In het Verkooplokaal van H. 6. BOM, Warmoesstraat 35, Amsterdam, zullen verder irc cle Maand Februari WORDEN GEVEILD: Op 26 en 27 Februari: EEN BELANGRIJKE HISTORISCHE, TOPOGRAPHISCHE EN KUNST-ATLAS, waarbij kostbare teekeningen, uitmuntende gravures, zeldzame portretten, fraaie oude en moderne etsen enz., benevens EENE VERZAMELING OUDE EN MODERNE SCHILDERIJEN, waarbij van zeer gezochte meesters, een en ander afkomstig uit de nalatenschappen van Prof. A. Hl'ET, te Delft, en andere kunstliefhebbers. Op 28 Februari en 1 Maart: (of enkele dagen later) DE HOOGST KOSTBARE COLLECTIE POSTZEGELS, COUVERTEN, BR1EFKIARTEN enz., nagelatendoor den HoogEdelGestrengen Heer H. C. STEENBERGEN, Oud-Kolonel van den Geneeskundigen Dienst der Koninklijke Nederlandsclie Marine, te Amsterdam. p 28 4268 BibliottiEca Academica uirraiem, \ Verzameling van Werken, geschreven \ door, of tegen, of over de * \ HOOGLEERiREH ctAn \ aa"ie en \ Utreehtsehe Akademie, Provincie \ van af hare oprichting tot \ onzen tijd, UTKbtH 1. \ sedert 1877 bijeengebracht door Kerkelijke en \ G. D. $0^ H-Gz, Wereldlijke \ ~ Gesehledenls, ten van die Professo¬ ren, Afbeeldingen der Plaats- verschillende Maske- besch rij Ving \ rades Gelegenheids \ sehrilten, Gelegen- Eeelltswezen, \ heidsprenten, Gedenk- . e \ penningen enz. be- Gildewezen, \ treffende de Ge- Nijverheid enz. \ \ Akademie, en \ van de _ \ studenten- $oeken, Plaatwerken, Teelij liet 45e Lustrum der Akademie, als feestcatalogus, een schets van dien arbeid aanbood, leefde ik welke lijk in de zoete hoop, dat tijd, gelegenheid en aanmoediging mij zouden gegeven worden, om het opgevatte werk, eenmaal, zoo volledig mogelijk, te kunnen uitgeven. Het is daartoe echter niet mogen komen; wèl ondervond ik in 1881 veler waardeering van mijn plan, wèl kwam, Lij na tot zijnen dood toe, de onvergetelijke Hoogleeraar Doedes, mij tot volhouden aansporen, en deed liij al het mogelijke, om den noodigen steun voor zulk eene uitgave te verklagen — maar wij missen in Nederland nu eenmaal een „Smitlisonian Institution", en 0111 anderen particulieren steun voor zulke uitgebreide bibliographische uitgaven te vinden, blijkt thans eene onmogelijkheid te zijn. Ik zelf moest dat in 1883 ten- 2en male ervaren, met mijne bibhographie van het Amsterdamsch Athenaeum, die véél tijd, véél werk, véél geld kostte, maar behalve een groot aantal brieven van gelukwensch, slechts zeer geringen werkelijken steun mocht verwerven — - reden waarom ik 11a de 3e aflevering, dan ook het verdei afdi ukken moest staken. En een mijner vrienden die eenigen tijd later, met zijn eerste deel van de Bibliographie eener andere Akademie uitkwam, en dat deed op eene wijze, dat zijn arbeid zeker ongeëvenaard uitvoerig, correct, en vergelijkend, ja vrijwel, niet te overtreffen mag genoemd worden - hij moest zich weldra, behoudens den voor dit deel verkregen steun, ook al met schitterende recensies, complinienteerende brieven en andere goedkoope bewijzen van waardeering tevreden stellen, en hei ervaren dat de studie en den arbeid van den „boekbeschrijver" in onze dagen in Nederland o-een of althans geringe zakelijke waardeering vinden. " Ziedaar de reden, waarom ik nu besloot mijne Bibliofheca Academica ITltrajectina te verkoopen. en die niet langer, voor mij althans, renteloos en plaatsroovend te laten staan. Het spreekt vanzelf, dat de Koop op eene zoo gering mogelijke verdeeling, van het met zooveel moeite bijeengebrachte, nog altijd bij mij blijft leven; ja, dat df stille wensch, dat het geheel later nog eens voor een ander tot materie voor een opnieuw optevatten arbeid mocht kunnen dienen, door mij gekoesterd wordt. Vooral de nummers 318 tot 611, zou ik het liefst in één hand zien overgaan - daar is zoo ontzaglijk veel bijeen, wat nergens meer gevonden wordt, dat liet niet gebruik maken van de nu voorkomende gelegenheid tot aankoop bepaald niet te verantwoorden zou zijn. O! die duizenden boeken en boekjes vormen te zamen zulk een schoon beeld van den voortgang der wetenschap aan Ftreclit's Hoooeschool, vooral omdat, naast een legio van tegenschriften, elders verschenen, eene lange reeks van buitenlandsche vertalingen en nadrukken, zoo juist de lichtstralen weerkaatsen van de Stichtschb Sol Tustitiae. Aanbeveling van afzonderlijke gedeelten komt mi] overbodig voor — zaakkundigen zullen uit den catalogus, wel spoedig den indruk krijgen van al het merkwaardige dat hier bij één is. en naar ik hoop ook de lust, om zich het bezit ervan te verzekeren. Amsterdam, Februari 1900. Gr. I). HOM H.Gz. STAD EN PROVINCIE UTRECHT. B O E K E N. UITGAYEN VAN HET HISTORISCH GENOOTSCHAP. 1 Historisch Genootschap, gevestigd te Utrecht, Kronijk. 2e—31e jaarg. Utreelit 184G—187G. 30 dln. So. Ontbreken deel 3 en 4: 1847—1848. Complete serie; deel 1 is niet verschellen, en deel 32 verscheen onder den titel van: 2 , Bijdragen en Mededeelingen.le—10e dl. Utrecht 1878—1887. 10 dln. 8o. 3 , Als voren. 11e—19e dl. Utrecht en 's Gravenhage 1888—1898. 9 dln. 8o. 4 , Berigten. Ie—7e dl. Utrecht 1848—18G3. 7 dln. 14 stn. 8o. Ontbreekt deel 1. 5 Codex diplomaticus. Ie Serie. Utrecht 1848. 2 stn. 4o. — 2e serie. Utrecht 18.52—1860. (i dln. 8o. (j Register op de Kronijk, 184G—1854. 1 treclit 1857. 2 d. — Register op de Kronijk, Berichten en den Codex diplomaticus. Utrecht 1877.— Wet van 1878, 1886 en 1893. 3 stn.— Naamlijst van hoeken van 185G, 1865 en 1872. 3 stn.— Eerste en tweede supplement-catalogus. 1 trecht en 's Grav. 1882 en 1895. 2 stn.— Verslag van de Alg. Vergadering van 1895. Idem van 1897. Bepalingen over de uitgave van handschriften. 2 stn.; te zamen 15 stn. So. Ontbreken de 3 laatste ttukken. 7 . — A. M. C. van Asch van Wijck, Een woord in het belang van het Nederlandsch archiefwezen. Utrecht 184G.— Dagverhaal van .Tan van lliebeek. 1651. Utr. 1848. — Abr. de Wicquefort, Histoire des Provinces Unies des Pays-Bas, depuis la paixde Munster. Amst. 1864—1874. 4 vol. — Bullarium Trajectense. Romanorum Pontificum diplomata usque ad Urhanum Papam VI in veterem episcopatum Trajectensem destinata. 2 vol.; te zamen 8 dln. 8o. Ontbreken hieraan deel 1, 3, 4, 7 en 8. 8 , Werken. Ie—10e deel. Utrecht 1SG4—186i. 10 dln. 8o. I. Annales Egmnndani. — 2. Verbaal van de buitengewone Ambassade van Jacob van Wassenaar-Duivenvoorde, Arnout van Citters en Everard van Weede van Dijkveld, naar Engeland in 1685. — 3. Memoriën van Hoger Williams. — 4. Kronyken van Emo en Menko. — 5. Hortensius, over de opkomst en den ondergang van Naaiden. — 6. Kronyk van Holland, van een on genoemden geestelijke. — 7. Kronyk van Eggerik Egges Phebens, van 1565 - 1594. — 8. De oorlogen van Hertog Albrecht van Beieren met de Friezen in de laatste jaren der 14e Eeuw — 9. ^ erbaal van de Ambassade van Gaspar van Vosbergen, bij den Koning van Denemarken, den Nedersaxischen Kreits en den Koning van Zweden (in) 16-5. — 10. Verbaal van de Ambassade van Aerssen, Joachimi en Burmania naar Engeland. 1625. 9 , Werken. 11e—20e en 22e deel. Utrecht 1868—1875. lldln. 8o. II, 12, 15, 17, 19, 20 en 22. Brieven en onuitgegeven stukken van Johannes Wtenbogaert. 1584—1044. 3 dln. 7 stn — 13. Memorials and times of P. Ph. J. Qaint Ondaatje. — 14. Verhooren en andere bescheiden betreffende het rechtsgeding van Hugo de Groot. — lrt. Memoriën cn adviezen van Cornelis Pieterszoon Hooft.— IS. Onderzoek van 's Koningswege ingesteld omtrent de Middelburgsche beroerten van 1566 en 1567. 10 •, Werken. 21e en 23e—;30e deel. Utrecht 1875—1880. 9 dln. 10 stn. So. 21, 24, 26. De rekeningen der Grafelijkheid van Holland onder het Henegouwsclie Huis. 3 d. — 23, 25. Journaal van Constantijn Huygens den Zoon, van 1688 tot 1696. 2 d. — 27- Brieven van en aan Joan Derck van der Capellen van de Poll. 2 stn. — 28. Bel'.um Trajectinum llenrico Bomelio au tor e. — 29, 30. De rekeningen der Grafelijkheid van Zeeland onder het Henegouwsche Huis. 2 d. — Ontbreekt : deel 27b. 11 , Werken. 31e—39e deel. Utrecht 1880—1884. 9 dln. So. 31. Lijst van Noord-Nederlandschc Kronijken. — 32. Journaal van Constantijn Huygens den Zoon. van 1673 tot 1678. — 33, 34. 35, 36. Négociations de Monsieur le Comte d'Avaux, pendant les années 1693, 1697 et 1693. 3 vol 4 part. — 37 Brieven van Lionello en Suriano uit den Ilaag aan Doge cn Senaat van Venetië, in dc jaren 1616—1618. — 38. Brieven aan R. M. van Goens. Ie deel. — 39. Dagverhaal van Jan van Riebeek. le deel. 12 , Werken. 40e--50e deel. Utrecht 1885—1888. 11 dln. 8o. 40, 42. Rijmkroniek van Melis Stoke. 2 d. — 41. De geschillen over de afdanking van 't krijgsvolk in de Verecnigdc Nederlanden, in de jareu 1649 en 1650. — 43. Brieven aan 11 M van Goens. 2e deel. — 44, 50. Brieven cn onuitgegeven stukken van Jhr. Aren l van Dorp. 2 d. — 45. Memoriën van Mr. Didcrik van Bleyswijk, van 1734 tot 1755. — 46. Journalen van Constantijn lluvgens den Zoon. 3e deel. — 47- Correspondentie van cn betrekkelijk Lodewijk van Nassau. — 48. De kroniek van Sicke Benninge (le en 2e deel). — 49. Qüedam narracio de Groninghe, de Thrcnte, de Covordia. et de diversie aliis sub diversis episcopis 'lrajcctensibus, Ontbreken de Nrs. 40, 42, 45, 46, 47, 48, 49. — dus 7 d. 13 , Werken. 51e—(iOe deel. Utrecht en 's-Grav. 1889—1898.10 dln. So. 51, 55, 57. 60. Document» conccrnant lei relations entre le Ducd'Anjou et les Pavs Bas (1576 — 1584); 4 \ol — 52. Rciolutiën genomen bij dc Vroedschap van Utrecht t;e rcffende tic lllustre School en de Akadeniic in hare stad van de jaren 1 >32 tot 1693 — 53, 54. De registers en rekeningen van het Bisdom Utrecht. 1835 tot 1336. 2 d. — 56. Brieven aan K. M. van" Goens. 3e deel — 58, 59. Dagverhaal van Jan van Hiebeek. 2e cn 3e deel. 14 Werken. 3e serie, Ie—10e deel. 's Gravenliage 1894—1898. 10 dln. So. 1 Uittreksel uit Francisci Dusseldorpii Annales, 1568 — 1G16. — 2. Be oudste Stadsrekeningen van Dordrecht, 1?.84—1424. — 3. liet oudste Cartularium van het Sticht l tiecht. — 4. Brieven van Prins W illero \ aun Baron van Lynden van Blitterswijk. — 5. Lettres de Pierre de Groot 'a. Abraham de Wicquefort, 16 )8 1074. — 6 Rekeningen van de gilden van Dordrecht, 143S- 1000. — 7, 8 l)e regeeringe van Amsterdam (1653-1672), door Iians Bontcmantel. £ d. — 9 Rekeningen der Stad Groningen uit de 16e Eeuw. — 10. Üiarium Everardi Bronchorstii. (1591 —1627). Le voorgaande 14 nummers vormen een geheel kompleet exemplaar van al de uitgaven van liet Historisch Genootschap. — Hoogst moeielijk verkrijgbaar. OUDHEDEN — KERKELIJKE GESCHIEDENIS. 15 Historia veteram Episcoporum Ultrajectinae sedis & Comitum Hollandiae explicata. (Chronico J. de Beca, ad.annum 1345, Historia Gr. Hedae, ad annum 1574, cum appendice S. Petri Frisii) Franequerae 101?. 4o, perk. b. 10 J. de Beka et A\'. Heda, De Episcopis Fltrajectinis recogniti et notis historicus illustrati al) A. Buchelio. Accedunt L. Hortensii Montfortii Secessionum civilium Fltrajectinaram lïbri VII, et S. Petri Frisii Appendix ad Historiam 1 ltrajectinam. Fltraj. 1043. folio, met afb., perk. b. 11 L. Hortensium Montforsium, Historie ofte wijder verkla ringhe van de Ftrechtsche Gheschiedenissen, Oorlogen ende Yeranderinglien, van den jare 1524 tot de beschrijvinghe van 't Bisdom aen die van Bourgondien ; overgezet door A. Strick. 'sGrav. 1025. 4o, perk. b.—- G. Mees Az., Lambertus Hortensins van Montfoort, als geschiedschrijver. Ftr. 1830. 8o, led. b. 18 J. F. van Cortgeen van der Goude, Stichtsche clevne chronicke, waarachter bijgevoegt is: Beschrijving van Ftrecht, door C. Booth. Amst. 1745.-—Chronyke van de Geschiedenissen in Holland, Zeeland en Vriesland, en van de Bisschoppen van Ftrecht. Amst. 1770.— Idem. 2e dr. Amst. z. i. — te zaraen 3 dln. 12o. 19 H. van H(eus3en) en H. van R(ijn), Batavia Sacra of Kerkelijke historie en oudheden van Batavia, behelzende de levens van de Ftregtsche Bisschoppen enz. Antw. 1715-10. -3 d., met platen, wap enafbeeldingenenportr ette n, 1 e d. b.— (Am. Drakenborch), Aanhangsel op de Kerkelijke oudheden van Xederland, behelzende o.a. de lijsten der Proosten en Dekenen van de vijf kerken van Utrecht, Utrecht 1744. — te zamen 4 dln. 8o. 20 - , Historie ofte beschrijving van 't t trechtsche Bisdom, behelzende de oudheden, kerkelijke en geestelijke gebouwen, kapellen, kommandeurschappen, abdijen, kloosters, enz. Leiden 1119. 3 dln. 8o, niet plaat en portret, perk. b. 21 De Bisschoppen. — Fr. van Mieris, Beschrijving der Bisschoppelijke munten en zegelen, van Utrecht in 't bijzonder. Leid. 1726. 8o, m e t 11 p 1 a t e n, le d. b.— Hier. van Alphen, Over den eed der Utregtsche Bisschoppen, genaamd den eed met zeven stolen. Z. p. o. j. 4o.—- M. de Koek, He postestatis civilis Episcoporum praecipue Trajectinorum in Regno Francorum initiis atque incrementis. Traject. 1838. 8o. — T. P. H. Beelen, He Bisschoppen van 1 treclit en hun politiek bestaan. Amst. 1855. 8o. — P. T. B. K. S. van der Aa, Adelbold, Bisschop van Utrecht. Gron. 1862. 8o. — te zamen 5 stn. 4o en 8o. 22 Paus Adriaan TI. — C. Burmannus, Analecta historica de Hadriano Sexto Trajectino Papa Romano. Traj. 1727. 4o, met portret en platen, perk. b. — L. E. Bosch, Iets over Paus Adriaan YI. Utrecht 1835. 8o.— R. Rodenburgh Mentz, Paus Adriaan VI. Utrecht 1862. 8o.— A. F. Christoft'els, Paus Adriaan VI. Amst. 1871. 8o, verg. 1. b. — te zamen 4 dln. 4o en 8o. 23 Mr. B. J. L. de Geer van Jutphaas, De Hom van Utrecht. Utr. 1861. — L. J. F. Janssen, He boom van Jesse, eene muur schilderij uit de 15e Eeuw in de Buurkerk te Utrecht. Utr. 1846, metl plaat. — (X. v. d. Monde), He St. MariaKerk te L'trecht. (Utr. 1835). — 3 stn. 8o. 24 J. van Liefland, Utrechts oudheid, in arbeelding en be schrijving. Eerste jaar. Utrecht 1857. gr. 4o, met 62 platen, h. 1. b. —- Het gildeboek. Tijdschrift voor kerkelijke kunst en oudheidkunde, uitgegeven door het St. Bernulphus Gilde te Utrecht. Eerste deel 1, 3 en 4, Tweede deel 1 en 2, Derde deel 4 afl. Utrecht 1873—1881. — 3 dln. gr. 4o, met platen. 25 Oudheden. — Verzameling van oud beeldwerk en andere oudheden meestal tot de Stad Utrecht betrekking hebbende, te bezichtigen ten Stadhuize. Utrecht z. j. 8o. 5 verschillende drukken. — Catalogus der tentoonstelling van oudheden en merkwaardigheden in Utrecht voorhanden. Utrecht 1857. 4o. — R. Fruin Th.Az., Verslagen ofntrent oude Gemeente- en Waterschapsarchieven in de Provincie Utrecht, over 1892/4. Utrecht 1893/5. 3 d. 8o. — te zamen 9 stn. 4o en 8o. op Mr. S. Muller Fzn., Catalogus van het Museum van Oudheden, m e t 3 p 1 a t e n.— Catalogus van den Topoeraphischen Atlas der Stad 'Utrecht, met 1 p 1 a a t. — \ ersla" over den toestand der Gemeente-verzamelingen in ] Catalogus van het Archief van het Kapittel van > t. Pieter. Utrecht en 'sGrav. 1878—188G. 4 dln. 8o. 27 C. I'. Hovnck van Papendrecht, Historia Ecclesiae 1 ltrajectinae. Mechlinae li25. folio, led. h. 28 Bisschoppelijke Klerezij. — (Boulonais), Mémoire pour 1'église et le clergé dTtreclit. 2e éd. Amst. 1 < 22.12o. — Second mémoire. Levde 1725. 12o. — Kort historisch verhael van 't gene de kerke van Utrecht wedervaren is. Amst. 1725/8. le, 2e, 7e, 8e en 9e d. 5 dln. 12o. — De zaek der kerke van Utrecht, liistorisclier wijze voorgesteld. Deltt 1725 2 d 12o. — (Désirant) Historia de rebus Ecclesiae 1 1trajectensis. Colon. 1725. 4o. — J. C. Erckelium, Defensio Ecclesiae Ultrajectïnae ejusque status ac junum (contra C. P. Hovink a Papendregt.) Amst. 1<28. 4o. — Responsio .T. C. Erckelii ad epistolam C. P. Hovink, scriptam 12 Febr. 1728. Amst. 1728. 4o. — te zamen 12 dln. 12o en 4o, 3 per k. en 2 1 e d. b. oc, . Ph. Vlaming, De drie hoofdgeschillen tusschen de Rooms-Catholvken, wegens het Formulier tegen Jansenius, wegens de Bulle Unigenitus, wegens liet Aertslnsdom van Utrecht, opgehelderd in XXII^ Brieven tegen een iSchrift van Dav. Pierman. Utrecht 1741. 3 d. 12o. — (Am. Drakenborch), Aanhangsel op de Kerkelijke Oudheden van Nederland, met een brief aan den Heer Iloynck van Papendrecht. Utrecht 1744. 8o. — te zamen 4 dln. 12o en 8o, led. b. gQ < Acta ot decreta Spcundae Synodi ( leri Romaiio- Catholici Provinciae Ultrajectensis, celebratae Mense Septembri 1763. (Ultraj.) 17G4. 4o. — Lettre circulaire aXosseigneurs les Archévêques et Evêques des Principaux Sieges^de 1'Eglise Catliolique, et Mémoire de quelques .Turis.consultes Hollandais. Utrecht 1704. 2 pcs. 4o. — Actes et decrets du II Concile Provincial d'Utrecht, tenu le lo Septembre 1763. Utrecht 1764. 12o. — Verhandelingen en besluiten van de Kerkvergaaderïnge der Roomskatolijke Klerezije van het Uittregtse en onderhoorige Bisdommen, in Herfstmaand 1763 gehouden. (Utrecht) 1 764. 8o.—(M. G. Dupac de Bellegarde), Histoire abrégée de 1'Eglise Metropolitaine d'Utrecht. Utrecht 1765. 12o. — te zamen 4 dln. 6 stn. 4o, 8o en 12o, 3 1 e d. b. 3j —.—.— .— (Pierre le Clerc), Yersaameling van verscheide geschriften 't Concilie van Utrecht raakende. — Bl ief aan de Heer Stiphout, Bisschop van Haarlem. — Algemeene brief aan de Heeren Pastooren der Hollandsche Kerk, met vervolg. — Acte van Pierre le Clerc, Onder-I)iacon der Hou aansche Kerk, om te dienen voor antwoord. —Amst. 1764/5. 5 dln. 12o. 32 . — Le Comte Louis Mozzi, Histoire des révolutions de 1'Eglise d'Utrecht; trad. de 1'Italien. Gand 1828/9. 3 vol. 8o. 3,3 . — T. Backhusius, Verhaal van lietgene Z. B. van Espen, C. van Erkel, en P. Quesnel, betrekkelijk de Xederlandsche zending verrigt hebben. Utrecht 1 12o.— R. Bennink Janssonius, De Romano-Catholicorum, qui vulgo Jansenistae dicuntur, historia et principïis. Gron. 1841. - II. G. Dupac de Bellegarde, Histoire abrégée de 1'Eglise Métropolitaine d'Utrecht. 3e éd. Utrecht 1852.— Schets eener geschiedenis van de Roomsch-Katholyke Oud Bisschoppelijke Klerezv in Xederland. Utrecht 1853. —J. W. Cramer, De Utrechtsche faktie. Amst. 1857. — J. A. Gerth van Wijk Jr., Historia Ecclesiae Ultrajectinae Romano-Catholicae male Jansenisticae dictae. Traj. 1859. — te zamen 6 dln. 80 en 12o. 34 •!. A. de lïijk, Eine niederlündisclie Skizze „alt- kathol iscli er Zustiinde. Regensburg 1872. Fr. Xippold, Die altkatholische Ivirclie des Erzbisthums Utrecht. Heidelberg 1872. -— Chonia, Ilome contra Utrecht. Utrecht 1873. 2 d. — P. Hofstede de Groot, De oud-catliolieke beweging van dezen tijd. Gron. 1877. — te zamen 5 dln. 80. 3? H. J. Royaards, Geschiedenis der Hervorming in de Stad Utrecht. Leiden 1847. 80. — H. van Rhenen, Lijste van de namen der Predikanten der Kerken van de Provintie van Utrecht, zedert de Reformatie. Utrecht 1705. ,12o. —Treurklachten uitgestort bij de begrafenis van Ds. Theod. Eeltman de Beveren, oudste Predikant te Utrecht, in de Geertekerk, den 10 April 1707. 2 stn. 4o. — Tiering van den 50-jai'igen dienst aan Christus Gemeente te Utrecht, den 29 November 1801. 80, enz. 0 stn. 4o, 80 en 12o. 36 1 trechtsche Kercken-ordeninge der Gereformeerde Kercken, van 1640, 1655 en 1700. — Ordonnantiën en publicatiën o]) 't vieren ende onderhouden van den Sondagli, en tegon het ontheiligen van des Heeren Dag, van 1672,1679, 1700, 1709, 1752, 1763 en 1781. — Publicatiën wegens het houden van maanrlelijksche bedestonden, van 1782, 1784 en 1790. — te zamen 14 stn. 4o. ;J7 Texten. — Feest- en lijdensteksten gepredikt in de Gereformeerde Xederduitsche Kerken van I treclit, midsgadeis een naamlijst van alle (le Predikanten: 2e di\ 1721, oe di. 1750, (ie dr. 1763, 7e dr. 177G, 8e dr. 1782, 9e dr. 1808.— Orde der feest- en lijdensteksten voor de Xed. Herv. Gem. te Utreeclit. 1848 en 1872. 8 d. 12o. — Bede-dag-texten, gepredikt te Utrecht in 1740, 1748, 1704, .1705, 1 <0, 17i2 en 1795, 7 vel folio. — Zeldzame serie. •">8 Diaconie.— Reglementen, instructiën, gelegenheidsschriften enz., betreffende de Administratie, de Collecten, liet Oude Mannen- en Vrouwenhuis, het Ambachts-Ivinderhuys, de Linnen-naeywinkel, en de Diaconie-Scholen, van de jaren 1079—1848. 1-3 stn. 4o en 8o. 39 Doopsgezinden. - il. Schagen, 'ï Eerste kerk-orgel der Nederlandsche Doopsgezinden in hunne Kerk te l ti'echt plechtig ingewijd. Utrecht 1771. 8o, m et plaat. Levensberigt van Ds. Corn. de Vries, Rustend Leeraar der Doopsgezinden te Utrecht. Amst. 1813. 8o, m et po r t r e t. AVEBEL 1 )LIJKE GESCHIEI)ENIS. 40 C. Burmanno, Trajectum erudituW virorum doctrina inlustrium. Traject. 1738. 4o, led. b- 41 K. Burman, T'trechtsche Jaarboeken van de 15e Eeuw, vervattende het merkwaardige in het Gesticht en voornamentlijk in de Stadt Utrecht, zedert den jare 1402 en vervolgens voorgevallen. Utrecht 1758. 3 dln. 8o, 1 e d. b. 42 Archief voor kerkelijke en wereldlijke geschiedenis van Nederland, meer bepaaldelijk van Utrecht, uitgegeven door Jhr. Mr. A. II. C. van Asch van A\ ijck. 1 trecht 1850' 3. 3 dln. gr. 4o. 43 De Unie van Utrecht jn 1579. Verhandelingen van de Unie, eeuwich verbont ende eendracht tusschen die landen, provintiën, steden ende leden van dien, hier nae benoemt, binnen die Stadt Utrecht gesloten ende gepubliceert van den Xtadthuyse den 29en January 15<9. Oudhandschrift van 245 blz. 12o, p e r k. b. -—- Verhandelinge van de Unie enz. 't Utrecht 1018. 4o.~ Xaerdere Unie, twee den druk, waarachter de Unie van Utrecht. Arnhem 1652. 12o. p e r k. b. — te zaïnen 3 stn. 12o en 4o. 4 4 . — Geschriften kort vóór en bij liet 2e Eeuwfeest verschenen: X. Rondt, Commentarius ad I nionis I ltrajectinae prooemium et capita tria priora. Traject. 1156.8o.— Pieter Paulus, Verklaring der Unie van Utrecht. Utrecht 1775/7. 4 d. 80. — E. H. J—, en F. A. van der Kemp, Aanmerkingen over de verklaering der Unie van Utrecht, door Mr. Pieter Paulus, in 8 brieven en een naschrift. Amst. en Leyd. 1781. 3 stn. 80. — L. P. van de Spiegel, Ontwerpen van de Unie van Utrecht. Goes 1778. 80.— Tractaet van de naerdere Unie den G Dec. 1578 en den 23 Jan. 1579 te Utrecht geslooten, met alle accessiën enz., naar de oorspronkelijke handschriften gedrukt met die oude letteren van Aelbert Hendricxz te Delft in 1578 gebruikt. Haarlem 1778. folio. — A. 's Gravezande, De Unie van Utrecht herdacht. Middelb. 1779. 80. —J. Hinlopen, Leerrede op de tweede vereeuwiging van de Unie. Utrecht 1779. 80.— Idem, 2e druk. Utrecht 1779. 80. — te zamen 13 dln.80 en folio. 45 . — Mr. L. P. van de Spiegel, Bundel van onuitgegeven stukken dienende ter opheldering o. a. der historie van de Unie van Utrecht. Goes 1780/3.2 d. 80. — J. P. van Wickevoort Crommelin, De summo imperio, Sociis Trajectinis inter se non communi, sed cuique in sua provincia competente. Lugd. Bat. 1782. 4o.— -T. J. Th. Duval, Over het recht verstand der Unie van Utrecht. Utrecht 1790. 80.— H. L. Wichers, Verklaring van het tractaat van de reductie der Stadt Groningen aan de Unie van Utrecht. Gron. 1794. 80.— I). J. Scberer, Historia Satisfactionis Rheno-Trajectinae. Amst. 1836. 80. — .T. .T. Hinlopen, De Unie van Utrecht. Utr. 1843. 80. — A. Clavareau, Guillaume d'Orange ou 1'I n ion d'Utrecht. La Have 1848. 12o. — te zamen 8 dln. 4o, 80 en 12o. 40 -— . — Geschrif ten'bij het 3e Eeuwfeest verschenen : Verzameling van bescheiden beti'ekking hebbende op de herdenking van het 3e Eeuwfeest der Unie van Utrecht, in 1879. Utrecht 1879. folio, 111 e t 5 p 1 a t e n.— P. L. Muller, De Unie van Utrecht. Utr. 1878. 80, met 1 t a b e 1.— Idem, 2e (titel-)uitgave. Utr. 1878. 80, met 1 tabel.— A. .T. Hoogenbirk, v. H..., H. B. van Lummel, F. G. Meilink Pz., D. van Pelt en R. C. Laan, A. .T. Xyland, F. L. Postel, F.. J. Veenendaal en P. Vergers, Over de Unie van Utrecht. Amst., Arnli., Wintersw., Utr., Zutph. en Schied. 1878/9. 8 stn. — te zamen 11 stn. folio, 80 en 12o. De voorgaande 4 nummers vormen eeue bepaald unieke verzameling over de. Unie van Lirecht. 47 Politieke pamphletten betreffende de geschiedenis van de Provincie en de Stad Utrecht, van de jaren l(il0 tot 1749. 15 stn. 4o. 4S De Fransche tyrannie in 1672. — .Tournael of dagelijcksch verhael van de handel der Franschen in de Steden van Uytrecht en AVoerden, sedert hun koomst daerbinnen tot aan hun vertrek. -— Oprecht en waerachtig verhael ^ au de grouwelvke wreetheden tot Bodegraven, Swammerdaiu en elders door de Franschen gepleegt, en vermeerdert, met 't gepasseerde op de Dorpen van Nichtevecht, A\ averveen en Abkoude.— 't Amst. 1674.2 dln. 12o, mettezamenlf» platen van Romein de H o o g h e, led. b. — / eer zeldzaam geheel kompleet voorkomende. 49 Poetisehe gedagten, plans van receptie, publicatiën enz., betreffende blijde intochten te Utrecht, door Leden van het Stadhouderlijk Huis s t. w. Prins Willem III. 1673. Prins Willem V. 1766. Hoogstdeszelfs verjaardag. 1788, e. a. Oranje-publicatiën. 7 stn. 4o en folio. 50 De Vrede van Utrecht in 1713. — F. van Oort, Vreede-toorts met vreugd ontstoken op Itots-oort, den 14 \ au Somermaand 1713. 1 trecht 1713. 4o. -— Actes, mémoiieset autres pièces authenticjues concei'nant la Paix d I tieclit. 2e éd. Utrecht 1714/5. 6 vol. 12o, perk. b. Histoire du Congres et de la Paix dl trecht. I tr. li 16. 12o, per k. b.— G. F. Handel, A grand jubilate composed in the year 1713 for the peace of 1 trecht. (London 1813?) gr. 4o. S. t. Klinkhamer, De bello propter successionem regni Ilispanici gesto, pace Eheno-Trajectina composito. Amst. 182 '. 8o. .T. .T. Doesburg, De wording van den Vrede van Utrecht. Utrecht 1806. 8o.— te zamen 11 dln. 4o, 8o en 12o. 51 Beschrijving der vreugde-blijken, illuminatiën, decoratiën, devisen, inscriptiën enz. die ter gelegenheid van de installatie van Z.D.H. den Here Prinse van Orange en Nassau enz. tot Stadhouder, Admiraal en Capitein Generaal van de Provincie Utrecht, in die stad vertoond en te zien geweest zijn. Utrecht 1747. 8o, met portret en p 1 aat. Zeer fraai exempla a'r, op zwaar p a p i e r, v e rguld op snede en in fijne lederen stempel b a n d. Hierbij een bandje met publicatiën ten tijde der vreugdebedrijven gedaan, en bevattende 6 stn. in plano. 52 Gedagtenis van Utrechts Akademievreugde, betoond ter gelegenheit, dat de Doorluchtige "\ orst en lieer V illenx de Vijfde ... de Stad Utrecht ... met zijne ... Tegenwoordigheit verëerde. 1 trecht 11 66. 8o, met 3 platen, ve r b. het vaandel, de illuminatie-tempel en het vuurwerk op de Xeude afgestoken. — Zeldzaam. -— h. 1. b. 5-3 Utrechtsche Publicatiën betreffende de staatkundige woelingen in den Patriotten-tijd, van 1781 tot 1787. 44 stn. 4o. 54 De Post van den Neder-Rhijn. Tc Utrecht bij G. T. van Paddenburg en Zoon. 1781—1787. Xo. 1 tot (>01 (tot aan de overgave van Utrecht).- Te Amsterdam bij H. Keyzer. 1787. Xo. 002 tot (>14 (tot aan de overgave van Amsterdam).— Te Utrecht bij G. T. van Paddenburg en Zoon. 1798. Xo. «15 tot 024. Registers over de 12 eerste deelen (Xo. 1-614). ( trecht li8(i li 98. 2 d. — Bijlagen tot de Post van den Xeder-Rhijn. Utr. 1783—1787. 24 stn. Echt verhaal van liet gepasseerde tussclien Z. 1). H. den Prince van Oranje en Xassau en de E. Gr. A. Burgemeesteren der .Stad Utrecht, rakende de Post van den Xeder-Rhijn. Z. p, o. j. (Amst. 1 783 ?).— Pleydoye 'in der zaake van Gisbert Timon van Paddenburg (Uitgever van de Post van den Xeder-Rhijn), te ( trecht. 1 ti'. 1783. -— Missive aan den Heer J. Burman, over den brief bij den schrijver van de Post van den XederRhijn. Z.p. 1 78ö.— Publicatie om te verbieden liet verkoopen en divulgeeren o. a. van de Post van den Xeder-Rhijn. 1 tr. 118i. -— De Xieuwe Post van den Xeder-Rhijn, door P. 't Hoen. Te Utrecht bij .T. Mulder 1790—1799. Xo. 1 238. — te zamen 2i dln. en stn., waarvan 18 in led. b. Hoogst zelaeaam zoo kompleet voorkomend exemplaar, van dit grootste van alle Patriotsche Weekbladen in Nederland. ■y> De Utreclltsche Patriotten. Eene unieke verzameling pamp li letten door de 1 trechtsche Patriotten uitgegeven, tusschen de jaren 1782 en 1787; het eerste is de „Gulde legende van de stichtsche Sinter Klaas" (met den ster dragenden schildpad); het laatste is eene „Missive °\er de orders van den Generaal Majoor van Rijssel aan eenioy Regimenten, om zonder aanzien van territoir, in de Provintie van Utrecht te marcheeren"; te zamen 60 stn. 8o, w a a r b ij zeer zelilza m e. — S1 e c li t s 10 e r1 an d i' a g e n plaats en naam van een u i t g ev er — al de overigen zijn zonderaainl u iding d a a r v a n. óf> -T. Stichtenaar, Mijn aandenken aan Xederlands alliantie met Yrankrijk, zijnde eene bespiegeling van de decoratiën enz. der illuminatie op die heuchelijke gebeurtenis, zoals die vertoond zijn, te Utrecht den 23 February 1786, door de Burger-Societeit „Concordia". Utrecht 1780. 8o. met 1 j) 1 a a t. — Zeerzeldzaam. •j7 T'trechtsche Provinciale Staatscourier, bij J. Altheer. 1787. . 4o; te Amersfoort van Xo. 1—39, en te Utrecht (na de herstelling) van Xo. 40—5ö. Officuel Weekblad vim Oranje-gezinde richting, uitmakende de Nos. 1 —55. — Zeldzaam voorkomend. Ontbreken: de Xrs. 7, 11, 88, 42-46, 48 en 51, dus 10 Nis. 58 Verzameling van alle de memoriën van geleeden schaden, lietzij door plundering, confiscatie etc. hij de rampzalige omwenteling van 178 <, alsmede van de hehoetens door een aantal burgers en ingezetenen van de stad en provincie van Utrecht ter landschapshuize ingeleverd. Te Utrecht hij J. van der Schroeft' iix. ■/.. j. (1796?) 5 dln. 8o. Zeldzaam verwijtschrift van Pat'iotsclie zijde tegen de maatregelen, genomen nii de herstelling van 1787• 59 Politieke pamphletten, ordonnantiën en publicatiën hetrett'ende de geschiedenis der Provincie en der Stad Utrecht, van 1787 (na de herstelling) tot 1809. 25 stn. 4o en 8o, w a a r h ij zeer zeldzam e. GO Affiches, annonces et avis divers d'Utreclit. ■— Advertentiën, aankondigingen en verschillende herigten van Utrecht, hij de Leeuw en Comp. 1811, 1812 en 1813; 1811, 13 Xrs. 1812, 157 Xrs. 1813, 143 Xrs. 4o. Anderdaagsch nieuwsblad, in twee talen naast elkander, verschenen tijdens de inlijving bij het Fransche Keizerrijk. Feitelijk de onder censuur geplaatste „ Utrechtsche Courant"; No. 1 verscheen den 27 November 1811 en het laatste nummer verscheen den 29 November 1813; het volgende nummer, t.w. van 1 December. verscheen weer onder den oudtn titel van Vtrechtsclie Courant. — Zeldzaam voorkomend stel, waaraan alleen ontbreken. aan den jaargang 181.1, de Nrs. 12 en 13, en aan 1813, de Nrs. 1—0, 21, 33, 34, 35, 37, 40, 42. 47, 81, 85, 87', 89, 91, 93,105, 106, 107, 109 en 111 tot 143, dus 62 Nrs. Cl Avondblad. Nieuwe Utrechtsche Courant, hij W. F. Schultze, van TVykskade Xo. 326c. 1842. Xo. 1—67. (30 April tot 14 December), folio. Kompleet exemplaar van dit z.g. Sdaagsch avondblad van toen geheten „Onafhankelijke richting". Bij No. 51 was de Uitgever verhuisd naar den Domtrans No. 319, en werd als drukker opgegeven : Eduard Fuhri. Die laatste naam drukt voldoende uit, welke de eigenlijke richting van het blad was. — Zeldzaam voorkomend. 02 De Xederlander. Xieuwe Utrechtsche Courant, hij Ivemink en Zoon. 1852. folio. Dagblad van Antirevolutionaire richting : over dat jaar uitmakende de Nrs. 463—772. — Zeldzaam voorkomend. Ontbreken de Nis. 463 —482, 4-84, 403, 519, ?28. — dus 24» Nrs. 63 Utrechtsche Almanach. 1787. — Utrechtsche Schrijfalmanak. 1842.— Jaarboekje v. h. Gen. v. Landbouw en Kruidkunde te Utrecht. 1854 en 1850. — 1 treclitsch Jaarboekje voor 185!), door Mr. A. \ isscher. — Adresboek van de Stad Utrecht. 1860 en 1803. — Utrechtsche brieventasch- almanak. 1863. — Utrechtsch jaarboekje. 1891. —te zamen 9 dln. 8o en 12o. 64 Brochures betrekking hebbende op Utrecht en t trechtsclie toestanden, uitgegeven tusschen 1813 en 1890. 34 stn. 8o en 12o. Go Feesten te Utrecht. — Intocht van Z. M. Koning Willem II, in 1841. — Intocht van Z. M. Koning Willem III, in 1853. — Verjaardag van H. M. Anna Paulowna, KoninginMoeder, in 1861. — Oranjefeest en Kozakjesdag, in 1863.— Aprilfeest, in 1872, en 25-jarig Koningschap van Z. M.Willem III, in 1874. -— te zamen 11 stn., gelegenheidsschriften. 8o. 66 Mr. A. Visseher, Utrechtsche tafereeltjens. Amst. 1863. — De boetprediker te Utrecht (in de 14e Eeuw). Dordr. 1856. — J. Th. Gerlings, Willem VI te Utrecht in Xovember 1415. Delft 1878. — Jhr. Mr. A. M. C. van Ascli van Wïjek, Drie-jarige oorlog tusschen Maximiliaan van Oostenrijk en de Stad Utrecht 1481—83. I. Utrecht 1842. — Mr. F. A. L. van Rappard, De rekeningen der Zielbroeders te Utrecht. 1485—1615. 2 stn. — te zamen 6 stn. 8o. BESCHRIJYIXG VAX DE PROVIXCIE UTRECHT. 67 Tegenwoordige staat of beschrijving van de Provincie Utrecht. Amst. 1758—72. 2 dln. 8o, met platen en kaarten, per k. b. 68 A. van Zutphen, Beschrijving der Provincie Utrecht. Gor. 1820. 12o, met 1 kaart en platen. — J. B. Christemeijer, Landelijk schoon in het Sticht van Utrecht. Utrecht 1836. 12o, met 1 plaat.— Het lustoord tusschen Amstel en Grebbe, en elders in het Sticht van Utrecht. Schoonli. 1837. 2 dln. 12o, met 2 platen. ■— Hetzelfde, nie\iwe (titeluitgave. Schoonh. 1843. 2 dln. 12o, met 2 platen.— Mevr. A. B. Schilperoort, Wed. van Meerten, Vlugtige schetsen en aangename herinnering van een reistochtje over Utrecht, enz. Assen 1840. 8o, met 1 plaat, led. b.— Gids en reisboek voor de Stad en de Provincie Utrecht. Utrecht, z. j. 8o. ■— te zamen 8 dln. 8o en 12o. 69 Tijdschrift voor geschiedenis, oudheden en statistiek van Utrecht, bij X. van der Monde. Ie—9e jaarg., en 2e serie, le—He jaarg. Utrecht 1835—40. 12 dln. 8o, met al de platen, en de volledige statistieken van af 18-54, die meestal ontbreken; gedeeltelijk in 8 led. b. 70 Tijdschrift voor oudheden, statistiek, zeden en gewoonten, regt, genealogie en andere deelen der geschiedenis van het Bisdom, de Provincie en de Stad Utrecht, uitgegeven door ])t, p. ,T. Vermeulen. Utrecht 184<—-1852. 4 dln. bo. (Vervolg op het voorgaande nummei). 71 Bijdragen tot de geschiedenis en oudheden der Provincie Utrecht- uit de oorkonden bewerkt door -1 hr. J. J. de Geer. (Ie deel). Utrecht 1860—61. 8o, m et p 1 a t e n. 72 Stichtse Almanach, op 't jaar 1765- 1814? (z. g. Heeren-hoekjes). 50 dln. kl. 12o, groene perk. b.: 11 65 S0 bij W. .T. Reers en de Wed. .T. -T. van Poolsum. 1781—88 bij W. .T. Reers en Ci. van den Brink. 1789—91 bij J. Altheer en G. van den Brink. 1792—-1802? bij J. Altheer en Th. Lieftinck. 1802?—18.. ? bij .T. Altheer, G. Post en P. Muntendam. Ontbreken de jaareranjren 1767, 68, 87, 93 en 95 99, 1800—1^05, en 1811—14. fins 19 . 1 tr. 1680. 4o.— Ordonnantie op het schoonhouden van de Straten enz. 1 trecht 168<1. 4o. —- G. O. Haakman, Rhenen en omstreken. Amersf. 1847. 8o, met 2 platen. —- X. C. Kist, De Rhenensche Kunera-legende. Z. p. o. j. 8o, met plaat. — C. J. Voortman, Xaar Rhenen en de Grebbe. Veenend. 1890. 8o, m e t 2 k a a r t e n. — Gids van T trecht naar Rhenen. Utrecht z. j. 8o, m e t tal van platen e n kaarten; te zamen 6 stn. 4o en 8o. 89 Wijk bij Duurstede. — Proceduren voor den Gerechte deiStad Wyck. T trecht 1679. — Idem, andere druk. 1 trecht ]097. — Ordonnantie voor den Tolle binnen der Stede Wyck bij Duerstede. Utrecht 1679. —Idem, andere druk. Utrecht 1697. — P. H. van de Wall, Onderzoek of Quentovicus Wijk te Duurstede geweest is. Z. p. o. j. 4o. — E. J. Hasebroek, Het Slot te Wijk bij Duurstede, den Haag 1882. — ?, Eene vreedzame commune of Wijk bij Duurstede in de jaren 1783—1787. W. b. D. 1878. — ,T. F. Croockewit, De Patriotten te Wijk bij Duurstede in de jaren 1783—1787. W. b. 1). 1889 — te zamen 8 stn. 4o en 8o. 90 De Lek. — Keuren en ordonnantiën op den Lecken-dyck (boven- en beneden dams) van 1652 tot 1711. 9 stn. 4o. — G. A. C. W. Marquis de Thouars, Mijn onheil op de Lek. Amst. 1832. 8o, met 1 plaat. — J. M. Telders, De brug over de Lek nabij Kuilenburg. Ivuilenb. 1868. 8o, met 1 plaat. — te zamen 11 stn. 4o en 8o. 91 IJsselstein.—Ordonnantiën op 's Heeren Koren-mole binnen IJsselstein. (Leeuw.) 1741. 4o. — Dr. H. K. de Breuk, Inventaris van het Archief der Gemeente IJsselstein, tot 1800. Z. ]>. 1856. 8o. — Dr. Wap, Het praalgraf in de Kerk van IJsselstein. (Utrecht) 1858. 12o, met 2 platen. —• Berijmd verhaal van het beleg van IJsselstein door Gelder en 1 trecht in 1511, uitgegeven door Dr. J. H. Gallée en Mr. S. Muller Fzn. Utrecht 1881. 8o. — te zamen 4 stn. 4o en 8o. 92 Montfoort. ■— Ordonnantie der Stede Montfoort. Utr. 1065. — Idem, andere druk. Utrecht 1696. — Ampliatie van dezelve. Utrecht 1708. — 3 stn. 4o. 93 Bijleveld. — B. G. A. Pabst, De Hvdrarcliia Bijleveld. Traject. 1836. 8o, met de Handvesten van het Waterschap en 2 kaarten. 94 A. Hoogvliet, Zijdebalen. Rott. 1753. 4o, met 1 plaat.— J. J. de Geer, Óude Gein en het Gein. Utrecht 1843. 8o, m e t 2 p 1 a t e n, en andere kleine geschriften over Loenen, Maarseveen, Rijsenburg, Baarn enz. 15 stn. 4o en 8o. BESCHRIJVING VAN DE STAD UTRECHT. 95 V. J. Blondeel, Beschrijving der Stad Utrecht; de opvolging der Bisschoppen tot het einde der 12e Eeuwe, de 5 collegiale Kerken enz. Utrecht 1757- 8o, met 5 platen, led. b. 36 (N. van der Monde), Utrecht en dezelver fraaije omstreken. Utr. z. j. gr. 12o, met 6 platen en kaarten.— Utrecht et ses beaux environs. Utrecht z. j. gr. 12o, met 6 platen en kaarten. — H. J. Broers, Utrecht, historische wandelingen. Utrecht 1874. kl- 8o. — Idem, 2e dr. Utr. 1875. kl. 8o. — J. van Reunes, In huis en op straat. (Schetsen uit het volksleven te Utrecht). Utrecht 1882. kl. 8o. — Idem, 2e druk. Zwolle. 1887- kl. 8o. — te zamen 6 dln. 8o en 12o. 97 X. van der Monde, Geschied- en oudheidkundige beschrijving van de pleinen, straten, stegen, waterleidingen, wedden, putten en pompen der Stad 1 treelit. 1 treclit 1844/6. 3 dln. 8o, met 10 platen en kaarten. 98 Jlir. .T. J. de Geer van Oudegein, Het oude Trecht als de oorsprong der Stad Utrecht. 1 trecht 18i5. 8o, met (> platen enkaar ten. — (X. van der Monde), Over do uitlegging der Stad Utrecht (ontwerpen van 1GG4—1670.) Utrecht 1841. 8o, m e t 2 k a a r t e n. — Iets over de uitzetting van de Stad Utrecht. Utr. 1828. 8o. — Beschrijving der Stad Utrecht, bij W. F. Dannenlelser. ■/.. ]. 12o, met 1 kaa'rtje. — J. M. Teeuwisse, De Stad Utrecht. 1 tr. 1858. 12o. — te zamen 5 stn. 8o en 12o. 99 Yredenburg. — J. H. van Bolhuis, Proeve eener geschiedenis van het Kasteel Vr eden burg, met 4 platen; 3 verschillende uitgaven: Utr. 1837, 1838 en 1840.-— De minderbroeder van het Kasteel A redenburg. Dordr. 1840. 2 d. -—• te zamen 5 dln. So. 100 Copye van de deductie, raekende de Verbeten nge ende het nodigli uytleggen der Stadt l trecht, bij de Heere lïo.'genieester Moorelse. 16(54. — C'opia van de conditiën van een accoord van onderlinge levensverzekering tussclien 70 personen, aangegaan te T trecht in 1774. — V aarneming van een hoos gezien binnen 1 trecht den 20 Mey 1« 7 <. — te zamen 3 stn. 4o en 8o. 101 Verslag van den toestand der Gemeente I trecht, in 1851— 1881. 31 dln. 8o. Dit zijn de 31 eerste jaargangen van het Gemeenteverslag. — Ontbreken de jnarg. 1853, 62, 63, 67— 73 en 76—78, dus 13 d. 102 Krijgsvolk.— Placaeten, resolutiën'en publicatiën aengaende het wapenen, waecken ende monsteren, de soldye, de leveranciers, de soldaten-vrouwen, het kopen en verpanden van wapenen en klederen van soldaten, liet geldleenen p;vi soldaten enz., van de jaren 1695 tot 1790. 12 stn. 4o. — L. E. Bosch, De AVillems-Kazerne te Utrecht. Utrecht 1829. 8o, m e t 2 p 1 a t e n. — G. van de Boom, Overzicht van, en herinnering aan het Kamp bij Zeist in 1854. Bra la 1854. 12o, met 1 plaat. — .T. AV. Schubart, Feestwijzer voor den 2en Nationalen Schietwedstrijd, te ho\ulen in het Kamp bij de Bilt, in 1869. Utr. 1869. 8o, m'et 2 platen. — te zamen 15 stn. 4o en 8o. ; 103 Schutterij.— L. E. Bosch, Gedenkboek der Utrechtsche Schutterij. Utr. 1835—52. 2 d. 8o, met 4 platen. — Instructie voor den Majoor der Schutterije ofte Borgerwachten, binnen de Stadt Utrecht. Utr. 1643. 4o. —Idem, andere druk. Utr. 16T9. 4o. — Ordonnantiën en publicatiën voor de Schutterij, de Musiciens, den Oppasser van de Burgerwagt, de belemmering der wapenoefening enz., van de jaren 1661 tot 1795. 10 stn. 4o. — te zamen 14 stn. 4o en So. 104 Scliolen.— Ordonnantiën op de Scholen in de Stad en in den Gestichte van Utrecht, van 1079, 1681, 1099 en 1752.— Reglementen en feestschriften van de Hieronymus-school te Utrecht, van 1729, 1780, 1837 en 1874.— Beschrijvingen van de Technische School te Utrecht, van 1850 en 1858.— te zamen 13 stn. 4o en So. 105 Mr. C. G. C. van Hengst, Aanteekeningen betreffende d e Fundatie der Douairière Baronesse van Beede, A rijvrouwe van Renswoude te Utrecht. 1 trecht 1890. roy. 8o. 106 Gezondheid en Ziekte. — Ordonnantiën betreffende de'Doctoren in de Medicijnen, tegen onbevoegde Chirurgen en Urine-kijkers, het verkoopen van rotte-kruyt, op 't Apothekersgildt, op 't stuck van de Peste, en op den Booden loop, van de jaren 1655 tot 1869. 11 stn. 4o.— J. F. Kerst. Het Rijks Militaire Hospitaal te Utrecht, in 1829. 1 trecht 1830. So.— De Kweekschool voor Militaire Geneeskundigen te Utrecht. Utrecht 1851. 8o. — M. Hoek, Sterfte-tabellen en Sterfte-lijnen voor de Gemeente Utrecht. X trecht 1867. 8o. — A. E. Post, Mededeelingen over de pokken-epidemie te Utrecht 1870—1871. Utrecht 1871. 4o. — te zamen 15 stn. 4o en So. 107 . — J. L. H. Haerten, Historia Cholerae Asiaticae annis 1848 et 1849 dum Ultrajecti regnabat. Traject. 1850. 8o, met 1 k'aart. — F. E. Tos, Onderzoekingen over de Cholera-epidemie van 1866 in Utrecht. Alphen a/d. B. 1867. 8o, met 4 plate n.— G. .1. Mulder, De aqnis BlienoTrajectinis earumque adhibitione. Traject. 1824. 8o.— Het drinkwater te Utrecht in 1860. Utrecht 1860. So.— Jhr. Mr. A. D. van Bieinsdijk, Drinkwater en grondboringen te Utrecht in 1870. Utrecht 1871. 8o, met 5 platen. -— F. W. Krecke, De toestand van het drinkwater te Utrecht. .Utrecht 1876. 8o. — te zamen 6 stn. 8o. 108 . — Mededeelingen omtrent het Geneeskundig: Staatstoezicht in Utrecht, over 1869—1875. 8 stn. — Terslagen omtrent de Medische Politie in Utrecht, over 1867— 1875. 5 stn.—: Terslagen van de Gezondheidscommissie der Stad Utrecht enz. -— te zamen 18 stn. 8o. 109 De flora. -— P. M. E. Gevers Deynoot, Flora van Utrecht, optelling en aanwijzing van groeiplaatsen der in liet wild voorkomende planten rondom de Stad en in derzelver om- streken. I. Phanerogamia. II. Cryptogamia. Utrecht 184-3. 2 stn.— Idem, 2e (titel-)uitgave. Utrecht 1847. 2 stn. kl.'8o. 2 h. 1. b. 110 Klinst. — Dankzegging der Leden van 't 1 trechtsch Schilders-Genootschap, hij 't eerste 100-jarig jubilé, in 1744. 1 blad folio. — A. Hoevenaar, Redenvoering bij de inwijing van het Teken-Collegie, boven het Zegelhuis te Utrecht, in 1778. Utrecht 1778. 8o. — J. van Liefland, Kronijk voor Utrecht's beeldende kunst en nijverheid. Ie en 2e jaarg. Utrecht 1858/9. 2 d. 8o, met 10 platen.— Reglementen, catalogus en verslag van het Genootschap ,,Kunstliefde. —85. 4 stn. 8o.— Verslag van den Utrechtsehen Kunstkring over 1884. 8o, met diploma.—- Mi'. S. Muller Izn., De Schildersvereenigingen te Utrecht. Utrecht 1880. 8o.— Catalogus der Tentoonstelling van Oude Schilderkunst te Utrecht in 1894. Utrecht 1894. 8o. — te zauien 11 stn. 4o en 8o. 111 Muziek. — Jhr. Mr. C. M. van Riemsdijk, Het Stads-Muziekcollegie te Utrecht (Collegium Musicum Ultrajectinum) 1031—1881. Eene bijdrage tot de geschiedenis der toonkunst in Nederland. 1 tr. 1881. 4o, met 4 platen. 112 De Schouwburg. — Mr. W G. F. A. van Sorgen, De tooneelspeelkunst in Utrecht en de Utrechtsche Schouwburg, met bijlagen van A. G. A. van Rappard en L. W . R. ^ enckebacli. 'sGrav. 1885. gr. 4o, met afbeeldingen. VAX DEN GERECHTE. 113 Groot olacaatboek 'sLands van Utrecht, tot het jaar 1728 ingesloten, door J. van de Water, Utrecht 1729. 3 d. Ie d. b. —Vervolg van hetzelve, tot het jaar 1810, door C. W. Moorrees en P. J. Vermeulen. Utrecht 1856—GO. 2 d.--te /amen 5 dln. gr. folio. — Generale inhoud, begrepen in ses registers op het Groot Utrechts placaetboek. Utrecht 1733. 8o, perk. b. 114 Costumen, usantiën, politiën ende stijl van procederen der Stadt, Jurisdictie ende Vrijheid van Utrecht, met aanm. door W. van der Muelen. Utrecht 1709. folio, met prent en portret, perk. b.— (P. J. de Bye), Register op de costumen, usantiën, policiën en stijl van procederen, en op de aanni. van Mr. W. van der Muelen. I trecht 1804. So. 13c Nederlandsche practycque van verscheyden dasrhelyckscho? soo civile als criminele questien gecolliïreert door Bernhard van Zutphen, Advocaet voor den Ed. Hove Provin- ciael van Utrecht. 3e dr. Utr. 1642. 4o, met een titelplaat: Gezicht in de oude ïïtrechtsch e rechtzaal, perk. b. 116 Ordonnantiën en publicatiën op de stijl ende manier van procederen voor den Hove van Utrecht, het bevorderen van de exploicten, de revisiën, de schouten, de schepenen, de griffiers, de advocaten, de procureurs, de deurwaarders enz., van 1621 tot 1767. 56 stn. 4o. .117 Sententien ofte vonnissen binnen Utrecht geweseu teerhens: Jan Ruysch Bastaert, Schoenmaker, \ Andries Hendricksz, Schoolmeester, .Tan Gerritsz Clincket, Laeymaker, I Gerrit Obijn, Postmeester, I Dirck Canter, f Heyndrick van Helsdinghen, \ Ivors Korsz, Droochscheerder, l Aert Willemsz van Laeckervelt, Cleermaecker, 1 Coenraet Willemsz, Coperslagher, 1 •Tacob Hendricksz Xoest, Mutsemaker, Iteynier Roelofsz, Metselaer, '1191 'li '^qoa.i^ ü^. '.iao.ido o[)uo Suijaa^oplruoa su ,).~- — NIJVERHEID. f25 Handel. — Jhr. Mr. H- M. A. .T. van Ascli van Wyck, Geschiedkundige beschouwing van het oude handelsverkeer der Stad Utrecht, van de vroegste tijden af tot aan de 14e Eeuw. Utrecht 1838—42. 3 d. 8o. — Ordonnantiën en regie- menten betreffende de jaar- en weekmarkten, de waege, het vvaeg-geldt en den eyck van ellen, maten en gewichten enz. van de jaren 1679 tot 1791. 10 stn. 4o. — De Kanier van koophandel en fabrijken te Utrecht; derzelveroprichting, bestaan en ontbinding. Utrecht 1843. 8o. — te zamen 14 stn. 4o en 8o. 126 Veehouders, beestenkoopers, slachters. — Ordonnantiën en publicatiën op het weiden en schutten der beesten, de beestenmarkten, het hoorngeld enz., van 1632 tot 1776.18 stn.— Op de vleys-liuysen, het slachten, het sout- en hoorngeld, de kalveren enz., van 163*2 tot 1782. 12 stn.— Op 't besienambt van de verkens, op de spoeling- of brandewijnsverken s enz., van 1679 tot 1780. 4 stn.— te zamen 34 stn. 4o. 127 Boter, zout en zeep. — Ordonnantiën en publicatiën op de boter, de botertonnen, het zout en de zeep, van 1631 tot 1756. 19 stn. 4o. 128 Graankoopers, molenaars, broodbakkers enz. — Ordonnantiën en publicatiën op 't gemael, graan, meel, koeken, masteluynbrood, biscuytbakkers-grient, 't koornkoopersgild enz., van 1633 tot 1707. 31 stn. 4o. T29 Koekbakker ij— G. van Rijn, De Schoutensteeclise tekantjes en tafelcoeckgens. Utrecht 1876. 8o, met portret en 8 platen. 130 Bierbrouwers.— Ordonnantiën en publicatiën op de bieren, de hoppen, 't peylen der bieren, het beschadigen der brouwerstonnen, en op de dunbierverkoopers, van 1632 tot 1781. 19 stn. 4o. 131 Wijnkoopers. — Ordonnantiën en publicatiën op de wijnen, het wijnkopers-gild, de wijnslepers en kraankinderen, van 1636 tot 1757. 17 stn -— Op de gebrande wijnen en wateren, de meede, en op de sterkedrankverkoopers, van 1636 tot 1749. 6 stn. — te zamen 23 stn. 4o. .132 Turf en veenderij, boomteelt en hovenierderij.— Ordonnantiën en publicatiën op de veenderij, de turf, 't ooft, de boomgaerden, 't ooft en fruit, 't schenden van boomen, tuynen, plantagiën enz., van 1635 tot 1785. 52 stn. 4o. 133 Steenbakkers, timmerlieden, smeden enz. — Ordonnantiën en publicatiën op de steenbakkerij, de ticliel-ovens, de kalkbranderij, de pottebakkerij, het timmeren, de luyffels, het bijlhouwersgild, de glasenmakers en grofschilders, de. loodgieters, het smeeden-gild, de goud- en zilversmeden enz., van 1631 tot 1778. 18 stn. 4o. 134 Marskramers, schoenmakers, paruikenmakers enz.—- Ordonnantiën en publicatiën op de Syde en wolle lakenen, de catoenen en chitsen, de droograampten, het wolspindersen knoopjensdraayersgild, het schoenmakers- en het schoenlappersgild, het marslieden-gild, de paruyckenmakers, de tabackverkopers enz., van 1635 tot 1788. 34 stn. 4o. ï >5 De Munt. — F. J. van Heeckeren van Brandsenburg, Beschrijving en afbeeldingen van Xederlandsche Gedenkpenningen, welke sedert 181-5 tot 1838 aan 's Rijks Munt te Utrecht zijn geslagen. Utrecht (1839?). 4o, met 11 platen. 130 De Utrechtsche gasfabriek. — Verslag der commissie belast met het onderzoek van de stedelijke gasfabriek te Utrecht. Utrecht 1863. - J. M. van der Made, Twee memoriën van van beantwoording betreffende de stedelijke gasfabriek te Utrecht. Utrecht 1863. — H. A. Ameshoft', De Utrechtsche gasfabriek uit rechtskundig oogpunt beschouwd. Utrecht 1887. —Verslag van den toestand, de exploitatie en de inrichting der Gemeente-gasfabriek te Utrecht, over 1894 en 1895. 2 d. .—- te zamen o dln. 8o. TEEKENINGENi PRENTEN EN PORTRETTEN. PROVINCIE UTRECHT. Teekeningen. 137 ?, Afteekening van de „hoffsteede genaamd Ko- ningslust, met alle deszelfs Landereyn en Bosschen, alsmeede het Plaatsje HinderRust, alle gelèegen onder Nigtevecht." Fraaie 18e Eeuwsche aquarel. 138 ?, Ruine van het Slot Schoonhorst bij Abcoude? Teekening in O. I. inkt. 139 ?, Situatiekaarten van de Stoppelaarsbrug bij Abcoude, van de Jeremie(sche)brug bij Utrecht, en van de Vaartsluizen bij Vreeswijk. 3 Gekleurde teekeningen. '49 ?, Decoratie voor eene feestviering of landbouwtentoonstelling in de Districten Loenen en Breukelen. Aquarel. 141 J. E. Mar cu s?, Gezicht op eene buitenplaats bij Maarsen?, in het begin van deze Eeuw. Zeer fraaie aquarel. 142 X. AV i c a r t, Gezicht op 't Dorp Harmeien. A q u a r e 1. 345 ?' Gezicht bij de St. Andries Poort, te Amersfoort. ± 1760. Teekening in O. I. inkt. 344 ?> 3)e Lieve Vrouwe Kerk en de Oude Poort, te i-, rsfoort. 2 Aquarellen. J45 I. \ a n L i e n d e r, Geziekt te Driebergen. Oorspro (AIerl- ,]P W Heemskinderen). 1 le n 7 * ~ Gf icht op het Buur-kerkhof, ziende naar den t: — 1890. Prentteekening in zwart « wit, naai -Maxime L a 1 a n n e. ~ 4 v 77' Tr * ï4"® lnwen(,ige gezichten op de St. ThomasKapel de aria-Kerk, de Jacobi-Kerk, de Jans-Kerk de Buurkerk, de Geerte-kerk, de Nicolaï-kerk, de Pieters-kerk nz., Ls gravures en 11 steendrukken; te zamen 29 sts lolio, 4o en So. 2li Het Stf<1Lu^' V(5l',r (le verbouwing; 2 verschillende verschillenden. — De Yeeartsenijschool; 10 verschillenden; te zamen 15 steendrukken en photo's. folio en 8o. 227 Het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen, de Munt, het Paleis van Justitie, de Schouwburg, de Zwemschool, de Willemskazerne en andere meest openbare gebouwen; 26 steendrukken, 4o en 8o, waarbij zeldzame. 228 Oude Gracht. - Gezichten op verschillende punten langs de gracht, in onderscheidene tijden: Viebrug, Jansbrug, liever- of Bezembrug, Stadhuisbrug, Vischnxarkt, Hooge Koorenmarkt, llodenburger- of Hamburgerbrug, Smeebrug en Geertebrug; 11 gravures en 18 steendrukken; te zamen 21) sts. folio, 4o en 8o. 229 Maliebaan. Gezichten van ter zijde, van 't begin, van 't einde en van de Gilbrug: stel van 4 gravures naar .T. A e r s t e g e, door J. J. 1 e Y e a u en P. J. D u r e t, benevens^ •» Duitsche tegendrukken, van de Xrs. I, 3 en 4, door B. F. Leizelt; te zamen 7 sts. folio 230 Geschiedenis van (1e Stad T trecht. Merkwaardige gebeurtenissen, tusschen de regeering van den Bisschop David van Bourgondië en den Vrede van 1713; 13 gravures waarvan 5 in 2 staten, te zamen 18 sts. 8o en 12o. ". !] De Xeude in 1(518. Het afdanken der AVaardgelders door Prins Maurits; 2 verschillenden, niet den Arminiaanschen eegschaal, en 2 verschillenden, naar J. Bulthuis en •T. Buvs; de 2e v. en m. d. 1., te zamen 5 gravures. 4o en 12o. 2o2 Het beleg van 1 treelit in 1072. Plans der Stad en omliggende vestingen, 2 verschillenden: (het) presenteren der Stadts sleutels an den Koning van Yrankrijk, 2 verschillende drukken: het afzetten der Oude Regenten; Gedenckteecknen van de Franse vlucht uyt TTytrecht; te zamen fi etsen van Romein de H oo gh e e.a., folio en 4o. 233 De Neude in 1786/7. 'T in den eed neemen der Schutterige, den 20sten Maait 1786: (met de letter, benevens een zeer zeldzame proefdruk vóór alle letter). — 't Groote Feest (met den tempel) in 1787: (zeer zeldzaam prentje.) — Afbeelding- van de Parade op den 2en September 1787: (ets van J. .T el g er hu is Rz., in 2 verschillende drukken).— Afbeelding van de Xeude bij de verlating van Utrecht, s nachts na den XA September 1787; (2 verschillenden: ets van T. .Telgerhuis Ez., en gravure van R. Y i n k e1 e s, naar T. B u y s): te zamen 7 gravures, folio en So. 234 Patriotsche bewegingen in 1786/7. — De Yroedsclian be ëdigt het nieuwe regeei'ingsi'eglement den 20eu Afiiart 1786; 3 verschillenden: (zeldzame proefdruk vóór de arceering, proefdruk vóór alle letter, en verkleining naar J. li u ys).-AVagthebbende Compagnie Schutters beëedigd den 20en Maart 1786; (zeldzame proefdruk vóór de laatste arceering, en gedrukt aan de tegenzijde van eerstgemelde plaat), en andere gebeurtenissen daarmede in verband; te zamen 10 gravures, folio, 4o, 8o en 12o. 235 Gevecht bij Jutpliaas aan de Taart, den Oen Mey 1787; 6 verschillende voorstellingen naar C. Bro u w e r, ,T. Buys, J. Bulthuis e.a., waarvan 2 in 2 staten; te zamen 8 gravures, folio en 8o. 23G Intrede van Keizer Napoleon te Utrecht in 1811. — Oft'icieele bekendmakingen betreffende de Inkwartieringen van Z. M.'s gevolg, de lij-order voor de rijtuigen op den dag van het Bal, en de Illuminatiën op 6 en 8 October 1811. 4 Bladen boekdruk. Zeldzaam. 231 Na het vertrek van de Fransehen.— Officieele publicatiën van wege het Provisioneel Provinciaal Bestuur van Utrecht, betreffende de voorloopige regeling der gewone en der vrijwillige belastingen, uitgevaardigd den 1, 2 en 5 December 1813. 3 Bladen boekdruk. Zeldzaam. 238 Utrechtsche feesten.— Feestplaten en feestbladen betreffende het 2e Nederlandsch Nationaal Zangersfeest in Tivoli. 18-36.— Het Oranje-feest van 1863, (waarbij o.a. eene pliotographie van de versiering van het huis van den tamboermajoor der Schutterij C. F. Backée, in de Ottersteeg.) — Het TTaterloo-feest in 18(10. -— Het Unie-feest in 1879. — Het Jan van Nassau-feest in 1883, enz. 14 bladen, folio en 4o, steen- en boekdruk, waarbij zeldzame. 239 Aschkarmans Xieuwjaarswenseli van 1866, plattegronden van afzonderlijke wijken, oude munt-afbeeldingen en andere curiositeiten; 25 steendrukken, folio, 4o en 8o. 240 Gezichten in de Stad. -— Eene verzameling van 50 photographiën van omstreeks 1875—1880. kab. en alb. formaat, in doos. Portretten. 241 Willebrordus, Bonifacius, Gregorius, le, 2e en 3e Bisschop van Utrecht, e.a. bisschoppen. 8 sts. folio en 8o, waarbij 2 folio gravures van Corn. T i s s c h e r. 242 Paus Adriaan. — Hadrianus TI, Pontifex Maximus Ultrajectinus. 7 Terscliillende portretten, waarbij o.a. de folio gravure van J. Houbraken, naar J. AV a n d e 1 a a r. folio en 4o. 2-13 Abraham van Brienen, Pastoor der St. Geertruida Iverk in 1640. Zeer fraaie folio gravure door v a n 1) ij c k, naar G- AV ijckersloot. 244 Joliannes AVtenbogaert, Remonstrantscli Predikant. 5 Verschillende portretten, waarbij o. a. de fraaie gr. 4o gravure van TV I) e 1 f f, naar P a u 1 u s Moreels e. 4o. 245 Carel Rijkwaert en Jacobus Taurynus, Remonstrantsche Predikanten; de le in 4o gravure van C r i s p ij n de Passé; de 2e in folio gravure van H. Iiary. -— Z e ] dz a a m. 246 Johan Abraham Blanck en Jacobus de Groot, Hervormde Predikanten. 2 Folio gravures, de le van P. H. Jonxis, naar van C u y 1 e nb u r g h. 1790 P; de 2e van P T a n j é, naar J. M. Quinkhard. -—- Ds. Bronsveld, Felix, Koningsberger, Ruytenschild, Schijvliet, Schouten, Verhoef en Wolf, Predikanten. 12 Photograpkische portretten, alb. form.; te zamen 14 sts. 247 Xicolaas de Berck, Gillis van Ledenberg, Gerardus van Wassenaar e. a. groote mannen in de Regeering van de Provincie of de Stad Utrecht. .18 sts. folio, 4o en 8o, waarvan 7 gravures. L4S Carel Baron van Boetzelaer, Lientenant Generaal, Gouverneur van de Willemstad enz. enz.; overleden te IJsselstein, den 21 Sept. 1803. Zeer fraai groot folio portret, door en naar R e i n i e r Vinkeles. 1793, in proefdruk vóór alle letter, in proefdruk met de letter, in gewone druk, en in steendruk, 4 sts. 249 Otto Derck Gordon, Collonel van liet Genootschap Pro Patria et Libertate te Utrecht. 6 Verschillende portretten, waarbij o. a. een fraai gekleurd exemplaar van de folio gravure van R. A i n k e 1 e s en C. B o ge r t s naar C. v a n C u y 1 e n b u r g h. 1784, een zeldzame zwarte kunstplaat van voornoemd portret, drie verschillende drukken van het medaillon-portret, uit de Vaderlandsche Chocolaad, enz. folio en So. 250 C..- G... Vissclier, Bevelhebber van het Burgervaandel Turkijen, en .Tohannes van der Vlerk, Corporist van genoemd vaandel; beiden gesneuveld in het gevecht bij het Dorp de A aart den 9en Mey 1787. \ an ieder twee verschillende portretten. 4 sts. 4o en 8o. 251 .Tan Kuiper, gemeenlijk genaamd .Tan Praktiseer, geboren 10 AI aart 1638, oude stijl, te Klein Ammers bij Schoonhoven. Hij heeft in zijn eerste huwelijk gewonnen Achttien Zonen, en in zijn tweede rIwee Zonen en Twee Dochters; zijnde hij Ao. 1745 nocli in 't leven, en Disgenoot in het Hiobs Gasthuis, buiten l'treclit. Folio gravure van J. H o 1) r a k e n, naar J. M. Quinkhar d, 1745. 252 Anna Maria van Schurman. Vrouw van zeer groote geleerdheid, die woonde achter den Dom, hoek Yoetiussteeg (in het later door Mej. v. Woesten berg bewoonde huis). 0 Verschillende portretten, waarbij o.a. de 4o gravure met de Domkerk ter zijde, 4o en 8o. PENNINGEN EN MUNTEN. T7TRECHTSCHE HISTORIEPENNINGEN. 253 15? 7. Het Kasteel Vredenburg door de Spanjaarden ontruimd. v. Loon le d. blz. 23). Brons. 254 1578. Eerste of naarder Unie van Utrecht, v. L. ie d. blz. 2rt5 • Brons 255 1593. Vaststelling der Utrechtsche Kerkorde, den 21en Mei. v. L. Ie d. blz 440. Brons. 256 1598. Legpenning van de Staten van l'trecht op den moord van Graaf Ulricli von Falckenstein, door Mendoza. v. L. le d blz. 518 Brons. 257 1G00. Rekenpenning van de Staten van Utrecht op den Slag bij Nieuw poort. v. L le d. bh. 548. No, 4 Brons. 258 1004. Legpenning van de Staten van Utrecht op het veroveren van Sluis, en het verlaten van Ostende. v. L. 2e d. blz 15. No. 4 Brons, 259 1007. Legpenning van de Staten van l'treelit op de gewapende vredesonderhandelingen met Spanje, v. L. 2e d. blf 33. Brons. 2C0 1008. Legpenning van de Staten van Utrecht op het sluiten van het twaalfjarig bestand, v. l. 2e d blz. 40. Brons. 201 1012. Utrecht, wegens oproerige bewegingen in de stad, door Staatsche troepen ingesloten. Dirk Kanter en Hendrik van Helsdingen, de nieuwe eigengemaakte Burgemeesters afgezet, en de vorige regeering hersteld. v. L 2^ <1. blz 82 Brons 202 1013. Het moordgespan van Kanter en van Helsdingen tijdig ontdekt, en verijdeld, v. L. 2e d. blz. «3 No. 1. Brons. 203 1020. Legpenning van de Staten van 1 trecht op de toen algemeen verwacht wordende verlossing der geloovigen van het juk van Rome. v. T,. 2e d. blz. 129 Brons. 204 1020. Legpenning van de Staten van 1 trecht tot opwekking der gemoederen wegens de zeeroverijen van de Duinkerkers. v T> 2e d. blz 164 Brons .205 1029. Legpenning van de Stoten van Utrecht op het ontruimen van Amersfooi ■. door den vijand, v. L. 2e d. blz. 184. No. 2. Brons. :.'GG 1673. Utrecht door de Fiansclien verlaten, den 23 November. V. L 3e d. blz. 126. Tin. Afe. 207 1687. De Staien van rtreeht bieden den Franschen vluchtelingen liet burgerschap aan. v. L. 3e <1. blz. 3 55. Tin. Afg. 2('8 1183. Kerepenning van het Utrechteche Wapengenootschap „Pro patria et libertate", opgericht den 2en of oen February 1783. De Meyer (fecit). v. L. verv. VIII No. 596 A Zilver. 269 1783. Op de wapening der burgerij te Utrecht, den 24 Juny 1783. V L. verv. VIII. No. 59S. Koper. 270 1780. Opliet beëedigen van het regerings-reglement, op de diende te Utrecht, den 20 Maart 178(i. v. L. verv. IX.No. 639 B. Zilver. 271 1810. De R. K. Kerk te Rysenburgh ingewijd, den 1 Augustus 1810. G. H. f(ecit.). Zilver. 272 1853. 's Rijks Munt door Koning Willem III met een bezoek vereerd, September, v. d. K.(ellen fee.) Dirks No. 747. Brons. 273 1853. Koning Willem III bezoekt Utrecht, September. D No. 748. Brons 274 1863. 50-Jarig bestaan van het Koninkrijk der Xederlanden (geslagen aan 's Rijks Munt, 28 November 1863.). O. No. 898. Brons. 27ö 1863. Op hetzelfde feit, kleiner. D No. 899. Brons. '17(> 1864. 25-Jarig Burgemeesterschap van Mr. X. P. J. Kien, den 21 Maart 1864. 1). van der Keilen f(ecit.) Brons. 277 1874. 25-Jarig Koningschap van Z. M. Willem III; hulde van de Stad Utrecht. (12 Mei.) .T. P. M.(enger) f(ecit.) Brons. 278 1874. 4e Eeuwfeest van de Hieronvmus-School (9 December.) Brons. 279 1887. Mr. C'. Gerliugs, 25 Jaar lid van het bestuur van het Collegium Musicum l ltrajectinum. Brons. 280 Schutterij-penning van 1661. Zilver. 15 gr. 281 .Tachtpenning voor het landgoed van de Familie van Asch van Wijk. Tin. 282 Hondepenningen (weelde-honden) van 1861, 62, 64, 66, 68, 78, 82, 83 en 91. Koper: (waakhonden) van 1864 en 66. Lood: te zamen 11 sts. 283 Adrespenningen van H. Dickhooff, Horlogimaker, op de Oude Gracht; P. Yrondy & Co., Fabriek van Parapluies, Oude Gracht tusschen de Stadhuis- en Bezembruggen. No. 39; L. Stumm, Koffijhuis de Doelen, achter den Dom, enz. 4 sts. Koper. UTRECHTSCHE MUNTEN. 284 Kruisi ijkslaalder van 1568, van Philips II (Heer van Utrecht). 'I29 gr. P r o v i n ( i e V trecht. Xagenoeg allen zeer fraaie exemplaren. Afkorting: N. b. S. = niet in de Collectie van tien Heer Steplianik, in het Rijksmuseum 285 Dukatons, van 1763, 1709, 1770, 1784, 1785 en 1793. G sts. Z. 195 gr. Geen van allen in de Collectie Step h a n i k. 280 , van 1791. V a 1 s c h e munt, zeer zeldzaam. K. — X. b. S. 287 Halve dukatons, van 17G1, 1764, 1766 en 17G9. 4 sts. Z. 65 gr. 288 , van 17G5, 177G, 1785, 1786, 1787, 1788 en 1794. 7 sts. Z. 113 gr. Geen van allen in de Collectie Step li a n i k. 289 Drieguldens, van 1704, 1793 en 1795. 3 sts. Z. 94 gr. Geen van allen in de Collectie Step han i k. 29 0 ■, van li 86, 1792 en 1794. 3 sts. Z. 94 gr. ^91 Halve drieguldens (Daalders), van 1685, 1086 en 1689. 3 sts. Z. 47 gr. "292 Tiende driegulden (Statenschelling), van 1691. Z. 4,5 gr. X. b. S. 293 Rijksdaalders, van 1749, 1757 en 1784. 3 sts. Z. 84 gr. Geen van allen in de Collectie S t ephanik. 204 . (Bataaf sche en Xederlandscli» i ijksdaalders van Utrecht) van 1801, 1800, .1808 en 1810. 4'sts. Z. 112 gr. Behalvedievan 180 8, ook geen van a 11'e n in de Collectie Steplianik. 295 Halve rijksdaalders, van 1G74 en 1708. 2 sts. Z. 27,5 gr. X. b. S. 290 , van 1762, 1763 en 1764. 3 sts. Z. 41 gr. 297 Guldens, van 1715,1736,1764,1791 en 1794. 5 sts. Z. 52,5 gr. Behalve dievan 17 6 4, ook geen van allen in de Collectie Steplianik. 2)8 , A*an 1715, 1727 en 1742(8). 3 sts. V a 1 s c h e munt, zeer zeldzaa m. K. — X. b. S. 299 Halve guldens, van 1755, 1760, 1701, 1767 en 1783. 5 sts. Z. 26 gr. •'00 , van 1773, 1778 en 1791. 3 sts. Z. 15,5 gr. Geen van allen in de Collectie Step li a n i k. 301 Kwart guldens, van 1758 en 1759. 2 sts. Z. 6 gr. 302 Dubbele Stuiver, van 1754. Afslag in goud. G. 1,75 gr. 303 , van 1785, 178(j, 1787, 1788, 1789, 1790, 1«91 en 179-2. 8 sts. Z. 13 gr. 304 , van 1793, 1794, 1790 en 1799 (de beide laatsten Uataafsclie dubbeltjes van Utrecht). 4 sts. Z. 0 gr. Behalve d ie van 1 799, ook geen van allen in de Collectie Stephanik. 305 , van 1794: Yz.: W en liet Stedelijk wapen. Tz.: het wapen der Unie. Z. 1,6 gr. Z e 1 d z a a m. X. b. S. •506 Stuivers, van 1738 en 1739. 2 sts. Afslagen in goud. G. 1,75 gr. X. b. S. 307 , van 1738, 1739 en 1765. 3 sts. Z. 2,5 gr. 308 Duiten, van 1625, 1634, 1637, 1654, 1663, 1666, 16G< en 1689. 8 sts. K. — j\t. b. S. 309 , van 1657, 1661, 1664, 1668, 1670, 1671, 1676, 1677, 1681 en 1684. 10 sts. Iv. 311) , van 1657 (Zeldzame slag met „Utrecht"; Idem van 1722, met „Stad Utrecht 1722", aan beide zijden; idem van 17.. ?, met het Stedelijk wapen aan beide zijden, en zonder jaartal. 3 sts. K. — De 3e N. b. S. 311 van 1663, 1749, 1752, 1764, 1767, 1768, 1781, 1783, 1787, 1788, 1789, 1791 en 1793. 13 sts. Afslagen in zilver. Z. 40 gr. Geen van allen in de Collectie Stephanik. 31 2 , van 1710, 1711, 1722, 1723, 1739, 1740, 1745, 1754, 1755, 1756, 1758, 1766, 1768, 1783, 1786, 1787, 1788, 1789, 1791 en 1792. 20 sts. K. 313 —, van 1724, 1742, 1743, 1744, 1746, 1747, 1749, 1751, 1752, 1753, 1757', 1759, 1760, 1761, 1762, 1764, 1765, 1767, 1780, 1784 en 1790. 21 sts. K. Geen van allen in de Collectie Stephanik. 31 4 , van 1739, 1790, 1792 en 1794. 4 sts. Afslagen in zilver. Z. 13 gr. De voorgaande 7 nummers, vormen te zamen eene unieke collectie van 79 Utrechtsche duiten, tusschen de jaren 1625 en 1794 geslagen. Deze nummers zullen eerst afzonderlijk en later bijéén woraen geveild. 315 Utrechtsche munten van de 0. I. Compagnie: Stuiver van 1762. Scheepjesschellingen van 1786, 1788 en 1789. Kwartgulden van 1794 (W. I. C.) 5 sts. Z. 18 gr. 31 6 •: Duiten met stadswapen van 1746, 1777, 1784, 1785, 1787, 1788, 1789, 1790 en 1794. 9 sts. K. 31 7 : Halve duit van 1755, Duit, met klaverblad, van 1790, Dubbele duit van 1790, enz. 6 sts. K. UTRECHTSCHE AKADEMIE. WERKEN VAN DE HOOGLEERAREN AAN DE UTRECHTSCHE AKADEMIE. 1AOULTEIT DEK RECHTSGELEERDHEID EX STAATSWETENSCHAP. 318 Antonius Matthaeus (II), De judiciis disputationes XY. Ultraj. 1039. 12o. Disputationes de suecessionibus XX, de niatrimcmiis XIII, do tutelis Y. 1'ltraj. 1052. 12o. G. A. Struvii Xotae et observationes ad A. Matthaei Tractationem de successionibus. Jenae 1078. 4o, m et po rt r e t. — De auctionibus. Traj. 1653. 4o. Ibid. ed. '2a. L. 15. 1079. 4o. De Verhandeling over de opveilingen. Ie en 3e stidc. Utr. 1774. 2 dln. 4o; te zamen 7 d. 12o en 4o. p e r k. b. 310 ,l)e criniinibus ad lib. XLYII et XLYIII dig. commentarius. Traj. 1044. — Ibid. ed. '2a. Amst. 1001. — Ibid. ed. 3a. Yesal. 1072. — Ibid. ed. 4a. Yesal. 1079; te zamen 4 d. 4o. p e r k. b. 320 Bernardus Schotanus, Examen juridicnm. Amst. 1040. -— Ibid. ed. 2a. Amst. 1702. — Register van alle titulen, of opschriften der instituten pandecten en codex, volgens het Examen Juridicnm. Leyd. 1740; te zamen 3 d. 12o. perk. b. 321 Cyprianus Regnerus ab Oosterga, Censura Belgica sen novae notae animadversiones in libros IY Tnstii. Imp. Justin. Traj. 1048. 12o. - Animadversiones in XII libris Codicis Justin. Traj. 1000. 4o. Animadversiones in Xovell. Constitut. Justin, et Consnetud. fendor. Traj. 1009. 4o. — Animadversiones in Jur. Canonic. Traj. 1009. 4o; te zamen 4 d. 12o en 4o. p e r k. b. 322 Paulus Vost, De duellis. Iltrai. 1640. 12o. Ibid. ed. 2a. 1'ltraj. 1658. 12o. -— Oorspronck, voortganck en daeden der Doorluchtiger Heeren van Hrederode. I'tr. 1656. 4o. De iisn juris civilis et canonici in Delgio Unito. Iltraj. 1057. 12o. I)e statutis eorumque concursu. Amst. 1001. 12o. — Mobil ium et immobilium natura. I ltraj. 1000. 12o. — Ibid. ed. 2a. Ultraj. 1714. 12o. - In quatuor libros Institutionum Imperialium commentarius. I Itraj. 1668. 2 vol. 4o. — Ibid. Gorich. 1668. 2 vol. 4o; te zamen 11 d. 12o en 4o. p e r k. b. U n i e k e verzameling. 323 Henrick Moreelse. — Jhr. H. M. A. J. van Asch van AYijck, Levensschets van Henrick Moreelse. ! Ir. 184-5. 8o, met portret. 324 AntonillS Matthaeus (III), Disputationes de obligationibus XLII, de criminibus VII, de servitutibus VII et aliquo miscellaneae. Ultraj. 1660. 12o. -— Conimentari na ad institutiones s. s. principis Justiniani. Traj. 1672. 4o. Observationes rerum judicatarum a supremo 1'ltrajecte revisionis consessu. L. li. 16* *i. 12o. Observationes rerum judicatarum et tractatus singulares. L. 13. 1676. 12o.— Miscellaneae excercitationes adversus Abrahamum a Wesel. L. 13. 1678. 12o. De probationibus. L. li. 1686. 12o. Ibid. cuni recens. -I. S. Entrup. Gron. 17-39. 4o. Defensie apologetica pro Sinione Lewio adversus criminationes Ant. Matthaei in suo De probationibus libello. L. B. 1678. 12o. De nobilitate. Amst. Ki86. 4o. De jure gladii tractatus et de toparchis qui excercent in in dioecesi I ltrajectina. Ij. B. 1689. 4o. De rebus Ultrajectinis L. B. 1690. 4o. - Ibid. ed. 2a., cum tractat. Andr. Alciati contra vitam monasticam. H. C. 1740. 2 vol. 4o. - Chronicum Egmondanum seu annales regalium abbatum Egmundensium, auctore Joh. de Leydis et cum observat. A. Matthaei. L. B. 1692. 4o. — Rerum Amorfortiarum scriptore duo inedito, alter aactor incertus, alter qui nomen Theod. A erhoeven, cum observat. A. Matthaei. L. B. 1693. 4o, m e t 1 plaat. — Manuductio ad jus canonicum. L. B. 1696. 12o; te zamen 16 d. 12o en 4o. per lc. b. Zeer zeldzame verzameling zijner werken, 325 -— , Veteris aevi analecta. ed. 2a. II. C. 1738. 5 vol. 4o, met portret, h. 1 e d. b. -— -T. G. Swellengrebel, Animadversiones quasdam criticus ad diplomata quaedam A. Matthaeo edita. Traj. 1788. 4o. 320 Johannes Vo9t, De jure militari. 1'ltraj. 1670. 12o. Compendium juris juxta seriem pandectarum. L. 13. 1682. 8o. Ibid. ed. 3a. L. B. 1707. 8o. — Ibid. ed. 5a. L. 13.1720. 8o. — Ibid. ed. 6a. L. B. 1731. 8o. Ibid. ed. 7a. Lov. 1736. 8o. -— De beginselen des rechts. 'sGrav. 1729. 12o. -— Oratio qua monstratur veritas asserti A. D. Pio raros esse, qui philosophantur. L. B. 1710. 4o. De erciscunda familia. Brux. 1717. 12o; te zamen 9 d. 12, 8o en 4o, p e r k. en 1 e d. b. 827' , Commentariu8 ad pandectas. L. B. l(i!)8 1701. 2 vol. — Ibid. ed. 2a. H. C. 1707. 2 vol. -— Ibid. ed. -'ia. H. C. 1716. 2 vol. — Ibid. ed. 4a. H. C. 1723. 2 vol.; te zamen 8 d. folio, per k. b. Ontbiedt aan de 4c uitjrave het le deel. S28 . Ibid. ed. «ia. H. ('. 1 r->4. 2 vol. folio. - Ibid. ed. ultima. Colon. l«o7. 2 vol. folio.—Table des eommentaires de J. Toet sur les pandectes. Brux. 1841. 4o; te zamen 5 d. folio en 4o, 1 e d. b. 329 Johannes vail Muyden, Compendiosa pandeetarum „ 1 .t . rP ' 1 ~1 O 1 O ti • 1 11~* -i . » iiaciano. eu. ^a. ±iaj. iiio. xco. —- XDia. (C ompendiosa Institutionum Justiniani tractatio). ed. Ga. cum add. Ev. Ottonis. Traj. 1737. 8o; te zamen 2 d. 12o en 8o, perk. en 1 e d. b. •3-30 GerardtlS Noodt, Probabilhim juris civilis libri IV. >'■ " io»l. 4o. — iJe toenore et usuris libfi III. L. B. 1698. 4o. — Du pouvoir des souverains et de la liberté de conscience; trad. p. J. Barbeyrac. 2e éd. Amst. 1714. 12o. — Seliolae in digestorum libros XXYIII—L; edid. II. I'. Huguenin. Heerenv. 1842. 8o; te zamen 4 d. 4o, So en 12o, p e r k. en 1 e d. b. ;:il , Opeia omnia. L. B. 1713. 4o. - Ibid. ed. 2a. edid. J. Barbeyrac. L. B. 1 <3ö. 2 vol. folio, met portret. Ibid. ed. -3a. L. B. 1760. 2 vol. folio; te zamen 5 d. 4o en folio, per k. en 1 e d. b. >•32 Cornelis van E!ck, Oratio de vita, moribus et studiis M. Antistii Labeonis & C. Ateji Capitonis. Fran. 1692. 4o. Theses juris eontroversi. Traj. 1094. 12o. — Ibid. ed. 2a. Iraj. 1700. 12o. -—J. F. Böckelmanni ])e differentiis juris civilis canonici et hodierni, recens. Corn. van Eek. Iraj. 1694. 12o. (t. Fornerii & A. Conti Tractatus de feudis, edid. Corn. van Eek. Leov. 1694. 12o. II. G. Tydemanni Praelectiones academicae in Cor. van Eek, Principia juris civilis secundum ordinem pandeetarum. Iran. 1811/2. 4o. II. 8. S.; te zamen 6 d. 4o en 12o. • >•} Ever ar dus otto, thesaurus juris Romani, continens rariora meliorum interpretum opuscula. L. B. et Traj. 1 ~25—1735. ö vol. (i part. folio. 1 e <1. b. 34 —, Ibid. ed. 2a. Traj. 1733/5. 5 vol. folio, p e r k. b. • —• Pufendorfii De officio hominis et civis secundum legeni naturalem, cur. Ever. Otto. Traj. 1728. Ibid. ed. 2a. Iraj. li 40. — Ibid. ed. nova cum annot. Gr. S Treueri. L. B. 1769. 2 voi. — Charlottae Amaiïae X.. Epistola ad Cl. Everardum Ottonem. Halac Magdeb. 1735. — De vita, frtudiis, sciiptis et honoribus Servïï Sulpicii, Lemonia llufi etc. Iraj. 17!7. — Xotitia praecipuarum Europae rerum publicaruni. ed. 4a. 1 raj. li'5!''. te zanien 7 d. 8o. 336 Jacobus Voor da, Ad legem falcidiam commentarras. Havl. 1730. 1 '2o. — Ibid. ed. nova. Traj. 1730 l2o. Oratio de prudentia Romanorum in condendis XII tabularum legibus. Traj. 1730. 4o. Oratio de jurisconsulto viro bono. Traj. 1736. 4o. — Electorum liber singularis. Traj. 1740. 12o. Interpretationuin et emendationum juris Roman i libri III. ed. altera. Traj. 1768. 12o; te zanien 0 d. 12o en 4o, p e r k. b. 337 Abraham Wieling, Lectionum juris civilis libri II. Amst. 1730. 8o. ITlr. Iluberi Opera minora et rariora juris pnblici et privati, edid. Abrah. A\ ieling. lraj. 174(>. vol. 4o; te zanien 3 d. 8o en 4o. 33S Christian Heinricli Trotz. Jacobi Gotliofredi Opera juridica minora, edid. ('. H. 1'rotz. L. It. li 33 folio, met p o r t r e t.— Christfriedi Waeclitleri Opuscula juridico-philologiea rariora, edid. C. H. Trotz. 1 raj. 1i33. So.- Herniannus Hugo, I)e prima scribendi origine, eum notis C. H. Trotz. Traj. 1738. 8o, niet platen. Kmundi Merillii In IV libros institutionum Imperialium commentarii principales, edid. C. H. Trotz. lraj. li39. 4o. Guilielmi Marani Opera omnia, recens. C. H. lrotz. lraj. li41. folio, m e t p o r t r e t; te zanien o d. folio, 4o en 8o, 1 e (1. b. 3;}f( , Oratio «Ie libertate sentiendi, dicendique, juris consultis propria. Fran. li 41. folio.—-Jus agrarium i oederati Belgii. Fran. 1751/4. 3 vol. 4o. — Oratio de imniortalitate legum instauratoris A\ ilhelmi I\ , Principis Auriaci Belgii Foederati Supremi Praefecti etc. Fran. 1752. 4o. — Verklaaring van de grondwetten der Vereenigde Xedtrlanden. Harl. 1778. 4o; te zanien 0 d. folio en 4o, 1 e d.. b. 340 Johan Gerliard Christian Rücker, Oratio de subsidiis futuro jurisconsuto necessariis. Grron. 1752. Oratio de juris civilis disciplina, morum niagistra. lraj. 1/60; te zanien 2 stn. 4o. 341 Meinardus Tydeman, Oratio aditialis de necessario historiarum, eloquentiae, Graecique sermonis in l?elgica studio. Hard. 1765. 4o. Oratio de jurisprudentiae natv ralis finibus regundis. Traj. 11 60. 4o. -— Hugonis Grotii T)e jure belli ac pacis libri III: edid. Meinardus lydeman. lraj. 1773. 2 vol. 8o, met portret. — Thomas Shaw, Reizen en aanmerkingen door en over Barbaryen en liet Ooste: vert. en met aant. van M. Tydeman e. a. I tr. li 73. 2 d. 4o, met platen en kaarten. — Catalogus librorum V. ('1. Meinardus Tydeman. L. 15. 1826. 8o: te zanien i d. 4o en 8o. 342 Joan Henrik Voorda. ('. AV. Visscher en -T. A van Wachendortï, Eerezangen op de plechtige inwijdinge der ~\\ elLdele Heeren J. H. Yoorda e. a. tot Meesters in beide de Rechten. ( trecht 17ö(i. — Oratio de juris civi 1 is scientia et interpretatione pulcerrima sed dift'icili. Traj. 1708. Sermo academicus de Longobardorum legibus in regno Xeapolitano juri Justinianeo non praelitis, sed postpositis. Leov 1797: te zamen .1 stn. 4o. 343 Pieter Bondam, \ ariarum lectionum libri II. Zutph. li ft!). d. 8o. — Charterboek der Hertogen van Gelderland en Graaven van Zutphen. Utr. 1783 tot 1809. 4 stn. folio, met 4 platen.—,Tus hodiernmn. raj. 1, rif). 2 vol. 4o. M. S. S. Joachimi Hopperi Epistola-1 ad "N iglium ab Aytta Zuichenium, (edid. P. Bondam). Traj. 1802. 4o. Stukken betrekkelijk I'trechtsche geschiedeniv sen. 1 ti. 1810. <*io, met 1 plaat. ( atalogus 1 i broruin f't codic. M S. S. V. Cl. Petri Bondami. L. B. 1832. 8o : te zamen 18 d. folio, 4o en 8o.— Unieke verzameiin g. 344 Hendrik Jan Arntzenius, In XXV natalem nuptiarum patrui optimi O. A rntzenii et A. P. Monckiae. Fran. 1 4o. — Specimen observationum. Leov. 1701. 8o. Mis cellaneorum liber. Traj. 1765. 8o. Oratio de Anno 1572, quibusdam Divinae potentiae indiciis insigni, in condenda Belgarum Republica. Zutph. 1772. 4o— Oratio aditiaUs de legibus quibusdam regiis, civilis apud Romanos sapientiae fonte. Gron. 1<<4. 4o.— Meritis clarissimi senis Leonaroli Offerhausii (Gron. 1778.) 4o.— Gelukwensch aan den wijdberoemden heere Leonard Offerhaus, uit het Latijn, door (t. J. G. Bacot. Gron. 1778. 8o. Institutiones juris Belgici civilis de conditione liominum. Gron. 1783—1788. 2 vol. So. — Specimen de origine et progressu juris Belgiei civilis. Gron. 1787. 8o. — De optima juris Romani antecessoris forma in Gerardo Xoodtio, Xoviomago, spectata. Traj. 1788. 4o. — Panegyrici veteres, cum notis H. ,T. Arntzenii. Traj. 1 (90/<. 2 vol. 4o.— Oratio de eo, quod ex vetusmti? usurpatione, in quibusdam Belgarum legibus, usuque forensi, nimium esse videatur. Traj. 1794. 4o ; te zamen 14 d. 4o en 8o. — Hoogst belang rij ke rer s ame1 i n g, w a a r b ij vele zeldzame stukke n. 345 Cornelis Willem de Rhoer, Disputatio historica de fjde Herodoti recte aestimunda. llaarl. 1789. 4o. — Over de rechte bepaaling der geloofwaardigheid van Herodotus, als geschiedschrijver. Haarl. 17S9. 4o.— Ph.AV.van Heusde, C. "NV. (1? Rhoer, gekenschetst bijzonder als geschiedkundige. Ftr. 1821. 80. — Ph. W. van Heusde, Ter nagedachtenis van C. W. de Rhoer. Utr. 1830. 80; te zamen 4 d. 4o en 80. 310 Herman Al'ntzenius, Kpistola critica de quibusdam Pindari Thebani locis, ad V. Cl. J. Ruardi. Traj. 1793. 80, 1 e d. b. 3U» jan Richard de Brueys, Oratio pro jurisprudentia Romana. Daventr. 1804. 4o. Gedachten over graanwetten met betrekking tot ons land. Utr. 1835. 80. 348 Cornelis Adriaan van Enschut, Proeve eener apologie der doodstraffen, naar het Hoogd. van A. L. Jacobi. Hard. 1802. Over de bevoegdheid der markgenootschap pen. Gron. 1818. — < )ratio de natura imperii civilis formae, ' quam hodie constitutionalem vulgo appellant. Traj. 1831.— Noorlezingen over het Wetboek Napoleon. I tr. 18.. 2 d. M. S. S.; te zamen 5 stn. 80. 340 Adrianus Catliarinus Holtins, Oratio de literarum studio in primus Graecarum cuxn jurisprudentia conjungendo. Daventr. 1817. 80.— Historiae juris llomani lineamenta Leod. 1830. 80.— Ibid. ed. '2a. Traj. 1840. 80. — Redevoeringen van Ksaias Tegnér. Utr. 1840. 80.— Hetwisselregt in de XIYe Eeuw, volgens de consilia van Baldus. Amst. 1840. 80. Het wetboek van koophandel. Utr. 184'2/3. '2 d. 4o. M. S. S. — Handelsregt. Utr. z. j. 4 d. 4o. M.S. S. Het Nederlandsclie faillitenregt. Utr. 18.>0. 80. — Geschied- en regtskundige verhandelingen. Utr. 1851. 80. — Abhandlungen civilistischen und handelsrechtliclien Inlialts, übers. von S. Sutro. T tr. 1852. 80. — Levensberichten van A. C. Holtius, door H. T. Koenen en .T. Heemskerk Bzn. Amst. en Leid. 1861/2. 2 stn. 80. — ( atalogue de la bibliothèque de M.- A. ('. Holtius. Amst. 1801. 80, eu andere geschriften van dezen hoogleeraar: te /amen 25 dln. en stn. 4o en 80. — Merkwaardige v e rz a 111 e 1 i n g. 350 Janus Ackersdyck. Bedenkingen over de koren wetten. Utr. 1835. — Iets over het ontwerp eener zoogenaamde giro- of handelsbank. Rott. 183!). — Verhaal eener reize in Rusland, gedaan in het jaar 1835. Gron. 1840^2 d., met plaat. — Nederlands financiën. Amst. en I tr. 1843. 2 stn. — Nederlands muntwezen. 1 tr. 1845. — Over belastingen en bezuiniging. Utr. 1849.— Hongarije. Amst, 1840.— Levensberichten van •!. Ackersdijck. door H. T. Ivoenen eu W. C. Mees. Amst. en Leid. 1861/2. 2 stn. — Catalogue de la bibliothèque de M.-J. Ackersdijck. Amst. 1862. 2 part,, en andere geschriften van dezen lioosrleeraar; te zanien 19 stn. 80. Sol Johan Michael Franz Birnbaum, Xotice sur les dispositions du droit Anglais relatives aux délits de la presse. Brux. 1828. 80. — Carl. Gareis, J. M. F. Birnbaum, ein Ivultur- und Lebensbild. Gieszen 1878. 80, met portret. 352 George Willem Vreede, Proeve eener lofrede op Karei den Groote (Studentenarbeid) Z. p. o. j. (1831P). Geschied- en letterkundige berinneringen. Gor. 1836. Nederland en Zweden. Utr. 1841/4. 2 stn. — De regering en de natie sedert 1GT2 tot 1795. Amst. 1845. — Bijdragen tot de geschiedenis der omwenteling van 1795 tot 1798. Amst. 1847—1851. 2 stn. ■— De vrijwording van ^oordBrabant in 1795. 'sliert. 1859. — Anti-Napoleontische vertoogen. Utr. 1859. — Friederike Sophie Wilhelmine, gemalin a an den Stadlioiuler illem "\ . en Laurens Pieter van de Spiegel. Utr. 1808. — Een twintigjarige strijd; vertoogen over 's lands toestand (1848—1808). Utr. 1809! — A ooi-ouderlijke wijsheid in hagchelijke tijden. Utr. 1872. Levensschets, naar zijn eigen handschrift uitgegeven. Leid. 1883, met portret. — Catalogue de la bibliothèque de M.-G. \\ . A reede. Leide 1881: en verder tal van vlugschriften, redevoeringen, levensberichten enz. van dezen hoogleeraar; Xederlandsche uitgaven tusschen de iaren 1831? en 1881. 57 dln. en stn. 80. B e p a a 1 d e e 11 i g e verzameling. 353 , Lettres et négociations de Paul Choart, Seig- neur de Buzanval, et de Fran^ois d'Aerssen. Leid. 1846. - Correspondance du Duc de Marlboruugh, de Heinsius, et de Jacques Hop. Amst. 1850. — Le conservateur; revue de droit international, lre et 2de année (tout ce qui a paru). tr. 186 •< , ' . . lsvo,'en- -? ui tg. genwoordige toestand v, v °.ntwikkeling en de teUtr. ïfed , 8liiiffeeht sGrav. isss _ ,, ' Mnleekenmgen. Tl,, en strafrecht, met aantel ?" stl'af^'dering en Jan» 12o. 1 b rwfll .,nge,"- T tr' ™ '"Grav. 1880 Pols. TJtr 1898 So ?"S f bibliotheek van Mr )f s' hoogleeraar, van 1854 tot" 898 lï' **» l6° Jan de Louter 7) i , ' 4 stlK lSo" r:.-fi" - De taak van den l.o,lof, mst- /'s«4.) Leid. 18^7. 4o. schiedenis. Ctr. 1881 So^' ' 'ei''andsche rechtsge- 3GS W. L. P. A. Molengraaff, Het verkeersrecht in wetgeving en wetenschap. Haarl. 1885. -— l)e begrafenisfondsen in Xederland. Ouderk. 1891? So. 309 J. C. Naber, De vormende kracht van het Romeinsche recht. Utr. 1885. — De verhouding van het Romeinsche recht tot het hedendaagsche. T tr. 1889. ■— Het interdictum „quod vi aut clam". Utr. 1891. 2 stn. — 4 stn. 8o. FACULTEIT DER LETTEREN EX BESPIEGELENDE WIJSBEGEERTE. 370 Martinus Schoock. De natura soni & eclius. I ltraj. 1038, niet plaat. — Admiranda methodus novae philosophiae Renati des ('artes. Ultraj. 1643. — Imperium maritimum. Amst. 1054. — De turft'is ceu cespitibus bituminosis. Gron. 1658. -— De ceroisia. Gron. 1661. -— De butyro, et de iiversatione cast i. ed. alt. Gion. 1604.- Belgium Pedelatum sive distincta descriptio Reip. ïederati Belgii. cd. alt. Amst. 1065; te zamen 7 d. 24o, per k. b. — Zeer zeldzame boekjes. 371 Joaimes Georgi us Graevius.— Tusi ini Historiarum libri XLIY, ex recensione J. G. Graevii. ed. nov. T^aj. 1008.24o- Ibid. L. 15.1683. 8o.— Ibid. Amst. et Traj. 1094. 12o. — Ibid. ed. 4a. L. B. 1701. 8o. — Ibid. ed. uit. Traj. 1708. 12o. — Ibid. Amst. 1722. 24o. — Ibid. ed. emend. 2a. L. 1$. 1700. 8o. — Ibid. ed. emend. 4a. L. B. 1761. 8o.; te zamen 8 d. 8o, 12o en 24o, perk en led. b. 37 2 . —C. Suetonius Tranquillus, ex recensione J. G. Graevii. Traj. 1672. 4o. — Ibid. ed. 2a. H. C. et Traj. 1091. 4o. — Ibid. ed. 3a. Traj. 1708. 4o. — Ibid. ed. min. Amst. 1697. 12o. — Ibid. ed. emend. L. B. 1751. 8o. — L. Annaeus Florus, recens. -T. G. Graevii. Traj. 1680. 8o.— Ibid. ed. emend. Amst. 1702. 2 vol. 8o.— C. Julii Caesaris (jiiae extant, edid. .1. G. Graevius. Amst 1697. 8o. — Ibid. (ed. 2a.) L. B. et Delph. 1713. 8o; te zamen IÖ d. 4o, 8o en 12o, perk. en led. b. 373 . — M. Tullii Ciceronis Epistolarum libri XVI ad familiares, ex recensione J. G. Graevii. Amst. 1689. 12o. — Ibid. ed. nov. Amst. 1729. 12o. -— Ibid. ed. noviss. Gron. 1740. 12o. — Ibid. ed. emend. Amst. 1093. 2 vol. 8o. — Epistolae ad Atticum, cum notis .T. G. Graevii. Amst. 1727. 2 vol. 8o. — De officiis libri III, ex recensione J. G. Graevii. Amst. 1090. 12o. — Ibid. Amst. 1091. 12o. — Ibid. Amst. 1701. 24o. — Ibid. Xorimb. 1781. 24c». — Ibid. ed. emend. L. B. 1710. 2 vol. 8o. — Orationes, ex resensione .T. G. Graevii. Amst. 1095/9. 3 vol. 0 part. 8o.: te zamen 19 d. 8o, 12o en 24o, perk. b 4 3'4 - , Thesaurus antiquitatum Roman aium L. 15. et Traj. 169479. 12 vol. folio, metplatenenkaarten h. led. 1). it?o — . - Dan. Ëremitae Opuscula varia, edid. .T. G. Grae vius. I ltraj. 1701. 8o, met portret. — Caroli Sigonii De antiquo jure populi Romani libri XI, cuin observ. J. G. Graevii. Lips. et Hal. 1715. 2 vol. 12o. — Basilii Fabri Sorani Thesaurus eruditionis scholasticae, cum adnot. .T G. Graevii. Francof. et Lips.. 1649. folio. — Syntagma variarum dissertationum rariorum, ex musaeo J. G. Graevii. I ltraj. 1702. 4o: te zamen 5 d. folio, 4o, ^o en J2o, per k. en led. b. , Orationes quas i'1 trajecti habuit. Delpli. 1721. 8o, perk. b. — Redenvoeringh ofte oratie van de Cometen, vert. d. H. van Quelenburgh. ("tr. 16S2. 12o. Lijkrede op Maria de II, Koninginne van Groot Britanje; ■\ert. d. I). Smout. 1 tr. 1695. 4o. Lijkreden op den Heer Franciseus Burmannus. l'tr. 1870. 4o. — Lijkrede op illem den III, Koning van Groot Brittanje; vert. d. D. Smout. I tr. 1702. 4o; te zamen 5 dln. en stn. 4o, 8o en 12o. De voorgaande zes nummers vormen een bepaald uniek exemplaar van de Werken van Professor Graevius. ■ii i Pieter Btirman, Epicedium in immatur mortem Cl. Juv. Theod. G. Graevii, ,T. G. fil. Traj. 1692. folio. — Oratio funebris in obitum V. Cl. H. van Halen. Traj. 1701. 4°. — Gratae memoriae Pot. Jïiit. Regis Gulielmi III, sumini Belgarum ducis. (Traj. 1702.) folio. — Oratio pro pigritia. (Iraj.) 1702. 4o. Sophiae reduci. (Traj.) 1706. 4o. — De wysheid herstelt, Ter wederkomst (Ier wysheyt, elkomst aan de wysheid; 3 vertalingen van liet voorgaande, door R. de .Tong e.a. Amst. 1706. (5 stn. 4o. — Redenvoering over den gelukkigen krijgstocht dezes jaars (1106)j \ert. d. 1). Smout. I tr. 1(00. 4o. — Somniuni, siw. itei in areadiam novam. Traj. 1110. 4o.— Oratio in huniaiiitatis studia. L. B. 1120. 4o. Reden voering over de beschaafde letter-oeffening, vert. d. Jan van Leene. I'tr. 1720. 4o. — Carnien elegiaeuni. Leyd. 1725. 4o. — Batesteinum. Leid. 1738. 4o; te zamen 14 stn. folio en 4o. — Zeer zeldzaam. J'k ~ ! ~ ' — Phaedri Aug. Liberti Fabularum Aeeopiarum libri ^ , cum comm. P. Burmanno. Amst. 1698. 8o. Ibid. ed. 2a. H. C. 1718. 8o. — Ibid. ed. 3a. L. B. 1745. 8°- Ibid. ed. 4a. L. B. 17<8. 8o. — Ibid. ed. in 4o. Leid. 1727. 4o, met portret. — Ibid. ed. min. H. C. 1719. 24o. — Ibid. Glasg. 1751. 12o. — Ibid. L. B. 1765. 24o. — Ibid. L. li. 1796. 24o. — Ibid. L. B. 1820. 24o ; te zamen 10 d. 4o, 80, l2o en 24o, p e r k. en 1 e d. b. 37 9 ; ZETD KATAIBATHS, sive Jupiter fulgera- tor, in Cyrrhestarum minimis. Traj. 1700. 4o. — De vectigalibus populi Romani. ïraj. 1714. 12o. — A ectigalia populi Romani et ZETX KATAIBATHS sive Tupiter fulgerator, in Cyrrhestarum nummis, curis 2a. illustrata. Leyd. 1734. 4o. — Antiquitatum Romanarum brevis descriptio. lTltraj. 1711. 12o. — Ibid. ed. emend. F. V. Rei zius. Lips. 1792. 12o. — Dezelfde uitgave, op zwaar groen papier. -— Antiquitatum Romanarum descriptio. (Dictaat in 3 d. 4o.) M. S. S.; te zamen 9 dln. en stn. 4o en 12o, p e r k. en li. led. b. 380 —. — Burmanniana sive calumniarum Petri Bur- manni in eollegas et populares specimen. Amst. 1710. 24o. (Schimpschrift naar aanleiding van Burman's Satyricon van Petronius). -— Le gazettier menteur 011 Mr. Ie Clerc convaincu de mensonge et calomnie. Utr. 1710. 24o. (Vinnig schimpschrift tegen de Bibliothèque Choisie van Clericus, een der eerste critisch-litterarische tijdschriften hier te lande). - Chrestomathia Petronio- Burmanniana, Florent. 1734. 80. (Uitvoeriger schimpschrift op Burman's Satyricon van Petronius). — Favoriti Xorici (Pseudoniem van Burman) Observationes ad N. H. Gundlingii Discursus de Republica Hollandica. Apud doctam Philyream. (173G). 80. -— Aanmerkingen over de redenvoeringen van Tv. J. Gundling, Over den staat der Republiek van Holland. Onder de linden der geleerden. 1730. 80; te zamen 5 stn. 80 en 24o. —Z eer zeldzaam. 38 1 —-. — Proces gevent ileert voor den Ed : Gerechte van Utrecht tusschen den Heer ende Mr. Petrus Burmannus „Professor in de Academie alhier, in cas van injurien contra den Heer Daniël Toet, Medicinae Doctor," (wegens belastering van overspel, dat gepleegd zou zijn ten huize van een Koperslager in de Bakkersteeg, op Kermis Woensdag). Rott. 1711. 4o. — De gewaande weuwenaar met het bedroge kermis-kind. 2e dr. Z. pl. o. j. 4o. (Zeer vuil schimpschrift, in den vorm van een blijspel). — II. OosterdijkSchacht, Oratio funebris in obitum Petri Burmanni L. B. 1741. 4o. — Catalogus librorum bibliothecae Petri Burmanni. L. B. 1742. 80. -— J. G- Burman Becker, Epistolae Burmannorum ad amicos. T'tr. 1873. 80; te zamen 5 stn. 4o en 80. — Zeer zeldzaam. 382 , Oratio pro comoedia. Idem, Redenvoering voor de Coniedie. — Advertissement of waarschouwinge.—■ Xoodig verweerschrift voor den Nederduitschen Kerken- raadt. — Kortbondig vertoog- van de onbetamelijkheit en schadelijkheit der comedien. —- P. Burman's wederlegging van het zoogenaamde verweerschrift. — Bekentmaking van het roekeloos bestaan van Pieter Burman. — Antwoord op P. Burman's zoogenaamde wederlegginge.— P. Bu rman's Tweede wederlegginge. 3 stn. — Wederantwoord op P. Burman's zoogenaamde tweede wederlegging. Utr. en Rott. 1711/2. 12 stn. 4o. Zeer zeldzame serie. 38-3 , Histoire critique de la repnblique des lettres, tant ancienne que moderne, a Utrecht chez Guillaume a Poolsum 1712—1717. Yols 1—14. 24o. led. b. Zeer zeldzaam voorkomend critisch literarisch tijdschrift, door Barman opgericht tegenover de „Bibliothéque Choisie" van Ie C'erc. — Ontbreken de deelen 6 en 13. 334 . -—. Publii Ovidii Xasonis Opera, castig. P. Bur- manno. Traj. 1713. 2 vol. 24o. — Ibid. Amst. 1713. 2 vol. -"lo. — P- Ovidii Xasonis Metamorplioseon libri XV, castig. P. Burmanno. Amst. 1748. 12o. — P. Ovidii Xasonis 1 ristrium libri ) . e I'. Burmanni recensione. Amst. 1809. 1— Ibid. Amst. 1822. 12o. — C. Yelleii Paterculi quae supersunt ex historiae Romanae voluminibus II. cur. P. Burmanno. L. B. 1719. 8o. — Ibid. ed. 2a. L. B. 1744. So. Ibid. ed. 3a. (2a. emend.) Rott. 1756. 8o. Ibid. ed. min. Glasg. 1752. 12o. — Justini Hisoriae Philippicae, cur. P. Burmanno. L. B. 1722. 24o. — C. Yalerii Flacci ^etini Balbi Argonautica, cur. P. Burmanno. L. B. 1724. 24o; te zamen 13 d. 8o, 12o en 24o, perk. en led. b. <■>85 _ • — ü. Fabii Quinctiliani De institutione oratoria libri XII, et Dcclamationes XIX, cur. P. Burmanno. L.B. 11 20. "2 vol. — C. A alerii Flacci Setini Balbi Argonauticon libri \ III, cur. I'. Burmanno.. Leid. 1724, met p o rt r e t. — C. Suetonius Tranquillus, cur. P. Burmanno. Amst. li3(1. 2 vol. — Dictata P. Burmanni in C. Suetonii Iranquilli. Z. j. 3 vol. II. S. S. — M. Annaei Lucani Pharsalia, curt' commentario P. Burmanni. Leid. 1740. — Dictata P. Burmanni in Pomponium Melam. Z. j. M. S. S.; te zamen 10 d. 4o, perk. b. Zeer fraaie uitgaven. 1 a t e n. — A erwelkoming na de wederkomst der leerlingen. Utr. 1831. _ Aanspraak over de loffelijke getuigschriften. T'tr. 1831. — Oratio de imita- tione naturae, in onini arte sedulo adhibenda. Traj. 1833. Lessen over de Aesthetica. 7. j. AL S. S. - Verhandelingen Amst. 1834. -— Verzamelde poëzij. Utr. 1834; te zameii 16 dln. en stn. 8o. 399 Ludovicus Gerardus Yissclier, Bloemlezing uit de beste schriften der Nederlandsche dichters, van de 13e tot en met de 18e Eeuw. Bruss. en Breda. 1820/2. 3 d. 8o. — De herder op het slagveld hij N ieuwpoort. 2e dr. Bruss. 1822. 8o. — Over het herstel en de invoering der Nederlandsche taal. Bruss. 1825. 8o. — Handleiding tot de algemeene geschiedenis der Nederlanden. Ie Cursus. Utr. 1832/3. 2 d.- Bijdragen tot de oude letterkunde der Nederlanden. Utr. 1835. 8o. — Idem, nieuwe uitg. Utr. 1830. 8o. — Ferguut, Volksroman uit de XIVe Eeuw. Utr. 183(5. 8o. — Idem, met gewijzigden titel: Ridderroman uit den fabelkring van de ronde tafel. Utr. 1838. 8o. -—- Historisch tijdschrift. Ie en 2e jaarg. 1841 en 42. Utr. bij het Historisch Gezelschap. Munsterkerkhof 303. 4o. (N iet ve rd e r verschenen en zeer z e 1 d z a a m), en eenige kleine geschriften van dezen hoogleeraar, vóór 1842; te zamen 21 dln. en stn. 4o en 8o. 400 , Toelichtingen tot het chronologisch overzigt der Nederlandsche Vorsten. Utr. 1842. 8o. — Manuaal der conventualen van St. Caecilia binnen Utrecht. Utr. 1843. 8o. — Bronnen en bouwstoffen voor de beoefening der algemeene geschiedenis van het Vaderland. Utr. 1840. 8o. - Kort begrip der algemeene geschiedenis van ons Vaderland. Utr. 1848. 12o. — Idem, 2e dr. Utr. 1848. 12o.—Idem, 3e dr. Utr. 1854. 12o. — Eerste beginselen der algemeene geschiedenis van het Vaderland. Utr. 1848. 12o. — Idem, 2e dr. Utr. 1850. 12o. -— Chronologische tafel voor de geschiedenis der Israëlieten in Nederland. Utr. 1850. 8o. — Leiddraad tot de algemeene geschiedenis van het Vaderland. Utr. 1850/5. 3 d. 4 stn. 12o. —- Voorlezingen over de geschiedenis der Boomsch Katholieke Kerk in de Noord-Nederlanden. Utr. 1853/4. 5 stn. en 3 stn. bijlagen. 8o. -— Tableaux généalogiques et chronologiques des Souverains Busses et Turcs. Utr. 1855. 8o, met portret. — Gehikwensch aan Noord en Zuid. 1 'tr. 1855. 8o. — Korte schets tot de geschiedenis der Nederlandsche letterkunde. 2e uitg. Utr. 1860. 12o. — Verhandelingen, kleine opstellen en verspreide geschriften. Utr. 18G2. 8o. — Catalogus der bibliotheek van Mr. L. G. Vissclier. Utr. 1859. 8o. enz.; te zamen 28 dln. en stn. 8o en 12o. 401 Simon Karsten, Tria Pindari carmina cum annot. Traj. 1825. 8o. — Oratio de antiquarum literarum doctrina cum philosophia conjungenda. Amst. 1840. 8o. — A erhandelingen over palingenesie en metampsychosis. Amst. 1846. 80. — ])e tetralogia tragica et didascalia Sophoclea. Amst. 1846. 4o. — - Oratio de cautione adhibenda in veritatis indagatioue. Traj. 1847. 80. — De historiae Romanae antiquissimae indole et auctoritate. Traj. 1849. 80. — Introductio in historiam universalem. Traj. 1840. 80. — Blik op de monumenten van Aegvpte. Amst. 1'852. 80, met 1 plaat. — Aeschyli Agamemnon, ree. S. Karsten. Traj. 1855. 80. — Antiquitates Graecae. 1860/1. 80. M. S. S. - - Q. Horatius Flaccus; een blik op zijn leven enz. Utr. 1861. 80. — Over de pleitrede van Cicero voor Sex. Roscius Amerinus. Amst. 1863. 4o; verschillende vlugschriften ATan (lezen hoogleeraar, van 1825 tot 1864, en 2 levensberichten door J. C. G. Boot en C. M. Francken. Amst. en Leid. 1864/5. 2 stn. 80 ; te zamen 23 stn. 4o. en 80. 402 Cornelis Willem Opzoomer, In obitum V. 1). O. Terpstra. Rott. 1839. — De naturali obligatione. L. B. 1845.- De leer des Vaders, des Zoons en des Heiligen Geestes, met tegensehr. v. A. Hirschig. Leid. en Amst. 1846. 2 stn. -—• De wijsbegeerte den mensch met zich zeiven verzoenende. Ie en 2e dr. Leid. 1846/7. 2 stn. — Tegensehr, daarop van J. H. Gravenstein, A. Hirschig, C. E. van Koetsveld, H. Obreen, J. H. Scholten, W. Yerwey, J. van Vloten, P. G. ten Zeldam Ganswijk e. a. 1846. 12 stn. De beschuldigingen van .J. H. Scholten uit de bronnen wederlegd. Utr. 1846. — De leer van God bij Krause. Leid. 1846. — De gevoelsleer van J. J. van Oosterzee beoordeeld. Amst. 1846, met tegensehr. van Géron. 's Grav. 1847. — Eenheid in het noodige enz. Leyd. 1847. — Het wezen der deugd. Leyd. en Amst. 1848. — Idem. 2e dr. Amst. 1854. -—• Idem. 3e dr. Amst. 1868, met tegensehr. van W. Francken Az. Utr. 1849. - De belangen van het hooger onderwijs. Leyd. en Amst. 1848. —- Politische bijdragen. Leyd. en Amst. 1848/9. 3 stn., met tegensehr. van •1. H. Gilquin. Amst. 1849. — De hervorming onzer hoogescholen. Leyd. en Amst. 1849; te zamen 33 dln. en stn. 80. 403 , De twijfel des tijds, de wegwijzer der toekomst. Levd. en Amst. 1850. — De weg der wetenschap. Ie en 2e dr. Leyd. en Amst. 1851. 2 stn. — Oratio de pliilosopliia natura. Amst. 1852. — Ibid. ed. in 4o. L. B. 1855. De staatkunde van Edmund Burke. Amst. 1852. - Conservatismus und Reform. Utr. u. Leipz. 1852. — Het karakter der wetenschap. Amst. 1853. — Staatsregtelijk onderzoek. Amst. 1854. — Aanteekeningen op Shakespeare'i treurspel Macbeth. Amst. 1854. — De restauratie. Amst. 1854. — Wetenschap en wijsbegeerte. Amst. 1857. — Les- sing de vriend der waarheid. Amst. 1858. — Natuurkennis en natuurpoëzie. Amst. 1858. — De waarheid en hare heilbronnen. Amst. 1859. Idem. 2e dr. Amst. 1862. — Het teeken des tijds. Amst. 1859. — Hebel's gedichten vertaald. Utr. 1859. -— Idem. n. uitg. Rott. z. j., en enkele kleinere geschriften tusschen 1850 en 1859 verschenen: te zamen 23 dln. en stn. 8o. 404 , Geschiedenis en wijsbegeerte. Amst. 1800. — •Tulius Caesar; treurspel van Shakespeare vertaald. Amst. 1800.— Cartesius. Amst. 1801.—1 Otliello, the Moor of Yenice, by William Shakespeare, met verklaring. Amst. 1802. - De wijsbegeerte der ervaring en de moderne theologie. Amst. 1802. De geest der nieuwe vigting. Amst. 1802. — Het wezen der kennis. Amst. 1803. — Idem. 2e dr. Amst. 1807. — Naar aanleiding van een testament. Amst. 1863. — Wat dunkt u van den Christus? Amst. 1803. — De orthodoxie aan het staatsroer. Amst. 1863. — De waarborgen van onzen vooruitgang. Amst. 1804. — Oud of nieuw. Amst. 1805, met 9 tegenschr. van J. I. Doedes, F. A. Hartsen, en A. J. Sandberg. Nog eens : oiid of nieuw. Amst. 1800. — De godsdienst. Amst. 1804/7. 7 stn., met 2 tegenschr. van W. van Ypenhof.— (Sophocle's') Antigone u. h. Grieksch vertaald. Utr. 1808, met tegenschr. van P. Epkema. — De vrije wetenschap. Amst. 1809, en enkele kleinere geschriften tusschen 1800 en 1809 verschenen; te zamen 52 dln. en stn. 8o. 405 , Aanteekeningen op de wet, houdende algemeene bepalingen der wetgeving van het Koninkrijk. Leid. en Amst. 1848. — Idem, 2e dr. Amst. 1857. -— Idem. 3e dr. Amst. 1873. — Het burgerlijke wetboek, aanteekening op de artikelen. Leyd. en Amst. 1849—52. 3 d. — Idem. 2e dr. Ie en 2e d. Amst. 1857. 2 d. —- Het burgerlijke wetboek verklaard. Ie—4e d. Amst. 1805—72. 4 d. Idem. 2e dr. Ie en 2e d. Amst. 1874/5. 2 d. — In welken geest is onze grondwet te verstaan?, den Haag. 1883;te zamen 15 dln. 8o. 406 , Frankrijk's onrecht iii den oorlog van 1870. Amst. 1870. De Bonapartes en het recht van Duitscliland, ook nti Sedan. Amst. 1871. Een nieuwe kritiek der wijsbegeerte. Amst. 1871. — Vrijheid en onfeilbaarheid. Amst. 1872. — Thorbecke, Amst. 1872. 2 stn. —- De grenzen der staatsmacht. Amst. 1873. — Onze achterlijkheid in de kunst van wetgeving. Amst. 1873. —• Onze godsdienst. Amst. 1875. -— Het wezen en de grenzen der kunst. Leid. 1875. — Scheiding van kerk en staat, met tegenschr. van L. W. E. Rauwenhoft'. Amst. en Leid. 1875. 2 stn. — Sophocles' Antigone, met vertaling, 's Grav. 1885. — Levensberichten door Jhr. 15. H. C. K. van der Wijek. Haarl. en Anist. 1888 en 1892. 2 stn. en enkele kleinere geschriften tusscken 1870 en 1881 verschenen ; te zamen 30 dln. en stn. 8o. De voorgaande 5 nummers vormen een ongetwijfeld uniek exemplaar van liet omvangrijke werk van Prof. Opzoomer, met liet meerendeel der tekenschriften. 407 Jacobus Adolphus Carolus Rovers, De Herodoti in rebus gentium tradendis dotibus atque virtutibus praecipuis. Traj. 1823. 8o. — De censorum apud Romanos auctoritate et existimatione. Traj. 1824. 8o. — Orationes habitae Anni 1828, 34, 54, 55, 01 et 02. Fran. Gron. Traj. et Ij. B. 9 prts. 8o & 4o. -— Memoria Heusdii. Traj. 1841. 8o. — Historia gentium antiquarum. vol. I en III. Traj. 1858/9. 2 vol. 8o. M. S. S. — Antiquitates Romanae. Traj. 1858/9. 3 vol. 8o. M. S. S. — Xieuwe geschiedenis. Ie d. 1 tr. 1800/1. 8o. M. S. S. — Wie was Philip Willem van Heusde? TJtr. 1875. 8o. — Levensschets door J. A. Wijnne. 1 tr. 1874. 8o; te zamen 20 dln. en stn. 8o en 4o. 408 Willem Gerrit Brill, De placitis stoae physicis, arcte conjunctis cum moralibus. Gron. 1833. 4o. — De comoedia Aristophanea. L. B. 1837. 8o. — Over de taal als pand van 's mensclien lioogen rang in de Schepping. Zutpli. 1844. 8o. — Israël en Egypte. Utr. 1857. 8o. — Over de aestlietische waarde der klassieke en der moderne dichtvormen. Haarl. 1857. 4o. — Drie preeken onder Lodewijk XV, naar het Fransch van L. F. Bungener. 3e dr. Sneek. z. j. 3 d. 8o. — Yoltaire en zijn tijd: naar het Fransch van L F. Bungener. 1 tr. 1857/8. 2 d. 8o. -— Bij het lijkje van mijn kind; naar het Fransch van F. Bungener. Amst. 1803. 8o. — De beteekenis der Grieksche letteren en kunst voor onzen tijd; naar het Hoogduitscli van E. Curtius. I tr. 1807. 8o. -— Goethe's Faust (2e gedeelte) verklaard Leid. 1807. 8o. — Van Sinte Brandane. Gron. ÏTÏ71. 8o. —De Heer van Oldenbarnevelt en Prins Maurits van Xassau. Leid. 1870. 8o. Apologie van Holland. Amst. 1884. So. — Catalogus van de bibliotheek van Dr. W. G. Brill. I tr. 1890. 2 stn., en tal van redevoeringen, vlugschriften enz. van dezen hoogleeraar, van 1833 tot 1896; te zamen 57 dln. en stn. 4o en 8o. 409 —, Hollandsclie spraakleer. Leid. 1840. — Idem. n. uitg. Leitl. 1849. — Idem. 2e uitg. Leid. 1854. (Onder den titel: Xederlandsche spraakleer (I), Klankleer, woordvorming, aard en verbuiging der woorden). — Idem. 3e uitg. Leid. 1800. — Idem. 4e uitg. Leid. 1871. — Xeder- landsche Spraakleer (II), Leer van den volzin (syntaxis). Leid. 1852. — Idem. 2e ui tg. Leid. 1863. — Xederlandsche spraakleer (III), Stijlleer (Rhetorica, letterkundige encyelopaedie en kritiek.) Leid. 1866. —- Xederlandsche spraakleer (handleiding). Leyd. 1853. — Idem. 2e dr. Leid. 1861. — Idem. 3e dr. Leid. 1864. — Hoogduitsche spraakleer, naar de 5e uitgave van Heyse's Uitvoerig leerboek. Zutpli. 1855. -— Idem. n. uitg. Leid. en Zutph. 1856. — Idem. 2e dr. door C. A. Sicherer. Leid 1861. — Opmerkingen op het gebied der Engelsche spraakkunst. Leid. 1858; te zamen 15 dln. 8o. 410 , Voorlezingen over de geschiedenis der Xeder- landen. Ie—3e dl. 2e st. Leid. 1861 80. 12 stn. — Bijbelstudiën. 2 Aïdeelingen. Leid. 1874—i0. 7 stn. —- I)e geschiedenis der volken in schetsen, le en 2e d. (Israëlieten, Perzen, Grieken, Romeinen). 'sGrav. 1881—83. 2 dln.; te zamen 7 dln. 21 stn. 8o. Be 3 voorgaande nummers vormen een uitgebreid, exemplaar van de werken van IJrof. Brill. 411 Hendrik van Herwerden, Observatior.es criticas in fragmenta eomicorum Graecorum. L. 13, 1855. 8o. — Dionysii Halicarnassensis Epistolae criticae tres. Gron. 1861. 8o.— Lysiae Orationes selectae. Gron. 1863. 8o.— Xova addenda critica in Meinekii Opus, quod inscribitur fragmenta eomicorum Graecorum. L. 15. 1864. 8o. — Sophoclis Oedipus rex, ed. min. et ed. maj. Traj. 1866—67. 2 vol. 8o. — Analectai critica ad Thucvdidem, Lysiain, Sophoclem, Aristoplianem et comicorum Graecorum fragmenta. Traj. 1868. 8o.—- Studia Thucydidea. Traj. 1860. 8o. —- Studia critica in poetas scenicos Graecorum. Amst. 1872. 4o. — Excerpta e poetis Graecis. Traj. 1873. 12o. -— Quaestiunculae epicae et elegiacae. Traj. 1876. 8o. — Thucydides, cum annotationibus. vol I en IV. Traj. 1877 en 80. 2 vol. 12o. — Drie treurspelen van Sophocles, in Xederlandsche dichtmaat overgebracht. Utr. 1881. 8o. — Commentatio critica in Herodoti libros I et II. Traj. 1883. 8o, en verschillende oraties en vlugschriften van dezen hoogleeraar, van 1855—1883. 26 stn. 4o, 8o en 12o. — Zeer uit v o e r i g e verzameling. 412 Johannes Adamus Wijnne, De belli Punici secundi parte priori. Gron. 1848. — Het opsporen der historische waarheid. Gron. 1873. — De Ftrechtsche Tloogeschool in vorige eeuwen. Utr. 1886, en tal van redevoeringen en vlugschriften van dezen hoogleeraar, van 1848—1886. 23 stn. 8o. 413 —■ , Overzigt der algenieene geschiedenis. Ie dr. Gron. 1856. 3e dr. 1860. 6e dr 1860. 7e dr. 1871. Se dr 187G. Do (lr. 1879. 10e dr. 188 ». 11e dr. 1884. 12e dr. 1892; te zamen 9 dln. postf. en 8o. — 13eknopt leerboek voor de algemeene geschiedenis. I. Oude geschiedenis. 2e dr. Gron. 1856. 3e dr. 1801. 5e dr. 1808. 6e dr. 1871. 7e dr. 1875. 8e dr. 1877. 10p dr. 1890. — II. Middeleeuwen. 2edr. Gron. 1850. 3e dr. 1802. 4e dr. 1807. 5e dr. 1871. — III. Nieuwe en nieuwste geschiedenis. 2e dr. Gron. 1857. 4e dr. 1807. 5e. dr. 1871. — IV. Nieuwste geschiedenis Ge dr. Gron, 1870; te zanien 15 dln. postf. en 80.-— Hoofdgebeurtenissen en hoofdpersonen uit de eerste lielft der Middeleeuwen. Gron. 1857. postf. — Geschiedenis der oudheid: De Oossche volken en Griekenland. Gron.1803. 80. — Handboek der algemeene geschiedenis. 2 (lr. Gron. 1870. 3e dr. 1870. 4e dr. 1879. 5e dr. 1883. 0e (lr. 1888; te zanien 5 dln. 80. — Geschiedenis. Gron. 1872. 80; alles te zamen 32 dln. postf. en 80. 41 4 —, Beknopte geschiedenis van het Vaderland. Ie dr. Gron. 18(58. 2e dr. 1871. 3e dr. 1874. 5e dr. 1879. Ge dr. 1881. 7e dr. 1883. 9e dr. 1887. 10e dr. 1891. 11e dr. 1897; te zamen 8 dln. postf. en 80. — Geschiedenis van het Vaderland. 2e dr. Gron. 1808. 3e dr. 1870. 4e dr. 1874. 7e dr. 1880; te zamen 4 dln. 80. — Geschiedenis van de Nederlanden. Ie deel. Gron. 1873. 80; all?s te zamen 11 dln. postf. en 80. De voorgaande 3 nummers vormen een zeer uitgebreid exemplaar van liet werk van Prof. Wijnne. 415 Cornelis Marinus Francken, De antiquanim Aeschyli interpretationum ad genuinam lectionem restituendam usu et auctoritate. Traj. 1845. 80. -— Grieksche spraakleer, naar het Hoogduitsch van K. TV Krüger. Amst. 1853 57. 2 d. 80. — Grieksche rudimenta, naar Krüger's Grieksche spraakleer bewerkt. Amst. 1860. 80. — Prometheus en Pandora, bijdrage tot de kritiek van Hesiodus. Gron. 1804. 80. — Conjectanea critica ad C. Lucilii Librorum decades Til. Amst. 1870—71. 2 vol. 4o. — T. Macci Plauti Aulularia, met aanteekeningen. Gron. 1877. 80, en tal van oraties en vlugschriften van dezen hoogleeraar, van 1845—1880; te zamen 18 dln. en stn. So en 4o. — Merkwaardige verzameling. 410 Henri Ernest Moltzer, ])e ratione qua ex auctoritate Alarici II. Rejris ^ isigothorum Gaii Institutionum coni- mentarii in epitomen redacti sunt. L. B. 1802. - De nieuwe rigting in de taalkunde. Gron. 1865. — De Middel- Xederlandsche dramatische poezie. Gron. 1808—73. 3 stn. - Bilderdijk en het Xederlandsclie Volk. Gron. 1873. Shakspere's invloed op het Xederlandsch tooneel der 17e Eeuw. Gï-on. 1874. De historische beoefening- der Nederlandsche taal. Gron. 18i7. — Anna Roemeis \ ïsscliei, ht terkundige studie. Gron. 187!). — Studiën en schetsen van Nederlandsche letterkunde. Haarl. 1880—81. ■> stn. De volksverbeelding in liet rijk der taal. Gron. 1881. — De historische beoefening der Nederlandsche letteren. Gron. 1882. — Levensbericht van W. .T. A. Jonckbloet. Amst. 1887. Het kunstbegrip der Nieuwe-Gids-School. 1 tr. 1896, met portret; te zamen 19 stn. 8o. — Merkwaardige verzameling. 417 Johan Hendrik Gallée, Bijdrage tot de geschiedenis der dramatische vertooningen in (le Nederlanden gedurende de Middeleeuwen. Haarl. 1873. So. — De bode (der Nederlandsche taal- en letterkunde). Ie jaarg. Haarl. 181 • 78. 4o. (Niet verder verschenen). 418 Jlir. B. H. C. K, van der Wijck, De oorsprong en de grenzen der kennis. Gron. 1863. — Mi'. Johannes Kinker als wijsgeer. Amst. 1804. — A oltaire. Amst. 1808. — Het lager onderwijs en Dr. A. Pierson. Gron. 1869. — De opvoeding der vrouw. Gron. 1870. — De wijsbegeerte tier ervaring verdedigd. Gron. 1871.— Het raadsel der ervaring. Gron. 1879. — John Stuart Mill. Haarl. 1885, met portret. De schoolstrijd. Gron. 188.5. — Nog eens: oorsprong en grenzen der kennis. I tr. 1890; te zamen 10 stn. 8o. 419 G. Kalff, Taalstudie en litteratuurstudie. I 'tr. 1896. 8o. FACULTEITEN DER NAT1TR- EN GENEESKUNDE. 420 HenriCVlS Regius, Notae in appendiceni ad corollaria theologico-philosophica Gisb. Voetii. Ultraj. 1642. 4o. 421 IJsbrand van Diemerbroek, De peste libri IV. Arenaci 1646. 4o. — Opera omnia, anatomica et medica. TTltraj. 1685. folio, met portreten platen, p e r k. b. 422 Johannes de Bruyn. Isaaci Yossii Responsum ad objecta Joh. de Bruyn. H. C. 1663. 4o. 42-3 Johannes Munniks, Alle de wercken, van de heelkonst de ontleedkunde, de wateren, enz. Amst. 1740. 4o. 424 Joliann Cunrad Barchnsen, De medecinae oripine et progressu. Traj. 1723. 4o. 425 Pieter van Musschenbroek, Beginselen der natuurkunde, met eene beschrijving der luchtpompen. Leyd. 1736 4o, met platen. — Idem. 2e dr. Leyd. 1739. 4o, met portret en platen. — Elementa physicae. ed. alt. L. B. 1741. 8o, niet platen. — Institutiones logicae. L.B. 1748. 80.— Compendium phvsicae experimentalis. L.B. 1762. 80, met platen.— Introductio ad philosophiam naturalem. L. B. 1762. 2 vol. 4o, met platen. — Collectio exquisitissima instrumentorum, quibus usus fuit P. van Musschenbroek. L. B. 1760. 80.— Catalogus librorum bibliothecae P. van Musschenbroek. L.B. 1826. 80; te zamen 9 dln. 4o en 80, li. led. b. — Zeldzame verza 111 e1 i n gr. 426 Christianus Bernliardus Albinus,De igne.L. B. 1722. 4o. —• Xovam tenuium hominis intestinorum descriptionem. L. B. 1724. 80. — Gedagten van de Heeren Professoren uvtniakende de Medieijnsche Faculteit op de Academie van T treolit over de ziekte onder liet rundvee thans woedende. T tr. 1745. 4o; te zamen >3 stn. 4o en 80. 427 Johannes Oosterdijk Schacht, Institutiones medicinae praeticae. Traj. 1747. 4o. ■— Ibid. cd. alt. Traj. 1767. 4o. — Rapport van de Professoren uitmakende de medische faculteit te L trecht, rakende de proeven in eenige koebeesten genomen. IJtr. 1769. folio. — Een geneesmiddel tegens de vallende ziekte. Midd. 1773. 80, enz. 5 stn. folio, 4o en So. 2 h. Ie d. b. 428 Everardus Jacobns van Wachendorff, Sermo academicus. Traj. 174S. 4o. 42!) Jacob G-ijsbert Wbertman, Oratio de pulmonum mechanismo. Traj. 1748. — Oratio de proxima se le, quam anima in corpore humano occupat. Traj. 1752.— 2 part. 4o. 43(1 Jean Frangois Salvemini de Castillon, Arithmetica universalis sive de compositione et resolutione arithmetica, auctore Is. Xewton, cum commentario Johannis C astillionei. Amst. 1761. 2 vol. 4o, met platen. — Zeldzaam. l 'i Johann David ïïahn, De mathesi et cheniia, earumque mutuo auxilio. Traj. 1768. — Oratio de usu venenoruni in medicina. Traj. ], 73. — Oratio de medico speculatore. L. B. 1775. — 3 nart. 4o. 432 Pieter Luchtmans,"Oratio de anatomicis seculi XVIII incrementis. Traj. 1760. 4o. 4->• > Johann Friedrich Hennert, Discours sur la nécessité de 1'etude des mathématiques. ütr. 1766. 4o. —- De sensu morali. Levd. 17 < 4. 4o.— Institutiones astronomiae. Traj. li 78. 12o, met platen. —Aphorismi philosophici. Traj. 1781. 12o. — Redevoering over de gelaatkunde. TTtr. 1783. 80. — Mathematische Abhandlungen. Leipz. 18Ö5. 80, mee 1 plaat. — Verhandeling over de ophaal bruggen. Amst. 1812. 4o, met 1 plaat, en tal van kleine geschriften van dezen hoogleeraar, van 1766—1812. 18 stn. 4o, 80 en 12o.. 434 — , Cursus mathematicus. Traj. 1700—08. 3 vol. 12o. -— Cursus matheseos adplicata. Traj. 1708—75. 0 vol. 12o. — Uitgeleezene verhandelingen over de wijsbegeerte en fraaie letteren. 1 "tr. 1780—95. 0 cl. 8o. — Lessen over de eerste beginselen der wijsbegeerte. Leyd. 1819—22. 3 d. 8o; te zamen 18 dln. 12o en 8o, met platen. De 2 voorgaande nummers vormen een uitgebreid exemplaar van Prof. Hennert's tverlcen. 435 Alexander Petrus Naliuys, Over het plilogist >n Utr. 1789. — Beschrijving van het geslagt genaamd ('yanella Capensis. Utr. 1789, e. a. bijdragen. 5 stn. 8o. 430 Matthias van Geuns, De eo quod vitam constituit in corpore animali. Amst. 1758. 4o. — De morte corporea et causis moriendi. L. B. 1701. 4o. — Oratio, qua an expediai reipublicae medicinam facientium opera expenditur. Hard. 1770. 4o. — Verhandeling; over het weeder niet betrekking tot den landbouw, naar het Italiaansch van J. Toaldo. Amst. en Utr. 1778. 8o. — De heerschende persloop (dvsenteria epidemica) in 1783 in Gelderland. Hard. en Amst. 1784. — Orationes II de civiuni valetudine reipublicae rectoribus in primis commendanda. Hard. 1791. 4o. — Oratio de humanitate, virtute medici praestantissima. Hard. 1790. 4o. — Oratio de providentia politica uno maximo adversae civium valetudinus praesidio. Traj. 1791. 4o. ■— De staatkundige handhaving van der ingezetenen gezondheid en leven. Amst. 1801. 8o. — Catalogus librorum bibliothecae Matth. van Geuns. Traj. 1818. 2 vol. 8o, en eenige vlugschriften van dezen hoogleeraar; te zamen 19 stn. 4o en 8o. — Zeer b e 1 a n g r ij k e verzamelin g. 437 Steven Jan van Geuns, Plantarum Belgii Confoederati indigenarum spicilegium. Hard. 1788. 8o. — De corporum habitudine animae huiusque virium indice ac moderatice. Hard. 1789. 4o. — Oratio de instaurando inter Batavos studio botanico. Traj. 1791. 4o. — Gedachten is-redevoeringen aan Prof. S. I. van Geuns, door P. W. Prove-Kluit, 1). A. -T. Troulja en .Tod. Heringa Ez. Utr. 1795/0. 2 stn. 8o, en enkele kleine geschriften betr. dezen hoogleeraar; te zamen 8 stn. 4o en 8o. 438 Jan Bleuland, I)e difficili aut impedita alimentorum depulsione. L. B. 1780. 4o, met 1 plaat. — De arteriolarum lymphaticarum existentia. L. B. 1784. 4o, met 1 gekl. plaat. — De sana et morbosa oesophagi structura L. B. 1785. 4o, met 7 platen, waarvan 4 gekl. — De difficili aut impedito alimentorum ex ventriculo in duodenum proeressu. LB. 1787. 4o, met 0 platen. — Icon hepatis foetus octimestris. Traj. 1789.4o, met 1 gekl. 5 pjaat. — Icon tunicae villosae intestini duodeni. Traj. f,°' ,nl eL 1 ^ekI- plaat. — Oratio in memoriam H. I) Gaubn. Hard. 1792. 4o. — Oratio de fabrica et functionibus corporis huniani. Traj. 1790. 4o. — Descriptio vasculorum intestinorum tenuium. Traj. 1797. 4o, met 5 gek 1 platen. —Oratio de vitae fructu, quo animaiibus praestant homines, etc. Traj. 1817. 8o. — Descriptio Musei anat°mici ' Bleuland. lraj. 182G. 4o. Otium academicum. liaj. 1828. .5 part. 4o, met 72 fraai gekleurde platen. ■ ( atalogns van de verzameling schilderijen en teekeningen van Prof. J. Bleuland. Utr. 1839. 8o- te zanien 15 dln. en stn. 4o en 8o. — Hoogst kost b'a'r e verzameling. 439 Nicolaas Cornelis de Fremery, De fulmine.L. B. 1 ?90. 4o. — Grondbeginselen der s cheikunde, naar liet Franscli van A. L. Lavoisier. Utr. 1800. 2 d. Ho, met platen. — Oratio de chemia et arte pharmaceutica. Traj. 182i. 8o. ~\\ aarneming van liet regter eijernest. Amst. 1825. 4o, me t 2 plate n.— Over eenen lioorn en gedeelte des bekkeneels van Bos primigenius. Amst. 1831. 4o, niet o plate n. Bijdrage tot de kennis der fossile zoogdieren in Noord-Nederland gevonden. Amst. 1840. 4o, 111 e t 3 pla len- — Catalogue de la bibliothèque de .Mi-, N. C'. de Fremery. 1 tr. 184(i. 8o: te zanien 8 stn. 4o en 8o. 440 Jan Frederik van Beeck Calkoen, De liorolögiis veterum sciotliericis. Amst. 1797. 8o, ni e t 5 platen. — Wiskundige scheepsbouw en bestuur. Amst, 1805. 4o, met 3 platen. Oratio de praestantia et utilitate disciplinae mathematicae ad omnem ingenuain institutionem. Traj. 1806. 4o. ■ Nouvelle théorie de construction pour les niappemondes. Amst. 1810. 8o, met 2 platen. — Over de terugkaatsing des lichts van parabolische of sphaeriselie spiegels. Amst. 1812. 4o, met 1 plaat. — Ter gedachtenisse van wijlen ,T. F. van Beeck Calkoen. Utr. 1813. 8o, met portret. — ('atalogus van de bibliotheek van Prof. <1. F. ^ an Beeck Calkoen. 1 tr. 1847. 8o, enz.; te zanien 9 stn. 4o en 8o. 441 Gerrit Moll, Gelegenheidsstukken bij zijn bruiloftsfeest. TTtr. 1818. 8o. — Redevoering over .J. H. van Swinden. Amst. 1824. 8o. A erhandeling over eenige vroegere zeetogten der Nederlanders. Amst. 1825. 8o. Over het verwarmen van stookkassen met heet water. Amst. 1829 8o, met 4 platen. — Verhandeling over de spiegel-teles copen. Amst. 1S-H> r 4o. — Eleetro-magnetisohe proeven. Amst. 1830. 8o. — 'Geschiedkundig onderzoek naar de eerste uitvinders der verrekijker s, naar het H. S. van Trof. van Swinden. Amst. 18-31. 4o.—De overgang van Mercurius over de Zon, den 5 Mei 1832 te Utrecht waargenomen. Amst. 1833. 4o. — Bijdragen over afleiders en liet onweder. Haarl. 1830. 8o. — Waarnemingen der getijen langs de Nederlandsche kusten. Amst. 1838. 4o. L. G. A teacher, Oratio de Gerardo Moll. Amst. 1840. 4o, en tal van kleine geschriften van dezen lioogleeraar. te zann 11 s n 4o en 80. 442 Bernardus Franciscus Stierman, De arsemci in corpore liuniano eft'ectibus etc. Traj. 180!). 4o. —- Raadgevingen aan mijne medeburgers bij liet naderen der cholera. Ie, 4e, oe, Ge, Te en 8e dr. Ütr. 183?. 8o._— De geneeskundige wetsontwerpen beschouwd, 1 tr. 1857. 8o. Catalogus van de bibliotheek van Prof. B. F. Suerman. T'tr. 1862. 8o, en tal van oraties en vlugschriften van dezen hoogleeraar; te zamen 17 stn. 4o en 8o. 443 Daniël Dylius, Oratio de raro medicorum principum proventu, ad amplificandum tarnen medici nam sufficiënte Traj. 1810. 8o.- Ibid. ed. in 4o. — Zijn de menschen tegenwoordig ongezonder dan te voren? Z. p. o. j. 8o. • ■> stn. 4o en 8o. 444 Johann Friedrich Ludwig Schröder, Over de uitgestrektheid der wereld. Amst. 1803. So. — Over den aard der zielkunde en de werking der terugroepende verbeeldingskracht. Z. li. 1829. 8o. — Elementa matheseos purae. Traj. 1831—34. 2 vol. 8o. — De menschelijke kennis, eene teekenskunde. Rott. 1834. 8o. — Over de prikkelbaarheid. Amst. 1835. 8o. — Over de meetkundige bepalingen. Amst. 1835. 8o, met liet tegenschr. van Trof. .T. de Gelder, 's Grav. en Amst. 1835. 8o, met 1 plaat. — Bijdrage tot de beschouwing van de waarheid der menschelijke kennis. Amst. 1830. 4o. — Over de meetkundige bepalingen. 2e dr. Amst. 1841. 8o. — Levensbeschouwingen van Prof. J. F. L. Schröder, door G. .T. Mulder. 1845, J. Douwes. 1870, en ■T. P. X. Land. 1870. 3 stn. 8o. — Catalogus van de bibliotheek van Prof. J. F. L. Schröder. ütr. 1840. 8o, en tal van oraties, dictaten en vlugschriften van dezen lioopleeraar; te zamen 28 dln. en stn. 4o en 8o. Hoogst belangrijke verzameling. 445 Jan Kops, Overzigt van den staat der voornaamste gewassen in Nederland geteeld. Amst. 1810. 8o. Proeven van uiterlijke Xederlaudsclie welsprekendheid. Haarl. 1818. 8o. — Staat van Holland's duinen en ontwerp tot vrugtbaarmaking van dezelve. 2e uitp. T tr. 1818. 2 d. So. Index plantarum, quae in horto Rheno-Trajectino coluntur. Anno 1822. Traj. 1823. 8o. — Over eene wanschapenheid der bloemen van Vieia Cracca (Vogelwikke.)Amst. 1824.4o, niet 1 gekl. plaat. — Hulde aan de letterkundige verdiensten van Mr. Jacobus Scheltema. Utr. 1836. 8o Uitgezochte stichtelijke gedichten van D. Rz. Camphuvsen. T tr. 1839. 8o. — Idem. 2e dr. Utr. 1869. kL 8o, en tal' van oraties, dictaten en vlugschriften van dezen hoogleeraar; te zamen 19 dln. en stn. 4o en 80. ^46 " 1' 1 ora Batava, niet afbeeldingen van J C Sepp. le-9e dl. Amst. 1800-1840. 9 dln. gr. 4o, met IM fraai gekleurde platen, h. led. b. Zeer kostbare uitgave. ~ '• lora Batava, met afbeeldingn van J C. Sepp. Ie—4e dl. Amst. 1800—1822. 4 dln 8o, met 320 1 r a a ï g e k 1. platen. — Magazijn van Yaderlandschen landbouw. Ie—Ge dl. Haarl. 1804—1814. G dln. 8o, met platen; te zamen 10 h. led. b. De .? voorgaande nummers vormen een zeldzaam uitbreid exemplaar van de werken van Prof. J. Kops. 448 Jan Is aak Woltevbeek, Oratio de natura observanda et prudenter imitanda, sununo medici officio. Traj. 1817. , Oratio de naturae liumanae constantia, etc. Trai. 1832 2 part. 8o. 449 Jacob Yosmaer, Grondbeginselen der natuurkunde van den mensch, naar het Hoogd. van .T. F. Blumenbach. Hard. -cO/. l,o. — De adstringentium natura. Hard. 1807. 4o De sympatliia. Hard. 1808. 4o. -Oratio de fugiendo utili- stu(ll° 111 exploranda natura. Hard. 1S1G 4o — Do menschenliefde. Hard. 1818. 8o. - Oratio da recentiore medicina cum antiqua comparata. Traj. 1819. 8o. — Apothekers woordenboek. Ie—3e dl. Ie st. Zutpli. en Amst. 1822 37 4 d. 8o. — Grondbeginselen der ontleedkunde, naar net Hoogd. van A. F. Hempel. 2e dr. Haarl. 1824 25. t? dln. 80. — Idem. 3e dr. Haarl. 1833. 80. — Xagèlaten en verspreide letterarbeid. Haarl. 182G 2 d. So. Idem 2e dr. Haarl. 1839—40. 2 d. postf. — Idem. n. dr. 'sGrav. z. j. 2 d. postf. — De kunst 0111 lang te leven en wel te sterven. Haarl. 1827. postf. — Idem. 2e dr. Haarl 1828 postf. — Idem. 3e dr. Utr. 1852. postf. — Leven en wandelingen van Meester Maarten VroeJ?. Haarl. 1852. 24o, 1. " Idem. n. dr., bew. d. G. Velderman. Arnh. 1873. kl 80; te zamen 25 d. 4o, 80 en 12o. — Zeer merkwaardige verzameling. 450 Théodore Gérard van Lith de Jende, Oratio de Joanne Swanimerdamio egreffii historiae naturalis < nlt"H^ exemplo. I raj. 1820. So. — Recueil de figures des vers intestinaux. Levd. 1829. folio, met 11 platen. — Catalo- gues des musées zoölogique et d'histoire naturelle de feu le Dr. Th. Gr. van Litli de Jeude. Utr. 1858—67. 2 vol. 8o; te zamen 4 stn. folio en 8o. 451 Philippus Franciscus Heyligers, Oratio de vero chirurgo. Traj. 1821. 8o. 452 Jacob Lodewijk Coenraad Schroeder van der Kolk, Commentationes Groningan. 1815, 1818 et 1820. 3 part. 4o. — De sanguinis eoagulantis historia etc. Gron. 1820. 8o. — Observationes anatomico-patliologici et practici argumenti. Fase. I. Amst. 182G. 8o, niet 3 platen.— Oratio de anatomiae patliologicae studio etc. Traj. 1827. So. — Over het verschil tusschen doode natuurkrachten, levenskrachten en ziel. 1 tr. 1835. 8o. — Voorlezingen over het verband en de werking tusschen ligcliaams- en zielskrachten bij mensch en dieren. Utr. 1843. 8o. — Mémoire sur 1'anatomie et la physiologie du G astrus equi. Amst. 1845. 4o, met 13 platen.— Ontleedkundige nasporingen over de hersenen van den cliimpansé. Amst. 1840. 4o, m e t 2 platen. — Waarnemingen over hot maaksel van de menschel ij ke placenta, en over haren bloedsomloop». Amst. 1851. 4o, met 6 platen. — Anatomisch physiologisch onderzoek over het fijnere zamenstel en de werking van het ruggemerg. Amst. 1854. 4o, met 3 p 1 at e n. — Over het fijnere zamenstel en de werking van het verlengde ruggemerg. Amst. 1858. 4o, met 3 platen. — On the minute structure and functions of the spinal cord and medulla oblongata; transl. by W. D. Moore. Lond. 1859. 8o. — Over de Allantois en hare vorm in? en veranderingen in den mensch. Amst. 18G0. 4o. — Handboek van de pathologie en therapie der krankzinnigheid. Utr. en Amst. 1863. 8o. — Die Pathologie und Therapie der Geisteskrankheiten, iibers. von Dr. Tlieile. Braunschw. 1863. 8o. — The pathology and therapeutics of mental diseases, transl. by J. T. Rudall. Lond. 1870. 8o. — Ziel en ligchaam in hunne onderlinge verhouding geschetst. Utr. 1864. 8o.— Levensberichten van Schroeder van der Kolk, door TV\ \rolik, J. "W. Hok en F. A. Hartsen. Amst. en Utr. 1862 en 1865. 3 stn. 8o. — Catalogus van de bibliotheek van Prof. Schroeder van der Kolk. Utr. 1864. 8o, en tal van oraties, tijdschriftartikelen, vlugschriften, enz. van dezen hoogleeraar; te zamen 50 dln. en stn. 4o en 8o. — Hoogst belangrijke en zeer zeldzame verzameling. 453 Pieter Jan Isaak de Fremery,l)e casuario Xovae Hollandiae. Iraj. 1819. 8o, me t 1 plaat.— Oi'atio de ratione, qua chemia artibus adhibita, in commune patriae eniolu- mentum optime tradatur. Traj. 1820. 80. — Archief voor den Aziatisclien braakloop in 1 trecht. I tr. 1832—-33. 3'stn. 80. — Oratio de Jano Kopsio. L. 13. 1849. 4o. — Catalogus van de bibliotheek van Prof. P. J. I. de Fremery. T tr. 1856. 80, en enkele kleine geschriften van dezen hoogleeraar ; te zamen 10 stn. 4o en 80. 454 Cornelis Adriaan Bergsma, De thea Traj. 1825. 80. -— Catalogus auetorum qui de thea scripserunt. Traj. 1825. 80. — (Hoogst merkwaardige b i b 1 i o g r a p li i e, v'a'n' groote waarde voor de hedendaagsclie thee-grossiers.) — Handleiding tot het aankweeken van de witte moerbezieboomen. T'tr. 1832. 80. —• Beschrijving van de inrigting en de wijze van soepbereiding te Utrecht. T'tr. 1840. 80. — Idem. 2e dr. T'tr. 1842. 80, in e t 3 platen. — Idem. 3e dr. 1 tr. 184 <. 80, niet 1 plaat. Komische beschouwing van de Professorale soep. T'tr. 1840. folio. — Handboek voor de vaderlandsche landhuishoudkunde. 1 tr. 1841 42. 2 d. 80 — He Vlaamsclie landbouw. T tr. 1845. 80, met 1 plaat. Verhandeling over het draineren, liel 1851. 80, en enkele kleine geschriften van dezen hoogleeraar; te zamen 15 stn. 4o en 80. 455 Rijk van Rees, De cubatura segmenti ellipsoidis. Traj. 1810. 4o, met 2 platen. — Over de getijen aan de kusten van Nederland. Amst. 1838. 4o. — l itkomsten van meteorologische waarnemingen gedaan te T~trecht. T'tr. 1844. 80. —- Over de verdeeling van het maemetismus. Amst. 1845—47. 2 stn. 4o, met 1 plaat. -— Over de theorie der magnetische krachtlijnen van Faraday. Amst. 1853. 4o. — Levensschetsen van den hoogleeraar E. van Eees. door C. II. 1). Buys Ballot en C. H. C. Grinwis. T'tr. 187(1. 2 stn. 80. — Catalogus van de bibliotheek van Prof. R. van Rees. TJtr. 1875. 80, en enkele oraties en kleine geschriften van dezen hoogleeraar; te zamen 18 stn. 4o en 80. 456 Frederik Sigismund Alexander, De staande aard der ziektens, naai1 het Hoogd. van F. .T. Wittmann. Delft. 1827. 80. — Over het afwisselend algemeen ziekte-karakter. Arnh. 1820. 80. — Over de verbinding van de studie deivroegere geneeskunde met die van lateren tijd. Amst. 1843. 4o, enz. 5 dln. 4o en 80. 457 Alexander Charles Guillaume Stierman, De cholerae Asiaticaei itinere per Reijoïum Septentrionale. Traj. 1835. 80, met 2 kaar te n. — De carolore fluidorum elasticorum specifico. Traj. 1830. 4o, met 4 plat e n. —- Oratio de medicina, doctrinarum physicarum ope, nostra im- primis aetate. perficienda. Traj. 18*30. 80.— Levensberichten van Prof. A. C. G. Suernian, door J. L. C. Schroeder van der Kolk, P. C. C. Vorsselman (le Heer, C. J. van Cooth en N. X. TTtr., Amst. en 'sGrav. 1840—41. 4 stn. 80 en 12o, 111 e t 1 portie t, enz. 10 stn. 4o en 80. 458 Gerardus Johannes Mailder, He entozoïs. Traj. 1823. De aquis Rheno-Trajectinis. Traj. 1824. 80. — ])e opio ejusque principiis. Traj. 1825. 80. — Over de wateren en lucht der stad Amsterdam. Amst. 1827. 80. — Herinneringen omtrent .Tacobus Landt, Rott. 18-50. 80. Scheikundig; onderzoek van Ohinesclie en •Tava-thee. l{ott. 18-36. 4o. — Scheikundig onderzoek van koper tot dubbeling van schepen gebruikt. Amst. 1830. 4o. — Over de waarde der natuurkundige wetenschappen voor de geneeskunde Roti 1842. 80. — Het streven der stof naar harmonie. le en 2e dr. llott, 1844. 2 stn. 80. — De stoffelijke wereld, een middel tot hoogere ontwikkeling. Rott. 184.). So. Ueber die Welt der Materie, als ein Mittel zu hö- herer Entwickelung, ubers. a'on -T. Moleschott, Düsseld. 1845. 80. — Liebig's Frage sittlich und wissenschaftlich gepriift. Frankf. a. M. 1840. 80. — De wijn, scheikundig beschouwd. Rott. 18öö. 80.— De natuurkundige methode en de verspreiding der cholera. Rott. 1800. 80, met tegeiischi, van Dr. A. Sasse. Amst. 1867. 80, en tal van oraties en kleine geschriften a'an dezen hoogleeraar, a'an 1823 1867 ; te zamen 62 stn. 4o en 80. 450 , Bijdragen tot de natuurkundige wetenschappen, verzameld door H. C. van Hall, . A rolik en Gr. -T. Mulder, le—7e (laatste) deel. Amst. 1826—32. 7 dln. 80 111 et' pl aten. — Xatuur- en scheikundig archief, uitgegeven door Gr. *T. Mulder en A\. \\ enckebacli. le 0e (laatste) deel. Rott. 1833—38. 6 dln. 80, 111 e t platen.— 13 h. 1. b. 4f;0 , Leerboek der scheikundige werktuigkunde. Rott. 1832—35. 2 dln. 0 stn., met platen. — Proeve eener algemeene pliysiologisclie scheikunde. Rott. 1843- 50. 111 et g e k 1. p 1 a t e 11. — The chemistry of vegetable and animal physiology, transl. by P. F. H. 1 romberg. Lond. 1845—47. 3 vol., met g e k 1. platen.— De scheikunde der bouwbare aarde. Rott. 1800. 4 dln ; te zamen 14 stn. 80. 4(j] , Scheikundige onderzoekingen, gedaan in het laboratorium der Utrechtsche Hoogescliool. le—Ge deel. le st. Rott. 1842 51. 0 dln., met platen. — Scheikundige verhandelingen en onderzoekingen, le—3e dl. Rott. 1857—04. 3 dln. 9 stn. 80. — te zamen 15 stn. 80. 4(jO f Gretuigenis in zake liooger onderwijs. Rott. 1876. 2 d. — De geneeskunstoefenaren naar de Xederlandclie wetten. Rott, .1878—70. 4 stn. — Levenschets van G. J. Mulder, door hem zeiven geschreven. Rott. 1881. 2 d„ met portret. — Idem. 2e dr. Utr. 1883. 2 d., met portret. — Levensberichten van Prof. G. J. Mulder, door G. van Gorcum, .T. . Gunning en H. Onnen Haarl en Amersf. 1882—84. 4 stn., met 1 portret. — Catalogus van de bibliotheek van Prof. G. J. Mnlder. TJtrecht 1881. — te zamen 15 stn. 8o. De voorgaande 5 nummers vormen een hoogst zeldzaam exemplaar van Prof. Mulder's zoo zeer uitgebreiden letterarbeid. 4'' Gozewinus Janus Loncq, De physiologia veteruin. Rott. 18-13. 8o. Oratio de patria medicina etc. Traj. 1863. 8o. — Ibid. ed. in 4o. L. B. 1866. 4o. — Bezwaren tegen liet eerste en tweede der den Staten-Generaal aangeboden Geneeskundige Wetsontwerpen. Utr. 1864. 8o, en enkele kleine eeschriften en dictaten van dezen hocf-jleeraar, van 1833—65; te zamen 12 stn. 4o en 8o. 4(i4 Pieter Harting, Observationes choreae sancti viti et febris puerperalis. Traj. 1835. 8o. — Reeheiches micrométnques. T tr. 1845. 4o. — Recherches sur la nature et les eauses de la maladie des pommes de terre en 1845. Amst. 1846 4o met 3 fraai gekl. p 1 aten. — De magt van het kleine. T tr. 1849. ,>ostf. — Idem. 2e dr. Amst. 18(i(>. postf. — Idem. n. dr. Amst. 1876. pnstf — Die Macht (les Kleinen, übers. von A. Schwartzkopf. Leipz. 1851. 8o. — De bodem onder Amsterdam, onderzocht en beschreven. Amst. 1852. 4o, met 4 platen. — Het eiland ' ' zÜn bodem, voortbrengselen en bewoners. Utr. 1853. ï °' ï?1 ° ' a ^ 11 ■ — Handboek der vergelijkende ontleedkunde, naar het Hoogd. van E. O. Schmidt Ti ei 1854. "voorwereldlijke scheppingen vergeleken met de tegenwoordige. Tiel. 1857. 8o, met 4 platen. — Ge(lachten over het hooger onderwijs in ons Vaderland. Tiel 1858. 8o. Description d'un diamant remarquable, contenant des cristaux. Amst. 1858. 4o, m e t 1 p 1 a a t.-De bouwkunst der dieren. Gron. 1860—61. 8o, met 2 platen — Idem. n. dr. Gron. 1862. postf., met 2 platen. — Idem ~e dr. Gron. 1871. postf. — Le képhalographe. Utr. 1861. o, met 1 p 1 aa t. — Description de quelques fraginents de deux céphalopodes gigantesques. Amst. 1861. 4o, met 3 platen. Bijdrage tot de kennis der mikroskopische fauna en flora van de Banda-zee. Amst. 1863. 4o, met 3 platen. L appereil épisternal des oiseaux. Utr. 1864 4o, met 1 plaat. — Anno 2065, een blik in de toe- komst, door Dr. Dioscorides. Utr. 1865. postf. — Idem. 2e dr. X ti'. 1865. postf. — Idem. 3e dr. Anno 2070. Utr. 18711. postf. — De inhoud der dierkunde. Utr. 1868. So. —• Chiistiaan Huyjgens in zijn leven en werken geschetst Gron. 1868. 8o, m e t 3 p 1 a t e n. — Levensberigt van Jan van der Hoeven. Amst. 18G8. 8o. — De strijd des levens. Utr. 1870. 8o. — Xotices zoologiques, anatomiques et liistologiques sur 1'Orthragoriscus ozodura. Amst. 1871. 4o, met 8 platen. — Xotice sur un cas du formation de Fuljarurites.' Amst. 1874» 4o, met 1 plaat. — Wetenschap en geloof. Utr. 181 0. 8o. — Gedenkboek van het 200-jarig herinneringsfeest der ontdekking van de mikroskopische wezens door Antonj- van Leeuwenhoek. 'sGrav. en Rott. 187G. 8o, m e t 1 p 1 a a t. — Ernstige woorden tot zijne landgenooten. Amersf. 1885. 8o. — H. F. Jonkman, Pieter Harting Haarl. 1886. postf., met portret. — Catalogue de la bibliothèque de M. Ie I)r P. Harting. Leid. 1886. 8o, en een zeer groot aantal oraties, kleinere geschriften enz. van dezen hoogleeraar, van 1845—1886: te zamen 102 stn. 4o en 8o. — Hoogst belangrijke en zeer zeldzame verzameling. 465 , Bijdragen tot de geschiedenis der mikroskopen in ons aderland. X tr. 1846. -— Het mikroskoop, deszelfs gebruik, geschiedenis en tegenwoordige toestand. Utr. en Tiel 1848 tot 1854. 4 d. — De nieuwste verbeteringen van het mikroskoop, en zijn gebruik sedert 1850. Tiel *1858.— Das Mikroskop, Theorie, Gebrauch, Geschichte und gegenwiirtiger Zustand desselben; übers. von F. TV". Tlieile. Braunschw. 1866. -1 B. 8o:te zamen 0 d. 8o, m et platen. 466 , Leerboek van de grondbeginselen der dierkunde, in haren gelieelen omvang. Tiel 1862 tot 1874. 3 d. 18 stn. 8o, met afbeeldingen. De voorgaande 3 nummers vormen een uniek exemplaar van het werk van Prof. Hart in <7. 467 Willem Wenckebacll, De pontium lapideorum forma et mensuris exaequilibrii doctrina determinandis. Amst. 1830. 4o, met 2 platen. — Xat uur- en scheikundig archief. 4e—6e deel. (met G. J. Mulder). Rott. en Levd. 1836/9. 3 d. 80. — Xatuurkundige stellingen, 2e dr. Breda 1842. postl — Idem. 3e dr. Breda 1848. postf. — A. S. Rueb, Ter nagedachtenis aan "\V. "Wenckebacll. Utr. 1847. 80; te zamen 7 dln. en stn. 4o en 80. 41'S Janus Andreas Mulder, Aanteekeningen en waarnemingen van Ricord; uit jiet Fransch. Utr. iSflG. 80. 469 Christophe Henri Tlieodore Buys Ballot, De synaphia et prosaj)liia. Traj. 1844 80. — llepertorium eor- j oruiu organieorum, quae secuudum atomisticam, procen iicam et relativum compositionem etc. I raj. .1840. 4o. Series iII. — Gronden eener wiskundige plaatsbepaling op den hemel- en aardbol. Utr. 1849. 8o. — Scliets eener phvsiologie van liet onbewerktuigde rijk der natuur. I tr. 1849. 8o. — Beginselen en gronden der meetkunde. I tr. 1852. 8o, in e t 1 plaat. — Idem. 2e dr. I tr. 1855. 8o, m e t 1 plaat.— Idem. 8e dr. Utr. 18(50. 8o, met 1 plaat.— Ken ige regelen voor aanstaande weersveranderingen in Nederland. Utr. 1860. 8o. — Sur la marche annueTle du thermomètre et du baromètre en Xeèrlande etc. Anist. 1861. 4o. — Het gewicht der waarnemingen voor de natuurkunde. Utr. 1877. 8o, en enkele oraties en vlugschriften van dezen hoogleeraar; te zaïnen 20 stn. 4o en 8o. 470 Franciscus Cornelius Donders, Observaiiones anatomico-pathologicas de centro nervoso. ïraj. 1840. 8o. — Dierlijke scheikunde; naar het Hoogd. van -T. Liebig. 'sGrav. 1842. 8o. —• Blik op de stofwisseling van het epitellurische leven. Utr. 1845. 8o. — Leerboek der ophthalmologie; naar het Hoogd. van C. G. Th. Iluete. Utr. en Amst. 1847. 8o. — De harmonie van het dierlijke leven. Utr. 1848. 8o. —- Handleiding voor de natuurkunde van den gezonden mensch, le afdeeling: leer der stofwisseling en der voedingsverrigtingen (met A. F. Bauduin). 1 tr. en Amst. 1851/3. 2 d. 8o. — Phvsiologie des Menschen, Ier Baud: Die Ernahrung; übers. von F. W. Theile. Leipz. 1859. 8o. — De voedingsbeginselen. Tiel 1852. 8o. — De accijnsen op 't geslagt en op 't gemaal. Tiel 1854. 8o. — Ametropie en hare gevolgen. Utr. en Amst. 18(10. 8o, met 3 platen. — Astigmatisme en cilindrische glazen. Utr. en Amst. 1862. 8o. — Open brief aan de Leden van de Tweede Kamer, met 2 tegenschriften van L. Ali Cohen en ,T. Penn, en dupliek. Utr., Gron. en Amst. 1864. 4 stn. 8o. — Myopie en hare behandeling. Tiel 1866. 8o. —De Kweekschool voor militaire geneeskundigen, met 7 tegenschriften van J. A. Fles, e. a., en dupliek. Utr. en 'sGrav. 1867/8. 9 stn. 8o. — De phvsiologie der spraakklanken. Utr. 1870. 8o. — Zien en blijven zien. Leid. 1873. 24o. — Die Anomalien der Refraction und Accomodation des Auges. 2e Ausg. von Dr. O. Becker. AVien 1888. 8o. —•Tac. Moleschott, Festgrusz zum 27 Mai 1888. Gieszen 1888. 12o. — Feestbundel Donders-jubiléum. Amst. 1888. 8o, m e t p 1 a t e n, -— en een groot aantal oraties, dictaten, kleinere geschriften enz. van dezen hoogleeraar, van 1840 tot 1889; te zamen 105 dln. en stn. 4o en 8o. Hoogst belangrijke en zeer zeldzame verzameling. Onderzoekingen gedaan in liet Physiologisch Laboratorium der Utrechtsche Hoogeschool; uitgegeven door F. C. Donders en Th. W. Engelmann. Ie reeks. Te deel. 1854/5. — 2e reeks. Ie deel 1867/8. — 3e reeks. Ie en 2e deel. 1871/3. Utr. 1854—73. 4 d, met platen. — Jaarlijksche verslagen van het Xederlandsche Gasthuis voor Ooglijders, uitgebracht door F. C. Donders. Ie tot 24e jaar, met de bijbladen van het le, 2e, öe en 14e verslag, en 4 stukken 'betr. de vestiging en eerste verpleging, van 1858—T£IOE 'AN0PiinOT. Traj. 1843. So. — De venenis irritantibus anor"•anicis. Tra]. 1845. 8o. — Over de noodzakelijkheid \an klinisch onderwijs, enz. Tiel 1848. 8o. — Idem. ed. in 4o. Leid. 184!). 4o; te zamen 4 stn. 8o en 4o. 473 Lodewijk Christiaan van Goudoever, De necessitate repetendi variolae vaccinae insitionem varioloidibu? probata. Drusib. 1845. 8o. — Chirurgisch vademecum, naar liet Eng. van li. Druitt. Tiel 1853/4. 2 d. 8o. Leerboek der ziekten van de vrouwelijke geslachtsdeelen; naar het Hoogd. van F. "\V. Scanzoni. Tiel 1857. 8o, en enkele oraties, verslagen en vlugschriften van dezen hoogleeraar, van 1845 tot 1880; te zam.-n 11 dln. en stn. 4o en 8o. 474 Johan Abraham Christiaan Oudemans, Obsei- vationes, ope instrumenti transitorii porlabilis institutas. L. B. 1852. 4o. — Mémoire sur 1'orbite de la comète périodique découverte par M. d'Arrest le 27 .Tuin 1851. Amst. 1858. 4o. Zweijaehrige Deobaclitungen der meisten jetzt bekannten veraenderlichen Sterne. Amst. 1850. 4o. — Levensschets van Frederik Kaiser. Amst. 18< 5. 8o. Levensschets van Dr. 1'. A. Bergsma. Amst. 1882. 8o. — Wat is het begin geweest, hoe was de voortgang, wat zal het einde zijn? Utr. 1890. 8o. — Over het onderzoek van verdeelde luchtbelbuizen. Amst. 1802. 8o, en enkele oraties en kleinere geschriften van dezen lioogleeraar; te zamen 11 sfh. 4o en 8o. 475 Martinus Hoek, De kometen Vp.n de jaren 1556, 1264 en 075, en hare vermeende inde»titeit. 'sGrav. 1857. 4o.—De herleving der sterrekunde aan het einde der Middel- eeuwen. 'sGrav. 1859. 80. — Recherches astronomiques de 1'observatoire d'ütrecht. la Have. 1861/4. 2 vol. 4o. — Sur les contractions dans les mélanges de liquides- la Haye. 1864. 4o. — Recherches sur la quantité d'éthei' contenue dans les liquides, la Haye 1864. 4o. -—■ Sterf te-tabellen en sterfte-lijnen voor de gemeente Utrecht. 1 "tr. 1867. 80, en enkele oraties en kleinere geschriften van dezen lioogleeraar: te zamen 24 stn. 4o en 80. 476 Friedricli Anton Wilhelm Miquel, De organorum in vegetabilibus ortu et metamorphosi. L. B. 1833. 4o, m et 2 platen. — ^ eterum de jecore merita. Gron. 1833. 80. — De Xoord-Xederlandsche vergiftige gewassen. Amst. 1836. 80, met fraai gekl, platen. — De plantarum Regni Batavi distributione. L. B. 1837. 80. — Revisio critica casuarinarum. Amst. 1848. 4o, met 12 platen. — De palmis Arcliipelagi Indici. Amst. 1840. 4o, met gekl. plaat. — Over de Afrikaansche vijgeboomen. Amst. 1849. 4o, met 5 platen. — Analecta botanica Indica. Part. III. Amst. 1850/2. 3 stn. 4o, m e t 20 p 1 a t e n.— Catalogus horti botanici Amstelodamensis. Amst. 1857. 80. — Leerboek der artsenijgewassen- ITtr. en Amst. 1859. 80. — Prodromus systematis Cvcadearum. T ltraj. et Amst. 1861. 4o. — De cinclionae speciebus quibusdam, adjectis iis quae in .Tava coluntur. Anist. 1869. 4°- " Pharmacopoea Neerlandica; ed. alt. H. C. 1871. 80, en enkele oraties en kleinere geschriften van deflfn hoogleeraar : te zamen 30 stn. 4o en 80.— Merkwaardige verzameling. 4'? , Anna les musei botanici Lugduno- B at a v i. Amst. et Traj. 1863/6. 4 vol. folio, met nl„ h. 1. b. £78 "Willem Xoster, Drie door den schrijver waargenomen ziektegevallen. Leyd. 1859. 80. — De aard van lift onderwijs in de algemeene ziektekunde. Leid. 1862. 80. — Het hooger onderwijs en de geneeskunde. Utr. 1864- 80. — Xederlandsch archief voor genees- en natuurkunde, uitgegeven door F. C. Donders en W. Koster. Ie tot 5e deel. T tr. 1864/9. 5 d. 80. — Leerboek der gerechtelijke geneeskunde; naar het Hoogd. van E. Büchner. Tiel 1871. 80, en eenige oraties en kleinere geschriften van dezen lioogleeraar, van 1862 tot 1890?; te zamen 28 dln. en stn. 4o en 80. £79 Adolpli Ludwig Sigismund Gusserow, Oratio de arte obstetricia et jjynaecologia etc. Traj. 1867. 80. — Ibid. ed. in 4o. L. B. 1871. 4o; te zamen 2 stn. 80 en 4o480 Johannes Petxuis Theodorus van der Lith, De vitiis nervorum organicis. Amst. 1838. 80. — Geschiedenis van het Krankzinnigen-Gesticht te Utrecht, gedurende deszelfs 400-jarig bestaan. Utr. 1863. 80, 111 e t 2 p 1 a t e u. 481 Tjalling Halbertsma, De keelspiegel en zijne aanwending. Leid. 18G3. 80. — I)e voortreffelijkheid der hedendaagsche verloskunde. Gron. 1806. 80. -— De verdiensten der Engelschen op gynaekologisch gebied. Utr. 1867. 80. — Over ovariotomie. Tiel 1873. 80. — Een 25-jarige voorbereiding, een zwaard van Damocles voor onze gymnasia en lioogescliolen. Utr. 1874. 80, en eenige oraties en kleinere geschriften van dezen hoogleeraar; te zanien 11 stn. 4o en 80. 482 Cornelis Huibert Carel Grinwis, l)e distributione fluide electrici in superficie conductoris. Traj. 1858. 80. -— De waarde der wiskunde voor de beoefening der physica. I tr. 1861. 80. — Wiskundige theorie der wrijvingselectriciteit. 1 tr. 1869. 80. — Het leven van den Hoogleeraar R. van Rees. Utr. 1876. 80, eenige oraties en vlugschriften van Prof. Grinwis, van 1858 tot 1885; te zanien 7 stn. 4o en 80. 483 Petrus Johannes van Eerckhoff, De balaena. Rott. 1843. 80. — De scheikunde in verhouding tot maatschappelijke belangen. Gron. 1851. 80. — Over chemische verbinding. Gron. 1868. 80. — Pharmacopoea Neerlandica, ed. alt. H. C. 1871. 80. — Levensschets van Prof. i\ .T. van Kerckhoff, door Dr. H. F. Kuyper. Utr. 1876. postf. — Catalogus van de bibliotheek van Prof. 1'. J. van Kerckhoff. I tr. 1876. 80, en eenige oraties van dezen hoogleeraar; te zanien 10 stn. 4o en 80. 4? 4 Eduard Mulder, Historisch-kritisch overzigt van de bepalingen der aequivalent-gewigten van 13 enkelvoudige ligchamen. I tr. 1853. 80. — Algemeene grondbeginselen der voeding, naar het Hoogd. van F. Knapp. Utr. 1857. 80. — De indigo, uit een scheikundig oogpunt beschouwd. Rott. 1858. 80. — De methode bij scheikundig onderzoek te volgen, opgespoord uit de geschiedenis. Utr. 1868. So. Leerboek der zuivere scheikunde. 2e uitg. Amst. 1869. 2 d. 3 stn. 80. — Synthese en analyse in de natuur. Utr. 1880. 80. — Over een keton-verbinding afgeleid van wijnsteenzuur. Amst. 1893. 80, en eenige oraties van dezen hoogleeraar; te zanien 11 stn. 4o en 80. 485 Theodor Wilhelm Engelmann, Een blik op de ontwikkeling der leer van den bouw en het leven der organismen. Utr. 1871. (Leid. 1875). 4o. — Die Erscheinungsweise der Sauerstoffausscheidung chromopliyllhaltiger Zeilen im Licht bei Anwendung der Uacterienmethode. Amst. 1894. 80, en tal van kleine geschriften van dezen lioogleeraar; te zamen 21 stn. 4o en 80. 480 Nicolaas Willem Pieter Rauwenhoff, Onderzoek naar de betrekking der groene plantendeelen tot de zuurstof en het koolzuur des dampkrings onder den invloed van het zonnelicht. Amst. 1853. 80, met plaat. (Prachtexemplaa r). Papierbereiding. Amst. 1854. postf. — De bewaring der levensmiddelen. Rott. 1857. 80. — De scheikundige verschijnselen bij de kieming der plantenzaden. Rott. 1858. 80. — De bosschen en hun invloed op den toestand des lands. Gron. 1858. 80, m e t 1 k a a r t. — Idem. 2e dr. Leid. z. j. 24o. — Bijdrage tot de kennis van Dracaena Draco L. Amst. 1804. 4o, m e t g e k 1. platen. — Catechismus der plantkunde; 2e druk van het werk van H. Kloete Xortier. Rott. 1865. postf. — Phyto-physiologische bijdragen. Amst. 1808. 80. — De tegenwoordige richting en beteekenis der plantenphysiologie uit hare geschiedenis toegelicht. 1 tr. 1S71. 80. — Carolus Linnae\is. Amst. 1875. 80. — Over de oorzaken der abnormale vormen van in het donker groeiende planten. Amst. 1877. 80, m e t 1 p 1 a a t. — Recherches sur le Sphaeroplea Annulina Ag. Haarl. 1884'1 80, met gekl. platen. — Onderzoekingen over Sphaeroplea Annulina Ag. Amst. 1887. 4o, met gekl. platen. — Over het begrip van leven. Utr. 1885. 80, en tal van oraties en kleinere geschriften van dezen hoogleeraar; te zamen 28 dln. en stn. 4o en 80. — Zeerbelangrijke verzameling. 4S7 Sape Talma, Over licht- en kleiu-perceptie. Utrecht 1873. 80, met 1 plaat. — Het experiment in de geneeskunde. Utr. 1870. 80. Studiën über Lungenschwindsucht. Utr. 1879. 80, met 1 plaat, en enkele kleine geschriften van dezen hoogleeraar; te zamen 0 stn. 80. 488 Hendrik Cornelis Dibbits, De spectraal-analyse. Rott. 1863. 80, met 2 p 1 a t e n. — De suiker. Amst. 1807. 80. — Eerste beginselen der qualitatieve analytische scheikunde. Amst. 1809. postf. — De wet van Berthollet getoetst aan de draaiing van het polarisatievlak bij cinclionine-zouten, naar Dr. J. E. Dibbits. Haarl. 1873. 80. — Eenige scheikundige werkingen als bewegings-verschijnselen opgevat. Amst. 1870. 80. — De steen der wijzen. Utr. 1893; en enkele kleine geschriften van dezen hoogleeraar ; te zamen 9 stn. 80 en postf. 489 Hendrik Wefers Bettink, Onderzoekingen over de oplosbaarheid van Co2 in water, en den invloed dien sommige zouten daarop uitoefenen. TTtr. 1870. — Beginselen der scheikunde, naar het Eng. van H E. Roseoe. Gron^ 1876. - Idem. 3e dr. Anist. 1884. — Het verleden, het heden en de toekomst der pharmacie. 1 tr. 18. i. hemge beschouwingen over de wetten op de artsenijbereidkunst. ITtr 1880. — Nederlandsch tijdschrift voor pharmacie, chemie en toxicologie, onder redactie van l)r. H. AYefers Bettink en C. Guldensteeden Egeling. 22e en 24e jaarg. 'sGrav. 1889 en 1891. 2 d.; te zamen 7 dln. en stn. 8o. "490 Gilles van Overbeek de Meyer, Geneeskundig tijdschrift voor de zeemagt; verantwoordelijk redacteur IIr. G van Overkeek de Meyer. Ie tot 4e jaargang. sGrav. 1863/(» 4 d — Het regt van het onderwijs in gezondheidsleer aan de Hoogeschool. Utr. 1877. - Les système* d évacuation des eaux et immondices d une ville. l ans 18M. Gemeentereiniging, eene vraag van den dag. I ti. < o. \dvies betreffende de reiniging van het grachtwater te 'sGravenhage. 'sGrav. 1889, en enkele kleinere geschriften van dezen hoogleeraar; te zamen 1-i dln. en stil. > o. 491 Herman Snellen, De invloed der zenuwen op de ontsteking proefondervindelijk getoetst. I tr. 1857. — e ei proeven tot bP1»aling der gezigtsscherpte. Ie dr. I tr 18b:.. (\ed. en Fr. ed.). — 2e dr. (Eng. ed.) 1866. — de dr. (Hoogd. ed.) 1868. — 4e dr. (Eng. ed.) 1868. 5e dr. (Lat. ed.) 1875. — Ge dr. (Lat. ed.) 1879. — 7e dr. (Lat ed.) 1882. Idem. 2e Holl. uitg. 1882. Bijdragen tot de'geschiedenis der oogziekte heerschende in deRijksgestichten Veenhuizen en Ommerschans. Utr. 18Go. —- De zorg voor de oogen, naar het Hoogd. van F. Arlt -ie dr. l*tr 1867. — De grondslagen van het Nederlandsen Gasthuis voor behoeftige en minvermogende ooglijders (te Utrecht). Utr. 1890, m etpo r tr etvanPr of. Donde/rs, en enkele kleinere geschriften van Prof. Snellen; te zamen 22 dln. en stn. 8o. 492 Willem Kapteyn, Over de theorie der trillende platen en haar verband met de experimenten. Barnev. 18(2. Ho. m Cornelis Adriaan Pekelharing. Over ureumbepaling in bloed en weefsels. Leid. 1874. 8o. — De waarde der pliysiolojrie voor den beoefenaar der ziektekunde. T tr. 1881. 8o, — Onderzoek naar den aard en de oorzaak der beriberi en de middelen om die ziekte te bestrijden (met Dr. f . Winkler). Utr. 1888. 4o, met 8 gekl. platen. — Untersuchungen über da.s Fibrinferment. Anist. 1892. 8o. —De strijd tegen smetstoffen. Ouderk. 1890 8o. Louis Pasteur. Amst. 1895. 8o, enz. 8 stn. 4o en 8o. 494 Ambrosius Arnold AVillem Hiibrecht, Aanteekeningen over de anatomie, histologie en ontw ikkelings- geschiedenis vaji eenige nemertinen. Utr. 1874. 80 m e t 1> a en, — J)e hypothese der versnelde ontwikkeling door eerstgeboorte, en hare plaats in de evolutieleer. Leid Amst 188^ 4 611 roP^nie de8 ^—svstems. II Amst. 1882. 4o met 2 platen.- De planeentatie van laTer^fp? ,VUlgaiis V1 MnSt 1893' 8o' met 0 ! 1 ' rr 'i logenese des Amnions und die Beden- er/:; Am,t im- *• »•* * 495 naW ?;rS?sr°n0k\-!,e,',""t',th:ikh'i<1 4e levend© ■ i . ~ sur les vibrions cholérone-i isoles des dejections et rencontrés dans les eanx en II 1 d*' Pendant les épidémies de 1892et 1893. Amst. 1891 «o 1^97 ZUil'demak0r °Z" ^ «P^^iden. Utrecht FACULÏEIT ® oostes- 4? t?ijSbfrrUS ,V°etiUS' Tractatus duo: unus de Exerei- perk b'8' ay>1'1(1, C°el° l,eatoruni- Gorinch. 1679. 12o, J Zeldzaam. G^n, Hie.bij k" r-k^fei ATpt en,Staet ,Ier Canonicken. Ftr. 1656 C1. Mohr. 1,^177^80 0hDrTIen'' r ^ ^ J' leer der Gereformeerde Kerk t„ Ult"emend''^ bpvo'(ler'"K van troost en kerkrecht; n. uit,, d. I)r. GeeSr^ir^ÏÏflT1"'^ /amen 7 stn. 4o. 80 en 1% ^ 188'5" 12o; te 499 _ .. heydt; lêerende^enThriÏ °M °efenin^e 86. < druk- met voorreden van GisbVoetius^e dT ^ men 8 d. 12o. ' Bott. z. j.; te za- 50 0 . — Yerdaginghe van Gereformeerde ^ier Piedi- dicanten van 's Hertojghenbosch, (G. \ oetius, H. Sw almius, G. Udemans en S. Everwijn), aen alle C'atholycke Leeraers. Z. p. 1633. 4o. — Preservatyf-dranck «en de Catholyke Borghels van 'sHertoghen-bosch, geschoncken tegens den toovergift-dranck A'an de Ghereformeei'de Ministers aldaer, door C. Janssenium van Leerdam. Z. p. o-J- (1 G-c'I). 4o.- Catliolyke uyt-wis-spons over de aenmerki nghen die Gisbert Yoetius heeft uytghegeven teglien den preservatyf-dranck, door denz. Antw. 1633. 4o. — Idem. 2e uitg. Antw. 1633. 4o. — Breeder antwoordt op de aeniner kinglien Gisberti Toetii, door denz. Z p. 1633. 4o. — Het ontpluynule ('ïaytje van Andreas Rivetus, in den brief aen Gijsbertus Yoetius, door S. E.. M. M. Loven 1034. 4o. — Examen aceuiatum disputationis primae & quasi inauguralis I). Gisberti Yoetiï. Z. p. 1634. 4o. — 11. H.. Xoodige verklaringe over seeekere Disputatien van de Aflaten, in Octobri ende Xovembri Anno 1634, gehouden in <1° Hooghe Soliole tot Utrecht, onder 1). Gisbertus Yoetius- 1 tr. 1040. 12o; te zamen 8 stn. 4o en 12o. — Zeer zeldzame s t r ij dschriften. 50 1 .— Res judicata; dat is Over de Xegotie der ghe- ^ naemde Lombaerden; wtgegeven dooi' de Professoren der Theologie tot Utrecht (G. A oetius, ( • de Maets en .T. Hoornbeeck). Utr. 1646. — Res judicaada, van de bancken van leeninjffhe, door de Gecommitteerden (1(>S E. ( lassis van Leyden. Leyd. 1658. — Amsterdanische buuren-kout over den handel der Predikanten van Utrecht, door H. v. Y. Haarl. 1660. — Den Schotschen Duyvel betabbert. . . uvt de gemeene lessen en legenden van Gisbertus A oetius, Aerts muyt-meester. Utr. 1663. — Gelazius Major, Overtuyclide ontrouw, daerin verscheyde gevaerlycke nieuwigheden van de Heeren Yoetzius, Marezius en llulsius worden aangewesen. Z. p. 1676. — Corn. Gentman, Lyck-predicatie over de dood van den hoog-beroemden Heere Gisbertus A oetius. Utr. 1677; te zamen 6 stn. 4o. — Zeer zeldzame strijdschriften. 502 -— .— Het leven van Philopater. oppewiegt in A oe- tiaansche talmerijen, groot gemaeckt in. en geredded uit, de verborgentheden der Coccejanen. Groen. 1601—D<. 2 d. 24o. — Entretiens et Xouveaux entictifns sur les différentes méthodes d'expliquer 1'Ecrituire et de prêcher, de ceux qu'on a]>pelle Ooeceiens et Yoetiens, dans les Provinces Unies. Amst. 1707. 2 vol. 12o. -—- A. C. Duker, Sclioolgezag en eigen-onderzoek : historisch-kritische studie van 6 den strijd tusschen Yoetius en Descartes. Leiden' 1801. 80: te zamen 5 d. 24o, 12o en 8o. De voorgaande 6 nummers vormen eene unieke verzameling geschriften van en tegen Prof. Yoetius. 503 Johannes Hoornbeek, Summa controversiarum religionis, cuni infidelibns, haereticis, scliismaticis. Francof. ad \ iadr. 101)7. 12o, met portret, perk. b. — Ze ldz a a 111. 501 — —, Belijdenis predyeatie over I Thimotheus III. 15. Utr. 1048. 24o. — Xader bewering van des Heeren dagsheyliginfee. Leyd. 105!). 24o. — Euthanasia ofte wei-sterven. 2ei dr. T tr. 1660. 12o. — Idem, herdruk door W. van Eentoorn. 2e dr. Amst. 1744. 12o. — Idem. 3e dr. Amst. 1749. 12o; te zamen 5 d. 24o en 12o. 505 Johannes Leusden, Joel explicatus. IJltraj. 1057. 12o. -— Onomasticum sacrum. Ultraj. 1665. 12o. — Ibid. ed. 2a. L. 15. 1684. 12o. — Liber Psalmorumf (cuni versione Latina). Amst. 166(i. 24o. — Ibid. ed. alt. Lond. 1688. 24o. — Het Hebreus Psalmboek, met de Xederlantsche oversettmge. 1 tr. 1688. 24o. — Synopsis Hebraiea et Chaldaica. Traj. 1667. 24o. —. Manuale Hebraieum et Chaldaicum in Vet. Test. (Woordeboek des Ouden Testaments: Hebreus, Latijnscli en Xederduytscli). Traj. 1(568. 24o. — Ibid. ed. alt. Traj. 1683. 24o. — Schola Syriaca. ed. '2a. Ultraj. 1072. 12o. —- ( ompendium Biblieuni (cum versione Latina). Ultraj. 1073. 24o. — Ibid. ed. 3a. L. B. 1685. 12o. A'etus Testamentum Graecum ex versione Septuaginta interpretum. Amst. 1683. 12o.— Lexicon novum Hebraeo-Latinum. 1 ltraj. 1687. 80; tezamen 14 d. 24o, 12o en 80, perk. b. Zeer zeldzame serie. 500 , Philologus Hebraeus. ed. 3a. Ultraj. 1686, m e t portret. — Ibid. ed. uit. (4a.) Amst. 1695. —Ibid. ed. 5a. Basil. 1739, met portret. — Pliilologus Hebraeo-Graecus generalis, ed. la. Ultraj. 1670. — Ibid. ed. 2a. L. B. 1085.— Ibid. ed. 3a. Basil. 1739.— Pliilologus Hebraeo-mixtus. ed. la. Ultraj. 1068. -—- Ibid. ed. 2a. Ultraj. 1682. — Ibid. ed. 3a. Ultraj. 1699, met platen. — Ibid. ed. 4a. Basil. 1731», met platen. — C'iavis Hebraiea Yetelis Testamenti. I ltraj. 1683. — Translatio Hebraiea omnium textuum Chaldaicorum, qui in Daniele, Ezra et Jeremia inveniuntur. L. B. 1685. — 613 Praeeepta Mosaica a Maimoi-ide ex Pentateuclio Hebraieè olim excerpta. Ultraj. 1080. — Ibid. ed. alt. Tlltraj. 1694; te zamen 14 d. 4o, in 7 p e r k. b. — Zeldzame serie. 507 . - Biblia liebraica, aeeuratissiina notis Hebraicis et lemmatibus Latinis illustrata a .Toh. Leusden. Amst. 1667. 8o. — Ibid. ed. nov. recogn. Ever. van der Iiooght. Amst. et Ultraj. 1705. 8o. — Ibid. ed. uit. recogn. J. H. Majo. Francof. ad. Moenum, 1701. 8o. vol. I. — Biblia Hebraica sine punctis ad Leusdenianam editionem adomata. Amst. et Ultraj. 1701. 12o; te zamen 4 d. 8o en 12o. led. b. 508 . — Samuelis Bocharti Opera omnia, hoe est Phaleg. ('anaan et Hierozoicon; ed. 3a, eur. Joh. Leusden. L. B. et Traj. 1692. 2 vol. folio, met kaarten, per k. b. 509 . — Xovum Testamentum (Graecum) a Joh. Leus- den. Ultraj. 1675. 24o. — Ibid. ed. nov. Amst. 1701. 24o.— Ibid. ed. nov. L. B. 1710. 2-lo. — Ibid. ed. nov. L. B. 1785. 24o. — Xovum Testamentum (Graecum) a Joh. Leusden. Amst. 1698. 12o. — Ibid. ed. nov. Amst. 1717. 12o. — Ibid. ed. nov. Amst. 1740. 12o. — Ibid. ed. nov. cur. H. A. Aitton. L. B. et Amst. 1809. 12o. — Xovum Testamentum (Graecum) a Joh. Leusden, cum versione Latina A. Montani, Amst. 1717. 12o. — Ibid. ed. nov. Amst. 1741. 12o. —Ibid. ed. nov. Berol. et Lips. 1761. 12o. — Ibid. ed. nov. cur. H. A. Aitton. L. B. et'Amst. 1809. 12o. — Het (Grieksehe) Nieuwe Testament, door Joh. Leusden, met de Xederduvtsche oversettinge. Amst. 1698. 12o; te zamen 13 d. met kaarten, 24o en 12o, perk. en le d. b. — Zeldzame serie. 51 0 ■, Xovi Testamenti clavis Graeca. Ultraj. 1672. 12o. -—• Compendium Graecum Xovi Testamenti. ed. 2a. Ultraj.-1077. 24o. — Ibid. ed. 4a. L. B. 1688. 12o. — Ibid. ed. 5a. L. B. 1702. l2o. ■— Xovi Testamenti compemi iolum. Amst. 1699. 12o. — üe dialectis Xovi Testament', ed. nov. a J. F Fischer. Lips. 1754. 12o • te zamen 6 d. 24o e.'i 12o, p e r k. en led. b. De voorgaande f> nummers vormen een bepaald uniek exemplaar van het omvangrijke werk van Prof Leusden. 511 Andreas Essenius, Grondige leere ende proeve van den geestelycken welstant des herten ; naar het Latijn van Casp fttreso. Utr. 1644. 24o. — De leere onser verlossinge dooide voldoeninge Jesu Christi. Rott. 1651. 12o. — RechtCatholvcke mont-stopper van den wijdtgapenden nieugesinden Papist C. Molina. Utr. 1649. 24o. — Idem. 2e dr. I tr. 1656. 24o. — C. Molina, I>en oprechten scliriftuerlijcken Rooms-Catliolijcken mondt-stopper, van Andreas Essenius, Calvino-Gommarist Predikant tot 1 treclit. 7e dr. Antw. 1667. 24o. — Idem. 8e dr. Antw. 1675. 24o. -— Idem. n. dr. Antw. z. j. 12o; te zamen 7 d. 24o en 12o, perk. en led. b. — Zeldzame serie. 512 Matthias Nethenus, Apologia ofte klare verdediqgë tegen de Groeningse Beschuldinge. Emmerick 1662. Den overtuyo-hden Marees met syn ■vgen Sweert gedood. Emmerick 1662. — 2 stn. 4o. — Zeldzaam. 513 Franciscus Burmannus (I), De moralitate Sabbati liebdomadalis. Ultraj. 1665. 4o. - Xarratio de controversii nupenus in Academia Ultrajectina motis. Ultraj. .1677. 4o. — Synopsis theologiae et speciatim oeconomiae foederum Dei. Tomus II. Traj. 1672. 4o. — Synopsis, dat is kort begrijp der heilige Godgeleertheid, en voornamelijk van de huishouding der verbonden Gods; vert. d. D. Smout. 2e dr. Utr. 1697. 4o. — Idem. 3e dr. Amst. 1740. 4o. — Idem. uittreksel door Ds. 1\ van Dijke. 7ierikz. 1866. So. — Alle de oratien uitgesproken door den Heer Fr. Durmannus, met de lijkrede door J. G. Graevius. Utr. 1700. 4o; te zamen 7 tlln. en stn. 4o en 8o. — Zeldzaa m. 514 - —,De w-et en het getuigenisse ofte uitlegginge ende betragtinge van de veilwrgentheden en voornaamste stukken des wets, ofte der Hoeken ilosis. Hanau 1660. 12o. Idem 2e. dr. Utr. 1668. 2 d. 4o. Idem (3e dr.) Utr. 1680. 2 d. 4o. — Idem. (4e dr.) Utr. 1693. 2 d. 4o. — Idem (5e dr.). Amst. 1137. 2e d. 4o. — Gesetz und Zeugnüsz oder Auszlegunden und Betraohtungen der Y Bücher Mosis. Franckf. 1693. 2 B. 4o; tezamen 10 d. 12oen4o, perk. en led. b. 515 *De Rigteren Israels, ofte lutlegginge ende betraatinge van de boeken .Tosua, der Rigteren ende lïutli. Utr. 1675. — Idem. (2e dr.) Utr. 1696. — Idem. (3e dr.). Amst. 1737. -— Sanhh;1 ofte uitlegginge ende betragiingo der boeken Samuels. Utr. 1678. — Idem (2e dr.) Utr. 1683. Idem. (3e dr.). Amst. 1738. — De Kooningen Isïaels met haar vervolg, ofte uitlegginge ende betragtinge ^ an de hoekken der Ivoomngen, Eronijken, Ezra, Xe hem ia, Esther, enz. Amst. 1683. — Idem. (2e dr.). Amst. 1738; te zamen 8 d. 4o, perk. en led. b. De voorgaande 3 nummers vormen een belangrijk excnr plaor van Burman's werken. öl6 Ltldovicus ^Tolzogen, Ortliodoxa fides sive adversus Johannem de Ijabadie Censura censurae Medioburgensis in libellum 'de interprete Scripturavum. Traj. 1668. 12o, perk. b. — Zeldzaa m. ol7 Petius van Maastricht. — Xovum Testamentum Graecum ad Mastrichtianuni ita expressum. ed.2a. Ilalae li 56. 12o. • Henrieus Pontanus, Lijek- en lofreden op Petrus van Maastricht, vert. d. C. T. Leyden 1706. 4o. 518 Melchior Leydecker. — Georgii Hornii Histor'a Ec clesiatica, cum notis M. Leydeckeri. L. B. 1687. 12o. Synopsis controversiarum de foedere et testamento Dei, quae hodie in Belgio moventur. Traj. 1690. 1 2o. — De Republica Hebraeorum. Anist. 17U4. folio. (zond. tit.); te zamen 3 d. 12o en folio, 1 e d. b. 519 , De Evangelische waerheyd van de Gereformeerde Godsdienst. I tr. 1084. 12o. — De heyligheyd ende geestelijkheid van de Gereformeerde Godsdienst, Utr. 1086.12o. — De heerlijkheid des Evangeliums in de geregtigheid van •Tesus Christus. Anist. 1705. 12o. — De verborgentheid des geloofs eenmaal den Heiligen overgelevert. 2e dr. Amst. 1729. 4o. — Brief van een vriend aan Dr. ifelchior Leidecker. Z. p. o. j. 4o. (C o c c e j a a n s c li tegenschrift op het voorgaande). — Historische en Godgeleerde oeiïeningen over de oude en nieuwe Antinoinianen bijzonder in Nederland; vert. d. C. T. Rott. 17:18. 12o. —il. Z. van Boxhorn's Xederlandsche historie, met aant. van Melchior Leydecker. 2e dr. Anist. 1739. 12o, met platen; te zamen 7 dln. en stn. 12o en 4o, perk. b. — Zeer b e 1 a n g r ij k. 520 Hermannus Witsins, Diatribe de septem epistolarum Apocalypticarum sensu historico an propliitico. Fran. 1678. 24o. — Aegyptiaca et AEKA^TAON. Anist. 1683. 4o. — Ibid. ed. 2a. Amst. 1090. 4o. — Ibid. ed. 3a. Herb. 1717. 4o. — Ibid. ed. 4a. Basil. 1739. 4o. — Exercitationes sacrae in symbolum quod Apostolorum dicitur, et in Orationum Doniinicam. ed. 2a. Fran. 1089. 4o. — Ibid. ed. 3a. Amst. 10!)7. 4o. — Ibid. ed. 4a. Herb. 1712. 4o. — Ibid. ed. 5a. Basil. 1739. 4o. •— De oeconuniia foederum Dei cum hominibus libri IA . Basil. 1739. 4o. — Joh. Marckii Oratio funebris in obitum A. Cl. Herni. Witsii. Amst. 1710. 4o. — S; P. Heringa, De Hermanno Witsio theologo biblico. Anist. 1801. 8o; te zamen 12 d. 4o, 8o en 24o, perk. en led. b. — Zeer b e 1'a n g r ij k e s e r i e. 521 , Miscellaneoruni sacrorum libri IY (alias Tomus primus). Traj. 1692, niet platen. — Ibid. ed. 2a. L. B. 1005, met platen. — Ibid. ed. 3a. Herb. 1712, met ]) 1 a t e n. — Ibid. ed. 4a. L. B. 1736, met platen. — Tomus alter. Amst. et Ultraj. 1700. — Ibid. ed. 2a. Herb. 1' 12. — Ibid. ed. 3a. L. B. 1730; te zamen 7 d. 4o, perk. en led. b. 522 , Practijke des christendoms, mitsg-aders geeste¬ lijke printen. (I tr. 1004). —Het aenstootelijcke nieuws in waerheyt en liefde ontdeckt. Amst. 1073. — Twist des Heeren met zijnen wijngaart. Ge dr. Utr. 1730. — Idem. 7e dr. Utr. 1748. — Aan de regeeringe Gods over Israël, en van de Reeliabiten. Amst. 1094. ■—- De Godsdienst der oude christenen, door W. Cave; met aant. van H. Wits. -e di'. Amst. 1694, met platen. — Idem. (3e dr.). Amst 1098, met platen; te zamen 7 d. 12o, p e r k. b. ó23 ) "V ier boecken van de versclieyden bedeelinge der A ei-bonden Gods niet de niensclien, overgeset d. M. v. Harlingen. I tr. 1086. — ((effeningen over de grondstukken van liet algemeyne christelijke geloove en het gebed des Heeren, u. li. Latijn vert. 2e dr. Delft 1723. 2 d. 4o, perk. en led. b. De voorgaanae 4 nummers vormen een uitgebreid exemplaar van de werken van Fr of. Wits nis. Adriaan Reland, Analeeta rabbiniea. Ultraj. 1702. 12o. — Antiquitates sacrae veterum Hebraeorum delineatae. Traj. 1712. 12o. — Ibid. ed. 3a. Traj. 1717. 12o. — Ibid. ed. 4a. Iraj. li41. 4o. — Palaestina ex monumentis vetelibus illustrata. Iraj. li 14. 2 vol. 4o, niet portret en. platen. (Zeer fraaie uitgave). — Palestina, opgeheldert; uit liet Lat. vert. T'tr. 1719. 8o, met portret en plate n. — I)e spoliis Templi Hierosolvniitani in Arcu Titiano Romae conspicuis. ed. nov. Traj. 1775. 12o; te zamen 8 d. 4o, 8o en 12o, perk. b. ij25 , Enchiridion studiosi, Arabice consoriptum a Borhaneddino Alzernouchi, cum versione Latine; edid. Hadr. Eelandus. Iraj. 1709. 12o. — De religione Moliamniedica libri duo. ed. alt. Iraj. 1717. 12o, met portret en platen. — Verhandeling van de godsdienst der Mahometaanen; uit het Lat. vert. Utr. 1718. 8o, met portret en platen. — La religion des Mahometans; trad. du Latin. la Haye 1721. 12o, met platen; te zamen 4 d. 12o en 8o, per k. b. 526 , Galatea, lusus poeticus, ed. alt. Traj. 1710. 12o.—P. Bosscha Hf., Hadr. lïelandi Galatea, cum aliorum poeta- rum locis com parata. Amst. 1809. 8o, m et p o r t r e t. Epicteti Manuale et sententiae, in Latin. convers, a Mare. Meiboinio, et cur. Hadr. Relandi. Traj. 1711. 4o. Dis- sertationes miscellaneae. ed. 2a. Traj. 1713. 3 vol. 12o, in e t platen. — Poëmata quae hactenus reperiri potuerunt, cur. A. I errenot. Iraj. 1748. 8o. — Tos. Serrurier, Oratio funebris in obitum V. Cl. Hadr. ltelandi. Traj. 1718. 4o; te zamen 8 d. 12o, 8o en 4o, perk. en led. b. De voorgaande 3 nummers vormen een uniek exemplaar van liet werk van Prof. Reland. »2i Heiman Alexandor Roëll, Kort en eenvoudig berigt \an het verschil over de geboorte des Soons, en tijdelicke dood der geloovige. Amst. 16.91. 4o. — H. B., "Wederlegginge ^an t geend Ds. H. A. Roël, tegen de eeuwige ge- neratie des Soons Gods lieeit uitgegeven. Utr. 11)90. 12o.— H. J. E.van H°orn, Roëlli Litem de eterna generafiore Filii Dei a Patre. Traj. 18-5. 4o. —Daniël secundum Septuaginta ex Tetraplis Origenis. Traj. 3 77-5. 8o. — Aanmerkingen op ,T. Priestlev's Historie der verbasteringen ■van het Christendom, 'sHage en ïïaarl. 1787. 8o. — Aanmerkingen op liet voorgaande, door Paulus Samosatenu* (I'. van Jrlomert). Z. p. 1787. So. - Dankrede op den eersten verjaardag van Utrechts verlossing. Utr. 1788. 8o. — Dictata in Acta Apostolormn. Z. p. o. j. 4o. M. S. S. — Clenientis Alexandrini Liber, cvim comment. C. Sejjaario. Traj. et Lond. 1810. So. — Catalogus librorum exquisitorum bibliothecae Carolus Segaar. Traj. 1804. 8o: te zamen 9 d. 4o en 8o. — Zeer zeldzaam. 552 Jacob Albert Vos, Uitlegging van liet boek van den Profeet Daniël. Utr. 1761/3. 2 d. 4o. — Eedenvoeringen, over den eerbied aan de Propheeten verschuldigd, en de achtbaarheid van het boek van Esther; u. h. Lat. vert. Utr. 1776. So. — 3 h. 1 e d. b. 553 IJsbrand van Hamelsveld, Exercitatio ad C. F. Houbiganti Prolegomena in Scripturam Sacram. Traj. 1763. 4o. — I)e aedibus veterum Hebraeorum. Traj. 1764. 4o. — De moribus antediluvianis etc. Traj. 1765. lo. — Berigt aangaande de redenen die hun bewogen hebben, om zijne dimissie als Predikant te Goes te vragen. Utr. 1779. So. — Twee leerredenen over Esther IX en X. Utr. 1782. So. — Brief aan den Burger Ysbrant Hamei svelt. 1 tr. 1786. So. — Over den oorsprong der spraak, en over de oorzaken van den vervallen smaak; n. h. Hoogd. van •T. G. Herder. Amst. 1790. So. — De openbaring van Joannes, den theologus, naar liet Grieksch. Amst. 1790. So. — Over de middelen om lang en vrolijk te leeven. Amst. 1801. So — Merkwaardige bijzonderheden van liet lijden, sterven en de opstanding van onzen Heere Jezxis Christus, naar Casp. llensing. 2e uitg. Amst. 1807. 8o. —- De redelijke Christen. Amst. 1807. So. (Een tijdschrift). — Plan van inteekening op een Bijbelsch handwoordenboek. Amst. 1811. 8o. — Hades; over den staat der afgescheidene zielen na den dood; u. li. Hoogd. van .]. F. von Meyer. Amst. 1811. 8o. — De gelijkenissen Aan onzen Heiland; u. h. Hoogd. van T. L. Eva 1<1. 3e dr. Amst. 1845. So; te zamen 14 dln en stn. 4o en So. — Zeer zeldzame serie. 55 4 :—, De Bijbel verdeedigd. 1783—97. S> -d., m e i platen. — Inleiding in het Oude Testament; n. h. Hoogd. van J. G. Eichhorn. 1784/5. 3 d. — Idem. 2e uitg 1789. -3 tl. — Aardrijkskunde des Bijbels. 171)0/8. 6 d.. met kaarten. — Bijbel-geschiedenis. 1797. 2 d., m et p la,q«; ~~ ITdremT,2e 9 Hermannus Royaards, Oratio pro ordinis ratione, qua Deus in patifacienda religione, usus sit. Traj 1788. 4o. — Diatribe de Divlnitate -Tesu Christi vera. Traj. 1791/2. 2 part. 8o. — Oratio de doctrinae Christi judicio hodie regundo. Traj. 1792. 4o. — De wan re aart van Jesus Koningrijk afgeleid uit de Heilige Schriften. TJtr 1799. <(",°* Oratio de iis, quae animum erigant demissum cortemplantium liodie rem Christianam. Traj. 1803. 4o. — Oratio de Guilielmo Emmerio a Perponcher. Traj. 1820. 8o. — Ibid. (a ndere d r u k.) Traj. 1821. 8o. — H. J. Royaards, Gedachtenis-leerrede over Prof. H. Ruvaards. T tr. 1825. 8o. — D. H. Wildschut, Memoria Hermanni Royaards. Amst. 1836. 80, met portret, enz.; te zamen 11 stn. 4o en 80. 500 Jodocus Heringa Ezn., De formula baptismi. Gron. 1785. 4o. - Over 't gebruik en misbruik der kritiek in de behandeling der Heilige Schriften. Amst. 1793. 80. — Oratio de theologiae in scliolis institutione etc. Traj. 1794. 40 Leerrede over het betamend gebruik der vrijheid. Ie, 2e en 3e dr. Utr. 1795. 80. 3 stn. — Redevoering ver gedaclitenisse van S. J. van Geuns. Utr 1790. So. — Aanmerkingen en bijvoegsels op H. C. Bergens Gedenkwaardigheden uit het leven van Jesus. Leyd. 1799—1800. 2 d. So. — Idem. 3e dr. Leyd. 1804/6. 2 d. 80. — Idem. 4e dr. Ie d. Leyd. 1819. 80. — Het verval der christelijke liefde. Utr. 1800. 80. — Bijbelsche uitlegkunde, n. h. Hoogd. van G. F. Seiler. Leyd. 1804. 80. — Over het bestaan Ier Engelen. den Haag 1812. 80, en andere geschriften va .lezen hoogleeraar, vóór het einde van dei) Fransehen tijd, van 178Ó tot 1812. 19 dln. en stn. 4o en 80. •YGl , Briefwisseling over de Godheid van den Heiligen Geest, gehouden met Ds. C. van Herwerden gevolgd door een eedachtenwissoling over rechtzinnigheid, met 1 rol. G. Bonnet, en de Classis van Utrecht, en een strijd over liet gezag der rede, nu t I'rof. V. van li entert.— Serie strijdschriften tusschen 1801 en 1804 verschenen; te zamen 1. stn. 80, i n h. 1 e d. b. — H o o g s t zeldzaamzoo v o lledig voorkomende. 502 , Verklaring der bergrede van Jezus. Amst 1S14. gr. 80, kl. 80 en 12o; 3 dm. - Idem. n. dr. (2e dr.) Amst. 1814 80. - Idem. 3e dr. Amst. 1844.12o. - Oralio liabitae 1816. Trai. 1817. 80.— Tiental Bijbeloefeningen in leerredenen ' Vmst 1818. So.-- Kerkelijke raadvrager en raadgever. 4 d.' 8 stn. Utr. 1819 43. 8 stn. So.-- Tiental l^rredenen ter aanprijzing van Christelijke deugden. Amst. - («ratio de auditorio Acadenme Elieno -Trajectinae etc. Trai 1826. 80, en eenige dictaten en vlugschriften van dezen hoogleeraar, vóór het begin van de Belgische revolutie, van 1814 tot 1826. 22 dln. en stn. 4o en 80. 553 - , Raad en aanmoediging ten nutte van het bedreigde Vaderland. Utr. 1830. 24o. - Bemoediging onder de tegenwoordige rampen. I tr. 1831. 80. — Beooidee 111 van de nieuwe uitgave der prolegomena in V 1.van^ ,T. "Wetstein (cur. J. A. Lotze). Amst. 1 \!1' , iderheden betreffende de Xederlandsche Bijbelvertaling. Leid. 1834. 80. — Berigt aangaande zeven steil ine 0 .1 treffende de formulieren van eenigheid enz. tr. 80. - G. B; Wieringa, Vlugtige gedachten over het voor- gaande. Gron. 18-34 8o lr . naerii Sententia etc.' Traj 1835 4 v L" C" Tal«*edenen. TJtr. 1840/1. 2 d So —'t)°' ~7 , ag,elaten Ieerrereehano, nunc Rheno-Traiectino 1S,P de codice tracto. Traj. T843 4o — ui U ,ips" 111 luCe™ pro- et locis Xovi Teskmenti dXm„neJ APostoIorum 0])em oxegetica et lienneneutica°lVaT'lS4? 8°' ~~ dictaten en vlugschriften van i \ ' eu eor"e'e VJ t0t ^ 1T dim en ™ H. E. Tinke e. a. 5 stn 8o 1' t g*' d°'n' 1L B™man, -Idem*' in T? dWscheu omgang*Ft7i?®" -■■<1(111. 11. T fr 1QC1 in &• < tl. lo4b. IJo. Heringanae. Traj. 1841' 8o • U ~ ata'°^us bibliothecae oC5 Gabriel van Oorrit n, r er\n9a- JCG Jean Henri Pareau Ï ! e' Tlaj' 1810- 4o. critice. L. 15. 179ü (S® ' ^ em Jeremiae philologiee et r ac ;ita* w de mythica Sacr Scrintn,- . ~ Disputatio Traj. 1823. 8o. — Ibid. ed -ii T. -'"ioooT "3,L 2a. Jiov. Traj. 1840. 8o T»V/ r •''' x ,^n- — Ibid. ed. menti. Traj. 1899 s0 '1/° interl)i-(?tis Yeretis TestaMoallakali. Trai* 18s' 4n + CommM»tatio de Amralkeisi oGr 0rZ 18"f *°> te zamen 10 d. 8o en 4o. dervici ]>aVentriae 1789 & 1799, Har- enkele vertalingen 9 stn tênH I81°'T1819 4 ^ met Prof. Pareau, dooi- Jod Herin! 7°--^"«berigt van Catalogus bibliotheek V C " J ïr 'p ^ So; te zamen 11 stn. 4o en 80.'~ Z eu7a ^ 1883' exJplmfla7jZTedrl ZTpZ T?™ belangrijk' * Hermannus Bonman Xu „ • „Thans meer dan ooit" en'" (wT ' met, ,,iJvoe&sel. ^ weg tot toekomstige mart' ontstaan van het oproer in fi1 .;.,(0"Ttiboezemingen na het Oratio de liistorl S"lL , tr" 183M- ■* stn. - tra. Traj. 1832. - ]{r,W ^ * « saP!entiae magisding van het 2e Eeuwfees^XrVt" ,Gocl®die"8ti&e inwij- T[tr- 18-36. — Jodocus Heringa Flz ft7 "J?eSci,ooL christelijke gemeente en «Tc f ! ? voorganger der land. TJtr. 1840 ^ st'11 ' + 001 ^ ander van liet Vader- toespraak, over de^'H^ Kerk Ufr 7W?* ■ 10-t.. — Oratio de institutis acailemicis etc. ïraj. 1845, eii andere oraties, dictaten en vlugschriften van dezen hoogleeraar, van 1825 tot 1842. 17 stn. 8o. 569 , Memoria Joliannis Clarisse, tlieologi. Traj. 1850. — Advies over eene nieuwe Bijbelvertaling. Utr. 1853. — Chartae theologicae. Traj. 185-1/7. 2 vol. — Leerrede ter aandenking van H. J. Royaards. Utr. 1854, met portret. — Narratio de II. J. Royaards, Christi societatis historieo. Traj. 185(3. — Leerredenen. 1 tr. 1860. — De Godgeleerdheid en hare beoefenaars in Nederland, gedurende het laatste gedeelte der vorige en in den loop der tegenwoordige Eeuw. Utr. 1862. -— Conimentarius perpetuus m Jacobi Epistolam. Traj. 1865. — Levensbericht van Prof. H. Bouman, door J. J. van Oosterzee. Leid. 1864, en enkele kleinere geschriften en dictaten van dezen hoogleeraar, van 1850 tot 1865. 12 dln. en stn. 8o. De beide voorgaande nummers vormen een belangrijk exemplaar van Prof. Bouman's werken. 570 Herman Johan Royaards, De altera Pauli ad Corinthios epistola. Traj. 1818. — Over den invloed der Nederlandsche vrouw op de handhaving en wijziging van het volkskarakter. Utr. 1828. — Bijdragen tot de bewerking van de geschiedenis der Nederlanden. 'sGrav. 1830. — Abrahams werkzaam vertrouwen bij het offer van Isak. Utr. 1831. — Chrestomathia patristica. Traj. 1831/7. 2 vol. — Hedendaagsch lcerkregt bij de Hervormden in Nederland. Utr. 1834/7. 2 d. — Het genootschap tot verdediging van de Christelijke Godsdienst geschiedkundig geschetst. 'sGrav. 1836. —- Historische herinnering der Unie van Utrecht. Utr. 1838. — Ph. AVill. van Heusde geschetst als geschiedkundige en als paedagoog, tot de Godgeleerdheid. Utr. 1840. — Compendium historiae ecclesiae Christianae. Traj. 1840/5. 2 vol. — Evangeliewoorden vooral voor lijdende christenen. Utr. 1841 — Een concordaat tusschen Nederland en den Paus: regtsvragen van Mi'. C. A. den Tex; brief desbetreffende van Prof. II. .T. Royaards, en wederlegging daarvan door N. X. Amst. en Gron. 1841. 3 stn., en tal van oraties en kleinere geschriften van dezen hoogleeraar, van 1818 tot 1841. 24 stn. 8o. 571 . — Archief voor kerkelijke geschiedenis, inzonderheid van Nederland, verzameld door N. C. Ivist en H. .T. Royaards: Archief, 10 d. en reg.— Nederlandsch archief. 0 d. — Nieuw archief. 2 d. Leijd. 1820—54. 22 d. So, met platen.— Geheel kom plete serie, behalve het 21e d. 2 e s t. 7 572 , Geschiedenis der invoering en vestiging van liet Christendom in Xederland. Amst. 1842. 4o. — Idem. (2o dr.) Ltr. 1842. 8o. — Idem. -'ie dr. l'tr. 1844. 8o. —- Geschiedenis van het gevestigde Christendom en de Christelijke Kerk in Xederland gedurende de Middeleeuwen. I tr. 184!)—53. d. 8o. — Schets der Christelijke zedeleer. ütr. 1850. 8o.— Levensberichten van Prof. H. J. Royaard*, door H. Bonman, X. C. Kist en J. H. Scholten. ütr., 's Hert. en Leid. 1854. 4 stn. 8o, m et portret, en tal van oraties en vlugschriften van dezen hoogleeraar, van 1842 tot 1854; te zamen 23 dln. en stn. 4o en 8o. De voorgaande 3 nummers vo men een uniek exemplaar van liet tverlc van Prof. E. J. Royaards. 573 Jacobus Cornelis Swijgliuisen Groenewoud, Oratio de adhibenda ad docendas literas Orientales popularitate Socratica. Leov. 1818. 4o. Institutio ad gramniaticam Hebraicam ducens. ïraj. 1834. So. — Oratio de Corano. Jraj. 1843. 8o. — De anticjuitate Hehraica. Z. p. 1843/4. 2 vol. 8o. M. S. S. — Institutio ad grammaticam. Aramaeam ducens. Traj. 1845. 8o. — Specimina e versione Syriaca Peschito selecta. Traj. 1846. 8o, en enkele oraties en vlugschriften van dezen hoogleeraar, van 1818 tot 18o9. 11 dln. en stn. 4o en 8o. -—• Z e 1 d z a m e serie. 574 Hendrik Egbert Vmkë, Yaticinationes Jesu Cl.risti, de perpessionibus suis, morte et in vitain reditu, illustrantur et vindicantur. Traj. 1818. 8o. — De leer van Jezus en de Apostelen aangaande Zijn lijden enz. 'sGrav. 1837. 8o. — Oratio de germano philosopho, optimo theologo. Traj. 1837. 8o. — Leerredenen. TJtr. 1842. 8o. — Antwoord aan de redactie van liet tijdschrift „"Waarheid in liefde", op de beoordeeling van (zijne) Leerredenen. T'tr. 1843. 8o. — Het Evangelie van Mattheus, met aanmerkingen. TTtr. 1847. 8o. — Schetsen van leerredenen. Utr. 1849. postf., en andere oraties, dictaten en vlugschriften van dezen hoogleeraar, van 1818 tot 1849. 23 dln. en stn. 4o en 8o. 575 , Het Nieuwe Testament, met ophelderende aanmerkingen. T'tr. 1850—64. 4 d. Theologiae Christianae dogmaticae Ecclesiae Reformatae Xederlandicae compendium. Traj. 1853/5. 2 vol. 4 partes. — Ibid. ed. alt. Traj. .1859—60. 2 vol.— Schetsen van leerredenen over den Ileidelbergschen katechismus. Ftr. 1853. postf. — Geloof op gezag? T'tr. 1861. — Levensschetsen van Prof. H. E Vinke, door .T. .T. v. Oosterzee en J. I. Doedes. TTtr. en Leid. 1861—63. 2 stj—- Catalogus van de bibliotheek van Prof. H. E. A inke. T tr. 1864, en tal van oraties, dictaten, leer- redenen en vlugschriften van dezen hoogleeraar, van 1850 tol 1804. 23 dln. en stn. So. De voorgaande 2 nummers vormen een nagenoeg kompleet exemplaar van Dr. H. E. Vinkc's werken. y?G Bernard ter Haar, Joannes en Theagenes, eene legende uit de Apostolische Eeuw. Arnh. 1838. — Idem. ,?e dr. Arnh. 1839. — Idem. 3e druk. Arnh. 184(>. — De St. I'aulusrots (of de schipbreuk van het barkschip Jan Hendrik). Amst. 1847. — Idem. '2e dr. Amst. f847. — Idem. 3e dr. Anist. 1847. — Idem. 5e dr. Arnh. 1865. — Verzameling van verspreide en onuitgegeven gedichten. Arnh. 1850. — Idem. 2e dr. Arnh. 1850. — Idem. 3e dr. Arnh. 1852. — Zangen van vroegeren leeftijd en nieuwe gedichten. Arnb. 1851, m et portret.— Huibert en Klaart je. 3e, 7 e, 9e en 11e dr. Haarl. en Amst. z. j. 4 stn. (Ie dr. = 1858): te zamen 15 dln. So en 12o. 577 , De invloed des Cliristendoms op de poëzy. Leyd. 1843. — Idem. 2e dr. Leid. 1843. - De geschiedenis der Kerkhervorming in tafereelen. 's Grav. 1844/5. 2 d. — Idem. 2e dr. Amst. 1846. 2 (1. -— Idem. 4e dr. Ie d. Amst. 1848. —■ Idem. n. uitg. in één deel. Amst. 1854. — Idem. verkorte uitgave. Amst. 1858. — Woorden van troost en besturing in dagen van droefheid en rouw. Amst. 1853. Offergave verzameling van verspreide en onuitgegeven opstellen. T'tr. 1862. — Utrecht in 1672. Utr. 1872. — Aanspraken aan, en levensschetsen van Dr. 13. ter Haar, door Thomas, G. II. Lamers, S. S. de Koe, en X. Heets. Amst. Utr. en LeiT. .1. L. ten Kate, van 1881 tot 1884. i stn.— C atalogus der bibliotheek van Dr. .T. J. van Oosterzee. T tr. 1882, en tal van kleine geschriften, oraties, feestredenen enz. van dezen hoogleeraar, van de jaren 1871 tot 1884; te zamen 29 dln. en stn. 8o en folio. — M e r k w aardige verzameling. De voorgaande 6 nummers vormen één geheel, waardoor de reuzen-arbeid van Prof. van Oosterzee vrijivel volledig wordt vertegenwoordigd. 592 Pietör dé jong, Disquisitio de Psalmis Maeeabaieis. L 15. 1857. 8o. (2 drukken).— Het belang dat de beoefenaar van het Hebreeuwsch heeft bij de kennis der overige Semitische talen. Leid. 1869. 8o. — Toespraak tot zijne leerlingen. Utr. 1874. 8o. — Verslag van de lotgevallen der Universiteit. TItr. 1881. 8o. —- Levensbericht van Dr. P. de •long', door M. J. de Goeje. Amst. 1891. 8o; te zamen 6 stn. 4o en 8o. 593 Nicolaas Beéts, José, een Spaansch verhaal. Amst. 1834. — Idem. 2e uitg. Amst. 1838. — Idem. (3e uitg.) Ilaarl. 1842. — Kuser. Haarl. 1835. — De masquerade. Leyd. 1835. — Guy de Vlaming. Haarl. 1837. — Parisina en andere gedichten van Lord Byron; u. li. Eng. Haarl. 1837. — ld. n. uitg. Haarl. 1848. — Gedichten. Haarl. 1838. — Idem. 2e dr. Haarl. 1847. — Idem. n. dr. Ilaarl. 1848. — Idem. andere druk. Gent 1818. — Rijmbijbel. Haarl. 1839. — ld. n. dr. Haarl. z. j., niet platen. — Idem. 2e dr. Haarl. 1862. — Ada van Holland. Haarl. 1840. — Dichterlijke verhalen, n. uitg'. Ilaarl. 1848. —■ Idem, andere druk. Amst. z. j. — Korenbloemen. Haarl. 1853. — Nieuwe gedichten. Haarl. 1857. -—- Idem. 2e dr. Haarl. z. j. — Verstrooide gedichten. 2e deel. Haarl. 1863. — Godsdienstige en zedelijke zangen, voor kinderen, naar Isaac AVatts. Leid. 1866. -—■ Idem. 2e dr. T tr. z. i. ■—• Een vaderlandsch lied op het veld bij Heiligerlee. Utr, 1808. — Idem. gr. uitg. op rov. 8o formaat. — Madelieven. Haarl. 1869. — Idem. 2e dr. Haarl. z. j. — Gezangen van Geka. Utr. 1871. -— Idem. 2e dr. Utr. 1872. — Brokkelvloer van rijmspreuken. 'sGrav. 1891, e.a. dichtwerken van dezen hoogleeraar, van 1834 tot 1891; te zamen 40 dln. en stn. 8o en 12o, waarbij 19 in linn. b. — Hoogst zeldzame collectie origineele uitgaven. 594 , De Ameae Sylvii, qui postea Pius Papa Secundus, morum mentisque mutationis rationihus. HarL 1839. — Leven en karakter van Joliannes Henricus van der Palm. Leyd. 1842, met portret, en recensie door Js. de Vries. — De kruiswoorden. Haarl. 1843. — Idem. 2e dr. Haarl. 1866. — Idem. (3e dr.) Amst. 1873. -—- Twaalf preeken. Haarl. 1845. — Geschenk van een cliristelijken vader aan zijne opwassende kinderen; Het huisgezin, bestuur en vermaningen aan al deszelfs leden; De belijder van Christus; naar het Eng. van -I. A. James. Amst. 1844—56. 3 d. — Een oud randschrift voor de nieuwe munt. 3 drukken. Amst. 1846/7. 3 stn. — Twaalftal leerredenen. Haarl. 1863/4. — Zestal leerredenen. Zeist 1865. - - Zestal kerkredenen. Utr. 1870. — Helon's bedevaart naar Jeruzalem; naar het Hoogd. van F. Strauss. 3e uitg. Amst. 1873. — Lectuur voor het ziekvertrek. Amst. 1878. — Levensbericht van Dr. 15. ter Haar, Leid. 1881. en eene uitgebreide collectie afzonderlijke leerredenen, oraties, redevoeringen, levensberichten, vlugschriften enz. op theologisch gebied, van dezen hoogleeraar, van 1839 tot 1881; te zamen 70 dln. en stn. 4o, 8o en 12o.— Hoogst zeldzame verzameling. o95 , Camera obstura van Hildebrand. Ie druk. Haarl. 1839. 8o. — Idem. 2e dr. Haarl. 1840. 8o. — Idem. 3e, 7e, 9e, 1 le en 14e dr. Haarl. 1851, 67, 74, 77 en 83. 5 d. postf. — La chambre obscure de Hildebrand, scènes de la vie Hollandaise; trad. du Holl. par Leon "Woequier. Paris 1856—60. 2 vol 12o. — La camera oscura di Ildebrand; versione prima dall' Olandese del Prof. Gr. Antonioli, parte prima. Xovera. 1879. 12o. — Johs. Dyserinck, Hildebrands Camera Obscura. Midd. 1882: te zamen 11 d. 8o en postf.— Merkwaardige serie. 696 , Proza en poezij; verzameling van verspreide opstellen en verzen. Haarl. 1840. — Verpoozingen op letterkundig gebied. Haarl. 1856. — Idem. 2e dr. Amst. 1873. — Verscheidenheden meest op letterkundig gebied. Ie—4e en 6c stuk. Haarl. 1858—73. 5 stn. — Spar sa; verzameling van verstrooide opstellen en kleine geschriften. Amst. 1882. — Nieuwe verscheidenheden meest op letterkundig gebied, le en 3e st. Haarl. 1885—92. 2 stn. — Toespraken aan, en levensschetsen van Prof. Xicolaas P>eets, door YV Hoogvliet, F. Smit Kleine, A. A. Vorsterman van Oyen, Jo. de Vries, M. de Vries en -T. P. Hasebroek. 1884. 6 stn., met portret.— Catalogue d'une partie de la bibliothèque de M. le Prof. X. Peets. TTtr. 1884, enz., en tal van kleine letterkundige bijdragen van dezen hoogleeraar; te zamen 28 stn. So en postf. 59? , Stichtelijke uren. Ie druk. Ie, 2e, 3e, 4e en 5e deel. Haarl. 1848—58. 5 d. 8o. — Idem. '2e dr. Ie—4e deel. Haarl. 1854. 4 d. 12o. — Llem 4e dr. Ie, 2e, 4e, 5e en 9e deel. Amst. 1873—8-3. 5 d. kl. 8o. — Keur van gedachten uit de Stichtelijke uren, door C. E. S. Haarl. z. j. 24o.— Erbauungsstunden; in einer Auswalil, übers. von F. Meijeringh. Bonn. 1858. 8o; te zamen 16 dln. 8o en 12o. — Ontbreken: 18 49, afl. 7, 10 en 11. 598 , Paulus in de gewichtigste oogenhlikken van zijn leven en werkzaamheid voorgesteld. Haarl. 1853. 4o, met 11 fraaie staalplaten, stem pelban d.— Idem. 2e dr. Haarl. 1855. 8o. —• Idem. 3e dr. Amst. 1859. 12o; te zamen 3 d. 4o, 8o en 12o. 599 —, (Bijdragen in verzamelwerken): Proeven van Christelijke gezangen, Amsterdam bij "W . H. Kirberger. 1854. 8o. — Letterkundig album, 's Gravenhage bij P. H. Noordendorp. Z. j. folio, met portret. — Bijbelsclie vrouwen des Ouden Yerbonds. Haarlem bij A. C. Kruseman. Z. j. 4o, met staalplaten. — Apostelen en profeten. Arnhem bij 1). A. Thieme. Z. j. 12o. — Dichterlijk Album. 3e dr. Deventer bij H. .T. ter Gunne. Z. j. 12o. — Kunst en poezie. Utrecht bij C. van der Post Jr. 1869. gr. 4o, met staalplaten; te zamen 6 d. folio, 4o, 8o en 12o, waarvan 2 in stempelband. COO , De kinderen der zee; (12) schetsen naar het leven aan onze Hollandsche stranden, door Jozef Israëls; gravuren van T. H. Rennefeld ; gedichten van Xicolaas Beets. Haarl. z. j. 4o. — Idem. 2e dr. Arnli. z. j. 4o. — Idem. 3e dr. Arnh. z. j. 4o; 3 verschillende stempelbanden. (TOl , Dichtwerken, volledige uitgave, naar tijdsorde gerangschikt en herzien. Amst. 1876. Ie—3e deel. roy. 8o, verg. 1. b. 602 , Alsvoren, uitgave in klein formaat. Ie dr. Amst. 1878. Ie, 2e en 3e d., met portret. — Idem. 2e dr. Leid. z. j. Ie d., met portret. — Idem. 4e dr. Leid. z. j. Ie d., met portret. — Idem. 5e dr. Leid. z. j. 2e en 4e d.; te zamen 7 d. 12o, waarvan 4 in verg. 1. b. 003 .— Alle gedichten van Anna Roemers Visacher, naar tijdsorde uitgegeven en toegelicht door Xicolaas Beets. TTtr. 1881. 2 d. roy. 8o, met portretten, pl at e n enz. Di' voorgaande 11 nummers vormen een bijna kompleet exemplaar van den zoo bijzonder uitgebreiden arbeid van den nestor onzer letterkundigen. 604 J... j... P... Valeton Jl\, jesaja volgens zijne algemeen als echt erkende schriften. Gron. 1871. — Onderzoek naar den leeftijd van -Joël. Gron. 1875. — l)e Israëlitische letterkunde t,ls onderdeel der Christelijke Theologie. Gron. 1577 . Xog een woord over het ethisch beginsel, l'tr. 1578. — De Profetie van Joël en haar jongste verklaarder. Gron. 1880. •— Ken nieuw begin. l'tr. 1882. — Geloof en Theologie, ütr. 1883. - Alles het uwe en gij van Christus, l'tr. 1880; enz. te zamen 9 stn. 8o. 005 E... H Lasonder, Een steen voor Enschedé, l'tr. 1862. Bloemen en bladen uit Herder's gaarde. 1 tr. 1 SG-i. — Geloof, hoop en liefde blijven. Leeuw. 1807. — De kerkhervorming der X Y Ie Eeuw. Gron. 1868. -— „1568—1868"; Toespraak. Leeuw. 1868. — Christusverkondiging de roeping des Evangeliedienaars. Leeuw: 1873. - De eerste steen van den Willemstoren te Dillenburg gelegd. Eott. 1873. — De geschiedenis der Christelijke zending een belangrijk onderdeel der Christelijke Theologie. Ftr. 1878. — Idem. 2e dr. l'tr. 1878; te :;amen 9 stn. 8o. 606 T... Cannegieter, Christologie volgens den Brief aan de Hebreën. Gron. 1860. Kerk, kerkleer, kerkrecht. Gron. 1878. — De samenhang van het objectieve en liet subjectieve in de dogmatiek. Gron. 1879. — De zedelijkheid, haar wezen, grondslag en doel. Gron. 1879. — Het uitgangspunt en de leidende gedachte der dogmatische wetenschap. Gron. 1880. Het persoonlijk karakter van den Godsdienst en het l'ltramontanisme. 1 'tv. 1882. -—De taak on de methode der wijsbegeerte van den godsdienst. l'tr. 1886. Uitstel, geen afstel!: de bevoegdheid der Synode tot regeling van het Kerkelijk beheer op nieuw gehandhaafd. 1 tr. 1891; te zamen 8 stn. So. 607 Gijsbert Hendrik Lamers. De conscientia. Traj. 1858. — Het wezen en de roeping der kerk. 's Grav. 1867. -— De buitengewone Synode van 1868. 'sGrav. 1808 —• Het belang der opstanding van .Jezus. 'sGrav. 1869. — De wetenschap van den Godsdienst en de Christelijke Theologie. Gron. 1874. — Jezus in zijne levensvreugde en Christus in zijn lijden. Amst. 1875. Een woord over dogmatische Theologie en dogmatiek. Amst. 1876. •— 11e toekomst der dogmatiek, met liet antwoord van Prof. .T. J. van Oosterzee. Amst. en Gron. 1878. 2 stn. — Theologie en natuurwetenschap. Amst. 1880. — Godsdienst en zedelijkheid beschouwd in onderling verband. Amst. 1882. -— De Godsdienst als voorwerp van wijsgeerig onderzoek. Gron. 1883. — De eisch der waarheid in den dienst van Theologie en kerk. Gron. 1883. — De wijsbegeerte in onze Theologie. Ftr. 1884, en tal van leerredenen en vlugschriften van dezen hoogleeraar, tusschen 1858 en 1893; te zamen 30 stn. 8o. — Belangrijke serie. 608 Jacobus Cramer, l)e Arianismo. 'L'raj. 1858. — Zes leerredenen. Rott. 18G3. ■— Idem. 2e bundel, llott. 1866.—• Bijdragen op liet gebied van godgeleerdheid en wijsbegeerte (met l)r. Gr. H. Laniers.) liott. en Amst. 1803 -81. 4 d. — De illusie der moderne richting. Amst. 1867. — Het berouw en het ethisch determinisme. Amst. 18G8. — Christendom en humaniteit. Amst. 1871. —■ Waarheen nu? Amst. 1872, met 3 tegen schriften van Jhr. Mr. C. de Jonge, Dr. -1. J. Prins, en l)s. J. van Waning Bolt. — Wij gaan vooruit. Amst. 1873. -- De wasdom der gemeente. Amst. 1876. Kerk en Theologie. Gron. 1877. — Het leven des geloofs. Amst. 1877. -— De Roomsch-Katholieke en de Oud-Protestantsche Schriftbeschouwing. Amst. 1883. — De symbolische verklaring der Evangelische geschiedenis. Utr. 1884. -— De Protestantsche orthodoxie en liet Protestantisme. Utr. 1884. — Het houten en het ijzeren juk. Utr. 1887. — Exegese en kritiek. Utr. 1889. -— Levensbericht van Dr. J. Cramer, door Dr. G. H. Lamers. Leid. 1895; en tal van leerredenen en vlugschriften van dezen hoogleeraar, tusschen 1858 en 1895: te zamen 38 dln. en stn. 8o. -— Belangrijke serie. f,09 E... H... van Leeuwen, Jezus' tranen. Ylaard. 1869.— De hoogste zegen en de heiligste taak. Ylaard. 1870. — Zestal leerredenen. Ylaard. 1876. De eed en de moderne staat. Utr. 1881, met tegensclirift van Mr. J. A. Levy, en repliek. 3 stn. — D ware behoudzucht. Ylaard. 1885. — Het voorstel Gunning beoordeeld. Ttr. z. j. — De Staat ui het licht des Christendoms. Utr. 1886.— Christus, aller dingen doel en band. Zutph. 1886. -— De studie der Bijbelsche Godgeleerdheid en haar vernieuwd belang voor den Evangeliedienaar. Utr. 1887. — Bijbelsch realisme. Utr. 1857, en tal van vlugschriften van dezen hoogleeraar, tu'3ï;cherï 1869 en 1888; te zamen 24 stn. 8o. — Belangr ij k e serie. 610 H... G Kleyn, Losse blaadjes over de belangen dor Xed. Hervormde Kerk (met Ds. S. D. van Yeen). Amst. 1887. 8 stn. — De Christelijke archeologie in hare verhouding tot de geschiedenis des Christendoms. Utr. 1888. — Zes leerredenen. Hard. 1889; enz. te zamen 11 stn. 8o. 611 S... D... vail Veen, Clnistelijke geloofs- en zedeleer. Gron. 1889. — Zondagsrust en zondagsheiliging in de Zeventiende Eeuw. Xijk. ?. j. enz. 11 sta. 8o. GESCHIEDENIS DER UTRECHTSCHE AKADEMIE. B O li K E N. 012 H. 11. A. J. van Ascli van \\ ijck, Instellingen van Hooger Onderwijs in l'trecht vóór den jare 1030. Utr. 1886. 8o.— Cr. J. Loncq CJz., Historische schets der T tiechtsche Hoogeschool tot hare verheffing in ]81 ó. Utr. 1880. — A. van lierkei, l uechts Hoogesohool \an 1814 tot 18S0. Amst. 1880. So. 013 Eene collectie autographen; brieven van Utrchtsche Hoogleeraren: li. A. Roëll. 1699 en 1717. C1. van Eek. 1720. — J. van Minden. 1726. T. Odé. 1743. — J. F. Reitz. 1700. -— .1. Horthemels. 17o, waarbij o.a. de wartekunst-plaat van J. J. II a i d, naar J. M. Q u i n lv li a r d. C4-: Matthias van Geuns, Medic. Professor. ~\ ©rsclnl.end© ]>ortretten, in folio en 80, waarbij o.a. een proefdruk vóór de letter, van de gravure van IJ. A inkele s, naar T... S... 043 Jodocus Heringa, Eliza's Zoon, Theol. Professor.— 3 V erschillende portretten, in folio en 80, waarbij de zeldzame silhouet van (jt. Kocke r s, van li 94. 044 Tan lis Bleuland, Medic. Professor. — 3 Verschillende portretten, in folio en 4o, waarbij o.a. de zeldzame ongcmeikte pointillé-gravure, in folio medaillon-formaat. 045 Cornelius Wilhelmus de Rlioer, Jur. Professor. — Zeer fraaie folio pointillé-gravure van L. P o r t 111 a n, naar L. J. M o r i t z. — T w e e b ij z on der mooie drukken, zwart en gek 1 eurd. o4C Philippus Guilielmus van Heusde, Litt, Professor.— 7 Verschillende portretten, naar de schilderij van P. C. V onder: de folio gravure van W. vanSenus, in 2 staten; 4o gravure van A\ . Hessloehl, in 2 staten; en 3 steendrukken (niet de ridderorde) van H. -T. Hacker, J. Paling en T. S o e t e r i k. G47 Bernardus Franciscus Suerman, Medic. Professor. Gravure in folio, van A. B. B. T a u r e 1, naar B. d e P o o 1t e r. 1858, in 3 verschillende staten: proefdruk vóór de letter, idem op Chineesch papier, en idem met de letter. (148 Johannes Frederieus Ludovicus Scliröder, Pliilos. Professor. —Gravure in folio, door J. P. Ij a 11 g e, naar -T. H. X e u 111 a 11, in 3 verschillende staten: met dc liandteekening, niet den naam, en dezelfde op Chineesch papier. 049 Hermannus .Tohannes Royaards Hzn., Theol. Professor. 3 Verschillende portretten naar de Schilderij van -T. H. X e u 111 a n, door J. P. Berghaus, en B e n t i n c k. Steendrukken in folio en 4o. 630 Alexander Carolus Guilielmus Suerman, Medic. Professor. — Gravure in folio, van "W. F. "W elmeje r, naar B. de Poorter, in 3 verschillende staten: met de liandteekening op Chineesch papier, idem met den naam, en idem op gewoon papier. 051 Gerardus Johannes Mulder, Pliilos. Professor. — 5 V erscliillende portretten, in folio, 4o en 80, waarbij o.a. de gravure van D. -T. S 1 u v t e r, naar B. de Poorter. 052 Cornelius Guilielmus Opzoomer, .Tur.Professor. — 3 Verschillende portretten, in folio en So, waarbij o.a. dc gravure van D. T. S 1 u y t e r, naar B. de Poorte r. 653 Franciscus Cornelius Donders, iledic. Professor — 5 Verschillende portretten, in folio en 80, waarbij o.a. de gravure van D. J. S 1 u y t e r, naar W. B.Stoof. Cj4 Jacobus Isaacus IJoedes, Theol. Professor. — 5 Verschillende portretten, in folio en 8o, waarbij de zeldzame lithograp me van M. Miecliieisen, van 1859. 055 Johannes Jacobus van Oosterzee, Theol. Professor. — 8 "V erschillende portretten, waarbij o.a. de groot folio gravure van Cornillet, naar J. H. X e u m a n, folio en 4o. C06 Xicolaas Heets, Theol. Professor. II) Verschillende portretten, waarbij o.a. de groot folio gravure van ]). J. S 1 u yt e r, naar A. T. E li 11 1 e, in gewone druk, en in proefdruk vóór den naam; folio en So. C57 H. Regius, J. Oosterdijk Schacht (2 versch.), S. J van Geuns (2 versch.), .T. L. C. Schroeder van der Kolk, Gr. .T. Loncq ( i versch.), li. C. van Goudoever (2 verscli ) Th W Engelmann, H. Snellen, Uedic. Professoren. — Te zamen 14 portretten, folio en 80, waarvan 6 gravures, 7 steendrukken en 1 photographie. G'58 11' flCll0(Zk' C- 'lc Fremery, .T. F. van üeeck Palkoen, G. Moll, -T. Kops, P. J..1. de Fremery, R. van Rees, P. Harting, (2 versch.) .T. A. Mulder, C. H. 1). Bnvs Jïallot, Philos. 1 rofessoren.-- ïe zamen 11 portretten, folio en 8o, waarvan ■i gravures, G steendrukken en 2 photographiën. fi53 T/ T. Voet, G. Noodt (2 verscli.), J. R. de Bruevs. J. Ackersdijck, .J. M. F. Birnbaum (2 versch.) G \v A reede (3 versch.), B. -T. L. de Geer (2 versch.), .T. Baron d Aulnis de Bourouill, Jur. Professoren.—Te zamen 14 porren t en 8°' waarvai' ^ gravures en 11 steendrukken. W>U J. G. Graevius, P. Burmar, A. Drakenborch, P. Wesseling. C. Saxe, A. van Goudoever (2 versch.), A. Simons (- versch.), L. G. Visscher, S. Karsten, -T. A. C. Rovers (- Aersch.), . G. Bnll, Litter. Professoren—- Te zamen 14 portretten in folio en So, waarvan 5 gravures, 7 steendrukken en 2 photographiën. CC1 P. van Mastricht (2 versch.), M. Leydecker, H. Witsius (2 versch.), A. Reland (2 verscli.), H. A. Röell, H. van Alphen, F. Burman (n) (2 versch.), ,T. Ens, J. van den Honert TTTz., A. Voget (2 verscli.), G. Irhovius, G. 51. Elsnerus, F. Burman (III), G. Bonnet, C. Segaar, Y. van Hamelsveld, TT. Rovaards (2 versch.), H. E. Vinke. Tlieol. Plofessoi en. Te zamen 24 portretten, in folio en 8o, waarvan 21 gravures en 3 steendrukken. — Zeer belangrijke verzameling. 662 Portretten van Hoogleeraren aan de Ftrechtsche Hooge- /' school. Te zamen 20 portretten, waarvan 18 gravures, 7 steendrukken en 1 photographie. — Belang rijk e verzameling. GELEGEN H EIDSPEENTEN. 608 Utrechtsche Academie-feesten in de 18e Eeuw. — Ge kroonde TTtrechtsche Schenk-kan uitgeschonken ten dage der Yieringe van het Eeuwfeest der Utrechtsche Akade mie. 1736. Eeuwgedachtenis ofte verklaering van den penning. 1736. — Eeuwfeest der TTtrechtsche Academie.— Promotie met de Kap. — Illuminatie van het 'N uurwerk door de Heeren Studenten Afgestooken ter Eere van Zijne Hoogheit te Utrecht, 1747, 27 Julv. -— Hetzelfde, veel fraaier en grooter, en met de „Verklaring van de letters en cijffers in de figuur des tempels". — Hetzelfde, met ander onderschrift en met adres van Hermannus en -Tohannis Besseling; te zamen 7 sts. folio en 8o. 004 Tweede Eeuwfeest der TTtrechtsche Hoogeschool, in 1836.— Herinnering aan de belangrijkste plegtigheden en festiviteiten, door H. van H o ve Bz. 7 Steendrukplaten, groot folio, en een vel verklaring in boekdruk. (I. Prins Maurits, de hoofdfiguur uit de Maskerade. II. De optogt vóór de Akademie. III. De promotie. More Majorum in de Domkerk. IV. De partij der H. H. Studenten in den '1 uin van O. van Leeuwen. V. Optogt van eene werkende boekdrukkerij. VI. De cantante in de Jacobi Kerk. \ II. De volksvermaken in het Sterrenbosch). ()(>•> —■—. Zinnebeeldig tafereel van de hoofdrollen te paard (Gezicht van de Maskerade op de Neude, komende van af de Voorstraat, bij fakkellicht). Zeer zeldzame steen drukplaat. Een weinig vlelckig. — Facsimilé van het octrooi der Staten van Utrecht tot het oprigton der Utrechtsche Hoogeschool lfi February 1836.— Portret van den Heer .Tacobus van Ascli van AVijck. Twee steendrukplaten uitgegeven bij het 2e Eeuwfeest; bij X. van der Monde en L. E. Bosch : in het oorspronkelijke omslag. Zeldzaam. — Volgorde van den optogt (bij C. van der Post Jr.).- Aankondiging van de promotie'More Majorum (bij .Toh. Altheer). 2 vel plano, boekdruk; te zamen 6 vel folio. <106 Gelegenheidsprenten betreffende de geschiedenis van de Utrechtsche Akademie, tusschen de jaren 1830 en 18%. — Indeelingsstaat van de Kompagnie Vrijwillige .Tagers der T trechtsche Hoogeschool. 1830. - Geïllumineerde tempel, naar Toskaansche orde bij gelegenheid van het 220-jarig bestaan der Utrechtsche Hoogeschool. — Herinnering aan den feestelijken avond van 19 Juny 1850, in de Nieuwe Baan (met voormelden tempel op den achtergrond). — Groote rijpartij op 5 November 1857. —- Muziekfeest ter eere van Mad. A. Ristori in 1800 (met gezichten op liet Rhijnspoorstation, de Stadhuisbrug en aan het Taiïskerkhof). — Twee vlagge-chassinetten voor het 45e lustrum, in 1801, op linnen. — Twee vlagge-chassinetten voor het 46e lustrum, in 1806, op papier. - De receptie van Karei den Stoute, in 1876. - Het nieuwe grebouw der Hoogeschool en het groote glasraam in liet Universiteitsgebouw. 1895; te zamen 12 steendrukplaten, folio en 4o. 067 Studenten- en spotprenten. — Afbeelding van het huis van Mr. H. P., in de Pietersstraat, belegerd door Akademie-burgers wegens de vervolging van een Student. Zeldzaam. — Spotprent op Thorbeeke's voorstel tot opheffing' der Utrechtsche Hoogeschool. — Het nieuw vermakelijk ganzenspel. — Bram, de Mop, Koopman in mosselen f>n speel pop der Studenten (2 verschillenden), e. a. gelegenheidsprenten. 15 Steendrukplaten, folio, 4o en 8o. 068 Promotie-partijen. — Mr. F. A. .1. F. van Rappard, 8 Juli 1882; Mr. Th. F. Lucassen, 10 Mei 188-3: Mr. C. T. den Tex Bondt, -1(1 Mei 1883: Mr. R. van Zuvlen van Nvevelt. 20 November 1883: MivTV TT. ,T. Royaards. 11 November 1884: Mr. H. G. C. Marem, 12 Februari 1885: Mr. F. H. ïiosecaat Vermeer en Mr. T. E. Boddaert, 3 .Tuli 1885; Mr. •T. A. Sprengler, .Thr. Mr. D. -T. A. A. van Lawick van Pabst tot Nvevelt, e.a. 11 Steendrukplaten, gr. en kl. folio. — Zeer z e 1 d z a a m. MASKERADES. 009 Utrechtsche Maskerade van 1836, voorstellende: Den Optogt des Nederlandsehen Legers naar Ostende, den 3 July 1600, daags na de overwinning bij Nieuwpoort. 10 Steendrukplaten, lang folio. Gekleurd exemplaar — vlekkig. 67 0 van 1841, voorstellende: De Ontvangst van "VVil- lem II, Graaf van Holland te Utrecht. Roomsch Koninff binnen Utrecht in Januarv 1249. 18 Steendrukplaten en afzonderlijke titelplaat, lang folio. Gekleurd exemplaar. 671 dezelfde maskerade. Zwart exemplaar. 675.? van 1846, voorstellende: Den Intogt van Philips II. Prins van Spanje, in Utrecht, den 3en October 1549 22 Steendrukplaten, lang 4o. Zwart exemplaar, met verklaring in 10 blz. boekdruk. 673 ———— van 1851, voorstellende: De Vaderlandsebe Geschiedenis van de vroegste tijden tot op het einde der 17e Eeuw. 8 Steendrukplaten, lang en breed folio. Gekleurd exemplaar, met afzonderlijk titelblad en verzamelblad. 074 dezelfde maskerade. Zwart exemplaar, zonder de bijbladen. 075 van 1856 (Studentencorps), voorstellen dei: De Grondleggers van Neerlands Vrijheid (Tijd van Willem I). 5 Steendrukplaten, lang folio. Gekleurd evemplaar, met afzonderlijk titelblad en 1 vel verklaring in boekdruk. 676 van 1856 (Mutua Fides), voorstellende: Ons Vaderland omstreeks het midden der 17e Eeuw. 7 Steendrukplaten, lang en breed folio. Gekleurd exemplaar, met afzonderlijk titelblad en verzamelblad. 67 7 van 1861, voorstellende: Historische herinneringen uit de ontwikkelingsgeschiedenis der Europeesche Volken in de Middel-Eeuwen. 8 Photographiën, gr. 4o, met 66 hlz. verklaring in boekdruk, in stempelband. G78 van 1866 (in 1867 gehouden), voorstellende: Het Bezoek van Maximiliaan van Oostenrijk en Maria van Bourgondië en feesten bij die gelegenheid gevierd, te Brugge, in het jaar 1477. 8 Steendrukplaten, en afzonderlijke titelplaat, lang folio. Gekleurd exemplaar, met 1 vel verklaring in boekdruk. van 1871, niet gehouden. 679 van 1876, voorstellende: Den Intocht van Hertog Karei den Stoute te Zutfen, IV Augustus 1473. 7 Steendrukplaten, en afzonderlijke titelplaat, lang folio. Gekleurd exemplaar, met 1 vel verklaring in boekdruk. 680 van 1881, voorstellende: De Triumphelijcke In- conist van den doorluchtighen ende hoogliglieboren Aertshertoge Matthias, binnen die princelijcke stadt van Brv.ssele in 't iaer ons Heeren. 1578, den 18 dach Januari). • 7 Steendrukplaten en afzonderlijke titelplaat, lang fol'o. Gekleurd exemplaar,, met 1 vel verklaring in boekdruk. GEDENKPENNINGEN. 681 1736. Eeuwfeest der T trechtsche Hoogeschool, den 27 Maart. V. L vervolff ÏI No. 106 Zilver. 682 1836. Tweede Eeuwfeest der Utreehtsche Hoogeschool (Minervabeeld). D. van der Keilen f(ecitl D. No. 52o. Bron 083 18,36. Op hetzelfde feit (Miiiervabuste). van der Keilen l(ecit.) D. No. 521. Brons. 84 1830. Op hetzelfde feit, strooipenning (maar ook rechtsche buste).D No. 522. Koper 685 1870. 48e Lustrum der Utrechtsche Hoogeschool vStrooipenning bij de maskerade gegeven: (27 Juni). Intocht van Karei den Stoute te Zutplien, 4—11 Augustus 1473.') Drons. ' (>80 1881. Maskerade bij het 40e Lustrum, op 28 Juni 1881 : Intocht van Matthias van Oostenrijk te Brussel in Januari 1578. (Uitgave van C. J. Begeer, te Utrecht.} Brons. 177G- Toegangspenning tot den Hortus Medicus, ten rar.-e \an: P. isbach 1(77. V. L vervolg. VII. No. 514. Koper. 088 Een zegel der Hoogeschool, in roode lak, in koperen doos met de linten. I INHOUD. STAD EN PROVINCIE UTRECHT. Boekan: Uitgaven van liet Historisch Genootschap 1— 14 Oudheden — Kerkelijke geschiedenis 15-- "9 Wereldlijke geschiedenis 40— 6o Beschrijving van de Provincie Utrecht 87— 94 Beschrijving van de Stad Utrecht 95— 112 Tan den Gerechte 113—124: Gildewezen — Nijverheid 125—136 Teekeningen, Prenten en Portretten. Provincie Utrecht. Teekeningen 13?—150 Prenten 151—191 Stad Utrecht. Teekeningen 192—212 Prenten 213—240 Portretten '-41—252 Penningen en Munten. Utrechtsche Historie-penningen -53—2- 48e Lustrum der Utrechtsche Hoogeschool ^Strooipenning bij de maskerade gegeven: ('27 Juni). Intocht van Karei den Stoute te Zutphen, 4—11 Augustus 1473.) Brons.