GEZONDHEIDS ENCYCLOPEDIE VOOR IEDE REEN GEZONDHEIDS ENCYCLOPEDIE VOOR IEDEREEN MET WELWILLENDE MEDEWERKING VAN H. J. J. WACHTERS. GEZONDHEIDS ENCYCLOPEDIE VOOR IEDEREEN ONDER REDACTIE VAN L. F. C. MEES Arts te 's-Gravenhage UITGEVERS MAATSCHAPPIJ W. DE HAAN N.V. - UTRECHT INLEIDING. Hetgeen bedoeld is.. .. Men kan den opzet van dit werk het best omschrijven door het op te vatten als een antwoord op de vraag: wat moet een leek ten minste weten van het gebied, dat ziekte, gezondheid enz. betreft ? In zooverre staat het recht tegenover de z.g. „populaire geneeskunde”, die de vraag stelt (en beantwoordt): wat kan een leek op zijn allerminst daarvan weten? Er is niet in de eerste plaats naar nuchtere volledigheid gestreefd. | Ondanks het feit, dat het werkje bedoeld is voor menschen, die vrijwel onwetend zijn in deze dingen, is er toch dikwijls op gerekend, dat bepaalde dingen als algemeen bekend worden verondersteld. De keuze der onderwerpen, zoowel als hetgeen over een en ander gezegd wordt, zal men noodzakelijk eenigszins willekeurig moeten vinden. Geen twee menschen hebben een gelijke keus, men kan bestaande problemen nu eenmaal alleen vanuit z’n eigen standpunt belichten. Medische raadgevingen werden niet gegeven. Een uitzondering werd slechts gemaakt daar, waar het gaat óf om kleinigheden, waarbij men niet kon veronderstellen, dat altijd" een arts I gehaald zal worden (neusbloeding, wondbehandeling e.d.) of om gevallen, waarbij voorloopig altijd iets gedaan zal moeten worden, dus wat men als „eerste hulp” pleegt aan te duiden. Mijn dank aan allen, die mij met teekeningen, raadgevingen en kritiek geholpen hebben. L. F. C. MEES Aambeien Abces Aambeien. Het einde van den tot schrompeling brengen en darm, den endeldarm, is rijk d.m.v. zetpillen ingebracht voorzien van bloedvaten. Wan- worden, kan men tegemoetneer in die bloedvaten de circu- komen door koude zitbadjes latie wat bemoeilijkt wordt, met aluin en vooral door voor kunnen ze op gaan zwellen en reiniging geen papier, doch een uitzakken, zooals men dat alge- spons te gebruiken, meen kent bij het ontstaan van Abces. Onder een abces verspataderen. Zoo ontstaan er staan wij een holte in het kleine zakjes waarin het bloed lichaam, die met etter, „pus” „stagneert”(moeilijkstroomt), gevuld is. Niet echter is het zoodat er veel kans is, dat het woord abces ook op het omgeerin stolt. Aambeien komen keerde altijd van toepassing, nogal eens voor bij menschen, Er zijn immers van nature die een zittend leven leiden. reeds holten in het lichaam Het is te begrijpen, dat op die aanwezig, b.v. de pleuraholten, plaats gemakkelijk kleine ver- die de longen omgeven (bij ontwondingen aan die knobbel- steking der wanden daarvan tjes kunnen ontstaan, vandaar ontstaat de z. g. pleuritis, dat een der algemeene symp- „Pleuris”); de buikholte, het tomen is: bloed en pijn bij de analogon der pleuraholten ontlasting. rondom de ingewanden; de Als de aambeien bovendien holten van vele beenderen van geinfecteerd raken, ontsteken, den schedel, speciaal in de kunnen zij vooral bij het zitten buurt van de zintuigen enz. Is uiterst pijnlijk worden. er een dezer holten met etter Men onderscheidt aambeien, gevuld, dan spreekt men niet die binnen en zulke, die buiten van een abces. Een abces zit de afsluitspier zitten. Veelvul- dus b.v. in of onder de huid, dig komen zij voorbij vrouwen, in de lever, in de hersenen enz. die zwanger geweest zijn. De Bij de abces vorming vindt er zwangerschap beteekent in zoo- altijd een weefsel vernietiging verre een slechte omstandig- plaats. heid voor den bloedsomloop Abcessen hebben de neiging in het onderlichaam (zie bij om door te breken, kraambeen). Men kent de uitdrukking: Aan de medicamenteuze be- het abces wordt rijp. Men ziet handeling, die meestal bestaat na doorbraak vele abcessen uit stoffen, die de knobbels snel genezen. Vandaar, dat in z Abortus Abortus het algemeen dit doorbreken geholpen wordt door het abces te openen. Het „pappen” van een abces, dat men vroeger veel deed, beoogde het versnelde rijpen en de doorbraak. Men kent tegenwoordig te goed de gevaren van het pappen, dat eigenlijk een ophitsing van het proces is, dan dat men het nog zonder meer toepast. Scherp gescheiden van de tot dusver bedoelde heete abcessen zijn de koude abcessen. Zij berusten zelden op een plaatselijke aandoening; de oorzaak zit vaak elders, vooral in het beenderstelsel. In plaats van een teeken van af weer, zijn zij veel meer de uitdrukking van een verlamming van levenskrachten. Gaat zoo een abces open, dan volgt geen genezing, in tegendeel, het blijft „dragen”. Het lijkt eerder, of uit zoo’n abces het leven dan langzaam wegvloeit. De behandeling bestaat dan ook niet in het openen, maar juist in het dichthouden en inspuiten met vloeistoffen, die de onnatuurlijke holte doen schrompelen en verdwijnen. Een algeheele constitutioneele behandeling zal daarnaast voor het verdere beloop van het grootste belang zijn. Abortus. Abortus, miskraam, beteekent het afgaan van een onvoldragen vrucht, vóórdat deze levensvatbaarheid bezit. Het hoofd verschijnsel is, dat een vrouw, die eenigen tijd zwanger is, plotseling weer bloed kwijt raakt, „begint te vloeien”. In het begin in zijn geheel, in de latere maanden bij stukken tegelijk komt dan de vrucht met de bloedstolsels naar buiten. De pijnen en krampen daarbij zijn zeer wisselend. Sommigen merken er hoegenaamd niets van, anderen hebben werkelijke weeën. De oorzaken zijn te verdeelen in uiterlijke, zooals vallen, stooten enz. en inwendige, d.w.z. bij ziekelijke afwijkingen van de baarmoeder zelf, of ziektetoestanden van de vrouw over het geheel. Ook chronische vergiftigingen komen in aanmerking, o.a. nicotine-vergiftiging (arbeidsters in sigarettenfabrieken!). De ziekte, die het meeste gevaar oplevert voor abortus, is wel de syphilis, waarbij gewoonlijk een aantal miskramen, op een steeds later tijdstip van de zwangerschap intredend, aan de geboorte van het eerste „voldragen” kind voorafgaat. Er wordt bij deze oorzaken afgezien van den misdadigen abortus, waarbij met opzet getracht wordt de zwangerschap te beëindigen. Acuut Ademhalingstypen Na de geboorte van een vol- hiervan is wel de longontdragen kind, vertoont de dan steking. Het kan ook voorzeer uitgerekte baarmoeder- komen, dat zulke ziekten wand onmiddellijk de neiging echter eerst geleidelijk ophouzich weer samen te trekken, den, soms weken of maanden Dit, alsmede het feit, dat de nog doorsukkelen. Dan spreekt vruchtvliezen met de nage- men van het chronisch worden boorte gewoonlijk in hun van een ziekte, geheel worden uitgestooten, Ademhaling (kunstmatige) maakt, dat het bloedverlies (zie bij Ongelukken, Eerste uit de baarmoeder dan tot een hulp bij). minimum beperkt wordt. Ademhaling s typen. In Bij een abortus nu, dus vóór hoofdzaak onderscheidt men het normale einde der zwan- borst- en buikademhaling; bij gerschap, bezit de baarmoeder- de eerste wordt de vergrooting wand deze neiging tot samen- der borstholte bij de inademing trekken in veel geringere mate voornamelijk bewerkstelligd en waar tevens juist ongemeen door de ribbenbeweging, bij de vaak stukken nageboorte tweede door de bewegingen blijven zitten, die dit ten over- van het middenrif (dat als een vloede nog in de hand werken, koepel boven de ingewanden levert een abortus een niet te borst- en buikholte scheidt), onderschatten gevaar op. Bij Het neergaande middenrif den krimineelen abortus komt drukt bij de inademing de dan nog het infectiegevaar ingewanden naar beneden en door het gebruik van onreine zoo den buikwand naar buiten, instrumenten. In den regel vinden beide Slechts onverwijlde deskun- manieren tegelijk plaats. Het dige hulp kan het gevaar van heet, dat bij vrouwen de borst-, een en ander zooveel mogelijk bij de mannen de buikadembeperken. haling overheerscht. Bij het Acuut. Acuut beteekent, dat geschoolde zingen is een beeen ziekte of verandering plot- wust beheerschen van beiden seling intreedt; in zooverre een eerste vereischte. staat het begrip dus tegen- Hoewel het geen zin heeft te over: geleidelijk ontstaand, zeggen, dat de een of andere Indien een ziekte acuut begint, vorm gezonder is, kan men houdt ze ook vaak acuut op. opmerken, dat eenerzijds Het meest typische voorbeeld iemand, die in elkaar gedrongen Ademtucht Aderverkalking zit een typische buikademhaling krijgt en dat iemand, die de lucht met „volle teugen inzuigt” in de eerste plaats zijn borstkas gebruikt. Ademlucht. Voor een kwalijk riekenden adem zijn verschillende oorzaken op te noemen. Bepaalde chronische ontstekingen van het neusslijmvlies, speciale aandoeningen van de luchtwegen (uitzettingen der bronchiën, waardoor het slijm achterblijft en kan gaan rotten), behooren tot de ernstige, moeilijk te genezen, doch gelukkig zeldzame gevallen. Een slechte maag is meer bekend als oorzaak, evenals een te trage spijsvertering (de typische, bijna welriekende ademlucht van een gezonde baby met zijn probleemlooze voeding is een mooi tegenvoorbeeld). Men ziet dan ook het euvel verdwijnen, na een overeenkomstige behandeling. Van belang is het ook te weten, dat een enkele slechte kies de oorzaak kan zijn; een goede reden om zijn tandarts vrees te overwinnen. Aderlaten. In de vroegere eeuwen uiterst veelvuldig toegepast, is deze ingreep, het aftappen van een hoeveelheid bloed door middel van het openen van een ader, een tijdlang minder in zwang geweest. De laatste jaren wordt zij weer veel meer toegepast, speciaal bij verhoogden bloeddruk en bij ziekten, waarbij in het bloed veel lichaamsgiften aanwezig zijn (ziekten van lever en nier). De verwijdering op deze wijze van een weinig van deze nadeelige stoffen (men tapt 200 a 500 cM3. bloed af), kan het merkwaardig gunstige effect in veel gevallen niet verklaren. Het geeft den indruk, dat het geheele lichaam met een verhoogde vitaliteit op den ingreep reageert, met een „verfrissching”, die veel langer duurt, soms wel een jaar of meer, dan het weer terugkomen van de verwijderde gifstoffen, volgens menschelijke berekening zou moeten duren. Aderverkalking. Aderverkalking is op zich zelf zeer zeker geen ziekte, (zie bij ouderdom). Zij is de uiting van de algeheele vermindering van de vitaliteit der levensprocessen van het lichaam, als het ware een „verdorring”. In zooverre is aderverkalking physiologisch. Na het veertigste jaar treedt zij bij iedereen op. Soms overweegt zij te sterk. Dikwijls heeft men dan te doen met menschen, die reeds vroeg Aderverkalking Afkeer in het leven bewust werden, waarbij de overgang van jeugdig tot volwassen individu zich psychisch relatief vroeg en snel voltrok. Dan treden er klachten op, die direct met de verkalking der vaatwanden samenhangen. Hoofdpijn, geheugenzwakte, duizelingen enz. zijn symptomen, die in die richting wijzen. Het woord aderverkalking is misleidend, vaatverkalking zou beter zijn, immers het proces der kalkafzetting vindt evenzeer plaats in de slagaderen. In de vaatwanden ontstaan kleine kalkhaardjes; de vaten worden meer geslingerd (aan de slapen vaak goed te zien) en voelen vaster aan. Het vaatnet „verstart”, de bloeddruk wordt wat hooger. Het is echter niet zeker, dat deze drukverhooging alleen van de vaatverkalking afhangt. De verkalkte vaten hebben een grootere neiging tot contractie (samentrekking). Dit kan een reeks van kramp verschijnselen ten gevolge hebben (veel „rheumathiek van den ouden dag”); het kan leiden tot onvoldoende vaatverzorging van een of ander gebied, vooral teenen, onderbeenen, enz. Dit kan tot voedingsstoornissen, tot slecht genezende zweren („open been”), bij uitzondering zelfs tot afsterving van een der ledematen voeren. Afkeer. Een afkeer hebben van bepaalde spijzen wordt wel aangezien als een vingerwijzing van de natuur. (Men breidt dit vaak ook tot op een ander levensgebied uit). Daarnaast is het een feit, dat o.a. in zekere ziektegevallen de afkeer van speciale voedingsmiddelen een steun voor de diagnose kan zijn; men meent, dat veel suikerzieken een tegenzin tegen suiker hebben, patiënten met maagkanker zouden een groote afkeer van vleesch hebben e.d. De groote rol speelt eerstgenoemde stelling in de paedagogie: moet men een kind dwingen ook die spijzen te eten, waar het beslist niet van houdt, (er zijn steeds kinderen, die dan wel alles zouden kunnen laten staan), of moet men een kind zijn zin geven onder het motto, dat het van nature beter weet. Een algemeene regel valt er natuurlijk niet te geven; wel kan men zeggen, dat onze smaak al vroeg zoo gedegenereerd is, dat de bedoelde natuurlijke intuïtie, aan welker bestaansmogelijkheid men gerust mag gelooven, zelden in haar onbedorven vorm aan Af vo ermiddelen Afroermiddelen wezig is. Men zal inderdaad aantal. Waar men in het algeveel moeten leeren wennen; meen bij zulk een verscheidenhet menschdom is lui in zijn heid sceptisch pleegt te moeten proeven geworden, het „spec- zijn, kan men hier gelukkig trum van de smaken” is inge- zeggen, dat zij vrijwel allen krompen, al zou men wel eens goed, ten minste bruikbaar andersom denken. Men ga zijn. maar eens na, welke kruiden Het mogelijke nadeel van een onze grootouders nog in hun middel zijn de krampen, darmkeuken gebruikten. En daar- koliekjes, die ieder wel kent naast mogen wij er aan her- na het gebruik van een laxans, innerd worden, dat evenals De een heeft hier, de ander ware vriendschap dikwijls pas daar weer meer last van; men groeit op den bodem van een moet „zijn eigen middel” aanvankelijke antipathie ook leeren vinden, diegene,die „een nieuwe smaak” Om een keer schoon schip te veroverd heeft, iets goeds voor maken (welke waarde hechtten zijn ontwikkeling gedaan heeft, onze grootouders, en terecht, Er zijn natuurlijk gevallen, er niet aan), kan men met inwaarin de kindersmaak wel achtneming van de aan het degelijk wat te zeggen heeft; een eind te maken opmerking, gegoede opmerkingsgave en een rust zijn eigen gang gaan. goed onderscheidingsvermogen Lijders aan chronische vervan den opvoeder zal hier den stopping moeten er zich voor juisten weg moeten vinden. hoeden zelf te experimenAfvoermiddelen. Af voer- teeren. Een geschikt middel te middelen (laxantia) dienen om vinden, waar men weinig aan de ontlediging van den darm in gewent en dat op den duur normale richting te bevor- onschadelijk blijft, is geen leederen, in welke mate dan ook. kenwerk. Zij worden door den mond Hier wordt volstaan met een ingenomen en staan in zoo- paar hoofdtypen te noemen, verre tegenover de methoden, Een groot aantal bevorderen die van onder af (lavementen, de beweging, hetzij van de clysma’s e.d.) een verwante dunne en dikke darm beide, werking beoogen. hetzij van de dikke darm in Onder alle aangeprezen ge- het bijzonder. Hiertoe behooneesmiddelen overtreffen de ren de meeste bekende ouderlaxantia alle andere ver in wetsche huismiddelen: senne- Afvoermiddelen Albinisme bladeren of peulen, cascara, „bastjes” (frangula-schors), tamarinde e.d.; ook wonderolie (ricinusolie). De eerste groep werkt na 8 a 10 uur (’s avonds innemen); wonderolie, een nog niet overtroffen laxans, reeds na 1 a 2 uur (het best ’s morgens nuchter in te nemen). Een ander soort middelen, de z.g. bitterzouten, veranderen den inhoud der darmen in dien zin, dat deze veel vloeibaarder en daardoor gemakkelijker en eerder uitgedreven wordt. Engelsch zout, ook Karlsbader zout, Bitterwater en het bekende Kruschen-Salts zijn er voorbeelden van. Deze stoffen oefenen op den darm zelf hoegenaamd geen prikkelende werking uit, zoodat ze lang gebruikt kunnen worden. Tevens zijn zij door het feit, dat ze aan het lichaam vocht onttrekken, gewild bij vermageringskuren. Niet-eigenlijke afvoermiddelen zijn de glijmiddelen (lumbricantia), zooals vloeibare paraphine, vaseline, slaolie, (lepelsgewijs ingenomen), die de ontlediging van den darm op meer mechanische wijze vergemakkelijken, zooals de naam al aanduidt. Legio zijn de, van alle genoemde natuurproducten afge¬ leide, met chemische middelen gecombineerde of ook zuiver chemisch samengestelde laxan tia. Een aantal, zooals istizin, isacen e.a. hebben groote bekendheid verworven. Alhoewel de sennesstroop (theelepelsgewijs bij kinderen) of -thee, de cascarapillen (1 4 3 pillen ’s avonds), de wonderolie (1 4 2 eetlepels) enz. algemeen gangbare huismiddelen geworden zijn en ook als zoodanig gebruikt kunnen worden, zij er toch op gewezen, dat men voorzichtig moet zijn in die gevallen, waar buikpijn bestaat; er komen afwijkingen voor, waarbij het geven van een laxans fataal kan werken. Albinisme. Onder albinisme verstaat men een constitutioneele afwijking in den vorm Schematl- p= piment- 1 = lens sche door- laag h = hoorn, snede door o.z. = oog- vlies het oog zenuw h.o. = harde oogrok n = netvlies van het vrijwel afwezig zijn van zoogenaamd pigment in Alcohol Alcohol het lichaam. Onze haren, oogen, maar ook onze geheele huid, alles aan de oppervlakte van ons lichaam heeft zijn pigment, d.w.z. zijn kleurstofgehalte. Het sterkst is de pigmentontwikkeling in ons oog, waar het een aparte laag tusschen het netvlies en de harde oogrok vormt. Dat juist ons oog als lichtwaarnemend orgaan er zoo rijk aan is, dat verder in den zomer de pigmentatie der huid toeneemt, doet vanzelf begrijpen, dat de pigmentontwikkeling met een reactie van het lichaam op de lichtinwerking te maken heeft. Een albino heeft geen pigment vormend vermogen. Zijn oogen zijn rood, doordat bij invallend licht de bloedskleur onbedekt aan den dag treedt; zijn haren wit en de huid zeer blank. Echte albinos zijn zeldzaam onder de menschen; onder de dieren kent iedereen de witte konijnen met hun roode oogen. Menschen-albinos komen nog het meest voor in Afrika onder de negers; het zijn in den regel zwakke individuen, lichtschuw, omdat hun oogen overgevoelig zijn voor licht. Alcohol. Met alcohol wordt hier bedoeld de aethylalcohol, die het werkzame bestanddeel van de gewone spiritualiën: wijn, jenever enz. vormt. Voor andere doeleinden dan alcoholhoudende dranken, voor desinfectie b.v., wordt deze alcohol gedenatureerd, d.w.z. vermengd met stoffen, die haar voor de consumptie onbruikbaar maken, (methylalcohol e.a.), in welk geval de Staat echter de accijns er op sterk vermindert. Er zij terloops op gewezen, dat deze gedenatureerde alcohol (brandspiritus) zeer vergiftig is. Het is merkwaardig, hoe in het algemeen rooken en drinken zulke samenhangende begrippen geworden zijn. Het is waar, dat alcohol en tabak tot de genotmiddelen behooren, dat men beide presenteert voor, bij, of na den maaltijd en dat ook op beide een hoog accijns „drukt”. Beide zijn vergiften, maar met zeer verschillende eigenschappen. Vergiften bevatten ook koffie en thee. Zoo zou menigeen, na een vermoeienden ochtend, om 11 uur kunnen zeggen : wat is het leven zonder vergif 1 Het is duidelijk, dat er met alcohol iets totaal anders aan de hand is. Reeds de omstandigheid, dat alcohol een „sociaal kwaad” genoemd wordt, kan den onbevangen beschouwer iets leeren. Het meest Alcohol Alcohol typische van zijn werking baren, woorden, gewaarworbestaat daarin, dat alcohol het dingen enz. bewustzijn zeer snel en inten- De vraag is nu : valt er van sief verandert; men kan zeg* medische zijde iets te zeggen gen : eerst opwekkend, dan over een matig alcoholgeopwindend (het gevaarlijke bruik? stadium der geraaktheid en De ervaring heeft geleerd, dat prikkelbaarheid). Er treedt een niet gezegd kan worden, dat duidelijk gebrek aan zelfbe- geringe hoeveelheden alcohol heersching op. Dan komt een (een glas wijn aan tafel) een soort droomtoestand „de lollige blijvende beschadiging van het dronk”, dan de bewusteloos- lichaam ten gevolge moet heid. De invloed op het heele hebben. Voor sommigen geldt menschelijke wezen is duide- dit zelfs voor een geregeld lijk; met recht kan men zeg- flink gebruik, gen : alcohol verandert de per- Het gevoel van welbehagen en soonlijkheid zelf, het „Ik” van en van warmte, dat alcohol den mensch. Elke functie geeft, is het gevolg van de wordt beïnvloed en op den vaatverwijdende werking; het duur onomstootelijk in een bloed wordt daardoor naar de negatieven zin. oppervlakte van het lichaam De bekende dronkemansgang gedreven (roode kleur, transis het gevolg van een lang- pireeren). zaam intredende bewusteloos- De z.g. opwekkende werking heid. Onze normale gang is in van alcohol is een zuiver waarheid het gevolg van de subjectieve. Ondubbelzinnige samenwerking van tal van proeven hebben bewezen, dat buitengemeen ingewikkelde de prestaties, die afhankelijk functies, die buiten onze zijn van een volledig, wakker direkte aandacht om, in een- bewustzijn (accuratesse) door heid . gehouden worden door alcoholgebruik achteruit gaan. ons ik, onze geestelijke per- Deze invloed duurt eenige uren. soonlijkheid. Bij het uitscha- Dat alcohol den eetlust zou hekelen hiervan, treedt onmid- vorderen, geldt in hoofdzaak dellijk een toestand op, waarbij voor diegenen, die zich aan het die verschillende verrichtingen gebruik van een aperitif geuit elkaar vallen, een z.g. dis- wend hebben. Een andere zaak coördinatie en bovendien een is, dat bij bepaalde zwakteonsamenhangendheid van ge- toestanden, slapte der consti- Alcoholisme Alcoholisme tutie, van de tijdelijk prikkelende werking van alcohol een gunstig gebruik gemaakt kan worden. Hier hoort het voorschrift echter geheel in medische handen thuis. Alcoholisme. Als iemand aan den drank verslaafd raakt, of in het algemeen meer alcohol drinkt dan hij verdragen kan, kunnen verschillende ziektebeelden ontstaan. Het bekendste is wel het delirium (delirium tremens), dat meestal vrij onverwacht begint en eenige dagen en nachten duren kan. De patiënten zijn geheel in de war, zeer onrustig, zweeten over het heele lichaam, zien allerlei vreemde dingen en tafereelen; opvallend is in den regel het zien van massa’s kleine dieren: ratten, muizen, mieren etc. Meestal bestaat er een vrij hooge koorts. Na afloop komt een lange en diepe slaap. Men dient te weten, dat het delirium steeds een ernstige toestand voor de betreffende beteekent, dat voornamelijk het hart gevaar loopt en dat zij voor longontsteking zeer vatbaar zijn. Er werd reeds elders op gewezen, dat alcohol door zijn vaat verwijdende werking het bloed naar de oppervlakte van het lichaam drijft. Dit is een gevaarlijke omstandigheid voor iemand, die zich op een winteravond in de kroeg warm gedronken heeft en in „verregaanden toestand” eens zijn huis niet mocht kunnen bereiken. De kans van een bevriezen is dan n.1. sterk vergroot door de enorme warmteafgifte van het lichaam. Chronisch en overmatig alcoholgebruik kan tot degeneratie, afstomping van de persoonlijkheid voeren. De optredende wilszwakte is in ’t oog vallend, wat de mogelijkheid om uit den toestand te geraken zeer bemoeilijkt. Soms treden zielsziekten op in den vorm van een „waan”. Het meest komen voor de jaloezie-waan, die zich bijna altijd tegen de vrouw keert, en de vervolgingswaan, maar ook andere toestanden zijn mogelijk. Ontzaglijk moeilijk is het steeds weer gebleken om de waarlijk verslaafden te genezen. Daarvoor zijn verschillende inrichtingen verrezen en er zijn ook blij vende successen bereikt, echter alleen daar, waar onder volle medewerking van den patiënt, deze zich op welke wijze dan ook, tot een ander mensch ontwikkelt, met nieuwe behoeften en nieuwe idealen. Wie het menschelijk wezen in Allergie Anaesthesie staat weet tot elke door hem bij het geheel of gedeeltelijk zelf gewilde ontwikkeling, verwijderen van een lichaams> hoeft dus nooit te wanhopen, deel, dat met de rest van ’t Het gaat er om den juisten lichaam vast, doorloopend verweg, dat wil hier meestal bonden is. zeggen : de juiste persoon te Men spreekt dus van ampuvinden. ^ teeren van een been, vinger- Allergie. Onder allergie ver- top, neus, oor enz. Men kan staan wij de bijzondere wijze ook een stuk van de lever van reageeren van een mensch amputeeren; niet echter een op stoffen (speciaal eiwitstof- orgaan (milt, nier b.v.) in zijn fen), die andere menschen geheel. Dan spreekt men van zonder meer kunnen verdra- verwijderen, gen. Zulke stoffen zijn b.v. Anaesthesie. Anaesthesie aardbeien, kreeft; echter ook beteekentongevoeligheid. Over kaas e. a. Zulke personen zijn geheele huid oppervlakte krijgen er in den regel uitslag is de mensch ontvankelijk van, z.g. netelroos. Daarom voor gewaarwordingen (tast-, noemt men netelroos een aller- warmte- en koudezin). Deze gische ziekte. ontvankelijkheid danken wij Anderen krijgen er een asthma aan het bezit van een zeaanval door. Sommige asth- nuwstelsel. Overal, waar van malijders zijn zoo gevoelig waarneming sprake is, heeft voor bepaalde stoffen, dat men ook met zenuwen te ze zelfs door de nabijheid maken. Deze gevoeligheid van van b.v. kippen of paarden de huid kan geheel of gedeeleen aanval kunnen krijgen, telijk opgeheven zijn door zieMen stelt zich daarbij dan kelijke afwijkingen, speciaal T.?or ^®t ziJ overgevoelig dus van het zenuwstelsel (rugzijn voor de stoffen die in gemergsziekten o.a.). Zoo kunsporen aanwezig zijn in de nen z.g. anaesthetische plekken uitwaseming van die dieren, of velden in de huid ontstaan. Ook asthma wordt daarom tot Gedeeltelijke anaesthesie wil de allergische ziekten gerekend, zeggen, dat men ter plaatse (zie ook Idiosyncrasie). b.v. wel den tastzin heeft, Amandel (zie bij Vegetaties), doch geen gewaarwordingen Amputatie. Het Hollandsche van warmte of koude woord voor amputeeren is af- opgewekt kunnen worden, zetten en is dus op zijn plaats Een tijdelijke ongevoeligheid Anatomie Anatomie kent iedereen wel in de vorm van doode vingers of een slapend been. Beide gevallen berusten op een voorbijgaande zenuwverdooving ten gevolge van een gestoorden bloedsomloop in het betreffende lichaamsdeel. In de chirurgie maakt men gebruik van de z.g. locaal- anaesthesie d.w.z. het ongevoelig maken van een deel der huid door inspuiting van zenuwverdoovende middelen (van cocaine afgeleide stoffen). Hetzelfde doet de tandarts bij het verdooven van een kies. Ook narcose wordt wel een kunstmatige totaal-anaesthesie genoemd. Anatomie. Anatomie betee- kent: ontleedkunde; het is de leer van de organische samenstelling van ons lichaam. Men onderscheidt een anatomie, die alle organen en stelsels opnoemt en beschrijft, de beschrijvende anatomie en een, die de ligging van de organen ten opzichte van elkaar be¬ studeert, de z.g. plaatsbepalende anatomie, die van veel belang voor de chirurgie is. Hoewel het niet in de bedoeling ligt, om in dit boekje de bouw en verrichtingen van het gezonde menschelijke lichaam in haar geheel te behandelen, zal toch voor de algeheele oriënteering, voor zoover deze ook voor den leek Anatomie A nafnmio nut kan hebben, een kort De stelsels zijn uit weefsels overzicht van den bouw van opgebouwd en deze weer uit het menschelijk lichaam ge- cellen. Men spreekt dus van geven worden.. . beenweefsel,zenuwweefsel enz., ^ij kunnen hierin een aantal dat uit beencellen, zenuwcelstelsels onderscheiden, die alle len enz. bestaat; ook bloed het kenmerk hebben van zich kan als een vloeibaar weefsel te voegen in en naar den totalen beschouwd worden. De vermenschelijken vorm. Het zijn ; schillende weefsels van de het beenderstelsel, het zenuw- organen worden met orgaanstelsel,, het vaatstelsel. weefsel (of orgaanparenchym) Dit wil dus zeggen, dat wan- aangeduid. Overal tusschen de neer men b.v. het skelet, of het weefsels en de organen bezenuwstelsel van den mensch vindt zich een alles opvullend op zich zelf zou teekenen, men tusschenweefsel, het z.g. binder den heelen menschelijken weefsel. Het vet onder de huid, vorm in zou kunnen herkennen, tusschen de spieren enz. is er Daartegenover staan de orga- ook een afleiding van,, Vleesch” nen, die, hoewel zij natuurlijk is spierweefsel; „zeentjes” in hun verrichtingen in het geheel het vleesch zijn bindweefseluitoefenen, toch meer op zich vliezen tusschen en rondom zelf beschouwd kunnen worden de spieren. „Knurf” (in het en aan den totalen menschelij- duitsch — Knorpel), is kraalcken vorm geen deel hebben. Het been, dat bloedeloos, buigzazijn in hoofdzaak: lever met gal- mer en weeker dan been is blaas, milt, nieren, longen, hart, en overal zit, waar stevigheid inwendige voortplantingsorga- aan buigzaamheid gepaard nen. Deze organen liggen in moet gaan. Kraakbeenig is borst-en buikholte, welke door b.v. de verbinding tusschen het middenrif gescheiden zijn. ribben en borstbeen. De huid begrenst het geheel aan Pezen zijn glanzend witte, den buitenkant,het darmkanaal stevige strengen, die de spieren aan den binnenkant. Binnenin met de botten verbinden. Aan den darm is dus nog steeds den voorkant van de polseigenlijk (anatomisch gespro- vlakte ziet men hen duidelijk ken) buitenwereld; het gebied onder de huid loopen (van de van de stelsels en de organen onderarmspieren naar de hand) tusschen darmkanaal en huid, is Het beenderstelsel, het geonze eigenlijke binnenwereld, raamte (skelet) bestaat uit Anatomie Anatomie schedel en rompskelet met de ledematen. De schedel wordt verdeeld in hersenschedel en aangezichtsschedel. De hersenschedel wordt, voor zoover tastbaar, gevormd door het voorhoofdsbeen, de wandbeenderen, de slaapbeenderen (waarin zich het gehoororgaan bevindt) en het achterhoofdsbeen, dat het achterhoofdsgat bevat, de verbinding van de hersenholte met het ruggemergskanaal. Aan den aangezichtsschedel vallen onmiddellijk de oogkassen en de neusholte op. De jukbeenderen (van buiten de „koonen”) vormen een deel van den jukboog, die voor het verdere bestaat uit een uitsteeksel van het slaapbeen. Men kan haar duidelijk bij zichzelf voelen loopen, vanaf het oor, tot aan den onderrand van de oogkas. De neuswortel wordt gevormd door het neusbeen. Evenals de jukbeenderen zijn deze kenmerkend gevormd bij verschillende rassen. Tenslotte kent iedereen de vaste bovenkaak en de beweeglijke onderkaak met de tanden en kiezen. De wervelkolom bestaat uit zeven halswervels, twaalf ruggewervels, die de ribben dragen, vijf lendewervels, vijf heiligbeenwervels, die tot het heiligbeen en twee of drie staartwervels, die tot het staartbeen vergroeid zijn. Van de twaalf ribben (aan eiken kant) loopen er zeven direct naar het borstbeen (ware ribben), drie, daaropvolgende, telkens naar de vorige rib, vóór deze het borstbeen bereikt heeft (valsche ribben); de twee laatste liggen los tusschen de buikspieren, (zwevende ribben). Slechts door het sleutelbeen is de schoudergordel met het rompskelet verbonden. Zij bestaat verder uit het schouderblad, dat de gewrichtskom draagt, die met den kop van het opperarmbeen, het schoudergewricht vormt. In het elleboogsgewricht zijn ellepijp en spaakbeen (de onderarmbeenderen) bewegelijk ten opzichte van de bovenarm en ten opzichte van elkaar. In het polsgewricht vormen zij gezamenlijk een gewrichtsvlakte met drie beentjes van den handwortel; daarop volgt een rij van vier handwortelbeentjes plus het erwtenbeentje, alle met elkaar half bewegelijk verbonden; dan vijf middelhandsbeentjes, dan vijf vingers elk uit drie kootjes bestaande (de duim heeft er twee). De bekkengordel bestaat uit Anatomie Anatomie twee heupbeenderen, die met harde beenmassa’s omgeven, het voornoemde heiligbeen een doch ligt vrij tegen de wervelstevigen ring: het bekken vor- kolom achter in de buikholte, men. Elk heupbeen is een Nauw verbonden met het samengegroeid geheel van zenuwstelsel is het zintuigdarmbeen, schaambeen, zitbeen. stelsel. Zenuwen dienen om Aan den voorbuitenkant ligt de waar te nemen. Men moet zich gewrichtskom voor den kop van voorstellen, dat er behalve de het dijbeen. overbekende heldere zintuigen: Het kniegewricht verbindt dij- gezicht, gehoor, reuk, smaak, been met scheenbeen. Aan dit tastzin, nog een aantal zijn, gewricht doet ook de knieschijf die op meer „doffe” wijze den mee< mensch gewaarwordingen van Het kuitbeen heeft er dus geen uit het lichaam, of van de deel aan en is vast vergroeid buitenwereld doen toekomen, met het scheenbeen (in tegen- Het zijn de evenwichtszin, de stelling met het spaakbeen in bewegingszin, die de spierden onderarm, dat zooals ge- bewegingen waarneemt, de zegd,omdeellepijpdraaibaaris). levenszin, die ons een vaag Scheen- en kuitbeen vormen bewustzijn geeft van den algetesamen een gewricht met het meenen toestand van ons sprongbeen van den voetwortel, lichaam en de warmtezin. Het sprongbeen is weer ver- De spieren omhullen alle beenbonden met het hielbeen en dit deren, behalve die van het met de overige vijf voetwortel- hoofd en geven den plastischen beenderen; daarbij sluiten zich vorm aan het lichaam. Zij zijn vijf middelvoetsbeenderen en de bron van de bewegelijkheid vijf teenen aan, overeenkom- der beenderen, ten opzichte stig den bouw van de hand. van elkaar. Het bloed is het Het zenuwstelsel is te ver- bewegelijkste element in ons deelen in het centrale zenuw- lichaam en is ook de bron van stelsel (hersenen, ruggemerg en verdere beweging. Het doorhet sympatische zenuwstelsel) stroomt alle lichaamsgebieden, en het perifere zenuwstelsel: zoowel de organen voor op„de zenuwen”, die van dit name van het voedsel, als voor centrum af door het geheele uitscheiding van het onbruiklichaam stralen. Het sympa- bare. Als weefsel bestaat het tische zenuwstelsel is niet als uit bloedplasma, het eigenlijke hersenen en ruggemerg door vloeibare en de bloedlichaam- * Anatomie Anatomie pjes (roode en witte, en bloedplaatjes); de roode bloedlichaampjes spelen een belangrijke rol bij de zuurstofopname en afgifte; met de witte heeft men b.v. te maken bij ettervorming, in het algemeen bij afweer tegenover de buitenwereld. De bloedplaatjes zijn o.a. van belang bij de bloedstolling. Wat het eigenlijke vaatstelsel betreft, kan men een kringloop onderscheiden vanaf het hart (linker kamer) naar hoofd en armen eenerzijds, romp en beenen anderzijds, weer in het hart (rechter boezem) terugkomend, respectievelijk als bovenste en onderste holle ader. Van de rechter boezem gaat het bloed via de rechter kamer naar de longen, door de longslagader en komt door de longader in de linker boezem van het hart terug. Vanuit de linker kamer van het hart begint dan de kringloop weer opnieuw, door de groote lichaamsslagader of aorta. Het lymphvaatstelsel bezit een nog veel uitgebreidere en fijnere vertakking dan het bloedvaatstelsel. Men moet zich voorstellen, dat overal tusschen de cellen weefselspleten aanwezig zijn, die zich tot kleinere en grootere lymphvaten vereenigen en alle pro¬ ducten van de celstofwisseling van het geheele lichaam tenslotte naar de bloedbaan voeren. Met het lymphvaatstelsel vereenigt zich nog een heel ander buizensysteem. Dit heeft zijn begingebiéd over de heele lengte van de dunne darm in de z.g. darmvlokken. Deze chylusvaten zijn de eerste verzamelplaats van een deel van het door de darmvlakken opgezogen voedsel, voornamelijk vet. Zij vereenigen zich tot een groot vat, dat tenslotte, vereenigd met den lymphestroom uit het overige lichaam, in de bloedsomloop terecht komt. Lymphklieren zijn boonvormige orgaantjes, die, ingeschakeld in het lymphvaatsysteem, een belangrijke rol spelen bij afweer van infectiekiemen uit de buitenwereld (zie onder bloedvergiftiging) .Men kan haar vaak voelen achter de onderkaak en langs den hals. De pijnlijke zwelling in den hals aan de buitenkant bij een keelontsteking, berust b.v. ook op een „meedoen” van lymphklieren. Het darmkanaal begint in den mond en doorloopt van daar eerst als slokdarm de borstholte, die direct onder het middenrif in de maag uitmondt. Hier begint het eigenlijke gebied der spijsvertering I Anaphylaxie Angina (hoewel deze in den mond feitelijk al aan vangt). Op de maag volgt de twaalfvingerige darm, daarop de dunne darm, met een totale lengte van vijf k zes meter, dan de dikke darm, die, beginnend als blinde darm met het wormvormig aanhangsel, van rechtsonder in een groote boog achter de maag, links onder als endeldarm eindigt. Een en ander, zooals ook de ligging der voornoemde hoofdorganen, wordt door de afbeeldingen verduidelijkt. In enkele hoofdstukken worden nog eenige organen apart behandeld. Anaphylaxie. Anaphylaxie wil zeggen: verworven overgevoeligheid tegen bepaalde eiwitstoffen bij inspuiting. Verworven, omdat zij niet de eerste maal bij een injectie met vreemd eiwit (van de een of andere diersoort) optreedt, maar den tweeden of derden keer pas. Er is dan kans op een min of meer heftige reactie van het lichaam, de z.g. „anaphylactische shock”. Er moet daarvoor beide malen met precies dezelfde eiwitsoort zijn ingespoten ! Men zal vragen, wanneer komt het dan voor? Dit is b.v. het geval bij de serum-behandeling van verschillende ziekten, (in¬ fectieziekten, vooral diphtherie, zwangerschapsziektene.a.). Men kan die reactie dus voorkomen, door voor de volgende injectie het serum van een andere diersoort uit te kiezen en er dus b.v. schapen- en paardenserum op na te houden voor het beoogde doel. Angina. Onder angina verstaat men een ontsteking van de z.g. keelamandelen. Deze bevinden zich aan weerszijden op den overgang van de mondholte in de keelholte achter de plooien, die van den rand van het weeke gehemelte naar beneden loopen; de meeste menschen weten hen daar wel te vinden. Een „roode” keel is dus nog niet altijd een angina. Als menschen voortdurend last van wat „proppen” in hun amandelen hebben, die dan telkens uitgestooten worden (geelwitte, vies smakende klompjes), misschien zoo nu en dan wat keelpijn, spreekt men van een chronische angina. De echte acute angina gaat met erge slikpijn, gezwollen klieren in den hals en vaak hooge koorts gepaard. De amandelen zijn sterk rood van kleur, dikwijls met een wit beslag bedekt. Er zijn vele complicaties en vergissingen met andere ziekten mogelijk, (diphtherie). Men moet een angina Angst Angst nooit zelf willen behandelen! Bij het dier is angst in een Er is een opvallend verband bovengenoemde situatie voltusschen angina en andere sterkt normaal te noemen; bij ziekten. Op den voorgrond den mensch komt er het bestaat de middenoorontsteking, ginsel bij van de zelfbeheerDit wordt meestal verklaard, sching. Menschen, die gauw doordat de „buis van Eusta- bang zijn, laten zich meesleechius , een verbinding tus- pen, hetzij door werkelijke schen neus-keelholte en mid- zintuigelijke indrukken (ondenoor, de infectiekiemen zoo weer, dieren) hetzij door angstgemakkelijk van de eene naar aanjagende voorstellingen al of de andere plaats zou laten ver- niet aan de werkelijkheid onthuizen. Men staat in elk geval leend. Ten allen tijde verschuilt voor het feit, dat bepaalde zich bij den mensch achter den personentypen, vooral blonde angst een min of meer vermenschen, neiging tot geregeld gaande overweging om zichterugkomende keel-en midden- zelf te blijven, zijn zelfbewustoorontstekingen hebben. zijn te behouden. Verschillende acute infectie- In ziekelijke gevallen kan dit ziekten, speciaal roodvonk be- persoonlijkheidsgevoel zoo verginnen met een angina. Men zwakken, dat vrijwel elke gezij dus steeds op zijn hoede, waarwording van buiten af alg Angst. Het angstgevoel kan zoodanig onverdragelijk wordt men m een of anderen vorm en met uitsluiting van het zelfterugvinden bij elk levend we- bewustzijn een wilde ongeconzen, dat over gewaarwordingen troleerde wilsreactie te voorbeschikt. Van de vluchtreactie schijn roept, van het primitieve dier, van het Er blijkt dan wel niets zoo bang zijn van kinderen in het dwingend te kunnen zijn als donker en voor griezelige din- juist het angstgevoel, daarbij gen tot de meest ongemotiveer- ook haast niets onverdragede, uiterst wanhopige angsttoe- lijker. De kwelling van den angst standen van vele zielszieken toe. kan een grootere zijn dan plke Alle zijn zij tenslotte verschil- andere en zij is vaak de oorlende vormen van eenzelfden zaak van zelfmoordpogingen, toestand: zich zelf niet kunnen Opvallend is ook dat in het handhaven tegenover de om- algemeen het wegpraten van geving, tegenover zielsgewaar- de redenen doorgaans absoluut wordingen. geen invloed heeft, integendeel Antisepsis Aspirine de angst nog maar erger doet worden. Het eenige wat in het dagelijksche leven althans in de bevredigende richting werkt, is het opwekken van het gevoel om te aanvaarden wat er ook komt, d. w. z. een zoo bewust mogelijke houding aan te nemen tegenover het angstaanjagende element. Antisepsis. Onder antisepsis verstaat men de handelwijze, om met bacteriën-doodende stoffen de ontwikkeling dezer organismen tegen te gaan. Antisepsis heeft dus alleen zin daar, waar men weet of vermoeden kan, dat een wond, voorwerp of wat dan ook besmet is. Nagenoeg zonder uitzondering bestaat zij in het opleggen of toevoegen van antiseptische vloeistoffen. De eerste bewust gebruikte antiseptische vloeistof was een oplossing van Chloorkalk, in het midden der vorige eeuw, door Dr. Semmelweiss in Weenen gebezigd voor het wasschen der handen. Later zijn ontelbare en onschadelijker middelen gevonden. Hun gebruik is ten deele overbekend. Genoemd worden hier slechts: lysol (in 2% verdunning voor handen wasschen, instrumenten, vloeren enz.), jodoformpoeder (veel verdrongen door vioform, dat minder sterk ruikt, maar ook minder antiseptisch werkt) voor wonden; jodiumtinctuur (5 è 10%, niet te lang bewaren, om de huid voor een of anderen ingreep te desinfecteeren, kleine schrammetjes aan te stippen), lysoform (1 theelepel op een liter water, ook als irrigatievloeistof bekend) enz. Asepsis. Asepsis beteekent: zoo mogelijk volledige uitschakeling van infectiemogelijkheid. Voor asepsis zal dus alles, waarmee men handelt, lichaam, instrumenten, doeken enz. steriel, kiemvrij gemaakt moeten worden. Alles, elk voorwerp is van nature onsteriel, (of wordt althans gedacht onsteriel te zijn), d.w.z. : aan zijn oppervlakte bevinden zich micro-organismen, die men met kunstgrepen (op voedingsbodems) ook tot ontwikkeling kan brengen. Steriel, kiemvrij, maakt men dus iets door het te bevrijden van die smetten, (in den regel door verhitting, uitkoken der instrumenten e.d., zie bij Steriliseer en). Aspirine. In het tijdperk van de geneeskunde, dat dat van de oude, meer instinctieve wijze van genezen opvolgde, toen het kruidenzoeken in het gebied der kwakzalverij werd Aspirine Asthma geschoven, en de vraag naar het doel en wezen van de ziekte onoplosbaar was verklaard, valt de ontdekking van dit geneesmiddel, dat wel een unieke plaats onder alle andere inneemt, althans ingenomen heeft, terwijl het een ongehoorden roep van „voor alles bruikbaar te zijn” verkregen heeft. Aspirine is een verbinding, die salicylzuur bevat, een stof, waarvan de gunstige invloed op neuralgiën en rheumatische pijnen opvallend is. Het zuivere salicylzuur is een betrekkelijk giftige stof met een zeer onaangenamen smaak. De vorm, waarin het in aspirine gemaskeerd is, vertoont beide eigenschappen in veel mindere mate. Men heeft er dus een uiterst practisch en werkzaam middel in tegen tal van pijnen en pijntjes van het dagelijksche leven. Doordat het tevens het zweeten sterk bevordert en ook temperatuurverlagend werkt, heeft het eveneens zijn plaats veroverd bij verkoudheid, koortsige ziekten (griep), enz. De triomftocht in het begin heeft Dirk Witte in zijn liedje „Aspirine" geestig gekarakteriseerd. Twee dingen moet men niet uit het oog verliezen: ten eerste, dat aspirine toch niet onbeperkt genomen kan worden en zeer zeker een gifwerking uitoefent, die daarna weer door het lichaam moet worden opgeheven; ten tweede, dat de symptomatische invloed van de aspirine, d.w.z. het effect op de verschijnselen als pijn en koorts bij ziekten, nooit het oog mag doen sluiten voor het feit, dat men daarmee nog niet tot de oorzaak van de ziekte is doorgedrongen en het vinden van een werkelijk geneesmiddel dan nog evenzeer een opgave blijft. Asthma. Wanneer men van asthma zonder meer spreekt, bedoelt men in den regel de meestal reeds op jeugdigen leeftijd, soms al in het eerste jaar optredende ziekte, die zich periodiek uit in de bekende aanvallen van benauwdheid met piepende ademhaling. De ziekte komt nog al eens familiair voor; de bouw van de long, voor zoover deze aan erfelijkheid onderhevig is, heeft er dus zeker iets mee te maken. De aanval berust op een kramptoestand van de kleinere luchtwegen. Men kan deze kramp zeer goed, nagenoeg onmiddellijk, opheffen door toedienen van bepaalde stoffen: een extract van de bijnier (adrenaline), belladonnaprepa- Asthma Astigmatisme raten, het extract van een Aziatische plant, het ephedrine enz. De ziekte is daarmee niet in zijn oorzaak aangetast. Deze ligt, zooals altijd, in de algeheele constitutie diep verscholen. Het hoofdverschijnsel is een overgevoeligheid van het ademhalingssysteem, zoowel voor psychische invloeden (opwinding, vreugde voor komende pretjes!), als voor physieke (stoffelijke). Van de laatste komen vooral in aanmerking de dierlijke eiwitten. Het merkwaardige is, dat reeds zeer geringe hoeveelheden van deze stoffen een asthma-aanval kunnen opwekken. Niet alleen het nuttigen ervan, reeds de nabijheid van de betreffende diersoort (kip, paard) is soms voldoende. (Zie ook bij allergie). Deze overgevoeligheid vertoont een specifiek karakter, d.w.z., dat bepaalde personen voor bepaalde eiwitten overgevoelig zijn. In zooverre behoort asthma tot de z.g. allergische ziekten. Er zijn tegenwoordig methoden om de patiënten minder gevoelig te maken tegenover het voor hen schadelijke eiwit. Hierop berusten de inentingen met kleine hoeveelheden van de overeenkomstige stof. Men stelt zich voor, dat de betreffende patiënt door het vormen van tegen stoffen,meer weerstand ontwikkelt. De resultaten zijn nog zeer wisselend. Ook dit wijst erop, dat men in de vermelde overgevoeligheid slechts een symptoom te pakken heeft en dat er voor een werkelijke genezing dieper ingrijpende constitutieveranderingen noodzakelijk zijn. Astigmatisme. Het oog heeft normaliter een gelijkmatige ronding, d.w.z. dat de kromming van het oppervlak in alle richtingen ongeveer gelijk is. Bij sommige menschen is dit echter niet het geval en is de krommihg in een richting grooter dan in de richting loodrecht daarop. Men spreekt dan van astigmatisme; eventueel kan dit door een algeheele ver- of bijziendheid nog gecompliceerd worden. Het brilleglas om dit te verbeteren, zal dus ook een sterkere kromming in één richting moeten hebben en dus niet lensvormig, maar cylindervormig moetenzijn en bovendien juist in denzelfden stand geplaatst worden als |de richting van de sterkere of zwakkere kromming van het oogoppervlak, om deze te „neutraliseeren” (op te heffen). Wanneer astigmatische glazen in het montuur van de bril kunnen Avitaminosen Avitaminosen draaien is deze niet bruikbaar. Avitaminosen. Reeds eeuwenlang kent men ziekten, die ontstaan kunnen door te langdurig gebrek aan versch voedsel. Het bekendste voorbeeld is wel de scheurbuik, een gevreesde ziekte onder de schepelingen in de tijden, dat groote reizen zóó lang duurden, dat men dagen en weken op pekelvleesch en andere geconserveerde voedingsmiddelen aangewezen was. Zoodra zich teekenen van de ziekte voordeden, moest men dus zoo spoedig mogelijk land zien te bereiken. Men kende toen ook reeds andere ziekten in enkele streken, ten gevolge van eenzijdig en langdurig gebruik van bepaald voedsel. Eerst veel later is men deze ziektebeelden gaan combineeren en tot het inzicht gekomen, dat de afwezigheid van zeer speciale eigenschappen of stoffen in het voedsel een aantal karakteristieke ziekten kan veroorzaken. Men heeft deze „stoffen” vitaminen genoemd. Avitaminosen noemt men ziekten, die ontstaan door een tekort aan een of andere vitamine. De voornaamste bekende avitaminosen zijn de rachitis (Engelsche ziekte), de beri-beri, de scheurbuik; een minder bekende is b.v. de Pellagra, o.a. in Italië voorkomend. Zie verder ook onder „voedsel". Baarmoederkanteling Baarmoederverzakking Baarmoederkanteling. De normale baarmoeder maakt in z’n lengterichting een hoek met de richting van de scheede: en wel zóó, dat de baarmoeder naar voren „gekanteld” ligt; tevens is er in het baarmoederlichaam zelf een lichte „knik” naar voren. Zoowel deze „knik” als de heele stand van de baarmoeder kunnen gewijzigd zijn. Onder een achteroverkanteling van de baarmoeder verstaat men een toestand waarbij de baarmoeder juist naar achteren „omgeknikt” ligt en dus een omgekeerde verhouding ontstaan is. (Kleine bijzonderheden over den aard en den graad en terugknikking doen hier niet ter zake). Deze toestand kan hinderlijk worden; de menstruatie kan er pijnlijker door worden; het op niet-gewone-wijze „trekken” aan de omgeving kan rugpijn veroorzaken. Zwangerschap kan een tijdlang bemoeilijkt worden. Een en ander leidt dan tot de noodzakelijkheid de kanteling opteheffenjdit kan gebeuren door een pessarium, een dubbelgebogen ring (het „stoeltje” in den volksmond) die de zaak weer op z’n plaats houdt, nadat het door handgrepen gelukt is, den ouden toestand weer te herscheppen. Wil men geen ring dragen, of lukt de bedoelde manipulatie om de een of andere reden niet, dan kan langs den weg der operatie de oude „knik naar voren” weer hersteld worden en door hechtingen ook ervoor gezorgd worden, dat een herhaling niet weer mogelijk is. Er zij nog opgemerkt, dat een achteroverkanteling geen enkele klacht hoeft te veroorzaken. Baarmoederverzakking. De baarmoeder ligt betrekkelijk los beweeglijk in de bekkenholte. Eenerzijds wordt zij op haar plaats gehouden door het bindweefsel (zie onder anatomie), dat haar met de omliggende organen (blaas, endeldarm) verbindt en door de spieren van den zoogenaamden bekkenbodem, anderzijds zijn er een aantal „banden”, die van het baarmoederlichaam naar den wand van de kleine bekkenholte loopen en zoo het geheel in den normalen stand houden. Speciaal na vele geboorten, waardoor alle omliggende weefsels, banden enz. overmatig gerekt worden, met name ook de scheede, waar de baarmoederhals met een klein deel in uitpuilt, kan het geheele orgaan langzamerhand naar omlaag wegzakken; de wand van de scheede wordt daarbij natuurlijk meegetrokken. (Dit gevaar bestaat vooral, als Baarmoederverzakking Baby gymnastiek de vrouw te vroeg na de bevalling opstaat en bovendien nog zwaar werk verricht, doordat de weefsels zich volvoende hersteld hebben. Het euvel kan tenslotte zeer hinderlijk worden, vooral ook door het meetrekken van den wand van de voornoemde omgevende organen (zie teeke- De pfjl geeft de richting aan waarin de baarmoeder in de scheede „verzakt”. Men ziet hoe de achterwand van de blaas meegetrokken wordt. ning); op twee manieren is de zaak dan te verhelpen: ten eerste operatief, door de baarmoeder kunstmatig weer op haar oude plaats vast te hechten, ten tweede door het plaatsen van een zoogenaamden ring (pessarium). Deze ring wordt in de scheede (rondom den < baarmoedermond) zoo geI plaatst, dat zij van achteren / de scheedewand omhoog en f terug in de bekkenholte duwt, waardoor de baarmoeder weer op haar vroegere plaats wordt gebracht. Babygymnastiek. De laatste jaren, met de toename van het sportenthousiasme en de tendens om het leven zoo hygiënisch mogelijk in te richten, is er een methode in zwang gekomen om reeds vroegtijdig, in de eerste levensmaanden, met een soort training te beginnen met het doel bij voorbaat een Fj sterk lichaam te kwee- ken met een flink ont7 wikkeld beender- en spierenstelsel. /Er bestaan daarvoor een reeks speciale oefenin/ gen voor het kinder- lichaampje, zoowel pasde sieve als actieve (voor Men zoover het kind zich nee‘ onwillekeurig vastgrijpt I Babygymnastiek Babygymnastiek en dan „optrekbewegingen” kan maken). De vraag wordt vaak gedaan, of dit goed is. Bij het beantwoorden dient er ten eerste zal zijn spieren zeker in kracht achteruit zien gaan, als hij hen niet met of zonder opzet voortdurend gebruikt of traint. Het babyorganisme schijnt op gewezen, dat voorloopig nog nergens uit gebleken is, dat een normale baby over een tekort aan spierkracht beschikt, dat hem later schadelijk wordt. Een volwassene voorloopig nog aan andere wetten te gehoorzamen. Verder dient op datgene gewezen te worden, wat ook onder het hoofdstuk „harden”aangehaald is: dat men, als men een reeds Bacillendragers ontwikkeld lichaam traint of van buiten af versterkt, tenslotte aan den principieelen vorm niets meer zal veranderen. Bij het jonge kind is het grootste gevaar, dat het lichaam te grof wordt voor zijn, op dat oogenblik bestaande zieleconstitutie. (als men een oogenblik onder het woord ziel, de som van alle bewustzijnsverschijnselen wil verstaan). De groote Bolk heeft eens uitgesproken : „Talenten bezit iedereen in oneindig aantal; het gaat er slechts om, of men in zijn lichaam, in den ruimeren zin van het woord, de mogelijkheid ontwikkelen kan, die geestelijke kwaliteiten te kunnen openbaren”. Dit leidt echter tot een uiterst subtiele opvatting van het begrip „ontwikkelen”. Dit gebeurt dus niet in de eerste plaats, om uiterlijk aan een aantal eigenschappen te voldoen, maar integendeel naar binnen, naar den geestelijken kant toe voldoende soepel te zijn en daarom heeft babygymnastiek, training enz. van het jonge kind altijd het gevaar in zich van een te vroege verharding van het groeiend individu. Bacillendragers. Onze luchtwegen, ingewanden enz. zijn verre van steriel. Miriaden microben (bacillen, bacteriën) Bacillendragers bevinden zich in onze darmen, onze mondholte enz. Vele bacteriën, dié een rol spelen bij het tot stand komen van een z.g. acute infectieziekte,zooals longontsteking, zijn al van nature in ons lichaam, zij het ook niet in ons bloed, aanwezig en het zijn veranderingen in de menschelijke constitutie zelf, die de oorzaak zijn van de wijziging in de bestaande verhouding lichaam—bacil. In zooverre zijn we dus allen bacillendragers. Men bedoelt hiermee echter practisch alleen die personen, die zeer speciale kiemen in hun lichaam meedragen: in de neuskeelholte diphtherie en nekkrampbacillen; in de galwegen typhusbacillen enz., meestal nadat ze de ziekte zelf doorstaan hebben, maar de parasiet niet kwijt zijn geraakt. Zulke menschen leveren dus gevaar op voor de verspreiding van de microben, vooral omdat zij er zelf niets van merken en dus geen voorzorgsmaatregelen treffen. Het opsporen van bacillendragers, vooral in soldatenkampementen, scholen enz., waar de gevaren voor een epidemie het grootst zijn, is een van de belangrijkste doelpunten onzer huidige hygiënische maatregelen. De betreffende personen worden ge- Bacteriën ïsoleerd en vervolgens bacillenvrij gemaakt, wat lang niet altijd eenvoudig is. Men hoopt daardoor het ontstaan van epidemieën tot een minimum te beperken. Bacteriën. Wel haast iedereen weet tegenwoordig, dat de mensch zijn bestaan, behalve met de bekende natuurrijken, moet deelen met een voor het bloote oog onzichtbaar rijk van levende wezentjes, bacteriën genaamd, die ondanks hun kleinheid in staat zijn, een machtigen invloed uit te oefenen op het verloop der volksvermeerdering. Voordat de eerste bacterie door een microscoop bespied was, werden epidemieën, infectieziekten, bloedvergiftiging enz. beschouwd als een gevolg van het inwerken van den „genus epidemicus”. Waar men tegenwoordig door antiseptische en aseptische maatregelen in staat is, althans bij kunstmatige ingrepen (operaties) de microben verwijderd te houden en zoodoende de chirurgie zich ontwikkeld heeft tot een onschatbaar hulpgebied der geneeskunde, is het daarbij interessant te weten, dat de eerste antiseptische maatregelen genomen werden nog voor het ontdekken der bacteriën. (Zie bij antisepsis.) Bacteriën Lang heeft men er over gestreden, of men de bacteriën moest rekenen tot het plantenof het dierenrijk. Aanvankelijk wilden noch de biologen, noch de zoölogen hen bij hun gebied trekken; toen de bacteriën in de mode waren gekomen, vochten zij er om. Thans worden zij algemeen tot de plantenwereld gerekend. Het woord bacteriën is een verzamelnaam voor tal van soorten micro-organismen. Bacillen, coccen, spirochaeten, zijn er verschillende groepen van. Wanneer bij een bepaalde infectieziekte een bepaalde bacil genoemd wordt, beteekent dat dus, dat deze tijdens de bedoelde infectieziekte in het bloed, sputum, etter of wat dan ook van den patiënt, aanwezig is, terwijl in den regel bij een bepaalde infectieziekte altijd eenzelfde bacil gevonden wordt. In hoeverre de bacil de verwekker is van het geheele ziektebeeld, of in hoeverre bij een dusdanige ziekte slechts die speciale bacil kan groeien en deze dus eerder gevolg dan oorzaak is, is voorloopig nog een strijdpunt. Het grootste deel der huidige onderzoekers huldigt de eerste opvatting. Bacteriën kan men kweeken buiten het lichaam, op z.g. voedingsbodems. Wanneer men Bacterievrees Bacterievrees een weinig etter uitstrijkt op wat gelatine met bouillon, vermenigvuldigen zich de in de etter zich bevindende bacteriën (meestal coccen) met groote snelheid, zoodat na 24 uur, elke bacterie een kleine kolonie geworden is, die men als fijne puntjes met het bloote oog kan zien. Met deze koloniën kan men verschillende reacties doen, om den aard van de bacterie of bacil of coccus vast te stellen. Bekende ziekten, waarvan de bijbehoorende bacteriën gekweekt kunnen worden, zijn b.v. tuberculose (tuberculosebacil), typhus (typhusbacil), cholera (cholerabacil), steenpuisten (coccen). Van een groot aantal andere heeft men met zeKerneia nog geen overeenkomstige micro-organismen kunnen vinden.(Mazelen, roodvonk, waterpokken, pokken, enz.). Bacterievrees. Met de ontdekking van de bacteriën en het ontstaan der voorstelling, dat slechts de bacteriën de oorzaak zijn van een groot deel der menschelijke ziekten, is er natuurlijkerwijze het streven ontstaan om zich de indringers van het lijf te houden. De eenige manier om voorwerpen, lichaam enz. bacterievrij te maken, is door deze te steriliseeren, of het grondig te ontsmetten. Zonder dat is alles wat ons omgeeft, maar ook onze eigen mondholte, neusholte, ingewanden enz. de zetel van millioenen bacillen, van de onschuldigsten tot de meer gevaarlijken toe. En aangezien dit altijd zoo geweest is en ook wel zoo blijven zal, zal men goed doen er op de een of andere wijze in te berusten en met een zindelijke levenswijze genoegen te nemen. Er zijn menschen bij wie de angst voor bacteriën zoo gestegen is en die zoozeer elke infectiemogelijkheid zouden willen uitschakelen, dat het practische leven, dat aan deze maatregelen dikwijls grenzen stelt, hun tot een ware kwelling wordt. Zij mijden het huis van den besten vriend, omdat het kleine broertje van het dienstmeisje kinkhoest heeft; zij wagen zich in tram noch bus, omdat er hoestende menschen in kunnen zitten; het leven in hotels en restaurants is voor hen uitgesloten, omdat niemand weet, wie er van te voren in het bed geslapen, wie er van te voren uit het kopje gedronken heeft. Gelukkig behooren deze voorbeelden tot de uitzonderingen. Het natuurlijke menschelijke instinct vindt op den duur 3 Bevriezing Bevruchting geven na het ontdooien langzaam genezende, zeer pijnlijke zweren, die met leelijke, vaak blauwroode lidteekens genezen. Maar ook bij den eersten lichteren graad kan achteraf na het ontdooien nog een afsterving in het betreffende deel ontstaan, vooral wanneer de ontdooiing te snel plaats vond. Dreigt iemand in de sneeuwbergen b.v. door de kou bevangen te geraken, dan is het eerste, verradelijke verschijnsel de optredende slaperigheid, die uit alle macht bestreden moet worden. Bovendien verdwijnt spoedig het kougevoel (men hoort de personen, die in bergstreken in de sneeuw bleven steken en voor bevriezing nog gered zijn, zelfs van een behagelijke warmte spreken). In beweging blijven is dan ook het motto onder zulke omstandigheden. Bij zulk een algeheele bevriezing is de maatregel van langzame ontdooiing ook van het grootste belang. Wrijven met sneeuw of koude natte doeken is alweer het beste middel. Zoodra de persoon zelf kan drinken, rijkelijk warme dranken toevoeren. Alles voorloopig nog in een koele omgeving. Tevens als het kan een koud bad geven, dat lang¬ zaam verwarmd wordt, over uren verdeeld. Dit „langzaam” is een principieel verschil met de omgekeerde behandeling bij een zonnesteek e.d., waarbij men zoo snel mogelijk koelte moet toevoeren. Bevruchting. Bevruchting beteekent het indringen van de mannelijke zaadcel in de vrouwelijke eicel, waarop deze zich gaat vermenigvuldigen (door de z.g. deeling), de aanvang van de heele reeks van B = baarmoeder v = Scheede o = ovarium (eierstok) e = eileider u k uitwendige moedermond gebeurtenissen, die zich afspelen bij de vorming van het menschelijk lichaam. Deze bevruchting vindt gewoonlijk niet, zooals men Bewusteloosheid Bindvlieson fctAlrï n <* dacht, in de baarmoeder zelf plaats, maar nog „hooger op”, in een der eileiders, die van weerszijden van den bovenkant van de baarmoeder naar de eierstokken verloopen. Tot zoover moeten die zeer bewege-1 lijke zaadcellen (spermatozoën) I dus doordringen. Van daar wandelt dus bij een normalen gang van zaken de bevruchte I eicel nog naar de baarmoederholte, waar zij zich in den wand ergens vastnestelt. Kan : zij om de een of andere reden | deze holte niet bereiken, dan < kan het voorkomen, dat de < verdere ontwikkeling van het 1 ei ter plaatse geschiedt; er is I j dan een z.g. buitenbaarmoeder- [ i lijke zwangerschap ontstaan, h Bewusteloosheid. Ons nor- r male bewustzijn kent den toe- e stand van waken, droomen en I z slapen. Men kan dit physiolo- d gische (dat is: met de gewone I n levensfuncties samenhangende) I w toestanden noemen. I v Voor het uiterlijk is iemand a: die slaapt bewusteloos; in het di algemeen bedoelt men met h bewusteloosheid echter een ] niet normalen, dus zieke-1 bi lijken toestand, waarvan de h< bewustzijnstoestand uiterlijk te bi vergelijken is met dien van kl een slapende persoon. Tal van v« lichamelijke ziekten kunnen er bi de oorzaak van zijn. Ook een | ee ——. o aantal z.g. zielsziekten kunnen dat zelfs wel eens vertoonen. Men kan onderscheiden een bewusteloosheid door een uitwendige oorzaak (zonnesteek, hersenschudding, vergiftiging, verdrinking enz.) tegenover een langzamer ontstaande doch reeds aanwezige ziekte, b.v. van nier of lever, suikerziekte, ruggemerg- en hersenziekte enz. Wordt iemand plotseling bewusteloos en heeft men niet met zekerheid te doen met een voorbijgaand geval van flauwvallen, lat meestal gauw zal blijken, lan kan men eerder te veel dan e weinig doen. Voor speciale [evallen is elke beweging die niet loodzakelijk volvoerd wordt, r°or den betreffende te veel (beoerte!). Vervoer, te bed leggen .d. moet met de grootste omichtigheid gebeuren, liefst oner deskundige leiding. Vooral ooit probeeren iemand die bewusteloos is te laten drinken! /at men bij zonnesteek en udere speciale gevallen moet jen wordt in de betreffende oofdstukken behandeld. Bindvliesontsteking. Het ndvlies is een dun huidje, dat ;t wit van het oog en de nnenkant der oogleden beeedt. Bij een ontsteking erin worden de oogen rood, de nnenkant der oogleden evenns (te zien, als men het Bindvliesontsteking Binnenkoorts onderooglid op de bekende wijze naar beneden trekt). Het roodworden der oogen na fietsen in het stof, zitten in een kamer, waar veel gerookt wordt, berust ook op een (lichte) bindvliesontsteking. Het oog traant door de vloeistofafscheiding en is branderig en pijnlijk of jeukt. De acute bindvliesontsteking, die men in het voor- en najaar nog al eens ziet, begint meestal vrij heftig met behalve de voornoemde verschijnselen vaak nog een hinderlijke lichtschuwheid. In den regel verdwijnen de ergste symptomen spoedig en duurt de ziekte vijf a zeven dagen. De behandeling bestaat voornamelijk uit schoonhouden der oogen met boorwater, het leggen van koele compressen (watten in boorwater gedrenkt) op de gesloten oogleden en na een paar dagen wat oogdruppelen met zwak adstringeerende (samentrekkende) vloeistoffen (een oplossing van zinksulfaat b.v.). Er zijn ook ernstiger en heftiger vormen van de acute bindvliesontsteking, zooals die der pasgeborenen, wanneer de oorzaak ligt bij een infectie tijdens de geboorte door een ziekte van de moeder (gonorrhoe). Hier bestaat het gevaar, dat ook het hoornvlies mee gaat doen en er later daardoor troebele plekken in ontstaan. Tot de chronische vormen behoort, behalve de tuberculeuze, het trachoom, een zeer besmettelijke oogaandoening, die veel onder de armere bevolking en in zuidelijke landen door de minder hygiënische omstandigheden voorkomt. Vooral in Egypte ziet men veel blindheid tengevolge van deze ziekte. Het heele noornvlies wordt er op den duur door aangetast. Vroegtijdig herkennen, behandelen en isoleeren (afzonderen) der gevallen, speciaal op scholen in streken, waar het trachoom pleegt voor te komen (Amsterdam I), is een eerste vereischte. Binnenkoorts. Iemand, die koorts heeft, is ziek volgens de algemeene opvatting; hij hoeft zich daarbij echter nog niet ziek te voelen. De gewone bijverschijnselen: hoofdpijn, moeheid, dofheid van bewustzijn, die koorts plegen te vergezellen, kunnen totaal afwezig zijn. Zulke menschen kunnen rond loopen zonder te weten, dat zij temperatuursverhooging hebben, die slechts door den glans van hun oogen, soms een koortsuitslag aan de lippen verraden wordt. Alles speelt Blaasontsteking zich dus „binnenin” af, vandaar de volksuitdrukking. Blaasontsteking. In hoofdzaak moet men onderscheiden tusschen een „primaire” en een ,,secundaire” blaasontsteking; de laatste is een complicatie van een nier- of nierbekkenaandoening, dus „afgedaald”, of van een ontsteking van de uitvoergang van de blaas (opstijgend). De primaire, meestal onschuldige vorm van blaasontsteking zit alleen in de blaas zelf en is nog al eens het gevolg van kouvatten, speciaal bij het zwemmen. De afdalende compliceert nog al eens een tuberculeuze nieraandoening; de opstijgende (zelden) een gonorrhoische ontsteking van de urinewegen. Deze laatste twee vormen vertoonen een grootere neiging om chronisch te worden. Bij elke blaasontsteking is de urine duidelijk troebel en bevat (microscopisch) etter. Het hoofdbezwaar van de kwaal is de veelvuldige, pijnlijke urineloozing. De blaas kan bijna geen vloeistof meer bevatten, zonder dat er onmiddellijk „aandrang” is. In heftige gevallen kan dit een ware kwelling worden. b Een van de eerste vereischten v voor de behandeling is warmte, v In acute gevallen, afgezien van sc Blaasontsteking de inwendige behandeling dus: in bed, kruiken aan de voeten, heete compressen op de onder¬ buik enz. Inwendig worden vooral zulke middelen gegeven, die, met de urine uitgescheiden, stoffen afsplitsen, die 4 Blaassteen Blindedarmontsteking een desinfecteerenden, ontste- meer dan een soort voorbijkingwerenden invloed op het gaande verdooving. slijmvlies der urinewegen uit- De plaatselijke verschijnselen oefenen. van de bliksem komen overeen Blaassteen met die van verbranding, waar- (zie Niersteen). bij overeenkomstige graden op- Bleekzucht treden. Bij de intreeplaats van (zie bij Bloedarmoede). de bliksem in het lichaam ziet Bliksemwerking.De directe men ronde brandgaten, waar inwerking, „door de bliksem vanuit rood-bruine „bliksemgetroffen worden”, beteekent figuren” in een merkwaardige meestal een onmiddellijken teekening over de huid verdood. Men kan deze aan loopen. Zij verdwijnen na een hartverlamming toeschrij- eenige dagen. Bijkomstige geven. varen worden opgeleverd door Meestal worden de personen er metalen voorwerpen (brillen, danig bij verminkt, de kleeren knoopen, geld), die door de geverscheurd, terwijl het heele weldige hitte smelten en nog lichaam vaak meters verder extra brandwonden veroorweg geslingerd wordt. Over- zaken. leeft de getroffene de directe Ook op de plaats, waar de inwerking, dan vertoont hij bliksem het lichaam weer ververschijnselen van een zware laten heeft, ziet men kleine hersenschudding met volko- doorboringen van de huid met men bewusteloosheid, bleeke verkoolde randen. De behankoele huid, slappe pols enz.; deling bestaat aanvankelijk in deze verschijnselen kunnen na het bevorderen van de bloedsdagen of weken alle ver- omloop en ademhaling; de dwijnen. Menschen, die zich verzorging der brandwonden in de buurt van een plaats be- geschiedt op de gewone wijze, vinden, waar de bliksem in- Blindedarmontsteking, sloeg, kunnen door de z.g. Blindedarmontsteking, appen„tegenbliksem” getroffen wor- dicitis, komt vooral bij jonge den, d.w.z. door de ontla- menschen voor, hoewel geen ding, welke in omgekeerde enkele leeftijd gevrijwaard is. richting na iederen bliksemslag Zooals de tweede naam aanplaats vindt. De verschijnselen duidt, berust de ziekte op een zijn daarbij slechts van korten ontsteking van den appendix, duur, beteekenen meestal niet het wormvormig aanhangsel Blindedarmontsteking Blinriprla rm nnfcfotr Jnnr van de blinde darm; de eerste naam is dus misleidend. Meestal verloopt de ontsteking in aanvallen : aanvallen van buikpijn, rechts onder in de buik, met misselijkheid, soms braken en bijna altijd tempe- 1 ratuursverhooging. Er zij da- i delijk op gewezen, dat buik- j pijn op die plaats nog niet 1 altijd appendicitis beteekent 1 1 Zulk een aanval kan na eenige c uren tot eenige dagen weer d verdwijnen. Sommigen krijgen v er één, anderen vele. Elke li aanval kan tot complicaties V leiden, waarvan de meest ge- b vreesde bestaat in het barsten h van het ontstoken orgaan, ei waarna onherroepelijk een n buikvliesontsteking ontstaat, se die altijd direct een levensge- d< vaar beteekent. Dat is de reden, waarom men het doorgaans veilig acht bij de eerste de beste aanval chirurgisch in te grijpen. Van te voren is nooit te zeggen, hoe een aanval af zal loopen: een geringe heftigheid der uiterlijke verschijnselen is vaak niet evenredig aan den ernst van de afwijking zelf. Het komt voor, dat de aanval na eenige dagen overgaat in een anderen toestand, waarbij om de appendix een klomp ontstoken weefsel samengebakken is, die slechts zeer langzaam tot genezing komt. Dan spreekt men van een jinfiltraat”; daar is dan uit Ie acute een chronische afwijking ontstaan. Dit zijn de jevallen, waar een direct chi■urgisch ingrijpen niet meer nogelijk is en waarbij de >atiënt wekenlang rust moet touden. Ja het verdwijnen van alle ntstekingsverschijnselen kan an eerst de appendix verwijderd worden, om herhangen en erger te voorkomen. Sfat de oorzaak van de ziekte etreft, tast men nog steeds in et duister. Het is zeker, dat ïn trage stoelgang er mee te laken heeft. Ingeslikte kermpitten, onrijp fruit en anïre dieetfouten hebben met Bloedarmoede Bloeddruk het wezen der zaak toch weinig te maken; slechts voor de paedagogie kan hier de ,,blindedarm” erbij gehaald worden. Tegenwoordig neigt men er toe om sportieve, misschien soms tè Spartaansche gewoonten als bloote knieën in den winter, met ontstekingsverschijnselen in de onderbuik in verband te brengen. Bloedarmoede. Bloedarmoede beteekent niet: een te geringe hoeveelheid bloed. Wanneer iemand in korten tijd veel bloed verliest, wordt deze vloeistofhoeveelheid betrekkelijk zeer snel weer aangevuld. Men verstaat daaronder echter een tekort aan bloedkleurstof, dat wil bijna altijd ook zeggen een tekort aan ijzer in het bloed. Het ijzer van het bloed speelt in ons lichaam een uiterst belangrijke rol. Menschen met bloedarmoede zijn veel „vatbaarder” in het algemeen dan volbloedigen; hun typisch vooze kleur maakt dat op het eerste gezicht aannemelijk. In de sterke groeiperiode van het lichaam, tusschen het veertiende en het achttiende jaar, kwam vroeger een zekere mate van bloedarmoede veel voor. Deze „bleekzucht” is thans een zeldzame ziekte geworden. De algemeen doorgevoerde hy¬ giëne en vooral de sport zullen hier een groot aandeel in hebben gehad. Men onderscheidt primaire en secundaire bloedarmoede; de eerste treedt van zelf als ziekte van het lichaam op, dat geen kans ziet voldoende bloedkleurstof of bloedlichaampjes te vormen; de andere is steeds een gevolg van een voortdurend (gering) bloedverlies. (Zie ook bij bloedziekten). Bloeddruk. Het bloed stroomt door de bloedvaten (aderen en slagaderen) onder een zekeren druk. Men kan die meten en uitdrukken in een manometrisch getal (practisch in millimeters kwik, zooals men ook de athmospherische druk aangeeft). Daartoe bepaalt men den druk, die noodig is, om een bepaald bloedvat dicht te drukken. De „bloeddruk” is dan geheel afhankelijk van de plaats, waar men hem bepaalt. Men neemt altijd de slagader, die door den bovenarm loopt, en meet dan de kracht, met welke een manchet om de bovenarm gesnoerd moet worden, om het kloppen van den slagader in den arm te doen ophouden. Men vindt bij normale menschen van middelbaren leeftijd een druk van 120—130 millimeters kwik. Bij Bloeddruk Bloedbeeld kinderen en oudere menschen ringe stollingskracht van het is deze waarde naar even- bloed en dus ook door een redigheid lager en hooger. Voor verlangzaamde duur van de iemand van 65 jaar hoeft een stolling buiten het lichaam, bloeddruk van 150—‘•160 milli- waardoor de patiënten altijd meters geen ziekelijke toe- gevaar loopen bij zelfs geringe stand te beteekenen. Afwij- verwondingen (neusbloeden, klingen komen vóór alles voor kiestrekken) een groot bloedbij nier- en vaatziekten, soms verlies te lijden, heeft eenige ook bij aderverkalking; hij is bijzonderheden op erfelijk gedaarbij meestal te hoog. Een bied. De ziekte treedt n.1. in te lagen bloeddruk vindt men hoofdzaak bij mannen aan den wel bij menschen met slappe dag, wordt echter in de erfeconstitutie, na bloedverlies, bij lijke lijn onderhouden door het een collaps, in verschillende vrouwelijk geslacht; zoodat de gevallen van bewusteloosheid, mannen, bloeders uit de famisuikerziekte enz. Overigens lie, als zij met gezonde vrouhoeft een bij het gemiddelde wen trouwen, een gezond vergeleken, te hooge bloed- geslacht zullen voortbrengen, druk geen aanleiding tot klach- terwijl de vrouwen uit de beten te geven; veel menschen wuste familie onder hun manmerken er weinig of niets van. nelijke nakomelingschap, hoeDit doet al dadelijk overwegen, wel zelf vrij van de ziekte, teldat het begrip „normale bloed- kens weer bloeders kunnen druk” zeer rekbaar is. Men verwachten, zou beter kunnen spreken van Bloedbeeld. De vier soorden juisten bloeddruk voor ten bloedlichaampjes, de roode, „Iemand op zijn leeftijd”, twee soorten witte en de bloedBovendxen is de druk zeer plaatjes, zijn in vrij conafhankelijk van den oogenblik- stante verhouding in het bloed kelijken gemoedstoestand. De aanwezig. Bij tal van ziekhooge druk van een zenuw- ten treedt in de verhouding achtigen patiënt, die een hoo- een verschuiving op, doordat gen bloeddruk vreest, ver- b.v. het aantal witte bloeddwijnt meestal snel na eeni- lichaampjes vermeerdert of Se*uststeIlende woorden, vermindert ten opzichte van Bloeders. De ziekte der bloe- de roode. ders haemophilie, die geken- Elk volledig bloedonderzoek merkt wordt door een zeer ge-1 zal dus een bepaling van het Braken Brandwonden 100—250 gr. aankomt. Geen weegschaalziekte dus ! Braken. Onze stofwisseling speelt zich grootendeels af buiten ons dagelijksch bewustzijn j om. Men kan zich voorstellen, dat de mensch niet op een vruchtbare wijze zou kunnen denken, als hij zich ook nog voortdurend met de gebeurtenissen in zijn organen bezig moest houden. De maag ligt op de grens der twee gebieden. Dat zij nog in staat is door het geringe bewustzijn, dat men er heeft, een contröle uit te oefenen op alles wat wij naar binnen werken, is slechts een zegen te noemen. Nog meer het feit, dat zij dan zonder verder commentaar of hulp zich van den slechten last ontdoet. De oorzaak kan echter ook liggen aan een tijdelijk te groote gevoeligheid van de maag voor spijzen, die zij anders wel verdraagt of zou kunnen verdragen (zenuwachtigheid voor het examen). Soms kan men „de zaak red- : den”. Iemand, die misselijk is, j diep te laten ademhalen, is een even doeltreffend als bekend < middel. Minder bekend is de 1 raad zoo iemand op zijn linker 1 zij te laten liggen. Het voor het braken zoo gevoelige deel s der maag (de uitgang) ligt aan { 1 den rechterkant en wordt daardoor van prikkeling ontheven. ; Laat de betreffende ook tus• schen het braken door veel water drinken. Het oude begrip: „men moet iets te braken hebben” is nog zoo kwaad niet! Looze brakingen, waarbij slechts de wurgbewegingen optreden zonder effect, zijn veel onaangenamer. Meestal kennen we wel de reden van ons braken. Iedereen heeft daarin zijn eigenaardigheden. Kinderen braken vaak bij het opkomen van koorts. Braakt iemand vaak en feitelijk zonder reden, dan zal hij zelf wel begrijpen, dat er iets niet in den haak is en zijn hulp ter bevoègder plaatse zoeken. Men braakt maaginhoud, d.w.z. niet te lang geleden opgenomen voedsel, maagsap, gal (uit den darm in de maag terug geloopen) en soms ook bloed. Bij dit laatste zij opgemerkt, dat dit bloed, dat met het braaksel meekomt, meestal niet rood, doch donker bruin is, z.g. „koffiedik”. Mocht het voorkomen, dat iemand koffiedik braakt, dan beware men het braaksel om het den dokter te kunnen laten zien. Brandwonden. Men onderscheidt van oudsher een aantal graden bij brandwonden. De Brandwonden Brandwonden ie graad wil zeggen : roodheid (en pijn), de 2e graad : blaren en de 3e graad : diepere weefsel vernietiging. Anderen spreken van een 2e graad, wanneer de wondvlakte (meestal opengesprongen blaren) geïnfecteerd is. Voor de praktijk doen die namen er niet zoo veel toe. Voor de roodheid, den eenvoudigsten vorm van zich „gebrand te hebben”, zijn tal van huismiddeltjes in zwang: melk, boter, een stukje soda enz. Het origineelste is wel: om zich nog eens op dezelfde plaats te branden; ervaring van deze methode hebben vermoedelijk slechts weinigen. De heftige pijn bij zelfs een geringe graad van verbranding is slecht met uiterlijke middelen te bestrijden. Vaseline, lanoline ontspannen de strakke huid een weinig. Een troost is, dat de pijn binnen afzienbaren tijd met of zonder therapie van zelf verdwijnt. Werkelijke behandeling behoeft pas een brandwond met blaren of erger. Bevinden zij zich onder kleeren (de beruchte omgetrokken melkkan bij kleine kinderen 1), dan zullen zij bij het verwijderen er van noodzakelijk open moeten gaan. Anders is het zaak, de blaren zooveel mogelijk heel te laten. Een dichte blaar beschut voor infectie 1 Uitstekende, direct toe te passen middelen zijn : bedekken met een z.g. brand windsel van Bardeleben (met een bismuthverbinding geïmpregneerd) of rijkelijk bestrooien met dermatolpoeder (goedkoop) en daarover heen een gaasverband. Indien dit droog blijft, kan men het laten zitten en de wond daaronder rustig laten genezen. Wordt het vochtig (een teeken van infectie), dan moet het meermalen verwisseld worden. Vastzittende plaatsen met olie losweeken. Een andere goede behandeling bestaat uit omslagen met (schoone) doeken, ruim gedrenkt in een 1% oplossing van tannine of in het oude middel lijnolie met kalkwater. (gelijke deelen). Indien mogelijk dient echter aan de droge methode de voorkeur gegeven te worden. Is eenmaal een geïnfecteerde, etterende wond ontstaan, dan moet deze volgens de speciale regels verder behandeld worden. Men dient te weten,dat het weefsel ten gevolge van de inwerking der hitte minder geneeskrachtig is dan na verwondingen en tevens, dat er een groote neiging tot litteekenvorming bestaat. Met name geldt dit voor de heftige verbrandingen, waarbij korstvorming en ver- Crisis Cyanose de tot in oneindige bijzonderheden uitgewerkte, meer mechanistische beschouwingen van de huidige wetenschap. Echter hebben beide tenslotte met precies dezelfde onbekende factoren te maken, waarbij men Coué de eer moet geven, ten minste meer aan een werkelijk oorzakelijke geneeswijze gedacht te hebben. Een verdere beoordeeling is hier niet noodig; ieder moet voor zichzelf uitmaken of hij een wetenschappelijke of een niet-wetenschappelijke methode wil volgen. Allerwege hoort men van wonderlijke resultaten. Er is geen enkele geneeswijze in de wereld, die niet op hetzelfde kan bogen en niet eerder zal het mogelijk zijn onbevooroordeeld een helder licht op al deze dingen te werpen, voordat het gebied van de werkelijke oorzaken en de zetel van alles wat ziekte is of ermee samenhangt, zal kunnen worden doorgrond. Crisis. Crisis beteekent: „hoogtepunt der ziekteverschijnselen”. Lang niet alle ziekten vertoonen een crisis, daarvoor moeten de verschijnselen snel toenemen en na het hoogtepunt weer snel afnemen. Eerst dan kan men van een kritischen afloop spreken. Hoe langzamer de ver¬ schijnselen verdwijnen, des te geringer uitgesproken is de crisis; men spreekt dan van een lysis of een lytischen afloop. Een ziekte met een typisch kritisch verloop, is de longontsteking. De crisis komt hier als regel op den zevenden, soms op den vijfden of den negenden dag. De steeds hooggebleven koorts zakt dan plotseling en de patiënten voelen zich bij een gunstig verloop der crisis als herboren. Buiktyphus is een ziekte, die in haar typisch verloop juist lytisch eindigt. De koorts en het ziektegevoel verdwijnen daar eerst langzamerhand. Curettage. Onder curettage verstaat men het verwijderen van het slijmvlies (de binnenwandbekleeding) der baarmoederholte door middel van een speciaal soort rondgebogen scherp instrumentje: de curette. Indien noodig moet van te voren den baarmoedermond kunstmatig verwijd worden. Meestal gebeurt deze ingreep in narcose. Men verricht de bewerking hetzij om een te langdurige bloeding tot staan te brengen (zie bij menstruatiestoornissen en bij wisseljaren), hetzij om het baarmoederslijmvlies te kunnen onderzoeken op zijn hoedanigheden (ontstekingen, kanker). Cyanose. Dit beteekent let- Cyanose Cyanose terlijk blauwzucht en duidt dan op het bestaan van een blauwe kleur aan het lichaam overal daar, waar men gewend is min of meer rood of rosé te zien door de bloedkleur, vooral dus lippen, wangen, neus, vingernagels. Een geoefend oog ziet de cyanose echter ook elders op het lichaam. Cyanose ontstaat overal waar de bloedsomloop stokt of vertraagd is, dus bij tal van ziekten van den bloedsomloop (veel zoogenaamde hartziekten), de afsnoering of belemmering van den bloedsomloop in een lichaamsdeel (thrombose, afsnoering), maar ook daar, waar de bloedsamenstelling veranderd is en er geen voldoende zuurstof opname in het bloed mogelijk is, zooals bij bloedvergiftiging. De roode kleur van ons bloed is n.1. te danken aan het zuurstofgehalte. Bij een slechten bloedsomloop is de gaswisseling in de longen onvoldoende en daardoor vermindert het zuurstofgehalte van het bloed. Darmbeklemming Darmbloeding Darmbeklemming. Er zijn verschillende mogelijkheden voor een inklemming van den ongeveer 7 M. langen dunnen darm. Het is voor iedereen die weet wat een liesbreuk is (zie bij ingewandsbreuken) begrijpelijk, dat de darmwerking, met name de voortbeweging van den inhoud in zoo’n breukzak zeer belemmerd kan worden; dit kan zoover gaan, dat er een volledige darmafsluiting plaats vindt, door een te sterk snoeren van de breukpoort, d. i. de opening die breukzak en buikholte met elkaar verbindt. Men krijgt dan onmiddellijk eenslechten bloedsomloop in het beklemde deel. Binnen korten tijd ontstaat een zeer ernstig ziektebeeld, met gespannen, pijnlijken breukzak, (aanvankelijk plaatselijke) buikvliesontsteking, min of meer heftige koliekpijnen, het geheel ontbreken van afgang van de ontlasting, winden enz. Het leven loopt dan direct gevaar. Alleen onverwijlde chirurgische hulp kan het beklemde deel bevrijden en den toestand redden. Soms is het afgesnoerde deel zoover afgestorven, dat men dat deel van den darm verwijderen moet. Behalve een breuk kunnen er nog andere oorzaken tot een darmafsnoering voeren. Zulke zijn de „kronkelingen in den darm”, d. w. z. een afknikken tengevolge van b.v. vergroeiingen der darmlissen met elkaar of met den buikwand, omstulping (invaginatie) van den darmwand over het aangrenzende deel, afsluiting van den darm door gezwellen, ingeslikte voorwerpen enz. Het herkennen is dan niet altijd zoo gemakkelijk als bij een beklemde breuk, en vele gevallenkomen pas zeer laat en onder de ongunstigste omstandigheden ter operatie. Darmbloeding. De meest veelvuldige oorzaak van een darmbloeding is een zweer in maag of dunnen darm. De zweer vreet op den duur bloedvaatjes in den darm- of maagwand aan en er ontstaat een min of meel heftige bloeding met overeenkomstig bloedverlies voor het lichaam. Ook de zweertjes in den dunnen darm bij buiktyphus kunnen op een dergelijke wijze een bloeding veroorzaken. Ja, het komt zelfs voor dat het eerste symptoom van zulk een zweer in maag of darm de bloeding is. Een andere oorzaak kan door verstopping van een deel van het vaatgebied van de ingewanden zijn, waardoor er in den darmwand stuwing optreedt met bloeding uit het dar mslijmvlies. Ook darmgezwellen Darmbe klemming Darmkatarrh (kanker) kunnen soms een bloeding veroorzaken. Bloed ondergaat in den darm zeer snel scheikundige veranderingen, waardoor het zijn roode kleur verliest. Een bloeding in maag of dunne darm zal zich, behalve door de algemeene verschijnselen tengevolge van het bloedverlies, niet verraden door rood bloed bij de ontlasting, maar door een pikzwarte kleur daarvan. Alleen wanneer de bloeding erg laag zit, dus aan het eind van den dunnen darm, in den dikken darm of in den endeldarm, komt er ook rood bloed bij; dit is echter een uitzondering. Streng genomen zou men ook van een darmbloeding kunnen spreken bij aambeien, die zich in het laatste deel van den darm ontwikkelen; men doet dit echter ter onderscheiding niet. Omdat bloed tevens licht laxeerend werkt is de ontlasting ook meestal dun. In den regel voeren andere klachten den pa- : tiënt al eerder naar den dokter; 1 vaak is dan de vraag naar teer- ] of pikontlasting een der eerste, I die gesteld wordt. (Zie ook bij 1 maagzweer). Men denke er aan ' dat een zwarte ontlasting ook < voorkomt bij het gebruik van ] ijzerpreparaten en van norit 1 (kool). Het eerste gebod bij elke s overeenkomstige of vermoede- r lijke darmbloeding is vanzelf- s - sprekend de meest volkomen - rust, terwijl in afwachting van 1 verdere maatregelen elke toedie- , ning van voedsel dient vermer den te worden. ; Darmkatarrh. Een katarrh 5 is een ontsteking van de slijmvliezen. Men kan dus van een ■ keelkatarrh, eenlongenkatarrh, 1 een maagkatarrh spreken. Niet elke ontsteking van de slijm- ■ vliezen is echter een katarrh. Men pleegt het woord niet : meer te gebruiken, indien diepere deelen aangetast worden en zweertjes of zweren ontstaan zijn d.w.z., wanneer de oppervlakte geschonden is. Men moet zich voorstellen, dat bij een darmkatarrh het darmslijmvlies, dat tot voornaamste opgave heeft de doorgangspoort te zijn voor het voedsel, dat zijn weg van den darminhoud naar het lichaam moet vinden en dat daarbij een zeer actieven rol speelt, nu plotseling a. h. w. geheel ondoorlaatbaar wordt en allerlei verschijnselen gaat vertoonen (bloedaandrang, troe| beling van de weefsels, overvloedige slijmafscheiding), die er absoluut niet thuishooren. Door de geheel onvoldoende voedselverwerking komt dit slechts half of onverteerd weer naar buiten, en door de versterkte darmbewegingen, waar- Darmkatarrh Dauwwurm bij men den indruk krijgt, of de darm zich zoo spoedig mogelijk wil ontdoen van een last, waar hij op dat oogenblik toch niets mee kan beginnen, ontstaan veelvuldige diarrheeën. Een dergelijke darmkatarrh kan door allerhande oorzaken ontstaan, vooral in den zomer; de zg. „zomerdiarrheeën” zijn berucht en hangen dan o. a. zeker samen met het gebruik van minder frisch voedsel in heel warme dagen; waar men echter dikwijls a.h.w. een epidemie ervan ziet optreden, is het duidelijk, dat de algeheele menschelijke constitutie in zulke dagen daartoe moet neigen. Soms lichte koorts in den aanvang, buikkrampen en zooals reeds gezegd diarrhee, zijn de hoofdverschijnselen. Men heeft meestal te maken met een ontsteking van den dunnen darm, die zich tot in den dikken darm kan voortzetten. Wanneer de diarrhee eenige dagen mocht duren, wordt de kleur steeds lichter, de slechte reuk steeds minder. Op den duur komt er dan nagenoeg alleen nog slijm. Het kan dan voorkomen, dat men kleine bloedspikjes in dat slijm ziet, waarover men zich niet in het minst ongerust hoeft te maken. Het heeft niets te doen met bloeddiarrhee, waarbij van den aan vang af het bloed met de ontlasting verschijnt. Voor de behandeling is vooral warmte noodig. Het eenige voedsel, wat men in afwachting van de verdere behandeling in elk geval kan geven, is slappe, warme thee zonder melk of boschbessensap. De verdere behandeling zal in den regel beginnen, meestal tot verwondering der omstanders, met het geven van een (afvoermiddel), waarmee men allereerst de schadelijke, voor verdere vertering onbruikbaar geworden, darminhoud verwijdert. Dauwwurm. Onder dauwwurm verstaat men het chronische vochtige ekzeem, aanvankelijk aan het hoofd van zuigelingen en kleine kinderen. Soms beperkt het zich tot enkele plekken, soms breidt het zich gedeeltelijk over het verdere lichaam zelf uit (zie ook bij ekzeem). Bij nagenoeg elke baby vindt men wel eens een keer een rood plekje, door het schuren der luiers en het gemakkelijk „geïrriteerd” (aangedaan, geprikkeld) worden van de teere huid. De hoofdoorzaak ligt dan in de „buitenwereld”. Bij dauwwurm heeft men met een echte constitutioneele ziekte te doen, d.w.z. dat men Delirium Tremens DlflfrfiAP van een genezing eerst kan spreken, wanneer de neiging er toe verdwenen is. Daartoe is als regel een grondige herziening van de voeding (vetarm 1) naast een behandeling van de stofwisseling in het bijzonder, noodzakelijk. Delirium tremens. (Zie bij Alcoholisme). Dementia praecox. (Zie bij Zielsziekten). Diabetes. (Zie bij Suikerziekte). Diagnose. ,,Een diagnose stellen” wil zeggen: het herkennen van een groep van ziekteverschijnselen en het samenvatten ervan in het begrip van een ziektebeeld, dat men uit de ervaring kent. Hoofdpijn is geen diagnose, het is een verschijnsel; even200 spierpijn, koorts enz. Het 1 voorkomen van deze drie ver- j schijnselen tesamen kan tot 1 de diagnose „griep” aanleiding ] geven. 1 Diarrhee. Bij de vertering i van het voedsel in maag en < dunnen darm wordt dit vrijwel 1 geheel vloeibaar. In den dikken 1 darm, waar geen vertering c meer plaats vindt, komt dan ^ weer een indikking tot stand 1 door resorptie (opslorping) van p water uit de dun vloeibare r massa. d Elke dunne ontlasting zal dus ii in ten minste ook moeten berusïg ten op een naar verhouding )e geringe, desnoods omgekeerden r- invloed van den dikken darm. t- Dit kan nu in de eerste plaats ig ontstaan door een ontsteking ;t aldaar (evtl. samen met een van den dunnen darm), waardoor in plaats van vochtopslorping integendeel eerder vochtafgifte plaats vindt. Bovendien kan er, vooral bij een meer uitgebreide darmontsteking, door de onderste gee deelten van den dikken darm - (den endeldarm) een vloeibare 1 massa komen, die daar heet lemaal niet thuishoort, nog - veel te veel verterende sappen t bevat, kortom nog veel te . „scherp” is, zoodat er tevens , een heftige aandrang tot ont- ■ lediging ontstaat. Dit is ook t de oorzaak van het schrijnende ■ gevoel, dat men op den duur t aan het fondament bespeurt bij ; herhaalde diarrhee. Ook zonder ontsteking kan ; er echter een te snelle passage door den dikken darm plaats vinden, indien slechts de voortbeweging te snel is in verhouding tot den tijd die noodig is voor de genoemde indikking. Dit vindt plaats vooral onder psychische invloeden en menigeen kent dezen vorm van diarrhee uit zijn examentijd of in verband met andere ang- 6 Diathermie Dieet sten en opwindende gebeurtenissen. Ook de dunne ontlasting na het nemen van een afvoermiddel berust meestal op een bevordering der voedselvoortbewegende samentrekkingen van den dikken darm, een enkele maal op een vergrooting van het vochtgehalte van den darminhoud, waardoor de ontlasting ook den dikken darm dunner dan gewoonlijk passeert. Treedt de diarrhee op zonder bekende oorzaak en blijft het niet bij een enkelen keer, dan is bedwarmte het allereerste wat dringend noodzakelijk is. Op eigen houtje stoppende middelen te nemen is niet geraden. Het zal dikwijls voorkomen, dat de geneesheer aanvankelijk zelfs juist een laxans voorschrijft, aangezien in een aantal gevallen de diarrhee berust op abnormale omzettings- en gistingsprocessen van den darminhoud, waardoor ongewenschte stoffen ontstaan, die eerst verwijderd dienen te worden. Wel is het raadzaam bij voorbaat vrijwel geen voedsel te gebruiken en zijn dorst slechts te lesschen met warme slappe thee zonder melk. Diathermie. Iedereen kent wel de eigenaardige sensatie bij het voelen van een zg. farradischen stroom, zooals die in de bekende electrische toestellen (op de kermis b.v.) wordt opgewekt. De prikkelingen, die men daarbij voelt, worden veroorzaakt door voortdurende, zeer snelle, uiterst korte onderbrekingen van den stroom. Wanneer men o.m. de snelheid van de opeenvolging der onderbrekingen nog veel en veel meer op voert, verdwijnt tenslotte het prikkelende gevoel en er ontstaat een warmtegewaarwording, die de eigenaardigheid heeft niet in de eerste plaats gevoeld te worden in de handen, waarmee men de beide polen van het toestel vasthoudt, maar dieper in het lichaam, midden in de armen, kortom als een „diepe” warmte. De eene pool kan men op alle mogelijke plaatsen aanleggen en zoodoende een warmtewerking, men zou haast van warmtehaard kunnen spreken, op elke gewenschte plaats verwekken. Vooral voor verouderde, dieper gelegen ontstekingsprocessen is de invloed vaak heilzaam, maar ook voor steenpuisten, tandwortelontstekingen enz., en bovenal bij gewrichtsaandoeningen, met name chronisch verloopende gewrichtsontstekingen (chronische gewrichtsrheumatiek). Dieet. Het is een algemeen feit, dat bij de menschen in Dieet Dieet den loop der tijden het instinkt voor de hoedanigheid en de hoeveelheid van hun voedsel 200 niet verloren gegaan, dan toch zeer verzwakt is. Dit schijnt een noodzakelijk gevolg van onze huidige intellektueele kuituur te zijn. Niettemin zijn er toch nog genoeg menschen over en in den laatsten tijd neemt hun aantal zeker toe, die althans in grove trekken weer een gevoel beginnen te krijgen voor zekere hygiënische, als men wil ook aesthetische eischen ten aanzien van hun voeding. Hiermee zijn diegenen bedoeld, die duidelijk beseften, dat er met de toebereiding van onze voedingsmiddelen zoo gesold wordt, dat de natuurlijke smaak óf vrijwel verdwenen is óf geheel door een andere wordt overheerscht. Men ga maar eens na, welk een overkeersellende rol de vleeschsmaak bij een gemengden maaltijd speelt. Zeker is het, hoe men ook over de rauwkostmethoden wil denken, dat de smaak voor de natuurlijke geur van groenten er weer veel meer door ontwikkeld wordt. | Vergelijkt men dit echter > met de wijze, waarin de dieren 1 b.v. een zoodanig ontwikkeld 1 I instinkt hebben, dat zij ook 1 als zij ziek zijn, het juiste en < - het beste weten uit te zoeken, 1 dan eerst beseft men, hoever 1 de mensch van dien natuur■ toestand is afgeraakt. Natuurt lijk kan een leus „terug tot de natuur” nooit een terugkeer tot een vroeger stadium beteekenen; wel is een dieper inzicht in het wezen van de voedingsvraagstukken op den bodem van ons huidig kenvermogen dringend noodig. Een omvangrijke studie is er noodig geweest om na te gaan, welk voedsel in speciale ziektegevallen het beste en doelmatigste was. Zoo is de dieetleer ontstaan. Algemeen zijn de hoofdprincipes hiervan bekend. Men weet, dat een nierzieke doorgaans een eiwitarm en zoutloos dieet voorgeschreven krijgt, hoe suikerzieken vaak hun voedsel met een brievenweger afwegen voor de juiste verhoudingen; lijders aan Indische spruw moeten maandenlang op een dieet van een enkele vruchtensoort leven, [om niet te spreken van het pijnlijke dieet der „vermageringskuur-patiënten”. Daarnaast komen nog tal van gevallen, waar geen enkel schema meer te gebruiken is, waar de patiënt, hetzij alleen, hetzij met den arts samen, misschien ook wel eens alleen op advies van dezen tot de over- Dieet Dieet tuiging gekomen is, dat hij eet (d. w. z. zijn voedsel zonder allerhande zaken niet kan ver- keukenzout toebereidt) krijgt dragen. Men staat hier niet een zekere hoeveelheid zouten voor een gebied van de weten- vooral met plantaardige voeschap uit een stuk. Er is een dingsstoffen naar binnen, voortdurende verandering in Van de dagelijks opgenomen de methoden, in de opvat- hoeveelheid kan slechts gezegd tingen, in de theorieën; men worden, dat het lichaam zich in zou haast van een „dieetmode” een „zoutevenwicht” bevindt, kunnen spreken. Dit komt dit wil zeggen dat elk teveel voornamelijk omdat men vrij- zorgvuldig uitgescheiden wordt wel geheel op het proefonder- en elk tekort zoo spoedig mogevindelijke aangewezen is en lijk aangevuld, dus de ervaring telkens op- Daarnaast mag men niet de rol nieuw moet afwachten. over het hoofd zien, welke het Het zich houden aan een dieet zout als smaak-versterkend midbehoort voor vele menschen del speelt. Onze spijsvertering tot de zwaarste opgaven, die hangt ten nauwste samen met men hun kan stellen. Men de voldoening welke wij bij het krijgt dikwijls den indruk, dat proeven van ons voedsel hebde daarbij ontwikkelde wils- ben. De weldadige werking van kracht nog grootere genees- iets „hartigs” is overbekend, kracht bezit dan de vernuf- evenals de uitdrukking dat te tigste voedselsamenstelling. Er- flauw eten smaakt, alsof men varen artsen zijn zelfs tot „een slag in het gezicht krijgt . de vrij zeker geldende slotsom Het kan voorkomen, dat de gegekomen, dat een patiënt met heele uitscheidingsfunctie in het een streng dieet, die nu en dan lichaam in de war is; dat dit als eens zondigt, er minder goed het ware met zijn vocht en zoutaan toe is dan een ander, verdeeling geen raad weet. aan wien men wat meer heeft Alles wat men onder „meraantoegestaan, maar die er zich doeningen” kan samenvatten dan ook strikt aan houdt en hangt daar nauw mee samen. J bereid is aan een voorkomende In zulke gevallen kan het van verleiding glimlachend het groot nut, zelfs levenreddend hoofd te bieden. zijn, zich een tijd lang van alle ,1 Dieet (zoutloos). Zout is een zout te onthouden, zooals dit voor het lichaam onontbeerlijke dan ook in de geneeskunde ve- j stof. Ook wie geheel „zoutloos” lerzijds wordt toegepast. Dikte Dikte Moderne richtingen meenen,dat tal van andere ziekten (o.a. ook longtuberculose) gunstig beïnvloed of genezen kunnen worden door een zoutloos dieet. (Terloops zij opgemerkt, dat het succes met deze methode ongedwongen ook nog op andere wijze begrijpelijk wordt, voor wie de verrassende werking van elke ingrijpende dieetverandering heeft leeren kennen). Zeker is het, dat het lichaam door een zoutloos dieet tijdelijk van een zekere inspanning ontheven wordt. Voor een zekere groep menschen beteekent zout (keukenzout) een abstracte combinatie van chloorgas en bijtend natrium. En als zoodanig dunkt hun elk zoutgebruik een moedwillige vergiftiging. Een polemiek tegen deze interessante opvatting is hier niet op zijn plaats. Men bedenke slechts dat met dezelfde letters een onnoozel verhaaltje en een wijsgeerige verhandeling geschreven kunnen worden. Dikte. Aan het begrip dikte zijn eenige andere onafschei- i denlijk verbonden, zooal sslan- : ke lijn, vermageringskuur enz. 1 Wanneer iemand klaagt over , zijn dikte, kan dit bijv. zijn 1 vanwege zijn gestoord schoon- 1 heidsgevoel, of vanwege de j bewegingsbelemmering, die er I t het gevolg van is, of ook : vanwege het werkelijke ge■ voel van te dik te zijn, d.w.z. • dat men er zich slap, krachteloos, moe door voelt. : Waarom is de een dikker dan de ander ? Ten eerste weet men algemeen wel, dat een paar dikke ouders zelden magere kinderen krijgen of omgekeerd gezegd, dat dikke menschen meestal wel weten, waar in hun naéiste familie lotgenooten zijn of waren. Daarnaast heeft men echter aan iets anders te denken, dat van belang is om door dikke menschen overdacht te worden, met name door hen, die zonder meer mager wenschen te worden. Er bestaat een parallellisme tusschen de lichaamsgestalte en bepaalde zielseigenschappen van een persoon. Inderdaad slechts bepaalde zielseigenschappen, namelijk diegene, die men samenvat onder het woord „temperament” (voor nadere bijzonderheden over temperament zie éildaar). Dit parallellisme is al heel lang bekend. Met name vindt men het terug in het voortreffelijke boek van Carus: „Symbolik der menschlichen Gestalt”. In den nieuweren tijd gaan de gedachten, uitgesproken in „Körperbau und Charakter” door Kretschméir, Dikte Diphtheritis in dezelfde richting. Zoo is moeten afwachten. Een werde dikke mensch in den kelijk gerechtvaardigde verzegel behept met het fleg- magering is volgens de matische temperament, d.w.z. beschreven opvatting slechts dat in aanleg de grondtoon van mogelijk, wanneer de persoon, zijn karakter wordt gevormd wat zijn temperament betreft, door een zekere gemoedelijke een ,,ander mensch wordt, traagheid, door de gewoonte Een geluk is het, dat in dit om de indrukken van de bui- opzicht de natuur den mensch tenwereld niet boven een be- nog krachtig onder zijn leiding paalde mate op zich te laten heeft en niet omgekeerd. Dit inwerken, door het zich graag moge een yoorloopige wenk gemakkelijk maken van op- zijn voor diegenen, die zich gaven. Bovenal zijn „gezel- zoo onrechtvaardig behandeld lige menschen” meestal aan voelen naast hun platlijvige den dikken kant. De uitdruk- vrienden. king „lui, dik en lekker” is Diphtheritis. Begrijpelijdaardoor eenigszins begrijpe- kerwijze is diphtheritis1 die lijk. (Niemand hoeft zich door kinderziekte, die het minst deze beschrijving getroffen te graag gezien en gehoord wordt, voelen, er zijn altijd uitzon- want af gezien van het feit, deringen). dat deze ziekte op zichzelf veel Waar nu het verband tusschen gevaarlijker is dan de andere temperament en lichaam zeer kinderziekten door haar neiinnig is, is het te begrijpen, ging om hart en andere spieren dat de vraag, waarom bij gelijke aan te tasten( verlammingen) en voeding de een dik wordt, de zoodoende een betrekkelijk ander niet, ook hierdoor al- hoog sterftecijfer te vertoonen, thans ten deele is opgelost. En is zij tevens gezeteld op een ware de wereld er niet op uit plaats, waar de subjektieve om nog slechts een bepaalde klachten, d.w.z. hinder en pijn, slanke lijn als norm voor een veel gauwer zullen moeten goed figuur te kunnen zien, optreden. De wetenschappezoo zou zij integendeel op lijke naam „angina diphthenkunstmatige wijze vermagerde tica” wijst er al op, dat inen flegmatici als een disharmonie met een ontsteking te doen moeten aanvoelen. Zoo was heeft, die uitgaat van de keelhet eens. Wanneer het zoover amandelen en hun directe omweer eens komt, zal men geving. Diphtheritis Diphtheritis Karakteristiek is het witte, vast zittende beslag aldaar, de zoetige ademlucht der patiënten, de sterke zwelling van de klieren (lymphklieren) achter den kaakhoek en aan den hals en de betrekkelijk geringe koorts daarbij. Meestal spreekt men van twee typen van diphtheritis-patiëntjes: diegenen, die hooger koorts hebben en meer pijn, lastig zijn enz. en de anderen, die stil in hun bedje zitten, meer suffig zijn en zich erg zoet gedragen. Toch is de laatste vorm ernstiger, men moet daar meer op zijn hoede zijn. Het gaat erom, dat in het lichaam een zwaar vergif ontstaat, waaraan in het tweede geval minder weerstand wordt geboden. Dat dit vergif door z.g. diphtherie-bacillen wordt gemaakt, waarnaar de arts voor de diagnose onmiddellijk zoekt, is voorloopig van minder belang. De in het algemeen meest gevreesde plotselinge complicatie is die van de zijde van 1 het strottenhoofd. De stem- : spleet, die door de stembanden 1 gevormd wordt, is zeer nauw 1 en als daar een uitgebreid < beslag („vellen”) ontstaat, kan ; deze verstopt raken; dan ont- 1 staan de bekende beruchte « croupaanvallen, aanvallen van ] verstikkingshoest, waarbij het c , leven bedreigd wordt en soms , als eenig redmiddel een opening • in de luchtpijp onder het strot1 tenhoofd gemaakt moetworden ■ (zie ook bij luchtpijpsnede en 1 bij pseudocroup). ■ De incubatietijd van diph; theritis is drie è vijf dagen; 1 de ziekte zelf duurt 10—14 dagen. Een langdurig naherstel is vaak noodig. Men zoekt de hoofdwijze van behandeling in het toedienen van een antiserum d.w.z. een bloedserum, dat een tegengif bevat tegen het diphtheritisgif, waarvan boven sprake is geweest. Dit tegenserum wordt verkregen van paarden, die men langzamerhand tegen het diphtheritisgif heeft geïmmuniseerd (zie immuniteit). Bovendien poogt men de ziekte te voorkomen door inenting met zeer kleine hoeveelheden diphtheritis- vergif. Er dient op gewezen, dat men met de toediening van een antiserum het vraagstuk van de genezing van het werkelijke ziekteproces nog niet heeft opgelost. Deze zou er in bestaan, het lichaam gedurende de ziekte in staat te stellen zichzelf voldoende te kunnen verweren tegen de indringende gifstoffen. Er zijn menschen, die zonder diphtheritis te hebben, toch Dissimulatie Doofheid bacillen met zich mee dragen ' in hun neusholte. Zoodoende < kunnen anderen, die vatbaar 1 zijn, door schijnbaar gezonde < personen aangestoken worden. Dit zijn z.g. bacillendragers (zie aldaar). Diphtheritis komt voornamelijk bij kinderen onder het 15de jaar voor. Boven het 25ste is de ziekte zeldzaam. Heeft iemand eenmaal diphtheritis gehad, dan is hij er voor zijn geheele verdere leven voor gevrijwaard. Dissimulatie. Men spreekt van dissimulatie (het omgekeerde van simulatie), indien een patiënt symptomen zijner ziekte moedwillig verbergt. Praktisch wordt dit woord alleen gebruikt in de psychiatrie. Het komt voor, dat personen in hun denken, voelen of willen, abnormaliteiten vertoonen, waarvoor zij in een ziekenhuis worden verpleegd, maar die daarnaast nog voldoende oordeelsvermogen bezitten om zich, althans tijdelijk en in speciale omstandigheden, b.v. in het bijzijn van den dokter in zooverre te beheerschen en de bedoelde abnormale verschijnselen te onderdrukken, dat men oogenschijnlijk geen afwijkingen kan bespeuren. Het kan b.v. voorkomen, dat een patiënt aan een of anderen ,,waan” lijdt; zoodra hij nu ontdekt, dat de omgeving met zijn voorstellingswereld absoluut niet meegaat en hij gevaar loopt overal in botsing te komen, is het zeer wel mogelijk, dat hij het heele waansysteem „dissimuleert”, dat wil dus zeggen als hij (er met anderen over sprekend) doet, alsof het voor hem niet meer bestaat, c.q. dat hij het ook als abnormaal beschouwt. Op zichzelf kunnen de ziekelijke denkbeelden met onverminderde kracht voortbestaan en het is slechts om zijn socialen toestand te redden, dat de patiënt de zaak zoo doet voorkomen. Het ligt voor de hand, dat het opsporen van dissimulatie soms uiterst moeilijk is, veel moeilijker dan het ontmaskeren van simuleerende patiënten (die een ziekte voorwenden). Doofheid. Hooren is een zeer ingewikkeld proces. Weten we, dat voor het opvangen der luchtbewegingen een vrije doorgang tot een goed-werkend trommelvlies, middenoor en binnenoor (slakkenhuis) noodig is, benevens goed ge■ bouwde hersenen 1 Zoodoende zijn er vijf moge. lijkheden gegeven voor een Doofheid Doorlichten storing n! het totale proces, king van het binnenoor), waarDagelyfcs worden er menschen bij bovendien het aanhoudend doof door een „prop , die den oorsuizen een hinderlijk begegehoorgang afsluit (ooren- leidend symptoom is. Op jeue- X2?’ ar,d°M den I digen leeftijd komen binnenoordokter gemakkelijk uit te aandoeningen gelukkig zelden spuiten is. Er wordt terloops voor. Men weet, dat aangeboren op gewezen, dat men nooit of in de eerste levensjaren opmet een opgerold watje, hand- tredende doofheid tevens tot doekpuntje, stokje of lepeltje stomheid leidt. Tenslotte komt °hLnh°0n mag maken> het voor> dat menschen metgeïn H, 1 WCmig mee Ult heel goed ingerichte gehoororen duwt meer mee naar binnen, ganenniet „hooren”. Zij hooren vanzfiefh°°Fpang ^nlgt “ch wel het «eIuid> maar herkennen f' / ?• • “ddenooront‘ het niet, ook niet het gesproken kan agltiidCr>V °°rontstet\inZ)\™>in- der ziekte te constateeren of (zie aldaar) 200 er van een werkelijke hondsbetrekkelijk lang is (4 weken dolheid sprake is. Juist in ver- Ond»r'U CA 4.. , • . band met te nemen maatregelen Onder het hoofdstuk inenting en de voorspelling ten aanzien is geschreven over de mogelijk- van gebeten personen, is deze heid personen een weerstand maatregel van zoo groot bete bezorgen tegenover bepaalde lang. r\ . . Hoofdpyii. Hoofdpijn is een Ook bij de hondsdolheid heeft zoo veelvuldig voorkomende !lee",ef 0f WCten tC be' klacht of kwaaI> dat men langimLhCtt rUggemerg van zamerhand bijna vergeten is geïnfecteerde konijnen), waar- haar als een ziekte te beschoumee men na 1 è 2 weken een wen. Het spreekt van zelf, dat rijwe zekere onvatbaarheid wanneer men hoofdpijn heeft, Hoofdpijn Hoofdpijn er in het hoofd, in de hersenen I werpen half, zwarte vlekken iets niet in orde is. Het moge voor hun oogen enz. Na enkele een onschuldige ziekte zijn, dat minuten tot een half uur toe, men dit vergeet, blijkt o.a. uit verdwijnt dit weer en kort het feit, dat men tegenwoordig daarop komt de hoofdpijn pas een geneesmiddel dan alleen opzetten, veelal gepaard met als een hoofdpijnmiddel wenscht misselijkheid. De echte mite beschouwen, wanneer het graine is halfzijdig (migraine — een verdoovende werking uit- hemicrania). De aanvallen kooefent. Dat er werkelijk een men vaak jarenlang, ja soms middel zou kunnen bestaan, het geheele leven geregeld terug. dat hoofdpijn geneest, dat dus De ziekte is nogal eens famiden afwijkenden toestand, die in liair. De meeste van deze perhet lichaam daarbij optreedt, sonen weten, zooals zoo vaalt, weer in orde zou brengen, die zelf het allerbeste wat zij er hoop heeft men blijkbaar op- tegen kunnen doen. HoofdzaaK gegeven. is altijd het vermijden van licht, Het spreekt vanzelf, dat iemand geluid enz. enz. Dikwijls geeft vrij moet zijn, zijn hoofdpijn een kop sterke koffieverlichtmg. met aspirine te blijven bestrij- Het komt dikwijls voor, dat den. De echte migraine-lijder zal iemand zoo nu en dan hoofdop den duur toch naar iets blij- pijn heeft. Dit hoeft nog geen vends en afdoends verlangen, migraine te zijn. Vele menschen Zorgvuldig dient men bij ieder die hieraan lijden, ook de echte geval van hoofdpijn in het oog migrainelijders, weten wel een te houden, dat deze toestand betrekkelijke oorzaak van een als een op zich zelf staande kan aanval aan te geven; psychi- optreden, zooals b.v. de hoofd- sche emoties, gebrek aan actipijnaanvallen van de chroni-1 viteit spelen dikwijls een groote sche migrainelijders,datzij daar- rol (migraine-aanval op Zonentegen ook het symptoom kan I dagochtend 1). zijn van een andere al of niet Als verschijnsel gaat zooals gereeds aan den dag getreden zegd, hoofdpijn aan vele ziekziekte. De echte migraine-aan- ten vooraf. Bij griep en verval wordt als regel voorafge- koudheid, bij trouwens vele gaan door een toestand, waar- koortsige ziekten, in de weken bij het gezichtsveld gedeelte- voor het uitbreken van een lijk gestoord of zelfs verdwe- buiktyphus, bij een groot aannen is. De personen zien voor-[tal gelukkig zeldzame hersen- Huisapotheek Huwelijk een goede wondreactie. Men 12. Een flink scherpe verbandmoet vooral een fleschje met schaar. wijde stop nemen, omdat het 13. Een fleschje 5 pCt. joodin den winter een zeer taai tinctuur, o.a. goed voor het aangoedje is. stippen van de vele onbedui- 6. Voor tal van zaken is zuivere dende huidschrammetjes, die vaseline een universeel middel, men in den loop van den dag Als men het niet inwendig ge- op kan loopen. bruikt als glijmiddel bij verstop- 14. Een paar vingers van oude ping, dan is het bij tal van ge- zwart-garen handschoenen om nezende wonden bruikbaar.Ver- over verbonden vingers te drader voor een niet-klevend gaas- gen. verbandje, of bij springende lip- IS* Een Paar driekanten doeken pen en handen of dichtplak- (zie bij verbandleer). kende oograndjes, bij ontstoken 16. Een groote hoeveelheid veioogleden en ten slotte een uit- ligheidsspelden. komst voor veel kinderen en Huwelijk (Onderzoek voor moeders bij het rectaal aanleg- het). Het is te begrijpen dat er gen van den thermometer. steeds weer stemmen opgaan, 7 Boorwater, in 2-percentige steeds weer van vele zijden geoplossing, vooral geschikt voor maand wordt om toch nooit oogwatjes (roode oogen, na stof- zonder medisch overleg een hufige dagen) en voor allerlei welijk aan te gaan. Er zijn zoovochtige compressen, vooral in veel huwelijken van den aande buurt van het gelaat. vang af een bron van teleurstel- 8. EenfleschjeAmmonialiquida, ling en ellende geweest, alleen speciaal voor steken van bij of doordat een van de partijen of wesp, ook geschikt om aan te ook beide niet tot dien stap gelaten ruiken door flauw geval- reed of er in ’t geheel met voor len personen. geschikt was, dat men de even- 9. Talkpoeder (speksteenpoeder) tueele wenschelijkheid van een voor het bepoederen van ge- stelselmatig onderzoek in dien irriteerde lichaamsdeelen, jeu- zin vóór het huwelijk ernstig kende huidplekken, na verbran- onder de oogen moet zien. ding door de zon enz. Niettemin zit er veel aan dat 10. Brandwindsels, meerdere, vraagstuk vast. Uit meerdere 10 cm breed, vooral in huisge- overwegingen kan een huwelijlc met kleine kinderen. ontraden worden. Ten eerste 11. Een splinterpincette. kan iemand met gezond zijn, Huwelijk Huwelijk en in de eerste plaats komen niet weten of beseffen. Het is hier de geslachtsziekten in aan- goed, als personen die onder merking. Waarschijnlijk zal in zulke omstandigheden verkeezoo’n geval wel steeds aan den ren hun schroom (die in zulke betreffende, indien hij nog niet gevallen meestal sterk is) overgeheel genezen is, het huwelijk winnen en zich van te voren volstrekt ontraden worden. In laten inlichten. Zeer dikwijls den regel (niet altijd helaas) is valt er wel degelijk nog wat te iemand in zoo’n geval zelf wel verhelpen; moet dit eerst gevan zijn eigen kwaal en de ge- schieden nadat men eerst zelf varen op de hoogte, zal hij dus langen tijd met het vraagstuk zelf vrijwillig die vraag aan den „gezeten” heeft, dan had men arts stellen. voor veej droefheid gespaard Evenzoo zullen personen met kunnen blijven. Evenzoo moet een of andere ziekte in ’t ver- den jongen man, die zich zelf leden (longtuberculose) of in ’t volkomen onwetend „weet” heden (suikerziekte) of uit een sterk geraden worden ronduit familie met andere ziekten, zijn noodzakelijke voorlichting waarbij zich een bepaalde erfe- bij zijn dokter te verwerven, lijkheid doet gelden, met een Geheel anders staan weer de soortgelijke vraag voor den dag zaken daar, waar de personen komen. Het antwoord zal dan zich van ziels- of geestelijk geheel naar de omstandighe- oogpunt niet met het huwelijksden gegeven moeten worden, leven kunnen vereenigen. Het Een vaste regel is ondenk- komt voor, dat de behoeften en baar en ongewenscht. Gezonde verwachtingen van twee menouders kunnen zwakke kinde- schen zoo uiteenloopen, dat een ren krijgen en omgekeerd, samengaan al spoedig onhoudZijn jonge menschen er nooit baar blijkt. Dit leidt vaak tot toe gekomen of in de gelegen- een scheiding, die bij de kathoheid geweest met ouders of ver- lieken de toestemming der zorgers of wie dan ook over het kerkelijke overheid eischt onder huwelijk en wat dat met zich beding, dat tijdens het leven brengt te spreken, dan komt er van de echtgenooten geen een geheel nieuwe mogelijkheid nieuw huwelijk, door een van van vergissingen; er zijn per- beide partijen gesloten mag sonen die lichamelijk niet of worden, niet zonder meer voor het hu- Ten slotte gaat het in het menwelyk geschikt zijn en dit zelf schenleven niet om een schema, Hygiëne maar om werkelijke ervaring en die moet vaak duur gekocht worden. Evenzoo zou de vrouw, die met een man trouwt, die zich als een misdadiger ontpopt, zich daartegen niet door een onderzoek voor het huwelijk hebben kunnen vrijwaren. Slechts daar waar menschen zelf uit vrijen wil raad en inlichtingen wenschen, is men gerechtigd die te geven. Hygiëne. Toen in ’t midden der vorige eeuw door de ontdekking van Pasteur (de bacteriën) den menschen eentotopdat oogenblik onzichtbare wereld werd kenbaar gemaakt, werd een tijdperk ingeluid, dat men, vanuit een bepaald gezichtspunt althans, als uiterst hygiënisch kan beschrijven. Het ligt voor de hand dat onze huidige begripswereld een tijd, waarin de chirurg vóór een operatie zijn schoone jas uit- en zijn vuile jas aantrok, onhygiënisch noemt. Het is in overeenstemming met de tegenwoordige begrippen van de waarde van frissche lucht, zindelijkheid, steriliteit, enz. dat ook buiten het strikt-medische gebied in de hoedanigheid onzer kleeren, de bereidingswijze van ons voedsel, in den bouw van onze woningen, het ideaal van „zoo hygiënisch mogelijk’' leeft. Hygiëne Wie meent, dat deze vooruitgang slechts te wijten is aan onze inzichten op het gebied van bacteriënleer, infectiegevaren en wat dies meer zij, vergist zich echter. Het Romeinsche, het Grieksche en vooral het Egyptische cultuurtijdperk hebben een hygiëne gekend, die voor de onze niet onder hoefde te doen, zonder toch iets van begrippen als antiseptisch en aseptisch (zie aldaar) te weten. In één enkel opzicht verschilde de hygiëne van dien tijd echter van de onze: zeer zeker maakten de ethische en aesthetische opvattingen van dien tijd, dat hygiënische regelen evenzeer voor het geestelijke leven als voor het materieele leven golden. Voor de gezonde instandhouding van het lichamelijke leven gelden speciale wetten. Deze door te voeren is één van de opgaven van de hygiëne. Het ziele- en geestesleven van den huidigen mensch kent ook wetten, die talrijker, ingewikkelder en belangrijker zijn, ook tegen deze wetten kan men zondigen, men kan op een dergelijke wijze evenzeer van een „zielehygiëne” spreken. Men is ervan overtuigd, dat sport en lichaamsbeweging onmisbaar zijn voor een hygiënische opvoeding en vraagt niet wat een te snelle en te vroege Idiosyncrasie Immuniteit Idiosyncrasie. Indien menschen overgevoelig zijn voor bepaalde minerale stoffen, zooals jodium, broom, aspirine enz., dan spreekt men van idiosyncrasie. Van jodiumpreparaten plegen dezulken verkouden te worden, van broomverbindingen puistjes te krijgen, aspirine kan een netelroosachtig uitslag verwekken. Er is hier dus sprake van een aangeboren overgevoeligheid, een groot verschil met de z.g. verworven overgevoeligheid (zie hierover bij anaphylaxie). Immuniteit. Immuniteit beteekent: ongevoeligheid; men bedoelt er in ’t algemeen mee: tegenover van buitenaf komende infecties. Als iemand immuun is tegenover b.v. pokken, beteekent dit, dat hij geen pokken kan krijgen. Men kent een aangeboren en een verworven immuniteit. Het is bekend, dat iemand, die eenmaal typhus gehad heeft of pokken, deze ziekte geen tweede maal krijgt. Zijn immuniteit is dus (door het doormaken van een ziekte) verworven. Hetzelfde geldt voor vele infectieziekten, echter niet voor alle evenzeer; meermalen mazelen krijgen komt b.v. wel eens voor. Van een aangeboren immuniteit kan men spreken, indien iemand een infectieziekte niet krijgt, hoewel hij er herhaaldelijk aan blootgesteld wordt. Het is duidelijk, dat hier vele problemen rijzen; het kan zijn dat pas na jaren zoo iemand de bewuste ziekte ook zelf krijgt. Is dan zijn aangeboren immuniteit van vroeger verloren gegaan? En waardoor? Men stelt zich voor, dat de weerstand tegenover infecties zetelt in het bloed, dat z.g. tegenstoffen zou bevatten, die de indringende ziektekiemen kunnen vernietigen. Men neemt dus ook aan, dat tijdens het doormaken van een infectieziekte tegenstoffen worden gevormd in het bloedserum, die dan de latere immuniteit van het verdere leven waarborgen. Hierop berust de vervaardiging van tegen-sera, waarbij men dieren zoodanig inent, dat zij langzamerhand immuun worden tegen de kiemen of stoffen, waarmee men inent. (Zie ook bij inenting en bij serumbehandeling). Ingeval men nu een persoon ongevoelig, onvatbaar wil maken, door hemzelf de tegenstoffen (langs den weg van inenting) te laten maken, spreekt men van aktieve immunisatie, of aktieve onvatbaarmaking. Ingeval men iemand inspuit met het bloedserum van (door inenting) onvatbaar gemaakte dieren, spreekt men op dezelfde Impotentie Inenting wijze van passieve immunisa- selen. Deze incubatietijd is voor tie. _ de verschillende ziekten zeer Impotentie. Impotentie be- uiteenloopend. In ’t algemeen teekent: onmacht. Men kan het geldt de regel, dat ernstige ziekwoord in die beteekenis op vele ten en korteren incubatietijd gebieden gebruiken; hier is be- hebben dan een onschuldige, doeld op sexueel gebied. De Een uitzondering op dezen reimpotentie, de onmacht dus gel vormen echter zeer chroom sexueel verkeer te hebben nisch verloopende ziekten, zoomoet men scherp onderschei- als b.v. de lepra (melaatschheid) den van de steriliteit, die op waarbij de incubatietijd een jaar de mogelijkheid van een be- en meer kan zijn. vruchting slaat. De impotentie Gemiddeld is de incubatietijd behoort dus in de eerste plaats van: thuis in het gebied van de psy- Roodvonk 4 dagen chiatrie. De gevallen, waarin een Diphtheritis 2—5 dagen lichamelijke afwijking tot im- Mazelen ± 12 dagen potentie aanleiding geeft (aan- Kinkhoest 2—3 weken geboren afwijkingen der ge- Waterpokken ± 2 weken slachtsorganen) zijn zeldzaam. Buiktyphus 1—2 weken Psychische impotentie komt veel Bof 2—3 weken meer voor, soms tijdelijk ten- Inenting. Bij inenting of gevolge van een min of meer vaccinatie beoogt men, door groote disharmonie der ziele- inbrengen in het lichaam van krachten, soms het geheele le- kleine hoeveelheden van een ven bestaande ten gevolge van ziekte-verwekkende „stof”, de een constante verschuiving van betreffende persoon die ziekte die krachten binnen de spheer in lichten graad te laten doorvan het geslachtsleven. maken (resp. de werking der Incubatie. Onder den incu- ingebrachte vergiften in verbatietijd van een infectieziekte zwakten vorm te ondergaan), verstaat men den tijd, die ver- en daarmee dan gedurende een loopt tusschen het oogenblik korteren of langeren tijd een van het inwerken der ziekte- onvatbaarheid voor de ziekte te makende oorzaak (b.v. het be- bereiken, waartegen men aldus zoek bij iemand, die aan een be- ingeënt is (resp. ongevoeligheid smettelijke ziekte lijdt, het zak- voor een bepaald gif heeft verken door het ijs) en het optre- kregen). Meestal zijn dezejstoffen den der eerste ziekteverschijn- dus óf bacteriën (die men door een Inenting Inenting kunstmatige behandeling minder kunstmatig en systematisch vergevaarlijk gemaakt, verzwakt öf wekken. ook gedood heeft) óf vergiften Zoo overtuigend waren de ge(hetzij uit bacteriën bereid of el- volgen van de aldus ingevoerde ders gewonnen, b.v. uit slangen- ,,koepok-inenting”, dat er zelfs gif) die eveneens daartoe natuur- een indirecte dwang tot inenlijk vooraf een bewerking onder- ting werd ingevoerd met dien gaan. Men stelt zich voor, dat verstande, dat voor toelating door het zich verweren van het tot openbare scholen en instilichaam tegen de infectie of tuten een bewijs van vaccinatie vergiften z.g. tegenstoffen ge- verplicht werd. Sindsdien vervormd worden, die een latere dwenen de pokkenepidemieën, infectie van denzelfden aard die vroeger alom zoo geveesd geheel zullen kunnen afweren waren. of haar tenminste een onschul- Jarenlang kon dit zoo blijven, dig verloop kunnen laten heb- doordat de inenting steeds ^onben> gevaarlijk bleek. De laatste ja- Vanouds bekend is de inenting ren kwamen echter gevallen tegen de pokken, voor het eerst voor, waarbij kinderen (ook voldoor Jenner voor meer dan wassenen) kort na de inenting honderd jaren in Schotland toe- stierven aan een ontsteking in gepast. Hij ontdekte, dat de de hersenen. Een groot debat melkmeisjes bij pokkenepide- ontstond over geheel Europa, of mieën verschoond bleven; hij men het recht had om nu nog merkte echter op, dat ze door het den dwang op de inenting vol te melken vaak pokken aan de han- houden. Immers, zoo zeiden de den kregen, de z.g. koepokken voorstanders, opgeven van dien (die op de uiers van de koe voor- dwang beteekent waarschijnkomen). Alhoewel koepokken en lijk het terugkomen der vroemenschenpokken niet dezelfde gere epidemieën. Wat gaat voor, ziekten zijn, bleek het door- de enkeling of de massa? maken der eerste ziekte dus Tenslotteisde,,inentingsdwang toch een „langdurige” onge- verzacht, ten deele opgeheven voeligheid voor de tweede met en men laat de beslissing dan zich mee te brengen. Door het over aan de personen zelf of de brengen van „koepokstof” op ouders der kinderen, krasjes in de huid van den Met den tijd verandert de mensch, kan men op een een- mensch; ook zijn gewoonten voudige manier de koepokken veranderen; ook de wetten van Jicht Jicht zwelling van dat gewricht, koorts en algemeen gevoel van ziek zijn („aanval van podagra”). Na den aanval, die eenige uren duurt, voelen de patiënten zich vrij veel beter. Aangezien daarna de uitscheiding van urinezuur versterkt is, en jicht in ’t algemeen gekenmerkt wordt door een langzame ophooping van die stof in ’t lichaam, kan men den aanval als een soort tijdelijk genezingsproces beschouwen (zie ook bij koorts). Het urinezuur hoopt zich met voorliefde op in de gewrichten, vooral inde kleine hand- en voetgewrichtjes het eerst. Deze verstijven daardoor geleidelijk —ook verschijnen er knobbeltjes van (urinezuur-ophoopingen) aan de ooren, aan den elleboog enz. Op den duur worden als regel de nieren aangetast en wordt ook indirekt het hart bij de processen betrokken. De verstijving en de pijnlijke aanvallen, misschien ook een nog diepere oorzaak, die met het wezen der ziekte samenhangt, maken den jichtlijder gewoonlijk tot een prikkelbaar norsch mensch. (Een treffend type is geschilderd in „De kleine Lord”: de oude grootvader). Jicht is in Holland een zeldzame ziekte. De leek betitelt veel te veel gewrichtspijnen en -verstijvingen met jicht. In Engeland komt de ziekte meer voor (behalve door ’t klimaat en het vele vleescheten, misschien ook door een voorbeschikt-zijn tengevolge van de Engelsche mentaliteit?) 11 Kanker Kanker Kanker. Onder kanker verstaat men een kwaadaardige woekering van het weefsel van een bepaald orgaan (zie ook bij gezwellen). Echter is feitelijk niet alle kwaadaardige weefselwoekering kanker (carcinoom) in den eigenlijken zin. Op z’n plaats is dit woord daar, waar men met klier-, huid- of darmweefsel, of afleidingen daarvan te doen heeft. Gezwellen van het „tusschenweefsel” (bindweefsel) van de spieren, het beenderstelsel enz. noemt men, als zij kwaadaardig worden: sarkomen. Carcinoom, kanker, komt meer voor dan de tweede soort. Volgens den zetel spreekt men van huid-, tong-, slokdarm-, maag-, borst-, baarmoederkanker, enz. Waar kanker aan de oppervlakte verschijnt, (dus ook in ’t darmkanaal, in de baarmoeder) vertoont het door zijn neiging tot verval zweervorming. Kankerachtige zweren scheiden veel vocht af, bloeden licht en verbreiden een onaangename lucht. Het woekeren der weefsels geschiedt onbegrensd; toch zou dit nog niet onmiddellijk de ernst der ziekte beteekenen, als er niet nog een veel onheilspellender neiging bij kwam, n.1. het vormen van z.g. dochtergezwellen op afstand. Bij kanker (car¬ cinoom dus) verspreiden de woekerende cellen zich langs de lymphwegen, bij sarkomen met het bloed (in ’t algemeen ten minste). Van vele plaatsen in ’t lichaam waar kanker kan voorkomen kent men ook de plaatsen, waar bij voorkeur dergelijke dochtergezwellen (metastasen) optreden. Voor een groot deel van het darmkanaal en andere buikorganen is dit b.v. de lever, (zelfstandige leverkanker is zeer zeldzaam). Bij het groeien van de gezwellen (tumoren) om zenuwen kunnen zij de oorzaak van heftige pijnen zijn. Daarnaast onttrekt een woekerend gezwel om zoo te zeggen aan ’t overige lichaam alle levenskracht, dit slinkt zienderoogen weg. Door de snelle vertakkingen in de omgeving is de eerste,,haard’ ’ alleen in ’t allereerste begin nog operatief geheel te verwijderen. De kans van opnieuw uitgroeien van achtergebleven stukjes blijft groot (recidief). Bij dit alles valt het niet te verwonderen, dat het woord kanker alleen al voor menigeen een schrikbeeld beteekent. Hoewel het een ziekte is van den tateren leeftijd (boven 45 jaar komen de meeste gevallen voor) is met zekerheid geen leeftijd gevrijwaard. De sarkomen treden daarbij weer meer bij jongere Kater Kauwen menschen op, zijn echter zooals gezegd zeldzamer. Even hardnekkig als de tumor zich tracht uit te breiden, even hardnekkig zoekt de menschheid sedert jaren naar een geneesmethode tegen deze ziekte. Ondanks alle successen op bestralingsgebied (zie bij Röntgenstralen en bij Radium) en de vele andere praeparaten, is er nog geen middel ontdekt, dat de wereld heeft kunnen overtuigen. In hoofdzaak komt dit hierdoor, dat men van het wezen der ziekte nog zoo weinig weet. En zoolang men de oorzaak van de ziekte op de plaats van het gezwel zelf blijft zoeken, zal altijd de tegenvraag moeten blijven bestaan: is het niet denkbaar, dat men het begin der woekering niet moet beschouwen als het begin eener ziekte, doch veel eerder als het tragisch eind van een reeds jarenlang werkend proces ? En bestaat dan de mogelijkheid misschien een stadium te ontdekken, waar men met overzichtelijker middelen (dan thans noodzakelijk zijn) tot een meer oorzakelijke therapie kan komen? Kater. De opgewonden (later eventueel in een roes overgaande) stemming van den drinker berust op een langzame vergiftiging zoowel van het zenuw-, als van het bloedvaatstelsel en van de inwendige organen. Men kan deze vergiftiging het best als een soort verlamming beschrijven. Is het gif „uitgewerkt”, dan zullen dus over het geheele lichaam de functies weer op gang moeten komen. In tegenstelling met het ontwaken uit een gezonden slaap, waarbij men om zoo te zeggen „in een hersteld lichaam terugkomt”, zal het ontwaken dus bestaan in een zeer langzame opleving, men zou kunnen zeggen met „tegenzin”. Hoofdpijn en misselijkheid zijn de voornaamste symptomen naast een groote dofheid in ’t hoofd. Het aanzetten van de inwendige orgaan-stofwisseling versnelt het herstelproces. Vandaar dat frissche lucht, het eten van sterk smakende, gekruide dingen (de zure haring 1) dit bevorderen kunnen. Kauwen. Men heeft veel gesproken en gedacht over den tijd, die noodig is om het eten voldoende te kauwen. Het gaat er om, dat in den mond het voedsel verkleind en intensief met speeksel vermengd wordt. Dit laatste vooral beteekentreeds een flinke schrede op de weg naar een goede vertering; te haastig doorgeslikt eten stelt veel grootere eischen aan de verdere spijs- Kauwgum Keelpijn vertering. Daarnaast beteekent grondig kauwen ook: beter proeven. Ook deze factor is voor de spijsvertering van belang; de afscheiding der sappen in den verderen voedselweg wordt er ten zeerste door beïnvloed. Men behoeft nu niet direct over te gaan tot een algemeen geldende norm: men moet zijn eten32 maal kauwen (, ,Fletscheren”, naar den man, die dat zoo vaststelde); rustig, met aandacht eten en proeven dient daarentegen iedereen zich tot leefregel te maken. Kauwgum. De waarde van ^kauwgum ligt niet zoo zeer in 'den hygiënischen invloed van «e pepermunt op ons tandyleesch. De wijze waarop men met het gezellige spul, nadat de „kracht eruit is” om pleegt te gaan (men moet daartoe de onderkant der stoelzittingen in Amerikaansche bioscopen onderzoeken 1) zou die hygiënische waarde ruimschoots opheffen. Wel is het een feit, dat de speekselvorming door het kauwen zeer beïnvloed wordt en daarom voor sommige patiënten, voor wie een ruime werking der (vooral oor-) speekselklieren gewenscht is (door stuwing in de klier e.d.) van nut kan zijn. Keelontsteking. „Keel” is feitelijk het geheele gebied van de neuskeel-holte, waar deze zich naar beneden voortzet in den slokdarm. Als men iemand dus in den (goed) geopenden mond ziet, kijkt men voorbij de amandelen in de keel. (de Duitscher zegt: in den hals). Een „keelontsteking” is dus voor een „angina” (zie aldaar), waarvoor het woord nog al eens gebruikt wordt, geen goede naam. Bij de chronische katarrh der keelholte van zware rookerszou het woord eerder op z’n plaats zijn. Keelpijn. Feitelijk moet onder keel alleen verstaan worden de streek van den overgang van de mondholte in den slokdarm, speciaal dus tusschen de plaats van de gehemelte-amandelen tot den achterwand van de keelholte, waar men tegenaan ziet als men onder het gehemelte doorkijkt. Beide genoemde plaatsen kunnen aanleiding geven tot keelpijn. De amandelen kunnen ontstoken zijn (rood, al of niet met wit beslag); meestal is ook de omgeving (gehemelte, huig) dan rood en branderig pijnlijk. Slikpijn is er het typische gevolg van. Is de achterwand der neuskeelholte ontstoken, dan uit zich de last daarvan behalve in pijn bij het slikken ook gewoonlijk in een hinderlijke neiging tot schrapen. Deze aandoening komt nog al Keizersnede 329 Kinderziekten eens voor bij zware rookers als ook bij het gebruik van veel sterke drank. De oorzaak kan dieper zitten: in het strottenhoofd aan de stembanden ; practisch spreekt men ook dan nog van keelpijn, hoewel de naam eigenlijk niet meer geldt. Dan wordt de stem als regel min of meer heesch, en treedt er een neiging tot kuchen op. Iedereen heeft daar wel eens last van gehad na veel praten of schreeuwen, vooral in zwaar doorrookte vertrekken. Alle voornoemde aandoeningen kunnen in elkaar overgaan, ,,de keelpijn zakt”. Voor alle drie geldt als verstandigste eerste maatregel: zoo min mogelijk spreken, niet rooken, geen heete of scherpe (of harde) spijzen. Keizersnede. Onder keizersnede (sectio caesarea) verstaan we de kunstgreep, die een kind doet geboren worden, door het openen van de baarmoeder via de buikholte. Zij is dus een operatie, waarbij de buikholte geopend wordt. Zij is noodig overal daar, waar het kind leeft en niet langs den gewonen weg ter wereld kan komen, meestal doordien het bekken te nauw gebouwd is. Een andere, steeds meer in aanmerking komende reden tot den ingreep, is de omstandigheid, dat de moederkoek (placenta) tijdens de zwangerschap vóór den uitgang der baarmoederholte is gelegen (z.g. placenta praevia). Belangrijk is, dat de grandioze operatie-techniek van den laatsten tijd bedoelden ingreep minder gevaarlijk heeft doen worden dan andere manipulaties, die uitgedacht waren voor de voornoemde abnormale omstandigheden. Onnoodig te zeggen, dat deze operatie reeds aan ontelbare kinderen (en moeders) het leven heeft gered. Kiespijn. Wat kan men tegen een „zeere kies” al niet doen? Aanstippen met jodiumtinctuur, absolute alcohol; een watje met chloroform (wie heeft dat in huis tegenwoordig?), alle helpen zij slechts zeer tijdelijk. Als er een dikke kaak bij is, drale men voor z’n eigen bestwil geen oogenblik met naar den (tand) arts te gaan ! In afwachting kan men dan spoelen met heete kamillenthee. De tandarts onderscheidt spontane kiespijn van die welke bij kou en die welke bij zoet optreedt. Dit staat in verband met het stadium, waarin de kies of tandaandoening verkeert. Bij een ontstoken wortelkanaal is druk op de kies vooral pijnlijk, „een gerezen kiesje”. Kinderziekten. Deze speciale groep van ziekten dankt Kinderziekten Kinderverlamming haar naam aan het feit dat zij nagenoeg uitsluitend in de jeugd optreedt. Al zijn er uitzonderingen (speciaal roodvonk en diphtherie komt een enkelen keer nog wel eens voor op volwassen leeftijd), zij behooren nu eenmaal bij den kindertijd. Men rekent hiertoe mazelen, waterpokken, kinkhoest, bof, diphtherie, roodvonk. Roode hond (op mazelen gelijkend) en de vierde ziekte (op roodvonk gelijkend) spelen slechts een geringe rol. Zij zijn alle opvallend besmettelijk (contagieus) en worden meestal overgebracht door direkte aanraking, d. w. z. dat derden de ziekte niet al te vaak overbrengen. Dit blijkt uit het feit, dat ook voor doktersgezinnen de regel geldt, dat de kinderziekten „binnenkomen” als het oudste kind naar school toegaat. Het gaat onregelmatig toe. Er zijn mazelen-jaren, kinkhoest-winters enz. Men kan zich afvragen, of men tegenover het probleem kinderziekten net zoo moet staan als tegenover de ziekten, die op lateren leeftijd voorkomen. Er is een algemeen overgebleven volksgeloof, dat het goed is voor het kind om een aantal kinderziekten achter den rug te hebben ; goed voor zijn geheele ontwikkeling, als een min of meer noodzakelijk door te maken phase. Hier tegenover kan echter gezegd worden, dat kinderziekten ook gevaren met zich meebrengen en dat b.v. mazelen en kinkhoest nog wel eens longaandoeningen achter zich aansleepen. Wie kinderen waarneemt voor en na een kinderziekte (ouders en paedagogen kunnen dat het beste beoordeelen), wordt vaak getroffen door de „sprong” dien het kind in dien tijd gemaakt heeft. Afgezien van complicaties zijn mazelen, kinkhoest, bof en waterpokken op zich zelf onschuldige ziekten. Het meeste nog waterpokken en bof. Het was de oude garde niet kwalijk te nemen, dat zij, als een kind de mazelen kreeg, de geheele bende meteen tegelijkertijd in de bedstede stopte, dan waren zij er allemaal ineens vanaf. Of daarbij ook iets van bovengenoemd instinkt voorgezeten heeft, is een vraag voor later. Men kan hier slechts de vraag stellen of de opvatting: kinderziekten moeten zoo mogelijk vermeden en voorkomen worden, misschien nog eens een probleem voor de wereld zal zijn. (Zie ook bij Inenting). Kinderverlamming. Kinderverlamming is een terecht gevreesde ziekte, die zooals de naam aanduidt, speciaal bij kin- Kinderverlamming deren voorkomt. (Boven het 20ste jaar is zij zeer zeldzaam). De ziekte treedt vaak op in epidemieën; sporadische gevallen komen echter ook telken jare voor, vooral in de groote steden. In Nederland is er een beruchte epidemie g;eweest in ’t jaar 1912. /Agt} Het hoofdversonijïisér bestaat, zooals de naam zegt, in het optreden van verlammingen. Deze komen niet dadelijk; een paar dag;en van te voren bestaan hoogeer (jtoTte. sufheid, eengevoel van zwaar zfe1£-zijnr‘'BïaKéni nbbfdpijn, pijn maeledematei| zijn geregelde bij-verschijnse-J len. Tot zoover is er niets bijJ1 zonders, elke acute kinderziekte kan zoo beginnen. Echter is een sufheid, en een duidelijke gevoeligheid vooral bij ’t bewegen der armen en beenen van belang, wanneer men weet, dat er andere gevallen in de buurt zijn 1 De verlammingen, die na eenige dagen komen, zijn in ’t begin uitgebreider dan later. Gelukkig is het dikwijls verrassend geweest, hoe weinig er overbleef van de aanvankelijke stoornis. En als na afloop der ziekte verschillende spieren (het zijn voornamelijk de spieren van armen en beenen die geheel of gedeeltelijk onbruikbaar worden), is de hoop nog altijd gerechtvaar- Kinkhoest digd, dat in den loop der volgende twee jaren nog een en ander terecht komt. De ziekte geldt als zeer besmettelfjk. Aangifte is verplicht". De patiënten worden streng gelso-i leerd; vaatwerk enz. moet apart gehouden en ontsmet worden. Broertjes en zusjes* mogen niet naar school. In het lichaam ppncentreert de ziekte zich in het ruggemerg, dat op een zeer speciale plaats ontsteekt. Er treden daardoor verlammingen op van de spieren, welke door zenuwen met het ontstoken deel in verbinding staan. Kinkhoest. De incubatietijd van kinkhoest is lang: twee a drie weken. (In het algemeen is zij langer naarmate de ziekte zelf onschuldig is, tenminste geldt dit voor kinderziekten). "De ziekte is zeer besmettelijk zoolang de hoestbuien er zijn. Men onderscheidt een aantal stadia bij de kinkhoest; eerst een „voorstadium”, soms met lichte koorts, waarin de kinderen erg verkouden zijn, lastig en hangerig. Dan komen de echte welbekende „verstikkende” hoestbuien, vooral’s nachts met het typische gieren en halen en het braken na afloop. Bij de hoestbuien wordt tenslotte meestal veel slijm opgehoest of ook wel gebraakt, van- Kinkhoest Kleeding daar de volksnaam slijmhoest. Soms komt het maar tot enkele buien per etmaal, soms volgen de tientallen aanvallen elkaar snel op. Daar het eten zooals gezegd er dikwijls weer uitgebraakt wordt, pakt een flinke kinkhoest de kinderen nogal aan. Dit, gerekend bij de kans dat er bronchitis en zelfs kleine ontstekingshaardjes in de longen bij kunnen komen, maakt de ziekte niet zoo onschuldig als men gewoonlijk meent. De totale duur wisselt van 3—6 weken. Allengs worden de aanvallen minder en minder zwaar. Nog lang daarna blijven de kinderen, èls ze hoesten, nog op hun „kinkhoestmanier” doorhoesten, met „halen”. Men hoeft dan dus niet aan een herhaling der doorgemaakte kinkhoest te deuken. Vooral als er kort van tevoren een andere kinderziekte (mazelen 1) doorgemaakt is kan het lang duren voor de kinderen er weer geheel bovenop zijn. Het is dan zorg op te passen. Bij mooi weer is het goed als de kinderen, indien zij geen temperatuursverhooging hebben veel in de buitenlucht komen. Bekend is het, hoe gunstig klimaatverandering soms werkt, speciaal berglucht. Daar de aanvallen vooral door een kriebelig gevoel in de keel opgewekt worden is het raadzaam droog voedsel te vermijden, (beschuitjes, koekjes enz.). Tegenwoordig komt de inenting tegen kinkhoest, zoowel voorbehoedend als ook nog kort na het uitbreken der ziekte meer en meer in zwang. Het schijnt dat men de ziekte hierdoor inderdaad kan verkorten. De vele inwendige kinkhoestpreparaten, die in den handel zijn, bevatten ten slotte haast ale bestanddeelen van de zonnedauw (drosera), dat voornamelijk de prikkelbaarheid van het slijmvlies van de luchtwegen zou verminderen. Kippevel. Kippevel treedt op bij snelle huidafkoeling (b.v. verdamping van het water op het natte lichaam na het baden!) Deze veroorzaakt een samentrekking der kleine spiertjes, die de haren kunnen oprichten. Aangezien een dergelijke samentrekking ook door psychische toestanden (vrees) teweeg gebracht kunnen worden, begrijpt men het verband tusschen „kippevel krijgen” en „haren, die te berge rijzen”. Kleeding. Er zijn zeker weinig zaken op hygiënisch gebied, waar de menschen zooveel waarde aan hechten en waar niettemin zooveel uiteenloopende inzichten en meeningen over bestaan als de quaestie Kleeding Kleeding der kleeding. Hier wordt niet bedoeld het nog veel meer omvangrijke hoofdstuk der vrouwenkleeding wat mode en conventie betreft, doch meer dat van de vragen: wat moet men aan onderkleeren dragen (of niet-dragen), moet men met of zonder hoed loopen in den winter enz. Een vasten regel te geven in alle gevallen is ook daarom onmogelijk, omdat de gewoonte en gewenning van jongs af aan er al zooveel toe doet. Iemand, die uit Indië hierheen komt en iemand die uit Groenland komt, zullen zich zeer verschillend kleeden (en gevoelen) in ons klimaat. Wie gewend is is nachts „koud” te slapen, zich altijd met koud water te wasschen zal zich makkelijker aan verschillende temperaturen aanpassen dan degene, die altijd aan en door „centrale” verwarming ge- en verwend is. Veel ouderwetsche menschen zweren bij „wol op ’t lijf”, meer moderne beschouwen dit vaak als een verderfelijk verwennen. Goed is het om te weten, dat de mensch er op aangewezen is, z’n eigen warmtegraad binnen zijn kleeren te handhaven en toch in een voortdurende wisselwerking met de omgevende lucht te staan door de verdamping op de huid. Niets inderdaad vereenigt zoo ideaal deze twee mogelijkheden als wol, wat niet wegneemt, dat het met andere stoffen ook voldoende te bereiken is. Het spreekt ook vanzelf, dat in den winter een heel wat dikkere bedekking daarvoor. noodigisdan in den zomer. Men kan zonder moeite voelen, dat gummi-regenjassen op langere tochten ongezond moeten zijn, omdat ze veel te weinig verdamping toelaten; men transpireert er al gauw danig onder en kan dit niet „verwerken”. Wie te dun gekleed gaat, wordt te veel door de omgevende koude „aangevallen”; er wordt snel warmte aan de huid onttrokken. Dit warmteverlies geI schiedt ten koste van het algeheele weerstandsvermogen en het gevaar voor „kou-vatten” ligt voor de hand. Ook voor wie b.v. in ’s morgens een koude douche nemen met daarna flink afdrogen en warm kleeden een goede hardingsmethode ziet (en het is voor velen aanbevelenswaardig) kan de vraag rijzen, wat voor zin het heeft om een koude knie te hebben tusschen een warm onderbeen en een warm onderlichaam. Men kan de zaak bekijken hoe men wil, het dragen van bloote knieën door weer en wind, ook al hebben talloozen er geen (bekend) Klem Kleptomanie nadeel van ondervonden, hoort of straatvuil verontreinigd zijn niet thuis in de rubriek ge- (oorlogsverwondingen, verkeerszonde kleeding, doch onder ongelukken). Na een korten tijd „mode der schoolvriendjes”, krijgt de getroffene aanvallen Al mag men zich van een even- van spierkramp, meestal het tueel nadeel ook geen voor- eerst aan de kauwspieren zoostelling kunnen vormen, men dat ze hun mond niet kunnen y-an dat waarschijnlijk even- openen en op den duur in meer min van de buikpijn, die men of mindere mate van alle rompkan krijgen (en krijgt!) van en ledematenspieren. Bij de koude, natte voeten. minste aanleiding (gedruisch, Hoofddeksels zijn zeer verbon- aanraking enz.) spannen zich den met de gewoonte. Men zal bij de meer ernstige vormen alle een hoedlooze mode (voor man- spieren; het heele lichaam nen) niet aan een kaalhoofdige wordt stijf als een plank, het kunnen opdringen; de ontwikke- hoofd daarbij naar achteren geüng van den haardos is hier trokken. In zware gevallen kan een belangrijke maatstaf: kou- de ziekte tot den dood leiden, vatten doet men aan ’t hoofd lichte gevallen beperken zich zeker minder gauw dan aan ’t tot het aangezicht en de kauwoverige lichaam. spieren en worden dan in den Tot slot dient er op gewezen, regel doorstaan, dat het vraagstuk van de klee- Men heeft sedert jaren een antiding in den besproken zin voor tetanus-serum weten te “ereJ' kinderen van het meeste be- den (zie bij serumbehandeling), lang is. Kleine kinderen moeten dat wanneer het dadelijk na de warm gekleed gaan, zonder dat verwonding ingespoten wordt, de beweging belemmerd wordt, het uitbreken van een eventuWie meent, dat kleine kinde- eele klem vrijwel zeker kan ren aan kou moeten wennen, voorkomen. Men pleegt dit tevergist zich; men moet hun genwoordig na elke grootere lichaam in de warmte sterk verwonding met een eemgszins laten worden tot het in staat belangrijke verontreiniging te is kou te trotseeren (zie ook bij doen. . A harden). Kleptomanie. Kleptomanie Klem. De klem (tetanus) is is een ziekelijke neiging, om een volkswoord voor een zeer zich, meestal zonder voorkeur gevreesde complicatie bij huid- alles wat denkbaar is, toe te verwondingen, die door aarde eigenen. Deze omschrijving ver- Kleptomanie Kleurenblindheid dient echter toelichting. Immers niet iedere steelzucht is kleptomanie ; het vergaren van dingen, waarmee men niets kan beginnen is een van de hoofdkenmerken. Een dief daarentegen steelt iets om een bepaald voordeel te behalen. Kenschetsend is verder de onweerstaanbaarheid van den drang, die op den duur met geen dreigementen is te remmen. Meestal gaat het om kleine dingen van opvallend weinig waarde. Men zou de kleptomaan kunnen omschrijven als iemand die met zijn vingers ziet in plaats van met zijn oogen; zooals onze blik onweerstaanbaar naar bepaalde dingen getrokken kan worden, zoo grijpen zijn vingers onweerstaanbaar naar de gezochte voorwerpen. Uitdrukkelijk dient men te weten dat vele kleptomanen lang onontmaskerd blijven. Zij weten hun afwijking te verbergen. Als het nog kinderen zijn vallen ze gauwer door de mand. Het woord wordt veel misbruikt; echte kleptomanen komen niet veel voor. Vooral bij kinderen moet men het begrip wel zeer scheiden van de vergrijpen in een periode, die heel veel kinderen doormaken, waarin zij het duidelijke besef van eigendomsrecht nog niet bezitten (wat trouwens ook maar een betrekkelijk begrip is !) en niet kunnen nalaten zoo nu en dan hun hand naar zeer begeerde dingen uit te steken. „Gappen als een raaf” zegt de volksmond, maar de raaf gapt slechts blinkende voorwerpen, met zorg uitgezocht en het kind, dat „gapt” gebruikt evenzoo zijn buit om een onbevredigden wensch te kunnen vervullen. Deze voor de ouders wel eens wat zorgvolle tijd gaat meestal voorbij, zonder blijvende sporen te behoeven na te laten. Kleurenblindheid. Onze zintuigen zijn lang niet bij elkeen in gelijke mate en op gelijke wijze ontwikkeld. Er zijn menschen, die bepaalde dingen niet kunnen ruiken, weer anderen nemen daar, waar de meesten niets bespeuren, een zeer bepaalde geur waar en evenzoo is het met het proeven. Wanneer twee menschen even goed vormen kunnen onderscheiden, is het nog best mogelijk, dat ze, wat kleurgevoeligheid betreft, zeer verschillend van aanleg zijn. Dergelijke verschillen vallen aanvankelijk weinig op; personen, die b.v. groen of geel of blauw in ’t geheel niet zien zijn zeer zeldzaam. Men bemerkt bij dezulken, dat zij niet alleen met een dezer hoofdkleuren, maar ook bij de complementaire kleur dan groo- Koortsuitslag Kraambed vaak veelbelovende resultaten. Koortsuitslag. Hiermede bedoelt men in den regel blaasjes (die spoedig tot licht-etterige korstjes indrogen), die vooral op boven- en onderlip, doch ook op het verdere gelaat zitten en bij bepaalde koortsige ziekten als typisch verschijnsel plegen op te treden. Een bekend voorbeeld van een dergelijke ziekte is de longontsteking. Soms echter komen ze voor bij personen met overigens weinig of geen ziekteverschijnselen, behalve dat ze temperatuursverhooging hebben. Kouvatten. „Kou gevat hebben’ ’ is in den algemeenen volksmond een der meest besproken ziekte-oorzaken. Ook uit den mond van den dokter zal men het woord tegenover z’n patiënten kunnen hooren, hoewel een duidelijke omschrijving van dit begrip nog niet bestaat. Het is niet onmogelijk, het begrip eens letterlijk te nemen. In plaats van in de eerste plaats te denken aan de alom ingeburgerde opvatting van „verzwakking van weerstandsvermogen” van het lichaam (dus groote vatbaarheid tegenover bacteriën) — kan men kouvatten zien als het vatten van een koude, d. w. z. dat er in het lichaam iets binnendringt, „gevat” wordt, dat er niet thuis hoort, hetwelk zich voorloopig alléén in onze warmte-organisatie afspeelt. De menschelijke lichaamswarmte is een wonderlijk ding: een eenheid van uiteen loopende temperaturen, betrekkelijk zeer constant van samenstelling, onafhankelijk vrijwel van de omgeving; het is alsof er met het kouvatten ergens een bres in die eenheid geslagen wordt. Men weet dat vreemde stoffen in het lichaam, stoffen uit de buitenwereld, als gif werken en pas het verteringsproces door het lichaam de „vereffening” teweeg brengt. Waarom zou men zich zooiets ook niet denken bij het verwerken (of nietverwerken) van de temperaturen om ons heen, die toch zeker ook voortdurend het menschelijk lichaam van gelijken geaardheid zouden willen doen zijn, zooals overal elders in onze omgeving? Kraambed. Onder het kraambed verstaan we den tijd, die de vrouw na haar bevalling nog in bed dient door te brengen om zoover te herstellen, dat ze weer „op” kan zijn. De geboorte van haar kind beteekent voor de moeder een groot krachtsverbruik, gepaard aan het (wisselend, maar meestal behoorlijke) bloedverlies. Een en ander dient het lichaam 12 Kraambed Kraambed weer te boven te komen. In dien tijd zijn de natuurlijek weerstandskrachten van het lichaam verminderd. Dat wil zeggen dat invloeden van buiten af (kou, infectieziekten, psychische indrukken) sterker kunnen inwerken dan gewoonlijk. Daarom dient de moeder in dezen tijd gespaard te worden voor een en ander. Bezoek, emoties, vermoeienis in ’t algemeen moeten tot een minimum beperkt worden. Drie dingen zijn er die goed moeten worden in ’t oog gehouden: ten eerste de borsten die goed moeten functionneeren; bij het „toeschieten der borsten” mag er geen stuwing van beteekenis ontstaan; indien de zuigeling de borsten niet goed leeg drinkt moet er „afgekolfd” worden. Bij blijvende stuwing (en ook zonder dat!) kan er een borstklierontsteking ontstaan. Ten tweede de navloeiing. Aanvankelijk nog uit bloed en stolsels bestaande, wordt zij spoedig dunner en meer rosé van kleur. De lucht mag niet opvallend onaangenaam zijn. Infecties van de geboortewegen uiten zich vooral in stinkende vieze afscheiding. Ten derde het functionneeren van de ingewanden. De enorme ruimtetoename in de buikholte maakt, dat een obstipatie (ver¬ stopping) haast regelmatig bestaat in de eerste paar dagen. Daarna is het raadzaam met wat wonderolie eerst schoon schip te maken alvorens de gewone verrichting weer op gang komt. Alle drie kunnen bij een afwijking van het gewone verloop tot koorts aanleiding geven, evenals sterke emoties (veel bezoek 1) dat kunnen doen. De kraamvrouw-temperatuur is zeer onstandvastig! Van de zijde van de geboortewegen dreigt het meeste gevaar, al kan men zeggen, dat ook een tijdlang wat slechtere afscheiding (met wat stukjes vruchtvlies) met min of meer hooge koorts, nogal eens voorkomt en dat dit bij een goede behandeling gelukkig haast steeds goed afloopt, (zie ook bij kraamvrouwenkoorts). Men hoeft dus bij een temperatuursverhooging van zelfs tot 390 in de eerste dagen niet dadelijk bang te zijn voor ernstige complicaties. Aan het eind van het kraambed (met den 7en of 9en dag) treedt er nog wel eens een ander soort complicatie op, doordat de bloedsomloop zich niet door het geheele lichaam vlot herstelt. Dit is het geval als er stollingsprocessen in de vaten optreden, hetgeen, als het gebeurt, altijd plaats vindt in de groote Kraambeen Kraamvrouwenkoorts vaten van het bekken en de dij- maanden duren. Tenslotte herbeenen. Men heeft dan te maken stelt de bloedsomloop zich weer met een „kraambeen” (zie al- doordat nieuw gevormde bloeddaar). Zooals gezegd, als regel vaten het werk van den vroelaat men de moeder met den geren „stroom” overnemen. 9den dag opstaan. Dit is een Ons bloedvatenstelsel heeft een zeer oud gebruik; men kan niet veel grooter herstelvermogen en meer zeggen, hoe men aan dien is veel minder aan vaste banen tijd komt, en waarom dan de gebonden dan dat van ons zekritieke tijd voorbij schijnt te nuwstelsel. zijn van groote gevoeligheid; Voor dien tijd bestaat het geer is echter geen reden om vaar, dat de prop loslaat en tot van een ervaring van eeuwen een embolus wordt. (Zie bij geen nuttig gebruik te maken I embolie). Kraambeen, ’t Kraambeen Kraamvrouwenkoorts, is een complicatie van het Onder „bloedvergiftiging” is al kraambed. Dezelfde toestand een en ander gezegd over deze komt echter ook weer voor na ziekte. Zij kwam vroeger veel zware infectieziekten of opera- meer voor dan nu, in verband ties („thrombose”). Door de met het volkomen gebrek aan hyalgeheele lichaamsuitputting, giëne en overeenkomstige maatbloedverlies, verlangzaming van regelen bij de verlossing in dien den bloedsomloop en verminde- tijd. Met „dien tijd” wordt bering der vitaliteit stolt het bloed doeld dat tijdperk, dat omstreeks in een gedeelte van het vaatstelsel het midden der vorige eeuw einen wel bij voorkeur in de groote digde, toen men tot de ontdekaderen van het dijbeen. Men king kwam, dat betrekkelijk kan zich voorstellen wat er zal zeer eenvoudige maatregelen gebeuren door een dergelijke (zie onder de hoofdstukken asepstolselprop in zoo’n groot vat: si's enantisepsis) voldoende waer zal stuwing vóór de prop ren om den verderfelijken inoptreden, met het gevolg dat vloed van onreine handen en er zich vocht in de weef- instrumenten teniet te doen. seis buiten de vaten ophoopt Juist het minder voorkomender (oedeem). Dit geeft spanning en kraamvrouwenkoorts in de huipijn. Het been wordt dik en koud zen en de klinieken waar alleen door den belemmerden bloeds- vroedvrouwen werkten, terwijl omloop. De toestand is onaan- in de universiteitsziekenhuizen genaam en kan weken tot (door het voortdurend over- Kramp Krop brengen van de besmetting van delingen reageeren alle krampandere patiënten) het sterfte- toestanden goed op warmte, cijfer ontstellend was, bracht Kou is in 't algemeen krampDr. Semmelweiss tot nadenken, verwekkend, warmte „lost de waardoor hij tot bovengenoemde spanning op” ontdekking kwam. Krankzinnigheid. (Zie bij Kramp. Krampen kunnen Zielsziekten). overal optreden waar bewe- Krop. Een krop is een vergingen mogelijk zijn; ergens grooting van de schildklier, anders van kramp te spreken Deze behoort tot de zoogeis niet goed mogelijk. Dat wil naamde klieren met interne ook zeggen, dat men bij het secretie, die hun afscheidingswoord kramp onmiddellijk aan producten in het bloed voeren spieren denkt. Of dit nu wille- en dus geen „uitvoergang” hebkeurige spieren (de spieren van ben, zooals b.v. bij de speekselonzen romp en ledematen) of klieren wel het geval is. Het proonwillekeurige spieren (van onze duet van de schildklier vervult ingewanden, gal- en urinewe- zijn rol in een nauw verband met gen, bloedvaten enz.) zijn, doet de afgescheiden hoeveelheid: te niet ter zake. Een kramp is zoo weinig en te veel ervan in het bezien een abnormaal aanhou- bloed leidt in beide gevallen al dende samentrekkingstoestand gauw tot min of meer ernstige van een spier of spiergroep. Be- ziektetoestanden. Het te weinig kend zijn schrijfkramp, kuit- voerttotdeziektedieals„myxoekramp e.a. (zie bij Spierkramp). deern” (zie aldaar) bekend staat; Zoogenaamde koliekpijnen zijn bij kinderen ook nog tot de ook kramptoestanden van de toestand van „kretinisme . voornoemde onwillekeurigespie- Een teveel ten slotte tot de ren; galsteen-, niersteen-, en ziekte van Basedow, waarbij darmkolieken ontstaan als re- in het midden gelaten moet gel door krampachtige samen- worden of dit alleen een tevee , trekkingen van de spierwanden dan wel ook een abnormale kwaresp. van de galwegen, de urine- liteit van de bewuste stof beteeleiders en de ingewanden om kent. Beide ziekten zijn door een den een of anderen inhoudvoort krop gekenmerkt; echter kan te persen. Vooral deze soort deze ook zonder eemge verdere krampen zijn uiterst pijnlijk, verschijnselen, alleen als plaatAfgezien van de overeenkom- selijke afwijking bestaan. Dit stige speciale medische behan- laatste vindt men nog al eens Krop Kruidengeneeskunde bij jongemeisjes in de ontwikkelingsjaren. De geaardheid der krop kan zeer verschillend zijn: soms bestaat ze alleen uit klierweefsel, soms bevat ze groote holten; soms is ze eenzijdig, soms zelfs ligt zij meer in de borstholte (achter het borstbeen) dan op de bekende plaats vooraan den hals. Bekend is het, dat het ontstaan van een krop met gebrek aan jodium in het voedsel, speciaal in het drinkwater, samenhangt. Een aantal streken (Zwitserland, in ons land Utrecht,) zijn er voor bekend. In den regel zijn het kalkrijke gronden. Men tracht in deze gebieden door toediening van kleine hoeveelheden jodium het gemis te compenseeren (op te heffen). Er dient met nadruk op gewezen te worden, dat het systeem: baat het niet, dan schaadt het niet, hier niet zonder meer van toepassing kan zijn. Klakkeloos altijd stelselmatig in het voedselgehalte het jodium te verhoogen, zonder dat gebleken is, dat hieraan een tekort bestaat, is een onhygiënische gedachtengang. . Kruidengeneeskunde. Planten, in alle mogelijke vormen, hetzij als wortel, blad of bloem, worden al sedert eeuwen in de geneeskunde als genees¬ middel gebruikt. Men kan zelfs zeggen, dat voor niet te langen tijd de geneesmiddelenschat haast uitsluitend uit de plantenwereld werd bereid. Nog tegenwoordig zijn tal van plantaardige aftreksels (extracten en tincturen) nog onvervangbaar door minerale stoffen. Het is ook niet om het feit dat men neerziet op het gebruik van plantenbestanddeelen in hun natuurlijken vorm, dat in ’t algemeen de kruidengeneeskunde zoo weinig ernstig genomen wordt. De middeleeuwsche geneeskunde, zooals de oude Beverwijk ze nog bedreef, is feitelijk geheel nog een kruidengeneeskunde en die gold toen voor zeer wetenschappelijk. Wat echter veranderd is, is de wijze van tewerkgaan bij het voorschrijven. De eigenschappen, die men in dien tijd aan de kruiden toekende (droog, vochtig, koud, warm) zeggen ons niets meer, worden ook door de tegenwoordige kruidgeneeskundigen niet meer gebruikt. Het is ons volslagen onbegrijpelijk, waarom men bij leverziekten een afkooksel van de stinkende gauwe als geneesmiddel gaf; de argumenten uit dien tijd ontgaan ons nu. En de huidige wetenschappelijke denkwijze eischt een overzichtelijk Kunstverlossing Kwakzalver verband, dat logisch en duide- het „uittrekken” van het kind lijk is. Of dat heden ten dage (extractie) aan de beenen (na in de geneeskunde bereikt is, het al of niet van te voren geis een tweede; of de voorschrif- keerd te hebben) of, indien de ten in de middeleeuwen onjuist schedel al te veel in de bekkenwaren is daar evenmin mee ge- holte ingedaald was, door het zegd. Wel is het zeker, dat de aanleggen van de tang (zie bij kruiden-toepassing pas ddn weer Tangverlossing). tot haar volle recht kan komen, Zijn beide methoden onmogeais er een methode ontwikkeld lijk, dan komt nog de keizersnede wordt om het verband tusschen in aanmerking (zie aldaar), bepaalde planten en het ge- Kwakzalver. Men is tegenzonde en het zieke lichaam woordig gauw met het woord weer aanschouwelijk te maken, kwakzalver. Wat het woord ooit aangepast aan het denken van beteekend heeft doet er minder dezen tijd. toe, dan het feit, dat het de Kunstverlossing. Het komt beteekenis gekregen heeft van meer dan eens voor, dat de nor- iemand wiens werk niet meer male wijze van geboren-worden waarde dan die van humbug onmogelijk is voor het kind, heeft, om van bedrog niet te doordien de geboortewegen te spreken. nauw zijn. Er kunnen ook an- Daarom is het niet meer gelijk dere omstandigheden zijn, die, te stellen met het begrip niet hoewel die geboorte wel zou officieel wetenschappelijk. Iekunnen plaats vinden, het ge- mand, die de vroegere, in dien wone verloop niet kunnen laten tijd wetenschappelijk-erkende afwachten, b.v. het optreden kruidenmengsels uit boeken opvan teekenen dat de hartswer- diept en ze op goed geluk af king der vrucht slechter wordt voor het een of ander voorof de bevalling te lang duurt, schrijft, mag men gerust een waardoor de bloedsomloop der kwakzalver noemen. Niet toevlucht gevaar zou kunnen loo- passelijk is het woord voor alle pen methoden of handelingen, ook In zulke gevallen zal men de al vallen deze nog zoo ver buigeboorte moeten verhaasten, ten de lijn van het officieele, zooals men zegt „het kind ge- waarbij met overleg en verhaald moeten worden”. Er zal antwoordelijkheidsgevoel te dan de keus bestaan tusschen werk gegaan wordt. Lichaamsgewicht Lichaamsgewicht (z.g. emulsies) valt al deze verlies, na een week is doorpoëzie weg. gaans het geboortegewicht weer Levertraan is een stof die enorm bereikt. De eerste 3 maanden veel warmte in ’t lichaam pro- vindt dan de grootste gewichtsduceert; zij is zeer rijk aan vi- toename plaats; 1 K.G. per taminen (zie aldaar). Den gun- maand gemiddeld. Dan neemt stigsten invloed ervan kan men zij geleidelijk weer af. Zoo verwachten bij schrale kinde- weegt een kind van 3 maanden ren, die in een licht- en warmte- gemiddeld 6 K.G., van 6 maanarme omgeving opgroeien. Bij den 8 K.G., van 10 maanden Engelsche ziekte, bij een „scro- 9è K.G., van 1 jaar 10 K.G. phuleuze constitutie” (zie bij In het 2e jaar komt er dan maar klieren) kan zij wonderen ver- 3 K.G. bij. richten. Het verdere verloop van het Zinloos is het daarentegen stel- gemiddelde gewicht is daarna: selmatig ieder kind, ook den ge- Met 3 jaar 15 K.G. zondsten, blozenden jongen, met „ 4 » » levertraan te willen kwellen (al „ 5 » *8 » zijn er ook genoeg kinderen die ,, 6 ,, 20 ,, de lepel aflikken 1) omdat dat ,, 7 >> 23 » nu eenmaal een tijdlang zoo de „ 8 „ 25 „ gewoonte was. Levertraan hoort „ 9 » 27 >> voorgeschreven en gedoseerd te „ 10 „ 3° »> worden door den dokter, even- ,, 13 »> 3& >> als elk ander „vitamine-prae- „ 15 » 45 »> paraat”. Men ziet dus weer een sterke Lichaamsgewicht. Het ge- toename in de puberteitsjaren, middelde geboortegewicht is on- Voor het verdere leven heeft geveer 7 pond. Meisjes zijn wat een gemiddelde opgave steeds lichter dan jongens. Een enkele minder waarde. maal wordt een kind van 13 Men heeft een verband aangepond geboren. Dit is echter geven tusschen de lichaamsmeestal „ruw geschat” op de lengte en het gewicht en zegt hand van de baker. Lager ge- dan dat de persoon zooveel wicht komt ook voor; er zijn K.G. behoort te wegen als hij kinderen er door gekomen van c.M. boven de M. lang is. Ieweinig meer dan 1 pond ! mand van 1 M. 56 zou dus b.v. Na de geboorte neemt een kind 56 K.G. moeten wegen. Men altijd even wat af door vocht- ga in zijn omgeving maar na Lichaamslengte Linkshandigheid of het uitkomt. In het algemeen is de vraag, hoeveel iemand moet wegen veelal niet te beantwoorden. Onder constitutie en dikte is hierover al het een en ander gezegd. Lichaamslengte. Bij constitutie is al een en ander over lichaamsbouw vermeld. Een gemiddelde lichaamslengte valt wel op te geven bij de geboorte, zij is 50 c.M. Groote verschillen bij voldragen kinderen komen haast niet voor. In de eerste 3 maanden groeit het kind het snelst; aan het einde daarvan is het 60 c.M. Over de volgende 10 c.M. doet het 5 maanden: einde 8ste maand is het 70 c.M. Reeds nu komen er belangrijke individueele verschillen voor. Dan gaat het steeds langzamer: met i-J jaar is de gemiddelde lengte 80 c.M., met 2 jaar 85 c.M. Na 4 jaren is het kind 1 M., daarna komen er gemiddeld per jaar 5 c.M. bij, waarbij iedereen maar al te zeer uit ervaring weet hoe weinig vele menschen zich aan een dergelijk gemiddelde storen. Het einde der groeiperiode ligt voor mannen in het 18de tot 20ste jaar. Voor vrouwen iets later. Een gemiddelde opgave is op deze leeftijden onmogelijk en heeft hoogstens waarde om te zien of de gemiddelde lengte van een be¬ paald volk of ras stijgt of daalt. Door professor Bolk is nagegaan en geconstateerd dat de gemiddelde lichaamslengte der Nederlanders in den laatsten tijd toeneemt. Likdoorn. (Zie Eksteroogen). Linkshandigheid. Met evenveel recht als naar de oorzaak van linkshandigheid gevraagd wordt, zou men naar die der (algemeenere) rechtshandigheid kunnen vragen. Er bestaat een theorie, dat deze daardoor ontstaat, omdat de linker hersenhelft (die door zenuwen met de rechter lichaamshelft verbonden is) gedurende de ontwikkeling van het kind vóór de geboorte en ook daarna meer gevoed wordt dan de rechter, door den meerderen bloedstoevoer ten gevolge van een asymmetrie (ongelijke verdeeling) van ’t bloedvaatstelsel, welke al gauw na de eerste ontwikkelingsstadia optreedt. Aangezien deze asymmetrie bij linkshandigen even duidelijk aanwezig was en is, wordt de geheele hypothese waardeloos. Men zou juist veeleer moeten vragen, waar die asymmetrie (in het bloedvaatstelsel met name) in ons lichaam vandaan komt I Zooveel is zeker, dat linkshandigheid volstrekt geen toevalligheid is, doch dat er een duidelijkverband bestaat met de geheele (geeste- Longontsteking Longontsteking schikt zijn voor ontstekingen kende crisis: de temperatuur als de longen (in het algemeen: daalt even snel als zij is opgede luchtwegen). De heele bouw komen, het gevoel van ziek zijn van de longen, de teerheid van is daaraan evenredig. De onthun weefsel, het bijna directe stekingsverschijnselenindelong contact met de lucht uit de bui- verdwijnen pas langzamerhand tenwereld, maakt dit eenigs- in enkele dagen (als regel). Het zins begrijpelijk. ontstekingsvocht, dat in het Niet iedere ontsteking van de verloop der ziekte eerst vast luchtwegen leidt echter tot een geworden was (door een soort echte longontsteking. Lucht- stollingsproces) wordt weer pijpontsteking, bronchitis zijn vloeibaar en door „ophoesten” veel meer voorkomende ziekten, uit de longen verwijderd. Van longontsteking spreekt men Zoo klassiek verloopt de ziekte pas als de luchthoudende long- niet altijd. De crisis kan wat blaasjes, het gebied van de fijn- vroeger of later komen,. de afste vertakkingen der luchtwe- loop kan minder plotseling gegen dus, ontstoken zijn. Dan schieden, evenals het begin verdwijnt de lucht uit dat ge- trouwens. Soms ontstaat er een deelte der long; deze wordt mas- etterige pleuritis (zie aldaar), sief, met ontstekingsvocht ge- die tot operatief ingrijpen noopt, vuld. Niettemin behoort een „crou- Men moet scherp onderscheiden peuze pneumonie” (longontstetusschen de longonsteking, die king) nog steeds tot de meest van een bronchitis uitgaat en schematische ziektebeelden, die dus op verschillende plaatsen als wij kennen. Opvallend is ook kleine „haardjes” op kan tre- het hier zoo vaak aanwezige den en de longontsteking, die koortsuitslag (herpes) aan de plotseling begint en direct zon- lippen. De urine is donkerrood der voorafgaande andere klach- gekleurd (door urinezure zouten als een longontsteking im- ten). Na een goeden afloop voeponeert. Deze echte longontste- len de menschen zich meestal king zetelt in een geheele long- als herboren, kwab; het begin is merkwaardig Ten allen tijde is de longontsteplotseling. Er bestaat een hooge king als een ziekte beschouwd, koortsmetzwaargevoelvanziek- die, als zij goed doorstaan wordt, zijn; dikwijls ijlen de patiënten, het lichaam voor langeren tijd Op den zevenden dag komt heeft doen „uitzieken”. Men bein de meeste gevallen de be- weert wel: iemand die eenmaal Loodvergiftiging Luchtpij psnede longontsteking heeft gehad, gemechaniseerd, is de loodverwordt er steeds gevoeliger voor. giftiging zeldzaam geworden. Deze uitspraak wordt door de Karakteristiek is het 6/ee/ceuiterervaring niet bevestigd. Wel lijk der patiënten door de bloedkan men zeggen, dat bepaalde armoede, de slechte haargroei, menschen neigen tot longont- De menschen zien er opvallend steking (echter niet, omdat zij verouderd uit. Een grauwe zoom het reeds een keer gehad heb- boven de tanden, in het tandben!). Hoewel het een ernstige vleesch (de loodzoom) wijst op ziekte is, kan men zeggen, dat een neerslag van het metaal op goed gebouwde jongere men- die plaats. De menschen hebschen er meestal wel doorkomen, ben veel last van hoofdpijn; Een uitzondering moet gemaakt daarbij typische klachten van worden voor heel jonge kin- den kant van de ingewanden: deren en oude menschen. Het deze neigen tot kramptoestanfeit dat men van oudsher de den, hetgeen eenerzijds voert longontsteking de „vriend van tot verstopping, anderzijds tot den ouden dag” noemde, doet koliekpijnen (zie bij koliek), die daarbij onwillekeurig denken in aanvallen optreden en uiterst aan een contrast met het ster- heftig kunnen zijn. Meestal beven aan andere kwalen van den staat er tevens een abnormale lateren leeftijd.. . graad van vaatverkalking. Loodvergiftiging. De be- Volledig ophouden met het beroepen, waarin vroeger de lood- roep is een eerste eisch. Langvergiftiging veel voorkwam wa- durig hersel is noodzakelijk om ren die van letterzetter, schil- het lichaam in staat te stellen der en natuurlijk de arbeiders (wat slechts langzaam gaat) in loodmijnen. Het voortdurend zich weer van het onbruikbare aan de handen krijgen van metaal te ontdoen, kleine hoeveelheden lood, was Luchtpijpsnede. Onze ademvoldoende om door de huid heen halingslucht passeert via den een te groote dosis van dit zeer neus en de neuskeelholte het vergitige metaal binnen te krij- strottenhoofd (met de stem8en- spleet). Daarna stroomt zij door Door de betere hygiënische de luchtpijp naar de longen, maatregelen, door het feit dat Bij ontstekingen in de neusloodverven (menie, loodwit) veel keelholte met name bij diphminder dan vroeger worden ge- therie, maar ook wel eens bij bruikt en het letterzetten is andere aandoeningen, zwelt het Luxatie slijmvlies in de omgeving sterk op. In de stemspleet kan deze zwelling fataal worden, zooals begrijpelijk is. De ademhaling wordt daardoor uiterst moeilijk en verstikkingsgevaar is nabij. Door van buitenaf in de luchtpijp, onder het strottenhoofd een opening te maken (en daarin een trechtervormig instrumentje te plaatsen om de lucht door de laten) kan men den normalen luchtweg door het strottenhoofd dus uitsluiten. De ademhaling kan weer rustig doorgaan, de bovenste luchtwegen krijgen rust en de betreffende aandoening kan tevens vlotter en beter genezen. Deze moedige ingreep (in de geneeskunde luchtpijpsnede, tracheotomie genaamd) heeft reeds duizenden patiënten en patiëntjes het leven gered. Luxatie. Van een luxatie spreekt men wanneer een beenstuk „uit het lid geschoten is”, d.w.z. dat een der uiteinden z’n gewone plaats in het gewricht verlaten heeft en, dikwijls met een scheur in het kapsel tot gevolg, vóór, achter, opzij enz. Luxatie van de gewrichtsvlakte van het aangrenzende beenstuk zit vastgeklemd. Vrijwel alle beweeglijke gewrichten kunnen op deze wijze uit „het lid schieten” Bekende voorbeelden zijn de bovenarm (gewricht tusschen opperarmbeen en schouderblad) de onderkaak (minder door te sterk gapen dan als boks gevolg) de elleboog, enz. Bij een luxatie is het betreffende gewricht vervormd, als regel is het lidmaat verkort, de beweeglijkheid is sterk verminderd of opgeheven. De arm of het been staat stijf in een vreemden stand. Bij een breuk van een bot in de buurt van een gewricht is het juist de te groote beweeglijkheid, die het onderscheid met een luxatie als regel zoo duidelijk mogelijk maakt. Een luxatie weer „repareeren”, d.w.z. de arm of het been of de kaak weer in het lid brengen mag een leek nooit probeeren. Men moet de manipulaties daarvoor te goed kennen en een klein beetje te veel geweld in een verkeerde richting kan een breuk ten gevolge hebben. Maagpijn Maagspoeling Maagpijn. Lang niet alles, pijn is warmte in de maagwat voor maagpijn gehouden streek haast altijd welkom wordt, is werkelijk pijn in de (zooals trouwens bij de meesmaag. Ontstaat een min of meer te onderlichaamspijnen). Het heftige pijn op de plaats waar spreekt vanzelf dat men, als men z’n maag weet (of ver- men niet heel zeker omtrent moedt) direct na ’t eten van ijs zetel en oorzaak is, zoo iets bijv., dan kan men er zeker van echter liefst niet zelf moet zijn, dat dit maagpijn is. Een beoordeelen. samenhang met het eten is Maagspoeling. Men spreekt meestal duidelijk aanwezig (zie wel eens van „maagpompen”, ook bij maagzweer). Soms straalt Deze uitdrukking is onjuist, de pijn van een aandoening el- men pompt niet, maar hevelt. ders in de buikholte uit in de Een vrij dikke slang wordt maagstreek, en zoo kan men (snel!) door den slokdarm tot zich denken dat een dergelijke in de maag geschoven; aan afwijking niet dadelijk als zoo- het andere uiteinde zit een danig herkend wordt (galko- groote glazen trechter. Wanlieken, blindedarmontsteking), neer men daarin water (of een Pijnlijke, krampachtige samen- andere vloeistof) doet, kan men trekkingen van de maag komen door wat op en neer bewegen de zeer veel voor bij psychische maag beurtelings wat vullen en emoties (examen doen !); de weer ledigen. Dit spoelen heeft maag is een orgaan dat trou- alleen zin bij vergiftigingen, als wens op zeer veel ziele-toestan- men alles grondig wil verwijdeden min of meer duidelijk rea- ren (en als er geen tegenargugeert. Zoo erg verwonderlijk is menten zijn tegen de maagspoedit niet, als men denkt dat zij ling). op de grens ligt van een gebied Veel vaker gebeurt alleen het waar alle bewustzijn van den leeghevelen van de maag om mensch verdwijnt (het gebied na te gaan hoe de samenstelling der stofwisseling) en opwindin- van het maagsap is (al of niet gen en emotioneele gebeurte- na een voorafgaand proefontnissen meer van die gebieden bijt), wat er van een maaltijd doen gewaar worden dan in ’t nog over is na een zekeren tijd gewone doen het geval is, enz. In ’t algemeen staat de bewaardoor organen een rol kun- werking bekend als zeer onaannen gaan spelen die hun niet genaam. Daar het echter zoo toekomt. Bij werkelijke maag- snel geschiedt valt het, indien Magnetisme Malaria er behoefte aan bestaat te beoordeelen en te verklaren (en dit is nog niet gebeurd) zal zij moeten toezien en er mee rekenen dat steeds menschen aan gene zijde hulp zoeken, waar zij hier geen baat vonden. Oorspronkelijk door Mesmer als werkelijke magneet-methode (strijken met een gewone, groote hoefmagneet) ingevoerd en gedacht, kwam de laatste er reeds zelf toe, zijn experiment ook voort te zetten zonder instrumenten toen hij zag, dat de „magnetische kracht” door die van de menschelijke hand (zijn hand althans) kon worden vervangen. Even fanatiek als de tegenstanders, waren de overtuigde aanhangers van zijn methode. Wanneer men den invloed, die van het eene menschelijke lichaam op ’t andere uitgaat niet kent, moet daarnaast gezegd worden, dat de invloed van het zieleleven van den een op dat van den ander toch wel zeer groot is en dat bepaalde persoonlijkheden in dit opzicht een zeer groote rol in de geschiedenis spelen en hebben gespeeld. Het menschelijk lichaam iszoo’n groot raadsel, er worden geregeld zooveel nieuwe mogelijkheden, stralingen enz. ontdekt, dat men tot een alles verklarend oordeel over den invloed die van de opgelegde hand uitgaat, zeker niet kan komen. Meer echter dan dit onbekende berust de „officieele ergernis” op het feit, dat de magnetiseur betrekkelijk zonder keus en onderscheid te werk gaat, zonder een overzichtelijke voorstelling van hetgeen hij zelf doet (zie ook bij Somnambulisme). Zooals bij „kruidengeneeskunde” al gezegd is: het doel kan slechts bereikt worden als een oordeel, gebaseerd op een even nuchter en logisch denken als dat in ware wetenschap erkend en gerechtvaardigd is, ook licht kan werpen op het ware Wezen, op de al of niet bestaande waarde, op het al of niet wenschelijk zijn van het toepassen van de genoemde uitzonderlijke methoden. Malaria. De naam: derdedaagsche koorts, duidt al op het hoofdverschijnsel dezer ziekte: het typische koortsverloop, om den anderen dag een „top” en een daling. De top behoort heel hoog te zijn, boven de 40° vaak; het „dal” heel diep. De stijging gaat gepaard met heftige koude rillingen („het bed schudde ervan”), de daling met zeer sterk zweeten („ze drijven weg in bed”). Het hoogtepunt kan eenige uren aanhouden. Opvallend is dan de koortsvrije Malaria Massage dag tusschen twee aanvallen, laria is een ziekte, die jarenDeze koortsen ontstaan door- lang sluimeren kan in het lichdat in ’t lichaam (met den steek aam en dan in eens weer „z’n van een malaria-mug) para- hoofd op kan steken”. Men sieten zijn binnengedrongen, die neemt aan dat er dan parasievoortdurend bezig zijn ons bloed ten in een meer rustende toete vernietigen. Koorts is altijd stand achtergebleven zijn in een teeken van reactie, van verborgen hoeken van ons bloedweerstand bieden aan nadeelige vaatstelsel, processen in ons lichaam. De In de geneesmiddelenreeks voor parasieten groeien in ons bloed deze ziekte staat de fcinirv» bo(ze dringen in onze roode bloed- venaan. Dit middel, bereid uit lichaampjes binnen) gedurende de schors van den kinaboom, den koortsvrijen dag, dan komt die uit Amerika afkomstig is, op een gegevenjoogenblik ’n ster- was al in oude tijden aan de ke vermenigvuldiging (elke„vij- Indianen bekend. Om zijn and” valt uiteen in meerdere koortsdrukkende werking heeft vijanden). Op dit oogenblik ont- men het in zijn chemische staat de koorts. samenstelling nauwkeurig on- Er is ook een vierdedaagsche derzocht, hetgeen aanleiding gevorm van malaria, ook een met geven heeft tot de synthetische dagelijksche koortstoppen. Deze bereiding van tal van moderne vormen zijn afhankelijk van de koortswerende geneesmiddelen, soort van parasiet, die men in Sommige personen zijn overgezijn bloed gekregen heeft. voelig voor kinine. Zij krijgen Malaria komt daar voor, waar huiduitslag (netelroos) ervan. Er de malariamug, die met haar zijn daarom andere geneesmidsteek den mensch infecteert, kan delen samengesteld, die deze onleven, d. w. z. in gebieden met aangename bijwerking missen, stilstaande poelen en slooten, Massage. Langen tijd gold tevens vooral in warme streken, massage voor een bewerking, (Indië, Italië). Ook echter bij voor welke feitelijk geen plaats ons in Nederland (Amsterdam!), was binnen het „streng” wetenHet voornaamste punt in de schappelijke. Masseurs waren bestrijding is om overal door zoo’n beetje de beteren onder goeden waterafvoer en door het de natuur- en wondergeneesdempen van plassen en moe- kundigen. Dat tegenwoordig die rassen, de broedplaatsen der meening grootendeels (nog niet malariamug te vernietigen. Ma- overall) verdwenen is, berust Massage Mazelen eenerzijds op het toenemen van krachten van dat lichaam. En het inzicht, dat men met strikt hoe aandachtiger en minutieuberekenbare dingen toch niet ser de bewerking geschiedt, des klaar komt in de geneeskunde, te meer is dat contact mogelijk, anderzijds op een „verweten- en des te meer processen kunschappelijking” van de massage nen door massage bereikt en benaar theorie en praktijk, waar- invloed worden; een grove pijnvan het de vraag is, of het de lijke massage appelleert slechts zaak in wezen bevorderd heeft, aan het grof-physieke en is ook Eenzijdig is het om massage slechts voor dat gebied met slechts op te vatten als een me- succes te gebruiken, chanische aanzetting van den Tot het eerste behoort de z.g. bloedsomloop in huid, spieren, orgaanmassage, waardoor het botten, om de gewrichten weer mogelijk is ook de dieper geleleniger te maken, om bloeduit- gen organen in borst- en buikstortingen, vocht en andere op- holte te beïnvloeden. Ook de hoopingen „weg te werken”. zenuwmassage bij hoofdpijnZeker hebben de oude Grieken lijders is een fijne kunstbewerer anders over gedacht, waar zij king, die menigeen van een voor en na de wedstrijden het jarenlang lijden verlost heeft, lichaam van den athleet geheel Tot de tweede groep van gemet olie inwreven en zacht mas- vallen kan men de massage seerden. rekenen van beenbreuken e.d. Evenals het lichaam van den waar inderdaad van een sterke mensch niet slechts uit een doorbloeding en het oproepen mechanisch-begrijpbare samen- van een krachtige weefselreacwerking van onderdeden be- tie het meeste afhangt, staat, is evenmin de hand van Onnoodig te zeggen, dat de masden masseur te vervangen door sage slechts uitgeoefend dient een dood werktuig, al zou het te worden door daartoe bevoegde bewegingen van kloppen, den, d.w.z. door opgeleide masduwen, schuiven, enz. nog zoo seurs. precies nadoen. Het mensche- Mazelen. Mazelen behooren lijk lichaam is veeleer een bui- tot de meest voorkomende kintengewoon fijn geconstrueerd derziekten. De ziekte is zeer beinstrument, en de masseerende smettelijk; is zij eenmaal een vingers van den levenden mas- gezin met meerdere kinderen seur staan in direct contact met binnengeslopen, dan ontkomen dehoogereorganiseerendevorm- er als regel maar weinigen aan. Neusdouche Neuspolypen heel langzaam en zacht door de neus in (met gesloten mond); daarna even door den mond uit, er voor zorgende dat de lucht niet door de neus naar buiten komt. Men leert dit gauw genoeg. Als men wat handig is lukt het met even stilstaan met achterover gebogen hoofd ook heel goed, oma.h.w. „onder het werk door” de bloeding tot staan te brengen. Een prop watten in de neus is ook een meestal afdoend middel, maar tevens een zeer onaangenaam gevoel. Men kan dan nog beter, indien de bovenbeschreven methode niet voldoet, de neus tusschen duim en wijsvinger zacht maar stevig dichtknijpen. Meestal zijn 2 a 3 minuten voldoende. Bij heftige bloedingen, waarbij noch het een noch het andere helpt, komen wel altijd watten en dan het liefst bloedstelpende, aan de orde. Neusdouche. Neusdouches bestaan in het doorstroomen van de neusholten ten deele ook de neuskeelholte met een of andere vloeistof, om de slijmvliezen öf te reiningen öf in intensieve aanraking met het erin opgeloste geneesmiddel te brengen. Het allereenvoudigste geschieden ze met een z.g. „neuspeer”. Men vult deze met water of met de betreffende vloeistof door ope¬ ning b, terwijl men zijn vinger op opening a houdt. (Zie teekening) Daarna houdt men de duim op b, waardoor uit a geen vloeistof kan wegstroomen. a wordt nu tegen het eene neus¬ gat gedrukt, men houdt het hoofd een beetje schuin naar de andere zijde (boven een waschkom of iets dergelijks !) en laat nu de duim op b los; met een vrij groote kracht spuit de vloeistof dan naar binnen. Zij moet dan, via de neuskeelholte door het andere neusgat weer naar buiten komen! In ’t begin vereischt dit eenige oefening en men slikt meestal nogal wat naar binnen. In den regel leert men het trucje gauw. Neuspolypen. Een polyp is een gesteeld gezwelletje, met slijmvlies bedekt. Men kent neus- en mondpolypen, blaas- Nier (Wandelende) Nierbekkenontsteking polypen, baarmoederpolypen, nen hier makkelijk omlaag glijenz. Als regel zijn zij betrekke- den, makkelijker dan dit met lijk onschuldig, kunnen door milt en lever het geval is, vooral hun grootte echter lastig wor- als het bovengenoemde vet minden. (stembandpolypen !) der aanwezig is. Men vindt dan Neuspolypen, glazige, blauw- ook wandelende nieren (die grijze opvulsels van de neus- soms zelfs tot in het bekken holten verstoppen deze en geven kunnen zitten !) haast steeds overeenkomstige klachten. bij magere menschen en een Ze komen op elke leeftijd voor van de bekendste methoden om en kunnen alleen chirurgisch de kwaal te bestrijden is dan verwijderd worden hetgeen met ook een mestkuur ! Veel klachde tegenwoordige hulpmiddelen ten hoeft een losse nier niet te een eenvoudige pijnlooze ope- geven. ratie is. De urinewegen kunnen echter Nier (Wandelende). Niet zooals begrijpelijk is, gevaar alleen de nieren, ook alle ande- loopen voor afknikking (waarre buikorganen kunnen gaan door nierkolieken kunnen ont„ wandelen”. staan). Men zou zich zelfs haast ver- In zoo’n geval moet er soms wonderen, dat ze dat niet veel operatief ingegrepen worden en vaker doen, waar de zwaardere poogt men wel de nier weer op organen als lever en milt juist z’n oude plaats te bevestigen. bovenin de buikholte, onder de („ophangen” van de nier), koepel van het diaphragma Nierbekkenontsteking. liggen. Deze organen wordèn Nierbekkenontsteking begint op hun plaats gehouden door de vrijwel steeds als een acute ziekz.g. „ophangbanden”, door den te met zeer hoogekoortsen, zwaar tegendruk der ingewanden (en ziektegevoel, lenden-pijnen en de spanning der buikwand) en troebele urine (troebel door de verder door het feit, dat zij etter); meestal bestaat er al spiegelglad van oppervlakte zijn gauw een versterkte drang tot en a.h.w. tegen het middenrif urineloozing, die het gevolg „aangezogen” liggen. is van het ontsteken der blaas- De nieren nu liggen meer in het wand (zie bij blaasontsteking) bindweefsel achter de buikholte wat haast steeds op een nier(vóór de wervelkolom) ingebed, bekkenontsteking volgt. De met een vrij groote ophooping ziekte kan dagen tot weken van vet om zich heen. Ze kun- duren; er moet zeer lang „uit- Nierbekkenontsteking Niersteenen geziekt” worden, doordat het gevaar voor een terugval groot is. Kleine kinderen en zwangeren schijnen een zekere prae-dispositie (voorbeschikking) voor de ziekte te hebben, maar geen enkele leeftijd sluit het krijgen van een nierbekkenontsteking uit. De ziekte neigt ertoe sleepend te worden, d.w.z. dat zeer geringe klachten nog maandenlang kunnen blijven bestaan, al of niet met heftige opflikkeringen. Het meest neigt de tuberculeuze ontsteking tot chronisch worden, die trouwens zelden zoo acuut begint. Dikwijls ook is het de daarop volgende blaasontsteking die ten slotte blijft sleepen, terwijl de slijmvliezen ,,hooger op’ ’ alweer tot rust zijn gekomen. Hoofdaanleiding voor het ontstaan der ziekte is kou-vatten; na te koud zwemmen ziet men meer dan eens een ontsteking der urinewegen ontstaan. De tuberculeuze nierbekkenontsteking ontstaat wel steeds als gevolg van een overeenkomstige nieraandoening. Een enkele maal komt een opstijgende nierbekkenontsteking voor als gevolg van een gonorrhoesche blaasontsteking. Patiënten, die tot de ziekte neigen, dienen altijd van onderen zeer warm gekleed te gaan. Niersteenen.Niersteenen zijn verhardingen, „concrementen” die ergens in de urineafvoerbuizen ontstaan. Deze beginnen al in de nier, (als zeer fijne kanaaltjes, welke in het nierbekken uitmonden); vanaf het nierbekken loopt de urineleider naar de blaas omlaag (zie de teekening bij blaasontsteking) ; van de blaas naar buiten voert de urine-uitvoergang. Overal in deze urinewegen kunnen niersteenen aangetroffen worden. Welhaast zeker ontstaan ze alle in de fijnere kanaaltjes waar deze nog in het nierweefsel ingebed liggen. Op hun weg omlaag, vooral ook bij langer verblijf in het nierbekken kunnen ze echter beduidend grooter worden. Met behulp van een Röntgenfoto kunnen niersteenen zichtbaar gemaakt worden. Niet elke steen geeft daarop weliswaar een even duidelijke schaduw. Men kent tegenwoordig ook methoden om door middel van vloeistoffen, die men in de urinewegen opspuit, het geheele complex dier kanalen op de Röntgenfoto zichtbaar te maken en daardoor dus ook eenigerlei onderbrekingen of afwijkingen van de holten. De urinewegen zullen den daarin aanwezigen steen trachten uit te drijven, evenals dat met Nierziekten Nierziekten urine. Men moet zich de nieren denken als buitengewoon belangrijke organen, die het bloed voortdurend ontlasten van stoffen, die onder den naam van, ,afbraakproducten” samengevat kunnen worden. Eenerzijds kunnen de nieren nu gevaar loopen beschadigd te worden door stoffen, die ze niet kunnen „verwerken” zonder daarbij zelf eronder te lijden, anderzijds belemmert een abnormale toestand van een nier deze in zijn uitscheidingsfunctie, zoodat er stoffen in het lichaam blijven, die nu als vergif gaan werken. Afbraakproducten worden aldoor gevormd; ze zijn haast altijd vergiften (als regel de stikstofhoudende stoffen) ; in ’t dagelijksch leven merkt men dat niet, omdat de concentratie zoo gering is. Bij een nieraandoening, dus bij een onvoldoende verwijdering van die vergiften ontstaat een ophooping daarvan, die de eigenlijke bron van kwaad beteekent bij een nierziekte. De nieren zelf geven meestal haast geen klachten. Alleen een acute, heftige nierontsteking, die met veel zwelling van dat orgaan gepaard gaat, kan wel eens pijnlijk zijn. Dit is van belang om te weten, daar zoo veel menschen met rugpijn meenen het „aan de nieren” te hebben. Met vrij groote zekerheid kan men dan dus zeggen, dat het de nieren zeker niet zijn (wel pijnlijk ter plaatse is daarentegen de nierbekkenontsteking, die geen nieraandoening in den eigenlijken zin des woords is). De zich ophoopende gifstoffen in het bloed echter veroorzakende belangrijkste verschijnselen der nierziekten. Deze bestaan eenerzijds in verschijnselen van beschadiging van het zenuwzintuigstelsel (zie bij Anatomie), in de vorm van hoofdpijnen, duizeligheid, gezichtsstoornissen enz.; anderzijds in een vergiftiging der weefselstofwisseling, welke zich vertoont in de vochtophoopingen onder dehuid, de „zucht” (oedeemen), welke vooral aan het gelaat het eerst optreedt, maar zich over het geheele lichaam kan uitbreiden. In het bloedvaatstelsel ontstaat tenslotte een hooge bloeddruk (zie aldaar), waarbij het hart alle graden van verzwakking en vergrooting kan gaan vertoonen. De urineafwijkingen bestaan in de eerste plaats uit eiwit. Dit kan men alleen maar chemisch aantoonen. Daarnaast zijn er microscopische bijzonderheden in te vinden, voornamelijk in den vorm van (veel) roode bloedlichaampjes enz.g. „cylinders”, Nierziekten Norit eiwitafgietsels van nierkanaal- Alcohol, specerijen, veel zout, tjes. Een aantal ziekten, speci- veel eiwit enz. zullen als regel aal acute infectieziekten zijn vermeden moeten worden. Evener voor berucht, dat zij wel als bij suikerziekte is het vereens een nierontsteking achter loop der ziekte haast geheel zich aansleepen. Het bekendste afhankelijk van de trouw waarvoorbeeld is de roodvonk. Toch mee de patiënt zich aan zijn schijnt deze complicatie tegen- voorgeschreven dieet houdt (zie woordig minder dan vroeger verder nog bij Uraemie). voor te komen. Norit. Norit, de bekende De chronische nieraandoening zwarte tabletjes die in elke kan uiterst sleepend verloopen, apotheek te krijgen zijn, bestaat soms tientallen jaren, zonder uit zuiver kool (zoowel dierlijke veel klachten te veroorzaken, als de plantaardige houtskool) Dat zulke nierpatiënten een en heeft een enorm opslorpingsstreng dieet houden is algemeen vermogen. Norit wordt gebruikt bekend. Alles moet er op uit b.v. bij veel gasvorming in de zijn om de nieren te sparen, ingewanden, bij gevoel van d.w.z. van het toch al ver- opgezet-zijn, bij diarrhee, bij zwakte nierweefsel niet meer lichte vergiftigingen enz. dan het hoognoodigete eischen. | Obstipatie Ongelukken (Eerste hulp bij) Obstipatie. (Zie bij Verstopping). Oedeem. Oedeem noemt men een toestand van uoc/tt-ophooping onder de huid. Deze kenmerkt zich door het (haast algemeen bekende) verschijnsel, dat er na een vingerdruk een kuiltje in blijft staan. Bij het dragen van knellende kousebanden is een licht oedeem aan de beenen niet zeldzaam. In wezen berust het op hetzelfde als het oedeem bij thrombose (zie ook bij Kraambeen), n.1. op stuwing in de bloedvaten, waardoor de afvoer van weefselvocht te gering is. Een voorbeeld van algemeen stuwingsoedeem is dat bij hartziekten („dikke beenen”), waarbij het oedeem het sterkst is in de laagst gelegen lichaamsdeelen. Deze dikke voeten verdwijnen dan ook aanvankelijk grootendeels of geheel weer ’s nachts, door de horizontale ligging. Een ander soort oedeem dat ontstaat als gevolg van een gebrekkige regeling der waterzout-huishouding in ’t lichaam komt voor bij sommige nierziekten, waar men dus te maken heeft met een generale (algemeen uitgebreide) toestand. Dit soort oedeem is weer te vergelijken met het oedeem, dat bij sommige vergiftigingen optreedt, bijv. bij de zink- vergiftiging. De tweede soort oedeemen vertoonen zich niet het eerst aan de beenen, doch integendeel juist vaak het eerst aan ’t gelaat („dikke oogen” van nierpatiënten). Ongelukken (Eerste hulp bg). Op verschillende plaatsen is al een enkel woord gezegd over hoe te handelen in een of ander geval, dat men pleegt te rangschikken onder „eerste hulp” (Beenbreuk, Bloeding, Insektenbeet, Wondbehandeling, enz.). Er bestaan een aantal goede handboekjes over dit onderwerp, waarin men ook voor minder voorkomende situaties raadgevingen kan vinden. („Eerste hulp bij ongelukken”; „het Oranje Kruisboekje”). Hier zal worden volstaan met een beschrijving van de voor¬ naamste methode van kunstmatige ademhaling. Een enkel woord eerst nog over deze onderwerpen in ’t algemeen. „Eerste Hulp” maatregelen moet men, als ’t eenigszins gaat, niet eerst behoeven te Ongelukken (Eerste hulp bij) lezen als iemand in gevaar verkeert. Intusschen kan hij al verdronken, gestikt, verbrand enz. zijn.Men moet werkjes als bovenbedoeld ook in „vredestijd” eens doorlezen en met de belangrijkste handgrepen in gedachte van te voren vertrouwd raken. Kunstmatige ademhaling komt in aanmerking overal waar een patiënt, meestal door zuurstofgebrek, in een zoodanigen graad van bewusteloosheid geraakt is, dat in een voor de ademhaling weer bruikbare omgeving of toestand deze van zelf niet meer „op gang” kan komen. Dit zal dus het geval zijn b.v. bij drenkelingen, wanneer er nog maar, al is ’t nog zoo weinig, sprake van kan zijn, dat zij nog levensvatbaarheid hebben; bij een gasvergiftiging, bij bevriezing soms, bij kinderen waar men een half ingeslikt voorwerp uit de keel heeft gehaald enz., enz. De bekendste en verreweg ook beste methode is die van Sylvester. Men legt daartoe de patiënt op den rug (maatregelen, van te voren bij drenkelingen te nemen vindt men onder dat hoofdstuk) en plaatst zich, liefst met z'n tweeën, aan het hoofdeinde. Men vat de armen van den bewustelooze aan de onderarmen, bij de ellebogen en drukt deze eerst even stevig tegen den zij voorkant der borstkas. Daarna brengt men ze voorwaarts omhoog en naar achteren tot beide armen gestrekt boven het hoofd van den patiënt liggen en „drukt even na”. Dan weer omlaag enz. De beweging zelf moet rustig gebeuren. Elke eindstand moet 2 seconden duren (men telt daarvoor het beste rustig tweemaal: een-en-twintig hardop). Alles met groote regelmaat! Misschien is deze eenvoudige beschrijving voldoende; zeer nauwkeurige aanwijzingen maken de zaak vaak ingewikkelder. De hoofdzaak is dat men het beginsel begrijpt: de vergrooting van de borstkas bij het omhoog brengen der armen en omgekeerd. Het is alweer aan te bevelen het eens een keer te oefenen onder elkaar. Afgezien van het feit, dat het oefenen als regel een aange- Ontlasting Ontwrichtingen name vulling is voor een winteravond, is het goed met de methode vertrouwd te zijn. Men moet niet zeggen: wanneer zal ik dat nu ooit noodig hebben. Juist den eenigsten keer dat men eens in de gelegenheid gesteld wordt kan men het genoegen smaken, soms na meer dan een uur zwoegen een mensch van een anders wissen dood te redden 1 Ontlasting. Reeds het woord wijst op de wenschelijkheid van een geregelden „stoelgang; een belasting is nu eenmaal ongewenscht. Hierover wordt onder verstopping een en ander gezegd. De ontlasting zelf kan van zeer verschillende geaardheid zijn en veel van hetgeen er in ’t lichaam gebeurt of niet gebeurt verraden. Bij diarrhee is al gewezen op het tot stand komen der z.g. gevormde ontlasting. Als stof bestaat deze uit spijsresten, darmsappen en vooral massa’s bacteriën. Ook wie niets eet heeft dus toch ontlasting. Door een microscopisch onderzoek is na te gaan, in hoeverre ons voedsel goed verteerd is en of de spijsvertering hooger op dus al of niet gestoord is. Bij de ontlasting kan bloed zijn. Bij darmbloeding is hierover al geschreven. Bij geelzucht kan de ontlasting ontkleurd zijn (stopverfkleur), daar de bruine kleur aan galkleurstoffen te danken is. Uitsluitend melkmeelkost geeft echter ook een zeer lichte ontlasting terwijl veel bieten deze bloedrood kunnen kleuren! „Staal”-preparaten geven een zwarte ontlasting. Bij een vermeende opmerkelijke bijzonderheid beware men ontlasting om het den arts te kunnen toonen. Een beschrijving zegt meestal niet voldoende 1 (Zie ook bij spijsvertering). Ontwrichtingen. Van een ontwrichting spreekt men, indien de ineenvoeging der twee (of meerdere) deelen van een gewricht verstoord is. Zoo kan haast elk gewricht (schouder-, heup-, elleboog-, kaak-, vingergewricht) „er uit schieten”. Een arm „uit het lid” beteekent dus dat de kop van het opperarmbeen niet meer op zijn plaats in de kom van het schouderblad zit. Zoo’n arm staat dan stijf, de betreffende kan er niets mee doen (het geheel beteekent een pijnlijken toestand I). Bij pogingen om den arm te bewegen voelt degene die dat doet een „veerenden weerstand”. Dit is een belangrijk verschil met een gebroken arm of been, waarbij de beweeglijkheid grooter pleegt te zijn, zooals begrijpelijk is. Oog (Vreemd voorwerp in ’t) Oogbadje Ook hier trekken de omgevende spieren de stukken vast in hun verkeerde houding. In het lid brengen zal dus ook alweer onder sterk trekken moeten geschieden, sterk genoeg om die spierkracht te overwinnen. Ledematen in het lid brengen is een gevaarlijk werkje 1 Men kan bij even te veel forceeren een breuk veroorzaken. Dus liever altijd aan een dokter overlaten. Oog. (Vreemd voorwerp in ’t) Er zijn weinig onschuldige dingen die zelfs de krachtigste man in een oogwenk zoo hulpeloos kunnen maken als een beestje dat in zijn oog vliegt. Meestal houdt de direete kwelling al gauw op en komt het in een hoek of althans in de boven- of onderplooi onder de oogleden te zitten. Zandkorreltjes hinderen ook dan nog door hun scherpe kanten; ook blijft de eerste aanrakingsplaats langer gevoelig door een heel lichte verwonding van het oogoppervlak. Naar binnengekeerde oogharen ziet men spoedig. Het bovenlid over het onderlid trekken is een bekende en voor deze kwestie afdoende methode. Als een vliegje of stofje onder het onderooglid zit is het niet moeilijk het met een schoone punt van een schoone zakdoek, beter een klein watje om een stokje gedraaid, te verwijderen. Men laat daarbij de betreffende omhoog kijken. Onder het bovenooglid kan men zonder meer niet komen. Het omklappen van dit bovenooglid is niet zoo’n heksentoer: men laat sterk omlaag kijken, vat met duim en wijsvinger van de rechterhand de oogharen beet en, terwijl men het ooglid zelf van boven tegenhoudt, hetzij met de top van de linkerwijsvinger, hetzij met een lucifer over het ooglid (niet drukken) wipt men meestal gemakkelijk het ooglid binnenstebuiten omhoog. Het moet handig en zonder eenige moeite gebeuren. Soms mislukt het een paar maal doordat de getroffene zijn oog te sterk dichtknijpt. Geheel bovenin komt men daarbij ook nog niet; blijkt dit noodzakelijk dat moet men verdere pogingen als leek achterwege laten. Oogbadje. Een oogbadje (voor een luttel bedrag bij elke apotheek of drogist te krijgen) is een porceleinen of glazen Oogziekten Oogziekten kommetje (zie teekening) dat met de voorgeschreven vloeistof (boorwater b.v.) half gevuld wordt. Men drukt het nu tegen het oog (voorover gebogen hoofd !) en maakt, terwijl men het hoofd achterover brengt, heen en weergaande bewegingen met het hoofd, waarbij het bewuste oog geopend moet zijn. Voor het andere oog (eventueel) nieuwe vloeistof nemen. Oogziekten. Evenals het oor is het oog een uiterst gecompliceerd gebouwd orgaan, dat vrij groote verscheidenheid van ziekteverschijnselen kan vertoonen. Men kan deze samenvatten in een groep van ontstekingsverschijnselen (zeer algemeen), een van gezwellen (zeldzamer), de verschillende vormen van staar (lenstroebelingen), de toestanden van glaucoom (drukverhooging in den oogbol) en de z.g. brekingsafwijkingen van het oog (verziendheid, bijziendheid, astigmatisme enz.). De ontstekingen en de gezwellen kunnen op verschillende plaatsen zetelen (c.q. er van uit gaan). Het oog bestaat n.1. in hoofdzaak uit drie deelen, beter gezegd „gebieden”, n.1.: I. de oogzenuw met haar uitbreiding als netvlies, de binnenste bekleeding van den oogbol, II. de bloedvaten, met hun eigen laag: het vaatvlies, tegen het netvlies gelegen, welk vlies zich van voren voortzet als regenboogvlies, de gekleurde ring (met een gat er in: de pupil), die wij in het oog van iedereen zien als het meest opvallende, „sprekende” van de oogen. Tusschen vaat- en netvlies ligt de pigmentlaag (zie bij Albino); III. de buitenste omkleeding van alles: de harde oogrok, waar de uitwendige oogspieren (om den oogbol in de oogkas te bewegen) aan vast zitten, en die van voren doorschijnend is: het hoornvlies, waar wij dus doorheen kijken als we iemand in de oogen zien. (Zie teekening). SchematI- p= piment- 1 = lens sche door- laag h = hoorn- snede door o.z. — oog- vlies het oog zenuw h.o. = harde oogrok n = netvlies Over bijziendheid, verziendheid, astigmatisme, glaucoom, staaren bindvliesontsteking is al iets in de betreffende hoofdstukken gezegd. Oogziekten Oorontsteking Andere ontstekingen dan de bindvliesontsteking (het bindvlies behoort feitelijk niet tot den eigenlijken oogbol; het is doorschijnend geworden huid, die met de harde oogrok van voren tot hoornvlies is vergroeid) zijn dieper gezeteld en kunnen dus betreffen: de harde oogrok, het vaatvlies of het netvlies. De verschijnselen der ontstekingen van vaat- en regenboogvlies zijn wisselend met meestal min of meer heftige pijn en lichtschuwheid ; gezichtsvermindering is haast constant aanwezig door de optredende troebeling der anders zoo heldere oogvloeistoffen. Het oog ziet er van buiten al vaak rood uit door de sterke doorbloeding (der oogrokken), een algemeen ontstekingsverschijnsel. Oorzaken voor deze ontstekingen kunnen van buitenaf komen (door verwondingen b.v.), echter ook elders in ’t lichaam aanwezige infecties zijn. Netvliesontsteking gaat zeer snel gepaard met gezichtsstoornissen, zooals begrijpelijk is, speciaal wanneer deze ontstekingshaardjes zitten in de buurt van de gevoeligste plek van het netvlies: de gele vlek. Een voorbeeld van deze ontstekingshaarden zijn die, welke nogal eens voorkomen in ’t laatste stadium van nierziekten. Oogzenuw-ontsteking, welke veel gevaar voor blindheid oplevert, kan b.v. het gevolg van een syphilitische infectie zijn. Tumoren van het oog zijn gelukkig zeldzaam. Zoowel goedaardige als kwaadaardige (kanker, sarcoom) komen hier voor. Meestal gaan zij van vaat- of netvlies uit. Een geheel apart soort stoornissen in de oogfunctie zijn de oogspierverlammingen resp. afwijkingen, welke tot den een of anderen vorm van scheelzien voeren. (Zie aldaar). Oorontsteking. Het oor is een gecompliceerd orgaan, dat in drie deelen verdeeld kan worden: het uitwendige oor (de gehoorschelp met de uitwendige gehoorgang tot aan ’t trommelvlies), het middenoor met de gehoorbeentjes (hamer, aambeeld en stijgbeugel) en het binnenoor, het slakkenhuis met het evenwichtsorgaan (de drie halfcirkelvormige kanalen). Het middenoorstaatmet de neuskeelholte in verbinding door de buis van Eustachius. (Zie afbeelding). Hoewel dus een „oorontsteking” een uitgebreid begrip is, bedoelt men er hier een middenoorontsteking mede, die verreweg het meest voorkomt. (Zie ook bij Oorpijn en Oorsuizen). Bij een middenoorontsteking Oorontsteking Oorontsteking stelt men zich voor dat de infectie vaak geschiedt vanuit de HALF-SCHEMATISCHE DOORSNEE DOOR HET GEHOORORGAAN g.s = gehoorschelp 1. = oorlelletje k = kraakbeen v. d. gehoorschelp u.g. = uitwendige gehoorgang r = rotsbeen t = trommelvlies m.o. = middenoor b = buis v Eustachius s = slakkenhuis e = evenwichtsorgaan h = hersenholte neuskeelholte via de buis van Eustachius. De invloed van koude lucht, die ’t trommelvlies treit, mag ook niet over ’t hoofd gezien worden. En bij dit alles maakt, waarop al meermalen gewezen is, het feit, dat bepaalde personen en ook persoonstypen zoo sterk tot middenoorontstekingen nij¬ gen alweer, dat een speciale, constitutioneele neiging tot de ziekte toch zeker de hoofdzaak blijft. Het trommelvlies ziet de arts normaal als een glad glanzend vlies; bij een oorontsteking wordt het dof en rood; het gehoor gedeeltelijk of bijna geheel opgeheven. Dit alles komt, doordat zich in de middenoorholte etter ophoopt, die het trommelvlies in de gehoorgang doet uitpuilen en ten slotte daar doorheen naar buiten, in de gehoorgang, doorbreekt: daarmee is een „loopend oor” ontstaan. De van te voren meestal bestaande heftige pijn is dan vrijwel op slag verdweren; de koorts zakt aanmerkelijk. Na eenige dagen „geloopen” te hebben kan de afscheiding weer ophouden en een volledig herstel intreden. Van dit ideale verloop bestaan in hoofdzaak drie afwijkingen. I. Het trommelvlies breekt niet gauw door (gewoonlijk in 1 è 2 dagen). Dan moet het doorgeprikt worden. II. Het oor wordt niet gauw „droog” maar blijft loopen; er is dan een chronisch loopend oor ontstaan, een kwaal die maandenlang soms kan duren, vooral als er geen deskundige behandeling plaats vindt. III. De aandoening beperkt Oorpijn Oorsuizen zich niet tot het middenoor pijn vooral onderscheiden tusdoch gaat over op de om- schen de echte „diepe” pijn, die geving: het inwendige oor of het in ’t trommelvlies zetelt bij b.y. rotsbeen (de knobbel, die men een middenoorontsteking (zie bij zich achter de oorschelp bij Oorontsteking, die kloppend voelt). Dit is de gevaarlijkste en stekend is, en de oorpijn, die complicatie (die ontdekt wordt overigens niet minder heftig door ’t koortsverloop en de kan zijn en die ontstaat b.v. drukpijn achter ’t oor) welke bij een steenpuist in de uitaanleiding geeft tot een opera- wendige gehoorgang. Kenmertief openen van het been achter kend is dat bij een middenoorhet oor, zoodat de daar op- ontsteking het gehoor altijd gezamelde etter kan afvloeien min of meer verzwakt, terwijl en het proces kan genezen, dit bij een aandoening van de Bij zeer hardnekkige, jarenlang uitwendige gehoorgang natuurbestaande loopende ooren is lijk niet hoeft (tenzij de heele soms zelfs een radicale verwij- gang afgesloten wordt), dering van het geheele trom- Oorpijnen kunnen ook van melvlies met de gehoorbeentjes zuiver neuralgischen aard zijn (z.g. radicaaloperatie) aange- (zie bij Neuralgie); bekend, is wezen. ook dat de pijnen bij een angina In ’t begin van de ontsteking, of ook kiespijn naar het oor als het trommelvlies nog slechts kunnen uitstralen, rood (en niet gespannen) is, kan Oorsuizen. Bij doofheid is de ontsteking soms nog door al gewezen op de verschillende een of ander soort ontsteking- plaatsen, waar alzoo een stoorwerende oordruppels bezworen nis in het gecompliceerde geworden. Een druppeltje warme hoororgaan tot doofheid kan leiolie is bij ooren die nog nooit den. Hetzelfde zou men van het ontstoken waren weliswaar on- oorsuizen kunnen beschrijven, schuldig, doch weinig effectief, Een oorprop kan, voor hij toterwijl men bij ooren, die geen taal afsluit (en ook dan nog) geheel gaaf trommelvlies meer hinderlijk oorsuizen veroorhebben, de ontsteking er wel zaken. eens mee in de hand kan Een te sterk ingetrokken (gewerken. Zelf probeeren is bij spannen) trommelvlies kan dat ooren altijd riskant 1 o°h (men heeft dat tijdelijk b.v. Oorprop. (Zie bij Doofheid.) in een lift wel eens; door slikken Oorpijn. Men moet bij oor opent men de buis van Eusta- Parasieten Parasieten. Onder parasieten verstaat men organismen (planten of dieren) die op andere levende wezens „teren”, d.w.z. krachten en stoffen, die voor deze wezens zelf bedoeld waren, te hunnen voordeele gebruiken. Bij den mensch bedoelt men met parasieten: dierlijke parasieten. Een bekend voorbeeld, trouwens tevens hetgeen meestal onder „parasieten” verstaan wordt, zijn de lintwormen in onze ingewanden. Deze zuigen de krachten uit het menschelijk lichaam weg, die zij zelf gebruiken voor hun (toomeloozen) groei. Ook hoofdluizen en soortgelijken worden vaak als parasieten aangeduid. Bacteriën (zie aldaar) zijn plantaardig en kunnen daarom plantaardige parasieten genoemd worden. Paratyphus. Para beteekent letterlijk „tegen”; paratyphus wil zeggen een ziekte die eenigszins als „typhus” verloopt, doch er in wezenlijk opzicht van verschilt. De met heftige koorts, veel plotselinger dan buiktyphus beginnende ziekte is in zijn verloop als regel heftiger, maar korter, vertoont minder neiging tot complicaties en ook minder neiging tot recidiveeren (herhalingen) dan deze. De infectie ontstaat ook hier Pathologie veelal door rauwe melk, vaak echter ook door geconserveerde vleeschproducten. De onderscheiding tusschen paratyphus A. en B. slaat op het verschil in eigenschappen der bij deze ziekten in het bloed gevonden bacteriën (Zie ook bij „typhus”). Parkinson. (Ziekte van) De ziekte van Parkinson (paralysis agitans) berust op een ontstekingachtig proces in een speciaal deel der hersenen,waardoor in het lichaam een algeheele stijfheid lanzaam optreedt met bevingen en trillen der ledematen. Er bestaan verschillende vormen der ziekte, die gewoonlijk op lateren leeftijd (soms al jeugdig) en opvallend vaak na een hard leven of na veel verdriet optreedt. Het bewustzijn der patiënten blijft steeds door goed. Opvallend is de starre uitdrukking van het gelaat („maskergelaat”) en het toenemen der bewegingen bij opwinding en aandacht. Parkinsonisme noemt men de vorm van deze ziekte, die na een doorgemaakte griep („hoofdgriep”) optreden kan (en ook op een hersenontsteking berust). Pathologie. Pathologie is de leer der ziekten, de beschrijving der verschijnselen, van het verloop enz. 15 Peestknobbels Pest Pathologisch wil zeggen: ziekelijk. Pathologische anatomie is de ontleedkunde van het zieke lichaam en van de zieke organen. Peesknobbels. Dit zijn de meestal beenharde (de Duitschers zeggen „Überbein”) ronde gezwellen, die menigeen kent aan de pezen van handen of voeten en soms door hun druk of bij bewegen zeer hinderlijk kunnen zijn. In waarheid zitten zij echter niet in de pees maar in den wand van de schede waardoor de pees loopt, of wel in een gewrichtskapsel. Soms zijn zij ineens weg om daarna weer langzaam te verschijnen. Dit is te begrijpen als men weet dat het kleine holten zijn met een slijmerig vocht gevuld (door de groote spanning lijken zij zoo hard), die door een slag of stoot of ook vanzelf een verbinding kunnen krijgen met de gewrichts- of peesschedeholte. Men verwijderde ze vroeger dan ook wel met geweld van buiten af: een klap met een houten hamer. Sedert een kleine chirurgische ingreep de zaak meer afdoende en minder ruw uit den weg weet te ruimen heeft men die methode verlaten. Pest. De pest is een infectieziekte die vroeger in de allerhef¬ tigste epidemieën heeft gewoed, die de wereld gekend heeft. In de middeleeuwen zijn heele landstreken ontvolkt geweest door dergelijke catastrophen. De pest komt nog veel voor (in Zuidelijk en Oostelijke landen). Echter meer gelijkmatig, overal zoo nu en dan eens een geval, met weinig verbreiding in de omgeving naar verhouding van het berekende gevaar. Men onderscheidt de algemeenere builenpest en de (zeldzamere) veel gevaarlijker longenpest. De beginverschijnselen bestaan uit hoofdpijn, sterke dofheid in ’t hoofd, groote dorst, die door de bestaande angina moeilijk te lesschen is. De builen zijn de sterk gezwollen lymphklieren, vooral in de buurt van hoofd en hals. In ’t algemeen verloopt de ziekte snel en heftig met hooge koorts. — De longenpest vertoont het beeld eener longontsteking. Het spreekt wel van zelf, dat deze ziektebeelden niet bijzonder karakteristiek zijn en pas vroeg als zoodanig te herkennen zijn gedurende een epidemie of wanneer er bekende gevallen in de buurt aanwezig zijn. De verbreiding van de (builen)pest geschiedt door een rattenvloo, die, zooals de naam zegt op ratten leeft en de pestbacil herbergt. Ratten, vlooien, pest- Physiek Pleuritis bacillen en pest zijn onaf- terlingen) als algemeen voetscheidelijke begrippen; de eerste type voor. De gewone, nietmaatregelen bij een epidemie platvoet heeft een uitgesproken waren en zijn de ontratting der holle zool; op den grond drukgeteisterde streek. Wie zich ken slechts de teenen en het geheel van vlooienbeten kan voorste deel van de middenvoet, vrijwaren, loopt tijdens een epi- de hiel en de buitenrand der demie weinig kans de ziekte op voet. Bij platvoeten verbreedt te loopen. De longenpest schijnt zich deze laatste steunrand, daarentegen direkt door de lucht tot in uiterste gevallen de heele van mensch op mensch over- zool den grond raakt. Bij een gebracht te kunnen worden. (ziekelijken) platvoet is het voet- Physiek. Physiek beteekent gewelf dan ingezakt. lichamelijk en staat in dit ver- De aandoening kan in de hand band tegenover psychisch: tot gewerkt worden door zwaar het zieleleven behoorend. tillen, door een in verhouding Pijn is iets dat psychisch be- tot de voeten te groot lichaamsleefd wordt, maar een physie- gewicht, te veel staan. enz. ke oorzaak kan hebben. Den- Deze verworven platvoet zal uit ken is psychisch; de hersen- den aard der zaak meer stoorprocessen, die er mee parallel nissen (pijn, vermoeide voeten) loopen ^zijn physiek. geven dan de aangeboren. — Physiologie. Physiologie is Vaak gaan platvoeten samen de leer der verrichtingen van met X-beenen, waarbij de voet de organen en van de weef- immers reeds de neiging heeft, seis van levende wezens, (or- naar binnen door te zakken, ganen zijn: hart, lever, nier, Platvoetzolen herstellen het enz.; uit weefsels zijn de orga- voetgewelf kunstmatig. Echter nen, de spieren, de zenuwen laten zij den voet passie/daarbij, enz. opgebouwd). Het darm- Heilgymnastische oefeningen, kanaal te bestudeeren in zijn die de spieren van den voet verbouw en ligging is b.v. een on- sterken, de gewrichten tusschen derwerp voor de anatomie. De de voetbeenderen soepel en lespijsvertering wordt daarente- nig houden zijn, vanzelfspregen bij de physiologie behan- kend doeltreffender en kunnen deld. een blijvende genezing bewerk- Placenta. (Zie Nageboorte), stelligen. Platvoeten. Platvoeten ko- Pleuritis. Pleuris, verbasmen bij bepaalde volkeren (Oos- tering van het woord pleuritis, Pleuritis Pneumothorax is een ontsteking van het borst- is het soms noodig, als er te vlies, dat de longen omgeeft veel vocht in de borstholte ont(zie ook bij buikvliesontsteking). staat, dat de longen en het hart Men moet een acute en een chro- te ver dreigt te verdringen, om nische vorm onderscheiden. De het vocht „af te tappen”. Dit acute, etterige pleuris ontstaat geschiedt met een z.g. punctiemeestal als complicatie bij een naald, een lange holle naald, longontsteking. De behandeling die op een spuit bevestigd is zal in de eerste plaats bestaan om het vocht op te zuigen, en in het maken van een af voer- die tusschen de ribben door in mogelijkheid van de pus (meest- de borst- of pleuraholte geal door het wegnemen van een stoken wordt. Er worden dan stukje rib). Een ontsteking van soms eenige liters afgetapt 1 het borstvlies in lichtere graad is Pneumothorax. De longen bij iedere longontsteking te vin- vullen de borstholte geheel op. den. Indien het niet tot etter- of Longweefsel is sterk samenvochtophooping komt, spreekt trekbaar. Een losse long zou men van een droge pleuritis, tot een klein luchtledig orgaan Deze zijn voor den patiënt op samenschrompelen. Dat dit in ’t het oogenblik zelf onaangena- lichaam niet geschiedt, komt mer dan de natte vorm, omdat doordat de ruimte om de longen de ruwe, ontstoken pleura-bla- heen, waarvan de eene wand den bij het ademhalen over geheel met de borstwand verelkaar wrijven en pijn en hoest groeid is (d.i. dus de ruimte die veroorzaken. onder „pleuritis” met pleuraholte De meestal chronische, niet ette- betiteld is), een gesloten ruimte rende pleuritis ontstaat vaak vormt is, een luchtledig is; de schijnbaar zonder longaandoe- twee „wanden” (het longvlies ningrpn. Men neemt aan dat er en het borstvlies) liggen dus dan altijd afwijkingen, dikwijls tegen elkaar aan. Ze kunnen wel van tuberculeuzen aard aan de over elkaar glijden, doch niet longen zijn. Ook bij rheumati- van elkaar af. Komt er nu sche ziekten en nieraandoe- echter lucht tusschen deze vlieningen kan een soortgelijke zen, dan krijgt de long kans zich pleuritis voorkomen. samen te trekken. Dit gebeurt Deze chronische vorm wordt in ie. bij verwondingen van de tegenstelling met de vorige borstkas, die „door en door” j „conservatief” (zonder chirur- gaan tot in de pleuraholte, gische ingreep) behandeld. Wel 2e. bij speciale ingrepen, waarbij Pneumothorax Pokken men de long tot volkomen rust wil brengen om b.v. ontstekingsprocessen te laten genezen (longtuberculose). De long ligt dan dus samengeschrompeld tegen de wervelkolom, achter in de borstholte. Daar de lucht weer snel uit de holte verdwijnt (door de wanden opgeslorpt) moet men de opening telkens opnieuw maken (luchtpunctie, luchtinblazing). Pokken. Evenals de pest, zijn de „pokken” een ziekte, die nog steeds haar afschrikwekkenden bijklank niet geheel verloren heeft en die nog stamt uit de middeleeuwen, toen de pokken-epidemieën tot de natuurcatastrophen behoorden, die in enkele weken meer menschen ten grave sleepten dan jarenlange oorlogen. Heden ten dage komen ook nog pokken voor. Er treden dan niet meer zulke epidemieën op; men kan zeggen: omdat de menschen door inenting geïmuniseerd zijn. Dit is echter niet alleen zoo; want degenen die slechts in hun eerste levensjaren ingeënt werden, zijn later geheel niet meer immuun (men rekent de duur der immuniteit door inenting op db 7 jaar). De vatbaarheid schijnt daarbuiten ook verminderd te zijn, een verschijnsel dat te denken geeft. De pokken is een heftige, acute ziekte, die met hooge koorts begint en een over ’t geheele lichaam optredend rood examtheem (uitslag) vertoont, dat in enkele dagen weer verdwijnt, terwijl de koorts mindert. Daarna treden pas, tesamen met het opnieuw stijgen van de koorts, de pokblaasjes, die tot pokpuisten worden, op. (In dit opzicht is er dus eenige overeenkomst met het verloop der mazelen. De pokken zelf treden over het geheele lichaam vrijwel gelijktijdig op. De algémeene toestand is ernstig, velen komen er niet door. Is dit wel het geval, dan genezen de puisten met de bekende litteekens, „moeten.” „Pokdalig” noemt men dergelijke personen. De litteekens schijnen minder erg te worden, indien de pokken onder invloed van rood licht kunnen genezen. In de oudheid was het aan Chineezen bekend dat het doormaken van een lichte pokken, kunstmatig verwekt, de vatbaarheid voor de gewone pokken verminderde, c.q. ophief. Zij brachten „pokstof” (de inhoud der pokblaasjes, pokpuisten) op ’t neusslijmvlies van de betreffende, die dan (in ’t gunstigste geval) ter plaatse pokpuisten kreeg, die uitwerkten zooals bij ons de kinderpokken door de koepok-inenting verwekt. Polsslag Priessnitzverband Jenner nam waar, dat de melksters, die aan de handen pokken kregen van de uiers van de koeien (bij welke pokken als een plaatselijke ziekte voorkomen) er voor een pokken-epidemie immuun door werden. — Daar deze koepokken niet gevaarlijk bleken werd de methode der opzettelijke inenting in korten tijd over de geheele (Westersche) kultuurwereld ingevoerd. (Zie ook bij Inenting en Immunisatie). Voor de pokken-inenting wordt speciaal bereide pokstof in een aantal (wettelijk voorgeschreven !) ondiepe krasjes in de huid (van bovenarm, schouder of been, al naar de strijd tusschen arts, moeder en dochter afloopt) gebracht, alwaar daarop na eenige dagen de bekende ,,koepokken” ontstaan (of niet, als ze niet „opkomen”), die na 5—9 dagen onder heftig jeuken verdrogen, weer afvallen en ook litteekens nalaten. De algemeene verschijnselen zijn gering als regel; enkele kinderen zijn er zeer ziek van 1 Zooals gezegd rekent men met een immuniteit van 7 jaar. Daarna zou men zich dus, consequent zijnde, weer opnieuw moeten laten enten. Polsslag. Aan de polsslag kan veel van den toestand van een patiënt afgelezen worden. Men kent een aantal „qualiteiten” van een pols, die als snelheid, regelmaat, gelijkmatigheid, (van kracht), spanning worden aangeduid. Een geoefende hand voelt deze eigenschappen zonder meer. De druk (spanning) is van de bloeddruk in ’t algemeen afhankelijk en kan eventueel als bloeddruk (zie aldaar) nauwkeurig gemeten worden. Te snel is de polsslag bij koorts, vrijwel evenredig, zoodat een temperatuursverhooging van i° een polsversnelling geeft van ±10 slagen per minuut (normaal 72 gemiddeld). Op dezen regel zijn echter uitzonderingen (buiktyphus met een „relatieve polsvertraging”). Ongelijkmatige en onregelmatige polsslag kunnen op ernstige stoornissen in de bloedsomloop en van de Aarfsfunctie wijzen. Men denke er echter aan, dat normaal bij ieder mensch tijdens de inademing de pols sneller gaat kloppen en bij de uitademing weer langzamer. Bij kinderen is dit vooral zeer duidelijk. Deze „respiratorische arythmie” (ademhalingsonregelmatigheid) heeft reeds meenigeen die zichzelf te nauwkeurig bestudeerde en bang was voor een of andere ernstige kwaal tot noodeloozen wanhoop gebracht. ^Priessnitzverband. Het Puistjes Puistjes dezer punten een min of meer Prophylactische zalven en crèvolledig defekt en weet dus in mes etc. maken de boel vaak tal van omstandigheden zich nog erger, niet te handhaven in een samen- Van veel belang is de voeding werking met zijn omgeving. en een goede stofwisseling Puistjes. Op zichzelf betrek- (stoelgang). Vooral een zeker kelijk onschuldig (zoowat ieder gehalte aan kiezelzuur, een mensch heeft wel eens een belangrijk bestanddeel van de puistje) zijn zij ongewenscht, huid, is gewenscht. Kiezelzuurvaak zeer ontsierend en aldus houdend zijn vooral (groene) een ramp voor menig jong meis- groenten, speciaal sla, spinazie, je en menige jonge man juist in postelein. Een niet overdreven de jaren dat zij ze het minst rauwkost-dieet is hier van zeer kunnen gebruiken. Dat puisten veel nutl juist zoo graag in den overgangs- Daarna komt een eventueele geleeftijd van het 14c tot het neeskundige behandeling, voorzie jaar voorkomen, telkens al met kleine hoeveelheden zwaweer verschijnen bij vele meis- velhoudende geneesmiddelen, jes in den tijd der menses, Hiertegenover staat de directe wijst er al op dat hun aanwe- uitwendige behandeling van de zigheid met de geheele con- puist. Daar geldt een hoofdwet: stitutie samenhangt en vol- afblijven 1 Hoe meer men er strekt geen teeken van on- aan prutst (uitknijpen, krabachtzaamheid behoeft te zijn, beien), hoe erger het wordt. De noch van onzindelijkheid. Wel gewoonte van een groot deel wijzen zij op een tijdelijk minder van de menschen om met hun goede toestand van de huid; handen aan voorhoofd, wang menschen met een frissche of kin te zitten bij het rusten, glanzende en stevige huid zullen werkt in dit opzicht vaak zeer er zeker zelden last van hebben, fataal. Opvallend is dat zij zich graag Er zijn enkele goede zalven die vertoonen op plaatsen waar soms behoorlijk helpen om de men veel transpireert, zooals kwaal tot een minimum te bevoorhoofd en rug. De alge- perken; men verkrijgt die echmeene huidverzorging is daar- ter van een medicus, en niet door om wel van veel belang. Borst een der tientallen advertenties, en rughuid stevig borstelen bij Wie op een gegeven oogenblik het baden is een uitstekend een puistje dat rijp is (en dus een voorbehoed- en geneesmiddel. I geel kopje vertoont) beslist wil Pijn Pijn uitknijpen (als hij naar een danspartij gaat), doe dit als volgt: neem een uitgegloeide naald; licht daarmee het kopje van het ding af na de omgeving met eau de Cologne schoon gewasschen te hebben, neem dan een schoon watje, pak hiermee het erbij hangende kopje beet en haal het, nauwelijks knijpende weg. Eventueel precies dezelfde bewerking met een nieuw watje nog eens herhalen. Nooit wrijven. De bewerking mag nagenoeg geen pijn doen. Daarna op laten drogen, handen terdege wasschen en watjes verbranden. Pijn. Pijn hebben beteekent een te sterke bewustwording van eenig deel van het lichaam. Elke gewaarwording kan bij overschrijven van een zekere intensiteit tot pijn aanleiding geven. Ook voor het psychische leven, men spreekt immers ook in dit opzicht van: „iemand pijn doen”, geldt dit. Men pleegt van „een pijnzin” te spreken. Geheel steekhoudend is dit niet. Een zintuig neemt iets waar; de tastzin neemt iets van de geaardheid der oppervlakte van het aangeraakte voorwerp waar, het gehoor neemt er de klank en het oog de kleur en de vorm van waar enz. Iets dergelijks kan men ten aanzien van een oorzaak van pijn niet zeggen. Er wordt omtrent die oorzaak zelf niets waargenomen. Men neemt alleen een toestandverandering van het eigen lichaam waar, niet gelijkvormig aan de oorzaak. De pijngewaarwording is in hooge mate afhankelijk van de aandacht die men er voor heeft. Tal van pijngevoelens bemerkt men eerst als men niet meer afgeleid wordt. Daarom worden de meeste pijnen waarschijnlijk des nachts erger. Het is een kenmerk van de tegenwoordige tijd pijn allerzijds te willen ontloopen en met dit ontloopen zich tevreden te stellen. Een groot deel der huidige geneesmiddelen zijn symptomatische middelen tegen de pijn. Zeker heeft men er vroeger anders over gedacht en bij ’t doormaken van een ziekte veel pijn aanvaard. De Engelsche arts Bacon (in de middeleeuwen) was een der eersten die het standpunt innam en verbreidde van: lijdt zoo min mogelijk, sterf zoo gemakkelijk mogelijk (d.w.z. pijnloos). Quarantaine Quarantaine Quarantaine. Quarantaine beteekent de isolatie van een schip. Een schip ligt zóólang in (of buiten) de haven in quarantaine tot de besmettelijkheid aan boord van een bestaande of vermoede ziekte gedacht wordt voorbij te zijn c.q. er voldoende maatregelen genomen zijn om de aan land gaande passagiers als ontsmet te beschouwen. In de eerste plaats zullen dus schepen in quarantaine moeten liggen die gevallen van een ernstige besmettelijke ziekte aan boord gehad hebben gedurende de reis. In de tweede plaats zulke die uit landen komen waar zulk een ziekte epidemisch woedt of overeenkomstige gevaren mogelijk geacht worden. (Arabië 1) Radiumbestraling Rauwkost Rachitis. (Zie Engelsche ziekte). Radiumbestraling. Een geringe hoeveelheid van een radiumzout wordt in kleine buisjes in het te bestralen weefsel gebracht. De vernietigende werking van de van het radium uitgaande stralen is buitengewoon intensief. Gezwellen-massa’s kunnen als sneeuw voor de zon „wegsmelten”. — Radium bestraling is dus alleen mogelijk bij gezwellen die van buiten af te bereiken zijn (huid-, mond-, baarmoedergezwellen). — Voor inwendige organen en weefsels kan men slechts met röntgenstralen diep genoeg komen, daar de er boven liggende huid er weinig of geen gevaar loopt. Hoe intens het effect van het wegbestralen ook vaak is, men neemt er niet de oorspronkelijke oorzaak door weg. Voor zoover deze dus in de totale constitutie gelegen is, is de behandeling slechts een „symptomatische”. — Kleine, goedaardige huidgezwelletjes kan men wel heelemaal wegkrijgen. Men mag zich daarbij het wezen der afwijking tot de onmiddellijke omgeving beperkt denken. Rauwkost. Zoo fel als een deel der moderne menschheid (voorloopig nog een klein deel) vast ervan overtuigd is, dat een ware gezondheid slechts denkbaar is op den duur, wanneer alle kunstgrepen (zoo ook het koken) met het voedsel afgeschaft worden, zoo vast meent een ander deel, dat een mensch vooralsnog te eenen male geen koe is en zich eenige manipulaties met zijn dagelijksche spijs gerust kan veroorlooven. Een belangrijker probleem dan het overwegen van een uitsluitend voor of tegen is echter gelegen in de vraag: wat beteekent rauwkost voor het lichaam en wat verandert den mensch door het koken aan die beteekenis? Vergelijkt men wortelgewassen, bladgroenten, vruchten en noten, dan ziet men dat de natuur ons een zeker voorbeeld geeft: men kan een stijgende lijn volgen van een voedselsoort (wortelachtig) die het meest met de minerale wereld te maken heeft (zoutig, hard) naar een, die, aanvankelijk steeds weeker wordend, tenslotte als vrucht werkelijk door de zon gaar gestoofd wordt, terwijl men de zaadvorming kan vergelijken met wat een mensch ook doet als hij de hittetoevoer nog versterkt: met het bakken. Men kan daaruit eenige dingen af lezen: voor eerst dat men niet zonder meer met gelijke Rauwkost Reflexen vanzelfsprekendheid vruchten (al naar de omstandigheden) en wortelen rauw zal eten, gezond kan zijn, deze korte tijd omgekeerd dat men ze evenmin wat meer van hun lichaam te beide in gelijke mate zou moe- vergen, om het tot betere verten koken. Het is voor de hand werking der stoffen aan te liggend dat men vruchten meest- sporen. al rauw kan en zal eten. Ileciciief. Recidief beteekent Zij behoeven het koken niet. terugval. Een ziekte recidiveert Slechts voor onrijp fruit heeft als een nieuwe aanval, ,,uithet zin. Bladgroenten kan men barsting”, opleving plaats vindt koken, ook rauw eten, het vóór de eerste tot in den grond rauwkostprobleem draait dan genezen was. Een herhaling van ook hoofdzakelijk om dit ge- een geheel afgeloopen longontbied. Wortelen kunnen rauw steking is dus geen recidief. slechts in beperkte mate ge- Een ziekte met typische recigeten worden, zij kunnen flink dieven is de buiktyphusj er gekookt worden alvorens hun kunnen vele op elkaar volgen voedingswaarde te verliezen, voor de ziekte grondig overThee van bladeren kan men wonnen is. De volksmond desnoods even opkoken. Bloe- spreekt bij recidief van: opsemthee mag hoogstens trek- nieuw instorten, ken 1 Of men nu zijn groente Reflexen» Onder een rein de eene of in de andere vorm flex verstaat men een onwillezal nemen, zal daarvan af- keurige beweging, opgewekt hangen of men van het lichaam door een of andere gewaarwormeer of minder wenscht te ding of zintuigelijke waamevergen. . ming. Tot die gewaarwordin- Men dient rekening te houden gen moet men ook zulke remet het feit, dat de voedings- kenen, die in ’t diepst van ons waarde lang niet altijd parallel lichaam geheel,,onder de dremgaat met lichtverteerbaarheid pel” van ons dagelijksch be(veeleer omgekeerd !) en tevens wustzijn optreden. Vrijwel alle dat de buitengewoon opwek- bewegingen (darm-, hart-, midkende werking van althans klei- denrif-bewegingen enz.) worden ne hoeveelheden rauwkost voor tegenwoordig als „reflexogeen” vele menschen met een ver- beschouwd. Maar ook voor tal slapte stofwisseling van voordeel van bewegingen met ons gewokan zijn. Men kan zich denken, ne spierstelsel, onze foopbewedat het voor zulke personen gingen, eet-, slik-, praat-, oog- Reflexen Rekverband bewegingen geldt de omstandigheid, dat ze niet of maar half bewust, als een reflex verloopen. Klassieke voorbeelden van reflexen zijn de pupil-reflexen (bij lichtinval vernauwing der pupil) en de ooglid-reflex (knippen bij onverwachte nadering van het oog met de hand b.v.). De kniepees-rettex (naar voren slaan van het gebogen, los neerhangende onderbeen bij een tik op de kniepees, onder de knieschijf !) wordt zelfs wel als gezelschapsspelletje gebruikt. Bij vele ziekten zijn de normale reflexen veranderd, d.w.z. versterkt, verzwakt of verdwenen. De pupil is dan b.v. ongevoelig voor lichtinval („lichtstijf”), de kniepeesreflex is niet op te wekken. Men moet zich voorstellen dat het gewaarwordings- of waarnemingsvermogen in de meer onderbewuste spheren van ons lichaam daarbij beduidend verminderd is. Het kan dan voorkomen dat ook willekeurige bewegingen slechter en onzekerder dan gewoonlijk uitgevoerd worden, omdat immers het onwillekeurige, reflex-achtige aandeel zoo groot is. Men moet zeggen: het is verbazingwekkend te weten, hoe gering het volkomen bewuste aandeel is dat wij hebben bij het maken van de bewegin¬ gen in het dagelijksche leven. Rekverband. Bij „beenbreuk” is vermeld, hoe bij het breken van een (pijp) been de twee stukken door het voortdurend trekken der spieren een eindweegs langs elkaar plegen te schuiven. Dit veroorzaakt dan ook de verkorting van het gebroken lichaamsdeel. Wil men de normale stand weer herstellen, dan zal dit dus moeten gebeuren onder sterk trekken om de weerstand der spieren te overwinnen: het „zetten” van het lid. Wil men deze stand behouden en opnieuw „afglijden” voorkomen, dan kan men óf een gipsverband aanleggen (zie bij beenbreuk) óf een rekverband, dat dan beoogt de tractie (het trekken) voortdurend vol te houden en zoodoende de beenstukken (min of meer beweeglijk) tegen elkaar te houden. Er moet dus zóó sterk getrokken worden (meestal door zakken zand) dat de spierkracht juist overwonnen wordt, niet sterker, daar er anders een gaping tusschen de afgebroken uiteinden zou komen. Men trekt liefst in „vrij zwevenden” toestand. Hiervoor zijn natuurlijk (soms ingewikkelde) installaties noodig; men heeft het in deze dingen ver gebracht. Om aan een onderbeen, elle- Rooken Ruggegraatsverkrommingen ook onjuist is. Aesthetische be- zonder meer door een verbod schouwingen over de „vieze te bestrijden is. Een lichaam rookgewoonten” (tabak, nico- went aan alles, en de ontwentine speciaal, heeft een tame- ning is geen eenvoudige zaak lijke speekselvloed tengevolge) en dient met overleg en de volle zullen nooit iets kunnen ver- medewerking van de betrefanderen aan het feit dat voor fende te geschieden. (Zie ook bij vele mannen en vrouwen het vergiftiging). rooken van het „geurig kruid” Ruggegraatsverkrom> een genot, op zijn minst een ntiingcn. Normaal vertoont aangename pose beteekent. de ruggegraat in achterwaartVoor verschillende kwalen, met sche richting een bocht nagr name ziekten van het vaat- voren in het gebied der halsstelsel, van het hart ook, is wervels, naar achteren bij de rooken niet goed. In den regel ruggewervels en weer naar zal dan het medisch rookver- voren in de lendewervels. De bod (of een beperking althans) overgang naar de (weer achterspoedig het gevolg zijn. Dat die waartsche) kromming van de kwalen door rooken zouden heiligbeenwervels is vrij plotkunnen ontstaan, is op zijn seling met een hoek. De lendenminst nooit bewezen. bocht is afhankelijk o.m. van , Een andere kwestie is, wanneer de stand van het bekken. Bij menschen te veel rooken, d.w.z. het dragen van hooge hakken zelf met die bekentenis met helt dit meer naar voren en min of meer gemak voor den wordt deze lenden-„lordose” dag komen. De lichte symp- sterker. tomen kent wel iedereen en Het geheel der wervelkolom onwillekeurig zoekt men bij de („ruggegraat”) kan een aantal jeugdige persoon, die met op- min of meer klassieke vormvervallend beverige vingers een anderingenvertoonen.Verkrompostzegel uit zijn portefeuille ming in vóór-achterwaartsche haalt, naar de bekende bruine richting heet kyphose. In zijvlekken tusschen wijs- en mid- delingsche scoliose. Een comdelvinger. Voor sommigen ligt binatie heeft kypho-scoliose. de grens van matig en veel al Bijna steeds ontstaan zulke verbij 5, voor anderen bij 60 ciga- anderingen op jeugdigen leefretten per dag. Men vergete tijd. Een tijdelijke school-scolidaarbij nooit dat een verslaafd- ose (door het scheefzitten in heid aan wat dan ook, niet de bank bij ’t schrijven), de ky- Ruggemergstering Ruggemergstering phose van haast alle kinderen een tijdlang in de periode van snellen groei zijn bekend en vaak zoo gering of voorbijgaand, dat zij dan aan het oog van de omgeving ontsnappen. Blijvende, sterke wervelkolomvervormingen blijven over na ontstekingachtige aandoeningen van de wervels, of ook na andere ziekten die met sterke verweeking van het beenderstelsel gepaard gaan (Engelsche ziekte, osteomalacie e.a.). De vormverandering beinvloedt de geheele bouw der borstkas. Behalve de ruggegraats-boc/iel treedt er dan ook nog een ribbenboc/tef op. Van belang is het, om te weten dat de ademhalingslucht in zulke gevallen de longen niet zoo doordringt als anders het geval is: de luchtwisseling is gebrekkiger. Een verregaanden invloed op de heele houding en lichaamsbouw gaat ook uit van enkele zeldzamere ruggewervelziekten, waarbij de gewrichten tusschen de wervels onderling langzamerhand verstijven. Het komt voor dat het grootste deel der wervelkolom dan bijna horizontaal verloopt. Ruggemergstering. Ruggemergstering is een volksuitdrukking voor een aandoening van het ruggemerg, die nauw verwant is aan de reeds behandelde hersenverweeking. Van een verband met tuberculose is geen sprake, in zooverre men nu eenmaal het begrip „tering” van oudsher samenknoopt met dat van een tuberculeuze aandoening. Overigens is het woord niet geheel ondoeltreffend. Tabes dorsalis is de wetenschappelijke naam. De betreffenden krijgen stoor- j nissen in het gebied van het j onbewuste gewaarwordingsleven j waarover bij „reflexen” een en j ander is gezegd. Verschillende deelen der huid (beenen, voeten, handen, over den romp) wor- 1 den gevoelloos, de kniepeesreflex verdwijnt, de pupillen rea- j geeren niet meer op licht. De gang en de beweging worden I onzeker, stilstaan met gesloten j oogen wordt b.v. onmogelijk. 1 De stofwisseling, d.w.z. de func- j tie van alle inwendige organen 1 wordt gebrekkig, de patiënten 1 zien er vaal en ongezond uit, 1 de haargroei wordt slecht, enz. fl Soms kunnen heftige schietende J pijnen optreden. Het ziektebeeld 1 is uiterst wisselend, de lichtste en 1 zwaarste gevallen komen naast 1 elkaar voor. Soms schrijdt zij J in tientallen jaren langzaam 1 voort, soms voert zij in kor- 1 ten tijd tot een eindstadium, I dat veel heeft van dat der voor- fl noemde hersenverweeking of 1 Ruggemergsziekten Ruggemergsziekten dementia paralytica. Beide ziekten komen niet zelden gecombineerd voor. Ook het ontstaan van deze tabes dorsalis (anatomisch vindt men bij de ziekte uigebreide veranderingen op zeer speciale plaatsen in ’t ruggemerg) wordt algemeen alleen mogelijk geacht na een doorgemaakte syphilitische infectie. Ruggemergsziekten. Onder „neurologie” werd al iets hierover gezegd. Ruggemergsziekten zijn in den engeren zin des woords zenuwziekten, d.w.z. ziekten van het zenuwstelsel, met name van een deel van het centrale zenuwstelsel. De verschijnselen vertoonen een aantal gemeenschappelijke kenmerken: het zijn voor het meerendeel ziekten van den middelbaren en lateren leeftijd (een uitzondering is de kinderverlamming), zij verloopen als regel langzaam en zonder of met slechts geringe koorts, zij zijn als regel weinig pijnlijk, zij neigen tot voortschrijding inplaats van tot genezing. De reeds besproken ruggemergstering is er een voorbeeld van. Er zijn meer vormen, welker verschijnselen zich vooral in het gewaarwordingsleven (tastzin warmtegevoel etc.) afspelen. Andere in het bewegings-leven, zoodat daarbij verlammingen ontstaan (hetzij stijve, krampachtige, hetzij z.g. slappe verlammingen, afhankelijk van de plaats in ’t ruggemerg, die aangedaan is). Men beschouwt de meeste dezer ziekten (de namen zijn als regel den leek onbekend: syringomylie, multiple sclerose, amyotrophische lateraalsclerose, gecombineerde streng ziekten enz.) als ontstekingachtige aandoeningen.Het uiterlijk verloop zal bij den toeschouwer dien indruk zelden verwekken. Men voelt onwillekeurig een contrast met het beeld, dat men bij een ontsteking gewend is te zien (pijn, koorts, heftiger verloop), al is de overgang onscherp. (Zie ook de opmerking in dit verband bij koorts). Symptoom J Spijsvertering bevatten een of ander genees- ven spijsweg is slechts met een middel, dat óf plaatselijk moet speciaal onderdeel van de verwerken (bij aambeien b.v.) óf tering belast. Elk volgend deel door het slijmvlies van den is er op ingericht het voedsel in darm in ’t lichaam moet worden een specialen toestand van het opgenomen omdat de gewone voorafgaande deel te ontvangen, weg door den mond om de een Indien hierin verandering komt of andere reden niet goed treden stoornissen op. mogelijk is. Men moet de De groote veelzijdigheid van de dingen vrij diep, 3 a 4 cM. ver verteringsprocessen ontwikkelt inbrengen ! (Onnoodig te zeggen zich in het leven pas langzamerdat men er eerst het zilver- hand. Het baby-organisme is papiertje af moet halen). hier nog geheel op één voedsel- Symptoom* Symptoom wil soort: melk „ingesteld” en wel zeggen verschijnsel (van een speciaal op „moedermelk . ziekte). Hoofdpijn, koorts en Kunstvoeding moet de samenledematenpijn zijn b.v. de voor- stelling daarvan zooveel mogenaamste symptomen van griep, lijk benaderen. Stoornissen in Spysvertermg (Stoornissen de vertering treden anders spoein de). De spijsvertering vindt dig op. De nog zoo subtiele verplaats door het inwerken van richtingen geraken dan dadelijk de spijsverteringssappen op ons in de war. Slijmafscheiding, voedsel. In mond, maag, 12- gistingsprocessen, onvolledige vingerige- en dunne darm wor- vertering, te snelle ontlediging, den die sappen (speeksel, maag- zijn de symptomen van dergesap, alvleeskliersap, darmsap) lijke dyspepsiën. afgescheiden. Ons voedsel on- Als regel doet dan ook de heele dergaat daarbij, zooals bekend, vertering er aan mee en Tiet ingrijpende veranderingen. Aan- herstel der niet zóó onschuldige vankelijk (na de verkleining toestand is pas te bereiken (na door de tanden) vindt een ver- een korte rusttijd in den vorm vloeiing plaats, gepaard aan van gort- of rijstwaterdieet) een oplosbaar maken van de met een zorgvuldig samengevoor voeding bruikbare stoffen, stelde voeding. In de dikke darm vindt daar- In het latere leven kan men op weer een indikking plaats steeds meer en meer gebieden door vochtonttrekking; verte- gaan afbakenen, waar stonnring vindt hier dus niet meer gen in de normale vertering plaats. Elk deel van de beschre- kunnen optreden. Men kent Spijsvertering Syphilis toestanden van te weinig zout- is mikroscopisch (en chemisch) zuur afscheiding in de maag in de ontlasting na te gaan. Men (waardoor de vertering van het kan dan ook vaststellen, waar eiwit door de pepsine uit het het euvel zoo ongeveer moet maagsap slechts onvoldoende schuilen, om de overeenkomkan plaats vinden) waardoor stige maatregelen te kunnen de 12-vingerige darm veel te nemen. grof voedsel krijgt, dit (nog) Syphilis. De syphilis is een niet kan verwerken, en een geslachtsziekte die in tegensteloverdreven snelle ontlediging ling met gonorrhoe en ’t ulcus van den darm het gevolg is. molle hoofdzakelijk het geheele Een karakteristiek symptoom lichaam aantast, waarvan de van deze „achylea gastrica” is plaatselijke afwijking dus op dan ook: diahrree kort na ’t den achtergrond treedt. Deze .. _ laatste, het z.g. primaire affect net kan zijn dat er niet vol- is een oppervlakkige zweer aan doende gal wordt afgescheiden de geslachtsorganen met een m 12-vingerige darm (onder verharden bodem; zij treedt op welken invloed slechts het vet na ± 2 weken, bereikt zelden verteerd kan worden); men een grooter uitgebreidheid en krijgt dan vetrijke, rijkelijke geneest ook nagenoeg zonder ontlasting (vet is volumineus !) litteeken. Na weken tot maanEen soortgelijke toestand, maar den komt de ziekte in het nog erger, komt voor, indien tweede stadium, dat gekende alvleeschklier te weinig vet- merkt wordt door een huidverter end ferment produceert. uitslag,over het geheele lichaam, Bij infectueuze processen in de een uitslag dat weinig karkteïngewanden („zomerdiarrheë- ristieke eigenschappen heeft; en , „darmkatarrh”) zijn de nu eens weer gemarmerd, dan spijsverteringsstoornissen meer weer kleinere, roode vlekjes secundair. Er wordt dan zeer („roseolen”), die op den romp veel slijm afgescheiden, dat de beginnen. De lymphklieren plevertenng remt; de verterende gen over het geheele lichaam stoffen (fermenten) verschijnen gezwollen te zijn; er bestaat in onvoldoende mate, terwijl de vaak koorts en algeheel gevoel vochtopslorping in de darm van ziek zijn. Aan de slijmsterk verminderd is. Zoo ont- vliezen ontwikkelen zich vlakke staan de veelvuldige diarrheëen. plaatselijke verdikkingen. Na Ue hoedanigheid der vertering weer maanden tot jaren treden Syphilis Syphilis symptomen op van het derde andere ziekte lijken en elk stadium. Er ontwikkelen zich symptoom is bij de syphilis ontstekingshaarden door het denkbaar. Men heeft al eeuwenheele lichaam, knobbels die tot lang middelen om de ziekte te verweeking neigen, aan de op- bestrijden. Als voornaamste pervlakte kunnen doorbreken hiervan wordt het kwik geen tot diepgrijpende zweren noemd. In ’t begin van deze worden. Zij kunnen overal, in eeuw is een stof samengesteld, elk orgaan, in de huid zoowel het z.g. salversan (een ingeals in het skelet voorkomen, wikkelde arseen-verbinding)dat Genezing is slechts mogelijk in een ader ingespoten wordt met sterke litteekenvorming. en veel nauwkeuriger te doseeOok in dit stadium komen ren is. Voor de latere stadia, slijmvliesafwijkingen voor, meer vooral het derde stadium staan wratachtige verhevenheden en jodiumverbindingen nog steeds vooral aan de geslachtsorganen, op den voorgrond, die zeer besmettelijk zijn. Over het verband tusschen de In de praktijk is het beeld van tabes en dementia paralytica (zie de Syphilis zóó veranderlijk en bij hersenverweeking en ruggeveelzijdig, dat men haast kan mergstering) isalindebetreffenzeggen: de syphilis kan op elke de hoofdstukken iets vermeld. Tandsteen Tandwisseling Tandsteen. Tandsteen is een wen !) en de aanraking met harde steenachtige massa, die stoffen die chemisch de circuzich (bij voorbaat tusschen de latie bevorderen, bewerkstellisnijtanden) vooral aan den gen dat. De direkte reiniging, binnenkant van het gebit afzet. het verwijderen van etensresten Men zoekt de oorzaak van het enz. is daarnaast van niet minoptreden van veel tandsteen in der belang, daar men de gehet voedsel, in het water, in de ringste zwakke plek aan de soort tandpasta, in rooken enz. meest schadelijke invloeden Het blijft een feit, dat bepaalde blootstelt. Men bedenke daarom personen sterk tot de vorming vooral toch in elk geval ’s ervan neigen en andere niet. avonds vóór het slapen gaan Waarschijnlijk is het een neer- de tanden te poetsen, dat is slag uit het speeksel. Verwijde- beter dan alleen ’s morgens, ren kan men het vrijwel alleen en waarom dan niet allebei I ? mechanisch: werk voor een Tandenborstels moeten zacht tandarts dus. zijn. De meesten zijn véél te 1 andverzorging. Hoezeer hard en beschadigen voortde toestand der tanden samen- durend het teere tandvleesch: hangt met die van de gezond- juist die kleine scheurtjes zijn heid van het heele lichaam, is plaatsen, waar zich graag resten genoeg bekend. Bepaalde ziek- van eten enz. nestelen. Een geten, met name zulke, die stof- zond tandvleesch is de beste wisseltngsziekten genoemd wor- bescherming voor tanrihalc en den (zie aldaar) en ook bijzon- -wortel I dere omstandigheden zooals bv. Tandwisseling. Hettandenzwangerschap, beteekenen een krijgen is geen wisseling wel is gevaar voor het tandstelsel. Het waar, maar wordt gemakskomtdaarbij neer op verweekings halve hier behandeld. De eerste processen (wolf) in het tandbeen doorkomende tanden zijn de met ontstekingsverschijnselen. middelste onder-snijtanden, dan De lokale tandverzorging be- volgen de overeenkomstige booogt m de eerste plaats het ver- ven-snijtanden. De rest der snijsterken van de weefsels, van tanden volgt op dezelfde wijze, waaruit het gebit gevoed wordt, de onderkaak pleegt dus vóór dus het tandvleesch zijn onmid- te zijn. De eerste kiesjes komen dellijke omgeving. Spoelen, bor- vóór de hoektanden. Van meer stelen (met te hard, men mag gewicht dan zoo’n schema, dat net tandvleesch nooit wegdu- iedere moeder van buiten kent Tandwisseling Tangverlossing is de vraag, wannéér de tanden op zijn 60ste jaar nog een tand moeten komen. Men beschouwt krijgt. Wél kan het zijn, dat als normaal: met 6 maanden de door het wegslinken van de eersten. Soms zijn ze er eerder, kaak een nog niet doorgekomen Zeer vroege tanden (bij de ge- tand iets vrij komt te liggen, boorte b.v. al aanwezig) zien Pro memoria: een melkgebit we niet graag. Het is zelden een heeft aan één kant van de kaak. bewijs van een sterk gebit. 2 snijtanden, x hoektand, 2 Wiens baby met 9 maanden kiesjes. nog geen enkele tand heeft Het blijvende, volwassen gebit: trooste zich ook nog: natuurlijk 2 snijtanden, 1 hoektand, 2 (valer kan rachitis in het spel zijn; sche) kiezen, 3 (ware) kiezen, zeer vaak echter nemen de ge- Tangverlossing. Een tangzondste kinderen er hun gemak verlossing noemt men het doen van, enkelen wachten zelfs tot geboren worden van een kind het eerste levensjaar, zonder door middel van de z.g. „verloseenig bezwaar. Met twee jaar tang”, een forsch ins.rument dat moet een kind zijn geheele ge- het best met twee groote (gevenbitje volledig hebben. Met 5 jaar sterde) lepels vergeleken kan vallen dan de eerste tanden uit. worden (de twee helften worden Als regel komt eerst een blijvend inderdaad „lepels genoemd), kiesje achter de vorigen, daarop die, met de bolle zijdenaar elkaar vallen de snijtanden uit (de tijd toe, uitermate geschikt zijn om van het lispelen!) enz., vrijwel het hoofdje van het komende in de volgorde waarin ze door- kind te omvatten zoo, dat ze bij gekomen zijn. het trekken eraan met kunnen Een tand kan soms 6 maanden afglijden. Hoewel men ook wel doen over zijn wisseling. De eens de tang aanlegt „op e meeste kinderen doen er in ’t stuit” (om het bekken dus) van geheel 3 è 4 jaar over. De 2de het kind, indien dit het eerst ware kies komt tusschen het met het onderlichaam geboren xoe en 14e jaar. De 3de (de wordt is de tang oorspronkelijk verstandskies tusschen het slechts gedacht en gebouwd voor 16—22ste jaar. Velen (vooral het hoofd van het kind. Deze meisjes) krijgen er slechts een kunstbewerking zal, zooals dui- of twee of ook heelemaal geen. delijk is, noodig zijn als de geHet komt voor, dat iemand boorte van het kind óf verhaast enkele tanden nooit wisselt. moet worden als er b.v. teekeHet komt niet voor, dat iemand nen zijn dat door een te la g Temperatuurcurve Temperatuurcurve bevalling of andere oorzaken hiervoor geen absolute maatde levensvatbaarheid van het staf te geven. Er zijn menschen kind dreigt te verminderen of die van nature een temperatuur (zelfs dikwijls) indien de spon- om de 38° Celsius hebben 1 tane geboorte door een te Anderen komen bij een flinke nauw bekken niet mogelijk griep- of roodvonk-infectie is. De verloskunde kent op nooit daarboven. Men heeft als deze wijze een aantal speci- gewoonte aangenomen, om van a,e z‘£' indicaties” voor de een temperatuursverhooging „tang en even natuurlijk tusschen 37 en 38° van vereen groot aantal voorschriften hooging te spreken, daarboven in verband met het aanleggen pas van koorts, van de tang al naar de plaats Het koortsverloop bij ziekten is en den stand van het hoofdje. uiterst verschillend. De normale Men za! onwillekeurig vragen temperatuur van den mensch of het teere kinderhoofdje tegen schommelt met ± een halven den vaak zeer krachtige mani- graad verschil op en neer gepulatie wel bestand is. De er- durende 24 uur; ’s morgens ’t Va,n£ileert dat, dit inderdaad laagst, ’s avonds het hoogst, gelukkig meestal wél het geval Deze schommeling blijft vooris, al zijn natuurlijk schadelijke loopig bij koorts bestaan, gevolgen met geheel uitgesloten. Het omgekeerde komt voor: Daarbij komt dat een tangver- dat de ochtendtemperatuur het lossmg aHeen onder narcose hoogst is. Dit komt weleens voor mogelijk is en ook van die zijde bij beginnende tuberculose, hoeft dus van het kind en de moeder echter volstrekt geen symptoom minder gunstige omstandighe- daarvan te zijn! den geschapen worden. Bij een ziekte als b.v. long- ?n*°0dlS te ze^n dat door ontsteking stijgt de koorts snel de ontdekking van de mogelijk- omhoog, blijft dan „in de heid om door instrumenteele hoogte” schommelen en daalt hulp een kind ter wereld te na de crisis als regel weer even doen brengen, de verloskun- plotseling. Dit „hooge schomdige wetenschap over een van melen” van de koorts noemt haar dankbaarste handgrepen men een continueerende koorts hTvL!eeren*beschlkken- (febris continua). Soms worden Temperatuurcurve. Wat de schommelingen grooter men koorts, wa.t is ver- dieper; de verschillen in de 24 hooging ? Vanzelfsprekend is uur kunnen meer dan één graad Tepelkloven Thermometer gaan bedragen. Dan spreekt hinderlijk bij ’t zoogen daar zij men van een remitteerende zoo pijnlijk zijn. Pijnstillende koorts. Zij komt nogal eens bij zalven, tepelhoedjes enz. yoletterige processen voor, maar doen lang met in alle gevallen, is ook mogelijk bij elke acute Men voorkomt ze het best door infectieziekte. Worden de ver- al maanden voor de bevalling schillen nóg grooter dan heeft de borsten geregeld met koud men met een intermitteerende water, het best met alkohol koorts te doen. De lage top vermengd af te wasschen; ook komt dan vaak onder de nor- na het zoogen zijn alkoholmale temperatuur, de hooge afwasschingen (50 00 /0) goed soms boven de 40° uit 1 en ook compresjes met verEen klassiek voorbeeld hiervan dunden alkohol. geeft ons de malaria koorts, die Zalven om de kloven te geimmers om den anderen dag nezen zijn er vele. Een aanzoo’n sprong omhoog en weer tal bevatten perubalsem. Men omlaag maakt (zie bij malaria), hoede zich echter voor eigen Sommige infecties (nierbekken- experimenten l ontsteking !) kunnen zelfs twee Tetanus, zulke toppen per dag geven. (Zie bij klem). Het stijgen gaat als gewoonlijk Thermometer. (Aanleggen met koude rillingen gepaard, v.d.) Het is minder belangrijk om het dalen met zweeten. Maan- te bedenken waar men het beste denlang, dikwijls geheel on- een thermometer aanlegt, dan regelmatig intermitteerend is de wel het vasthouden aan den koorts bij de zwaarste vormen regel, dat men dit steeds op van bloedvergiftiging (sepsis). dezelfde plaats moet plegen te Kinderen neigen tot groote ver- doen ! Men kan de thermometer schillen; zij neigen ook tot hooge in den mond, onder den oksel, koorts. Als een kind „boven de of rectaal (in t „fondament ) veertig” heeft is dit op zich zelf aanleggen. Hoelang by mondgeen reden tot ongerustheid. of okseltemperatuur noodzaOver enkele bijzondere vormen kelijk is, is niet precies te zegvan temperatuur-verloop (b.v. gen, dat hangt van meer factobij mazelen, typhus) werd en ren af dan bij rectale opname wordt in de betreffende hoofd- waar drie minuten absoluut stukken iets gezegd. voldoende zijn I Tepelkloven. Kloven, rha- Een aantal raadgevingen voor gaden in de tepel zijn uiterst het aanleggen zijn: Typhus Typhus sloot uitmondt, waarin de melkemmers gewasschen worden, begrijpt men de samenhang tusschen melkcontrole en typhusbestrijding. Ondanks het zoo zware ziektebeeld en de vele gevaren aan deze ziekte verbonden, komen toch de meeste patiënten gelukkig „er door”; wie eenmaal buiktyphus gehad heeft, kan het nooit weer krijgen. Er is dus een volkomen immuniteit ontstaan. (Zie ook bij inenting). Naar de nummers wordt verwezen in het hoofdstuk ,,Verbandleer Vermageringskuren Vermoeidheid De dieetkuren varieeren van de ven) flinke geregelde wandelinalgemeene maatregelen die bij- gen. Tot de meer „mechanina iedereen neemt, die de nei- sche” behandelingen behooren ging heeft om dik te worden bewerkingen met den „Punkt(bijna geen zoetigheid, weinig roller”, massage etc. Wie een drinken, bijna geen vet, vleesch vriend of kennis heeft, die er en meelspijzen) tot streng door- succes mee had, zal verstandig gevoerde systematische honger- doen het ook eens te probeeren. kuren (een of twee dagen in de Wie geen zoodanigen „collega” week geen vast voedsel). Uit heeft, vliege niet te vlug af op den aard der zaak (zie hier- verlokkende advertenties, voor bij dikte) zal men een Hierbij moet ook even vermeld dergelijke kuur steeds moeten worden, dat een enkele maal blijven volhouden, en daar ze langs chirurgischen weg een op den duur verre van aange- „buikje” verdwenen is. naam is en de overgang van Men kent tegenwoordig ver„voor deze eene keer” tot het schillende middelen (zoowel opgeven van alles, omdat het chemische als klierpraeparaten), „toch niets geeft” onmerk- die een vet-resorbtie teweeg kunbaar geleidelijk is, ziet men nen brengen. Wij noemen hierslechts weinig menschen, die van de schildklierpraeparaten. zich deze moeite blijvend willen Algemeen succes te voorspellen getroosten. De mensch kiest nu zou voorbarig zijn. Indicatie en eenmaal niet graag vrijwillig de doseering zullen wel altijd inhanweg van „water en brood”. den blijven van den geneesheer. Hierbij zij nog opgemerkt, dat Scherp te onderscheiden zijn het zeer waarschijnlijk niet deze vermageringskuren in gevallen 01} geene voedingstof op zich van hinderlijke of leelijke dikte, zelf is, die dik maakt, doch dat van die gevallen, waarbij de dit juist die dingen zijn die we zwaarlijvigheid voor bepaalde lekker vinden, wat dus voor organen nadeelig wordt of elkeen verschillend is 1 dreigt te worden (hart!). Dan is Dat gymnastische- en bewe- géén stap buiten den medicus gingsoefeningen (in welken om aan te raden, vorm ook, turnen, sport, Men- Vermoeidheid. Zoo vanzelfsendieck etc.) veel vermogen, sprekend als het voor iedereen spreekt wel van zelf; effectiever is om door arbeid vermoeid te dan de min of meer kunstmatige worden, zoo moeilijk is het om oefeningen zijn (niet overdre- • daarvoor een verklaring te vin- Vermoeidheid Verstopping den, die ook het stoffelijke aandeel van de gewaarwording „moe zijn” verklaart. Moeheid is een zeer relatief begrip. De een is het oneindig veel gauwer dan de ander. Men stelt zich wel voor, dat de afbraakstoffen die in ’t lichaam door werken en bewegen (ook door denken etc.) ontstaan, het lichaam a.h.w. vergiftigen en op den duur vermoeidheid verwekken. Men verschuift echter het probleem daarmèe, want waarom zouden die stoffen dan moeheid veroorzaken en andere niet ? Eén hoofdgezichtspunt blijft er altijd: moeheid berust op een wanverhouding tusschen lichaam en zieleleven en wel in dien zin, dat de lichamelijke processen, voorzoover zij van zuiver stoffelijken aard zijn, niet geheel „overwonnen” kunnen worden: Wie moe is voelt z’n lichaam te veel. Ook zonder normale bezigheid kan moeheid, vermoeid zijn, ontstaan en wel door ziekte of ziekelijke toestanden. Zwakke menschen kunnen zich doorloopend moe voelen. Bij tuberculose, nierziekten, suikerziekte, de ziekte van Basedow, bij de ziekte van Addison, (een aandoening van de bijnieren) e.a. kan het gevoel van moe-zijn zelfs overweldi- ; gend op den voorgrond treden. Zulke personen zijn zelfs ’s morgens soms nog meer moe dan ’s avonds. Steeds zal men met abnormale stofwisselingsproducten te doen hebben, die niet op de gewone wijze „verwerkt” kunnen worden. Verpleging. (Zie Ziekenverpleging) . Verstopping. Talrijk zijn alweer de redenen, die aanleiding kunnen geven tot verstopping of constipatie. In hoofdzaak kan men twee groepen opnoemen : de eene, waarbij de voortbeweging van het voedsel verhinderd is, door vernauwing van den darm, kramp e.d., dus dus eigenlijk gezegd „een wegversperring”, de andere waarbij de voortstuwing door de darmwerking op zichzelf te zwak is. Het is te begrijpen dat het beeld dezer verstopping zeer gauw en gemakkelijk (en bij iedereen haast weleens) kan optreden, als men eraan denkt, dat de voedselbeweging in den dunnen darm betrekkelijk snel geschiedt om in den dikken darm een veel langzamer tempo te krijgen, waarbij dan de indikking van de massa plaats vindt. Er is een voortdurend evenwicht tusschen die twee rythmen; een geringe verschuiving ten gunste van de laatste is al voldoende om een tragere ontlasting te veroorzaken. Verstopping Verstopping Het is ongelooflijk hoever die pl.m. 8 uur. dat men het eene traagheid kan gaan zonder dat dus liever ’s morgens en het die persoon in questie er over- andere ’s avonds neemt, matig last van heeft; speciaal Geregelde kuren doe men nooit vrouwen kunnen het record zonder doktersadvies! met naslaan; een verstopping van me de keuze van het middel 6 a 8 dagen is nu niet zóó’n zal vaak heel anders moeten zeldzaamheid 1 uitvallen om spoedig gewennen Legio zijn ook alweer de mid- te voorkomen, delen om de kwaal althans tij- Voor dikke menschen met obdelijk te bestrijden. De regel, stipatie geldt deze raad in hooge dat bij een dergelijke overvloe- mate. Voor hen zal in den regel digheid het resultaat slecht een andere weg ingeslagen worpleegt te zijn, gaat hier niet op. den, met name een kuur met z.g. Want op dit gebied is de natuur af voerende minerale wateren op zeer mild tegenover de mensch zijn plaats zijn (bitterwater). en de hoeveelheid plantenex- Afgezien van deze min of meer tracten — of aftreksels die als acuut-ingrijpende dingen kent huismiddel bekend geworden men methoden om, zonder bezijn, is groot. Alle hebben zij paald de darmbeweging te vereffect, vanaf de wonderolie tot snellen, toch een betere en nade cascarapil. melijk een gemakkelijker ont- Men pleegt kleine kinderen Sen- lasting te krij gen. nastroop te geven. Velen koken Hiertoe behooren alle z.g. glijhun thee’tje van bastjes (fran- middelen (olie, parafine, vasegulaschors) zelf; een ander Jine en veel nieuwe meer smazweert bij groens poeder etc. kelijker fabriekspreparaten als Als iemand zich verder niet Petrolagar en Agarol). Elke ziek voelt is er zelden of nooit avond een eetlepel slaolie op bezwaar met één van deze mid- een kopje warme melk is een delen eens schoonschip te ma- eenvoudige en goedkoope meken. Een bepaald middel valt dicijn, waar menig oud gediendaarbij niet aan te raden; de de bij zweert. Vooral menschen meeste menschen hebben hun die meer de aanleg ertoe dan eigen middeltje, waarmee zij werkelijk verstopping hebben, weten om te gaan, de minste komen hiermee uit. kramp krijgen enz. Men denke In hardnekkige gevallen en bij eraan dat wonderolie na één è kleine kinderen zal men vaak twee uur werkt en cascara na| overgaan tot meer direct in- Verstopping Verstuiking grijpen in den vorm van gly- reeds de zwaarste gevallen afcerinespuitjes (10 a 20 cM8), doende genezen, olieclysma’s (50 cM3) zeepwater- Verstuiking. Bij het verstuilavementen (x a 1.5 L.) enz. ken van een gewricht worden de Ook het zeeppennetje bij de onderdeden daarvan (dus de gezuigeling (een staafje goede wrichts kop en -kom, de gegele zeep van pl.m. 2 cM. lang wrichtsbanden, enz.) zoodanig en een £ cM. doorsnede in het ten opzichte van elkaar verwrikt fondamentje gebracht) behoort en verschoven, dat er een behierbij. beschadiging van de omgevende De overgroote waarde die het weefsels, eventueel ook van geslacht onzer voorouders aan de (teere) gewrichtsvlakten opeen goede stoelgang hechtte, treedt. Het gevolg is als regel heeft zich gehandhaafd; men een reactie van het slijmvlies zag er steeds een voorwaarde van de gewrichtskapsel,dat vocht voor gezondheid in en tot op afscheidt, en waardoor er een den huidigen dag is die meening vochtuitstorting in de gewrichtsook bij de doktoren niet ver- holte plaats vindt. — Verdwenen. scheuring van bloedvaatjes ver- Veel kan men bereiken door een oorzaakt vrijwel altijd daardoelmatige leefwijze. Hiertoe naast een bloeduitstorting in de behooren geregeld vruchten, onmiddellijke omgeving, bruin- en roggebrood, rauw- De pijn, de vervorming en de kost eten, enz. zwelling kunnen in den aan- Een zeer belangrijk punt is ech- vang zoo hevig zijn, dat men ter daarbij: zichzelf de tijd gun- meent dat er iets gebroken is. nen voor dit hoogst gewichtige Dikwijls kan dat in dit stadium dagelijksche evenement! Want alleen met een röntgenfoto uithelaas zeer vele gevallen van gemaakt worden, verstopping komen voort uit een Absolute rust van het gewricht slechte gewoonte: uitstel, dat is in het begin gewenscht, bij afstel wordt, en het ligt voor de gecompliceerde gewrichten hand dat daartegen in de eerste (knie-gewricht) zelfs noodzaplaats in aanmerking komt: kelijk. De pijn kan zeer lang zichzelf (als men wil: zijn duren; een flinke gewrichtsverdarm) opvoeden! stuiking duurt zelfs vaak langer Iedere morgen op denzelfden dan een beenbreuk! tijd, of men moet of niet; dit In afwachting van deskundige eenige weken volgehouden heeft hulp pleegt men om ’t gewricht Verziendheid Vetpuistjes graag koude compressen met geestelijk, dat is tenminste geverdunde azijn te leggen. Beter wenscht). Dit beteekent, dat is nog om verdunde arnica- men niet meer zóo dichtbij kan tinctuur (1:20) daarvoor te ne- zien als vroeger: bij ’tlezen men> moet het schrift verder wegge- Ver zien dheid. In tegenstel- houden worden. Dat kan een ling met bijziendheid berust ver- tijdje doorgaan, tot de afstand ziendheidopjeen geneigdheid van zóó groot wordt, dat de kleinere het oog om op „veraf” ingesteld letter daardoor niet meer te te zijn. Men zal vinden, dat dit lezen is (door die afstand dus). voor den persoon in quaestie Doch dan moet weer de bolle zelf ook vaak geldt. Het oog van bril te hulp komen: de „leesden verziende is naar verhou- bril” van de vijf-en-veertigers 1 ding te klein; het beeld van de Deze z.g. ouderdomsverziendbuitenwereld zou achter het net- heid („presbyopie”) schrijdt vlies komen te liggen, indien voort tot een zeker maximum door een sterke accomodatie en wel tamelijk evenredig aan (hier: poging tot dichtbijzien) de jaren, zoodat men bij benahet verschil niet voortdurend dering al van te voren kan opgeheven werd. Dit is voor het weten wat voor een (lees)bril oog (beter: voor de persoon) iemand noodig heeft — indien vermoeiend. Het kan daarbij hij tenminste vroeger al geen geheel in ’t midden gelaten bril droeg! worden wair de kramp van Vetpuistjes. Vetpuistjes de accommodatie gezeteldis (zie (duitsch: Mitesserl, „komedoook bij bijziendheid en bij nen” zijn fafgophoopingen in Batesmethode). de uitvoergang van een talg- De verziende zal dus geholpen klier. Zij komen over het geworden door een bril, die het heele lichaam voor en zijn als accomodeeren, het dichtbijha- zwarte ronde puntjes gemaklen, het verzamelen van hem kelijk te herkennen, het meest af neemt, overneemt; dit is de echter door het feit, dat zij uit bolle (convexe bril), een ver- te knijpen zijn. Vroeger gegrootende bril dus. De bril moet bruikte men daarvoor een horsterker vergrootend zijn naar- logesleuteltje, de schooljongen mate de persoon meer verziend neemt z’n twee nagels, de is (zie bij brillen). medicus neemt z’n „komedo- Eenigszins verziend worden we nenquetscher”. Door hun donallen op lateren leeftijd (ook kere kleur kunnen zij het gelaat Vingers (doode) Vitaminen zeer ontsieren. Theoretiseeren over de huidverzorging neemt alweer niet weg dat de een ze overal, de ander ze nooit heeft. Geregeld uitdrukken is nog het beste. Crèmes en poeder bevorderen het ontstaan zeker eerder dan dat ze genezen. Hoe beter de huid zelf functioneerd en met bloed wordt doorstroomd des te beter wordt de talg naar buiten toe afgescheiden en wordt het verstopt raken der talgklierporiën tegengegaan. Vetzucht, (zie Dikte). Vingers (Doode). Hoewel bleek en koud, kunnen ze goed bewogen worden, heelemaal „dood” zijn ze ook niet altijd. Het merkwaardige is, dat er vaak maar een of twee vingers van de hand „dood” zijn, hoewel zij toch allen in dezelfde omstandigheden verkeerden. De witte kleur ontstaat door een sterke contractie (samentrekking) van de bloedvaten. Wisselbaden hebben er soms een gunstige invloed op. Ook handbadjes in heet water* waaraan wat rozemarijnolie is toegevoegd. Veel vinger- en handenarbeid 1 Vitaminen. Ons voedsel wordt meestal beschouwd als een samenstelling van een aantal grondstoffen, met name koolhydraten, eiwitten, vetten en zouten. Toen men echter uit het voedsel deze stoffen min of meer isoleerde (afzonderde) en er dan proefdieren mee voedde, konden zij niet gedijen en werden zij op den duur ziek. Het bleek dat de oorspronkelijke levende voedingsstoffen nog iets bevatten, wat, in geringe hoeveelheden erin aanwezig was en tevens onmisbaar voor de gezondheid. Dit „iets” werd later met den naam vitamine aangeduid. Men ontdekte al gauw dat er van meer dan één „vitamine” sprake was en wel met verschillende kenmerken, in verschillende voedingsstoffen aanwezig en bij afwezigheid elk tot bekende ziekten leidend: de z.g. avitaminosen. Men benoemde de vitaminen voor het gemak met A, B, C enz. Vitamine A zit vooral in vetten (natuurboter); gebrek eraan is een der factoren die leiden tot het ontstaan der rachitis (Engelsche ziekte). Vitamine B., o. a. in de vliesjes van de ongepolijste rijst, hoort bij de beriberi; vitamine C. (in vruchtensappen vooral) evenzoo bij de scheurbuik en de ziekte van Barlow (kinderscheurbuik). Men heeft getracht de vitaminen zuiver af te zonderen (te isoleeren) uit de voedingsstoffen en meent daarin ook geslaagd te Vivisectie Vivisectie zijn, daar men enkele in gekris- met meer zuiver wetenschappetaliseerden toestand heeft kun- lijk belang, waarbij het direct nen krijgen. Ook heeft men ge- belang van den mensch dan toch probeerd langs scheikundigen altijd op een wat grootere afwegstoffen samen te stellen met stand ligt (b.v. om de werking een soortgelijke werking als de van inwendige organen bij een vitaminen bezitten, en die dus dier te bestudeeren). de „avitaminosen” zouden kun- Van meer gewicht is het de nen genezen. Het bekende voor- vraag te stellen: heeft het werbeeld hiervan is het z.g. ergos- kelijk steeds zin dierproeven te terine, een betrekkelijk eenvou- doen, om in de menschelijke dige verbinding, die, door be- physiologie en pathologie meer straling met vltra-violet licht, inzicht te verkrijgen ? Er mogen de werking van vitamine D. kan lichamelijk en physiologisch versterken c. q. vervangen, groote overeenkomsten zijn tusIn den handel is dit preparaat schen het dierlijk en menschebekend onder den naam Vigan- lijk lichaam; zoodra men met tol. de problemen van ziekte en Vivisectie. Mag men dieren dood te maken heeft dringen er dooden, op levende dieren proe- zich verschillende gezichtspunven doen enz. ten behoeve der ten op, die voor de beantwoorwetenschap? Een heele biblio- ding der laatste vraag van het theek kan men vullen met boe- grootste belang zijn. ken, brochures, tijdschriften Een dier heeft hersens als een over dit onderwerp. mensch. Gebruikt een dier ze Op de ethische kant van dit pro- ook in dien zin zooals een bleem kan hier vanzelfsprekend mensch dat doet ? Een (hooger) niet worden ingegaan. Waar de dier heeft een warmteorganisavivisectie verondersteld wordt tie als een mensch. Beteekent noodzakelijk te zijn om een zij voor het dier hetzelfde als mensch te redden (b.v. dier- voor ons? proeven met de bedoeling om bij En tenslotte: moge het orgaeen bepaald persoon den aard nisch-physiologische vraagstuk van een ziekte vroegtijdig vast van de ziekteverschijnselen bij te stellen) zal altijd een groot dier en mensch er eender uitzien, deel van de menschen zeggen: is dit ook het geval voor het beeen mensch gaat vóór een dier. wustzijnsvraagstuk, ofmoetmen Zwaarder wordt de strijd nog tengevolge van het feit, dat een gevoerd als het proeven betreft mensch als een lichamelijk gees- Vléeschboom Vlektyphus telijk wezen drager van een zelf- de patiënte er niets van en bewustzijn is, misschien zeggen worden ze toevallig ontdekt, dat daardoor ziekte van dier en Komen de klachten in de buurt mensch tenslotte zelfs niet te van de overgangsjaren, dan vergelijken zijn ? moet men weten dat de gezwel- Dit zijn eenige vragen die ten- len nadien plegen te schrompeslotte niet alleen door de enke- len en te verdwijnen. In dien ling maar door de geheele we- tijd zal het dus een punt van tenschappelijke wereld beant- overweging zijn of de klachten woord moeten kunnen worden, een afwachten veroorloven of wil het vivisectievraagstuk in dat een eventueele operatie noohet juiste licht komen te staan, dig is. — Voor dien tijd wordt Vleeschboom. Een vleesch- een dergelijke ingreep alleen bij boom (myoom) is een gezwel min of meer ernstige klachten aan de baarmoeder (in de (b.v. sterk bloedverlies) toenolte, in de wand of aan de gepast, buitenkant), dat uit spierweef- Vlektyphus. Vlektyphus sel bestaat. Zelden is er maar komt vooral voor bij landveréén enkele aanwezig, meestal huizers, woonwagenbewoners zijn er verscheidene. Myomen enz.; in elk geval het meest onbehooren tot de goedaardige der de armere bevolking. De gezwellen (zie aldaar). ziekte wordt overgebracht door Zij komen het meest voor bij de kleerluis; ontluizing van vrouwen, die de dertig gepas- have en goed der patiënten is seerd zijn. Het meest om de een eerste maatregel, overgangsjaren heen. Vrouwen Na een voorstadium van onbedie nooit kinderen gehad heb- paalde klachten, zooals dat bii ben neigen er meer toe. elke akute infectie ziekte voor- Zy kunnen van kers- tot kin- komt of kan voorkomen treedt derhoofd groot worden. De ver- een zeer hooge koorts op. Er beschijnselen zijn zeer wisselend, staat verder een ontsteking der Sommige geven sterke bloedin- slijmvliezen der „bovenste gen (aanvankelijk versterkte luchtwegen” (neus, luchtpijp en menstruatie, later ook tus- bronchi). Na enkele dagen komt schentijdsche bloedingen), an- het uitslag op, waaraan de dere pijn, voor bij de mensis; ziekte haar naam dankt; roode weer andere geven last door ronde vlekjes, vrijwel niet verdruk °p de omgeving door hun heven, aan romp en ledematen, grootte. Meer dan eens merkt Hals en gezicht blijven vaak Vloed (witte) Voeding vrij. Het uitslag blijft een week. Deze kwalen dienen, als zij hinDe gemiddelde duur van het derlijk worden (of b.v ook nastadium der koorts is ± 2 tuurlijk bij geslachtsziekten) weken. De koorts daalt sne(, met irrigaties (en nog verschelevenals bij een longontsteking, dene andere methoden) behanOok bij vlektyphus heeft de deld te worden. De echte witte patiënt vaak een zeer gestoord vloed daarentegen mag volbewustzijn. zooals bij buik-1 strekt niet plaatselijk behandeld typhus; ook hier bestaat een worden (hoogstens met koude serum-reactie om de ziekte zoo I zitbaden). vroeg mogelijk (of in moeilijke De algeheele lichamelijke gegevallen) te kunnen herkennen, steldheid is hier het punt van Vloed (witte). Onder witte verzorging. Flinke beweging en vloed verstaan we een vrij dun- voldoende sport in de buitenvloeibare, melkachtige, niet zeer lucht, behandeling e* ruikende afscheiding bij jonge eventueel bestaandebloedarmeisies en vrouwen, die als moede e. d. zullen de slapte van zelfstandige klacht optreedt en het lichaam en daarmee skchts hit gevolg is van een van de inwendige organen weer lichamelijken zwaktetoestand. kunnen overwinnen. Men moet dus terdege onder- Vlooienbeet. Een vlooien scheiden tusschen witte vloed beet is geen ^kte diespecude en „witte afscheiding”, d. w. z. bespreking noodig heeft. daar een afscheiding uit de schede, gelaten dat men er lieve die berust op een ontsteking van geheel met over spreekt. Eenenhet slijmvlies ten gevolge van kek maalishet noodig .kassas een of andere infectie. Een der- vlooienbeten van een of ander veliike infectie kan vele oor-1 uitslag te onderscheiden. — Dit zaken hebben: het gebruik van is niet moeilijk, aangezien een onzuivere handdoeken, het te vlooienbeet steeds en klem lang dragen van een „ring" I bloedtnkje is op een roode achter (ziebijbaarmoederverzakking), grond; ^n kan dus^een vlooi- ten gevolge van beleedigingen enbeet met heelemaal weg van het slijmvlies bij een beval- drukken. . . ling enz. Vrijwel iedere ge- Daarbij is het uitslag van ziek trouwde vrouw heeft wel een ten als mazelen, roodvonk e. d. ietsje afscheiding, die volstrekt niet jeukend. niet als ziekelijk te beschouwen Voeding. Wij leven met ais zieKenja re | ^ ^ voedingsVraagstuk 13. Voeding Voeding van tal van zijden bekeken en bestudeerd wordt. Ten deele gebeurt dit uit medische overweging, waar men ontdekt heeft, dat het aantal ziekten ten nauwste samenhangen met bepaalde kunstbewerkingen die het voedsel ondergaat, hetgeen voerde tot de leer der vitaminen. De vordering der physiologische scheikunde bracht een groote vooruitgang op het gebied van de diëetleer ten behoeve van vele stofwisselingsziekten, suikerziekte, nierziekten enz. Daarnaast, van geheel andere gezichtspunten uitgaande, ontstonden stroomingen in het voedingsvraagstuk van ethischen en aesthetischen oorsprong, zooals vegetarisme, rauwkost en dergelijke. Eensdeels zijn deze te kenmerken door een categorisch begrip zooals: gij zult geen dieren dooden; anderdeels zoeken zij verband tusschen voeding en geestelijke geaardheid en beschouwen zoodoende een groot deel van het lot der menschheid afhankelijk van zijn voeding. Het verst hierin gaan de aanhangers van het Bircher-Benner-diëet, die het vleesch-eten als een bron van ongezonde processen in het lichaam en zoodoende ook van de moreele en andere euvelen van dezen tijd beschouwen. In schril contrast hiermee staat de zedelijke beschouwing van vele modern-nuchtere menschen, vooral Amerikanen, wien van het voedsel tenslotte slechts de caloriën-waarde interesseert (d. w. z. de warmte, die het voedsel in ons lichaam kan produceeren en die tenslotte het nuttige effect ervan zou beteekenen). Hiervan uitgaande dient gezegd, dat deze laatste opvatting toch neerkomt op een gelijkstelling van ongelijkwaardige grootheden. Een hoofdstuk uit de bijbel en een „Lord Lister” roman kunnen uit geheel dezelfde letters bestaan, niettemin is de werking wel een zeer verschillende. Dat twee voedselsoorten in een gelijk aantal scheikundig gelijke stoffen ontleed kunnen worden, leert ons niets over de structuur en de werking van het oorspronkelijke. Zoo zal men er rekening mee hebben te houden dat het een groot verschil is voedsel te eten dat afkomstig is van een wezen dat in uiterlijk en structuur bepaald wordt door de geheele omgeving (geologisch en metereologisch), zooals een plant, of van een, dat opgebouwd is vanuit een totaal andere sfeer, n.1. uit die van het bloed en wat daarin werkt, zooals een dier. Men kan vleeschvoeding Voeding (kunstmatige) suiker oplossen; 70 gram boter smelten en wachten tot de reuk naar „lagere vetzuren” (de ranzige lucht) juist weg is (de boter mag niet bruin worden !) daarna 70 gram meel daar doorheen roeren tot het een egale brij is en dan het suikerwater langzaam toevoegen. Men krijgt dan dus een „mengsel”, wat men gebruikt om de melk op de boven aangegeven wijze te verdunnen. Het best is, alles voor de heele dag klaar te maken en er telkens een fleschje van te nemen na dit op „lichaamstemperatuur” (iets warmer 1) te hebben gebracht. Het zal soms noodig zijn, indien de zuigeling niet voldoende aankomt, deze voeding naar de een of andere richting te veranderen. De bespreking Haar, van hoort hier niet thuis. Er worden trouwens zeer veel methoden daarin gevolgd. Karnemelk kan dadelijk vol gegeven worden, moet met meel worden gekookt (zonder roeren) als volgt: ’t meel (2 eetl. op een liter) met de karnemelk aanlengen en opzetten; pas roeren als het reeds kookt waarna de suiker (3 4 pCt., dus op een liter 3° a 40 gram) toegevoegd wordt. De in flesschen verkochte melksoorten voor zuigelingenvoeding (nutricia b.v.) is makkelijk (men behoeft slechts Voeding (kunstmatige) de leeftijd van het kind in maanden op te geven) en niet bijster duur. Echter: ook het zelf klaar maken van de fleschjes heeft zijn charme 1 Bij tweeledige, borst- en kunstvoeding samen, is het beter een totale borstvoeding af te wisselen met een totale fleschvoeding, daar anders mogelijkerwijze de borst minder volledig leeggezogen wordt en het zog nog meer teruggaat. Men geeft ook den raad om in dit geval het gaatje in de speen (zie aldaar) wat nauw te maken, om het kind niet te laten wennen aan de makkelijke flesch. Bijvoeding bestaat in de eerste plaats (na 3 d 4 maanden) uit vruchtensap, sinaasappelsap (3 d. 6 theelepeltjes) bij voorkeur, wat haast altijd graag genomen wordt. Appelmoes volgt al gauw. Na 5 d 6 maanden komen pas de eerste dunne papjes aan de beurt (maizena, kindermeel enz.), die ook een goede grondstof vormen om er allengs groentensappen, later ook de (gezeefde) groenten zelf doorheen te doen. Men zal er soms niet voor moeten terugschrikken zelfs door spinaziepap suiker te moeten doen; het kind is nu eenmaal als regel een geboren zoetekauw. Brood zal in ’t begin wel altijd met melk (of watermelk of water) even opge- Voedingsstoornissen bij zuigelingen Ï'rC ^ in de ÏÏi'i— in gezien kan ’gl'beduidt het afstap- difmêJ1 8maa»d.n nog alles pen van moedermelkvoedmg een k teer. a* flesch weieeren, ande- wennen aan eenzijdigheden. Semetdl^Sïïopeen Zelfs koemelk is al teer oenkaakie knabbelen. In ’t alge-\schoven" tegenover moedermeen is langzaamheid geboden; melk en eischt aanvulling (sui- meLkvoedeser g^eÜ I ** Het f&pelijk, dat er licht GdeïeSk aan worden de pap- een onregelmatigheid sluipt in fas Ser en In vervangen die overgang. Evenzeer da een door meer gewone kost (aan- voedingsstoornis bij een volledig 1 r b- nno als ourée”. borstkind vrijwel nooit van veel Ê^ln kïïoteu dï £« één betookonle kin zij», indien teniaar a” met de pot mee eten”, minste geen andere afwijkingen Menige” moeder benijdt de- de hand erin hebben en de «lenige moe voedingsstoornis dus slechts zulken. /. . r V—ootnfseen bij kunst- ‘ïï ,Sfa Et «orden kin- voeding uiten zich m een onvolSen gïdï oot gebracht met doende (of op abnornude wipe) tomatenpur^ met beschuit; an-1 vwwerkt deren zelfs heelemaal met rauw- mhoud ssze i“ho?en ^r?tk.,bSLrf.TS‘d,T»^: in 't nadeel der zuigel.ng) "h»'het ,ochtToSunaBBWO,uiSSen zal dus In sommige Amerikaansche resvan elk dezer onderdeden een taurants wordt dan ook gemakshoeveelheid moeten be- halve achter de gerechten op de j_, . en gerekend, spijskaartdecaloriënwaardeaan- dat de hoeveelheid koolhydraten gegeven en men eet dus zóó zijn Vroeggeboorte Vrouwenziekten verder naar beneden in de slok- antwoord op het waarom schuldarm zoodat het bovendeel der dig blijven. Soms wordt deze luchtpijp niet weer wordt dicht- vroege geboorte opzettelijk in de gedrukt. Dan kan het ten- hand gewerkt, b.v. om de zwanminste geen direkt kwaad meer gerschap te doen beëindigen om d°en> het schedeltje niet te groot voor Vroeggeboorte. Van vroeg- het (weinig) vernauwde bekken geboorte spreekt men, als het te laten worden. Dit zal men kind geboren wordt binnen den natuurlijk pas bij de 2e benormalen tijd van 10 (maan-) valling probeeren ! Of wel men maanden, echter wel zóó oud doet het omdat de ervaring bij is om levensvatbaar te kunnen de betreffende moeder heeft zijn (praktisch 7 maanden min- geleerd, dat haar vrucht vlak stens). 7 Maands-, 8 maands- voor de natuurlijke geboorte kinderen zijn dus vroeggeboor- pleegt te sterven, ten (praematuren). 8 Maands- Vrouwenziekten. Streng gekinderen zijn, zooals bekend, nomen moest men hiermee veel zeldzamer dan 7-maands. alleen bedoelen de ziekten die Deze laatste termijn zou tevens met de vrouwelijke organen en een gunstiger zijn. ’t onderlichaam samenhangen Lang niet altijd is er een reden (eierstokziekten, baarmoederaf°p te geven voor een vroeg- wijkingen enz.). Dat gebeurt geboorte. Het kan een ziekte der ook wel, doch over het geheel moeder zijn. Bij meervoudige heeft het woord vrouwenziekzwangerschap is vroeggeboorte ten de beteekenis van geslachtseen regel. Meestal zal men het ziekten gekregen (zie aldaar). 20 Waterpokken Weeën Waterpokken. "De incubatie- andere ziekte, die ook geheel tijd is 2 è 3 weken. De ziekte is anders verloopt. zeer besmettelijk voor kinderen, De jeuk is vaak hinderlijk, veel het verloop is vrijwel zonder uit- krabben is nadeelig, omdat. er zondering gunstig; daarom heeft gauwer een litteeken door blijft, men ook nog niet veel pogin- Het beste is het heele lichaam gen gedaan om ze te voor- droog flink in te poederen, b.v. komen. met speksteenpoeder (talk). Het begin is nagenoeg zonder Waterzucht. Waterzucht voorverschijnselen (acuut) met ,,zuchtigheid”, oedeem, is een meestal hooge koorts. Bij goed vocht (weefselvocht) — ophoozoeken zal men wel dadelijk of ping onder de huid. Het komt den volgenden dag een van de voor bij een gebrekkige bloedstypische blaasjes met voorloo- omloop (hartziekten vaatziekpig nog helder vocht (vandaar ten, thrombose) en bij stoorde naam waterpokken) op borst nissen in de inwendige stofof buik vinden.Elken dag komen wisseling. Voorbeelden van dit er bij, overal kunnen zij komen laatste vindt men b.v. bij nierte zitten ook op het behaarde ziekten (zie aldaar). Ook het hoofd, ook in den mond. De oedeem bij ontstekingen (handheldere blaasjes worden gauw wonden, zonnebrand!) is als troebel en krijgen een rooden het gevolg van een weefselverhof om zich heen; dan drogen giftiging op te vatten, zij op en worden donkere korst- Waterzucht wordt herkend door jes en korsten. Van allerlei het (overbekende) feit, dat na grootte en „leeftijd” komen zij druk met den vinger even een zoo naast elkaar voor. De kuiltje op die plaats blijft staan, koorts zakt meestal al dadelijk Weeën. Weeën zijn de krampen is na een paar dagen weg. achtige samentrekkingen van De pokken zelf blijven veel de baarmoederwand bij de langer, wel 14 dagen kan men baring. Deze wand is (naar verer mooi mee zijn. Zij laten houding van den inhoud van dat meestal geen litteekens na be- orgaan) in gewonen toestand al halve een enkele groote mis- zeer dik en die dikte neemt nog schien. Men spreekt in den vele malen toe tijdens de zwanvolksmond ervan dat er in dat gerschap. De kracht, die noodig geval „een echte pok” bij ge- is om het kind door de geboorteweest is; dit is echter niet zoo, wegen naar buiten te drijven de echte pokken is een geheel moet, vooral bij een eerste be- Weil (ziekte van) Winterhanden valling een respectabele zijn ! De samentrekkingen van deze baarmoederspierwand zijn pijnlijk. Op dezen regel komen echter hoogst enkele uitzonderingen voor 1 De geringe weeën, die nogal eens optreden eenige (meestal vier) weken vóór de bevalling worden wel voorspellende weeën genoemd. Tijdens de bevalling spreekt men van ontsluitingsweeën, uitdrijvingsweeën en persweeën (op ’t allerlaatst, als de moeder onwillekeurig met de buikspieren zelf gaat mee persen; zie hierover ook bij bevalling). De weeën na de verlossing, die dienen om de nageboorte uit te drijven heeten na-weeën evenals die, welke nog dagen daarna spontaan (of tijdens het zoogen van het kind) optreden. Weil (ziekte van). De ziekte van Weil, vroeger alleen uit oorlogstijden meer bekend,heeft de laatste jaren in Holland zijn hoofd opgestoken. Men weet algemeen wel, dat de ziekte met zwemmen in zoet water, en daarmee weer met de ratten samenhangt. De ratten herbergen de ziektekiemen en verontreinigen het zwemwater, waarvan altijd wel iets wordt ingeslikt. De ziekte is een met hooge koorts verloopende acute infectieziekte, waar van het op¬ vallendste kenmerk de geelzucht is. Deze komt na 4 a 5 dagen en is zeer uitgesproken. De verschijnselen voordien zijn weinig karakteristiek en verschillen niet zoo van die van het voorstadium van andere acute infectieziekten, of het moesten de opvallend heftige kuitkrampen zijn. De ziekte duurt 1 a 3 weken en is als een ernstige te beschouwen. Na de eerste koortsdaling komt bijna steeds nog eens een herhaling, als een „recidief”. (Zie ook bij typhus). Men heeft natuurlijk de besmette zwemgelegenheden willen ontratten. Daarbij heeft men de (helaas) leerzame ervaring opgedaan, dat dit niet zoo eenvoudig is, daar bij het uitdunnen der rattenkolonies de vruchtbaarheid toeneemt en men de hoop op volledig uitroeien heeft moeten laten varen. Ook vanzelf schijnt overigens na een zekere periode het water weer kiemvrij te kunnen worden. Er liggen hier nog veel onopgeloste vraagstukken. Winterhanden. Winterhanden komen ook in den zomer voor, al is het zelden. Het opvallende is, dat bepaalde personen er steeds last van hebben en anderen nooit; ook, dat iemand er eenige jaren door gekweld kan worden en later Winterhanden Wisseljaren nooit meer. En hoewel het wel eenige genezende invloed waar is, dat men het ontstaan schijnt te hebben. Wisselbaden in de hand kan werken door (zie aldaar) zijn ook wel eens onvoorzichtige handelingen in bruikbaar gebleken. De oorzaak den winter, zooals het te dicht zit natuurlijk echter dieper, bij een kachel zitten met niet Veel vingerarbeid schijnt goed geheel af gedroogde handen, te zijn; het is althans opvallend, enz., toch is het alweer een dat zoo weinig musici last van ziekte, die met de heele con- winterhanden hebben, stitutie samenhangt. Men krijgt Wisselbaden. Wisselbaden den indruk, dat de circu- zijn afwisselende baden in zoo latie van de fijnere bloed- heet en zoo koud mogelijk vaten in de uithoeken van het water. De handen of voeten lichaam (en dat zijn handen moeten in elk bad zoo lang en voeten) niet op peil ge- blijven tot zij zich voor het houden wordt. Men kan ook op gevoel door en door aangepast tijden, dat de personen er geen hebben aan de nieuwe tempelast van hebben doorgaans wel ratuur. zien of zij tot winterhanden Een keer of tien heen en weer neigen of niet. De huid der is genoeg. De bewerking heeft vingers en teenen is dan maar pas op den langen duur effect, zelden gehèel blank, meestal zijn Toegepast wordt zij o.a. graag zij te rood; doode vingers zijn bij winterhanden en-voeten en geen zeldzaamheid; het onder- doode vingers, huidsche bindweefsel (zie bij ana- Wisseljaren. De . maandetomie) is rijkelijk ontwikkeld. lijksche ongesteldheid, menBij het ontstaan van winter- struatie, der vrouw is een handen kunnen de vaten op die proces, dat zich gedurende plaats niet voldoende snel rea- den geheelen voorafgaanden geeren op temperatuurswisse- maand in het totale lichaam lingen, er ontstaan stuwingen, voorbereid. Men moet geen de weefsels worden onvoldoen- oogenblik vergeten, dat deze de met bloed verzorgd en door- gebeurtenis en wat er mee stroomd; dit maakt ook dat samenhangt gedurende een stuk gestooten winterhanden of groot deel van haar leven zijn teenen zoo slecht genezen, stempel drukt op vrijwel alles Het meest kwelt de jeuk. Wrij- wat er gebeurt in het vrouweven met kamferspiritus is een lijke lichaam. En van veel begoed middel daartegen, dat ook lang is het ook. te bedenken, Wisseljaren Wisseljaren dat men met een rhythmisch als regel geleidelijk, doordien proces te doen heeft, dat met de tusschenpoozen grooter worveranderingen in den geheelen den. Een enkele maal blijft de bloedsomloop en van de inwen- periode ineens weg; veel komt dige stofwisseling gepaard gaat. het voor, dat de laatste ongeHierdoor kan men zich er ook steldheden overvloediger woreen denkbeeld van vormen, den. Dit hoeft geen reden tot welke groote veranderingen in ongerustheid te geven. Pas als het vrouwelijke lichaam moeten men na een geruimen rusttijd plaats vinden, als aan deze (b.v. een jaar) weer sterk gaat rhythmische processen een bloeden, is het zaak zich te einde komt. De meerdere ont- laten onderzoeken, vankelijkheid der vrouwelijke Vele vrouwen, bijna alle, worconstitutie, waarover vroeger den dikker in dit tijdperk (voor een en ander gezegd is, ver- mannen geldt deze regel evenmindert sterk, en komt een zeer). — Men kan hierin ook totaal nieuw evenwicht tus- een symptoom van de stofwisschen alle lichaamsverrichtin- seling-verandering zien. Soms Sen- verdwijnt de dikte later weer, Dat de overgang daartoe een helaas tè dikwijls wacht men toestand van onevenwichtig- daarop vergeefs, heid, van een ware lichaams- Hartkloppingen, stoornissen in chaos met zich meebrengt be- de spijsvertering, klachten over hoeft dan ook niet te verwon- huidjeuk e.d., alles kan ongederen. Meestal is het eerste, het dwongen door het besproken langst blijvende, en voor vele beginsel verklaard worden. Met vrouwen ook het onaangenaam- de overgangsjaren verlaat de ste verschijnsel de z.g. ,,opstij- vrouw voorgoed een zeer begingen”, congesties, een sterke paalde periode in haar leven bloedaandrang naar het hoofd, en komt zij in een nieuwe, die gewoonlijk gepaard aan zwee- andere gegevens en andere geten en een zekere onrust. Velen zichtspunten vertoont. Een verhebben een gevoel of de „hitte gissing is het als men gelooft, er aan alle kanten uitslaat” — dat de ware taak der vrouw nu Dergelijke opstijgingen künnen ten einde is (zie ook bij oudertientallen malen per dag zich dom). Het is aan den mensch herhalen. (als een geestelijk wezen) be- Vanzelfsprekend is het ophou- schoren, zijn prestaties, lichaden der mensis. Dit geschiedt melijk of geestelijk, in geheel Wondbehandeling Wondbehandeling andere banen te kunnen leiden, Kleine schaafwondjes vooral ze geheel te kunnen metamor- aan de handen en aan het gephoseeren op een nieuw gebied, laat stipt men even aan met Deze psychische overgangs- wat jodiumtinctuur (het beste tijd is een even wezenlijke als door middel van een watje dat de physieke en dient er hand in men om een stokje of lucifer hand mee te gaan. draait). De gewone jodium- De wisseljaren liggen ge- tinctuur is 10 % sterk; men woonlijk binnen het tijdperk moet ze niet te oud laten worvan het 45ste tot het 55ste den omdat ze dan te sterk kan levensjaar. Een enkele maal worden. Er komt dan een komen hierop uitzonderingen klein vliesje of korstje op de voor, vooral naar de vroege zijde, wond waaronder de genezing Wondbehandeling .Voorop- zich voltrekt; men moet er dan gesteld zij dat men scherp een dag lang niet met water onderscheiden moet tusschen aankomen, anders verdwijnt niet en wel geïnfecteerde won- het beschuttende laagje weer l den In hoeverre een versch Op iets grootere schaafwonden, wondje geïnfecteerd is (d.w.z. een klein stukje gaas met wat zal gaan etteren) is in het begin zalf, boorvaseline, 2 % witte niet te zien en zoodoende kan praecipitaatzalf, om het vastdus een verwonding eerst tot kleven te voorkomen en de eene, dan tot de andere tevens voor bevestiging een catagorie gaan behooren. strookje hechtpleister. Dit kan Voor snij-, prik- en schaaf- rustig een paar dagen blijven wonden enz. geldt in het alge- zitten. meen de vaste regel: doe zoo Hetzelfde bij smjwonden (waarmin mogelijk aan de wond zelf. bij men de zalf gerust kan wegNiet uitknijpen, niet uitwas- laten); in het algemeen: als schen ! Wat er inzit komt er een niet geïnfecteerde wond daardoor toch niet uit. Natuur- geen pijn gaat doen is verlijk zal men een stuk glas dat versching van het verband met men ziet zitten verwijderen, noodig! bemodderde wonden grof rei- Bij sterker bloedende wonnieen, liever onder een water- den, b.v. van den vinger, wikstraal dan door wrijven met kelt men daar om stevig een een watje. gaasje, doet daar omheen een Nooit een pleister direct op een laagje watten en legt over won(j | het geheel een wat drukkend Wondbehandeling Wondbehandeling verband. Voor bloedende wonden is als bloedstelpend gaas stryphnongaas aan te bevelen. Aan gelaat, handen, armen enz. zullen grootere snijwonden door een arts meestal met een paar pennetjes (agraves) gehecht worden, een eenvoudige snelle methode. Valt een jongen een paar open knieën (meestal bloeden zulke wonden weinig) dan is het het beste de wondvlakte even aan te stippen met wat iodium-tinctuur (of een 2 % mercurochroom oplossing) en haar daarna niet te bedekken, maar op te laten drogen. Ten eerste bevordert dit de genezing, ten tweede is het van een paedagogisch standpunt bezien hèt middel om hem tot zoolang van het verder spelen en vallen terug te houden. Prikwonden (naald, vijlpunt, haakpen enz.) bloeden meestal weinig of niet, doen destemeer pijn. Zij behoeven voorloopig geen behandeling, maar zijn nog weleens het begin van een ontsteking in de omgeving, doordat het nauwe steekkanaal geen voldoende afvoer van het wondvocht toelaat. Hoofdwonden bloeden meestal sterk, doordat zij neiging vertoonen tot „gapen” (een gevolg van spanning en in de hoofdhuid). Als voorloopige hulp kan men er een prop gaas, desnoods een schoone zakdoek uit de kast stevig opbinden met een das om het geheele hoofd (zie bij verbandleer). Is het een zichtbare wond in het gelaat dan is het zaak haar oordeelkundig te laten hechten daar wonden, die genezen zonder dat de randen tegen elkaar liggen of gebracht worden, beslist duidelijke litteekens geven. Of een wond „bespiet”, „geïnfecteerd” is, valt in het begin hoogstens te vermoeden, nooit echter zeker te zeggen. In het algemeen valt het mee, als men bedenkt hoe ontelbare malen men zich niet in den vinger prikt of snijdt, en hoe zelden de zoo gevreesde bloedvergiftiging (zie aldaar) naar verhouding optreedt. Een roestige spijker, een vuile pen blijken in de practijk minder gevaarlijk te zijn dan straatvuil. Verwondingen met een beitel schijnen merkwaardiger wijze nogal eens meerderemalen kwade gevolgen te hebben. Van belang is het ook om te weten dat schaafwonden, vooral op straat opgedaan, (verkeersongevallen!) met recht in kwaden reuk staan; een sterk bloedende wond geldt trouwens algemeen als zichzelf „zuiverend”. Om daarvoor een wond flink uit te knijpen Zenuwzinkingkoorts Ziekenverpleging ook zwakzinnigheid en krankzinnigheid nog met „zenuwziek” aangeduid. Men dient daarnaast te weten dat er een groote groep van ruggemergs- en hersenziekten (gelukkig vrij zeldzaam) zijn, die met meer recht dien naam dragen. Het gaat daarbij om ziekten van het zenuwweefsel, zooals die overal in het lichaam aanwezig zijn, en die zich vooral uiten op het gebied van het zintuigsleven (leidend tot stoornissen in het tastgevoel, diepe spiergevoel, gezicht, gehoor enz.) en van het bewegingsleven (verlammingen etc.). Zij hooren thuis in ’t gebied van de neurologie. Wel is waar komen bij deze ziekten nogal eens psychische afwijkingen voor; en omgekeerd vindt men analoge afwijkingen wel eens bij zielsziekten. Maar bij de laats ten komen ook vaak defecten aan de stofwisselingsorganen voor en omgekeerd worden teil van „interne” ziekten begeleid door bewustzijnsstoornissen. Zenuwzinkingkoorts. Dit is het oude volkswoord voor buiktyphus. Het Duitsche woord Nervenfieber toont vèrwantschap. Het woord zal samenhangen met een buitengewone vermagering en uitputting, gepaard aan de meestal sterke bewustzijnsstoornissen, die bij een buiktyphus plegen op te treden. (Zie verder bij typhusj. Ziekenverpleging. Waar over dit onderwerp natuurlijk slechts zeer aphoristisch iets gezegd kan worden zal met het opgeven van een aantal wenken worden volstaan. 1. Een gewone slaapkamer waaruit de helft van het meubilair verwijderd wordt is als regel een voldoende ingerichte ziekenkamer. 2 Zet het bed zoo mogelijk niet tusschen venster en deur. Het is zeer wenschelijk dat het bed aan beide zijkanten vrij staat. 3 Zorg er voor dat een ziekenkamer ook goed donker gemaakt kan worden ’s nachts. De morgenuren, als het buiten al licht is, zullen dan vaak beter benut worden. 4 De vloer van de kamer moet afgezeept kunnen worden. Geen karpet dus. 5 De kamertemperatuur moet, behoudens speciaal aangegeven uitzonderingen, eerder aan den lagen kant zijn, b.v. 15° Celsius. 6 Hoe minder „druk” het behangselpapier, des te rustiger voor de oogen. Effen tinten voldoen verreweg het beste. Schilderijen, platen etc. moeten op den duur eens verwisseld worden. Ziekenverpleging Ziekte (vallende) 7 Een van de belangrijkste op- van den persoon op zekeren gaven van de verpleging is het tijd door een vreemden geest bezorgen voor een glad onder- zit genomen werd, wat hem laken met het oog op door- ter aarde deed storten, voor een liggen (zie aldaar). Zorg, indien korten tijd bewusteloos maakte noodig, tijdig voor een wind- enin een kramptoestand brac t. Het ziektebeeld moet dus al zeer 8 Een kamerscherm is, ook oud zijn. met het oog op het „luchten” Men onderscheidt tegenwoordig van de ziekenkamer, een bijna de echte (meest) aangeboren onmisbaar meubelstuk. vallende ziekte (epilepsie) van o Boven de ziekenkamer moe- den aangeworven vorm, waarbij ten de rustigste huisgenooten een of andere hersenziekte, wonen gezwel, ontsteking, litteeken- xo De meeste zieken krijgen vorming na kwetsuren als reden veel te veel bezoek. Ook niet- bekend is. pratend bezoek „vult” de De „echte” vorm hoeft met dajLmer delijk uit te breken na de ge¬ il Zieken moeten evenals boorte; het komt voor dat de kinderen niet verwend worden, eerste aanval pas na het 20e Dit wil zeggen dat men, ingeval jaar optreedt, een zieke al beklagenswaardig De aanvallen verloopen is dit niet naar waarde com- volgt: een oogenblik lang zijn pénseert door hem alle „opvoe- de patiënten nog wel eemgszins ding door het leven” te ont- bij kennis maar hebben geen houden. macht meer over hun uitingen, 12 Bewaar de thermometer in de oogen staan star, zij kunnen een glas water. Leg de, als niet meer spreken. Dit stadium tongspatel („voor de keel”) ge- duurt vaak een onderdeel van bruikte lepel niet zoo maar op een seconde; daarop verliest tafel, maar zet hem ook (omge- de patiënt het bewustzijn gekeerd !) in een glas water. heel, hij stort ter aarde, vandaar 13 Houdt voor den dokter de naam vallende ziekte; er altijd een handdoek en zeep treedt dan een oogenblik (3 tot rge(j 5 seconden) van algeheele stijve Ziekte (vallende). Morbus kramp op, het hoofd wordt sacer, heilige ziekte, zei men vaak opzij gedraaid evenals de in oude tijden, en stelde zich oogen. Daarop komt de heftige voor dat van het lichaam schuddende kramp, waarbij vrij- Ziekte (vallende) Ziekte (Vierde) wel alle spieren meedoen en waarbij er gevaar bestaat voor verwonding van de blindelingsom zich heen slaande ledematen. De tong is vaak tusschen de kaak geklemd wat ook tot een bloedige verwonding kan leiden. Het schuim komt op den mond te staan. Omdat het middenrif en de ademhalingsspieren ook schokken, vindt er geen gewone ademhaling plaats zoodat de patiënt zeer blauw wordt. Na 3 è 4 minuten, soms korter, wordt de kramp minder en houdt tenslotte geheel op; de ademhaling gaat weer rustiger en de kleur wordt weer normaal. Een enkele maal vertoont de patiënt braakneigingen. Soms wordt deze geheel wakker (dikwijls met heftige hoofdpijn); soms ook gaat de aanval meteen over in een diepen slaap. Wenken voor de practijk: Er zijn patiënten, die den aanval voelen aankomen en zich van te voren kunnen verzekeren door dan te gaan liggen. Vele hebben dat niet, en vallen neer op elk mogelijk oogenblik. Het spreekt vanzelf dat men deze nooit kan toestaan een voertuig, fiets, auto enz. te berijden of te besturen. Maakt men een aanval mee op straat of elders, dan is het van belang er op te letten dat de tong niet tusschen de tanden geklemd zit. Men kan zoo noodig een stukje hout (potlood desnoods) tusschen de tanden steken. Tevens lette men erop dat de persoon bij het om zich heen slaan (ook het hoofd zelf schudt mee) niet kan verwonden dus: iets zachts onder het hoofd, voorwerp uit de buurt. Zoolang de krampen er zijn, de patiënt rustig laten liggen ; er is op dat oogenblik toch niets aan te doen. Pas vervoeren na geheelen terugkeer der rust. Het komt voor dat de patiënten na afloop schijnbaar weer geheel goed zijn, doch in werkelijkheid in een soort droomtoestand, schijn-wakker, zijn (te vergelijken met een slaapwandelaar), in welken toestand zij de zonderlingste dingen kunnen ondernemen; zij mogen dus erna nooit alléén naar huis gaan. Ziekte (Vierde). De vierde ziekte, zoogenaamd omdat zij met roodvonk, mazelen en rooden hond een „quartet” vormt, is een acute infectieziekte, die zeer onschuldig pleegt te verloopen en het best met een lichte roodvonk te vergelijken is (evenals roode hond op mazelen gelijkt). Het is de vraag of men werkelijk van een aparte ziekte kan spreken. Er zijn zooveel onduidelijke gevallen van roodvonk en maze- 21 Zielsziekten Zielsziekten len, die toch onderling weer rijke ziektebeelden, waar een zeer verschillen, dat men met enkel woord over gezegd kan onmogelijkheid een scherpe worden, en wel de groep der grens kan trekken. *-g- manisch-depressievepsy- Zielsziekten. Onder ziels- chosen en de schizofrenie of of geestesziekten (psychosen) I dementia praecdk. . . pleegt men ziekten te verstaan, «Manisch noemt men iemand waarvan de verschijnselen zich die uiterst beweeglijk in 2 n voor het overgroote dee. in het handelingen en vluchtig in zijn bewustzijnsleven van den patiënt I voorstellen is. Melancholisch, afspelen. Hiermee is al aange- iemand die zwaarmoedig en in duid dat lichamelijke afwij- U’n handelingen juist geremd is. ldngen niet afwezig gedacht Beide temperamentkleurenko- worden, doch niet voeren tot men in het normale zieleleven het beeld van „een echte licha- voor, kunnen echter zoo woemelijke ziekte”. keren, de overhand kragen dat De officiëele psychiatrie (leer zij de ware persoonlijkheid teder zielsziekten) onderscheidt rugdringen en tot abnormale een aantal hoofdgroepen, b.v. toestanden leiden, gunnen ziekten die op den bodem van menschen een mamschen toevergiftigingen ontstaan zooals stand doormaken. Deze gaan alkohol-psychosen, zwanger- veelal weer voorbij. Naast de schapspsychosen enz., ziekten en zuiver melancholische toedie tengevolge van aderverkal- standen komen er af™ssel‘ngen king ontstaan (kindsheid o. a.), voor van opgewonden en geziekten die in kiem altijd in de drukte perioden (vandaar, maconstitutie aanwezig waren msch-depressief). d („kiembederf”) enz. Er bestaan Het meer daneensgenoemde nogal wat verschillende opvat- kenmerk van deze soort ziele tingen en men krijgt den indruk toestanden is: een biutenstaandat er nog andere schakee- der kan zich toch wel eenigs- rkigen zullen komen. zins in hun gevoel indenken. De laatste genoemde groep In ’t geheel met neer gaat van psychosen, de echte ziels- dit echter op voor de tweede geziekten, waarbij lichamelijke noemde ziektegroep die der oorzaken althans voor den op- schizophreme (= gespletenheid pervlakkigen beschouwer ge- yan het zieleleven). 5>P meestal heel op den achtergrond treden, jeugdigen leefüjd reeds ont omvat vooral twee zeer belang-1 wikkelt zich een toestand van Zielsziekten Zielsziekten het zieleleven, die het best beschreven kan worden als een denk-, gevoels- en wils leven, dat in z’n uitingen voor den toeschouwer geheel onsamenhangend geworden is. Het affekt (de gevoelsuitingen) van deze patiënten zijn volkomen onbegrijpelijk, hun handelingen verloopen zonder overeenkomende gedachten, hun waarnemingen knoopen zich niet aan de werkelijke omgeving meer vast (Zie bij hallucinaties), kortom, men staat voor het beeld van den echten waanzin. Soms overweegt het hallucinatoire leven, soms liggen de patiënten verstard neer (Cataleptische toestanden), soms worden zij langzamerhand suffer en stomper, soms wisselen hevige angsttoestanden en waanvoorstellingen elkaar af. Tal van andere psychosen (de echte waan-psychosen (godsdienstwaan, vervolgingswaan, b. v.), zijn niet geheel van het beschreven beeld te scheiden; dikwijls zal men een scherpe lijnonmogelijk kunnen trekken. En in deze „uithoeken” van het ziektebeeld doemen al weer tal van karaktertrekken op die in ons gewone, niet als ziekelijk beschouwde zielelieven overbekend zijn, die echter bij de werkelijke ziekte niet meer beheerscht worden door de zelfbewuste persoonlijkheid. Het beeld der zielsziekte leert ons omstandigheden kennen, waaronder lagere elementen uit het zieleleven geheel de overhand gaan krijgen en de persoonlijkheid zelf geen mogelijkheid meer vindt om zich door het lichamelijke heen (in den ruimsten zin van het woord genomen) te uiten. De leer der zielsziekten (psychiatrie) gaat uit van een axioma: zielsziekten zijn hersenziekten van een zeer bijzonderen aard d.w.z. de ziel heeft voor de uitoefening van haar functies: denken en willen in dit leven het orgaan: de hersenen noodig en kan deze dus niet normaal uitoefenen, wanneer de hersenen ziek zijn. Een gevolg is, dat men de beide elementaire functies van het zieleleven in het hoofd localiseert. Nieuwere opvattingen tomen aan deze theorieen en zien de overige lichaamsgebieden, b.v. het stofwisselingsledematenstelsel (Zie bij anatomie) evenzeer als noodzakelijk orgaan van het wilsleven als de zenuwzintuigorganen van het hoofd dat voor het denk- en voorstellingsleven zijn. In dit geval zou de kern van vele geestesziekten in de stofwisseling kunnen liggen, waarvoor dan ook meerdere nieuwe ontdek- 21* Zwangerschapsbraken Zwemmen onderscheidt men echte en onechte (één-eiïge of twee-eiïge). De echte (één-eiïge) tweelingen, waarbij dus maar één vruchtomhulling en ook maar één moederkoek aanwezig is zijn altijd van ’t zelfde geslacht en lijken erg op elkaar. Voor de drie en meerlingen geldt dit in nog hooger mate. De zwangerschap is in geval van meervoudigheid als gewoonlijk korter van duur. De kinderen zijn begrijpelijkerwijze klein en teer; vele zijn couveusekinderen. Zwangerschapsbraken. Het braken van zeer vele vrouwen in ’t begin van de zwangerschap (een van de meest voor de hand liggende zwangerschaps symptomen) hangt samen met de ingrijpende veranderingen in het geheele lichaam gedurende dien tijd, in den zin van een chaotiseering van de oorspronkelijke lichamelijke structuur. Opvallend is het dat ’s morgens vooral gebraakt wordt. Gewoonlijk verdwijnt in de 3de zwangerschapsmaand het hinderlijke verschijnsel weer. Een goed helpend middel om het braken te verminderen zijn warme compressen op de maagstreek. — Bij eenigszins zwaardere gevallen is bedrust, soms in een donkere kamer, noodig. Weinig inspanning, vooral weinig bezoek in dien tijd! Zwangerschapsmasker. H et zwangerschapsmasker is een deel van de algeheele sterkere pigmentatie (kleurstofvorming) van de huid der zwangeren. Het sterkst worden de borsten (tepelhof) en de buikhuid (de middenlijn onder de navel) gekleurd. Het gelaatsmasker bevindt zich vooral om den mond, op de wangen en op ’t voorhoofd. Helaas verdwijnt het niet altijd geheel na de bevalling. Zwemmen. Zwemmen is een tak van sport; echter een, die op enkele punten een bijzondere plaats inneemt, waardoor zij hier vermeldenswaard is. Ten eerste is zwemmen in hooge mate een hygiënische sport. Andere sportieve bezigheden kunnen dat óók zijn, zwemmen spant tóch de kroon. De uit¬ stekende invloed van het water op de bloedsomloop en de huidfunctie (alles natuurlijk onder voorwaarde, dat er geen overdrijving plaats vindt en men niet onder ongunstige omstandigheden gaat baden) zijn zóó treffend, dat men kan zeggen dat geregelde zwemmers of -sters wel nooit een groezelige huid hebben. Ten tweede heeft geregeld zwemmen een zeer goeden neveninvloed op het karakter. Zwemmen Zwemmen Sport doet dit wel is waar] over het geheel ook wel, maar het verfrisschende verkoelende van een geregeld bad drukt zijn stempel ook op het zieleleven. Of men dit nu door de koelte wil verklaren of door het zich thuis voelen in het water-element doet daar verder niet toe. Bij zwemmen komt ten slotte ook de eerste hulp (helaas) meermalen ter sprake. Zie hiervoor onder „drenkelingen” en „onI gelukken”. HET VREEMDE WOORD Nieuw geïllustreerd Vreemd Woorden Boek, samengesteld door Dr. C. D. J. BRANDT en Dr. M. H. DE HAAN. PRIJS SLECHTS F 2.45 GEBONDEN. ■ Er is reeds lang behoefte aan een Modern Vreemd Woorden Boek, die de vele nieuwe uitdrukkingen uit vreemde talen, die de laatste jareninburgerden, behalve de bestaande Vreemde Woordenschat, op een deskundige wijze verklaart. Duizenden menschen stuiten in hun krant, periodiek of literatuur op onbekende woorden in: TAAL — MUZIEK NATUUR — SPORT KUNST — TECHNIEK Op al deze gebieden wil „Het Vreemde Woord” verklarend werken, terwijl het daarin sterk wordt ondersteund door de opname van niet minder dan ± 200 interessante en ten deele zelf geestige toelichtende illustraties. Tenslotte waarborgen de samenstellers een betrouwbaren en wetenschappelijk-grondigen inhoud. Een boek, dat in elk gezin een plaats moet vinden, want ieder die zich tegenover zijn kinderen respecteert en ieder die zich een breede algemeene ontwikkeling eigen wil maken, kan niet buiten dit zeldzaam nuttige en goedkoope boek. UITGEVERS-MIJ W. DE HAAN N.V. — UTRECHT GOEDE RAAD Geïllustreerde Vraagbaak voor het Huisgezin Samengesteld onder medewerking van vele deskundigen op verschillend gebied. Niet minder dan circa 800 kolommen en 32 pagina’s illustraties. INHOUD: Het Huis: bouwen, inrichten en onderhoud. Lichaamsverzorging; huid, mond en schoonheidsverzorging, zuigelingenverzorging, ziekten. De Huishouding: wasch, schoonmaak, tafeldekken, vlekken A.B.C., practische wenken, recepten. Kleeding en Naaldwerk: zelf kleeren maken, haken, breien en weven. Familieleven: omgangsvormen, goede smaak, muziek. Opvoeding en Beroep: scholen en opleiding. Kamerplanten en Onderhoud van den Tuin. Spel en Sport: roeien, zwemmen, zeilen, kampeeren, wintersport. Verzorging van de Huisdieren: vogels, aquarium en terrarium. Wet en recht in het dagelyksche Leven: belastingen, sociale verzekering, huwelijkswetten etc. Plichten en Rechten als Staatsburger: kiesrecht, staatsinrichting etc. PRIJS SLECHTS F 2.45 GEBONDEN EEN WERK, DAT IN IEDER GEZIN ONMISBAAR IS! UITGEVERS-MIJ W. DE HAAN N.V. — UTRECHT Baden Baden zelf een oplossing voor dezen kant van het hygiënische vraagstuk. Sedert men van de trap kan vallen zonder schade en over een stoof struikelende zijn been kan breken en soms ongestraft een typhuspatiënt kan bezoeken, terwijl een enkel slablaadje uit de eigen keuken de infectiekiemen voor deze ziekte bevat, zal men een klein beetje berustend moeten leeren staan tegenover de wet van oorzaak en gevolg in het leven. Baden. Wie wel eens lang achtereen met zijn handen in water gezeten heeft, weet, dat de huid op den duur rimpelig en stroef wordt. Dit is een teeken ervan, dat de huid water begint op te nemen. Kanaalzwemmers en anderen, die lang in het water moeten blijven, worden daarom geheel met olie ingewreven. Overigens zijn de gevolgen van dit verschijnsel van spoedig voorbijgaanden aard. Ook het baden in den vorm van zeebaden, zwemmen enz. is niet iets, dat men onbeperkt en ondoordacht kan doorvoeren. De sterke huidprikkel, de verfrisschende, reinigende invloed, en de grondige bevordering van de bloedsomloop melken baden en zwem¬ men tot bij uitstek gezochte en aangeprezen factoren voor een goede gezondheid. Elk dezer genoemde invloeden kunnen ook in het tegengestelde overslaan. Met name is dit het geval, waar het zwemmen of het baden niet van een volledige behaaglijkheid vergezeld gaat. Iemand, die in het water springt, heeft het natuurlijk een oogenblik koud; even later is hij aan de temperatuur van de omgeving gewend en voelt zich daarin op zijn gemak. Na eenigen tijd begint hij zich als regel weer koud te voelen; dit is een aanwijzing om niet langer in het water te blijven. Het algemeen motto is dan: doorzetten; slechts weinige liefhebbers beseffen echter de waarde van deze stille lichaamswaarschuwing om een zekere grens niet te overschrijden. Het duchtig afwrijven na het zwemmen of baden, om de bloedsomloop in de huid aan te zetten, dat op te te vatten is als een middel om de eigen lichaamswarmte weer tot aan de uiterste omtrek te drijven, staat hiermee in nauw verband. Kuipbaden, meer in het bijzonder medische baden, dienen in den regel ook van korten duur te zijn. Het gaat hier om een langzaam stijgende Badkuren Basedow (ziekte van) werking in den loop van de kuur; zoowel duur als temperatuur dienen nauwkeurig gecontroleerd te worden volgens het voorschrift. Badkuren. Al in de oudheid waren plaatsen bekend, waar bronnen voorkwamen, waaraan geneeskrachtige werking werd toegeschreven. In den loop der eeuwen is hun aantal enorm vermeerderd; haast elk land heeft zijn eigen badplaatsen. Hun aanzien is misschien niet naar evenredigheid gestegen als men bedenkt, dat in vroeger tijden de werking van het natuurlijke bronwater heel wat omvangrijker en dieper ingrijpend werd geacht dan heden ten dage, waar men de kuur ook thuis kan doen met een kunstmatig samengesteld badwater. Daarnaast heeft zich onafscheidelijk een factor van groote luxe aan een badkuur verbonden, die er niet toe bijgedragen heeft, het gevoel van de waarde ervan op peil te houden. In het geestige verhaal „Baddoktoren” van Justus van Maurik, wordt een en ander aan de kaak gesteld. Toch is het niettemin zeker, dat de aarde geneeskrachtige bronwateren verschaft, die een voortreffelijke en ongevaarlijke werking bezitten. Zij worden voor drink- of badkuren of voor beide gebruikt. Voorbeelden: Koolzuurbaden voor hart en nierpatiënten: Kissingen, Friedrichshall, Wildungen; Ijzer- en arseenhoudende voor bloedarmoede en algemeene zwakte (Levico, Roncegno); Zwavelhoudende en radioactieve bronnen voor jicht- en rheumatische patiënten (Nenndorf, Salzschlirf,Ragatz,Helouan, Pistyan, Wiesbaden enz.); het wereldberoemde Karlsbader water voor leverziekten en vetzucht, er zijn voorbeelden te over. Men moet daarbij nooit vergeten, dat het slechts een halve waarheid is, dat de kuur op zich zelf, het geregelde leven, de frissche lucht etc. het grootste deel van het succes beteekent en dat er een onmiskenbare specifieke werking van de badkuren uit kan gaan. En tevens, dat het ten eenenmale nooit hetzelfde is, of men in de streek zelf het „levende”bronwater drinkt, of dat men een ingedampt zout thuis in leidingwater oplost; al zal men vaak tot dit redmiddel over moeten gaan om begrijpelijke redenen. Basedow (Ziekte van). Een der karakteristieke verschijnselen van deze ziekte, het lichte uitpuilen en de eigen- Basedow (Ziekte van) Batesmethode aardige glans der oogen maakt, dat de personen, die er uitgesproken aan lijden, tamelijk opvallen. Andere verschijnselen, zooals b.v. snelle pols, trillen der vingers, gejaagdheid, sterke prikkelbaarheid (snel blozen), mede in aanmerking genomen, geven een beeld, dat men treffend een „gekristalliseerde schrik” genoemd heeft. Verdere geregeld optredende symptomen zijn een sterk hittegevoel, neiging tot diarrhee, vermagering en groote moeheid. Meestal bestaat er een duidelijke krop, doch noodig is dit niet. Genoemde verschijnselen worden alle veroorzaakt door een abnormale werking van de schildklier; of er alleen een overmatige dan wel een abnormale afscheiding in het spel is, is nog steeds niet zeker uitgemaakt. Lichte gevallen, waarbij slechts enkele symptomen aanwezig zijn, komen nogal eens voor. Met een streng vegetarisch dieet is dan al veel te bereiken. De zwaardere gevallen, waarin vooral het hart veel te lijden heeft en de vermagering een hoogen graad kan bereiken, zijn in hun voortschrijden moeilijker te stuiten. Men zou deze ziekte zoo kunnen beschrijven, alsof alle verrichtingen boven het middenrif, vooral het waarnemingsleven, woekeren en in het hart gestuwd worden, terwijl de stofwisseling, die feitelijk de tegenkracht moest geven, niet in staat is zich „boven” te doen gelden. Batesmethode. Volgens de algemeene opvatting in de leer der oogheelkunde en oogphysiologie wordtde accommodatie, d.w.z. het instellen van het oog of den blik op dichtbij en veraf, bewerkt door vormveranderingen van de lens van het oog. Voor dichtbij zien zou deze boller worden, voor veraf zien platter. Veel proeven zijn er noodig geweest, om deze theorie indertijd eenigermate geloofwaardig te maken; thans wordt zij vrijwel algemeen aanvaard. De Amerikaansche oogarts Bates heeft als nieuwe opvatting in de wereld gebracht, dat het oog zelf van vorm (van lengte dus wat den afstand van de lens tot het netvlies betreft) kan veranderen, door werking van de uitwendige oogspieren, die van de buitenkant van het oog naar den beenigen wand achter in de oogkas loopen. De vier daarvan, die in de lengterichting trekken, zouden bij gezamelijke contractie den oogbol korter maken, een tweetal, dat Batesmethode Bedwateren zich meer dwars om den oogbol vlijt daarentegen langer; een zeer eenvoudig mechanisme dus. Het sterkste argument voor deze theorie volgens Bates is, dat ook oogen, waaruit de lens door operatie verwijderd is, (staaroperatie) nog zouden kunnen accommodeeren. Tevens werd hij niet bevredigd door de controleproeven, die hij verrichtte op de experimenten, die de oude opvatting moesten bewijzen. Een belangrijk gevolg van deze nieuwere denkwijze is, dat een brekingsafwijking, d.w.z. het ontstaan van een onduidelijk netvliesbeeld, dan verbeterd zou kunnen worden door het leeren handhaven (in den regel ontspannen) van de uitwendige oogspieren. Bijziendheid zou immers het gevolg zijn van een kramp van de dwarse oogspieren, verziendheid van een kramp der rechte spieren. Ontspanning, „ontkrampen” als men wil, van het lichaam in z’n geheel en van de oogspieren in het bijzonder, is dan ook het hoofdprincipe van alle oogoefeningen van Bates, die den bril den oorlog verklaard heeft en vrijwel alle gezichtsstoornissen door oefeningen meent te kunnen genezen. Het zal den leek moeite kosten te begrijpen, hoe door een beroemd oogspecialist een geneesmethode in de wereld wordt gebracht, die door vele andere autoriteiten zelfs niet genoemd wordt en in het gebied der suggestie, kwakzalverij etc. wordt geschoven. Het is den menschelijken aard eigen voor iets nieuws te huiveren en graag in het spoor van de oude denkgewoonten verder te loopen. De „reactionnair” treedt omgekeerd vaak te plomp en te eenzijdig op en vergeet dikwijls, dat het nieuwe inzicht slechts verkregen is op de basis van het oude. Een zich steeds herhalende catastrophe, zoowel op het gebied van de kunst als van de wetenschap. Bed wateren. Voor vele dingen in het leven geldt de regel: alles op zijn tijd. Wat het pasgeboren kind vrijelijk kan doen, is vaak een schande op lateren leeftijd. Deze heeft echter weer andere voorrechten. Van bed wateren kan men pas spreken, wanneer het kind overdag zindelijk is en zich daaromtrent kan uiten en slechts in den slaap zijn „blaasorganisatie” niet beheerscht. Een enkele maal duurt de kwaal tot lang na de puber- Bedwateren Beenbreuk teit. Meestal zijn het dan kinderen, die df zeer nerveus en bewegelijk zijn met een te sterkzintuigsleven, óf kinderen, wien men het dadelijk aan kan zien, dat zij zich van hun lichaam (en ook van de wereld) te zwak bewust zijn. Het vraagstuk is een typisch voorbeeld van een samengaan van medische en paedagogische problemen. Vaak zal men met een constitutioneele versterking wonderen kunnen doen, echter nooit zonder verstandige paedagogie van ouders en omgeving. Men moet bedenken, dat de meeste kinderen het zelf alleronaangenaamst vinden en er zich diep voor schamen. Alles wat bij hen op eerzucht of angst moet werken, kan tot de ernstigste en ook blijvende nadeelige gevolgen in het zieleleven leiden. Er zijn echter inderdaad steeds gevallen van nonchalance, waar een „flink pak” in één keer het euvel uit den weg ruimt, maar dit is zeker geen regel. „Opnemen”, d.w.z. het kind 's avonds laat nog eens zijn plicht laten doen, heeft alleen dan waarde, wanneer men het er volkomen wakker bij maakt; kinderen slapen heusch gauw genoeg weer in. Het gaat erom het bewustzijn bij de verrich¬ tingen te versterken. Natuurlijk is het doelmatig, na een uur of zes ’s middags al het drinken te verbieden, vooral thee. Dan is sport in eiken vorm zonder overdrijving een uitstekend middel om bovenbedoeld bewustzijn te versterken, vooral ook het zwemmen. Beenbreuk. Of iemand zijn enkel verstuikt of gebroken heeft, is meestal door een enkele vraag uit te maken: indien hij er nog eenige stappen mee heeft kunnen doen, is zij niet gebroken. Deze regel gaat vrijwel zonder uitzondering op en doelt op een nooit ontbrekend symptoom bij elke beenbreuk: de verminderde of opgeheven functie. Doordien vrijwel alle beenderen door spiermassa’s omgeven zijn, die hen met elkaar verbinden en doordien spieren ten allen tijde de neiging hebben om zich samen te trekken, zal bij het breken van een arm of been een tweede vaak voorkomend symptoom zijn, dat de gebroken helften langs elkaar schuiven, en het betreffende lidmaat dus korter wordt. (Een enkele maal haken de breukvlakken nog in elkaar en blijft deze verkorting minimaal). Tenslotte zal een afwijkende stand van de been- Beenbreuk Beenbreuk stukken zelden ontbreken, terwijl een bloeduitstorting altijd aanwezig is, zij het ook, dat deze pas in enkele dagen in haar vollen omvang zichtbaar wordt („blauwe” plekken, met de „kleuren van den regenboog”). Uit een en ander volgt, dat de behandeling van iedere beenbreuk zal bestaan in het herstellen van den ouden stand, wat ten gevolge van den weerstand der spieren steeds onder tractie (sterk trekken) zal moeten gebeuren: het „zetten” en het behouden van dien normalen stand hetzij door een rek-, hetzij door een gipsverband. Na enkele dagen reeds begint het vastgroeien der beenstukken weer; na vier tot zes weken, soms zelfs nog eerder zonder complicaties is de verbinding weer voldoende om het uit zijn verband te bevrijden. Daarna moet men met oefenen niet zuinig zijn, om de gewrichten en spieren weer zoo gauw mogelijk in hun eigen doen te brengen. Lang niet altijd zijn de dingen zoo eenvoudig, als zij hier beschreven zijn. Het komt voor, dat een der afgebroken beenpunten door de huid heensteekt (men spreekt dan van een samengestelde beenbreuk). Deze verwondingen leveren groot gevaar voor infectie op en moeten met veel zorg behandeld worden. Ook andere gevallen, waarin het niet om een enkele breuk gaat, maar waar meer een verbrijzeling plaats gevonden heeft of, zooals aan den onderarm, waar spieren de beenstukken in een slechten stand ten opzichte van elkaar houden, kunnen den arts moeilijke problemen bezorgen. Soms zal het zelfs noodig zijn, de beenstukken operatief weer met elkaar te verbinden, (breuk van de knieschijf). Wanneer iemand ergens zijn been breekt en men moet hem vervoeren, dan dient men voor twee dingen te zorgen: dat Benauwdheid Benauwdheid het getroffen lichaamsdeel niet naar beneden hangt en dat men zooveel mogelijk zorgt voor onbeweeglijkheid van de gebroken deelen. Men bereikt dit door spalken, d.w.z. doordat men het bewuste lichaamsdeel zoo mogelijk over zijn geheele lengte steunt met stokken, latten, planken enz., die men er tegen vast bindt. Men dient er aan te denken, dat men zijn doel slechts bereikt, als men deze spalken veel langer maakt, dan het gebroken bot en daarbij de twee naburige gewrichten beiden „fixeert” (vastlegt). Voor het onderbeen, zal men zoowel den voet, als het bovenbeen mee moeten spalken (zoowel aan den binnen- als aan den buitenkant) ; voor het bovenbeen zal men de spalk ook aan het onderbeen en aan den romp moeten bevestigen, om zoowel knie- als heupschijf onbewegelijk te maken. Treft men iemand aan met een samengestelde beenbreuk en heeft men perubalsem bij de hand, dan is het goed de wond er rijkelijk mee te bedekken, alvorens deskundige hulp aanwezig is. Benauwdheid. Als men afziet van de psychische redenen, waarover iemand in de benauwdheid kan zitten, omdat hij zich ergens niet meer uit weet te redden, moet men de oorzaken voor een lichaamlij ke benauwdheid splitsen in die, afhankelijk van de ademhaling en die, afhankelijk van den bloedsomloop. Tot de ademhaling moet men ook rekenen die der huid: zooals iemand het werkelijk benauwd kan krijgen in een ruimte of omgeving, waarin hij niet transpireeren kan. Benauwd kan men het hebben door bedorven lucht. In het lichaam zelf zetelende oorzaken wat dit gebied betreft, zijn in de eerste plaats diegene, die de longademhaling belemmeren door druk op of vernauwing van de luchtwegen. Hiertoe behoort de benauwdheid bij diphtherie en andere ziekten van het keel- en strottenhoofdgebied; ook de krop. Een voorbeeld van vernauwing van de kleinste luchtwegen in de longen zelf is de bekende asthma-aanval. Ook wanneer het hart zijn taak niet vol kan houden, beter gezegd : wanneer de bloedsomloop op een of andere wijze hokt, kunnen hooge graden van benauwdheid ontstaan, des te kwellender omdat, al halen de patiënten nog zoo snel en intensief adem, zij er toch geen verlichting door krijgen, daar de zuurstofverversching in het Beri-beri Beroepsziekten bloed, waar het altijd om gaat, er uit den aard der zaak niet door verbeterd wordt. Krijgen kleine kinderen een aanval van benauwdheid, dan vergete men niet aan de mogelijkheid van een (half) ingeslikt . voorwerp te denken! Beri-beri. Deze voornamelijk in Indië voorkomende ziekte behoort tot de groep der avitaminosen, d.w.z. ziekten, die het gevolg zijn van een gebrek aan een bepaalde uitamine-soort in het voedsel. Voor de Beri-beri zou dit vitamine B zijn, dat vooral in het vliesje om den rijstkorrel aanwezig is. Dit vlies je wordt bij het slijpen of polijsten van de rijst verwijderd, zoodat de Beri-beri speciaal ontstaat na een langdurig en eenzijdig gebruik van witte geslepen rijst. Inderdaad ziet men haar nooit bij inlanders, die van oudsher ' ongepelde rijst eten. Het ge- : halte aan vitamine B staat in 1 verband met het phosphor- 1 gehalte van de rijst, zoodat dit laatste als maatstaf ge- ] bruikt wordt bij de keuring < van rijst voor het leger e. d. ‘ De ziekte wordt in hoofdzaak \ gekenmerkt door zenuwont- 1 stekingen (neuritiden) en hart- 1 vergrooting, waarvan het laat- 1 ste soms zeer snel kan optre- \ den en den dood in enkele c , dagen ten gevolge kan hebben, t Heeft de ziekte een langzaam verloop (men onderscheidt een 1 aantal stadia, dat van de 1 zenuwstoornissen, dat van ver• lammingen en dat van de ■ waterzucht), dan kan men haar afdoende bestrijden door rijkelijken toevoer van vruchtensappen, versche groenten enz., die een hoog gehalte aan vitamine B-rijke stoffen hebben. Beroepsziekten. Men heeft bij het ontstaan eener ziekte altijd twee oorzaken te onderscheiden : een uitwendige en een inwendige. Tot de ziekten, waarbij de inwendige oorzaak op den voorgrond treedt, behooren vooral tal van chronische, constitutioneele ziekten, zooals suikerziekte, bloedziekten, tumoren. De typische infectieziekten (roodvonk, typhus enz.) worden algemeen als gevolg van een bacterieele infectie beschouwd, (zie bij bacteriën), dus van een uitwendige oorzaak; inwendige voorbeschikkende eigenschappen van het lichaam kan men echter nooit wegcijferen. Tot de ziekten, waarbij de uitwendige oorzaak wel zeer overheerschend is, behooren tal van beroepsziekten, die samenhangen met het bereiden of winnen van vergiftige stoffen of grondstoffen. Zeer bekende Beroepsziekten ▼oorbeelden van het laatste, zijn de kwikvergiftigingen in de kwikmijnen, de longafwijkingen van steenhouwers; van het eerste de huidkanker der arbeiders in teer- en anilinefabrieken. Hierbij sluiten zich aan de loodvergiftiging der letterzetters en zoo vele anderen. Andere beroepen beschadigen bepaalde organen door overmatige functie: glas¬ blazers hebben neiging tot speciale longziekten; bij vliegers loopt het gehoororgaan gevaar. Weer andere beroepen hebben hun schadelijke invloed meer op het zieleleven van de persoon; voorbeelden geven telegraaf- en telefoonbeambten (nervositeit en hoofdpijnen). Men heeft in den laatsten tijd veel maatregelen getroffen, om in de eerst besproken soort beroepen, met een directe schadelijke invloed op het lichaam, de ziektekans tot het minimum te beperken door tal van voorzorgsmaatregelen. Een en ander staat onder streng toezicht van den Staat. Deze tweede groep, die ten nauwste met onze huidige techniek en kuituur samenhangt (men noemt deze ook kultuurziekten), neemt schrikbarend toe; het gaat hier meer om den strijd tusschen Beroerte de persoon en zijn beroep; het is daarbij van gewicht te bedenken, dat het uiterst geringe verband, dat vele personen innerlijk nog slechts met hun werk hebben, het verliezen van dien strijd in de hand werkt. Het vroegere enthousiasme van den handwerksman voor zijn vak staat schril tegenover de hopelooze onverschilligheid, waarmee de meeste huidige kantoor-, zaken- en bedrijfsmenschen tegenover hun dagtaak staan. Beroerte. Onder een beroerte, „apoplexie”, verstaat men een plotseling optredende hersenaandoening in den vorm van een bloeduitstorting, met als gevolg een even snel intredende, in den regel zeer diepe bewusteloosheid. Het gelaat is rood of paars, de ademhaling langzaam en snurkend. De lippen blazen mee met de ademhaling ten gevolge van een verlamming van de lipspieren. Een min of meer groot gedeelte van het lichaam is verlamd, hetgeen wel is waar pas goed te beoordeelen is, als het bewustzijn is weer terug gekeerd. Zooals bekend treedt de ziekte welhaast uitsluitend op lateren leeftijd op. Zij gaat meestal gepaard met een meer dan normale mate van aderver- Besnijdenis Bevalling kalking, speciaal van de hersenvaten (hetgeen niet evenredig hoeft te zijn aan dit proces elders in het lichaam) en tevens met een hoogen bloeddruk, wat ook al weer geen noodzakelijke voorwaarde is. Wanneer men een apoplexie bij den bewustelooze vermoedt, doet men, indien mogelijk, goed hem stil te laten liggen; elke beweging kan een nieuwe bloeding veroorzaken. Bij het te bed leggen, dient men te bedenken, dat dergelijke personen in den regel uiterst zwaar zijn om te tillen om verschillende begrijpelijke redenen. Hier dient nog eens gezegd : nooit probeeren iemand iets te drinken te geven, „tusschen de lippen te gieten”, als hij nog niet zélf drinken kan. En verder dus : hoe minder men er zelf aan doet, hoe beter. Besnijdenis. Deze ingreep, die bestaat in het verwijderen van de voorhuid van het mannelijke lid, zoodat de eikel bloot komt te liggen, wordt bij i de Israëlieten kort na de geboorte gedaan, bij de Mohamedanen daarentegen pas met de < puberteit (geslachtsrijpte). < Bevalling. Bevalling en ver- j lossing zijn nauw verbonden < begrippen. Hoewel in het t spraakgebruik de vroedvrouw \ v meestal van verlossing spreekt, 1- de moeder zelf meer van bet valling, is het duidelijk, dat ) ook het woord verlossing op 1 haar slaat. Baring is meer de 1 wetenschappelijke term voor . de reeks van lichamelijke ge- 2 beurtenissen bij de natuurlijke - uitdrijving van het voldragen - kind. (Het tijdperk der z.g. ï nageboorte behoort dus niet 1 meer bij de baring, wel bij de . verlossing). ; Geheel apart staat de ver■ lossing langs operatieven weg l door middel van de keizer: snede, waarbij dus de natuurlijke weg niet gevolgd wordt. Men rekent de bevalling te beginnen met het optreden der „weeën”, de krampachtige samentrekkingen der haar, moeder, welke men als een holle spier, d.w.z. een holte, waarvan de wand geheel samentrekbaar is, moet opvatten. Het eerste gevolg van deze weeën is, dat de opening van de baarmoeder naar buiten, de z.g. moedermond „ontsloten” wordt; de vrucht| vliezen, die het kind met het vruchtwater omhullen en zeer dun zijn, komen daardoor over een klein gedeelte vrij te liggen, puilen door den druk dan dus onmiddellijk door de ontstane opening in de scheede uit („de vochtblaas”), waardoor zij Bevalling 87—88 Bevalling spoedig barsten en een grootere of kleinere hoeveelheid vruchtwater wegloopt. Het „breken van het water” noemt de volksmond dit oogenblik. Het komt voor, dat dit reeds gebeurt, zonder dat de moeder van te voren zelf iets gemerkt heeft; meestal volgt ook dan al spoedig de verdere uitdrijving, al kan het voorkomen, dat op een dergelijk vanzelf breken van de vliezen een wekenlange pauze volgt. Om het besprokene en het volgende nog eenigszins te verduidelijken, (zie kunstdruk bijlage). Men ziet dus, dat het kind, bij de baring, van uit de buikholte, waarin het gedurende de heele zwangerschap met de baarmoeder een plaats gevonden heeft, via de bekkenholte naar buiten moet komen. De ingang van de bekkenholte wordt bekkenring genoemd. Doordat het hoofd van de vrucht (bij de normale ligging) dadelijk bij afloopen van het vruchtwater in de bekkenring geperst wordt, blijft het vruchtwaterverlies aanvankelijk beperkt, hetgeen voor het verdere vlot verloopen van de baring van belang is en waarom het voor de vrouw een vaste regel is, na het breken der vliezen, liggeiid het verdere verloop af te wachten; d.w.z. zoo min mogelijk overeind te komen. Het eerste wat er daarna gebeurt is, dat de openingvanden baarmoedermond maximaal groot wordt (men drukt dit wetenschappelijk zoo uit: dat de „ontsluiting volkomen” wordt) en de baarmoederholte met die van de langzamerhand zeer gerekte scheede een doorloopende wordt. (Over de bijzonderheden van het kind daarbij zie bij Geboorte). Door de voortdurende kracht der weeën, naderhand versterkt door het (onwillekeurig) persen der moeder, wordt tenslotte de vrucht uitgedreven. Zij is dan nog steeds door den navelstreng met de baarmoederwand (beter gezegd, met de nog aan dien wand vastzittende moederkoek) verbonden. Deze moet dus eerst doorgeknipt worden (tusschen twee van te voren gemaakte onderbindingen) . Na enkele minuten treden er dan weer weeën op, die thans ten doel hebben de moederkoek, de z.g. nageboorte, van den baarmoederwand los te woelen en langs denzelfden weg uit te drijven. Na afloop trekt de baarmoederspier zich zeer sterk samen. Dit is van het allergrootste belang, als men bedenkt, dat alle, door het verwijderen Bevriezen der moederkoek, verscheurde bloedvaten, die nu vrij in de baarmoederholte uitkwamen, daardoor afgeknepen worden. Voornoemde samentrekkingen der baarmoeder, de weeën, zijn pijnlijk, bij de een meer dan bij de ander. Het bijbelwoord : met smart zult gij baren, is niet vereenigbaar met veler opvatting, om het pijnloos baren als een ideaal te beschouwen. Er zijn daar tegenwoordig tal van methoden voor. Bij een werkelijke grondige verdooving bestaat er steeds althans eenig gevaar, hetzij voor de moeder, hetzij voor het kind, hetzij voor beiden. De keuze en beslissing in dit probleem moet door iedereen volgens zijn eigen inzichten gedaan en genomen worden. Bevriezen. Hier is bedoeld : voor plaatselijke ongevoeligheid. Er wordt daarbij een dunne straal chlooraethyl (een uiterst vluchtige en snel ver- ■ dampende vloeistof) uit een : flacon op de plaats gespoten, i waar de een of andere chirur- i gische ingreep moet worden ■ verricht, (nagel verwijderen, ' insnijden van abcessen, kies- j trekken e.d.). De huid be- i vriest dan snel en is zoolang < dit aanhoudt, ongevoelig. Uit i den aard der zaak, duurt dit ( Bevriezing ; zeer kort en is de methode dus ! slechts voor kleine behande, üngen bruikbaar. Bevriezing. De gelegenheid 1 tot bevriezen komt in ons land 1 niet vaak voor; in strenge t winters (i928-’29) zijn er echter altijd meerdere gevallen te vermelden. Voor directe inwerking van de kou, op straat, loopen voornamelijk ooren en neuspunt, vingers en teenen gevaar; in den vermelden winter Is het op de hardste vriesdagen herhaaldelijk voorgekomen. Het betreffende lichaamsdeel wordt wit; de persoon merkt er, na aanvankelijk wat stekende pijn, voorloopig niets meer van. Zoodra een ander het bemerkt, dient hij er den betreffende dadelijk op opmerkzaam op te maken. De beste behandeling bestaat uit inwrijven met sneeuw, anders zeer koud water. Het gaat erom, de bloedsstroom in die I lichaamsdeelen zeer langzaam weer op gang te brengen. Doet men het te snel, dan treedt, na een aanvankelijke ontdooiing, een blijvende verlamming der vaten op, met onherroepelijk verlies van het doorstroomde gebied. Bij zwaardere vormen van bevriezing ontstaan blaren en bij de zwaarste tenslotte afsterving van het weefsel tot op verschillende diepte. Deze Bloedspuwing Bloedstelpen aantal roode en witte bloedlichaampjes met zich meebrengen. De normale getallen hiervoor zijn resp. 41/2 a 5 millioen per mm3 en ï 7000 per mM3. Maar van nog meer belang is, het beoordeelen van de hoedanigheid van de genoemde bloedcellen, b.v. den vorm en de kleurbaarheid van de roode. Voor de witte geldt het om te zien hoe de verhouding van jonge tot oude is; meer jonge, wat men aan den vorm van de kern zien kan, komt vooral bij infecties voor. Men noemt dit een verschuiving van het witte bloedbeeld naar „links”. Voor een dergelijk bloedbeeld wordt een z.g. uitstrijkje, d.w.z. een heel dun bloedfilmpje op een glaasje gemaakt, dat met speciale kleurstoffen gekleurd en onder den microscoop bij sterke vergrooting bekeken wordt. Bloedspuwing. Als iemand wat bloedig sputum ophoest, is dit nog geen bloedspuwing; daargelaten, dat het bloed uit het tandvleesch of elders uit den mond kan komen, kan bij een heftige hoestbui een „draadje” bloed meekomen, zonder dat men aan dieper gelegen oorzaken hoeft te denken. Bij een werkelijke bloedspuwing komt het bloed „diep” uit de longen en is daardoor helder rood, door het hoesten meestal nog eenigzins schuimend. Dikwijls is het ook voor den medicus lang niet gemakkelijk de herkomst van het bloed onmiddellijk te bepalen. Ook de veel verbreide opvatting, dat bloedspuwing altijd "tuberculose” zou beteekenen, is onjuist. Er zijn verschillende longziekten, die met opgeven van bloed gepaard gaan. In elk geval van bloed opgeven, dient men direct daarna voor de grootst mogelijke rust te zorgen. Bloedstelpen. Bij een heftig bloedende wond, gaat het er het allereerst om, het bloed te stelpen. Eventueele problemen van infectie, steriliteit e.d. komen in zoo een geval pas later aan de orde. Met name geldt dit voor een „spuitende” wond, waarbij dus een slagader getroffen is. Dit spuiten is zeer opvallend : met krachtige stooten in het rythme van den polsslag, komt er een straaltje helderrood bloed te voorschijn, dat soms een meter en verder spuit! Het, in oudere handboekjes steeds beschreven, afbinden van een lichaamsdeel, is slechts op zijn plaats, indien de getroffene vervoerd moet worden en men absoluut geen ver- Bloedstelpen Bloedtransfusie bandmateriaal direct bij de hand heeft. Men legt dan een losse lus om de arm of het been boven de wond, op de eerste knoop een stokje of potlood of wat men heeft, daar overheen weer een platte knoop, waarop men het gevalletje aandraait tot de bloeding „staat”, zooals men het noemt (zie bij verbandleer). Deze toestand is gevaarlijk voor het betreffende lichaamsdeel en daarom ongewenscht, indien niet strikt noodzakelijk. Bovendien is afbinden slechts aan een der ledematen mogelijk. Veel beter is het om een drukverband aan te leggen. Een schoone zakdoek op de bloedende plaats gedrukt, eventueel nog een drukkende prop van een tweeden zakdoek er boven op, dat alles zeer stevig verbonden, is gauw gebeurd en veelal als eerste hulp voldoende. Bij wonden in de : handpalm (duimmuis) kan 1 men de hand als een vuist om 1 de prop heen, stevig samen- ] gedrukt verbinden. Een his- • torisch voorbeeld van een der- 1 gelijke behandeling kent men 1 uit het leven van Willem de ] Zwijger, die een schot door den ( mondbodem gekregen had en r wiens vrouw de spuitende wond t met haar duim dichthield tot r de komst van den chirurgijn, r e en zoo het leven van haar man 1 redde. t Als men zindelijk te werk gegaan is en er geen doktershulp kon ingeroepen worden, kan zoo een drukverband 24 uur blijven zitten. De bloedvaten zijn dan in de regel voldoende afgesloten door stolsels. Het snoer om een afgebonden lichaamsdeel mag echter slechts 2 uur blijven zitten, daar anders gevaar voor afsterven optreedt. Neusbloedingen, tandvleeschbloedingen etc. worden in de betreffende hoofdstukken behandeld. Bloedtransfusie. In bijzondere gevallen van zeer snel, of zeer sterk bloedverlies, kan een bloedtransfusie, dat is het overbrengen van bloed van de eene persoon op de andere, levensreddend zijn. Echter ook in gevallen van bloedbederf, (bloedziekten, algemeene bloedvergiftiging) wordt de methode toegepast; het voornaamste principe daarbij is het geven van een nieuwe prikkel aan het lichaam, om zijn eigen bloedaanmaak te versterken. De overbrenging kan geschieden direct van het eene bloedvat in het andere, of eerst na opvangen en ontstolbaar maken van het bloed. Lang niet ieder persoon kan zijn Bloedvergiftiging Bloedvergiftiging bloed ervoor geven; afgezien van het vanzelfsprekende feit, dat de gever gezond moet zijn, komt er iets geheel anders bij kijken. Het bloed van de eene persoon kan n.1. op verschillende wijze op het bloed van een ander inwerken. Het komt voor, dat het bloed van den een in het bloed van den ander een samenklontering der roode bloedlichaampjes veroorzaakt (agglutinatie). Dit behoeft niet wederzijdsch te zijn; speciaal indien het over te brengen bloed die eigenschap bezit tegenover de bloedlichaampjes van den patiënt, is het onbruikbaar. Men kan de menschen in z.g. bloedgroepen verdeelen, zoodat onmiddellijk na een kort bloedonderzoek te zeggen is, wie van wie zijn bloed kan krijgen. Als men deze voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kunnen ernstige complicaties het gevolg van een bloedtransfusie zijn. Gewoonlijk bedraagt de afgetapte en weer ingespoten hoeveelheid 1/2 liter. Bloedvergiftiging. De onheilspellende indruk, die dit woord alom verwekt, duidt er al op, dat de mensch in zijn bloed iets bezit, dat met de kern van zijn leven en gezondheid ten nauwste samen¬ hangt. Als iets „door het bloed geslagen is” gaat het erop of eronder; aldus de volksuitdrukking. Practisch spreekt men van bloedvergiftiging, wanneer het lichaam een infectie (van buitenaf komend dus) niet aan zijn oppervlakte heeft kunnen weren en dus de ziekmakende kiemen tot in de bloedcirculatie konden doordringen. Feitelijk zou men het woord ook daar kunnen gebruiken, waar het bloed door stoffen vergiftigd wordt, die in het lichaam zelf geproduceerd worden, zooals bij leverziekten (geelzucht), nierziekten (de z.g. urinevergiftiging of uraemie) enz.; in de practijk doet men dit echter niet. Elke geïnfecteerde wond, elk puistje kan tot een bloedvergiftiging leiden. Men ziet dan dikwijls een of meer lichtroode vaag wegvloeiende strepen of vlekken in de nabijheid ontstaan; zij berusten op een ontsteking van de lymphvaten. Zit de wond aan den arm, dan ontstaat in den oksel een pijnlijke klierzwelling (lymphklierzwelling); aan het been, dan in de liesstreek. Elk lichaamsdeel heeft een klier„station”, waar als het ware een tweede strijd gestreden wordt; een soort „achterhoede” tegen Bloedvergiftiging Bloedwateren de binnendringende infectie. Wordt ook deze grens doorbroken, dan is de bloedbaan zelf spoedig bereikt, aangezien alle lymphvaten tenslotte daarin uitmonden. De klierzwelling is dus als een afweerproces op te vatten. Het gevaarlijkst zijn de gevallen, waarin zoowel de wond als het „station” bijna geen reactie vertoonen en de microben vrijwel zonder tegenstand konden binnendringen. Het voornaamste symptoom van deze bloedvergiftiging (sepsis) is de hooge koorts. Verschillende bijverschijnselen, zooals gewrichtspijnen, sufheid, enz. treden regelmatig op. De koorts vertoont vaak een z.g. intermitteerend verloop (zie bij koorts). De behandeling van de oor- 1 spronkelijke wond staat in zoo een geval op de tweede 1 plaats. ( Alles is er op bedacht, om de < lichaamskrachten zoo te ver- 2 sterken, dat het bloed weer s meester over zichzelf wordt. 1 De geneesmiddelen (in den regel zilverzouten) worden dan r ook rechtstreeks in het bloed e ingespoten. Alleen in den aan- 1 vang, wanneer men nog slechts \ met de geïnfecteerde wond en e een beginnende lymphvaatont- \ steking te doen heeft (de r loop (zie bij koorts). roode strepen), kan men door - rijkelijk compressen met bu1 rowwater, alcohol en andere 1 ontstekingwerende vloeistof- - fen, het proces nog tot terugï gang brengen. ) Ook de beruchte kraamvrouwenkoorts hoort hier ■ thuis. Daar het hier een wondl vlak betreft, dat bij elke kraam1 vrouw aanwezig is en men niet ■ hoeft te veronderstellen, dat l deze baarmoederholte elders altijd geheel steriel blijft tijdens en na de geboorte, komt men er toe te bedenken, dat het ontstaan eener bloedvergiftiging in hooge mate afhankelijk is van de totale constitutioneele geaardheid van de betreffende persoon op dat oogenblik. Wanneer men de schijnbaar gezondste menschen in twee dagen ziet sterven ten gevolge van een opengekrabt puistje en andere zwakke personen een zware infectie ziet doorstaan, is het duidelijk, dat men zich niet kan blijven doodstaren op de van buitenafkomende bacteriën. Bloedwateren. Bloedwateren wordt algemeen als een ernstig verschijnsel opgevat. Dit is het in de meeste gevallen ook, d.w.z. het is altijd een teeken van een aandoening van de blaas, urineleiders of nieren, die ten minste gevaar Bloedwateren Bloedziekten kin opleveren voor vitale organen of verrichtingen. Slechts op één punt vergist de leek zich meestal en wel in het schatten van de hoeveelheid verloren bloed. Dit mengt zich immers innig met de urine en het is niet op het gezicht te bepalen, hoe de verhouding is. „Eenige potten vol” is zoodoende een indruk, die reeds een betrekkelijk gering bloedverlies teweeg kan brengen. In ieder geval lijkt het dus meestal erger dan het is. Stukken bloed (stolsels) wijzen erop, dat het bloed zich van te voren heeft kunnen verzamelen, vóór de vermenging met urine en dat er dus een blaasbloeding in het spel is. Intusschen gaat deze regel niet altijd op. Alle nierziekten vrijwel kunnen aanleiding geven tot een nierbloeding, zoowel ontstekingen als gezwellen van de nier. De meest voorkomende oorzaak zijn echter niersteenen. Deze kunnen in het verloop van de urinewegen blijven steken en daar behoudens hun verdere symptomen ook nog een bloeding veroorzaken. In de blaas zijn tal van oorzaken voor een bloeding mogelijk, zooals blaassteenen, polypen, ontstekingen, gezwellen enz. Bloedziekten. Ons bloed is een zeer samengesteld element (zie bij anatomie). Buiten de organische, physiologische en scheikundige samenstelling, moet men er nog altijd bij denken, dat het bloed stroomt en dat het warm is. In het bloed drukken zich haast alle ziekten van het lichaam op de een of andere wijze af; ook het feit, dat men steeds meer ziekten aan de hand van een of andere bloedreactie of een bloedbeeld leert vaststellen, werpt daar een licht op. Onder eigenlijke bloedziekten verstaat men slechts een zeer speciale groep van ziekten, die berusten op een abnormaliteit in het ontstaan van het bloed en wel of van de roode of van de witte bloedlichaampjes. De ziekten, die berusten op een gebrek aan vorming van rood bloed noemt men tesamen: „anaemiën”; die, welke zich voordoen als een overstrooming van het bloed met onrijpe, onbruikbare witte bloedlichaampjes, heeten „leukemiën”. Een anaemie kan zijn oorzaak ook nog elders dan in het bloed zelf hebben (chronisch bloedverlies b.v. door een maagzweer). Voor zoover dit niet het geval is en men dus met zoogenaamde „primaire anaemiën” te doen heeft, val- Bloedzuigers Bloedzuigers len zij pas onder de bloedziekten. Het bekendste voorbeeld hiervan is de pernicieuse anaemie, waarbij de productie van de roode bloedlichaampjes gestoord is. De leukemiën worden weer verdeeld in twee groepen, naar gelang van de soort witte bloedcellen, die daarbij ziek geworden zijn. Alle deze bloedziekten, die dus het belangrijkste, voor het geheele lichaam het allergewichtigste gebied aantasten, zijn zonder uitzondering zeer ernstige ziekten. Het lijkt, alsof men in het bloed met de hoogste „instantie” van de menschelijke organisatie te maken heeft, waarmee het verdere samenwerken van [het geheel staat of valt. Bloedzuigers. Er was een tijd, dat bloed aftappen, hetzij in den vorm van een aderlating of, in kleine hoeveelheden, door het zetten van een bloedzuiger, tot de dagelijksche ingrepen van den arts behoorde. Elke dokter had zijn fleschje met bloedzuigers bij zich. Zij werden op den arm of eenig ander lichaamsdeel geplaatst, zogen zich vol en vielen dan na eenigen tijd „volgepompt” ! weer af. , Werden deze methoden door 1 gebrek aan inzicht op den ' ■ duur ook vaak overbodig toegepast, toch is tot op den ■ huidigen dag het verwijderen , van een hoeveelheid bloed ! soms van onmiskenbaren gun- stigen invloed gebleken (zie ook bij aderlaten). Men heeft bij het zetten van bloedzuigers meer met een plaatselijke reactie te doen, doordat in de directe omgeving de bloedsdoorstrooming wordt bevorderd. Dit is de reden, waarom met bloedzuigers speciaal gewerkt wordt bij plaatselijke pijnen (hoofdpijn, pleuritis enz.). Behalve dat de bloedzuiger bloed aan het lichaam onttrekt, doet hij nog iets anders: n.1. hij doordringt de onmiddellijke omgeving met een afgescheiden stof uit de zuigopening, die de eigenschap heeft bloed onstolbaar te maken. Ook hiervan maakt men gebruik, o.a. in het beginstadium van thrombose (zie aldaar) om het verder stollen van het bloed in het betreffende lichaamsdeel tegen te gaan). Het versterken der bloedcirculatie in bovengenoemden zin, kan men tegenwoordig ook bereiken door het zetten van z.g. droge koppen. Dit zijn kleine glazen klokjes, welke met een eenvoudigen kunstgreep zuigend op het betreffende lichaamsdeel worden vastgedrukt, zoodat Bof Borstklierontsteking eronder een sterkere bloedstoevoer ontstaat. Men stelt zich bij hoofdpijn b.T. dan voor, dat het plaatsen van een „drogen kop” op de slaap, het daaronder gelegen deel der hersenen ontlast van het overtollige bloed. Afgezien van het feit, of deze verklaring juist is en zijn kan, is het een ervaring, dat de methode veel verlichting kan geven. In Onze streken wordt zij weinig meer toegepast, in zuidelijker landen is zij meer in zwang. Bof. De bof komt meestal voor als kinderziekte, is dan besmettelijk en vrijwel altijd dubbelzijdig; op lateren leeftijd juist vaak eenzijdig en niet besmettelijk. De incubatietijd is ongeveer twee weken. Van de besmettelijkheid trekt men zich meestal weinig aan, omdat het een bij uitstek onschuldige ziekte is. Het is een ontsteking van de oorspeekselklier, die voor en onder het oor, achter en op de kaakhoek ligt. Zij zwelt sterk op en is pijnlijk bij druk. Het oorlelletje wordt opgetild, staat dus wat af. Ook kauwen en slikken zijn pijnlijk. De ziekte begint meestal met flinke koorts, die echter gauw zakt; gewoonlijk wordt eerst de eene wang dik en een dag of wat later de andere. In een tot twee weken is de zaak meestal weer in orde. Opvallend is nog, dat er vaak lichte buikpijnklachten (diarrhee) bijkomen. Vermoedelijk is dit een gevolg van het meedoen van de buikspeekselklier, die achter de maag ligt en in het begin van den dunne darm uitmondt. Een enkele maal komt er bij jongetjes nog een ontsteking van de geslachtsklieren bij, waarover men zich niet te zeer hoeft te verontrusten. In bed blijven en vette watten om het pijnlijke, dikke gezicht (het Duitsche woord is „Mumps”), zijn de voornaamste te treffen maatregelen. Boorwater. Boorwater is een 2 a 3% oplossing van boorzuur in water. De oplossing is daarbij tevens nagenoeg verzadigd, d.w.z. dat men nooit bang hoeft te zijn, een te sterke oplossing te krijgen. Boorwater is een zwak antisepticum; het wordt voornamelijk gebruikt als vloeistof voor oogbadjes. Borstklierontsteking. Er zijn drie hoofdtypen van deze ontsteking : een, die bij de geboorte, bij den zuigeling dus optreedt, de zoogenaamde heksenmelk; een die voorkomt in den tijd der geslachtsrijpheid en tenslotte de borstklierontste- Borstvoeding Borstvoeding king („zeere borst”) van de 20ogende vrouw. De eerste en laatste vorm hebben meer neiging tot verweeking; lukt het niet de aanvankelijke ontstekingshaard, die zich als een roode, harde, pijnlijke plek vertoont, tot slinken te brengen (compressen met Burowwater en dgl.), dan ontstaat er een ineensmelting van het weefsel met ettervorming, een abces, welke aandoening verder volgens de regels der heelkunde behandeld moet worden. De rneer onschuldige ontsteking, die (zoowel bij jongens als bij meisjes) om het ize tot i4e jaar nog al eens voorkomt, uit zich slechts als harde, pijnlijke „stukjes”, die achter de tepels te. voelen zijn. Zoowel hier als bij dreigende heksenmelk,waar men ook die stukjes voelt en ziet, is een eenvoudige en goede voorloopige behandeling ■ het aanleggen van een zacht 1 druk verband je. . Borstvoeding. Er is een tijd i geweest, dat men (deze mee- 1 ning ontstond in een der ( grootste steden van Europa) s borstvoeding afried; moeder- g melk zou niet gunstig voor \ het kind zijn. r Het natuurlijke instinct ver- p werpt een dergelijke mogelijk- i: heid onmiddellijk en alle erva- g ringen, ook van de laatste v e jaren, waarin op het gebied der n kunstmatige voeding zulke bei- langrijke verbeteringen bereikt it zijn, bevestigen slechts het - voor de hand liggende: dat tl het voorrecht voor een kind c om althans de eerste maanden i moedermelk te krijgen onmer telijk is en geen argument van ï de zijde van de moeder, hetzij 1 aesthetisch of sociaal, mag aan , dit kinderrecht tornen I ■ Een teer punt is nog steeds de ; vraag of men de melkafzon! dering bij moeders met weinig melk kan aanzetten of bevorderen. Men hoort van allerlei dieetvormen (veel apenooten, veel spinazie of veel melk), die allen zoo te zien onschadelijk zullen zijn, maar af gezien van het vele drinken, dus vloeistof opnemen, weinig specifieke werking kunnen uitoefenen. Er zijn helaas vele moeders, waar het nu eenmaal „nooit lukt”. Enkele bruikbare preparaten heeft de geneeskunde in den loop der jaren leeren kennen, o. a. lactagol, dat [ echter ook geen absoluut constant succes heeft, wat begrijpelijk is : een borst met weinig ontwikkeld kliermateriaal kan nooit voldoende produceeren. Belangrijk echter is de bekende ervaring, dat de gemoedstoestand der vrouw van den allergrootsten invloed Borstvoeding Borstvoeding op de melkafscheiding is. Er zijn voorbeelden, dat dit verschil binnen eenige uren duidelijk te merken was. Er zij gewaarschuwd tegen te langdurige pogingen : deze zijn ook voor de baby niet gewenscht. Lukt het blijkbaar niet, dan kan men beter de heele zaak dadelijk over een anderen boeg gooien (zie bij zuigelingenvoeding). De eerste borstvoeding kan al na 6 uur plaats vinden. De oude regel, in de eerste 24 uur niets te geven, die nog veel verbreid is, verdwijnt langzamerhand. Het is goed, de tepels van te voren even af te wasschen met gekookt water. Gemiddeld bedraagt de hoeveelheid melk, die gedronken wordt: de ie dag 20- 40 gr. de 2e dag ..... 60- 90 gr. de 3e dag 100-150 gr. de 6e dag 300-350 gr. de 10e dag 450-500 gr. Verder gemiddeld 1/6 van het lichaamsgewicht. Per maaltijd aan het einde van de eerste maand ongeveer 120 gr. bij een voeding van 5 maaltijden. Deze getallen zijn natuurlijk alleen bij benadering opgegeven. In het algemeen gaat men nooit boven 200 gr. bij 5 maaltijden (1 liter in 24 uur). De duur van de borstmaaltijd moet 15—20 minuten zijn. Scheidt het kind er na enkele teugen uit en dreigt het in slaap te vallen, dan moet men door wasschen van het gezichtje met koud water of iets dergelijks (elke moeder vindt haar eigen middeltjes) het kind tot langer zuigen bewegen. Menig zuigeling zou anders door zijn phlegmatische geaardheid te kort kunnen komen. Zooals gezegd kan men in het begin zes voedingen geven, d.w.z. om de drie uur, waarbij ’s nachts een voeding uitvalt. De overgang naar vijf voedingen moet individueel geregeld worden. (Merkwaardig is het te weten, dat er voorstanders (medici) zijn van veel minder voedingen, al spoedig drie per dag en dat een dokter in Duitschland zijn kind met één maaltijd per dag gezond groot gebracht heeft). Het is niet kwaad, zoo nu en dan een steekproef met de weegschaal te doen, of het kind ongeveer zijn competente portie drinkt. En als dit niet klopt en het komt goed aan en is in goede conditie, dan make men zich niet ongerust. Men mag tevreden zijn, als de baby per week tusschen de Brandwonden Brillen koling van de weefsels zijn niet de natte huid in de zon opgetreden. Deze litteekens be- laten opdrogen. De pijnlijke hoeven na afloop vaak chirur- roodheid en eventueel ook de gische behandeling vanwege blaren moeten geheel volgens de bewegingsbelemmeringen, de besproken regels behandeld die zij kunnen veroorzaken worden, d.w.z., dat het allerals zij in de buurt van ge- beste is en blijft, de opperwrichten zitten. I vlakte volkomen droog te hou- Zijn er bij brandwonden groote den en slechts dik te bepoedelappen huid verloren gegaan, ren met b.v. talk of dermatol. dan is het om het al te lang- Krijgt iemand na een uitgezame herstel wat te bevor- breid „zonnebad” koorts en deren soms noodig om op de hoofdpijn, dan geldt ook hier: wondvlakte gezonde huid te drinken en nog eens drinken, planten, een van de dankbaar-1 in afwachting van verdere ste kunstbewerkingen, waar- hulp. over de moderne chirurgie be- Brenk schikt. Is er een flink deel (Zie bij ingewandsbreuk). van het lichaamsoppervlak Brillen. Voor niet al te verbrand, dan dreigen er ook langen tijd werden de kinalgemeene ziekteverschijnse- deren, die op school een bril len op te treden : groote dorst, I droegen, door hun kameraden misselijkheid, sufheid, zwakke dikwijls geplaagd en uitgepolsslag, koorts enz. Vóór alles I lachen. Zoo hier en daar op moet men er dan voor zorgen, school bevond zich een derveel vocht, liefst heete dranken gelijke verschoppeling, die toe te voeren; ook alcohol isI,,kippig” was. Tegenwoordig hier zeer op zijn plaats. zijn vele personen blij in den Een apart gebied vormt de bril een instrument gevonden verbranding door de zon in te hebben, dat hun „goed onze spaarzame zomersche staat” en tenminste hun gelaat dagen. Ook deze, in het alge-1 een uitdrukking bezorgt van meen lichte graad, kan ge-1 strengheid, zelfbewustzijn en vaar opleveren bij te groote wat dies meer zij. Dit als uitgebreidheid; het is zeer on- karakteristiek van de veranverstandig zich de eerste dagen derlijkheid van de algemeene al dadelijk flink te willen laten opvatting in den loop der tijden, bruin, branden; dit dient ge-1 Brillen worden gedragen om leidelijk te gebeuren. Vooral | brekingsafwijkingen van het 5 Brillen oog te corrigeeren; men gaat er dus van uit, dat deze door de persoon zelf niet te verhelpen zijn (zie ook bij ver- en bijziendheid) . Zij moeten zóó geslepen worden, dat het oog, ook als het er niet recht doorheen, maar meer door de rand ziet, „gecorrigeerd” wordt. (Dit is speciaal het geval bij de ZeissPunktalglazen). Sommige menschen, gewoonlijk de verziende, hebben zoowel voor het zien in de verte, als bij het lezen een bril noodig; om niet altijd behoeven te verwisselen is op de onderhelft van hun brilleglas een klein extra lensje geplakt, waardoor ze bij het lezen en handwerken kunnen kijken. Zoogenaamde halve glazen, waar men dus overheen kan kijken, beoogen hetzelfde op een andere manier; ook de methode van oudere menschen om den bril op de punt van hun neus te dragen is zoo bedoeld. Bij astigmatisme zijn de brilleglazen cylindrisch. De cylinder moet een zeer bepaalde stand hebben en het brilleglas mag niet kunnen draaien; het is daarom wenschelijk, dat het glas ovaal is, in elk geval niet rond. De sterkte van brillen wordt evenals de afwijking van het oog, uitgedrukt in z.g. diop- Bronchitis triën; het aantal dioptriën is het omgekeerde van de brandpuntafstand in meters uitgedrukt. Iemand, die een bril van +3 heeft, heeft een bril van de sterkte van 3 dioptriën, d.w.z. dat de brandpuntafstand van de bril 1/3 meter is. Het teeken + of — geeft aan, of de bril een vergrootglas (+) of een verkleinglas (—) is, respectievelijk voor ver- en bijziende menschen (zie aldaar). Wanneer schoolkinderen er over klagen, dat zij door hun bril alweer zoo slecht gaan zien, moet men eerst probeeren of een grondige reiniging der glazen misschien ook reeds de gewenschte verbetering brengt. Bronchitis. Bronchitis beteekent een ontsteking van de hoogere luchtwegen. De luchtpijp vertakt zich omlaag in de long, ontelbare malen, in steeds kleiner wordende buisjes, die tenslotte eindigen in het eigenlijke gebied der ademhaling, de longblaasjes, waarin de gaswisseling tusschen bloed en ademhalingslucht plaats vindt. Het geheele systeem van deze buisjes samen wordt bronchiaalboom genoemd. Een gewone bronchitis reikt zelden zóóver naar beneden, dat de heele bronchiaalboom Bronchitis Buikpijn ontstoken is. Het gaat dan gevaar voor longontsteking, maar om de „hoogere” bron- waarbij de ontsteking op het chi. Er bestaat een min of eigenlijke ademhalingsweefsel meer overvloedige slijmaf- overgaat, is dan zeer groot, scheiding, die opgehoest moet Het is te begrijpen, dat bij een worden. De bekende hoest- meer uitgebreide bronchitis, dranken, die alle een of meer waarbij ook de fijnere bronchi van de stoffen: anijsspiritus, worden aangetast, de luchtlaurierkerswater, zoethout, sal- stroom belangrijk gehinderd miak enz. bevatten, bevor- kan worden, waardoor een deren deze slijmafscheiding; vorm van benauwdheid ontmen zegt, dat de hoest „losser” staat, die aan die bij asthma wordt. Er zijn ook hoestmid- doet denken. Inderdaad, waar delen, die de slijmafschei- bij de gewone bronchiaalding tegengaan, o.a. die, welke asthma ook altijd een lichte kreosoot bevatten en waar- ontsteking der fijnere luchtmee dus meer een opdrogende wegen is aan te toonen, is de werking op het slijmvlies be- overgang tusschen deze ziekteoogd wordt. beelden een vloeiende; asthma- Bronchitis is een van die patiënten neigen, ook in tijden, ziekten waarmee het volks- dat zij geen echte aanvallen woord „kouvatten” ten nauw- hebben, tot bronchitis, ste samenhangt en de ervaring Buikpijn. Als men elke keer, leert, dat dit maar al te zeer dat iemand pijn in zijn buik waar is. Speciaal in het voor- heeft den dokter zou halen, zou en najaar hebben de menschen, menig gezin er een lijfarts op die er toe neigen, er last van; na kunnen houden. En toch : sommigen maken jarenlang men weet langzamerhand wel, S winters ”hun bron- b«>e een lichte buikpijn „rechts chitis door. Kinderen en oude onder” slechts eenige uren aan menschen zijn het vatbaarst, een verraderlijke buikvliesontIn den regel duurt de ziekte steking vooraf kan gaan. Er eenige weken. In den aanvang zijn haast te veel oorzaken gaat zij nogal eens met wat voor buikpijn om op te noekoorts gepaard, deze verdwijnt men. Maagpijn wordt als regel meestal gauw. Bij zeer kleine wel als zoodanig herkend, bekmderen is de ziekte ernstiger houdens een verwisseling met en kan zij dagenlang onder krampen in den dikken darm, hoogen koorts verloopen. Het die gedeeltelijk tegen de maag Buikpijn Buikvliesontsteking aanligt. Iedereen kent uit den aard der zaak de darmkrampen bij diarrhee of na het innemen van een laxans. Men kan de pijn daarbij een snijdende pijn noemen. Dit is ook het type van de allerheftigste pijnen bij galsteen- of niersteenkolieken. Opvallend is, dat de patiënten bij koliekpijnen moeilijk stil kunnen blijven liggen, dat zij, zooals men wel zegt, door het bed rollen. Bij pijn, die op ontstekingen in de buik berust, ligt iemand vaak opvallend stil. Verder is er dan bijna altijd ook temperatuursverhooging. Braken komt zóóveel voor bij kinderen, die wat buikpijn hebben (bedorven maag), dat men zich niet direct ongerust behoeft te maken; het is echter ook een reden om op te letten: immers bij appendicitis zijn misselijkheid en braakneiging zelden afwezig. Bij koliekpijnen (vooral bij diarrhee), is het doeltreffend op de buik telkens vernieuwde, heel warme compressen te leggen; deze werken krampverminderend. Zoodra echter een persoon bij buikpijnden algemeenen indruk maakt van ziek te zijn of als hij er verhooging bij heeft, is dit sterk af te raden. Men handelt dan beter niet op zijn eigen houtje. Er zij nog op gewezen, dat tallooze gevallen van geringe tot heftige buikpijn altijd onopgehelderd zijn gebleven (ook na operatie) en zeker nog lang zullen blijven. Ook de verklaring van den aard en de plaats van buikpijn bij bekende ziekten geeft dikwijls nog groote moeilijkheden; geheel vaste regels zijn daarvoor niet aan te geven. Buikvliesontsteking. Het buikvlies bekleedt de ingewanden en alle organen (lever, milt, enz.), die in de buikholte gelegen zijn; het speelt in de buik dus dezelfde rol als het borstvlies in de borstholte. Buikvliesontsteking gaat meestal uit van een ontsteking van een der buikorganen, darmen, galblaas, maag, enz. De ziekte van zoo een orgaan gaat daarbij over op het buikvlies. In de buikholte, dus d.w.z. tusschen en rondom de organen vormt zich dan etter; de buik wordt als regel zeer pijnlijk en hard (door de spierspanning), soms wat opgezet. De meest voorkomende oorzaak is de doorbraak van een ontstoken | „blindedarm”, beter gezegd een ontstoken appendix; echter ook van de galblaas (galblaasontsteking), of van de maag (maagzweer). In al deze gevallen ontstaat een acute ette- Buil Bijziendheid rige buikvliesontsteking. Red- een ongeveer 1% sterke opding is dan slechts door zeer lossing van basisch alluminiumspoedig chirurgisch ingrijpen acetaat. Voor verbandwater mogelijk. Er zijn ook ontstekin- moet het, althans op open gen van het buikvlies, die als wonden, liefst nog met minzelfstandige en dan meestal stens 4 maal zoo veel water chronische ziekte optreden, verdund worden. Hiertoe behoort vooral de tuber- Burowwater heeft een ontculeuze buikvliesontsteking. De stekingwerenden invloed, d.w.z. behandeling van deze vormen is dat het het voortschrijden van eengeheel andere,z.g.conserva- het proces tegengaat en de optieve (d.w.z. niet-chirurgisch). slorping der ontstekingsproBuil. Een buil ontstaat door ducten bevordert. Het wordt een bloeduitstorting onder de over het algemeen voor alle huid op een plaats, waar de mogelijke aandoeningen gebuid gemakkelijk van de bruikt: verstuikingen, open onderlaag op te lichten is en wonden, steenpuisten, branddeze onderlaag hard is; in het blaren, enz. enz. In den regel algemeen dus aan het hoofd, kan men bij open processen Anders ontstaat (door slag of beter zijn toevlucht tot andere stoot) een blauwe plek. middelen nemen (overeenkom- Het uitgestorte bloed verandert stige zalven, alcoholcompresspoedig; er vinden chemische sen). Nog duidelijker gezegd, omzettingen plaats met het het is geen goed beginsel, om gevolg, dat er kleurverande- op elke willekeurige aandoeringen optreden (kleuren van ning maar burrowwatercomden regenboog). pressen te leggen. Kostelijk zijn de tallooze me- Het meest op zijn plaats zijn thoden (groene zeep, boter 1), deze nog om dichte ontstedie de volksmond kent om de kingsgezwellen tot slinken te buil te doen slinken. Beter brengen (zie o.a. bij bloedverzen men het resorbeeren (op- giftiging). slorpen) van het uitgestorte Burowwater moet goed gebloed bevorderen door warme schud worden voor het gecompressen met water, waar- bruik. Het behoort er dan aan een weinig arnicatinctuur melkwit uit te zien. (1 op 20) is toegevoegd. Bijziendheid. Bijziendheid is Burowwater. Het alom be- een toestand, waarbij men kende burowwater bestaat uit alleen tot op een bepaalden Bijziendheid Bijziendheid afstand de voorwerpen scherp kan zien; het woord kortzichtig drukt hetzelfde uit, beteekent echter een overeenkomstige ziele-eigenschap. Men zegt, dat bijziendheid speciaal in de hand gewerkt wordt door veel fijn oogenwerk, veel lezen e.d. en men wijt het toenemen der kwaal bij schoolkinderen aan de meerdere inspanning, die van de oogen gevergd wordt, het gebukt zitten enz. Deze theorie klopt niet met het feit, dat in vroeger eeuwen, zij het ook anders dan in den vorm van lezen, door de menschen minstens evenveel, zoo niet inspannender oogenwerk gedaan werd (kunstnijverheid, kantwerk) zonder dat gevolg. Het oog van den bijziende is te lang, het beeld van de voorwerpen op afstand valt vóór het netvlies van het oog. Aangezien de lens wel boller, maar niet platter gemaakt kan worden dan een bepaald minimum, zoo redeneert men, moet een bijziende een bril dragen, die ook van voorwerpen op grooter afstand een beeld op het netvlies werpt, dat scherp is (zie ook Batesmethode). Deze bril moet met den lens samen dus een minder-bolle-lens vormen, moet dus hol zijn, d.w.z. een verkleinglas. Men zal dus bijziende menschen altijd een bril zien dragen, die verkleint. De graad van bijziendheid wordt uitgedrukt in dioptriën. Als iemand slechts op 50 cm. afstand voorwerpen scherp kan zien en verder weg alles steeds onduidelijker, dan heeft hij een bijziendheid van 2 dioptriën. (Zie ook bij brillen). Er is een ernstige vorm van bijziendheid, die al op jeugdigen leeftijd begint, snel toeneemt, zeer hooge graden bereikt en door loslating van het netvlies in de zwaarste gevallen tot blindheid kan leiden. Zij moet goed onderscheiden worden van de veel voorkomende geringere en zwaardere graden van bijziendheid, die slechts langzaam veranderen in den loop der jaren. Caloriën Cholera Caloriën. Caloriën drukken hoeveelheid datzelfde voedsel een warmtehoeveelheid uit. leveren kan bij de voornoemde Daar men deze niet kan be- vernietiging binnen in het palen op de manier, zooals men lichaam. Men heeft van alle b.v. een hoeveelheid lucht of voedingsstoffen nauwkeurig water meet, moet men uitgaan deze „warmtewaarde” gemevan datgene, wat van de ten. De hoeveelheid warmte warmte doordrongen wordt, die het opgenomen voedsel zou De verwarming, die noodig is kunnen produceeren, moet geom een bepaald lichaam op lijk zijn aan de hoeveelheid een zekere temperatuur te warmte, die men voor zijn brengen, dient dan als maat- dagelijksche bezigheden noodig staf. De warmte, noodig om heeft en welke zeer afhanéén cM3 water van nul tot één kelijk is van den aard en den graad te verhitten noemt men omvang van de te verrichten warmte-eenheid of calorie. arbeid. Zoo kan iemand, die Ons voedsel wordt in ons den heelen dag te bed ligt, met lichaam totaal vernietigd. Het een voedsel toe, dat een calowordt uitgescheiden voor het riënwaarde van 1500—2000 grootste deel als water en kool- caloriën heeft; een arbeider, zuur (door nieren en longen), die zwaar lichamelijk werk d.w.z. als producten, die men verricht, heeft er tot 4 a 5000 ook zou krijgen, wanneer men noodig. Zie hierover verder bij het buiten het lichaam totaal voedsel. zou verbranden. Men stelt zich Cholera. Cholera is een acute voor, dat onze eigen bloeds- infectieziekte, die eigenlijk in warmte ontstaat door een de tropen thuis hoort. In de soortgelijk verbrandingsproces ontlasting van den patiënt vindt m ons lichaam en verder dat men steeds de z.g. choleraonze lichamelijke prestaties bacil, welke algemeen als de slechts mogelijk zijn op den verwekker der ziekte bebodem van een dergelijke schouwd wordt (zie hiervoor warmte-productie. ook onder bacteriën en con- Wanneer men nu weet, hoe- stitutie). Meestal verloopt de veel warmte er ontstaat bij ziekte zeer snel, de patiënten verbranding van dit voedsel krijgen heftige spierkrampen buiten het lichaam, welke men en overvloedige waterdunne aus in caloriën uitdrukken diarrhee : de ontlasting ziet er Kan, dan weet men ook, welke uit als vuil waschwater. Het Chronisch Collaps geheele beeld is feitelijk dat van een uiterst heftige darmontsteking, die vóór alles een groote wateronttrekking aan het lichaam tengevolge heeft. Men ziet in eenige uren tijds de zwaarste menschen letterlijk wegslinken. Herstel is zeer wel mogelijk, waarbij dan het heftige beginstadium spoedig in een rustiger toestand o vergaat. Steeds is de cholera echter een zeer ernstige ziekte met een hoog mortaliteitscijfer (sterftecijfer). Gewoonlijktreedtcholeraepidemisch op. Speciaal de ontlasting is besmettelijk, reden waarom in streken, waar de hygiëne in dit opzicht nog van geen beteekenis is, de ziekte zich zoo snel kan verbreiden (drinkwater 1). Chronisch. Een chronische ziekte verloopt geleidelijk; dat wil zeggen in een typisch geval begint zij geleidelijk en blijft betrekkelijk lang bestaan om na een tijd misschien weer geleidelijk af te nemen. Voorbeelden van chronische ziekten zijn tal van stofwisselingsziekten, neurologische ziekten, bepaalde vormen van rheumatiek, enz. Soms begint een ziekte acuut en gaat zij in een chronisch stadium over. Men rekent een eventueel acuut begonnen ziekte chronisch te worden, als zij langer dan zes weken duurt. Terecht staat een chronische kwaal in een kwaden reuk. De ervaring leert, dat acute ziekten met een heftig verloop gewoonlijk beter en vollediger genezen dan kwalen, die tijd hebben om langzaam binnen te sluipen en weinig reactie verwekken. Waar een ziekte zoowel acuut als chronisch kan vërloopen, krijgt men de indruk, dat dit juist het gevolg is van den meerderen of minderen weerstand, dien de patiënt kan bieden. Clysma. Clysma’s beoogen het invoeren van vloeistoffen in den endeldarm. Men kan voedingsclysma’s toedienen, waarin dus voedingsstoffen (ei, suiker, melk enz.) zijn opgelost, voor patiënten, die door den mond niets kunnen opnemen. Na buikoperaties pleegt men een druppelclysma te geven (water, druppelsgewijs) om onmiddellijk met vochttoediening te kunnen beginnen indien de dunne darm gespaard moet blijven. Reinigingsclysma’s dienen als voorbereiding voor operaties in de buurt van den endeldarm. Collaps. Collaps is een toestand van vaatverlamming, waarvan het hoofdverschijn- Collaps Compressen dat er Plotseling een den en hem als het kan wat verandering in den sterke koffie te laten drinken, bloedsomloop mtreedt doordien Complicatie. Complicatie be- va£ bJ^trLCb m gu°nded tCekent b*jkomende omstan- van de sterk verwijde buikva- digheid, d.w.z. iets wat aan van’wT?’ terTjl dC rest het oorspronkelijke als nieuw hi * lchaaI” haast geen probleem wordt toegevoegd. Woedtoevoeren-doorstrooming Wanneer iemand verkouden meer heeft. Het hart krijgt is, heeft hij een ontsteking het daardoor zwaar te verant- van het neusslijmvlies. In! woorden, wat blijkt uit den dien deze overgaat op een snellenenzwakkenpo&^iea13 der bijholten *an d/ lege!i b‘J dezen toestand op- voorhoofdsholte b.v. dan eedeaaidTeiVeHS “ d® bfoe*druk sPreekt men van een compligedaald. In den regel zijn de catie. Zoo ook b.v., indien koJiTlan b Cek’ ^ voelen iemand biJ een appendicitis ti-f . . . een buikvliesontsteking krijgt, ün ,!! !!•18 °P te7atten ais Een complicatie kan dus dikomlonn^'ittin!i vao den bloeds- wijls erger zijn dan de oor- ondoop deze^reigttestofcfcen Lpr^keiyke kwaal) ja vaak ten ^ J ai^" ** vaatzfek- genoeg een verkeerden afloop acute infectie.ziek-1 ten gevolge hebben. Het voorelkp < °us°ntsteking) en na komen van complicaties is dan r“.£°?te “spanning voor ook een van de opgaven van bJ°edomloop kan een col- de geneeskunde, zelfs bij overilaps intreden Ook na veel gens gewoonlijk onschuld"* gebruik van bloeddrukverhoo- verloopende ziektetjes. En een najLtï geneesmiddelen (adre- van de voornaamste aanklach, '* ten, die tegen de z.e. kwak- De toestand is zonder uitzon- zal verij steeds weer uitge- teekle*rin^lejfi0‘llabeefen be_ sproken worden, is, dat zijner Alt ml,r i)k samenvallen. menschen toe brengt met erom gaan den ziekten te blijven rondloopen bloedomloop weer aan te zet- tot op het oogenblik, dat misï " “ d??. bloeddruk te ver- schien onherstelbare complih niet dadelijk caties zijn ingetreden, medische hulp aanwezig is, Compressen. Compressen zorge me„ ervoor, vóór alles beoogen de inwerking van een de patiënt zeer warm te hou-1 vloeistof ergens op de opper- Constitutie Constitutie vlakte van ons lichaam, hetzij om de werking van de vloeistof zelf, hetzij om de werking van de (vochtige) koude of warmte. De natte doek om het hoofd van iemand, die hoofdpijn heeft, is dus een compres, een lapje in alcohol gedrenkt op een steenpuist is eveneens een compres; ook als er nog een andere doek overheen gaat voor de bevestiging. Oogcompressen (bij bindvliesontsteking b.v.) maakt men het beste door watteproppen in boorwater gedrenkt op de gesloten oogleden te leggen. Heete buikcompressen (of omslagen) moeten geregeld ververscht worden, anders koelen zij teveel af. Men legt hen zoo heet mogelijk ter plaatse en drukt er dan snel b.v. een dikke handdoek op, tot zij voor het gevoel kouder beginnen te worden. Dan weer ververschen enz. Een en ander is een groot verschil met het z.g. Priessnitz verband, waar het begonnen is om een broeiende werking te verkrijgen (zie aldaar). Constitutie. Er was een tijd, dat de oorzaken van alle ziekten toegeschreven werden aan de gedragingen van het „genus epidemicus”, aan een onzichtbare om ons heen werkende kracht, te gelegener tijd veroorzaker van ziekte of epidemie. Een zeker fatalisme stak in deze opvatting: men was gauw klaar met de omschrijving van de ziekteoorzaak. De ontdekking der bacteriën onthulde een deel van het geheim van dit genus, dat nu niet meer geheel onzichtbaar was. En al is het practische verschil nu niet zoo enorm groot geworden door de verandering van titel: pestbacil of genus epidemicus, men heeft een aangrijpingspunt gekregen voor de bestrijding en den afweer ervan in anti- en asepsis, inenting, serumtherapie enz. Het bleek, dat de oorspronkelijk wel eens hier en daar gehuldigde opvatting, dat men hiermee een tooverspreuk ontdekt had, waardoor het begrip ziekte eenmaal tot het verleden zou kunnen behooren, op een illusie berustte. Twee onder gelijke omstandigheden levende menschen behoefden vroeger niet beiden het slachtoffer van het genus epidemicus te worden. Zij behoeven het thans evenmin van dezelfde bacil. De andere factor nl., die niet weg te cijferen en even belangrijk is voor het oploopen van een infectie, is de constitutioneele toestand, de vatbaarheid van het lichaam. Constitutie Coué Of iemand dus neigt tot bepaalde ziekten, b.v. tot herhaalde angina’s, middenoorontstekingen, longziekten enz. is zeker in de eerste plaats afhankelijk van zijn constitutie, d.w.z. van de geaardheid van tal van verrichtingen en toestanden in zijn lichaam. Bepaalde constituties zijn aan het lichaam af te lezen; een teere constitutie drukt zich in huidskleur en -glans, beenderbouw, lichaamshouding enz. duidelijk uit; kortom, in den algemeenen lichaamsvorm vindt een dokter tal van gegevens om zich een oordeel over deze constitutie te vormen. Wat men alles echter tot de constitutie zou moeten rekenen, valt moeilijk te zeggen. Een mensch is een samenstelling van lichaam en ziel in één persoonlijkheid. De hoedanigheid van zijn zieleleven en van zijn geestelijk leven, hangen ten nauwste samen met elkaar. Allen met elkaar vormen zij zijn algeheele constitutie. Als men voor de algemeene ; bepaling van ziekte, de uit- 1 drukking „een verstoring van i het evenwicht” wil nemen, : mag men „zwakke en sterke” ] constitutie omschrijven als de 1 samenstelling van de heele per- < soonlijkheid, beoordeeld naar ! de meerdere of mindere nei- 1 ■ ging om uit dit evenwicht te ■ geraken. Coué (Methode van). De methode van den Franschen apotheker Coué gaat van de gedachte uit, dat elke afwijking of ziekte in het lichaam op te vatten is als de verstoring van een orde, welke heerscht in de gezamenlijke eenheid der levensprocessen. Wanneer een wanorde tot orde gebracht wordt, is het resultaat steeds hetzelfde, al is het uitgangspunt ook nog zoo verschillend. Zoo moet men begrijpen, dat het volgens de denkwijze van Coué volstrekt niet absurd is, met behulp van een nagenoeg uniforme formule geheel uiteenloopende, totaal verschillende ziekten te willen genezen. Coué stelde zich voor, om door het gedurig en intensief herhalen van bepaalde suggestieve zinnen („eiken dag in elk opzicht wordt ik beter en beter; en het vermaarde „5a passé”, „het gaat over”), een invloed uit te oefenen op een zeker ordescheppend element in ons lichaam. De eenige wijze, waarop men dit zou kunnen doen, zou dan zijn langs dezen wegvanzelfsuggestie. Het wezen der ziekte wordt dus totaal genegeerd. De methode van Coué is primitief en staat schril tegenover Doorlichten Doorliggen beeld op het scherm (zie verder een gezonde bovenkaaksholte bij Röntgenstralen). Men geeft zelfs door den bodem der de voorkeur aan een dergelijke oogkas tot in de oogenholte doorlichting, die natuurlijk in doordringt en men als de een donkere kamer plaats patiënt zijn oogen openhoudt vindt, in die gevallen, waar de pupillen daardoor zacht het de bedoeling is organen rood ziet lichten, heeft men in hun beweging gade te slaan, hier nog een tweede aanwijzing zooals het kloppen van het omtrent den toestand dezer bijhart, verschuiven van de long- holte. Voor de doorlichting van grenzen bij de ademhaling. de voorhoofdsholte plaatst rnen Een geheel andere soort door- het lampje zoo diep mogelijk lichting wordt toegepast om in den binnenooghoek en ziet bepaalde deelen van het lichaam dan boven en ter zijde van den op hun doorschijnendheid te on- neuswortel door het voorhoofdderzoeken. Men heeft in het been heen een zwakke lichthoofd de zg. bijholten van den schijn. neus, de voorhoofdsholte in Doorliggen. Doorliggen is het voorhoofdsbeen, de boven- een uiterst lastig, hinderlijk, kaaksholte in het bovenkaaks- helaas soms haast onvermijdebeen e.a. Deze holten zijn met lijk bijkomstig verschijnsel van lucht gevuld. Zij kunnen ontste- een langdurig ziekbed, vooral ken en dan geheel opgevuld ge- wanneer de patiënten mager raken met etter. Wanneer men, geworden zijn. De steeds op alweer in een donkere kamer, dezelfde plaats gedrukte huid, in de mondholte van den die een slechte bloedcirculatie patiënt achter de gesloten lip- heeft en daardoor zijn vitalipen een lampje brengt, zal teit (levensvatbaarheid) vermen nu in plaats van een zacht liest, gaat van de oppervlakte af roze schijn onder de koonen, afsterven. Eerst laat een velwelke er in het gewone geval letje los, gaandeweg wordt de altijd pleegt te zijn door de plek dieper en dieper tot heftig doorlichtbaarheid van de bo- pijnlijke en uit den aard der venkaaksholte, duidelijk een zaak moeilijk te genezen wonmin of meer sterke verdui- den ontstaan zijn. stering aan den eenen kant Het is een der hoofdopgaven waarnemen, indien de be- van de verpleegster om het treffende holte ontstoken is. doorliggen met alle ten dienAangezien het licht bij ste staande middelen te voor- Doorstraling Dorst komen. lederen morgen moet ondervindt) na den doffen dede geheele rug, ook de hielen, primeerenden, algemeen storenin e gewasschen en daarna den invloed van een verstopstevig ingewreven worden. Of ping. In den dubbelen zin men hiervoor nu kamferspiri- des woords is het de mensch tus, eau de Cologne of kwee- lichter geworden, perensap gebruikt is van min- Misschien is het niet geheel zonder belang Daarna moet men der verband, dat magnesiumden geheelen rug met talk zouten (bitterzouten) vanoudsbepoederen. Goed is het ver- her bekende laxantia zijn. der om de plaatsen, die ge- Magnesiumertsen hebben bijna dmkt worden zooveel moge- altijd een bladderigen of stralyk te wisselen en den patiënt ligen bouw; magnesium zelf dus afwisselend van de eene brandt met een uiterst fel op de andere zijde te leggen, lichtende vlam. Behalve voor de behandeling Dorst. De vochtopname (door der wonden, hetgeen slechts on- drank en voedsel) en-afgifte der medisch toezicht mag plaats (urine en zweet voornamelijk! vinden, is ook bij dreigend zijn bij den mensch in een Zg‘ ’>lÖhn” Cen betrekkelÜk vast evenwicht goed middel om de bloeds- met elkaar. Dit evenwicht omloop aan te zetten. Dit is ontstaat in den loop van het k^?.m, met duur toestelletje, eerste levensjaar, waar het flat bij het haardrogen wel voedsel grootendeels nog vloei- wabrmpkt 7”** £7 baar is en de gewichtstoe- droge , luchtstroom en afname met vochtverlies et. Tweemaal per dag ge- ten nauwste samenhangt. Het durende 10 minuten „föhnen” geheele verdere leven door VJlrt r, is de mensch gehouden zijn Doorstraling. Dat men voor vochtverlies betrekkelijk zeer laxeeren, schoon schip maken snel weer aan te vullen Sina°0k uhe\ tw°ord door- Als hoofdgemiddelde kan men riï^g gebruikt’ hangt wel zeggen, dat de mensch per dearmee samen, dat men deze dag twee 4 drie liter vocht wPrtJrteiï,1S #.met licht' tot zich neemt (dit hoeft vol- werking heeft vergeleken. Dit strekt niet in den vorm van s eenigszins na te voelen als drinken) en evenveel op de men de psychische, geestelijke genoemde wijzen weer ververfnssching gadeslaat (of zelf lies*. F.n Eierstokziekten Eierstokziekten niet, dat eetlust niet onafhankelijk is van wèt iemand voorgezet wordt, en al evenmin van de wijze waarop dat gebeurt. Men verdeelt ons voedsel wel eens in echte voedingsmiddelen en genotmiddelen; de laatste bezitten dan weinig voedingswaarde en zijn er slechts voor den goeden smaak. Maar indien die goede smaak noodzakelijk is voor den eetlust en dus ook voor de spijsvertering, wat voor nut wil men dan zonder hen hebben van die zg. werkelijke voedselsoorten ? En niet alleen de smaak is hier van belang (zout, kruiden, mosterd en dergelijke), maar ook het uiterlijk. Aardappelen, bloemkool en visch geven een kleurenkombinatie, die al heel weinig aantrekkelijks heeft. De van ouds beroemde Fransche keuken dankt haar reputatie niet het minst aan de meesterlijke wijze, waarop haar koks de schotels wisten in te richten; ware kunstenaars in het opdisschen waren deze heeren. Onze maaltijd moet met zorg en kennis worden voor- en toebereid, met aandacht worden genuttigd. Eerst dan mag men aan den eetlust eischen gaan stellen. Eierstokziekten. Men kan de afwijkingen van de vrouwe¬ lijke kiemklieren in hoofdzaak verdeelen in ontstekingen en gezwellen. Ontsteking van den eierstok treedt meestal slechts op als gevolg van een aandoening van de overige geslachtsorganen en dit behoeven volstrekt niet altijd geslachtsziekten te zijn. Elke ontsteking van scheede en baarmoeder kan zich tot in de eierstokken voortplanten. Dikwijls echter is de eierstokontsteking het eerste, wat duidelijk bespeurd wordt. Bij een rechtszijdige ontsteking is dan een onderscheid tegenover blindedarmontsteking vaak moeilijk te vinden. Men kan de ontstekingen weer verdeelen in chronische en in acute, zooals men dit vrijwel voor alle ontstekingen kan doen. Onder de chronische nemen de tuberculeuze weer een belangrijke plaats in. De tumoren, gezwellen van den eierstok, kan men weer verdeelen in aangeboren en later verkregen; men moet zich voorstellen, dat in een orgaan als de eierstok de ontstaansmogelijkheid voor tumoren zeer gunstig is; tal van afwijkingen worden er soms bij de geboorte al in aangetroffen; verschillende gezwellen zijn terug te voeren tot op onnatuurlijke wijze ont- Eksteroogen Ekzeem wikkelde eicellen. Ze kunnen soms buitengewoon groot worden, zoodat ze een groot gedeelte der buikholte opvullen; de meeste dezer tumoren zijn dunwandig, met vocht gevuld; enkele soorten neigen tot kwaadaardige ontaarding (zie bij kanker). Hoe zeer de neiging tot gezwelvorming in de eierstokken bestaat, blijkt ook uit het feit, dat gezwellen elders (maagkanker b.v.) dochtergezwellen in de eierstokken kunnen veroorzaken. Primaire, d.w.z. ter plaatse beginnende, kanker van de eierstokken is betrekkelijk zeldzaam; bij een dergelijke aandoening van de baarmoeder doen zij echter meestal zeer spoedig mee. De behandeling van eierstokontstekingen is in den regel een behoudende, z.g. „opslorpingsbehandeling”, waarbij men door heete compressen op den buik, heete irrigaties(scheedespoelingen) een opslorping (resorbtie) van de ontstekingsvochten tracht te bereiken; gezwellen zullen, wanneer zij van kwaadaardigen aard zijn of eenigen hinder veroorzaken, wel altijd operatief verwijderd moeten worden. Eksteroogen. Likdoompleisters, dat zijn dikke vilten ringetjes met een gaatje er in, dat ruimte voor den likdoorn biedt zoodat deze niet meer gedrukt wordt, geven onmiddellijke verlichting, maar verhelpen de kwaal natuurlijk niet. Er bestaan veel zalven, vooral salicyl-houdende om de knobbels te „dooden” en zoo te verwijderen, maar zulke kuren worden vaak niet konsekwent volgehouden. Bij het geregeld voorzichtig afsnijden met een Gilette-mesje (dunne laagjes, het mag nooit pijn doen of bloeden) heeft al menigeen zich voor de rest van zijn leven neergelegd. Likdoorns (zijn de oogen van een ekster even venijnig?) ontstaan slechts door druk. Niet altijd door knellende schoenen, want sommigen krijgen ze onder den voet in de weeke deelen. Ekzeem. Het valt niet gemakkelijk een zuivere omschrijving te geven van de eigenaardige soort huidontsteking, die men ekzeem noemt. Er zijn meerdere huidaandoeningen in den vorm van met of zonder koorts gepaard gaande, roode of bleeke, pukkelige of vlakke, schilferende of gladde, platte of verheven, jeukende of niet-jeukende, droge of natte, plotselinge, vrij snel voorbijgaande of langdurig blijvende, kleine of groote, enkel- of meervoudige Ekzeem Electrotherapie plekken, die door den leek Soms echter is er van iets al gauw met ekzeem worden specifieks niets te vinden en betiteld en dit toch niet altijd moet men de oorzaak vrijwel zijn. Netelroos (niet alleen na alleen in een bijzondere neiging het eten van aardbeien of kreeft, van de huid zoeken, ook vaak zonder eenige beken- Karakteristiek voor ekzeem de oorzaak, soms zelfs in meer- is de zekere hardnekkigheid dere gevallen onafhankelijk van der ziekte, de neiging om zich elkaar tegelijk optredend), de uit te breiden en steeds weer uitslag bij vele acute infec- terug te keeren, de groote tieziekten (mazelen, roodvonk, gevoeligheid voor water, waarwaterpokken), vele schimmel- om men alleen met olie de ziekten (ringworm o.a.), hebben plekken mag schoonmaken, met ekzeem niets te maken. Ekzeem is over het algemeen Zeer bekend is het, dat sommige niet besmettelijk. Naast een primulasoorten bij aanraking uitwendige behandeling met van de bladeren een sterk jeu- zalven zal een inwendige toekende netelroos verwekken. Be- diening van geneesmiddelen, kende voorbeelden van ekzeem benevens het voorschrijven zijn: de dauwworm van kleine van een bepaald dieet veelal kinderen, het smetten onder noodzakelijk blijken, de borsten en in andere plooien Electrotherapie. Feitelijk bij dikke vrouwen, het ekzeem zou men hieronder alleen moetusschen de vingers (niet met ten verstaan die behandelingsschurft te verwarren) en elders wijzen, waarbij een electrische aan de handen, vaak jarenlang stroom (van welke soort dan bestaande, het ekzeem achter ook) op de een of andere wijze de ooren, in den gehoorgang het lichaam een eindweegs (erg jeukend 1), aan de haar- doorloopt. Hieronder zou dan grens in den nek bij vele vallen het electriseeren (faravrouwen enz. enz. disch of galvanisch) bij spier- Er zijn vele uitwendige oor- en zenuwaandoeningen (verzaken op te noemen, die ek- lammingen vooral), de hoogzeem kunnen verwekken. Tal- frequentiestroom (de „knetlooze chemische stoffen komen terende vonken”), vroeger daarvoor in aanmerking; vele slechts bij enkele ziekten van fabrikages en handwerken zijn de huid en de huidzenuwen toeer berucht door (paarlemoer- gepast, thans als „radiostaatekzeem, bakkersekzeem). apparaat” door iedereen te Erfelijkheid Erfelijkheid pas geboren kind worden ge- dien zin gebruikt kan worden voerd over het hoogst belang- dat, wanneer de mate van rijke feit of het op zijn vader overgeërfde eigenschappen van of op zijn moeder lijkt. Clinge lichaam en ziel groot is en hem Doorenbos heeft in zijn liedje belemmert tot die voornoemde „Arm Paatje” een en ander bevrijding vim het eigen „ik” gekarakteriseerd. Deze uiter- te komen, men van een erfelijke overeenkomst slaat voor- lijke belasting spreekt. Men loopig alleen op het lichaam, meent zoo vaak dat menschen In het latere leven blijft een met een bijzonder talent (mudeel van deze geërfde over- ziek) dit altijd op een of andere eenkomst met de ouders be- wijze van hun voorouders als staan, soms in groote, soms muzikaliteit geërfd moeten in zeer geringe mate. Zoodra hebben. Hoe men zich het het kind grooter wordt en zijn ontstaan van een dergelijke temperament aan den dag erfenis moet denken wordt wel treedt met alle neigingen, af- is waar als een voorloopig fecten en eigenaardigheden van onoplosbare vraag beschouwd, dat deel van het zieleleven, Minder gedwongen en fantastreedt ook in dit gebied het- tisch wordt de zaak, wanneer zelfde probleem op: hierin men bedenkt, dat voor het of daarin is hij precies zijn uiten van een talent ongevader of zijn moeder. Het is twijfeld een zeker aantal eigendus zeker dat erfelijkheid niet schappen van het stoffelijke een wet is, die slechts voor het lichaam noodzakelijk zijn: wie lichamelijke geldt. Een deel geen goed gebouwde hand heeft van het zieleleven wordt er kan geen viool spelen, maar klaarblijkelijk ook ten zeerste evenmin kan iemand die geen door beïnvloed. Wanneer een zeer goed ontwikkeld gehoororkind nu langzamerhand vol- gaan heeft een groote muzikaliwassen wordt en een eigen teit vertoonen. Deze overerfemeening gaat krijgen, zelf- lijkheid, die door de geboorte kennis ontwikkelt, kortom zijn in een bepaalde familie blijft „eigen vorm” gaat ontplooien, voortleven, verklaart voldoende dan eerst ontpopt zich in hem het feit dat in de afstamming datgene van zijn totale wezen van zeer muzikale personen, dat uitsluitend aan hem toe- langeren tijd voor muziek min behoort, en waartegenover het of meer begaafde persoonlijkwoord erfelijkheid slechts in heden zullen voorkomen. Erysipelas Etter Ten aanzien van een persoon soms met blazen bedekt, scherp die volgens bepaalde geeste- gescheiden van het gezonde lijke kwaliteiten muzikaal te gebied er om heen, pijnlijk, noemen is, doch de mogelijk- Dikwijls schrijdt het aan de heid mist om die daadwerkelijk randen nog voort, soms gete ontwikkelen, zou men dan beurt dit zelfs, terwijl de plek dus soms misschien inderdaad in het midden al weer gaat van een zijn ontplooiing be- genezen. De ziekte pleegt ongelemmerende, erfelijke belasting veer een week te duren, is zeer kunnen spreken. besmettelijk en heeft de eigen- Wie het menschenleven onbe- aardigheid bij de betreffende vangen bekijkt, ziet daarin de personen herhaalde malen op erfelijkheid als een kracht op- te treden. Men vat haar op als treden die voortdurend een een „coccen-infectie” die van andere, die van de individueele bovengenoemde kloofjes door ontwikkeling, tegenover zich krabben, snuiten e.d. „aanvindt. De strijd tusschen deze gevuurd” wordt. Het is duidetwee krachten wordt vanzelf- lijk dat desalniettemin, juist sprekend voornamelijk in de in verband met het feit dat jeugd gevoerd en tal van de ziekte zoo gemakkelijk conflicten in dien tijd zoowel recidiveert, de constitutioneele op ziele- als op lichaamsgebied factor niet gering is. (kinderziekten) zijn een uit- Etter. Wanneer ergens aan drukking van deze worsteling, de oppervlakte van het lichaam Erysipelas. Erysipelas („bel- een ontstekingshaard ontstaat, roos”) is een acute infectie- b.v. bij een opkomende steenziekte met een plotseling be- puist, kan iedereen het klasgin en hooge koorts, terwijl sieke verloop van een ontde typische verschijnselen zich steking daaraan waarnemen, indehuidafspelen. De incubatie- Men heeft te maken met tijd is één tot zes dagen. Hoe- zwelling, roodheid, pijn, terwijl wel belroos overal op het de plek warmer aanvoelt. Een lichaam kan optreden, komt dergelijke ontstoken massa kan zij toch meestal aan het gelaat weer op dezelfde wijze vervoor in de buurt van neus of dwijnen als zij gekomen is; ooren, dikwijls uitgaande van de voornoemde verschijnselen kleine kloofjes aan den rand verdwijnen dan weer geleidelijvan neus- of oorschelp. De kerwijze. In de meeste gehuid is dik gezwollen, rood, vallen gaat het echter anders Etter Etter en vindt er een verweeking, iemand neusverkouden is of een „ineensmelting” binnen een ontstoken bindvlies heeft in de ontstoken massa plaats, aan het oog, is de vochtDe dikke, gele vloeistof, die afscheiding in het begin watezich daar op gaat hoopen rig en helder. Na een tijdje noemt men etter (pus). Het wordt deze troebel en dik: vloeibaar worden der weefsels men zegt dan dat de afscheiding moet men opvatten als een etterig geworden is en ook soort verteringsproces onder hier ontstaat dit etterig-worden invloed van groote hoeveel- door massa’s bloedlichaamheden witte bloedlichaampjes, pjes, die door de oppervlakte die een dergelijke verterende van het ontstoken slijmvlies invloed kunnen uitoefenen en zich met de afscheiding verdaarbij zelf ook ten slotte ver- mengen. Een overbekend voornietigd worden. Het is alge- beeld van ettervorming kent meen bekend, dat men deze iedereen bij een eenvoudige vervloeiing graag ziet, immers huidwond (open knieën !), het is bijna altijd het begin waarbij het mogelijk is dat de van de genezing. Men spreekt wond van het begin af aan dan ook van „rijpworden” van onder een dun vliesje van het de ontstekingshaard (zie ver- ingedroogd weefselvocht geder bij abces). neest, maar verreweg in de Op deze wijze kan op elke meeste gevallen ook deze vochtdenkbare plaats in het lichaam, afscheiding eerst etterig wordt in de weefsels van een of ander en blijft etteren, „dragen”, orgaan, (lever, milt, hersenen tot alle van buiten ingedrongen enz.), een etterophooping ont- vreemde elementen (bacteriën) staan. Etter kan zich echter gedood of verwijderd zijn. De ook aan de oppervlakte van korst die over zoo een wond het lichaam vormen. Wanneer ontstaat, is ingedroogde etter. Flauw vallen Fontanel Flauw vallen. Men bedoelt Daarna doet wat wijn of hiermee gemeenlijk een kort cognac wonderen. Men denke durenden toestand van be- er altijd weer aan een persoon wusteloosheid ten gevolge van niet te laten drinken zoolang een of andere emotie, over- hij nog niet geheel bij is en vermoeidheid, onaangename ook hem dan niet weer dadelijk gewaarwording, bij het zien aan het werk te zetten, maar van bloed enz. enz. Er zijn eerst geheel op zijn verhaal menschen die flauw vallen te laten komen I van het knakken van ge- Men moet ,,flauw vallen” wrichten, of bij lang staan, scherp scheiden van bewustewaarbij het weëe gevoel in de loos worden ten gevolge van lendenstreek een groote rol lichamelijke ziekten. Flauw schijnt te spelen. vallen is een psychische reactie De betreffende wordt opval- op een te sterk inwerkende lend bleek („trekt weg”) en gewaarwording, of die nu van krijgt vaak een gewaarwor- buitenaf komt of uit het lidxng of de wereld om hem heen chaam zelf. Men moet zich gaat draaien. Meestal breekt a.h.w. voorstellen dat iemand het zweet hem uit, het „koude uit zijn lichaam vlucht, omdat zweet ’. Zijn pols gaat lang- hij de waarneming van iets zaam; soms is hij misselijk. niet kan verdragen. Bij beDaarna zakt hij bewusteloos wusteloosheid door een orgam elkaar en komt dan meestal nische ziekte kan omgekeerd na eenige minuten met een het lichaam geen drager van diepe zucht weer bij. Het het bewustzijn blijven, hoeft niet tot een geheele Er zijn tal van andere veel bewusteloosheid te komen; bij ernstiger oorzaken waardoor snel ingrijpen kan men dat iemand plotseling bewusteloos nog tegenhouden. Men legt kan worden. Het hier beden patiënt neer zonder kus- schreven beeld, het bestaan sen, zonder omstanders. Laten van een aanleiding, een beetje ruiken aan wat ammoniak, kennis van het type van dieeau de Cologne, wat betten genen, die wel eens flauw met koud water van pols vallen, maken de beoordeeling en gelaat, indien noodig het ook voor den leek meestal wel losmaken van knellende klee- mogelijk. (Zie verder bij Bewusdmgsstukken is meestal vol- teloosheid). doende om hem bij te brengen. Fontanel. Onze harde sche- Fontanel Fijt del bestaat niet uit één enkele schaal, maar uit meerdere schedelbeenderen, die onbeweeglijk met elkaar zijn verbonden. Deze verbindingen heeten ,,naden”. De schedelbeenderen van een pasgeboren kindje zijn nog niet zóó verbonden; de naden zijn nog „open”. Waar meerdere schedelbeenderen samen komen, zooals b.v. de voorhoofdsbeenderen (bij een pasgeborene bestaat het voorhoofdsbeen nog uit twee afzonderlijke beenstukken) met de wandbeenderen, verwijden zich die naden tot grootere „open gedeelten”; zulke open plekken in het hardere skelet, die men dus door de huid heen gemakkelijk kan voelen, zijn b.v. de „fontanellen”, de bekende weeke plekjes boven op het kinderhoofdje. De z.g. „groote fontanel”, waar moeders vaak zoo bang voor zijn en wat „je zoo kunt zien kloppen”, kent menigeen. Dat het daar „klopt” komt, omdat het rythme der hartslag zich ook aan de hersenholte meedeelt. De z.g. kleine fontanel, tusschen de wandbeenderen en het achterhoofdsbeen, is niet zoo goed te voelen; in tegenstelling met de groote fontanel, die vierhoekig is, is deze driehoekig. In den loop van het eerste levensjaar groeien de schedelbeenderen tot een algeheele aaneensluiting naar elkaar tóe. „De fontanellen” sluiten zich. Zoolang zij nog open zijn hoeft men er echter ook niet zoo bang voor te wezen, mag men er b.v. gerust overheen wasschen 1 Een dokter kan van deze open fontanellen soms veel voordeel hebben: een gespannen of ingezonken fontanel zijn vaak gewichtige gegevens voor een diagnose. Terloops zij nog opgemerkt dat niet altijd de (groote) fontanel zich reeds in ’t eerste jaar sluit. Men heeft dan meestal met de z.g. Engelsche ziekte (zie bij rachitis) te doen. Fijt. Wanneer een vingerwondje niet gladweg geneest, maar ten gevolge van een infectie gaat etteren, bestaat er altijd kans, dat de ont- Geelzucht Geelzucht dat nog aan het kind verbonden blijft, verdroogt spoedig en valt dan af. Na het afbinden en doorknippen van de navelstreng moet de moederkoek, (die intusschen door nieuwe samentrekkingen „naweeën” van de baarmoeder, van de wand daarvan is losgewoeld) nog naar buiten komen; dikwijls gebeurt dit spontaan, soms helpt de arts of de vroedvrouw een handje; een heel enkele maal wil deze „nageboorte” niet loskomen, en moet ze met de hand verwijderd worden. Geelzucht. Van geelzucht spreekt men bij een geelkleuring van huid en slijmvliezen door galstuwing in het bloed. De gal is een vloeistof, die door de lever afgescheiden en in de galblaas, welke vlak tegen de lever aanligt, opgezameld wordt. Vanuit de galblaas komt de gal periodiek in den darm (en wel in het begin van den dunnen darm, den twaalfvingerigen darm) terecht en speelt daar een rol bij de vetvertering. Wanneer door een of andere oorzaak de afvloeiing in den darm onmogelijk is (door een steen in de galwegen, een gezwel of een ontsteking ervan) zal de gal, die door de lever dan evengoed geproduceerd wordt „een anderen kant uit” moeten gaan; zoodoende komt zij in het bloed terecht. Bij de gewone geelzucht stelt men zich voor, dat die afsluiting ontstaat door zwelling van het slijmvlies van de galwegen tengevolge van een daarop voortgeschreden ontsteking van het darmslijmvlies; men hoort dan ook vaak over klachten van de zijde van de ingewanden, die vlak aan de geelzucht zijn voorafgegaan. Geelkleuring is niet het eenige gevolg van zoo’n galstuwing. Behalve de galkleurstof (bilirubine e.a.) die dit verschijnsel veroorzaakt, worden ook nog vele andere stoffen die de gal bevat (galzuren b.v.), in het bloed gestuwd; ook zij komen in de huid terecht en zijn o.a. de oorzaak van de soms zoo uiterst kwellende jeuk van geelzucht-patiënten. Het feit dat deze een (voor sommigen) zoo uiterst karakteristieken reuk verspreiden, wijst ook op het verschijnen van bepaalde stoffen in de zweetafscheiding. De bovengenoemde z.g. „catar* rhale icterus” (die dus niet berust op een afsluiting door galsteenen of een tumor (gezwel) die op de galwegen drukt) duurt 2 tot 6 weken. Het geheele lichaam is daarbij geel; het eerst en het best ziet men het verschijnsel aan het wit der oogen. Geleidelijk aan ziet men dan de ontlasting weer don- Geelzucht Geheugen kerder worden, de urine weer door een overvloedige vemietilichter en de huid haar nor- ging van roode bloedlichaammale kleur weer krijgen. pjes direct na de geboorte. In Doordat er weinig of geen gal den regel verdwijnt zij na eenige in den darm komt is de vetverte- dagen. Vooral te vroeg geboren ring, waarbij de gal een belang- kinderen vertoonen het verrijke rol speelt, gestoord; het schijnsel constant, dieet van een geelzuchtpatiënt Geestesziekten. Zie bij zielszal dus altijd behalve lichtver- ziekten. teerbaar, ook vetarm zijn. Een Geheugen. Het menschekarnemelkdiëet was en is nog lijk bewustzijn beschikt over de steeds in zwang. mogelijkheid, eens gekregen in- Een geheel andere oorzaak dan drukken „van binnen uit” weer de bovengenoemde voor het ont- op te roepen, m. a. w. zich iets staan van geelzucht, bestaat in te herinneren. Men moet dit een plotselinge, te sterke vernie- scherp onderscheiden van het tiging in het lichaam van roo- z.g. herkennen van iets dat men de bloedlichaampjes. Men moet reeds eerder gezien of gehoord zich voorstellen, dat de over- heeft. Zooals het hier bedoeld is, strooming van het bloed met bezit een dier b.v. wel een herde daardoor ontstane afbraak- kenningsvermogen doch zonder producten een teveel aan gal- meer nog volstrekt geen herinnekleurstof doet ontstaan, dat ringsvermogen. Elk wezen, dat niet tijdig genoeg „weggewerkt” in het bezit is van een bewustzijn, kan worden. (Zoó eenvoudig is een gewaarwordingsvermogen, de zaak echter in werkelijkheid kan een eens ondervonden inwel niet en er zijn nog tal van druk herkennen; voor geheuonopgeloste strijdpunten). Bij gen is nog iets anders noodig: deze soort geelzucht zal men het „hanteeren” van zulke in» dus geen ontkleurde ontlasting drukken onafhankelijk van de vinden en evenmin stoornissen uiterlijke gebeurtenis in een in de spijsvertering. Wel zal de bewuste verhouding tegenover urine ook donker gekleurd zijn de eigen persoonlijkheid, dat door de vermeerderde afschei- wil dus ook zeggen: het hebben ding der overtollige galkleur- van een zelfbewustzijn. Daarom stoffen. Een bekend voorbeeld ook herinnert zich de mensch van dezen z.g. „haemolytischen onder normale omstandigheden icterus” is de geelzucht der niets van zijn leven vóór het pasgeborenen, die ook ontstaat derde jaar, het tijdstip onge- Geheugen Geslachtsrijpheid veer waarop het eerste zelf- wijzer en opvoeder van jonge bewustzijn gaat ontwaken en scholieren.Hoewel een dergelijke het kind dan ook b.v. voor het gedachtengang misschien nog eerst „ik” gaat zeggen. revolutionnair is, kan toch uit- A1 is het geheugen, zooals ge- gesproken worden, dat men zegd, een vermogen van het men- haast den indruk krijgt alsof schelijke zieleleven, het is aan met den ouderdom, met het het lichaam evenzeer gebonden, slinken der oorspronkelijke viZooals aan den eenen kant de taliteit, het lichaam zich tengeheugenschat van een per- slotte nog in stand weet te soon nauw samenhangt met de houden met de prilste jeugdaandacht die hij heeft voor de krachten, die diep in de perindrukken der buitenwereld, soonlijkheid verborgen lagen zoo is aan den anderen kant en met het bovengenoemde hereen ziekelijke of abnormale inneringsvermogen iets uitlichamelijke toestand in staat staande gehad, hebben, het herinneringsvermogen ge- Geslachtsrijpheid. Met onheel of gedeeltelijk op te hef- geveer het 14e jaar wordt de fen. Een treffend voorbeeld jongen of het meisje „geslachtsgeeft de geheugenstoornis van rijp”, d. w. z. zijn de inwendige sommige gevallen van hersen- voortplantingsorganen, de kiemschudding waarbij de herin- klieren, zoover ontwikkeld, dat nering aan de onmiddellijk zij voor de voortplanting dienst vóór het ongeluk plaats gevon- zouden kunnen doen. Bij het den hebbende gebeurtenissen meisje toont zich dat vooral geheel verdwenen kunnen zijn door het intreden der maanden dat vermogen ook voor de stonden, bij den jongen vooral eerstvolgende gebeurtenissen door het optreden der secunnog zeer zwak is (z.g. zwakte daire geslachtskenmerken, den van de inprenting). Men kent zwaarderen haargroei (baard en verder de geheugenzwakte van snor), de stemwisseling (,,het oudere menschen, die tevens overslaan der stem”), gekenmerkt wordt door het Men let daarbij ook op een ander feit, dat zij wel hun kinder- proces dat slechts indirect sajaren nog zoo goed, zelfs nog menhangt met de genoemde beter dan vroeger, gaan her- geslachtsrijpheid.Wanneer men inneren. Hoe prachtig het kin- nJ. het kinderleven beziet in derlijk geheugen ontwikkeld zijn opeenvolgende perioden van pleegt te zijn weet iedere onder- geboorte tot tandwisseling, dan Gewrichtsrheumatiek Gewrichtsrheumatiek danige aandoening is de tuberculeuze gewrichtsontsteking. Een andere vorm is die, waarbij de kraakbeenvernietiging sterk op den voorgrond staat, waarbij vrij veel vocht optreedt en tenslotte het gewricht verregaand vervormd wordt, zonder dat de beweeglijkheid direct opgeheven is; wel is zij min of meer pijnlijk. Men heeft dan te doen met de z.g. misvormde (chronische) gewrichtsontsteking (arthritis deformans). Bij de behandeling van de laatste ziekte speelt warmte een groote rol (zie verder ook bij gewrichtsrheumatiek). Bij de tuberculeuze aandoening staat de algeheele constitutioneele behandeling op den voorgrond, voor het gewricht zelf volkomen rust. Gewrichtsrheumatiek. De volksmond rekent tot dit begrip veel meer, dan er werkelijk bij behoort. Lang niet elke pijn in een of ander gewricht, waarmee men verder nog alles kan doen, mag zoo genoemd worden. Alweer twee hoofdgroepen van gewrichtsrheumatiek moeten genoemd worden: een acute vorm en een chronische. Van de acute is het meest bekende voorbeeld de z.g. vliegende rheumatiek, een ziekte met hooge koortsen, heftige pijnen en zwelling van achtereenvolgens diverse gewrichten (ge¬ zwollen door vochtuitstorting in ’t gewricht), sterk zweeten en sterk gevoel van ziek zijn. De ziekte begint heel vaak met een angina, duurt vaak meerdere weken, komt nogal eens meermalen bij denzelfden persoon terug en komt vooral voor bij jeugdige personen; zij is niet besmettelijk. Omdat elke beweging van de ontstoken gewrichten uiterst pijnlijk is, plegen de patiënten doodstil in bed te liggen. Men kent deze ziekte als eene, waarna het hart nogal eens afwijkingen (klepvliesgebreken) kan vertoonen, wat erop zou wijzen, dat er ook in dat orgaan ontstekingen optreden. Indien de ontstekingsverschijnselen verdwenen zijn en de koorts geweken is, treedt overigens als regel een volledig herstel in. Men pleegt als voornaamste geneesmiddel bij deze ziekte groote hoeveelheden salicylzuur te geven, wat althans de pijnen zeer spoedig doet verminderen. De chronische gewrichtsrheuma is gekenmerkt door een langzaam optredende verstijving van de gewrichten, vooral van de kleine hand- en voetgewrichten, die ook op den duur zwellen en pijnlijk bij beweging zijn. De ziekte verloopt in tegenstelling met de vorige als regel Gezwellen Gezwellen koortsloos, duurt zeer lang en deze niet thuis hoort, hetzij vertoont helaas zelden verbete- aan den buitenkant zichtbaar, ring, al is deze, althans tijde- hetzij binnen in een of ander lijk, niet uitgesloten. Deze orgaan, kan men met het woord ziekte behoort tot die, welke „gezwel” betitelen. Een talgbij een (langdurige, vaak her- kliergezwelletje onder de hoofdhaalde) kuur in een of andere huid, een wrat op de hand, een badplaats (modder- of zwavel- steenpuist, een beenverdikking baden) dikwijls baat kunnen na een beenbreuk, alle vallen vinden. tenslotte onder het begrip „ge¬ in beide gevallen hebben de zwel”. In engeren zin bedoelt patiënten veel warmte noodig. men er echter weefselwoekeMen is gewoon, de lijders aan ringen mee, (zie bij anatomie) acuut gewrichtsrheuma in een die een min of meer zelf standig wollen deken te wikkelen en karakter dragen. Een dusdade gewrichten die ontstoken zijn nige woekering kan in elk met vette watten in te pakken, denkbaar weefsel optreden: Ook de voornoemde baden van huidgezwel, spiergezwel, klierden chronischen vorm berusten gezwel, bindweefselgezwel enz. in de eerste plaats op een inten- Men verdeelt ze in twee groote sieve, diepwerkende verwar- groepen: goedaardige en kwaadming; vandaar ook, dat de aardige. Wratten, (huidgezweldiathermie (zie aldaar) soms letjes), vertgezwellen onder de hier zooveel verlichting kan huid (die vaak veelvuldig voorgeven, komen en zeer groot kunnen De overgang van wat hier worden), behooren tot de eerste onder gewrichtsrheumatiek ge- soort; zij groeien niet of zeer noemd wordt tot aandoeningen, langzaam, kunnen verwijderd die men als gewrichtsontsteking worden zonder de neiging te aanduidt (zie aldaar), is niet vertoonen weer terug te komen, zoozeer gelegen in de plaatse- beperken zich in elk geval tot lijke afwijkingen dan wel in het de onmiddellijke omgeving (matotale beeld en verloop der ken geen z.g. dochtergezwellen). ziekten. Ten slotte is een rheu- De kwaadaardige (van kanker, matische aandoening nauwkeu- carcinoom, spreekt men bij gerig beschouwd meestal ook een zwellen van huid, zintuigen, soort ontsteking. maag-darmkanaal en adem- Gezwellen. Elke „dikte” halingswegen met bijbehooergens in het lichaam waar rende organen, van sarcoom Glaucoom Gly ceri nespuitj e spreekt men bij gezwellen van bestand en wordt onbruikbaar, bindweefsel, spier- en beender- zoodat het gezichtsvermogen stelsel enz.), vertoonen daaren- zeer af neemt. Op den duur tegen de omgekeerde eigen- wordt de ooglens ook vertroeschappen: snellen groei, neiging beid, waardoor het gezichtstot weer verschijnen bij niet vermogen nog meer verzwakt, volledige verwijdering („reci- Men beschikt over een operadief”), het maken van dochter- tieven ingreep (het wegknippen gezwellen (metastasen) op af- van een wigvormig reepje uit stand. Het hoofdkenmerk is het regenboogvlies), waardoor daarbij toch wel, dat zij de men de afvloeiing der onder kracht uit het overige lichaam spanning staande vloeistoffen a. h. w. wegzuigen, alles teert in het oog kan bevorderen; men op ten bate van het wild woe- maakt er a.h.w. een nieuwe kerende kwaadaardige gezwel sluis mee open. (zie ook bij kanker). Dikwerf is de operatie reddend Glaucoom. Onder glaucoom voor het oog. Niet altijd kan zij verstaat men een ziektebeeld het voortschrijden van de drukdat gekenmerkt wordt door een verhooging tegengaan, toename van de spanning van Glycerinespuitje. Glycerine den oogbal. Deze druktoename heeft op het darmslijmvlies een kan geleidelijk-aan ontstaan, sterk irriteerenden invloed, met of wel zij treedt plotseling op als name veroorzaakt het een stereen „aanval” met heftige, ste- ken (plaatselijken) bloedaankende pijnen in het oog, ge- drang. Daarom prikkelt het den zichtsstoornissen (zien van re- darm tot een min of meer hefgenboogkleuren) benevens wis- tige peristaltiek (opeenvolgende selende algemeene verschijnse- samentrekkingen) en is zooien (duizeligheid, braken etc.), doende een perfekt middel om Het oog voelt dienovereenkom- als „spuitje”of clysma denstoelstig hard aan. De pupil heeft gang te bewerkstelligen, daar een eigenaardigen, groenachti- waar de endeldarm om zoo te gen glans. De volksuitdrukking zeggen geheel gevuld is en voor glaucoom is groene staar, alleen de „fut” voor de uiteinDe toestand heeft voor het oog delijke ontlediging ontbreekt, op den duur ernstige gevolgen, Vandaar dat, op dit punt overihet teere lichtgevoelige vlies gens geregelde menschen, bij binnen in het oog, het netvlies, een wat langdurige bedlegerigis tenslotte tegen den druk niet heid nog al eens hun hulp bij Harden Hartgebrek door het ijs zakten, sedert dien ’s avonds heilzaam of rustgevoorgoed b.v. van hun eeuwig- vend kan werken, ligt voor de durende verkoudheid genezen hand, eveneens dat het stelselwaren. Het geldt daar echter matige geheel koud afwasschen steeds individueele gevallen. van alle kinderen dikwijls op Zoo valt over de enkele feiten zijn best een schrikbeeld van moeilijk iets algemeens te zeg- die tijden bij hen achterlaat, gen. Het gaat er om, dat men Wel dient er iets gezegd, waar zijn gezond verstand en gevoel het gaat om paedagogische laat werken. Het komt voor, maatregelen bij jonge kinderen, dat de buren iemand voor Juist waar men dezulken door moordenaar uitmaken, omdat verschillende uiterlijke kunstde baby in den winter warm grepen minder vatbaar wil maaangekleed en toegedekt ligt ken, sterk wil maken, ze wil te slapen. Wie van nabij gezien harden, moet men begrijpen en heeft hoe gezond en toch na- weten, dat harden beteekent: tuurlijk zulke kinderen er uit hard maken; dat men echter bij kunnen zien, zal met zulk een een jong individu te maken oordeel even wachten. Dat het heeft met een zich ontwikkete dik gekleed gaan in warme lend wezen en zulk een verharjaargetijden juist vatbaar maakt ding (geestelijk of lichamelijk) voor kouvatten is ook een over- voor een kind een moeilijkheid bekende ervaring. beteekent om zijn lichaam naar Voor een werkelijk vruchtba- zijn eigen wil te vormen. Met re ontwikkeling van het weer- name moge men hieraan denstandsvermogen is vaak het ken bij de meer en meer opomgekeerde juist van wat men komende methode om kleine zou denken. Kleine kinderen kinderen door gymnastiekoefezullen later veel beter tegen ningen en andere handgrepen kou bestand zijn als ze in hun een weerstandsvermogen te eerste jaren betrekkelijk zeer bezorgen (zie bij babygymnaswarm gekleed zijn geweest. tiek). Men loopt kans de naMen vergete niet, dat het vaak tuurlijke lichaamsontwikkeling gezonder iseensflinktezweeten die voor elk kind verschillend is dan het koud te hebben. Dat en moet mogen zijn, ernstig te voor bepaalde menschen (op storen. raad van bevoegde zijde) een Hartgebrek. Niet iedereen, voorzichtige kuur van koude wiens pols wel eens overslaat, afwasschingen ’s morgens of die wel eens een hartklopping 9 Hartgebrék Hartgebrek heeft heeft een hartkwaal. Het Men kan deze soort hartgebrehart is een orgaan, dat rythme ken verdeden in aangeboren en vertoont, dat wil zeggen zich verworven (nogal eens voorkotusschen twee toestanden, die mend na een doorgemaakt acuut eikaars tegenstelling zijn, heen gewrichts-rheuma). De symptoen weer beweegt. In zoo’n ge- men van deze kwalen voor den val is altijd een zekere oneven- patiënt zelf zijn met zoozeer in wichtigheid mogelijk voordat het hart zelf gelegen (al komen van een werkelijk blijvende af- er ook bij tijd en wijle in deze gewiiking kan gesproken worden, vallen hartkloppingen, pijnen Heeft iemand somtijds een aan- enz. voor, maar ze staan op val van polsversnelling zonder den achtergrond), doch vertooaanleiding, die even plotseling zich vooral elders in. he* weer verdwijnt, dan kan men aam, als benauwdheid (hijgen deze „paroxysmale tachycar- bij trappen loopen en tegen den die” een „nerveuze hartkwaal” wind in loopen), dikke voeten, noemen. opgezette buik (door de lever- Er komen kramptoestanden zwelling), blauwe lippen en na- van het hart voor, die meer be- gels enz. Deze verschijnselen teekenen dan de voorbijgaande treden echter bij laatstgenoemd steek” in het hart, die ieder- soort hartgebrek alleen op, ineen wel kent. Zulke ernstige dien de bloedsomloop met meer hartkrampen (angina pectoris) „vlotten wil”. Zooals men er met heftige pijn en typische meer en meer toe neigt, de ooruitstralingen berusten ook op zaak van den bloedsomloop met (bekende) lichamelijke afwij- alleen in de hartswerking te kingen in de structuur van den zoeken, zal men ook vooreen hartwand. Met een geheel ander dergelijke „decompensatie (het soort hartgebrek heeft men te „niet tegen zijn taak opgewasdoen daar, waarbij in den bouw sen zijn” van het hart) dentoevan het hart veranderingen stand in het heele lichaam als optreden en wel in dien zin, oorzaak moeten beschouwen. KS“rtmrand«tag,..q. He. ia bdeend da» d, kwaal inhoudsvergrooting optreedt, al een veranderde leefwijze eischt. of niet gepaard gaandemet een ge- Vroeger waakte men ^gestoorde werking der hartkleppen dig voor elke beweging, tegendie de hartkamers respectieve- woordig neigt men er oe o Hjk van de hartboezems en van wat geregelde, met inspannende de groote slagaders scheiden), beweging als bevorderend zijnde Hartkloppingen Hartvergrooting voor bloedsomloop en uitschei- rythme van het hart behoudingsprocessen, wel degelijk den. Men moet bij het hart weer voor te schrijven. scherp onderscheiden tusschen Hartkloppingen. De angst hartkracht en hartrythme. Een voor een hartkwaal, „het aan ziek, verzwakt hart kan een het hart te hebben” is bij velen zeer behoorlijk rythme verzóó groot, dat zij bij de ge- toonen, terwijl integendeel iedachte er aan reeds hartklop- mand die veel hartkloppingen pingen krijgen en dit als een heeft, zeer vaak juist geen dusonmiskenbaar teeken ervan be- danige „hartkwaal” heeft, schouwen, dat er al iets niet Zulke menschen krijgen hartin orde is. Reeds hieruit kan kloppingen midden in den nacht men weten, hoe zeer de harts- of onder het werk, zonder dat werking van de psychische (of er aanleiding voor te vinden is. ziele-)gesteldheidafhankelijkis. Het is een onaangenaam geIedereen kent het „hartklop- voel, dat hun het verder werpen” bij een of andere opwin- ken een oogenblik kan beding (toezien bij een wedstrijd, lemmeren. Men moet zich daarexamen doen); men spreekt van bij dus voorstellen, dat het het „bonzen van het hart in de hart bij hen een rythme heeft, keel ’. Er zijn menschen die op dat uiterst snel uit z’n evenden geringsten indruk, op het wicht geraakt en dikwijls reeds eerste het beste voorval reeds door een zeer geringe, inwenmet hartkloppingen reageeren. dige verschuiving in de verhouHet is of zij niet alleen met hun ding van de invloeden, waaroogen en ooren, maar ook met aan het hart in ’t lichaam bloothun hart „waarnemen”. Wat staat, uit dat evenwicht geaan het bewustzijn van ande- raakt, om er wat later even ren voorbijgaat zonder eenigen „redeloos” weer in te komen, indruk te maken, is voor hen Hartvergrooting. Men moet reeds „emotie”. Dergelijke hart- een functioneele en een pathokloppingen hoeven niets zieke- logische hartvergrooting onderïjks te beteekenen. Zij zijn scheiden. Iedereendiezichlichasteeds een uiting van de mate melijk sterk inspant (sportmenvan de lichamelijke reactie op schen) heeft tijdelijk een voluziele-mdrukken. mevergrooting van het hart. Bij Nu zijn er menschen, die ook in getrainde menschen kan deze hun rustigste oogenblikken een (betrekkelijk altijd geringe) verovermatige gevoeligheid van het grooting blijvend zijn. Het gaat er Hik Hitte meestal helaas de z.g. tuber- afwijkingen in de buurt. Zoo culeuze hersenvliesontsteking, is het een kwaad teeken bij een Deze komt reeds op zeer jeug- (gevorderde) buikvliesontstedigen leeftijd voor, al onder het king en dan kan de hik daarbij eerste jaar en slechts zelden zeer kwellend zijn. ,^et *4e* Bij een gewone hik geeft de Bij kleine kinderen uit zich hier volksmond tal van middeltjes de hooge druk van het hersen- aan om er af te komen. Meestal water in een uitpuilen (c.q. ge- is ze onverwacht even spontaan spannen zijn) van de fontanel weer verdwenen als ze geko(zie aldaar). Voor het verdere men is. Het drinken van een zijn hoofdpijn en braken, dik- groot glas koud water helpt vaak wiJIs slechts geringe koorts, toe- afdoende. Goed is het zich even nemende apathie en vermage- af te zonderen en heel rustig ring de voornaamste symp- adem te halen in liggende houtomen. Slechts uiterst zelden ding. Hoe meer men zich daarbij genezen de patiëntjes van deze geheel kan „ontspannen”, hoe gelukkig zeldzame ziekte. spoediger men z’n doel heilik. De hik wordt veroor- reikt. zaakt door schokkende samen- Hitte (bevangen door de), trekkingen van het middenrif. In tegenstelling met een zonZe ontstaan meestal door een nesteek treedt door de hitte verkeerde slikbeweging, waarbij bevangen-zijn op vooral op het middenrif in een soort dagen met een bedekten hemel kramptoestand geraakt (zooals en dan bij drukkend weer voorïcdereen wel de beenkramp al. Door de warmte bevangen kent bij een verkeerde strek- worden vooral menschen die beweging van den voet). Dat dicht op elkaar staan of loodie kramp bij het middenrif pen en niet voldoende kunschoksgewijze optreedt, hangt nen uitwasemen (bepakte solsamen met het feit dat dit van daten!). De betreffende begint nature rythmisch beweegt. er suf bij te loopen, z’n geDeze bewegingen geschieden zicht is rood-blauw, hij loopt buiten den invloed van onzen onzeker; plotseling zakt hij in bewusten wil om, hoewel wij elkaar. De toestand is gevaarer mdirekt wel eenigen invloed lijk; medische hulp is onverop kunnen uitoefenen. wijld gewenscht. Het spreekt Soms treden middenrifkrampen vanzelf dat het eerste gebod is: op als teeken van ziekelijke bevrijden uit de menschen massa Hoest Hoest en zooveel ontkleeden dat een waarom bij ontsteking der bronruime huidademhaling weer chiën (bronchitis) de hoest zoo mogelijk is. Wasschen met koel op den voorgrond staat. Men water, met alkohol (om de kan daarbij goed hooren of de huidvaten te verwijden) is ook hoest meer veroorzaakt wordt hier op z’n plaats. Pas na weer- door het overgevoelige, ontstointreding van ’t bewustzijn ster- ken slijmvlies (de droge hoest) ke koffie e.d. laten drinken of doordat telkens hoeveelheden (aanzetten der hartswerking). slijm verwijderd moeten worHoest. Hoesten ontstaat voor- den („volle” hoest, „losse” al door prikkeling, „kriebeling” hoest). van het bovenste gedeelte van Een apart hoest-type kent men de luchtwegen, dat wil dus zeg- bij de kinkhoest, waar de buigen van de groote bronchiën, de tengewoon heftige hoestkramluchtpijp en het strottenhoofd, pen, periodiek optredend, wel Het beste voorbeeld hiervoor is het hoofdverschijnsel zijn en een hoestbui, die ontstaat door zeker ook veroorzaakt worden het inademen van rook, damp door een groote overgevoeligenz. Bij een ontsteking van de heid van het slijmvlies der bovoornoemde deelen kan zelfs venste ademhalingswegen, de gewone ademhalingslucht Ook is wel te onderscheiden of voortdurend een hoestprikkel de hoest mogelijk slechts ontveroorzaken. Ook spreken heeft staat vanuit het strottenhoofd dan vaak hetzelfde resultaat. of de keelholte. Men krijgt dan Minder bekend is het, dat hoest- meer de „kuch”. Sommige neiging optreedt bij ontsteking menschen hebben zich keelvan het borstvlies (pleuritis) schrapen of kuchen tot een zoolang er zich nog geen vocht ware gewoonte („zenuw-kuch ) gevormd heeft en de twee vlie- gemaakt. zen (longvlies en borstvlies) nog Hoestmiddelen moet men dus over elkaar wrijven. Dit ver- onderscheiden in zulke, die de klaart de hoestneiging bij long- gevoeligheid van het slijmvlies ontsteking. De producten die verminderen, zooals b.v. codezich daarbij in de long zelf ïne-houdende stoffen (codeïne ophoopen, veroorzaken pas is een bestanddeel van opium, hoest indien ze door de slijm- dat speciaal kalmeerend in dit vliezen omhoog gewerkt worden gebied werkt) en in zulke, die tot ze in de „gevoelige” streken de slijmafscheiding bevorderen komen. Dit is dan ook de reden lin de luchtwegen en zoodoende Homoeopathie Homosexualiteit een vlotte verwijdering van geleken met wat men onderde ontstekingsvochten mogelijk vonden heeft bij het innemen ma~” (»>°Pgeven”). Van deze van de diverse plantenstoffen, soort is de anijsspiritus alom mineralen enz. De stof of stofbekend. fen, die daar het meest „op Homoeopathie. De genees- slaan” worden dan gepotenwijze der homoeopathen is door tieerd als geneesmiddel gegeven. Hahneman in ’t begin der vo- Oplosbare geneesmiddelen wornge eeuw in het leven geroepen, den in water opgelost verdund De grondgedachte is eenvoudig: onoplosbare eerst in melksuiker men kan ziekten bestrijden met fijn verwreven. kleine hoeveelheden van stof- Een dieper inzicht in het wezen fen, die in groote hoeveelheden der ziekte is daarmee niet verde ziekte zelf zouden kunnen kregen, wel een rijke methode veroorzaken. (De eerste be- om van alle zijden een ziekte te wuste ontdekking op dit ge- kunnen aanpakken. Jarenlang bied was die van Hahneman gold de homoeopathie als kwakze!f, toen hy ontdekte, dat hij zalverij, tegenwoordig zijn er met kleine hoeveelheden ki- groote medici aanhangers der mne koorts kon verwekken). leergeworden.Zekerishet.dat De hoeveelheid van de stof, die tal van hypothesen der homoeomen dan neemt ter genezing pathen op den duur door de van het ziektebeeld mag maar werkelijkheid zijn bevestigd en l !^genng.zijn- Zo°. is de dat» afSezien van genoemde methode van het potentieeren, beperking, in de oorspronkelijke het rythmisch verdunnen op gedachte een waarheid blijkt i/xo, 1/100, 1/1000 enz. (resp. te schuilen. Di, D D3) van een bepaalde Homosexualiteit. Hieronder stof ontstaan. verstaat men de (lichamelijke) De homoeopaath gaat dus in aantrekking tot het eigen gehet kort gesproken als volgt te slacht. Het is zeer zeldzaam, dat werk: hij neemt zelf tal van deze neiging als aangeboren gekruiden, mineralen, chemische voelsafwijking voorkomt. Even stoffen enz. tot zich en bestu- zeker is het, dat het mogelijk is deert direct aan den mensch jonge menschen tot een dwaalaldus de optredende verschijn- toestand te verleiden, waardoor n;;enJ,. . . . , een soort kunstmatig aange- Bij elke ziekte worden nu de kweekte homosexualiteit ontvoomaamste verschijnselen ver- staat, die dan ook voor een Hond (roode) Hondsdolheid psychische behandeling vatbaar hals. De oogleden zijn wat rood is. In hoeverre aan het verschijn- (zie bij mazelen). Opvallend, sel een lichamelijke afwijking karakteristiek voor de roode ten grondslag ligt, is nog onvol- hond zijn klierzwellingen aan doende onderzocht. Steeds ook den achterkant van den hals; worden er stemmen gehoord, speciaal de kleine achter het die pleiten voor een erkenning oor (boven op het rotsbeen) van het bestaansrecht der ge- zwellen op. De uitslag blijft lijkgeslachtelijke verhoudingen, slechts één è. 2 dagen. VerEr zij daarbij op gewezen, dat vellen doet men er niet na. de relativiteit haar speciale ge- Roode hond is zéér besmettelijk; bieden heeft en dat de maatstaf heele scholen en steden worden der moreele intuïtie weliswaar bij een epidemie aangetast, een gradueele, maar steeds een De in Indië levende Hollanders absolute is en zij 1 verstaan onder roode hond een Voor den gelovige bestaat bo- rood-pukkelig uitslag op de vendien nog het goddelijk ver- huid, dat door de warmte, vooral bod. door het sterk zweeten, ontstaat. Hond (roode). Roode Hond Hondsdolheid. Hondsdolis een infectieziekte, die tot de heid is een woord, dat bij velen kinderziekten gerekend wordt, een gevoel van ontzetting verhoewel naar verhouding van wekt. „Een dolle hond” is een andere kinderziekten ook vol- kreet die heele volksmassa’s op wassenen de ziekte vaker de vlucht kan jagen, krijgen. Afgezien van het feit, dat de De ziekte verloopt zeer „kalm”, hondsdolheid een ziekte is, die meestal worden door omstan- alleen door den beet van een ders de roode vlekjes ontdekt dollen hond verwekt kan worden aan den hals of het gelaat, en er al geruime tijd verloopen Slechts zoo nu en dan zijn kin- is sedert in vele streken van ons deren wat hangerig van te- land en elders dolle dieren zijn voren, een enkele maal komt aangetroffen, veroorzaakt gezelfs een behoorlijke koorts te lukkig elke beet van een dollen voorschijn. De vlekjes zijn ver- hond nog niet dezelfde ziekte schillend van grootte; het meest bij den gebetene. Men rekent lijken ze nog op die van maze- dat ongeveer in de helft der len; sommigen zitten „eron- gevallen de ziekte uitbreekt. Dit der”, anderen krijgen slechts zou samenhangen met de hoeenkele rooie pukkeltjes in den veelheid speeksel (het besmet- Hoogtezon Hooikoorts ziekten, bij ziekten van de nie- sommige huidziekten en ontren, bij aderverkalking enz. enz. stekingen b.v., wordt de hoogteïs het optreden van hoofdpijn zon-behandeling metsucces toeïn het begin of lang achtereen gepast. Echter: hoogtezon is een algemeen bekend en met welk tweesnijdend zwaard. Meerdegeval men te doen heeft, zal ren kunnen er niet tegen, hetzij slechts de arts mogen uitmaken, dat hun huid er overgevoelig Hoogtezon. Het principe voor is, hetzij dat zij er over het van de „hoogtezon-bestraling” geheel niet tegen bestand zijn. bestaat in het blootstellen aan In geen geval mag men dus met licht, dat in een veel hooger een hoogtezon op z’n eigen houtmate de z.g. ultra-violette stra- je probeeren met het idee, „dat len bevat dan met gewoon zon- het toch wel geen kwaad kan”, licht het geval is. Dit zonlicht Het gaat om den h'cMnvloed, bevat er daarom zooveel min- die veelvoudig versterkt wordt, der van, omdat de aardatmos- Veel warmte werkt lichtinvloed pheer, waar de zonnestralen weer tegen. Hoogtezonbestradoorheen moeten dringen, ze ling mag dus niet in een te warm grootendeels opslorpt. Op hooge vertrek plaats vinden, bergen zal dus het gehalte aan De eigenaardige kleur van het u-v stralen van het zonlicht licht ontstaat door de aanwezigveel grooter zijn, het woord heid van kwikdampen, die in hoogtezon is dus niet ondoel- vrijwelelkehoogtezon-constructreffend gekozen. tie een rol spelen. Lang niet De genoemde stralen hebben iedere hoogtezon, die onder dien een bijzonder gunstigen invloed naam in den handel verschijnt op tal van processen in het is gelijkwaardig; men zij dus lichaam. De geregelde bestra- op z’n hoede I ling ermee is inderdaad in Hooikoorts. Hooikoorts gaat staat tot op zekere hoogte den meestal zonder koorts gepaard invloed van werkelijke gebergte- en treedt niet alleen op in verzon te vervangen. De afweer- band met de hooitijden. Zij be- nlm»ten 7rlen verste^t> °P- staat uit een overgevoeligheid name-en afgifte van stoffen ge- van de slijmvliezen van neusschieden met meer energie enz. holten en oogen voor bepaalde Bij veel patiënten met een soorten stuifmeel. Zoo eenvou,,slappe constitutie zal de hoog- dig blijft de zaak echter bij natezon vaak veel goed kunnen dere beschouwing niet. Mendoen. Ook bij andere kwalen, schen die er toe neigen krijgen Hooikoorts Huidverzorging soms al bij een flinke stofwolk I tot ontsteking zouden neigen, heftige niesbuien; velen hebben Hoornvliesontsteking, zie er alleen ’s morgens last van, Oogziekten. *s middags en ’s avonds weinig Hormonen, zie Secretie (in- of niet. Zoo is het dus wel een terne). echte voorjaars- en ochtend- Huidkanker, zie Kanker. ziekte. Zonlicht verergert de Huiduitslag, zie Eczee,m. klachten doorgaans. Sommigen Huidverzorging. Onze huid hebben het zoo te kwaad, dat is niet zonder meer een lize in de ergste maanden de chaamsbedekking. Zeisinhooge donker gemaakte kamer niet mate poreus, zoowel van brnkunnen verlaten en elke bloem nen naar buiten, als van buiten £üS>»is moe.» houden. | - Mnncn. Alh^lh»^ Het hoofdverschijnsel is dus:Iken van „huid ® niesbuien, de verstopte neus, de nigszins misleidend is (er wordt tranende, vooral branderige in het geheel geen zuurstof m oogen; velen voelen zich er het bloed door de huid opgenoë 1 • u hii men 1) is de uitdrukking toch Men heeft op allerlei manieren bruikbaar, mits men weet, dat «Srcht dc overgevoeligheid er van een voortdurende h**™" voor de bewuste stuifmeelsoor- seming van vocht sprake is. Tot STte gSTen en vooral door het verrichten va» deae werkSntol met preparaten -it zaamheden hee de hmd h^u tal van stuifmeelsoorten toebe- eigen stofwissehng , e reid een soort immuniteit te be- zweetklieren (de eerste in bewuste „herzienfng” van komen is om door, hetzij oefe- deze bewegingen (die men een £Ej°0r ^ jUiStC on^st heeft aanï- g?iergymnaStiek” leerd) zal een kijvende verr enz-)} betering kunnen brengen. In te verhelen P ^ euvel|deze richting wordt vooral door ^ 1 ? mensendiek-methode veel Scheurbuik. Scheurbuik is bereikt. (Zie verder bij spiereentegenwoordignogslechtsspo- kramp) d^ÏÏf 7°-rk°mende Ziekte’ Schurft. Schurft is eenparasi2iLb? ï !?• ®en gr°°te nei' taire huidaandoening, door de vliMen^ bloedtr}B van de slijm-1 schurftmijt veroorzaakt. Deze, v eesch Dr:alJan bj *and' Plm- een groot, kruipt in vleesch. De ziekte wordt in de de huid zelf binnen en graaft d gewerkt door een gebrek I zich gangen. De plaatsen, die Sclerose Secretie het meest „bevolkt” worden klier-organen van het lichaam zijn: de polsen, de huid tusschen beschikken niet over een uitde vingers (aan de rugzijde der voergang naar een of andere hand), maar tenslotte kan de holte of naar de buitenwereld, heele lichaamshuid aangetast doch sturen hun produkt direkt worden. Onzindelijkheid speelt in ’t bloed. Voorbeelden van erbij een groote rol. Men kan deze klieren zijn de pijnappeide gangen vaak met ’t bloote klier (epiphyse) boven aan de oog zien; aan ’t eind ervan zit, hersenen, het hersenaanhangsel als een klein donkerder puntje, (hypophyse) onder de hersenen, de ongewenschte gast. de schildklier, de ijsc Het voornaamste, gevreesde kliertjes, de thymus, de bijsymptoom is de heftige jeu*, die nieren. Klieren met zoowel een vooral’s avonds in bed optreedt, uit- als een inwendige secretie als door de aangename warmte zijn de buikspeekselklier (panhet ongedierte actief begint te creas) en de geslachtsklieren. worden. Door het aanhoudende Deze afscheidings produkten krabben ontstaan de z.g. secun- kunnen hun rol in het lichaam daire krabeffecten (oppervlak- slechts in nauwkeurige samenkige huidverwondingen, door werking vervullen. Men kan infectie verergerd) en wordt de de uitwendige omtrek van het ziekte steeds verder verbreid lichaam in groote trekken aanover het lichaam, dat er ten geven en zeggen, dat die net slotte ontoonbaar door gaat heele leven door ongeveer gelijk uit2ien blijft. Evenzoo zou men de Men krijgt schurft praktisch werkingen der genoemde klierslechts van een ander mensch produkten in hun verhoudingen over. In den oorlog was de kunnen aangeven en eenkrach- aandoening zeer verspreid onder tenspel beschrijven, dat, bede soldaten. Men kan de dieren houdens constante wisselingen, slechts kwijtraken door gron- evenzoo het leven lang met mt dige „schurftkuren”, die eenige zijn evenwicht mag gebracht dagen duren en waarbij de worden. heele huid van top tot teen met Ontbreekt een der stoffen o de anti-parasitaire middelen wordt er van een te veel afgebehandeld wordt. scheiden dan oaMMn:ziekte- Sclerose. (Zie bij aderverkal- beelden die duidelijk een ver... schuiving van de normale, in Secretie (Interne). Een aantal het gezonde lichaam met elkaar Serumbehandeling Simulatie in evenwicht zijnde krachten vertoonen. Bij een te sterke werking van de schildklieren ontstaat de ziekte van Basedow, bij een te geringe het myxoedeem. Ontbreekt de werking van de bijschildklieren, dan ontstaat de tetanie. Veranderingen van de epiphyse veroorzaken overdreven haargroei en een „vermannelijking”; van de hopyphyse het ziektebeeld der akromegalie (sterke ontwikkeling van onderkaak en ledematen) . Bij afwezigheid van het geslachtsklierhormoon (hormonen noemt men deze afgescheiden stoffen) ontstaat de reuzengroei (eunuchoidisme). De overeenkomstige ziekte bij uitval van het pancreas hormoon is de suikerziekte. Serumbehandeling. Onder immuniteit” is al iets over dit onderwerp gezegd. Serumbehandeling, de methode om door inspuiting met een tegen-serum de werking der in ’t lichaam aanwezige bacteriën ongedaan te maken, te verlammen, beteekent dus een passieve onvatbaarmaking. Men spuit het serum natuurlijk zoo spoedig mogelijk in na het vaststellen van de diagnose; bij diphteritis wacht men niet eens daarop maar men doet dat al als de waarschijnlijkheid er is. Bij tetanus (klem) gaat men nog verder en spuit anti-tetanusserum in na elke verwonding, waarbij een infectie met tetanus bacillen denkbaar is. Dit is dan dus een voorbehoedende serumbehandeling. Serumziekte. De serumziekte wordt voornamelijk door een uitslag gekenmerkt, dat er als een netelroos (zie aldaar) uitziet, roodvlekkig, vaak verheven en vrijwel steeds heftig jeukend, welke verschijnselen, al of niet aan geringe koorts, gewrichtspijnen enz. gepaard gaande na een injectie met een of ander serum (paarden- of schapenserum) optreden. De serumziekte (die meerdere dagen kan duren) treedt op ongeveer twee weken na de injectie (zie bij serum behandeling). Zij hoeft volstrekt niet op te treden en moet scherp onderscheiden worden van de plotseling, dadelijk na de injectie met serum optredende verschijnselen die het gevolg zijn van een overgevoeligheid van het lichaam tegenover het ingespoten serumeiwit, doordien al eens eerder met een of ander serum van dezelfde diersoort inspoten is. (Zie ook bij anaphyllaxie). Simulatie. Simulatie beteekent voorwenden, „doen alsof”. Het simuleeren (zie ook bij Slaap Slaapwandelen dissimuleeren) komt vooral bij keuringen voor, als de wensch om afgekeurd te worden er sterk genoeg voor is (militaire dienst). Maar de simulant kan niet zoo slim zijn, of de keurende geneesheer heeft altijd nog wel een onverwacht trucje om den betreffende te ontmaskeren. Slaap. Men heeft velerlei theoriën om de vraag: „wat is slaap”, te kunnen beantwoorden. Tal van verrichtingen in ’t lichaam, men kan wel zeggen alle, verloopen anders tijdens het slapen. Wordt de slaap door deze veranderingen veroorzaakt of zijn zij er omgekeerd het gevolg van ? Men komt het slaapbegrip het dichtst nabij, als men zijn oog richt op het het meest op den voorgrond tredende verschijnsel: dat het bewustzijn „gebluscht” is. Iemand die slaapt „is er uit”. Iemand die niet in slaap kan komen, wordt door zintuigelijke of voorstellingen en gewaarwordingen „vastgehouden”. Dat slapeloosheid zoo vaak met overspanning van het zieleleven, met een te sterk ontwikkeld waarnemingsvermogen (overgevoelige menschen) voorkomt, is hiermee goed in overeenstemming te brengen. Iemand die zonder weerstand, rustig en vlot inslaapt zal als regel meer profijt van zijn slaap hebben. Zulke menschen hebben vaak weinig slaap noodig. Hoelang men slapen moet valt dus nooit te zeggen, evenmin als er een regel te geven is, hoelang men rusten moet na een inspanning. Wie de volledige „ontspanning” in een korte tijd bereikt vindt zijn lichamelijk en geestelijk evenwicht spoedig weer terug. Slaapmiddelen. (Zie bij slapeloosheid). Slaapwandelen. Wat slaapwandelen is hoeft niet omschreven te worden. De slaapwandelaar is zich vrijwel steeds geheel onbewust van zijn handelingen. Slechts een enkele maal hebben zij een vage herinnering eraan. Het is onjuist, dat zij altijd goed georienteerd zijn in hun doen en laten, dat zij „veilig” door de dakgoten kunnen loopen. Telken male gebeurt het dat zoo iemand uit een venster omlaag stort 1 Belangwekkend is het verschijnsel zeker. Men staat voor een handelingsleven, dat geheel gescheiden verloopt van het dagelijksche bewustzijn, en waarvan men dus de impuls niet zonder meer kent. Van een leiding van het „onderbewustzijn” pleegt men hier te spreken. In tegenstelling met ons egocentrische „brein” staat het leven van dit „onderbewustzijn” in veel meer Slaapziekte Slapeloosheid contact met de natuur (als phalitis) berust en die nauw men er zich niet altijd zoo aan verwant is met den toestand, stootte zou hier het woord die als Parkinsonisme onder het kosmos beter op zijn plaats zijn), hoofdstuk Parkinson is bewat b.v. blijkt uit het feit, dat schreven. Een speciaal centrum de neiging tot slaapwandelen in de hersenen is daarbij aanmenigmaal sterk toeneemt bij getast, dat tot gevolg heeft, dat volle (of wassende) maan. de betreffenden een onbedwingOok in het dagelijksche leven bare slaapneiging krijgen. Overvalt voor den nauwkeurigen leven ze dit stadium, dan volgt beschouwer wel iets hiervan er vaak de toestand van starterug te vinden bij iemand die heid met bevingen, die als slaapwandelt. Het zijn met Parkinsonisme wordt aangename vaak droomerige, als duid. Met name na griep regel zeer fantasierijke, naturen, („hoofdgriep”) ziet men een Men moet een slaapwandelend enkele maal een dergelijke persoon niet zijn gang laten hersenontsteking optreden, gaan, hem evenmin ruw wakker Slapeloosheid. Men moet maken (vooral kinderen niet), scherp onderscheiden tusschen Een grove schrik kan verstrek- slapeloosheid door uitwendige kende gevolgen voor het ziele- oorzaken (geluid, storende omleven hebben ! De genezing zal geving, ook pijn komt hierbij) voor een behoorlijk deel de en die, welke ligt in het onverzaak van den paedagoog zijn; mogen om den slaap te „vatwie ’s nachts niet volkomen ten”, zonder dat dus een grove kan slapen, zal overdag niet ziekelijke afwijking te vinden is. volkomen wakker kunnen zijn, Men kan de uitdrukking ondat wil zeggen, dat omgekeerd wetenschappelijk vinden, er is een concentratie-oefening en ver- wel degelijk iets essentieels levendiging van de zintuige- gezegd als men ervan spreekt, lijke waarneming overdag al dat een slapelooze ,,er niet uit tot goede resultaten kan leiden, kan”. Wat dat iets is, dat dan Slaapziekte. Men moet on- vastgehouden wordt, dat doet derscheid maken tusschen de er voorloopig minder toe. De Afrikaansche slaapziekte (ver- ervaring dat veel slapelooze oorzaakt door den steek van de menschen een zeer ontwikkeld tsétsevlieg) en de „slaapziekte” waarnemingsvermogen hebben, die men in Europa kent en die d.w.z. overgevoelig zijn (men op een hersenontsteking (ence- spreekt helaas nog altijd van Snufken Somnambulisme het niets-zeggende „nerveus”) ren hebben de gewoonte bijna is daarmee in overeenstemming, hun leven lang. Er is niets aan Middelen die de slaap met ge- te doen. Wie slapen kan met weid veroorzaïken (alle z.g. een dichtgebonden mond maakt „verdoovingsmiddelen”) ver- het snurken bij zichzelf onoorzaken een lichamelijk pro- mogelijk. Maar dat kunnen ces, waardoor dat voornoemde slechts weinigen volhouden, „iets” er eenvoudig niet in kan Sodabadjes.Sodabadjes(voor blijven (ook bij de narcose omloop, fijt, vingerzweren, etc.) vinden we een dergelijk vraag- maakt men met een kopje heet stuk). Een rationeelere oplossing water („zoo heet als men ’t zou bestaan in het doorgronden verdragen kan”) met x a 2 theevan de diepere oorzaken en het lepeltjes gewone keukensoda. doen herwinnen van de moge- Deze badjes (± 10 min.) heblijkheid om meer te kunnen ben een zeer grondige reiniging „ontspannen”. Dat iemand te der wondvlakte, c.q. vernietivast in het waamemingsleven ging van het onbruikbaar geverstrikt is doet ons onwille- worden weefsel ten gevolge, keurig denken aan de uitdruk- Voor de voeten etc. dient Wing „geboeid” (d.i. onvrij) zijn natuurlijk een overeenkomstig wat het probleem der slapeloos- grootere hoeveelheid genomen heid ook tot een ontspannings- te worden. probleem zou kunnen voeren. Somnambulisme. SomnamSnurken. Snurken berust op bulisme, helderziendheid (in den het trillen van het weeke ge- algemeenen zin van het woord) hemelte bij het ademen door moet men bezien als een atavisden mond in den slaap, als dat tisch (van vroeger tijden overgehemelte n.1. slap neerhangt, gebleven) vermogen, als een Nog krachtiger wordt het snur- rest van vorige cultuurtijdperken, als zoowel door neus en ken. Het is hier niet de plaats mond samen ingeademd wordt, voor een eenigszins uitvoerige Bij kinderen met een derde beschouwing over het onderamandel (zie bij adenoïde vege- werp. Van belang is het, te taties) is de neuskeelholte boven weten, dat het somnambulisme, (achter de neus) verstopt en het waarnemingsvermogen in slapen de kinderen daardoor bewustzijnsgebieden, waartoe (snurkend) met een open mond. het gewone bewustzijn geen Soms snurken menschen alleen toegang heeft, volstrekt niets bij groote vermoeidheid, ande- ongeloofswaardigs in zich hoeft Somnambulisme Spataderen te hebben voor dengene, die kluwen van werkelijk vermogen, dat vermogen niet bezit. Men beroepsroutine, geldzucht, bebedenke slechts, dat onze zin- drog, humbug enz. te ontwartuigelijke wereld, speciaal wat ren. Zij kunnen door elkaar voorde levende natuur betreft, komen, zooals wel te begrijpen is! overal openbaringen vertoont Een somnambule, die ergens van scheppende vormkrachten, ooit zou moeten zeggen: dit waarvan wij den waren aard weet ik niet, of hier kan ik niets niet zonder meer kunnen door- doen, zou in haar beroep, zoogronden en waarvan het zeer als dit door het publiek gewei denkbaar is, dat een an- eischt wordt, onmogelijk zijn. ders geaard bewustzijn daartoe Dit vermindert de praktische wèlinstaatis,evenalsonsdroom- waarde voor de geneeskunde al bewustzijn een wereld met to- dadelijk tot vrijwel nul, afgetaal andere wetmatigheden be- zien nog van het feit, dat een leeft, dan die van het dag- in de toekomst blikkende denkbewustzijn. Het kenmerk van richting zich geen methode kan somnambulistische waarneming voorstellen, die niet universeel zal zijn, dat zij zich voltrekt bij door elkeen te verwerven zou een zwijgen van het dag- zijn, doch als een onberekenbewustzijn, a.h.w. voor het oog baar „toéval” hier en daar zou in een slaaptoestand zich af- optreden, speelt (vandaar de naam). Spataderen» Spataderen zijn Van somnambulisme spreekt verwijde aderen, die verreweg men in ’t bijzonder bij het het meest aan de beenen voorvermogen om in lichamelijke komen en die ontstaan door een verrichtingen (orgaanprocessen verslapping, een „verdorring” e.d.) door te dringen. Zooals bij van de vaatwand. Het ontstaan magnetisme al is gezegd, een wordt in de hand gewerkt door veel belangrijker punt dan de veel staan, door veel zwangervraag, of somnambulisme be- schappen, kortom door alle staat is, of men er in de praktijk omstandigheden die de bloedsooit een (nuttig) gebruik van omloop veranderen of belemmag, kan, en zal maken. Vooral meren. De constitutioneele aanwaar de somnambule tevens leg is vaak zeer in ’t oog geneesmiddelen (kruiden) aan- springend, geeft raakt men in ’t algemeen De vaten loopen gekronkeld, elke overzichtelijkheid kwijt, duidelijk zichtbaar onder de Vrijwel onmogelijk is het, het huid, blauw doorschemerend. Speen Spierkramp Bij verwonding is gevaar van verhit hiertoe een niet te dikken verbloeding niet uitgesloten. Het stopnaald en steekt deze vrij is echter opvallend, zoo zelden snel even door de top van den als dit voorkomt. speen (in het midden !) Te lang- Een spatader verdwijnt nooit zaam steken maakt het gat meer heelemaal. Wel kunnen te groot en omgekeerd. De zij, na afloop der zwangerschap speen vult men daarop met b.v. weer verregaand terug- water: dit moet er dan vlot gaan. De behandeling bestaat maar rustig druppelend weer vooral in het steunen van de uit loopen. Een straaltje is te vaatwand. Men bereikt dit door snel, elke seconde een druppel zacht en gelijkmatig drukkende te langzaam. ^ _ verbanden, nog beter door een Spieratrophie. .Atrophie begummikous (tegenwoordig be- teekent verzwakking (verminstaan er waschbare, gummivrije dering, kleiner worden). Spier„elastieke” kousen). In andere atrophie treedt klassiek op bij gevallen kan men de vaten het niet-gebruiken van spieren door inspuiting met speciale (ziekte, invaliditeit enz.) die stoffen doen dicht schrompelen, daardoor dun en slap worden. Zoo gevaarlijk als dit lijkt (men Het omgekeerde, het dik en spuit immers direkt in ’t bloed!) stevig worden der spieren door moet gezegd worden dat dit veelvuldig gebruik heet hyperpraktisch blijkt te gaan. Niet trophie. altijd kan men er echter een Het komt voor dat zonder te recidief mee voorkomen. weinig gebruik de spieren van Ten slotte zijn er nog vele nature slap worden, slinken en chirurgische methoden om de de persoon daardoor krachteverslapte vaten weg te nemen loos wordt. Een dergelijke toeof ze althans van de bloeds- stand kan eventueel gestadig omloop af te snijden. voortschrijden en tot groot Speen. Slechts voor de flesch krachtverval en erger leiden, zijn ze nog geoorloofd. De fop- Dergelijke z.g. primaire spierspeen die op den grond valt en, atrophien, treden meestal al in aan de rokken van de moeder de jeugd op en zijn gelukkig afgeveegd, weer in ’t kinder- zeldzaam. Zij worden gerangmondje gestopt wordt is een schikt onder de z.g. neuroloantiquiteit. De kunst is, om in gische ziekten. (Zie bij neuroeen speen van de zuigflesch een logie). goed gaatje te maken. Men Spierkramp. Wanneer men Spierrheumatiek Spit een „voetkramp” heeft (bij ’t in den rug. Dit zijn acute, voorzwemmen of in bed bij een bijgaande vormen. Sommige verkeerde beweging) treedt deze menschen neigen tot spiermeestal zóó op, dat de spieren pijnen, die vrij heftig en schievan de voorkant van het onder- tend kunnen zijn, zich duidelijk been naar de groote teen-streek in de spieren lokaliseeren, waarin kramptoestand geraken. Door door ze in hun bewegingen nogal de groote teen met de hand eens belemmerd worden enz. flink naar boven te trekken, Zij hebben vooral last ervan dus de beweging, die de kramp bij kou en vochtigheid (de anatoveroorzaakt te overdrijven bereikt mische veranderingen in de men meestal prompt een ont- spieren zijn daarbij niet goed spanning. Dit geldt voor elke bekend). In overeenstemming spierkramp ergens van ons daarmee is een warm, droog ledematen-spierstelsel. klimaat, c.q. een behandeling Spierkrampen kunnen overal met droge warmte van gunstiinwendig in ’t lichaam ook gen invloed, voorkomen. Hartkrampen, slik- Spit. „Spit” noemt men een krampen, de hik, alle soorten zeer plotseling optredende, hefvan kolieken, het zijn alle tige pijn in de lendenstreek, krampen van het (in dit geval alsof het erin geschoten wordt onwillekeurige) spierstelsel. Dat („Hexenschuss” zeggen de overspannen, nerveuse men- Duitschers), waardoor de beschen meer dan andere tot treffende zich vooral uiterst krampen neigen, wijst in de moeilijk kan oprichten en zich richting van een verklaring die in bed haast niet kan omdraaien in een kramp een te sterke ver- Bij het loopen is de pijn vaak binding van het zieleleven met niet eens zoo hevig, het lichamelijke ziet. De voornaamste zetel van Af gezien van bovengenoemd de pijnlijkheid blijken de spieren trucje zij er nogmaals op gewe- te zijn, die van het bekken naar zen, dat elke kramp gunstig op de (onderste) ribben loopen. warmte reageert. Dit verklaart de pijn bij elke Spierrheumatiek. Bij rheu- beweging, waarbij die spieren matiek is al gezegd, hoe vaag en gebruikt worden. Het spreekt ; onbegrensd dat begrip is. Het wel vanzelf, dat tal van andere beste voorbeeld van wat men ziekten in die streek overeenspierrheumatiek zou kunnen komstige pijnen kunnen vernoemen is een stijve nek of spit oorzaken. Elke rupgijn is nog *7 Splinter Sport geen spit; met name beginnen verfrisschende en de gezondheid zenuwaandoeningen van de bevorderende factor is voor de beenen (ischias I) wel eens met goede instandhouding der gelendepijn. Doorgaans verdwijnt heele lichamelijke constitutie, de heftigste pijn na enkele Niet alleen de mechanische bedagen. Veel warmte is daarbij wegingen doen het, het feit, van een gunstigen invloed. Of dat sport vrijwel onafscheidelijk men volstrekte bedrust zal verbonden is met open lucht houden of in beweging moet leven en het feit dat een aantal blijven zal van de omstandig- takken ervan zeer het gevoel heden (en de voorschriften) voor het aesthetische ontwikafhangen. kelen (ijs- en sneeuwsport, ten- Splinter. Wie een splinter uit nissen, zwemmen, gymnastiek) een vinger of hand of voet wil werkt minstens even opvoehalen moet weten, dat men, als dend op het zieleleven. het ding niet zonder meer Een probleem verrijst er pas makkelijk met een splinter- indien men vraagt „wat hoort pincette te grijpen is, het er alzoo bij sport, en in welke splinterkanaal vaak ruim moet mate moet men er aan doen” ? openleggen, om het voorwerp Of boksen sport is, of autorijden te pakken te krijgen. Men kan die naam verdient, dit alles zal dit desnoods zelf doen met een op een andere plaats dan binuitgegloeide naald, na de plaats nen dit bestek uitgemaakt moemet jodium tinctuur even aan- ten worden. Het feit, dat men getipt te hebben. Splinters zijn ook van „denksport” spreekt, nogal eens de oorzaak van dat een advocaat een ingewikplaatselijke ontstekingen (zie kelde zaak die hij tot oplossing bij fijt en bij wondbehandeling). weet te brengen, als een soort Doet de plaats wat lang pijn, sport kan beleven, wijst er op, dan is het goed een paar maal dat men de definitie ruim moet een heet sodabadje (zie aldaar) kiezen ! te nemen; dat kan verder schrij- Een andere vraag is het, of den voorkomen. sport buiten zekere grenzen nog Sport. Voor wie zelf aan eeni- wel zoo gezond of tenminste gen tak van sport doet (zwem- onschadelijk voor het lichaam men, tennissen, gymnastiek, is als zij binnen die grenzen voetballen enz. enz.) zal het zeker is. Zoodra van sport voor geen probleem zijn, dat li- het plezier een trainen voor een chaamsbeweging een uitermate wedstrijd wordt en dan vooral Spruw Sputum bij roeien, wielrennen enz., schimmel-aandoening van den worden aan het lichaam eischen mond- en keelholte bij slecht gesteld waar lang niet ieder verzorgde zuigelingen, waargestel tegen bestand is. Er gaat mee niet gezegd is, dat alle van de geheele opzet iets van baby’s, die dat niet krijgen, nu het ideëele, van het aesthetische alle zoo grondig behandeld af, als inplaats van de vrije lust worden op dit punt. Er bestaat tot de lichaamsbeweging in een dan een wit beslag dat achter vorm van een behoefte daartoe, op de tong begint en zich tot die lichaamsbeweging in dienst vrij ver naar binnen toe Wan wordt gesteld van iets, wat er uitbreiden. Met een gaasje en in wezen niets meer mee te wat boraxglycerine is het te maken heeft. Dat men wed- verwijderen. Zeer voorzichtig strijden houdt is begrijpelijk, zij wrijven in een kindermondje 1 zijn een natuurlijk gevolg van De z.g. Indische spruw is een oerprimitieve neigingen in den veel ernstiger aandoening van mensch. Het keerpunt ligt daar, het maag-darmkanaal met verwaar van een wedstrijd om der regaande veranderingen in het wille van de sport een sport ten bloed (te vergelijken met die bij bate van den wedstrijd wordt de pernicieuse anaemie). De gemaakt. ziekte is vrijwel alleen te ge Trainen moet uiterst regelmatig nezen met behulp van een en onder strenge controle ge- streng doorgevoerd eenzijdig schieden. Niemand moet zich vruchten-diëet (aardbeiendiëet). ernstig gaan trainen (vooral Sputum.Sputum bewaart men roeiers niet, roeien is een der als dit gewenscht is, het eenzwaarste takken van sport!) voudigst in een jampotje, waarwie niet van te voren daarvoor in van te voren wat water is medische toestemming heeft ver- gedaan, om het vastkleven aan kregen. Een goede training is den wand te voorkomen. Eigenaltijd ook op de totale leefwijze lijk wordt met sputum alleen gericht. Men wordt hier nog her- bedoeld datgene, wat als grooinnert aan de oude grieksche tere of kleinere slijmvlokken tijden, in welke het sport-begrip uit de longen en de hoogere nog onafscheidelijk verbonden luchtwegen wordt opgehoest. was met cultus- en religieuze Speeksel en slijm uit de neusverrichtingen. keelholte (en wat uit de neus- Spruw.Wat men hier te lande holten daarin terecht komt) onder spruw verstaat is een hooren er dus niet bij. Staar Steenpuist In sputum wordt gezocht naar verwijderen van de onbruikbaar bestanddeelen, die een oordeel geworden ooglens) en het laten kunnen doen vellen over den dragen van een sterk verzametoestand der longen, c.q. over lende bril (zie bij verziendheid) den aard eener longaandoening, er beter aan toe is. Bij asthma b.v. worden karak- Het gezichtvermogen wordt dan teristieke vormsels (microsco- vaak weer verbluffend goed, pisch) gevonden. Bij een tuber- men is echter streng aangeweculeuze longziekte vindt men zen op het dragen van een bril, de tuberkelbacillen in het spu- zoowel voor het zien in de turn enz. verte als voor het lezen. Staar. De staar is een troebe- Er komen nog andere soorten ling van de lens van het oog. staar voor, die op jeugdigen Als men iemand recht in de leeftijd beginnend, soms wel, oogen kijkt kan men deze lens, meestal niet snel voortschrijdie vlak achter de pupil ligt, den en nogal eens overerfelijk in het geheel niet zien, omdat zijn. Een voorbeeld hiervan is zij kristalhelder en dus geheel de blauwe staar. De z.g. „groene doorschijnend is. Soms wordt staar” is een totaal andere de lens troebel, dan krijgt men ziekte en berust op een drukze onverwachts te zien met de verhooging in den oogbol (zie welbekende melkachtige matte bij glaucoom). glans. Bij oudere dieren, vooral Steenpuist. Van een steenbij oude honden waar de staar puist kan men eerst spreken een algemeen optredend ver- als het oorspronkelijke puistje schijnsel is, kan men het goed van den aanvang af niet de bestudeeren. neiging heeft om zich in een Afgezien van zeldzamere ge- geel kopje „uit te werken , vallen is deze (grijze) staar een maar zich min of meer ver in echte ouderdomsziekte; tevens den omtrek ra de weefsels uit treedt de afwijking bijna steeds te breiden. Dit is dan de harde achtereenvolgens in beide oogen schijf van de steenpuist. Wanop. Het zien wordt er aanvan- neer men een gewoon puistje kelijk minder door belemmerd uitknijpt komt er duidelijk een dan men zou denken. Op een weinig vrij dunne pus uit; bij gegeven tijdstip is deze be- de echte steenpuist is er duidelemmering echter zóó toege- lijk een prop (afgestorven weefnomen, dat men door het sel) te zien, die, bij het weg„lichten” van de staar (d.i. het halen van het korstje als een Steenpuist Steriel groen-gele, steeds. ook wat bloe- wijst erop, dat de geneigdheid dende massa te zien is („bloed- tot steenpuisten een constituzw**£ ( 2eSt het volk). De tioneele is, die ook vanuit die „schijf”, de ontstoken weefsel- kant alleen met vrucht beklomp kan schrikbarend groot streden kan worden. Niettemin worden. Bijna de geheele aan- is de etter zeer besmettelijk en getaste weefselmassa is tot de allergrootste zindelijkheid ondergang, tot ineensmelting is geboden! Bij voorliefde komen gedoemd (zie ook bij absces). ze aan veel geschuurde (nek en Alles gaat er bij de behandeling rug), gewreven (gelaat) of gevan een steenpuist om, om die drukte lichaamsdeelen te zitten, verweeking zoo spoedig moge- Dit zijn ook de plaatsen waar lijk te bewerkstelligen, aan den puistjes makkelijk ontstaan, anderen kant de uitbreiding in Zooals gezegd, dat de een de omgeving tegen te gaan, de slechts een puistje, de ander concentratie dus van de zweer een steenpuist krijgt berust op te bevorderen. De omslagen met een verschil in de weerstandsalcohol, met salicylspiritus, kracht van de lichaamsweefsels burowwater enz. beoogen alle tegenover de besmettende stof. ditzelfde. Ook de door weer Steriel. Steriel pleegt men een anderen toegepaste chirurgische voorwerp te noemen wanneer ingrepen willen de afscheiding het geheel van „kiemen”, met tegenover de omgeving zooveel name bacteriën, vrij is. Dat wil mogelijk in de hand werken, dus zeggen dat men b.v. van Voor alles moet een steenpuist de oppervlakte geen bacterierust hebben. Vooral bij steen- kolonies meer kan kweeken op puisten aan het gelaat (aan de voor daarvoor geschikte voebovenhp !) moet men noode- dingsbodems (zie ook bij bactelooze bewegingen vermijden, riën). Zoo beteekent het woord Veel worden tegenwoordig be- feitelijk onvruchtbaar. Men stralingen (hoogtezon, rood spreekt van een steriele akkerlicht enz.) toegepast met goed grond in overdrachtelijken zin. succes. Dit alles hoort niet in Van nature is geen voorwerp tekenhanden thuis. steriel. Men moet het (voor Een enkele steenpuist heeft bepaalde doeleinden, b.v. in de iemand hoogst zelden. Meestal chirurgie) daartoe steriliseeren. heeft hij er al meer last van In het huishouden is dit soms gehad. Vaak zijn dat meerma- met levensmiddelen noodig, b.v len terugkomende periodes. Dit met melk als er gevaar is voor Stereliseeren Stotteren ,typhus”besmetting. Men moet Stoomen. Met „stoomen de^melk dan ook minstens wordt hier bedoeld: stoomen met 5 minuten goed laten doorkoken de croupketel.d.z. gesloten ketels wil men er zeker van zijn alle met een zeer lange spits uitlookiemen gedood te hebben. Dat pende tuit, waardoor de st^ een dergelijke voedingstof daar- er met een dunne straal vrij door veel van zijn goede eigen- krachtig uit stuift. Ze werden schappen verliest spreekt wel vroeger met een *■**» vanzelf; daarom verhit men verhit en hadden geen manoook wel de melk (op groote meter, zoodat ze om de haverschaal) minder sterk, maar ge- klap omvielen en brand veroordurende langen tijd. Deze be- zaakten of droogkookten met werking heet pasteuriseeren. soms nog erger gevolgen. De Gepasteuriseerde melk is dus huidige electnsche ondervangen even steriel,maar meer „levend” deze bezwaren. It}id dan eekookte. Ideaai is de methode nog altijd Steriliseeren. Steriliseeren, bij kinderen en zuigelingen bij „kiemvrij” maken geschiedt bronchitis, bij eiken vorm van op verschillende manieren, in hardnekkigen knebelhoestbij hoofdzaak door verhitting, al of pseudocroup (en diphtheritis niet samen met een behande- zelf natuurlijk ook) enz. Het ling met bacteriën doodende einde van de tuit moet zeker stoffen (dampen). Instrumen- een meter van het gelaat van ten, gummi handschoenen etc. het patientje verwijderd z n! worden zonder meer in water De duur van de behandeling gekookt en zijn dan na 5 min. dient men nauwkeurig te vravolkomen steriel. Formaline (of gen aan den dokter, andere) dampen worden wel Stotteren. Stotteren hoo gebruikt om materiaal dat de thuis in het gebied der krampen, hitte niet kan verdragen kiem- Als zoodanig is het verwand vrij te maken. met schrijfkramp viool- en Met stoom en heete lucht wor- tenniskramp, enz. (zie bij spierden voorwerpen gesteriliseerd kramp). Stotteren zit alleen veel die öf water niet verdragen, dieper en legt beslag op een der öf geheel droog moeten blij- elementairste handelingen van ven (doeken, verbandmateriaal, den mensch: zijn spreken, chemische stoffen). Meestal ge- Stotteren moet200 vr0!f schiedt deze sterilisatie onder lijk behandeld worden. Het gunhoogen druk (autoclaaf). stigst zijn de gevallen daar, waar Strontje Stuipen geen „nevenbewegingen” (trek- lid. Het komt vrijwel overeen kmgen met het gelaat, soms zelfs met een puistje ergens anders van het heel lichaam!) op- in het gelaat. De plaats wordt treden. Alles komt neer op eerst dik en rood en er komt al totale ontspanning van het spoedig een geel puntje, de gebied der spraakspieren en plaats waar het kleine abces wat daarmee samen werkt, zal gaan doorbreken. Vrijwel Het gesticuleeren mag daarbij iedereen heeft er wel eens een niet vergeten worden 1 Iemand gehad. Sommigen neigen er die stottert, heeft ook elders opvallend toe. Vaak is dit bij „latente” krampen ! Dit is de menschen die niet goed zien reden, waarom het stotteren (bij- of verziendheid). Beter met optreedt, indien de hulp beziet men een dergelijke ingeroepen wordt van hande- constitutie op dezelfde wijze lingen die men zonder kramp- als die van diegenen, die altijd achtigheid verrichten kan zoo- steenpuisten krijgen, als: zingen, reciteeren (rhyth- Men moet een strontje nooit me) en uit het hoofd leeren verbinden. Kopje eraf halen en (waarbij de denkbeweging van uitknijpen zijn methoden die te voren is vastgelegd en ge- de uitbreiding misschien wel oef end). eens jn de hand werken. Maar Door het nauwe verband tus- wie zal daaraan denken als hij schen spreken en ademhalen is ’s avonds naar een bal moet? een verregaande aandacht noo- Maar laat het dan den dokter dig voor een harmonisch adem- even doen, die heeft veilige halen onder het spreken; rust methoden, en rythme moeten geheel tot Struma, (zie Krop). hun recht kunnen komen. Stuipen. Stuipen zijn kramp- Interessant is het nog te weten, aanvallen die varieeren (wissedat veel stotterende kinderen in len) van slechts even „star” aanleg linkshandig waren, en liggen en één kant uitkijken tot dat men hen (zoo heeft de erva- een toestand die op zich zelf rmg geleerd) te laat-nog ge- niet te onderscheiden is van dwongen heeft geheel rechts te een zware epilepsie aanval (zie worden. aldaar). Het best kan men zich Strontje. Een „strontje” is voorstellen dat de bij den geeen ontstoken kliertje (b.v. een zonden toestand bekoorende talkkliertje bij een van de „losse”, „soepele” verbinding haren) in den rand van het oog- van zieleleven en lichaam op Stuipen een gegeven oogenblik „vast- 1 loopt” met als gevolg een min 1 of meer heftige reactie tot be- ] vrijding. ! Veel kinderen (hier zijn, ,kinder- ! stuipjes” bedoeld !) hebben wel 1 eens een stuipje. „Groeistuip- ' jes”, „voedingsstuipjes”, tan-,, 1 denstuipjes”, elke voor het kind 1 bijzondere gebeurtenis kan het 1 teere organisme uit z’n evenwicht brengen. Men moet weten dat heftige stuipen optreden kunnen (en ook meestal optreden !) bij het opkomen van een flinke koorts bij kinderen. Hier neemt een stuip de plaats in van de koude rilling van de volwassene in zoo’n geval. Volgt op een stuip dus hooge koorts, dan mag men deze laatste rustig als de oorzaak beschouwen. Kinderen die tot stuipen neigen moeten een zeer rustige omgeving hebben ! Suikerziekte. Suikerziekte is een chronische stofwisselingsziekte, die gekenmerkt wordt door een onvermogen van het lichaam om suiker te „verwerken”, te verbranden (waarmee men het afbraakproces van deze stof in de spieren bij bewegingen aanduidt). Suiker is een stof, die als druivesuiker (glucose) in ’t lichaam (en in de spieren) wordt opgenomen, in de lever wordt opgezameld als „glycogeen” en geleidelijk, Suikerziekte weer als glucose, aan het spierweefsel wordt afgestaan. Beide processen zijn geschaad bij den suikerziekte. De glucose verschijnt daardoor in de urine, het bloedsuiker gehalte, dat bij een normaal persoon vrij constant is, is verhoogd (glucose is dus de „suiker”). En het onderzoek op suiker van urine is ook alleen op dlè stof. Gewone suiker zou aldus niet ontdekt worden 1 Moeheid, dorst, honger, vermagering zijn de voornaamste, bekende symptomen. Suikerziekte is daarbij een ziekte van den lateren leeftijd, d.w.z. als regel. Geen leeftijd is gevrijwaard. Hoe jeugdiger de persoon, des te zwaarder is meestal het geval. Het verloop is dan zoo, dat, indien niet ingegrepen wordt, de vermagering en de andere symptomen sterk toenemen en op een gegeven oogenblik sufheid en slaperigheid optreedt, die weldra overgaan in bewusteloosheid, waarbij een diepe ademhaling opvallend is. Na enkele uren tot dagen treedt dan de dood in. Deze bewusteloosheid ontstaat door een zelf-vergiftiging van het lichaam door stofwisselingsvergiften, die ontstaan door de afbraak, de vernietiging van eiwitten en vetten op een abnormale wijze. Men moet zich Suikerziekte Suppositoria voorstellen dat het lichaam bij de suikerziekte. Door het alles doet om suiker te produ- zorgvuldig regelen van het ceeren en hiervoor alle mate- dieet der betreffenden leerde naai gebruikt dat maar eenigs- men de onderscheiden voedingszins te gebruiken is. De ver- stoffen eiwitten (vleesch), koolgitten, die daarbij ontstaan hydraten (zetmeel, suiker enz) zijn aceton en diaceetzuur. Men en vetten zóó combineeren, spreekt dan ook wel van zuur- dat de suikeruitscheiding het ver%*ftlStn%‘ (geringst en het gevaar van de , ee,n f^kerziekte die op zuurvergiftiging ook tot een en leeftijd en zeer lang- minimum beperkt werd. En nog zaam ontstaat kunnen tiental- steeds is de dieetbehandeling bij len jaren verloopen zonder dat de suikerziekte verreweg het er gevaar voor dit stadium op- voornaamste. Insuline komt treedt, als het ooit optreedt. begrijpelijkerwijze eerst ter De wanorde in de lichaamsstof- sprake, indien men het onmo- wissehng gaat hand in hand met gelijk meer zonder kan stellen, een tekort aan het afscheidings d.w.z. indien het lichaam zelfs k ,een, ded Va? de|het meest schrale dieet al met ïkspeekselklier (pancreas) die een overvloedige suiker- en langzaam degenereert. Men be- aceton-productie beantwoordt, schouwt daarom tegenwoordig En men moet zeggen: wie als een pancreas-aandoening. trouw zijn dieet houdt heeft evens is men er in geslaagd, kans het voortschrijdengsproces de gemiste stof te bereiden uit der ziekte beduidend te beteude alvleeschklier van slacht- gelen; en beter is het nog bij leren en is m staat met deze een wat ruim dieet streng te insuline de suikerhuishouding zijn, dan met een streng dieet van het lichaam weer in zijn zoo nu en dan eens te „zondigen banen terug te dringen, gen”! *1 VerJluffnog^kans ojT(geringe) man- te^Ö^Se^ fele bafcandste ba*»-™zijn bekende middelen om het schijnselen behoort verder he zuur te binden. Het zijn natuur- gevoel van mi^ell^e^ en, J lijk slechts tijdelijke hulpmid- braken, vooral * e(“f * - I erge vormen aan kan nemen;.. Zwangerschap. Wanneer Lichamelijk va“ ^JÏÏidw men in de leerboeken zwanger- sterkere pigmentatie (huidverschapeentoestandnoemt, „waar | kleuring) waar te nemen, Zwangerschap Zwangerschap al op de borsten en op den buik, soms ook in ’t gelaat en elders (zwangerschapsmasker) en ten slotte natuurlijk de toename van den lichaamsomvang. Met ± 4J maand (op de helft der zwangerschap) begint de moeder meestal leven te voelen. Omstreeks dien tijd hoort de dokter ook de harttonen van het kind voor ’t eerst. De onaangename verschijnselen van ’t begin (braken, flauw vallen) plegen op den duur te verdwijnen, en menige vrouw is aan ’t eind der zwangerschap, zoo goed als nooit te voren. De duur der zwangerschap is 9 maanden (10 maan-maanden). Men rekent het beste als volgt uit: tel vanaf den datum, waarop de laatste menstruatie begon, 7 dagen verder en dan drie maanden terug. Dus bv.: laatste mensis begon 15 Juni, plus 7 is 23 Juni, drie maanden terug is 23 Maart. De ervaring leert dat men zoo het juiste punt ongeveer nabij pleegt te komen. De zwangerschap kan (nog al vaak) ook korter duren, en het kind dus te vroeg ter wereld komt. (Te lange zwangerschappen, halve maand of zoo komen ook voor, maar zeldzamer). Merkwaardiger wijs geschiedt dit het vaakst met de 7e maand (7-maands kinderen). 8 Maands kinderen zijn veel zeldzamer, en in ’t algemeen gelden deze niet zoo sterk als hun 7-maands lotgenootjes. De vrouw heeft gedurende de geheele zwangerschap en vooral tegen het eind daarmee rekening te houden en, zonder overdrijving, zich van lichamelijke en geestelijke excessen te onthouden. Alles wat gevaar voor vallen oplevert (fietsen, sport) dient men beslist te laten, evenals het tillen van zwaardere dingen. Voor ’t overige kan zij gerust nog lang haar huishouden doen. Ook met het voedsel dient in zooverre rekening gehouden te worden, als alle stoffen die in ’t bloed opgenomen worden, ook in het kinderlijke organisme hun invloed doen gelden, dus alles wat het lichaam kan schaden in dien tijd beslist vermeden dient te worden (met name zij hier op alcohol gewezen), dat daarentegen het dieet der zwangere zoo veelzijdig mogelijk gehouden worde. Een nogal eens optredende klacht gedurende de zwangerschap is verstopping (een enkele maal ook wel moeilijkheden bij het wateren). Daarbij dient gezegd, dat juist bij de zwangere niet alle overigens onschuldige huismiddelen te gebruiken zijn en men dus beter een arts raad- Zwangerschap Zwangerschap pleegt. Hetzelfde dient ook on- schikt voor; hoogst zelden ontmiddellijk te gebeuren als het wikkelt zich de vrucht tot het urineeren moeilijk gaat worden, eind der negen maanden. Een (een beetje meer aandrang in uitdrijving (baring) langs naden aanvang beteekent niet veel tuurlijken weg is natuurlijk en gaat meestal vanzelf weer uitgesloten en alleen langs weg, zoodra de buikorganen öperatieven weg, door opemng zich aan den nieuwen toestand van de buikholte, kan het kin aangepast hebben). geboren worden; meestal komt De zwangerschap, op zich zelf het zoover niet en barst het dus een gezonden toestand, groeiende eitje heel vroeg. Uit brengt dus een aantal mogelijk- geeft een bloeding in de buikheden met zich mee, die men holte met min of meer ernstige onder de oogen moet zien. gevolgen. Men hoeft daarover niet te Deze zijn de oorzaak ervan, piekeren; slechts is het nog van dat men een buitenbaarmoebelang te weten, dat een van de derlijke zwangerschap, zoodra organen die het minst een lang- zij in het begin ontdekt wordt, durige beschadiging verdragen onmiddellijk door een operatie de nieren zijn, en daarom, met opheft en haar beschouwt als het oog op het dieet iedere zwan- een ziekelijken toestand e gere van tijd tot tijd haar urine ernstig gevaar. Wordt zij pas dient te laten onderzoeken. na zes maanden ontdekt, dan Zwanqerschap (buiten- kan men het verdere beloop atbaarmoederlijke). Niet al- wachten en zoo is dan nog meer tijd vindt de vastnesteling van dan eens, zij het met bovengede bevruchte eicel plaats in den noemden ingreep, een gezon holte van de baarmoeder, waar kind ter wereld gekomen, men dit logischer wijze moet Zwangerschap (mecrvouverwachten. Soms gebeurt het dige). Hiermee worden tweereeds van te voren in de ei- lingen, drielingen enz. bedoeld, leider, voordat dus de eicel de Dit „enz.” gaat met zekerheid plaats van bestemming be- tot zes, waarvan enkele gevareikt heeft. Het groeiende ei len in de geschiedenis bekend kan zich dan toch een voe- zijn. „Men spreekt” van éen dingsbodem verschaffen om te zevenling (in 1600 te Hamei gedijen; doch de wand van den geboren). eileider is er op den duur ten „Meerlingen” komen dikwijls, eenen male te dun en onge- familiair voor. Bij tweelingen