REGLEMENT van den Bond van Ger. Mannenvereenigingen in Nederland. Naam. Artikel 1. De Bond draagt den naam „Bond van Geref. Mannenvereenigingen in Nederland". Doel van den Bond. Art. 2. Het doel van den Bond van G.M.V. is: dienstbaar te zijn aan den in- en uitwendigen bloei der reeds bestaande of nog op te richten G.M.V. in Nederland, welke beoogen onder hare leden aan te wakkeren en te verdiepen de kennis der beginselen voor het Gereformeerde leven. De Bond zal zich onthouden van alle georganiseerde actie om daardoor te trachten rechtstreeks invloed uit te oefenen op den gang van zaken in onze Gereformeerde Kerken. Grondslag. Art. 3. De Bond heeft tot grondslag Gods onfeilbaar Woord, naar de opvatting van „De Drie Formulieren van Eenigheid der Geref. Kerken in Nederland." Middelen. Art. 4. De Bond tracht zijn doel te bereiken door: a. Het bevorderen van eenheid in wezen en doel der G.M.V. b. Het oprichten van G.M.V. op plaatsen waar zulke vereenigingen nog niet worden gevonden. c. Het uitgeven van een Bondsblad, zoomede van boeken en geschriften, welke dienstbaar kunnen zijn aan den arbeid der G.M.V. d. Het houden van vergaderingen, waarin de belangen der G.M.V. worden besproken. e. Het verleenen van hulp aan en het handelend of vertegenwoordigend optreden in het belang der G.M.V. f. Alle verdere ten dienste staande wettige middelen. Leden. Art. 5. Geref. Mannenvereenigingen, wier grondslag en doel in overeenstemming zijn met het Bondsreglement, kunnen als lid tot den Bond toetreden. Art. 6. Een vereeniging, welke tot den Bond wenscht toe te treden, geeft, onder overlegging van haar reglement, daarvan kennis aan den Secretaris van het Bondsbestuur. De Secretaris deelt dit aan de aangesloten Vereenigingen mede door middel van het Bondsorgaan en schrijft zulk een Vereeniging voorwaardelijk als lid in, daarvan kennis gevende aan de betrokken Vereeniging. Indien binnen 14 dagen na deze publicatie geen bezwaren tot toetreding zijn ingekomen, wordt het lidmaatschap definitief. Over ingekomen bezwaren beslist het Bondsbestuur binnen 2 maanden, na beide partijen gehoord te hebben, behoudens beroep op de algemeene Bondsvergadering, Art. 7. Leden van den Bond, die in strijd handelen met het reglement van den Bond, kunnen door het Bondsbestuur of de Bondsvergadering worden geroyeerd, behoudens in het eerste geval beroep op de algemeene Bondsvergadering. Art. 8. Leden, die zich vrijwillig onttrekken aan. den Bond of geroyeerd worden, verliezen alle rechten of aanspraken als zoodanig. Begunstigers. Art. 9. Begunstigers(sters) zijn zij, die den Bond steunen door een jaarlijksche bijdrage van minstens f 1.50. Zij ontvangen het Bondsorgaan gratis en hebben toegang tot de openbare vergaderingen van den Bond. Bondsbestuur. Art. 10. Het Bondsbestuur bestaat uit minstens 5 en hoogstens 14 leden, gekozen ter algemeene Bondsvergadering door de vertegenwoordigde vereenigingen. Bestaat het Bondsbestuur uit 14 leden, dan worden uit de Provincies Friesland en ZuidHolland zoowel uit het noordelijk als het zuidelijk gedeelte elk één lid gekozen, uit de Provincies Noord-Brabant en Limburg samen één lid en uit de overige 7 Provincies eveneens elk één lid. De twee overige plaatsen zijn bestemd voor den len Voorzitter en den len Secretaris, die dus niet aan een bepaalde Provincie zijn gebonden. Art. 11. Van het Bondsbestuur treedt elk jaar een derde der leden af, bij rooster vast te stellen, doch zijn terstond herkiesbaar. Elke aangesloten vereeniging heeft het recht voor elke vacature EEN candidaat te stellen. Candidaten moeten lid zijn van een bij den Bond aangesloten Geref. M.V. Met vermelding voor welke vacature de opgegeven candidaat gesteld wordt, moet deze opgave, vergezeld van een schriftelijke verklaring van den candidaat dat hij met zijn candidaatstelling accoord gaat, uiterlijk 3 maanden voor de algemeene Bondsvergadering bij den Secretaris zijn binnen gekomen. Ook het Bondsbestuur zal voor elke vacature één candidaat stellen, doch moet 2 candidaten stellen, wanneer geen enkele Vereeniging van haar recht tot candidaatstelling gebruik mocht maken. De namen der candidaten worden ten minste 4 weken voor de algemeene Bondsvergadering ter kennis der aangesloten vereenigingen gebracht en daartoe zoo mogelijk in het Bondsorgaan gepubliceerd. Art. 12. Het Bondsbestuur verdeelt onderling de functies van: 2en Voorzitter, len Secretaris, len Penningmeester, 2en Secretaris en 2en Penningmeester. De le Voorzitter wordt door de Algemeene Bondsvergadering gekozen. De le en de 2e Voorzitter, de le Secretaris en de le Penning¬ meester vormen het dagelijksch bestuur van den Bond. Art. 13. Het Bondsbestuur vergadert minstens 2 X per jaar en zoo dikwijls het dagelijksch bestuur ter afwerking der Bondszaken zulks noodig oordeelt. Het kan alleen dan wettige besluiten nemen, indien minstens twee derde harer leden tegenwoordig is. Een vergadering, volgende op een onvoltallige vergadering, is wettig, ongeacht het aantal aanwezige leden, mits deze laatste vergadering behoorlijk is geconvoceerd. Reis- en verblijfkosten betreffende Moderamen-, bestuurs- en algemeene vergaderingen van den Bond worden aan de bestuursleden uit de Bondskas vergoed. Art. 14. Het Bondsbestuur heeft de leiding der werkzaamheden en vertegenwoordigt den Bond naar buiten. De dagelijksche leiding van zaken berust in handen van het dagelijksch bestuur, 't welk op iedere bestuursvergadering rapport uitbrengt van zijn werkzaamheden sinds de vorige bestuursvergadering. Het Bestuur benoemt uit zijn midden een commissie van twee personen, permanent belast met de controle der finantieele administratie van den Bond. Finantiën. Art. 15. De bij den Bond aangesloten vereenigingen betalen aan de Bondskas een door elke Vereeniging zelve te bepalen contributie met een minimum van 6J4 cent per lid per maand plus inningskosten, een en ander per kwartaal bij vooruitbetaling te voldoen. Als maatstaf voor het vaststellen der contributie voor elke vereeniging geldt het aantal leden, dat elke vereeniging blijkens de lijst van gezonden bondsbladen bij den aanvang van elk nieuw kwartaal heeft. Bij nieuw toegetreden vereenigingen geldt de eerste maal als maatstaf het aantal leden, dat op het tijdstip van toetreding zulke vereenigingen hebben. Zij betalen de eerste maal een contributie in evenredigheid met den tijd, die nog verloopt voor weer een nieuw kwartaal begint. Onder het bedrag der Bondscontributie is tevens begrepen een vergoeding der kosten voor het Bondsorgaan, dat maandelijks gratis aan elk der leden van aangesloten Vereenigin- gen franco per post wordt toegezonden. Eveneens wordt gratis iedere maand een extra exemplaar aan den Secretaris van elke aangesloten Vereeniging gezonden ten dienste van haar Bibliotheek of Archief. Bondsvergaderingen Art. 16. Elk jaar wordt een algemeene Bondsvergadering gehouden, waarop elke aangesloten Vereeniging door één stemhebbend afgevaardigde zich kan doen vertegenwoordigen. Toegang hebben voorts alle leden van aangesloten vereenigingen. Een afgevaardigde kan meerdere, doch ten hoogste 3 aangesloten vereenigingen vertegenwoordigen, mits hij daartoe schriftelijke volmacht heeft. Elk Kringbestuur kan zich doen vertegenwoordigen door één afgevaardigde met adviseerende stem. De agenda en event. voorstellen moeten minstens 4 weken voor de algemeene vergadering ter kennis van de aangesloten vereenigingen en van de kringen worden gebracht. De reiskosten, berekend naar 3e klasse spoor of le klasse boot van één stemhebbend afgevaardigde van elke aangesloten vereeniging naar de Bondsvergadering, worden aan de betreffende vereenigingen uit de Bondskas door den Bondspenningmeester gerestitueerd, zoodra het totaal-bedrag dezer reiskosten, omgeslagen over al de aangesloten vereenigingen in ve, houding tot haar ledental, ongeacht of een vereeniging al of niet op een Bondsvergadering vertegenwoordigd is geweest, door den Bondspenningmeester is ontvangen. De gemaakte reiskosten worden door de betreffende stemhebbende afgevaardigden op de Bondsvergadering zelve schriftelijk aan den Bondspenningmeester opgegeven. Art. 17. Op de Algemeene Bondsvergadering wordt: a* Het jaarverslag van den Secretaris en het finantieel verslag met begrooting van den Penningmeester behandeld. b. Voorzien in de vacaturen van het Bondsbestuur. ( c. De plaats aangewezen, waar de e.v. algemeene jaarvergadering wordt gehouden. d. Door den voorzitter een Kringbestuur, of bij gebreke daarvan een Vereeniging aangewezen ter plaatse, waar de volgende Bondsver¬ gadering zal worden gehouden, welke een commissie van 3 daarvoor geschikte personen zal benoemen, zoo mogelijk uit verschillende vereenigingen tot dien Bondskring behoorende, om de finantieele administratie van den Bond vóór de eerstvolgende Bondsvergadering na te zien en daarvan op die Vergadering te rapporteeren, nadat deze administratie ook door de commissie uit het Bestuur, bedoeld in art. 14, 3e alinea van dit reglement, zal zijn gecontroleerd. e. De voorstellen behandeld, welke op de agenda voorkomen. f. Onderwerpen behandeld, die met het doel der G.M.V. in verband staan. Art. 18. Voorstellen van aangesloten Vereenigingen en van Kringen kunnen te allen tijde, voorzien van een behoorlijke toelichting, bij den Bondssecretaris worden ingediend. Alle voorstellen, welke tot 3 maanden vóór de e.v. Bondsvergadering in het bezit van den Bondssecretaris zijn gekomen, worden op de agenda van die Bondsvergadering vermeld, zoo noodig met préadvies van het Bondsbestuur. De datum der Algemeene Bondsvergadering wordt door het Bondsbestuur vastgesteld en in het Bondsorgaan minstens 4 maanden van te voren gepubliceerd met vermelding der namen van de Bondsbestuurders, die dan aan de -urt van aftreding zijn. Art. ij. Elke vertegenwoordigde aangesloten vereeniging brengt op de algemeene Bondsvergadering één stem uit Vereenigingen, die vanwege haar groot ledental, tot splitsing in afdeelingen zijn overgegaan, kunnen op Bondsvergaderingen door elke vertegenwoordigde afdeeling één stem laten uitbrengen, mits elke afdeeling haar eigen afdeelingsbestuur heeft, minstens 20 leden telt, geregeld vergaderingen houdt en de Bondssecretaris minstens 3 maanden vóór de Bondsvergadering van deze splitsing door de betrokken Vereeniging in kennis is gesteld. Stemmingen over personen hebben schriftelijk, over zaken mondeling plaats. Wanneer in dit Reglement niets anders is bepaald, beslist de volstrekte meerderheid. Bij staking van stemmen over personen wordt de oudste in leeftijd gekozen verklaard, over zaken wordt het voorstel geacht te zijn verworpen. 81 K 185 PRIJS 10 CENT REGLEMENTEN 1. VAN DEN BOND VAN GEREFORMEERDE MANNENVEREENIGINGEN IN NEDERLAND ♦ 2. VAN DE GEREFORMEERDE MANNENVER.: TE ♦ 3. VANDENBONDSKRING: ♦ 4. VAN DE PROVINCIALE AFDEELING: UITGAVE VAN DE VEREENIGING : DE GEREF. MANNENBOND 1939 Bondsuitgaven. Art. 20. Van het Bondsorgaan en van andere geschriften, boeken, enz., welke voor G.M.V. of de propaganda daarvoor van belang zijn en welke alleen vanwege den Bond zelve uitgegeven mogen worden, benoemt het Bondsbestuur de Redactiën, welke ieder voor haar taak verantwoordelijk zijn aan het Bondsbestuur. Dit laatste draagt de verantwoordelijkheid tegenover de Bondsvergadering. Bondskringen. Art. 21. Teneinde den arbeid van den Bond voor de Vereenigingen, aangesloten bij den Bond zoo vruchtbaar mogelijk te doen zijn, en de oprichting van nieuwe G.M.V. te bevorderen, vereenigen de aangesloten Vereenigingen zich zooveel mogelijk tot Bondskringen. Art. 22. Een Bondskring wordt gevormd door in den regel ten minste 3 en ten hoogste 7 naburige, bij den Bond aangesloten Vereenigingen. Van dezen regel kan alleen met goedkeuring van het Bondsbestuur worden afgeweken. De indeeling der Vereenigingen in Bondskringen geschiedt door het Bondsbestuur in overleg met de betrokken Vereenigingen. Een Bondskring zal genoemd worden naar de plaats, die als het Centraal punt kan worden beschouwd of naar de omgeving, waarin hij is gevestigd. Alleen bij den Bond aangesloten Vereenigingen kunnen tot een Bondskring bchooren. Bij beëindiging van het lidmaatschap van den Bond, houdt men tevens op lid van een Bondskring te zijn. Met inachtneming van de in het Bondsreglement voorkomende bepalingen, stelt elke Bondskring zijn eigen Kringreglement vast. Dit Kringreglement en alle daarin aan te brengen wijzigingen behoeven, om van kracht te zijn, de goedkeuring van het Bondsbestuur. Art. 23. De middelen, waardoor de Bondskring zijn doel tracht te bereiken zijn: le. het houden (minstens 2 maal per jaar, eens in het voorjaar en eens in het najaar) van een openbare of huishoudelijke vergadering, toegankelijk voor alle leden van alle bij den Bondskring aangesloten Vereenigingen, waarop: a. zulke onderwerpen worden behandeld, welke voor het leven van alle aangesloten Vereenigingen van nut kunnen zijn; b. de belangen der G.M.V. binnen het ressort van den Bondskring worden besproken en het oprichten van nieuwe Vereenigingen of het doen aansluiten bij den Bond van reeds bestaande Vereenigingen wordt voorbereid, bij de uitvoering waarvan op de hulp zoo noodig van het Afdeelings- en Bondsbestuur kan worden gerekend. 2e. het verrichten van alles, wat rechtstreeks of zijdelings het doel van den Bond kan bevorderen, voor zooverre dit op het terrein van een Bondskring ligt. Een convocatie van elke Kringvergadering zal o.m. gezonden worden aan den Secretaris van den Bond, de Redactie van het Bondsorgaan, den Bondsbestuurder en den event. Afd.Secretaris in de betreffende Provincie. Alle leden van het Bondsbestuur hebben tot alle vergaderingen van den Bondskring vrijen toegang met adviseerende stem. Art. 24. Het Bestuur van een Bondskring wordt gevormd, zijn functies verdeeld en zijn aftreding geregeld op een in het kringreglement te bepalen wijze, met dien verstande, dat steeds alle Vereenigingen tot den Bondskring behoorende in het Kringbestuur vertegenwoordigd moeten zijn. Stemmingen bij kringen en kringbesturen zijn aan dezelfde regelen gebonden als in art. 19 vastgelegd. Art. 25. De uitgaven van den Bondskring worden bestreden uit een door het Kringbestuur te heffen kring-contributie, welke een bedrag van f 0.20 per jaar per lid van elke aangesloten Vereeniging niet mag te boven gaan, voorts uit collecten en giften. De Penningmeester is steeds verantwoording schuldig aan het Bestuur omtrent den stand der finantiën. Art. 26. Minstens eens per kalenderjaar wordt elke aangesloten Vereeniging binnen het ressort van den Bondskring door een lid van het Kringbestuur bezocht. Van elk bezoek wordt door den kringbestuurder een schriftelijk rapport aan den Kringsecretaris binnen 14 dagen na zijn bezoek ingezonden. Alle zaken, op dit bezoek en op deze rapporten betrekking hebbende, worden door het Kringbestuur vooraf geregeld en vastgesteld. Art. 27. Vóór 15 Februari van élk jaar brengt de Secretaris van eiken Bondskring een rapport uit aan den Bondssecretaris omtrent den toestand van den Kring en zijn aangesloten Vercenigingen, waarbij hij gebruik maakt van de rapporten, door zijn medebestuurders over bun bezoeken aan de aangesloten Vereenigingen uitgebracht. Provinciale Afdee'ingen Art. 28. Provinciale afdeelingen hebben ten doel den arbeid van den Bond voor het Vereenigingsen Kringleven in een bepaalde provincie zoo vruchtbaar mogelijk te doen zijn en pogingen tot oprichting van nieuwe Vereenigingen en van kringen en tot het doen aansluiten van reeds bestaande Vereenigingen bij den Bond te bevorderen. Zoodra in een provincie voldoende bereidheid onder de aangesloten vereenigingen bestaat tot het vormen van een Prov. Afdeeling, hieruit blijkende, dat minstens 2/3 der aangesloten vereenigingen in een provincie zich daarvoor verklaren, kan hiertoe onder leiding van den betreffenden Bondsbestuurder in die Provincie worden overgegaan, waarbij de volgende bepalingen in acht te nemen zijn: a. Alleen bij den Bond aangesloten vereenigingen kunnen tot een Prov. Afd. behooren. b. Met inachtneming van de in het Bondsreglement voorkomende bepalingen stelt elke Prov. Afd. zijn eigen Afdeelingsreglement vast, hetwelk, gelijk ook alle daarin aan te bi'cngen wijzigingen, de goedkeuring van het Bondsbestuur behoeft, alvorens van kracht te worden. c. Het Afdeelingsbestuur zal bestaan uit den Bondsbestuurder uit de betreffende Provincie en uit één lid uit elke Kringbestuur, en voorts uit zooveel leden als de Afdeeling wenschelijk zal oordeelen. d. Van de werkzaamheden van de Prov. Afd. zendt de Bondsbestuurder uit de betreffende Provincie jaarlijks schriftelijk een verslag in aan het Bondssecretariaat vóór de Bondsbestuursvergadering, welke in het begin van het jaar wordt gehouden. e. De uitgaven van de Prov. Afd. worden bestreden uit collecten en vrijwillige bijdragen en/of een vaste contributie, welke laatste echter een bedrag van 10 cent per jaar per lid niet mag overschrijden. Slotbepalingen. Art. 29. Wijzigingen in dit reglement kunnen alleen tot stand komen in een algem. Bondsvergadering en met minstens twee derde der stemmen van de vertegenwoordigde vereenigingen. Art. 30. De artikelen 2, 3 en dit artikel mogen niet veranderd worden; verandering dezer artikelen heeft opheffing van den Bond tengevolge. Art. 31. Alle verbintenissen, waardoor de Bond geldelijke verplichtingen op zich neemt, worden door het Bondsbestuur aangegaan op naam van de vereeniging: ,,De Geref. Mannenbond", welker statuten zijn goedgekeurd bij K.B. d.d. 28 October 1932 No. 10. Leden van de vereeniging zijn uitsluitend de leden van het Bondsbestuur; aftreding als lid van het Bondsbestuur doet tevens het lidmaatschap der vereeniging „de G.M.B. vervallen. De verhouding tusschen Bond en G.M.B. wordt bij H.H.R. nader geregeld. Art. 32. In alle gevallen, waarin dit reglement niet voorziet, beslist het Bondsbestuur, behoudens beroep op de Alg. Bondsvergadering. HET BONDSBESTUUR. N.B. De hierachter volgende Reglementen voor Vereenigingen, Kringen en Prov. Afdeelingen zijn concepten, zoodat deze zoo noodig kunnen worden gewijzigd, mits daardoor niet in strijd komende met het Bondsreglement. Reglement van de G. M.V.: Naam. Art. 1. De vereeniging draagt den naam: Gerefor.meerde Mannenvereeniging ™.(/UUL&C,j en is gevestigd te Grondslag. Art. 2. De Vereeniging aanvaardt als grondslag Gods onfeilbaar Woord, naar de opvatting van ,,De Drie Formulieren van Eenigheid der Ger. Kerken in Nederland"; mitsdien stelt zij zich onder het toezicht van den Raad der Geref. Kerk te Doel. Art. 3. Het doel der vereeniging is: onder haar 1 'rn aan te wakkeren en te verdiepen de 4 A icainS£lÉ« voor het Gereformeerde De vereeniging zal zich onthouden van alle georganiseerde actie, om daardoor te trachten -echtstreeks invloed uit te oefenen op den gang van zaken in onze Geref. Kerken. Middelen. Art. 4. De vereeniging tracht dit doel te bereiken: a. door de behandeling op hare vergaderin¬ gen van al zulke onderwerpen, welke aan het doel der vereeniging bevorderlijk zijn: b. door het inrichten van een bibliotheek; c. door aansluiting bij den Bond van Geref. Mannenvereenigingen in Nederland. Leden. Art. 5. Leden kunnen zijn belijdende leden der Geref. Kerk, die instemmen met het doel der vereeniging. *) Art. 6. De leden hebben het recht één of meer personen in de ledenvergadering te introduceeren, mits instemmende met den grondslag en hét doel der Vereeniging--en niet meer dan tweemaal in eenjiaff jaar denzelfden persoon, een en anffer' onder goedkeuring van het aanwezige J>«Stuur. Art. 6. 0 m als lid te kunnen worden voorgesteld, IVfjJt men zich tot den Secretaris, die daari/Q/n n de ledenvergadering mededeeling doet, y£ ll.e over het al of niet toelaten beslist. Art. Het lidmaatschap verplicht tot een contributie van cent per 2) Is een der leden onvermogend de contributie te betalen, dan kan het bestuur hem geheel of gedeeltelijk daarvan vrijstellen. J) Hieromtrent heeft de Bond de volgende uitspraak gedaan: ,,De Bond van G.M.V. in Nederland, in jaarvergadering bijeen te Zwolle op 27 Juni 1934. overwegende, a. dat het Bondsreglement geen Vereenigingen uitsluit van het lidmaatschap van den Bond, die ook toelaten niet-leden der Geref. Kerk, instemmende met den grondslag en het doel dier vereenigingen; b. dat elke aangesloten Vereeniging is geroepen zelf haar grondslag te handhaven, te bepalen wie lid kan worden en wie op grond van afwijking van den grondslag zou moeten worden geweerd of geroyeerd; constateerende, dat als regel onze aangesloten Vereenigingen uit leden der Geref. Kerk bestaan en slechts sommige dier Vereenigingen bij uitzondering en in bijzondere gevallen ook niet-leden der Geref. Kerk als leden toelaten; spreekt de wenschelijkheid uit, dat deze gedragslijn ook in de toekomst blijve gevolgd, waardoor het karakter van onzen Bond het meest in overeenstemming zal blijven met de bedoeling, welke bij zijn oprichting beoogd werd en nader omschreven is in art. 2, 3 en 5 van zijn Bondsreglement." 2) In de praktijk is een maandelijksche contributie-betaling het'beste gebleken. Art. $. Wanneer men als lid wenscht te bedanken, geeft men daarvan kennis aan den Secretaris; hij, die ophoudt lid te zijn, verliest alle rechten en aanspraken als zoodanig. Art. ). Aan leden, die zich schuldig maken aan handelingen, strijdig met het Reglement, kan door 't Bestuur het lidmaatschap worden opgezegd. Indien 't Bestuur verplicht is iemand het lidmaatschap op te zeggen, moet het daarvan minstens één maand, voordat de royeering plaats vindt, mededeeling doen aan het betrokken lid en aan de ledenvergadering, zoo mogelijk met opgave van redenen. Begunstigers Art. lO Begunstigers zijn zij, die de vereeniging steunen met een jaarlijksche bijdrage van minstens f 1.—. Zij hebben het recht alle vergaderingen bij te wonen, behalve bestuurs- en huishoudelijke vergaderingen. Bestuur. Art. 11. Het Bestuur bestaat uit 5 leden, gekozen uit en door de ledenvergadering. De voorzitter wordt als zoodanicLdoor-tfe ledenvergadering-, gekozen. detSverige functies van 2en \^ooj:zitt«rr^Secret?H-is, Penningm. en -bibHöfKécarLs worden onderging verdeeld. Jaarlijks treden fwee"T?c!en van het bestuur af, waarvoor het bestuur een rooster opmaakt. De verkiezing geschiedt op de ledenvergade, ring, die voorafgaat aan de jaarvergadering. Art. ]£, De voorzitter is belast met de leiding der vergaderingen. De secretaris is belast met 't houden der notulen, het voeren der correspondentie en het uitbrengen van een verslag op de jaarvergadering. De penningmeester int geregeld de contributiën en houdt nauwkeurig aanteekening van alle ontvangsten en uitgaven. Hij doet verantwoording op de jaarvergadering van zijn gehouden beheer; zijn boeken worden door een commissie uit de leden jaarlijks nagezien en bij accoordbevinden geteekend. De Bibliothecaris draagt zorg voor de boeken der Vereeniging. Bibliotheek. Art. 14. De boejjen der Bibliotheek mpg«ff' niet langer dan één ma-and ter lezj&ef worden gehouden. Op verzoek kan dtjp'^termijn met één maand worden verlemjcf. Hij, die zonder verlof een boek langer dan een maand houdt, betaalt voor^federe week een boete van 5 c ent ten b£te der kas. Vergaderingen. Art. \$ De vergaderingen worden eens in de twee we]sjtf\ gehouden; de jaarvergadering in Stemmingen. Art. 1 Stemmingen over personen hebben schriftelijk, die over zaken mondeling plaats. Bij staking der stemmen over personen, is de oudste in jaren gekozen, over zaken wordt het voorstel geacht verworpen te zijn. Alle stemmingen geschieden met volstrekte meerderheid, behoudens het bepaalde in art. l^jpen 1$ Art. Wijzigingen in dit Reglement kunnen alleen plaats hebben met minstens twee derde der uitgebrachte stemmen. Art. 2, 3 en 1 § zijn echter onveranderlijk. Slotbepalingen Art. ^ Bij ontbinding der vereeniging — die alleen kan geschieden op eene vergadering, waarop minstens drie vierde der leden aanwezig zijn en dan met minstens twee derde van de uitgebrachte stemmen — vervallen, na betaling van alle schulden, de gelden en goederen der vereeniging aan de Geref. Kerk van Aldus vastgesteld in de vergadering van Het Bestuur: Reglement van den Bondskring: Naam. Art. 1. De Kring bestaat krachtens art. 21 van het reglement van den Bond van Geref. M.V. in Nederland en draagt den naam van „Kring (en omstreken)" van den Bond van G.M.V. in Nederland (zie art. 21 en 22 Bondsreglement). Grondslag. Art. 2. De Kring heeft denzelfden grondslag als de Bond van G.M.V. in Nederland (zie art. 3 Bondsreglement). Doel. Art. 3. Het doel van den Kring is: den arbeid van G.M.V. binnen zijn ressort, aangesloten bij den Bond van G.M.V. in Nederland, zoo vruchtbaar mogelijk te doen zijn (zie art. 21 Bondsreglement). Middelen. Art. 4. De Kring zal voor zijnen arbeid gebruik maken van de middelen, die het Bondsreglement in art. 23 en 28 aangeeft, met inachtneming van het bepaalde bij art. 20 van het Bondsreglement (zie art. 23, 28 en 20 Bondsreglement). Lidmaatschap Art. 5. De Kring wordt gevormd door in den regel ten minste 3 en ten hoogste 7 naburige, bij den Bond van G.M.V. in Nederland aangesloten Vereenigingen, binnen de grenzen der gemeente of: in en om de gemeente van dezen regel kan alleen met goedkeuring van het Bondsbestuur worden afgeweken. Verandering der grenzen of splitsing van den kring kan alleen plaats vinden in overleg met de betrokken Vereenigingen en/of Kringen en Prov. Afd. en na goedkeuring door het Bondsbestuur (zie art. 22 Bondsreglement). Art. 6. Vereenigingen worden van de ledenlijst van den Kring afgevoerd in gevallen en op de wijze bedoeld in art. 7 en 8 van het Bondsreglement (zie ook art. 22, 4e al. Bondsreglement). Bestuur. Art. 7. Het Kringbestuur bestaat uit zooveel personen als de Kring leden (Vereenigingen) telt. Elke Vereeniging bij den kring aangesloten benoemt alzoo één Kringbestuurder uit zijne vereeniging. (Zie art. 24 Bondsreglement). Uit het aldus samengesteld Kringbestuur wordt door de leden van dit kringbestuur een dagelijksch bestuur gekozen, bestaande uit: Voorzitter, Secretaris en Penningmeester. Van deze 3 functionarissen treedt ieder jaar 1 lid volgens rooster af. De aftredende is terstond herkiesbaar. Werkzaamheden. Art. 8. Het Kringbestuur is. behalve met de werkzaamheden, die het bij dit Kringreglement zijn opgedragen, belast, volgens art. 23 van het Bondsreglement met: 1. het uitschrijven (minstens 2 maal per jaar eens in het voorjaar en eens in het najaar) van een openbare of huishoudelijke vergadering. toegankelijk voor alle leden van alle bij den Bondskring aangesloten vereenigingen. waarop a. zulke onderwerpen worden behandeld, welke voor het leven van alle bij den Bondskring aangesloten Vereenigingen van nut kunnen zijn. b. de belangen der G.M.V. binnen het ressort van den Bondskring worden besproken en het oprichten van nieuwe Vereenigingen of het doen aansluiten bij den Bond van reeds bestaande Vereenigingen wordt voorbereid, bij de uitvoering waarvan op de hulp zoo noodig van he? bestuur van de Prov. Afd. of van den Bond kan worden gerekend. 2. het verrichten van alles, wat rechtstreeks of zijdelings het doel van den Bond kan bevorderen, voor zooverre dit op het terrein van een Bondskring ligt. Een convocatie van elke Kringvergadering zal o.m. gezonden worden aan de Redactie van het Bondsorgaan, aan den Secretaris van den Bond, aan den Bondsbestuurder en den event. Afd.- Secretaris in de betreffende Provinsie. Alle leden van het Bondsbestuur hebben tot alle vergaderingen van den Bondskring vrijen toegang met adviseerende stem. (Zie art. 23 van het Bondsreglement). Op de Kringvergaderingen hebben, tenzij het streng huishoudelijke zaken betreft, alle aanwezigen recht van medespreken, mits zich stellende op den grondslag van den Bond. Over streng huishoudelijke zaken hebben alleen leden van bij dien Bondskring aangesloten vereenigingen recht van medespreken. Alle stemmingen bij kringen en kringbesturen zijn aan dezelfde regelen gebonden als in art. 19 van het Bondsreglement bepaald (zie art. 24 en art. 19 van het Bondsreglement). Art. 9. Bestuursvergaderingen hebben plaats zoo dikwijls dit door het Bestuur noodig wordt geacht, doch minstens twee maal per jaar, en bovendien wanneer dit door minstens twee bij den Bondskring aangesloten Vereenigingen met opgaaf der redenen aan den Kringsecretaris wordt verzocht. Art. 10. De Bondskring heeft het recht voorstellen met behoorlijke toelichting ter behandeling op de algemeene Bondsvergadering bij den Bondssecretaris in te dienen. Alle voorstellen, welke tot 3 maanden voor de e.v. Bondsvergadering in het bezit van den Bondssecretaris zijn gekomen, worden op de agenda van die Bondsvergadering vermeld, zoo noodig met préadvies van het Bondsbestuur (zie art. 18 Bondsreglement). Het Kringbestuur kan zich op elke Bondsvergadering doen vertegenwoordigen door één afgevaardigde met adviseerende stem (zie art. 16 Bondsreglement). Finantiën. Art. 11. De uitgaven van den Bondskring worden bestreden uit een door het Kringbestuur te heffen kring-contributie van hoogsten;. f 0.20 per jaar per lid van elke aangesloten Vereeniging, voorts uit collecten en giiten. Aan het einde van elk jaar benoemt elke Vereeniging op haar beurt twee vau haar leden om de boeken van den Penningmeestei na te zien en daarvan op de Kring ver jadering verslag uit te brengen. Bovendien is de Penningmeester steeds verantwoording schuldig aan het Bestuur omtrent den stand der finantiën. Over de contributie wordt door den Penningmeester steeds in de maand Octobcr van elk jaar beschikt. (Zie art. 25 Bondsreglement). Kringbezoek. Art. 12. Minstens eens per kalenderjaar wordt elke aangesloten Vereeniging binnen het ressort van den Bondskring, door een lid van het Kringbestuur bezocht. Van elk bezoek wordt door den kringbestuurder een schriftelijk rapport aan den kringsecretari.s binnen 14 dagen na zijn bezoek ingezonden. Alle zakjn, op dit bezoek en op deze rapporten betrekking hebbende, worden door het Kringbestuur vooraf geregeld en vastgesteld. ( Zie art. 26 Bondsreglement). Kringrapport. Art. 13. Vóór 15 Febr. van elk jaar brengt de Secretaris van eiken Bondskring een rapport uit aan den Bondssecretaris omtrent den toestand van den Kring en zijn aangesloten Vereenigingen, waarbij hij gebruik maakt van de rapporten, door zijn medebestuurders over hun bezoeken aan de aangesloten Vereenigingen uitgebracht. (Zie art. 27 Bondsreglement). Slotbepalingen, Art. 14. Dit reglement en alle daarin aan te brengen wijzigingen behoeven, om van kracht te zijn, de goedkeuring van het Bondsbestuur. Het mag geen bepalingen bevatten in strijd met het Bondsreglement. (Zie art. 22 Bondsreglement). Wijzigingen in dit kringreglement kunnen alleen tot stand komen in een Kringvergadering en met minstens twee derde der stemmen van de aanwezige Vereenigingen, waarbij iedere Vereeniging een stem uitbrengt, behoudens het bepaalde bij art. 19, 2e alinea van het Bondsreglement. Art. 15. In gevallen, waarin dit reglement niet voorziet. beslist het Kringbestuur behoudens beroep op het Bondsbestuur. Art. 16. Bij eventueele ontbinding van den kring, wordt het archief aan het Bondsbestuur overgedragen. Aldus vastgesteld op de vergadering van den Kring: e.o. gehouden op te Voorzitter. Secretaris. Penningmeester. Dagelijksch Bestuur. Goedgekeurd door het Bestuur van den Bond van Geref. Mannen verg. in Nederland, Voorzitter. Secretaris. datum Reglement van de Prov. Afdeeling: Naam. Art. 1. De Prov. Afdeeling bestaat krachtens art. 28 van het reglement van den Bond van G.M.V. in Nederland en draagt den naam van „Prov. Afdeeling: van den Bond van G.M.V. in Nederland" (zie art. 28 Bondsregl.). *) Grondslag. Art. 2. De Prov. Afd. heeft denzelfden grondslag als de Bond van G.M.V. in Nederland (zie art. 3 Bondsreglement). Doel. Art. 3. Het doel van de Prov. Afd. is: den arbeid van den Bond voor het Vereenigings- en Kringleven in haar ressort zoo vruchtbaar mogelijk te doen zijn en pogingen tot oprichting van nieuwe Vereenigingen en van Kringen te steunen en tot het doen aansluiten van reeds bestaande Vereenigingen bij den Bond te bevorderen (zie art. 28 Bondsreglement). Middelen Art. 4. De Afd. zal van alle wettige middelen gebruik maken om haar doel te bevorderen, met in-acht-neming van de bepaling vervat in art. 20 Bondsreglement. Lidmaatschap. Art. 5. De Prov. Afd wordt gevormd door al de in die provincie (of in het gedeelte der provincie als haar naam aan- *) De provincies Zuid-Holland en Friesland zijn vanwege haar groot aantal vereenigingen of nog te verwachten vereenigingen, onderverdeeld in een Noordelijk en Zuidelijk gedeelte, elk met een eigen Bondsbestuurder. De grenzen van deze Afdeelingen zijn dezelfde als vastgesteld voor de Particuliere Synodes der Geref. Kerken in die provincies (zie o.a. Kerkelijk jaarboekje). Zoolang in Friesland-Z. en N. tezamen nog geen 60 aangesloten Vereenigingen zijn, vormen ze één Prov. Afd., daarna wordt hierover nader beslist. geeft) bestaande G.M.V., aangesloten bij den Bond van G.M.V. in Nederland. G.M.V. niet aangesloten bij dezen Bond, kunnen dus ook geen lid van de Prov. Afd. zijn. Bij beëindiging van het lidmaatschap van den Bond, houdt men tevens op lid van de Prov. Afd. te zijn. Bestuur. Art. 6. Het Afd.bestuur bestaat uit: a. den Bondsbestuurder, die voor dit ressort zitting heeft in het Bondsbestuur; b. zooveel Kringbestuurders, als de provincie kringen heeft. Door elk kringbestuur wordt daartoe uit zijn midden een lid aangewezen, om in het Afd.-bestuur zitting te nemen. Ophouden kringbestuurder te zijn, heeft ook het uittreden uit het Afd.-bestuur ten gevolge; c. uit 3 leden (en als er nog geen kringen in de provincie zijn, uit 5 leden) gekozen uit en door de aangesloten Vereenigingen in de provincie, bij voorkeur uit de Vereenigingen nog niet tot Kringen gevormd. Uit het aldus samengesteld Afd.-bestuur worden de functies van Voorz., Secr. en Penningm. onderling verdeeld. Van de Afd.-bestuurders bedoeld onder c. treedt om de 2 jaar één lid, volgens vast te stellen rooster, af en is eerst na 2 jaar herkiesbaar. Werkzaamheden. Art. 7. Het Afd.-bestuur is behalve met de werkzaamheden, die uit dit Afdeelingsreglement rechtstreeks voortvloeien, belast met: 1. Het houden van minstens één bestuursvergadering per jaar, bij voorkeur in de maand September of October ter regeling zijner werkzaamheden voor de dan volgende periode. Tevens zullen daarop de belangen van de kringen en van de aangesloten vereenigingen in deze provincie worden besproken en ook onderwerpen kunnen worden voorgesteld ter behandeling op de kringvergaderingen. Meer bestuursvergaderingen zullen worden gehouden zoo dikwijls het moderamen of het Afd.-bestuur dit noodig oordeelt. 2. Het aanwijzen van een lid uit zijn midden tot het aanleggen van een lijst van alle plaatsen in de provincie (desgewenscht aan de hand van het kerkelijk jaarboekje) waarin nog geen G.M.V. bestaat, aangesloten bij den Bond, ten einde als Afd.-bestuur te trachten via den dichtst bijgelegen kring of anders rechtstreeks aldaar contact te verkrijgen, 't zij schriftelijk, 't zij door persoonlijk bezoek, tot het oprichten van een G.M.V. of tot het doen aansluiten van een reeds bestaande G.M.V. bij den Bond. Dit bedoelde bestuurslid zal tevens op deze lijst nauwkeurig aanteekening houden van het positief of negatief resultaat door het Afd.bestuur op elke plaats bereikt. 3. Het bevorderen van kringvorming in zijn provincie. 4. Het verleenen van medewerking en steun, waar die door de kringen of vereenigingen wordt gevraagd of noodig blijkt. 5. Het vertegenwoordigd zijn door minstens één lid van het Afd.-bestuur op elke vergadering van de kringen in deze provincie. 6. Het — zoo mogelijk — vormen van een Afd.-Bibliotheek ten dienste der aangesloten vereenigingen. Af deelings-V ergaderingen Art. 8. Minstens om de 2 jaar zal een Afdeelingsvergadering worden gehouden op tijd en plaats door het Afd.-bestuur te bepalen, waarop elke aangesloten vereeniging zich door een stemhebbend afgevaardigde kan doen vertegenwoordigen. Toegang hebben voorts alle leden van aangesloten vereenigingen in de provincie. De agenda en eventueele voorstellen en candidaten moeten minstens 4 weken voor de Afd.-vergadering ter kennis van de aangesloten vereenigingen, van den Bondssecretaris en van de Redactie van het Bondsorgaan worden gebracht. Op deze Afdeelingsvergadering wordt: a. door den Secretaris verslag gegeven van de werkzaamheden van het Afd.-bestuur en omtrent de Afd. in haar geheel sedert de vorige afdeelingsvergadering; b. door den Penningmeester verslag gegeven omtrent de ontvangsten en uitgaven betreffende de Afdeeling, sedert de vorige afdeelingsvergadering; c. voorzien in de vacatures van het Afd.bestuur als bedoeld in art. 6 van dit reglement sub c. Voor deze verkiezing zal het Afd.bestuur aan de aangesloten vereenigingen minstens 2 maanden vóór deze vergadering gelegenheid geven tot het stellen van candidaten. Mochten er geen candidaten door de vereenigingen worden opgegeven, dan stelt het Afd.- bestuur in elke vacature zelf twee candidaten. Mocht slechts één candidaat door de vereenigingen zijn opgegeven, dan stelt het Afd.bestuur daarnaast een tweeden candidaat; d. de voorstellen behandeld, welke op de agenda voorkomen. Voorstellen van aangesloten vereenigingen, welke op deze Afd.-vergadering behandeld zullen worden, moeten eveneens minstens 2 maanden voor de vergadering aan het Afd.-bestuur zijn toegezonden; e. een rondvraag gehouden, waarop afgevaardigden van aangesloten vereenigingen wenschen of opmerkingen ter tafel kunnen brengen of vragen kunnen stellen in het belang van het vereenigings-, krings-, afdeelingsen Bondsleven; f. desgewenscht een onderwerp behandeld in verband staande met het doel of het leven onzer G.M.V. Buitengewone vergaderingen van de Afd. zullen worden belegd, indien het Afd.-bestuur of minstens de helft der aangesloten vereenigingen in deze provincie dit noodig zal oordeelen. Alle stemmingen op alle vergaderingen van de Afdeeling of van haar bestuur zijn aan dezelfde regelen gebonden als in art. 19 van het Bondsreglement bepaald. Finantiën. Art. 9. De uitgaven van de Prov. Afdeelingen worden bestreden uit collecten op de algemeene vergaderingen en door vrijwillige bijdragen van personen of vereenigingen. Zijn deze niet voldoende, dan kan een contributie worden geheven van de vereenigingen in de provincie, welke echter een bedrag van 10 cent per jaar per lid niet mag overschrijden (art. 28 Bondsreglement). De Penningmeester is steeds verantwoording schuldig aan het Afd.-bestuur omtrent het beheer en den stand der finantiën. De boeken van den Penningmeester worden aan het einde van elk boekjaar gecontroleerd en bij accoord-bevinding geteekend eerst door een commissie van twee leden uit het Afdeelingsbestuur en daarna door een commissie van 2 leden uit het kringbestuur, dat daarvoor om beurte door den Voorzitter wordt aangewezen. Indien er nog geen kringen in een provincie zijn, zal de Voorzitter in de plaats daarvan om beurte een vereeniging aanwijzen. Afdeelingsrapport. Art. 10. Van de werkzaamheden van de Prov. Afd. brengt (volgens art. 28 Bondsreglement) de Bondsbestuurder uit de betreffende provincie jaarlijks schriftelijk verslag uit en zendt dit aan het Bondssecretariaat vóór de Bondsbestuursvergadering, welke in het begin van het jaar wordt gehouden (zie art. 28 Bondsreglement). Speciaal zal daarin worden opgenomen een overzicht van hetgeen verricht werd tot oprichting of aansluiting van G.M.V. aan de hand van de lijst, bedoeld in art. 7, sub 2 van dit reglement. Slotbepalingen. Art. 11. Dit reglement en alle daarin aan te brengen wijzigingen behoeven om van kracht te zijn de goedkeuring van het Bondsbestuur. Het mag geen bepalingen bevatten in strijd met het Bondsreglement (zie art. 28 B. R.). Wijzigingen in dit Afdeelingsreglement kunnen alleen tot stand komen in een Afd.vergadering en met minstens 2/3 der stemmen van de aanwezige vereenigingen, waarbij iedere Vereeniging één stem uitbrengt, behoudens het bepaalde bij art. 19 2e alinea van het Bondsreglement. Art. 12. In gevallen, waarin dit reglement niet voorziet, beslist het Afdeelingsbestuur, behoudens beroep op het Bondsbestuur. Art. 13. Bij eventueele ontbinding van de Prov. Afdeeling, welke echter niet mag geschieden zonder goedkeuring van het Bondsbestuur, wordt het archief aan het Bondsbestuur overgedragen. Aldus vastgesteld door de Prov. Afdeeling op 19... Namens het Afd.-Bestuur; Voorzitter. Secretaris. Penningmeester. Goedgekeurd door het Bestuur van den Bond van Geref. Mannenvereenigingen in Nederland. Voorzitter. Secretaris. d.d 19