447 F 36 De Nederlandsche Vereeniging tot Afschaffing van Alcoholhoudende Dranken, de oudste van de Nederlandsche drankbestrijdersvercenigingen, strijdt tegen de gewoonte om alcoholhoudende dranken te drinken of te schenken. Zij neemt als lid aan ieder die zich ervan onthoudt deze dranken te drinken — anders dan op voorschrift van den geneesheer — en te schenken — anders dan in dienstbetrekking. Indien in of nabij de plaats waar men woont geen afdeeling gevestigd is, kan men algemeen lid worden met een minimum contributie van fl.00. Wie de vereeniging geldelijk steunen wil, worde begunstiger met een minimum-contributie van f 1.00. De vereeniging heeft als zoodanig geen godsdienstige of politieke rich- i ring. Zij tracht de openbare meening zoo te leiden, dat verkregen wordt wettelijk verbod van drankhandel, -productie eh -invoer. Haar orgaan, „De Blauwe Vaan" verschijnt wekelijksch. De abonne-j mentsprijs bedraagt voor leden 55 ct., voor niet-leden f 1.20 per jaar. De vereeniging neemt voortdurend in bloei en omvang toe. In het; jaar 1910 steeg het ledental van 10171 op 12614, het aantal adspirantfeden (personen van 15 tot 18 jaar) van 804 op 1279. Het aantal afdeelingen, op 1 Januari 1910 203 bedragende, is in 1910 met 55 nieuwe vermeerderd, terwijl tot Juni 1911 reeds weer 20 nieuwe afdeelingen aan de vereeniging zijn toegevoegd. In tier jaren tijds is net ledental van even over de 2000 tot over de 12000 gestegen. De oplage van het orgaan De Blauwe Vaan bereikte in 1910 bijna een millioen exemplaren. Door den uitgever werden aan de leden, abonné's en voor de colportage afgeleverd 969375 exemplaren of gemiddeld per week 18642 stuks Wat de geschriffenverspreiding betreft, staat de vereeniging in de eerste rij van de drankbestriidersvereenigingen in ons land. Het magazijn der vereeniging bevat ruim 70 verschillende soorten geschriften, brochures, manifesten, platen etc. In 1910 werden hiervan afgeleverd ruim 230000 exemplaren tegen een verkoop van ongeveer 133000 stuks in 1909. Inlichtingen over de vereeniging worden gaarne verstrekt door den. algemeenen secretaris J. G.Jansonius, Verlengde Schrans, Huizum, en door alle afdeelings-secretarissen. L E Q A A T. J Zij die onze Vereeniging bij testament willen gedenken, nemen de volgende formule in overweging: Ik verklaar te legateeren aan de Nederlandsche Vereeniging tot afschaffing van alcoholhoudende Dranken te Amsterdam de som van f. Desverkiezende voege men hierbij: Vrij van alle rechten en kosten, ook van het recht van successie. VRAAGT overal VIGO LIMONADES alom verkrijgbaar in halve sÉoefflessclien. J. VAN OÜWERKERK, FABRIKANT - GORINCHEM. Het adres voor Dames en Heeren Mode-Artikelen IS J. A. POLAK L. Wisbrun ÓC Lifl'mann. GROOTE MARKT. Steeds het Nieuwste. Steeds het Beste. Steeds het Goedkoopste. HALF JULI a.s. wordt aan de KERKSTEEG geopend de .WEB GULDEN SCHUB» Enorme sorteering DAMES en HEEREN SCHOEISEL in meer dan 50 modellen. Verkoop uitsluitend a contant. Naaml, Venn. v. d, Miessen's Stoomschoenfabr. en Lederhandel GORINCHEM. „In de Paradijsvogel", Grootste Magazijn in Heeren-, Jongeheer enen Kinderklee&ing gemaakt en op maat. Prima coupe, naar Amerikaansche methode. Solide afwerking — Rijk assortiment — Groote keuze. FRANS FRERKER & Co., Górinchem. Uil ion Oats DE BESTE HAVERMOUT 16 cent per pondspak. tinton van = Hoogstraat A 6 = - - G O R I N C 11 E M. - - UW Een der belangrijkste levensvoorwaarden voor den mensch is: het gebruik van goed onvervalscht voedsel. Wat geeft de grootste waarborg daarvoor? Te koopen daar: waar het particulier winstbejag niet aanwezig is. Te koopen daar: waar het gemeenschappelijk belang wordt voorgestaan. Te koopen in uw eigene onderneming. Wat is uwe eigene onderneming? De Coöperatie zoo gij er lid van zijt. Wordt dus lid der Coöperatieve Broodbakkerij en Verbruiksvereeniging „ONS BELANG", gevestigd in de BORNSTEEG en betrek daar het voor uw gezin benoodigde. Dan zijt gij er van verzekert: dat gij uw gezin niet tekort doet, dat ge geen vervalschte vaak schadelijke stoffen moet gebruiken. Dan steunt gij: uwe eigene onderneming, waarvan gij zelf naar evenredigheid van uw gebruik in de winst deelt. De winst, die anders de particuliere ondernemer opstrijkt, blijft in de Coöperatie uw eigendom. Wordt dus lid van „ONS BELANG". Betrekt daar al wat gij noodig hebt. Zulks komt uw gezin zoowel lichamelijk als financieel ten goede. „Ons JBelang: is UW BELANG. Zie PBIJgCOlIBAIT. ALCOHOL EN TUBERCULOSE Dr. B. H. VOS, Geneesheer-Directeur van het Voikssanatorium voor Borstlijders te Hellendoorn. Twaalfde tienduizend. Uitgave van de Nederlandsche Vereeniging tot Afschaffing van Alcoholhoudende Dranken. — — _ '• KUIKEN Jz. St.-Annaparochie. DOOR EEN WOORD VOORAF. Meer dan vijftig jaren strijdt de Nederlandsche Vereenrging tot Afschaffing van Alcoholhoudende Dranken tegen de drinkgewoonten. Steeds is haar hoofddoel gelijk gebleven: verdwijning van het alcoholisme uit Nederland. Maar, met veranderde maatschappelijke toestanden en bij dieper inzicht in het wezen der drinkgewoonten, in hare oorzaak en gevolgen, heeft zij haar strijdwijze aangepast aan de veranderde omstandigheden. Zoo is de Nederlandsche Vereeniging jong, frisch en krachtig gebleven, en tracht zij de hooge plaats, die zij, als eerste onder de Nederlandsche drankbestrijdersvereenigingen, inneemt, te handhaven. Van afschaffersvereeniging is zij geheelonthoudersvereeniging geworden, haar weekblad „De Blauwe Vaan" bereikt nu alle leden. Grooter werd de invloed dier leden op bestuur en werkzaamheid der vereeniging. Helder ook zag de vereeniging in, dat het alcoholisme samenhing met tal van andere verschijnselen. En zoo vroeg zij zich af, of er geen verband zou bestaan tusschen de twee groote plagen der maatschappij: alcoholisme en tuberculose. Op haar eerste congres, in 1910, aan de jaarvergadering voorafgaande, hield Dr. Vos een luid toegejuichte inleiding, waarin over dat verband werd gesproken Aan den toen uitgedrukten wensch, die inleiding uit te geven, wordt hiermee voldaan. Opene zij de oogen onzer medestrijders voor den grooten dienst dien zij, de drinkgewoonten bekampende, ook de bestrijding der tuberculqse bewijzen. Maar dringe ons woord óók door tot hen, die nog geen drankbestrijders zijn, en worde het den bestrijders der tuberculose duidelijk, dat een der krachtigste wapenen is in hun strijd: de geheelonthouding. En laten zij daarom Jkomen tot onze vereeniging. Den Haag, Maart 1911. R. CAS1MIR. Alcohol en Tuberculose — DOOR — Dr. B. H. VOS, Geneesheer-Directeur van het Volkssanatoriüm voor Borstlijders te Hellendoorn. De verwoestingen, die het gevolg zijn van de tuberculose, zijn bekend: in Nederland sterven jaarlijks meer dan 9000 menschen aan tuberculose. Er leven in ons land ongeveer 35000 tuberculoselijders. Minder gemakkelijk zijn de verwoestingen, die de alcohol veroorzaakt, onder cijfers te brengen Dit komt hierdoor, dat de sterfgevallen, die op rekening van het alcoholisme zijn te stellen, voor het grootste deel in de sterftestatistieken niet als zoodanig voorkomen, maar moeten worden gezocht onder andere doodsoorzaken: wanneer bijvoorbeeld de alcohol een leverziekte veroorzaakt, waaraan de patiënt sterft, dan wordt als oorzaak van den dood de ziekte van de lever vermeld en niet het alcoholisme. De omvang van het kwaad, door den alcohol gesticht, kan ons dus slechts ten deele door de sterftestatistieken worden geleerd. Trouwens, ook zonder dat het alcoholisme tot den dood voert, richt het groote verwoestingen aan. Het ergste gevolg van den alcohol is wel de erfelijke aanleg voor drankzucht, bij kinderen van alcoholisten waar te nemen, als gevolg van hunne aangeboren lichamelijke en geestelijke ontaarding. Het behoeft ons niet te verwonderen, dat, waar twee zoo ernstige ziekten als het alcoholisme en de tuberculose zijn, elkander in één individu ontmoeten, de verwoestingen zeer groot zijn. Geen wonder ook, dat alcoholisme en tuberculose wederkeerig op elkander inwerken, en dat reeds voor 150 jaar op het verband tusschen alcohol en tuberculose is gewezen. Dit verband is veelvuldig en innig. Gaan wij eerst na, welken invloed de alcohol heeft op de sterfte aan verschillende ziekten. Van de vele opgaven, die met betrekking tot dit onderwerp te vinden zijn, is een van de nieuwste die van Bertillon (Tuberculosis, Mei 1910), die van de cijfers, welke de sterfte aan tal van verschillende ziekten uitdrukken, twee groepen afzondert van gel ij ken levensstandaard: de eene groep omvat uitsluitend niet-herbergiers, de andere uitsluitend herbergiers. Voor alle ziekten geldt dat de sterfte in de groep der herbergiers zeer veel grooter is. niet-herbergiers herbergiers, Alcoholisme 28 226 Aantal sterfge- Kanker 32 42 vallen per jaar Longtuberculose 245 579 aan verschil- Zenuwziekten 93 210 lende ziekten Hartziekten 98 196 [ in Engeland op Leverziekten 33 210 i 100,000 win- Niei ziekten 31 70 1 keiiers van 35 Ongevallen 39 73 I tot 45 jaar. Zelfiuoord 25 49 I Een tweede vergelijking, die eveneens aan Bertillon wordt ontleend, leert ons, hoe bij mannen, die gel ij ksoortigen arbeid verrichten, de kans, om aan allerlei ziekten te sterven, des te grooter wordt, naarmate zij meer met het alcoholgevaar in aanraking komen: hier worden naast elkaar geplaatst spoormannen en voerlieden ; de sterfte der laatsten is in alle ziektegroepen belangrijk hooger. spoormannen voerlieden Alcoholisme 7 33 Kanker 35 47 Longtuberculose 168 296 Zenuwziekten 6 105 Hartziekten 88 145 Leverziekten 16 24 Nierziekten 25 33 Ongevallen 122 161 Zelfmoord 6 24 Aantal sterfgevallen bij transportarbeiders van 35 tot 45 jaar, aan verschillende ziek¬ ten, per 100,000 per jaar. Zóó groote verschillen in sterftecijfers bij gelijken levensstandaard en bij gelijksoortigen arbeid kunnen alleen worden veroorzaakt door den alcohol. Onder invloed van den alcohol zien wij alle ziekten minder gunstig verloopen. Van de 100 menschen die longontsteking krijgen, sterven er 18, maar van de 100 alcoholisten 53. Van de 100 menschen die typhus krijgen, sterven er i0, maar van de 100 alcoholisten 38. Wij zien, dat de alcohol den mensch verzwakt, hem berooft van zijn weerstandsvermogen. Nu spreekt het vanzelf, dat volstrekt niet van alle ziekten het verloop in gelijke mate bepaald wordt door het weerstandsvermogen van den mensch. Bij sommige ziekten is dit veel duidelijker dan bij andere, en nu is er onder alle ziekten geen enkele, waarvan het verloop zoozeer afhankelijk is van het weerstandsvermogen van den mensch als de tuberculose. Om dit te verklaren, is het noodig, met enkele woorden te herinneren aan het wezen der tuberculose, de ziekte die zich kan voordoen in alle deelen van ons lichaam, maar die in 3A van de gevallen in de longen zetelt. Wordt een tuberculose van de longen zoo erg, dat zij niet meer geneest en het leven van den lijder bedreigt, dan spreekt men van longtering. Er genezen echter tal van tuberculoselijders en ook worden velen met een bestaande tuberculose oud. Als oorzaak van de tuberculose kennen wij kleine levende plantaardige wezentjes, de tuberkelbacillen, die onder andere voorkomen in hetgeen de tuberculoselijders opgeven. Hieruit volgt, dat de kans om deze ziektekiemen binnen te krijgen, het grootst is in de omgeving van d i e tuberculoselijders, die onvoorzichtig omgaan met wat zij opgeven, maar het schijnt wel, dat de kans, om tuberkelbacillen in het lichaam te krijgen, heel groot is, want er zijn maar heel weinig menschen, die in hun leven nimmer met tuberkelbacillen werden besmet. En omdat niet alle menschen aan tuberculose 1 ij den, blijkt het nu wel, dat besmetting met tuberkelbacillen alleen niet voldoende is om tuberculose te krijgen: er is nog iets anders voor noodig; dat andere noemen wij de vatbaarheid voor de ziekten. Die vatbaarheid nu is bij denzelfden mensch niet te allen tijde even groot. Men drukt dit uit door te zeggen: de mensch heeft een wisselend weerstandsvermogen tegen tuberculose. Wij kennen verschillende omstandigheden, die in staat zijn het weerstandsvermogen van den mensch te verzwakken en derhalve de vatbaarheid voor de tuberculose te verhoogen: sommige ziekten (b.v. influenza), slechte woningen, slechte voeding, overmatig langen of zwaren lichamelijken of geestelijken arbeid. Maar meer in het bijzonder wordt door den alcohol het weerstandsvermogen verzwakt en de bodem voor de tuberculose bereid. Hoe meer geld er in een gezin voor alcohol wordt uitgegeven, des te minder blijft er beschikbaar voor een goede woning. Men moet zich tevreden stellen met een woning, die goedkooper is, dat wil zeggen: kleiner, donkerder, vochtiger dan anders het geval zou behoeven te zijn. In zulk een ongezonde omgeving, waar de eerste levensbehoeften: licht en lucht ontbreken, zal het weerstandsvermogen afnemen, en daardoor de kans op tuberculose grooter worden. En is er eenmaal tuberculose, dan zal in de kleine, ongezonde woning, die, vochtig en duister, den tuberkelbacillen een goede gelegenheid biedt voor hunne ontwikkeling, het besmettingsgevaar weer zooveel grooter zijn dan in een ruime woning, omdat de menschen zoo dicht op elkander leven. ïn het gezin van den drankzuchtige is minder geld beschikbaar voor goede voeding, en wordt er onvoldoende aandacht geschonken aan de bereiding van het voedsel, aan de reinheid, aan licht en lucht in huis, aan kleeding. Het is duidelijk, dat het ontbreken van goede zorg voor het lichaam een ongunstigen invloed heeft op het weerstandsvermogen, dat wil zeggen: de kans op tuberculose vergroot. Wie zijn vrijen tijd in de kroeg doorbrengt (er zijn eok heel deftige kroegen!) vult zijn longen met jeneverlucht en met tabaksrook. De drank en het luide spreken bederven de keel. Geen wonder, dat dit ongezonde leven vatbaarheid schept voor tuberculose. Wij moeten ook bedenken, dat nog andere dan stoffelijke oorzaken voor de verzwakking van het weerstandsvermogen aansprakelijk gesteld kunnen worden. Vaak ziet men een tuberculose zich ontwikkelen bij menschen, die ernstig leed hebben ondervonden: verdriet over teleurgestelde verwachtingen, onaangename verhoudingen in het gezin, geldzorgen: dat alles leidt tot verzwakking van het weerstandsvermogen, en daardoor tot het uitbreken van tuberculose. En waar die verhoogde vatbaarheid voor de ziekte is opgewekt door het verdriet over de drankzucht van den man, daar werken alle omstandigheden, stoffelijke en andere, te zamen tot den ondergang van het gezin en tot de uitbraak van de tuberculose tevens. De alcoholist zelf moet trouwens v«el meer gevaar loopen om tuberculose te krijgen dan een hygiënischlevend mensch: de vrij rondloopende alcoholist doet zijn tuberculose op in de kroeg; niet alleen toch beeft hij in de kroeg meer kans om tuberculose te krijgen dan daarbuiten, maar bovendien lijdt het verdwijnen van het gevoel van verantwoordelijkheid tot een zorgeloosheid, die hem in verhoogde mate blootstelt aan ieder besmettingsgevaar, dus ook aan dat van de tuberculose. En de alcoholist die in de gevangenis terecht komt, zal daar, onder invloed van de veranderde, sittende levenswijze, door het verblijf in gesloten ruimten, wellicht ook door wroeging en door zorg over den toestand van zijn gezin, een belangrijk deel van zijn weerstandsvermogen verliezen, en zóó gemakkelijk een prooi van de tuberculose worden. Is _ in het voorafgaande reeds uit hetgeen wij van de werking van den alcohol weten, afgeleid, dat het alcoholisme wel de oorzaak zal zijn- van veel tuberculose, i n welke mate dit het geval is, blijkt nog beter uit de cijfers. Tuberculose komt bij alcoholisten veel voor. Zoo is de tuberculosesterfte bij winkeliers veel lager dan bij de herbergiers, die denzelfden maatschappelijken welstand genieten. | winkeliers herbergiers \ Tuberculosesterfte in van 25 tot 35 jaar 214 465 I Engeland per jaar op „ 85 „ 45 „ 245 579 [ verschillende leeftij„ 45 „ 55 „ 244 403 L den per 100000 win„ 55 „ 65 „ 201 242 ) keiiers en herbergiers Voor spoor mannen van 35 tot 45 jaar is de tuberculosesterfte veel lager dan voor de voerlieden, gelijk reeds werd vermeld. Uit alle cijfers spreekt duidelijk de invloed van den alcohol. Herbergiers en kellners hebben een tuberculosesterfte 8 maal grooter dan predikanten, 4 maal grooter dan artsen, onderwijzers en visschers, 27s maal grooter dan gemiddeld alle mannelijke beroepen dooreengenomen (Hoppe). En het zijn zoowel de herbergiers als de kellners, die onderhevig zijn aan die hooge tuberculosesterfte : niet het vermoeiende werk, niet de lange arbeidsdag der kellners is aansprakelijk, maar de alcohol, die kellner e n herbergier beiden gebruiken en de slechte lucht, die zij beiden inademen. Van de 100 kellners sterven er 43 aan tuberculose, van de 100 kellnerinnen 49, van de 100 herbergiers 45. In een ziekenfonds te Berlijn kwamen van de 100 sterfgevallen, alles dooreengenomen, 15 op rekening van de tuberculose, maar van de 100 herbergiers, die in dat ziekenfonds stierven, hadden 45 aan tuberculose geleden. Waar het alcoholgebruik toeneemt, stijgt ook de tuberculosesterfte. In Zweden is het grootste alcoholgebruik begonnen na 1780. Van 1780 tot 1830 was er een geregelde stijging van de tuberculosesterfte waar te nemen. In Frankrijk hebben Baudron en Brouardel aangetoond, dat, waar de tuberculosesterfte 3 0 — 40 per 10,000 levenden per jaar bedraagt, het alcoholgebruik 1 2 L. per hoofd is; waar de tuberculosesterfte 90—100 per 10,000 levenden per jaar bedraagt, het alcoholgebruik 3 0 L. per hoofd is. In Pruissen sterwen tot het 15e levensjaar meer meisjes dan jongens, van het 20e jaar af sterven er meer mannen ; in Stockholm is hetzelfde gevonden. Dit verschijnsel heeft stellig meer dan èèn oorzaak; het is niet onwaarschijnlijk dat de alcohol ook hierbij een rol speelt. Maar dat de sterfte van ongehuwde mannen er zooveel grooter is dan van gehuwde, kan door niets beter worden verklaard dan door den invloed van den acohol en door de ongezonde levenswijze, die met het alcoholisme gepaard gaat. In welke mate de alcohol den bodem bereidt voor de tuberculose ziet men eerst recht, wanneer men onderzoekt, hoeveel tuberculose er voorkomt bij alcoholisten. In Frankrijk kon worden aangetoond, dat bij het ontstaan van 56 % van de gevallen van tuberculose de alcohol een rol had gespeeld,*) ja, Jacquet vond zelfs 180 op 252 gevallen, dat is 71 %. In Hoog-Hullen waren er in 1904 en 1905 29 tuberculoselijders onder 52 alcoholisten. En wat de tuberculose sterfte onder alcoholisten betreft, vond Imbault in Frankrijk, ten platte lande, 49 onder 238 alcoholisten. Terwijl nu uit genoemde cijfers voldoende blijkt, hoeveel gevaar de alcoholist zelf loopt, om tuberculose *) Deze cijfers en verscheidene andere zijn ontleend aan Noyons: Alcoholisme en Tuberculose; Kath. Drankbestrijdingscongres, Nijmegen 1907. te krijgen en er aan te sterven, ondervindt ook zijn nageslacht in ernstige mate den invloed van het alcoholisme. De kinderen worden zwak geboren, en blijven vaak hun leven lang zwak, dat wil dus zeggen: zij worden geboren met een gering weerstandsvermogen tegen tuberculose. Hoe zwak de kinderen van drinkers zijn, wordt bewezen door een onderzoek van Arrivé (aangehaald door Noyons). Dit onderzoek liep over 1-506 kinderen; deze werden gerangschikt in drie groepen, en vervolgens werd bepaald hoeveel tuberculose er in iedere groep voorkwam. Het volgende bleek: _ . _ . Ouders noch Ouders Ouders alcoholist, alcoholist. tuberculeus. noch tuberculeus. Aantal . . 383=100% 332=100% 791 = 100% Gestorven aan her- senvliestuberculose . 53=13.8% 21=6.3% 31=3.9% Gestorven aan long- tuberculose . . . 18=4.7% 32=9.6% 16=2% Als tuberculoselijder in leven .... 35=9.1% 60=18% 14=1.7% 27.6% 33.9% 7 6% Van de kinderen van tuberculeuse ouders kregen 33 % tuberculose. „ „ „ „ alcoholisten kregen 27 % „ „ „ „ gezonde ouders kregen 7 % „ Men ziet hieruit, dat, terwijl de kinderen van tuberculeuse ouders door het samenwonen met die ouders aan veel grooter besmettingsgevaar zijn blootgesteld dan aDdere kinderen, er toch onder hen niet veel meer tuberculose voorkomt, dan bij de kinderen der alcoholisten: bij de laatstgenoemde kinderen doet het te geringe weerstands- vermogen, waarmee zij geboren worden, wat bij eerstgenoemde het verhoogde besmettingsgevaar deed. Wanneer men nu zoo duidelijk ziet, dat het alcoholisme langs veel verschillende wegen voert tot de tuberculose, dan moest de vraag, hoe alcohol werkt bij menschen, die reeds tuberculose hebben, eigenlijk geen vraag meer zijn. Immers, alcohol moet na■deelig zijn voor longlijders: le. omdat alcohol een vergif is (het begrip „vergif" is niet aan boeveelheid gebonden); 2e. omdat de alcohol veelal wordt genoten in een atmosfeer, die voor longlijders gevaarlijk is; 3e. omdat het ongeregelde leven, dat met het alcoholisme gepaard gaat, den tuberculoselijder nog meer schaadt dan een ander; 4e. omdat met de afname van de geschiktheid tot arbeiden, een gevolg van den alcohol, gepaard gaat: afname van het loon, en de tuberculoselijder, die toch nog meer dan een gezond mensch er op bedacht moet zijn, hetgeen hij verdient zoo nuttig mogelijk te besteden, door afname van zijn verdienste nog sterker wordt getroffen dan een ander; 5e. omdat de alcohol, genoten tijdens den arbeid, of wanneer het werk moet beginnen, het zwijgen oplegt aan het gevoel van vermoeidheid. Dit is reeds bij normale personen een gevaar: wij willen niet, dat het gevoel van vermoeidheid wordt gesust, omdat het een natuurlijk gevolg is van den arbeid •en een waarschuwing om het werk te eindigen; niets onderhoudt zoozeer een overmatig langen arbeidsdag als juist de alcohol. Maar wanneer een gezond mensch zijn gevoel van vermoeidheid niet het zwijgen mag opleggen, (of laten opleggen) dan mag zeker de tuberculoselijder dat niet doen, want hij heeft meer rust noodig dan een gezonde: hij moet rusten als hij vermoeid is. Als versterkend middel beeft de alcohol bij verreweg de meeste artsen afgedaan, en wanneer men ziet, welke wanhopige pogingen door de abrikanten en de verkoopers van bier, stout, wijn en malaga worden gedaan, om hun producten door middel van de artsen aan den man te brengen, behoeft men niet in onzekerheid te verkeeren: het voorschrijven van alcohol door de doktoren neemt belangrijk af. Hoe alcohol bij longlijders werkt, moest inderdaad geen vraag meer zijn. En toch mogen wij dit punt niet onbesproken laten, want er is veel alcohol aan tuberculoselijders voorgeschreven. Brehmer, de grondlegger der sanatoriumbehandeling, en aanvankelijk ook zijn beroemde leerling Dettweiler. hebben van vele hunner patienten stelselmatig alcoholisten gemaakt, door hun cognac in ruime hoeveelheid te laten drinken. Het cognac-zakfleschje heeft tot de wapenrusting van den tuberculoselijder behoord. Dikwijls waren er maar weinig maanden noodig, om van den tuberculoselijder een alcoholist te maken; en gesteld al, dat hij dan van zijn tuberculose genezen was, dan zou hij toch een slechten ruil hebben gedaan. Tuberculose is te genezen zonder alcohol. Maar hoe te verklaren, dat men toch gemeend heeft, dat de ziekte door alcohol genas? Het is niet te ontkennen, dat alcoholisten somtijds genezen van hun tuberculose: het zijn vaak van huis uit krachtige individuen, bij wie de tuberculose- niet tot uitbraak gekomen ware, indien zij geen alcoholisten waren geweest. Aangezien wij weten, dat bij krachtig aangelegde menschen de tuberculose veelal goedaardig verloopt, is het geen wonder, dat van die krachtige tuberculoselijders verscheiden genezen. Zij kregen hun tuberculose door den alcohol; zij genezen niet door, maar ondanks den alcohol. Het wordt trouwens heel onwaarschijnlijk, dat tuberculose door alcohol zou genezen, wanneer men ziet, welken invloed alcohol op tuberculoselijders heeft: na alcoholgebruik komen longbloedingen voor; bij drinkers worden in het geheel veel longbloedingen gezien; bij mannen ziet men meer bloedingen optreden dan bij brouwen. De omstandigheid, dat de blijvende resul- taten der sanatoriumbehandeling bij vrouwen gunstiger zijn dan bij mannen, is voor een niet gering deel aan den alcohol toe te schrijven. Tuberculose kan ook de oorzaak zijn van het ontstaan van alcoholisme. Wanneer wij afzien van een reeds genoemde wijze van ontstaan van alcoholisme bij den tuberculoselijder, die door zijn dokter aan den drank wordt gebracht, dan blijft hier ter bespreking over: het alcoholisme, dat zijn oorzaak vindt in den toestand van den tuberculoselijder zelf. Zooals bij iedere andere ziekte, die door levende, in het lichaam gedrongen ziektekiemen (bacillen, enz.) wordt veroorzaakt, ontstaat bij de tuberculose een aantal ziekteverschijnselen hierdoor, dat giftige stofwisselingsproducten van de tuberkelbacillen i n het bloed worden opgenomen, en, met het bloed in verschillende lichaamsdeelen gebracht, die deelen vergiftigen en voor hun taak minder geschikt maken. Nu is&het bekend, dat het zenuwstelsel van den mensch buitengewoon gevoelig is voor de vergiften, die door de tuberkelbacillen worden voortgebracht, en wij zien dan ook bij tuberculoselijders karakterveranderingen optreden, die voor een groot deel zijn op te vatten als verschijnsel van een verlamming van de wilskracht. De veranderingen, die door opvoeding en onderwijs in het karakter zijn aangebracht, veranderingen, die den mensch hebben gevormd, verliezen bij de tuberculoselijders dikwijls hun kracht, en er blijft niet anders over dan het karakter zooals het oorspronkelijk was, zwak en zonder vaste lijnen. Daarbij komt nog het wankelbaar evenwicht, waarin de stemming van den tuberculoselijder doorgaans verkeert, dat zijn denken en handelen gedurig wijzigt, dat zijn oordeel over zijn eigen persoon en over personen en zaken uit zijn omgeving afhankelijk maakt van den indruk van het oogenblik. Op dezen bodem groeit het alcoholisme gemakkelijk. De tuberculoselijder, zonder strenge dagelijksche controle, aan zich zelf overgelaten, niet sterk genoeg, om zich tegen het kwaad te verzetten, tracht zijn onrust en zijn leed door den alcohol te vergeten, en kan zoo in korten tijd alcoholist worden. En de tuberculoselijder, die alcoholist wordt, is verloren. Tuberculose en alcoholisme kunnen ontstaan door gemeenschappelijke oorzaak. Terwijl wij totdusverre hebben aangetoond, dat nu eens de tuberculose door het alcoholisme, dan weder het alcoholisme door de tuberculose wordt veroorzaakt, mogen wij niet vergeten, dat het verband nog inniger is, omdat tuberculose en alcoholisme als gevolgen van een gemeenschappelijke oorzaak bij hetzelfde individu gelijktijdig kunnen optreden. Wij mogen slechts met een enkel woord vermelden, dat er geleerden zijn, die het alcoholisme en de tuberculose beide beschouwen als gevolgen van degeneratie, van een ontaarding van het menschenras als zoodanig. Beschouwingen over dit onderwerp zouden het bestek van deze verhandeling overschrijden. Duidelijker moet voor ons allen zijn die gemeenschappelijke oorzaak van alcoholisme en tuberculose, die wij kennen in de armoede. Wij zagen reeds, dat slechte woning, slechte voeding, lage loonen den bodem bereiden voor de tuberculose : zij bereiden evenzeer den bodem voor het alcoholisme: het is de armoede die, terwijl zij zelve veelal het gevolg is van het alcoholisme, van haar kant ook de omstandigheden scheppen kan, waaronder het alcoholisme tot uitbraak komt. De armoede is zeker een krachtige aanleiding e n voor het ontstaan, e n voor het blijven b e staan van alcoholisme en tuberculose. Twee wegen voeren van de armoede tot de tuberculose. De eene weg is deze, dat de armoede, dat is: de slechte woning, de slechte voeding, de betrekkelijke overbevolking, het weerstandsvermogen verzwakt en den bodem voor de tuberculose bereidt. De andere weg leidt van de armoede tot het alcoholisme, daardoor tot afname van het weerstandsvermogen en dan tot de tuberculose. Hoe innig blijkt dan te zijn het verband tusschen alcohol en tuberculose, en hoe moeilijk zal de strijds zijn, ook al zien wij de wegen ter bevrijding duidelijk vóór ons. Alcohol en tuberculose moorden tezamen het menschenras uit. Ieder afzonderlijk zouden zij het reeds kunnen doen, vereenigd zijn zij onze gevaarlijkste vijanden ! Wanneer wij ons afvragen, hoe het verloop zal zijn van deze twee ernstige ziekten der samenleving, en hoe de strijd zal eindigen, dan weten wij wel zeker dit den alcohol neemt men, de tuberculose k r ij g t men. Het alcoholisme zal dus eerder uit te roeien zijn dan de tuberculose. Over onze strijdmiddelen kunnen wij kort zijn. Zij volgen gemakkelijk uit het voorafgaande : Wij moeten strijdvoeren tegen alles, wat de gemeenschappelijke oorzaak is van tuberculose e n alcoholisme. De armoede geeft groote aanleiding tot alcoholisme en hooge kans op tuberculose, en de gevolgen van die tuberculose zijn bij den alcoholist zoo ernstig, omdat een door den alcohol gesloopt lichaam den strijd tegen de tuberculose veel gemakkelijker verliest dan een overigens gezond lichaam. Wij hebben te strijden tegen de ellende en tegen het lijden der armen, omdat in de armoede de diepere oorzaak ligt van veel alcoholisme en van veel tuberculose ; en wij hebben de welvaart der arbeidende klasse naar onze beste krachten te bevorderen. Met name hebben wij er naar te streven, dat de menschen ruime, zindelijke en gezonde woningen krijgen, want hoe beter de woning, des te meer zin voor een hygienische levenswijze, des te minder tuberculose e n alcoholisme. De maatschappelijke bestrijding der tuberculose, dat is : die bestrijding die zich richt tegen alle misstanden in onze samenleving, welke het ontstaan en de verbreiding der tuberculose in de hand werken, is tevens een machtig middel in den strijd tegen den alcohol. En zoo zal ook de bestrijding van het alcoholisme als maatschappelijk verschijnsel tegelijkertijd een strijd tegen de tuberculose zijn. Wij hebben het alcoholisme te bestrijden, omdat het 't ontstaan van de tuberculose zoo sterk in de hand werkt. Alles wat hier gezegd is, geldt voor alcohol in iedere sterkte en in iedere hoeveelheid, en daarom geldt onze strijd even goed het bier en de vruchtenwijnen, als den sterken drank en den wijn. Wij hebben dus den strijd te voeren door ons persoonlijk voorbeeld als geheelonthouders, en door den invloed, dien wij. door ons te vereenigen, op de wetgevende en de uitvoerende lichamen kunnen uitoefenen. Wij zullen vooral onze kinderen opvoeden in geheele onthouding van alcoholhoudende dranken, om hen zoo krachtig mogelijk te maken in den strijd tegen de tuberculose, die zoo velen hunner wacht. Bij de behandeling van onze tuberculoselijders hebben wij te bedenken, dat wij hen vrij van alcohol houden, opdat wij hun den strijd om de gezondheid piet nog zwaarder maken dan hij reeds is, en omdat wij gevoelen, dat uitroeiing van de tuberculose zonder uitroeiing van het alcoholisme niet mogelijk is, dat derhalve de strijd tegen de tuberculose moet beginnen met den strijd tegen den alcohol. Wij hebben te streven naar het ideaal: het zien opgroeien van een geslacht, dat de tuberculose zal kunnen overwinnen, nadat het zich zal hebben vrijgevochten van den alcohol! UITGAVEN van d# Nederlandsche Vereeniglng tot Afschaffing van Alcoholhoudende Dranken. Verkrijgbaar bij J. KUIKEN Jz., Uitgever, St.-Annaparochie. De Strijd tegen het Alcoholisme, fraaie plaat van Walter Crane. Op Japansch papier, verkrijgbaar bij Arie Willemsk. Pelmolenweg 4, Utrecht, ad f 5. Op gewoon papier bij J. Kuiken Jz., te St.-Annaparochie tegende volgende prijzen: 1 ex. 35 ets.. 10 ex. f3 en 25 ex. f6.35. Do Goede Raadgever, almanak voor drankbestrijding. 12 ct. De Roode of de Blauwe Vaan, door F. U. Schmiut 1 ex. 10 ct.; 25 exjf 2.255*50 ex f4.— ; 100 ex. f7.50. Eenigc feiten betreffende het alcoholisme, bezien uit hygiënisch oogpunt door J. Kat, arts. 1 ex. 2 ct.; 25 ex. 50 ct. ; 50 ex. 85 ct.; 100 ex. t 1.50. De Volksstem spreke! Iets oyer „Plaatselijkekeuze"door M. C. van Wijhe Prijs 3 ct.; 50 ex. f 1.25; 100 ex. f2,25 ; 500 ex. f 10. Bezwaren tegen geheelonthouding weerlegd, door M. C. van Wijhe. Prijs: 1 ex. 6 ct.; fr. p. p, 8 ct.; 25 ex. fï.50; 100 ex. f 5.50 fr. p.p. De Blauwe Vaan, Orgaan voor drankbestrijding. Red. A. Don. Verschijnt eenmaal per week. Abonn. prijs voor leden der Vereenigirtg: per jaar bij vooruitbetaling f055, voor niet-leden f 1.20. Ter verspreiding: 10 ex. f0,17'"; 25 exf °-3°; 50 ex. f0,50; 100 ex. f0,90; 500 ex. f4,— ; 1000 ex. f 7,50. Een en ander uit het alcoholvraagstuk, door Th. W. v. d. Woude. 4e dr. (32 pag.) Prijs 1 ex. 5 ct., 100 ex. f4, 500 ex. f 17,50. De kunst om een machine te bederven, door Dr. Virus Bruinsma, 7e druk. i e?. 21/, ct., 25 ex. 60 ct., 100 ex. f 1.75. Wat Grootmoeder vertelt, door Hillegonda Funke. Bekroond antwoord op een prijsvraag „Brochure Jonggehuw den" van het H.B. der Ned. Ver. tot A. v. Alc. Dr. Prijs 1 ex. 3 ct., 25 ex. f0,70, 50 ex. f1,20, 100 ex. f2,25. Het maanmannetje, door J. A. Bruins Jr. met 10 teekeningen van Mej. A. A. v. Prooijen, in geïllustreerden omslag Prijs 1 ex. 3ct., 25 ex. f0,70 ct., 50 ex. f1,25, 100 ex. f 2,25. Vrij, tooneelsluk in 4 bedrijven van IJ. C. Schuitmaker, uit het Friesch vertaald door J, A. Bruins. Prijs 60 cent. Onthouders-zangbundel. Twaalf liederen voor gemengd koor. 2e druk. Prijs 15 ct. per ex. 25 ex. f2.25 'r■ P- P- DE JONG S DAALDERS GLORIA CACAO 1 Kilo f 1.50 V, KÜe fO,tO 1 Ona f 0,18 v< Kilo f0,421/, V, Ona f 0,10 Proefpakjei f0,05. Ivertreft in kracht, snaak en geur alle andere merken ven gelijken prijs. DE ERVE H. DE JONG CACAOFABRIEKEN WORMERVEER EN WEENEN.