CB 14639 6 JAAR PIONIERSWERK IN ZUID-WEST CELEBES (MAKASSAR) DOOR ONG YAN HONG miss. Ind. Arts EN H. VAN DEN BRINK mist. pred. GAVE VAN DE VEREENIGING TOT STEUN VAN HET "MSCHE ZENDINGSWERK IN ZUID-WEST CELEBES. 6 JAAR PIONIERSWERK IN ZUID-WEST CÉLEBES (MAKASSAR) *) door H. VAN DEN BRINK miss. pied. De Boodschap van Jezus Christus kan niet tot het hart van een geheel vreemd volk gebracht worden, dan nadat de weg tot dat hart eerst geopend wordt door geschonken vertrouwen van de kant van dat volk. „Vertrouwen winnen" is een van de moeilijkste opdrachten voor elk pionierswerk op Zendingsgebied. Dit gold ons dus ook, toen wij eind Juni 1933 te Makassar arriveerden. Daar een gedeelte van onze opdracht (ten minste gedurende de eerste jaren) ook betrof de verzorging van de Europ. leden der Geref. Kerk van Soerabaja, die in Makassar en verder in Celebes wonen, sprak het van zelf, dat wij ons in Makassar vestigden. Daar komt bij, dat het werk op andere terreinen er ook naar wees, dat de groote steden bezet moeten worden. Hier klopt het Inheemsche leven, dus ook hun godsdienstig leven. En dus liggen hier óok de meeste mogelijkheden van intense aanraking. Dit alles is waar. Maar in de stad viert het saecularisme ook hoogtij. Het materialisme wordt er ongemeen sterk gevoed. En de mogelijkheid om in dit alles op te gaan, biedt de stad in bijzondere mate, niet 't minst ook aan de Inheèmsche bevolkingsgroepen. Deze verschillende factoren krijgen nog een exponent ter versterking, doordat Makassar een havenplaats is en wel de transitohaven voor den geheelen Grooten Oost. In dit alles liggen, naast belangrijke aanknoopingspunten, niet minder even zooveel belemmeringen voor het zoeken van contact op godsdienstig gebied. (Iets anders is 't misschien, wanneer er reeds een Inheemsche Christen-gemeenschap is, die getuigend wil optreden en dóórwerken). Vandaar, dat wij ook de mogelijkheden buiten Makassar onder de oogen wilden zien, waar 't conservatisme van de land- of bergbevolking ook wel dammen opwerpt, maar waar de situatie toch dikwijls rustiger is voor 't zoeken van contact, al hoewel men hier over 't algemeen weer mist het levende en bruisende van een godsdienstige beweging, zooals die in de stad mogelijk is, die de aanraking meest veel dieper en intenser maakt. Wij zochten daartoe een plaats op ± 10 KM. ten Oosten van Makas- *) Deze Zendingsarbeid gaat uit van de Gereformeerde Kerk te Soerabaja in samenwerking met die te Malang en te Semarang. Voor Holland is het correspondentie adres: G. M. A. Laernoes, H. Tollensstraat 4, Utrecht. Giro no. 289929. Berichten over dezen arbeid vindt men in „Stemmen uit Makassar", welk blad op aanvraag gratis toegezonden wordt aan belangstellenden. sar en voor een plaats in de bergstreken werden wij als van zelf geleid naar een punt aan 't eind van den toentertijd pas gereed gekomen weg de bergen in, een 70 KM. ten Oosten van Makassar. En zoo is ons werk op deze drie punten opgezet en ontwikkeld. En het is wel hoogst eigenaardig, dat de enkele directe vruchten, die God ons na deze zes jaar reeds gegeven heeft, die menschen zijn, waar we schetskaart: ZUID.CELEBES. bij die eerste opzet op deze verschillende plaatsen, dadelijk reeds mee in aanraking kwamen. Over elk dezer resorten een enkel woord (zie schetskaart) . Hoewel wij riskeeren, dat men meent thans een dorre opsomming te krijgen en is dit toch de eenige wijze om door een gedetailleerde schets den welwillenden lezer een beeld te geven van ons werk in Zuid Celebes. Lombassang—Longka. 70 KM. ten Oosten van Makassar. Een in 1933 in Lombassang geopend schooltje werd in 1934 overgeplaatst naar Longka. De bergbevolking staat hier vrij onverschillig tegenover schooltjes. De vorsten zijn bevreesd, dat de bevolking hen door schoolkennis boven 't hoofd-groeit. De gedachte, dat door de school de kinderen gedwongen zullen worden Christen te worden of meegenomen zullen worden door den Pandeta, zijn even zooveel zware belemmeringen voor de uitgroei van dit schooltje. Hier geldt in dubbele mate, dat vertrouwen pas langzamerhand moet veroverd worden. Toch zegende God de aanraking met een gezin in Lombasang, dat in Mei 1938 gedoopt werd. Tombolo. 30 KM verder ten Oosten = 100 KM ten Oosten van Makassar. Op den weg hierheen ligt op 14 K.M. Kanreapia, waar we gedurende jaren reeds een groeiend contact hebben met den kepala (dorpshoofd) en zijn gezin, wat naar we mogen hopen, tot spoedige doop zal leiden. Tombolo zelf is het centrum van een uitgestrekt dal, dat voor bergstreken betrekkelijk dichtbevolkt is. De verhouding met den vorst is hier zeer goed. Twee gezinnen zijn hier reeds gedoopt en met enkele anderen is reeds een dieper contact. De Mohammedaansche reactie is de laatste jaren hier veel sterker, vooral ook van uit Makassar. Wij hebben echter den indruk, dat bij verkregen contact en vertrouwen in deze bergstreken (hoewel men in naam Mohammedaan is) spoediger overgangen te verwachten zijn dan in de stad, hoewel natuurlijk in de bergen de weerstand van de vorsten en de leiders van de oude in wezen heidensche adat zeker ook zeer sterk is. Daar er in Tombolo vanwege het Landschap een volksschooltje is, dat toch ook al niet bloeit, hebben wij hier geen schooltje geprobeerd, maar den goeroe, die in Tombolo woont, opgedragen zich geheel aan het Evangelisten werk te geven. De moeilijkheid is hier ook het zware bergterrein en het ver uit elkaar wonen van de enkele gezinnen, waarmee wij meer of minder diep contact hebben. Het Medische werk alhier. Ons werk in deze bergstreken wordt gesteund door ons Med. werk in Malino (vlak bij Lombassang) waar de Adsp. Controleur woont. Bij den nieuwbouw van het Contr.Kantoor in Malino (1938) hebben wij een kamer met zijgalerij gekregen, waar een voorraad medicijnen bewaard wordt en waar de dokter eenmaal per maand een dag komt en werkt, tijdens den passar. Zeer noodig zou bier een vaste mantri-verpleger geplaatst moeten worden, die hier doorloopend arbeidt. Wat wij thans geven is de eenige medische hulp, welke hier in deze bergstreken verschaft wordt. Zelf neem ik op mijn tournees natuurlijk altijd medicijnen mee, wat prachtig contactmiddel is, doch niet den naam van echt medische steunverleening kan dragen. Bitowa op 10 KM. ten Oosten van Makassar. Deze streken staan natuurlijk in druk verband met de stad Makassar, maar blijven in ander opzicht nog weer sterk geïsoleerd. Daar wij hier reeds een viertal jaren werken, is hier wel degelijk een bepaald contact met de kampong. In Bitowa hebben wij ook een schooltje, waarvan het aantal leerlingen sterk schommelt. In Bitowa werken wij ook met een avondschool. Een van de voordeelen is, dat deze menschen dan meest ook allen aanwezig zijn, als de goeroe of ik hier een koempoelan houden en in een korte toespraak een Evangelie-verhaal tot de menschen brengen. Vooral bij het gebruik van lichtbeelden is hier 't gros van de kampong bijeen. Wat ook bevorderd wordt door de uitstekende verhouding met den kepalakampong, die ook steeds meer open komt te staan voor het Evangelie. (Zie Zendingsblad van de Geref. Kerken, Juli 1939, pag. 162). Makassar. — Volksschool. Het centrum van ons werk ligt in de kampong Bontoala, vlak bij het midden van de stad. Hier is allereerst onze volksschool, waar een kleine 80 (tachtig) leerlingen zijn. Dit aantal is boven verwachting groot. Leeszaal. Naast de school ligt een gebouwtje, waarin wij onze leeszaal hebben geopend. Daar het buitengewoon moeilijk is de menschen te trekken, hebben wij sinds medio 1938 deze methode geprobeerd. Er van uitgaande, dat het aantal lezenden steeds grooter wordt, en men niet in staat is zelf lectuur aan te schaffen, meenden wij met het openen van deze gelegenheid zeker in de behoefte te voorzien. Wat ook blijkt, daar het bezoek gemiddeld 15 menschen per avond is. Polikliniek. Het voorste gedeelte van dit gebouwtje wordt gebruikt voor polikliniek. Hier is eiken dag in de morgenuren een onzer mantri-verplegers. Ernstige gevallen worden naar 't ziekenhuis verwezen. Minstens tweemaal in de week komt de dokter hier zelf. Avondlessen. Driemaal in de week wordt een Mal. avondcursus voor volwassenen gehouden, die door 18 mannen bezocht wordt. COLPORTAGE. Zendingswerk Is het zoeken van aanraking op het terrein van dien ander. Daarom zijn: wij ook altijd aanwezig op de -Pasar Malam i(aivondmarkt) die éénmaal per jaar gehouden wordt en meest 14 dagen duurt. In een stand, waar de bekende letters N. B. G. opstaan!, hebben wij bijbels en ibijtoelgedeelten in allerlei talen voorradig, ook teksten en platen van de Bijib. Kiosk Vereen. HANDWERKLESSEN. Een belangrijke aanraking met de bevolking vindt mijn vrouw ook door haar handwerk- en naailessen voor de meisjes uit de kampong. Meer dan 70 meisjes worden zoo 3 maal per week bereikt. ONS LEESZAAILTJE. Door de Gouvernements volkssohooLtjes zijn er in die kampong velen die Maleisen kunnen lezen. Maar natuurlijk hebben zij geen geld om een courant of boeken te koopen Hier voorziet ons leeszaaltje zeer goed in een behoefte, lederen avond zitten bier velen om de kranten en boekjes te lezen, düe hen inlichten over het dagelij ksche gebeuren, maar ook over den godsdienst. Handwerklessen. Vier maal in de week worden hier aan kampong-meisjes en vrouwen handwerklessen gegeven. Een van de dames van de Geref. Kring heeft een handwerkles voor meisjes van de Gouv. H.I.S. tijdens de afwezigheid van mijn Vrouw overgenomen bij haar in huis. Schakelschool. Naast deze gebouwtjes bevindt zich 't terrein van de Schakelschool, die in Sept. 1938 geopend werd en uit gaat van een Comité, waarin de Zendeling van de Prot. Kerk Ds. Brokken en ik zitting hebben. Aan deze Schakelschool, die thans 2 eerste klassen telt met een kleine 50 leerlingen, is een avondcursus verbonden, waar les gegeven wordt in Hollandsch, Engelsch en Boekhouden. Koempoelans. lederen Zondagmorgen wordt in de school een bijeenkomst gehouden, waarin (in 't Makass. of Mal.) een bijbelgedeelte besproken wordt. Het aantal aanwezigen is natuurlijk nog klein, 's Avonds worden lichtbeelden vertoond speciaal voor de schoolkinderen, waar ook veel bezoekers van de Leeszaal bijkomen. Met deze laatsten worden ook kleine bijeenkomsten gehouden. Het blijkt echter buitengewoon moeilijk te zijn de menschen bij elkaar te krijgen. De weg ligt hier allereerst in persoonlijk contact in de leeszaal of zoo mogelijk bij de menschen thuis. De krachten zijn hiertoe echter veel te weinig. De schoolgoeroe is over bezet. Regelmatig worden verschillende gezinnen bezocht. Maar er zou nog veel meer kunnen worden gedaan. Colportage. Vooral ook door de Colporteurs komen er mogelijkheden. Gesteund door een subsidie van het Ned. Bijbel-Genootschap werken hier drie Colporteurs. Gedurig worden bijbels of bijbelgedeelten aan Makassaren en Boegineezen (Mohammedanen) verkocht. Hier ligt werk voor minstens één of twee Evangelisten om deze mogelijkheden te benutten. Zendingsziékerihvis. Niet ver van het ziekenhuis wordt Zondagsavonds ook koempoelan gehouden, waar een klein kringetje Makassaren bijeenkomt. VOOR HET ZIEKENHUIS. Voor ons ibamiboe ziekenhuisje (met 25 bedden) groepen zich lederen morgen reeds vroeg de menschen om op de polikliniek behandeld te wonden. Van Juli 1938—Juli 1939 werd alleen in de stad Makassar aan 5552 menschen 21891 maal hulp verleend. Van deze gevallen werden er 252 personen in ons ziekenhuisje opgenomen met totaal 4583 verpleegden. Deze cijfers spreken van een groeiend vertrouwen van de bevolking1 in den arfoeJdl en persoon van oneen Dr. Ong, vooral als men bedenkt hoe dit werk nog in aijn allereerste aanvangsperiode is. HET LABORATORIUM. Bij gebrek aan cement zijn de steenen maar tos neergelegd! Dit deel van ons „gebouwencomplex" roept zeker wel om verfbeteringl DE KEUKEN. Wat van het „Laboratorium" gezegd werd, geldt niet in minder mate van ddt schuurtje met haar afdak, wat wij onze keuken noemen.' Let wel, het gaat hier over een ziekenhuiskeuken. Echter ondanks dit alles, wat natuurlijk verbeterd moet worden, zoo spoedig wij uiw gift ontvangen hebben, blijkt ons ziekenhuisje te passen in het primitieve kampong millieu. Ook hier, voor het werk in het ziekenhuis en daarbuiten in de naaste omgeving en om allerlei mogelijkheden op te vangen, zou toch minstens één evangelist noodig zijn. Naast het Medische werk in het Ziekenhuis en de Polikliniek in Bontoale, gaat de dokter eenmaal per maand naar Malino (op. 70 KM. ten Oosten van Makassar) terwijl hij op zijn terugreis dan 2 plaatsen aan doet, waar op den passar polikliniek gehouden wordt. Verder hebben wij 12 KM. ten Zuiden van Makassar de Polikliniek van 't Landschap (in Soenggoeminasa) in beheer, waar de dokter 2 X per week komt en 1 maal per week een polikliniek in Limboeng, 24 KM. ten Zuiden van Makassar. Al deze Zendingsarbeid in- en buiten Makassar gaat onder den naam „Laboeang Badji" (Schoone Havens). Doch hier is een nijpend gebrek aan voldoende en goede loodsen! Doch voordat ik hier over verder handel, wil ik eerst nog iets mededeelen over: Nog verder gegeven mogelijkheden. Juist om U goed te doen gevoelen, welke mogelijkheden ons door God duidelijk in ons werk getoond worden, wil ik wijzen op nog een punt. In Makassar werkte een vorstenzoon uit Soppeng, een oud Rijk op 150 KM. ten Noorden van Makassar. Door onzen colporteur werd hij in aanraking gebracht met onzen Goeroe en na een jaar onderricht mocht ik hem in Februari 1938 doopen. Nu is hij weer terug in Soppeng en dringt er bij ons op aan, dat wij daar komen werken. Soppeng is een oud Mohammedaansch Rijk, dat echter door zijn geïsoleerde positie lang niet zoo scherp vijandig en fanatiek is als de Islam in Makassar. Al dikwijls is door ons overwogen, of het niet juister was, zelf daar te gaan wonen en het werk in Makassar te laten voortgaan onder leiding van een bekwamen Evangelist. Men zegt vaak, dat wij ons werk, dat nu eenmaal financieel momenteel zoo'n erg begrensde basis heeft, moeten begrenzen. Maar ge ziet zelf, hoe wij door de leiding Gods juist op verschillende uit elkaar liggende punten opmerkzaam gemaakt worden. Men zegt momenteel misschien, dat Zd. W. Celebes nu bezet is. Inderdaad, onder Gods leiding hebben wij in alle eenvoud enkele o.i. strategische punten mogen bezetten (zie bijgaand kaartje). Maar wat is dat in dit land, waar meer dan 3 millioen Makassaren en Boegineezen wonen? Het is als hebben wij in een onafzienbaar groote akker op groote afstand 7 of 8 zaadjes neergelegd!! Maar desondanks, al klinkt deze „bezaaiing" bijna belachelijk, toch mogen wij niet vergeten, dat dit zaaien een werken is van Godswege en dat God ongekenden wasdom kan geven. Ja, zelfs dat de wasdom, die God thans reeds geeft, boven onze krachten dreigt te gaan. 't Belang van Zendingswerk in Zd. Celebes. Reeds bij den opzet van het werk in Zd. Celebes werd er (in 1929) door Ds. A. Ringnalda destijds te Soerabaja op gewezen, dat Zd. Celebes van groot belang is uit Zendingsoogpunt. Allereerst omdat dit een geheel onbewerkt terrein was, maar ook omdat het door de ligging van centrale beteekenis is voor de ontwikkeling van het christendom in den Grooten Oost. De artikelen van Ds. Ringnalda over deze materie zijn indertijd door de Prot. Predikant te Makassar en verschillende Zendelingen van Zd. Celebes aldus geïnterpreteerd, dat het de bedoeling der Geref. Kerk was, om hier een kerkelijk gereformeerd bolwerk te stichten, dat zijn vleugels zou pogen uit te slaan over den geheelen Grooten Oost. Hier werden natuurlijk gevoelige punten geraakt. Daar kwam bij de onrust, die er in die jaren was in de Minahassische en Ambonsche Prot. Kerk, waarin ook strevingen waren om zich te oriënteeren naar 't Geref. Kerkelijk leven. Nu is ons persoonlijk standpunt verre van kerkistisch. Wel zien wij de groote waarde van het bijbelsche gereformeerde kerkelijke standpunt. Maar dat behoeft geen kerkisme te zijn, dat een eigen bolwerk zoekt tot eigen kerkelijke eer en macht. Wij zien de bijzondere groote waarde van samenwerken, waar dit aangewezen en mogelijk is, zonder daarbij hegemonistische bedoelingen na te streven, maar integendeel juist door onzen arbeid dienend mede te werken aan het groote doel, n.1. mede de voortgang en bevestiging van het Koninkrijk Gods te bevorderen. De Locale Zendings-Raad te Makassar. Vandaar, dat ik persoonlijk ook een krachtig voorstander ben van den Loc. Zend. Raad te Makassar, die als beraadslagend lichaam verband wil leggen tusschen de Zendingsarbeiders in Celebes en in den verderen Grooten Oost. Verband tusschen de Zendingsarbeiders en daardoor tusschen eikaars werk, om daarmee de basis te leggen voor het verband tusschen de wordende Christengemeente hier in den Grooten Oost. Het blijkt, dat dit buitengewoon moeilijk is. Maar ook blijkt 't, dat dit bij gestaag volhouden niet onmogelijk is. Reeds een 4-tal jaren mocht ik den arbeid van dezen Loc. Zend. Raad als secretaris dienen. Perswerk. Als er één zaak is, die noodzakelijk telkens overwogen moet worden, dan is het wel de vraag, op welke wijze wij onze goeroes en het steeds grooter aantal lezende gemeenteleden door lectuur kunnen leiden en dienen. Op dit terrein heeft Ds. L. Tiemersma met zijn eenvoudige Mal. lectuur onschatbare diénsten bewezen. Daarnaast meen ik echter, dat er nog veel meer te doen is. Centralisatie inzake lectuur-uitgave is gewenscht en noodzakelijk (denk aan de Lectuur Commissie namens de N.I.Z.B.) doch ook is waar, dat plaatselijk soms bepaalde belangen het sterkst spreken en daardoor vlugger plaatselijk vervuld worden, dan dat men wacht, totdat het bij de centrale organisatie als urgent gevoeld en uitgewerkt wordt. Zoo werd alhier een 4 jaar geleden begonnen met een Mal. preekenserie, die eenmaal per maand in 4000 ex. verschijnt, in samenwerking met zeer vele Zendingsarbeiders uit den Grooten Oost. Daarnaast verschenen 2 goedkoope boekjes over de R. Kath. Kerk van Ds. A. Bikker en over 't ontstaan van den Bijbel van mij zelf, terwijl een Mal. dagboek van den hand van Zend. Pol verscheen. Mede via de Mal. preekenserie hebben wij een uitgebreid contact onder de Mal. sprekende goeroes in den Grooten Oost. Daarnaast wordt door den uitgever van het Kanteel, J. Besselaar, een Mal. berichtendienst uitgegeven, die ook maandelijks verschijnt, en van groot belang is voor de Maleisch sprekenden in den Grooten Oost. Zoo ziet men, dat in al dit werk in en buiten Makassar wel degelijk perspectief zit. Perspectief is er! Hiermee zou ik deze eerste periode van 6 jaar arbeid kunnen besluiten. Al ontveins ik mij niet de harde bodem van dit Mohammedanen Zendingsterrein, toch beginnen we wortel te schieten. Maar juist dit werk en dit stadium vraagt zooveel krachten, omdat in 't bijzonder Moh. Zendingswerk geheel berust op persoonlijk contact. Dit vraagt veel krachten, mede ook, omdat "het op deze wijze zoo tijdroovend werken is. En ook, omdat de gevonden contactpunten meest niet naast elkaar liggen. Daar komt nog bij dat dergelijke personen, waarmee een begin van dieper contact gevonden is, nog heelemaal niet genegen zijn om reeds zelf naar een centraal gelegen vergaderplaats te komen. Zeer veel berust dus op huisbezoek en dan minstens éénmaal per week. Waar halën we daartoe de krachten (goeroes en evangelisten) vandaan? Doch we mogen God danken, dat ons werk hier en daar nu reeds aanslaat. Maar, zooals ik hier boven reeds schreef, ons werk, dat geschiedt onder den naam „Laboeang Badji" (Schoone Havens) heeft een nijpend gebrek aan voldoende goede loodsen. En was is nu 't meest moedbenemende? Dit beginwerk mag blijkens de besprekingen op de vergadering van de Deputaten voor de Makassar-Zending (25 Jan. 1939 te Soerabaja) in niets uitgebreid worden. Opgeroepen mogelijkheden mogen niet benut worden! Ja, mocht er weer een tekort komen eind 1939, wat onvermijdelijk zeker is (zie financieele resultaten 1937 en 1938) dan moet met afbraak begonnen worden! Het is precies alsof men ons de opdracht geeft om een huis te bouwen. Wij beginnen met de open voorgalerij, die steunen moet op de eerste binnenmuur. En nu zegt men, gij moogt die binnenmuur niet verder opbouwen en straks zult gij die voorste binnenmuur ook moeten afbreken! Nu past het zeker niet om aan de kerken van Soerabaja, Semarang en Malang een verwijt te maken. Zij doen hun uiterste best. Men bestudeere slechts de begrooting voor 1939 en de resultaten van 1938. Daarom ligt de eenige conclusie voor de hand: Hier moet hulp van buiten af komen. Zooals men weet heeft de Generale Synode, te Sneek gehouden, uitgesproken, dat zij dit werk in Zd. Celebes niet hooger kon subsidieeren uit de Generale Zendingskas dan dat dit reeds de laatste drie jaar geschiedde. Hoe dankbaar „Makassar" daar ook voor is, toch is men daarmee nog niet uit de accute nood geholpen. Met des te meer klem wordt dan ook vast gegrepen aan wat de Generale Synode verder uitsprak, n.1. dat zij het zou toejuichen als door de betrokken kerken een andere weg gevonden zou kunnen worden om hulp te vinden in Holland. Nu is het zoeken van hulp in dezen tijd wellicht een van de moeilijkste opdrachten. Maar God is machtig. En God zal, als Hij het noodig heeft voor Zijn arbeid in Makassar, ook zeker de middelen verwekken. Maar dit ontslaat ons niet om ieder met klem te vragen om zoo mogelijk ons ter zijde te staan in het zoeken of in het verschaffen van dezen hulp. Makassar als Zendingspost is dezen hulp ten volle waard. Niet voor niets bouwt Rome een centrum van activiteit op in geheel Celebes en kiest Makassar dan als werkpunt in het Zuiden van dat eiland. Niet voor niets concentreert de steeds groeiende Mohammedaansche arbeid zich in Makassar. En wat ons betreft, het gaat bij den arbeid te Makassar niet om het bezetten van een nieuwen post, maar het gaat hier om een bestaande arbeid, begonnen door een kleine groep van onze Gereformeerde Kerken. Laat het dan een zaak van de eer van onze Gereformeerde Kerken zijn om deze uiterste voorpost van onze Gereformeerde Zending te behouden. Makassar, 't is Uw zaak, O, Hoofd en Heer, Een zaak, waar wij echter voor staan. Roomsch Katholieke Missie in Zd. Celebes. In het Novembernummer van de Macedoniër j.1. schreef Ds. B. Alkema zijn interessante artikel over de eerste Evangelieverkondiging te Makassar (tot 1667 het Bongaaisch Verdrag). Op pag. 337 lezen wij: „Het is mij (Ds. A.) niet bekend, dat ook de Rpomschen (thans) in Makassar Zending drijven." Bijna zou ik zeggen: Ds. Alkema ga straks met ons mee, als wij D.V. eind Maart 1940 van verlof terugkeeren en logeert een maandje bij ons in Makassar en overtuigt U van de zeer groote actie van de Roomschen in Makassar! Doch laat mij dan nu alvast iets daarover mededeelen. Ik heb voor mij het Celebes nr. van „Annalen van O. L. Vrouw van het H. Hart", Juli nr. 1934. In dit nr. wordt allerlei geschreven, bij gelegenheid van de verheffing dezer missie tot vicariaat en van de bisschopswijding van Z.H. Exc. Mgr. Panis. Toen reeds schreef men hoe „onder de zegen des Heeren Celebes, wat het aantal Katholieken betreft op de vierde plaats komt onder de twaalf missie ressorten in N. Indië." Celebes, sinds 1920 zelfstandig Missiegebied (voordien maakte het deel uit van het groote Vicariaat Batavia) blijkt zeer vruchtbaar te zijn. Daar Ds. Alkema het speciaal over Zd.-W.-Celebes had, willen wij daar ook nog enkele afzonderlijke gegevens over verschaffen inzake de missievorderingen aldaar. Makassar, de hoofdplaats van Zd. Celebes, zag in de jaren van 1920—1934 zijn aantal R. Katholieken verviervoudigd. Belangrijk werk werd hier verricht op schoolgebied. In 1927 kwamen er 7 Zusters, die haar arbeid aanvingen met een eenvoudige fröbelschool. In 1929 werd een prachtgebouw opgezet, waarin een volledige Europ. Lagere meisjesschool in ondergebracht werd. In 1930 werd een Jongens- school geopend. In 1932 een 2-jarige Vakschool. In 1933 werd een prachtige kapel naast de Zusterschool gebouwd. In 1937 had er een groote wisseling van arbeidskrachten plaats. Aan de bekende missionarissen de Paters van Scheut werd Zd. Celebes toevertrouwd, om „tot intensiever werk te kunnen komen." Al deze arbeid beperkt zich zeker niet tot R. Katholieke Europeanen, Indo's of Florineezen. Van uit Makassar probeert men ook door te dringen, om contact te zoeken met Christen en Heiden Toradja's in Mamassa en Makale-Rante Pao (resp. de terreinen van de Chr. Geref. Kerken en de Geref. Bond). Midden 1939 hielden hardnekkig geruchten stand, dat voor Makale (het centrum van de Zending aldaar) reeds een Pastoor bestemd was om daar te gaan wonen. De actie in Makassar is vooral, wat organisatie betreft, de laatste jaren geweldig uitgebreid. De Broederschool kreeg een nieuw gebouw. Een pracht bouwwerk kwam klaar voor de Katholiek Sociale Bond, waar een centrum is voor allerlei arbeid onder al de bevokingsgroepen. In Sept. 1939 is het groote R.K. Ziekenhuis geopend, waarvan de bouwsom rond 2 ton beliep! Gelijktijdig werd aangenomen een groote uitbouw van het oude gebouw van de R. K. Kerk in de Europ. wijk. Daarnaast moet het belangrijke St. Melania werk genoemd worden, dat zich speciaal richt op Inheemsche kraamvrouwen. In dit alles zit dus ook zeker echt zelfstandig missiewerk, alhoewel ook hier telkens weer blijkt, dat de Roomsche missie mede een bijzondere zorg heeft voor de zendingsvrucht van de Protest. Zending, om vooral ook deze jonge Christenen weer tot bekeering te brengen. Tenslotte wordt al deze arbeid gedragen door de gedachte waarmee onlangs een R. Kath. scribent zijn artikel besloot: De leuze: Celebes aan Christus! zal werkelijkheid worden! Wanneer? Dat hangt af van Gods goedheid, van Uw gebed en Uw offer! Dat zeggen zij! Dat zeggen wij ook! En God in den Hemel zal het beslissen! MEDISCHE HULP IN MAKASSAR door ONG YAN HONG miss. Ind. Arts. Een kleine 21/2 jaar is het geleden, dat ik Java verliet om in Makassar het Med. werk te aanvaarden. Van mijn eerste ervaringen wil ik U het een en ander vertellen. Voorop stel ik, dat, willen we menschel ijk gesproken goed werk ver- richten, wij allereerst het vertrouwen van het volk moeten winnen, van de Makassaren en van allen, die met ons werk in aanraking komen. Hen overtuigen van het goede, dat wij bezitten en ook, dat wij zoo noodig zonder de minste tegenprestaties hunnerzijds, hen van dienst willen zijn met onzen Med. Hulp. Daartoe diene, dat wij niet alleen met goede woorden, maar ook met een goede levenswandel, met den Christelijken daad van barmhartigheid voor den dag komen. Laat mij thans probeeren U een schets te geven van het Med. werk. Ofschoon het werk zichtbaar groeit, houdt het vertrouwen van het kampongvolk hiermee geen gelijken tred. Vreemd nog staan zij tegenover de Westersche geneeskunst, die eerst de noodige lichamelijke- of laboratorium-onderzoekingen verrichten moet, alvorens de diagnose te kunnen vaststellen, om daarna de therapie te kunnen instellen. Hoe vaak vroeg iemand mij op de polikliniek om obat voor een zieke ergens in de kampong, een zieke die ik dan heelemaal niet kende, noch te zien kreeg. Mijn antwoord is dan ook altijd: Ik ben geen doekoen, die zoo maar obat uitdeelt; ik moet de patiënt eerst zelf zien en onderzoeken. De vraag dan de patiënt op de polikliniek te komen, en zoo dit waarlijk niet kan, ga ik de kampong in om zoo'n patiënt te onderzoeken. We doen goed onze patiënten in twee groepen te verdeelen: li Kotta-Makassaren, die meer ontwikkeld zijn, zooals kantooroppassers, klerken, chauffeurs etc., die vermoedelijk ook reeds eerder bij een dokter om behandeling zijn geweest. II. Echte kampong-Makassaren, die nagenoeg allen nooit bij een dokter zijn geweest. Bij de eerste groep, de kotta-Makassaren, heb ik eens een frappant staaltje van wantrouwen of vrees ontmoet. Een aardige knaap, ± 18 jaar, als kebon werkzaam bij een familie in de stad, was verscheidene malen in onze polikliniek aan de Marosweg geweest, voor een eenvoudige wondbehandeling. Een ander maal kwam hij met buikklachten. Daar ik hem nauwkeurig wenschte te onderzoeken, verzocht ik hem achter een gordijn in de polikliniek te gaan, en op de onderzoektafel te gaan liggen. Met veel gepraat en zachte dwang kregen wij het zoover gedaan, dat hij achter het zeiltje verdween. Doch op een onbewaakt moment sprong hij op, over het naastbij staande raamkozijn heen, en was meteen zoo verdwenen, tot groot vermaak der vele omstanders. Nooit heb ik dien jongen weer terug gezien. Bij de tweede groep, de kampong- of dessa-Makassaren, zooals visschers, landbouwers, woekert nog sterk het bijgeloof en bovendien het reeds genoemde wantrouwen of vrees. Hun bijgeloof, dat bij ernstige zware zieken de booze geesten een groote rol spelen, is oorzaak, dat wij in den beginne slechts eenvoudige wondbehandelingen, eczemen, ontstoken oogen e.d. in behandeling kregen. Doch langzamerhand, de goede resultaten van de Westersche geneeskunde waardeerende en dit prefereerende boven de vaak kostbare en vergêefsche hokus pocus der doekoens, kregen we met den tijd heel wat ernstiger gevallen. Helaas laten niet al deze ernstige zieken zich in ons ziekenhuis opnemen. Van de vrouwelijke patiënten uit de dessa of kampong moet gezegd worden, dat ze soms zelfs zich niet leenen voor het meest noodige eenvoudige uitwendig onderzoek. Laat staan dus het inwendige-gynaecologische onderzoek. Toch mogen wij in de laatste maanden zeggen, dat ook hier een goede verandering is gekomen, dat ons een grondiger onderzoek toegestaan wordt, wat hun zelf en ons werk ten goede komt. Gelijk reeds eerder in de S. U. M. bekend gemaakt, hebben we 11 Juni 1938 ons ziekenhuis aan de Gowaweg, plaats biedend voor 25 bedden en enkele kinderledikantjes en baby-boxen, officieel in gebruik genomen. Het Ziekenhuisterrein ligt 3 K.M. van het stadscentrum. De polikliniek aan den Marosweg werd een jaar na mijn komst opgeheven, of liever gezegd verplaatst naar kampong Bontoala, een dichtbevolkte kampong in 't centrum der stad. Zoo begonnen we dus na een jaar in nagenoeg een geheel nieuwe omgeving, hoewelwij ook daar natuurlijk niet heelemaal onbekend waren. We waren gewend aan een goede opkomst van patiënten aan den Marosweg, doch op de nieuwe punten Gowaweg en Bontoala kregen we in de eerste tijden slechts enkele patiënten. Het was om angstig te worden. Doch God liet ons niet in de steek, maar wij moesten geduld leeren. Thans is het zoo, dat er dagelijks op den Gowaweg ± 50 pat. komen. In Bontoala + 25! Tweemaal daags 's ochtends en 's middags wordt in het ziekenhuis polikliniek gehouden. 's Ochtends komen er voornamelijk kampong- en dessamenschen, 's middags meer kotta-menschen; dit is begrijpelijk, gezien hun werkzaamheden en de ligging van het ziekenhuis 3 K.M. van het stadscentrum. Voor de genoten medische behandeling en medicijnen wordt een bijdrage van de patiënten gevraagd. Dankbare en meer ontwikkelde patiënten geven vaak een „milde" gift. Ondervond ik in den beginne groote tegenstand bij het toedienen van injecties of bij 't verrichten van kies-extracties en kleine chirurgische ingrepen, zooals het openen van absessen, het wegnemen van gezwellen etc., thans is deze tegenstand zeer verminderd. Kort geleden waren twee Makassaarsche vrouwen in onze polikliniek gekomen met elk een gezwel op het hoofd en verzochten ons die weg te nemen. Natuurlijk werden ze direct behandeld. En met succes! Over de bezetting van het ziekenhuis kan ik U het volgende meedeelen. Hadden wij in de eerste dagen na de opening van het ziekenhuis geen opname-patiënten, thans kunnen we rekenen op gemiddeld 14 patiënten per dag. Hoofdzakelijk mannen, afkomstig uit de stad Makassar of uit de naastliggende kampongs. Langzamerhand kwamen er ook meer vrouwen voor opname. Per 1 Januari 1939 is aan ons werk toegevoegd een mantri-vroedvrouw, die haar vak verstaat. Eenige dagen daarop had de eerste bevalling in het Ziekenhuis plaats, een zoon! Wat waren wij allen blij hierom. Een tweede bevalling, alweer een zoon, volgde spoedig daarop. Tot dusverre hebben we drie bevallingen gehad in het ziekenhuis, alle drie jongens, terwijl nog twee andere vrouwen hun tijd afwachten (dit dateert ons vanaf 15 Januari 1939). Zoo zien we een groei in ons Med. werk, waarvoor wij God moeten danken. Naast de lichamelijke verzorging zult gij ongetwijfeld ook vragen, hoe het staat met de geestelijke verzorging van onze patiënten. Wij beseffen, dat onze patiënten speciaal voor hun lichamelijk lijden onze poliklinieken bezoeken en niet met godsdienstige bedoelingen. Deze Makassaren, die meer of min intensief de Islam aanhangen, hebben niet of nog niet de overtuiging van de meerwaarde van ons Christelijk geloof. Wij willen nu probeeren om uit liefde tot Jezus Christus aan onze patiënten die meerwaarde van ons Christelijk geloof wel te laten zien in ons werk. Maar wij mogen natuurlijk nooit ons Christelijk geloof aan hen opdringen. Trouwens dat zou ook niet gaan. En zeker zouden wij daardoor hun vertrouwen verliezen. Eiken Zondagochtend, onder leiding van den Mantri, wordt een korte „aandacht" gehouden. Christ. patiënten, voorzoover hun gezondheid dat toelaten, wonen deze koempoelans van zelf bij. Voorts hebben wij steeds Christelijke lectuur voor degenen, die er om vragen, hetzij uit belangstelling, hetzij om de tijd er mee te vullen. Moge ook deze korte uiteenzetting van het Med. werk Uw belangstelling en liefde voor onze zending nog meer opwekken, tot uitbreiding van Gods Koninkrijk hier in Makassar.