ë v l a a ö ë TOT DE DECREETEN VAN HET Provinciaal bestuuê VAN HOLLAND; BEHELZENDE HET VERSLAG VAN HET PROVINCIAAL COMMlTTÈv Fan den li December 1797. tot 1798» 6*1 VIERDE JAAR DER BATAAF SClïE VRYHEID, iü den HAAG, ter 'sLanJs Drukksry, 1 7 9   VERSLAG der HANDELINGEN van het Provinciaal committë van HOLLAND. van i. December 1797. tot 5» FebruaRy 1798. Den u December 1797. is by het voorfz. Commïtté ingekomen eene Misfive aan de Nationale Vergadering, reprcefenteërende het Volk van Nederland, in dato-304 November L h, ten geleide der hier nevensgevoegde Publicatie" van denzelfden datum, tegens den omloop van valfche Guldens, en by renovatie van voorige Publicatie, tegen s het inbrengen van valfche Muntfpeciën; welke Publicatie door hetzelve Committé, ter affixie binnen dit voormaalig Gewest is verzonden. Gelykheid, Pryheid, Broederfchap* PUBLICATIE. De Nationale Vergadering, repréfenteerende hetPolk j, van Nederland, allen den geenen die deeze zullen ziert „ of horen lezen, Heil en Broedeffchap! „ Alzoo tot onze kehnisfe is gekomen, dat ih de' j, Provincie van Utrecht zedert èeriigen tyd zyn g'ede„ bitcerd, en verder in omloop zouden kunnen gebragt „ worden, valfche Guldens, overëenkomftig met de ftempel der Guldens in den Jaare 17944 te Utrecht 5, geflagen, zynde dezelve echter zeer gemakkelyk alö A val»  < * > „ valfche te erkennen, en van de echte Guldens te on», derfcheiden; zoo hebben wy 't niettemin ten hoogften „ noodig geacht, zoo wel om de verdere circulatie dier „ valfche Munte te beletten, als om de goede Ingeze„ tenen deezer Republiek voor fchade te bevryden, in„ dien onverhoopt eene zoodanige valfche Specie ver„ der in onze Republiek mogte worden verfpreid, by „ deeze Publicatie allen en een iegelyk bekend te ma„ ken, dat de gemelde valfche Guldens van de echte „ zyn te ondericheiden door de navolgende kenteke„ nen , als: „ i°. Dat dezelve gegooten zyn van eene Compofi„ tie van Lood en Spiauter, waardoor zy in de ;*, wryving eene buitengewoone gladheid hebben. y» a°- Dat dezelve veel ligterzvn dan de echte , als we„ gende zommige i Engels 19 en flf Aazen, en „ anderen 1 Engels 3 en af Aazen ligter dan de „ echte Guldens. „ 3°. Dat dezelve eene blauwachtige couleur hebben , „ die op het eerlte gezicht dcrzelver valschheid „ aantoond. „ Terwyl wy voorts hebben goedgevonden, by re„ novatie van voorige Placaaten tcgens het vervalfchen „ der Muntfpeciën, en het uitgeven derzelven geëma» „ neerd, mitsgaders van de ftraö'e daarby geftatuëerd, „ ten ftrengften te verbieden, zoo als gefchied by deeze, „ eenige valfche Muntfpeciën, en in 't byzonder de „ voorfz. valfche Guldens, binnen de refpeftive Ge„ westen te brengen, als mede, om dezelven aan of „ van iemand, wie het ook zoude mogen zyn, uitte„ geven, of te ontvangen, en voorts een iegelyk, aan „ wien voorfz. valfche fpeciën in handen mogten ko„ men, te gebieden, om dezelve terftond te brengen of „ te doen bezorgen, aan de Municipaliteit der plaatfe „ alwaar dezelve mogten zyn ontvangen, om terftond „ weerloos te worden gemaakt; op pcene, dat die gee„ nen, welke zullen worden overtuigd, zoodanige val„ fche Muntfpeciën voorbedagtelyk, en ter kwaader „ trouwe ontvangen, uitgegeven, of onder zich gem houden te hebben, als Complices en Medeltanders h van  ( 3 ) „ van Muntvervalfchlng zullen worden gehouden, en, „ ingevolge de Placaaten van den Lande, zonder eenigc „ oogluiking worden geftraft. „ Wordende wyders een prasmie van duizend zilveren „ Ducatons beloofd, voor den geenen, die de Maaker „ of Maakers van de voorfz. valfche Guldens zal kun„ nen ontdekken, zoodanig, dat dezelve in handen der „ Juftitie geraaken, en van het fait worden overtuigd, ^ zullende de naam van den Aanbrenger, des begeeren- de, worden gefecreteerd. „ En op dat een iegelyk hiervan z®ude mogen kennisfe „ krygen, en zich voor fchaade zoude kunnen wagten, „ ontbieden en verzoeken wy de Hoogstgeconftituëerde „ Machten, in de refpeclive Gewesten deezer Republiek , n en alle andere Jufticieren en Officieren van dezelve Ge„ westen, dat zy deeze onze Publicatie van ftonden aan „ alomme doen verkondigen, Publiceeren en Affigeeren, „ ter plaatfe daar men gewoon is zoodanige Publicatiën M en Affixiè'n te doen. „ Aldus gedaan en geÈirrefteerd ter bovengemelde Ver* ^ gadering, in den Hage, den 30. November 1797. Het „ derde Jaar der Bataaffche Vryheid," (Was geparaph.) S. J. van LANGEN, vt. (Onder ftond) Ter Ordonnantie van dezelve (Was get.) Jb. van HAEFTEN. Den 4. dito heeft het Committé den 's Lands Opzichter A. Blanken, te Naarden , en den Commis T. du Moulin, op 't Fort aan den Uittermeer, geauthorifeert tot het verbieden der afzanderyën aldaar, en voorts daarfey eenige bepaalingen gemaakt. Ten «elven dage heeft het Committf de noodige OrA % don»  C 4 ) donnantiën doen depécheercn , onder verzekering «Ier quote van dit vooruiaalig Gewest, wegens de by hetzelve ontfangene rekeningen van diverfe Municipaliteiten over gepresteerde Kar- en VVagenvragtcn , ten dienft'e van marcheerende Nationale Tronpes. Op de communicatie van het Departement Militair, da! hetzelve was geïnformeert, dat het Franfche Gyarriiben, teMuyden, de gaten en cachotten van het Kafteel aldaar emploijecrde tot het plaatfen van hunne gevangenen , waaruit zwaare ongelukken te duchten waren, heeft het Committé op denzelven 4. Decemher aan het Committé tot de algemeene Zaaken van het Bondgenootfchap teLrnd* deswegens afgezonden de navolgende Mislive: Het Provinciaal Committé van Holland, aan Het Committé tot de Algemeene Zaaken van het Bondgenoot' fchap te Lande. Medeburgers! „ Door de Mimicipaliteit der Stad Mnvden op heden „ geïnformeert wordende, dat op het Kafteel aldaar de „ Militaire Provoost was geëtablisfeert, en men de ga„ ten en cachotten gebruikt tot gevangenisfen voor het „ Fransch guarnifoen, zoo van Muyden, als der na„ buurige plaatfen , het geen de Burgers aldaar in een „ geftadige vreze doed leven, naardien onder het gem. „ Kafteel wel veertig duizend ponden Buskruit gebor„ gen waren, en zy derhalven ons verzogten, om daarj, inne ten fpoedigften te voorzien. — Wy haasten ons, „ Om zulks ter Uwlieder kennisfe te brengen, alzoo de „ minfte onvoorzigtigheid de Burgers van Muyden in .„ onherftelbare rampen kan brengen; met inftantelyk ,„ verzoek, om de verëischte ordres te geeven, dat de . a voorfz. Militaire Provoost oogenbliklyk van daar wor„ de verplaatst. „ Heil en Broederfehap.." Nog  $ 5 J Nog heeft het Committé tenzelven dage aan den Capitein by dc Armée, Lemmink, op deszelfs verzoek geaccordeert eene fomma van een honderd Guldens, voor reisgeld, om naar zyn Vaderland terugtekeeren. Den 5. December zyu door het Committé, op advis van den Advocaat Fiscaal van 'sLands Gemeene Middelen , aan Carel Scheffer, gevangen op de VoOrpoorte alhier , en welke op dien dag, by Sententie van het Committé , in iubmisfie was ontfangen, met condemnatie in de kosten, wegens deszelfs onvermogen, geremitteert dc kosten der detentie, ter fomma van ƒ 310 - 16 - ö, mits dat de overige kosten door hem wierden voldaan. Ten zeiven dage heeft het Committé , op favorabel advis van het Committé van Financie, hetwelk had geexamineert, het op den 22. November 1. 1. in deszelfs haudan seflelde Rcqucst van L. Iluiziiiga, te Amlterdam , om dispenfatie der by de Publicatie van 6. July i~95 gcilatuëerde pcenaliteit, wegens zekere overdispofitie in de algemeene Beleenbank, en op het daarop gerequireerd bericht van Commisfavisfen der gemelde Beleenbank , het voorfz. verzoek geaccordeert. Nog heeft het Committé op den 5. dito de Commifen ter Financie gcauthorifeert, om, ten behoeve van het Ambacht van Zevenhuizen, in plaats van eene in het ongcreede geraakte Ordonnantie van vrydom van den 200. Penning der uitgeveende Landen, over den Ja re 1793, ter fomma van ƒ 1482 -6-8, eene Duplicaat-Ordonnantie ter gelyke fomma te depêchecren. Den ó.December is by het Committé door het Departement van Algemeen Welzyn gedaan, deCopielyk hiernevens gevoegde voordragt, met betrekking tot den ftaat van de Rivier de Lecq, by en omllrecks het Hagefteinfche Schaar, en de verbeteringen, welke de nieuw aangelegde Werken daarin hebben veroorzaakt , alsmede omtrent den vervallen ftaatvan de Hagefteinfehe Sckiardyk, en de reparatiën, welke daaraan zullen benodigd zyn; — Op welke voordragt het Committé conform heeft befioteii:' A 3 Het  < «I Het Departement van Algemeen Welven. aan Het Provintiaal Committé van Holland, Medeburgers ! m Door den ten dienst van dan Lande by het werk der 'm Rivieren geëmployeerden Landmeeter $. Engelman, „ is aan onze Commisfarisfen tot het werk der Rivieren „ behoorlyk een gedetailleerd Rappoit gedaan, nopens „ den aanleg en voltooijing der nieuwgemaakte Krib„ ben boven, en het bleeswerk voor den Hagefteinicheu „ Schaardyk, mitsgaders van de gefteldheid aan de Riy, vier de Lecq aldaar, ingevolge de aangemelden Land„ meeter daartoe gegeevene ordre, by UI. Refolutie de„ dato 13. July 1. 1., zynde het zelve Rapport voldoen„ de geillucideert, door eene daarby en hier nevensge„ voegde Kaart. Uit een en ander is blykbaar, dat dee„ ze Werken, beftaande in twee Kribben , de eene lang „ 30, en de andere 50 Roeden, en het bleeswerk lang „ 72 Roeden; dewelke tusfchen February en Juny dee„ zes Jaars zyn aangelegd en voltooid; en naar derzel„ ver voltooijing, voor de Infpeftie, ruim g Maanden „ hebben gelegen, gedurende den tyd van ruim een „ Maand door het hooge Opperwater zeer fterke Stroo„ men hebben ondergaan, echter by derzelver Jnfpeclie „ door den Landmeeter bevonden zyn, geen de minfte „ ontzetting nog eenige verzakking te hebben geleden; „ maar dat dezelve over het geheel in een zeer goeden „ ftaat zyn bevonden; alleen is op de beneden-eindens „ der Kribben door den overvallenden Stroom eenige „ Specie van de Dek-lagen afgedreeven, dewelke daar „ weder dient opgebragt te worden, en zal het mede „ zelve noodig zyn, tot conferveering van gemelde „ Dek-lagen, naardien het hout door het gedeeltelyk te „ laat in het faizoen opwerken der Dek-lagen, niet ge„ noeg was uitgegroeit, en het nitgegroeide op het w bleeswerk en de benedenfte Krib, door het hooge  C 7 > „ bovenwater, meestal is verdronken; dezelve met een „ dunne Sprei van groen en leevendig ryshout In het M aanftaandè Voorjaar, of uitterlyk in het daarlianvol„ gende van 1799. te dekken en overkleeden, waarvan „ de kosten door den Landmeeter gecicrd worden op „ ƒ 1031 - 1® : -. Uit het gemelde Rapport is nog op» „ temerken , dat de veranderingen , zedert het aanleg„ gen deezer notable Werken, in dit Riviers-gedeelte, „ by vergelyking van voorige Kaarten, met de tegens„ woordige, als mede de daarby genoteerde peilingen , „ zich bepaalen, tot uitwerkzelen die aan het bedoelde „ oogmerk beantwoorden; en aanmerkelyke verbeterin„ gen, zoo met relatie tot de Scheepvaart, als met re„ latie tot het inderdaad ontzetten deezer gevaarlyke „ Schaardyk aanduiden, daar aan den eenen kant de „ eertyds uitgebreide onderduikende, en deels tot twee „ voeten boven zynde Zandplaat, en maar op 40 Roe„ den afftands van en voor den Schaardyk gelegen heb„ bende, nu grootdeels uit het midden der Rivier op„ geruimt, en het overblyfzel tot op 2, 3, 4 en 5 rt voeten onder water afgenomen en verlaagt, word be„ vonden; en aan den anderen kant neemt men waar, „ dat de dieptens, die van 16, 20 tot 27 voeten voor „ den Schaardyk gevonden wierden, nu by dezelfde „ watershoogte, dermaten zyn vermindert, dat 'er „ thans, langs dien geheelen Schaardyk, niet meer dan „ 10 en 12 voeten diepte word gevonden; het is niet „ mogelyk fpoediger en efficacieufer uitwerkinge van „ nieuw aangelegde werken te produceeren. „ De Landmeeter zoude hiermede kunnen gehouden „ worden aan bovengemelde Refolutie te hebben vol„ daan, maar oordeelt van deszelfs plicht te zyn, des„ zelfs gedachten wegens de ligging en gefteldheid van „ denzelven Hagefteinfchen Schaardyk te moeten me„ dedeelen: gemelde Dyk blootgefteld aan eene op den„ zeiven rechtftreeks af komenden ftroom, is doorgaand? „ te laag, en ^p veele plaatfen te zwak, om in tyd „ van nood, o"f by Ysgang , de werking der aandrin„ genden Stroom aftewagten, en het is voor zoo een m aanzienlyk deel van dit Gewest, van te veel belang, A 4 Spoelfehen Ryswaard en booven den Steeneri hoek , „ door de onmatige vvydtens der Rivier aldaar, voor „ de navigatie zoo bedorven geraakt was, dat de Com„ mercic deezer Landen, by Iriage Rivier, zeer groote „ belemmeringen door de ondieptens ter deezer pfaatfe „ ondervond, en welke belemmeringen aanleiding hebben „ gegeeven tot het leggen van drie Kribben in het Ri„ viérvak het Spoel genaamt, door Commisfarisfen van „ de Scheepvaart op den Rhyn, alsmede door dezelve 3, nog twee Kribben boven en tegen over den Steenen ,3 hoek, door welke Werken het gcmcMc Riviervak, y. boven vervvagting, is verbeterd geworden, zyndé 'er j, nu 5§, 6 a 6§ voet Water, waar te vooren maar a| en „ %\ voeten was; deeze nuttige en onontbcerlyke Wer„ ken zyn tot in 1795 behoorlyk opgemaakt en ondcr„ houden; maar zedert dien tyd is daaraan niets ge„ daan geworden; waardoor 'er zeer vecle defcffen, „ zoo in de Baard als op de Dek lagen van gem. Krib„ be worden gevonden , dewelke ctne noodwendige „ reparatie in deeze Herfst, of' uiterlyk in de volgende. „ Lente vereisfehen; en daar het welondcrhoudcn dee„ zer kostbare Werken, van zoo veel aanbelang voor „ de navigatie moet worden gehouden, heeft 's Lands „ Landmeeter gemeend, dat deszelfs plicht medebragt, „ deezen defec'hieufen ftaat ter kennistè van Commis„ farisfen van 'sLands Rivieren te moeten brengen, ten „ einde daardoor (is het mogelyk) middelen daar megen „ worden gefield, dat deeze, met zoo een gelukkigen „ uitflag wel aangelegde Werken, niet wederom totaal „ komen te vervallen en geheel infruétuens worden, en „ ten einde deeze middelen zoo vee! mogelyk te faeili„ teeren, geeft den Landmeeter op een cierbg der „ daartoe benodigde kosten, dewelke voor de vyf Krib-. „ ben te zamen zouden beloopen eene fomma van' „ ƒ4100 : - : - „ En houd 'sLands bediende voorzeker, dat wan„ neer deeze Werken nog een Janr langer bulten repa„ ratie;-moetcn blyvei' ,de alsdan daartoen^otligekosten, eene fomma van ƒ 6.,co: :- zullen vereisfelier. A 5 Deeze  „ Deeze voortelling geeft natuurlyker wyze aanleiding „ om aantemerken, dat onze laatfte Refoltitie van een. „ allernadeeligften invloed op het onderbond van alle „ openbaare, en ten algemeenen nutte aangelegde Wer„ ken, fchynt te zyn, daar het tegendeel volftrekt het „ mtvverkzel van dezelve hadde behooren te zvn, door „ de energie voor zelfbehoud, en algemeene"welvaart „ aantewakkeren; daar immers alle byzondcre belangens „ voorrechten en immuniteiten enz. aan het algemeen „ belang moesten en behoorden te worden opgeöffert; „ maar het bovenftaande detail is een fterk bewys van „ het tegendeel, en in hoe veele Heemraadfchappen, „ worden door een geheel verkeerde fpaarzaamheid, de „ algemeene Werken, niet fchandelyk verwaarloost, „ tot welkers herftelling in 't vervolg fchatten zullen „ noodig wezen; en waar tusfehen zeer zeker het ge„ zag van de Hoogstgeconftituëerde Macht zal be„ hooren te komen, wil men dit Gewest niet aan on„ overkomelyke rampen zien blootgefteld. „ Op voordragt van onze Commisfarisfen tot het werk „ der Rivieren, vermeenen wy aan het Committé te mo„ gen proponeeren, dat de attentie en zêle van denLand„ meeter Engelman in deezen betoond, behoorde te yt worden geapprobeerd en gelaudeert, en dat van we„ gens het Committé, aan Dykgraaf en Hoog-Heemra„ den van de vyf Heeren Landen en Alblasferwaard „ behoorde te worden aangefchreeven, dat deeze on„ vermydelyke verhooging en verzwaariug van dit ge„ deelte hunner Dyken door hun onverwyld behoord te „ worden in 't werk gefteld, daar anders alle daaruit te „ vreezene rampen en onheilen voor hun rekening zul„ len komen, en hun Hoogheemraadfchap by onver„ hoopte doorbraak, geen ftaat op favorable voordragt „ ter bekoming van remisfien zal mogen maken. „ Dat insgelyks eene Misfive behoort te worden afgem zonden aan den Raad der Gemeente van Amfterdam, „ met kennisgeeving van den defectueufen ftaat der zoo „ notabie Werken door hunne Predecesfeuren, ter be„ neficeering hunner Navigatie op de Lecq aangelegt, „ en met eshortatie, oni hoe eerder hoe liever deeze de-  K » > „ defecten te doen remediëeren , en wel te meerder, daar „ zy gedurende deezen Jaare, eene aanmerkelyke fomm» „ hebben bygedragen, tot het aanleggen en maaken van „ een nieuw Werk, tenzelven einde, en het mitsdien „ te bejammeren zoude zyn, dat de oude niet in be„ hoorlyken ftaat gehouden wierden. „ Dat eindelyk tusfehen den Lande en de twee an„ dere Corporaas die deeze nieuwe Werken gezament„ lyk hebben aangelegd en voltooid, hoe eerder hoe „ liever behoorde te worden gecontinueerd, hoedanig derzelver onderhoud voor het vervolg zal worden „ gereguleerd, ten einde dit verrigt zynde, de,volgens „ de Memorie van 'sLands Landmeeter, zoo noodig zynde reparatiën aan dezelve, ten fpoedigften mogert worden in 't werk gefteld." Actum in den Hage den i. December 1797. ' Uit naam van voorfz. Departcmenï. (Was getekend) L D. IIUICHELBOS vanLIENDER. C. J. van BRAKEL. J. F. LEEMANS. Commisfarisfen tot het Werk der Rivieren. Ten zeiven dage heeft het Committé, ingevolge het op den ai. September 1797 geflote Verbaal van conferentiën tusfehen Gecommitteerdens uit het Provinciaal Beftuur en het voorfz. Committé, en uit de Vertegenwoordigers des Volks van Zeeland, den Ontfanger-Generaal van BoetzeJaar geauthorifeert tot het verwisfelen der Interest-Coupons, van de door dezelve voormaalige Gewesten geguarandeerdc Oost-Ind. Comp. Obligatiën van den Jaare 1791. Den 7. dito heeft het Committé het Dep. Collegie van den Crimpenenvaard gelast, Om, ingevolge de Publicatiën van 6. Maart en 7. Gftober 1765, de In-  C ) Ingelanden van den zeiven Waard behoorlyk opteroepen, ten einde aan derzelvcr begeerte, om een nieuw Collegie te verkiezen, te voldoen, ten ware zy redenen ter contrarie mogten hebben, welken zy, als dan, binnen •14 dagen na de receptie deezer Refolutie, gehouden zouden zyn aan het Committé optegeeven. Den 27. dito by het Committé geleezen zynde eene Misfive van Hoog-Heemraden van gem. Waard, daar by kennis geevende , dat zy aan de voorfz. Refolutie en den daarby ge Helden Termyn, niet nagelaten zonden hebben te voldoen, doch dat zy , door het afflerven vau_ den Dykgraaf van gem. Waard , welke alle de Papieren onder zich had, wierden verhinderd, hunne redenen, welken zy tegens die oproeping vermeenden te hebben, binnen dien tyd aan het Committé optegeeven, verzoekende mitsdien daartoe uitftel tot den 15. February aanftaande — heeft het Commitré den voorfz. Termyn geprolongeert tot den laaiden January aanftaande. Den 8. dito heeft het Committé op de by hetzelve ingekomen klagten door Jacobus Wypen, dat hy niettegenitaande op den 22. Mey daartevoren d-ior de meerderheid van Ingelanden verkoren was tot Penningmeester van de yEmilia Polder, als nog niet was gfïnftalleerd , het Dyks-Coilegic van voornoemde Polder gelast, den gemelde IVynen in die qualiteit te inftalleeren, te erkennen en te maintineeren. Den 9. dito is by het Committé, op 't Rapport van deszelfs Commisfarisfen , bcfloten aan den Burger J. van der Meuten, eerde Commis ten Comptoire-Generaal te Hoorn, voor zyne Adminiftratie toeteleggen eene belooning van 700 Cl. 'sjaars. Den 9. dito ingekomen zynde eene door het Provinciaal Beftuur daags te voorèn in handen van het Committé geftelJe Misfive van dc Municipaliteif van Kmmeloord, in dato 19. November 1. 1., houdende klagten over verregaande baldadigheden van eenige Burgers aldaar, en verzoek, om door een Detachement Militairen van-25 man te worden geadfilteerd, met last op hetzelve Committé, om daarin de noodigc en fpoedige vooi1*  ( 13 ) voorziening te doen, heeft het Committé; in'aanmerking neemende, dat die Misiive reeds drie weeken geleden was gefchreeven en de rust dus zeer mogelyk herfteld konde zyn, befloten, een Bode naar Eminéè* oort te zenden, ten einde zich op den ikat van zaaken aldaar te informeercn, met last, om ten fpoedigfren terugtekoomen , om als dan naar bevind van zaaken te kunnen worden gedisponeerd ; en voorts de gemelde Municipaliteit, voor zoo veel des noods, geauthorifeert, om, zulks als nog noodig zynde, de gevraagde adfiftemie te kunnen requireeren van den Commandant des Guarnifoens te Enckhuizen ; van welke Refolutie door het Committé, zoo aan het Committé te Lande, als aan gem. Commandant, by Misfive, ten zeiven dage, kennis is gegeeven. . Maandag den 18. December commnniceerde de Pra> fident, dat gemelde Bode Saturdag te vooren was teruggekomen, en hem mondeling had gerapportecrt. dat de onrust, naar zyne informatiën , op verre na zoo hoog niet was geloopen, als men uit de voorfz. Misfive der Municipaliteit wel zoude moeten opmaaken, en dat, voor het tegenwoordige, aldaar alles in volkomen xus.t was, uitgezondert dat het verfchil over het bctaalen van zekere belasting nog bleef aanhouden, doch dat die belasting van zoo gering belang was , dat dezelve over alle de weigcrnchtigen fiegts 130 Gl. konde uit* maaken; — datgeraelde Bode aan hem Prrcfident had overgegeven eene Misfive of Rapport van gemelde Municipaliteit , waaruit al mede confteerdc , dat de rust was herfteld; doch dat het point van gei'chil nog bleef continuëeren, zoo dat, by aldien de Burgery, na de terugkomst van den Schout G. A. Brands, welke toen ■afwezig was, die belasting bleef weigeren, zy genoodzaakt zouden zyn gebruik te maken van de Militaire Macht, waartoe door liet Committé aan hun de voorfz. authorifatie was verleend. Het Committé hierover gedelibereerd en overwogen hebbende, dat die authorifatie by de bovengemelde Refolutie van den 9. December aan voorfz. Municipaliteit alleen was verleend op dien grond, dat hetzelve Yer-  ( 14 ) vermeende, dat 'er in de daad oproer plaats had, dodf nu geïnformeerd zynde, dat het geheele gefchil bêlïond in eene kleinigheid, Welke zeer waarfchynlvk door roinnelyke fchikkiogen tusfehen de Municipaiiteits-Leden en de Burgery geheel zouden kunnen worden uit den weg geruimd, heeft het Committé gemelde Municipaliteit vervolgens wel ernitig aangefchreeven en geëxhorteerd , van het requireeren van Militaire Macht geen gebruik te maken, als in den uiterflen nood van oproer dewyl de verfchyning van Militairen aldaar mogelyk tot verbittering der gemoederen aanleiding zoude kunnen geeven, waaruit, na het vertrek van dezelven, nog veel erger oneenigheden te wagten- -zouden zyn, en dezelve bovendien nog veel grooter kosten zoude veröorzaaken als het gelchil bedroeg; (lellende het Committé voorn, gemelde Municipaliteit verantwoordelyk voor de gevolgen , welke uit het ontydig gebruik maken van Militaire Macht zoude kunnen voortvloeijen. Het Departement van Koophandel, Zeevaart en Fabrieken, op den ir. December aan het Committé rapport hebbende gedaan , op de van tyd tot tyd in hunne handen gefielde diverfe fuccesfivelvk ingekomene Misfives van de refpeélive Municipalitehen binnen dit voorniaalig Gewest, benevens de opgave der uretenfiën hunner Medeburgcren, tot lasten van de Franfche Republiek, wegens het presfen hunner Schepen of Vaartuigen; welke opgave, ingevolge eene Mislive van de Nationale Vergadering van den 17. April daartevooren, door het Committé by deszelfs aanfehryving van den 21. der evengem. Maand van voorfz. Municipaliteiten was gerequireerd, heeft het Committé desvvegens de hiernevens Copielyk overgelegde Misfives, zoo aan het Committé tot de algemeene zaaken van het Bondgenootfchap te Lande, als aan welgem. Nationale Vergadering, afgezonden. 0  C 15 ) Hef Provinciaai Committé v»» Holland aan Het Committé tot de Algemeen* Zaaken van het Bondgenootschap te Lande. „ By eene Misfive, door de Nationale Vergadering „ aan dit Gewest, in dato 17. April 1797. gezonden, ,, heeft dezelve verzocht, om te willen doen opmaken, ,, welke pretenfiën de Ingezetenen deezer Provintie als „ nog mogtcn hebben, tot laste van de Franfche Repu- blicq, wegens het presfen hunner Schepen of Vaar- tuigen, om de Lysten daarvan vervolgens aan UI. „ Committé intezenden, geftaafd, met de behoorlyke „ bewyzen, ten einde daarüit de juiste berekening tekun„ nen opmaken, wat noguit dien hoofde vanhetFransch „ Gemeenebest zoude kunnen worden gepretendeerd. „ Ter bereiking van dit heilzaam oogmerk van welge„, melde Vergadering, hebben wy daarop eene circulaire ,, Misfive aan alle de Municipaliteiten binnen dit Gef „ west, afgevaardigd, met last om van hunne Mede„ burgeren, binnen hunne plaats, te requireeren, de „ daartoe behoorende opgaven, geftaafd met de noodi„ ge origineele, ofwel geauthentifeerde bewyzen, om „ ons alle deze Opgaven en Documenten, vervol„ gens voor primo Juny toen eerstkomende, overtezen„ den, doch daar alle Municipaliteiten daaraan niet „ zoo fpoedig hebben kunnen voldoen; dat bovendien „ ons Departement van Koophandel, Zeevaart en Fa- brieken, met de opmaking van dit werk gechargeerd „ geweest, daarover nog in byzondere, dikwils om„ flagtige Correspondentie met eenige dier Municipali,, teiten heeft moeten treden, is zulks oorzaak geweest, „ dat wy nu eerst dit werk kunnen befchouwen, als tot „ die ftaat van rypheid te zyn gebragt, datwydebyons „ ontvangen Opgaven en Documenten aan UI. kunnen „ doen toekomen. „ De by ons ingekomene Opgaven van pretenfiën va» •M Schippers, ten laste het Fraasch Gouvernement gaan mits»  C 16 > ',, mitsdien hiernevens, zynde dezelve in veffcheideft ,, Paquetten verdeeld, gequot. Lit. A. tot A. K., en bedragen volgens de hier bykomende Lyst, eene '„ lbmma van S. E. & O. /Vsr,216,13,10. ,, By het doen der liquidatie deezer vorderingen, verzoeken wy UI. dat dezelve niet mogen gefehieden, „ zonder onze concurrentie en njedeweeten, aangezien ,, eenige dier Schippers, uit hoofde hunner armoedige ,, toeitanu, int cie iJrovinciaale Kasle bygeltaan, en aan hun in mindering hunner vorderingen, reeds eenige voorbetaalingen uit dezelve zyn gedaan geworden, die dit „ Gewest by de liquidatie, van die Lieden zal moeten ,, re co 11 vree fen — om daarvan een voorbeeld bytebren„ gen , zoo beroepen wy ons op de Misfive van den Rnad dnr fiprrw>pni-p v-nn Rnn...-,lom Kir ,].-> D.,^;l>,.,,^ - ..... .^.«u.n , i,J l W^IVLVII .,, lub Lit. G. door ons overgelegd, waaruit Gyl. zult •„ verneemen, dat op de daaronder behoorende Opgaven „ op de Ly.st No. 2. vermeld, door deeze Provincie een lbmma ven ƒ 8000 ; - is vooraefchoten cl» -,. worden. Waarmede enz." (*) Het Provintiaal Committé yatt Holland, aan De Natlonaale Vergadering, reprefenteerende het Pulk van Nederland. Burgers Representanten! „ In dato 17. Aprif deezes jaars, hebt Gyl. aan de „ Hoogst-Geconftituëcrde Macht van dit Gewest by „ Misüye verzocht, om op te maaken, welke preten- „ wegens Schepen of Vaartuigen ten diende der Fran„ fche Republiek geprest, om dezelve vervolgens, met „ de nodige bewyzen , te zenden, aan het Committé „ tot de Algemeene zaaken van het Boiidgenootfchap te (-*; Zk de Lyst.  Tegen over Bladz. 16. LYST der door de Franfche gerequireerde en gebruikte Schepen, Schuiten en Vaartuigen enz., ingevolge de nagenoemde Rekeningen en Bewyzen, als volgd: Plaatsen • Naam en; Montant La., der . | GEdaank der der der Paouet- D i e n t t £ n. I n z e nd f. r s. Schippers. Pratensiün. tin. j Kiundert. j f \$ K"yp^t. Vragtloonen. ƒ ioo o o . i U. van der Mede. Idem. Ioo o o J Heukclom. Municipaliteit. Dagloonen enz. 152 5 o B. f" J. F. Iloirsuningcn. Pakhuishuur. 250 o 0 ~) •Vin. Hul sloom. Idem. 350 o o Muydcn. de Rondt. Vragtloonen. 10 ® o c Zegersntl. Idem. 16 0)0 L. Boot. Leggelden. 344 o o L ^ //. Z. Meyer. 'Vragtloonen. 40 o o Spvk. B. de Jong. Veergelden. « 1% 8 ] ^ mp> $J?iew$A Idem? ,24 4 8 J D' Gouda. J). D'jnm-s. {Leggelden enz. 972 ia o E. Edam. Municipaliteit. Vertchotten C. R. 937 16 ' o F. f Diverfe F> Lyst. Vragtloonen. 13086 9 o ") Idem. - Idem. 9162 o o Mem. Idem. 14483 16 o 1 Idem. Idem. 8596 o o Rotterdam. y Idem. Idem. 26312 n o G. Idem. Idem. 3045 ia 0 Idem. Mem en Bruggen. 95501 o' o H. Staak en Comp. Idem. 2820 o o L Diverfe. Diverfe. 3tw 9 o Groot-W aspick... Diverlè. Diverfe. 1781 12 j o H. Scvenbcrgen. Diverfe. Vragtloonen. 295 6 o I. Vlymen. Diverfe. Idem. 831 9 o [ K. Medemblikj K. de. Fries. \ Leggelden. 570 o o L. Yiaaeri. C. van Etteren. Idem. 84 ° o : M. Diverfe y. Lyst 1. Schipbruggen. 05469 1 o -\ Diverfe a. Schadens. 343 o o Wm. Ponfe 3. Voor zyn Schip. 226<$ o o Dordrecht. I Fa?fe 4- Leggelden. 84 o o Diverfe 5. Vragtloonen. jo6a o o lx* Diverfe 6. Leggelden. 40 o o L. de Klerk 7. Vragtloonen. 100 o o V. f Municipaliteit &. Verlchotten. 2226 ia o Nlimansdorp. K. 't Hooft. Vragtloonen. l6, 3 o O. I Rotgem. v Vragtloonen. 0 0 -\ ! J- Fok. Idem. l?l o o I n Wieringen. J. Folkers. Idem. _6S 5 0 | r. ; J. Botter. Idem. j46 o e J t B. Folkers. Idem. Q,. 2 0 ^ (J. Hollander. Idem. ^6 13 o I Q. //. Keyzer. Idem. 'Q I3 QJ, j P. Schilder. Idem. 43a 18 8 Delft. [Municipaliteit Verfehot C. R. ft5g, i9 I4 „ . , m f J. Hanen. Scheeps-Vragten. ao<ï o o I ~\ 0 r /ƒ. wj» ZV/. Idem. 30o 50"» Haarlem. Aarsbergen. Idem. 4g2 IO o | T. t ,?r >,e^. Idem. 3„6 o Q j s'G. Cappel. £iv „ hebben wy daarop aan de respective Municipaliteiten „ binnen deeze Provincie aangefchreeven, om ons zoo„ danige opgaven, met de daar toe behoorende bewy* „ zen intezenden. *■ Deezen van tyd tot tyd daar aan „ hebbende voldaan , hebben wy dit omflagtig werk „ eindelyk tot die rypheid mogen brengen ; dat wy , „ de ter zaake deezer pretenfiën , by ons ontfangene „ opgaven en documenten, by onze Misfive van he„ den, aan het Committé tot de Algemeene zaaken van „ het Bondgenootfchap te Lande, overeenkomflig UI. „ verlangen, inzenden; zynde door ons daar nevens „ gevoegd eene lyst dier vorderingen , bedragende te „ zamen, S. E. O, de fomma van ƒ 521,216-13-/0. „ Vergunt ons, Burgers Repraafentanten! dat wy ter „ deezer gelegenheid, verder aan uwe vaderlyke zorge „ aanbeveelen , het lot deezer ongelukkige, zoo lang „ uitgeflelde lieden, die door alle de deelen der Repu„ bliek zyn verfpreid, en waarvan vecle hunner met de „ bitterde armoede moeten worstelen • ten einde door „ UI. veelvermogende tusfchenkomst, hunnen betreu„ renswaardigen toefiand zoo veel doenlyk worde ver„ zagt. „ Waarmede, enz. Op denzelfden fti Dccemb. Is by het Committé otttfailgen een Extract uit de Decreeten van het Provinciaal Beftuur van den 7. te voren, waarby hetzelve Committé wierd geauthorifeerd, om ten behoeve van de Municipaliteit van Pynacker, wegens gepresteerde dienden aan de Franfche Troupes, eena Ordonn. ter fomme van ƒ 505-15-0. .te depecheeren, waar aan ten zeiven dage door het Committé is voldaan* Door het Committé in handen van het Departement van Algemeen Welzyn ten fine van advis gefteld zynde, eene by hetzelve Committé ingekoome Misfive van de Commisfie tot Suparïntendentie der Zeedyken en ZeeB wee»  C *8 ) weeringen van dit voormaalig Gewest, daarby voordra. gende de onvermydelyke noodzaaklykheid, om eenige betalingen, zo voor het Eiland Goedereede, als voor de Helmplantingen der Zeedorpen Schoor!en Camp, Bergen en Wimmenum ep de Egmonden te doen; als mede, om eene Ordonnantie van ƒ15000-:-: aan den Burger M. Monfieur te Enckhuizen te doen toekomen; en daar aan door hetzelve Departement op den 11. Dec. voldaan zynde , heeft het Committé, uit aanmerking dat eene te lang uitgeftelde voldoening der verfchuldigde gelden voor 's Lands Zeeweeringen in alle opzichten van de allerpernicieufte gevolgen voor 's Lands belangens moet worden, en dat daarenboven 's Lands Opzichter te Goedereede reeds genoodzaakt was geworden, om 'sLands groote belangens niet te doen pericliteeren , een zeer aanmerklyk voorfchot zyner eigen penningen voor den Lande te doen, waardoor en door verdere wanbetalingen 's Lands credit een aanmerklyk nadeel moest ondergaan , ten zeiven dage het Departement win Financie geauthorifeerd tot het doen opmaaken en depêcheeren van de navolgende Ordonnantiën; als: Voor 'sLands Opzichter C. Goedkoop te Goedereede, eene van .... ƒ i?.ooo : - : o ten einde daaruit de voorfz. betalingen te kunnen voldoen. Voor den aanneemer Aertprol, eene van ƒ 1500 - : - : Voor den aanneemer Klaas Ferduin, eene van ƒi3ê5 - :- : vervolgens de gewoone iaarlykfche Ordonnantiën voor de Helmplantingen der Zeedorpen: als Voor de Municipaliteit van Schoorl en Camp , eene van . . ƒ 800 - : - : . van Bergen . f 400 - : - : ■ van Wimmenum ƒ 200 - : - : en der binnen Egmonden . . . ƒ 200 - : - : En eindelyk eene ten behoeve van den burger M. Monfieur te Enckhuizen, van ƒ15000— om daaruit de verfchuldigde Penn. der gemaakte kosten voor de gew oor e werken te voldoen. Nog is op den 11. Dee. by het Committé ontvangen  C 19 ) gén ëeri Decreet van het Provintiaal Beftuur, van deti 8; te vooren , met authorifatie, om aan den Commandeerenden Officier der Franfche Troupes te Vlisfmgen, on^ der verrekening der waarde van dezelve op de loopende Petitiën , aftezenden 4 metaalen Canons a 24 18; waar toe ten zei ven dage, door het Committé de nodige au» thorifatie op den eerften Infpecteur J.,Moozer, en den Commis van 's Lands Magazynen F. Beeldfnyder te Delft is verleénd. Wyders is op den ii. Dec. door het Committé, ter executie van het Decreet van het Prov. Beftuur, in dato 7. December 1. 1., genomen op de voordragt vari hetzelve Committé , betreklyk de door hetzelve gedaane advertentie in de Nieuwspapieren , rakende de vrywillige Negotiatie van den 6. Oétober daartevooren, aari den Ontfanger Generaal en verdere Ontfangers Van 'sLands Gemeene Middelen, afgezonden de hiernevens" Copiëiyk overgelegde Misfive, en wyders in de publique Nieuwspapieren doen plaatzcn de mede hier nevens gevoegde advertentie. Het Provintiaal Committé vasi Holland, aan > 1 ■■■ Ben Ontfanger Oeneraal der Gemeene Lands Middelen i te Medeburger ! „ Daar het Provinciaal Beftuur; by derzelvcr De-^ creet van den 7. deezer maand , heeft gelieven te „ bepaaien: dat zoodanige Sommen, welke door deeze j! of geene Ingezetenen, ingevolge de door ons gedaa„ ne Advertentie de datis 15 November laatstleden, ïrt i, de vrywillige Negotiatie voor dit Gewest, op derf „ 6. Öftober deezes Jaars gearresteerd, by de refpe&ive „ Ontfangers zyn ingefchreeven, op den bepaalden ter„ myn in de Negotiatie zullen worden aangenoomen j, mits de gemelde Ingezeetenen, ten onzen genoege, „ of van hun , welke, daar toe van onzent wege , zouden mogen worden gequalificeerd, sullen kunnen  ■ C 20 y n doen blyken, dat zy, of uit hoofde van het te Iaat m tbf hunner kennisfe komen, van de gedrukte Exem„ plaaren der gedagte Publicatie van 6. Oftober laatst„ leden, of om dat zy by de Ontfangers niet hebben „ kannen geholpen worden, of ook wel, om andere „ wettige redenen, zyn verhinderd geworden, veer of „ op ultimo OEtober laatstleden, de voorfz. infehryvin„ gen of fournisfementen te doen: Zo hebben wy, ter „ executie van hetzelve Decreet, goedgevonden, U by „ deeze aantefchryven, om, van alle zoodanige der „ bier vooren gemelde Ingezeetenen , welke zich , in„ gevolge eene door ons te doene Advertentie , in de „ Publicque Nieuwspapieren, ten voorfz. einde , ten „ uwen Comptoire zullen adresfeeren , en vermeenen „ mogten te vallen in de twee eerstgemelde termen van „ hetzelve Decreet, na dat dezelve zulks, ten uwen „ genoege, behoorlyk zullen hebben doen blvken, of „ op derzelver Burgertrouw zullen verklaaren,' de four„ nisfementen , waar voor zy hebben ingrfchreeven , „ aanteneemen; met verderen last, om , by aldien, na „ een nauwkeurig onderzoek der reedenen, aan ü mog„ te komen te blyken, dat door iemand niet ter goeder „ trouw wierde gehandeld, de zoodanigen , gelyk mede „ die geenen, welke, buiten de twee voorgemelde ge„ vallen, vermeenen mogten, door andere wettige re„ denen te zyn verhinderd geworden, aftewyzen; kun„ neude echter de zoodanigen, ingevolge onze te doene „ Advertentie, zich, des begeerende, aan ons adres„ feeren. „ Waar mede, enz. ADVERTENTIT; „ Het Provinciaal Bestuur, overwogen hebben- • ae de gronden, op welke het Provinciaal Com„ MiTTé, by deszelfs Advertentie van 15. November „.1. 1. inschryvingen op de vrvwillige Negotiatie, „ gearresteerd den 6. Oclober bevo'rens, heeft toegela„ ten, onder goedkeuringe van hetzelve Bestuur , „ heeft by deszelfs Decreet van 7. December het Com„ mitté geauthorifeerd, om van de na 31. Oclober ge- „ daane  „ daane ïnschryvingen ; alleen zoodanige en geene „ anderen te admitteeren, van welke de inschryvers, „ ten genoegen van het CoMMiTTé, zullen kunnen doen „ blyken, dat zy, of uit-hoofde van het te laat ter i, hunner kennisfe komen van de gedrukte Exemplaaren „ der gedagte Publicatie van den 6. O&oher L 1.; of, „ om dat zy by de Ontvangers niet hebben kunnen ge„ holpen worden; of ook wel, om andere wettige rede„ nen, zyn verhinderd geworden voor of op ultimo Uc„ tober 1. 1. , de voorfchreven ïnschryvingen of „ fournissementen, refpeclivelyk te doen, „ Ingevolge van dat Decreet , adverteert het Com„ mitté Prov., alle. zoodanige Ingezetenen , welke »/* „ Oclober ingefchreeven hebben , om in bovengemelde „ vrywiluge negotiatie nog te fourneeren, en ver„ nieenen in de twee eerstgemelde termen te vallen , „ daar van te doen blyken aan den refpeSliven Ontianger „ ten wiens Comptoire de infehryving is gefchied ten einde „ alzo bevonden wordende, ingevolge de gedane aan„ fchryvinge aan de refpective Ontvangers , als four„ nissement te worden aangenomen; zullende inmid„ dels zoodanige Ingezetenen welker infehryvingen door „ de Ontvangers zouden mogen worden geweigerd, als „ fournissement aan te neemen, en zich des bezwaard „ vinden, gelyk mede de zoodanige die zouden vermee„ nen door andere wettige redenen te zyn verhinderd ge„ worden, zich kunnen addresfeeren aan het commit„ té provintiaal , ten einde door het zelve worde ge. „ decideerd, overëenkomftig den last van het bestuur." In den Haag den n. December 1797. Het vierde Jaar der Bataaffche Vryheid. Ter Ordonnantie van het zelve Provintiaal Committé van Holland. J. F. LEEMANS. Zoo als mede nog op den ir. December, het Departement van Finantie, door het Committé is geauthorifeerd tot het doen opmaken en depêcheeren van B 3 ee»  eene ordonnantie ter fomma van ƒ loarej , ten behoeve yan den Muntmeester Hes fel Slyper, wegens het overncemen van eenige Muntgereedfchappen te Enkkuyzent conform de Refolutie van hetzelve Committé van den. 23. Oétober 1. 1., als mede volgens Decreet van het Provinciaal Beftuur van den 3. July 1707 en het 4 Art. tieul van het aldaar gevonden wordende Contract, met gemelde Slyper aangegaan. Den 12. dito heeft de Burger J. Goudriaan, als Bailliuw en Schout der Stad Schoonhoven en den Lande van Belois, den Eed op deszelfs Criminede Rekening in handen van den Prafident afgelegt: Den 13. December heeft het Committé den Hofmeester van het groote Buiten -Jagt, als mede den Schipper van het Binnen-jagt, geauthorifeerd, om het Zilver, Porcelein, Tafel- en Bed-Linnen enz. naar herwaards te 'tranfporteeren, en onder Inventaris aan den Brandmeester Bnte overtegeeven, om al hetzelve onder zyne bewaring te neemen, tot dat daarover nader zal worden gedisponeert. — Tcnvyl het Committé al verder, op den 2. January T798. den Makelaar N. Montauban van Zwyndreclit te Rotterdam heeft geauthorifeert, om het voorfz. Binnen-Jagt, het welk door de Stad Rot* terdam was gekogt voor eene fomma van ƒ 950 : - aan dezelve te tranfporteeren, als mede die Penningen, bevens de fomma van ƒ5600 : - waarvoor het voorfz. groote Zeiljagt was verkogt, doch hetwelk gefloopi zoude worden, te ontvangen en ten Comptoire van den Ontvanger te Rotterdam overtebrengen: Op den gem. 13. December is den gewcezen Secretaris ' Montanus, te Lekkerkerk aangefehreven , om, als noch conform de Refolutie van het Committé van den jo. November I. 1., de Secretarie en alle de daartoe beboerende Papieren enz. aan de Municipaliteit aldaar over te geven. Voorts is op het gedeclareerde van voorn. Montanus, aan Commisfarisfen van het Committé, van daartoe bereid te zyn, den 91. December daarvan aan gem. Municipaliteit by Extract Rcltdutie kennis gegeven, en «lezt ivt, by onverhoopte nieuwe difficulteiten dienaana+iainle, gerenvoyeerr naar üfc Urdiiiuris Jultitie.  ( »3 ) Den 14. dito heeft het Committé, op het te kennen geven van den Ontfanger der gemeene Lands Middelen te Amfterdam, dat, hoe zeer hy met de tweede Converfie der Recepisfen, uit de heffing van den Jare 1795. daadlyk een aanvang had gemaakt, zoodra hem eenige voorraad der daartoe benodigde Recepisfen was toegekomen, het zelve echter met den laatften December niet geheel zoude kunnen afloopen, befloten dezelve Converfie uiterlyk en zonder uitftel tot den 31. January daaraanvolgende te prolongeeren, en daarvan de noodige Advertentie in de publique Nieuwspapieren doen gefchieden. ,,-,/-> Zoo als het Committé mede tenzelven dage den Ontfanger Generaal, en de verdere Ontfangers van de gemeene Lands Middelen, heeft aangefchreven en geauthorifeert, om met de verwisfeling der Recepisfen, uit de geforceerde Geldheffing, gearrelteert den 30. Juny en 10. Augustus 1796, voor nog 3 Maanden, en dus tot den 31. Maart 1798. te kunnen continuëeren. Den 18. dito heeft het Committé het verzoek, door A. van der Hout, Med. Doftor te Leyden , om furcheance van betaling der agterftallige Verpondingen van zyne Huizen en"vaste Goederen, by Requeste aan 't Provinciaal Beftuur gedaan, en door hetzelve Beftuur, by appointement in dato 13. December, in handen van het Committé gefteld, om daarop te disponeeren, om redenen, dat het Committé in het werk der Verpondingen , alleen met de Steden en Plaatfen, en geenzins met particulieren te doen heeft, en dus zoodanige furcheance ten prejudicie van eenige plaats niet konde verkenen, gerenvoyeert naar de Municipaliteiten der Plaatfen, alwaar zyne Verponding fubjecte Goederen gelegen waren. Welke Refolutie almede door het Committé op den 47. December genomen is, op de door het Provinciaal Beftuur, by appointement van den 22. daar tcvooren, in deszelfs handen, ten fine voorfz. geftelde Requeste van Chrhtwa Blikman, Weduwe Andries Jan/en, wonende te Alkmaar. Va« Uendtrt Siliacm, woonende alhier in den Hage, W B 4 Vau  C a4 > Van den Kerkenraad der Lutherfche Gemeente alhier m den Hage. Terwyl het Committé nog tenzelven dage, het mede by appointement van het Provinciaal Beftuur, in dato »2. December, in deszelfs handen geftelde Rcquest van de Municipaliteit van Oostvoorn, verzoekende voor hunne Ingezetenen uitftel van aanzuivering der Ordinaire Verponding van 1796. tot 18. April 1798, gefteld heeft in handen van het Departement van Financie, om fpoedig advis; met last aan den Ontfanger der Verpondingen s Lands van Voorne, om, hangende de deliberatie hier over, van de voorfz. Municipaliteit de Ordinaire Verponding over den Jaare 1796. niet intevorderen. Nog heeft het Committé op den 5. Jam ary 1798. gedechneert lkt verzoek der Municipaliteit van Oostvoorn , om uitftel van betaling der Ordinaris Verponding over 179Ö, tot 30, April 1798. In de morgen Sesfie van den 20. dito, heeft het Committé oneer de gewoone affchryvingen op de Ouohieren der \ rppndingen, geaccordeert het amovecren van de navolgende Pei ceelen, als: aan Dirk Gerhrands de Heer, te We-rzaandam; als Eigenaar van een Huis op de Krabbelbuurt, aangeflagen op het Quohier der Verponding onder Np. 3^7. op ƒ 1 - 2. Aan Cerrit Hemelryk, Junior, te Leyden; als Eigenaar van een koornwaslerye, ftaande te Bodegraven, A°. 174-, als nieuw getimmerte aangeflagen, tot /i>io:- Aan Alhert de Lange, te Westzaandam, als Eigenaar van een Huis, ftaande buiten den beftraaten Dorpe aan den Mogendyk aldaar, aangeflagen in 't quohier der Verpond. onder N°. 93, tot ƒ 5-8-: Aan Bastiaan van d<.r Tang, te Lisfe, als Eigenaar van zeeker.; kleine huizinge Meer en hout aldaar, aangeflagen op het gem. quohier onder N°. 142. op ƒ4-3-- en Aan Jan Vogel, tcDurgerdam; als Eigenaar van een Huis aldaar, bekend op hetzelve Quohier ouder N°. 80 en 90., en aangeflagen op f 3 - 14 : . Wyders heeft het Committé in de avond Sesfie van dien dag aan J. B. van Ceukn, te Amfterdam; geaccordeert het araoveeren der opftand of Gebouwen van ze-  ( a5 ) zekere Kleerbleekerye, ftaande en gelegen onder Heemftede aan de Heeren Zandvaart. En nog op den i. February aan W. Strengen, te Haarlem; bet amoveeren van zekere Buitenplaats , genaamd Polaanen, gelegen tusfehen Haarlem en Amfterdam en een Warmoefiers Wooning in de plaats te Hellen. Den al. December is by het Committé ingekomen een Extract uit de Decreeten van het Provinciaal Heftuur van den 19. daartevoren, benevens het Rapport en de Bylagen der Commisfie tot onderzoek, naar den Staat der Finantiën van dit voormaalig Gewest, op den 14. dier maand, ter Vergadering van het voorfz. Beftuur uitgebragt, ten einde aan gem. Vergadering ten lpoedigften optegeven , welke pointen, by hetzelve Rapport voorkomende, eene onverwylde deliberatie zoude vorderen; welk Rapport en Bylaagen tenzelven dage door het Committé in originali zyn gcfteld, in handen van het Departement van Finantie, om al hetzelve te examineereji, en voorts het Committé daaromtrent te dienen van confideratiën en advis. Den 22. dito, communiceerende de Pranident aan net Committé, dat hy gister avond laat van den Procureur Generaal van Maanen had ontvangen een Biljet, waarby -evoegd was eene Misfive van den Bailliuw der Stacf Briejle, aan hem Procureur Generaal gefchreven, en per Expresfe overgebragt. houdende, hoofdzaaklyk, dat gem. Bailjuw, wegens gepleegde Straatfchenderyen zich in de noodzaaklykheid had bevonden, drie Matroozen van een Fransch Kaperfchip te apprehendeeren, en tekens dezelve te procedeeren; doch dat de Commandant der Franfche Troupen die drie Matroozen van hem had sereclameert, uit hoofde, dat dezelve zouden beh< oren tot de Franfche Militaire Troupen, over welker delicten, volgens de articles convenus enz. niet de politicque, maar de Militaire Rechter moest cogjiosceeren: _ dat zoowel hy Bailliuw, als het Committé vanjuftitie hnivrig waren, aan die vordering te voldoen; eensdeels, uit hoofde, dat zy reeds meermalen ondervonden hndden, dat de delicten door dier. Franfchen Krygsraad zeer zagt en met eene nietsbeduidende B 5 Pro.  c ^ > Provoost wierden geftraft; en dat ook, ten anderen die Kaper uitgerust was en voer voor rekening van een Huis van Negotie te Amfterdam, en dus, naar derzeiWn! zien, geenzms behoorde onder zoodanige Militairen od welke de artjcles convmtu eenige betrekking hadden enz.; by welk biljet gem. Procureur Generaal verzoet had te mogen weeten, hoe hy zich hier omtrent moeste gedragen; te meer, daar het fcheen als of voorfz. Bailliuw voor eemg geweld, om voorfz. drie Matroozen los te krygen, bevreesd was. Het Committé hier over gedelibereerd en overwogen hebbende, dat die Misfive niet diredtelyk aan hetzelve was geadresfeert,en hetzelve mitsdien ongehouden was, den Procureur Generaal eenigen last of advis te geven , hoe hy zich in dit of diergelyke gevallen behoorden te gedragen, en dat, byaldien dezelve daardoor gebuteerd mogt hebben, om eenige adfiftentie van Militairen, voor voorfz, Bailliuw te verzoeken, dat, alsdan, dewyl het Provinciaal Beftuur vergadert was, zoodanig verzoek aan hetzelve zoude behooren te gefchïeden , heeft vervolgens den Prajfident verzegt, om den Procureur Generaal, met teruggave der aan hem gezonden Misiïves, van het bovenftaande te willen informeeren. Daarna ontving het Committé op den 2. Tanuarv 1708. de Copielyk hiernevens gevoegde Misfive Van dë Commis ie uit de Nationale Vergadering tot de Buiten!andfche Zaaken, m dato 30. December daartevoren, waarop door het Committé in antwoord aan gem. Commisfie is afgezonden, de mede Copielyk hiernevens overgelegde Misuvc; 0 0  C (? ) Gelykheid) Vryheid, In den Haage den 30. December 1797- Het derde Jaar der Bataaffche Vryheid. De Commisfte van Ruitenlandfché Zaakenuit de Nationale Fer~ gadering, reprcefenteerende het Folk van Nederland. Aan Het Provintiaal Committé van Holland, Medeburgers ! Wy zyn door eene Nota van den Minister NoU „ onderricht, dat drie Matroozen van het Franfche Kal perfchïp la Friponne , zedert 14 dagen in den Br el m henenis zyn geplaatst, wegens eenige ongeregeldhe" den aldaar op ftraat gepleegd, beftaande f eemg.lce' yen, fchelden, en inllaan van Glazen, de■ Capitem l zoude verzocht hebben, dat zy in vryheidmogten worden gefteld, met aanbod van vergoeding der ichade door hun veroorzaakt, dan de(Bailliuw zou de:be" grooting dier fchape zoo hoog gelteld heboen, dat de V Capitein weder in Zee is geftooken, met agterlating ! def bovengemelde 3 Matroozen in hechtenis. — ' De Generaal de Brigade Earhou, wiens Hoofdquar, „ tier in den Briel is, zoude zich aan den Bailliuw-aldaar vervoegd hebben, met inltanticn tot loslating dier * gedetineerden, doch daarop zoude geantwoord zyn, 5 da? dezelven voor 't Hof van Holland en Zeeland zou. den worden overgebragt. - De mformatien, welke l de Minister Noel, ten opzichte van de gepleegde misl daad ontvangen heeft, zyn van dien aart, dat: hyjeimeend, dat ccne detente Van 14 dagen, naari echt en J billykheïd, r^ds eene meer dan evenredige flxal voor  C *8 ) „ hun zoude zyn; en het is op deeze grond, dat hy zich „ aan ons heeft vervoegd, met verzoek van onze tus» icnenkomst, ten einde deeze zaak geen meerder gevol„ gen zoude hebben, dan dezelve verdiend „ Het is verre van ons, ja geheel allieën van onze „ manier van denken, dat wy in eenigen deele den „ loop der Jultitie zoude willen peftrcmd zien, ofwel „ ichuhhgen, om dat het Franfchen zyn, zagter be„ handeld dan misdadigers van andere Natiën. Dan wy „ Hebben a leen by deeze aan uwe wysheid en door„ zicht willen voortellen, of niet de voorzichtigheid, „ en goede Pohticq m deeze zoude aanvvyzen, indien * nlf'aa,kfdamf gefchikt is' en de gepleegde faiten, „ met al te grof zyn, eemgzms de hand daarmede te „ Jigten, en het dus daarheen te dirigeeren, om in" d'cn.het "10gelykis, aan het verzoek van den Burger „ NoeJ werde voldaan. Het zyn dan deeze confidera„ tien, die ons de vryheid doen necmen, deeze zaak „ aie wel van weinig aanbelang fchynt tc zyn, doch in „ de gevolgen meer ferieus zou kunnen worden, aan „ uwe aandacht aantebevelen, en telfens te verzoeken " ?ns fel..te willcn kennis êeeven, van het geen door „ UI. daarin verricht, en welke daarvan den uitflag zal „ zyn geweest , op dat wy den Minister NoeL wiens „ vertrek op handen is, en die zich deeze zaak zeer „ ipeciaal aantrekt, .daarvan zouden kunnen onderff richten. Heil en Broederfchap! De Commisfie van Buitenlandfche Zaken, uit de Nationale Vergadering, reprafenteerende het Volk van Nederland. (geparapheert) J. B. AUFFMORTH, vt. (onderftond) Ter ordonnantie van dezelve (getcekend) M. van zier GOES. Ce-  ( *9 ) Gelykheid, Vryheid, Broederfchap. $ In den Hage den 2. January 1798. Het vierde Jaar der Bataaffche Vryheid. Het Provinciaal Committé van Holland. . >i h n 1 Aan Be Commisfie uit de Nationale Vergadering tot de Buiten' landfche Zaaken. Burgers Representanten! „ In antwoord op UI. Misfive van den 30. December „ l. 1., betrekkelyk de gedaane apprehenfie door den „ Bailliuw der Stad Brielle, van drie Matrozen, van het „ Kaperfchip laFriponne, kunnen wy UI. informeeren , „ dat gemelde Matroozen, wegens verregaande Straat„ fehenderyen door voorfz. Bailliuw zyn geapprehen„ deert, en in verzekerde bewaring gcbragt; dat dezelve „ daarna door den Franfchen Commandant zyn gerecla„ mecrd, vermits volgens zyne fustenu behooren onder „ de Militairen, welke voor eenen Franfchen Krygsraad „ moeten worden gehoord en te recht gefield;' dat ge„ melde Bailliuw en het Collegie van Juftitie daarente„ gen vermeenen dat de articles convenus op deeze Ma„ troozen van geene de minfte applicatie zyn , ver„ mits hetzelve Kaperfchip, naar hunne informatie, was „ uitgerust door een huis van Negotie te Amfterdamj „ en zoo op deeze als andere gronden, de overgifte hebben geweigert: dat wat 'er ook van deeze zaak „ zv, het aan het Committé fingulier voorkomt, dat de „ Minister Noël, deeze driePerfoonen, als Franfche On- derdaanen niet direftelyk fehynt te reclameeren, maar „ alleen UI. tusfehenkomst by ons fehynt te verzoeken, „ waarom wy, doar noch het Proviutiaal Beftuur van „ yan dit Gewest, noch ook dit Committé zich eenig- „ zinc  C 30 ) „ zins inlaat 111 den loop dér Juftitie, en hoezeer hét „ ons grieft aan UI. verlangen, en dat van den Fran„ lenen Minister J\eel in dezen niet te kunnen voldoen „ niet kunnen belluiten om in zaken van Juftitie, en „ voornamelyk met zulke, waaraan de rust en ve'ilig„ heid der Ingezetenen ten hoogftén gelegen ligt, eenig„ zins de hand te ligten; doch dat wy echter van den „ Bailliuw te Brielle informatiën zullen inneemen, wat „ er zy van het aanbod van fchaêvergoeding door dc „ Capitein Van het Kaperfchip gedaan, en welke door „ gem. Bailliuw exorbitant zöude zyn opgegeven ver- mits ons daarvan niets bewust is. ' „ Waarmede enz." De voorfz. Commisfie uit de Nationale Vergadering hierop wederom by derzelver hiernevens overgelegde Misfive van den 8. January, op het ontflag dier Matroozen infteerende, wierd dezelve Misfive op den 10. daaraanvolgende door het Committé gefield in handen eener perfoneele Commisfie, om daarop fpoedig te dienen van advis — waaraan door dezelve vervolgens op den 15. January voldaan zynde, heeft het Committé aan gem. Commisfie uit de Nationale Vergadering, in antwoord op derzelver voorfz. Misfive, de navolgende refcriptie gearrefteert, en tevens den Bailjuw inden Brielle aangefchreven, om binnen 24 uuren na de receptie aan het Committé optegeven een gedetaillee^ verflag van het gebeurde met voorfz. drie Matroozen*  Üelykheid, Vryheid. In den Hage den 8. Jaauary 1791. Het vierde Jaar der Bataaffche Vryheid. De Cemmispe uit de Nationale Vergadering, repriefenteerende het Volk van Nederland, tot de Buitenlandfehe Zaaken. Aan Het Provintiaal Committé van Holland. Medeburgers! „ Wy befpeuren uit uwe Misfive van den 4. deezer, „ aan onze Commisfie geadresfeerd, uwe verwondering, „ dat de Minister Noel, de drie Matroozen in questie, „ welke in den Briel zyn gcarrefteerd, niet direclelyk „ heeft gereclameerd, maar liever onze tusfchenkomst „ heeft verzocht, wy moeten u daarop remarqueeren, „ dat uit eene nadere Converfatie met dien Minister „ voor zyn vertrek gehouden, aan ons gebleeken is, ,,-dat indien niet fpoedig .over deeze materie eenig vol„ doend antwoord inkomt, als dan zeer zekerlyk zoo„ danige reclame van het Fransch Gouverneinen direct w zal gefchieJen, als wanneer het afmaaken van deeze „ zaak, zeer gering in deszelfs beginzelen, veel mpei„ jelyker zal worden, als nu, wanneer door het los„ 'laten van drie Matroozen, over eenige ongeregeïd„ heden op ftraat gepleegd, en die nu reeds ongeveer „ drie weeken in hechtenis hebben gezeten, en dus „ reeds een zekeren graad van ftraf hebben ondergaan , ,, veele onaangenaamheden zouden kunnen worden voor„ gekomen, wy moeten u uit dien hoofde met allen „ ernst verzoeken, van doch alles te doen wat moge„ lyk is, om in conformiteit van onze Misfive van „ qo. December, aan het verlangen van den Minister *ó No-  ( 3* ) „ Noel, te voldoen: wy hoopen dat de informariè'rt „ welke uw Committé van den Bailliuw in den Brielle „ heeft gevraagd, fpoedig zullen inkomen, en dat de„ zelve aanleiding zullen geeven, om ten nutte van „ den Lande eene fpoedige en gemakkelyke rfkomst van „ deeze zaak te kunnen maken; enwy verzoeken UI. ons „ wel te willen onderrichten, zoo ras, en welk dat „ antwoord zyn zal, benevens welke maatregelen door „ uw Committé in deezen zullen zyn genomen. „ Laat ons doch zonder eenigz'ins de Juftitie te „ ivillen ftremmen, in het oog houden, dat men eene „ magtige en groote Bondgenoote in kleinigheden te „ gemoet komende, daar doorveele onaangenaamheden a kan preveniëeren. „ Wy eindigen met aanbod en toewenfching van Heil en Broederfchap! De Commisfie uit de Nationale Vergadering, reprasfenteerende het Volk van Nederland, tot de Buitenlandfche Zaaken. • (geparapheerd) J. F. R. van HOOFF, vt. Ter Ordonnantie van dezelve. (geteekend) M. van der GOES. Het  ( 33 ) Het Provinciaal Committé ?dh Holland. Aan De Commisfie uit de Nationale Vergadering, reprefenteerende het Volk van Nederland, tos de Buitenlahdfche Zaaken. Medeburgers\ „ In antwoord op UI. Misfive van den 8. deezer. b'etrekkelyk de gedaane apprahenfie, door den Bailliuvv 3, der Stad Brielle, van drie Matroozen, van het Ka,, pcrfchip la Fripdnne, kunnen wy U berichten, dat 5, wy van den Bailliuw van den Brielle, de nodige in-' „ forraatiën gerequireert, doch tot nu toe niet beko„ men hebben, waarom wy dan ook aan dezelve eene' ,, nadere Misfive hebben afgezonden, om binnen 24 naren, na de receptie derzelver, aan ons die infor„ matiën toetezenden; als wanneer wy in (laat zullen! „ zyn, U van de geheele toedragt der zaken kennis te „ geven. „ Voorts kunnen wy, met geen fHlzwygen voo'rby„ gaan, dat, toen wy by onze Misfive van den 2. dee„ zer, onze verwondering te kennen gaven , dat dé „ Minister Noel, niet direéïelyk die drie M'atroozert „ had gereclameerd, maaralleen UI. tusfchenkom'st had „ verzocht, wy alleen met die pasfage bedoelden', dat „ indien dezelve Matroozen, hadden kunnen worden ge„ reclameert, die reclame, door gem. Minister, wel zoude zyn gedaan; doch dat zulks niet gefchied zynde, wy veLig mogten vastftellen, dat dezelve, even „ gelyk alle andere Misdadigers, conform de Wetten van. „ den Lande kunnen worden geïtraft; én hoewel wy „ alleszins bereid zyn, om eene magtige, en groote „ Bondg'enoote, ook in kleinigheeden te gemoet te ko„ men,^om daardoor onaangenaamheden te prEeveniee„ ren zoo kunnen, pf mogen, wy ons echter met d e „ zaaken , als de justitie concemeeré'ide, nie-t ïnl: a„ ten', veel min de' hand ligtcn; en zulks te mineur, „ daar wy de beloóning van het goede, en het Itrall'. n C val  C 34 ) ,, van hetkwaade, nog befchouwen, als de zuilen van „ onze Vryheid, zonder welke dezelve ftaan blyven, „ of vallen moet." „ Wy zyn enz. Gemelde Bailliuw, vervolgens op den 18. January by Misfive hebbende te kennen gegeven, dat hy, wegens veelvuldige zaaken, tot nog toe aan de voorfz. aanfchryving niet had kunnen voldoen,. en daartoe nog eenjge dagen uitftel verzogt, heeft het Committé denzclven wederom aangefchreeven, om, als nog, binnen 24 uuren na de receptie, daaraan te voldoen, of by aldien hy zulks mogt verkiezen , alsdan, binnen voorfz. tyd in Perfoon over te komen, om aan Commisfarisfen in die zaak voorfz. 'informatiën te fuppediieercn. Hebbende de Prfefident voorts op denzelfden 22. December, vermits de invallende Kersdagen, de Vergadering, buiten onvoorziene voorvallen, geadjourneerd , tot Woensdag den 27. December, des middags ten 12. uuren. In eene extraordinaire Vergadering van het Committé op den 26. December, 's middags ten twaaf uuren, is geieezen, een Decreet van het Provinciaal Beftuur van den 22. daar te voren, waarby het Committé wierd' geauthoriféert en gelast, aan beide de Publicatiën deiNationale Vergadering, in dato 5. dier maand, betreklyk de algemeene Geldheffing van 8 perCent, van de Inkomften der Ingezetenen, tot herftel van 's Lands Vloot, binnen dit Gewest op de convenabelfte wyze de hand te houden, en aïzop de van wegens die Vergadering op den 13 van dezelve ïr.aand , toegezegde concurrentie op de éfneacjeuété wyze te helpen praesteeren , en wel fpecia.u döpr het onverwyld verleenen der nodige authorifatie eri qaalineatie aan den Ontfanger Generaal, en alle de O-tiangers der Gemeene Lands Middelen binnen dit voormaalig Gewest, tot het aannemen^ dëï infehryvingen en het doen der ontvangst van de Furnisfementen van Penningen by Anticipatie, gelyk ook van de Furnisfementen in de Geldheffing zelve; en alzoo in conformiteit van de bovengemelde Publicatiën der Nationale Vergadering. — Ter Executie van welk  C 35 ) Welk Decreet, het Committé, daadlyk, den Ontvanger Generaal en de verdere Ontvangers van des Gemeene Lands-Middelen, met toezending van een Exemplaar Van de voorfz. Publicatiën der Nationale Vergadering, als mede van een Extract deezer Refolutie, heeft geauthorifeert en gelast, aan den inhoud van dezelve Publicatiën en bovengemeld Decreet ffiptelyk te voldoen; met verderen last, dat zy, even als door hen ten opzigte van-'den 80. Penning was gefchied, van deezen onttangst zullen moeten' houden , twee gefepareerde Kasfen, en, na het afloopen van de Termynen van Anticipatie der gedaane infchryvingen, als mede van de Furnisfementen , alle veertien dagen aan het Departement van Financie kennis zullen moeten geven. Vervolgens op den 28. daaraanvolgende, door het Departement van Financie, aan het Committé voorgedragen zynde, dat de Ontvanger-Generaal van Boet' zelaer, aan hetzelve had te kennen gegecven; dat, by aldien hy nu wederom met den ontfangst der Anticipatie Penningen en der Furnisfementen in de voorfz. Geldheffing van 8 perCent zoude moeten worden gechargeert, zyn Comptoir wegens menigvuldig ander werk alsdan geheel in verwarring zoude geraken, en dat zyn ouaiïen Commis alsdan geen kans zag, om alle de Negotiatiën behoorlyk uit elkander te^houden, en dat hy mitsdien verzogt, daarvan te worden ontflagen; te meer,'daar zulks tot geen "de minlte prejudicie zou-de verllrekken voor de Ingezetenen van denHage, dewyl de Ontvanger-Generaal van de Marine, alhi.r in loco zyn Comptoir hosd , en aldaar mede Furnisfementen in deeze Negotiatie, als mede infehryvingen by Anticipatie-konden gefchieden: — Heeft het Committé uit aanmerking, dat het gemelde verzoek, ten minden provifioneel zoo veel de Furnisfementen by Anticipatie betrof, geene prrejudicie konde toebiengeu aan de Ingezetenen van den Hage en Jurisdictie, en daarentegen tot aanmerkelyk gemak van gemelden Ontvanger-Generaal zoude verftrekken, dezelve Ontvanvanger-Generaal provifioneel ontheven van den ontvangst der Infehryvingen en Furnisfementen by Anticipatie in gemelde Negotiatie; doch tevens aan dtet Committé t >t i. Ca d«  C 36 ) de zaaken van de Marine, by de hier navolgende Misfive, verzogt, deszelfs Ontvanger te willen authorifeeren, om van tyd tot tyd aan het Departement van Financie van het Provinciaal Committé op te gevende Furnisfementen by Anticipatie, welke door Hollandfche Ingezetenen ten zynen Comptoire gefchieden, op dat hetzelve Departement, zoo daarüit, als uit de opgave van de Hollandfche Ontvangers, zoude kunnen nagaan, hoe veel door de Ingezetenen by Anticipatie in voorfz. Negotiatie was gefurneerd. — Terwyl het ander lid van het verzoek van den Ontvanger-Generaal van Boetzeïaer , om ook van de effeétive Furnisfementen in voorfz. Negotiatie te worden ontflagen, in nadere deliberatie is gehouden. Het Provinciaal Committé vatt Holland. Aan Het Committé tot de Zaaken, van de Marine. Medeburgers J „ Ingevolge en ter voldoening aan het Decreet van „ het Provinciaal Beftuur van Holland, van den 22. De„ cember 1. 1., waarby wy geauthorifeert en gelast wier„ den, den Ontvanger-Generaal,en verdere Ontvangers „ der Gemeenelands middelen, in dit Gewest te autho„ rifeeren, tot het aanneemen der Infchryving en Fir„ nisfementgn in de Negotiatie der Nationale Vcrgade„ ring, van 8 ten honderd, van de Inkomften der In-' „ gezetenen van deeze Republiek, tot herftel van 's Lands „ Vloot; hebben wy op den 26. deezer, deswegens dc „ noodige aanfehryving aan de refpeétive Ontvangers ge„ daan; dan heden zyn wy door den Ontvanger- Ge„ neraal van Holland verzogt, om hem van deezen ontf, vangst, wegens het menigvuldig werk op zyn Comp5, toir te willen Ontflaan; welk verzoek wy, als overw tuigd van de waarheid van de geavanceerde rede-„ nen, vermeend hebben niet te kunnen weigeren; te fc meer,, daar hiej; door geene de minfte prasjudkie aam » dei|  C 37 ) „ den Lande, noch ook aan de Ingezetenen van den „ Hage, zal worden toegebragt, uit hoofde, dat Üwï. „ Ontvanger-Generaal reeds Furnisfementen by Anti„ cipatie heeft aangenomen; — dan, daar wy echter „ gaarne willen weeten , hoe veel door Hollandfche In „ gezetenen in voorfz. Negotiatie is opgei-ra jt, ver „ zoeken wy UI. gemeldcn Ontvanger te a\ithorifccren, „ aan ons Departement van Financie van tyd tot tyd „ op te geeven, het montant der Furnisfementen, door „ Hollandfche Ingezetenen ten zynen Comptoire ge„ fchied." „ Waar mede enz, Den 27 December, heeft het Committé, op de aan hetzelve by de Requeste van eenige Burgers van Schoonhoven gedaane klagten, dat de Raad dier Stad volgens een Reglement, dat ftrydig was met een, door eene Commisfie uit de Provifioneele Reprafentanteu van het Volk van Holland voorgedragen, en door eene groote meerderheid van Stemgerechtigde Burgers gefanótioneerd Reglement voor de Grondvergaderingen, eeneverkiezingvoor eenige nieuwe Leden i'n voorfz. Raad yoornemens was te doen; in aanmerking, dat hievövcr reeds1 bezwaaren aan het Provinciaal Beftuur waren ingeleverd, en die zaak dus aldaar in deliberatie was, geduurende welke niets behoorde te worden geïnnoveert, het voorfz. Request gcfteld in handen van den Raad der Gemeente van Schoonhoven, om daarop binnen agt dagen te dienen van bericht, met verdere aani'chryving en last, om intusfehen, en hangende de deliberatien van het Provinciaal Beftuur over gemelde bezwaaren, met de te doene verkiezing van nieuwe Leden in den Raad niet voorttegaan. Het voorfz. bericht vervolgens op den 6. January 1798., by het Committé ingekomen zvnde, is'hetzelve, benevens de Requesten, door het Co'mmitté by Misfive aan het Provinciaal Beftuur toegezonden. Den* Ifden 27. December, heeft het Committté ontvangen eene Misfive van de Nationale Vergadering, Reprefenteerende het Volk van Nederland, van den'20 daar te vooren, geadresfeerd aan het Provinciaal BeC 3 ftaur  ( 3§ ) ftuur, ten geleide van eenige excmplaaren, der by hun ten zelvcn dage gearrefteerde Publicatie, waarby eenige verandering gemaakt wordt in de rechten , waarmede het gemaakt Yzerwerk, by de Lyst van 31 July 1725, was bezwaard; welke Publicatie", waarvan hiernevens een exemplaar wordt overgelegd, door het Committé, by abfentie van het gemeld Provinciaal Beftuur ter affixie binnen dit voormaalig Gewest is verzonden. PUBLICATIE. „ De Nationale Vergadering, reprefenterende het Volk „ van Nederland: allen den geenen, die deeze zullen „ zien ofte hooren leezen, Heil en Broederfchap! doet „ te weeten: „ By ons in overweeging zynde genoom en de hooge „ inkomende rechten, waarmede het gemaakt Yzerwerk, „ by de Lyst van 31. July 1725. is bezwaard, en de „ groote oncvenreedighcid, welke deeze rechten hebben „ met de tranfitoire rechten van drie ten honderd van „ de waarde, by Publicatie van den 12. Mey laatstlc„ den, <:p het gemaakt Yzer en Staal werk, alsmede „ vu: Ivdfyinolens, van de landzyde inkomende, ;ge„ field, hetgeen deezen Tak van Negotie, door de In„ gêzetenen van de Bataaffche Republiek gedreven wor, der 'e, nppdwendig moet drukken. „ ZOO IS 'I", dat wy, om in het verval van deezen „ Tak van Negotie te voorzien, hebben goedgevonden „ te decreteeren, gelyk wy dccreteeren by deezen: 1. „ Dat van nu voordaan de inkomende Rechten van „ het gemaakt VTz.r en Staaiwerk, de KofTymolens daar 3, onder begrepen, welke op de Lyst van 31. July 1725. „ zyn aangeflagen op twaalf ten honderd van de voile „ waarde, by alteratie van voorn. Placaat, zullen wor„ den verminderd op vier ten honderd van de volle waarde. 2. „ Dat de uitgaande rechten van die zelfde goederen zullen blyven bepaald, op- twee ten honderd van de ,, vol-  ( 39 ) „ volle waarde, maar uitgaande vry zullen zyn van de „ Prremie; en dat de rechten van al het andere Yzer„ werk op het inkomen en uitgaan zullen blyvcn zoo „ als by voorfchrevcn Lyste en volgende Publicatiën „ is voorgefchreven, gelyk ook de Tranfitoire Rechten „ zoo als by Publicatie van den 12. Mey h l. is gefta„ tueerd geworden. „ Wyders ontbieden en verzoeken wy de Hoogstge„ conftitueerde Machten in de refpective Gewesten, en „ alle andere fusticieren en Officieren deezer Landen, dat „ zy deeze Publicatie van Honden aan doen afkondi„ gen en aanplakken, ter plaatze, daar men zulks ge„ woon is : lastende en beveelende ons Committé tot de „ zaaken van de Marine, mitsgaders de Fiscaals, Com„ mifen-Generaal en alle andere Officieren deezer Lan,, den, deeze onze Publicatie en beveelen te achtervol„ gen, en te doen achtervolgen. „ Aldus gedaan en gearresteerd ter bovengemelde Ver„ gadering, in den Hage den 20. December 1797. Het „ derde Jaar der Bataaffche Vryheid." (was Geparapheerd) J. BLAUW. (Onderftond) Ter ordonnantie van dezelve, (was Geteekend) M. SIDERIUS. Den ft8. dito heeft het Committé de executie van het by hetzelve ontvangen Decreet van het Provinciaal Beftuur in dato 22 December, waarby de gemaakte fchikkingen met den Burger Hernardus Blok wierden geapprobeerd, en het Committé geauthorifeert, om, ingevolge .van dien, die zaak ten fpoedigften te termineeren, gedemandeert aan het Departement van Financie, met authorifatie, om de gemaakte fchikkingen met den Burger Blok effect te doen forteeren. Voorts is in diezelfde fesfie voor dc volgende maand January, tot Prafidcnt van het Committé verkooren de Burger f. van der Sievden. J C 4 Den  (' AP \ Den ao. December heeft het Committé de executie ^ftn het Decreet van het Provinciaal Beltuur, in dato li. December, ten opzichte van het daarby toegelegd px-.raord.- Subfidie van ƒ4000- o- o 's jaars aan het Kweeklchool tot de Zeevaart te Amfterdam, gedemandeerd aan het Departement van Financie. Tenzdven etage heeft het Committé, op voordragt. van de Commisfie tot dc Binnenlandfche Correspondentie , dezelve Commisfie geauthorifeert, alle Bailliu? «ren in dit voormaalig Gewest aantefchryven, om aan haar daadlyk kennis te geeven, van alle machinatiën, fpelke tegen de vryktid, goede orde en rust mochten uvorden ondernomen; en voorts maandlyks aan dezelve Commisfie overtezenden een fummier relaas van alle zaaken, die in hunne Stad of Plaats mochten zyn voorgevallen, doch echter alleen voor'zoo verre dezelve tqt de cognitie van gemelde Commisfie behooren. Wyders by her Committé op denzelfden 29. Decembèi i :ezen zynde, de Requeste van -Kramer en Berens, Kooplieden te Anflerdm; verzoekende, dat door het pommijfé, by abfentie van het Provinciaal Beftuur, pan hun mogt tfótdelï geaecordeert, eene furcheance Van betaaling voor den tyd van achtien maanden, of svel, hangende dt; deliberatiën, 'eene provi'fioneele furpheance vour eenen bLkwamen tyd, binnen welken de Supplianten van al het geen ten"deezen opzichte zoude kunnen of mogen worden gerequireerd, zouden doen blyken: — Heeft het Committé,' in aanmerking, dat hetzelve Reqüest niet was gemunicerd, met Brieven yan yoorfchryvens van den Raad der Gemeente te jmfierdam, en hetzelve dus aan'dit defect laboreerde, het •yoorfchreevp verzoek, om'die reden,' gewezen van de hand. Voorts heeft het Departemept van Algemeen Welzyn, cp den 29. December Rapport gedaan, op eene in deszelfs handen geliefde Misfive van Dvkiichter en Hoogheemraden, 'sLands en G'ootwaterfchappe van Woerden, aan het Provinciaal Beftuur geadrésfeért, en door hetzelve, by appointement yan den* 11. December 1.1., iv, handen van het Committé gefield, 0111'daarin de nooCS fpoedige yporzjening te doen; houdende gemel-  ( 4i ) de Misfive eene Communicatie hunner bevindingen by het fchouwen der Tsfelkade, welke eene fpóedige voorziening vereischte. — Op welk Rapport het Committé heeft befloten, den Directeur der Hollandfche For* tificatiën Krayenhof, te autliorifeeren: i°. Om de verlaaging in voorfchrceve Ysfelkade ten fpoedigflen, provifioneel voor rekening van den Lande in daggelden te doen opmaaken en herftcllen; om hetzelve vervolgens met den Aanneemer van het aldaar gelegde Retranehement, welke zulks hadhehooren te verrichten, te verrekenen. 2J. Mede voor 'sLands rekening te doen opmaaken de defecten, welke aan gemelde Kade mogten zyn in die twee flagen, welke door het occupeeren der voorgelegen gronden, voor rekening van den Lande gekomen zyn; met authorifatie op den Commis van 'sLands Magazyncn te Oudewater , om de hiertoe benoodigde kosten, op door 's Lands Opzichters geattesteerde weeklysten te voldoen, en in zyne rekening en uitgaaf te verantwoorden." 3°. De Kade om de Buitengragtboord voor het Retranehement, in het aanftaande voorjaars faifoen, zoo veel noodig zal zyn, by aanbelleeding te doen verzwaaren. 4°. Om alle willekeurige hanuelwyze met 'sLands Duykers in voorfchreeve Kade voortekomen , dezelve van eene betere fluiting te doen vooizien, en daarvoor verantwoordlyk re (tellen den Opzichter van 's Lands .Werken te Oudewater, welke daaraan zoude moeten doen hangen twee differente Slooten , en de eene Sleutel bezorgen by den Schout en Poldermeesteren van Sncllerwaard, en de andere onder zich behouden, op dat yoorfchreeve Duykers, des noodig bevonden wordende, alleen onder beider opzicht geopend zouden kunnen worden. D n 2. January 1798, heeft liet Committé aan de Municipaliteit van het IVeergorsch en [Hellevoet[luis aangefehreven , dat zy de aanftelling van Kerkincesteren, en de bcheering van de Kerk voortaan kunnen overlaten aan de Leden van de Gereformeerde Kerk, zopder dat daar door hetrecht van Eigendom,- welke dat KcrkgeC 5 nootr  ( 41 ) nöotfchap op het gemelde Kerkgebouw zoude- willen of mogen fustmeereu, wordt gead- of gedisavoueert ?n?rV' J-1Uary hail hceft het Committé het verzogt lbpenauim van den i. January tot den laatfS Juny■ ip7, aan de Predikanten van den Ring van Over lhicqué , geaccordeerr. ° Oen 6. dito, hebben Commisfarisfen uit het Committé een provifioneel Rapport gedaan van hunne "- !onnfnvCOn ei6ntiën, mer «ne Commisfie uit d Nationale Vergadering, betreklyk de Veeziekte, communiceerende, dat gemelde Commisfie, hoe zeer overtuSd dat er. eemg nader voorbehoed middel moest Cdeu ui gedagt om ae verfpreiding i„ dit Gewest vöoS" men ech er huiverig was, om de Nationale Vergadering te -advifeeren derzelver Decreet van 6. November 1. 1., met opzigt tot de Bonimeier en Tielervva-irden weder buiten elrect te Hellen; waarop het SmmSé gemclue Commislarislen heeft geauthörifeert, om by S afielde Commisfie u,t de Nationale Vergadering,nader alle gepaste middelen te beproeven, om aan het verlangen van het Provinciaal Beftuur, door het buiten effect Hellen van voorfz. Decreet; te voldoen. Gemelde Commisfarisfen vervolgens den 8. «rapportoert hebbende dat zy andermaal met de Comm sfie bt de Nationale Vergadering hier over hadde? géb ! foigneert, en, als nog, geinfteert hadden, dat deswegens door voorn. Vergadering gepaste voorbehoed-middelen mogten worden m 'twerk gefield; met dat «revolg, dat voorfchreeve Commisfie hun had beloofd ^°^VT?rVf'd,rvTa:lsinS' de «oodige voo^ dragt tei Nationale Vergadering te zullen doen; welke voordragt zy echter alvoorens aan hun Commisfarisfen zouden communiceeren; -hebben dezelve wyders op den 16. daaraanvolgende van hunne verdere Verrichtingen met de Commisfie uit de Nationale Verg. Rapport gedaan • waarop het Committé eene nadere qualificatie van het Provinciaal Beftuur heeft verzogt; _ en vervolgens den si daaraanvolgende, het Intermediair Administratief Beftuur, by Misfive Van den loop deezer zaak kennis gegeven, ten einde de ConftitueerendeVergadèring te ver- zoe-  C 43 ) zoeken, het deswegens uitgebragt Rapport op nieuw in overweging te nemen. Den 8. january, heeft het Committé den Castclein op het Kasteel te Woerden, van de Pol, in die quditeit gedimitteerd, met aanbeveling van denzelven aan ,1e rcfpecnve Departementen tot een convenablen post; en met verzoek aan de Commisfie van iiinuenlandfchc Correspondentie om een ander en bekwaam Perfoon tot Castelein, aan deeze Vergadering voortedragen. Op voorftel van gemelde Commisfie, is vervolgens op den 18. daaraanvolgende door het O mmirté tot den voorfchreevcn post aangefteld, de Burger Fictor dc derrière, met aanbeveeling van vuorn. Burger van de Pol, aan de Commisfarisfen van de Gemeene Lands Middelen, om hem by gefchikte gelegenheid aan het Committé voortedragen ; zynde gemelde Commisfie van Binnenlandsche Correspondentie, op den 25. dito door het Committé geauthörifeert om voorn. Burger de Serriere, op de door dezelve Commisfie gealtereerd zullende worden Inftructie, te beëedigen en in functie te dellen. ' Den 9. January, heeft het Committé aan Directeuren van het Bataaffch Genootfchap te Rotterdam, op derzelver verzoek, doen afgevende 2 Koperen Plaaten van de Stoommachine, aldaar opgericht geweest zynde, ten einde daarvan 200 afdrukken ten hunnen kosten te doen vervaardigen. Den 12. dito, heeft het Committé deszelfs Commisfarisfen, welke met eene Commisfie uit het Provinciaal Beftuur over de 3 pointen, vervat in het Decreet van hetzelve Beftuur , van den 4. daartcvoren, geconfereert hadden, geauthörifeert, om het door gemelde Commisfie verzogtè fchriftelyk relaas in de zaak van JJreukelman, aan dezelve aftegeven. Den 15. dito, heeft het Committé de Municipaliteit en Kerkenraad van de Gereformeerde Gemeente te Wyk aan Zee, aangefchreeven en gelast, om aan derzelver met Cern. Luits, aangegaan beroepings ContraeT: te voldoen, en denzelven zyne agterftallige Traélementen te betaalen; met qualificatie op de Municipaliteit, om als nog van de Ingezetenen van Wyk aan Zee, ten voor- fchree-  C 44 5 fchreeven einde te mogen beffen en invorderen zoodanige Penningen als tot ultimo December i796 , vo£6 tLd^ïï de ^""icipalireit en Kerkenr'aad vere , ? W*79S hadden kunnen en behoo- ïïn^S3S£dTwden'dai) welke eenigen tyd niec fJTzniaTJTr\e^ bcet op eene Mis- ~ ^erfchoot, Schout van Nieuwland, cum annexis woonende te Schiedam, den 3. daar te voor-n aan het Provinciaal Beftuur gefch'ree ven, doch door hetat ^^"voigende in handen van het Committé gefteld, nopens het overgeeven der Papieren enz en het doen van Rekening doo? den geweezï TeïreS Meyer, de Ceconftituëerde Macht v?n Nieuwland c a gerenvoyeerd aan de ordinaris Juftitie Nog heeft het Committé op den 15.'January od eer aan hetzelye geprimeerd Requesf / door dV Huis wegen^des^ \u 9*' vertoekende wegens deszelfs Lichaams zwakheden geëxcufeerd te worden, om, ingevolge de aanfchryving van beTcom mmé van den 6. November 1. 1., herwaards overtekl men tot het afleggen der verklaaring,^?y Decreet van het Prov. Beftuur in dato 5. April I796: geaSer? denzelven andermaal aangefchreeyen, daar aan, he zy in Perzoon, of by Procuratie te voldoen; - waa na he? Departement( van Fmantie, cp den 3,. January gerat C c Se' d«d^mèlde tie, vermits daarna» door het Provineiaal Beftuur reeda was voldaan. Omtrent het 2. poinct, betreffende het bewaaren der rust en goede orde in dit voormaalig Gewest, en het niet laaten vertrekken van perfoonen en goederen buiten 'sLands zonder pasport; alsmede omtrent het voortduureh der invordering van de Colleclive en andere Middelen, dc noodige aanfchryving aan alle Municipaliteiten en Bailliuwen gedaan. Ten opzichte van het 3. poinct, de voortduuring der inning der Colleftive Middelen, Verpondingen en alle andere, zoo gewoone, als buitengewoone Lasten befloten, daaromtrent provifioneel geene fpeciale nadere ordres aan de bediendens te geven , tot zoo lange het Committé deswegens mogte worden geadiëert; doch niettemin, voor zoo veel de buitengewoone belastingen betrof, dit poinct te ftellen in handen van de Commisfie van Oppertoezicht over de Geldligting van 1796 tot informatie, En aangaande het 4. poinét, relatif het doen van betaalingen, en de zorge tegen het vervoeren of fpoliëeren der Comptoiren , hetzelve te ftellen in handen van het Departement van Financie,.zoo tot naricht, als om "er zich naar te reguleeren. Wyders communiceerde de Prrefidcnt op den gemelden 24, January de hiernevens Copielyk overgelegde Misfive van de Conftituëerende Vergadering, repraïenteerende het Bataaffche Volk, den 23. te vooren aan het Committé gefchreeven, hebbende totBylaage, (waarvan mede Copie hiernevens) het Decreet van gemelde Vergade, ring van dienzclfden dag, genoomeu op het Rapport der Perfoneele Commisfie uit de Nationale Vergadering welke hem in zyne qualiteït had gerequireerd, om co.nfcreëren over de rust en orde alhier; declareerende hy Prrefïdent ten uiterften gefurpreneert te zyn over de wyze van voordragt van gemelde perfoneele Commisfie , betreklyk' het geene zy omtrent de bevoegdheid der Nationale Vergadering, om hem in zvne qualiteït t« reqtureeren, zoude hebben gezegd; en dat hy op den Eed m den aanvang van zyne bediening, als Lid van het Committé gedaan, konde verkiaaren, dat het gem hy  C 55 ) hy wegens die converfatie had gerapporteerd, overëenkomftig de waarheid was. . , By welk Declaratoir het Committé heeft berust; en voorts, vermits door het voornoemd Decreet van het Provinciaal Beftuur van den 23. was voldaan aan liet gerequireerde by voorfz Misfive, dat het Committé zich zoude onthouden van daaden van Souveramiteit, en te zorgen voor de rust en veiligheid van deeee Kelidentie, hetzelve aangenomen tot informatie; — lerwyl, betreffende het laatfte poinct, in confideratie, dat het gemelde Decreet was gearrefteerd op een tydttip, dit het Provinciaal Beftuur niet vergadert was, en dat het Committé uitmaakte de Hoogst -Geconftitueerde Macht deezer Provincie ; en dat mitsdien het daarny vermelde, omtrent den Prafidcnt, even zoo wel concerneerde den Prafidcnt van het nu Intermediair beltuur■, als de Prsfidcntvan Committé , hetzelve Committé heelt goedgevonden daarvan, zoo welaan deszelfs Pra; boent, als aan den Praafident van het voornoemd Beftuur kennis te geven. Gelykheid, Vryheid, Broederfchap. De Conftituéerende Vergadering, rtprcefenteerende het Bataaffcht Volk. aan Het Provinciaal Committé van Hofland. Medeburgers ! Wy zenden hiernevens aan UI. ons Decreet van , huiden r genomen op het Rapport van de Burgers Repnefcntanten Nolst, en verdere, Ibenoemd om te " confereeren met den Prudent van het Provinciaal " Beftuur van Holland, of van 't Committé Provm* chï over het daatftellen van zoodanige maatregu" leT, waardoor de rust 8n veiligheid deezer Reliden% S nkt WC-rde geftoord, en zulks , ten emde als n « D 4 "  li ^tzelve Decreet ftaat vermeld , daartoe ons verlatende, bevelen UI. in Godes heilige befcherming."In den Haag den 23. January 1798. Het v\erde Jaar der Bataaffche Vryheid^ (geparapheerd) H. MIDDERIGH, vt, (onderftond) Ter ordonnantie van bovengemelde Vergadering, (geteekend) Ad. PLOOS van AMSTEL, GelykheidVryheid, Broederfchap. ExtraSi uit het Register der Decreeten van de Conftituéerende Vergadering, reprtefenteerende het Bataaffche Volk. Dingsaag den 23. January 179S. Het vierde Jaar der Bataaffche Vryheid. „ De Burgers Reprafentanten Mist, en verder, * Decreet van gisteren benomd, om te confereeren » van  ( 57 ) i, van deszelfs Provinciaal Committé te ontbieden alhier „ in het Nationaal Hótel, tegen gisteren avond ten zes „ uuren, wanneer dan ook by abfentie van den Pra:;ij, dent van het Beftuur, de Burger Loosjes, de Bur„ ger van der Sleyden gecompareerd is, dat hy, na dat „ door voorfz. Commisfie de noodige opening van haa„ ren last en gemeld Decreet voorgeleezen was, vooraf „ gezegd had, zien niet bevoegd te rekenen, om in zyne „ qualiteit als Prrelideut van meergemelde Committé te „ confereeren, en dat hy verzogt aan deeze Vcrgade,, ring te willen zeggen, dat hy Praefident van het Pro„ vinciaal Committié van Holland de bevoegdheid der „ Nationale Vergadering niet erkende, om hem in deeze „ zyne qualiteit te requireeren, — declareerende hy „ echter, als individueel Burger bereid te zyn zoodani„ ge ouvertures te geeven , welke hy vermeende genoeg„ zaam te zullen zyn, om aan den inhoud van het „ voorfz. Decreet te voldoen, en dat hy dus meende, „ dat, wat de oogenblikkelyke bewaaring van , en zorge „ voor de rust en veiligheid deezer Refidentie betrof, „ reeds voldaan was, en dat het Committé reeds een „ antwoord aan de Nationale Vergadering had afgezon„ den op de Misfive, welke deeze Vergadering gister „ ochtend aan het Committé had gefchreevcn , en waarv door hy meende, dat reeds voldaan was aan deinten„ tie deezer Vergadering; dat het Committé geene an„ dere mefures. of orders had gegeven of kunnen ge„ ven, dan die, welke a'leen in deszelfs macht waren; dat „ het commando over de Militaire Macht, in deeze Re„ fidentie , aan den Pntfident der Nationale Vergadering „ aanbevolen en toevertrouwd zynde, het Committé dan „ ook daar geene dispofitiën over kon maaken; dat het „ Juftitiëele aan het Hof toevertrouwd zynde, hetzel„ yen dan ook deswegens alleen kan werkzaam zyn; „ en dat hy kon verzekeren, dat het Committé het ge„ melde Hof had aangemaand, om voor de bewaarïng „ der rust ^en veiligheid te zorgen; gelyk dan ook de „ Juflitie daadiyk aétief was geweest, en uit eigen „ motief eene Publicatie ter bevorderinge daarvan had „ doen afkondigen; dat 'er ook geen de minfte fehyu „ van commotie, veel min van /editie of oproer in dee*. D 5 „ze  C 58 ) 3k Refidentie was, en dat hy als Praefident, hy de In„ ftructie voor het Committé Provinciaal, verpligt was, „ om in zoodanige gevallen daadlyk daarvan kennis te „ geven aan den Praefident van de Nationale Vergade„ ring, doch dat hy hoopte en verwagtte, dat zulks „ niet noodig zoude zyn. „ Waarop gedelibereerd zynde, is gedecreteerd, dat „ het Committé van Holland zal worden aangefchree„ ven, dat het zich van heden af zal hebben te ont> „ houden, om eenige daaden van Provinciaale Souve„ reiniteit te plegen , en tevens met alle activiteit te „ zorgen voor de bewaaring der rust en veiligheid van „ deeze Refidentie, zoo veel zulks in deszelfs vermogen „ zal zyn; en dat voorts den Praefident van hetzelve „ zal worden gelast, gelyk gefchied by deeze, om op „ zyne perfoneele verantwoordelykheid ,'terflond ,by het „ verneemen van eenig overleg om de rust te ftooren, „ daarvan, zonder verzwyging van iets hoegenaamd , „ aan den Praefident deezer Vergadering kennis te gee„ ven. „ En zal Extract deczes , by eene Misfive ten geleide', „ aan het gemelde Committé worden gezonden, om te „ ftrekken tot informatie, en om zich daarnaar te. regu^ leeren." (geparapheert") H. MIDDERIGH, vt. (onderftond) Accordeert met voorfz. Register, (geteekend) ' W. T. van BENNEKOM.. Voorts door den Praefident op den 24. January aan het Committé voorgedragen zynde, dat hy des avonds te vooren in de Vergadering van het Beftuur had gezien, dat deszelfs Praefident zwaarigheid had gemaakt', iet parool te accepteeren — en dat hy, zich in het ge-  C 59 ) geval bevindende, om liet zelve te ..ontvangen, daaromtrent de gedagten van het Committé verlangde te weten — heeft het Committé, overweegende, dat het ontvangen van het parool geenzins een blyk was van Souverainiteit, vermits hetzelve insgclyks aan Praefidenten der Municipaliteiten wierdt gegeven; en daarby confldereerende, dat de Praefident van het Committé, hetzelve in cas van Brand of Oproer voiftrekt noodig had, den Praefident geauthorifeerd, om die zaak te behandelen op den ouden voet. Nog is op den 24, dito, op de gedaane communicatie aan het Committé, dat het Intermediair Adniimstratif Beftuur goedgevonden had, alle de Stukken, welke . nog onafgedaan waren, en eenige daaden van Souverainiteit inhielden, met de daarop gegeven advilen te zenden aan de Conftituëerende Vergadering, om daarop te kunnen disponeeren, by het Committé befloten, de Departementen van hetzelve te verzoeken, elk in den haate een Lyst te formecren van alle Stukken, welke nog onder dezelve berustende waren, en dezelve Lysten zoo fpoedig mogelyk aan het Committé te fuppediteeren. Den 25. January deed het Departement van tmantie, met opzicht van het aankoopen van eenige Recep.slen, door de Commisfie tot vergoeding der fchadens in den Lande van Heusden; de navolgende communicatie, daarby tevens overleggende de Copielyk hiernevens gevoegde Misfive der voorfz. Commisfie. Aan het Committé van het Intermediair Adminijlraïif Beftuur van de geweezene Provincie Holland. MEDEBURGERS! „ Eenigen tyd geleden kwam ter kennisfe van Ulieder „ Departement van Financie, dat de Burgers G. van de „ Poll en J. A. Rietvelt, als gecommitteerd tot_ het „ regelen der fehadevergoeding, wagens Inundatie te „ Heus-  C 6-0 ) " He"sden en in den Lande van Altena, de Recepisfen „ van de 5 pcrCt. Negotiatie, by het voormaalig1 Pro„ vinciaal Beftuur van Holland, den 26. Tuny 1797. „ gearrefteerd, aan de Ingezetenen dier plaatfen, ten fine voorfz. aftegeven, tot onderfcheiden Cours of „ 1 ryzeu, tegen contant geld, van dezelve hadden over„ genomen, vyy begreepen terftond, daar wy noch als " ~ed.n ,Yan her opgemelde Departement, noch in ons •„ Particulier, eenige kennisfe droegen van zoodani» „ eene manoeuvre, uwe Commisfarisfen tot de Suner- * ïntendentic van dit Werk benoemd, te verzoeken zich „ desaangaande oy de opgemelde Commisfie te infor„ meeren, en ons derzelver bevinding medetedeelen. „ De opgemelde Commisfarisfen voldeeden aan ons " rjr' eP fllPPediteerden aan ons vervolgens eene „ Misfive, den 2. deezer, uit Heusden gefchreeven, door de opgenoemde Burgers van de Poll en Riet„•velt, en hierby in originali overgelegd, waarby dc„ zelve hebben getracht hun gehouden srcdrag in deezen „ 111 een voordeelig en gunftig licht te plaatzen. — Dan * wy kunnen met nalaten, maar vinden ons verplicht „ aan UI. te declareeren: dat, zonder te willen treeden „ in de aanleidende oorzaken tot, of de waare bedoe„ hng van deeze manoeuvre, wy dezelve vermeenen te „ moeten houden als niet delicaat en ten minften on„ voegzaam in dc qualiteit, waarin zy dezelve hebben „ gedaan. „ En de plenaire defenfie van hun gehouden gedrag „ 111 deeze aan dezelve gaarne overlatende, zoude UI „ Departement van Financie intusfchen van oordeel zyn „ dat de Ordonnantie, groot ƒ 1250 - 15-0, ten -e! „ meene Dands sr Comptoire geüagen en geteekend » ten behoeve van de Burgers G. van de Poft, H. Rom „ en J. A. Rietvelt, als Commisfarisfen tot het Werk „ der schadevergoeding van Heusden enz. zoude kun„ nen worden ingehouden, tot dat dit Coilegie zoude „ hebben beflischt, of'er in dit geval iets anders of „ meerder zoude worden verëischt, dan eene bloote af„ keuring, waartoe wy, zonder beter oordeel, zou„ den vermeenen , dat alleen maar termen gevonden „ worden. Wy  C 61 ) „ Wy houden ons door deeze kennisgeeving van on„ ze plicht gekweeten te hebben, terwyl wy ons noe„ men Uwe Medeburgers, Ogeteekend) P. KOPS, Gz. K. HOVENS. R. van den BOSCH. WILLEM RIS, Leden van het Departement van Financie. Vryheid, Gelykheid, Broederfchap. Heusden den 2. January 1798. Het vierde Jaar der Bataaffche Vryheid. De Burgers G. van de Poll en J. A. Rietvelt. Aan De Commisfarisfen uit het Provinciaal Committé tot het werk der Schaêvergoedingen. Medeburgers ! In antwoord op UI. Misfive van den 23. December 1. 1., hebben wy de eer te refcribeeren: " Dat wy geene zwarigheid maaken, onze handelvvyze met betrekking tot den inkoop van Provinciaals " Recepisfen, aan UI. in zyn geheel verband open" teleo-gen, en daarom volmondig erkennen, dat wy m  p onze Commisfie eenige dier Recepisfen hebben aan„ gekogt. „ De redenen, welke ons hiertoe bewogen hebben * „ zyn deeze volgend'?. „ Voor dat wy een aanvang maakten met de werkzaamheden onzer Commisfie, ontwaarden wy reeds, „ dat zommige Lieden in dit DiftricT:, de onkundige „ Ingezetenen, welke geen onderfcheid Weeten te maken „ tusfehen de Recepisfen i 2§ perCt., uit de Geld-* j, heffing, en die uit de Schaêvergoeding, deeze Rece„ pisten tegen 30 a 35 perCt. tragten te doen afftaan, „ en die by voorraad inkogten, waarin wy ook in on„ ze Commisfie maar al te zeer bevestigd zynde, wy „ dan ook om credit aan dit papier bytezetten, en de „ Ingezetenen voor bedrog en fchade te verhoeden, zyn „ gerefolveerd, om de Recepisfen op eene zekere prys „ te houden, en daarom op de meeste plaatfen voor den aanvang onzer werkzaamheden, aan de Ingeze„ tenen hebben tc kennen gegeeven, dat ZyL hunne „ Recepisfen niet onder de 50, 55 a 60 perCn (na „ mate wy berichten van de Prys-Courant ontfangen „ hebben) moesten verkoopen, en dat byaldien de In„ gezetenen tot die pryzen hunne Recepisfen niet kon„ den verkoopen, wy 'er die gefielde pryfen als dan voor aanboden — dat ook die pryfen door oiis zoö hoog gefield zyn, dat wy de geheele fchaévergoeding „ in Recepisfen van de Ingelanden van Onfenoort, al* „ waar de Municipaliteit 'tot den ontfang en verkoop „ was gequalificeerd, tegens 60 perCt. door ons oVer„ genomen zynde, wy dezelve voor 58 perCt. wedef hebben moeten verkoopen, waar onder nog was eeneRecepis van den Heer van Onfenoort, groot ƒ 750-: -: ,, die reeds uitgemaakt zynde, aan ons verzogt, dezelve „ mede tegen dien geftelden prys te willen overnemen. „ Daar tegen is het bezyden de waarheid, dat wy de „ pryfen zouden verhoogt hebben, naar maate andere ,, Roopers daarvoor aanboden , dat wy integendeel, zoo dra 'er zich op een Dorp Koopers opdeeden die llegts „ l Huiver per Gulden, boven onze geluide pryfen boden, wy de Ingezetenen daarvan zelfs hebben gewaarj, fchouwd , en ons|dan ook van het verderjinkoopen héb- a, ben  C 63 i „ ben onthouden, — wy vertrouwen dat een oewyS „ daarvan ter overtuiging genoeg zyn zal; te Gapel ge„ komen, om met de Ingezetenen en Ingelandens van „ Vrydioeve en Zuydewyn Capel te liquideeren, én voor „ den aanvang van ons werk, ontdekte, dat de Secre„ taris de Rhoon , benevens nog twee of drie Perloonen , „ de Recepisfen tegen 51 a 52 perCt. zouden inkoopen, „ wy op die plaats niet alleen geene Recepisfen gekogt, „ maar 'er zelfs niemand naar gevraagt hebben ; — dat „ wy daarna te Befoyen komende, en'er zich geene Koo„ pers vertoonden, ons door den Secretaris der plaats „ is verzogt geworden, de Recepisfen weder op prys te „ ftellen, tot voorkoming der fchade voor dc Arme In„ gezetenen, en dat zoodra'er zich weder een Kooper „ opdeed, wymet het inkoopen hebben gefupercedeerd. Wy zouden veel meer bewyzen kunnen bybrengen, „ dat wy in deeze het voordeel der Arme Ingezetenen, „ en niet ons particulier belang hebben in 't oog gehou„ den, dan wy vertrouwen dat de bygebragte , genoeg„ zaam zyn zullen, te meer, daar de verfpreide laster „ en leugen, en het plaatfenlonzer] handelvvyze in een „ verkeerd daglicht, (waarvan wy niet geheel onkundig „ geweest zyn) niet anders kan befchouwd worden te „ zyn voortgekomen, dan van zulke Intriguanten, en „ eigenbelangzoekende woekeraars , die met flegte • oogmerken bezielt, zich gevleit hadden , met het opkoopen der Recepisfen, uit defchaêvcrgoeding, eenen „ rykdom te halen, ten kosten van de armfte Ingezete„ nen, het geen door fommige van hun , zoo ver is „ gedreeven geworden, dat men onder voorwendfel, ' dat 'er van de fchaêvergoeding niet veel zoude ko„ men, de geheels fchaêvergoeding van fommige Inge„ zetenen voor minder dan. 50 perCt. heeft weeten magtig te worden, en waarvan door hun byna het volle Capitaal alleen in Contanten uit de Verponding is genoten geworden. „ En daar dit plan nu grootendeels mislukt is, door „ dien wy de Recepisfen, ten koste van hunne woe,\ kerztigt, te na aan den Hollandfche prys brengen, • en de Ingezetenen te veel met hun Intrest bekend " maaken, zich niet fchyaen ontzien te hebben, (daar „ an-  C 64 ) „ andere intrigues, waar onder het ongeluk aan 's Lands „ Vloot overgekomen, al mede heeft moeten dienstbaar 9 7-yn-> "iets hebben kunnen baaten,) om ook het vérs, moeden te verfpreiden, als of wy door het Departe„ ment van.Finantie, tot den inkoop van Recepisfen, „ zouden zyn gequalificeerd, daar ieder onbevooröor, „ deeld mensch, gemerkt het geringe Capitaal door oiis ;, belteed, het ongerymde daarvan ligtelyk zal kunnen „ naargaan. „ Wy hebben zedert den ontfang van UI. Misfive mèt „ den inkoop van Recepisfen gèfupercedeerd, en zullen „ daarin gaarne continuëeren, aangezien het geringe „ voordeel dat wy'daarvan kunnen profiteeren, en zoodra „ dien woekerhandel ccsfeert, wy de Ingezetenen geen „ voordeel meer kunnen toebrengen, en ook 'sLands n frSJHer hierdoor niet merkelyk laager daalen zal. „ Zullende het ons aangenaam zyn, dat ons gehouden „, gedrag m alle opzigten ten (trengdemag worden ondef„ zogt, wanneer wy ons vleien, dat het by een nauw„ keurig onderzoek wel blyken zal, uit welke vuile bron„ nen, dit uitflrooifel is opgeweld, en dat het Commit„ te dan ook wel zal ontdekken vvie die geenen zyn, die „ hunne Agenten rondzenden, om de "Recepisfen tot „ laage pryfen optekoopen. ,, Voor dat wy deeze eindigen, moeten wy Ül. nog ,, de reden opgeven , waarom de Letters S. V. G. agter „ het woord Contanten in de Recepisfen gefield zyn, ,, waardoor by zommige Ingezetenen eenige zwarigheid „ fehynt plaats te hebben, — deeze letters welke Schaê„ vergoeding beteekenen, zyn daarom in de Recepisfen „ gevoegd, om dat den Ontfanger zwarigheid gemaakt „ heeft, het als contant Geld te ftellen, daar het in „ Eileélen niet dan Quitantiën van Schaévergoeding „ zyn, — en dat ook, naar ons inzien, deeze Rece., pisfen daardoor niet in waarde verminderen , maar „ integendeel , dat een teeken , dat dezelve uit de „ Schaevergoedinggefprotenzynde,diein waarde moet „ doen reizen, wyl die door het gemeene Land in be„ taalmg gegeven wordende, zonder de uiterfle hai„ djgheid nimmer kunnen belast worden. „ En hiermede eindigen wy deeze, in vertrouwen, „ dat  ( «5 } „ dat wyaan UI. intentie hebben mogen Voldaan, tef't wyl wy, naar heilwensch, ons noemen - „ UI. Medeburgers," (geteekend) G, van de POLL, J. A. R1ETVELT. Welke Voordragt en Bylaage vervolgens door hetCommitté zyn geftelt in handen eener perfoneele Commisfie , om "daarop fpoedig te dienen van confideratiën en advis. Waaraan door dezelve den volgenden dag reeds voldaan zynde, heeft het Committé verklaart, dat door voorfz. Commisfie in deezen niet gehandelt was tegens de Wetten of haafe InttruéTapn ; zonder daardoor echter derzelver in deezen gehouden gedrag te willen honiologeeren, hetzelve voor haare rekening overlatende j niet injunctiezoo aan dezelve, als andere der Commiiiën, om zich, geduurende den loop haarer Commisfie yan het koopen of oyerneemeii van Recepisfen van de Ingezetenen voortaan te- onthouden; met verders qualificatie op de Commifen ter Financie, om de gereedliggende Ordonnantie aan voorfz. Burgers aftegecven. Voorts is op den 25, January de Praefident van Mr Sleyden provifioneel in die funétia gecontinueert, Pen 26. dito by bet Committé &eleczen zynde eene Refolutie van het Intermediair Admininiftratif Beftuur van daags te vooren, met verzoek, om te dienen van advis, omtrent hetgeen, na de daarftcllirtg der Eén- en Ondeelbaarheid yan het Bataaffche Volk en het overgaan van alje Gewestejyke SouVereiniteit in den boer zem van het geheele Volk, gerekend moest worden, yvat tof het Wétgeevend en vyat tot het Adminiflratiyt te behooren enz., heeft het Committé gemejde Refolutie gefield in handen eener perfoneele Commisfie, om deswegens fpoedig te dienen van eonfideratiën en ad* iris, Waarna by het Committé, tot derzelver inforniafce, E W  ( 66 ) op den 29 dito, is ontfangen eene Refolutie van het teve Bekmr van den 26. daarte voren, benevens coP.e van het Rapport eener perfoneele Commisfie, welke over de voorfz. aficheiding met het Uitvoerend Be. wind had geconfereerd, - welke Refolutie en Eylaage vervolgens by het Committé is aangenomen voor SS, ,? r' e" T COpie Segeveri, aan deszelfs, op te^iï^***** Perf0neele C°mmiSfie; t0" In eene extraordinaire avond Sesfie van gem. -6 Tanuary, heeft het Committé het Departement van Pinantie geaütKönfeert tot het houden van confcrentiën met eene Commisfie uit de Conftituëerende Vergadering over de wyze van het doen der betalingen" en het flaan van Ordonnantiën , mits van den ultflag dier Conferentien aan het Committé Rapport te doen! Den 29. January, heeft het Committé deszelfs perfoneele Commisfie, met adjunclie van-den Secretaris, gequahficeert om de Registers, Documenten en andere Stukken, welke door de Burgers Goldberg, van Herzeek en Ir.ioven van Dam, uitgemaakt hebbende, de Commisfie tot onderzoek naar 'sLands Finantiën, van tyd tot tyd, zoo un-de Secretary, als uit de Papieren van Fagel, en utt de Noord-Hollandfche Secretary, gerequireert, en thans weder door dezelve óverigeven waren wederom op hunne plaatzen te bezorgen; Op eene by het Committé ontfangen Misfive, van den Bailliuw van Huisduinen en de Helder, ter kennisle van hetzelve brengende, een begStane moord aldaar, aan een Soldaat van het 2. Bat. der zevende Halve Brigade, zoo men zeidc, door zekeren f BierWan^ varende , als Quartkrmcester op 's Lands Schip de Heldin; — dat hy, na alle aangewende moeite, ter bekoming van eene Afte van befchouwine, daarïnne niet had kunnen reusfeeren, en vragende mitsdien, hoe zich daarin te gedragen : - heeft het Committé daar op het Committé te Lande by Misfive verzogt, daar omtrent de noodige ordres te willen ftellen. Den 30. January, heeft het Committé, op voordragt der perfoneele Commisfie, by Refolutie van 27. Odober I. 1., benoemd, tot het houden van Conferentiën met  C 9? ) niet Commisfarisfen van de Marine, over de Admistratic van de Haven van liet Nieuwe Diep, en de betaling der jaarlykfche reparatiën, en welke Confcrentiën thans door veranderde orde van zaaken konden worden nagelaten, alle de Papieren, tot die Commisüc behoorenne, in de Secretary van het Committé doen depofiteeren; als mede het Rapport van Dr. Heilbron, wegens den Haat der befmettelyke persloop aan de Helder en in de Zype , welk Rapport op den 13. October 1. 1., in handen eener perfoneele Commisfie ten fine van examinatie was gefield, doch .welke ziekte thans was komen te cesfeeren. In de Sesfie van den 31. January, is tot Praefident voor de volgende maand February benoemd de Burger K. Hovens. Den 1, February, heeft het Committé alle de ProcesVerbalen en Reeus van de Commisfaires de Guerre Prevost en leFebre, wegens de door hetzelve, ten behoeve van het Franfche Leger van Sambre en Maas geleverde Runderen en Tarw, per Misfive gezonden aan het Rondgcnootfchap te Lande, ten einde dit voormaalig Gewest voor derzelver montant van ƒ 43839. in vermindering van deszelfs Contingent in de gedaane Petitie te crediteeren. Ten zeiven dage, heeft het Committé deszelfs Departement van Finaatie geauthörifeert, om aan y. Fargharfon, te Haarlem, te restituëeren het door hem te veel betaalde in de Geldheffing, van 1795. ter fomma van ƒ 215- 8-12. Op eene ontfangene Nominatie van drie Schepenen, door den Bailliuw van Woudrichem, by Misfive aan het Committé gezonden, ten einde dezelve tot Schepenen Commisfarisfen aldaar aanteltellen, heeft het Committé het Collegie van Schepenen aldaar aangefchreeven, om, in plaats van drie, alle de fungeerende Schepenen, ten voorfz. einde optegeven. Den 2. dito, by het Committé gelezen zynde eene Misfive, van het Committé van Justitie te Amflerdam; aan het Intermediair Administratief Beftuur geaddresfeert, en by abfentie.van hetzelve, by het Committé ontvangen; verzoekende, dat liet gemelde Beftuur by de ConE a fti-  ( 68 ) ftituëerende Vergadering demarches geliefde te doen, ten einde derzelver intentie te verneemen, of de Bannisfementen voortaan uit de geheele Bataaffche Republiek zullen moeten gefchieden, heeft het Committé de Verzoekers aan welgemelde Vergadering gerenvoyeert. Op denzelfden a. February, heeft het Committé den Ontfanger Generaal, geauthörifeert, als nog, van A. M. C. Fagel, gehoorcn Bareel, te ontfangen haar Furnisfement in de Geldheffing van 1796; — endaar voor uittegeven Recepisfen , Quitantiën en Duplicaat Quitantiën. Zoo als het Committé mede ten zeiven dage den Ontfanger te Rotterdam; heeft geauthörifeert, om aan C, van Akeren, aldaar, Recepisfen van de furplufe zyncr gedaane Furnisfementen, ter fomma van ƒ 4380-:-:, aftegeeven. En daarëntegen gedeclineert het verzoek van J. J. Smeth, Weduwe R. H. Armenault, te Amfterdam; om, als nog, in de vrvwillige Negotiatie van Oétober 1. 1., eene fomma van ƒ5000-:-:, te mogen fourneeren. Ten zeiven dage, heeft] het Ccmmitté, op de voordragt, van deszelfs Departement van Koophandel, Zeevaart en Fabrieken, wegens de belemmering, waar aan de Scheepvaart op de Rivieren in Duitschland en dit Gemeenebest onderworpen was, aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek afgezonden de hierna volgende Misfive: Aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek. „ Iudien 'er misfchien ooit een tyd geweest is, waar„ in men met grond zoude behooren te infteeren, ter „ wegneeming der menigvuldige belemmeringen, waar„ aan de Scheepvaart langs de Rivieren is onderwor,, pen geworden — is het zeker het tegenwoordig tyd„ ftip, waarin de Franfche Republiek bezig is, op het „ Congres te Raftadt, Vredes-onderhandelingen aante9, gaan, met die Landen, waarin die meeste belemme meringen plaats hebben. Wy  ( 69 D Wv rv'n daatrim in het denkbeeld , dat by de te „ VVy zyn a*»n.im -d pranfche Republiek, " """Si! Si toor ™« Co'^merci, en Scheepvaan„«k voor alle de Inwoonders van het " "'ÏSet^af'ui. Bunreri Beterde*' bekend zyn „ Stapelrechten «^JS', „ngelok„ zen.toenmabgen Mm fet Committé van Buiten- „ leidraad , en «»n' "^Wgne v j f^ ^ A_ „ ter uwer bediening,^een anum iSV^mSmiS niet gel.ee! hoopelop* " m4lS< *y Sk vrvheid neemen./ait bezef «oor „ ftellen, ten ^,*e geheeven worden, „ langs, en °M^W££laas , ? ^ het zy vernietigd, o ocu_n%, verhogingen, en dat althans alle ^«n'wSÏweggenomen. . , onnoodige ophoudmgen, wiemen we&s  ( 7o ) „ Tevens diend dan vooral in het oog te worden » gehouden dat alle Markt- en vliegende Tollen of " » ' d;e,°°k gen'??d m°Sen zy«» vvelke maaïïnze" fepngnf1 Va"u ^ jMr.Se^Vcn worden, voor " Bvho?ShrCTe Rn'UineUi ?.yn» in de «evenskomïnde „ Jjyiage lub. L. B., word daarvan brceder gefproken „ Waarom dezelve Tollen dan ook, mSimS^S' " Z°TaC "V01'dm Schaft en Vernietig?. 8 Y * „.Doch daar tegen, dienen wy UI. ook in aanmer „ m te geeven dat zoo wel, als door de Comme^ " g&tfT mendSCnde DlI!'tfche »7SS „ ^ekiaagd men zich even zoo ook over die welke ,, m onze Republiek geheeven worden bezwaard -! „ Om welke reden, wy dan ook noodig achto, „ UI. m consideratie te geeven, of het niet tevens ver- " hient21iefSf/' S? \Y h" B^chGouïe " mTWi lef,eu.le aand;1cht wierde genomen om „ die Tollen ook, in ons Vaderland, zoo nS eeheel te vennetigen, irnmers dan zoodanig te venSnd|n „ dat de Commercie daar door aan minder entravês „ en ophoudmgen, zoude blootgefteld 2yn - Het „ voormaahg Hollandsch Gewest, heeft door 3e' vroe-tv„ dige vernietiging, en affchaffing van Tolden Stane i rechten, reeds het loflyk voorbeeld daa van «Jelt„ „ Ier nader bevestiging, van het door onf in dee' " cTTenT' « Wy h-™evens°Sub. Lit ter geleide van eenl Scati ''op "d f f ve,Bef™^ ren by het voorn. V^^^J^^^^ gens het voortgaan van rpiA ó- ft-aiiesteeid, wewelke Publicatie waTrvnn ?;ejdheffinSe» en Executiën: wordt gevoSd door ïn? ?f "?!5"S een Exemplaar  C 71 D GeJykheid, Vryheid, Broederfchap. P UBLICA TIE. „ Het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek „ doet te weeten: de Conftituëerende Vergadering des „ Bataaffchen Volks, overwogen hebbende, dat 'er in „ zommigc Gewesten of dcelen deezer Republiek eene „ misvatting iiceft plaats gegreepen; daarïn bellaande, „ als of door de nu ingevoerde orde van zaaken „ eenigermaate zouden zyn vervallen, cf wel verfcho„ ven zoodan.ge geforceerde Gcldhciungen als voor dien „ tyd door de Hoogstgeconftituëerende Machten in de „ refpeélive dealen der Republiek waren gearresteerd , „ en, of geheel of ten.deele nog ter Executie gefield „ 'moeten worden: en overwegende dat, fchoon de Pro„ vinciaaje Beftuurers thans geen authoriteit of macht „ hebben om belastingen vo >r het vervolg uittel'chry„ ven, het nogthans onbilhk zyn zoude en verwarring * én ongelykhèid vevoorzaaken , wanneer reeds gede„ creteerde hellingen wierden geftaakt. „ Decreteerd, dat nietegenllaande het veranderen der Gewestelvke Beftuuren , in Administrative hchaa„ men-; door het daarileflen eener éé ie en ondeelbaare ; RcpublLk, nogt!i.a:is alle thans in werking zynde of „ reeds gearresteerde buitengewoone Geldheffingen en „ Execiitiën ftiptelyk zullen moeten voortgaan en naar,. gekomen ivöfctén» -ye' én in diervoegen , als dezcl,' ve by de Wettig Geconltituëerdc Machten in der tyd zyn gearresteerd en aan de refpeclivc Ingezetenen ^'békend geMfttfft, zonder dat zy wil gerekend wor- den eenige de minste belemmering aan gedagte Hef„ fmgen en Exccutiën te hebben toegelaaten, veel min toegebragt. Last sn beveeld alle voornoemde Beftuu" ren, onder welke benaaming ook, deeze haare ern„ flige wil, omtrent het punéleel naarkomen, der voor- gem. befluiten, gètrouwelyk en met alle moogelyke „ yver en oplettenheid te helpen handhaven en uitvoe„ ren. . . ,, Dienvolgende gelast het voornoemde Bewind, m > E 4 „ "aam  C 7* ) Mam dei Bataaffchen Volks, dat deeze zal wordén é, afgekondigd en aangeplakt, alomme waar zulks bert hoord. u In den Hage «den 30. jariuary 1^8. Het vierde H Jaar der Bataaffche Vryheid." (Was geparapheert) PIETER VREEDE, vt. ' (onderltond) Ter ordonnantie van hetzelve» Cwas geteekend) W. BUYS, Secret. Den 3. dito, heeft het Committé den Ontfanger te Enkhuyzen,. geauthörifeert, om dc Quitantie ten behoeve van % G. Kopies, te Texel, wegens zyn gedaans Furnisfementen, in de vrywifiige Negotiatie van' Juny 1795, ter fomma van ƒ 900-;-, als nog te converteeren in een Recepis. Commisfarisfen tót het werk der Rivieren en Dyken, pp denzelfden 3. February, Rapport hebbende gedaan van hunne gehouden Conferentiën, met betrekkfng tot het Steeken van Hulpgaaten in de binnen- en buiten Dyken van de Landen van Heusden, Altena en Zuid* Hollandfche Polder, ingeval van Doorbraak van Dv* „nii" °verftr°omi"g, heeft het Committé daarop ge* nomen de navolgende Refolutie. to  C 73 ) Gelykheid, Vryheid, Broederfchap^. EXTR ACT uit de Rèfolutien va» het Committé van het Intermedi' air Adminiftfatief Beftuur van het voormaalig Hollandsch Gewest. Den 3. February 1798. Het vierde Jaar der Bataaffche Vryheid. De Commisfarisfen tot het Work der Rivieren en , Dyken, hebben, met betrekking tot het fteeken van ' Hulpgaten in de Binnen- en Buiten-Dyken van de " Landen van Heusden , Altena en Zuidhollandfche > Polder > in geval van Doorbraak van Dyken en Over" ftrooming, en hunne deswegens gebonden conferen" tiën met de Dyk-Collegiën der daarby geïnteresfeerde l Landen, ter Vergadering het navolgend Rapport gedaan , en daarby overgelegd het Rapport van de Land■ meeters Engelman en Conrad, wegens een te vooren " ten dien einde in loco gedane infpeélie, houdende de * middelen , welke tot verkryging van het bedoeld oogmerk zouden behooren in het werk gefield te worden, 1 met de daarby behoorende Kaart en Profilen, al hetwelk als Bylaage by deeze Refolutie is gevoegd. , Commisfarisfen tot het Werk dêv Rivieren en Dyken, aan Het Committé van het Inlerme» diair Aminiftratif Beftuur va» Holland. Medeburgers ! „ By gelegenheid, dat het voormaalig Provinciaal ft Committé van Holland op den 18. April 1796, het E 5 H ver-  C 74 ) „ vemeiittAran den Infpceletir-Generaal van 's Lands Ri„ vieren Bruntngs, den Contraroileur-Generaal ^ r/ v de Bock, en den Lieutenarit-Colonel-Ingenieur ZJ» G „ Z>*ófo/; welke by Decreet van de Proviüon'eele' „ kepnelentanten van 't Volk van Holland, in dato „ 27. January 1795, mitsgaders by Decreet van het „ L-ommittd van Algemeene Welzyn van Holland, -van „ den 19.tebruary daaraanvolgende, gcauthorifeerd wa„ ren , om alle de ter defenfic gemaakte Coupures en „ Defecten in de Rivier Dyken te herltellen, behaagde " „ dic Vergadering, zekere poinclen, welke door de „ Burgers J. Engelman; K. Goudrtadn en F. Cour ad, „ by dat Rapport waren voorgedragen, om, name„ lyk by voorraad naar middelen m te zien en de nóodige „ maatregukn te nemen, om de Landen van Heusden en „ sjttena t'igevalle van noodlottige- Doorbraken of ook „ van Anificiecle Lmndaticn , zoo fpoedig mogelyk en „ dus met de .minfie fchaden voor de Ingezetenen'van bet „ overtollige IVater te ontlosten, nader te ftellen in han„ den van den Infpecteur-Gencraal van 'sLands Rivie„ ren, Bnmings, ten einde dezelve poincten nader te „ exaïrabeomn en met de Dyk-Collegiën van de Landen „ van i lensden en Altena, deswegens de mecstgefchiktfte maatregukn te beraamen, op dat dezelve voorts * door ent Committé geapprobeerd zynde, zouden kun., nen worden werkheilig gemaakt, en daardoor in ras }, yan noodlottige en onverhoopte overdroomingen , de „ Ingezetenen van die Landen , fpoediger als in 1705 „ plaats heeft kunnen hebben, van het overtollig Water zoude kunnen worden ontlast. „ Het onderzoek deezer delicate zaak wierd weldra „ op order van den gemelde Infpeeteur-Generaal ver„ richt, dan, daar het Rapport door de meenigvuldige „ andere Rivierwerken , zoo fpoedig , als men ge,, wenscht had, niet in gereedheid zyn konde, behaagde „ hethetvoormar.bgProvinciaal Committé van Holland, „ by Refolutie van den 25. Oftober 1. 1. ,*'gemelden In„ fpeeteur te quahficeeren, om, ingevalle 'er geduuren„ de dit Winterlsifoen eenige noodlottige doorbraaken „ onverhoopt mogten plaats hebben, om in dat geval, „ met voorkennis van het Dyk-Collegie, onder welker  ( 75 ) „Jurisdictie maatregukn tot ontlasting zouden moeten „ genomen worden, dezelve dadelyk te doen uitvoe„ ren, om de aftapping van liet "Water daardoor te be„ vorderen: en door deeze qtialificatie zorgde gemeld „ Committd, zoo veel mogelyk, voor alle'onvoorzie„ ne toevallen van dien aart. „ In het laatst van December van het afgeloopene „ Jaar, was het voorfz. Rapport van den lnfpeóteur„ Generaal Bruriings in gereedheid, met eene daartoe „ behoorende Kaart, waarop alk de plaatfen tot ont„ la'sting van het Water best gelchikt zyn aangetoond, „ cn de profil-tekeningen der te flecken hulpgaten, in„ gevalle van nood, zyn bygevoegd; ei) dadelyk, na „ examen van dat Rapport, vonden Uwe Commisfarisfen „ tot het Werk der Rivieren en Dyken het raadzaam, p om met Dykgraaf en Heemraden van den hoogeu „ Maasdyk van Stad en Lande van Heusden, die van den Oud-Ue-usdcnfchen Zcedyk, hel Öude etf Nieu,,.we Land van Altena, den Dusfenfchen Zeedyk, en ,, van den Nieuwen Zuid-Hóllandfcheri Polder,~als *lle by deeze zaak geïnteresferd in conferentie te treeden, „ ten einde aan dezelve, openteksgen: i°. „ Het gevoelen van den In Ipecleur-Generaalen an~ „ dere deskundigen omtrent de wyze . van ontlasting „ van het Water, in gevalle van nood. c°. „ IJ.' p:\cperative IVerken, welke, naar dirzelvér „ inzie;?, omtrent de oude Dyken zouden behoor en „ plaats te hebben. 30. „ En mitsdien' te overleggen, welke nadere Amplia„ liën van het Reglement van 30. November 1744. „ noodzakelyk zyn zouden. ,, Omme dezelve vervolgens, even als toen ter tyd ge„ fchied was, onderling geapplanccrd zynde, ter ap„ probatie aan L"]. Vergadering voortedragen. „ Eene demarche, Medeburgers! waardoor, naar het „ inzien' van Commisfarisfen , konde worden vnorge„ komen, dat, ingevalk van noodlottige Overftrooming, „ men niet angstvallig zoude behoeven te zoeken, naar „ plaauen tot Hulpgaten, en men voor geene differente opiniën daaromtrent, veel min voor eenige botzingen „ en onëenigheden tusfehen de differente Dyk-Colle- » giën,  c 7<5 ) „ gicn, waardoor de tyd van hulp en ontlasting veelv tydS nutteloos verlooren gaat, te vreezen zoude heb,5 ben. „ Op deeze conferentie, die den 5. January I. L te „ Andel wierd gehouden, hebben Dykgraaf en Heem„ raden van den hoógen Maasdyk van Stad en de Lan„ den van Heusden en het Oude Land van Altena, en „ de verdere genodigde Gecommitteerden hier boven „ opgenoemd, met den anderen gedelibereerd: i°. „ Hoedanig, en waar ter plaatfe, den ouden „ Binnen-Dyk van de Werkenfche Sluis, by de „ aanfluiting van de nieuwe Dusfenfche Zeedyk» „ als het eerfle en grootfle beletzei, waartegen „ het Water gefluit en opgekeerd wordt, zal „ moeten doorgegraven worden. *°. |„ Hoedanig,waar en hoe groot de Hulpgaten in „ de Buitendyken moeten geftooken worden, om „ op de laagfle plaatfen de grootfle ontlasting in werking te brengen. jj0. „ Wanneer, waar ter plaatfe, en op welk eene „ wyze de Polder-Kadcns, van de boven- en ne„ derwaarts gelegen Landen moeten doorgefloken „ worden, om de daar tusfehen béfloten Watc» teren, zoo fpoedig en tevens zoo laag als mo„ gelyk is te doen aftappen. En4°.w Welke middelen 'er vervolgens in het werk „ gefield behoren te worden, om by den laagst„ moge'yken afloop der Binnenwateren, de Hulp* „ gaten in de buiten Zeedyken met nood-berin„ gingen, tegens de anders zeer ligtelyk inval„ lende Vloeden aftefluiten. „ Ten opzichte van die vier Poinclen, heeft men zich „ geconformeert met het Plan by het gem. Rapport des„ wegens voorgedragen; alleen heeft men begeerd, en „ is deswegens gecpnvsniêert, dat voor de gronden „ van het vierde ' ufp'gat in den Buiten-Dyk, te weten „ in dun iMeuwen Altenafchen Groenendyk , by de 'n Bakkers-kille, door een Zihk-rysbed met Steen zou„ de. gezorgd worden, en daardoor kan men volflrek„ telyk z?ggen, d..t zy b:t gevoelen van den Infpec„ teür-Generaaf, omtrent de wyze van ontlasting van „ het  77 ) • „ het Water, in gevalle van nood, hebben geaggreëerd, „ Wat dc praèparative Werken concerneert , die by „ het gem. Rapport zyn voorgedragen, daaromtrent „ konde de onderfchcidèn Commisfarisfen het nie: eens „ worden, men was wel ten vollen overtuigt van het „ nut derzelver, en men was genegen om dadelyk, con„ form Ihet Plan, de handen aan het werk te liaan , dan „ de kosten die daartoe géimpendeert zouden behooren „ te worden, maakte in deeze het objeét van verfchU; „ en Commisfarisfen hebben, na alle aangewende moei„ ten en het doen van differente Propoiitiën het niet „ verder kunnen brengen, dan dat Dykgraaf en Heem„ raden van den Lande van Heusden hebben aangeno„ men, om het geproponeerde Hulpgat, in den ouden „ Binnen-Dyk , tusfehen de Oude en Nieuwe Landen „ van Dusfen, lang ió Roeden, en op de Kaart gete„ kend N°. 3., in dier voegen te doen uitgraven en „ den Dyk aldaar opteruimen , dat het veidere gcdeel„ te, 't geen by wyze van eene Kade aan de buitenzy„ de zoude blyven "zitten, immers by hooge overllroo„ ming geen Water zal keeren, en des noods, met ge„ ringe moeite zal opgeruimd kunnen worden, zoo dat „ het Water als het waare dadelyk uit het beneden „ Land van Heusden, en Oude Land van Dusfen over „ de nieuwe Dusfenfche Polder, het verè'ischte door„ fchot zal hebben, even en diervoegen, als het Wa„ ter door de Hulpgaten N°. 5. en 6. in den Ouden „' Binnendyk, ten tyde der Ysgang in 1796 gegraven, „ en welke zedert dien tyd open zyn blyven leggen, van de Landen van Oud-AJtena, over de Nieuwe Lan„ den van Altena, de noodige doorfchot heeft, en dat gemelde Dykgraaf en Heemraden van den hoogen J Maasdyk 'sLands van Heusden, als voor de verdere „ kosten niet gelast zynde, ook daarin niet verder hebben kunnen concurreeren, fchoon uwe Commisfarisfen hoopen, dat door nadere onderling te houden conferentiën, en ht maken van arrangementen, met de belanghebbende Dorpen, welke niet in de gewoone Dyksïasten contribuëeren, deeze zaak nog wel te vinden zal zyn. n Wat pu het Rreglement van 30. Nov. 1744 betreft, „ het-  C 78 ) „ hetzelve zoude, naar gedagten van Commisfarisfen „ behooren geampliè'ert tc worden, nier het onderling „ geconfenteerde, zoo ten opzichte van het fteeken der „ Hulpgaten, als ten opzichte van het préparatoire „ werk deswegens cafu guo te doen, terwyl het 5. Art. „ in diervoegen zoude behooren gealtereert te worden, „ dat 'er bepaald wierd, dat de Buitendien van de „ Niemve Altenafche Polder terjlond zouden gefloten wor„' den, wanneer het Water tot Boez.emkaden)ioogte zoude „ zyn afgeloopen; en de Dusfen fche of Zuid hollandfche „ Polder, wanneer het Water aldaar tot Maaivëlds hoogte „ zal zyn gezakt. „ En hier mede meene'n Commisfarsïen aan UI. be„ geerte en hunne verplichting ten deeze te hebben „ voldaan , niet twyffelende of hun gedrag zal door „ Uwe 'Vergadering worden gcapprobèert, en voorts „ het hier by gevoegde Rapport der Landmeeters, niet „ de daarin by voorfz. conferentiën gemaakte, en hier „ voorverhaalde veranderingen gefanétiöneerd , en het „ Reglement van 30. November 1744 daarmede geam„ pïiëert, ten einde voortaan te ftrekken tot een richt* „ ffiocr, waarnaar men "zich , ingeval van doorbraken, „ zal reguleeren." (getekend) C. J. van BRAKEL. J. D. HUICHELBOS van LIE'nDER. J. F. LEEMANS. In elen Haage den 2. February 1798. Het 4de Jaar der Bataaffche Vryheid. „ Waarop gedelibereerd zynde, is het verrigte van voorfz. Commisfarisfen volkomen geapprobeerd ; en „ is voorts goedgevonden de gemaakte fchikkingen, „ omtrent het voorzien van het, ingeval van nood, te „ fteeken Hulpgat in den Nieuwen Ahenafchcn Groe„ nendyk, by de Bakkers Kil, met een Zink-rysbed „ met Steen; gclyk voorts mede het geheele Rapport „ der Landmeeters te aggreëeren: en mitsdien het 5. „ Articul van het Reglement van 30. November 1744 „ zoo-  C 79 ) ,, zoodanig te altexeeren, dat als nu word bepaalt, dat „ de gaten in de Euilendyken van den nieuwen Alfehafche» „ Polder, ierflond zullen gefloten worden , wanneer het „ Water in de oude Landen tot Boezesnkadein hoogte zal „ zyn afgeïoopen, en dat de gaten in de Dyken van den „ Zuidhollandfchen Polder, zullen moeten gefloten worden, „ wanneer het Water tot Maaivelds hoogte zal zyn gezakt. „ Omme voortaan te ftrekken tot een vaste regul, waar„ naar de Dyk-Collegié'n zich, ingeval van nood, re„ fpcdivelyk zullen moeten gedragen. „ Wordende de gemelde Dyk-Collegiën voorts aan„ gemaand, omme met den anderen nader te couierec„ ren, en de noodige overeenkomst te treilen omtrent „ de praeparatoirc werken, by voorfz. Rapport der „ Landmeeters voorgeflagen, als vyaarby alle Ingezete„ nen en Ingelanden het grootfte belang hebben. „ -En is eindelyk gerefolveert, dat deeze Refolutie, „ met infertie van het Rapport van Commisfarisfen, „ benevens het voorfz» Rapport van de Landmeeters „ Engelman en Conrad, en de daarby behoorende Kaart „ en Profilen, alsmede het Reglement van den ^,0. No„ vember 1744 ziülen worden gedrukt en daarvan een „ Exemplaar zal worden gezonden aan den Ini'peeteur„ Generaal Brnnings, zoo tot naricht, als met autho„ rifatie, om voorfz. Kaart en Prolilen te doen gravee„ ren en drukken, en voorts nader optegeven de kos„ ten, welke de voorgefteldc verbetering van het Oude „ Maasje, by het flot van het Rapport der Landmee„ ters voorkomende , zoude bedragen; en dat voorts „ gelyke Exemplaaren en Kaarten (zoo dra dezelve ge„ reed zullen zyn) zullen worden gezonden aan Dyk„ graaf en Heemraden van den Hoogen Maasdyk van „ Stad en Lande van Heusden, aan die van de Oud„ Heusdenfche, Drongelfche en Dusfenfche Zeedyken: „ aan die van het Oude en Nieuwe Land van Al„ tena en van den Zuid-Hollandfchen Polder, omme „ in de Archiven van elk der voorfz. Collegiên be„ waard, en daarvan in tyd van nood het noodig ge„ bruik gemaakt te worden." Accordeert met voorfz. Regis:ei-. J. F. LEEMANS.  ( ** ) ExtraSt uit het Register der Re~ folutïên van Gecommitteerde Raaden van de Staat en van Holland en West-Friesland. Den 30, November 1744. „ De Heeren Hop en Doom, Haar Ed. Mog. Mede" „ broederen in Raaden, als Commisfarisfen, hebben ge* „ rapporteert, dat zy Heeren Commisfarisfen , ingevof „ ge en tot voldoeninge van Haar Ed. Mog. Refolutie „ Commisforiaal, hebbende geexamineert de Requeste „ van Dykgraven en Heemraden van den grooten Waard „ van Zuid-Holland, en van den Nieuwen Althenafche „ Polder, mitsgaders van de Gecommitteerden van den „ Zuid-Hollandfchen Polder noodig hebben gevonden . „ om op de voorfz. Requeste te ordonneeren een Com„ paritie van de refpeftive geïnteresfeerde partyen, ten „ fine van accord, en dat op die Comparitie voor wel„ gemelde Heeren Commisfarisfen, op den 26. deezer „ zynde gecompareerd , de Subftituut Dykgraaven, mits„ gaders Heemraden en Penningmeester van het Land „ van Heusden, en van de Lande van Oud Altena ter „ eenre, en Dykgraaf en Heemraden van de nieuwe Al„ tenafche Polder, mitsgaders de Gecommitteerdens van „ den Zuid*Hollandfchen Polder ter andere zyde; de „ gemelde Partyën door tusfehenfpreeken van weigemel„ de Heeren Commisfarisfen, met de?>anderen hebben „ geformeert het hier navolgendeprovilioneel Reglement, „ raakende het fteeken of graven van Hulpgaten in cus „ van Nood en Inundatie.  ( 81 ) Prmftoneei REGLEMENT en ORDRE, door intercesfie van de Ed. Mog. Heeren Hop en Doom , ah Commisfarisfen uit de Edel Mog. Heeren Gecommitteerde Raaden van de Staat en van Holland en WestEriesland, beraamt eu vastgefteld, tusfehen de Dykgraaven en Heemraden van het Land van Heusden, en van den Lande van Oud Altena ter eenre; en Dykgraaf en Heemraden van den Nieuwen Altenafchen Polder, mitsgaders de Gecommitteerden van den Zuid-Hollandfchen Polder ter andere zyde, raakende het Steeken of Graven van Hulpgaten in cas van nood en inundatie. Art. t. .„ Tiet zal aan den Dykgraaf en Heemraaden van den B Lande van Heusden, mitsgaders aan den Dykgraaf en Heemraaden van den voorfz. Lande van Oud Altena, by continuatie iyn en blyven gepermitteerd, om in de Buiten-Dyken van den nieuwen Altenafchen, en ook „ va^i den Zuid-Hollandfchen Polder te mogen Heeken ' of graven de nodige Hulpgaten, ter ontlastinge van „ haar overtollige Wateren, doch niet anders als ten 'n tyde, en op de wyze hier navolgende. 2. „ Ecrftelyk dat die Steeking of Graving der voorfz. „ Hulpgaten niet anders zal mogen gefchieden, als by „ inundatie of in nood. 3- „ Ten tweeden, dat die Steeking of Graving ook niet „ anders zal mogen gefchieden, dan na dat daartoe ver„ zoek gedaan, ten minden fc hriftelyk of door een legaal 4, Perl'oon kennis gegeven zal zyn, aan het naast praefent F „ zyn-  C 8a ) „ Zynde Lid van dat Collegie, in welkers Dyk de ftee„ king of graving gefchieden zal, en dan nog niet an„ ders, als onder de directie en maniantie van dat Col„ legie, of van de beheerders van die Polder, in welkers „ Dyk de Graving of Steeking der Hulpgat of Hulpga„ ten gefchieden zal, wanneer namentlyk de beheerders „ van die Polders in loco zullen zyn prefent, en binnen „ 24 uuren, na dat aan haar verzoek tot de voorfz. gra„ ving en doorfteeking zal wezen gedaan, niet zullen „ hebben zorg gedragen dat die Steeking en Graving der „ Hulpgaaten gefchiede, in dat geval, zullen de Dyk„ graaf en Heemraden van het Land van Heusden, nrïts„ gaders van het Oude Land van Altena bevoegd zyn, „ om de voorfz* noodige Hulpgaten zelf te doen „ fteeken. w * - v ï ' : 4' ' . „ Dat die geene, op wiens verzoek of ten wiens be- „ hoeve invoege voorfz. een of meer Hulpgat of Hulp- „ gaaten in de voorfz. Dyk of Dyken zal of zullen we- „ zen geftooken. of gegraven, gehouden.zullen zyn de „ kosten op de voorfz. doorfteeking en doorgraving ge- „ vallen, zonder eenige vertraaging promptefyk te draa- j, gen endetc betaalen. „ Dat mede de zoodanige ten wiens behoeve of vcr„ zoeke, de voorfz. doorfteeking of graving zal zyn ge„ fchied, zullen moeten bezorgen en efiècïuëeren, ddi „ ten fpoedlgfle 'en'zoo ras de Wateren van' de Landen ge'„ weeken cfgelopen zyn (*), dc geftooke óf gegravc Hulp„ gat of Hulpgaten, het zy dezelve uitbraaken gewor„ den, ofte tot Gro~ duiten zoude mogen zvn gevallen, y) behoorlyk werden bevangen met een bekraging, zoo „ die noodig werd geoordeelt en voorts naar behooren „ herdykt, zonder het een of het ander van het gunt „ voorfz. is, temogen Iaatén leggen, des dat zulks zal „ moeten gefchieden na voorgaande communicatie der Be- Cd) Het in dit Articul Curfyf gedrukte is hy de Refolutie gealtereert.  ' ( 83 9 l Beftekken aan de beheerders van dezelve Polders, iti welkers Dyk de (leeking of graving zal zyn gefchied, ,* welke beheerders het zy zelfs", 't zy door een Opziender, het oog zullen mogen houden, of de Beftekken ,-, wel worden geëxecuteerd, en verder na de voltrekking van het werk over het zelve doen de Schouw en Be- „ keuring, in cas het zelve niet na behooren mogt zyn „ gemaakt. :i , ■ , _ 6. ,, En in cas die geenen, op wiens verzoek, of ten „ wiens behoeve de voorfz. Steeking of Graving zoude „ mogen zyn gefchied, in gebrceke mogten blyven, om dezelve invoegen voorfz. wederom te herlrellen; in „ dat geval zullen de beheerders van de Polder, in wcl,, kers Dyk de Steeking of Graving zal zyn gefchied,, bevoegd zyn , om ten minften kosten de bekraging of „ bevanging der geftooke of gcgrave gaten te mogen „ laten doen, tot kosten van de gebreekige', na dat zy de gebreekige bevoorens zullen hebben geinfinuëert, ,, ten einde dezelve als nog binnen veertien dagen invoe- ge voorfz. het Werk zelfs na behooren doen opmaken, ,, en dje tyd overftreeken zynde, zullen dc voorfz. Be,, heerders van de voorfz. Polders gequalificeerd zyn, de ,, herdyking der geftooke of gegrave gat of gaten tot „ kosten van de nalatige te mogen belteeden, en het „ beloop van dien met de deswegens gevalle kosten van ,, haar'gebreekige intevorderen, na de gemeene Dyk„ regten. '.■&l»;ro(. ,\hn-: •• :.".Ojj/\ ,, Dat in het voorfz. geval de Aarde tot het Werk ,, noodig, zal worden gehaalt buiten voor binnen, daar „ dezelve Aarde met de minfte fchade te bekomen zal „ zyn. „ Aldus het bovenftaande tusfehen de Ondergefchree ven geconveniëert en overëengekomen , op approbatie „ van de refpective Ingelanden van ieder Dillrict, aan „ dewelke hetzelve by de eerfte te doene gemeene Lands Ileekening ter approbatie zal worden gebragt, en in ' F 2 j, ca«  C 84 ) „ cas van disapprobatie, zullen de differenten, tusfehen „ de voorfz. refpetfive Cöllegien oneftaan, beflist wer„ den, door de Ed. Mog, Heeren Gecommitteerde, s, Raaden; „ Hage den 28. November 1744. (en was geteekent) „ wegens het Dyk-Collegie van 't Land van Heusden, „ IV. C. v. Caem, Subftitnut Dykgraaf, G. d. Bock, „ als Heemraad, P. Verhagen, als H««mra*d, A. „ Criellaart, Penningmeester; wegens het Dyk-Colle„ gie van den Nieuwen Altenafchen Polder, T. Hane„ does, Dykgraaf van 't Nieuwe Land van Altena, M. „ v: Barnevelt, als Heemraad, J. Wevelinkhoven, als „ Heemraad, wegens het Dyk-Collegie van het Oude „ Land van Altena, Adriaan Hanedoes, Subftit. Dyk,, graaf, W. d. Frve, als Heemraad, J. v. As, als „ Heemraad, en wegens den Zuidhollandfchen Polder, „ M. v. Barnevelt, als Gecommitteerde, J. Wevelincho,, ven , als Penningmeester. ., Waarop gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, welgemelde Heeren Commisfarisfen voor ,, haar genomene moeite te bedanken, mitsgaders om *, de voornoemde refpeftive Dyk-Collegiën te ordon„ neeren, gelyk dezelve geordonneerd 1 werden door ,, deeze, om henlieden refpeftivelyk by Provifie en tot „ nader order, na het voorfz. Reglement te reguleeren. „ En zal extract deezes aan de voorfz. refpeftive Col», legiën gegeven werden tot hun naricht." Accordeert met voorfz. Register.. J. F. LEEMANS.  RAPPORT van een InfpeStie in dt Landen van Hemden, Dusfen en Althena, nopens de Middehn, dewelke by Doorbraaken van den Hoogen Maasdyk, en de daaruit voortvloeijende Overftroomiiïg dier Landen behoorde gebezigd te worden , ten einde dezelve Landen tegen de gevaarfyke hoogte der Overftrooming zoo veel mogelyk te hevryden, en tevens om de laager gezakte Wateren met den meesten fpoed van dezelve aftetappen. — Gedaan op Last van den Infpe&eur Generaal van 's Lands Rivieren C. Brunings, door de Landmeeters hy het Werk der Rivieren J. Engelman en Fk. W. Conrad in de» jaare 1796. Veel Geacht Medeburger ! „ Het is te welbekend tot welk eenegevaarlyke hoog„ te de Landen van Heusden , Dusfen en Althena, door „ de Dykbraaken by Hedickhuifen in de Jaaren 1740., „ en voornaamlyk in 1795. zyn geïnundeerd geworden; „ ook is het te wel bekend, hoe gebrekkig ea onvol„ doende de middelen geweest zyn, dewelke men ter „ algemeene ontlasting van het Water in het werk ge„ fteld heeft, dan dat wy hiervan aan UEd. een omftan„ dig Bericht zouden behoeven te geven. „ Dit zy inmiddels genoeg dat het Provinciaal Com„ mitté van Holland hiervan overtuigd, by Refolutie „ van 18. April 1796. op uwe propofitie goedgevonden „ heert, om deeze alleszins gewichtige zaak nader te. „ laten onderzoeken, om namclyk, by voorraad naar „ middelen om te zien, en daartoe de noodige maatregu„ len te beraamen, om gemelde Landen ingevallen van Doorbraaken; of ook van artificiëele Inundatiën zoo F 3 >, fpoe-  C 86 ) „ fpoedig mogelyk, en-dus met de minde fchaden vooi „ de Béwooners dier Landftreekeii, van het Water te p ontlasten. „ Dit onderzoek kan met eene juiste zekerheid gedaan „ worden , door dien men by de afftapping deezer over„ droomde Landen in April en Mcy van 1795. de ge3, legenheid, de natuurlyke gedeldheid en legging van }i de hooge en laage Gronden , als ook de Radens, Dy„ ken, enz., heeft kunnen onderzoeken en leeren kcn„ nen, en daarop nauwkeurig reguard heeft geilagen, n RH waarop ook de hoofdzaakelyke omfchryying deezer „ fitu'atiën, met de voor te flaane bewerkdellingen by „ volgende Doorbraaken gegrond zyn. „ Wy zullen om dit onderwerp met d£ verëischte „ duidelykheid te behandelen, de volgende order hou- den. „ In de eerde plaats zullen wy de middelen befchry„ ven, dewelke in den Jaare 1795. tot ontlasting der „ Hooge Overdrooming in werking gebragt waren: en „ ook die verders uitgevoerd zyn, om de lagere gevallen „ Wateren binnen de Dyken en Radens ingefloten , zoo „ veel mogelyk te doen aftappen : en vervolgens daar „ uit de gebrceken afleiden, dewelke 'er als toen in bei.p derieie gevallen hebben plaats gehad. „ Ten tweeden, zal dit ons brengen tot het onderzoek „ en daaruit volgende opgaven van alle zoodanige Con„ cepten, dewelke tot het voorfchreeven einde volgens „ onze gedachten vooraf behoorden bewerkftelligd, en i, by gevallen Doorbraak zonder uitftel ook dadelyk ter „ uitvoer moeten gebragt worden. m Eindelyk ten derden, zullen wy eene Calculatie „ van de naast beraamde kosten opgeven, dewelke het 3, maaken der noodige preparatiën zullen komen te be„ dragen. „ Edoch alvoorens wy tot het behandelen der zaak „ zelve overgaan, nemen wyde vryheid, om UEd. hier „ by overtegeven, een Kaart van de Landen van Al„ thena en den nieuwen Dusfenfche of Zuid-Holland„ fche Polder, met derzelver aangrenzende Buitenlanden „ en aanpaalende Rivieren, in alle derzelver bvzondcr^ heden, tot het voorhebbend oogmerk gefchikt; door ' - - ' ., ons.  ( 87 ) „ ons met alle nauwkeurigheid in den Zomer van 1796. „ opgcmeeten; zulk een Kaart is doch een der v or„ naamfte verëischten, om met eenige duidelykheid aan „ het gebuteerde oogmerk te voldoen, en op denzelve „ het Terrein met de veelvuldige en verfchillende leg„ gingen der Dyken , Kadens en de onderfcheiden Con„ cepten met de Waterloozingen aantewyzen; zonder „ welke alle andere elucidatiën te duister zouden bly„ ven, om over dit belangryk onderwerp gegrond te „ kunnen oordeeleu. EERSTE HOOFDSTUK. Over de Middelen dewelke in 1795. tot ontlasting der Inundatie zyn aangewend geworden; en de gebreken van dien ömfchreeven. — ,, Toen op den 18. February 1795. de Maasdyk by ,, Hedickhuyfen, op drie onderfcheiden plaatfen, en by „ Ryswyk op éénc plaats, by de buitengewoone Wa„ tershoogte van 19! voeten aan het Peil te Heusden „ doorgebroken was , wierden de Landen van Heusden, „ Dusfen en Althena daar door op eene ontzettende wy,, ze overftroomt. Het Water door de drie eerstgemelde „ Doorbraakcn in het Bovenland van Heusden inftorten„ de, ontlastte zich wederom voor een groot gedeelte door de in het najaar van 1794. tot de defenfie gemaak„ te Coupure in den Dyk by het Fort Doveren, en wy- ders nog door drie Doorbraakcn, door het afkomend ,, Water zelve veroorzaakt; waarvan 'er twee gevallen „ waren in den Dyk aan de Elshoutfche Stoep, en één beneden den Overlaat onder Drunen. „ Deeze Ontlastingen, gedeeltclyk door de Natuur B, zelve geëffectueerd, brachten het water op de Lang„ ftraatfehe Buitenlanden en op het Oude Maasje; een ,, weg, langs welke het zonder merkelyke fchade te „ doen, op het Bergfche Veld geloosd zoude zyn ge„ worden, waare het niet, dat het afftroomend Water en Ysfchollen, gecombineerd met het Water en Ys, F 4 „ da t  C 8§ 3 „ dat van het Bosfche Veld door den Overlaat herwaard* „ toegevoerd wïerd, door het menigvuldig Yi, het. ,1 welke zich allerwegen als Ysbanken tegen de Waaï», wykfche, Haagoortfche en andere Dwarskadehs had vastgezet;, waar door die Vloeiftof in deszelfs afloop „ dermaaten gefluit en opgeftopt wierd, dat daar door. „ eene ongemeene grootte Waterftorting over den Dyk *» van beneden Doveren tot Haagoort naar binnen ge„ fchiede, was verhinderd geworden: dit niet alleen,. n maar ook de uitgebreide Waterftorting, die 'er over,. en door de gebrooken gaten, by Doveren en Hees„ been, in den Pruimendyk van Doveren tot aan den „ hoogen Maasdyk plaats had, en daarby het Water, „ dat door d'e Doorbraak te Ryswyg de Landen in„ ftroomde, veroorzaakte, dat deeze gelykelyk werken., de Waterftortingen binnen weinig tyds de Landen van „ Heusden (beneden den Pruimendyk; cn voorts deLan„ den van Dusfen en Althena tot eene ontzettende hoe er„ te overftroomden. — „ Deeze invallende Wateren zakten voort? volgens het „ natuurlyk verhang der gronden, naar Meeuwen, Dtrs„ fen, Almkerk, de Werken en Sleeuwvk; en ontlaste' „ zich aldaar vooreen aanmerkelyk gedeelte door de vol5, gende openingen, namelyk: „ Te Sleeuwyk, brak de gefloten Coupure, die al'-" „ daar omtrent 70 roeden ten Oosten van d'e Kerk , ter „ defenfie in den Dyk gemaakt was, wegens den aan-' „ drang van het binnen Water door; enser ftorte veel' „ water door dezelve in de Menvede. „ Ook waren de twee ter defenfie gemaakte Coupures-' „ in den Uppelfchen Dyk, omtrent 350 Roeden ten Zui„ den van Werkendam, tot dat oogmerk zeer gefchikt: „. door dezelve ftorte veel Water uit de Rannc van de „ Werken op de Vervoeren Polder; her welk vèrvoj„ gens door de geftoken gaten in de Vervoorerifche Kade „ op de Bakkers Kille uitloosde. — „ Wyders gefchiedc 'er nog groote ontlastingen door' „ den Ouden Brnnehdyk, van den Nieuwen Althenafchen „ Schinkeldyk by de Werkënfche Sluis, tot by d'e aan-' „ fluiting van de Nieuwe Dusfenfche Zeedyk, door de n volgende groote en kleinere Sl'uïfen, als namelyk: „ i°. Docht  f ?9 > w i". 'Door de Werkënfche Sluis. „ 20. Door de Sleeuwykfche - Sluis. „ 30. Door de Sluis van de Zeven-Bannen.- „ 4». Door de Sluis van de Oude Dooren. „ 5°. Door de Almfluis. „ 6". Door de Kornfche of de Sluis van de Vier„ bannen. „ Vervolgens van den Nieuwen Dusfenfche Zeedyk. en Öostwaards op, werkte aldaar door den Dyk, ter ^' ondastirig nog de volgende Sluizen, te weeten: „ i°. De Dusfenfche Sluis. „ 29. De Meeuwenfche Sluis. „ De verdere Sluifen bovenwaards, (dat wy in het voorbygaan aanmerken) als namelyk het Rood Sluisje, H de Broèkfche, Etenfche, Genderfche, Doverfchcr en l. Oud Heusdenfche Sluifen, konden als bevorens ge^„ meld, wegens de hoogte der Buiten Wateren niet uit" lozen; en eenige derzelve geraakten eerst lange daarna " in werking, wanneer dc Buitenvetden voorliet grootst " gedeelte van het Ys en Water ontlast waren. " , Dan alle deeze Voorbefchrceven Openingen in ge„ melde Dyken, zoo door de Sluifen, als door de ge" noemde gaten, waren op verre na niet voldoende, om " den coniiderabelen toevloed Waters te kunnen ontlas" ten : — En de Binnendyk van Werkendam langs " Almkerk tot de aanfluiting van den nieuwen Dustcn" fchen Zeedyk (omtrent aoo Roece 1 Westwaards van " de Dusfenfche Sluis) was by deeze Overftroomiug * zoo niet het eenige , ten miiifleti het grootfle belet" zei, dat het water geene geregelde aftogt na den Bui" ten-Zecdyk van de nieuwe Landen van Dusfen en " Althena konde hebben. —- En even dit ook in beiT, derlei opzichten zeer wei begreepen zynde, by de ouF 5 » der-  ( 9° ) „ derrcheWenDyk-Collcgiën,, zoowaren zyookin hunne h dericheidene Diftrieten yverig bezig, met deezen Bin! „ nendyk te doorgraven, om met het afkomend Water „ cenen runnen doortogt te geven. „ Daartoe begon men de volgende gaten te graven; „ Als namelyk: „ Drie in den Ouden Binnendyk op de Werkënfche „ Gronden, als circa 80 Roeden Westwaards en . „ nog twee ten Westen van de Sieeuwykfche Sluis. — r> Ec" d« deeze „ vast beklonken Dyken, door eene zwaare Vorst ver„ Iteend, op de eene plaats met de uiterfle moeite en „ zwaaren arbeid nauwclyks breekbaar konde gemaakt „ worden, daar het op de m.este andere plaatfen ge- „ heel  t 91 ) heel on'niöbglyk was , orri eenige opening in deeze Dyken te kiïri'nén manken: en aan den anderen kant, " wierd men door den fchiclykc toevloed Waters yllings ]] overrompeld, zoodanig, dat binnen weinig tyds het Water over deeze Dyken norte, waardoor men het '\ graven deezer Gaten al zeer fpoedig moest fta- „ ken. — ,, Door deeze bevéórens gemelde Sluizen en Gaten, en over den befebreven Binnendyk, baande zich het "■ afkomend Water den Weg naar de Zuid-dlollandfcheof Nieuwe Dusfenfche, Altenafche en Vervoorcnfche Polders. —• En om wyders hetzelve van daar ook naar huiten te doen lozen, geraakte daartoe de volgende Sluifen 11 aan het Werken. — • „ Als namelyk: i°. „ De Peereboomfche Sluis, 20. „ De Hiilegatfche Sluis. 30. „ De Yicrbanfche Sluis. 40. „ De Emmikhovenfche Sluis. 50. „ De Almfluis. ^ ■ , tn rr , ei ci • genaamt de drie- 6°. „ De Zevcnbanfche Sluis. | ö Sluizen. 70. „ De Sluis van de. Werken.J „ Vervolgens werden 'er in de Buiten-Zeedyken ge"„ graven de volgende Hulpgaten. — ' „ Te weten, in de Nieuwen Dusfenfchen Zeedyk. i°. „ Een gat by en ten Oosten van de Plunenfteeg. 5°. „ Een gat by de Roode Wiel, 225 Roeden ten „ Westen de Peereboomfche Sluis. 3°. „ Een  C 9* ) $9. „ Een gat circa 150 Roeden ten Zuiden in de „ Hiilegatfche en Vierbanfche Sluizen. ' „ In oen Nieuwen Altenafchen Zeedyk. 4Q- „ Een gat in den Regten Dyk, tusfehen de 3 Slui„ zen en de Bakkers-Kille, circa 110 Roeden van „ den hoek by de aanfluiting der Kade van de „ Karnemelks-Polder. 5°. „ Een gat by de aanfluiting van de voornoemde " „ , m de andere zvvaai der °yk, omtrent 10 „ koeden Noordwaards van den hoek. — 6°- » Een gat in den Groenen Dyk, zeer na 160 i, koeden, ten Zuiden de aanfluiting van de Ver„ vooren Kade. — ,, In de Vervoorenfche Polder-Kade. 7°. „ Een gat by de aanfluiting deezer Kade aan de „ Altheuafche Groenen- of Schenkeldyk. 8°. „ Einclelyk nog een gat in deeze Kade, omtrent „ 270 Roeden ten Westen vaa het laatstge„ noemae. 0 „ Na deeze korte ontwikkeling, doch algemeene om „ lchryving van de wyze, hoedanig 'er gewerkt is ge„ worden , om zich fpoedig van de gevaarlyké hoog„ te der ingebroken Wateren te ontlasten; zullen wy „ vorders de gebreken daarvan moeten aantoonen. „ Het eerfte gebrek belfond hoofdzaaklyk hierin, dat „ de Hulpgaten 111 den Binnendyk, onder Dusfen by „ de Kalverfleeg, en by de Peereboom, ten Noorden „ de Oude Doorenfche Sluis, en ook ten Westen de „ Sleeuwykfche Sluis, niet tot de vercischte diepte en „ grootte konden worden gegraven; en devvyl het Wa„ ter op verre na niet door de Sluizen verzwolgen kon„ de worden, en hierdooi in deszelfs natuurlyken af- „ loop  C 93 ) „ loop ge (luit zynde, zoo zwol hetzelve dermaten op , „ dat het Water tot 3, 4 en 5 voeten over deezen Bin,] ncndyk droomde. Deeze Waters hoogte werd voor „ de Bewooners dier Landen zeer gevaarlyk; en vee„ len zoo aan de Dyken als op de hooge gronden on„ der Almkerk, Uitwyk, Dusl'en en Meeuwen, en el„ ders meer in de Binnen-Velden wierden in zeer kom„ merlyke omftandigheden gebragt, van in deezen Wa„ tersnood met al hun Vee te zullen omkomen. „ Het tweede gebrek was, dat men iri den buiten „ Zeedyk te veel Hulpgaten had gegraven, zonder op de juiste plaatfen bedagt te zyn , alwaar men ten „ fpoedigfte het meeste Water had hunnen kwyt wor„ den. „ Dit laatfte flcchts door ééirvoorbeeld optehdderen, „ z'al, vertrouwen wy, genoeg zyn. Had men'namelyk, in plaats van de 3 Hulpgaten, „hier boven onder N°. 4., 5. en 8. opgegeven, „ Hechts dén gat gegraven in den uitwendigen bogt van ]] den Groenen-Dyk, agter het Kribje, zoo zoude al- leen dit gat ouvergelykelyk beter geweest zyn, om „ de hooge Water-Colom aan de binnenzyde deezer „ Zeedyk tot omtrent aan de binnenkruin aangewasfen \\ (zonder over de hooge Voorlanden te moeten) direct " in de Bakkers-Kille hebben kunnen ftorten 5 zoo was "'dit voor het hoogde Water, voornaamlyk by Ebbe £ niet alleen de voordeeligde ontlasting geweest, om 1 eene groote quantiteit Water zeer fpoedig te doen lozen : maar was ook uitneemend voordeelig geweest, ' om de laagere gezakte Wateren van de Binnen-Lan" den te doen afoopen , terwyl de andere genoemde w Gaten, wegens de hooge Voorgronden buiten wer" king geraakt waren, toen 'er nog 5, 6, 7 en 8 voe\\ ten Water op de Binnen-Velden in het Nieuwe Land van Althena ter deezer plaats gevonden wierden. ' „ De verdere verfchilien en gebreken, dewelke by „ het fteeken der laatstgenoemde .en andere Hulpgaten „ hebben plaats gehad, zyn ons niet alleen ten vollen „ bekend, en het geen wy 'er van wejten, gaan wy » op-  C 94 3 h eP*S8^yJï met ftilzwygen voorby, terwyl hetzelve „ van geen nuttig of leerzaam gebruik by dergelyke „ volgende ongelegenheden meer zyn kan 5 en het zoude .„ ons ook daarenboven te verre van het, door ons bett 99m wordende oogmerk, afleiden.-. ,, f Iet zal intuslehen, zoo wy vertrouwen, genoeg ,, zyn, tiat wy hiermede de hoofd gebreken der plaats ,,-gehaa bebaende ontlastingen, hebben doen zien, zoo „ in de Binnen- als Buitcn-Dyktn; en dat moet ons van „ zelve leiden, om daartegen de middelen van redres 53 optfgevèn-,1 om aan liet • verwagt Wordende oogmerk „ te beantwoorden. 2 Dan alvoorens wy daartoe overgaan , moeten wy „ nog aantoonen de verdere gebreken en hindernisfen, j, dewelke er by het aftappen en uitmaalen der laa°ere „■ gezakte Wateren hebben plaats gehad. „De voornoemde Landen van Heusden, Dusfen en „ Althena, op den 18. February 1795, als geme'd „ overdroomd rakende, bleven dezelve Landen, deels „ door de aanhoudende flrenge Winter, en deels daarna „ d »or dé hooge Rivier-Wateren, uit dc Maas, door „ de openleggende Dykbreukcn, voornaamlyk van half „ Maart tot aan het begin van April, door aanhouden„ de niéuwe inkortingen van het afkomend Oppcrwa„ ter, in een totale overiTroomde ftaat léggen} tot dat „ emdelyk op den 4. en 9. April, als wanneer de gaten1 „ te Sleeuwyk aan de Merwede , te Ryswyk aan de „ Maas, en voorts te Hedickhuizen en Vlymen aan het „ Vergerend gefloten wierden. „ By het maaken deezer fluitingen in het begin van „ April, was het juist de regte tyd geweest, om de ,, Hulpgaten in dén mcergemelden Binnen-Dvk, tüs„ fchéli Werkendam en Dusfen, en elders, tot de ver,,-eischr. diepte uittegraaven, en by het laager zakken „ der Wateren , de Kadyken en de Boezem-Kauens door„ teileeken , om eene fpoedige aftapping der Wateren te ,, bevorderen. Dir zal elk oplettend Ingezeten , die op „ den gemelden tyd deeze onderwater ftaande Landen „ gekend heeft, moeten toeflemmen; zoo als zulks den » Ondcrgeteekende op den 13.cn bi April, aiswanueer „ de mbraaken- reeds vyf dagen- geilooten waren,- by * 'e „ eene  ( 95 ) „ eene locale Infpeclieook geblceken is, dat het toert „ nog een zeer gefchikten tyd ware geweest, om zulks „ met allen fpoed in werking te brengen, dewyl als toen ,, de oude Landen agter den Binnen-dyk, niet alleen, „ maar ook de nieuwe Landen van Althena en Dusfen „ nog geheel met water overdekt waren, en ten minften „ van de 3. tot de 8 voeten nog onder Honden. „ Dan, hierin waren de Leden van de onderfcheiden „ Dyk-Collegiën, zoo van de Oude als van de Nieuwe „ Landen, het onderling niet eens; en de vcrfchilienue „ belangens werkte hierin tegen eikanderen, om die rede„ nen wierden 'er geene van alle de genoemde middelen „ door hun in het werk gefield; en men liet de aftapping „ der Wateren geheel en alléén op de langwylige wer„ king der Sluizen en den foberen toevoer door lange „ nauwe Kanaalen aankomen; als Hechts alleen vond „ den eerst Ondergetcekende by zyne voorgemelde In,, fpectie, dat de Hulpgatcn in het Oude Land van Dus.„ iën, in den Romengatfche Zeedyk, uitgegraaven en „ verdiept wierden. — Dan deeze konden alleen, en ook „ uit oorzaak der ongefchikte gefteldheid van de hooge „ Buitengronden aldaar, van weinig effect zyn. „ In dien ftaat bleven deeze onderwater ftaande Lan£ den, alléén door de Sluizen uitlozende, zonder naar „ meerder ontlastingen te zoeken, tot op den 21. April „ geheel werkeloos leggen. „ Intusfchen de nieuwe Landen van Dusfen en Al„ thena, het naast aan de fterkfte lozing der Sluizen by „ Ebben leggende, tapte en maalde men dezelve, voor„ naamlyk de Zuid-Hollandfche of Nieuwe Dusfenfche „ Polder, al zeer fpoedig droog. „ 'Er bleef derhalven voor liet Water, ftaande op de „ oude Landen, agter den Binnendyk opgekeerd, gee„ ne andere ontlasting overig, als voor zoo verre zulks „ door de op blaz. 3 befchreven Sluizen in den Binnen„ dyk, en vervolgens door laagè kromme en te nauwe „ Kanaalen konde gefchieden; „ Het water intusfchen op de nieuwe Polders van Dus* „ fen en Althena op den 21. April reeds aanmerkelyk tot „ beueden de gevvoone Vloeden afgetapt en uitgemaalen „ zynde, wierd het noodzaaklyk om de Hulpgaten in dc  de Büitendykèn met nood beringingen tcsen dc Vl-oe„ den te fluiten, zoo werd den eerst ondergeteekende, „ benevens de Burgers C. Wisboom en P. Schram,-dooi „ Commisfarisfen uit het Committé van Algemeen Wel„ zyn van Holland, daartoe gelast en geqüalifieeerd, „ met verdere order om de aftapping der nog overgeblc,, ven Wateren \ op de Binnenlanden, daar zulks moog„ lyk was, met allen fpoed te bevorderen. „ Het eörfte gedeelte deezer last, namelyk om de ^ Hulpgatcn van Werkendam tot aan dc Haag-Oortfche„ Sasdyk, met nood beringingen re fluiten, was bereids „ op den 6. Mey voltrokken, daar'er op den 23. en 24. „ April by Springvloeden 2 en ai voeten Vloed water, „ boven de binnen Wateren opzwellende, door eene in „ haast opgeworpen Kade in het gat aan den Groenen„ dyk nog gelukkig gekeerd wierd. — Onderwyl con„ cipiëerde men een Bellek van de volledige lluitlng der ,, Hulpgaten, waar mede men na de befleeding op den .„ 6. Mey een begin maakte. ,, Tot het tweede gedeelte deezer last, was het voor •„•het grootdo gedeelte te laat, terwvl toen reeds de „ Zuidhollandfche of nieuwe ünsfenfche Polder, vor.rnaamlyk door de voordeelige ligging en daaruit volgende ongemeenc fterke ontlasting van de Peereboonu „ febevSbiis, omtrent geheel droog geworden was, en „ «nen daar allerwegen de Ploeg in het Land begon te „ zetten: — En het nieuwe Land van Althena insgelyks „ ook a;;.n de nabyheid der voordeelige loözing van de ,. buiten Sluizen leggende, waren die Landen ook deels „ door de geftooken Hulpgaten in de Polder - Kadens, „ en deels doarbet u'itflaan der Molens, reeds de groot„ fte quantiteit van het binnen de Polder- Kadens verhouden Water kwyt geraakt: — 'Er bleef derhal ven niet „ anders overig, dewyl men de eenmaal drooggeworden „ Landen, en dat eerstdaags droog ftond tefworden, „ welke Landen den Zomerfchoof nog konden geven, „ niet weder konde onder water zetten; als om de afv tappin j der oude Landen op de volgende wyze in „ werking te brengen. „ In de eerfte plaats, was men met het Dyk-Collegie „ van den nieuwen Dusfenfche Polder, daarin overéén-  C 9? ) gekomen, om van hunnen Molen-boezem, Nathals>, Polder- en Sluizen tot ioozing van de vier Bannen ge„ bfuik tc maaken. „ Daartoe wierden op den 24. April en vervolgens „ drie Hulpgaten van de verëischte grootte en diepte „ door de Schey-Kade tusfehen den boezem van de vier „ Bannen, en den Molen-boezem van den Nieuwen „ Dusfenfchen Polder, in denabyhejdvan de Hiilegatfche „ Sluis gegraaven. „ Hier door bewerkte men dit groote voordeel, daï „ wanneer het Boezemwater in de vier Banfche-boetcm, „ dat by winden door de Molens, en by ftil weêr door" „ de Hulpgaten in gemelde Vier Banfche boezem van de „ Binnenlanden door de Kornfche Sluis en Gantel tot de „ Vier Banfche Sluis aangevoerd wierd, en deeze Sluis ,, door de Vloeden gefloten zynde, en dus niet kun,, nende loozen , zoo ftorte het Water door de voornoem* „ de Hulpgatcn in den nieuwen Dusfenfchen Molen-boe* ,, zem door de Hiilegatfche Sluis , en vervolgde de Wa„ terleiding naar de Nathals -Polder; welke Buiten-Polder ,, daar door geduurende den tyd der Vloeden meestal „ voor een aanmerkelyk gedeelte onder Water gezet wierd; het welk echter door de voordeelige Ioozing „ van de Nieuwe Sluis by Ebbe , van die Polder al zeer „ fchielyk weder afgeloopen was. Deeze wyze van wer,, ken heeft meer of min drie maanden geduurd, en i* y zoo lange gecontinueerd tot de Landen van de Vier! „ Bannen compleet droog gemaakn waren. „ Jammer was het intusfchen (en dit moeten wy nog ifl , hit voorbygaan, aanmerken, naardien het een zeer ^ groote hindernis in het fpoedig kwyt raaken der Wate„ ren veroorzaakte,) dat meest alle de Watermolens „ aan deeze vier Bannen, en ook aan de zeven Bannen en aan den Alm, in Oud-Heusden, in het Asperfche 1 Veld en elders, by de Doorbraakcn en Overttrooming „ der Landen door den Vorst en het Ys, als ontzet, efl " verders in de bevroozen Gronden en Wateren groote„ lyks defect geworden waren. — Op den 5. waren 'er van de 7 Molens aan deeze vier Bannen, te weeten. " 2 van Dusfen, 2 van den Hil. 2 van den Duyl, ert „ i van Ganswyk, niet ééne Mookn, dewelke als toert  C 93 5 „ nog in het Gemaal konde gebragt worden, échter „ bragt men het zoo verre, dat men vier der minst „ defecte Moolens door eenige noodreparatiën binnen „ weinig dagen in werking ftelde. — „ De oorzaak der Rampen aan deeze Moolens voor„ gevallen , is, onzes inziens, hiervan alleen herkomllig, ,, dat dezelve Moolens met de hoogleggende Moolen „ werven en ftaande Wateren, tusfehen het Scheprad, „ en in den Watergang, in de artificiëele Inundatie „ van 1794. door den ftrengen Vorst in éénen klomp tot ,, eene aanmerkelyke diepte, zoo in de Grond- en „ Mctfelwerken, als in het water vast gevroozen zyn„ de, vervolgens by de iubraaken en hooge opzwel„ ling der Wateren, deeze bevroozen Gronden- en „ Metfelwerken, als gefcheurd; en het Ys tusfehen „ het Scheprad en in den Watergang, als met geweld „ iosgebrooken zyn: hebbende daarenboven ook veeku „ derzelve Moolens, wegéns den aandrang van het op „ de Inundatie bevroozen zwaarc Vcld-Ys grootelyks „ geleden. — Dit een en ander moeten derhalven de ^ oorzaaken geweest zyn der zwaare defecten, dewcl„ ke de gemelde Watermoolens bekomen hebben. -— „ In de tweede plaats wierden 'erdrie Hulpgatcn in de „ NoordelykeKadevan denAhn,byAImkerk,op den afftanë „ van tusfehen de 50en 70 roeden van de Almfluis gefto5', ken, ten einde by ftil weer, wanneer de Moolens. meer bovenwaards aan den Alm llaande, niet konde „ maaien, en dat de Alm zeer laag by Ebbe afliep, als £ dan, zoo veel men konde, van de beflóten Wateren „ op de geïnundeerde Landen onder Zandwyk,den Up" pel, Uitwyk, Ryswyk, Honswyk, de oude Ban, „ de nieuwe Ban, Sleeuwyk, de Werken en onder AlmJ kerk, op , en door den Alm, airetappen ; welke HulpM gaten weder by het uitllaan der Moolens bovenwaards,, ^ den Almverhoogende, tegen het inloopen, met Schoft* n planken afgefloten wierden. — „ Voorts zyn 'er nog in de derde plaats , verfehciden 91 Moolen-en Polder-Kadens doorgegraven, waardoor, „ h' ewel echter over het geheel te laat, nog veck tus}J ichen de Kadéüs befloten Wateren van de Lauden zyn 2 afgetapt geworden. — • „ Uit  ( 99 ) Sa Uit dit alles b'ykt, zoo wy vertrouwen, zeer Hui* „ oelyk, dat de aftappingen der befloten Wateren tusfehen „ de Kadens en Dyken, niet gefchied is, zoo als zulks „ anders hy een welberaamd Plan had behooren te ge;, fchieden. — TWEEDE HOOFDSTUK. Onderzoek hoedanig de aftapping in het vervolg be* hoot d plaats te hebben, „ Na aldus de aangewende Middelen, dewelke men „ tot Ioozing der hooge, en aftapping der laage Wa- teren, die men in 1795 gebezigd had, befchreeven; „ en de gebreken , dewelke daarby plaats hebben ge„ had, aangetoond tc hebben; moeten wy vervolgens „ nog onderzoeken en opgeven, hoedanig zulks in het vervolg by onverhoopte laatere Doorbraaken en Over- ftrcomiüg deezer Lauden behoorde gedaan te wor„ den, om eensdeels zorg te dragen,'dat .de Wateren ,, tot die gevaarlyke hoogte als in 1795 niet weder kun3, nen opzwellen; en anderdeels, om met meerder fpoed u de laagere en tusfehen de Kadens befloten. Wateren , [, 10,: zoo verre aftetappen, als de onderfcheiden litua- üën deezer Landen daarvoor vatbaar zyn ;■, -— ' „ Om deeze zaaken met de verëischte duidelykheid „ ;tfredoen, zullen wy dezelve vierjedig behandelen, als ,trl»lfleljiki^ftSlJBülq sfl; si sh Jfib jpsjbldsgsntlBfid " 1*. ,, Hoedanig, en waar den Ouden Binnendyk, van ,, de Werkënfche Siuis , by de aanfluiting van „ den Nieuwen Althenafchen Dyk, tot de aanflui„ ting van den Nieuwen Dusfenfchen Zeedyk, als „ het eerlte en grootfle beletzel, waar tegen het „ Water gefluit en opgekeerd word, zal moeten doorgegraven wojldeUï s°. „ Hoedanig, waar, en'hoe groot de Hnlpgaten ,,.in de Buitendykcn, moeten gedoken worden, om 'op de iaagfle en gefchiktfle plaatfen d.e. grootfle ontlasting in werking te brengen.  3*. „ Wanneer, waar ter plaatfe, en op welk eenè „ wyze, de Polder- en Boezem-Kadens, van de „ boven- en nederwaards gelegen Landen, moe„ ten doorgeftoken worden, om de daar tusfehen „ befloten Wateren, zoo fpoedig, en tevens zoo „ laag, als mogelyk is, te doen aftappen. 4°. „ Welke middelen 'er vervolgens in het werk „ gefield behooren te worden, om by den laagst „ mogelyken afloop der Binnenwateren, de HirTp„ gaten in de Buiten-Zeedyken met Noodberin„ gingen , tegens de anders zeer ligtelyk inval„ lende Vloeden aftcfluiten. I. „ By de overwecging van het Eerfle, zuilen wy „ vooraf bepaalen de plaatfen, en daarna de „ prreparatiën omfchryven , dewelke ten deezen „ opzichte bevorens zouden behooren in het „ werk gefield tc worden, om niet alleen, ten „ allen tyde gereed , maar ook tevens om van „ het Effect deezer Hulpgaten ten vollen ver„ zekerd te zyn. „ By het opmeeten deezer Landen en het doen van t, deeze locale infpcctie niet alleen, maar ook, en Wel „ voornaamlyk in April en Mey van 1795, toen deeze „ Landen nog geheel, en daarna gedeeltelyk onder Wa„ terflonclen, is het den eerst ondergetekenden by her„ haaling gebleken, dat de laagfte plaatfen, tot dc ont„ kisting de verkiesfelykfte en tevens dc gefchiktfle dee„ ze zyn , dewelke op de nevensgaande Kaart met de „ volgende Noiumers worden aangewezen, als: N?. f. „ In den Ouden Dusfenfchen-Zeedyk, tusfehen „ de Huizen van Pi eter van Es en Wouter de „ Looy; alwaar een Hulpgat ter lengte van „ 8 Roeden zoude kunnen en ook behoren „ gemaakt te worden. N?. t, „ In denzelven Binnendyk, tusfehen de Hui„ zen van Anthonie van Kooten, thans bcvvoond wordende door Hubert Koekoek, en „ het  ( IOI > „ I*et Huis van de Weduwe Otto van der „ Walt, alwaar ook een Hulpgat, ter lengt* „ van 8 Roeden zoude kunnen en ook behoren „ gemaakt te worden. N°. %. „ In denzelven Dyk, tusfehen de Huizen vau „ Willem Leevaart en van de Weduwe yan „ Pelikaan ; ter deezer plaatfe kan een Hulp„ gat komen, ter lengte van 16 Roeden. N°. 4. „ In gemelden Dyk, tusfehen de Huizen van „ de Wed. yan Pelikaan en van yan Krap, „ ter lengte van 8 Roeden. „ Deeze vier Hulpgaten, te zamen lang 40 Roeden, „ zouden, gecombineerd met de Kornfche Sluis, het af„ komend Water uit het beneden Land vau Heusden, „ en het Oude Land van Dusfen, op den Nieuwen Dus„ fenfehen Polder, zoo het ons voorkomt, op eene vol„ doende wyze kunnen doorlaten. „ Voorts: N°. 5. „ In den Uppelfchen of den Ouden Althena„ fchen Binnendyk, tusfehen de Oude Doo,, renfche Sluis en den grootcn Peereboom, ter „ lengte van 40 Roeden. N°. 6. „ In denzelven Dyk, tusfehen de Huizen van „ de Wed. Govert van Dyk en van yob van~ „ Dyk, ter lengte van 40 "Roeden. „ Dacze twee tfldpgaten lang 80 Roeden, maaken „ met de vier voorige te zamen eene lengte uit van „ 120 Roeden, dewelke gecombineerd met de op bladz. „ 89. befchreeven Werkënfche, Sleeuwykfche, Zeven„ banfche, Doorenfche, Alm en Kornfche Sluizen , van „ eene, zoo wy vertrouwen, genqegzaame ontlasting „ van de oude" Landen door deezen Bimiendyk op de „ Nieuwe Landen van Althena en Dusfen zyn zul_ len. G 3 Hier,  n 'Hier 'mede de plaatzert der Hulpgntèn in ddeSêtt y Binnendyk aangeweezen hebbende, moeten wy verolgens de prxparaticn deezer Huipgaten omfchryvenj „ ten einde van het Effect ten vollen verzekerd te zyn. ,, Op bladz. go. ziet men, dat deeze Dyken by dus',, daaïiige 'ongelegenheden, zoo door de vastbeklonken„ heid derzelve, als ook door den vorst, met geen mn- gelykheid, althans niet met den vereifchten fpoed, en ^ tot een voldoende diepte en grootte kunnen doorgc„ ftoken en opgeruimd worden, zoo als het in tyd van \\ nood rt'oodzaaklyk is , dat zulks ten minden in iil* „ djff kan gefchieden; om dit oogmerk gemakkelyk en ,, zeker te bereiken, moeten wy daar toe de volgende ., middelen, als prseparatien opgecvefl. „ Deeze praparaticn beftaan hierin , om deezen ou„ den Binnendyk op de zes hier vooren befebrceven plaat„ fen, met alle de hooge en breede binnen- en buiten- Bermen tot gelyks de Maaivelden der nieuwe Landen, „ geheel aftesxaaven en opteruimen; 'dit gedaan zynde, moeten deeze gaten wyders tot die hoogte, als m* „ dig is, op' een krulns breedte van 10 voeten, en dorsreeringen aan de beide zyden van t j- voet, op de „ Voet hoogte weder aangevuld en onder dit profil op•„ gewerkt worden, als naamlyk van binnen geheel met -Z'/nd,- cn aan de boven zyde en op de kruin met t „ voet, en aan de beneden zyde met 2 voeten Kleyfpe„ cie te overkleeden, om den Dyk dus doende op ge„ melde plaatfen met gras te 'hiaten hewasfen, ten einfit de deze- ouder het voornoemde profil tc behouden a'en I . .1 verlluiving te conlerveeren. „ Deeze gaten in den Dyk, behooren aldus weder inge■t vuld te worden , om de volgende tweee'rlije redehen J i°. ,, Om eene' onbelemmerde pasfa^e over deezen .„ Binnendyk te kunnen houden. * stf*. ,, Om dat deezen Dyk ten allen tyden , zoo als „ van ortds, tot eene VVaterkecring by Storm' „ vloeden dienen kan, als tie Nieuwe Landen „ van Dusfen en Althena mogten komen intcbreej,. ken', zoo air, met- het eerstgemelde Land by « den Stormvloed van' i-rf W#»  » ulttegraaveri, het geene in zes uuren tyds gefchieden » kan, zoo zal, wanneer bet Water 'er door begint te. » Horten, als dan het Zand tot Maaivelds diepte, daar >i uitfpoelen, en de overtrokken Klcy-Schel zal geene » refidentie kunnen doen, om de uitfpoeling deezer gn*. w ten tot de bevoorens uitgegraven Profilen te kunnen j, beletten; «-» of ook in zoo verre de Gaten door de v> voornoemde Kadens met Kley-Speeie gefloten zoude j, worden, kunnen dezelven aan de beneden-zyden in 5, tyds ontgraven, en bevoorens het Water daar vooru gekomen is, ook met doorgaande Groepen doorge., doken, en tot eene' verdere wegfpoeling losgemaakt „ en geopend worden. „ Om deeze Projecten het noodig licht bytezetten, „ hebben wy dezelve in groote Schaal, hier nevens in „ tekening opgegeven, met de Profilen der Dyken en „ Bermen, en de aangelegen fituatiën, zoo als wv zulks „ by de opneming bevonden hebben, als mede de Con» „ cept-Profilen, dewelke 'er weder ingewerkt zouden „ worden. De Kley-Specie, welke van den Dvk en Bcr* „ men gegraven wordt en overig blyft, moet ter weder? „ zyden van de gaten op de Bermen, aan of tegen dé „ heelblyvende Dyken gedort en bewaard worden: ten „ einde dezelve ha gevalle Doorbraakcn, uitgraving en „ wegfpoeling der Specie uit deeze Gaten , "weder tot „ invulling of overklceding van het ingebragte Zand ge> „ ëmployëerd kan worden. „ Ook zal 'er by Doorbraakeu en het openen deezer „ befchreeven Hulpgaaten, tc gelyker tyd ia den Oost* ,, Scbqnkeldyk, by het Wiekje'; dat is zeer na 320 Roe„ den van de Kornfche Sluis, een groot Hulpgat N°. „ 7. ter lengte van ao Roeden doorgegraven moeten „ worden ; desgelyks ook tot maaivelds1"diepte de daarte„ gen overgelegen Hooge Dusfenfche Boezem-Kade: om „ daar door by de Overdrooming van het nieuw Land ,, van Althena de Communicatie met den nieuwen Dusfen.„ fchen Polder niet alleen te openen; maar ook nm hier door over den nieuwen Dusfenfchen Polder eene groote „ ontlasting der Wateren, na de draks te befchryven » Hu.lpgaa.ten by de reerenboomfche Sluis., te effeöuee-  ( io5 ) „ By dit Hulpgat zoude, volgens onze gedagten, ook „ deeze prseparatië'rt behooren gemaakt te worden, om ,, naamlyk den Binnenberm en Binnenteen des Dyks, ter „ lengte van ?o Roeden, tot maaivelds diepte aftegraa- ven. en de Willige ftompen van den Dyk on te ruimen. „ Voorts de Houtgewasfen of Grienden, ftaande in den ' Boezem tusfehen den Buitenteen des Dyks , endeGan• tel op gezegde lengte van 20 Roeden te amovceren , ,, en de gronden op dit gedeelte der Boezem aftegraaven, „ en tot drie voeten onder het laagfte Boezem Water uit te diepen, ten einde 'er dus by de werking van dit Gat ' eene voldoende diepte, en een onbelemmerd doorfchot „ van Water plaats kan hebben, en aldus aan het ver- wagte oogmerk kan beantwoord worden. IL „ Wy gaan tot het tweede lid over; om naamlyk „ te'behandelen, hoedanig, waar en hoe groot „ de Hulpgaaten in de Buiten-dyken moeten ge„ ftoken worden, om op de laagfte en gefchiktfte „ plaatfen de grootlte ontlastingen te bevorderen. „ De ondervinding in de Jaaren 1740. en 1795. heeft „ doen zien , dat 'er by Doorbraakcn in den Hoogen „ Maasdyk boven Heusden voorgevallen, een groote „ hoeveelheid Waters , boven de Doverfche Sluis en Prui„ mendyk, onder den Elshout, op het ou.'e Maasje kan „ geloosd worden, -ferit deeze ervaaring zoude wy der„ halven van gedagtcn zyn, dat 'er: „ Eerftelyk, ingeval 'er eene doorbraak in den Hoogen „ Maasdyk boven Heusden, of boven den Pruimendyk „ voorviel, dat 'er dan dadelyk een Hulpgat op den af„ ftand van 8 Roeden, beneden de Oud Hcusdenfche „ Sluis, by de Watermolens van Oud Heusden in den „ Dyk gelegen , ter lengte van 20 Roeden Noordwest„ waards af behoorde geftoken te worden , zynde deeze „ (ituatie en plaats van dit gedeelte Dyks, door deszelfs L ligging, met de laage binnen en buiten Landen, eil „ buitenwaards gelegen Wiel, met de uitlopende Wate„ ring, tot in de nahyheid van het Oude Maasje, uit„ neemend gefchikt, om het meeste Water in den kortftea „ tyd te ontlasten. ■ G 5, ,E»  r ( ic6 ) „ Ën naardien dit Gat niet alleen zeer gefchikt is, om ccne groote hoeveelheid van het hooge Water te kun„ nen loozen; maar tevens ook van veel dienst zyn zal, „ om nog een aanmerkclyk gedeelte, van dc anders ach„ ter der, Dyk, en Hooge Gronden befloten Wateren, „ tc kunnen laaten afloopen, zoo behoeven wy hier . e,ne verdere Concepten tot aftapping der meer ge- te Wateren boven den Pruimendyk optegeven „ tenvyj voor het overige, de Doverfcheen Oud Heuse Sluizen, ter verdere aftapping der Wateren, „ daarin grootelyks blyven medewerken. Echter, en dit alleen moeten wy'er nog byvoegcu, h >t noodzaaklyk zal zyn, om de afrapping op s, alle mogelyke wyzen, en tot den laagftcu trap te be„ fpocdigen: dat daartoe de Polder-Kade van den Éls* „ hout (den Omloop- genaamd) omtrent 70 Hoeden bo„ ven de Doverfche Sluis aan den'Dyk fluitende, in de „ Raaijing der Sloot naar het Oude Maasje, zeer na 40 „ Roeden van den Dyk gelegen , ter breedte van 5 Roe3, den wordedoorgeftoken , om het Water, daar door, van „ deezen Polder, in het Oude Maasje, en voorts door de f, Sluis naar buiten, tot de meest mogelyke laagte te ,, doen loozen: desgelyks zoude ook, om dezelve re„ den, de beide Boezcm-Kadens van den Oud Hcus„ denfehen Molen-Boezem, by de groote Binnen-Wiel, „ beueden die Moolens, met de Kwcl-Kade ten Oosten ,, der Wiel, als dezelve boven komen, of bevallen zyn, „ allen insgelyks ter breedte van 5 Roeden tot maai„' velde diepte moeten worden doorgelloken: ten einde .j, om de anders ar^tci' deeze Kadens ingellotcn raken„ de Wateren, zoo veel mogelyk van deeze Landen, „ door het voorbefehreevcn Gat en Siuizen te doen af„ tappen. üai wyders de Hulpgatcn voor dc beneden Lan.„ den van Heusden, de Landen van Dusfen en Althena „ by oyerftroonjing te befchryven, het zy dat dezelve „ uk Doorbraakcn in den Hoogen Maasdyk, boven Ileu«„ den, of beneden gemelde Stad, den toevloed Waters aanbrengen, zoo blyft dit voor de ontlasting beneden^ waards het zelfde; vermits in beiderlei gevallen de _ Verzamelplaats der Wateren zich tot de laagfte gen deel-  5, deeltcns dier Landen benedenwanrds, en ook tot de '.. aldaar gevonden wordende Openingen bepaalt, welke „ in de eerde plaats zyn de Hulpgaaten en Sluizen in .. den Binnendvk op bladz. 100.befchreeven: waardoor h het afkomend Water, uit de oude Dusfenfche en Al* ,, thenafche Landen in de nieuwe Dusfenfche en Al* „■ thenafche Polders, ontlast word. > „ Van daar vindt dit afkomend Water in de tweede ,, plaats, voornaamlyk uit oorzaak der Hooge en uitgebreide Buiten-Polders, niet meer als de twee vol„ gende plaatfen , bchalven de openingen door de Sluizen ; te weeten, de eene in den nieuwen Dusfenfchen " Polder by en omdreeks dc Peerenboomfche Sluis , u over de Buitenvelden, en grootdeels door de diepe „ Vaart, of breede Scheiiloot, in het na by gelegen „ Oude Maasje, aan het Bergfche Veld: De andere, irt „ liet Nieuwe Land van Althena, door dat gedeelte Dyks „ in de Bakkers-Kille, alwaar voornoemde Dyk aan het „ oever van gemelde 'Br.kkers-Kille gelegen is. „ Deeze twee plaatfen zyn alleen gefchikt, en ook tevens voldoende, zoo als by ieder oplettend Bewoo* " ner of kenner van de fituatie deezer Landen ook ten vollen bekend is, om de afkomende H )oge Overftrooming het fpoedigst van die Landen op het Bergfche Veld te doen afioozen. Om dan ook van deeze natuurlyke gelegenheid, ' en ligging deezer afhellende Binnenlanden, het noo" dige gebruik te maaken, zullen wy ter deezer piaatr fen ook de volgende Hulpgaaten omfchryven, naam,;iyk: „ i°. In de Nieuwe Dusfenfche Polder* „ 20. ïn het Nieuwe Land van Althena. „ De Hulpgaten in dc Buitendyk van de Nieuwe ,, Dusfenfche Polder, i „ Het eerde Hulpgat kan het wclvoeglykde vallen, ,, ten Oosten v:,n de Feerenboomfche Sluis, circa 20 „ Roeden Ooitvvaan's van den Voogd wertïche Steeg, „ ter lengte van 12 Roeden. . „Dan  C 108 > „ Dan om dit Hulpgat een goed éffeél te doen heb» „ ben, zoo moeten de Buitengronden tusfehen den Dyk „ en de Schcifloot ter diepte van zeer na drie voeten, „ dat is omtrent gelyks het laagfte der Ebbe worden af„ gegraavcn, ter breedte langs den üyk van 16"., en „ aan de Schcifloot van 20 roeden; — Ën by opflibbing » tot die laagte gehouden worden ; desgelyks ook de „ Kade langs de Scheiiloot op gezegde lengte tot op. „ het laage Water op tc ruimen. Moetende voorts den „ Zoom, buitenlands, tusfehen den Dyk en voornoemde ,, Kade, met Dvvais-Kadens tegen het ondervloeijen af„ gefloten, en in de bovenfre Kade een Duikertje tot af„ watering van dat Land gelegd worden. „ Dit is eene preparatie , die wegens dit Gat vooraf „ gefchieden moet, en waartoe by tyd van inbraak, zoo als bekend is,geen tyd noch, gelegenheid te vink den is. Daarenboven meïet ook de Kade aan de Zuid„ zyde van de Sciiei-Slöot, ter lengte van 25 Roeden, „ naamlyk aks 'er eene doorbraak daadelvk gevallen is, ,, en dit Hulpgat geopend word, insgelyks" doorgefto,. ken en lot Maaivelds laagte afgegraven worden; ten „ einde het Water zich op de ruimte van den Overyj diepfchen Hooipolder veripreiden, en ook van daar in „ het Maasje Horten kan. „ Het andere Hulpgat in deezen Dyk moet ter lengte „ van i£ Roeden geopend worden, ten westen de Pecrerf boomfche Sluis bydenrooden Wiel, ter zelfder plaaue „ daar het Hulpgat in 1795. geweest is. „ Hier behoeven alvoorcns geene opruimingen of ,, praeparatien te gefchieden; als" alleen het Houtgewas „ ftaande aan de binnenzyde des Dyks, ter lengte van „ 20 Roeder te amovceren. Edoch, en dit moet men „ wel degelyk in acht neemen , dat wanneer 'er eene „ Doorbraak in den hoogen Maasdyk daadelyk daar is, „ en dat dit Gat geftoken word , dan moeten ook te •% gelyk de Kadens van de Peerenboomfche en groote „ Raamsdonkfchë Kuure Polders, ter lengte van 30 Roeden tot Maaivelds laagte geflegt en afgegraven K worden. „ Op de volgende plaatfen, „ Men  „ Men trekke eene raay van de oostzyde van het „ Hulpgat in den Dyk op de raaijiug van den gcbro„ ken Dam, daar het Maasje in 1794 gefloten was, en „ uien meete uit deeze Raav op de Peerenboomfche Kade „15, en op de Raamsdonkfche Kade 3a Roeden west„ waards , dan heeft men de bovenzyden van de te maaken openingen in de voornoemde Kadens, dewel„ ke van daar 30 Roeden ten westen opgeruimd moet worden, zoo als zulks door de liniën op de Kaart aan»cweezcn is, cm dus doende het Water door het " Hulpgat in den Dyk Hortende, den meest onbelem„ meniën aftogt naar het Maasje en bygelegefl Bergfche „ Veld, met den meeften fpoed, te doen erlangen. „ Deeze beide befchreevsn Hulpgaten, met de werking van de Peerenboomfche Sluis, oordeelcn wy, dat " voldoende zyn zullen voor de afkomende toevloed Waters, dat door de vier Hulp-gaten in den Binncn' dykopbladz. 100. befchreeven, en door de Kornfche„ Sluis, als mede door het Gat in den nieuwen Althe„ nafchen Zuid-Schenkeldyk, biadz. 104. aangeweezen , „ komt te florten, te kunnen ontlasten; voornaamlyk „ om dat de Waterftortingen door de Buitendyken , hoofdzaaklyk by Ebben, een groot verval uitleveren: en gemelde gaten zich derhalven ook niet bepaaleu aan dc gegraven Profilen , maar doorgaans a!s de " toevloed Waters groot word, om dat de gronden met hard of taai zyn, dat die Gaten dan ook vergrootcn " en meest al by het uitfehuuren van Grondgaten tS '! grootfle ontlastingen uitwerken: — Eu dusdaaniee " uitwerkzelen zyn zoo veelvuldig door de ondervinding " bekend, dat hét geheel overtollig zyn zoude, om dit „ nader dóór voorbeelden opteheldêreh- 2. „ In het Nieuwe Land van Althena. Om ook hier ter plaatfe de afkomende Wateren, „ dewelke door de Hulpgaten en Sïuixen in den Binnendvk op bladz. 100 befchreeven, bp deeze Nieuwe Poldér geioost worden, moet ook, om deeze Ioozing „ door den Buitendyk te vervolgen, behalven de opee ningdoor de 6 laatfte Sluizen op bladz, 91. en het  „ Huipgat in den Althenafehen Zuid-Schinkeldyk, ook „ nog deeze Capitaale opening in den nieuwen weste„ lyken Althenafchen Buitendyk by de Bakkers Kille ge* „ maakt worden: om daar door 'eene groote en fpoe„ dige ontlasting in de Bakkers Kille te effeeftreereh. „ De gefchikfte plaats daar zulks het welvoeglvkst „ gefchieden kan, is, ih den uitwendigen hoek vau'den „ Groencudyk by het Kribje aan en tegen over bet 3, EfoMjeHtóde Bakkers Kille gelegen, alwaar een Hulp„ gat ter breedte van ia Hoeden gedoken moet wor* ,, den, te wee eiï. 5 Rieden ten Zuiden, en 7 Roeden ,, ten Noorden van gezegde uitwendigen hoek. III. Iïieï •mede het tweede gedeelte afgedaan hebben„ de, 'moeten wy vervolgens ten derde nog om,, fchryveu, wanneer, waar ter plaatfe, en op ,, weik eene wyze de Polder en Eoezem-K.-deus „ van de boven en nederwaards gelegen Ljjuf* •'TOWS*^'1' nióetén /do^rgcltcjien worden, om de ,, daar tusfehen bevallen en bèffo'tèh Wateren, .,, zoo fpoedig en tevens zoo laag als mogelyk ■ „ is, te doen aftappen. ,. Wanneer de Polder- en Boezem-Kadens .na het Be* „ ringen en Sluiten van den Doorbraak, of Doorbraaf „ ken, na den grootllen afloop tier Wateren, door de genoemde Sluizen en befchreeven Hulpgaten , boven „ Water beginnen te komen, is het juist de tyd om op ,, deeze aftappingen, bedagt te zyn. „Waartoe, zoo als bekend is, begonnen moet worden, „ met dezelve Kadens van boven af, door te Heekcn. „En wel Eevuelyk, om alle Kadens of Dammen onder „ Genderen , Wyk, Veen en elders in die omftreek „ gelegen; dewelke het ver'howde Water kceren, op de „ laagite ptoaflêft van die Polders, alwaar de gefehiktlte „ en de nieest voldoende uitloozingen te vinden zyn, „ door tc ïfceken, om dus doende, die Hoogstgelegen „ Landen vcjgehs den natunrlyken grondregel, hét' eerst „ tot de mogelykfte laagte te doen afwateren, en daar 3, na die Radens te lluiten, en het overige Water, dat 3, niet afgetapt kan worden, door de Moolens uitteflaan,  c *h* ) „ Ten Tweeden moeten de Hooge Boezem-Kadens „ aan den Alm, op het oude Binnenland, op de vol» „ gende plaatfen worden doorgelloken; als naamlyk: l". „ Op den Zuidwestelyken' hoek van den Alm, „ de Oostelyke Kade van de Eendevekifche Pol„ der, ter lengte vran 8 roeden, ais mede de „ Westelyke Kade van den •Duilfehen Polder, „ ter lengte van ia. roeden, -op de Kaart met „ Lit. A. aangeweezen , ten einde • het Water „ dat in dit laage gedeelte Lands van de Lan„ den bovenwaards, met het afkomend Water ,, van den boven Alm, komt al'tezakkcn, hier „ ter plaatfe op het laage gedeelte van denDuil„ 1'chen Polder te doen ontlasten , om alzoo dee„ ze ..nderszins grootendeeis beiloten Wateren, „ te weeten vau achter de Hooge Aïmkade, eii „ Hooge Gronden, by of onder Uitwyk, langs. „ deezen weg , en voorts door de ruime opeA ningen der befchreeven Hulpgatcn in den Binnendyk en by de Peerenboomfche Sluis in den „ Bukendyk, in korten tyd op het Oude Maasje „ te doen loozen, en op deeze wyze aftetap„ pen. ?°. „ Ook moet byLit. B. aan dc Wcstzyde van de Duiifche Watering , vier roeden van de Stecnnn „ Heul, in eene fekuine ftrekxing, te weeten in ,, de raaijing van dat gedeelte der Moolen-Wa„ tering, tusfehen gemelde SteenenHeul en dea „ Alm, ter breedte van 2 roeden tot 1 voet „ onder Maaivelus diepte, van den Binnenpol„ der aldaar worden dooigegraaven en uiige .4 diept: om dus doende de Alm vooreen ge„ dceite van het afkomend Water, en ook dat „ door de eerstvolgende Hulpgaten daarop ge„ loosd wordt, zoo veel mogelyk aftetappen, „ tot zoo lange, naamlyk, als de Duilfche WTa„ ter-Moolen nog met geen fucces in werking Jf kan gebragt worden, , jnii •• •/»' &ib tisff moü nsfh'Ji tuh os r>J.oomt>ir?ff „ f. „ voort?  j, 30. Voorts moet de Noordelyke Alm-Kade» tus» „ fchen den Binnenciyk en Almkerk , daar de „ Binnenlanden het laagte zyn, dat is,: op het „ linkje Weyland op de Kaart met Lit. C. aari„ gewezen, op den aflland van tusichen de 24I „ en 52J Roede» , van de Binnenmuur der Alm* „ Huis gelegen, worden doorgelloken en uitge„ diept, ter breedte van 4 Roeden, tot 1 voet „ onder het Maaiveld van het Binnenland aldaar! „ of'wanneer men in de richting der 2 Slooten, „ ar k helding van dat llukje Weyland uitmaa„ kende, voor ieder Sloot een gat van 2 Roe„ den op voornoemde diepte uitwerkt, zoo zal „ de uitloozing hierdoor op de Alm , wegens „ den ruimeren toevoer dier binnen -llooten , het „ meest voldoende zyn. — Op dit laage gedeelte „ Lands komt het Water, volgens de getrokken „ Lyn op de Kaart, van den oude Dooren „ Noord waards, als ook Noord waards yan Alm* „ kerk, en voorts van de afgelegen Landen „onder de zeven Bannen herwaards, door „ deeze gemaakte openingen op den Alm af„ zakken, zoo als zulks by ervaaring in 1795 „ gebleeken is. „ Ten derden , is het de Ondergefchreevene wyders voorgekomen, om de bevallen en de nog tot de 4 ert „ 5 voeren diepte Waters, dat agter de Kadens van de „ 'zeven Bannen befloten is, onderflaande Landen te „ doen aftappen, en na het op bladz. 100. befchreeven ., Hulpgat in den Binnendyk , byden grooten Peerenboom „, te doen afwateren, daartoe nog bevonden noodzaakj, iyk te zyn; i°. om de wederzydfche Kadens der „ Moolenwatering der Oude Bannen, 5 Roeden van de „ Scheering of het Hekke, dat is zeer na 10 Roeden ten „ Oosten van de Honswykfche Watermoolen, ter breedte van 3 Roeden tot Maaivelds diepte van den Nieu£ wen Banfchen Polder aldaar , doortegraven en.uittedie„ pen: desgelvks ook de beiderzydfche Kadens, van „ de Ryswykfche Watering, tusfehen de Ryswykfche „ Watcrmoolen en den eerflen hoek van die Watering, r „ Oost-  t "3 ) ,.; Óóstwaards opftrekkende j ter lengte var! 4--Roetten U doortefteeken] en tot op Maayvelds diepte van de aan 3, beide zyden gelegen Polder? uittediepen: om zoo doen3, de het Water van het laag gedeelte der Nieuwe Han„ ne , met het afkomend Water uit de Moolen watering ,, van den Ouden Banne, op den Polder van Honswyk, 3, en van daardoor befchreeven Gaten in de Kadens vart ,, de Ryswykfche Watering, op de Uppelfche en Zand,, wykfche Polders, en voorts door het gemelde Hulp- gat Nü. 5. in den Binnendyk, tot die mogelyke laag,, te te doen aftappen , als waar voor de gefteldheid „ deezer Landen op voornoemde laage plaatfen langs deezen weg bevonden zullen worden* daar voor vat" baar tc zyn; om niet meer Water op die Landen voot " het uitwerken der Moolens overig te laten, als ail" leen dat gedeelte, hetwelk volltrekt niet kan worden " afgetapt. De plaatfen dier Doorgravingen van voor" noemde Kadens, vindt men op de Kaart met de letters " D. en E. aangewezen. Laatltelyk moeten wy hier " nog aanmerken, dat de Gaten in de gemelde Kadens " omfchreevcn, ook tevens gefchikt en werkzaam ztil* len zyn, om zoo veel Waters van voornoemde Pol" ders op de Boezem van de zeven Bannen te fournee" ren, als by den aftrek der Ebbe, de Oost-Kille, en H de Zeven-Banfche Sluis zal kunnen doorlaaten. ,, Ten vierden, moeten wy, volgens den leidraad u der zaaken, hier ter plaatfe, nu remarqueeren, dat wanneer de Hulpgaten in de Kadens hier boven van , litera A. tot E. befchreeven, of een derzelve uitge" werkt, en van geen diénst meer zyn kan, dat als dan . hetzelve dadelyk, zonder eenig tydve-rzuim , met KisL ting-dammen van de verëischte dikte en (terkte, met " Schoeijingplanken buitenwaarsd, en Horden van bm1 nen, of zoo als men het best zal oordeelen, en de Z Materialen daartoe het gereedst en menauieust voor4 handen zyn, weder digt fluiten; oïn vervolgens de Moolens op haare afgefloten Boezems, met het üitflaan van het nog overig ^bleven Water, met den ■ verëischten fpoed in werking te brengen: — en by I' (lil weêr, en het v/erkeloos zyn der Watermoolens H „ mó*  C »4 ) „ moeten 'er aan de zeven Bannen; aan den Alm by „ litera C., voorts aan de Boezem van de vier Bannen; „ en kort by de uitlozingen der Dusfenfche , Meeuwen„ fche , Broekfche, Etenfche en Genderfche Sluizen op de gefchiktfte plaatfen het verëischte aantal Hulpga„ ten, te weten met Schoften en Schoft-planken daarin „ gemaakt, gcftoken worden, ter plaatfe daar dezelve „ gedeeltelyk in 1795 geweest zyn, en die men wyders • „ tot het oogmerk eener goede aftapping noodzaaklyk „ zal komen te oordeelen, om, en wel voornaamlyk by „ Ebbe, en voorjaars laage Ebbe, de afwatering der „ Landen, door gemelde Boezems, Sluizen en Kana„ len , zoo veel mogelyk in allen opzichten te bevor„ deren , en van het meeste effect te doen zyn; ten „ dien einde moeten dit foort van Hulpgaten derwyze „ met Schoften en Schoftplanken gemaakt worden: dat „ men dezelve by ftil weêr, wanneer de Moolens niet „ werken kunnen, dadelyk kan openen; en by opko„ mende Winden, dat de Moolens in werking geraken, „ en by dusdanige gelegenheid ongemeen veel Water „ uitflaan, door dien dezelve als dan doorgaande het „ Water maar |, §, f'-'èfi tot 1 voet opmaalen, waar„ door binnen weinig tyds de Boezem-wateren boven „ de Polder-wateren opgerezen zyn; dat deeze Hulp„ gaten dan ook in tyds , of wel op dat moment, als de „ Gaten omgekecrt zouden beginnen te werken, weder „ gefloten kunnen worden. Dit foort van Hulpgaten „ met de daarin geplaatlle Schoften , waren in 1795 zeer „ verfchillend en meer en minder voldoende gemaakt: „ de beste methode van allen, is, naar onze gedach„ ten, deeze: dat men 2 Ribben neemt van 4 en 6 „ duim, ter lengte van 8 voeten, men maakt in dezelve „ Sponningen van de verëischte diepte, op dat gedeel„ te, daar de Planken van boven moeten ihgefchovèn „ worden: men flaat vervolgens deeze 2 Ribben in het „ uitgegraven Gat, dat 6 voeten breed behoord te zyn, „ tot gelyks de hoogten der Kadens in den grond;"en „ men maakt de Koppen der Ribben aan een der zyden „ met een Schoorftiik aan eikanderen vast, om niet te „ kunnen omzetten. Agter de Ribben flaat men Baard,, planken , en ftampt die met Mest en Specie daar tus- „ fchen,  ( "5 ) „ fchen, tot eene goede fluiting; te weten, tusfehen „ de Ribben en Koppen der Kaden, h—■ Dit gedaan „ zynde, laat men de onderlte Plank tusfehen de Spon„ hingen zakken, en men flaat en verheelt denzelven „ in, en met den ondergrond der afgegraven Kade, ter „ diepten op de bovenkant der Plank van 3 a 3! voe„ ten beneden de bovenkant der Kade; zoo is het gat „ gemaakt, om te kunnen werken: — en wanneer het » gefloten moet worden, zoo maakt men vier Planken „ met Sponning en Meslïngkanten, met Dwarsfrukken „ twee aan twee aan eikanderen vast, en men laat ze „ tusfeheh de Sponningen der Ribben tot in den onder„ ften in den grond en Ribben vastgemaakten Plank, „ doorzakken, zoo is het gat gefloten. De verdere „ kleinigheden in het bewerken hiervan, laaten zich be„ ter dadelyk doen, als breedcr omfchryven. „ Hiermede de Conftructie der aftapping van de oud#- ' „ Landen afgedaan hebbende, gaan wy „ Ten vyfden over tot die van de nieuwe Landen „--van Althena, en wel by de drie Sluizen , voorts langs „ den Alm, en aan de vier en zeven Banfche Kanaalen. „ Ter deezer eerstgemelde plaats kunnen i°. door de „ voornoemde drie by eikanderen liggende Sluizen; „ 20. ten opzichten haarer werkingen, als Grondgaten „ door den Dyk; 30. wegens haar groot verval; by, „ en in de meeste nabyheid der Ebbe, door de Bleek„ en Bakkers-Killen, zeer groote en fpocdige ontlastin„ gen der algemeene Plas, van de Nieuwe Landen van „ Althena, en voorts uit de Oude Landen daar boven „ in werking gebragt worden ; met naamlyk: i°. „ Éen Hulpgat te fteeken in de Almkade van de „ Emmickhovenfche Polder, in de raai van de „ Noordelyke Sloot van de Zoetelaarsfleeg, raai„ jende over een breede Sloot door de Hooge „ Boezemgrond tot in den Alm, op de Kaart „ met Lit. F. aangewcezen. a°. „ Een Hulpgat te fteeken in de Boezem-Kade, „ tusfehen den Alm, en de Moolen-Vliet van de H 2 „ nieu-  C "6 ) j, nieuwe Doorenfche Polder, buiten de Huizen „ by het Hekke; op de Kaart met Lit. G. aangewezen; en hetzelve gat tot de verëischte „ diepte uittebaggeren; om het Water van den. „ Alm, door de groote Dwarsfloot, Communica„ tie te geven met het Water van de Oost-Kille. 3Q. „ Een Hülpgat te fteeken in de Kade van de „ Nieuwe Doorenfche Polder by Lit. H., ten „ Oosten van de Nieuwe Doorenfche Watermoo„ len, zeer na 10 Roeden beoosten de aanfluiting der laage Kade van de Boezemlanden, aan „ de Noordelyke Almkade gelegen. 4°. „ Een Hulpgat te fteeken in de Kade van de „ Boezemlanden aan de Oost-Kille, by en ten „ Westen van de Nieuwe Doorenfche Watermoo„ len op de fcheiding van de Wei- en Bouw„ landen, op de Kaart met Lit. I. aangewezen. 5°. „ De Dammen te graven uit de Dwarsfloot by dt „ Werkënfche Sluis, op de Kaart met Lit. K. „ aangewezen, om de Communicatie te openen, „ tusfehen de Werkënfche- en Zevenbanfche- „ Boezems en Sluizen: En derhaiven ook „, door de Sloot en Gat i°. Lit. G., met de „ Almfluis een gemeenfehappelyke Boezem en „ Werking der Sluizen uitmaakende. Alle deeze vyf voornoemde Gaten moeten eene voldoende breedte en diepte hebben, om zoo veel Water als mogelyk is te kunnen doorlaten, om de Sluizen ^ den ruimften toevoer ter uitlozing aantebrengen: waarJ toe gemelde gaten niet alleen tot de verëischte diepte moeten uitgebaggert, maar ook moeten de daarop " Correspondeerende Slooten tot eene voldoende breed^ te en diepte gebragt, en van alle beletzelen gezui„ vert worden. 6°. „ Een Hulpgat te fteeken by Lit. L. in dc Zui„ delyke Alm-k?.devan de Emmickhovenfche Pol- „ de s ,  C "7 •) •' der, circa 85 Roeden beneden de Almfluis in " den Binnendyk gelegen: om hef Water, dat uit den ouden Binnen-Ahn..en door de Gaten, „ onder 3y. Lit. C. bladz. 114: beltin e;ven, af,' loopt; en door den Almfluis 'geloosd wordt, en dat wyders door den naauwen Alm tusfehen ' hooge Kadens befloten , het verëischte afknot „ niet'bebben kan, eene ruimere ontlasting op „ den Emmickhoveniche Polder te geven, van ' „ waar dit ingeflorte Water, door qe Hulpgaten „ N". 7., bladz. ic-4. en Lit. F. t°. bladz. 115., ' „ alsmede Lit. M., i°. hier onder met het be„ floten Water van deeze Polder zelve weder af„ geloosd word. , Ten zesden, langs den Emmickhovcnfcb.cn Moolenvliet; en het gedeelte aan de Npordzyde langs het Kanaal van de vier Bannen, beneden de Westélyken Nieuwen Althenafchen Binnendyk. i°. In de Noordclyke en Zuidelyke Kadens, van " de Emmickhoveniche Moolen-Watering, by, ' of omtrent Lit. M. Hulpgaten te fteeken, om " h"t Sluisje, of den' Duiker in den Nieuwen " AlthenafchenBinneridyk aldaar, den verëischten ,] toevloed Waters te doen erlangen. «o Desgelyks moeten ook by Lit. N. aan de Em'~ ' mickhovenrche Sluis in den Nieuwen Dusfen" fehen Buitendyk, in de bei'derzydfche Kadens " Hulpgatcn, vo'ornamelyk aan de Zuid zyde, van " de verëischte grootte en diepte in de Raaijing r der Binnenfloot langs den Dyk geftoken worden; om ook deeze Sluis, dewyl dezelve het " Water buiten loost, en by Ebbe met een tamelyk groot verval werken kan , fhetwelke de " eerstondergetekende in 1795, 'n ioco' ge,fien heeft,) zoo moet dok deeze Sluis niet alleen " door de naauwe Watering zelve , maar ook " meerendeels van elders door de Gaten, hoold" zakelvk van de Zuidzyde', in de nabybeid dier H 3 » sll!lS»  ( «8 ) „ Sluis, den ruimften toevoer worden toegcwe„ zen. 3°. „ Op dezelfde wyze en om gelyke reden, moet „• 'er ook by Lit. O. in de Noordelyke Kade „ van de Vierbanfche Watering , omtrent 50 „ Roeden van de Sluis, een Hulpgat van de M verëischte diepte en breedte worden gelloken: „ om de Vierbanfche Sluis, by Ebbe, dewelke „ by die gelegenheid, wegens laagte van Buiten„ en'hoogte der Binnen-Wateren, en door de „ zelfs groote, meerder Water lozen kan, als „ door het Kanaal kan worden aangevoerd, zoo „ moet ook derhalvcn deeze Sluis van elders door „ dit Gat, den volften toevloed gegeven wor- » den- 4°. „ Dan om deeze Gaten N. en O., onder N'Q. 20. „ en 30. opgegeven , en dewelke tot eene groote „ ontlasting gefchikt zyn , den mecstmogelykeii „ toevloed Waters te geven, dcwyl die kleine „ quantitcit op dit gedeelte Lands, van den Dus„, fenfchen of Zuid-Hollandfchen Polder, hetwelke „ op zich zelve , door den Duiker, op den affland „ van 135 R.oeden van de Vierbanfche Sluis, on„ der door di: Kanaal gelegen , op den grooten „ Dusfenfchen Polder af kan loopen; zoo moet „ .by Lit. P., 25 Roeden beneden de Brug, waar„ over men van den hoek der Nieuwe Althena„ fchen Binnendyk, de Dusfenfche Polder ingaat, „ in de Noorderlyke Kade van de vier Bannen, „ een Hulpgat 'gedoken worden, waardoor het „ Water uit het Vierbanfche Kanaal en vau het „ Hulpgat Nö. 7., bladz. 104. aangewezen, dit „ voornoemde gedeelte Lands kan invallen, en „ door gemelde gaten N. en O., weder afloopen: „ om dus doende door die Sluizen by Ebbe meer„ der Water te doen aflozen, als 'er in dit geval „ door de te nauwe Kanaalen afzakken , of der„ waard voor de monden dier Sluizen kan aan„ gevoerd worden. „ Te"  C "9 ) I „ Ten zevenden, langs de Oude Doorenfchè Wate„ ring, by het Hulpgat N*. 5. in den Binnendyk: — En het verder vervolg, langs de Oost-Kille, of het „ uitwaterend Kanaal van de zeven Bannen. i°. ,;" Om het Water, dat door het Hulpgat N\ „ in deBinnendvk, bladz. 101. belchreeven, den „ laagst en meèst mogclyken afloop te doen behouden, moeten de wedcrzydfehe Kadens, van „ de Oude Doorenfche Moolen-Vliet, by Lit. „ Q-, by, of op de plaats daar de Duiker, van „ de Nieuwe Doorenfche Polder, onder door ge„ melde Watering gelegen is, tot de verëischte ,. diepte en breedte worden doorgegraven , om „ langs deezen weg het Water, dat door het Ilulpgat NQ. 5., en door den Ouden DoörenD fchen'Moolen-Vliet op den Nieuwen Doornfehen Polder geloosd word: met het anders ver" houde' Water van die Polder zelve, door het „' Mulpgat IE, bladz. 116. befchreeven, op, of in ^ den Alm, te doen afloopen. a". Ook moet 'er in de Kruisfteeg, ten Oosten van en tegen den Steenen Heul, op de Kaart met Lit. R. aangewezen,-een gat van de verëisch„ te diepte en.breedte gegraven worden, om den „ anders verhinderden afloop van het Water, door ' „de te kleine capaciteit deezer Heul, te gemoet „ te komen, en den afloop van het Water uit de zeven Bannen door de Oost-Kille zoo veel mogelyk te bevorderen: zoo als zulks ook in de faaren 1793 en 1795 by de Inuudatiën ter dee„ zer plaatfe gedaan is. 3?. „ Ter ontlasting van de Almkerkfche Polder, „ moet 'er aan het einde van de Zandfteeg in de nabyheid van de drie Sluizen, by Lit. S. een Hulpgat in de Kade van de Werkënfche en VervoorenfcheMoolen-Vliet, aan den Dyk, in „ de raaijing der Oostelyke Sloot, gefloken wor^ den, öm by Ebben het Water, door voor„ noemde Sluizen eh het gemelde Gat, van dien H 4 „ Pol-  „ Polder, aftappen; zoo als zulks in 1795. met „ veel fucces gefchied is. „ Ten agtflen, moeten wy vervolgens nqg behandelen, 5, de betrekkelvk te maken aftapping der Wateren , van, „ en tusfehen de Vierbanfche en Hiilegatfche Sluizen: — „ En opk van de hier by gelegen Nieuwe Dusfenfche „' of Zuidholhndfche Polders, om dan daar toe ook de „ openingen tot de Vierbanfche, Hiilegatfche en Peer „ reuboomfche Sluizen , en ook van de bladz. ioi.en 102. „ befchreeven Ilulpgaten, zoo lange namelyk als deeze „ Gaten werken kunnen , tot een geméenfchappelyke en .„ de meest mogelyke lpozingen tc bewerkftelligen; — ^ zoo moet 1?. „ In de Kade tusfehen de Vierbanfche Boezem „ en den Nieuwe Dusfenfchen Moolen-boezem, in „ de. nabyheid der Vierbanfche en Hiilegatfche „ Sluizen, by Lit. T., vier Ilulpgaten, gefchikt >, op de voordeeligfte plaatfen , dat is, in de „ raaijingen tegen over de gr.;ot(te en diepfte „ Boezem-Greppels of Slooten , geftooken wor„ den: ieder gat ter breedte van 1 Roede, en „ ter diepte van 6 voeten onder het laagite Wa„ ter, zoo als 'er aldaar drie foortgelyke Hulp„ gaten in 1795 geweest zyn ; dan is hier door „ de communicatie geopend, tusfehen de Vier„ banfche en Hiilegatfche Sluizen. a". ,, Iusgelyks moeten 'er ook twee Hulpgaten door „ de Zuiddyke Boezem-Kade van den Dusfen„ fchen Polder gelloken worden; waarvan de eene „ ter plaatfe en in de raaijing van de Sloot langs p, den Dyk, ter breedte van 1 Roede, en tot „ Sloots diepte weezen moet: de andere by de „ Moolen door de Kade, tusfehen de Boezemwa„ tering, en de Polderwatering; ter breedte van „ 2 Roeden en tot 2 voet onder Polder-lands ■ diepte aldaar; welk een en ander met de let„ ters U en W, op de Kaart aangeweezen is. >j Hier door is wyders dc communicatie tusfehen „de  ( I»! 3 s, de Vierbaniche, Hiilegatfche en Peerenboom„ fche Sluizen geopend: — En derhalven ook „ de betrekkelyke ontlastingen deezer Sluizen, „ ten opzichte haarer byzondere capaciteiten „ en onderfcheide meest mogelyke vervallen, be~ „ paald, en tot eikanderen gemeen gemaakt. S°ï „ Om echter de Hiilegatfche Sluis het meefle ef„ feét te doen forteeien : doordien de Waterlci„ ding uit dezelve naar de Nathals Polder , in „ dit geval, ongelyk veel te klein .is, zoo moet », de Boezem Kade op het Buiten Land, even „ beneden de Ioozing dier Sluis, by Lit. V, ter „ breedte van 3 Roeden, en diepte van a voeten „ onder het Maaiveld tot in de Sloot worden „ doorgelloken , dat het Water zich voor het „ grootfle gedeelte op den Buitenpolder van de „ Nieuwe Boere - Verdriet kan ontlasten : dat ., voorts van dien Polder, deels door het Sluisje „ aan de Bleek, en deels door de Postfluis, en 3, de rest door de Watering op de Nathals-Pol'„ derj, door de Nieuwe Sluis , weder by Ebbe zal „ worden afgelpost; waartoe nogthans (endaar „ op moet men wel bedagt zyn) by de Postfluis, „ en voorts daar het in de een of andere Slooten nodig zyn zal, de verëischte opruimingen tot „ de onbeïemmerden aflehotvanhet Wateren wer- kingen dier Sluizen gemaakt moeten worden. „ Het zal voorts zoo wy meenen niet ondienflig zyn, * dat wy de zaamengeftelde werkingen deezer Sluizen, „ en vobrgeflagen Hulpgaten , nog kortelyk het noo„ dige licht by zetten. „ Wanneer namelyk de Vierbanfche Sluis, by Ebbe in volle werking is, zoo loost deeze Sluis wegens „ deszelfs grootte en door het breede en diepe Buitcn„ Kanaal, door de Bleek, in de nabyheid van de Bak„ kers Kille, ongemeen veel Water, en kan ongelyk meer „ loozen, als 'het Boven - Kanaal kan doorlaaten en „ fourneeren: waar door dan ook, voornaamlyk als de ,„ Binnen - wateren nog hoog zyn, het Water dóór ■ ' 11 5 * de  ( 122 ) rt de gaaten O, T en U; naar die Sluis zal aftrek„ ken; Uier door zal zelfs de Hiilegatfche Sluis eene „ zeer waarfchynlyke vermindering van Ioozing op die „ tyd gevoelen: maar Wanneer de vloed deeze Vier„ banfche Sluis gefloten heeft,.cn de afkomende Wa„ teren uit de Oude en Nieuwe Landen derwaards bly„ ven afzakken, en voor die Sluisdeuren opryzen: zoo ., zullen de Gaten by T, N". i. en V, VV, N*. 2. ,. eene omgekeerde werking hervatten; te weeten, het „ water zal door de gaten T, van de Vierbanfche ,, Boezem op den Nieuwen Dusfenfchen Molen-boezem ... ftorten : waar van het gedeeltelyk door de Hillegatfchc Sluis, op den Nieuwen Boeren-Verdriet, en op ;, de Nathals Polder, en gedeeltelyk door de gaaten V, | en \V i de Dusfenfche Polder zal invallen: waar van „ de laafde gedeeltens met het water van die algemeene ,, Plas, nog op die Polder ftaande-, door de Peerenboom.- fche Sluis, en bygelegen ilulpgaten in den Buiten„ dyk zal geloosd worden : of zoo die "Polder reeds „ meerendeeis of genoegzaam' geheel droog geloopen zal 2 •*. dan zal het water door die gaten , nog met „ groot fucces, in de Slooten en Watering'Vailen, en ,', zich met de rest van het op dien Polder,' ©f in de Slooten bevindende water, door de Peerenboomfche „ Sluis hi het Maasje ontlasten: — En zulks te meer, „ naardien deeze Polder, als den Overlaat niét wérkt, ,,'en de Voorjaars Ebben tamelyk laag Vallen, zich nog in die voordeelige politie bevind, van door de-Peeren„ boomfche Sluis geheel droog te kunnen .afwateren , „ zoo als in 1795, ook nog gebleeken is; toen naam„ lyk op den 1 Mey van dat jaar, wanneer die Polder „ nog niet volkomen droog was, by het, by accóord in posfesfie nemen van den nieuwen Dusfenfchen Möo» len-boezem-, en Nathals-Polder, tot geryf van de ,, vier Bannen , die Moolen buiten werking gefteld „ ^vicrdt, en vervolgens dien geheelen Voorzomer buiten „ werking gebleven is. „ Ook moeten wy ter opheldering hier nog byvoe„ gen, dat de Hulpgaten door de Kadens, in de naby„ beid van de Buiten-fluizen gemaakt, wanneer name„ lyk die Sluizen door de Vloeden gefloten zullen zyn': ., En  C 123 ) En -het Water van boven, voornaamlyk uit de Oude ' Landen, het zy door de aldaar befchreeven HuLpga' ten, of door de reeds in werking zynde boven Moo' Iers door de Kanaalen komt aftedry ven, en voor de 1 Sluizen moet opryzen : dat als dan deeze gaten voor een wyle tyds ,- verkeerd , of omgekeerd , van de Boe? zems op de Polder-landen zullen werken:— Dan nier ? uit moet men geene algemeene nadeelige, maar veei* eer eene algemeene voordeelige uitwerking vermoeden. „ 'Er is naamlyk 1° - Geen onderfcheid in dit geval , en in decZe Conftrnctie, tusfehen de Boezuns en dc Pol" der-landen' dewyl de Polder-landen, met de ^ Boezems tot eene gemeenfehappelyke Boezem gjmaakt zyn. — Eu ao. ,„ Vermits alle de Buiten -Huizen jf^M^ der Water kunnen doorlaaten, als die lange, "kromme, en in deeze manier van werkingen " te naauvve Kanaalen , fournceren, kunnen; zoo " zvn ook om dit gebrek te redresfeeren , de " Hulp°aateS ui de Kadeii5Qi L, P, H, en an" dS? bovenwaards, tevens grootdeels daartoe «refchikt: - En wanneer ook wyders de be" neden gaten in dc nabyhe d van de Buiten -flui" len. of eenige derzelve.by Vloeden omgekeerd " werken, zoo doen dezelve in efecfe dit.groo" te voord-el dat zc naamlyk zoo veel Water " door die Gaten op de Polderlanden doorlaaten ! en bergen, als mooglyk is; het welk vervo 1' gens aan de cerfte beurt gebragt is , om met " de andere Wateren by de volgende Ebbe weJ der door voornoemde Gaten, Shuswaards uit„ teloozen. Ten Negende. Wanneer vervolgens de befchreeven Hulpgaten in de Kadens, als ook van het groote " Hu Pat No. 7. byhet Wieltje, (bladz. 104.) in den  C 124 ) „ Landen fnccesfivelyk uitgewerkt raaken, en van geen ., dienst meer zyn kt--uien, moeten eerst bovenwaards, ■„ en voorts beneden by de Sluizen , de voorn, gaten met Kistingdammen, of zoo als men zulks na de geItekiheid dier gaten , en de da;v toe hy aer band „ hebbende Materiaalen , het punvcaabjds.£ zal oordeé.„•len, terftond -befloten worden; om-dus Uocnde ook „ de Moolens op deeze Nieuwe banden, of eenige der„ zelve, dewelke als nog, wegens de bovenwar"; .is ge„ maakte gaten, niet hadden kunnen werken, d.iadlyk „ aan den gang te helpen: — En wanneer 'er als dan ,j by Uil weer, nog met goed Effedt eenige Hulpgaten „ met Schoften c'u Sehoftpianketi, op de 3aaftoelge„ fchiktfte plaatzen in de Kadens, tusfehen de Polder„ landen en Boezems, ter aftapph.g van de-Polder',, wateren kunnen in werkirig gebragt worden , zoo m moet. men hier mede handelen als van de Oude LanK den gezegd is. „ Ten Tienden. Naardien liet wyders bekend is, en ,, de Ervaarii.g in 1705. ook'zulks grootelyks geleerd „ heeft, dat om de Zeeven Moolens van de Vier Ban„ nen, onaangezien de hoeden, de Vierbanfehen Sluis, „ na de af>eioopeEbben, beurtelings cenen gcruitnen tyd „ gefloten houden, des niettegenftaande, nochtans by „ gunstige•Moolen-windeji, in volle werking te houden, „ zonder dat die Boezem tot het Maalpeü, gedtiurende „ de Vloeden kan worden aan- of opgemaaleh , zoo „ moeten de vier Ilulpgaten tusfehen den Vierbanfche „ en Uusieniciic Mooien-tfoezem op bladz, 120. iw. ht, „ T. onifchreeven, openblyvgn: desgelvks ook het gat rvTV. n T tr \' tn Aa Vvrhi ïn i#A 'KKM,Ari T3„Q^ \7„_ flnic t>n fleevige Kistdam gefloten had, brak eene hooge Vloed dezelve door; waar door het Nieuwe Land ,, van Althena in de maand May, weder tot eene aan" merkelyke diepte onder water gezet wierd. In 1795. werd het gemaakte Hulpgat in denzelven Dyk, bin- nen drie dagen beringt: waar tegen op den 23. en „ 24. April de" Springvloeden 2 en i\ voeten boven het " reeds afgetapte Binnen - water opzwol, het geen echter nog gélukkiger wyze voor die beringing ge„ keerd wierd. „ De wyze hoe deeze Buiten-Hulpgaten gedigt moe„ ten worden, laaten zich van te vooren niet bepaald „ befchryven; alzoo dezelve van te veel omftandighe]] den afhangen: onder anderen, en ook wel voorna' melyk, dat men van vooren- niet weeten kan, hoe„' danig deeze Hulpgaten ten tyde der Sluitingen gefi„ tuëerd zullen zyn. „ Edoch kan men echter hiervan in het generaal nog „ dit mededeelen, dat 'cr behalven twee a drie kundige „ Perfoonen, in den aart deezer Werken, en gelteld„ heid deezer Landen ervaaren, ook nog eene genoeg„ zaame voorraad van Materiaalen tot het maaken deeM zer Noodberingingen verëischt worden: beftaande „ hoofdzaaklyk in Ryshout, Paaien , Planken, — Hey„ en Heyilelling, Horden, Stroo , Mist, Kruiwaagens, „ Schuiërdeelen , Handheyen, Sleggen, Schoppen, „ Vaartuigen met de noodige Werklieden, al het welke „ by ieder Hulpgat, het zy geheel of gedeeltelyk van „ deèze Materiaalen , na dat ieder gat bevonden zal zyn „ gefloten te moeten worden, het zy met een Nood„ Kade alleen van Kley-fpecie; of met een Rysberm, „ en Kade van Specie, daar tegen en op denzelven; of „ met eene Kistingdam: na dat zulks wegens diepte, „ grootte en aangelegen fituatie, bevonden zal worden „ te behooren: eenige dagen bevoorens, begint men te . „ fluiten, daartoe by tyds in voorraad moeten aange„ voerd, en bv der hand gebragt worden. „ Ondertusfchen, of na dat deeze Noordberingen ge„ daan zyn , kan men wyders als bladz. 96. en 97. gemeld, „ in 1795. gedaan is, een bellek deezer gaten gereed „ maft-  ( xaS ) ,, maaken, en de volledige aanheeling deszelven by be~' „ fteeding laaten afwerken. DERDE HOOFDSTUK. „ Het tweede Hoofdftuk afgehandeld hebbende, zul„ len wy nu volgens bladz. 86. in dit Derde of laatfte >, Hoofdftuk, de Calculatie van de naastberaamde kos„ ten opgeven, dewelke tot het maaken van de noodigé i, praparatiën zullen moeten worden geïmpendeerd, „ namelyk: „ Tot het maaken van de voorgefiagen geprepareerde „ Hulpgaten, inden Ouden Dusfenfchen en Althenafchen „ Binnendyk; zoo als zulks op de zes aangeweezen plaatfen bladz. iooenioi.omfchreevenis;omdeprofilén „ aldaar tot Maaivelds laagte uittegraaven, en dezelve „ met Zand aantevullen, en met Kley-ipecie te over>, kleeden: als ook om de verëischte pra;paratiën te „ maaken by de Hulpgaten in de Dyken N°. 7. bladz. „ 104. vermeld: tot welk een en ander verwerkt zal moej, ten worden, als volgt: in De Gaten Uitgegra- Intewer- Dekkingin Roeden ven Specie in ken Zand van het Lengte. Schaften. in Schaf- Zand met ten. Kley-fpecie en Schaft. N°. 1. 8Roed. 232 Schaft. 7a Schaft. 24 Schaft. N°. 2. 8 235 72 24 -£ ! N°. 3. 16 392 ió2 50 N°. 4. 8 203 53 23 — N°. 5. 40 ï7ï'5 . 267 —■— 113 - N°. 5. 40 1387 267 113 1 , } . tezamen 120 Roe-4164 Schaf-833 Schaf-347 Schafden I ten ten j ten. Lengte. I 1 „ Waar-  ( 1*9 ) „ Waarvan de kosten zullen komen te bedraagenj M Eerftelyk: Tor het Uitgraaven der Profilen, en het verwerken der Specie op de Bermen en tegen den Dyk, te zamen " berekend op 4164 Schaften, de Schaft gecalculeerd '1 op 1 i Gulden, vermits het een zeer oude en vast be,, klonken Dyk is , bedraagt zulks ... ƒ 5205 - : - Ten tweeden, het Zand dat tot invulling van elders, uit de Bakkers .Kille of van het BergfcheYeld, metVaartuigen gehaald, ' en door de Bleek en Alm, tot aan den ' Binnendyk by de Sluis met Vaartuigen " moet gebragt, en wyders van daar met " Wagens zal moeten getranfporteerd worZ den, is om de gemelde redenen gecalc 11- leerd op 6 Gulden de Schaft, dat is over ; " de 833 berekende Schaften een lom van ƒ 4998 - : - „ Ten derden, de 347 berekende Schaf;, ten tot het bekleedfel over het Zand ge„ calculeerd op 15 duivers de Schaft, be„ draagt zeer na < • ♦ " 26*0 • : - ,, Bedragende derhalveh deeze begro'oting „ te zamen eene fom van . ; . . . ƒ10364 - : - „ Of wanneer de Gaten N°. 3, 5 en 6 „ met Dammen van Kley-Specie gemaakt zouden worden; zoo blyft 'er voor dé f Gaten N°. i , 2 en 4 aan Zand 197 SchafJ ten a 6 Guldens de Schaft. ... ƒ 1182 - : - Aan Kley om 'er over te dekken 71 „ Schafton a 15. ituivets de Schaft. . - 53 - ' ,, Aan uittegraven en te vertranfporteeren „ Kley-Specie 3614 Schafteri, a i \ Gul- den de Schaft - 45^7 - ; ' ƒ 5752 •_; ' X » Da»  ^ Tranfporteere f «res . 5 . 4, Pan nog aan 670 Schaften" Kley-Spe„ cie, tot het overwerken en het maken der „ Dammen a 15 ftuivers het Schaft. . . - 502 - : . „ Bedragende aldus deeze begrooting te zamen een fom van ƒ 6254 - : * „ Voorts moet de binnen dosfeering der „ Dyk, van de thans bevondene ligging „ tot voet op voet vallens, als ook den „ Berm; van het Hulpgat N°. 7. bladz. i®4. „ ter lengte van 20 Roeden tot Maaivelds „ laagte van dien binnen Polder, by het „ Wieltje aldaar, verlaagd en afgegraven, „ en de Specie ter wederzyde van dit project, „ tegen den Dyk en op den Berm gebragt, „ en aldaar tot een volgend gebruik bewaard „ worden; hiertoe zal aftegraven en te ver„ werken zyn circa 150 Schaften, a 1 Gul„ den de Schaft, bedraagt . . . ƒ 15a - - „ Dan ook nog om den hooge Boezem3, grond, zeer na op de gemiddelde breedte „ van 11 Roeden, ter hoogte van \, 1 en ft 1I vo.et boven den laagen Zomer-boe„ zem,tot 3voeten daar, tusfehen den bui„ ten-teen der Dyk en de Vierbanfche Wart tenn§ ^daar gelegen, op de lengte van ,, 20 Roeden, ter diepte van 4 voeten af„ tegraaven en uittediepen; waartoe op de n voornoemde lengte van 20, en breedte » van 11 Roeden, of oppervlakte van 2*0 „ quadraat Roeden zal verwerkt moeten „ worSen 880 Schaften Specie, a 1 Gulden „ het Schaft, is - 880 - r . "„ Bedragende aldus volgens deeze fiering, „ de te maken prreparatiën aan dat Hulp- „ gat, een fom van r . ƒ 1030 - « - De  ( I3i > De Specie uit deeze Boezem-landen komende,[ moeten insgelyks ter wederzyde van dit project tegen „ de buiten-dosfeering van den Dyk bewaard wurden; !, om te eeniger tyd, wanneer dit gat zal gewerkt heb„ ben, men die Specie weder tot digtmaking van het„ zelve kan cmploijeeren. „ Tot het maken van de prreparatiën by het Hulpgat „ N9. 2. bladz. 107. en 108. befchreeven, zal tot de af,', graving van de Buiten-landen, en het leggen van de „ twee Nieuwe aanfluit Kadens mét het Duikertje in de „ bovenfte Kade, ie zamen volgens de gemaakte bé„ grooting aangewend moéten worden eene fom „ van . ƒ 960 - :' - „ De Specie van dit Buitenland komende, moet zoo' „ als van de vobrige gaten gezegd is, ter wederzyde van „ dit project op de Buiten-berm tegen den Dyk gebragt, en aldaar bewaard worden; om dit gat als het gewerkt „ zal hebben, en de Specie daaruit weggefpoeld is, tot ,, de fluiting van hetzelve by der hand te hebben, ten' „ einde daartoe te kunnen gebruiken, om geene andere „ Landen te moeten vergraven. RECAPITULATIE deezer gemaakte Begroetingen. „ Van de zes gaten in den Binnendyk ,-, bladz. 121. • ' • • • • ƒ10364 - : - „ Van het gat N\ 7., hier boven . - 1030 - : - ,, En van'het gatNp. 2. hierboven . - 960-:- Totale fiering ƒ12354 - : " f. Of volgens' de tweede begrooting van „ de bovenltc post, bedraagt dezelve eene „ fomma van ƒ 8-4+ - : - I 2 Al-  C w ) „ Aldus zoude men door het hefteden deezer maatlge „ fomme, tot het maaken van voornoemde prsparatiën, „ by onverhoopte Doorbraken, terftond gereed zyn, „ om den af komenden vloed Waters, de verëischte door„ fchot en ontlasting te kunnen geven: — En met 'er 5, daad bevryd zyn, dat het Water tot die verbazende „ hoogte als in 1795, op deeze Landen niet weder zal „ kunnen opzwellen: — voort kunnen ook zonder dit „ de befchreevë aftapping der laage en tusfehen de Ka„ dens en Oude BinneniDyken bevalle Wateren van het „ bedoelde nut niet zyn: dewyl ook in deeze Conftruc„ tie het een tot het ander in verband gebragt is, en „ tot elkander in werking liaan, en derhalven ook 'een „ geheel uitmaaken. „ Ook moeten wy nog in bedenking geven, of het „ niet goed zoude zyn, dat 'er by meergemelde gepro„ jecteerde Hulpgaten, SteenenPaaien wierden gefield, „ met de daarop in dit Rapport gemelde Nommers en „ Letters, om alle abuizen in het fteeken deezer gaten „ voor te komen, en dus in loco te zorgen,, dat 'er „ ietterlyk kan en ook aan voldaan moet worden. „ Ook komt het ons daarenboven nog noodzaaklyk „ voor, dat 'er by Ysgang, wanneer 'er doorbraken te „ dugten zyn, eene Commisfie van twee Perfoonen be.. ;:oemd word, in het locale deezer Landen ervaaren, „ om gemeenfc.nappelyk met de Gecommitteerden uit de „ onderfcheiden Dyk-Collegiën te werken; ten einde, „ na gevallen Doorbraken, eene fpoedige bevverkftelling „ van dit alles te kunnen maaken. „ Het zal wyders voor het overige niet noodig zyn, „ wanneer dit Plan in zyn geheel mogte worden goed„ gekeurd , om daar over onze gedachten te melden, „ hoedanig daarmede te handelen, om hetzelve aan de „ onderfcheide, Dyk-Collegiën, van de Boven-Landen, ., en van de benedenwaards gelegen Oude en Nieuwe „ Landen mede te deelen: noch ook hoe daarmede te „ handelen , wanneer 'er eenige bedenking uit particu„ lierebelangens daarin mochten voorkomen, nochthaus „ hetzelve 111 weêrwil van dat, efleflt te doen forteeren. „ Hier-  C 133 ) Hiermede dit Stuk afgedaan hebbende, moet de éersVondergeteekende al vooren s bèc gefloten word, " nog deeze twee volgende zaaken over den Waterftaat " der •"•melde Landen hierby voegen. „ De Eerfte beflaat hierïn: Dat het my gebleeken is , dat het Oude Maasje van „ de Doverfche Sluis, tot aan het Drongellche Veer, zvnde eene lengte van zeer na 870 Roeden, op verre de meeste plaatfen door my te naauw bevonden is; t hetzelve behoorde, naar myne gedachten 111 plaats van ' op 22 voeten, op eene egaale breedte, met het ver- erooten van het Profil van de Ganfooyeniche Brug., " ten minfien van 36 voeten 'of 3 Rb.ynl. Roeden, ter " doorgaande diepte van 3 voeten onder het Zomerpeil °ebragt te worden; zoo als het op eenige gedeeltens " van hetzelve, voornaamlykbyde Doverlche Brug, en " ook boven Drongeleu bevonden is. „ Hier door zoude 10 in geval van Doorbraak het Water door het ' i' Hulpgat N«. 1.bladz. 105.befchreeven, hoofd" zaakelyk by den afloop van de laage Wateren , " door dit Gat, en bygelegen Sluizen, een meer " voldoende afloop kunnen hebben. 2R. „ Ook zoude by, en na de werking van den Over„ laat, het Water daar door veel eerder van de „ laage Buiten-landen, voor den Dyk by dcnEls„ hout en Doveren, kunnen aflopen;—En langs dien weg ook de Binnen-landen eerder gelegen-. „ heid, als wel nu gegeven worden, om als dan „ eene vroegere beurt te hebben,^óm ook eene „ zoo noodzaakelyke, en fpoediger uitwatering „ te kunnen erlangen. I 3 3Q. y Ein-  c m ) j'. ,, Eindelylc dewyl deeze Landen, de eene mecr,, der, de andere minder, als namelyk onder den ,, Elshout, Druncn, Knik, Dnfenoord, Vlymen, ,, Hedickhuyfen, Haarfteeg, Dern, Ifcrpt, Ond„ Heusden, de Stad Heusden, Aelburg, Hees„ been , Genderen en Doveren, allcopdit Oude f, Maasje hunne uitwatering, met en zonder Moo„ lens hebbende, en by natteSaïzoenen , zoo yan „ de Hemel-, als Quelvvateren van de Maas, veel „ Waters ontfangen enhcrwaards moeten afbren„ gen, en daar'door op die tyden veel nadeel „ door deeze gewoone, maar in dit geval gebrek„ kige uitwatering gevoelende, zoo zorude zulks „ ook mede hiertoe grootelyks bevorderlyk zyn : „ dat dit voornoemde gedeelte van het Oude Maas'„ je, op gemelde Breedte en Diépte doorgaande „ gebragt wiera. Het tweede behelst: „ Een project ter verbetering der uitwatering van een „ gedeelte van de berieden Landen van Heusden'op den ,,.Alm uitlozendc; als mede ook gedeeltelyk voor de ,, oude Landen van Dusfen; en voorts voor alle de Oude 3, én Nieuwe Landen van Althena, het welk de eerst '„ Ondergeteekendc, by wyze vau de naast mogelyke cal,, culatie met de noodige toelichting, zoo kort doenlyk, ,,■ zal trachten voortedragen, of hetzelve mochte llrck,, ken tot een Plan, om te eeniger tyd, tot verbetering 2 van den Waterftaat deezer Landen, in werking gej, bragt te worden. I ,, Waartoe yooriif het volgende overwogen moet wor„ den; iP. „ Het is bekend dat alle deeze Landen in het ajge„ meen, en die der Oude Landen in het byzonL der, zeer llerk laboreeren, aan gebrek vau ,, Boezems ,- 'doordien de oude Boezems, „ behalveri eenige groote en diepe Slooten eri L Uitwateringen , te veel en te hoog opgeland „ zyn: en das derfiarvep op dezelve, geduurende  C 135 ) w de tyden van de Vloeden, te weinig water kan „ geborgen1 worden. £.". „ En even bier door moeten veeltyds by de beste „ Moolen-winden, wanneer de Boezems vol zyn, „ en de Peilmoolen het fein doet, alle de Moolens „ van die Boezem zwigten, en wagten tot dat de „ Ebbe gelegenheid tot de afloozing daarfbeld. 3°, „ Dit veroorzaakt veelal, dat in den Winter en „ bv natte Saifoenen, deeze Landen met te veel „ Water belaaden blyven, het welk fomwylen „ van dat gevolg is, dat 'er zelfs veele Winter „ Graanen door verdrinken, of door te veel nat„ tigheid bederven. „ Om deeze redenen , is het den Ondergeteekende by „ het gedeeltelyk leeren kennen deezer Landen, in dit „ geval, ter óverwcegiug voorgekomen, zoo het moge„ lyk was, om dit inconveniënt, het zy geheel, of gc- deelteiyk van die Landen we£ te kannen neemen: met „ namelyk degeheele Bleek-Kille, waarop gemelde Lan- den door derzelver Boezems, haare eerlle buiten-loo„ zing hebben, tot eene gemcenfehappelyke Boezem, „ voor alle die Landen , by den Ouden Boezem teprojec- „ teeren: . En wel op deeze wyz,e, dat 'er aan de „ .beneden-hoek van de Kade op de Boere Verdriet, tot „ op de boek der Kade van het daar tegen overleggend „ Polderde, beneden de uitwatering der Postfluis, eene „ zwaare, flerke en Vloedvrye Aarden-Dam door da „ Bleek-Kille, tot affluiting van dien Concept-Boezem „ gelegd word: — En dat voorts door het beneden-eih» „ de van de Boeren-Verdriet, binnen de Kade, een Ka„ naai gegraven, en een Sluis van de verëischte grootte, „ met 3 a 4 openingen daarin, gemaakt worde, welk „ een en ander nader op de Kaart te zien is. ,, Men zal van my niet vergen, noch verwachten, dat n ik de wyze, hoedanig de'Sluis te maken, noch ook I 4 4 „ dc naast beraamde kosten op dit geheele Project val» ,, lende, opgeve, vermits ik tot dit onderzoek geene gej, legenheid gehad hebbe. —-■ , „ Nu moet ik vervolgens dit Project het noodig licht ■ „ byzetten, om zoo na mogelyk te doen zien, in hoe „ verre- hetzelve aan het voorgeleide einde zal komen te j- beantwoorden. „ Daartoe zal ik: i°. „ De groote van de Project-Boezem opgeven, aQ, „ Dan zal ik trachten aantetoongn, hoe veel Wa„ ter geduurende de tyden, dat de Boezem niet „ loozen kan, 'er door de Moolens in het alge' meen op derzelver onderfcheide Boezems kan „ worden opgemaalen. 30, „ Zoo na mogelyk opgeven , hoe veel Water hier , van op deeze Concept-Boezem zal afloopen, ep daarin zoo lange 'er geen Ioozing is, zal kun„ nen geborgen worden, 4" Zal ik eindelyk ten vierde, hieruit eenige hoofd" zaakelyke aanmerkingen afleiden: En ook nog 11 eenige ter verdere toelichting daarby voegen. Dan , eer ik hiertoe overgaa, moet ik alvoorens aanmerken , dat men bv ervaring weet, dat hoe juist ook " eene Infpectie met de daartoe noodige waarneemingen, " van de onderfcheiden Capaciteiten der Moplens mogte * o-edaan zyn, het nochthans zeer moeilyk is, zoo het " al mogelyk blyft, om dit geheele Zamenftelfel tot die * volkomenheid te obferveeren, dat het van alle gebreeP ken zoude gezuiverd zyn: daar men weet, dat dit * alles, van zeer onderfcheiden oorzaken afhangt, als „ o*  C 13? > „ Onder anderen: 1'. „ Van de verfchillende Wïndkragten■ waarmede „ de Moojens werken. 20. Om de juiste hoeveelheid Waters op eene irre" guliere Boezem te vinden , het welk door één 11 of meer Moolens wordt uitgeflagen. 5°. Van de onderfcheide Conftruélie der Moolens ' \\ zelve, waardoor de eene ligter, de andere " zwaarder werkt, en meerder of minder in het " opmaalen voldoet. 49. „ Van de verfchillende fituatiën en grootte der „ Boezems en onderfcheide grootte en lengtens „ van' de Kanaalen, waar door het Water afw ]{0mt: — En Sluizen, waar door het zelve „ geloosd moet worden. 50. Van de veranderlyke Hoogtens, waarop de ,', Vloeden ryzen: — En laagtens, waarop de „ Ebben vallen. En daar ik dit alles fiechts by wyze van de naast beraamde calculatiën heb kunnen bepaalen en opmaaken , en ook alleen het zelve dusdanig kan opgeven, zoo kan het daarvoor ook niet gehouden worden, „ dat dit project aan geene gebreken zoude onderhevig „ zyn, dewelke men by een nader onderzoek , als men het der moeite en kosten waardig oordeelde, daarin " ontwaaren zoude. Echter komt het my voor, dat „ dezelve van dien aart niet zyn zullen, of deeze gebreken zouden daarvan grootelyks gezuiverd en behoudens het geheel, daarüit gebeneficecrd kunnen „ worden. „ Wat het eerfte, namelyk de groote van de ProiectJ 5 » 3oe"  C 138 ) „ Boezem betreft, zoo heb ik by de naast- mogelyke „ meeting uit de Kaart, en wyders zoo veel my 'er in * !!" l"cllle van bekend is, bevonden, dat deeze pro„ ject-Boezem van de drie Sluizen, tot aan de Con- * SfP1:0™1 ecne ]eng^ uitleven! van zeer na nca „ koeden. En naar derzelver verfchillende breedtens, „ met ue uitwateringen buiten de Sluizen,'var, Ëin* „ mickhoven, vau de vier Bannen en van de Postfluis, „ te zamen eene grootte bevatten van 7250 vierkante „ Roeden; uitmakende 12Ti Rhvnlandfchc morgens. „ Het tweede, hoe veel water 'er geduurende de (y„ den dat er niet geloosd kan worden, door de Moo„ lens by gunltige winden kan worden ongemsulen. — „ Zoo is bet by naanwkeurige proeven ten vollen „ gebleken, en ook bekend, dat eene Scheprad-moolcn „ van het zwaarfte foort, by de meest voldoende win„ den, in één minuut zeer na 200 tonnen Water, tot „ 4 voeten hoogte kan opmaalen. „ Laat ik nu op deeze ervaaring in myn geval on„ dcrftellen, dat de onderfcheide iigtere en-.zwaardere „ fdorten van Molens op deeze Landen'"ïkande, en „door eikanderen tot verfchillende hoogte-W van 3, M ïk-> 4 en A\ voet, plus of minus het Water moeten „ opmaalen ; en dat ieder Moolen , bv gunltige Moolen„ winden kan uitllaan 150 tonnen ; en 'er liaan het vol„ gende getal Moolens, te weeten: „ Op de vier Bannen 7 „ Langs den Alm van Almkcrk tot aan den hoek „ by Uirwyk 4 W\ Verder bovenwaards aan den Alm is my het „ getal niet zeer juist bekend. „ Stellende dezelve ook op 4 „ Dan wyders van den Ouden Dooren. . . , t „ Aan de zeven Bannen q „ Op de Werkënfche Polder 1 „ Op de Vervooren Polder. , . . . 1 „ Op het nieuwe Land van Althena, tffl de Alm„ kerkfebe, nieuwe "Doorenfche en Emmickhoven- „ fche Polders 3 „ Te zamen uitmakende het getal van 30 Moolens. „ Wanneer ik nu al wyders ouderltellende, dat deeze , n 39-  ( 139 ) „ so Moolens by aanhoudende gunltige Moolen -winden. ,, in 4§ uuren 'tyds, geduurcnde dat het buiten Water „ te hoog is, op deeze gefloten Boezem blyven door? ' werken, zoo kunnen dezelve in gemelde tyd „ 1,215,000 tonnen Waters vau de Polder-landen af„ maaien. ',' " „ 'Pen derden, hoe veel Water zal hiervan op den Concept-Boezem afloopen, en daarin too lange 'er ?, geene Ioozing is geborgen kunnen worden ? i°. „ Hiertoe moet ik wyders onderflellen, zoo als „ ik met reede van eene waarfchynelyké zeker„ beid onderflellen mag, dat de Concept-Sluis „ aan de Bakkers-Kille, wanneer naamlyk de 50 „ Moolens in de volfte werking zyn , en veel „ Water uitflaan, dat als dan deeze Sluis ten „ naasten by niet meer als in de laatfte 2^ uuren „ van de vïoed, en de twee1 cerfte uuren van „ de Eb zal kunnen gefloten zyn: En ook „ veel langer, aan eene laagere Eb niet eene „ llerkere Ioozing zal kunnen, en bolt moeten „ open blvven , als de Sluizen in den Dyk; „ vermits "'er eerst een zeer groot gedeelte Water, dat 'er met de Vloed uit de Bakkers-Kil" le ingekomen is, 'er bevoorens met den Eb $eacf uit moet lopen, eer 'er plaats gemaakt „ is, dat de Sluizen in den Dyk open kunnen, ' om de Boezem-wateren te loozen. a°. „ Deeze Concept-Boezem is opgegeven groot te 3 zyn 7250 quadraat Roeden, welker Opper„ vlakte, zoo ik wel calculeere, door de voor„ noemde voordeelige werking der Moolens deezen „ Boezem tot 3 voeten hoogte zal kunnen ogge„ zet worden: waariiit dan wyders komt te bly„ ken, dat 'er op deeze Concept-Boezem van „ de oude Boezems zullen aflopen, eene quantï,, teir van 3,132,000 Teerlingiche voeten Water: „ waarvan "55 Teerlingfche voeten 1 ton Water „ uitlevert, dus bedraagd de afgeloosde masfa !: Waters, van de oude Boezems, öp deeze „ Con-  .( i4° ) „ Concept - Boezem 596,571, dat is, 10,929 „ tonnen minder als de helft, van de geheele .„ quantiteit van het voorbefchrceven opgemaa„ len Water, dat in den voornoemden tyd, „ door de 30 Moolens, volgens de gemaakte „ calculatie zoude kunnen worden uitgetlagen. 3°, „ En voorts in andere gevallen, of wel*by flap„ pere winden, wanneer 'er veel minder Water, „ als in het bovenftaande geval, kan worden op„ gemalen, zal deeze Concept-Boezem, ook van „ dat effect bevonden worden te zyn, ondtran„ deren, dat de Moolens op onderfcheide plaatfen „ llaandc, op vcrfchiüende tyden, het Water tot „ r;eer verahderlyke cn zomwylen tot zeer be„ zvvaarlykê hcogtens opbrengende, door mid„ del van deeze Concept-Boezem de hoogte dee„ zer opmaalingen ook aanmerklyk zal verminde„ ren: — En even daar door ook bewerken, dat „ in dit geval de Moolens als dan Water zullen „ uitflaan, daar ze anders wegens de flapte der „ winden, by meerdere hoogte der opmaalingen, „ werkeloos moeten blyven: En wanneer de „ winden zoo flerk, of zoo veel aangewakkerd „ zullen zyn, dat de Moolens in beide gevallen, „ het Water opmaalen kunnen, zoo als door „ middel van de Concept-Boezem , door laagere „ opmaaling v<.el meer Water van de Landen „ worden afgernaalen , en dus ook uitgeloosd „ kunnen worden. „ Hier uit ziet men eindelyk ten vierden, myns bew dunkens, zeer klaar: ressp.b > V;'isb^iujiis-.-. :f' sbio&yainuaen r< i°. „ Dat deeze Concept-Boezem met de oude Boe„ zems toereikende zyn, om het water, dat by „ de voordeeüglle gelegenheid der winden van de „ Landen kan afgernaalen, ook nu op deeze Boe„ zems kan geborgen worden : — En dat derhal„ ven ook de Moolens, wanneer 'er geene gewoo„ ne of maatige Sluisgang is, zbo wel geduuren- „ de  C f41 ) , de de Vloeden, als by Ebben kunnen blyven doorwerken, zonder het Maalpeil te kunnen bereiken : waar op thans veele derzelve zoo " dikwerf moeten blyven itilltaan: — En ook dat de Moolens, by fpaarzaamer winden met , meerder occafie en effect aan den gang zullen kunnen blyven. Over het geheel komt het my voor, zoo met relatie tot de onderfcheide Wind-kragten, waar mede de Moolens werken kunnen; " als met relatie tot de voorkomende loozingen " door de Concept-Sluis, dat 'er wegens dit alles, „ en in alle gevallen, hier uit een batig faldo zoude kunnen opgemaakt worden. 8.°. Hier door zal dan derhalven ook, zoo in my11 ne caleulatiën, en de daar opgelegde gronden, het waare doelwit getroffen hebbe, dit groote " inconvenient, dat naamlyk deeze Landen geene " voldoende Boezems meer hebben, en daarom ' te veel Water op dezelve moeten houden, en zeer veel nadeel daar door komen te lyden, zoo „ niet ten eenemaal, immers grootdeels, kunnen „ worden weggenomen. 3°. „ Ook zullen alle deeze Moolens, waar van veele " fomwylen, naar hun zamenftel en Conftructie, " 'het Water te hoog moeten opbrengen, en daar " door veel flytagie en defecten moeten onder" gaan, zeer veefin de gewoone Reparatiën van " het gaande werk komen te verminderen. 40. „ Vervolgens moet ik hier ook nog dit byvoe, gen, dat wanneer deeze Concept-Boezem niet groot genoeg bevonden mogte worden, zoo kan „ dezelve op veele plaatfen, voornamenlyk langs „ dc Oevers van de Bleek, zelve tot op laag Wa„ ter afgegraaven, en daar door met maatige kos,^ ten nog aanmerk cl yk vergroot worden. 5°. „ Wanneer 'er by onftuimig weêr, zoo hooge „ Vloeden komen; dat het Water over de Buiten „Lan-  ( 142 ) ., Landen en Kadens , deeze Concept-Boezem' ,, dreigen intevallen, zoo moet de Sluis open bly„ ven, dat dit foort van Hooge Vloeden deeze „ Boezem kunnen inloopen ; om dus doende te ,, voorkomen, dat 'er door het overvallen van de „ Vloed-wateren in deeze Concept-Boezem, gee,, ne gaten in de Kadens uitfpoelen: noch ook dat „ 'er hier door geene defecten aan de Project Sluis ., kunnen voorvallen. C°. ,, Ook heb ik hier vooren bladz. 135. öpzettelvk „ gezegt, om deeze Concept-Boezem met eene „ affluitdam van Aardfpecie, en niet van, of met „ Ryshout te maken ; om reden , dat wanneer 'er „ eene onverhoopte Doorbraak aan den Hoogen „ Maasdyk mogte voorvallen, dat dezelve alsdan „ het gemakkelykst kan doorgelloken cn door het „ Water uitgefpoeld kan worden : — En zulks j, is in dit geval noodzaaklyk: vermits de .Slui,, zen in den Dyk, als dan eene ongemeene hoe- veelheid Water loozen, zoo moet ook voor „ eene onbelemmerdeaffchot van het Waterplaats „ gemaakt worden: tevens ook om hier door de „ Project-Huis te conferveeren; voorts wanneer „ de Dykbreuk gedigt is, en de overftrooming 3, zoo verre zal zyn afgeloopen, dat de gewoo3, ne Vloeden, de Sluizen in den Dyk weder zul,, len komen te fluiten, dan moet deezen Dam daar ten eerden weder ingelegd worden: — En ,, dit gedaan zynde, dan heeft men eene dervoor„ deeligfle gelegenheden bewerkt, om naamlyk door middel van, of op deezen Concept-Boe- zem, de laagere Wateren door de hier boven ,5 befchreeven Hulpgaten, geduurendc de Vloed ' te doen afloopen , en om vervolgens ook de „ Moolens met zeer groot effect daar op te doen werken. Aldus zoude men dan ook in geval ,, van Doorbraak, by het weder Droogmaken dee,, zer Landen, een groot voordeel vau deeze Contt cept-Boezem kunnen hebben. „ Hier  ( 143 J „ Hier mede vertrouwende, zoo veel wy konden, ten h nutte deezer'Landen bygedragen te hebben , bonpen „ wy daar door aan onze bekomen Last te hebben vol- daan , en blyven voorts met alle refpect." Uwe Dienstvaardige Medeburgers! (getekend) J. ENGELMAN. F. W. CONRAD. Eindelyk heeft de Praefident in eene Extraordinaire Vergadering den 5. February, aan het Committé" gecorumuniceert, dat de ürganifatie van een nieuw Administratif Bettuifr op dien dag zoude plaats hebben, en dat hy aan, zyn adres had ontvangen een Extract uit dcBefluiten van het' Uitvoerend Bewind van den 4. te vooren, waarby het Committé wierdt ontbonden, van den navolgenden inhoud: Gelylheid, Fryheid, Broederfchap. Extraft uit het Register der Be. Puiten van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek. Zondag den 4. February 1798. Het vierde Jaar der Bataaffche Vryheid» *-lS "4 £eIiberatie befloten, het provifioneel Admi„ mltratir Committé van het voormaalig Gewest Hol„ and te ontbinden, gelyk hetzelve ontbonden wordt $, by deezen , en deszelfs refpeétive Leden te gelasten . „ gelyk zy gelast worden, op den ontfang dezes ui „ elkauderea ie gaan.' ' Eii  C 144 ) En zal Extract deezes gezonden worden atan den PrKlldent van bovengemeld Committé, de Burgef * K. Hovem, ten einde zich'daarnaar te reguleeren," (geparapheert) PIETER VREE DE; (onderftond) Accordeert met het voorfz. Register* (was geteekend) W. BUYS. Waarna de Praefident het Committé met eene hartelyke en gepaste aanfcraak heeft gefcheiden.