HUISHOUDELIJK REGLEMENT VOOB DEN WÊWm f fa fk&wt vïfxf&RW Bbummen, J. A. Kamngiesseb. HUISHO U D E L IJ K REGLEMENT YOOB DEN RING VAN APELDOORN, 3. A. Kanngiesser te Brammen.- Abt. 7. Alle besluiten worden genomen bij meerderheid van uitgebrachte stemmen Bij staking der stemmen is het voorstel verworpen. Alle benoemingen geschieden volgens art. 8 van het Algemeen reglement fyH-*** Bestuur. Abt. 8. Het bestuur van den ring, bestaande uit een praetor, een vice-praetor, een scriba, en een quaestor, wordt jaarlijks in de najaarsvergadering gekozen, om den len Januari van het volgende jaar als zoodanig op te treden. De aftredende bestuursleden zijn terstond herkiesbaar. Abt. 9. De praetor opent, leidt en sluit de vergaderingen. Abt. 1% Aan den scriba is opgedragen; a. van het verhandelde in de vergaderingen nauwkeurig aanteekening te houden, welke notulen, na lezing en goedkeuring, door mede-onderteekening van den praetor worden vast^ gesteld; b. jaarlijks in de voorjaarsvergadering een schriftelijk verslag te geven van de verrichtingen in het afgeloopen jaar, welk verslag, na te zijn goedgekeurd en genotuleerd, door hem aan het classikaal bestuur zal worden opgezonden; c. het archief te bewaren, voorzien van een register; d. te zorgen, dat bij elke vergadering het actenboek, het geteekende en bijgehouden exemplaar van het ringreglement, het register van het archief, en een exemplaar der voor den ring van kracht zijnde kerkelijke reglementen ter tafel zijn; e. voorts al de werkzaamheden te verrichten, welke in overeenstemming met zijne betrekking door de vergadering aan hem worden opgedragen. Abt. 11. De quaestor is belast met: a. de ontvangst van al de gelden die aan den ring toekomen, en het betalen van het door den ring verschuldigde; b. het boekhouden van de ontvangsten en uitgaven, en bij gelijktijdige vacaturen het rekening houden van elke vacature afzonder lijk; c. het bewaren van liggers der predikantstractementen in den ring, terwijl de leden van den ring gehouden zijn, van elke blijvende verandering in het tractement hunner standplaats hem zoo spoedig mogelijk bericht te zenden; d. het doen van rekening en verantwoording, met overlegging der kwitantiën, in elke voorjaarsvergadering, gedurende welke vergadering zijn administratieboek ter inzage blijft liggen, terwijl zijne rekening en verantwoording, na te zijn goedgekeurd, onderteekend zal worden door het bestuur. BS Abt. 27. Elk lid dat niet voldoet aan art. 11, c, betaalt eene boete van f 1—. Abt. 28. Voor alle boeten wordt appel op de vergadering toegelaten. Wordt dit appel verworpen, dan wordt de boete met de|" vermeerderd. TT/..*. Leesgezelschap. Abt. 29. Alle gewone en honoraire leden van den ring zijn ook tevens leden van het daaraan verbondene leesgezelschap, tenzij zij dit zeiven niet willen. De in den ring wonende predikanten en candidaten kunnen ook leden van dat leesgezelschap worden, wanneer zij op eene gewone vergadering met algemeene stemmen als zoodanig zijn aangenomen. Abt. 30. Alle leden van het leesgezelschap betalen jaarlijks ƒ 6—. aan den directeur. Abt. 31. De directeur wordt jaarlijks op de najaarsvergadering door de leden van den ring gekozen. Abt. 32. Zijne werkzaamheden bestaan in: ci. het verzenden der boeken in de door de vergadering bepaalde volgorde; b. het nauwkeurig boekhouden van titels, nommers, prijs, verzending, en opbrengst der boeken; c. het letten op de aanmerkingen door de lezers gemaakt, en het medebrengen dezer lijsten met de gelezene boeken op de najaarsvergadering, waarin boekverkooping gehouden, en afgerekend wordt; d. het nauwkeurig administreeren, en rekening en verantwoording doen van de kas van het leesgezelschap. Abt. 33. Tn elke gewone vergadering wordt bepaald, welke boeken zullen gelezen worden; terwijl de directeur vrijheid heeft, ook tusschentijds boekwerken en brochures voor het leesgezelschap aan te koopen, voor zoover daartoe gelden beschikbaar zijn en tot een maximum van f 10—. Voor zoover het noodig en mogelijk zijn mocht, kan deze laatste som door de vergadering ook verhoogd worden, met betrekking tot het loopende jaar. Abt. 34. De pakketten moeten door elk lid Am do 11 dagon franco •verzonden worden; en voor eiken dag te laat is de boete voor het pakket of het achtergebleven nommer ƒ 0,05, welke boete echter niet hooger kan komen dan de waarde van het boek of van het nommer van het tijdschrift. HUISHOUDELIJK REGLEMENT tooe dex RIN Gr VAN APELDOORN. Leden. Abt. 1. De ring van Apeldoorn bestaat uit gewone leden en eereleden. ' ,■»'>. Aet. 2. Gewone leden zijn de dienstdoende predikanten van den ring. Eereleden zijn de eervol ontslagene predikanten van den ring, en de hulppredikers die binnen zijn ressort werkzaam zijn. Tergaderingen. Abt. 3. 'De ring vergadert tweemaal 'sjaars, in den regel in de •maanden Juni en October, op den dag die' daarvoor in de •vorige vergadering wordt bepaald, waarvan de scriba binnen 14 dagen aan de alsdan afwezige, en in tijds aan de nieuw ingekomene leden kennis geeft. Abt. 4 Het 'bestuur kan in dringende omstandigheden eene buitengewone vergadering beleggen; en het is verplicht dat te doen, binnen den tijd van 14 dagen, wanneer minstens drie leden zulks, met opgave van redenen, schriftelijk verlangd hebben. De oproepingsbrief, met Qpgave van redenen, wordt uiterlijk drie dagen vóór de te houden vergadering verzonden. Abt. 5. De gewone vergaderingen worden gehouden ten huize van de gewone leden, en wel bij hem die haar nog nooit, of anders in den langsten tijd niet, ten zijnent gehad heeft. Een nieuw ingekomen Hd ligt echter niet aan de beurt, Toordat' er na zijne intrede reeds eene gewone vergadering is gehouden. Abt. 6. • »De vergaderingen worden geopend te half elf ure. ras Abt. 12. De quaestor doet geene uitgaven zonder schriftelijke machtiging van den praetor, tenzij op «ijne eigene verantwoordelijkheid. Abt. ia Als het saldo der rekening nadeelig is, dan wordt dit door de,leden aangevuld, en als het voordeelig is, dan beschikt de vergadering daarover. Abt.- 14 Bij afwezigheid van den praetor en den vice-praetor vervult het oudste, bij afwezigheid van den scriba het jongste der aanwezige leden, en bij afwezigheid van den quaestor de scriba hunne plaats. Werkzaamheden. Abt. 15. ETa afloop der gewone werkzaamheden zal de nog beschikbare tijd besteed worden aan de behandeling van een liefst in de vorige vergadering opgegeven onderwerp, in te leiden door den voorsteller. Onderling hulpbetoon. Abt. 16. Het consulentschap is voor de verschillende gemeenten van den ring geregeld als volgt: voor Apeldoorn cons. Hoenderloo, u Beekbergen u Hoenderloo sec Apeldoorn L ii Hoenderloo u Beekbergen // Loenen, li Loenen // Eerbeek // Beekbergen, ii Brammen n Hall // Voorst, ,/ mil n Brammen // Eerbeek, ii Eerbeek // Loenen 9 Hall, 1 Voorst // Twello 9 Brammen, // Wilp 9 Voorst ii Twello, // Twello ii Wilp >/ Terwolde, u Terwolde // Nijbroek // "Wilp, // Nijbroek // Terwolde f Apeldoorn II Abt. 17. De vacatuurbeurten worden waargenomen op Zondagen en len Kerstdag des voormiddagi^Ten op Oudejaarsdag, goeden Vrijdag en Hemelvaartsdag op zulk een uur, als den predikant die de beurt heeft waar te nemen het beste schikt Abt. 18. De eerste predikbeurt in vacante óf hulpbehoevende gemeenten wordt door den consulent waargenomen, wien die keurt later wordt toegerekend. De tweede beurt wordt vervuld door den predikant, die volgt op hem, die in de vorige vacatuur- of liefdebeurt het laatst gepredikt heeft. Als er bij eene bestaande vacature nog meerdere bijkomen, zal voor deze als regel gelden, dat de consulent gevolgd wordt door den predikant, die in den betrekkelijk langsten tijd geene andere vacatuurbeurt gehad heeft noch hebben zal. Abt. 19. De toelage uit de vacatuurpenningen voor elke predikbeurt is f 7—. Het overige wordt gelijkelijk onder de gewone leden verdeeld De predikanten, die tijdens de vacature inkomen of vertrekken, hebben aanspraak op een aandeel aan dit overschot, naar evenredigheid van den tijd gedurende welken zij in den ring werkzaam waren Abt. 20. Aan den consulent of overblijvenden. predikant wordt ƒ 2— uitgekeerd voor iedere week, waarin hij in de vaceerende gemeente heeft gecatechiseerd of doen catechiseeren. Abt. 21. De vacature wordt gerekend van den dag na de losmaking tot aan den dag der bevestiging. Abt. 22. In vacaturen, die geene inkomsten voor den ring afwerpen, worden de predikbeurten kosteloos waargenomen, en uit de ringkas alleen het defroijement voor den consulent betaald Boeten. Abt. 23. "Wie te laat op de vergadering komt betaalt f 0,25, en wie haar voor de sluiting verlaat f 0,50. Bedenen van verschconing worden daarvoor niet aangenomen. "Wie zonder kennisgeving afwezig blijft, betaalt f 3—, tenzij hij bewijzen kan, dat onvoorziene omstandigheden dat verzuim hebben veroorzaakt. Abt. 24 Wanneer praetor of scriba verzuimen, de hun opgedragene aanschrijvingen binnen den bepaalden tijd te doen, vervallen zij in eene boete van ƒ 1—; en dezelfde boete betaalt de consulent , wanneer hij de lijst der predikbeurten <5f niet óf te laat aan den praetor toezendt. Zij zijn bovendien aansprakelijk voor de ten gevolge van hun verzuim door anderen beloopene boeten. Abt. 25. De quaestor is verantwoordelijk voor de kas. Abt. 26. Voor elk verzuim, behalve het reeds in art. 24 genoemde, door een lid van het bestuur met betrekking tot ;het hem opgedragene gepleegd, vervalt het in eene boete van ƒ 0,50. Abt. -35. "Elk lid ifl verplicht, nauwkeurig a&nteekening te houden van ontvangst, inhoud en verzending der pakketten Wie deze aanteekeningen niet in behoorlijke orde ter vergadering toont of doet toonen, betaalt ƒ 0,25; welke boete ook staat op het niet volledig afteekenen der pakketten. Wanneer de lijsten enz., die volgens art. 32 in de najaarsvergadering moeten aanwezig zijn, door den directeur niet volledig .zijn medegebracht of ingezonden, wordt hij met ƒ 1—. beboet. Abt. 36. Tenniste boeken komen voor rekening van den afzender. Slotbepalingen. Abt. 37. Door dit reglement vervallen alle vroegere door den ring gemaakte huishoudelijke bepalingen. Abt. 38. In dit reglement kan geene verandering of wijziging gebracht worden, dan in eene gewone vergadering, nadat in eene vorige het voorstel daartoe gedaan is, en met inachtneming van art. 12 van het Algemeen reglement. Art. 39. Ieder lid verbindt zich tot opvolging van dit reglement door zijne onderteekening; terwijl hem tegen betaling van ƒ 1.— een exemplaar wordt ter hand gesteld. * Aldus vastgesteld in de ringsvergadering van 26 April 1870, en goedgekeurd door het classikaal bestuur van Arnhem den 20 Juni 1870. . Voor kopie conform, F. L. EÜTGEES, h. t. scriba van den ring. I ra;