AHNfirtSf, P. GOUDA QUINT. 1907. •u-.w-- --u;. w' s&te ':' • ÉSfflPH-, J 9 2.3 stichtsciie, Gaasbeeksche en ovemjsselsche LEEN EN, GELEGEN IJSr GELDERLAND. bijeenverzameld dook e ontbrekende bladen moeten beleeningen van het jaar J 394 bevat hebben. in twee banden, berustende in bet Rijksarchief te Utrecht. De overige 23 deelen (1528—1796) kan men in het Rijksarchief te Zwolle raadplegen, waar tevens ook afschriften te vinden zijn van de te Utrecht bewaarde registers. Bovendien is gebruik gemaakt van de eveneens te Zwolle voorhanden rekeningen omtrent den afkoop der leenplichtigheid, waartoe men gerechtigd werd door eene publicatie van 24 October 1795. De Gaasbeeksche leenen vereischen geene breedvoerige bespreking. De registers vangen aan met 1408 en loopen geregeld door, zoodat er zich geene moeilijkheden voordoen. Voor de jaren na 1553 staat ons trouwens een repertorium ten dienste, waardoor het naslaan aanmerkelijk gemakkelijker wordt. Voor de bewerking van bovengenoemde boeken zijn de registers op de leenaktenboeken van het vorstendom Gelre en graafschap Zutphen zooveel mogelijk als voorbeeld genomen, terwijl als grondslag voor de Stichtsche en Gaasbeeksche leenen de aangehaalde repertoria hebben gediend. Dat er beleeningen niet gevonden zijn, kan om verschillende redenen geene verwondering wekken. Men lette slechts op den omvang van den arbeid, vooral wat betreft Overijssel, voor welks leenen, tengevolge van het geheel ontbreken van een repertorium, alle leenactenboeken moesten nagegaan worden. Ook schijnen sommige leengrifflers hunne taak op eene eigenaardige wijze opgevat te hebben. Hiervoor diene ten bewijze, dat volgens eene acte van 28 Juni 1717 (men zie Kwartier van Zutphen, no. 45*) degene, die beleend wenschte te worden, leenvolger was van iemand, die den 31sten Mei 1678 den eed had afgelegd. Zoekt men nu deze acte van 1678, dan ontwaart men, dat de leengriffier van 19 Februari 1678 tot 8 Juli 1679 geen enkele acte heeft geregistreerd. Ook van verschillende andere acten, waarvan de data bekend zijn, is geen spoor kunnen gevonden worden. Er hebben zich echter moeilijkheden van gansch anderen aard bij de samenstelling voorgedaan, en wel voornamelijk bij de indeeling. Vooreerst zij gewezen op het geval, dat een leen lag in het kerspel van eene plaats, die tot eene andere provincie behoort, zooals Dorth in het kerspel van Bathmen (Overijssel), Tollenburg, kerspel Rhenen (Utrecht). Hiervan is Dorth, dat van voldoende bekendheid kan geacht worden, op zijnen eigen naam gesteld, terwijl Tollenburg, hetwelk tot de hooge heerlijkheid de Marsch behoorde, daaronder te vinden is, evenals enkele andere leenen in de Marsch. Niet altijd zijn de leenen gesteld onder het kerspel, waarin zjj volgens hunne omschrijving gelegen waren. Dit geschiedde, wanneer andere leenen van gelijke ligging daartoe aanleiding gaven en in geval een leen niet in alle acten tot hetzelfde kerspel werd gerekend. Ook kwam liet voor, dat in geen der verschillende acten het kerspel genoemd werd, b. v. bij de tienden te Halveren en Eimeren. In overeenstemming met de ligging vindt men dit leen onder Valburg. Een soortgelijk geval deed zich voor met 110. 5 van het Kwartier van Zutphen. Zoowel het daarin vermelde Ysenvort als Nuslere l) liggen in Ambt-Doetinchem, vandaar dat dit leen onder Doetinchem is gesteld. Ten slotte zou ik de aandacht willen vestigen op den door de heeren P. N. van Doorninck en Dr. P. C. Molhuysen in 1902 uitgegeven Staat der Bezittingen van Herbertus van Putten en andere leden van zijn geslacht omstreeks 1313. Immers folio 6 van dien staat behelst eene opsomming van de leenen, welke Herbert van Putthen van den Bisschop van Utrecht hield. Voorzoover deze in Gelderland gelegen waren, is er voor dit werkje gebruik van gemaakt, maar het is zeer wel mogelijk, dat er nog meer opgenomen hadden moeten worden, hetgeen uit onbekendheid met hunne juiste ligging niet geschiedde 3). Februari 1906. W. A. B. ') Nuslere is Nutselaar. Tot dusverre is het mij niet duidelijk hoe in den index op het Oorkondenboek van Baron Sloct in Yoce Woeste Hoeve Tan Nuslere, wat in de acte staat, Nusselder is gemaakt. *) Onder Olsterhusen zou men b.v. wel het nabij Beekbergen gelegen Oosterhuizen kunneu verstaan. KWARTIER VAN NIJMEGEN. KWARTIER VAN NIJMEGEN. 1- ELST. Den groten tienden to Eist mit sijnen toebehoren in den kerspel van Kist in Betouwe, tot een vijfmaercleen ende borchleen ter Horst 1). Katherine van B y m m e 11, heren Stevens dochter van Bymmen, .Tohan Mompeliers wijf van Overhage, omstreeks 1385. Aleyde van Puyflyc, 1386. Huider: Vrederic die Joede, haar broeder 2). Frederic die J 0 d e van Nymegen, door dode Alyd van Puvflic sijnre suster, 11 Juni 1395. ' Henrie van Apelteren, ridder, so .Tohan die Joede3) des uutffeeaen is, 6 Juli 1409. Johan van Apelteeren, door afstant Henrix van Apelteern, ridders siins broeders, 16 Juni 1417. Idem, 1426. Peter Vighe, 5 Pebr. 1446 '). Idem, 15 Jan. 1457. Arnt Vighe, na dode van Peter Vyge, sijns vaders, 13 Oct. 1465. Joffer Sybert P i e c k, weduwe I)ircx Vige, na dode van Amd Vijre liaers neven. ° ' N.E De versuymen geremitteert, 16 Nov. 1526. Huider Aernt Vyge, liaer soon. ') Dit leen is als Stichtsch geroyeerd en op liet Gaasbeeksche repertorium gebracht, r?a;,, SaTn iJ'e" tle?Jei 200 ?rof als smal, over diverse polderen lands, gelegen tot Kist, 111 Overbetuwc, mit allen sijnen toebehooren. •I Zie Catalogus van liet Bisschoppelijk Archief No. 290. 190G. die. Joede W!}s de zoon van Frederik bovengenoemd. Zie Ewijk: lilz G Acte: den groten en smalen tienden. J ue acte staat nog: Tot Sinte Martyn naest komende mach Joiian die Jode die . . . . van don tinn.lnn /n« . , , . . ... ' Onder 1 »v'«viiuv mui ii uuiiiiu uit' «JUUr UIC afkorting aan). tienden. (De puntjes duiden eene tot dusver niet ontcijferde ) Blijkens een los blaadje liggende in het leenactenboek kwam hij reeds op Heiligen tiendTnto^Z m^5"°P 'V ^ "dat M«" 1Ieer Lem beleenen wolde den T.ienuen tot List m>t sijnen toebehoeren. Eadem maeekt op Aemt Vige, haer soon, die nahant, eodem die. Kadem, 20 Juli 1529. Huider: Willem van Weede. Dirc Vighe, Aemt Vighen soon, na dode van Juffrouw Sybert Pieck, weduwe Dircx Vige, uut crachte van nahant, 2 Aug. 1554.Huider: Gijsbert van Loon. Idem, mondig geworden, vernieuwt den eed, 1 Juli 1559. Idem lijftocht Joncfrou Anna Pieck, huvsvrouwe van Keynier van Wjjc, sijn moeder, na sjjnen doot ende stervende Dirc sonder kinderen, eodem die. Anna Vighe, na dode van Dirk Vige, haar vader, 19 Juni 1574. Huider uut crachte van procuratie: Jan Strick 1). Johanna van Merwjjck, weduwe Dirk Vich, als eenige erfgenaam van haar dogter Anna Vich, 26 Juli 1574. Approbatie van lijftogt bij Dirk Vijch, amptman en richter van Overbetuwe, haar man, haar 18 Juni 1572 gemaakt, 20 Sept. 1574. Claas Vighe, na dode van Anna Vighe, zijn nichte, 29 Juli 1574. Jonker Dirk Vijgh, heer tot Soelen, na dode van Dirk Vijgh, Aert Vighen soon, zijn vader, 8 Febr. 1596. Huider, bij procuratie van 30 Jan. 1596, Cristiaen van Benthem, lantscrijver van Nederbetuwe. Helenna Vijgh, nao doode van Jonker Diderik Vijgh, haer vader saliger, 2 Juli 1616. Ilulder, crachtens procuratie in dato 28 Juni 1616, Adriaen Jacobs van Driel. Eadem laat hare huwelijkse voorwaarden van den 25 April 1619 met Jonker Diderik van L y n d e n, heer tot Hemmen en Blitterswijk, hiertoe relatief approbeeren, 23 Jan. 1627. Jonker Beerend Albert Diderik van Lynden, nae doode van zijn grootmoeder, Helena Vijgh, met versuym bij zijn vader begaan, 17 Dec. 1653. Idem 2), plegte 3) van 4000 gld. ten behoeve van Juffrouw Petronella Jordaan, weduwe H. Lijdekker, 23 Juni 1670. Petronella Jordaan, weduwe H. Lijdekker, transporteert de bovenstaande plegt van 4000 gld. aan Comelis Vermeer, 20 Febr. 1695. Jonker Frans van Lynden, nae doode van Jonker Bernd Alberd Diderik van Lynden, zijn neeve, 23 Juli 1670. Jacob Dirk, Baron van Heek er en, als in huwelijk hebbende Heylwigh Charlotte, Baronnesse van Lynden, nae doode van Frans, Baron van Lynden, haer vader; met versuymen, 28 Aug. 1722. Jacob Dirk, vrijheer van Heekeren en vrouwe, idem et eadem, octroy 4), eodem die. Approbatie van het maaggescheyd den 2 Nov. 1728 tusschen Jacob Derk, vrijheer van Hekeren, heer van Enghuysen, voorts Frans Jan, Assueer en Walraven llobbert, vrijheeren van Hekeren, etc., opgeregt, 27 Dec. 1730. Frans Jan, vrijheer van Heekeren, nae doode van Heylwich Charlotte, Baronnesse van Lynden, zijn moeder, 26 Nov. 1749. ') Uit de procuratie blijkt, dat zij de eenige dochter en wel „nu ter tijt" onmondig, was van Dirck Vighe en Johanna van Merwijck. *) Nu heet hij: baron de Lienden d'Aspremont. s) = bezwaring, hypotheek. *) ii.l. om voor deu gewonen rechter te testeeren. Maria Adelheid Elizabeth van Heeckoren tot Enghuysen in plaatse van Jacob Adolph van Heeckoren, haar broeder en successeur feudaal van Frans Jan van Hekeren, liun vader zaliger, ingevolge acte van afstand van gemelde haar broeder en maagscheydinge tusschen de kinderen van voornoemde F. J. van Hekeren, 2 Mei 1768 ')• Eadem, octroy, eodern die. Frans M a c k a y, luitenant-collonel in het regiment van den luitenantgeneraal Bedaulx, als lijftogtenaar van deszelfs overledene huysvrouw, Maria Adelheid Elisabeth van Heeckeren, 6 Sept. 1791. 2. ELST. 24 Morgen lands, tot Eist gelegen, geheten Bredendael. Rubbert van den Doreweert, 29 Jan. 1394. Wolter van Dornick, na dode lïobert van den Doremveert, 22 Oct. 1411. Kobert van AV i s s c li e, proist tot Eist, na doide Kubberts van den Dorenweerde, 11 Nov. 1412. Otto van Doernynck, na dode van Wolter van Doernynck, selygen Otten soen, 25 Aug. 1446. Idem, 25 Juni 1474. Otte van Doernic Ottensz., so Otte van Doernic Woltersz., sijn vader, des uutgegaen is, eodem die. 3. ELST. 6 Morghen lants, als die gholeghen siin in Bethue tot Eymeren in Elster kerspel: een stuck lants, geheten die Lange Mede; een stuck lants, geheten die Corte Mede 2); een stuck lants, geheten die Selige Hoevel; een stuck lants, geheten dat Wechstuck 3), tot enen Zutphens leen. Henryc van Machcron, omstreeks 1382. Johan van Macheren, als zijn vader te holden plach, 11 Juli 1395. I)irc van Macheren, overmits dode Jans van Macheren, sijns broeders, 29 Oct. 1408. Idem maoct Herman van Macheren, sinen soen, die rechte nahant na dodo sijns vaders, eodem die. ') Op den kant staat: „Voor memorie lieeft betaald Ilubt. Joh. Voet ad paudect. Libcr XXXVIII in Iligrosl. d. Fend. n. 102," hetgeen slaat op den afstand door Jacob Adolf aan zijne zuster, die daardoor niet volstaan kou met het betalen van hot gewone heergewaad. ") Acte van 13D5: gelegen voir il hout. 3) Acte van 1395: mit huus, hofstat cndo tobehoren. 4. ELST. 22 Morgen lands gelogen in Betouwe in Elster kerspel, des 12 morgen gehieten sijn die Oesteringe, gelegen in den Grooten Camp, streckende mitten enen eynde opper Dievedijek ende mitten anderen eynde opte Liendensche strate; ende des 6 morgen, geheten Doerendael, gelegen in den Dorrencamp tusschen Maes den Riken ende Claes van der Duven; ende des 4 morgen gelegen is te Eiet tusschen Reyner Berghs land an beyden syden. Godert Gorys soen, omstreeks 1385. Idem, 16 Mei 1394. Gerydt van V 1 i e d e r e n, na dode Goderts van Vliederen, sijns broeders, 20 Oct. 1402. Engelbert van Vliederen, na dode Goderts van Vliederen, sijns vaders, eodem die. Gerborch van Vliederen, nae dode Engelberts, hoirs soens, 2 Mei 1404. Huider: Gherart van den Hage. Henrie IngenNyewelant, 29 Jan. 1410. Idem, 1426. Jelis Inghen Nuwelant. Godaert Inghen Nuwelant, soe Jelys Inghen Nuwelant des uutgegaen is, 30 Aug. 1452 !). Idem, 25 Jan. 1457. 5. EWIJK 2). d' Alinge tiende, grof en smal, zo die gelegen is in 't kerspel van Ewiek in Overbetuw; tot een borchleen ter Horst, als die Otten van Lent plachten te zijn. Vrederie die J o d e van Nymegen, 1383. Idem, 11 Juni 1395. Johan die Joede, na dode sijns vaders, 13 Maart 1411. Frederic de Jode, naer dode Johaus, sijns broeders, 24 Juli 1417. Dirc Hessel Dircxsoen, so Frederic die Joede des uutgegaen is, 12 Oct. 1425. Sweder van Boechout, proost tot Eist, soo Dirc Hessel Dirxsoon der uytgegaen is, 1429. Willam W y n y n g , 2 Juli 1439. Gelys Inghen Nuwelant, als Willam Wynyng des uutgegaen is, 10 Oct. 1448. Willem Ingenieulant, so Jelis Ingenieulant des uutgegaen is, behoudelic Lijsbeth, Jelys wijff Ingenieulant, hoer lijftucht, 30 Aug. 1452. Idem, 15 Jan. 1457. M In deze en de volgende acte is alleen sprake van de 12 morgen in den Grooten Camp. *) d. i. SHjk-Ewijk, Hendrick Ingenuwlant, na doodo Willams Ingcnieulant, sijns vaders, 14 Febr. 1474. Symon van Volden, door opdragt van Hendrik Inghenuwelant, eodem die. Coenraet van Volden, na dode Symon van Volden, zijn vader, 22 Febr. 1492. Willem Inghenuwelant Henrixz., door opdragt van Coenraat van \ yldei', eodem die. Huider tot sijnen mondigen jaren: Geryt van hendt Johanssoen. Idem, 4 April 1498. Willem Ingennieulant van Valburch, 26 Maart 1530. Idem lijftocht sijn huysfrouw aen minder helfte der tienden, eodem die. Willem Bor, greve ende heer in üornik, door opdragt van Willem Ingenuwelant van Walburg, 7 Nov. 1538. Johan van Staproy, na dode Wilhem Bor, greve ende here in Doernik, zijns oems, 27 Febr. 1540. Peter van Staproy, na dode Johans van Staproy, zijns broeders, 8 Aug. 1545. Jonker Frederik van Gend, door opdragt van Jonker Fietcr van Stepraed, 23 Juni 1580. Idem lijftocht Juffrouw Margriete van der Roelenburg, sijn huysfrouw, aan de helfte, eodem die. Idem lijftocht Pandora van Hertsen, sijn huysvrouw, in de helft, 17 Juli 1601. Jonker Joseph van Gend Jansz., door opdragt van Jonker Frederik van Gend, 19 Maart 1603. Jonker Nicolaas van Gent van Winssen, na dode van Jonker Joseph van Gend Janszone, zijn broeder, 20 Mei 1622. Jonker Wilhelm Joseph van Gent van Winssen, na dode van voorn. Jonker Nicolaas, zijn vader, 19 Nov. 1636. Jonker Nicolaes van Gent, nae dode van Jonker Willem Joseph van Gent, sijn vader, 10 Aug. 1674. Jacobus Driessen Opheyden, door opdragt van Jonker Nicolaas van Gent, 22 Aug. 1704. (lerard Driessen Opheyden, na dode van Jacobus Driessen Opheyden, zijn vader, 27 Mei 1717. Jacob Driessen Opheyden, minderjarig, na dode van Gerard Driessen Opheyden, zijn vader, 3 Juli 1723. Gerard van der Rennen als gestelde voogd over de persoon en curateur over de goederen van Jacobus Driessen Opheyden, plegte van 3000 gld. ten behoeve van d'heeren boekhouder en provisoiren van 't armenkinderhuys der stad Nymegen, 8 Nov. 1734 1). Gerard Ignatius Driessen Opheyden, als naaste mansoir van Cornelis Driessen Opheyden, met versuym bij gemelte Cornelis Opheyden, vermits 't over dertig jaren uytblijven en vermissen van Jacob Driessen Opheyden, begaan, 18 April 1765. ') Gecasseert 11 Mei 1772. Idem, plechte a 6000 gld. ten behoeve van Bernard Henderik Swarts en Margaretha van den Sande, echtelieden, 29 Sept. 1768. In dezen plechtbrieff aldus beschreven: d'Alinge thiende, groff en small, in 't kerspel van Slijk-Ewijk, in den amptc van Overbetuwe gelegen en geheven wordende, bestaande in drie blokken, 't eerste 't Hoog Esse; 't tweede Hoogbrugse en 't derde Mejusse blok, voorts in de krijtende tiend. Te samen volgens een extract uyt het ijuohier der amptslasten des geseyde kerspels voor 29'/„ mergen bekend zijnde. Bernard Hendrik Swarts en Margareth van den Sande, echtelieden, transporteren de voorsz. plechte van 6000 gld aan Mathijs Bosman en Helena Cornelia Palm, echtelieden, 26 Sept. 1769. Walraven, Baron van Balveren, heere tot Weurt, etc, door opdracht van wegens Gerard Ignatius Driessen Opheyden, 16 Juni 1770. Gerrit Willem, Baron van Balveren, na dode van Walraven, Baron van Balveren, zijn oom, 11 Jan. 1777. 6. HETEREN. De olde Hofstad tot Heteren, met de tienden, groff en smal, mit beuren toebehoren ende mit de kerkgift tot Heteren, gelegen in Over-Betuwe. Dirc van Heteren, heren Jacobs soen, omstreeks 1382. I)irc van Heteren Derix soen, 13 Maart 1410 ]). Geertruyt, Segers wijff van G r o e s b e c k, door dode Diricx van Heteren, hoers broeders, 21 Sept. 1420. Griete van Boeningen, Derix wijf van E w y c, naer dode hoers moeders, 2 Juni 1423. Huider: Deric van Ewyc, hoer man. Eadem, 1426. Eadem, weduwe Dirx van Ewyck, 6 Nov. 1457. Jelis van Ewijck, na dode Griete van Boninghen, sijnre moeder, ende alle versuem quijtgescholden, 27 April 1490. Johan van der Lauwick Roelofszoon, soe Jelys van Ewick der uutgegaen is, eodem die. Aaleyt van der Lauwik, na dode Johans van der Lawik Roelofsz., baars broeders, 20 Maart 1507. Eadem, 5 Mei 1518. Wilhelmus Mulickum, na dode Aleyts van der Lawyck, sijnremoeye, 24 Juli 1532. Jacob van Mulicum, soe Wilhelmus Mulicum, zijn vader, der uytgegaen is, 16 Mei 1546. Geertruyt van Muylecom, na dode van Jacob van Muylecom, haar broeder, 2 Aug. 1553. Belye van Steprade, door opdragt van wegen Geertruyt van Muylecom, 25 Oct. 1557. ') Deze beleening is te vinden in het Overijsselsche leeuregister. Josina van Sallant, na dode van Belia van Steprado, haar moeder, 6 Juni 1597. Jonker Johau Turck, lieer tot Hemert ende Delwijnen, na dode van Josina van Sallant, zijn moeder, 28 Febr. 1615. Jonker Juhan van Voorst, als man ende voogd van Agnes van Stepraed, door opdragt van Jonker Johan Turck voornoemd, eodem die. Jonker Reiner van Voorst, na dode van Jonker Johan van Voorst, zijnen vader, 22 Jan. 1629. Idem, plegte van 8000 gld. ten behoeve van Johan Dibbitz, 6 April 1638 '). Idem, plegte van 4000 gld. ten behoeve van Mr. Arnolt van den Berg cutn uxore, 9 Mei 1638. Wilhelmina Maria Magdalena van Voorst, na dode van Jonker Reiner van Voorst, haar vader, 23 Dec 1657 2). Gerardus Noorman, predicant tot Heeteren en Randwijk, door opdragt van Wilhelmina Maria Magdalena van Voorst, 5 Dec. 1664. Idem, plegte van 2000 gld. ten behoeve van Johan Louis van Gameren ende Eli.sabeth Noorman, 4 Nov. 1669. Margaretha van Brenk, weduwe Gerardus Noorman, na dode van gemd. haren man, 29 Juni 1678. De voogden van de onmundige kinderen transporteeren 'tzelve aan Arnold Coerman, eodem die. Angola Dibbets, weduwe en na dode van Arnold Courman, 23 Juni 1693. Jan B an n e t, als oom ende meede-erfgen. van Sybilla Margaretha Coerman, dochter van Arnold Coerman, 7 Aug. 1696. Dr. Willem Engelen, universeel erfgenaam en legataris van Angela Dibbits, weduwe Arnoud Courman, 11 Juni 1697. Idem laat zijne huwelijxvoorwaarden. opgeregtmetCatharina Verstege, approbeeren, 17 Maart 1699. Engelbert Engelen, oudste zoon en ongeprejudicieert d'andere erven van Dr. Willem Engelen, 3 Juni 1715. Mr. Johannes Smetius, na dode van Jan Bannet, zijn oom, 11 Aug. 1717. Johannes de Leeuw van Kool w ij k, na dode van Mr. Johan Smetius, zijn oom, 20 Mei 1730. Mr. Johan Engelen, secretaris te Nijmegen, door opdragt van Mr. Johannes do Leeuw van Koolwijk, 13 Mei 1744. Mr. Willem Engelen, land-, dijk- en gerigtschrijver des Rijks Nijmegen, na dode van Mr. Johan Engelen, zijn oom, 15 Sept. 1790. Transport ten behoeve van F. G. Baron van Lynden van Hemmen geregistreerd, 24 Nov. 1804. ') Geeasseert 5 Dec. 1604. *) In de volgende acten wordt geen melding meer gemaakt van de tienden. Afgespleten van 6. 6 § 1. HETEREN. 10 Morgen uytterweerd. Arnold Dibbits, door opdragt van WilhelminaMariaMagdalena van Voorst, 16 Nov. 1664. Angela Dibbits, na dode van Arnold Dibbits, haren broeder, 23 Febr. 1669. Dr. Willem Engelen, universeel erfgenaam en legataris van Angela Dibbitsz, 11 Juni 1697. Idem laat zijne huwelijxe voorw. met Catbarina V e r s t e g e approbeeren, 17 Maart 1699. Engelbert Engelen, oudste zoon van Dr. Willem Engelen, ongepraejudicieerd d'andere erven, 24 Mei 1715. Mr. Jan Engelen, na dode van Engelbert Engelen, zijn broeder, ongepraejudicieerd ut supra, 31 Mei 1729. Mr. Willem Engelen, na dode van zijn oom Mr. Johan Engelen, 15 Sept. 1790. 7. HIEN. 10 Morgen lants, gelegen in die Maet in den kerspel van Uien, endc 14 mergcn lants, gelegen op Eldijkervelt, daer dat capittel van Aernhem an die een zijde naist gelandt is endo an die ander zijde streekende op die Bovengrave. Zander van Dodenweerde, na dode sijns vaders, 14 Jan. 1417. Johan van Dodenweerde, nae dode Zanders, zijns vaders, 25 April 1446. 8. DE MARSCH. Een hofstede met 8 morgen lands, gelegen in de Mersche bij Rhenen, daar westwaerts naast gelegen is 't land des Hertogen van Gelder, oostwaerts Dirck van Horsen 1), zuyde Johan Borre van Hemerten, streekende noordwaerts in den Rhijn. Peter van Zeebeeek, tot behoiff Marien, Huge Bu 11 eudochter, sijns wijfs, na dode Hugen, Marien voirs. vader, 14 Jan. 1473. Johan van Zeebeek, zo Marie van Zeebeek, zijn moeder, met Peter van Zeebeek, haar man en momber, daar uytgegaan is, 14 Oct. 1506. Geertruyd, Peter van Zeebeeks dochter, na dode Johan van Zeebeek, haar broeder, 16 Aug. 1508. Eadem, 23 Maart 1518. Eadem, 7 Juli 1525. Eadem, 3 Juli 1529. Cornelis, Peter van Zeebeeks zone, na doode van Geertruyd van Zeebeeks, zijn petemoeder, 24 Juli 1558. Idem, mondig geworden, 24 Mei 1561. ') I>eze naam wordt ia Maart 1732 verboekt, ten name van Elisabeth van Rnyen. In geen dér andere aeten (men vergelijke n.1. 13 § 1) wordt van d,t t.end melding gemaakt. 13. DE MARSCH. TOLLENBURG. Een stuck lants houdende ommetrent 29 margen, gelegen in die Mersch neven der stadt Kenen over den Rijn, geheten Tallenborch 1), mit alle sinen toebehoren; voer een borchleen ter Horst ten Zuytphentschen rechte. Lodewijk van Lieffdael, bij ruyling jegens den Bisschop van Utrecht, 28 Juli 1485 2). Idem, 5 Mei 1497. Johan van Levendael, ridder, na doode van Lodewijk van Levendael, sjjns vaders, 31 Jan. 1507. Idem, 22 Juli 1518. Katherine van Brakell, soe heer Johan van Levendael, ridder, des uutgegaen es, eodem die. Cornelis van Brakel nae doode Katharine van Brakel, sinre moeder, 15 HOT. 1520. De rechte helft van een stuk lands houdende omtrent 29 morgen, gelegen in de Marsche, beneffens de stad Rhenen over den Rijn, genaamd Tollenburg, met allen sijnen toebehoren. Dirk Vonk Dircksz., schout van Linden, tot behoef ende van wegen Geertruyt van Brakel, zijne huysvrouw, na dode van Cornelis van Brakel, haar vader, 21 Sept. 1562. Dirk Vonk Dirksz., na dode van Dirk Vonk, zijnen vader, door aandeeling van de goederen van Geertruyt van Brakel, zijn moeder, 16 Dec. 1588. Hendrick Vonk, na dode van Dirk Vonk, zijn vader, 7 April 1625. Dirk Vonk van Lienden, na dode van Hendrick Vonk van Lienden, zijn neef, 16 Sept. 1630. Huybert Vonk van Lienden, na dode van Dirk Vonk van Lienden, zijn vader, 20 Jan. 1658. Idem, plegte van 4000 gld. ten behoeve van Aelbert van Solingen 3), 4 Mei 1660. Berend Adolph Vonk van Lienden, na dode van Huybert Vonk van Lienden, zijn vader, 27 Jan. 1702. Idem laat zijne liuwelijxe voorwaarden, met Maria Eugenia van C ouden hoven tot Fraytur opgeregt, approbeeren, 23 Febr. 1705. Idem laat 't verband, staande in zijn testament, registreeren, 26 Aug. 1705. Maria Eugenia van Coudenhove de Fraitur, tochtenaresse van Berend Adolph Vonk van Lienden, 22 Juni 1706. Dirck C1 e r c q, lieutenant-collonel, door opdracht van Maria Eugenia van Coudenhoven, 13 Dec. 1706. ') Do Geldersclie Volksalmanak van 1880 zegt op blz. 92 ten aanzien van do Tollenburg: „werd geteld onder de leenen van het geslacht van Gaesbeek van don jare 1520". Dit is in zooverre volkomen juist, dat dit leen in dien tijd en ook later als zoodanig geboekt is, doch wij hebben hier weêr te doen met onoplettende leengriffiers, want nimmer is de Tollenburg in 't bezit der heeren van Gaesbeek geweest. '') Kutgher, Johan, Roelof, Henric en Willam, knapen, zonen van Rutgher Vonke, deden, volgens scheidsrechterlijke uitspraak van Dirc van Lienden, afstand van alle aanspraak op het huis te Dollenborch, dat zij met den weerd in bezit genomen hadden wegens wanbetaling door den Bisschop van de koopsom aan Roelof Vonke. hunnen grootvader, 26 Juli 1357. (Catalogus van het Bisschoppelijk Archief No. 160. 1906.) s) Gecasseert 31 Juli 1710. Elberta Verschoor, weduwe wijlen Dirk de Clercq, 13 Mei 1711. Reinier Verschoor, door opdracht van Elberta \ ersclioor, 8 Nov. 1721. Mr. Pieter Verschoor voor zich en de verdere erfgenamen na dode van Reinier Verschoor, zijn vader, 7 Aug. 1734. Mr. Reinier Verschoor, na dode van Mr. Mathijs Verschoor, zijn oom, die verzuymd had uyt kragte van scheyding jegens Mr. 1 leter Verschoor c. s. verley te verzoeken, 5 Ang. 1175. Idem laat registreeren de acte van consolidatie of reünie met de overige 5 deelen van 't goed den Tollenburg: Den Tollenburg, bestaande in deszelfs heerehuyzinge met de tuynen, allees en sterrebosch, de boerehuyzinge, schuir, bergen, bak- en duyfhuys, benevens boomgaarden, wey- en bouwlanden, thans circa groot 34 mergen, mitsgaders de visscherye in den ouden Rhijn van de Leegraaf tot aan de Wapperse sluys, gelegen in de hoge heerlykheid de Marsch, bij de stad Rhenen over den Rhijn, daar noordoostwaards de convents bouwinge en boomgaard, thans competerende Geurt van Holst, schepen der stad Rhenen, en voorts de weg van 't Rhenense veer na Lienden, die ook noordwestwaards omgaat tot aan de \N apperse sluys, zuj dwestwaards den ouden Rhjjn en zuydwaards de Leygraaff naast geland en gelegen zijn. Jan Hendrik Verschoor van ter Nissen ten behoeven van de gesamentlijke kinderen en erfgenamen van Mr. Reinier Verschoor, zijn vader, 7 April 1798. Afgespleten van 13. 13 § 1- DE MARSCH. TOLLENBURG. De rechte helft van een stuk lands, houdende omtrent 29 morgen in do Marsch nevens de stad Rheenen over den Rijn, geheten Tollenburgh, met allen zijnen toebehoren. Mr. Rutger de Bruyn tot behoef ende van wegen Dirk Lijsters Willemsz. die jonge, na dode van Cornelis van 1! r a k e 1, zijn bestevader, 18 Juni 1563. Idem ten behoeve van Hadewich Lijsters, zijn huysvrouw, na dode van Dirk Lijster Willemsz. de jonge, haar broeder, eodem die. Hendrik de Bruyn, na dode van Hadewich Lijsters, zijn moeder, 28 Juni 1589. De helft van de helft ofte 't rechte vierendeel van een stuck lands, houdende omtrent 29 morgen, gelegen in de Marsche neffens de stad Rheenen over den Rhijn, geheeten Tollenburgh. Jan Mannus Peters, door opdracht van Hendrik de Bruyn, 22 1' ebr. 1598. Idem, plegte van 1000 gld. ten behoeve van Hendrik de Bruyn1), eodem die. Vijff mergen lands, eertijds behoord hebbende aan^ terff Tollenburgh, gelegen in de Marsche neven de stad Rhenen over den Rhijn, daar oostwaards naast gelant is 't convent van Rhenen, westwaards Dirk Vonk, zuydwaards die Ley graat, noordwaards Renis Henricks Gecasseert 21 Mei 1599. Johan Gerritsz. van Lyenden, door opdracht van Jan Mannus Peters, 25 Maart 1613. Twee mergen lands van de vijff; daar oostwaarts naast gelant is 't convent van Rhenen, westwaards Herman van Schuylenburg, zuydwaart Johan Rong en noordwaards 't voorsz. convent. Jonker Gerard van Wijk, door opdracht van Johan Gerritsz. van Lyenden, 17 Mei 1616. Cornelis Petersz. van E jjsoort, door opdracht van Jonker Gerard van Wijk, 8 April 1631. Deze 2 morgen 6 Juli 1770 vervallen verklaard door H. Ed. Mog. Heeren Gedeputeerde Staten 's lands van Utrecht Arend van Geytenbeek, ingevolge appointement van 7 Aug., 1 Sept. 1770. Mr. Reinier Verschoor, door opdracht van Arend van Geytenbeek, 8 Sept. 1770. Idem laat registreeren de acte van consolidatie conform de resolutie van 5 Juli 1775, 5 Aug. 1775. Afgespleten van 13 § 1. 13 § 2. DE MARSCH. TOLLENBURG. Het rechte vierendeel van een stuk lands, houdende omtrent 29 mergen. geleegen in de Marsche nevens de stad Itheenen over den Rijn, geheeten Tollenburg, met allen zijnen toebehoren. Huberta L ij s t e r s, na dode van Elisabeth van Brakel, haar moeder, 14 Mei 1604 !). Taco Hit. tin ga, als man en voogd van Catharina van Stoutenburg, na dode van Huberta Lijsters, lmar moeder, 16 Febr. 1611. Hendrik van Reumpst, door opdracht van Taco Hittinga ende zijne huisvrouw, eodem die. Mr. Arnold van Bassen, advocact, na dode van Hendrik van Reumpst zijn oudoom, 17 Dec. 1653. Adriaan Teunisz. Ver eest, door opdracht van Mr. Arnold van Bassen 12 Juli 1656. Johan Vereest, nadode van Adriaan Teunisz. Vereest, zijn vader, 12 Sept. 1716. Anthony de Wjjs, door opdracht van Johan Vereest, 23 Sept. 1717. Willeinina van Beek, weduwe en boedelhoudster van Anthony de Wijs, 29 Pebr. 1724. Helmich van Vuurendael, nomine uxoris, door opdracht van Willemina van Beek, eodem die. Reinier V erschoor, door opdracht van Helmich van Vuurendael, 19 Mei 1730. Pieter Verschoor, sibi et cohaeredibus van Reinier Verschoor, zijn vader, 7 Aug. 1734. Verder zijn de beleeningen gelijk aan die sub 13. ') Repertorium: Dit verley is niet te vinden. Afgespleten van 13 § 1. 13 § 3. DE MAESCH. TOLLENBURG. 3 Mergen van liet rechte vierendeel van een stuck lands, houdende omtrent 29 mergen, geleden in de Marsche nevens de stad Rhenen over den Rhijn, geheeten Tollenburg. Dirck Vonk van Lienden, door opdracht van Johan Mannus Petersz., 21 Mei 1C08. Hendrik Vonk van Lienden, na dode van Dirk Vonk van Lienden, zijn vader, 4 Febr. 1626. Verder zijn de beleeningen gelijk aan die sub 13. Afgespleten van 13 § 1. 13 § 4. DE MARSCII. TOLLENBURG. 2 Mergen lands van 5 mergen, eertijts behoort hebbende aan het erf Tollenburg, oostwaards Jan Gerritsz. tot Lienden, zuydwaards Dirk Vonk, westwaards Renis Hendriks/.., noordwaards 't convent tot Rhenen. Herman Aardsz. Schuylenburg, door opdracht van Johan Gerritsz. tot Lienden, 5 Febr. 1614. Jonker Gerard van Wijk, door opdracht van Herman Aards/., van Schulenburg, 17 Mei 1616. Verder zijn de beleeningen gelijk aan die sub 13 § 1. Afgespleten van 13 § 1. 13 § 5. DE MARSCH. TOLLENBURG. 1 Mergen land van 5 mergen, eertijts behoord hebbende aan 't erf Tollenburg, gelegen in de Marsche nevens de stad Rhenen. Johan Thonisz. Bong, door opdracht van Johan Gerritsz. tot Lienden, 5 Febr. 1614. Elisabeth Hendrikx, huisvrouw van Joriphaas V onk, na dode van Alardje Hendrikx, lest weduwe van Jan Thonis Bong, haare suster, die verzuymt liadde do beleening te versoeken na dode van deselven Bong, 4 Maart 1635. Claas Jansz., na dode van Tonis Jansz. Bong, zijnen neeve, die na dode van Jan Thonisz. Bong, zijn vader, geen verleydinge hadde versogt, 28 Juli 1635. Roelof Klaasz., na dode van Claas Jansz., zijn vader, 10 Jan. 1661. Joriphaas van Wijk, door opdracht van Roelof Klaas/,., 1 Febr. 1661. Steffen de Kruyf, door opdracht van Joriphaas van Wijk, 27 April 1670. Reinier Verschoor, na dode van Mr. Matthijs Verschoor, zijn oom 1), 5 Aug. 1775. Idem laat registreeren de acte van consolidatie, eodem die. f) N.B.: mot remis van de verleyen met de verzuymen der respeetive possesseurs zedert dode van Steffen de Krnyff. 2 14. OOSTERHOUT. 22 ') Morghen lants, die beleghen sijn in den kerspel van Oosterliolte bij Nymaghen ende geheten sijn tgoed ten Kerchof. Henric van Oester holt. Ghiisbert van A p p e 11 2), omstreeks 1382. Lutgaerd, Ghiisberts dochter van Appelt, omstreeks 1385. Huider: Wouter van Delen, oer man. Eadem, 15 April 1394. Huider: idem. Eadem, 1426. Johan van Delen, 18 Dec. 1446. Idem, 11 Maart 1457. Wolter van Deelen, na doode .Tans van Deelen, sijns vaders, 24 Jan. 1469. Johanna van Deelen, na doode Wouters van Deelen, 4 Sept. 1533. Huider: Wessel van Holthuysen, als man ende voocht 3). 15. RAVENSWAAI. Die tyenden van Havens wade, geheiten die Geweere, mit allen hueren toebehoeren, houdende omtrent 12 of 13 niergen 4). Her Otte van Z o e 1 e n 6), 2 Juni 1409. Hubert van Zoelen, 4 Febr. 1414. Otte van Huekelem, heren Otten soen van Huekelem ''), 8 Febr. 1414. Idem geeft dit leen in medegave Heylwyg, sijnre dochter, mit Werner van H e e s e '). Alaert van Heese, Werner dochter van Heese, 28 Febr. 1453. Huider: Evert van Herwerden. Werner van Heese, der voirs. Alaerts vader, door opdracht van Alaert van Heese mit Evert van Herwerden, hueren gecoren momber, eodem die. 16. RIJSWIJK. 11 Morghen lands ende 46 roeden, gelegen in Rijswiker maelscap, streckende van den bandijc in den Dwergraven. Godert van Risenborch. ') In Je door Mr. Muller uitgegeven lijst staat duidelijk 32. hetgeen hoogstwaarschijnlijk eenc schrijffout zal zijn, tiaar er later steeds van 22 morgen sprake is. Oorspronkelijk stond er Appel. :i) Acte : ... overmits een quaet been ende hoors lijfs onvermogentheyt, sij selffs niet comen en conde. 4i Gaasbeeksch leen. ■''I Vroeger zijne ouders (acte). °) Acte: als lier Otte van Zoelen te houden plach. 'J Volgens de acte van 1453. h_ Jan uten Weerde, door opdracht van Godert van Risenborch, omstreeks 1382. Idem, 3 April 1394. Henric Loeff, als Johan uten Weerde, Henrix Loefsz. brueder, des uutgegaen is, 1) 24 Febr. 1401. Dirck Loeff Henricx, als Henric Loif des uutgegaen is 2), 19 Nov. 141G. Idem maect 3 mergen van 11 mergen ter lijftucht, eodem die. 6 Morgen lands ende 46 roeden van 11 morgen ende 46 roeden, gelegen in Rijswiker maelscap, streckende van den bandijc in den Dwergraven. Herman van Lewcn, soe Dirc Loef Henrix soen der uutgegaen is, 3 Juli 1422. 3 Morgen lands ende 23 roeden van 6 morgen lands ende 46 roeden, gelegen ut supra. Clarisse, Henric Loefssoon dogter van den Werve, huysvrouw van Gerit S c a d e Gysbertsz., 3) 1431. Eadbin, 13 April 1435. Huider: Johan Loefsz., hoer broeder. Eadem, echte wijff Harman 0ttensoen,20 Sept. 1457. Huider: Harman Ottensoen, hacr man. Peter de Boy Jacobsz., door opdracht van Clarisse van de Werve, 23 April 1490. Afgespleten van 16. 16 § 1. RIJSWIJK. 5 Morgen lands van 11 morgen ende 46 roeden, gelegen in Rijswiker maelscap, streckende van den bandijc in den Dwergraven. Herman van Lewen Johans soen 4), 3 Juli 1422. Johan van Lewen, Hermans oudste soon solider een, door dode sijns vaders, 1426. Idem, 1431. Iiartholomeus van Lewen Hermansz., door dode sijns vaders, 1431. Idem, 13 April 1435. Johanna, Bartholomeus dochter van Lewen, echte wijf Bertouts van H e t e r e n, nae doode hoirs vaders, 20 Sept. 1457. Huider: Bertout van Heteren, hoir man. ') I)eze acte spreekt slechts van 11 morgen; vgl. de tweede acte van 1416. Niet meer dan 6 morgen en 46 roeden; vgl. de acte van 1122. 3) Te erven op Johan Loefsz. van der Werve, haren broeder, of op Gorrit van Wijck Loefsz., als Johan kinderloos sterft (acte). 4) Acte: mit voirwerden, dat dese 5 mergen comen soelen nae doide Hermans voirsz. op Bartholomeus van Lewen Hermansz. Afgespleten van 16. 16 § 2. RIJSWIJK. 3 Morgen lands ende 23 roeden van 6 morgen ende 46 roeden, gelegen in Rijswiker maelscap, streckende van den baiidijc rn Jmi Dwergraven. Geryt Scade Gijsbertsz., ') 13 April 1435. Fye, Gjjsbert Scaden dochter, naer dode liaers broeders, 29 Oct. 1450. Ghijsbert Scay Willemsz., so Fye des uutgegaen is, behoudens haren lijftocht, eodem die. Idem, 6 Mei 1457. Harmen Willamsz., na dode Gjjsberts Schay Willamsz., sijns broeders, 1 Juni 1472. Jan Loef, soe Harmen voors. des uutgegaen is, eodem die. 17. RIJSWIJK. 7 Mergen, 4 hont, 25 roeden in den lande van Gelre in Rijswijcker maelstede, streckende van den bandijck in die Iiroecsteghe. Godert van Rysenborch. Jan van Lewen, door opdracht van Godert van Rysenborch, omstreeks 1382. Herman van Lewen, 28 Maart 1412. Johan van Lewen, 14 April 1435. Jutte van Lewen Johans dochter, na dode hoers vaders, 19 Mei 1450. Huider: Elys die V 1 i e g h e r, hoer man. Gerit van Wijck Florenszoen, soe Jutte van Lewen Johans dochter, Elys Vlieger wijff, der uutgegaen is, eodem die. Idem, 6 Mei 1457. Florens van Werve Geritsz., nae dode Geryts van Wijc Florensz., sijns vaders, 7 Dec. 1463. Anthoenys, Jacob Peters zoen d e R o e y ndochter, soe Florens van Werve Gerytssoene die uutgegaen is, 12 Mei 1484. Huider: Jacob Petersz., hoer vader. Peter Jacobsz. de Rode nae dode Anthoenys, Jacobs voirsz. dochter, wilner Geryts van Culenborch echte wijff, ende Mayolle, der voirsz. Anthoenys dochter, sijnre suster ende nichten, 11 Dec. 1495. Idem, 28 Mei 1497. Idem, 8 April 1518. Anthonis die Roy, nae dode Peters, sijns ooms, 22 Jan. 1527. 6 Mergen lands zoo groot ende kleyn deselve gelegen zijn in den kerspele van Rijswijk, in den lande van Gelre, gemeener voore in 10 mergen, daarvan de 4 mergen te leen gehouden worden van den huyse van Culemborg, strekkende van den bandijk tot aan Broukstege. Frans de Rooy, acte van dilay, 14 Oct. 1581. ') Acte: naest sijn wijfs latit. Zijue vrouw had n.1. Je andere 3 m. eu 23 r., zie 16. Elisabeth de Rooy, acte van dilay, 24 Oct, 1581. Frans de Roy na dode van Anthonis de Roy, zjjn vaderx), 10 Oct. 1582. Jan liuysch, als gemagtigt van Elisabeth tilde Alijdt, Anthonis de Rooyen dogteren, verclaert een jaarlijkse losrente van 50 gld. ton behoeve van Aaltgen Gerrits dogter, nagelate weduwe van Henrik Jansz. van Ommeren, en verbindt daarvoor de 2 deelen van 3 deelen van 'tleen in capite, 21 Juli 1593. Aleidt de Koy met Jacop van Steenre, haeren geeoren voocht, verclaard in beleninge ende pandschappo gedaan te hebben aan Wvnalt van W e e 1 y ende Cornelis Jansz., haeren erven ende nacomelingen, die helfte van seeckere 10 mergen lants, gelegen upt niedereynt van Kijswijck, daervan die 4 mergen zijn leengoet van de graefflicheyt van Culenborch ende d' andere 6 mergen van de heerlicheyt 'slands van Utrecht, en dat voor den tijd van 9 jaaren 2), voor de somme van 1500 gld., in aft'slach van welcke sij beleenders tot haer beyder last nemen alsulcke 600 gld. hooftsoms, alse Alidt Henrick Jansz. v a n O m m e r e n s weduwe in minderinge van 800 gld. hooftsoms up dit voors. lant heeft, blijvende d' andere 200 gld. tot laste van Frans de Koy als erfgenaem voor die een helft van Elisabeth de Koy, sulcx dat Alidt de Roy noch van de voors beleenders ontfangen heeft die somme van 900 car. gld., 27 Jan. 1604. Anthonis de Koy, na dode van Frans de Roy, zijn vader, 29 Juni 1610. Johan Fran^ois van Hekking, als man ende voogd van Aleyda Cunera de Rode, zoo ten behoeve van haer zelfs, als van Amandus de Rode, haren broeder, na dode van Anthonis de Roy, in zijn leven licenciaat in beyde rechten, haarlieder lieve, 30 Mei 1657. Arnold van Hecking, na dode van Johan Frans van Hecking en Aleyda Cunera de Rode, zijn vader en moeder, 10 Juli 1674. Theeuwen Huybertsz. van W ij k, door opdragt van weegen Arnold van Hecking, 21 April 1700. Idem, plegte van 1200 gld. ten behoeve van Geertruyd van Wijnbergen, douariere Delen, 26 April 1700 3). Huybert van Wijk, na doden van Teeuwen Huybertsz. van Wijk, zijn vader, 1 Maart 1710. Arien Gerritsz. van den Brink, door opdracht van Huybert van Wijk, 6 Dec. 1710. Gerrit Ariensz. van den Brink, na dode van Arien Gerritsz. van den Brink, zgn vader, 17 Dec. 1729. Gerrit Gerritsz. van den Brink, na dode van Gerrit Ariensz. van den Brink, zijn vader saliger, 28 Oct. 1735. Peter van Brum melen, voor sig en sijn huisvrouw Anthonia van Dam, door opdracht van wegens Gerrit Gerritsz. van den Brink, 13 Juli 1737. Reynier van W e s s e 1, secretaris der hoge heerlijkheyd Amerougen, zo ten behoeve van hem als de verdere kopers en kopersen, door opdracht van wegen Peter van Brummelen en Anthonia van Dam, egtelieden, 20 Maart 1762. ') Volgens diens testament van 18 Juli 1580 (acte). ") Acte: teerste jaer ingaende 22 Febr. 1603. 3) Gecasseert 1 April 1713. Jan Dirk van Brummelen, so ten behoeve van hem als van Sara Vos, zijne huysvrouwe, door opdragt vaa wegens Keynier van Wessel, 1 Dec. 1781. 18. RIJSWIJK. Een hofstat in den kerspel van ltijswijc mit 40 morgen lant. Johan, heer tot Culemburch ende ter Leeke, 2 Juli 1438 l). Gerrit, heer tot Cnlemborch, etc., 6 Ang. 1457. Jasper, heer tot Cnlemborch, nae dode Gerrits, sijns vaders, 17 April 1481. Idem, heer te Weerde, ten Borsselen, ten Hoochstraten, etc., 26 Sept. 1496. Elysabeth van Cuylenborch, na doode Jaspars, haers vaders, 10 Aug. 1505. Huider: heer Johan van Luxemborch, ridder, hoir man. Eadem, 18 Febr. 1518. Huider: Anthonis van Lalaing, heere van Montigny, hoor echte man. Eadem et idem, 1 April 1530. Eadem et idem dragen dit leen op ten behoef van Erardt, heer tot P a 11 a n t, hoors neven oudsten soone, en vrouwe Margriet van Lalaing, 15 Nov. 1531. Jonker Floris, heer ten Pallant, etc., 22 Sept. 1541. Huider: heer Philips van Lalaing, sijn voocht en momber. Floris, Grave van Cuylenborg, 27 Sept. 1594 2). Philip Theodoor, Grave van Waldeck, Cuylenborg, etc., na dode van Floris, Grave van Cuylenborg, zijn neve, 13 April 1641. Idem, plegte van 10.000 gl.3) ten behoeve van Carel van Lienden, domlieere tot Luyk, 19 April 1644. Hendrik Wolrad, Grave van Waldeck, Cuylenburg, etc., na dode van Philip Theodoor, zijnen vader, 22 Mei 1646. Idein et Juliana Elisabeth, Grave en Gravinne van Waldeck-Piermond ende Cuylenborg, plegte van 10.000 gld. 4) ten behoeve van Cornelis ende Nicolaas van Kooyen, 26 Mei 1663 5). George Frederik, Grave van Waldeck, etc,, na dode van Hendrik Wolraed voors. 8 Febr. 1665. I)e kinderen en erfgenamen van wijlen Kutger Huygens tot Clarenbeek ende Anna Margareta van Stralen, egtelieden, laten sekere plegt van 24.000 rijxdaalders door Floris, Grave van Cuylenburg, 10 Dec. 1635 voor de erfpachteren des ampts Neder-Betuwe ten behoeve van Cornelis de Jong gepasseert, registreeren, 22 Oct. 1679. Louisa Anna, Furstinne van Waldecq, etc., na dode van vorst George Frederik, haar vader, 30 Nov. 1693. Ernst Frederik, Hertoge van Saxen, etc., na dode van Louisa Anna, Furstinne van Waldeck, zijn moeye zaliger, 28 Juni 1715. ) Hoewel de acte zegt, dat dit leen van hem en zijne ouders was, is noch eeue vroegere beleening van hem, noch van zijnen vader of' moeder te vinden. 2) Idem of zijn zoon Floris II. 3) Zie de 5de noot blz. 12. ') Gecasseert 2 Mei 1721. ) 15 Maart 1732 verboekt teu name van Jacoba Elisabeth van Royeu, Anthonis Voss, door opdracht van Ernst Frederik, Hertoge van Saxen, etc., ten behoeve van de Bidderschap van 'tquartier van N y 111 e g e n, 24 Mei 1720. Sijne Doorluchtige Hooglieyd Willem Carel Hendrik Friso, p r i n c e van O ra n ge en Nassau, etc. etc. etc., door opdracht van wegen de Staten van Nymegen, 20 Aug. 1749. Idem, octroy, 19 Juni 1750. Zijne Doorlugtige Hoogheyd Willem de Vijfde, prince van Orange en Nassau, etc. etc. etc., na dode van Z. 1). H. Willem Carel Hendrik Friso, desselfs vader glorieuser memorie, 2 Nov. 1752. Idem, meerderjarig, 24 Juni 1767. Huider: Mr. A. Ardesch. 19. RIJSWIJK. 8 Mergen lands, geleegen in Rijswijker malstad, die in voortijden Jan van Rysenborgs plagten te wesen, daar boven naast geland is Florus van Wijk ende beneden Willem van Heteren Bertouts, streckende van de Weertgrave mitten bandijk aan de 15roekstege toe. Godert van Risenborch, omstreeks 1385. Idem, 16 Mei 1394. Idem !), 16 Mei 1416. Johan van Rysenburch, nae dode Goderts, sijns vaders, 31 Juli 1423. Idem, 1425. Gerard van W ij c Loefs soon, bij opdracht van Jan van Rysenburch, 1425. Idem, 1426 2). Idem, 14 April 1435. Idcin, 20 Sept. 1457. Geerlof van Meaulx van Vorsselaer, bij opdracht van Gerrit van Wijck Loefsz., 17 Juli 1472. Alfons de Viery, bij opdracht van Geerlof van Meaulx van Vorsselaer, 7 Mei 1485. Goert Ottenssoon, soe Alfons die Viery des uuthgegaen is bij tijden bisschop Davidts, ende alle versuem her toe geschiet quijt ende tlie guede gescholden, 24 Maart 1502. Jerephais van Leuwen Hermans/,., soe Goert Ottensoen des uuthgegaen is, eodem die. Huider tot sijnen mundigen jaeren: Herman van Leuwen de olde. Idem, 9 Oct. 1518. Harman van Leeuwen Joriphaesz., na dode Jerephaes van Leeuwen, zijns vaders, 6 Juni 1556. Adriaan van Leuwen Joriphaesz., na dode Harinans van Leuwen, sijns broders, 4 Nov. 1572. Idem, octroy, 2 Sept. 1572. ') Zie de eerste noot op blz. 25. ') Acte: daer Horman van Leuwen Jansz. mit een acker mede in gelandt is. Erkenning van den lijftocht van Alijdt Tbymansd., weduwe van Adriaan van Leeuwen Joriphaesz. geadsisteert met Adriaen van Muesenbroeck Govertssoen, haeren gecoren vooclit, haar door haren man bij testament van 19 Febr. 1574 gemaakt, 23 Febr. 1575. Joriphaas van Leeuwen, na dode van Adriaan van Leeuwen, zijn grootvader, 9 Juli 1580. Idem, plegte van 350 gl. ten behoeve van Cornelis van Leeuwen, eodem die1). Idem, plegte van 350 gl. ten behoeve van Cornelis van Leeuwen als momber van Dirkje van Leeuwen Jacobsdochter, sijn broeder, eodem die. Tyman van Leeuwen, na dode van Joriphaas van Leeuwen, ziin vader, 14 Juli 1592. Thomas Hendricksz. van Daken, door opdracht van Tyman van Leeuwen, 10 Sept. 1614. Thomas van Daken de jonge zoon van Thomas van Daken en Maria Fuynders, ten behoeve van de kinderen en kindskinderen van Thomas Hendriks van Daken, door opdracht van denzelven Thomas Hendriks van Daken, 11 Juni 1634. Maria Mecrrnan, na dode van Thomas Daake de jonge, liaarenneve, 25 Oct. 1670. Johan W i t h ey n, na dode van Maria Meerman, zijne moeder, 30 Juli 1681. Johanna Maria Witheyn, na dode van Johan Witheyn, haar vader 2 Juli 1738. Mr. Thyman van Schoonhoven Pieterszoon, zo ten behoeve van hem als de verdere erfgenamen van Jacobus Witheyn, door opdragt van wegen den executeur van den testamente van wijle Johanna Maria Witheyn, douarière Lokhorst2), en ingevolge de acte van conventie, cessie, afstand en overneming, mitsgaders daarop gevolgde scheydiuge tusschen de gezamentlijke afkomelingen van Maria Meermans opgcregt, -31 Jan. 1711. 1'ieter van Schoonhoven so ten behoeve van hem als van zijne twee broeders, Adriaan en Jacob van Schoonhoven, uyt cragte van de notariële acte van donnatie, cessie en afstand, mitsgaders daerop gevolgde afstand, schiftinge, scheydinge en deylinge tusschen de gesamen tl ijke afkomelingen van Jacobus Witheyn, met versuym, 7 Dec. 1764. Mr. Thymon van Schoonhoven Pieterszoon, door opdracht van wegen Pieter van Schoonhoven en van 1'ieter Stumphius als voogd over Adriaan en Jacob van Schoonhoven, met versuym, 19 Dec. 1764. Evert Jansen van O y e n ten behoeve van hem en Johannes van Keulen, door opdracht van wegens Mr. Thymon van Schoonhoven, 14 April 1768. Pieter van Keulen als oudste zoon van Dirkje van Leeuwen, in leven weduwe van Johannes van Keulen, na dode van Evert Jansen van Oyen, van wien gemelte weduwe van Keulen het regt bij scheidinge bekomen had. ) Acte: jaarlijksche losrente van 21 gld. 18 st., losbaar met 850 glil. van 20 st. Brabants, liet eerst te betalen op 1 Mei 1580. 0. v. Leeuwen geassisteert niit Dirck Willeinsz. van Heesell, sijn oem. Haar man was Vineent Maximilaan van Lookhorst. 20. RIJSWIJK. 12 Morgen lands, gelogen in den kerspel van Rijswijk, in den lande van Gelre, tusschen den bandijk ende den Rijn, met allen beuren toebehoren, gebeeten de Duyvestert, daar boven naast geland zijn Willem Dirksz. nakomelingen ende beneden Gerrit van Heteren. Godert van Riseuborch, omstreeks 1385. Idem, 16 Mei 1394. Margriet van Goberdingen, Henrick Luyffs wijff van den Werve, 23 Juli 1395. Godert van Risenboreb en Hillegond, sijn wijf, Wouters docbter van S t o u t e n b u r c h x), 16 Mei 1416. Joban van Rysenburch, nae dode sijns vaders, 31 Juli 1423. Idem, 1425. Gerard van W ij c Loefs soon, door opdracht Jans van Rysenburch, 1425. Idem, 1426. Idem, 14 April 1435. Idem, 20 Sept. 1457. Henrick van Dry, rectoer ende conventuaell onses Regularissen Cloesters tot onser Vrouwen ten Nazareth int Gheyn, tot behoeff des convents onses voirsz. cloesters, 30 Aug. 1468. Huider: Johan van Bronen Goessenssoon 2). Johan die Rode Jacobsz., soe Gijsbert Goessensz., gemachticht ende van wegen des priorissen oude convents des besloten nonnencloesters van Sant Augustijns oerde tot Onser lieven Vrouwen te Nazareth int Gheyn des uutgegaen is, 16 Nov. 1484. Huider tot sijnen mundigen jaeren: Jacob die Rode Petersz., sijn vader. Idem, 28 Mei 1497. Idein, 14 Mei 1518. Anthonis de Roede Jansz., na doode Jans de Roede Jacobsz., 14 April 1520. Idem, 16 Juli 1525. Idem, 30 Juni 1529. Jan de Roy, door opdragt van Anthonis de Roy Jansz., 21 Febr. 1556. Idem lijftocht Anthonis de Roy Jansz., zijnen vader, eodem die. Goord de Rooy, na dode van Jan de Rooy, zijn vader, 7 Aug. 1591. Johannes de Rode, na dode Godard de Rode, zijn vader, 18 Juni 1637. Extract uyt het testament van wijlen Goord de Rode, waarbij blijkt, dat de voornoemde Johannes de Rode niet simpelijk op zijnen naam, maar ook ten behoeve van zijn broeder ende susters het verley had moeten versogt hebben, 1 Mei 1654. Amandus de Roode, na dode van Johan de Rode, zijn broeder, 30 Oet. 1669. Godefridus de Rode, oudste zoon en successeur feudaal van Amandus de Rode, 20 Sept, 1695. ') Volgens het excerpt van IJr. C. Booth, de acte vermeldt echter alleen Godert. Dat zijne vrouw werkelijk do hier genoemde was, bleek mij echter uit andere leenacten. ") De acte noemt hem duidelijk van Bronen, een register maakt er echter van B r i e u e n van (mogelijk terecht). Henricus Leonardus van Charlois, door opdracht van wegen Godefridus de Rode. 21 Juni 1699. Melchior Leonard van Charlois, sibi et eohaeredibus van Henricus Leunardus van Charlois, zijn vader, 5 Maart 1735. Johan de W a e 1 junior, door opdracht van Melchior Leonard Charlois voors., eodein die. Idem cum uxore, plegte van 2000 gl. ten behoeve van Gerrit Mom, 10 Sept. 1746 x). Maurits Cornelis de Waal, na dode van Johan de Waal junior, zijn vader 9 Sept, 1775. Mr. Willem Gerard van Nes in qualité als mede-executeur van den boedel en nalatenschap van wijlen Maurits Cornelis de Waal, 4 üec. 1784. Aart Knegtjes, door opdragt van Mr. Willem Gerard van Nes in voorz. qualité, 11 Nov. 1788. 21. RIJSWIJK. Enen camp lants in Ilijswijcker maelscap, gelegen in dat Nederbroeck, streckende van den Broecstegegrave tot half die Meer toe 2). Herman van Oemeren lijftocht Aleyt, sine wive, 1434. 22. RIJSWIJK. 3 Mergen, 1 hont lants, geheiten die Loecamp, gelegen in Rijswijcker maelscap, streckende van den bandijck totten Wijfdijck toe; ten Zutpheenschen recht, te verheergewaden mit 20 goeder groeten 2). Jan Loef Henrixsoen. Henrick Loef Gijsbertssoen, soo Jan Loef Henrixsoen des uutgegaen es, 14 Febr. 1453. 23. RIJSWIJK. 2 Mergen lands ter goeder maten, gelegen in den kerspel van Rijswijck, aen 2 stucken, daer die één mergen of leyt in den Doelenacker ende die ander mergen in den wert, streckende van den bandijck tot in der Leek; te verheergewaden mit 3 Vranckrixsce stilden 2). Herman van L e w e n Gherit Dueyssoen. Idem, 14 Aug. 1408. ') Gecasseerd 17 Nov. 1775. 2) Gaasbeeksch leen. Idem lijftocht Griet van Weely Aelbertsdochter, 26 Juni 1415. Gheeryt Doeys, na sijns vaders doet, 1431. Jan van Lewcn Hermansz., door dode sijns vaders, 1431. Aelbert van Lewen Hermansz.. Mechtelt van Lewen Hermansdochter, aenbestorven van doode Aelberts van Leeuwen, huers brueders, April 1453. Huider: Aernt Aerntsz., huer echte uian. 24. RIJSWIJK. Ene acker lands, die geheten is den Weertacker, streckende van Werrinckensweert aen den Dweergrave toe; 91/2 hont'). Aernt Steel van W ij c. Idem draagt het op, 15 Aug. 1420. Aernt Steel van Wijc, Aernt Steels soen, na opdracht zijns vaders, 16 Aug. 1420. 25. RIJSWIJK. 3 Acker lants, gelegen tot Rijswijck, dair den eene acker afgelegen is op die Hoeveacker, streckende van den bandijck op tot aen die Polregrave toe, ende die twee andre acker lants sijn oec gelegen te Kijswijck, streckende van den Polregrave op tot half die Wijfdijck toe; tot eenen Stichtschen rechte 1). Willem Jan Vrientsz. Volken, Aert Stelen zoen, bij doode Willem Jan Vrientsz., 26 Jan. 1457. Aert Willem Geritsz., door opdracht van Volken, Aert Stelen zoen, eodem die. Afgespleten van 25. 25 § 1. RIJSWIJK. Ene acker op die Hoeveacker, streckende van den bandijck op tot aen die Polregrave toe; tot eenen rechten onversterffeliken erfleen tot eenen Stichtschen rechte *). Herman van Leeuwen Ottenz., door opdracht van Aert Willem Geritsz., 26 Jan. 1457. Huider tot sijnen mundichen jaeren: Otto van Leeuwen Hermansz., sijn vader. Idem met sijnen gecoren momber, Gerit van Wijck, lijftocht Otto van Leeuwen Hermansz., sijnen vader, ende Lysbeth Geritsdochter, sijne moeder, eodem die. ') Gaasbeeksch leen. 26. RIJSWIJK. Ene acker lants, gelogen in Rijswijcker maelscap, die hont 7 hont, van den bandijc totte Polre toe, mit huys ende mit hof *). Heynric Loef Lampensoen. Idem lijftocht Lysbet, Dyelant ende Mechtelt, sijnre dochteren, 1422. 27. RIJSWIJK. 4 Mergen lands ter goeder maten, gelegen op die Sandstucken, streek ende rnitten bandijc aen die Broecstege1). Vrederic H a e s e n 3). 28. RIJSWIJK. Ene acker lands, gelegen op die Sandstucken, inhoudende 3 mergen, ter goeder maten, streckende rnitten bandijc in de Dweergrave 1). Vrederic H a e s e n. Aernt Jans soen, door opdracht van Vrederic Haesen, 21 Febr. 1422. 29. RIJSWIJK. 7 Hont lants, luttel min of meer, liggende op die Sandstucken ende streckende bijten Dweergrave aen die Broecstege 1). V re de riek H a e s e n. Steven Loef, door opdracht van Vrederic Haesen, 21 Febr. 1422. 30. RIJSWIJK. 3 Mergen lants mit hueren toebehoeren, gelegen ter goeder maten in Rijswijcker maelscap, streckende van den Dweergrave voert opp aen die Broecstege ]). Jan Henricxz. van Lewen. Elyaes P a w e Henricxz., door opdracht van Jan Henricxz. van Lewen, mit dosen vorwaerden, dat Jan voorn, dese bouwen ende bruucken sal in rechter huenveere driejaer, voir 12 Philippus' pickaers scilde 3); oec mag Jan se weder copen ende loessen opp dien Meidach naestcomende oever 2 jaren mit 100 Philippus' pickaers scilde, 12 Juni 1439. ') Gaasbeeksch leen. JI Zijne moeder, die land bezat, dat aan liet zijne grensde, heette: Agnyes (acte). 'I Het eerst te betalen op Jleidag eerstkomende en vervolgens '2 jaren later op den zelfden dag (acte). 31. RIJSWIJK. Die leenweer van D/2 mergen lands ter goeder maten mit allen sijnen toebehoren, gelegen in der niaelscap van liijswijck, streckende mitten bandijck tot in de Polregrave toe; te verheergewaden mit 3 pont goets gelts 1). Lubbert Willem Henricxz. Frederick Aelberts/.., door opdracht van Lubbert Willem Henricxz. Idem verlijftocht Heylwych, Willem Weygersz. dochter, sijn echte wijf, aen die meerdre helleft, 26 Jan. 1457. 32. RIJSWIJK. 8 Hont lants, gelegen tot K'ijs wijck, streckende mitten bandijck ende mit des papen hofstede op aen den Wijfdijck; tot eenen onversterffeliken erffleen ende te verheergewaden mit 3 Vranckerixsce scildel). Jan Zuermont. Willem Zuermont, bij doode Jan Zuermont, sijns vaders, 21 Mei 145G. 33. RIJSWIJK. 6 Mergen lants, gelegen tot Rijswijck in Bredemaet, ter goeder maten, streckende van den Middelpat aen Heemscamp toe; ten Gesticliscen recht te verheergewaden met 3 pont goets gelts 1). Heylwig, Jorden Dueys van Dart hese 11 wijf. Coenraet van Heteren, door opdracht van Heylwyg, Jorden Dueys van Darthesen wijf, met Willem Vrient, hueren momber, 10 Juni 1458. 34. RIJSWIJK. 11 Hont lants, gelegen tot Rijswijck, streckende mitten 2) bandijck tot an den Polre toe l). Ponsken Hendricxz. Gerit Dueys van Leeuwen, door opdracht van Ponsken Hendricxz., 3 Aug. 1456. ') Gaasbeeksch leen. Voor hen, die hier en elders voor mitten uutten zouden willen lezen, zij gezegd, dat de acte duidelijk mitten heeft. 35. RIJSWIJK. 2 Mergen lants, gelogen in Rijswiker weert, an 3 stucke ter goeder maten, streckende van des papen uterdijck op tot in der Leek; te houden tot cenen goeden Stichschen leen ende te verheergewaden mit 3 Vranckerixsce seilden '). Aleit Gerit li o r r e n dochter. Heilwych, Gerit Borren dochter, bij doode van Aleit Gerit Borren dochter, huerer suster, 21 Mei 1456. Huider: Jan Ryckquins zoen. Mechteld van W ij c k Jans dochter, so Heilwych, Gerit Borren dochter, des uutgegaen is, eodein die. Huider: Jan van Wijck, huer vader. 36. VALBURG. Tgoet in den Hamme, gheleghen in Betliue, in den kerspel van Valborch in Yalborgerbroec 2). Rutger van der Clocken, eanonic to Zeflic, omstreeks 1382. Huider als een momber: Loef van Ubberghe. Dirc van Groesbeec, 10 Juli 1384. Deric van Gruesbeke Gysbertssoon, 17 Febr. 1394. 37. VALBURG. 30 Morgen lands, gelegen te Walborch. Roebert van den Doerrenweert \ Her Roebert van Wissche J Wouter van Doernyng Omstreeks 14103) Johanna van H o m o e t, ende \ Henric van Homoet. ') Gaasbeeksch leen. ") De bisschop van Utrecht kocht 29 Mei 1322 90 morgen bouwland, genaamd in den den Hacm en gelegen te Valburg, van Johan van Pomic, ridder, met diens vrouw Jutte en zoon Wolter. (Zie van Spaen, Inleiding IV, Cod. Pipl, bl. 47 en Catalogus van het Archief der Bisschoppen van Utrecht, no. 305 1900.) In 1543 was Jonker Nicolaas van Gent eigenaar van „een guet myt huys ende hofstat, gelegen in der heerlickheit van Hoemoidt, geheiten den Hamme, haldende omtrynt r>5 of 5G mergen weylandtz, ende is een leen miins jonkeren van den Bergh, dair theynden an gelegen is eenen wall, geheiten Kostvcrlorcn, dair hij (ick) der kerck van Valburch jairlix eenen current schilt uytgeve. (Zie Gelre. Bijdragen X, blz. 86.) 3) Vgl. hiermede de tienden te Zetten (40) en die te Speulde (Veluwo 2G) en het daarbij aangeteekende. Opmerkelijk is, dat de 24 morgen te Eist (zie 2) veranderd zijn in 30 morgen te Valburg, te meer daar in latere belecningen weer steeds de 24 morgen vermeld worden. Het is dan ook niet gewaagd hierin hetzelfde land te zien, in aanmerking genomen de ligging. 38. VALBURG. Tienden, die gheleghen sijn in Over-Bethuo to Balveren ende tot Eymeren '). Segher van Groesbeec, ridder, omstreeks 1382. Idem, heere van Loenen, 17 Febr. 1394. Johan van Groesbeke, ridder, here van Hoemen, naer dode lieren Sogers van Groesbeke, sijns vaders, 9 Juni 1405. Johan van Groesbeke, nae dode heren Johans, sijns vaders, 1430. Seger van Groesbeke, ridder, here van Hoemen ende Malden -), 12 Febr. 1487. 39. WOLFSWAARD. WAGENINGEN. Des Wulves weert mitten daghelix gherechte ende tiende, als die beleghen siin in Bethue opten Riin, in den kerspel van Waglieninghen; ende is een borchleen ter Horst. Herman van Keppele, ridder, omstreeks 1382. Dirc Doys van Avesaet3). Idem lijfftocht Lutgarde, sijnen echte wijve, heeren Hendrix dogter van Hevbergen 4), proost onzer kerken tot Oudmunster 'tutrecht, 13 Jan. 1384 5). Idem, 1394. Johan Doeys van Avezaet, overmits dode Dircs Doeys van Avezaet, sijns oomen, 1413 Huider: sijn momber Wouter Doeys van Avezaet. Jutte van Loenreslooth, na dode van Derik Doys van Avesaet, hares broeders, 20 Nov. 1413. Huider: Jan van Loenresloot, haar zoon G). Johan van Loenreslooth, na dode van Jutte van Loenreslooth, sijne moeder, 24 Juni 1417 5). Roelof van Vieracker, door opdragt van Johan van Loenresloot Hugenssoon, 8 Oct. 1419 5). Wolter Doeys van Avesaet, naer dode Johans, sijns neven, 1422. Geertruyt van Avesaet, Huberts wij ff van I!eesde, nae dode Johans Doeys van Avesaet, haers neven, 1422. Gijsbert van Mekeren, 1425. Honric van II o m o e t, door opdragt Gijsbert van Mekeren, 1426. Henryk, heer tot Hoinoeyt ende tot Wischen, Steven, vrouw tot Homoeyt ende tot Wischen," Johan ende Reynalt, soonen tot Homoeyt ende tot Wischen, verkopen de Wolfsweerd, etc., 13 Dec. 1427, aan: ') Zie Inleiding Na 1382 spreken de acten ook nog van '/7 van Homelrelo ot Hoemerelo, welks ligging mij onbekend is. Mogelijk is de veronderstelling niet gewaagd liet bjj Heumen te zoeken. 2) Acte: soe lange onversocht gebleven. :l| „Daghelix gherechte" veranderd in „gherechte hoge ende lege to water ende to lande ende andors al sijn toebehoren". Doys wisselt af niet: Deus, Penys en Dus. 4) Lees: van Steenbergen. •"») Geregistreerd 2?> Januari 1765. Geysbert Pieck van Beesten '). Idem, 20 Jan. 1428 >) 2). Idem, 26 April 1435 x). Walraven Pieck, na dode Ghijsbert Piecks, sijns vaders, 10 Maart 1443 >). Idem, ridder, 9 Mei 1459 1). Costen Pieck, na dode heeren Walravens Pieck, ridder, sijns vaders, ende de versuymen door Costen voorsz. geschied quijtgescholden, 29 Juli 1495. Walraven Pieck, na dode van Costen Pieck, zijns vaders, behoudelijk Geertrnjd van Drakenborch, sijnre moeder, die rechte liitftochte, 13 Febr. 1513 3). Idem, 22 Sept. 1518. Idem, 21 Juni 1527. Idem, 3 April 1532. Walraven Pieck, na dode Walraven Pieck, zijns vaders, 20 Juli 1553. Jonker Costus Pieck, na dode van Jonker Walraven Pieck, zijn vader 8 Sept. 1595. Idem ljjfftocht Mechteld van Gent, sijn huysvrouwe, 14 Mei 1595. Jonker Walraven Pieck, na dode van Costus Pieck, zijn vader, 10 Oct. 1636. Idem, plegte van 5600 enkelre rijxdaalders ten behoeve van Johan van Ommeren, 21 Mei 1653 4). Jonker Hendrik Piek van Wolfsweert, heer van Muvswinkel etc., ende Margareta Piek van Wolfsweert, als oom ende moeye over de onmundige kinderen van haar saligen broeder Jonker Walraven Piek van Wolfsweert, plegte van 25000 gl. ten behoeve van d'heer Jacob Nobel, 10 Mei 1658 5). Jonker Hendrik Piek van Wolfsweerd, na dode van Jonker Walraven Piek, zijn vader, 21 Nov. 1665. Idem, plegte van 60.000 gl. ten behoeve van Jacob Pergens ende Jacob van Biet, 9 Juni 1666. Johan Pergens zoo voor hem zeiven als ten behoeve van Jacob Pergens, Jacob van Riet, Gualterus Boudaan Kourten, Johan van Gissel voor zijn moeder, ende vrouwe Constantia Sprangers, weduwe wijlen de heer Willem Piso, ende Kudolph van Ommeren, rekenmeester van Gelderland, uyt cragte van de sententie, den 3 December 1677 bij denzelven op ende jegens Jonker Hendrik Piek van Wolfsweerd van den Hove van Gelderland geobtineerd, mitsgaders ingevolge van de missive van gemelde Hove van den 27 Februarij 1679, 4 Maart 1679. Kudolph van Ommeren, raad en rekenmeester in Gelderland, voor zig zelfs en als man en momber van Albertine Pauw,' zijn ehevrouwe, met 44 sestigste gedeeltens van den Wolfsweerd 'in capite gemeld, beleend; edog de jurisdictie onverdeelt gebleeven met den heere Pergens voor 16 sestigste gedeeltens, die hem daarin toekomen, 17 Juni 1686. ') Geregistreerd 20 Januari 1705. *1 Acte: sijn echte wijff Willem van Ackoye. 3| He lyftochtbrief is van 9 Mei 1509. 4) Gecasseert 19 Sept. 1G58. 5) Gecasseert 3 Jan. 1675. 16 Sestigste gedeeltens van een erve ende een stuk lands geheeten den Wolfsweerd metten gerechte, hooge ende leege, mit allen zijnen toebehooren; mitten tienden, sooals die gelegen sijn in de Betuwe op den Khijn, in den kerspele van Wageningen, voor een borgleen ter Horst. N.B. Edog de jurisdictie blijvende onverdeeld. Otto, Grave van B y 1 a n d , vrijheer van de heerlijkheeden Ooy en Persingen, amptman, richter en dijkgraaff tusschen Maas en Waal, etc. etc., als man en voogd van Anna Constantia van Zevener, na dode van Johan Pergens, haar oud-oom, 28 Aug. 1728. Idem transporteerd liieruyt sijn portie in de hooge en laage jurisdictie aan B. W. van Pabst, sijnde nu de gehele hoge en lage jurisdictie in de voors. weerd een apart leen, 26 Jan 1766. Carel, Grave van Byland als oudste soon en leenvolger van Anna Constantia van Sevenaar, in leven gemalinne van Otto, Grave van Byland, zijn moeder, na dode van dezelve, met versuym, 30 Maart 1769. Bij de koopconditie in dato 16 November 1773, beschreven als een uytterwaardse wevde, de Wolfswaarden genaamt, in 't schependom der stad Wageningen, naast de Manenswaarden, in drie percelen gelegen, te zamen groot ongeveer 30 morgen, met deszelfs kaden, sluys ter uytwatering en dam, dienende tot een bekwame uytweg op den bandijk. Frans Godert, Baron van Lynden, door opdragt van wegens Carel, Grave van Byland, 16 Maart 1778. Willem, Baron van Lynden, na dode van zijn vader Frans Godart, Baron van Lynden, 4 Dec. 1787. # Keinhard, Baron van Lynden, grietman van Opsterland, bij scheidinge van d'erfgenamen van wijlen Frans Godart, Baron van Lynden, 24 Dec. 1788. Afgespleten van 39. 39 § 1. WOLFSWAAKI). WAGENINGEN. Wolfsweerd en Vjjffhuysen. 44 sestigste gedeeltens van een erve ende een stuk lands, geheeten den Wolfsweerd, metten gerechte, hooge ende leege, mit allen sijnen toebehooren, mitten thienden sooals die gelegen zijn in de Betuwe op den Bliijn, in den kerspele van Wageningen, voor een borgleen ter Horst. N.B. Edog de jurisdictie blijvende onverdeeld. Volgens verdeelinge daarvan gemaakt bij uitspraak van den gerechte van Wageningen van den 29 Oct. 1685, bestaande in: a. een stuk weylands aan de Wageningse zijde geleegen, groot ongeveerlijk 47 mergen; b. en aan de Betuwse zijde een bouwhoff, zoo bouw- als weyland, groot omtrent 30 mergen; c. nog 22 mergen bouwland; <1. een weyde genaamt de Kopkens, groot 6 mergen; e. een gedeelte van de Haumersweerd; f de Plekskens, groot 13 morgen; g. de Start met de Waay, groot 10 morgen; li. de tienden van alle de gemelde landereyen daarinne begrepen. 3 Rudolph van Ommeren, raad en rekenmeester in Gelderland, voor zig zelfs en al.s man en momber van Albertina Pauw, zijn ehevrouwe, als possesseur van 8/60, mitsgaders door opdragt van wegens Constantia Sprangers met 6/g 0, van Maria K r o mliuysen met 8/60- van Jolian en Henrik van li iet met16/60) van Pieter 15 o d a a n met 6/g0 gedeeltens, makende te samen 44/60 gedeeltens, 17 Juni 1686. Mr. Reinier van Ommeren, borgermeester der stad Arnhem, etc., na dode van Rudolph van Ommeren, raad en rekenmeester in Gelderland, zijn vader, 10 Mei 1708. Idem, octroy, 19 Mei 1708. Maria van Ommeren beleend met zeeker perceel uitterweerd, genaamt de Sluyskamp ende 'tPleksken, groot 16 mergen, alsmede met de Staart en Waay, groot 10 mergen, 19 Jan. 1717. De heerlijkheid van Wolfsweerd met alle zijne rechten, regaliën en tienden daaraan behorende; Item de heerlijkheid van Vijffhuysen ende volgende per- ceelen lands daarin gelegen, namentlijk: de weerd aan de Wageningse zijde, groot ongeveer 47 mergen uyterweerd; en aan de overzijde de bouwhoff. daar in den jare 1709 pachter van was Reyer Jacobsen, bestaande in een boomgaard en een groot stuk weylands, saame groot 15 a 16 morgen, met een streepje rijsweerd; nog een stuk bouwland en een nieuwe boomgaard van 14 mergen; Item nog een stuk van 8 mergen daar aan gelegen; omtrent 3 morgen in Humersweerd; en laatstelijk de Koppen, groot met den aanwas ruym 6 mergen; alle gelegen in den kerspele van Wageningen, noordwaards naast den Rhijn, westwaards hebbende de Koppen van van Manesweerd en het gedeelte van Humesweerd, toebehoorende de nakomelingen van de heer 1' e r g e n s. Arend Johan V ij g h, heer van de Snor en Woerd, extraordinaris gedeputeerde uyt de Ridderschap des quartiers van Nymegen, als man ende huider van Anna Adriana van Ommeren, oudste op straat ende erfgename sowel ab intestato als ex testamento van Mr. Reinier van Ommeren, heer van Wolfsweerd en Vijtt'huysen, mitsgaders borgermeester der stad Arnhem, en haar broeder, na dode van denzelven uyt kragte van maagescheyd in den jaare 1709 tusschen de samentlijke kinderen en erfgenamen van Rudolph van Ommeren, in zijn leven heer van Wolfsweerd en Vijtt'huysen, ende Albertina Pauw, echteluyden, gepasseert, 1 Febr. 1724. Idem ende Anna Adriana van Ommeren, egtelieden, octroy, eodem die. Rudolph Willem van Pabst, na dode van Anna Adriana van Ommeren, douarière van Arend Jan Vijgh, lieer tot de Woerd en Snor, zijne moeye, 28 Mei 1729. Idem laat zijn huwelijxcontract, den 6 dezer opgeregt met Jonkvrouwe Anthonia Huygeus, ten aansien van 't verband voor de duarie ende lijfftogt der leengoederen approbeeren en ratificeeren, 20 Aug. 1737. Johan le Ca v el i er, capitain etc., als in huweljjk hebbende Maria van Ommeren, na dode van Anna Adriana van Ommeren, douarière van Arend Jan Yijgh, beleend met de heerlijkheid Wolfsweerd aan de Wageningse zijde, te weten liuys en hoff, zoo Kornelis Pietersz. in pacht bezit, benevens de daartoe verder gehorende uytterweerden, voorts regten en geregtigheeden van ouds daartoe specterende; zijnde nu van 't bovengemelde gesplitst, 3 Maart 1730. R. \V. van Pabst is met de geheele hooge en laage jurisdictie in de voors. weerd in een leen apart verleyd, dus bij volgende beleening de hooge en laage jurisdictie uyt dit leen te laten, 26 Jan. 1765. Afgespleten van 39 § 1. 39 § 2. WOLFSWAARD. WAGENINGEN. Zeeker perceel uytterweerd genaamd de Sluyskamp ende 't Pleksken, groot 16 mergen. alsmede de Start en Wey, groot 10 mergen lands, zijnde een gedeelte van 't erf ende stuk lands genaamt de Wolfsweerd, gelegen in de lietuwe op den Rhijn, in den carspele van Wageningen. Maria van Ommere n, na dode van Rudolph van Ommeren, heer van Wolfsweerd en Vijffhuysen, raad en rekenmeester in Gelderland, haar vader, uyt kragte van maaggescheyd in den jare 1709 tusschen de gesamentljjke kinderen en erfgenamen van bovengemelde Rudolph van Ommeren, heer van Wolfsweerd en Vijffhuysen, ende Albertina Pauw, echteluyden, 19 Jan. 1717. Johan le Cavellier en Maria van Ommeren, egtelieden, oetroy, eodem die. Idem et eadem, plegte van 2000 gld. ten behoeve van Aletta van Rhijn, weduwe Johan Brouwer, 5 April 1722 x). Idem et eadem, plegte van 4000 gld. ten behoeve van Aletta van Rhijn, weduwe Johan Brouwer, 22 Juli 1722 2). Dirk Reinder van B a s s e n n, door opdragt van Johan le Cavelier, capitein ten dienste van den Staat, en van Maria van Ommeren, echteluyden, 3 Maart 1730. Jonker Gerrit Willem van Balveren uyt cragte van scheydinge tusschen Frederik Jacob Derk van der Capelle, heer van Appelteern, etc., en Anna Elisabeth van Bassenn, egtelieden, ter eenre en (wijle) Gerrit Willem van Balveren, vrijheer van Leur, etc., als vader en voogd van sijne 3 minderjarige kinderen, Elisabeth •Tolianna, Gerrit Willem en Christiaan Willem Hendrik Ernst van Ralveren, bij Jacoba Johanna van Bassenn in echte verwekt, ter andere zijde over de nalatenschap van haarluider respectieve vader en schoonvader Birk Reynder van Bassenn opgeregt, met versuym, 17 April 1766. Idem doet wegens zijne meerderjarigheid vernieuwing van eed, 29 Jan. 1777. ') Gecasseert 31 Juli 1722. ) Gecasseert 19 Maart 1730. Geregistreerd schuldbekentenis gepasseert bij Johanna Magtilda d e Graal ten behoeve van haar oom Theodorus Prins, groot in capite 1110 gld., voor rigter en schepenen der stad Wageningen gepasseert den 1 Augustus 1803 onder verband van haar aandeel in de zoogenaamde Wolfsweerd, 1803. Afgespleten van 39 § 1. 39 § 3. WOLFSWAARD. WAGENINGEN. De heerlijkheyd Wolfsweerd aan de Wageningse zijde, te weten huys en hof zoo Kornelis Pietersz. in pagt bezit, benevens de daartoe verder gehoorende uitterweerden, voorts rechten en geregtiglieden van ouds daartoe specterende. Johan le Cavellier en Maria van Ommeren, egtelieden, octroy 19 Jan. 1717. Idem, capitain ten dienste van den Staat, als in huwelijk hebbende Maria van Ommeren, na dode van Anna Adriana van Ommeren, douarière van Arend Jan Vijgh, heer van Woerd en Snor, haar zuster, ingevolge van 't maaggescheid over de nalatenschap van Reinier van Ommeren, borgemeester, en Anna Adriana van Ommeren, laatst douarière van Arend Jan Vijgli, heer van de Woerd en Snor, den 9 Maart 1729 opgerecht, 3 Maart 1730. Vervolgens is dit bovenstaande leen in tweeën gesplitst, namentlijk in 't boveneynde ende benedeneynde, blijvende alhier: Het benedeneynde of de weykant van de Wolfsweerden met alle zodanige rechten, lasten, uytwegen, voordeelige en lastige servituyten, als daartoe van ouds hebben behoord. Mr. Everard Rudolph II u y ghen s, president-borgermeester der stad Arnhem, soo ten behoeve van sig zelfs als van Willem Jan M enthen capitain-luytnant te paard, als in huwelijk hebbende Albertina Huyghens, na dode van haar moeder Maria van Ommeren, zijnde gemelde Mr. Everard Rudolph Huyghens, borgermeester, etc., en Albertina Huyghens in eerste huwelijk verwekt aan Diderik Huyghens, collonel etc., uyt kragte van magescheyd tusschen de respectieve erfgenamen, den 8 Mei 1744 tot Arnhem opgeregt, 19 Febr. 1745. Willem Jan Menthen, als in huwelijk hebbende Albertina Huygens, uyt kragte van magescheyd tusschen Mr. Everard Rudolph Huygens, borgermeester der stad Arnhem, etc. en Willem Jan Menthen, den 8 Februari 1746 tot Arnhem opgerecht, 27 Mei 1752. Idem, heer van Wolfsweerd, en Albertina Huygens, egtelieden, octroy, 31 Mei 1752. Engelbert Menthen, minderjarigen zoon, na dode van Willem Jan Menthen, zijn vader, 3 Nov. 1753. Idem, mondig geworden, doet eed 5 Febr. 1765. Idem transporteert hieruyt sijn portie in de hooge en laage jurisdictie aan R. W. van Pabst, 26 Jan. 1765. Idem, plechte van 1000 gld. ten behoeve van Henricus Prins en Johanna van Avezaat, echtelieden, 29 April 1768 l). ') Gecasseert 2 Aug. 1771. Idem, plecht van 2600 gld. ten behoeve van ut supra, 28 Dee. 1770 1). Idem, plecht van 1000 gld. ten behoeve van ut supra, 20 Febr. 1771'). Idem, plecht van 2000 gld. ten behoeve van Anthony George van Eek tot Nergena en Janette Wilhelmina van Eek, echtelieden, 2 Mei 1771 2). Simon Klinkenberg zo ten behoeve van hem als van Hendrik Prins door opdragt van Engelbert Menthen, 2 Aug. 1771. Afgespleten van 39 § 3. 39 § 4. WOLFSWAARD. WAGENINGEN. De halfscheyd van de heerlijkheyd Wolfsweerd aan de Wageningsche zijde, te weeten huys en lioff, zoo Kornelis Pietersz. in pagt bezeten heeft, nevens de daartoe behorende uyterweerden, voorts regten en geregtigheeden, van ouds specterende, bij volgende maagescheyd, aldus beschreeven: Het boveneynde of de huyskant van de Wolfsweerden, met alle zodanige regten en lasten, uytweegen, voordelige en lastige servituyten, als daartoe van ouds hebben behoord. Nicolaas le C a v e 1 i e r, luytenant te voet, soo ten behoeve van zig zelfs als Kudolph le Cavelier, mede luytenant te voet, zijn broeder, na dode van Maria van Ommeren, echte vrouwe van de heer le Cavelier, luytenant-collonel, haar moeder, uyt kragte van magescheid tusschen haare erfgenamen den 8 Mei 1744 tot Arnhem opgerecht, 19 Febr. 1745. Idem, octrov, 20 Febr. 1745. Kudolph le Cavelier, octroy, eodem die. Bij coopconditie den 21 Juli 1745 binnen Arnhem gepasseert, beschreeven en genaamt: Zekeren uytterweerd met haare portie en recht van het seignouriaal en jurisdictie van de heerlijkheyd van Wolfsweerd, benevens alle privilegiën en rechten, geregtigheeden en servituyten als van ouds, en zooals dezelve door haar gebruykt is geweest, mitsgaders het halve veer en 'tgeheele waarsmanshuys en verder getimmer daar op staande, alsmede die daarbij zijnde rijsweerde, boomgewasschen, bepoting en beplanting, alle gelegen bij Wageningen, hebbende oostwaards de weyde van Dirk Bongaards en Maria van Daatzelaar, getrouwt aan den apothecar Koghair, c. s.; westwaards de weyde in Wolfsweerd, toebehorende Willem Jan Menthen, nomine uxoris Albertina Huyghens; zuydwaards den Rhijn ende noordwaards de Strang en de haven van Wageningen, sooals haar bij mageseheyd van den 8 Mei 1744 is toebedeeld, groot binnen kadens 21 niergeu, 530 roeden. ') Gecasseert 2 Aug. 1771. ) Gecasseert 18 Febr. 1780. Rudolph Willem van Pabst, heer van Wolfswoerd, borgermeester der stad Wageningen, etc., pro se et nomine uxoris, Anthonia Hu vghens, door opdracht van gemelde Nieolaas en Rudolph le Cavelier, 13 Aug. 1745. N.B. Den 26en Januari 1765 is gemelde R. W. van l'abst met de geheele hooge en laage jurisdictie in de voors. weerd in een leen apart verleyd. Afgespleten van § 39. 39 § 5. WOLFSWAARI). WAGENINGEN. De geheele jurisdictie over de weerd, die geheeten is des Wolfsweerd, gelegen in de Betuwe opten Rhijn, in den kerspele van Wageningen, initten hooge en leege gerichte, ende initten thienden, en anders al zijn toebehoren, te water en te lande, als het van ouds van onzen gestichte tot een borgleen ter Horst gehouden word. Rudolph Willem van Pabst, heer van Wolfsweerd, drossaard en borgermeester der stad Wageningen, soo ten behoeve van hem als zijne ehevrouwe, Anthonia Huygens, door opdragt van Otto, Grave van B y 1 a n d, vrijheer van de heerlijkheeden Ooy en Persingen, mitsgaders van Engelbert Menthen, en de andere gedeeltens quamen R. W. van Pabst zelfs in eygendom, dus de .geheele hooge en laage jurisdictie in capite dezes gemeld, als nu een apart leen geworden, en van de landerijen gescheyden is, 26 Jan. 1765. 40. ZETTEN. Den tienden to Setten mitter kerckengiffte van Setten. Rubbert van den üorweert, 29 Jan. 1394. Idem, her Roebert van W i s s c h e , Wouter van Doernyng, Dirc van Wissche, Johanna vau Ho moet ende Henric van H o m o e t'). Wolter van Dornick, na dode Roberts van den Dorenweert, 22 Oct. 1411. Robert van Wissche, proist tot Eist, na doide Rubberts van den Dorenweerde, 11 Nov. 1412. Otto van Doernynck, na dode Wolter van Doernynck, selygen Ottensoen, 25 Aug. 1446 2). Idem, 25 Juni 1474. Otte van Doernic Ottensz., door opdracht Otte van Doende Woltersz., sijns vaders, eodem die. 'I Zie het Kwartier van Veluwe 2fi (Garderen) en het daarbij aangeteekende. ) ln het Oorkondenboek van het Ge.slacht Doornick of Poorninck, waar deze acte voorkomt onder No. 219, wordt zij gesteld op 29 Aug., hetgeen onjuist is. KWARTIER VAN ZÜTPHEN. r i É KWARTIER VAN ZUTPHEN. 1*. ALMEN. Dat goet ten Nyenhuys, gheleghen in den lande to Zutphen ende in den kerspel van Almen; ten Zutphenschen lene der heerscap van Dyepenhem. Henriic van Marclo, omstreeks 1382. Johan van Marclo, des vorsrenoenulen Henrix soen, 15 Febr. 1385. Idem, geheiten Vrigreve, 2 Jan. 139-1. Beernt van Holthusen, overmits vertichenisse endeoverghiftJohans van Markelo, geheiten Vriigreve, 29 Jan. 1407. Gertruyt T a s t s, Otte H e y e n wijf, soe Aleid ïasts, hoer moeder, mit Herman Tast, hoer man ende momber, des uutgegaen is, 1 Febr. 1455 '). Eadem, 23 Oct. 1460. Hulder: Otto liegen, haer man. Eadem, 24 Juli 1497. Hulder: Andries van Holthuysen. Aleyt K e y e n, so Gertruydt, Herman Taets dochter, des uutgegaen is, eodem die. Hulder: idem. Eadem, 20 Oct. 1500. Hulder: Johan van Byngerde 2). Eadem, 9 Oct. 1517. Hulder: Otto Keyen, hoer broeder. Eadem, 16 Jan. 1525. Hulder: idem. Eadem, 22 Jan. 1544. Hulder: idem. Geertruyde Keyen, echte huysfrouwe van Lulof L u 1 o f f s z., soe Alijdt Keyen, huer moeye, des utgegaen is, eodem die. Hulder: Lulof Luloffsz., haer man. Eadem lijftuchtiget huer moeye voorn., eodem die. Eadem gelijftuchtiget Lulolï Luloffsz., hueren man, an 25 golden gulden jaers, 23 Mei 1546. Eadem, weduwe, 12 Jan. 1554. Hulder: Herman van Mouwijck. Eadem, 17 Mei 1557. Hulder: idem. Henrick Keye, 8 Mei 1573. ') De beleening van Aleid (van Holthusen?) ontbreekt. In 1460 en 1497 heet Geertruid niet Tast, maar '1' a e t s. a) Andries van Holthuysen was toeu overleden (acte). Otto Keyen, nac doode Gertruyt Keyen, sjjn suster, 4 Juli 1573. Otto Keyen, nae doode Otto Keyen, sijns vaders, 1 Dec. 1573. Meynart Hademaecker, tot behoeft' van Otto Keven, noch onmondig, nha dode Otto Keyen, sijnes vaders, 3 Maart 1582. Gerrit Worm, voor zich ende Lutgert Dame, zijne huisfrouwe, gelijek Bartholt van K e p p e 1 voor sijne principalen voor hunne respective andeelen is uytgegaen, t. w. Willem Heeselman, l)r. Henrich Heeselman, secretaris, ende Abraham Heeselman, gebroeders, Hermanna van Twickelo, weduwe van zaligen Otto Keye, voor zich ende als gemachtigde van Aloff S c h r e e c k, voor Anna Keye, sijne huysfrouwe, ende Willem Keye, haar respective schoonsoon, dochter ende soon, geassisteert met Jan Kreyenvenger, Meyvert van Eyl ende Arent Marrienborch, als volmachtigers, 11 Jan. 16-42. !). Christopher Mollenschot, voor hem ende Gothofrida Rauwcrs, sjjne huisfrou, gelijek Conraet van Munster, als volmachtiger van Gerryt Worm, des uytgegaen is, 1 Dec. 1645. Dr. Gerhard van Sandbergen, als volmagtiger van Wilhelm Ment hen2), 8 April 1717. Idem, in qualitate ut supra, octroy, eodem die. Dr. Wilhelm Welmers en Anna Margrieta Fargarson, sijne huysvrouw, door opdracht van Dr. Gerhard van Sandbergen, als volmagtiger van Wilhelm Menthen, uyt oorsaek van koop, eodem die. Major Peter Fargarson, door opdracht van Arnold Bacquer cornet, als gemagtigde van Dr. Wilhelm Welmers en Anna Margarita Fargarson, sijne vrouw, uit kragte van voorgaande koop, 28 Nov. 1722. Advocaet Wilhelm Welmers laat, als volmagtigde van de colonel Peter Fargharson, een contract van koop met Theodora Lutgert Lulofs approbeeren, 8 Nov. 1729. Theodora Lutgert Lulofs, eodem die. Huider: d'advocaat Johan Andries Flenderus. Eadem, 8 Juni 1751. Huider: Barthold Hendrik Lulofs3). Eadem laat hare huwelijksvoorwaarden en de daarin versprookene en gemaakte tucht approbeeren 4), eodem die. Mr. Bartold Henrik Lulofs laat, als volmagtiger van Theodora Lutgarda Lulofs, geadsisteert met Joost Jan Schluiter, haar eheman, hare testamentaire dispositie approbeeren, 9 Febr. 1753 voor den stadtgerichte van Zutphen overgegeven, 6 Sept. 1757. ') Nyenhuis was toebedeeld bij maechgescheit ende onderling contract aan Joost Heselman, in sijn leven secretaris tot Sutphen, als getrouwt hebbende Otto Keven suster. Heselman voornd. is niet beleend; zijne kinderen ende erfgenamen hebben N. 'bij openbaren opslach verkoft aen Gerrit Worm. (Volgens liet leenactenboek, waarin dit volgt op de acte met de bijvoeging: dit staat in dorso van den lhecnbrieff.) ') De kinderen en erfgenamen van Christoffer Meulenschot en Gothofrida Rauwers hebben 7 Mei 1698 de nalatenschap verdeeld, bij welke gelegenheid dit leen ongetwijfelt! is toegewezen aan Oodefridus Menthen, predikant te Arnhem, als in huwelijk hebbende Christina Meulenschot, dochter van Chr. voorn. Dit echtpaar werd echter niet met Nyenhuis beleend, wel met een ander goed (8 Juni 1709), in welke acte het hier medegedeelde is te vinden. 3) Johan Andries Flenderus was in Mei 1751 overleden (acte). 4) Zij was reeds getrouwd en wel met Joost Jan Schluiter (acte). Mr. Isack Schluiter laat, als volmagtiger van Theodora Lutgarda Lulofs, weduwe van Joost Jan Schluiter, geassisteert met Goswin Schluiter, haaren momber in deesen, de cessie van 23 April 1766 aan Barthold Henrik Lulofs approbeeren, 9 Mei 1766. ISarthold Henrik Lulolfs, krachtens voorgaande cessie, eodem die. Idem laat de cessie aan Jodocus Theodorus Lulofs, siin soon, approbeeren, 4 Sept. 1772. Jodocus Theodorus Lulofs, krachtens voorgaande cessie, eodem die. Engbert Huge, als gesubstitueerde volmagtiger van Bartholt Henrik Lulolfs, na wijlen J. T. Lulolfs, zijn soon, 2 Dec. 1780. Tennis Bonschate laat, als volmagtiger van Mr. Barthold Henrik Lulolfs, sijn beslooten testament1) approbeeren, 18 Aug. 1783. Mr. Jan Lulofs, na dodo van Barthold Hendrik Lulofs, desselfs vader, 6 Dec. 1786 2. DIDAM. Dat gerecht ende heerlykheyd in den kerspele van Didam. Jonker Frederic van den Berghe ende van Bvland, 28 April 1388. Verder zijn de beleeningen gelijk aan die sub. 47. 3. ÜOESBÜKG. Het patronaatrecht der kerk te Dusburg. Hendrik van den Berg. Na afstand door Hendrik van den Berg en diens zoon Adam door den Bisschop geschonken aan het klooster Bethlehem, 1228 2). 4. DOETINCHEM. Tgoet to Velsberghe, gelegen in den lande van Zutphen, in den kerspel van Dotinghem. Evert Brosikenssoen van Bneren, omstreeks 1382. Engelbert van Bueren, sijn soen, 31 Juli 1410. Coert Slyntwater tot behoeff heren Henrix, her to Wysch 3), 13 Juni 1447. Idem, in qualitate ut supra, 21 April 1457. '} Acte: 5 Aug. 1783 aan liet scholtengerigte van Zutphen overgegeven. ") De acte noemt Hendrik, die heer van den Berg was, nobilis en consanguineus van bisschop Willebrand. Sloct, Oorkondenboek, no. 518. 3) Acte: voer een verledicht leen. 5. DOETINCHEM. De grove en smalle tienden van den hof te Ysenvort en liet daartoe behoorende huis Eltink, van het terzelfder plaatse gelegen huis Sueveric, van de Woeste Hoeve te Nuslere, die aan het klooster Bethlehem behoort, en van zeker huis, dat van Woltger is geweest en het klooster te Elten toebehoort1). Everhard van W i 1 p e, ridder. Na afstand door Everhard voornoemd geschonken aan het klooster Bethlehem, 1 Febr. 1234 2). dementia, dochter van Everhard van Wilpo, bewilligt in den verkoop door haren vader aan het klooster Bethlehem, waarop de Bisschop de begiftiging herhaalt, 13 Juni 1236 3). 6*. DOKTH. Den hof te Dorrete mit sinen toebehoeren 4). Zeno van Durth, ridder, omstreeks 1313 5). Zeno van Durrethe, knape, 1329. Henric van Dorrete, ridder, omstreeks 1382. Deric van Dorretlie, na sijns vaders dode, Oct. 1396. Seyne van Dorrte, na dode Dircs van Dorrte, sijns vaders, 24 Sept. 1422. Idem, 1433. Deric van Dorretlie, na dode Seyne van Dorretlie, sijns vaders, 15 Oct. 1443. Idem, 21 April 1457. Idem, 26 Juli 1497. Seyn van Dorrthe, nae doede Dircx van Dorrthe, sijns vaders, 6 Juni 1501. Idem, 16 Jan. 1525. Diriek van Dort, nae dodo Seyne van Dort, sins vaders, 31 Aug. 1532. Seyno van Dorth, na doede Dirich van Dorth, sijns vaders, 12 Juni 1545. Hulder tot sijnen mundigen jaeren: Wyuolt van Zallant. Idem, 18 Mei 1557. Diederich van Dorth toe Dorth, nae doede Seyno van Dorth, sijns vaders, 22 Juli 1611. Hulder als volmeehtiger: Alardus Hullendoern. Henrick Pieck, richter tot Steenre, als volmachtiger van Adriaen Balthasar van F lodroff, heere tot Well, ende Isabella van Dorth tho Dorth, eheluiden, ten beliouve van Isabella voorn., nae dode Diderick van Dorth to Dorth, haeres vaders, 17 Mei 1626. Idem ut supra, octroy 6), eodem die. ') Zie Inleiding. '■') Sloet, Oorkondenbook, no. 5(19. :l) Sloet, Oorkondenboek, no. 590. i) Vergelijk: Register op de Leonaktenboeken Tan liet Vorstendom Gelre en Graafschap Zutplien, deel Kwartier van Zutphen, No. 31, lilz. 72. ") Volgens den Gelderschen Volksalmanak van 1874. De in 1329 beleende Zeno was een zoon van heer Zeno en de vader van heer Henric van Dorth. e) Het testament van Isabella van Dorth is van 1 April 1626 (acte). Jacobus Meuler, der rechten doctor, als volmachtiger van Adriaen, Grave van Plodorff, vrijheer tott Leuth, heere tott Dorth, ende sijn gemalinne Isabelle, Gravinne van Flodorff, vrijvrouwe van Leuth ende vrouwe tott Dort, geassisteert met Arnoldo Monsemio, haren gecorenen momber, laat hun beider tucht approbeeren, 26 Febr. 1040. Joost Broecksmit, rentmeester des liuises Dort, als volmachtiger ut supra, octroy x), 30 Oct. 1652. Jacob Neule, der rechten doctor, ten behoeve van Willem Adriaen Frederick, Grave tot Flodorff, etc., minderjarigen soon van Adriaen, Grave van Flodorff ende Isabella van Dorth, gelijck Joost Broecksmit, in qualitate ut supra, des uytgegaen is, 18 Maart 1653. Idem, als volmachtiger van Adriaen, Grave van Flodorff, ende Willem Adriaen, Grave tot Flodorff, sijnen soon, vercoft eene jaerlixe renthe van 250 car. gl., van 20 st., ten behoeve van Abraham Gerrits, Aelthjen Jans, sijne huisfrouw, ende erfgenamen, spruytende het gemelte capitael eensdeels uyt cracht eener obligatie van 4000 car. gl. ten behoeve vau Mr. Henrick Koelevinck Leyendecker, den 13 Aug. 1644 tegens 5 °/0 verleent, ende vau 1000 gelijcke guldens door Abraham Gerrits in gelde gesuppleert 2), 13 Febr. 1656. Dr. Andreas Nilant, als volmachtiger van Margareta Heussen, Gravinne van Flodorp, octroyen, laat hare testamentaire dispositie approbeeren, 22 Oct. 1694. Adriaan Gustaaf, Grave van Flodorff, etc. etc., en Margarita Heussen, Graavinne van Flodorff3), eheluiden, laten hunne testamentaire dispositie van 22 Jan. 1705 approbeeren, 5 Maart 1705. Johan llebbink I. IJ. 1)., als volmachtiger van Carel Philips, Grave van Flodorp, erffheer van Wallendorp, etc. etc , en .Tannetta Margaretha Huyssen, sijn elievrouw'), laten hunne houwlijx voorwaarden, de dato 15 Febr. 1706, approbeeren, 16 Juli 1707. Adolph Comf, als volmachtiger van Adriaan Gustaaf van Flodorf, etc. etc. en desselfs gemaalinne Margareta Huissen s), laat hunne testamentaire dispositie van 23 Dec. 1707 approbeeren, 9 Jan. 1708. Carel Sophronius Philip, Graave van Flodrofen Wartensleben, 2 Dec. 1708 5). Alexander Carel, Graave van Flodrof en Wartensleben i;) door opdracht van Paulus Putman, als substituit gevolmagtigde van Carel Sophronius Philip, Graave van Flodrof en Wartensleben, 3 April 1749. Huider: Paulus Putman. Gijsbert Maurits Hermanni, als gevolmagtigde van Hendrik den 9de Reu ss, Graaf en heer van Plauen, en van Amelie Esperence, graavinne lieuss van Plauen, geboorene Graavinne van FlodrotTWartensleben, ehelieden, na dode van Alexander Karei, Graaf van Flodroff en Wartensleben, broeder van voorn. Amelie Esperence, en van desselfs vader, Karei Sophronius Philip, binnen jaar en dag mede overleden 7), 8 Febr. 1752. ') Isabella's gecoren momber was Adolf van der Marck (acte). *) Het eerst te betalen op 22 Febr. 1657, en te lossen met 5000 car. gl., van 20 st. Voor dit bedrag wordt o. a. dit leen verbonden, n.l.: den hoff to Dorth oft Meyers gcnoempt. 3) Haar momber: Gijsbert Cuper, burgermeester van Deventer (acte). 11 Haar momber: Albert Goyker. 5) Volgens de acte van 174y; in het leen register hel) ik deze beleening niet gevonden. 8) Hij was de eenige zoon van C. S. 1*. Graaf van Flodorf (acte). ") Volgens de acte overleed A. K. Graaf van Flodorf 27 April 1751 en zijn vader, wien dit leen toekwam volgens een oud erkend pactum familiae, 7 Oct. 1751. Idem, in qaalitate ut supra, octrooy, 19 Juli 1752. Isaac Rutgers, als volmagtiger van Arent Rutgers, desselfs broeder, sooals op den 10 Juni 1756 ten profijte van hem gerefuteert is '1 1 Maart 1757. ' Georg Jordens, professor in de rechten te Deventer, als gevolmagtigde van Hendrik Lindeman en Maria Klopman, ehelieden, wonende te Deventer, 26 Mei 1757. Idem laat, in qualitate ut supra, de verkoop van 9 Maart 1757 binnen Deventer aan Arent Rutgers en sijne ehevrouw, approbeeren, eodem die. Arent Rutgers, voor hg selfs (sic) en Wilhelmina van der Valk, sijn ehevrouw, eodem die. Idem laat de verkoop, van 13 Nov. 1756 bynnen Amsterdam 2) aan Henrik Lindeman, wonende te Deventer, approbeeren, eodem die. Georg Jordens, hoogleeraar in de rechten tot Deventer, als gevolmagtigde van Hendrik Lindeman en Maria Klopman, siin ehevrouw, eodem die. Idem en H. Schomaker, als volmagtigers van Arent Rutgers, pro se et nomiiie uxoris, laten de verkoop van 18 Dec. 1758 ten profyte van Goris Jan Verhoeff, oud-burgermeester der stadt Zwolle,'approbeeren, 31 Juli 1759. Goris Jan Verhoeff, oud-burgermeester der stadt Zwolle, krachtens voorafgaande koop, eodem die. Idem, octrooy, eodem die. Doctor R. Metelerkamp, als volmagtiger van de erfgenamen van G. J. Verhoeff, oud-burgermeester van Zwolle, beleent namens juffrouw A. Verhoeff, en laat de verkoop van 11 Oct. 1762, ingegaan met Godart Philip Cornelis Theodorus, Baron van der Capellen, heer van Dorth, approbeeren, 13 Oct. 1763. Idem, als volmagtiger van Godart Philip Cornelis Theodorus, Baron van der Capellen, heer van Dorth, eodem die. Mr. Johan Coenraad Druman, als volmagtiger van Alexander Hendrik, Baron van der Capellen, heer van den Boedelhof en den Dam, na wijlen G. P. C. T. Baron van der Capellen, sijnen broeder, 1 April 1780. Idem laat, als volmagtiger van E. C. douarière van der Capellen, gebooren Baronnesse van der Capellen, geadsisteerd met M. Ivoy, raad in de vroedschap der stad Utrecht, soodanen verkoop als wijlen G. P. C. T. Baron van der Capellen, 29 Jan. 1779 met Berent, Baron van Neukirchen, genaamt Nieuwen lieim heeft ingegaan, approbeeren, eodem die. Berent, Baron van Neukirchen genaamt Nieuwenheim, na refutatie van Alexander Hendrik, Baron van der Capellen, 3 April 1780. ') Acte: dc liof te Dorth, of liet Meyers genaamt, met tiet regt Van Verschrijvinge in de Ridderschap van Overijssel. Kene acte van approbatie en refutatie is tilijkhaar niet geregistreerd. Opmerkelijk is zeer zeker ook liet feit, dat diezelfde Arent Kutgers reeds 16 Jan. 17">6 beleend werd met Dorth als open huis Tan (Jelre, zoodat onder de refutatie van 10 Juni 1756 moeilijk eene koopacte kan verstaan worden. ") Acte: voor notaris Otto van Dam. Mr. J. C. Druman, als volmagtiger *) van Bernart, Baron van Neukirchen gent. Nyvenheim laat de verkoop, aangegaan met Gerrit Willem, Baron van Zuylen van Nyveld, approbeeren, 28 Mei 1788. Idem, als volmagtiger van Gerrit Willem, Baron van Zuylen van Nyveld, eodem die 2). 7. DREMPT. De grove en smalle tienden in bet kerspel van Tremethe. Everhard van W i 1 p. Na afkoop door het klooster Bethlehem door den Bisschop daaraan geschonken, 1252 3). 8. DREMPT. Een tiend in het kerspel van Tremethe. Adam van den Berg. Door den Bisschop aan het klooster Bethlehem geschonken, 12 Maart 1254 4). 9*. EIBERGEN. Den hof to Mallenden mit sinen toebehoren, gheleghen in den kerspel van Eyberghe; rorende van Diepenem, in dienstmans stad. Henric van We x ten, omstreeks 1382. Idem, 4 Juni 1394. 10*. EIBERGEN. Den hof to Meerbeke mit alle sijnen toebehoren, gheleghen in den kerspel van Eyberghe, in den buerscap van Reken. Herman G h e r k i n c, omstreeks 1382. Idem, 10 Juli 1391. ') De volmacht was gepasseerd te Parijs 8 Oct. 1787 (acte). Gerrit Willem van Zuylen var. Nieveld kocht 14 April 179C de leenplichtigheid af voor 200 gld. Everhard van Wilp maakte in de plaats dezer tienden Wenemarskamp in het kerspel Wilp te leen; zie Kwartier van Veluwe, no. 53. Sloet, Oorkond en boek, no. 711. 4) De acte noemt Adam nobilis vir. Sloet, Oorkondenboek, no. 759. 11*. EIBERGEN. 5 Molder over Vrankenhuys ende Muddenhuys, in don kerspel van Eyberghe. Aelbert li e 1 m a n, omstreeks 1382. 12*. EIBERGEN. Helmerkinc in den kerspel van Gronlo2), in den buerscap van Beltrum. roerende der lieerscap van Diepenhem. Aelbert Bod i kers, omstreeks 1382. Eylaert van Methelen, 30 Oet. 1419. Idem, 1433. Johan van Langen, tot behoeff Henrix van Metelen, als sijn momber, hem angecomen van dode sijns vaders, 24 Juli 1437. Bernt van Metelen, nae dode Eyllarts van Metelen, sijns vaders, 20 Oct. 1457. 13*. EIBERGEN. Dat goet to Wissekinc mit sinen toebehoren, gheleghen in der lieerscap van Borcloe, iu der buerscap to Wasekinc; rurende van der lieerscap van Diepenheim. Henric Kemp ine, anders gheheten Steen bic, omstreeks 1382. Engelbert Coepszoen, 9 Sept. 1411. 14*. EIRERGEN. Die goede to Wesselinc, Ybekinc, gheleghen in den kerspel van Gronlo; is een leen tot enen ponde van de lieerscap van Diepenhem. Jan van Wyllake, omstreeks 1382. Idem, 15 Maart 1394. Otto van Wylack, na dode sijns vaders, 13 Jan. 1445. Idem, 27 Sept. 1456. ') Ook Helmerinck. ') De goederen 12—17, gelegen in de buurschap Beltrum, die behoorde tot de Borrulosehe voogdij Eibergen, werden blijkbaar in bet kerkelijke tot Groenlo gerekend. I)e verklaring van dit verschijnsel is hierin gelegen, dat Beltrum in een uithoek van de voogdij, nu gemeente, Eibergen ligt, zeer ver van het. dorp van dien naam, maar betrekkelijk zeer nabij de stad Groenlo. Ten gerieve van de bewoners der buurt is deze bij de parochie Groenlo gevoegd. Dit geval staat niet op zieli zelf. 15*. EIBERGEN. Dat goet toe Brantking in dor heerschap van Borkeloe, buerschap van Bel tere '). Heyle van Hornele, 1433. Huider: Henric Zwaneken. 16*. EIBERGEN. Dat goet to Vranckinck, dat gheleghen is in dor heorscap van Borkel, in den kerspel van Gronlo ende in der liuerscap to Beltrem; rorende van der lieerscap van Diepenhem, to enen pondeschen lene. N. N. omstreeks 1382 z). Herman, na dode sijns vaders, 3 Dec. 1384. Bernt te Kucler. Heylken ten Kucler, na doede Bernt te Kucler, hoirs vaders, 8. Sopt. 1404. Huider: Gelys van Zuderaess, hoir man. Kune van Overgoer, nae dode hoere moeder, 19 Mei 1451. Lyse, Werner Duercoeps wijf, soe Kune van Overgoer ende hoer momber des uutgegaen sijn, eodem die. Huider: Werner Duercoep, hoir man. Eadem, 24 Oct. 1457. Huider: idem. Eadem, 20 Febr. 1484. Huider: Egbert Duercoep, hoir sone 3). Egbert Duercoep, nae doede Lyse Duercoeps, sijnre moedor, 20 Juli 1497. Werner Hof kon van Groll, nae doede van Egbert van Duercoep, sijns oemen, 11 .Tuni 1545. Ambrosius van Viermondt, soe Werner Hoffken der utgesaen is, 23 April 1547. Idem, 27 Mei 1557. Derck van Viermonde, ten behoeft van Ambrosius van Viermonde 8 Nov. 1569. Johan van R a e s fe 11, tot behoeff Dorrick van Veermonde, nlia doede Ambrosii van Veermonde, zijns vaders, 8 Mei 1580. Johan van Coverden, als volmechtiger van Catharina van Viermunde, 1 Oct. 1611. Idem, nae dode van Catharina van Viermunde, 10 Maart 1625. Gosen van Coeverden, 8 Jan. 1651. Joan Wissinck, als volmaclitiger van Elsken Wissinck, sijn dochter, golijck Jan van Coeverden, als volmaclitiger van Gosen van Coeverden to Walfard, is uytgegaen, 3 Nov. 1668. Jan liUdolph M u 1 e r t tot Baken hagen, na dode Jan Mulort, sijns vaders, ende Derck George Mulort, sijn broeder, 19 Sept. 1676. Jan Wissink, als vader en momber van Elsken Wissink, sijn dogter, met ledigor hand, 31 Mei 1687. ') De acte vermeldt liet kerspel niet. De naam is uitgeschrapt. 8) Haar man was toen overleden. 4 Hendrik Weddelink, als volmachtiger van Elsken Wissink, weduwe Meyeraens1), 18 Febr. 1692. Aletta Meyoraen, voor haar selfs alsmede ten behouve van Aletta Veer, na doode van Elsken Wissink, weduwe Meyeraan, 22 April 1727. llulder: Conraad Franken. .Tan Herent Arinck, als volmagtiger van Anna Aletta Meyeraan, genaemt Staerinck, octroy, 24 Febr. 1738. Harinen Bernard Starink, voor sig selfs en als volmagtiger van Gerhardina Eüsabet de Veer, sooals wijlen Anna Aletta Meyeraan, weduwe Starink beleent is geweest, 31 Jan. 1763. Idem, octrooy voor Gerhardina Eüsabet de Veer voor het halve erve, eodem die. J. C. Pruimers, als volmagtiger van Harmen Bernard Starink, octroy, 15 Juli 1773. Dr. Menso Theod. H e y d e n r ij k, pro se en als gevolmagtigde van Geertruid N y e n h u i s, weduwe van H. B. Starink, en als moeder en voogdesse van haar 3 onmondige kinderen, en dan als gevolmagtigde van de overige mondige kinderen en erfgenamen van wijlen H. B. Starink2); dan nog voor juffrouw M. H. C. van Basten, n.1. 3/4 aan de nagelaaten kinderen en 1/4 aan juffr- M. H. C. van Basten 3), 7 Maart 1775. Idem laat in qualitate ut supra de koop ingegaan met Jan Henrik K n i k k i 11 k, medicinae doctor, over 3/4, approbeeren, 19 April 1779. Dr. Jan Henrik Knikkink, 3/4 011 als huider van juffrouw van Basten 1/4, ten einde het pro indiviso en als één lheen te kunnen besitten, eodem die. Gesine Knickink, genaamt Wissink, naa doode van Jan Hendrik Knickink, Med. Doctor, haar vader 3/4, 27 Juli 1784. Huider: Engelbertus Brevink, die tevens beleend wordt met 1/4 van Maria Helena Catharina van Baston. Jan Derk Wissink, als volmagtiger van M. II. C. van Basten, huisvrouw van .Tan Hendrik Batenborg, en voor hem, vermits het overlijden van Gesiena Knikkink, zijn moeder, 3 Sept. 1792. 17*. EIBERGEN. Roetmondinc ') in den kerspel van Gronlo, in der buerscap van Beltrum. Weerner Duercop, omstreeks 1382. Idem, 1396 5). Bernt Duerkoep, na doede sijns vaders, 1 Dec. 1414. Idem, 12 Juni 1434. ') Haar momber: Bernard Satters (acte). '') t. w. juffrouwen A. A., J. E. en B. H. Staring en A. J. Starink, huisvrouw van den gevolmagtigde (acte). 3) Zie hare voornamen in de acte van 1784. 4) Ook: Rotmondinc en Roetmenich; op 't einde der 17de eeuw en later Roterdink. ") Werner Q u a k 0 p (acte). Werner Duercoep, na doede Bernt Duercoeps, sijns vaders, 17 0ct. 1442. Idem, 24 Oct. 1457 1). Egbert Dnercoep, nae dode Werner Duercoeps, sijns vaders, 20 Febr. 1484. Idem, 26 Juli 1497. Werner H o f k e n van Groll, nae doede van Egbert van Duercoep, sijns oemen, 11 Juni 1545. Ambrosius van Viermondt, soe Werner Hoffken der utifegraen is 23 April 1547. Idem, 27 Mei 1557. Derck van Viermonde, ten behoeft' van Ambrosius van Viermonde, 8 Nov. 1569. Johan van Iiaesfelt, tot behoeff Derrick van Veermonde, nlia doede Ambrosii van Veermonde, zijns vaders, 8 Mei 1580. Johan van Coverden, als volmechtiger van Catharina van Viermunde 2), 1 Oct. 1611. Idem, nae dode van Catharina van Viermunde, 10 Maart 1625. Ludolff Conraet van Keppel, als man ende momber van Anna Hilaria Kip per da, nae dode Catharina van Viermunde, 17 Jan. 1631. Anna Hilaria Kipperda, geassisteert met Coenraet Ludolf van Keppel, haeren man ende momber, laat liaere verslotene dispositie approbeeren, 26 Juni 1643. Johan Ludolph M u 1 e r t3), 15 Mei 1688. Anna Lucia Mulart, geassisteert met Henrik ten Braak als momber, als volmagteresse van Derk Mulart toe den Backenhage, ritmeester, en Conraad Willem Mulart, capitein, als van den drost van Twente gestelde momberen over de onmundige kinderen van wijlen Joan Ludolph Mulart, heer van Backenhage, met naine Janna Mechtelt en Joan Ludolf Mulart, 29 Mei 1710. Eadem, octroy, eodem die. Christoffel van Munster, voor hem en sijn erfgenamen en voor Berent Iloeterdink en sijnen erven, als koperen te samen, gelijk Johan Christoffel Gewin, als volmachtigde van Lucia Anna Mulert en Johanna Megtelt Mulert, geassisteert niet ür. Adolff Hendrik Putman, haren momber, 25 Mei 1715. Dr. Willem Meeuwsen, als volmagtiger van Herman Otto van Munster, Herman Otto V o 1 b i e r en Berend Roeterdink, vermits het overlijden van Christoffer van Munster, broeder van Herman Otto voorn, en mede-lheendrager van Berend lioeterdink, 27 Mei 1743. Herman Otto Volbier, als vader en wettige voogd van Theodorus .Tacobus Volbier, sijn onmondige soon, door opdracht van Dr. Willem Meeuwsen, als volmagtiger van Herman Otto van Munster, donatione inter vivos ten behoeve van Th. J. Volbier voorn, en Helena Geertruid Zethmate, echteluiden 4), eodem die. ') Zijne vrouw, zie 16*. . ') Acte: gelick Derrick van \. daermede lest beleent is gewoest ende haer toegedeelt in niaechscheydonge. '• eene andere beleening blijkt, dat zijne grootmoeder Anna Hilaria Ripperda voorn. was. ) Acte: met danksegginge voor dese liberale gifte. Idem, vermits liet overlijden van Jacobus Theodorus Volbier, deszelfs zoon, 11 Sept. 1751 '). Garryt Roeterinek, naar dode van Berent Koeterink, desselfs vader, de 'helft, 12 Juli 1761. .Tan Roeterink, in desselfs vaders plaats, de helft, 18 Aug. 1778. Anna Maria Elisabet Volbier, ehevrouw van Mr. Michiel Willem Anton van Basten, na wijlen Herman Otto Volbier, de helft, 29 April 1782. Huider: Christopher Gerhard Heydenrijck. Berend Koeterink, als momber en voogd over den minderjarigen Gerrit Jan Koeterink, na doode van Jan Koeterink, zijn vader, de helft. 17 Mei 1790. 18. GAANDEREN. De grove en smalle tienden te Gernere. Everhard van Wil p e. Na afstand door Everhard van Wilpe en diens vrouw Cunegunde door den Bisschop aanhet klooster Bethlehem geschonken, 1225 2). 19*. GEESTEREN. Den tienden over Rotardinc, den alingen tienden over Hengstegoer ende den alingen tiende over dat Nyehuys half, glieleghen iu den kerspel van Ghesteren in der buerschap van Borkelo, to enen borchleen to Diepenhem. Aernd van Enschede, omstreeks 1382. Aernt S t i c k e Harmens soene 3), 1433. Idem, 24 Oct. 1457. Herman Sticke Arntsz., nae dode sijns vaders, 12 Dec. 1458. Aleit He ss els, nae dode Aernt Sticke Hermensz., hoirs vaders, 7 April 1459. Huider: Reyner Hessels zoen, lioir zoen. Eadem, 26 Febr. 1469. Huider: Andries Hessels soen, hoer zoen. Katheryne, Herman Sticken dochter, Derix wijff van der Beke Janszoen, nae dode Hermans Sticken, hoers vaders, 13 Aug. 1485. Huider: Deric. ter Beke, hoir man. Eadem lijftocht hoiren man 10 mudden rogge uut den tienden over Roterding des jaers, eodem die. Eadem, 24 Juli 1497. Huider: idem. Aleit Hessels, 24 Juli 1497. Huider: Andries Hessels soen, hoer zoen. *) Volgens (le acte van 1701 slechts de helft. Sloet, Oorkondenboek, no. 478. ') Deze lierman Sticke komt in eene acte van 1404, betrekking hebbende op een ander leen, voor. Herman van der Beke, nae doede Katheryne, Herman Stickcn dochter, sijure moeder, 16 Febr. 1515 1). Idem, 9 Oct. 1517. Idem, 14 Jan. 1525. Evert Bermers, 18 Oct. 1525. Idem, 23 Nov. 1531. Herman van der Beke, 27 Aug. 1532. Idem, 27 Mei 1557. Koebert van der Beke, soe Herman van der Beke, zijn vader, des uuytgegaen is, eodem die. Evert Bermers, 1 Juli 1560. Mr. Arendt Gerritsen, tot behoeff van Jolian van der Beeke, nae doede Mr. liobert van der Beeke, sijnes broeders, 6 Dec. 1603. Herman van der Beeck, soe Jolian van der Beeck, sijn vader, der uytgegaen is, behoudens sijnen lijftucht, eodem die. Seyne van der Beecke, nae doode Herman van der Beecke, haeres vaders, 5 Aug. 1638. Huider: Gerhardt van Laer tot Honloe, liaer man. Joan van Haerle, als volmachtiger van Albert Goycker, nae dode van Herman Goycker, 31 Dec. 16-12. Wolter van Eyl, als volmachtiger van Berent Meylinck, 25 Juni 1643. Joan ten Velde junior, als volmachtiger van Gerhardt Goyker, nae dode Albert Goyker, sijnes vaders, 26 Mei 1663. Hendrik Stam, als volmachtiger van Dr. Engbert Hoe vel, 1 Maart 1688. Gerhard van Laar tot Honlo, voor zig zelfs, en Henrik Wolmers I U. U., als volmachtiger van Albert Goiker, als outste zoon en leenvolger van wilen Gerhard Goiker, sijn vader, renuncieeren van alle regt, actiën en praetensiën ten behoeve van Dr. Engbert Heuvel ende sijnen erfgenamen, 14 April 1691. Christoffer van D u y te genaamt Buth, door opdracht van Jan Engelbert van Gelder, als volmachtiger van Dr. Otto Henrick van Heuvel en Antonetta van Wevelinckhoven, sijne huisvrouw, na dode van Dr. Engbert van Heuvel, sijn vader, 14 Aug. 1697. Charlotte Megtelt van Duythe gent. Butho, 9 April 1711, Huider: Jacob van Munster, haar eheman 2). Keinier Otto van Duythe, drossart der heerlijkheid Borculoe, als volmagtiger van Charlotte Megtelt van Duythe gent. Buthe, douarière Munster, 5 Sept. 1713. Reindert Willem van Hemert, als momboir van .Tan Gerrit B1 a n kvoort, krachtens koop en opdracht ten behoeve van zijn pupil 3), 7 Juli 1750. ') Uit oeno andere beleening blijkt, dat ook zijn vader toen overleden was. ) Volgens de aete van 1713, want in liet leenactenboek is deze aete niet door mij gevonden kunnen worden. 3) Die verkoop had plaats tengevolge van een proces, gevoerd door wijlen Gerhard Casijn Bentiiick tot den Beerenkamp, als momber van denzelfden J. G. B., ingevolge oetroy van 20 Febr. 1748 en uithoofde eener hypotheek van 2000 gld. in dato 11 April 1691 (aete). G. J. Blank voort, met lediger hand x), 3 Juli 1759. A. H. Gansneb genaemt Tengnagel, heer van Luttenborg, als volmagtiger van J. van Haorsolte, douarière van Baron van Blankvoort tot Benthuis 1), als huider van Gerharda Johanna Blankvoort, hare oudste dogter, 16 Oet. 1760. Johanna, Baronesse van Haersolte, douarière van Blankvoort, na wijlen Johanna Gerhardina Blankvoort, vrouw van Rechteren tot Borchbeuningen 2), haar dogter, 20 Aug. 1783. Huider: M. A. C. Baron van Voërst, heer van den Borgel. Antonia Conradina Wilhelmina Assueria van Blankvoort, geadsisteerd met Salomon van Deventer senior, als haar momber, na wijlen Johanna van Haersolte, weduwe van lilanckvoort, haar moeder, 24 Oet. 1798. Huider: Jan Looinan 3). 20*. GEESTEKEN. Uie tiende smal over dat Hengestegoer ende over Rotarding, in den kerspel van Gheesteren. Aelbert Belman, omstreeks 1382. Pilgrim van den Bcdamme, 1 Dec. 1385. 21*. GEESTEREN. Tgoet tot Wolffeler, gheleghen in der heerscap van Borcle, in den kerspel van Geesteren. Sweder Rodebaert, omstreeks 1382. Fien, Sweder Roeberts dochter, na doido hoirs vaders, 29 Maart 1410. Huider: Willem van der Horst, hoir man. Eadem, 1433. Huider: Henric ter Bruggen. 22*. GEESTEREN. Dat goet ten Broeke, gheleghen in den kerspel van Giesteren, in der buerscap to Bielen; to eenre halver marke in dienstman-stad van der heerscap van Diepenem. Aelbert van Lochusen, omstreeks 1382. Griet»', .^elberts dochter van Lochusen, omstreeks 1390. Huider: Goessen van Dieze Henrix soen. ') Uit de acten blijkt dat G. J. Blankvoort en de Baron van Blankvoort tot Benthuis identiek zijn met Jan Gerrit Blankvoort, beleend in 1750. Opmerking verdient, dut bet leen alléén de tienden over Roterdink meer omvat. ") Johanna Gerhardina Blankvoort was gehuwd met Christiaan Albrecht van Rechteren. ') a. 0. W. a. van Blauckvoort tot Haarst kocht 8 Juni 1804 de leenplichtigheid af voor 200 gld. 23*. GEESTEREN. Dat guet tot Hesseling myt sijne toebehoren, gelegen in der heerscap van Borcloe, in den kerspoll van Geesteren, roerende van der heerscap van Dyepenhem. Arnd Sticke van Lechtenhorst, omstreeks 1382. Mye, Aerent Sticke dochter. Deric van Keppel Henrixz., na dode Mye, Aernt Sticke dochter, weduwe Henrix van Keppel, 11 Mei 1440. Idem, 24 Oct. 1457 '). 24*. GEESTEKEN. Die tiende over Uding, Willing, Esseling ende Hesselinc, in den kerspel van Gheesteren. Wigbolt van Warmelo, omstreeks 1382. Arnd van Warmelo, omstreeks 1390. Idem, 28 April 1394. Idem, 1407. Idem vrijt die tienden over die 2 erven Uding ende Wulling, in den kerspel van Geesteren tot enen borchleen van Diepenhem, tot enen edel eygen tegen sijn liuys geheiten Warmeloe, 25 Oct. 1415. 25*. GEESTEKEN. Dat goet toe Nyenwilling. Dat goet geheyten die Nyemate, gelegen in den kerspel van Gesteren, in der buerscap van Dele. Dymberge, Henrix dochter van Bele, zeliger gedachten, 1437. Hul- der: Henric Pichenbroeck. Eadem, 23 Mei 1453. Hulder: Henric van Rem en, hoer man. 26*. GEESTEKEN. Hermannyng in den kerspel van Gheesteren, to Stichts leen 2). Arnd Sticke, omstreeks 1382. Gelmer Stycke, nae dode Aernt Sticke, sijns vaders, 1433. Johan Stick, 1433. Idem, 20 Oct. 1457. Johan Sticke, nae doede Johan Sticken, sijns vaders, 20 April 1468. ') Op den kant naast deze acte staat eene latijnsche aanteekening van Dinsdag na Pinksteren, welker bcteekenis mij duister is. ') Later: Hermeling en Hermelding. Jutte, Johan Stieken dochter, nae dode Joban Sticken, hoirs vaders, 9/Y<9<9 1^90. Huider: Herman van Middachten, lioir oldevader. Eadem, 23 Juli 1497. Huider: Lainbert van Oer. Jonge Johanii van Twiekelloe, 21 Deo. 1531. Jutte vann Twickell, echte huysfrauwe vann Uniko K i p p e r d a, na dode Johans van Twickell de jonge, huers broders, 30 Dec. 1537. Huider: Unico Kipperda, huer man. Eadem lijftocht Unico Kipperda, haren man, 24 Oct. 1549. Eggerich Kipperda1), nae doede Juffer Jutte van Twickeloe, sijn moeder, 17 Dec. 1556. Johan Kipperda, soeals Eggerich Kipperda, droste des landcs van Sallant, zijn broder, uthgegaen is, 4 Sept. 1579. Unico Kipperda, na dode Johan Kipperda, sijnes vaders, 9 April 1601. Huider 2): Derrick van Kuytenboreh. Idem, 22 Sept. 1613. Joan Kipperda, nae doode Unico Kipperda, sijns vaders, 18 Maart 1638. Unico Kipperda tot Weldam, drost van Twente, in plaatse van de Heer Coeverden tot Stuvelaer, lieutenant-stadhouder van de lheneu, krachtens resolutie van de Staten van Overijssel, 21 April 1702. Idem, octroy en laat zijne testamentaire dispositien approbeeren, eodem die. Willem Gelink, procurator, als volniagtiger van Wilhelm Carel Kipperda toe Verwoelde en Leemkuyle, als vader en wettige momber van Maurits Carel Georgh Wilhelm Kipperda, desselfs onmundige soon, testamentairen universeele erfgenaem van Unico Kipperda, beer van Weldam en Olidam, drost van Twente, 26 Mei 1710. Agnis van Coeverden, douarière Scheele toe de Venebrugge, geassisteert met Assuerus Fockink, richter van Kedingen, als momber, sooals op deselve bij het overlijden van Unico Kipperda tot Weldam, in sijn leven drost van Twente, is gedevolveert, 25 Nov. 1710. Huider: Wilhelm Hulsken I. U. 1). Eadem laat bare testamentaire dispositie 3) approbeeren, 16 Jan. 1711. Volmachtiger: idem. Johan Philips Christoffel van Koppel tot Stu velaar, soo Wilhelm Hulsken, I. U. 1)., als volmagtiger van Agnis van Coeverden, geassisteerd met Derk Diderik van Koppel tot Westerholt, haren momber, uyt kragte van donatie is uytgegaan, 16 Nov. 1712. Goris Jan Verhoef, als gevolmagtigde van Unico Wilhelm, Graave van Wassen aer, als fideicoinmissaire erfgenaam van wijlen Unico Kipperda tot Weldam en Olidam, vermits het overlijden van Maurits Carel Georg Willem Kipperda tot Weldam en Olidam, laatsten bezitter en fiduciairen erfgenaame, 22 Jan. 1753 4). ') Uit eene andere acte blijkt, Jat Eggerich gehuwd was met Agnes van Itterssum. Acte : wesende Unico Kipperda een giestlick perzooue. 3) Van den 22sten Dec. 1710 (acte). 4) 1 Febr. 1753 heeft N. N. Brasdogh, sonder llieenvolmagt, in qualiteit als rentmeester van de Baronesse van Lintelo, douairière van Ripperda, vrouw van Vorden en Eeze, afdragt gemakt weegens versuymen over de Weldamsche lheenen (waaronder ook H. behoorde) van Maurits Carel Georg Willem Ripperda, haar ehehcer, van de leediger en vollerhans hoeregewaden. Hemik Zegers, rentmeester, als volmagtiger van Jacob Joan, Grave van Wassenaer Obdara, etc., nao doode van Unico Wilhelm, Grave van Wassenaer, desselfs vader, 31 Aug. 1767. Idem, richter der vrije heerlpheyd Laage, als volmachtiger van Carel George, Graave en baanderheere van ende tot Wassenaer Obdam, etc. etc. etc., als fideicommissaire erfgenaam van Jacob Johan, Graave en baanderheere van en tot Wassenaer, Obdam, etc., wijlen desselfs broeder, 16 Maart 1781. J. 0. Brill, als volmagtiger van Jacob Unico Wilhelm, Graave van Wassenaar tot Wassenaar, etc. etc. etc., als eenige erfgenaam en lheenopvolger van wijlen Carel Georg, Graave van Wassenaar tot Wassenaar, etc. etc. etc., zijn vader, 15 Oct. 1801. 27*. GEESTEREN. Dat goet toe Roverding 1), gelegen in der heerschap van Borcloe, in den kerspel van Geesteren ende in der buerschap van Hele; toe enen pontschen lene van der heerschap van Diepenhem. Otto Weren, omstreeks 1382. Egbert die Vos, Rotgers soen van Twiclo, omstreeks 1390. Roeloff van Twicloe geheiten die Voss, overmits dode Egberts, sijns vaders, 10 Juni 1410. Johan Men sin g, als Roeloff van Twicloe geheiten die Voss des uutgegaen is, 2 Jan. 1411. Idem, 1 Juli 1423. Johan Mensing, nao doede Johan Mensing, sijns vaders, 15 Jan. 1440. Idem, 2 Jan. 1459. Reyn Mensynck, nae dode Johan Mensinx, sijns vaders, 9 Juli 1484. Idem, 12 Jan. 1498. Evert Mensinck, nae doede Reyner Mensinck, sijns vaders, 12 Jan. 1512. Jan Menssinck vann wegen ende tot belioeff Everts Menssink, zijns broders, vermits sijner kranckheit ende bij zijnenn consent, 23 Aug. 1532. Reyndt Menssinck, nae doede Evert Menssinck, sius oemen, 29 Oct. 1541. Agnes Mensinck, nae doede Reyner Mensinck, oirs broeders, 29 Sept. 1553. Eadem, 18 Juni 1557. Huider: Joest van Munickhausen, oir man. Ursula Mensincks, na doede Agnes Mensinck, hares susters, 28 Febr. 1600. Huider: Arnoldt van H emmert, haer man. Eadem met haren momber, Gerhard Hottinck, lijftuchtigt Arnoldt van Hemmert, haren eheman, eodem die. Joest van Duyte gênant Buth, nae doode Ursula Mensincks, 31 Aug. 1608. Mensinck van Duyte gênant Buth, nae dode Joost van Duyte gênant Buth, sijnes broeders, 8 Nov. 1620. ') Dit leen komt, evenals op de uitgegeven lijst, meestal voor onder den naam Rewerding of Reverding. Reyner van Duite gênant lïuth, nae dode van Mensinck Duite gênant Buth, sijn oom, 21 Juli 1653. Idem, 23 Sept. 1686. Otto van Langen, suo voor hem selfs als mede als momber van sijn onmundige kinderen bij wijlen Wilhelmina Megtelt van Duthe genaamt Buth geprocreërt, na dode Reynier van Duthe genaamt Buth, sijns swagers, 7 Haart 1707. Megtelt Agnis van Langen, oudste dogter van Otto van Langen, 29 Sept. 1711. Huider: Kutger David de Reiger. Frederik Ernest Spanken, als curator over Charlotte Mechtelt van Duthe gend. Buth, als erfgenaam van Mechteld Agnes van Langen, 28 Oct. 1749. Frederik Leefers, als volmagtiger van Jolian Ealthasar Nicolaes, Baron van Duitlie gent. Buth, heer van Mensink, 6 Mei 1761. Idem laat in tjualitate ut supra diens beslooten testamentaire dispositie, 31 Maart 1763 voor den gerigte van der stadt Doesburg overgegeven, approbeeren en krijgt consent naeder te disponeeren, 20 Aug. 1763. Idem, als volmagtiger van Margareta Elisabet Frederica, Baronesse van Duithe gent. Buth, freulen van Mensink, geadsisteert met Mr. Henrik Jan van Gelder, na wijlen Johan Balthasar Nicolaas, Baron van Duithe gent. Buth, haar broeder, naa afdragt van het versuim, 23 Juni 1773. Idem, als volmagtiger van Anna Johanna Aleida, Baronesse van Munster, freulen van Mensink, na wijlen Margareta Elisabet Frederica, Baronesse van Duth gent. Buth tot Mensink, haar halve suster, 27 Juni 1779. Idem, in qualitate ut supra, octroy, eodem die. Frederik Willem Schickhardt, lieutenant-collonel bij de armee, soo voor sig selfs als naamens sijn broeders en sijn suster x), als erfgenamen van wijlen Anna Johanna Aleyda, Baronesse van Munster tot Mensing, 7 Aug. 1782. Jan Jansen, wonende te Deventer, laat als volmachtiger van Frederik Willem Schikhardt, heere van Mensink, lieutenant-colonel van de infantery ten dienste deezer landen, zijne huwelijksvoorwaarden, 23 Juni 1791 vóór het ingaan van zijn huwelijk met Jacoba Henrietta Wilhelmina, Baronnesse van Coeverden tot Wekdam opgericht, approbeeren, 17 Aug. 1791. 28*. GEESTEREN. Dat erve ende goet ten Velthuys, gelegen in der heerschap van Borchloe, in den kerspel van Geesteren. Johan ten Velthuys, na dode sijns vaders en broders, 4 Juli 1433. Bemt die Rode van Hekeren, 12 Dec. 1446 2). l) t. w.: H. August, Jan Alexander eu Cornelia Catharina Schickhardt (acte). J) Acte: als een versujaipt leen, vervallen en ledicli. Rutger Meymelck, 23 Juni 1447 x). Idem lijftocht zijtic vrouw Femme 2), eodem die. Geert M u 11 e r i li c k, beleend met de helft, soe Rotger Meymelck des uutgegaen is, 8 Jan. 1450. Rotger Meymellic, 17 Nov. 1458. Engelbert M o n s i n g , so Rotger Meymelrh des uutgegaen is, 10 Sept. 1461. Herman Klop man, so Kutger Meymelck des uutgegaen is, 22 Juli 1473 3). Lubbert Klopman, nae dode Hermen Klopman, sijns vaders, 24 Juli 1475. Huider tot sijnen mondige» jaren: Beernt van Hovele. Idem, 21 Juli 1497 Anna, Lubbert Clopmans dochter, 28 Febr. 1526 4). Huider: Herman Scholten. Femme Smyt, nae doede Anna Clopmans, sijnre moyen, 16 April 1579. Gesewolt V e 11 h u y s, soe Femme Smyt des utgegaen is, eodem die. üierick Veltbuys, nha doede Gesewolt Velthuys, zijnes broders, 13 Uec. 1581. Aleyt lionde, weduwe Johan C o c k, soe Dierick Veltbuys des uuytgegaen is, eodem die. Huider: Mr. Johan Appeldoeren. 29*. GEESTEREN. Dat Bullixhuys, gelegen in der heersoap ven Borclo, in den kerspele vanNede5), in der buerscap van Ghelseler5); te verheergewaden myt enen Zutphenschen ponde. Henric to Bulkes-huys ende Wynalt Halewat, omstreeks 1382. Geert Bullis. Elsken ter S p y n c k e, zoe Geert Bullix der uutgegaen is, ende die wederhelfte aft' beholden heeft, 11 Sept. 1444. Roeloff van Huevele, die helffte, als Geert Bullic er uuytgegaen is, 15 April 1450. Idem, 20 Oct. 1457. Elsken ter Spyncke, die helffte, 24 Oct. 1457. Willem van Hovele, nae dode Roelefs van Hovele, sijns vaders, 8 Nov. 1478. Idem, 19 Juli 1497. Idem, 19 Juli 1498. Roeloff van Hoevele, nae doode Willems van Hoevele, zijns vaders, 26 Febr. 1526. ') Acte: alsoe dat ledicli te hove gecomen was. 2) Uit eene acte, die geen betrekking op dit leen heeft, blijkt, dat hij getrouwd was met „Fenne Jolians dochter ten Velthuys". 3) Van een of meer deelen is geen sprake meer. 4) Acte: ende tversuym is hoer to guede gescholden. 5) Tot 1531, sedert welk jaar ook steeds van liet gcheele Bullixhuys (Bolkeshuys) sprake is, wordt het opgegeven te liggen in het kerspel van Neede, na dien tijd echter zonder uitzondering: kerspel Geesteren en buurschap Geesteren (dit laatste reeds sedert 1450). Idem lijftucht Anna van Heyden, zijn huysfrouwe, in die minre helffte, soe lanyo als zij leeft solider hoer te verandersaten, eodeni die. Idem, 30 Nov. 1531. Idem, 19 Mei 1557. Kolüff van Hoevel, nae doode Koeloff van Hoevel Willeinsz., zijns vaders, 18 Oct. 1574. Idem, 5 Jan. 1(304. Thomas Loges, advocaet-ftscael in Overijssel, als volmachtiger van Joanna K o 11 i li c x, weduwe T o 11 e m a li s, nae dode (Jerliardt Koltinck, haeres vaders, vermits Gerliardt van Heuvel, nae dode Koeloff van Heuvel, sijnes vaders, niet beleent is, 16 Juni 1647. Koelof van Hoevel Gerhardtz.. Gerhard Wilhelm van Hoevel toe Nienhuis, etc., na dode sijns vaders x)> 21 Mei 1710. Huider Wilhelm Hulsken. Koeloff van Hoevel tot Nienhuis, na dode van Gerhard Wilhelm van Hoevel, desselfs vader, 12 Maart 1726. Diderik van Hoëvell tot Nienhuis, na doode van Koeloff van Hoëvell, desselfs vader, 3 Juni 1766. Jan Adriaan van Hoëvell, richter en ontvanger van Kedingen '-), 6 I)ec. 1766. Idem laat de acte van 13 Maart 1785 met desselfs sehoonsuster J. F. L. J. van L i n t e 1 o, douarière van J. A. van Hoëvell, opgerigt, approbeeren, 8 April 1785 3). Idem, oetroy, eodein die. Jan Zeiger, Baron Sloet tot Bellinkhof, als volmachtiger van Douarière van Hoëvel, geboren van Lintelo, na wijlen Diderik van Hoevel, 27 Febr. 1788. Idem, in qualitate ut supra, octroy, codem die. M. C. J. Baron van Westerholt, als testamentaire erfgenaam van wijlen J. F. Ij. J. douarière van Hoëvell, gebooren van Linteloo, 27 Juni 1789. Idem laat de ingegane en gecelebreerde koop en verkoop met Mr. Willem Cornelis Boers approbeeren, 15 Juni 1791. Mr. Willem Cornelis Boers, door refutatie van M. C. J. Baron van Westerholt, eodem die. Idem, octroy, eodem die. Idem laat de ingegaane koop en verkoop met G. Schimmelpe nn i nek approbeeren, 10 Mei 1799. Willem Schimmelpenninck namens zijn vader voornoemt, na refutatie van Mr. Willem Cornelis Boers, eodem die. ') Do acte, waarbij zijn vader, Roelof van Hoevel Gerhardtsz., beleend werd, heb ik niet gevonden. — G. W. van Hoevel was, blijkens eene acte van 170G, gehuwd niet Geertruid Isabella Borre van Amerongen. Acte: ofschoon sijn broeder Diderik van Hoëvell reets beleent is. . . . om redenen hem daartoe mooverende. 3) Deze en de volgende acten vermelden weliswaar het leen in capite niet met name, maar daar het evenals eenige andere goederen steeds tegelijk met het Nienhuis werd verheven en nu verder melding wordt gemaakt van het Nienhuis c. a. heb ik gemeend niet te moeten aarzelen ook deze beleeningen te boek te stellen. Afgespleten van 29*. 29 § 1*. GEESTEREN. 5 molder uyt Bulkeshuys. to borchleen te Diepenhem. Aelbert I! elman, omstreeks 1382. Pilgrim van den R e d a m m e, 1 Dec. 1385. 30*. GEESTEBEN. Dat goet to Aernynck, gelegen in der heerscap van Borcloe, in den kerspel van Ueysteren, in der buerscap van Geysteren, rorende van der heerscap van Diepenhem; te verheergewaden mit enen Zutphenschen ponde. Geryt van Lichtenhorst, omstreeks 1382 1). Arnd Sticke van Lichtenhorst. Engelbert Vierdaghe, so Arnd Sticke van Lichtenhorst die oldedes- uytgegaen is, 6 Febr. 1401. Andries Yiirdach, nae dode Engelberts Vierdach, sijns vaders, 4 Sept, 1428. Engelbert Yiirdach, 2 Jan. 1459. I)irc van Blou, tot behoef Styne, sijnre huysvrouwe, nae doede Engelbert Viirdach, Styne voirs. vader, 6 Oct. 1478. 31*. G ROENLO. Dat goet gheheten die Luttike Horstwijc, gheleghen in dor buerscap to Beltrum in den kerspel van Gronlo2). Dat goet to Hermanync, beleghen in der buerscap to Vrageren, in den kerspel van Gronlo. Herman van Marhulse, omstreeks 1382. Idem, 10 Sept. 1394. Herman van Marhulse, na dode Hermans van Marhulse, sijns vaders, 4 Maart 1402. Herman van Maersolde (sic), nae doede Hermans, sijns vaders, 7 Nov. 1403. Huider tot sijnen mundigen jaren: Johan Tobbing. Idem, 26 April 1434. Idem, 22 Oct. 1460. Frederik van Marhulse, nae dode Hermans van Maerhulst, sijns vaders, 23 Mei 1476. Idem, 10 Nov. 1496. Frederick van Marhulse, nae doede Thomas van Marhulse, sins vaders a), 28 Juni 1533. *) Daer hi hem vermot brieve of te hebben. '') Groot-Horstwijk, proleten als boven, was aan den huize Nettelhorst ten Zutphenschen rechte leenroerig. r). Idem, 27 Sept. 1456. üerick Ljjster Henricx, 9 Jan. 1487. Idem, 25 Sept. 1497. Idem, 11 Maart 1518. Henrick Lijster, priester, na dode van Dierick Lijster, zijn vader, 30 Juni 1523. Huider: Claas Lijster, zijn broeder. Idem, 5 Aug. 1525. Huider: idem. Idem, 15 Juli 1529. Huider: idem. Idem, 21 Sept. 1530. Huider: Willem Lijster s). Dierik Lijster Willemsz. die jonge, minderjarig, door opdracht van Henrick' Lijster, priester, zijn oom, met behoud van de lijftocht, 19 Nov. 1560. Huider: Henriek Lijster Willemsz.. Hadewieh Lijsters, oudste dogter van Willem Lijster, na dode van Dierik Lijster Willemsz. die jonghe, liaer broeder, 31 Maart 1563. Hendrik de Bruyn, na dode van Hadewieh Lijster, zijn moeder3), 28 Juni 1589. Rutger de Bruyn, na dode van Hendrik de Bruyn, zijn vader, 26 Febr. 1641. Willem de Bruyn, na dode Wynand de Bruyn, sijn vader, die versuymd had na dode van Rutger de Brnvn, zijn broeder, 5 April 1682. Mr. Frederik Clercq, oud-borgermeester en sindicus der stad Rhenen, als ten behoeve van Joost Boonsaayer, door opdracht van Willem de Bruyn, 6 April 1682. Wynand Rutger de Bruyn, oudste zoon van Wynand de Bruyn, zijn vader, na dode van' denselve, die door overlijden van Rutger de Bruyn, zijn broeder, had geboren beleend geweest te zijn, 3 Aug. 1685. Hieronimus Clercq, na dode van Frederik Clercq, zijn broeder, met versuym bij overleyden van Mr. Frederik Clercq. borgermeester en syndicus der stad Rhenen, begaan 7 Juni 1738 4). ■) Op den kant staat: over Hoesel, Groesen ende Duven. Latere acten hebben: over Huissell, Groissen ende Puyven. a) Claas Lijster was toen overleden (acte). t 3) Uit eene andere, niet op dit leen betrekking hebbende acte blijkt, dat Hadewieh Lijster gehuwd was met Mr. Rutger de Bruyn. 4) 20 Mei 1774 werden de leengoederen van Maria Boonzaayer (vgl. de 2de acte van 1082) gehalveerd, in welke brieven echter geen melding wordt gemaakt van het leen in capite, evenmin als in de volgende. LATHUM. Zie kwartier van Veluwe 40 en (le daarvan afgespleten peroeelen. 33*. LOCHEM. Een waer in den bossche. die geheiten is Kedingherwolt, die boert tot sinen huys te Pilling. gelegen in den kerspel van Lochem. Bernd van ltoderloe Stevens soen, 19 Maart 1389. Willem van Eoederloe, na dode Beernts van Koederloe, sijns vaders, 15 Nov. 1412. Coert Slyndewater, 5 Juni 1452 x). Idem, 21 April 1457. Henric Slyndewater, nae dode Coerts Slyndewater, sijns vaders, 7 Oct. 1475. Huider tot sijnen mondigen jaren: Aernt van Vorden. 34*. NEE DE. Dat guet toe Lossyng in der heerscap van Borcloe, in den kerspel van Neede, in der buerscap toe der Noertwijek ); heergewaed 1 Zutphensch pond. Engelbert Viirdacb, 2 Jan. 1459. 35*_ NEEDE. Den tiende over dat huys ten Henghele in den kerspel van Nede, borchleen to Diepenhem. Dat Goerhuys, to enen ponde van Diepenhem, in den kerspel van Nede. Wigbolt van Warmelo, omstreeks 1382. Arnd van Warmelo, omstreeks 1390. Idem, 28 April 1394. Idem, 1407. 36*. NEEDE. Dat erve ende guet geheyten Wywerhuys, myt sijnen toebehoren, gelegen in den kerspele van Nede, in der buerscap van Noertwijek 2). Lambert van der Hoeven, 1394. Aelbert van der Hoeve. Johan van der Hoeve, nae dode sijns vaders, 1 Jan. 1446. Idem, 2 Jan. 1459. ') Van nu af staat cr in (le acten: hoerende in dat Pylling. *) Tegenwoordig: Noordijk. 37*. NEEDE. l)en hoff to Weding. gelegen in der heerscap van Borckeloe, in den kerspell van Neede, in der buerscap van Bramier; roerende Diepenem *). Henric van B e r m e 11 o, omstreeks 1382. Idem, 1433. .. Johan van Bermentloe, nae dode Henrix van Bermentloe, sgns vaders, 28 Juli 1457. Willem van Bermentloe, nae doede .lohans van Bermentloe, sijns vaders, 20 Juli 1497. Frederick van Twickelloe, 20 Juli 1518 2). Idem, 2 Dee. 1531. Aloff van Twickell, nae doede Frederick van Twickell, ridder, sgns vaders, 17 April 154G. Jasper van Twickel, soe Aloff van Twickell, sijn broeder, des utgegaen is, 7 Juli 1547. Idem, soe Aleff van Twickel, sgn broeder, des uuytgegaen is, 17 Mei 1557. Lucretia van Twickelo, nae doode van Jaspaer van Twickelo, oirs vaders, 22 Juli 1566. , Johan van Brandenborch, tot behoeuff Agnes van Kaïsfe 11, sijnder huisfrouwen, nair dode Lucretia van Iwickelo, hares moeders, 20 Jan. 1615. Catharina ende Agnies van Brandenborch, nae dode Agnies van ltaes- felt, haerer moeder, 4 Juni 1625. Huider: Cornelis van Dongen. Eaedem laten hare testamentaire dispositie approbeeren, 14 Sept. 1625. Momber: Jan Telvoorn. Joan ten Oever I. U. 1)., als volmachtiger van Anthonie C o n ï n c k en Stephania van Brandenborch, eheluiden, alsmede van Catharina van Brandenborch, verpandet met specialen octroy liet leen in capite ten behoeve van Joan Kipperda toe den \\ eldam drost van 1 wenthe, voor 4500 Car. gld., en bovendien voor 1500 gld. ), 10 Juni 1653. Joan van Brandenborch en Frans Coninck, ingevolge vrijwillige donatie4) van Catharina van Brandenborch, haere moeye, 23 Maait lbb/. Frans Konink, na dode Alert van Brandenberg, sijns broeders, 18 Juni 1680. , Antoni Frederik Konink, onmondig, na doode Frans Konink, sijnes vaders, 3 Oct. 1717. Huider: Wolter Rgsedijk. Idem, met Egbert Jansen als sijn momber, octroy, 12 April 1720. 't Zeer vaak staat in de acten, dat (leze hof in het kerspel van Eerden M, waartoe waarschijnlijk .lo gelijktijdige beleening der Twickels met, het huis te Eerde onder Ommen aanleiding heeft gegeven. Hoogst zelden staat er Neede, meest Eden. lntnsschen hehoort de bunrt Hrameler onder Neede; vgl. ton overvloede^ Esschinc. dat aanvankelijk tegelijk verheven werd. In de 18de eeuw wordt deze hof Weenk eenremd' en ligt lui in Rrammelerbroek, graafschap Zutphen. z) Waarop zijn richt gebaseerd was. wordt niet vermeld; evenmin dat het een verzuimd Tegen 4'/2 °/0 'sjaars te betalen op 11 Nov.; voor den tijd van 6 jaren (acte). 4) In "dato 18 Febr. 1607 (acte). Jacob Sprakel, als gevolmagtigde van Anthony Frederik Conink, 22 Maart 1747. Antonv Frederik Conink laat sijne testamentaire dispositie, 20 Maart 1758 voor het stadsgerighte van Hasselt gemaakt, approbeeren, 19 Sept. 1758. Gabriël van Hoorn, predikant tot Raalte, als volmagtiger van Antony Frederik Conink, octroy, 7 Sept. 1764. Mr. Christoffer Henrik Westenberg:, landsclirijver des schoutampts Lochem, laat het maagscheyd, 23 .Tuni 1773 tusschen de erfgenamen van wijlen Antonv Frederik Conink gemaakt, approbeeren, 28 Juni 1773.' Idem, naa alvoorens afdragt van het versuim gemaakt te hebben, eodem die. 38*. NEEDE. Esschinc, gheleghen in den kerspel van Nede, in der buerscap van Bramier; roerende Diepenem ')• Henric van Bermetlo, omstreeks 1382. Idem, 1433. .Tohan van Bermentloe, nae dode Henrix van Bermentloe, sijns vaders, 28 Juli 1457. Willem van Bermentloe, nae doede Johans van Bermentloe, sijns vaders, 20 Juli 1497. Lucia van Bermentloe 2), 28 Oct. 1520. Huider: Roloff van Itterssum. Eadem, 23 Nov. 1531. Huider: Henrick van Haerst, heur man. Eadem, 17 Mei 1557. Huider: idem. Juffer Johanna van Bermentloe, weduwe van Erinele, soo juffer Lucie van Bermentloe, weduwe van Haersolte, mit Gerhardt van Ocxfelt, oiren momber, des uuytgegaen is, 28 Sept. 1575. Hans Caspar van Walssum, soe juffer Lucia van Bermentloe met Ghisbert Kolvick, oeren hiertho gecaren momber, des uuytgegaen is, 17 Juni 1579. Catrina van Walsum, gelijck haer in maechgescheit is toegedeilt ende durch Gerhardt van Warmelo, drost des landes van Sallant, als volmechtiger van Lucia van Hermentloo, haer moeder, getransporteert is, 9 Juli 1607. Huider: Gerhardt van Warmelo voornoemd. Eadem, geassisteert inet Hormanno van Keppel, hairen gecorenen momber, verkoft eene jairlixe renthe van 48 daler, van 30 st., ten behouve van Goicken to Lintelo ende sijne erfgenamen, losbaar met 800 dalers in eens, 24 Juni 1617. .Torriaen van Walsum. Lucia van Walsum, huisfrouw van Herman Fockinck, nair dode .Torriaen van Walsum, liaires broeders, 13 Maart 1618. Huider: Marten Koyer. *) Dit goed komt ook voor onder de namen Essink, Klkirik en Eelkink, niet te verwarren met het in de onmiddellijke nabijheid gelegen goed Eissink (Overijssel). Nu en dan wordt als ligging opgegeven : gericht Haaksbergen, buurschap Brammelerbroek. '■) Acte: voer een versuympt ende verlediget leen; soe lange ouversocht gebleven. 5 Jan Hertinck van Plettenberch, als vader ende huider van Caspar van Plettenberch, sijn dochter, gdijck sulckes bij testament van wijlen Jorriaen van Walsum op hair is gedevolveert, 5 Juli 1618. Lucia van Barmentloe ratificeert de dispositie van Jorriaen van Walsum, hair zaligen soon, voirbeholden hair het gebruick hair leventlanck, eodem die. Eeyner V o c k i n c k, nae dode Lucia van Walsum, sijner moeder, huysfrouw geweest van Herman Vockinck, 10 Juli 1629. Christopher Mollenschot, gelijck Derck Jansz., als volmachtiger van Jacob Schim melpenninck, borgemeester ende major der stadt Sutphen, ende vrou Woltera van Brienen, desselfs huisfrouw, is uytgegaen, 14 Jan. 1650 1). Geurtjen Eauwers, weduwe van Christopher Mollenschot, 7Nov. 1661. Huider: Henrick Craclitsz. Stuirman, borgemeester der stadt Campen. 2/3 van het erve ende goed Eskink, gelegen in den kerspel van Neede, buurschap Brammele. Jan Eskink en Albert Eskink, als vaders en momberen van Jan Eskink en Henrik Eskink, haar onmondige soonen, 29 Sept. 1687. Huider: Albert Eskink !). 1/3 van het erve ende goed Eskink, gelegen in den kerspel van Neede, buurschap Brammele. Hendrik Eskink, meerderjarich, met lediger hand, 31 Mei 1735. Idem, 6 Mei 1739 2). Jannes Essink, 7 Mei 1760. Jan Essink en Henrik Assink, als momberen over Jannes Essink, minderjarige soon van Jannes Essink, vermits het overlijden van Jannes Essink, 12 Sept. 1780. Huider: Henrik Assink. Jenneken de Witte, geadsisteerd met Hennericus E i s s i n k , haar man en wettige voogd, 7 Juli 1783 s). Eadem laat hare huwelijksvoorwaarden, 4 Juni 1783 in Brammelo opgerigt, approbeeren, eodem die. Hennericus Eissink laat approbeeren de aankoop van 1/9 Essink 4) en dit consolideeren met het leen in capite, 30 Maart 1786. Afgespleten van 38*. 38a*. NEEDE. 1/3 van het erve ende goed Eskink, gelegen in den kerspel van Neede, buurschap Brammele. Jan Henrix We enk en Philips Heuvink, als vaders en momberen van Henrik Jansen Weenk en Arent Heuvink, haar onmondige soonen, 1 Oct. 1687. Huider: Jan Henrix Weenk. ') Beleeningen tusschen 1629 en 1650 zijn door mij niet gevonden kunnen worden; evenmin tusschen 1661 en 1687. *) De acten van 1735 en 1739 behelzen beiden hetzelfde. 3) Acte: sooals haar voogd, Hendrik Assink, beleend is 12 Sept. 1780. I>e acte van 1780 maakt van haar echter geene melding. 1/3 Essink thans Witten Erve genaamt. 4) Acte : 7 Dec. 1784 bij executoriale verkoop aangekogt. 1/6 van het erve ende goed Eskink, gelegen in den kerspel van Neede, buurschap Brammele. Henrik Janssen Weenk en Harmken Janssen, eheluiden, laten het coopcontract met Henrik Janssen Weenk *) approbeeren, 3 Juli 1706. Henrik Janssen Weenk, uyt kragte van coop en na refutatie door Henrik Janssen Weenk, eodem die. Beint Eskink, na dode Hendrik Jansen Wenk, sijns vaders, 9 Mei 1744. Anna Weeink, weduwe van Jan Scherphoff, naa dode van Reindt Essink, haar broeder, 7 Mei 1760. Huider: Jannes Scherphof!', haar soon. Eadem, geassisteert met Jannes Scharphoff, haar soon, laat de overdragt met Jan E s s i n c k aangegaan, approbeeren, 19 April 1766. Jan Essinck, eodem die. Afgespleten van 38a*. 38b*. NEEDE. 1/6 van het erve ende goed Eskink, in den kerspel Neede, buurschap Brammele gelegen. Roeloff Groothuis, voor hem selfs ende als momber van Aaltjen H e u v i n k, desselfs huisvrouw, na dode van Arent Heuvink, desselfs broeder, 1/3, 3 Juli 1706. Jan Henriksen Weenk, na refutatie van Roeloff Groothuis, 1/3, eodem die. Hendrik Grotenhuis of Hendrik de Witte, na dode Roelof Grotenhuis, desselfs vader, 9 Mei 1744. Jannes de Witte, na wijlen Henrik de Witte, desselfs vader, 7 Mei 1760. Aeltjen Witten, naa doode van Harmen Witten, haaren man 1/3 2), 19 Jan. 1764. Huider: Cornelis Pauw. Cornelis Pauw en Harmannus Broekhuis, als momberen van de naagelaatene kinderen van Harmen en Aeltje Witten s). Harmannus Broekhuis beleend als huider van Aele Witten, oudste dogter, 19 Jan. 1764. Albert de Witte, burger en ingesetene der stadt Goor, octroy om op dit lheengoed te procederen wegens niet nakoming zijner huwelijksvoorwaarden, 9 Febr. 1781 4). ') Volgens de acte was hij de vader Tan Henrik Janssen Weenk voornoemd. *) Acte: als wijlen Hendrik Witten, haar mans vader. 3) Acte: ingevolge een extract van 't weesenprothocol der heerlijkliejd Borculoo. ') Uit de acte blijkt, dat hem bij het aangaan van zijn huwelijk 100 gld., een weefgetouw en een bed met toebehooren waren beloofd door zijne moeder. Alleen het weefgetouw is hem echter gegeven en zijne broeders en zusters weigeren de 100 gld. en het bed af te dragen, hoewel zjj de acte mede-onderteekend hebben. Aangezien nu zijne moeder reeds geruimen tijd overleden is, nalatende 'la Essink, thans de Witte genaamd, rest hem, die zeer arm en behoeftig is, geen ander middel datgene te verkrijgen, waar hij recht op heeft, dan executie van bovengenoemd onroerend goed. De Stadhouder der leenen daagde Arent de Witte, doch deze weigerde te verschijnen, waarop octrooi verleend werd. m 39*. NEEDE. Dat guet toe Wenemaryng ') mit sino toebehoeren, gelegen in de heersoap van Borcloe, in den kerspel van Nyede; te verheergewaden mit ene punde, tot ene Diepenhemschen leen. Gheryt van den Zande. Dirc van Beloe, als Gheryt van den Zande des uutgegaen is, 4 Juni 1410. Deric van Buloe, na dode Derix van Beloe, sijns vaders, 15 April 1443. Huider tot sijne mondige jaeren: Bernt Hoelyng. Idem, 24 Oct. 1457. Engelbert van Beloe, nae doede Derick van Beloe, sijns vaders, 2 Oct. 1499. Derick van Beloe, nae doode Engelbert van Beloe, sijns vaders, 23 Oct. 1563. Frantz van Beloy, nae doede Derrick van Beloy, sijnes vaders, 27 Juni 1604. Derck van Beloe, nair dode Frans van Beloe, sijnes vaders, 3 Nov. 1621. Henrick van Wullen, als volmachtiger van Aleyd Margarietha de S w i c k e r weduwe van Dyderieh van Bulo, ende Herman Fockinck ende Tilman Sluyter, als'momberen des voorn. Buloos kinderen, t. w. Frans Casper van Bulo, noch onmundich, nae doode sijnes vaders, 12 Sept. 1649. Idem als volmachtiger van Frans Casper van Bulo vercoft ten behoeve van Adriaen van Boeckholt, borgemeester der stadt Oeventer eene iaerlixe renthe van 220 car. gl., van 20 st., ende sulcx a 1 advenant van 51/2 °/„ van een capitael van 4000 gelgcke guldens door hem ontfangen 2), 7 Dec. 1657. Frans CasDar van Bulo vercoft ten behoeve van Arnoldt van Boeckholt, der rechten licentiaet, ende Jacobus van Boeckholt, als momberen over Joanna Cruiner, dochter van zaligen Henrick Cr"'"®r' bor|,e" meester der stadt Hattum, eene jaerlixe renthe van 150 tai. gl., van 20 st., als 5 °/0 van 3000 car. gl. door hem ontfangen ), 7 Mei 1658. Meinhardt vanEyl, borger in Zutphen, gelijck Frans Caspar van Bulo des uytgegaen is, 7 Oct. 1663. Willem Kense, als volmachtiger van Egbert ter Welberch, geujc' Rense voorn., als volmachtiger van Meynhardt van Eyl, uytgegaen 1., 3 Dec. 1664. Hillebrant ter Welberch, als mederffgenaem, nae doode Egbert ter Welberch, siins bestevaders, 10 Sept. 1667. Egbert ter Welberg I. U. D„ burgemeester der stad Deventer, na dode ° van Hillebrant ter Welberg, 20 Oct. 1680. ') Later: ^Wilmaringk. wnr(len Martini 1658 C11 wel binnen Deventer. ) De rente mo ■ ^ voren aangekondigd worden (acte). '^Dr^ent'Te'hêtlia moet worden door zijne mey.ren ende paoMere,, Jan WiUemsz. ende Albert Èssinck", is de eerste maal verschuldigd op o Mei lt>59 (acte). 40*_ NEEDE. 5 molder over Hilwordinc, ende 5 molder over Sakekinc, endo den smalen tiende daerover, in den kerspel van Nede, endo 2 molder over Medinc to Nede; borchleen to Diepenhem. Aelbert Belinan, omstreeks 1382. Pilgrim van den Bedamme, 1 Dec. 1385. 41*_ NEEDE. Tguet ter A, in den kerspel van Nede; tot enen ponde. Aelbert van Lochusen, omstreeks 1385. Griete, Aelberts dochter, omstreeks 1390. Huider als een momber: Goessen van Dieze Henrixsoen. 42*. STEENDEREN. Den tienden te Roedex) mit al sijnen toebehoeren, gelegen in den kerspel van Steenre. Her Willem, liere van Bronchorst, 22 Nov. 1386. Idem, 25 Sept. 1394. Frederic van Bronehorst, here toe Borcloe 2). ^ Ghijsebert, here van Bronchorst ende van Borcloe, nae doede Fredencx, sijns broeders, 18 Febr. 1407. Willem, here van Bronchorst ende van Borcloe, nae doido sijns \ aders van Bronchorsts), 24 Oct. 1412. Otto, here toe Bronchorst ende toe Borcloe, nae dode Willams, sijns broeders, 3 Oct. 1440. Gnsbrecht, her to Bronchorst ende van Borcloe, nae dode Otto, her van Bronchorst ende van Borcloe, sijns vaders, 17 Aug. 14 • Walburch, dochter tot Bronchorst ende tot Borkeloe nae dode hoirs vaders Gijsberts, here tot Bronchorst ende tot Borkeloe, 17 Jlei 1-iJU. Huider: Johan, Greve tot Holsteyn ende Scliouwenborch. Frederick, here tot Bronchorst ende tot Borckeloe, door opdracht Wal- burchs, 22 Mei 1490. Jonker Joest, lier tho Brunchorst ende van Borckloe, nae docae^heren Frederichs, heren to Bronchorst endo tot Boickloe, sjjxi » 12 April 1509. Huider: Geert van Voerde, tot sjjnen mundigei jaren. 2) WaimeeraMj beleend werd, is niet door mij gevonden kunnen worden. Hij was do zoon van Willem voornoemd en stierf ongehuwd u» Bronchorst", hetgee.i 3) Met latere hand is op den k.uit geschreven: „van Willem un b o u > de schrijver ingelascht wilde hebben achter doide. l>c bijvoeging is echter J , Willems vader bovengenoemde Gijs\>ert was. Idem, 28 Mei 1545; ende alle vorsuym hierinne geschiet quijtgescholder.. Idem lijftuchtiget Marie, geboeren Gravinne van der Hoeye, sijne egemahel, 30 April 1547. Jurgen WerninckhoÖ, amptman, tot behoeft' van Armgart, weduwe van Lymborch, Gravinne tot Bronckhorst, vrouwe tot Styrum und Wisch, etc., nae doede heren Joest, Grave tot Brunckhorst, heer tot Borckeloe, oir neve, 9 Oct. 1554. Idem, in qualitate ut supra, 15 Juli 1557. Budolph, Grave und edelheere to Diepholt, 4 Nov. 1557. Johan Hedeman, tot behoeff beeren 1'rederick, Graven tot Diepholt, heeren to Bronckhorst und Borckeloe, nae doode wijlen heeren Budolph, Graven und edelheeren to Diepholt, Bronckhorst, etc., vader des voirs. heeren Fredericks, 9 Jan. 1562. Eeyner van den Sande, doctor, 100 daler des jaers, alle jaer op Martini, gelijck hem die selve bij die graefflicke weduwe to Diepholt uyt bevel der Dieplioltschen heeren voirmomberen vorschreven sijn, 26 Juni 1564 ')• Derrick van Ruytenborch, soe Gerhardt Koster uuyt kracht van volmacht van Anna Margrieta, Lantgravinna toe Hessen, gebaren Gravinna toe Diepholt ende Bronckhorst, vrouwe toe Borculoe, des uuytgegaen is, 9 Sept. 1611. 43. VOEDEN. De tienden van Grucink en Lencinck, nabij Dellen, en van Ubecinc, nabij Lowic, gelegen in het kerspel van Vurden. De Graaf van Gelre tot 1235 2). 44. WAKNSVELD. De tienden van Sikkinc, Hermanninck, Segessink en Kemink, te Werken in het kerspel van Warnesvelde. Steven van Lancdorpe, ridder. Na afstand door heer Steven door den Bisschop geschonken aan het kapittel te Zutfen, 2 Sept. 1255 3). ') o. a. uit de tienden te Rade. ") Gijsbrecht, lieer van Bronckhorst, ridder, hield deze tienden in achterleen en ruilde ze 23 Nov. 1235 met het klooster Bethlehera tegen Venewik onder Steenderen. In hetzelfde jaar nog bevestigde de Bisschop dit klooster in bedoelde tienden. Sloet. Oorkondenboek, no. 584. 3) Sloet, Oorkondenboek, no. 774. 45*. WARNSVELD. Die goede Meyerinc ende Hoveninc mit horen toebehoren, in Vieraeker buerscap, ende die tienden to Werken ') ende to Wolfler mit horen toebehoren, to samen gheleghen in den kerspel van Warnsvelt. Rolof Veeracker, omstreeks 1382. Idem, 25 Maart 1394. Gheryt van Vieraeker. Roeloff van Vieraeker, nae dode Gheryts van Vieraeker, zijns vaders, 18 Juli 1402. Huider: Roeloff van Vieraeker Roeloffszoen, zijn oem. Geryt van Vieraeker Roelofszoen, nae dode zijns vaders, 13 Febr. 1449. Idem, 18 Jan. 1459. Roloff van Vieraeker Geritssoen, nae doede Gerits van Vieraeker Roeloffssoen, sijns vaders, 23 April 1469. Roeloff van Vieraeker Gerritsz., 19 Jan. 1520; ende alle versuym tot desen dage toe hierinne geschiet to guede gescholden. Idem, 14 Oct. 1533. Mechtelt van Vieraeker, nae doede Roeloffs van Vieraeker, huers vaders, 5 Juni 1546. Huider: Wolter die Roede van Heeckeren. Eadem met Wolter die Roede van Heeckeren, oir momber, lijftuchtiget Dirick van D o r t h, oir echte man, int derden ofte minderdeel, 25 Maart 1555. Eadem, eodem die. Huider: Dirick van Dorth, oir man. Eadem, 19 Mei 1557. Huider: idem. Gijsbert van Dortt, na dode Derriek van Dortt toe Blanckenae, sijnes vaders, 21 April 1602. Derck van Dorth tho Blanckena, nair dode Gijsbert van Dorth, sijnes vaders, 21 Dec. 1617. Idem, octroy, 27 Jan. 1646. Bruins laat, als volmagtiger van Diederich van Dorth, diens testamentaire dispositie approbeeren, 5 April 1654. Anna K r ij t, weduwe Dorth tott Boslo, als moeder ende legitima tutrix harer dochteren: Gijsberta. Machtelt Sophia, J an Geertruit, Anna Maria; Arnolda Margarietha ende Dorothea van Dorth, nae dode Derck van Dorth, haeres vaders, 21 Juli 1658. Huider: Arent van Oldeniel. Joan de Ruiter, borgemeester der stadt Zutplien, endeSusanna van R h e m e n, sijne liuisfrouwe, gelijck Christoffel Issel, lieutenant, uitgegaen is als volmachtiger van Joan Jacob de Roli ende Gijsberta van Dort, sijn huysfrouw, Machtelt Sophia Adriana, Joanna Geertruit, Anna Maria, Arnolda Margrietha ende Theodora van Dorth, gesusteren, met haren momber Gerrit Krijt, 27 April 1663. Idem, 22 Jan. 1668. Huider: Aloff Engberts. ') Zie Nijhoff, Gedenkw. III, blz. 33". Stephana van der Heil, douarière Kuiter, 31 Mei 1678 1). 't Oudt leengoed de havesaete Mengerinck, nu Vieracker genoemt, met alle desselfs recht en gereghtigheidt, ende de onderleenen, soo andere als die bij vermenging daarmede vereenight zijn, ende met alle de parceelen en stukken, die altijt daaronder ende aen behoort hebben, uytgenomen twee ackeren opt Noorden, een acker op Hasselt ende de Molenberg ende Molencampen, als zijnde bij resolutie van HaarEdMog. de Gedeputeerde Staten van de leenplight ontslagen 4 Juni 1664, mede uytgenomen 't Dystelweertjen, insgelijks vrijgegeven bij resolutie van voorn. Heeren Staeten van den 4 Febr. ende uvtgegeven lheenbrief van den 17 Juli 1677; 't goed Hoevelinck, in do buerschap Vieracker gelegen, ende de tienden tot Wercken ende tot Wolfler; de hof ende boomgacrd soo bij 't huys Vieracker zijn aenaengelegt, met 't erf Vroinck, huis, hof, boomgaerdt, grietenhof, campen ende weydtjen, mot Ilmerinck, Cleyn Ilmerinck genoemt, met Rembertsstede, met 't Herïebroek, met een halve ende 1/32 deel van een waer in de Wichmondtsche weerden, ende met een tiiis van omtrent vier guldens jaarlijx, alle welke goederen aen de Staeten van Overijssel opgedraegen sijnde ingevolge apointement van den 25 April, ende resolutie van den 4 Juni 1664 tot lheenen gemaekt en aangenomen zijn; 49/;2 1111 afgesonderde deelen van Busserstede, Groot Ilmerink genoemt, met Raesinckssaelstede, huis, hof, bouwlampen ende weiden, met sooveel van de molenberg als vereischt is tot de gerechtigheyd ende commoditeyt oin daarop weder een windtmolen te setten, met nogh een halve ende 1/S2 deel van een waer in de Wichmondse weerden, alle welke nevens de Vondercampen ende Coppelmaetjen, die mede uyt Mengerink den 4 Juni 1664 van de lheenplight ontslaegen waren aen de Staeten van Overijssel bij apointement van den 4 Febr. 1677 en uytgogeven leenbrief van den 17 Juli 1677 tot lheenen gemaekt en uytgegeven sijn. Casijn van der Heil toe de Wildbaen en Claerenbeek, na doode van Stephana van der Heil, douarière Kuiter, sijne suster, 28 Juni 1717. Huider: Derk van der Wolde. Philip Carel Schomaker laat als volmagtigde van Rutger van der Heil tot Vieracker en Hoeve, gedeputeerde des quartiers van Veluwen, sijne huwelixvoorwaarden, 14 Oct. 1729 met Johanna Charlotta van Heiden opgerigt 2), approbeeren, 11 Nov. 1733. ') Volgens de acte van 1717, want in het lcenactenboek heb ik de acte niet kunnen vinden. ') l)e huwelijksvrienden waren lo. van den kant van den bruidegom: Casijn Baron van der Heil, heer van de Wildtbaen en Claerbeek, stadhouder van de lheenen des hertogdoms Gelre en graefschaps Zutphen, (vader). Uerhardt Casijn Baron van der Heil (broeder). Johan Baron van Wijnbergen, heer van Glindhorst, ordinaris gedeputeerde des quartiers van Veluwen uit de Ridderschap, (schoonbroeder). Johan Ludolph Baron llulert, capitein in het regiment vai? den lieutenant-generaal Hutfels, (schoonbroeder). Idem laat in qualitate ut supra het erfmagesclieid tusschen de kinderen en erfgenamen van wijion Casijn van der Heil, in leven eerste raad en stadhouder van de lheenen des Furstendoms Gelre en Graefschap Zutphen, waarbij aan hem de havesate Vieracker, van ouds Mengerink, cum annexis is toegewezen, 23 Maart 1733 opgerigt, approbeeren, eodem die. De havesathe Vieracker, van ouds Mengerink, huis, hoff, boomgaerd, bou- en weidelanden en houtgewassen, met alle desselfs regt en geregtigheden ; het erf en goed Vroink, huus, hof, boomgaard, bouw- en weidelanden; de hofstede Ilmerink, Klein Ilmerink genoemd; de Busserstede, Rembertsplaats, het erf Rasink, Volkerstede, het lankwerpig vierkant tusschen haagbeucke heggen, gelegen vóór het huis Vieracker, een thins van omtrent 4 gulden jaarlix, de Molenberg voor sooveel vereist de geregtigheid en commoditeit te sijner tijd een molen te setten, etc. Willem Nyenliuis laat als volmagtiger van Kutger van der Ilell tot Vieracker en Hoeve, ordinaris gedeputeerde des quartiers van Veluwen, het besloten testament van hem en Charlotte Agnes van Hoyden tot de Hoeve, desselfs ehegemalinne, gepasseert 27 Oct. 1733 voor den gerigte van Borculo, approbeeren, 10 Oct. 1738. Idem laat in qualitate ut supra de nadere explicatie van voorn, testamentaire dispositie, gepasseerd 15 Sept. 1738 voor den gerigte van Borculo, approbeeren, eodem die. Advocaet Willem Meeuwsen, als volmagtiger van Wilhelma Catryna van Ti 11, door opdracht van hem als volmagtiger van Kutger van der Heil, gedeputeerde des quartiers van Veluwen, krachtens contract van 15 Nov. 1741, waerbij in plaets des kooppennings aen Kutger voorn, en Johanna Charlotte van Heiden, zijne vrouw, versproken is eene jaerlijxe lijfrente van 1000 gld. en aen Anna Elisabeth Margareta van Till, zijne nigt, eene jaerlijxe lijfrente van 200 gld., en de veronderpanding van dit leen ter assecuratie van 6000 gld., staende ten laste van Kutger voorn. 2), 6 Dec. 1741. 2o. van den kant der bruid: Godtfridt Frederick Baron van Heyden, heer van en tot Hovestat, geheime raedt van Sijn Coninglickc Majesteit van Pruissen, in de regeering tot Cleef, «irost van het ampt Blanckenstein, (broeder). Lodewick Roelman Graef van Bylandt, heer tot Halt, Keecken, Kimmen en Duffelwart, geheime raedt van Sijn Coninglicke Majesteit van Pruissen, in de regeering tot Cleef, (schoonbroeder), (acte). ') t. w.: Gerhardt Casijn Baron van der Heil, Rutger Baron van der Heil, Anna Margaretha Baronnesse van der Heil, douarière van Lambcrt Floris Baron van Till, in leven lieutenant-colonel ten dienste der Ver. Ned., Jolian Baron van Wijnbergen en Walraven Baronnesse van der Heil, heer en vrouw van de Glindhorst, echteluiden, Anna Wilhelmina Baronnesse van der Heil (broeders, schoonbroeders en susters). Ook hunne moeder, Wilhelmina Catharina Huig hens, was toen overleden (acte). ') Acte: en wanneer de waerdije der lheengoederen na computatie van de voors. lijfrenten en vorder praestatiën den waren kooppenning sou mogen excederen, dan is dat surplus gedonateerd. Verder blijkt uit deze acte, dat W. C. van Till, gehuwd met Arent Willem Anthony van Wijnbergen, capitain ten dienste dezer Staat, eene zuster was van A. E. M. van Till en dat Rutger vau der Heil liaar oom was. Engelbert Willem Verbeek, predikant, laat als volmagtigor van Samuel van Kek, heer van Overbeek, en Willemina van ïill, echtelieden, hun testament, 30 Oct. 1754 voor schepenen der stadt Arnhem gepasseert, approbeeren, 4 Nov. 1754. Dr. Arnold Nicolaes Fabius, als volmagtiger van Gijsbert Casijn Baron van Till tot de Wiltbaen, etc., als oom en bloedmomber van twee minderjaarige soons 1), ehelijk verwekt bij Wilhelmina Catharina Baronesse van Till, zijn suster, en wel voor dengeenen der voorschr. minderjaarigen, welke bij maagscheydinge over den moederlijken boedel eigenaar sal bevonden worden, 27 Mei 1763. 2 April 1771 ter lheenkamer vertoont de acte, waarbij Lambert Floris Baron van Wijnbergen, sous-lieutenant in het eerste Nassausche regiment van Sijne Doorlugtigste Hoogheyd den Prince van Orange en Nassouw, etc. etc. etc., Jacob Willem Baron van Eek tot Overbeek, besclireeven in de Ridderschap des quartiers van Veluwen, Gisbert Casijn Baron van Till tot de Wildbaen, collonel-commandant van het regiment van Randwijk, en Gerrit van Beest, als door de magistraat der stadt Arnhem aangestelde voogden over de onmundige Jan Carel Baron van Eek en Anna Margareta van Eek, broeders ende suster, de gansche nalatenschap van Wilhelmina Catharina Baronesse van Till tot Vierakker, hunne moeder, in eerste huwelijk getrouwt met Willem Arend Anthony Baron van W ij nbergen, major in het regiment van Braeckel, en in tweede huwlijk met Samuel Baron van Eek tot Overbeek, collonelcommandant van liet regiment van Buys en major-commandant der stadt Arnhem, hebben verdeelt en dit leen: het havesaet de Vierakker, huis, bouwhuis, liooven, vijver, gragten, opgaande boomen, akkermaalsbosschen en heggen, onderhoorende boeren-daghuerders erven, bouw-, hooy- en weydelanden, en plagvelden, inkoomende tinsen, lheenkamer en erfmarkenrigterschap, toegedeelt aan Jan Carel Baron van Eek 2). Jan Carel Baron van Eek, minderjarig, eodem die. Huider: Dr. A. N. Fabius. Advocaet W. S. van der Gronde, als volmagtiger van J. C. Baron van Eek, heer van Vierakker, met lediger hand, 6 Febr. 1779. Idem laat, in qualitate ut supra, diens huwelijksvoorwaarden, 20 Maart 1778 opgerigt met Francoise Madeion Baronesse van Till, approbeeren 3), eodem die. ') Lambert Floris van Wijnbergen en Jan Carel van Eek, wier moeder 19 April 1762 overleed en gehuwd was lo. met Arend Wilhem Antony Baron van Wijnbergen, in leeven major ten dienste deeser landen, en 2o. met Samuel Baron van Eek, in leeven collonel van de cavallerie ten dienste van deesen Staat (acte). z) De acte was van 5 Febr. 1770; de magescheidsvrinden waren: J. C. Copes van Hasselt en TJ. F e r i e t. 3) Uit deze huwelijksvoorwaarden blijkt, dat z(j eene dochter was van Gijsbert Casijn Baron van Till, heer van de Wildbaan, etc., collonel-commandaut van een regimeut infanterie ten dienste van dezen Staat, etc., en Anna Maria Berg. Dedingsvrinden: Van Wijnbergen, A. Schimmelpenninck van der Oye, K. de Lannoy; O. W. van Till, J. S. Edler von Plotho en E. J. V. Straubensee. In geval van vooroverlijden vermaakt de bruidegom aan de bruid: den Coilijneweert, nevens de daarbij aangelegen AlïiptmailSWeert, beyde in den ampte van Brummen. Mr. Pieter Haesebrocck laat als volmagtiger van Jan Carel Baron van Eek de acte van verkoop aan Hendrik Peter M o 11 e r approbeeren, 17 Aug. 1784. Hendrik Peter Moller, krachtens koop en daarop gevolgde betaling en refutatie, eodem die. Idem, oetroy, eodem die. Mr. Jacob Jan Schluiter, stadhouder van het landdrostampt der graafschap Zutphen, laat als gesubstitueerde volmachtiger van Abraham Theodorus Moller, de ingegaane en gecelebreerde koop en verkoop met Mr. Willem Cornelis Boers, oud- raad en pensionaris der stad Leyden, approbeeren, 16 Aug. 1791. Idem, als volmachtiger van Mr. Willem Cornelis Boers, na voorafgaande refutatie, eodem die. Idem, in qualitate ut supra, octrooy, eodem die. Idem, in (jualitate ut supra, laat de koop ingegaan met I. H. Knibbe approbeeren, 18 Sept. 1794. Idem, als volmachtiger van J. II. Knibbe, voor hem zelf en uit naam van B». Ba. Knibbe, geb. Lebeck, deszelfs ehevrouw, na voorafgaande refutatie, eodem die 1). 46*. WARNSVELD. Den tienden, grof ende smal, over Uterdinch, Redderdinc, Crolinc, Tiendinch ende Sopelinch, in der buerscap to Evede 2) in den kerspel van Warnsfelde, ende den bisteren tienden mit al horen toebehoren 3). Dirc van don W a 1 e Evertssoen, omstreeks 1382. Idem, burger tot Zutphen, 22 Aug. 1394. Evert van den Walle Dircs, Mei 1411. Idem, borger tot Zutphen, 20 Febr. 1440. Uelmer van de Wall, nae doede 4) van die Wall, sijns vaders, 25 April 1547. Conrat van Meckeren, als oem, huider ende momber, tot behoeff Gelmers van den Wal, sijner nichten, nae doode Gelmers van den Wal, oirs vaders, 23 Oct. 1567. ') J. H. Knibbe en Barbara Bringtina le Beek, ehelieden, kochten 24 Sept. 1800 do leenplichtigheid af voor 200 gld. - Mr. Muller las verkeerdelijk Enede. 3) In de 16de eeuw lieeten de goederen : Uterdinck, Thedinch, Jelinck, Suppelinck ende Ridderdinck; de buurtschap is Eefde. 4) De voornaam is in de acte niet ingevuld, mogelijk met het oog op begaan verzuim. 47' WESTEK VOORT. Dat gericht ende heerlijkheyd in den kerspel van Westervoort, hoge ende zijde 1), etc., met de winden ende alle tienden van Nieslagerland ende aenval in dë voori y, ë - ™ A gsat WllleVa' hu®Jn ten,Berge' te" Bylaut nnd te Hedel, geeft een renversaal :r- r z swywArMark Elisabeth, Furstinne tot Zollem 2i ftmvinu» ♦ ♦ i r. «£» Hendrik, G J ^ 48* WESTERVOORT. W"te™rt. "°»1, mit al Wynant van A r 11 li e in, omstreeks 1382. Wynant van Arnhem, lieren Dericx soen, 29 Jan 1394 Idem i427Arnhein' ruWcr' "ac doide sij,ls br°eders, 12 Oct. 1422. Wynant^ van Aernhem, naer dode Derix van Arnhem, sijns vaders, 5 Oct. Idem, 2 Aug. 1457. EllSaSdeLa,ioWMiaart U84d He,nVynp,tS 7a" Aernhem' ridders> hoers Evert van \vii 1 Evert ™» Wilp, ridder, hoer sone. 19 Mei 1498. " ' "a° do°do Elisab(ith Wilp, sijnre moeder, \ erder zijn de beleeningen gelijk aan die sub 7*, Kwartier van Veluwe. M d. i. laag. *) lees: Zollem. (Hobenzollern). 49* ZELHEM. Dat huys ten Papenborch mitton hoff toe Hakinck gelegen in den lande omtrent Zutphen, in den kerspel van Zee em op ten Goye, wesende vrij eygen gued, droech ons op m onse liant: 1 Bernt van W y s s c h e, ende 'TaS' l)eleent, lö Tnli' U85."43 VUrS" S°e"e' °VermitS «Pdracht ^ vaders Henriet, dochter Bernts van Wysch bast., echte huysfronwe Johans van V ïanen van Rgsenborch, nae doede Jaspers van Wysse Bernts soene, hoers broeders; ende all versuem hertoe geschiet ouiit- hoir man"' 1501' Hulder: J"lian van Vianen van Rijsenborch, Henrick van Arler. Reyner van Arler, nae doode Henrick van Arler, sijnes vaders; ende alle versuymidaennne geschiet om beweechlicke redenen qnijtgescholden, Margrete van Arler nae doode Reyner van Arler, oirs broeders, 5 Aug. 1575. Huider: Willem Luytgesz.. h Eadem, 25 Sept 1608. Huider: Derick Voet, hoir man. """S*"* Maart S' "" "* ~ ArW' * Henrick Heydendael, 4 Nov. 1630. ,]oan Jp Wilde, als momber van Elisabeth Heyendal, 23 April 1661. Idem als vol machtiger van Thomas I) ulmo n t, burgermeester tot Doesburg, en desselfs huisvrou Elisabeth Heidendaal, 24 Sept. 1686 J°anmïtn T°V°r' an ]T0lmac1hti^er Elisabeth Heydendaal, geassisteert met Tomas Dulmon, haar eheman, als momber, draagt dit leen op en behoeve van Henrik, Theodora, Jaconiina ende Agneta G e rritsen bij haar vorige eheman, Otto Gerritsen, geprocreëert, als donatio inter vivos *), 11 Juni 1701. Adolph Becquer als volmachtiger van Thomas Dulmont en Elisabeth momber aL°" iawI"^' ^elmina en A&nita Gerritsen, met haren momber, Daniël Alert, landschrijver, dragen dit leen op aan Geor" 23 Maart"!702°Agatha H 11' *('11' dessplf* huisvrouw, Stephanus van Lamsweerde, V. D. Mr. in Vierlingsbeek, na .Toan Georg van Lamsweerde en Agatha Huigen, zijne ouders, 21 Maart 1726. Huider: advocaat Herman Henrik van Lamsweerde, zijn broeder. Henrik Jan van Holten laat als gesubstitueerde volmagtiger van de lentmeester Henrik fjeeiik, het testament door Stephanus van Lams- vL pnil'' 8 t" ^"^entis-predicant van Mil, lande en baronnie van Luick, ö Juni 1 <61 gemaakt, approbeeren, 30 Dec. 1761. ') Volmachtiger van Theodora Gerritsen, die optreedt ook in naam barer zusters met haren momber, Joau Cuper, was: Amold Bootsman (acte). ' nU6f 8 v«rdient de voornaam der tweede dochter, daar in de acte van 1701 in de plaats van Jacomina eerst een andere stond, en zij in 1702 Wilhelmina heet. Idem in qualitate ui supra, sijnde deze gevolmagtigt door Johanna Georgia, Anna en Henrica Sibilla van Lamsweerden, als huider van Johanna Georgia van Lamsweerden, 5 üec. 1764. Lambertus Lammers, kerkmeester der stadt Doesborgh, als volmagtiger van Johanna Georgia van Lamszweerde, mitsgaders Theodorus Maus van Kohier en Anna van Lamszweerde, desselfs ehevrouw, krijgen consent op de gedaane verkoop aan Mr. Barthold van Diemen van Lamszweerde, secretaris der stadt Doesborgh, 23 Aug. 1777. Barthold van Diemen van Lamszweerde, secretaris, krachtens voorafgaande koop, eodem die. Idem, octroy, eodem die. Jan Hendrik Wheling laat als volmagtiger van Mr. Barthold van Diemen van Lamzweerde, secretaris der stadt Doesborgh, diens testament '), 4 Juli 1782 voor de magistraat der stadt Doesborgh opgerigt, approbeeren, 6 Juli 1782. Maria Gerhardina van Lamzweerde, weduwe van C. F. L. D a c h 11 e r, Med. Doctor, na wijlen Bartholt van Diemen van Lamzweerde, haar broeder, 2 Aug. 1783. Huider : Ewoud van Diemen van Lamzweerde, predikant te Kampen. ') Hij vermaakte Papenborg c. a. aan zijne zusters en broeder, t. w. Anna Catharina Alberta, Martin Herman Huigens, Johanna Reiniera en Maria Gerhardina van Lamzweerde, wed. van C. F. L. P a c t e 1 e r, med. doctor, en we!: weegens aan hem gedurende syn sameiiwooning met deselve betoonde vrindschap (acte). KWARTIER VAN VELUWE. DE VEL UWE. R e i n a 1 d, Graaf van Gelre, overmits verzuim van .Tohan, Hertog van Lotharingen, Brabant en Lymburg, 17 Maart 1311 '). DE NOVALE TIENDEN OP DE VELUWE. Gerard, Graaf van Gelre, door opdracht van Otto I, Bisschop van Utrecht, tusschen 1213 en 1216 2). ') De hertogen van Brabant hielden van ouds de Veluwe in leen van de bisschoppen van Utrecht en gaven haar aan de graven van Gelre in achterleen uit. Vgl. dienaangaande van Spaen, Inleiding IV, blz. 158 e. v. Deze beleening is o. a. te vinden Nijhoff, Gedenkwaardigheden I, no. 124. ,J) Sloet, Oorkondenboek, no. 435. KWARTIER VAN VELUWE. 1. APELDOORN. Een tiend te Apelderlo. Herbert van Putthen, omstreeks 1313 ')• 2. BARNEVELD. Dat goed geheten Achtevelde, gelegen in den kerspel van Leusden ende van Barneveld 2). Seger van E mei ar dye een helft ende Kerstiaen van Ach te velt dye ander helft, omstreeks 1382. Seger van Emelar dat alinge goed, omstreeks 1390. Idem, 9 Maart 1394. Ghijsbert van Emelair, na dode Seygers van Emelair, sijns vaders, 21 Mei 1407. Idem, 6 Maart 1434. Seyger Ggsbertsz. van Emelaer, bij dode Gijsberts Seygersz. van Emelaer, sijns vaders, 12 Aug. 1440. Gijsbert Zegersz., nae doede Seyger Gijsberts/.., sijns vaders, 7 Jan. 1498. Idem, 20 Maart 1518. Willem van Dorsten3), na dode Ghijsbert Zegersz., zijns vaders, 7 Juni 1519. Idem lijftocht zijne vrouw Gertgen in 18 Philippus gulden van 25 st. tsjaers, 17 Jan. 1524. Idem, 1529. ') Zie: Staat der Bezittingen van Ilerbertus van Putten en andere leden van zijn geslacht omstreeks 1313. Uitgegeven door P. N. van Ooorninck en I)r. P. C. Molhuysen, 1902. ') Ten deele in de provincie Utrecht gelegen. 3) Zijue moeder heette van Dorsten, zoodat hij blijkbaar haren naam heeft aangenomen. 6 Idem lijftocht Margriet Jan Joostend., sijn huysfrouw, in 20 pont uit 't goet Achtevelde, 12 Nov. 1556. Seger van Achteveldt, na doode van Willam van Dorsten, sijn broeder, 29 Juli 1559. Jan van Achteveldt, na dode van Segers van Achteveldt, sijns vaders, 12 Jan. 1576. Willem van Achteveld, plegte van 300 gld. ten behoeve van Jonker Hubert van Buchel, met consent van Jan van Achteveld, zjjn ouder broeder, 20 Aug. 1592. Idem, deur opdragt van Jan van Achteveld, zijn broeder, 6 Sept. 1593. Zeger van Achteveld, na dode van Willem van Achteveld, zjjn vader, 9 April 1625. Johan Ernst van Achtevelt. na dode van Zeger van Achteveld, zjjn vader, 26 Oct. 1658. Idem, plegte van 5000 gld. ten behoeve van de Weesmeesteren der stad Amersfoort, als gestelde testamentaire administrateurs over den boedel en nalatenschap van wijlen den Capt. liobbert van Giffen, 5 Nov. 1664. Willem van Achteveld, na doode van Johan Ernst van Achteveld, zijn broeder, 2 Oct. 1677. Willem Hel ra ad1), door opdragt van Willem van Achtevelt, eodem die. Idem, plegte van 3300 gld. ten behoeve van Dirk van Ommeren, 7 Mei 1714 2). Maria Boelhouder, na dode van Willem Helraad, haar grootvader, 15 Jan. 1716. Wilhelmus Ignatius Boelhouwer, na dode van Maria Boelhouwer, zijn suster, 8 Mei 1728. Idem, plegte van 3000 gld. ten behoeve van Johan van Birkhoven ende Johanna van Bijls, egtelieden, 11 Mei 1728 3). Idem, plegte van 2500 gld. ten behoeve van Geertruida en Ida van Lielaer, 24 Juni 1730 3). Anna Wilhelma van der Hel, door opdragt van Wilhelmus Ignatius Boelhouwer, 16 Juni 1734. Gerliard Casijn van der Heil tot de Wildbaan, ten behoeve van hem ende sijne suster Anna Margaretha van der Hel, Douarière van Til, na dode van Anna Wilhelma van der Heil, haar moey, 21 Sept. 1754. Anna Margaretha van der Heil, Douarière van Til, uyt cragte van scheydinge tusschen haar en haar broeder Gerhard Casijn van der Heil tot de Wildbaan opgeregt, eodem die. Gijsbert Casijn van Till tot de Wildbaan, na dode van Anna Margaretha van der Heil, Douarière van Til, sijn moeder, 14 Maart 1760. Idem, octroy, eodem die. ') Koopman te Amsterdam (acte). a) Gecasseert 22 Nov. 1717. aj Gecasseert 16 Juni 1734. Gerhard Casijn van Till, na dode van Gijsbert Casijn van Till tot de Wildbaan, zijn vader, 23 Maart 1784. Hendrik Hooft van Huysduynen, door opdragt van wegens Gerhard Casijn van Till, 22 April 1789. 3. BARNEVELD EN SCHERPENZEEL. Den ouden tiend uyt deesen goeden nabeschreven als: de Borgstede. Gelyn1), Langelaar. Veenschoten2), Biereveld ende Huygenbosch 2), gelegen in den kerspele van Barneveld ende Scherpenseel. Claes van der Soevender. Otto van Hokelem, so Claes van der Soevender des uutgegaen is, 18 April 1409. Idem, 12 Juni 1435. RandolpU van Hokelem, na dode Otten van Hokelem, sijns vaders, 17 Maart 1443. Daem van Delen, so RandolpU van Hoekelem des uutgegaen is, eodem die. Idem, 26 Juli 1457. Otto van Deelen, na doode van Daam van Deelen, zijn broeder, 8 April 1549 3). Janna van Deelen, door opdracht van Otto van Deelen, haar vader, 10 April 1557. Jonker Willem van Broek li uysen, door opdracht van Johanna van Deelen, weduwe Wilts van Broekhuysen, zijn moeder, 7 Maart 1608. Jonker Hendrik de Collaart, na dode van Jonker Willem van Broekhuysen, zijn grootvader, 15 Maart 1643. Idem, plegte van 2000 gld. ten behoeve van Gerrit Germansz., 17 Nov. 1649 *). Idem, plegte van 6000 gld. ten behoeve van Everd van Delen cum uxore, 23 Febr. 1656. Idem, plegte van 2000 gld. ten behoeve van Lambert Stuyven cum uxore, 6 Maart 1656. Jonker Willem van Broekhuysen en d'erven van wijlen Willem van Twenhuysen, door opdracht van Jonker Hendrik de Collaart, 12 Jan. 1661. *) Tegenwoordig Glind(en). i) Zie no. 41. *) Tusschen 1457 en 1549 ontbreken de beleeningen van Brand van Delen Daamsz., die omstreeks 1482 had moeten plaats hebben, en van diens zoon Daam van Delen, omstreeks 1534. 4) Gecasseert 30 Juli 1698. Hier heet hij: Henricus de Collaart van Liendeu. Registratie van een requeste, waarbij wordt aangetoond, dat detiende(n) in capite in tien delen bestonde(n) en een appointement van Gedeputeerden den 15den Oct. 1663 verleend op een door hem en d'erfgenamen van Willem van Twenhuysen gepresenteerd requeste, waarhij seven deelen van de leenplicht worden ontslagen, mits dat <1'overige drie deelen, alsse Huygenbosch, die derde Borgstede, daar Cornelis Jansz. op woont, en die vierde Borgstede, bij Jan Geurtse gebruykt, sijnde de 5de, 9de en 10de partije, leenpligtig soude blijven en dat voor elk van deselve partijen een aparte leenbrief gepasseert ende gemaakt soude worden, 28 Nov. 1663. Emanuel van Twenhuyse, in conformité van 'tgemelte appointement ten behoeve van de gemene erfgenamen van Willem van Twenhuysen verleyd met de tiend genaamd de Bergstede, daar Cornelis Jansz. op woont, alsmede nog ten zelve dagen en ten behoeve als voren, met den tiend genaamt de Bergstede, daar Jan Gerritse op woont, eodem die. Blijven dus alhier De tienden genaamt Huygenbos, wesende een gedeelte van den Ouden of den Broekhuyser tiend, gelegen in den kerspele van Sclierpenseel. Emanuel van Twenhuysen, volgens appointement van Gedeputeerde, ten behoeve van de gemeene erfgenamen van Willem van Twenhuysen, eodem die. Acte van approbatie op de verkoop van den tiend in capite gedaan door Wilhelm van Broekhuyse, heer tot Doorn, ende Emanuel van Twenhuyse, der rechten doctor, aan en ten behoeve van Jacob Johan van Deelen, heer van 't Laar, etc., mits d'heer van Deelen gehouden blijft het leen ter behoorlijker tijd te verheffen, dan welk verhef niet gevonden word, 30 Juli 1698. Registratie en approbatie van seeker inaaggeseheyd tusschen d'erfgenamen van Anna Elizabeth Baronnesse van Deelen, douarière van Deelen, vrouwe van Laar, etc., den Hen October 1726 binnen Nijkerk gepasseert, ten aansien en so verre daarbij eenige leengoederen aan Johan Hendrik van Basscnn toegedeelt zijn, 6 Dec. 1726. Johan Hendrik van Bassem, na dode van Anna Elisabeth van Deelen, vrouwe van Laar, Lenth ende Vaneveld, douarière Jacob Johan van Deelen, heere van Laar, etc., zijne oud-inoeye zaliger, uyt cragte van 't bovenstaande maaggescheyd, eodem die. Dirk Renier van Bassenn, leenvolger en ab intestato erfgenaam feudaal van Johan Hendrik van Bassenn, zijn zoon zaliger, 12 Juni 1734. Jonker Gerrit Willem van Balveren, na dode Jacoba Johanna van Bassenn, in leven echte vrouwe van wijlen Gerrit Willem van Balveren, vrijheer van Leur, etc., en dogter van Dirk Renier van Bassenn, zijn moeder zaliger; met versuym, 17 April 1766. Idem vernieuwt den eed wegens zijne meerderjarigheid, 29 Jan. 1777. Afgespleten van 3. 3 § 1. BARNEVELD. Dun tienden geiiaamt de Burgsteede, gelogen onder den ampte van Barneveld, daar Cornelis Janse op woond, wesende een gedeelte van den Ouden of den Broekhuyser tiend. Emanuel van Twenhuysen, volgens appointement van Gedeputeerden ten behoeve van de gemene erfgenamen van Willem van Twenhuysen, 28 Nov. 1663. Verder zijn de beleeningen gelijk aan dio sub 3. Afgespleten van 3. 3 § 2. BARNEVELD. Den tienden genaamt de Burgsteede, gelegen onder den ampte van Barneveld, daar Jan Gerritse op woont, wesende een gedeelte van den Ouden of den Broekhuyser tiend. Emanuel van Twenhuysen, volgens appointement van Gedeputeerden, ten behoeve van de gemene erfgenamen van Willem van Twenhuysen, 28 Nov. 1663. Verder zijn de beleeningen gelijk aan die sub 3. 4. BARNEVELD. Die tiende van den goede to Brilaer 1), gheleghen in den kerspel van Bernevelde. Tydeman van Bylaer, omstreeks 1382. Heyn Gisensoen van Brylar. Ghysen van Brylar, Heyn Gisensoens soen van Brylar, als Heyne, sijn vader, die te halden plach, 22 April 1394. Evert van Domselar, 18 Febr. 2). Johan van Donselaer, 11 Maart 1434. •) Acte van 1391: ende van Schoenhorst. a) Deze acte, die geregistreerd is onder do voorgaande, vermeldt niet het jaar der beleening. 5. BARNEVELü. Den tiende van Boesscoten M, Espic 2ï, ten Berne, Ose 2), Rosseler, Horseier, Venlaer, Nossecoten en Makenhorst Scaffeler, Sorxdarnme, Hukenhorst, Havickehorst, Achtevelt:i). Sconebeke, Scaffeler, NolencampJ) ende don Olden Camp 4). I)aem van Lochorst, omstreeks 1382. Idem, 6 Mei 1394. 6. BENNEKOM. I)e tienden tot Hern mit allen sijnen toebehoren, gelegen in den kerspele van Bernichum, alias Bennekum; Harsseloose tiend. Johan van Zallant, 1 Mei 1398. Arnt van Brynen, als Johan van Sallaiu des uutgegaen is, 31 Jan. 1407. Henric van Brienen, Johans wijf van Zallant, door opdracht van haren man 5), 29 Juli 1407. Helimch a n D o r n i c k, als Arnt van Brynen des uutgegaen is, 5 Juni Johan van Doerninck, na dode Helmichs van Doerninck, sijiis vaders 30 Jan. 1434. Hulder: ütto van Dornynck. Idem, 13 April 1457. Helmich tvan Doernick, nae dode Johans van Doernick, siins vaders 12 Maart 1478. Mechteld, Johans dochter van Doernick 6), eodem die. Hulder: Willem van Herdevelt. Eadem 6), 9 Sept. 1497. Hulder: idem. Eadem, echte huysfrouw Seigers van Rechtere n, soo Willem van Hardenvelt des uuthgegaen is, 8 Maart 1507. Hulder: Seyger van Rechteren, hoer man. Eadem, met horen gecoren momber, Dierick van den Cloester, lijftocht Seger van Rechteren, horen man, aen den alingen thienden, 9 Maart ') Ontbreekt in de lijst van 1382. a) lil de lijst van 1382: Espe ; to Eze : Mallickenhorst. 3) Zie no. 2. *) 1382: alse Arnt van Lochorst te behouden plach. ) Acte: onder beding, dat t steeds van haar of hare erfgenamen mag afgelost worden „mit 400 al den Francbrixen scilden off gelijc payment an golde op St. Peter ad Cathedram off binnen 14 dagen daerna". ') Acte: onder beding, dat 't weer aan Helmich, haren broeder, zou komen, wanneer zij zonder wettige geboorte stierf, maar Helmich of diens leenvolger zou dan betalen aan Johan, Cornelis en Margaretha van Doernick, zijnen broeders en zuster, elk, voorzoover nog in leven, 300 postulaatsgld., n.1. het eerste jaar Johan, 't tweede Cornelis en derde Margaretha. Ook moet Mechteld huwen met consent van Johan, Gerrit en Johan van Rynesse van Baer, gebroeders, en Willem van Doernick, haar ooms. Eadem, echte huysvrouw Segers van Rechteren, 4 Oct. 1507. Eadem, 25 Oct. 1517. Eadem, nagelate weduwe Segers van Kechteren, 18 Sept. 1523. Huider: Ernst van Xyenroy. Eadem, 17 Jan. 1525. Eadem, 27 Juni 1529. Anthonis van Doornik, naer dode van Megtelt Johansdr. van Doornik, Segers van Rechterns weduwe, sijne moeye, 17 Juni 1549. Anthonis van Doornik, onmondig, na dode Anthonis van Doornik, zijns vaders, ingevolgen desselfs testament x), 4 Juni 1569. Huider: Willem van Wynsen. Idem, mondig geworden, doed eed, 7 Juni 1577. Jonker Hendrik van Ek tot Me dl er, door opdragt van Jonker Anthonis van Doornik, 5 Febr. 1625. Idem, plegte van 6000 gld. ten behoeve van Goossen van Stee nier, 9 Mei 1640. Mr. Cornelis van Steenier, uyt hoofde van verwinsbrieven op en tegens d'erven van Joachini van Eek en desselfs vader Hendrik van Eek, 6 Aug. 1674. Renier van Steenier, na dode van Cornelis van Steenier, zijn vader, 26 Oct. 1699. Dr. Gosuin van Steenier, na dode van Renier van Steenier, zijn broeder, 5 Maart 1710. Registratie van 't maaggesclieyd van 28 Maart 1698 tussehen Wilhelma Efoer en de samentlijke kinderen en erfgenamen van Cornelis van Steenier en Geertruyd Efoer opgeregt, 5 Maart 1710. Registratie van de acte van pijndinge van den 7en deser bij Johan Otters c. s. op de tienden in capite gedaan, 8 Aug. 1715. Registratie van de acte van pijndinge den 8e deser bij Jacob Dirk van Hekeren, etc., landdrost van Zutphen, op de tienden in capite gedaan, 9 Aug. 1715. Registratie van de acte van bezatinge, etc. den 8en deser bij Jacob Driessen Opheyden op de tienden in capite gedaan, 28 Aug. 1715. Dr. Willem van Steenier, als erfgenaam onder beneficium inventarii van Dr. Gosuin van Steenier, zijn broeder, 14 Nov. 1717. Johan Carel van Eek de jongen, door opdragt van Dr. Willem van Steenier, eodem die. Dirk van Eek, door opdragt van Johan Carel van Eek de jongen, 6 Oct. 1724. Idem, plegte van 10.000 gld. ten behoeve van Lubbert Adolph Torck ende Petronella Willemina van Hoorn, egteluyden, heer en vrouw van Rosendaal 2), gecasseert 9 April 1748. Anthony George van Eek, door opdragt van Dirck van Eek, eodem die. Idem, octroy, 18 Dec. 1759. ') Acte : in dato 5 Maart 1568. ") Deze datum is niet ingevuld. Janetta Wilhelmina Baronesse van Eek, donarière van Anthony George van Eek tot Nergena, uyt kragte van huwelijksvoorwaarden, na dode van denzelve haar man, 27 April 1775. Eadem, octroy, eodem die. lestament en codicil van J. W. Baronesse van Eek, geregistreerd 20 Jan. 1801. Huwelijkscontract van Sainuel van Eek tot Overbeek met Jacoba Louisa van Lynden tot N erge na, in dato 18 Sept. 1801, geregistreerd 19 Febr. 1802. 7*. BENNEKOM. Die tiende tot Berinchem, groff ende smal, mit allen sinen toebehoren, gheleghen in den kerspel van Berinchem, in den ampte van Ede. Wynalt van Arnhem, omstreeks 1382. Wynant van Arnhem, heren Dericx soen, 29 Jan. 1394. Wynant van Arnhem die jonge, so als Wynant van Arnhem, sijn vader, der uutgegaen is, 31 Jan. 1418. iïulder: Wynant van Arnhem, sijn vader. Deric van Arnhem, ridder, nae doide sijns broeders, 12 Oct. 1422. Idem, 1427. Wynant van Aernhem, naer dode heren Derix van Arnhem, sijns vaders. 5 Oct. 1437. Idem, 2 Aug. 1457. Elisabeth van Wilp, nae dode Wynants van Aernhem, ridders, hoers broeders, 10 Maart 1484. Huider: Evert van Wilp, ridder, hoer sone. Eadem, met haren momber Lodewijk van Leefdaell, hefft gemaect vrouwe Margriete van Broichuysen, liore zuster, 70 Rijnsehe gulden, van 20 stuvers elk, des jaers; te vryen myt 1173 gelijke Kijnsche gulden, 10 Nov. 1485. Eadem, weduwe, maakt dezelfde som nog eens aan Margriet, weduwe, 5 April 1486. Margriets huider: Alphar Ruiseh. Eadem, met horen momber, Evert van Wilp, ridder, hoer soen, maect Margriet 33 golden overlantsche keurvorster Rijnsehe gulden, vryes geldes, te betalen op St. Martijn in den wynter off binnen 12 nachten van Kersmisse daernae, altijt erftlick ende ewylick durende ; 23 Nov. 1488. Margriets huider: Wilger Jacobsz. Margriet van Aernhem, wedue Adriaens van Broichuysen, ridders, staat bovengenoemde 70 Kijnsche gulden, van 20 stuvers elk, af aan Elisabeth van Aernhem, wedue Everts van Wilp. ridders, 17 Oct. 1489. Elisabeths huider: Johan van Rynesse, Johans soene van Rynesse, die jonxte broeder. Eadem, beleend met de bovengenoemde 33 golden overlantsche keurvorster Rijnsehe gulden, 30 April 1497. Huider: Adriaan Deel. ') Acte : Je eerste keer te betalen iu 1490. Evcrdt van Wilp, ridder, nae doede Elisabetli van Wilp, siinre moeder, 19 Mei 1498 Alijt van Kuynre, vrouwe tot Wilp, wedewe Johans van Renesse van Wulven, ridders, na dode Everts van Wilp, ridders, kucrs neven, ende mede na dode vrouwe Belie vann Wilp, weduwen Aernts van Middachten, ridders, des vors. Everts suster, liurer nichten, 16 Juni 1539 1). Huider: Wolter van Mathenes. Johan van Renesse de jonge, door opdracht van Aleid Freyse van Cuynre, siner moeder, eodem die. Johan van Renesse to Wulven und to Wilp, nae doede Johan van Renesse, sijns vaeders, 10 Oct. 1554. 8*. BENNEKOM. Enen thiende gelegen tot Bereschem (sic) up Vel uwe, geheiten den Rosantschen thienden. Mr. Wynant van Aernhem, doctor, sooalse Evert van Wilp, ridder, ende Belya van Middachten, des voerscr. heren Everts suster, te houden plach, ende alle versuym, tot desen dage toe hieraen geschiet, to guede gescholden 2), 18 Oct. 1528. Matthis Schuil, tot behoeff Frederich Schelart van 0 b b e ndorp, heren tot Schyn, nae doede doctor Wynolt van Aernhem, 22 Aug. 1547. Johan Schelaert van Obbendorp, heere tot Schinne. Daem Schelaert van Ubbendorp, heere tot Schinne, nae doode Johan Schelaert van Obbendorp, heere tot Schinne, sijn broeder, 24 Juni 1563. 9. BENNEKOM. Enen tienden int schependom van Wageningen ende int carspel van Berynchem, hoge ende lege als die gelegen is mit eggen ende mit enden. Elizebet, echte wijff Aelberts van W e s e, Hubert die W o 1 f s zuster, omstreeks 1385. Eadem, 2 Febr. 1394. Wobbe, Alerts wijf van Bemme 1, Alberts dochter van Wese, liaer aenbestorven van Lijsbette, haer moeder, 2 Sept. 1395. Huider: Alert van Bemmel. Eadem, 1426. Johan van Bemmel, 17 Oct. 1436. Steven van Delen, soe Johau van Bemmel des uutgcgaen is, 11 Jan. 1445. Idem, 25 Aug. 1457. ') „Versuymt ende ledich geworden" want „duer vrouwe Belie van Wilp niet versocht noch verhaven geweest." d) Hieruit valt op te maken, dat dit leen identiek is met het voorgaande. 10. BENNEKOM. Eene hoeve te Berenchem. Herbert van I' utthen, omstreeks 1313 '). 11*. BRUMMEN. Tgoet to Hughinc mit sinen toebehoren, gheleghen in Velue in der buerscap te Ocken, in den kerspel van Brammen. Heylewych Hughinc, omstreeks 1382. Ilulder: Herman Hughinc, hoer lieve. Engelbert Huging, soe als hem dat van Heilewich, sijnre moeder, anbestorven is, 14 Dec. 1414. Lubbert Huging, overmits updracht Engelberts, 9 Febr. 1415. Jutten des IJseren, overmits Lubbert Huging des uutgegaen is, 28 Juni 1417. Huhler: Alpher des User, lioir vader. Alpher Schymmelpenninge Jaeobssoen, soe Jutte Schymmelpeiininge des uutgegaen is myt Jacob Schymmelpenninge, hoeren man ende momber, 15 Jan. 1440. Gerit Schemelpennyng, soe Alpher Schymelpennini* des uuts*ei',aen is, 12 Maart 1465. Idem maect Meehtelt, Geryt Hillen dochter, sijnen echten wijve, de nahant, 1 April 1484. Gerit Schemelpenninck, nae dode Gerit Schemelpenninck, zijns vaders, 5 Aug. 1518. Huider: Dierick van Steenre, tot zijnen mundigen jaren toe. Idem, 17 Mei 1557. Johan Schimmelpenninek, nae doode Gerrit Schimmelpenninck, siins vaders, 27 Aug. 1566. 12. DOORNSPIJK. Dat goet tot Byssel, gelegen in Veluwe, in den kerspel van Doornspijk 2). Henryc van Aller Dirixsoen, omstreeks 1382. Geertruyt Dirx dochter van Aller, Johans wijf van Brienen, omstreeks 1390. Huider: Jan, hoer man vorseyt. Johan van Brienen Engelbreehtsz., 12 April 1394. Geertruyt, Johans wijf van Brienen, 9 Oct. 1395. Huider: Dirc, haer S0011. Henric van Brienen, door afstandt sijnre moeder Geertruden, Dirc dochter van Aller, Jans wijff van Brienen, mit Arent van der Lawyc, haren gecoren momber, 3 Juli 1410. ') Zie den meergenoemden staat zijner bezittingen. '') Kr lagen verscheidene gelijknamige goederen Bisloe, Bissel, Byssel, Bytsel, Bysle en Bossel onder Doornspijk, van welke er een behoorde aan het Kapittel van St. Pieter te l trecht, en een tweede te vinden is: Register op de leenaktenboeken van het Vorstendom Gelre en Graafschap Zutphen, Kwartier van Veluwe, No. 47 blz. 158; zie ook het slot van No. 20 Uitheemsche I,een('II, blz. 33. Geertruyt, Dirx dochter van Allar, Jans wijff van Brienen, 10 Aug. 1415. Huider: Dirck, haer soen. Idem, 3 Juli 1435. Johan van Brenen, 4 April 1457. Idem, 1 April 1475. Idem, 17 Aug. 1498. Wolter van Brenen, na dode Johan van Brenen, sijns vaders, 30 April 1502. Johan van Brenen, na dode Wolter van Brenen, sijns vaders, onmondig, 19 Maart 1514. Huider: Mr. Harman Haghen. Idem, onmondig 27 Oct. 1517. Huider: Pasman ten Holte. Idem, 11 Nov. 1526. Idem, 6 Juli 1529. Hendrik van Breenen, naer dode van Jan van Breenen, 8 Nov. 1559. Idem, plegte van 500 gld. ten behoeve van Arent Nooye, en verbind daarvoor een camp land genaamd Borgwold, behorende aan 't leen in capite, 20 Juni 1585. Jonker Jan van Brenen, na dode van Jonker Hendrik van Brenen, zijn vader, 19 Jan. 1605. Op versoek van Adriaan Ploos, heere tot Tienhoven, Oude Geyn, etc. 't leen in capite, tegenwoordig gepossideert bij Jonker Hendrik van Brienen, uyt do leenplichtigheyd ontslagen en in plaatse van dien seeker parceel allodiaal lands, groot omtrent vijff dammaten, gelegen tot Bunschoten en hem, Adriaan Ploos, competeerende, weder tot leen gemaakt, 7 Sept. 1627. 13. DOOKNSPIJK. De grove en smalle tienden te Bysel. Herbert van P u 11 h e n, omstreeks 1313 '). 14*. DOORNSPIJK. Den tienden to Wessinghen, smal ende grof, mit sijne toebehoeren, in den kerspel van Dorenspijc. Henryc Machoryssoen, omstreeks 1382. Machorys van Oldenelde, omstreeks 1390 2). Idem, 15 Mei 1394 3). Henric van Oldeneel, 26 April 1434. Idem, 24 Oct. 1457. *) Zie den meergenoemde» staat zijner bezittiugen. '2) Mr. Muller las verkeerdelijk : van Oldevelde. 3) Acte: vóór hem syn olders. Macharis van Oeldenneel, nae dode Henricks, sijns vaders, 4 Dec. 1458. Huider: Egbert van Oeldcnneel, siju oem endo momber tot sijnen mondigen dage. Idem, 9 Sept. 1502. Idem, 19 Oct. 1517. Johan ïhoenisz., door opdracht Macharis van Oldennyeell, 13 Dec. 1519. Dirck Jansz., nae doede Johan Thonisz., sijns vaders, 16 Juli 1557. Huider tot sinen mundigeu jaeren: Reyner van Doetinchem. Johan Bentinck, soe Dirck Jansz. mit Keyner van Doetinchem,sijnen gecoren momboir ende huider, des uuytgegaen is, eodem die. 15*. DOORNSPIJK. Den tiende to Wesinghe myt sinen toebehoren, gheleghen op Velu in Wesingher kerspel *). Jan S 1 o e t, omstreeks 1382. Idem, 27 April 1394. Folkier Sloet, na dode zijns vaders, 31 Juli 1409 2). 16. EDE. Alle alsulkc mannen ende tinsgoederen, so die gelegen zijn in den kerspele van Eede. Otto van Sc herpenzeel, 5 Febr. 1434. (ioedert van Scherpenzeel, na dode Otten van Scherpenzeel, zijn vader, 1 Aug. 1476. Gerrit van Scherpenzeel, genamt Palinck, na dode van Godert van Scherpenzeel, zijn vader, 1 April 1501. Allo alzulke mannen en tynsgoederen, zo die gelegen zijn in den kerspele van Eede; Butzeler 3) met die tweehorst van Wildenakker endo Wildernest; 6 mergen lands uyt Oldenbutzeler, geleegen in die Loenhorst, in den kerspel van Eeden. Gerrit van Scherpenzeel, genaamt Palink; met de ledige hand, 6 Aug. 1537. Verder zijn de beleeningen gelijk aan die sub 41. ') Zie de inleiding. *) In geen der verdere acten, die melding maken der andere leengoederen tegelijk waarmede dit verheven werd, komt het leen in capite voor. s) Welk Butzelaar dit is kan ik niet beslissen. Ook eene buurt ouder Ëameveld en een goed onder Scherpenzeel heetten aldus. 17*. ELBURG. Den smale tiende des hovcs toe Putten bij der Elborch '). Herbert van Putthen, omstreeks 1313 2). Pelgrym van Putte, omstreeks 1382. Idem, 6 Mei 1394. Alijt van Putte, 27 Mei 1434. Huider: Keynolt des Vos, oer man. Otta van Putten, AVillems wijd' van Langerak.soe Pelgrym van Putten, hoer vader, die te holden plach, 19 April 1436. Henrick die Vos Reinoltsz., nae dode Alijts van Putte, Reyn vors. wijf, zijnre moeder, 2 Aug. 1450. Idem, 20 April 1457. Herman de Vos van Steen wijnc-k, nae dode Henrix de Vos van Steenwijncx, sjjns vaders, 5 Juli 1478. Idem, 21 April 1500. Frans de Vos van Steenwijck, nae doede Herman de Vos van Steenwijck, sijns broeders, 8 Febr. 1507. Margrete, Frans de Vossen dochter van Steenwijck, weduwe Ottens van Haefften, 21 Maart 1552. Huider: Johan Knoppert. Willem van Haeften 3). Otto van Haeften, nae doode Willems van Haeften, zijns vaders, 26 Nov. 1574. Willem van Haeften, nae doede Otto van Haeften, sijnes vaders, 24 Mei 1611. Johan van Haefften, nae dode Willem van Haefften, sijnes broeders, 16 Maart 1623. Otto van Haeften, minderjarich, nae dode Joan van Haeften, sijnes vaders, 26 Aug. 1637. Huider: Willem van Wijnbergen. Willem van Haeften, nae dode Otto van Haeften, sijnes broeders, 19 Maart 1647. Megtelt Agnes Schaap, 10 April 1685. Huider: Wolter Jan Schaap, haar broeder 4). Juriana Cunera Eodrica van Lennep, ingevolge maeggescheyd van 28 Dec. 1719, na doode van Megtelt Agnies Schaep, haar moeder 4), 24 Jan. 1720. Huider: Peter van Megen. Christoffer Daniël van Coeverden toe Ilande laat als volmagtigde van Jurriana Cunera Rodrica van Lennep, sijne eheliefste, geadsisteert met Jan van Enck, het verkoopcontract met (Jeorg Warner . Jacob van Lennip, heere van Putten, haren broeder, approbeeren, 21 April 1730. ') Behalve andere in dit werk opgenomen ieenen werden tegelijkertijd verhoven : «een tiendeken op ter Horst gmff ende smal" (I.oenen V) en „den tiende toe Brakel groff ende smal" (Betuwe? en welk Brakel?) *) Volgens den meergenoemden staat zijner bezittingen. a) Zijne beleening heb ik niet gevonden; indien zij is geschied, moet het omstreeks 1555 geweest zijn. Hjj was een zoon van Margaretha. 'J Waarschijnlijk ontbreekt tusschen 1617 en 1(585 de beleening van Johan van Haeften, den zoon van Willem, en wel omstreeks 1681. He acte van 1685 vermeldt niet op grond van welk recht M. A. Schaap beleend werd, maar dit is geschied, omdat zij in eerste huwelijk met Johan van Haeften gehuwd was; haar tweede echtgenoot was Christiaan van Lennep. Idem, als volmachtiger van Georgh Warner Jacob van Lennip, inge- volge geapprobeerde koop en refutatie, eodem die. Mr. Rudolph Sandberg laat als volmagtiger van Johanna Catharina Elisabeth van Lennip, douarière van Lennep, baar testament, 16 Sept. 1765 voor schepenen der stadt Elburg gepasseert, approbeeren, 9 Oct. 1765. Vergelijk verder de beleeningen sub 18*. 18*. ELBURG. De Iheenkaamer van den huise Putten, voor soo verre die aan de provincie Overijssel lheenborig is. Arent Christiaan van Coeverden, naa doode van Johanna Catharina Elisabet van Lennep, 1 April 1774. Hendrikje van Pikeren, gent. van Lennep, weduwe van Arent Christiaan van Coeverden tot Putten, voor zich en als moeder en legitime voogdesse van haare minderjarige kinderen, geassisteert met Mr. Jan Rijkert stelt, als eigenaresse van de voor deezen leenkamere van den huize en hofstat tot Putten met hooge len eege landen, alle recht en toebehoren, dat goed in Oostendorp met zijn toebehoor, 36 leenmannen, den thins in den hof te Putten, die men jaarlijks betaald op Martini in de winter; die horige luyden ten Oostenwolde met hunnen toebehoor, den hof toe Putten, bij Ermel geleegen, met de horige luyden en den thins daarinne gehorende, met alle zijne toebehoren, den molewint binnen de cluften van Doornspijk en Elburg, die aecijs in het Oldebroek, Oostenwolde en Doornspijker cluft, wat bier metter gruit niet gegruit en word, daarvan te neemen als boven en beneeden, dat gerigte toe Drempt, in de voormalige graafschap Zutphen geleegen, geheyten Schottinge, ende alle andere perceelen en goederen, die uit den voornoemden goeden buiten consent des voorvorsten verset ofte verbragt mogten zijn, 1). Hoefhamer, secretaris van Elburg, aan, omine gedurende de minderjarigheid van haare kinderen den post van leengriffier van opgedagte geweezen leenkamere van den huize en hofstad tot Putten met den aankleve van dien waar te neemen, 13 Juli 1799. !). Eadem, geassisteert met Jan Rijkerts, authoriseert Mr. Hendrik Antoni Julien, oud-burgenneester der stad Elburg, om haar persoon met relatie tot de Puttensche leenkamer te vertreden, 24 Juli 1799 x). ') Deze beide acten werden geregistreerd 2 April 1800. Oj> den kant staat: „(In margarine stond) geregistreerd ten leenregister en geinsereert ten leenprothocolle van Gelderland de 24 Juli 1799. w. g. R. Tulleken." Tegelijk met deze acten liet de douairière van Coeverden eene acte van 10 Juni 1799 registreeren, waarbij zij Mr. H. A. Julien bovengen, machtigde voor haar op te treden, tam in judicio c|uam extra judicium. Op den kant: „(In margine stond) Registratuni in het Veluwsche leenregister fol. 26 en 20 $■ 1, den 27 Juni 1799. w. g. R. Tulleken". Vgl. Register op de leenaktenboeken van Uelre en Zutphen, Veluwe 46", blz. 153 vv. 19*. ELBUKG. Den tienden van der Elborch, grof ende smal, mit al sinen toebehoren. Jan van Cue 11 re, ridder, omstreeks 1382. 20. ELBURG. Een tiend boven Eket. Herbert vau Putthen, omstreeks 1313 l). 21*. ELBUKG. Enen tiende ter Elborch in Veluwe. Gerd Guedinck, omstreeks 1382. Idem 2), 28 April 1394. Evert Guezing, na dode zijns vaders, 27 Febr. 1395. Elsebeel, Ernst wijff van Ysselmuden, nae dode boirs broeders, 18 Mei 1411. Huider: Ernst van Ysselmuden, hoir man. Lambert van Yselmueden, na doide sijnre moder, 7 Oct. 1422. WolffWolterszoen, 15 Oct. 1456 3). Idem, 15 Sept. 1457. Wolter Wolffsz., nae doede Wolff Woltersz., sijns vaders, 10 Dec. 1496. Jolian Wolffsz., nae doede Wolter Wolffsz., sijns vaders, 14 Oct. 1513. Idem, 9 Jan. 1518. Idem, 20 Jan. 1525. Idem, 28 Oct. 1532. Wolter Wolffsz., na dode Jolian Wolffsz., sins vaders, 23 April 1538. Idem, 28 Febr. 1558. Henderick de Wol ff.s van Westenraede, nae doode Wol ter de Wolffs van Westenraede, sijns broeders, 29 Oct. 1573. Philibert de Wolffs, na dode Hendrick de Wolffs, sijnes vaders, 27 Sept. 1592. Hendrick van Brenen Woltersz., gelijck Philibert de Wolffsdaervan uuytgegaen is, eodem die. Wolter van Brenen, nae dode Henrick van Brenen, sijnes vaders, 1 Dec. 1626. . Zie den meergenoemden staat zijner bezittingen. * Acte: Guedsing. 3) De acte meldt niet, hoe hij aan dit leen is gekomen, doch dc benaming stelt ontwijfelbaar vast, dat het 'tzelfde is : Goesynger thiende, groff ende small, mitten manschappen ende allen hoeren toebehoren, alse die gelegen is bij der Elborch. Idem, colonel ende gouverneur tott Embrich, laat door Rudolph van Steenwyck, capitein ende commendent tot Swolle, na verleent octroy, sijne dispositie x) approbeeren, 11 Juli 1642. Wolter van Brenen, noch onmundich, nae dode Wolters van Brenen, sijnes vaders, 18 Jan. 1649. Huider ende momber: Kudolph van Steenwick, commendeur tot Swoll, sijn oom. Gerrit de Wolfs, nae dode Philibert de Wolfs, sijnes vaders, 20 Mei 1654. Charlotte van Brienen *), huisvrou van Frans van Linden toe Hemmen, Blitterswgk, etc., 3 Jan. 1688. Huider: Lambert Klinkenberg. 22. ELSPEET. Een tiend te Elspit. Herbert van Putthen, omstreeks 1313 3). 23*- EPE. Den hof ten Over 4) mit al sijnen toebehoren, gelegen op Velue, in den kerspel van Epe. Zeyne van Dorth, omstreeks 1325 5). Henric van Dorrete, ridder, omstreeks 1382. Alart van Jamerloe, door opdracht Henrix van Dorrete, ridders, omstreeks 1390. Agnesa, heren Henricx dochter van Darte, Wolters wijff van Doernic Herberensz., 14 Maart 1398 ü). Dirc van Dorrete, so Neze, Wolters echte wijff van Dornick Herbrants soen, des uutgegaen is, 19 Febr. 1403. Dit leen is gewisselt om tgoit te Meyerinck, gelegen in den kerspel van Baetmen 7). ') lil dato 22 Maart 1024, behelzende, dat zijne vrouw, Klberich van Bueren liet vruchtgebruik zou hebben, maar 't in eigendom zou komen aan Wolter van Brenen zijnen zoon. ' *) Hare ouders waren Wolter van Brienen en Klbrich van Buren. 3) Zie den meergenoemden staat zijner bezittingen. 4) Meestal komt deze hof voor onder den naam Hoenover. r') Volgens de „Schatting van den Lande van Gelre voor de Veluwe", uitgegeven door den heer P. N. van Doorninck (1905), was in het begin der Hde eeuw een zekere Zeyne, wiens achternaam in het handschrift onleesbaar schijnt te zijn, eigenaar van Hoenover.' Neemt men in aanmerking, dat zoowel de vader als de grootvader van lieer Henric van Dorrete, die omstreeks 1382 eigenaar was, Zeino heetten, dan is de veronderstelling zeker niet gewaagd, dat de onleesbare naam „van Dorth" zal zijn. 'l Deze beleening is te vinden in het Stichtsche leenregister. In het „Oorkondeuboek van liet Geslacht Doornick of Doorninck" wordt de acte ten onrechte op 15 Maart gesteld. ') De beleeuingen met Meyerinck (Overijssel) zijn gelijk aan die met den hof te Dorth; zie Kwartier van Zutphen G\ 24. ERMELOO. De cijnsen, welke op 30 November te Ermlo betaald worden, en de cijnsplichtigen. Herbert van Putthen, omstreeks 1313 1). 25*. ERMELOO. Den tienden, groff ende smal, mit allen sijnen toebehoren, gelegen in der buerscap van Telliclit, in den kerspel van Ermeloe. Herbert van Putthen, omstreeks 1313 l). Pelgrym van Putte, omstreekst 1382. Idem, 6 Mei 1394. Katherine van Putten, so Pelgrym van Putten, liaer vader, des uutgegaen is, 2.Tunil409. Huider: Roebert van Apelteren, ridder2). Eadem, weduwe Hughen van den Broeke, haer aengecomen van Pelgrim van Putten, horen vader, 21 Juni 1439. Huider: Jacob van Scherpenzeel. Gerit van den Broeck, nae dode Katheryne van Putten, sijnre moeder, wedue heren Roberts van Apeldoern, 23 Juni 1449. Henric die Vos van Steen w ij c k, so Gerit van den Broeck des uutgegaen is, eodem die. Idem, 20 April 1457. Johan die W ij s e, de helft, door opdracht van Henric die Vos van Steenwijck, 17 Febr. 1459 3). Idem lijftocht Wendelmoet, sijn echten wijve, eodem die. Willem die Wijse, nae dode Johans die Wijse, sijns vaders, 9 Febr. 1488. Idem lijftocht Jacob Gerytszoons dogter, sijn wijf, aen de helft, eodem die. Goert die Wijse, nae doede Willems die Wijse, zijns vaders, 11 Mei 1526. Idem, 17 Maart 1530. Elisabeth de Wijse, na doede Goert die Wijse, huers vaeders, 9 üec. 1550. Huider: Cornelis Hesselsz.. Eadem, 23 Febr. 1555. Huider: Anthonis Brant4). Eadem, 27 Sept. 1557. Huider: Johan van Westrenen, oir man. Aleyt de Wijse, Jacobs dochter, dat vierdedeel, soe Elisabeth de Wijse des uuytgcgaen is, eodem die. Huider: Roloff Jansz., oir man. Herman van Holt, volmechtiger van Truitgen Roeloffs van W i c k e rs 1 o e t 5), 20 Aug. 1608. Laurens Huigens Poortman, als man ende momber van Geertruid de Wijse, 15 Aug. 1615. ') Zie den meergenoemden staat zijner bezittingen. ") Haar man. Ondanks deze overdracht blijven de beleeningen met de gebeele tienden van Tcllicht doorgaan evenals 17". 4) Cornelis Hesselsz. was toen overleden (acte). 5) Roelof van Wyckersloot en Roloff Jausz. (1557) zijn identiek. Arent Arentssen, als volmachtiger van Henrick Botter van Snelle n b o r c li, nair dode van Truitgen Roelofs van Wyckersloot, 24 Aug. 1615. Idem '), volmachtiger van Evert van Mulenborch, curator over de onmundige geïnstitueerde erfgenamen van zaliger Jacob Roeloffsz. van Wyckersloet, ten behouve van Cornelis de Wijse Jansz., als oudste erfgenaem van Jacob voorn., nair dode Truyckcn ltoelofs van Wyckersloet, 13 Mei 1616. Johan Loeuloffs, als volmechtiger van Henric van Essen, gelijck Geertruit de Wijse met Laurents Hugens Poortman des uytgegaen is, 13 Juli 1621. Johan van Haersolte, als volmachtiger van Henrick van Essen, den alingen tienden, 24 Jan. 1624. Swier van Haersolte, rentmeester-generael van Sallandt, maakt te leen sijn havesate ende huys to Haerst, daervoer van leenplicht ontslage het leen in capite van Henrick van Essen, raet des furstendonips Gelre ende graeffschaps Sutphen, die het sal mogen besitten, erven ende genieten als vrij ende allodiael goet, 25 Juli 1627. Idem 2), 5 Dec. 1628. Afgespleten van 25*. 25 § 1*. EEMELOO. Dat vierendeel van den geheelen thienden, groff ende smal, mit allen zijnen toebehoren, gelegen in der buerscap van Tellicht, in den kerspel van Ermeloe. Evert d e W ij s e, soe Elisabeth de Wijse des uuytgegaon is, 27 Sept. 1557. Geertruit de Wijse, na dode Evert de Wijse, liares vaders, 20 Febr. 1601. Huider: Laurents Huigensen, haer man. Eadem, met haren momber Johan van Tongeren, borgemeester der stadt Zwolle, betuchtigt Laurens Huygens, haar man 3), 9 Febr. 1614. Henrick v a n 11 h ij n Cornelisson, als Laurens Huygens, als momber van Geertruit de Wijse, des uitgegaen is, 23 Mei 1614. Christopher Henricx, gelijck Henrick van Rhijn Cornelisson is uytgegaen, 23 Juni 1622. Johan van Haersolte, als volmachtiger van Christoffer Hendricx, gaet er uyt ende beleent als volmachtiger van Henrick van Essen, 24 Jan. 1624. Verder zijn de beleeningen gelijk aan die sub 25*. *) Zijn achternaam was: Louw (acte). Het testament van Jacob v. Wyckersloet, in dato 17 Mei 1007, was gebaseerd op het hem IS Sopt. 1005 verleende octrooi (acte). *) Zijne vrouw was: Jolianna van Doornick (acte). a) Geertruid en Laurens woonden te Amersfoort (acte). Afgespleten van 25*. 25 § 2*. ERMELOO. I)e helft der tienden, groff ende smal, mit allen sijnen toebehoren, gelogen in der buerscap van Tellicht, in den kerspel van Ermeloe. Jacob van Bylar, door opdracht Henrix die Vos van Steenw jj c k, 17 Febr. 1459. Idem, 13 Jan. 1480. Henric van Bylar, door opdracht Jacobs van Bylar, sijns vaders, behoudens zijnen lijftocht en dien van Aleit, Willem Henrixzoons dogter, sijnen echten wijve, eodem die. Idem lijftocht Weyme van Herdevelt, sijn wijf, aen de helft, 4 Sept. 1484. Idem, 29 Juli 1497. Mr. Jacob vann Bylaer, na dode Hendricks vann Bylaers, zijns oems, 7 Nov. 1528. Huider: Cornelis van Bylaer, zijn lieve l). Her Andries van Bylaer, Cornelis van Bylaer ende Eycout van Bylaer, gebroederen, elcken van lum voer een rechte derdendeel, soe Mr. Jacob van Bylaer mit zijnen momber des uuytgegaen is, 15 Nov. 1528. Huider voer her Andries van Bylaer: Henrick Henricxz.. Splinter van Westrienen, tot behoeff van Cornelis van Bylaer, nae doede heren Andries van Bylaer ende Ryckout van Bylaer, gebruederen, bij versterff, 18 Oct. 1541. Jacob van Bylaer, nae doede Cornelis van Bylaer, sijns vaders, 6 April 1546. Johan van Eek, tot behoeff van Margriete van Bylaer, sijnre liuysfrouwen, nae doode Jacob van Bylaer, oeres broeders, 23 Sept. 1569. Gertruyt Poyten, Cornelis van Bylars weduwe2), 27 Sept. 1569. Huider: Arendt van Laurenborch. Rartholomeus van Eek, nae doode Margrieta van Bylar, sijnre moeder, 23 Oct. 1573. Arent Jansz. van Laurenborch, soe Bartholomeus van Eek ende Gertruidt Poyten, weduwe Cornelis van Bylar, mit Evert Reyners, oiren gecoren momber, des uuytgegaen is 3), behoudens haren lijftocht, 29 Nov. 1577. Aeltgen van Laurenborch, na dode Aert van Laurenborch, hares vaders, 19 Sept. 1592. Cornelis Evertsen, volmechtiger van Alijtt van Laurenborch, Aerts dochter, lijftuchtigt uyt kracht van seeckere hiliexvorwerden Ernest van Ommeren, haren man 4), 9 Dec. 1602. Alijt van Laurenborch, 26 Juni 1604. Huider: Ernst van Ommeren, haer man ende momber. ') Acte: die hem overmits-, dat hij priester es, gegeven es geweest tot een momber. ") Acte: uth craft eenes testaments bij oiren soene Jacob van Bylaer, van date 2 Juli 159, ende uth craft van octroy, verleend 27 Juni 1569. 3) Onder voorwaarde, dat 't na zijnen dood en dien van juffer Alijt van Bylaer, zijne huisvrouw, zal komen en erven op Alijt, beider dochter, en in geval die zonder kinderen komt te overlijden, op Steven, zoon van Aert en Alijt voornd.; indien ook deze kinderloos sterft, moet 't leen komen aan de kinderen van Cornelis van Bylaer en üeertruyt Poyt (acte). 4) Opmerking verdient de toevoeging in de acte: na usantie ende costume van Veluwen. Gerhart van tier Horst, als volmechtiger van Ernst van Ommeren, als vader ende momber van Wynandt van Ommeren, sijnen olsten shoon, sampt van sijne andere kinderen, geprocreërt bij Alhijt van Laurenboreh, gaet er uyt ende beleent ten behouve endo als volmechtiger van Henrick van Essen, 24 Aug. 1622. Verder zijn de beleeningen gelijk aan die sub 25*. 26. GARDEREN. Den tienden te Speulde, gelegen in Veluwe, in den kerspel van Gherderen, mit sijnen toebehoren. Robert van Doren weerde, omstreeks 1385. Idem, 29 .Tan. 1394. Idem, her Robert van W i s s c h e, Wouter van Doernyng, Dirc van Wissche, Johanna van Ho moet ende Henric van Homoet]). Wolter van Dornick, na dode Roberts van den Dorenweert, 22 Oct. 1411. Her Robert van Wische, proist tot Eist, na doide Rubberts van den Dorcnwerde, 11 Nov. 1412. Reynold van Horaoete, heer ten Doerweert, 22 Mei 1435. Otto van Doernynck, na dode van Wolter van Doernynck, selygen Otten soen, 25 Aug. 1446. Idem, 25 Juni 1474. Otte van Doernic Ottensz., door opdracht Otto van Doernic Woltersz., sijns vaders, eodem die. ') Volgens een los blaadje in liet leeiiactenbock, zonder dagteekening, en tegenwoordig ongetwijfeld een tiental jaren te ver liggende. Uit liet volgende staatje kan men zien, hoe 't komt, dat deze personen te zamen gerechtigd waren de beleening aan te vragen. Robbert van Appeltern, ridder. I Geertruid van Appeltern, tr. Hendrik van den Dorenweerd, ridder. I Agnos van Appeltern, tr. Dirk, heer van Wisch, ridder. Robbert van den Dorenwoerd, tr. Jutta van Asperen. i .. van den Doren weerd, tr. Wolter van Doornick. Arnt van den Dorenweerd, tr. i Hendrik, heer van Wisch, tr. Elisabetli van lironckhorst, die hertr. mot Johan van Homoet, ridder. 1 I Dirk, lieer van Wisch. Robbert van Wisch, proost te Eist (van S p a e n noemt hem ten onrechte ridder). Stevina, vr. van Wisch, tr. Hendrik van Homoet, ridder. 27*. HATTEM. Dat guet to OverhofF mit al sijne tobebore, gelegen iii den kerspel van Hattem. Aleyt van Overhof, omstreeks 1382. Huider: Daem van Amestelle. Eadem, Nov. 1393. Ilulder: Bertolt van Eek. Jühan Hadokint, Bernds soen, als hem angestorven is van Aleiden van Overlioff, sijnre aldermoder, 17 Nov. 1397. Zweder Hadokint, 3 Deo. 1399. Herman van Koppel, ridder, als Sweder Hadeking des uutgegaen is, 11 Juni 1407. Speis, uut den lande van Gulieh, tot behueff mijns beren van Gulich ende van Gel re 1). Derix guet van Heteren, side ende hoge, mit alle sine toebehoere, dat Ludeken van Eerde plach te wesen, gheleghen in den kerspel van Hattem 2). Wenemer 15 a s t die jonge, omstreeks 1390. Idem, 15 Mei 1394. Macharys van 01 den el de, 23 Juni 1394. Johan Smyt, Willem Smyts soen, de helft, welke helft Willem Smyt toe sijns soens behoef updroech, 28 Juli 1394. Roloff, Willem Smeeds zoen, na dode Johan, Willem Smeeds soen, sijns broeders, de helft, 16 Jan. 1400. Lummoet, Wenemer Bast dochter, 1402. Eadem, 2 Maart 1403. Henric S c h e e 1 e n ende Katherine 3), sine wijve, als Lummoet, Wolters wijft' van Zudenae, des uutgegaen is, 11 Mei 1409. Deric Schelen ende Katherine, sijnre moeder, ieder de helft, 24 Aug. 1416. Deric huider voor zijne moeder. Johan Schele, 1433. Dat guet, dat Goederts kinder van der Eze toe behoren plach, dat Alfar des Ruters plach te wesen, gelegen in den kerspel van Hattem, over zyde ende hoeghe, alse dat gelegen is. Dat guet, dat olde Lubbert Voerns plach te hoeren, gelegen in den kerspel van Hattem, over zyde ende hoeghe. Tguet, dat Lubbert Voerns wijff plach te wesen, gelegen in den kerspel van Hattem, mit side ende hoghe. Roeloff van Oestenwolde, 27 April 1394 4). ') Zonder dagteekening; ingeschreven onder de vorige acte. -) Vgl. Register op de leenaktenboeken van Gelre en Zutphen. Veluwe, blz. 199. Zij was ook eene dochter van Wenemar Bast. 4) In deze acte heet het eerste goed nog: „dat Goerts kinder van der Eze toebehoert." 28*. HATTEM. 29*. HATTEM, Gerit, Roelofs dochter, nae dode hoers vaders, 30 Aug. 1394. Huider: Boldewijn van der Eze. Eadem, weduwe, 24 Jan. 1408. Huider: Derick Borchgreve. Eadem, weduwe, 21 Dec. 1433. Huider: Johan van den Cloester, die Jonge. Mechtelt, Roelofs dochter van Oestenwolde, wedue Johans van Sonenberch, nae dode Geryts, Koelofs dochter van Oestenwolde, hoere zuster, 10 Nov. 1448. Huider: Henric van Oestenwolde. Koeloff van den Cloester, nae dode Johans van den Cloester, sijns broeders, 24 Juli 1471. Johan van den Cloester, nae dode llolefs van den Cloester, sijns oehems, 5 Aug. 1487. Roeloff van den Cloester, nae dode Johans van den Cloester, siins broeders, 26 Juli 1491. Herman van den Cloester, door opdracht Roeloffs van den Cloester, zijns broeders, eodem die. Rijnalt van den Cloester, nae dode Hermans van den Cloester, sijns vaders 22 Sept. 1495. Idem, 5 Juni 1497. Idem, 13 Dec. 1517. Idem, 31 Oct. 1541. Johan van den Cloester, na doede Reynolt van den Cloester, siins vaders, 16 April 1551. Idem, 12 Juni 1557. 30*. HATTEM. Den tiende to Hattem mit sinen toebehoren. Jan van Boe horst, omstreeks 1382. Idem, de helft, 1393. Bertolt van Eek, als Johan van Buchorst des uutgegaen is M, 9 Mei 1406. 31. HEELSUM. De tienden tot Hirten -) ende de tienden tot Heelzem in Velu, mit allen horen toebehoeren. Dirc, here van L i e n d e n. Lijsbeth, dochter heren Jans, here van Lyenden, vrouwe van Hoekelem ende van Millingen 3), overmits dode Dircs, here van Lienden, 23 Juli 1409. Verder zijn de beleeningen gelijk aan die sub 11, Kwartier van Nijmegen. ') Acte : dair m ij » li e r e van G e 1 r e dat wederpert heeft. '-) Tegenwoordig: Harten, buurt onder Renkum. 3) Zij was weduwe van Otto van A r k e 1, heer van Heukelom. 32*. HEEKDE. Den tiende to Heerde, groff ende smal, mit sinen toebehoren 1). Herbert van P u 11 h e n , omstreeks 1313 2). Pelgrym van 1'ütte, omstreeks 1382. Idem, 6 Mei 1394. Aleyd, Eeynoltt V o s s wijf, die Pelegryme dochter van Putten was, hoir angecomen van sinen doide, 15 Juni 1419. Huider: Pelegrym van Kutenberghe. Otto van Langeraeck, Pelegryms dochter van Putten, hoer angecomen van sinen doide, 14 Juni 1420. Huider: Willem van Langraeck, hoir man. Eadem, 19 April 1436. Henric die Vos van Steenwijck, 20 April 1457. Herman de Vos van Steenwijnck, nae dode Henrix de Vos van Steenwijnx, sijns vaders, 5 Juli 1478. Idem, 21 April 1500. Frans de Vos van Steenwijck, nae doede Hermans de Vos van Steenwijck, sijns broeders, 8 Febr. 1507. Peter D o y s s, soe Frans die Vos van Steenwijck des uuthgegaen is, eodem die. Mr. Gerlacli Doyss, nae dode Peter Doyss, sijns vaders, 15 April 1512. Idem, 9 Oct. 1517. Idem, 16 Jan. 1525. Idem, 25 Aug. 1532. Idem, 18 Mei 1557. Arent Doys, nae doede Mr. Gerlich Doys, sijns oldevaders, 10 Oct. 1560. Huider tot sijnen inundigen dagen: Gerrit Crijt. Heer Peter Doys, deken der collegiaelder kercken van St. Lebuynus binnen Deventer 3), eodem die. Huider: Peter ten Holte. Johan Cockman, tot behoeft' jufter Sopliia Cockmans, nagelatene weduwe van Arent Doys, met Wyllem Doys, schultis toe Deventer, alse moder, ohem ende mombers van Arendt Doys, omnondich, nhae doede oires vaders, oick Arendt Doys genoempt, 11 Juli 1582. Idem, als volmechtiger van Arnolda Doys, echte huysfrouw van Gerhard K r ij d t, betuchtiget Gerard Krijdt voornd., 22 Maart 1600. Gerhard Krijdt, nae doode Arnolda Doys, sijnes moeders, 21 Jan. 1668. Idem tot Vosbergen krijgt consent dit leen te beswaren met een summa van 10000 gl., 31 Mei 1704. Golda Arnolda Krijt, weduwe Wijnbergen, na wijlen haar broeder, 18 Mei 1713. Hulder: lïobert van Keppel toe Dingshóff. ') Latere acten hebben daarenboven: ende die hoffsteden bij der kerken gelegen. Zie den meergenoeniden staat zijner bezittingen. ') Uit eene andere acte blijkt, dat bij een zoon van Mr. Uerlach Doys was. Eadem, octroy, eodem die '). Dr. Arnold Bouwer laat als volmagtigde van Alphert Stuyrman tot Stoltenbergli, als getronwt aan Anna Sophia Krijt tot Spijkerbos, 11a doode van liolda Arnolda Krijt, douarière van Wijnbergen, bet testament van G. A. Krijt, 10 Nov. 1713 te Olst opgeright, registreereu 2), 26 Dcc. 1720. De grove tiinde uyt den camp van Cornelis Jans, do hofstede Brouwerscamp, de ramp van Herent van Marlo, wagtinoester, en Berent van Marle, brouwers, het Brekland van Willem van Marle; voorts uyt het land beginnende van 1'uttens brugge tot aan den lioff van Harmen de Wever, bijlanghs de gemeene straete en schietende vandaer over de Doelenbeeke tot aan de tiinde van de heer van Galen zaliger tot aan de allee, mitsgaders uit het lange slag en liet land schietende van den kerkendijk langs door de Hagencampen tot en in dat erve, daar Jan Plokmeyer woont, soo en in dier voegen als het van ouwts getient en verpagt is geweest; en eyndelijk uyt den Breeken en al wat over de Grift ligt, waartoe mede sal behoren al hetgeene over de Grift naderhand mogt besayt worden, in een tiend genaemt het Heerderbroek, soo als bij resolutie van Ridderschap en steden in dato 22 April 1711 en 29 Dec. 1713 bij do Gedeputeerde Staten tot een lheen bij permutatie is geaceordeert en aangenomen onder vrijlatinge van de tiinde van de Heerdertiinde onder Heerderdorper enk, oostwaerts gelegen aan de Grift, zuydwaerts en westwaerts schietende aan de weg, gaende 11a het Heerder dorp en noordwaerts aen een acker sayland, toekomende Hendrik Gerrits Raedemaker, en aen de hoff van Daniël van Marle, en voorts hetgeene over de Grift gelegen is, gaende uyt de helfte van de blieken daar aan gelegen 1111, hetwelk mids desen van de leenplightigheid word ontslagen en voor aangetrokken tiinde uyt den Breeken weder tot leen, ingevolge meergenoemde resolutie, aangenomen. Roebert van Keppel tot Dingshoff, als man ende momber van Judith Geertruyd Krijt, sijne huysvruuw, ingevolge maeggescheid, na doode van de weduwe van Wijnbergen, 28 Febr. 1721. Christiaan Fabius, procurator tot Zwolle, laat als volmagtigde van Gijsbertus Krijt, mitsgaders van Alphert Stuirman en Anna Sophia Krijt, eheluiden, het verkoopcontract van twee derde parten in den groven Heerdertiende en den gehelen Heerder smallen tiende approbeeren, 31 Mei 1729. Idem, als volmaehtiger van Mr. Jacob Winter van de Graaff endeReinera Geertruid Persoon, eheluiden, uyt kragte van koop, eodem die. ') Zie met het 00? op dit octrooi de acte van 5 Maart 1781, waarin melding wordt gemaakt van een niet geregistreerd hypothecair verband. ') I11 dit testament stelde zij: tot haer eenigo en universele erfgenam liaer saligeu broeders, wijlen den heer van Spijkerbos, kinderen, met name: Judith Geertruyd Krijt, ehevrouw van Roebert, baron van Keppel, lieutenant-collonel en heer van Dingshoff, neffens Gijsbertus Krijt en Anna Sophia Krijt. Ingeval van vooroverlijden zouden de kinderen eventueel in de plaats hunner ouders komen. Spijkerbos lag onder Olst volgens de dagteekening van het testament. De tiende tot fleerde uyt den Asseildorper- en Homerenek (acte). Jacob do Graaf, als gevolmagtigde van Reiniera Geertruy Persoon, weduwe van Jacob Winter van de Graaf, voor haar zelve en als moeder en wettige voogdesse haarer onmundige kinderen 1), als gevolmagtigde van Petronella Christina van de Graaft', en als gesubstitueerde gevolmagtigde van Antony van de Graaft', meerderjaarige kinderen, vermits het overlijden van Jacob Winter van de Graaf, 4 Sept. 1753. Idein (Mr.), sooals hem bij erfmaagscheyd, in dato 27Nov. 1769, istoegedeelt, 13 April 1770. Idem laat zijne huwelijkse voorwaarden, in dato 27 Maart 1756, approbeeren, en oetrooy, eodem die. Idem laat het verband van 31 Mei 1704 en een tweede van 7 Maart 1719, groot 800 gld., opgenomen door Robbert van Keppel, heer van Dingshof, als volmachtiger vau Golda Arnolda Krijt, douarière van Wijnbergen, van Adam Persoon, predikant te Deventer, royeeren, 5 Maart 1781 -). 33*. HEERDE. Den tiende, die gelegen is in Heerder kerspel in Veluwe, groff ende smal, gelegen op Mercklederenge; to viif marken 3). Lemmyken Alferts, omstreeks 1382. Johan van Yselmuden, anders geheiten Roden Koe,28 April 1394. Johan Raden Kockessoen, 26 Oct. 1395. Huider: Lambert van Yselmuden. Henric van Essen, so Alpher van Yselmuden des uutgegaan is, 1 April 1440. Idem, 21 April 1457. Marie, Henrix wijff van Essen, soe Henric vau Essen, hoir man, der uutgegaen is, eodem die. Huider: Willem van Essen. Gert van Essen, nae dodo Marie, Henrix wijft' van Essen, sijnre moeder, 1 Febr. 1491. Pelgrim de Vos van S t een wij ck *), so Gert van Essen des uutgegaen is, eodem die. Idem lijftocht Joest, Gerts wijff van Essen, na diens dood 20 mud rogge, eodem die. ') t. w.: Hcribert, Cornelis, Christina Margaretha en Adam (acte). ) Uit lieze acte blijkt, dat Jacob krachtens de in de acte van 1770 vernielde boedelscheiding zijner ouders niet alleen eigenaar is geworden van het leen in capite, maar ook van het derdedeel der Heerdertieude, 3 Oct. 1721 van de leenplicht ontslagen en 30 April 1722 aangekocht door Adam Persoon. Verder wordt er in melding gemaakt der boedelscheiding van Adam Persoon, 3 Dee. 1729, tusschen Antony Johannes Persoon en Jacob Winter van de Graaf, als in huwelijk hebbende Reiniera Geertruid Persoon, waarbij dat allodiale derdedeel werd toebedeeld aan het laatstgenoemde echtpaar, dat door koop van Gijsbertus Krijt tot Spijkerbos en Altert Stuurman tot den Steltenberg op 1 Juni 1729 (!) reeds eigenaar was geworden van de beide andere derdedeelen. Mr. Jacob van de Graaft', oud ontfanger van het Twenthe, kocht 18 Febr. 1797 de lecnplichtigheid af voor 200 gld. 3) Mr. Muller zag de aanduiding van het heergewaad voor die der plaats aan en las dienovereenkomstig: to Viifmarken. In de uitgegeven lijst volgen deze woorden onmiddellijk op tiende, hetgeen ongetwijfeld de verkeerde opvatting deed ontstaan. Mercklede is het tegenwoordige Markluiden. 4) In de acte is Steenwijck doorgehaald en daarboven Putten geschreven. 34'». HEERDE. Den tiende to Wapenvelde, to Hierde, grof ende smal. Ileylwych van Voerst, omstreeks 1382. Sweder van Voerst, omstreeks 1385. Huider als een momber: Sweder van Rechter. 35. NUNSI'EET. Een tiend te Nunspen. Herbert van Putthen, omstreeks 1313 1). 36*. OENE. Dat goet ter Zuydwijck, mit al sinen toebehoren, dat gheleghen is in Veluwe, in den kerspel van Oene 2). Jan Creye, omstreeks 1382. Idem 3), 11 Maart 1394. Geryt ten B u s s e h e, als Johan Krede des uutgegaen is, 11 Aug. 1410. Arent ten Voerde ge heiten Voert man, so Geryt ten Bussche des uutgegaen is, 24 Juni 1415. Idem, 24 April 1434. Helmich ten Voerde, nae dode Aemts ten Voerde, sijns vaders, 1 Mei 1448. Willam ten Voirde, nae dode Helmichs ten Voerde, sijns broeders, 29 Dec. 1449. Idem, 21 April 1457. Herman ten Voerde, 2 Nov. 1487. Dierich ten Voorde, 4 Juli 1533. lierman ten Voerde, wedewe Albert van der Zeede, nae doede Dirichs ten Voerde, huers broeders, 19 Aug. 1547. Hulder: Hessel van Averenck. Eadem, 15 Mei 1557. Hulder: idem. Johan van der Seede, nae doode Herman ten Voirde, sijnre moeder, 18 Juli 1569. Albert van Huls en, 10 Sept. 1603 4). Arend de Ruyter, anders genaamd Coesveld, door opdracht van hemzelfs vermits voorgaande verzuym, 3 Jan. 1604 5). Mr. Gerrit van Ruempst, als volmachtiger van Aemt de Ruyter, anders van Coosvelt gent., die daarin lijftocht Anna van Laer, siju liuysvrouw, eodem die 5). ') Zie den meergenoemden staat zijner bezittingen. '-) In de door Mr. S. Muller Fz. uitgegeven lijst van leenmannen van het Sticht staat Eene. Vgl. Register op do leenaktenboeken van Gelre en Zutphen, Veluwe, blz. 240. 3) Acte: Johan Krede. 'l De acte heeft: 1004, hetgeen 1603 moet zijn. Waarop zijn recht gebaseerd was, wordt niet vermeld, alleen staat er: van allen versuym dairinne gevallenn frey gemaeckt. ■"') Deze beide acten zijn geregistreerd in de Stichtsche boeken. Arent de Ruvter g e n a m e t Coesfelt, 12 April 1604. Marten van Ysendoem, als momber van zalige Arent de Ruyters nagelatene onmundige shoene, Jan de Rnyter genoempt, l>ij Anna van Laer geprocnreert '), nae doede sijns vaders, 27 Mei 1609. Jan de Kuyter, 2 April 1623. Idem, octroy, eodem die. Idem laat zijne dispositie -) confirmeeren, 28 Juni 1625. Idem, met lediger hant, 2-1 Jan. 1668. Huider: Henrick Jan de Kuyter, sijn soon. Jacob de Kuyter, na doode Joan de Kuyter, sijns vaders, 24 Mei 1670. Anna Maria Christina de Kuiter, na dode Jacob de Kuiter, baars broeders, 29 Nov. 1685. Huider: Wilhelm van Koeverden. Everdina 1' i n n i n k, sooals haar angeërft is ingevolge accoord tusschen haar en hare medeerfgenamen over de erffenisse van Anna Maria Christina de Kuyter gehouden, 15 Mei 1696. Eadem krijgt consent dit leengoed te mogen alieneren, eodem die. Herman Henrix, onderscholtes tot Oene, als volmachtiger van Cecilia van Ingen, weduwe van Reynier van Heuke 1 om, geassisteert met haren momber, Dr. E verhard Opgelder, gelijk Gcrrit Arentsen Muller van Dogteren, als volmachtiger van Everdina Maria Pinnink, geassisteert met Herman Henrik van Pinnink, baren broeder, opgedragen beeft, 25 Juni 1707. Frerick Derks, dijkschrijver tot Oene, gelijk Hendrik Closser, als volmachtiger van Cecilia van Ingen, weduwe Hoecklum, geassisteert met Peter Gruiter, haer schoonsoon, als momber, na erholden consent om 't te alieneren en verkopen, heeft opgedragen 3), 9 Maart 1717. Idem, voor hem selfs en als volmagtigde van Jenneken Gerrits, desselfs vrouw, geassisteert met haren momber, Berent Hendriks Koster, laat 'tverkoopcontract inet "Willem van Haersolte tot Yrst, den 6 Juni 1725 ingegaen, approbeeren, 22 Juni 1725 4). Willem van Haersolte, heere tot Yrst, landdrost van Veluwen, 23 April 1726. Huider: Berk Brouwer, burgermeester der stad Hattem. Derk van Haersolte toe Yrst, nae doode van Willem van Haersolte toe Yrst, sijn vader, in leven landdrost van Veluwen, 2 Juni 1729. Willem van Haersolte, door opdracht van Derk van Haersolte tot Yrst, sijn vader, 23 Sept. 1738. V. R. Baron B e n t i n c k, heere van Schoonheeten, generaal-major en collonel van een regiment infantery, gencraal-quartiermeester van de legers van den Staat eu generaal-adjudant van Z. D. H. den Prince van Orange en Nassau, erfstadhouder der Ver. Ned., etc. etc., ') I.ees: geprocreëert! -) Deze hield in, dat het goed in geval van overlijden zonder wettige geboorte na te laten aan zijne moeder, Anna van Laer, moest komen, mits betalende aan de armen 200 car. gld., van 20 st. ell, en wel 12 car. gld. jaarlijks. Mocht Anna van Laer kcmen te overlijden, dan zouden hare erfgenamen 20 R. gld. dadelijk moeten uitkeeren voor en aleer zjj in het bezit van Zuidwijk mochten komen (acte). :!] In deze acte, evenals in de volgende, heet het goed : Kleyn Zllydwijk. J) Klein Zuidwijk bestond destijds uit huis, hof, berg, benevens zaai- en weiland, alles aan elkander gelegen (acte). namens Henrietta Geertruyd Theodora Joachmina Wilhelmina Baronnesse van Haarsolte tot Yrst, na wijlen Willem van Haersolte tot Yrst, haar vader, 18 Oct. 1792 1). 37*. OOSTEN WOLDE. 3 mergen lants, gelegen in den Oestenwolde 2), ende plegen vrij ende edel eygen te wesen, tot leenguet gemaeckt door Johan van der Eze, 8 Jan. 1-149 Idem, 24 Oct. 1456. Bertolt van der Eze, nae dode Jobans van der Eze, sijns vaders, 11 Sept. 1484. Idem, 7 Juni 1497. Zweer van der Eze, na dode Bertbolts van der Eze, zijns vaders, 15 Nov. 1519. Idem, 16 Deo. 1525. Idem, 12 Aug. 1532. Hadewycli van der Eze, nae doede Zweder vann der Eze, huers vaders, 28 Oct. 1533. Huider: Jan Mulart Lubbertsz. Margrete van der Eze, nae doede Hadewichs van der Eze, huer suster, 12 Doe. 1539. Huider: Dirick van Voorst Jansz. 38. OOSTENWOLDE. Een tiend te Ostenwalde 2/. Herbert van P u 11 h e n, omstreeks 1313 4). 39. OOSTERBEEK. Dat halve gherichte tot Oysterbeke mitter heirlieheide, hoghe ende leghe, hoe dattet gheleghen is, mit alle sine toebehoeren. Vrederic, bere van Baere 5). ') Volkier Rudolpb Bentinck kocht 17 Maart 1796 de leenplichtiglieid af voor 200 gld. -) Of dit liet Veluwsche Oostenwolde is, heb ik niet kannen uitmaken. 3) Volgens een los blaadje in liet leenactenboek. *) Zie den nieergenoeniden staat zijner bezittingen. Zie no. 52 en liet daarbij aangeteekende. 40. WIEDEN. 3 Hauwen houts in 't Reederbosch, ende 2 hauwen houts in t' Woerd-Reederbosch, ende hoogeland ende zijdeland met allen sijnen toebehoren also dat gelegen is in den kerspele van Rheeden, welk goed geheeten is dat goed tot Woerd-Rheeden; item nog een hoeve in Redermarcken, ende een hoeve in 't Woert-Redermarcke; item 18 malder zaatlants, also dat gelegen is; item 4 morgen lands gelegen oj> Brinck; item een hoeve op Redermarsche; item 2 slagen in de Laer; item een hoeve op Laarmaarweyde; item 2 hoeven in heeren Everts broucke; item 11/a mergen lands, lieyt die Overmaat; item l'/2 morgen lands, heyt die Geer; item 1/2 morgen lands, geheten die Wule. Frederik van Baer, 14 Maart 1393. Idem, 6 April 1394. Katherine van Baer, Frederix dochter van Baer, nae doide hoirs vaders, 14 Maart 1410. Huider: Wynant van Arnhem, lieren Gheryts soen. Frederic van Renes, naer doode sijnre moeder1), 11 Febr. 1457. Johan van Renesse van Everingen, na doode Fredericx van Renesse, sijns vaders, 3 Jan. 1479. Vincentius van Rynesse van Everingen, na dode Johans van Renesse, sijns broeders, 13 Febr. 1487. Lijsbeth van Renesse, huysfrouw Johans van 1) u ven voerde, so Vincentius van Renesse van Everingen des uutgegaen is, 17 Sept. 1498. Huider: Johan van Duvenvoerde, hoir man. Eadem, 15 Febr. 1530. Huider: idem. Aerndt van Duvenvoerde, na doode Elisabeth, sijnre moeder, 9 Juni 1537. Jacob van Nyevelt, duer opdrachte van Aemt van Duvoerde, 10 Juli 1556. Jonker Jacob van Nyveld, heere tot Hoevelaken, 11a dode van Jacob van Nyveld, sijn vader, 29 Maart 1591. Margareta van Zuylen van Nyveld, vrouwe van Hoevelaken, weduwe van Jonker Johan van de Vecht, door dode van Jonker Jacob van Zuylen van Nyveld, heer tot Hoevelaken, haar broeder, 14 April 1627. Jonker Dirk van Alkemade, als man ende voogd van Sopliia van de Vecht, door dode van Margareta van Zuylen van Nyveld, vrouwe tot Hoevelaken, weduwe van Jonker Johan van de Vecht, haar moeder, 16 Sept. 1637. Jonker Jaspar van Lynden, heere tot Mijnden, Loosdrecht, etc., door dode van Gijsbert van de Pol, zijnen neve, 31 Mei 1641 2). Idem, als man ende voogt van Theodora van de Vecht, door dode van Margaretha van Zuylen van Nyveld, vrouwe tot Hoevelaken, weduwe van Johan van de Vecht, haar moeder, 9 Sept. 1641 2). ') Catliarina van Baer was gehuwd met Jolian van Renesse. "j In de procuratie tot dit verley behorende staat: „te heffen zodane leengoederen, als hem ofte zijne huisvrouw ware aangecomen door 't overleyden van Vrouwe Margareta van Zuylen van Nyveld zaliger, in leven Vrouwe tot Hoevelaken, als ook door 't overleyden van wyie heer Gijsbert van de Pol, in leven lieer van üerestein en Teccop". Sophia van Vecht, vrouwe tot Leeuwesteyn, weduwe en douarière van Jonker Dirk van Alkemade, transporteert hiervan aan Gerard Roelofs drie parcelen bouwland, te weten ïl/2 morgen lands genaamt de Overmaat, nog IV2 morgen lands geheten de Geer, ende l/2 morgen lands geheten de Wulen, 1 Mei 1658 x). Jonker Paulus van Alkemade, zoon van Sophia van de Vecht, en Jonker Dirk van Alkemade, door opdracht en donatie inter vivos van gemelde sijne moeder, vrouwe Sophia van de Vecht, 26 Febr. 1669. Acte, waarbij Jonker Justus van Egmond van der Nienborg bekent geen actie, recht ofte toeseggens in eenigerhande wijse te hebben aan sodanige parcelen van goederen ende landen, mitsgaders de inkomsten van dien, als Vrouwe Sophia van de Vecht bij donatie inter vivos overgegeven heeft aan Jonker Paulus van Alkemade, haren sone, 5 Dec. 1668. Verband, staande in den testamente van Margareta van Zuylen van Nyvelt, vrouwe tot Hoevelaken, Geresteyn, etc., 23 Dec. 1682. Anthony van Stembor, vrijheer van Isschot, 11a dode van Jonker Paulus van Alkemade, zijn stiefschoonvader, 1 Maart 1693. Everhard van L 0 0, door opdracht van Anthony van Stembor, eodem die. Idem, octroy, 25 April 1722. Susanna Helena van Loo, na dode van Everhard van Loo, haar vader, 21 Jan. 1736. Eadem, octroy, eodem die. Jan van Loo, bij testament en 11a dode van Susanna Helena van Loo, 29 Oct. 1750. Mr. Gerard Brantson, door opdragt van wegens Jan van Loo, 19 Mei 1768 *). Mr. Dirk Willem Abraham Brandsen, ten behoeve van hem en zijn huysvrouw Gerardina Migael Agatha Brantsen, door opdragt van Mr. Gerard Brantsen, 18 Nov. 1775. Verklaring nopens het vrij en onbezwaard bezit van 't voors. goed, 26 Oct. 1802. Registratie van transport ten behoeve van Mr. Johan Brandsen, 13 Dec. 1802. Afgespleten van 40. 40 § 1. RHEDEN. Drie perceelen bouwland, te weeten l1/2 morgen genaemt de Overmaet, 11/2 morgen genaemt de Geer. ende i/2 morgen genaamd de Wulen, in 't graafschap Zutphen, kerspele van Lathum, onder Hheeden. Gerard Iioelofs, door opdracht van Vrouwe Sophia van de Vecht, vrouwe tot Leeuwesteyn, weduwe Jonker Dirk van Alkemade, 1 Mei 1658. *) Onaangezien dit transport komen deze drie perceelen nog tot 17G8 in alle acten voor. Jan Lubbert, nomine uxoris, bij maaggescheyd uyt den boedel van Gerrit Roelofs, 4 Jan. 1672. Fredrik Jansz., na dode van Jan Lubbert, zijn vader, 29 April 1683. Idem transporteert een hallf mergen lands, genaamt de Wnle, aan Hendrik Beerendsen, 20 Febr. 1696. Dus alhier blijft: Twee perceelen bouwland te weten l1/^ mergen genaamt de Overmaat ende 1V2 morgen genaamt de Geer, zo groot en kleyn deselve gelegen zijn in den graafschap Zutphen, onder den kerspele van Lathum. Arnoud van Munster, door opdracht van Fredrik Jansz. voornoemt, eodem die. Coenraad van Munster, na dode van Aamoud van Munster, zijn vader, 17 Maart 1732. Hem ende Aleyda Vermeer, egtelieden, plegte van 600 gld. ten behoeve van Freule Anthonetta Margaretlia V ij g h , 16 Mei 1732 '). Afgespleten van 40 § 1. 40 § 2. RHEDEN. Een half morgen lands en geheeten de Wulen, in 't graafschap Zutphen, kerspel van Lathum, onder Rheeden. Hendrik Berendsz., door opdracht van Frederik Jansz., 20 Febr. 1696. Hendrik Hendrik Berendsz., na dode van Hendrik Berendsz., zijn vader, 16 April 1727. Petrus K a s c h, door opdracht van Hendrik Hendrik Beerendz., 8 Maart 1745. Bernard Johan Rasch, na dode van Petrus Rasch, zijn vader, 12 Aug. 1782. Albert Coman, pro se etc., na dode van Hendrik Coman, zijn vader, welke daarvan den eygendom bekomen had van Bernard Johan Rasch, etc. 25 Jan. 1783. Zijn voog (sic) eed gedaan. Idem, meerderjarig, den eed vernieuwd, 19 April 1792. SCHERPENZEEL Zie 3. 41. SCHERPENZEEL. Alle alsulke mannen ende tinsgoederen, so die gelegen zijn in den kerspele van Scherpenzeel. Otto van Scherpenzeel, 5 Febr. 1434. Goedert van Scherpenzeel, na dode van Otto van Scherpenzeel, zijn vader, 1 Aug. 1476. ') Gecasseert IC Juli 1745. Palinck van Scherpenzeel *), na dode van Godert van Scherpenzeel, zijn vader, 1 April 1501. Alle alzulke mannen en tynsgoederen, zo die gelegen zijn in den kerspele van Scherpenzeel; die eene helfte van Scherpenzeel met de hofsteede ende timmeragiën, daar die kerk op staat; 2 goeden ende erve alse Reschooten -), Willekenscamp, nu geheeten Heyntjeskampen, ende Knorrenkampen, bij den anderen gelegen, oostwaerts ende noordwaerts naast dat erve ende goed geheeten Oorl, ende suydwaerts ende westwaerts naast dat erve en goed geheeten Wolfswinkel; die Berckhorst met sijnen alingen toebehoren, als dat geleegen is oostwaarts dat erve geheten Wolfswinkel, zuydwaarts dat goed Sellert. en Engeler, westwaarts Gerrit van Scherpenseel, noordwaarts Reckwinkel 3), met alsulke uytslag en strooyinge als Jacob Buys Jacobsz., uldevader, ende Ot ende sijn vader dat gebruykt liebben; Huygenbosch met sijn alingen toebehooren; Wolfswinkel, soo dat met eggen, met eynden, wilt ende tam, bosch ende heyden, water ende weyde, veen ende broek, ende niet alle sijnen toebehooren, daarboven naast geland is dat erve en goed Wittevoort 4), beneeden Scherpenseel ende Ebbenhorst; Renes,soo dat met allen sijnen toebehoren van ouds geleegen is; Veenschooten met allen sijnen toebehooren; Baderwillige 5); Heyntjeskamp met eggen, met eynden ende met sijnen olden toebehoren, als dat gelegen is ende Hendrick Quint te houden plagli; dat erve ende goed geheten Roewinkels), soo als met allen sijn toebehoren van ouds gelegen is; St. Barbarenkamp; Groot Scherpenseel, soo als dat met sijn toebehooren geleegen is; dat erve ende goed Wittenberg, so als dat van ouds met toebehoren gelegen is; dat erve ende goed geheten Twellaer met eggen en eynden, bodem ende boort, ende met allen sijnen toebehoren, en den tins van deselven goede; den tins van den goede Ebbenhorst, Claphorst, alle gelegen in den kerspel van Scherpenseel. Gerrit van Scherpenzeel, genaamt Palink, met de ledige hand, 6 Aug. 1537. Willem van Scherpenzeel, door opdragt van Gerrit van Scherpenzeel genaamt Palink, zijn vader, eodem die. Frederik van Zuylen van Nyveld, drossert op Veluwen, tot behoef van de onmondige Jan van Scherpenzeel, na doode van Willem van Scherpenzeel, zijn vader, 4 April 15716). *) Acte: Gerrit van Scherpenzeel, Palinck genampt. • "J Lees: Breeschoten. ') Lees: Ruwinkel. '| Lees: Wittenoord. r') Lees: Godswilligen, later Gooswilligen. ") In de volgende acten staat: Alle de navolgende agter- ofte onderleenen ende tienden, alse etc. •Tan van Scherpenzeel, mondig, Nov. 1580. Jonker Willem van Scherpenseel, 11a dode van Jonker Johan van Scherpenseel, gewesen drost van Veluwen, sijn vader, 22 Nov. 1619. Jonker Hendrik van Westerholt, heere van Scherpenseel, als man ende voogd van juffrouw van Scherpenseel '), na doodevan Willem van Scherpenseel, haar broeder, 31 Maart 1637. Idem laat als vader de acte van aanbreng van 't fideicommis staande in de huwelijxe voorwaarden tusschen Borghard Willem van Westerhold en Anna Helena van Kenes van E 1 deren, ten overstaan van wedersijdse ouders en bloedvrienden opgeregt, registreeron, 120et. 1650. Jonker Borghart Willem, vrijheer van Westerholt, 11a dode van Jonker Hendrik van Westerholt, sjjn vader, 19 Aug. 1674. Jonker Hendrik Willem, vrijhanderheere van Westerholt, na dode van Borghart Willem, sijn vader. Idem laat zijne huwelijxvoorwaarden, opgeregt met Margareta Elisabeth vrijvrouwe van O li r, approbeeren, 24 Maart 1697. Johan Frederick, vrijheer van Westerholt, na dode van Hendrik Willem voors., sjjn vader, 19 Sept. 1738. Carel Willem Alexander, vrijheer van Westerholt, 11a dode van Johan h rederik, vrijheer van Westerholt, sijn vader, 15 Sept. 1753. De scheydinge bfl forme van accord, 5 Oct. 1753 binnen Arnhem opgeregt, tusschen Sophia Charlotta, rijksgravinne van Wartensleben douariere van Johan Frederik, in leven vrijheer van Westerholt, heer van Hakfort, etc , ende de nagelatene kinderen van gemelde Johan Frederik, aan haar in egte verwekt, 1754. Borchard Fredrik Willem Baron van Westerholt, heer van Hackfort en Scherpenzeel, na dode van Carel Willem Alexander van Westerholt, zijn oom, affirmeerende te zijn oudsten agnaat en successeur feudaal van denzelven, 31 Jan. 1788. Johan Sebastiaen van Namen, muntmeester, etc., door opdragt van wegens Jonker Borchard Fredrik Wilhem van Westerholt tot Hackfort, 22 Juni 1793. 42*. SPANKEREN. Den tiende toe Spankeren. Pelgrym van Putte, omstreeks 1382. Verder zijn de beleeningen gelijk aan die sub 17*. ') De voornaam is niet ingevuld, maar luidde: Aleid. 8 43*. TERWOLDE. Het erve ende goed geheten de Groote Hasele *), gelegen over de Ysele, in den kerspel van Woelde, in de buyrschap van 1 ulremareke, omtrent 23 morgen lands, streckende aen Bonckenweert offte soo waert met alle sijnen toebehooren gelegen mach wesen, to water, te weyde, to holte, to tuyne, to velde, to torve, met eggen, eynden ende mit allerslachter noot. Meehtelt van Winssum 2). Macharius van 01 den iel 1, na dode Meehtelt van Winssum, siiner moeder, 25 Mei 1597. Arent van Öldenneel, nae doede Macharius van Oldeniel, sijns vaders, 10 lebr. 1612. ' Franciscus Ignatius van Oldeniel, na doode Arent van Oldeniel, siines schoonvaders 6), 23 Jan. 1668. Idem, met lediger hand, 17 Juni 1686. Maria Agnes van Oldeniel, ehevrouw van Frederik van Voorst na doode baars vaders, 23 Sept. 1707. Huider: Frans Palk'van Oldeneel. Eadem, octroy, eodem die. Joan Frans Cnoppert, als volmagtiger van Erik Frederik van Voorst en Alaria Agnes van Oldeneel4), eheluiden, octroy, 12 Mei 1708. Cornelis Simon van Doetichem, als volmagtiger van Maria Agnes van Oldeneel, geassisteerd met Erick Frederick van Voorts (sic), haar eheman, 10 Maart 1715 5). Gerhard ten Nuyl, door opdracht van Simon van Doetichem, als volmachtiger van Maria Agnes van Oldeneel, geassisteerd met Erick I- rederick van Voorst, uyt oorsaek van koop, 20 Aug. 1717. Idem, octroy, 19 Nov. 1717. Gerhard Antony Mennink, na dode van Gerhard ten Nuil, siin oom 30 Juni 1740. Anna Dapper, weduwe van Mr. Derk Du m bar, in leeven griffier der provincie Overijssel, voor haarzelve en namens de vordere fideicommissaire erfgenamen van wijlen Gerhard ten Nuil, vermits bet overlijden van Gerhard Antony Mennink, oud-burgemeester, zijnde geweest fiduciaire erfgenaam van voorn Gerhard ten Nuil, 11 Sept. 1796. Huider: Adam van Wijhe6). ) In de 18de eeuw: de Has(s)elt, in den ampte van Voorst, earspcl ter Woldc ) Zij was gehuwd met Arnold y a n Oldeneel. •1) Als in huwelijk hebbende Anna van Oldeneel. ') Geassisteerd met Joost Henriks, haren momber (acte). ■) Acte: na doode van Frans I'allick van Oldeneel als hulder. JJ"™ "'Tpor, woduwe van Mr. I). Dumbar, in leven griffier der provincie Overijssel, KOCI1" Jan- 1 z„° voor liaar zelve als mede namens de verdere fidcicommissaire erfgenamen van wijlen Gerhard ten Nuyl, de leenplichtigheid af voor 200 g]d. 44*- TERWOLDE. Hl\VWMlHOPSgUet' alS dat gelegen es in den kerspell van Herman van Selveholt, 14 Maart 1394. Verder zjjn de beleeningen tot 1801 gelijk aan die sub 49*. 45* TERWOLDE. "teSdtowJSï!' tó° Htelb0me' in d.„ Jan van C u e n r e, ridder, omstreeks 1382 1). 46*- TWELLOO. T g°fue Hoensc°ten mit horen toebehoren ende e°de smal' sheles|""in Herman van Apeldorn, omstreeks 1382. Idem, 24 April 1394. GelmMeiV1412Peld0rn' "ae d°de Hermans Tan APeldorn, sijns vaders, 4 Rey'25 Oct" UslX™' "ae d°de GelmarS Va" AP*ld0*™. sijns vaders, Peter van Apeldoern, soe dat sijn vader opdroech, 14 Sept. 1474 Idem lijftocht zijne huisvrouw Stijne van Blaerxhorst, eodem die Poter va» Apemoerne, 29 Jan. 1521; ende alle versuym tot desen dage gescholden"'1 ^ ^ ^ ynmd'n ™de te guede Reyner van Apeldoern, nae doede Peters van Apeldoern, sijns vaders, TWiV « , . ' a VerSUym hiennne ge'schiet qnijtgescholden. liartholt Sloet beleent met dat Groete Hoenscoten, nae doode Mechtelt van Apeldoren *), sijnre moeder, 29 Dec. 1567. o ckier Sloet, nae doede Kartelt Sloet, sijnes vaders, 16 Dec. 1603. Slnnf d°edP Bartholt 'Sl0ftt> vaders, tot behoeull' van Geert Sloot, sijn neve, noch minderjarich sjjnde 4), 16 Jan. 1614. goet' ter'nn^P ",s.bezi"er van: dat g°et to Jürdeninch, dat goet ter Dusse, dat goed to Bruenshuys ende den Brukeneamio ^Ivens" lie°b ei,de . d.c" tienden to Holten. Door pomis aan verdek 55 ",et kun"«n mtmaken of hieronder „den Holte, geheten de i—irr;Ei,ards ) tengevolge van zeker maaggescheid (acte). Geertl9SM^art01635 laat Zij"e testamentaire depositie approbeeren, Coenraet Dercx, van wegen Janneken Herms, sijner moeder, weduwe van Derck Henncx Brouwer tot Twelle, voor de helft ende hem selffs tsampt sijne broeders ende suster voor de wederhelffte, 19 Juni 1641. Joost ten Grootenhuis, ten behoeve van Geertruid Mullers, huisfrouwe van Dr. Arent Coude wijn, nae dode Jenneken Herms, haeres moeders, 23 April 1664. Idem, ten behoeve van Aleyda Mulders, nae doode Geertruyt Mulders haers susters, 6 Febr. 1667. ' Jacob Hasebroek I. U. D., als volmachtiger van Aleida Mulders M, 15 Maart 1681. " Dork Mulder, neve van Aleida Mulders, gelijck Jacob Hasebroek, in qualitate ut supra, des uytgegaen is, eodem die. ld0'1119° ju^1710 "jt kra"te Va" coop ten Prof>'te van otte W e s t e n e n k, Delia Pannekoek weduwe van Otto Westenenk, geassisteert met haren momber, Eilard Borgharmk, secretaris, voor haar minderjarige soon, Nicolaes Westenenk, 8 Juli 1716. Huider: Dr. Arnold Brouwer. Dr. Nicolaes Westenenk, meerderjarig, 11 Maart 1732. Dr. Nicolaes van der Wijk rentmeester van de geestelijke goederen van bal landt, laat als volmagtigde van Dr. Nicolaes Westenenk diens huwelijkse voorwaerden met Catharyna Everharda Luilofs, desselfs eheliefste, den 12 Juni 1733 opgericht, approbeeren, mitsgaders de tugt, daerbi] aan desselfs ehevrouw vermaekt, 6 Febr. 1741. Idem in qualitate ut supra, octroy, eodem die. Dr. Otto Nicolaes Westenenk, naa doode van desselfs vader2), 11 Au1766. h' Idem, auditeur militair te Deventer, octroy 7 Maart 1777. Afgespleten van 46*. 46 § 1*. TWELLOO. Dat Cleyne Hoenscaten, mit zijnen toebehoiren, ende mitten tinenden, groff ende smal, gelegen in den kerspel van Twelloe. Ghoert Zwaefken, soe Gerrit van Yrte, gevolmechtigd van weiren Keyner van Apeldoern, des uuytgegaen is, 7 Dec. 1557. Otto Swaefken, nae doode Geert Swaefken, sijns vaders, 26 Mei 1574. Henric Swaeftken, nae doede Geert Swaeffken, sijnes vaders3), 10 Maart 1604. Jacob Kreynck, als man ende momber van Eva Zwaeffken, nair dode Hennck Zwaeffken, liaires vaders, 24 Juli 1618. ') Acte: tgoet de GrOOte Hulskate, in vorige beleeningen genaamt Honscotcn, met sijii toeliolioren, gelegen op den Tuege op 't Welle Westenenk' was°"S i?e"°emd W°rdt' blpt uit Je acto' ,let Dr- Nicolaes hl A»te: aaf'mede ien :iaere 1574 den 2G May sijn broeder Otto Swaeffken tot Ai-ent Kreynck, nae dode Eva Swaeffkens, sijner moeder, 15 Maart 1630. Hulder tot sjjnen mundigen jaren: Steven van Rhemen. Idem, 13 Maart 1633. Idem, octroy *), eodem die. i.errit Creynck, nae doedo Arent Creynck, sijnes broeders, 29 Aug. 1637. Idem burgemeester der stadt ZutpUen, met lediger band, 22 Jan. 1668. Hulder: Alofl Engberts. Idem, burgemeester ut supra, 16 Juni 1686. Hulder: Wilhelm Valk. Stephan van Rhemen, als volmachtiger van Gijsbert op ten Noort en üernard Cremer, als geauctoriseerde van de landtdrost van Veluwen om in absentie van Jacob Kreyinck de nalatenschap van des ouders bij te wonen, 7 April 1693. IdemN^t Kemenshuisen, als volmachtiger van Gerrit Jan Creyink, 19 Gerryt Jan van Rhemen toe Rbemenshuysen, als volmachtiger van C. H. f," , ,J'l '. «ouarière Kreynk, geassisteerd met haren momber uerhara Jurien Schiminelpeiiniiick 2), 11 April 1714. Lam bert Bastiaehs, burgervaendrig tot Deventer, door opdracht van Johan Bentink, als volmagtiger van C. E. Kreyink, douarière Kreyink tot de Byle, mitsgaders van Johanna Assuera en Lambertina Sophia Nov mi meerderjarige dochteren, uit oorsake van koop, 9 Idem, octroy, eodem die. Lamk^tus^ Bastkans, d°°de Va" Lambert Bastiaens, desselfs oom, Geertruid Bastiaans, na wijlen Lambertus Bastiaans, haar broeder, 6 April 1773. Hulder: Hendrik Lamberts, haar zwager. Eadem, 25 April 1790. Hulder: Albertus Lamberts, lidt van de Gezworen Gemeente der stad Deventer 3). ±7*- TWELLOÜ. Den[tienden van Weelde in den kerspel van Twenloe, mit alle zijne toebehoren ')• Evert van Wilp, omstreeks 1382. Verder zijn de beleeningen gelp aan die sub 63*. 'LHo*i '1'! ,octli?.°fi eodem d|e seapprobeerde testament behelsde, dat Uit Kreynck zou erven en versterv€ro"arte)°U k°me" * °VerliJdC"' °P Z»"en J H-S dCZe'fdC 8,8 GerHt'™ °rejink hl 17W" onie^XfdëVerw^eSer'lt'wldï16 °PgegeVeU °"der ÏWello°' terwlJ' 48*- TWELLOO. Dat goed ten Veen, gelegen in den kerspel van Twenle in der marke to Scaetwjjc. Eernst van dier Horst, omstreeks 1385. Idem, 1 Mei 1394. Seyger Jolianssone, so Ernst van der Horst des uutgegaen is, 4 Nov 1415 Idem, 1433. Lijsbeth Holmiges, nae dode Seyger Johanssoen, boers vaders, 18 Oct. 1435. Helmich, Eoelofs wijff van Twicloe, Henric Helmichs dochter, hoir angecomen van Lijsbeth Helmiges, hoer moeder, eodem die. Huider: Koelof van Twicloe, hoer man. Kotger van Twicloe geheiten die Jeger, nae dode sijnre moeder, 1 April 1445. JIulder: Koelof van Twicloe geheiten die Jeger, sijn vader Idem, 21 April 1457. Ghertruyt van Twickloe, Engelbert Horren huysfrouwe, soe Kutger van Iwickloe des uutgegaen is, 16 Mei 1463. Huider: Engelbert Dorre, hoer man. Eadem, 22 Nov. 1485. Huider: Kutger van Twickel J). Gertruydt van Twickeloe -), Coenraits t h e n Duyne huysfrouwe, 1 Juni 1497. Huider: Coenraet then Duyne, hoir man. Helmich van Twickeloe, soe Gertruydt van Twyckeloe, weduwe Coenraits then Duynen, hoir nichte, mit hoeren gecoren momber des uuthgegaen is; 16 Mei 1505. Hulder: Henrick van Kernen. Koloff van Twickeloe, nae doede Helmichs van Twickeloe, zijuru suster, && oept. 1516. Idem, 14 Jan. 1525. Wynolt vann Twickeloe, nae doede Koloffs van Twickeloe, zins vaders, 4 Juli 1533. Helmich van Twickel, soe Wynolt van Twickel, sin broeder, des utgegaen is, ol Oct. 15-41. Wynolt van Twickel, nae doede Helmich van Twickel, sijns broeders, 24 ■NOV. 154o. Idem, 17 Mei 1557. Koeloff van Twickel, nae doode Wynolts van Twickel, sjjns vaders, 26 Maart 1563. Hulder tot sijnen mundigeu jaeren: Koeloff van Twickel sijn oem. ' Mechtelt van Twickel, nae doode Koeloff van Twickel, oires broeders, 13 Nov. 1578. Hulder: Johan Hackfoirt, oir man. Balthazar Boedeker, nae doede Anna van Twickeloe, sijncsmoeders, die helfte 8), 21 Sept. 1604. Winandt Hackfordt, na doede Mechtelt van Twickell, sijnes moeders, 13 Juni 1605. ) Actc : haar man, Engelbert Borre, was toen overleden. ) Hoogstwaarschijnlijk dezelfde als de voorgaande; dit echtpaar komt al voor in 1492 ) Acte : waervann die wederhelffte nae doede juffer Mechtelt van Twickeloe op T ,H"I fort is Kedevolveert Opmerkelijk is het echter, dat in de acte van 1605 volstrekt geen sprake is van eene helft slechts. Idem lijftucht sjjii huysfrouwe Jolianna van Vilste ren, eodem die. JObaMaIr{1 l6ritkCl°' "a düde Van Baltbazar Boodeker> die helfte, 25 Matthias van Eenschate, als volmechtiger van Geertruit van Beverv oir de, ziet af van haar recht op de legitima tot profijt der Vpril lölT Z0Ü11 Va" Twitkel geïnstitueerde erfgenamen, 13 Engülbert va,n Wins hem, nair doide van Balthasar Boedeker, die neilte, l), 16 Jan. 1618. Idem ende Johan van Windsum, gebroederen, Harten Benger ende uais 11 airsholte, als mannen ende momberen hairder liuisfrouwen, Armgairt ende Catharina van T w i c k e 10 e, ende E11gelbert van Deutmchem, ende Christopher Henricksen, respectieve burgemr. van Deventer ende Campen, als momberen van de 5 nagelatene onmundige kinderen van Koloff van Twickeloe, geprocreeert bij Geertruit van Ens zaliger, dragen "t goet ten Veen otte Veenhuis over aan Johan van Twickeloe, geliick hii reeds beleent is, 25 Maart 1617, 2-1 Oct. 1618. Bernhardt ten Grootenhuis, volmaehtiger van Joanna ten Grootenj helfte, gelijck Johan van Twickeloe is uytgegaen, Johan Coudewijn Iaat als volmaehtiger van Johanna van Grootenhuis naar testament approbeeren, 9 Dec. 1618 2). Bernhart ten Grotenhuis, nae dode Joanna ten Grootenhuis, weduwe eoedekers, sper suster, die helfte, 28 Oct. 1631. Joan Hackfort, nae doède Wynant Hackfort, sijnes vaders, 15 Febr. 1638. Idem, octroy ende tucht Gerbrich S w ae ff k e n s , sijne huisfrouwe eodem die. ' Joost ten Giootenhuis, die helfte, nae doode Bernhardt ten Grootenhuis sijnes vaders, 11 Dec. 1639. Idem, mitsgaders den Moespot, 'twelck allodiael was, 4 Juli 1645. Idem, octroy, eodem die. Idem, met lediger hant, 22 Jan. 1668. Huider: Henrick ter Bruggen. Alardt Hackvoordt, als volmaehtiger Jan Hackvoordt, sijns broeders, Jan. 1668. J°°St(J(T ta 11 (T?7r tC" Gr00tenhuys' die helfte ende den Moespot, 31 Allard Johan Hakfoort tot den Veenhuis, 11a doode van Johan Hakfoort sijn vader, 14 Oct. 1688. Huider: Arent Gerrits. Idem, octroy, 2 Nov. 1702 3). Gerhard Joost van Grootenhuis tot Veenhuis, 11a doode van Joost Balthasar van Grootenhuis tot Veenhuis, sijn vader, 2 Juni 1705 Huider: Joan Engbert van Grotenhuis, zijn broeder. •'! uCïe :,i),eh?ud,e"?1 1,et /ficht der 'ijftuchtersche Joanna Grootenhuis. had op dit leen ^ 160 'ate" d°e" 18 0ot' 1618' ecl,ter t-Mjkt niet of dat betrokking \l'irdenHa,afnrt T*!' 1 Juui 1008 behelst de approbatie der testamentaire dispositie van Alard Hat fort, die hoogstwaarschijnlijk dezelfde is als Aiard Joliau Hackfort een bezwaar is echter het eerst later verleende octrooi, hetgeen echter meer voorkomt. Anna Gerdelina ten Grootenhuis, douarière Hacfort, geassisteert met Kgbert Brascamp als momber, wegens Alard Zeino Ilacfort, haar minderjarige soon, na dode Alard Johan Hacfort, sijns vaders, 4 Febr. 1710. Huider: Zeino Gerrits. Alard Zeino van Hacfort, meerderjaerigh, 14 Sept. 1729. /«loost Balthazar van Grotenhuis, na doode van Gerhard Joost van Grotenhuis, sijn vader, 14 Oct. 1730. Id,imb." fs "eu 25 1731 "i,e"rist' appr°- Johanna Christina van Hakfort tot het Veenhuis na dode van Alard Zeino van Hakfort, geadsisteert met Kdmund van Kalkenstevn, haren momber, 1 Juli 1737. Huider: Jochem Jurrien Munnick tot Strijtveen. II. A de 15 re ff, weduwe van Joost Balthazar van Grotenhuis, in leven nero tot het \ eenhuis, als moeder en wettige voogdesse van Gerrit Joost van Grotenhuis, haren minderjarigen zoon, geadsisteert met Jan de Lat haren momber, 10 Maart 1740. Huider: Jochuin Jurrien van Mun inch tot Strijdvene. Kadeni) laat door^Jan van Dam haare testamentaire dispositie approbeeren, Ladem laat door l)erk Dumbar haare nadere gemaakte of te maakene testamentaire dispositie approbeeren, 13 Juni 1752. Jochem Jurrien vani Munninch tot Strijtveen, als testamentaire erfgenaam van wijlen Johanna Christina van Hackfoort tot Veenhuvs lö .Nov. 1752. J ' Idem, als volmachtiger van A. M. de Breff, douarière van Joost Balthasar van Grotenhuis, sijnde sij gemagtigde van Gerrit Joost van Grotenhuis tot Veenhuisen, haren soonj met lediger hand, 19 Dec. 1758. Dr. T. W. van Marle laat, als volmagtiger van Henrietta Johanna Adnana van Broekhuisen, douarière van Jochem Jurrien van Alunmch, voor haar selfs alsmeede in qualiteit van moeder en wettige voogdesse van liaere minderjarige kinderen, het testament van wijlen haren eheman J) approbeeren, 9 Oct. 1767. Idem in qualitate ut supra, huider van Jonker Hendrik Jan van Munnich eodem die. ' Dr. Gerog (sic) Royer, als gesubstitueerde volmagtiger van de coopman Jehs Gelirik, die gevolmagtigt was van Kudolph Jan Baron van Grotenhuis, heer van Veenhuis, vermits Anna Maria de Breff siin moeder, is koomen te overlijden 2), 21 Dec. 1775. ' Idem laat, in qualitate ut supra, de huwelijksvoorwaarden tussen Rudolph Jan Baron jan Grotenhuis en Anna Maria Baronnesse van kussum, 7 Oct. 1772 voor burgermeesteren en raad der stadt Groningen gepasseert, approbeeren, eodem die. Mr. Jan Willem Tichler, als volmagtiger van Anna Maria Baronnesse van Kwssum, douarière van Kudolph Jan Baron van Grootenhuis, lieer van t Veenhuis, als moeder en wettige voogdesse van Ernestus Jodocus Kudolphus Baron van Grootenhuis tot Veenhuis, haaren onmondigen soon, 23 Oct. 1776 ') In dato 19 Sept. 1766 (acte). ') Acte: naa alvoreus afüiagt vau liet versuim gemaakt te hebben. H. J. Baron van Munninch 1), meerderjarig; met lediger hand, 10 Mei 1/81. Hulder: Henrik Brilleman. Mr. T. W van Marle, als volmagtiger van de Doupsgesinde Gemeente uer staat Deventer, octroy om te procedeeren voor den dagelijksen richter, 4 Mei 1782 -). J H. J. van Munnich, capiteyn van een compagnie in het eerste battaillon van het regiment inlantery Orange-Gelderland, uit hoofde van een , 7®^ met B. Everts, drost te Loon op liet Zand, ingegaane verkoop, alsmede wegens het diena (sic) weder overnemen van gemelde B. Everts J), 12 Febr. 1790. Jan Aldert van Munnich, capitein van een compagnie in het regiment inlantery Orange-Gelderland, als volmachtiger van Elisabeth Johanna -Moorrees, douarière van H. J. van Munnich, in leven heer van üet Veenhuys, capitein ut supra, ende ten profijte van Frederik Joost van Munnich, derzelver minderjaarigen zoon, 17 Maart 1791. Mr. t Moorrees laat als volmachtiger van E. J. Moorrees, douarière van j, VÏJ11 Mui|nich, pro se ende als moeder en wettige voogdesse van b. J. van Munnich, haaren minderjarigen zoon, de publicnue verkooping van 22 Aug. 1792 approbeeren en refateert ten behoeve van den kooper Ernestus .Todocus van Grootenhuys *), 24 Febr. 1793. Anthony Meyer, rentmeester, als volmachtiger van Engelbert Tiberius Haring van Harinxma toe Heegh, heere van Onsteyn, als voogd eodem dielniU 'rjari°e" Jüllkheer Ernestus Jodocus van Grootenhuys, 49*. TWELLOO. Die Borchstede geheten Selveholte 5), ende den hof tot Selveholt °), ende den Hertelair, ende tguet tot Overenck, ende tguet tot Hoenschoten, ende tguet tot Bolcshorst, gelegen in Veluwen, in den kerspel van Twelle. Herman van Selveholt, 14 Maart 1394. Aelbert L a 11 8 8 y 11 ór, nae dode Hermans van Zei werden, sijnsoems, 24 April 1434. Jutto' G«nt Lansyngs dochter, nae dode Aelbert Lansyng, hoers broeders, 29 Sept. 1448. Hulder: Huynhe van Mermueden. Aelbert Kederynch, so Jutte, Gerit Lansyngs dochter desuutgegaen is, eodem die. ') Dezelfde als in 1767 (acte). -d'er Kemeelltc Iiadden 3000 g!J. geleend aan Wilt Hendrik Baron kinderen van H 7 a" r" HenrlcUbu v a," W 'J >' e. als voogden over de minderjarige Z.1 »!ïw l' , ronessu van Broekliuisen en J. J. Baron van Munnich, haren eersten echtgenoot, onder speciaal verband van het leen in capite. welke som on den verschijndag, 18 Maart 1782, niet word voldaan (acte). ' P < KW:t,"aei i Ta" de ?cI,lee«du versuimen alvoorens afdragt was gemaakt. ) Ernestus Jodocus v&n grotenhuis kocht 31 Mei 1802 de leenplichtigheid af van het „huis, erve en goed het Grotenhuis Veenhuis genaamt", waarmede hij 23 Oct l"6 beleend was, en van het „huis, erve en goed Hachforts Veenhuvs," waarmede hij .4 Febr. 1,93 beleend was; samen voor 100 gld J) Later: Selvelten en Sevelten. W(irni450VeCnS' S0 Aelbert Rederynch des uutgegaen is, 28 Jan. Gnetvadwsrni°8 DecUS1451hter' TymaDS wi)f van Griet. "a dode hoirs Eadem, 24 Oct. 1457. Huider: Tyman van Griet, hoir man. JaCObpJlhyme^e»y»& A1|,haertsz- 80 Aiphaert Schymelpennyng gïift i3, ÏSÏÜÏE **>"■Tjma"Ta" ari"ts ,ij«; Tyman van Griet, 1 Juli 1465. Jacob Schymelpenyng voorn., 4 Juli 1465. Johan van L oc he m borger tot Deventer, soe Tyman van Griet, des uutgegaen is, 6 Juli 1481. Idem, 2 Juni 1497. Geerloffvan Lochem, nao doede Johan van Lochem, sijns vaders, 8 Juni Idem, 9 Oet. 1517. Ja" 1532 L0ch0D1' nae düdtó Geerlüff va" Lochom, sins vaders, 25 Aug. Margriete van Lochum, echte huysfrouwe Tymen Stuyrraan nae doede Johans van Lochum, huer broers, 31 Oct. 1541 Huider • iymen Stuyrman, liuer man. Eadem »), 27 Juni 1558. Huider: idem. Eadem, weduwe, 6 Oct. 1575. Huider: Altter Stuyrman, oir soen. Altter Stuyrman nae doode Margareta van Lochum, sijner moeder, lo Juin 1577. Johanna Stuyrman, de helft, soe Alffer Stuyrman, oir broeder, des uu>tgPgaen is, 6 Aug. 1577. Huider: Alffer Stuyrman, oir broeder. 1 rants Berentsen, de helft, gelijck Johanna Stuirmans met haren man ende momber 2) des uutgegaen is, 24 Sept. 1599. Idem verbindt dit leen voer die somma van 1000 goltgulden, te betalen binnen den tijt van 5 jaren, volgens koopcedule tusschen haer ougenchtet, eodem die. 1 Goddert van Ewyck, man ende momber sijner huysfrouwe Margrieta .oerentsen, heeft die somma van 1000 goltgulden neffens alle achterstant vaii dien, afgelost, 23 April 1611. Idem, als man ende momber van Margrieta Berentsen, 13 Juli 1611 3). Adriaen van Bemin el, als man ende momber van Aleyda Maria van üwick, nae dode van Goddert van Ewick, 17 Mei 1637. Idem et eadem laten hunne houwelixe vorwaerden, den 1 Febr. ionsrstleden opgenchtet, ajiprobeeren, eodem die. Johan van Bommel tot Bemmel, zoon van Adriaan van Bemmel en Aleida Maria van Ewik, 28 Febr. 1700. ') Acte: mit der lediger handt. ^ Deze momber was: Evert van Tongeren (acte). ) In deze acte is geen sprake van eene helft slechts. 1708 i) ' "a Ja" Va" Bemmel' s«ns vaders> 5 Juni JaD vanR^ln1' .?cn)me» "emmell, etc. etc, na doode van Adriaen van JJemmell, sgn broeder, 4 Nov. 1727. C0rD2 ?!h,Hart0"bUrg' STh0ltf des amPts Voorst, wonende tot Twello, s volmagtigcr van Jan Adriaan van Bemmel, beer tot Bemmel naa dode van desselfs vader, 30 Mei 1760 1). ' Jan Adriaan van Bemmel, octrooy, 24 Aug. 1789. Franciscus Juzephus de Beyer, als gevolmagtigde van de weduwe A. G. drie ftiimnniioil 81 i l * ? wettige ^oogdesse over baare van /,! r u V e" J' ren,ah fe'evol.na^tife'de van J. H. N. traders v/n weyr " °a ix , Van Da011' Olieden, midsaan R i 1LT ViU"T t'r HeJ'den' transporteert bet in erffkoop 3) W hfshevm Tf- ' " VeL'ren en Johanua Theodora van ning 29 April'1801 ' "* ° E"gSt dL'" Vüllc" kooW»- Het erve en goed Beukelaar, bestaande in een boerenhuis, daar annex een groot spyker en verder getimmer, voorts , ; buu". wey- en hoylanden met opgaande bomen en houtgewassen, en een whaar in de ïeugse of Silvoldenmarkt; wijders de bier van ouds bij behoord hebbende lheencamer, waaronder ten lbeen bezeeten worden1 .bet erve den Bolkhorst, toebehorende aan Jan Jacob öreedenoord; qo' w em H5fteler, toekomende aan Jan van Delden: 3 het erve den Hovenck, van Paulus P u t m a n; . de Hombrake, aan 't Groote Gastbuys te Deventer behoorende; en eindelijk: 5°. bet Goor. aan Engelbert Brascamp; zijnde tiendvrij en lheenroerig aan de voormalige provincie \an Overijssel, zamen groot ongeveer 32 morgen, geleegen m den ampte van Voorst, kerspel Twello, buurschap den leuge, jaarljjx bezwaard in ordinaris verpondinge zonder opstmvers f34 —19 —12; aan den custos van Twello: 80 garven boekweit, op Paasschen 1 roggen en 12 hoendereyers, op Kersmis 1 roggen en een stuk rookvleesch of aisdan IJ st.; aan den predicant van Twello: 1 schepel rogge en 1 schepel garste; aan den dpstoel van Veluwen: 4 schepel keurhaver; voorts met het maaken en onderhouden van ongeveer 36 roeden Groote Weteringe in 2 eindens, en ongeveer 184 roeden Crommebeeke in 3 ein• en^i. yjdei's ,met hetj schoorsteengeld daarop staande, jaarlijx te betaalen ; vorders met zodaane lasten en geregtig- hfiflPIl. als rlaarrm ron j. ... i , , . . . ® v 7 en mei regi genoord hebben 4). IZ'J" ^C!ehetJOed Beukelaar, zonder verdere omschrijving; 23DAutïm, TL DomiciJ Acte: alles ingevolge publicque conditiën van vercoopinge. obligatie (att™. oeg 9850 gld. en we, 4850 gld. L fontanten en 5000 gld. bjj Mr' ïV H;,C,ra,?er' 1commissaris van het Uitvoerend Bewind der Bataafsclio Kepnblyk bij liet Departementaal Bestuur van den Ouden ITssel als gesubst.tueerde volmagtiger van Franciscus Joscphus dê BeveJ' residerende op den huize Dnistervoorde onder het carsnel TweNn' in qualitate ut supra, pro indiviso beleend, zijnde z£ laste™ gezamentlijke testamentaire erfgenaamen van wijlen Johan Adriaan van Bemmel tot den Beukelaar en Holthuis, en transporteert dit ei n na geapprobeerde publicque verkoop van 16 Sept 1800 ian Koedolph Hennk Veeren en Johanna Theodora van Wins hey m , ehelieden, 19 Oct. 1801. »ms- K,,0dehPeLd"n'r8foï"l8oJllHri,11 °" AJf°ha""a Theodora Winsheim, cuuieaen, 8 Oct. 1802. Huider: Mr. Joan Westenberg commis t,.r gntfie van het Departementaal Bestuur van Over-IJssei 1). Afgespleten van 49*. 49 § 1*. TWELLOO. 13 molder roggen des jaers uut den erve ende goet ge- tan Twelfe tede' ^'"ge" in Veluwün'in kerspel Helmich ter Po er ten, soe Aelbert Lanssynger uutirejraen is mit voerweerde dat Aelbert ende off sijne erfflenamen b™, 6 jaeren neesteomende weder loesen mogen, 25 April 1434. ' Dese loesinge is geschiet ende soe is dese mantschap ledich,'eodem die. 50* TWELLOO. Den tiende over den hoff toe Zelvolden, grofï ende smal S>elegen "i den kerspel van Twenlo. ' >en tiende, groff ende smal, over tguet toe Herteler >,ticgen in denselve kerspell van Twenloe ' MeChSl"e?anS Wijf v a u A pel dor en, omstreeks 1382. HuiderHerman, hoer man vorseyt. «uiuer. Herman van Apeldoren, 24 April 1394. Gelmar van Apeldorn, nae dode Hermans van Apeldorn, sijns vaders, kochten6 de'P]ee^pMchtiyhe?d ^"Beukelaar"™ hWi"she'm' d°SZe,fs che"°u"' 1803 at' voor 2'JO gld. Beukelaar on do daarbij behoorendo leeukamer 30 Aug. * VAASSEN D""elSdin den ™t sijnen toebehoeren, Al •* Tl 1 r, ° ' 111 aen kerspel van Vaessen M. ^ÏStoUM "" St"°b"^n, Godrt »„ Home>)i nit doue Aieijm' ** «• >««• Aleyt, Reynolts dochter van Heerwen I)eric\- wiiff ,7„ l' , 8*0* 1460 HHuTdn' ner- Vade'r' tüt h0ere" behoeff * «utgw,6 1» Oct. 1460. Huider: Der.c van Keppel, hoir man. b ' H,r„KJg Z^T0 AM, Reynolts d.OW „„ 52. iTnr n V üiljl'. DaLl«eïilte ,t0t 7elpe mitter heirlicheide, hoghe behoeren °° ghele^hen '"it alle sinen toe- Vrederie, here van Baere 4). 53" VELP. De" h0f * Bovendorpe, nu geheeten Lennips mooie fnÜhoïT i® ■" ,dezelve met a'len «ijn rechten ende toebehoren gelegen is in den kerspele van Vellen in don ambte van Veluwezoom. P' den Ysabeel heren Ricwijns dochter van Berentrode 7 Autr 1SQ1 Huider: Otte van Camphusen, oer man ' 1391 die dairtoe °mscl'reven: ?roff ende smal, ende ene .malen tiende te Vaasen. (Arclue^ Neder-Hernert f ° ' 6 (i°°r B|SSC,I0P Ótto beleend met de tienden ) Ansem is Ampsen. met Claas van Herwen. Gelre, onder belofte J^oo^voor'zich'als^Lr^zHnc18 ¥aart 1342 aan Reinald, Hertog van blijven, zoolang de leenheer den Hertoir /olf ninf , )omeIm^!1 (I('S Bisschops leenman te lieden I, nos. 384 en 385)? ? eleent' (Zie NlJl,ofr' Gedenkwaardig- 5) Meyne, oere moeder, was er aan gelijftocht. Johan van Camphuysen, 10 Sept. 1409 *). RyqTAVpïï lC4a8m4PhDyS' "aer d°de °tte" van Camphuys, sijns vaders, Roelof van Lennep, na dode Ryquin van Camphuysen, 7 Juli 1457. ■ an van Lennip, na dode van Roelof van Lennip, sijns vaders, 19 Dec 1474 LSï,™ w'sm hm""" "™ids' '"'üïrars.prïsV1 do'" ™n ,onii"Eo6i,,f L,nni' j0l,k'ad,Cr"2 AprilS»' "* ^ ™° j0°l" ,ola° L™>iP. * SnsLennip'n' aoa« ™n carei'» ^ * Jonker Care] van Lennip, na dode van d'voorgem. Jonker Carel van Lennip, zijn vader, 29 Juni 1667. ^zJon^H^ec: 1681. d°"atie ^ J°Dker Carel Va" LenniP' haaren Alei16S2 Bar(l" """ Spa,n' '1""r °Pdra«' van Ue^ina de Hay,2Nor. ™™8Nno,SPa, "* d0d" 'an A"Ia"a«r """ ™ 4tess l+izïfts. Bi*,an Freaerik Johan Frederik Willem van Spaan, minderjarig, na dode van Alexander Diedenck van Spaan, zijn vader, 23 April 1765. Ale*anaer Idem, meerderjarig geworden, doet zelfs eed, 30 April 1774 Idem obtineert octroy, eodem die. Jacob Willem Baron van Kek, ten behoeve van hem en zijne hu ysvrouw Willem' iï!fr anm,Ko'Se V ® g h ' door °l,drarht van Johan Frederik Willem Baron van Spaen, cum uxore, 30 Aug. 1777. Idem et eadem obtineeren approbatie op hunne huwelijksvoor*., eodem die Itezelven obtineeren octrooy, eodem die. Samuel van Eek, na dode van Jacob Willem Baron van Eek uyt kraste van testament ten behoeve van hem en van Margaretha Vijfh douainere van evengen. Jacob Willem van Eek, 2 Maart 1791 Margaretha, douarière van Eek, geboren Vijgh, laat een schuldbekentenis regis reeren groot 3000 gld. ten behoeve van Nicolaas van K en Ehsabeth Douglas, egtelieden, voor geërfden gerigtslieden in Veluwenzoom gepasseert 6 April 1804, 30 Mei 1804. Eadem laat registreeren een schuldbekentenis groot 4000 gld. ten behoeve van Hendrik Evers en Anneke Willemse, egtelieden voor Swt10 J^flSOe6" Van Ve,Uwenzoom den 7en Jnni 1806 gepas- Procuratie tot voors. schuldbekentenis relatief den 10 Juni geregistreerd de voorschr. schuldbekenten isse van 3000 gld. geroyeert, eodem die! 'J Deze beleening is te vinden in het Overijsselsche leenactenboek. 54. VELP. Een derden deel van den groten tienden to Velp, in den kerspel van Velp, in Veluwe. Katherine van Bjmmen, heren Stevens dochter van Bymrnen, Johan Mompeliers wijf van Overhage, omstreeks 1385. Eadem, 29 Jan. 1394. Hnlder: Johan van Overhage, hoir man. Johan den Koek vanOppine, nae dode Katherinen van Overhagen, sijnre moeder, 21 Oct. 1402. Alijt van Overhagen, Henrics wijff van Ranst, naer dode Johans des Kocks, haers broeders, 15 Sept. 1404. Jutte van Mijnden, Huberts wedue van Mjjnden. Otto van Haeften, ridder, door opdracht van Jutte van Mijnden, Huberts wedue van Mijnden, 1426. Gijsbrecht van Mekeren, door opdracht van her Otto van Haeften 26 Sept. 1427. Idem, 24 Sept. 1434. 55*. VOORST. Dat goet ter Bruempt '), gheleghen in der buerscap to Gietel, in den kerspel to Voerst. Henric die Heyden, omstreeks 1385. Idem, 25 April 1400. Johan die Heyden 2). Lubbert de Heyden, nae doide Johans, sijns vaders, 29 Aug. 1422. Idem, 24 Oct. 1457. Henric de Heiden, na dode Lubberts do Heiden, sijns vaders, 18 Aug. 1474. Idem lijftucht Griete, sijne huysfrouwe an 25 golden Rhfinsche erld des jaers, 12 Nov. 1478. ' Idem, 1 Juni 1497. Lubbert die Heyden, nae doede Henrix die Heyden, siins vaders 30 Nov. 1501. Johan die Heiden, nae doede Lubbert die Heiden, siins broeders 12 April 1507. Idem, 28 Dec. 1520. Idem, 16 Jan. 1525. Idem, 27 Aug. 1532. Joost ter 15 ruggen, nae doede Jans de Heydenn, zijns oemen 16 Oct. 1533. - Idem, 17 Mei 1557. Engelbert ther Bruggen, nha doede Joest ther Bruggen, sijnes vaders, 5 Juli 1583. ) Na 1457 heet het goed in (leaeten: toeBrumetj in de zeventiende eeuw de Brunnet, de Hrurninert, en in de achttiende eenw den Brnmmert of Bremte. ") Deze naam is in de acte van 1400 voor dien van Henric van der Heiden in de plaats gesteld, zonder dat de dagteekening veranderd is. Johan ter Bruggen, nae doede Engelbert ter Bruggen, sijnes vaders, 12 Maart 1609. Huider tot sijnen mundigen jaeren: Engelbert van' Doetinchem. Idem doet selffs den eedt, 15 Maart 1630. Thomas van Haersolte, als volmechtiger van Jan ter Bruggen, laat eene rentverschrijvinge van 500 car. gld. jaerlicx ten behoeve van Assueer van Appeltoorn, drost van Veluwe, approbeeren, mits dat J ter Bruggen geholden sal sp die binnen 6 jaren quijt te copen met 8000 car. gld, 19 Maart 1630. Marcus Jansen, als volmechtiger van Sweder van Apeltoorn, drost van Veluwen, gelijck Thomas van Haersolte, als volmechtiger van Jan ter Bruggen, is uytgegaen, 18 April 1631. Josepli van Appeltooren, capitein, nae dode van Assweer van Appeltooren zijnes vaders, 6 Juni 1654. Huider: Willem Nijlandt, der rechten doctor. Idem laat door sijnen volmachtiger, W. Nijlandt voornd., twee hypotheecquon approbeeren, t. w. van 13 Mei 1649 ten behoeve van Jacob ten Nuil ende Maria Morlett, eheluiden, groot 3000 car. gld. tegens sestehalff ten hondert, ende van 22 Febr. 1651 ten behoeve van Geertruit Kijcken ende haire erfgenamen, groot 2500 gelijcke gld. te lossen binnen 6 jaren, eodem die. Idem verkoopt uit toe Bemte eene jaerlixe rente van 165 car. gld., van 20 st, het eerst te betalen 18 April 1661 en quijt te coopen met 3000 car. gld. in eens, ten behoeve van Jacob ten Nuil, Maria Morlet, sijne vrouw, en erfgenamen, 17 Maart 1660 ^ Anna van Appelthorn, nae doode Joseph van Appelthorn, capitein, haeres vaders, 8 Nov. 1667. Huider ende momber: Henrick Bentinck tot Werckeren, liaer broeder. Gerhard Kok, lieutenant, als volmachtiger van Ditmar van W ij n b e rg e n tot den Pol, heer tot Horsum (sic), kollonel, als man ende voogt van sijn ehevrou, Anna van Appelthoorn, 8 April 1687. Wolter Joseph van Wijnbergen tot den Pol, nae dode van Anna van Appelthorn, sijn moeder, 4 Nov. 1693. Dithmar van Wijnbergen tot den Poll, na doode van Wolter Joseph van Wijnbergen, sijn vader, 18 Juni 1722. Huider: Adolph Hendrik Putman I. U. D. Ludolph Schüster, als volmachtiger van Woltera Geertruid van Wijnbergen 2), 16 Dec. 1742. Huider: A. van Wijnbergen. Woltera Geertruid van Wijnbergen, ehevrouw van Andries Schimmelpen n in c k ven der Oye, landdroste van Veluwen, etc., 27 Juni 1776. Huider: Willem Anne Schimmelpenninck van der Oye haar soon. ' De burger Willem Anne Schimmelpenninck van der Oye, als oudste zoon en erfgenaam van Woltera Geertruid van Wijnbergen, zijn moeder, in huwelijk gehad hebbende Andries Schimmelpenninck van der Ove' 29 Sept. 1798. J ' ') Wol ter Joseph van Wijnbergen tot den Pol toonde den origineelen, doorgesneden brief ten bewijze, dat deze som was afgelost, 21 Maart 1G94. Zij was de oudste dochter van Dithmar van Wijnbergen. 56*- VOORST. Den tiende to Biscopinc, tn (Jhetel, gheleghen in den kerspel van Upvoerst. Sweder van Voerst, 21 Sept. 1384. 57*- VOORST. Aan den Holte, geheten de Voorst, eenerhande regt, dat geheten is: uitvals, daarvan de helfte; item dat akeren van 4 verkens in diezelvige Holte voors. Pelgrym van Putte, omstreeks 1382. Verder zijn de beleeningen gelijk aan die sub 17*. 58* VORCHTEN. Den thienden to Vorchten, groff ende small, niet allen sinen toebehoeren, gelegen in den kerspel van Vorchten, in der buyrschap van Weerssen. Hinrich van Doesborch, rectoer van tcloester toe H u 1 s b e r sr e n b ii H a 11 e m. liUbbert Maesz., ten behoeff van den pater, priesteren ende gemeene conventualen van tcloester toe Hulsbergen bij Hattem, nae doede Hinrich van Doesborch, rectoer van tcloester voorn., 12 Nov. 1541. Hinrick van Hengele, weduwe Johan Wolffsz., so Lubbert Maesz. en het bovengenoemde klooster des uutgegaen is 11 Anril 1542. Huider: Johan Kruyse. ' HlIlnw, iffW°lffS\ Sw ,J0ffe,u ïïenrick van Hengele, wedewe Johan Wolffsz., mit Wolter Wolfts, hueren oldsten soen ende ffekoeren momber, des utgegaen is, 10 April 1546. Idem, 22 Mei 1557. I hilibert de Wolffs, na dode Hendrick de Wolffs, sijnes vaders, 27 Sept. 1592 Johan Witten, Eenst Witten shoen, soo Philibert de Wolffs denselven uuytgegaen is, 18 Juli 1593. (ierrit de Wolfs, nae dode Philibert de Wolfs, sijnes vaders, 20 Mei 1G54. 59* VORCHTEN. Den tienden to Vorachten, groff ende smal. Herbert van Putthen, omstreeks 13131). Verder zijn de beleeningen gelijk aan die sub 17*. t'LI01^ d?? 'ne,'r^n,lt>n"len staat zijner bezittingen, en wel als een vijfmark leen [ !( hahi ï f" x ' at He?nc va" v WILP. De hoeve Wenemerscamph, in liet kerspel van Wilue opgedragen door " ' Everhard^van Wilp met zijne vrouw Elisabeth en zijnen zoon Everhard, G3*- WILP. Dat huys to Wilp, den hof ende weet, ende die manne die daer mit rechte toehoren; ende den tienden van' ■Holte, gelegen in den kerspel van Wilp. Evert van Wilp, omstreeks 1382. Idem, 12 Febr. 1394. ') Sloet, Oorknnilenboek, no. 741. Kvert van Wilp, nae dode sijns vaders, 3 Febr. 1435. Idem, ridder, 20 Sept. 1456. Evert van Wilp, ridder, nae dode Evert van Wilp, ridder, 9 Maart 14C9 Idem, 19 Mei 1498. Aleyt Freyse van Cuenre, echte huysvrouwe Johans van Renesse Jna" Welven, nae doede Everis van Wilp, ridders, hoers neve, ende mede nae doede Ode van Wilp, weduwe Aernts van Mid- irnr nu' 5' des voirs- Everts suster, hoere nichte, 17 Mei Hnlder: Johan van Eenesse, hoer man voirs 1) Eadem, 20 Jan. 1518. Huider: idem. I!"J'Maar?'mjJ°to" "" I""">SSe den h™ Eadem, 21 Febr. 1529. Huider: Johan van Renesse, ridder, hoer man. Adnaen van Renes, domdeken der Cathedrael kercken toe Utrecht na doede van Aleydt Freyse van Kuynre, weduwe heren Johans'van Renesse sijner moeder, 7 Oct. 1550. Huider: Willem Hinckart, stadthalder der leenen van der herlicheit van Baer. Johan van Renes, soe Johan van Holtzwyler, volmechtich ende gecon- ÏSfn tn" Zegs" Adnaen Van Renes> d011ulukel' li"" Cathedrael Kercken tutrecht, des uuytgegaen is, 26 Maart 1557. fterlach van der Capelle raet des furstendoms Gelre ende graeffschap /utphen, tot behoeff Jacob Schimmelpennynck, siines swagers, 1 Oct. 1584 3). ' J Johan van Renesse, nhae doede Johan van Renesse, zijnes vaders 13 I'eter van Apeltoern, als momber van Johan van Renesse, noch minder1609 "ae Va" 1{finosse' sii,les vaders, 22 Juni Jacob^chm.melpem.inrk, nair dode Jacob Schim,nelpenninck, sijnes vaders, hee^ ?de va" Wilp' terw«' bedoeld is Belia. Hoe Aleid Frcvse van Cnvnre Je naaste leenvolgster van Evert en Belia kon zijn, blijkt uit dit staatje ' Kvert van Wilp, tr. Oda. I Evert van Wilp, ridder, tr. Belia van Wijhe. Evert, van Wilp, ridder, tr. Elisabet.h van Arnhem. Evert van Wilp. Belia van Wilp, tr. Arend van Middacliten, ridder. Oda van Wilp, tr. Herman van Cuynre. Aleid van Cuynre, tr. Evert Freyse. Adriaan Freyse van Cuynre, tr. Hadewich van IJsselstein. Aleid Freyse van Cuynre, tr. Johan van Renesse vaii Wulven. ") Haar man was toen ridder (acte). vmiutjn siiji (acxej. ineIi,o,'.nin1t2LFibh 1018 'V zittin? (fAouden nm strijd tusschen Jaeoh Rcliimkanten L»n„, , ♦ !"", Renesse aangaande deze leenen te beslechten. Van heide anten kwam men niet stamboomen en brieven, maar zonder eindresultaat Jan van Steenbergen tho Nyenbeecke ende Machtelt, sijne huisfrouwe, met Johan Coudewijn, hairen momber, disponeeren, dat nair sjjuen dootlicken affganck de tienden, groff ende smal, over de goederen rondomme liet huis tho Wilpe ende over 't erve ende goedt gehieten het Hoff, 't erve de Loyne, 't erve ende goedt gehieten het Gansehuis, t'samen in Wilpe gelegen ende op huiden van Johan van Renesse aen gemelten eheluiden in pandschap uitgedaen, sullen vervallen op hairl. dochter, Geertruvt van Steenbergen 1) 10 Maart 1619. " ' Adriaen van Renesse, nair dode Johan van Kenesse, siines broeders 6 Nov. 1621. Idem laat confirmeeren de acte van hypothecatie van 't leengoet Gansenhuys, 9 Juni 1627 gepasseert, ten behoeve van Assuerus van Appeltoorn, drost van Veluwen 2), 14 Juni 1627. Maximiliaen van Renes, nae dode Adriaen van Renes, siines broeders 28 Sept. 1630. ' Joan van Renesse, noch onmundich, nae doode Maximiliaen van Renesse, sijnes vaders, 7 Juni 1649. Hulder: Frederick van Rhede, sijn momber. 'ieorgius Lipperus, der rechten doctor, als volmachtiger van Willem 1 ramjois van Camont, Prederik van Rede, Henrick van Essen, landtdrost van Veluwen, ende Zeger van Arnhem, lantrentmeestergenerael van Gelderlant, als momberen der onmundiche nagelatene kinderen van wijlen Maximiliaen van Renesse ende Anna van Sallant, heer ende vrouw van Wilp, laten de pantschap van den thiinden, des erves ende goedes de Marsch, ofte van olts het Gansenhuis gent., 1 Juli 1651 voor 2000 car. gl. ten profijt van Eylerdo Damio, predicant te Wilp, gepasseert, approbeeren '3), 11 Juni 1652. Idem laat, in qualitate ut supra, de pantschap van de groven en smalen thiinden des erves ende goedes Wilpe voor 3500 car. gl., van 20 st., Juli 1651 ten behoeve van Mathijs Henrick Daemis gepasseert ende ingegaen "P Martini 1650 voor 6 jaren, approbeeren voor andermaal 6 jaren, uyt het erve den Hoff ofte de Hege, eodem die 4). Idem laat, in qualitate ut supra, de hypotheecy op het erve ende goet de Loyne niette pachten van dien, 25 Juli 1651 gepasseert ten behoeve van Jan Arents, sijne huysfrouw ende erfgenamen voor 2000 car. gl. binnen 6 jaren te lossen met gelijcke somme, approbeeren 5), eodem die. Idem laat, in qualitate ut supra, do hypotheecy op het erve ende goet den Hoff ende de pachten van dien, 3 Nov. 1651 gepasseert ten behoeve van Marten van der C'apellen, sijne huisfrouw ende erfgenamen, voor 2550 car. gl. binnen 6 jaren te lossen, approbeeren u) eodem die. ') Onder voorwaarde, dat hare moeder eene jaarlijksclie rente van 100 ear. gl., van 20 st,., zal krijgen; echter behoeft zij haren broeders niets uit te kceren. ') Voir alle namaninge van 1.>0I) car. gi., die aen de erfgenamen wijlen Mr KnMnt i^wcerts de Weert botaelt en voldaen sijn (acte). •') Te rekenen van af Cathetedra (sic) Petri voor G jaren (acte). 4) In de acte is de datum der eigenlijke bezwaring niet nader aangeduid dan de maand en het jaar. ") Jaarlijks op Jacobi te betalen: 104 car. gl. 3 st. (acte). ") Jaerlix 3 November te verenthen met 130 car. gl. 5 st. (acte). Idem laat, in qualitate ut supra, do hypotheecy op het erve ende goet de Marseh inetto pachten van dien, 23 April 1652 gepasseert ten behoeve van den lieutenant Harbert de Baer, voor 1500 car. gl., van 20 st., 1 Maart 1646 door de heer ende vrouw van Wilp verleent, ende binnen 6 jaren te lossen, approbeeren *), eodem die. Idem als volmachtiger van Joan Peter van Renesse, heere tott Wilpe, 24 Mei 1660. F ' Uerrit Swirinck, als volmachtiger van Joan van Renesse, heere van Wilp, ende Agnes Francisca van Kenesse, sijne huisfrouwe, vercoft eene jaerlixe renthe van 50 rijxdalers, van 50 st., uit de heerlicheyt ende huis Wilpe mett allen toebehooren, te lossen met 1000 R., ten behoeve van Georgh Lipper, der rechten doctor, sijne huisfrouwe ende erfgenamen -), 23 Aug 1660. hmmanuel van Iwenhuysen, als volmachtiger van Jan Peter van Renesse na doode Maximiliaen, sijns vaeders, 24 Jan. 1668. Jacob Fokkink, der regten doctor, als volmachtiger van Josina Maria van Renesse toe Wilpe, 11 Mei 1687. Wüd Jan van Broekhuysen tot de Lathmer3], 22 Nov. 1720. Huider: Adolf Hendrik Putman, I. U. D. Hendrik van Broekhuysen tot de Latmer, 18 Mei 1730. Huider: idein. Lucas Willem van Broekhuisen tot Wolthuis, Latmer en Wilp, ridder van de Duitse order en commandeur van Dieren, na doode van Henrik van Broekhuisen toe de Latmer en Wilp, siin broeder, 10 April 1737. Huider: idem. Willem Harmen van Broekhuisen tot den Latmer, na dode van Lucas Willem van Broekhuisen, desselfs vader, 4Dec. 1748. Huider: idem. Idem laat voor sig selfs en als volmachtiger van Mechtelt Jacomina van ■broekhuisen, geboren van Lynden, desselfs ehegemalinne, de gedane verkopinge aan Wilt Hendrik van Broekhuisen approbeeren, 17 Juni 1755 4). ' Wilt Hendrik van Broekhuisen, krachtens koop en na refutatie, eodem die. Johannes Jongbloet, advocaet voor den Hove van Gelderland, uit krasjt van contract de dato 20 April 1758 met Willem Harmen van liroekhuisen en Megteld Jacomina van Lynden, ehelieden, en Wilt Hendrik van Broekhuisen ingegaen, mitsgaders opgevolgten behoorlijk geaprobeert verwin5), 7 Febr. 1765. De heerlijkheyd Wilp met de lheenkamer en het erve en goed voor Wilp, bestaande in huis, schuur, bergen en vorder getimmer, hof en boomgaard, mitsgaders de onderbenoemde bouw- en weilanden, waarvan pagter: Claes Willemsz., lheenroerig aan de praabsdie Lebuini te Deventer; waarvan wey- en hooyland isln. de Varkensweyde; 2". de weyde bij het huis; 3°. de Grasdelle; 4rt. de Batterijen; 5°. de Omloop; ') Jaerlicxc intersesse (sic) van 75 gelijcke guldens, alle jaer op May (acte). 8) t Eerst verschuldigd oj, 1.8 Maart 1661. 3) Soo als die van Renesse van allo ouwde tijden en nu laest Jacob Fokkink, als volmachtiger van Josma Maria van Kenesse (acte). ;! ',e ?ctc ™lf ,ieeft 16 Juni' 1'otgecn echter eene schrijffout moet zijn. ) Conform liet landrecht van Veluwen en door expiratie der verttrinsjaareu het plenum dominium in eigendom hekoomen hebbende (actej. en bouwland: het Paardeland en de Groote Kamp; alles tientvrij, te saamen ongeveer groot 60 morgen, waartoe gehoort het ampt van den dijkgraef van den Dorperdijk, en als de schouwe gevoerd word, moet den predicant van Wilp jaarlijks leeveren één ham en één kruike bier, en den custos van Wilp 100 hoendereieren, beyde sooals dat gebruikelijk is; en mag het sand, tot het maaken van den Dorperdijk nodig sijnde, uit het kleine Berghcampjen cehaalt worden; en behoort hiertoe meede den eykenboom staande op den dijk digt bij de schuur van het erve den Hoff; hebbende den eygenaar ingevolge lheenacte het recht van inlosse van de tiende Grasdelle, sijnde hierop do navolgende lasten bij do maancedulen in 4 posten: 104 gld. 13 st. en 13 ponningen, pastory van Wilp één scheepel rogge en één scheepel garste x). Assueer .lan T o r c k, heer van Roosendaal, Yoorschooten en Petcum op vertoon eener lheenacte, waarbij de landdrost van Veluwen aan hem en desselfs ehegemalinne, als kooperen, dit leen gecedeert hadde 15 Juni 1767 3). Idem, octroy, eodem die. Jan Ponse, woonagtig te Arnhem, laat als volmagtiger van A J. Baron Torck en E. J. Baronesse de lUode van Heeckoren, heer en vrouw van Rosendaal, etc. etc., de koop van 13 Nov. 1780 met Snne Vorstelijke Doorlugtigheyd Peter, bij de gratie Gods Hertog 1781 Va" ^ourland, etc. etc., approbeeren, 6 Juni Mr. A. O. F. Bomble Vatebender, raadsheer bij den Hove provinciaal van Gelderland, als volmagtiger van S. V. D. Peter, bij de gratie °ds Hertog m Lijfland, van Courland, etc. etc., krachtens koon en na refutatie, eodem die. Idem, ordinaris raad des furstendoms Gelre en graafschap Zatphen, laat in qualitate ut supra 3) de koop met Jan Ananias Willink koopman te Amsterdam, approbeeren, 5 Oct. 1790. bei hard Kverts, scholtes des ampts Voorst, als volmagtiger van Jan Ananias Willink, koopman te Amsterdam, krachtens koop en na refutatie, eodem die 4). Volgens de voorwaarden va» den verkoop, die plaats liad op lTFebr. 1766 ingevolge voor 33100'ffld" fVC" "l Mr' Jül,a." Jo"&bloet- K""I,er W<=«1 Antony Viervant Jb'«bi ' ®n "amc;ns Assuocl' Jan Bllro" Torck en Eusebia Jacoba de Roode van Heekeren, zijne vrouw. Geregistreerd door Theod. Wakker, advocaat als >olmagtiger van Mr. Johan Jon^bloot, 1 Aug. 1766. -) Ingevolge resolutie van de Staten van Overijssel, in dato 7 April 1767, daar de stadhouder der leenon bezwaar maakte den kooper alleen op grond der acte van den landdrost van Veluwe te beleenen (acte). ^ Acte: volmagt afgegeven te Wurza 18 Maart 1790. kocllt 20 J.an' 1796 de "leenhorigheid van den hof te Wilp af or -0Ü s'd-. WC|K bedrag namens hem werd voldaan door Teunis Dries. Afgespleten van 63*. 63 § 1*. W1LP De lheenkamer van het huis te Wilp. Willem Herman van Broekhuisen laat, voor sig selfs en als volmachtiger van Mechtelt Jacomina van Broekhuisen, geboren van Lynden, desselfs ehegemalinne, de gedane verkopinge aan Wilt Jlendrik van Broekhuisen approbeeren, 17 Juni 1755 ij. Wilt Hendrik van Broekhuisen, krachtens koop en na refutatie, eodein die. 1'rederik Adolph van der Mark, als geinstitueerdo stadhouder van Wilt Hendrik van Broekhuisen, heer van Wilp, eodem die 2). Afgespleten van 63*. 63 § 2*. WILP Den Lathmer met derselver ap- en dependentien, regten en toebehoren; voort mede den Leeuwenburg met liet huis, erve en landeriën daaronder gehorende, en dan de Aarder- of Harderbroeker tiende; de Kleine Hombraak !); de Hummensche tienden; het Paardelandjen en het Bakhuiser erve, alle lhenen vau het huis Wilp. Willem Herman van Broekhuisen tot den Latmer, voor sig selfs en als volmagtiger van Mechtelt Jacomina van Broekhuisen geboren van Lynden, 17 Juni 1755. Idem laat, in qualitate ut supra, de gedane verkopinge aan Wilt Hendrik van Broekhuisen approbeeren, eodem die. Wilt Hendrik van Broekhuisen krachtens koop en na refutatie, eodem die. J. Stukker, procurator, wonende te Arnhem, laat als volmagtiger van H. van Broekhuisen, burgermeester der stadt Harderwijk, en Mogtclt Jacomyna van Lynden, eheliedon, alsmede van Wilt Henrik van liroekhuisen, lieutenant ten dienste deser landen, het vrijwillig verwin ten profijte van Mr. Johan Jongbloet, als cessionaris van Debora van der Hamme, douarièro van Broekhuisen, approbeeren, b Mei 1758 4). ') Zie omtrent dezen datum nout 4 blz. 133. ') Van ,1e leenkamer van het liuis Wilp wordt verder alleen melding gemaakt in de kuopvoorwaarden van 17 Febr. 1766; men zio bh. 133. ,..3) D®Iuttike Hoenbraet behoorde reeds in 141!) ouder de leenen, welke de heeren van Wilp van den Bisschop hielden. (Zie Njjhoff, Archief van Arnhem, 1664 blz 101 I ) Hoewel de Lathmer verder niet met name genoemd wordt, is het toch minst sénomen zeer waarschijnlijk, dat hij de verdere lotswisselingen van het huis Wiln -edeeld heelt, to meer daar artikel 26 der koopconditiën (17 Febr. 1766) luidde: Getransiiorteerden zullen aan den kooper van den I.eeuwenbergh wecgens de bevde Kolkweidcn eens naa expiratie van het jaar verschijnende 22 Febr. 1767 moeten beta'alen 40 guldens Jan 1794)°'' 'eenplichtig-fieiJ spreekt echter van den hof te Wilp zonder meer (20 LIJST VAN DB NAMEN DER LEENEN. KWARTIER VAN NYMEGEN. B. Blz. Balveren, tienden te 31 Brcdemaet, C morgen te Rijsicijk in ') 29 Bredendael, 24 morgen te Eist genaamd 5 D. Doelenacker, dc, te Rijswijk 26 Doerendael, te Eist. . . 6 Duivestaart, de, te ltijswijk 25 E. Eiineren, tienden te 31 Eldijkervelt, 24 morgen te Hien op 10 Eist, de tienden te 3 Ewijk, de tienden te 6 H. Hamme, het goed in den, te Valburg 30 Heteren, de olde hofstad te . ....... 8 „ , 10 morgen uitterwaard te 10 Heuvel, de Zalige, te Eist 5 ') De üaasbceksche lecneu zijn cursiof gedrukt. Hoeveacker, de, te ltijsu-ijk . , . Blz' Hoinelrelo, Hoemorelo, een zevende van ! ' ' 2J. Humersweerd, de . 33 K. Kerkhof, liet goed ten, te Costerhout Koppen, de . •••.]» 33 L. Loecump, de, te liijswjjk 26 M. Maet, 10 morgen te Hien in die . Marscli, eene hofstad met 8 morgen in de ') * ,!! » , 8 morgen in de !) . . ' ' ' » , een tiend in de ... ' ió „ , de rot- of roktienden in de . ' io Mede, die Corte, te Eist. » . die Lange, te Eist 5 O. Oesteringe, die, te Eist . 6 P. Ploksken, het. 33, 35 R. Jiucensivuai, de tienden van . Kiet, 4 morgen te, te Eist . ^ Kijswijk, eene hofstad te . (6 " * ccn huis, hof en 7 morgen te . „u n i 11 morgen en 46 roeden te is <■ , 8 morgen te . . , 7 morgen, 4 hont en 25 roeden te ..." of) n , 6 morgen en 46 roeden te 19 Sr,'?11" " "'»'<» "•»» — « lil/.. Rijswijk, 3 morgen en 23 roeden te 19, 20 „ , 3 morgen tc 28 , , 1V2 morgen tc 29 , ,11 hord ie ......... 29 , , 8 hont tc ......... 29 . , een kamp lund tc . . . . . .26 Hij sic ijker waard, 2 morgen in 30 s. z. Sandstueken, de, tc Rijswijk ....... .28 Zetten, de tienden te „ , de kerkgift te Sluyskamp, de 3i> 35 Staart, Je 33, 35 T. Tollenburg, het erf de, te Lienden. ... 14, 15, 16, 17 V. Valburg, 30 morgen te Vjjffhuysen, de heerlijkheid ... .... .33 W. waay, de 33^5 Wccbstuck, dat, te Eist Weertacker, de, te Ryswfjk ........ 27 Wolfswaard, de heerlijkheid . . . .31, 33, 35, 36, 37, 38 KWARTIER VAN ZUTPHEN. A. *A, het goed ter, te Neede *) .69 *Aernynck, het goed te, te Geesteren 61 Ambtsweerd, Amptmansweert, de, te Brammen . . . .74 ') De Overijsselsche leenen zijn van een sterretje voorzien. ij. *Brantking, liet goed te, te Jteltrum . . , ^g *Broeke, liet goed ten, te Biel ' [ 54 *Bullixhuis, het, to Geesteren ... gg * » , 5 molder uit het, te Geesteren v . . gj *I3usserstedo geheeten Groot Ilmerink ... 72 D. Diilain, het gerecht en de heerlijkheid .... 43 Doesburg, het patronaatsrecht der kerk te . . . 43 *Dorth, de hof te, gem. Bat hm en ...... 44 Drompt, de tienden te . . , » , een tiend te . in • \r o , zie Jvwartier van Veluwe. Duiven, een tiend te, in de Lijmers .... y2 E. E(e)lkink, zie Kskink. Kltink, de tienden van het huis, te Doctinchem ... 44 * Kskink, het erf en goed, te Braminelerbroek . 65, 66, 67 *Es8eling, de tienden over, te Geesteren ...... 55 Essink, zie E.skink. G. Gaanderen, de tienden te 52 ♦Goerhuvs, het, te Neede 63 Groessen, een tiend te, in de Lijmers ..... 52 Grucink, de tienden van, te Vorden 70 H. *Hakinck, de hof te, te Zelhem 77 *Helmerkinc, te Beltrum .... 48 ♦Henghele, de tienden over het huis ten, te Neede . ^3 *Hengstegoer, de tienden over, te Geesteren . w ka *Herlebroek, het ' ' 72 Hermanninck, de tienden van, te Werken 70 *Hermanync, het goed te, te Vragender... ♦Hermannyng, Hermeling, Hermelding, te Geesteren ! ' 55 Hesseling, het goed tot, te Geesteren .... 55 b , de tienden over, te Geesteren ... 55 *Hilwordinc, 5 molder over, te Neede .... gg *Hoevelinck, Hoveninc, liet goed, te Vierakker . . .71 *irorstwij<-, liet goed die Luttike, te Beltrum ') . . .61 Huissell, Hoesel, een tiend te, in de Lijmers 62 I. Y. IJ. *Ybekinc, liet goed te, te Groenlo 48 *Ilmerink, Groot en Klein 72 I.Tzevoorde, Yzenvort, de tienden van den hof te, te Doetineliem 44 J. *.Telinck, de tienden over, te Eefde ...... 75 C. K. *Kedingherwolt, een waar in den, te Lochem G3 Kemink, de tienden van, te Werken 70 Conijnoweert, de, te Brammen ... .... 74 *Crolinc, de tienden over, te Eefde . ... 7r> L. Lathum . r.g Lencinck, de tienden van, te Vorden 70 *Lossyng, het goed te, te Noordijk. ...... 63 M. *Mallem, Mallenden, de hof te, te Eibergen 47 *Medinc, 2 molder over, te Neede ....... 69 *Meerbeke, de hof te, te Rekken *Mengerinck, Meyerinc, de havesaete, te Warnsveld . . .72 *Muddenhuys, 5 molder over, te Eibergen .... 48 N. Nieslagerland. alle tienden van ....... 76 *Nyehuys, de tienden over dat, te Tïorrulo . . ... 52 ♦Nyemate, het goed die, te Biel 55 ♦Nyenhuys, het goed, gem. Almen 41 *Njrenwilling, het goed te, te Biel 55 ») Zie noot 2, blz. 48. P. *l'apenberg, Papenborch, liet huis te, te Zelhem . . . "77 Pilling, het huis te . UeJ R. ♦Rade, de tienden te, te Steenderen .... 69 *Kaesinck, het erf ' 72 73 *ltedderdinc, Ridderdinck, de tienden over, te Kefde ' 75 *Rembertsstede, Rembertsplaats .... 72 ♦Rewerding, Roverding, het goed te, te Biel . . ' 57 Rode, zie Rade. *Rotarding, Roterdink, de tienden over, te (ieesteren . r,2 54 *Roterdink, Ro(e)tmondinc, te Beltrum . . . ' ' ' 50 S. ♦Sakekinc, 5 molder en de smalle tienden over, te Neede . C9 Seggessink, de tienden van, te Werken. .... 70 Sikkinc, de tienden van, te Werken .... 70 *Sopelinch, Suppelinck, de tienden over, te Eefde ..." 75 Sueveric, de tienden van het huis, gem. Doetinchem . . . 44 T. *ïiendinch, Thedinch, de tienden over, te Eefde . . , 75 U. Ubecinc, de tienden van, te Vorden ... 70 *Uding, de tienden over rr *Uterdinch, de tienden over, te Eefde ») . • • ' * 75 V. Velsberghe, het goed, te Doetinchem ^ elthuys, het erf en goed ten, te Geesteren .... 5g *Vierakker, de havezathe, te Warnsveld . . . ' 71 * Volkerstede 73 *Vrankenhuys, 5 molder over, te Eibergen ' 48 ♦Vranckinck, het goed te, te Reltrum . . . . ' 4o *Vroinck, het erf . ' n' 12 ') Thaus: Uterink onder Gorssel. w. Blz. *Weenk, Weding, de hof te, gem. Neede ..... 64 *Wenemaryng, Kilmaringk, het goed, te Neede . . . .68 *Werken, de tienden te, te Warnsveld 71 ♦Wesselinc, het goed te, te Groenlo 48 Westervoort, het gerecht en de heerlijkheid van . . . .76 * „ , de grove en smalle tienden te 76 *Wichmondsche weerden, een waar in de, te Warnsveld. . .72 *VVilling, Wulling, de tienden over, te Geesteren *) 55 Wilmaringk, zie Wenemaryng. *Wissink, Wissekinc, het goed te, te Eibergen . . . .48 *\Vitten-erve, het goed, te Neede 66, 67 Woeste Hoeve, de tienden van het huis, gem. Doetinchem . . 44 *\Volffeler, het goed te, te tteesteren 54 *Wolller, de tienden van, te Warnsveld 71 ♦Wywerhuys, het erf en goed, te Noordijk 63 KWARTIER VAN VELUWE. Veluwe, de „ , de novale tienden op de 80 A. *Aardenbroeker, Ilarderbroeker tienden, de, onder Wilp. . . 135 Achtevelde, het goed, te Iiarneveld 81 „ , de tienden van, te Iiarneveld 86 B. ♦Rakhuiser erve, het, onder Wilp 135 Harbarenkamp, Sint, te Scherpenzeel 112 Barn, Berne, de tienden ten, te Barneveld 86 Batterijen, de, onder Wilp 133 Hem te, zie Bruempt. *Bennekom, de grove en smalle tienden te 88 „ , een tiend te, den Rosantschen thienden geheeten . 89 „ , een tiend te 89 ') Thans: Willink onder Borculo. Bennekom, eene hoeve te ... Berckhorst, het goed de, te Scherpenzeel ♦Beukelaar, het erf en goed, te Twelloo . . [ Bieler, Brilaer, de tienden van het goed te, te Barneveld Biereveld, den ouden tiend uit *Biscopinc, de tienden te, te Gietelo .... ISoesscoten, de tienden van, te Barneveld *Bolkhorst, het erf de, onder Twelloo Borchstede, die, zie Selveholte. *Borchstede, die, 13 molder rogge 's jaars uit het erf en te Twelloo .... ♦Borgstede, die, 36 morgen, te Wilp . Bovendorpe, de hof te, te Velp .... * lirakei, de tienden te Breeschoten, het erf en goed, te Scherpenzeel Broeckhuyser-tiend, te Scherpenzeel *lïruempt, Brumet, Brunnet, Brummert, Bromte, Bemte, ho te, te Gietelo *Bruenshuys, het goed te, te Holten *Brukencamp, de, te Holten .... Burg- Borg- Bergstede, den ouden tiend uit, onder Barneveh Butselaar, te Lunteren (?) Byssel, het goed te, te Doornspijk .... „ , de grove en smalle tienden te, te Doornspp 121, Blz. 90 112 123 85 83 129 86 123 goed, . 124 . 130 . 125 . 93 . 112 84, 85 goed . 127 . 115 . 115 83.84, 85 . 92 . 90 . 91 D. Doornspijk, de molenwind binnen de cluften van . Dorperdijk, het dijkgraafschap van den, onder Wilp Drempt, het gerecht te .... *Dusse, ter, het goed, te Holten x) 94 134 94 115 E. Ebbenhorst, de tins van het goed, te Scherpenzee Ede, alle mannen en tinsgoederen te . Eket, een tiend boven, onder Elburg . Elburg, de molenwind binnen de clufton van * v i de grove en smalle tienden van * „ , een tiend ter . 112 92 95 94 95 95 ') Do naam van dit goed loeft mogelijk nog voort in Poos te Voorst, in welk irovn] Holten .le buurt liet Holt in .lie gemeente zal zijn, en daarmede is dan tevens de ligging bepaald der andere goederen tegelijk waarmode dit genoemd wordt. Bk. Elspeet, een tiend te 96 Ermeloo, de cijnsen en cgnsplichtigen te 97 Espic, Espe, de tienden van 86 *Eze, het goed van Goederts kinderen van der, te Hattem . . 101 Eze, Ose, to, de tienden van, te Iiarneveld 86 Ck *Ganzenhuis, liet erf en goed het, onder Wilp .... 132 Geer, de, 1V2 morgen onder Rheden, geheeten . . 109, 110, 111 Glind, Gelyn, den ouden tiend uit het goed, te Barneveld . . 83 Gods- Gaits- Gooswilligen, het goed, te Scherpenzeel . . .112 ""Goor, liet, onder Twelloo 123 Grasdelle, de, onder Wilp 133 H. Ham, Hem, de tienden te, onder Bennekom . . .86 Harsseloose-tiend te Bennekom 86 *llartelaar, Herteler, liet erf, te Twelloo 121 * „ , de grove en smalle tienden over het goed te . . 124 Harten, Hirten, de tienden te, onder Renkum .... 102 *Hasele, Has(s)elt, de Groote, het erf en goed, te Terwoldo . 114 Hattem, de tienden te 102 *Havikhorst, de tienden van, te Barneveld 86 Heelsum, de tienden te 102 *Heerde, de grove en smalle tienden te 103 Hege, zie Hof. Heintjeskamp, het goed, te Scherpenzeel 112 *Heteren, Derix guet van, te Hattem 101 Hoenover, de hof ten, te Epe 96 *Hoenschoten, twee goederen te, met de grove en smalle tienden, te Twelloo 115 *Hoenschoten, Honschoten, Hulskate, Groot 115 * „ , Klein, met de grove en smalle tienden . . .116 * „ , het goed te 121 *Hof of de Hege, het erf den, onder Wilp 132 *Holt(e), de tienden van, te Wilp 130 „ , zie Voorst. *Hombrake, de, te Twelloo 123 * „ , de Kleine, onder Wilp 135 *Hopsguet, Huege, te Terwolde .115 Horselaar, de tienden van, te Barneveld 86 *Horst, ter, een tiendeken op 93 10 *Hovenk, Overenck, het erf en goed den, te Twelloo . .121, 123 *Hughinc, het goed te, te Oeken onder Brummen . . . .90 Hukenhorst, de tienden van, te Barneveld 86 *Hummensehe tienden, de, onder Wilp 135 Huigenbosch, het goed, te Scherpenzeel . . . . .112 „ , den ouden tiend uit het goed, te Scherpenzeel. 83 J. *Jurdeninck, het goed te C. K. Kamp, de Groote, onder Wilp Camp, den Olden, de tienden van 86 Claphorst, de tiend van het goed te Scherpenzeel. . . .112 L. Langelaar, den ouden tiend uit, te Barneveld . . . .83 *Lathmer, de, onder Wilp "Leeuwenberg, de, het huis de, onder Wilp 135 Lennepsmolen, te Yelp 125 *Loine, de, het erf, onder Wilp 132 M. Malkenhorst, Mallickenhorst, Mackenhorst, de tienden van, onder Barneveld 86 *Maet, het goed ter, te Terwolde 115 *Markluiden, Mercklederenge, de grove en smalle tienden op . . 105 *Marsch, de, het erf en goed, onder Wilp .... 132, 133 *Moespot, de, te Twelloo N. Nolencamp, de tienden van, te Barneveld 86 Noschoten, Nossecoten, de tienden van, te Barneveld . . .86 Nunspeet, een tiend te 106 O. Oklebroek, het accijns in het 94 Oldenbutzeler, 6 morgen uit, in de Loenhorst te Lunteren . . 92 Blz. •Omloop, de, onder Wilp 133 Oostendorp, het goed in, te Doornspijk . ... 94 Oostenwolde, de horige luiden in . . . . . . .94 , , 3 morgen te 108 „ , een tiend te 108 Oosterbeek, het halve gerecht en de heerlijkheid te 108 Ose, zie Eze. "Over, de hof ten, te Epe 96 Overenck, zie Hovenk. *0 verhof, het goed te, te Hattem 101 Overmaat, de, 1V2 morgen geheeten, onder liheden 109, 110, 111 P. Paardeland, het, onder Wilp 134) 135 *Putten, de smalle tienden van den hof te .... 93 * „ , de leenkamer van den huize van 94 ,, de hof te 94 B. Renes, het goed, te Scherpenzeel . . . . . . .112 Rheden, Rhederbosch, Rhedermark, Rhedermarsch .... 109 Wort-Rheden, Woerd-Rheeden, het goed tot 109 Rosantsche tienden, de, te Bennekom 89 Rosseler, de tienden van, te Barneveld 86 Ru winkel, Ro winkel, het erf en goed, te Scherpenzeel . . .112 s. z. Schaffelaar, Scaffeler, de tienden van, te Barneveld . . .86 Scherpenzeel, alle mannen en tinsgoederen te . . . .111 Schoonebeke, de tienden van, te Barneveld 86 Schoonhorst, de tienden van, te Barneveld 85 *Selveholte, die borgstede geheeten, te Twelloo .... 121 K , Sevelten, Sevelden, de hof tot, te Twelloo . . .121 „ , Zeivolden, de grove en smalle tienden over den hof te, te Twelloo 124 Sorxdamme 1), de tienden van, te Barneveld . . . .86 •Spankeren, de tienden te 113 Speulde, de tienden te 100 *Zuidwijk, Klein-Zuidwijk, het goed te, te Oene . . . .106 Oosterbeek, het halve gerecht en de heerlijkheid te Ose, zie Eze. *Over, de hof ten, te Epe Overenck, zie Hovenk. *0 verhof, het goed te, te Hattem . Overmaat, de, V-/2 morgen geheeten, onder Rheden Paardeland, het, onder Wilp •Putten, de smalle tienden van den hof te * „ , de leenkamer van den huize van ,, de hof te s. z. Schaffelaar, Scaffeler, de tienden van, te Barneveld Scherpenzeel, alle mannen en tinsgoederen te Schoonebeke, de tienden van, te Barneveld . Schoonhorst, de tienden van, te Barneveld . *Selveholte, die borgstede geheeten, te Twelloo K , Sevelten, Sevelden, de hof tot, te Twelloo „ , Zeivolden, de grove en smalle tienden over ') Thans Surksum. T. Bil. *Telgt, Tellicht, de grove en smalle tienden te . 97, 98, 99 Twellaer, liet erf en goed geheeten . • • '• • .112 V. *Vaassenerenge, de tienden van 12«> Varkensweyde, de, onder Wilp Teen, Veenhnis, het goed ten, gem. Voorst 118 Veenlaar, de tienden van, te Barneveld 86 Veenschoten, den ouden tiend uit, te Scherpenzeel . . . 83 „ , te Sclierpenzeel 1" Velp, liet gerecht en de heerlijkheid te 125 „ , een derdedeel van de groote tienden te . . • .127 ♦Voerns goed, te Hattem 101 ♦Voorst, de, het halve recht van uitval in den holte geheeten ') .129 * , de, het akeren van 4 varkens in den holte geheeten M . . 129 ♦Vorchten, de grove en smalle tienden te 129 W. 1 Qfl Wageningen ♦Wapenvelde, de grove en smalle tienden te 106 * Weelde, de tienden van, te Twelloo 117 Wenemerscamph, de hoeve, te Wilp 130 *Wessingen, de grove en smalle tienden te 91 * „ , de tienden te ®2 *Wezep, de smalle tienden te ^3® Wildenakker en Wildernest 92 ♦Wilp, het huis en de mannen te 130 * „ , de leenkamer der heerlijkheid 135 Wittenberg, het erf en goed, te Scherpenzeel . . . • H2 Wolfswinkel, het erf en goed, te Scherpenzeel . .112 Wulen, de, V2 morgen geheeten, onder Rheden . . 109, 110, 111 ') Vgl. dc buurt het Holt onder Voorst. LIJST VAN DK GESLACHTSNAMEN. A. Blz. Achteveld, van 81, 82 QQ Ackoy, van Aelst, van 1-1 Alkemade, van 109, 110 Aller, van 90 1 Al Amstel, van 197 Amstel van Mijnden, van Apeldoorn, van 115, 116, 124, 128, 131, 13- Appeldoern ^ Appel(t), van 18 Appeltern, van 3, 97, 100 Arents *3^ Arinck Arkel, van *02 Arler, van Arnhem, van ...••• 76, 88, 89, 109, 131, 132 Asperen, van ^ Assink .66 Avesaet, van 31, 36 Averenck, van 106 B. 42 Bacquer Baer, de 133 Baer, van 108, 109, 125 Balveren, van 8, 35, 84 Blz. Bannet 9 Barmentlo, van 64, 65, 66 Bassenn, van 16, 35, 84 Bast ...... 101 Basten, van 50, 52 Bastiaans 117 Batenburg 50 Becquer 77 Bedaulx 5 Beek, van 16 Beesde, van 31 Beest, van 74 Beke, van der 52, 53 Bele, van 55 Belman 48, 54, 61, 69 Bemmel, van 89, 122, 123, 124 Benger . .119 Benthein, van 4 Bentinck . ... . .53, 92, 107, 108, 117, 128 Berentrode, van 125 Berenteen 123 Berg 74 Berg, van den 43, 47, 76 Bergli 6 Bermers 58 Bevervoorde, van 119 Beyer, de .... 123, 124 Bingerden, van 41 Birklioven, van 82 Blaerxhorst, van 115 Blankvoort, (van) 53, 54 Bodaan 34 Bodikers 48 Boechout, van 6 Boeckholt, van ■ 68 Boedeker 118, 119 Boelhouder 82 Boers 60, 75 Boll(e) 10 Bomble, zie Vatebender. Bong 16, 17 Bongaards 37 Boningen, van 8 Bonschate 43 Blz. Boonsaayer 62 Bootsman ... 77 Borchgreve • 102 Borgharink 116 Borre 30, 118 Borre van Amerongen 60 Bosman 8 Botter van Snellenburg 98 Bouwer 104 Braak, ten 51 Brakell, van 14, 15, 16, 74 Brandenborch, van 64 Brant 97 Brantsen 110 Brascamp 120 Brasdogh 56 Breedenoord 123 Breff, de 120 Brenk, van 9 Brevink 50 Brienen, van 25, 66, 86, 90, 91, 95, 96 Brill 57 Brilleman 121 Brink, van den 21 Broeck, van den 97 Broekhuis 67 Broeckhuysen, van .... 83, 84, 88, 121, 133, 135 Broecksmit 45 Bronchorst, van 69, 70, 100 Broneu, van 25 Brouwer 35, 107, 116 Bruggen, ter . . . . . . . . 54, 119, 127, 128 Brummelen, van 21 Bruyn, de 13, 15, 62 Bryla(e)r, van, zie Bylar. Buchel 82 Buchorst, van 102 Bulkeshuys, to 59 Bullic 59 Bulo, van 61, 68 Buren, van 43, 96 Bussche, ten 106 Buys 74, 112 Bylandt, van 13, 33, 38, 73 Blz. Bylar, van 85, 99 Bijls, van 82 Bymmen, van 3, 127 D. Daatzelaar, van 37 Daehtler, Dacteler 78 Daell, van 123 Daemis ............ 132 Daken, van 24 Dam, van 11, 21, 46, 120 Dame ............ 42 Damius ............ 132 Dapper 114 Darthesen, van 29 Deel, (Dedel) 88 Deelen, van 18, 83, 84, 89 Delden, van 123 Deventer, van 11, 54 Dibbitz 9, 10 Diemen, van, zie Lamsweerde. Diepholt, van 70 Dieze, van 54, 69 Dinteren, van 11 Dodenweerd, van 10 Doesborch, van . . . . . . . . .129 Doetinchem, van 92, 114, 119, 128 Dogteren, van, zie Muller. Dompselaer, van 85 Dongen, van 64 Doornick, van . . . 5, 7, 30, 38, 86, 87, 96, 98, 100 Dorenweerd, van den 5, 30, 38, 100 Dorsten van 81, 82 Dorth, van 44, 71, 96 Douglas 126 Doys .... 103 Drakenborch, van 32 Driel, van 4 Driessen, zie Opheyden. Druman 46, 47 Dry, van 25 Duercoep 49, 50, 51 Dulmont 77 Bk. Dumbar 114, 120 Duvenvoorde, vau 109 Duynen, then 118 Duythe geut. Buth, van 53, 57, 58 E. Eek, van . . . .37, 74, 75, 87, 88, 99, 101, 102, 126 Eenseliate, van 119 Eerde, van 101 Efoer 87 Eg-mond van der Nienborg, van 110 Eissink 66 Emelaer, van 81 Enck, van 93 Engberts 71 Engelen 9, 10 Ens, van 119 Enschede, van .52 Ermelo, van ........... 65 Eskink 66, 67, 68 Essen, van . 98, 100, 105, 132 Essink, zie Eskink. Eussum, van 120 Everts • 121, 134 Ewijck, vau 8, 122 Eyck, van 126 Eyl, van 42, 53, 68 Eze, van der ......... 101, 102, 108 P. Fabius 74, 104 Fargarson 42 Feriet 74 Flenderus 42 Flodorf, van 44, 45 Foeck 11 Fokkink, Vockiuk 56, 65, 66, 68, 133 Franken . ..... 50 Freyse van Cuynre 89, 131 G. Blz. Galen, van 104 Gameren, van 9 Gansneb gend. Tengnagel 54 Gehrik 120 Gelder, van 53, 58 Gelink 56 Gelre, van 70, 80 Gent, van 7, 30, 32 Gerritsen 53, 77 Gewin 51 Geytenbeek, van 16 Gherkinc 47 Glivmmenich, van 12 Giffen, van 82 Gissel, van 32 Golverdingen, van 25 Goyker 45, 53 Graaff, van de 104, 105 Graal, de 36 Griet, van 122 Groesbeek, van 8, 30 Gronde, van der 74 Grotenhuis 67 Grotenhuis, van 116, 119, 120, 121 G ruiter 107 Guedinck, Guezing, Goesyng 95 H. Haastenburg, van 123 Hackfort 118, 119, 120 Hadekint, Hadeking 101 Hademaecker 42 Haeften, van 93, 127 Haerle, van 53 Haersolte, Haerst, van . . . 54, 65, 98, 107, 108, 119, 128 Haesebroeck . . . 75, 116 Hage, van den 6 Haghen 91 Halewat 59 Hamine, van der 135 Harinxma, van 121 BIz. Hay, de 126 Hebbink 45 Hecking, van 21 Hedeman 70 Heeckeren, van 4, 5, 87 Heese, van 18 Heesell, van 24 Heeselman 42 Hegen, Heyen 41 Heiden, van 60, 72, 73 Heil, van der 72, 73, 82 Helmich 118 Helraad, van 82 Hemert, van 53 Hemerten, van 10, 13 Hemmert, van 57 Hengele, van 129 Herdevelt, van 86, 99 Hertefeld, von 123 Hertsen, van 7 Herwen, van 125 Herwerden, van 18 Hessels 52 Hessen, van 70 Heteren, van 8, 19, 23, 25, 29, 101 Heukelom, van 12, 18, 102 Heuvink 66, 67 Heyden, de 127 Heyden, van der 123 Heydendael 77 Heydenrijk 50, 52 Hinckart 131 Hittinga 16 Hoefhanier 94 Hoekelom, Hokelem, van 83, 107 Hoelyng 68 Hoemen, van 125 Hoevel, Heuvel, van 53 Hoëvell, Heuvel, van 59, 60 Hoeve(n), van der 63 Hoey, van der 70 Hohenzollern, van 76 Hofken 49, 51 Holst, van 15 Blz. Holsteyn, van 69 Holt, van 97 Holte, ten 91, 103 Holten, van 77 Holthuysen, van 18, 41 Holtzwyler, van 131 Homoet, van 30, 31, 38, 100 Hooft van Huysduynen 83 Hoorn, van 65, 87 Hornele, van 49 Horssen, van 10, 11 Horst, van der 54, 100, 118 Hottinek 57 Hovele, van, zie van Hoëvell. Huffels 72 Huge 43 Huging 90 Huigen 77 Huighens 73 Hullendoern ........... 44 Hulsen, van 106 Hulsken 56 60 Huygens 13, 22, 34, 36, 37, 38 Huyssen 45 I. IJ. Y. Ingen, van 107 Yrte, van 116 IJsendoorn, van 11, 107 IJseren, van 90 Issel 71 Isselmuden, van 95, 105 IJsselstein, van 131 Ittersum, van 56, 65 Ivoy 46 J. Jamerlo, van 96 Jansen 58, 64 Jode van Nymegen, de 3, 6 Jong, de 13, 22 Bic. Jongbloet 133, 134, 135 Jordaan 4 Jordens ...... 46 .Tulien 94 C. K. Kalkensteyn, van 120 Camont, van 132 Camphuysen, van ....... • • 125, 126 Capellen, van der ....... 35, 46, 131, 132 Cavelier, le 35, 36, 37, 38 Kempinc 48 Keppel, van . . 31, 42, 51, 55, 56, 65, 101, 103, 104, 105, 125 Keulen, van 24 Keyen ......... 41, 42 Charlois, van 26 Clercq . . . • • • • • . 15, 62 Klinkenberg 37, 96 Clocken, van der 30 Cloester, van den . 86, 102 Klopman 46, 59 Closser 107 Knegtjes 26 Knibbe 75 Knikkink s0 Knoppert 93, 114 Cock Kok • • • • -128 Cock van Opijnen, de 127 Cockman 1"® Coesfelt, zie de Ruyter. Coeverden, van . 49, 51, 56, 58, 93, 94, 10 < Kohier, van 78 Collaart, de 83 Koltinck 60 Coman . . . ■ • • • • • • • .111 Comf ^ Coninck ..... ... 64, 65 Copes van Hasselt 74 Koster 70, 107 Coudenhoven, van 14, 15 Coudewijn • HO» 132 Courland, van Kourman, Koerman g Kourten 32 Cramer 224 Krede, Creye jQg Cremer ......... j]7 Kreyenvenger 42 Kreynck ! ! nei 117 Kromhuysen ^ Kruvff, de ^ Cruiner gg Kruyse KrÖt 71, 103, 104, 105 Kncler, te Culenborch, van 12 20 2° CuPer 1 ! . ' 45,' 77 Cuynre, van ......... 96> 115j 131 L. Laer' van 53, 106, 107 Lalaing, van 12 22 Lamberts Lammers ^ Lamsweerde, van .... 7-770 *••••# 1, 4 O Langen, van 48 58 Langerak, van 93, 'l03 Lannoy, de 74 Lans(s)yng 121, 124 Lantdorpe, van ' 70 Jjat' de 120 Laurenborch, van ....... 99 100 Lawick, van (der) ... .... 8 90 Lebeck, le Beek ^ Lecke, van der *76 Leefdael, van ... 1A QO Leefers 58 Leeuw, de ^ Leeuwen, van 19> 20, 23, 24, 26, 28, 29 JjenneP' van ... 93, 94, 126 Lent, van ^ ^ Leyendecker .... ' • •••.,, 45 Lichtenhorst, van gj 12, 20, 22 45, 77 95, 115, 131 T • ! B1Z. Lielaer, van g2 Lindeman ^ Lintelo, van . 56, 60 Lipper, Lipperus 132 133 Lochem, van ........ 222 Lochusen, van 54 69 Lookhorst, van 24 86 Loenresloot, van 32 Loges ' 60 Loo, van 210 Looman 54 Loon, van 4 Louw ...... ... 90 Lulofs 41, 42, 43, 98, 116 Luxemburg, van 12 22 Lijdekker 4 Lynden, van . . 4, 9, 12, 16, 22, 23, 88, 96, 102, 109, 133. 135 LBster 13, 15, 16, 62 M. Mackeren, van 5 Mackay g Maersolde, zie Marhulsen. Marhulsen, van 22 Marckelo geü. Vrigreve, van Marck, van der 45 Mark, van der 235 Marle, van 104f 120, 121 Marrienborch . 42 Matenesse, van Meaulx van Vorsselaer, van 23 Meeckeren, van 31, 75, 127 Meerman 24 Meeuwsen 51, 73 Megen, van Mennink 14 Mensink 57i 59 Menthen 36, 37, 38, 42 Mermueden, van ........ . 121 Merwgck, van 4 Metelen, van Metelerkamp BU. Metz jj Meuler Meyer ' 121 Meyeraan jq Meylinck Meymelck 59 Middachten, van 56, 89, 131 Molenschot, Mollenschot, Meulenscliot 42 66 Möller Mom uten Weerde ... H Mompelier van Overhagen 127 Monsemius 45 Moorrees 221 Morlet Mouwijck, van ^ Muesenbroeck, van 23 Mulder jjg Mulenborch, van 9g Mulert 49, 51, 72, 108 Mulicum, Muylecom, van Muller j g Muller van Dogteren 107 Mullerinck 59 Munickhausen, van 5n Munnich, van 120 121 Munster, van 42, 51, 53, 58, 111 Mijnden, van, zie Amstel. N. Naamen, van Hg Nes, van 2g Nilant 4. Noorman q Noort, Op ten U7 Nooye ' 91 Nuland, Ingen g 7 ten 114, 128 Nyenhuis ....... 50 73 Nijenrode, van gy Nijlandt 128 Nyvenheim, van Neukirchen gend 46, 47 O. Ocxfelt, van . . Blz- Oestenwolde, van ' Oesterholt, van ..... or'^ M, 77 Ogten, van ' ^r'0eir'van ! ! 66.' 118 °ldeneel' van 71, 91, 92, 101, 114 Ommeren, van . . . 21, 26, 32, 34, 35, 36, 37, 82, 99, 100 Opgelder Opheyden, Driessen . . . . _ 7 8 87 Oranje Nassau ... ' ' otters f7 Overgoor, van 49 87 Overhagen, van, zie Mompelier. Overhof, van ..... . jqj Oyen, van • ... 24 P. 33, 35, 36, 38 * la,lJt' 12, 13, 22 Palm g Pannekoek . Panw " „ 28, 32, 34, 35, 67 Pergens le™°n : : 104, '105 Pichenbróeck .* £ Pikeren, van j;™" 107 PlS0 32 Plettenberch, van ... r*os Plotho, von ^ Poll, van de . ' 109 Ponse ' 134 Poerten, ter 124 P°°[tman i 97, 98 Poyt ^nS • • • 36,37 Pruimers _n Puffelick, van . „ • • • • Ü 11 lnt™n * * 45, 51, 123, 128, 133 Putten, van 81, 90, 91, 93, 95, 96, 97. 103, 106, 108, 113, 129 130 Puynders ' Q. Quakop, (zie Duercoop) . . 50 ,'m K. Raedemaker t. Raesfelt van . 49; 6\ 64 Randwijck, van ..... Ranst, van '107 Rasch jjj f"w'ra 42,66 Reche, van 12$ Rechteren, van . ' ] 54; 8g 1()6 Redamme, van den . r , i» i . * • • bij 69 Jed7ynch 121, 122 Reede, van Reiger, de * 58 Renesse, van .... 86, 88, 89, 109, 113, 131, 132, 133 Rennen, van der ^ Rense ' Renss Rhemen, van . . . . ' 55 *h»"'Ta" 5^7 32, 34 „ 51, 56, 64 Bode, Boy, 3e 19, 20, 21, 25, 26 Rode van Hekeren, de . co 71 U J i i * * * * ööy *1; 134 Rodebaert r4 Roderlo, van ' " 63 Roelenburg, van der ^ Roeterdink, Roeterink . . r' Roghair ! " ' " ' f! Boli, de V. Ronde kq Royen, van .... ° iq *>*«• : es' 120 Rnempst, Reumpst, van 16' Kuiter, de Blz Rutgers . ! 71,72,101 Ruysch 21 88 Ruytenborch, van ... ,fi 7n ' Ruyter gent. Coesfelt, de . . . ] 'm' m RöCken • • 10B Rijkert(s) .... Rijs Rijsedijk . 64 Rijsenburg, Risenborch, van . . . ' ' 18 20 23 25 Zie ook Vianen. Rijsoort, van . , „ • 16 s. z. f11"'""' "" 86, 132 Sandberg .... ' Sandbergen, van ..... *42 Sande, Zande, van den . s «q ™ Satters ... • • • • 8, 68, 70 Saxen' Van ,o oo tClA*i S-Ïay 19 20 Schadewrjk, van ... 1Q« schapp 1 Scheele, Schelen, 56* 101 Schelart van Obbendorp. . . . ' ' ° ' 89 Scherpenseel, van .....' 92, 97,' 111, 112, 113, 130 Scherphoff ' Scbickhardt ..... *58 Sohimmelpünnmek ... 60, «t>, 74, 90, 117, 122, 128, 131 'T' 42, 43, 75 Scholten ... kq Schomaker ' 46 72 Schoonhoven, van 24 Schreeck . . . „ scmi tl Schüster " 12g Schuylenburg, van ' 16 17 Zeebeeck, van 10 11 Zeede, van der z«g»s Selveholt, van . 11^' lot Zelwerden, van . . . ' JJJ Zethmate Zevenaer, van 13 33 Zevender, van der gg Slintwater, Slyndewater .... .... 43 63 Sloet 60,92,115,116 Slnyter gg Smetius q Smyt, Smeed 59101 Zoelen, van jg Solingen, van 14 Sonnenberch, van 102 Spaen \2 Spaen, van ^g Spanken gg SPeis .' .' 101 Sprakel ^ Sprangers ' . 32, 34 Spyncke, ter ' 59 stam ''!!!!! 53 Staring, Staerinck Steenbergen, van ' ' 31;' 125;' 132 Steenbic ^g Steenier, van 87 Steenre, van 21 90 Steenwijck, van ' 96 Stembor Stepraed, van 7 8 9 Sticke (van Lichtenhorst) 52, 53, 55, 56, 61 Stirum, van Limburg jq Stoutenbnrg, van 16 25 Stralen, van 13' 22 Straubensee Strick . ^ Stukker jgg Stumphius 24 Stuyrman .66, 104] 122 Stuyven gg Zudenae, van jqj Zuderaess, van Zuermont 29 Zuylen van Nievelt, van . . . . . 47 109 110 112 Swaeffken 116, 117, 119 Zwaneken 49 Swarts . g _ Blz. Sweerts de Weert ....... 132 Swicker, de ga Swirinck 200 T. Taets Tast, zie Taets. Telvoorn 04 Tichler TiU' van 73, 74, 82, 83 Tjeenk . ^ Tobbing ! ! 61 ïo1 ... 11 Tollemans Tongeren, van 98 122 Torck 87, 134 Tulleken ^ Twenhuysen 83, 84, 85, 133 Twickelo, van (geh. die Jeger en geh. die Vos) 42, 56, 57. 64, 118, 119 U. Ubbergen, van 30 V. Valk Valk, van der 40 Vatebender, Bomble Vecht, van (de) 109 110 Veen . . 122 Veer, de Veeren . 123, 124 Velde, ten 50 Velthuys gg Velthuys, ten........ 53 Verbeek 74 Vereest . . 16 Verhoef ! 46, 66 Vermeer 4 211 Verschoor ! 15, 16, 17 Versteeg 22 Verstege. . 9> 20 Vianen van Eijsenburg, van ^ Vieracker, van . . . _ ' ' ' ' _ Vierdag, Viirdach . . . . ' ' ' * * ' Viermonde, van ... , ' TT' i ***••• *Xt/i Ö1 ^iery. de ' Vilsteren, van 11Q Vliederen, van g Vlieger, de ' ' 20 Voerde geh. Voertman, ten . . . ° [ ' 106 Voerde, van . ' Voern .... jq. IZT'"™ m.' m m, m ™bi": : : Volden, van Vonis . . „„ 93 Vonk (van Lienilen) 14, 15, 16, 17 )00'f; ™' w, in Vorchten, van ' „ft Vorden, van . . CQ -,r •••••.. DO Vos v , 22 ^os, de 57 Vos van Steenwijk, do 93 97 99 103 105 }.rU'.nt 29 1Jg 3, 4, 34, 36, 111, 126 W. Wael, de .... # wTwr^ ••••••' 12,18,22 Wall, Wale, van de(n) 75 Walsum, van . ,lr , 65, 6b Warmelo, van . k«- «q TO , ,' 55, 63, 65 Wartensleben, van ...... 113 Zie ook Flodorf. Wassenaer, van . ... E„ Weddelink II Weede, van . ^ee"k ! 67 Weerd, de ^ Weerde, uten 19 Zie ook Mom. Weert, de, zie Sweerts. Wees, Wese, van go Welberch, ter . . co •••••••• bo W elmers • • • # . . 42 Wely, van 21 27 Weren 57 Werninckhoff 7q Werve, van de(n) 19, 20, 25 Wessel, van 2i Westenberg 65,' 124 Westenenk ji6 Westerholt, van 60 113 Westrenen, van 12 97 99 Wevelinckhoven, van gg Wever, de Wexten, van ^ Wheling 7g Wilde, de Willink i34 Wilp, van ... 44, 47, 52, 76, 88, 89, 117, 130," 131 Winsheim, van 123j 124 Winssen, van g7 Winssum, van 214 Wisch, van 5) 38| 43j 77> 100 Wissinck 49, 50 Witheyn 24 Witte> de 66, 67 Witten 229 Wolde, van der 72 Wolf Wolf- de 62, 89 Wolff (van Westenrode), de 95 96 129 Wolmers Worm 42 Wullen, van gg Wijhe, van 114) m, 131 Wijck, van . . . . 4, 16, 17, 19, 20, 21, 23, 25, 27, 30 Wijk, van der 216 Wijkerslooth, van 97 98 Wylack, van Wijnbergen, van . . . 21, 72, 73, 74, 93, 103, 104, 105, 128 Wynyng Wijs, de Wijse, de 97; 98