Uerzameld en toegelicht duor D. s. unn zuiDEn □ndEr tnEzicht sn met EEn inleiding uan Dr. H. E. unn BELOER Orchiuaris dEF BEmEentE 's BrauEnhagE Mei EEn plattegrond uan ’s BrauEnhags En SchEUEningEn schaal uan 1 : IQ.OGG enuDn – e. b. unn bqbb zonen – innn ÏÏIST. GEN. HfIfIBSCHE STRnmnnMEn Hist. Gen. 0ct.2424 rijksuniversiteit te utrecht 1764 1014 IN HUN AFKOMST EN BETEEKENIS NAGESPOORD EN TOEGELICHT DOOR :: :: D. S. VAN ZUIDEN :: :: ONDER TOEZICHT EN MET EEN INLEIDING VAN :: Dr. H. E. VAN GELDER :: ARCHIVARIS DER GEMEENTE ’S GRAVENHAGE MET EEN PLATTEGROND VAN ’S GRAVENHAGE EN SCHEVENINGEN AANGEVENDE DE GELEIDELIJKE UITBREIDINGEN TOT HEDEN GOUDA G. B. VAN GOOR ZONEN 1909 HAAGSCHE STRAATNAMEN STOOMDRUKKERIJ KOOH & KNUTTEL – GOUDA. Bij het in het licht geven van dit boekje, dat naar ik hoop welkom zijn zal aan mijn stadgenooten, die er niet slechts een verklaring in zullen vinden voor zoo menigen straatnaam, maar die ook op de kaart de straten~ze)f zullen kunnen opzoeken, en die bovendien nog door haar veelkleurendruk een overzicht hebben van de ontwikkeling en groei van den Haag inden loop der eeuwen, is het mij een behoefte inde eerste plaats mijn hartelijken dank te betuigen aan den gemeente-archivaris, die mij door zijn aanwijzingen en voorlichting dit werk mogelijk maakte, wien het nooit te veel was ook verdere hulp te verleenen waar die werd gevraagd en die ten slotte door het schrijven eener inleiding de waarde en bruikbaarheid van dit boekje zeker zeer heeft verhoogd. Ook de Raad der Gemeente, die dooreen subsidie mogelijk maakte dat de historische kaart aan de uitgave werd toegevoegd, heeft aanspraak op mijn welgemeenden dank, evenals de vereeniging „die Haghe” zonder wier, op alle transportregisters der Haagsche schepenbank, gemaakten klapper zeker zeer veel duister zou gebleven zijn, dat nu is opgehelderd. Een gebruiksaanwijzing te geven is zeker overbodig. Bij elke straat is de naamsafleiding vermeld, behalve bij die waar ze vanzelf spreekt, zooals bijvoorbeeld bij de Scheveningsche straten welke naar verschillende scheepsonderdeelen genoemd zijn. De alfabetische volgorde is die, welke inde officieele gemeenteopgaven gevolgd wordt. De vette letters en cijfers verwijzen naar de vakken op de kaart. D. S. van Zuiden. VOORWOORD. Toen de heer D. S. van Zuiden mij zijn plan mededeelde om een boekje samen te stellen, waarin de oude straatnamen onzer stad zouden worden verklaard en met hulp waarvan men tevens zou kunnen' vinden naar wie de nieuwe straten werden genoemd, en hij mij vroeg om toezicht en medewerking, heb ik dat, tenminste wat het eerste gedeelte van dit plan betrof, gaarne willen doen. Zoo ben ik min of meer verantwoordelijk geworden voor de hierachter gegeven naamsverklaringen. En ik ben er niet rouwig om, eraan te hebben kunnen medewerken dat over heel wat duisters of althans onzekers nu licht op gegaan is. Niet over alles: wij weten nog altijd niet wie de juffrouw Ida was, die aan een straatnaam het aanzijn gaf, noch waarom men het oude Tournooiveld Kneuterdijk is gaan noemen; van de Jan Evertstraat en den Fluweelen Burgwal, van de Uilenboomen en de Kikkerstraat is geen verklaring te vinden; en zoo zijn er nog enkele, maar voor het meerendeel leverden onze nasporingen inde transportregisters van huizen en landen door de voortreffelijke en dankbaar benutte klapper der vereeniging „die Haghe” bruikbaar gemaakt inde chartercollecties op het gemeentearchief en die der Haagsche kloosters op het Rijksarchief en in nog verschillende andere bronnen (Consentboeken der Rekenkamer, Appointementboeken van Burgemeesters enz. enz.) toch wel goede resultaten. Als het meest algemeene resultaat komt wel dit naar voren, dat in verreweg het grootst aantal gevallen, de straatnaam te danken is aan oude eigenaars of bewoners. Wie zou inde Kettingstraat INLEIDING. INLEIDING. den eerzamen notaris Leendert Ketting en in het Kissemstraatje den braven timmerman Dirck Kits vereeuwigd achten, of zoo maar gelooven, dat wij bij de Vos in ’t Tuintje niet aan een of anderen romantischen nazaat van den loozen Reinaert doch eenvoudig aan den tuin van jhr. Hendrik de Vossen te denken hebben? Wie die inde Gortstraat en de Spekstraat de gedachte aan een eenvoudigen burgerpot voelde opkomen zou gelooven, dat wij er aan de familie van der Gort en den schipper op Antwerpen, Jan Speek herinnerd worden? Gaat de poözie er wat af? Is het jammer dat wij niet meer met onzen geestigen Huygens aan de godin Venus denken moeten bij het drentelen inde Veenestraat: „Zie hoe gestadig en druk de meisjes hier doorhenen tripp’len Niet slechts ééne godin der schoonheid maar duizend zijn hier,” doch aan den veenbodem en de oude turflanden van Hollands graven? Het is maar zooals men het nemen wil. Komt er niet juist iets werkelijks, iets eigenaardigs naar voren van het oude, kleine „dorp”, waar ieder iedereen kende en waar men voldoende was ingelicht als men hoorde van Jan Hendricks’straat, omdat ieder wist wie Jan Hendrik was, zooals men later Ketting en Kits, Maes en Stalpert, Elsjemoer en Willem van der Kley kende? Al het gemoedelijke en laten wij het maar erkennen al het benepene ook wel, dat het dagelijksch gedoe onzer voorouders kenmerkte, het spreekt uit zulke namen, en dat heeft toch ook weer de aantrekkelijkheid zijner eigenaardige romantiek. En zoo zien wij ook in die oude namen het dorp van weleer vóór ons komen en groeien, om per slot te worden tot de kleine wereldstad van het heden. Laat mij ter inleiding in enkele trekken die ontwikkelingsgeschiedenis schetsen, roet behulp der hier geboden gegevens en onder verwijzing natuurlijk naar dein dit boekje opgenomen kaart, die in haar verschillende kleuren een overzicht bijzonder gemakkelijk maakt. Zoo één plaats recht heeft om den gravennaam te voeren, dan is het zeker onze stad, ook al bleef zij zich inde eerste eeuwen van haar bestaan bescheidenlijk „die Haghe” noemen. Immers het is aan de Hollandsche graven direct en persoonlijk, dat zij haar aanzijn dankt. Wanneer en waar deze precies tusschen Leiden en ’s Gravezande een jachthuisje gezet hebben, ligt in het duister, maarde overlevering weet te verhalen, dat het aan de noordzijde van de Plaats stond, waar later de herberg „de Zwaan” en tegenwoordig het westelijk deel van Maison de Paris te vinden is. Meer dan een tijdelijk verblijf was het echter zeker niet: de grafelijke woonhuizen waren elders. Toch heeft ten slotte de gunstige ligging van het huisje in „die haghe”, dat is: in het lage hout, in tegenstelling tot „den Houte” het bosch, den graven aanleiding gegeven het dooreen waardiger en duurzamer woning te vervangen. Het was Willem II de ridderlijke Roomschkoning, die er omstreeks 1250 een aanvang deed maken met den bouw van het grafelijk slot, waarvan zijn zoon Floris V het hoofdgebouw voltooide, dat in gerestaureerden vorm nog heden het middelpunt is van den Haag. Het is rondom dat grafelijk verblijf dat den Haag is gegroeid. Terwijl op binnenhof en buitenhof langzamerhand allerlei min of meer belangrijke dienstgebouwen verrezen, begon zich een buurtschap te vormen van landbouwers en werklieden werkzaam voor de gewone en dagelijksche behoeften der hofbevolking. Een onbelangrijk groepje woningen, dat met andere dergelijke buurtschappen als Nieuwveen, Scheveningen, Eikenduinen tezamen Haagambacht vormde. De rekeningen der graven, voor zoover zij bewaard zijn, geven, zij het ook spaarzaam, inlichtingen over dien eersten tijd. Wij zien eruit, dat in 1316 den Haag inde opbrengsten aan den graaf lager stond aangeslagen dan bijvoorbeeld Wateringen, Voorschoten en Monster; dat het grootste deel van de eetwaren, de „provanchie”, die het hof behoefde uit alle deelen van het gewest, ja uit Zeeland en Vlaanderen werd aangevoerd; dat slechts een zeer klein deel der benoodigdheden bij bouw en herstelling van het Hof uit de vlakbij gelegen buurtschap werd betrokken. Er wordt van één huurder van den graaf „upten veen”, twee „upten gheest” en achtte „Eykendunen” gesproken. Maar in 1344 was die bevolking al heel wat uitgebreid: nu vinden wij 100 huurders „up den veen”, d. w. z. ter hoogte van Veenestraat, Hoogstraat en Plaats, en 38 „up den noirtveen”, dat is omstreeks het Noordeinde; voorts 173 „up die INLEIDING. gheest”, inden omtrek der Kerk en het daarachter gelegen deel der stad, waar wij nu den Geest nog vinden; in Eikenduinen daarentegen was het getal der huurders slechts tot 27 gestegen. De buurt om het hof begint dus in belangrijkheid te winnen, ook al stond zij bij de omslagen inde in 1344 geheven bede nog achter bij bijv. Zoetermeer en Zegwaard; hierbij moet men echter in het oog houden, dat de aanzienlijke edelen en ambtenaren van den graaf, die op den grond der graaflijkheid in het Voorhout en later op den Vijverberg hun woonplaatsen hadden, inde lasten niet mededroegen, zoodat dus in werkelijkheid de rijkdom van de bewoners van den Haag wel grooter geweest zal zijn dan van die der genoemde dorpen. Het is kort daarop dat zich de bewoners van het dorp gingen toeleggen op de industrie die wij inde middeneeuwen overal zien opkomen, die der weverij, en zij wisten het daarin zoover te brengen dat toen bijvoorbeeld het Hof in 1386 een groote hoeveelheid laken noodig had voor rouwkleederen omdat de vrouw van hertog Albrecht gestorven was, het grootste deel daarvan door Haagsche lakenkoopers kon worden geleverd. Was het aan enkele dier wevers voor een deel afkomstig uit Vlaanderen waar de industrie reeds toen buitengemeen sterk ontwikkeld was —dat de Vlamingstraat haar naam dankt? Het is een gissing die is te wagen, maarda*- aan hun bedrijf de Raamstraten en de Voldersgracht, het Achterraampje en de Weversplaats herinneren, behoeft nauwelijks gezegd; wij kunnen daaruit echter ook de gevolgtrekking maken dat toen tot daar de bebouwde kom zich uitstrekte omdat de raamvelden voor het drogen der lakens bij voorkeur vlak buiten de plaatsen werden aangelegd. Intusschen was ook naar andere zijden de uitbreiding voortgegaan. Het Spui, (zoo genoemd omdat het de afwatering was van de Beek, die uit de duinen komende langs het Hof was geleid om daar de grachten en den omstreeks 1360 gegraven Vijver van water te voorzien), werd bebouwd, ook wat nu de eerste Wagenstraat is maar toen nog Zuideinde heette, en het eerste deel van het Westeinde. Bij de Kerk, die al in 1311 vermeld wordt, en ongeveer ter plaatse van het tegenwoordig Stadhuis zal het rechthuis van de Schepenen gezocht moeten worden, INLEIDING. immers wij vinden al in 1307 zoodanige personen vermeld, die onder leiding van ’s graven baljuw recht spraken en ook administratieve functies hadden, bijgestaan door den „dorpsclerc”. In 1357 vinden wijde School vermeld, die in 1393 ter bestiering gegeven werd aan het kapittel der Hofkapel. In 1355 werd het St. Nicolaasgasthuis, in 1397 het Klooster in het Voorhout gesticht, in 1359 wordt van het Leprooshuis op ’t Zieken, in 1381 van de Vleeschhal, in 1417 vaneen lakenhal, in 1384 van de Schuttersdoelen gesproken. Behalve lakenhandelaars vinden wij vooral kunstambachtslieden, voor wie zeker aan het Hof nog al wat te werken viel, vermeld, en in 1397 een apotheker, die tevens schrijfgereedschap verkocht, bovendien natuurlijk de gewone ambachtslieden. Men moet zich echter niet voorstellen, dat men geregelde straten vond. De huizen stonden als boerenwoningen zonder eenige orde langs de paden, die modderpoelen of zandhoopen waren naar gelang van het seizoen, vervuild bovendien door al den afval die men er nederwierp en waarin de losloopende varkens en andere dieren naar hartelust hun gading zochten. Maar toch, had men ook vóór omstreeks 1350 het dorp slechts in buurten verdeeld: de „Zuytveen,” de „Noirtveen,” „Up de Gheest,” „bi Noordenhout,” —na dien tijd schijnen de wegen zelf eigen namen te hebben gekregen: zoo vinden wijde Plaats (1352), het Voorhout (1352), de Vischmarkt (1359), de Korenmarkt (1397), het Noordeinde (1353), de Hannewittestraat (nu Annastraat) (1356), de Papestraat (later Nobelstraat) (1373), de Hoogstraat (1380), de Heulstraat (1385), de Molenstraat (1402), de Foystraat of Geest (1411), de Torenstraat (1373), het Westeinde (1403), het Achterom (1347), de Veenestraat (1384), het Spui (1356), de Delfweg (of Zuideinde, nu Wagenstraat) (1399), de Jan Hendrikstraat (1390), de Kerkstraat (later Schoolstraat) (1407), de Vlamingstraat (1381), de Spuistraat (1385). De huizen waren meestal van hout en met riet gedekt; doch reeds hertog Albrecht bevorderde het bouwen met steen, door hem die dat doen wilde met geld of materialen te steunen; doch eerst inde zestiende eeuw en niet zonder aandringen van de magistraat, die vooral het brandgevaar wilde verminderen werd INLEIDING. algemeen ook het rieten dak door zoogenaamd „hard” dak vervangen. De woelingen ten tijde van Jacoba’s regeering waren voor den, onder Albrecht en Willem VI, zoo gestegen bloei van den Haag verre van gunstig, vooral het feit dat het hof niet meer geregeld hier vertoefde deed zich sterk gevoelen. Maar weldra mocht, dank aan de zooveel meer zekerheid en veiligheid biedende regeering der Bourgondische vorsten, de lakenindustrie een nieuwen en nog niet gekenden bloei beleven. Na 145° ongeveer tot inde eerste jaren der zestiende eeuw was den Haag eender belangrijkste industrieplaatsen van Holland, en had zelfs Leiden, de laken-stad bij uitnemendheid, last van hare concurrentie, zij het ook dat de Haagsche drapeniers slechts tweedesoorts laken lieten maken. Tot diep in Duitschland, op de markten der Hanzesteden, reisden de Haagsche lakenkoopers, en een uitgebreide, en niet steeds rustige arbeidersbevolking, die telkens krachtig opkwam voor verbetering harer arbeidsvoorwaarden, gaf een heel ander karakter aan het dorp, vooral wel, doordat dat nu in zijn welvaart niet meer zoo afhankelijk was van de verteringen van het hof. Toch was ook de bloei der draperie niet standvastig: de zestiende eeuw maakte er een einde aan, en bij het begin van den opstand wist men er nog slechts van bij overlevering. Die zestiendeeeuwsche periode, ongeveer beginnende met 1528 toen de benden van Maarten van Rossem het dorp plunderden, is misschien de ongelukkigste tijd voor den Haag geweest. Het aantal huizen, in 1514 nog 1118, wat op een bewoners aantal duidt van 5 a 6000 en dat gelijkstond met steden als Rotterdam (1138) en Hoorn (1118), was achteruitgegaan, en vele bewoners, vooral de meer vermogende, hadden de plaats verlaten. Inde eerste jaren van den opstand had den Haag dan ook veel te lijden als het tooneel van afwisselende bezetting van de eene of de andere partij. Het was zoo erg, de straten bevonden zich in zulk een toestand van vervuiling, dat het Hof van Holland de bewoners der omliggende dorpen gelasten moest iederen dag zes wagens te zenden om den boel te helpen opruimen! Maar dit kon zoo niet blijven. Niet slechts de aanwezigheid der regeeringsgebouwen, ook de gunstige schoone ligging der INLEIDING. plaats, die steeds op den vreemdeling een overweldigenden indruk maakte men denke slechts aan de opgetogenheid der reizende Italianen, die meenden „dat zij zich meten kan met elke mooie en groote stad ergens ter wereld” (d’Aragona in 1517) of haar het „schoonste dorp van gansch Europa” noemden (Guicciardini in 1560) haar uiterlijke aantrekkelijkheid in één woord deed zoodra de toestand inde jonge Republiek eenigszins vasten vorm ging aannemen, de aanzienlijken weerkeeren, en toen eenmaal ook de zetel van provinciaal en landsbestuur er weder voor goed gevestigd was, kon den Haag een nieuw tijdperk ingaan, een tijdperk van ongekenden bloei. Hoe zag den Haag er toen uit? Inde eerste plaats waren gaandeweg de oude huizen door nieuwe vervangen en was de oorspronkelijke ruimte er tusschen meestal volgebouwd. De straten in hun tegenwoordigen vorm, zij het ook door karakteristieker bouwtrant heelwat aantrekkelijker dan onze moderne winkelrijen, waren meestal, tenminste in het midden der plaats, geplaveid. Wat den omvang van den Haag betreft en de straten die het telde, vinden wij een ordonnantie van 1626 welke het in kwartieren verdeelt, en wel inde volgende: Zeven stratenkwartieren: I. Nieuwstraat, Schoolstraat, zuidzijde van het Kerk-hof, Westeinde, Jan Hendrikstraat, Kerk-hof aan de west- en noordzijde tot Hof van Holland (tegenwoordig „de Nederlanden’’). 11. Torenstraat, Zuilingstraat, Geest, Vleersteeg, Dronke- mansstraat, Nobelstraat, de Oude Markt van de Dolfyn tot de Kroon (Driehoekjes en Halstraat). 111. Van de Kroon af de Hoogstraat, Lapstraat, Papestraat en de Markt tot de Nieuwstraat. IV. Noordeinde, Molenstraat, Heulstraat, Hertog(Erik)straatje, Plaats en Kneuterdijk. V. Voorhout, achter de Kloosterkerk en den Dennenweg, de Hooge Nieuwstraat, Vijverberg, Houtstraat, Buiten- hof tot Hof en Spuipoort. VI. Klein en Lang Achterom, Gortstraat, Spuistraat, Poten, Korte Houtstraat. INLEIDING. INLEIDING. VII. Veenestraat, Zuideinde tot aan de Valbrug, ie Wagenstraat, Nieuwe Molstraat, Vlamingstraat, Laan. En vijf grachtenkwartieren: I. Het Spui tot de Turfmarkt, Turfmarkt, Houtmarkt, Brouwersgracht, met de Gracht strekkende van de Bagijnenstraat tot de Houtstraat. 11. Langegracht van Wagenstraat tot Spui, Verwersloot, Voldersgracht, Brouwersloot. 111. Spui van de Turfmarkt zuidwaarts, Schedeldoekshaven, Nieuwe Haven, Ammunitie haven, Bierkade en het Schotsche kwartier (nu St. Jacobsstraat). IV. Groenmarkt (nu Groote Markt), Raamstraat, Raamsloot tot de Burggracht (Anthonis-burgwal) Warmoesstraat (Boekhorststraat), de later Luthersche Burgwal en Pavilloensgracht. V. Fluweelen Burgwal, gracht achter Blijenbrug, Heerengracht. Men ziet, het nieuwbijgekomene vinden wij voornamelijk in de grachtenkwartieren. Op het einde der i6de eeuw was men ermede begonnen en inde eerste jaren der i7de had men het krachtig voortgezet, om aan die zijde van den Haag, welke immers openlag voor de binnenvaart op Delft eener- en Leiden anderzijds, den laaggelegen en eenigszins moerassigen grond met vaarten te doorschieten om zoo het tweeledig voordeel te verkrijgen van geschikte havens voor vracht- en beurtschepen en opgehoogden grond voor bouwterrein. De regeering zelf gaf dit terrein, dat zij eerst onteigend had, wederom aan de liefhebbers uit, zooals uit nog aanwezige plattegronden duidelijk blijken kan. Nog met andere bedoeling waren grachten gegraven, omstreeks 1620. Reeds vaak toch was er op aangedrongen den Haag, den zetel der hooge regeering, door doelmatige versterkingen tegen mogelijke vijandelijke overvallen te beschutten. Tegen omwalling waren echter steeds ernstige bezwaren geopperd, terwijl van de immer naijverige werkelijke „steden” geen medewerking te verkrijgen was om aan den Haag het dorpskarakter te ontnemen. Het mocht ook al geen vertegenwoordiger inde Staten hebben, en moest blijven wat het was. Gelukkig zouden wij zeggen, het INLEIDING. bleef nu zooals Huygens, die „minnaer van [zijn] Haegh” het uitdrukte: Het dorp der dorpen, geen daer yeder steeg een pad is, Maer dorp der steden, een waer yeder straet een stad is! De rondom groene buert; het rondom steenen hout; De boers verwondering, al komt hy uyt het woud; De stémans steedsch vermaeck, al komt hy uyt de mueren Maar iets is er toch gedaan: men heeft den Haag omringd met de grachten, die wij nu nog als de „Cingels” kennen. En dit is van beteekenis geweest omdat deze singels voor zeer langen tijd werkelijk de afsluiting geweest zijn; men heeft het binnenliggende steeds meer bebouwd maar het heeft tot inde i9de eeuw geduurd vóór het bouwen buiten die grachtengrenzen van eenig belang werd. Met één enkele uitzondering die wij zoo aanstonds zullen noemen. Inde eerste plaats dus werd het nog beschikbare deel binnen de grachten bebouwd. Zoo kreeg men de Bierkades, de Veerkades, de Herder- en Herderinnestraten, Oog in ’t Zeil en Katerstraat, omtrent welke men hierachter bijzonderheden vinden kan. Het belangrijkst was wel de royale in 1639 begonnen, van de plaatselijke regeering uitgaande aanleg van de Prinsengracht. Op ruime schaal werd al wat bewesten de toenmalige Groenmarkt lag gekomen ter plaatse waar vroeger het St. Elizabeths Zusterhuis stond onteigend en onder bepaalde voorwaarden weder aan bouwterrein verkocht. Eender voorwaarden was dat er slechts „sierlijke” voorname huizen gezet mochten worden, zooals dan ook voor het eerste gedeelte het geval is. Want het verder gelegen gedeelte was niet zeer intrek en heeft tot inde i8de eeuw onbebouwd gelegen ; het Plofje van Nieuwkoop lag daar langen tijd geheel alléén. Ook benoorden het Westeinde werd druk aan kleinere woningen gebouwd, al bleef de hofstede Kortenbosch daar een groote ruimte innemen die nog zeer lang tuin- en bouwland blijven zou. Het Noordeinde was, tusschen den tuin van het oude Hof en dien van het huis der Wassenaars ingesloten, ook volgebouwd en, aan de andere zijde van het Voorhout, de Dennenweg eveneens. En in 1635 was het Plein, vóór dien tijd een bij het Binnenhof INLEIDING. behoorenden tuin, publiek terrein geworden, langzamerhand ook aan de Noord- en Westzijde bebouwd, terwijl een aanplemping van den Vijver de ruimte gaf voor een verbinding met den Vijverberg en gelegenheid liet voor eene bebouwing met even deftige huizen aan den oostkant van het beroemde watervlak. Het was in het einde der zeventiende eeuw dat het Korte Voorhout ontstond en Princessegracht (reeds aangelegd 1642) en Heerengracht werden volgebouwd. Aan alle kanten groeide den Haag inde eerst wat ruim genomen grenzen, ’t Was in zijn besten tijd, inde dagen van Willem 111, toen Holland middenpunt der Europeesche politiek was en zijn hoogste machtsgroei bereikt had, en den Haag, de residentie der voorname met elkaar in pracht wedijverende gezanten, tal van aanzienlijke vreemdelingen trok en ook uit de Nederlanden zelf de rijksten herbergde, die aan de landsregeering of aan het hof verbonden, er hun vaste woonplaats hebben moesten. Zoo kwam er ook aan aanzienlijke woningen een tekort, waaraan niet voldoende tegemoetgekomen werd door de reeds genoemde aanbouwen. Dus besloot in 1706 het college der Sociëteit een lichaam bestaande uit de afgevaardigden van den Haag en van de verschillende hooge provinciale regeeringscollege’s een deel van de domeingronden aan de Boschzijde in exploitatie te brengen. Zoo ontstond het tweede deel van de Prinsessegracht en de evenwijdige Nieuwe Uitleg, die den naam behouden heeft, oorspronkelijk aan het geheel gegeven. Het aantal huizen dat omstreeks 1625 2400 groot was met ongeveer 15000 bewoners, yerd dan ook in 1665 op 4000 geschat met 25000 bewoners, terwijl de Riemer opgeeft, dat die cijfers in 1730 ongeveer 6000 en 33 34000 bedroegen. Inden loop der 18de eeuw bleef de bevolking min of meer stationnair; maarde laatste jaren dier eeuw en de eerste van de volgende deden het bevolkingscijfer weder dalen. Het waren slechte dagen voor de „stad”, ook al kreeg het dorp van weleer eindelijk dien naam en rang. De stadsfinanciën waren in zeer droevigen staat en de bevolking, door vertrek van velen, vooral aanzienlijken, sterk geminderd, was niet bij machte daarin verbetering te brengen. Eerst langzaam herstelde zij zich na de herkrijging der onafhankelijkheid, toen ook weder de regeering van het nieuwe koninkrijk op en rondom het historische Binnenhof gevestigd werd. Toch kwam het niet verder dan tot herstel: van aanwas en bloei was eigenlijk geen sprake en de kaarten van omstreeks de helft der i9de eeuw vertoonen vrijwel hetzelfde stadsbeeld als die van 100 jaar vroeger. Slechts breidde zich naar den kant van Scheveningen, langs de Zeestraat, en langs het in 1828 als verlenging van de Princessegracht begonnen Kanaal naar Scheveningen, het aantal huizen eenigszins uit, vooral toen na den dood van Willem II het oude koninklijke park een centrum van villabouw werd (nu Plein 1813 en omgeving); iets dergelijks hoewel nog niet eens in die mate zag men langs den Loosduinschen en den Bezuidenhoutschen weg; de minder aanzienlijke buurt, reeds in het eind der iBde eeuw over de Wagenbrug te vinden, groeide ook aan, vooral nadat in 1843 het station van de H. IJ. S. M. was geopend. De belangrijkste veranderingen vond men echter inde binnenstad. Reeds in 1825 had men de Lange (sedert Gedempte) gracht en de St. Anthonies Burgwal gedempt, in 1853 volgden de Fluweelen Burgwal en de Heerengracht, in 1860 en ’6i volgden de Ammunitie- en Scheteldoekshaven, in het volgend jaar een deel van het Spui, in ’6o Luth. Burgwal, Paviljoensgracht en Statenpoort; van wat er overbleef, zou de Prinsengracht het nog 21 jaar uithouden! Ging op die manier van zeer karakteristiek stadsschoon veel verloren, dat het grootste deel van de Beek, die nog onbedekt door het Noordeinde liep, in kokers onder den grond werd geleid, kan geen nadeel geweest zijn. Dit diende ook het verkeer, dat bovendien zijn invloed deed gelden, toen in 1860 de eeuwenoude, zij het ook slechts betrekkelijke, afsluiting van het Buitenhof werd opgeheven door het maken van de Gravenstraat. Maar daarmede komen wij ongeveer in het nieuwe tijdperk, het tijdperk waarin, men kan gerust zeggen min of meer onverwacht, de nu nog steeds waar te nemen uitgroei der stad een begin nam. Het begin viel kort na 1865: de straten rondom het Oranjeplein, die om Plein 1813, die om het Anna Paulowna plein; aan het in bouwlust nog veel sterker tijdperk na 1871 danken wij de, het stadsschoon verre van bevorderende, Zeehelden- en Dichtersbuurt, Indische buurt, Schildersbuurt, en de van den Boschstraten aan het Bezuidenhout. Zoo was het aantal bewoners van 56366 INLEIDING. INLEIDING. in 1840, en 70.242 in 1851, tot 80.694 in 1860, en 81.825 in 1870 gestegen, in 1875 reeds toegenomen tot 90008, in 1880 tot 105.112, in 1885 tot 122.041. In het jaar 1887 alleen reeds was er een stijging met 5297 zielen! Na dat jaar ontstond de buurt om het Koningsplein tot het in 'B7 in gebruik genomen Ververschingskanaal, en die om de Laan van Meerdervoort tot aan de Waldeck Pyrmontkade, terwijl aan alle andere zijden der stad werd voortgegaan met de reeds genoemde aanbouwen. Zoo ontstond aan het Bezuidenhout het kwartier der Gouverneurs-generaal. Het zielental steeg tot 142.572 in 1890. Niet echter dan om als het ware in versnelde pas voort te gaan. In 1895 was een stijging met bijna 40.000 zielen te constateeren en het totaalcijfer 180.454. In 1900 had den Haag 206.023 inwoners en was de Nassaubuurt achter den Dierentuin, een deel van de, naar prinsessen uit het huis Oranje Nassau genoemde, straten aan het Bezuidenhout, de Regentesselaan en omgeving, de Obrechtstraten met wat er bij behoort en in het zuiden inde Schildersbuurt een uitgebreide arbeiderswijk ontstaan. In 1905 was het inwonersaantal bereids gestegen tot 234-454; vooral in het arbeiderskwartier was bijgebouwd, een begin was gemaakt met de Transvaalbuurt terwijl eindelijk ook over den Spoorweg langs den Trekvliet en bij de nieuwgegraven Laakhaven straten waren ontstaan. Maar ook inde buurten der meervermogenden was een groote aanwas. De uitbreiding in het Bezuidenhoutkwartier ging slechts langzaam, maar des te sneller groeide de stad naar de zijde van Scheveningen. Tusschen het Ververschingskanaal en Zorgvliet ontstond een groote wijk die vóór het Stadhoudersplein aan musici haar stratennamen ontleent, en daarachter de herinnering wekt aan de staatslieden der republiek inde eerste plaats de eerste Oranje’s en de raadpensionarissen, moge ook al de grootste dezer laatsten nog steeds daarbij ontbreken! En aan de overzijde van het Kanaal langs Nieuwe Parklaan en Badhuisweg groeit een villakwartier aan welks straten naar geschiedschrijvers zijn genoemd. Ook het laatste tijdperk bracht op de reeds genoemde punten een voortzetting der bebouwing, en ook al liep die tijdelijk de bevolkingsaanwas iets vooruit —, toch was deze op 1 Januari 1909 gegroeid tot 259.012. *) Wij hebben in het voorgaande nog slechts terloops gesproken vaneen bepaald en zeer eigenaardig deel dezer gemeente: het visschersdorp en de badplaats Scheveningen. Opzettelijk, immers voor de laatste 20 jaren mogen ook ddar de groei gedeeltelijk gelijke oorzaken hebben gehad als die van den Haag-zelf, inde vroegere geschiedenis, toen de afstand tusschen het visschersdorp en de grafelijke residentie in elk opzicht zooveel grooter was, beheerschten andere invloeden de ontwikkeling in het eerste. Scheveningen, dat wij het eerst tegenkomen ineen oorkonde van 1284, is dus zeker even oud, en waarschijnlijk wel ouder dan den Haag. In elk geval was het inden beginne wat grooter. Maar die verhouding is niet lang zoo gebleven: het visschersdorp, slecht beschermd tegen de gevaren die de nabuurschap van de zee medebracht, kon zich moeilijk staande houden. Herhaaldelijk werd het bij hevige stormvloeden geteisterd. Zoo werd in 1470 een groot deel van het dorp met de kerk in zee verzwolgen, en hetzelfde lot onderging in 1570 al wat benoorden de toen gespaarde kerk stond. De, inde vischvangst een weinig ruim en ongetwijfeld onzeker bestaan vindende, bevolking kwam dergelijke rampen dan ook slechts met heel veel moeite en niet zonder hulp van buiten weer te boven. Het spreekt van zelf dat van groei en uitbreiding weinig sprake kon zijn. Dit werd eerst langzamerhand anders toen de ontwikkeling van den Haag in de i7de eeuw oorzaak was, niet slechts dat men voor de gevangen visch een goede afzetmarkt vond, maar ook, dat het dorp-zelf „een vermaeck” werd voor de inwoners van den Haag en vooral voor de vreemdelingen, iets dat door het aanleggen van den grooten straatweg (in 1663) zeer werd inde hand gewerkt. Maar hier dient toch de nadruk gelegd te worden op het zeer langzame van den groei. Slechts inde achttiende eeuw is er nog al druk gebouwd. Wij zien in deze periode ook in Scheveningen hetzelfde ver- *) De grenzen der gemeente ’s Gravenhage werden ten koste der aangrenzende gemeenten gewijzigd door de volgende wetten*. 24 April TBB4 (Wassenaar), 31 Dec. 1900 (Rijswijk), 31 Dec. 1902 (Loosduinen), 16 Juli 1907 (Voorburg en Wassenaar). INLEIDING. INLEIDING. schijnsel als vroeger inden Haag: dat de nieuwe straten hun namen ontleenen aan oude eigenaars of bewoners, zoo: Marcelisstraat, Smidsslop, Jankistenslop, Molenslop, dat eigenlijk Molenyserslop is, en Frankenslag. De „Fransche tijd” was voor het dorp al evenmin gunstig als voor de naburige stad, en de klacht over armoede en achteruitgang weerklonk luide. De voorwaarden voor betere tijden werden eerst vervuld toen men van den Haag uit trachten ging Scheveningen te helpen. De eerste poging in 1828 begonnen, maar eerst in ’sS voltooid was het graven van het Kanaal; door den langen duur van den aanleg liet ook het succes op zich wachten. Gelukkiger was men met het Badhuis, dat, op initiatief van den Scheveninger J. Pronk opgericht, weldra door de gemeente als stedelijk badhuis werd geëxploiteerd. Dit bracht extra bedrijvigheid naast de altijd eenigszins wisselvallige visscherij, en later ook de voordeelen van geregelde verkeerdiensten. Maar het tegenwoordig Scheveningen dateert toch pas van later tijd. In 1883 begon de Mij. „Zeebad Scheveningen” de exploitatie van het voorheen stedelijk badhuis als een voor een wereldbadplaats ingericht Kurhaus, en het feit dat dit gelukte, deed aan de badplaatszijde van het dorp niet slechts de villawijken ontstaan, maar ook ter weerszijden van het als binnenhaven gebruikte Kanaal een wijk van arbeiderswoningen, die vooral inde jaren na 1900 zéér is toegenomen. Van Scheveningen uit begon men nu naar den Haag toe te bouwen, langs den Ouden Weg, langs de Parklaan, langs den Badhuisweg. Het Van Stolkpark, aangelegd in 1882 had reeds vroeger het voorbeeld gegeven. Vooral achter den Scheveningschen Weg bouwde men druk en inden laatsten tijd is niet slechts langs de Stadhouderslaan, maar ook reeds langs de Frederik-Hendriklaan aansluiting met de van den Haag uit begonnen bouw verkregen. Aan den anderen kant van het dorp is echter het zoogenaamde Belgische Park naar de zijde van den Haag nog vrij wel geïsoleerd ; maarde aansluiting naar de zijde van het Kurhaus zoo goed als voltooid. Dit alles hangt dus samen met de ontwikkeling van Scheveningen als badplaats eenerzijds, en met die van den Haag anderzijds, immers de zeelucht en de nabijheid van „de Boschjes” doen vele INLEIDING. Hagenaars hun woonplaats naar den Scheveningschen kant verleggen. Maar het eigenlijke dorp is nog meer visschersdorp dan badplaats. Met een, in Nor. 1904 gereedgekomen, haven had men gehoopt een bloeitijdperk voor de visscherij te zullen kunnen in het leven roepen. Er schijnen echter aan de haven bezwaren verbonden te zijn die dit succes verhinderen. Niettegenstaande dat is de visscherij nog van groote beteekenis en neemt zij zelfs in belangrijkheid toe, zoodat ook in het eigenlijke visschersdorp aan de zijde van haven en vuurtoren een niet onbelangrijke aanbouw valt waar te nemen. Is het noodig, ten slotte, voor den snellen groei onzer gemeente een verklaring te geven ? Zij ligt voor de hand genoeg. Het is er nog juist zoo mede als inde dagen van Jacob van der Does, die ter inleiding van zijn in 1667 verschenen gedicht „’s Gravenhage” schreef: „Hier ziet ghy in het kleyn ’t juweel van Nederlandt, „Den Haeg, de woonplaats en ’t verblijf der oude Graven, „Die voor Vierhondert Jaer het Hof van ’sGravesandt „Hier brachten en haer Volck hier recht en Wetten gaven, „Van dien tydt af begon die plaets in macht en eer „Te groeyen en haer hooft met luyster op te steecken; „Van dien tydt af begon de werelt meer en meer „Van haer cieraet en van haer heerlyckheit te spreecken, „Soo wier ’t een Lusthof van Europa, soo begon „Een ieder in die plaets te planten en te bouwen, „Die, mits sy ’t in vermaeck van alle plaetsen won, „De menschen niet alleen kon locken, maer oock houwen.” Het is er in onze dagen niet minder op geworden. De groote voordeelen welke de ligging van den Haag biedt, de aanwezigheid van bosch en duinen, de nabijheid van Scheveningen, sedert 1883 als wereldbadplaats in exploitatie gebracht, de enorme verbetering in het verkeer zoowel inde stad als naar buiten, maken afzonderlijk en tezamen onze stad aantrekkelijk als woonplaats voor ieder, die vrij is in het kiezen van de plaats, waar hij zich vestigen wil, terwijl een zich steeds uitbreidend ambtenarencorps, minder INLEIDING. vrijwillig maar wellicht even gaarne, zich hier vestigt. Dit brengt bedrijvigheid en daarmede nieuwe bewoners, ook een groote arbeidersbevolking om te voorzien inde behoeften van allerlei aard, niet het minste voor de groote eischen van gas, electriciteit, water, vervoerwezen. In voortdurende wisselwerking gaan al deze factoren voort te zorgen voor een niet ophoudenden stroom van nieuwe bewoners, die den op zichzelve niet geringen stroom van vertrekkenden blijft en zal blijven overtreffen. En zoo strekt dan ook het in 1909 ingediende, in opdracht van den gemeenteraad door den architect Berlage ontworpen, „Uitbreidingsplan” om den groei inde toekomst te leiden langs banen, die meer waarborg bieden voor een gelijkmatige en practische ontwikkeling dan het toeval, dat tot nu toe nog zooveel mede te spreken had en dat vooral inde eerste perioden van den nieuwen tijd, tusschen 1870-1890, zoo ontzettend veel heeft bedorven. Zoo zet de toekomst van den Haag wel gunstig in, en het zal niemand verwonderen dat wij met denzelfden wensch voor haar onafgebroken groei en bloei besluiten als waarmede reeds voor twee en een halve eeuw Huygens het hiervoor genoemde gedicht van van der Does begroette: „Bedijdt, schoon ’s Gravenhaeg, in all’ aensienlickheden, Werdt grooter dan ghij zijt en alle grootre steden!” Mei 1909. H. E. VAN GELDER. Adelheidstraat, iste, van Bezuidenhout naar J. v. Stolberg- laan, (1885). F 7, F 8 2de, vanj. v. Stolbergplein naar Voorburg. F 8 Genoemd naar den eersten voornaam van H. M. de Koningin-Moeder, Adel- heid Emma Wilhelmina Theresia van Waldeck Pyrmont, geb. 2 Aug. 1858. Agnesstraat, v. W. v. Outhoornstr. naar J. v. Stolberglaan, (1908). Genoemd naar F 8 den tweeden voornaam van Albertina Agnes, Prinses van Oranje, dochter van Prins Frederik Hendrik, geb. 29 April 1634 te ’s-Gravenhage, gest. 24 Mei 1696 te Oranjewoud, gehuwd met Willem Frederik, graaf van Nassau, Stadhouder van Friesland, de stammoeder van het huis Oranje-Nassau. Albertinestraat, van Theresiastr. naar W. v. Outhoornstr. (1908). Genoemd naar F 8 den eersten voornaam tan Prinses Albertine Agnes, zie Agnesstraat. Alexanderplein, van Javastr. naar Laan C. van Cattenburch. Genoemd naar D 5 Prins Willem Alexander Frederik Konstantijn Nicolaas, tweeden zoon van Koning Willem 11, geb. 2 Aug. 1818, gest. in 1848 te Madeira. Achterom, van Spuistraat naar Kettingstraat (1356). D 7 Uiteen bevelschrift van Willem V van Beyeren van 1356 blijkt dat het Achterom toen reeds bebouwd was. Zijn naam dankt het aan de ligging achter Hof en Hofgracht. Het werd ook vaak Achterstraat genoemd. Alexanderstraat, van Mauritskade naar Javastraat, D 6 Zie Alexanderplein. Amaliastraat, van Oranjestraat naar Mauritskade (1883). D6 Genoemd naar Prinses Amalia, eerste gemalin van Prins Hendrik, broeder van Koning Willem 111. Aangelegd tegelijk met de Paleis- en Oranjestraten. Amalia van Solmsstraat, van Theresiastraat naar Louise de Colignyplein. (1898). pg Genoemd naar Amalia van Solms, geb. 1602, gest. 1675, gemalin van Stadhouder Prins Frederik Hendrik. Wij danken aan haar bouw en verfraaiing van het Huis ten Bosch (Oranjezaal). Ammunitiehaven, van Spui naar Nieuwe Haven. (c. 1597). D 8 De gracht, die kort vóór 1597 gegraven werd, is in het jaar 1860 weder gedempt. Haar naam ontleent zij aan het daar ter plaatse in 1598 gebouwde ammunitiemagazijn. Ampèrestraat, van Valkenboschlaan naar Edisonstraat. A 6 Genoemd naar André Marie Ampère, wis- en natuurkundige. Vooral bekend door zijn onderzoekingen op het gebied der electriciteit en van het magnetisme, geb. 22 Januari 1775 te Lyon. gest. 10 Juni 1836 te Marseille. Amstelstraat, van Maasstraat naar Lekstraat (1880). E8 Genoemd naar de rivier de Amslel. Anna Paulownaplein, i. h. midden v.d. Anna Paulownastr. (1898). Genoemd naar q g Anna Paulowna, gemalin van Koning Willem 11, dochter van Paul I, Czaar van Rusland, geb.* 19 Januari 1795, gest. 1 Maart 1865 op Buitenrust aan den Scheveningsche weg. Anna Paulownastraat, van Piet Heinplein naar Oude Scheveningsche weg, zie Anna Paulownaplein. Q 6 Anna van Buerenstraat, v. J. v. Stolbergl. n. Charl. de Bourbonstr. (1898). pg Genoemd naar Anna van Bueren eerste gemalin van Prins Willem I, met wien zij huwde in rssr, gest. 24 Maart Anna van Saxenstraat, v. 3e v.d. Boschstr. n. Adelheidstr. (1898). Genoemd naar F 8 Anna van Saxen tweede gemalin van Prins Willem I, met wien zij in rsöi huwde. Het huwelijk werd in rs7r ontbonden. Zij was de moeder van Prins Maurits. Annastraat, van Hoogstraat naar Oude Molstraat (1356). D7 Deze straat komt reeds voor in onder den vollediger naam van Hanne Wittestraat naar zekere Hanne Witte, die daar een huis bezat. Reeds inde rsde eeuw wordt zij Lapstraat genoemd, waarschijnlijk in verband met het bij het St. Nicolaas staande grafelijke wanthuis of lakenhal. Apendans, van Korte Poten naar Heerenstraat. (r678). D 7 Inde protocollen van Notaris W. van der Hoven komt op 28 October r678 voor „een huysinge inde Poten alwaer de Apendans is uythangende.” Het is het meest waarschijnlijk, dat de straat naast dit huis gelegen aan dit uithangbord haar naam ontleent. Approchestraat, van Spui naar Bierstraat (r677). D7 Dit straatje ontleent haar naam aan een herberg van ouds genaamd „de Approche van Hulst” welke daar in T740 nog aanwezig was. Het straatje zelf vinden wij reeds vermeld in 1677. (Zie ook Slingelantstraat.) Archimedesstraat, v. L. v. Meerdervoort n. Groot-Hertoginnelaan. Genoemd naar A 5 Archimedes, beroemd wis- en natuurkundige, geb. in 287 voor Chr. te Syracuse. Hij kwam o. a. tot de slotsom dat een lichaam bij onderdompeling ineen vloeistof zooveel aan gewicht verliest als de er door verplaatste vloeistof weegt. Deze zijn „wet van Archimedes” bracht een groote ommekeer te weeg in het bepalen van het soortelijk gewicht van lichamen. Assendelftstraat, van Westeinde naar Varkenmarkt. C 7 Ontleent haar naam aan Het geslacht van Assendelft, door welks bezittingen zij liep. Ook wel voorkomende als Lorrestraat (zie aldaar). In het jaar 1460 vinden wij deze straat reeds vermeld. Bestraat werd zij echter eerst in 1617. De familie Assendelft behoorde tot de voornaamste van den Haag en had hare woning in het Westeinde waar thans de Engelsche legatie gevestigd is en voor deze de Spaansche. Atjehstraat, van Bankastraat naar Kanaal (1881). E5 Genoemd naar Atjeh, het Noordelijkste deel van Sumatra-Hoofdplaats Kotta-Radjah. jB. Bagijnestraat, van Lange Poten naar Kleine Bagijnestraat (1609). D 8 Ongeveer daar ter plaatse stond het St. Maria in Galilea klooster. De naam Bagijnestraat komt voor het eerst voor in 1609. Kleine Bagijnestraat, van Spui naar Kalvermarkt. D8 Zie Bagijnestraat. Bakhuizenstraat, van Delftschelaan naar Ruysdaelstr. (1899). B8 Genoemd naar Ludolf Bakhuijzen, Nederlandsch zeeschilder, geb. te Emden *631, gest. te Amsterdam 1708. Bakkerstraat, van Gedempte Sloot naar Breedstraat. C 7 Voor 1899 heette deze straat Ledig erf en werd toen op verzoek der bewoners, waarom vermochten wij niet te ontdekken, Bakkerstraat gedoopt. Balistraat, van Javastraat naar Sumatrastraat. E 5 E 6 Genoemd naar Bali, een van de kleine Soenda eilanden gelegen inde Nederl.-Indische Archipel ten Oosten van Java. Bankaplein, Kruispunt Riouwstraat en Bankastraat (1883). D5 Genoemd naar Banka, eiland inde Nederl-Indische Archipel ten Oosten van Sumatra. Bankastraat, v. Laan C. van Cattenburch n. Kerkhoflaan (1874). Zie Bankaplein, q g Banstraat, van Sweelinckplein naar Gr. Hertoginnelaan (1893). Genoemd naar g g Joan Albert Ban, Nederlandsch componist uit de eerste helft der j6de eeuw. Barentszstraat, van Piet Heinstr. naar Hugo de Grootstr. (1878). Genoemd naar C 6 Willem Barentsz. die met Jacob van Heemskerck in 1596 langs de Noordelijke Ijszee Indië trachtte te bereiken. Zij werden echter met hunne schepen door het ijs ingesloten en waren genoodzaakt op Nova Zembla te overwinteren onder tal van ontberingen. Hij stierf 20 Juni 1597, zonder zijn vaderland teruggezien te hebben. Bassenstraat van, van Parallelweg naar Hoefkade (1885). C 9 Genoemd naar Bartholomeus van Bassen, architectuurschilder en bouwmeester, geb. omstreeks 1590, gest. te ’s-Gravenhage 1652. Batjanstraat, van Atjehstraat naar Delistraat (1886). E5 Genoemd naar Batjan inde Moluksche Zee. Bazarlaan, van Bazarstraat naar de Ruyterstraat. D 6 Genoemd naar de Groote Koninklijke Bazar inde Zeestraat, opgericht in 1848. Bazarstraat, van Zeestraat naar Trompstraat, D 6 zie Bazarlaan. Beeklaan, van Loosduinsche weg naar Hoeve Kranenburg. A 5 Genoemd naar de Beek, die inde duinen ontspringt en door den Haag naar de Hofvijver loopt. In het begin der igie eeuw 'komt deze laan daar reeds voor. Lange Beestenmarkt, van Prinsegracht naar Zuidwal. C 8 Deze straat is aangelegd omstreeks 1680, en werd ook de Nieuwe Breestraat genoemd. Geruimen tijd was daar de Veemarkt, en zoo komt deze straat ook vaak voor onder den naam Nieuwe Ossemarkt. Korte Beestenmarkt, van Laan naar Prinsegracht. C 8 Zie Lange Beestenmarkt. Benoordenhoutscheweg, van Koningskade naar Haagsche Bosch. . E 7 Deze weg ontleent zijn naam aan zijn ligging benoorden het Hout (Bosch) in tegenstelling met het Bezuidenhout, hij komt zeer vroeg reeds onder dezen naam voor. Beijerstraat, van Paul Krugerplein. A 8 Genoemd naar den Boeren-commandant Beijer, bekend uit den laatsten Transvaaloorlog. Bezemstraat, van St. Jacobstraat naar Gedempte gracht. D 8 Vroeger en nog in 1681 genaamd „Oude groen” hoewel in 1644 een huis inde Bezemstraat genoemd wordt. Bezuidenhoutscheweg, v. Heerengracht tot grens v. Wassenaar. E 7, F 7, G 7 Deze weg dankt zijn naam aan zijn ligging bezuiden den Hout (Bosch). Hoewel als weg reeds zeer vroeg bekend, einde x4de eeuw, was zij slechts schaars bebouwd tot ongeveer 1880. Bierkade, van Wagenstraat naar Spui. (1616). D8 De gracht aan deze kade werd gegraven in het jaar 1616. Volgens de keur van 4 Juli 1616 was het slechts in huizen gelegen aan dezen gracht, geoorloofd „de neeringe van biersteeken uitte oefenen na Mei 16x8. Hieraan isdusdenaam ontleend. Dunne Bierkade, van Wagenstraat naar Paveljoensgracht. D 8 Vroeger genoemd Korte of Kleine Bierkade. Hier was de verkoopplaats van het z. g. dunne bier. Zie verder Bierkade. Bierstraat, van Amsterdamsche Veerkade naar Bierkade. D8 Zie Bierkade. Bilderdijkstraat, van Veenkade naar Elandstraat (1877). C 6, C 7 Genoemd naar Willem Bilderdijk, eender grootste Nederlandsche dichters. Hij woonde geruimen tijd te ’s Gravenhage, geb. te Amsterdam 7 Sept. 1756, gest. te Haarlem 18 Dec. 1831. Billitonstraat, van Bankastraat naar Borneostraat (1879). D5 Genoemd naar het eiland Billiton gelegen tusschen Banka en Borneo inde Indische Archipel. Binckhorstlaan, loopt vanaf den Schenkweg langs de Binckhorst. Genoemd naar de aan den Trekvliet gelegen oude ridderhofstede de Binckhorst. gjq gjj Binnenhof, gelegen tusschen Buitenhof en Plein. D 7 Oorspronkelijk de, inde onmiddellijke omgeving van het omstreeks 1250 gebouwd grafelijk slot, binnen muren en poorten omsloten hof, waar langzamerhand de gebouwen voor de verschillende grafelijke diensten ontstonden. Sedert de graven inde 15d' eeuw niet meer of slechts zelden op het kasteel woonden huisvestten zij verschillende regeeringscollegiën, welke ontwikkeling tot heden is voortgezet, nu ook al de particuliere woningen, kantoortjes enz., die gaandeweg waren aan- en tusschengebouwd, weder zijn verwijderd. Blankenburgstraat van, ie, van ie Sweelinckstr. naar Waldeck- Pyrmontkade (1893). B 5 2de v. Koningin Emmakaden. 2de Sweelinckstraat. (1895). C 5 Genoemd naar Quirinus van Blankenburg, organist van de Nieuwe Kerkte ’s Gravenhage, geb. omstreeks 1660, gest. na 1739. Bleekerslaan, van Westeinde naar Prinsegracht. B 7 Deze laan komt voor in 1661 onder den naam Geweldigerslaan. Omstreeks 1640 vinden wij melding gemaakt vaneen laanken van de Princegracht tot in het Westeinde voorbij de blijckerije welke omstreeks 1640 is gemaakt. Bleijenburg, van Heerengracht naar Casuaristraat (1718). D7 In 1609 vinden wij vermeld dat Jacob Pieterse, tuinman, verkoopt aan Jan Marcuss, timmerman „een erff ofte thuijn gelegen ’t eynde ’t Oosteynde van outs genaemt de Pooten, in de weyde gecomen van Jhr Cornelis van Bleyenburch”. Aan dien ouden bezitter ontleende het geheele land, gelegen tusschen tegenwoordige Houtstraat en Princessegracht, zijn naam, en toen kort voor 1718 de er door loopende Bleijesloot werd gedempt, werd de straat, die ontstond, eveneens zoo genoemd. Bloemstraat, zijstraat van de Veenkade. C 7 Binckhorststraat, van Schenkweg naar ie v.d. Boschstraat. E 8 Zie Binckhorstlaan. Boekhorststraat, van Groote markt naar Zuidwal. C 8 De grond, waar deze straat thans loopt, werd in 1640 aan den Magistraat van ’s Gravenhage verkocht door Vrouwe Alijdt van der Duijn, weduwe van den Raadsheer Amelis van den Bouckhorst. Voor dien tijd werd het eerste gedeelte, dat echter ook, en zelfs later nog Warmoesstraat heette, reeds aangeduid onder den tegenwoordigen naam, welke zich dus om zeer begrijpelijke reden ook over het volgende gedeelte uitstrekte. Boerhavestraat van Trekweg naar van Leeuwenhoekstr. (1889). Genoemd naar q g Hermanus Boerhave, wereldberoemd hoogleeraar inde geneeskunde aan de Universiteit te Leiden, geb. te Voorhout den 31 sten December 1668, gest. te Leiden den 23sten September 1738. Ter zijner nagedachtenis is te Leiden een standbeeld opgericht. Bonistraat, van Riouwstraat naar Malakkastraat. (1881). D5 Genoemd naar Boni, een staatje gelegen op het Zuidelijk Schiereiland van Celebes. Boomsluiterskade, komt uit aan Boomsluiterswater. E9 Uiteen keur van 1654 blijkt dat hier de boomsluiter woonde, die „den boom” bediende welke in het water lag, om dit voor de van Delft komende schuiten zoo noodig af te sluiten, voor al met het oog op de heffing der invoerrechten. Boomsluiterswater, v. Z. O. Buitensingel n. Boomsluiterskade. Zie Boomsluiterskade. g g Borneostraat, v. Laan C. van Cattenburch n. Riouwstr. (1878). Genoemd naar Borneo, het grootste der eilanden van den Nederl. Indischen Archipel. D 5 Bosboomstraat, v. Jakob Marisstr. n.Jacob van Campenpl. (1896). Genoemd naar Johannes Bosboom, bekend schilder en etser, geb. 18 Febr. 1817 te ’s Gravenhage, huwde in 1851 met Mejuffrouw A. L. G. Toussaint, gest. 14 Sept. 1891 te ’s Gravenhage. C g Vandenßoschstraat, ie v.Bezuidenh.n.Schenkst. (1868). F7, F8 2de van ~n-3de v.d.Boschstr.(iB6B). F7, F 8 3de ~ Engelsche kerk tot Adelheidstr. (1898). F 8 Genoemd naar Johannes van den Bosch, Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indie en daarna Minister van Koloniën. Hij bewoonde later het huis „Boschlust’’ aan het Bezuidenhout te ’s Gravenhage, alwaar hij 28 Januari 1844 stierf. C 8 Boterstraat, van Groote Markt naar Prinsegracht. Genoemd naar het daar in 1681 gestichte Boterhuis, thans nog de Boterwaag. Zij komt 'ook wel voor onder den naam Zusterstraatje, blijkbaar als herinnering aan het vroeger ter plaatse van de Groote Markt staande aan St. Elizabeth gewijde nonnenklooster. Bothastraat, van Paul Krugerlaan naar de la Reijkade. A 7 Genoemd naar Louis Botha, eender helden uit den Transvaal-oorlog in 1900, geb. 27 September 1862 te Greytown in Natal, thans ie minister van Transvaal-Kolonie. Van Brakelstraat, v. Witte de Withstr. n. Prins Hendrikstr’(iBB2). Genoemd naar C 6 Jan van Brakel, zeekapitein. Onder bevel van Cornelis de Witt maakte hij den beroemden tocht naar Chatham mede en onderscheidde zich daar door het stukvaren vaneen ketting, over de Theems gespannen, waardoor o. a. de overwinning der onzen verzekerd was. Brandtstraat, vanaf Paul Krugerplein. A8 Genoemd naar Jan Hendrik Brandt, die voor het eerst in 1866 gekozen werd tot President van den voormaligen Oranje-Vrijstaat, en nadien nog 4 malen; geb. te Bloemfontein 1833, gest. te Kaapstad 1888. Breedstraat, van Geest naar Noordwal. C 7 Deze straat is aangelegd tusschen de jaren 1642 en 1646. Brouwersgracht, van Prinsegracht naar Hoogezand, C 8 Deze gracht werd gegraven kort voor het jaar 1650. Gedempt werd zij in 1904. Haar naam ontleende zij aan de „Brouwerije van de Roode Leeuw” welke daar gelegen was, en die wij in dien tijd vermeld vinden. Brouwerstraat, van Kalvermarkt naar Turfmarkt. D 8 In het begin der i6de eeuw werd aan de Turfmarkt een brouwerij opgericht aan welke de sloot haar naam ontleende. De sloot werd echter reeds vóór 1634 gedempt en heette toen reeds Brouwerstraat, hoewel ze nog 30 jaar later ook als „Gevolde Brouwersgraft” voorkomt. Kleine Brouwerstraat, van Kleine Bagynestr. naar Turfmarkt. Zie Groote Brouwerstraat. D 8 Brueghelstraat, van Ruysdaelstr. naar van v.d. Vennestr. (1897). Genoemd naar het Vlaamsche schildersgeslacht Brueghel waaruit Pieter de Oude (1525—69), Jan de Oude (1568—1625), Jan de Jonge (1601—1678) en Pieter de Jonge (1564—1638) het meest bekend zijn. B 8 Brugmansstraat, ligt in het Laakkwartier. D 10 Genoemd naar Antonius Brugmans, Nederlandsch natuurkundige, Hoogleeraar te Groningen, geb. 1732, gest. 1789. Buitenhof, van Gravenstraat naar Binnenhof. B 7 Het Buitenhof was de tuin of Hof buiten de poorten van het 'Grafelijke slot en ongeveer even oud als het Binnenhof. Fluweelen Burgwal, v. Nieuwe Markt n. Heerengracht (1626). Deze Burgwal was al bekend in 1626 en werd gedempt in 1853. Het is ons niet mogen gelukken de oorsprong van zijn naam te vinden. D g 'Gedempte Burgwal, van Wagenstraat naar Pa viljoensgracht. D 8 Omstreeks het midden der xsdc eeuw was deze gracht, toen genaamd Burchgraft, later St. Anthonies Burgwal de zuidelijke grens van den Haag. Gedempt in 1825. Luthersche Burgwal, van Ged. Burgwal naar Groote Markt. C 8 Met het graven dezer gracht werd begonnen in 1614, zij werd toen genoemd Raemwatering of Burgwal. Gedempt werd zij in 1860. Zijn tegenwoordigen naam, waaronder hij sedert ïÓ9S voorkomt, ontleent hij aan dein 1620 daar gebouwde Luthersche kerk. Van Bylandtstraat, van Newtonstraat naar Columbusstraat. B 6 Genoemd naar Willem Frederik Graaf van Bylandt, generaal. Inden slag van Waterloo en inden tiendaagschen veldtocht onderscheidde hij zich bijzonder, geb. 5 Juni 1771. o. Cantaloupenburg, van Prinses Mariestraat naar Kerkstraat. D 6 Deze naam werd in 1874 aan deze straat gegeven, waarschijnlijk ter herinnering aan een zoo genoemden buitenplaats. Carel Reinierszkade, loopt vanaf Bezuidenhoutscheweg. G 7, G 8 Genoemd naar Carel Reiniersz. geb. te Amsterdam in 1602, werd in 1650 Gouverneur-Generaal van Nederlandsch Indië, gest. 18 Mei 1653. Carpentierstraat, de van Bezuidenhout n. Theresiastr. (1896), genoemd naar Pieter de Carpentier, geb. omstreeks 1588 te Antwerpen, was Gouverneur-Generaal van Nederlandseh-Indiê van 1623 tot 1627, gest. 1659 te Amsterdam. F7, F 8 Cartesiusstraat, van Regentesselaan naar Beeklaan (1896). A 6 Genoemd naar René Descartes (Cartesius), eender hervormers der wijsbegeerte. Hij woonde verscheidene jaren in ons land, geb. 31 Maart 1596 te Lahaye in Touraine, gest. 11 Februari 1650 te Stockholm. Cartesiusdwarsstraat, v. Cartesiusstr. n. Regentesselaan (1898). Zie Cartesiusstraat. A 6 Casuaristraat, van Prinsessegracht naar Lange Houtstraat. E 6 Deze straat vinden we vermeld in 1613 onder den naam Sterlingstraat naar zekeren Pieter Sterlincx, die daar ver- Buijs Ballotstraat, loopt van Valkenboschlaan naar Edisonstr. Genoemd naar A 6 Christophorus Henricus Didericus Buijs Ballot, bekend metereoloog. In 1854 werd hij Hoofd-directeur van het Nederlandsch Metereologisch Instituut te Utrecht, geb. te Kloetinge 10 October 1817. gest. 3 Februari 1890 te Utrecht. schillende perceelen bezat. Haar naam Casuaristraat, ontleent zij aan het in deze straat staande huis „van ouds genaamd de Casuaris”, dat wij in 1635 vermeld vinden. Celebesstraat, van Timorstraat naar Bankastraat (1881). D5 Genoemd naar Celebes, één van de groote Soenda eilanden in de Indische Archipel. Celsiusstraat, van Noorderbeekstraat naar Weimarstraat. A 6 A 7 Genoemd naar Anders Celsius, Zweedsch natuur- en sterrenkundige geb. te Upsala den 27*“ November 1701. Hij voerde een honderddeeligen schaal in voor den thermometer welke nog algemeen gebruikt wordt, gest. 25 April 1744. Charlotte de Bourbonplein, van Schenkstraat naar Charlotte de Bourbonstraat. Pg Genoemd naar Charlotte de Bourbon, gemalin van Prins Willem den Zwijger. Zij stierf ten gevolge der vermoeienissen van de verpleging van haar gemaal nadat hij door Jean Jaurequi te Antwerpen gewond was, den Mei 1582. Charlotte de Bourbonstraat, van Juliana van Stolbergplein naar Schenkweg (1898). py Zie Charlotte de Bourbonplein. Chasséstraat, van Koningin Emmakade naar Conradkade (1884). Genoemd naar g g David Hendrik Baron Chassé, generaal, verdediger van den Citadel van Antwerpen gedurende den Belgischen opstand 1830—1831, geb. 18 Maart 1765 te Tiel. gest. 2 Mei 1840 te Breda. Christiaan Bruningsstraat, van Hoefkade naar van Limburg Stirumstraat. D g Genoemd naar Christiaan Brunings, waterbouwkundige. Verschillende groote werken werden door hem uitgevoerd. Hij was de leermeester van Conrad, geb. 1736 te Necharau, gest. 1805, te ’s-Gravenhage. Christiaan de Wetstraat, van Paul Krugerlaan n. d. la Reykade. Genoemd naar a 7 Christiaan Rudolf de Wet, eender dapperste Boeren generaals uit den Transvaal oorlog. Hij was het vooral die, den guerilla tot het laatste toe volhield, en eender weinigen die zich tegen het Vredesverdrag te Vereeniging verklaarden. Thans is hij lid van den Uitvoerenden Raad, geb. 7 Oct. 1854 in Oranje-Vrij staat. Cilliersstraat, van Steynlaan naar Scheeperstraat. A 8 Genoemd naar Charles Cilliers een van de voornaamste onderbevelhebbers van Commandant Andries Pretorius, bij den slag van Bloedrivier 16 December 1838, waarbij het leger van Dingaan volkomen vernietigd werd. Columbusstraat, van Suezkade naar Valkenboschplein (1894). Genoemd naar A 6, B 6 Christoforus Columbus, ontdekker van Amerika in 1492, geb. te Genua in 1446 of 1447, gest. in Spanje 23 Februari 1526. Conradkade, van Marnixkade naar Laan van Meerdervoort. B 6 Genoemd naar Frederik Willem Conrad, Hoofdingenieur van den Waterstaat. Hij ontwierp plannen voor verschillende groote werken en had een werkzaam aandeel bij het doorgraven van de landengte van Suez, geb. te Spaarndam 15 Februari 1800, gest. te München 1 Februari 1873. Copernicusplein, kruispunt v. Valkenboschlaan en Copernicusstr. (1895)- A 6 Genoemd naar Copernicus, de grondlegger der nieuwere astronomie, geb. 19 Februari 1473 te Thorn in Pruissen, gest. in Mei 1543 te Frauenburg. Copernicusstraat van Regentesselaan naar Fahrenheitstraat. A 6 Zie Copernicusplein. Cornelis Speelmanstraat, v. Schenkw. n. ie v.d. Boschstr. (1894). Genoemd naar E 8 Cornelis Jansz. Speelman Gouverneur-Generaal van Nederl.- Indië van i6Br—r684, geb. 3 Maart T628 te Rotterdam gest. 13 Januari r684 te Batavia. Cornelis van der Lijnstraat, loopt vanaf Bezuidenhout. G 8, G 9 Genoemd naar Cornelis van der Lijn Gouverneur-Generaal van Nederl.-Indie *645—I6s° geb. te Alkmaar in het begin van r6oo. Na zijn terugkeer in het Vaderland was hij verscheidene malen burgemeester van Alkmaar. Da Costastraat, van Veenkade naar Witte de Withst. (r878). Genoemd naar C 6, C 7 Isaac da Costa, bekend Nederlandsch dichter, geb. te Amsterdam r4 Januari gest. te Amsterdam 28 April 1860. In de Nieuwe Kerkte Amsterdam is voor hem in 1906 een gedenkteeken opgericht. Cronjéstraat, van Paul Krugerlaan naar de la Reykade. A 7 Genoemd naar Pieter Arnoldus Cronjé bekend Boerengeneraal geb. in r835. Hij was eender aanvoerders die, r Januari r 896 Jameson met zijn troep gevangen namen bij Krugersdorp. Ook inden laatsten oorlog trad hij tot zijn gevangenneming zeer op den voorgrond. Cuijpstraat, van Hoef kade naar Parallelweg (r889). C 9 Genoemd naar Aelbert Cuijp, beroemd landschap- en dierschilder, geb. te Dordrecht, rÓ2o, gest. te Dordrecht 1691. Korte Cuijpstraat, van J. Catsstraat naar J. van Campenplein. Zie Cuijpstraat. C 9 JD. Daendelsstraat, van Bezuidenh. n. Valentijnstr., (1890). Genoemd naar E7, E8 Herman Willem Daendels, Generaal en Gouverneur-Generaal van Neder).-Indië van rBoB tot r6 Mei rBrr. O. a. liet hij den grooten weg door Java aanleggen, waardoor de duur van een reis door Java van 40 op 6 k 7 dagen werd teruggebracht; Daguerrestraat, van Franklinstraat naar Beeklaan (1895). A6 Genoemd naar Louis Jacques Mandé Daguerre, Fransch schilder en uitvinder van de naar hem genoemde Daguerréotypie, de voorlooper der photografie; geb. in 1789 te Corneilles, gest. in 1831 te Parijs. Damstraat, van van Zusterstraat naar Roozenburg, (1896). B7 Genoemd naar Claes van Dam, waarnemend Baljuw van den Haag in 1571. Danckertstraat, van Stadhouderslaan naar 2de Sweelinckstraat. Genoemd naar B 5 Ghiselinus Danckerts, Nederlandsch toonkunstenaar. Leefde omstreeks 1559; geb. op het eiland Tholen. David Blesstraat, van Vaillantlaan naar Hoefkade, (1899). Genoemd naar 89, C 9 David Joseph Bles, bekend Haagsch schilder; geb. te ’s-Gravenhage 20 Sept. 1821, gest. te ’s-Gravenhage 3 Sept. 1899. Deimanstraat, ligt in het Laakkwartier. D 10 Genoemd naar Johan Rudolph Deiman, geneesheer, lijfarts van Koning Lodewijk Napoleon, schrijver van verschillende natuurkundige werken; geb. in 1743, gest. in 1808. Delftsche laan, v. Z.W. Buitensingel n. Paul Krugerlaan (1900). Genoemd naar de stad Delft. B 8 Delistraat, van Bankastraat naar Kanaal (1888). Ë 5 Genoemd naar Deli een rijkje op de Oostkust van Sumatra. Hoofdplaats Medan. Denneweg, van Vos in Tuinstraat naar Mauritskade. D6, D 7 De Denneweg was reeds bekend in het jaar 1337; de naam beteekent holle weg. Ook de tegenwoordige Schenkweg (Binckhorstlaan) komt oudtijds voor onder den naam Denneweg of Deenewech 1433. geb. te Hattum 21 Oct. 1762, gest. 2 Mei 1818 op de kust van Guinea. Diemenstraat, van van Wittede Withstr. naar Laan v. Meerdervoort (1882). B6 Genoemd naar Anthony van Diemen, was van 1635—45 Gouverneur-Generaal van Nederlandsch IndiS, geb. te Kuilenburg in 1593, gest. te Batavia 19 April 1645. Doedijnstraat, van Hannemanstr. tot Jacob v.Campenplein(lBBs). Genoemd naar q g Willem Doedijn, kunstschilder. Hij was de oprichter van de Academie waarvan hij meermalen directeur was, geb. te s Gravenhage in 1630, gest. aldaar in 1697. Doelenstraat, van Korte Vijverberg naar Lange Houtstr. D 7 Deze straat ontleent haar naam aan de beide schuttersdoelen die van St. Joris en die van St. Sebastiaan, langs wier oefenterreinen zij liep; in 1607 vinden wij voor het eerst een huis vermeld „inde oude Doelstrate”. Doubletstraat, van Paviljoensgracht naar Looyerstraat. C 8 Ongeveer op de plaats dezer straatwas in 1615 aan de Singelgracht gebouwd het fraaie lusthuis van den heer Joris Doublet, Ontvanger-Generaal. De later op diens grond aangelegde straat werd naar hem genoemd. Drebbelstraat, van v. Musschenbroekstr. naar Jan v.d. Heydenstr. Genoemd naar D jq Cornelis Jacobsz. Drebbel, beroemd wis- en natuurkundige, tevens plaatsnijder. Vooral bekend is hij door verbeteringen, die hij aan de thermometers, brillen en microscopen aanbracht. Ook vervaardigde hij een schip waarmede men onder water varen kon; geb. te Alkmaar in 1572, gest. te Londen in 1634. Driehoekjes, Pleintje tusschen het Raadhuis en Oude Molstraat. C 7 In 1450 voorkomend als „een dropgen huysen dat op hem selven staet” werd het huizenblok later naar zijn eigenaardigen vorm „de Vierhoekjes” genoemd en kreeg de eromheenloopende straat denzelfden naam, die echter inden loop der tijden in „Driehoekjes’ veranderde. In 1907 werden de huizen afgebroken en ontstond het pleintje. Dunklerstraat, van Stadhouderslaan naar 2de Sweelinckstraat. Genoemd naar B 5 Franpois Dunkler, Kapitein Muziek-Directeur van het Staf- muziekkorps van het Regiment Grenadiers en Jagers te ’s-Gravenhage, geb. te Namen in 1812, gest. 16 September 1878. van der Duijnstraat, van Stationsweg naar Oranjeplein (1864). Genoemd naar D 8 Graaf A. F. J. A. van der Duijn van Maasdam. Met van Hogendorp en van Limburg Styrum stelde hij zich in 1813 aan het hoofd der omwenteling, geb. te Deventer 13 April 1771, gest. te ’s-Gravenhage 19 December 1848. van Dijckstraat, van Hobbemastr naar Hoefkade, (1879). Genoemd naar C 8, C 9 Anthonie van Dijck, beroemd Vlaamsch portretschilder, geb. te Antwerpen 22 Maart 1599, gest. te Londen 9 December 1641. Edisonstraat, van Beeklaan naar Valkenboschlaan. A6 Genoemd naar Thomas Alva Edison, Amerikaansch uitvinder. Tot zijn belangrijkste uitvindingen behooren wel de electrische gloeilamp en de phonograaf; geb. 10 Januari 1847. Eeckhoutstraat, van v. Ossstraat naar Oudshoornstraat. C 9 Genoemd naar Jacob Joseph Eeckhout, Nederlandsch schilder; geb. te Amsterdam in 1821, gest. te Parijs in 1861. Elandstraat, van Toussaintkade n. Waldeck Pyrmontkade,(iBBB). Genoemd naar B 6, C 6 Cornelis Eland, bekend kaartenteekenaar en graveur, die o. a. in 1665 een kleine en in 1680 een zeer groote kaart van ’s-Gravenhage vervaardigde. Eliasplein, ligt op het kruispunt van de Eliasstr. en Deimanstr. Genoemd naar D 11 Pieter Elias, lid van den Hoogen Raad, Natuurkundige; geb. 1805, gest. te ’s-Gravenhage in 1878. 2 Eliasstraat, ligt aan den Rijswijkschen weg. D 11 Zie Eliasplein. Elsemoerstraat, van Gedempte Spui naar Lage Zand. D 8 Deze straat komt in 1612 voor onder den naam Paretstraat, (zie aldaar) waar Pieter Paret een erf had dat hij verkocht aan Hendrick Claess Bert, schoenmaecker. In 1623 vinden we deze straat vermeld onder den naam „Elsemoerstraetge”, waarvan wijden naamsoorsprong niet konden vinden. Emmastraat, ie. v. Bezuidenhout n. Juliana v. Stolbergpl, (1885). F7, F 8 2e. vanaf Juliana van Stolbergplein (1898). F 8 Genoemd naar de tweede voornaam van H. M. de Koningin Moeder. Zie Adelheidstraat. Engelenburgstraat, van Loosduinsche weg naar Paul Kruger- [laan (1900). Genoemd naar g de buitenplaats Engelenburg, die ter plaatse van dit stratencomplex stond. F. Fagelstraat, van Koningstraat naar Oranjeplein (1864). C 8 Genoemd naar Jacob baron Fagel, Nederlandsch Staatsman. Met Perponcher werd hij in 1813 afgevaardigd naar Engeland om den Prins van Oranje, later Koning Willem 1 de Souvereiniteit aan te bieden; geb. 1767. gest. 1835. Fahrenheitstraat, van Loosduinscheweg naar Valkenboschlaan. Genoemd naar A5, A 6 A7 Gabriel Daniël Fahrenheit, Duitsch natuurkundige. Hij’ vestigde zich in ons land. Bekend is zijn schaalverdeeling van den thermometer, geb. te Dantzig in 1686 gest. 1721. Falckstraat van Oranjeplein naar Parallelweg (1870). C 9 Genoemd naar Anton Reinhardt Falck, Nederlandsch Staatsman, geb. te Fannius Scholtenstraat van Oranjeplein naar Hoef kade (1884). Genoemd naar D 9 Mr Cornelis Antony Fannius Scholten een van de leiders der omwenteling in 1813. geb. te Amsterdam in 1767 gest. te ’s-Gravenhage in 1832. Ferdinand Bolstraat, v. Parallelweg naar Frans Halsstraat (1899). Genoemd naar B 9 Ferdinand 801, Nederlandsch portretschilder leerling van Rembrandt. geb. te Dordrecht in 1616 gest. te Amsterdam in 1680. Fischerstraat van Scheepersstraat naar Kuipstraat. A 9 Genoemd naar den Transvaalschen Staatsman Fischer, die met Wessels en Wolmarans het driemanschap vormde, dat moest trachten de bemiddeling der Mogendheden te verkrijgen inden laatsten Zuid-Afrikaanschen oorlog. Valentijnstraat, van Schenkweg naar Juliana van [Stolbergplein (1894). Genoemd naar E 8, F 8 Frangois Valentijn, letterkundige en Godgeleerde. Verschillende godsdienstige geschriften werden door hem in het Maleisch vertaald. Zijn voornaamste werk was echter van geschiedkun- digen aard en getiteld Oud en Nieuw Oost-Indie. Geb. te Dordrecht in 1656, gest. te ’s Gravenhage in 1727. Franklinstraat, van Newtonstr. naar Regentesselaan (1894). B6 Genoemd naar Benjamin Franklin, Amerikaansch staatsman en schrijver. Hij was in lateren tijd gezant te Parijs. Vooral bekend is zijn uitvinding van den bliksemafleider; geb. bij Boston 17Januari 1706, gest. 17 April 1790. Frans Halsstraat, van Jacob Marisstr. n. Wouwermanstr. (1899). Genoemd naar B 9, C 9 Frans Hals, Nederlandsch portretschilder, geb. te Mechelen Utrecht 19 Maart 1777 gest. te Brussel 16 Maart 1843. Hij was na 1813 secretaris van Staat en later meermalen gezant en minister. in 1584, gest. te Haarlem in 1666, waar voor hem een stand' beeld werd opgericht. Frederikstraat, van Mauritskade naar Javastraat. D 6 Genoemd naar Prins Frederik der Nederlanden, zoon van Koning Willem I, geb. 28 Februari 1797, gest. 8 Sept. 1881 te ’s Gravenhage. Hij was de Groot-Meester Nationaal der Nederlandsche Vrijmetselarij. Fronemanstraat, v. Herman Costerstr. n. Schalk Burgerstr. Genoemd naar A 8, B 8 den Boeren Commandant Froneman bekend uit den Transvaal oorlog. Fultonstraat, van Beeklaan naar Marconistraat, A6 Genoemd naar Robert Fulton, de eerste die een practisch bruikbaar stoomschip bouwde, geb. te Little Butain (Amerika) in 1765, gest. te New York 24 Februari 1815. Fijnjekade, ligt in het Laakkwartier, D 10 Genoemd naar H. F. Fijnje of Fijnje van Salverda, waterbouwkundig ingenieur. Verschillende groote werken, werden door hem uitgevoerd, geb. 1797, gest. te Nijmegen 2 Juli 1889. Gr. Gabriël Metsustraat, van Wouwermanstr. n. Vaillantlaan (1899). Genoemd naar B 9 C 9 Gabriel Metsu, Nederlandsch genre schilder, geb. te Leiden omstreeks 1615, gest. te Amsterdam na 1650. van Galenstraat, van Piet Heinstr. naar Prins Hendrikstr. (1879). Genoemd naar q g Jan van Galen, Nederlandsch Zeeheld. Inden eersten Engelschen oorlog versloeg zijn eskader de Engelschen op de hoogte van Livorno. Hij zelf ontving een zware wond, waaraan hij 23 Galileistraat, van Regentesselaan naar Beeklaan (1895). A6 Genoemd naar Galileo Galilei, Italiaansch natuurkundige. Met een zelf vervaardigde telescoop, deed hij interressante ontdekkingen betreffende den loop der hemellichamen. Zijn stelsel overeenkomende met dat van Copernicus was zoo in strijd met de toen heerschende denkbeelden, dat hij voor een geestelijke rechtbank ter verantwoording geroepen werd, geb. 15 Februari 1564 te Pisa, gest. 8 Januari 1642 te Arcetri. Qalvanistraat, van Archimedesstraat naar Beeklaan. A 5 Genoemd naar Luigi of Aloisio Galvani Italiaansch natuurkundige. Hij en zijne vrouw kwamen in 1786 of 1789 bij toeval tot de ontdekking van het naar hem genoemde Galvanisme geb. 9 September 1727 te Bologna, gest. 4 December 1798. Gaslaan, van Loosduinscheweg naar Newtonstraat. A 7 Genoemd naar de gasfabriek, waartoe deze laan o. a. toegang geeft. Genoemd naar Gedempte gracht, van Wagenstraat naar Hofspui. D 8 In het jaar 1560 komt ineen ordonnantie voor de Laan, loopende van de westzijde van het Spui tot het Zuideinde over de St Anthoniesbrugge. Zij liep zuidelijk langs een gracht, die voorkomt onder den naam Lange gracht. Deze kreeg na de demping in 1825, haar tegenwoordigen naam. Gedempte sloot, van Noordwal naar Slijkeinde. C 7 Geest, van Korte Hoogstraat naar Slijkeinde. C 7 Omstreeks 1400 nog Foystraat genoemd, komt deze straat kort daarna, in T419, onder den tegenwoordigen naam voor. Als eender hoogst gelegen gedeelten van den Haag, wat de naam die „hooge zandgrond” beteekent ook aanduidt, was hij reeds vroeg bebouwd. Maart 1653 overleed. Zijn lijk ligt inde Nieuwe Kerkte Amsterdam begraven, geb. in 1604. Geldelooze Pad, vanaf Voorburgstraat. q 9 £? g Dit wegje komt reeds voor in 1654, wanneer een tuin en tuinhuisje staande op het Geldelooze Pad buiten den Zuidsingel bij de Delftsche schuiten vermeld wordt. Gerard Doustraat, v. Z. Buitensingel n Jan van Goyenstr. (1895). Genoemd naar g g Gerard Dou, Nederlandsch kunstschilder leerling van Rembrandt geb. te Leiden 7 April 1613, gest. te Leiden 9 Februari 1675. Gerard Reijnststraat, van Bezuidenhout naar Rijklof van Goens- straat, (1894). Genoemd naar q 7 Gerard Reijnst, eender oprichters van de O. I. Compagnie en de tweede Gouverneur-Generaal van Nederl. O. Indie, van 1614-15, geb. te Amsterdam, gest. in 1615 op Java. Gerbrandstraat, van Raamstraat naar Groote Markt. D8 Wij vinden vermeld dat in 1610 verkocht werd aan „Garbrant Willemsz. stoeldraaier, een thuijn off erve westwaarts nevens het huijs van den kooper inde Groenendaelstraet.” Het is dus waarschijnlijk dat de straat genoemd werd naar dezen Garbrant Willemsz. temeer waar zij onder haar tegenwoordigen naam kort na dat tijdstip voorkomt. de Gheijnstraat, van Hondiusstraat naar Beeklaan (1887). A7 Genoemd naar Jacob de Gheijn, graveur en schilder, bekend is zijn gravure, de zeilwagen van Simon Stevin met Prins Maurits, geb. te Antwerpen in 1565, gest. te Haarlem in 1615, Glasblazerslaan, van Lange Beestenmarkt naar Zuidwal. C 8 Dit straatje ontleent zijn naam aan het glashuis waarin eerst Heuck, daarna de Voix en later le Sage meesters glasblazer van omstreeks rÓ7o tot 1712 hun bedrijf uitoefenden en dat op den hoek ervan, aan den Z.W. Binnensingel stond. Godonstraat, van Lamgroen naar Nieuwe Haven. o 8 Genoemd naar Alexander Ph. Godon, oud-wethouder van ’s Gravenhage, die zich als lid van den Raad van Bestuur, bijzonder verdienstelijk heeft gemaakt voor de Ambachtschool, die aan deze straat gelegen is, geb. te Utrecht 8 Januari 1816, gest. n December f899 te ’s Graven hage. van Goghstraat, van Zusterstraat naar Rozen burgstraat (1896). Genoemd naar B 7 de houtkooperij van de heeren van Gogh a. d. Loosduinschen weg. Gortmolen, van Korte Groenewegje naar Oranjeplein. C 8 Genoemd naar den grut of gortmolen, die reeds op de kaart van 1570 daar ter plaatse voorkomt. Gortstraat, van Spuistraat naar Kettingstraat. D 7 Dit straatje, dat in 1453 voorkomt als St. Pieterstraatje (zie aldaar) en ook later nog zoo genoemd werd, ontleent zijn tegenwoordigen naam, die reeds in 1569 gebruikt werd, echter aan de familie van der Gort, die op den hoek gedurende meer dan een eeuw een huis bezat. Gravenstraat, van Groenmarkt naar Buitenhof (1861). D7 Deze straat is nog eerst van jongen datum en gemaakt in 1860, geopend 17 Nov. 1861. Zij werd genoemd naar de graven tot wier Buiten- en Binnenhof zij toegang geeft. ’s-Gravenzandelaan, van Z. W. Buitensingel n. Steynlaan (1898). Genoemd naar B 7 het dorp ’s-Gravenzande in het Westland. Groenendalstraat, van Raamstraat naar Luth. Burgwal. D 8 Deze straat komt reeds voor in 1610. Haar naamsoorsprong konden wij niet vinden. Groenesteinstraat, van Zusterstraat n. Loosduinsche kade (1896) Genoemd naar B 7 de vroegere buitenplaats Groenestein, nu het liefdadigheidsgesticht Schiefbaan-Hovius. Groenewegje, van Stationsweg naar Zieke. D 8 Deze weg wordt bet eerst vermeld in het jaar 1634. In hetzelfde jaar vinden wij dat den i7dcn Maart Jacob Ariëns van Groenewech, schuytenvoerder, twee huizen en erven annex de anderen koopt tegenover „de Biercay”. Niet onwaarschijnlijk ontleent dus deze weg zijn naam aan dezen persoon. Korte Groenewegje, van Stationsweg naar Koningstraat. D 8 Zie Groenewegje. Dagelijksche Groenmarkt, van Gravenstr. n. Riviervischmarkt. Dit plein komt onder den naam Visch- en Korenmarkt voor jn het jaar 1397. Als markt vinden we deze plaats reeds vermeld in oorkonden van het jaar 1337. Inde i7de eeuw werd de naam Warmoes- of Dagelijksche markt de meer gebruikte. D 7 Groote Markt, tusschen Schoolstr., Luth. Burgwal en Prinsegracht. Op deze plaats bevond zich het Groote of St. Elizabethsklooster dat in 1584 bij den brand van de Vlamingstraat voor een groot deel afbrandde en in 1614 geheel werd afgebroken, wanneer de plaats voor Markt werd bestemd. C 8 Groot-Hertoginnelaan, v. Laan v. Meerdervoort n. Beekl. (1893). Genoemd naar A 5, 85, C 5 Sophie van Nassau, zuster van Koning Willem 111, Groot-Hertogin van Saksen-Weimar, vroegere eigenares van Zorgvliet, die belangrijke stukken grond afstond voor den aanleg van deze straat. n. Haagpoort, van Gedempte Gracht naar Spuistraat. D7, D 8 Dit straatje ontleent zijn naam aan den toegang uit de Spuistraat tot de door de vollers en verwers gebruikte terreinen, speciaal tot de Verwersloot, die later Brouwersloot heette; en na de demping werd de naam Haagpoort uitgestrekt tot het geheele straatje, hetwelk in 1642 onder dien naam voorkomt. Groote Halstraat, van Groenmarkt naar Driehoekjes. D 7 Deze straat komt inde i5de eeuw veelal voor onder den naam Gasthuissteeg, naar het daar ter plaatse door Albrecht van Beyeren gestichte St. Nicolaas Gasthuis (in 1908 afgebroken). In het jaar 1544 werd de vleeschhal gesticht op den oosthoek van de Hoogstraat. In 1615 werd de kapel van het St. Nicolaas Gasthuis gekocht en tot vleeschhal ingericht. Deze bleef tot het jaar 1860 bestaan, toen zij verbouwd werd tot politiebureau. In het jaar 1908 werd een aanvang gemaakt met de verbreeding van de Halstraat. De naamsoorsprong is duidelijk. Halstraat, van Groenmarkt naar Buitenhof. D 7 Deze straat ontleent haar naam aan dein 1544 gebouwde eerste vleeschhal. Zie Groote Halstraat. Hamerstraat, van Paveljoensgracht naar Boekhorststraat. C 8 Deze straat, die omtrent 1620 werd aangelegd, werd genoemd „het slop van den houten hamer”. Daar wij vermeld vinden dat 4 Januari rÓ2S Jacob Pietersz. d’Hamer, boekdrukker, een huis en erf koopt inde Warmoesstraat bezuiden de Nieuwe Groenmarkt, ten Z. en W. den verkooper, ten N. en O. de Heerstraat, dus inde bedoelde straat eigendommen bezat, is het waarschijnlijk dat de straat aan dezen persoon haar naam ontleent. Een in deze straat nog aanwezige gevelsteen met een hamer en het jaartal 1685 heeft de herinnering aan den naam levendig gehouden. Tot 1885 heette deze straat Hamerslop. Hannemanstraat, van Ravesteynstraat n. Doedijnstraat (1886). Genoemd naar . C 9 Adriaan Hanneman, Nederlandsch portretschilder; geb. te ’s-Gravenhage in röoi of ióir, gest. 1668 of 1669. Hartingstraat, ligt in het Laakkwartier. D 10 Genoemd naar Pieter Harting, Nederlandsch Zoöloog, Hoogleeraar aan de Universiteit te Utrecht van rB4Ó tot 1875; geb. 27 Februari 1812 te Rotterdam, gest. 3 December 1885 te Amersfoort. Hartogstraat, van Noordeinde naar Kneuterdijk. D 7 Dit straatje komt reeds in 1566 voor onder den naam Hertog Erick straatje, omdat op den hoek van den Kneuterdijk en dit straatje het huis stond van Hertog Erick van Brunswijk. De volksmond verkortte den naam tot Hartogstraatje. De straat komt ook voor als Stinksteegje. Heemskerckstraat, v. Piet Heinstr. n. Prins Hendrikstr. (1879). Genoemd naar C 6 Jacob van Heemskerck, Nederlandsch zeeheld. Hij was bevelhebber van de expeditie die uitging tot het zoeken van den zeeweg naar Indië door de Ijszee, welke expeditie op Nova-Zembla moest overwinteren (Willem Barendsz.) Hij sneuvelde in 1607 ineen zeeslag tegen de Spanjaarden bij Gibraltar. Inde Oude Kerkte Amsterdam werd voor hem een praalgraf opgericht, geb. te Amsterdam in 1567. De Heemstraat, van Delftschelaan naar Hoefkade (1899). B8 Genoemd naar Jan Davidsz. de Heem, Nederlandsch bloem- en stilleven schilder, geb. te Utrecht omstreeks 1600, gest. Antwerpen in 1683. Heerengracht van Korte Poten naar Bezuidenhout.ü E7 Tusschen 1615 en 1626 was de gracht reeds aanwezig, maar werd ze nog „de nieuwe gracht bij den Bezuidenhoutschen weg” genoemd. Den naam Heerengracht dankte zij waarschijnlijk aan de aanzienlijkheid der bewoners. Heerenstraat, van Plein naar Bleijenburg. E7 In 1642 komt voor de „Herestraet achter aen de Houtstraet”. De naam hangt zekér samen met die van de Heerengracht. Hekkelaan, van Nieuwe Haven naar Zwarteweg. E8 Voor het eerst komt deze straat voor ineen acte van i2Febr. 1687 onder den naam Middelstraet. Uit de zelfde acte blijkt dat deze straat particulier eigendom en aan de zijde van de Nieuwe Haven afgesloten was dooreen hek, waarvan de bewoners der straat een sleutel bezaten. De latere naam is aan dit hek ontleend. Nieuwe Hekkelaan, van Nieuwe Haven naar Hekkelaan. E8 Zie Hekkelaan. Helenastraat, van Bezuidenhout naar Theresiastraat (1899). Genoemd naar F 7, F 8 de tweede voornaam van H. M. Koningin Wilhelmina, Helena Paulina, Maria. Helmersstraat, van Veenkade naar Witte de Withstr. B 6, B 7 Genoemd naar Jan Frederik Helmers, Nederlandsch dichter, geb. te Amsterdam 4 Maart 1767, gest. aldaar 26 Februari 18x3. Hemsterhuisstraat, v. Veenkade n. Zoutmanstr., (1874). Genoemd naar C 6, C 7 Frans Hemsterhuis, Nederlandsch philosoof en letterkundige; geb. te Gron. 27 Dec. 1721, gest. te’s-Gravenhage 7 Juli 1790. Herderinnestraat, van Boekhorststr. naar Beestenmarkt. C 8 Deze straat werd aangelegd omstreeks 1640 en toen genoemd Nieuwe getrouwe Harderstraat. Zoo komt zij nog voor op een kaart van 1667, doch reeds in 1685 wordt de naam Herderinnestraat gevonden. Zie Herderstraat. Herderslaan, van Z. Buitensingel naar Hobbemastraat. B 8 Herdersstraat, van Paviljoensgracht naar Boekhorststraat. C 8 Deze straat werd aangelegd omstreeks 1640 en toen genoemd de Getrouwe Harderstraat naar een herberg „de getrouwe Harder”. Herman Costerstraat, van Paul Krugerlaan n. Hobbemaplein. Genoemd naar B 8 Herman Coster, Staatsprocureur van de Zuid-Afrikaansche Republiek. Hij sneuvelde inden slag bij Elandslaagte. Herschelstraat, van Newtonplein naar Weimarstraat. A 6 Genoemd naar William Herschel, Sterrenkundige. Hij ontdekte met een zelf vervaardigde telescoop verschillende sterren en planeten, geb. te Hannover 15 Nov. 1738, gest. te Slough in 1822. Herzogstraat, vanaf Paul Krugerlaan. A 8 Genoemd naar den Boeren kommandant Herzog, bekend uit den laatsten Transvaal oorlog. Heulstraat, van Noordeinde Lnaar ange Voorhout. D 7 Deze straat ontleent haar naam aan de heul of houten brug, van der Helststraat, van Vaillantlaan n. Jacob Marisstr. (1899). Genoemd naar C 9 Bartholomeus van der Helst, Nederlandsch schilder van schutteren regentenstukken, geb. te Haarlem in 1611 of 1612, gest. te Amsterdam in 1679. die over de Beek lag en toegang gaf tot dit straatje. In 1400 komt deze naam reeds voor. Hobbemaplein, van de Heemstraat naar Hobbemaplein. B 8 Zie Hobbemastraat. Hobbemastraat, van Hooftkade naar Hobbemaplein (1877). Genoemd naar B 8, C 8 Meindert Hobbema, Nederlandsch landschapschilder, geb. tusschen 1625-1635, gest. omstreeks 1670. Hoefkade, van Stationsweg naar Parallelweg. 89,C9, D9 Deze weg komt reeds voor in 1409 onder den juister naam Hofkade, zoo genoemd naar het hofland— ’s-Graven weilandwaarheen hij voerde. Hofsingel, van Hofstraat naar Praktizijnshoek. D 6 Deze straatwas vroeger de singel van het Hof, gedempt in iB6r. Hofstraat, van Lange Poten naar Hofsingel. D 7 Genoemd naar het Hof waar heen deze straat voerde. Hofwijckplein, van Oranjelaan naar Zuijlichemstraat. D 9 Genoemd naar de buitenplaats Hofwijck bij Voorburg waar Constantijn Huygens woonde. Hofwijckstraat, v. Hofwijckplein n. Viaduct Rijswijksche weg. Zie Hofwijckplein. q g van Hogendorpstraat, v. Stationsweg n. Oranjeplein (1864). Genoemd naar O 9 Mr. Gijsbert Karei van Hogendorp, Nederlandsch Staatsman. Hij was de leider bij de omwenteling in 1813 en had grooten invloed op de tot standkoming van den eersten grondwet, geb. te Rotterdam in 1762. Gest. 1834. Te Rotterdam werd ter zijner nagedachtenis een standbeeld opgericht. Hollanderstraat, van Koningin Emmakade tot 2e Sweelinck- [straat (1895), Genoemd naar B 5 Christiaan Jansz. Hollander, componist en toonkunstenaar. Hij werkte in Duitschland gest. vóór T570. Hondiusstraat, van Lijnkerstraat naar Cartesiustraat (1887). A7 Genoemd naar Hendrik Hondius, teekenaar en schilder geb. in 1573 te Duffel Noord-Brabant gest. na 1662 te ’s Gravenhage. Honsholredijkstraat, v. Z. W. Buitensingel n. Westlandsche- [straat (1894). Genoemd naar B 8 het dorp Honsholredijk in het Westland. Honthorststraat, van v.d. Vennestr. naar Heemstr. (1899). B 8 Genoemd naar Gerard van Honthorst, Nederlandsch kunstschilder. Hij was hofschilder van Prins Frederik Hendrik en schilderde voor dezen vele portretten in het Huis ten Bosch en het Huis ter Nieuburch (Rijswijk) geb. te Utrecht 4 November 1590 gest. aldaar 27 April 1656. Hooftskade, van Koningstraat naar Hobbemastraat (1866). C 8 Genoemd naar Jhr. Mr. Gerard Lodewijk Hendrik Hooft, Burgemeester van ’s Gravenhage van 1843 tot 1858 geb. te ’s Gravenhage 1779 gest. te ’s Gravenhage 23 Januari 1872. Hoogewal, van Noordeinde naar Piet Heinplein. C 6, D 6 Deze gracht maakt deel uit van de reeks singels, die om den Haag gegraven werden in en kort na 1620. Hoogstraat, van Groenmarkt naar Noordeinde. D 7 In tegenstelling tot het lager gedeelte „opten Veen” zuidelijk van de markt, het centrum, duidde men het noordelijk gelegene aan als „opten Geest” en gedeeltelijk aan „die Hoge strate”. Nog heden is het hoogte verschil merkbaar. De Hoogstraat wordt reeds in 1392 vermeld. Korte Hoogstraat, van Geest naar Korte Molenstraat. C7 Deze straat komt onder den naam Dronkemansstraat (zie aldaar) reeds voor in 1560, maar ook later wordt zij nog zeer vaak zoo genoemd. De ligging bij den Geest (zie aldaar) verklaart den naam. Hooigracht, van Houtweg naar Laan van Roos en Doorn. E6 Deze gracht werd gegraven in 1706 (zie Hooikade). Hooikade, van Hooistraat naar Mauritskade. D 6 Blijkens de keuren mochten de hooischepen slechts hier lossen, hetgeen de naam verklaart. Waarschijnlijk is deze gracht gelijktijdig met de singelgrachten in of kort na 1620 gegraven. Hooistraat, van Denneweg naar Hooikade. D 7 Zie Hooikade. Hoppenbrouwerstraat, van Parallelweg naar Oudshoornstraat. Genoemd naar C 9 Mr. Johannis Franciscus Hoppenbrouwer, rechter inde rechtbank te Breda. Hij beoefende behalve de dichtkunst ook de schilderkunst, waarin hij Schelfhout tot leermeester had, geb. te ’s-Gravenhage 16 April 1819, gest. te ’s-Gravenhage 18 Juli 1866. Houtmarkt, van Spui naar Nieuwe Haven, D 8 Aan de overzijde van de turfmarkt werd de houtmarkt gehouden, waaraan dein 1609 gegraven gracht haar naam ontleent. Zie Turfmarkt. Lange Houtstraat, van Plein naar Tournooiveld. D 7 Deze straat werd bebouwd in het begin der i6de eeuw en werd toen Groote Houtstraat genoemd. Zij komt op een kaart van 1570 nog voor onder den naam „Pootenweg” en zal dus met boomen beplant zijn geweest. Haar naam zal zijn ontleend aan het feit, dat zij naar Hout en Voorhout leidde. Korte Houtstraat, van Plein naar Kalvermarkt. D 7, D 8 Zie Lange Houtstraat. Houtweg, van Hooigracht naar Koninginnegracht. E 7 Haar naam ontleende deze weg wel aan het feit, dat hij naar den Hout leidde. Hugo de Grootstraat, van Trompstr. naar P. Hendrikstr. (1876) Genoemd naar q 5 Hugo de Groot, Nederlandsch Jurist en Staatsman bij uitnemendheid. Door de binnenlandsche onlusten was hij genood- Huijgenspark, van Groenewegje naar Rijswijkscheplein (1873) Genoemd naar D 8, D 9 de beroemde familie Huygens waarvan Constantijn en diens zoon Christiaan de meest bekende zijn. Constantijn Huijgens Heer van Zuylichem was een dichter en staatsman, geb. te ’s Gravenhage 4 September 1596, gest. te ’s Gravenhage 26 Maart 1687. Christiaan Huijgens wis- en sterrenkundige en uitvinder van het slingeruurwerk geb. te ’s Gravenhage 1629 gest. te Hofwijck 1095. Tot het jaar 1873 heette deze buurt officieel Bocht van Guinee, welke naam reeds in 1772 voorkomt. Huygensplein, van Stationsweg naar Huygensstraat (1861). Zie Huygensstraat. DB, D 9 Huygensstraat, van Huygensplein naar Rijswijkscheplein. (1861) Zie Huygenspark. D 8, D 9 X. Ingenhouszplein, ligt op ’t kruispunt van Ingenhouszstr. en [Deimanstraat. Genoemd naar D 10 Johan Ingenhousz Nederlandsch natuur- en scheikundige en gegeneesheer. Hij werd lijfarts van Keizerin Maria Theresia in Weenen. Later keerde hij naar Nederland terug maar vertrok weer naar Bowood, een buitenverblijf van Markies Landsdown bij Londen. Hij overleed aldaar in 1799, geb. te Breda. 1730. Ingenhouszstraat, ligt aan den Rijswijkschen weg. D 10 Zie Ingenhouszplein. zaakt de wijk te nemen naar Frankrijk. Van 1635 tot 1645 was hij Zweedsch gezant te Parijs. Zijn ontsnapping uit het slot Loevestein waar hij gevangen zat, is van algemeene bekendheid. In zijn geboorteplaats Delft werd een standbeeld voor hem opgericht geb. 10 April 1583, gest. 28 Augustus 1645 te Rostock. T. Jacobastraat, van ’s Gravezandelaan naar ’s Gravenzandelaan. Het is ons niet mogen gelukken uitte vorschen naar welke Jacoba deze straat genoemd is. Misschien een verwante van de oorspronkelijke bouwexploitanten der daar liggende terreinen. B 7 Jacob van Campenplein, van Bosboomstr. naar Cuypstr. (1890) Genoemd naar C 9 Jacob van Campen beroemd Nederlandsch bouwmeester. Hij bouwde o. a. het tegenwoordig Koninklijke paleis (vroeger Stadhuis) te Amsterdam geb. te Haarlem in 1595, gest. te Amersfoort in 1657. Jacob van Campenstraat, vanaf Jacob van Campenplein. Zie Jacob van Campenplein. C 9 Jacob Catsstraat, van Hooftskade naar Parallelweg. (1865). Genoemd naar C 8, C 9 Jacob Cats, Nederlandsch staatsman en dichter. Hij was Raadpensionaris van 1636 tot 1651. In dat jaar trad hij nog op als buitengewoon gezant naar Engeland. In het laatst van zijn leven woonde hij op Zorgvliet, dat hij fraai aanlegde. In zijn geboorteplaats Brouwershaven werd een standbeeld voor hem opgericht, geb. 10 November 1577 gest. T2 Sept. 1660 op Zorgvliet. Jacob van der Doesstraat, v. Piet Heinstr. n. Hugo de Groot' [straat (1876) Genoemd naar C 6 Jacob van der Does rechtsgeleerde en letterkundige vooral bekend door zijn Beschrijving van ’s Gravenhage, die inr66B verscheen, geb. 4 Mei 1641, gest. 23 November 1680. * Jacob Marisstraat, van Hoefkade naar Parallelweg (1899). C 9 Genoemd naar Jacob Maris, beroemd Nederlandsch landschapschilder; geb. te ’s-Gravenhage 25 Aug. 1837, gest. te Karlsbad 7 Aug. 1899. St. Jacobstraat, van Wagenstraat naar Spui. D 8 Deze straat komt reeds voor in het jaar 1563 onder den naam Padmoes of Paddemoes, welke naam inden volksmond nog voortleeft. De naam St. Jacobstraat komt voor ineen keur van 1614 en houdt verband met het St. Jacobskapelletje, dat daar eertijds stond. Voor Padmoes zie aldaar. Jagerstraat, van Vos in ’t Tuinstraat naar Smidswater. D7 De naam is waarschijnlijk ontleend aan een uithangbord; in 1670 ten minste komt daar een huis voor, genoemd „In ’t Jagertje”. Jan Blankenstraat, v. Limburg Stirumstr. n. Stationsplein (1896). Genoemd naar D 9 Jan Blanken, Nederlandsch waterbouwkundige. Hij bekleedde de hoogste betrekking bij den Nederlandschen waterstaatsdienst; geb. 15 Nov. 1755 te Bergambacht, gest. 17 Juli 1838 te Vianen. Jan de Baenstraat, van Teniersstraat naar van Ostadestr. (1896). Genoemd naar 88, B 9 Jan de Baen, Nederlandsch schilder; geb. te Haarlem in 1633, gest. te ’s-Gravenhage in 1702. Jan Evertstraat, van Nieuwe Uitleg naar Kanonstraat. E 7 De straat tusschen de tuinen van Prinsessegracht en Nieuwen Uitleg werd in het midden der i8de eeuw Middenstraat genoemd. Later komt zij voor als Geneverstraat, nog in 1831, doch in 1851 en sedert komt de tegenwoordige naam voor, waatvan de verklaring tevergeefs gezocht is. Jan Pieterszoon Coenstraat, van Bezuidenhout naar Cornelis, [Speelmanstraat (4890). Genoemd naar E 7, E 8 Jan Pieterszoon Coen, Gouverneur-Generaal van Neder!. Oost-Indie en de grondlegger van ons gezag. Hij nam de sterkte Jacatra en stichtte op haar puinhoopen de stad Batavia. Hij was Gouverneur-Generaal van 1617 tot 1623 en van 1624 tot zijn dood bij het beleg van Mataram 21 Sept. 1629 geb. te Hoorn 8 Januari 1587. In die stad werd een standbeeld voor hem opgericht. 3 Jan van Goyenstraat, van Van Dijckstraat naar Gerard Dou- [straat (1887). Genoemd naar B 8, C 8 Jan van Goyen Nederlandsch zee- en landschapschilder, geb. te Leiden 13 Januari 1596, gest. te ’s-Gravenhage waarschijnlijk in 1656. Jan Hendrikstraat van Westeinde naar de Laan. C 7 Deze straat ontleent haar naam aan Jan Hendryck, die in 1395 als eigenaar vaneen huis „met een strate” bezuiden het Westeinde voorkomt. Jan van der Heydenstraat ligt in het Laakkwartier aan de [Paets van Troostwijkstraat. Genoemd naar D 10 Jan van der Heyden, Nederlandsch schilder en werktuigkundige. Hij was de uitvinder van de straatlantarens en de slangbrandspuiten, geb. te Gorinchem in 1637, gest. te Amsterdam in 1712. Jan van Nassaustraat van Benoordenhoutsche weg naar [Wassenaarsche weg (1894). Genoemd naar E 6 Jan van Nassau, broeder van Prins Willem van Oranje, stad- houder van Gelderland. Grondlegger der Unie van Utrecht, gest. 1606. Jan van Riebeekstraat van Schenkweg naar ie v.d. Bosch [straat Genoemd naar E 8 Jan Anthony van Riebeek, de stichter van Kaapstad en eerste gouverneur van Kaapkolonie waar hij vertoefde van 1652 tot 1662. Jan Steenstraat, van Hannemanstraat naar Jacob van Campen- [plein 1884. Genoemd naar C 9 Jan Steen, Hollandsch schilder. Vooral heeft hij vele humoristische schilderstukken gemaakt, geb. te Leiden omstreeks 1626, gest. aldaar 3 Februari 1679. [gracht (1861). Genoemd naar D6, E 6 het eiland Java, het voornaamste en volkrijkste eiland onzer Archipel. Batavia is op dit eiland gelegen. Vroeger Schuddegeestweg. (Zie aldaar). Joan Maetsuyckerstraat, van Bezuidenhout naar Ryklof van [Goenstraat (1894). Genoemd naar G 7 Joan Maetsuycker, Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indië van 1653 tot 1678; geb. te Amsterdam in 1606, gest. te Batavia in 1678. Johannes Camphuijsstraat, vanaf Theresiastraat. G 8 Genoemd naar Johannes Camphuijs, Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indië; geb. te Haarlem 1634, gest. op Java 18 Juli 1695. Joubertstraat, van Engelenburgstraat naar Paul Krugerlaan (1900). Genoemd naar A7, B 7 Pieter Jacobus Joubert, Boerengeneraal. Inden laatsten oorlog tegen Engeland was hij de opperbevelhebber van het Transvaalsche leger. Tijdens den oorlog overleed hij te Pretoria den 27sten Maart 1900; geb. 20 Januari 1831 bij Georgetown. Juffrouw Idastraat, van Oude Molstr. naar Korte Hoogstraat. De legende als zou deze straat genoemd zijn naar zekere Jonkvrouw Ida van Dorp, stichteres van het hofje van dien naam omstreeks 1560, moet onjuist zijn immers reeds in 1457 komt een huis voor gelegen op den hoek van de „Faasenstraat (zie aldaar) die genaempt wort Jonkfrou Idenstraet.’’ Het is echter niet na te gaan welke oorsprong deze naam heeft. C 7 Korte Juffrouw Idastraat, van K. Hoogstraat naar Pastoors- [warande. Zie Juffrouw Idastraat. C 7 Javalaan, zijstraat van de Javastraat. E 6 Zie Javastraat. Javastraat, van Oude Scheveningsche weg naar Koninginne- Juliana van Stolberglaan, van ie v.d. Boschstraat naar [Laan van N. O. Indie (1898). Genoemd naar p 8 Juliana van Stolberg moeder van Prins Willem I, geb. 1506, gest. 1580. Juliana van Stolbergplein. F 8 Zie Juliana van Stolberglaan. KT. Kalkoenstraat, van Snoekstraat naar Noord wal. C 7 Deze straat komt het eerst voor tusschen 1730—1740 en heet dan Pastoorswarande (zie aldaar) of Kalkoenstraat, niet onwaarschijnlijk naar een familie Kalkoen. Kalvermarkt, van Bagynestraat naar Nieuwe Markt. D 8 Dit voormalige water werd in 1642 gedempt en bestemd tot markt voor kalveren en verder klein vee welke echter in 1664 verplaatst werd naar de tegenwoordige Varkenmarkt. Kanaal, van Koninginnegracht naar Haringkade. E 5 In 1826 werd besloten om in verlenging van de bestaande Prinsessegracht een kanaal te graven naar Scheveningen; toen het eerste gedeelte (nu Koninginnegracht) was voltooid werd het werk gestaakt. Het tweede tegenwoordig als Kanaal aangeduide werd begonnen in 1854 en kwam gereed in 1862 met een gedeelte van de Haringkade (zie aldaar). Kanaalstraat, van Mauritskade naar Koninginnegracht (1860) Genoemd naar Ë 6 het Kanaal naar Scheveningen. Kanonstraat, van Nieuwe Uitleg naar Koninginnegracht. Genoemd naar g 7 de aan deze straat gelegen voormalige kanongieterij, welke in 1665 gebouwd is. Kapelsbrug, loopt van Spuistraat naar Lange Poten. D 7 Op deze plek was tot 1860 een brug over het Spui, die haar naam ontleende aan de Mariakapel, welke daar nog tot 1570 stond. Katerstraat, van Boekhorststraat naar Paviljoensgracht. C 8 Wij vinden vermeld dat in Februari 1614 Cornelis Henricxs Cater verschillende erven koopt aan de Noord- en Zuidzijde van de Korte Warmoesstraat (zie Boekhorststraat) ten Noorden van de nieuw te maken heerstraat. Deze straat, de Katerstraat ontleende haar naam aan deze C. H. Kater en komt onder dien naam het eerst voor in 1630. Kazernestraat, van Parkstraat naar Denneweg. D 7 Genoemd naar de aan deze straat gelegen Oranjekazerne der Grenadiers en Jagers. Tot inde i8de eeuw heette deze straat Denneweg. Kleine Kazernestraat, van L. Voorhout naar Kazernestraat, zie Kazernestraat. D 7 Kempstraat, van Herman Costerstraat naar Schalk Burgerstraat. Genoemd naar A 8 Jan Kemp. Deze trok als gewoon burger op commando in den laatsten Transvaaloorlog en werd spoedig gekozen tot vechtgeneraal en was de voornaamste onderbevelhebber van Generaal de la Rey. Kemperstraat, van Oranjeplein naar Jacob Catsstraat (1870). Genoemd naar C 9 Johan Melchior Kemper, Nederlandsch Staatsman. Hij was een der leiders van de omwenteling in 1813, geb. te Amsterdam in 1776, gest. in 1824. Kepplerstraat, van Franklinstraat naar Beeklaan (1894). Genoemd naar A 6, B 6 Jan Keppler, beroemd Duitsch sterrenkundige. Vooral hebben zijn onderzoekingen op het gebied der aantrekkingskracht, der aarde en hemellichamen vrucht gedragen, geb. 1571 gest. 1630. Rond de Groote Kerk, C 7 Kerkhoflaan, van Oude Scheveningscheweg naar Algemeene [Begraafplaats. D 5 Genoemd naar het aan dezen laan gelegen Roomsch Katholieke Kerkhof en de Algemeene Begraafplaats. Kerkplein, van Groote Halstraat naar Torenstraat. Genoemd naar C 7 de op dit plein staande Groote of St. Jacobskerk. Reeds voor 1400 moet deze buurt bebouwd geweest zijn, daar reeds brieven van overdracht gedateerd 14 n en 1417 bekend zijn. Kerkstraat, van Frederikstraat naar Schelpkade (1865) D 6, E 6 Deze straat, vroeger Schelpenlaan geheeten, werd in 1865 herdoopt in Kerkstraat naar dein de nabijheid staande Willemskerk. Kettingstraat, van Veenestraat naar Buitenhof. D 7 Wij vinden vermeld, dat notaris Lenert Ketting den 22 Juli 1604 een huis en erf koopt inde St. Pieterstraat (Gortstraat) welke uitkwam inde Veenestraat. Dit gedeelte straat werd al spoedig Kettingstraat genoemd. Kikkerstraat, van Huygensplein naar Groenewegje. D 8 In 1642 komt deze, afwisselend Kikker en Kikvorschstraat, genoemde straat voor; zij wordt ook Burchtstraat genoemd naar procureur Robrecht van der Burgh, die er woonde. Of de kikvorschrijkdom der landsloten, die men daar toen vond de naam heeft ingang doen vinden, is slechts te gissen. van Kinsbergenstraat van Witte de Withstraat naar Van [Speykstraat (1882). Genoemd naar C 6 Jan Hendrik van Kinsbergen, Nederlandsch admiraal, geb. te Doesburg in 1735, gest. te Apeldoorn in 1819. Kissemstraatje, van Spuistraat naar Achterom. D 7 Oorspronkelijk, voor het eerst in 1654, Kitssen Stechie genoemd naar Dirck Eenwoutszoon Kits, die aldaar 8 huisjes bezat. De volksmond verbasterde den naam tot Kissemstraatje. Kneuterdijk, van L. Voorhout naar L. Vijverberg. D 7 De Kneuterdijk behoort tot de oudste gedeelten van ’s-Graven- Kockstraat, van Paul Krügerlaan naar Engelenburgstr. (1900). Genoemd naar A 7, B 7 den Boerengeneraal Koek. Hij sneuvelde in het begin van den laatsten Transvaaloorlog. Koediefstraat, van Korte Poten naar Korte Koediefstraat. Het is ons niet mogen gelukken de naamsoorsprong van deze straat te vinden. In 1669 vinden wij reeds vermeld Wijn- of Koediefstraat. Ook onder den naam van Buerenstraat komt deze straat wel eens voor. D 8 Kleine Koediefstraat, van Fluweelen Burgwal naar K. Houtstr. Zie Koediefstraat. D 8 Koningin Emmakade, van Marnixkade naar Stadhouderslaan (1884). Genoemd naar B 5, B 6. Koningin Emma, tweede gemalin van wijlen Z. M. Koning Willem 111. Koninginnegracht, van Prinsessegracht naar Kanaal. In 1826 genoemd naar Koningin Wilhelmina Frederika, vrouw van Koning Willem I, als Koninginneweg, welke naam na het graven van het Kanaal in Koninginnegracht veranderd werd. E5, E 6. Koninginnestraat van Hoefkade naar Parallelweg (1883). Genoemd naar C 9 Koningin Emma, 2de gemalin van Koning Willem 111. Koningskade van Wassenaarsche weg naar Benoordenhoutsche [weg (1876). Genoemd naar E 6 Koning Willem I. hage, was in 1352 bebouwd en heette toen Tournooiveld en eerst in het begin der i6de eeuw Kneuterdijk. Of die naam afkomstig is van het knoteren of kneuteren der vogeltjes inde boomen, zooals Huygens wil doen voorkomen is vrij onwaarschijnlijk, hoewel een andere verklaring niet is te geven. Koningsplein, (Weimarstraat) (1894). Genoemd naar B 6 Koning Willem 111. Koningstraat, van Hooftskade naar Parallelweg (1864). Genoemd naar C 8, C 9 Koning Willem 111. Kortenaerkade van Anna Paulownastr. naar de Ruyterstr. (1875). Genoemd naar C 6 Egbert Meeuws Kortenaer, Nederlandsch vlootvoogd gesneuveld in 1665 ineen gevecht tegen de Engelschen. Kortenbosch van Westeinde naar Slijkeinde. C 7 Dit straatje bewaart de herinnering aan een stukje boschland, van ouds leen der grafelijkheid; tot 1875, stond nog de Leeuwenpoort die de toegang gaf. In 1859 werd het als bouwterrein verkocht. Kranenburgweg van Laan van Meerdervoort naar Noordzee’ [sttand (1893). Deze weg is genoemd naar de daar ter plaatse reeds inde i6de eeuw genoemde „wooninge en lande Cranenburch.” A3, A4 Kranestraat van Bierkade naar St. Jacobstraat. D 8 Deze straat, die omstreeks 1624 is aangelegd dankt haren naam aan de kraan, die op de Bierkade stond tegenover de Kranestraat. Krayenhoffstraat, van Hoefkade naar Stationsplein (1892). Genoemd naar D 9 Cornelis Rudolphus Theodorus, Baron Krayenbofï. Eerst geneesheer werd hij later generaal in Franschen, en sedert 1813 in Nederlandschen dienst; onder Koning Willem I. Geb. te Nijmegen in 1758, gest. aldaar 24 November 1840. Kritzingerstraat, van Paul Krugerlaan naar Kempstraat. Genoemd naar A 8 den Boeren Commandant Kritzinger bekend uit den laatsten Transvaal oorlog. Kuiperstraat, van Brouwersgracht naar Olienberg. C 8 Dit straatje vinden we voor het eerst vermeld in 1796. Niet onwaarschijnlijk staat de naam in verband met de naburige brouwerij (zie Brouwersgracht). Ij. Laakbrug (Laakkwartier) bij den Rijswijkschen weg. Zijn naam ontleent deze brug aan de nu inde havenwerken vergraven Laak (laak beteekent veensloot, ook wel scheisloot). Laan, van Groote Markt naar Assendelftstraat. C 7 Deze straat, ze wordt reeds genoemd in 1450, was eertijds bekend onder den naam Susterlaan en werd ongeveer in 1630 bebouwd. Deze naam ontleende zij aan het feit dat zij liep langs de bezittingen van het St. Elisabeth’sklooster, dat stond, waar nu de Groote markt is. In 1630 bouwde de Remonstranten daar hun kerkgebouw. Laan Copes van Cattenburch, van Koninginnegracht naar [Scheveningsche weg (1869). Genoemd naar D 5, E 5 Lodewijk Constantijn Rabo Copes van Cattenburch, Burgemeester van ’s-Gravenhage van 1824 tot 1842; geb. te ’s-Hertogenbosch 1771, gest. te ’s-Gravenhage 17 December 1842. Laan van Meerdervoort, van Zeestraat naar Beeklaan. Genoemd naar A5, 86, C 6, D 6 de buitenplaats Meerdervoort, die eertijds lag, ongeveer ter hoogte van het tegenwoordige Bronovo. Laan van Nieuw Oost-ïndië, van Bezuidenhout naar Voorburg. Deze laan komt reeds voor 1440 en voerde naar het Huis te Werve bij Voorburg. Haar naam ontleent zij echter aan een herberg genaamd „Nieuw Oost-Inje’’ die in het begin der i8de eeuw nog bestond. C 9 Laan van Roos en Doorn, van Kanaalstraat naar Houtweg. Vroeger genoemd „Laan van Mylord Grave,’’ die in het begin der 18de eeuw de eigenaar was van twee huizen met tuinen, respect. geheeten „de Roos” en „de Doorn” welke tezamen al spoedig den tegenwoordigen naam deden ingang vinden. E6, E7 Lamgroen, van Z O. Binnensingel naar Ammunitiehaven. Deze straat ontleent haar naam aan de reeds in 1603 genoemde boomgaard en bleekerij „’t Lammeke in ’t Groen.” De straat werd in 1644 aangelegd. D8 Langnekstraat, bij de Paul Krugerlaan A 9 Genoemd naar de plaats van dien naam in Transvaal waar een bloedigen slag geleverd werd. Laurens Reaelstraat, van J. P. Coenstraat naar Daendelsstraat [(1890). Genoemd naar E 8 Laurens Reael, Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indie van 1616 tot 1618. Later was hij schepen van Amsterdam; geb. te Amsterdam in 1583, gest. aldaar in 1637. Leeghwaterkade, vanaf Fijnjekade (1908). D9 Genoemd naar Jan Adriaansz Leeghwater, Nederlandsch waterbouwkundige. Hij maakte reeds een ontwerp tot drooglegging van de Haarlemmermeer; geb. te de Rijp in 1575, gest. aldaar in 1644. Leeghwaterstraat, vanaf Fijnjekade. D 9 Zie Leeghwaterkade. van Leeuwenhoekstraat, van Rijswijkschen weg naar Trekweg L(i889). Genoemd naar D 9 Antonius van Leeuwenhoek, Nederlandsch zoöloog. Vooral zijn ontdekking van de infusiediertjes maakte grooten op- gang. geb. te Delft in 1632, gest. aldaar 26 Aug. 1723. Leidsche Straatweg, maakt deel uit van F 7, G 7 den grooten Rijksweg loopende van Rotterdam, ’s-Gravenhage, Leiden naar Haarlem en Amsterdam. Lekstraat, van Amstelstraat naar Binckhorststraat (1880). Genoemd naar E 8 de rivier de Lek. Leliestraat, vanaf Loosduinsche weg. B 7 Genoemd naar de bloem Lelie. Lepelstraat, van Boekhorststraat naar Beestenmarkt. C 8 Deze straat vinden wij voor het eerst vermeld in 1695; haar naam kunnen wij niet afleiden. de Lierstraat, van Wateringschestraat naar Delftschelaan (1898). Genoemd naar B 8 het dorp de Lier in het Westland. van Limburg Stirumstraat, van Stationsweg naar Oranjeplein [(1864). Genoemd naar D 9 Leopold, graaf van Limburg Stirum een van de mannen, die de omwenteling van TBl3 voorbereidden, geb. te Hoogeveen in 1758 gest. te ’s-Gravenhage in 1840. Lissabon, van Denneweg naar Nieuwe Schoolstraat. D 7 Dit slop vinden we voor het eerst vermeld in 1846 onder den naam Nieuw Lissabon. De oorsprong van dezen naam vermochten wij niet te vinden. Korte Lombardstraat, van Assendelftstraat naar Lange Lom- [bardstraat. Zie Lange Lombardstraat. C 7 Lange Lombardstraat, van Westeinde naar Prinsegracht. Genoemd naar C 7 de Bank van Leening of Lombard, die in deze straat gevestigd was. Lombokstraat, van Delistraat naar Riouwstraat (1889). Genoemd naar D 5 het eiland Lombok, eender kleine Soendaeilanden ten oosten van Bali. Loolaan, van Bezuidenhoutschenweg naar Voorburg. Deze laan is genoemd naar de buitenplaatsen het Groote en Kleine Loo waarheen zij voert. Loosduinschekade, van Z. W. Buitensingel naar de la Rey- [kade (1896). Genoemd naar A 7, B 7 het dorp Loosduinen. Loosduinscheweg, van Westeinde naar Loosduinen. A7, B 7 Looijerstraat, van Zuidwal naar Nieuwe Molstraat. C 8 Ineen acte van 17 Mei 1684 vinden we vermeld dat Hendrick Jansz van Deventer, leerkooper, verschillende perceelen in deze straat bezat. Daar zij ook niet eerder Looijerstraat genoemd wordt, zal het dus aan het bedrijf van dezen leerhandelaar zijn, dat zij haar naam ontleent. Louise de Coiignyplein' (1898). Genoemd naar Louise de Coligny, vierde gemalin van Prins Willem van Oranje, moeder van Frederik Hendrik; geb. 1555, gest. in 1620. Louise Colignystraat, van Juliana van Scolbergplein naar [Laan van N. O. Indië (1898). Louise Henriettestraat, van Theresiastraat naar de Juliana [van Stolberglaan. Genoemd naar p g Louise Henriette, oudste dochter van Frederik Hendrik en Amalia van Solms. Zij was gehuwd met Frederik Wilhelm den grooten keurvorst van Brandenburg; geb. te ’s-Gravenhage in 1647. Lubeckstraat, van Stadhouderslaan naar 2de Sweelinckstraat. Genoemd naar Lrenoema naar g 5 Johann Heinrich Lubeck, toonkunstenaar. Bij de oprichting der Kon. Muziekschool te ’s-Gravenhage werd hij tot directeur aangesteld, welk ambt hij 40 jaar bekleedde; geb. te Wezel in W9B, gest. te ’s-Gravenhage in 1865. Lijnbaan, van Westeinde naar Prinsegracht. B7 Deze straat ontleent haar naam aan een lijnbaan, die zien daar ter plaatse bevond en waarvan wij vermeld vinden dat zij 16 April 1643 aan de compagnie van ’t Gouden Leerhu is verkocht werd. 3VC. Maasstraat, vanaf Z. O. Buitensingel (1880). E8 Genoemd naar de rivier de Maas. * Mackaystraat vanaf Loosduinscheweg B 7 Genoemd naar Baron JE. Mackay, Oud-Minister enz. Madurastraat, van Borneostraat naar Bankastraat (1879). Genoemd naar D 5 Madura, eiland inde Nederlandsch-Indische Archipel. Malakkastraat, van Timorstraat naar Borneostraat (1880). Genoemd naar D 5 het schiereiland Malakka in het Zuidelijk gedeelte van het vasteland van Azië. Maliestraat, van Kazernestraat naar Smidswater. D 7 Dit straatje komt voor op een kaart van het jaar 1667 onder den naam Mailjestraat naar een Paille Maille of Kolfbaan die er tegenover in het bosch gelegen was. In 1645 vinden wij deze straat onder den naam Mailjebaenstraat. Mallemolen, van Frederikstraat naar Javastraat. E 6 Wij vinden in 1722 melding gemaakt van „een huijs en tuin aan de Noordzijde van de Mallemolen, daar de Slijpmolen gestaan heeft.” De buurt heeft dus aan deze slijp of polijstmolen zijn naam ontleend. Lynckerstraat, van Hondiusstraat naar Gaslaan (1895). Genoemd naar A 7 Antonie Lyncker, eigenaar der porceleinfabriek, die het bekende Haagsch porcelein vervaardigde. Hij vestigde zich te ’s-Gravenhage in 1774 of 1775. Omstreeks 1790 hield de fabriek door de tijdsomstandigheden genoodzaakt op met werken. Marconistraat, van Prof. Kaiserstraat naar Edisonstraat. Genoemd naar g Guilelmo Marconi uitvinder der draadlooze telegraphie. Omstreeks 1895 begon hij met zijn proefnemingen; geb. te Bologna in 1874. Mariastraat, van Bezuidenhout naar Theresiastraat (1899). Maria is de vierde voornaam van H.M. Koningin Wilhelmina Helena Paulina Maria. p 7 p g Marnixkade, van Koningin Emmakade naar Conradkade (1884). Genoemd naar g g Filips van Marnix, Heer van St. Aldegonde, burgemeester van Antwerpen. Hij was de boezemvriend van Prins Willem van Oranje. Het Wilhelmuslied werd door hem vervaardigd; geb. te Brussel in 1538, gest. te Leiden in 1598. van Marumstraat, van Regentesselaan naar Newtonstr. (1896). Genoemd naar g Martinus van Marum, geneesheer. In 1784 werd hij directeur van het Teijlers Museum te Haarlem en in 1795 secretaris d.r Hollandsche Maatschappij van Wetenschappen, geb. te Delft in 1750, gest. te Haarlem in 1837. Mauritskade, van Scheveningscheveer naar Kanaalstraat. D 6 Deze gracht vroeger bekend als Noordsingel en ook als Noordwal werd omstreeks 1620 gegraven. Haar tegenwoordige naam ontleent zij aan Prins Maurits, tweede zoon van Koning Willem 111. gest. 1850. Maziestraat, vanaf Noordeinde. [3 g Ontleent haar naam aan Gerrit Maes, die 30 Januari 1640 een „bleyckerye en noch 5 huyzen en erven” kocht met een poort of gang, gaende naer het bovengenoemde bleyckvelt, alsmede eenige peerdenstallen, hoybergen en carrosschuyren, daeraenbehoorende gelegen achter de huizen aan de Westzijde van het Noorteijnde.” Van „Maes zijn straatje” maakte men langzamerhand Maesiestraatje. van Merlenstraat, van Chasséstr. naar Laan van Meerdervoort. Genoemd naar B 6 Tean Baptiste Baron van Merlen, Nederlandsch generaal. Hij sneuvelde inden slag bij Waterloo in 1815, geb. te Antwerpen 11 Mei 1772. van Miereveltstraat, van Gerard Doustr. naar Heemstr. (1897). Michel Mierevelt, Nederlandsch portretschilder geb. te Delft in 1567 gest. aldaar in 1641. D 8 van Mierisstraat, van Hobbemastr. naar van Ostadestr. (1896). Genoemd naar B 8 Frans van Mieris, Nederlandsch schilder, leerling van Gerard Dou, geb. te Leiden in 1635, gest. aldaar in 1685. Molenstraat, van Noordeinde naar Prinsestraat. D 7 Wij vinden deze straat in 1402 vermeld. Haar naam moet zij wel ontleenen aan een te dier plaatse gestaan hebbende molen. Inde i6de eeuw was die echter reeds verdwenen. De molenaar woonde inde i5de eeuw in het Noordeinde. Korte Molenstraat, van Prinsestraat naar Juffrouw Idastraat. Zij komt in 1729 en ook later nog voor onder den naam „Duyvelshoeck.’’ (Zie Molenstraat). C 7 Nieuwe Molstraat, van Wagenstraat naar Boekhorststraat. Deze straat komt reeds voor in 1630, in welk jaar een huis en erf in die straat als verkocht wordt gevonden. In 1639 vinden wij vermeld een huis genaamd „de Mollenberch’’ aan de zuidzijde van de Nieuwe Molstraat. Of nu deze straat naar dit huis genoemd werd of omgekeerd is niet uitte maken. Het eerste is het waarschijnlijkst. D 8 Oude Molstraat, van Driehoekjes naar Molenstraat. C 7 Het is onzeker hoe oud deze straat is; waarschijnlijk was zij oorspronkelijk niets meer dan een achterstraatje; de naam Molstraat het ontstaan eener Nieuwe Molstraat deed haar Oude Molstraat worden komt eerst in 1592 voor. Of zij samenhangen kan met het huis „de Mol’’ dat wij reeds in 1563 op de Groenmarkt naast het Gouden Hoofd vermeld vinden, moeten wij onbeslist laten. Morsestraat, van Beeklaan naar Suezkade. A 5 Genoemd naar Samuël Tinley Breese Morse, de uitvinder van de electromagnetische telegraaf. Hij was de samensteller vaneen schrift bestaande uitsluitend uit punten en streepen, het z.g. Morseschrift, wat algemeen bij de telegraphie gebruikt wordt; geb. te Charlestown in 1791, gest. te New-York in 1872. van Musschenbroekstraat, ligt in het Laakkwartier aan den [Rijswijkschen weg. Genoemd naar D 10 Pieter van Musschenbroek, beroemd Nederlandsch natuurkundige; geb. te Leiden 1692, gest. aldaar in 1761. Muzenstraat, vanaf Zwarteweg (1874) Genoemd naar g 8 de Muzen in verband met het in 1874 gestichte Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen. 3KT. Naaldwijkschestraat, van Hoefkade naar Parallelweg. Genoemd naar [) 9 het dorp Naaldwijk in het Westland. Nassau Dillenburgstraat, van Koningskade naar Jan v. Nassau- [straat (1894). Genoemd naar E 6 Willem van Nassau-Dillenburg, vader van Willem van Oranje, en zijn broers. Nassaulaan van Mauritskade naar Javastraat (1861). Zie Nassauplein. D 6 Nassau Odijckstraat, van Nassau Zuylensteinstraat naar Jan [van Nassaustraat (1894). Lodewijk van Nassau, Heer van Odijck, natuurlijken zoon van Stadhouder Prins Maurits. E 6 Nassau Ouwerkerkstraat, van Wassenaarscheweg gaar Nassau [Dillenburgstraat (1894). Genoemd naar E 6 Willem van Nassau, Heer van Ouwerkerk, natuurlijken zoon van Prins Maurits. Nassauplein, van Javastr. naar Laan CopesvanCattenburch(iBB3). Genoemd naar D 5, D 6 het huis Oranje-Nassau. Nassau Zuylensteinstraat, van Wassenaarscheweg naar Nassau [Odijckstraat (1894). Genoemd naar E 6 Frederik van Nassau Heer van Zuylenstein, natuurlijken zoon van Stadhouder Frederik Hendrik. Vander Neerstraat, van Delftschelaan naar v.d. Vennestraat [(1899). Genoemd naar B 8 Aart van der Neer, beroemd Nederlandsch landschapschilder geb. te Amsterdam in 1619, gest. omstreeks 1683. Netscherstraat, van Delftschelaan naar Hobbemastraat (1899). Genoemd naar B 8 Caspar Netscher, verdienstelijk Nederlandsch schilder hoewel geboren te Heidelberg in 1639. Hij woonde te ’s-Gravenhage, waar hij veel portretten schilderde voor diplomaten. Hij overleed aldaar in 1684. Newtonplein, ligt achter de Beeklaan (1894). Zie Newtonstraat. A 6 Newtonstraat, van Suezkade naar Beeklaan (1894). Genoemd naar A 6, B 6 Isaac Newton, de grondlegger der nieuwere natuurkundige sterrenkunde. Vooral maakte hij studie van de aantrekkingskracht der aarde en de zon in verband met den loop der hemellichamen geb. te Woolsthorpe in 1643 gest- 31 Maart 1727. Zijn lijk werd bijgezet inde Westminsterabdij. Nicolaistraat, van Stadhouderslaan naar 2dc Sweelinckstraat. Genoemd naar B 5 Willem Frederik Geiard Nicolai, Nederlandsch toonkunstenaar. 4 In 1865 werd hij directeur der Koninklijke Muziekschool te ’s-Gravenhage, wat hij bleef tot zijn dood. geb. te Leiden in 1829 gest. te ’s-Gravenhage 1896. Nieuwe Haven, van Nieuwe Markt naar Z. O. Binnensingel. In 1615 schijnt hier reeds een gracht geweest te zijn vanaf de Ammunitiehaven tot de Kalvermarkt. In 1626 vinden wij den naam Haegs erf. In 1660 werd de gracht door gegraven tot de Singel en kreeg den naam Nieuwe Haven. Gedempt in 1904. D 8 Nieuwe Havenstraat, van Nieuwe Markt naar Zwarteweg. E 8 Deze straat heette vroeger Slop van den Frisschen Roemer (zie aldaar) en kreeg na doortrekking in 1854 den naam Nieuwe Havenstraat. Korte Nieuwe Havenstraat, komt uit de N. Havenstraat, Zie Nieuwe Havenstraat. Nieuwe Markt, van K. Houtstraat naar Nieuwe Haven. In 1826 werd de toenmalige Wijnhaven gedempt en de naam veranderd in Nieuwe Markt. D 8 Nieuwe Uitleg, van Smidsplein naar Prinsessegracht. E 7 In 1706 besloot het college van de Sociëteit op een gedeelte van den tot de domeinen behoorenden grond van het Bosch een deftig stadsgedeelte aan te leggen als vervolg van de Prinsessegracht. De herinnering is in dezen naam van het westelijk gedeelte ervan bewaard. Nieuwstraat, van Dag. Groenmarkt naar Vlamingstraat. C 7 Deze straat, welker naam geen verklaring behoeft, komt eerst in 1437 in nog bestaande overdrachc brieven voor. Het is echter wel waarschijnlijk dat zij reeds eerder bebouwd was. Hooge Nieuwstraat, van Kneuterdijk naar Tournooiveld. Deze straat komt het eerst voor en wel ineen brief van 1457 onder den naam Nieuwe Weststraat. In 1497 komt de naam „Nyeuwestraete” voor, terwijl hij ineen keur op de Buurt-Waake van 30 October 1568, Hooge Nieuwstraat luidt. D 7 Nobelstraat, van de Oude Molstraat naar Geest. C 7 Deze straat wordt het eerst genoemd in 1466. Volgens Huygens zou zij haar naam ontkenen aan het muntstuk de nobel. Het is echter meer waarschijnlijk dat zij genoemd werd naar een of ander lid der aanzienlijke familie Nobel. Kleine Nobelstraat, van Nobelstraat naar Torenstraat. C 7 Zie Nobelstraat. Noordeinde, van Hoogstraat naar Zeestraat. D 6, D 7 Ineen overdrachtbrief van het jaar 1370 wordt genoemd „het Noordeinde als men naar Scheveningen gaat.” Tot het jaar 1561 was het Noordeinde een moerassige weg. In dat jaar werd het bestraat. Noorderbeekstraat, van Beeklaan naar Loosduinscheweg. Genoemd naar A 7 de buitenplaats Noorderbeek, voorheen gelegen aan den Loosduinschen weg. Noorderbeekdwarsstraat, van Loosduinsche weg naar Noor- [derbeekstraat. Zie Noorderbeekstraat. A 7, A 6 Noordstraat, van Noordwal naar Twentstraat. C7 Deze straat is aangelegd tusschen de jaren 1642 en 1646 en ontleent haar naam aan het Noorderkerkhof, dat te dier plaatse gelegen was. Nöordwal, van Prinsestraat naar N.W. Binnensingel. 87, C 7 Deze gracht maakt deel uit van de singels, die omstreeks 1620 rondom den Haag gegraven werden. Noorwitzstraat, van Hondiusstraat naar Gaslaan (1892). Genoemd naar A 7 Pieter Arendszoon Noorwitz, bouwmeester van de Nieuwe Kerk inde jaren 1649—1656. Lage Nieuwstraat, van Lombardstraat naar Prinsegracht. In 1670 komt voor een huis, „staende en gelegen aen de Lage Nieuwstraat.” C 7 o. Obrechtstraat, van Tasmanstraat naar Stadhoudersplein (1893). Genoemd naar 85, B 6 Jacobus Obrecht, beroemd Nederlandsch toonkunstenaar uit de 15de eeuw. Hij was kapelmeester inde Dom te Utrecht en de leermeester van Erasmus te Rotterdam. Verschillende zijner composities zijn bewaard gebleven; geb. te Utrecht in 1430, gest. aldaar in 1487. Olieberg, van Prinsengracht naar Spijkermakersstraat. C 8 In 1715 vinden we melding gemaakt vaneen blok van 5 huizen en erven aan de Zuidzijde van de Prinsengracht in ’t slop van de Olienbergh. Het is ons niet mogen gelukken, de naamsoorsprong hiervan te vinden. Oog in ’t Zeilstraat, van Paveljoensgr. naar Boekhorststr. C 8 Deze straat werd in 1614 aangelegd en komt dan vooronder den naam Splinterstraat (zie aldaar). Haar tegenwoordige naam komt het eerst voor in 1664. Hij is ontleend aan een huis „Het Oogh in ’t Zeil” dat wij in 1679 vermeld vinden op den hoek van de Groene Warmoesstraat (Boekhorststraat). Oranjelaan, van Stationsweg naar Huygensstraat (1872). Genoemd naar Ü 9 het Huis van Oranje-Nassau. Oranjeplein, loopt rond van Fagelstraat tot Gortmolen (1864). Genoemd naar DB, D 9 het Huis van Oranje-Nassau. Oranjestraat, van Noordeinde naar Parkstraat (1869). # Genoemd naar D 7 het Huis van Oranje-Nassau. Van Ossstraat, van Parallelweg naar Jacob van Campenplein. Genoemd naar C 9 Georgius Jacobus Johannes van Oss Nederlandsch bloemenschilder, geb. te ’s-Gravenhage 1782, gest. te Parijs 1861. van Outshoornstraat, van Parallelweg naar Jacob van Cara- [penplein. Genoemd naar C 9 Carel Outshoorn, bouwmeester o. a. van de Witte Sociëteit te ’s-Gravenhage en het Paleis voor Volksvlijt en Amstel Hotel in Amsterdam. JE3. Paets van Troostwijkstraat, ligt in het Laakkwartier (1908). Genoemd naar D 10 A. Paets van Troostwijk, natuurkundige, geb. 1752, gest. 1837. Paleisstraat, van Oranjestraat naar Noordeinde (1883). voerende naar het Paleis. D 7 Papenstraat van Hoogstraat naar Oude Molstraat. D 7 Deze straat, waarin eertijds het huis van den parochiepaap, den pastoor, stond, wordt reeds genoemd in het jaar 1373. Parallelweg, van Stationsplein naar de Heemstraat (1890). Deze weg ontleent zijn naam aan zijn ligging parallel met den spoorweg. B 10, C 9, D9 Paramaribostraat, van Surinamestr. naar Surinamestr. (1881). Genoemd naar E 5, E 6 Paramaribo, hoofdstad van onze kolonie Suriname in West Indie. Parkstraat, van Lange Voorhout naar Mauritskade (1859). De weg van het Voorhout naar het Willemspark was eertijds het Nachtegaalspaadje, (zie aldaar) welk pad in 1859 dusdanig verbreed werd dat de tegenwoordige Parkstraat ontstond. D 6, D 7 van Ostadestraat, van Jacob Catsstr. naar Vaillantlaan (1899). Genoemd naar B 9, C 9 Adriaan van Ostade, Nederlandsch kunstschilder, leerling van Frans Hals. Vooral schilderde hij tafereelen uit het dagelijksch leven, geb. te Lubeck in 1610, gest. te Amsterdam in 1685. Passage, van Buitenhof naar Spuistraat. D 7 De bouw van deze passage werd begonnen in 1882 en voltooid in 1885. Pastoorswarande, van Geest naar Kalkoenstraat. C 7 Deze buurt behoort tot de oudsten van den Haag en komt reeds voor in 1370. De warande van de pastorie strekte zich echter toen veel verder uit tot aan het Slijkeinde en werd ook wel genoemd ’s Papen Hove. Paul Krugerlaan, van Loosduinschekade naar Delftschelaan [(1900). Genoemd naar A 8 Stephanus Johannes Paulus Kruger, President der voormalige Zuid-Afrikaansche Republiek. In 1900 bracht hij tijdens den oorlog een bezoek aan ons land en werd overal feestelijk ontvangen; geb. 10 October 1825 te Colesberg, gest. 14 Juli 1904 te Clarens in Zwitserland. Paul Krugerplein, inde Paul Krugerlaan (1900). A7, A 8 Zie Paul Krugerlaan. Paulinastraat, van Bezuidenhout naar Theresiastraat (1899). Paulina is de derde voornaam van H. M. Koningin Wilhel- mina Helena Paulina Maria. F 7, F 8 Paulus Potterstraat, van Z. Binnensingel naar Hoefkade (1876). Genoemd naar C 8, C 9 Paulus Potter een van de meest beroemde Nederlandsche schilders. Van algemeene bekendheid is zijn schilderij „de jonge stier” in het Mauritshuis te ’s-Gravenhage. Hij woonde eenige jaren inden Haag; geb. te Enkhuizen in 1625; gest. te Amsterdam in rós4. Paveljoensgracht, van Luth. Burgwal naar Dunne Bierkade. Deze voormalige gracht, die in 1901 gedempt is, werd gegraven in i6r4 en heette toen de Raemwatering of Burgwal, ook wel Groenmarktsburgwal. De naam Paveljoensgracht vinden wij het eerst in 1675. Deze naam ontleent zij aan het Paviljoen, dat aan de zuidzijde gelegen was en behoorde aan den heer Joris Doublet. (Zie Doubletstraat). C 8 De Perponcherstraat, van Marnixkade naar Laan van Meerderv. Genoemd naar B 6 Hendrik George Graaf de Perponcher-Sedlnitzki, Nederlandsch generaal. Hoewel dienende in het leger van Napoleon, was hij ijverig werkzaam voor de herstelling der Oranjes. Met Fagel begaf hij zich naar Engeland om den lateren Koning Willem Ite verzoeken terug te keeren en het bewind in handen te nemen; geb. te ’s-Gravenhage 9 Mei 1771, gest. te Dresden 29 November 1856. Pieter Bothstraat, vanaf Schenkweg (1890). E 8 Genoemd naar Pieter Both, Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indië van 1610 tot 1614; geb. te Amersfoort omstreeks 1550, verdronken bij een schipbreuk ter hoogte van Mauritius in 1615. Pieterstraat, van Prinsestraat naar Visschersdijk. C 7 Deze straat is aangelegd tusschen de jaren 1642 en 1646. Haar naamsoorsprong konden wij niet vinden. Piet Heinplein, van Piet Heinstraat naar Hoogewal. C 6 Genoemd naar Pieter Pieterz. Hein, Nederlandsch Admiraal, overwinnaar der Spaansche Zilvervloot; geb. te Delftshaven in 1577 alwaar een standbeeld voor hem is opgericht, gesneuveld 20 Juni 1629 tegen de Duinkerkers. Piet Heinstraat van Piet Heinplein naar Witte de Withstr. (1874). Zie Piet Heinplein. C 6 Pinksterbloemenlaan, vanaf Z.O. Buitensingel. E8 In 1642 vinden wijden verkoop vermeld van „een huijs erff en de tuijn van outs genaemt de Pincxterblom aen de Buytencingel van den Haag” voor een schuldbrief van 1600 gulden. In 1649 vinden we vermeld een „erff aan ’t Suydt Oosteynde van den Haech aan den wech genaemt de Pinxterblom tegenover de Uleboomen.” Plaats, van Hoogstraat naar L. Vijverberg. D 7 Dit plein van „ouds de Voorplaetse van den Hove” behoort natuurlijk tot de oudste gedeelten van den Haag. Huizen moeten daar reeds gestaan hebben in 1366, maarde naam Plaats komt eerst ineen acte van 1439 voor. « Plein, tusschen Poten en Houtstraten. D 7 Aan de Oostzijde van het grafelijk hof lag eertijds de „kooltuin” der graven, later als Stadhouderstuin aangeduid; in 1633 werd het als publieke wandelplaats opengesteld en kwam naast Paradeplein de tegenwoordige naam in gebruik. Inden Franschen tijd werd de naam veranderd in Place du Roi de Rome. Plein 1813, tusschen Alexanderstraat en Sophialaan (1869). Dit plein, waar het monument ter herinnering aan de gebeurtenissen van 1813 is opgericht, ontleent dan ook aan dit om- wentelingsjaar zijn naam. D 6 Poeldijkschestraat, van Hoefkade naar Parallelweg (1886). Genoemd naar D 9 het dorp Poeldijk in het Westland. Korte Poten, van Plein naar Heerengracht. D 7 Zie Lange Poten. Lange Poten, van Kapelsbrug naar Plein. D 7 De naam is ontleend aan het feit dat deze straat, met wat nu Korte Poten heet, eertijds een (met „willige poten”) beplante weg was, de verlenging van dien bezuiden het Bosch. In 1422 komt hij reeds voor en in 1498 blijkt hij reeds bestraat te zijn. Praktizijnshoek, van Buitenhof naar Hofsingel. D 7 Vroeger genoemd „de hoek van den Hofcingel," eerst tegen het einde der i8de eeuw komt de tegenwoordige naam voor. Het is mogelijk dat dit zijn oorzaak vond in het feit dat de advocaat Schopman daar gedurende zeer veel jaren woonde en kantoor hield, ongeveer van 1750 tot 1806. Pretoriusstraat, van Paul Krugerlaan naar Engelenburgstraat [(1900). Genoemd naar A 7, B 7 M. W. Pretorius, eender presidenten der voormalige Zuid-Afrikaansche Republiek. Prinsestraat, van Kerkplein naar Prinsessewal. C 7 Deze straat werd aangelegd tusschen de jaren 1642 en 1646 en liep toen van de Molenstraat tot aan de Noordsingel. De naam ontleende zij aan Prins Frederik Hendrik. In 1659 komt de straat ook voor onder den naam Nieuwe Bogaertstraat. In 1884 werd de straat door getrokken naar het Kerkplein en verbreed. Prinsessegracht, van Heerengracht tot Nieuwe Uitleg. E 7 Deze gracht maakt deel uit van de singels die omstreeks 1620 gegraven werden en den Haag omsloten (zie Nieuwe Uitleg), genoemd naar Prinses Amalia van Solms. Prinsessewal, van Prinsestraat naar Piet Heinplein. Genoemd naar C 6, C 7 den Prinsesseiuin, die zijn naam ontleent aan Prinses Amalia van Solms echtgenoote van Frederik Hendrik. Prinsevinkenpark, van Riouwstr. naar Kerkhoflaan (1888). Daar ter plaatse was inde rBde eeuw het prinselijk vinkenpark. Prins Hendrikplein, ligt in het midden van Prins Hendrik- [straat (1883). Genoemd naar C 6 Prins Hendrik der Nederlanden, 3de zoon van Koning Willem II geb. te Soestdijk 13 Juni 1820 gest. te Luxemburg 14 Januari 1879. Prins Hendrikstraat, van Barentszstr. naar Weimarstr. (1879). Zie Prins Hendrikplein. B 6, B 7 Prinses Madestraat van Frederikstr. naar Schelpkade (1881). Genoemd naar D 6 Prinses Marie, dochter van Prins Frederik. Zij huwde met den Prins van Wied geb. 5 Juli 1844. Prinsegracht, van Groote Markt naar Z. W. Binnensingel. Deze gracht werd gegraven in 1642—1643 en werd genoemd naar Prins Frederik Hendrik. Langzamerhand werd deze gracht aan beide zijden met deftige heerenhuizen bebouwd. Het gedeelte Groote Markt tot Brouwersgracht werd gedempt in 1881. Het overblijvende gedeelte in 1903. Professor Kaiserstraat, Van Newtonplein naar Weimarstraat. Genoemd naar A 6 Friedrich Kaiser, Nederlandsch sterrenkundige, hoogleeraar te Leiden geb. te Amsterdam 1808 gest. 1872. IR,. Raamstraat, van Ged. Burgwal naar Vlamingstraat. C 8 Deze straat ontleent haar naam aan het Raamveld, dat zich eertijds ten zuiden der Vlamingstraat uitstrekte en dat zoo heette, omdat zich daarop de ramen (droogrekken) bevonden in gebruik bij de lakenindustrie, die eertijds inden Haag van groote beteekenis was. Het middelpad van den gemeenen Raam, waarlangs een bij den aanleg tot straat gedempte sloot liep, komt in ligging met de tegenwoordige Raamstraat overeen. Gedempte Raamstraat, van Raamstraat naar Wagenstraat. Genoemd naar D 8 eertijds een tusschen twee slootjes ingesloten deel van het raamveld, na 1561 verbonden aan de Wagenstraat; bij den aanleg tot straat werden de beide sloten gedempt (zie Raam- straat). In het einde der i8de eeuw komt dit straatje ook wel voor onder den naam Rijst-en-brij. Achter Raamstraat, van Ged. Burgwal naar Ged. Raamstraat. Eertijds het pad dat aan de oostzijde van het raamveld liep. (Zie Raamstraat). D 8 van Ravesteijnstraat, van Hobbemastr. naar Parallelweg (1877). Genoemd naar C 8, C 9 Jan van Ravesteijn beroemd Nederlandsch portretschilder geb. te ’s-Gravenhage in 1572 overleden aldaar in 1657. Reaumurstraat, van Vinkensteijnstraat naar Noorderbeekstraat. Genoemd naar A 7 René Antoine Ferchault de Réaumur, natuurkundige. Verschillende ontdekkingen op natuurkundig gebied werden door hem gedaan, geb. te La Rochelle 28 Februari 1683 gest. op Bermondière 17 October 1757. Regentesselaan, van Loosduinsche weg naar Laan van Meer- [dervoort (1894). Genoemd naar A6, 86, A 7 H. M. de Koningin-Moeder, die tijdens de minderjarigheid van Koningin Wilhelmina van 1890 tot 1898, Regentesse van het Koninkrijk was. Regentesseplein, inde Regentesselaan. A 6 Zie Regentesselaan. Reimwardtstraat, in het Laakkwartier aan de van Musschen- [broekstraat. Genoemd naar D 10 Caspar Georg Carl Reimwardt, beroemd kruidkundige. Hij was hoogleeraar inde pharmacie in Harderwijk, Amsterdam en Leiden. Ook ondernam hij een grooten reis naar Nederlandsch Oost-Indië om den geneeskundigen dienst te reorganiseeren; geb. te Lutteringhausen in 1773 gest. te Leiden in 1854. Reinkenstraat, van Laan van Meerdervoort naar Sweelinck- [plein (1895). Genoemd naar B 5 Jan Adams Reineken, toonkunstenaar en organist geb. te Deventer in 1623 gest. te Hamburg in 1722. Reitzstraat, van Paul Krugerlaan naar de la Reykade (1900). Genoemd naar A 7, B 7 F. W. Reitz ex-president der voormalige Oranje-Vrijstaat. Rembrandtstraat, van Zuid-Binnensingel naar Hoefkade (1879). Genoemd naar CB, C 9 RembrandtHarmenzoon van Rhijn,Neêrlandschgrootsteschilder. Te Leiden zijn geboorteplaats en te Amsterdam zijn monumenten voor hem opgericht geb. 15 Juli 1607 gest. te Amsterdam 8 October 1669. Retiefstraat, vanaf Engelenburgstraat. Genoemd naar A 8, B 8 Piet Retief, aanvoerder van den Grooten Boeren Trek van 1837 en gekozen tot hun gouverneur en Commissaris Generaal van de Zuid-Afrikaansche Maatschappij van Emigranten. Door verraad van den Zoeloekoning Dingaan werd hij met al zijn volgelingen vermoord den 6 Februari 1838. de la Reykade van Loosduinsche kade naar Reitzstraat. Genoemd naar A 7 den Boerengeneraal de la Rey bekend uit den laatsten Boerenoorlog. de Riemerstraat, van Veenkade naar Piet Heinstraat (1867). Genoemd naar C 6, C 7 Mr. Jacob de Riemer. Hij gaf in 1730—33 een tweedeelige beschrijving van ’s-Gravenhage uit met platen, die als standaardwerk beschouwd wordt voor de historie van Den Haag. geb. te ’s-Gravenhage in 1676 gest. aldaar in 1762. Riouwstraat, van Timorstraat naar Kanaal (1879). Genoemd naar D 5, E 5 de Riouwarchipel een eilandengroep ten oosten van Sumatra. Riviervischmarkt, van Schoolstraat naar Torenstraat. C 7 Rochussenstraat, van Hoefkade naar Parellelweg (1899). Genoemd naar C 9 Charles Rochussen, Nederlandsch historie en landschapschilder geb. te Kralingen 1 Augustus 1814 gest. te Rotterdam 22 September 1894. Roggeveenstraat, van Witte de Withstraat naar van Speijk' [straat (1882). Genoemd naar B 6 Jacob Roggeveen, beroemd Nederlandsch zeereiziger. Naar hem zijn genoemd de Roggeveen eilanden bij de Samoa eilanden, geb. te Middelburg 1659 gest. aldaar 1729. Rottermontstraat, van Hondiusstraat vaar Gaslaan (1887). Genoemd naar A 7 Aegidius Paul Rottermont, Nederlandsch schilder en etser in het midden der i7de eeuw. Rozenburgstraat, van Loosduinschekade naar Wateringsche- [straat (1893). Genoemd naar B 7 de voormalige buitenplaats Rozenburg. Rubensstraat, van Zuid-Binnensingel naar Teniersstraat (1879). Genoemd naar C 8 Petrus Paulus Rubens, de grootste Vlaamsche schilder. Aartshertogin Isabella, droeg hem meermalen belangrijke zendingen op naar Buitenlandsche hoven; geb. te Siegen 29 Juni 1577, gest. te Antwerpen 30 Mei 1640. Ruysdaelstraat, van Vaillantplein naar Hobbemaplein (1897). Genoemd naar B 8 Jacob Ruysdael, beroemd Nederlandsch landschapschilder; geb. in 1625, gest. in 1651. De Ruijterstraat, van Kortenaerkade naar Laan v. Meerdervoort. Genoemd naar C 6 Michiel Adriaanz. de Ruijter, Nederlandsch grootste admiraal. Als lichtmatroos in dienst getreden bereikte hij de hoogste rangen bij de Marine en werd zelfs inden adelsstand verheven; geb. te Vlissingen 24 Maart 1607, gesneuveld bij Syracuse 29 April 1676. In zijn geboorteplaats is een standbeeld en in de Nieuwe Kerkte Amsterdam een praalgraf voor hem opgericht. Rijklof van Goensstraat, van Laan van N.O. Indië naar Joan [Maetsuykerstraat (1894). Genoemd naar C 8 Rijklof van Goens, Gouverneur-Generaal van Nederlandsch Indië van 1678 tot 1681; geb. te Rees in 1619, gest. te Amsterdam in 1682. Rijnspoorlaan, aan den Z.O. Buitensingel. Genoemd naar den voormaligen Rijnspoorweg. Rozemarijnstraat, van Paviljoensgracht naar Looijerstraat. In 1680 vinden wij deze straat voor het eerst vermeld. Rosemarijn is een plant (zeedauw). C 8 Rijnstraat, van Bezuidenhout naar Z.O. Buitensingel (1870). de rivier de Rijn, in verband met het feit, dat aan deze straat het station van den vroegeren Rijnspoorweg ligt. E7, E 8 Rijswijkscheplein, van Stationsplein naar Huygensstraat (1893). Genoemd naar D 9 het dorp Rijswijk. Rijswijkschestraat, van Kemperstraat naar Parallelweg (1877). Zie Rijswijksche plein. q 9 Rijswijkscheweg, van Rijswijkscheplein naar Rijswijk. DlO weg loopende van ’s-Gravenhage naar Rijswijk en Delft. s. Schalk Burgerplein, ligt in Schalkburgerstraat. A8 Genoemd naar Schalk Willem Burger, lid van de Uitvoerende Raad der voormalige Z. Afr. Republiek. Schalk Burgerstraat, vanaf Paul Krugerlaan. A 8 Zie Schalk Burgerplein. Schapensteeg, van Kalvermarkt naar Bagijnestraat. D 8 Deze straat ontleent haar naam aan de kalveren- en schapenmarkt welke van 1642 tot 1664 op de tegenwoordige Kalvermarkt (zie aldaar) gehouden werd. Schapenlaan, van Zusterstraat naar Z.W. Buitensingel. B 7 Schedeldoekshaven, van Spui naar Nieuwe Haven. D 8 Deze vroegere gracht was reeds vóór 1597 aanwezig en bekend onder den naam Middelgraft (zie aldaar) of Scheteldoekshaven ook wel Grove Houtmarckt. Gedempt werd de gracht in 1860. De naam, die met hoofddoek in verband gebracht, niet veel duidelijker wordt, is misschien een verbastering van Scheelhoekshaven daar zij eertijds aan de eene zijde met een schuine hoek zonder brug inde Nieuwe Haven overging. Scheepersstraat, vanaf Paul Krugerlaan. A 8 Genoemd naar den Boerencommandant Scheepers bekend uit den laatsten Transvaaloorlog. Schelfhoutstraat, van Parallelweg naar Jacob van Campenplein. Genoemd naar C 9 Andries Schelfhout, Nederlandsch landschapschilder; geb. te ’s-Gravenhage in 1787, gest. aldaar in 1872. Schelpkade, van Prinses Madestraat naar Javastraat (1874). In 1874 werd de straat langs de sloot die voor eenige jaren gedempt is, Schelpkade genoemd waarnaar is ons echter onbekend. Schelpstraat, van Schelpkade naar Cantaloupenburg (1874). Zie Schelpkade. D 6 Schenkstraat, van Schenkweg naar Louise de Colignyplein(iBB4). Zie Schenkweg. EB, F 8 Schenkweg, van Bezuidenhout naar Binckhorstlaan. E7, E 8 Genoemd naar het water de Schenk tot waar deze weg voert. Dit water ontleent zijn naam, voorheen „Scheijngwatering” aan het feit dat het de grens vormde tusschen de Ambachten den Haag en Voorburg. Oudtijds was hij een deel van de Binckhorstlaan, toen Dennewech genoemd tot welker aanleg en afsluiting met een draaiboom de eigenaar van den Binckhorst in 1437 verlof kreeg van hertog Philips van Bourgondië. Scheveningsche Veer, van Hooge wal naar Mauritskade. Dit pleintje vormde de westelijke grens van den Haag. Hier stonden de wagens en rijtuigen die de visschers en wandelaars naar Scheveningen vervoerden. D 6 Oude Scheveningsche weg, van Zeestraat naar Prins Willemstr. Het zandpad dat eertijds van het Noordeinde af den Haag met Scheveningen verbond, (weleens het Westersche pad genoemd in tegenstelling tot den anderen weg, die op den Dennenweg uitkwam) en zoodoende ook een deel was van den grooten weg die verder langs het strand naar Haarlem liep, werd in 1663 volgens plannen van C. Huygens voor gezamelijke rekening van de administratie der Domeinen en ’s-Gravenhage ineen rechten bestraten en belommerden weg veranderd, die in 1666 voltooid was. C 3, C 4 Schiestraat, van Charlotte de Bourbonstraat naar Schenkweg. Genoemd naar het water de Schie, loopende van Delft naar Rotterdam. C 8 Schlegelstraat, ligt in het Laakkwartier. D 10 Genoemd naar Herman Schlegel, beroemd Zoöloog. Directeur van ’s Rijks Museum voor Nat. Historie te Leiden; geb. te Altenburg in 1804, gest. te Leiden in 1884. Schoolstraat, van Riviervischmarkt naar Groote Markt. C 7 Uit verschillende brieven blijkt, dat deze straat in 1407 Kerkstraat genoemd werd en ook wel St. Jacobstraat (1465). Na het jaar 1500 komt deze straat voor onder den naam Schoolstraat naar de Latijnsche School, die daar ter plaatse geweest is tot zij naar de Zuilingstraat verplaatst werd. Nieuwe Schoolstraat, van Mauritskade naar Kazernestraat. Genoemd naar D 6 dein 1859 daar gebouwde O. L. school en Bewaarschool. Schoorsteenvegerstraatje, van L. Voorhout naar Hooge [Nieuwstraat. Ineen acte van 13 Januari 1657 komt dit straatje voor onder den naam Schrootstraatje naar een zekeren heer Schroot, eigenaar vaneen aangrenzend perceel. De volksmond maakte van Schroot zijn straatje, Schoorsteenstraatje, zooals het ineen acte van 1706 genoemd wordt. Later heeft men dezen naam nog tot den tegenwoordige verlengd. D 7 Schouwburgstraat van K. Voorhout naar Bleijenburg. D 7 Deze straat loopt langs den Schouwburg in 1804 geslicht in het paleis van den Prins van Nassau-Weilburg. Schuddegeest, van Javastraat naar Surinamestraat. E 6 Inden naam Schuddegeest is de herinnering bewaard aan dien vaneen uitgestrekt stuk geestland tusschen Scheveningschen Schuijtstraat, van Sweelinckstr. naar Waldeck Pyrmontkade. (1893). Genoemd naar B 5 Cornelis Schuijt, toonkunstenaar en organist. Verschillende composities zijn van zijn hand bewaard gebleven; geb. te Leiden in 1557, gest. aldaar in 1616. Segherstraat, van v.d. Neerstr. naar v.d. Vennestr., (1899). Genoemd naar B 8 Hercules Seghers, Nederlandsch landschapschilder; geb. 1625, gest. 1678. N. W. Binnensingel, van Noordwal naar Westeinde. B 7 Deze gracht maakt deel uit van de singels, die omstreeks 1620 rondom den Haag gegraven werden. V 66 Z. Binnensingel, van Brouwersgracht naar Prinsegracht. B 8, C 9 Deze gracht maakt deel uit van de singels, die omstreeks 1620 rondom den Haag gegraven werden. Z. O. Binnensingel, van Spui naar Zwarteweg. D 8, E 9 Deze gracht maakt deel uit van de singels, die omstreeks 1620 rondom den Haag gegraven werden. N. W. Buitensingel, vanaf Loosduinsche weg. B 7 Zie N. W. Binnensingel. Z. W. Buitensingel, van Valliantplein naar Loosduinsche kade. Deze gracht maakt deel uit van de singels, die omstreeks 1620 rondom den Haag gegraven werden. B 7, B 8 Z. Buitensingel, (Om en bij) van Zuidwal naar Valliantplein. Deze gracht maakt deel uit van de singels, die omstreeks 1620 rondom den Haag gegraven werden. De hof]eswoningen aldaar werden omstreeks 1840 gebouwd. 5 weg en Denneweg. Ofschoon van dit land oudere overdrachten bekend zijn komt de naam eerst in het midden der i7deeeuw voor. Het is mogelijk hem daarom in verband te brengen met de geschutproeven, waarvoor het land geregeld werd gebruikt. Z. O. Buitensingel, (Hofje Nijverheid), van Boomsluiterskade naar Bezuidenhout. E7, E 8 Deze gracht maakt deel uit van de singels, die omstreeks 1620 rondom den Haag gegraven werden. Sirtemastraat, van Noordtstraat naar N. W. Binnensingel, (1879). Genoemd naar B 7, C 7 Baron sirtema van Grovestins, mede-eigenaar van het Kortenbosch, op welke plaats deze straat in 1879 werd aangelegd. Slicherstraat, van Koningstraat naar Oranjeplein. Genoemd naar C 8 Mr. Jan Slicher, voor 1795 schepen, na 1802 lid en voorzitter van den Raad dezer gemeente en voorzitter van het Provi- sioneel Bestuur in 1813; geb. te ’s Gravenhage 13 Juli 1745, gest. aldaar 26 September 1815. Slop van Willem Klein, van Vleerstr. naar Kortenbosch. C 7 We vinden in 1751 vermeld een huis en erf aan de N. zijde van de Korte Vleersteeg belend aan Jan Willemsz. van der Kleij, terwijl wij reeds in 1767 vinden een huis en erf in „de nieuw geconcipieerde straat, anders genaamd het slop van Willem Kleij, zijn aanvang nemende uit de Vleerstraat”. De tegenwoordige naam is daarvan een verbastering. Slijkeinde, van Geest naar Twentstraat. C 7 Deze straat, eertijds ook Geest en Anthoniestraat genaamd, werd veel later bestraat dan de tegenwoordigen Geest, daarom kreeg dit gedeelte van den Geest den naam Slijkeinde. Hoewel deze straat reeds veel eerder moet zijn bebouwd geweest, komt zij eerst voor in 1568, in welk jaar wijden verkoop vinden van „een huys en erff staande aan het Slickeynde.” Smidsplein, van K. Voorhout naar Smidswater. Genoemd naar D 7 de Smidse en gieterij (Kanongieterij) aldaar gesticht in 1665. Smidswater, van Maliestr. naar Smidsplein. D 7 Zie Smidsplein. Komt ook veelvuldig voor inde i8de eeuw onder den naam Zandsloot. Smitsstraat, van Engelenburgstr. naar Paul Krugerlaan, (1900). Genoemd naar A 7, B 7 Nicolaas Jacobus Smits, lid van den Volksraad, der Z. A. Republiek en een van het driemanschap dat in 1881 Europa bezocht. Snelliusstraat, van Archimedesstr. naar Groot-Hertoginnelaan. Genoemd naar A 5 Willebrordus Snellius, Hoogleeraar inde wiskunde te Leiden. Hoogst belangrijk was zijn ontdekking van de naar hem genoemde wet der straalbreking; geb. te Leiden in 1591, gest. aldaar 1626. Snoekstraat, van Visschersdijk naar Breedstraat. C 7 Ontleent haar naam aan den Schepen Steven Snouck (1638— 1641) door wiens tuin deze straat liep. Wij vinden deze straatnaam reeds vermeld in 1642. Snijdersstraat, van v.d. Neerstr. naar Parallelweg. Genoemd naar B 8 Frans Snijders, Zuid-Nederlandsch dierenschilder; geb. te Antwerpen in 1579, gest. in 1657. Sophialaan, van Zeestraat naar Nassaulaan. Genoemd naar D 6 Koningin Sophia, Prinses van Wurtemberg, eerste gemalin van Koning Willem 111. Spekstraat, van Denneweg naar Hooigracht. D 6 Ontleent zijn naam aan Jan Cornelis Speek, schipper op Antwerpen, die op 17 Aug. 16x2 „een huys en erfï achter den Dennewech bij de Nyeuwe Vaart kocht.” Van Speykstraat, van v.d. Spieghelstr. naar Waldeck Pyrmont- [kade, (1879). Genoemd naar B 6, C 6 Jan Carel Josephus van Speyk, Nederlandsch zeeheld. Als luitenant ter zee 2de klas gedurende de Belgische omwenteling het bevel voerende overeen kanonneerboot, stak hij de lont in het kruit, liever dan zich over te geven; geb. te Amsterdam in 1802, gesneuveld in 1830 voor Antwerpen. Van de Spieghelstraat, van Hugo de Grootstr. naar Laan van [Meerderv., (18761. Genoemd naar C 6 Laurens Pieter van de Spieghel, letterkundige en staatsman. In 1787 werd hij Raadpensionaris van Holland. In 1795 werd hij door de Franschen afgezet en wederrechtelijk gevangen genomen; geb. te Middelburg 1737, gest. te Lingen 1800. Spinozastraat, van K. Groenewegje naar Oranjeplein. Genoemd naar D 8 Baruch de Spinoza, beroemd Nederlandsch wijsgeer. Hij had een veelbewogen leven en werd in zijn tijd niet naar waarde geschat en stond aan vervolgingen bloot; geb. te Amsterdam 24 November 1632, gest. te ’s-Gravenhage 21 Februari 1677 te ’s-Gravenhage werd een standbeeld voor hem opgericht. Spui, van Kapelsbrug tot Zieken. D 7, D 8 Ten einde de waterverversching van den vijver te verkrijgen verbonden de Graven reeds inde i4de eeuw dezen met het ten Zuiden van den Haag gelegen water door middel van een „Spoye,’’ reeds in 1340 doorgetrokken tot een vaart naar Delft. Gaandeweg werd het Spui bebouwd vooral wel omdat men daar te water de plaats binnenkwam. In 1860 werd het Spui tot de Nieuwe Kerk, in 1903 het overige gedeelte gedempt. Spuistraat, Vlamingstraat naar Spui. D 7 Deze straat, die haar naam ontleent aan het Spui waarheen zij voert (zie aldaar) komt reeds in het einde der veertiende eeuw voor (1385). Spijkermakersstraat, van Brouwersgracht naar Olieberg. C 8 Deze straat ontleent haar naam aan den spijkermaker Pieter Marchal van wien wij vermeld vinden dat hij 22 Januari 1688 verkoopt 6 huisjes en erven annex den anderen achter de Nieuwe Brouwerstraat over de Brouwerye van „de Roode Leeuw” (zie Brouwersgracht). In 1901 werd den naam Spijkermakersslop verandert in Spijkermakersstraat. Stadhouderslaan, van Gr. Hertoginnelaan naar Stadhouders- [plein, (1897), Stadhoudersplein, van Kranenburgerweg naar Stadhouders- [laan, (1893). Zie Stadhouderslaan. B 4 Statenpoort, van Wagenstr. naar Paveljoensgracht. D 8 Dit straatje dat tot 1863 gedeeltelijk water was en indatjaar gedempt werd ontleent zijn naam aan de Patriotten-of Statenpartij die in het einde der i8deeeuw inde Wagenstraat bij deze poort haar vergaderlokaal had. De naam Keezenpoort komt ook veelvuldig voor. Stationsplein, van Parallelweg naar Rijswijksche plein. Plein voor het station der H. Y. S. M. D 9 Stationsweg, van Wagenbrug naar Station H. Y. S. M. D 8, D 9 Stephensonstraat, van Regentesselaan naar Beeklaan, (1895). Genoemd naar A 6, B 6 George Stephenson, ontwerper der eerste locomotief; geb. te New-Castle 8 Juni 1781, gest. bij Chesterfield in 1848. Steijnlaan, vanaf Paul Krugerplein, (1900). Genoemd naar A 7, B 7 Marinus F. Steijn, laatste President der voormalige Oranje-Vrijstaat. Stortenbekerstraat, vanaf Rembrandtstraat, (1899). Genoemd naar B 9, C 9 Pieter Stortenbeker, Nederlandsch dierenschilder; geb. te ’s-Gravenhage 21 April 1828, gest. aldaar 17 April 1898. Suezkade, van Newtonstr. naar Gr. Hertoginnelaan. Genoemd naar A 5 Suez, zeehandelstad in Egypte, waarnaar ook het kanaal genoemd is, dat de Roode met de Middellandsche Zee verbindt. Sumatrastraat, van Bankastraat naar Kanaal. Genoemd naar D 5 Genoemd naar B 4, C 4 de verschillende stadhouders die over deze gewesten hebben geregeerd. het eiland Sumatra, op Borneo na, het grootste der Groote Soenda-eilanden. Sundastraat, van Bankastr. naar Borneostr. (1878). A 6, A 7 Sunda is de naam, die de inboorlingen aan West Java geven en de naam vaneen zeestraat tusschen Java en Sumatra. Surinamestraat, van Javastr. naar Laan C. van Cattenburch [(i88i). Genoemd naar D 5, D 6 de Nederlandsche kolonie Suriname aan de Noordkust van Zuid-Amerika. Hoofdplaats Paramaribo. Swammerdamstraat, van Rijswijkschen weg naar Trekweg. [(1889). Genoemd naar D 10, E 10 Jan Swammerdam, ontleed- en natuurkundige. Hij deed ver- schillende ontdekkingen op het gebied der ontleedkunde; geb te Amsterdam in 1637, gest. aldaar in 1680. Sweelinckplein, van ie naar 2de Sweelinckstr. (1893). Genoemd naar B 5 Pieter Sweelinck, beroemd organist en componist. Vele Duitschers kwamen bij hem om te leeren en dientengevolge wordt hij in Duitschland de vader der orgelkunst genoemd; geb. te Deventer in 1562, gest. in 162 X. Sweelinckstraat, ie van Groot-Hertoginnelaan naar Sweelinck- [plein. 2dc van Sweelinckplein naar Stadhoudersplein, [(iB93). Zie Sweelinckplein. B 5, C 5 Van Swietenstraat, van Chasséstr. naar Laan van Meerderv. [(1890). Genoemd naar B 6 Jan van Swieten, Nederlandsch-Generaal. Hij onderscheidde zich reeds inden ro-daagschen veldtocht. Hij was commandant der 2de Atjeh-expeditie; geb. te Mainz in 1807, gest. in 1887. Deze straat heette vóór 1890 Gevers Deijnootstraat. Van Swindenstraat, van Teylerstr. naar Newtonstr. (1896). Genoemd naar A 6 Jean Henri van Swinden, philosoof en natuurkundige. Hij was hoogleeraar te Franeker en later in Amsterdam, geb. te ’s-Gravenhage in 1746, gest. te Amsterdam 9 Maart 1823. T. Tasmanstraat, van Da Costastr. naar ie Sweelinckstr. (1882). Genoemd naar B 6 Abel Janszoon Tasman, ontdekker van Van Diemensland, nu Tasmania; geb. te Lutjegast in Groningen, gest. te Batavia in 1659. Teellustlaan, van N. W. Buitensingel naar Aschstaal. B 7 Teniersstraat, van Van Dyckstr. naar Gerard Doustr. (1885). Genoemd naar B 8, C 8 David Teniers, Vlaamsch kunstschilder. Hij was de vriend van P. P. Rubens; geb. te Antwerpen in 1610, gest. bij Brussel ir. 1690. Ter Heydestraat, vanaf Westlandsche straat, (1897). Genoemd naar B 8 het dorp Ter Heyde in ’t Westland. Ternootstraat, van Schenkweg naar ie v.d. Boschstr., (1884). Genoemd naar E 8, F 8 het Huis ter Noot, dat gelegen was waar thans de Engelsche Kerk staat. Terwestenstraat, van Vander Vennestr. naar Parallelweg (1899) Genoemd naar B 6 de Haagsche schildersfamilie Terwesten waarvan Augustinus, geb. 1649, gest. 17x7. Elias, diens broeder 1651, gest. 1729. Mattheus, geb. 1670, gest. 1757. Augustinus, zoon van Mattheus, geb. 1711, gest. 1781. Pieter broer van Augustinus Jr„ geb. 1714, gest. 1798. Teylerstraat, vanaf Regentesselaan (1899). A 7 Genoemd naar Pieter Teyler van der Hulst, stichter der Mij. tot bevordering van godgeleerde, natuur- en letterkundige wetenschappen, geb. te Haarlem in 1702, gest. aldaar in 1778. Theresiastraat, van 3e v.d. Boschstraat naar Laan van N.-O. Indie (1885). Genoemd naar F 8 den 4den voornaam van H. M. Koningin-Moeder, Adelheid, Emma, Wilhelmina, Theresia. Timorstraat, van Oude Schev. weg naar Celebesstr. (1881). Genoemd naar D 5 het eiland Timor, het oostelijkste der kleine Soenda-eilanden. Terwijl de eene helft van dit eiland Nederlandsch is, is de andere helft Portugeesch. Tollensstraat, van Bilderdijkstr. naar Elandstr. (1878). Genoemd naar C 6, C 7 Hendrik Jan Tollens, Nederlandsch dichter, geb. te Rotterdam 24 Sept. 1780, gest. te Rijswijk 21 Oct. 1856. Te Rotterdam is een standbeeld voor hem opgericht. Torenstraat, van Kerkplein naar K. Hoogstraat. C 7 Deze straat komt reeds voor in brieven van 1373 en ontleent haar naam aan den St. Jacobs- of Grooten toren. Tournooiveld, van L. Vijverberg naar L. Houtstr. D 7 Dit plein gelegen voor de Schuttersdoelen diende voor hunne wedstrijden. De eigenlijke steekspelen vonden plaats op de Kneuterdijk, dien wij in 1403 aangeduid vinden als het groote Tornoysvelt. Toussaintkade, van Veenkade naar Elandstr. (1886). Genoemd naar C 6, C 7 Mevrouw Anna Louisa Geertruida Bosboom—Toussaint, Neder], schrijfster, wier werken zeer inden smaak vielen en nog gezocht zijn. Zij was gehuwd met den schilder Bosboom. Geb. te Alkmaar 16 Sept. 1812, gest. te ’s-Gravenhage 13 April 1886. Tot het jaar 1886 heette deze kade Veenlaan. Transvaalstraat, vanaf Balistraat. E 5 Genoemd naar de voormalige Zuid-Afrikaansche Republiek Transvaal Trekvlietplein, zie Trekweg. Trekweg, van Rijswijksche plein naar Laakhaven. E 10 Genoemd naar den Trekvliet, gegraven in 1344 om gemakkelijker Delft en Leiden te kunnen bereiken langs den Vliet. Trompstraat, van Piet Heinstraat naar Laan van Meerdervoort. Genoemd naar C 7 Maerten Harpertszoon Tromp, een van Nederlands grootste zeehelden. Hij leverde den Engelschen meermalen slag met niet ongunstigen afloop. Bij het scheepsvolk was hij zeer bemind, zoodat zij hem „Bestevaer” noemden. Geb. te Den Briel in 1597. Gesneuveld inden zeeslag bij Terheyde 10 Aug. 1653. Trooststraat, van de Vander Vennestr. naar Parallelweg (1899). Genoemd naar B 9 Cornelis Troost, Nederlandsch schilder. Hij vervaardigde vooral portretten en z.g. regentenstukken. Geb. in 1697, gest. in 1750. Tullinghstraat, van Oranjeplein naar Koningstr., (1875). D 9 Genoemd naar J. G. van Oldenbarneveld gen. Witte Tullingh, Kol. der Nationale garde, die een zeer werkzaam aandeel had inde omwenteling van 1813. Deze straat is aangelegd omstreeks 1875. Tulpstraat, van Loosduinschen Weg naar Aschtaal, (1883). Genoemd naar B 7 de bloem de tulp. Turfmarkt, van Spui naar Nieuwe Markt, D 8 De gracht die in 1903 gedempt is, werd gegraven in 1609 en werd toen Turfgracht genoemd, omdat daar de turfmarkt gehouden werd. Twentstraat, van Slijkeinde naar N. W. Binnensingel, (1879). Genoemd naar B 7, C 7 den Heer Van Twent, laatste mede-eigenaar van het Kortenbosch, op welke plaats deze straat in 1879 werd aangelegd. Korte Twentstraat, van Twentstraat naar Kortenbosch. C 7 Zie Twentstraat. ■V. Vaillantlaan, van Vaillantplein naar Paralleweg, (1896). Zie Vaillantplein. B 8, B 9, C 9 Vaillantplein, van Z. Buitensingel naar Delftsche laan (1897). Genoemd naar B 8 Mr. J. P. Vaillant, die geruimen tijd lid van den Raad dezer Gemeentewas en zich zeer verdienstelijk heeft gemaakt voor onze stad. Valeriusstraat, van Groot-Hertoginnelaan naar Stadhoudersplein. Genoemd naar B 4, B 5 Adrianus Valerius, dichter en toonkunstenaar; verschillende zijner composities zijn bewaard gebleven. Hij leefde in het einde der 16e en begin der 17e eeuw. Valkenboschlaan, van Laan van Meerdervoort naar Loosduin- schen Weg. Genoemd naar A 6 de voormalige buitenplaats „Valkenbosch”, welke gelegen was aan de N. zijde van den Loosduinschen Weg en die wij reeds in 1722 vermeld vinden. Valkenboschplein, Zie: Valkenboschlaan. A 5 Varkenmarkt, van Priusegracht naar Assendelftstr. C 7, C 8. Ontleent haar naam naar de daar ter plaatse gehouden varkenmarkt. • Veenestraat, van Groenmarkt naar Wagenstraat. D 7 Deze, onder de oudste straten van Den Haag reeds in 1354 Veenkade, van Touissaintkade naar Waldeck-Pyrmontkade. B 7, C 7 Deze kade loopt naar het vroegere z. g. „Kleine Veentje” wat nu reeds geheel en al bebouwd is. Amsterdamsche Veerkade, van Wagenstraat naar Spui. D 8 Deze voormalige gracht werd gegraven in 1624 en diende tot ligplaats der veerschuiten op Amsterdam, Utrecht en Gouda. Gedempt werd deze gracht in 1901. Stille Veerkade, van Wagenstraat naar Paviljoensgracht. D 8 Dit gedeelte der Veerkaden werd gegraven in 1646. Van de Veldestraat, van Hobbemastr. naar Delftsche laan, [(1899). Genoemd naar B 8 Willem van de Velde, kunstschilder, o. a. van zeegevechten; geb. in 1610 te Leiden, gest. in 1693 te Greenwich. Hij ver- gezelde herhaaldelijk de Ruyter en Van Wassenaar van Obdam op hunne tochten. Vander Vennestraat, van Van Ostadestr. naar Hobbemaplein. Genoemd naar B 8, B 9 Adriaan van der Venne, Nederlandsch schilder; geb. te Delft in 1589, gest. omstreeks 1665. Verhulststraat, van Stadhouderslaan naar Obrechtstraat. Genoemd naar B 5 J. J. H. Verhuist, Nederlandsch toonkunstenaar; geb. te ’s-Gravenhage in 1816, gest. aldaar in 1891. Verwerstraat, van Spui naar Lamgroen. D 8 Dit straatje gelegen naast de plaats waar vroeger het armhuis voorkomende, straat ontleent haar naam aan de Grafelijkheids veengronden, die zich ten Zuiden van Den Haag uitstrekten. In tegenstelling tot de buurt „Opten Geest” heette het Zuidelijke deel van Den Haag „Op ten Veen” waaraan de Veenestraat dus nog de herinnering bewaart. stond ontleent haar naam aan Thomas Verwer, die in 1651 bedoeld huis kocht. Vinkensteijnstraat, van Beeklaan naar Celciusstraat. Genoemd naar A 6 de buitenplaats Vinkensteijn, welke gelegen was aan den Loosduinschen weg en zoo genoemd door Nicolaas Vinkensteijn die haar in 1798 kocht. Visschersdijk, van K. Molenstr. naar Noordwal. C 7 Deze straat is aangelegd tusschen de jaren 1642 en 1646. Vlamingstraat, van Spuistr. naar Groote Markt. C 8 Deze onder de oudste straten van den Haag reeds in 1399 voorkomende straat kan haar naam zeer wel ontleend hebben aan Vlamingen, die zich hier neerzetten, waarschijnlijk als beoefenaars der lakenindustrie, die reeds vroeg bloeide en wier hoofdzetel juist achter deze straat lag. Reeds in 1385 komen inde rekeningen van den Baljuw van den Haag personen voor met de toevoeging „de Vlaminc.” Is dit de eigennaam van bewoners der straat dan hebben wij hier een geval, dat overeenkomt met de gewone ontwikkeling en zouden wijde straat dus moeten houden voor oorspronkelijk „die Vlaminc zijn strate.” Vleerstraat, van Assendelftstr. naar Breedstr. C 7 Uiteen charter van 1452 blijkt dat toen reeds huizen stonden aan de „Vliersteegh". Deze spelling doet vermoeden, dat zij haar naam ontleent aan vlierboomen die er stonden. Deze naam werd in 1881 veranderd in Vleerstraat. Korte Vleerstraat, van Zuilingstr. naar Vleerstr. C 7 Komt voor in 1623 onder den naam Elleboog of Vleersteeg welke naam in 1886 veranderd werd inden tegenwoordige. De Vliegerstraat, van Delftschelaan naar Hobbemaplein, (1899). Genoemd naar B 8 Simon de Vlieger, Nederlandsch schilder, vooral strand- en havengezichten, geb. te Amsterdam in 1612. Vlietstraat, van Schenkweg naar ie v.d. Boschstr., (1899). Genoemd naar E 8 het water de Vliet van Leiden naar Delft. Voldersgracht, van Spuistraat naar Gedempte Gracht. D 7, D 8 Deze tusschen 1603 en 1615 reeds gedempte gracht —onder den naam Gevolde gracht komt zij ook herhaaldelijk voor ontleende haar naam aan de vollers, of lakenspoelers, die daar eertijds hun bedrijf uitoefenden, dat als onderdeel van de lakenindustrie gedurende de 15de en het begin der 16de eeuw van zeer veel beteekenis was voor den Haag. De herinnering daaraan is inde namen van verschillende straten ten zuiden van Vlamingstraat en Spuistraat bewaard gebleven. De naam komt als Volresgraft reeds in i4sr voor; inde 18de eeuw het eerst in 1737 komt de naam Luijsemarkt voor, die de straat waarschijnlijk aan het bedrijf der daar gevestigde voddenkooplieden dankt. Voltastraat, van Archimedesstr. naar Groot Hertoginnelaan. Genoemd naar A 5 Alessandra Graaf Volta, Italiaansch natuurkundige. Hij deed verschillende ontdekkingen vooral op het gebied der electriciteit, geb. te Rome in 1745, gest. te Pavia in 1827. Voorburgstraat, van Z. O. Buitensingel naar Geldelooze pad. Genoemd naar het dorp Voorburg. D 8, E 8 Korte Voorhout, van Tournooiveld naar Princessegracht. Zie Lange Voorhout. E 7, D 7 Lange Voorhout, van Kneuterdijk naar Korte Voorhout. D7 Het Voorhout behoort tot de alleroudste gedeelten van den Haag. In 1357 komen reeds overdrachten van daar gelegen huizen voor. Hier gaf de Graaf grond uit aan zijne edelen, om hunne huizen te bouwen. Daardoor is het dan ook steeds het deftigste gedeelte van den Haag gebleven. Inden Franschen tijd werd de naam Voorhout, die geen verklaring behoeft, veranderd in Cours Napoléon. Vos in Tuinstraat, van Lange Voorhout naar Denneweg. D7 Deze straat loopt ter plaatse, waar in 1591 een huis en tuin, gekocht werd door Jonkheer Heinrich de Vossen. Reeds in 1626 stonden er huizen „in Jonker Vossen tuin’’; welke plaatsbepaling langzamerhand verbasterde tot den tegenwoordigen naam. Lange Vijverberg, van Plaatsnaar Tournooiveld. D 7 Omstreeks het midden der i4de eeuw werd de Hofvijver gegraven. De grond, die daar uitgegraven werd, diende tot ophooging van den aangrenzenden weg, waardoor de Vijverberg ontstond. In 1634—1640 schijnt de Hofvijver aan de zijde van den Korten Vijverberg over eene breedte van 12 M. gedempt ten behoeve van den bouw van eene huizenrij aldaar. Inden Franschen tijd werd de naam Vijverberg veranderd in Cours de lTmpéiatrice. Korte Vijverberg, van Plein naar Tournooiveld. D 7 Zie Lange Vijverberg. "W. Waalsdorperlaan, zie Waalsdorperweg. Waalsdorperweg, van Raamweg naar Waalsdorp. genoemd naar de vlek Waaidorp. E 5, F 4, Q 4, H 4 Waalstraat, van Maasstraat naar Lekstraat. E 8 Genoemd naar de rivier de Waal. Wagenplein, D 8 Een keur van 9 Mei 1620 verordende dat „de voerluyden hun wagens sullen moeten plaatsen aan de Oostzijde van de Waageweg bij de Zuydeindsche Valbrugge; de tegenwoordige naam wordt daardoor verklaard. Wagenstraat, van Veenestraat naar Huygensplein. D 7, D 8 De ie Wagenstraat vormde geruimen tijd het Zuideinde van de stad. Reeds in 1399 wordt een huis vermeld, staande „in ’t Zuijteijnde van den Hage opten Delfwech.’’ Bij de latere uitbreidingen bleef de Wagenbrug tot inde i9de eeuw de Zuidelijke grens van de stad. De naam Wagenstraat kreeg deze Waldeck Pyrmontkade, van Veenkade naar Groot-Hertoginnelaan. Genoemd naar B 5, B 6, B 7 het Duitsche Vorstenhuis Waldeck-Pyrmont, waaruit H. M. de Koningin-Moeder stamt. Waldorpstraat, van Rijswijksche weg naar Vaillantlaan. Genoemd naar C 9, D 9 J. Waldorp, Hoofdingenieur van den Waterstaat. In 1878 diende hij bij den Gemeenteraad een plan in voor een haven te Scheveningen met kanaal naar Vlaardingen. Warmoezierstraat, van Westeinde naar Prinsegracht. C 7 In 1648 vinden we melding gemaakt van „de Warmoesstraet of Drieboerenstraet uitkomende op de Princegracht.” Tot 1882 heette deze straat Slop van de drie boeren. (Zie aldaar). Wassenaarssche weg, van Javastraat naar Laan van Clingendaal. E 6, F 6, G 6, H 6 Genoemd naar het dorp Wassenaar, waarnaar deze weg voert. Wateringsche straat, vanaf Z. W. Buitensingel. B 8 Genoemd naar het dorp Wateringen in het Westland. Waterloostraat, van Koningstraat naar Jacob Catsstraat. C 8 Genoemd naar het plaatsje Waterloo, bekend door den veldslag van 18 Juni 1815, die voor goed een einde maakte aan Napoleon’s heerschappij. Wattstraat, van Laan van Meerdervoort naar Columbusstraat. Genoemd naar A 6 James Watt, uitvinder der stoommachine, geb. te Greenoch in Schotland 19 Januari 1736, gest. te Heathfield bij Birmingham 19 Augustus 1819. straat tengevolge vaneen keur uit de i6de eeuw, die bepaalde „dat gheen waghen- noch karluyden met hunne wagens en karren staen sullen om vracht aan te nemen dan over de St. Anthoniesbrugge in ’t Suyteinde. Weimarstraat, van Koningin Emmakade naar Valkenbosch[laan. Genoemd naar A 6, B 6 Hertog Karei Bernard van Saksen-Weimar. Hij onderscheidde zich bijzonder inden slag bij Waterloo. In 1848 werd hij commandant van het Nederlandsch-Indische leger. Te ’s-Gravenhage werd ter zijner gedachtenis een monument opgericht; geb. te Weimar in 1792,' gest. te Liebenstein in 1862. Wenckenbachstraat, ligt in het Laakkwartier. Genoemd naar D 10 Willem Wenckenbach, natuurkundige; geb. te ’s-Gravenhage 1803, gest. te Utrecht 1827. Wesselstraat, van Scheeperstr. naar Kempstraat. Genoemd naar B 8 den Transvaalschen Staatsman deel uitmaakte van de deputatie naar de Europeesche mogendheden inden laatsten Boerenoorlog. Westeinde, van Riviervischmarkt naar Loosduinsche weg. B 7, C 7 Deze straat, het westelijk einde van de stad, komt reeds voor in 1403. Zij vormde de toegang tot den zeer ouden Loosduinsche weg. Westerbaenstraat, van Veenkade naar Elandstraat, (1867). Genoemd naar C 6, C 7 Jacob Westerbaen, Nederlandsch dichter; geb. in 1599, gest. in 1670 op Ockenburg bij Loosduinen. Westerstraat, van N. W. Buitensingel naar de Aschstaal, (1886). Deze straat kreeg haar naam in 1886 naar de windstreek waarin zij ligt. B 7 Westlandsche straat, van Delftschestr. naar Wateringschestr. [(1897). B 8 Wilhelminastraat, van Bezuidenhout naar Louise de Colligny- [straat, (1885). F7, F 8 Willem van Outhoornstraat, van Agnesstr. naar Joh. Camp- fhuijsstr. Genoemd naar G 8, F 8 Mr. Willem van Out(s)hoorn, Gouverneur-Generaal van Nederl.- Indie van 1691 tot 1705; geb. 4 Mei 1635 op Amboina, gest. te Batavia 27 Nov. 1705. Willemstraat van Kazernestr. naar Mauritskade (1852). Genoemd naar D 6, D 8 Koning Willem 11. Witte de Withstraat, van Piet Heinstr. naar Waldeck Pyrmontkade, (1882). B 6, C 7 Genoemd naar Witte Cornelisz. de With, Nederlandsch admiraal. Hij nam meermalen deel aan verschillende zeeslagen o. a. tegen Blake; geb. te Den Briel in 1599, gesneuveld inde Sond in 1658. Wolmaransstraat, van Scheepersstraat naar Kempstraat. Genoemd naar A 9 A. D. Wolmarans, lid van den Volksraad der voormalige Zuid-Afnkaansche Republiek. Wouwermanstraat, van Hoefkade naar Parallelweg. B 9 Genoemd naar Philip Wouwerman, Nederlandsch schilder. Vooral bekend zijn zijn schilderijen voorstellende ruitergevechten, geb. te Haarlem in 1620, gest. aldaar in 1668. Wijnand Nuyenstraat, ligt in het Fort aan den Parallelweg. Genoemd naar C 9 Wijnand Jan Joseph Nuyen, Nederlandsch schilder, leerling van Schelfhout; geb. te ’s-Gravenhage 1813, gest. aldaar 1839. IXI. Xaveristraat, van Gaslaan naar Hondiusstraat (1887). Genoemd naar A 7 Jan Baptist Xaveri, Nederlandsch beeldhouwer. Hij vervaardigde o.a. de beelden op den gevel van het stadhuis te ’s-Gravenhage; geb. te Antwerpen 1697, gest. te ’s-Gravenhage in 1753- 6 10". IJsselstraat, van Maasstraat naar Lekstraat (1880). Genoemd naar E 8 de rivier de IJssel. z. Zacharias Jansenstraat, van de Jan v.d. Heijdenstr. in het [Laakkwartier. Genoemd naar D 10 Zacharias Jansen, brillenslijper te Middelburg waarschijnlijk uitvinder van den verrekijker (1590). Hooge Zand, van Beestenmarkt naar Brouwersgracht. C 8 Deze straat, welke tot ongeveer 1725 nog een gracht was komt iets later voor als Nieuwe Herderinnestraat of Zand, welke laatste naam aan hare demping herinnert. Lage Zand, van Houtmarkt naar Schedeldoekshaven. D 8 Deze straat komt reeds voor als „’t Zand op de Turfmarkt” in 1620, terwijl wij haar nog in 1613 als Sustersloot vermeld vinden, waarschijnlijk ontleende zij aan de demping haar naam van Zand. Zeestraat, van Scheveningsche Veer naar Ouden Schevening- [schen weg. D 6 De oorspronkelijk door Huygens aan den Ouden Schevening- schen weg toegedachte naam werd voor het eerste gedeelte behouden. Zieken, van Spui naar Rijswijkscheplein. D 8 D 9 Het Zieken komt reeds voor in het jaar 1476 en ontleent zijn naam aan het daar ter plaatse gestaan hebbende Leprozenhuis. Dit Leprozenhuis met de St. Korneliskapel werd gebouwd tusschen de jaren 1441 en 1450 en diende tot opname van de lepralijders en melaatschen. Zorgvlietstraat, van Veenkade naar Elandstraat (1874). Genoemd naar C 6, C 7 het landgoed Zorgvliet. Zoutmanstraat, van Hemsterhuisstraat naar Laan van Meerder- [voort (1882). Genoemd naar C 6 Johan Arnold Zoutman, schout-bij-nacht. Den 5 Augustus 1781 leverde hij bij Doggersbank een zeeslag tegen de Engelschen onder Hyde Parker, die evenwel onbeslist bleef. Geb. te Gouda den ioden Mei 1724, gest. te Geertruidenberg 7 Mei 1793. Zuidwal, van Paveljoensgracht naar Brouwersgracht. C 8 Deze gracht maakt deel uit van de singels, die omstreeks 1620 rondom den Haag gegraven werden. Zuilingstraat, van Torenstraat naar Vleerstraat. C 7 Omstreeks 1620 vinden wij deze straat genoemd als Zuylenstraat, omdat zij liep over het terrein van den boomgaard in ï593 gekocht door Gijsbrecht van Zuylen secretaris van den Raad van State. Inde laatste helft der i7de eeuw, kreeg zij echter reeds den tegenwoordigen naam, niet als verbastering van de eerste maar van Jeronimus en Paulus Zuylinghs, die aan de zuidzijde een huis en erf bezaten, dat hun erven in 1682 verkochten. Behalve naar deze Zuylinghs werd de straat toen en later ook Nieuwe Schoolstraat genoemd naar de nieuwe Latijnsche School, daarheen in het einde de i6de of begin der i7de eeuw uit de Schoolstraat overgebracht. Zusterstraat, van Loosduinschekade naar ’s-Gravenzandelaan [(1896). Genoemd naar B 7 de Zusterpolder waarin deze straat is aangelegd. Zuylichemstraat, van Hofwijckplein naar Stationsplein. Genoemd naar de D 9 Heerlijkheid Zuylichem, die o. a. in bezit was van Constantijn Huygens. Zwarteweg van Heerengracht naar Z. O. Binnensingel. E 7 E 8 De naamsoorsprong van dezen weg vermochten wij niet te vinden. -Au. van Aerssenstraat, van Statenlaan naar van Boetzelaerstraat. Genoemd naar B 3 van Aerssen, Heer van Sommelsdijk. Nederlandsch Staatsman, geb. in 1572, gest. te ’s-Gravenhage 1641. Adriaan Pauwstraat, van Willem de Zwijgerlaan naar Stad- [houdersplein. Genoemd naar B 4 Adriaan Pauw, Heer van Heemstede, van 1631—1636 en van 1651—1653 Raadpensionaris van Holland, geb. 1585, gest. 1653. Aert van der Goesstraat, van Frederik Hendrikplein naar [Stadhoudersplein. Genoemd naar B 4 Aert van der Goes, advocaat van Holland en West Friesland van 1525 tot 1544, geb. te Delft in 1475, gest. 1545- Amsterdamschestraat, van Harstenhoekplein naar Stevinstraat. Genoemd naar E 2 de stad Amsterdam. Ankerstraat, van Badhuiskade naar Zeilstraat (1877). C2 Antonie Duyckstraat van Willem de Zwijgerlaan n. Frankenslag. Genoemd naar B 3 Antonie Duyck, Raadpensionaris van Holland van 162 r tot zijn overlijden 29 Sept. 1629. SCHEVENINGEN. Antonie Heinsiusstraat, iste van Stadhouderslaan naar Frederik Hendrikplein, 2de van Frederik Hendrikplein naar van [Boetzelaerstraat. Genoemd naar A4 B 4 Antonie Heinsius, Raadpensionnaris van Holland in 1688. Hij muntte uit door groote bekwaamheid en speelde een grooten rol inde Europeesche politiek; geb. te Delft 22 November 1641 gest. in 1720. Antwerpschestraat van Badhuisweg naar Belgische plein (1899). Genoemd naar de stad Antwerpen, voornaamste haven en handelsstad van België. Arnhemschestraat, vanaf Amsterdamschestraat. E 2 Genoemd naar de stad Arnhem, hoofdstad van Gelderland. d’Aumeriestraat, van Stevinstraat naar Seinpoststraat (1893). Genoemd naar D 2 Johannes Franciscus d’Aumerie, geneesheer. Den i2den Maart 1828 werd hij benoemd tot eerste baddokter van Schever.ingen. Geb. te Venlo in 1779, gest. te Scheveningen in 1856 33. Badhuiskade, van Gevers Deynootweg naar Badhuisstr. (1887). D 2 Vóór 1887 heette deze kade Badhuisstraat. Badhuisstraat, van Badhuiskade naar Scheveningschenweg (1861). C 2 D 2 Badhuisweg, van Gevers Deynootweg naar Wittebrug. E 2, E 3 Weg voerende naar het voormalige Stedelijke Badhuis thans Kurhaus. (1861). C 2 D 2 Belgischeplein, in het Belgischepark (1899). E 2 Belvédèreweg, voerende langs de Belvédère (uitzichtstoren). D 3 van Beuningenstraat, van Bleiswijkstr. naar Frankenslag. Genoemd naar B 3, B 4 Koenraad van Beuningen, gezant van Nederland, eerst bij het Zweedsche Hof later bij het Fransche en Engelsche. Hij was bekend om zijn flinkheid en rondborstigheid. Hij overleed krankzinnig 20 October 1693; geb. te Amsterdam in 1622. van Beverningkstraat, van Ant. Duijckstraat naar 2de Ant. [Heinsiusstraat. Genoemd naar B 4 Hieronymus van Beverningk, Nederlandsch Staatsman. De Staten vaardigden hem meermalen af wanneer belangrijke verdragen met het Buitenland moesten worden gesloten. Een groot aandeel had hij inden Vrede van Nijmegen in 1678 ook wel Vrede van van Beverninck genoemd. van Bleiswijkstraat, van Statenplein naar Joh. van Olden- [barneveltlaan. Genoemd naar B 4 Pieter van Bleiswijk, Raadpensionnaris van Holland van 1772 tot 1787 geb. te Delft in 1724 gest. 1790. Boegstraat, van Heemraadstraat naar Badhuisstraat (1876). C 2, D 2 Van Boetzelaerstraat, van Staten plein naar Stadhoudersplein. Genoemd naar B 4 Gideon van Boetzelaer, Heer van Langerak, gezant aan het Fransche Hof van 1614 tot 1627, geb. in 1569, gest. in 1634. Bomstraat, van Breelstraat naar Duinstraat. C 2 Boreelstraat, van Frederik Hendrikplein naar Boetzelaerstraat. Genoemd naar B 4 Willem Boreel, Nederlandsch Staatsman, geb. te Middelburg in 1591, gest. te Parijs in 1668. Borweg, van Van Lennepweg naar Badhuisweg. Genoemd naar E 3 Pieter Christiaansz Bor, Nederlandsch historieschrijver, geb. te Utrecht 1559, gest. te Haarlem 1635. Bosschestraat, van Badhuisweg naar Gentschestraat. Genoemd naar E 2 de stad ’s Hertogenbosch, hoofdstad van Noord-Brabant. Breelstraat, vanaf Roerstraat. Genaamd naar C 2 Breels (Engelsch brails) kleine tonnetjes in gebruik bij het vischtuig voor de haringvisscherij. o. Cornelis Jolstraat, van Kanaalweg naar Haringkade. Genoemd naar D 3. Cornelis Cornelisz. Jol, bijgenaamd Houtenbeen, scheepsbevelhebber, geb. te Scheveningen, gest. op St. Thomas in 1641. Hij leverde verschillende zeeslagen onder andere als onderbevelhebber van Piet Hein. Cremerweg, van Verheullweg naar Haringkade (1885). Genoemd naar D 4. Jacobus Jan Cremer, Nederlandsch letterkundige. Zijn werken en novellen werden veel gelezen. Inde Scheveningsche boschjes werd een monumentale bank te zijner nagedachtenis opgericht, geb. te Arnhem 1 Sept. 1827, gest. te ’s Gravenhage 5 Juni 1880. n>. Dirk Hoogenraadstraat, van Havenkade naar Rotterdamsche- [straat (1896). Genoemd naar D 2 Dirk Hoogenraad, reeder te Scheveningen en van 1786—1795, lid voor Scheveningen van de Schepenbank van den Haag. Doornstraat, vanaf Duinstraat C2, C 3 Drogersdijk, van Smidsslop naar Prins Willemstraat. Genoemd naar C 2 de vischdrogerijen, die zich daar voorheen bevonden. Duinstraat, van Scheveningsche weg naar Kolenwagenslag. [(1879). C 2 Duinweg, van Haringkade naar Haringkade (1885). D3 Nieuwe Duinweg, van Haringkade naar Nieuwe Parklaan [(1890). D 2 Dwarsweg, van Hoogeweg naar Cremerweg (1885). D4 E. Van den Eijndestraat, van Willem de Zwijgerlaan naar Frederik [Hendrikplein. Jacob van den Eijnde, landsadvocaat of pensionaris in 1560, als opvolger van Vander Goes. Door den bloedraad gevangen genomen overleed hij inde gevangenis te Brussel in 1570. B4 F. Frankenpark, zie Frankenslag. C3, D 3 Frankenslag, van Scheveningschenweg naar Statenlaan. C 3 Deze straat ontleent haar naam aan zekeren Pieter Francke, die daar ter plaatse een terrein van 5 morgen duingrond den iodcn Maart 1796 in erfpacht kreeg, waar hij o.a. een touwslagerij had. De daarlangs loopende duinweg (slag) is de tegenwoordige straat. Frederik Hendriklaan, loopt van Joh. van Oldenbarneveltlaan [naar Frederik Hendrikplein. Genoemd naar B 3, 84, B 3 Stadhouder Frederik Hendrik jongste zoon van Willem van Oranje en Louise de Coligny, bijgenaamd de Stedenbedwinger. Hij nam o.a. ’s-Hertogenbosch, Maastricht en Geertruidenberg van den vijand. Verschillende lusthoven als Nieuburch, Honsholredijk en Huis ten Bosch werden door hem gebouwd. Hij was gehuwd met Amalia van Solms; geb. 29 Januari 1584 te Delft, gest. 14 Maart 1647 te ’s-Gravenhage. Frederik Hendrikplein, zie Frederik Hendriklaan. B 4 O. Gentschestraat, van Harstenhoek weg naar Leuvenscheslr.( 1899). Genoemd naar E 2 de Belgische stad Gent. Qevers Deynootstraat, van Gevers Deynootweg naar Harsten- [hoekplein. Zie Gevers Deynootplein. E 1 Qevers Deynootweg, van Wassenaarsche straat naar Boule- [vard (1890). Zie Gevers Deynootplein. D 1 Qondelstraat, van Badhuiskade naar Korendijkstr. (1875). C2 D2 Genoemd naar den gondel, die in het midden der igde eeuw dienst deed als verkeermiddel tusschen den Haag en Scheveningen. ü. Haagschestraat, vanaf Middelburgsche straat. E 2 Haringkade, van Badhuiskade naar Kanaal. (1888). D2 D 3 E 4 Vóór 1888 heette deze kade ook Kanaal. Harstenhoekplein, zie Harstenhoekweg. E 1 Harstenhoekstraat, van Qevers Deynootweg naar Harsten- [hoekplein. Zie Harstenhoekweg. E 1 Harstenhoekweg, van Badhuisweg naar Pompstationsweg (1884). Genoemd naar E 2 een deel van het daaraangrenzende duin. Havenkade. van Badhuiskade naar Neptunusstraat (1888). D 2 Vóór het jaar 1888 heette deze kade Havenstraat. Heemraadstraat, van Marcelisstr. naar Badhuisstr. (1886) C 2 Vermoedelijk heeft daar gestaan een gebouwtje behoorende aan Hoogheemraden van Delfland; zij heette tot het jaar 1888 Heemraadslag. Qevers Deynootplein, (1891). D 1 E 1 Genoemd naar Jhr. Mr. F. G. A. Gevers Deynoot, burgemeester van ’s-Gravenhage van 1858 tot 1882. Onder zijn bestuur werd groote uitbreiding aan de stad gegeven. Te zijner nagedachtenis werd inde Raadszaal een marmeren gedenkplaat geplaatst. Vander Heimstraat, van Johan van Oldenbarneveltlaan naar [Prins Mauritsplein. Genoemd naar C 3. Anthony van der Heim, Nederlandsch Staatsman. In 1737 werd hij Raad-pensionaris van Holland, geb. in 1693, gest. 1746 op een reis naar Spa. Helmstraat, van Scheveningschen weg naar Doornstr. C 2, C 3 Hooge weg, van Scheveningschen weg naar Duinweg. D3. Van Hoornbeekstraat, van Joh. van Oldenbarneveltlaan naar [Prins Mauritslaan. Genoemd naar C 3 Izaak van Hoornbeek, Raadpensionaris van Holland in 1720 als opvolger van Antonie Heinsius, geb. 1656, gest. 17 Juni 1727. Van Hovestraat, van Joh. van Oldenbarneveltstraat naar Prins [Mauritslaan. Genoemd naar C 3 Mictiiel ten Hove, beroemd rechtsgeleerde, pensionaris van Haarlem. Van 1688 tot zijn doodwas hij raadpensionaris, geb. 1640, gest. 1689. J. Jacob Gillesstraat, van Frederik Hendrikplein naar Stadhouders- [plein. Genoemd naar B 4 Mr. Jacob Gilles, zeer welsprekend advocaat en pensionaris van Haarlem. In 1746 werd hij Raadpensionaris van Holland, wat hij tot 1749 bleef, gest. te Rijswijk in 1765. Jacob Hopstraat, van Antonie Duijckstr. naar Willem de [Zwijgerlaan. Genoemd naar B 4 Baron Jacob Hop, Nederlandsch diplomaat. Hij was dikwerf met zeer belangrijke zendingen belast. Hij was de uitvinder van de als Haagsche Hopjes bekende bonbons; geb. te Amsterdam in 1654, gest. aldaar in 1725. Jacob Vermeystraat, van Vijzelstr. naar Willem Beukels- [zoonstr. (1896). Genoemd naar D 2 Jacob Willemsz. Vermey, de eerste van wien men weet, dat hij, in 1561, het in 1559 ingesteld burgemeesterambt van den Haag heeft bekleed. Jan Kistenslop, van Nieuwe Laantjes naar Weststr. Ontleent zijn naam aan C 2 Jan Kist, die in het einde der achttiende eeuw vele eigendommen inde Weststraat en omgeving bezat. Johan van Oldenbarneveltlaan, van Stadhouderslaan naar [Frankenslag. Genoemd naar C 3, C 4 Johan van Oldenbarnevelt, Nederlandsch Staatsman. Van 1586 tot 1618 Landsadvocaat. Door zijn toedoen en tegen den wil van Prins Maurits kwam het tot een overeenkomst „het twaalfjarig bestand” genaamd. Beschuldigd van hoogverraad werd hij onthoofd den i3den Mei 1619. Geb. te Amersfoort 14 Sept. 1547- Kanaalweg, van Scheveningschen weg naar Haringkade (1859). C 3, D 3. Katwijkstraat, van Havenkade naar Rotterdamschestr. (1896). Genoemd naar D 2 het visschersdorp en badplaats Katwijk bij Leiden. Keizerstraat van Zeekant naar Prins Willemstraat C 2. Reeds oudtijds de hoofdstraat van Scheveningen en in het begin der i6de eeuw dan ook voorkomende als den weg van den landheer, toen Keizer Karei V. De naam Keizerstraat is gebleven. Misschien kwam men tot de aanduiding in tegenstelling met „de Heer van Wassenaar zijn straat.” Zie aldaar. Kroonhofje, bij de Keizerstraat. Genoemd naar het daarbij staande koffiehuis „de Kroon. Kerklaan, van Scheveningschen weg naar Willem Beukelszn. [Plein. (1876). Genoemd naar C 2, D 2 de R. K. kerk, aan den Ouden Scheveningschen weg, alwaar de kerklaan begint. Voor 1876 heette deze laan Ditmaarslag. Kielstraat, van Drogersdijk naar Schipperstraat. C 2 Klatteweg vanaf Badhuisweg (1886) E 4 F 4 Deze weg werd in 1885 door de Duincommissie op initiatief van haar lid den Heer H. A. Klatte aangelegd, en naar hem genoemd. Kolenwagenslag van Weststraat naar Duinstraat. C 2 Is de weg, nu straat, waarlangs de steenkolen werden ver- voerd benoodigd voor het stoken van de vuurbaak. Korendijkstraat van Werfstraat naar Marcelisstraat. C 2 Zie Jonge Neelenstraat. Kweekerijweg van Raamweg naar Badhuisweg. E 4 loopende naar de gemeentelijke kweekerij. Xj. van Lennepweg van Nieuwe Parklaan naar Badhuisweg (1895). Genoemd naar E 4 Mr. Jacob van Lennep Nederlandsch letterkundige. Verschillende van zijn veelal historische romans zijn van algemeene bekendheid, geb. te Amsterdam 24 Maart 1802, gest. te Oosterbeek 25 Augustus 1868. Leuvenschestraat van Badhuisweg naar Gentschestraat (1899). Genoemd naar E 2 de Belgische stad Leuven. Loggerstraat vanaf Badhuisstraat (1888). C 2 D 2 Vóór rBBB heette deze straat Schoolstraat. van Loostraat van Adriaan Pauwstraat naar van Boetzelaerstr. Luikschestraat van Badhuisweg naar Gentschestraat E 2 Genoemd naar de Belgische stad Luik. C 2, D 2 Lijnstraat, van Vijzelstraat naar Pinkstraat. J^E. Maaswijkstraat, van Gevers Deynootweg naar Renbaanstraat [(1896). Maaswijk is de naam van de villa, die zich daar op den hoek bevindt, en die gebouwd werd door den bekenden reeder, A. E. Maas. D 2 Maaswijkdwarsstraat, van Maaswijkstr. naar Zandvoortstr. Zie Maaswijkstraat. Marcelisstraat, van Keizerstraat naar Haringkade (1881). Deze straat ontleent haar naam aan een zekeren Marcelis Gerritszoon, die aan de oostzijde van de Keizerstraat inde laatste helft der i8de eeuw verschillende eigendommen had, en o.a. daar den 18 October 1774, vier morgen en 117 roeden uit de „wildernis” in erfpacht kreeg van de administratie der Domeinen. Deze straat heette voor 1881 Marcellisslop. Maststraat, vanaf Schipperstraat. C 2 Messstraat, van Stevinstraat naar Seinpoststraat (1893). D 2 Genoemd naar Petrus Marinus Mess, badarts te Scheveningen vanaf 1853. geb. te Leiden in 1817, gest. te Scheveningen in 1891. Middelburgschestraat, van Bosschestraat naar Stevinstraat. Genoemd naar C 2. de Stad Middelburg, hoofdplaats van Zeeland. Molenslop van Keizerstraat naar Weststraat. C2 Genoemd naar A4, B 4 Mr. Albert van Loo pensionaris van Dordrecht in 1505. Omstreeks 1510 werd hij advocaat van Holland, gest. 1525. Dit slop heette vroeger Molenijserslop naar zekere Jan Molenijser, die aldaar in 1674 eigendommen had. Een molen heeft hier nooit gestaan. HST. Neptunusstraat, van Havenkade naar Nieuwe Parklaan (1888). Genoemd naar * D 2 den Zeegod der Romeinen Neptunus. Deze straat heette vóór 1888 Noordstraat. Nieuwe Laantjes, van Molenslop naar Smidsslop. C 2 Noord wijkstraat, van Dirk Hoogenraadstraat naar Katwijk- [straat (1896). Genoemd naar D 2 het Visschersdorpje en badplaats Noordwijk. o. Ooststraat, van Badhuisstraat naar Kerklaan. C 2 IE». Pansierstraat, van Symonstraat naar Haringkade (1896). Genoemd naar D 3 Theodorus Pansier, reeder te Scheveningen en van 1797—1802 lid van den Raad der gemeente, de vier laatste jaren als wethouder. Nieuwe Parklaan, van Gevers Deynootplein naar Witte brug : [(i889) d 2 Parkweg, van Hoogeweg naar Duinweg D 3, E 4 Paulus Buysstraat, van Prins Mauritslaan naar Frederik Hen- [driklaan. Genoemd naar C 3 Paulus Buys, beroemd Nederlandsch rechtsgeleerde, advocaat van Holland, vriend van Willem I, geb. te Amersfoort in 1531. gest- te Franeker in 1617. Op last van Leicester werd hij gevangen genomen doch later onder borgstelling op vrije voeten gesteld. Pinkstraat, van Loggerstraat naar Vijzelstraat (1888). D 2 Vóór het jaar 1888 heette deze straat Schelpstraat. Pompstationweg, van Badhuisweg naar Harstenhoekweg (1884)* Weg voerende naar het pompstation der duinwaterleiding. F 3. G 3 Prins Mauritslaan, van Stadhouderslaan naar Frankenslag. Genoemd naar B 3, C 4 Stadhouder Prins Maurits, zoon van Willem van Oranje. Hij was een uitstekend veldheer en leverde en won verscheidene veldslagen, geb. 13 November 1567, gest. 23 April 1625. Prins Mauritsplein, tusschen Frederik Hendriklaan en Prins [Mauritslaan. Zie Prins Mauritslaan. C 3 Prins Willemstraat, van Keizerstraat naar Scheveningschen weg [(1888). C 2 Vóór het jaar 1888 heette deze straat, Nieuwstraat. Indatjaar kreeg zij haar tegenwoordigen naam, naar Prins Willem van Oranje. Hooge Prins Willemstraat, loopt parallel met Prins Wil[lemstr. C 2 Zie Prins Willemstraat. Pronkstraat, van Keizerstraat naar Weststraat (1888). C 2 Genoemd naar Jacob Pronk Cz. stichter van het Badhuis in 1828. In 1813 was hij commissaris voor Scheveningen van de provisioneele regeering. Vóór-1888 heette deze straat Torenstraat. Pt. Renbaanstraat, van Rotterdamschestr. naar Neptunusstr. (1896) Genoemd naar ® de renbaan, die den 3* Augustus 1846 geopend werd, ongeveer op het terrein waar deze straat doorloopt. Roerstraat van Drogersdijk naar Schippersplein C 2 Rogstraat, van Vijzelstr. naar Kerklaan (1879). C 2 Rotterdamschestraat, van Gevers Deynootweg naar Neptu[nusstr. D 2 Genoemd naar de Stad Rotterdam. S. Schippersplein, ligt aan de Schipperstraat. C 2 Schipperstraat, van Breelstraat naar Schippersplein. C 2 Seinpostduin, genoemd naar de op dit duin gestaan hebbende inden Franschen tijd geplaatste seinpost. Seinpoststraat, van Stevinsstraat naar Messtraat (1897). D 2 van Slingelandtstraat, van Willem de Zwijgerlaan naar Frede- [rik Hendrikplein. Genoemd naar B 4 Simon van Slingelandt, Nederlandsch Staatsman, Raadpensionnaris van Holland van 1727. Vooral maakte hij zich verdien- stelijk met een reorganisatie der financiën. Geb. in 1664 gest. in 1736. Smidsslop, van Keizerstraat naar Weststraat. C2 Wij vinden vermeld, dat in 1769 Jan Schuurman daar een hoefsmederij had. Deze straat heeft dus meer dan waarschijnlijk haar naam aan deze smidse ontleend. Soetensstraat, van Stevinstraat naar Seinpost straat (1893). Genoemd naar D 2 Cornelis Michielsz. Soetens, penningmeester van Delfland, de eerste die op de Soheveningsche duinen een buitenhuis Soetenburg bouwen liet, ongeveer ter plaatse van het tegenwoordige hotel Rauch. Hij vroeg in 1662 octrooi voor den aanleg van een straatweg en een vaart naar Scheveningen; dit was aanleiding dat Magistraat en Domeinbestuur de vroeger afgewezen plannen van Huygens nu voor eigen rekening besloten uitte voeren. Sparreweg, van Kerkhoflaan naar Kanaal (1885). E 4, D 4 Statenlaan, van Statenplein naar Westduin weg. Genoemd naar B 3, B 4 de Staten, die geruimen tijd het oppergezag over ons land uitoefenden. Staten plein, ligt aan de Stadhouderslaan. B 4 Zie Statenlaan. Stevinstraat, van Seinpoststraat naar Gentschestraat. D 2 Genoemd naar Simon Stevin, wiskundige. Hij was de uitvinder van den zeilwagen en bracht de tiendeelige breuken in toepassing. Prins Maurits benoemde hem tot ingenieur van den Waterstaat en raadpleegde hem in alles betrekking hebbende op de legertechniek, geb. te Brugge omstreeks 1550, gest. in 1620. van Stolkweg, van Scheveningschen weg naar Duinweg (1882). Genoemd naar C 3, D 3 Mr. Th. van Stolk, de aanlegger van het villapark inde Scheveningsche Boschjes. Strandweg. C D F 1 Stuurmanstraat, vanaf Badhuisstraat (1876). C 2 D 2 Symonsstraat, van Willem Beukelsznplein naar Kanaalweg [(1896). Genoemd naar D 2 D 3 Jacob Symonsz in 1539 en later lid van de Haagsche Schepenbank voor Scheveningen; bij het benoemen der straat kende men geen ouder naam dan deze die de Riemer noemt, van een Scheveningsch magistraat. Van Tuyllstraat, van Renbaanstraat naar Rotterdamschestraat [{1896.) Genoemd naar D 2 H. N. C. Baron van Tuyll van Serooskerken. Voorzitter en mede oprichter van de vereeniging de Sophia-stichting. [{1896.) Deze badinrichting was inde eerste jaren ineen paar barakken inde duinen ten N. van Oranje-hötel gevestigd. Verhuellweg van Scheveningschen weg naar Wittebrug (1885). Genoemd naar D 4 Jhr. Henri Christiaan Arnaud Ver-Huell, Raadslid dezer Gemeente van 24 Mei 1861 tot kort voor zijn overlijden den 28 Aug. 1881. Het groote werkzaam aandeel dat hij had in den fraaien nieuwen aanleg der Scheveningsche Boschjes is algemeen erkend. Te zijner gedachtenis werd aan de Waterpartij inde Boschjes een marmeren monumentale bank opgericht. Vivienstraat, van Johan van Oldenbarneveltlaan naar Prins [Mauritsplein. Genoemd naar C 3 Nicolaas Vivien, Nederlandsch staatsman, pensionaris van Dor- drecht, boezemvriend van Johan de Witt, wiens rechterhand hij was. Geb. te Dordrecht in 1631. gest. na 1684. Vlagstraat, van Bomstraat naar Wimpelstraat. C 2 Vuurbaakstraat, vanaf Weststraat (1888) C 2 Genoemd naar Den Vuurbaak in 1551 opgericht en sedert vervangen door den vuurtoren. Deze straat heette tot 1888 Olieberg. Vijzelstraat, van Badhuisstraat naar Haringkade (1888) C 2 D 2 Vijzel is een werktuig om de schepen aan eene zijde omhoog te brengen, en benoodigd bij het optrekken der schuiten aan het strand. Tot 1888 heette deze straat Wagenstraat. -w. Waaigat, van Werfstraat naar Marcelisstraat C 2 Oorspronkelijk Weigat geheeten naar de weide, die zich daar in de nabijheid bevond. Wagenaarweg, vanaf Badhuisweg (1895) E4 Genoemd naar Jan Wagenaar Nederlandsch geschiedschrijver. Hij schreef o. a. een geschiedenis des Vaderlands en een van Amsterdam, geb. 28 Oct. 1709 te Amsterdam, gest. aldaar 1 Maart 1773. Wassenaarschestraat, van Keizerstraat naar Gevers Deynoot[weg. Deze straat komt reeds voor in 1561, in welk jaar een huys en erf werd verkocht op Scheveningen in „de Heer van Wassenaerstraat” ; reeds in 1284 was de heer Van Wassenaar met landerijen op Scheveningen beleend. C 2 D 2 Weede van Dijkveldstraat, van Frankenslag naar Bleiswijk[straat, B 3 B 4 Genoemd naar Everard van Weede, Heer van Dijkveld. Nederl. Staatsman en diplomaat. Hij werd meermalen met belangrijke zendingen belast. Geb. te Utrecht in 1626 gest. te Londen in 1702. Werfstraat, van Wassenaarschestraat naar Waaigat 1888. Genoemd naar C 2 de Scheepstimmerwerf, die zich op den hoek van die straat bevond. De werf is er nog, maar wordt voor een ander doel gebruikt. Tot 1888 heette deze straat Kerkstraat. Werfduinweg, van Duinstraat naar Kranenburgerweg (1892). Weg loopende naar de z.g. Westduinen. A3, 83, C 2 Werfstraat, van Pronkstraat naar Smidslop. C2 Deze straat komt reeds voor in het jaar 1560. Willem Beukelszoonplein, van Kerklaan naar Willem Beukels- [zoonstraat. Genoemd naar O 2 Willem Beukelszoon, de uitvinder van het haringkaken, gest. te Biervliet in 1397. Willem Beukelszoonstraat, van Symonstraat naar Willem [Kuyperstraat. D 2 Zie Willem Beukelszoonplein. Willem de Zwijgerlaan, van Statenplein naar Kranenburger weg. Genoemd naar B 4 Prins Willem van Oranje, bijgenaamd den Zwijger, den Vader 7’ des Vaderlands. Hij was de ziel van den opstand tegen Spanje; geb. te Dillenburg 14 April 1533, vermoord te Delft 10 Juli 1584. Willem Kuyperstraat, van Jacob Vermeystraat naar Cornelis [Jolstraat (1896). Genoemd naar Willem Kuyper, Scheveningsch visscher, die met twee makkers in Januari 1781 ineen bootje uit Engeland overstak. Wimpelstraat, van Duinstraat naar Roerstraat. C 2 XJ. IJmuidenstraat, van Dirk Hoogenraadstr.naarKatwijkstr.(iB9Ó). Genoemd naar D 2 de havenplaats IJmuiden. IJmuidendwarsstraat, van IJmuidenstr. naar Maaswijkstr. D 2 Zie IJmuidenstraat. Z. Zandvoortstraat, van Dirk Hoogenraadstraat naar Renbaan[straat (1896). Genoemd naar D 2 de badplaats Zandvoort bij Haarlem. Zeekant, van Keizerstraat naar Gevers Deynootweg. C 1 Zeilstraat, van Badhuiskade naar Wassenaarschestraat (i88r). C2 D 2 Zwaardstraat, van Duinstraat naar Roerstraat. C 2 _A_. St. Anthonisstraat, (Slijkeinde). Aldus genoemd naar de daar ter eere van St. Anthonius gestichte kapel. Het zoogenaamde Pesthuis werd daarbij gebouwd terwijl later de kapel zelf tot „Dolhuis" werd ingericht. Na herhaaldelijke uitbreiding werd dit het tegenwoordig krankzinnigengesticht. ZB. Banckensstraatje, Ook wel Banck(h)ersstraatje vinden wij vermeld inde jaren 1604 en 1661, het was gelegen tusschen Hooge Nieuwstraat en het Voorhout. Zijn naam ontleende het aan de familie van Banckem, die daar een huis bewoonde. Beerenlaantje. Dit werd ook wel Groot Spijkermakerslop genoemd. Beulslop. Aan de westzijde van de Breestraat of Pastoorswarande 1721. Bocht van Guinee, Zie Huigenspark. Deze naam komt reeds voor in 1772. Bogaertstraat Ook als Verloren Bogaertstraat voorkomende in het begin der Verdwenen Straatnamen en Straten ’s Gravenhage t 7dc eeuw, het noordelijk deel der tegenwoordige Prinsestraat, welke naam reeds omstreeks 1640 in zwang kwam. Burchstraat. Zie Kikkerstraat. O. Comen Willemslaan. Deze laan welke herhaaldelijk in het midden der i5de eeuw genoemd werdt, liep van den Potenweg, achter het St. Maria in Galileen klooster om, naar het Spui. Corenmarckt. Voor de Korenmarkt inde r7de eeuw verplaatst werd naar het Korenhuis op de Prinsengracht, werd zij gehouden op de tegenwoordige Groenmarkt. 33. Eselenberg. Een blok huizen en erven aan de Uileboomen genaamd de Eselenberg, vinden wij vermeld den 7den Maart 1742. IF. Foijsstraat, (zie Geest). Het woord foij beteekent in het middel nederlandsch weg. Het is mogelijk dat dit de naam moet verklaren. Zij komt in 1400 reeds voor. Gr. Gevers Deynootstraat. Sedert 1890 van Swietenstraat. üeweldigerslaan. uitkomende aan de zuidzijde van het Westeinde genoemd naar den Provoost-Geweldiger Generaal, Carel Nijs, die daar 10 Januari 1624 een huis, stal, schuur en erf kocht. Grove Houtmarckt. Komt in 1632 voor met de bijvoeging: „of Scheteldoecksche haven.” Heemstede. Vroegere naam van de oostzijde van de Nieuwe Haven, welke naam bij Raadsbesluit van 14 November 1904 is veranderd in dien van Nieuwe Haven. Wij vinden vermeld dat in 1670 verkocht wordt aan Hugo van Heemstede „bleycker, een iode part inde bleyckerye en huysen genaemt Heemstede aan de oostzijde van de Nieuwe Haven,” waaraan dus deze straat haar naam ontleend heeft. I Hooffsteechen. Aan het einde van de Juffrou Ydenstraet. J\ Jan Clementsteegje. Aan de oostzijde van de Volderslaan. k:. Kemelslaantje, evenwijdig aan de Laan van Roos en Doorn. Genoemd naar Melchiors Kemels, die in deze laan eigendommen bezat. Dit straatje was gelegen, op de plaats waar het tegenwoordige Kanaal gegraven is. Het komt voor in 1727. Kleine Veentje. In 1609 vinden wij vermeld „vyer morgen weylant, in ’t Cleyne Veentgen benoorden het Cortenbosch. Kromme Elleboog. Deze straat komt reeds voor in 1623 en behield haar naam tot 1886, toen zij Korte Vleerstraat genoemd werd. Kalckstraatje. Een straatje van dien naam, vinden wij in 1717 vermeld in het Voorhout; in 1856 werd het gesloten en in 1892 voor den bouw van het Hotel des Indes in beslag genomen. Van dienzelfden naam vinden we in 1740 vermeld een straatje op het Spui. X.,. Lapstraatje, zie Annastraat. 3VE. Middel Graft of Statengraft. Aldus heette inde i7de en i8de eeuw de Schedeldoekschhaven (zie aldaar) naar hare ligging. TsT. Nachtegaalspad (paadje) zie Parkstraat. Het is niet onwaarschijnlijk, dat dit pad genoemd werd naai een lid der inde i7de eeuw vaak voorkomende Haagsche familie Nachtegaal. Het komt reeds voor ineen overdrachtbrief van 2 November 1620. 13.I3. Padmoes. Misschien hangt deze naam die reeds inde i6de eeuw voorkomt samen met „mos” of moeras, waar padde of vlas groeide. Paretstraat, zie Elzemoerstraat. / Pensstraat. In 1609 komt voor een „huys en erf! betimmerde poorten mette ganck daerop respondeerende ende uytcomende op de Wagenstrate” genoemd naar Jan Pieter Pens, die daar eigendommen had. Percijnenstraat. Deze straat wordt genoemd ineen acte van 1664 en was gelegen over de brug van den Denneweg. Haar naam ontleent zij waarschijnlijk aan een lid der Haagsche familie Persijn. R. Rijst en breij. In het einde van de i8de eeuw en begin der i9de komt het Achter Raampje of Raamstraat onder dezen naam voor. S. de Sak. Deze ingebouwde Steeg aan het tegenwoordige Kerkplein komt het eerst voor in 1479. Onder denzelfden naam vinden wij haar nog vermeld in 1855. Stalpaertslaan. Deze laan thans de Glasblazerslaan komt voor in 1621 en ontleende haar naam aan den Schepen Stalpaert van der Wielen. Ook de Assendelftstraat komt onder dezen naam wel eens voor. Slicksteeg op den hoek van de Bierstraat. Slingelandstraatje zie Approchestraatje. Slop de drie boeren sedert 1882 Warmoezierstraat. Slop van den Frisschen Roemer. Dit slop is de tegenwoordige Nieuwe Havenstraat en ontleende waarschijnlijk zijn naam aan een herberg „de Frissche Roemer.” Splinterstraat, thans Oog in ’t Zeilstraat. Genoemd naar Jan Claesz Splinter apotecaris, die in het begin der 17de eeuw verschillende woningen en tuinen kocht in deze, toen aangelegde straat ook als Princenstraat komt deze straat eenigen tijd voor. de Sak. Sterlingstraat, thans Casuaristraat (zie aldaar). Deze naam komt nog voor in 1810. Stinksteech, zie Hartogstraat. Pieter Bijlensteech welke omstreeks 1650 voorkomt en gelegen was in of aan de St. Jacobstraat. TT. Uileboomen. Thans Z. O. Binnensingel. De naamsoorsprong konden wij niet vinden. Uiterstegraft. Aldus heette ook de Ammunitiehaven inde i7de en i8de eeuw naar hare ligging, (zie aldaar.) "V. Veenlaan, sedert 1886 Toussaintkade. Volderslaan, van het Spui tot het Zuideinde (Wagenstraat) zie Voldersgracht. 'W. Weversplaats, was het kruispunt van Veene, Spui en Vlamingstraat met het Zuideinde (Wagenstraat). De naam staat in verband met de middeleeuwsche Haagsche lakenindustrie. Wijnstraat, In 1669 komt voor Wijn- of Koediefstraat. 33. Ditmaarslag. Sedert 1876 Kerklaan, komt ook wel voor onder den naam Jan van Ditjesslop. j. Jonge Neelenstraat. Ontleend zijn naam aan Cornelis Cornelisz Alias Jongeneel, vroedschap van den Haag en reeder te Schevevingen die er omstreeks 1565 eigendommen had. De straat heette later Corendijkstraat. ik. Kerkstraat. Sedert 1888 Werfstraat. Koestraat. Komt voor in 1538, verdwenen bij den watervloed van 1570. nsr. Nobelstraat. Komt voor in 1562. Na het jaar 1780 vinden wij haar niet meer vermeld. Scheveningen. Noordstraat. Sedert 1888 Neptunusstraat. O. Olieberg. Sedert 1888 Vuurbaakstraat. S. Schoolstraat. Sedert 1888 Loggerstraat. T. Torenstraat. Sedert 1888 Pronkstraat. ■v. Verkenstraatje. ten Noorden van de Kerkte Scheveningen vinden wij vermeld inde jaren 1580—90. “W . Wagenstraat. Sedert 1888 Vijzelstraat. Lith. J. Smulders & C°., Oen Haag. Plattegrond van *s Gravenhage en Scheveningen Aangevende de geleidelijke uitbreiding van 1250 tot heden. SCHAAL 1 : 16.000. VERKLARING r~1 in 1350 pM in 1750 [ 1 „ 1550 (Schev.) i •' , „ 1890 m 1050 „ 1909 Uitgave van G. B. van Goor Zonen —» 1909.