559 E 79    E> Ë POST VAN B R A B A N Ö. Jv°. i. VOORBERIGT. Daar Braband thans Toneelen öpleevert, dié den aandagt van Europa gaande houden, kwam het ons ten nimften gefchikt en noodzaaklijk voor, om onze Landgenooten met egte befcheiden uit d en Oord te onderhouden. De betrekkingen die veele hunner op dat gewest hebben doet lien ongetwijffeld belang ftellen in de groote fntelf15^- die al men betoogthaar, dat, opzijn best genomen, het Land een beftendig Toneel van Burgerkrijg zal worden , waarin de Militairen altoos de grootfte kans hebben, om te zegepraalen, dat verwoesting en moord , en de daaruitvoortvloeiende jammeren van duurte, hongersnood, enz haar Vaderland zal bederven; ja.! men geeve toe, dat de Patriotten overwinnen , dan bewijst men haar nog onwederfpreeklijk, dat zij nimmer een half jaar genot van deeze Zegepraal kunnen hebben, en als dan zeker aan de rechtvaardigde wraak, en de onbefchrijrKjkfte jammeren worden blootgefteld! na dit alles betoogd en beweezen te hebben, zonder in 't minst wederlegd te worden, gaat de Natie in haaren dollen ijver voort en ftort zig vrijwillig in haar jammerlijk bederf, en dat alles, op aanftooking van haare Geestlijken! op aanhit- Zing van dezulken, die van den God des Vreedes gezonden zijn, om het Volk gelukkig te maaken. Ik zal uwe nieuwsgierigheid in de eerfte plaats poogen te voldoen, met de vertaaling van een werkje, 't welk zo even van de Pers komt, en waaruit gij een dier Geestlijken zult lecren kennen, die zijn hoofdwerk maakt, om de Volken tegen hunne Overlieden opteruïen, en de Waereld in rep en roere te fiellen. In dit werkje, echter zult gij trekken vinden, die zekere reuk van ftaatkunde en Grondbegiozels hebben, welke u niet fmaaken zal. Dan! gij moet u het eene om het andere getroosten. Het Werkje waarvan ik u de Vertaaling leever^ draagt ten tijtel: la véR it é vencóe.ou lettrb d'un ancien magistrat, a m. l'abbó dh Feller., redacteur du journal historique et litteraire- Si tibt vera videtur, de de mamts , f^Ji falfa, aceinger'e contra. Lu cr et. Brusfel den 20 0£t. 1789. , Houd het ten goede, Mijnheer Abt! dat iemand, die de eer niet heeft van bij u bekend te zijn, maar die uwe achting en ijver kent welken gij voor der» Godsdienst betoont, u eenige aanmerkingen mededeelt op uw Journal» Zij zullen u tea bewijze veritrekA a ken  co ken, van hef belang , dat ik in uw goeden naam , en het flaagen uwer grondbeginfe.len ftel. Schoon een Oostenrijksch Nederlander van Geboor» te, en opgevoed in een Land, waar de Rechtsgeleerde Kundigheeden fchaars te vinden zijn, bemin ik echter de fraaie Letteren, en vereer allen de geenen, die gelijk gij, dezelven beoefFenen, ter onderwijzing van het Algemeen, zonder zig in 't minst aan de vooroordeelen zijner Eeuw te onderwerpen. In een tijd van verleiding en dolle dwaaling is het fchoon om de ftem der Wijsheid te doen hooren. Wanneer de befmetting bijna algemeen geworden is, öan moet de Geneesheer zig weinig aanhetgefchreeuw der Zieken bekreunen hij moet zig niet anders be*ig houden dan met hunne geneezing, ten minden hij moet zig geene nalaatighcid te verwijten heb, fee, in de poogingen welken hij aanwend, om hen de gezondheid weder te bezorgen. Uw ijver, ten deezen opzigte, is zekerlijk prijs^ waardig; is dezelve tot nog- toe met geene fchittereiw de uitkomst beloond, zulks althans is niet waardig, dat gij er den moed door verliest. Het hangt van den. Schrijver niet altoos af, om zijne gezegden en uitdrukkingen zulk een kragt bijtezetten, ofmetzodaanige kleuren te vetfieren, dat zij zelfs, die andors denken dan hij, bewoogen worden, om ze te onderzoeken. De kunst der Wèlfpreekenheict, gelijk die der Digtkundc, is een gift der Natuur, welks gemis door geen ftudie noch arbeid kan aangevuld worden * Intusfchen, Mijnheer! kan men nuttig zijn in 't ftulc van Geleerdheid , zonder daarom groote bekwaamheeden te bezitten. Uwen gemeenen enkloostera°tio-en Toon iriishaagt in 't geheel niet aan den grootften hoop. Mist uw ftijl het aangenaameen befchaafde hii i* ten mhljftn vrij van een valfchen fmaak, en is toereikende genoeg, naar mijn inzien, om uw Nieuwsblad crediet bijtezetten , en uw naam te verheerlijken ■bijaldier^ij u ilegts meer gezet zult toonen , om de achting van eerlijke Lieden te gewinnen en westedraagen : CDeeze verwijten u teveel afkeerigheid voor êe welvoeglijkheid en te weinig eerbied voor de waarheid!) doch niets doet meer eens Schrijvers ach t/ng daalen en verdwijnen, dan leugentaal en gebrek $an eerlykljeicj. Bet»  CS) ^ hi f ge lk°,0k ben' om u tc veromfchuldw: &n ecnter gedwongen te belijden , dat de verRijten, welken men u doet, niet ongegrond zijn. an woorï WiSt 9" Fl'anfchen Geleerde&nbniette bJe: gft melken PA, om te bewijzen, dat gij Qikwijis het geloof van het Publiek misbruikt en misin!rn%°, randerartijkels' "bepaalde totdat, waarin llfckt ?7er het Edi6t' waarbiJ ziJ" Majefteit, de, Keizer en Koning, de Bisfchopluke Seminarien her- . ; Lees dit artijkel, zei hii teeen mii en *ie hoe den Abt Be Feller zig zelve belfegt " '' in indedaad, Mijnheer; de wijs op welke gij dit 5 r?n ^t,tekt ,n U een Seloof' voor¬ al met te dulden in een Journalist, die zig der vctdeediging van den Godsdienst toewijd, tegen deWfls- geeren deezer Eeuwe. Men verwonder zL Wel met eenen Ex-Jefuit te zien, die zig uitdooft om den eerbied, welken men aan de Opnermaetea Z^iigVSl f-e verzwakken en te oS£t£$££l niaar men houd zig beleedigd, door een Priesterlijk "(STe aanfchouv'en, die, go'ede beginzelsvoorwendende een heilloos vergif verfpreid, door kwaad|art,ge Uitleggingen te hegten, aan de weldaadige inzig en van een Vorst, die zig edelmoedig genoeg bede■ fnlaTXBr!lm^^? Vorderingen opteofferent aan sfli t rJ'-"le Nederlandfche Onderdaanen. Sta mytoe, Mijnheer! u uw gebrek aan voorzigt^heid in dit geval, te doen opmerken. Wanneer men onrechtvaardig wil zijn, zonder zig zelf of zUn c,e. diet te waagen dan moet men meer behendigheid en oosheid gebruiken. Indien de Jezuitifche Geest u belet tede, om de verfchuldigde hulde aan de Goedheid ""t^T li*™ afteleggen, dan moest gij u enkel'bepaald hebben, tot de Gemeenmaaking van dat Edift zonder er uwe aanmerkingen bijtevoe^en. Want behalven dat deezen een (legt denkbeeld van uwé gevoelens doen gebooren worden, doen zij teffens duid£nff'eni\hoezeer gy uwe eigen Grondbeginfelen tegenfpreekt- De minkundig/te onder uwe Leezers weeten, dat al het gefchreeuw, door de BjSfchoppen opgeheeven .niet anders dan een valsch a arm was en dat men den Godsdienst flegts in 't fpel bragt om een kragtdaadig voorwendzel te hebben. >?h een gebrek aan veritónd, zo weinig verftand bij anderen 2 A 3- veer-  C6 ) vooronderftellen. Nederlands Volk is niet bot enonweetende genoeg, om niet opgemerkt te hebben, dat de Keizer gebruik maakte van zijn gezag, toen hij bevel gaf, dat alle de jonge Geestlijken van dit Land , voortaan hunne Studie, op het generaal Seminarie te Leuven zouden volbrengen , en dat de Fiscaals een waakend oog zouden houden, ten einde er geen onderwijs gegeeven werd, ft'rijdig met de Waereldlijke Magt. fe1 Maar 't is niet genoeg te zeggen, dat de Vorst gebruik maakte van zijn Recht, men is verpligt te belijden, dat dit bevel verftandig was en een Staatkundig vooruitzigt aanduid. Men vooronderftelle eens, dat er van ouds her» een zoodanig generaal Seminarie te Leuven beftaanhad, op dezelfde voorwaarden, als zijne Majefteit bij zijn ecrfte EdiS bepaald heeft, en dat onze Vorst het eenmaal ondernam, om dit Seminarie van een te feheiden en het in Bisfchoplijke Seminarien te verdeden, welk een gefchreeuw van vcroutwaarding zou er als dan niet, door alle de Kerklijke Magtcn van het eens einde des Lands tot het andere worden opgeheeven! „ Hoe! dus zou men zeggen, waarom eene Inftel„ ling verdorven, die zo oud a's redenmaatig is ? „Waarom van elkander gefcheiden het geen de: tijd „ „ voor de belangen van Hemel en Aarde, zo wijslyk „ veréénigd heeft? Dit generaal Seminarie was even „ gelijk een groot en veilig Kweekfchool, waar men „ de Jeugdige Planten, der Nederlandfche Kerk ge„ wijd, eenpaariglijk opkweekte ! De overéénftemming „ van Grondbeginselen, en de gelijkheid van Opvoe„ ding heeft eenen onfehendbaaren Vreede en eena „ broederlijke eensgezindheid ten gevolge. Men be„ hoefdeniet tevreezen|, dat de Verkondigers van het „ Euangelie immer het Volk zouden aanhitfen, om zij„ nen Souverein die Rechten te betwisten, welken „ zij grondig hadden leeren kennen, te gelijk met „ de heilige Rechten van het Opperweezen. „ Dan! deeze Verdeeling , wat zal die anders. „ uitrigten, dan de Leerlingen blootftellen, aan het „ voeden van Grilligheeden? aan gevaarlijke ftellin„ gen, die elk afzonderlijk van zijne Onderwijzers, „ de Bisfchoppeu, zal hebben ingezoogen,— dan hen a van Engelen des Vreedes te hervormen in Voort- „ plan-  planters van twisten en tweedragt ? Deeze Véï« „ deeling verwoest den grondflagj van alle Eendragt „ en leevert overvloedige Voorwendzels op aan de „ Waereldlijke Magt, om het geestlijk Gezag te' hoo„ nen of te onderdrukken!" Zodaanig zouden de Gefprekken zijn, welken men in dat geval voeren zou, en waarlijk men zou Jer niet op weeten te antwoorden. Om dat het Goede nieuw, en nog geen lang beftaan gehad heeft, verzet men er zig tegen , om dat her kwaade van veele ecu wen heugt, verdeedigt men het, en beier men de noodzaaklijkfte en wenschliikfte hervormingen: Teekent zodanig eene handelwijze niet eene hardnekkige 'onkunde, of een gevloekte Priesterlist, die al haare Winsten, eere en gezag, van bijgeloof en domheid vcrwagt? Ik weet, Mijnheer Abt! dat het onwelleevend \g% een gefprek te voeren, dat met zekere hevigheid vergezeld gaat; maar ik acht het mijn pligt te zijn, tl te moeten overtuigen, dat de zulken onder de Nederlanders, die maar een weinig de gezonde Reden hebben geraadpleegd, geenzins door het gefchreeuW en misbaar Hor GopstHjkhcid zijn vooringenomen gef» worden tegen het verftandig BevelTchrift. " Zo gij dan ten minften epn woinip- hnarUvar bezit, om uwe Stem met die der Weidenkenden te verééV nlgen, waarvan het getal, vooral in Brusfel, grooter is dan ge u verbeeld, dan zult gij de zaak der Nederlandfche heethoofdige en muitgezinde Geestlijkheid vaarwel zeggen; en, zo gij waarlijk belang (lelt in den zuiveren Godsdienst, dan zult gij die zelfde Geestlijkheid, met allen ernst, onder den aandagt brengen, hoe veel ongelijk zij, zedert twee jaaren-, het gezond vei'fund heeft aangedaan, en hoe zeer zij zig tegen den waaren geest van het Euangelie heeft aangekant! Gij zoud haar onder anderen te gemoet kunnen voeren: „ De Godsdienst rekent het zig ten pligt, om de „ Vorsten te gehoorzaam en, et iam disco/is, en gij, „ die Voorgangers behoort te weezen, in al de be- veelen, welken de Zoon van God u en ons voor,, fchrijft, gij geeft aan de Geloovigen het voorbeeld „ van ongehoorzaamheid! Gij fchreeuwt tegen de p geweldige willekeur, en intuifchen oeffent gij „ de-  CS 3 „ dezelve op de geweetens- uwer Onderhoorigën i „ GrJ vordert Vrijheid, en intusfchen duld gij niet, „ dat er iemand anders dan ,gij, genot van hebbe ! „ Gij wilt niet dat men de Wettige Regeering gehoor„ zaam zij, en ondertusfchen vordert gij de ftipftc ge* hoorzaamheid voor u zei ven! Gij beveelt en predikt „ de Vreede en deEendragt in de Huisgezinnen, en „ onderwijlen gebruikt gij al den invloed en het ge„ zag, dat gij, door uwen ftand, op de zwakke eii „ bijgeloovige Gemoederen bezit, om de verdeeld„ heeden en de oproerigheeden in den Staat te doen. „ gebooren worden en aantekweeken! Gij veroor„ deelt de kwaadfpreekenheid, en gij veroorlooft de t, vuigfte lasteringen tegen den geheiligden Perzoonvan „ uwen Souverein! Verfcheiden onder u hebben zelf i, den wrevel en ftoutmoedigheid tot zo verre gedree„ ven, om op den Kanzei lasterlijk tegen den besten. der Vorften uittevaaren, en hoe weinig ontbrak er M bij zommigen uwer raazende Geestdrijvers aan , om •* den kerklijken vloek, dat ■wapentuig der Hel, over „ uwen grootmoedigften Weldoender uittedondea, ren? . . Zweer dan uwen Godsdienst af, —— of houd op met dezelven langer befpotlijk cn haat» lijk te maaken, en door uw gedrag te onteeren!" QTIct vet vo/g tri J\'o. 2.] Deze Ns. worden 's Weeklijks voor i§ Stuiv. uitgegeven, te Dordrecht bij De Leeuw en Krap, Amïterdam Keijzer, Wijnants, Van dér Burgk , Borthers, Elwe, fVëege, enz., Haarlem Van der yJa, Jjoosjes, Bohn en Tetmans , Leijden Her ding h , Pittiger s en De Does, Gouda Verblaauw; Rotterdam Pols, Van den Dries, C. Wijt en J. Meijer, Goïinchem Goetzee, Schiedam Poolman, 's Hage Klis, y. Plaat, LeeuweJIein en Wed. Staatman, Middelburg Gillisfen en Keel ,■ Vlisiingen Corbelijn, Arnhem Moeleman, Deventer Mrwser, 's JBosch Pal* ÜfTt en. voorts alomme.  D E POST VAN BRABAND. CO Zeer gemaklijk verfpreiden kan. Hier toe bedient men zig voornaamlijk van de Biegi. Door itt middel doorgrond men al de geheimen van hs& D Mitüï 2V°. 4. Copie van een Brief uit Brujfel, van den 3 November 1789. M ij n h e e a.! Indedaad men zou nief kunnen gelooven, tenzijmea er oor- en ooggetuigen van zij, in hoe verre de verbijstering, of om het den regten Naam te geeven, de krankzinnigheid van zommigen lieden gedreeven word. Het Brabandfche Patriottismus ontaart ia volflagen dolheid. Men fchijnt bellooten te hebben om zig zelve moedwillig te verderven, het zij dan dat men zeegepraale of verlieze. Niet alleen verfpreid men hier de leugenagtigfle Berigten, welker valschheid elk een, die flegts zijn oordeel raadpleegt, bij den eerften opilag ontdekt, en waaraan echter de grootfte menigte greetig geloof flaat, fchoon zij er duizenden maaien door bedroogen is, maar men boezemt ook het Volk de ergerlïjkfte zotheeden en bijgeloovigheeden in, die men naauwlijks van de Middeleeuwen zou durven vermoeden : terwijl de Laster, op allerlei wijzen, de Perfoonen der Overheeden aanvalt. Ik wil u niet lang ophouden met dé dwaasheid des Bijgeloofs, die de ■ wraakgierige Geestlijkheid onder het Volk verfpreid, en zeer gemaklijk verfpreiden ian. Dus hoort men, in goeden ernst, deezen en  C a6 ) geenen, van verfchynïngen en openbaaringen fpreeken, van tekenen in de lugt.van wonderwerken enz. Das maant men elkander aan, om gebruikte maaken, van bet draagera van gewijde Kruisjes, Beeldjes en andere aaperijen. Zo zag men onlangs de zogenaamde hdlige vegen C'0. door duizende van Menfchen bezoeken, die volgens de Lijst af, den Hemel eenige Gebeden, toerammelen , welken hen door de Geestlijkheid'verzekerd worden, dat de onfcilbaarfte Hulpmiddelen zijn, om de Patriotten, die thans voor de zaak van 't Vaderland, maar vooral voor de zaak van den Godsdienst, zijn uitgetrokken, op de Verkragrers hunner Voorrechten (f) en de Ondermijners van hunnen Godsdienst, te doen Zegepraalen. De Mettschlijk hart en regelt er de Werkzaamheden van. Men heeft daardoor het beduur over bijna de geheele Natie in handen, en men zoeet, hoe veel de Sluiters van Hemel, Hel en Vagevuur op een onkundig, bijgeloovig en dweepziek Volk vermogen. (*) Heilige wegen. Dit zijn Jlraaten, die men geregeft afwandelt; beginnende met de eene Kerk of de andere. Gemeenlijk aoet men eenige tour en om de Kerken gaat dan den Weg, die, langs èen grooten omkring, -weder tot de Kerk geleid. Deeze Wandelaars doen dien togt al biddende, dat is eenige Onze Vaders, Ave Maria's, enz. mompelende. Onlangs Jlr ooi de men te Antwerpen briefjes uit, waar bij zodanig een heilige wandeling gefchiede door een ontzaglijke Menigte; doch ten einde de biddende wandelaars zig enkel en alleen tot hunne Devotie zouden bepaalen, wandelde de Militaire Patrouljes insgelijks. (t) Voorrechten'. In den zin des Volks behoud dis woord, ten naasten bij zijn betekenis; doch dg Geestlijkheid ver/laat er ha are gemaklijke leevensvjijze, haare Heerfchappij over de Zielen en haat' beurs door. Nimmer zou zij zo zeer de oproerige fiem tegen den Grooten en Menschlievenden Jofephus verheven hebben, had zij geen vrees, dat even gelijk de nutlooze Kloosters, alzo ook het belachelijk Vagevuur, en de gevaarlijke Miegt, zouden vernietigd viorden.  ( 37 ) De Laster is hier niet minder tot een helfehe "raad van Boosheid opgefteegen, en geen Wonder' daar dezelven meestal uit den Koker der Exjefuiten voortkomt Men gebruikt er de kragtdaadiglte middelen tegen; dan, deszelfs verfpreiding en uitwerking is ten hoogden bezwaarlijk voortekomen. Men heeft ontelbaare kunstgreepen en listen , om het verbod van de Overheid te leur te ftellen; en voorbeeldiger ge. trouwheid zal men zelden onder een geheel Volk aantreffen: nimmer verraaden zij opzetlijk elkander, (t) i-en menigte van dat foort van gei'chrif'ten , meestal zonder vernuft of de minfte foort van geestigheid opgelteld, zou ik u kunnen onder 't oog brengen dan men moet met de Patriottifche dolheid befmet, of doorriet buitcnlpoorigfte Bijgeloof verblind weezen, wil men er eenig behaagen in fcheppen, of ze met geduld ten einde leezen. Twee ftukken echter, waarin, op defchandliikfte en tergendfte wijs, den Souverein gelasterd, en het Volle tot oproer word aangezet, CO hebben den aandagt van den CO Opzetlijk elkander. Dat het de aart der Brabanders ss om altoos een geweldig gefrhreeuw te ma aken, is bekend. Zij trompetten dus'hunne voorneemens doorgaands lang van te vooren uit ■ en meestaltoos verraaden zij dus zig zelve. Een'men- ïteA ^rjpieders , onder hen verfpreid, verijdelt ook Jteeds hunne voornecmens. CO Men behoeft, en inzonderheid te Antwerpen Jiegts het Gemeen te hoor en redenkavelen om den gedugten toeleg te ontdekken, die men bij de Zegepraal der Brabandfche Patriotten m den zin heeft Deze is vooral niet minder, dan om de Roiia'isten en de Geuzen te plunderen en te vermoorden XJe haat tegen beiden is onbefchriiffijk. Men verVoege zig (legts in die Kerken, waar de jeugd onenderweezen word, om er de Geuzen onder de af~ Jchuuwlijkfle gedaante te hoor en affchilderen > jL De reden ts zeer klaar; de Roijafisten en de 'Oeuzen zijn de gedugt/lc Tegsnjlanders dier ■Geestlii- tfï *"' waarioor & fa* fchatrijk en de Uurpr doodarm wrd. D a  den Souvereln naar zig getrokken, en zijn alhier open» lijk door Beulshanden verbrand geworden. Het de« creet, waarin dit, van wegens zijne Majefteit bevolen is, zultge in de Couranten gezien hebben. Zie hier een klein (taaltje van 's Volks bijgeloof! Een Patriot van deeze Stad, anderzins een Man »an een taamlijk goed verftand, verzekerde mij, dat hij, toen de rook der brandende papieren, (onder de executie ,) ten Hemel opvoer, zeer duidlijk den Heili,gen Michael, (de Patroon deezcr Stad,} gezien had , die zig op den rook nederzettede, en , met de diepfte verontwaardiging, driewerven om den toorn van het Stadhuis zweefde. Dergelijke wondere verfchijnzels aijn door meer andere Patriotten gezien ; r- en , dat nog verwonderlijker is, de Geestlijkheid verfterkt let Volk iq deeze zotte droomerijen, Copie van een anderen Brief uit Brus* fel, van den 30 OSt. 1789. Zekerlijk zult gij reeds weeten, dat men, ingevolge de Ordonnantie van den Keizer en Koning, de Ingezetenen derBrabandfcheSteden, alsook de Bewoonders van het platte Land vcrpligt heeft, om een jüisi te opgave, binnen een beftemden tijd , te doen, van al de wapens, beneffens van de hoeveelheid kruid en lood, welken zij in hun bezit mogten hebben, en dezelven te (tellen in handen van zodaanigen Officieren, 't zij Burgerlijke of Militaire, die ze, op hoog gezag, van hun komen afvorderen, op ftra'ffe van als; Medepligtigen in het thans fmeulend oproer te worden aangemerkt en behandeld. Ten dien einde gaan er verfcheiden Detachementen Militairen door deeze Stad, welken huis aan huis onderzoek doen, of er vuurwapens, kruid, lood ofkardoezen zijn , welken zij alsdan medeneemen. Bijzommige verdagte Perzoonen gefchied een Breng onder^ zoek , en in eenige Kloosters of geestlijke Geftigten heeft men al vrij wat ammunitie gevonden. Het baart zekerlijk niet weinig bedenking , dat Zodanige Lieden, wier zaak het enkel en alleen is , om den God des Vreedes te dienen , in 't heimelijk zig van wapenen voorzien! trouwens, na dat er, op hooge order, Commisfarisfen zijn aangefteld, om acht te geeven , op de inkomften en uitgaaven der Abtdijen; en Kloosters, als welken, befteed zijn geworden, til  Z„A ng Van onberaden en jammerlijk misleid. S m"' meT' ukSennge lieden beftaande. be! waaruf nl T hmSer te naar de bronnen, waaruit a de rampen en onoverzienlijke onheileri voonvloeyen, die dit ongelukkige Land reeds overftroomen en nog verder bedreigen Als men bij bet gros der Brabandfche Patriotten ZeZlV T' We'keY0Ch d* **** hunner S SlgJ '^ln 15 hfct aI^meen befcheid : De Godsdienst die door ai de nieuwigheeden zig in gevaar bevind. De poorten blïjvea bij aanhoudenheki hfar Ön? if rtC?r; hCt Cchter de Buitenlandersv'J om in en uittegaan, enz. a . Ex tra & uit een Brief van Antwerpen, den 26 ü&- 1789 ***** Men kan er zig bezwaarlijk een denkbeeld van formeeren hoe zeer de Geestlijkheid het er op ?h rn ^'h\ S tegen fijnen wettigen Souverein in tharnasch te jaagen. Vergun mij, u een klein HaaltJe daarvan onder het oog te brengen Een der Hollanders, alhier me? zijn handenarbeid zijn daaghjks brood winnende, en herin deezen tiid vr,, werkloos hebbende, (dewijl or, door de tegenwooraige onlusten voor den Ambagtsman bijna niets Tver. dienen valt, en er met duizenden ingezetene, gem ! den worden, dia noch brood noch werk hebben )7n werd door eetrige Particulieren aangezogt, om zii mede onder de Volontairen, (dus worden die Patri? otten - C'^ Uit hoofde van het ontzaglijk aantal Gebreklijdenden m deeze Stad, vreest men des te meer mor de Zegepraal der Patriotten. Het eigenlijk gezegd Graauw (ongemeen talrijk) hezt aan deeze Zeegepraal geen ander Denkbeeld, dan dat van moord en plundering. Het fclüjnt naar het Ujcijlip te iiaaaen , om zig in het Bloed der Roiiahsten en dat der Ketteren te baaden, en zig 'met hunne Goederen, door roof en plundering, te ver* rijken. — V>eje anders vrij oordeelkundige Era* t/ancters ; die dit zo viel voorzien als wij verlangen , reikhalzen echter naar deeze Triumf der bloeddorst en vernieling! —— Zo verre kan da 4 artijzugt den armen Sterveling vervoeren >  C 3°) otten genoemd, welken vrijwillig uittrekken,) ( ) te begeven, met een zeker aanbod van geld te zullen, trekken. De Hollander floeg zulks af; als niet begeerende, om in een vreemd Land zig in eene netelige historie te fteeken. Niet lang daarna werd deezen Hollander, (die van den Roomfchen Godsdienst was,) door zijn Biegtvader op het fterkst over dit onderwerp onderhouden , vergezeld met allen aandrang om hem ie beweegeu, als Volontair zig onder het zogenaamd Patriottisch Leger te begeeven De Hollander echter bleef volftrekt weigeren, voor reden geevende, dat het voor hem volftrekt onraadzaam en veel gevaarlijker was, dan \rjior de Ingezetenen om uittetrekken , vermits hij, als Vreemdeling, alhier de vrijheid ter inwooning van dun Souverein genoot, waardoor hij zig aan detnoodite ondankbaarheid zou fchuldig maaken u.et alleen , maar zig ook een dubbele ftraf op den hal.- naaien, uit aanmerking, dat hij, als Vreemdling, zig m de onlusten van 't Land vermengde; —— behalven dat hij het geenzins eens was, met de denkbeelden der Brabandfche Patriotten, enz. Hoe gewigtig deeze redenen ook waren, voldeeden zij echter geenzins aan den Geestlijken, die, ziende dat de Hollander volftrekt weigerig bleef, om aan zijn voorftel gehoor te geeven , hem dit, op zünbeurt betaald zettede, door hem, nagedane biegt, volftrekt de abfoluüe te weigeren, CD enz. e») Deeze uittrekking gelijkt volkomen naar een ï 'llksrazernij. Alles wat zig maar eenigzmts ut jlaat bevind, of wiens omftandigheeden het gedoogen, neemt de reis aan. De ongemeene Werkloosheid bevordert deeze Uittrekking met wemtg. Veeïen doen het om aan brood te komen. Men vind dus meest gemeen Volk onder deeze Verdeedtgers hunver oude Conflitutie: Jchoon het teffens waar isn dat door deeze uittrekking het Land van een irooie menigte Jongelingen, werkgasten en Kun/te* naars ontbloot word. (fj De Biegt is eene dier Bolwerken, waaragter de Geestlijkheid haare groot/ie flerkte vind. De HU*imr ??eft ziz zantsch en al aan het geleide * ° ° r " y van  Copie vaneen Brief uit Antwerpen. van den 30 08. 1789. De oproerige beweegingen welken voor eenige dagen 111 deeze Stad ontbonden, konden zekeriijk va j erger gevolgen geweest zijn. Zij namen hun oorfprong uit een kleinigheid, zo als doorgaans in dergelijke gevallen gefehied. s 0 De Heer Spanogke, een der voornaamfteBoekverkoo- pers alhier, m de lange Nieuwftraat woonende, heeft, zedert een geruimen tijd, een Weekblad uitgegeeven! in t welk men niet kan ontkennen, dat de waarheid, (de onhandigheden in aanmerking genomen ,) wat al te openhartig gezegd werd: de Geestlijkheid werd er niet n gefpaard , fchoon er niets ten haaren Iasre in voorkwam, dat niet dubbel verdiend was; vermits zij alleen de oorzaak is van alle onheilen , die dit Land iïio ?£rgvPd dre,i-gea te bederven- De oprui, Jing der Kloosterlingen, in deezen Stad gedugter dan elders, had alles tegen hem gewapend, en al zedert lang waren de bedreigingen, om hem te vermoorden en zyn Huis te plunderen , (— iets dat alhier door het Oraauw, op inlichting haarer Zielbezorgers betreepen word tot het Patriottismus te behooren, —) hem ter ooren gekomen. ' J Eenige Jongens eindlijk zijn wooning voorbijgaande, en hem 111 zijn voordeur ziende ftaan, tra Jen naar hem Tuf^hT ié-!l 'lem °f/üJ^ hijsen te koop had? TusfJien beiden moe: ik u zeggen , dat in Antwerpen de be.iaaming van Vijgen, blf wijze van feheldnaam gegeeven word, aan de RojJali4ten 0f Kei;ersgezinden met welk eene zinfPeeling, of bij wat "elegenheid weet ik nier. J öC „J?,f> ?GCT Span°Zhe bekreunde zigaan deeze ondeugende Jongens 111 het eerst niet; dan, toen deeze vraag fel- Zan zijnen Geestlijken Bejluurder over, en dee~e een fnood misbruik van de W-aardigheid en hetu zag zijner bediening maakende , vervoert den hot ge/oovigen den reeds Verhitten PartijzugZenwer waards hij wil! Slaagt hij zomLdfntt L'; groot bewerkfleliigdcn: hij neemt de blikfeZ Kerk te baat, en deeze hebben nog een ndun £~ mogen op het Gr*s deszer Natie. S ^  C 32 3 telkens herhaald werd, eh er van tijd tot tijd bejaard* perzoonen bijkwamen , die de Jongens aanhuilen. ert hem uitjouwden, befioothij, om dit gefpuis wegtejaacen zo alshijfdan ook in 't werk ftelde; doch roet geen goeden uitilag, dewijl de muitzieke hoop hoe lange Aioe grooter cu teffens balddaadiger werd; uit dien hoofde koos bij de voorzigtigfte partij en gingin huis. Zekerlijk dagt men nu het tijdftip gebooren te zien, om een 'Patriottish ftukje' te kunnen onderneemen, en het geweld allereerst bij deezen Spdnoghe te beginnen; want, in een oogenMik, was er een ontzaglijke menigte Volks, van allerlei rang , ter been, wief gelaat niet anders dan verwoestingen plundering dreigde. Men had devoorzigtigheidgehad.om aanftonds kennis te geeven aan de Wagt, die, aan het ander einde van de ftraat, Zig in een der vernietigde Kloosters ophoud: deeze kwam daadlijk met fterke Patrouilles op het morrend Gemeen af, en deed het alomme, op derzei ver aannadering, uit één ftuiven. De zamenrottingen blecven echter, bij afweezigheid derPatrouiljes, dien dagen den volgenden voortduuren ; doch de bedreigingen der Patriotten hebben zig enkel bepaald, om (leelsgewijze, in den donkeren avond, eenige glazen bij den HeerSpanoghe in te flaan : zijnde dit een'kunstje, dat gemelde Voorvegters hunner Conftitutie, bij alle mooglijke geleegenheeden , aan de Huizen hunner Keiz;ersgezinde Medeburgers te werk ftellen. Zedert de uittrekking der Militairen naaf den kant van Turnhout enz., hebben verfcheiden Keizersgezinden zig ophetKafteel begeeven , om aldaar de veiligheid te vinden die zij in hunne wooningen bevreesd waren te verliezen 't Zou echter een dolle (lap van de Antwerpenaars zijn bijaldien zij eenige muiterij ondernamen; dewijl er , ophooge order bekend is gemaakt, om van hetKafteel dé Stad te befchicten, ingevalle van eenigen opfland,— en zeker is het, dat dit gedugt Kafteel in minder dan een dag de geheele Stad in een puinhoop kan herlcheppen. De gevangenisfen zo hier als te Brusfel zijn opgevuld met gearresteerde Patriotten, enz. Deze Ns worden 's weeklijks voor t'i ftuiv'. bij •fsefheen gemelde Boekverkoopcrs uitgegeven.  D E POST VAN BR A B A N D. iV°. & "O J-'e ongelukkige menigte Brabantfchë zwervers d\è Vrouwen, Kinderen, huis en have v,PritTo„ ' f ft»da»rd des 0KW e„ dö'VfcelooS'^ °™ d£ troupen, aan èene flipte KrifestSt „ Ke,jzerlyke tegen de -gemakken^SgS|^^^ fchen, en aangevoerd door Officieren riió ™„ J ,T van de Krijgskunde verdaan dan zIJ Lg ffleer ongedicipiineerde, verflrooWe en o geoeS' den op te fpooren , den pas af te S e idn r goede maneuvres gewisfe voordeden op de zéJet behaalen ——verjaagen van de eene X naarr£ andere de hier en daar omzirervpnrt» de jammerlijk misleiden, en , d'arzMSeS"" deZW ten «wfchipH flar>htt*,« ~ n ■ J tegen!iand ontmoe- zaligen , tot ondergang van honderden huis Wnnen , waar Vrouwen en Kinderen Brits eenige maaiden dit trootst en de hulp van den EchSoot én Vaïr moesten misfen en die nu in de dfepfte armoeJe ea de gnevendfte droefheid gedompeld zijn Gave God dat het nog verharde overfchot van rfeze MSèriltf dar hTT ,ee,nmaal dG °°^n werd ~- dat het de belang., en eerzuchtige ftreeken van Mê a nvoerders mogt zien, en terugkeren 4 de £ hoopzamnheid aan eenen Souverein y di8 niet* m  C40 cHoeld dan het heil zijns Volks, en die niet dan uit noodzakelijkheid geftreng is! —- Dat deze daartoe zie met een nederig verzoekfchnft aan den Keizer of aan zijne doorluchtige Gemachtigden adresleeren' en dat zij, zo ze zich in hunne eigen woonplaatfén, uit hoofde van hunne rebellie, niet veilig achten, dit dan van een vreemd grondgebied doen! —Oneindig verkieslijker ware het voor hen, hter toe, de soede dienften van vreemde Mogenheden m te roepen dan zig te vleijen met eenige gewapende hulp; want deze hebben zij nimmer te verwagten; en dit Hieenen wij ..uit de volgende gronden te kunnen aan- 10°L Zo eenige Mogenheid de Brabandfche Patriotten gewapend ter hulpe kwam , zou dezelve daarmede voor haarzclve voordeel, of immers vergrooting van grondgebied moeten bedoelen, - (wantwij durven geïustlijk ia elk onzer Lezeren zo veele Staatkunde wel vooronderftellen, waar door hij zeker weet, dat men aan de Hoven niet meer uit Religiezucht, niet meer uit Medelijden of uit Menslievendheid eenen oorlog aanv;DgdO maar hoe kan deMogenhe.d, die de Patriotten zou helpen, zig bij eene:zegepraa voordeel fceloven, daar- het den Patriotten te doen is om de Penningen die in hun Land geheven worden, in hen S te houden en te gebruiken, zonder te gedoogen dat zij elders vervoerd worden? ; en hoe kan zulk eene Mogenheid vermeerdering van grondgebied bekomeif, tiaar den inlandfehen oorlog gevoerd^word om van Braband en Vlaanderen eene Republiek die onafhangelijk zig zelve regeerd , teformecren? I Welke Mogenheid zal het wagen, om zich n oenen geduchten oorlog met den machtigen Ke.zurje wSen, in een tijd dat dezelve op eene buitengewoole S gewapend is, dat door zijne legers de eene ovenv^mg op'de andere behaald wordt, enda^eszelfs zegepralende wapenen op het punt ftaan_om.de Turken tot den vrede te noodzaaken ; zo dat de Kei zerViike magt geheel en al tegen anderen zijner Vijanden tonde geteerd worden? III. Vooronderftellen we eens, dat de Staatkunde va de eene of mdere Mogenheid door deze zwarig- hed heer. zag; vooronderftellen we eens, dat eci. vreemd Le^er den Patriotten ter. hulpe Ichoor, ~  C 43 b flat hetzelve, met dezen verecnigd, ganschBrabniid ea Vlaanderen overmeesterde; hoe zullen zich dan «leze troupen nog tegen cenen daarop te wagtenen aanval van de Oostenrijkfche zijde, om deze Landen te hernemen, dekken? , Immers zijn er geen geforti- iiceerde Steden, noch eenige derkten die tegendand kunnen bieden? Immers is het Land zodanig «field, «lat er eene ganfche Armee in kan zijn, zonder dat men tiet weet, en zco, dat men aangevallen en overrompeld kan worden, eer men aan verdediging dfcnxen kan ? ö * Kortom, het beste dar de Patriotten zig kunnen voordellen , dat zij zig kunnen voordellen hij eene volkomen overwinning, is hun Land tot een toneel des oorlogs gemaakt te zien; waar plunderirp, moord en al de ijslijkbeden van den kiijg, de iriwöoners ontzielen of verjaagen, de Steden'en Dorpen tot puinhopen dellen en gansch het Land vernielen. Dat dit Tafereel niet te akelig gefchilderd kan worden , leerd reeds het gebeurde dezer dagen: Waai»ïchynjijk is de Stad Gend aanvanglijk het flachtöffer Vap,u ^UC5»V hét bijgeloof eö het eigenbelang. 1 Elke Brabander denkt echter zo onbezonnen nier, als de uitgeweken'menigte; 'er zijn 'er, die, op dé beste gronden, het ware belang van hun Land en XSl "?t6H' df..verfbeijelijke bedrijven van een aanta moodc Geestlijken daarom aan den da^le^en. Wij laten , ten bewijze hiervan , een Vlaamsen Sikje volgen , dat wij geheel in de eigen Landtaal overnemen , om het mets van zijne waarde te doen verliezen : die; hierin bedaat dat het het Volk, op eene wijze die hetzelve best gevald, en het verdaanbaar«e is, het nodige onderwijs geeft. ALDERGEWIGTIGHSTEN VOORSTEL. Is Godt Keizerjyck ofte Patriot ? (*~) üj^SFi? dM Bere menigteva"finneloofedoaoo■„ ïen ofte leeraers, foo.wel roode, violette,fwarte, F 2 „ bruy- (*) Dit ivif niet anders zeggen dm: i$ God dan keijzer of den Patriotten gunftfcï  C 44 3 brayne, witte bonte; als langbaerige, gefcborene, V geb'aerde &c. onder hun twisten en difputeren , mak " kanderen haeten ende verdoemen, over de uulegainn-e van het teftament van den foneGodts den wel" ken noyt verftant ofte argliftigheyt en heeft gebruykt " in de wonderlyke ende prysbaere raedendie hy ons geeft : moet het aen my , foo ik betrouwe oock " wel üPoorloft fvn te onderfoeken een viaeg-ftuck, * wae/van de oiitbindinge feer dienftig en bequaam is 1 om alle hunne verfchilleu, hunne dwaefe, buyten- fporige gevacrelycke en .oproerige twiften teihsfen. ' Ik ben allcenelyck bewegen door bondige bewyfen ' die gegrondt fyn op klaerblykende daedcn dele „ fyn overtuygende, overredende omwerpende, jaefelis M verftoppende. Ick gaen dan verftoppen alle dieleer,, aers (foo wel roode, violette, iwarte,bruyne, witte „ bonte, als oock langbaerige, gefchorene, getoerde, &c. Ik gaen hun letten ad metam non loqut. Het vra-gftuk is dan. Js Godt Keyzerlyk ojie Pa* , triot? Myne aytfpraeke die van de hoogte van my- nen preckftoel foude onfeiloaer fyn, indien het uyV terfte gebiedt maeckt alleen de ontièylbaerheyt) myne „ uvtfpraeke, fegge ick , is, dat Godt Keyjerlyck ts en ' ick gaen dat klaerelyk betoonen. " Het teftament van fynen Sone fecht in claere en flipte termynen : De gene die tegen de aerdjche mo1 eendheden wederftaen, ivederjlasn aen Godt. Ik * In hebbe nergens geüen ofte gehoort dat de prmcen " van de Kccke (mits dat er zulkeprincenfyiO nochte * de canonicken, nochte de ahten, nochté de mont" ken nochte capucinen fouden van defen regel ont" flutgen fyn: de groote vrydommen de welke fy lig " in alle tyden aengemaehtigt hebben, en konnea " hun naer myn a;oedduncken, tot daar toe niet uyt°' ftreken, ook enTvnd'er geene andere als de Romey" nen die hunne voorwendfels, foo verre voorftellen; '? de waere Chriftenen volgen alnoch dit goddelijk ge" bodt fij en fouden geene Chriftenen meer fyn " waer' t'faeken dat fy anders fouden vermeynen. '? Aengefien ik van myne religie niet anders kenne. als het gene dat men moet weten en geloven om "te fyn, goeden borger, goeden vaeder, goeden 1 man, goeden vriendt: ick en ken my niet Merk l genoeg, om in ftrejt/te treden met alle die leeft!, I w i w a e : s.  C 45 ) „ aers (foo wel roode, violette, fwarte, bruync, „witte, bonte, als oock langhaerige, gefchorëne, „ gebaerde, &c.) Sy hebben eene maniere van re„ deneeren aen dewelke ik niet geoeffent en ben. „ Sy hebben (ie konftevan de klaerfte en bondigfte faekën „ door foo veele omwegen te bewikkeleia , dat fy fom„ wylen wei (ouden doen gelooven het geen de goede re„ den ende hetgemeyn gevoelen ons feggen van niette i, gelooven. Volght men de goede reden ende en valt men „ niet in hunnen fin , alsdanwort men van hun ievendigh, „ verdoemt. Nochthans hunne maniere van denken „ kleeft aen hun kleedt; den roeden fchreewttegen den „ Witten , den witten tegen den bruyncn , den bruy„ nen tegen den fwarten , ende foo voorts. Aldus „ waert faeken dat iemant de livrye van alle hunne „ leeringen foude willen draegen (om de waere en „ goede niet te miffen) hy foude moeten een arlep quins kleet draegen. Maer het is tydt van den grondt der faeke aen te tuften ende te betoonen „ dat God Keyzerlyrk is. „ ip. Men leert ons dat wy de ketters moeten vlug- ten gelyck depefte, men heeftfelfsforge vanons tegens „ hun van joncks af eenen haet in te blaefen : ende v nochthans abten, gceftelyke van alle foorten, hiifen „ het volk op tot muyterye ende oproer, nemen openi„ lyk partye tegen hunnen wettigen oppervorft, heb„ ben alle hunnen vlydt, alle hunne kraghten inge,, fpannen om hulpe en byftand van vreemde Mogend„ heden te bekomen, -willende felfs ons aendei'e mo■„ gentheden overleveren niet tcgenftaende dat fy ket,„ ters fyn. Sy en konnen dat niet ondernomen hebv ben als met onder hunne voeten te treden de wet v van Jefus Chriitus. Waer door ik befluyt dat Gods Keyjerlyk is. „ 20. De moniken hebben hunne eygene huyfen w berooft, hebben al hun goudt, al hun is;ver, tot de „ heylige vaeten toe, daar uyt gedraegen, om daer „ me ie het leger van de foogenaemde patriotten te „ befolden. Hunne goederen en hooreu hun toch „ niet toe : defe fyn dieven, en het is niet mogelyck „ dat Godt fich in aKulke Üeg'hte gefeüchap foud> v willen (lellen : aldus befluyte ick wederom dat tf Godt Keyferlyk is. * 3?- Dte Chriitelycke religie is eene religie vnu Jf a „ fbefe  C 40 •j, foetaerdigbeid, fy en wilt niet dat men fich ohde* „ haeren naem vernielt ofte vervvoeft; ende ter con„ trarie de moniken en de priefters , die hunne mc„ deplightigè fyn, maeken van defe goede religie „ eene pligt van bloet te ftorten ende grouwel dae„ den te begaen ; aldus belluyte ick noch eens dat „ Godt Keyfer tyk is. „ 40. In 1787 (1) hebben de Patriotten hun gewae„ pent om hunne vryheyt te verdeedigen, dewelcke „ fy valfchelyk meynden dat den Keyfer hun foghte „ af te nemen, fy hebben hun als dan wel gedrae„ gen, fy hebben felfs in hun geuragh eenige edel- moedigheyt betoont: maar heden, nu de moniken „ hun opgehitft hebben om de waapenen weder te „ neemen, ende dat fy hun felfs voor hoofden van „ de rebellie hebben verklaert; en liet men niet an„ ders als voorwerpen die affchrik inboefemen aen die, „ perfoonen der patriotten die daar van niet veiwit„ tight en fyn, voorwerpen van doodflaegen ende ,, moorderyen. ' Soo dat het alleenel-yk door mifdae„ den ende vrcedigheeden is dat fy foeken hunne „ plightige voornemens te volbrengen. Godt en kaa „ hun fekerlyk fulke verfoyelyckheden niet bevelen „ nochte inboefemen, aldus 'belluyte ick alnog dat „ Godt Keyferlyk is. „ 50. Den Keyfer heeft dickwils vergiffenisfe gege„ ven aen die van fyne onderfaeten die lig fyne vyan„ den hadden verklaert door het opdoken van het „ volck tot de beroertens. Hy heeft met gedult wel „ willen lyden dat fy fyne goedertierenheyt op foo „ eene verkeerde wyfeuyt geleyt hadden, dat fy hem „ daer door de deught van goet en fachtmoedigh t» „ fyn afnaemen. Daer in heeft hy fig veel beter ge„ toont als de Priefters die noyt en vergeven (dit „ fpreekwoort is foo wel bekent aen de Patriotten als „ aen de Keyferlycke) aldus befluyte iet dat God& „ Keyferlyk is. „ 6 . Dea (1) „ Daer fyn weynige Volontaircn van 1787 de „ welcke fich onder den flandaert der moniken hebbett „ begeven ; en daer fynder noch minder , ja felfs » mifchien geene van alle de patrtotten, de ive/ke „ de afgryfelycke .faemèn - Jweer'mgen die men ent* „ dekt heeft niet en goeman ende mifpryfen.  C 47 > „ Go. Den Keyfer heeft met de goederen van de me» Miken veel mftellingen in Duytsland opgerecht tot „ nutnge onderfteunfels van de aerme ende noodtdruf„ tige. Hy wilt het felvein de Nederlanden oockuyt„ werken ende hy heeft het al begonft. De liefde en „ het medelyden is de eerfte leeringe van hetChriften„ dom. Maer de Priefters, om figh te bevryden van „ oe e wet te volgen , hebben ons langen tydt befigti " fehouden met broederfchappen , ons wys macken„ de dat eenige publieke gebeden (van de welke fy „ hun de folemniteyten wel doen bctaelen) aen Godt „ acngenacmer fynS als alle de hulp middelen die men „ loude geven aen de aermen, al is het dat f. C- defe „ iyne Broeders noempt. Sy bedriegen daer mede„ grootelycks ofte hun eigen felven ofte ons, ende „ dit 'net opgefetten wille. Waer uyt ick nogh moeë » befluyien dat Godt Keyferlyk is. „ 7o. Godt en verlaet noyt de gene die hem uyt een „ goet herte dienen: ende den Keyfer heeft de glorie „ van over al de Vyanden van het Christendom te" „ overwinnen ; ende onder defe Vyanden moet men „ ïekerlyK begrypen alle perfoonen die het volck tot „ muyterye tegen hem opwekken; dit gefchiet fynde, " fer]yk7s wellerom befiuyten dat GodtKey* ,, ««. Den agften Oaober hebben de Priesters publie„ ke gebeden doen doen waer van het infight niet " IV 3 r"',gl] C'? W:!S- Defe Sleden en hebben torn ' " ^et,,Keyrerlyk leger niet belet van op den felven „ dagh onder het bevel van den onverwinnelyken „ Laudon, de fterkte van Belgrado te overmeesteren. „ Waer door ick nogh belluyte dat Godt Keyferlyk is„ po bene laemenfweringe , al te goddeloos om aen „ oe 1 atnotten toegeweien te konnen fyn Cmits het „ meefte deel van hun eerlyck genoeg is om haer te ,, verfoeyen) maar die alleenelyck moet toe gefehre" morden aen eenige van hun, onder de wclcke „ de ineltüisue ïrootftetonneelfpeelders fyn gewest „ eene (o.o graulacme faemeiifweeringe de welcke door' „ dootilaegen en moorderyen moefte uytgevoert wor„ den is ondekt geweest dooreenen religieus, maer " ffiWïï ?™h Daer beflljyte ik vo™ feker dat „ yodt KeyJeriyR t$. „ izo. Godt  C 48 ^ t, iOo; Godt heeft ons noch deugtfaeme Priefters ge- keien die bitterlyck weenen over de dwaelinge vait „ hunue medebroeders, ende die trachten hunne pai, rochiaenen en. hunne vrienden te behoeden tegens „ dc oproeren, van de welke het brandende vuur wort opgeblafen door monden der gene die,niet anders „ cn fouden moeten prediken als vrede en eendraght^ „ waer door klaerelyck blykt dat Godt Keyferlyck is. „ Lact ons dan volgen de partye die Godt felvcr „ heeft genomen. „ Lr.et ons hem bidden dat hy ons peys en vrede „ verleent, dathy onfen fouvereyn onderl'teunt in fyn oogwit, van fyn' volk gclukkigh te maeken j dat hy „ den felven verlicht, ende hem inboefemt de beste „ middelen om dit oogmerek uit te wereken. Als „ wy ons op onfen Monarck betrouwen, betrouwen „ wy ons ook op Godt, den welken ons ook niet en „ fal verlaetcn als wy een waeragtigh betrouwen hebi, ben op fyne goedbeyt ende bermhertigheyt. Wy „ fullen ons aen de aldergrootfte ongelucken open„ ftcllen is het faeken dat wy aen onfen Monarck we„ derüaen. Hy en wilt ende en fal fekerlyck niet „ ons foo veel quaedt doen als wy 'er aen ons eygeit „ felven fullen aantrekken, ende wy en hebben noyt „ geene redenen gehadt van daar over hqt minfW „ achterdencken te konnen vermoeden. In onzen volgenden eenige belangrijke trieven en berichten i zullende wij het ftuk wegens den Aartsbisfchop van Mechelen nu agterlaten, om dat het reeds door andere papieren publiek is. Deze Ns. worden 's Weeklijks voor li Stuiv. uitgegeven, Vè Dordrecht bij De Leeuw en Krap, AmIterdam Keijzer, Wijnants, Van der Burgli , Borchers, Elwe, Wèege, enz., Haarlem Van der Aa ,• Lootjes, Bohn en Tetmans, Leyden.Herding/i, Pluigers èn De Does, Gouda Verblaauw ; Rotterdam' Pols, Van dén Dries < C. Wijt en J. Meijer, Gorinchem Goetzeê, Schiedam Poolman , 's Hage Klisi y. Plaat, Leeuweflyn en Wed. Staatman, Middelburg Gillis/èn en Keel, Vlisfinge'n Corbelijn, Atarhem Moeleman, Deventer Brouwer i 's Bosch Paltierf en voorts alomtne*