A40



BIBLIOTHEEK DER RIJKSUNIVERSITEIT TE LEIDEN.
Uit de boekverzameling der voormalige Ned.-Ind. Bestuursacademie.
Bruikleen
van het Departement van Koloniën.
Juli 1923.



VOORSCHRIFTEN ter uitvoering van de ordonnantie tot regeling der heerendiensten in het onder rechtstreeksch bestuur staand gebied der residentie Menado (Staatsblad 1912 n°. 504).
Artikel 1. fe?^
Als „werkbaar" worden voor de toepassing van artikel 1 der ordonnantie tot regeling der heerendiensten in het onder rechtstreeksch bestuur staand gebied der residentie Menado (Staatsblad 1912 II1 504) aangemerkt zij, die lichamelijk in staat zijn in eigen levensonderhoud te voorzien.
Artikel 2.
(1) De diensten aan wegen, bruggen, duikers, dammen, waterwerken, dijken en waterleidingen worden zooveel mogelijk gevorderd en uitgevoerd op vaste tijdstippen van het jaar, niet samentreffende met den tijd, waarin de heerendienstplichtigen zich wijden aan hun landbouw of andere werkzaamheden, waarin zij hun bestaan vinden, en, zooveel doenlijk, niet in de Mohammedaansche Vastenmaand voor zoover het Mohammedanen en niet op zondagen en erkende Christelijke feestdagen, voor zooveel het Christenen betreft.
(2) De arbeid der heerendienstplichtigen bepaalt zich uitsluitend tot koelie-arbeid, waaronder in geen geval verstaan worden de werkzaamheden, waarvoor de bijzondere ervaring van den ambachtsman een bepaald vereischte is.
(3) Zoo buitengewone omstandigheden als: het bezwarende van het werk, de spoed, waarmede het verricht moet worden, het gelijktijdig samentreffen met vele andere, in het belang der eigen cultures vereischte werkzaamheden, daartoe aanleiding geven, kan door den Kesident van Menado, doch telkens voor elk geval in het bijzonder, machtiging worden verleend tot toekenning eener tegemoetkoming.
(4) Het bakken van metselsteenen, het branden van kalk, het stampen van steen tot cement, het aanbrengen van koraal- of riviersteenen, grind of zand, het vellen, bekappen en aansleepen van hout, en wat dies meer zij, kan, voor zooveel de plaatselijke omstandigheden dit toelaten, voor de werken, bedoeld bij artikel 1 § 3 a en & der ordonnantie, geschieden in heerendienst.
(5) De bevolking mag echter in geen geval gedwongen worden tot het leveren van karren of trekvee voor het transport van die materialen of van zulke gereedschappen ter verwerking dier materialen, als zij zich daartoe opzettelijk zou moeten aanschaffen.
(6) Aanleg van nieuwe en zware herstellingen of belangrijke verbeteringen aan bestaande heerendienstwerken mogen niet plaats hebben dan krachtens machtiging van het Hoofd van gewestelijk bestuur, wiens autorisatie of nadere goedkeuring tevens noodig is, wanneer moet worden of is afgeweken van het bij de machtiging tot het werk toegestaan aantal dagdiensten van heerendienstplichtigen.
Die machtiging of nadere goedkeuring wordt niet verleend, zoo niet is aangetoond, dat door onvoorzienen tegenspoed overschrijding van het toegestaan aantal dagdiensten bij het werk onvermijdelijk is of geweest is.
(7) De diensten, waarbij overnachten onvermijdelijk is, worden per etmaal als twee dagdiensten in rekening gebracht.
(8) Het staat den heerendienstplichtige vrij, bijaldien hij verhinderd is om persoonlijk zijn beurt te vervullen, zich door een anderen tot den arbeid geschikten persoon te doen vervangen, moetende daarvan telkens kennis worden gegeven aan het betrokken hoofd.
(9) Geene oproeping van heerendienstplichtigen ten behoeve van den arbeid aan de diensten, vermeld in artikel 1, § 3, sub a en 6, der ordonnantie, mag plaats hebben zonder voorafgaande machtiging
1



van het Hoofd van plaatselijk bestuur, dat, naar gelang der behoeften, in overleg met het districtshoofd ën de betrokken negorij besturen, het getal lieden bepaalt, dat van elke negorij moet uitkomen.
(10) In spoed vereischende gevallen kunnen, zonder voorafgaande machtiging, door de districtshoofden heerendienstplichtigen worden opgeroepen, doch moet aan het Hoofd van plaatselijk Bestuur van die oproeping en van het aantal uitgekomen heerendienstplichtigen onmiddellijk kennis worden gegeven.
Artikel 3.
Vrij stellingen.
(1) Bij de vaststelling der formatie van de negorij besturen (zie artikel 1, § 2, sub a, der ordonnantie) zal er op gelet moeten worden, dat het getal vrijstellingen zooveel mogelijk beperkt blijve.
(2) Tot de door het bestuur erkende voorgangers in den godsdienst, vermeld sub e van § 2, behooren niet de ouderlingen en diakenen.
(3) Bij het erkennen van leerling-schrijvers en leerling-onderwijzers (artikel 1, § 2, sub f) en het verleenen van de vrijstellingen, bedoeld bij artikel 1, § 2, sub m, zal door den Besident met de vereischte spaarzaamheid worden te werk gegaan.
(4) Over het al of niet gevestigd zijn van personen, als bedoeld bij artikel 1, § 2, sub l, der ordonnantie, op gronden of in woningen hunner werkgevers, alsmede over het al of niet in vasten dienst zijn van zoodanige personen bij ondernemers van landbouw, handel of nijverheid, beslist bij verschil van gevoelen, het Hoofd van plaatselijk bestuur.
Artikel 4.
Bij de regeling der ingevolge artikel 1, § 3, der ordonnantie te vorderen diensten wordt het volgende in acht genomen.
A. HERSTEL EN ONDERHOUD VAN GROOTE TRANSPORTEN BINNENWEGEN EN VAN IN DIE WEGEN GELEGEN BRUGGEN EN DUIKERS.
I. Wegen.
(1) Onder wegen, bedoeld bij artikel 1, § 3, sub a, der ordonnantie, worden verstaan die, welke de hoofdplaatsen van het gewest, de afdeelingen, de onderafdeelingen en de districten verbinden, of welke van deze leiden naar belangrijke plaatsen, zoomede andere wegen, waarlangs belangrijke transporten plegen plaats te hebben, een en ander ter beslissing van het Hoofd van gewestelijk bestuur.
(2) Deze autoriteit bepaalt tevens, welke wegen behooren te worden verhard, zoomede de verhardingsbreedte en eene schaal voor de dikte der verhardingslaag en voor het getal dagdiensten benoodigd voor gewoon onderhoud, gewone herstelling en voor het verzamelen en vervoeren van verhardingsmateriaal.
(3) Bij het opmaken van die schaal dient rekening te worden gehouden met het verkeer, dat langs iederen weg of ieder weggedeelte plaats heeft en met de afstanden, waarover het verhardingsmateriaal moet worden getransporteerd.
(4) Aan elke negorij of groep van bijeen gelegen negorijen wordt door het Hoofd van plaatselijk bestuur, in overleg met de districtsen negorij hoofden, een bepaald wegaandeel aangewezen.
(5) Bij de bepaling van dit aandeel behoort rekening te worden gehouden met het getal heerendienstplichtigen in elke negorij, den afstand van de negorij tot den weg en de gesteldheid van den weg.
(6) Tenzij buitengewone veranderingen in het aantal heerendienstplichtigen of andere bijzondere omstandigheden eene nieuwe verdeeling van den weg noodzakelijk maken, blijft de bij alinea 4 bedoelde verdeeling onveranderd.



(7) Voor zooveel mogelijk, wordt elk negorij-aandeel, eveneens met inachtneming der bovenvermelde omstandigheden, verdeeld onder de verschillende wijken of djaga's, waarnit de negorij bestaat.
(8) De vaste aandeelen, zoowel die der negorijen als der wijken, worden aangegeven door merkteekens of paaltjes, waarop de naam der negorij, het nummer der djaga en de lengte van het wegaandeel vermeld staan.
(9) Het onderhoud der wegen wordt onderscheiden in:
a. gewoon onderhoud, woortoe gerekend wordt het aanbrengen van voorzieningen, die geen uitstel gedoogen, als: het uit den weg ruimen van hetgeen het verkeer kan belemmeren (omgevallen boomen en kleine aardstortingen), het vullen van holten met grind, het dichten van gaten, het doorsteken van verstopte goten, het verzekeren van een onbelemmerden afvoer van water, het wegschrappen van modder, het onderhoud der paaltjes op de bermen van den weg, benevens dat der meerkteekens of grenspaaltjes, enz.
Voor deze werkzaamheden komen, al naar gelang van omstandigheden, op gezette tijden of zoo noodig dagelijks op hun beurt dienstplichtigen van de daarbij betrokken negorij uit.
De negorijhoofden zijn gehouden op de goede vervulling van deze werkzaamheden voortdurend toezicht te houden;
b. gewone herstellingen, waaronder begrepen worden het verzamelen, brengen, uitspreiden en aanstampen van verhardingsmateriaal over geheele baanvakken om den weg tot zijn vorig niveau terug te brengen, het herstellen van dijken langs den weg, het op tonrondte houden of brengen van dien weg, het uitdiepen van goten, enz.;
e. zware reparatiën, als het aanbrengen van eene verharding van koraal of riviersteen of het vernieuwen daarvan, dan wel algemeene veranderingen in den bestaanden toestand der wegen, zooals het vervangen van aarden dijken door dijken met riviersteen, het bevloeren met steenen der goten, het beïéggen der zijwanden van de wegen met groote steenen, enz.
De onder b genoemde diensten worden slechts eens dan wel slechts enkele keeren in het jaar en niet dan met voorkennis van den Onderafdeelingschef op de door hem bepaalde tijdstippen gevorderd; die bij c bedoeld worden slechts dan gevorderd, wanneer wanneer daaraan behoefte blijkt te bestaan.
(10) Het vegen en begieten van den weg moet, als nuttelooze arbeid, worden nagelaten; op de hoofdplaatsen kan het geschieden óf door gestraften óf door de bewoners van aan den weg gelegen erven, te regelen bij plaatselijke keur.
II. Bruggen en duikers.
Menado.
(1) De bruggen en duikers, welke in heerendienst worden aangelegd, hersteld en-onderhouden, zijn:
le. die, gelegen in de in heerendienst te herstellen en te onderhouden wegen, met uitzondering van werken van primitieve constructie (bamboekokers, uitgeholde boomstammen en dergelijke), welke alleen dienen om bevloeiingswater van de eene naar de andere zijde van den weg over te brengen en welke blijven ten laste van hen, door wie zij zijn aangelegd of die bij hunne instandhouding uitsluitend belang hebben;
2e. die, gelegen in negorij wegen over in heerendienst te onderhouden waterleidingen, wanneer het belang dier leidingen eene zoodanige constructie vordert, dat het herstel en onderhoud niet aan de zorg der negorij kunnen worden overgelaten.
(2) De bruggen en duikers in de overige wegen vallen onder de zorg van de betrokken gemeente, behoudens de uitzondering op dezen regel, sub 2 hiervoren gemaakt.
(3) Bruggen en duikers, die aan waterwerken (sluizen en dergelijke) gekoppeld zijn en daarvan een onafscheidelijk deel uitmaken, blijven bij de toepassing dezer bepalingen buiten aanmerking.
2



B. AANLEG, HERSTEL EN ONDERHOUD VAN DAMMEN, WATERWERKEN, DIJKEN EN WATERLEIDINGEN.
Deze werken zijn tot dusver altijd in negorijdienst verricht en, daar geene aanleiding bestaat om in dien toestand voorshands verandering te verwachten of te brengen, zullen daaraan geen heerendienstplichtigen mogen worden te werk gesteld zonder voorafgaande machtiging van den Gouverneur-Generaal.
C. HET BEZETTEN VAN WACHTHUIZEN EN HET DOEN
VAN NACHTELIJKE RONDES.
(1) Het getal en de plaatsing der wachthuizen langs de wegen worden door het Hoofd van plaatselijk bestuur zoodanig geregeld, als in het belang der veiligheid noodzakelijk wordt geoordeeld.
(2) Zoo het bezetten van wachthuizen noodig mocht blijken, kan met één man overdag en twee des nachts worden volstaan.
(3) Met dezen dienst zullen zooveel mogelijk belast worden de negorijen, die het meest nabij de plaats liggen, waar de wacht betrokken wordt, en wel tegen vrijstelling geheel of gedeeltelijk van andere diensten.
D. HET OVERBRENGEN VAN DIENSTBRIEVEN BUITEN
DEN POSTDIENST.
Deze diensten mogen alleen gevorderd worden door ambtenaren op dienstreizen, wanneer geen andere gelegenheid tot verzenden van brieven bestaat. Daarvoor wordt aan de dienstplichtigen betaling te goed gedaan, overeenkomstig een door het Hoofd van gewestelijk bestuur voor elk bestuursressort vast te stellen tarief.
E. HET BEGELEIDEN VAN GEVANGENEN.
Deze diensten mogen alleen plaats hebben van de districts- naar de afdeelingshoofdplaatsen of tusschen deze onderling en worden uitsluitend gevorderd, wanneer geen of niet genoeg politiepersoneel voorhanden ia. Aan de dienstplichtigen wordt betaling te goed gedaan, overeenkomstig een door het Hoofd van gewestelijk bestuur voor elk bestuursressort vast te stellen tarief.
F. HET VERVOEREN VAN PERSONEN EN TROEPEN OP
MARSCH EN HUNNE GOEDEREN.
(1) Met het vervoeren van personen en troepen op marsch en van hunne goederen worden voor zooveel mogelijk belast de aan de wegen gelegen negorijen, doch alleen dan, wanneer daartoe voor de bij de reglementen bepaalde loonen geen of niet in voldoend aantal vrije koehes te bekomen zijn.
(2) De verstrekking van koehes voor het bovenbedoeld transport geschiedt alleen in de bij de reglementen bepaalde gevallen en tot het daarbij vastgesteld getal.
(3) Voor dezen dienst wordt aan de dienstplichtigen betaald hetgeen bij de reglementen is bepaald.
(4) Met de negorijen, aan welke het vervoeren van personen en troepen op marsch en hunne goederen is opgedragen, wordt overeengekomen omtrent het voorzien in het voor deze diensten vereischte materieel.
G. HET VERVOEREN IN HET RECHTSTREEKS BESTUURD GEBIED DER AFDEELING GORONTALO VAN GOUVER-
NEMENTS GELDEN EN GOEDEREN, ZOOMEDE VAN IN DIENST REIZENDE INLANDSCHE HOOFDEN EN AMBTENAREN EN VAN HUNNE GOEDEREN, VOOR ZOOVER GEEN TRANSPORTMIDDELEN VAN GOUVERNEMENTSWEGE WORDEN VERSTREKT.
Door den Assistent-Resident van Gorontalo wordt vastgesteld tot welk gewicht' en over welken afstand het hierbedoeld vervoer aan iedèren heerendienstplichtige mag worden opgedragen.



Artikel 5.
(1) De Eesident van Menado zal:
a. van de verdeeling der heerendiensten registers doen samenstellen, volgens het hierbij behoorend model A, en die aan zijne goedkeuring doen onderwerpen, zullende een districtsgewijze samentrekking van die registers door tusschenkomst van den Directeur van Binnenlandsch Bestuur aan de Begeering moeten worden ingediend;
b. aan de districts-, onderdistricts- en negorij hoofden verstrekken een exemplaar van de in de Maleische taal overgebrachte voorschriften, naaf, yelke de vordering der heerendiensten geschiedt, zoomede een extract uit de sub a bedoelde registers, ieder voor zooveel zijn ressort aangaat, welk extract zal moeten vermelden de heerendiensten, respectievelijk aan elk district, onderdistrict en negorij opgelegd en het aantal dagdiensten, dat daarvoor jaarhjks mag gevorderd worden;
c. bij het jaarlijksch verslag der heerendiensten een staat overleggen ingericht naar het hierbij gevoegd model B, waaruit districtsgewijze moet blijken welke heerendiensten zijn verricht; zullende de daarbij betrokken ambtenaren maandelijks, overeenkomstig hetzelfde model, eene opgaaf moeten opmaken van de gepraesteerde diensten in elke negorij, welke opgaaf moet worden samengesteld uit de door de negorij hoofden aan te houden staten volgens het hierbij behoorend model C.
(2) De bedoelde maandstaat, welke zoodanig wordt ingericht, dat hij voor een geheel jaar kan dienen, wordt in simplo opgemaakt en den Besident uiterlijk op den 15^ van elke »maand, volgende op die, waarover hij loopt, ter viseering aangeboden.
(3) Nadat hij door den Besident, met of zonder aan- of. opmerkingen, voor gezien onderteekend zal zijn, wordt hij aan den inzender ter verdere invulling teruggezonden.
Artikel 6.
Negorij diensten.
(1) De inmenging van het Bestuur met deze diensten zal niet verder mogen gaan dan voorzoover zij strekken kan om daarin orde en regelmaat en bovenal vermindering van druk voor de negorij lieden te brengen.
(2) Met dat doel zal door hét Hoofd van gewestelijk bestuur, voor zoover dat nog niet heeft plaats gehad, de formatie van de negorijbesturen worden vastgesteld.
(3) Aan de negorijen worde echter overgelaten de regeling der indeeling bij de negorij diensten.
(4) Het zal te harer beoordeeling moeten staan welke negorij bewoners of klassen van bewoners, hetzij uit hoofde van hun ambt, hetzij krachtens oude traditiën, van de diensten behooren te worden vrijgesteld, met dien verstande evenwel, dat over ambtenaren en beambten in dienst van het Gouvernement niet. zal mogen worden beschikt.
(5) De te dezer zake door de negorijbesturen c. q. uit te vaardigen regelingen zullen aan het Hoofd van plaatselijk bestuur ter beoordeeling moeten worden gezonden, dat bevoegd is zijne opmerkingen daarover te maken, welke echtei: nimmer zullen mogen strekken tot verzwaring der diensten.
(6) Eveneens worde aan de negorijen overgelaten of afkoop van negorij diensten al dan niet zal zijn toegestaan en zoo ja, tegen welk bedrag.
(7) De bemoeienis van het Bestuur met deze aangelegenheid is slechts geoorloofd, voor zoover die strekt om eene behoorlijke aanwending ten bate van de negorij zelve en een ordelijk beheer der .afkoopgelden te verzekeren.
(8) Hieromtrent zullen derhalve door het Hoofd van gewestelijk bestuur de noodige regelingen zijn te treffen of bevelen te geven.



(9) Mede ten einde zoo mogelijk vermindering te verkrijgen in de negorij wachtdiensten, zullen van het Gewestelijk Bestuur regelingen kunnen uitgaan nopens de plaatsing van wachthuizen, het verrichten van wacht- en patrouille-diensten in de negorijen. Zoo zullen in negorijen waar, doordat bijv. het districtshoofd er woont, reeds eene door heerendienstplichtigen betrokken wacht bestaat, negorij wachthuis- of wachtdiensten achterwege kunnen blijven.
Artikel 7.
De voorschriften tot uitvoering der ordonnantie in Staatsblad 1899 li: 270 (Bijblad op het Staatsblad Il! 5434, juncto 11! 5893) en in Staatsblad 1900 IP 152 (Bijblad op het Staatsblad W 5498) worden ingetrokken.
Vastgesteld bij artikel 2 van het besluit van 4 October 1912 ïl! 30.
Mij bekend: De wd. Algemeene Secretaris, DB GRAEFF.



Model Jk.
RESIDENTIE MENADO
(RECHTSTREEKS BESTUURD GEBIED).
REGISTER
VAN DE
VERDEELING DER HEERENDIENSTEN OVER HET TIJDVAK TOT EN MET ULTIMO 
Behoort hij artikel 5, alinea 1, a, der Voorschriften, vastgesteld bij artikel 2 van het besluit van 4 October 1912
TT- 30.
Mij bekend: De wd. Algemeene Secretaris, DE GRAEFE.



District. Negorijen.
Aantal heerendienstplichtigen van elke ne- . gorij of groep van negorijen.
Maximum aantal dagdiensten, waarover jaar' lijks mag beschikt worden i1'.
ONDERHOUD EN GEWONE HERSTEL JdNGEN VAN: ^cKïï» T Totaal dagdiensten.
Bruggen en | Dammen, waterwerken, bet doen van
Groote transport -en binnenwegen. duikers diiken en waterleidingen, nachtelijke rondes.
■ : - 1 ; i I i 7T^
Aanduiding
I van den weg.
Lengte van het aangewezen aandeel meters).
j Te verharden breedte (meters).
Te verharden oppervlakte
c (□ meters). ____
Afstand tot het aandeel in den
D weg (palen).
Getal dagdiensten, benoodigd ; voor gewoon onderhoud en gewone herstellingen.
Hoeveelheid verhardingsmateriaal ; jaarlijks in te zamelen (kub. meters).
_ Afstand v/d plaats van inzaine* ling tot die van gebruik (palen).
Getal dagdiensten 's jaars voor de £ verzameling van verhardingsmateriaal benoodigd,
£ Totaal dagdiensten voor de wegen.
£ Naam of waar gelegen.
£ Afstand (palen).
^ Getal dagdiensten 's jaars.
Naam of waar gelegen.
^ Lengte van het aangewezen aan0 dee! (meters).
g Afstand (palen).
ff Getal dagdiensten 's jaars.
^ Plaats, waar de dienst verricht 18 wordt.
g Afstand (palen).
Ji* Getal dagdiensten 's jaars.
Per negorij of groep van negorijen ^ (som van kolommen 14, 17, 21 en 24).
g Perheerendienstplichtige^|^|
Zoodat voor zware herstellingc van groote post en binnenwegen zoomede voor zware herstel lingen en voor aanleg van dammen, waterwerken, dijken en waterleidingen overblijven (kolom 4 verminderd met kolom 25).
27
1 | 2 | a 1 * j » 1 » 1 ' 1 " 1 " 1 | " | l :—; ■ 1 j 1
i 1 ' ^
|
' I |
|
j ■ * ',' X
\ ■
| I [ '
j
| *
I
j I ' I '
(') Kolom 4 = kolom 3 X 32.
(*) Indien in een geheel district eenig soort heerendienstwerk, b. v. onderhoud enz. van dijken en waterleidingen of bezetting wachthuizen niet voorkomt, kunnen in den legger voor dit district de betrekkelijke kolommen vervallen.







Model B.
RESIDENTIE MENADO
(RECHTSTREEKS BESTUURD GEBIED.)
STAAT
VAN
DE VERRICHTE HEERENDIENSTEN GEDURENDE HET JAAR 19
Behoort bij artikel 5, alinea 1, c, van de voorschriften, vastgesteld bij artikel 2 van het besluit van 4 October 1912
n; 30. , , ,
Mi] bekend: De wa. Algemeene Secretaris, DE GRAEFF.



i
Afdeeling, district of negorij
(groep van bijeen gelegen negorijen).
Aantal heerendienstplichtigen.
Maximum aantal dagdiensten, dat in 19 volgens het in kolom 2 genoemd aantal heerendienstplichtigen, berekend tegen ">2 dagen arbeid 's jaars, had mogen gevorderd worden.
Aantal gedurende 19 werkelijk gevorderde dagdiensten Totaal ter zake van :
Onderhoud en gewone herstellingen van heerendienstwegen benevens het verzamelen van verhardingsmateriaal.
Onderhoud en gewone herstellingen van bruggen en duikers.
Onderhoud en gewone herstellingen van dammen, waterwerken, dijken en waterleidingen.
Het bezetten van wachthuizen en het doen van nachtelijke rondes.
Zware herstellingen en vernieuwingen van de in kolommen 4 en 5, zoomede aanleg en zware herstellingen en vernieuwingen van de in kolom 6 genoemde werken.
Per afdeeling, district of negorij of groep van bijeengelegen negorijen (som der kolommen 4 tot en met 8).
Per heerendienstplichtige (kolom , 9 gedeeld door kolom 2). L . 
Aantal dagdiensten bovendien gevorderd voor: Zoodat in 19 ' " I
van het beschik- Vervoeren van I
baar maximum Vervoeren Gouvernements¬
aantal dag- Overbrengen Begeleiden Van personen goederen en Uitvoeren
ij a van ÏWle TOELICHTINGEN,
diensten onge- van; van gevan- en troepen gelden, zoomede van Livieie
bruikt zijn ge- dienst- genen en 0p marsch va§ Inlandsche of Militaire
bleven (verschil brieven. verdachten. en hunne Hoofden en landswerken, der kolommen goederen. en ambtenaren
5 en 9). in Gorontalo.
, 1 '
i
i
! i
J ' , !







Model C
RESIDENTIE MENADO
(RECHTSTREEKS BESTUURD GEBIED).
District 
Onderdidrict 
Negorij 
STAAT
VAN DE
VERRICHTE HEERENDIENSTEN GEDURENDE DE MAAND
VAN HET JAAR 19 .
Behoort bij artikel 5, alinea 1, c, der Voorschriften, vastgesteld bij artikel 2 van het besluit van 4 Öctober 1912
n? 30.
Mij bekend: De wa. Algemeene Secretaris, DE GRAEFF.



i- Maand. *& Dagen.
AANTAL DAGDIENSTEN GEVRDERD VOOR:
Onderhoud en gewone herstellingen van: Zware reparatiën en vernieuwing van: Aanleg, zware Gouvernement"
reparatiën en Vervoeren van gS!?n engi Uitvoeren van TOELICHTINGEN.
Wegen, hieron- n5mmo„ ïwttPn van Wegen, hieron- vernieuwing Overbrengen Begeleiden van personen troe- den> zoomede civiele of
der begrepen Bruggen en wat™ken wachthuUn en der begrepen, BruRffen en ™n dammen, van dienst- gevangenen en pen op marsch yan Iülandsche militaire lands-
het verzamelen "2"™ H.Tki ™ «ruggen en walerwerken, bneven. verdachten. en van hunne hoülden en werken.
vanverhardings- duikers ^"ter" SkiroSÏ?" van verhardings- duikers- dijken en goederen. ambtenaren in
materiaal. leidingen. tehjke rondes. materiaaLB waterleidingen Gorontalo.
5 4 5 6 7 1 8 9 ... 10 H Ij 1 15 U 15
1 'i In • .
2 5
4 I 5
6
7
9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30
Totaal... j | I