21287 E 3  PRENTENKABINET DER RIJKS UNIVERSITEIT LEIDEN. ■ INV. B. NO. /  B E R I G T E N WEGENS EEN PRENTWERK* VOLGENS DE NIEUWE UITVINDING; VAN DEN HEERE CORNELIS PLOOS van AMSTEL, Zo als dezelve, van tyd tot tyd, geplaatst zyn in da VADERLANBSCHE LETTEROEFENINGEN»   B E R I G T E N, wegens een Prentwerk, volgens de nieuwe Uitvinding van den He ere ■ CORNELIS PLOOS van AM STÉL?). HEt is den Liefhebberen der Schilder- en Tekenkonst genoegzaam bekend, hoe al voor eenige jaaren, in Vrankryk, zekere Prenten , van meer dan ééne hand, gedrukt als tekeningen van rood en zwart kryt, zyn in het licht gekomen : ook in Engeland een fraai werk, mede in den fmaak als tekeningen na verfcheide vermaarde meesters, dooc Knapton en Pont is uitgegeeven. Stondt men by het uitkomen dezer werken verwonderd, zo wel over het nieuwe als het nuttige dier ontdekking, waar in twee derbefchaafdfleNatiën van Europa deel hadden, het moet dan zekerlyk,den minnaaren van Piciura geen gering genoegen verwekken, ook in ons Vaderland, de voldoenendfte blyken te zien van eene uitvinding, di/3, in alle mooglyke betrekkingen, de bovengemelde niet alleen evenaart, maar zelfs, volgens het algemeene oordeel der kenneren, verre overtreft. En op dien grond is het, dat wy meenen den Liefhebberen geen' ondienst te zullen doen, met het geeven van een Bericht, zo wel van de aanleiding tot dit werk, als wegens deszelfs begin, voortgang en vol voering, en inzonderheid, van eene naauwkeurige befchryving der Prenten , die tot dus verre het Werk uitmaaken, en waar toe de Uitvinder ons gunftiglyk heeft gelieven in ftaat te Hellen. De Autheur of Uitvinder is dcHeer cornelxs ploos van amst e r., welke, al voor veele Jaaren, zyneuitfpanningen, onder verfcheide andere fraaije weetenfehappen, inzonderheid , bepaalde tot de edele konst van tekenen en Schilderen; en aan dceze oeffening zyn wy verfchuldigdhet werk, 't geen wy thans bekend maak'en, en waarvan wy de aanleiding kortelyk zullen melden. Eenige jaaren geleden werden onzen Uitvinder eenigen der bovenbefchrevencFranfche Prenten na verfcheide meesters, (*) Dit Bericht is opgemaakt, en ons ter hand gefield door eca Vriend van gemeHen Heer. A 2  4 I. b ê r i o t ter s , gemaakt als tekeningen van rood en zwart kryt, vertoond. De redeneering hier over met fommige bekwaame liefhebbers, welken meenden dat deze konst, in hec koper, door een Ponfoenyzer werdt gewrocht, gevoegd by de herinnering aan zekere aanleiding, door een onbedacht toeval, onder het etfen, in vroeger jaaren, onzen Konstminnaar zeiven voorgekomen, deeden hem nu befluiten zyn gedachten hierover met meerder opmerking tc laaten gaan , en eenige proeven te neemen , waar van de uitflag hem volkomen in zyn denkbeeld, wegens die manier van behandeling, bevestigde, en hem genoegzaam overtuigde dat hy, zo niet op den zekeren, immers op den mooglyken weg was om dat oogmerk te bereiken. Intusfchen vondt onze Autheur, tot zyn genoegen, het middel om dit foort van konst in het werk te (lellen , en ter uitvoer te brengen,zo verre zelfs, dat zv niet alleen voor weinig bekwaamen, maar zelfs voor genoegzaam ougeöefFenden , ten uitenten gemaklyk was. Deze nafpooringen en ontdekking zyn, eigenlvk, het middel en de waare aanleiding geweest tot dac verder onderzoek, waaraan hy den oorfprong van deze zyne nieuwe uitvinding te danken heeft: eene uitvinding, geheellyk verfchillende van die der Franfchen, en, fchoon zy in eenige declen gemeenfchap hebben mogt met die der Èngelfchen van Knapton en Pont, echter, niet alleen tot genoegen der liefhebberen, maar vooral ter byzondere voldoening van onzen Autheur, ontworpen, ter uitvoer gebracht en voltooid , eer hem ooit het fraaije werk van Knapton en Pont was onder het gezicht gebracht: eene uitvinding, zo verfchillende in manier met die der gewoone graveer- en etskunde, als zy voor allen derzelver oeffenaaren duister is, fchoon zy, voor een gedeelte, daar toe kan betrekkelyk gemaakt worden, ja, waar in men zelfs bv fommige gelegenheden de genoemde konden niet kan dntbeeren. Wanneer men de moeite en kosten dezer onderneeming behoorlyk overweegt, zou het zekerlyk ten uiterftcn onbillyk zyn, een naauwkeurigerbefchrvvingvan deze Weetenfchap te vorderen, en het openbaaren van een geheim, 't geen de Heer ploos van amstel, tot genoegen der Liefhebberen, geheel alléén bezit; vooral, wanneer men bedenkt , indien het zelve al wierd bekend , welk een kwaad gebruik 'er, ten opzichte der tekeningen, van gemaakt zou konnen worden; waarby nog komt, dat deze konst  wegens een prentwerk. 5 konst bekwaame handen, groote onkosten, veel tyd en vlyt , en ('t geen het moeijelykfte van allen is ,) eene gantsch byzondcre behandeling in het drukken vereischt. Overgenoeg is het, onzes bedunkens, dat wy den Liefhebberen , uit naam van den Uitvinder, mogen verzekeren, dat zyn oogmerk in geenen deelegericht is om de nakomelingfchap te berooven van eene konst, wier fraaiheid ieder kenner (traks in 'c oog moet vallen; maar dat hy omtrent deze vinding, welke hem zo veel moeite heeft gekost, de behoorlyke voorzorg zal gebruiken , welke tot denverderen opbouw en voortzetting van iets dat zeldzaam bly ven moet, noodzaaklyk is. Wat nu het Werk zelve betreft, dit beftaat uit vier Prenten, gemaakt als tekeningen, na de origineelen van beroemde meesters, in den beginne des voorleden jaars uitgekomen, en nu met nog een Prent en Tytel vermeerderd, welken nog deze maand het licht zien, en dus tefamenzes Konstftukken, welken , ieder in het byzonder, eene naau wkeuriger befchry ving vereifchen. Van de vier reeds uitgekomen Prenten is een na adriaan van de velde, verbeeldende een aangenaam en zonachtig landfehap. Op den voorgrond ftaat, aan den kant van een helder beekje, even buiten het lommer van eenen weeligen boom, een Koebeest, bukkende om te drinken ; ter zyde een bevallig vrouwtje vaardig om, bloocvoets, het beekje te doorwaaden; daar naast, op den oever, een zittende Herder welke zyn voeten wascht: vervolgens een drinkende hond, benevens eenige fchaapjes en lammeren,- zich allen, door hunne fchaduw , in het fpiegelend water verdubbelende. Om deeze voorwerpen, allen in een helder zonlicht geplaatst, nog fraaijer en krachtiger te doen voorkomen, ziet men, op den tweeden grond, een Koe en eenige Schaapjes graazen, onder begunftiging van eene fombere fchaduw; welke geheele party uitkomt tegen eene aangenaame zomerlucht, en het helder verfchiet van een grootsch landfehap. De origineele tekening is eene der allerfnaiften van den beroemden A. van der Velde, en is weleer in bezit geweest van den Heere sybrand feitama, doch thans onder onzen Autheur berustende. A 3 De  6 I. b e r i g t De natuurlyke Zonlichtenen de tederefchaduwen, doende ve.rfrandigfte fchikking van hec licht en bruin , met zo veel omzichtigheid als oordeel geplaatst , en door eene losfe , bevallige en naauwkeurige behandeling van tekenpen en penceel,in eenigzins geelachtigen Oostindifchen Inkt, door den grooten van de Velde uitgevoerd, zyn dooronzen Konftenaar, den Hcere ploos van amste'l . zojuist waargenomen, zo keurig nagevolgd, dat men tusfehen dePreriten tekening bynaar geen het- minde ondericheïd bemerkt. Zelfs zyn de kleinfte toetfen met potlood en rood kryt, welken het origineel niet weinig luister byzettcn , in de Prent, in eenen zachten toon, echter met de vereischte kragt, en als het ware, op de achteloosfte wyze te pasfe gebracht. — Een na _^.h. zaftleven, verbeeldende een Schuitemaakers werf. Op den voorgrond , naarby een klaar water, ligt een fchuit op de helling, benevens eenige kromhouten , gereedfehnp enz. In het verfchiet ziet men twee huisjes, gelvk ook twee beeldjes en een belommerd boschje, alles zeer bevallig door de Zon verlicht. — Een insgelyks na h. zaftleven, ; r- ■ ■:■ ■ - zynde een weergaê van de voorige; verbeeldende den uithoek van eene bochtige rivier, waar voor een fcheepje, zich in den ftroom fpiegelende. Op den fomberen voorgrond zit een Mannetje , by eenige omgehouwen boomenilammen, en in het heldere verfchiet, waartegen de gemelde partyën uitkomen , ziet men nog een diergelyk beeldje in een fchuit, ook nog een' molen, welke uit het welig geboomte ryst. Deze beide tekeningen, met zwart kryt en een weinig geelachtige, Oostindifche Inkt, door den Schilder Zaftleven zeer natuurlyk gemaakt, zyn ook met de grootfle naauwkeurigheid zo wel in 't koper gebracht als gedrukt: berustende beiden de origineelen in de keurige Verzameling van onzen Uitvinder. — Een na rembrand, verbeeldende een Vrouwtje van achteren, liggende over ee-  WEGENS EEN PRENTWERK. f, eene onderdeur en ziende naar buiten, naar het geboomte, tegen de Zon, terwyl door de deur een natuurlyk en treffend zonlicht komt invallen, het geen ftrookt voorby de openftaande bovendeur, en dus een fraai en teder fchamplicht veroorzaakt , welks zachte flagfchaduW en verëischte byfchaduw ongelooflyk dun en natuurlyk behandeld zyn. Kortom alles, zonder onderfcheid , is ia licht en donker, zo krachtig en bevallig uitgevoerd, als men van de bekwaamheid van eenen onvergelykelykea Rembrand zou konnen verwachten; zynde de origineele tekening, met de pen gemaakt, met eene bruinachtige kleur gewasfchen , en met een lichter tint gehoogd, even gelukkig als de voorgemelden door onzen Konftenaar ia Plaat gebragt, mede onder hem berustende. By deze vier Konstprenten komt nu nog een mede na ^ rembrand, verbeeldende een Jongetje vlak van vooren, van de Zoa gedaagd, hebbende eenen hoed op, welke eene flagfchaduw geeft op zyn aangezicht; voorts aardig gekleed, ea liggende met beide zyne armen over de onderdeur van eene ronde poort, alles met de verëischte, natuurlyke kleuren, kracht en levendigheid van licht en donker, in den byzonderen fmaak van den grooten Rembrand allerkeurigst behandeld; bchoorende het origineel, thans tot dezelfde Verzameling als de voorige. Onze Uitgeever is niec vreemd van het gevoelen eeniger Liefhebberen, dat deze twee tekeningen de Vrouw en Zoon van den Schilder zelve zouden verbeelden. In hoe verre dit gevoelen grond heeft, behoort niet tot ons bellek. Eindelyk volgt nog. een tytel. Verbeeldende een groote Pedeftal , ftaande op dezelve een kindje , houdende het Wapen van den Ed Groot Achtb. Heere Burgermeester Mr. jonas witsen, ea nevens het kindje de tekenen der Burgermeesterlyke waardigheid. Op het Voetftuk zelve, van geboomte, kruidea en planten omringd, is deeze toewyding, in het Latyn» te leezen: A 4 VI-  S ï» b e r i g t Viro Amplisfimo, Nobilisfimo, Ióto, civium Amftelffidarnenfium Patri Confulique Vigilantisfimo; Omnium artium ac disciplinaram Patrono; fed inprimis Pifturaa ejusque partium Mcecenati & Exercitori Hcereditario; Hünc i£ri inciforum Extyporum fafciculum; quafi manu exarata & delineata Excellentisflmorum inter Belgas Pidtorum imitantium; ea qua par est reverentia D.,Fe„,. . D'D-D- Inventor Cornelius Ploos van Amstel. Deze tytel, door den Autheur met de pen getekend, op een' bruinen grond, en met wit gehoogd, is ook in dien imaak in het koper gebracht en gedrukt. Om alle bedrog, zo wel omtrent Liefhebberen als onkundigen voortekomen, en vooral te verhoeden dat deze tekeningen niet voororigineeten geveild worden, zyn ze, allen van achteren getekend met het wapén van den Uitvinder, welke voorneemens is, by leven en gezondheid , van tyd tot tyd, de Verzameling der gemelde tekeningen te vermeerderen met eenige anderen van de uitmuntendfte Nederlandfche Meesters, tot welke Verzameling dan, hoe groot die ook worden mag, de laatstbefchrevene tekening of Opdragt ten beftendigen tytel zal verftrekken. Het fraaije en voortreflyke dezer uitvinding, boven die der reedsgenoemde Franfche en Engelfche Werken, moet ieder in het oog vallen, die Hechts overweegt hoe elk der laatiten alleenlyk bepaald is aan eenige byzondere manier; daar deze bekwaam is om, in alle verfcheidene manieren, de tefeeningen met derzelver fleuren en verëischte tinten, al-  ■wegens een prentwerk. $>• allcrnaauwkeurigst-gelykende te vertoonen, en om die reden (behalven het nut ter aanmoediging van de toeneemende kennis dezer fraaije wetenfchappen) inzonderheid, gefchikt om elk nieuw Liefhebber in ftaat ce ftellen zich bekend temaaken metden omtrek en manier der beroemdde Meesteren van ons Nederland, en dus te verhoeden , dat hy, een kopy voor origineel aanziende, fchandelyk bedrogen worde. TWEEDE BERIGT. WY hebben in het Vde Deel der Vaderl. Lett. N. ir. onzen Leezeren medegedeeld,een Berigt wegens een Prentwerk volgens de nieuwe Uitvinding van den Fleer coknelis ploos van amstel, waarin de 6 Prenten, welke toen het licht zagen , naauwkeurig befchreven worden. Wy berigtten toen ook dat de Uitvinder voorneemens ware, by leven en gezondheid, van tyd tot tyd, deze Verzameling te vermeerderen met eenige "anderen van de uitmuntendde Nederlandfche Meesters. Zonder ons verder in te laaten in den regtmaatigen lof, welke deze fraaije Uitvinding verdient, zo melden wy thans maar alleen, dat het genoegen, waar mede de 6 F erdelingen by de Liefhebberen der Teken en Schilderkunst ontvangen zyn, onzen Kunstminnaar verder aangefpoord heeft om zyne uuren van uitfpanninge geheel te befteeden, tot een Werk, 't welk, buiten deze voorzorg, van een al te langen nafleep zoude zyn. Ten dien einde dan heeft hy, ten diende der Bcminnaaren dezer Weetenfchappen, rceds'een 7den vervaardigd, naar de Tekening en Coleur van den beroemden ^ adriaan van ostade: Verbeeldende een Boere wooning van binnen, met een open deur, waar door men,gelyk ook door de daar boven geplaatde en nevensdaande Venders, naar buiten, tegen een ander huis en gebouwen ziet. Verder ziet men in dezelve een zittenden Boer, op den voorgrond, welke, bloods hoofds, met den muts ouder den arm, een nieuwspapier voorleest, en een anderen, welke,met een hooge muts op het hoofd,over de opendaande onderdeur liggende, met allen aandagt daar na luistert; benevens eene zittende Vrouw, welke een Boerenkind,dat voor haar daat, pap geeft. Agterdezclvevertoontzich, behalven het gemeene boeren huisraad, dat ook elders geplaatst is, A 5 een  ïo II. b e r i g t een Spinnewiel, een Linne weefgetouw, en, in 't verfchiet, twee glasraamen, waar doormen het licht,eenig geboomte, en een huizing gewaarword. Om deeze eenvoudige vertooning ten uiterde aandoenlyk en aangenaam te maaken, worden de luisterende Boer, de Boerin en het Kind,, welke tegen den zombren agcergrond afkoomen, verlicht door een (terken Zonnefchyn, die, door de opene deur, op. de voorwerpen valt, waar door de Ieezende Boer, aan den anderen kant verlicht zynde, met zyn donkere zyde (terk uitkomt, een groote party bruin op den voorgrond uitleevert, en het licht kragtiger en bevalliger doet werken. Dit Konstftuk, welk m Ordonnantie, geest, tekening tevens en coloriet uitmunt, is in zynenatuurlyke koleuren en houding van licht en donker zo wel als omtrek, ten uiterile naauwkeurig, door den Autheur gevolgd; zynde een der fraaiiten van den nooit volpreezenen a. van osta de , door hem gejaarmerkt 1673. en thans berustende in het beroemde Kabinet van den Wel Ed. Gr. Agtb. Heere. den Heere jonas wiTSEN, Burgermeester der Stad Amftcrdam. DERDE BERIGT. < - , H IIEt Prentwerk, volgens de Uitvinding van den Heer 1 corn. ploos van amstel, vvaar van wv meermaalen in ons Werk gewag gemaakt hebben (*), is wéder, ten diende van de Liefhebbers der Teekèn- en Schilderkunst, met eene fraaije Prent, door hem op nieuw in 't kopergebragt, en in zyne eigenlyke coleuren gedrukt, vermeerderd, en dus tot agt fluks gevorderd. Zynde deeze laatfte gevolgd', naar de UitmuntendeTeckcning'in Coleuren van den Kunstryken Schilder, ^hendrik van a v e r c a m, gebynaamd De Stomme van Campen. gemerkt met zyn gc- TXT woone handteekening -C^i 1621 ƒ. Ver- (*; Zie Vadehi, mia-oiF, V. D. bl. 467, VI, D. bi. 383.  WEGENS EEN PRENTWERK, i r Vevbeeldende een Wintergezicht; zynde dc Voorgrond geftoffeerd met verfcheiden beelden , onder welken Fred. V. Keurvorst van den Palts, en hoofd van het Protestantfche Bondgenoodfchap, toen hy als Koning van Boheemen ge: kroond, maar door den Keizer onwettig verklaard, in den ban gedaan, en uit zyn verlooren Landen naar Holland gevlugt was; benevens zyne Gema'inne. Princcs Elizabeth, Dogter van Jacob 1. Koning van Groot-Brittanje , en verder gevolg: zo als wy uit het volgende opfchrift, even ondej den naam en 't Jaarmerkgefteld in oud loopend fchrift, (dcnkclyk door den Meester zeiven) verneemen. ,, Dit is Fredrik de Vde, Koning van Bohemen en Vrouw j, na het leven getykenl. Het fchynt ons toe,dat men in't verfchiet, benevens een menigte Schaatsryders en anderen , die de Wintervermaaklykheden genieten , ziet, de groote of St. Jacobs Kerk van 's Gravenhage, waar door wy te meer bevestigd worden, omtrent de Egtheid van deeze afbeelding; alzo het in de gefchicdenis bekend is, dat wanneer gemelde Fredrik V. den Slag in 't jaar 1620 in November verlooren had, hy nog dat zelfde jaar zyn intrek nam in het huis van den Heere van der Myle (*),en dus den wintertydin den Haag aldaar kan hebben doorgebragt. Wy zien, den geen, welke onder de Beelden over de linkerzyde zig vertoont, voorden Paltsgraaf, en die mee het half masker voor de Princes Elizabeth zyne Gemalin aan: dien men vanagteren ziet,zaldenkelyk een Edelman zyn, of het moest zyne Excellentie Prins Maurüs weezen, wiens Zusters Zoon de Paltsgraaf was. Deeze afbeelding die tot bevestiging der waarheid van 's Vaderlands gefchiedenisfen dient; heldert ook onze denkbeelden op, wegens de wyze van kleeding in dietyden.— Verders is alles ten uiterfte natuurlyk verbeeld; zynde de Beelden die op den voorgrond ftaan,over de 4duim groot; hunne teekening is breed en meesteragtig; dezelven zyn heeriyk gegroept van een helder Zonlicht befcheenen; de dunheid der tinten, en wemeiagtigheidderzamenftemmende coleuren zyn, volgens de beste waarneemingen , in een open lugtj, naar eisch der dingen, met alle naauwkeurighcid en welftand waargenomen. Zynde verders in dezelve Tee- ke- (*) Vaderl. historie X deel, bl. 402,.  WH III. B E E I G T. kening meer dan 20 Beeldjes, alle in haare Natuurlyke houding verbeeld. Dit Kunstfluk in allen deele zoo ftiptelyk naargevolyd, berustende in de Verzameling van den Uitvinder c. p.°v. amstel, is één der fraaiflen van Hendrik van avercam, gebynaamd de Stomme van Campen. Wegens deezen Meester is aanmerklyk, dat men niets van hem,by deSchryvers diedeLeevensderKunstfchilders befchreeven hebben, gemeld vindt: daar hy nochtans al van ouae tyden onder de Liefhebbers bekend geweest is, en zyne kunst in groote agtinge bewaard geworden; gelyk, onder anderen . blykt uit zeker oude handteekening', gefield agter op eene Teckening, meede berustende in bovengemelde Colleótie, en afkomflig uit de Verzameling van wylen den Kunstminnenden Hcere sybr. feitama. Luidende: „ Dit heeft de Stomme tot Campen gedaan 1630, is genaamt „ Henrik van Avercam, zyn Konst is in goede eftyme. Wy fchry ven deeze nalaatïgheid niet toe aan kleinagting,nog onnaauwkeurigheid; maar aan gebrek van berigt, wegens de byzonderheden omtrent zyn perfoon. Waarom wy ons deswegens te Kampen hebben geaddrcsfeerd ; en waaromtrent wy hoopen, by eene andere gelegenheid, den Leezcr het berigt mede te deelen. VIERDE BERIGT. HEt genoegen, waar mede het Prentwerk, volgens de Uitvinding van den Heer cohnelis ploos van amstel, van tyd tot tyd by den Beminnaaren van Tekenen Schilderkunst werdt ontfangen, heeft hem gelegenheid verfchaft om met lust zynen arbeid verder voort te zetten, cn tot meerder volkomenheid te brengen. Thans zien wy hetzelve weder met drie, en dus tot elf fluks, vermeerderd. Van de voorige agt, hebben wy reeds by voorgaande gelegenheden berigt gegeeven. En wy oordeelen dat het den Leezer niet onaangenaam zal zyn, om ook iets van deeze drie laatst uitgekoomen Prenten te fpreeken. Een dcrzelven is gevolgd naar eene Tekening van den beroemden Fenix-Schilder ^ ANTHONIE VAN DYK, en verbeeldt het Poumet van den Kunstryken Landfehap. Schil-  wegens een prentwerk. 13 Schilder Jan Jozephszoon van Goijen, gebooren te Lefden,i3. January 1596, en gcftorven in 's Hage, in 't jaar i65ó(*). Die afbeeldzcl is, door den in kunst uitmuntenden van Dyk, naar het Leven getekend, op wit papier, met zwart cn rood kryt door elkander geartfeerd, en door den Uitvinder zo kundig naargebootst, als gedrukt; waarom het, met de zagtfte fmelting, zuiver en zonder eenige vermenging, de waare, kragtige en breede manier van dien grooten Meester, duidelyk en eigenaartig uitdrukt, 't Origineel is gekoomen uit het beroemde Cabinet van wylen den Schilderkunftigen Heere isaac walraven , en thans geplaatst in de Collcclie van den Auteur. Schoon 'er veele Prenten in rood of zwart kryt, door onderfcheiden Natiën gemaakt, het licht zien, is de manier, waar moede dit vervaardigd is, geheel byzonder, en in allen deele daar meede verfchillend, zowel incoleur, als behandeling; behalven dat men tot heden geen blyk heeft gegeeven , van met roode en zwarte artfeeringen door elkander, zonder verwarring, te kunnen drukken. Doch om hier meerder van te zeggen, zouden wy buiten ons bedek treeden , waarom wy den Leezer tot het Werk zelve wyzen. Wat kan beter degedagtenis van onzen Leidfchen Landfchap-Schilderbewaaren , en zyn beeldtenisin eerehouden, dan de blyken zyner bekwaamheid. Hierom heeft het den Uitvinder goed gedagt, om twee van defraayfte Landfchappen, door dcezen uitmuntenden Kundenaar jan jozephszoon van goijp.n, in zwart kryt en een weinig Oost-Indifche Inkt gemaakt, in hunne natuurlyke losheid, dunheid van tinten en verdere behandeling door zyn kunst naauwkeurig te volgen, dczelven daar by te voegen en ze den Liefhebberen aan te bieden. Het eene vertoont een Markt vol gewoel, men ziet, aan den opgang van een deenen brug, verfcheiden perfoonen, daar onder een Man en Vrouw, die van een Boerin iets koopen, en aanfehouwers die 'er na kyken. Op het midden . van deeze brug daat een dandbeeld nevens een deenen fchutsmuur, tegen welken zommige menfehen geplaatst zyn. Aan de overzyde doet zig een Stad-gezigt met verfcheiden ge- bou- (*) Zie houbraken Schouwburg der Schilders. Ifte deel, p= 170.  14 IV. B E R I G T bouwen, agter dezelve eeriig geboomte en een hooge Coren van een Kerk op, waar na toe een weg loopt, op welks hoek men een winkelhuis met een luyfelén eenige beeldjes ziet. Verder vertoont zig een groote toeloop van menfchen , koopers en verkoopers, met veel gewoel en levendigheid; welke meest allen langs,een water geplaatst zyn. Nog ziet men in 't verfchiet een andere Steenen brug , en daar agter Zeilen van Scheepen, Boomen, verders een Kerk enz. Een vrolyke en aangenaame zonnefchyn, afgebroken door verfcheitle fchaduwen, llagfchaduwen en refleclien, gecven aan alles een expresOe van vrolykheid, welke te kragtiger werkt door een donkeren voorgrond, waar op een Kruijer met zyn wagen en hond, benevens een Vrouw , alle in de fcliaduw gefteid, gezien wordt. Het andere, is een Dorpgezigt, waarin een Osfemarkt met vericheiden beeldjes op den tweeden grond vertoond wordt; in het byzonder ziet men daar in , de al van ouds gebruikelyke handelwyze, by het bieden, uitlooven en koopen van beesten, natuuriyk in het midden, tusfehen een Stedeling en Landman, afgebeeld;een derde perfoon, dieeenig deel daar in fchynt te neemen, voltooit de hoofdgroep; men ziet 'er allezints vcele aanfehouwers, zo Vrouw-als Mansperfoonen. Aan onze linkerhand ziet men een Boer zyn bepaalde keur, omtrent een beest, aan een Boerin met veel levendigheid uitdrukken: en een Jonge, aan de regter zyde, tragt een Vrouw, gekleed als oudtyds met een huyk, als 't ware tot koopen te raaden. De eenvoudigheid der Boere wooningen, een natuurlyk Landzigt, in welk zig twee beeldjes, ais Hengelaars, een helder Beekje, en een Kerktoren opdoen; het byzonder karakter der onderfcheiden perfoonen, gelyk ook de ftand, zo tot rust, als beweeging en werking der beesten, zetten elkander een natuurlyke bevalligheid by. Dit alles vertoont zig ongemeen kragtig in een fterk zonlicht, geplaatst tegen een flauwen agtergrond van geboomte, gebouwen en een dunne en heldre lucht, onderfteund door een fterk bruin, dat nogtans door verfcheide wederkaatzingen van licht,op een heldre Wyze , gefpreid is over een kluitagtigen grond, waar op zig een hond vertoont, welke gereed ftaat,om ineenfpiegelenden plas zyn dorst te lesfen. Deeze twee origineele Tekeningen zyn de besten welken van deezen grooten Meester bekend zyn, gejaarmerkt 1653, cn afkomftig uit het overheerlyk Kabinet van wylen den Konst-  wegens een prentwerk. IJ •KonstHevenden Heere jeronimüs tonnemans ; heden berustende inde keurige verzameling van den Heere Louis» metaijer, philips zoon. Nu zyn wy nog, volgens ons laatst gegeeven berigt, verfchuldigd, het narigt, dat men te Kampen wegens den kunst-ryken Schilder en Tekenaar Hendrick Avercam heeft bekoomen , mede te deelen. Onzewensch was, van deezen grooten Man met meerder klaarheid te fpreeken. Maar veele fataale toevallen, de Stad Kampen in de voorige Eeuw overgekoomen , doen verfcheide Doop- en andere Registers, die in zulke gevallen van dienst kunnen zyn, ontbreeken.. Nogtans zullen wy van het Berigt, dat de Heer corn. roldanus Secret. te Kampen, op het verzoek van onzen Autheur, heeft weeten op te fpooren en goedgunftiglyk gelieven mede te deelen, den korten inhoud laaten volgen. Dus luidt het byna woordelyk. „ In 't Jaar 1596, den 18 April, vinde ik gewaagd van „ eenen Berend Avercamp, zynde toenmaal Stads Apothes, car,en een Man van ongemeene bekwaamheid enyver; „ waarom hy toenmaals met eenige extraordinaire dou„ ceurs is gebenificeerd geworden : en nogmaals, in het jaar „ 1600, ter belooning zyner hulpe aan Armen en Rykea „ beweezen in het voorgaande Jaar 1599; wanneer deeze „ Stad met zwaare Peftelentie bczogt was. „ Hy ftierf in 't Jaar 1603, nalaatende een Weduw, „ volgens haaren geboorte naam genoemd Beatrix Peters, „ en verfcheiden Kinderen, waar onder twee Zoonen. „ Als men nu uit deeze omftandigheden, zo van naam, „ leeftyd en nagelaaten Kinderen van deezen Berend Aver„ camp, en uit de vergelyking van den naam en leeftvd van „ Hendrik Avercamp, eenig befluit mag opmaaken , zal het „ meer dan waarfchynlykzyn, dat de laatstgenoemde een j, Zoon is geweest van Berend Avercamp en Beatrix Peters. Dus verre volgens Misfive van den Heer corn. roldanus, aan den Autheur. Kampen. 27Feb. 1767. • Wat men hier omtrent befluiten moet, laaten wy aan den Leezer j 't is zekerlyk zeer waarfchynlyk, dat onze vermaarde  16 IV. BERIGT de Kunftenaar, fchoon volgens de by ons voorheen gemelde oude handtekening Hendrik Avercam genaamd, van deezen bloede geweest is: en wel om dat zyn bynaam met den naam der Stad over één koomt; hy in den Jaare 1621 reeds zo ver in Kunst gevorderd was,dat men vryelyk mag onderzeilen , dat hy toen ter tyd een Ouderdom van 25 a qo Jaaren bereikte, en gevolglyk van deeze Luiden kan geboorcn zyn. Dit is al wat men daar omtrent met alle moeite heeft kunnen opfpooren. En het is genoegzaam , om de Stad Kampen voor de geboorte - plaats te houden van den grooten Schilder Hendrik van Avercamp, wiens roem om zyn Kunst onfterflyk is. VYFDE BERIGT. OM, van tyd tot tyd, meerder aan het verlangen der Kunstlief hebberen te voldoen , heeft de Heer corneLis ploos van amstel , nog voor het einde van die Jaar 1767 , vervaardigd de twaalfde Prent van zyn Werk, by voorige Berichten bekend (*): zynde gevolgd naar eene der uitmuntendfte Tekeningen van den Slomberoemden Kunstfchilder. cerrit douw. gemerkt \S6o hoog 6| duim breed 5! duim. Zeer dun cn fmeltende,en,op deuitvoerigftewyze,met rood en zwart kryt getekend. Dezelve verbeeldt een Meisje, zittende voor een Clavecimbaal te zingen, en houdende een Muziek boek in de flinke hand, terwyl zy met de rechte den toon fchynt aan te flaan. De expresfie\m vrolykheid in de oogen , gevoegd byde fchoon- (*) Zie, onder anderen, N. F. Lett. I. D. bl. 32.  WEGENS EEN PRENTWERK* ty fthóönheid van een vriendelyk gelaat, de edele geftalte, 'c geestig Kapfel en de fchilderagtige Kleeding toonen, in deeze Tekening, zo door de verkiezing, als de behandeling, den Geest en de Verdienften aan , welke dezen grooten Nederlandfchen Kunftenaar een' algemeenen roem by de befchaafde Natiën van Europa verworven hebben. Het Origineel is al zedert veele jaaren berustende geweesc in de Verzameling van den Uitvinder deezer Prentkonst. De verdienften en zeldzaamheid der Tekeningen van c, douw , hebben dezelve reeds tot een' zeer aanzienlyken prys doen ftygen, en nog onlangs heeft men te Amfterdam in den Jare 1758, by openbaare verkoopinge van de nagelaatene Verzameling des Heeren S. Feitama, voor het af beeldzei vau onzes Kunfteuaars Moeder Ao. 1638, hoog 71 duim en breed, éfduim, in de manier als het bovengemelde gemaakt, eene fomme van 299 Guldens betaald (*)., En dewyl de voornaamfte Kunstkenners het Origineel, waar na dit Prentje gevolgd is , den voorrang geevenopde voorgemelde andere tekening, kunnen de Liefhebbers hieraan ook tot hun genoegen befpeuren, dat de Uitvinder zig toelegt op de verkiezing van Tekeningen, die zo kunftig als zeldzaam, en van ongemeene w'aardye zyn. Hoe gelukkig ondertusfchen hy in de Naar volging geweest zy, laaten wy de Kenners oordeelen, terwyl het ons aangenaam is te zien, dat de uicflag van deeze onderneeming, daaglyks, anderen ter beproeving hunner Kunstvermogens uitlokt, als mede dat dit Werk niet ongunftig by de Liefhebberen ontfangen wordt, 't welk af te neemen is uit het geringe overfchot der voorige afdrukken. Om ook nog iets te zeggen aangaande het byzonder 00°-. merk van de Uitgaave dezer Prenten, kunnen wy onzen Leseren bengten,dat de Autheur voornemens is, by gelegenheid, tot byvoegzel aan zyn Werk, te laaten volgen. Eene korte befchryving over de manieren van Tekenen in 't algemeen • en een V^handeling over de foorten in de Nederlandfcbe Tekeningen in het byzonder, volgens de onderfcheiden tyden en fmaa. ken; en laatftelyk,de kunst, om, volgens zekere Merken, de Tekeningen der Nederlandfcbe Meesters te leer en kennen,en wel van de zodanige, welke in de Verzameling zyns werk voorkomen. PS. In opzigte van de Afkomst van den Kunstryken Schil- (*) Zie Catal. van Tekeningen, nagelaaten door s. feitama, A-umto. A. No. j. B  *8 V. BERIGT WEGENS EEN PRENTWERK « op eene menigte perfoonen de WiïteTv^a&ivUrt* 3, neemen, benevens de Stad Campen, en de lanJeTy'S <*) Zje ons iVde Berigt.