a Ik ' 0.o«& MIJN ZEILJACHT J. H. Stokmans MOOIE VACANTIEFOTO'S ;?V°l – SALZBURG H. Tibbe Technische details der omslagfoto's. »SALZBURG« – Ica-ldeal; Zeiss Tessar F: 4,5; Agfa Isochrom, diafr. F : 9;-l/50tsec. «MIJN ZEILJACHT* – Ernemann-camera, F: 6,3; Gevaert rolfllm. w^c'UeU°ft' vv *-aV 1 loeveel amateurs kunnen dat zeggen? Maar enkele! ge ook tot die enkelen kekooren ? Wilt ge grijzen winnen ? Zor§ dan, dat ge uw werk of) f)cil krengt. Steeds koogcr! De weg daartoe is £occle foto-lectuur. Duizenden amateurs kunnen D bevestigen dat zij aan „F O C U S” kun kennis kekken te danken. Doe als zij en kcstcl een akonnement. Dan komt U er! „tOCUS kost f 2.50 per kwartaal. Proefnummer kosteloos of) aanvrage kij „kocus N.V., Blocmendaal. FOCUS . . uw fotoblacl I de beginner hebben moet ! Maar desniettemin is het noodig ook zoo n eenvoudig toestel even te leeren behandelen. Het is dan ook zeer verkeerd daags voordat men met vacantie gaat een toestel te koopen. De handelaar zal zeker alle bewegingen van het toestel toonen en zoo duidelijk mogelijk uitleggen hoe men alles doen moet. Aan deze „opleiding” heeft men echter niet genoeg, want ook met de meest eenvoudige toestellen moet men eerst even leeren werken, om fouten te voorkomen. Dus niet daags tevoren, doch minstens een paar weken, nog beter eenige maanden tevoren, gaat men een toestel koopen en daarmee eerst ervaring opdoen. Goed luisteren naar hetgeen men van de camera vertelt, liefst een paar aanteekeningen maken of naar een gebruiksaanwijzing vragen. Een goed hulpmiddel om zonder fouten te leeren fotografeeren is vooral een goed boekje lezen over de fotografie. Voor den eenvoudigen beginner kan daarvoor worden aanbevolen een boekje uit deze serie „Mooie foto's met de box". Er is ook nog een ander boekje, „Ik kan kieken !”, dat in kort bestek de noodige hulp verleent aan ieder die niet wil blijven knoeien, doch direct behoorlijk werk maken. Is men nog wat verder en wil men nog meer weten van de fotografie, dan kan men over alle gebieden hiervan goede boeken in de Nederlandsche taal koopen, zoodat iederen beginner niets in den weg staat om een ervaren amateur te worden, die geregeld mooie foto’s maakt, die de bewondering van vrienden en kennissen wekken. *) *) Een uitstekende algemeene inleiding voor de beoefening der fotografie is : „De Fotografie Vereenvoudigd”, door Adr. Boer, uitgave N.V. „Focus", te Bioemendaal, vierde druk. Prijs ƒ 1,50. „We gaan kampeeren !” J. van der Woord Rollette 7,5-5. Diafr. F : 6.8. F = 9 c.M. Agfa Isochrom film. 1/50 sec. „Op den Uitkijk” H. J. Remigius, Agfa-box, Eisenberger Flavirid-film Diafr. F : 12.5. 1/25 sec Filter No. 2 Welk toestel ? Deze vraag is voor den bezitter van een toestel reeds volkomen beantwoord, doch voor den beginner, die er nog een aanschaffen gaat, is de eenvoudige doosvormige camera wel het meest aan te bevelen. Ook voor jongelui ! De fotografie is tegenwoordig zoozeer vereenvoudigd, dat ook kinderen niet alleen kunnen, doch ook moeten fotografeeren. De beoefening der fotografie toch werkt in hooge mate ontwikkelend, bevordert de zorgvuldigheid en netheid, ontwikkelt den kunstzin en scherpt den geest. De doosvormige camera of box vordert slechts enkele handgrepen voor het maken van de opname. De kans op het voorkomen van mislukkingen is tot een minimum beperkt. Toestel stilhouden. Bij alle soorten camera’s, van de goedkoopste tot de duurste, moet men zich in het begin wel inprenten, dat een der grondbeginselen voor het succes in de fotografie is : het stilhouden van het toestel. Dank zij het zeer gevoelige opnamemateriaal, maken we tegenwoordig bijna uitsluitend z.g. momentopnamen. Dit zijn opnamen in een onderdeel van een seconde, meestal ongeveer 1/25 deeltje van een seconde. Hoewel dit slechts een heel kort oogenblik is, moet de camera gedurende dien tijd toch volkomen stil worden gehouden. Doet men dit niet, dan krijgt men onscherpe, wazige foto’s. Bij het koopen van een box-camera moet men den leverancier „Herderswoning in Auvergne” H. J. Rijks. Zeiss Ikon Icarette. Diafr. F: 8. 1/25 sec. Zeiss Ikon film. 10 uur. dus wel goed instructies vragen om het toestel geheel stil te kunnen houden. Hierover schrijven overigens meer volledig de aanbevolen boekjes. Klap- of spring-camera ? Het meest eenvoudige toestel waarover we spraken is dat in den vorm van een doosje. Voorop bevindt zich de lens, achterin zit, loopend over twee rolletjes, de film. Vooraan rechts bevindt zich een knopje waarop men kan drukken en waardoor de lens een kort oogenblikje wordt geopend en dadelijk weer dicht gaat. Een ander model is de klap- of spring-camera. Dit heeft meer den vorm van het toestel van den vakfotograaf, dat wij allemaal wel kennen. Zulk een toestel heeft ook zoo'n balgje ; dit is een leeren verbindingsstuk tusschen het voor- en achterdeel van de camera en waardoor het mogelijk is het toestel zoo klein en gemakkelijk hanteerbaar te maken. De klapcamera is een toestel van iets ouderen datum en is bestemd voor het maken van opnamen op glazen platen, die stuk voor stuk in een metalen doosje werden gelegd, dat den naam cassette draagt. Achteraan het toestel bevindt zich het matglas, meestal beschermd door een lichtkapje. Als men dan den sluiter opent, kan men op het matglas het beeld zien dat de lens daarop teekent. Eenigszins omslachtig is deze werkwijze wel, doch zij heeft het voordeel dat men nauwkeurig kan zien wat men wel en wat men niet op de foto krijgt. Het gebruik van glasplaten is echter grootendeels verdrongen door de veel lichtere pakfilms, die ook het voordeel hebben onbreekbaar te zijn. Vooral de rolfilm verheugt zich tegenwoordig in een groote belangstelling en wordt verreweg het meest gebruikt. Uit den aard der constructie kan men bij een rolfilmcamera niet op het matglas instellen. Met „instellen” wordt bedoeld : in de eerste plaats het beoordeelen wat er op de foto komen zal en in de tweede plaats ook het scherp stellen van het onderwerp. Om goed te begrijpen wat hiermee bedoeld wordt, moet men maar eens aan een vriend of kennis die over een camera met matglas beschikt vragen op het matglas te mogen zien. Als men dan het toestel op een driepoot heeft geplaatst en dan liefst nog een zwarte doek over het hoofd en achterdeel van de camera heeft gedaan, dan kan men prachtig zien welk deel van de natuur door de lens op het matglas wordt afgebeeld. Men ziet dan het beeld in de natuurlijke kleuren, maar wij zijn nog niet zoover, dat wij het beeld in kleuren gaan vastlegaen. Als men nu het instelknopje van het toestel naar voren en achteren draait, dan zal men zien dat het beeld op het matglas het eene oogenblik duidelijk en het andere oogenblik meer of minder wazig wordt. Hieruit blijkt dat het noodig is om het toestel op de juiste wijze scherp te stellen op het onderwerp dat men gaat fotografeeren. Welnu, bij de klapcamera, waar de amateur over een matglas beschikt, doet de amateur dat zelf. Bij een rolfilmcamera, die geen matglas heeft, wordt voor de scherpstelling gezorgd door een z.g. instelschaal. Ook zijn er eenvoudige camera’s, waarop de afstanden alleen zijn aangegeven als : portret – groep – landschap. Heeft men zulk een camera gekocht, dan is de instelling al heel eenvoudig, doch men moet er wel goed op letten, dat het toestel ingesteld is op het onderwerp dat men ~nemen” wil. Hierbij moet nog opgemerkt worden, dat de reeds eerder genoemde box-camera zoo is ingericht, dat de instelling daarbij geheel vervalt. Als men bij het werken met de box-camera maar zorgt dat de onderwerpen niet dichter bij het toestel zijn dan ongeveer drie meter, dan is de scherpte gewoonlijk vol- „Welke weg ?*’ Mej. A. Heijmans. doende. Op dit onderwerp kan hier niet verder worden ingegaan, doch mag verwezen worden naar de speciale boekjes. De „spring”-camera is een toestelletje dat nauw verwant is aan de box-camera, want ook daarbij is het instellen geheel overbodig gemaakt. Als men op een knopje, dat zich meestal aan den zijkant bevindt, drukt, springt het toestelletje open en de lens staat tegelijkertijd zooals men dat noemt „scherp”, d.w.z. voor landschapsopnamen, want dat is het meest voorkomende onderwerp. Er zijn ook sommige toestellen van dit type waarbij men nader kan instellen door eenige verschuiving van de voorlens. Dit moet men bij aankoop even vragen en men kan het na eenige oefening spoedig zelf leeren. Op de voorlens staat dan gewoonlijk een pijltje dat correspondeert met cijfertjes, gewoonlijk 2-3-5-S – oo (welk laatste figuurtje „oneindig” beteekent!). Door draaien aan de voorlens kan men nu het pijltje achtereenvolgens op al deze cijfertjes zetten en alzoo op verschillende afstanden „instellen”. Vooraf inlichtingen inwinnen ! Van de verschillende soorten camera’s kan in dit bestek niets meer worden gezegd. De beste raad die den belangstellende gegeven kan worden is : wendt U tot een vertrouwd fotohandelaar en verzoek hem eenige toestellen te laten zien en uit te leggen Men bedenke wel, dat de fotohandelaar de beste vriend is voor den beginnenden amateur. Aan een toestel van vijf of zes gulden worden geen schatten verdiend. Als de handelaar uitvoerige inlichtingen verstrekt, is dat als een welwillendheid. Anderzijds heeft de handelaar er ook groot be- „Fictsenverdrict en Fotovreugd’* J. S. F. Gathier. Klapcamera 9-12, F : 6,8. Diafr. F : 11 Agfa film. 1/25 sec. lang bij nieuwe klanten te kweeken, dit temeer omdat de fotografie een mooie liefhebberij is en wie daar eenmaal mee begonnen is, waarschijnlijk voor heel zijn leven blijft fotografeeren en dus voor de toekomst een klant kan zijn voor den leverancier. De eerste opnamen. Als men nu in het bezit is gekomen van een toestel, dan zal men verstandig doen het eerst eens nauwkeurig van alle kanten te bekijken, het voorzichtig te openen en eens na te gaan of men nog precies weet wat Kamo *) ervan verteld heeft. Is dat het geval, welnu, dan is het eerste wat men doet een rolfilm in het toestel plaatsen en de eerste opname te maken. Verwacht mag worden dat de inlichtingen werkelijk volledig zijn verstrekt en als men die dan maar nauwkeurig opvolgt, welnu, dan loopt alles van een leien dakje. De kans is echter toch groot, dat men door de totale onbekendheid met het nieuwe instrument, nog iets verkeerd doet. Dit is echter heelemaal niet erg, want al doende leert men. Als de eerste film door het maken van acht opnamen belicht is, brengt men die naar den handelaar, die zich voor een kleinigheid met het ontwikkelen en afdrukken ervan belast. Onze eerste foto’s ! Het in ontvangst nemen van de eerste resultaten is een eigenaardige sensatie. Is er iets niet goed gedaan, dan wordt dat bij de aflevering gezegd met goeden raad om de gemaakte fouten te verbeteren. Zoo spoedig mogelijk gaat men dan weer aan het werk en als men achtereenvolgens nog een paar rolfilmpjes volgemaakt heeft, waarbij men er voor zorgt de aanwijzingen zoo goed mogelijk op te volgen, welnu, dan heeft men weldra voldoende ervaring verzameld om het toestel mee op de vacantiereis te nemen. Elk nieuw toestel steeds vooraf probeeren ! Hoewel dit boekje voornamelijk bestemd is voor den beginner, zal het ook lezers vinden onder hen die reeds eenigen tijd in het bezit van een toestel zijn. Voor die amateurs mag dan nog de raad gegeven worden die wij ook den beginner gaven, namelijk : ga niet op reis, vóór men met een nieuw *) Kamo noemen we kortweg den handelaar in foto-artikelen. „Kampecrgenoegens” Joh. E. van der Bijl, gekocht toestel eenige ervaring heeft opgedaan. Menigeen die reeds een poosje fotografeert meent dat dit niet noodig is. Honderden amateurs zijn reeds door het niet opvolgen van dezen raad erg teleurgesteld. lemand die een poosje gewerkt heeft met een eenvoudig toestel, gaat zich al spoedig een „heele Piet voelen. Zijn foto s zijn goed en aardig, en nu wil hij voor hij met vacantie gaat een mooier en duurder toestel koopen, om daarmee nóg mooier en nóg aardiger foto’s te maken. Dit is prachtig, doch men moet wel in het oog houden, dat hoe duurder een toestel is, hoe meer gecompliceerd. Heeft men eerst een tijd gewerkt met een box en koopt men dan een spring- of een andere mooie rolfilmcamera, dan kan het zoo heel licht gebeuren, dat men een kleinigheid vergeet en daardoor een heele serie mooie vacantie-opnamen bederft. ledere amateur die eenige ervaring heeft, gaat niet met een nieuw toestel op reis, vóór hij daarmee onder verschillende omstandigheden gewerkt heeft en een serie opnamen gemaakt. Deze raad zal niemand berouwen en het niet opvolgen daarvan heeft reeds voor velen de meest onaangename gevolgen gehad. Duurdere camera’s. Het ligt buiten het bestek van dit boekje, een overzicht te geven van alle aan de markt zijnde camera’s. Het aantal is legio en het eene model is dikwijls nog mooier en ingenieuzer dan het andere. Tot het allermooiste dat er de laatste jaren is verschenen behoort wel de reflexcamera voor rolfilm. Dit zijn toestellen met twee lenzen, waarvan de bovenste lens het op te nemen voorwerp door middel van een schuinstaand spie- geitje op het matglas afbeeldt, dat zich boven in het toestel bevindt. Daar omheen bevindt zich een lichtkapje, zoodat men in staat is het te fotografeeren onderwerp gemakkelijk gade te slaan, terwijl men door een knop aan den zijkant de scherpte kan regelen. Deze toestellen zijn zeer vernuftig ingericht voor het gebruik van rolfilm en bieden heel weinig kans op mislukking. Ook hiermee is het noodig eenige ervaring op te doen, opdat men met volkomen zekerheid kan werken. Het filmformaat 6x6 cm, in deze toestellen gebruikt, is nog zoo groot, dat daarvan directe afdrukjes gemaakt kunnen worden, die nog alle voldoening schenken. Bij vergrooting kan men het vierkante formaat door afsnijden naar verkiezing in een lang-staand of een lang-dwars formaat veranderen, al naar het onderwerp dit eischt. Dergelijke reflexcamera’s zijn er ook in het formaat 4x4 cm, welk formaat wel wat klein is voor directe afdrukken, doch met behulp van een automatisch vergrootingstoestel kan men vergrooten zoo groot als men wil, wat niet meer tijd kost dan het maken van gewone afdrukken. Miniatuurcamera’s met kinofilm. De laatste jaren bestaat er een algemeene neiging naar het kleine formaat en er zijn verschillende toestellen in den handel, die bestemd zijn voor het werken op normale kinofilm. De eerste en meest bekende toestellen zijn de Leica en de Contax. Ook zijn er nog andere toestellen, doch daar er steeds nieuwe bij komen, mogen alleen de twee eerste vermeld worden. Deze toestellen worden geladen met dezelfde film, waarop kino-opnamen gemaakt worden. De foto tjes, waaruit een heele bioscoop-film is samengesteld, zijn niet grooter dan 18 x 24 mm. Met bovengenoemde toestellen worden echter opnamen gemaakt ,De laatste dag” J. C. de Groot ter grootte van dubbel kinoformaat, dus 24 x 36 mm. Deze methode heeft het voordeel, dat men een groot aantal opnamen vlug na elkaar maken kan. Ofschoon men ook kinofilm aan den meter kan gebruiken, worden deze toestelletjes gewoonlijk gevuld met cassetten, waarin zich film bevindt voor 36 opnamen. Deze toestellen zijn ware wonderen van techniek en bieden onder bepaalde omstandigheden groote voordeelen. Zij zijn gewoonlijk voorzien van een lens van 5 cm brandpuntsafstand, waardoor de dieptescherpte ook zonder diafragmeeren zeer groot is en men dus zelfs onder moeilijke omstandigheden, met de zeer lichtsterke lenzen, nog heel goed momentopnamen maken kan. Deze toestellen moesten ook besproken worden in verband met het maken van vacantie-opnamen, omdat ze daarvoor buitengewoon geschikt zijn. Op een wandeltocht, een toer door het gebergte, waar men bijna iedere minuut iets moois vindt, bieden deze toestellen groote voordeelen, omdat men niet telkens na 8 opnamen een nieuw filmpje moet inzetten. Hoe groot de voordeelen dezer toestellen ook zijn, verzwegen mag hier niet worden, dat zij slechts kunnen worden aanbevolen aan amateurs, die over een flinke ervaring beschikken. Ook zijn deze toestellen met lenzen van prima kwaliteit nogal hoog in prijs, welken prijs zij echter door hun „De Kanaalgravers” A. Hulsebos. KODAK FILM ook voor UW camera u heeft zich ongetwijfeld herhaaldelijk afgevraagd, waarom Uw foto’s minder mooi zijn, dan die van Uw kennissen. De beste en duurste camera ter wereld kan geen goede foto’s geven, als men goedkoope, minderwaardige films gebruikt. Kodak Film is de origineele, de ongeëvenaarde film. U kunt uit vier soorten Kodak Film kiezen ; REGULAR – voor alledaagsche opnamen, bij helder weer. VERICHROME – bij twijfelachtig en somber weer voor alle soorten opnamen. PANATOMIC – een fijnkorrel emulsie, speciaal voor z.g. kleinbeeld-opnamen. S.S. PANCHROMATISCHvoor moeilijke opnamen, b.v, binnenshuis, bij kunstlicht of ’s avonds laat. KODAK FILM Koop Uw film bij den hona-fide Kodak-handelaar REIS GENOEGENS ZIJN DUBBELE GENOEGENS met een ZEISS IKON CAMERA ! Om steeds scherp te kannen fotografeeren moet allereerst de afstand juist ingesteld worden. Bij lichtsterke objectieven verkrijgt men zonder nauwkeurige instelling geen onberispelijke scherpte. Afstand schatten is niet gemakkelijk. Afstand passen is ook niet nauwkeurig. Daarom werd een afstandsmeter voor AUTOMATISCHE SCHERPSTELLING in de SUPER IKONTA gebouwd! Super Ikonta met Tessar 1 : 4,5 in Compur-S-Sluiter F 123. 8 foto’s 6x9 of 16 4,5 X 6 cm. op dezelfde film. Verkrijgbaar in iedere goede fotozaak. Prospecti aldaar of bij ZEISS IKON N.V., Amsterdam, Heerengracht 489. MOOIE VACANTIEFOTOS Vacantie en fotografie. Wij menschen van dezen tijd genieten toch wèl van het leven ! Vroeger genoten alleen de meer bevoorrechten eenigen tijd vacantie, in onzen tijd is er welhaast niemand die van dit genot is buitengesloten. Wat echter nog belangrijker is : dank zij de fotografie kunnen wij ook na vele jaren nog van onze vroegere vacanties genieten, door het bekijken van onze collectie foto s, die wij toen hebben gemaakt, De amateur-fotograaf kan dan ook gerust zeggen dat hij niet één, doch vele malen van zijn vacantie geniet ! In de eerste plaats geniet hij van de voorbereidingen, in de tweede plaats van de vacantie zelf en in de derde plaats nog eens door het vasthouden van allerlei mooie herinneringen eraan met behulp van zijn fototoestel. Vacantie en fotografeeren zijn dan ook twee onafscheidelijke begrippen. Daarom zal in dit boekje getracht worden het maken van vacantiefoto's zooveel mogelijk aan te moedigen en over de onderwerpen die men tijdens de vacantie alzoo voor de lens kan krijgen nadere inlichtingen te verschaffen, waardoor men zooveel mogelijk mooie foto’s mee naar huis brengt. Onder de lezers van dit boekje zullen ongetwijfeld velen zijn, die reeds korteren of langeren tijd een camera hebben en „Vertrek' J.H. A.M. „Zomcrschc klanken” Mej. M. Hoefman. ka 9-12. F : 11, volle opening. 1/25 sec. daarmee ook voldoende ervaring opdeden. Dit boekje wordt echter ook geschreven in het belang van hen die nog niet gefotografeerd hebben en die dus nog aarzelend daartegen over staan. Tot deze lezers eerst enkele woorden en voor alles de geruststelling, dat fotografeeren volstrekt niet „vreeselijk moeilijk” en ook niet kostbaar is. Hoewel er ook toestellen te koop zijn die een paar honderd gulden kosten, zijn dergelijke instrumenten niet eens aan te bevelen voor beginners. Ongetwijfeld bieden zij vele voordeelen aan den ervaren amateur, maar iemand die nog nooit gefotografeerd heeft, doet het best te beginnen met een tamelijk eenvoudig toestel, dat weinig geld kost. Reeds voor den prijs van ƒ 10.— en nog minder kan men een bruikbaar toestel koopen, dat, wanneer men er een weinig mee is ingewerkt, keurige foto's levert, die als vacantieherinnering niet het minst achterstaan bij de met een veel duurder toestel gemaakte opnamen. Oefening vooraf noodig ! ! Werd boven gezegd dat het fotografeeren volstrekt niet moeilijk is, toch moet men dat niet zoo opvatten, dat men zonder eenige oefening direct prachtige foto’s krijgt. Zeker, er zijn van die handige menschen, die na eenig gebruik van het toestel direct goede foto's krijgen. Anderen zijn niet zoo geweldig handig en moeten eerst een beetje ervaring opdoen. Nu zijn juist die goedkoope toestellen zoo geconstrueerd, dat men niet zoo licht vergissingen maakt. Dat is juist wat M. F. J. Coppens, „Anno 1204” Ihagee Spiegelreflex 6-9, Diafr. F : 9. Perutz pakfilm 1/15 sec. prachtige eigenschappen ruimschoots waard zijn. Aan den echten beginner kunnen zulke dure en veel ervaring eischende toestellen voorloopig nog niet worden aanbevolen. Ouderwctsche toestellen. Nadat met zooveel waardeering gesproken is over allerlei mooie nieuwe toestellen, mag ook nog een woord gezegd worden over de toestellen van wat ouderen datum. Het is waar, ze zijn niet zoo uiterst verfijnd van constructie als de nieuwste modellen, doch aan de resultaten doet dit niets af. Er zijn klapcamera’s en ook statiefcamera’s van twintig, dertig jaren oud, voorzien van uitmuntende lenzen, waarmee men even goede en mooie foto’s maakt als met de duurste en nieuwste toestellen. Zij die dus geen nieuw toestel kunnen koopen, doch zich moeten tevreden stellen met een gekregen of geërfd toestel van een vroegeren datum en zullen daarmee eveneens mooie vacantie-opnamen kunnen maken. Het komt er maar op aan, dat het toestel nog goed in orde is, wat men bij een goeden fotohandelaar kan laten controleeren en feitelijk komt het in de eerste plaats maar aan op de met ieder toestel noodige ervaring. De ervaring, gepaard aan een weinig goeden smaak, en een beetje „kijk” op het onderwerp, is tenslotte beslissend voor het resultaat van ons fotowerk. ONS GEVOELIG MATERIAAL. Glazen platen. Het is nog niet zoo lang geleden, dat in de fotografie algemeen glazen platen met broomzilver-gelatine emulsie bedekt, door vakman en amateur gebruikt werden. Daar glas echter het nadeel heeft, vooral bij groote formaten en grooter aantal, zwaar te zijn, en bovendien breekbaar, is er gestreefd naar het vervangen van glas door een lichter materiaal. Sedert jaren waren ook reeds in gebruik gevoelige films, doch eerst de allerlaatste jaren is het filmmateriaal, wat de gevoeligheid betreft, op gelijke hoogte gekomen met de platen. Nu echter kan het gebruik van films met overtuiging worden aanbevolen, want allerlei kleinere fouten zijn geheel overwonnen en de kwaliteit van onze tegenwoordige films, zeker van de groote bekende fabrieken, is voortreffelijk. De rolfilm, het aangewezen materiaal voor den amateur. Dit materiaal heeft het voordeel, dat men bij het plaatsen in toestel of chassis, geen donkere kamer noodig heeft. De rolfilm wordt in een aantal verschillende formaten door den fotohandel geleverd. Voor ieder toestel, dat aan de markt is, kan men dit mooie materiaal krijgen. Er zijn verschillende merken, die slechts weinig in karakter verschillen. De amateur kan er op rekenen, dat de film, die hem door een vertrouwd handelaar geleverd wordt, in ieder geval goed is. Het verdient aanbeveling, als men op een bepaalde soort film goede resultaten verkregen heeft, daarbij te blijven. Andere merken zijn ook goed, doch er zijn toch kleine verschillen ; door het telkens wisselen van merk stelt men zich bloot aan onzekerheid, die men beter doet te vermijden. „Even rusten** Mej. ]. Kroes. Pakfilm. Behalve rolfilms. bestaan er ook films in pakken. Deze zijn bestemd om gebruikt te worden in de vroeger beschreven klapcamera’s met een matglas, waarop men het beeld kan instellen. Dergelijke toestellen, die vroeger jaren algemeen in gebruik waren, waren bestemd voor het werken met glazen platen in chassis. Bij deze toestellen werd behalve een aantal chassis voor platen, ook een filmpak-chassis geleverd. Dit is een chassis, wat dikker dan een platenchassis en wel zoo dik, dat daarin voldoende ruimte is voor een filmpak, dat 12 vlakke films bevat. Een goed filmpak-chassis was een belangrijke aanwinst op de klapcamera, omdat men daardoor ontheven was van het bezwaar, telkens een nieuwe chassis met een plaat te moeten inzetten. Het filmpak-chassis is zoo ingericht, dat men vlug na elkaar 12 opnamen maken kan. Een voordeel van het filmpak-chassis tegenover rolfilm is, dat, als men daarmee slechts enkele opnamen gemaakt heeft, men in de donkere kamer de belichte films uit het chassis kan nemen en direct ontwikkelen, kan dan later worden gebruikt. Hiermee is het filmpak in het voordeel van de rolfilm, want bij de rolfilm is het noodig, de film geheel te belichten! voor men tot het ontwikkelen kan overgaan, tenzij men een deei van de film onbelicht laat, waardoor materiaal verloren gaat. Het koopen van gevoelig materiaal. De geheele fotohandel is een handel van vertrouwen. Als men begint te fotografeeren, doet men daarom goed, te informeeren naar een vertrouwd adres en aan dat adres te blijven. De fotohandelaar treedt steeds gaarne als raadgever voor den amateur op en die goede raad is goud waard. Vroeger, toen men nog vrijwel alleen op platen werkte, werd vóór de vacantiereis gewoonlijk de raad gegeven om bij zijn fotohandelaar het noodige gevoelige materiaal te koopen. Tegenwoordig kan die raad ook voor films nog gehandhaafd blijven, temeer daar het filmmateriaal zoo licht is, dat men zonder bezwaar een flinke hoeveelheid op reis in den koffer meenemen kan. Komt men op reis te kort, dan kan men, dank zij de uitmuntende organisatie der foto-industrie, tot zelfs in de kleinste plaatsen van binnen- en buitenland, rolfilms krijgen van de beste merken, in volkomen verschen toestand. Men doet overigens goed, te letten op den z.g. vervaldatum van een film en geen oud materiaal te koopen. Overigens behoeft men bij de eerste klas merken, gekocht aan een vertrouwd adres, niet al te angstig te zijn, want prima films blijven langer goed dan aangegeven. Zelf afwerken of laten afwerken ? Na alles wat besproken werd over toestellen en gevoelig materiaal, nu nog even over het bovengenoemde vraagstukje. De fotografie kan men op verschillende manieren beoefenen en men kan die beoefening in verschillende bewerkingen splitsen. De rechtgeaarde amateur zal er prijs op stellen, niet slechts het maken der opnamen zelf te verrichten, doch ook het ontwikkelen en afdrukken van zijn foto’s. Op deze wijze heeft men het meeste genoegen van zijn werk, doch daarop moet direct volgen, dat het afwerken weer groote ervaring eischt en ook nogal wat tijd. Zeker voor den beginner verdient het daarom aanbeveling, het werk voorloopig door een vertrouwden fotohandelaar te doen verrichten. Die is daarop speciaal ingericht en dank zij zijn ervaring zal het mogelijk blijken om kleine fouten, die de amateur gemaakt mocht hebben, bij het afwerken onschadelijk te maken. Het zelf ontwikkelen en afdrukken eischt ook een donkere kamer met allerlei hulpmiddelen, waarover menigeen niet beschikt. Ook daarom verdient het laten ontwikkelen en afdrukken voor velen wel de voorkeur. Men doet echter goed dit onderwerp in het oog te houden en als men een poosje met het fotografeeren bezig is, zich daarover eenige lectuur aan te schaffen, om te zien of het toch niet gewenscht zou zijn om zelf tot het verrichten van dit mooie werk over te gaan. Heeft „De eerste vacantiedag” C. Rijsemus. „Doorkijk” W. F. Stuart, Goerz Tenax. Dogmar F : 4.5. Diafr. F : 12.5. 1/10 sec. Agfa-filrapak, men daarvoor wat tijd beschikbaar, dan verdient dit zeker aanbeveling, want het geheel zelf afwerken van zijn foto’s is een genot op zichzelf. *) Ouderwetsche camera’s en statief. Hier moet ook nog iets daarover gezegd worden. Deze ouderwetsche camera’s werden gewoonlijk gebruikt op een statief of drievoet, een hulpmiddel, dat helaas meer en meer buiten gebruik raakt, wat vooral daarom te betreuren is, omdat opnamen, met het toestel op het statief gemaakt, over het algemeen meer kans op slagen bieden. Toegegeven moet worden, dat een statief op de wandeling of op een voettocht wel eens hinderlijk kan zijn. Tegenwoordig beschikken we echter over z.g. éénbeen-statieven, wat zeer mooie hulpmiddelen zijn, die ongebruikt, dezelfde rol spelen als een wandelstok. Daar het gebruik van een statief, ook voor de moderne kleine camera, aanbeveling verdient, moet de lezer, die de fotografie serieus wil beoefenen, maar eens inlichtingen bij zijn handelaar vragen over een goed éénbeen-statief. *) Over 't zelf ontwikkelen en afdrukken verschijnt in deze „Fotovreugd serie eveneens een boekje bij de N.V. „Focus” te Bloemendaal. „Ezeltje rijden’ Mevr. K. de Jong Op de wandeling. Een goed amateur-fotograaf fotografeert niet alleen in de vacantie, doch het geheele jaar door. Op iedere wandeling, hoe het weer ook is, heeft hij zijn toestel bij zich om, zoodra hij iets moois ziet, het te kunnen vastleggen. Dat fotografeeren het geheele jaar door, is de beste voorbereiding voor het fotografeeren in de vacantie. Het groote geheim van het maken van goede foto’s is : geregeld werken. Daardoor krijgt men routine en kan men in zijn vacantie een grooten oogst mooie opnamen binnenhalen. Trekken. Wat voor het wandelen gezegd is, geldt ook voor het trekken, die mooie beweging, waardoor de jonge menschen zoo heerlijk genieten van lucht en lichaamsbeweging en beter dan op eenige andere wijze, land en landschap leeren liefhebben. Dat bij iederen trektocht de camera een trouwe metgezel is, spreekt van zelf. Echter, niet alleen het meenemen, maar ook het gebruiken is noodig, om later het volle genot van den trektocht opnieuw te kunnen smaken. Kampeeren. Bij het trekken behoort het kampeeren en dit biedt ontelbare mooie gelegenheden tot het maken van geestige opnamen. Verschillende foto’s in dit boekje geven aardige voorbeelden van hetgeen er gedurende het verblijf in het kamp te fotografeeren valt. Aan den beginner moge hier de raad gegeven worden, liefst niet al te veel personen op één foto te vereenigen, geen eigenlijke groepjes te maken, waarbij de personen naar het toestel kijken, doch de zaak zoo te ensceneeren, dat de modellen ongedwongen met een of anderen arbeid bezig zijn. Ongemerkte opnamen zijn dikwijls het aardigste. Fietstochten. Fietsen is een heerlijke manier van voortbewegen en heeft het voordeel, dat men het veel langer kan uithouden dan wandelen. Uit een oogpunt van de beoefening der fotografie, heeft de fiets echter dit tegen, dat men al te vlug aan een mooi onderwerp voorbijsnelt. Goed opletten is de boodschap en hij die gaarne zooveel mogelijk mooie foto's van de reis meebrengt, zal goed doen in een niet al te groot gezelschap te gaan fietsen, want er zijn sommige menschen, die altijd haast hebben en den serieuzen amateur geen tijd gunnen om rustig het mooiste punt voor zijn opnamen te zoeken. Nog een enkel woord over het meenemen van fototoestellen op de fiets. Heeft men een grooter ouderwetsch toestel, dan drage men het mee op den bagagedrager. Aan deze plaats is echter het bezwaar verbonden, dat het toestel, vooral als men op minder goede wegen rijdt, eenigszins meeschokt, waardoor het mechanisme zou kunnen lijden. Beter is het daarom, een niet te groot toestel in een tasch over den schouder mee te dragen, waardoor het minder aan schokken blootstaat. Een klein en kostbaar toestel draagt men het best op deze manier, of in een jaszak. De auto of de autobus. De auto is wel het gemakkelijkste vervoermiddel, doch ook per autobus kan men soms heerlijke uitstapjes maken. Een aardige mogelijkheid bij het reizen per autobus moet „In ’t Julizonnctje” Mej. Cily Diepen. Zeiss Ikon Ikonta. Mimosa-film. hier echter nog vermeld worden, De bussen rijden gewoonlijk niet zoo snel en de mogelijkheid bestaat om vanuit een rijdende bus mooie opnamen te maken, doch dit vereischt een niet geringe routine in het kiezen van het onderwerp. Grootere toestellen zijn voor dit doel minder bruikbaar, doch ieder toestel 6 x 9 of kleiner, is zeer geschikt. Als bij alle opnamen, komt het er ook hierbij op aan om het toestel gedurende het korte moment der opname volkomen stil te houden. Om de schokkende beweging der autobus zooveel mogelijk te neutraliseeren, gaat men gedurende het maken der opname staan en drukt het toestel zoo tegen de wang, dat het flinken steun heeft en men tevens goed door den zoeker kan zien. Men moet vooruit een beetje oefenen om den sluiter goed te kunnen ontspannen. Men moet er wel op letten, dat bij het maken van opnamen vanuit de autobus, de sluitersnelheid minstens 1/100 sec. moet bedragen, daar men anders kans heeft op onscherpe beelden. Verder moet het uitzicht vrij zijn. Het instellen van het toestel moet geschieden op een afstand van 20 a 30 meter, en men moet er op letten, dat er zich op het moment der opname, geen onderwerpen dichter bij het toestel bevinden. De stand van de zon is ook van belang en onder alle omstandigheden lette men er bij het fotografeeren op, dat men op het onderwerp zonneschijn van terzijde heeft, dus van rechts of van links. Liever niet de zon in den rug en ook niet de zon tegenover het toestel. Onder bepaalde omstandigheden kan dit wel een zeer mooi effect geven, doch de beginner wage zich daaraan liever nog niet. Op de boot. Een boottochtje op een mooie rivier is wel één der heerlijkste vacantiegenoegens. „Brugge” Aug. Gregoire. „Ahornspitze” Henri van Haaren. Zeiss Ikon Bébé 6-9. Zeiss Tessar F : 4.5. Diafr. F : 8.3. Kodak film 1/25 sec. Op de boot zelf is menig aardig geval te snappen, terwijl het verkeer op de rivier en bovenal hetgeen er aan de oevers te zien is, ontelbare motieven bieden, voor het maken van mooie opnamen. Vooral als men een zonnigen dag treft, en mooie stapelwolken voor vulling van den hemel zorgen, kan men op een bootreis een groot aantal opnamen maken. Het fotografeeren op de boot zelf is uiterst eenvoudig en hierbij behoeft men practisch geen rekening te houden met de beweging van het vaartuig, want het onderwerp, d.w.z. een paar personen, beweegt zich niet ten opzichte van het toestel. Dit is wèl het geval met andere schepen op de rivier en ook gebouwen of bergen op den oever. De boot verplaatst zich ten opzichte daarvan en de sluiter moet tamelijk hoog gespannen zijn om onbewogen opnamen te maken. Gelukkig heeft men op het water, zeker in den vacantietijd, overvloed van licht, zoodat er niets geen bezwaar tegen is om den sluiter op 1/100 te stellen, terwijl men nog gemakkelijk een diafragma van F : 9, ja F : 12,5 kan gebruiken. Gebruikt men het meest gevoelige materiaal, dan kan men met F : 9 toch een licht geelfilter gebruiken, waardoor men er zeker van is, mooie teekening in de wolken te krijgen. Ook bij deze opnamen komt het er op aan, dat men het toestel in al zijn bewegingen volkomen beheerscht en voldoende ervaring bezit in het kijken door den zoeker, om op het juiste moment de opname te maken. „Avondwandeling” H. W. Wesselink, Ernemann-camera Agfa filmpak. Diafr. F : 6.3, 1/2 sec. Juli, 18 uur. Opnamen uit den rijdenden trein Hoe wonderlijk het ook den leek moge toeschijnen, ook dit is met onze moderne hulpmiddelen volkomen mogelijk, doch het eischt wat overleg en ervaring. Het spreekt vanzelf, dat men geen luk-raak opnamen maakt vanuit een sneltrein, die met een vaart van 100 kilometer per uur rijdt. De beste gelegenheid voor het maken van opnamen uit den trein is er wel in een heuvelachtig landschap vanuit een boemeltreintje. Door den matigen gang heeft men gelegenheid om goed uit te kijken en een mooi onderwerp te kiezen. Voor dit doel kan men op het balkon gaan staan of ook voor het geopende venster. Men lette daarbij ook weer op den zonnestand, zoodat men niet gehinderd wordt door in de lens vallend licht. Vooral als de trein een bocht maakt of tegen een helling op moet, is de snelheid vaak zoo gering, dat men den sluiter niet hooger behoeft te stellen dan 1/50 sec. Beter is het echter om onder deze omstandigheden steeds maar 1/100 te nemen en het diafragma iets te vergrooten. Alles hangt overigens af van den tijd van het jaar, van den aard van het landschap en ook van het gevoelig materiaal, dat we gebruiken. Ervaring en nog eens ervaring is noodig om onder dergelijke omstandigheden mooie foto’s te maken. Aan zee. Wel nergens is de gelegenheid tot het maken van vele mooie en aprdige foto’s zoo gunstig als aan het strand. Men heeft er een rijkdom van licht en kan dus korte moment-opnamen maken, zelfs met eenvoudige toestellen. Het is niet slechts gewenscht, maar ook noodig, daarvoor een geelfilter te ge- bruiken, omdat aan zee het licht sterk violet is en men daardoor spoedig kans zou hebben op te lange belichting. Gebruik van een filter is ook gewenscht om de teekening in de wolken en in het schuim van de golven goed vast te houden. Onder bepaalde omstandigheden kunnen aan het strand tegenlichtopnamen zeer mooi zijn, doch wil men die maken, dan moet men zich eerst een lenskapje aanschaffen om de lens te beschermen tegen invallend zonlicht. Op dagen met westelijke winden moet men er ook aan denken, dat de lucht aan het strand bezwangerd is met fijne waterdeeltjes, die zich op de lens afzetten en aanleiding kunnen geven tot mislukking der foto s. Direct voor het maken der opname moet men dus de lens even afvegen met een zacht boekje en hetzelfde geldt natuurlijk voor het geelfilter. Is aan zee het toestel niet in gebruik, dan legge men het nooit geopend in een badstoel of nog erger, op het zand ! Dat is zeer gevaarlijk, want het fijne zand doordringt iedere opening en schaadt het mechanisme. Toestel dus sluiten en in de gesloten tasch bewaren. Het toestel mee in de kano. Het kano-varen is een heerlijke sport, die steeds meer wordt beoefend. Het spreekt van zelf, dat de kano-enthousiast van deze tochten ook gaarne foto-herinneringen meebrengt. „Venetië” M. A. I. Kluit. Rolleiflex 3x4. Vanuit de kano zal het af en toe ook mogelijk zijn om een aardig stadje of dorp, aan het water liggend, te nemen. Vanuit de kano zelf is echter het standpunt meestal wat laag. Zeer geschikt is de kano om foto’s te maken van op het water bloeiende bloemen, doorkijkjes op begroeide slootjes en een aardige boerderij, aan het water liggend. Meestal zal het echter beter zijn, de kano aan wal te leggen en dan kampeertafreeltjes en dergelijke te nemen. Het meevoeren van het toestel in de kano verdient nog eenige aandacht. Het spreekt van zelf, dat het toestel volkomen zeker tegen de inwerking van vocht moet worden beschermd. Het toestel kan in het gewone taschje worden meegenomen, doch het verdient wel aanbeveling, om het taschje nog een stuk zeildoek te wikkelen en daaromheen een paar breede elastieken banden te doen. Men moet er ook wel op letten, dat de riem van het taschje op een of andere wijze binnen in de kano bevestigd is, om verloren gaan in het water te voorkomen, als er een ongelukje gebeuren mocht. Tegenwoordig heeft men ook geheel waterdichte gummizakken met klemsluiting, die bij omslaan van de kano blijven drijven. Dat zijn prachtige dingen om onze foto-uitrusting in op te bergen. In de bergen. De verlangens van iederen bewoner van het vlakke land „Den top bereikt' J. de Groot „Een schitterend uitzicht’ Mej. M. Cornelis Kodak Pocket No. 1 A Diafr. I. Kodak film 1/25 sec. FW. -hl n^ar7de he\gei\- \s men 200 Selukkig, een reis naar uitschland Zwitserland of Oostenrijk te kunnen maken, dan wil men ook herinneringen met de camera meebrengen. I rf9d mag ,worden’ dat het fotografeeren van het bergandschap geen buitengewone moeilijkheden met zich brengt als het weer eenigszins gunstig is. Als het regent of als het nevelig is, dan late men het toestel beter in de tasch en wachte zi,n kans at. Bij zonneschijn met mooie wolken zijn de gelegenheden echter ontelbaar. a a Men lette weer zooals bij alle opnamen, op zonneschijn van erzijde, dus niet achter het toestel en slechts als men daartegen door het meenemen van een lenskapje gewapend is, waqe men zich aan schuin tegenlicht, dat zeer mooi kan zijn. eelal meent men, dat in het hooggebergte de belichtingstijden zooveel korter zijn dan in Nederland. Dit is een dwaling en aan ons Noordzeestrand kan men qewoonhjk even kort of nog korter belichten. Voor voettochten in het gebergte verdient een lichte rolfilmcamera met een flinke hoeveelheid films, over verschillende zakken verdeeld, de voorkeur. Om de teekening in de bergen en zoo mogelijk ook in de eeuwige sneeuw goed vast te houden, is het gebruik van goed kleurgevoelige films en een licht geelfilter noodig. Tegen gebruik van een donker filter, vooral in het hoogere gebergte, moet gewaarschuwd worden, omdat men dan kans krijgt op ai te donkere weergave van den hemel, wat zeer onnatuurlijk is. Het geven van den juisten belichtingstijd is een kwestie van routine en aanbevolen kan worden het gebruik van een goeden fotometer. die men vooraf heeft leeren gebruiken Om toch eenige aanwijzing te geven, kan gezegd worden, dat in lente, zomer en herfst, midden op den dag, met het diafragma F :9, een belichtingstijd van 1/100 sec. voldoende zal zijn, waarbij het dan nog mogelijk is, een licht geelfilter op de lens te plaatsen, mits men het meest gevoelige materiaal gebruikt, dat tegenwoordig in den handel is. Men begrijpt, dat deze opgaaf zonder garantie is, want de gevoeligheid der films loopt uiteen en het karakter der onderwerpen kan ook zeer verschillend zijn. Men denke er aan, dat in het algemeen een belichting, die iets te lang is, meer kans geeft op een goed resultaat, dan een belichting aan den schralen kant. Wil men in de dalen fotografeeren en bevat het onderwerp nogal wat groen, dan kan men eveneens met F : 9 en een licht geelfilter, rekenen, dat een belichting van 1/25 sec. ongeveer juist zal zijn. In zwaar begroeide bergkloven zal men merken, dat men met dezen belichtingstijd niet uitkomt. Daarvoor zal men het toestel op het statief moeten plaatsen en al naar den aard van het licht, 1/5, 1/2 of wellicht ook 1 sec. moeten belichten, of, als moment-opname gewenscht is, een grooter, ja soms het grootste diafragma moeten gebruiken. Zekerheid geeft daar alleen een goede fotometer. Op reis ontwikkelen ? Vroeger jaren, toen men gewoonlijk meerdere weken naar een bepaalde plaats ging, was dat eer mogelijk dan tegenwoordig, nu men overal slechts kort blijft. Toch mag over dit onderwerp een woord gezegd worden, want onder bepaalde omstandigheden, vooral als het er zéér op aankomt, dat de opnamen zoo goed mogelijk slagen, zal het ontwikkelen op reis toch wel aanbeveling verdienen. Het ontwikkelen van glazen platen vordert het meenemen van nogal wat hulpmiddelen, doch rolfilms kan men zonder „Gelijk een burcht door men schenhanden gewrocht” A, P. W. van Dalsura Reflex 6.5-9, Zeiss Tessar, Diafr. F : 9. Perutz Braunsiegel plaat Lifa filter 3. 1/25 sec. Auf der „Grawand Alm” Henri van Haaren Zeiss Ikon Bébé 6-9. Zeiss Tessar F : 4.5. Diafr. F: 8.3. Kodak film, 1/25 sec veel moeite ook s avonds of overdag op reis ontwikkelen. Daarvoor zijn in den handel ontwikkelingsdoozen, waarin men de films ~op tijd ontwikkelt en fixeert. De films worden daarin ook uitgespoeld, waarna men ze eruit neemt en te drogen hangt, wat zeer goed op de slaapkamer kan geschieden. Wil men niet zelf op reis ontwikkelen, doch wenscht men eenige zekerheid, welnu, vrijwel overal zijn fotohandelaren gevestigd, die zich met het ontwikkelen van films belasten. Niet overal geschiedt het even goed, want het zijn ~niet allen koks die lange messen dragen”. Een beetje uitkijken wat voor werk men er ziet, geeft gewoonlijk eenige zekerheid. In ieder geval heeft het doen ontwikkelen van een film, onder geheel vreemde omstandigheden opgenomen, het voordeel, dat men daardoor iets te weten komt over den gegeven belichtingstijd, om dien zoo noodig te kunnen veranderen. Hiermee zijn we gekomen aan het eind van ons reisverhaal en mag gehoopt worden, dat de belangstellende lezer daaruit een en ander heeft opgestreken, dat voor hem van waarde is. Is het dan zoo, dat men aan dit boekje eenige goede wenken dankt, vooral als men zijn reisopnamen thuis heeft afgewerkt en vergrootingen heeft gemaakt, dan zal men ongetwijfeld be~ geerig zijn, daarover het oordeel van anderen te vernemen. Is' men geabonneerd op „Focus”, het mooie fotoblad, bestemd voor den meer serieuzen amateur, dan zendt men het best zijn vergrootingen in voor de eerstvolgende prijsvraag en heeft men kans op een waardevolle onderscheiding. In ieder geval heeft men dan het voordeel, zijn foto's met een opbouwende critiek terug te ontvangen. De jeugdige lezers van dit boekje, die waarschijnlijk wel het aardige blaadje ..Fotovreugd" zullen kennen, kunnen hun reisopnamen aan de Redactie daarvan zenden, waardoor zij kans hebben op een bekroning van ƒs. a ƒ 10. , als hun foto in „Fotovreugd wordt geplaatst. Het spreekt vanzelf, dat men zijn reis-opnamen, geheel of niet geheel geslaagd, zoo keurig mogelijk afdrukt en de resultaten daarvan vereenigt in een album, waaronder dan enkele bijzonderheden geschreven worden, die men in latere jaren niet gaarne zou vergeten. Van de beste opnamen maakt men dan vergrootingen, die men gedurende eenigen tijd als wandversiering gebruikt en die het genoegen, gedurende de vacantiedagen gesmaakt, voor altijd in levende herinnering bewaren. „Doorzicht op den Dru” G. Tairra: jßy Voor kleurrijke snelle y opnamen (met de grootste \ zekerkeid tot slagen) maakt men met liet meeste succes óebruxk van O Selochrome lilm. Jjk HET EINDE VAN HET BLIND-FOTOGRAFEEREN Vertegenw. v. Nederl.: Dr. K. Heynderickx, Hugo clc Grootstr. 17a, Oen Haag. Voor Ned.-Indië: N.V. HANDELS VEREENIGING voorL REISS & Co. Socrabaja, Bat avia, Semarang (Java) ; Makassar, Mcnado, Gorontalo (C clcbes) Denpasar (Bali) ; (Lombok) ; Bandjermasin, Samarinda (B orneo) Lees Fotoboeken om vooruit te komen! „DE FOTOGRAFIE VEREENVOUDIGD'’ door ADR. BOER (vierde druk). I let leerboek dat U nooclift Lef f 1.50 „MET VERGROOTEN” door ADR. BOER (tweede druk), Complete Handleiding . . f 2.00 „EOTOCRITIEKJES” door ADR. BOER (tweede serie), De Leste serie besprekingen van foto’s uit Focus, verzameld door Dick Boer f 0.75 „EOTOCHEMICALIËN EN RECEPTEN door J. J. HANSMA. Complete ongave van alle fotockemicaliën met wenken voor kun gebruik. Een groote verzameling betrouwkare recepten. (tweede druk) Ingenaaid ƒ 1.20 Gecartonneerd en doorschoten . . f 2.00 „PORTRETFOTOGRAFIE VOOR DEN AMATEUR’’ door ADR. BOER. Een jachtige cursus in het maken van mooie portretten f 0.60 Complete lijst van uitgaven wordt gaarne verstrekt door N.V. „FOCUS” – BLOEMEND AAL FOTOLITERATUUR GIRO 1688! oiovteucid ie let een I lET FRISSCHE MAANDBLAADJE VOOR JONGE AMATEURS. FOTOVREUGD brengt geestige, licbte artikelen over lotografeeren. FOTOVREUGD bevat veel leerzame amatcurfoto s, waarvan verteld wordt wat er goed en niet goed aan is. FOTOVREUGD beelt een groote vragenbus! FOTOVREUGD looft iedere maand f 35. uit voor de aardigste foto’s die in het blaadje worden afgod rukt* FOTOVREUGD kost I (.tikkeltje (:>er nummer tij iederen fotol landelaar. Jaarabonnement van 12 nos. afgcbaald bij den fotobandclaar f 1. . Franco (Der f)Ost, direct van ons, 1 1.25. Bedrag dan Inzenden aan FOCUS N.V., BLOEMEND AAL N.LL Giro 16881. De jaargang loof)t van 1 Juni tot eind Mei. ) oormlfcoinen in cle ( 'Jologra fie P CJJat (cnvit ooL ?// 1 horwaarcle; cJddessen van goede tijdschriften en hoc Ken. CJ)aarvoor (cunt 71 terecht bij QIM .Au,' óQloetnenclaal