EERSTE DEEL TWEEDE STUK van het ZEEMANS-HANDBOEK, behelzende eemge PLANS over. het oprigten van een VAST ZEE-CORPS uit bevaar en matroozen; over de VERDEELING van de BUITGELDEN, enz. enz. enz. door. den hoog edelen gesthengen heere JAN HENDRIK van KINSBERGEN, Ridder der Orden van St. George, Generaal Majoor en Schout by Nacht van Holland en Westvriesland, Adjudant Generaal van Zyne Doorlugiige Hoogheid den Heere prince van oranje &c. &c. &c. Te AMSTERDAM, By GERARD HULST van KEULEN, Boek- en Zeekaartverkooper, Compas-, Sextant-, Octant- , Graadboog- en Mathematisch Inftrumentmaaker. MDCCLXXXIII. Met Privilegie.  ■  PRIVILEGIE. t\q Staaten van Holland en Westvriesland, doen ij ,e"wee[en : Alzoo ons te kennen is swsecven by GKRARD HULST van KEULEN. Boek en Zeekaarivcrkoper, Compas ,Oc tant , Graadboog en Mathematifche Inftrumenc - LVUfaker te Ani- fterdam: .„..,,,, Dat de Suppliant met zeer veel korten had doen drukken zeeker Boek geintituleerd. Z E E M A N S I I A N D B O E K. „ Behelzende een omrtandig bericht van verfeheide zaken die een „ Tong Zee-Officier noodwendig dient te weeten» Benevens eene beknopte Befcliryving van de Takelagie &c. der ,, Oorlogicheepen van verfeheide Charters, bevoorens opgeftelt door , M. Lambrechts Capitein ter Zee , nu grootelyks vermeerderd en , verbeeterd door J H van Kinsbergen, Ridder der Ordre van Sr. , George, Colonel en Capitein ter Zee, ten diende deezer Landen , &c &c. in twee deelen , t'Amfterdam by Gerard Huift van Keulen. De Suppliant beducht was dat baatzuchtige Menfchen het gemelde werk zouden nadrukken of elders nagedrukt herwaarts invoeren , verhandelen en verkoopen tot merkelyke fchade van f "pp!.a,«. Wtshalven de Suppliant zig keerde tot ons, reverentely k verzoekende ten naame van den Suppliant en voor zyne Erven of rechtverkrygende, ons Octrooy om geduurende den tyd van vyftien eerftko„ erde en a°ter een volgende jaaren het voorfchreven Boek gemt.tuJeerd als hier vnoren (laat gemeld met uitflu.ting van alle anderen m deeze p-ovintie te mogen drukken doen drukken , u.tgecven en verknopen, in zodanige Taal, Formaat, Papier en Letter als de Sup. nlmntof zyn rechtverkrygenden zouden te rade worden met verbod aan alle en een ygelyk het zelve geheel of ten deele of ook verkort na te drukken, of elders nagedrukt in deeze ,'rovintie te verkoopen, verhandelen, op wat voorwendzel h2t zoude mogen wezen opzodanige poene als wy gewoon waren tegen Contraventeurs te (lameeren, en voorts in ordinarie Forma Zoo is't, dat wy de za.ke ende Het verzoek voorfz. overgemerkt hebbende„ende geneegen wezende ,er beedevan den Suppliant uit onze regte Weetenfchap, fouveraine Blaat en Autoriteit. dezelvcSuppliSnr geconfenteerd, geaccordee-d en Ëco Capitein - - s 400: — De Lieutenants Gagie word hier in allen gevalle op ƒ 60 : — 's maands, en die der Stuurlieden op ƒ 50:— gefteld, offchoon de Gagie van beiden nooit zo hoog geweest is. Men ziet uit alle deeze voorbeelden, dat men altoos het grootftè deel aan den Capitein toegekend heeft, en aan den Vlagman een kleinere Portie, terwyl die voorönderfteld wierd verfcheidene Portiën te krygen van de differente , onder zyne ordres zynde , Schépen. Men heeft nooit eene diftin&ie van graaden in die Verdeeling van A°. 1711 waargenomen, alleen word de Lieutenant Admiraal Generaal opeen permenente Gagie van ƒ 400—• 's maands gefteld. u & , ... Doch  ( 21 ) Doch dit word in het PJan van A°. 1781 waargenomen , wordende daarin van geen Lieutenant Admiraal Generaal gefprooken, als welk Characler zelden in onzen Dienst heeft plaats gehad, en niet zedert den dood van den Heer de ruiter. Maar de Lieutenant Admiraal word gefteld op ƒ400:— 's maands, het zy hy by het neemen van Schepen tegenwoordig geweest zy of niet, zodra de Prys maar door een van de onder zyne ordres ftaande Schepen gemaakt is. De Vice-Admiraal word op ƒ 300: — en de Schout by Nacht op ƒ 250:—- gefteld: doch van hen word gerequireert, dat zy prefent by het veroveren van den Prys zyn: voorts deeld 'er niemand in, al word de Prys ook gemaakt door de geheeie Vloot, als de Neemer alléén, ten zy 'er twee Schepen of meer het veroveren daadelyk helpen verrichten. En voor het overige word 'er niets bepaald , dan dat de verdere Verdeeling zal gefchieden na de Gagie die ieder in 't begin van liet Gevecht genoot. Hierdoor krygen de Lieutenants maar deel: eenigen tegen - - - ƒ45: — anderen , en wel de meesten, tegen j 30: — overzulks de laatften minder hebben dan de Schipper tegen - - ƒ 34: — B 3 De  ( 22 ) De Oppertimmerman tegen ƒ42: Dc Oppermeester . s^^.:—. De Secondemeester - £32: De Schipper die een Officier is, en door een Acte van Hun Edel Mogende aangefteld word, en dus hooger in rang is, heeft minder als de Oppertimmerman en zo verders. Dat hunne Gagies effeéHvelyk zo bepaald zyn, kan op reden fieunen, alzo de hoop op avancement hun meer waard is dan de Oppertimmerman , die, een Ambagtsman in zyn foort van de eerfte Clasfe geworden zynde, niets meer te hoppen heeft, en aan Land in dagloon zo veel wint. Doch daar een Officier, een Schipper, Opper-Stuurrnan, Opper-Chirurgyn , en Confhpel Majoor, meer met het veroveren te doen hebben , en meer verliezen als zy geno. men worden, kan men hen daarom aangaande het Buitgeld in een hoogere Clasfe van deeling brengen; want zy alle kunnen, in hun Land terug gekomen zynde, niets ten hunne voordeele beginnen voor zy uitgewisfeld zyn. Doch een Timmerman vind uit zyn Handwerk €;n beftaan. Voor de Officieren en Capitein komt 'er nog by dat zy aanftonds op hun woord ontflagen worden, en dus aan dezelven geen gelcegcnheid om te evadeeren vyord overgelaaten, die aan.  t n ) aan de Onder-Officieren en Gemeenen altoos . overblyft. Eindelyk zyn wy tot de Deeling van het Buitgeld gekomen, dat is te zeggen, toe het "■eene 'er overfchiet, na aftrek van die Gelden, waarvan in 't begin deezes gefprooken is. 'Er zyn weinig Gagies die billyk zyn; en het heeft misfehien difficulteit in, om ze zodanb te reguleeren: maar niets is gemakkelyker , dan het deelen der Buitgelden op een billyken voet. Ten dien einde breng ik alle de Officieren van de Vloot en particuliere Schepen op eene denkbeeldigé gefixeerde Gagie, om dan pro rato van de Gulden, die men voor haar Helt, het Buitgeld te deelen. Veele Onder-Officieren en Ambagtslieden, die als zodanigen worden gereekend., zyn van even veel belang aan boord, en daarom flel ik dezelven in Clasfen van gelykeGagie: vooraf de Refolutie van November 1781. ten opzichte van de Fiscaal * - ƒ200: — en de Secretaris - - 5 5° •* — als vooren laatende. Deeze twee Heeren deelen in alle de Pryfen, hoegenaamd, door Schepen van het Collegie genomen. B 4 De  ( 24 ) De Fiscaal van de Vloot' , ƒ 100 • _ De Predikant . . s *~~!? De Lieutenant Admiraal Generaal * 800-Z De Lieutenant Admiraal *6"jo" De Vice - Admiraal . , 6oo '. De Schout by Nacht . ~ sSQ' —v De Capitein . . ; [ De eerfte Officier . - 100' — De overige Zee. Officieren onder bet Corps behoorende of ordinaire Officieren . . t ƒ 70 • De extraordinaire Zee-Officieren die maar voor zekere tyden zyn ƒ 60: — EERSTE CLjASSE. De Schipper . ~> Lieutenant de Marine j Opper-Stuurman , £f?o* Ccnftapel Majoor . I Oppermeester < J TWEEDE CLASSE, Bootsman , , ^ Schieman Opper-Timmerman , | Opper - Conftapel . 4°: ■* Twede en derde Stuurman De Schfyver . , J DE*-  ( 25 ) derde classe. Bootsmansmaat . . Schiemansmaat , . Quartiermeester . . j Conftapelsmaat Vierde Stuurman . Ifoo* ■ Opper-Zeilemaaker . 1 Tweede Meester Adelborften, en Commandeur van Soldaten . I Tweede Schryver . J ' vierde classe. Scheeps CorporaSl , Tweede Timmerman , Kok ... j Bottelier . . >f2$:^ Corporaal . , Trompetter Derde Meester . j B S vïï.  C a* ) VYFDE CLASSE. Koksmaat . m i Derde kTimmerman Onder-Zeilemaaker . I Glazemaaker . . j Kuiper . . j>/2o: — Tambour Provoost . . j Ziekentrooster . j Matroozen . . ƒ15: Soldaaten . . * 14: J°ngens • . ? 9: — Behalven dat zal de Vlagman of die geene, die een Vloot of Esquader en Chef commandeert, nog eens genieten, boven 't geene hem voor zyn Rang in de Verdeeling toekomt, een Gagie van ƒ 150: — 's maands. Een Lieutenant, of iemand die minder Charafter heeft als Capitein ter Zee, het zy Uitlegger Capitein, Commandeur, of wie hy zy, zal op een maandelykfche Gagie van ƒ400: — gereekend worden. Deeze Verdeeling zal plaats hebben, wanneer een Vloot zich in Zee bevind, en alle bovengemelde dualiteiten en Rangen aan boord der Schepen zyn, ten tyde 'er door de Vloot, of  C 27 ) af eenige Jaagers van dezelve, een Prys genomen word. Egtcr zullen maar als Vlag - Officieren gereekend worden de zodanigen, die daarvoor in dienst zyn gebragt,en de regaliaa's 'er voor trekken. En wanneer een Vlagman op een Schip dient, zonder als zodanig in dienst te zyn gebragt, als hiervoor gezegt, zal hy maar als Capitein deelen. Alle Commandanten en Chef van een Vloot of Esquader zullen als Vlagman deelen in het Buitgeld, door Schepen, direct onder hun ordres gefteld, gemaakt; doch wanneer een Officier als by geval, door ouderdom van dienst, Schepen onder zyne ordres krygt, zal hy 'er geen aanfpraak op kunnen maaken. De Vlagman , het zy hy prefent by het neemen geweest is dan niet, of waar hy ook moge geweest zyn, zo dra een Schip dat onder zyn ordres gefteld is, een Prys maakt, zal daarin zyne Portie altoos hebben. Wanneer twee of meer Schepen van verfchillcnde Esquaders een Prys maaken, zal 'er egter maar eens de Vlagmansportie afgaan, en dee-  C 23 ) deeze zal onder de refpeftive Vlag - Officieren waaronder zy dienen, verdeeld worden. ' Wanneer een Schip eenige Prys of Pryfen maakt, en andere van onze Oorlogfchepen in het gezicht zyn, zullen dezelven 'er een gelyk recht op hebben, en mede in het Buitgeld deelen ; doch dit in het gezicht zyn moet zóó verftaan worden : dat de Capiteins van dat Schip of Schepen , of de Officieren van de Wacht op hun woord van Eer kunnen declareeren , gezien te hebben, dat zodanige Prys door een van 's Lands Oorlogfchepen genomen wierd; wel te verftaan, dat zy den Neeraer zyn Vlag hebben kunnen diftingueeren. Indien de Capiteins het zelfs nietgezien hebben, moeten zy kunnen declareeren , *er aanftonds door den Officier van de Wacht rapport van gekreegen te hebben, 't welk zy, des gevergd wordende , aan den Neemer of Fiscaal van 't Collegie fchriftlyk van dien zelfden datum zullen moeten toonen , met byvoeging van tyd en plaats daar zy het zagen. Wanneer een Schip van de Vloot gedeta. cheerd word na de een of andere plaats , en een Prys neemt, zal hetzelve voor. den Neemer alléén zyn; doch de Vlagman, waaronder by dient, blyft 'cr ais Vlagman in deelen. De  C 29 ) De Capitein of Commandant van den Neemer zal altoos het Handgevveer van dén Pry3 vooruit hebben, benevens de Victualie voor deszelfs Equipagie gedestineert; doch de Vlagman of eenig aan hem Superieur. Officier zal 'er tegen een redelyke ' prys, door twee Officieren te bepaalen, over kunnen disponceren. Wanneer een jaagend Schip of Schepen in het byzyn van de Vloot , of van eenig Esquader, een Prys neemen, zal 'er , behalven het voorgemelde, nog een tiende der waarde voor de geheeie Equipagie des Neemers zyn, indien hy denzelve vechtenderhand verovert, hetwelk als een Buitgeld op voorfchrceven voet onder dezelve zal verdeeld worden. Wanneer een Schip , tot een particuliere Expeditie, gezonden word, zonder onder een Vlagman te behooren, zal de Vlagmans Portie onder deszelfs Equipagie verdeelt worden. Het zoude misfehien billyker wezen , dat men in zulk geval de Vlagmans Portie voor den Capitein overliet, aangezien hy, op zyn favorabclst, niet meer dan één agtfte krygt. De Fiscaal van de Vloot en de Predikant zullen maar alléén in het Buitgeld deelen , wanneer zy met de Vloot in Zee zyn: dat is, prefent by het neemen van Pryfen. In-  ( 3° ) Indien een Schip by toeval van de Vloot raakt, en neemt een Prys, zal de Vloot 'er in deelen als of zy prefent was, en dat Schip wederom op gelyke wyze ook in al hetgeen de Vloot neemt: doch zo dra het in de eene of andere Haven binnen* "loopt , zal het, voor den daar liggenden tyd 'er geen pretenfie op kunnen maaken. Maar de Vloot eerder binnen zynde dan zodanig Schip, zal dezelve evenwel recht hebben op hetgeene het moge neemen. Indien een Schip, zonder op voorgemelde wyze in een Haven geraakt te zyn , gelast word uit de Haven na de Vloot te gaan, zal het van de Pryfen, die het in deeze route maakt, niets niisfen, als het Vlagmans deel. Wanneer een Schip van eenig Esquader, in het gezicht van een ander Esquader , of de Vloot (dat in allen gevalle het zelfde is) een Prys maakt , zal de Vloot 'er in deelen, als of zy door een hunner Schepen genomen was. Doch de Vlagmans portie, die anders aan de Chef van de Vloot of Esquader toekomt, zal aan de Vlagman , waaronder de Neemer behoort, uitgekeerd worden. De Capiteins, die aan boord van de Vlag. Officieren dienen , en welke als zodanig in dienst gebragt zyn, en de regaliaa's 'er voor trefe.  C si ) trekken, zullen in het Buitgeld als Capiteins deelen: maar die Capiteins die aan boord van een ander Vlag-Officier dienen, of van een particulier Capitein, zullen als eerfte Officier aangemerkt worden. Wanneer een Kaaper en een Oorlogfchip te zamen een Prys neemen, zal de Verdeeling na het getal Koppen , dat ieder aan boord heeft, gemaakt worden: dat is, een Oorlogfchip hebbende 150 Koppen, en een Kaaper 50, krygt het Oorlogfchip 3, en de Kaaper I Portie. Het te zamen neemen moet daarin beftaan ten opzichte van Oorlogfchepen en Kaapers, dat zy beide met hun Gefchut het genomene Schip hebben kunnen bereiken; want eenvoudig in het gezicht geweest te zyn helpt hier niet. In het Plan van A°. 1711 worden alle de Gagies te zamen geteld, en na aftrek van de Capiteins en Vlagmans Gagie in het geheeie Buitgeld gedivideert , en dan de Guldens 's maands met die Uitkomst gemultipliceert, namentlyk die der Officieren ; dit word van het geheeie Buitgeld afgetrokken , welk restant dan met de overige Gagies der Gemeenen gedeeld word, en dan word de Gulden 's maands voor  C 32 ) voor ieder daarmede gemultipliceerd. Doch het Plan van A°. i78r teld de Gagies te zamen , en divideert die direét in het geheeie Buitgeld, om, het geene dè Gulden 's maands fcrygt, te vinden, het welk alles tot nadeel der Officieren ftrekt, gelyk uit het hier bygo voegde Voorbeeld lub Littera A. kan gezien worden.  ( 33 ) Littera A. ■ VOORBEELD aangaande de VERDEELING eener Somma van ƒ 20,000: — r^ynde het zuiver Overfchot van een genomenen Prys, waarvan vooraf alle Onkosten afgetrokken zyn , zo wel die van den admiraal generaal en het aandeel dat 'het land daarvan toekomt, als ook de Onkosten en Provifie des Vendumeesters van het Collegie, waaronder de Admiraal reforteert. C Men  ( 34 ) Men onderftelle het voordeeligfte Geval, als dat de Nemer een Schip van 24 Stukken en '156 Koppen zy, te weeten: DeFiscaal van'tColleg. ƒ200:—ƒ 987:10:— De Secretaris . . „ 50:—s 246:17. 8 De Vlagman . . »i5o:— s 7*0:1 : 8 De Capitein . . -5°o:—=2468:15:— De Eerfte Officier =ioo:— » 493:15: 2Lieuren. a/70:— ,140:—, 345:12: gieder 5Lieden k»50: — =250:— * 2,46:17: 8 7 dito k«4o:—5 80:— 0 197:10: 14 dito a«3o:—«4-20:—"* 148; 2: 3 , 8 dito a»25:—s 00:—* 13: 8;ï2 9 dito a*2o:— S)8o'— s 0&15: 47 Officieren . ƒ 2470: SsMatrooz ^15:—=1320:— * 74: i: 4 —1. j6Soldaat. 3*14:—* 224: 69: =4740 * ƒ1580:—£ 748 door so tot ftuivers . 20 755 Dat is voor ieder Gulden ƒ3:9:8. Dus  ( 37 ) Dus zou volgens dat Plan de Verdeeling wezen: De Fiscaal . ƒ200:— ƒ1175:—:— De Secretaris . 50:—* 203:15:— De Vlagman . ^150:—= 881:5:— De Capitein . *5oo:— * 2937:10:— De Eerfte Officier *ioo:— * 587:10:— aLieuten. hfjo:—^140:—* 411: 5:—ieder 5 Lieden k * 50: — ,.250:— * 293:15: 7 dito a*4o: — *28o:— = ?35:—: "*— 14 dito ^30:—=420:—* 176: 5: — 8 dito k= 25' — -200:— = 146:17: 8 9 dito a*2o: — *i8o:— * 117:10:— ——• 47 OiBcieren a ƒ 5:17^ per Gulden 88Matr. k/i5korntperGuld.3:9^52: 2: 8 —— 16 Soldaatenk ƒ 14 . . ƒ3:9:8-48:13: 4 Jongens k* 9 . . «3:9:8*31: 5"« 8 — C 3 PLAN  ( 38 ) PLAN V A N S O L D YV; Voor het Corps Mariniers agter de Pelf van den 18 April 1781 gevoegt, waarin B de hoofden gefteld worden te 42 üajf i Capitein . . . ƒ158:- 3 Capitein Commandant . s 83: — 1 Lieutenant . , 53: — 2 Onder Licutenanrs 3/48:—ieder» q6i -chipper . opƒ400:— 's jaars of» 46:— iOpperlhiurmanopƒ400: — 'sjaars of» 46: iOnderftuurman op/' 2 65 Canoniers of Matroozen, gedresfeert om met het Canon te manoeuvreeren , ieder a ƒ J2: te 32 dagen , of ƒ136: i7:6in'tjaar:doch daaronder zullen zyn 5 Adelborften op dubbelde Gagie , of 273 '.IS'— in 'c iaar> komt voor dezelven te za- menƒ9582: 16:4111't jaar, ofte 42 dagen ■- ƒ1102:10: — 1 Zeilemaakerop/3oo's jaars of * 34=1°: 4 1 Meester voor het Cyfferen in de Stuurmanskonst . c 48: — :-— 1 Schryver op - - s 26: 6:12 2 Sergeanten a ƒ 24: ieder s 48 — : — 1 Tambour a ƒ 12: - s 12: —: — 1 Pyper a ƒ 12: - * 12:—:-— 24 Grenadiers, daaronder 2 Cor- poraals, a ƒ 12 :17 : ieder * 308 : 8: — Voor het Avantage der 2 Cor- poraals - - s 7 : 4 • 1 Solliciteur - ' 12: — :-— 114 Hoofden" - - ƒ2422: — : — af 4 Grenadiers, die minder mogen aangehouden worden s 51: 8 : — 110 Hoofden - ƒ2370,: 12: 2 D Ik  ( 42 } Ik zou van oordeel wezen, dat 'er tusfchen den Capitein en de Lieutenanten , nog één Rang plaats diende te hebben.  MEMORIE OVER. DE MIDDELEN ter UITVOERING van het Advys den 2.8«« Maart 1783 uitgebragt, om een vaste Post op den STAAT van OORLOG te brengen, Tot eene Jaarlykfche EQUIPAGIE. § i. j^)e uitvoering , van het roorgeftelde in dit Advys, is ten uiterften moeielyk, en wel om vier hoofdzaakelyke redenen. t Om het aanwezen van vyf Collegien ter Admiraliteit , welke niet op dezelfde gronden en fchikkingen werken. Dit verfchil in hunne werking, en hunne locaale Conftitutien en gebreken veröorzaaken , dat 'er een langen tyd verA ft loopï  (4) loopt en verboren word, tusfchen hetbeginvan't Équipement, en het daadelyk in Zee brengen der Sehepen, waardoor veel gelds onnut vei fpild word. II. Om den invloed van het Frovinciaale-beftier, die zig zo zeer in 't byzonder in het Zeewezen laat zien. "Waarom de quotes, vooral van Zeeland en Vriesland, niet in het geheel, maar alleen aan hunne Collegien, en , voor zo verre die Equipecren, gefourneerd worden. III. Om dat 'er eene geftadige aanwervinge van Bootsvolk nodig is; zynde het niet mogelyk een vast Corps te hebben, zodanig gefchikt, dat de Detachementen daar van in tyden van Vrede, de Schepen welke uitgerust worden, geheel en al bemannen, welke fchikking ook niet voorzigtig zoude zyn,. om deeze voornaame redenen. a. Om dat de grondflag van goede Equipagien en bekwaame lieden nergens anders in beftaat, dan in de kundige Officieren en Onder-Officieren, waar van het getal bereekend moet worden, naar het benodigde in geval van Oorlog. Bui-  (5 > Buiten zodanigen grondflag beftaat geen dienst,hoe genaamt, en naar maate de bekwaamheden grooter vereischt worden in de Officieren en Onder-Officieren, naar maate moet de goede Politie meer middelen in het werk ftellen, om 'er zig van te voorzien. I. Om dat, in cas van Vrede, nooit meer dan één vierde, of op zyn hoogst, één derde van die grondflag moet werden gedetacheert, ten einde men overrompelt wordende, altyd genoeg by de hand hebbe ,om fcig in fiaat van tegenweer te kunnen ftellen. — Het gebeurde in A°. 1780, geeft hier van een fterk bewys, wanneer de Oorlog verklaard wierd, waren 'er buiten 's Lands, in de West-Indien en Middelandfche Zee 8 Schepen en 9 Fregatten, met 4180 man, waar van verfcheiden overrompelt, eenigen behouden te rug gekomen, doch verre de meesten in de Colonien gebleeven ?yn. c. Om door die aanwerving eene geftadigeCir* culatievan Volk te hebben, en dus in tyd van Oorlog met meer gemak de nodige Supplitie te bekomen. — Dit laatfte mag wel in het oog gehouden worden. De ondervinding van den voorigen Oorlog heeft, ons geleerd, dat ons Land geen nationaal Zeevolk, ten minften in vergelyking van onze benodigtA 3 he-  ( 6 > heden, opleevert. Hierom moet men alle mogelyke werktuigen gebruiken , om een . toevloed van Zeevolk hcrwaards te trek« ken, en een gereegeld debouché uit andere Landen naar ons Gemeenebest te etablisfeeren. IV. Om dat door de benodigde tyd en werkzaam-, heid tot het herftellen, toetuigen en bemanning der Schepen de nodige Esquaders niet te gelyk kunnen worden in dienst gebragt, maar noodïaakelyk een vervolg van tyd verëischt word. §■ 2. In het voors*. Advys zyn op de gedagten der Vlag-Officieren, drie Esquaders bedoelt, één voor de Noord Zee: i°. Tot beyeiiiging der Zeegaaten. a°. Om in alle omftandigheden een Esquader by de hand te hebben. 3°. Op dat de Jonge Officieren en Stuurlieden de gronden, de ltranden, en de dieptens en ondieptens der Zeegaaten zouden kunnen kundig worden. 4°. Om  (?) 4°. Om de Commercie op de Oost Zee te beveiligen. Eén voor de Middelandfche Zee, om de Comi mercie aldaar te befchermen, en de Vlag van den I Staat te doen eerbiedigen. Eén op de West-Indiën om de Vaart daarop, I en de bezittingen aldaar, te verzekeren. Het eerfte Esquader geen geheel Jaar in actij viteit kunnende zyn, en dus daartoe niet nodig ; zynde de kosten voor een geheel Jaar; zoude | door de volgende fchikking daaromtrent eene ge: makkelykere uitvoering plaats hebben, en minder kosten benodigd zyn. Genomen, name- I lyk, dat de vrede in dit Jaar getroffen wierd, i zoude men in dit geval in het Voorjaar 1784 1 kunnen beginnen met het Equipeeren van een i Esquader voor de Noord Zee. —— Dit Esquader zoude gereed kunnen zyn, om met Frimo Juny naar Zee te gaan, te kruisfen, en te ma1 nccuvreeren, of zig na veiclsch der omftandighe-» i 4en naar de verfchillende plaatzen in de Oost, Noord Zee, of hetCanaal tebegeeven, met pri1 mo September wederom binnen te vallen, bekomen fchaadens te herftellen , gereviótualieert te worden, en één maand daarna naar de Midde;: hndfche Zee gezonden te worden, het welk dan zou ie zyn met p1?0 Oótober. Geduurende den Zomer zoude gearbeid werden A 4 aan  ( 8 ) aan het ingereedheid brengen en bemannen van een Esquader naar de West-Indiën, het welk halfof ultimo September zoude kunnen in Zee gaan. Her eerfte Esquader zoude in tyd van algemeene Rust en Vrede, om dat 'er dus geen direcle aflosfing nodig is, t'huis komen met May i?85, en dan wel één van deeze drie fchikkingen plaats hebben. Voor eerst, of dat het zelve zig weder in ftaat ftelde, om die Zomer in de Noord-Zee te kruisfen, en in het Najaar weder naar de Middelandfche Zee te gaan, om t'huis te zyn met May 1786, en dus twee Jaaren te dienen. Ten tweeden, of dat by het binnenvallen andere Capiteinen en Compagnien van het Corps die geene, welke op dit Esquader één Jaar hadden gediend, aflosten; doch zoo 't mogelyk was, op dezelfde Schepen, en met hetzelfde overige gedeelte van de Equipagie die voor a of 3 Jaaren bepaaldelyk aangeworven zoude zyn. Deeze fchikking kan egter niet wel genomen worden, ten zy de Admiraliteit zelve vicïualicert: in het andere geval moeten de Schepen ten minften één en ééa half Jaar in dienst zyn, het geen beide, en voor de Admiraliteiten fpaarzaamer, en voor de Officieren noodzaakelyk is. Ten derden, of wel, dat het kruiste in de NoordZee, doch in het najaar voor de reis naar de Mid-  ( 9) Middelandfche Zee, door andere Compagnien wierd afgelost, en andere Capiteinen op andere Schepen gefteld; in welk geval elk detachement omtrent een en één half Jaar zoude dienen. De eerfte van deeze drie fchikkingen was zekerlyk de gemakkelykfte en de voordeeligfte in de uitvoering; doch in den aanvang, en wel in 1785, diende de tweede of derde genomen te worden, om daardoor te maaken, dat 'er alle Jaaren een Esquader geëquipeerd wierd ; het eene Jaar dat voor de Noord-Zee 5 het andere Jaar dat voor de West Indien. Het Esquader in de West-Indiën, zoude omtrent <ï Jaaren kunnen dienen, dat is t'huis komen met Augustus of September 1786, terwyl dus alle 2 Jaaren een Esquader naar de WestIndiën wierd geëquipeert. Men zoude egter aan de beide oogmerken, welke in dit alles in het oog moeten gehouden worden, kunnen voldoen, en die zyn i°. Om zo veel mogelyk de tyden van de uitrusting, der Esquaders voor de Noord-en Middelandfche Zee uit eikanderen te houden; en, by aldien doenelyk, alle Jaaren een Esquader uit te rusten. Sfi. Om zoo veel die omftandigheden het mede brengen, wanneer het eene Esquader van huis en dus in de Middelandfche Zee is, A 5 een  ( ïo ) een ander in uitrusting te hebben, ten einde zig daar van aanftonds, in geval van overrompeling, tegen den vyand te kunnen bedienen. Vry naby zoude kunnen voldoen 3Q. By aldien men de voorgeftelde derde fchikking involgde, en eene ligte verandering maakte, in de tyden van uitrusting voor het Esquader van de West-Indien. Men zoude namelyk tot het uitrusten van dit Esquader, het welk twee Jaar dienende altyd in denzelven tyd uitgerust word, ten minften tot de aanwervinge van het Bootsvolk, dienen teneemen de Winterfche Maanden, geduurende dewelke het andere Esquader in de Middelandfche Zee —— Hier door zoude men ten minften om het andere Jaar geduurende den Winter een fonds, van aanwerving gereed hebben, en men zoude ook zo veel doenelyk, alle Jaaren één Esquader biyven uitrusten. Indien deeze fchikking wierd goedgekeurd, Zoude het Esquader,het welk deezen Zomer naar de "West-Indiën word gezonden, aldaar moeten biyven dienen tot in het begin van het Jaar 1785. Om in het Voorjaar van dat Jaar wederom binnen te vallen; want in een ontwerp, het welk men. tot grondflag van nieuwe fchikkingen wil doen vertrekken, mag men wel zorgvuldig vermyden, om  (II) om 'er zodanige te neemen, dat de Schepen genoodzaakt zyn in de Winter binnen te vallen. En dan zouden de tyden van uitrusting in de, eerde Jaaren invallen, als volgt: J784 , * , Voor-Jaar Esquader na de Noord-Zeet 1784-1785. Winter ■—na de W. Indien. 1785 . . . Na-Jaar ——- nadeMiddel.Zee. 1786-1787. Winter -~—* na de W. Indiën. 1787 . . . Voor-Jaar— na de Noord-Zee, 1788 . . . Na-Jaar vandeMidd. Zee. 1788-1789. "Winter van de W.Indiën. Wel is waar de tusfchenpoozing uit bet Najaar 1785. tot in de Winter tusfchen 1784 en 1785, gelyk ook tusfchen het Voorjaar 1787 en het Najaar 1788 is van anderhalf Jaar; doch dit ongemak kan nimmer in het geheel worden vermyd, nadien men genoodzaakt blyft de Schepen anderhalfjaar onder denzelfden Capitein te laaten dienen. Hier by egter kan men niet ontveinzen: , 1) Dat de mogelykheid van deeze uitvoering fteund op de onderftelling, dat de locaale toeftand der Zeehavens van de Republicq toelaat dat het Esquader, het welk om de twee Jaaren naar de West-Indien gezonden word, met het midden of het einde van April uitloope. 2) Dat de kosten eenigzins verzwaart zouden worden; want het Esquader uit de West-Indiën niet anders dan tegens het laast van Maart kunnen-  ( I* ) tiende t'huis komen, zoude men in de Jaaren van de uitrusting van dit Esquader voor eenige Maanden twee Esquaders voor de West-Indien, het eene, terwyl het uittgerust word, het andere, terwyl het naar huis te rug keert, in dienst hebben. f 3- ■ Om de verdere uitvoering van dit Projefr te kunnen doen beoordeelen, zal het nodig zyn op te haaien, en te onderzoeken den ftaat van de Marine tot welke dezelve zoude kunnen worden gebragt en gehouden. Dit diend opgemaakt te worden i°. Uit het getal der Schepen, welk onderhouden en geftadig gefuppleert moet worden. 2°. Uit het getal der nodige Officieren en Onder-Officieren.I) Onder de Schepen van Linie zullen moeten worden geteld, Schepen van 70, 60, en ook van 50 Stukken, fchoon deeze laatften-maar doorgaans ééne battery van 18 Ponders kunnende voeren, en van deezen kant, en van wegers hunne inhouten, veel te zwak zyn, om onder de Schepen van Linie genoemd te worden, gelyk zulks ook nooit in Engeland noch in Vrankryk-gefchied. In  ( 13) In welk laatfté Ryk men zelfs, volgens de Informatien door den Heer Eerfte Conftrudeut Groignard gegeeven, meestal Schepen van 70 Stukken en weinige van 60 voortaan zal bouwen. By bet Collegie op de Maaze Word gebouwd . . 1 a 70 St. Moet gebouwd worden . 1 a 70 Zyn gebouwd . . . 6 a 60 Word gebouwd . . . 1 a 60 Is gebouwd . . 1 1 a 50 Word gebouwd . . 2 a 50 12 By bet Collegie te Amfierdam Zyn gebouwd . . . 3 a 70 St, Worden gebouwd . . 2 a 70 Moet nog gebouwd worden . I a 70 Zyn gebouwd . . . 7 a 60 Worden gebouwd . . 2 a 60 Moeten nog gebouwd worden 2 a 60 Zyn gebouwd . . . 8 a 50 25  ( i4) By bet Collegie in West-Vriesland Worden, of moeten gebouwd worden 3 a 70 Sr En . a 60 ' Is gebouwd . \ 1 a 50 Word gebouwd , , , 1 a 5Q 12 By bet Collegie in Zeeland Word gebouwd . . . , a 6o Is gebouwd . . ; \ a 5Q 3 NB. By dit Collegie worden niet gebragt, de Schepen, die volgens Petitiën gebouwd moeten worden, om dat geen Calculatie op de uitvoering kan gemaakt worden. By bet Collegie van Vriesland Worden gebouwd . . 2 a ?0 St. En . - 4 a 60 dus . 58 tezamen. NB. Ook by het Collegie in Vriesland worden met gebragt de Schepen, die nog gebouwd zouden moeten worden. By  ( 15 ) De Fregatten zyn By bet Collegie op de Mazt 3 a 40 3 a 36 3 a ao 9 By bet Collegie te Amfterdam 1 2l 40 En word gebouwd . . 1 a 40 6 a 36 6 a ao En word gebouwd , . 1 a ao 21 By bet Collegie in West-Vriesland 1 a 40 1 a 36 2 a 20 4 By bet Collegie in Zeeland 1 a 40 , 1 a 36" 2 a 20 4 By  ( 16) By bet Collegie in Vriesland * a 40 2 a 36 4 en dus . . 4a Indien de tot heden gedaane Petitiën van aanbouw > en het geen by de Hollandfche Collegien exteert, gelegd wierden tot eenen grondflag der nodige Schepen , zouden die gefixeert kunnen worden op . 18 a 70 ft. ' 36 a 60 12 a 50 en dus op . 66 Schepen van Linie Op . 12 a 40. 1 laag 12 a 40. 2 laagen 18 a 36 24 a 20 en dus op 66 Fregatten. Doch dit getal is te groot, en niet overëenkomftig met de finantieele vermogens van de Republiecq : althans zullen de quotes van Zeeland en Vriesland, in dat getal nimmer in wezen zyn. Men  (H 1 Men zoude dus het getal kunnen bepaalen op 18 Schepen a 70 ft. !8 a 60 en 6 a 50 dus 42 Schepen van Linie en op 6 a 40 of ia a 40. één laag 18 a 36 of ia a 36. 18 a 24 18 a a4. dus 4a ——* 4a Fregatten. Men kan egter niet voorby by deeze gelegenheid aantemerken, dat, hoe zeer onze Republicq dooi de laatst gedaane Petitiën en de daarop gevolgde aanbouw, in de noodzaakelykheid gebragt is, om deeze of diergelyke bepaaling aanteneemen , het niet te min wenfchelyk en onëindig nuttiger voor ons zoude geweest zyn, indien de aanbouw had kunnen ingerigt worden op eene .verdeeling, waarby het getal der Schepen he£ zelfde blyvende, alleenlyk de Chartres ver'anderct wierden, namelyk in 26 Schepen a 70 ftukkeri 16 a 6o dus 42 Schepen van Linie' L Deel UI. Stuk. B f|  ( 18 ) en 6 Fregatten a 50 ftukkeri 6 u a 40 in één laag 'L 12 — a 36 18 a 24 42 Fregatten. Immers, terwyl de Zeehavens van de Repu-*'• blicq niet toelaaten om zwaarder Schepen, darrfli die van 70 ftukken in Zee te brengen : en ter- | wyl daar en tegen de andere Natiën, waarmede | de Republicq in Oorlog kan komen, hier in gee- I nen deele bepaald zyn, zo dat hunne Schepen tot I veel meerdere grootte en fterkte dan onze, ja zelfs I tot Driedekkers kunnen gebragt worden , im- i! mers daarom,zeggen wy,vordert de goede Staat- j kunde, dat wy de Schepen van Linie, die wy ] hebben kunnen, tot den allergrootften trap van volmaaktheid brengen. Waartoe men in ons land f kan geraaken, is, dat het grootfte getal uit 70"' [ moet beftaan, en de 5ceïs niet langer onder Schc- J pen van Linie gereekend worden. Wanneer wy op eene andere wyze te werk gaan, Zo is het onvermydelyk gevolg, dat twintig vyan- j| delyke Schepen van Linie, zamengefteld uitSche-l| pen van 100 tot 60 ftukken in gevegt komende, I met een gelyk getal Schepen van de Republicq pan 70 tot 50 ftukken y bravoure en kundigheid I van  ( 19 ) van weerskanten gelyk gefield zyrde , altyd de overwinning zullen behaalen , ten minften zeer zekerlyk nimmer geflaagen worden buiten zodanige ongewoone toevallen, die zo wel tegens als; voor ons kunnen gebeuren. §4- Wanneer nu op de voorgeftelde grondflag vergeleeken word, de opgemaakte Staat van het geen aangebouwd in wezen is, of denkelyk zal worden, dan zal men bevinden, dat terwyl 'er zyn? by het Collegie van de Maze 2 a 70 St. Amfterdam 6 a 70 West-Vriesland 3 a 70 Vriesland 2 a 70 13 a 7c Stukken 'er 5 Schepen ontbreeken van 70 Stukken, zynde onder deeze dertien daar en boven gereekent de Admiraal Generaal, die in 1764 gebouwd, niet meer dan in Vredenstyd, en dan nog met gefchut veel ligter, dan met zyn Charter overeenkomt ? kan gebruikt worden. Ba Fy  C 20 ) By het Collegie op de Maze 7 a 60 St. Amfterdam 11 a 60 West-Vriesland 7 a 60 Zeeland 2. of liever (a) 1 a 60 Vriesland 4 a 60 30 a 60 in dus teveekyn, 12 Schepen van 60 Stukken. % het Collegie op de Maze 3 a 50 St; Amfterdam 8 a 50 West-Vriesland 2 a 50 Zeeland 2 a 50 *5 a 50 en du? ook over ,9 Schepen van 50 Stukken By het Collegie op de Maze 3-a 40 St. 3 a 36 St 3 a 20 S< Amfterdam 8 a 40 6 . 7 West-Vriesland I . r , i Zeeland I - . . j _ a Vriesland 2 —2- - ■ ,.. '5 J3 ~ dus over 9 of 3, té kort 5. of of er s, te kort- 4v GO Oaï Èffit eénrfchip.e«n fctteiry vtó ï» jPooders voert.  En dat 5er dus daadelyk in weien Zyn, of binden korte jaaren wel zyn *ullen 13 a 70 St. 30 a 60 dus 43 Schepen van Linie. 14 a 5Q 4a Fregatten en dus 99 Vaartuigen behalven de Advysjagten. Waarby egter wel in acht moet genomen worden , dat by het eindigen van den Oorlog, verscheiden Schepen zullen moeten worden gefioopt. <* II) Wanneer ingevolge den grondflag, by § 3. gelegt , bepaald wierd , dat altyd in ftaat zoude moeten zyn, om geëquipeert te worden. 36 Schepen van Linie van 70 tot 60 ftuk: 6 Schepen van 5 c? ftukken en 4a Fregatten. en dus 84 zo Schepen als Fregatten, zouden om deeze met ordre en fpoed te kunnen wapenen, nodig zyn 84 Compagnien de Marine, of 84 ftelB 3 len  ( 22 ) Ien Officieren of Onder - Officieren , waarb ; de overige Manfchappen aangeworven zouden moeten worden. Want eene Compagnie Mariniers, heeft volftrekt niets meer aan Officieren en Onder-Officiren, dan ten uiiterften voor ieder Schip noodzaakelyk is, ja eer minder ; en men heeftin den voorigen Oorlog degroote moeijelykheid, orri bekwaame Officieren en Onder-Officieren in tyd van nood te verkrygen, ja om beter te zeggen, de onmogelykbeid daar van, niet dan te veel ondervonden. Maar dit getal is voor de Finantieele krachten van de Republicq misfchien te uitgeftrekt, en daarom zal de bepaaling dienen te biyven op de 4 8 of eigentlyk 44 Compagnien de Marine, waaruit het Corps, door het Non-Confentvan deProvintie van Zeeland zal beftaan. In geval van Oorlog kunnen deeze Compagnien op de Schepen van Linie gebruikt, en de Fregatten met meer gemak aangeworven worden : kunnende deeze laatfte, door eenige Capiteinen, Commandanten, ofLieutenanten van het Corps, gecommandeerd worden. Ter loops moet men egter aanmerken, dat dit al wederom doet zien, hoe weinig wy aan onze benodigtheden, in geval van Oorlog, volkomen zullen kunnen voldoen, ten zy men het Corps de Marine met een Cadette Corps, of Academie ge- Iie-*  ( 23 ) lieve op te regten. Tot dit einde is het voor- geftelde plan van het Cadetten Corps voornamelyk ingerigt, doch tevens op zodanigen voet, dat de Finantien van den Staat daar mede niet onmaatig heiast worden. J. 6. Het zal niet nodig Zyn hier in het breede te betoogen de noadzaakelykheid , om in tyd van Vrede, een vast Corps de Marine in dienst te hebben, en dus, om de tegenwoordig in wezen zynde Marine, op een anderen voet te brengen. — Men zal ook niet behoeven de nuttigheid van het tweede Plan, by Misfive-van den Raad van Staate van den 3ie. Maart 1783 voorgeflaagen, op te haaien. Alleenlyk zal men zig vergenoegen met te doen opmerken, dat in dit Plan geen een perfoon gebragt is, die niet, uit hoofde van verëischte bekwaamheid of vertrouwen, volftrekt permanent in dienst, en geëmplojeert moet zyn, en dus in ftaat om vertrouwd te worden en andere aan te kweeken, B 4 §.7-  ( ?4 ) ff. 7- Uit al het voorgcftelde volgt dan, dat het gebruik van die Compagnien niet moet zyn zodanig, dat by detachementen uit dezelve de gant^ fche Equipagien van een Esquader gevonden worde, maar dat eene Compagnie onverdeeld op een Schip zoude behooren te worden gebragt en het overige gedeelte van dé Equipage by aaiJ! vvervmge gefuppleert Ook zoude zodan.g detacheeren niet kunnen gefchieden, dan uit de Canonmers of Matroozen, en uit de Grenadiers dewyl de andere alle zyn Cfficieren en OnderOfficteren die maar in het EéntaJ oP «nSchjp^q, t ff. 8, In de onderftelling nu, dat dit Plan by de Bondgenooten zoude kunnen worden aangenomen, zal men nu aan de hand geeven het getal der Schepen. en Equipagien, welke in Vrede, volgens het Plan S. 2. voorgefteld, zouden kunmn werden geëmploieerr. Het  ( 25 ) Het Esquader voor de Noord Zee en Middelandfche Zee zoude kunnen worden gebragt op 3 Schepen a 60 ftukken met 1050 Man. 1 a 50 met 3C0 1 -—- — a 40 — met 270 1 a 36 met 230 2 a 20 —i met 320 en 2 Advys-Jagten . met 120 2 290 Man. Of I Schip a 70 ftukken met 450 Man. 2 a 60 m t 700 I a 40 — met 270 1 a 36 met 230 2 a 20 met 320 en 3 Advys-Jagten . met 120 2990 Man. Misfchien zoude men wel niet onraadzaam kunnen vinden, om de Middelandfche Zee in den Zomer niet geheel Zonder de Hollandfche Vlag te laaten, en daardoor de Mooren gelegenheid tè geeven, om de Republicq met de Pndènten den voet op de nek te zetten, dat dit Esquader met eenige Fregatten wierd vermeerderd, die geduurende den Zomer in de Middelandfche Zee bleeven, om de nodige befcherminge aandeConv £ $ mer-  ( 26) mercie te verleenen. * Indien dit getal bepaald wierd op i Fregat van 36 ftukken met 230 Man, 2 Fregatten van 20 ftukken met 320Man, en ï Advys-Jagt met 60 Man, zoude het eerfte Esquader gebragt worden 2900 en het tweede op 2700 Man. Het Esquader voor de West-Indien zoude kunnen worden gebragt op 1 Schip van 50 ftukken met 300 Man. 2 —- 4° met 540 2 36 — met 460 9 20 met 320 s Advys-Jagten . met 120 1740 Man, Om te dienen: 1 Voor Suriname en de Berbices, 1 Voor Guinee en Suriname, I Voor Esfequebo en Demmerary, 1 Voor Curacao, en 3 Voor St. Euftatius met 2 Advys-Jagten. En dan zoude voor het Esquader van de Noorden Middelandfche Zee kunnen gedetacheert worden 8 of 7 Compagnien, en voor het Esquader voor de West-Indien 7 Compagnien, terwyl uit ïêder der Compagnien, die voor een Fregat van SQ  ( »7 ) ao ftukken gefchikt waren, een Detachement zoude kunnen gefchieden. Indien men mogt overgaan, om de 3 Fregatten met het Advys-Jagt geduurende den Zomer in de Middelandfche Zee te houden, zouden deeze Fregatten geheel kunnen aanwerven, en aan Capiteinen, Commanten, of Lieutenanten van het Corps gegeeven worden. De aanwerving zoude dus zyn: voor het Esquader voor de Noord- 01' Middelandfche Zee 1386 , of met de Fregatten voor den Zomer in de Middelandfche Zee 1996 of wel 1299, of met de Fregatten 1909 Man; en voor het Esquader na de West-Indien 949 Man. Waarby men gelieve op te merken: 1) Dat van het getal Schepen hier vooren by § 3. opgegeeven,. al tyd in dienst zyn: Van de Schepen van Linie . ~%. Van die van 50 ftukken . » 5-ofg. Van de Fregatten van 40 ftukken $of£. Van die van 36 ftukken . . ?of$. Of met dat voor denZomer voor deMidd Zee|- ofj. Van die van 20 ftukken . . |. Of met die voor den Zomer voor de Midd.Zee §. En van het Corps de Marine ée'n derde gedeelte, welk gedeelte vooral ook niet grooter moet zyn; en daarom, wilde men de Fregatten voor den  { s§ ) Zomer voor de Middelandfche Zee geheel toten opwerven, het welk met de Rruisfersop 4e Ooft-Indifche Retour-Schepen ook zal dienen gedaan te worden. *) Dat op deeze wyze de Officieren en Onder, Cteren 2 Jaaren dienen en 4 Jaaren aan Land m 1 hetgeen eene zeer redelyke verdeeling uit, piaakt, de Adelborsten egter, die noodzakelykin hunne jonge Jaaren ondervinding van Zeemanfchap moeten verkrygen, zouden behooren 4Jaajren te dienen en 2 Jaaren aan Land te zyn. Men £oude hun de 2 Jaaren, welke zy niet met hunne Compagnien dienen, voor furplus in de Ko\ kunnen plaatzen. 3) Dat maar ééns in het Jaar, en vooral in den Winter, het voornoemde derde gedeelte ge^ heel afwezig is, terwyl maar 7. Compagnien naar de West-Indien, en dus ver van huis gezonden .worden. Eene fcbikking, welke in de jegen.woordige politicque omftandigheden zeer voor- Zigtig is. , En indien het Esquader naar de West-Indien in den Winter konde uitgerust worden, zoude deeze afwezigheid nog maar om den anderen Winter plaats hebben. 4) Dat de Schepen van Linie van de Collegièh ter Admiraliteit, in Amfterdam en in het Noorfier Quartier afgetimmert of gerepareert, in het Veer  ( 29 7 Veef' óf Nieuwe diep moeten gereed ilïggerr órfi? by de eerfie gelegenheid se kunnen worden geëq.trt" peert. Op deeze Schepen zouden mogelyk ter Bewaaring een of meer Gordpagnien Mariniers iif Guarnifoen worden gelegt: mogelyk wel alle, die? sfen de Toürbeurt zyn, órn in Eq'inpagfe gebrigt te worden, en ook vooral op die Schepen, die' tot het volgend Esquader' gedesttneert zyn. Hierdoor zouden de Officieren gelegenheid hebben/ hunne fchikkingen fot de aanftaande Equipage met gemak te maaken^ en dit Esquader zoude des noods zeer' fpoedig in dienst kunnen Worden-' gebragf. Sn Dat de voornoemde Esquaders wel md door het getal van zes kunnen gedeelt worden / eri' dus volgens de quotes der Collegien geèquipeert j doch dat 'er evenwel of een getat Math' ièhappen deelbaar door het zestal zoude kunnen* gevonden wordeni-of een' gclxeerde Tourheüitê: gemaakt, of eene fchikking'gevOndett, waardoor aan de zwarigheid by § ï. over de Frotirfc&lfe7 quotes- gemaakt, zouden kunnen wofderf te moet gekomen. 6) Dat men zag' ook niet akyd behoeft te feepaaien aan de opgegeerene Charters der Schepen sj snaar dat-' het- opgegeevene getal M^fch"3ppè*if> ptttyk*' iïi dieïtót a#nifo- vaSïgefteld, hun ern' £1004?  ( 30 ) plooi zodanig kan worden geregeld, als de omftandigheden het zoude mogen verëifchen. §• 9- De kosten van de voorfch: Esquaders, zouden dus in een Jaar Zyn : In het eerfte geval voor de Noorden Middelandfche Zee, over 2290 koppen a • . 4o'smaands ƒ 91,600 Af de Traóïementen der 8 Compagnien Mariniers en i*)f 1705. circa 'smaands ieder 13,640 ƒ 77,960 . in 12 Maanden . ƒ935,520 —. Of in dit eerfte geval met byvoeging der 3 Fregatten en het Advys-Jagt voorden Zomer over . . . 2goo Man a . . 40'smaands Tranfporteere ƒ 116,000 Af O Het is onzeker, of deeze Somme van ƒ i7oS:_ juist gecalculeerd is, dewyl men fupponeert, dat 'er een fout is in de Calculatie van de betaaling in 4, daagen eener Compagnie, by Misfive R. v- Sr. 31 Maart 1783 gevoegt.  C St ) per Transport ƒ 116,000:— Af de Tractementen der 8 Compagnien Mariniers a ƒ 1705. circa 's maands ieder . . . 13)640 ƒ 102,360 in 12 Maanden . ƒ1,228,320 In het tweede geval voor de Noord-en Middelandfche Zee, over . . 2090 Man a . . 4o,smaancb! ƒ 83,600 Af de Traêïementen der 7 Compagnien Mariniers a ƒ1705. circa's maands, ieder u>93S ƒ 71,663 in 12 Maanden . ƒ859,980 Of in dit tweede geval, met byvoeging der 3 Fregatten en het Advys -Jagt voor den Zomer over . 2700 Maf! a . . 4ö,smaatldl Tranfporteere ƒ io8jOóö Af  C 31 ) per Tranfport ƒ 108,000:-^ Af de Tractamenten der 7 Compagnien Mariniers a ƒ1705. circa'smaands ieder ƒ 11,935 ƒ 96,065 in ti Maanden ƒ 1,152,780 Voor de West - Indien over • • 1740 Man a . . 4o'smaand3> ƒ 69,600 Af de Traftamenten der 7 Compagnien Mariniers a ƒ 1705. circa 'si maands ieder 11,935 ƒ 57,665 in 12 Maanden ƒ 691,98a dus in het geheel Het eerfte Esquader voor de Noord- en Middelandfche Zee . . ƒ 935,520 Met het Esquader voor de West-Indien . 691,980 en 2 Tafelgelden . 36,000 ƒ 1,663,500 of  ( 33 1 of , rf ? ' . , Het eerfte Esquader voor de Noord-en Middelandfche Zee, met de Fregatten voor den Zomer ƒ i ,218,310 Met het Esquader voor de West-Indien . 691,980 en 1 Tafelgelden . 36,000 ƒ 1,956,303 Het tweede Esquader voor de Noord-en Middelandfche Zee . . ƒ 859,980 Met het Esquader voor de West-Indien . 691,980 en 2 Tafelgelden * 36,000 ƒ i,587,96° of Het tweede Esquader voor de Noord-en Middelandfche Zee, met de Fregatten voor den Zomer ƒ 1,15 3,7 So Met het Esquader voor de West-Indien - 691,980 en a Tafelgelden : 36,000 ƒ 1,880,760 l Deel 1U. JftA.. C Waar  ( 34 ) VTairby men mogelyk zal moeten voegen eene post voor onvoorziene toevallen, terwyl 'er zekerlyk omftandigheden kunnen en zullen plaatshebben, waardoor eenige Schepen langer, dan hunne bepaalde tyd uitblyven. Deeze post Zoude zodanig ingerigt kunnen worden, dat men daar uit ook konde vindende onkosten, om in ieder Zeegat van de Republicq 2 of 3 Advys-Jagten alfyd in gereedheid te houden, om des noods tydingen of Depêches over te brengen. Omtrent deeze bereekening van kosten moet ook nog aangemerkt worden: 1) Dat men geen maand Gratificatie heeft bereekend. a) Om dat de Gratificatie,welke Zeer nodig is, en beloopen zoude eene fomme van ƒ77,960:— ƒ102,360:- ƒ 71,665:-/ 96,065:- off57,665:kan gevonden worden door het eerfte begin van de betaaling, één Maand vroeger te laaten ingaan, of wel door de Esquaders één maand koiter dan hunne bepaalde tyd te laaten dienen: ■ Welk laatfte middel egter niet dan door noodzaakelykheid verkoozen moet worden, om den tjd waarin, en Officieren en Onder-Officieren en Gemeenen, ondervinding kunnen verkrygen , zo min mogehk te bekorten, b) Om dat -die Gratificatie alléén by de eerfte Equi-  ( 35 ) Equipagie het noodzaakelykfte is; want de fuccesfive Equipagien eens in dienst Zynde, en de aanwerving van het fuppletoire Volk kunnende gebragt worden op 4 Jaaren, en Zylieden in algej meene bewoordingen ten dienfte van het land, : zouden de kosten van aanwerving minder groot zyn, terwyl Jaarlyks maar £ afgedankt en ingei vuld zoude dienen te worden. 2) Dat de Calculatie gemaakt is op ƒ 40:— 1 's maands, om dat het nog zeer onzeker is, of ; de maandgelden zullen kunnen worden verminI: derd, terwyl het onderfcheid tusfchen de gagien van een Oorlogs- en van een koopvaardygast niet grooter kan zyn, dan ƒ3:— of ƒ4:— in de maand, en jegenswoordig (Juny 1783) de minfte gagien van een Koopvaardy-Matroos op de Middelandfche Zee zyn van ƒ21:— Doch indien de gagies 1 wederom op den oude voet gebragt wierden, zoude de vaste Post met ƒ 4:—■ per Man vermini derd kunnen worden. 3) Dat door deeze fchikking vervallen de kos) ten by Refolutie van Hunne Hoog Mog. van den 1 24 April 1765. op het verhoogde Last en Veilgeld ; geadfigneert, voor een Equipagie van hondert en | vyftig koppen, voor den tyd van agt Maanden tot het Jaarlyksch overbrengen der Prsefenten naar Algiers, dewyl zulks nu door het Esquader,naar de Middelandfche Zee gedestineerd, kan gefchiedcn C 2   PLAN VOOR EEN GENERAALE INSTRUCTIE, Voor de Heeren Capiteinen, Commandeerende 'i Lands Scheepen van Oorloge. Neemende hiertoe het volgende voorbeeld:   Plan voor efn Generale Instructie. 3 Den Ondergetekende Schout-by-Nagt van _ Holland en Westvriesland 3 Commandeercnde 's Lands Escaders heeft goedgevonden te Ordonneeren de Capiteinen Commandeerendz 's Lands Schepen ftiptelyk te agtervJgen, deze. navolgende Orders. Art. 1. T^erftelyk zullen alle Capiteinen hunne Schepen JjLLrf van Vivres en Scheepsbehoeftens hebben té voorzien, ingevolge de Or-rc by de Collegien ter Admiraliteit hun daarvan gegeven, ten einde gedurende die tyd tot zodanige ïogten, en Expeditien te kunnen worden Gcëmploijeerd, als in tyd< en wylen. geordonneert zal worden^ Art. fu ./ 'lo. tjvu': i ...... os© ioi Ten einde zo yeel mogelyk den. dienst op al- 1: de Schepen met eenig Egaliteic gefchied , en alzo er tot nog toe niets Generaals voorde Zeedienst bepaald is , tn de Militairifche noodzakelykheid iu den dienst vereischt, dat alles op eene Generale en Egale voet behandelt word, zo zul len alle Commandeerende Officieren tot onderwerp neemen, het Boek, genaamd de AlgemeeA 2 ne  4 Plan voor. een ne Scheepsdienst, en zig betreffende de Exercitiën , Manoeuvres met de Zeylen &c. daarna Reguleeren, en door hunne Subalterne te doen opvolgen. Art. 3. De Schapen en Fregatten zullen onder zig beurtelings een week de Wagt houden, volgens den rang der Capiteinen — dit Wagthebben zal beftaan in het Toonen der Vlag, voor alle binnen komende en uytzylende Schepen , als ook na de binnen komende Schepen , zo Weer en Wind zulks toe laat, en waarvan men prcefumeerd eenig nieuws te kunnen verneemen, een Chaloup met een Officier te zenden, ten einde dezelve te praaijen , zig egter te onthouden van by dezelve aan Boord te gaan, ten einde in geen rnoeijelykheden wegens de Practica te vervallen. Die van de Schepen de Wagt heeft, zal tot een teken een. blauwe Waker of Vleugel van zyn Kruystop laten waayen van het voorgevallene moet 's avonds aan den Commandeerende Officier Raport worden gedaan, by verandering van een Rheede valt dit weder op zyn Tour in , zo het by het verlaten van de Rheede geweest is. Art. 4.  Generale Instructie. 5 Art. 4. Byaldien onverhoopt op eenig Schip of Fregat zig eenig aanfteekende ziekte mogt opdoen, van wat aard hoe genaamd die ook zyn mag , zal de Capitein, of Commandeerende Officier, daar van ten eerften Rapport aan den Commandant der Rheede doen, zonder daarvan in gebreken te biyven , en zullen op zodanig Schip geen Pasfagiers, ('t geen anderzints des Zondags mag gefchieden) aan Boord mogen worden gezonden, of geadmitteerd. Art. 5. Des Zondags zullen alle de Commandanten der Schepen of Fregatten &c. hunne weekelykfche Raporten aan Boord van den Commandeerende Officier zenden — deeze Raporten zullen beftaan. 1. In het Generale Rapport van den toeftand der Equipagie. a. In een fchriftelyke opgave van den tyd , waarvoor het Schip van Victualie, water, en behoeftens is voorzien, met by voeging der defecten of reparatien welke het Schip zyn overkomen of gefchieden moet, en wanneer een der Schepen, of Fregatten eenige behoeftens , of ie.s anders A 3 hoe  6" Planvooreen hoe genaamd mogte benodigd zyn, daarvan fchrifcelyk Raport aan den Commandeerende Officier der Rheede te geven', zonder daarover aan de Admiraliteiten te fchryven, dan met voorkennis van den Commandeerende Officier, ook zullen aan Zyne Doorl Hoogh. geen Raporten of andere dingen den dienst rakende vermogen gedaan te worden , dan met voorkennis van den Commandant van 't Esquader, of van de Rheede, Art. 6. Ook zullen alle Capiteinén of Commandeerende Officieren gehouden zyn van alle delicten, welke binnen Scheepsboord voorvallen, zodanig dat de misdadigers in afreSÉ, of in de boeijens geüoten zyn, aan den Commandeerende Officier der Rheede daarvan Raport doen. Ait. 7. Op alle de Schepen zal de Officier die de Wagt heeft in monteering zyn, en het zydgeweer op zyde hebben. Een Adelborst zal altoos mede de Wagt houden, ook zal er geen Chaloup van Boord gaan, zonder dat daar een Adelborst mede gaat. Arr. 8.  Generale Instructie; 7 Art. 8. Zo wanneer den Commandeerende Officier van de Rheede Zein doet voor een Chaloup met een Officier , zal daar altoos mede komen een Schryver of iemand die in ftaat is de Ordens die hem gegeven worden te kunnen affchryven. Art. 9. Om voortekomen de ongelukken die dikwerf gebeuren door het Paradeeren op de Raas, zo zal zulks voortaan geen plaats meer hebben, maar daarentegen in het onder, en Stengewand geparadeerd worden. Art. 10. Wanneer een Scheeps of Hoogen Krygsraad vergaderd is, en eenig vonnis ter uitvoer word gebracht, zullen de Heeren Commisfarisfen, daarvan in hunne Chaloup de Staaten Geus van vooren laaten waaijen, waarop voor hun de gewoo hè honneurs , met het paradeeren in 't Want, het in 't geweer komen van de Wagt, en het üaan van de Marsch zal gefchieden. Art. 11. Ten einde dezelve Orders op alle 's Lands A 4 Sche-  8 Plan vooreen Schepen, zo vee] mogelyk is, in agt genomen zullen worden , zal men 4 Minuten voor Zons ondergang, het appel beginnen te flaan, geen Bramraas afgenomen worden, en 8 Minuten voor Zons ondergang als den Commandant Bramraas wil afneemen, en inmiddels het Volk tot het afneemen der Bramraas, alsmede tot het inhaalen der ftukken, tot het inneemen der Vlag, Geus, en Wimpel, en los gooijen der Noktakels klaar houden, hetwelk alles te gelyker tyd met Zonnen ondergang moet gefchieden, als wanneer ook den aftrap moet geflagen worden. Art. 12. Geen Chaloupen zullen na Zons ondergang aan de Wal te mogen leggen, except die voor Capiteinen om hun aftehaalen. Alle de Chaloupen zullen met opgezette Wagt aan Boord van hunne Schepen moeten zyn, ook zullen geene Chaloupen, of Barcasfen by harde Winden van Boord mogen gezonden worden, zonder zeer dringende redenen, ook zullen die geenen, welk aan Land gaan , geen Tabak Snuyf of Mesfen met Punten by zig vermogen te hebben, of eenige andere dingen dat Contrabande is. Art. 13.  Generale Instructie." 9 Art. 13. Niemand zal van Boord mogen vernagten zon. der toeftemming van den Commandeerende Officier der Rheede. Art. 14. Wanneer den Commandant der Rheede, Zein doet om te vuuren met het Canon, en handgeweer voor de geheele Vloot, of wel voor een Particulier Schip, of wel by het doen eener Infpe&ie, dan zullen de Canonfchoten niet zwaarder mogen zyn als: voor een 24 ffi . . 4 f$ Kruyt. voor een 18 • . 3 fB en voor een 12 . . Na het gedaane Zein zal ieder Commandeerende Officier vermogen te doen 2 Schoten met ieder ftuk , laatende de Commandant der Rheede de verdere directie daaromtrent aan hunne Officieren over, ook zullen de Schoten wanneer er in Zee gevuurd word, niet grooter dan op de Rheede mogen zyn. Art. 15. Aan alle Capiteinen die Schepen of Fregatten Commandeeren word op het ernstigfte aanbevolen A 5 op  io Plan voor een op hunne Schepen de zindelykheid te betragten, en alle oplettendheid voor die van hunne Equipagie te hebben, wyl zulks tot de gezondheid van het Volk zo veel toebrengt, en tot zuivering van de Lucht tusfen deks, zal bnyten het fchoonmaaken , alle agt dagen met putfen met teer,waarin gloeiende Cogels gedaan, welke dus een fterke damp geven gerookt worden , dezelfde puffen met teer kunnen meer dan eenmaal gebruykt worden. Art. 16. Het Escader in een Haven van vreemde Mogendheid arriveerende , zullen geene Chaloupen aan Land worden gezonden, nog brieven gedepecheerd zonder verlof van den Ondergetekenden , en yder der Commandeerende Officieren moeten zodanige Orders ftellen, dat door hunne Chaloups Volk aan Land geene baldadigheid, of disorders worden gepleegd, maar zig ftiptelyk te gedragen naar de Ufantien , in de Havens van hun verblyf plaats hebbende. Art. 17. Ook gelast den Ondergetekenden aan alle de Capiteinen onder zyn Escader behoorende , dat een ieder op zyn Schip alle Maanden eens den Arti-  Generale' Instructie. ii Aftïculbrief rakende den Oorlog te Water, en by 'Hunne Hoog Mog. geëmaneerd in dato 18 April 170a. aan de Equipagie zal voorgelezen worden, en dat by het lezen van dien, alle mogelyke Ceremoniën in agt zullen genomen worden, als de Soldaaren in Munteering op het Halfdek gerangeerd de Officieren insgelyks in hunne Monteering met het zydgeweer op zyde &c. Ten einde het Volk voor de Hooge Souverain agting te Infpireeren van wiende Wetten gegeven zyn, als ook voor die geenen, aan wien het de Souverain behaagd heeft de magt te geven hunne beveelen uittevoeren. De Heeren Capiteinen zullen byzonderlyk in agt neemen het doen Leezen van den Articulbrief, wanneer zy buyten 's Lands eenige vreemde Liehebben aangenomen, en aan die Lieden, zo zy de Taal niet magtig zyn, de voornaamfte Articulen doen overzetten, op dat alle die in "s Lands dienst treden geen Ignorantie kunnen predenteeren van die Wetten, waaraan zy zig verbonden hebben, Art. 18. Alle Zeinen van het eerfte Boek, zullen voortaan zonder ftandaart van het eerfte Boek gedaan worden, zo lange men de Zeinen van het eerfte Boek volgt, uit het tweede of der Boek Zein ge-  it Plan voor een gedaan wordende, zal men meede zonder de Tabelle van dat Boek er by te hysfen Zein doen, zo lang men by de Zeinen uit dat Boek blyft, dog van Boeken veranderde, zal men altyd by het eerfte Zein de Tabelle hysfen. Att. 19, Den Ondergetekende goedvindende, dat er met de Zylen zal geëxerceerd worden, het zy Reeven , vast, en losmaken &c,, zal hy van de Bezaansroede laaten waaijen, een blaauwe Geus. Art. 20. Goedvindende, dat de Zylen zullen gedroogd worden, de Rode Geus van de Bezaansroede, Art. 21. Aan een dezer bovenftaande Zeinen voldaan zynde, en den Ondergetekende goedvind , dat men zal uitfcheiden met exerceeren, zal dezelve Geus weder geheesfen worden, die by het doen van 't Zein gewaaid heeft. Art. 22. Na het doen der gencemde Zeinen, Iaat den Onder-  Generale Instructie. 13 Ondergetekende de Particuliere exercitiën over aan de Commandanten der Oorlogfchepen, na gelang waarin zig ieder Schip bevind. Het But van exerceeren is niet, wie het eerfte klaar zal zyn, maar wel om alles in order te doen leeren aan die genen, welke het niet mogten weeten. Art. 23. Wanneer den Ondergetekenden goedvind, dat de Stengen en Raas aullen geftreeken worden, zal hy aan de Bezaansroede laten hysfen de Witte Geus, die zelfde Geus aan de Bezaansroede zal ook dienen , om Stengen en Raas weder op te zetten. Art. 24. Den Onderget.goedvindende,dat de Parade zal optrekken, zal hy laten hysfen aan de Bezaansroede de Prince Wimpel. Art. 25. Wanneer den Onderget. goedvind, dat een der Capiteinen aan zyn Boord zuilen komen, zo zal laaten waaijen. /oor  14 Plan y o o r een voorde Cap*. de Wimpel N°. r ! 1 . ■ , - É Itiff t«iW * i ft i' -' r. ■ ' 4 ' ' . ' ! ■§? ... , r ' ' f *, *J| ' 7 Voor een Chaloup met een Officier de Vlag in Sjouw er by, en voor een Cbtfoup zonder Officier de Viag in Sjoiuv ter halver ftok. &ï 3ÏSS n ' :. 8 g Art, , - v . : | s3 qo v.1. w/ Wii^'-I fls n%og$| mo r« Öj *oo Alle Maanden zullen de Heeren Chefs der Schepen een Generaal Raport aan den Ondergetekenden doen, wegens het gedrag, en Applicatie van hunne Onder-Officieren , Stuurlieden, en Adelborften , ook verzoekt den Ondergete, kenden aan de Heeren Chefs, om .zo veel mogelyk Stuurlieden , en Adelborften op het leeren van de Lengte te berekenen, te doen, appliceeren, en Obfervatien te neemen. Art. 27.: , , .; De Heeren Chefs der Schepen zullen door de Heeren Lieutenants, zig 's middags in Zee , de : ■ ' be-  Generale Instructie. n béftekken doen opgeven, zo als door de Stuurlieden gefchied , waartoe de Heeren Lieutenants, haare eige beftekken zullen houden, en haare Breedtens 's middags nëemèn, ook verzoekt den Ondergetekende aa" de Hoeren Lieutenants, om zig zeer toejtiaeggeji in het doen van Obfervatien , en bereekemnge d.r Lengte op Z:e, en aan de Cliefs, om de naamen van die Lieutenants in het Maandeiykfche Puport op te geven. i . Art.. 28. ■ Ook word de Heeren Chefs zeer inftantelyk verzogt, van alle mogelyke Attentie te hebben , dar by het doen van Exercitie,of Mauceuvreeretiv, ah .oogelyke ftilte geobfervetïd word. t—'— Het Voik moet hier door gelladige gewoonte toegebracht worden, wil men in een dag van gevegt, de hieruit vloeiende groote voordeden van genieten. V " " ' Art. 29. Den Ondergetekenden kan aan de Heeren Chefs uir ondervinding recommaadeeren, de noodzakelykheid die er is, om een Corps de referve van eenige der beste uitgezogte Manfchappen in tyd van Actie te hebben, en wyl voor alle Exercitiën en VJaoceuvres in den dienst het But moet z$n den  i6 Plan voor een Generale Instuctie. den dag van Acüe, zo moet hier alles na ingerigt worden. Art. 30. Wanneer den Ondergetekenden goedvind, dat de Commandeurs met het Gefchut zullen vuuren, zal van de Bezaansroe geheesfen worden de Engelfche Geus. Wanneer den Ondergetekende goedvind, dat geparadeerd zal worden, zal van de Bezaansroe geheesfen worden, de Rode Wimpel. Den Ondergetekende goedvindende, als alle Zylen los zyn, en alle de Reeven bevorens dezelve vastgemaakt in de Marszyls zullen genomen worden, zal by het Zein van Zylen vastmaaken, de blaauwe Wimpel hysfen. 'Amfterdam t 24 May 1789. (was get.) ' J- H. van KljNSBERGEN.  PLAN of ONTWERP VOOR E E N E N Vasten Voet van eene JAARLYKSCHE EQUIPEERING. jmo "TXaar de ondervinding leert, dat de form vaii ■■—* onze Regeering , gevoegd by de locale difficulteiten, hinderlyk zyn, ingevalle de Republicq fchielyk tot hare defenfie, eenige Scheepen noodig heeft, zoo is de Ondergeteekende (onder verbeeteringe) van gedachten, dat de Republicq om gemelde reedenen, alle Jaaren een vast bepaald getal Scheepen in dienst behoort te brengen, wyl dezelve anders door gebrek aan die defenfie gevaar kan loopen van op eens door een fchielyk overval zo veel te verliezen , dat zulks in geene Proportie gefield worden kan, met de Jaarlykfche zomme , welke die Scheepen zouden kosten; Ik fpreek niet van het verlies van de PoliA ticque  C * ) ticque confederatie in Europa als Zeemogenheid, nog van de eer van den Staat, maar alleen van 't finantieele verlies. 2d.° Om dat getal van Scheepen voor de Oeconomie tot zyn minimum te brengen, zo dienden 'er alle jaaren Zes Fregatten, één Tweedeks-Schip en twee kleine Vaartuigen, in dienst gefield te worden , en wel op de volgende wyze: Verondcrflellende, dat dit Plan in het werk gefield zal worden, zo begint men in het Najaar te werven (zynde dat de beste tyd om goed Zeevolk te bekoomen) en ieder Fregat moet hebben zyn half complement van de Rolle, waarop het in tyd van Oorlog moet gecompleteerd zyn; Het Schip van den Commandant diende zyne volle Equipagie te hebben in vreedenstyde, zoo als ook de beide kleine Vaartuigen; Van dit Esquader zoude geduurende den tyd van drie a vier maanden, altoos één derde in Zee zyn, bencffens den Commandant en de kleine Vaartuigen, om Officieren en Volk te kunnen ocffenen; en wyl de Fregatten te zwak bemand zyn, zp zoude de Commandant naar  ( '3 > naar goedvinden, eenige Officieren, Onderofficieren en Matroozen van de op de Rheede blyvende Fregatten op de naar Zee gaande kunnen plaatzen, op dat die genoeg bemand zouden zyn om de noodige manoeuvres te doen: dienende alzo gefchikt te worden, dat ieder Fregat een gedeelte van den Zomer in Zee waare. De tyd dat alle de Fregatten weer in de Havens behoorden te zyn, diende in het midden van September te weezen; wanneer ze de orders moeflen ontvangen om te completeeren en te Victualieeren, om naar de Colonien, de Middelandfche Zee of elders, naar goedvinden van den Souverain, gebruikt te worden tot dekking van de Commercie. Deeze Fregatten compleet zynde, moest men ten eerflen Zes andere met twee kleine Vaartuigen en één Tweedeks-Schip voor eenen Commandant in dienst brengen , en zoo in het vervolg alle Jaaren, en zal ieder zoo een klein Esquader naa eenen dienst van twee Jaaren worden afgedankt. Dit doende, had de Republicq altoos ten minften eenige Vaartuigen tot dekking haarer Kusten A a en  C 4 ) cn Zeegaaten gereed. Ook bekwam men daar door een Voet van Volk voor 6 a 7 Scheepen van Linie, daar men thans niet zeggen kan dezelve te hebben. De Compagnien Artilleristen eens geformeerd en hun de noodige kundigheeden gegeevenzynde, kan men zich van hun bedienen als Commandeurs der Stukken op de Fregatten. Ook zoude men meer Adelborften, als naar gewoonte uit de Compagnien kunnen plaatzen, om de Theorie en de Pra&yk zoo veel te meer in deeze jonge Lieden, ten nutte van den Staat te vereenigen. | 3tio Onze Scheepen van linie, Fregatten en andere kleine Vaartuigen , dienden alle, in 4 divifien verdeeld te worden: dat is: by eene divifie van Scheepen van Linie, £ van de Scheepen van 50 a 40 Stukken 3 £ van de Fregatten van 36 a 24 Stukken, £ van de kleine Vaartuigen , en zoo voorts by de andere resteerende 3 divifien. 4x°  ( 5 ) 4'? De geheele Vloot dus verdeeld zynde, diende 'er altoos £ van de Scheepen in volkoomen gereedheid te zyn, om Volk aan boord neemende,' Zee te kunnen kiezen. Zoo draa aan één vierde order gegeeven is om te werven , moeten 'de Scheepen van het daaraan volgende vierde deel, ten eerften in eene volkoomene ftaat van gereedheid gebracht worden, om dan naderhand ook bemand en in dienst gefield • te kunnen zyn. 6? ■ In het laatfte vierde deel dienden alle de oude Scheepen gefield te worden, om dezelve tot dekking onzer Havens, Zeeuwfche Stroomen en andere benoodigde plaatzen te kunnen gebruiken," en hiertoe niet meer in ftaat zynde, floopen of verkoopen, en andere te doen aanbouwen; om dus de Marine altoos op eenen Voet te hebben, A 3 ovcr:  C 6 ) overeenkomflig eenen Staat, wiens welvaart op Commercie is gegrond. *rtnO y Het zoude zeer noodig en nuttig zyn, eenige Vaartuigen te hebben, die men als vlottende Batteryen op onze Stroomen gebruiken kon: jaa zelfs zoudenze zoo gemaakt kunnen worden, -dat men er in tyde van Inundatien gebruik van maaken kon. - Op eenige dier vlottende Batteryen zoude men Ovens kunnen conftrueeren, om gloeijende Kogels te gebruiken , het nut dat men hier van by de defenfie van Gibraltar genooten heeft, zal denkIyk de in Oorlog zynde Moogendheeden aanzetten , om er by Attacques teegens Scheepen gebruik van te maaken. J. H. VAN KlNSBERGEN.  Per MEMORIE. De weinige uitwerkingen welke de volige Plans, die ik d'eer gehad hebbe te prefenteeren , zo tot het oprichten van een vast Corps Matroozen Cadetten School, als anderen gehad hebben, zouden my affchrikken, al weder met een nieuwe aan te koomen, indien ik niet vertrouwde, dat men deeze flap van een oud Matroos, door de liefde tot zyn Vaderland en voor het welzyn van den Dienst, daar toe gedreeven, zoude verontfchuldigen. Deeze gevoelens van liefde, welke zeker myne kundigheden verre overtreffen, geeven my dan de vrymoedigheid, om my tot Uwe Doorluchtige Hoogheid, te wenden, om deszelfs hooge protectie by den Souverain, aftefmeeken, voor een Corps, welke A by  by alle gelegenheden, die daar toe geduurende' den laatften Oorlog met Groot-Brittannien geweest zyn, blyken gegeeven heeft van haare dapperheid, kunde en liefde tot haar Vaderland; en welk Corps, indien daar niet in tyds voor gezorgd word, wel haast of ten minften zoo dra een geruste Vreede en redenen van wel gepaste zuinigheid geduurende dien tyd, de Equipagien doen verminderen, verder geheel moet vervallen, door de onmogelykheid, waar in de Officieren Onder - Officieren, en kundig geworden Ma* troozen zulien zyn , om als dan van den Dienst te beftaan. Den ftaat waar in wy ons in den aanvang van den bovengemelden Oorlog bevonden , bewyst al te zeer de noodzaakelykheid van een wel geëxerceerd en geciplineerd Corps, dan dat het noodig zoude zyn my daar over uit te laaten; waarom ik, kortheidshalven alleen zal aanmerken, dat, daar het onwederfpreekelyk is, om een einde te bereiken, de middelen daar toe in het werk moeten gefield worden. L  Voorzeker geen goed Corps Officieren kan geformeerd worden , zonder dezelve ten minften haar phyficq beftaan te geeven; en dat de kundigheden en weetenfehappen, dewelke een goed Zee-Officier dient te bezitten, zeker vry meer zyn, dan die in een Land-Officier van gelyken of zelve hooger rang vereischt worden , de middelen tot aanmoediging van zodanig een Corps ten minften gelyk, zoo niet meerder en fterker inoeten zyn, dan die voor de Lané-Troupes in dezelve Dienst. Ui Hoe nuttig en onontbeerlyk goede Onderofficieren by alle Troupes zyn, is over bekend; en dewyl de vereischte kundigheeden in een Scheeps Onder-Officier, wederom even zeer die van een Onder-Officier te Lande overtreffen, zoo is het hier. voor gemaakte raifonnement omtrent de Officieren, weder volkoomen toepasfelyk. Tegenswoerdig nogthans is het ter Zee gantsch anders: zy hebben geen traktement, aan Land zynde; de A a mees-  meesten moeten een goed. of liever flegter heen komen zoeken; en die weinige, welken het gelukt, in vreedens tyd, van het een op het ander Schip te geraaken, hebben op haar ouden dag, niet dan armoede zonder Eer nog aanzien te verwagten. Het algemeen gebrek dat wy daar aan, geduurende den Oorlog gehad hebben, is echter te zeer bekend, dat het nodig zoude zyn hier omtrent eenige byzondere voorbeelden aan te haaien. Stuurlieden, in het byzonder, waaren 'er volftrekt niet. Ja, zoo groot was het gebrek daar aan, dat 'er Capiteins geweest zyn, die buiten de Prjemien van het Land, 100 Ducaten uit haar eigen Zak hefteed hebben, zónder daarom een goede Stuurman te hebben kunnen krygen. III. Het Canon, op de tegenwoordige wyze van Oorlogen, het voornaamfte, en, ter Zee genoegzaam het eenigfte Wapentuig zynde, waar meede in een Gevegt alles beflist word, zoo dienden zekerlyk overeenkomftig met het gewigt der zaaken, middelen in het werk gefield  fteld te worden, om zig van bekwame Lieden te voorzien, die in ftaat zyn het Gefchut met vrucht te gebruiken: heeft men te Lande, al wederom daar toe een byzonder Corps, welke na evenredigheid der meerdere kundigheeden, die in een Conftapel, boven een andere Soldaat vereischt worden, bevoorrecht worden; hoe veel te meer, was dit voor een Corps Zee-Artilleristen niet nodig, dewelke een goed Conftapel en ervaaren Ma- troofen moeten zyn, Wanneer men dit in ons geheele Zee-Weezen, nu eens met een Militair oog befchouwd, zoo moet men zich waarlyk ten uiterften verwonderen, dat de zaaken noch gaan, zoo als zy gaan en gegaan zyn. Men overweege al verder onze Werving, en hoe onze Equipagien zaaraen gefteld zyn, immers voor het grootfte gedeelte uit Volk dat nooit geen Zee nog Gefchut gezien heeft, welke een tyd zoude 'er niet vereischt worden, om die tot bekwaame Artilleristen en Matroozen te maaken, kan hier toe den tyd ,in den Oorlog vergund worden? zeker niet; een Schip is nog niet voltallig of het moet na Zee, zonder bekwaame Matroozen en ArtilA 3 le-  ïeristen, de gevolgen, indien zodaanig Schip in Gevegt komt, zyn ligt na te gaan, en zy zullen maar al te zeer de wyze ftelling van alle groote Generaals, van deeze en de voorgaande Eeuwen bevestigen, dat een nieuw opgeregt Corps nooit ten eerfitn in het vuur gebragt moet worden. Had dTIeer Vice-Admiraal Hartsinck. het volk minder dagelyks doen Exerceeren, zoo wel in het Matroozen werk als met het Gefchut, zou dan de Heer Vice-Admiraal Zoutman met alle zyne verdienden wel in ftaat geweest zyn die glorieryken zeegen op de Doggersdank te behaalen, en den roem, van het Vaderland en van haare Marine zoo zeer te verheffen? ik ben zeeker, dat deeze groote Man zelve zal moeten bekennen van neen; maar behalven dat zeer zelden de tyd toelaat om het Volk zoo veel te Exerceeren, zoo worden hier toe ervaaren Officieren, Onder Officieren, en ten minften eenige kundige Canonniers vereischt, waarom ik befluite dat tot onderhouding van een goede Marine, en van het welzyn van ons Vaderland onaffcheidelyk daar aan gehegt, van de uiterfte noqdzakelykheid is, permanent in dienst  dienst te houden, en van behoorlyke Tractementen te voorzien. ï. Een vast Corps Zee Officieren. 2. Een dergelyk Corps Onder-Officieren, beftaande uit Schippers , Bootslui, Schielui, Opper- en Onder Stuurlieden; en ten 3. Dat by aldien men al niet, om reedenen my onbekend, een vast Corps ZeeVolk in dienst kan houden, men als dan ten minften een vast Corps Artil. kristen, diende op te regten , om het het groote gebrek, dat wy nu daar aan hebben, voor te koomen. Hetzelve moet zodanig ingericht worden, dat het voor alle Admiraliteiten diende, en uit een Regiment van 12 Compagnien, ieder Compagnie van 150 Man, de Officieren en Onder-Officieren daar onder begreepen, beftaat. By ieder Compagnie zouden een Subaltern Officier van de Artillery geplaatst moeten worden, en de overige Officieren uit die der Marine genoomen worden. A 4 Ein-  Efndelyk moet ik hier nog byvoegen, dat de ondervinding my dagelyks meer en meer de noodzaakelykheid van een intermediaire Rang tusfchen die van Capitein,en Luitenant, het zy men die Commandeurs, of Capitein- Luitenants noemt, bevestigt. Het is ten uiterfte nuttig en noodzaakelyk, voor het onderhouden van de Subordinatie, dat de eerfte Officier van een Schip, die met al het detail daar.van belast is, van een hoogere Rang dan zyne meede Officiers is. De flap is buiten dien te groot om in eens van Luitenant, Capitein te worden, en de menfchen verveelen zich door zoo lange in dezelve graad te biyven, waardoor haar activiteit en ambitie, tot groot nadeel van den dienst uitgedoofd worden. (was geteekend) J. H. VAN KlNSBERGEN. i. .> ONT-  QNTWERP veor het formeeren van een Fonds, door de Heeren Zee-Officieren3 voor het bezorgen van onder ft and, aan die geenen der zeiven, welke te eeniger tyd. zulks benodigd zullen kunnen hebben. D e Vice-Admiraal van Kinsbergen, zo als verfcheide andere zyner meede Officieren, zedert langen tyd gewenscht hebbende, dat voor het Corps Zee-Officieren, zig eene gunftige geleegenheid opdeed, voor het formeeren van een Fonds, om even zo als by verfcheide andere Militaire Corps plaats heeft, te dienen tot onderftand van die geenen van derzelver Leeden, welke te eeniger tyd zulks benoodigd zullen kunnen hebben: heeft geoordeeld, dit gelukkig tydftip, waar in den Staat, aan de Zee-Officieren, een vast Traclement heeft toegelegd , hier toe allergunftigd te zyn. Ingevolge van dien , en op dat een ieder der Heeren Officieren, op eene gemaklyke wyze, daar aan zal kunnen voldoen, zullen dezelven van hunne Traclementen en Gagie'n daar toe jaarlyks, twee van het Honderd contribuëeren; en den geenen welke Scheepen Commandeeren, zullen, te rekenen van den dag dat hunne Victualiëering begind, tot die der afdanking, voor 4en tyd van een geheel Jaar, en verder na rato A 5 van  van den tyd, daar toe Contribuëeren: als voor een Schip in dienst gefield om te dienen met 450 Man, voor een geheel Jaar .ƒ450:-:- 4°° .... 400:-:- 35o : 350:-:- 300 ... 300:-:- 1 27° .... 270:-:25° .... 250:-:23° .... 230 :■-:'200 .... 150:-:150 . ... 75:-:. I°° r i 40:-:- Volgens dit Ontwerp en in de veronderftelling dat jaarlyks min of meer Twaalf Scheepen van differente Charter, en op dezelven een zeker getal Officieren, zig in dienst bevinden, zal men door de navolgende bereekening, tennaastenby kunnen zien, welke inkomften dit Fonds jaarlyks zal kunnen hebben; als, s Lieutenant-Admiraals a ƒ3600 's jaars ƒ7200: - 2 Vice-Admiraals . . e 2400 . . 0 ^00:. 4 Schout by Nachts . »1200 . . * 4800: De Adjudanten als een .'2500 . . '2500:2 Adjudanten . . * 1500 . . ,3000:- De  De Tra&ementen van het Corps Scheeps-Artilleristen. 1 Lieutenant-Admiraal Infpeéieur ƒ1800: - 2 Vlag-Officieren by ieder Divifie een . . . ƒ1200:- . -f2400:1 Capitein per Comp. 'sjaars * 1200:1 Commandant of Capt.-Lieut. . . . * 720:1 Eerfte Lieutenant . . * 540:- 3 Tweede Lieutenants . . '1260:1 Lieutenant van de Artillerie . . . * 480:Te zamen . . ƒ4200: Dus voor de zes Comp. , '25200:- -De toegelegde Tra&ementen aan 53 Zo Vlag-Officieren als Capiteinen a ƒ 720:- ƒ28160:56 Zo Commandant als Capiteinen a ƒ450:- «25200:56 Zo Lieutenants van de eerfte als Capitein-Lieutenants a ƒ360: - «20160:113 Zo Lieut. van de tweede als die van de eerfte Clasfe a ƒ 300: - »33900:- ' ƒ117420-- In 't Geheel . ƒ169120:Van  Van welke Somma van/i 69120 gerekend , tegens 2 per Cento, bedraagt jaarlyks een Inkomen van . ƒ3381: 8: 1 Schip van 450 Man ƒ450: - 1 . .550 • '35°-'1 . . 300 , «300:- 1 . . 270 . '270:- 2 . . 230 a ƒ230:- «460:- 4 . . 150a * 75:- *3oo:- 3 . . 100 a '40:- #80:- ƒ2210:-:. Van de Gagiën der Officieren, welke veronderfteld worden, op de Scheepen geplaatst te zyn; als, 12 Capit. a ƒ360:- 'sjaars ƒ 4320:- 3 12 Command. of Capt- Lieut. aƒ720 . • 8640:18 Lieut. van de eerfte Clasfe a 360 . * 5880: 40 Lieut. van de tweede Clasfe a 360 . '14400:ƒ33240:- Van welke Somma van ƒ33240: Gerekend tegen 2 pCto, bedraagt ƒ 664: -: Te zamen het geheele Inkoomen 'sjaars . . . ƒ6256:8:- ■ Van  Van deeze. Som zou aan den eenen kant, wederom dienen afgetrokken te worden, de te vooren bepaalde Contribuëering der Traktementen aan Land, der Capiteinen welke Scheepen Commandeeren. Edog daar en tegen geen bepaaling nog bereekening gemaakt zynde, van de Traktementen der Vlag-Officieren, welke voor het Commando van Esquaders zig in dienst bevinden; nog van de inkomften der vrywillige giften, die aan dit Fonds gedaan zullen kunnen worden, zo is het dat men volgens de hier voorgemelde bereekening, op deeze wyze Jaarlyks, op een inkomen van zes duizent Guldens ftaat zal kunnen maaken. Dit Fonds zal gefteld worden onder de Directie van een Vlagge-Officier; twee Capiteinen, twee Commandeurs of Capitein Lieutenants, en twee eerfte Lieutenants; voor welken, alle vier Jaaren, een andere Vlag-Officier, en om de twee Jaaren, een andere Capitein; een andere Commandeur of Capitein-Lieutenant; en een andere eerfte Lieutenant verkooren zal worden; op dat 'er op deeze wyze altoos Leeden overblyven, aan welke de Huishoudelyke beftiering bekend is. Ook zullen de Penningen der inkomften , door de Solliciteur-Militair van het Corps geïncasfeerd worden. Waar voor de Heer Vice-Admiraal van Kl ns-  Kinsbergen, mits van dit Huishoudeïyk beftier geëxcufeerd te zyn, voorfteld, dit Fonds uit zyne Privé Beurs met eene Som van ƒ 5000: -: te begiftigen, AIzoo het inkomen van dit Fonds gegrond is] op eene vrywillige toelaag, van een gering gedeelte der bekoomen Traktementen en Gagiën, gelyk meede, die der voordeden uit de Kostpenningen der Manfchappen profiueerende, en liet op deeze wyze een gefchikt middel is, om een welgepaste onderftand te doen toekomen, aan die geenen der Officieren van het Corps, en door den tyd aan derzelver Weduwe en Weezen, welke door tegenfpoeden of wisfelvalligheeden van 't Fortuin gedrongen, zulks benoodigd zullen kunnen hebben: Zoo is het, te meer, alzoo een ieder wie hy ook zy, aan zodanige ongevallen bloot gefteld zynde, deeze toelaag in zodanig geval, fchoon onvoorzien en onverhoopt , wederkeerig kan worden, dat wy vastelyk vertrouwen, geene der Leeden van hetCorps, daar tegens in oppofitie zullen komen , maar dat het in teegendeel de algemeene Goedkeuring zal wegdraagen; en daar door deszelfs volkomen beflag zal verkrygen. Dat te wenschen is! PRO  PRO M E M O R I AJ Het is met den diepfien eerbied, dat de Ondergeteekende de vryheid neemt, Uwe Doorluchtige Hoogheid voor te ftellen: I. Dat aangezien de Politique omftandigheden van Europa zodaanig zynde, dat 'er fchielyk een Oorlog voor deezen Staat kan uit voortfpruiten, zo vermeent de Ondergeteekênde, onder verbeetering, dat het hoogstnoodig zoude zyn, dat by de Admiraliteiten ten eerften eenige Scheepen in daadlyke gereedheid wierden gebracht, als by voorbeeld 12 Scheepen van Linie, 6 Scheepen van 50 h 40 Stukken, en agttien Fregatten, en om met meerder order, gemaklykheid en ceconomie alle noodige vertimmeringen en andere reparatien te kunnen doen,' men ten eerften onder handen nam eene Divifie van dezelve, als 6 Scheepen van Linie, 4 Scheepen van 50 b 40 Stukken, en 10 Fregatten, De Ondergeteekênde verftaat door Scheepen van Linie, zo als by alle Natiën verftaan wordt, die van 60 Stukken en daar boven, en door volkomene of daadlyke gereedheid van een  een Schip, dat 'er niets meer aan ontbreekt, als Officieren en Volk. Ih De eerfte Divifie van deeze Scheepen van Linie zoude door de thans in dienst zynde Fregatten, naar maate dat dezelve binnen vallen, kunnen bemand, of anders gezegd, een voet van haare bemanning gelegd worden, om ten eerften eenig geëxerceerd Volk op die LinieScheepen te hebben, en de rest door aanwerving te completeeren, waar door de eerfte Divifie ten eerften eene kracht gegeeven wierd, om, in geval van noodzaaklykheid, ten eerften te kunnen gebruikt worden. III. De wervingen dienen by alle Admiraliteiten op een egaale voet bepaald te worden, en geene uitzondering voor Werfplaatzen voor Collegien te zyn, en by alle Collegien dienen Wachtfcheepen klaar gemaakt te worden, om het aangenoomen Volk daar ten eerften te kunnen bezorgen , om geëxerceerd te worden. Ook diend men, zoo veel mogelyk, veele Officieren en Onder-Officieren op de Wachtfcheepen te hebben ,  betii om liet Volk zöo veel te fpoediger te kunnen formeeren. IV. Het Plan voor de Fortificatie-Werken öp den hoek van het Nieuwe Diep, door de Heeren Reynst, van der Hoop, Steengrpcht, den Ingenieur van Holland de Bock, en Kinsbergen voorgefteld na hunne Infpe&ie, diende in tyds , of een beter in 't werk gefield te worden* V. De Scheepen of Vaartuigen, die alleen gedestineerd zyn tot dekking of defenfie van Rivieren en andere Vaarwateren, behooren alleen met haar Öndertuig te leggen, om dus minder blootgelleld te zyn van, door het affchieten van het Boventuig, Volk te dooden, te blesfeeren, en onkosten te veroorzaaken. VI. Die Batteryen, welke aan Land tot beletting of bedisputeering van pasfagien der Scheepen gedestineerd zyn, behooren in ftaat gefield te worden om met gloeijende Kogels te kunnen fchieten, en men diende op dezelve, naar maate B van  van haare grootte en locaal, eenige Hauwitzers te hebben. De Land-Batteryen zyn alleen maar fterk, zo lang zy de Scheepen vanvooren, of wel van achteren kunnen neemen. Een Schip dwars en naby komende, is de fterkte en fupelioriteit aan den kant der Scheepen. VIL Op Plaatfen daar Landingen te vreezen zyn, diende men altoos eenige Veldftukken met de daar toe noodige Train en Paarden in gereedheid te hebben, en de Artilleristen diende hier toe te vooren geëxerceerd te worden, om zo wel by nacht, als by dag daar gebruik van te kunnen maaken. (.was geteekend) J. H. van Kinsbergen; PRO  PRO MEMORIA. Het zy den Ondergeteekênde geoorloofd Uwe Doorluchtigste Hoogheid te mogen voordraagen: I. Daar byna geheel Europa zich tot den Oorlog bereid, en onze Zeekusten, Havens en Rivieren door Forten en Batteryen tegen eenen onverwachten aanval gedekt worden, of het niet ten uiterften noodig zoude zyn, dat men by ons gebruik maakte van de zoogenaamde KustAffuiten. Inventie, dewelke, zo de Ondergeteekênde vermeend, in het Beleg van Swendtnitz gebruikt, en naderhand door andere Mogendheden aangenoomen, en ook by ons aan de Kaap de Goede Hoop in het werk gefteld is. B 2 II,  II. Deeze Affuiten hebben het groot voordeel, dat men met minder Volk een Stuk regeeren kan; zo dat een Stuk van 24 pond met 5 Man bediend worden kan. III. De Ondergeteekênde meend ook te moeten herinneren, dat alle Batteryen, die tegen Schepen moeten ageeren , ten minften 100 Roeden ,Cindien het terrein zulks niet belet) achter uit getrokken worden, om daar door de voordeden aan de Scheepen te beneemen, dewelke zy anders hebben, van uit haare Masten het Volk van de Batteryen, door het Handgeweer, weg te kunnen veegen, IV. Vermeend de Ondergeteekênde, dat op alle Zee-Batteryen Ovens, voor het heet maaken van gloeijende Kogels, dienen te zyn. V. Ook denkt de Ondergeteekênde, dat de Batteryen tegen Schepen en Barbette moeten zyn. Hy  Hy zal zich hier omtrent in geen detail inlaaten, als zynde zulks meer het werk van de Heeren Ingenieurs, als wel dat van eenen ZeeOfficier, (was geteekend) J. H. VAN KlNSBERGEN, B 3 PRO  PRO MEMORIA. Het zy den Ondergeteekênde eerbiedigst gepermitteerd, Uwe Doorluciitigste Hoogheid tc mogen voorftellen: I. Dat het denkelyk is, dat de Franfchen een meenigte Vaartuigen zullen armeeren, om daar meede onze Commercie en Visfcherye, en die van onze Nabuuren in de Noord-Zee te benadeelen; en deeze Vaartuigen, die, door haar ©ndiep gaan, de Kusten kunnen aandoen, en Dorpen, op de Stranden, zoo niet vernielen, ten minften altoos zeer allarmeeren, onze Lootfen door vrees verhinderen, om uit te gaan, en dus alle foorten van nadeelen aan onze goede Ingezeetenen te veroorzaaken; dus om dit alles zoo veel mogelyk voor te komen. II.  II. Zoo is de Ondergeteekênde van gedachten, om, tot vermyding van alle deeze nadeelen, eenige Gaffelfcheepen te armeeren, en wel van dat foort, die men Scholders noemt, en van Mid«. delharnas en Zwartewaal ter Visfchery vaaren. III. Deeze Vaartuigen zyn fterk genoeg om Achtponders te kunnen voeren, die met 50 Man te bemannen, en door een aéfcief Officier te doen commandeeren. IV. Meenende den Ondergeteekênde, dat deeze Vaartuigen zodanig dienden geftationeerd te zyn, dat 'er altoos drie by elkander waren, om, in gevalle zy door een of ander groot Oorlogsvaartuig van de Vyanden overvallen wierden, zich te kunnen fouteneeren. V. By ieder drie Divifien van deeze Vaartuigen (reekene ieder Divifie van drie te zyn) een Fregat, onder wiens order dezelve flonden; B 4 wel-  welke dan, naar tyds omftandigheden, het zy met verandering van Post, of andere voorkomende noodzaakelykheden, konde ageeren. Zynde de Ondergeteekênde van oordeel, dat zulks eene groote zekerheid voor de Commercieerende Ingezeetenen van deeze Landen zoude zyn, als men zulks zo wel benoorden als be-zuiden Texel in het werk ftelde, en om dus ook onze Visfchery by Hitland te dekken, (was geteekend) J. H» VAN KlNSBERQEN, Aan Board van 's Lands Jacht, leggende in da Mond van de Dprdtfche Kille. 16 Maart 1793. PRO  PRO MEMORIA. Het zy den Ondergeteekênde eerbiedigst gepermitteerd , Uwe Doorluchtig ste Hoogheiü te mogen voordellen: i. De Linie van Defenfie, aan deeze kant van Zuid-Holland, zich (trekkende van de Willemftad tot Geertruidenberg &c. Deeze zich natuurlyker wyze verdeelende in twee deelen, als van de Willemftad tot de Moerdyk, en van daar naar Geertruidenberg, daar de hoek van de Moerdyk het voordeeligfte of meest uitfteekende punt is maakende, en regt over de Kil is geplaatst. II. Zo vermeend de Ondergeteekênde, alzo het diepfte Water zig bevind langs de Strekkingen yan de Moerdyk tot de Willemftad, en dus een Vyand van dat gedeelte zig meester gemaakt hebbende, alle Vaart van groote Scheepen, die van Rotterdam en Dordt naar Zee moetende, ten vollen geflopt is; en byna meede voor kleinere Vaartuigen, de wil naar Zeeland en elders hebbende; dat deeze Strekkingen ten allernoodzaakelykfte diende geïnipeéteerd te worB 5 den,  den, hier toe middelen te beraamen, om door Verfterkingen dat Vaarwater zekerder te maaken; als meede om een Vyand te kunnen ophouden, en, zo niet onmogelyk, ten minften zeer bezwaarlyk in Holland te dringen. ui. De ondervinding heeft geleerd, dat Batteryen, aangelegd op de Moerdyk, met 24 ponders, de Mond van de Kill befchooten hebben; en dat de Franfchen, met haare nieuwe inventie van Mortieren van 10 duim middellyn, haare Bomben op 2000 Toifes werpen. De fituatie van de Kil veroorzaakt dat de Batteryen , daar aangelegd, verre van de Mond van de Kille moeten geplaatst worden; daar by heeft de Vyand nog het voordeel, van zyne Batterye op de hoogte van den Dyk te kunnen plaatfen. Dat alles zamen genoomen, maakt, dat een Vyand, eens van dien hoek zig meester gemaakt hebbende, de Vaart uit de Kill ten uiterfte kan benaauwen. IV. Ook was het noodzaakelyk, van op de hoek der Kill een Kat tot een Battery aan te leggen, hooger dan de Dyken van de overzyde, om, dus doende, over de Batteryen, welke daar, in ge-  gevalle van eene ongelukkige Oorlog mogten aangelegd worden, te kunnen domineeren, en teffens daar door het uitkomen van Vaartuigen uit de Roode Vaart bezwaarlyk te maaken. En dan een tweede Battery, daar de eerfte nu legt, om de Mond benevens de Vaartuigen te kunnen defendeeren. Maar alles diende men in tyd van Vreede in orde te brengen, om 'er zig in Oorlogstyd van te kunnen bedienen, en niet, zoo als nu gefchied is, daar men alles in haast heeft moeten maaken, om eenige defenfie te bekoomen, waar de dingen flecht worden gemaakt, handen vol Geld komen te kosten , en de Vyand zelfs daar toe dikwils geen tyd geeft. (was geteekend) J. H. VAN KlNSJRERGEN, 'Aan Boord van V Lands Jacht, leggende in de Mond van de Dordtfche Kille. 19 Maart 1793. PRO  PRO MEMORIA. Het zy den Ondergeteekênde eerbiedigst gepermitteerd , Uwe Doorluchtigste Hoogheid te mogen voorftellen: I. Daar de omftandigheden waar in de Republiek zich heeft bevonden ons de noodzaakelykheid heeft aangetoond, dat zy Canonneer Chaloupen benoodigd is, en deeze zekerlyk zoo wel als andere zaaken benoodigd tot defenfie in tyden van Vreede dienen in gereedheid gebragt te worden , of wel als de noodzaakelykheid niet direct daar is om 'er ten eerften gebruik van te moeten maaken, en gelyk verfchillende eindens ook verfchillende middelen vereisfchen, zo dienen dan om ieder van dien te bereiken. II. De Canonneer Chaloupen in drie differente foorten verdeelt te worden. De eerfte foort moet zodanig geconftrueerd worden, dat men met dezelve Zee kan bouwen. De tweede moet zoo zyn dat zy op groote Binnen-, en diepe Vaarwateren gebruikt kunnen  neri worden, en dus aan een meer of min hol water kunnen refifteeren, en daar in ten anker leggen. Het laatfte foort gefchikt voor Binnen-Wateren, en Ondieptens, als Inuhdatien, zyn voldoende als zy zeer ondiep of vlak gaan, en fterk genoeg om zwaar Gefchut te kunnen voeren , men diend vooral nog by de twee laatfte foorten te hebben eenige Canonneer Chaloupen met 6 ponders die tot een Avantgarde en om te recognorfeeren voor den Chef noodzaakelyk zyn. Ook moeten deeze beide laatfte foorten Vaartuigen by elke Divifie hebben, waar in het Volk kan logeeren, hunne proviiïe, hunne voorraad van Ammunitie Behoeftens, en verdere zaaken, welke hun benoodigd zyn kunnen geborgen worden. III. De ondervinding heeft ons ook in deeze tyden doen zien, het groot gebruik dat een Chef zoude hebben kunnen maaken, indien 'er Bombardeer-Hoekers by de Admiraliteiten zo als in andere Landen by der hand waren geweest. Het is daarom dat men by onze Admiraliteiten zig daar van behoorde te voorzien. Ik zoude van gedagten weezen, dat deeze de beste waren ,  ren, daar men het bovenfte Stuk of Bedding niet het Mortier kan draaijen, de rest het werk van de Heeren Conftruéteurs zynde, zal ik my daar over niet verder uitlaaten, als alleenig aan te raaden van te trachten zig goede Teekeningen te verfchaffen van zulke Landen of Plaatfen, daar dezelve in pracïyk zyn. IV. De dagelykfche ondervinding doet zien de noodzaakelykheid die 'er is, dat in deeze Republiek eenige Ingenieurs aan het Corps der Marine vast geattacheerd worden, om reedenen, dat onze Waterdefenfie zulks hier meer dan elders vereischt, daar dit egter buiten dien evenwel noodzaakelyk is, en plaats vindt. V. Deeze omftandigheid heeft ook ten allerklaarfte aangetoond het nut dat de Republiek zoude hebben kunnen trekken van een Corps Artilleristen. Was nu het Corps Zee-Artilleristen reeds geformeerd geweest, zoude men buiten twyffel 'er een groot gebruik van kunnen gemaakt hebben op onze Canonneer-Boots, ja op de Batteryen, en ook zeker getracht dit Corps te vermeerderen.  ren. Ook moet ik herinneren, dat naar maate men de Canonneer-Chaloupen bepaald men ook het getal van de Artilleristen ter Zee zal moeten fixeeren, het is zeker niet in de momenten als men den Vyand op den hals heeft, dat de Menfchen kunnen gedresfeerd, en geformeerd worden, om die met fucces van het lyf te krygen. VL Men zal, zo dra 'er eenigzints tyd is eene in« fpectie omtrent onze Water -Defenfie dienen te doen, die op de defenfie van de Canonneer Chaloupen diend gegrond te worden, en waarom dan tot deeze Infpeétie Zee - Officieren met Ingenieurs dienen gebruikt te worden. VII. Het zy den Ondergeteekend nog gepermitteerd om te herinneren, de noodzaakelykheid» die 'er is om, als een grondregul te houden, dat op alle Batteryen die tot defenfie tegens het in» koomen van Scheepen worden aangelegd, men teffens voor het gloeijend maaken van Kogels moet zorgen. vul  V1IÏ. Indien het Plan of Ontwerp voor eenen vasten voet van eene Jaarlykfche E q u ipeering, in dato 3 January 1793. aan Uwe Doorluchtige Hoogheid geprefenteerd, mogt doorgaan, zoo zoude men altoos uit het laatfte vierde deel der Scheepen eenige groote kunnen klaar maaken, om in geval van noodzaakelykheid die met zwaar Gefchut te voorzien, en dus te kunnen gebruiken tot defenfie der Steden of Plaatfen, waar de lö* caale fituatie het permitteerd, als by voorbeeld, zoo ik een eenig Schip met zwaar Gefchut voorzien by de hand gehad hadde, zoude dit zekerlyk het Beleg van de Willemftad, zoo niet onmoogelyk, ten minften zeer bezwaarlyk gemaakt hebben. (was geteekend) J. H. van Kl ns berg en. Aan Boord van 's Lands Jacht, leggende in de Mond van de Dordtfche Kille. 26 Maart 1793. PRO  PRO MEMORIA. Het zy den Ondergeteekênde gepermitteerd, eerbiedigst aan Uwe Doorluchtige Hoogheid voor te {lellen : Of, terwyl men onze Defenfie te Lande naziet, en de vereischte Werken, ter verfterking van het locaale bepaald, het niet meede noodzaakelyk zoude zyn, eene bepaaling te maaken, wat Vaartuigen ter verfterking der Linie van Defenfie te Water te gebruiken. Immers de Linie van Defenfie van Holland moet tweevoudig befchouwd worden. Wat dan aanftonds de Canonneer Chaloupen betreft, heeft de Ondergeteekênde de Eer gehad Uwe Doorluchtige Hoogheid in eene voorige Pro Memoria voor te draagen, dat dezelve van drieërlei aart zyn. i°. Die op groote Wateren dienen, en de Zee kunnen bouwen. C q°. Op  2°. Op groote Rivieren, waar hol water kan ftaan. 3°. In kleine Wateren en Kreeken. De ondervinding heeft doen zien, dat de natuur van ons Land deeze drie foorten vereischt; en wy hebben Modellen van de twee laatften by de Collegien van de Maaze en Amfterdam. Van het eerfte zyn 'er een paar by Amfterdam en in Zeeland gebruikt, gelyk meede een Hulk. Alle dezelve Vaartuigen hebben byzondere goede hoedanigheden, aan ieder eigen; en het zoude-, onder verbetering, de moeite waard zyn: i*. Dat door de Militaire Commisfie onderzogt wierd, wat getal zulker Vaartuigen van ieder foort in onze Defenfie-Linie te Water, overeengebragt met de Defenfie-Linie te Lande, zoude noodig zyn. 2°. Dat een Lyst van de noodige Vaartuigen  gén aan de Scheeps -,Confiructeurs overgegeeven zynde, dezelve met de Commisfie , de Plans tot den Aanbouw opmaakten, en de meest mogelyke volmaaktheid daar in beoogden, het zy in de form der Vaartuigen, het zy met op de groote en op de Hoekers, Ovens voor gloeijende Kogels te plaatfen, waar toe een Model op de St. Lucie voor handen isj of met gebruikmaaking van de ontdekking van Wierproppen, tot meerder veiligheid voor het Volk in de behandeling van de gloeijende Kogels, en andere verbeeteringen , van wat aart ook. Onze Hoekers, mits behoorlyk gebouwd zyn. de, zoude op onze Rheeden en in onze Zeegaten met meer voordeel, ten dien einde, kunnen gebruikt worden, dan onze Fregatten, en de Conftru&eurs zouden 'er Plans van kunnen ontwerpen. In tyd van Vreede zoude dezelve nog met nut kunnen dienen, om Troupes naar de Colonien te tranfporteeren. Cs De  De Commisfie zoude behooren zamen gefield te zyn, uit Zee - Officieren , Ingenieurs en Artilleristen. Tot de eerfte zoude, onder verbeetering , de Schout by Nagt Haringman en den Capitein Bols van de Maaze, en den Schout by Nagt Spengelaar en Capitein Staring van Amfterdam ; van dewelke 'er drie in de Defenfie deeze Winter gediend hebben, en dus het locaale reeds kennen. (was geteekend) J. H. VAN KlNSBERGEN. Adrighem den n September .1793. PRO  PRO MEMORIA. Omtrent het reguleeren van de Equipagien voor het aanftaande Jaar, diend eerst bepaald te worden, of dezelve moet gefchikt weezen om alleen defenfief, dan tevens offenfief en defenfief te ageeren: In het laatfte geval is het buiten tegenfpraak, dat men zoo veel groote Scheepen mogelyk in dienst moet brengen. En indien men gelyk in dit Jaar, wil voortgaan alleen defenfief te ageeren, zo heeft de ondervinding geleerd, dat wy veel te weinig Scheepen en Fregatten. tot het behoorlyk verkenen der Convooyen gehad hebben. Daar zal Eerftelyk moeten gezorgd worden, om in de Nabuurfchap deezer Landen te houden een genoegzaam Esquader, tot protectie en beveiliging van 's Lands Havenen en Kusten om Kruisfers uit te zenden in de Noord-Zee om Convooyen te verkenen na de Noordfche en Engelfche Havenen — en na de Oost-Zee. 2. Moet 'er voor Convooyen na de Spaanfche en-Portugeefche Kusten, tot Gibraltar toe, gezorgd worden, van waar de Scheepen dan verC 3 ders  ders de protectie van het aldaar zynde Esquader moeten genieten. 3. In de Middelandfche Zee moet een Esquader weezen tot beveiliging der Commercie niet alleen tegen Vrankryk maar ook tegen Algiers; en word de Vreede met deeze laatfte niet getroffen, dan kan het Esquader derwaards gedestineerd, altham niet verminderd worden, en om de Convooyen te menageeren , zoude aan de Chef van het zelve behooren gelast te worden, om zig met de Engelfche Officieren daar omtrent te verftaan. 4. Vereifchen de protectie van de Colonien van den Staat in de West-Indiën, en de Convooyen van daar over en weer te doen, een goed aantal Scheepen. 5. Zal 'er eindelyk voor de Convooyen na, en van de Caap in tyds gezorgd moeten worden, en deezen behooren ten minften te zyn, van een Tweedeks Veertiger of Vyftiger, met een minder Fregat ware het mogelyk van 36" Stukken. Om nu alle deeze dienften te prasfteeren, heeft de Republiek in alles, de Wagtfcheepen uitgezonderd, in dienst: Schee-  Scheepen Stukken i van 74 4 64 1 -— 5° 4 4° 7 3<5 9 24 Te zaraen zes en twintig in getal, waar onder ruim een derde Fregatten a 24 Stukken, te ligt om op haar zeiven tegen een Oorlogs - Fregat, zo als tegenwoordig by andere Natiën gebouwd worden, beftaanbaar te zyn. Nog zoude van dit getal dienen afgetrokken te worden de Amazone, als tot een ander einde gefcliikt, en ook niet volkomen geëquipeerd, als hebbende maar ligt Gefchut aan boord; mogelyk de Jafin en Enckhuifen, welke zekerlyk de naam van een Oorlogs Vaartuig met rcgt niet verdiend; van de minder Vaartuigen word met opzet niet gefprooken, om dat eigentlyk niets tot de defenfie toebrengen, maar tot de Politie van Convooyen, Recognosfementen, overbrengen van Orders, kruisfen op Kaapers &c. egter noodig zyn. Onnoodig is het in verdere omftandigheden te treeden, om te bewyzen dat deeze Magt niet C 4 toe-  toereikende is, om aan alle de bovengemelde eindens te voldoen ; ook ontbreekt het den Ondergeteekenden alhier aan alle de benoodig. de gegeevene orders daar toe, maar vermeend gerust te kunnen advifeeren, dat het in dienst brengen van alle de Vyftigers en Fregatten, welke met mogelykheid klaar kunnen komen, in het aanftaande Jaar tot de defenfie van de Kusten en Colonien van de Republiek, en protectie van derzelver Commercie benoodigd zuilen zyn. (was geteekend) J. H. VAN KlNSBERGEN. Aan Boord van 's Lands Schip van Oorlog ' Gelderland, geankerd ter Rheede van, Texel, den 6 OSioher 1793. Voor  Voor de Chefs der Divifien van de Linie, van Defenfie door den Onderget. Luitenant-Admiraal van Holland en Westfriesland &c. &c. t IVFen noemt een Linie van de Defenfie de Lyn, dewelke van een zeker punt, langs een gedeelte van Land, Stranden, of wel langs de Oever van een Rivier, tot een ander punt, getrokken wordt Deeze Linie van Defenfie langs den Oever van eene groote Rivier of Vaarwater, kan voor zich hebben eene defenfive Linie, beftaande uit Scheepen, gewapende Vaartuigen, en Canonneer-Chaloupen, dewelke als dan aldaar geposteerd zyn, tot dekking van de Linie van Defenfie aan den Oever, en tot voorkoming dat eene Vyand, met zyne Linie van Defenfie geen overtogt kan onderneemen, dan met veel gevaar en onzekerheid van reusfite. . C 5 Dus  Dus heeft, in zoo een geval, de Waterlinie van Defenfie, voor zich, de Linie van Defenfie der Vyanden, en agter zich, die van haare Vriend, of Geallieerde. De gefteldheid van de Waterlinie van Defenfie, aldus zich bevindende, zoo volgt daar als van zelve uit, dat beide die Linien, aan den Chef der Waterdefenfie, behooren bekend te zyn, om van alle voorkómende omftandigheeden, gebruik te kunnen maaken, en deeze kennisfe beftaat: 4 Van alle Vaarwaters, die uit de Linie van Defenfie der Vyanden, op de zyne uitkomen , naauwkeurig na te gaan, en te onderzoeken, de Dieptens, loop der -Stroomen, of met de tyen droog of niet vallen, en welke quantiteit, en zoort van Vaartuigen , daar in geborgen kunnen worden; B Of de Provintie, alwaar de Vyand zich bevind veele Vaartuigen, en welke zoort bezit, zoo als ook, of'er in dezelve kunnen gemaakt worden; C Welke uitfpringende Hoeken, en Inhammen, deeze Linie formeerd; D Tot  J) Tot hoe verre, ingeval den Vyand Vaartuigen heeft, hy dezelve door Batteryen, aan den Wal opgerigt kan dekken, indien hy eenAttacque op de Waterlienie wilde doen; g Of 'er ook eenige Kreken, of kleine Vaarwaters in die Provintie zyn, waar door de Vyand eenige Vaartuigen kan doen komen , om met kleine Branders, of wel dc Flanken kan tourneeren, en een Chef des nagts furpreneeren. —- II. Die'Linie, die agter hem is, behoort hy niet minder wel te kennen, om uit dezelve alle voordeelen, van foutien mogelyk, by eene retraite te kunnen trekken, als ook, of hy, ingeval van nood, het zy zyne geheele Linie, of wel een gedeelte derzelve kan bergen. —— III. De Chef de beide Linien wel onderzogt, en zelve nagegaan, en behoorlyke plans daar Van geformeerd hebbende, zo moethy voor de eerLi-  Linie in tyds zorg draagen, bevorens de Vyaaden zulks hem kunnen beletten, dat i° alle Chaloupen, en zelve het hout, tot bouwing van kleine Vaartuigen , weggetransporteert werden, op dat de Vyanden, tegens hem 'er geen gebruik van kunnen maaken, en zo dooromftandigb.eeden, zulks niet mogelyk is, moet hy Vaartuigen in gereedheid hebben, om die in de Monden van Rivieren te kunnen laaten zinken en alles verder in het werk ftellen, waar door een Vyand belet word, om gebruik van die wateren te kunnen maaken, doch nooit te veel vertrouwen, dat de Vyand de gezonkene Vaartuigen, niet by donkere nagten, weder zal trachten te ligten. IV. Ook behoort de Chef te weeten, welke plaatzen van de Linie van Defenfie, der Vyand, bekwaam zyn, om £ kunnen Landen, op dat hy aldaar indien de omftandigheeden zulks vereisfchen, van deeze kennis gebruik kan maken, en zal dezelve bekend moeten zyn, de inwendige gefteldheid van 't Land agter die Lienie, om te kunnen oordeelen of de wegen toelaaten, om de Vyand, aan een geattaqueerde post fecours, en in  in hoe veel tyd, te kunnen aanbrengen, en of grof Gefchut aldaar kan aange voert worden. —. V. De Chaloupen, dewelke 's nagts tot Brandwagren gebruikt worden, moeten, zoo na mogelyk, aan de Defenfie-Linie der Vyanden, geposteerd zyn, op dat daar in niets voor kan vallen, zonder dat zulks gemerkt word, deeze Chaloupen moeten by zich hebben, de nodige Zeinen, op dat zo zy iets fchielyk ontdekken, ten eerfte daar door aan de Chefs kunnen kennis geeven, doch buiten hooge noodzaakelykheid moet zulks, door een Rapport van den Officier gedaan worden, en zoo op eenige plaatzen, de Diftantie tusfchen de Chef en hem te groot mogte zyn, moet men op zulke plaatzen eene intermediaire Chaloup hebben, op datd'Officier van de eerfte Chaloup, daar aan zyne obfervatie kan communiceeren, en direét weder na zyn post gaan, om alles nader te obfervceren. VI. De Chef moet altoos in het oog houden, dat wil  wil hy gerust zyn, moet hy den Vyand veel ontrusten, en hem moet niet in de gedagte ko-* men, dat als hy weet, dat de Vyand eenige preparatie maakt, om hem te attaqueeren, van zich dan alleen op de Defenfive te houden, maar veel eer den Vyand, alle mogelyke ongerustheid veroorzaaken, om hem daar door in de gedagte te brengen, dat men zelve van voorneemen is, om iets te onderneemen; —• gelukt dat, vertraagt men de Vyand niet alleen in zyn voorneemens, maar men doet hem zelve, op de Defenfive werken; — in deeze omftandigheeden moet men veel doen recognofeeren. VIL Hy moet aan de commandeerende Officier- der Land Defenfie, zyne fchikkingen in alle omftandigheeden meede deelen, en overleggen, waar, en hoe hy hem kan en moet fecondeeren, en daar toe fecreete Seinen beraamen, op dat, in gevalle hy zig moet retireeren, dezelve zyne intentie kan weeten, en hem behoorlyk fecondeeren. VIII.  VIII. De Chef moet zyne Linie van defenfie zodanig maaken, dat alle Schepen en Vaartuigen zig onderling kunnen fouteneeten, en dat de eene tot een Flank van de andere, indien mogelyk kan dienen, en dus beletten, dat 'er geene Vaartuigen tusfchen zyne Linie door kunnen komen, zonder geattaqueerd te kunnen worden. IX. Indien mogelyk, moet hy altyd een Corps de referve van eenige Canonneer•■ Chaloupen, of wel andere Roei-Vaartuigen, met Canon voorzien, hebben, om by eene generaale attacque zig daar van te bedienen, om de Vyand in de Flanken te komen, of wel een post in de Linie te hulp te kunnen komen, of -fecours te geeven aan de Scheepen of Vaartuigen, die verpligt zyn te plieeren. X. In het generaal zal ik obferveeren, dat alle operatien, van wat aart of natuur dezelve mogen  gen zyn, twee Gronden moeten hebben, als ïc. de Nuttigheid, en ten 20. de Mogelykheid van een goede uitflag. Eene operatie kan wel uitvoerlyk wezen, zonder nuttig te zyn; en zo alzo wel nuttig zonder uitvoerlyk te zyn. Deeze generaale Regel kan maar een Exceptie hebben, als de Chef noodig oordeeld, om het Volk aan het vuuren te gewennen. (was geteekend) J. H. VAN KlNSBERGEN. 'A&lim 30 0&. 1793»