2584 PROEFNUMMER LICHT EN WAARHEID PANFILOSOFISCH TIJDSCHRIFT REDACTIE: J. FLENTGE, FILOFOTOS EN G. W. SOETER. MEDEWERKERS: R. G. HOLL, J. REDDINGIUS, M. SLUYTER Jr., PROF. J. G. WATTJES, E.A. 29e JAARGANG No 767 INHOUD: Levensbegrip Wat is waarheid? F aust-onderzoek Goethe's Faust (aanteekeningen) Aarde Bijlage : Geen. J. G. Wattjes. Dr. A. H. Haentjens. Joannes Reddingius. Joannes Reddingius. DRUK N, VAN DAM, HILVERSUf, §31} M Steunt ons in onzen arbeid en ivint abonnees voor dit tijdschrift. Licht en Waarheid Redactie: J. Flentge, Hilversum, Irisstraat 11. Administratie: 's Gravenhage, Piet Heinstraat 66A Dit tijdschrift verschijnt om de veertien dagen; men teekent in voor een kalenderjaar. Abonnementsprijs voor NEDERLAND f3. ptr jaar, bij vooruitbetaling in vier driemaandelijksche termijnen; voor het BUITENLAND f 3./5 pet jaar, franco per post. Voor abonnementen vervoege men zich: bij de Administratie van het tijdschrift „Licht en Waarheidte 's Gravenhage, Piet Heinstraat 66 a. te Haarlem bij Mevr. Wed. W. Meng, 2e Vooruitgangstraat 25; te Rotterdam bij den Heer C. de Jong Johzn. Jericholaan 88b ; te den Haag bij den Boekhandel „Evolutie'1, J. Beek, de Per■poncherstraat 66 ; bij den Uitgever G. A. W. van Straaten, Blois van Treslongstraat. 21; en bij den Heer K. A. Fraanje, Pretoriusstr. 168 te Wormerveer bij den Heer W. Teeling, Sluispad; te Zaandam bij den Heer D. Riet, Vaartstraat. 2 ; te Hilversum bij den Heer J. Flentge, Irisstraat 11. te Amsterdam bij den Heer J. A. Rijks, Zeeburgerdijk 90. No. 767. 29e Jaargang 24 Januari 1919. tiiüfP LICHT€N;WAARHEID PANFIIOSOFISCHmJDSCHRIFT B Levensbegrip. Wel degeen, die als beroep een vak beoefent, uit innerlijken drang gekozen, met de toewijding der liefde gediend. Zijn dagelijksch werk is hem, zelfs met en door de onvermijdelijke zorgen en verdrietelijkheden, een bron van levensvreugde. Doch weinigen zijn zoo bevoorrecht. Onze maatschappelijke samenleving vordert velerlei werk, dat niet uit innerlijken drang wordt verkoren en niet met de toewijding der liefde gediend. De huidige sociaal-economische structuur der samenleving belet bovendien velerlei werk, haast heel de handwerksnijverheid, die dat uit zijn aard wel zou kunnen, een vreugdebron voor den werker zelf te zijn. Want ieder handwerk geeft scheppingsvreugde als Faust-onderzgek. Ito 1918 verscheen een hoogst merkwaardig werkje van Dr. Rudolf Steiner, getiteld: Goethe's Geistesart in ihrer Offenbarung durch seinen Faust und durch das Marchen von der „Schlange und der Lilie". De, drie hoofdstukken zijn als volgt ingedeeld: I. Goethe's Faust als Bild seiner esoterischen Weltanschauung, II. Uoethe s Geistesart in ihrer Offenbarung durch seinen Faust, III. Uoethe s Geistesart in ihrer Offenbarung durch sein Marchen von der «grünen Schlange und der Lilie». Aan Steiner werd destijds de uitgave van Goethe's arbeid op natuurwetenschappelijk gebied toevertrouwd en met groote liefde gaf de destijds nog zeer jonge auteur zich aan dat werk, dat vier dikke deelen beslaat. Zeer omvangrijk is ook de critische inleiding van den verzamelaar in het eerste deel. Sedert hield Dr. Steiner zich voortdurend met Uoethé bezig, en bovengenoemd werkje is weer een schoone vrucht van zijn studie. Veel wordt hier gegeven van de zoogenoemde „Ooethe's geheime openbaring" en de nawerking in den lezer is geweldig, sluier na sluier valt weg en met eerbiedige bewondering leert men zien tot welk een hoogte het genie, dat Goethe heet, gestegen was en uit welken schatkamer hij putte. Hier volgt een bladzijde, belangrijk ook om het feit, dat hier het woord „Ereignis" vervangen is door het meer juiste „Erreichnis". Goethe dicteerde destijds veel aan zijn toenmaligen medewerker, die het woord verkeerd verstond; door é de jaren heen bleef die schrijffout onverbeterd, hoéwei Ad. Rudolf er in 1883 al op wees'. Wij lezen dan o'p blz. 16 : Erhabner Geist ... Dan führst du mich zur sichern Höhle, zeigst Mich dan mir selbs't, und meiner eigen Brust Geheime tiefe Wunder öffnen sich. Rudolf Steiner teekent daarbij aan: ^ „Uit de wonderen van zijn eigen borst opent zich Goethe het perspectief van zijn ziel. Het is het perspectief, dat zich niet meer in de uiterlijke wereld alleen openen kan, dat veelmeer slechts geopend wordt, als de mensch in zijn eigen ziel daalt, zoodat in steeds diepere regionen van het bewustzijn hem steeds hoogere geheimen openbaar worden. Dan verkrijgt de wereld van de zinnen en van het verstand een nieuwe beteekenis. Zij wordt tot „Gleichniss" van het eeuwige. De mensch ziet in, dat hij de band tusschen de buitenwereld en zijn eigen ziel inniger sluiten moet. Hij ervaart, dat in zijn innerlijk de stemmen opklinken, die ook geroepen zijn alle uiterlijke wereldraadselen op te lossen. „Das Unzugangliche, Hier wird's Erreichnis". De hoogste gebeurtenis van het leven, de scheiding in het mannelijke en vrouwelijke, wordt tot sleutel van het menschenraadsel. Het bewustzijnsproces wordt tot levens-, tot bevruchtingsproces. De ziel in haar diepte wordt tot vrouw, die door de wereldgeest bevrucht, de hoogste levensinhoud voortbrengt. De vrouw wordt tot „Gleichnis" van deze ziefsdiepten. Wij stijgen op tot de Mysteriën van het Zijn, indien wij ons door het „Ewig-Weibliche" laten aantrekken. Het hoogere zijn begint, als wij de wijsheidsgang als een geestelijk bevruchtingsproces beleven. De diepere mystieken aller tijden hebben zoo ervaren. Zij laten het hoogste bewustzijn ^Erkenntnis) uit een geestelijke bevruchting ontstaan, zooals de Egyptenaren in den ziel-mensch Horus, door den geestblik, welke van Osiris, den uit den dood opgewekten, uitgaand, Isis overstraalt. Het tweede deel van Goethe's Faust is een uit een dusdanige gezindheid geschreven werk." Waarlijk het boekje van Dr; Steiner is een sleutel tot een onuitputtelijken schatkamer. / JOANNES REDDINGIUS. Goethe's Faust. (Aantèekeningen uit het G o e t h e-c o 11 e g e van Prof. G. J. P. J. Bolland, 1918-1919.) II. , 1 Philosofeerende vragen wij ons af: Hoe moeten wij denken over de werkelijkheid? Wat is de zin, wat is de waarheid van de werkelijkheid ? Om te beginnen zien wij de bewegelijkheid van de natuur. Wij denken verder na over de soortelijke verscheidenheid van het natuurverschijnsel, over het leven .der natuur, over ons eigen wezen, over den geest der samenleving, over den geest van het hoogere. Met betrekking tot dit laatste denken wij om te beginnen na over den kunstzin. Het kunstleven is een leven van zinnelijke geestelijkheid, van geestelijke zinnelijkheid. De kunst is niet alles: wij moeten komen tot het bovenzinnelijke, om ten slotte den zin der werkelijkheid te doordenken. De poëzie is de geestelijkste der kunsten. Noot: Door de „aanteekeningen" van den Heer ). C. vanZelm, secr. v. h. Bolland-Comité te Amsterdam, is de Redactie in staat gesteld zoo getrouw mogelijk het gesproken woord weer te geven. t Aarde. 'k Heb u zoo lief, 'k ben ééns gezonken dicht aan uw boezem, van weedom zwaar, gij hebt toen mild mijn tranen gedronken, uw zomerbloesems raakten mijn haar. Ik heb uw hart aan mijn hart voelen kloppen, ik' heb toen zelf uw smarten geschouwd, sloot de oogen en hoorde de wind door de toppen en rook de geuren uit weide en woud. Toen is aan mijn wezen een snik ontrezen. en heb ik mijn voeten tot gaan weer gezet, moeder, milde, gij hebt mij genezen, gij zeidet: de wil van Leven is wet. Ik stond weer vast op mijn jong-sterke voeten en wist mij dragen een vonk van vuur, ik dank u, moeder, zóó gaan te moeten, ik zoek zon — vader van uur tot uur. JOANNES REDDINGIUS. BANDEN VOOR DEN 28en JAARGANG. Hiervoor worden tot 1 Februari bestellingen opge nomen. De prijs \an een bafrd is ditmaal f I.IO, franco per post. Men gelieve spoedig te bestellen, daar niet meer banden worden aangemaakt dan het bestelde aantal. Er zijn nog verkrijgbaar: Banden voor den 27en jaargang (1917) ii 63 ets p. stuk. Banden v. „De kinderen v. Lucifer" & 50 ets p. stuk. Banden voor „Het mysterie en de beteekeuis van den Bijbel" a 88 ets p. stuk. De admin. van „L. en W." AAN DE NIEUWE ABONNEES. De nieuwe abonnees ontvangen de beide, reeds verschenen vellen van de bijlage Het leven van W. F. Meng, gratis bij dezen jaargang. jaargang 1914 Van den jaargang 191-1 zijn nog een beperkt aantal exemplaren beschikbaar. De jaargangen zijn volledig, doch niet ingenaaid. Voor onze abonnees is deze verkrijgbaar a 65 cent, franko per post. Bestellingen te richten aan de Administratie van „Licht en Waarheid". PRACHTBANDEN VOOR DE BIJLAGE: Het mysterie- en de beteekeuis van den Bijbel door T. Troward. Voor dit werk zijn nog slechts een beperkt aantal bandjes beschikbaar a 88 cents, franko per post. Men haaste zich dus te bestellen. Opwekking en verzoek. In dezen moeilijken tijd, met de geweldige stijging van papierprijzen en andere kosten, kan dit tijdschrift alleen voortgezet worden als het aantal abonnees flink toeneemt. Lezers, steunt ons wat ge kunt en wint vooral nieuwe abonnees. Aller medewerking is dringend noodig, wanneer men in het voortbestaan van „Licht en Waarheid" belang stelt. Proefnummers staan tot ieders beschikking. Gaarne zenden wij nummers rechtstreeks aan de adressen, die men ons opgeeft. Administratie „L. en W." MEDEDEELINGEN VAN DE VEREENIGING „WIE DENKT, OVERWINT". OPENBARE VOORDRACHTEN. ROTTERDAM. 26 .Januari, voorm. half elf uur, Fröbelschool Oppert 87b (naast het Nut). Onderwerp •wordt des ochtends bekend gemaakt. DEN HAAG. 26 Januari, voorm. HALF ELF uur. Stadhouderslaan 37. Onderwerp: Wat brengt ons de tijd ? HAARLEM. 2 Februari, voorm. HALF ELF uur, Gebouw „De Nijverheid" Jansstraat 85. Onderwerp: Ter overdenking. AMSTERDAM. 2 Februari, voorm. kwart voor elf uur. Gebouw v. d. V. t. b. v. Vocale en Dramatische kunst, Weteringschans 101. Onderwerp : Om den Christus, IV (Johannes) door J. Fl. WEKELIIKSCHE BIJEENKOMSTEN. ROTTERDAM: Dinsdagsavonds te 8 uur. HAARLEM: Donderdagsavonds te 8 uur. MAANDELIJKSCHE BIJEENKOMSTEN van „De Zevende". AMSTERDAM: 7 Februari 's avonds te acht uur. (Gebouw Weteringschans 101/03). KURSUS. AMSTERDAM: Vrijdagsavonds te 8 uur, Gebouw Weteringschans 101/03. Onderwerp: De kunst in verband met Religie. KINDERKRINGEN. AMSTERDAM: Eiken Zaterdagmiddag te 2 uur vooi hinderen van 11 jaar en ouder. Weteringschans 101/03. KINDERKRINGEN TE AMSTERDAM. De deelname aan den Kinderkring voor kinderen in den leeftijd van 9 tot 11 jaar is weer opengesteld. In dezen Kring wordt, op voor den leeftijd bevattelijk, voorbereidend onderricht gegeven tot het later verwerven van een universeel-religieuse, meer bewuste levensbeschouwing. Aanmelding bij den Sekr. van ,,W. d. O. den Heer J. A. RIJKS, Zeeburgerdijk 90 te Amsterdam of aan het gebouw Weteringschans 101/103.