ORDERS VOOR DEN N°. 1 t/m N". 72. BATAVIA LANDSDRUKKERIJ 1909. MILITAIR GENEISRÜNDIGIN DIEKST ORDERS VOOR DEN MILITAIR GENEESKUNDIGEN DIENST N°. 1 t/m N°. 72. ORDERS VOOR DEN MILITAIR GENEESKUNDIGEN DIENS! N°. 1 t/m N". 72. BATAVIA LANDSDRUKKERIJ 1909. INHOUD. N°. Omschrijving. Bladzijde. 1 Schoenen aan inlandsche militairen. Over de verstrekking van — op geneeskundig certificaat. 3 2 Plaatsing in de 2e klasse van Militaire Discipline. Voorschrift betreffende de — van het tot den hospitaaldienst behoorende personeel 3 3 Nadere indeeling van de officieren van den geneeskundigen dienst bij de hospitalen en den garnizoensdienst 4 4 Voorschriften betreffende de afkeuring van Am- boineesche en Inlandsche recruten die lijden aan beri-beri 4 5 Vervallen 5 6 Geneeskundige certificaten, voor overplaatsing van noncombattanten van de wapens der Artillerie en Genie 5 7 Vervallen 6 8 Vervallen 6 9 Vervallen 6 10 Wetenschappelijke arbeid der officieren van den geneeskundigen dienst. Militaire geneeskundige bibliotheek 6 11 Ambulance materieel voor militaire paarden¬ artsen 7 12 Zakinstrumenten der militaire paardenartsen... 10 13 Vervallen 11 14 Vervallen 11 15 Vervallen 12 16 Vervallen 12 17 Visum Repertum. Leidraad tot het opmaken van een — 12 18 Militair geneeskundig jaarverslag. Over het op¬ maken en indienen van, en verzamelen van bouwstoffen voor het — 16 19 Militaire geneeskundige bibliotheek. Driemaan- delijksche opgaven van boekwerken voor de —. 18 20 Vervallen 19 21 Schrijverspersoneel. Driemaandelijksche sterk¬ testaat en halfjaarlijksche nominatieve opgave van het — 19 22 Militaire apothekersbedienden. Gedragstaten der — 20 23 Overgeven en overnemen van den dienst. Op¬ maken en indienen van het procesverbaal bfl het — i 22 N°. Omschrijving. Bladzpe. . 24 Vervallen 24 25 Melden. Verplichting der officieren van den ge¬ neeskundigen dienst, om zich by aankomst en vertrek by de hoogste ter plaatse aanwezige militair geneeskundige autoriteit te — 25 26 Vervallen 25 27 Zakinstrumenten der officieren van gezondheid. 25 28 Materieel voor den geneeskundigen dienst te velde 25 29 Materieel voor den veterinairen dienst te velde. Tasch voor militaire paardenartsen 25 30 Archieven. Aanhouden van agenda, klapper en index in vaste bundels 26 31 Leidraad tot het opmaken van processen verbaal' van gerechtelijk scheikundige onderzoekingen. 27 32 Vereeniging tot bevordering der geneeskundige wetenschappen in Nederlandsch-Indië. Uitnoodiging tot medewerking aan de — 29 33 Geneeskundige certificaton en adviezen. Over het afgeven van — 29 34 Geneesmiddelen. Paarden. Verstrekking van ge¬ neeskundige behoeften voor de rijkspaarden benoodigd, op plaatsen waar geen militair paardenarts aanwezig is 30 35 Drinkwater. Regelen voor het onderzoek en het beoordeelen van — 30 36 Keuring van mindere militairen 32 37 Vervallen 33 38 Vervallen 33 39 Vervallen 33 40 Ziektegeschiedenissen. Voorschrift voor het in¬ schrijven en behandelen der —. Afzonderlijke boeken voor de recepten 33 41 Vervallen 37 42 Cholera. Leidraad bij het nemen van maatre¬ gelen tegen het optreden of de uitbreiding van — in de militaire kampementen 37 43 Vervallen 41 44 Tijdelijke ongeschiktheid voor den dienst te velde. Voorschriften omtrent aan te houden en in te dienen staten 42 45 Militaire paardenartsen. Aanhouden van een register betreffende de voor het Leger goedgekeurde paarden 43 46 Kaartentasch, Veld tasch, Vaststelling van mo¬ dellen 44 47 Vervallen 45 N°. Omschrijving. Bladzijde. 48 Pharmaceutischen dienst in Nederlandsch-Indiö. Huishoudelijk voorschrift voor den — 46 49 Vervallen 47 50 Vervallen 47 51 Vervallen 47 52 Besmettelijke veeziekten. Hondsdolheid. Mili¬ taire paardenartsen. Verplichting o. m. van de militaire paardenartsen tot aangifte van door hen geconstateerde of vermoede gevallen van besmettelijke veeziekten of hondsdolheid. 47 53 Vervallen 48 54 Maandelijksche, jaarlijksche en tusschen tjjdsche ziekenrapporten. Over het opmaken en indienen van — : 48 55 Ziektestaten. Voorschrift omtrent de invulling van — 52 56 Herkenningskaarten in oorlogstijd. Niet uit te wasschen schrjjfinkt voor — 53 57 Vervallen 53 58 Extraverstrekkingen van jenever 53 59 Inenten. Voorschriften omtrent de wijze van - 54 60 Keuringen bij engagementen 54 61 Vervallen 55 62 Vervallen 55 63 Inspectiën over de militaire hospitalen door de gewestelijk eerstaanwezende officieren van gezondheid. Nadere regeling der — 55 64 Vervallen 55 65 1 Vervallen 55 66 Emplacementstaat der officieren van den ge¬ neeskundigen dienst en der apothekersbedienden. Sterktestaat van het hospitaalpersoneel. 55 67 Periodieke stukken. Indienen van — 61 68 Genees- en verbandmiddelen; Veterinaire dienst. Verstrekking van — ten behoeve van den militairen Veterinairen Dienst 61 69 Vervallen 61 70 Geneeskundig onderzoek. Maandelijksch meer uitgebreid — 61 71 Verloven. Kennisgave van aan officieren van den geneeskundigen dienst en aan onderluitenantsapothekersbedienden verleende — wegens ziekte 62 72 Vervallen • 62 ORDERS voor den MILITAIR GENEESKUNDIGEN DIENST. Met intrekking van de nog van kracht zijnde Orders voor ■den Militair Geneeskundigen Dienst Is0. 1 t/m N°. 72 wordt uitgegeven de navolgende gewijzigde herdruk, bevattende de Orders voor den Militair Geneeskundigen Dienst N°. 1 t/m JST°. 72. Batavia, den 22en Juli 1909. De Chef over den Geneeskundigen Dienst, ' Dr. WIJCKERHELD BISDOM. mil. gen. dienst. 1 ORDERS VOOR DEN MILITAIR GENEESKUNDIGEN DIENST, No. 1. SCHOENEN AAN INLANDSCHE MILITAIREN. Over de verstrekking van —-— op geneeskundig certificaat. De verstrekking op geneeskundig certificaat in vredes garnizoenen van schoenen aan Inlandsche militairen heeft ten doel om geschikte goed geoefende Inlandsche militairen, die aan geneeselijke gebreken der voetzolen lijden, daarvan te genezen en voor den militairen dienst te behouden. Zoodra de betrokken militairen zonder schoeisel weer goed kunnen marcheeren, moet de verdere' verstrekking van schoenen ophouden. Inlandsche militairen die in de 2e klasse van militaire discipline zijn geplaatst of pas aangeworven soldaten die aan gebreken der voetzolen lijden en van wie te verwachten is dat zij gedurende hun geheelen diensttijd schoenen zullen moeten dragen, zijn van bovengenoemden maatregel uitgesloten, terwijl personen, die zich voor den militairen dienst aanmelden, wanneer zij met gebreken der voetzolen behept zijn, onvoorwaardelijk moeten worden afgewezen. De Officieren van Gezondheid worden uitgenoodigd rekening te houden met het bovenstaande. No. 2. PLAATSING IN DE 2* KLASSE VAN MILITAIRE DISCIPLINE. Voorschrift betreffende de van het tot den hospitaaldienst behoorende personeel. Bij plaatsingen in de 2e klasse van militaire discipline moeten steeds worden betracht de beginselen te dier zake neergelegd in artikel 31 van het "Reglement van Krijgstucht voor het krijgsvolk te lande. Tot die plaatsingen zijn alleen bevoegd de Korpscommandanten — gewestelijk eerstaanwezende Officieren van Gezondheid —, bij aldien liet overtredingen betreft in dienst van het korps begaan, zijnde evenwel bij artikel 43 van evengemeld reglement die bevoegdheid uitgestrekt tot de commandanten van onderdeelen van zoodanige korpsen die in verschillende gedeelten gesplitst zijn, in casu de plaatselijk eerstaanwezende Officieren van Gezondheid en chefs van hospitalen. De plaatselijke en militaire commandanten bezitten diezelfde bevoegdheid, wanneer het overtredingen betreft buiten het korps begaan, doch alleen voor het geval dat zij hooger dan wel ouder in rang zijn dan de betrokken korpscommandanten. No. 3. NADERE INDEELING VAN DE OFFICIEREN VAN DEN GENEESKUNDIGEN DIENST BIJ DE HOSPITALEN EN DEN GARNIZOENSDIENST. De nadere indeeling van de Officieren van den geneeskundigen dienst bij het hospitaal en den garnizoensdienst ter plaatse wordt overgelaten aan de plaatselijk eerstaanwezende Officieren van Gezondheid, indien ter zake geen beschikking genomen is door den Chef over den geneeskundigen dienst. No. 4. VOORSCHRIFTEN BETREFFENDE DE AFKEURING VAN AMBOINEESCHE EN INLANDSCHE RECRUTEN DIE LIJDEN AAN BERI-BERI. Wanneer bij een rekruut door een Officier van gezondheid duidelijke verschijnselen van beri-beri worden geconstateerd, zal hiervan aanteekening worden gehouden en kennis gegeven aan den betrokken korpscommandant. Blijken bij een drie maanden later in te stellen onderzoek nog symptomen dier ziekte te bestaan dan wordt dit den korpscommandant weder medegedeeld, die zorg draagt dat de bedoelde recruut met de vereischte toelichtingen van den Otticier van gezondheid die het onderzoek verrichte, ter definitieve afkeuring naar de geneeskundige commissie wordt opgezonden. De afkeuring geschiedt derhalve geheel onafhankelijk van de in bijzonder geval te stellen prognose. Voor het geval de verschijnselen van beri-beri voor het eerst waargenomen worden bij recruten, die wegens e?ne andere ziekte in de ziekeninrichting verpleegd worden, zal de termijn van drie maanden observatie beginnen te rekenen van af het tijdstip waarop zij de ziekeninrichting verlaten. Onafhankelijk van de toepassing van het bovenstaande kunnen beri-berilijders, wanneer dit noodig geoordeeld wordt, ten allen tijde voor den militairen dienst afgekeurd worden. No. 5. Vervallen. No. 6. GENEESKUNDIGE CERTIFICATEN VOOR OVERPLAATSING VAN NONCOMBATTANTEN VAN DE WAPENS DER ARTILLERIE EN GENIE. Bij het afgeven van geneeskundige certificaten ten behoeve van bovenbedoelde categorie van militairen behoort het volgende tot leidraad te strekken: a. aan den adjudanten-onderofficier meester geweermaker en aan de élèves geweer- en lademaker kan geen andere standplaats (garnizoen) worden aangewezen dan MeesterCornelis; b. aan de lademakers kan slechts bij uitzondering een andere standplaats (garnizoen) dan Meester-Cornelis worden aangewezen ; c. aan slechts enkele artillerie-werklieden, smid, zadelmaker, wagenmaker en timmerman, alsook aan enkele conducteurs der artillerie en geweermakers kan een bepaald klimaat aangewezen worden; wel een oordeel over het waargenomene in zich sluiten, dienen zooveel mogelijk achterwege te worden gelaten. De taal, waarin het visum repertum wordt gesteld, moet algemeen verstaanbaar en eenvoudig zijn; kunsttermen en vreemde woorden moeten worden vermeden: daar, waar zij ter wille der duidelijkheid van uitdrukking niet kunnen worden gemist, behoort de Xederlandsche vertaling of omschrijving er naast te worden gezet. Getallen behooren in letters uitgedrukt te worden. Bij het opmaken van een visum repertum moeten zekere vormen en regelen worden in acht genomen. Aan het hoofd worden de uitdrukkingen „Pro Justitia" en „Visum repertum" geschreven en in den aanhef worde vermeld van welke autoriteit de officier van gezondheid zijne opdracht heeft ontvangen, en waar, op welken datum, welk uur. c. q. in tegenwoordigheid van welke autoriteiten de schouwing of het onderzoek heeft plaats gehad. Voorts worden, zoo mogelijk, naam, ouderdom, beroep en woonplaats van den lijder of overledene opgegeven, ■en wordt in het kort verhaald, wat uit de mededeelingen van den patiënt zeiven of van anderen omtrent den aard van de misdaad en de omstandigheden waaronder deze is gepleegd, valt op te maken. Wanneer de schouwing of het onderzoek in loco plaats heeft, komen nu allereerst de volgende punten voor beschrijving in aanmerking: lp. De plaats, waar het lijk of de lijder is gevonden en de onmiddellijke omgeving hiervan. 2e. Houding, ligging of plaatsing van het lichaam: hangend, staand, op den buik, met gebalde vuisten, krampachtig gekromde vingers, opgetrokken beenen, enz. ■3". Voorwerpen in de omgeving van het lijk of den patiënt, met nauwkeurige beschrijving van wapens; of zij puntig, scherp, stomp, roestig of bebloed zijn en casu quo naar den vorm overeenkomen met de wond; van geweren, hoe de ligging en richting van de tromp en hoe de verhouding van den kogel tot de ingangsopening van het wonrlkanaal is; bij het vinden van een' strop, op te geven de dikte en de lengte, de stof waaruit hij is vervaardigd, vorm en plaats van knoop of lis, de hoogte van het ophangpunt, enz. 4e. Bij opgraving van een lijk: de kist, de matten, doeken of andere stoffen, waarin dit is omsloten, de diepte, waarop het is begraven, en de gesteldheid van den grond, waarin het graf is gedolven. 5". De kleedingstukken, uit welke stof zij zijn vervaardigd, of zij vast of los aansluiten, of zij bebloed, bevuild, verbrand of verscheurd zijn, of er eigene of vreemde haren aankleven, of de zakken leeg zijn enz. Ook wanneer de schouwing niet in loco plaats heeft, behooren omtrent het sub 5 hierboven genoemde punt nauwkeurige aanteekeningen te worden gemaakt, terwijl in dit geval verder zal moeten worden medegedeeld, op welke wijze en onder welke omstandigheden de lijder of het lijk is vervoerd. De eigenlijke lijkschouwing wordt in twee onderdeelen gesplitst nl. de uitwendige schouwing (inspectie) en de inwendige (sectie), welke in het visum repertum door de hoofdletters A en B worden aangegeven. Bij de uitwendige schouwing dient in de eerste plaats de toestand van het lichaam in het algemeen, en in de tweede plaats die van de afzonderlijke deelen te worden onderzocht. Wat den algemeenen toestand betreft, behoort o. a. te worden gelet op de volgende zaken: a. de temperatuur van het lijk; t. sporen van bloed, drek, modder enz.; c. ouderdom, geslacht, lengte, lichaamsbouw, huidskleur, voedingstoestand, overblijfselen of teekenen van bepaaldeziekte (b. v. huidziekte, syphilis), bijzondere kentteekenen (litteekens, moedervlekken, wratten, tatoeëeringen, misvormingen, lichaamsgebreken enz.); d. de teekenen van den dood en der eventueel ingetreden ontbinding (lijkstijfheid), verkleuring van de huid, lijkvlekken, rottingsverschijnselen. Yan de verschillende lichaamsdeelen valt het onder meer volgende vast te stellen: le. Bij lijken van onbekende personen: kleur en verdere eigenaardigheden van het haar, kleur van de oogen, al of niet voorhanden zijn van het praeputium. 2e. Het al of niet aanwezig zijn van vreemde voorwerpen in de natuurlijke openingen van het hoofd en van subconjunctivale bloedingen, het al of niet uitpuilen der oogen, de wijdte der pupillen, de toestand van het gebit, ligging en gesteldheid van de tong. 3e. Toestand van hals, borst, buik, rug, anus, uitwendige geslachtsdeelen en ledematen. Wordt hier of daar eene wonde aangetroffen, dan worden vorm, ligging, richting, lengte en breedte, alsmede de toestand der wondranden, van den bodem en de omgeving der wonde nauwkeurig opgegeven, en vermeld welke deelen in de diepte zijn getroffen. Ook al worden geene sporen van uitwendig geweld gevonden, mag de inwendige schouwing niet worden achterwege gelaten, en moeten in den regel achtereenvolgens de schedel-, borsten buikholte, soms ook de ruggemergsholte en eene of meerdere gewrichtsholten worden opengelegd, terwijl in bepaalde omstandigheden zelfs de ontleding der extremiteiten noodzakelijk kan zijn. Bestaat er een gegrond vermoeden omtrent de doodsoorzaak, dan begint men met het onderzoek van dieholte, waarin men de belangrijkste afwijkingen mag verwachten. Na opening der holten moeten de ligging, en de kleur en geaardheid der oppervlakte van de daarin besloten organen worden nagegaan, en worden gelet op het al of niet aanwezig zijn van vreemde lichamen, gas, bloed en andere vloeistof, of stolsels, terwijl ten slotte elk orgaan afzonderlijk uit- en inwendig moeten worden onderzocht. Zelfs dan wanneer de gerechtelijke geneeskundige in eene der holten de causa mortis meent te hebben gevonden, is het toch zaak met de sectie voort te gaan, omdat men niet vooruit kan weten, of de uitkomsten van een ver'der onderzoek op het vellen van het oordeel geen wezenlijken invloed kan hebben. In geval van vermoedelijke vergiftiging of bij het voorhanden zijn, dan wel bij de lijkopening vinden van verdachte zelfstandigheden moeten deze met de uitwerpselen, de contenta van maag- en darmkanaal, zoomede deze ingewanden zelve, stukken van lever, milt en nieren, en eventueel ook een gedeelte van het bloed (vergiftiging met blauwzuur, kooloxydgas, chloras kalcus) scheikundig worden onderzocht; indien zulks ter plaatse onmogelijk is, wordt dit alles in zuivere potten of flesschen, c. q. onder alcohol, jenever of arak, zorgvuldig afgesloten en verzegeld, en met een eveneens verzegeld monster der conserveeringsvloeistof aan de bevoegde autoriteit afgegeven of toegezonden. Op de potten of flesschen moet de inhoud en herkomst worden vermeld; zij moeten alle genummerd en door de handteekening van den gerechtelijken geneesheer worden gewaarmerkt. Bovenbeschreven maatregelen worden eveneens genomen ten opzichte van alle overblijfselen van voedsel of dranken, en van verdere verdachte zelfstandigheden, die in de woning of in de nabijheid daarvan in potten, pannen of andere utensiliën worden aangetroffen. Geldt het de obductie van een pasgeboren kind, dan dient in de eerste plaats te worden uitgemaakt, of het tijdperk van ontwikkeling, hetwelk dit heeft bereikt, levensvatbaarheid al dan niet buitensluit; in het ontkennend geval moet nog worden vastgesteld of het kind bij of na de geboorte heeft geademd, m. a. w. heeft geleefd. Fit de bouwstoffen in het visum repertum verzameld en gerangschikt, moet de gerechtelijke geneeskundige ten slotte eene oordeelkundige conclusie opmaken, door elk waargenomen verschijnsel zoo streng mogelijk aan wetenschap en ervaring te toetsen, vrij van alle oppervlakkigheid, d\ibbelzinnigheid en hypothetische beschouwingen. Terwijl aan den eenen kant overdreven angstvalligheid en het opwerpen van allerlei denkbare doch minder waarschijnlijke mogelijkheden bij het trekken der conclusie moeten worden vermeden, is het aan den anderen kant zaak niets te beweren, wat met de in het voorafgaande neergelegde feiten ook maar eenigszins in strijd is. Xa de conclusie volgt de aanteekening dat het visum reper- tum is opgemaakt naar waarheid en op den eed (de belofte) aan den lande gedaan, op plaats en datum als boven vermeld, om te dienen waar zulks behoort. Het bovenstaande geeft slechts in korte trekken weer, wat een visum repertum behoort te behelzen. Het is duidelijk, dat aan de samenstelling hiervan steeds de grootste zorg moet worden besteed, daar het resultaat van schouwing of onderzoek den rechter of tot het doen van verdere nasporingen kan opwekken, of ter beoordeeling van de al of n et strafbaarheid van aangeklaagde personen belangrijke gegevens kan aanbieden. Daar de instructie van strafzaken geheim is, moeten ook de visa reperta als geheime stukken beschouwd worden. No. 18. MILITAIR GENEESKUNDIG JAARVERSLAG. Over het opmaken en indienen van, en verzamelen van bouwstoffen voor het . In verband met artikel 13 van het Reglement voor den militair geneeskundigen dienst in Nederlandsch-Indië Algemeene order N°. 48 van 1909 — wordt door mij het volgende bepaald: Jaarlijks vóór of op den 15en Januari wordt door de Chefs der ziekeninrichtingen en de officieren van gezondheid, belast met den garnizoensdienst, aan de gewestelijk eerstaanwezende officieren van gezondheid een militair geneeskundig jaarverslag in simplo ingediend. Dit verslag moet een duidelijk en zoo volledig mogelijk overzicht behelzen van het klimaat, de hygienische verhoudingen, den algemeenen gezondheidstoestand en de meest belangrijke ziektevormen in het ressort van den verslaggever, zooals die in het voorafgaande jaar zi]n waargenomen, en van de wetenschappelijke bemoeiingen van het geneeskundig personeel over ditzelfde tijdvak. Yalt er te wijzen op antihy.gienische toestanden, gebreken in de huisvesting, voeding, kleeding, verpleging, enz. der militairen, zoo mag dit nimmer worden nagelaten. Indien zulks geschiedt, moeten steeds de middelen om die gebreken weg te nemen of te verbeteren, voorzoover zij uitvoerbaar zijn, tevens worden aangegeven; of, zoo dit onverhoopt niet mogelijk is, worden opgemerkt, dat, alhoewel het bestaande niet aan te stellen eischen voldoet, de verslaggever niet in staat is op te geven, op welke wijze verbetering zou kunnen worden aangebracht. Met liet oog op het omschreven doel van het verslag zullen •de volgende onderwerpen o. a. hierin niet mogen ontbreken: A. Militair geneeskundig jaarverslag van het garnizoen: le. Algemeene topografische en geologische gesteldheid der plaats. Meteorologische verschijnselen. Klimaat. 2e. Huisvesting der troepen, in verband met de sterkte hiervan volgens den landaard, luchtverversching, licht, afwatering, afvoer van faecaalstoffen enz., zindelijkheid en omgeving. 3e. Inrichting van militaire gevangenissen, provoost- en arrestlokalen. 4e. oeding, drink-, kook- en badwater. Overige dranken. Alcoholmisbruik. 5P. Kleeding en uitrusting. 6e. Dieni-ten, gelegenheid en middelen tot uitspanning. V- Algemeene gezondheidstoestand in verband met het voorafgaande. Se. De meest belangrijke ziektevormen, met daaraan vast te knoopen beschouwingen. '9''. Wetenschappelijke bemoeiingen van het geneeskundig personeel. 11 Militair geneeskundig jaarverslag der zieken inrichting: le. Beschrijving (zoo mogelijk met platte grond-teekening) van de ziekeninrichting, of van de verbeteringen, belangrijke herstellingen, vernieuwingen, veranderingen of bijbouwingen, welke gedurende het afgeloopen jaar zijn aangebracht. 2°. Huisvesting van het hospitaalpersoneel, in verband met de sterkte hiervan volgens den landaard, enz. (als boven sub A 2e). 3e. Inrichting van provoost- en arrestlokalen. 4e. A oeding van zieken en hospitaalpersoneel. Drink-, kooken badwater. Overige dranken. Alcoholmisbruik onder het hospitaalpersoneel. 5e. Kleeding en uitrusting van zieken en hospitaalpersoneel. '6e. Opleiding van het hospitaalpersoneel. 7e. Dienst van het hospitaalpersoneel. Gelegenheid en middelen tot uitspanning voor zieken en hospitaalpersoneel. 8e. Meest belangrijke ziektevormen, en daaraan vast te knoopen beschouwingen. 3e. etenschappelijke bemoeiingen van het geneeskundig personeel. MIL. GEN. DIENST. 2 Zijn een of meer der opgegeven punten, waaraan naar \cr kiezing uitbreiding kan worden gegeven, in een vorig verslag of vorige verslagen, of bij andere bescheiden, hetzij geheel of gedeeltelijk, reeds uitvoerig behandeld, dan kan met eene eenvoudige verwijzing worden volstaan. ^Nooit mag evenwel worden verzuimd op" eene vroeger gemaakte vergissing opmerkzaam te maken, of een voorgaand verslag aan te vullen of te verduidelijken, waar zulks noodig mocht zijn. Zijn de functiën van Chef der ziekeninrichting en officier van gezondheid belast met den garnizoensdienst, in eene hand vereenigd, of bedraagt het aantal officieren van gezondheid m eenig garnizoen slechts twee, dan kan worden volstaan met het indienen van één gecombineerd jaarverslag. Daar waar meerdere officieren van gezondheid met den garnizoensdienst belast zijn, zal de oudste in rang het verslag opmaken, terwijl de andere(n) hem daartoe de noodige gegevens verstrekt (verstrekken). De militair geneeskundige jaarverslagen worden door degewestelijke eerstaanwezende officieren van gezondheid m behandeling o-enomen en, waar noodig, toegelicht. Z j teekenen in margine aan, wat naar aanleiding daarvan door hen is verricht of wordt noodig geacht en zenden de verslagen, aldus aangevuld en voor gezien geteekend, zoo spoedig mogelijk aan' den Chef over den geneeskundigen dienst. Met het oog op de te stellen aanteekenmgen worden de verslagen op half blad geschreven. , „I Om aan de hiervóór gegeven voorschriften te kunnen vo doen. zal in de eerste plaats door de betrokken officieren van o-ezondheid van hunne verslagen een ligger worden aangehouden terwijl verder gedurende het geheele jaar door hen nauwkeurig aanteekening zal moeten worden gehouden van alles wat bij de samenstelling van het verslag als bouw ,t 1 hiervoor zal kunnen dienen. Bij eventueele vervanging zuïïen zij deze nota's van aanteekenmgen af geteekend aan hunne opvolgers overgeven, opdat hij, die een mintair geneeskundig jaarverslag moet opmaken, ten. allen tijde m het bezit z j de daarvoor noodige gegevens. No. 19. MILITAIRE GENEESKUNDIGE BIBLIOTHEEK. Driemaandelijksche opgaven van boekwerken voor de . Bij artikel XIV van het Reglement voor de militaire 'geneeskundige bibliotheek te Weltevreden, afgedrukt in den catalogus dier boekerij van het jaar 1908, is bepaald, dat ieder officier van den geneeskundigen dienst het recht heeft om door tusschenkomst van zijn directen chef aan den Chef over den geneeskundigen dienst een voorstel te doen tot aankoop van een of meer boekwerken. Ten einde meer regelmaat te verkrijgen in de toezending dezer voorstellen, wordt door mij vastgesteld, dat zij voortaan driemaandelijks, en wel op 1 Januari, 1 April, 1 Juli en 1 October door tusschenkomst van de gewestelijk eerstaanwezende officieren van gezondheid aan mij zullen worden ingediend. Fit den aard der zaak zal bij de opgaven der verlangde boekwerken, enz., rekening moeten worden gehouden met den bovengenoemden catalogus en de sedert verschenen aanvullingen daarvan. No. 20. Vervallen. No. 21. SCHRIJVERSPERSONEEL. • I Driemaandelijksche sterktestaat en halfjaarlijksche nominatieve opgave van het ——. In verband met het bepaaldé bij de §§ 20 en 21 der Algemeene order N~°. 25 van 1903 moet door de betrokken gewestelijk eerstaanwezende officieren van gezondheid driemaandelijks, zoo spoedig mogelijk, aan mij worden ingediend een sterktestaat betreffende het hun ondergeschikt schrijverspersoneel, volgens het bij die order aangegeven model letter B. en bovendien op le Januari en 1 Juli, zoowel door hen als door den Administrateur van 's Rijks magazijn van geneesmiddelen, eene nominatieve opgave van dit personeel, volgens model letter C. "Rij de invulling der rubrieken „gedrag", „ijver'' en „geschiktheid" (*) van de halfjaarlij ksche opgaven mag slechts gebruik worden gemaakt respectievelijk van de aanduidingen: „gunstig", „berispelijk", — „veel", „weinig", — „ja", „neen",. () Hieronder te verstaan geschiktheid voor de tegenwoordige betrekking. Zoo noodig kunnen daarbij in de laatste rubriek der staten nog de gewenscht geachte toelichtingen worden verstrekt. Wat betreft ijver en geschiktheid voor bevordering behooren strenge eischen gesteld te worden. Bij plaats gehad hebbende roijeering (ingevolge § 13) uit de, in § 12 van bovengenoemde Algemeene order bedoelde candidatenregisters, behoort tot aan de wederopneming daarin de rubriek „al dan niet voldaan aan het examen voor den hoogeren graad" te worden ingevuld met „neen'". Ten aanzien van de soldaten-schrijvers en de burgerlijkesehrijvers der 5e klasse, die niet voor bevordering in aanmerking komen, behoort in de rubriek „Toelichtingen' van de betrekkelijke dispositiën melding te worden gemaakt. No. 22. MILITAIKE APOTHEKERSBEDIENDEN. Gedragstaten der . Ten einde te kunnen beoordeelen, in hoeverre militaire apothekersbedienden zich onderscheiden door geschiktheid, dienstijver en goed gedrag om eventueel voor bevordering in aanmerking te komen, worden de Administrateur van 's Rijks magazijn van geneesmiddelen en de betrokken gewestelijk eerstaanwezende officieren van gezondheid uitgenoodigd op den eersten van ieder kwartaal aan mij in te dienen een staat volgens achterstaand model. De gewestelijk eerstaanwezende officieren van gezondheid ontvangen de gegevens voor de invulling hiervan bij staten van overeenkomstigen vorm, welke hun door de onmiddellijke dienstchefs der apothekersbedienden, langs den hierarchieken weg, worden toegezonden. MILITAIR GENEESKUNDIGE DIENST. Algemeene Magazyn van Geneesmiddelen. kwartaal 19 Afdeeling of G-ewest. GEDRAG-STAAT der Militaire Apothekersbedienden É 2 ■ § Sedert wanneer S o 3 ^ _ 43 'ö ai c 3 ö 3 c ^ ^ ^ ® a 35 § • . 'n z^n S 5 . ö Aanmerkingen. g| | in dienst, tegwnwoor- a§ £ f Ï J-S S5 gg "S dlge* 5-t lil' -"5 ^ t graad. ca a> .2 ■ — I i i __j j i ]_ ." den l"tn 19 . De 21 No. 23. OVERGEVEN EX OVERNEMEN VAN DEN DIENST. Opmaken en indienen van het proces-verbaal bij het . Het overgeven en overnemen van eenen dienst geschiedt bij proces-verbaal van het volgend model: PROCES-VERBAAL van overgave en overname van den militair geneeskundigen dienst te (plaats of gewest)._ Op heden den (in letters) 1900 en (in letters) hebben wij ondergeteekenden (namen, voorletters en rangen) ingevolge last van bij missive dd°. '. N° Overgegeven en overgenomen: I. Militair geneeskundige dienst. le. Het hospitaal (de ziekenzaal) met zieken. 2°. De apotheek met: a. artikelen tot verbruik, volgens de restanten; b. inventarisgoederen volgens de laatste verantwoording, verminderd en vermeerderd met de sedert, blijkens de aanwezige bewijzen, afgeschreven en ontvangen goederen. 3e. Het bureau-meubilair volgens de laatste verantwoording, verminderd cn vermeerderd met de sedert, blijkens de aanwezige bewijzen, afgeschreven en ontvangen goederen. 4e. Het archief, conform het laatstvoorgaande proces-verbaal van overgave en overname dd° verminderd met het sedert bij proces-verbaal dd° afgeschrevene en vermeerderd met het navolgende: a. Ingekomen stukken, van t/m lieden in bundels, te zamen bevattende stukken, met agenda ( bladzijden), klapper en index. . 5. Uitgegane stukken, van t/m heden, in bundels, te zamen bevattende stukken (of: in brievenboek bldz.) met agenda ( bldz.), klapper en index. c. Expeditieboek bldz. d. Orders voor den militair geneeskundigen dienst, van t/m heden. €. Algemeene orders en dagorders van t/m heden. ƒ. Jaar- en maandrapporten, van t/m heden stuks. (j. Wetenschappelijke verslagen en militair geneeskundige jaarverslagen, van t/m heden stuks. 11. Aanteekeningen ten gehoeve van het militair geneeskundig jaarverslag, bijgehouden tot op heden. i. Verantwoordingen van inventarisgoederen, restantsta- ten, enz. van t/m heden stuks. j. Inspectierapporten, stuks. k. Processen-verbaal, stuks. 7. Geneeskundige certificaten stuks. tii. Visa reperta, stuks. u. Ziekte geschiedenissen stuks. o. Wachtregister van het hospitaal (de ziekenzaal) bldz. p. Ziekenregister van het garnizoen, bldz. q. Keuringsregister bldz. r. Pegister van gedane lijkopeningen bldz. •s. Prijslijsten, reglementen, instructiën, boekwerken, kaarten, enz. (gespecificeerd). Geheim archief. t. Ingekomen stukken (zie boven) u. Uitgegane stukken ( id. ). v. Liggers-beoordeelingslijsten met bijbehoorende nota's, stuks enz. '5e. Den regenmeter. II. Hospitaaldiens t. Het archief, enz. — als sub I. Voor de overgave: Voor de overname: Toelichting. Worden de inventarisgoederen, het archief, de regenmeter, enz. in goeden staat aangetroffen, dan wordt aan het slot hoven de handteekeningen gesteld: „Alles in goeden staat''; is dit niet het geval, of worden er verschillen gevonden met het laatstvoorgaande proces-verbaal, die niet het gevolg zijn van eenige vermindering door afschrijving of vermeerderingdoor ontvangst, dan behoort hij, die den dienst overgeeft, eene nota van toelichting over te leggen. De opmaking van het proces-verbaal geschiedt d< or den laatstgenoemde, met inachtneming van het voorgeschrevenebij § 1 der Algemeene order X°. 14 van 1879. De overnemer behoort zich te overtuigen, dat dit werkelijk is geschied. De inzending geschiedt door den overnemer op de wijze, als bij § 2 van bovengenoemde order is bevolen, derhalve in duplo aan den gewestelijk eerstaanwezenden officier van gezondheid of aan den Chef over den geneeskundigen dienst, al naarmate een plaatselijke of een gewestelijke dienst is overgenomen, terwijl in den geleidebrief steeds de missive waarbij het laatstvoorgaande proces-verbaal van gelijksoortigen aard is aangeboden moet worden aangehaald. De gewestelijk eerstaanwezend officier van gezondheid z ndt het duplicaat voor „gezien en in orde bevonden" terug, evenwel niet, dan na zich vooraf overtuigd te hebben, dat de gegeven voorschriften zijn opgevolgd, en in geval van verschillen, niet dan na eerst den betrokken overgever te hebben gehoord. Processen-verbaal van overgave en overname van een archief van eenisjen garnizoensdienst worden op dezelfde wijze behandeld; die van overgave en overname van eeni»en pharmaceutischen dienst worden opgemaakt mot inachtneming van het voorgeschrevene bij de Regelen voor het beheer van het materieel bij het Departement van Oorlog. No. 24. Vervallen. No. 25. MELDEN". Verplichting der officieren van den geneeskundigen dienst, om zich bij aankomst en vertrek bij de hoogste ter plaatse aanwezige militair geneeskundige autoriteit te . Alle officieren van den geneeskundigen dienst zijn verplicht, zich bij aankomst op en vertrek van plaatsen, waar zij langer dan 24 uren vertoeven, te melden bij den eerstaanwezenden officier van gezondheid. Indien de laatste lager in de ranglijst staat, of bij ongesteldheid, kan de melding schriftelijk geschieden. Bij aankomst te of vertrek van Batavia melden zij zich bovendien bij den Chef over den geneeskundigen dienst. Ingeval van verhindering, geven zij den Chef schriftelijk kennis, onder opgave der redenen. Duurt het verblijf in eenig garnizoen slechts 8 dagen, of korter, dan kan met eene enkele melding bij aankomst worden volstaan. No. 26. Vervallen. No. 27. ZAKINSTRUMENTEN -DER OFFICIEREN VAN GEZONDHEID. Ieder officier van gezondheid is. gehouden te velde, op marsch, bij manoeuvres en dergelijke diensten zijne eigene zakingtrumenten mede te voeren. De gewestelijk eerstaanwezende officieren van gezondheid der afdeelingen of gewesten, van waaruit de officieren van gezondheid te velde trekken, zullen zich tijdig ervan overtuigen, dat ieder hunner van eene voldoende hoeveelheid in goeden staat verkeerende zakinstrumenten is voorzien. No. 28. MATERIEEL VOOR DEN GENEESKUNDIGEN DIENST TE VELDE. wordt weldra gewijzigd uitgegeven. No. 29. MATERIEEL VOOR DEN VETER IN AI REN DIENST TE VELDE. TASCH VOOR MILITAIRE PAARDENARTSEN. Bij kabinetsdispositie van 21 Maart 1900 is het materieel voor den veterinairen dienst te velde, vastgesteld bij de Algemeene order 1896 N°. 41, en onder de benaming ,.Ambulancematerieel voor militaire paardenartsen"' opgenomen in de Order voor den militair geneeskundigen dienst N°. 11, aangevuld met eene tasch voor militaire paardenartsen. Deze tasch bestaat uit eene openslaande kleedingtasch, met hangslot en twee sleutels, en dient, volgens voorschrift gevuld, te bevatten: le. eene zinken doos, lang 36.5 c.M., breed en hoog 12 c.M., inhoudende: a. 20 stuks katoenen zwachtels, elk lang 5.5 M. en breed 8 c.M., en b. 20 rollen ontvette watten (iedere rol weegt 15 gram); 2e. drie pakjes ontvette watten, elk van 100 gram; 3e. drie pakjes jodoformgaas, elk inhoudende 1 Meter; 4e. zes driehoekige verbanddoeken, lang 1.25 M., hoog 0.6 M.; 5e. eene buis van caoutchouc van 2.5 M. lengte en 1 c.M. diameter; 6e. twintig veiligheidsspelden in een doosje; 7e. dertig stuks chinosoltabletten, elk van 1 gram, in twee glazen buisjes; 8e. een fleschje met 60 gram jodoform-collodium (1 : 10); 9e. twee haren penseelen. De overblijvende ruimte in de tasch wordt door den paardenarts zelf uit den voorraad der veldverband- en veldmedicijnkist naar verkiezing aangevuld. Het is aan te bevelen, om op excursiën, enz. behalve de zakinstrumenten nog minstens mede te nemen: twee pincetten, Pean, eene Amerikaansche kogeltang, een scheermes, Lecoultre, een klosje hechtzijde, en een nagelborstel. No. 30. ARCHIEVEN. AANHOUDEN VAN AGENDA, KLAPPER EN INDEX, EN VASTE PENDELS. Van alle inkomende en uitgaande stukken behoort nauwkeurig aanteekening gehouden te worden in een agenda. In de archieven der gewestelijk eerstaanwezende officieren van gezondheid van hospitalen der le, 2e en 3e klasse behooren bij deze agenda: a. Een index met vaste hoofden, b. v. „overplaatsingen , „verloven", „huwelijken", enz., deze dient voor zaken. b. Een klapper voor de namen der personen, plaatsen, en voorwerpen, enz. Beide in alphabetische volgorde. Alle binnenkomende of uitgaande stukken behooren dadelijk in de agenda ingeschreven te worden; op d'> ontvangen stukken wordt de datum van ontvangst aangeteekend en verder op alle stukken, inkomende en uitgaande, het nummer, waaronder zij in de agenda zijn ingeschreven. Bovendien moet de verwijzing in de agenda zelf naar latere of vroegere agenda-nummers met stiptheid en volledigheid geschieden, opdat het raadplegen van alle over een en dezelfde zaak handelende stukken ten alle tijde gemakkelijk, spoedig cn volledig kunne geschieden. Inkomende stukken, uitgaande stukken, alsmede geneeskundige certificaten, visa reperta, processen-verhaal, rapporten en verslagen, enz., worden gemakshalve in afzonderlijke,bundels bewaard. Alle inkomende circulaires moeten in één afzonderlijken bundel worden bewaard. Netheid en nauwkeurig beheer van archieven wordt een ieder aanbevolen. No. 31. LEIDRAAD TOT HET OPMAKEN VAN PROCESSEN-VERBAAL VAN GERECHTELIJK SCHEIK UNDIGE ONDERZOEKIN GEN. De deskundige, door de bevoegde autoriteit gerequireerd tot het instellen van een gerechtelijk scheikundig onderzoek, moet hiervan een proces-verhaal opmaken. Dit proces-verbaal hetwelk als een geheim stuk moet worden beschouwd (order militair geneeskundigen dienst N°. 17) behoort te bevatten een getrouwe en nauwkeurige beschrijving van al de te onderzoeken stoffen, benevens van het onderzoek zelf zonder te vervallen in onnoodige uitvoerigheid of wetenschappelijke bespiegelingen. Bij het opmaken moeten zekere vormen en regelen worden in acht genomen. Aan het hoofd wordt vermeld door welke autoriteit de deskundige is gerequireerd, met opgave van den datum van de mondelinge of schriftelijke opdracht, den datum van de ontvangst der te onderzoeken stoffen, cn dien, waarop het onderzoek een aanvang heeft genomen. Daarop volgt eene nauwkeurige beschrijving van de wijze, waarop de stoffen zijn ingepakt en verzonden, met vermelding van den uitwendigen toestand der inpakkingsmiddelen, en van al de bijzonderheden, dio dienen kunnen en wellicht later noodig zijn, om hare indentiteit te bewijzen, en verder van de hoeveelheid, den aard en den toestand der corpora delicti, waarop het scheikundig onderzoek moet worden in het werk gesteld. Daarna gaat men over tot de beschrijving van het eigenlijkonderzoek. Dit onderzoek kan geweest zijn van verschillenden aard, en wel: op lijkdeelen en hun inhoud, of uitwerpselen, gedurende het leven verzameld; — op levensmiddelen, waarbij dikwijls vervalschingen voorkomen, die, zooal niet dood flijk, doch zeer nadeelig op het menschelijk lichaam werken, of handelswaren in het algemeen, welke door vervalschingen hare waarde geheel of gedeeltelijk verliezen; op vlekken, welke aan verschillende oorzaken haar ontstaan kunnen te danken hebben, doch waaronder de voornaamste plaats bekleedt een onderzoek op bloedvlekken; — op vervalschingeni in geschriften, enz. Het eigenlijk scheikundig onderzoek dient zooveel mogelijk voorafgegaan te worden door een mechanische en mikroskopisch, welke beide laatste in de meeste gevallen reeds een middel aan de hand kunnen doen tot afzondering en herkenning van vele inmengselen, en daardoor het scheikundig onderzoek vereenvoudigen en bespoedigen. Bij het onderzoek op vlekken is zelfs het mikroskopische van overwegende beteekenis, daar nooit de aanwezigheid van bloedvlekken met zekerheid kan worden geconstateerd, dan door het ontstaan en aantoonen der Teichmann'sche haemine-kristallen, of door de aanwijzing van bloedlichaampjes, terwijl men bij andere vlekken den loop van het gewoon scheikundig onderzoek dient te volgen. Dit alles moet nauwkeurig worden beschreven met logische opeenvolging der feiten en uiteenzetting' der verschijnselen en bijzonderheden, welke zich bij het onderzoek hebben voorgedaan, beknopt en zakelijk, zonder overbodige uitvoerigheid; echter met voldoende juistheid, opdat niet al te groote beknoptheid aanleiding geve tot verkeerd begrip of onjuiste gevolgtrekking. Plet spreekt van zelf, dat de wijze van onderzoek in sommige opzichten kan verschillen bij verschillende deskundigen; doch evenzeer is het een vereischte dat ieder onderzoek beruste op algemeen erkende wetenschappelijke gronden. Eindelijk beschrijft men de conclusie, waartoe men gekomen is door de verkregen resultaten, welke die conclusie zeker of althans waarschijnlijk maken. Hierbij worden geconstateerd; de al of niet aanwezigheid, de aard en de hoeveelheid der gevondene vergiftige zelfstandigheden, benevens hare dosis toxica, — de al of niet aanwezigheid, de aard en de hoeveelheid der stoffen, welke tot vervalsching hebben gediend, ■— de al of niet aanwezigheid van bloedvlekken, — de al of niet vervalsching van geschriften enz. Aan liet slot wordt nog vermeld, dat men zich door nauwkeurig onderzoek overtuigd heeft van de zuiverheid van alle .gebruikte instrumenten, utensiliën en reagentia; — dat het onderzoek van het begin tot het einde is verricht in een goed te sluiten vertrek, dat bij afwezigheid van den deskundige, wien het onderzoek is opgedragen, van niemand anders toegankelijk was; — en dat het proces-verbaal is opgemaakt naar waarheid, en op den eed, aan den lande gedaan. No. 32. YEREENIGING TOT BEVORDERING DER GENEESKUNDIGE WETENSCHAPPEN IN NEDERLANDSCH-INDIË. Uitnoodiging tot medewerking aan de . Yan de officieren van den geneeskundigen dienst wordt verlangd en verwacht, dat zij krachtig zullen medewerken tot den bloei der „Vereen iging tot bevordering der geneeskundige wetenschappen in Nederlandsch-Indië", vooral wijl door deze vereeniging een tijdschrift wordt uitgegeven, waarin, in •verband niet de Order voor den militair geneeskundigen dienst N°. 10, die wetenschappelijke verslagen van onzen dienst worden opgenomen, waarvan de publicatie van wezenlijk nut mag worden geacht. Ik vertrouw dat een enkel woord van aanbeveling, om allen tezamen het onze bij te brengen tot bevordering der geneeskundige wetenschappen, voldoende zal zijn om tot krachtige medewerking aan te sporen. No. 33. GElfEESKUNDIGE CERTIFICATEN EN ADVIEZEN. Over het afgeven van . Wanneer door een hoogere geneeskundige autoriteit een beslissing, verlof, evacuatie e. d. g. omtrent een militair of ambtenaar moet worden genomen behooren de officieren van gezondheid behandelende geneesheeren zich te onthouden van het mondeling of schriftelijk mededeelen van hun persoonlijke meening ter zake aan de patiënten. In het algemeen mogen geene verklaringen o. a. aan de patiënten worden afgegeven op hun verzoek; de officieren van gezondheid geven die verklaringen alleen af aan de bevoegde autoriteit, en zulks na viseering door hun onmiddelijken medisehen chef. No. 34. GENEESMIDDELEN. PAARDEN. Verstrekking van geneeskundige behoeften voor de rijkspaarden benoodigd, op plaatsen waar geen militair paardenarts aanwezig is. Krachtens machtiging van den Commandant van het Leger, en Chef van het Departement van Oorlog, verleend bij missive van den Chef der IIe Afdeeling van genoemd Departement dd°. 19 November 1886, n: 4, wordt bepaald: le. dat op plaatsen, waar geen militair paardenarts aanwezig is, de voor de rijkspaarden benoodigde utensiliën en geneesmiddelen mede uit de militaire apotheken kunnen ontvangen worden; de eerste in bruikleen, de laatste tegen betaling (zonder verhooging), te bestrijden uit de bij § 18, van tarief ïl! 46c toegekende indemniteit; 2e. dat deze betaling behoort te geschieden op het einde der^ maand, waarin de geneesmiddelen ontvangen zijn, met dien verstande, dat wanneer het verschuldigde bedrag hooger is dan het totaal der indemniteit, het resteerende op de volgende maand wordt verrekend en 3e. dat alle hierboven bedoelde ontvangsten en betalingen geschieden door of van wege den betrokken batterij-, eskadrons- of detachements-commandant, No. 35. DRINKWATER. Regelen voor het onderzoek en het beoordeelen van . Teneinde een vasten maatstaf voor de beoordeeling van drinkwater te verkrijgen, wordt bepaald, dat in de verslagen omtrent het onderzoek van dergelijk water de onderstaande punten in de aangegeven volgorde moeten worden vermeld: le. Smaak. Aan te duiden in de gebruikelijke termen (hier te vermelden, indien het water in bijzondere mate lucht- of koolzuurhoudend is). 2e. Een k. Aan te duiden in de gebruikelijke termen. 3e. Kleur. Idem. Bovendien c. q. of de bruine kleur van ijzer of humusachtige lichamen afkomstig is. 4e. Klaarheid. Helder, opalesceerend of troebel. Door bezinking al of niet spoedig helder wordend. Zoo noodig den aard van 't bezinksel op te geven. 5e. Vaste bestanddeelen. Door indamping van minstens 250 c.c.M. (zoo noodig gefiltreerd) water en droging bij 110°—120° C. te bepalen. Op te geven per liter water. 6e. Gloeiverlies. Aan te geven het bedrag per liter water, verder in welke mate het residu bij gloeiing zwart wordt en kwalijk riekende dampen verspreidt. 7e. Ammoniak. Colorimetrisch door Xessler's reagens in vooraf van aardalkaliën bevrijd water, en vergelijking met een zeer verdunde ehloorammonium-oplossing van bekende sterkte. Op te geven in m.gr. ammoniak per liter. Bij benaderde bepalingen kan de kleurreactie aangeduid worden door lichtgeel, geel, lichtoranje of lichtbruinrood, welke verkleuringen respectievelijk gelijken op die, welke ongeveer 1, 4, 7 en 10 m.gr. ammoniak per liter geven. 8e. Salpeterigzuur. Aan te wijzen door joodkalium- of joodzinkstijfsel of door metaplenvleendiamine. Te bepalen volgens Trommsdorff, of op te geven het aantal minuten binnen welke het water blauw verkleurt. 9e. Salpeterzuur. Aan te wijzen als sub 8 na reductie met zuiver zinkvijlsel, door diplenylamine of door brucine. Zoo noodig kwantitatief te bepalen volgens Marx en op te geven de hoeveelheid in m.gr. per liter water. 10e. Inwerking van Kaliumperm anganaat. Te volgen d£ methode van Kübel en op te geven de hoeveelheid kaliumpermanganaat in m.gr. benoodigd ter oxydatie van d» organische stoffen in 1 liter water. lle. Chloor. Te bepalen door Vio normaal-zilvernitraatoplossing en aan te geven als chloornatrium per liter. 12e. Hardheid. Te bepalen volgens Clark. Op te geven het aantal Duitsche hardheidsgraden en of het water week of hard is te noemen. 13e. Alkaliën. Blijken de vaste bestanddeelen hoofdzakelijk uit koolzure natron te bestaan (hetgeen vermelding verdient) en is het totaal bedrag der zouten belangrijk, dan kan de kwantitatieve bepaling der alkaliën gewenscht zijn. Slotparagraaf. . Hierin wordt vermeld of het water is: direct geschikt voor drinkwater (zie o. a. de eischen door de Nederlandsche Pharmacopee 4e uitgave onder Aquacommunis gesteld); verdacht (slechts voorwaardelijk geschikt), of onbruikbaar (beslist ongeschikt). In de twee laatste gevallen met omschrijving der redenen. Vergelijk voorts de Alg. Order 1909 N°. 24. No. 36. KEURING VAN" MINDERE MILITAIREN. In de missive van het Departement van Oorlog dd°. 5 Fe- hruari 1894. I1' Afdeeling 11; 3 komt o. a. de volgende bepaling voor: „In de gevallen, waarin niet in de ziekeninrichtingen verpleegde mindere militairen geneeskundig gekeurd behooren „te worden, zal de betrokken compagnies-, (detachements-, „escadrons-) commandant op den keuringsstaat bekertdstellen, „wat hem in de practijk is gebleken ten opzichte van de geschiktheid van den man om aan de verschillende diensten „deel te nemen; dit behoort echter slechts aangemerkt te worgden als eene eenvoudige aanteekening, waarmede de keurende „officier van gezondheid niet meer rekening behoeft te hou„den. dan hem gewenscht voorkomt". Danr het mij gebleken is, dat aan deze aanschrijving niet overal en altijd de hand wordt gehouden, gelast ik mits deze uitdrukkelijk, dat nimmer militairen mogen worden gekeurd, op wier keuringsstaat de bovenbedoelde aanteekening ontbreekt, ook al zoude deze eventueel moeten luiden, dat de compagnies- (detachements-, eskadrons-) commandant, bij gemis van gegevens, geene inlichtingen kan verschaffen. No. 37. Vervallen. No. 38. Vervallen. No. 39. Vervallen. No. 40. ZIEKTEGESCHIEDENISSEN". Voorschrift voor het inschrijven en behandelen der . Afzonderlijke boeken voor de recepten. Het is gewenscht dat de aanteekeningen der officieren van gezondheid betreffende hun patiënten niet ter kennis komen van de lijders zelf of van daartoe niet bevoegde personen. Om dit te bereiken zijn modellen ingevoerd (zie onderstaand model), uitsluitend bestemd voor het eigenhandig inschrijven der historia morbi. welke alleen in handen der geneesheeren mag komen. De recepten worden voorgeschreven op de alge'meene medi«cijnlijsten in boekvorm. MIL. GEN. DIENST. g I. Onmiddellijk na binnenkomst van een lijder wordt het hoofd der ziektegeschiedenis door een daarvoor door den Chef der ziekeninrichting aan te wijzen persoon zoo volledig mogelijk ingevuld, en daarbij doorgeslagen, hetgeen op den patiënt geen betrekking heeft; vervolgens wordt zij aan den sergeant ziekenopzichter of den wachthebbenden ziekenverpleger der zaal ter hand gesteld om den behandelend officier van gezondheid of den officier van gezondheid der wacht bij het eerste ziekenbezoek aangeboden te worden. II. De officieren van gezondheid dragen zorg, dat het ondergeschikt personeel en de patiënten geen inzage krijgen van den inhoud der verdere aanteekeningen. Zij rangschikken persoonlijk de ziektegeschiedenis volgens het kribnuminer in een portefeuille, welke na afloop der visite wordt opgeborgen op een door den Chef der ziekeninrichting aan te wijzen plaats, waar zij ten allen tijde beschikbaar is voor den officier van gezondheid der wacht. Genoemd chef regelt de behandeling en opbewaring van de ziektegeschiedenissen der aanwezige en der vroeger verpleegde lijders zoodanig, dat die van ouderen datum, ter eventueele aanhechting (met een speld vide sub V) aan een nieuw op te maken historia morbi, aan den behandelend officier van gezondheid zullen kunnen verstrekt worden, en dat verder in 't algemeen aan de bedoeling dezer order nauwkeurig wordt voldaan. III. Elke ziektegeschiedenis moet inhouden een beknopt doch volledig verslag der ziekte in duidelijk leesbaar schrift. Anamnese en status praesens worden zoo spoedig mogelijk na binnenkomst van den lijder ingeschreven, een diarium bijgehouden, dat inhoudt alle belangrijke wijzigingen in het ziektebeeld, alle therapeutische maatregelen (zonder dat elk recept in extenso van de medicijnlijst behoeft overgenomen te worden), de waargenomen lichaamstemperatuur, de reden van een voorgenomen evacuatie, de beslissing eener geneeskundige commissie, kortom alles wat voor den behandelend geneesheer van belang is te onthouden of voor zijn opvolger van gewicht is te weten. IY. Yoor de invulling der modellen, welke overigens uit zich zelve duidelijk is, geldt nog het volgende: De naam (met voorletters) van den behandelend officier van gezondheid wordt aan het begin der ziektegèschiedenis steeds duidelijk bekend gesteld. Bij liet verlaten der ziekeninrichting en bij overlijden wordt, ongeacht de invulling van het gedrukte hoofd, de ziektegeschiedenis door den behandelend geneesheer afgeteekend (parafeeren is onvoldoende) met een toelichting als: hersteld, niet hersteld, op verzoek uitgeschreven, geëvacueerd, overleden, etc. Bij overlijden wordt dag en uur van den dood door den officier van gezondheid der wacht vermeld. De afteekening geschiedt ook met vermelding van den datum, wanneer de patiënt naar een andere zaal overgaat of de officier van gezondheid der zaal definitief wordt vervangen. De officier van gezondheid, die de behandeling van een lijder overneemt, sluit door een horizontale lijn het relaas van zijn voorganger af. Onmiddellijk hieronder vermeldt hij ziekeninrichting (dit geldt alleen bij evacuatie), zaal- en kribnummer, benevens zijn eigen naam als behandelend geneesheer en gaat met het diarium voort. V. Bij evacuatie van de eene ziekeninrichting naar de andere worden de ziektegeschiedenissen der lijders tijdig verzonden aan den Chef der ziekeninrichting, waarheen de evacuatie geschiedt. Daarbij wordt gevoegd een nominatieve staat der te evacueeren personen voor welken staat de gedrukten voor het ziekenregister (met doorhaling der kolommen 8 t/m 13) kunnen worden gebruikt. Reizen de zieken onder geleide van een officier van gezondheid, dan wordt deze met het overbrengen der bescheiden belast. Alvorens de verzending plaats heeft, wordt door den behandelend officier van gezondheid op de historia morbi beknopt aangeteekend, wat hem uit ziektegeschiedenissen van vroege ren datum belangrijk voorkomt. Opdat deze vereenvoudiging niet zal kunnen leiden tot het verstrekken van onvoldoende inlichtingen bij evacuatie, overtuigt de chef der ziekeninrichting zich er tijdig van, dat de ziektegeschiedenissen der te evacueeren lijders in orde zijn. AT. De aan de lijders voor te schrijven genees- en verbandmiddelen worden door den behandelend officier van gezondheid tijdens de visite achtereenvolgens op dato in een daarvoor bestemd, van een opschrift voorzien en gepagineerd boek opgeteekend met vermelding van naam en kribnummer der ll3ÏTae visite worden de geneeskundige behoeften voor algemeen gebruik op de zaal hierin genoteerd. Elk recept wordt door den officier van gezondheid geparafeerd en is van het daaropvolgende duidelijk afgescheiden. In een afzonderlijke kolom, hiertoe m t receptenboek te trekken, parafeert de receptarius voor de afgifte van het voor- SeTCn spoedeischende gevallen kan een recept op een afzonder lijk stuk papier ter onmiddellijke bereiding naar de apotheek geï°n het receptenboek wordt daarvan een aanteekemng gesteld, waaruit den receptarius blijkt, dat het voorgeschrevene r°e\anWhet hoofd6 van dit receptenboek stelt de behandelend officier van gezondheid zijn naam evenals bij de ziektegeschiedenissen, hetgeen bij overgave van den dienst op de zaal d den vervanger op dezelfde wijze geschiedt. De volgeschreven receptenboeken worden aan den beheerder der apotheek afgegeven, die ze overeenkomstig de wettige bepalingen opbewaart. YII De historiae morbi en de receptenboeken op de besmettelijke af deeling in gebruik worden nimmer «Pdeza^ gebracht, waar de lijders verpleegd worden, doch door den behandelend officier van gezondheid c. q. ingevuld onmiddellijk voor het verlaten dier afdeeling. Yin. De modellen voor ziektegeschiedenissen, de portefeuilles voor de opbewaring en de boeken voor de recepten worden op de gewone wijze jaarlijks bij de gedrukten aangevraagd. Model behoorende bij de Korpsorder N°. 40. MILITAIRE ZIEKENHSTEICHTING te zaal krib N° SSSTSSSfcT a.?. * Rang, graad of betrekking. In dienst In Indië Nog te dienen Hoe lang in het laatste garnizoen Vorige garnizoenen (in het loopende jaar) Ingekomen op den "Uitgegaan op den Geëvacueerd op den l»u.... naar Overleden op den 1"® aan Diagnose Datum. Behandelend officier van , remPera- Therapie, gezondheid. tuur. l_i No. 41. Vervallen. No. 42. CHOLERA. Leidraad hij het nemen van maatregelen tegen het optreden of de uitbreiding van in de militaire kampementen. In tijden, waarop de cholera in naburige plaatsen is opgetreden, doch in het garnizoen zich nog geen geval heeft voorgedaan, kan volstaan worden met streng de hand te houden aan de algemeene hygiënische maatregelen als reinheid, zorg voor ventilatie enz., terwijl tegen den invoer van cholera uit besmette streken gewaakt wordt, door eene observatie gedurende drie dagen (gerekend van af den dag van vertrek uit de laatst aangedane besmette plaats) van alle uit besmette garnizoenen nieuw aangekomen kampementsbewoners. Deze observatie moet o. a. bestaan in het ondervragen c. q. onderzoeken door den garnizoensdokter op 3 achtereenvolgende ziekenrapporten. Over het algemeen zal het aanbeveling verdienen het verkeer tusschen plaatsen, waar cholera heerscht, en choleravrije oorden zooveel mogelijk te beperken, dus zoo min mogelijk overplaatsingen te doen, verloven te geven enz. De garnizoensarts draagt inmiddels zorg, dat aan de wacht aanwezig zijn: ., . a. de noodige medicijnen met gebruiksaanwijzing alsmede de verdere voorschriften, welke bij elk verdacht geval van buikziekte door hem persoonlijk of door den sergeant van de week dadelijk kunAen worden toegepast; b. de noodige desinfectie-middelen; c. de noodige lakens of spreien tot inwikkeling van besmette kleedingstukken enz. voor het vervoer. Ook treedt hij in overleg met den Plaatselijk eerstaanwezend genie-officier, opdat zoo mogelijk ten allen tijde eenige manschappen (desinfectie-brigade) voorzien van de noodige reinigings- en ontsmettingsmiddelen gereed kunnen zijn om bij de eerste waarschuwing tot het desinfecteeren in het kampement over te gaan. ]STa het eerste geval van cholera ter plaatse wordt door den eerstaanwezend officier van gezondheid aan den Plaatselijk of Plaatselijk Militairen Commandant de noodzakelijkheid van het nemen van eenige of alle hieronder te noemen maatregelen in overweging gegeven. Deze kunnen voor zoover noodig bij garnizoensorder bekend gemaakt worden: le. Theorie van den garnizoensarts met de officieren, van de officieren met het kader, van het kader mot de manschappen over de algemeene en persoonlijke voorbehoeding tegen cholera (geregelde leefwijze, matigheid in het gebruik van spijs en drank, vooral van alcoholica, beschutting tegen vocht en kou door behoorlijke kleeding en bedekking, ook en vooral des nachts, verbod om in de corridors of op den grond te slapen). . 2e. Zorg voor zuiver drinkwater, verstrekking van thee of gekookt water. 3e. Zorg voor zuiver badwater. Zoo noodig kan het baden in de rivier verboden worden, indien mea ten minste meer vertrouwbaar bad- en spoelwater in voldoende hoeveelheid kan verschaffen. Zoo niet, dan bepale men zich tot het afraden van duiken, drinken, mondspoelen bij het baden in de rivier. ■±e. Verbod van het gebruik van onrijpe en waterrijke vruchten (als semangka, ketimoen, ananas, belimbing), van ongekookte melk, van ijswater, limonade, stroopen en eetwaren der waronghouders en rondventers; aan laatstgenoemden worde de toegang tot het kampement en waar mogelijk ook tot de onmiddellijke omgeving verboden. Bij voorkeur slechts gekookte spijzen en groenten te gebruiken, liefst geen garnalen of kepieting, noch sambalans uit onrijpe vruchten bereid, noch roedjak. 5e. Nauwkeurig toezicht op de zindelijkheid in en om de kampementen, speciaal der privaten, herhaaldelijk reinigen en dagelijks desinfecteeren dezer gelegenheden met eene oplossing van sapo-carbol 3%. Begraven of verbranden van alle vuil en afval (in 't bijzonder bij keukens en stallen). 6e. Intrekking of beperking van middag- en avondpermissies. Verbod van het bezoeken van huizen of kampongs, waar cholera voorkomt. 7e. Met voor 6% uur uitrukken voor den morgendienst; marsch-, gevechts- en andere inspannende oefeningen niet langer dan tot 10 irar uit te strekken, bij langer durende oefeningen zorgen voor voldoende, goed geregelde rust. 8e. Het drinken van verdacht water gedurende uitrukkende diensten tegen te gaan, aan ieder militair de veldflesch gevuld met koffie, thee of gekookt water mee doen dragen, eventueel reservevoorraad in vaatjes mee doen voeren. 9e. Verscherpt toezicht van officieren en kader op de bereiding van eet- en drinkwaren, op het schoonmaken van vaatwerk, borden enz., niet alleen in de compagnies- of detachementskeuken, doch ook in de vrouwenloodsen. 10e. Toezicht van officieren en kader op den gezondheidstoestand der kampementsbewoners, opdat elk geval van buikziekte onmiddellijk worde ontdekt. lle. Verplichting van iederen kampementsbewoner om elk geval van buikziekte in zijne omgeving (herhaaldelijk naar het privaat loopen, braken), onmiddellijk te rapporteeren, zoowel in het belang van den lijder als van het algemeen. 12e. Ieder kampementsbewoner, die verschijnselen van diarrhée en braking of een van beide vertoont moet als verdacht van cholera worden beschouwd en reeds dadelijk geiso'leerd worden. Bij voorkeur laat men hiertoe liet vertrek of de naburige ligplaatsen door de andere bewoners ontruimen. Is de garnizoensarts dicht bij de hand, zoo wordt hij onmiddellijk gewaarschuwd; valt op diens spoedige komst niet te rekenen, zoo wordt de patiënt zoodra mogelijk onder de noodige voorzorgen naar de ziekeninrichting vervoerd. In afwachting van een en ander wordt den patiënt de cholera-medicijn toegediend, welke met gebruiksaanwijzing aan de wacht aanwezig is. i3e. De ligplaats van den lijder en, naar omstandigheden, de geheele localiteit of de daaraan grenzende ligplaatsen worden voorloopig als verboden terrein beschouwd. Waar braaksel of ontlasting is gemorst, zal door de zorgen van den sergeant van de week reeds dadelijk eene ruime hoeveelheid sapo-carboloplossing (3%) worden gegoten; het privaat, waarvan de lijder eventueel gebruik gemaakt heeft, wordt afgesloten, na daarin van diezelfde oplossing te hebben uitgestort. 14e. leder, die met den lijder in aanraking is geweest, dient zich te wasschen (handen c. q. voeten) met zeep en water, daarna met sublimaatoplossing Viooo- Zij, die door den lijder bevuild zijn geworden, behooren zich bovendien te verkleeden; de afgelegde kleederen (ook schoenen) zijn afzonderlijk te houden en moeten gedesinfecteerd worden. loe. Het vervoer van den lijder naar de besmettelijke afdeeling der ziekeninrichting geschiedt, onder de noodige voorzorgen tot voorkoming van besmetting, zooveel mogelijk naar de hieronder te geven regels. Het vervoer gaat langs den kortst mogelijken weg; het vervoermiddel zij zoo ingericht, dat bevuiling van den openbaren weg door braaksel of ontlasting is uitgesloten (door middel van eene impermeabele stof als imitatieleder of zink) en grondige desinfectie gemakkelijk uitvoerbaar is. Voor het vervoer worden twee personen (geleiders) aangewezen, bij voorkeur de. huurlieden van den patiënt of personen, die reeds met hem in aanraking zijn geweest. Het geschiedt onder commando van een gegradueerd hoofdgeleider, die elke aanraking met den lijder vermijdt en zorg draagt dat, mocht onverhoopt door den lijder buiten het vervoermiddel gebraakt worden, de verontreinigde plek onmiddellijk ruimschoots worde overgoten met sapo-carboloplossing (3%), welke hiertoe uit de kazerne wordt medegegeven. Bij aankomst aan de ziekeninrichting wordt, indien zulks nog niet door den garnizoensarts is uitgemaakt, door den bij de zickeninrichting dienstdoenden officier van gezondheid de aard der ziekte geconstateerd. Is cholera met zekerheid of waarschijnlijkheid gediagnosticeerd, dan wordt den patiënt een ligplaats aangewezen op de besmettelijke afdeeling, terwijl voertuig en geleiders aldaar worden aangehouden ter desinfectie. De hoofdgeleider brengt het schriftelijk bericht hiervan oogenblikkelijk over naar den hoogsten in rang of graad in het kampement op wacht zijnden militair (adjudant-onderofficier der week, of sergeant-majoor der compagnie), die onverwijld den Geniedienst verzoekt het noodige ter desinfectie van het logies te verrichten. De goederen van den lijder en van hen, die met den zieke in aanraking zijn geweest, voor zoover zij gevaar voor besmetting zouden kunnen opleveren, als beddegoed, kleeding enz. worden in met sublimaat Viooo gedrenkte natte lakens, spreien of matjes gewikkeld en met 's mans overige goederen naar de besmettelijke afdeeling nagezonden ter ontsmetting. Voor de in de ziekeninrichting aangehouden geleiders worden andere kleêren daarheen gezonden en aan den hoofdingang afgegeven. Zij zeiven nemen een bad, wasschen handen en voeten flink met zeep en water, daarna met sublimaat Viooo trekken sc-hoone ziekenkleeding aan en begeven zich naar een deigewone ziekenzalen, waar zij de komst van andere kleeding afwachten en daarna met het inmiddels gedesinfecteerde voertuig naar het troepenlogies terugkeeren. Evenals met de geleiders, wordt gehandeld met ieder persoon, casu quo ook met den hoofdgeleider, die verondersteld kan worden door den cholera-lijder besmet te zijn. W ordt de hoofdgeleider om genoemde redenen in de ziekeninrichting aangehouden dan geschiedt de overbrenging der kennisgeving door een ordonnans. 16e. Eischt de cholera in het troepenlogies dagelijks slachtoffers, zoo kan de geheele ontruiming van het logies worden overwogen. 17e. Treedt cholera in een bivak op, dan zorge men voor onmiddellijk isolement der lijders en wake er in het bijzonder voor dat slechts diegenen, die ambtshalve daartoe geroepen zijn, tot de geisoleerde lijders toegang hebben. No. 43. Vervallen. No. 44. TIJDELIJKE ONGESCHIKTHEID VOOR DEN" DIENST TE VELDE. Voorschriften omtrent aan te houden en in te dienen staten. Met verwijzing naar de algemeene order N°. 122 van 1902, "wordt den met den garnizoensdienst heiasten officieren van gezondheid opgedragen, een Nominatieven staat (volgens hierbij gevoegd model) aan te houden van alle tot hun ressort behoorende officieren (onderluitenants), die tijdelijk ongeschikt zijn verklaard voor den dienst te velde en daarop alle bijzonderheden betreffende het verloop der ziekte aan te teekenen, ten einde den Plaatselijk eerstaanwezend officier van gezondheid, dan wel de geneeskundige commissies, te allen tijde de noodig geachte inlichtingen te kunnen verstrekken. De Gewestelijk eerstaanwezende officieren van gezondheid behooren mij telkens, wanneer een officier van den Geneeskundigen Dienst voor den dienst te velde tijdelijk ongeschikt wordt bevonden, per staat de redenen op te geven, die daartoe hebben geleid en eveneens mij per staat te berichten, wanneer een tijdelijk voor dien dienst ongeschikt officier van den Geneeskundigen Dienst weder geschikt wordt verklaard. MODEL, behoorende bij Order Militair Geneeskundigen Dienst n° 44. STAAT der voor den dienst te velde ongeschikte officieren (onderluitenants). Namen en voornamen. Kangen. ! Wapen of dienst. Ongeschikt sedert Ziekte uithoofde waarvan, Weder geschikt sedert Toelichtingen. Medische aanteekeningen. I I No. 45. MILITAIRE PAARDENARTSEN. Aanhouden van een register betreffende de voor het Leger goedgekeurde paarden. Ten einde omtrent het gehalte van pas aangekochte paarden volledig te kunnen worden ingelicht, zijn de paardenartsen verplicht een register aan te houden, volgens bijgaand model, waarin de noodige aanteekeningen worden gesteld betreffende alle dieren, die door hen zijn goedgekeurd, zoowel wanneer zij als gevolmachtigden optreden, dan wel deel uitmaken eener commissie tot aankoop van legerpaarden. Na afloop van elke maand wordt- een afschrift van het register, over die maand loopende, door tusschenkomst van den gewestelijk eerstaanwezend officier van gezondheid (zoo noodig ook door die van den eerstaanwezend paardenarts) bij mij ingewacht. Militair Vétérinaire Dienst. Jaar STAAT der paarden welke door den ondergeteekende, paardenarts der klasse te goedgekeurd zijn geworden. Eemonte nummer. Bestemd voor: 0. Cavalerie, A. Artillerie, B' Remontedepöt. Leeftijd. Hoogte. Datum van aankoop. Plaats van aankoop. Algemeene beoordeeling. Waargenomen j fouten in den bouw, zoomede , gebreken, welke : geen beletsel tpgen de goedkeuring hebben opspel everd. Aanmerkingen. I . • Handteekening. No. 46. KAARTENTASCH. YELDTASCH. Vaststelling van modellen. Naar aanleiding van het bepaalde in het slot van § 5 der Algemeene Order N°. 32 van 1902, worden voor de officieren van den Geneeskundigen Dienst de ondervolgende modellen van de kaartentasch en de veldtasch vastgesteld. I. De kaartentasch (1). De kaartentasch is een bruinlederen tasch, van het algemeen in den handel voorkomende model. De tasch wordt, door een lederen middenschot, in twee vakken verdeeld en door een klep gesloten. Onder die klep bevinden zich, op den voorkant der tasch, de noodige zakjes en passanten voor het opbergen van potlooden, een dubbelen decimeter en verder van die voorwerpen, waarvan het medenemen door den gebruiker wenschelijk geacht wordt. Het aantal en de vorm der zakjes en passanten wordt aan de gebruikers overgelaten. Op den voorkant der tasch is verder een kram bevestigd, middels een metalen plaatje. Op de klep is, ter hoogte van die kram, een metalen plaatje met sleuf aangebracht. Om de tasch te sluiten, wordt de kram door de sleuf gestoken en vervolgens gesloten door een zich op de klep bevindenden riem a. De klep is, tegen het binnendringen van regenwater in de tasch, voorzien van twee zijstukken d. De tasch wordt aan den zadel bevestigd met behulp van twee riemen i en c met knoopsluiting. De tasch is uitwendig 29 c.M. lang en 19 c.M. breed. De lengte der riemen a, b en c en de juiste plaats van de kram, met correspondeerende sleuf, kunnen door de gebruikers naar verkiezing worden vastgesteld. De lis, die door het sluiten van den riem b ontstaat, moet echter minstens zoo groot zijn, dat de tasch met dien riem aan den sabelkoppel van den eigenaar kan worden opgehangen. (*) Zie de by deze order behoorendo plaat. - Behoort bij Order voorden Geneeskundigen, Dienst N° 46. Mode/ ocin de kaar/en/asch d Figuratief', zijnde*van de mare grootte. II. De veldtasch. De veldtasch is van bruin waterdicht linnen (ongeveer 31 c.M. breed en 25 c.M. hoog) en komt geheel overeen met de bij het Nederlandsche Leger in gebruik zijnde musette, met dit verschil dat de klep, even als die der kaartentasch, van twee zijstukken tegen het inregenen is voorzien. Overigens wordt verwezen naar § 6 alsmede naar den slotzin der in hoofde dezes genoemde Algemeene Order. No. 47. Vervallen. No. 48. PHARMACEUTISCHEN DIENST IN NEDERLANDSCH-INDIË. Huishoudelijk voorschrift voor den . Met terugzicht op artikel 19 der Algemeene Order 1909 N°. 48 en. in verhand met het ter zake van den pharmaceutischen dienst voorgeschrevene in het Reglement voor de militaire ziekeninrichtingen in Nederlandsch-Indië, is hij kabinetsdispositie van den Commandant van het Leger dd°. 3 Augustus 1903 goedgekeurd het hieronder volgend gewijzigd huishoudelijk voorschrift voor den Pharmaceutischen Dienst in Nederlandsch-Indië. •Artikel 1. De Pharmaceutische dienst omvat: a. Het beheer en het verstrekken van geneesmiddelen, verband artikelen, chirurgicale en chemische instrumenten en utensiliën enz. ten dienste van het Departement van Oorlog en van de andere Departementen, voor zoover daarin niet op andere wijze is of wordt voorzien. Z>. Het gereedmaken van recepten ten behoeve der militairen en der in artikel 16 van de Algemeene Order 1909 N°. 48 genoemde personen en van alle burgerpersonen rechthebbende op kostelooze verstrekking van geneesmiddelen, voor zoover daarin niet op andere wijze is of wordt voorzien. c. Het verrichten van scheikundige onderzoekingen en keuringen ten behoeve der legerverpleging. d. Het verrichten van scheikundige onderzoekingen en het geven van adviezen enz. ten behoeve van andere Departementen. Artikel 2. De le Laborant van het scheikundig laboratorium en de administrateur van het Algemeen Magazijn van Geneesmiddelen verhouden zich rechtstreeks tot den Chef over den Geneeskundigen Dienst en adviseeren dezen in alle aangelegenheden, hunnen bijzonderen werkkring betreffende; zoo noodig handelen zij in onderling overleg. De hoogste of oudste in rang der dirigeerende apothekers dient genoemden dienstchef van advies in alle zaken betreffende den pharmaceutischen dienst in 't algemeen. De le Laborant verricht scheikundige onderzoekingen en maakt geneesmiddelen aan, volgens opdracht van den Chef over den Geneeskundigen Dienst. Hij dient jaarlijks aan den Chef over den Geneeskundigen Dienst in, een kort verslag van de gedane verrichtingen en onderzoekingen in het scheikundig Laboratorium. Artikel 3. Ter juiste beoordeeling van de chemische kennis en vaardigheid der eerstaanwezende apothekers, zullen hun. door 'den Chef over den Geneeskundigen Dienst wetenschappelijke werkzaamheden en onderzoekingen worden opgedragen. Deze kan zich daarbij doen voorlichten door den le Laborant, in wiens handen hij ook de verslagen stelt, om ze aan diens oordeel te onderwerpen. Artikel 4. De plaatselijk eerstaanwezende militaire apothekers staan rechtstreeks onder de bevelen van de plaatselijk eerstaanwezende officieren van gezondheid. Daar, waar de plaatselijk eerstaanwezend officier van gezondheid tevens gewestelijk eerstaanwezend officier van gezondheid is, treedt de Chef van het hospitaal, wanneer deze hooger of ouder in rang is dan de daarin dienstdoende militair apotheker, als diens onmiddellljken chef op. Artikel 5. Alle aangelegenheden, den dienst in de apotheek betreffende, worden geregeld in overleg met den eerstaanwezend apotheker. No. 49. Vervallen. No. 50. Vervallen. No. 51. Vervallen. No. 52. BESMETTELIJKE VEEZIEKTEN. HONDSDOLHEID. MILITAIRE PAARDENARTSEN. Verplichting o. m. van de militaire paardenartsen tot aangifte van door hen geconstateerde of vermoede gevallen van besmettelijke veeziekten of hondsdolheid. Bij Gouvernements besluit van 12 November 1903 II5 11 (Staatsbladen nos. 384 en 385), is o. m. bepaald: A. (1) De veeartsenijkundigen, die bij door hen waargenomen vee het bestaan ontdekken van besmettelijke veeziekte of feiten constateeren, krachtens welke dat vee als van besmettelijke ziekte verdacht moet worden beschouwd, zijn verplicht van hunne bevinding binnen 24 uren mededeeling te doen aan het Hoofd van plaatselijk bestuur. (2) De Gouverneur-Generaal bepaalt welke veeziekten voor de toepassing dezer ordonnantie als besmettelijk worden aangemerkt. (3) Dezelfde verplichting, als omschreven bij het eerste lid van het vorig artikel, geldt mede voor de daarbij bedoelde personen, indien honden, katten of vee door hen lijdende worden bevonden aan- of verdacht worden van rabies (hondsdolheid). (4) Yoor de toepassing dezer ordonnantie worden verstaan: 1°. Onder veeartsenijkundigen: o. m. de militaire paardenartsen. 2e. Onder vee: de eenhoevige en de herkauwende dieren, zoomede de varkens. B. Onder besmettelijke veeziekten worden gerekend te behooren: le. veepest bij herkauwende dieren en varkens; 2e. miltvuur bij alle vee; 3e. septichaemia epizoötica (haemorrhagica) bij herkauwers en varkens; 4e. mond- en klauwzeer bij herkauwers en varkens; 5e. malleus bij eenhoevige huisdieren; 6e. saccharomycox bij eenhoevige huisdieren; 7e. sarcoptesschurft bij paarden, schapen, geiten en bokken; 8e. surra bij alle vee; 9e. kwaadaardige dekziekte bij eenhoevige huisdieren; 10e. texaskoorts bij herkauwers; lle. tuberculose bij alle vee. No. 53. Vervallen. No. 54. MAANDELIJKSCHE, JAAELIJKSCHE EIST TTJSSCHENTIJDSCHE ZIEKENRAPPORTEN". Over het opmaken en indienen van . Met verwijzing naar artikel 13 van het reglement op den militair geneeskundigen dienst in Nederlandsch-Indië — Aljjemeene Order N0. 48 van 1909 — wordt ten opzichte van het opmaken en indienen van ziekenrapporten het volgende voorgeschreven : De modellen van het maandelijksch en jaarlijksch ziekenrapport worden met ingang van 1 Januari 1906 vervangen door die van het maandelijksch of driemaandelijkse!! en jaarlijksch ziekenrapport van de ziekeninrichting en van het jaar- lijksch ziekenrapport van het garnizoen, welke modellen bij beschikking van den Commandant van het Leger van 25 Augustus 1905 zijn goedgekeurd. De maandelijksche en driemaandelijksche ziekenrapporten worden vóór of op den 5en van elke maand, respectievelijk van elk kwartaal, in enkelvoud, de j aarlij ksche vóór of op den 15en Januari in tweevoud aan den gewestelijk eerstaanwezend officier van gezondheid ingediend. De liggers dier rapporten over de laatste vijf jaren moeten in de archieven der eerstaanwezende officieren van gezondheid bewaard blijven, de verouderde rapporten kunnen worden vernietigd. Yan de garnizoenen wordt alleen een jaarlijksch ziekenrapport opgemaakt, terwijl door mij zal worden bepaald van welke ziekeninrichtingen maandelijksche, driemaandelijksche dan wel jaarlijksche ziekenrapporten behooren te worden ingediend. Ten einde het jaarrapport tijdig te kunnen opmaken, moeten van de maandrapporten verzamelstaten worden aangelegd, welke — maandelijks bijgehouden — in de eerste dagen van Januari kunnen worden getotaliseerd. De gewestelijk eerstaanwezend officier van gezondheid gaat alle bij hem ingekomen jaarlijksche ziekenrapporten nauwkeurig na en vergelijkt die zoo noodig met elkander. Vóór den 15en Maart zendt die autoriteit mij de rapporten, na deze voor „in orde bevonden" te hebben geteekend, per adviéslijst toe. In de garnizoens-rapporten worden alleen officieren en onderluitenants opgenomen. Yan de overige in het kwartier behandelende personen behoort echter ook aanteekening in de garnizoens-ziekenregisters te worden gehouden. Mindere militairen 'beneden den graad van onderluitenant, die in het garnizoen komen te overlijden worden in het rapport der ziekeninrichting vermeld als „ter begraving opgenomen" aan het slot van den staat der overledenen" (staat V). Wordt in den loop van het verslagjaar een garnizoen opgeheven of van geneesheer ontbloot, dan moet de gewestelijk eerstaanwezend officier van gezondheid uit de ontvangen ziekenregisters eindrapporten samenstellen en deze aan mij indienen. Voorschriften omtrent de ziekenrapporten betreffende de op expeditie of op manoeuvre zijnde troepen zullen door mij dan wel door den betrokken gewestelijk eerstaanwezend officier van gezondheid worden gegeven. Hierbij zal rekening MIL. GEN. DIENST. 4 worden gehouden met den duur van de expeditie enz. en met de sterkte der troepenmacht. De officieren van gezondheid, die zijn aangewezen om artillerie-afdeelingen hij het houden der schietoefeningen te vergezellen, dienen, na afloop daarvan, ziekenrapporten en een verslag in aan hun gewestelijken dienstchef. Deze autoriteit biedt mij te goeder tijd de bedoelde stukken aan. Bij het voorkomen van epidemische of besmettelijke ziekten in eenig garnizoen, worden — bij aldien ter zake geen bepaalde voorschriften bestaan of worden gegeven — tiendaagsche rapporten, volgens het bij deze order gevoegd model, ingediend aan de gewestelijk eerstaanwezende officieren van gezondheid, door wie een afschrift dier rapporten, zoo noodig toegelicht, aan mij wordt opgezonden. Het eerste rapport dient dan als kennisgeving. Voorts wordt nog het volgende bepaald: Op d,en staat der lijders, onder andere diagnose in het jaarrapport voorkomende, bij wie tijdens hun verblijf in de ziekeninrichting beri-beri is geconstateerd (staat VI) moeten worden vermeld: a. de lijders onder een andere diagnose opgenomen, bij wie gedurende hun verblijf in de ziekeninrichting ter plaatse beri-beri is geconstateerd en l). de lijders onder een andere diagnose bij evacuatie opgenomen, bij wie elders de diagnose beri-beri reeds was gesteld. Het „overzicht der verrichte heelkundige kunstbewerkingen'' (Staat X) zal worden ingeschreven als volgt: I. Operaties aan het hoofd: a. oogoperaties; 7;. oor-, neus- en keeloperaties; r. operaties aan den schedel en zijn inhoud; d. operaties aan kaak, tong, mond en aangezicht; e. overige operaties aan het hoofd. II. Operaties aan den hals. III. Operaties aan den romp: ■ a. operaties aan de borst en inhoud; l. operaties aan de buikorganen, behalve die aan de lever en gynaecologische; r. operaties aan de lever en galwegen; d. operaties aan de urineorganen en urinewegen; e. operaties aan de mannelijke geslachtsorganen; f. operaties aan de anus en rectum; S. Toelichtingen. Onder de Inlander zijn begrepen: Afrikanen Amboineezen Menadoneezen Alfoeren Javanen Soendaneezen Madoereezen Maleiers Boegineezen Timoreezen.. • Totaal Afgekeurd voor den dienst te velde, echter geschikt voor hospitaaldienst: Europeanen — Amboineezen Inlanders i Opgemaakt te den 19 (6) Hospitaaldienst. (a) STAAT van aangekomen of vertrokken personeel gedurende de maand 19.... Agl. stamb. n. Namen. Graden. Aangekomen van: Vertrokken naar: Om welke reden. den 19 . {b) (a) Plaats. Afdeeling (Gewest). (b) De Chef der ziekeninrichting of Gewestelijk Eerstaanwezend Officier van Gezondheid. No. 67. PERIODIEKE STUKKEN. Indienen van . Het periodiek behoort te worden aangeboden bij advieslijst, zooals die is voorgeschreven bij A. O. N°. 78 van 1906. Behalve in de gevallen, waarin het uitdrukkelijk is bepaald, worden geen „nihil" staten ingediend. Op de advieslijst wordt alsdan achter den naam van den staat het woord „geene" geplaatst. De verzending van het periodiek geschiedt op de daarvoor vastgestelde tijdstippen. Wanneer op dien datum geen post vertrekt, geschiedt de verzending met de. eerste postgelegenheid na dien datum. Periodieke stukken, betreffende den „Hospitaaldienst" en den „Militair Geneeskundigen Dienst" worden den Chef over den Geneeskundigen Dienst afzonderlijk bij advieslijst aangeboden. Aan andere autoriteiten behooren alle periodieke stukken op één advieslijst te worden vermeld. No. 68. GENEES- EN VERBANDMIDDELEN; VETERINAIRE DIENST. Verstrekking van ten behoeve van den Militairen Veterinairen dienst. In verband met het voorgeschrevene in artikel I, le lid van de Algemeene Order N°. 111 van 1905, wordt bepaald dat daar, waar geen apotheken voor den militair veterinairen dienst aanwezig zijn, de beheerders der garnizoens-apotheken gehouden zijn op voorschrift der gouvernements-veeartsen ter plaatse, genees- en verbandmiddelen ten behoeve van genoemden dienst, te verstrekken. No. 69. Vervallen. No. 70. GENEESKUNDIG ONDERZOEK. MAANDELIJKSCH MEER UITGEBREID. Het maandelijksch meer uitgebreid geneeskundig onderzoek, bedoeld bij de artikelen 161 van het Reglement op den Inwendigen Dienst voor de Infanterie, 197 van de gelijk- namige Reglementen voor de Cavalerie en de Bereden Artillerie en 172 van het Reglement voor de Militaire Ziekeninriehtingen in Nederlandsch-Indië, zooals deze artikelen gewijzigd zijn bij de Algemeene Order N°. 8 van 1906 zal, behalve uit de tot dusverre gebruikelijke geneeskundige visitatiën, bestaan uit een geneeskundig onderzoek op aandoeningen van oogleden, mondholte, huid en voeten. De bedoeling' is een geregeld onderzoek te verrichten dat minder kwetsend is voor het zedelijkheidsgevoel van den soldaat dan het tot nu toe voorgeschreven geneeskundig onderzoek, en tevens om verschillende aandoeningen (scabies, ringworm, voetkloven enz.), waarmede, de soldaat mocht zijn behept, spoedig te ontdekken en te behandelen. Er dient voor gezorgd te worden dat telkens slechts één persoon in een daartoe ingerichte of afgesloten ruimte wordt onderzocht, terwijl voor ieder gelegenheid moet bestaan zich afzonderlijk aan- en uit te kleeden. Daar dit meer uitgebreide onderzoek tijdroovend is, zal, om een goeden en geregelden gang van zaken te bevorderen, overleg tusschen den korps- (detachements-) commandant en den plaatselijk eerstaanwezend officier van gezondheid behooren te geschieden, zoodat bijvoorbeeld niet tegelijkertijd een te groot aantal personen ter onderzoek komt. No. 71. VEELOVEN". Kennisgave van aan officieren van den geneeskundigen dienst en aan onderluitenants-apothekersbedienden verleende wegens ziekte. De Gewestelijk Eerstaanwezende Officieren van Gezondheid behooren mij telkens wanneer aan een officier van den geneeskundigen dienst of aan een onderluitenant-apothekersbediende door den Afdeelings- of Gewestelijk Militairen Commandant verlof wegens ziekte verleend wordt, daarvan terstond te berichten, onder opgave der in het geneeskundig certificaat vermelde ziekte. No. 72. Vervallen. } ö "2. O £> . " X