/JZ Ai 3 I CB 2U380 \ ANNIE BESANT ANNIE BESANT. ANNIE BESANT. Mevrouw Annie Besant werd den isten October 1847 te Londen geboren en het is haar altijd eenigszins een grief geweest binnen het geluid der "Bow Bells" het eerste licht té hebben aanschouwd, daar zij van hart een volbloed Iersche is en van afkomst voor drievierden uit dat land stamt. De stamboom harer Iersche voorouders klimt op tot de zeven Milesische koningen van Frankrijk, terwijl zij onder haar voorvaders van Engelsche afkomst o.a. eenen Mayor van Londen en een Lord Kanse- lier van het Engelsche Koninkrijk telt. Haar vader, wiens familie-naam Wood luidde, was een geleerde, een man van krachten, scherp verstand, hoogontwikkeld, uitnemend klassicus en wiskundige, volkomen vertrouwd met Engelsch, Fransch, Duitsch, Italiaansch, Spaansch en Portugeesch, bekend met Hebreeuwsch en Gaelisch, grondig belezen in de wijsbegeerte en daarbij dichter. Hij stierf toen zijn dochtertje vijf jaar oud was, zijn echtgenoote in 1874. In hare jeugd toonde Mevrouw Besant een sterke neiging tot fantasie, mystiek en droomerij; ook. het godsdienstig gevoel sprak zich zeer sterk in haar uit. Daarbij was zij bedeeld met een zeker vermogen voor visioenen en droomen, iéts wat in Keltische rassen meer voor- komt. Ook een sterk enthousiasme deed zich vroeg in haar kennen ; eerst voor de beelden harer eigen fantasie, later, — toen zij acht jaar oud was, las zij Bunyan's Pelgrimsreis en Milton's Verloren Paradijs — in onbestemd godsdienstige richtingen, nog later voor de martelaren der Christenkerk en de slachtoffers dër inquisitie. Het verdriette haar reeds toen zoo teleurstellend laat geboren te zijn in een tijd, waarin, naar zij meende, geen heldendaden te doen, geen leeuwen te trotseeren waren, maar alleen een suffe plicht te vervullen. Mevrouw Wood was na den dood van haren man in een zeer benarde omstandigheden achtergebleven en vertrok naar Harrow waar zij schooljongens in den kost nam. Daar dit haar niet de ge- schiktste gelegenheid toescheen haar dochter een passende opvoeding te geven, nam zij gereedelijk het aanbod van Miss Marryat, de zuster van kapitein Marryat, aan, die genegenheid voor het meisje had opgevat en aanbood haar op te voeden. Hier bleef zij tot haar zeventiende jaar ongeveer en een gedeelte van dien tijd bracht zij door in Duitschland en Frankrijk. Miss Marryat gaf haar een uitstekende opvoeding in strikt evangelische richting; deze viel in bijzonder goede aarde bij het godsdienstig karakter van het meisje; zoo zelfs dat de Theologie haar lievelingsstudie werd en zij grondig de oude en nieuwere schrijvers, de kerkvaders en Engelsche geestelijken, als:'Polycarpus, Barnabas, Ignatius, Clementius, Chrysosto- mus, Augustinus, Pusey, Liddon, Kebble, ,e.a. bestudeerde. In dien tijd helde zij zeer tot het Katholicisme over. Tegelijkertijd kwam zij in de wereld, op bals en partijen, speelde croquet en schoot met den boog als de beste. In 1866 maakte zij kennis met den Rev. Frank Besant met wien zij eenige jaren later trouwde. Ook in dit jaar kwam de eerste geloofstwijfel in haar op, doordien zij, teneinde het Paaschfeest passend te vieren, eene onderlinge vergelijking der vier evangeliën trachtte te maken om zoodoende het grootste Drama van 20 eeuwen geleden stap voor stap te kunnen volgen. De onderlinge tegenstrijdigheid was de eerste schok van het gebouw van haar geloof. In 1867 huwde zij genoemden predikant Frank Besant. Met haar idealisme en fantasie had zij zich toekomstbeelden voorgespiegeld die ten eenen male onbewaarheid werden. Het huwelijk bleek een overijlde stap geweest te zijn : de beide karakters pasten niet bij elkaar, noch stemden beider neigingen en inzichten overeen. Een ongelukkige, koude verstandhouding "was het gevolg en in 1878 werd eene scheiding uitgesproken. Een zoon en dochtertje Waren uit dezen echt geboren. In 1870 toen haar meisje een tijdlang op sterven lag en de wanhoop zich aan alle kanten om haar optaste begon de moreele worsteling, welke drie en een half jaar duurde en Mevrouw Besant tot het Atheisme voerde. Ook in dien' tijd bestudeerde zij voor het eerst nauwer de politieke en arbeiderstoestanden. In 1872 kwam zij in aanraking met de Vrijdenkers Mr. en Mrs. Scott die haar introduceerden bij hunne talrijke vrienden en geestverwanten. Voor dezen Thomas Scott schreef "zij hare eerste vrijdenkers-verhandeling, getiteld : Over den godsdienst van Jezus van Nazareth. In 1873 kwam zij tot het besluit dat zij als eerlijk mensch niet meer kon deelnemen aan het Avondmaal. Dit wekte natuurlijk opspraak — zij als predikantsvrouw. Toen kwam de krisis: inschikken of weggaan. Zij koos weggaan boven huichelen en stond nu alleen op de wereld, 26 jaar oud, gescheiden van hare twee kinderen die haar aanbaden, met een toelage om fatsoenlijk.armoede te lijden — maar vrij. Tot over- maat van ramp stierf hare moeder. In dezen tijd van zielsstrijd zocht zij raad bij Pusey, Dean Stanley e.a. In 1874 kwam zij in kennis met Charles Bradlaugh, den bekenden redenaar, schrijver en staatsman, die zulk een grooten invloed op haar leven zou uitoefenen, en zij slööt zich aan bij de Engelsche Vrijdenkers-Vereeniging. In deze periode was Mevrouw Besant evenwel nimmer een materialiste en de term Atheïst is hier op té vatten als: niet wetende of niet kunnende weten aangaande de godheid. Toen begon tevens haar politieke werkzaamheid. Het ageeren in woord en schrift voor de rechten der vrouw, voor vrijheid van spreken, voor Home Rule voor Ierland, tegen de Engelsche koloniale roofpolitiek, over de landbouwkwestie en de belastingen, voor het afschaffen van Hoogerhuis, leger, oorlog en doodstraf, was nu de hoofdzaak van haar werk. Als gevolg van hare ontmoeting met Bradlaugh werd haar een plaats aangeboden aan de redactie van de National Reformer, waarvan deze redacteur was. Hierin schreef zij eerst onder den schuilnaam Ajax, later onder haar eigenen. Later werd zij mederedacteur en vanaf 1877 tot aan Bradlaugh's dood bezorgde zij de uitgave. Mede in 1874 ving zij haren oratorischen loopbaan aan, die haar later de reputatie bezorgde vBn een van Engeland's beste sprekers. In deze jaren nam zij ook deel aan de Engelsche verkiezingsstrijden, met name te Northampton, waar Mr. Bradlaugh herhaalde malen kandidaat stond engten slotte gekozen werd. Van nu^af was een vijftiental jaren van haar leven gewijd aan de politiek, eerst als radikaal, later als socialist. Ook de propaganda voor de vrije gedachte nam een belangrijk deel van haar werk in. Van 1875 tot 1890 was zij onder-voorzitster van de National Secular Society en na den dood van Bradlaugh eenigen tijd voorzitster. In 1877 begon een belangrijke periode in het leven van Annie Besant, door den strijd voor het Nieuw-Malthusianisme, dat een tijdlang zooveel rumoer verwekte en zulk een zware bestrijding ondervond. .Rechtsvervolgingen, processen, aanvallen, strijd voor en tegen, en zelf arrestatie waren een jaar lang aan de orde van den dag. Zelfs trachtte men dezen. strijd als voorwendsel te gebruiken om haar te berooven van haar dochtertje, dat haar bij de scheiding was toegewezen. Het eind van alles was een glansrijke overwinning en de erkenning van het goed recht van het Nieuw-Malthusianistisch standpunt. Sedert is Mevrouw Besant, in verband met de Theosofische zienswijzen op hare meeningen aangaande dit onderwerp teruggekomen en een boekje van hare hand over het Nieuw-Malthusianisme — waarvan Mr. S. van Houten in de voorrede van de Hollandsche vertaling zeide, dat het het beste hem bekende werkje over het onderwerp was — is in 1891. door haar uit de handel teruggetrokken. Gedurende dien tijd was zij secretaresse van den Malthusiaanschen bond. Enkek politieke en wetenschappelijke werken, zooals een leerboek over electriciteit en een brochure over Engeland en Afghanistan, benevens enkele vertalingen, waaronder een Fransche roman van 500 pagina's, dateeren mede omstreeks dien tijd. Bovendien was zij toen onder-voorzitster van den Nationalen Zondagsbond. Tusschen toen en 1883 werd een vrijdenkersschool te Londen opgericht, waar ook zij les gaf. Verder studeerde zij veel en deed examens, sommige "cum laude", zoodat ze in acht verschillende vakken mocht les geven; ten slotte verwierf zij den Bachelorsgraad in de wis- en natuurkunde aan de Londensche universiteit. In 1880 begon de groote par1 lementaire strijd van Bradlaugh waarbij zij zijn eerste en voornaamste helpster was ; deze strijd duurde tot 1890 en eindigde met zijn vijfmaal herhaalde verkiezing tot Lid van het Lagerhuis. In dat zelfde jaar 1880 vertegenwoordigde zij de Engelsche Vrijdenkers op het Brusselsche congres en eenige jaren later te Amsterdam. In dat jaar maakte zij kennis met Dr. Ludwig Büchner en vertaalde zij diens Kracht en stof, Verstand bij Dieren en enkele kleine brochures. De winter werd gekenmerkt door werk ten behoeve van Ierland en een pennestriid met den Bisschop van Manchester, gevolgd door eene brochure over het huwelijk, Ook de vivisectie werd toen door haar voor het eerst bestreden en zij behaalde "cum laude" den graad in de botanie. Al deze jaren kenmerkte zich door de heftigheid van den strijd en de scherpte der vervolging door tegenstanders. In 1882 vergrootten Annie Besant en Bradlaugh hun, eenige jaren geleden opgerichte, Uitgeversmaatschappij en een van de eerste vlugschriften die daar verkocht werden was een protestschrift van haar hand tegen de toen gevolgde politiek ten opzichte van Egypte. In 1883 richtte zij het tijdschrift Our Corner op, dat zes jaar lang haar socialistisch orgaan was en waaraan vele beroemde en bekende mannen medegewerkt hebben. Omstreeks 1884 schaarde zij zich langzamerhand onder de socialisten, zonder op te houden met de radikalen Bradlaugh samen te werken. Zij sloot zich in 1885 aan bij de Fabian Society en schreef hiervoor verscheidene opstellen, I ook in het Nederlandsch vertaald. I In dit zelfde jaar werd in Engeland l eene beweging op touw gezet om de aandacht te trekken tot het ï verschrikkelijk lijden van Russische politieke gevangenen en eene in haar huis gehouden vergadering | was daarvan het begin. 1887 leverde I eene serie mondelinge en schrifteI lijke debatten over socialisme, I godsdienst en politiek en in het \ eind van dit jaar trok zij zich I • terug als mede redacteur van de I radikale National Reformer, terwijl % zij zich nu geheel en al bij het socialisme aansloot. In hetzelfde I jaar hadden de bekende TrafalI gar-square troebelen plaats en I kwam zij in nauw kontakt met | den bekenden jonrnalist W. T. I Stead, toen ter tijd hoofd-redacteur van de Pall Mali Gazette, met wien zij mri888 de Link uitgaf, een stuiversblaadje, dat de maatschappelijke nooden wilde uitspreken Ook met HerbertBurrows werkte zij nauwer samen, vooral bij de - groote lucifersmeisjes-werkstaking(1400 stakers) die zij beiden leidden en bij het stichten van eigen tehuizen voor deze meisjes. Dan werk voor de blikslagers en winkelbedienden voor vrije kindermaaltijden, wettelijken bijstand voor onvermogenden, voorde dokwerkers, dekettinemakers te Cradley Heath. Verder eenkandidatuurenverkiezingtotlid van den Londenschen schoolraad terwijl dozijnen voordrachten, artikelen en brochures het jaar sloten In deze laatste jaren waren vooral psychologie, hypnpse, mystiek en spiritisme de onderwerpen van haar onderzoek, daar zij de machteloos en de begrensdheid van atheisme en materialisme voelde. In 1889 leidde dit, na de werken van A. P. Sinnett en Mevrouw H. P. Blavatsky te hebben bestudeerd tot haar lidmaatschap van de Theosofische Vereeniging. De gevolgen waren belangrijk en leidden tot het geleidelijk terugtrekken van Mevrouw Besant uit al haar vroeger werk, zoowel politiek als letterkundig of wijsgeerig: Nieuw Malthusianisme, Socialisme, Vrije gedachte, en langzamerhand bracht zij hare geweldige energie van dit alles over op de Theosofie. Veel strijd wekte deze overgang, niet het minst onder haar ex-medevrijdenkers. Niettemin heeft zij sedert 1890 zich geheel geconcentreerd op de Theosofische Vereeniging en haar fabelachtige werkkracht schijnteer £e vermeerderen dan te verminderen. Met H. P. Blavatsky, de stichtster der Theosofische Vereeniging en later met den heer G. R. S. Mead vormde zij de redaktie van het maandschrift The Theosophical Review, dat eenigen tijd geleden zijn 27e deel voltooide. Thans is zij de redactie van The Theosofist, waarin The Theosofical Review '{Lucifer) werd opgenomen. Bijna elk jaar geeft zij meer dan een boek van meer of minderen omvang in het licht; een vijftigtal werken verschenen reeds van hare pen over Theosofie, behalve nog een veertigtal vlugschriften en tallooze artikelen in Mercury, The Theosophist en andere Theosofische tijdschriften. Onder anderen vertaalde zij uit het Sanskrit de Bhagavat Gita. Daarbij houdt zij lezingen over gansch de wereld en reisde die reeds eenige malen rond om de Theosofische propaganda te brengen. In Australië, Azië en Amerika heeft zij gewerkt, in bijna alle landen van Europa is zij geweest. Geliefd door hen, die haar kennen, vereerd en bewonderd door velen, een werkkracht als zelden de wereld oplevert, zoowel schrijfster als redenaarster van'eersten rang, is deze vrouw een der merkwaardigste figuren dezer eeuw. Boven-/ dien is haar uiterlijk leven volkomen in overeenstemming met de gedachte: zij predikt wijsbegeerte, maar leeft ook het leven van den wijsgeer; zelfbeheersching, maar is ook volkomen evenwichtig en zelfbeheerscht. Zij is een groote, edele ziel, waarvan niet alléén thans als een grootsche figuur wordt gesproken, doch wier naam onder de nakomelingschap als die van een der grootste geesten van onzen tijd zal voortleven. Toen in Januari 1907 de Presidentstichter der Theosofische Vereeniging H. S. Olcott, overleed, had hij haar als zijn opvolgster voorgesteld en werd zij met overgroote meerderheid als zoodanig gekozen. Eene kleine minderheid in enkele landen, voornamelijk Engeland die zich met hare politiek in zake het Vereenigingsleven niet konden vereenigen, scheidden zich hier en daar af. Maar zeker hebben de jaren dat zij nu Presidente is, geleerd dat haar politiek wèl goed voor de vereeniging blijkt. Het ledenaantal groeide sterk aan, ver- schillende nieuwe vereenigingen werden als onderdeden van de T. V. onder den naam Orders of Service opgericht. Zij maakte een reuzentournee over de geheele wereld en had overal het grootste succes met hare schitterende voordrachten, voornamelijk handelende over het komende ras en de terugkomst van den Christus. Dit jaar, in de maand October (25-29), zal zij ons land ook bezoeken en een of meer voordrachten houden. Augustus 1909. H. J. van Ginkel. Zij die gaarne een meer uitvoerige levensbeschouwinglezen, schaffen zich aan ANNIE BESANT, door Chr. J. Schuver. Met 4 portretten, ing. / 1.90. In de Nederlandsche taal verschenen bij de N.V. Theospfische Uitgeversmaatschappij, Amsteldijk 79, Amsterdam de navolgende boeken en brochures van ANNIE BESANT. "Yoga voor den mensch in de maatschappij fo.io Len lezing, gehouden voor hen die de Theosofische leeringen in het dagelijksch leven willen beoefenen, zonder gelegenheid te hebben een diepgaande studie van het onderwerp te maken. "De Evolutie der Ziel, het Doel van 't Leven» ........ f 0.,o Deze kleine brochure geeft in een korte samenvatting eene verklaring van het "waarom" van ons stoffelijk leven. "Kort begrip der Theosofie" ioe duizend f 0.15 "Levenstoestanden na den dood" 3e duizend ........ f 0.20 Een brochure die door een ieder gelezen moet worden als een inleiding tot de studiewerken over ditonderwéip. "Wilsuitoefening en Lot". . . f 0.25. Een bijdrage tot de studie van het belangrijke vraagstuk der Vrije WiL "Vier Voordraqhten over Theosofie" geb. f 0.60 Dit werkje bevat de volgende voordrachten : De Leering der Theosofie beschouwd uit een geschiedkundig oogpunt. — De Leering der Theosofie beschouwd uit een wetenschappelijk oogpunt. — Esoterisch Christendom. — Het verhaal van den Christus. De beide laatste voordrachten zijn eene uitstekende inleiding tot het werk "Esoterisch Christendom". "Tweede Reeks Voordrachten" geb. f 1.— In dit werkje zijn vervat de navolgende voordrachten: Het Nut van de Theosofische Vereeniging I. ■— Het Nut van de Theosofische Vereeniging II. — De Wetten van het Hooger Leven. — Hoe en waarom wij studeeren moeten — Begeerte, Gedachte en Handeling. "De Zeven Beginselen van den Mensch." (Theosofische Handboekjes I.) fe;» ^ iu ,^eb--f °>9°' 'm%- f a6° JJit handboekje is het eerste eener belangrijke reeks van zeven zoodanige over verschillende hoofdleeringen der Theosofie, welke dienen als eene inleiding tot dieper gaande werken over dezelfde onderwerpen. "Reïnkarnatie". Theosofische Handboekjes II) . . . geb. f 0.90, ing. f 0.60 "De Dood — en daarna?" (Theosofische Handboekjes III) geb. f 0.90, ing. f 0.60 Men leze dit als een vervolg op Levenstoestanden na den dood". "Karma" (Theosofische Handboekjes IV), 2 geb- f 0.90, ing. f 0.60 Moet noodzakelijk gelezen worden door hen die in kort bestek een uiteenzetling wenschen van de wet van Karma. "De Mensch en zijn Lichamen" (Theo- sofische Handboekjes VII), geb. f 0.90, ing. f 0.60 Het eenvoudigste van de Handboekjes. Handboekjes V en VI zijn van de hand van den Heer Leadbeater. 'De Oude Wijsheid" (3e duizend) geb. f 3-25 Het Standaardwerk van deze schrijfster; geeft in zijn verschillende hoofdstukken een overzicht van het geheel der Theosofische leeringen. Onmisbaar voor een ieder, die de Theosofie wenscht te studeeren of een oordeel over hare leeringen wenscht te vellen. 'In den Buitenhof" . . . geb. f 1.2; Dit werkje is een samenvatting van dt navolgende voordrachten: — Loutering. — Gedachte-beheersching. — Het Opbouwen van het Karakter. — Geestelijke Alchemie. — Op den Drempel. — Het eerste van eene belangrijke serie ethische werken. 'Het Pad van Leerlingschap" geb. f 1.25 Dit werkje kan beschouwd worden als een vervolg op "In den Buitenhof" en bevat de voordrachten: Eerste Schreit ' ~ Vereischten v°or het Leerlingsschap. — Her Leven voor den Leerling. — De Toekomstige vooruiteane der Menschheid. 6 "Gedachtekracht, hare Beheersching en Ontwikkeling" .... geb. f 1.25 Annie Besant zeide zelf: «Van mijne werken acht ik "De Oude Wijsheid" "Esoterisch Christendom" en Gedachtekrachf'onder de best geslaagde". "Esoterisch Christendom of de kleine Mysteriën' . . In prachtband f 3.75 Dit werk behoort gelezen te worden door lederen Theosoof om zich de Theosofische uitleggingen der Christelijke dogma's eigen te maken, en door ieder Christen die zijn eigen geloof wenscht te verdedigen. "Eene Studie over het Bewustzijn. t? .... , geb. f 2.50 i-ene bijdrage tot de studie der psychologie. Dit werk bevat in één band twee deelen, het eerste over "Bewustzijn", het tweede over "Wil, Begeerte en Aandoening". "Eenige Levensvraagstukken" geb. f 1.25 Ethische vraagstukken. — Sociologische vraagstukken. — Godsdienstige vraagstukken. — Eenige moeilijkheden van het innerlijk leven. "Theosofie en de nieuwe Zielkunde" geb. f 1.25 Het Bewustzijn. — De werktuigelijkheid van Bewustzijn. — Onder-Bewustzijn. Helderziendheid en Helderhoorendheid. — Telepathie. — Wijzen van ontwikkeling. "De noodzakelijkheid van het bestaan der Reïncarnatie". (Theos. Bibliotheek 9). ing. f 0.40 "ReïncarnatiealsChristelijke leerstelling". (Theos. Bibliotheek 10) . ing. f 0.40 Voor inteek'enaren op de Theos. Bibl. f 0.30 "Gedachtevormen" . . . geb. f7.— Dit prachtwerk is het nieuwste en uitvoerigste boek over dit onderwerp W BIBLIOTHEEK VRIJE |||||||'TEIT j 3 0000 01427 8737 3 0000 01427 8737 door de meest bekwame schrijvers op dit gebied. Het bevat een 40-tal vol. pagina gekleurde afbeeldingen. "Oostersche en Westersche Psychologie" (Theos. Bibliotheek 2) . ing. f 0.40 "Morgengedachten" . . . ing. f 0.40 "Is de Theosofie anti-Christelijk" f 0.20 "Vier Groote Godsdiensten" ing. f 1.75 "Bouwen v/d Kosmos . . ing. f 0.75 "Geestelijk Leven v/d Mensch" f 0.10 "De Leer van het Hart". . ing. f 0.75 "Daadwerkelijkheid der onzichtbare werelden" f 0.15 "Oostersche en Westersche Levensidealen" ......... f 0.20 "Bestemming der volkeren" . . f 1.25 "Wijsheid der Upanishad" ing. f 1.25 "Theosofie en het menschelijk leven".i ...... .ing. f 1.25 "Het wezen van den Christus" f 0.10