesproken. Wie nujn gedrukte radio-toespraken en overige geschriften kent, ziet onmiddellijk de overeenkomst; een goed verstaander zal weinig of geen verschil van waardeering tusschen den medewerker van Het Handelsblad en ondergeteekende ontdekken. Laat ik ten overvloede nogmaals trachten, in een vluchtige schets den werkelijken toestand te karakteriseeren *). Vooreerst de grondbeginselen van het communisme •) BRONNEN, SPECIAAL TE RAADPLEGEN: Th. Aubert: Les persécutions réligieuses en Russie. Prof. Dr. ƒ. Ujin: La lutte du pouvoir soviétique contre la religion. Le même: Nature de rathéisme soviétique. Le même: L'association soviétique des Athées. Deze drie laatste ook in het Duitsch te verkrijgen. Dr. G. Lodygensky: De huidige geloofsvervolgingen in Rusland. I _ , . Prof. Dr. N. N. Globakowsky e.a..- Christendom en Botoje- wisme. Prof. Dr. I. Iljin: Welt vor dem Abgrund. Voorts allerlei studiën van Prof. Arseniev, Dr. Alexiev, enz. enz. Het spreekt vanzelf, dat wij slechts uit de tweede hand de Russische bronnen kennen, waarvan de voornaamste zijn: Het zwarte boek 1925. Lenin: Mysli Lenina o Religié. Yaroslawsky: Na antireligiosnom fronte. Voorts allerlei officieele stukken, stenografische verslagen van Communistische Congressen en bladen, te talrijk om op te noemen. (niet zooals deze of gene het zich idealistischer voorstelt; scmimigen denken zelfs bij dat schoone woord aan Handelingen H : 44—47); maar zooals het zich in de practijk aandient en veeleer uitsluitend met den naam van bolsjewisme zou moeten worden aangeduid. In zijn „Gedachten over den godsdienst" verklaart Lenin onomwonden: „Wie zegt Marxisme, zegt materialisme. Als zoodanig staat het even vijandig tegenover den godsdienst als de Encyclopedisten van de 18de eeuw of een man als Feuerbach." (Pag. 25.) Verder: „Wij moeten den godsdienst bestrijden. Dat is het A.B.C. van elk materialisme en van het marxisme." (Pag. 25.) Daarom „moet men een strijdend atheïsme vormen, een strijdend materialisme." (Pag. 118.) Van vrijheid geen sprake: „De communistische partij kan noch mag een onverschillige houding aannemen tegenover de geheimzinnigheden, het obscurantisme (verdomming) en de reactionnaire woede van het Christelijk geloof." (Pag. 114.) „De prediking van een der noodlottigste dingen ter wereld, d.i. van den godsdienst, kan ons niet onverschillig laten." (Pag. 90.) *) Na Lenin, Bouckarin en Preobrajensky in hun A.B.C. van het Communisme: „Godsdienst en Communisme zijn theoretisch en practisch onvereenigbaar." „De strijd tegen den godsdienst heeft twee zijden: vooreerst, de strijd tegen de Kerk, voor zoover deze *) Lenin (Xde deel van z*n werk, p. 18). VgL nog deze uitspraak: „De materialist geeft een belangrijker plaats aan de kennis der materie, der natuur en verwijst naar riool en mesthoop God en al het wijsgeerig gespuis, dat het voor hem opneemt." Xde deel van Lenin's werken, p. 18. ZieDemain No. 2. een organisatie is, die ten doel heeft religieuse propaganda te drijven, en er een stoffelijk belang bij heeft, de onwetendheid van het volk en zijn godsdienstige slavenüj te bestendigen; vervolgens, de strijd tegen de godsdienstige vooroordeelen, zoo algemeen verspreid en zoo diep geworteld in de groote massa van het volk." Daarom moet men: le. Aan de Kerk alle bezittingen, kapitalen, enz. ontnemen; 2e. Elk godsdienstonderwijs van de scholen verbannen; 3e. Het gezin ontwrichten en de religieuse opvoeding daar onmogelijk maken; 4e. De kinderen aan den invloed der ouders (meestal reactionnair gezind) onttrekken; 5e. Zoo mogelijk, die kinderen door den Staat in absoluut atheïsme laten opvoeden *). Ten slotte luisteren wij nog naar een ander, wiens naam in dit verband niet onvermeld mag blijven, ik bedoel Yaroslawsky, die het royaal uitspreekt in zijn brochure Aanhetantigodsdienstigefront: „Geen compromis is ooit mogelijk tusschen ons program en den godsdienst. Een geestverwant van Lenin kan niet in God gelooven." (Pag. 54 en 56.) „Wij bestrijden niet alleen godsdienstige vooroordeelen, maar elke religie." (Pag. 59.) „Alle Kerken zijn dood. Zij zijn alle overbodig." (Pag. 105.) - Een tegemoetkomende houding kan nimmer worden verwacht: „Wy zijn verplicht elke religieuse levens- *) Sokoloff sprak kort geleden de kinderen toe op de volgende wijze: „De nieuwe mensen, de socialistische mensch wordt verwezenlijkt door den jongen God-looze..." Zie Detnain No. 1. en wereldbeschouwing te bestrijden." (Pag. 66.) En „als wij, óm de overwinning van een bepaalde klasse te bereiken, 10 millioen menschen moeten opofferen.... dan komt geen aarzeling te pas en dan zullen wig het doen." (Pag. 132.) * * Na soortgelijke uitspraken, die tot in het oneindige zouden zijn te vermenigvuldigen, stel ik alleen deze vraag: „Hoe beschouwt men de communisten; als frazeurs, als praatjesmakers, als mannen, die mooie rhetorische wendingen zoeken, doch het zoo kwaad niet bedoelen?" Wie dat meent, weet niets, nóch van het systeem, nóch van z'n vertegenwoordigers. De eersten zijn onbarmhartig, de laatsten zonder eenige genade. Als de „gedienstigheden der practijk" hen niet noodzaken om hun werkelijke bedoelingen te verbergen, dan komen zij er cynisch-openhartig voor uit. En de geschiedenis der laatste 13, 14 jaar heeft toch waarlijk wel bewezen, dat zij doen, wat zij zeggen. Hoe het Roode Schrikbewind van 1918—1922 heeft huisgehouden, weet men uit de beste, d.i. de meest ondubbelzinnige bronnen. Natuurlijk ging de strijd toen hoofdzakelijk tegen de Grieksch-Orthodoxe Kerk. Deze was de machtigste, omvatte circa 70% der bevolking en moest dus in de eerste plaats worden geknakt. Met de dissenters moest eenige voorzichtigheid in acht worden genomen daar men nooit kon weten, hoe dé worsteling zich zou ontwikkelen en ook, omdat zoowel Protestanten als R. Katholieken en Joden connecties hadden met het buitenland, waarmede rekening moest worden gehouden. Doch zelfs met inachtneming van die tactiek waren de resultaten nog niet zoo overwel- digend als men had gehoopt. De wereldrevolutie bleef uit, voorzichtigheid werd raadzaam geacht. „De vertraging in het werk van totale vernietiging der kapitalistische wereld," zegt Yaroslawsky, „heeft noodzakelijkerwijze een vertraging in de vernietiging der godsdienstige vooroordeelen en der religieuse gedachte ten gevolge gehad. Het vertraagde tempo van den opmarsch der wereldrevolutie geeft eenig uitstel aan de kerkelijke organisaties. Maar wij zouden slachtoffers van een grove dwaling zijn geweest, als wij hadden gedacht, dat de breede volksmenigten zich ooit zelf van de godsdienstige vooroordeelen hadden kunnen bevrijden." De tijd ontbreekt mij om hier alle maatregelen te memoreeren, die in deze tweede periode (1922—1929) werden genomen om het volk een handje te helpen in die gewenschte radicale bevrijding van „godsdienstige vooroordeelen". Men kan ze, desgewenscht, nagaan in de bronnen, die mijn gedrukte toespraak aangeven. Maar ik kom tot de derde periode, waarin wij thans verkeeren en die geheel beheerscht wordt door de belangrijke wijziging in de Grondwet, waarbij vrijheid van godsdienstige propaganda werd geschrapt en vrijheid van ongodsdienstige propaganda alleen nog maar wettelijk werd toegestaan. Hoe de atheïstische propaganda wordt gedreven, met welk een kracht en stelselmatigheid, kan van algemeene bekendheid worden geacht. De geestelijkheid (versta het goed: elke geestelijkheid) is buiten de wet gesteld. De bepalingen omtrent het sluiten der kerken zijn zoo geformuleerd, dat het een kleine moeite is om overal, waar het wenschelijk wordt geacht, de gebouwen, aan den eeredienst gewijd, te onteigenen, te sluiten of in de lucht te laten springen. Voorts moeten allen, die een openbare betrekking bekleeden, miUtaire atheïsten zijn. Zoo sprak Kroepskaïa: „Ja, wij eischen van den schoolmeester, dat hij anti-godsdienstige propaganda drijve en dat hij een marxistische houding aanneme op school" *). Maar als hij geen atheïst is of wil zijn? Dan zegt Yaroslawsky: „Op dit gebied heeft de meester bij ons niet het recht een persoonlijke meening te hebben .. De onderwijzer moet weten en kunnen uitleggen, dat niet God den mensch heeft geschapen, maar dat de mensch God heeft gemaakt." Terwijl Bouckharin in de Pravda (13 Juni '29) zelfs durft schrijven: ,JDe bajonetten moeten de overwinning op den godsdienst behalen." * * Wie na deze uitspraak nog in z'n ziel aarzelt en twijfelt, die krijgt van mij geen antwoord meer. En zoo keer ik, langs een omweg, terug tot de vraag, die in haar grenzenlooze naïveteit mijn verbazing aanstonds heeft gaande gemaakt. Ik zeg „naïveteit", en dat is een heel zacht woord; want propagandisten voor het God-looze bolsjewisme zouden haar niet anders kunnen stellen, noch haar anders geformuleerd willen hebben. Daar ik mijn geachte opponente allerminst tot de laatsten wil gerekend zien, blijft nüj niets anders over dan den vriendelijken term te gebruiken, dien ik hierboven bezigde. Eigenaardig, dat Tomsky op het 15de Communistische Congres *) mij de conclusie van deze vluchtige schets, die echter op degehjke studie berust, zoo gemakkelijk *) Zie het stenografisch verslag. •) Stenografisch verslag 15e Communistisch Congres. maakt. Sprekende over de z.g. geloofsvrijheid, die het communisme waarborgt, zegt hij: „Als gij nooit uw overtuiging hadt uitgesproken, ik zeg: uw eigen overtuiging; als gij nooit propaganda hadt gemaakt, noch voor uw overtuiging waart opgekomen, dan zou er ook geen sprake van zijn geweest, die te bestrijden. Wij vechten niet tegen droomen, doch tegen meeningen, die niet tot uiting komen." Dank u, heer Tomsky, voor die openhartigheid. Het is nu voor allen duidelijk: een lafaard, die een religieuse meening heeft, héél, héél diep in z'n ziel; maar er nooit voor uitkomt; er nooit, met niemand over spreekt; voorts, in het openbaar, handelt, alsof die meening niet bestond; zulk een lafaard laat ge met rust; hem gunt gij z'n droomen, zooals men aan kinderen hun domme waanvoorstellingen laat. Ge zijt in elk geval barmhartiger dan die vertegenwoordiger van Moskou, die, op de vergadering van een plaatselijke Sowjet, waarbij hij tegenwoordig was, zich niet tevreden wilde stellen met de uiterlijke houding en het openbaar optreden der leden, doch een ernstig onderzoek instelde naar hun intiemste overtuigingen *). Maar het geloof, dat gij met rust laat, is dat nog wel geloof?.... Waarde luisteraar, het zal u duidelijk zijn geworden, dat men met woorden speelt, als men spreekt van geloofsvrijheid en vrijheid van godsdienst. „Van communistisch standpunt gezien," zegt Yaroslawsky (e.c. pag. 117), „zijn alle kerken slechts clubs *) Mijn vriend Prof. X., een Protestant, was hierbij aanwezig, daar hij zelf tijdelijk in bedoelde Sowjet was gekozen. Hg moest echter spoedig de vlucht nemen, toen hij had bekend, geen bolsjewist te zijn in z'n hart. Ik ben bereid onder bepaalde omstandigheden man en paard te noemen. ■ VERVOLG VLUGSCHRIFTENLUST No. TITEL Prij. 55 Iets uit het AJB.O van het Communisme, door P. Oaxotte „ 0.12 58 Godsdienstvervolgingen ln de Sowjet-Republlek. uit de Maandberichten van Or. O. Schabert O.U 57 3. Jacoby. Hoe Sowjet-Rusland geregeerd wordt 0.08 58 Kreten uit de diepte 0.08 59 Beknopte geschiedenis van het Bolsjewisme „0.08 60 Prof. A. Lecerf. Calvinisme en kapitalisme „ 0.12 61 Tegen gezin en haardstede 0.05 62 Dr. O. Schabert, Het sterven van Bisschop Platon enz , 0.08 63 Dr. O, Schabert, School en Kunst ln Sowjet-Rusland .... „ 0.08 64 Dr. O. Schabert, Hoe het Communisme de Jeugd vergiftigt „ 0.05 65 Dr. O. Schabert, Verblinde Geloovigen 0.08 66 Dr. O. Schabert, Op weg naar de Oude School „ 0.08 67 Hoe staat de Sowjet-regeenng officieel tegenover het geloof „ 0.05 68 Dr. F. J. Krop, Wat doet de Baltlsche Ruslandarbeld voor de vervolgden om des geloofswllle „ 0.05 89 Dr. O. Schabert, Godsdienst ln het leger der godloozen .... „ O.OS 70 Toelichting bij de tabel: „Organisaties voor den anti-godsdiepstigen strijd in Sowjet-Rusland ,0.05 71 Dr, O. Schabert, Strijd tegen den godsdienst en tegen de luilakken ,, 0.08 72 Communistische jeugd en godsdienst „ 0.08 73 Het bolsjewisme in Nederland en de toepassing van het geweld ,,0.06 74 Drie revoluties. De vijftiende jaardag van het bolsjewisme ,, 0.05 75 Hoe opstanden in de Koloniën door het Sowjet-bewind en de Komintern georganiseerd worden 0.12 76 Dankbetuiging van Dr. O. Schabert 0.08 77 M. Rigassi, Het dreigend Communisme „ 0.05 78 Dr. O. Schabert, Brieven uit Sowjet-Rusland „ 0.08 79 Twee brieven over den hongersnood in Rusland: één van Dr. O. Schabert en één rechtstreeks uit Rusland , 0.10 80 Honger in Rusland. Steeds meer bewijzen „ 0.15 81 De G.P.Oe.-Slavenhandeiaar 0.05 82 Een getuigenis. Hongersnood en kannibalisme heerschen ook in Siberië 0.05 83 Correspondentie met President Roosevelt „ 0.10 84 Het lijden om Christus' wil en de Roomsch-Katholieke Kerk .. „ 0.05 85 Komen de pakketten wel aan? , 0.05 86 Aan het adres van den heer Ed. Herriot 0.08 87 Het nationalisme in de Oekraïne , 0.08 88 A. R. Lindt, Communistische activiteit in Jeruzalem 0.05 89 De cultureel» arbeid der G.P.Oe , 0.05 90 Het schrikbewind in Rusland na de revolutie 0.05 91 J. T., Hoe Moskou-Reizigers worden ontgoocheld „ 0.05 92 Serge de Chessin, Het communistische Rusland zal altijd honger hebben , 0.08 93 Verax, de heer Herriot ea de bolsjewisten , 0.05 94 Dr. O. Schabert, De strijd tegen den godsdienst 0.15 J. E. L., Woestijnen in het bolsjewistisch paradijs 95 Ellende in Rusland — De wereld in gevaar 0.05 96 J. E. L.: Hoeveel predikanten zijn er nog in Rusland? ,, 0.05 97 Dr. F, J. Krop: „Kameraad" van Os stelt een „objectief" onderzoek in te Moskou , 0.08 98 Dr. O. Schabert: Hoe Aarts-bisschop Antonius van Archangel leed en stierf. Een beeld uit de Kerk onder het Kruis 0.08 99 De stem der stommen „ 0.08 100 Ontzettende noodkreten uit de Sowjethel 0.08 101 De toestand der Armeniërs die naar Sowjet-Rusland getrokken zijn „ 0,08 102 De Volkenbond en de Sowjet-Ünie (om zich een opinie te helpen vormen) - , 0.08 103 Prof. A. Markoff, Communisten en Ontwapening ,, 0.10 104 Tot vervelens toe „KAMERAAD" van Os en zijn brief uit Rusland „ 0.08 105 Ir, V. V. Tchernavln, Werkmethoden en gevangenissen ,.. ,, O.OS 106 Dr. G, L>, Indrukken van een Zwitsersch ingenieur over Rusland in 't begin van den zomer van 1934 ,, 0.05 107 Th, Aubert, Hoe de Sowjet-macht de verbintenissen beschouwt, die door Litvinoff geteekend werden 0.05 108 De kwestie van de opneming der Sowjets in den Volkenbond en de publieke opinie ih Zwitserland ,. , 0.08 109 J. M. v. Blommesteln, Paria's in Sowjet-Rusland 0,08 110 H, L, van Oordt, Stelselmatige ondermijning van het gezag in Nederland „ 0.08 111 Communistische partij Holland (C.P.H.) en Marxistische arbeidersschool (M.A.S.) 0.08 112 Eea belangrijk adres van de Chr, Mannenvereeniging G.Z.A.B. aas den Minister-President ,, 0.06 No. 37 PRIJS 20 CENT STAAT MEN IN RUSLAND AAN FELLE VERVOLGING BLOOT, ALLEEN OM HET FEIT, DAT MEN GELOOVIG IS? XIIDE RADIOTOESPRAAK VAN Dr. F. J. KROP 2de DRUK UITGAVE „GELOOF EN VRIJHEID" 1e PIJNACKERSTRAAT 102-106 - ROTTERDAM BROCHURES •ver dt Russische Geloofsvervolgingen en bet Communisme, uitgegeven door dt Chr. Mannenvereen. „Gij zijt allen Broeders" le Pijnackerstraat 102-106, Rotterdam. Bestellingen bij Stemerding & Co. No. TITEL. Priji — Dr. O. Scbabert, Slachtoffers van het Bolsjewisme ƒ 0.63 — Ir. Max Henkart, Sovjetbeloften en werkelijkheid „ 0.25 — Rob. de Traz, Verontwaardiging over de laksheid der Christenheid „ 0.15 11 De heerschappij der Communisten van 1917—1930 ., p.35 12 Dr. Karl Nötzel, Oorsprong, wezen en beteekenis van het bolsjewisme .. „ 0.20 13 R. von Koschütski, Herinneringen aan Rusland i 0.25 14 Prol. N. von Arseniew, Godsdienst in Sovjet-Rusland „ 0.15 15 Dr. J. R. Callenbach en anderen, Toespraken over de Russ. Geloofsvervolg. „ 0.50 16 C. Shevitsch, De gevolgen van de buitenlandsche protestbeweging op den godsdienstigen toestand in Rusland .: 0.15 17 M. Mischailoii, De Russ. Orth. Kerk onder het Sovjet-Regime 0.35 18 Dr. W. Kfinhaupt, Het Bolschewisme — zijn ideeën, bedoelingen en ondergang • 020 19 De godsdienstvervolgingen in Rusland (uit het Russische blad „Dni ) .. „ 0.20 20 Wat is het Bolschewisme en hoe ziet het er in Rusland uit? 0.15 21 Tina Schmidt, Mijn reis in Rusland 0.15 22 Dr. G. Lodygensky, Rusland in 1930 0.40 23 Boris Eliachefi, De Sowjet Dumping 0.15 24 Dr. F. J. Krop, Het Bolsjewisme in de praktijk en wat wij uit die wereldactie kunnen leeren t< 0-20 25 Dr. O. Schabert, De Baltische arbeid voor Rusland 0.25 26 Dr. F. J. Krop, Pinksterevangelie en Bolsjewisme 0.20 27 Frédéric Eccard, De dwangarbeid in Sovjet-Rusland 0.20 28 Dr. F. J. Krop, De treurige toestand der arbeiders in Sowjet-Rusland en de Kerken • « M 29 G.Z.A.B.-Bestuurslid, De Russ. arbeider onder communistische heerschappij • »< 0-20 30 De intern. Samenkomst der Kerken te Genève, 10 Sept. 1931, en de roeping van den Volkenbond inzake de Russ. geloofsvervolgingen ƒ 0.15 31 Dr. F. J. Krop, De gunstige berichten van reizigers, die de Sowjet-repu- bliek hebben bezocht, en de werkelijkheid 0.13 32 Dr. F. J. Krop, Nog eens: De gunstige berichten van reizigers, die de Sowjet-republiek hebben bezocht, en de werkelijkheid , 0.20 33 Dl. J. de Saussure e.a., Intern. Kerkelijke samenkomst te Genève, om de aandacht van den Volkenbond op de godsdienstvervolgingen in Sowjet-Rusland te vestigen i 34 Dr. F. J. Krop, De Kerstcampagne en de geloofsvervolgingen „ 0.20 33 Dr. F. J. Krop, Dwangarbeid, terreur. Een adres aan de Ontwapeningsconferentie » H? 36 Geweld en Terreur in Sowjet-Rusland 0.25 37 Staat men in Rusland aan felle vervolging bloot, alleen om het feit, dat men geloovig ia? »-2» 38 Mijn ervaringen in de Russische gevangenissen en hoe ik uit de klauwen der G.P.Oe ontkwam jj-23 39 Gawroesja Boerja, Onder het juk der Sovjets i 0.25 40 Dr. F. J. Krop, Mijn reis naar de Russische grens, of wat ik zag van het werk van Dr. O. Schabert e.a 0-30 41 Dr. F. J. Krop, De Lappo-Beweging 0.15 42 Een Handleiding over Gewapenden Opstand 0.25 43 Dr. F. J. Krop, De Lappo-Beweging 1932 0.20 44 Th. Aubert, Het Leven der Arbeiders in Sowjet-Rusland 0.30 45 Pierre Manry, Gedachten over het Communisme 0.25 46 Dr. F. J. Krop, Wat het bolsjewisme feitelijk is en bedoelt „ 0.20 47 Het leven en lijden van de vrouw in Sowjet-Rusland 0.39 48 Dr. F. J. Krop, Plicht en Roeping der Christenen ten opzichte van de vervolgden in Sowjet-Rusland • i 0.20 49 Grepen uit Finland's verleden (met een inleidend woord van Dr. Krop) „ 0.20 50 Dr. Raymond Devrient, De sociale consequentie van het Bolsjewistische regime °*° 51 Dr. A. Ehrt en Dr. J. Schweickert, De bolsjeviseering van Duitschland „ 0.35 52 Dr. F. J. Krop, De beteekenis van Finland in den huidigen cultuurstrijd „ 0.35 53 Dr. F. J. Krop, Waarom maakt gij U toch zoo druk over Rurland7 0.30 54 Dr. F. J. Krop, Ons parool in den strijd tegen het bolsjewisme: Godsdienst. Gezin, Gezag ••• ..O-20 55 Prof. A. Lecerf, Het recht van weerstand in de H. Schrift en meer bepaald in het Evangelie ' 013 56 Godsdienst, Gezin, Gezag • <• 57 Dr. F. J. Krop, „Het communisme is het Koninkrijk Gods 0.20 Wat te denken van deze stelling? 58 Dr. J. R. Callenbach en Dr. F. J. Krop. Enkele opmerkingen naar aanleiding van de Jodenvervolgingen in Duitschland 0.25 STAAT MEN IN RUSLAND AAN FELLE VERVOLGING BLOOT, ALLEEN OM HET FEIT,DAT MEN GELOOVIG IS? XIIDE RADIOTOESPRAAK VAN Dr. F. J. KROP II 2de DRUK UITGAVE „GELOOF EN VRIJHEID" 1e PIJNACKERSTRAAT 102-106 - ROTTERDAM en vergaderzalen, waar geestdrijvers, priesters en predikanten hun godsdienstige propaganda voeren." Wie dus niet alleen geloovig is, héél, héél diep in z'n ziel, zonder er met één woord van te reppen, doch van z'n geloof getuigt en tot gemeenschappelijke aanbidding met andere geloovigen samenkomt, die voert „godsdienstige propaganda"; die is „reactionnair"; valt derhalve onder de wet en wordt als „politiek misdadiger" veroordeeld. Niet om z'n geloof, wel neen! Hoe zou het! Maar om z'n contra-revolutionnaire zienswijze! Kan het eenvoudiger? *) Lees nu eens bij dat licht de berichten, die uit het bolsjewistisch paradijs tot ons komen. Bijv. het verhaal *) Van onzen vriend F. Goudzwaard ontving ik dezer dagen den volgenden brief: Geachte Dr. Krop, Verleden Zondag, 14 Februari, woonde ik een ochtend-bijeenkomst bij van de Ver. „De Dageraad", waar het communistische Kamerlid Louis de Visser sprak over: „Kerk en godsdienst als contra-revolutionnaire machten". De vergadering werd gehouden in het Roxy-theater. O.a. zei De Visser daar, sprekend over de „leugencampagne van dominé, pastoor en rabbi" Lz. de godsdienstvervolging: „We zouden evengoed kunnen spreken over een communistenof anarchisten-vervolging. Want ook die worden er vervolgd. Zeker, we hebben een aantal priesters en zoo vermoord, maar die werden vermoord om hun contra-revolutionnaire daden. Want jullie moesten eens weten, wat dat tuig voor een contrarevolutionnaire streken uithaalt." Hij beloofde daarbij eens speciaal te komen spreken in Rotterdam over de contra-revolutionnaire daden van de geestelijkheid. Over de protest-meetings van begin 1930 zei De Visser het volgende: „Toen in verschillende plaatsen dominé, pastoor en rabbi samen op het podium kwamen om te protesteeren tegen de z.g. geloofsvervolging, heb ik op verscheidene plaatsen getracht bij die vergaderingen aanwezig te zijn, maar deze heeren hadden gezorgd, hun vergaderingen hermetisch te sluiten voor de communisten." Ik laat de rest van het „betoog" van den heer De Visser voor wat het is, maar meende u deze dingen toch even te moeten melden. van dien Duitschen kolonist, een paar weken geleden in Het Zoeklicht (6 Febr. '32) opgenomen. Of deze regelen van Schaberts Pressedienst (R. Ev. P. No. 2, 1932): „Verleden jaar was de woede der Sowjetregeering gekeerd tegen de geloovige boeren, die, zooals men weet, naar de kampen voor dwangarbeid werden gedeporteerd. Heden ten dage constateert men de toenemende onderdrukking der industrie-arbeiders, die nog trouw zijn gebleven aan hun godsdienstige overtuiging. Zeer vaak geeft men zich niet eens meer de moeite te verbergen, dat hun godsdienstige meeningen oorzaak zijn van hun ontslag." Of, om den tegenstander de maat vol te meten, deze mededeeling uit de Godlooze (15-12-'31): „De sectarische evangelist Semkow veroorloofde zich een contrarevolutionnaire actie, gaf hier en daar sectarische wachtwoorden en verspreidde sectarische bladen. De arbeiders banden hem uit den metaalbewerkersbond en drongen er op aan, dat hij van de fabriek werd weggezonden." Broodeloos; naar huis gestuurd; straks de gevangenis in; naar de kampen voor den vreeselijksten dwangarbeid; of naar de Solowetski-eilanden; en, bij de minste aanleiding, onuitstaanbare martelingen of de verlossende kogel. Wie geeft mij de pen van Mevr. Beecher-Stowe om dat alles te beschrijven? Wie geeft mij woorden, om de wandaden der beulen naar waarde te brandmerken en aan den schandpaal te nagelen de houding van allen, die hun, vrijwillig, hand- en spandiensten bewijzen en onbewogen kunnen blijven by het gekerm van honderdduizenden, ja millioenen slachtoffers? Ongetwijfeld, Dr. O. Schabert, deze eerlijke, trouwe kampioen der waarheid, deze uitnemende kenner van Russische toestanden en zaken, had gelijk, toen hij schreef aan de Nederlandsche vrienden: „In tegenstelling met het Westen, waar men nog altijd de mogelijkheid bezit voor zijn overtuiging te leyen, bezit men aan gene zijde van de roode grens in vele gevallen nog maar de mogelijkheid om voor zijn overtuiging en voor zijn geloof te sterven." God in den hemel, vergeef ons onze zelfzucht, ons gediscussieer en gefilosofeer, terwijl zoovelen van Uw kinderen sterven om de belijdenis van Uw Naam; en geef ons in heilig solidariteitsbesef, de bede van onzen Heiland in Zijn bang Gethsemané te herhalen: „Vader, indien deze drinkbeker van ons niet voorbij kan gaan, tenzjj dat wij hem drinken, — Uw wil geschiede." (Mattheus 26: 42.) „Want die wil is altijd goed en heilig en ook al zoudt Gij ons dooden, nochtans zullen wij op U hopen." (Job 13 :15.) DE WERELDACTIE DER GOD-LOOZEN MET CIRCA 80 ILLUSTRATIES INHOUDSOPGAVE: Wat doen de kerken tegen de Wereldactie der God-loozen? A. De anti-godsdienstige grondslagen van het Marxisme en van het Communisme Ü B. De strijd van het Bolsjewisme tegen het geloof in Sowjet-Rusland C. De toepassing van het- anti-godsdienstig Marxisme en haar gevolgen in Rusland D. De strijd tegen den godsdiens en vóór de wereldrevolutie buiten Rusland E. Hoe de geloovigen zich tegen den aanval verweren F. De Communistische Partij in Nederland PRIJS 35 CENTS BIJ GETALLEN, BELANGRIJKE REDUCTIE ZICH TE WENDEN TOT D R. F. J. KROP VERVOLG BROCHURELIJST No. TITEL Pni» 59 Dr. F. J. Krop. Karl Marx, de apostel van den haat ................ „0.25 60 Henri Glasa, Beschouwingen over de moderne Bolsjewistische Revolutie! „ 0.20 61 Dr. F. J. Krop, Het Marxisme als economisch en sociaal systeem .. „ 0.20 62 Dr. F. J. Krop, Is one in Russia exposed to severe persecution merely on the ground that one is a believer? 0.15 63 De G.P.Üe. o{ de gruwelen der Russische geheime Staatspolitie 9.a 64 Dt; T. J. Krop, Het marxisme in Sowjet-Rusland toegepast 0.20 05 Ut. r. J. MOP, weiae loesiauueu u«i .i,.,...^.— ... , land schiep ■' 0-Z0 66 Aan den vooravond van de Hitleriaansche overwinning. De dreigende bolsjewistische revolutie 67 Dr. Ad. Ehrt, Broeders in nood „0.20 68 Dr. G. Lodygensky, Getuigenissen inzake den toestand in Sovjet-Rusland „ 0.25 69 J. E. L., Allerlei „waarheid" over Sovjet-Rusland inzonderheid over den hongersnood ••• „0.20 70 Dr. F. J. Krop, Insinuaties ter linkerzijde inzake de inzamelingen voor de verhongerde Russen 0.1J 71 J. E. Lasterie, In honger en naaktheid 0.20 72 Hoe de heer Harry Lang Rusland zag najaar 1933 0.20 73 Dr. O. Schabert, De Baltische Ruslandarbeid 0.15 74 Oskar Bruhns, Hoe het in Rusland tot hongersnood kwam 0.20 75 Schouwer, Het vernietigend oordeel van Henriëtte Roland Holst over Sowjet-Rusland. Bedrogen verwachtigen t.a.v. Sowjet-Rusland 0.25 76 Herriot in Rusland «.20 77 J Douillet: Eduard Herriot in het Wonderland of Rusland in vijf dagen „ 0.35 78 Dr. F. J. Krop: De wereldactie der god-loozen en de kerk 0.15 79 Stelselmatige ondermijning van het gezag in Nederland , 0.50 80 X. Y. Z., Wat ik in Rusland ondervond en hoe ik ontsnapte 0.35 81 G. G. Fast, God kan helpen! 0.15 82 Dr. F. J. Krop, Hoe staat het thans met de geloofsvervolgingen m Rusland. Hoe met de hulpactie? V; S'« 83 Dr, O. Schabert, Martelaarsgeschiedenissen uit Rusland 0.25 84 Anthonie Slonismky, Grepen uit een reisbeschrijving , 0.25 85 Tatiana Tchernavina, Iets over het land van socialistischen opbouw „ 0.15 86 Tatiana Tchernavina, Wat ik in Sowjet-Rusland ondervond , 0.25 VLUGSCHRIFTEN No. TITEL Prii» 30 Di. F. J. Krop, De Paaschcampagne der Godloozen en wat zy ons te zeggen heeft 0.12 31 Tschegolev (naar), Het antl-godadlenstlge werk onder de kinderen la Rusland „ 0.08 32 N. A. Klépinlne, De godsdienst en de nieuwe comm. cultuur „ 0.12 33 Annle Wleck, Een beeld uit Sowjet-Rusland 0.08 34 De gruwelen der concentratiekampen van de Sowjet-TJnle „ O.OS 35 Prof. Dr. Iwan Djln, Hoort de signalen! 0.08 36 O. Hausdorf, De Joden en het Bolsjewisme 0.08 37 Berichten over den toestand der Orthodox-Russische kerk bulten Rusland, enz >• 0.08 38 Rev. E. A. Walsh, Voornaamste stellingen v. de Sowjetsche propaganda tegen de Protestbeweging en de weerlegging ervan ■> 008 30 Het getuigenis van een Zwitser uit Rusland „ 0.08 40 Elschen der godsdienstig gezinde Russische arbeiders „ 0.08 41 Prof. Dr. H. R. Nielauhr, Heeft de godsdienst ln Rusland oen toekomst? 0.08 42 G. Pimenoff, Het dekreet van het Pan-Russisch Centraal ultv. Comité en van den Raad van Volkscommissarissen tot regeling van godsdienstige vereenlglngen 0.08 43 Werkloosheid en werklust ln Sowjet-Republlek „0.08 44 Dr. O. Schabert, Beulsdlensten door West-Europeanen aan Sowjet-Rusland verleend, tegen de West-Europ. beschaving „ 0.05 45 Er wordt weer over de verwaarloosde kinderen gesproken .. „ 0.05 46 Brief uit Finland 0.05 47 Fotografisch bewijsmateriaal betreffende Sowjet-Rusland .. „ 0.05 48 Waarheden en leugens, verbreid door een nieuw soort propaganda ten gunste van Sowjet-Rusland 0.12 49 Het „Proletarisch Kaartspel' van de Bolsjewlki „ O.OS 50 Uit de maandberichten van Dr. O. Schabert .. 0.08 51 Vrouwenleven ln den Sowjetstaat 0.08 52 Het Bolsjewisme als Wereldbeschouwing, door Seminar Dlr. Lle. Th. Priegel te Breslau >, 0.15 53 De strijd tegen den godsdienst 0.08 54 Propaganda der Godloosen onder de Jeugd 0.05