ANTWOORD over de V R A A G : des ^- (economischen TAk1^31 van' de V"BI"BX* HOLLANDSCHÉ MAATSCHAPPYE der WEETENSCHAPPEN, te HAARLEM, over den Spasmus Cynicus of de beklemming van de On' derkaak in eerstgeboren Kinderen, en de beste Wyze om denzelven voortekomen of te geneezen. Door den Schryver onder de Zinfpreuk Provida mater, Qua charo totis opibus fuccurrat alumno^ Non defit, .donec firma compagine corpus Crefcat . . . . Claud. Quilletus Callipoed. Libr. IV. Aan wien (zoo zich hekend maakte) de tweede • Goude Medaille is geolfereerd. te b a a r l e m, By J. van WALRE, Boekverkooper. Drukker va;; de HolL MawTcWIappye der Weerenfcluppen ■ en dvzelver CEconomiiclKn Tak.  MXTRJCT uit de Kefolutien des Oeconomifchen Taks van de Hollandfche Maatfchappye der Weetenfchappen in derzeiverAlgemeene Vergadering gehouden 1782. Rejolutien bl. 270. 1788. bi. 835. i78y. bL 031. . - 1782. „ Omtrent het Antwoord op de Vraag Art 10 „ van den Tetanus of Spasmus Cynicus (Prysvr. bi 37' „ N. 77.) onder de Zinfpreuk Provida Mater enz. is ge„ arrdleerd om aan den Autheur de tweede Goude Me„ daüle te offereeren, en de Vraag te continuceren, „ maar dezelve dus te ampliecren dat de Antwoorden, „ zich moeren bepaalen tot de West-Indifche Colonien „ van den Staat. 17S8. „ Is gecommuniceerd dat by H. H. D D was „ aanzoek ge, nochmaals te Exhorteeren, 0m zich binnen een jaar " den^Srukt ZUÜende anders z7n Verhandeling wor- " ftJV,?5' 15 d?0T H" H' D- D- gecommuniceerd " t Ju Schr^Ve5 dezel' Verhandelinge zich niet had * f "le!d e" 15 dus gerefolveerd de Verhandeling te • „ doen drukken, ingevolge de Refolwien van de voo» nge Vergadering."  C 3 ) VERHANDELING OVER. DEN SPASMUS CTN1CUS, Of de beklemming van de Onderkaak in eerstgeboren Kinderen, en de bests wyze, om dezelve vóórtekomen of te geneezen, "X 7 aardien de eerstgeboren kinderen niet alleen aan eene menigte van ziekten onderworpen zyn, nïaar ook door veele van dezelve aangetast worden, en overmits die, welke de zenuwen aandoen en met ftuiptrekkingen gepaard gaan, het allermeest voorkomen, en tevens allé anderen in geweld overtreffen, oordeelde de Oeconomifche Tak van de Holland* fche Maat fchappye der Weetenfchappen het van 't uiterfte belang te zyn, en dit verdient den grootften lof, om de voorbehoeding en genee» sring der beklemming van de onderkaak, waar door de eerstgeboren kinderen aangetast worden, duidelyk befehreeven te zien. A a Bif  C 4 » Die toeval, of liever deeze ziekte is alienre* Weldoe en de geneering zeer moeilyk. Van daar dat 'er het menschdom en het pi gebo ren kind zeer veel aangelegen ligt, dit dfbeste wy+e, om deeze ziekte of vóórtekomen of te zeneezen, door de ondervinding geftaafd, en met proeven bevestigd, openbaar bekend worde. feRY-iV^ 2ie,kte dikwy]s gezien, en my, federd ik de Geneeskunde goöeffend heb, veel moeite gegeeven hebbe, om derzelver loop naategaar. en ze te geneezen, hoop ik, dat het der Maatfchappye niet oniiangenaam'zal zyn riekte T 1 g£ene,' h Wdk ikover deeze ziekte, derzelver oorzaaken, voorbehoed^ en geneezing waargenomen hebbe, mededeele. Het vraagftuk, door de Maatfchappy voorgefteld, komt hier op neder, ë Foor eerst: dat men de beste, en door herhaalde proeven bevestigde wyze opgeeve, om de béklemm.ng der onderkaak in eerstgeboren kinderen vóórtekomen. 6 ^ \£T2n4enn: datJmen de middelen aan de hand geeve, waar door men de riekte, reeds aanwezig zynde, zal konnen geneezen r Ten éinde het antwoord in eene voegzaame van nam ° h°°g ÜOodf ak^ °y de behandeling Sch^:rzaieVCneeSkUndiSC -Verwerpen, in? i. Eene  C 5 ) 1. Eene befchryving van de ziekte geeven. 2. De oorzaaken, welke deeze beklemming by eerstgeboren kinderen te wege brengen, met waarneemingen geftaafd, aantoonen, tevens aanduidende die getteldheid der kinderen, in welke de ziekte het allermeest . ontftaat. o Naardien alle Geneeskundigen hier in overëenftemmen, dat deeze ziekte allergeweldigst, en voor de meeste lydertjes doodlyk. is, zal het der moeite wel waardig zyn, dat men een naauwkeurig onderzoek doe na de oorzaaken deezer ongemeen» doodlykheid. 4. Die geftelheid der kinderen, in welke deeze ziekte het allermeest voorvalt, en de oorzaaken, welke dezelve het gemeenzaamst voortbrengen, bekend geworden zynde, zal ik over de voorbehoeding fpreeken, beftaande voornaamlyk daar in, dat men,, zoo veel mooglyk, die gefchiktheid der kinderen, door welke de ziekte zoo menigmaal by hen geboren word, ais ook derzelver oorzaaken gedeeltelyk vóórkome en voorts wegneeme , vóór dat zy deeze doodlyke ztekte verwekt hebben, 5. De middelen ter voorbehoeding opgegeeven hebbende, zal ik de geneezing der ziekte zelve, gefelifkt naar derzelver aart en oorzaaken, door proeven bevestigd, A 3 voor-  C 6 ) voordragen. By dit alles zal ik eindlykdat geene voegen, 't welk door voornaai me Geneeskundigen en door my zei ven is waargenomen nopens het gebruik van zommige enkelde Geneesmiddelen tegen deeze ziekte. S- r- Over de beklemming van 'de onderkaak in eerstgeboren kinderen. De geneeskundige Schryvers zyn niet karig geweest in het uitdeelen van naamen aan deeze ziekte. De Latynfchen in dat vak noemen dezelve tetanus, tetanus maxillce inferioris, trismus infantilis, en volgens anderen fpasmus cynicus, ook wel oris distorfio, altemaal benaamingen, welke voor aangenomen konnnen gehouden worden, gelyk uit de befchryving der ziekte blyken zal, fchoon ze zeldzaam by de Schryvers voorkomen , en eigenlyk tot andere ziekten, die met de beklemming of kramp van de onderkaak in verband ftaan, behooren. De Duitfchers hebben deeze ziekte das Klemmfraijjl % Wangenjchurken , Mundfperre , Mundklemme, Trismus der Kinder, de'Engelfchen The lock"d jaw genaamd. By de oude Geneeskundigen vind men van deeze ziekte of byna geene, of; geene duidlyke melding gemaakt, en zo men al hier of daar eene befchryving van dezelve aantreft , komt ze voor onder den naam van distorfio oris en fpasmus cynicus. Waarfchynlyk is het derhalven, dat de Ouden de beklemming van  C 7 ) van de onderkaak in eerstgeboren kinderen, zoo als dezelve door de laatere Geneeskundigen is waargenomen, niet befchreeven hebben, en dat deeze ziekte hun onbekend geweest is. Onder de Geneeskundigen van deezen tyd heeft Hyacinthus Andreas,een Spaansch Geneesheer , deeze ziekte het allereerst duidlyk befchreven, en den Geneeskundigen derzelver aanmerklyk gevaar onder het oog gebragt. Befchryving der ziekte. Het gebeurt zeer zeldzaam, dat pasgeboren kinderen door eene andere foort van kaak - beklemming overvallen worden, als door die, welke wy voorhebben te befchryven; nu en dan echter vertoont zich onder zwaare ftuiptrekkingen iets van eenen anderen aart. Ik zal vooraf de ziekte, zoodanig als men ze gewoonlyk waarneemt, befchryven, daarnaa zal ik de afwykingen of verfcheidenheden, als ik ze zoo noemen mag, opgeeven. De pasgeboren kinderen worden meestal door de beklemming van de onderkaak overvallen, zonder dat 'er ftuiptrekkingen zyn voorafgegaan, en het is zeldzaam, dat een kind, \ welk vooraf ftuipen gehad heeft, deeze ziekte ondergaat, derwyze zelfs, dat men byna zeker voorzeggen konne, dat een eerstgeboren kind, door ftuïpen aangetast wordende, van de kaak-beklemmivsg zal hevryd blyven. De ziekte begint mee A 4 een  een langzaam verlies van krachten; als ze onder weg is, vermindert gemeenlyk de ftoeleang, en word traager als in den gezonden ftaat, by anderen komt 'er te veel afgang, en de drekftofren, die door haare. fcherpce en meerder bederf de darmen prikkelen, worden fchielyk naa malkander ontlast, nu en dan echter blvft de afgang natuurlyk. De pislozing is by" het ontitaan, en m 't begin der ziekte natuurlyk, maar de pis zelve veelal troebel als die der paarden, blykbaar aan derzelver witte kleur. De lydertjes fchreyen geftadig, maar geheel anders als gezonde kinderen, wyl het geluid heesch en minder helder is. Zy zyn ongeduurig, de ilaap word dikwyls door fchielyk fchrikken geftoord, by andefen nogthans is dezelve in 't begin der ziekte geheel natuurlyk. A!s ze wakker worden «aan de oogen zeer ftrak en orrbeweeglyk, veroorzaakt door de krampachtige fpanning der oogfpieren. Voorts-zyn de oogen zelve dof cn traanende, misfende hunne natuurlyke levendig, heid, terwyl. het wit der oogen veelal iets geel- ■ achtigs vertoont. Het aangezigt is bedekt met eene doodfche bleekheid, die na het bruine trekt, fchoon hetzelve nu en dan met een fchielyk afwisfelenden rooden gloed en een koudachtig zweet overtogen is, en de (pieren van hec zelve krampachtig aangedaan worden. En dewyl hier door het gelaat merklyk veranderd word, is dit een genoegzadm. onderfchcidend teken d<4 Ziekte voor alle die gvcnen, wqlke het kind daaglyks behandelen en daar mede bekend zyn alhoewel de Arts, die" het 'kind, eer het "dit tpeval kreeg, niet kende, die teken menigmaal > niet  C 9 ) niet zal gewaar worden, fchoon het waarheid xy, dat deeze verandering in de fpieren van het aangezigt, en de Geneesheer, en hun, wien de verdere zorge over het kind is toevertrouwd, ten uiterften oplettende behoort te maaken, naardien uit dit teken alléén de ftraks naderende, of reeds aanwezig zynde beklemming' der kaak allerzekerst kan gekend worden. In deezen toeftand zuigt het kind met ?enige moeite, en dit ontdekt mendn 't begin niet .zeer gemaklyk, naardien het kind den tepel flechts bezwaarlyk met de lippen fchynt te konnen vatten en vasthouden; van daar, dat de moeder, fchoon zy hier in grovelyk dwaale, dit onvermogen (aan eene onbekende oorzaak toelchryft. De wa^re reden nogthans van dit beletzei kan uit de met hetzelve verbonden toevallen, en daar uit opgemaakt worden, dat, zoo dra men den vinger in den mond van het kind brengt, men de onderkaak bezwaarlyk neerdrukken, en dus door deéze proeve den aart der aanwezig zynde ziekte gemaklyk kan ontdekken. Ik moet hier tusfehen beiden aanmerken, dat deeze moeilyke neerdrukking der onderkaak in 't begin der ziekte niet akyd aanhoud, maar by zeer korte tusfehenpozen wykt en wederkeert; konnende den mond nu vry gemaklyk, en kort daarna wederom bezwaarlyk geopend worden. Overmits nu dit verfchynfel de keunis der ziekte in *X begin zeer moeilyk maakt, en dezelve juisc dan. het best door gefchikre middelen, ten fpoedigiren aangewend, kan tegengegaan worden, is het de pligt des Geneesheers, dat hy na.au.wkeu> A 5 rig_  C *° ) rig acht geeve op den famenloop der toevallen en zorg draage, dat hy door deeze nu meer' dan wederom minder moeilyke opening van den mond met bedrogen worde, 't welk te ligter kan gebeuren, om dat 'er by eerstgeboren kinderen, natuurlyk, eenige moeilykheid om den mond te openen plaats heeft. De fluiting van den mond wint ondertusfchen veld, en de kramp vermeerdert langzaam in de fpieren van de onderkaak, derwyze, dat dezelve zeer moejlyk, en eindlyk door geen kracht geëvenredigd aan die van het lighaam eens eerstgeboren kinds geopend kan worden. Door deeze kramp worden voorts de overige fpieren van den mond aangedaan, en aan de kin word men eene krampachtige fpanning der fpieren, waar door de huid zichtbaar gerimpeld word, gewaar Dit verfchynfel is aan de ziekte, als dezelve* eenigcn voortgang gemaakt heeft, zoo eigengartig, dat de vroedvrouwen daar uit alléén de ziekte zelve onderkennen. Voorts word men ook aan het voorhoofd eenige rimpels, de gevolgen der kramp, gewaar. Met half gefloten oogleden Haan de oogen nu onbeweeglyk, fiaauw, en worden tusfchen beiden, waarvan ik beneden nader fpreeken zal, zoo geweldig ftuipach^ rig bewogen, dat de oogappel tegen den bovenrand der oogholte getrokken word en zich voor het gezicht der omflanders. verbergt. Ter plaatfe van de kaauwfpier word men êene ligte hardheid gewaar. Aan den hals vind men niets onnatuurlyks, maar als de ziekte op 't hoogst ?ekomen is, worden de fpieren van den hais,°en dit  ( » ) dit laat zich gemaklyk begrypen, door het geweld, waar mede het hqofd gedraaid word, krampachtig aangedaan, De inwendige hals - fpieren, vooral die, welke tot de neêrzvvelging dienen, zyn in 't begin der ziekte niet aangedaan, 'e welk blykbaar is, om dat het kind het voedfel na zich neemt, maar by den verderen voortgang der ziekte word de neêrzwelging niet alleen moeilyk, maar eindlyk geheel belet, en het voedfel keert, door by komende prikkeling en hoest, langs den neus te rug, ten duidlyken bewyze, dat ook de inwendige hals - fpieren tegennatuurlyk aangedaan zyn. De ademhaaling blyft, fchoon de ziekte reeds tot eene aanmerklyke hoogte geklommen zy, vry natuurlyk, doch dezelve gefchied eenigzins langzaamer, Maar als de ziékte op 't hevigst en de dood naby is, wordt ze zeer hoorbaar en flootende, even als een moeilyke hik, vooral by de inademing, die met eenig geweld fchyn* te gefchiedcn. Onder zulk eene fchielyke inademing ilerft het kind, zonder dat men eene zichtbaare uitademing gewaar word. Nu en dan echter volgt de dood, zonder dat men, behalven de korte ademhaaling, veel verandering in dezelve befpeurt. De pols, dat bedrieglyk kenteken by zoog-* lingen, is, by het ontdaan der ziekte, langzaam , althans traager dan in 't vervolg. Of dezelve nogthans traager is, als in den gezonden ftaat, zoo als de getrouwe waarncemer B r kn-  ( 12 ) del (*),die deeze ziekte zeer fchoon befchreeven heeft, getuigt, is iets, waar aan ik reden heb te twyfelen. By het naderen van den dood . is de pols zeer krampachtig en klein, en dezelve verdwynt eindelyk met het leven. De warmte van het lighaam is en blyft veelal natuurlyk. Het aangezigt is, vooral aan het voorhoofd meest met een koudachtig zweet bedekt, 't welk zomtyds door eene fchielyk afwisfelende roodheid vervangen word. Het onderile gedeelte des aangezigts is doorgaands natuurlyk warm. Als de dood nadert word hetzelve koud, en een dergelyk zweet dekt het geheele lighaam. De Mem is geduurende de geheele ziekte eenigzins zwak maar heïderer als in den gezonden ftaat. Vervolgens hoort men de kinderen, by het toeneemen der ziekte, weinig geluid maaken, en veelal is de Item kort voor den dood geheel weg. De buik is meestal gefpannen, zynde den omtrek der maag en de beide onderfte zyden des buiks kennelyk opgezet. Het gebeurt nogthans, dat in het hevigfte der ziekte de gedaante van den buik niet verandert.. Zoo ziet men ook zomtyds, fchoon dit zeldzaam zy, weinig verandering in den afgang, zoo wel met betrekking tot de hoeveelheid, als tot derzelver hoedanigheid, Ge- (*) foogramm. do fpasmo maxiü.-o infantili, in Opufc Gotcing. i76o. in 4to. F. i, Pag. joi,  C 13 ) Gemeenzaamer echter ziet men in de ziekte, dat 'er veel afgang gemaakt en de ftoft'en met geweld uitgeworpen worden, zynde dezelve groen of koperachtig, ros of ook wel zwartachtig, waar onder men witte ftukjes, even als gekookt ey-wit, 't welk klein gehaakt is, gewaar word, voorts zyn deeze drekftoffen zeer fcherp, bytende en^vreeslyk Hinkende. In warme Landen zyn de drekftoffen by deeze lydertjes nog veel fcherper, èn geeven een veel ondraaglyker ftank van zich, wordende dan ook de gedaante van den onderbuik merklyk veranderd. De pis word.by den voortgang der ziekte weinig geloosd en is als dan rood van kleur./. Zelden ondervind men, dat de. uitwendige gedaante meerder veranderingen in deeze ziekte ondergaat, of van het natuurlyke meer afwykt, als wy aangetekend hebben. Dit moet ik evenwel nog aanmerken, dat de kleur van de huid nu en dan geelachtig is, even als by zwartgalligen; fchoon dit in warme Landen meêr voorkome. Zelden worden de ledemaaten door ftuip trekkingen aangedaan' als kort voor den dood, maar zy behouden fteeds dezelfde richting, die men ze eens gegeeven heeft. Op deeze wyze vermeerderen de toevallen der ziekte, tot dat alle de levenskrachten zyn vernietigd geworden, en, ten zy dezelve met gepaste middelen te hulp gekomen worde, eindige ze zekerlyk in den dood; maar geneezen wordende, laat ze, 't welk zeer byzonder is, weinig zwakte na. Zelf zyn die geenen, die geneezen worden, aan geen meerdere zenuwtrekkingen onderworpen als andere kinderen. De achter-  C H ) achterwaardfche ruggekramp (opi/ïhotomis) vertoont zich by den voortgang der ziekte met langzaame fchreden, en word vervolgens fterkerj zynde het zeker kenteken van eenen wisfen dood, alfchoon het toeval ook tusfchen beiden mogt ophouden, naardien hetzelve altyd en dikwyls zeer onvoorziens opkomt, ondanks eene goede doorwaasfeming en een genoegzaam warm zweet, wordende door dit nieuwe toeval de krachten, die door de ziekte reeds zoo zeer verbroken waren, geheel vernietigd, en de jonge lyder fterft of onder het toeval, (*) of, zoo als wy dikwyls gezien hebben, naa dat hetzelve was afgelopen, en eene algemeene verflapping der als 't ware levenlooze lighaamsdeelen, die beftendig in dezelfde ftrekking blyven fïaan, had te wege gebragt. (**) Anderen ilerven zonder eene. voorafgaande ruggekramp , zynde by deeze de levenskrachten door 't geweld der ziekte langzaam uitgeput. In de lyken vind men purpere , blauwe , zwartachtige , veelkleurige vlekken, niet zelden ziet men aanmerklyke uit- ftor- (*) Dat de achterwaardfche ruggekramp altyd een Voorbode des doods is in de beklemming van de onderkaak by pasgeboren kinderen, word door Ackermann Verzekerd Dijjert. de Trifmo Gotting. 1775. in fcvo. pag8. en in abhandlung über die kermtniJJ und heilung de's Trijmus, oder der kennbackenzivar.ges. Mimbcrg 1778. in 8vo. pag. 42, 'tWelk nogthans te algemeen gezegd is, Schoon het waarheid zy, dat de meeste kinderen, door deeze ziekte aangetast, naa een voorgaande ruggekramp komen te lterven. (**) Dit is door BrekdeL reeds aangemerkt hx zyne aangehaalde Opufc. P. 1. Pag. ipi.  C «5 ) ftoi'tingen van vochten in het vetvlies van den onderbuik onder de huid, even als by die geenen, welke aan fluipachtige ziekten geftorven zyn, gewoonlyk waargenomen worden. Dit is de meest gewoone loop der verfchynfelen, welke de beklemming van de onderkaak in pasgeboren kinderen vergezellen, zonder dat 'er eenige, of Hechts eene zeer geringe ontfpanning der kaak gezien word , tot dat, de ruggekramp of al, of niet volgende, de dood een einde maakt der fmerten. 'Er is nogthans een andere foort deezer ziekte, welke zoo met betrekking tot derzelver beloop en toevallen * als voornaamlyk in opzicht tot de gemaklyker geneezing kennelyk onderfcheiden is van die, welke wy nu befchreeveö hebben. Aan deeze laatfte foort, welke van de eerite wel moet onderfcheiden worden, is dit byzonder eigen, dat in dezelve de beklemming van de onderkaak gepaard gaat met fluipachtige bewegingen in andere lighaams-deelen, welke dan meêr algemeen, dan wederom meer bepaald op zommige deelen vallen, en die zomtyds te gelyk met de kaak- beklemming, maar ook wel' eens zonder dezelve voor een korte poos ophouden en dan op nieuw wederkeeren. Dusdanig heb ik de ziekte dikwyls gezien. Zy vangt aan mee geweldige verdraaijingen der oogen, ftuipachtige bewegingen der ledemaaten en inwendige ftuiptrekkingen. De aanval duurt echter niet lang, wyl kort daar naa de onderkaak wederom, fchoon met eenige moeite, kan neergedrukt worden, blyveni  C i.6 ) blyvende 'er Hechts kleine ftuiptrekkingen ove^ rig. Dan, de beklemming verheft zich menigmaal op nieuw, zonder .voorafgegaane kennelyke oorzaak, zynde. de kinderen geduurende den aanval der kramp niet zoo fterk aangedaan, en naa het toeval niet zoö ziek als in de te vooren befchreeven ziekte, ook. ontftaat het gevaar van fterven dan eerst, wanneer deeze foort van beklemming, die den kinderen ih eenen meer gevorderden leeftyd overkomt, in de eerst opgegeeven ziekte overgaat. De duuring deezer Jaatlle. is zeer langwyljg, derwyze, dat. ik een kind,, zes weeken lang daar mede heb zien fukkelen,*. Maar als de eerfte foort de kinderen treft,' fterven zy den ieerften, tweeden of derden dag, zynde het zeer zeldzaam dat zy tot den vierden dag.leevea. 3- j Over de oorzaaken der kaak-beklemming in eerstgeboren kinderen. - Naardien de. geneezing. eener ziekte geheel afhangt van eene waare en gegronde kennis van derzelver oorzaaken, \— daar het eene uitgemaakte'zaak is, dat 'er flechts zeer weinige fpecifica, waarop de Arts vast ftaat kan maaken, en die alle de mooglyke oorzaaken der ziekte tegeriftaan, gevonden worden; —■ overmits 'er althans tegen de ziekte, die wy befchryven, zoodanig fpedficum niet voorhanden is, 't welk, indien het beftond, de kennis der ziekte-oorzaaken byna noodeloos zou maaken, —• en de- wyl  C lf ) wyl het afwenden van eene ziekte alleenlyk bèftaat in het vóórkomen van derzelver oorzaaken; derzelver geneezing integendeel, in het wegneemen van de oorzaaken, waar door ze ontftaan was; biykt het van zelve, dat de kennis van de oorzaaken der kaak - beklemming in pasgeboren kinderen, ter afwending en geneezing zoo volftrekt noodzaaklyk zy, dat men, zonder dee^ ze kennis, in de geneezing deezer ziekte nooit gelukkig (lagen kan. Ik zal de oorzaaken der ziekte in vóórfihikkende, dat zyn zoodanigen, welken het menschlyk lighaam derwyze vatbaar maaken, dat, indien 'er uitwendige oorzaaken, gefchikt om de bepaalde ziekte voorttebrengen, bykomen, de ziekte wezenlyk gebooren word, en in gelegenheid- geevende verdeelen. De kennis der vóórfchikkende oorzaaken is ter geneezing van alle ziekten allernoodzaaklykst, naardien de voorgeichiktheid weggenomen zynde, de ziekte geheel buiten beftaan blyft. Van daar dat grootdeels het vóórkomen der beklemming in eene oplettende overweging deezer oorzaaken gelegen is, Men moet nogthans erkennen, dac 'er tot nog toe zeer veel ontbreekt aan eene volledige kennis deezer voorgefchiktheid, door welke, op het bykomen van uitwendige of gelegenheidgceveride oorzaaken de werkingen van het lighaam ongefteld raaken. Wy weeten wel, dat een koude, warme, vochtige Lucht ons lighaam kennelyk aandoet, en dat wy den invloed deezer oorzaaken niet altyd ontwyken konnen, Wy weeten te gelyk, dat deeze gelegenheidB gee-  C 18 ) geevende oorzaaken by zommigen eene zekere ongefteldheid in de werkingen van het lighaam, en by anderen integendeel geene de mintre hindernis van dien aart te , wegen brengen: waar ■uit men derhalven met recht befluken mag, dat onze lighaamen den eenen tyd veel vatbaarer zyn voor den invloed der febadende vermogens, als op eenen anderen; tcrvvyl het tevens eene waarheid is , dat indien wy" dien. fchadelyken invloed zoodanig konden beperken, dat dezelve geene, of Hechts ligte'ongêftëldheden verwekte, wy van de,meeste ziekten .bevryd zouden blyven, en den hoogden ouderdom bereiken. Dan, 't is hier de plaats niet, om my daar over breeder uictelaaten. t?fo * nsjfoo* rtos0óid93jioov' s&Aöjs sJ>L Het is zeker, en de daaglykfche" ondervinding bevestigt het,, dat .wy m de oeffening van onze verfla.ndelyke vermogens, en in het ruimer genot der middelen tot een genoeglyk leven veel voor uit hebben by onze Voorvaderen: maar het is. niet minder eene waarheid, datwy, by het. misfen der vooröuderlyke lighaams- fterkte, verre weg daar i,n by hpn te kort fchieten, dat wy zwakker gebooren worden, en met eene gefcbiktheid tot zeer veele ziekten, welker naamen zelfs in vroegere eeuwen onbekend waren. Trouwens, als men het groot aantal menfchen befchouwt., die byna. altyd ziek. zyn, en den wortel des kwaads, menigmaal door'geene konst uitterooijen, altoos met zich omdraagen, zal hebniet vreemd voorkomen, dat de kindeïen, uit zulke .zwakken ouders, geboren, hetzelfde kwaad mede ter wereld brengen, en dat ter  C *9 ) ter deezer öorzaake alle de fchadende vermogens op deeze lighaamen allerfterkt moeten werken , nadien ze te zwak zyn om dezelve óf aftekeeren of te vernietigen. Daaf nu de fchadende vermogens met meer kracht op onze zwakker lighaamen werken als in vroeger dagen,, toen het menschlyk lighaam veel vaster en iterker was, is het niet te verwonderen, dat onze kinderen thans veel-zwakker, en tot allerlei ziekten.meêr dan.voorheen o-efchikt .zyn. En hier in is misfchien de reden gelegen, waarom thans veele ziekten.-voorkomen, die in vroeger tyd geheel onbekend waren^ nadien de menfchen van dien tyd eene aangeboren fterkte bezaten, waardoor zy dié fehadelyke oorzaaken, die-ons zoo geweldig aandoen, konden wederftaan. Van daar., dat de kaak - beklemming der pasgeboren kinderen by de Ouden onbekend was. 3 Het is natuurlyk, dat jonge kinderen door meer ziekten aangetast worden dan bejaarden. Behalven de meerdere weekheid, die zy Van hunne Ouders als een erfgoed thans medebrengen, werkt ook tot deeze gefchiktheid mede het teder' geitel des pasgeboren kinds, by \ welk de vochten overvloedig zyn, en zeer ligt fcherp worden, daar integendeel de vaste deelen. week zyn en weinig weêriland konnen bio den. Dewyl daar te. boven pasgeboren kinderen in alle opzigten zeer aandoenlyk, .en derzelver deelen zeer gevoelig zyn, derwyze, dat dezelve door de geringde tegen - natuurlyke oor. B a zaa»  C 4£t ) zaaken allergeweldigst gefchokt worden; behoeft men zich niet te verwonderen, als men by daagJykfche ondervinding ziet, dat zy door zeer veeIe ziekten aangetast worden, en een groot ge* deelte van dezelve in den morgenftond van hunnen dag door een vroegtydigen dood omkomt. 'Er is meer: naar maate het lighaam aandoenJyker en voor prikkeling meer vatbaar is, ontftaan in hetzelve meer gemeenzaam die ziekten der zenuwen, welke van eenen krampachtigen aart zyn. Daar nu by de kinderen de zenuwen allergevoeligst, zyn, volgt het van zelve, dat zenuwtrekkingen en krampen by de kinderen: zeer menigvuldig moeten voorkomen. De ondervinding bevestigt dit ook, naardien de allerligtfte aandoening of prikkeling der zenuwen, eene allerfterkfte beweging in' dezelve te wege brengt. 'Er heerscht ook by deeze tedere wichten eene allerfterkfte geneigdheid tot fluipachtige ziekten, door den beroemden Tissot zeer eigenaartig convulfibïiitó genaamd, en door hem zeer fraaij befchreeven, en het grootüe deel der kinderen, welke in het eerfle levensjaar komen te fterven, word of door ftuiptrekkingen, of krampachtige fpanning, die een geweldig gefchokt zenuwgeftel onderftellen, weggerukt. ö In deeze zoo aanmerklyke gefchiktheid der kinderen tot fluipachtige ziekten, welke vermindert naar maate het kind ouder word, is de voornaamfte reden gelegen, waarom zy in hunne eerfle levensdagen, uit eene zeer geringe oor-  C « ) oorzaak, door de allergeweldigfte en wreedfte zenuwtrekkingen overvallen worden, en de meeste van hun onder deeze toevallen bezwyken. De Geneeskundigen verfchillen onder malkander over den tyd, hoe lang de gefchiktheid tot de kaak - beklemming by eerstgeboren kinderen duure. De meesten Hellen, dat het gevaar om in dezelve te vervallen met den negenden dag naa de geboorte zou geweken zyn (*). Anderen , en onder deeze mannen van het grootlre gezag in de Geneeskunde, bepaalen dit tydperk tot den veertienden (**). Wy vinden nogthans by Ackermann, een Geneeskundigen in Duitschland, dat wel het grootfte gevaar mee den veertienden dag geëindigd is, maar dat 'er echter gevallen zyn, die aantoonen, dat de kinderen eerst op den agttienden dag door de ziek- (*) Hyacintiius Andreas by G e o r g. Clechorn Obferv. on the Difeafes epidemical in the Isi iand of Minorca, pag. §3. Georg, Cleghorn be» vestigd hetzelfde 1. c. D'e de Fourcjoï, vid. Tiss 0 t Traité des nerfs & de leurs maladies tome 2. p. 2. chap. io. jj. 32. Ut. Cora. de Buffoh, en meer anderen. (**) Jo. Hoferus Aft. Helvet. Tom. 1. pag. 64*5 Brendelius in programm. citat. Opulc. torn. 1'. pag. 189. Weriiofius in problemate de tenellorum con» vulfione maxilhe infantili. Commerc. Iitrorar. Norimberg, 1734. hebd, q". pag 42. F. Boüsier df. Saüvages in nofologia methodica (edit. gallic. Lugdunenf. J772. in 8vo.) tom. ïn, p. 558. Laur Heistejius in compertd. med. pag. 237. Graniger in Jibro on the more common. epidemical West. India. Difeafes. Pa§f IS. B3  < « ) ziekte overvallen zyn, terwyl hy zelf In een kind van zes weeken, en in een ander van zes maanden de ziekte doodlyk heeft zien worden ( + ), Ik heb dezelve meestal den derden, vierden, vyfden, agtften en negenden'dag naa de geboorte waargenoomen: hier in nogthans heb ik de waarneemingen van Ackermann bevestigt gevonden, dat nu en dan, fchoon zeer zeldzaam, kinderen van meerderen ouderdom door deeze ziekte aangetast worden, en dat dezelve ook by hen op dezelfde wyze als by pas ■ geboren kinderen, haaren loop houd. De reden, waarom de Geneeskundigen zoo zeer verfchillen in den tyd, wanneer de kinderen gerekend moeten worden van deeze ziek re bevryd te zullen biyven, is grootdeels gelegen in het verfchil der Landitreeken. In warme en in die Europeefche Landen, welke tegen het Zuiden liggen, in West-Indien en de Eilanden aldaar, als ook in nogwarmer Landen, ontftaat de ziekte volgens de getuigenis van den voortreiTelyken de Buffon zeldzaam naa den negenden dag. In de Nederlanden, in Vrankfyk, Zwitferland en in Duitschland duurt het gevaar tot den veertienden dag naa de geboorte, maar de grootfte vrees is echter naa den negenden dag geweéken, nadien ook de meeste kinderen in deeze Landitreeken geduurende de eerfle negen dagen door dit toeval aangetast worden, fchoon ik eenige reizen de. ziekte naa den veertienden dag heb zien ontftaan. Hier (*) Ubqr diekenntniff. nnd heilungdes Trismus. pag.31,  C =3 ) Hier uit blykt, dat een kind, naar de eerfle veertien daagen van desze!fs geboorte, weinig gevaar loopt van deeze ziekte; dat nogthans, fchoon zeldzaam, zommige kinderen, die ouder als veertien dagen zyn, door dezelve overvallen worden,■'t welk daarom migder vreemd is,tom dat de géfchiktheid tot deeze ziekte en tot allerlei ongeregelde bewegingen in de zenuwen fteeds aanwezig is, daar dezelve in eenen meêr gevorderden leeftyd veel Merker werkende oorzaaken zoude vereisfehen, om de ziekte daarteftellen. De reden ook, waarom de kinderen in de eerfle dagen naa de geboorte meêr aan deeze dan aan andere fluipachtige ziekten onderworpen zyn, fchynt grootdeels daar in gelegen te weezen, dat de (pieren, die tot de beweging van de onderkaak dienen, ten tyde der verlcsfirig, by den doorgang van het kind, door de natuurlyke drukking der deelen, die het kind bevatten, en door de veelryds ruuwe behandeling der vroedvrouw, geweldig beledigd worden , waar door in dezelve ligrlvk een zulke tegen natuurlyke gevoeligheid en aandoening ontitaat, datze in een aanhoudendè kramp vervallen. De ondervinding althans heeft my geleerd, dat die kinderen, welken naa eenen. motiiyken arbeid geboren waren, meêr gevaar van deeze) ziekte liepen, dan dezulke, die door eene gemaklykë verlosfing der moeder waren ter wereld gekomen* Eene andere voorfchikkende oorzaak tot'dee-' B 4 ze  C =4 ) ze ziekte is gelegd in de zoo Iigte ontHarting der vochten by eerstgeboore kinderen, als welke zeer fpoedig of te flymachtig of te fcherp Worden: terwyI de r,den ^ gezogc worden. b '• In de aanmeiklyke hoeveelheid van vochten, waar mede het lighaam der kinderen voorzien is. h }n óf miP^ro Hevigheid der vaste deelen i>y deeze kinderen, waar door de Natuur buitengaat is, om zich van het fchadeyke, t welk de vochten, of het geheeie lighaam zou benadeelen, te ontdoeneene werking, die alléén van het vermogen der vaste declen afhangt. 3. Ook daar in, dat deeze tedere kinderen door allerlei uitwendige oorzaaken, de geringde zelfs zeer ligdyk aangedaan worden, en naar maate het fpiergeftél by de zelve meer aandoenlyk is, en de zenuwen gevoeliger zyn, moet de werking deezer oorzaaken by deeze kinderen fterber en hngduuriger zyp dan in eenen meergevorderden leeftyd. Niet zelden ziet men, dat eene zeer geringe oorzaak by voorbeeld eene ligte aandLifg zLt ge"?e m?CdCr> 0f andere k,ei"e oorouder tïï ' Z-e V3n het kind.' waar voor eevoLn "ie,C Vatba;ir zy»*aanmcrklvke gevolgen by hetzelve te wege biengen, waar door  C *5 ) door de zenuwen geweldig geprikkeld, en de vaste deelen zeer llerk aangedaan worden. Van daar dat alle de vochten, vooral die der ingewanden, en de gal geheel van eigenfehap veranderen , terwyl de affcheiding en uitftorting van dezelve in de darmen niet geregeld gefchied, derwyze, dat de fïoelgang, die te vooren natuurlyk was, dikwyls zeer fpoedig een groene kleur aanneemd, vermengd met kleine witte ltukjes, even als hard gekookt en fyn gehakt eywit, zynde tevens zeer fcherp en bytende. Als men nu zulk een wigtig gevolg uit eene geringe oorzaak ziet geboren worden, behoeft, men zich dan wel te verwonderen , dat daar door een fcherpte in die vochten ontftaat, welke door de darmen afgevoerd worden, en dat door deeze fcherpte de zenuwen, welke uit de hersfenen en het ruggemerg voortkomende, in eene groote menigte zich door de ingewanden verfpreiden, geprikkeld worden, en daar uit of algemeene zenuwtrekkingen geboren worden, of, door dat byzonder medegevoel confenjus, waar door men in ziekten zoo veel ziet gebeuren ,. de afgelegenfle deelen door plaatzelyke krampen aan gedaan worden. En met betrekking tot de beklemming van de onderkaak is dit zeker, dat dezelve altyd door het medegevoel der zenuwen antflaat, uitgezonderd alleen in het zeer zeldzaame geval by pasgeboren kinderen, waar'irt dit toeval door eene prikkeling op de aangedaane deelen zelve, of in derzelver omtrek, by voorbeeld door zwelling der fpeek-t S&lküeren te vvege gebragt word, 8 5 Tot  C *6 ) Tot de vóórfchikkende oorzaaken deezer ziek- tCa MumJCnJmisfchien 00k brenSen de kwaade gefteldheid der vaste en vloeibaare deelen, die het kind met zich ter wereld brengt, of van de ouders, byzonder van de moeder tot het kind is overgeplant, en waaromtrent het hooo-stwaarfchynlyk is, dat fchadclyk zog zeer veel nadeel doet. Misfchien ook word het kind geboren met zoodanig een tegennatuurlyken ftaat van die zenuwen, welke zich door de fpieren verfpreiden, dat tot de beweging van de onderkaak dienen, waardoor ze, gevoeliger dan de overige, die krampachtige fpanning der fpieren, welke het eerfle verfchynfel der ziekte is, op het ontftaan van eene geringe en voor ons'onbekende oorzaak , voortbrengen. Het word toch door de ondervinding bevestigd, dat verfcheiden kinderen van dezelfde moeder geboren, en volkomen gezond fchynende, nogthans eenige dagen naa hunne geboorte door de kaak beklemming aangetast, en daardoor omgekomen zym Ik heb twee kinderen, die uit zeer gezonde ouders geboren waren, (zynde de moeder vooral volmaakt gezond, frisch en fterk, niet aandoenlyk van zenuwen, en hebbende gemaklyk gebaard; de vader; fchoon mager, echter door ziekten niet verzwacht, maar zeer gezond), zonder eenige voorafgegaane kennelyke oorzaak,' zynde den ftoelgang by dezelven in allen opzichten volkomen natuurlyk, door eene beklemming van de kaak in de eerfte dagen naa hunne geboorte zien ftervcir, fchoon alles, wat tot derzelver voeding en oppasfing behoorde, zeer i&auw»  C *7 ) haauwkeurig waargenomen, en alles wat deeze tedere wichten eenigziiis benadeelen kon, aüer zorgvuldigst gemyd wierd. By een derde kind Sdie zelfde ouders werd het gevaar der kaakbeklemming eenige dagen'naa de geboorte zeer groot, doch hetzelve is door de zorg. der ouderen en myne behandeling, die ik hier beneden zal opgeeven, van den dood gered geWordcn. Het is niet vreemd, en ik heb het meermaalen behalven in hec zoo even aangevoerde goval' bvgewoond, dat. verfcheiden kinderen , uit dezelfde moeder geboren , door deeze gékte overvallen wierden." Men kan nogthans niet altyd die byzondere'gefchiktheid tot de kaak-beklemming, waar van ik nu fpreeke, in dit geval verdacht houden, want het gebeurt zeer dikwyls, dat een en dezelfde bykomende oorzaak of door het zog het kind word aangebragt, ol onmiddelyk op hetzelve' werkt , en alzoo de kaak-beklemming te wege brengt, en dat derzelver gevaar het allerbest en zekerst word atkeerd door het wegneemen van deeze oorzaak, of door den levensregel van de moeder en het kind der'wyzc interichten, dat de bewuste oorzaak buiten werking gehouden worde. De beroemd» Duitfcho Geneesheer WerlHOff heeft eene moeder gekend, die drie kinderen, welke volkomen , gezond fcheenen, ter wereld sebragt, en met haar eigen melk gevoed had. Deeze drie kinderen werden den negenden'.dag naa de geboorte door deeze ziekte overvallen, en bezweeken al te gader. Een vier-  ( 28 ) vierde kind van dezelfde moeder werd op raad van den Geneesheer door eene voedfter gezooed door welker gezond zog de gefchiktheid toe deeze ziekte geheel en al werd vóórgekomen, zulks dit kind het tydperk, waar in de voorde door deeze ziekte aangetast wierden, zonder eemg letzel te boven kwam, en volmaakt gezond bleef, waaróp de voedfter, toen de fyd van t gevaar voorby was, ontflagen werd en de moeder haar kind met haar eigen melk wederom voedde (*). Onder de oorzaaken deezer ziekte komen vooral m aanmerking de veele fouten, welke aan de zyde der moeders en voedfters, met betrekking tot fpys en drank, het beftier van derzelver geheelen levensregel en der verdere niet natuurlyke zaaken begaan worden. Uk het geen wy te voren gezegd hebben, en uit de daaglykfche ondervinding is het kennelyk, dat de gefchiktheid tot kramp- en zenuwtrekkingen by pasgeboren kinderen zeer groot is, en dat zelfs eene geringe oorzaak genoegzaam is om deeze gefchiktheid allerfterkst te vermeerderen. Gemerkt nu het moederlyk zog in den eerften leeftyd van het kind deszelfs eenigfte voedzel uitmaakt, en 'er zelfs in een meer gevorderden levensftand van gezond voedfel zeer veel afhangt, kan men zeer gemaklyk opmaaken, dat zelfs geringe fouten, door de inoér (*) Commerc. litterar. Norimêerg, I?37. iiebdonu 27. pag. 43.  moeder in hnarcn levensregel begaan, het zog zoodanig konnen veranderen, dat daardoor de gefchiktheid tot krampen in 't algemeen vermeerderd, en de kaak - beklemming, waar van wy fpreekcn, geboren word. De levensregel der kraamvrouwen geeft zeer veel aanleiding tot de kramp.- of fluipachtige ziekten der eerstgeboren kinderen. Hier komt vooral in aanmerking de verhitting, die geduufende den arbeid, en naa dezelve in het lig-» haam der vrouwen door verwarmde geneesmiddelen en aangezette fpyzeh en dranken verwekt word. De zoo genaamde arbeid bevorderende middelen, die het bloed verhitten, den omloop der vochten verfnellen, derzelver verbinding veranderen, ontfteeking en bederf in dezelve te wege brengen, worden by het onkundig gemeen tot-deszelfs jammerlyk nadeel zeer gereedlyk gebruikt, te meêr, daar foortgelyke middelen door zulk (lach van lieden aangepreezen worden, die de vryheid verkregen hebben, Hunnen evènmensch ftrafloos van kant te helpen. Het misbruik van wyn geduurende den arbeid, en van die dunne voedfelen, welke met wyn of bier en' heete fpeceryen, vooral komyn, be* reid, en naa de verlosfing gegeeven worden; liet zoo zorgvuldig, maar allerfchadelykst te keer gaan van den flaap by de kraamvrouw, die door den arbeid vermoeid is, behooren, volgens het getuigenis van eenen Arts, die in deezen tyd over de kaak - beklemming gelchreeven heeft, „ onder de oorzaaken, die deeze ziekte te Varefia zeer gemeenzaam doen ontftaan, 5, ter-  C 30 ) „ terwyl de Inwoonders der nabuurige ftreèkèft, .„ by welken deeze fchadelyke misbruiken niet .„ heerfqhen,' deeze ziekte byna niet kennen." (*) Uit de bygebragte, waarneemingen blykt het dan genoegzaam, dat de kaak-beklemming by eerstgeboren kinderen door zoodanig moedeMyk zog, 't welk van te verhit en fcherp geworden bloed is afgefcheiden, kan . ontllaan. Maar eene andere niet geringe, met de voorgaande in een zeer naauw verband ftaande oorzaak, en die tot hier toe den Geneeskundigen fchynt ontglipt te zyn, is.de zpgkoprts, welke de kraamvrouwen veelal den tweeden of. derden dag na de verlofrfing. overkomt, Het is toch eene algemeene waarneeming, dat de eerstgeboren kinderen nooit door de .kaak-beklemming overvallen worden, voor dat de zogkoorts, zich vertoond heeft, maar wel naa dat dezelve ontdaan, of reeds wederom verdweenen was. Dat ondertusfehen deeze koorts wel degelyk in ftaat is, de ziekte, waar van ik fprpeke, te doen geboren worden, zal, naar myne gedachten, uit het 'volgende onbetwistbaar blyken. i. De ondervinding leert zeer klaar, dat, by alzulke kinderen, in welker, geitel eene meerdere gefch'iktheid tot kramptrekkingen boven veele andere plaats heeft, deeze ge- . fchiktheid geduurende de zogkoorts, en • kort naa dat dezelve is afgejoopen, iieeds vermeerderd, derwyze dat de. zenuwcrek- -'.;.. b rflofoasLioo ,\, iao .. ]kfy>: (■ü) Ac f er ma Kif in libr, cilat. pag. 95,  C m ) langen, die vóór het ontdaan deezer koorts Hechts gering waren, geduurende derzelver aanwezigheid, of naa dat ze ge-eindigd is, aanmèrklyk fterker worden, en zeer fchielyk en hevig te voorfchyn komen, a Ie rf#iö"jiu ioiil .sh*o} r: • bsvi s. In die gevallen, waarin eene krampachtige aandoening der kaak by de kinderen, gepaard met eene vermeerderde gefchiktheid tot zenuwtrekkingen de voorboden zyn der kaak-beklemming, byzonder in de zulke, waarin voorige kinderen, uit dezelfde moeder geboren, aan deeze ziekte geftorven waaren, heb ik nooit de kaak - beklemming zien ontdaan (uitgezonderd- alleen in dat zeer zeldzaame geval, waar van ik boven gefproken hebbe,} zoo dikwyls de levensregel der moeder geduurende -den arbeid, naa de verlosfing,, en naa het- afloopen van de zogkoorts derwyze werd ingericht , dat daar door alle verhitting der vochten, of dremming van het zog in. de borden werd voorgekomen. Het blykt toch uit de boven aangehaalde waarneeming van Werlhoff, dat kinderen, die in 't grootde gevaar waren om de kaak - beklemming te krygen, door. dezelve niet zyn aangetast geworden, als zy het zog van eene vqedder. ontvingen , by welke de. zog - koorts reeds voor- . by was.- i Boven is het aangetoond, dat drie kinderen, uit eene aller gezondde moeder geboren, op djen negenden dag van  C 32 ) Van hun leven door de kaak - beklemming omkwamen, maar dat een vierde , door eene voedfter gezoogd wordende, van dee* ze ziekte bevryd bleef, zoodanig zelfs, dat, de tyd van gevaar voorhy zynde, de moeder haar eigen kind met het beste gevolg wederom zoogde. Hier uit blykt allerduidelykst, dat het zog, hetwelk in de eerrte dagen naar- de verlosfing afgefcheiden word, door de vermoeijing van den arbeid en de daar op volgende zogkoorts, eene aamerklyke verandering ondergaat, en oorzaak van deeze ziekte word, althans de gefchiktheid der kinderen tot dezelve Vermeerdert, •.taese^ii.'; ftsÉjtoao néist ^aimarefcbd -':b:si Ik ontkenne echter niet, dat 'er, tot het bereiden van goed en voor het kind gefchikt zog, èen koortsje noodig zy, en dat veele kinderen, die geduurende deeze koorts met het moederlyk zog gevoed werden, ondanks dit alles, het gevaar deezer ziekte te boven gekomen en gezond gebleeven zyn: maar het is zeker, dat eene zoodanige zogkoorts, welke door een verkeerde en te veel verhittende levensregel: ontftaat, in het ganfche geftél der kraamvrouw, zoö met betrekking tot de vaste als vloeibaare deelen, dezelfde uitwerkingen te wege brengt, die 'er op alle hevige koortfen gewoonlyk volgen. De aandoening, welke de zogkoorts, uit die oorzaak geboren, in het lighaam verwekt, is dikwyls Zoo aanmerklyk, dat het zog zeer kennelyk eerie kwaade hoedanigheid aanneemt, derwyze, dat de kinderen zelf, geduurende deeze koorts, het  C 33 ) het zog weigeren na zich te neemen. Trouwens, zoo lang de zogkoorts duurt, is de verandering in het zog zeer fterk, naardien het te voren dun, en na wei gelykend zog, nu zeer dik word, wyl 'er een groot deel van deszelfs wei door de koorts vervliegt, en hetzelve gevolglyk meêr kaas- en boterdeelen bevat. Zulk zog, ik bekenne het, is voor het kind wel voedzaamer als het dunner, 't welk vóór de zogkoorts gemeenlyk in de borsten afgefcheiden word, maar zoo dikwyls de zogkoorts hevig is, ondergaat het zog eene te fchielyke, en dienvolgens gebrekkige verandering, en daar by het kind het meconium nog niet ontlast is uit de darmen, ftremt dit dikker en zwaarder zog zeer ligt in de ingewanden, en word fcherp, vooral wanneer hetzelve niet behoorlyk en lang genoeg in de borsten is bereid geweest, of omgekeerd, wanneer het door eene te lange ophouding in dezelve is bedorven. Eindelyk wyl niets meerdere aanleiding tot deeze ziekte geeft, dan eene verzameling van kwaade ltoffen in de darmen der kinderen, die, of door hunne veelheid of fcherpte hinderlyk zyn, is het zeer ligt te geloven, dat de eerfte koorts der kraamvrouwen, 't zy men op de koorts zelve lette, of op de byzondere veranderingen, welke het zog door dezelve ondergaat; zeer veel toebrenge tot het daarftellen eener hevige ziekte. Naardien alles, wat ik met betrekking tot de oorzaak der kaak-beklemming aan de zyde der zoogende moeder gezegt hebbe, nederkomt op eene tegennatuurlyke verandering van het zog, C zon  C 34 ) zou men daar uit veelligt willen afneemen, dat ook andere ziekten by voorbeeld fcrofulen, de teering, fcorbut, jicht, de venus-ziekte, als ook zeer oud zog, indien ze by de moeder huisvesten, oorzaak der kaak-beklemming by de pasgebooren kinderen zouden konnen worden. Ik moet nogthans erkennen, dat ik deeze ziekte uit die oorzaaken nog niet heb zien ontdaan, en durve hier omtrent niets Heiligs bepaalen, hoe zeer het anders waarheid zy, dat uit de opgenoemde ziekten der moeders de allergeweldigde toevallen by de kinderen niet zelden volgen. Ook heb ik nooit waargenomen, dat te oud zog aanleiding tot de kaak-beklemming heeft gegeeven, en hier over moet men zich niet verwonderen, naardien zoodanig zog veel eer. verlioppingen in de buiksingewan'den en derzelver klieren verwekt, welke gevolgen, naar de waarneeming van Tissot, met zenuwtrekkingen en wat van dien aart is, in geen het minste verband daan. Onder alle de oorzaaken echter, die, van zoogende moeders tot de kinderen overgebragt wordende, deeze ziekte doen ontdaan, zyn 'er geene, die derker werken, en, volgens eene doorgaande waarneeming, de ziekte het allermeest verwekken, als hevige gemoedsaandoeningen, onder welken het fchrikken de eerde plaats bekleed. Het is eene bekende zaak, dat een fchnk, zoo wel in verfcheidenheid als geweld der toevallen, welke gemeenlyk op denzelven volgen, die der overige aandoeningen yan.de ziele verre te boven ftreeft. Door deeze  ( 35 3 ée ondergaat de lever, en de daar in afgefcheiden wordende gal, eene aanmerklyke verandering, en de affcheiding van dit zoo noodzaak lyk vocht word daar door of geheel geftremd, öf ze word fcherp. Op die deelen, welke het zoo onöntbeerlyk voedfel voor ,het pasgeboren kind affcheiden, de moederlyke borsten naamlyk, werkt deeze gemoedsaandoening zoo geweldig, dat daar door dikwyls, gansch onverwacht, verhardingen, die in knoestgezwellen ©maarten, te voorfchyn gebragt worden (*). Gemerkt nu deeze gemoedsbeweging zoo fterk op de borsten werkt, en in het zog byzonder eene itremming doet ontdaan, volgt daar uit noodzaaklyk, dat by eene kraamvrouw, pas verlost, en verfchrikt zynde, het zog zeer kennelyke en fchadelyke veranderingen moet ondergaan. By de geneeskundige Schryvers, die over deeze ziekte gehandeld hebben, vind men een ganfche reeks van waarneemingen, welke bevestigen, dat deeze ziekte door het fchrikken der kraamvrouwen is ontdaan. Ackermann levert veele voorbeelden van doodlyke kaak beklemmingen uit deeze oorzaak geboren, en ik zelf heb meer dan eens eene kaak beklemming by pasgeboren kinderen onmiddelyk naa eenen hevigen fchrik te voorfchyn zien komen. Ja, de uitwerking deezer oorzaak is zoo derk, dac ik nu en dan in zooglingen, die reeds eenige- wee* (*) Tissot traité des nerfs & de leurs maladïes» Home i. part. t. pag. 395- 397C a  C ) weeken oud waren, de kaak-beklemming heb waargenomen. Ik heb dit toeval zien ontftaan en m den dood eindigen by een kind, 't welk agttien dagen oud, voor 't overige gezond en uit gezonde ouders geboren was, naa dat de moeder door een hevigen brand zeer verfchrikt W3Sj Fen ander kind' reeds zes weeken oud, werd door deeze ziekte aangetast, naa dat de moeder eene hevige ontfteltenis geleeden had van een dronken mansperfoon, die ter aarde nederviel, en, naar het fcheen, den geest gaf. Met eén woord, in alle die gevallen, waar in deeze ziekte den kinderen, die ouder zyn als veertien dagen, aantast, moet men meest altyd een fchnk der moeder verdacht houden, ten duidlyken bewyze, dat deeze oorzaak met betrekking tot derzelver vermogen op pasgeboren kmderen, genoegzaam alle anderen te boven gaat. Men moet hier by vooral in aanmerking neemen, dat deeze gemoedsbeweging zulke fchieiyke veranderingen in het zog voortbrengt, dat daar door, eenige uuren naa den fchrik, het kind, t welk zoodanig zog van de moeder ontvangen heeft, door de ziekte kan aangedaan worden, t welk door my en anderen méérmaals is waargenomen. „ Eene vrouw werd op den derden " u na? dat Zy een d°gtercie had ter we„ reld gebragt, 's morgens ten negen uuren „ door een hevigen fchrik bevangen. Zy legt „ haar kind, 't welk te voren gezond was, naa „ den fchrik aan de borst. . Ten één uur naa » den middag kon het kind reeds niet meêr  C 37 ) „ zuigen, om dat de mond door de kaak be„ klemming gefloten was." (*) Ik heb zelf deeze beklemming eenigzins hebbelyk zien worden by kinderen, welker moeders aan fchrikken zeer blootgefteld waren, in welke gevallen nogthans deeze ziekte noch aanhoudende, noch doodlyk wierd, om dat misfchien deeze kinderen door het herhaald fchrikken der moeders daar aan gewenden. 8 5 !".'' ifiJ:ir!*V*! rj h ' Naa dat ik de oorzaaken deezer ziekte, welke van de moeder tot het kind overgebragt worden, ontvouwd hebbe, zal ik overgaan tot' die, welke onmiddelyk op het kind werken en de kaak-beklemming te wege brengen. Onder deeze komt in de eerfle plaats in aanmerking een te warme en vochtige dampkring. Alle de waarneemingen over deeze ziekte komen daar op neder, dat dezelve zeer gemeenzaam is, en zeer veele kinderen dood in die Landftreeken, die zeer warm, en tevens zeer vochtig zyn; in die heete Landen, in welke het yzer en andere metaalen, fchoon zeer fterk gepolyst, evenwel door roest worden aangetast; in geheel zuidlyk America (**) en deszelfs Eilanden (***_), als ook in Oost-Indien (****). Ja men heeft in Oost- en ook in Westen) AcKERMANN 1. c. pag. 33. (**) d'Ulloa voyage Hiftorique de 1'Amerique meridion. Tom. i. p. 472. (***) Grainger on the more comrnon WestIndia Difeas. pag. 15. (****) Lind on Difeafes incidental to Europeans in hot Cliaiates, III, r. 4. 'F c3  C 38 ) West-Indien waargenomen, en dit verdient allen geloof, dat bejaarde lieden door eene doodlyke kaak-.beklemming overvallen worden, wanneer zy by ftiliraande wateren, poelen of rivieren, des nachts, Hechts.? eenige uuren, zonder dekzel, op den grond geflaapen hadden,. Daar het dus door waarneemingen geftaafd word, dat een warme en te gelyk vochtige dampkring in heete Landitreeken eene doodlyke kaak-beklemming of hevige zenuwtrekkingen door het ganfche lighaam "by bejaarden kan verwekken, is her niet te verwonderen, dat tedere zooglingen, onder zulk eene Luchtftreek geboren, uit die zelfde oorzaak zeer dikwyls in die ziekte vervallen. Door de groote hitte immers vervliegen de dunnere vochtdeelen, terwyl het overige verdikt en te veel verflymt, waar door hetzelve zeer ligt ontaart. De doorwaasfemmg word door de geftadige warmte by dag in 't oneindige vermeerderd, endaar dezelve door den vochtigen dampkring vooral des nachts niet alleen verminderd, maar geheel tegengehouden en met andere fcherpe vochten na binnen gedreven word, geeft dit de grootfte aanleiding tot hevige ziekten niet alleen, maar ook tot de heklemming van de onderkaak, 'Er is meer. De ondervinding heeft door alle tyden heen den Geneeskundigen geleerd, dat de gal door eene warme en te gelyk vochtige lucht allerfterkst aangedaan word. Door deeze veréénigde hoedanigheid des dampkrings verkrygt de  £ 39 ) gal eene zeer groote fcherpte, en eenen fpoedigen overgang tot bederf of verrotting, 't welk menigmaal door dè meestvermogende middelen .niet is te> bedwingen. Trouwens men behoeft flechts de geneeskundige Schryvers, die in de heete Landen de ziekte hebben waargenomen en befchreeven, natezien, en men zal ras overtuigd zyn, dat het grootfte gedeelte der ziekten aldaar geboren word uit eenen te warmen dampkring, die de doorwaasfeming vermeerdert, maar wyl hy tevens vochtig is, kort daar op dezelve geheel belet, waar door de gal, als met dezelve in een naauw verband ftaande, allerfcherpst en prikkelende wordt, en vervolgens fpoedig bederft. Daar nu by jonge kinderen het zenuwgeftel veel gevoeliger is als by bejaarden, en zy op de minste aandoening dikwyls in hevige ftuipen vervallen, waar voor bejaarden onvatbaar zyn, moet men zich niet verwonderen, dat de kaakbeklemming by kinderen, onder eene warme Luchtftreek geboren, zoo gemeenzaam is, vooral als men nagaat, hoe veel de groote hitte toebrenge tot het fcherp worden der vochten, en allermeest der gal. Het grootst gevaar nogthans der kaak - beklemming in heete Landen is gegrond op eene te rug gedreeven uitwaasfeming, en, dat daar uit de ziekte het allermeest geboren word, bevestigt de waarneeming van den zeer 'beroemden du Buffon, welke die geleerde uit de franfche fchryvers heeft medegedeeld. Hy zegt, C 4 „ dat  C 40 ) >) dat in de franfche Eilanden in de Indien,'al» waar het wel zeer warm, maar nogthans „ minder heet is als op het Eiland Senegal, „ de Negerkinderen, als ze geboren worden, „ zoo aandoenlyk voor de lucht zyn, dat de „ ouders dezelven geduurende de eerfte dagen „ in de allerwarmfte vertrekken moeten opge" jJ. houden' wanc dat ze anders door eene . „ doodlyke kaak - beklemming overvallen wor„ den1'. (*). Eene andere oorzaak tot de kaak-beklemming aan de zyde van het kind, welke zoo wel in heete als kouder Landitreeken tterk werkt, fchoon dezelve in de eerstgenoemde de kinderen heviger aandoet, is het meconium, 't welk in de darmen by eerstgeboren kinderen gevonden word, Deeze kwaade ftoffe, dikwyls in grooten voorraad in de darmen der kinderen aanwezig, hegt zich door haare taaiheid aan de binnenfte oppervlakte der darmen, en prikkelt dezelve door haare fcherpte op dezelfde wyze als de 1 allerfcherpfte ftoffen, die zich in dezelve onthouden. Het meconium nogthans gaat de laatfte daar in aanmerklyk te boven, dat hetzelve, behalven de verwekte prikkeling, ook de gal zeer kennelyk verandert, naardien de affcheiding en uitftomng van dit vocht in den twaalfvinge- rigen JE2 BrTvh\ft- ™;ur- êenerai- T°m- vi. p. 208. volgens den Hoogduiifchen druk te Berlyn van rj?i jn 8vo. J '. •  C 41 ) rigen darm door een zeker taai flym, 't welk meest altyd de ontlasting van het meconïum vergezelt, belet word, overmits hetzelve zeer vast aan de darmen blyft zitten-, zulks men, zoo menigmaal deeze oorzaak aanwezig is, gerustelyk moge onderftellen, dat de gal geheel verandert en van den natuurlyken ftaat afgewee» ken zy. Die eerfte melk, welke reeds vóór de verlosfing in de borften der baarende gevonden, maar daar naa in eene groote hoeveelheid afgefcheiden word, en die alle andere losmaakende en buikzuiverende geneesmiddelen, door deszelfs verdunnend en prikkeling.-weerend vermogen verre overtreft , is het allergefchiktfte geneesmiddel ter afwending van het kwaad, 't welk uit deeze bron ontfpringt: maar dit vocht word den eerstgeboren kinderen niet zelden onthouden, door welke onbedachtzaamheid men meer dan eens gelegenheid geeft tot de hevigfte fluipachtige ziekten en de kaak-beklemming zelve. Tn warme Landen nogthans is-de kaak-beklemming der eerstgeboren kinderen uit deeze oorzaak, het meconium naamlyk, menigvuldiger als in de gematigde of kouder Luchtftreeken. De reden hier van is zeer klaar. In de eerfte naamlyk loopen alle de andere oorzaaken, die op het kind werken, in dit eene punt te zamen, dat naamlyk, de vochten, die zich in de darmbuis verzamelen fcherp gemaakt worden door de vermeerderde uitwaasleming by dag, Waar door het dunner vervliegt, terwyl deeze $elfde uitwaasfeming des nachts fchielyk ger C 5 ftremsl  C 4» 5 firemd-word, En dit is de reden, dat volgens Orainger de kaak-beklemming der kinderen in-de West-Indien door het in de darmen opgehouden en fcherp geworden meconium zoo gemeenzaam is (*), rerwyl de Heer de Fourcroy altyd gelukkig flaagde in het vóórkomen deezer ziekte by pasgeboren kinderen, door dezelven aanllonds integeeven de Syr. Rofar. folutivus, waar door deeze ftoffe fpoedig ontlast werd (**). En Brlndel befchouwd de fcherpte der ftoffen in de darmen, byzonder der gal uit het zelfde oogpunt, als in de kwaadaartige koortfen, en houd deeze voor eene zeer gewoone oorzaak deezer ziekte by eerstgeboren kinderen in Duitschland, (***). Als ik myne ondervinding hier mag byvoegen, dan moet ik betuigen, dat ik deeze ziekte zeer dikwyls door het in de darmen te rug gebleeven meconium heb zien geboren worden, en zelfs menigvuldiger als naa hevige fchrikken der moeders, 't Is waar, ik heb, fchoon zeldzaam, de ziekte ook zien volgen by kinderen, welker ingewanden door andere onzuiverheden', vooral melk en ongefchikte voedfelen opgevuld, en vervolgens niet behoorlyk ontlast waren. In dit geval nogthans kwam de goedgunftige Natuur te hulp door. een heilzaamen ftoelgang, waar (*) On the more common West-India Difeafes.p. 15. ( * *) Apud Tissotum, Traite" des nerfs & de ieurs maladies. torn. II. p. n. cap. 10. §. 32. (***) Progr. de Spasmo maxiiiae inferioris infantili in opufcul. Part. I. pag. 101.  ( 43 ) Waar door deeze kwaade ftoffen uitgeworpen, en de kinderen behouden werden. Dit is ook door Ackermann waargenoomen (*). Dat eene te groote knelling der windzelen by pasgeboren kinderen nu en dan oorzaak der kaak - beklemming geweest zy, getuigt al mede de zoo even genoemde Ackermann (**). ■' X>? oorzaaken, waarom de geneezing der kaakbeklemming by pasgeboren kinderen zoo moeilyk en dikwyls onmooglyk is, aangeweezen. - De kaak-beklemming, zo wel die, welkê ïn bejaarden, sis die, Welke in jonge kinde-en ontftaat, is van den dageraad der Geneeskunde af tot nu toe voor eene allergevaarlykfte ziekte gehouden geworden. De meest aangepreezen geneesmiddelen tegen de kramp zyn veelal in deeze ziekte onvermogende bevonden. Van daar, dat thans de vermaardlte Anzen gansch niet karig zyn in het roemen op hunne behandeling, wanneer zy flechts eenen enkelen lyder yan deeze ziekte geneezen hebben. Maar het geen meer verwondering wekt. is, dat eene ziekte, die met geene hevige, of fterk in 't oog loopende toevallen gepaard is, en wel* (*") In libro iam citato pag, 40. (**) lbid. pag. 97-  < 44 ) welker toevallen geene geweldige beweging of fterke prikkeling in het lighaam aanduiden; dat eene ziekte, waar in de lyders noch door pyn afgemat worden, noch door een merkbaar verlies van krachten verzwakken, nogthans eenen zekeren dood ten gevolge hebbe, ten zy men tot derzelver afwending de meest vermogende middelen in het werk Helle. Om deeze reden oordeele ik het van zeer veel belang te zyn, dat ik met de verëischte oplettendheid na de oorzaak van zulk eene doodlykheid onderzoek Het is bekend, en de daaglykfche ondervinding bevestigt het, dat onder alle de ziekten, welke by de Geneeskundigen voor kramp- of fluipachtig gehouden worden, dezulke de gevaarlykfte zyn, in welke de aangedaane fpieren (leeds m een (laat van fpanning blyven, zonder dat 'er eene ontfpanning, zoo als by ftuipen meestal plaats heeft, op volgt. Immers in den tetanus en alle deszelfs foorten is het gevaar veel grooter, als in de geweldigfte afwisfelende krampen, hoe langduurig deeze ook mogen weezen. Van daar, dat die foort van tetanus. waar m de fpieren wel voor een poos gefpannen blyven, maar kort naa den aanval, even als in de afwisfelende krampen, ftuipachtig bewogen worden, minder gevaarlyk is, als die, waar in de fpieren beltendig in een ftaat van fpanning blyven, zonder dat 'er eenige ontfpanning op Dan, fchoon deeze aanhoudende krampen veej  C 45 ) veel gevaarlyker en moeilyker te geneezén zyrt als de afwisfelende, kan met echter zeer gemaklyk begrypen, dat dezelve in eerstgeboren kinderen hoogst gevaarlyk zyn, naardien derzelver teder geitel meestal niet beftand is, om zulke geweldige toevallen te wederftaan. Onder alle de krampziekten nogthans,'welke met hevige toevallen, die zich aan de.zinnen van den waarneemer niet vertoonen, gepaard gaan, is de beklemming van de onderkaak de allergevaarlykfte, althans niet minder gevaarlyk als de algemeene en (reeds aanhoudende krampen , den tetanus en de achterwaardfche ruggekramp. De oorzaaken deezer gevaarlykheid zyn de volgende. i. In allerlei aanhoudende krampen, die zich tot een byzonder deel bepaalen, en vooral in de kaak - beklemming, fchynt 'er eene algemeene en zeer fterke prikkeling plaats te hebben, fchoon dezelve zich in de laatstgenoemde ziekte naauwlyks laat ontdekken, om dat eene algemeene prikkeling, fchoon geweldig, niet ligt befpeurd word, en het gevoel der lyders aan deeze ziekte niet fcherp is. Deeze prikkeling nogthans maakt eene geweldige beweging in de dierlyke geesten, en is veelligt oorzaak, (overmits 'er meerder hoeveelheid noodig is, zal het leven bewaard blyven), dat deeze in die verëischte maate niet afgefcheiden worden, mooglyk wel kwalyk geileld raaken, en byzonder van  C .46 5 .-■van dat geene beroofd worden, waar door alle lighaams werkingen den toon ontvangen, welke misfende, deeze laatfie komen te verflaauwen te bezwyken. 2. Als men het beloop der kaak-beklemming m kinderen en bejaarden oplettend befchouwt; dan ziet men duidlyk, dat de dierlyke geesten by derzelver levensbron zelve geflopt worden. Van daar waarfchynlyk, dat de vochten der geftorvenen aan deeze ziekte zoo ongemeen fchieJyk bederven, en dat de gal meest altyd bedorven raakt, 't welk de Geneeskundigen voor de eenige oorzaak deezer ziekte by de pasgeboren kinderen gehouden hebben, fchoon hetzelve niet zelden eene uitwerking daar van is. Bekend ondertusfchen is het, dat in die lighaamsdeelen, waar in de werking der zenuwen oritbreekt, een fterk en fchielyk voortloopend bederf plaats grypt (*). 3. Eene andere oorzaak der gevaarlykheid ontllaat uit de krampachtige fpanning en onbuigzaamheid der fpieren van het ftrottenhoofd, het keelgat, de flokpyp, den hals en van de onderkaak geduurende de kaak - beklemming. Dat 'er toch, behalve de kaauw- en flaapfpier, veele andere fpieren in deeze ziekte aangedaan worden, is zeer kenbaar, zoo dra de ziekte Hechts eenigzins toegenomen is, uit de ftyfte van (*) De waarneemingen, die dit bevestigen, zyn door Tissot by een verzameld in Traité des neits Tom. I. P. I. art. 8. £. 204. en vervolgens.  C 4? ) van den hals, uit de aanmerklyke verandering die het aangezicht en de mond ondergaan, uit de plooyen van de kin, en eindlyk uit de moeilyke en daar naa geheel belette neêrzwelging. Deeze zoo zeer gefpannen en daar door onbuigzaam geworden fpieren veranderen hunnen ftand of ftrekking in 't geheel niet, en verhinderen daar door zoo aanmerklyk den doorgang van het bloed door de hals - llagader na het hoofd, om dat het vermogen van het hart, van de llagaderen en der overige deelen, welke den vryen doortogt van het bloed bevorderen, door de ziekte zeer verzwakt is. Ondertusfchen belemmert deeze gefpannen (laat der fpieren den terugvloed van het bloed langs de halsaderen nog meer, en het is vooral aan deeze oorzaak, dat ik het groot gevaar der kaakbeklemming zoo by kinderen als by bejaarden, toefchryve, terwyl men hier door, naar myne gedachten, ook kan verklaaren, waarom deeze ziekte alle andere afwisfelende krampen in gevaarlykheid te boven gaat. In deeze laatfte is 'er eene fterke beweging, en het bloed word met veel geweld voortgedreeven. In aanhoudende krampen, gelyk de 'kaak-beklemming heeft het tegendeel plaats, naardien de werking der llagaderen in dit geval zwak, en die der aderen nog veel traager is. Geen wonder derhalven, dat in zoodanigen ftand der zaaken het hersfen-wezen aangedaan worde, en deeze ziekte meest altyd den dood ten gevolge hebbe. 4. Het menschlyk lighaam is niet in ftaat, om in eenig gefpierd en tot beweging gefchikt deel  C 48 > deel denzelfden onveranderden ftand of richting ' eenen langen tyd, zonder merklyk nadeel te behouden. De belette beweging en werking van het bloed en der zenuwen door de hier uit ontftaande drukking brengen zeer gevaarlyke gevolgen te wege, 't geen uit het aanmerklyk geval van den zeer beroemden Heere Guktt ard, die daar door byna om het leven kwam zeer klaar kan opgemaakt worden (•) Geen wonder derhalven dat de drukking der zoo zeer gefpannen fpieren van den hals op de zenuwen eenen aanmerklyken invloed heeft, en in dezelve zeer wigtige veranderingen verwekt, waardoor zy buiten werking gebragt worden. 5. Uit byzondere of plaatslyke krampen ontftaan zeer ligt algemeene, die des te gevaarJyker zyn naar maate het lighaam door de voorafgegaane ziekte meer verzwakt is. Te voren hebben wy getoond, dat de kaak-beklemming by jonge kinderen zeer ligt in een achterwaardfche rugge-kramp overgaat, en dat dezelve dan doodlyk word. 6. Overmits de kaak-beklemming door de Geneeskundigen onder de allergevaarlykfte ziekten gerangfchikt word, hebben zy ook te eereeder de meestgeroemde antifpasmodka in dit geval ter proeve gebragt, te eer nog, om dat het zoo moeilyk is die oorzaaken deezer ziekte te onderfcheiden, welke eene andere geneeswyze zou- (*) Hiftoire de 1'Academie Royaje des Sciences, Paris. 1759. pag, 66. feq, '  C 49 ) jouden verëisfchen. Het gebruik toch van antifpasmodka in zoodanig een tydperk der ziekte, 't welk gansch andere middelen vordert, is de niet min zekere, als gemeenzaame oorzaak van zulk eene ongewoone doodlykheid deezer ziekte, zoo als hier beneden nader blyken zal. 7. Eindlyk moet men hier byvoegen, dat de hulp des Geneesheers zeer zeldzaam in deeze ziekte gevraagd word, waar door derzelver doodlykheid ook nog vermeerderd word. De vroedvrouwen neemen meestal de zorg der geneezing op zich, en deeze beftaat, wyl zy de ziekte voor onherftelbaar houden, veeltyds in het toedienen van zoodanige middelen, waar door de ziekte verergert, terwyl zy dat geen, 't welk derzelver geweld zou konnen bepaalen, zeer zorgvuldig achterwege laaten. De wyze, op welke men de ziekte kan afkeer en. Naa dat wy tot hier toe over de oorzaaken deezer ziekte gehandeld hebben, zullen wy treden tot de manier, om deeze ziekte, als 't gevaar nakende is, aftewenden. ' Iemand word gezegd, tegen eene ziekte, die hem dreigt en voor hem gevaarlyk kan worden, beveiligd te worden, als men de beginfelen der ziekte in zoodanig een voorwerp kan afkeeren. Maar dewyl alle ziekten een zamenloop van geschikte oorzaaken, of althans ééne, maar geD noeg-  ( 5° ) noegzaame, oorzaak, om dezelve voort tebrengen, verëisfchen, beftaat de'voorbehoeding tegen allerlei ziekten, of, 't geen op 't zelfde uitkomt, het afkeeren derzeive, hier in: dat 1. De oorzaaken der ziekten, die men tracht aftekeeren, gemyd worden, vooral de zuike, die men weet, dat het allermeest die ziekten, die men poogt vóórtekomen gewoon zyn voorttebrengen, of 2. Dat die oorzaaken, welke het meest de ziekten daarftellen, indien ze reeds in het lighaam aanwezig zyn, ten fpoedigfte vernietigd, en daar door de ziekten vóórgekomen worden. Hier uit blykt, dat 'er geene bepaalde geneeswyze tegen de kaak-beklemming der eerstgeboren kinderen gevonden word, maar dat dezelve gefchikt moet zyn naar de oorzaak der ziekte in 't algemeen, en byzonder werken tegen die, welke men vreest, dat het lighaam derwyze zou konnen aandoen, dat de ziekte daaruit zoude konnen geboren worden, terwyi men geen grond van hoop heeft op eene zoo algemeene geneeswyze, door welke men deeze ziekte altyd zal konnen afkeeren en geneezen. Indien men nogthans in Haat was, om die zoo groote, en allen eerstgeboren kinderen aangeboren geneigdheid tot zenuwtrekkingen, in eenen zeer korten tyd, geheel en al wegteneemen, dan zou men langs deezen weg de kaakbeklemming konnen afkeeren, naardien deeze geneigd-  C 5i ) Heigdheid weggenomen zynde, allé die óör&aken, welke het teder en gevoelig zenuwgeftel der kinderen prikkelen, of geene, of zeer geringe veranderingen in hetzelve zouden te wege 'brengen. Maar dit is eene zeer moeilyke taak, misfchien eene onmooglykheid, naardien geene lighaamsgefteldlieid toe krampen en zenuwtrekkingen van allerlei aart meêr gefchikt is, als die, welke in een al te aandoenlyk en zeer gevoelig zenüwgeltel gegrond is. Dït is juist het geval by alle pasgeboren kinderen. Hier komt by, dat deeze tedere wichten, gewend aan zulk een lange en onveranderde Warmte en vochtige broeijing, terttond naa de geboorte niet alleen, door alles wat hun omringd, naamlyk heE licht en den dampkring, maar ook door het dekzel, waar in zy gewonden worden, en door dè fchadelyke voedzelen, geprikkeld worden, waar door derzelver teêrgevoéligheid en gefchiktheid tot krampen en zenuwtrekkingen geftadig worden gaande gehouden* Hiet komt by, dat de Geneeskunde niet'iri ftaat is, om de natuurlyke gefchiktheid der ligt haamen op éénmaal, dat is fchielyk, te veranderen, vooral niet de te groote aandoenlykheid en gevoeligheid van fpieren en zenuwen, als welke zeer lang byblyft, eer men ze geheel kan overwinnen. 'Er is by een bejaard, te voren fterk mensch, die van êene ontllooken ziekte geneezen is, een geruime tyd noodig, om de aandoenlykheid van het zenuwgeitel en de fcwakte, door de ziekte en de geneesmiddelen ontftaan, te boven te komen. Daar het nu alD 2 letf  C 5* ) len dieren en dus ook den mensch, eigen is, dat derzelver lighaamsdeelen flechts langzaam en met de jaaren hun vermogen verkrygen, verwondere men zich niet, dat de Geneeskunde zoo weinig in ftaat is om het fpier- en zenuwgeftel by eerstgeboren kinderen te verfterken en tegen de aanvallen van kramp te beveiligen. Men beproeve dit, en men zal de waarheid van het aloude fpreekwoord bevestigd vinden: dat een Arts geen meester maar een dienaar der Natuur behoort te zyn. Alles wat een Geneesheer in dit geval doen kan, beftaat in het zorgvuldig afkeeren van dat geen, 't welk de gefchiktheid tot krampen en ftuipen vermeerderen of werkzaam zou konnen maaken. Hier toe is noodig, dat alle gelegenheid - geevende oorzaaken, die het zenuwgeftel der pasgeboren kinderen op eenigerleiwyze konnen prikkelen, op de best mooglyke wyze afgewend worden, en dat, zoo al zulk eene oorzaak aanwezig mogt zyn, men alles aanwende, ten einde derzelver fnelle en hevige werking te vóórkomen of ten minsten te beteugelen. De aangeboren gefchiktheid der kinderen tot deeze ziekte verdient de grootfte oplettendheid van den Arts, wyl deeze niet zelden plaats heeft, en dikwyls eene naauwkeurige en onüfgebrooken geneeswyze vordert. Men kan deeze aangeboren gefchiktheid tot de ziekte met recht daar uit opmaaken, als verfcheiden kinderen uit dezelfde moeder gebooren, nagenoeg op denzelfden ouderdom, door deeze ziekte «angetast worden. Ziet  C 53 ) Ziet men dit gebeuren, dan moet'de Geneesheer naauwkeurig nagaan, of de ziekte, gelyk het nu en dan, fchoon zeer zeldzaam, gebeurt, by de voorige kinderen, zonder eenige voorafgegaane kennelyke oorzaak aan de zyde van de moeder of van het kind, ontdaan zij, dan wel of eenige oorzaak op verfcheiden kinderen van dezelfde moeder werkende, of door de moeder, of door het kind zelve de ziekte hebbe daargefteld. Dit gebeurt zeer dikwyls, naardien het mooglyk is, dat hevige gemoedsbewegingen van eene moeder, die daar aan daaglyks is blootgefteld, op de meeste van derzelver kinderen, kort naa de verlosfing; waar door de kraamvrouwen voor aandoeningen nog vatbaarer worden, konnen werkzaam zyn, of dat eene andere oorzaak, fterk genoeg om deeze ziekte te doen ontdaan, dezelve in verfcheiden kinderen uit ééne moeder geboren, konne te wege brengen. Hier over nogthans zal ik nader fpreeken. Wanneer verfcheiden kinderen van dezelfde moeder, nagenoeg op denzelfden dag naa hunne geboorte, zonder eenige voorafgegaane oorzaak, welke tot deeze ziekte aanleiding zou konnen gegeeven hebben, door de kaak-beklemming zyn overvallen geworden, en 'er gegronde vreeze is, dat het kind, waar van zy, naa de voorgaande, die aan deeze ziekte geftorven waren, bevallen is, ook wederom door dit toeval zou aangetast worden; dan is de voorbehoeding wel zeer moeilyk, maar nogthans volgens de waarneemingen van Werlhoff, D 3 die  C 54 ) die ik mede bevestigd gezien hebbe, niet voU itréta onmoöglyk. Alles komt in dat geval hier op neder: i. Dat men na eene voedfter omzie, welke het kind, althans geduurende de eerfte weeken, in de plaats van de moeder kan zoogen. Langs deezen weg heeft Werlhoff met den besten uitflag èen\ kind van de ziekte bevryd, welks moeder te voren drie kinderen daar aan verlooren hadde. Niet zelden gebeurt het, dat cie moeders ongefchikt zyn om haare kinderen Je zoogen, en dit heeft dan vooral plaats, als men geen gebrek of in de vochten der moeder, of in derzelver melk kan ontdekken. Ik kan niet ontkennen, dat verfcheiden moeders, die ter liefde van haare kinderen voorgenomen hadden dezelveu te zoogen, haare gezondheid benadeeld hebben door het verdriet, 't welk zy gevoelden, om dat zy daar van moesten afzien: maar oneindig meer kinderen zyn komen te fterven, om dat de moeders te lang aanhielden met de kinderen zelve te zoogen. Zoo dikwyls derhalven by verfcheiden kinderen van dezelfde moeder,'zonder eenige kennelyke oorzaak , de kaak - beklemming ontftaan is, is het cenig middel ter behoudenis van het leven des volgenden kinds de keuze eener vreemde voedfter. 2. Maar dewyl alle lieden niet in die ruime omftandigheden van middelen geplaatst zyn, dat zy eene vreemde voedfter konnen aanneemen, is het beter, zoo men dit ten minsten niet voor eeni-  C 55 ) eenige weekeh kan doen, dat men het kind in 't geheel niet zodgt, en aan het zelve ander voedfel geeft, dan dat men, met; het te zoogen, hetzelve aan eenen gewisfen dood bloo> delt. 3. Zo nogthans het vochtgedél der moeder met eenige fcherpte of andere kwaade hoedanigheid bezet is, welke reeds van het begin der zwangerheid aan het kind is medegedeeld geworden, en door het zoogen nog gaande gehouden word, dan is het noodig, dat deeze fchadelyke vochtsgedeldheid , geduurende de zwangerheid, en vooral daadlyk naa de verlosfing door gepaste middelen, en, dat wel het allermeest afdoet, door eene goede levensregel verbeeterd worde. Zelden nogthans gebeurt het, dat eene byzondere fcherpte der moederlyke vochten, aan het kind medegedeeld, deeze ziekte hebbe voortgebragt: uit het voorgaande toch is gebleeken, dat de gevolgen van venusziekte, het feorbut, der jicht of van kropzweeren, enz. tot deeze ziekte geene aanleiding geven, fchoon deeze in de kinderen andere zeer zwaare ziekten doen ontdaan. Zoo 'er nogthans vreeze mogt'zyn, dat het kind, ter oorzaak van de kwaade gedeldheid der moederlyke vochten, door de kaak - beklemming zoude aangetast worden, moet men zich altyd van eene vreemde en gezonde voedder voorzien, veel liever, als een teder kind, 't welk rechtgeaarte ouders het dierbaarst is, boven ailes wat zy in de wereld bezitten, eenigzins in gevaar te öellen. D 4 4. Het  C 56 ) 4. Het moederlyk zog moet door den Arts naauwkeurig onderzogt worden. Nu en dan echter gebeurt het, dat naa de beste proefneemingen mets tegennatuurlyks in hetzelve gevonden word, en dat evenwel de kinderen, die met hetzelve gevoed worden, in de eerfte dagen naa hunne geboorte door de kaak-beklemming aangetast worden. Wanneer het volkomen blykt, dat het zog kwalyk gefteld is, moet men het kind het zog van eene andere gezonde voedfter geeven, waar door men met het beste gevolg het gevaar deezer ziekte kan vóórkomen. Maar kan men geene kwaade gefteldheid in hetzelve ontdekken, fchoon men uit den te fterken afgang, de ongeduurigheid en hgte ftuipachtige bewegingen van het kind moet opmaaken, dat hetzelve door het zog aangedaan word, dan moet men de zoogende kraamvrouw het middel van Rosenstein (*), bekend onder den naam van poeder voor de minnen, laaten gebruiken, waardoor het zog aanmerklyk verbeeterd en de kramp tegengegaan word, vooral indien hetzelve met nitrum of arcanum duplicatum gemengd word. 5. Ter voorkoming der krampen, vooral der kaak-beklemming, is een naauwkeurige levensregel by de kraamvrouw van de alleruiterfte noodzaaklykheid, en deeze behoort niet alleen kort voor de verlosfing, maar geduurende de gehee- (*) Handleiding tot de kennis en geneezing van de ziekten der kinderen, vertaald door den Hoogteraat Et>. Sanüifort 1764. in 8vo Hoofdfl. j.  C 57 ) geheele zwangerheid plaats te hebben, vooral met betrekking tot de gemoedsbewegingen als fchrik, gramfchap,, gedadige droefgeestigheid. F. H o f r m a n ( * ) heeft over den nadeeligen invloed van dezelve op de kinderen vóór de geboorte, en de ongemakken, die daar uit voor dezelven ontdaan zeer breed gehandeld. Viridkt, Boerhaave en anderen hebben kinderen gezien met dezelfde hyderike toevallen, waar aan de moeders in de zwangerheid onderworpen waren. En Maurice.au geeft het geval op van een kind, 't welk van de geboorte af tot aan zyn dood toe eene beeving in de handen had, welke ontdaan was door een hevigen fchrik, die de moeder in haare zwangerheid getroffen had. Deeze waarneemingen, die met veele andere zouden konnen vermeerderd worden, toonen ten klaarden, dat de gefchiktheid der pasgeboren kinderen tot krampen door voorgaande gemoedsbewegingen der zwangere moeders aanmerklyk grooter word, waar toe niet weinig in zoodanige vrouwen, die voor de eerde reis zwanger zyn, medewerkt de vrees voor pyn en derven by of naa de verlosfing. Uit deeze oorzaak zyn veele kinderen in de eerde dagen van hun (*) Dür. de morb. fcetuum in utero rhaterno. Halae 1702. §. 9. (**) Traité des vapeurs. (***) Confuhat. medic. pa?- 76. (****) Traité fur les maladie- des fenmes grofles. t. 2. pag. 125. Cl Rem 10er. auï. de prole parentum culpas loente. Lipf. 1774. D 5  C 58 ) hun leven door krampen aangetast geworden en geftorven. Het is derhalven van zeer veel belang, indien men een pasgeboren kind gezond verlangt te hebben, en hetzelve voor ftuipachtige ziekten wil behoeden, dat de moeder geduurende haare zwangerheid van dergelyke gemoedsbewegingen en neêrflagtigheid ontheven blyve. Geduurende den arbeid moeten alzulke geneesmiddelen , die men malkander wysmaakt, dat ze door hun verwarmend en prikkelend vermogen de verlosfing bevorderen, zorgvuldig gemyd worden ten einde geene vermeerderde en fchadelyke beweeging in het vochtgeftel der baarende vrouw te verwekken. De levensregel, die in dit geval te pas komt, moet gelyk ftaan met. die, welke men in eene ontftooken ziekte voorfchryft, en ik houde my verzekerd, indien men dit by alle baarende vrouwen in acht nam, dat de meeste kinderen zouden konnen behouden worden. Naa de verlosfing moet men de kraamvrouw zoo lang als eene zwaar gekwetfle behandelen, tot dat, de zogkoorts voorby zynde, de natuurlyke kalmte in het lighaam herfleld is. Buiten zuurachtige fpyzen en dranken, als welke by eene kraamvrouw niet te pas komen, zyn zachte,; verdunnende en ontfteeking tegenftaande voedzelen voor haar van den meesten dienst: terwyl het van het grootfte belang is, dat men baar zorgvuldig voor gemoedsbewegingen behoede, byzonder voor fchrik, waarvoor de pasver-  ( 59 ) eerloste vrouwen , ter oorzaak eener naa de verlosfing meestal nablyvende aandoenlykheid der zenuwen, zeer vatbaar zyn, En dewyl de zogkoorts zeer veel aanleiding tot de, kaak-beklemming der eerstgeboren kinderen fchynt te geeven, is het noodzaaklyk, dat een gemaatigde en zachte levensregel zoo lang onderhouden worde, tot dat alle vermeerderde beweging in de vochten bedaard, en de voorgaande rust in het lighaam herfielt zyn. Zeldzaam ,komen geneesmiddelen, als alles wel gaat, te pas, naardien eene gefchikte diëet meestal genoegzaam is. Zo nogthans eene hevige zogkoorts de vrees voor krampen of de kaakbeklemming vermeerdert, dan moet men de kraamvrouw een ruim gebruik laaten maaken van het. aftrekzei van vlierbloemen, en haar fnagnejia met falpeter, of volgens Levret (*) het arcanum duplicatum in kleine giften toedienen, waardoor de koortfige beweging gematigd 'en de zog-bereiding behoorlyk geregeld word. Op deeze wyze, te weeten door eene naauwkeurige in achtneeming van al dat geen, 't welk tot de diëet der zwangere, barende en kraamvrouwen in \ de eerfte dagen naa de verlosfing behoort, als mede door de verërschte zorge te dragen voor het voedfel en de verdere behandeling van het kind>, heb ik, veelal, zonder veel omflag van geneesmiddelen, de kinderen van deeze ziekte konnen bevryden, zelfs in (*) Art. des accouchemens part. 3- chap. 3.' art. 2. I 835- 838.  C 60 ) in dat geval, waarin voorgaande kinderen, uit dezelfde moeder gebooren, door de ziekte waren komen te ilerven, en onder veele gevallen is my maar één éénig bekend, waarin het kind door de kaak-beklemming aangetast wierd, en 'er het leven by infchoot, ondanks de bestmooglyke zorge van de zyde der moeder, zoo voor zich zelve als voor haar kind. ( 6. Indien 'er reeds eene gefchiktheid tot de kaak-beklemming by het kind plaats heeft, en m alle die gevallen, waarin men voor dezelve beducht is, moet de levensregel en de geheele behandeling van het kind derwyze zyn ingericht, dat deeze gefchiktheid tot krampen door dezelve zoo veel mooglyk verminderd, fcen alle nadeelige prikkeling, vooral de zoodanige, die men weet dat de zenuwen aandoet, gemyd worden. Hier toe is noodig a. Dat men allerlei prikkeling, zoo wel van een te fterk dag- als kaarslicht, gelyk ook van eene te fterke koude, waaraan de kinderen kort naa de geboorte niet zelden blootgefteld worden, zorgvuldig afkeere, wyl hier uit in zoodanige kinderen, die tot de kaak-beklemming eene groote gefchiktheid hebben, deeze ziekte on titaan kan. Bovenal moet men zyner zorge niet laaten ontflippen al dat geen, 't welk het kind volftrekt noodzaaklyk heeft, by voorbeeld eene gematigde lucht, goede zuivere linnen windfelen enz. naardien, zoo als gezegd is, eene koude dampkring de ge- fchikt-  C 6i ) fchiktheid tot de ziekte niet alleen vermeerdert , maar dezelve wezenlyk doet ontftaan, 't welk ik in onze gematigde luchtftreeken door "warmte nooit heb zien gebeuren, als welke voor het teder lighaamsgeftél der kinderen, zoo zeer gewend aan eene meerdere warmte in 's moeders lighaam , niet zoo nadeelig als de koude fchynt te weezen. En dat de koude een pasgeboren kind fterk moet aandoen, kan men daar uit afneemen, dat eene fchielyke verandering van eenen zeer warmen in eenen kouden dampkring voor bejaarde lieden zeer hinderlyk is en zwaare ziekten verwekt, 't welk ik nu en dan door de te deezer tyd van fommige Artzen zoo zeer aangepreezen koude baden heb zien gebeuren. In. De lucht, die het kind ademt, moet zeer zuiver zyn. Immers, naa dat het uit de waarneemingen van den zeer beroemden Theden (*) gebleken is, dat by de gekwetfte Soldaaten in de hospitaalen de kaak-beklemming door eene zuivere lucht kan afgekeerd, maar integendeel door een onzuiveren en befmetten dampkring kan geboren worden, behoeft het weinig betoogs, dat deeze raadgeeving voor tedere lighaamen, als die der eerstgeboren kinderen, (*) Neue Bemerkungen und Erfahrungen fur Bereïcherung der Wundarzneykunst und Arzneygelahrheit. I. th. Berlin 1776. pag. 161.  C 6a ) ren, van het grootfte belang- zy. In dé openbaare vondeling-huizen fterven veele kinderen , door allerlei foort van krampen die alleen ontftaan uit de fchadelyke uit.waasfemingen van eene groote menige kinderen, waar door de lucht bedorven word. De kaak-beklemming is nogthans in deeze geftichten zoo gemeenzaam niet, om dat de meeste kinderen, die in dezelve aangenoomen worden, het tydperk, waarin de ziekte het allermeest voorvalt, reed* waren te boven gekomem c. De onzichtbaare doorwaasfeming moet onverhinderd haaren gang gaan, en dit vereischt eene byzondere zorge. Trouwens| om dezelve by kinderen gaande te houden* moet de lucht, waarin het kind zich bevind, zoo zuiver zyn, dat de doorwaasfemende ftoffe zich met dezelve konne verëenigen, welk nut te vooren reeds is aangetoond! Ter onderhouding deezer doorwaasfeming zyn warme waterbaden, waar in een weinig witte zeep ontbonden, of tarwe zemel gekookt is, by herhaaling gebruikt, zeer dienftig. Het linnen, waar mede het kind omwonden is, moet, zo hetzelve de doorwaasfeming bevorderen zal, wel gewasfchen en met geene vuiligheid bezet, maar zeer zuiver en vooral droog zyn. Ook moet hetzelve dikwyls verwisfeld worden, wyl het anders wel dra door de uitwaasfemende ftoffe fmeerig en vóór het gebruik fchadelyk word. Het gebruik van laauwe en was--  C 6-3 ) warme baden, (want koude baden komen by eerstgeboren kinderen niet te pas, om dat ze te groote en fchielyke aandoening verwekken,) is ook dienstig om de huid der kinderen van veele aanhangende onzuiverheden te reinigen, en om in derzelver zenuwgeftel de zoo noodige kalmte te onderhouden. Deeze baden moeten dikwyls herhaald worden, om dat, de huid met vuil bedekt en daardoor verftopt zynde, de doorwaasfemende ftoffe geen uitgang kan vinden, welke, indien zy te rug gedreven word, zeer dikwyls de kaak-beklemming ten gevolge heeft. En ik kan verzekeren , dat ik'' nooit een kind door de ziekte heb aangetast gezien, 't welk men daaglyks in een maatig warm bad gezet, of ten minsten het geheele lighaam met . warm water gewasfchen had, indien men tevens alles, wat tot deszelfs levensregel, en die der moeder verëischt wierd, in acht nam. d. Ter afwending van de kaak-beklemming, indien het kind daar mede gedreigd Word, is het gebruik van die dunne wey, die de Natuur; reeds vóór de geboorte van het Kind in de moederlyke borsten had^afgefcheiden, ter ontlasting van het meconium, en welke wey door deszelfs ontbindend en zeepaartig vermogen, zonder eenige prikkeling , eene zachte ontlasting te wege ' . brengt, van eene nitneemende nuttigheid, en het ftrekt niet weinig tot fchande van het menschdom, dat men door geneesmid- de-  C 64 ) delen dat geen poogt te ontlasten, waar toe de Natuur, veel wyzer als de konst, zulk een heilzaam en voor het kind een zoo gefchikt vocht had daar gefteld. Het is derhalven van veel belang , dat men, zoodra de krachten der pas verloste moeder zulks toelaaten, het kind aan de borst legge, en dit zoo dikwyls hervatte, als het kind wil zuigen. Dit eerfte zog ontlast, veel beter als alle andere geneesmiddelen, het meconium, naardien hetzelve geene prikkeling, gelyk de geneesmiddelen, hoe zacht ook, verwekt, maar de kalmte in het teder lighaam onderhoudende, daar., door de beginfelen van allerlei ongeregelde bewegingen in het zoo aandoenlyk zenuwgeftél der eerstgeboren kinderen tegengaat, waartoe een onvoorzichtig gebruik van geneesmiddelen in dit geval niet zelden aanleiding geeft. e. Gelyk alle geneesmiddelen in de eerfte levensdagen der kinderen voor hen fchadelyk zyn, even zoo is het ook met alle voedfelen gelegen , behalven dat geene, *t welk de moederlyke borst voor hun bereid, zulks men de ziekte waar van wy fpreeken, alles gelyk ftaande, kan afkeeren, als men het kind geen ander voedfel, als het moederlyk zog, toedient. Ik oordeele dat het aangemerkte nopens den levensregel genoegzaam zy. Ik kan niet ontkennen, dat ik zommige kleinigheden, waarvan nie-  C % ) niemand byna onkundig kan zyn, aangepreezen hebbe; maar moeten zy. daarom over het hoofd gezien worden? Schoon ik de kaak-beklemming dikwyls waargenomen heb, zag ik dezelve, eehige zeer weinige gevallen uitgezonderd, nooit ontftaan, indien 'er in den voorgefchreven •levens-regel der eerstgeboren kinderen niets verzuimd wierd, en wanneer die der moeders met denzelven overëenftemde. Ik moet hier nog over eenige gebreken aan de zyde der moeder, waar van ik reeds te voren melding gemaakt hebbe, fpreeken, welke indien zy plaats hebben, de oplettendheid van den Arts en eene byzondere geneeswyze vorderen. Niet zelden gebeurt het, dat de zoogende moeder door een geweldigen en onvoorzienen fchrik aangedaan, en haar kind daarop door de kaak-beklemming overvallen word. Het gevaar is in dit geval grooter, indien de Geneesheer by ondervinding weet, dat zommige of alle de kinderen van deeze moeder, naa een voorafgegaanen fchrik der moeder, door deeze ziekte aangetast en geftorven zyn, zoo als ik daar van een geval heb bygewoond. Als derhalven de moeder zwaar gefchrikt heeft, en men met veel grond vreest, dat het kind door de ziekte, waar van wy fpreeken> zal aangetast worden, moet de Geneesheer zorg dragen, i. Dat de moeder het kind niet aanftonds naa den fchrik aan de borst legge. Het is E nood-  C 66 ) noodzaaklyk, dat 'er ten minden zes of agt uuren verloopen, aleer zy het kind zooge. a. Na een voorgaanden fchrik moet men de moeder, alle twee uuren, agttien of twintig droppels van het liquor cornu cervi fuc cinatus met een ligt aftrekzei van vlierbloemen geeven, en geduurende dien dag moet zy een ruim gebruik van dit aftrekzei , of van dat van falie of melisfe, maaken, ten ware 'er eenige koorts by was, in welk geval zy veel garst-water moet drinken. 3. De melk, die, toen zy fchrikte, in de borsten was, en die, welke geduurende de ontfieldtenis wyders in dezelve mogt afgefcheiden zyn, moet door het luchtpompje van Stein, of door het zuigen van een bejaarden uit de borsten getrokken worden. 4. Als de fchrik bedaard is, moet men het kind, vóór dat men hetzelve aan-de borst legt, één grein /al tariari, in water opgelost, of een weinig magnefia met rhabarber vermengd, ingeeven. 5. Indien deeze voorzorgen niet in 't werk gefteld zyn geworden, maar het kind aanftonds naa dat de moeder gefchrikt heeft aan de borst gelegd is, met één woord, in alle die gevallen, waarin men naa voorgaanden fchrik deszelfs uitwerking by het kind  C 07 ) kind in zoo verre meent te befpeuren, dat men voor de kaak - beklemming vreest, moet men aanftonds het kind een verzachtend klysteer zetten, en hetzelve terftond daarop een warm bad laaten gebruiken. Dit middel is in dit geval ter afwending van de ziekte van zeer veel aanbelang, gemerkt niets zo kennelyk de kalmte en rust in het geftél der eerstgeboren kinderen herftelt en bewaart, als het gebruik van klyfteeren en warme baden. Wanneer de dunne wey, die allereerst in de borsten afgefcheiden wordt, niet genoegzaam is ter uitdryving van het meconium, fchoon dit zeer zeldzaam gebeure, of, en dit is dikwyls het geval, indien de tepels by vrouwen, die voor de eerfte reis kraamen, te klein zyn, of te diep in de borsten verborgen liggen, waar door het kind dezelve niet kan vatten; met één woord, zoo dikwyls het kind dit zoo nuttig buikzuiverend vocht op de eene of andere wyze moet misfen, zoo dat het meconium of in 'c geheel niet, of flechts ten deele ontlast zy, dan word het noodzaaklyk de Natuur met geneesmiddelen te hulp te komen. Tot dat einde hebben de Geneeskundigen verfcheiden middelen aan de hand gegeeven, onder welke de jyrupus rofarum folutivus het verkieslykfte is. De zeer beroemde de Fourcroy gebruikte dit middel, in dit geval, met het beste gevolg. Men kan ook gebruik maaken van de fyrupus e cichoreo cum rheo, of van kleine giften van rhabarber met honig of fyroop van fuiker, of E .2. ook  C 68 ) x ook van het oleum ricini, door Grainger. (*) zoo fterk aangepreezen, om dat door dit middel de buik zacht en zonder veel prikkeling ontlast word. De zoete amandel-olie, versch geperst, in kleine giften toegediend, en eindelyk klyfteeren van water, olie en fpaanfche zeep zyn hier zeer dienstig. Zoo dikwyls toch het meconium in de darmbuis word opgehouden, komt alles aan op eene fpoedige en zachte ontlasting van deeze ftoffe. Tot dat einde gebruik ik veelal honig met water verdund, welke aan de kinderen op verfcheiden tyden en dikwyls moet gegeeven worden, en welke zonder te prikkelen den buik ontlast. Is 'er veel flym in de darmbuis en luchtpyp verzameld en opgefloten, dan voeg ik by den honig een zeer klein gedeelte oxymel fquilliticum, of een droppel of twee oleum tartari per deliquium. Ik kom nu tot de middelen ter afwending der kaak-beklemming in eerstgeboren kinderen, als dezelve door een te warmen en tevens vochtigen dampkring, of door de zomerhitte is veroorzaakt geworden. Het is te voren uit de waarneemingen van die Geneeskundigen, die deeze ziekte in warme Landftreeken bygewoond hebben, beweezen, dat dezelve onder de Zwarten of Negers, die alle noodwendigheden deezes levens misfen, zeer gemeenzaam is, maar veel (*) On the more common West-India Difeafes p. 15. Meer waarneemingen over de zachte werking vari dit middel vind men by den beroemden O dier. Tourual de Medecine 1778. Avril. p. 333. fcq.  C *9 ) veel zeldzaamer de kinderen der Europeaanett aantast; dac dezelve ontftaat uit eene belette en te rug gedreven doorwaasfeming, veroorzaakt of door gebrek aan behoorlyk dekzel, of door vochtige windfelen waar mede het kind bedekt is, of door een dampkring, die met uitwaasfemende ftoffen overladen is, of eindelyk door allerlei onzuiverheden der huid, waar door de doorwaasfeming geftopt en te rug gedreven word; dat wyders deeze te rug gedreven ftoffe door derzelver fcherpte alle de vochten befiner, derwyze dat zy eene kwaade hoedanigheid aanneemen, zooals men in kwaadaartige koortfen niet zelden aantreft. Eindelyk, dat de gal, en alle die vochten, welke in de darmbuis worden afgefcheiden, door de te groote warmte en te rug gedreven doorwaasfeming zeer fterk aangedaan worden, Deeze ziekte fchynt in warme Landen ook veroorzaakt te worden door de brandende zonne-ftraalen, als welke, daar zy zoo onmiddelyk op het bloot lighaam deezer kinderen, vooral der Neger-kinderen, die fteeds naakt daar nederliggen, vallen, de geheele oppervlakte der huid geweldig moeten prikkelen, en dit luid niet vreemd, als mén bedenkt, dat eene prikkeling op de huid nu en dan zeer hevige krampachtige ziekten te wege brengt, dewyl dezelve met alle de deelen van het 'lighaam, byzonder met de fpysbuis en het hoofd in een zeer naauw verband ftaat. De Geneeskundigen echter, die de kaak-beklemming in de warmer LandftreeE 3 ken  C 70 ) ken hebben waargenoomen, hebben byna allen deeze oorzaak onaangeroerd gelaaten. Alle Artfen komen hier in overeen, dat men, zoodra het gevaar eener kaak - beklemming by eerstgeboren kinderen in heete Landitreeken zich vertoont, deeze ziekte het best kan afwenden, als men het kind geduurende de eerfte dagen naa deszelfs geboorte naauwkeurig tegen de lucht en de zonneftraalen, als ook tegen de vochtigheid des dampkrings, kan behoeden. De kraamvrouw moet daarenboven in de eerste dagen naa de verlosfing haar verblyf houden ter piaatze, alwaar geen vrije doortogt der lucht heerscht, en zy moet veel dunnen drank, van ryst of garst gekookt, drinken. By het kind moet men zorgen, dat niets hetzelve op eenigerlei wyze konne prikkelen. Men zette het tot dat einde dikwyls een klyfteer, en plaatfe het in een warm bad: hier door word de uitwaasfeming onderhouden, de prikkeling verminderd en alle fcherpte krachtloos gemaakt. Men moet hetzelve wyders met geene te heete of te zwaare windzelen dekken, genoeg is het, indien dezelve flechts droog zyn en dikwyls verwisfeld worden. De Arts moet ook vooral oplettend zyn op den afgang, en zoo haast 'er fcherpe ftoffen verzameld zyn, 't geen niet zelden gebeurt, of als het meconium niet geheel is ontlast geworden, moet door een buikzuiverend middel en door klyfteeren de afgang bevorderd worden. Trouwens Gr a inger heeft in de Engelfche West- Indifche Eilanden meestal de kaak-beklemming der eerstgeboren kinderen  C 7i ) ren alléén door eene naauwkeurige levens - regel en het gebruik van een zacht buikzuiverend middel, by voorbeeld oleum ric'tni of foortgelyk, zeer gelukkig afgekeerd. %. 6. De geneezing der kaak - beklemming, als dezelve t aanweezig is. Uit het te voren §. 4. opgegeeven is genoegzaam gebleken, dat de kaak-beklemming der eerstgeboren kinderen tot de hoogstgevaarlyke ziekten behoort; da>: derzelver geneezing zeer moeilyk zy en dat 'er flechts weinige kinderen, die door dezelve zyn aangetast, herftelt werden. Van daar, dat alle die Geneeskundigen , die over deeze ziekte gefchreeven hebben, zich veel meêr over derzelver doodlykheid uitgelaaten, dan wel iets ftelligs nopens de geneezing te boek gefteld hebben. Hyacinthus Andreas, die in dat gedeelte van Europa geleefd heeft , alwaar deeze ziekte niet vreemd is , verzeekert, dat hy , geduurende twintig jaaren, naauwlyks zes kinderen van deeze ziekte heeft konnen heritellen. Trouwens, men moet, behalven het geen te voren nopens de oorzaaken deezer doodlykheid is voorgedragen, ook nog het volgende, 't welk tot de moeilyke geneezing deezer ziekte betrekking heeft, aanmerken. 1. In zeer veele gevallen kan de oorzaak der ziekte niet weggenoomen worden, om dat deE 4 zei-  C 72 ) zelve op geenerlei wyze onder het bereik der zinnen valt, waardoor zeer ligt een verkeerde 7^r-genJeZrnS ingeflaSen word, zo als nu - en dan in die foort van kaak-beklemming gebeurt, waarin verfcheiden kinderen uit ééne moeder geboren door de ziekte aangegreepen worden; of dat de oorzaak zoo geweldig is, da dezelve met zoo fpoedig als \ geval vor™ a m ^ eerstSeboren kind kan vernietigd worden. Het gebeurt daarenboven dikwyls, dat de oorzaak der ziekte wel in de eerfte wegen geplaatst is, maar dat de ftoffen reeds zoo veel fcherpte en bederf verkregen hebben, dat dezelve in zulk een korten tyd, waarin de ziekte haaren loop volbrengt, niet konnen te onder gebragt worden, alfchoon men dezelve wel heeft leeren kennen en dit gebeurt vooral dan, als de ziekte flechts een weinig toegenomen is. Hier komt by, dat men by zulke kleine kinderen de meeste geneesmiddelen, en wel die vermogende genoeg zyn om dergelyke oorzaaken te vernietigen, niet gemaklyk kan bezigen, en dat, de ziekte aanhoudende, het doorzwelgen geheel belet en alle verder gebruik van inwendige middelen onmooglyk word gemaakt. Het is zeer zeker, dat de moeilyke geneezing deezer ziekte, waar over alle Geneeskundigen klaagen m derzelver fnellen voortgang en fterk werkende oorzaak, welke in dien korten tyd, dat de ziekte duurt, niet vernietigd kan worden, als mede in de toevallen, die de ziekte verzel* en en het gebruik van alle geneesmiddelen te Jeurftellen, gegrond is; maar het is tevens eene waarheid, dat deeze ziekte nipt doodlyker als.  C 73 ) als veele andere gevaarlyke ziekten zoude zyn, indien de Arts by het ontdaan van dezelve, als men het lydertje nog geneesmiddelen kan inkrygen, de vochten zoo fterk niet bedorven en de "levenskrachten nog genoegzaam zyn, zoodanige middelen in 't werk ftelde, die niet alleen tegen de oorzaak volmaakt gericht waren, maar indien 'er ook by hem zeiven geene twyffeling hoegenaamd over de waare oorzaak der ziekte ware overgebleeven. 2. Het gevaar en de doodlykheid der ziekte word daarenboven vermeerderd door het aanwenden van zoodanige middelen, die niet gefchikt zyn om de waare oorzaak te vernietigen. Laat ik dit Hechts niet één voorbeeld ophelderen. Het gebeurt dikwyls, dat de kaak-beklemming by eerstgeboren kinderen uit eene verzameling van het meconium in de darmen ontftaat. De Arts geen ander toeval vindende als deeze beklemming, en, niet te rug ziende op de oorzaak van dit verfchynfel, tracht aanftonds met antispasmodica de ziekte tegentegaan, en laat door dit bedryf een kind fterven, 't welk hy door buikzuiverende middelen, klyfteeren, warme baden enz. had konnen behou, den hehben. Men zou niet gelooven, hoe dikwyls 'er in de behandeling deezer ziekte misgetast word met het uit het oog verliezen van de naaste oorzaak der ziekte, en het daadlyk ter hand neemen van het opium als het eenig zeker middel in dit geval, een middel nogthans, 't welk wel, als al dat geen verricht is, 't welk vooraf behoort gedaan te worden, te E 5 wee-  C 74 ) weeten het wegneemen van de oorzaak, de ziekte doet bedaaren, en by een aanhoudend gebruik dezelve wegneemt, maar in dit geval de ziekte verzwaart, de levenskrachten onderdrukt, de buiks • ontlastingen vertraagt en gevolglyk de drekftoffen doet ophoopen, en wyders de fcherpte, het bederf en de prikkeling daar uit ontftaan vermeerdert. Hier van daan komt het, dat, daar men van dit middel eene vermindering van kramp, kalmte in het geheele geftél en de geneezing der ziekte zelve verwagtte, integendeel alles verergert, dat de krampen door de prikkeling fterker worden, en dat de ziekte, die te vooren geneeslyk was , door het gebruik van het opium geheel onherftelbaar word. Te dikwyls heb ik naa zoodanige behandeling deeze uitkomst gezien, en ik durf zeer fterk verzekeren, dat de oorzaak der zoo aanmerklyke doodlykheid deezer ziekte niet weinig aan het te onbedacht en ontydig gebruik van het opium zy toetefchryven. Naardien 'er dan zoo veel in de geneezing deezer ziekte zamenloopt, waardoor dezelve moeilyk word, en 'er zoo ligt in de behandeling word misgetast, is het gemaklyk te begrypen, dat de ziekte veeleer kan vóórgekomen als geneezen worden. De geneezing nogthans, en hier zullen de waarneemingen van verfcheiden Geneeskundigen en myne eigen proeven myne getuigen zyn, is zeer wel mooglyk, en loopt meestal gelukkig af, zoo dikwyls de gepaste middelen, vermogende genoeg om de oorzaak der ziekte uitterooyen, ter behoorlyker tyd, doch  C 75 ) doch 't welk dikwyls verzuimd word, gebruikt worden, en als de waare oorzaak der ziekte aan den Arts grondig bekend is. Trouwens, men kan de oorzaaken voor het grootfte gedeelte vry gemaklyk, fpoedig en volkomen wegneemen eer de ziekte zelve zich gevestigd heeft, indien men Hechts zorg draagt om de geneezing met geene antifpasmodica, die in het tweede tydperk der ziekte, niet in het eerfte, te pas komen, te beginnen. Men moet toch by de geneezing zeer zorgvuldig twee verfchillende tydperken onderfcheiden: het eerfte duurt zoo lang als de kaak-beklemming door eene tegen-natuurlyke oorzaak ontftaan is, en door dezelve blyft voortduuren: het tweede is dat, waarin de ontftaane ziekte aanhoud, fchoon de oorzaak meerendeels is weggenomen. Alhoewel dit by veelen misfchien weinig ingang zal vinden, word het echter door de ondervinding bevestigd. Zo dikwyls in een eerstgeboren kind de kaak-beklemming aanweezig is, worden deszelfs zenuwen door. de ziekte gevoeliger gemaakt, en fchoon de oorzaak der ziekte voor het grootfte gedeelte mogt weggenomen, zyn, blyft evenwel de beklemming voortduuren ter oorzaak van de buitengewoone gevoeligheid der zenuwen. Deeze gevoeligheid word door de geringfte, geheel onmerkbaare prikkeling zoo aanmerklyk vermeerderd, dat de beklemming, indien die gevoeligheid niet word weggenomen, beftendig blyft aanhouden, en aan het lydertje, 't welk men meende te behouden, het leven kost, . De  C 76 ) De Indicatïèn derhalven, die men by de geneezing deezer ziekte nooit moet uit het 00e verliezen, zyn deeze twee: 1. Dat de oorzaak der kaak-beklemming wél gekend zynde, ten fpoedigften, 0p de gemaklykfte wyze, en zooveel mooglyk zonder eenige aandoening te verwekken, worde weggenomen. s. Dat men de te groote gevoeligheid der zenuwen door de meest aangepreezen en niet prikkelende antifpasmodica wegneeme, en daar door den verderen vooregang der ziekte, welker oorzaak vernietigd is. • ftuite. 6 By het volgen deezer Indicatiën moet men naanwkeurig zorgen, dat men niet aan beiden te gelyk tracht te voldoen. Trouwens het is onmooglyk de gevoeligheid der zenuwen, die tot krampen aanleiding geeft, en te gelyk met dezelve de krampen te doen bedaaren en wegteneemen, zoo lang de bron van 't kwaad, eene fterk prikkelende oorzaak naamlyk, aanweezig is. De Geneesheer kan nogthans terwyl hy beezig is om de oorzaak der ziekte wegteneemen, dat is aan de eerfte Indicatie te voldoen, tevens met verzachtende plaatslyke, of met ontbindende middelen, (waar van ik echter geen groot voorftander ben, zoo als ik daarnaa zal toonen,) de ontfpanning der beklemming beproeven, indien hy flechts zorg draage om inwendig geene antifpasmodka te geeven. Nu  C 77 ) / Nu zal ik overgaan tot de byzondere geneesWyze der kaak-beklemming, gefchikt naar de oorzaaken, die ik te voren heb opgegeeven. De eerfte zal gericht zyn tegen den fchrik der zoogende moeder, en deszelfs gevolgen door middel van het zog op het kind. Dat een ichrik en alle verdere gemoeds-aandoeningen op het zog eenen byzonderen invloed hebben, en hetzelve derwyze doen veranderen, dat het voor het kind fchadelyk word, is ie* der bekend Maar welke veranderingen door den fchrik aan het zog worden medegedeelt, dat daar door de kaak-beklemming by het kind ontftaat, is zoo gemaklyk niet te bepaalen, en doet ook niet veel ter zaake, naardien het genoeg is, als men weet, welke veranderingen het zog eener verfchrikte moeder in het zoogend kind hebbe te wege gebragt. Deeze veranderingen zyn voornaamlyk de volgende. 1. Het kind, 't welk zoodanig zog gebruikt heeft, fchreyt geftadig, de ingewanden ondergaan derhalven door dit zog eenige prikkeling, en het kind gevoelt pyn. 2. Geduurende het fchreyen word de buik zamengetrokken; de rug kromt zich buitenwaards, de onderfte ledemaaten worden naar boven tegen den buik getrokken, alle welke verfchynfelen te kennen geeven, dat het kind pyn.in den buik heeft. 3. Het kind begint te braaken, en de hier door  C 78 ) ontlaste ftoffen zyn kaasachtig en geftremd, geevende een zuuren fterk° prikilenden reuk van zich Dit toont, dat de fchrik het zog zeer ligt doet ftremmen, en aan hetzelve eene byzondere fcherpte, misfchien van eenen vlug-zuuren aart, mededeelt. 4- De drekftoffen zyn veelkleurig, vermengt met kleine ftukjes, even als gekookt en klem gehakt ey-wit, koperachtig, fchuimende, nu en dan zwartachtig, en meestal met eene bytende fcherpte vervuld, hebbende een vlug-zuuren reuk, geheel van den gewoonen afwykende. Dit bevestigt wederom, hoe ligt het zog naa een fchrik komt te ftremmen en fterk verzuurt. 5. Indien zoodanig zog door de Natuur of de konst niet ontlast, of deszelfs fcherpte niet verbeeterd word, moet hetzelve wel dra allerlei zenuwtrekkingen veröorzaaken. Hier uit blykt alzins, dat de hevige fcherpte der verzuurde drekftoffen by het kind zoo dikwyls oorzaak der kaak-beklemming worden, als de moeder, door fchrik bevangen, de gevolgen daar van aan baar zog mededeelt; en dat gevolglyk deeze ftoffen ten fpoedigften, en op de zachtfte wyze moeten ontlast en derzelver fcherpte verbeeterd worden. Een veel vermogend middel tegen deeze ziekte, door fchrik der moeder omftaan, is het [al tartari, met rhabarbcr, in kleine giften doch by  C 79 ) by herhaaling gebruikt: welk middel ik verre verkieze boven het oleum tart ar i, door Cha immers (*) in dit geval aangepreezen. Onder het gebruik van het [al tartari moet men hec kind nn en dan een klein gedeelte honig mee water verdund, of verfche amandel-olie ingeeven. Met dit middel moet men zoo lang aanhouden tot dat 'er eenige ftoelgangen gevolgd zyn, waar naa men door magnefia met rhabarber en honig, of door rhabarber met gemeene fyroop de ontlasting gaande houd, wordende deeze door klyfteeren van melk en water, die in deeze ziekte, uit Welke oorzaak ook ontftaan , van zeer veel dienst zyn, en zeer gemaklyk in den endeldarm blyven, zoo lang bevorderd, tot dat de ontlaste ftoffen, fchoon zeer dun, echter haare natuurlyke kleur en hoedanigheid weder gekregen hebben. Voorts moet men het kind tweemaal 's daags in een warm bad, waar in tarwe-zemel gekookt is, zetten, terwyl ik met het gebruik deezer baden en klyfteeren ook in de tweede Indicatie zoo lang aanhoude tot dat de ziekte geheel verdreeven is. Ik laat ook geduurende de ziekte verzachtende pappen van lynzaad- en fenegriekmeel met zoete melk gekookt om den hals en in den omtrek der kaauw - fpieren leggen. Men moet niet zelden in 't begin deezer ziekte een braakmiddel gebruiken, te weeten, als een groot gedeelte der ftoffen in de maag of in 't begin der darmbuis geplaatst is, in welk (*) Medical Obfervations and Inquiries. vol. i.  C 80 ) Welk geval de ziekte door zoodanig middel j wyl het de oorzaak daadlyk ontlast, dikwyls volkomen geneezen word» Men heeft ook van de aandoening, die het braaken in het lighaam verwekt, in dit geval, niets kwaads te vreezen, wyl naa dezelve eene gewenschte kalmte volgt. Maar in alle andere gevallen waarin de ziekteftoffe reeds zoo verre in de darmen gekomen is, dat zy door geen braakmiddel kan ontlast worden; en zoo dikwyls de ziekte reeds merkbaar is toegenomen, zyn de braakmiddelen zeer fchadelyk, naardien dezelve eene geweldige aandoening in het geitel, en braakingen verwekken, die geen dienst konnen doen, maar veel meêr het lighaam verzwakken, zonder dat de oorzaak der ziekte word opgeruimd. Zoo dikwyls ik een braakmiddel in deeze ziekte noodig hebbe, gebruike ik daar toe altyd de ipeeacuanha met een klein gedeelte fal tartari: hier op laat ik rhabarber, of een aftrekzei van dezelve met fal tartari volgen, 't welk my altyd beter voldaan heeft als de fyr. cichorei cum rheo, of de fyr. rofarum folutivus. Het meconium verwekt niet zelden, als de darmbuis daar mede opgevult blyft, zoowel in de gematigde Luchtitreeken als in de heete Landen, fchoon in de laatften gemeenzaamer, de kaak-beklemming. Zoodra men zeker is, dat de ziekte uit deeze oorzaak haar begin genomen heeft, en dat ontdekt men ras uit den aart der ontlaste drekftoffen, en uit al het geen 'er met het kind naa deszelfs geboorte is voorgevallen, vooral uit de geelachtige kleur der huid; bepaal  C 81 ) paalt zich de geneezing alleenlyk tot eene allerfpoedigfte en zeer zachte ontlasting deezer ftoffen , ten einde de prikkeling door deeze fcherpe en voor het teder geftél des kinds zoo hoogst nadeelige ftoffen verwekt, alzins verminderd worde. Te voren heb ik beweezen, dat de dunnC wey, die dikwyls reeds vóór, en ook kort naa de verlosfing in de moederlyke borsten afgefcheiden word, het beste middel is ter ontlasting van het meconium. Van dit middel nogthans kan men zich niet lang bedienen, overmits, indien op den derden dag naa de geboorte de ziekte ontftaat, de borften reeds met waar zog gevuld zyn. Men moet als dan de Natuur met gepaste geneesmiddelen te hulp komen , en ter ontlasting deezer ftoffe het lydertje honig, met water verdund, ingeeven, waar door het meconium wel eenigzins langzaamer als door andere buikzuiverende middelen, maar nogthans zonder eenige aandoening te verwekken, ontlast word. Is echter het geval zeer dringend, en vordert hetzelve eene fpoedige ontlasting deezer ftoffe, men geeve dan de fyr. cichorei cum rheo, de fyr. è manna, of de fyr. rofar. Jolutiv. of 't geen nog beter is, de rhabarber, met gemeene firoop of met honig gemengd, laatende daarop dikwyls honig, met water verdund, drinken. Grainger pryst in dit geval het oleum ricini zeer fterk aan. De zoete amandel - olie, versch uitgeperst, in kleine giften, by herhaaling gegeeven, bevordert mede de ontlasting van het meconium, en F ver-  C 8a ) vermindert tevens de prikkeling door hetzelve ontftaan. Klyfteeren uit water, waar in een weinig witte zeep ontbonden is, of, zo deeze niet lang genoeg binnen blyven, uit melk en warer bereid, moeten zoo min als de warme baden vergeeten, maar dikwyls herhaald worden. Meêr dan eens nogthans gebeurt het, dat het meconium zeer taai zynde, aan de darmen vast blyft kleeven, en fcherp zynde dezelve niet weinig prikkelt. .Men ontdekt dit uit de weinige taaije drekftoffen, welke ontlast worden, terwyl de kleur van de huid bestendig geelachtig blyft, en de buik meêr als natuurlyk gefpannen is. In dit geval heeft men, behalven het zeer nuttig honig-water en de amandelolie, ook . zoodanige geneesmiddelen noodig, waar door het taaije flym fterker ontbonden word. Tot dat einde geeve ik witte zeep met honigwater en een klein gedeelte fal tartari of oxymel fquilliticum met rhabarbcr, in zulke geringe giften, dat daar door geene braakingen ontftaan konnen, welke laatfte in deeze omftandigheden altyd zeer nadeelig zyn, wylze, de aandoening en met dezelve de prikkeling vermeerderen. Voorts doet een naarftig gebruik van klyfteeren en warme baden ter bevordering van de ontlasting hier zeer veel af. De uitwendige middelen, die men om den hals aan-/ legt, moeten enkel verzachtende zyn, maar zy zyn in 't begin der ziekte niet zeer noodzaaklyk, naardien zy, zoolang de oorzaak van het kwaad nog niet is weggenomen, niets uitvoeren. Die  C 83 ) Die foort van kaak-beklemming, welke door te groote hitte der warme Luchtftreeken ontftaat, word gedeeltelyk geboren uit eene verzameling van fcherp geworden drekftoffen in de eerfte wegen; uit een zeer fcherp meconium; uit eene fterke ontaarting der gal en voornaatnlyk uit eene verregaande fcherpte van alle de vochten, byzonder die der ingewanden, en uit een fpoedigen overgang deezer vochten tot bederf: gedeeltelyk word de ziekte ook veroorzaakt doer de zonne-hitte, die de huid prikkelt, waar van te voren gefproken is. In het eerfte geval bepaalt zich de geneezing tot de volgende Indicatien. 1. Men moet de fcherpe ftoffen, die door derzelver prikkeling zoo veel nadeel doen, ten fpoedigften, en hier op komt het in deeze foort van kaak-beklemming vooral aan, op de zachtfte wyze ontlasten; de gal verbeteren en het bederf der vochten met alle kracht tegengaan. 2. In het lighaam moet men eene onverhinderde doorwaasfeming onderhouden, en zo dezelve geftopt is, moet men deeze trachten te herftellen. Eindelyk ' 3. Moet men den toegang der buiten-lucht, vooral der zonneftraalen, zorgvuldig afkeeren. Uit het geen te voren %. 3. van den invloed der hitte op onze lighaamen gezegd is, F 2 blykc  C 84 ) biykt het duidelyk, dat de geneezing deezer ziekte in heete Landen veel moeilyker is als in de meêr gematigde of kouder Luchtftreeken. Trouwens de ontaarting der vochten, derzelver fpoedige overgang tot bederf en kwaadiiartigheid in heete Landen; de aanmerklyke fcherpte, waaraan de gal in deeze ziekte onderworpen is; de fnelle loop der ziekte in die Luchtftreeken, zoo dat 'er dikwyls geen tyd genoeg is om de gepaste middelen in 't werk te Hellen, zyn zoo veele bewyzen voor de meerder doodlykheid deezer ziekte in heete, als in meer gematigde Luchtftreeken. De eerfte Indicatie verëischt nagenoeg dezelfde zachte buikzuiverende middelen, die in de kaak-beklemming door fchrik der moeder ontftaan, zyn aangepreezen , met achterlaating nogthans van de loogzoutige middelen, als welke in dit geval, ter oorzaake van de fchielyke ontbinding en het bederf der vochten , geen plaats konnen hebben. Alle de Geneeskundigen, die deeze ziekte in warme Landen hebben gadegeflagen, hebben de geneezing met foortgelyke middelen ondernomen, en roemen éénftemmig derzelver goede uitwerking, zulks 'er geen twyffel zy, of dezelve zyn de beste in dit geval. In de keuze der middelen echter verichillen de Artfen eenigermaate. De Engelfchen zwaaijen het oleum ricini den grootften lof toe, ' de Franfchen zyn zeer ingenomen met de fyr. rofar. folutiv. fchoon ik voor my de voorkeur zoude geeven aan het oleum ricini, de zoete amandel - olie, de rhabarber, en aan een ruim ge-  C 85 ) gebruik van honig-water, terwyl men tevens by herhaaling verzachtende klyfteeren en wanne baden behoort in 't werk te ftellen. Ik moet hier nog byvoegen, da; ik geen zekerer en vermogender middel kenne om de doorwaasfeming gaande te houden, om de fcherpte der vochten te verminderen, om den afgang te bevorderen en om de krampen te doen bedaaren, als de warme baden. Men zorge ook altoos by deeze tedere lyders voor zeer droog linnen, zynde wollen ftoffen voor hun mede zeer gefchikt, terwyl men den geheelen hals, als ook die fpieren van de onderkaak, die door de kramp zyn zamengetrokken, geftadig moet trachten te ontfpannen door verzachtende en ontbindende pappen van lynzaad- en fenegriek - meel, vermengd men fdfraan en kamfer in olie opgelost. Indien 'er eene ontbinding der vochten ea een aanmerklyk bederf in dezelve plaats heeft, moet men zoodra de darmbuis van drekftoffen gezuiverd is, aanftonds toevlucht neemen toe baden uit kina bereid; tot klyfteeren van hetzelfde middel, terwyl men inwendig een aftrekzei van deeze bast tracht integeeven. Het tot hier toe opgegeeven behoort tot de eerfte Indicatie, als welke daarheen gericht was, om zoo fpoedig en krachtdadig als mooglyk is, de oorzaak der kaak-beklemming tegentegaan. De tweede heeft haare betrekking tot aüe de andere foorten van kaak beklemming der F 3 kin-  ( 86 ) kinderen, naa dat derzelver oorzaak vernietigd is, en komt byzonder hier op. neder, dat de krampen, of, 't geen hetzelfde is, dat die ongemeene gevoeligheid der zenuwen, welke oorzaak is, dat op de minde prikkeling de kaakbeklemming gaande gehouden word, geheel weggenomen worde. Dit oogmerk word langs deeze vier wegen bereikt. ï. Door zoodanige inwendige middelen, die de bewegingen in de zenuwen ftillen, en de krampen tegengaan. 2. Door warme baden. 3. Door verzachtende klyfteeren. 4. Door verzachtende en losmakende uitwendige middelen, die om den geheelen hals en in den omtrek van de onderkaak aangelegd worden. Het opium was reeds by de vroegere Geneeskundigen bekend voor, een uitmuntend middel om de. krampen krachtdadig tegentegaah, en hetzelve behoort tot die foort van middelen, welke in allerlei ongeregelde bewegingen der zenuwen meest te pas komen, en die, in zeer geringe giften gegeeven wordende, wel dra die bewegingen ftillen en wegneemen. Van daar deeze Dichterlyke lofrede op dit middel: ■ ■ Ni motus ei? hac certamina tanta Pulveris exigui jablu comprejja quiescunt. dat is: Een' trekking, zoo ge ducht,een fchok, van dat geweld, fford, meteen"kleene gift, bedwongen en her field. Dit  C 87 ) Dit middel heeft daar benevens nog dit voordeel boven alle andere antispasmodtca, dat hetzelve zyne werking doet zonder veel beweging in het bloed te verwekken. Het is om deeze reden, dat hetzelve reeds zeer vroeg m allerlei aanhoudende krampen en in de kaak-beklemming is gebruikt geworden, en wel eerst by beiaarden, in welken hetzelve zulk eene goece uitwerking deed, dat de bekwaamde Artfen de geneezing der ziekte alléén aan dit middel verbleeven. Daarnaa heeft men hetzelve dikwyls by eerstgeboren kinderen, maar meestal vruchtloos, gebruikt. De reden deezer flechte uitwerking van zulk een krachtdadig middel in dit geval fchynt ondertusfchen daarin gelegen te zyn, dat de Artzen hetzelve in deeze ziekte te algemeen, zonder op de oorzaak acht te geeven, of deeze vooraf weg te neemen, hebben gebezigd. Hier over hebben alle de Geneeskundigen, die over deeze ziektegefchreeven hebben, Ackermann zelf niet uitgezonderd, geftruikelt, fchoon £deeze laatfte den waaren grondflag der geneezing heeft aan den dag gelegd. Trouwens de meeste Geneeskundigen hebben de kaak - beklemming der jonge kinderen gelyk gefteld en voor éénfoonig gehouden met die, welke naa zwaare kwetzingen by bejaarden ontftaat, en wyl zy overreed waren, dathetop/zw* nagenoeg het eenige middel was tegen dit toeval, zp°dikwylshetzelve op eenekwetzing volgt,wierden zy door fchyn bedrogen, en gebruikten het zelve met een ongelukkig gevolg. Zy begrepen y 4 zeer  C 88 ) zeer wel , dat de prikkeling der zenuwen ontftaande naa een wond in eenig deel van het lighaam , ryklyk van zenuwen voorzien, meest altyd de eenige oorzaak der kaak - beklemming by bejaarden uitmaakte, (en in dit geval ishetopium ook het eenig zeker hulpmiddel,) en daar zy by de kinderen in deeze ziekte, dezelfde toevallen , dezelfde prikkeling Of aandoening in de zenuwen , fchoon uit eene andere oorzaak geboren, waarnamen, hielden zy de ziekte voor éénfoortig, en meenden dat ook hier het opium het waare geneesmiddel zoude uitmaaken. Maar zy bedachten niet, dat 'er ook andere oorzaaken in deeze ziekte konden plaats hebben, ( oorzaaken, die waarlyk nu en dan in de kaak-beklemming by bejaarden gevonden worden, en waarin als dan het opium geen dienst hoegenaamd doet, 't welk uit de waarneemingen van Plenck (*), Lind (**) en anderen overtuigend blykt, ) oorzaaken derhalven , die eerst moeten weggenomen worden vóór dat het opium de ziekte kan geneezen; deeze nu zyn alle zodanige, die den grondflag deezer ziekte by eerstgeboren kinderen uitmaaken. Immers zo dikwyls dit middel, in deeze omftandigheden zonder dat de oorzaak of geheel, of voor het grootfte gedeelte opgeruimd en weggenomen is, gegeven word, heeft men van hetzelve, in plaats van de ver- (*) n'.FNCK fnmmlung von BeoV h" ngen t ber ein ge gejrenftande der wündarzneykunst. I Theil j55 feite, 1L Theü, 163, 164 211 feite &c. (*; On difeafcs incidental to Europeans,  C 89. ) verlangde hulp, vermeerderde krampachtige aandoeningen der zenuwen en eenen zekeren dood te wachten. Het is derhalven van het uiterfte belang , dat men het opium niet gebruike vóór dat de oorzaak der ziekte volkomen of meerderdeels is weggenomen: en, naardien genoegzaam alle deeze oorzaaken in eene ontaarting en bederf van 't geen in de maag en de darmen bevat word, gegrond zyn, kan men uit de verbeterde hoedanigheid der ontlaste drekftoffen 5 uit de levendige en natuurlyke kleur der oogen en van de huid naa de gemaakte ontlastingen, vrygemaklyk den tyd bepaalen, wanneer dit middel met vrucht kan gegeeven worden. Ik bediene my niet gaarne, als het in dit geval op het gebruik van het opium aankomt, van alle die bereidingen uit deeze Artzeny, die men in de Apotheeken allerwege aantreft, maar ik verkieze veel liever het opium met fuiker tot een poeder gewreeven, of zoodanig poedér in melisfe-water ontbonden. Men beginne Hechts met een kleine gift, en van een vierde van een grein klimme men vervolgens tot een derde, of wel tot een half grein op, tot dat de krampen, na eenigzins geftild te zyn, met een zachte flaap en overvloedig warm zweet afgewisfeld worden, en alles tot bedaaren komt. Het gebeurt nu en dan, vooral wanneer de Arts niet aanftonds, toen de ziekte begon, by den lyder verzocht is, datby den verderen voortgang de krachten zeer merkbaar verminderen, F s en  C 90 ) en dat, naa de onvermydelyke ontlastingen, alle de toevallen, ter oorzaak van de zwakte', of van de ruggekramp, den dood dreigen. In dit geval moet men den muskus met opium paaren, derwyze dat men by iedere gifte van het opium twee, drie of wel vier greinen muskus voege, zo men van de eerste giften geen meerder aandoening by den lyder is gewaar geworden. Dit geneesmiddel wekt de levenskrachten aanmerklyk op, en men kan daar door den lyder, dien men reeds voor verloren hield, behouden. Maar als onder het gebruik van het opium alleen, of met byvoeging van den muskus de vrees voor de ruggekramp vermeerdert , of deeze daadlyk ontftaat, dan is alle hoop verboren. Dit nogthans gebeurt meest, als de ziekte reeds veld gewonnen heeft vóór dat 'er eenige geneesmiddelen gebruikt zyn, maar zeer zeldzaam, of byna nooit ziet men dit, als de Arts, in 't begin der ziekte geroepen, dezelve aanftonds met gepaste middelen te keer gaat. Het veréénigd gebruik van het opium met den muskus moet zoo lang aanhouden, tot dat al het ftuip- of krampachtige overwonnen is. Zoodra men nogthans befpeurt, dat het toeval meerderdeels bedwongen is, moet men de giften deezer middelen tevens verminderen, en dit rydftip kan men gereedlyk afneemen uit den zach'en flaap, uit de beginnende ontfpanning der kaakfpieren en uit het overvloedig warm zweet , welk alles op het gebruik deezer middelen geWoonlyk volgt. Ik  ( 9i ) Ik moet hier by echter aanmerken', dat de muskus, fchoon ik denzelven nu en dan in dit geval gebruikt hebbe, hec vermogen niet bezit, om de kaak beklemming wegteneemen, 't welk ook door Ackermann (*) waargenomen is. Maar zoo haast in deeze ziekte de krachten beginnen te bezwyken, heeft men van het vermogen van dit middel met het opium alles goeds te wachten. De Tin&ura rad. valeriana fylvestris met wyn bereid, en met muskus en het opium vermengd, word in deeze ziekte door Ackermann (**) zeer fterk aangepreezen. Op zyn voetfpoor heb ik zulk een mengzel nu en dan met een vry goed gevolg gegeeven, maar ziende , dat ik met het opium hetzelfde kon uitvoeren , en • tevens van oordeel zynde, dat wyn en andere geestryke vochten voor zulke tedere kinderen nadeelig zyn, heb ik daarnaa dat gebruik haten vaaren. Maar welke ook de oorzaak deezer ziekte by jonge kinderen zyn moge, nooit moet men een dikwyls herhaald gebruik der warme baden verzuimen, wyl dit middel, naar myn inzien, van zoo veel belang in deeze ziekte is, dat zy zonder hetzelve noch fpoedig, noch gelukkig kan o-eneezen worden. Immers door deeze warme ftooving van het ganfche lighaam, en de daar door verwekte algemeene ontfpanning of .verflapping der fpieren , en verminderde prikkeling, worden (*) 1. c. pa*. 194. (**.) itjid pag, -197.  ( 92 ) den de krampen aanmerklyk geftilt, de doorwaasfeming vermeerderd, de fcherpte der vochten weggenomen en de ftoelgang bevorderd. En dewyl door deeze warmte voornaamlyk die krampen, welke uit kwaade ftoffen in den onderbuik ontftaan , ('t geen uit het zeer nuttig gebruik der warme baden in den fteen der nieren, blaas of galblaas kan opgemaakt worden,) veel beter en zekerer dan door eenig ander middel geftild worden; begrypt een ieder ten allerklaarften, van welk eene uitneemende nuttigheid dit middel in deeze ziekte zyn moet. Van daar, dat ik van hetzelve, geduurende den geheelen loop der ziekte, tweemaal 'sdaags laat gebruik maaken, en daar mede zoo lang laat aanhouden, tot dat al het gevaar geweken is. De baden zelve laat ik bereiden uit water, waarin eenige handen vol tarwe-zemel gekookt zyn, 't welk ik niet ondienftig oordeele, om dat het vocht daar door meer verzachtende word gemaakt. Behalven van de ftraks aangepreezen baden heeft men ook zeer veel goeds te verwachten van dikwyls herhaalde verzachtende klysteeren , als welke, zonder eenige beweging te maaken, 't welk in dit geval van zeer veel belang is, den afgang zeer gemaklyk bevorderen, en daar door de krampen ftillen, om nu niet te fpreeken van derzelver eigenaartig vermogen, om allerlei krampachtige aandoeningen te verminderen, Het baart ondertusfchen niet weinig moeite, dat de klysteeren, als de;ziekte toeneemt, aanflonds, naa dat zy gezet zyn, wederom ontlast worden, waar door dit vermogend middel buiten werking ge- ftdd  ( 93 ) fteld word. Men kan nogthans dit gebrek meestal vóórkomen, als men de klysteeren uit water en melk met olie vermengd, bereid, Als de doorzwelging in deeze ziekte moeilyk, of door het geweld der krampen geheel belet geworden is, blyft 'er geene andere toevlugt overig als het gebruik der warme baden, klysteeren, verzachtende pappen en ftoovingen om den hals, en in dit geval is men genoodzaakt het opium by de klysteeren te mengen, fchoon men hier van, als de ziekte tot die hoogte geklommen is, en dan meestal doodlyk word , Hechts weinig heil te wachten hebbe. De middelen, die men uitwendig in deeze ziek> te op de aangedaane deelen zelve aanlegt, verdienen wel zoo veel aandacht, dat ik my daar over nader moet verklaaren. Dezelve konnen voegzaam in twee klasfen verdeeld worden, te weeten in verzachtende, die door derzelver verflappend vermogen de gefpannen en zamengetrokken fpieren ontfpannen. De tweede klasfe beftaat uit zoodanige oplosfende of ontbindende middelen , waar door de fcherpe ftoffe, die zich op de fpieren geplaatst heeft, verdeeld en verdreeven word. Maar naardien in de kaak-beklemming, waar van wy handelen , de oorzaak der fpanning van de fpieren niet in de fpieren zelve geplaatst is, maar in de zenuwen, die met die fpieren gemeenfchap hebben, ea in den oorfprong deezer zenuwen , of wel in een zoodanigen invloed der levensgeesten, waar door de aandoenlykheid der fpieren zoo groot word, dat zy, zonder ee- ni-  C 94 ) mge ontfpanning te verkrygen ,r fteeds zarnentrokken of gefpannen blyven; kan men zeer gemaklyk begrypen , dat alle zoodanige middelen , waar van wy nu fpreeken, weinig konnen uitvoeren^ om de ziekte te overwinnen, en op verre na zoo vermogende niet zyn, dat men, zoo als zommige Geneeskundigen gewild hebben, op dezelve alléén het meeste vertrouwen behoore te iTellen (*> Men moet echter hier alleenlyk uitzonderen het zeer zeldzaam geval by kleine kinderen, als naamlyk door eene neêrzetting van eenige prikkelende ftoffe in den omtrek van de kaak, een toevloed van vochten, zwelling en ontfteeking, die de beweging van de onderkaak zeer moeilyk maakt, geboren Worden , doch welk geval, van eenen gansch anderen aart zynde, met de ziekte , waar van wy thans handelen, geen gemeenfchap heeft. Schóón men nu van de uitwendige plaatslyke middelen in deeze ziekte weinig voordeel te wachten hebbe , vordert echter de orde der zaaken , dat ik de gevallen opgeeve, waarin de verzachtende of verdeelende middelen te pas komen. i. Men behoort uitwendig verzachtende middelen, beftaande uit allerlei weekmakende pappeni zalven, oliën, enz. op de gefpannen fpieren van de kaak en om den hals aan- (*) Car. Pieo de India utriusque historia naturaJi & medica, L. II. Cap. 4. pag. 35. Fr. Boissier de Sauvages Nofologie méthodlqttje, a Lyon 1772. in 8vo. Tomé III. p. 561, 5ö2. •  C 95 ) aanteleggen , en met dezelve die deelen te fmeeren, als de kaak-beklemming aanwezig is, naardien deeze middelen, fchoon niet zeer vermogende , althans niet konnen fchaden en zekerlyk door derzelver warme ftooving medewerken ter verzachting der krampachtige bewegingen. Om deeze reden laat ik van dezelve terltond naa het ontftaan der ziekte, en zoolang dezelve duurt, een naarstig gebruik maaken. Ik heb altyd de verzachtende fmeeringen van ung. altham, linaria enz. of van olie, boven de pappen verkooren, om dat men deeze by zulke kleine kinderen gemaklyker kan gebruiken, vooral indien de aangedaane deelen van uur tot uur met dezelve warm gewreeven en daar naa met een wollen lap gedekt worden. 2.. De verdeelende uitwendige middelen komen te pas, zodra men zeker is, dat Zich eene fcherpe ftoffe, uit belette en teruggedreven uitwaasfeming geboren, op de aangedaane deelen heeft neêrgezet, en dezelve prikkelt. In dit geval paart men dikwyls verzachtende en verdeelende middelen te zamen , waar van men dan veel goeds te wachten heeft. Tot dat einde verkieze ik eene fmeering van fp. fal. ammoniaci met olyven-olie, door Pringle het eerst aangepreezen, of verzachtende pappen uit lynzaad en fenegriek, met melk gekookt, waarby ik dan een gedeelte kamfer, in olie ontbonden , voege. Deeze middelen zyn veel  C 9° ) veel beter als alle andere verdeelende pappen en althans veel verkieslyker als die onaangenaame pap van warme paerden-mest,door den Baron Storck en den beroemden A. de Haen aangepreezen: welk middel my nogthans in de kaak-beklemming by bejaarden, waarin, ter oorzaak van eene geheele belette doorzwelging, geene andere middelen konden gebruikt worden, deerlyk heeft te leur gefield. Het kwikzilver, onder de gedaante eener fmeering gebruikt, is door de beroemde Monro, de la Roche, Piqué, Bourix, Mangetus (*) en anderen, in de kaak-beklemming der bejaarden allerllerkst aangepreezen. Ik heb niet konnen ontdekken, of dit middel ooit by eerstgeboren kinderen in dit geval is gebruikt, maar ik twyffel zeer, of men daar van wel eenig voordeel te wachten hebbe, althans ik begryp niet, langs welk eenen weg dit middel eene daadlyke kaak-beklemming, dieby eerstgeboren kinderen meestal van den flaat der buiks ingewanden afhangt, zou konnen wegneemen. Onder de zo even aangepreezen verzachtende en verdeelende middelen, die men uitwendig gebruikt, verdienen de warme baden en klysteeren het meeste vertrouwen, en het is van deeze dat (*) In diario Gallico, quod a cl. Ie Roux in lucem cmittitur, p'lura de hujus .medicinse in hoe morbo effitia occurunt, Tom, 40, 42.  C 97 ) dat raeh den grootften dienst te wachten hebbe* Als de doorzwelging geduurende de ziekte belet word , zyn deeze middelen de eenige, fchoon zwakke toevlugt van den Geneesheer voor zynen lyder. Om deeze reden moet men dezelve, in dit geval zoowel als in alle anderen, zeer naarstig ter hand neemen, fchoon het waarheid zy, dat eene belette doorzwelging zeldzaam ontftaat, als de Geneesheer in het begin der ziekte geroepen word, en alle de vereischte middelen tydig genoeg en geregeld zyn in het werk gefteld. Ik heb fomtyds ook van fpaanfche vliegen gebruik gemaakt, zoo nogthans, dat door dezelve geen vochts-verzameling gemaakt, maar flechts «ene roodheid in de huid geboren werd. Ik moet echter bekennen, dat ik geen zichtbaare hulp van dit middel ben gewaar geworden. Zommigen hebben gewild, dat men het opium by de uitwendige middelen zoude mengen, ert vervolgens op de aangedaane deelen aanleggen. Maar dit middel doet, op deeze wyzegebruikt, geene uitwerking, ten z'y de huid gekwetst is, en deeze geWond zynde , zou dit middel in plaats van nuttig te zyn, allerfchadelykst worden. De levensregel der moeder moet, geduurende de ziekte, geheel ingericht zyn naar het geen ik ten deezen opzichte §. 5. gezegt hebbe. Al wat haar ziel of lighaam geweldig aandoet, moet zorgvuldig gemyd worden. Zachte eii dunne meelfpyzen, die ligt voedende zyn, G ko-  C 98 ) komen hier te pas, en onder deeze verdienen dunne ryst-fop, of van haver-gort de voorkeur. Garft-water, het deco&um album van Sydenham en een ligt aftrekzei van vlierbloemen zyn de gefchiktfte dranken en beter dan alle andere. Het kind, *t welk door de kaak - beklemmingis aangetast, kan in 't begin der ziekte niet als met zeer veel moeite, en by den verderen voortgang derzelve in 't geheel niet zuigen, en daarom moet men de borsten uitmelken, en het verzamelde zog, nog warm zynde, aanftondsaan het kind geeven, terwyl men ondertusfchen hetzelve van tyd tot tyd honig-water of dun garstwater met honig vermengd, lepelswyze ingeeft. Als de doorzwelging door de hevigheid der ziekte belet word, en 'er geen voedzel in de maag kan komen, moet men ten minsten den mond met een weinig warm zog of met garst-water en honig trachten te bevochtigen. Zoo lang de ziekte by het kind duurt, moet de levensregel voor hetzelve gefchikt worden overéénkomstig het ter nedergeftelde in de 5 §. Al wat eenigzins kan prikkelen, moet zeer zorgvuldig gemyd worden. Eene dikwyls herhaalde ververfching van de linnen windfelen en van het beddegoed is voor het kind zeer dienstig, Nu is alleenlyk nog overig, dat ik twee byzondere geneesmiddelen tegen de kaak-beklemming _ aangepreezen, opnoeme, welke misfchien ook in deeze ziekte der eerstgeboren kinderen zouden konnen gebezigt worden, indien men eenen zekeren grond op dezelve vestigen konde, doch 't welk een volgende tyd zal moeten keren. Deeze  C 99 ) Deeze middelen zyn j. De Eletlriciteit, waar door Eduard Spry(*) eene kaak-beklemming geneezen heeft. 2, De Magnetismus, als welke in de kaak-beklemming der bejaarden van eene uitneemende nuttigheid bevonden, en met eene proeve bevestigd is door den beroemden de Wolcker (*). (*) Philofophical Tranfaftions, vol. 57. Don. Monro Praeledt. medicas ex Cronh inftituto. pag. 89, (**) In libr. elegantiiT. trismi tpnici cum ay^VTtvix , cxt. XL. fere hebdomadum curatio Unnx 1780 in 4to, & in alio germanice edito,Stoff zu Eetrachtungen für Naturforfcher und Aerzte. Ulm. 1779 in 410. Druk-fouten, dus te verbeteren. Bladz. 5. reg. 15. ftaat, geftelheid lees, gefteldheid 13. 6 gehaakt gehakt 1 \- —h- 6. kennbacken—- kinnbacken- van de aanteken. zwanges zwanges 21. 11. van da aanteken. littorar. Iitterar. dezelfde aantek. Grahiger —— Grainger .- 32. aantek. kentniff nnd -—- kentnilf und 1 23. reg. 1. naar naa 24 ——- 2. —»- eerstgeboore eerstgeboren ——r- 26. 11. dat die ■ 27. —— verzwacht —- verzwakt 29. 11. -— verwarmde —~ verwarmende 30. —-- 7. verbit —~ verhit 1 aantek. Acfürmamn —. Ackermann 1 32. reg. 9. —-- naar —- naa _ -* ?— 12. — aamerklyke r-*- aanmerklykc