T—— "^sSF ~~ PROVINCIALE VEREENIGING VAN GRIENDEN DER WAARHEID IN SEDRUKT BIJ J. CAMPEN, TE SNBBK. PROGEAIMA EI REGLEMENT van dÉv >^ PROVINCIALE VEREÉ*Wj^' van VRIENDEN DER WAARHEID in gedbukï bij j. campen, te sneek. PROGRAMMA. Artikel 4. Deze Vereeniging is ontstaan door het diep verval, en de heerschende ongebondenheid, die zich alom in de Nederlandsche Hervormde Kerk vertoonen; zij is tot stand gekomen door een ontwaakt gevoel van behoefte aan gemeenschap en zamenwerking tusschen allen , die te midden van dat verval, wenschen vast te houden aan de leer dezer kerk. Het is daarom dan ook geenzins haar doel, zich regtstreeks of zijdelings tegenover of buiten die kerk te plaatsen, veel minder nog haar op eenige wijze te bestrijden. De Vereeniging wenscht slechts de uitwendige eenheid en zamenstemming te bevorderen tusschen die leden der Nederduitsche Hervormde Kerk, welke de leer, in hare belijdenisschriften vervat, zijn toegedaan; —te zamen een wakendoog te houden op, en te beraadslagen over den gang en de belangen dier Kerk; — en bij alle voorkomende gelegenheden als een éénig man te handelen en voor de regten van die Kerk in de bres te treden. Art. 2. Ter bevordering van de eenheid en zamenwerking harer leden, vraagt de Vereeniging van elk hunner de verklaring: dat hij zonder eenig voorbehoud den weg des heils, gelijk die in Gods heilig woord geopenbaard en in de Nederduitsche Geloofsbelijdenis, en den Heidelbergschen Catechismus uitgedrukt is, belijdt de eenige ter zaligheid geopenbaarde waarheid te zijn. Art. 3. Wanneer de Vereeniging een wakend oog wenscht te houden op en te beraadslagen over de belangen der Kerk, dan bedoelt zij bepaaldelijk de belangen van prediking en onderwijs. De Vereeniging toch gelooft, dat de Nederlandsche Hervormde Kerk eene eigene belijdenis bezit, welke van die Kerk geheel en al onafscheidelijk is. Zij wil dat haar deze belijdenis, en niet de meening van eiken bijzonderen leeraar als waarheid worde verkondigd; zij stelt er niet slechts prijs op, maar acht het een dadelijk regt der Kerk te zijn, dat ook de kinderen der Gemeente in de Godverheerlijkende waarheden dezer Kerk worden onderwezen, en dien overeenkomstig opgevoed; zij gelooft dat Leeraren en Hoogleeraren geen regt hebben om allerlei wind van leenng willekeurig te verspreiden, maar dat zij als Dienaren der Kerk, inde eerste plaats geroepen zijn, om hare belijdenis te handhaven of anders hunne bediening neer te leggen. — Zij gelooft eindelijk dat de Kerk verphgt is, van de wereldlijke Overheid met allengepasten aandring te vragen, handhaving van het regt en de vrijheidder Kerk, vooral met betrekking tot de aanstelling van Hoogleeraren, en het ondersteunen van kerkelijke personen of besturen. De Vereeniging wenscht de Gemeente bekend te maken met elke inbreuk die er gemaakt wordt op haar regt; en te zamen datgene te bedenken en te betrachten, wat haar goed en oorbaar mogt voorkomen. Art. 4. De Vereeniging stel£ zich ten doel bij alle voorkomende gelegenheden te zamen als een éénig man te handelen. Waarin dat bestaan zal kan zij vooraf niet verklaren; zij belijdt niets te weten van den raad des Heeren over zijne Gemeente in Nederland; niette kunnen vooruitzien in de donkere en treurige dagen die wij beleven; niets te weten van hetgeen waartoe de Heere Zijne Kerk spoedig of in volgende tijden roepen zal. Daarom wenscht zij vooraf geene bepalingen te maken, maar in de eenheid van het overleg, en kan het zijn, vooral in de éénheid des gebeds, een wapen te vinden om voorbereid te zijn op alles, ten einde niet slapende te worden overvallen in de ure des gevaars, maar getrouw te worden bevonden tot elke roeping. Art. 5. De Vereeniging is zich bewust, dat de Heer der Gemeente haar niet behoeft; dat zij van wege eigen schuld en ontrouw haren Regter om genade moet bidden. Zij verwacht noch van het aantal harer Leden noch van hare eigene pogingen, maar van de trouw des Heeren het heil der Kerk. ÊEGLEMENT. Artikel 1. Tot Leden der Vereeniging worden toegelaten allen, die tot de Nederlandsche Gereformeerde Kerk behooren en verklaren, zonder eenig voorbehoud, den weg des heils, zooals die in Gods heilig Woord geopenbaard, en uitgedrukt is in de Nederduitsche Geloofsbelijdenis enden Heidelbergschen Catechismus, te erkennen voor de eenige waarheid ter zaligheid, en die daarenboven vereenigd zijn met de beginselen, uitgedrukt in het Programma. Art. 2. Ook vrouwen kunnen zich aan de Vereeniging als Lid aansluiten, maar mogen geene stem in de Vergadering uitbrengen. Art. 3. Ten einde alle dingen met orde mogen geschieden, zijn de leden verdeeld in gewone Leden, Correspondenten, Afgevaardigden en eene Hoofdcommissie. A. VAN DE GEWONE LEDEN. Art. 4. De gewone Leden zijn gehouden da Vergaderingen op hunne plaats zoo getrouw mogelijk bij te wonen, en in het algemeen alle hun ten dienste staande middelen aan te wenden, om het doel der Vereeniging te bevorderen. Art. 5. Zij zijn geroepen zich te herinneren, dat het voornaamste doel is zamenbinding en zamenwerking, en dat het voornaamste middel daartoe is, dat elk de minste worde en aller dienaar zij door nederigheid, zachtmoedigheid en lijdzaamheid. Art. 6. Zij benoemen bij volstrekte meerderheid van stemmen, uit ieder plaatselijk Ressort, eenen Afgevaardigde, ten einde de geheele Provincie op de algemeene Vergaderingen vertegenwoordigd zij, Art. 7. Elk gewoon Lid ontvangt een exemplaar van het Programma en Reglement, tegen betaling van tién cents. Art. 8. Alle Leden in de Provincie (*) betalen jaarlijks- (•) De plaatselijke CornmissiSn knnnen, om redenen van behoefte, ook van deze verpligting ontslaan. vijftig cents contributie, tot goedmaking van drukloonen, reiskosten van Afgevaardigden en van de uitgaven, die voor algemeene en bijzondere Vergaderingen noodig zijn. B. VAN DE CORRESPONDENTEN. Art. 9. De Hoofdcommissie noodigt getrouwe Leeraren en Leden van de Gereformeerde Kerk in en buiten ona Vaderland uit, corresponderende Leden te worden, die de regten der Leden bezitten, schoon zij niet tot betaling eener contributie gehouden zijn. Art. 10. De Correspondenten dienen de Vereeniging met raad en voorlichting en met dadelijke medewerking, waar zulks mogelijk en goed zou zijn. C. VAN DE AFGEVAARDIGDEN. Art. 11. In elk plaatselijk Ressort wordt door de Leden een Afgevaardigde benoemd, bij voorkeur uit die Leden welke door kennis en algemeen vertrouwen voor die betrekking het geschikst geacht worden. Art. 12. De Afgevaardigden worden benoemd voor twee jaren; zij blijven bij hunne aftreding dadelijk weder verkiesbaar. Abt. 13. De Afgevaardigden zijn tegelijk Voorzitters van de Vergaderingen in hun plaatsehjk Ressort; zij kunnen zich door de Leden van hun Ressort een Secretaris en Penningmeester laten toevoegen en vormen dan met dezen eene plaatselijke Commissie. Art. 14. Zij vertegenwoordigen de stem en het gevoelen van de Leden van hunne plaats op de algemeene Vergaderingen, en geven van het verhandelde aldaar aan de Leden van hun Ressort zoo veel mogelijk een uitgebreid verslag. Art. 15. Zij brengen (na aftrek der plaatselijke onkosten) het overschot der contributiën naar de Hoofdcommissie over, terwijl zij aanspraak kunnen maken op eenige vergoeding van reiskosten. Art. 16. Drie Afgevaardigden van verschillende plaatsen het wenschelijk achtende om eene algemeene vergadering te houden, hebben het regt, met overlegging van redenen, zulks van de Hoofdcommissie te vragen. Deze voldoet aan dit verzoek, bijaldien de aangevoerde redenen haar belangrijk genoeg voorkomen, Abt. 17. De ressorten zenden, naar mate ran het aantal leden, drie, of twee, of één Afgevaardigde. De ressorten benoemen in elk geval één en voorts voor elk 20-tal leden één afgevaardigde. Intusschen mag geen ressort meer dan drie afgevaardigden ter vergadering zenden. De Afgevaardigden brengen de raadgevingen en opmerkingen van de Leden uit hun ressort op de Meivergadering. Art. 18. De Afgevaardigden en hunne Secretarissen houden een legger van het getal en de namen der Leden onder hun Ressort, en geven daarvan éénmaal 's jaars, uiterlijk één maand voor het houden van de gewone jaarlijksche algemeene Vergadering, naauwkeurig verslag aan den Secretaris der Hoofdcommissie. Bij dit verslag zal mede gevoegd worden het bedrag der contributiën over het loopende jaar, tevens met opgave der gemaakte plaatselijke onkosten. D. VAN DE HOOFDCOMMISSEB. Art. 19. Tot regeling en behandeling der zaken en tot uitvoering van de bepalingen en besluiten der Afgevaardigden, is er een Hoofdcommissie benoemd, bestaan- de uit 14 leden, welke uit haar midden een Voorzitter en Secretaris, die tevens Penningmeester is, benoemen. Art. 20. De Hoofdcommissie treedt geregeld om de twee jaren af, hoewel de Leden dadelijk herkiesbaar zijn. Art. 21. De Leden der Hoofdcommissie worden met volstrekte meerderheid door de aanwezige afgevaardigden benoemd, op de laatste vergadering die gehouden wordt voor het bepaalde tijdstip der aftreding, Art. 22. De Hoofdcommissie houdt toezigt op de gebeurtenissen in de Kerk, ontvangt wenken en raad van de Afgevaardigden, belegt Vergaderingen, doet en ontvangt voorstellen en brengt de besluiten der vereenigde Afgevaardigden ten uitvoer. Art. 23. ■De Voorzitter regelt de werkzaamheden, leidt de Vergaderingen en houdt de correspondentiën met Leden in andere Provinciën. Hij kan bij de behandeling van moeijelijke zaken nog drie leden uit de Afgevaardigden, of Predikanten, die zich aangesloten hebben, uitnoodigen, om voor een bepaalden tijd zitting in de Hoofdcommissie te nemen. Abt. 24. De Secretaris houdt naauwkeurig de notulen, correspondeert met de Afgevaardigden, schrijft met den Voorzitter de Algemeene Vergaderingen uit en copieert alle helangrijke gewisselde stukken. 0 Art. 25. De Secretaris ontvangt de rekeningen en de voorschotten der plaatselijke Commissiën, betaalt de gewone en buitengewone onkosten en doet jaarlijks rekening en verantwoording aan de Hoofdcommissie met de afgevaardigden. Art. 26. De Hoofdcommissie regelt het ontstaan der plaatselijke Commissiën en poogt de verschillen, welke tusschen Afgevaardigden onderling, of tusschen Afgevaardigden en Leden mogten ontstaan, uit den weg te ruimen. Ingeval van verwarring heeft zij het regt eene plaatselijke Commissie te ontbinden en een ander daarvoor in de plaats aan te stellen. Art. 27. De Hoofdcommissie blijft aansprakelijk voor alle handelingen, die zg uit naam der Vereeniging doet, en kan deswege op elke Vergadering door Afgevaardigden ondervraagd worden. E. VAN DE VERGADERINGEN. Art. 28. Alle Vergaderingen, zoowel algemeene als bijzondere, worden geopend en gesloten met aanroeping van den naana des Heeren, terwijl het lezen van een gedeelte uit Gods Woord, of het uitspreken van de eene of andere stichtelijke rede, bij het begin of einde, bijzonder wordt aanbevolen. Art. 29. De Afgevaardigden zorgen voor een geschikt lokaal op hunne plaats, en roepen tijdig genoeg de leden daar te zamen, telkens wanneer de behandeling van zaken zulks vordert. Art. 30. De Afgevaardigden ontvangen van de Leden hunner plaats een schriftelijk bewijs, minstens door drie Leden onderteekend, waarop hunne wettige benoeming tot Afgevaardigde uitgedrukt staat. Art. 31. De Afgevaardigden vertoonen deze bewijzen aan den Secretaris der Hoofdcommissie en nemen alsdan zitting in de Algemeene Vergadering, waar zij elk één geldende stem uitbrengen. Art. 32. De algemeene Vergaderingen worden minstens één- maal 's jaars, liefst in de maand Augustus gehouden, terwijl tijd en plaats door de Hoofdcommissie wordt geregeld en door den Secretaris zoo tijdig mogeli jk aan de Afgevaardigden wordt bekend gemaakt Aet. 33. Na het arresteeren van het Programma en Reglement kan in een van beiden slechts verandering gemaakt worden met drie vierde van de stemmen der Hoofdcommissie en van de Afgevaardigden, tegenwoordig op de voorjaarsvergadering. BEWIJS VAN LIDMAATSCHAP voor Woonplaats Ressort De Afgevaardigde. 1 J. CAMPEN, BOEKDRUKKER, BOEKBINDER EN BOEKVERKOOPER, OOSTERDUK TE SNEEK, belast zich bij voortduring inet het drukken van Reglementen, Rekeningen, Quitantiën, Rouw- en Trouwbrieven, Trouwkaartjes, Bestekken enz. Spoedeischend kan op de uitvoering worden gevracht. NETJES en GOEDKOOP. Verder worden bij hem vervaardigdigd alle soorten van Schrijf- en Grootboeken, bindt Kerkboeken en alle andere werken. PLAATSING VAN ADVERTENTIËN voor de Standaard, Kerkelijk Weekblad, Leeuwarder Courant en verder in alle binnen- en buitenlandsche bladen zonder eenige verhooging van prijs. Levert alle dag- en weekbladen, tijdschriften, terwijl in zijnen winkel alle nieuw uitkomende werken voorhanden zijn. Werken, vorige jaren uitgegeven, worden ten spoedigste ontboden. Bovengenoemde beveelt zich tot de levering van een en ander minzaam aan.