1 K"K I ) 22, HÉ Hervormingsprogramma VAN DE Liberale Unie, vastgesteld in de Algemeene Vergadering op 4 Juni 1910 te -Amsterdam gehouden. ' Hervormingsprogramma VAX DE LIBERALE UNIE. § 1. BEGINSELVERKLARING. De Liberale Unie is van oordeel, dat voor den bloei onzer Volksgemeenschap in het heden en in de toekomst de Staatkunde gericht behoort te zijn op geleidelijke uitbreiding en verhooging van zedelijk, geestelijk en stoffelijk welvaren van het geheele volk, samengaande met eene harmonische verhouding tusschen de belangen van individuen en groepen en die van het geheel. Het hoofdbeginsel, dat het streven naar bereiking van dat doel moet beheerschen, is het beginsel der vrijheid. Dienovereenkomstig worde de vrije uiting van gedachte geëerbiedigd en verdedigd ; de persoonlijke vrijheid gehandhaafd; de vrije ontwikkeling der in het volk aanwezige krachten gesteund; met vooropstelling van eene vrijzinnige handelspolitiek, zoowel de productie en de volkswelvaart bevorderd, als de economische onvrijheid dei zwakken door krachtige sociale hervormingen zooveel mogelijk opgeheven. De Liberale Unie oordeelt, dat naar bereiking van bovengenoemd doel gestreefd moet worden met behoud van ons constitutioneel stelsel, onder uitoefening van liet volle Staatsburgerschap door allen, die niet om redenen van staatsbelang daarvan behooren te worden uitgesloten. § 2. KIESRECHT EN VERTEGENWOORDIGING. Ten aanzien van liet Kiesrecht wenscht de Liberale Unie eene regeling, waarbij voor de samenstelling van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, van de Provinciale Staten en van de Gemeenteraden verkiesbaar zijn en tot de stembus worden toegelaten alle mannelijke Nederlanders, tevens ingezetenen des Rijks, die den door de wet gestelden leeftijd hebben bereikt en niet om redenen van practischen of strafrechtelijken aard - neergelegd in de motie van 8 Februari 1908 (*) — door de wet zijn uitgesloten. De verkiesbaarheid en kiesbevoegdheid behooren ook toegekend te worden aan vrouwen, naar regelen door de wet te stellen, terwijl de mogelijkheid van geleidelijke uitbreiding tot aan de grenzen, die voor mannen gelden, verzekerd behoort te zijn. Evenredige vertegenwoordiging en stemplicht behooren te worden ingevoerd. De Eerste Kamer behoort do,or rechtstreeksche verkiezing te worden samengesteld; hare bevoegdheden moeten niet worden uitgebreid. Voor bovenstaande hervormingen is Grondwetsherziening noodzakelijk. § 3. VOLKSONTWIKKELING. De zorg voor de volksontwikkeling hebbe ten doel een krachtig, zelfbewust en eendrachtig volk te kweeken. Met betrekking tot de opvoeding worde de noodige aandacht geschonken zoowel aan zedelijke en lichamelijke, als aan verstandelijke ontwikkeling. (*) Zie bl.z. 16. Bij de voorziening in de geestelijke behoeften worde gestreefd naar vereenvoudiging. De Liberale Unie beschouwt de openbare school, leidend tot Christelijke en maatschappelijke deugden, paedagogisch te verkiezen boven sectescholen en tevens als het beste middel om de eenheid in het volk aan te kweeken. Ten aanzien van het onderwijs stelt de Liberale Unie de volgende eischen : zoodanige regeling van en toezicht op alle onderwijs, dat waarborgen verkregen worden van deugdelijkheid ; behoorlijk verband tusschen de verschillende takken van onderwijs ; ruimer openstellen van de gelegenheid om begaafde on- en minvermogende leerlingen dat onderwijs te doen genieten, dat zij voor hunne vorming noodig hebben ; wettelijke regeling van het voorbereidend lager onderwijs; uitbreiding van den Leerplicht in dezen zin, dat die wordt uitgebreid tot den leeftijd van 14 jaar ; dat herhalings- en vervolgonderwijs verplicht worde gesteld tot 16 jaar; dat de administratie worde vereenvoudigd, en dat de behandeling van gevallen van schoolverzuim doeltreffender zij en sneller verloope ; herziening van de wet op het L. O., opdat verkregen worde : belangrijke verbetering van de opleiding en voldoende bezoldiging der onderwijzers, een hetere verhouding tusschen het aantal onderwijzers en leerlingen, doeltreffender samenwerking van alle leerkrachten ; krachtige bevordering en wettelijke regeling van het handels-, ambachts-, vak-, visscherij-, land- en tuinbou wonder wijs ; hetere voorziening in de behoefte aan middelbaar onderwijs ; hervorming van middelbaar en gymnasiaal onderwijs, onder meer om de beroepskeuze van den leerling- naar later leeftijd te verschuiven ; zorg voor onderwijs aan geestelijk en lichamelijk misdeelden, aan verwaarloosde kinderen en aan kinderen wier ouders geene vaste woonplaats hebben. Ten aanzien van de lichamelijke opvoeding rust de verplichting op de Overheid 0111 liet onderwijs in de gymnastiek in de ruimste beteekenis met alle ten dienste staande middelen te bevorderen, o. a. door verplicht gymnastiekonderwijs, en tevens gelegenheid te scheppen, dat, ook buiten het onderwijs, aan de lichaams-ontwikkeling de noodige zorg kan worden gewijd. Bovendien bevordere de Overheid in het algemeen de volksontwikkeling — zoowel met betrekking lot den jeugdigen als den rijperen leeftijd — o. a. door de sociale wetgeving tevens aan haar dienstbaar te maken fen door kunsten en wetenschappen te bevorderen. § 4. SOCIALE WETGEVING. De Liberale Unie acht, overeenkomstig de beginselen in § 1 ontvouwd, zoowel steunend als dwingend optreden van de Overheid op dit gebied eisch. Waar de Liberale Unie zich op het standpunt stelt, dat zoowel de geestelijke en lichamelijke arbeid, als het particulier kapitaal samenwerken en onmisbaar zijn voor de ontwikkeling der maatschappij, daar acht zij het bij alle maatschappelijke wetgeving plicht er voor te waken, dat niet eenzijdige bevoorrechting van een dier factoren plaats vindt, terwijl de in het leven te roepen regelingen tot eene harmonische samenwerking van alle krachten der samenleving moeten leiden. De te treffen maatregelen behooren eenvoudig te zijn en uitbreiding van het ambtenaarswezen en administratieve omslag zooveel doenlijk te worden vermeden, wat niet wegneemt, dat bedrijven van algemeen belang, die een monopolistisch karakter dragen, door de Overheid in eigen beheer dienen te worden genomen, (b.v. spoorwegen). De volgende behoeften treden het meest op den voorgrond : voorziening in de nooden van ouden van dagen in de richting van staatspensionneerivg; herziening van de armenwet, zoodat betere samenwerking in de armenzorg verkregen worde en meer afdoende leniging en voorkoming van armoede met medewerking der Overheid worde bereikt; het scheppen van gunstiger toestanden op het gebied der Volksgezondheid : huisvesting, voeding, verpleging. Met name acht de Liberale Unie voortbouwing op de grondslagen van de Woningwet en Gezondheidswet noodzakelijk; voorts maatregelen ter bevordering van de reinheid van bodem, water en lucht, in het bijzonder van de openbare wateren ; wettelijke" maatregelen tot het tegengaan van den verkoop van vervalschte en voor de gezondheid schadelijke levensmiddelen, alsmede betere regeling van den verkoop van geneesmiddelen ; bestrijding van de volksziekten ; bevordering van openbare ziekenzorg en ziekenverpleging; uitbreiding van het verbod van kinderarbeid ; beperking van de nadeelige gevolgen der huisindustrie ; invoering van den tienurigen arbeidsdag als regel en beperking van nachtarbeid in fabrieken en werkplaatsen ; verzekering van althans één rustdag per week ; wettelijk toezicht op het laden en lossen van schepen ; het verstrekken van steun aan arbeidsbeurzen ; regeling vau het leerlingwezen ; uitbreiding en herziening van de Ongevallenwet; maatregelen tegen werkloosheid en hare gevolgen ; verplichte verzekering van den arbeid tegen de geldelijke nadeelen van invaliditeit, ten deele op kosten van den Staat; wettelijke regeling van ziekteverzekering ; agrarische hervormingen, in dien zin, dat de wetgever, ook met het oog op de behoeften van het platte land, het onteigeningsrecht verruime; voor de landarbeiders meerdere gelegenheid opene om stukjes grond in huur of in eigendom te krijgen; het verstrekken van goedkoop grondcrediet- bevoideie , een ongevallen-verzekering voor land- en tuinbouw invoere ; de pachtovereenkomst beter regele, meer in het hijzonder. om te voorkomen, dat te groot risico dooiden pachter worde gedragen ; tot herziening van het jachtrecht overga, onder meer tot aflossing van heerlijke rechten, en krachtiger dan tot nu toe de besmettelijke ziekten bij vee en plant bestrijde. § 5. RECHTSWEZEN. De Liberale Unie acht steeds voortgaande rechfsontwik keling in wetgeving en rechtspraak, naar den eisch van nieuwe inzichten en van weloverwogen behoeften, een overwegend belang. De volgende eischen treden het meest op den voorgrond: herziening van het huwelijksgoederenrecht, om aan de vrouw meer recht te geven op haar vermogen en inkomsten ; aanvulling van het huwelijksrecht, door vergemakkelijking van de gelegenheid om de ontbinding van blijvend ongelukkige huwelijken mogelijk te maken ; wijziging der regelen omtrent erfrecht, zoodat het erfrecht van echtgenooten naar voren worde gebracht, het erfrecht van natuurlijke erkende kinderen worde verruimd, en de wettelijke erfopvolging van vèrverwijderde bloedverwanten vervalle; verbetering van het verbintenissenrecht, met. name van de regeling der verbintenissen uit onrechtmatige daad, van de wettelijke bepalingen omtrent naamlooze vennootschappen en maatschappijen'van levensverzekering ; van het zeerecht en het verzekeringsrecht; wettelijke bepalingen tegen oneerlijke concurrentie ; uitbreiding der erkenning en bescherming van het auteursrecht tot het gebied van beeldende kunst en kunstnijverheid; Op het gebied van het strafrecht: de Overheid beperke zich in het maken van strafbepalingen en in het aanwenden van strafmiddelen; zij zorge nauwlettend, dat de strafrechterlijke repressie inderdaad gericht en ingericht zij op een doeltreffende bestrijding der misdadigheid, en stelle zich in verband met een en ander tot taak : invoering van de voorwaardelijke veroordeeling ; uitbreiding van de voorwaardelijke invrijheids. stelling ; bevordering van de betaling van opgelegde geldboeten ; individueele behandeling van de veroordeelden ; beperking van de cellulaire opsluiting ; uitbreiding van het vakonderricht aan daarvoor geschikte gevangenen en ondersteuning van pogingen tot reclasseering van ontslagenen ; toepassing van maatregelen oni voor de samenleving gevaarlijke elementen daaruit verwijderd te houden. Verbetering in de militaire strafrechtspleging. Op het gebied van procesrecht: in burgerlijke zaken, vereenvoudiging, tot verkrijging van snelle en min kostbare beëindiging van rechtsgeschillen, met meer lenigheid in het bewijsrecht, en bevordering, ook dooi' geldel ijken steun van staatswege, van rechtskundige voorlichting en bijstand aan on- en minvermogenden; herziening van het procesrecht in zake arbeidscontract ; in strafzaken omwerking van het wetboek van strafvordering, allereerst tot bespoedigde en vereenvoudigde berechting van lichtere vergrijpen; verzekering van de rechten der verdediging in het voorbereidend onderzoek; beperking van de toepassing der preventieve hechtenis binnen de grenzen van noodzakelijkheid; regeling der schadeloosstelling aan niet-veroordeelde gedetineerden bij billijke aanspraak ; in administratieve zaken verzekering van behoorlijken rechtsgang en onpartijdige rechtspraak; Regeling van den rechtstoestand der ambtenaren. Oplossing van het eed-vraagstuk in den geest eener volle erkenning van gewetensvrijheid. § 6. VOLKSWELVAART EN BEVORDERING DER PRODUCTIE. In overeenstemming met hare n Beginselverklaring," acht de Liberale Unie de bevordering van de volkswelvaart een der hoofdplichten van de Overheid. Zij steune en leide die : door het openen van nieuwe bronnen van volkswelvaart, door uitbreiding en verbetering van het wegennet en der middelen van verkeer en gemeenschap. Onder meer mag van de Overheid worden verlangd : krachtige zorg voor land- en tuinbouw, veeteelt en visscherij, handel en nijverheid; o. m. door het bevorderen van crediet voor den middenstand; bevordering van den handel met het buitenland, o. a. door een van Rijkswege ingestelden inlichtingsdienst; steun voor de bearbeiding van onontgonnen gronden, en voor het droogleggen van daartoe in aanmerking komende wateren, afsluiting en gedeeltelijke drooglegging van de Zuiderzee ; maatregelen waardoor de waardevermeerdering van onroerend goed, buiten toedoen van den eigenaar ontstaan, meer aan de gemeenschap ten goede kome • afdoende maatregelen tegen overstrooming ; bevordering van de ontwikkeling van het mijnwezen,. § 7. WEERMACHT. Ten aanzien van de weermacht, stelt de Liberale Unie op den voorgrond, dat er innige samenhang besta tusschen hare samenstellende deelen en dat er éénheid zij bij de voorbereiding der landsverdediging. Daartoe zal het onder meer wenschelijk zijn de De- partementen van Marine en Oorlog tot één ministerie van Landsverdediging samen te smelten. Voorts wenscht de Liberale Unie : a. dat het leger zich ontwikkele in de richting van een volksleger, in dier voege dat: bij hoogere keurings-eischen de loting worde afgeschaft; de duur van het verblijf in de kazerne zoo kort mogelijk worde; het beroepskader zooveel doenlijk worde beperkt en tevens naar behooren bezoldigd ; terwijl daarnaast de meest geschikte elementen uit de militie met aanvoering en vorming worden belast; de opvattingen omtrent recht en rechtsbedeeling overeenstemmen met die, welke overigens in de maatschappij worden gehuldigd ; deugdelijke samenstelling en voorbereiding tot de taak der landsverdediging worde verkregen ; li. dat de weermacht te water in hoofdzaak worde ingericht op eene verdediging, met torpedo- en mijnmaterieel, van de kusten en wateren, die daartoe met het oog op de eischen van landsverdediging in aanmerking konten; c. dat het vesting stelsel worde beperkt tot het treffen van die voorzieningen, welke het leger kunnen steunen, zonder dit al te zeer te binden. Niet zooveel aandacht mag daarbij aan dit onderdeel worden geschonken, dat de gestadige ontwikkeling van de levende strijdkrachten er door zoude worden geschaad. § 8. GEMEENTEBELANGEN. I)e Liberale Unie wenscht: een krachtiger werkzaamheid der gemeentebesturen, vooral op sociaal en hygiënisch gebied ; een billijker regeling van de bijdragen van het Rijk in de uitgaven der gemeenten; meerdere vrij heid voor de gemeenten in de heffing van plaatselijke belastingen ; het recht voor de gemeenten om personen die hun woonplaats niet hebben in de gemeente waar zij hun werkkring of grondbezit hebben, meer naar billijkheid in de door deze geheven plaatselijke belastingen te laten bijdragen. § 9. FINANCIËN. Op den voorgrond sta een beleidvol, zuinig beheer der staatshuishouding. Aan het belastingstelsel woide zooveel mogelijk het beginsel van belasting naar draagkracht ten grondslag gelegd. Zoo spoedig als de omstandigheden dit toelaten, woide de suikeraccijns verlaagd. De vermogens- en bedrijfsbelasting worden vervangen door één alc/emeene inkomstenbelasting, met behoud van het beginsel van zwaardere belasting der inkomsten uit vermogen dan van die uit arbeid. Een belasting op de goederen in de doode hand, met die vrijstellingen die door de billijkheid zijn geboden acht de Liberale Unie wenschelijk. Bij noodzakelijke versterking van middelen nenio de Staat nimmer zijn toevlucht tot belastingen, waardoor het beginsel van vrijhandel zou worden prijsgegeven. Nieuwe baten moeten dan onder meer ontleend worden aan een herziening der successierechten, met invoering eener billijke progressie. § 10. KOLONIALE STAATKUNDE. Ten aanzien van het beheer onzer Koloniën en Bezittingen behoort op den voorgrond te staan het beset, dat het moederland voor een zeer belangrijk deel zijn beteekenis en zijn bloei, stoffelijk en geestelijk, ontleent aan het historisch verkregen en bevestigd bezit van die gewesten, en de plicht der natie om dat erfdeel der vaderen steeds in een hooger stadium van ontwikkeling aan een komend geslacht over te dragen. Bij die ontwikkeling moet als richtsnoer gelden, dat, zonder dat getornd mag worden aan den hechten band die de deelen van het Rijk in en buiten Europa samenhoudt, op meer zelfstandigheid der overzeesche gewesten in de uitoefening der bestuurstaak ook in financieel opzicht worden aangestuurd. Ook in die gewesten zelf moet zoodanig beginsel als het juiste worden erkend, in dier voege, dat een deel der bestuurstaak van het centraal gezag naar onderdeelen verlegd worde. De Overheid streve naar meerdere bekendheid van het Nederlandsche volk met de deelen van het Rijk in den vreemde; zij neme zooveel mogelijk de belemmeringen weg en heffe de bezwaren op, welke het zoeken van een werkkring in ons overzeesch gebied tegengaan. Zoo ook bevordere ze, voor zooverre eenigszins doenlijk, de deelneming van Nederlandsch kapitaal in onze koloniale ondernemingen. Voorzooveel het standpunt van ontwikkeling der maatschappij daarginds niet nog in sommige opzichten andere eischen stelt, moeten bij de te voeren staatkunde overeenkomstige begrippen gelden als in het moederland. Zoo behoort op den duur gestreefd te worden naar gelijkmaking van ontwikkelingsvoorwaarden voor alle bevolkingsgroepen en dienovereenkomstig ook de benoembaarheid tot ambten en bedieningen, in verband tnet de voortschrijdende ontwikkeling, over meerderen te worden uitgebreid ; moet aan het verkeerswezen als een der hoofdmiddelen ter beschaving voortdurend bijzondere aandacht worden gewijd ; moet voor het waarborgen van veiligheid van personen en goederen de grootste zorg worden gedragen en met nauwgezetheid worden gewaakt tegen onrechtvaardigheden bij het gebruiken van grond en werkkrachten van inlanders op particuliere ondernemingen ; moet het onderwijs voortdurend in omvang toenemen ; behooren de verschillende takken van volkswelvaart: land- en boschbouw - de cultures inbegrepen -, visscherij, mijnbouw en nijverheid, van staatswege steun te genieten in doelmatigen aanleg van werken tot bevloeiing en waterkeering, in deskundige leiding en voorlichting waar die gewenscht is, en voorts in die regelingen van staatszorg waardoor de arbeidsvoorwaarden verbeterd worden ; moet de rechtsbedeeling - wetgeving en rechtspraak - rekening houdende met de natuurlijke ontwikkeling van een gezond volksrecht, geleidelijk zich vervormen naar opvattingen die met hooger beschavingsvormen der gansche maatschappij samengaan ; moet eindelijk het belastingwezen op billijke wijze worden geregeld, waarbij liet heffen van diensten in persoon zooveel doenlijk behoort te vervallen, terwijl aangaande het trekken van inkomsten uit schadelijke genotmiddelen overeenkomstige beginselen moeten worden gehuldigd als in het moederland. 1 en aanzien van de verdediging van ons overzeesch gebied, behoort allereerst de overtuiging te zijn gevestigd, dat conflicten vermeden worden, indien een vrijzinnige handelspolitiek nauwgezet toepassing vindt en indien wij voorts in staat zijn om binnen de geografische grenzen van ons Rijk overal feitelijk gezag te voeren en daden van geweld of van machtsmisbruik tegen te gaan. Verder moet bij de regelingen omtrent vestiging van vreemdelingen en hunne verhouding tot het Rijk, zoomede bij die omtrent het Nederlanderschap en het onderdaanschap al datgene vermeden worden, waardoor wrijvingen kunnen worden uitgelokt ot invloed uit den vreemde op onze binnenlandsche aangelegenheden bevorderd. Gelijke beginselen behooren in acht genomen te worden bij de uitgifte van concessiën en bij de maatregelen van controle, welke de Overheid zich ten aanzien van particuliere maatschappijen en vereenigingen voorbehoudt. De verdediging tegen vreemd geweld moet worden voorbereid door eene deugdelijke militaire organisatie met eenheid van leiding. Naarmate de Inlandsche bevolking zich ontwikkelt, zal ook haar aandeel in de weermacht behooren te stijgen. Aldus vastgesteld in de algemeeue vergadering van de Liberale Unie op 4 Juni 1910. A. ROODHUYZEN, Wattstraat 20 (DEN HAAG) Algemeen Secretaris van de Liberale Unie. CATEGORIEËN, die de Liberale Unie volgens hare Kiesrechtmotie van 8 Februari 1908 van het Kiesrecht wenscht uitgesloten te zien of in de uitoefening daarvan geschorst, Uitgesloten moeten zijn : a. z ij, die tot de doorloopend bedeelden behooren; It. zij, die bij onherroepelijk geworden rech- terlijke uitspraak de beschikking of het beheer over hun goederen hebben verloren; z ij, die b ij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak, ter zake van het plegen van een strafbaar feit, ontoerekenbaar z ij n verklaard; z ij, die als krankzinnigen of idioten in een gesticht verpleegd worden; z ij, die b ij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak tot gevangenisstraf van ten minste één jaar z ij n veroordeeld; zij, die bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak veroordeeld z ij n wegens landlooperij of bedelarij; z ij, die b ij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak zijn veroordeeld wegens eene der overtredingen, genoemd in a r 11. 426 en 453 van het Wetboek van Strafrecht, bij herhaling begaan (dronkenschap); zij, die bij onherroepelijk g e w o r d e n r e c liter 1 ij k e uitspraak van hun kiesrecht zijn ontzet; terwijl in de uitoefening van het Kiesrecht behooren te worden geschorst de k i e z e r s, d i e krachtens de Wet van hunne v r ij h e i d z ij n beroofd, z o o a 1 s gevangenen, g e g ij z e 1 d e n, verpleegden in R ij k s - w e r kinrichtingen en v e r p 1 e e gd e n in krankz i n n i g e n g e s t i c h t e n. In dezelfde vergadering van 4 JUNI 1910 is de volgende motie met algemeene stemmen aangenomen : „De LIBERALE UNIE, uitgaande van het „beginsel, dat het openbaar lager onderwijs „moet leiden tot Christelijke en maatschap„lijke deugden, spreekt als haar oordeel uit, „dat. opwekking van vaderlandsliefde en van „eerbied voor ons grondwettig Koningschap „behoort tot de taak van dat onderwijs."