I



NATUUR' LYKE 33
en naar 't leeven
NA AU WK EUR IG GEKLEURDE
AFBEELDINGEN BES CHRYVINGEN
W A N T* Z E N,
IN ALLE VIER WAERELDS DEELEN
EUROPA, ASIA, AFRICA en AMERICA
HUISHOUDENDE, by EEN verzameld en beschreeVEN \ door
CASPARSTOLL'.
REPRÉSENTATION
EXACTEMENT COLORÉE D'APRÈS NATURE
PUNAISES,
QUI SE TROUVENT DANS LES QUATRE PARTIES DU MONDE, L'EUROPE, L'ASIfi, L'AFRJQUE et L'AMÉRIQUE; RASSEMBLÉES et DÉCRITES
p a r
C A S P A R S T O L L\
Te'AMSTERBA Af, By JAN CHRISTIAAN S E P P. MDCCLXXXVIIf.






NATUURLYKE
en naar 't leeven
NAAUWKEURIG GEKLEURDE
AFBE E LDINGEN BESCH RY VINGEN
CIC A D E N,
IN ALLE VIER WAERELDS DEELEN
EVROPA, ASIA, AFRICA en AMERICA
HUISHOUDENDE, BY een verzameld en beschreeven door
C A S P A R S T O L L\
REPRÉSENTATION
EXACTEMENT COLORÉE D'APRÈS NATURE
C I G A L E S,
QUI SE TROUVENT DANS LES QUATRE PARTIES DU MONDE,
L'EUROPE, L'ASIE, L'AFRIQUE et L'AMÉRIQUE;
RASSEMBLÉES et DÉCRITËS p A r
C A S P A R S T O L L'.
Te AMSTERDAM, B y JAN CHR1STIAAN s E P P. m d c € l x x x v 1 1 i.
/"" ' ' \
/köxixklA



I i



INLEIDING AVERTISSEMENT
TOT DE DES
WANTZEN. PUNAISES.
Het Geflacht der Wantzen is zeer kenbaar, ja eene zo ort onder dezel-. ven , welke met recht de pest der Huizen en Bedfteden zou kunnen genoemd worden , is meer dan te veel bekend: Ik meen dat affchuwelyk Nacht - Infeét. de Weegluis of Bedwmtz.
Ten opzigt van de Wantzen kan men in 't algemeen aanmerken , dat derzelver Maskers, eerst uit het Ey gekomen, byna diezelfde gedaante hebben, welke zy in 't vervolg van hun leven zullen behouden. Naar maate deze Infeólen voortgroeijen, vervellen ze eenige maaien, en komen in den ftaat van Pop, waarin zy de Stompjes of Vleugelfcheden krygen; verfchillende in levenswyze niet van de volkomen Wantz. Eindelyk ondergaan zy de laatfte verandering, als wanneer de huid der Pop, van boven naar den Kop en het Borstltuk in de
Le Genre des Pmaifes efl trh-recotu noijfable, furtout la forte qiion pourroit avec raifon appeller la pefte des maifons
des Hts: fentens cette Efpece qui nefi pas feulement le fléau de la parejfe, mats du repos, ce déteflable ennemi de Men des Hommes par fa morfures & fa puanteur.
On peut obferver en gênêral fur les Punaifes que leurs Larves ont, au Jbrtir de Vozuf, a-peu-près la même forum quelles retiendront pendant le reflt de leur vie. A mefure que ces Infe&es croijfent, ils changent diverfes fois de peau 6? parviennent a Vètat de ChryfaHde dans lequel elles prennent les bubes ou boutons , ne différant en rien dans leur maniere de vivre des parfaites Punaifes. Enfin, a leur dernier e métamorphofe, la peau de la Chryfalide fe crevant en long par le haut prés de la Tête le Corcelet, Vlnfecle paffe tous fes membres run après ïautrc hors de la vieille
A



ft INLEIDING AVER T1SSEMENT
lengte openbarst, en door deze opening trekt het Infeót alle haare deelen één voor één uit de oude huid, en komt met Dekfchilden en Vleugels te voorfchyn.
Deze Infecten leven op Planten en allerlei Gewasfen en Kruiden, waarvan zy hun voedzel trekken : zuigende door middel van eenen fcherpen fnuit, welken ze van vooren, onder aan den Kop hebben, het zap daaruit. Veelen integendeel zyn wreeder van Aardt, en voeden zig met de zappen van andere Gediertens, vallen niet alleen de onweerbaare Rupfen aan , maar ook Torren, en weixe zy dus urn 't leven brengen ; De meesten dezer laatften hebben een onverdraaglyken flank.
De Algemeene Kenmerken der Wantzen zyn:
De Sprieten langer dan de Kop, bejlaande
by zommige uit vier , en by andere,
uit yyf Leden. Twee blinkende Oogjes op den Kop, tus-
fchen de Netswyze Oogen. Ds fnuit voor aan den Kop, nederwaards
omgeboogen. Drie Leden aan de Voeten. Vier Vleugelen, van welke de boyenjle voor
een gedeelte Lederagtig, en het overige
naar den Tip, Vliesagtig.
peau 6? fort en paroijfant avec des Etuis 6? des Alles.
Ces Infeftes vivem de Plantes £? de toutes fortes de Légmnes Herbes, dont ils tirent leur nourriture: en en fugant le fuc par le moyen d'une trompe aigue quils ent en dejfous de la tête. Plufeurs au contraire, d'une plus cruellt nature, fe nourriffent du fuc d'autres animaux , tombant non feulement fur les Chenilles fans dêfenfe, mais encore fur des Scarabe'es quils mettent ainfi a mort; aujfi la plupart de cem demiere forte a urn odeur infupportdble.
Le Caraclere Générique des Punaifes confïfte dans:
Les Antennes plus longues que Ia Tête, formées dans quelques unes de quatre articulations & dans d'autres de cinq.
Deux petits Yeux lifles fur la tête en-
tre les Yeux a réfeau. La Trompe au devant de la tête re-
courbée en delfous. Trois Articles aux Tarfes. Quatre Aïles, dont les fupérieures font
en partie écailleufes, & les autres
pres le bout membraneufes.



tot de WANTZEN, -DES PÜNAISES. 3
Het Lyf meest al van boven plat, en ingedrukt, maar van onder aan den Buik, rond.
Buiten deze hier genoemde Kenmerken, kunnen de Wantzen volgens hunne uitwendige geftalte wederom in zeven onderfcheiden Gezinnen verdeelt worden; welke ik hier (volgens myne manier van Rangfchikking, die egter een weinig met die van den Heer LiNhjeus verfchildQ zal opnoemen:
Eerste Gezin. Het Borstjluk effen, en het Lendenfchild zo groot dat hetzelve de Vleugelen en het geheele Agterlyf bedekt. PI. I. Fig. J.
Tweede Gezin. Het Borstjluk effen en breedt, een groot hyna driehoekig Lendenfchild't welk met de fcherpjle hoek de helft van 't Agterlyf bedekt. PI. I. Fig. 2. en PI. II. Fig. 10. A.
Derde Gezin. Het Borstjluk aan de Schouders met een fcherpen Doorn gewapend; een groot driehoekig Lendenfchild, de randen van 't Agterlyf meest tandswyze gekartelt. PI. I. Fig. 3-
Vierde Gezin. Het Borstjluk driekantig , naar den Kop puntig uitlogende , een klein Lendenfchild. De Wyfjes hebben de agterfle Pooien
Le Corps prefqu'entierement plat par deffus, & conifere, mais rond en desfous fur le ventre.
Out re le Carattere ci- deffus mentionné, les Punaifes fuivant leur forme extérieure peuvent encore être divifées en fept différentes Families; lefquelles fentreprendrai, d'après mon propre fyflêmt d'arrangement , qui au refle dijferera un peu de celui de Mr. Lininleus.
Première Famille. Le Corcelet efl uni, & 1'EculTon fi grand qu'il couvre les Ailes & tout 1'Abdomen. PI. I. Fig. 1.
Seconde Famille. Le Corcelet uni êclarge; VEcuSón, grand & prefque triangulaire, couvre de fon angle pointu la moitié de 1'Abdomen. PI. I. Fig. 2. & PI. 11. Fig. 10. A.
Troisieme Famille. Le Corcelet eft armé aux épaules d'une épine aigue; 1'EcufTon grand & triangulaire; les bords de 1'Abdomen dentelés. PI L Fig. 3.
Quatrieme Famille. Le Corcelet triangulaire, aboutiffant en pointe prés de la tête; un petit Ecusfon; les Fémelles ont pour la pluA 2



4 INLEIDING AVER T1SSEMENT
mestal dik en binnen»'aards met doornen bezet; andere hebben Vliespooten, als waren zy tot zwemmen gefchikt. PI. HL Fig. 10. PI. II. Fig. 14.
Vyfde Gezin. Het Borstjluk en het Lyf zeer plat. De Vleugelen korter dan het Lyf, eenige geheel Ongevleugelt. NB. Onder dit Gezin plaatze ik de gemene Bedwantz.
Sesde Gezin. Het Borstjluk ongelyk, bultig en als in twee Jlukken verdeelt, de Kop ver vooruit flaande en met een dunnen Hals aan 't Borstjluk gehegt, de Snuit kort m in t>.m halfrond géboogm. Het Lyf fmal, een klein Lendenfchildt; de twee voorjle Booten dikker dan de vier agterflen. PI. L Fig. 6.
Sevende Gezin. Het Borstjluk effen en met het geheele Lyf lang en fmal, de Booten zeer lang. Her toe behooren die langwerpige wantzen welke op het water zwemmen, en op Vliegen en andere Infeclen aazen.
Ik twyffel byna niet of een ieder zal volgens deze verdeeling; wanneer Hy deze opgegeeven Kenmerken, met het
part les pattes poftérieures épaiffes & garnies d'épines en dedans: d'autres ont les pattes membraneufes, comme fi elles étoient faites pour nager. PI. III Fig. 10. PI. II. Fig. 14. Cinquieme Famille. Le Corcelet & le Corps très-plats; les Ailes plus courtes que le corps ; quelquesunes n'ont du-tout point d'Ailes. NB. Sous cette famille je place les Punaifès ordinaires des lits. Sixieme Famille. Le Corcelet irrégulier, boiTu & comme divifé en deux pieces; la Tête fort faillante & jointe au Corcelet par un étranglement.; Ia Trompe courte & recourbée en demi cercie; le Corps étroit; un petit Abdomen; les deux Pattes antérieures plus épaiffes que les quatre poftérieures. PI. J, Fig. 6.
Septieme Famille. Le Corcelet uni & tout le Corps long & étroit; les Pattes fort longues. Ici appartiennent ces Punaifes oblongues qui nagent fur 1'eau & qui fe nourrüTent de mouches & d'autres infecles.
Je ne doute prefque point que, en fuu vont cette divifion, ceux qui compareront les objets déja repréfentés de chaque fa-



tot de WANTZEN. DES PUNAISES. «
daar by afgebeelde Voorwerp van elk Gezin vergelykt, daadelyk de van elkander verfchillende Gedaantens beter kunnen gewaar worden, dan dat ik in Navolging van andere het getal der Leden aan de Sprieten tot een grondflag ter verdeeling gebruikt had.
Nu gaa ik over tot eene korte Befchryving van het volgende Geilacht, naamelyk:
De Wateascorpioenen.
Deze Infe&en leven in 't Water, waarin de Wyfjes hunneEyëren leggen, de jongen daaruit voort komende, g<alyken in gedaante naar het volmaakte Infed, alleen misfen dezelve de Vleugels welke zy eerst gelyk de Wantzen na de laatfte vervelling bekomen. Zy Zwemmen en zoeken hun Voedzel in den Staat van Nimf evengelyk daarna, wanneer ze de laatfte Veranderinge ondergaan hebben, Derzelver Kenmerken zyn:
Kleine hairagtige (maar voor het bloote Oog meestal onzigthaare). Sprieten , welke onder de Oogen geplaatst zyn.
De Snuit onder het Borstjluk omgehcogen.
De Dekfchilden vooor 't grootjle gedeelte Hard, Lederagtig, maar aan de Tip-
tmlle avec ces caracJères ge'nériques, n'en appercoivent mieux les réelles dijlinclions des diférentes Jigures , que ft fayois, en imitant les autres Auteurs, fait ufage du nomhre des Articulations dans les Antennes pour fervir de fondement a ma divifion.
Je viens d préfent d une courte Defcription du genre fuivant , nommiment:
Les Scorpions Aquatiques.
Ces InfeStes ment dans Veau, oh les Fé~ melles pondent leurs Oeufs; les petits qui en proyknmmv rejfemblent ujfti pour la formt a ïinfe&e parfait, feulement manquent-ils d'ailes, qui comme aux punaifes leur yiennen après la demiere me'tamorphofe. Hs nagent fucent leur nourriture dans Tétat de Nymphes tout comme dans la fuite quand ils ont fubi leur demiere transformation. Leurs CaraÏÏeres Génériques font:
Des petites Antennes filiformes, placées fous les yeux, lefquelles pour la- plupart font invifibïes fans microfcope; la Trompe recoubée fous le Corcelet; les Etuis pour la plus grande partie durs, écailleux, A3



6 INLEIDING AVERTISS EMENT
pen derzelven Vliesagtig : liggende kruislings naar agteren gevouwen, en bedekken het Lyf en de Ondervleugels.Een Lendenfchildt.
De voor/Ie Pooten in de gedaante van Nypers , of als de vangpooten der wandelende Bladen (Mantis).
Twee Leden aan de Voeten. PI. I. Fig. i, ii.
Hier op laat ik volgen: De Waterwantzen.
■
Welke in Geftaïte cn levensmanier veele overeenkomst met de Boom en Plant-Wantzen hebben, uitgezondert dat zy hunne eerfte Leeftydt van het Ey af tot in den üaat van Nimf door, en tot de laatfte verhuidinge , even gelyk de Waterfcorpioenen in het water leven, wanneer dezelven Vleugels bekomen hebben, dan begeven zy zig gemeenlyk by nacht, van de eene plas water naar een ander, mooglyk gelyk die van 't naastvoorgaande Geflacht, om hun voedzel te zoeken, of Nieuwe Volkplantingen op te rigten. Hunne Kenmerken zyn de volgende :
mais membraneux a leurs extremités ; pliés en arriere tranfverfalement & couvrant le corps & les ailes; un EculTon ; les Pattes poftérieures en forme de pinces, ou comme les ferres des Feuillesambulantes (Mantis') : Deux articles aux Tarfes. PI. I. Fig. I , U«
Je ferai fuiyre iet. Les Punaises-Aquatiques.
Eltes rtjfcmbknt leaucoup pour la figure & la maniere de viyre aux Punaifes des arbres & des plantes, txceptêque , femblahles aux Scorpions - aquatiques , el/es vivent dans Veau depuis leur première exi/lance, au fortir de l'ceuf, jufqua Vétat de Nymphe leur demiere tranfnutation ; lorfquelles commencent d*avoir des Ailes elles vont généralement la nuit dun gachis ou d'une place oü ü y a de Veau d une autre , fans doute comme celles du genre précédent , pour chercher leur nourriture ou y établir de nouvelles colonies. Leurs Caracleres Génériques font les fuivans:



tot de WANTZEN. DES PUNAISES. 7
De Sprieten korter dan het Borstjluk. Een onderwaards omgeboogen Snuit. Een Lendenfchildt.
De Dékvleugels lederagtig , en over elkander liggende, het Lyf en de Ondervleugels bedekken , de Agterpooten tot zwemmen gefchikt.
Twee Leden aan de Voeten. PI. I. Fig- 3-
Dewyl onder de Geflachten der Waterfcorpioenen en Water - Wantzen , maar een klein getal van byzondere zoorten bekend zyn , zo heb ik uit dien hoofde, deze Infeéten maar op dezelfde Plaaten by de Aveienüyke Wantzen (Cimices') doen afbeelden, echter hebben wy de eerstgemelden met een byzondere of wel Romynfche Cyfferletter aangewezen, en de Befchryving van ieder zoort zal de Geëerde Lezer telkens onder aan op dezelvde bladzyde , alwaar de Wantzen befchreven zyn by wyze van een Nota, kunnen vinden.
Les Antennes plus courtes que le Corcelet ; une Trompe recourbée en deflous; un EculTon; les Etuis écailleux, & couchés 1'un fur 1'autre, couvrent le copps & les ailes; les Pattes poftérieures propres a nager ; deux Articles aux Tarfes. PI. I. Fig. 3.
Puifquon ne connoit qu'un petit nomtre de différentes efpeces dans le Genre des Scorpions des Punaifes-aquatiques fat repréfenté par cette raifon ces Infecles fur les mêmes Planches auprès des rêelles punaifes (Cimices) mais les premiers font indiquês par un chiffre particulier ou Romain, & le refpettablc Lecleur trouyera, au moyen tfune Note, la Defcription de chaque efpece aujji Jouvent ê? fur le même feuittet que les Punaifes font décrites.



8
BESCHRYVING DESCRIPTION
VAN DE DES
WANTZEN. PUNAISES.
PLAAT. I, PLANCHE I.
ue Sprieten beltaan uit vyf Leden, van welke het eerste lidt, aan den Kop , bruinrood van kleur is, en de overige vier zyn zwart; twee blinkende Oogjes liaan op den Kop, in een regte lyn met de Netswyze Oogen die ter zyden van den Kop, uitpuilen: de eerstgemelde Oogjes ttaan niet ukwaards, gelyk zulks in de andere Gezinnen der Wantzen plaats heeft, maar zyn inwaards als in een putje geplaatst , waar dezelven naauwlyks dan door een Vergrootglas kunnen gezien worden. Het Borstltuk, de Kop, en het groote Lendenfchild, welk laatile het geheele agterlyf en de zwarte Vleugelen bedekt, is fchoon paarschagtig blaauw , met een goudglanzige weerfchyn, naar maate de ligtftraalen daar op vallen, en wederzyds met drie zwarte vlakjes .gefiert.
(*) Om alle langwyligJieid te vermyden zal ik telkensby ieder afbeelding , en agter de betiaaming het Uezm, waaronder deze Jnfeüen hehooren* aanwyxtri, en zo insgelyks by de Cicêden.
Les Antennes confiflent en cinq artïculations, dont la première qui tient d la tête efl d'un rouge brun, &> les autres quatre noires; deux Teux lijfes fint i la tete, en droite ligne ayec les Teux a réfeau faillans aux cotés de la tête: ces premiers petits Teux mentionnés ne font pas en dehors comme ceux des autres fatmlles de punaifes, maïs en dedans comme dans un petit puits, oü d peine peuton les voir ayec un microfcope. Le Cor celet , la Tête, & k grand Ecuffon qui couvre tout Pabdomen & les ailes noires, Jont d un beau bleu pourpré ayec des repetsdor eclatans a proportion des traits de lumiere qui y tombent; y ayant de chaque cotè trots petites taches noires: le dejfous du Corps ejl dun rouge brun, wc des taches bleu & or lufiré: les Cuifes & ks Manches des Pattes font aufjt rouge-brun, mais leurs Jambes &
C*) Pouréviter toute prolixité findiquerai a mefure dans chaque repréfemation après 1 dénomination, la famille a laquelle ces Infectes tt parciennenc, & ainfi de même des Cigale P









BESCHR. van de WANTZEN. DESCR. DES PUNAISES. o
Van onder is het Lyf bruinagtig rood, met blaauwe en goudglanzige vlakken; de Dyen en Schenkels der Pooten zyn ook bruinrood, maar de beenen en voeten derzelven donkerblaauw. De Zuiger is half zo lang als het Lyf, beftaat uit vier Leden , van welke de eerste twee bruin, en de anderen zwart zyn, en is in een fcheede beilooten, gelyk die der Cicaden. Zy worden op de Kust van Coromandel en op het Eiland Java gevonden.
lig. 2. De ] a v a n e r» (van 't ad-\ Gezin.)
De fprieten zyn zwart en heftaan uk 'Vier Leden-, de twee blinkende Oogjes, agterwaarts op den Kop geplaatst zyn uitpuilende en zeer zigtbaar; de buiten randen van 't Borstftuk Heken verre vooruit , evengelyk de Borstfchilden van een Geflacht der Torren welke onder de benaaming van Schildpadjes (CasSda) bekent zyn. Het Lyf is aan beide zyden donkerrood , beftaande het agterlyf uit feven ringen, op welke van onder of aan de Buikzyde wederzyds de Luchtftippen (Stigmata') te zien zyn. Onder aan de Borst heeft dit Infect een vooruitfteekzel, overeenkomftig met de Bloemkevers , of de zogenaamde Goude- Torren (Scarab. Auratus) en eenige der Aigret - Torren byzonder die soort welke de Heer Linn^eus dieswegens Buprestis Sternicornis heeft getytelt. De Pooten zyn zwart, en de Vleugels hebben dezelvde kleur als het
leurs pieds font bleu foncé; la Trompe, a moitié aujjï grande que le corps , conjïfle en quatre porties, dont les deux premières font brunes les autres noires, & efl renfermée dans un fourreau , comme celui des Cigales. Qn les trouve fur la Cote de Coromandel ^ dans rijle de Java.
Fig. 2. La Punaise de Java. (de la 2^. Famille.)
Les Antennes font noires confiflent m quatre Artkulations; ks deux Teux Uffes , placés en arriere fur la tête, font faillans & tres -vifi'bles; les rebords du Corcelet sétendent beaucoup en avant, ainji que les Ecuffbns d'un Genre des Coleopteres, qui font connus fous le nom de Caffides (Casfidae). Le Corps efl des deux cote's rouge brun , l'Abdomen confifte en fept anneaux , fur lefquels on voit par dejfous, foit* au yent re , les Stigmates des deux cotés. Cet InfeSte a fous la poitrine un Tubercule, comme les Hannetöns des fleurs, ou ceux quon appelle Hannetöns verdet (Scarab. Auratus), comme aujji quelques mis des Richards, furtout cette efpece que Mr. LiNM.fëus a nommé pour cette raifon Bupreltis Sternicoris. Les Pattes font noires ainfi que les Ailes gp la partie poflérieure des Etuis. ¥ai rem B



t BESCHR Y VING DESCRIPTION
agterfle of Vliesagtige gedeelte der Dekfchilden. Ik heb deze wantz van Samarang, op de Noordoost-Kust van Java ontfangen.
Fig. 3. De Gedoornde wantz. (van '* 3de. Gezin.')
De Sprieten beftaan uit vier Leden, de Snuit is zo lang als 't Lyf, en zwart van kleur liggende in een Schede welke gelyk het Lyf, de Schenkels der Pooren geclagtig gekleurt is. Het Borstftuk is voorzien met een dergelyk uitfteekzel als by Fig. 2. gemeld is; de Schouders aan 't Borstftuk eindigen in een fcherpe doornagtige punt, en de randen van 't agterlyf zyn tandswyze gekartelt. Het vliesagtige gedeelte der Dekschilden is glanzig, ende Vleugels zyn Vaalzwart. Men vind deze wantz op de Kust Coromandel
Fig. 4. De Ge&lgbb&ndeerde wantz. (van 'f 4de. Gezin.)
De Sprieten zyn zwart en beftaan uit vyf Leden, de twee blinkende Oogjes ilaan tusfchen de uitpuilende Netswyze Oogen; de twee zwarte vlakken op het Borstftuk welke door een donkergeelen Streep van eengefcheiden zyn, hebben een blaauwagtige glans. De eig'entlyke Vleugels zyn bruinagtig graauw van kleur, en zeer doorfchynend; het geheele Lyf is geel, maar de Borst is wederzyds met vierkante blinkende donker blaauwc vlakken gefiert; de Zuiger heeft de lengte van 't Borstftuk en is zwart. Zy is uit Surinamen.
cette Punaife de Samarang , fur la Cote Nord- Ouejl de Java.
Fig. 3. La Punaise Epineuse. (de la 3|w. Famille.)
Les Antennes conjiflent en quatre articulations; la Trompe efl aujfi longue que le Corps, de couleur noire, & place'e dans un fourreau qui efl jaundtre comme le Corps & les Cuijfes. Le Corcelet efl pour vu d'un Tubercuk femblable è celui mentionné dans la Fig. 2. Les Epaules aboutiffent, en une pointe aigue épineufefa ïEcuffon, & les bords de VAbdomen font dentelés. La partie membraneufe de Etuis efl luifante. & les Ailes Jont dun fauve noir. On trouve cette Punaife fur la Cote de Coromandel.
Fig. 4. La Punaise a Bandes Jaunes*. (de la 4™. Famille.)
Les Antennes Jont noires <5? confsten en cinq articulations; les Teux UJfes font place's entre les Teux d rézeau faillans; les deux taches noires fur le Corcelet, qui Jont Jéparc'es par des rayes jaime hun, ont un brillant bleuatre. Les vraies Ailes font gris brunatre & très-tranjparentes. Jout le Corps ejl jaime, ma/s la Poitrine efl ornée de taches lijfes quadrangulaires d un bleu foncé. La Trompe efl noire & de la longueur du Corcelet. B Je trouve a Surinam.



van de WANTZEN DES PUNAISES, u
lig. 5. D e T w e e s t i p.
(van 't 3de. Gezin).
De Kop is geelagtig rood , de fprieten zyn zware en beftaan gelyk meest alle die van dit Gezin uit vyf Leden. Van onder is het Lyf blinkend bruinrood met witte dwarsftreepen; de Pooten zyn aan de Schenkels rood maar de overige gedeeltens derzelven, als mede de Vleugels zyn zware Zy word op de Kaap de goede Hoop, en op de Kust Guinea gevonden.
Fig. 5. L'a Punaise a Deux Póints. (de la 3™. Familie).
La Tête efl rouge jaundtre; les Antennes font noires conjiflent, comme prefque toutes celles de cette Famille, en cinq articulations ; le dejfous du Corps efl rouge brun liffe avec des rayes Manches tranfverfes ; les Cüijfes font rouge, mm les autres parties da Pattes font noires, ainfi que les Ailes. Son Pays natal ejl le Cap de Bonne Efpérance la Cote de Guinée.
PLAAT I. PLANCHET.
Fig. I. De Amerikaansche Boer. Fig. I. Le Paysan Americain.
De Zuiger van das Water fcorpiom is kort, en LiTrompe de ceScotpion aquatiqueeft courte,
onderwaart! naar de Borst omgeboogen, de Oogen & arquée réfléchiiTant vers la Poitrine; les Yeux
zyn groot en uitpuilende , de Schenkels der voorfle font grands & faillans; les CuitTes antérïeu-
footen zyn dik, m vergelyking der twee paar agter. res font épaifles, en comparaifon des deux
jten, en met geele vlakken, eindigende in de ge- paires poftérieures, & avec des taches iaunes,
daante van een vangüaauw welke maar één Nagel lê terminam dans la fortne d'une ferre qui n'a
am 't tweede lidt van den Voet heeft. De Dek- qu'ua onglee au fecond article du tarfe Les
fchilden zyn aan de einden Vliesagtig, en.de F lm- Etuis fom membraneu* a leurs extrémké's • les
gels wit en eemgzmr deorfchynendt; van onder is Ailes font blanches & en quelque maniere trans-
het Lyf bruin van Meur. Feeltydt vindt men dat parentes. Le deflbus du Corps eft brun. Ón
ie Dekfchüden van deze InfeSten met Eyeren van trouve trés-fouvent que les Etuis de eet Infec>e
tene watermyt als bedekt zyn , 't welk ook plaats font comme couverts des Oeufs de Tique aqua-
heeft m de naast volgende zoort Deze hier afge- tique; ce qui a lieu auffi dans 1'efpece fuivante.
teelde word m Sunnamen gevonden. Celui qui eft repréfenté ici a été trouve k Surinam.
a PêTSr^' Ent°m' m' 69U Nepa Z' RufiiCa' G°rzE Entm: Tom- 11 P°S- 177- «•
Fig. II. De Aschkleurige Waterscor-
pioen.
Word in alle flilftaande Wateren en Moerasfen gsvmden waarin zy zig van hunne eerste Leeftyd af, voeden met allerlei water InfeSten. Zy hebben byna dezelvde gedaante, uitgezonden de Dekfchüden en Vleugelen welke ze eerst na de laatfie Verhuiding bekomen, als mede den ftaart aan 't agterfle gedeelte van 't Lyf. Deze Staart is eigenlek eene Buis,
Fig. II. Le Scorpion AquAnojJE gris
cewdré.
II fe trouve dans toutes les eaux croupies foit marécageuges, oü il fe nourrit, dès fa naiftance jufqu'a la fin de fa vie, de toutes fortes d'Infectes^ aquatiques. Ils ont prefque la même forme, a 1'exception des Etuis & des ailes, qui leur viec nent d'abord après le dernier changement $ ainfi que Ia Queue a la partiepoftérieuredu corps:
B 2



i> BESCHR YVING DESCRIPTIOW
wiardoor het InfeSl lucht fchept, houdende het zelve cette Queue eft proprement uo Tuyau par leaael
als dan den Kop nederwaarts, en de gemelde Buis eet Intlcte afpire l'air, tenant aiors Ta. tére baiflee
naar boven buiten het water , waardoor de lucht dus & ledit Tuyau relevé au deffus de 1'eau nar ie
ah ingetrokken word. Dit wtrktuig is dürhalven mo^en duquel Pair eft auiré. Cet inftrurrent
geen Kenmerk der Sexe ; of een Leg-angel der n'eft par conféquent point une marqué du Sexe
wyfjes, maar het zelve is ook aan de mannetjes ei- ou une Tarriere des fémelles, étant éealemené
gen. Deze Waterfcorpioen is niet alleen in Europa propte aux male». Ce Scorpion aquatiaue n'eft
zeer gemeen, maar word ook in de overige Wereld- pas feulement très-commun en Europe, mais il
deeten gevonden. & trouve encore dans les autres parties du monde.
Fig. 6. De Kam-Wantz. (van 't 6de. Gezin.
De Sprieten, (welke nit vyf Leden beftaan) de Zuiger, en een gedeelte der Pooten is bruin Oranje kleurig, al het overige van het Infeél is donkerbruin en byna zwart ?behalven het vliesagtige gedeelte der Dekfchüden 't welk een groenen Koperagtigen glans heeft. De twee kleine blinkende Oogjes zyn op den Kop tusfehen de Netswyze Oogen geplaatst.
Fig. 6". La Punaise a peigne. (de la 6™. Famille.)
Les Antennes, (qui confiflent en cinq articulations) la Trompe, <S? une partie des Pattes font brun orangé; tout le re/Ie de rinfecle efl brun fmcé prefqiie noir , excepté la partie membraneufe des Etuis qui a un luflre yert cuivré. Les deux petits Teux lijfes font placés- fur la tête entre les Teux d réfeau. Cette Punaife efl très-connoiffable par la conJlruStion de
Linn. Syjl. Nar. pag. 714. n. 5. Nepa Cinerea. Frisch. inf. VIL pag. 20. n. ij. PI o pie Tc RösKL mf. lom lil p>jg 133. Tab. 22. Ftg. 1-8. Geoffroy inf. en v. Paris. Tom. I paf. J'i r' 3.. De Geer inf. Tom. III. pag. 361, n. u Tab. 18. Fig. 1-13, & 4
Fig. III. De Blinkende Rcg-Zwemmer.
Deze Waterwantz is onderfcheiden met de gemeene we'ke onder de benaaming van Glinjlerende Waterwmtz (Glauca); bekend is; haar ontbreeken die ruige en lange agterpoeten, welke de evengemelde zo kennelyk maaien, doch in gedainte en kleur komen zy met elkander overeen. De hier afgebeelde heeft den Kop, en het Borstjluk bruinagtig ged, het Lendenfchild donkerkruin dof en Fluweelagtig ruig , de Dekfchüden blinkend donkeroranje kleurig. Van onder is het Lyf bleekbruin tn de Pooten groenagtig Olyfkleurig, de Zuiger heeft de lengte van 't Borstjluk en is nederwaarts tegens het Lyf omgeboogen. Men vind ze op de Kust Coromandel.
Fig. Iir. L& Punaise lisse a AvmnNS.
Cette Punaife Aquatique eft différente de 1'efpece commune qu'on connoït fous le nom de Punaife Aquatique (Glauca}; eile n'a pas ces rudes & iongues Pattes poftérieures, qui rendeer la lufiue fi reconnoiffable, quoique pour la forme & la couleur elles ayent enfembls beaucoup. de refiemblance. Celle qui eft ici repréfenrée a la Tête & le Corcelet jaune brunacre, l'Ecuflbn brun foncé-, matte & comme velouté; les Etuis liffes d'une couleur orange foncé. Le deffbus da Corps eft brun clair & les Pattes d'un olive verdatre. La Tompe eft de la longoeur du Corcelet cc recoiirbée vers le deffous du Corps. Oa le trouve. fur la Cö:e de Coromandel V









vaM de WANTZEN. DES PUNAISES, i3
Wegens het Kamvormige maakzel van het Borstftuk is deze Wantz zeer kenbaar. Haar Vaderland is Surinamen.
Fig. 7. De Edele Wantz. (van V ifte. Gezin.)
Heeft veele overeenkomst met Fig. ï. op de voorgaande Plaat, doch onderfcheid zig dezelve voornaamentï'yk hierin: dat de Kop? het Borstftuk en het groote Lendenfchild niet paarschagtig blaauvv maar geheel groen en goudglanzïg zyn. De Sprieten heeft zy zwart, het Lyf fo., van onder, rood met blaauw en groene - goudglanfige Smalle vlakken ; de Pooten zyn groen, de' Dekfchüden Zwart met groen gerand en dte Vleugels donker paarschkleurig. Ik heb ze van Batavia en ook van de Kust Coromandel ontfangen.
Fig. 8. De Supjnaamsche Gestreepte Wantz (van 't rfte. Gezin).
De Sprieten zyn zwart , de twee blinkenden Oogjes vind men agter op den Kop wederzyds den kleinen zwarten Streep geplaatst -7 de Zuiger is zwart, het Lyf is op de onderzyde geel en met zwarte Stipjes bezet, de Pooten zyn rood en zwart gevlakt* Zy is in Surinamen gevangen^
Linn. Syjl.Nat. pag. 723. n. 62.. Cimex Crijlatus. Drury inf. Tom. JL Tab. 3<5. Fig. 6. Cimex Carinatur. ÜAüRiciui Syjt. Entom.pag. 732. Reduvius 10. Serratus. Svlzkr Gejch. inf. pag. 97. Tab. 10. Fig. 11.
PLAAT II. P L A N C HE II.
fin Corcelet en formt de peigne. Sm pays eft Surinam.-
Fig. 7. La Noble Punaise. (de la i"v Familie.)
Cet Infecle a beaucoup de rapport d la Fig. 1. de la précédente Planche , mats elk en differe principalement en eed: que la Tête ,1e Corcelet <2? le grand Eeuffen ne font point bleu pourpré, mais entiérement vert & or luifant. II a le? Antennes noires, le Corps r par dejjom, nuge- avec des taches léger es bleu,, vert & or luifant. Les Pattes font vertes; les Etuis bordes de noir £f dever t, & les Ailes tirent fur un violet foncé. jFe F ai regue de Batavia mê~ me aujfl de la Cote de Coromandel-
Fig. 8. La Punaise ra'yee de Surinam. de la ire. Famille.)
Lts Antennes font noires ,. les deux petits Teux lijfes font placés fur le derrière de la fête aux deux cote's de la petites rayes noires. La Trompe ejf noire'; le Corps jaune en dejfous & piqmti de petits points. Les Pattes Jont ta*. chetées de rouge noir. On la treuvt d Surinam.B 3
Linn. Syjl, Nat. pag. 716. n. 3. Cimex Nobilin Sü£zer: Gefcli. inf. pag. 114. Tab. II. Eettf. CL



H BESCHRYVING DESCRIPTION
Fig. 9. De rood en zwart gestreepte Wantz. (Van *$ ifte. Gezin.)}
Op het eerste Gezigt zou men deze Wantz voor dezelvde van Fig. 8. aanzien : maar het zyn twee van elkander onderfcheiden Zoorten: want de zwarte Streepen loopen van de Kop over 't geheele Lyf; en de einden van 't Lendenfchild zyn niet zwart maar behouden dezelvde roode kleur. Van onder is het Lyf rood met zwarte Stippen en de Pooten geheel Zwart. Men vind ze in Europa.
Fig. 10. De Incarnaatkleurige Wantz. (van 't ade. Gezin)*
De Kop, en de Zwarte vlakken op het Lendenfchild en Dekvleugels, als mede die der buitenranden van 't agterlyf hebben een donkerblaauwen glans, en de roode kleur van 't geheele Jnfect is als gevernist of gelyk Zegellak. Van onder is het Lyf geel en aan de randen wederzyds met fes zwarte glanfige ronde vlakken gefiert; de Pooten zyn zwart, welke kleur de Sprieten en de Zuiger mede hebben. By Fig. A. is het Wyfje in eene Vliegende gcftalte afgebeeld t. Deze Wantz word op de Kusten van Bengalen en Coromandel gevonden.
Lttt». Syft. Nat. pag. 716. n. 6. Cjjie.y Lineatus, GtfFFttóï inf. en v. Paris, Tom. I. pag. 402. La Punaife i>iamoife. Sülzlr Gefch. inf. pag. 95. Tab. 10. Fig. 6.
Drury Inf. Tm. II. pag. 67. Tab. 36. Fig- j. Cimex Incarnatur.
Fig. 9. La Punaise rouge a rayes noires. (de la ire. Famille.)
Au premier coup cToeil on prend cette Punaife pour la même que celle de la Fig. 8 ; mais elles font deux efpeces différentes, car les rayes noires sétendent depiris la tête fur tout le Corps, & les extrêmités de PEcuJfon ne font pas noires, mais retiennent la même couleur rouge. Le deffous du Corps eft piqué de petits points noirs & les Pattes font entiéreremeut noires. On le trouve en Europe.
Fig. 10. La Punaise incarnat. Cde la 2<k. Famille.)
La Tête £? les Taches noires de VEcujfon & des Etuis, comme auflfi les bords extérieurs de ï Abdomen, ont un luifant bleu foncé, fi? la couleur rouge de tout ITnfe&e efl comme yernie ou femblable a la cire d cacheter. Le Corps en deffous efl jaune, & les bords de chaque coté font ornés de fix taches rondes d'un noir luifant. Les Pattes, les Antennes £p la Trompe font noirs. Par la Fig. A, on voit la fémelle dans fa poflure volante. Cette Punaife, fe trouve fur la Cote de Bengale & de Coromandel.



tan de WANTZEN. DES PUNAISES. 15
Fig. 11. De sierlyke Kool wantz. (van 't 2de. Gezin.)
Deze fraaije Wantz heeft de Sprieten en Pooten zwart van Kleur; het Lyf is wederzyds rood met zwarte Vlakken. Men vind ze in Duitschland, Frankryk en Italien , alwaar dezelve in de gemeene Witte Kool huishoudt.
Linn. Syft. Nat. pag. 723. n. jtf. Cimex Ornatus. Geoffroy, inf. en v. Paris Tom. I. pag. 460 n. 69. La Punaife rouge du Choux. SvLzm Kern. der Inf. pag. 27. Tab. IJ. Fig. 73.
Fig. 12. De Bleekgroene Gestippelde Wantz (van 't 3de. Gezin.)
Heeft de Sprieten en Zuiger zwart, maar voor 't overige is 't geheele Lyf, met de Pooten bleekgroen; een gedeelte van 't Borstftuk en 't geheele Lendenfchild is bezet met bruine ingedrukte Stippen , en op de Dekfchüden zyn eenige kleine verheven witte Stippen geplaatst, de Schouders van 't Borstïluk zyn met een Scherpen doorngewapendt. Men vind deeze Wantz in Sur/namen.
Fig. 13. Het Oranjebandt. (van V 4de. Gezin.)
Deze Wantz heeft vyf Leden aan de Sprieten, welke zwart van kleur zyn, de Kop is Oranje kleurig, het Borstftuk en Dekfchüden zyn Zwart , over 't midden der laatstgenoemden loopt een breede Oranjekleurige dwarsband. Van onder is het Lyf aan de borst groen, in 't midden donker geel, en het ovc-
De Geer Inf. Tom. III. pag. 334. n. 5. PI. 34. Fig. 6. Cimex Punclatus.
Fig. 11. La Punaise mignonne des Choux. (de la ade. Familie.)
Cette jolie Punaife a les Antennes & les Pattes noires; le Corps efl de chaque coté rouge avec des taches noires. On la trouye en Allemagne, en Frame & en Italië , ou elle fait Jon habitation fur le Choux ordinaire.
Fig. 12. La Punaise jaune pale punctuee. (de la 3me. Familie.)
Elle a les Antennes & la Trompe noires, mais pour le refle tout le Corps & les Pattes Jont jaune pale-; une partie du Corcelet & tout rEcuJfon font garnis de pointillages bruns concave s, & lts Etuis ont aujji extérieurement quelques petits points mams. Les Epaules de VEcufon font armées deplnes aigu'ês. Qn trouye eet JnfècJe d Suhnam.
Fig. 13. La Punaise a bandes Orange. (de la 4me. Famille ,
Cette Punaife a cinq Articulations aux Antennes , qui font noires; la Tête efl couleur d orange; le Corcelet & les Etuis Jont noirs; au milieu de ces derniers , paffe transverfalement une large bande orange; Le dejfous du Corps eft vert a la poitrine , jaune foncé dans le milieu, 6? la partie r eft ante redevient encore dun



i6 BESCHRYVING DES CR IP TIO N
rige gedeelte, naar 't Agterlyf wederom glanzig groen; de Schenkels der Pooten zyn geel, en de Beenen zyn zwart. Haar Woonplaats is Gu-
rinametu
Fig. 14. DeVliespoot. Fig. 14. La Punaise a pattes mem(yan 't 4de. Gezin.) braneuses. (de la 4Ine. Familie.)
De Sprieten van deze Wantz beftaan uit vyf Leden, de Kop en Oogen zyn bruin, de Hals bleekgeel, en voor* 't overige geheel bruin van kleur-, zynde alleen de Aderen der Dekfchüden Aschkleuiig, en het Vlicsagdg gedeelte der zeiven donkerpaarsch en glanzig. De agterfle pooten hebben cene zonderlinge Gedaante, zynde de Schenkels alleen zo lang als een der geheele voorfte pooten, en binnenwaards met eene rey van Scherpe doornen bezet; het been derzelven beftaat uit een Vlies in de gedaan te van een uitgefneeden blad, waardoor het dunne Scheenbeen als eene Ader doorloopt. De Voeten beftaande uit drie Leden, zyn zeer dun en eindigen in eene Klaauw met twee Nagels bezet. Wegens het maakzel dezer zou men byna mogen befluiten dat dit Infect zo wel in 't Water als op het Land leeft; maar hier omtrent kan ik niets bepaalen : doch dit is zeker dat de Mannetjes derzei ver geene zulke breede agterpooten hebben, als zynde maar een weinig dikker dan de twee paar voorfte pooten. Zy worden in Surinomen gevonden.
vert infant prés V'Abdomen. Les Cuisfes font jannes ■& les Jambes noires, Sa demeure efl d Surinam.
Les Antennes 4e cette Punaife conjiflent^ en cinq Articulations; la Tête fif Teux font bruns , les Cou jaune pale , le -refte entierement de couleur brune , n'y ayant que les Nervures des Etuis dun gris cendré £p leur partie membraneufe Sun violet foncé luifant. Les Pattes poftérieures ont une forme particuliere, les Cuiffes feules, .étant mjfi longues qiïune des Pattes antirieures, font garnies en dedans d"un rang d'épines aiguës: leur Jambe confifte dans une membrane fous la forme d'une feuille découpée en dehors, Ft>s mime de la jambe la traverfant comme une veine. Les Tarfes confiftent en trois Art kies, ils font tres-minces& finiffent en une pince garnie de deux onglets. Uapres la conftru&ion de ces Pattes, on peut prefque conclure que eet Infecte vit aujfi bien dans reau que fur terre, mais je ne puis rien déterminer la-deffus; ce quil y a de certain c"eft que leurs mdles n'ont point des femblables larges pattes poftérieures , mais feulement un peu plus épaijfes que les deux paires antérieures. On fa trouvée d Surinam.









'7AN DE WANTZEN. DES PUNAISES, i?
•f L A A T. HL
Fig, 15. De Blaauwe Stockerswantz. (van 't iöe. Gezin.)
Heeft het Borstftuk, en 't Lendenichild donkerblaauw en glanfig , met Tien zwarte vlakken gefiert. Van onder is het Lyf donkergeel, aan de randen glanfig-blaauw met zwarte luchtHippen; de Schenkels der Pooten zyn -bruinagtig rood, de heenen zwart, de Sprieten, welke uit vier Leden beftaan zyn geheel Zwart. By. Fig. A. word de Wantz in eene Vliegende Geftalte „vertoont. Men vind ze op de Kusten van Bengalen, Coromandel en op het JSiland Java.
Linn. Syst. Nat. pag. 715. m. 2. Cimex. Stoekarut.
Fig. 16. De Blaauwe Stockerswantz. (van *t ifte. 'Gezin.)
Is maar eene verfcheidentheid van Fig. 15. welke het Borstftuk en de Dekfchüden meer donkerpaarsch en de Zwarte vlakken minder zigtbaar, dan die van laatstgemelde Figuur heeft, doch voor 't overige met dezelve overeenkomt. Zy is van Batavia.
Fig. 17. De Groene Stockerswantz. (van 't ifte Gezin.
Deze is maar het masker van die Wantz welker afbeelding op de volgende Plaat by Fig. 24. geplaatst is; men ziet hier aan dat het lendenfchild, *t welk in de volkomen Wantzen van
PLANCIIE III,
Fig. 15. La Punaise bleu de Stocker. (de la re. Familie.)
Le Corcelet VEcuffon font dun bleu foncé luifant, ornés de dix taches noires; le deffous du Corps eft jaune foncé Jur les bords, bleu luifant ayec des Jtigmates noires. Les Cuiffes font d un rouge brunatre, les Jambes noires; les Antennes qui confiftent en quatre Articulations font entierement noires. La Fi°\ A repréfente cette Punaife volante. Elle fe trouve fur les Cotes de Bengale, de Coioniandel, dans Vlfk de Java.
Fig. 16. La Punaise bleu de Stoc eer. (de la ire. Familie.)
Vefl feulement unz variété de la Fig. 15 ; Celle-ci ayant le Corcelet gp VEcuffon dun violet plus foncé, & les taches noires moins vifibles que celle de la figure fusdite ; mais pour tout le refle , elles wit un parfait rapport Tune d Vautre Bk vient de Batavia.
Fig. 17. La Punaise verte de Stocker. (de la i">. Familie.)
Celle-ci n'efl que la Nimphe de la Punaife dont la Planche fuivante donne la répréfentation d la Fig. 24. On y voit que VEcuffon qui couvre tout VAbdomen dans les parfaites Punaifes de la preC



i8 BES CHRY VIN G
't eerfle Gezin derzelven , (volgens myne voorafgemelde verdeeling) het geheele agterlyf bedekt, in de maskers of Nimfen egter het zelve maar ten halven beflaat; de Hompjes of vleugelfcheden liggen reeds onder dit nog onvolmaakte fchild , dierhalven kan de hier afgebeelde reeds als in den Haat van Nimf zynde aangemerkt worden, na welke de laatfte verhuidinge volgt, wanneer het Infed de eigentlyke Dekfchilden en Vleugels benevens het volkomen lendenfchild bekomt. Ik heb deze van de kust Coromandel ontfangen.
Fig. 18. De Bruine Witstip. (van 't a,ie. Gezin.)
Heeft Zwarte fprieten , en t lyf met de Dekfchüden bruinrood op ieder een witte flip , de vleugels donkerbruin ; van onder is het agterlyf geel gerand en met vier reijen van donker geeie flippen gefiert, de pooten zyn bruin, doch aan de kniën derzelven geel. Zy worden aan de Kaap de Goede Hoop en ook in Surinaraen gevonden.
Fig. 19. De Dwarsgelynde Wantz* (van 't 4de Gezin.)
De Sprieten, de Kop en 't voorste gedeelte van 't Borstftuk zyn Zwart, op het overige gedeelte van 't evengemelde Borstftuk 'twelk donker Geel, of byna vuurkleurig is, zyn eenige kleine ingedrukte Zwarte flipjes onregelmaatig geplaatst,. de Tippen aan de
DESCHRÏPTION
miere Famille , (fuivant la divijion précédenté) ne le couvre cependant qua. moitié dans les Nimphes; les Boutons font déja fous eet imparfait écuffon ; c'eflpourquoi celle qui efl répréfentée ici peut être conjidérée comme étant déja dans lét at de Nimphe, après lequel fuit la demiere métamorphofe , oü eet lnfecle acquiert fes propres Etuis & fes Ailes, out re le parfait Ecuffon. yai recu celle-ci de la Cote de Coromandel.
Fig. 18. La Punaise brune a pointblanc (de Ia 2de Familie.)
Les Antennes Jont noires; le Corps< & les Etuis , chacun marqué dun point blanc, font d un rouge brun ; les Ailes brun foncé; 1'Abdomen efl , en deffous , bordé de jaune, £P ornè de quatre rangs de points jaune foncé. Les Pattes font brunes, mais jannes aux genoux. On les trouve au Cap de Bonne Elperance c5* auffi a Surinam.
Fig. 19. La Punaise a pointjllagestransverses. (de la 4«»e. Familie.)
Les Antennes , la tête & la partie antérieure du Corcelet font noires ; fur la partie reflante du dit Corcelet, qui efl jaune forcé ou presque couleur de feu, on/ voit quelques petits pointillages noirs irrégulier ement couchés; les Points fur les Etuis,. dun jaune foncé, Jont blancs &









van de WANTZEN. J)ES PUNAISES. lp
donker geele Dekfchüden zyn wit, en de Vleugels bruin van kleur; van onder is het Lyf, met de pooten Aschkleurig, de Wyfjes van deze Wantzen hebben de Dyen der voorste pooten dik en met eenige korte doornen bezet, men vind ze in Surinamen.
Linn. Syfl. Nat. pag. 722. n. 52. Cimex Lincola. Fig. 17. Cimex punbïatus.
Fig. ao. Pharaos - Wantz» (van V 4de Gezin.
Onder alle Wantzen welke my zyn voorgekomen; is deeze de grootste de èy deze Figuur afgebeelde is het Wyfje t<J&&. B. vertoont het Mannetje derzelve , 't welk zig onderfcheid in de dunne agterpooten , daar die van de Wyfjes merklyk dikker en binnewaards gedoofd zyn. De Sprieten beftaan uit vyf leden van welke het vierde lidt de gedaante van een dun blaadje heeft;; van onder is het Lyf donkerbruin, en rood geilreept, de Zuiger Zwart, en beüaat de lengte van 't Borstftuk. Ik heb deze zoort uit Surinamen ontfangen*
PLAAT IV.
Fig. 21. De Gebloemde Schildwantz. (van 't ifte Gezin.)
De Gedaante van deze Wantz geIykt veel naar een geflaeht der Torren welke onder de benaaming van Goudhaantjes (Chryfomelae) bekend zyn; op de onderzyde is 't Lyf geelag. ig met Zwart doch op 't midden van 't zelve
les Ailes de couleur bruns ; le dejjbus du Corps efl gris cendré, ainfi que les Pattes. Les fémelles de ces Punaifes ont les Cuiffes des Pattes antérieures épaijfes garnies de quelques épines courtes. On les trouye a Surinam.
De Geer. Inf, Tom. III.pag. 338. n. 12. PI. 34.
Fig. 20. La Punaise de Pharaon. (de la 411e. Familie.)
De toutes les Punaifes que fat pu rencontrer celle-ci efl la plus grande par cette Figure, éefl fémelle qui efl réprèfentée: la Fig. B en mmtt? le male , qui lui difere par les- Pattes poftérieures, qui font minces tandis quecelles des fémelles font confidérabkmnt plus épaiffes & garnies dépines en dedans. Les Antennes confiftent en cinq articulations, dont la quatrieme a Ja forme Sune petite feuille ; le Corps efiy par deffous, brun foncé fip rayé de rouge, la Trompe noire gp de la longueur du Corceletjfai regu cette forte de Surinam.
PLAN C H E IK
Fig. 21. La Punaise a Ecusson en fleurs. (de la Familie.)-
La forme de cette Punaife approdw haucoup cette dun Genre de Cokoptêresfui font connus fous la dénomination de jThrifomeles) ; le deffous du Corps efl mindtre ayec du noir, maisfon milieu' ft Sm jaune cuivré luifant : les AnC %



so BESCHRYVJNG D E SC HR IP TIO N
Geel Koperglanzig , de Sprieten en Pooten zyn Zwart. Zy is op de Kaap de Goede Hoop gevonden, en berust in het .uitmuntende Kabinet van allerzeldzaamste In&éten., van den Hoog Wel-
gebooren HEER BARON ReNGERS.
Fig. 22. De Lazuurblaauwe Schildsvantz. (van 't ifte. Gezin.)
Deze Wantz gelykt naar -Fig, L welv ke op de eerste Plaat is afgebeeldt : maar dezelve is minder Goudglanzig jgn geheel donker Violetkleurig of Lazuuragtig blaauw naar maate het Licht daarop valt. Van onder is het Lyf Bruingeel met blaauwe glanzige vlakken en Streepen welke een als vergulden luister hebben., de Schenkels der pooten zyn Bruingeel en de beenen donkerblaauw. Haar woonplaats is op de kust Coromandel*
Fig. 23.. De vergulde Schildwantz. (van 't iüe. Gezin.)
Heeft den Kop., het Borstftuk., en het Lendenfchild donkergroen met een Goudglanzigen weerfchyn^ op 't gemelde Lendenfchild zyn wederzyds drie Zwarte Stippen geplaatst, van onder is 't Lyf blinkend Rood en wederzyds met Groene ftreepen , de Sprieten en pooten zyn Zwart. Men vind ze op de kust Coromandel.
tennes les Pattes font noires. On le trouve au Cap de Bonne Efpérance 6? U fe volt dans l'excellent Cabinet des plus rares Infecles de Monsieur le Baron Rengers.
Fig. 22. La Punaise a Ecusson bleu d'azur. (de la ixs.. Famille.)
Cette Punaife Approche beaucoup de la Fig. I, réprèfentée fur la première Planche: mais elle efl a"une couleur d'or moins brillante & entierement d'un violet foncé, foit d'une forte de bleu azuré, fuivant que la lumier.e y tombe. Le Corps efl, par deffous, jaune brun, avec des taches & des rayes bleu luifant, qui réfléchiffeni un éclat dor. Les Cuiffes font jaune brun , & les jambes bleu fonté. Sott babii.ation efl fur la Cote de Coromandel.
Fig. .23. La Punaise a Ecusson dorÉ. (de la ire. Famille.)
Elle a la Tête , Je Corcelet&VEcusfon vert foncé, avec un reflet d"or ; de chaque £oté de VEcuffon font trots points noirs. Le Corps efl, en deffous, d un rouge liffe, avec des rayes vertes de ehaque coté; les Antennes g? les Pattes font noires. On les trouve fur la Cote de Coromandel.



van de WANTZEN. DES PUNAISES. 2z
t.
Fig. 24. De Groene Stockerswantz. (van V ifte Gezin.')
Van deze Wantz is het masker by Fig. 17. op de naait voorgaande IIDe Plaat afgebeeldt. Van boven is zy geheel groen goudglanzig, het Borstftuk met drie en het fchild met fes zwarte vlakken bezet; onder, is het Lijf donkerrood , aan de zyden van ?t zelve met kleine blaauwagtige zwarte vinkjes getekent , waarin de Lucht/tippen (Stigmata) geplaatst zyn. Petiver heeft deze Wantz befchreven, en had ze van zynen Vriend den Heer Stocker ontfangen , waarvan daan deze zoorten den gemelden Naam hebben bekomen. Zy worden op Java en op de Kult Coromandel gevonden.
Petiver Gazoph. 34. Tab. 21. Fig. 12.
Fig. 2$. De Dambord-Rand. (van 7 2de Gezin.)
De /briefen zyn zwart, het Lyf is van boven, aan de buitenranden met vierkante zwarte en witte vlakken geftert , en in 't midden is het zelve vleefchkleurig: de Vleugels zyn bruin. Van onder is 't Lyf geelagtig bruin, de pooten geheel bruinkleurig. Zy is uit Oostindiën en my ter afbeelding medegedeelt door den Hoog Welgeb. Heere Baron Rengers.
Fig. 26. De omgekeerde y. (van V 2de Gezin.)
Heeft de Sprieten, den Kop en den rand aan 't voorfte gedeelte van 't
Fig. 24. La Punaise verte de Stocker. (de la ire Famille.)
Von voti la Nimphe de cette Punaife dans la lig. 17. fur la Hi™ Planche pré cedent e. Par deffus, elle efl toute verte avec un rejlet dor; le Corcelet efl garni de trois, £2? VEcuffon de fix, taches noires; par deffous, le Corps efl rouge foncé, marqué de chaque cötê de pet/1es taches noires bleudtres, oü les Jligmates font placées. Pet.i ver a dêcrit cette punaife, 'qu*ïl avoït repue de Jon ami Air. Stocker ; de la vient que ces fort es önt acquis le nom mentionné. Files ont été trouvèes dans F Ijle de Java £«p fur la Cote de Coromandel.
Fig. 25. La Punaise a bords en Damier, (de la 2dc Famille.)
Les Antennes font noires, Ie deffus du Corps efl orné, aux bords extérieurs , de taches quarrées Manches £3? noires , ês? Jon milieu efl couleur de chair. Les Ailes Jont brunes. Le Corps est, en deffous, jaune hun, les Pattes font toutes brunes. Elle vient des Indes-Occidentales, & m'a été communiquée, pour en faire la repréjentation, par fon Excellence Monsieur Le Baron Rengers.
Fig. 25. La Punaise a y renverse. [(de la 2Je Famille.)
Les Antennes , la Tête, £jp les bords de la partie antêrieure du Corfelet font.



22 BESCHRYVING. JD E S C R IP T10 N.
Borstftuk zwart met een groenagtigen glans; het agterlyf is aan beide zyden geel en aan de randen wederzyds met vyf langwerpige vierkante zwarte blaauwglanzige vlakken bezet, op ieder Dekfchild is een zwarte vlak, welke niet onduidelyk een omgekeerde Y vertoont, het vleesagtig gedeelte dezer Dekfchüden heeft een groenagtigen Koperglans; de Vleugels zyn bruin. Zy is op Ceylon gevonden en beruft in het Kabinet van den Hoog Welgeb. Meere Baron Rengers.
Fig. 27. De Eenkleurige Wantz. (van V 2de Gezin.)
Deze Wantz is over 't geheel van een groenagtige zwarte kleur , alleen de einden of het vliesagtige gedeelte der Dekfchüden zyn koperagtig glanzig, en de Vleugels bruin, men vind ze in Surinamen.
Fig. 28. De S e s h o e k.
(van '/ 4de Gezin.)
•
Het Borstftuk van deze Wantz is, van boven, in twee kleuren verdeelt, zynde de eene helft rood en de andere zwart, de randen zyn geel, en maken dus een byna volkomen zeshoek; het Lyf is wederzyds vleeschkleurig , de Vleugels zyn bruin, en de pooten aan de fchenkels bruinagtig rood, voor 't overige zwart. Zy is op de Kust Coromandel gevonden, en berust in het Kabinet van den Hoog Welgeb. Heer Baron Rengers.
noirs, avec un brillont verdatre; VAbdomen ejl jaune des deux cótés, dont chacun ejl garni de cinq taches quarrées longitudinales, ksquelles Jont d'un noir bleuatre brillant. Sur chaque Etui on voit une tache noire, qui ne reffemble pas mal a un T renverje. La partie membraneufe de ces Etuis a im rejlet verdatre cuivrè ; les Alles font brunes. Elle a étè trouvèe a Ceilan on la voit dans le Cabinet de jon Excellente Monsieur Le Baron Rengers,
Fig. 27. La Punaise d'une Coullur, (de la 2d* Familie.)
Cette Punaife ejl par-tout d'une Couleur noire bleuatre , feukment Véxtrémité des Etuis, Jolt leur partie membraneuje , efl cf un brillant cuivré, g«? les Ailes Jont brunes. On la trouve d Surinam.
Fig. 28. La Punaise Sexacone, (de la 4<ne Familie.)
Le Corfelet de cette Punaife efl, au deffus, de deux couleurs, moitiè rouge £«? moitiè noire; les bords- jont jannes, ce qui par - la fait prefque un Sexagone parfait. Le Corps eft couleur de chair de chaque cóté ; les jtfIcs font brunes, fes Pattes dyun rouge brundtre fur les Cuijfes ; tout \e rejle noir. On la trouvée Jur la Cóte de Coromandel £5? on la voit au Cabinet de jon Excellence Monsieur Le Baron Rengers.









van de WANTZEN. DES PUNAISES. t%
P L A A T. V.
Fig. 29. De Violet-Kleurige Wantz. (van '/ 2de Gezin.)
Heeft zwarte Sprieten, met vyf leden aan dezelven , de Kop is zwart, het Borstftuk, het Lyf aan de onderzyde met de Pooten , is donkerblaauw of Violet-kleurig en glanzig; het lederagtige gedeelte der DekvJeugels is paarfch met een groenen koperglans welke naar 't einde zig veel groenkleuriger vertoont; aan de tippen zyn dezelven bruin , glanzig , en eenigzins doorichynendt, de onder Vleugels zyn paarfchkleurig. Men vind deze fchoo11e Wantz in de Oq/Iindiën, en beruft in het Kabinet van den Hoog Welgeb. Heer Baron Rengers.
Fig. 30. De Geele-Boog-Wantz. (van V 2de Gezin.)
De Kop van deze Wantz is afchkleurig en de Sprieten zwart, het Borstftuk en een gedeelte der Dekfchüden donkergroen en glanzig; over het gemelde Borstftuk en het Lendenfchild loopt een goudgeele halve Cirkel ofBoogswyze tekening. Van onder heeft het Lyf, aan de Borft wederzyds twee donkergroene glanzige vlakken , de Pooten zyn aan de gewrigten geel, voor 't overige bruin. Zy wordt in de Weflindiën gevonden en beruft in het evengemelde Kabinet.
P L A N C H E
Fig. 29. La Punaise Violette. (de la 2de Famille.)
Les Antennes font noires & ont clnq articulations; la Tête eft auffi noire; le Corfelet, le deffous du Corps, & les Pattes, font bleu foncé, ou d'une forts de violet, & luifants. La partie membraneufe des Etuis ejl pour pre avec un luflre vert cuivré, qui Jé montre vers le bas entierement vert; leur fommet efl brun , luifant, & en quelque maniere tranjparent. Les Ailes injèrieures jont pourpres. On trouve cette belle Punaijé aux Indes-Orientales , £f elle fe voit au Cabinet de fon Excellence Monsieur Le Baron Rengers.
Fig. 30. La Punaise a Arc jaune. (de la 2de Famille)
La Tête de cette Punaife ejl gris eendré, £5? les Antemies font noires; leCorJelet, & une partie des Etuis, jont vert brun £«? luijans. Defsus le fusdit Corfelet £«? VEcuffon rêgne un demi Cercle jaune d'or en forme dArc. Au deffous du corps j'ur la poitrine Jont deux taches vert foncé luijant. Les Pattes font jaunes aux jointures £f le refle brun. On la trouvèe aux Indes-Occidentales et elle jé voit dans le fusdit Cabinet.



*4 BESCHRYV1NG, DESCRIPTION.
Fig. 31. De Arleq.uin.
(van '/ ade Gezin.)
Deze Wantz heeft de onderzyde van 't Lyf goudgeel en aan de Borst wederzyds drie langwerpige zwarte blinkende vlakken, de Pooten en Sprieten zyn ook zwart, en de vlakken van boven op het Borstjluk en fchilden hebben een blaauwen luifler. Men heeft ze in de //-'ejl'indien gevonden , en berust thans in het Kabinet van den Hoog Welgeb. Heer Baron Rengers.
Fig. %2. De ' Roodgevlakte Moes kruidt-Wantz. (van H 2Je Gezin.)
De Sprieten zyn zwart en beftaan uit vyf leden , de Pooten zyn ook zwart, maar op de beenen is een roode vlak , het geheele Lyf is, van onder blinkent zwart. Het Borstftuk en Dekfchüden zyn glanzig koperagtig groen van kleur. Deze Wantz word in de Moeskruiden gevonden , vernielende dezelven de Wortelen , van Kool, Raapen en andere gewallchen welke tot Keukengebruik gebezigt worden.
Fig. 33. De Witgevlaicte Mo es kruid t-Wantz.
(van V 2de Gezin.)
Is niet onderfcheiden van Fig. 3 a. dan dat dezelve op de Dekfchüden , Borstftuk en Beenen , met wit, in plaats van rood gevlakt is; deze onderfcheid is geen kenmerk der Sexe, dewyl men onder de roodgevlakten
Fig. 31. La Punaise Arlequin; (de la 2^ Famille.)
Cette Punaife ejl, au deffous du Corps, jaune dor, (3? a , des deux cótés de la poitrine, trots taches longitudinales noires £s? lijfes. Les Pattes £5? les Antennes Jont au/ff noires, les taches, au deffus du Corjclet £3? des Etuis, ont un lujlre bleu. On Pa trouvée aux IndesOccidentales, £5? elle Je voit au Cabinet de Jon Excellente Monsieur Le Baron Rengers.
Fig. 32. La Punaise des Pota-
gers a taches rouges.
(de la 2de Familie.
Les Antennes font noires £5? conjiflent en clnq Articulations. Les Pattes Jont aiiffl noires, mais il y a une tache rouge fur les Jambes. Tout le Corps efl noir liff'e par deffous. Le Corfelet 8? les Etuis Jont (Vun vert cuivré luifant. Cette Punaife a été trouvée pariiü des her bes potagcres, détruijant les Racines-, les Choux, les Raves autres productions dejlinèes pour la Cuijtne.
Fig. 33. La Punaise des Pota-
gers è taches blanches.
(de la 2d<* Famille.)
Elle ne difere de la Fig. 32, qiPen ce que les Etuis, le Corfelet, £5? les Jambes, font tachés de blanc au lieu de rouge. Cette différence n'cfl point le figne du Sexe, puisqiCil Je trouve parmi les maks £s? les fémelles d taches rou-



van de WANTZEN. DES PUNAISES.
Mannetjes en Wyfjes vind, en zo wederom onder deze hier afgebeelde; ik heb egter nog eene andere Wantz, wélke op het eerfte gezigt voor een en dezelfde zoort zou genomen worden, maar die heeft het Lyf, vanonder , geheel wit met zwarte flippen ; waardoor zy zig merkelyk van de Moeskruid-Wantz onderfcheidt.
Linn. Syft. Nat. pag. 723. n. 53. Cimex Okracei Fig. 22-23, Punaife dssPotagers. Geoffkoi. Inf,
Fig. 34. Het Schouderiioorn. (van '/ 3de Gezin.
Deze Wantz heeft op ieder Schouder van het Borstftuk een lang, ftomp uitfteekzel , welke zig als twee afgebrooken Hoorns vertoonen ; het vliezige gedeelte der Dekfchüden is glanzig, en de Vleugels zyn bruin, gelyk het Lyf aan de onderzyde, maar de Vooten hebben eene ligtbmine Aschkleur met donkerbruine vlakje?. Zy is in de West-Indiën gevonden, en my door den Hoogwelgeb. Heir Baron Rengers medegeclcelt.
Fig. 35. De Roodgezoomde Wantz. (van 't 4de. Gezin.')
Het maakzel der Sprieten van deze Wantz wykt af van dat der overigen onder dit Geüacbt behoorende Infecten : Zy beftaan uit vier leden, zynde het eerfte lidt , 't welk met den wortel in den Kop geplant is , zeer kort, het tweede en derde lang , en zwart van kleur, doch het laatfte lidt
ges, 6? êgalement dans la forte ici réprèfentée. fax pourtant encore une autre Punaife qiiau premier coup doeil m prendroit pour être de la même Efpece , mais celle-ci a le deffous du Corps entierement blanc avec des points noirs , dijférant en cela confidérablement de la Punaife des Patagers.
a. De Geer. Tom. III. pag. 266. n. io. Tak 15. Tm. I. pag, 471. n. 74.
Fig. 34. La Punaise a Epaules cornues. (de la 3^ Famille.)
Cette Punaife a , fur chaque èpault du Corfelet, une longue protubérance ob•tufe, qui repréfenle deux cornes rompues; la partie membraneufe des Etuis efl lüffante; les Ailes font brunes, ainfi que Is deffous du Corps, mais les Pattes ont une couleur gris-brun clair avec des taches brun foncé: On fa trouvée dans les lndesOccidentales, & elle ma été communiqués par Son Excellence Monfieur le Baroiï Rengers.
Fig. 35. La Punaise a Bordure rouge. (de la 4me Familie)
La conformation des Antennes de cefie Punaife dijfere de celle des autres ïnfec~ tes appartenans a ce Genre. EU es conjiflent en quatre articulations, dont la première, qui eft enracinée dans la tête, eft trèscour te, la Jeconde la troifieme Jont leagues noires, mais la demiere, feit la pointe des^ Antennes, eft plus épaijft qué let F> 3



26 B.E.SC. HRY VING DESCRIPTI ON
of de punt der Sprieten is dikker dan de drie eerlten, en voor 't grootfte'gedeelte wit, alleen 'het uiterfte puntje is. zwart. Van onder is het Lyf met de pooten rood , maar de zamenvoegingen der Ringen aan 't agterlyf zyn zwart , de Dekfchüden zyn dun en byna Vliesagtig , de Vleugels hebben een donkerbruine kleur, het roodgerande agterlyf heeft gelegentheid tot de benaamihg van dit liÖecï gegeven. Zy is van Ceylon in het Kabinet van den Hoog welgeb. Heer Baron Rengers overgezonden.
Fig. 36. De Wantz met het vierkante Agterlyf. (van 't 4de. Gezin.')
Het geheele Infecx is bleekbruin van kleur, de oogen en de einden der Sprieten , welke geknopt zyn , hebben een donkerbruine kleur ; het agterlyf is in 't midden dik , maar aan de randen rondom hetzelve zeer dun en plat, makende dit gemelde agterlyf de gedaante van eene langwerpige vierkante ruit, welke aan het einde als een aftgemeden hoek heeft, die "tandswyze is uitgefneden. Deze Wantz onthoud zig op de Planten en vooral op de Zonnebloemen.
Fig- 37* De Eenkleurige bruine Wantz. (van V 4^. Gezin.')
Deze Wantz heeft de Sprieten, Kop, Pooten en het geheele Lyf met de Dekfchüden bruin, de tippen of het Vliesagtige gedeelte der Dekfchüden , en de Vleugels zyn donkerbruin. Wan-
trots premières, £?, pour la plus grande partie, Manche, Jeulement la petite pointe d ïextrémité eft noire. Le deffous du Corps, & les Pattes font rouges , mais la réunion des anneaux fur F Abdomen efl noire. Les Etuis font tninces & prefque m'embraneux ; les Alles ont une couleur brun foncé; la bordure rouge fur Vabdomen a donné lieu d la dénomination de eet Injecte. 11 vient de Ceilan £? a étê envoyé dans le Cabinet de Sou Exettence Monfieur le Baron Rengers.
Fig. 36. La Punaise k Abdomen quarre, (de la 4M Famille)
Tout VInfecte efl brun pale, excepté les yeux & le bout des Antennes, kfquelles Jont a bout ons, & de couleur brune; £ Abdomen ejl épais au milieu, mais, au tour des bordures, tres-mince & plat, faifant le fusdit Abdomen la figure d im quarré lehr en lofange, qui Jinit en forme de coin coupé & dentelé. Cette Punaife fe tient fur les Plantes, & fur-tout fur le Tournefol,
Fig. 37. La Punaise brune. (de la 4>ae Familie)
Cette Punaife a les Antennes, la Tête, tout le Corps, & les Etuis, bruns; le fommet de la partie membraneufe des Etuis & des Ailes ejl brun foncé. Quand on examtne les Cuiffes avec une^Loupe,



van de WANTZEN, DES PUNAISES. z?
neer men de Schenkels der Pooten door een Vergrootglas befchouwt, dan blykt het dat de binnenzyde derzelven met fcherpe doornen gewapent zyn. Zy is in de Nederlanden gelyk.
Fig. 38. De zwarte Vlieg-Wantz. (van H 6de Gezin.')
De Sprieten beftaan uit vier dunne leeden en zyn gelyk het geheele Infect bruinagtig zwart van kleur; agter de Gogen , op den Kop, vindt men twee der meergemelde kleine blinkende Oogjes, welke geelagtig van kleur zyn ; de Zuiger is kort en onder den Kop omgeboogen. Het Borstftuk is', gelyk in alle Wantzen, van het door my opgegeeven Sesde Gezin, fmal, bultig, en als in twee ftukken verdeelt. Agter het zelve een klein Lendenfchildt. De Dekfchüden zyn aan de buitenranden fterk geadert, doch voor 't gvootfle gedeelte gelyk aan de bovenvleugels van zommige Sluipwespen ; de ejgentlyke vleugels hebben een witagtige kleur, welke den glans van het Paarlemoer overtreft. De Pooten zyn ruig , en rondom met hairtjes bezet. Het Masker of Nimf, waaruit dit Infect voortkomt, vindt men in de Huizen en Woonvertrekken derzelven , hebbende de gedaante van een Spinnekop , en is gemeenlyk met allerlei ' kleine Deeltjes van Wol, Hair of Stof, 1 welke in onzindelyke Kamers op den < grond liggen blyft, bedekt; waardoor i dit Masker eene affchuwelyke gedaan- 1 te verkrygt, en tot loopen byna on- c bekwaam word, dewyl de Stof, waar- é
ü paroit quelles font, en de dans, arme'es dépines pointues. Elle efl commune dans les Pays-Bas.
Fig. 38. La Punaise-Mouche noire. (de la Familie)
Les Antennes conjiflent en quatre minces Articulations, qui font, ainfi que tout llnje&e, d'une couleur brunatre noire; fur la Tête, apres les yeux , on trouye deux de ces petits yeux lijfes , dont "'on a déja parle', qui font jaundtres.. La Trompe eft courte 6? recourbée fous la tête. Le Corfelet, ainfi que celui de toutes les Punaifes que fai donnê de la Sixiemc Famille , petit, bojftté fi? comme divifé en deux pkces; apres Ie Corfelet efi un petit Ecujfon. Les Etuis font tres-veinés aux bords extérieurs , mais pour la plus grande partie, ainfi que les ailes fupérieures de quek ques Guêpes-Ichneumones; les propres Afhsónt une couleur blanchdtre, dont Féclat 'furpaffe celui de laNacre de Perk. Les Pattes font roboteufes & garnies tout aittour de petits poils. La Chryfalideou Nimphe, d ouprovknt eet Infecte , fe trouve dans les maifons g? dans les chambres quon habite , ayant la figure dune Araignée ; elk eft ordinairement couvert e de toutes fortes de petit es barties de laine , de poïl, ou de matieres ]ui reftent par ter re dans des chambres nalproprei; par-la cette Chryfalide acpiert une figure affreufe, & eft prejque ncapabk de courrir , vu que la matkre lont elk eft couverU, rend fa marche valkante 6? fans regies. Elks'fe nourri/Jeut 'e Mouckes, d'Araignées, g? de toutes'fer-



£8 BESCHR YVING DESCRIP TIO N
mede zy als bedekt is , haaren Gang waggelende en ongeregelt maakt- Zy aafen op Vliegen , Spinnckoppen en allerlei Jnfeéten, welke onder hun bereik komen , ja de Weegluis of Bedwantz, fchynt byzonder van hun geAvildt en opgezogt te worden, derhalven zou de vermenigvuldiging van dit zoort mooglyk nuttig en wenfchelyk zyn , en men kon daar mede , gelyk de Heer Doctor Küilv (f) wil, eene jagt op de Bedwantzen aanftellen, om daardoor dat flinkende Ongedierte te doen verminderen: indien maar de ondervinding eerst geleerdt hadt , dat door het eene kwaat te verdryven, 'er geen ander , en veelligt even groot, door wierdt veroorzaakt. By Fig. A. is het Masker afgebeeldt, zo als het zelve zig vertoont, wanneer de gemelde vczelagtige ftof daar af geileeten is , 't welke te weeg gebragt word, indien men zulk een Diertje in een Doosje befluit , dan raakt zy door de Wryving het meefle van die ruigte wel dra kwyt. De volmaakte Wantz heeft eene Eigenfchap, welke ik nog aan geene andere van dit Gellacht der Infeclen heb waargenomen , hier in bcftaande , dat zy door middel van den Hals en Kop fterk tegen het Borstftuk te beweegen, en te wryven een fchel cn doordringend Geluid kunnen maken , 't welk eenigzins zweemt naar dat der Boor-Torren. QPtinus Linn.~) welke in de Houte Meubolcn en ander Huisraadt van dien aardt voortteelen,
pt(*) Naturforsch£(i, VI St. pag. 80. H.outt0in. Nat. Rijt. ID. X $t, pag. $5?. n. 48. P/.81.
PLAN
tos Unfectes qiielles peuvent atteindre ; les Punaifes des Hts femblent être de leur goüt 6? un objet particulier de leurs recherches; la propagation de cette Efpece feroit donc peut - être néceffaire g? défirable, & on pour rolt en cela , ainfi que le voudroit Moufieur le docteur Küiin (*) , établir une chaffe de Punaifes des Hts, par ce moyen diminuer cette vermine puante, fi pourtant l'expérience avoit appris que, détoumant un mal, ü nen rcfultdt aucun autre , & peut - être tout auffi grand. La Fig. A repréfente la Chryfalide telle quelle Je montre lorsque la fusdite mattere relue ou cotonneufe en ejl féparée, laquelle sen détache fi on renferme ce petit animal dans une boete , pour lors en la frottant la plus grande partie de cette vilenie s"en va bieniot. La Punaife parfaite a une proprieté que je 11 ai pas obfer vee dans aucun autre Infeëïe de ce Genre, confiftant en ceci; quelle peut faire un bruit percant & aigu , en remuant Jbrtement fi? frottant la tête 6? le col contre le Corfelet, lequel appro:he affez bien de celui de La Vrillette des Tables, (Ptiïius Linn.) qui multiplie dans les Meubles de bols ou autres efjfets de cette nature. Cet Infecte a auffi une odeur injupportable, & piqué très-fenfi* blanent quand on le touche fans pre'caur tions avec les doigts.









van de WANTZEN. BES PUNAISES. z9
ook heeft dit Infect. een onlydelyken flank, en fteekt zeer gevoelig als men dezelve met de vingers te onvoorzigtie aantaft. 5 5
Uw M Nat. pag. 7,4. n <j4< Cimx Verfonatus. De Geer Inf. Tom. UI mem. 6. pa. aSr. «. Jt 9!mg5'9. la Punaife M?uche S' 7' Punayi 4 Maïum' Geoffroy lnf' Tm' 1 ««• n' *
Sdlzer Gefch. Inf. pag. 96. n. 10. Tal. 10. Fig iQ. 'Cimeas Aurantius.
Fig. 40. De Zwart-Poot.
(jw« V 2de Gezin)
Heeft vyfledige zwarte Sprieten , de zwarte vlakken op de Dekfchüden, en de Tippen derzelven hebben een donkergroenen koperagtigen glans, 't welk
PLAAT VI.
Fig. 39. De Oranjekleurige Wantz. (van 't zde. Gezin.)
De Sprieten van deze Wantz beftaan uit vyf leeden , en zyn nevens den Zuiger, welke de lengte van de Borst beflaat, zwart van kleur. Van onder is het Lyf geel, wederzyds aan de randen met léven donkerblaauwe blinkende ronde vlakken bezet, welke laatstgenoemde ook de Pooten hebben. Van boven is het Agterlyf onder de Vleugels by het Borstftuk donkergeel, maar het overige gedeelte naar agteren is blinkend zwart met een blaauwagtige Juister , aan de randen van 't zelve zyn geele met zwartblaauw blinkende vlakken. De Vleugels zyn bruin. Zy worden op het Eiland Java, naby Batavia gevonden.
P L A N C H E VI.
Fig. 39. La Punaise couleur d'OraN' ge. (de la 2^. Famille.)
Les Antennes de cette Punaife conftflent en cinq Articulations, font, ainfi que la Trompe, qui eft auffi longue que 'ïe Corfelet, de couleur noire. Le deffous du Corps eft jaune garni, a chaque coté des bordures,de fept taches rondes bleu foncé lijfes, qui font auffi fur les Pattes. La partie fupérieure de VAbdomen , fous les Ailes pres le Corfelet, eft jaune foncé, mais le r'efte fur le derrière eft noir liffe avec un luftre bleuatre, & fur fes bordures font des taches bleu noirdtre lijfes. Les Ailes font brunes. Elle a été trouvêe dans llfle de Java prés de Batavia.
Fig. 40. La Punaise a Pattes noires. (de la 2de. Famille.)
Elle a les Antennes noires a cinq Artu culations ; les Taches noires fur les Ailes ë? leur fommet ont un luifant vert foncé cuivré, lequel a auffi Ueu a l égard de la
E



3o BES CHR Y VING DES CRI P TION
ook plaats heeft ten opzigte der donkere kleur van het Lendenfchildt. Het Lyf is wederzyds rood, van boven op het midden zwart, en van onder aan ieder zyde drie kleine zwarte vlakjes; tusfchen het laatfte paar Pooten is een vooruitfteekent punt geplaatst, welker beginfel van 't agterfle gedeelte van 't Lyf fchynt voorttekomen, en 't welke men zou mogen vooronder/lellen, dat het Infect. moet dienen om zig in het vallen, te befchuttcn, want alle, of ten minflen de meeften der Wantzen laaten zig, wanneer men ze maar aanraakt, van de Planten, of waarop men dezelven ook vind , wel dra afvallen , zo dat men dikwerf, in de mening om ze te vangen zig bedrogen ziet. Dit gemelde vooruitfteekzcl of punt, is ook eigen aan Fig. 39. Men vind deze Wantz op het Eiland Java* by Batavia, en ook op de Noordoostkust te Samarang.
SoLziK Gefch. Tnf. pag. (,6. n. 9. Tab. 10. ü^f. 9- Cimex Nigrtper. NB. Dz Heer Svlzzb. geeft zter verkeert hit Vaderland van deze Wantz en van Fig. 39. vtor Amerika aan.
Fig. 41. De Janus.
(van 't s ie. Gezin.')
De fprieten, Kop, het Lyf en de Pooten zyn zwart, alleen de randen van 't agterlyf hebben eene roode kleur gelyk het Borstftuk , de Tip van 't Lendenfchild, en het Lederagtige gedeelte der Dekfchüden , de Vleugels zyn rood, met een zwarten rand. Zy woonen op de kust Coromandel.
couleur brune de lEtuffon. Le Corps eft,. des deux cotés, rouge, le deffus au milieu ejl noir, £p /« deffous a, de chaque coté, trots petites taches noires. Entre la derniere paire de Pattes ejl une pointe faillante dont la bafe paroit fortir de la partie poft ér ieure du Corps, de laquelle on pourroit fuppofer que eet Infecte doit fe fervir pour fe garantir de tomber, puifque toutes les Punaifes, ou du moins la plus grande partie , Jé laiffent tomber des plantes oh on les trouye lors quon les veut toucher, de forte que trés-fouvent on eft trompe' qttand on croit les prendre. La fusdite pointe faillante fe voit auffi par la Fig. 39. Otp trouve cette Punaijé dans PIfle de Java + prés Batavia, & d la Cote Occidentale aW Samarang.
Fabsicius Syji. Entom. pjg. 714. n. 8j. Cimex Janus. Ooeze. tntomol. IStytr. lom. U.pag. 247 n. 20. N. Fabr.
Fig. 41. La Punaise Janus. (de la 2de Famille.)
Les Antennes, la Tête, le Corps g? lesPattes font noires, Jeulement les bords de VAbdomen ont une couleur rouge, ainfi que le Corjeltt, le Sommet de VEcuffon, & la partie membraneufe des Etuis ; les Ailes font rouge avec des bordures. Elles habu tent fur la Cote de Coromandel.



van de WANTZEN. DES PUNAISES. 3j
fig. 42. De Okerrleurige - Wantz. (van 't 2de. Gezin.)
Heeft bruine Sprieten , een geelen Zuiger, en het geheele Lyf is aan beide zyden met de Pooten bleekrood van kleur. Zy is uit Ooft-Indien en word ook op de kust van Guiné gevonden; èerust in het Kabinet van den Hoog Welgeb. Heer Baron Rengers.
■Ftg. 43. De Agaat-Rug. (van 't 2d€. Gezin.)
Heeft hét Lyf zwart, aan de randen van 't agterlyf wederzyds vyf bloedrode vlakken; de Pooten zyn zwartagtig bruin van kleur. De fraaije tekening waar mede het Borstftuk, het Lendenfchild en het Lederagtige gedeelte der Dekfchüden gefiert gel ykt eeniger maate naar de Dendriten of Boomfteenen. De Vleugels zyn zwart. Haar Vaderland is de kust van Gujne', en bevind zig in 't laatstgenoemde kabinet.
■ Fig. 44. Het Root gatje. (van 't 2de. - Gezin.)
Deze Wantzen verfchillen in kleuten, zommigen hebben eene bleek vuilgroene kleur, anderen gelyk de hier afgebeelde zyn ligtbruin. De Sprieten en Oogen hebben ze alle donkerbruin, het Borstftuk is als bezaait met bruine ftippels, welke door een vergrootent Glas befchouwt, zig inwaards en als kleine puntjes vertoonen. De Pooten hebben eene bruin , roode
Fig. 44. La Punaise couleur d'Ocre. (de la 2ds. Famille.)
Elk a les Antennes brunes, une Trompe jaune, & tout le Corps ejl, des deux cêtés, ainfi que les Pattes, dim rougepéle. Elle vient des Indes - Orientales, je trouvant auffi fur la Cote de Guinee, 6? fe voit au Cabinet de Son Excellencs Monfieur le Baron Rengers.
Fig. 43. La Punaise a Dos Agathe. (de la £de. Famille.)
Elle a le Corps noir , cinq taches rouge de fang aux bords de l Abdomen a chaque coté. Les Pattes font d'un brun noirdtre; le beau deffein dont le Corfelet, V Abdomen, & la partie membraneufe des Etuis , font ornés, approche en quelque maniere de celui des Dentrites, Les Alles font noires. Elle tire fon origine de la Cote de Guinee, g? fe trouve dans le Cabinet mentionné ci- dejjus.
,1
Fig. 44. La punaise Ensanglantee. (de la 3me. Famille.)
Ces Punaifes varient en couleur, quelque s wies font vert pale terni, d'autres., comme celle qui efl ici réprèfentée , d'un brun clair; les Antennes les Teux font brun foncé; le Corfelet eft parfemé de petits pointillages bruns, qui, vus avec une Loupe, paroiffent comme des petites concavités ; les Pattes ont une couleur brune , éf le deffous du Corps • eft jaune, mais les petits pointillages, &-ie; dermes:
E 2



32 BES CHR'YVING DESCRIPTION
kleur, en het Lyf op de onderzyde is geel, maar de Rugftippen en de laat11e Ring van 't agterlyf is bloed rood. By Fig A. heb ik deze Wantz met uitgebreide Dekfchilden en Vleugels doen afbeelden om de roode en zwarte tekening van 't agterlyf te doen zien. Zy onthoud zig op de bladen en de vrugt van den Mispelboom.
Linn. Syfl. Nat. pag. 720. «. 35. Cimex Hamorhoidatis. De Geer Inf. Tom. III. mem. 6. pas. 2t*. n. 3. FI. 14. tig. 7. La Punaife enfanglantée Svlzeh Kern. pag. 28. Tab. II. Fig. 72.
Fig. 45. De Bosch-Wantz. (van V 3de. Gezin.)
Indien de Pooten van deze Wantz een roode kleur hadden in plaats dat dezelven donker bruin of byna zwart zyn, dan zoude ik ze voor die Wantz houden welke de Heer Linn^eus de benaaming van Rood-Poot (Rufipesf) heeft bygelegt, zy gelykt in de daad zeer veel naar dezelve. De Sprieten en Oogen zyn bruin, van onder is het Lyf bruinagtig rood van kleur, maar aan de boven zyde is het zelve donker bruin, doch aan de randen geel en zwart gevlakt. Men vind ze in de Nederlanden in menigte op allerlei Boomgewasfchen , alwaar zy zig voed met Rupfen , Maden der Vliegen en andere Infectem
Fig. 46. De Aalbessen Wantz-. (van V 3de. Gezin.)
De Sprieten van deze Wantz beftaan uit vyf leden, en ieder Lidt derzelven is half wit en bruin gelyk de randen van 't agterlyf, het Borstftuk
Ameatt de V Abdomen font rouge de fang* J"ai reprèfenté cette Punaife, par la Fig» A , avec les Etuis les Ailes étendus, pour faire voir le deffein rouge noir. ■ Elle fe tient fur les feuittes^ les fruits du Sorbier.
Fig 45- La Punaise des Bois* (de Ja 3 me. Familie.)
Si les Pattes de cette Punaife avo'w* une couleur rouge, au lieu d'être brun foncé & prefque noir , je la. tiendrois pour cette que Monfieur Linnjeus a nommée la Rouge patte (Rufipes.) ; elle lui reffenvble en effet beaucoup. Les Antennes & les Teux font bruns, le deffous du Corps efl rouge brundtre, mais le deffus efl brun foncé, quoique les hor dures font tachées de jaune & de noir. On la trouye dans les Pays - bas en quantité , fur toutes fortes d'ArbriJfeaux, oh elle fe nourrit de Chenilles, de Vers, de Mouches & autres. In* fe&es.
Fig. 46. La Punaise des Groseillers*. (de Ia 3 Famille.)
Les Antennes de cette Punaife conjiflent en cinq Articulations , chacune eft a moitié blanc brun, comme les bords de ïAbdomen ; le Corfelet les Etuis font









van de WANTZEN. DES PUNAISES. j3
en de Dekfchüden zyn bezet met een menigte bruine inwaardze Hippels; in zommigen van deze Wantzen is de tip van het Lendenfchild geel , doch in andere gelyk de hier afgebeelde is die kleur niet te vinden ; de onder zyde van 't Lyf is met de Pooten. bleekgeel met zwart geftippelt.. Dit Infect vind men veeltyds op de Aalbelfen en Brambozen ftruiken, aan welke laatite men wil dat zy dien onaangenaamen Reuk zou veroorzaaken die zomtyds by deze vrucht plaats heeft: ondertusfchen is het zeker dat deze Wantz zeer Hinkt, en zig met andere Infeélen voedt, onder welke zy, gelyk de Heer Geoffroy verzekert, de Torren zelve niet verfchoont.
Linn. Syjl. Nat. pag. 711. n. 4.5. Cimex Eacearüm. Geoffsoy Inf. Tom. I. pag. 466". «. 64. La Punaife brune d antennes 6? bords Panachés. De Geer Inf. Tom. HL mem. 6. pag. 157. n. 4» Punaije dw Bouillon - blanc.
Fig. 47. De S p 1 t s-K o p-
(yan 't 3 ie. Gezin.)
De Sprieten en Oogen van deze Wantz zyn bruin, de Kop is lang en voor uit fteekende; de Zuiger beflaat by na twee derde gedeeltens der lengte van 't geheele Lyf- Van onder is dit ïnfeót ligtbruin zonder eenige tekening. Zy woonen op de kust Coromandel.
PLAAT VII.
Fig. 48. De Roode Schildt-Wantz. (van ifte. Gezin.)
Het Borstftuk van deze Wantz is blinkend blaauw, gelyk mede de bui-
garnisen dedans d'une quantité depointillages bruns ; dans quelques unes de ces Punaifes la pointe de ï'Abdomen ejl jaune , mais dans d'autres, comme cette qui ejl ici réprèfentée, on ne trouve point cette couleur. Le dejfous du Corps , & les Pattes font jaune pale avec des pointallages noirs. Fréquemment eet Infecle fe trouve fur ks des branches des Grofeilles cjf des Framboifes, dok Pon prétend que ces dernkres contractent la défagréable odeur quon appergoit fouyent dans ce fruit: toujours* ejl- il certain que cette Punaife pue beaucoup, quelle fe nourrit d autres InfecJes, par mi lefquels, comme Vaffure Monfieur Geoffroy , elle népargne pas même les Scarabées..
Fig.- 47' La Punaise a TeTE pointue» (de Ia $«». Familie.)-
Les Antennes & les Teux de cette Punaife font bruns-, la Tête ejl longue ê? protubérante ; la Trompe comprend prefque les deux tiers de la longueur de tout le Corps; le dejfous de eet Infecte efl d'im brun clair uni fans aucun dejfein.. II vit Jur la Cote de CoromandeL
P L A N C H E VIL
Fig. 48. La Punaise a Ecusson rouge. (de la ire. Famille.)
Le Corfelet de cette Punaife efl bleu liffe, ainfi que les bords extérieurs des E 3



34 BESCHR Y V ING DESCRIPTION
PLAAT VII.
hig. IV. De groote Water • Scorpioen.
De heerfchende kleur van dit Infecï is ligtbruin, inet een wynig donkerbruin op liet Borstjluk, de Dekfchüden en Pooten, een dergelyke vlak van laatstgenoemde kleur is op het Lendenfchild geplaatst 'welke met ein ligter kleurig Jlreepje van een gefcheiien en als in twee verdeelt is. De groote uitpuilende Oo°en zyn bleekgroen; de voorfte Pooten zyn eigenthke Vangpooten, aan 't einde met ecnenfcher-
tenranden der Dekfchüden, de Oogcn zyn bruin rood en de Sprieten donkerblaauw. Het Lendenfchild 't welk in deze zoort niet het geheele Lyf bedekt, is glad en tecgelrood; van onder is het Borstftuk met de Pooten zwart, maar het agterlyf rood ; doch aan 't einde of den laatften ring is het zelve donkerblaauw en glanzig. Men vind ze omtrent Batavia op het Eyland Java.
Fig. 49. De Gebandeerde Sciiildwantz. (van V iRe. Gezin.j
De Kop, het Borstftuk en het groote Lendenfchild , 't welk het geheele Lyf van boven bedekt, is paarschkleurig , met drie breede violet blaauwe golvswyze dwarsbanden. De onderzyde van 't Lyf is donker oranje kleurig, zynde de Borst bezet met glanzige blaauwe vlakken, en het agterlyf aan ieder Ring met dergelyke /troepen, welke een groenen tveerfchyn hebben. De Sprieten en Pooten zyn donkerblaauw en blinkende. Ik heb deze Wantz uit Bengalm ontfangen, en zy worden ook op het Molukkifche Eiland Amboina gevonden.
Etuis; les Teux font rouge brun, & les Antennes bleu foncé; VEcuffon, qui dam cette forte ne couvre pas tout le Corps, efl poli fi? rouge de kak; le deffus du Corfelet g? les Pattes font noir , mais l'Abdcmen efl rouge, cependant le bout du dernier anneau efl bleu foncé fip luifant. On la trouve aux environs de Batavia dans Tlfle de Java.
Fig. 49. La Punaise a Ecuson k bandes. (de Ia Familie.)
La Tête, le Corfelet, .& h grand Ecuffon , qui couvre tout le deffus da Corps , font pourpre, avec trois target bandes endoyées tranfverfales violet- bleu. Le deffous du Corps eft wange foncé, Je Corfelet garni de taches luifanUs bleu, & TAbdomen, d chaque anneau, a de femblables rayes , qui ent un reftet vert. Les Antennes les Pattes font bleu foncé-B Hffes.^ J*ai regu cette Punaife de Bengale, (2? on la trouve auffi a Amboinc dans les Mes Moluques.
P L A N C H E VII.
Fig. IV. Le grand Scorpion-Aquatique.
La couleur dominante de eet Iufec>e eft b-un c.air, avec un peu de bleu foncé fur !e Corfelcles Etuis, & les Pattes; une pareillc tache de ceVte demiere couleur regne fur l'Abdomen ,lequcl eft comme dn.fé en deux par une petite raye de cou-
S ÏÜTJE 1 fcPparC- Les &rand>Yeu* raillans lont vert pale; les Pattes antérieures, proprement des ferres, font armées d'un ongle a gu; ks deux



van de WANTZEN. DES PUNAISES. ss
pen Nagel gewapent, het twee paar overige Pvoten is aan de buiten en binne randen der Beenen en Voeten wederzyds met Jlyve hairen bezet, aan 't einde óezir voeten ziet men twee fcherpt Nagels. Aan 't einde van Agterlyf heeft dit Infecï etne Buis waar mede het mcoglyk gelyk de Gryze Water» Scorpioen (*) di Lucht inhaalt. Het Vliesagtige gedeelte der Dekfchüden zyn aschklewig, en de Vleugels voit en doorfchynendt. De hist afgebeelde is my van de kust Coromandel toegezonden, men vindt ze ook in America en wel te Surinamen.
(*) Zie Plaat I. Fig. Tl.
Linn. Syfl. Nat., pag. jt^. n. i.Nepa Grandis. 26. De Gem Inf. Tom. HL mém, VUL pas. a70, 3C9. ». I. PI. 81. Fig. 6. . ói
Fig. V. De Zwarte Tranquebarsche
W aterscor pi o e n.
Dit JnfeH heeft veele overeenkomst met den aschgraauvxn Europifchsn Wattrfcorpioen; maar wan'
Etg. 50. De Ge-Oogde Schildwantz. (van 'ï ille. Gezin.)
Deze Wantz is zeer fraai getekend , de donkere Oranje kleurige vlakken,waar mede de Kop,-het Borstftuk en het groote Dekfchild gefiert is , zyn ieder in een geelen ring geplaatst, vanonder is het Lyf geel met zwarte vlakjes en ftippels, de Pooten zyn bruin»Op het eerfte gezigt gelykt deze Wantz naar een zogenaam t Lievenheers- haantje (Coccinelki) maar de Zuiger, waar mede die Infed voorzien is , toont genoegzaam dat het onder dit Geflacht, en wegens het uit een ftuk beftaande Lendenfchild,- 't welk het geheele Lyf bedekt „ onder het eerfte Gezin, der Wantzen behoort.- Van- de Sprieten kan ik niets- bepaalen,- dewyl dezelve aan myn voorwerp ontbreken. Ik hete let uit Surinmnen ontfangen.-
Fig. 50, La Punaisse a l'Ecusson avec des Yeux. (de la i'e. Familie.)
Cette Punaife ejl tres - joliment deffiriit, les taches de couleur dOrange foncé, qui ornent la Tête, le Corfelet, & le grand Ecujfon, font placées chacune dans un eer-* de jaune; le deffous du Corps eft jaune avec des taches & des pointillages noirs; les Pattes font brunes. Au premier coup d ce.il cette Punaife reffemtte au Coccinella, mais la Trompe, dont eet InfeBe efl pourvu, montre fuffifamment quil appartient d* ce Genre, , par rapport d l'Ecujfon, (confiflant en une piece qui couvre tout le Corps) a la troijieme Famille des Punaifes. Quant aux Antennes je nen puls rien déterminer, puifque ïóbjet que je décris en efl deflituéJe lai reen de, Surinam.,-
autres paires de Patres font garnies aux bords extérieurs des Jambes <£ des Tarfes, des deux cótés , de poils roides, & on voit au bout de ces Tarfes deux ongles aigus. A rextrémiié de 1'Abdomen eet Infe&e a ud Tuyau par Ie moyen duquel, vn.ifemblabiement, il afpire l*air comme le Scorpimaquatique gris (*).. La p.irtie membraneufe des Etuis eft gris cendré, les Ailes font bfanches & tranfparemes. Celui qui eft ici répré'enté m'a été envoyé de h Cöte de Coromandel, mais i! fe trouve auffi en Amêrique & aboodammect è Surinam.
Merian Sur. Inf. Tab. 56. Rösel Inf. III. Tab. n. 4. Houttuin Nat. Hift. I. D. Xde jluhpag»
Fig. V. L E S c o r pi o N - A qr A t i Q;u E koi R DE TrANQUEB Alt.
Cet Infefle a beaucoup de rcflemblance au Scorpion-Aquatique gris ceedré d'Europe; mais (juund



$6 BESCHRYVING DESCRIP TIO N
neer men dezelve naauwkeurig mei elkander vergelykt, dan bl)kt 'tdat het twee van elkander verfchillende Infetlen zyn; De Kop en het Borstftuk van dezen is bultig, het Lyf de Pooten en de Dekfchüden zyn graauwagtig zwart, de Vleugels bruin, en boven op het agterlyf ontbreekt die memeroode kleur, welke aan den voorgemelden eigen is. (*) De lucht. Buis die aan het einde van 't agter'yf te zien is, heeft de leegte van 't geheele Infect, en ligt tusjchen eene, uit twee flukken beflaande fcheede, men vind deze Water Infetlen op de kust Coromandel te Tranquebar.(*) Zie Plaat I. Fig. II.
Fig. VI. De Coromandelsche platte Water-Scorp ioe n.
De Oogen zyn zwart, het Lyf, de Pooten met de Dekfchüden bridnagtig geel van kleur; de Vleugels hebben zy wit en door/chyncnt. By Fig A word dit zelvde Infect vertoont 't welk de Dtkfchilden vol met Eyeren van eene Water-Myt bezet heeft, 'welk verfchynzel men ook wel o?2der de Europifche Infetlen' van dit geflacht heeft, deze Eyeren zyn na st elkander geplaatst en als met een Lym aan een gehegt, 21 dat in dien men dezelve van de Dekfchüden wil nemen de geheele klomp te gelyk los gaat, en te zaamgehegt blyft. Zy zyn op de kust Coromandel zeer gemeen.
PLAAT VUL *
Fig, 51. De zwarte Dik-poot^ (van 't 4de Gezin.)
Deze Wantz is geheel zwart, behalven de tippen of het Vliesagtige gedeelte der Dekfchüden, welken een koperagtigen glans hebben , de Vleugels zyn donkerbruin; de Dyen der agterfle Pooten zyn zeer dik en binnenwaarts ieder met twee Doornen bezet. De rand van 't agterlyf is merkelyk getónd of Tiiitgefneden, waar van de
P LAN C HE VIII.
Fig. 51. La Punaise a grosses pattes. (de la 4me Famille.)
Cette Punaife efl entierement noire, excepté les Pointes, ou la partie menbraneufe des Etuis, qui a un luifant cuivré; les Ailes font brun foncé, les Gaijfes des Pattes pofléiieures font tres-grojfes en chacune efl garm'e intérieurement de deux Epines. Les bords de VAbdomen font conftdérablement d'entelés ou découpés , ce qui fait que les mns aigus finijfent comme une Epine poin-
tue
öclzrr Gefch. Inf. pag. 9?. lub. 10. Fig. 2'. IVepa flano.
on les compare exa&emcnt Vun avec 1'autre, il paroit qu'ils font deux Infeftes différens; la Tête & Ie Corfelet de celui-ei fontbolTués^ le Corps, les Pattes & les Etuis noirs grifitres, les Ailes brunes , & n'ont point par delfos cette couleur rouge de plomb qui eft particuliere aux précédens (*). Le Tuyau d'air qu'on voit au bout de 1'Abdomen, a la iongueur de tout Hnfe&e, & s'eneaine legerement en une piece quoique compofé de deuv. On trouve eet In fecre-a qua tique a Tranqinbar fur la Cöte de Coromandel.
Fi^.VL Le Scorpion-Aquattque plat,
de la cote de coromandel.
Les Yeux font noirs, le Corps, les Pattes, & les Etuis, jaune brunatre; ils ont lts Ailes blanches & tranfparentes. La Fig. A repréfentece méme Infedtc avec les Etuis garnis d'Oeufs d'urje Mitc • Aquatique ; phénorrene qui fe voit fouvent auffi parmi les Infectcs Européens de ce genre. Ces Ocufs font placés les uns prés des autres & comme attachés enfemble avec de la colle, de maniere que dans ceux-ci les Etuis font confondus égalcment dans la maffe totale & reftent unis enfemble. Ils font fort communs fur la Cote de Coromandel.









van de WANTZEN. DES PUNAISES. 37
fcherpe hoeken als in een fpitzen Doorn eindigen. Ik heb nog eene andere Wantz welke naar dëeze veel gelykt , maar die heeft het derde lidt aan de Sprieten breed en plat, en verfehildt boven dien wegens het maakzel der agterfle Pooten. De hier afgebeelde is een Wyfje, de Mannetjes hebben alle de Pooten byna van gelyke dikte. Zy worden in Surinamen gevonden.
Fig. 52. De Hottentot. (Wyff.) (van V 4de. Gezin.')
Deze Wantz heeft den Kop, de geheele bovenzyde van 't Lyf en de Pooten, donkerbruin of byna zwart van kleur ; het Borstftuk fchynt als ingedrukt, de punten van de Schouders ftaan opwaarts , en zyn zeer fcherp; de Dyen der agterfte Pooten hebben aan de binnenzyde der Kniën wederzyds twee korte doch fcherpe Doornen. Van onder is de kleur van 't Lyf bruin , aan de zyden een vuil geele flreep.
Fig- 53. De Hottentot (Man.) (van V 4de. Gezin.)
Verfchilt alleen maar wegens de grootte , en dat de Dyen der agter Pooten, minder dik en niet gedoornt zyn. Zy worden aan de Kaap de Goede Hoop gevonden.
tue. Jyai encore une autre Punaife qui rejfemble beaucoup a celle-ci , mais la troifieme articulation des Antennes eft large & platte, différant en outre par rapport a la configuration des Pattes poftérieures. Celle quon repréfente ici eft une fémelle, les mdles ont les Pattes a peu prés de la même grq/feur. Cn les trouve d Surinam.
Fig. 52. La Punaise Hottentot (Fémelle). (de la 4"«. Famille.)
Cette Punaife d la Tête, tout le deffus du Corps, fip les Pattes, brun foncé ou prefque noir; le Corfelet paroit comme concave , & les pointes des Epaules sélevent & font fort aigu'ês. 'Les CuiJJes des Pattes poftérieures ont en dedans des genoux, h chaque coté, deux épines courtes mais aigu'ês. Au dejfous du Corps regne une couleur brune , & aux cotés une raye d'un jaune term'.
Fig. 53. La Punaise Hottentot. (Male), (de la 4me. Famille.)
Elle dijfere feulement par rapport h la grojfeur, & en ce que les Cuiffes des Pattes poftérieures font tnoins groffes fans épines. On les trouve au Cap de Bonne Efpérance.
F



38 BESCHRYVING DESCRIP TIOfiT
Fig. 54. De Bladt-poot.
(van 't 4de. Gezin.)
Heeft het geheele Lyf, de Sprieten en Pooten bruin, over de Dekfchilden loopt een fmalle golvswyze geele dwarsftreep , de Vleugels zyn wit en glasagtig doorfchynendt. De agterfte Pooten hebben eene zonderlinge gedaante, zynde de Schenkels deïzelven ongemeen lang met Doornagtige tandjes bezet, de Beenen gelykcn naar een uitgefneden blad , waar door het Scheenbeen als eene middel - Ader doorloopt, en in cenen zeer tcderen en dunnen Voet eindigt. Haar Vaderland is Surinamen.
Fig. 55. De Goudglanzige Wantz* (van V 4de. Gezin.)
De Sprieten zyn zwart, doch aan den vierden ring geelagtig, de Kop is bruin en de Oogen geel; het Borstftuk en het lederagtige gedeelte der Dekfchilden is donker groen , maar de Aderen van deze Dekfchilden zyn goudglanzig, met dergelyke Hippels is ook het Borstftuk geliert. Het Lyf en de Pooten zyn geel, maar de twee agter Pooten hebben aan de Schenkels twee zwarte banden ,* aan de Borst zyrt wederzyds drie helder groene goudglanzige langwerpige vlakken geplaatst. De bovenzyde van 't agterlyf is donkergeel met zwart gevlakt , en in 't midden van 't zelve een langwerpige en twee ronde vlakjes. By Fig. AL vertoont het Mannetje van deze Wantz, hebbende de Schenkels der
Fig. 54. La Punaise a pattes feuillete'es. (de la 4°*. Famille.)
Elle a tout le Corps, les Antennes, £? les Pattes brun; il regne fur les Etuis une petit e raye jaune ondoyante; les At les font Manches & tranfparenres comme du verre. Les Pattes poftérieures ont une ftngulierefigure, leurs cuiffes êtant extraordinairement longues, & garnies intérieurement de' petites dents èpineufes; les Jambes rejfemblent d une feuille déconpée, doU l'Os dela Jambe fort comme une feuille mitoyenne, (S? fe termine en un Tarfe très-tendre & mime. Son Pays originaire ejl Surinam-
Fig. 55. La Punaise a luisant d'oiu. (de la 4me.. Famille.)
Les Antennes font noires, excepté le quatrieme anneau qui ejl jaune; elle a la Tête brune & les Teux noirs; le Corfelet, & la partie membraneufe des Etuis font vert foncé, mais les veines de ces Etuis font or luifant, de laquelle couleur le Corfelet ejl auffi marqué té. Le Corps, les. Pattes font jaune , mais les deux Pattes poflérieures ont deux bandes noires aux Cuiffes.. Le Corfelet a de chaque coté, trois taches longitudinales vert cl air avec un reflet dor.. Le deffus de 1'Abdomen ejl jaune foncé, tacheté de noir, d fon milieu font placées deux petites taches rondes une longitudinale. La Fig. A repréfente h Male de cette Punaife, dont les Cuiffes des Pattes poftérieures font beaucoup plus tninces £P' abjolument Jans aucun piquant épineux. Sa. réftdetice ejl d Surinam..









van de WANTZEN. DES PUNAISES. 39
agter Pooten veel dunner en geheel zonder doornagtige Hekels. Zy woonen in Surinamen.
Fig. 56"» De Goyaven-Wantz. (van 't 4de, Gezin.)
Heeft de Sprieten, Kop en Pooten zwart, het Lyf rood, en zwart geringt , de Vleugels zyn donkerbruin. Men heeft my verzekert dat deze Wantz zig in Surinamen op den Goyaven-Boom (Pfidi) onthoud.
Fig. 57. De Surinaamsche Bilzemkruidt - Wantz. (van '$ 4de. Gezin.)
De Sprieten, Oogen en Pooten zyn zwart, het Lyf is roozen roodt, de ringen aan 't zelve als mede de Luchtftippen zyn vaalzwart, wegens de groote overeenkomst welke deze Wantz met de Europifche Bilzemkruidt-Wantz (Cimtx Hyofcyami) heeft, heb ik dezelve ook dezen Bynaam gegeven, alhoewel ze in Surinamen is gevonden.
PLAAT IX»
Fig. 57. De Groene Weerschyn» (van V ifte. Gezin.)
Deze Schild-Wantz heeft de Sprieten en de Oogen zwart, de Kop, Borstftuk, nevens het groote Lendenfchild , bruinagtig paarsch met een j groenen weerfchyn ; dezelvde kleur , heeft ook de onderzyde van 't Lyf, ; en de Pooten. Ik heb ze van Bengalen
Fig. 56. La Punaise des Gotavss (de la 40». Familie.)
Elle a les Antennes, la Tête, fi? lts Pattes noires, le Corps rouge, avec des Anneaux noirs, & les Ailes brun foncé. On ma affuré que cette Punaife fe tient è Surinamer YArbre (Pfidi). du Goave.
Fig. 57- La Punaise de la Jusquiame, de Surinam. (de la 4™. Familie.)
Les Antennes, les Teux, g? les Pattes , font noirs; le Corps ejl couleur de rofe; fes Anneaux , ainfi que les Jligmates , font fauve neirdtre; relativement d fa grande reffemblance avec la Punaife Européenne de la Jufquiame (Cimex Hyofciami), lui ai-je aujfi donné ce furnom , elle fe trouve d Surinam.
P L A N C H E IX.
Fig* 57. La Punaise a reflet vert. (de la ire. Famille.)
Cette Punaife a Ecujfon a les Antennet ö? les Teux noirs, la Tête, le Corjelet &
grand Ecujfon pourpre brundtre avec un "efiet vert; cette couleur regns auffi au iejfous du Corps & aux Pattes. Je Tai <-ecue de Bengale, quoiquelle ait été trouwe fur la Cote de Coromandel.
F 2 t



4o BESCHRYVING DESCRIP TION
ontfangen , doch worden ook op de kust van Coromandel gevonden.
Fabricids Syft. Ent. pag. 6po. Cimex 15. Irroratus ?
Fig. 58. De geele Schild-Wantz. (van 't iüe. Gezin.)
Heeft zwarte Sprieten, en Oogen, het Borstftuk en Lendenfchild donker geel; van onder is het Lyf bloedrood, en de Pooten zyn zwart. Men vind ze op het Eyland Java.
Fig. 50. De Lelydraagster. (van 't ifte. Gezin, j
Deze Schild-Wantz is geheel bruin, de Pooten zyn zwart; op het Lendenfchild zyn twee zwarte ftippen, en naar agteren een donker geele vlak of tekening welke de gedaante eener Lely heeft, de kleur der Sprieten kan ik niet bepaalen, alzo dezelven aan het voorwerp waar naar deze afbeelding gemaakt is ontbreken. Zy is my onder meer andere Jnrecren van de Kaap de Goede Hoop toegezonden.
Fig. 60. De Kaneelkleurige Schild - Wantz. (van 't ifte. Gezin.)
Heeft de Oogen en Sprieten zwart, voor 't overige is het geheele Lyf kaneelkleurig-bruin, de randen der dekvleugels zyn bruin, en de rest nevens de ondervieugels is zwart. Zy is van de Kaap de Goede Hoop.
Fig. 58. La Punaise jaune a Ecusson; (de la 4me. Famille)
Les Antennes fi? les Yeux font noirs, le Corfelet fif i1 Ecujfon, jaune foncé, le desfous du Corps èjl rouge de fang, fi? les Pattes font noires. Elle Je trouve dans rifie de Java.
Fig. 59. La Punaise porte-Lis.. (de la ire. Famille)
Cette Punaife d Eeuffon efl entierementbrune, fes Pattes font noires; lEcujfona deux marqués noires, fi? fur fa partie pof érieure une tache jaune foncé ou un defein qui a la figure dun Lis. Pour la couleur des Antennes, je ne pnis la fixer, car celle dont cette repréfentation efl Jdite en étoit deflituée. Elle ma étê envoyée parml iautres Infectes du Cap de Bonne Elpérance.
Fig. 60. La Punaise a Ecusson couleur de Canelle. (de la re. Famille.)
Elle a lts Teux fi? les Antennes noirs; pour tout le refte du Corps, il ejl d\me couleur Canelle brune, les bords des Etuis Jont bruns, fi? tout le rejle ejl noir; ainfi que les Ailes inférieures. Elle vient du. Cap de Bonne Èfpérancc



van de WANTZEN. LES PUNAISES. 41
Fig. 61. De Samojeedt. (van 't iüe. Gezin.')
Is vaal-zwart en glanzig, maar wegens de lange fyne hairtjes waar mede deze Schild - Wantz bedekt is, gelykt dezelve als geheel grys van kleur te zyn, de Sprieten zyn zwart en beftaan uit vier leden , de Zuiger bellaat de lengte van 't Borstftuk. De Hooggeleerde, Heer Profejfor Pallas heeft dit Infect, nevens eenige andere zeldzaame, op deszelfs Reize door het Rusfifche Ryk, nieuwe ontdekte Infeélen, aan my ten gefohenk gezonden, waar voor ik hier aan Zyn Wel Edele myne dankbaarheid betuige»
Fig. 62. De Surinaamsche VangWantz. (van f 6Je. Gezin.)
De Schenkels der voorpooten zyn dikker dan die der midden en agter Pooten, maar de beenen aan de' eerstgemelden zyn geboogen, en de Voeten aan dezelven beftaan uit een langen en fcherpen Nagel , waar mede deze Wantz, waarfchynlyk andere Infeclen kan vangen en tot haar voedzel gebruiken , even gelyk de kleiner Europifche Vang-Wantz (Cimex Erofus Linn. fp. 19.) welke op deze wyze ter jacht gaat. De kleur van 't Lyf, en de Pooten is Stroogeel, de Dekvleugels en onder Vleugels zyn donkerbruin.
Fig, 61. La Punaise Samojeede. (de la ire. Famille.)
Elle ejl dun fauve-noir tranjparent, mais, par rappert aux fins petits poils longs dont cette Punaife è Ecufin efl couverte, elle Jemble être dune couleur entierement grije. Les Antennes Jont noires & conjiflent en cinq Articulations; la Trompe ejl de la longueur du Corfelet. Le favant Monfieur le Profeileur Pallas nia fait préfent de eet Infe&e, en menvoyant d'autres rar et és nouvellement découvertes dans Jon voyage de P Empire de Ruffïe , fi? js profite de cette occafion pour lui en faire id mes remerciemens.
Fig. 62. La Punaise Griffon, de Surinam. (de la 6;De. Famille)
Les CuiJJes des Pattes antérieures font plus époiffes que celles du milieu fi? que les poflérieures, mais les jambes des premières Jont courbées, fi? leur Tarfe confifle en im cngle lonj noir fi? aigu, au moyen duquel cette Pumije peut at traper vraifemblable ment d autres Infecles, fi? dont elle Jait Ja nourriture, précijêment comme les petites Punaifes dEurope, (Cimex Erofus Linn. fp. 19.) qui va d la chajfe 'de la même maniere. La couleur du Corps fi? des Pattes eft paille; les Etuis fi? ks Ailes inf ér ie ure s font brun foncé.



41 BESCHRYVÏNG DESCR1PTI0N
Fig. 63. De Naijade. (van 't 7ds. Gezinf)
Deze Wantz vind men op ftil ftaande wateren , alwaar zy op de oppervlakte van 't zelve als fchynen te ioopen en zig generen met Vliegen Muggen en andere Infecten, welke zy door middel van hunne voorfte Pooten weten te vangen. De Sprieten zyn zwart en by na half zo lang als 't Lyf ; de Oogen groot en uitpuilende, het Borstftuk en het Lyf fmal, en met de Dekfchilden zwart. Van onder is het Lyf wit en eenigzins glanzig ; de Pooten zyn lang behalven de twee voorften , welke egter in deze hier afgebeelde, een weinig langer zyn dan in twee andere my bekende, en veel naar dezelve gelykende zoorten. Wanneer deze Wantzen zig op het Land bevinden dan fchynen zy eer te fpringcn dan te loopen , daar ze in tegendeel op het water zeer vlug en ongemakkelyk te vangen zyn.
Linn. Syfl. Nat. pag. 732. s. 117. Cimex Lactiflris. Houttdin Nat. Hifi. I. Deel Xdt Jlukpar 373. n. 81. Tab. 81. Fig. 14. De Geer Inf. Tom. III. pag. 311. n. 39. Tab. 16. Fig. 2. La Punaife Nayade. Geoff^oy Inf. Tom. I. pag. 463. n. 59. La Punaife Nayade.
Fig. 64. De groote tweevlakiüge Wantz. (van *t 6de. Gezin.')
De Sprieten zyn by na half zo lang als 't Lyf, de Zuiger is kort en omgeboogen, de Oogen wit, groot en uitpuilende, het Burstftuk hobbelig, aan den Kop en Schouders wederzyds met twee doornen gewapent; het Lendenfchild welk zeer klein is , heeft drie opwaarts (taande puntjes of Doornen.
Fig 63. La Punaise Nayade. (de la 7"e. Familie/)
On trouve cette Punaife dans ks eaux croupies, d la fuperficie defquelles elle paroit courir & fe nourrir de mouches, de coufins fi? d autres Infecles, quelle a Vadreffe de faifir avec fes Pattes antérieures. Les Antennes font noires fi? prefque è moitiè aujft longues que le Corps, les Teux grands fi? faillans. Elle d le Corfelet fi? le Corps étroits, fi? les Etuis, noirs ; le dejfous le Corps ejl blanc fi? comme tranfparent; les Pattes font longues, excepté les deux antérieures qui, cependant, dans celle qui efl ici réprèfentée, font un peu plus longues que dans les deux autres qui me font connues, & qui lui reffemblent $eaucoup. Qiiand m trouve ces Punaifes fur terre , elles paroijfent plutót fauter que courir , sécliappant, m Contraire , tres-légerement fur Peau quand on veut les prendre , de manier e quil efl tres-difficile de les y attraper.
Fig. 64.' La grande Punaise a deux taciies. (de la 6™. Familie.)
Les Antennes Jont prefque aujji longues que le Corps, la Trompe ejl courte fi? recourbée; les Teux font blancs, grands, fi? faillans; le Corfelet efl raboteux; la Tête fi? les Epaules Jont armés de deux épines d chaque coté; Trois petites pointes ou épines sèlcvent fur VEcuffon lequel efl trespetit. Les Etuis font noirs, bruns prés



van de WANTZEN, DES PUNAISES. 4$
De Dekfchilden zyn zwart , naar de tippen bruin , en de Vleugels hebben een Aschgraauwe kleur; het Agterlyf is donker geel of oranje kleurig, aan 't einde zwart; van onder is het Lyf bruinagtig roodt , de Schenkels der Pooten in 't midden wit, en de overige deelen derzelven zyn zwart. Zy is van de kust Quinto.
J£g> 65, Het zwarte Kruis. (van V 6ie. Gezin.)
De Sprieten en Kop- van deze Wantz zyn zwart, de Oogen bruiny het Borstftuk is van boven bruinagtig - geel ,. op 't zelve zyn twee zwarte kruiswyze diep ingedrukte ftreepen geplaatst r welke in hun middel punt een kuiltje, uitmaken;, de rand van 't Agterlyf is donker geel, in 't midden zwart;, de* boven en onder Vleugels zyn niet lederagtig maar geheel vliezig en donker zwart van kleur, gelyk de Pooten en het geheele Lyf aan de onderzyde, alwaar aan den derden ring op het Agterlyf een geele Hartvormige Vlak geplaatst is. Zy is uit Surinamen-.
Linn. Syfl.. Nat. pag. 727. n. 80. Ciimx Andrece '.
Fig. 66. De gedoornde Rcodbuik. (van V 6ie. Gezin.)
Heeft de Sprieten en Kop zwart, de
Oogen bruinrood, voor de Oogen liaan ,
twee fcherpe Doornen y de Hals is (
lang, het Borstftuk is met vier Door- 1
nen gewapent , van welke de twee t
voorften kort, en naar den Hals uit- t
fteeken ; de twee agterften ftaan op- 1
des extrémités, fi? les Ailes ont une couleur de gris cendré. L'Abdomen efl jaune foncé foit couleur d'orange fi? noir au bout. Le deffous du Corps ejl rouge brundtre, les CuiJJes, dont le milieu ejl blanc, ont les autres parties noires. Elle vient de la Cote de Guinee.
Fig. 65. La Punaise a cuorx noire.. (de la 6™. Famille.)
Les Antennes fi? la Tête de cette Pu~ naife font noires, les Teux bruns-, le deffus du Corfelet efl jaune brundtre, ayant deux rayes noires en croix profondément gravées,. qui font au centre une forte de fojfetteLes bords de f Abdomen font jaune foncé,. fi? noir au milieu. Les Ailes fupérieures & inférieures ne font point écailleufes mais entierement meinbraneufes& brun noir, ainfi que les Pattes, fi? tout le deffous du Corps olt I on voit au troifieme anneau laforme d un Cozur jamie^ Elle efl de Surinam.
Fig. 66. La Punaise Epineuse è ventrs rouge, (de la ó:iïe. Familie.)
File a les Antennes & la Tête noires „ 'es Teux rouge brun , au devcmt defqueh km épines pointues font placèes ; Le Col /? long; fon Corfelet efl armé de quatre 'pines, Jont les deux premières font coures fi? pointant vers lecol; les deux pofté* ieures font relevées & trés - pointues j



44 BESCHRYVING' DESCRIPTION
waarts en zyn zeer fpits; het Agterlyf is bloedrood en blinkende, de randen om 't zelve zwart ; de Dekvleugels zyn doorfchynend, aan de buiten randen by de gewrigten Carmouzyn rood; van onder is de Borst zwart , en het Agterlyf rood , wederzyds met zwart befmult. Ik heb deze Wantz uit Surinamen ontfangen.
PLAAT X.
Fig. 67. De Knods - Spriet. (van 't 4de Gezin.)
De Sprieten beftaan uit vier Leden en zyn wegens de zonderlinge gedaante der drie eerfte Leden zeer aanmerkelyk; de afbeelding kan daar van het befte denkbeeld geven, en hierom zal ik my , niet alleen by deze zoort, maar ook teffens by alle voorwerpen, voor zo verre zig dezelven aan het Oog vertoonen , niet ophouden met eene lange en drooge Beichryving der kleuren, dat naar myn gedachten, by geïllumineerde of naar het leven gekleurde afbeeldingen weinig nut aanbrengt , en veeltyds den lezer en fchryver verdrietig maakt; By deze afbeelding dan heb ik maar aan te merken dat de tippen der Dekfchilden doorfchynendt, en de V7leugels bruin zyn. Van onder is de Borst bruinrood , wederzyds met drie donker geele ftreepen , het Agterlyf is glad en heeft eene bruinroode kleur; de Schenkels der agterfte Pooten zyn binnenwaards merkelyk getand t. Men vind ze in Surinamen.
F Abdomen eft rouge de Jang , liffe, & noir d l'entour; les Etuis, tranfparens, ont, d leurs bords extérieurs prés des jointures une couleur rouge cramoify ; le deffous de la Poitrine eft noir, & l'Abdomen rouge des daix cêtés , ayec des taches noires. J\ai re$u cette Punaife de Surinam.
P L A N C H E X.
Fig. 67. La Punaise a Antennes en Massue. (de la 4ine. Famille)
Les Antennes conftftent en quatre Articulations, fi? font, outre la forme Jinguliere des trois premières, trés - remarquables, mais comme on en peut prendre une idéé plus jufte par la répréfentation, je m métendrai pas d'avantage fur cette Efpece, non plus que fur les autres fujets, enfaifant une Defcription longue fi? feche des couleurs, qui étant par l illumination, rendues cfaprès nature' feroit, je penfe, dun ft petit avantage que fouyent le LecJeur fi? VEcrivain en pourroient être fatigués. Par cette répréfentation, jai Jéulement d obferyer que les extrémités des Etuis Jont tranf parentes, & que les Ailes font brunes; le de fous de la Poitrine efl brun-rouge de chaque coté-, avec trois rayes jaune foncé; V Abdomen eft HJfe fi? brun - rouge ; les Cuiffes des Pattes poftérieures font conftdéraliement f entêes en dedatv. On la trouye d Surinam.
Fig.









van de Wantzen. des punaises. 4s
Tig* 68. De krommepootige Wantz. (van 'i 4de. Gezin.)
De Schenkels der agterfle Pooten zyn aan de Dyen uitwaarts geboogen, de binnen zyde derzelven is voorzien met een Hompen tand, de Beenen zyn plat. Veelligt bedient zig deze Wantz, en alle de anderen welke met dergelyke dikke Agterpooten voorzien zyn, om daar mede te fpringen, want aan de binnen zyde der Schenkels ter plaatze alwaar de voorgemelde tand te zien is, vind men eene holligheid of gaatje die aan de buiginge van de Knie eindigt; en wanneer de Beenen binnenwaards gebogen zyn , dan fluiten dezelven in de gemelde holte , overeenkomftig met het maakzel der Agterpooten van zommige Snuit-Torren of zogenaamde Olyfantjes (Corculiones) en der kleine Spring-Torren , welke de Heer Linn^us tot het geflacht der Goud-Haantjes heeft betrokken, doch door den Heer Geoffroy met recht als een byzonder geflacht , onder de benaaminge van Altica is afgezondert. De hier afgebeelde is een Wyfje, 't welk my uit Surinamen is toegezonden.
Fig. 69. De Roodgerugde Wantz. (van 't 4de. Gezin.)
Heeft het Lyf op de onderzyde bruin, en langs de Borst een geelagtigc flreep, het lederagtige gedeelte der Dekfchilden is daar bruinagtig geel van kleur. De Wyfjes hebben de Schenkels der agterlte Pooten veel dikker dan de twee paar vooriten. Zy worden in Surinamen gevonden.
Fig. 68. La Punaise a Pieds crochus. (de la 4^. Famille.)
Les Cuiffes des Pattes po/iérieures font' arquées extérieur ement, fi? garnies d leur intérieur d une dentobtufe; les Jambes font plattes. Cette Punaife s en fert vraifemblablement pour fauter, ainfi que toutes les autres qui ont de femblables Pattes poflé* neures, car, dans Fendroit oh I on voit la fufdite dent, d 1'intérieur des Cuiffes, ilya une cmcavité, ou petit enfoncemem qui h termine au pliant du genou, & lorfque les jambes fe courbent en dedans , elles senchaffent dans eet enfoncemem , analogue d la configuration des Pattes extérieures de quelques Becmares, ou Charenfons (Corculiones) fi? ets petits Infeéles que Mr. Linnaïus a compris dans le Genre des Chryfomeles, mais que Mr. Qeoffroy a féparés avec raifon comme étant un Genre particulier, Jbus la dénomination d'Altife (Altica). Celle qui efl ici réprèfentée efl une Fémelle, qui ma été envoyée de Surinam.
Fig. 69. La Punaise a Dos rouge. (de la 4<ne. Famille.)
Elle a le deffous du Corps brun, fi? une raye jaundtre le long de la Poitrine; la partie écailleufe des Etuis efl d'une couleur jaune brundtre. Les Fémelles ont les Cuiffes des Pattes poflérieures beaucoup plus épaiffes que celles des antérieures. On les trouye d Surinam. G



46 BESCHRYVING DESCRIPTIOtf
Fig. 70. De Modeste Wantz. (yan'/ 4de. Gezin.)
Het geheele Lyf is zwart, gelyk ook de Pooten ; de Dekfchilden hebben van onder dezelvde bruine kleur , en het geele golvswyze dwarsitreepje gelyk van boven; de Vleugels zyn helder doorfchynendt. Men vind ze in Surinamen.
Fig. 71. Het witte Streepje. (van V 4dc. Gezin.)
Deze Wantz heeft op het Agterlyf fluweelagtig zwart, en den eerften en tweeden ring van *t zelve koper glanzig ; op het midden van den vierden en vyfden ring is een dergelyke Vlak geplaatst. De onderzyde van 't Lyf heeft een fchoonen groenen koperagtifen glans, met witte vlakken en flippen gefiert, gelyk Fig. A dezelve vertoont ; de Zuiger is bruin en beflaat de lengte van 't Borstfluk. De Wyfjes hebben de Schenkels der Agterpooten dikker en binnenwaards getand. Ik heb deze zoort uit Surinamen ontfangen.-
Fig. 72. Het Zwartgatje* (van V 4de. Gezin.')
Heeft de Sprieten zwart, de Schenkels der Pooten blinkent zwart, en de Beenen derzelven zyn geel; de dikke Schenkels der agterlle Pooten hebben binnenwaards ieder een langen gcelcn Doorn, en aan de Kniën is een zwarte diergelyke doch korter Doorntje ge-
Fig. 70. La Punaise Modeste. (de la 4me. Familie.)
Tout fon Corps ejl noir, ainji que les Tarfes. Les Etuis ont en dejfous une couleur brune, fi? cette raye tranjverfale jaune endoyée comme ci- deffus. Les Ailes Jont dun tranfparent clair. On la trouye d Surinam.
Fig. 71.. La Punaise a Raye blanche. (de la 4me. Familie.)
Cette Punaife a fur ƒ''Abdomen une couleur noire bleuatre, fi? fon premier & fecond anneau dun luifant cuivré, ainfi que le milieu du quatrjeme fi? cinquieme. Le dejfous du Corps a un beau vert cuivré luifant , ornè de taches blanches fi? de pointillages, comme la Fig. A le montre; la Trompe efl brune, de la longueur du Corfelet. Les Fémelles ont les CuiJJes desPattes poftérieures plus épaijfes fi? dentées en dedans. J^ai refu cette Efpece de Surinam.
Fig. 72. La Punaise k Bout d'abdomen. noir. (de la 4me. Famille.)
Elle a les Antennes noires, hs Cuiffes: de la même couleur fi? luifantes, les Jambes jaune ; les Cuiffes épaijfes des Pattespoftérieures ont chacune en dedans une longue êpine jaune, fi? les Genoux ont une pareille épine mais plus courte fi? plus petite. Le Corfelet qui a , par dejjus, une.



van de WANTZEN. DES PUNAISES. Af
plaatst. Het Borstftuk 't welk van boven eene groenagtige kleur heeft, is van onder zwart, maar het Agterlyf is wederzyds van een fchoone roode kleur, en de ftuit of de laatfte ring van 't zelve git-zwart. By Fig. A heb ik het Mannetje als in eene vliegende gedaante doen afbeelden, waardoor zig de kleur der Vleugels en van 't Agterlyf volkomen vertoont, alleen moet ik hier byvoegen dat de Schenkels aan de Agterpooten maar een weinig dikker dan die der vier voorften zyn, en zonder Doornen. Men vind deze Wantz in Surinamen.
Fig. 73. De Stelt-löopster. (yan 't 4de. Gezin.)
Is geheel donker bruin, behalven op liet voorfte van het Borstftuk ziet men een roode ftreep in tekening gelyk aan de bogt der randen van 't gemelde Borstftuk ; de Schouders van 't zelve eindigen in een fcherpe punt. De lange , en aan de onderzyde getande Schenkels , als mede de bladerige Beenen aan de Agterfte Pooten geven aan deze Wantz eene zonderlinge gedaante , welke my tot de benaaming derzelve lieeft aanleidinge gegeven. Juffrouw Merian heeft op de 2ifle Plaat der Surinaamfche Infeclren twee Wantzen afgebeeld , van welke een onder aan op den fteel der Marucuia plant geplaatst is; en die in geftalte met onze Figuur eenige overeenkomst heeft: maar het verhaal 't welk Haar Ed. doet, als of die en de andere opgemelde Plaat afgebeelde Wantz , uit Rupfcn waren
couleur Verdatre , efi noir par dejfous ; mais rAbdomen ejl, des deux cdte's, dunt belle couleur rouge. La Fig. A repréjénte le Mak comme volant, au moyen de quoi la couleur des Ailes fi? de l'Abdomen Je voit parfaitement , feulement dois-je ajouter ici qtts les Cuijfes des Pattes poftérieures, Jont un peu plus épaijfes que celles des quatre antérieures, fi? fans épines. On trouve cette Punaife d Surinaau
Fig. 73. La punaise coureuse aux Echasses. (de la 4me. Famille.)
Elle eft brun foncé, exceptê fur le dêvant du Corfelet, oii Pon voit une raye rouge d'un dejfein pareil d celui du contour des bords du dit Corfelet. Ses Epaules finijfent en une pointe aigu'é. Les longues Cuijfes dentées par dejfous, ainfi que les Jambes feuilletêes des Pattes poftérieures, donnent d cette Punaife une taille finguliere, laquelle nia donné lieu d fa dénomination. Mademoiselle Merian a repréfenté, dans la 2ime Planche des Infecles de Surinam , deux Punaifes, dont elle a placé une au bas de la tige de la plante Marucuia fi? qui, pour la taille rejfemble affez dnotre Figuremais ce quelle en rapporto , ainfi que des autres repréjentées dans la dite Planche, difant quelles proyiennent de Chenilles, efl non feulement contredit par Vexpérience touchant la gènération des Infecles de ce genre, mais ilparoit au^ que cette ingénieufe Demoijelle napgt G 1



48 BES C'HRY VING DE SCRIPTION
voortgekomen fpreekt de ondervinding wegens de voortteeling der Infecten van dit geilacht niet alleen tegen, maar het hlykt ook dat gemelde kunstenaares deze Diertjes niet gekent heeft, dewyl zy dezelven voor Vliegen fchynt te hebben aangezien. Ik heb deze zoort uit Surinamen ontfangen.
PLAAT XI.
Fig. 74. De Bonte Wantz. (yan 't 4de. Gezin.)
Van deze Wantz is my nog geene met volmaakte Dekfchilden en Vleugels voorgekomen , maar allen welke ik gezien heb zyn nog in den ftaat van Nimf; met korte Hompjes of Vleugelfcheeden waar onder, wel is waar, eene Spoor of beginfel der Vleugels te vinden is , maar dezelven zyn zo klein dat men ze niet dan met moeite kan vinden ; Veelligt bekomt deze gelyk meer anderen in dit Gezin behoorende Wantzen , geene Vleugels nog Dekfchilden ; of misfchien hebben de Mannetjes maar alleen het voorrecht daar mede voorzien te zyn , want de hier afgebeelde en nog eene in myne verzameling berustende , met die welke ik in andere kabinetten heb waargenomen zyn allen Wyfjes; de Tydt geeft my wclligt het genoegen een Mannetje te vinden om wegens het laatfte gemelde beter deswegens onderrigt te geven. De onderzyde van 't Lyf is gelyk van boven donker geel met zwarte vlakken , de
connu ces petits animaux, puifqidil femble qu elle les a confidérés comme des Mouches. jfai rectt cette efpece de Surinam».
PLANCHE XL
Fig, 74. La Punaise Bigarrx'e. (de Ja 4<™. Famille.)
; De foute cette efpece de Punaifes, fe tf ai pas encore pu me procurer une avec des Etuis gj> des Ailes parfaits, mais toutes celles que fai vues étoient encore dans l e'tat de Nimphes, ayec des petits boutons. de fourreaux d'Ailes,. fous lefquels fe trojh ve un commecemen des Ailes, mais fi petit qu d peine on peut le découvrir. Pro'bablement nc vient- ilpoint d'Ailes & d Etuis d cette efpece, ainfi qua plufieurs de cette famille de Punaifes, ou peut-être les Mdles ont-ils feuls laprérogative d en être pourvus, car celle qui efl ici réprèfentée fi? une autre contenue dans ma ColMiion , auffi bien que celles que fai obfervées en d'autres Cabinets, font toutes des Fémelles. Le tems me procurera peut-être Poccafion de rencontrer un Mdle, pour me mettre en état den donner une meilleure défimtion. Tout le Corps, deffus dejfous, efl jaune brun , avec des taches noires; la Trompe a la longueur du Corfelet, & efl, ainfi que les Pattes, d une couleur jaune.' Elle var ie, dans le deffein des taches noires, fi? dans la forme dés Antennes , d avec celle









van de WANTZEN. DES PUNAISES. 49
Zuiger heeft de lengte van 't Borstftuk en is met de Pooten geel van kleur. Zy verfchildt in tekening der zwarte vlakken, en de gedaante der Sprieten met die welke de zeer Geleerde Heer Houttuin in deszelvs uitmuntend Werk; Natuurlyke Hiflorie, in het Xie Jluk van 't Eerfte Deel bladz. 342. PI. 81. Fig. 11. heeft afgebeeldt, maar wegens het gemis der Vleugels heeft zy met onze eene groote overeenkomst, dewyl onder fes ftuks welke ik van dezelven gezien heb , geene meer dan maar alleen de Hompjes der Vleugels hadden. Beide zoorten worden in Smvimmen gevonden.
Fig.. 75. De Vierstip„, (van't 4.-16 Gezin.)
Deze: Wantz heeft het Agterlyf van boven donkerrood , in 't midden een zwarte Vlak; van onder is 't geheele Lyf bruin met aan de Borst rood gevlakt en de ringen van 't agterlyf ook rood , de Pooten donker, bruin maar aan de Kniën vleeschkleurig. Men vind ze in Surinamen.
Fig. 76. De Groenschfldige Wantz. Qyött 't 41-. Gezin.)
Het Borstftuk nevens het Lederagtige gedeelte der Dekfchilden is groenkoperglanzig , van onder is het Lyf rood , maar alle ringen van 't zelve zyn zwart; de Pooten hebben ze blinkent zwart. Zy is uit Surinamen.
que le trh-Javant Monfieur Houttuin dans fon excellent Ouvrage a réprèfenté au Xme. article de la première Partie, pag. 342. PI. 81. Fig. 11. mais par rapport d la jointure extérieure des Ailes, elle a me grande reffemblance d la nötre, puis-que les fix que fen ai vues navoient rien de plus que les boutons des Ailes. Ces deux fortes fe trouyent d Surinam..
Fig.. 75. La Punaise a quatre pointsv (de la 4^ Famille.)
Cette Punaife a le deffus de F Abdomen brun-rouge, au milieu duquel efl une Tache noire ; tout le deffjus du Corps efl brun, avec des taches rouges fur la Poitrine ,- fi? les Anneaux de V Abdomen font auffi rouges; les Pattes ont une couleur brune, mais les Genoux font couleur de chair. On la trouye d Surinam.
Fig. 76. La Punaise a Corselet vert* (de la 4'"e. Famille.)
Le Corfelet, comme auffi la partie écaiU leufe des Etuis, font yert cuivré luifant, le deffous du Corps efl rouge, mais tous fes anneaux font noirs, ainfi que les Pattes, ïefquelles font lijfes. Elle yient de SuxLnam.
G. 3



5o BESCHR Y VÏNO BESCR1PTI0N
Fig. 77. Het witte Halsbands (van \t 4de. Gezin.)
Heeft Zwarte Sprieten, de Borst is aan de onderzyde Vleeschkleurig, het agterlyf wit met zwarte ringen; de Pooten donkerbruin, en de Vleugels doorIbhynend en Aschkleurig. Ik heb ze uit Surinamen ontfangen.
Fig. 78. De Bont-Spriet. (van V 4de. Gezin.)
De Sprieten van deze Wantz zyn zwarten wit-bont getekent, byna gelyk de fprietjes der meesten onder de zogenaamde Argus-Kapelletjes (Pap. Pleb. Ruralis. Linn.) Van onder is het Lyf, en de Pooten geelagtig bruin, aan de Kniën der laatstgemelden donkerbruin gevlakt. Deze is het Wyfje, de Fig. 79 vertoont het Mannetje derzelve. Haar Woonplaats is Surinamen.
Fig. 80. De Sierlyke Witgetjpte Wantz. (yan V 4de. Gezin,)
De tippen of het Vliesagtige gedeelte der Dekfchilden ., en de vleugels zyn Sneeuwit en doorfchynent. De Borst en het Lyf is bleek Vleeschkleurig met zwart geringt, de Pooten zyn bruinagtig rood , en de Sprieten met den Zuiger zwart. Ik heb deze zoort van den Wel Ed. Gestr. Heer Adn. Gootenaar, Raadt van de Civiele Jujlitie der Colome Surinamen, ontfangen.
Fig. 77. La Punaise au Collier blanc, (de la 4me. Famille.)
Les Antennes font noires; le Corfelet efl, au bas, couleur de chair, rAbdomen blanc avec des Anneaux noirs; les Pattes font brun foncé, fi? les Ailes gris cetidré tranfparentes. Je fai recue de Surinam.
Fig. 78. La Punaise a Antennes Bigarrees. (de la 40e. Familie.)
_ Les Antennes de cette Punaife font noires 9 bigarrées de blanc, prefque femblables aux petites antennes de celles quon nomme petits Papillons - Argus (Pap. Pleb. Ruralis Linn.) Le dejfous du Corps fi? les Pattes font brun jaundtre , les Genoux ont des taches brun foncé. Celle-ci ejl une Fémelle; Ja Fig. 79 en reprèfente le Mak. Son habitation efi Surinam.
Fig. 80. La belle Punaise h
bout d'aïles blanc.
(de la 4ms. Famille.)
Les pointes de la partie membraneufe des Etuis fi? les Alles Jont blanc de neige fi? tranjparentes; le Corps fi? la Poitrine font couleur de chair pale avec des cercles noirs, les Pattes rouge brundtre, fi? les Antennes avec la Trompe noires. jF'ai regu cette Efpece de Monsieur Adn. Gootenaar, Confeiller de Juftice Civile dans la Co~ lonie de Surinam.



ta» DE WANTZEN, qes punaises. 52
Fig- 80. *. De Kaapsche Bilzem Kruidt-Wantz. (van '$ 4de. Gezin.)
Heeft veele overeenkomst met de Europifche Wantz welke onder deze Benaaming bekent is (f). Zy heeft, de Sprieten en de Pooten zwart, het Lyf Fermilioen. rood „ de Dekfchilden zyn van onder ook rood met een zwarte ronde Vlak de Vleugels bruin. Men vind ze aan de Kaap de Goede Hoop.*
(10 Linn. fpec 76. Gmex Hyoscyami..
Fïg. 81De Bloed vla kkige-Wantz». (van 't 4ds Gezin)
Alle de Deelen van dit Jnfecl zyn donkerbruin , maar aan de boven zyde van t'Borstftuk en op de Dekfchilden liaan feven bloedroode Vlakjes; het agterlyf heeft aan de randen wederzyds Agt bleekroode r en op 't midden van 't zelve, aan de onderzyde, met donker roode ronde Vlakjes, Ik heb ze uit Surinamen ontfangen.-
Fig. 8:. De Geele Halve Maan. (van 't 4de. Gezim)
Deze Wantz.. heeft het Lyf bleekgeel zonder eenige Hippels of vlakjes, de Pooten zyn donker lood kleurig, en de vleugels bruin.. Zy worden in Surinamen gevonden.-
Fig. 80. *. La Punaise de la
jusquiame du cap.
(de la 4™. Familie.)
Celle-ci a beaucoup de rapport dia Pu, naife Européenne qui efl comme fous a nom. _ (f) Elk a les Antennes fi? les Pattes noires, le Corps rouge de vermillon, les Etuis aujfi rouge par deffous avec une tache noire ronde, fi? les Ailes brunes. On la trouve au Cap de Bonne Efpérance-
Fig. 8r. La Punaise a taches desang. (de la 4.™. Famille.)
Toutes les parties dè eet Infecle font brun foncé,il ya,au deffus du Corfelet fi?' fur les Etuis, fept petites taches rouge defang; V Abdome 1 m a hult rouge pale ron» des aux deux cêtés, fes bords, & k dejfous de fon milieu ont' auffi de ces petites taches rondes , mais qui font rouge foncé. Elk têa été envoyée de Surinam.
Fig,. 82. La Punaise Jaune en demi Lune. (de la 4™^ Famille.)
Cette Punaife a le Corps jaune pale fansaucune marqué ou petite tache. Les Tarfes Font dune couleur de plomb foncé, fi? les Mes brunes. Elle fe trouve d Surinam.



3z BESCHRYVING DESCRIPTföN
PLAAT XII.
Fig. VII. De Smalle Waterscorpioen.
Dit Infect onthoudt zig in meest alle Jlilftaande Wateren en Poelen, de jongen komen naar maate der •warme dagen , in het laatst der maand May of begin van Juny uit de Eyeren te voorfchyn, in leven van alkrly an ltre Infetlen welke onder hun bereik komen. Zy vervellen gemeenlyk driemaal, en de tweede vervelling bekomen ze de luchtpyp welke aan het agterlyf geplaatst is, wiardoor zy even gelyk de Atchkleurige Waterscorpioen (PI. /. Fig. II.) de l.ucht bovm de Oppervlakte vvi t'JVater, inhaalen; in de laatste verhuiding welke gemeenlek in de Maand Augustus voorvalt bekomt het Infeil de Vleugels en dan heeft de evengemelde luchtbuis de volkomen lengte, gelyk de afbeelding dezelve vertoont. De Kop is Klein , de zuiger kort en een wynig omgeboogen, de Oogen rond
Fig. 83. De Geelschildige-Wantz. (van *t 4de. Gezift.)
Heeft de Sprieten en Pooten zwart, het Borstftuk aan de fchouders fcherp gehoekt, de Borst is, vanonder, zwart en het agterlyf aan beide zyden donker geel. Op den Kop, agter de Nets wyze bogen heeft deze Wantz twee kleine roode blinkende Oogjes, welke egtcr zonder het vergrootend Glas niet zeer zigtbaar zyn: ten minsten niet genoegzaam om het als een byzonder kenmerk (in navolging van den Heer Linnaus) ten opzigte van 't Infecï op te geeven; De Heer De Geer in tegendeel heeft het donkergeele lederagtige gedeelte der Dekfchilden daartoe genomen, waarin ik dien Grooten Natuurkundigen volge. Men vind deze zoort in Surinamen.
Fig. 83. La Punaise a Ecusson jau* ne. (de la 4me. Familie.)
Elle a les Antennes fi? les Pattes noires, le Corfelet formé en coin pointu aux Epaules, la Poitrine noire en dejfous, fi? i' Abdomen jaune foncé des deux cótés. Sur la Tête de cette Punaife, après les Teux d réfeau, font deux petits Teux lijfes, qui toutefois ne font Men vifibles qua Pende de la Loupe, du moins pas fuffifamment pour quon puiffe (A l exemple de Mr. Linn/Eus) cara&érifer particulierement V Infecle d la Jimple vue: Mr. De Geer ayant d'ailleurs reconnu par-ld la partie écailleufe des Etuis pour être jaune foncé, je ne puis que fuirre en cela ce grand Naturalifle. On trouye cette Efpece d Surinam.
PLANCHE XII. Fig. VII. Le Scorpion-Aquatique
a coups allongé.
Cet Indfte fe tient pour Pordinaire dans des caux croupies ou petits marais; les petits en font produits plus ou moins tót fuivant la etaleur des jours, commengans a paroïtre, au fortir des Oeufs , a !a fin du ra ris de Mai ou au commencement de Juin, & fe nourrifient de toutes fortes d'Infecles qui fe trouvent h leur portee: ils changent généralement trois fois de peau, <£ c'eft dans le fecoacl développement que leur yienneDt ces Stigmates que Pon voit fur 1'Abdomen, au vnoy<n desquels, précifément comme le Scorpion - Aquatique, (>Jl. I. Fig, II.) ils afpirent l'air a la fuperficiedel'eau ; c'eft au dernier changement, qui arrivé pour Pordinaire dans le mois d'Aoüt, que les Aïles viennent a cet Infe&e ; fes ftigmatcs mentionnées ci • deflus font
alors
Linn. Syfl. Nat. pag. 719. n. 29. Cimex 2-puflulatus. De Geer Mem. Tom. III. pag. 334. n. &> Tab. 34. Fig. 10. Punaife d Baudrier fauve.















'-van D* WANTZEN. ÏVMS11S. S3
r U A A 1 XliL
J/£. 84. De Scorpioenspinagtige Wantz. (yan V 4^. Gezin.)
r /Pl ^rieten van dit zeldzaame Infeft beftaan uit vier leden, het eerste hdt is dikker als de overigen, en ter zyden gedoorndt ; De Kop en het borstftuk zyn, wanneer men die door het vergrootglas befchoiiwt, met een menigte van kleine pukkeltjes bezet,
en uitpuilend, liet Borstjluk langen fmal naar voor en ■rolrond, de voorste Pooten neemen hun beginfel voor am de borst even agter den kop, en hebben de seaaante van Nypers of vang.pooten waarmede het Infecï deszdvs Aas tot voedzel weet te grypen en daarmede naar den mond te brengen ; de Fier andere Pooten zyn byna aan t'einde van t'Borstjluk, Kort bv ehander geplaatn en fcjiaan uit eene Bye, Schenkd fur/JT6ci*™«m- ftFI^è waar mede dit InfeEl u voorzien, zullen het %vaarjclmM dieven , om zig van den tenen Poel naar den anderen te begeven; t zy om zig van voedzel te voorzien of om hun geflacht te vermeerderen. Ah eene bizonderheid kan aangemerkt worden dat deze WaterScorpioen zig in alle vier Waereld Beden onthoudt , want ik heb ze van de kust Coromandel de 'Kaap de Goede Hoop en van Surinamen ont fanf n , en de hnr afgebeelde is niet verre van deze
„ l -Fufi671- hl&' A' ™Thüi fczel™ met uitgebreide Wieken.
j
•1
<i
]
*ig. VIII. De Wantzactïcb WA. ter ■ Scorpioen.
Deze verfchildt veel in de gedaante met de voorgaande , zy heeft korte Vangpmen overeenkom/lis met die van de Groote Surinaam/che op Plaat Pil
PLANCHE XIII.
Fig. 84. La Punaise AraignÉe. (de la $w, Famille.)
Les Antennes de ce rare Infecle conjiflent en quatre Articulations, dont la première, garnie d'épines aux cotés, efl plus épaijfe que ies autres; la Tête fi? le Corfelet, quand on les examine d la loupe, font pleins de petits Tubercules; tout le Corps 'eft fort plat, fi? les bords de IAbdomen,
a!ors dans leur parfaice longueur, ainfi que la repréfentauon le fait voir. La Tére eft netite, la i rompe courte & un peu recourbée , les Yeux font rouges faillans; le Corfelet eft long mais peut, parfauement rond fur le devant. Les Pattei an.eneures prennent leur origine devant la Poitrine, jufternent ap,ès la Tête, & ont la forme de pinces ou ferres, dont cet Infefte fait fe fervir pour attraper fa nourritute & la porter ö fa botiche ; les quatre autres Pattes font placées prefque a la fin du Corfelet, prés les uoes des autres, & confiUent en Haoches , CuilTes, Jambes, & les Tar es a deux arric/es. Les Al/es dont cet Infecle eft pourvu lui fervent, vraifemblablement, pour pouvoir fe tranfporter d'une eau ou d'un bourbier
Jnlmire' C P°Ur y trouver fa nourrkure, fok aour la propagatjon de fon Efpece. Une part cuante remarquable eft que ce Scorpion-AquaüqTe, fe trouve dans les quatre Partiesdu Monde\ 1'aX m de l\Cóte de Coromandel, du Cap de Bonne ijpirance, & de Surinam, & celui qui eft ic. re! Site" 1 l Sé T, i Peu de diftance de «tte -ioyée S' 3iC V0'r 3VeC ks Mles dé-
Fig. VIII. La Punaise Naucore.
den? ln/e?e diffe/e beaucouP en figure du précédent, fes ferres font courtes, femblables ó celles du grand Scorpion de Surinam fur Ja Planche VIL 11



54 BES CHRY VING DE SCRIP TI O N
Het geheele Lyf is zeer plat, aan de randen van 't agterlyf tandswyze uitgefneden op het midden rood gevlakt; de dekfchilden zyn bruin, doch het vliesagtige gedeelte derzelven glanzjg, de vleugels mede donkerbruin en
Fig. IV. de vier overige Pooten zyn plat en aan de binnenzyde met korte hairtjes bezet; zy leven, even gelyk de anderen van dit geflacht, in 't Water, doch in liet afgaan der Zomermaanden vind men ze veeltyds op het 1 and na by jlilflaande Wateren. Hun voedzel is Vliegen. Muggen en andere dergelyke Infecten welke onder hun bereik komen. Fig. B vertoont dezelve vliegendt.
Linn. Syjl. Nat. pag. 714. n. 6. Nepa dmicoides. Rösel Inf. Tom. III. pag. .173. Tab. 2?. Gfoffroy Inf. Tom. I. pag. 47.4. n. 1. Tab. 9 Fig. j. La Naucore. De, G'leu mem. Toni lil pag. 273. n. 3.. Tub. 19. Fig. 8- 9., La tunaife d'eau Naucore.
Fg. IX.. De bruine Rug-Zwemmer.
Deze behoord onder het geflacht der Water-Wantsen, en heeft wal de gedaante betreft veele overeen, komst met de volgende Fig. XI. in kleur egterver. fchillenze met elkander, (tewyl deze het Lyf, van onder geheel geelagtig, de Oogen wit en den Kop donkerbruin heeft; het agterlyf is ook niet zo rond els de evengemelde . maar een weinig plat en agter met geel gerand, gelyk Fig. C het zelve aanwyst, men vind ze hier in de Jlilflaande Wateren., toch in veel minder .getal dan de volgende.
Fig. X. De Gemeens Rug-Zwemmer.
Deze Wa'er-Wantz verfchildt in kleur met die melker afbeelding ik Plaat / Fig. III. heb gegeeven, maar voor 't overige zyn ze elkander volkomen gelyk; het geene dat dit Infect zeer kennelyk maakt, is„ dat dtzelve altoos op den Rug zwemt en in die gejlalte haar voedzel weet te vingen, 't welk beftaat in allerlei Vliegen, Haften en dergelyke Infetlen, nok v rfchoonen Zl hun eigen geflacht niet, want wanneer men eenige derzeive vangt en in eene Fles met Water befiuit dan v rflinden zy zig onder elkander. . Het Lyf d^zer Water-Wantzen is by na rolrond, en van onder donker groenagtig van kleur, de Oogen zyn zeer groot, de Zuiger is lang, waar mede het Infecï gevoelig kan fteeken, het twee paar tyorjle. Posten , u, elkander, 'tn.lengte, byna gelyk*
dentelis, font marqués de taches rouges au> milieu ; les Etuis font bruns, mais leur partie membraneufe efl luifante; les Ailes font auffi brun foncè^ & en quelque forte tranfparentes; le dejjous du Corps efl, au milieu., rouge brun, 6? des deux cotés,
Fig..IV. Les quatre autres Pattes font plattes & garnies a Pmtcrieur de petits poils courts; il vit dans Peau tout comme Jes autres de ce Genre , mais après les roois d'été , on le trouve fouvent fur terre auprès des caux croupies. Ils fc nourrisfent de I\!ouches, de Coufins & d'auties Infiftes femblables qu'ils peuvent atteindre. La Fig. Bi le reprékmte volant.
Fig. IX. La Punaise brlne a Avjrons..
Cet Infeöe appartient au Genre des Punaifes? Aquatiques, & a, pour ce qui concerne la forme, beaucoup dc rapport avec le fuivant Fig. XI. iis différent ccpendant en couleur 1'un de Pauue, puisque celui-ci a le Corps entierement jauna tre par deffous, les Yeux blancs & la Téte brun foncé; 1'Abdomen n'eft pas fi- long que dans Pautre, mais un peu plat, ct bordé a fon extrémiré de jaune, ainfi que Ia Fig. C Ie. montre. On le trouve ici dans Ie* caux croupies, en nombre cependant beaucoup moins grand que Ie fuivant.
Fig. X. .La Punaise commune- a Avirons.
Cette Punaife-Aquatique diffLre en couleur de celle que j'ai donné dans la Planche 1, Fig. UI mais pour le refte elles font parfaitemem femblal bles. Ce qui peut bitn faire reeonnoitre cet Infeeïe, c'eft qu'il nage toujours fur le Dos, & qu',j fait faifir dans cette pofture fa nourriture, confiftant en toutes forres de Mouehes, d'Ephémeres &de femblables Infecles; ils n'épargrent pas même leur propre Efpece, car, quand on en prend quelques uns & qu'on les renferme dans une bouteille avec de l*eau,ils fedévorent Pun Pautre. LeCorps de cette Punaife-Aquatique eft presque entierement rond & brunLM-e par deffous: elle a les Yeux fort grands, a la Trompe longue, au moytn de laquelle. cet Ioiecle peut. piquer fenOblemeat; le«



tan de WANTZEN. DJËS PUNAISES. ft
doortcnynend. van onder is het Lyf in 't midden bruinrood, met twee kleine Hippen wederzyds op ieder Ring van 't agterlyf , van de laatstgenoemde kleur; de Pooten zyn bruin. Zy is uit Surinamen.
Fig. 85. De Surinaamsche VliegWantz. (yan 't 6K Gezin.)
De Sprieten beftaan uit vyf leden, de Zuiger is kort en in een halven cirkel omgeboogen; het agterlyf is bruin, en aan ieder Ring vuilwit geiïreept, de onder vleugels zyn wit en doorfchynend. Van onder is het Lyf met de Pooten donkerbruin.
maar de twee agterpooten zyn langer, en dienen de Wantz alleen tot Rien.en om daar mede voort te royen of te Zwemmen , de binnenzyde der Schenkels en Beenen aan deze Voeten zyn met hairtjes bezet, zommige hebben de Voeten zeer ruig in de gedaante van ■een kwastje gelyk by F g XI. deze Deelen zyn aangewezen. In de Paaring hangen zy van agieren aan elkander, de eene naast de zyde van de andere, doch zo dat het Mannetje meer nederwaarts dan het Wyfje geplaatst is, en in deze ge Halte Zwemmen zy met elkander driftig voort; het Wyf je legt Witte langwerpige Eijeren, welke men gtwoonlyk aan de fleelen en bladen der Waterplanten kan vinden; de jongen komen gemeenlyk in het laatfle der maand sjfril 1 of May uit, en beginnen wel dra gelyk de Ouden op j den Rug Zwemmen, en hebben behalven de Dekfchil- j den en Vleugels. dezelvde gedaante welke zy ïn den ] geheelen tyd van hun leven behouden De voorgemel- ] de Figuur XI. verbeeldt een Mannetje 't welk op de j Dekfchilden een boogsgewyze zwarte Jlreep heeft, ] die ik op andere Mannetjes dezer zoon niet heb waar- ] genomen. (
Linn SyJl. Nat.pag. 712. ft. 1. NotoneÜa Glavca. Gfoffroy Inf. Tom. I. pag. 476. ft. r. Tab. 9. Fig 6 La grande Punaife-a avirons. R*bEL Inf. Tom. III. pag i65. Tab. 27. Fi*. / f De gVfr m S
M!^^pitBg"tl6-,?*Fumi/e a'mu Nomaae'
112
h chaque anneau de ï Abdomen, font deux petits points de la même couleur: les Pattes font brunes. Elle vient de Surinam.
Fig. 8 5. La Punaise - Mouche de Surinam. (de la 6ms. Famille.)
_ Les Antennes font eompofées de cinq Ar~ ticulations, la Trompe efl courte & recourbée en demi cercle; 1'Abdomen ejl brun avec des^ rayes blanc fale a chaque anneau. Les Ailes inférieures font Manches & tranfparentes. Le deffous du Corps efl brun fon* *ei de même que les Pattes.
deux paires de Pattes antérieures font a peu prés auffi grandes les unes que les autres, mais lea deux Pattes poftérieures font plus longues, & fervent uniquement a la Punaife comme des Ramea qu'e/.'e employé è naviger ou rémer; elles font in* térieurement garnies aux Cuiffes & aux Jambes de petits poils, quelques unes ont les Tarfes rrès-veJus, en forme de pet/te houpe, comme on Ie voit par ia Fig. XI. Dans l'accomplement elles ptndenc par derrière, l'une ècótéde rautre,mais de maniere que leMale eft placé plus en arriere que la Fémelle, & dans cette pofture s'élancent- elles enfemble i la nage. La Fémelle pond des Oeufs blancsovales, ]u'on peut prendre communément fur les tiges ou euilles des plantesaquatiques.Les petits paroiffent en ;énéral a la fin d'Avril ou en May, & les premiers noduits commencent inceffammeiit a nager fur eur Dos, ayant déja, outre les Etuis & les Af les, a méme configuration au'elles retiennent toute eur vie. La fusdite Fig. XI. repréfente un Male, equel a fur les Etuis une raye noire en forme l'arc, que je n'ai pas obfervée fur d'autres Males Ie cette Efpece.



5ó* B E S C H R Y V I N G" DES CR TP T10 B
Fig. 86. De Venynige Wantz. (yan V 6de. Gezin.)
De Sprieten welke uit vyf leden beftaan zyn geel, de Oogen fterk uitpuilende , agter deze Oogen Haan twee kleine blinkende Oogjes , de Hals is met een dun buisje aan 't Barstftuk gehegt. De beenen der voorfte Pooten .zyn met zwarte hairtjes bezet waardoor .zig dezelve zeer ruig vertoonen; het Borstftuk is blinkend zwart en bultig, het vliesagtige gedeelte der Dekvleugels is doorfchynend, en de eigentlyke vleugels zyn bruinagtig geel van kleur, het agterlyf is wederzyds don-, kergeel. Men zegt dat deze Wantz zeer vinnig fteekt, en daar door eene onlydelyke Pyn veroorzaakt.. Haar. woonplaats is in Surinamen.
Bg. 87. De Roodgerande Wantz.. (van 7 4de.. Gezin.)
Is van onder rood en zwart gevlakt,, de buiten randen der Dek vleugels hebben eene. fchoone roode kleur; de; Pooten zyn zwart. Men vind ze in. Surinamen..
Bg, 88. De bruine Ring-Wantz, (van Y 6de. Gezin.)
Heeft den Kop, Sprieten,. hetBorstftuk met het agterlyf en vleugelen donkerbruin, alleen aan de randen van 't agterlyf is op ieder ring van 't zelve een bloedroode vlak, de Schenkels dei Pooten zyn. beurtelings rood.
Fig. 86. La Punaise Venimeuse. (de la 6me. Famille.)
Les Antennes, confifant en cinq Articulations, font jannes, les yeux tres-faillans, apres lesquels font deux petits Teux lijfes ; le Col ejl formé dun petit tuyau trismenu attaché au Corfelet. Les Jambes des Pattes antérieures font garnies de petits poils , qui les font paroitre trés - yelues, le Corfelet efl ffun noir liffe; la partie membraneufe des Etuis, convexe tranfparente , é? les vraies Ailes font d une couleur jaune brundtre ; 1'Abdomen ejl jaune brun de chaque coté. On dit que cette Punaife piqué violemment & occafionne paria une doultur injupportable. Son habitation. ejl a Surinam..
Fig.. 87. La Punaise a bordure rouge, (de la 4imv Famille.)
Elle ejl marquée par dejfous de taches rouges fif noires ; les bordures des Etuis font d"un beau rouge, fi? les Pattes noires* On la trouye a Surinam.
Fig. 88. La Punaise brune a Anneaux rouges. (de la 6m. Famille.)
Les Antennes, la Tête, le Corfelet,. VAbdomen, & les Ailes font brun. foncé, feulement y a-t-il aux bords de 1'Abdomen une tache rouge de fang, a chaque anneau; les CuiJJes Jont cerclées alternativement de~ rouge & de. noir.. ff ai recu cette efpece.



van he WANTZEN. DE S CR IP TION *r
•en zwart geringt, maar dë voeten zyn geheel zwart. Ik heb deze zoort uit Duitschland ontfangen. -
Fig. 89. De roode Ring-Wanxz. (van '*Je. Gezin.)-.
De Sprieten van deze Wantz zyn zware , gelyk ook de Kop op de bovenzyde , maar voor 't overige is 't Lyf rood met zwarte regelmaatige ftreepswyze vlakken, welke het agterlyf aan beide zyden als in gemelde twee koleuren verdeelen ; de Pooten Zyn rood , doch aan de Kniën en Schenkels zwart geylakt. Deze Wantz is in de Nederlandën. zeldzaam, doch in Duitschland fctiynt dezelve niet ongemeen te zyn.
Linn. Syfli Nat. pag: 725-. n 71. Cimex Annulatui; SviZB&s-Gtfchï pag. 97. Tab. 10. Ftg.-i>-
Fig. 90. De Zwarte Ruigpoor. (van V 6 lt~. Gezin.)
Het geheele Infeéb is faiweelagtig zwart, behalven de Oogen welke bruin van kleur zyn; de vier voorfte Pooten zyn met korte ftyve hairtjes bezet , waar door zig dezelven veel dikker dan het agterfle paar Pooten vertoonen. Men vind ze in Surinamen.
Fig. 91. De bonte Ruic-Poor. (yan V'6U>. Gezin.)
De Kop , Sprieten , en Borstftuk zyn blinkend zwart , het agterlyf is mede zwart , doch aan de randen en aan 't. einde, donker bruinrood; op de
i'Allemagne..
Fig. 89. La Punaise rougea Anneaux noirs. (de la 6me. Famille.)
. Mes Antennes de cette Punaife font noires, ainft que ie defjiis de la Tête, mais pour le refle, le Corps efl rouge avec des. taches noires régulieres, en forme de rayes,. qui diyifent l'Abdomen de chaque coté par ces mêmes couleurs; les Pattes font rouges,. mais les Genoux.& les Cuiffes-font t ach ét és de noir. Cette Punaife efl rare dans les Pays-Bas, mais il femble qu elle .efl afez; commune en, Allemagne.
Fig. 90. La Punaise noire k pattbs• kaboteuses. (de la 6tne. -Famille.)
Tout' VTnfeclè efl dun noir de velours p excepté les Teux, qui font bruns; les qua-tre Pattes antérieures font garnies de petits poils rudes , ce qui les fait paroitr^ beaucoup plus épaiffes que les Pattes pflé*~ rieures. On la trouve. d Surinam.
Fig. 91. La Punaise a pattes veluesp raboteuses. (de la 6me. Famille».
La Tête, les Antennes, &le Corfelet font d'un noir liffe , VAbdomen efl aufi noir excepté les bords fextrémité, qui fonP d'un rouge, brun foncé; fur les Etuis U 3



3* B E S CU R Y VI N G DES CR IP T10 N
zwarte Dekvleugels is een bruin roode vlak, maar de eigentlyke vleugels zyn geheel zwart. De Pooten hebben een roode kleur, maar vertoonen zig aan de Dyen en aan de Beenen der vier voorften zwart, door dien dezelven daar met flyve hairtjes van laatstgemelde kleur bezet zyn. Haar woonplaats is Surinamen.
PLAAT XIV.
Fig. 02. De BlaauwruGo (yan V iüe. Gezin.)
Heeft de Sprieten zwart en aan het voorfte gedeelte van 't Borstftuk, <en aan de Schouders van 't zelve bruin Tood, voor 't overige is het Lendenfchild, 't welk het geheele agterlyf ^bedekt , fchoon blinkend blaauw; on.der is het Lyf met de Pooten geelagtig bruin van kleur. Men vind ze in"ó«rinamen, en is nevens alle de op deze Plaat afgebeelde Wantzen , berustende in het Kabinet van den Hoog Welgeb. Heer Baron Rengers.
Fig. 93. De Bonte Wantz. (yan 't 2de. Gezin.)
De Sprieten zyn zwart, de Kop., Borstftuk en Lendenfchild nevens het Jederagtige gedeelte der Dekvleugels is bleek groen, met veele kleine bruine ftippels , welke door het vergrootglas gezien, inwaarts geplaatst zyn; de vleugels hebben een gryze doorfchynende kleur. Van onder is het Lyf
noirs, fe voit une tache rouge; les vraies Ailes font entierement noires. Les Pattes ont une couleur rouge , mais elles fe montrent noires aux Cuijfes & aux Jambes des quatre antérieures , parcequ'elles font garnies de petits poils rudes de cette demiere couleur. Son Pays ejl Surinam*
PLANCHE XIK
Fig. 92. La Punaise k dcs Bleu. (de Ja rre. Famille.)
Les Antennes font noires, & la partie antérieure du Corfelet 6? des Epaules, rougi brun; quant au refle, l'Ecujfon qui couvre tout j Abdomen efl d un beau bleu liffe;^ le dejfous du Corps ejl jaundtre, de même que les Pattes. On la trouve a Sunam & fi voit, ainfi que toutes celles qui font repréjentées fur cette Planche, dans le Cabinet Ae Son Excellence Monsieur le Baron Rengkrs.
Fig. 93. La Punaise Bigarree, (de la 2de. Famille.)
Les Antennes font noires; la Tête, le Corfelet, & PEcujfon , de même que la partie écailleuje des Etuis, font jaune pdle avec plufieurs petits pointillages, placés en dedans, quon découvre d la Loupe; les Atles ont une couleur grijdtre tranfparente. Le dejjous du Corps ejl gris cendré, amfi que les Pattes. Elk vient du Cap









van di WA NT ZE No J)ES PUNAISES, 53?
met de Pooten aschkleurig. Zy is de Bonne Efpérance. van de Kaap de Goede Hoop.
Fig. 94. De Geel gestippelde. Wantz. (yan V 2je Gezin),
De Geele Hippels waar mede deze Wantz op het Lyf is geüertHaan opwaarts en zyn glanzig ; onder is 't geheele Infect bruin,. maar de Pooten aan de Schenkels geel en de Beenen zwart. Men vind ze in Surinamnn.
Fig. 95' De Bultdra agsteiu(van 'i 3dL'. Gezin.)
Heeft de Sprieten , en den Kop: bruin,, het Borstftuk naar agter en geel, op midden vair het Lendenfchild heeft deze Wantz een regt opwaarts ftaande Homp uitfteekzel, 't welk niet oneigen naar de gedaante van een Bochel of Bult zweemt , van onder is het Lyf met de Pooten bruin van kleur. Zy is aan de Kaap de Goede Hoop gevonden. -
Fig. 96. De zwarte Doorn.(yan V 3de.. Gezin.)
Is geheel bruinagtig rood van kleur, behalven de fcherpe en doornagtige uitfteekende Schouders welke zwart zyn. Men vind ze in Duitschland.
Fig. 97- De Zevenvlakkige., (van V'3de. Gezin.)
Dè Sprieten en Kop zyn bruin, gelyk ook het Borstftuk 't welk aan de randen met rood gevlakt, is, de Schou^
Fig. 94. La Punaise Jaune pointillee.. (de la *de. Famille.)
Les pointillages dont cette Punaife' efl ' crnée fur le Corps, font relevés & luifans. Fout ITnfeSle efl brun au deffom du Corps , mais les Cuiffes les jamhu font noires. On la trouve d Surinam.
Fg. 95. La Punaise Bossue» (de la 3 .Famille.)
Elle-. a les Antennes, la Tête-, bruines, le Corfelet jaune fur le derrière. Au ' milieu a\ 1'Ecujfon cet Infetle a une excrescence maffive- qui approcke ajjez la fortmd'une Bojfe. Le dejfous du Corps lei > Pattes Jont de couleur brune. On trouvée au Gap de Bonne Eipérance» ■
Fig. 96. La Punaise a Epine Nomii(de la 3me. Famille.)
Elle ejl entierement de couleur rouge Urm* nntre, excepté les Epaules, faillantes, pointues & êpineufes, qui font noires. On h trouye en Allemagne.
Fig,.97. La Punaise a sept'Taches,• (de la 3«e. -Familie.).,
Les Antennes, & la Tête, font 'brun. ainfi que le Corfelet, dont les bords Jb;i tachetés de rouge,, fes Epaules Jont mi



ffo B-ES CH-RY VING DES CR IP TI O N
-ders van 't zelve zyn fcherp uitftekende, het Lendenfchild is gefiert met drie roozen roode vlakken, van welke kleur 'er nog een wederzyds de Dekvleugels ter plaatze waar het vliesagtige gedeelte derzelven begint, geplaatst is , van onder is het Lyf wit, met zwarte Hippels bezaait; de Pooten zyn aschgraauw. Deze Wantz woond op ,de kust van Guiné.
Fig. 98. De Gedoornde Borst. (van V 4de. Gezin.')
De Sprieten van deze Wantz zyn geel, de Kop is zwart, aan de buitenranden is het Borstftuk fcherp gedoomd, gelyk ook de dikke Schenkels der agterfle Pooten., welke nevens het Borstftuk eene zwarte kleur hebben. De Dekvleugels en vleugels zyn gelyk .de Pooten en het Lyf, aan de onderzyde donkerbruin. Haar Vaderland is Surinamen.
Fig. 99' De Kaapscfie Ridder-Wantz. .(yan V 4!e. Gezin.)
Het Lyf is aan beide zyden rood, het Borstftuk in 't midden zwart aan de zyden rood gerand ; de Pooten zyn zwart en rood,ringsgewyze gevlakt. In Duitschland vind men eene Wantz welke met deze veele overeenkomst heeft, ook gelykt zy in zomraige opzigtten naar de Europifche Riddcrwantz. (Linn. fp. 77.) maar die heeft meer Matte vlakken op de Vliesege einden der Dekvleugels, en de roode tekening verfchild ■ook merkelyk met deze Kaapjcbe.
pointes „faillantes , VEcuffon ejl orné de trois taches couleur de rofe, laqiielle couleur fe voit auffi de chaque coté des Etuis, a Yendroit ou leur partie membraneufe commence. Le deffous du Corps ejl blanc, parfemé de pointïllages noirs ; les Pattes font gris cendré. Cette Punaijé vit fur la Cote de Guinee.
Tig. 98. La Punaise a poitrine epineuse. (de la 4me. Famille.)
Les Antennes de cette Punaife font jaunes; la Tête efl noire; les bords extérieurs du Corfelet font garnis d'épines pointues , ainfi que les Cuijfes épaijfes des deux Pattes poflérieures, qui ont, comme le Corfelet, une couleur noire. Les Etuis & les Ailes font, de même que le dejfous du Corps les Pattes, brun foncé. Son Pays ejl Surinam.
Fig. 99' La Punaise Chevalif.re, du Cap. (de la 4""?. Familie.)
Le Corps ejl. rouge des deux cotés, le Corjelet, dans le milieu,noir bordé de rouge aux cotés; les Pattes font noir ^ rouge tachetées en forme de cercles. On trouye en Allemagne une Punaife qui a beaucoup de rejjemblance a celle-ci, comme auffi, a quelques égards, ala Pun ife Chevaliere Européenne; (Linn. fp. 77.) mais celle-ci a plus de taches Manches aux extrémités membraneufes des Etuis, & les marqués rouges différent conjidérablement de celle du Cap.
Fig-



van de WANTZEN, DES PUNAISES. 61
lUg. ico. de bontschildige WaNTZ.
(van *t 4de. Gezin.)
Het Lyf is aan beide zyden zwart van kleur, de Pooten rood , en de Dekfchilden of boven Vleugels zyn van onder niet onderfcheiden in kleur nog tekeninge met de bovenzyde derzelven. Men vindt deze Wantz op veelerly Bloefngewasfchen en Planten in de Nederlanden.
Fig. ïoi. De Wantz met lttgesnede randen, (van 't 5de Gezin.)
Heeft vier leden aan de Sprieten , \7an welke de twee eersten met zeer korte doornen bezet zyn; de Schouders aan het Borstftuk hebben een lang, dun en bladeragtig uitfteekzel, gelyk ook de randen van 't Agterlyf, welke alle met korte doornen bezet zyn, en zig vertoonen, gelyk Fig. A. alwaar dit Infect door het Vergrootglas afgebeeld zynde aanwyst. Het geheele Lyf is van gedaante dun en plat; de Dekfchilden byna geheel doorfchynend, en de Vleugels wit van kleur Dit zeldzaame Dier is aan de Kaap de Goede Hoop ontdekt, en berust in het Kabinet van den Hoog Welgebooren Heer Baron Rengers.
Fig. loo. La Punaise Ecusson bigarre'e. (de la 4*0 Famille.)
Les deux cotés du Corps font noirs, les Pattes rouges, & h dejfous des Etuis ou Ailes Jupérieures ne- différe point de leur deffus pour la couleur ni le deffein. On trouve cette Punaife fur diverjes Tiges de Fleurs & de Plantes dans les Pays - Bas.
Fig. 101. La Punaise k bordure de coupe e (de la 5 «* Familie.)
Elle a quatre Articulations aux Antennes], dont les deux premières font garnies de très-petites épines ; les Epaules du Corfelet ont une protubérance longue, mince & feuilletée ; tous les bords de P Abdomen font auffi garnis de petites épines, ainfi que la Fig. A, ou cet Injebfe efl repréfenté, le fait voir par le moven de la loupe. Tout le Corps efl d'une forme mmcc & platte, les Etuis prefque entierement tranfparens, & les Ailes Manches. Ce rare petit Animal a été découvert au Cap de Bonne Efpérance Je voit au Cabinet de Son Excellence Monsieur le Baron Rengers.



62 BESCHRYVING DE SCRIP TI O M
PLAAT XV.
Fig. ic2. De Rotte kop. (van V 2de. Gezin.)
Deze Wantz heeft, wat de kleur betreft, niets aanmerkelyks, als zynde bleek vuilgeel, met witagcige Streepen over 't Borstftuk en Lendenfchild. De Kop egter is van eene byzondere gedaante en zeer groot in vergelyking met andere Wantzen , zynde byna zo lang als het Borstftuk , driehoekig en naar vooren met de fnuit omgeboogen. Zy onthouden zich in dcKoornairen en byzonder in die der Garst j in Duitschland fchynt ze zeer gemeen te zyn , want ik heb meer dan eens 6 , en meer fluks derzelven in onderfcheiden bezendingen van Infeéten ontfangen.
Linn. Syft. Na', pag. 723. IV. jo. Cimex acuminatus. Geoffroy Inf. Tm. I. pag. 472. N. 77. La Tunaiie a Tête alkngk. De Gezu Inf. Tom. III. pag. 271. N. 16. PI. 14. Fig. 12 £ƒ 13. La Punaife i Muf eau de ral.
Fig. 103. De Gkzellige Wantz. (van V 4dt'. Gezin.)
Heeft vier leden aan de Sprieten en zyn met den Kop zwart van kleur, van onder, is de Borst rood met zwart.gevlakt, het Agterlyf zwart en rood gerand. Deze Wantzen vind men in de Zomermaanden in groote menigte by elkander *>p den grond, by en omtrent de Hammen der Linden en andere hooge Boomen , doch onder alle welke ik gezien heb, is my nog geene voorgekomen welke volmaakte Vleugels had, maar alleen
PLANCHE XV.
Fig. 102. La Punaise A Musea u de Rat, (de la 2de. Famille.)
dtte Punaife na rien de remarquable pour ce qui concerne la couleur, étant d un pale blanc fale, ayec des rayes blanchdtres fur le Corfelet fi? fur l'Ecujfon; la Tête ejl toutejois d une forme particuliere fi? très-grojfe en comparaifon d'autres Punaifes, étant prefque auffi grande que le Corfelet, triangulaire fi? recourbés en avant ayec la Trompe. Elle fe tient dans les épis de bied & furtout dans ceux diorge. 11 paroit qu elle ejl trèscommune en Allemagne , car j en ai regu plus dune fois 6 fi? davantage dans différens enyois dInfecles.
Fig. 103. La Punajse Sociable. (de la 4mt'. Familie-)
La Tête efl noire, ainfi'queles Antennes avec quatre Articulations ; le de fous de la Poitrine rouge tacheté de noir , l Abdomen bordé de noir & de rouge. On trouve ces Punaifes dans les mois d'Eté en gunde quantité fur le terrein fi? les jbuches ou aux envirous des Tilleuls, comme auffi fur d autres grands arbres ; au rejlo parmi toutes celles que j ai vues, aucune ne ma paru avoir des Ailes parfaites , mais feulement .des petits Etuis auxquels même la partie membraneufe manquoit *









van de WANTZEN. DES PUNAISES. 63
korte Dekfchilden waaraan zelvs het vliesagtige gedeelte ontbreekt, men zou ze derhalven wegens deze gedaante, voor bloote Maskers of Nimfen aanzien , indien dezelven niet reeds in die gemelde geltalte in ftaat waren om te kunnen voortteelen , 't welk zo veel my bewust is, by geen Infect, nog in den ftaat van Nimf zynde, plaats heeft.
Linn. Syft.. Nat. pag, 727. N. 78. Cimex Aptenis. Geoffboy Inf. Tom f. pag. 440. n. 11. PI. 9; fig- 4. La Pttn-iife rouge des Jardins. De Geer Laf. Tom. III. pag. 276. N. 20. La Punaife rouge cf noire fans ailes. Sllser Gefck pag. 97. Tab. 10. Fig. 14. .
Fig. 104. De Eloedroode Wantz. Qran V 6k. Gezin.')
Heeft den Kop en de Sprieten zwart, de zuiger is kort en omgeboogen, het Lyf is bloedrood, behalven het Lendenfchild en de rand aan't agterfte gedeelte van'tBorstftuk, welke fluweelzwartis; de Dekfchilden hebben het lederagtige gedeelte rood , maar de vliesagtige punten zyn gelyk als ook de Vleugels bruin van kleur; de Pooten zyn rood maar aan de Knien derzelven zwart. Men vind deze Wantz in Surinamen; Doch in Duitschland word zy ook gevonden , maar die is byna half zo groot dan de hier afgebeelde.
Goeze Ent. Beytr. Tom. II. pag. 255. N. 6. Cimex Sanguineus.
Fig. 105. De Bruine Wantz. (yan 't 4de Gezin.)
Dit geheele Infecï is ligtbruin, alleen op de Dekfchilden zier. men twee vuil witte ftippen en twee halve maans-
On deyroit donc par conféquent les confidérer, rélativement a leur configuration, comme des Chryfalides ou Nimphes , fi, dans cette forme elles nétoient pas déja capables dengendrer, ce qui, autant que cela niefi connu, na pas Ueu dans aucun lnfecle encore dans l éi at de Nimphe.
Fig. 104. La Punaise rouge de sang. (de la 6me. Famille.)
Elle a la Tête £? les Antennes noires, la Trompe efl courte & recourbée , le Corps rouge de fang, excepté 1'Ecujfon & le bord de la partie poflérieure du Corfelet qui font d'un noir yelouté. La partie écailleufe des Etuis efl rouge , mais les pointes membraneufes font brunes , ainfi que les Ailes. Les Pattes font rouges , mais leurs genoux noirs. On Ure cette punaife de Surinam; Elle fe trouye cependant auffi en Allemagne, mais pres de la moitiè moins grande que celle qui efl ici réprèfentée.
Fig. 105. La Punaise brune, (de la 4,ne. Familie.)
Tout cet lnfecle eft brun clair, feulement voit-on fur les Etuis deux points blanc fale, & deux taclies en forme de de1 2



64 BES CIIRY VING DE SCRIP TI ON
wyze vlakjes van laastgemelde kleur; de vleugels zyn wit. Deze is het Wyf je van Fig. 106. men vind ze hier in de Tuinen op Bloemen en andere piantgewasfchen.
Fig. 107. De Bladluis-Leeuw-
A g t i g E W A n t Z.
(van V 7,e. Gezin.')
Deze Wantz heeft de gedaante van het Masker of Nimf der BladluisLeeuwen , (Ilemerobii.) waar voor men dezelve ook op het eerste gezigt zoude aanzien: maar naauwkeurig befchouwt zynde, dan ontdekt zig aan den Kop een zuiger , welke de halve lengte van 't Lyf beflaat; daar in tegendeel de voornoemde Bladluis leeuwen geenen zuiger, maar fchaarswyze kaakebeenen of Gebit hebben. Ik weet niet hoe de gefleldheid der Vleugelen van deze Wantz is, dewyl ik nog geene heb aangetroffen weike volmaakte Vleugels en Dekfchilden had; hebbende de hier afgebeelde nog maar de Vleugelfcheden, waarin de Vleugels als nog verborgen waren. Zy onthouden zig op onderfcheiden Boomen Pïantgewasch.
Fig. I08. DE WaTERLOOrSTER*.
(yan 7 Gezin.)
Deze Wantz verfchfld met die welke op Plaat IX. Fig. 63. is afgebeeld; de voorste Pooten zyn korter en voor aan het Borstlluk naby den Kop geplaatst. Van onder is het Lyf zilverkleurig wit en eenigzins glanzig, de <
milune de cette demiere couleur; les Alles font blanch.es. Celle-ci ejl la Fe'melle de la Fig. 106. Elle Je trouye iel dansles Jardins jur les fleurs & autres plantes.
Fig. 107. La Punaise Hemerobe. (de la 7™. Familie.)
Elle a la forme d'une Larve ou Nim~ phe de la Puceron-lim, (Hemerobii) pour laquelle on la prendroit au premier coup d'oeil, mais en lexaminant fcrupuleufement, en découvre d la tête une Trompe qui s étend d la moitiè de la longueur dis corps; tandis quau contraire la fufdite Puceron-lion na aucune trompe, mais une machoire en forme de cizeaux. Je ne fais pas quelle ejl la difpofition des Ailes de cette Punaife, puijque je n'en ai encore point rencontré qui eujjent des Ailes ê? des Etuis parfaits; celle qui efl réprèfentée ici ayant feulement les Fourreaux ou les Ailes étoient renfermées. Elles fe tiennent fur diférentes jbrtes de Plantos Arbriffeaux.
Fi. 108. La Punaise coureuse d'eau, (de la 7me, Famille.)
Cette Punaife differe de celle quon voit dans la Planche IX, Fig. 63 ; ks Pattes antérieures font courtes & placées au devant du Corfelet preche de la tête. Le ieflbus du Corps eft blanc dargent & etr melque forte lujlrê. Les jeunes Punaijes



van de WANTZEN. DES PUNAISES. 65
de jonge Wantzen van deze zoort, zyn zo lange dezelve nog geene Vleugels hebben , zeer dun en final, en zoeken hun voedzel , even gelyk de ouden, op de oppervlakte van ftilftaande wateren , alwaar zy Vliegen, Muggen en andere dergelyke Infecten zeer behendig weten te vangen. Fig. A. vertoont dezelve in eene vliegende gedaante.
de cette efpéce, aujfi longtems qu elles rïont pas encore des Ailes, font trés-petites fi? minces, cherchant leur nourriture, de même que les vieilles, Jur la fur face des eaux croupies, oü elles favent attraper fort adroitement des mouches , des moucherons fi? autres infecles parsils. La même ejl réprèfentée par la Fig. A, dans une pojlure volante.
PLAAT XV. PLANCHE XV.
Fig. XIII. De Gestreepte Waterwantz. Fig. XIII. La Punaise Aquatique rayee.
De afbeeldingen welke Rösel en Geoffroy van eene Waterwantz hebben gegeven, verfchild in eenige opzigten met deze. Ik twyffel egter niet of onze Afbeelding Jlrookt volmaakt met die welke ie Heer LinnjEus bedoelt heeft onder de benaaming wan Gestreepte Waterwantz. (Notonecta Striata). Want wanneer men dezelve door een tnaatig vergrootglas befclwuwt', gelyk Fig. B. is aangeweezen, dan ontdekt zig dat het Borstjluk en Dekfchilden met veeie kleine donkergeeie golvswyze dwarsftreepjes is gefiert. De Kop is geel, de (Jagen rond en uitpuilende, de voorfte Pooten zyn kort, in gedaante als Vangpcoten, gelyk die der Waterfcorpioenen , (Nep^e) doch de overige twee paar Pooten zyn gelyk die der overige Wate\ wantzen. (Notonectac). Het Lendenfchild ontbreekt in deze zoort. Veelligt maakt dit Infecï nog een Middelgeflacht uit, tusfchen de evengenoemde NePjE en NoïONECTiE, en waarfchynlyk zullen die voorgemelde onderfcheiden kenmerken den Heer Geoffroy aanleiding hebben gegeven, om ze onder den Vyzonderen Geflacht-Naam Corise te befchryven. Zy zwemt niet op den Rug, gelyk de gewoone, die ty Fig X en XI. op de voer gaande Xllie Plaat is uf geheeld; maar op den Buik, en geneert zig mei vliegen en andere Infecten welke zy rrel de voorfte Pooten w?et te vangen , en met den vinnig Jleekenden fnuit muezyigeii. Haar Woonplaats ts in JlilJiaande Wmwi en Poelen.
La répréfentation que Rösel & Geoffroy ont donné d'une Punaife Aquatique eft, è quelques égards, différente de celle-ci, & je ne doute point que noue répréfentation ne s'accorde parfaitement avec celle que Linn/eus a placé fous la dénomination de Punaise Aquatique rayee , (Notonecta Stricta) car quand on 1'examine avec une fimple Loupe, ainfi que la fait voir la Fig. B , od découvre, que Je Corfelet & les Etuis font ornés de petites rayes tranfverfales , ondées, d*uo jaune foncé. L3 Tdte eft jaune; les Yeux font ronds & faillans, les Pattes antérieures courtes, en forme de ferres, comme les Scorpions Aquatiques , (Ner^e) mais les deux autres paires de Pattes font fembiables a celles du refte des Punaifes Aquatiques (Notonect.eX L'Ecufibn manque è cette efpéce. Peut-érrecee Infefte fait - il un genre mixte enrre les fusdits Nepje & NotonectjE , & vraifemblablement les différens cara&eres ci-deffus mentioncés ont donné lieu a Mr. Geoffroy de la décrire fous le nom de Corise. Elle ne nage point fur fon dos comme la commune, qui eft réprèfentée par les Fig. X & XI. fur la planche XIlme précédente, mais fur le ventre, & vit de mouches & autres infecles qu'elle fait attraper très-adroiteroenr avec fes Pattes antérieures, & fucer avec fa forte trompe poiniue. Son habitation eft dans des eaux crou» pies ou bourbiers.
1 3
De afbeeldingen welke Rösel en Geoffroy van eene Waterwantz hebben gegeven, verfchild in eenige opzigten met deze. Ik twyffel egter niet of onze Afbeelding Jlrookt volmaakt met die welke ie Heer LinnjEus bedoelt heeft onder de benaaming wan Gestreepte Waterwantz. (Notonecta Striata). Want wanneer men dezelve door een tnaatig vergrootglas befclwuwt ', gelyk Fig. B. is aangeweezen, dan ontdekt zig dat het Borstftuk en Dekfchilden met veeie kleine donker geele golvswyze dwarsftreepjes is gefiert. De Kop is geel, de Oogen rond en uitpuilende, de voorfte Pooten zyn kort, in gedaante als Vangpcoten, gelyk die der Waterfcorpioenen , (Nep^e) doch de overige twee paar Pooten zyn gelyk die der overige Wate\ wantzen. (Notonectac). Het Lendenfchild ontbreekt in deze zoort. Veelligt maakt dit Infecï nog een Middelgeflacht uit, tusfchen de evengenoemde NePjE en NoroNECTiE, en waarfchynlyk zullen die voorgemelde onderfcheiden kenmerken den Heer Geoffroy aanleiding hebben gegeven, om ze onder den Vyzonderen Geflacht - Naam Corise te befchryven. Zy zwemt niet op den Rug, gelyk de gewoone, die ty Fig X en XI. op de voer gaande Xllie Plaat is uf geheeld; maar op den Buik, en geneert zig mei vliegen en andere Infecten welke zy rret de voorfte Pooten w?et te vangen , en met den vinnig Jleekenden fnuit muezyigeii. Haar Woonplaats ts in fiilJiaande Wmwi en Poelen.
De afbeeldingen welke Rösel en Geoffroy van eene Waterwantz hebben gegeven, verfchild in eenige opzigten met deze. Ik twyffel egter niet of Onze Afbeelding Jlrookt volmaakt met die welke ie Heer LinnjEus bedoelt heeft onder de benaaming van Gestreepte Waterwantz. (Notonecta Striata). Want wanneer men dezelve door een tnaatig vergrootglas befclwuwt ', gelyk Fig. B. is aangeweezen, dan ontdekt zig dat het Borstftuk en Dekfchilden met veeie kleine donker geele golvswyze dwarsftreepjes is gefiert. De Kop is geel, de Oogen rond en uitpuilende, de voorfte Pooten zyn kort, in gedaante als Vangpcoten, gelyk die der Waterfcorpioenen , (Nep^e) doch de overige twee paar Pooten zyn gelyk die der overige Wate\ wantzen. (Notonectac). Het Lendenfchild ontbreekt in deze zoort. Veelligt maakt dit Infecï nog een Middelgeflacht uit, tusfchen de evengenoemde NePjE en NoTONECTiE, en waarfchynlyk zullen die voorgemelde onderfcheiden kenmerken den Heer Geoffroy aanleiding hebben gegeven, om ze onder den Vyzonderen Gejacht-Naam Corise te befchryven. Zy zwemt niet op den Rug, gelyk de gewoone, die ty Fig X en XI. op de voer gaande Xllie Plaat is uf geheeld; maar op den Buik, en geneert zig mei vliegen en andere Infecten welke zy rret de voorfte Pooten w?et te vangen , en met den vinnig Jleekenden fnuit muezyigeii. Haar Woonplaats ts in fiilJiaande Wmwi en Poelen.
De afbeeldingen welke Rösel en Geoffroy van eene Waterwantz hebben gegeven, verfchild in eenige opzigten met deze. Ik twyffel egter niet of Onze Afbeelding Jlrookt volmaakt met die welke ie Heer LinnjEus bedoelt heeft onder de benaaming van Gestreepte Waterwantz. (Notonecta Striata). Want wanneer men dezelve door een tnaatig vergrootglas befclwuwt ', gelyk Fig. B. is aangeweezen, dan ontdekt zig dat het Borstftuk en Dekfchilden met veeie kleine donker geele golvswyze dwarsftreepjes is gefiert. De Kop is geel, de Oogen rond en uitpuilende, de voorfte Pooten zyn kort, in gedaante als Vangpcoten, gelyk die der Waterfcorpioenen , (Nep^e) doch de overige twee paar Pooten zyn gelyk die der overige Wate\ wantzen. (Notonectac). Het Lendenfchild ontbreekt in deze zoort. Veelligt maakt dit Itifecï nog een Middelgeflacht uit, tusfchen de evengenoemde NePjE en NoTONECTiE, en waarfchynlyk zullen die voorgemelde onderfcheiden kenmerken den Heer Geoffroy aanleiding hebben gegeven, om ze onder den Vyzonderen Gejacht-Naam Corise te befchryven. Zy zwemt niet op den Rug, gelyk de gewoone, die ty Fig X en XI. op de voer gaande Xllie Plaat is uf geheeld; maar op den Buik, en geneert zig mei vliegen en andere Infecten welke zy rret de voorfte Pooten w?et te vangen , en met den vinnig Jleekenden fnuit mMzyigeri. Haar Woonplaats ts in JlilJiaande Wmwi en Poelen.
De afbeeldingen welke Rösel en Geoffroy van eene Waterwantz hebben gegeven, verfchild in eenige opzigten met deze. Ik twyffel egter niet of Onze Afbeelding Jlrookt volmaakt met die welke ie Heer LinnjEus bedoelt heeft onder de benaaming van Gestreepte Waterwantz. (Notonecta Striata). Want wanneer men dezelve door een tnaatig vergrootglas befclwuwt ', gelyk Fig. B. is aangeweezen, dan ontdekt zig dat het Borstftuk en Dekfchilden met veeie kleine donker geele golvswyze dwarsftreepjes is gefiert. De Kop is geel, de Oogen rond en uitpuilende, de voorfte Pooten zyn kort, in gedaante als Vangpooten, gelyk die der Waterfcorpioenen , (Nep^e) doch de overige twee paar Pooten zyn gelyk die der overige Wate\ wantzen. (Notonectac). Het Lendenfchild ontbreekt in deze zoort. Veelligt maakt dit Itifecï nog een Middelgeflacht uit, tusfchen de evengenoemde NePjE en NoTONECTiE, en waarfchynlyk zullen die voorgemelde onderfcheiden kenmerken den Heer Geoffroy aanleiding hebben gegeven, om ze onder den Vyzonderen Gejacht-Naam Corise te befchryven. Zy zwemt niet op den Rug, gelyk de gewoone, die ty Fig X en XI. op de voer gaande Xllie Plaat is uf geheeld; maar op den Buik, en geneert zig mei vliegen en andere Infecten welke zy rret de voorfte Pooten w?et te vangen , en met den vinnig Jleekenden fnuit mMzyigeri. Haar Woonplaats ts in JlilJiaande Wmwi en Poelen.



6-6 B E S C H R Y V I X G
DES CRIPTION
P L A A * T XVI.
Fig. 109. De zwarte roodgestreepte Wantz. (fan V ifte. Gezin.')
De Sprieten beftaan uit vyf leden en zyn gelyk de Kop en het Lyf zwart, van boven over 't Borstftuk donkerrood geftreept, en onder op het zwart met roode Hippels. Het Lendenfchild is groot en bedekt byna het geheele agterlyf, de Dekfchilden en Vleugels zyn donkerbruin, aan de randen rood; de Pooten zyn geheel zwart: Deze Wantz is zeer onderfcheiden met die welke op de IIJ= Plaat by Fig. 9. is afgebeeldt. Zy is my door den Wel Ed. Heer M. Houttuin Meel. DocJor ter afbeelding medegedeelt, zyn Ed. heeft dezelve met meer andere Infecten uit Japan ontfangen.
Fig. 110. De Twee-vlak.
(yan 't 2K Gezin.)
Deze Wantz heeft den Kop aschkleurig , het Borstftuk geelagtig , en op het zelve twee fluweelagtige zwarte vlakken , op de onderzyde is het Lyf en de Pooten ligtbruin van kleur. De Heer William Paterson heeft deze zoort op deszelfs reizen aan de Kaap de Goede Hoop ontdekt, en ze my nevens de volgende ter af beeldinge gegeven.
PLAAT XVI.
Fig. 1C9. La Punaise noire a rayes rouges. (de la ire. Famille.)
Les Antennes conjiflent en cinq Articulations & font noires , ainfi que la Tête & le Corps, excepté le deffus du Corfelet qm efl rayé de rouge-brun, g? fe deffous tiqueté de rouge fur le noir. V Ecu fon efl grand couvre prefque tout VAbdomen ; les Etuis & ks Alles font brun fonce & rouge aux bords; les Pattes font toutes noires. Cette Punaife difere beaucoup de celle qifon voit Jitr la lb. Planche par la Fig. 9. Elk ma été comnnmiquée par Mr. Houttuin, Docteur en Médecine, qm Pa recite du Japon avec d'autres Infecles.
Fig. 11 o. La Punaise a deux taches Noires. (de la 2^. Famille.)
Cette Punaife a la Tête gris cendrê, le Corfelet jaundtre, fur lequel font deux taches noires veloutées.- Le dejfous du Corps g? les Pattes font brun clair. jVP. William Paterson a découvert cette forto^ dans fon voyage au Cap de bonne Efpérance £? me la donnée pour en faire la répréfentation, ainfi que lafuiyante.









van de WANTZEN. DES PUNAISES. 67
Fig. ui. De Patersons - Wantz. . (yan 't 3 de. Gezin.)
Heeft vyf leden aan de Sprieten, de grondkleur van 't geheele Lyf is bruin, van boven met geelagtige ftreepen aartig getekent , het Lendenfchild is groot maar eindigt in een fcherpe tip op het agterlyf, dat zeer breed is en ter zyden de Dekfchilden uitfteekt. Van onder is het Lyf bruin en geel gellreept. Zy is van de Kaap de Goe~ de Ho op.
Fig. 112. De Japonezer - Wantz. (yanft 3de. Gezin.)
De Sprieten beftaan uit vyf leden, en hebben, nevens het geheele Lyf eene bleek vuil - groene kleur; de Schouders aan 't Borstftuk eindigen in een doornagtige punt, de einden der Dekfchilden en Vleugels zyn wit en glasagtig doorfchyn end. Zy berust in het aanzienlyke Kabinet van den Heere M. Houttuin , en is uit Japan.
Fig. 113- De Olvfeleurige-Wantz. (yan V 3de. Gezin.)
De Sprieten beftaan uit vyf leden en zyn bruinagtig rood van kleur, het Borstftuk is bezet met een menigte van kleine putjes gelyk gechagrineert leder ; van onder is het Lyf geel, doch de randen van 't agterlyf niet bruine dwarsftreepen gefiert; de Pooten zyn bruinrood, Zy is uit Surinamen , en berust in het Kabinet van den Heere M. Houttuin,
Fig. tui La Punaise Paterson. .(de la 5**. Famille.)
Elle a cinq Articulations aux Antennes; le fond de la couleur de tout le Corps ejl brun , le deffus ayec des taches jaundtres joliment dejjinées; l'Ecujfon ejl grand, mais il finit en pointe aigue fur 1'Abdomen , qui efl fort large , § faillant aux cotés des Etuis; le deffous du Corps ejl brun, rayé de jaune. Elk vient du Cap de bonne Eipérance.
Fig. 112. La Punaise du Japon. (de la 3 me. Famille.)
Les Antennes conjijlent en cinq Articu* lations, & ont, ainfi que tout le Corps, une couleur de vert Jak term; les Epauks du Corfelet; fe terminent en pointe épinew fe les extrémités des Ailes & Etuis font Manches & tranfparentes comme dit verre. Elle vient du japon & on la voit dans le Kiche Cabinet deMr. Houttuin.
Fig. 113. La Punaise Olive. (de la 3'ne. Famille.)
Les Antennes, confijlant en cinq Articulations , font de couleur rouge brundtre; le Corfelet eft garni de quaniité de petits creux, qui k rendent fembkibk d du chagrin; le dejfous du Corps efl jaune , mais les bords de l'Abdomen Jont omes de rayes transverfoles brunes, & les Pattes rouge Wm. Elk vient de Surinam fi? fe trou:e dans le Cabimt de M. Houttuin.



68 B E S C II R Y V I N G
DESCRIPTION.
Fig. 114. De Doorn poot.
(van V 4Je. Gezin.)
Deze Wantz is van onder op het Lyf bruin; de Pooten zyn met korte fpitze doornen bezet, de Sprieten beftaan uit vier leden, en zyn geel van kleur. Zy is op de Kaap de Goede Hoop gevonden, en berust in de verzameling van den Heere W. Paterson. By Fig. A. is deze Wantz door het Vergrootglas afgebeeld.
Fig. 115. De Groene met wit
gevlakte wantz.
(van 't 2 te. Gezin.)
Is aan beide zyden van 't Lyf groen glanzig, en van onder met witte flippers bezet; de Sprieten beftaan uit vyf leden en zyn gelyk de Pooten zwart van kleur. Men vind deze Wantz in het Gras en op veelerly Planten.
PLAAT XVII.
Fig. 116. De Gestippelde Wantz. (van 't ade. Gezin.)
De Sprieten zyn lang , en beftaan uit vier Leden, de Zuiger is bynaar zo lang als het Lyf. Op de onderzyde is 't geheele Lyf geelagtig graauw met zwart geftippelt. De bovenzyde van 't Borstftuk en het lederagtige gedeelte der Dekfchilden zyn met zeer kleine inwaardfche Stippen bezet; het bruine vliesagtig gedeelte der laatstgenoemde Dekfchil-
Fig. 114. La Punaise a Pattes Epinluses. (de la 4»'e. Familie.}
Cette Punaife a le de fous da Corps brun, les Pattes garnies d'épines pointues courtes; les Antennes confijlent en cinq Articulations, fi? font de couleur jaune. On la trouye au Cap de Bonnc Efpérance, fi? fe voit dans la Colleclion de Mr. W. Paterson. Cette Punaife efl réprèfentée par la Fig. A, d l'aide de la loupe.
Fig. 115. La Punaise tachee de vert et rlanc. (De Ja 2^. Familie.)
Le Corps ejl, des deux cotés, yert luifant, fi? garni par de fous de picotages blancs; les Antennes ont cinq Articulations, fi? font noires, ainfi que les Pattes. On trouve cette Punaife par mi ïherbe fif fur différent es Plant es.
PLANCHE XVII.
Fig. 116. La Punaise PjintillÉe. (de la Famille.)
Les Antennes font longues fi? confU ftent en quatre Articulations; la Trompe eft prefque auffi longue que le Corps, dont tout le deffous eft d'un gris jaundtre pointillé de ncir. Le deffus du Corfelet fi? la partie écailleuje des Etuis font garnis intérieurement de petits points; la partie brune membraneufe des fufdits Etuis eft luifant e; les Ailes font brunes fi? tranfparentes. On trouve cette Pu-
den









van de WANTZEN.
DES PUNAISES. 69
den is glanzig, de Vleugels zyn bruin en doorfchynendt. Men vindt deze Wantz in Japan , van waar de Wel Ed. Heer M. Houttuin dezelve heeft ontfangen.
Fig. 117. De Glansrug. (van 't 3de Gezin.)
De Sprieten beftaan uit vyf leden , de Kop,het Borstftuk en Lendenfchild, nevens het lederagtige der Dekfchilden is bruinagtig Olyfkleurig, doch de Tippen der laatscgemelden zyn groen koperglanzig. Het Agterlyf heeft in zommigen een fchoonen violetkleurigen glans met een ligtblaauwen weerfchyn , in anderen , gelyk het voorwerp waar naar deze afbeelding gemaakt is , hebben 't zelve groenagtig koperglanzig. Op de Onderzyde is het Lyf bruingeel met eenen vuilgroenagtigen weerfchyn; de Pooten zyn olyfkleurig. Zy woonen in Surinamen.
Fig. 118. De Bruine met Wit gevlakte Wantz. (van V 3de. Gezin.)
■ De Sprieten beftaan uit vyf leden en zyn nevens de Pooten zwart van kleur. Het Lyf is op de onderzyde vleeschkleurig met bruine vlakjes. Wegens de witte tekening op het bruine Lendenfchild, gelykt deze Wantz naar die welke door den Heere de Geer onder de Benaamingen van de Gryze T Wantz is befchreeven en afgebeeldt: (*) maar verfchild egter
(*) De Geer Inf. Tom... III, pag. 333. n. 9. PI.
naife au Japon} dont M. Houttuin Va
recue.
Fig. 117. La Punaise au Dos luisant» (de la 3me. Famille)
Les Antennes conjiflent en cinq Articulations ; la Tête, le Corfelet, VEcusfon , & la partie écailleufe des Etuis , font d'une couleur olive brundtre , mais la partie membraneufe de ces derniers, efl vert cuivré luifant. L" Abdomen a . dans quelques - unes un beau luifant couleur violette , avec un reflet bleu clair; fi? d'autres , comme le fujet d'aprés lequel cette répréfentation efl fai te, Vont verdatre cuivré luifant. Le desfous du Corps efl brun -jaune, avec un morne reflet verdatre; les Pattes font olive. Elles vivent è Surinam.
Fig. 118. La Punaise brune tache'E de blanc. (de la 3me. Famille.)
Les Antennes conjiflent 'en cinq Arti¬
culations , fi? Jont, ainfi que les Pattes , de couleur noire. Le dejfous du Corps efl couleur de chair avec des petites taches brunes. Touchant le deffein blanc fur VEcuffon brun , cette Punaife refiemble d> celle que Monfieur De Geer a décrite fi? réprèfentée j'ous la dénomination de Punaife T grije ; (*) mais elle differe cependant quant au Jurplus du deffein fur
34. n. 9.
K



7o B E S C H R Y V 1 N G
DESCRIPTION.
wegens de overige tekening op het Borstftuk en Dekfchilden , ook zyn de tippen der laatften , nevens de Vleugelen iheeuw-wit. Ik plaatze deze Wantz in het Derde Gezin wegens de min of meer in een fcherpe punt uitloopende fchouderhoeken aan 't Borstftuk, als mede wegens de tf.ndswyze uitgefheeden randen van het agterlyf (*)• Haar Vaderland is Surinamen.
(*) Zit Inleiding bladz. 3.
Fig» np. De B o n t R u g.
(yan 't 4-de. Gezin.)
Heeft vier leden aan de Sprieten, de Kop is bruin, de Oogen donkerroodt, het Borstftuk , Lendenfchildt en Agterlyf met zwart,geel en vuilwit aartig gevlakt en getekent. Van onder, is de Borst bruin met een geelen Streep wederzyds, en het Agterlyf geel. De vliefige Tippen der bruine Dekfchilden zyn een weinig glanfig en de Vleugelen donkerbruin. De dikke Schenkels der Agterpooten hebben onderwaards een fcherpcn Doorn, welke hier wegens den ftand der af beeldinge niet kan gezien worden. Zy woond in S«rinamen en berust in het aanzienelyke Kabinet van den Wel Ed. Heere M. Houttuin.
Fig. 120. De Glanskop. (yan '■* 4de. Gezin.)
De Sprieten beftaan uit vier leden, de Kop en Hals aan 'c Oranjekleurige Bors.tft.uk zyn bleekgroen en goudglan-
le Corfelet fi? les Etuis: les pointes des der nier s ainfi que les Ailes, font auffi blanc de neige. °fe place cette Punaife dans la Troifieme Familie par rapport o ce que les coins des Epaules du Corfelet fe terminent du plus au moins en une pointe aiguë, fi? que les bords de l'Abdomen font découpés en forme de dents (*}. Son Pays efl Sürinam.
C*) Foyez V Avertijfement pag. 3.
Fig. H9' La Punaise au Dos bigarre» (de Ja 4rae. Famille)
Elle a quatre Articulations aux Antennes, la Tête brune, fi? les Teux rouge obfcur; le Corfelet, l'Ecujfon fi?7'Abdomen font tachés fi? marqués dt noir, de jaune fi? de blanc fale. Le dejfous die la Poitrine ejl brun, ayec une raye jaune de chaque cêté, fi? P Abdomen jaune. Les parties membraneufes des Etuis bruns font un peu lulfantes fi? les Ailes iïun brun foncé. Les Cuiffes épaijfes des parties poftérieures ont en dejfous une épine pointue , laquelle, relatiyement d la pfition dans cette répréfentation , -ne peut pas être vue. Elle babi te d Surinam, fi? fe yoit dans le riclie Cabinet de Monjieut M. Houttuin.
Fig. 120. La Punaise a Tete luisanté, (de la 4me. Famille.)
Les Antennes confiftent en quatre Articulations ; la Tête & le Col, vers le Corfelet orange, font vert pale fi? lui-



van de WANTZEN.
fig; het Agterlyf is, van boven, fluweelagtig zwart en heeft aan 't einde op den vyfden ring een blaauwen glanfigen vlak. Op de onderzyde, by Fig. A. is het geheele Lyf bleekgroen en goudglanzig, van gedaante rond, doch aan 't einde dikker dan naar de Borst. De Dekfchilden zyn geheel fluweelagtig zwart, zonder vliefige Tippen en met een witten dwarsband over het midden derzelven; de Vleugelen doorfchynend. De Pooten hebben eene groene glanfige kleur. Dit fraaije Infecï: is uit Surinamen en berust in het Kabinet van den Wel Ed. Heer M. Houttuin.
Ftg. in. DeGedoornde langpootige Vlieg wantz. (van *t 6de. Gezin.')
Heeft vyf leden aan de Sprieten, de
Kop is zwart, de \ Oogen bruin , in
zommige zyn dezelven wit; tuslchen deze Oogen ziet men door middel van een maatig vergrootglas twee der zogenaamde blinkende Oogjes digt by elkander geplaatst; De Zuiger is kort en omgeboogen. Het Borstftuk is vooraan , agter den Kop, met twee kleine, en aan de Schouders wederzyds met een fcherpen Doorn gewapent; op de agterfle punt van het kleine Lendenfchildt is nog een vyfde dergelyke lange, maar regt overeind ftaande Doorn geplaatst. Het Agterlyf heeft aan beide zyden eene bruine kleur; de Dekfchilden zyn niet lederagtig , maar gelyk de Vleugels bruinagtig geel en eenigzins doorfchynendt; doch hebben de laatften
DES PUNAISES. 7i
fant comme de lor; le dejfus de F Abdomen ejl noir velouté, fi? a, au bout du cinquieme anneau , une tache bleu reluifant. Tout le Corps, fuivant la Fig. A, ejl
vert pale fi?' luifant comme doré, d'une forme ronde, mais plus épais a Fextrémité que prés de la Poitrine. Les Etuis font entierement noir velouté, fans pointes membraneufes, mais avec une bande tranfverfah blanche fur leur milieu; les Ailes fonttranfparentes, fi? les Pattes d une couleur vert luifant. Ce bel Infecte vient de Surinam fi? fe voit au Cabinet de Monfieur M. Houttuin.
Fig. 121. La Punaise mouche, k Épines et longues Pattes. (de la 6me. Familie.)
Elle d cinq Articulations aux Antennes, la Tête noire; les Teux font bruns , mais blancs^ dans quelques unes ; entre ces yeux on voit, au moyen dune loupe moyenne \ deux petits Teux Li fes , phcés lm prés de l autre. La Trompe efl courte fi? recourbée. Le Corfelet ejl armé d une épine pointue a chaque coté des épdules, O de deux petites derrière la Tête • fur la pointe poflérieure du petit EcusJon , on en voit encore une cinquieme de la même longueur que celles des Epaules, mais avec la pointe droit en haut. L'Abdomen efl. d'une couleur brune de chaque coté. Les Etuis ne Jont pas écailleux, mais, ainfi que les Ailes, jannes brundtres fi? en quelque forte tranfparens; ces dermeres ayant au coté intérieur une tache brune. Ses Pattes font noires, extraorK 2



72 BESCHRYVING
EESCR1PTION
aan de binnenzyde een donkerbruinen vlak. De Pooten heeft deze Wantz ongemeen lang en zwart, en zyn , haauwkèurig befchouwt, geheel met korte hairtjes bezet. Zy woond in Surinamen.
PLAAT XVIII.
Fig. 122. De Smaragdyner. (yan V 2de Gezin.')
De Sprieten beftaan uit vyf leden en zyn, nevens de Pooten donker Itaalblaauw; De groene kleur van den Kop, het Borstftuk, Lendenfchildt en het lederagtige gedeelte der Dekfchilden , is goudglanfig ; de vier wederzydfe vlakken aan de randen van 't Agterlyf, blinken gelyk gepolyst ftaal. Op de onderzyde is het geheele Lyf bloedrood, alleen op het midden van 't agterfle gedeelte van 't zelve, zyn vier, en aan de randen, eveneens als van boven by Fig. A., mede vier donkerblaauwe glanJige vlakken geplaatst. Aan de Borst heeft zy een dergelyk vooruitfteekzel, waarvan ik op bladz. 9in de Befchryving der Javaner-Wantz gemeld hebbc, en \ welk ik aan meest alle de onder het Tweede en Derde Gezin behoorende Wantzen, volgens myne verdeeling, heb waargenoomen; Dit zeldzaame en fchoone Infect is my van de Goudkust van Afrika toegezonden»
dinairement longues, & quand on les exa* mine de prés, entierement couvertes de petits poils. Son habitation efl Surinam.
PLANCHE XVIIL
Fig. 122. La Punaise Smaragdine. (de la 2de. Famille.)
Les Antennes conflflent en cinq Articulations, & font, de même que les Pattes, d'un bleu d'acier foncé. La couleur verte de la Tête, du Corfelet, de VEcuffon , ci? de la partie écailleufe des Etuis , jette un reflet d'or. Les quatre taches, de chaque coté fur les bords de l'Abdomen, reluifent & reffemblent d de l ader poli. Tout le deffous du Corps efl rouge de fang, excepté au milieu de fa partie poflérieure , oü font placées quatre taches bleu foncé luifant , é? quatre autres de même couleur fur les bords , de la même manier e que ci-deffus par la Fig. A. Sur fa Poitrine efl une exubérance, femblable è celle dont fai fait mention d la pag. 9, en décrivant la Punaife Javanoifie, & laquelle, fuivant ma diviflon, fai obfcrvée d prefque toutes celles qui appartiennent d la Seconde & d la Troifieme Familie. Ce rare & bel lnfecle ma été enyoyé de la Cote d'or dAfrique.









van de WANTZEN.
DES PUNAISES. 73
Fig. 123. De Netswyz-dekschildige Wantz. (yan V 4de Gezin.)
Deze Wantz heeft vier leden aan de Sprieten , de Kop , Borstftuk, en 't geheele Lyf is aan beide zyden zwartagtig bruin, egter hebben de ringen , op de bovenzyde van 't agterlyf eene gryze kleur. Het geen dat deze Wantz het meest onderfcheid, zyn de aschkleurige Aderen aan de Tippen of het vliefige gedeelte der donkerbruine Dekvleugels; de eigentlyke Vleugelen zyn ligtbruin. Zy woont aan de Kaap de Goede Hoop.
Fig. 124. De Pedel-Wantz.
(yan V 4de. Gezin.)
Heeft zwarte Oogen en Sprieten. Voor 't overige is 't Lyf met de Dekfchilden bloedrood , de Tippen der laatften zwart, de Vleugelen bruin en de Pooten bruinrood. Men vind ze aan de Kaap de Goede Hoop en ook op de Kust van Coromandel.
Fig. 125. De witte Halsband. (yan 4de. Gezin.)
De Kop is bruinagtig geel, de Oogen en Sprieten zwart, als mede de Pooten; kort agter den Kop heeft het Borstftuk een witte ftreep, en een van dezelvde kleur aan 't einde van 't gemelde Borstftuk voor het Lendenfchildt. De Vleugelen zyn donkergeel gelyk zig dezelven by fig. B, vertoont,
Fig. 123. La Punaise aux Etuis a re'zeaux Vei nee. (de la 4me. Famille.)
Cette Punaife a quatre Articulations aux Antennes; la Tête, le Corfelet, fi? tout le Corps des deux cotés font brun noirdtre, avec cette différence que les Anneaux du deffus de 1'Abdomen font gris. Ce qui fait la plus grande variation de cette Punaife, ce font les Veines gris cendré aux pointes de la partie membraneufe des Etuis brun foncé. Les vraies Ailes font brun clair. Elle vit au Cap de Bonne Efpérance.
Fig. 124. La Punaise Bedfau. (de la 4">e. Famille.)
Elle h les Teux fi? les Antennes noir; tailleurs tout le Corps fi? les Etuis font rouge de fang, les pointes de ces derniers noires, les Ailes brunes fi? les Pattes brun rouge. On la trouye au Cap de Bonne Efpérance , fi? fur la Cote de Coromandel.
Fig. 125. La Punaise au Collier blanc. (de la &ne. Familie.)
La Tête efl jaune brundtre, les Teux font noir ainfi que les Antennes fi? les Pattes. Le Corfelet a, peu apres la Tête, une tache Manche, fi? une de la même couleur d fon extrémité devant VEcuffon* Les Ailes font jaune obfcur, ainfi quon les voit par la Fig. B,oit cette Punaifey yue par deffous, .eft réprèfentée les Ailes
K 3



74 BES CHRY VING fPTION
alwaar deze Wantz aan de onderzyde met uitgebreide Vleugelen is afgebeeldt. Ik heb ze van de Kust Guiné en ook van Coromandel ontfangen.
Fig. 126. De roode witcestipte Wantz. (van 't 4de. Gezin.)
De Sprieten en Oogen van deze Wantz zyn zwart, het Lyf is op de onderzyde bloedrood, de Pooten en Zuiger zwart; De Tippen der Dekfchilden wit. Fig. C. vertoont dezelve in eene vliegende geüalte, en Fig. D. is de afbeelding eener Nimph van dezelve; deze heeft het Lyf van boven ingedrukt en plat, aan de onderzyde geheel rond. Zy woond op de Kust van Coromandel.
PLAAT XIX.
Fig. 127. De groene Koolwantz. (van 't 2de. Gezin.)
De Sprieten hebben vyf leden en zyn bruinagtig van kleur, het Lyf is aan beide zyden bleekgroen, gelyk ook de Dekvleugels; de Vleugels bleek graauwagtig groen , welke kleur de Pooten mede hebben. Deze gelykt eenigzins naar de Wantz van dejeneverbesfen (Cimex jfuniperus Linn. Sp. 48.) maar ontbreekt de geele randen aan 't Borstftuk. Op de volgende Plaat heb ik eene Westindifche Wantz doen afbeelden , waarmede de laatstgenoemde meerdere overeenkomst heeft. Ik heb deze Wantz op den Witten en
déployées. Je Vai recite de la Cóte de Guinée, & une auffi de Coromandel.
Fig. 126. La Punaise rouge a points blancs. (de la ame. Familie.)
Les Antennes fi? les Teux de cette Punaife font noirs; le dejfous du Corps ejl rouge de fang, la Trompe noire, ainfi que les Pattes. Les Pointes des Etuis font Manches. La Fig. B la repréfente au vol, fi? la Fig. D efl la répréfentation de fa Nymphe , laquelle a le deffus du Corps plat fi? concave , le deffous ejl entierement rond. Elle vit Jur la Cote de Coromandel.
PLANCHE XIX.
Fig. 127. La Punaise verte des choux. (de la 2de. Famille.)
Les Antennes font avec cinq Articulations fi? brundtres; le Corps efl de chaque coté vert pdle, ainfi que les Etuis; les Ailes fi? les Pattes font dune couleur verdatre pdle. Cette Punaife rejfemble, en quelque forte , d la Punaife du Genevrier , (Cimex Juniperus , Linn. Sp. 48.) d Pexception des bords jannes du Corfelet qifelle ria pas. Sur la Planche fuivante fai repréfenté une Punaife des Indes Occidentales, d laquelle cette demiere mentionnee a plus de rapport. J'ai trouvé cette Punaife fur des choux rouges fi? fur des blancs,









van de WANTZEN. BES PUNAISES. 7S
Rooden 'Kool gevangen. Zy onthoud mais elk fe tiert auffi fur d autres platu zig ook op andere gewaslchen, als me- tes, comme auffi dans les Prairies. ' de in de Graslanden.
Um.Syfl Nat. pag. 722 N 44. Cimex Prafinus. De Gee* Inf. Tom. III. pag. 266. N. o i>«. fMiye touie verte, geoffroy InJ. Tom. I. pag. 6ö4. N. 61. La Punaife verte.
Fig. 128. De Lederagtige Wantz. (yan 't 3 de. Gezin.)
Heeft vyf leden aan de Sprieten, de Pooten van boven bruin en onder bruinagtig geel, welke laatstgenoemde kleur ook het Lyf op de onderzyde heeft. Liet Borstftuk is bezet met een menigte van kleine ingedrukte flippen, niet ongelyk aan fagrynleder. De ran den van 't Agterlyf zyn merkelyk getandt , en aan 't einde is wederzyds een zwarte blinkende platte doorn geplaatst , gelyk zulks Fig A. aanwyst. Haar Vaderland is Surinamen.
Fig. 129. De Pharaos-Wantz. (van 't 4de. Gezin.)
De hier afgebeelde is naar eene Nimph van het Wyf je dier Wantz , welke wy bladz. 19. PI. III. Fig. 20. Lett. B. hebben befchreven en afgebeeldt. Zy heeft reeds de Vleugelfcheeden en is derhalven in den laatften ftaat van Nimph. Het Lyf is ingedrukt en veel platter dan de volmaakte Wantz, de randen aan 't Agterlyf zyn een weinig verheven. Op de onderzyde is zy geheel zwart, behalven dat de ringen bruinagtig rood gevlakt zyn. Ik heb ze uit Surinamen ontfangen.
Fig. 128. La Punaise Ecailleuse. (de la 3me. Famille.)
Elle a cinq Articulations aux Antennes; les Pattes font brunes en deffus fi? jaune brundtre en deffous, de laquelle derrière couleur le deffus du Corps efl auffi. Le Corfelet efl couvert dune quantité de petits points concaves, affez femblabks au chagrin. Les bords de VAbdomen font difiin&ement dentelés , fi? aux extrémités ejl placée une épine noire platte fi? lijfe de chaqne coté ainfi que la Fig. A k montre, Son Pays ejl Surinam.
Fig. 129. La Punaise Pharaon. (de la jfve. Familie.)
Celle-ci efl réprèfentée cïaprls une Nymphe de la Fémelle de cette Punaife dont nous avons donné la defcription fi? la répréfentation, pag. 19. Pl. lil. Fig. 20„ Lett. B. Elk a déja les Fourreaux? étant par conféquent dans le dernier ét at de Nymphe. Le Corps ejl concave en deffus , fi? beaucoup plus plat que la Punaife parfaite ; ks bords de P Abdomen font un peu relevês. Exceptez les Anneaux tachés de rouge brundtre , tout le dejfous du Corps efl noir. Je fai recue de Surinam.



BESCIIRYVING
DESCRIPTION
Fig. 130. De Driekleurige-Wantz. (yan 't 4de. Gezin.)
Heeft zwarte Sprieten die uit vier leden beftaan. Het Borstftuk is zwart met bloedroode randen, en twee dergelyke vlakken op 't midden, het zwarte Lendenfchildt is mede aan 't einde met een roode vlak gefiert. De Dekfchilden hebben een dergelyken rooden rand als het Borstftuk, en voor 't overige geheel zwart. Het agterlyf is zwart en met wit geringt, maar de Borst is nevens de Pooten geheel effen zwart. Men vindze in Surinamen*
Fig. 131. De Bed- Wa n t z. (van 't 4de. Gezin.)
Dit Infe6l is in 't algemeen bekent onder de Benaaming van Weegluis, Wandluis en Bedwantz , daarvan, dat zy zig veel onthoudt in de Wanden of Muuren , doch allermeest in de houten Befchotten der Bedfteden en Ledikanten , byzonder wanneer men de Matrasfen niet genoeg reinigt of uitklopt. De jonge Wantz eerst uit het Ey gekomen, is byna wit; na de eerfte vcrhuiding worden zy bruin, en voiwasfchen zynde hebben ze eene bruinroode kleur. De Sprieten beftaan uit vier leden, de Kop is klein, de Oogen zwartbruin, de Zuiger is kort en beflaat naauwlyks de lengte van het Borstftuk, 't welk gelyk als het agterlyf, in 't midden is ingedrukt en plat, behalven wanneer de Wyfjes den Buik met Eiertjes hebben , alsdan zyn ze van boven rond, doch onder plat. Het
Fig. 130. La Punaise de trois couleurs. (de la 4me. Famille.)
File a des Antennes noires avec quatre Articulations, le Corfelet noir avec des bords rouge de fang , fi? deux taches de la même couleur au milieu. UEcuffon noir efl auffi omé d une tache rouge d l extrémité, fi? les Etuis, comme le Corfelet, font bordés de rouge. Les Pattes fi? la Poitrine font entierement de couleur noire, ainfi que le refle du Corps, excepté V Abdomen qui efl cerclé de blanc fur le noir. On la trouve d Surinam.
Fig. 131. La PuNArsE des Lits. (de la 4me. Famille.)
Cet lnfecle eft connu en général fous la dénomination de Punaife des Lits ou des Bois du Lit, parcequelle fe tient frèquemment dans les barres du lit, quoique quelquefois auffi dans les murs , mais le plus fouvent dans les Piliers, les Planches ou Bois du lit, fur tout quand on ne nettoye, ou quon ne bat pas affez fouvent les Matelots. Les jeunes Punaifes font au fortir de Poeuf prefque Manches; aprls la première métamorphofe elles font brunes; fi? , dans leur état parfait, dun brun rouge. Les Antennes confiftent en quatre Articulations; la Tête eft petite, les Teux font brun-noir; la Trompe eft courte , ayant d peine la longueur du Corfelet, lequel, ainfi que l'Abdomen , eft concave fi? plat au milieu , excepté quand les fémelles ont le ventre plein cTmtfs , étant pour lors rondes en deffus fi? plattes en deffous. L'Abdomen eft orale comme
ag-



van de WANTZEN.
DES PUNAISES. 77
agterlyf is Eirond, en beflaat uit Agt ringen (Fig. B) aan den eerften ring vind men in plaats der Vleugelen, twee langwerpige, platte hoornagtige Deelen, niet ongelyk aan de Vleug elslcheden der Nymphen van andere Wantzen , welke na de laatfte verhuidinge, Dekfchilden en Vleugelen bekomen. Het Infect is aan de randen met korte, ftompe en eenigzins gekrulde hairtjes bezet, die egter maar door het vergrootglas kunnen gezien worden. De Pooten zyn aan de Dyen dik, doch de Schenkels en Beenen dun, de voeten beftaan, gelyk van alle Wantzen, uit drie Leden.
De Bedwantz is een Nagt Infect,zy verbergt zig by Dag, en komt in de Nagt ten voorfchym In de Zomerdagen vermeerderen zy zig, koude of vorft kunnen zy niet uitftaan , maar worden bedwelmt en bewegen zig weinig. Zy kunnen egter lange zonder Vèedfel leven en komen dierhalven in de Lentetydt wederom uit hunne fchuilhoeken, als wanneer ook de door de Moederwantz gelegde Eieren uitkomen en dierhalven hun Geflacht meer dan te veel wordt onderhouden. Veeie Natuuronderzoekeren en anderen, hebben middelen opgegeven, om dit akelige en Rustverftoorende Infect te verdryven, en ten dien einde eene menigte van planten en kruiden, enz. voorgefchreven, maar wynige hebben een goed gevolg gehadt. De Terpentynolie, het aftrekzei en rook van Tabak , Osfengal en Kamfer zyn met voordeel gebruikt ; Juchtleder in behoorlyke veelheid in een vertrek ge-
im (tuf, fi? eonfifie en halt anneaux. (Fig. B) Au premier anneau on trouve, en place dAiles, deux parties ovales, plattes, de k nature de la corne, affez femblables aux Fourreaux des Nymphes dautres Punaifes, qui deviennent Etuis fi? Ailes apres la demiere métamorphofeCet lnfecle efl garni aux bords de petits poils courts , émoujfés fi? frifés, quon ne peut voir cependant que par le moyen dune loupe. Les Cuiffes font épaijfes, mais les Jambes minces; les Pieds conjiflent en trois Articles, ainfi que ceux de toutes les Punaifes.
La Punaife des lits efl un Infecte noclurne, qui fe cache dans le jour pour fe produire la nuit. Dans les jours d'Eté elles fe multiplient, mais elles ne peuvent réfifter au froid , le gel furtout les engourdit au point qu elles peuvent d peine fe remuer ; elles vivent cependant long-tems fans nourriture; par ce moyen, fortant au Printems de leurs fombres azyles, dans le tems même que les ozufs, laïffés par d'autres meres, commencent d éclorre , elles perpétuent que trep leur défagre'able engeance. Plufieurs Naturalijles fi? autres ont donné des recettes pour détruire cet inquiétant fi? tourmentant infe&e, fi? ont prefcrit dans cette yue quantité de plantes, de Drogues fifc , dont un trés-petit nombre a eu , le Jiiccez attendu. LHuile de Térébentine , la Décottim '& la fmnée de Ta* bac, le Fiel de boeuf, fi? le Camphre , ont été employés avec avantage. Du Cuir de RuJJie , mis en certaine quantité dans une chambre, chajfe ces dêtefiaL plaatse



78 BES CHRY VING
DESCR1PTI0N-
plaatst verdryft deze Gasten (*). Men heeft my verzekert,dat door het plaatzen van eenen Pot, gevuldt met het zogenaamde Eendien - Kroos, onder de Bcdftcden, deze Wantzen zyn verdreven , ook kunnen zy de Lucht van de Teer niet verdraagen. Het zekerfle middel egter is, dat men uit de Vertrekken , waarin decze Infecten zig bevinden , al het Houtwerk wegbreeke, de recten en gaaten in de Muuren wel digt voege, en de geheele Wanden der Muuren met verfche Kalk, die met Vitrioolwater gemengt is, overllryke, en zich de zindelykhcid als eigen maake.
De Spinnekoppen en Mieren zyn naar deeze Infeften zeer gretig: Ook vind men onder het Geflacht der Wantzen zelve, eenige zoorten, welke de Bedwantz vervolgen, inzonderheid de zogenaamde Drek of Vlieg- Wantz ** (Cimex Perfonatus) en veelligt dat ook die Uitlandfche Vlieg-Wantzen, op Pk XIII. Fig. 85. 86. 90 en 91. als mede die van Fig. 121. PL XVII/. met allen welken onder het 6de Gezin behooren , in de heete Luchtflreek deezen aangenamen Dienst verrigten..
bles hotes (*). On ma affuré qiïen pla-< gant un pot rempli des Lentilles aqua*tiques, fous les planches du lit, les Punaifes difparoiffient. Elles ne peuvent pas non plus fupporter l'odeur du Goudron. Le meilleur expediënt pour fe débarraffef de ces Infecles dans les chambres ou elles fe trouvent, efl de détruire tout le bois, fi? d'enduire les fentes, les trous des murailles, fi? toutes les places oh elles fe tiennent, de coudies épaijfes de chaux vive y dans laquelle on a mêléde Peau de VttrioL Par ce moyen ou obtiendra la propreté de* Jirée.
Les Araigne'es fi? les Fourmis font fort friandes de ces Infecles , fi? Ion trouve auffi dans la race des Punaifes mêmes, quelques efpeces qui redierchent celles des lits, en particulier, celle quonappelle la Punaife Mouche ** , (Cimex Perfonatus) fi? peut - être les PunaifesMouches étrangeres de la PI. XIII. Fig, 85, 86,90 en 91, comme auffi celle de la Fig. 121. PI. XVIII, avec toutes celles qui appartiennent d la 6me Famille, exécutent ce bon office dans leur Pays nat al.
Lïnn. SyjT. Nat. pag. 715. o. 1. Cimex Leftularius. De Geer, Inf. Tom. UI. pag. 296. n. 35. Punaife dts Lits. Geoffroy, Inf. Tom. I. pag. 434. n. U La Punaife des Lits. Houttuin, Nat. Hifi. I. D. X. St. pag. 324. n. 1.
(*) Om P<;t»ryen enz. voor de Motten te le•waaren* is het Juchtleder bekend; maar gedroogde Hoppe is een allerzeekerst middel, wanneer men in
hegin der Maand Maart , de Pelteryen eerst voel uitgeklopt, en als dan de Drooge hoppe daar tusfchen flrooit, en beflooten bewaart.
(*) Pour garantir Ia Pelleterie des Teignes, on connoit le bon effet du Cuir de Ruffie, mais le Houblon fee eft Pamidote le plus für, quand, au commencemenc de Mars , après avoir bien battu Ia Pelleterie, on feme du Houbloa fee, & qu'on Ia place dans un lieu fermé.
Zie hier v:or bladz. 27. PI. V. Fig.tf. C**) Voycz ci-devant fo. 27. PI. V. Fig. 3S.









van de WANTZEN.
Fig. 132. Het Dwergje. (van 't 4de. Gezin.')
Deze is een der kleinflen onder dit gezin der Wantzen. De Sprieten beftaan uit vier leden, waar van het laatfte Lidt dikker is dan de overigen. De Kleur van 'tLyf en der Pooten is Staalblaauw , de tippen der bruine geele Dekfchilden zyn nevens de Vleugels wit en doorfchynend, by Fig. C. heb ik dezelve vergroot doen afbeelden: men vind ze op onderfcheiden Plantgewasfchen , voornamentlyk op de Suuring.
PLAAT XX,
Fig. 133. De Violetkleurige Wantz. (van 't ade- Gezin.)
De Sprieten beftaan uit Vyf leden, de Oogen zyn rood , de Pooten blinkend zwart, het Lyf is op de onderzyde geel en aan 't Borststuk, wederzyds, met twee donkerblaauwe glanfige Vlakken. Zy woond in Surinamen, en is afgebeeld naar eene uit de Verzameling van den Wel Ed: Heere E. de Marre.
Fig. 134. De Groene Geelgerande Wants, (yan 't 2de. Gezin.)
Heeft vyf leden aan de Sprieten, de Oogen zyn bruin , van onder is het Lyf nevens de Pooten groenagtig Geel van kleur. Deze Wantz gelykt naar de Jeneverbezien-Wantz (Cimex juniperinus, Linn. No» 48.) doch verfchild
DES PUNAISES. 79
Fig. 132. La Punaise Nine. (de la 4me. Famille.)
Dans cette Familie de Punaifes , celleci ejl une des plus petites. Les Antennes conjiflent en quatre Articulations, dont la demiere ejl plus épaijfe que les autres. La Couleur du Corps & des Pattes ejl bleu d'acier; les Pointes des Etuis jaune brun font, ainfi que les Ailes, Manches £? tranf parentes. Je fai réprèfentée groffie par la Fig. C. On la trouve ici fur diverfès Plantes, fur tout fur l'Ofeille.
PLAAT XX.
133- La Punaise violette, (de la 2™' Famille.)
( Les Antennes font de cinq Articulations; les yeux rouges, & les Pattes noires luifantes; le Corps efl,par deffous, jaune, ê? a deux taches luifantes bleu foncé d chaque coté du Corfelet. Elle vit d Surinam, & ejl réprèfentée d'apres une de la Collection de Monfieur E. de Marre.
Fig. 134. La Punaise verte a rords jaunes. (De la 2^. Familie.)
Ses Antennes font de cinq Articulations, les yeux brun, le deffous du Corps & les Pattes vert jaundtre. Cette Pmaife resCemble d
la Punaife du Genevrier, (Cimex JuniperinusLinn. No. 48.) elle en differe cependant, ence que le bout de l'Ecu fon nejl pat L 2



8o BESCHRYVING
DE SCRIPTION.
daarin, dat het einde van 't Lendenfchildt niet geel, maar groen, en integendeel aan de zyden een geelen rand heeft. De groene kleur van 't Borstftuk en Dekfchilden blinkt gelyk Leder dat gevernist is. Men vind ze in Surinamen , en berust in de laatst genoemde Verzameling.
Eig. 135. De Pisang-Wantz. (yan 7 3de. Gezin.')
Heeft vier Leden aan de Sprieten. Het Borstftuk is aan de Schouderen wederzyds fcherp gedoorndt, en de randen van 't Agterlyf merkelyk uitgefneden en getand. Up de onderzyde is het Lyf nevens de Pooten groenagtig geel, de Zuiger van gelyke kleur, bellaat de lengte van 't geheele Lyf. Haar Vaderland is Surinamen, alwaar ze op Banana-Boom (Mufd) wordt gevonden.
Fig. 136. De vuurkleurige Wantz. (van 7 3de. Gezin.)
Het Lyf is op de onderzyde donker rood, de randen van den Buik zwart, met vyf geelagtige witte vlakken wederzyds , de Pooten blinkend rood ; de tippen der Dekfchilden bruin en glanfig , de vleugelen donkerbruin en doorfchynend. De Sprieten beftaan uit vier leden. Zy is uit Surinamen en berust in de Verzameling van den Wel Ed. Heere E. de Marre»
jaune, mais vert, fi? quelle a, au contraire r un bord jaune aux cotés. La couleur verte du Corfelet fi? des Etuis reluit comme du cuir yerni. On la trouye d Surinam, & fe voit dans la demiere Collection ci-deffus mentionnée.
Fig. 135. La Punaise du Pisang. (de la 3me Famille.)
Les Articulations des Antennes font au nombre de quatre, le Corfelet eft garni d'épines pointues aux épaules de chaque cêté, fi? les bords du Corfelet fout conjidérablement découpés & dentelés ; le dejfous du Corps, & les Pattes Jont jaune verdatre, de même que la Trompe, qui ejl auffi longue que tout le Corps. Son Pays ejl Surinam, oh elle Je trouve Jur ïArbre du Bananes (Mufa).
Fig. 136. La Punaise couleur de feu. (de la 3me. Famille)
Le dejfous du Corps ejl rouge obfeur, les bords du Vmtre font noir, avec cinq taches Manches jaundtres des deux cotés, les Pattes rouge lijfe , les bonts des Etuis bruns fi? lijj'e , les Ailes brun foncé & iranjparentes , fi? les Antennes avec cinq Articulations. Elle vient de Surinam fe trouye dans la Colleclion de Monfieur £. de Marre.



van de WANTZEN.
DES PUNAISES. Bt
Fig. 137. DeGeelspriet. (van 't 3 ie. Gezin.')
De Sprieten van deze Wantz beftaan uit vier leden en zyn donkergeel , de fchouderfpitzen eindigen in een fcherpen doorn ; een dergelyke fpitze punt is wederzyds aan de uitgefneeden randen van het Agterlyf geplaatst en fteeken ter zyden van de Dekfchilden uit. Van onder heeft het Lyf nevens de Pooten eene vuilgeele kleur. Zy is uit Surinamen, en berust in de laatstgenoemde aanzienelyke Verzameling.
Fig. 138. Het Wydbeen.
(van 't 4le Gezin.)
Deeze Wantz heeft de buitenranden van 't Borstftuk met korte doornen bezet , gelykerwys ook de verre van 't Lyf afftaande Schenkels en Beenen der Agterpooten, aan de binnenzyde, zyn gevvapent. De Sprieten beftaan uit vier Leden, de onderzyde van 't Lyf is donkerbruin , de tippen der Dekfchilden een weinig glanfig en de bruine vleugelen zyn doorfchynendt. Men vindze in Surinamen , en bevind zig nevens de eerstvolgende in de Verzameling van den Wel Ed: Heere E. de Marre.
Fig. 139. De Roode Houtwantz. (yan "t 6de. Gezin.)
De Sprieten beftaan uit vier Leden de zuiger iis kort en in een half rond omgeboogen. De Schenkels der twee paar voorfte Pooten zyn dikker dan die
Fig. 137. La Punaise aux Antennes jaunes. (de la 3me. Famille.)
Les Antennes de cette Punaife confiflent en cinq Articulation fi? font jaime foncé; les Pointes des Epaules fe terminent en une épine pointue, & Ion voit une partille
pointe aigu'è d chaque coté des bords découpés de l'Abdomen, laquelle s'éleve aux cotés des Etuis. Le defjbus du Corps fi? les Pattes ont une coideur jaune ternie. Elle vient de Surinam , & fe voit dans la derniere riche Colleclion déja mentionnée.
Fig. 13 8. La Punaise a jambes ecarte'es. (de la 4me. Famille.)
Cette Punaife a les bords extérieurs du Corfelet gamis d épines courtes, comme font aufft intérieurement les Cuijfes fi? les Jambes fort écartêes des Pattes poflérieures. Les Antennes confiflent en quatre Articulations; le deffous du Corps efl brun
foncé, les pointes des Etuis font unpeu luifantes , fi? les Ailes brunes fi? tranfparentes. On la trouye d Surinam, fi? fe voit, ainfi que celle qui, fuit dans la Colleclion de Monfieur E. de Marre.
Fig- 139. La Punaise rouge du Bois. (de la 6me. Famille.)
Les Antennes font avec cinq Articulations, la Trompe ejl courtefff courbée en demi rond. Les Cuijfes des deux paires de Pattes antérieures font plus épaijfes que les
L 3



Sa
BES CHR^V ING
DES CRIPTI ON
der agterpooten. Van onder is het Borstftuk rood , het Agterlyf bruinrood , de ringen aan 't zelve zwart. De tippen der roodgerande Dekfchilden zyn, nevens de Vleugelen, bruin en doorfchynend. Haar Vaderland is Surinamen , alwaar ze in Oude Boomen en Befchotten van Houtwerk wordt aangetroffen.
Fig. 140. De bonte Vlieg-Wantz. (yan V 6de. Gezin.)
. Het geheele lyf van deze Wantz is zwart met bruingeele doch een weinig naar 't roode hellende Vlakken. De Sprieten, welke uit vier Leden beftaan, zyn donkergeel, de Zuiger is kort , niet langer dan de Kop en omgeboogen ; de oogen uitpuilende, twee blinkende oogjes zyn agter op den Kop digt by elkander geplaatst, welke egter door 't bloote Oog niet kunnen gezien worden. Het Borstftuk is, agter den langen en buisvormigen hals, met twee doornen voorzien. De Pooten zyn blinkend zwart. De Dekfchilden en Vleugelen bruin met zwarte Aderen en beide doorfchynendt. Ik heb ze uit Surinamen ontfangen.
poflérieures. Le dejfous du Corfelet efl rouge, V Abdomen rouge brun, fi? fes anneaux noirs. Les pointes des Etuis bordes de rouge, ainfi que les Af les, font brunes fi? tranfparentes. Son Pays efl Surinam, oh elle Je trouye dans les yieux Arbres ou dans les boijages.
Fig. 140. La Punaise mouche bigarhee. (de la 6me. Famille)
Tout fon Corps efl noir avec des taches jaune brun, tirant un peu fur le rouge. Les Antennes, qui ont quatre Articulations , font jaune foncé. La Trompe ejl courte, arquée fi? pas plus longue que la Tête , les Teux font faillans, deux petits Teux lijfes fe découvrent derrière la tête , qui ne peuvent cependant être appercus dl a flmple vue, le Corfelet derrière le long Col efl garni de deux epines: Les Pattes Jont noirlijfe; les Etuis, fi? les Ailes, brun ayec des veines noires, fi? les wis fi? les aucres tranfparens. Je l'ai recue de Surinam.






JPjl . XX



van de WANTZEN.
DES PUNAISES. 83
PLAAT XXI.
Fig. 141. De Reus-Wantz.
(yan 'i 2Jy. Ge-zin. ) '
Deeze Wantz is een der grootften welke my bekent is onder allen van dit Gezin. De Sprieten beftaaan uit vyf leden , de twee kleine Oogjes zyn bruin en tusfchen de groote Netswyze Oogen op het agterfte gedeelte van den Kop geplaatst. Het Borst/luk is vol met kleine pukkeltjes gelyk Sagrynleder, het lederagtige gedeelte der Dekfchilden is bruin en met bruingcele aderen; de vliesagtige tippen derzelven zyn bruinagtig groen en glanfig: de Vleugelen zyn bruin en doorfchynendt. De onderzyde van 't Lyf is geheel bruin en glad , de Borst is voorzien met een fcherpe vooruitfteekende punt even gelyk die van Fig.. 2. op de Plaat I. De twee paar voorfte Pooten hebben ieder boven de Kniefchyf twee korte maar fcherpe doornen; de agterpooten zyn breedt en plat. Haar Vaderland is Surinamen, en berust nevens alle op deze Plaat afgebeelde Wantzen in het Kabinet van den Wel Ed. Heere W. van der Meulen.
Frg. 142. De Bloedeandigé Wantz. (van 't 2dö Gezin.')
Heeft dunne Sprieten welke uit vyf leden beftaan , het Borstftuk , lendenfchild en 't lederagtige der Dekfchilden is donkerblaauw , glanfig en met bloedroode banden en vlakken
PLANCHE XXI.
Fig. 141. La Punaise Gigantesoue, (De la 2de. Famille.
Cefl la plus grande qui me foit connue de toute cette Famille. Les Antennes
confiflent en cinq articulations; les -deux petits Teux font bruns fi? placés , entte les grands Teux d rézeau , fur la partie poflérieure de -la tête. Le Corfelet eft plein de petites concavités qui le font paroit re comme chagriné. La partie écailleufe des Etuis efl brune, veinée de jaune brun , beurs pointes membraneufes font vert brundtre fi? luftres. Les Ailes font brunes fi? tramparentes. Le deffous du Corps efl entierement brun &'polï; la Poitrine eft garnie (Tune pointe aigu'é faillante , femblable d celle de la Fig. 2. fur la Planche I. Les deux paires de Pattes antérieures ont chacune, au deffus de Pas du genou , deux épines courtes mais pointues. Les Pattes poflérieures font 'larges fi? plat fes. Son pays natal efl Surinam, fi? elle fe voit , ainfi que toutes les Punaifes reprêfentêes fur cette Planche , dans le Cabinet de Monfieur W. van der Meulen.
Fig. 142. La Punaise a bandes rouge de sang. «(de la 2dö. Famille.)
Elle a les Antennes minces , confifta'n ep cinq Articulations. Le Corfelet fi? les Etuis
font bleu foncé luifant, ornés de bandes fi? de 'taches rouge de fang , kun pointes ont un reflet vert brundtre M



84 BESCHRYVING
DESCRIP TION
gefiert, de tippen der laatstgemelde hebben een bruinagtiggroene Koperglans , de Vleugels zyn bruin. Op de onderzyde is 't Lyf bruinrood , aan de Borst met bloedroode ftreepen, en de Pooten blinkent zwart. Uit Surinamen*
Fig. 143. De Geele V.. Wantz.. (yan 't 3de. Gezin.')
De Sprieten beftaan uit vyf leden , het aan de fchouders gedoomde Borstjftuk is nevens 't lederagtige der Dekfchilden fyn gefagryneert , de randen van 't lendenfchildt zyn geel en gelyken nevens den geelen ftip aan 't einde van 't zelve , niet oneigen naaide letter V. Het Lyf is geel, de Pooten van boven zwart doch van onder geel. Uit Surinamen.
Fig. 144* De gryze gestippelde Wantz. (yan 3de. Gezin.)
Heeft vyf leden aan de Sprieten ,. het gedoomde Borstftuk en de Dekfchilden zyn op den gryzen grond met donkerbruine ftippels als gefagryneert, de tippen der Dekfchilden zyn gelyk de Vleugels, wit en doorfchynendt. Op de onderzyde is het Lyf met de Pooten Vleeschkleurig. Wanneer men deze Wantz door een maatig vergrootglas befchouwt, dan vertoont zig dezelve gelyk ze by Fig. A. is afgebeeldt. Zy woond in Surinamen*
cuivré , les Ailes font brunes , la partie inférieure du Corps ejl dun brun rot/ge avec des rayes rouge de fang fur la Poitrim. Les Pattes font noir HJfe. Elle vient de Surinam*
Fig.. 143. La Punaise V, jaune.. (de la 3»'e. Famille.)
Les Antennes confiflent en cinq Articulations ; le Corfelet, garni dépines aux épaules, eft, ainfi que le membmieux desEtuis , finemem chagriné; les bords de lEcujfon font Jannes, &, ainfi que lex pointes jannes d extrémités , ne resfembknt pas mal a la leitre V. Le Corps eft jaune , le deffus des Pattesnoir , mais en dejfous , jaune. Elk efp de Surinam.
Fig. 144. La Punaise Grise picotee(de Ia 31Iie. Famille)
Elle a cinq Articulations aux Antennes ; le Corfelet efl garni d épines , fip les Etuis , ont fur leur fond gris , des picotages brun foncé comme chagrinés; lespointes des- Etuis, ainfi que les Ailes, fontdun blanc tranfparent; le deffus du Corps & les Pattes , couleur de chair. Quand: on examina cette Punaife avec une mo enne: Loupe, elle reffemble d la Figure qui eft repréjentée par la. Lett.. A. On la tire de Surinam.



van de WANTZEN.
DES PUNAISES. 85
Fig. 145. De Stippelrug. (van 'at 4de. Gezin.)
Heeft vier leden aan de Sprieten , van welke de drie eerfte zwart en 't laatfte dik en geel van kleur is, de Kop is zwart, de Oogen wit, het Borstftuk is vooraan zwart en aan de zyden wit gerand , het overige van 't zelve is geelagtig wit met zwarte inwaardfche ftippels , het Lendenfchild en Buik is zwart. De Dekfchilden zyn zeer fyn gefagryneert en de vleesagtige tippen derzelven hebben , nevens de vleugelen , eene witte en doorfchynende kleur. Van onder is het Lyf aan de Borst , met de Pooten zwart, het agterlyf geel en aan de zyde met zeven zwarte Lugtftippen. Uit Surinamen.
Fig. 146. De Mot-uilagtige Wantz. (yan 't 4de. Gezin.)
Wanneer deze Wantz de Dekfchilden en Vleugels in den rustenden ftand heeft, dan gelykt ze niet oneigen aan die Nagtkapelletjes welken onder de Benaaming van Motten (Tinea) bekent zyn. De Sprieten beftaan uit vier leden , de Zuiger beflaat de lengte van 't Lyf, het Borstftuk en de bruine met wit gevlakte Dekfchilden zyn glanfig , van onder is 't Lyf en de Pooten zwart. By Fig, B. heb ik deze Wantz vergroot doen afbeelden. Men vind ze in Surinamen.
Fig. 145. La Punaise pi co té. (de la 4me. Familie.)
Elle a quatre Articulations aux Anten¬
nes , dont les trois premières font noires fi? la demiere jaune fi? épaijfe. La Tête efl noire, les Teux font blancs; le Corfelet efl noir par devant fi? bordè de noir aux cotés, le rejle ejl blanc jaundtre avec des petits points concaves. VEcuffon fi? le ventre font noirs *, les Etuis trésfinement chagrinés , & leurs pointes membraneufes , ainfi que les Ailes, ont une, couleur blanche tranfparente; le deffous du Corps vers le Corfelet efl noir, dt même que les Pattes , V'Abdomen eft iaune avec Cpm
petits Stygmates noirs aux cotés. Elk yient de Surinam.
Fig. 146. La Punaise -Te'igne, (de la 4.™. Familie)
Quand cette Punaife a les Etuis fi? lei Ailes fermés ou en repos , elle ne reffem.
ble pas mal d ces petites Phalénes qui font connues fous le nom de Teignes (Tinea). Les Antennes confiftent en quatre articulations ; la Ironipe comprend la longueur da Corps; le Corfelet fi? les Etuis bruns tachés de blanc font luifans. Le dejfous du Corps fi? les Pattes font noir. J ai repréjenü, par la Fig. B, cette Punaife groffie. On la trouye d Surinam.
M 2
Fin.



m BES C H RY VING
DESCRIP TION
Fig. 147. De Sluipwespagtige Wantz. (van 't 6de.. Gezin.)
Heeft vyf leden aan de Draadswyze Sprieten, de Kop is klein, de Netswyze Oogen groot,, tusfchen deze laatfte ziet- men , door hulp van 't vergrootglas , dat twee bruinroode blinkende oogjes geplaatst zyn.. Het geheele Lyf is met de Pooten bruinrood. De Dekfchilden en Vleugels zyn eveneens gekleurd en beide geheel doorIchyn en dt. Men zou op het eer/Ie Gezigt deze Wantz voor eene Sluipwesp. (Ichneumon) aanzien,. indien niet de korte omgeboogen Zuiger ,, en het bultige ,. en als uit twee (lukken beftaande Borstftuk , als mede het van boven platte en ingedrukte Agterlyf, haar een plaats onder het Gezin der, Wantzen als- van zei ven aanwees. Uit Surinamen.
BLAAT XXII.
Fig, 148. De Blinxende Wantz.. (yan f 3 Je. Gezin.)
De Sprieten beftaan uit vyf leden-, het aan de fchouders gedoomde Borstftuk, lendenfchild en Dekfchilden zyn zo. blinkende en glanfig als of't geheele. Infect van boven gevernist ware, het agterlyf heeft ,. naar. 't einde wederzyds twee fcherpe zwarte Doornen, de vliesagtige tippen der voorgemelde Dekfchilden hebben eenen groenagrigon Koperglans, de vleugels zyn bruin en doorfchynendt.. Van onder is 't Lyf ba-.uin,,aan de ringen van 't.zelve zwart
Fig. 147. La Punaise Guepe-Ichneumon. (de la 6'ne. Familie.)
Elle a cinq Articulations aux Antennes filif 'onnes; la Tête efl petite; entre les grands Teux a rézeau font placés les deux petits Teux lijfes d un rouge brun ,. quon découvre a l aide de la Loupe. ■ Les Pattes., fi? tout le Corps Jont rouge brun ; les Etuis fi? les Ailes Jont de la mme couleur fi? entierement tranfparens. Au premier coup d ozil on prendr.oit cette Punaife pour une Guepe Ichneumone fi la Trompte courte recourbe'e , fi? le Corfelet relevé en boffe fi? comme confiflant en deux pieces , de. même que PAbdomen plat ne lui donnoient une place dans la Familie, des Punaifes. Ou. ïa de Surinam.
PLAN C II E XXII..
Fig. 148. La Punaise Lisse.. (de la 311!e. Familie.)
Les Antennes confiflent en cinq Articulations , le Corjèlet d. ipaules garnies d'épines, r Ecu fon , fi? les Etuis , font liffes fi? laifans , tout comme fi. tout le dejjus de Plnjecle êtoit verni; l'Abdomen a de chaque coté, deux épines noires pointues vers les extrémités, les pointes membraneujes des dits Etuis ont un luifant verdatre cuivré; les Ailes Jont brunes fi? tranjparentes. Le dejfous du Corps ejl bnm, Jes Anneaux Jont bordés de noir,. ff Jes cotés bruns jaundtres. Elle vient
ge-









van de' WANTZEN.
DES PUNAISES. 87
gerand , ze zyn geelagtig bruin. Zy woond in Surinamen , en berust met de overige hier afgebeelde Wantzen in het aanzienelyke Kabinet van den Wel Ed. Heere W. van der Meulen.
Fig. 149. De Cassave-Wantz. (yan- 'f 4de. Gezin.)
Deze gelykt naar die Wantz welke op Plaat X. Fig* 72 en B. is afgebeeldt , maar de bruingeele aderen van de Dekfchilden heeft deze niet goudglanfig , gelyk de evengenoemde,- ook is de onderzyde van 't Lyf bruingeel , welke kleur de Pooten mede hebben. De vliesagtige tippen der Dekfchilden zyn donkergroen Koperglanzig en de Vleugels bruin. Zy word in Surinamen< veel op de Casfave-plant gevonden.
Fig. 150. De L am m e po ot. (van 't 4de. Gezinf)
De fchenkels der agterfle Pooten van deze Wantz, zyn lang en aan de binnenzyde met korte doornen gewapent, het fcheenbeen fchynt als of het in 't midden geknakt is , of uit twee. leden beftaat, 't welk egter by naauwkeurige befchouwinge geen plaats heeft. De Kop is zwart ,. de Oogen zyn bruin en de zuiger beflaat de lengte van 't Borstftuk, welk laatfte aan de fchouders fcherp gedoomd en met het geheele Lyf bruinagtig gael van kleur is. Op de onderzyde is het agterlyf zwart.. Fig. 151 (*) is de afbeelding
NB.. De Nvmmcr jj7 in de Plaat moet zyn 151.
de Surinam , ainfi que les autres Punaifes repréfentées ici , fi? fe voit dans le Riche Cabinet de Monfieur van der Meulen.
Fig. 149. La Punaise du Cassave. (de la 41Iie. Famille.)
Celle-ci refjemble d celles , qui font repréfentées fur les Planche s XFig. 72. fi? B ; mais les veines de fes Etuis ne font pas d'un luflre doré, comme les ci-deffus citées , fi? le dejfous de fon Corps , de même que les Pattes , ejl brun jaune ; les pointes membraneujes des Etuis Jont verte brun cuivré luifant, fi? les Ailes brunes. On trouve cette forte en abondance d Surinam fur la Plant e Caflave.
Fig. 150. La'Punaise a pied'Rompu.(de Ia 4H)e. Familie.)
Les- Cuijfes poflérieures de cette Pu*naife font longues fi? armées inférieure* ment de couries épines ; les jambes paroit' comme rompu au milieu, ou confiflant en deux artkles-, ce qui neft cependant pas, quand on lexamine attentivement. La 'I ête eft noire, les Teux font bruns , fi? la Trompe couvre la longutur du Corfelet , lequel eft garni d épines pointues aux épaules fi? dune couleur jaune brundtre , ainfi que toui le Corps; l'Abdomen eft noir au deffous. La Fig. 151 (*) eft une reprèfenta-
(*) NB. Le Nombre 157. fur la Planche. doit être ijl.
M 3 van



83 BES CHRY VING
van 't Wyfje cn verfchildt niet dan in de br.eeder agterpooten; heide Sexe hebben de twee paar voorfte Pooten geelagtig van kleur en de Dekfchilden en Vleugels bruin. VkSurinamen.
Fig. 152. De Bladerspriet. (van V 4deGezin.)
De gedaante der Sprieten van deze Wantz is zeer onderfcheiden van andere , het eerfte lidt derzelven is naar 't einde dikker dan aan den Wortel , het tweede en derde plat, bladeragtig en door 't vergrootglas befchouwt, als overdwars geflreept, het vierde en laatfte lidt is draadvormig en nevens de helft van 't voorgaande derde lidt geel, doch aan 't einde zwart van kleur. De Borst is aan de onderzyde zwart met bleekgeele vlakjes, het agterlyf aan beide zyden vuurkleurig; de tippen der Dekfchilden zyn nevens de Vleugels wit en doorfchynendt , de Pooten geel. Zy word in Surinamen gevonden, alwaar ze gantsch niet gemeen is..
Fig. 153. De Bruingeele VliegWantz. (yan H 6&.. Gezin.)
De Kop is zwart, de Oogen zyn bruin , het geheele Lyf en het lederagtige gedeelte der Dekfchilden is bruingeel of donker-oranjekleurig ; op het lendenfchild zyn twee witte vlakken geplaatst. De tippen der Dekfchilden en Vleugelen zyn zwart, alle zes Pooten hebben aan de beenen korte bruingeele hairtjes. De Zuiger is kort
DESCRIPTIO N.
tion de la Fêmelle, fi? ne differe que dans les larges Pattes poflérieures. Les deux Sexes ont les deux Pattes antérieures .les Etuis, & les Ailes de couleur brune. Elk vient de Surinam.
Fig. 152. La Punaise k Antennes Feujlleteés. (de la 4me. Famille.)
La forme de fes Antennes efl tres différente des autres Punaifes, leur première articulation efl plus épaijfe vers la fin qud la mine , la feconde & la troifieme font plattes, en feuille , fi? quand on les examine d la Loupe , comme rayées transverfakment ; la quatrieme fi? demiere articulation efl comme un fil épineux, fi? ainfi que la précédente troifieme articulation , jaune, mais noir au bout. La Poitrine efl noire en dejfous, avec des petites taches jaune pdle; V Abdomen ejl couleur de feu aux deux cotés ; les pointes des Etuis fi? ks Ailes font Manches fi? transparentes , les Pattes jaunes. Elle vit d Üunnam, ou elle neflpoint commun.
Fig- *53* La Punaise-Mouche Lvune brun. (de la 6»e. Famille.)
Elle a la Tête noire , fi? fa Teux bruns: tout le Corps fi? la partie écailleuje des Etuis font brun jaune ou orange foncé: deux taches Manches font placeés jur l'Ecu fon ; les pointes des Etuis fi? les Ailes Jont noires. On appercoit des petits poils brun jaune aux jambes de toutes les fix Pattes. La Trompe ejl courte fi? en demi rond recourbé, de la même
en



van de WANTZEN.
DES PUNAISES. 89
en in een half rond omgebogen gely- maniere que toutes les Punaifes qui apparkerwys alle Wantzen welke onder dit tiennent d cette Famille. On la trouve d Gezin behooren. Zy is uit Surinamen. Surinam.
Fig. 154- De Dikke gedoornde Vlieg-Wantz. (yanf 6-le. Gezin.)
Deze Wantz is geheel geelagtig asehkleurig , alleen zyn de Oogen bruin, en de voorfte Pooten aan de beenen met korte bruine hairen bezet; de tippen der Dekfchilden en de Vleugels zyn helder wit.. Plet Borstftuk is vooraan op 't eerfte gedeelte van 't zelve met twee ieinrcgt opgaande Doornen gewapent,, en de fchouderhoeken eindigen in een fcherpe punt. Zy woond in Surinamen alwaar ze zeer greetig op de Kakkerlakken aazen.-
Fig. 154. La Punaise Mouche a epines epaisses. (de la 6me. Famille.)
Elle efl entierement d un gris cendré jaundtre, excepté que les Teux font bruns, fi? que les Pattes poflérieures font garnies de poils bruns courts ; les pointes des Etuis , (S8 les Ailes font blanc clalr ; le Corfelet efl armé en ayant fur fa première partie de deux petites épines droites , fi? chaque coin des Epaules fe termine en une pointe aigue. Elle fe trouye d Surinam ou elle devore le Kakkerlaque , dont elle eji fort avide.
Fig. 155. De Mugagtige Wantz. Fig. 155. La Punaise Mouche. (yan 't 6K Gezin.) (de la 6"e. Famille.)
Heeft den Kop, Borstftuk en 't ge* heele Lyf bruinagtig tegelrood en blinkent; de fchouderhoeken van 't Borstftuk zyn met een zwarten fcherpen Doorn gewapent, de Dekfchilden en Vleugels bruin en doorfchynendt , de Pooten bruin, en door 't vergrootglas gezien, met hairen bezet.. Zy woond' in Surinamen.
Elle a la Tête , le Corfelet, fi? tout k Corps d'un rouge de fuik brundtre fi? liffe ; les coins des Epaules du Corfelet font armés d une épine noire pointue; les Etuis fi? les Ailes font bruns fi? trans parens , les Pattes brunes, fi?, en les voyant d la loupe ,- garnies de poils. Elle habite d Surinam.
*1bN*# ï-Sk-k-^
PLAAT XXII. PLANCHE XXII.
Fig. XIV. De Breede VVaterscorpioen. Fig. XIV. Le Grand- Scorpion Aquatiqjje.
Deze geijkt naar den zogenaamden Amerikaan- I! reflemble a celui qui eft nommé Payfan Amé-
schen Bofr op Plaat 1. Fig. 1. bladz. n. maar ricain,.. fur la Planche I. Fig. I.. pag t\ ; mais i!
verfchild niet alleen van denzelven wegens den bree- n'en aiffere pas feulemenc par rapport a la Trompe
den. en dikken Zuiger, maar ook wegens het maakzel large & épaifle, mais auffi par la conftruólion des
PLAAT



po BESCHRYVING
DES CRIPTION
PLAAT XXIII.
Fig. 156. De Bruine en geel gestreepte Wantz. (van 't iüe. Gezin.)
Heeft korte Sprieten welke het Infeét ter zyden aan den rand van 't Borstftuk verbergt, dezelve beftaan uit vier leden, het Borstftuk is groot en bedekt met hetzelve het geheele agterlyf, de Dekfchilden en Vleugels. Op de onderzyde is 't Lyf en de Pooten graauwagtig geel. Zy woond ia Surinamen.
PLANCHE XXIII. Fig. 156. La Punaise brune &
jaune rayée.
(de la ire. Famille.)
Elle a des Antennes courtes , quelle loge de coté aux bords du Corfelet, conflflant en quatre Articulations ; le Corfelet efl grand fi? couvre PAbdomen , les Etuis fi? les Ailes; le dejfous du Corps, fi? les Pattes font jaune verdatre. Elle habite d Surinam.
F!g. 157. De Wantz met het geele Anker op het Lendenschild. (van 7 2ie Gezin.)
Fig. 157- La Punaise a ancre jauns sur l'Ecusson. (de la 2de. Famille.)
De Kop van deze aartig getekende Wantz is geel de uitpuilende Oogen zyn bruin , de zwarte Sprieten beftaan uit vyf leden, het Borstftuk is geel en met zes zwarte ftreepswyze vlakjes geilere, op het lendenfchild is eene geele tekening welke niet oneigen de gedaante van een Anker waarvan de geele vlak op de onderfte punt van gemelde Schild de Lip of Lepel van 't zelve uitmaakt. Van onder is 't Lyf geel
La Tête de cette Punaife , joHtmnt peinte , efl jaune ; les Teux faillans font bruns ; les Antennes noires confiflent en trois articulations; le Corfelet efl jaune fi? ome' de petites taches noires en forme de rayes ; fur PEcufjon efl un deffein qui ne dijfere gueres de la figure d'un Ancre, fi? dont la tache jaune fur la pointe inférieure dudit Ecujfon rend affez bien le jet ou la cuillere dudit Ancre; le deffous du Corps efl jaune avec des petits points
der voorfte Pooten waaraan de leden en Voeten meerder naar die der Water Wantzen en niet naar Vangpoten gelyken, a's die der anderen onder dit Gefiacht beboerende. Het geheele Infecï; is blinktnt bruin , hebbende de punten der Dekfchilden een donkergroenagtigen Kopbrglans, de Vleugelen zyn donkerbruin tri -weinig doorjehynendt. De binnenzyde der Pouten is met bru ne digt aan elkander ftaande hairen kzet. Men vind ze in Surinamen,
Pattes antérieures, dont les articles fe rapprochent plus des Punaifes Aquatiques, n'étant point femblables ades Serres comme celles desuutres qui appartiennent a ce Genre. Tout l'Infe&e eft brun liffe les poinres des Etuis ayant un luifant verddtr'ü foncé. Les Alles lont brun for.cé & un peu tramparentes ; 1'intérieur des Pattes eft garni de poils touftus bruns. Oa le trouve a Surinam.
met









van de WANTZEN.
DES PUNAISES. 91
met zwarte Lugtftippen , de Pooten zyn bruin. Men vind ze op de Kust van Coromandel en berust nevens de voorgaande en alle de overigen op deze Plaat afgebeelde Wantzen in het Kabinet van den Hoogwelb. Heere Raye van Breukelerwaert.
Fig. 158* De bleekbruine cestreefte Wantz. (van 't ifte. Gezin.)
Deze Wantz is donkerbruin met bleekbruine onregelmaatfge ftreepen op den Kop , Borstftuk en groote Lendenfchildt , welk laatfte het geheele ngterlyf bedekt. De Sprieten zyn zwart en beftaan uit vier leden , de Pooten zyn bruin. Zy is van de Kaap de Goede Hoop.
Fig' 159. De Paarschkleurige bruine Wantz. (van 't 3de. Gezin.)'
Deze Wantz is Paarschagtig bruin van Kleur , alleen op de onderlle punt van 1t Lendenfchild is een bleekgeele flip geplaatst, de Pooten zyn aan de onderzyde geel ; de fchouderpunten eindigen in een fcherpen Doorn. De tip' pen der Dekfchilden en de Vleugels hebben een bleeke bruine kleur en zyn doorfchynend. Haar Vaderland is my onbekend!.
Fig. 16c. De Bruingeele Wantz. (van V 3de. Gezin.)
De Kop en het overige gedeelte van 't Lyf heeft deze Wantz bruinagtig geel, van onder is het Lyf met röyën
noirs; les Pattes font brunes. On la trouve fur la Cote de Coromandel , fi?
fe voit, de même que la précédente fi? toutes les autres répréfentées fur cette Planche dans le Cabinet de Monfieur Raye de Breukelerwaert.
Fig. 1 y 8. La Punaise brun clair rayèe (de Ia 1re Famille.)
Cette Punaife efl d'un brun foncé avec des rayes irrégulieres brun clair fur la Tête le Corfelet fi? le grand Ecujfon; ce der-nier couvrant tout l'Abdomen. Les An-tennes font noires fi? confiflent en trois articulations y fi? les Pattes brunes. Elles vient du Cap de Bonne Lfpérance.
Fig. 159. La Punaise violet brun. (de- la s-,'lie.- Famille.)
Cette Punaife efl d'un brun tirant fur lé violet, excepté qiiil y a un point faune
pdle fur la pointe inférieure de P Ecujfon ;■ les Pattes font jaune vers le dejfous; les poin-tes des Epaules fe termihent en une Epine" pointue; les pointes des Etuis fi? des Ailes ont une couleur brune pale, fi? finP franfparenPes. Son pays- rnefi inconnu.
Fig. 160. La Punaise jaune brun,(de la 3IBe. Famille.)
La Tête fi? lerefte du Corps font d'wv
'mune brundtre ; le de fous du Corps efl' Wnè de rayes formées 'par des petits pointsM vant



92 BES CHRY VING
DESCRIP TION.
van zwarte flippen gefiert, de Pooten zyn daar bruin gevlakt. Aan de fchouders heeft zy wederzyds een zwarten fehcrpen Doorn. De Sprieten beflaan, gelyk meest alle van dit Gezin,uit vyf leden. Ik kenne haar Vaderland niet.
Fig, iór. De Zaag-poot. (van '$ 4de. Gezin.)
Heeft vier leden aan de Sprieten Wélke zeer dun en hairvormig zyn. De Kleur van 't Lyf en de Pooten is bruinagtig geel, alleen hebben de tippen der Dekfchilden een donkerbruine glanfige kleur. De dikke Schenkels en Beenen der Agterpooten zyn binnenwaarts Zaagswyze getandt, of met doornagtige Hekels bezet. Zy is uit de Westindïén.
Fig. 162. De Olyfkleurige Smalle Wantz. (yan 't 4de. Gezin.)
Het Borstfluk en Lyf is zeer fmal en dun, in vergelyking van anderen in dit Gezin behoorende Wantzen , de Zuiger is zo lang als de Kop en Borstfluk te zamen ; het lederagtige gedeelte der Dekfchilden is korter en de vliesagtige tippen derzelven langer dan gewoonlyk , en zyn bruinagtig doorfchynend. De beide zyden van 't Lyf zyn Olyfkleurig. Zy woont in Surinamen.
Fig. 16*3. De Tweevlakkigr VliegWantz. (van 't 6 'e Gezin.)
Heeft den Kop klein, den Zuiger
noirs; les Pattes font tacheês de brun ; de chaque coté dés Epaules elle a une E-
pine noire pointue; les Antennes confiflent t comme toutes celles de cette Famille en cinq articulations. Je ne connois point fors Pays Natal.
Fig. 161. La Punaise a Pattes: Scieuses. (de la 4.™ Famille.)
Ses Antennes Confiflent en quatre articulations très-fines, en forme de poil; la couleur du Corps cj? des Pattes ejl jaune brundtre, feulement a-t-elle
pointes des Etuis une couleur brune luifante. Les Cuijfes & les jambes épaijfes des Pattes poflérieures font denteés en dedans comme une fcie & garnies de pointes épineujes. Elle vient des Indes Occideiitales.
Fig 162. La Punaise étroite oLivaTRE» (de la 4^. Familie.)
Le Corfelet c3? le Corps font très-étroits & minces en comparaifon d'autres Punaifes appartenant d cette Famille ; la Trompe ejl aujji longue que la Tête & le Corfelet enfemble La partie écailleufe des Etuis efl courte & leurs pointes membraneufes font plus longues qud Yordinaire , & font brundtres tranjparentes; les deux cotés du Corps font olive. Elle habite & Surinam.
Fig. 163. La Punaise Mouche a deux taches. (de la 6me. Famille.)
Elle a la Têtepetite, la Trompe courte
kort,



van de WANTZEN.
kort en omgeboogen, het Lyf is zwart doch van onder op ieder ring aan de randen van 't agfterlyf een rooden vlak, de Pooten zyn zwart maar aan 't Lyf geel. Men vindze in Surinamen.
Fig. 164. De zwartgeringde
g1eelagtige VliEG-WaNTZ-
(yan V 5de. Gezin.)
Agter den dunnen Hals aan 't begin Van 't Borstftuk heeft deze Wantz
twee kleine Doornen gelykerwys ook aan de fchouderhoeken , het Lyf is geelagtig Olyfkleurig met zwarte ringen , de Pooten. zyn van onder geel met zwart gevlakt , de bruine Dekfchilden en Vleugels zyn doorfchynendt. Haar Vaderland is de Kust
Coromandel. Fig. 165. De zwartgertngdk
geel ag ti ge Vli eg -WaNT'Z.
(yan 't 6de. Gezin.)
De Kop en Borstftuk zyn geelagtig ©Jyfkleurig T voor aan 't gemelde Borstftuk ftaan twee korte maar fcherpe Doornen , het agterlyf is wederzyds bruin , de Pooten bruinrood; het lederagtige gedeelte der Dekfchilden fchoonroodhet overige is nevens de Vleugels helder wit en doorfchynendt. Men vind ze in Surinamen*
DES PUNAISES. 63
fi? recourbée, le Corps ejl noir, feulement voit-on fur les bords de chaque Anneau de P Abdomen une tache rouge ; les Pattes font noires, mais jannes vers le Corps, On la trouye d Surinam.
Fig. 164. La Punaise mouche jaune, a Anneaux noirs» (de la 5me. Famille.)
Derrière le Col mince au commencement du Corfelet, cette Punaife a deux petites Epines de même quon en yoit auffi deux aux coins des epaules ; le Corps efl oliye jaundtre avec des Anneaux noirs ° les Pattes- Jont en bas jaunes tachées de noir ; les Etuis fi? les Ailes font de couleur brune fi? tranfparcns. Son pays efl la Cote de Coromandel.
Figr 165. La- Punaise mouche ja un a tre , a Anne a ux noirs (de la 6™. Familie.)
La Tête fi? le Corfelet font oliye jaundtre ; au devant dudit Corfelet font deux Epines courtes mais pointues ; 1'Abdomen ejl brun de chaque coté; les Pattes Jont brun rouge, mais le rejle, ainfi que les Ailes, efl' diun blanc clair tranfparent. On la trouye d Surinam»
m * PLAAT



94 BESCHRYVING
DESCRIPTION
PLAAT XXIV.
Fig- 166. De Gryse Keveragtige Wantz. (yan 't ift«. Gezin.)
Op het eerfte Gezigt zou men deze , Wantz voor een Bloemkever aanzien (*). maar de gedaante van den Kop , de Zuiger en Sprieten brengen dezelve tot het Eerste Gezin by de zogenaam,de Schild of Geharnaste Wantzen. Het Lendenfchild bedekt het geheele Agterlyf, Dekfchilden en Vleugels. Van onder is het Lyf vuilwit met vier zwarte Fluweelagtige vlakken op het Agterlyf, de Pooten zyn blinkend zwart. Zy is van de Kaap de Goede FIoop.
(f) Scarabaui Floricolce. Voet Scarab. Ord. I.
Fig* 167. De Bruine Okerkleuj rige Keveragtige Wantz. (yan v ine. Gezin.)
In geftalte komt deze overeen met de naastvoorgaande, maar de kleur aan 't Lyf is zeer verfchillende , de Pooten zyn blaauwagtig glanfig. De Sprieten hebben gelyk de evengemelde vier leden, de Zuiger heeft byna de lengte van 't geheele Lyf. Zy woond aan de Kaap de Goede FIoop.
Fig. 168. De breedgeschouderde Wantz. (van "t ifte. Gezin.)
Dezcgclykt eenigzints naar de Bruine en grys geflreepte Wantz welke op de voorgaande XXIII Plaat Fig. 156. is afgebeeldt, doch de breede uitgezette
PLANCHE XXIV.
Fig. 166. La Punaise-Scarabeé grise, (de la v*. Familie.)
Au premier coup d'ceil on prendroit cet lnfecle pour une Scarabeé (*) , mais la forme de la\ Tête , de la Trompe & des Antennes, la rangent dans la Première Famille ou parmi celles quon appelle d Bouclier ou harnachêes ; l Ecujfon couvre entierement 1'Abdomen, les Etuis, c5* les Ailes ; le deffous du Corps efl blanc file avec quatre taches noir velouté fur P Abdomen ; les Pattes font noir lifje. Elle vient du Cap de Bonne Elpérauce.
I.
Fig. 167. La Punaise Scarabeé.
ocre brun.
(de la i">é Famille.)
Elle reffembie pour la configuration d la précédent e , mais la couleur du Corps en dijfere beaucoup; les Pattes font bleuatre luifant; les. Antennes ont, comme la fusdite, quatre articulations; la Trompe efl presque auffi longue que tout le Corps. Elle vit au Cap de Bonne Efpérance.
Fig. 168. La Punaise è larges Epaules. (de la ire. Familie.)
Celle-ci refemble en quelque maniere a la Punaife Brune & Grile rayée, qui efl repréfenteê fur la précidente Planche XXIil. Fig. ijö. Mais les grands coins
fchou-









van de WANTZEN,
Ï)ES PUNAISES. 9S
fchouderhoeken doen ze genoegzaam van elkander onderfcheiden , bovendien is het Borstftuk effen bruingeel en ongeftreept ; het Lendenfchild is groot en bedekt het Agterlyf, waardoor de Dekfchilden niet dan aan de randen kunnen gezien worden. Van onder heeft het Lyf en de Pooten dezelfde bruine kleur van 't Borstftuk. Uit Surinamen.
Fig. 169. De Borstelrand. (yan V 3de Gezin.')
Heeft het Borstftuk en Lendenfchild donkerbruin , het Agterlyf aan beide zyden zwart, aan het begin van 't Borstftuk , agter den Kop zyn twee fcherpe. doornen geplaatst, de rand voor aan den Kop, en om 't geheele Lyf is met ftyve borstelagtige Hairen .bezet , by Fig-. A. heb ik deze Wantz in eene vliegende geftalte doen afbeel¬
den alwaar zy de gemelde nairen om de randen van 't Agterlyf ten duide-
lykften vertoonen. Zy is op de Kust van Afrika gevangen en berust nevens de voorigen in het Kabinet van den Hoog Welgeb. Heere Raye van Breu-
kelerwaert.
Fig. 170. De Bloemzuioster. (van f 4dü. Gezin.)
De Kop , Lyf en Dekfchilden heeft deze Wantz geel van kleur , alleen zyn de binnenranden der laatstgenoemden en het agterfle gedeelte van 't Borstftuk groenagtig ülyfkieurig , de Pooten aan de Schenkels geel , doch
avances des Epaules les rendent affez differentes l'une de l'autre , outre cela le Corfelet ejl dun brun uni jaune fi? fans rayes ; f Ecujfon eft grand fi? couvre 1'Abdomen, csjl psurquoi on ne voit que les bords des Etuis ; le dejfous du Corps fi? les Pattes Jont de Ia même couleur qm le Corfelet. Elle vient de Surinam.
Fig. 169. La Punaise k bords velus. (De la 3me. Famille.
Elle a le Corfelet fi? VEcuffon brun foncé, rAbdomen noir de chaque coté; deux Epines pointues Jont placées derrière la Tête au commencement du Corfelet; les bords au devant de la Tête, fi? fur tout le Corps font garnis de petits cheveux roides comme du poil. Je l ai réprèfentée au vol par la Fig. A.; au moyen de quoi les Jusdits poils font clairement obfervês fur les bords de l'Abdomen. On fa prife fur les CÖies d'Afrique , fi? elle fe voit au Cabinet de Monfieur Raye de Breukelerwaert. .
Fig. 170. La Punaise Suceuse de fleurs (de la 4me. Famille.)
La Tête , le Corps fi? les Etuis font
jaune , feulement les bords inférieurs de ces derniers, & la partie poflérieure des Etuis font olive verdatre. Les Pattes font jannes aux Cuiffes fi? noires aux os des Jambes & aux Tarfes. Les Antennes A7 3 aan



oö* BESCHRYVING
aan de Scheenbeenen en Voeten zwart. De Sprieten beftaan uit vier leden. Men vind ze alhier in de maanden July en Augustus op veeie Bloemgewasfen , byzonder op de Gouds- en Zonnebloemen. By Fig. B. is dezelvde door 't vergrootglas afgebeeldt.
Fig. 171. De Klissen-Wantz. (van 't 4de Gezin.)
Deze kleine Wantz wordt gemeenlyk op de Klisfen gevonden.. Het geheele Lyf en Dekfchilden is bruinagtig geel met donkerbruine ftreepjes op het Lendenfchild , de Oogen zyn zwart, gelyk ook de laatfte ring aan 't agterlyf. De Sprieten beftaan uit vier leedjes + de Vleugels zyn helder doorfchynendt en hebben aan de tippen een fchoonen blaauwen glans, 't welk uit de vergrootte afbeelding by Fig. C. te beter kan gezien worden»
DESCRIP TION.
ont cinq articulations. On les trouye w dans les mots de Juillet & JAoüt kir plufleurs Plantes de fleurs, particulierement fur le Souci & k Tcumefil. Elle efl réprèfentée par la Fig. B, d laide de la Loupe.
Fig. 171» La Punaise du Glatteron, (de la 4"*. Famille.)
On trouye ordinairement oette petite Punaife fur le Glatteron. Tout le Corps & les Etuis Jont pune brundtre avec des rayes brun foncé fur F Ecujfon; les Teux Jont noirs , de même que le dernier anneau de PAbdomen. Les Antennes confiflent en quatre petites articulations, les Atles Jont dune claire tranfparence fif ont aux pointes un beau luifant bleu , lequd on peut mieux voir par la répréfentation Fig- C, fatte par le mof en de la Loupe..









van de WANTZEN.
DES PUNAISES. 97
PLAAT XXV.
Fig. 172. De Blaauw-Poot.
(van 'f ifte. Gezin.')
De fprieten van deze Schild wantz beftaan uit vyf Leden, de Oogen zyn zwart, de Kop, Borftftuk en het groote Lendenfchild is glanzig blaauw, met een groenen weerfchyn en met zwarte vlakken geziert. De Pooten zyn blaauw dog aan de onderzyde der Schenkels donkergeel ; het agterlyf heeft op 't midden een Oranje kleurige vlak, dog aan de randen giaazig blaauw, de Lugtftippcn zyn zwart. De Dekfchilden hebben het Lederagtige gedeelte donker blaauw , dog aan de binnenzyde wit , het overige vliesagtige gedeelte derzelven is bruin en doorfchynend; de vleugelen zyn wit en aan de tippen bruin , gelyk dezelven zig by Fig. A. vertoonen. Ik heb ze van Samarang op 'de Noord- ooft-kiift van Java ontfangen , men vind ze ook op de kaften van Coromandel en Bengalen.
Fig. 173. De Sesvlakkige Gryze Wantz.
(van 't 2<]e. Gezin.)
Heeft vyf leden aan de fprieten, de Kop, het Borftftuk en Lendenfchild benevens de Dekfchilden zyn grys, en de Pooten bruin. Op de onderzyde is het Agterlyf op 't midden bleek en aan de randen donkerbruin. Men vind ze ijji de Weftindicn, en beruft nevens de
PLANCHE XXV.
Fig. 172. La Punaise a Pattes eleu.
(de la ire. Famille.)
Les Antennes de cette Punaife confiflent en cinq Articulations ; les yeux font noir, la Tête, le Corfelet fi? le grand Ecu fon, d un bleu luifant avec un reflet Chat'oyant vert fi? garnis de taches noires. Les Pattes font bleu, excepté que le deffous des Cuiffes efl jaune brun. L Abdomen a dans le milieu une tache couleur d orange & d fes bords un bleu luifant, les Stigmates font noires. Les Etuis ont la partie écailleuje bleu foncé, mais la partie inférieure eft blanche, le furplus membranneux efl d'un brun tranfparent. Les Alles font Manches, fi? brunes aux pointes, de même que celle réprèfentée par la Fig. A. Je lat regue de Samarang, au Nord-Efl de la Cote de Java on la trouve auffi fur les Cotes de Coromandel fi? de Bengale.
Fig. 173. La Punaise grise a
six taches.
(de la 2<le. Famille.)
Elle a cinq Articulations aux Antennes; la lête , le Corfelet fi? VEcuffon , ainfi que les Etuis , font gris, & les Pattes brunes. Le dejfous de VAbdomen efl brun pdle au milieu fi? foncé aux bords. Ou la trouye mx Indes Occidentales fi? elle fe voit, ainfi que les autres reprèfentèes fur O overi-



p8 BESCIIRYVING
DESCRIP TI ON
overigen op deze Plaat afgebeelde Wantzen in het Aanzienelyke Kabinet van den Hoog welgeb. Heere Raye van Breukelerwaert.
lig, 174. De Gepolijste Wantz.
(yan 't 3de. Gezin.)
De dunne fprieten van deze Wantz beftaan uit vyf Leden en hebben eene donkergeele kleur; de Oogen zyn zwart, de twee kleine blinkende Oogjes zyn agter op den geehgdgen groenen kop gepiaatft. Het Borftftuk is blinkend groen en met inwaarts geplaatfte flippen bezit; het Lendenfchild en de geelgeaderde Dekfchilden zyn als gepolyft. Op de onderzyde is het lyf op 't midden donker en aan de randen ligtgrocn, de pooten geelagtig bruin , aan 't einde van't Agterlyf is wederzyds een doornagtig uitfteekfel en de randen van 't zelve zyn tandswyze uitgefneden, gelykerwys de meeften welke onder dit derde Gezin behooren. Zy woond in Brafilien.
■ Fig. 175. De Levrywantz.
(yan 't 4de. Gezin.)
Heeft vier leden aan de fprieten; op de onderzyde is het Lyf donker vuilgeel , de fchenkels der vier voorfte Pooten zyn binnenwaarts met zeer korte doornen bezet, dog de fchenkels der agterpooten hebben twee lange fcherpe doornen , gelykerwys ook de fchecnbeenen met korte zaagswyzc zyn gewa-
cette Planche, dans le Cabinet de Monfieur Raye de Breukelerwaart.
Fig. 174. La Punaise polie.
(de la 3me. Famille.)
Les fines Antennes de cette Punaife confiflent en cinq Articulations fi? ont une couleur de jaune foncé; les Teux font noirs 6? les petits Teux lijfes font placés fur le derrière de la Tête , qui efl dun yert jaundtre; le Corfelet ejl yert lijfe fip rempli de petites concavités; 1'Ecu/Jon, & les Etuis veinés font comme polis; le dejfous du Corps efl au milieu yert fencê & clair aux bords; les Pattes Jont dun brun jaundtre; d Pextréinité de tAbdomen on yoit de chaque <êté une pointe Jaillante épineufe dont les bords Jout découpés en forme de dents de la même maniere que font la pluspart de celles qui appartiennent d la troifieme Familie. Elle habite au Breuk
Fig. 175. La Punaise Bigarreé.
(de la 4rae. Famille.)
Elle a quatre Articulations aux Antennes' , le dejfous du Corps jaune brun te mi, les Cuijfes des quatre Pattes antérieures Jont garnies d l'intérieur tfe petites épines, mais les Cuijfes des Pattes poflérieures ont deux longues épines pointues, de la même maniere que les jambes en Jont auffi arrnês de . petites en forme de j'cie.
pent.



van de WANTZEN.
DES PUNAISES, 99
pent. Men vind ze in de Ooftindien, dog het voorwerp , waarnaar deze afbeelding gemaakt is de eenigfte welken ik gezien heb.
Fig. 176. De Bruinroode Wantz.
(van 't 4de. Gezin.)
Deze Wantz heeft op de onderzyde van 't Lyf dezelfde bruinroode kleur gelyk het Borftftuk en het lederagtige gedeelte der dekfchilden op de bovenzyde. De fpvieten beftaan uit vier Leden. Haar Vaderland is Surinamen.
Fig. 177. De, Zwarte V.
(yan 't 4de. Gezin.)
Heeft het Lyf aan beide zyden bruinagtig Menierood met zwarte ringen, de Schenkels , de Pooten zyn bruin okerkleurig en de Beenen der vier voor/ten bruin , het bleekroode lendenfchild is zwart gerand, waar door zig het zelve als een zwarte Letter V op den rugge van 't Infect vertoont. De Vleugels zyn wit en doorfchynendt. Zy woond in de JVeflindien.
Fig. 178. De Goyaven Wantz.
(van 't 4de Gezin.)
De Kop van deze Wantz is zwart, de Hals wit, het Borftftuk en het Lyf is donker Oranjekleurig ; de Sprieten en Pooten zyn zwart. Men vind ze in
On la trouve aux Indes Orientales , quoique le fujet dont celle-ci ejl tirée, ejl le Jeul que fai vu,
Fig. 170*. La Punaise rouge brun.
(de la 4n>e. Famille.)
Elle a le dejfous du Corps, de même que_ le Corfelet & le deffus de la partie écailleufe des Etuis, d'un rouge bnm. Les Antennes confiflent en cinq Articulations. Surinam efl Jon Pays natal.
Fig. 177. La Punaise V, noire.
(de la 4™. Famille.)
Son Corps ejl des deux cotés rouge de plomb brundtre avec des anneaux noirs; les Cuijfes font ocre brun & les jambes des quatre Pattes antérieures brunes; l'Écusfon rouge pdle efl bordé de noir, cefh pourquoi elle Je prèfente comme la lettre Vy en noir fur le dos. Les Ailes font Manches fi? transparentes. Son habitation ejl aux Indes Occidentales.
Fig. 178. La Punaise du Goyavier.
(de la 4°^. Familie.)
Sa Tc te ejl jaune, le Col blanc , le Corjelet fi? le Corps orange foncé. Les Antennes fi? les Pattes font noires. On la trouve d Surinam fur le GoyaO 2 suri-



ioo BESCHRYVING
Surinamen op de Goyaven-boom, (Pfidio.) (*)
(*) By Juffrouw Merian Sur. Inf. PI. 19. is ten Tak van dezen Boom afgebeeldt.
Fig. B. De Blinkende Wantz.
(van V 3de. Gezin.)
De hier afgebeelde is eene verfcheidenheid van die welke op de XX^e Plaat by Fig. 148 is te vinden. Het Borftftuk, Lendenfchild en Dekvleugels zyn zeer glad en blinkend , het Lyf is aan beide zyden nevens de Pooten geel van kleur. Men vindze in Surinamen.
PLAAT XXVI.
Fig. 179. De Macai-Wantz.
(van V 3de. Gezin.)
De fprieten van deze Wantz beftaan uit vyf Leden , de hoeken aan de Schouders van het Borftftuk puilen een wynig uit, het Lendenfchild is klein, maar de Dekfchilden zyn geheel I.ederagtig, de Vleugels donkerbruin, dog het Lyf heeft aan beide zyden dezelfde bmine kleur gelyk als het Borftftuk zig in de afbeelding vertoont. Zy word in Surinamen op de Weft-indifche Diftelplant gevonden (f).
(f) De afbeeldingen van deze Plant is ^Merian Sitrc. Inf. PI. 6. te vinden.
DES CR IP TIO N.
vier CPfidio). (*)
(*) UneBranche de cet Arbreeft repréfénréepar Mademoifelle Merian. Sur. Inf. PI. 19.
Fig. B. La Punaise Lisse.
(de la 3me. Famille.)
Celle - ci ejl une yariation de la Punaife réprèfentée fur la Planche XXw.'Fig. 148. Le Corfelet, VEcuffon & les Alles Jont trés-polies & li ff es, Le Corps ejl, des deux cet és, ainfi que les Pattes, de couleur jaune. On la trouye d Surinam.
PLANCHE XXVI.
Fig. 179. La Punaise Mac ai.
(de la 3 me Famille.)
Les Antennes conjiflent en cinq Articulations , les Coins des Epaules du Corjelet font un peu faillans , l Ecujfon efl petit, mais les Etuis Jont entierement écailleux; la Couleur de* At les efl brun foncé, le Corps ejl , des deux cotés , de cette même couleur brune que le Corjelet fait voir dans la répréfentation. On la trouve d Surinam fur la Plante du Chardcn des Indes Occidentales. (f)
Cf) Li reptcTentuior! de cette Plante fe trouve Au la PI. 6. Sur. Inf. par Mllc. Meriau
Fig.









tan djc WANTZEN.
DES PUNAISES. lor
lig. 180. De Groengerande Wantz.
(van 't 3de. Gezin.)
De fprieten beftaan uit vyf Leden, het Borftftuk is aan de Schouders een weinig puntig uitftekend ; het zwarte Agterlyf is aan de randen groen en aan 't einde met twee doornagtige Hekels
voorzien , van onder is t Lyf en de
jrooten groen, de Dekichilden zyn mede groen , dog naar de einden bleek rood geftreept, de Vleugels hebben eene witte en doorfchynende kleur. De Heer J. C. Sepp heeft ze uit Duitfchland ontfangen en dezelve my ter Afbeelding mede gedeelt.
Fig. 181. De Bonte Dikspr'Et.
(van 't 4de. Gezin.)
Deze Wantz heeft vier leden aan de fprieten , van welke het derde aan 't einde breed , rond en plat is , twee kleine blinkende Oogjes zyn een weinig agterwaarts tuflchen de twee groote NetswyzeOogen op den Kop geplaatft, de zuiger is lang en beflaat twee derden der lengte van 't geheele Lyf. De Dekfchilden zyn voor 'tgrootfte met geeiagtige fterke aderen doorweven, de Vleugels hebben eene Violetkleur welke doorfchynend is. -Op de onderzyde is het Lyf aan de Borft zwart met rood gevlakt , het agterlyf is in 't midden, gelyk als van boven gekleurt en aan de randen met roode en zwarte vlakken; de Pooten zyn bruin, de agterften aan
Fig. 180. La Punaise a bords verts.
(de la 3me. Familie.")
Les Antennes confiflent en . cinq Articulations; les pointes des épaules du Corfelet ont une petit e faillie , 1'Abdomen noir , fur les bords vert , efl pourvtt aux extrémités, de deux pointes épineufes. Le desfious du Corps fi? les Pattes Jont vert; les Etuis Jont auffi vert , mais Jlriés d im rouge pdle proche des extrémités. Les yiiles ont une couleur Manche & transparente. Monfieur J. C. Sepp Pa recue d'Allemagne fi? me la communiqués pour en faire cette répréfentation.
Fig. 181. La Punaise bicarr^es , aux Antennes éfaisses.
(de la 4me. Famille)
Cette Punaife a quatre Articulations aux Antennes , dont la. troifieme ed au bout large, ronde fi? platte ; deux petits Teux li fles font placés un peu en arriere fur la 'féte ent re les deux grands Teux d ré ze au; la Trompe efl longue , couvrant les deux tiers de la longüeur de tout le Corps. La plus grojfe partie des Etuis efl entrelaae de'larges vei nes jaundtres; les Ailes ont une couleur violette tranfparente; le deffous du Corps fur la Poitrine efl noir tache té de rouge , / Abdomen eft coloré de la même maniere au milieu, ayant aux bords des taches rouges. & noires. Les Pattes font brunes , les poflérieures étant épaijfes aux Cuiffes, fi?: les jambes aux cotés extérieur fi? intérieur garnies d une membranne platte. O 3 de



102 BESCHR Y V ING
DESCR1PTION
de Schenkels dik , en aan de Scheenbeenen aan de buiten en binnenzyde met een plat vlies bezet. Zy is uit Ooft-indien , en beruft nevens de drie volgende zoorten in het Kabinet van den Hoog wel geboren Heere Raye van
B ilEUKELERWAERT.
Elk vient des Indes-Orientales fi? fe voit, ainfi que les trois fuivantes fortes, dans le Cabinet de Monfieur Raye de Breu-
keler waart.
Fig. 1S2. De Bruine Dikspriet.
(van 't ^Gezin.y
Veelligt is deze het Mannetje der naaftvoorgaande Wantz , want die is een Wyfje , en de hier afgebeelde was een Mannetje ; de fprieten derzelven komen nagenoeg met elkander overeen , zynde het ronde blaadje aan het derde Lidt ligt geel van kleur; het Agtcrlvf is op 't midden Menie - rood , aan de zyden zwart en aan de randen met bruingeele vlakjes getekent. Op de onderzyde is het Lyf bruin zonder eenige andere tekening , de Pooten zyn ook bruin, de agterften veel dunner en aan de fcheenbeenen zonder die gemelde Vliezen , welke wy by 't Wyfje aanmerkten. Haar vaderland is Ooft-indien.
Fig. 183. De Hartvormige Borst- Fig. 183. La Punaise porte-bouclier schild.draagster. en forme m Coeür
Fig. 182. La Punaise brune a Antennes épaisses.
(de la 4*e Familie.)
Peut ■ être celle - cl efl le Mdle de la pénultieme Punaife, qui efl une Fêmelle, fi? le Jujet de cette répréfentation étoit tin Male. Leurs Antennes ont affés de resfemblance, lapetite feuille ronde de la troifieme Articulation étant dun jaune clair. LI Abdomen eft rouge de plomb au vdlieu, noir aux cotés, cj* marqué de petites tdches jaune brun fur les bords. La partie inférieure du Corps efl brune fans aucun desJein; les Pattes jont auffi brunes, les postérteures beaucoup plus minces fi? fans le; fusdttes Membranes aux Jambes que nous avons obfervées d la Fémelle. Son Pays efl les Indes-Orientales. J
(von V 4de Gezin.)
(de Ja 4»e. Famille.)
De zonderlinge gedaante van'tBorft- La forme particuliere du Corfebt ma fluk dezer Wantz heelt my aanleidin- porté d la fusdite dénommdtioni. T lLs ge ter gemelde Benaaming gegeeven. du Corps, la Poitrine, l Abdomn ies Op de onderzyde is de Borft, het Ag- Pattes font de la même f*S5 tcrlyfendePocten van dezelfde bnmfe brun, Lfi que VAWm^t^e
Oran-









van de WANTZEN.
DES PUNAISES.
103
Oranjekleur, gelyk het Agterlyf en het ècailkufè du dejfous des Etuis. Elk vient
lederagtig gedeelte der Dekfchilden op des Indes - Orientales. de bovenzyde. Zy is uit de Oojl-indien.
Fig. 184. De SuruNAAMscHE Fig. 184. La Punaise Chevaliere de Ridder- W a n t z. Surinam.
(yan ]t 4de. Gezin.)
Deze heefc veeie overeenkom!! met eene Europifchen Wantz , welke de Heer Linnjeus , met den Naam van Cimex Equejlris getytelt heeft ; alleen is dezelve grooter dan de laat/lgemelde (*). Op de onderzyde is de Borft bloedrood met zwart gevlakt, het Agterlyf mede rood en zwart geringt, de lugtftippen en Pooten zyn ook blinkend zwart. Zy is uit Surinamen.
(de la 4'^. Famille.)
Celle - ci a beaucoup de reffemblance avec une Punaife Européenne que le ce'lebre LinNïEUs a titréedu nam de CimexEqueilris • feulement efl-elle plus grande que cette derrière (*). Sur la partie inférieure Ja Poitrine ejl rouge de Jang avec des taches noires; VAbdomen ejl auffi rouge avec des anneaux noirs; les Stigmates fi? les Pattes Jont auffi noir lijje. Elle ejl de Surinam.
(*) Linn. Syft. Nat. pag. 726. r,o. 77. Zie (*) Urm. Svft. Nat. ras. 72^ No r> Vnvii»
'%.on™ ^orgaande PI. F LIL Fig. 57. b. en PI. atóïi ia piccéaètue. Pl. VIII. Fig. '07. B.&pilxv
A-r. rig, 99. Yig. 99.
PLAAT XXVII. PLANCHE XXVII.
Fig. 185. De Wandelaar. Fig. 185. La Punaise Pelerin.
(van V 2^. Gezin.)
(de la 2™. Famille.)
De fprieten van deze Wantz beftaan Cet Infecte a lts Antemies noires wc
uit vyf leden en zyn zwart, de Oogen cinq Articulations fi? des grands Teux Jafi
zyn groot en uitpuilende. Op de on- lans. La partie inférieure du Corps ejl
derzyde is het Lyf eveneens getekent également marquée que f F cv fon S les
als het lendenlchiid, en de Dekvleugels, Etuis, c'ejl a dire jaune grlfatre avec des
te weeten grvsagtig geel met donker- taches brun foncé. Les Pattes font fauüz
bruine vlakken ; de Pooten zyn bruin- bnmu On la trouvée fur la Cote de Cmo-
geel. Zy word op de kuiten' Coronmi- mandel fi? d Bengale. del en Bengalen gevonden.
Linn. Syft. Nat. pag. 721. No. 40. Cimex Peregrinator. Suujsrs Gefch. tag. 97. Tak 10. Fi-. 11.
Fk-



104 BESCHR Y VING
DESCRIPTION.
Fig. 186. De Pisang-Wantz.
(yan V 3de. Gezin.)
Op de voorgaande XXfte Plaat Fig. 135. hebben wy het Wyfje van deze Wants afgebeeldt; deze is het Mannetje 't welk op beide zyden van 't Lyf, benevens de Pooten eene geele kleur heeft, de Schouders en de randen van t Agterlyf zyn fcherp gedoornt. Sulze geeft in dëszelfs Gefchichte der Infetlen pag. 96. Tab. 10. Fig. 8. de afbeelding van eene Wantz welke met deze eenige overeenkom!! heeft. Edog is die geenzins de Cimex Amnthark Linn. ne. 38. want de eigentlyke Acantharis van Linne, behoordt onder myn 63t-' Gezin , 't welk door den Prof. Fa Rictus als een byzonder Geflacht onder de Benaaming Reduyius, van de Wantzen is afgezonderd
Fig. 187. De Roosen Wantz.
(yan V ade. Gezin.)
Dit kleine Wantzie heb ik gemeenlyk in de zogenaamde Proyintie Roos gevonden ; het heeft vyf leden aan de fprieten, de onderzyde van 't Lyf is op 't midden Bruin en aan de randen Afchkleurig t de Pooten zyn ligtbruin. De tippen der Dekfchilden zyn nevens de Vleugels helder dcorfchynent. By Eg. A is dezelve door het vergrootglas afgebeeldt.
Fig. 186. La Punaise de Pisang.
(de la 3me. Famille.)
Sur la Planche précédente XX™. Fig. 135. nous avons repréfenté la Femelle de cette Punaife; celle ■ ci en ejl le Mdle, dont les deux cotés du Corps, comme les Pattes, font d une couleur jaune. Les Epaules fi? les bords de f Abdomen font garnis d épines pointues. Sulzer , dans Jon Hiftoire des infecles pag. 96". Table 10. Fig. 8. donne la répréfentation cl une Punaife, qui a quelqüé reffemblance d celle-ci, cependant celle-ld n 'efl du tout point la Cimex Acantharis, Linn. No. 38; car la vraie Aeantharis appartient d ma 6'M. Famille, de laqudle le Prof, Fabricius fait un genre particulier fous la déhomination de Reduvius.
Fig. 187. La Punaise desRoses.
(de la 2 ie. Famille.)
Cefl généralement fur les Rofes de Provins que j ai trouvé cette petite Punaife ; elle a cinq Articulations aux Antennes; la partie inférieure du Corps efl brune au milieu fi? gris cendré aux bords. Les Pattes font brun clair fi? les pointes des Etuis , ainfi que les Ailes, d'une claire transparence. Elle eft réprèfentée paria Fig. A, grojjie b la Loupe.



van de WANTZEN.
DES PUNAISES. 105
Fig. 188. De Bruine DikSchenkel.
Fig. 188. La Punaise erune a cuis-
ses épaisses.
(van 't 4de. Gezin.)
(de la 4me. Famille.)
De fprieten van deze Wantz zyn on- Les Antennes font extraordinairement gemeen lang , en beftaan uit vier Le- longues, fi? conjiflent en quatre Articuladen ; het geheele Infect is. bruin een tions. Tout l lnfecle ejl brun tirant un wynig naar het roode hellende. De peu fur le rouge. Les Cuijfes épaijfes des dikke fchenkels der agterpooten, heb- Pattes poflérieures ont d la jointure des geben by 't gewrigt der kniebuiging eene noux un creux ou concavité dont les bords holte of gootje, 't welk ter zyden met font garms dépines. Cefl dan* cette conkorte doornen is bezer; in dit gootje cavité que l lnfecle place fes j'.tubes quand plaatft het Infect de Beenen, wanneer */ efl dam un état de repos. Je lai het zig in den ruftenden ftand bevindt, rcgue du Cap de Bonne Éspérance fi? Ik heb ze van de Kaap de Goede Hoop en auffi de Surinam. ook uit Surinamen ontfangea.
Fig. 189. De Acajou-Wantz. Fig. 189. La Punaise de l'Ac^jou.
Deze fierlyke Wantz heeft het Lyf Cette belle Punaife a la partie inférieure
op de onderzyde Karmozynrood met du Corps cramoify tachete de noir, les An-
Zwart gevlakt; de fprieten zyn zwart ternes font noires confiflent en quatre
en beftaan uit vier leden , de Pooten Articulations, les Pattes jaune brun avec
bruingeel met zwarte vlakjes; de dikke des petites taches noires; les uiffes épaifes
fchenkels der Agterpooten zyn inwaarts des Pattes poflérieures font garnies d'épines
gedoomd en over 't geheel met pukkels d l intérieur, fi? par-tout cornet tes de pe-
bezet en als gegranuleert. De Dek- tits picots fi? comme grénelées. Les Etuis
fchilden zyn zwart met rood gevlakt, font noirs tachés de rouge ; les Ailes ont
de vleugels hebben eene bruine kleur, une couleur brune. On l a trouvée d Suri-
Zy word in Surinamen op den Acajou- nam fur /'Acajou. Boom gevonden.
(van 't 4de. Gezin.)
(de la 4nie. Famille.)
P Fig.



ioS BESCHRYVING
E ESCR1PT10N
Fig. 190. Het Zuiolandsche Geele Schild.
(van f 4dc. Gezin.)
Deze Wantz heeft de fprieten, Oogen en Pooten zwart ; het Borftftuk bruin met een donkergeelen dwarsftreep over het zelve, het Lendenfchild en de Dekvleugels zyn ook donkergeel, het Agterlyf is bruin aan de zyden en van onder bruinagtig geel. Zy is my door den Wel Ld. Heer Blomfield vereert, met verzekering dat dezelve op eene der Eylanden in de Zuidzee is gevangen.
Fig, 191. De Wantz der Caf-
feeoomen.
(van V 4de. Gezin.)
. De fprieten , welke uit vier Leden beftaan, zyn zwart, de Kop en Oogen bruin, het Borftftuk bruingeel, met een bruin vlakje naby den Hals, het Lendenfchild is zwart, het Agterlyf donker geel met roode ringen en byna aan 't einde van 't zelve een zwarten vlak. De Pooten hebben eene ligtbruine kleur. Men vind ze in Surinamen op den Cojfyboom.
Fig. 192. De Vlieg wantz met den Zadelrug.
(yan 't 6de. Gezin.)
De handvormige fprieten van deze Wantz beftaan uit vyf leden; vooraan den. Kop zyn twee doornen,, aan 't be-
Fig. ico. La Punaise du Sud a.
bouclier jaune.
(de la 4me. Famille.)
Cette Punaife a les Antennes, les Teux les Pattes noir, le Corfelet brun, ayant par deffm des ft nes transverfales jaunes; VEcuffon & les Etuis Jont aufji jaune foncé; ïAbdomen eft brun aux cotés & jaune brundtre par deffous. Elle ma été communiqué par Monfieur Blomfield, avec ajjurance qu'on la prijs dans une des lfles de la Mer du Sud.
Eg. 191- La Punaise de VArbre. du Caffé.
(de la 4me. Famille.)
Les Antennes, qui confiflent en quatre Articulations, font noires, la Tête & les Teux brun, le Corfelet jaune brun avec une petite tdche brune proche du Col. VEcusfon eft noir, l'Abdomeu jaune foncé avec des anneaux rouge, a , une tache 110tre vers fon extrémité. Les Pattes font d un brun clair. On la trouve a Surinam fur 1'Arbre du Caffé.
Fig. 192. La Punaise Mouche k Dos Sellé.
(de la 6™. Familie.)
Les Antennes filiformes de cette Punaife confiflent en cinq Articulations; au demit de la Tête font deux épines; on









van de WANTZEN.
DES PUNAISES. 107
gin van het Borftftuk heeft zy ook twee dergelyke als mede aan 'c einde van 't zelve of naby het Agterlyf : Dit Borftftuk is in 't midden als ingedrukt en loopt aan 't begin en einde opwaarts, waardoor hetzelve de gedaante van een Zadel vertoont. Ik heb daarom het gemelde Borftftuk nevens de ondervleugels by Fig. B. van ter zyde doen af-, beelden , waardoor men zig een duiderlyker begrip der gedaante van het zelve kan voordellen. Het geheele lnibci is ligtbruin van kleur , zynde alleenlyk de Dekfchilden geelagtig geadert en de Vleugels wit en doorCchynem. De Zuiger is kort en omgeboogen. Haar Vaderland is Surinamen (*).
C*) Wegens onopleVend'uid van den Corrigeerder tin in hit voorgaande dde Stuk op bladz 63. twee Mn lerende Drukfouten overgefla«en. De eerfte is in het bspmUn van 't Gezin der 164.. Figuur , daar ftaat ou/er de Henaamïrige derzejve: (van 't 5.ie Gezin.) mo t zyn . (.van 't 6de Gezin) De tweede en grover Druk; out is in de Benaaming van Fig. I65. alwaar men vind: De ZwariGiuincde Geel '.guge enz Hier gelieve de Geëerde Lezer
het volgende te Jtellen. L»e Kood en Wir gevleu¬
gelde vl.'egwantz.
plaat xxvnr.
Fig. 193. De Surinaamsche Roodpoot.
(yan V 2iie. Gezin.)
Deze Wantz heeft vyf Leden aan de fprieten , de Kop, Borftftuk en het Jederagcige gedeelte der Dekfchilden is donkergroen en als Sagrynieder gepukkelt, de tippen der evengemelde ichilden hebben eenen donkergroenen ko-
on en voit auffi deux [emblabïes au commence-
ment du Corjelet, de même qua Jon extrémitè aupres de ïAbdomen. Ce Corjelet ejl au milieu comme concave en Je relevant au commencement fi? d la fi$\ de maniere quil montre ajjez bi en la forme iïune Jelle. C ejl pourquoi fai fait reprefenter par le coté le fusdit Corfelet fi? les Ailes inférieures par la Fig. B, au moyen de quoi on peut fe former une idee clair e de Ja forme. Tout llnje&e efl brun clair, les Etuis feulement étant veinés de
jaundtre fi? les Ailes Manches fi? tranfparentes. La Trompe efl courte fi? arquée. Son Pays efl Surinam (*).
(*) Par inattention du Correfleur, deux fautes nuifibles fe font ghffées dans la précédente 6me. Cahier, pag. 63. La prémière eft en déterminant la Familie de la Fig 164, au bas de laquei'e eft fa dénoruination , („ de la jme. Familie'") doif être (de la 6me. Famille.) La 2de. & plus groffc faute eft dans la dénomination de la Fig. 16c. ou Pon trouve, La Punaise
Jaun/vire, &c." Le refpeclable Leöeur aura la bonté d'y fubftituer ce qui fui:: La Punaise Mouche a Ailes Rouge et Blanches.
PLANCHE XXVIII.
Fig. 193. La Punaise de Surinam a Pattes rouges.
(de la 2de. Famille.)
Cette Punaife a cinq Articulations aux Antennes; la Tête, le Corjelet fi? la partie écailleuje des Etuis font vert brun fi? picotés commé du chagrin. Les Pointes ats dits Etuis ont un vert foncé avec un reflet cuivré; les Ailes font brunes; le dejjiis de P 2 per-



io8 BESCHRYVING
I>E SCRIPTION
perglans, de Vleugels zyn bruin. Het Agterlyf is van boven , zwartbruin en 'aan de randen bruinrood; op de onderzyde is het geheele Lyf bruinagtiggeel en met blinkende zwarte ftreepen geziert. De Zuiger en Pooten hebben eene fchoone roode kleur. Men vind ze te Surinamen in de Graslanden.
Fig. 194. De Roodgerande Zwarte Wantz.
(yan 't zAe Gezin.)
De fprieten van deze Wantz beftaan uit vier Leden , van welke het laatfte bruingeel en de drie eerften zwart van kleur zyn ; de Kop nevens de overige dcelen van 't geheele Infeft is zwartbruin , behalven eene bleekroode ftreep op 't midden van 't Borftftuk en een ftip van dezelfde kleur die op 't begin van 't Lendenfchild geplaatft is; de tjp van dit Iaatftgenoemde, nevens de rand van 't Borftftuk en agterlyf bloedrood. Op de onderzyde zyn de vyf laatfte ringen van 't Agterlyf wederzyds met vyf blinkende ronde roode vlakjes geziert; de Pooten zyn zwart. Zy woond in Sw rinamen.
Fig. 195. De Cacao-Wantz.
(van 't 2de. Gezin.)
Heeft vyf Leden aan de fprieten, de Kop, Borftftuk en Dekfchilden zyn geelagtig en met veeie kleine door elkander loopende ftreepjes en ftippels getekent, zommige hebben op de even-
ïAbdomen eft brun noir , fi? aux bords rouge brun. Touie la partie inférieure du Corps efl jaune brundtre omée de flries noires lijfes. La Trompe fi? les Pattes ont une belle couleur rouge. On la trouve d Surinam dans les Prairies.
Fig. 194. La Punaise noire i
bords rouges.
(de la 2J- Famille.)
Les Antennes confiflent en cinq Articulations, dont la demiere efl jaune brun fi? les trois premières noires; la Tête, ainfi que tout le refie du Corps de Pinfe&e efl brun noir, excepté une raye rouge pdle au milieu du Corfelet, fi? un point de la même couleur placé au commencement de PEcujfon, les pointes de ce dernier, de même que le bord du Corfelet fi? de P Abdomen , font rouge de fang. Les cinq dernier s Anneaux de P Abdomen font ornés par dejfous de cinq petites taches rouges li fes fi? rondes de chaque coté. Les Patfes font noires. On la trouye d Surinam.
Fig, 195' La Punaise du Cacao.
(de la 2de. Famille.)
Elle a cinq Articulations aux Antennes; la Tête, le Corfelet fi? les Etuis font jaundtre avec un grand nombre de petites rayes fi? pointes s'entremêlant. Quelques unes ont fur lesdïts Etuis une
ge-



van de WANTZEN.
DES PUNAISES. 109
gemelde Schilden eenen rooden weerlchyn. Het Agterlyf is , van boven zwart, aan de randen, en op de onderzyde geel van kleur. De Pooten en Zuiger zyn zwart. Men vindze in de Weft-indkn op den Cacao-Boom.
Fig. 196. De onbestendige Wantz.
WO
(yan rt ^ Gezin.)
Van deze Wantz vind men veeie verfcheidenheden, welke egter maar alleen in de kleur beïlaan. De hier afgebeelde is een Wyfje , 't welk den Kop, Borft- en Lendenfchild bruingeel van kleur heeft, aan den tip van laatftgenoemde fchild is een klein zwart ftreepje, de Dekvleugels zyn groen aan de einden witagtig graauw en doorfchynend, de vleugels hebben eene heldere witte kleur. Op de onderzyde is 't Lyf
benevens de Pooten bruingeel, de Oogen zyn zwart, welke kleur de lprie-
ten , die uit vyr leden oeitaan , ook hebben. De twee kleine blinkende Oogjes, fchitteren , door het vergrootglas befchouwt, gelyk een paar Robyntjes. Zy woond in Surinamen.
Fig. 197. De Wantz met den gesfleeten Kof.
(yan 't 3de. Gezin.)
Het vooruitftekende plaatje, 't welk den Kop der Wantzen in 't algemeen bedekt, is aan deze als in tweën gefpleeten en vertoont zig gelyk de zogenaamde
Chatoyant rouge; 1'Abdomen ejl en hout noir, fi? aux bords, comme aujji en dejfous, jaune. Les Pattes fi? la Trompe font noires. On la trouve aux Indes - Occidentale s fur /'Arbre du Cacao.
Fig. 196. La Punaise Chancelante (Fémelle.)
(de la 3me. Familie.)
On trouve une grande diverfité dans ces Punaifes, qui toutefois ne different que par la couleur. Celle qui ejl ici réprèfentée ejl une Fémelle, dont la couleur de la Tête, de la Poitrine fi? de l''Abdomen ejl jaune brun; d la pointe dudit Abdomen ejl une petite tache noire; les Etuis Jont vert fi? aux extrémités Uanchdtres fi? tranfparem. Les Afles font dun beau blanc, les Teux noirs, ainfi que les Antennes; les deux petits Teux lijfes font de la même couleur , fi? vus d la loupe, reffemhlent d une
paire de petits Rubis. Elle habite d Surinam.
Fig. 197. La Punaise a Tête
fendue.
(de la 3me Familie.)
La petite plaque faillante qui couvre en gênéral la Tête des Punaifes , ejl dans celle-ci comme fendue en deux fi? reffemble aux petites Antennes barbues des Tetgnes P 3 Baard-



li? BESCHRYVING
DES CHIPTION
Baardfprietjes der Motjes (Tinea) en die van zomniigen onder de Spanrups-Kapellen. (Phal. Geemetra.) of zo men eene andere vcrgelyking maken wil, dan gelyk als de Nypers der zogenaamde Sllndtorren (Ilifier fp. Linn.') maar hier is dit gedeelte fédèragtig en hard , eveneens .als het overige bekleedzel van 't Infecï. Onder deze puntjes zie de fnuic , die ïigtbruin is, het Borftftuk heeft wederzyds, vooraan eene fcherpe uitloopende punt, en is nevens de Dekvleugels donkerbruin ; het Lendenfchild is ook bruin, maar wederzyds wit gerand. Het Lyf is onder en boven purperagtig bruin, de Pooten zyn zwart gelyk de fprieten, welke uit vyf Leden beftaan. Deze is de eenigfte Wantz met eene zo zonderlinge gedaante van 't Borftftuk welke my oit is voorgekomen, voor 't overige is dit Infect zeer plat en zoude als een zagten overgang of afwifieling tot het 5'Je Gezin van myne Ranglchikkinge kunnen aangemerkt worden. Jk heb ze egter wegens de nog eenigzints rolronde gedaante der onderzyde van 't Lyf, onder het 3^ Gezin geplaatft. De Wel Ed. Heer Blomfield , heeft my dit zeldzaam Dier vereerd en teffens verzekert dat men ze op de laatfte Reize van Wylen den Heere Cook op Otaheiti, een der Eylanden ih de ftilleZee, had gevangen.
Fig. ip8. De onbestendige Wantz. (Man.)
(van V 3de. Gezin.)
Hier geef ik de Afbeelding van 't
(TmeaO & a celles de qttelques unes des Phahnes Géometres, ou , fi Ion vetit faire encore une autre comparaijbn , elles font aficz fewblables aux Pinces des 1'EicarboÊ (rliftcr. ?sp. Linn.),- mais ki cette partie efl êcailleufe & dure comme le refie de la couverture de Plnficte. Sous ces petites pointes efl place'e la Trompe qui efi d un brun clair-, le Corfele a, fur le devant de chaque coté, une pointe Jhillaute, '& fa couleur, ainfi que celle des Ailes, eft dun brun foncé; l Abdomen efl aufi brun, mais bordé de blanc aux deux cotés. Ee Corps efl deffus &> deffous brun pourpré , les Pattes (ont noires, ainfi que les Antennes, qm confiflent en cinq Articulations C efl la feule Punaife d une forme fi particuliere de ILcujjon que faye jamais rencontré. Pour le jurplus cet lnfecle ejl trés-plat, fi? pourroit être confidéré comme ayant m peu de rapport g? afjinité avec la 5**. Familie de ma Divifion. Je fai toutefois rangée, rélativement d la forme du dejfous du Corps, en quelque maniere ronde, dans la r,e- Familie. Monfieur Blomfield ma favorifé de ce rare lnfecle, en tnafjurant en même tems quil avoit été pris dans ITfle de< mtéyfur la Mer Pacifique, dans le dernier Voyage de feu Mr. Cook.
Fig. 198. La Punaise Chance*
lan-ie (Male).
(de la 3me. Familie.)
Je donne ici la répréfentation du Mdle
Man-



van de WANTZEN.
DES PUNAISES. m
Mannetje der voorgaande Fig. 196. Zy is aan de onderzyde eveneens gekleurd gelyk hier de afbeelding dezelve van boven vertoont, te weten bleekbruin afchkleurig; de rand van 't Borftftuk. is ook eveneens min of meer met kleine tandswyze infnydingen, gelyk die* van gemelde Figuur, alleen ontbreekt hier de kleine infnyding of fpleet aan 't begin van den Kop, waarmede het meergemelde Wyfje is voorzien. By de volgende 200^ Figuur is nog een Mannetje dezer Wantzen afgebeelde.
Fig. 199. De Groene Locos-Wantz.
de U présidente Fig. 196. Elk ejl d ime même couleur par éjfom, fi? telle que cette planche la fait vcir par dejfus, Jcayoir dun bleu pale 'tirant fur le gris cendré. Le bord du Corfelet ejl auffi du plus au moins femblable d la dite Figure par fes déco-upures en forme de petites dents, feulement mnquet-il ici la petite découpure ou fente au com-mencmnent de la Tête, qua 'la fusdite Femel ie. C efl auffi un Male de ces Punaifes qui y ejl répréfenté, par la Figure 2oo;'«e. fuiyante.
Fig. 199. La Punaise Verver du Locos.
(van 't 3dP. Gezin.')
Heeft vyf Leden aan de fprieten, de Oogen zyn rood, de Kop, Borftftuk, Lendenfchild en het lederagtige gedeelte der Dekvleugels, is blinkend groen, dog met zeer kleine, voor het bloote Oog byna onzigtbaare, inwaardze flippen bezet; de tippen der Dekvleugels zyn donkergroen koperglanzig , en de Onder vleugels bruin. Het Lyf is bleek groenagtig geel en de Pooten hebben eene bruingeele kleur. De Schouders van 't Borftftuk hebben een aanmerkeIyk lang ftomp uitfteekzel, welke niet oneigen naar de zogenaamde Slakkehoornen (of Oogen) gelyken. Men vindze in Surinamen op den Locosboom.
(de la 3me. Familie.)'
File a cmq Articulations aux AnférPnes , les Teux rouge , la Tête , h Corfelet , PEcujfon, fi? la partie membranen-fe des Etuis vert lijfe, mais garnif pointes concaves petites qu elles font im-perceptibles fans la loupe. Les pointes des: Etuis font vert foncé cuivré, fi? les- Ailcs> inférieures jaune brun. Les Epaules d>J Corfelet ont une longue exubérance obtuff remarcable,- laquelle ne rejjemble pas mal d celle quon nomme Cornes , ou Teux de Lw macon. On la trouve è Surinanf fur YArbre du Locos.-



ui BESCHRYVING
DE SCRIP TI ON
Fig. 200. De Onbestendige Wantz (Man.)
(van 't 3de. Gezin.)
Ik heb deze afbeelding alleen hier bygevoegt, 0111 te doen zien hoe onderfcheiden in kleuren deze Wantz word aangetroffen , en verder niets bytevoegen dan dat zy op de onderzyde van 't Lyf, met de Pooten vuilgeel van kleur is , en dat de punten der Schouders even gelyk die van Fig. 196 en 198. zeer fcherp gedoornt zyn.
Fig. 201. De Roode Vliespo 0 t.
(van V 4de. Gezin.)
Deze fchoone Wantz heeft vier Leden aan de fprieten , van welke het tweede, derde en vierde Lidt aan hun beginfel wit, dog voor 't overige zwart is, men kan egter zonder een gewapent Oog naauwlyks ditonderfcheid der kleuren gewaar worden , weshalven men dezelven meelbal voor geheel zwart aanziet. De Kop is goudgeel, de twee blinkende Oogjes glinfteren tuflchen de groote bruine Netswyze Oogen gelyk een paar kleine Edelgefteentens (*). De Hals en 't beginfel va.n 't Borftftuk is ook goudkleurig, het overige van 't Borftftuk , Lendenfchild en Dekvleugels is fchoon groen goudglanzig en fchittertdoor het vergrootglas befchouwt byna zo fterk gelyk het Borftftuk van
(*) Door eenjlerk vergrootglas namelyk.
Fig. sco. La Punaise Chancelante (Male).
(de la 311e. Familie.)
yai feulement-ajouté cette répréfentation ici, pour faire voir combien cette Punaife eft diféremment colorée, nayaut rien autre a ajout er finon que le dejfous du Corps fi? les Pattes font jaune temi, fi? que les pointes des Epaules Jont garnies d épines trèspointues , égaies d celles des Fig. 196 fi? 198.
Fig. 2or. La Punaise a Pattes
rouges membraneusks.
(de la 4™. Famille.)
Cette belle Punaife a quatre Articulations aux Antennes, dont la feconde, troifieme fi? quatrieme font Manches au com' mencement fi? au refte noires; on ne peut cependant, fansavoir lozil armé, en obferver exaêtement la diférence des couleurs, étant pour l ordinaire confidérée comme entierement noire. La Tête eft jaune doré; les deux petits Teux lijfes brillen t, ent re les grandi Teux d rézeau brun, comme une paire de pierres précieufes (*) Le Col fi? le commencement du Corjelet font aujji couleur, dor, le refte du Corfelet, de l Ecuffon fi? des Ailes eft dun beau vert luifant, & brille, vu d la Loupe, presquautant que le Corfelet du Charenfon
den
(*) Avec un bon Microscope furtout.



Yan de WANTZEN.
I>ES PUNAISES. n3
den Corculio Imperialis (*) ; de tippen der Dekvleugels zyn zwart en de eigentlyke Vleugels zwartbruin, tiet Agterlyf is op de bovenzyde fluweelagtig zwart,. en aan den laatften Ring met eenen groenen goudglanzigen Vlak geziert. Op de onderzyde is de Borffc enhet Agterlyf hoog of oranje-geel, welkekleur de twee paar voorfte Pooten en de Zuiger ook hebben r dog van bovenzyn de gemelde Pooten bruin gevlakt.De Agterpooten zyn aan de fchenkelsrood en bruin geftreept, de Beenen derzelven zyn wederzyds met een dun bruin en geelagtig rood- gevlakt Vlies bezet, 't welk zodanig is uitgefneden dat hetzelve volmaakt de gedaante van een Bladt- vertoont , waardoor het fcheenbeen als eene Ader doorloopt de Voeten zyn zwart.-
Hoe geerne wenfchte ik hier v den Geëerden Lezer en ter voldoeninge aan zommige Groote kenners (welke my im hunne Beytrdgen'en Magazinen de Eere hebben aangedaan om dit Werk te Recenferën en op hunne wyze eene goedkeuringe te geven) te- kunnen zeggen en bepaalen tot welk een gebruik, dit en meer andere reets voorheen door my uitgegeven Infecï: (f), deze of derge^ lyke zonderlinge maakzels der Agterpooten dienen en dan ook nog in 't - breetvoerige te kunnen fpreeken van hunne byzondere Natuurhijlorie en Huis? houding:' ja van alle Infeéten hoe gefiaamt, welke van hier uit tot in Japan-
(*) Zie DrurY Inf. Tom. II. pag. 34. Fig. 1. Ct) By voorbeeld de Blad - poot , voelkt hier mr op Ploot PUI Fig. J4. U afgebeeldt.
Impériale'(Corculio Imperiale) (*). Lef pointes des Etuis font noires & les Ailes proprès d'un brun noir. IJ Abdomen efl, par deffus, d'un noir velouté, & orné d'mie' tache verte-avec Un reflet dof fur le dernier' anneau: Le Corfelet & ïAbdomen font en deffous-, d'un jaune orange foncé, de-quelle couleur font auffl les deux pair és de' Pattes antérieures gr la Trompe, mals Ut haut des fusdites Pattes efl taché de Mm. Les poflérieures ont les Cuijfes flriées'röüge' & brun; les Jambes font, dé chaque coté r garnies d'une memhrane mince tiqüetée brun' <2? rouge jaundtre, découpêe de maniere' quelle fait voir la forme parfaité dune' Feuille ,011 F os de la Jambe paroit comme une' veine circulante; les Tarfes font noir.-
Combien ne defirerois-je pas de pouvoif' plaire au f ayant Lecleur ê? faüsfaire' ces grands Connoiffeurs' qui moht fait' Phonneur de mddmettre dans leurs Magafms pour perfeclionner cet ouvrage. Que' je fouhaiterois die je d'obtemr leur fuffrage,& dêtre d même de dire, & de flxer Pujage' de cet lnfecle & deplufieurs autres' que fai de déja donnés (f); celui de ces' dijféréntés< conflruclions des Pattes poflérieures, & de' pouvoit': par Ier amplemênt de leur Hiftoire' Naturelle & de leur maniere de yivr'e;" oui, de tóus les Infecles quelconques qui fe' trouvent d'ici au Japon , ou au coirt de~'
(*) Voyez Drtjry, InC Tom. II. pag. 34aFig. 1.
CD exerople la Punaife a Pattes ■ Feuilletêts^ gut efl: réprèfentée ci-devant PI, VU1. Fig. 54.- .



i i4 BES C y R Y V I N G
of aan den hoek. van JSdmfchatka toe; .worden gevonden., derzelver geheele levensloop, van het £y af, tot in hun■hen volmaakten .ftaat, van hun Voedzel , Voorden Nadeel en?, lange Befchryvingen te maken : maar Helaas ! Hierin mqet ik myne Zwakheid en Onkunde bekennen en my met veeie andere Entomologen getrooften , niets meer:der te kunnen en te mogen zeggen dan het ggene waarvan ik verzekert ben met ,de waarheid overeenkomftig te zyn, en maar bloot aan myn Oogmerk, tp voldoen, dat is, Infecien door mauwkeurige afbeeldingen en noodwendige Be.fghryving bekent te maken,, welke men ite ^oren of in 't ..geheel niet kende of nog geene volkomen afbeelding van gefnad heeft. Latende dierhalve aan kun.diger.en bekwaamer dan ik, over alles Linkfch ,en Regts te Recenferen, dikke Boeken, uitgedyde en koftbaare Beytrage, Naamlyfien, Magazynen enz. te ichryven , de Infeden van het Eene Deel der ..waerelt.tot in het Andere te verplaatzen, drie of vier zeer van elkander opdericheidene zoorten van Kapellen tot een eenige te bepaalen en dan wederom rvan een en dezelfde zoon twee onder■iqheidene te malden enz. Zy fchynen segter alle op het einde zeer wel te vreden te zyn , wanneer ze het woordje
Habitat in enz. hebben gevonden.
Veelligt is de Heer Winterschmidt in Neurenberg in ftaat, om aan het verlangen der Heeren Recensenten niet alJeenvmaar ook in 't byzonder aan my te voldoen., in 't Naaimkeuriger Befchryyen* ten niet meerdere. Nmtur-hijlcrie en
Huis*
DE SCRIPTION
Kamchatka ; de pouyoir enfin faire um longue defmptim de toute leur rie depuls l<ff Mqud leur état parfait; j$f, belas, f en reconnoiffant ici ma foibleffe M mm uwpacité, § me confolant ayec plufieurs autres Entoraologiftes , jè Ym pms n*~ ne dois dire que ce que je Juk ajjure etre conforme d la vérité' & uni.quement propre d remplir monobjet, cefld-dire, de faire connoitre des InMtes par dexaBes repréfentations en donnant une necefiatre defcriptim, dont on riavoit cvdevant, ou aucune connoiffance du tout, ou ptwt de répréfentation parfaite : laiffant cmféquemmmt aux perfonnes plus habiles & plus capables que mot le foin d amplifm fur le mm d droit & 4 gauche, d eenre de grands Volumes, des Differlotions enfiées & dfpendieufes, de former Jes Régifires., .des Maga/ins, fee. de■tranfporter des Infeétes d'un bout du Monde al autre, de déterminer trois ou quatre Jortes de Papillons, diférens les wis des autres, en une feule., fi? derechef dl me & meme fme en faire deux diférentes, &c Ils paroijfent toutefois fort contents ' ff"4 f g m tls ont treuvé ces peul w WaÖitat ^"» -être Mr. Wintersmith d Nuremberg*
tfr id& ffisfaire «** fi^entMejfieurs es Connoiffeurs, mais moi en particulier, dans fin Exacte Def- ' ^n^;de .donner avec plus de connoisjance /Hiftoire Naturelle fi? la ^a-



van de WANTZEN.
Huishoudelyke kennis der Cicaden en Wantzen (byzonder die uit de Drie andere Waerelt-Deelen) gepaart gaande Aanjnerkingen het Publiek in deszelfs nagemaakte ën ondergefchovene Copy van dit Werk te kunnen verryken ! Ik heb onlangs in een wederom op nieuw uit> gekomen Magazyn gelezen, dat alle de gemelde Afbeeldingen door zyn Ed. Volkomen worden nagebootft; Hy Lchynt dierhalven nevens meer zyner Stadsgenoten die ongemeene Bekwaamheid te hebben om de in andere Landen uitkomende-en wel uitgevoerde Werken (gelyk de Champignons en als in eene .Nagt,) op eene byzondere wyze te kunnen doen vermenigvuldigen : en milfchien fchept zyn Ed. deszelfs groote Infeéten kennis, wel uit alle die Putten en Bronnen , der ontzaggelyke en onfchatbaare verzamelingen van Uitlandfche Infetlen van den Heere Eleman en van anderen in deszelfs Woonlhdt niet alleen, maar ook uit die van alle omliggende Landen: Waartoe wy hier in <éit kleine Holland geene gelegenheid hebben l 11 — (*). Hoe t ook moge zyn , het eenigfle dat ik wegens de Huishouding van de hier by onze Fig. 5oi. afgebeelde fraaije en zeldzaame Wantz heb ontdekt, is, dat dezelve dn Surinamen, egter zeer zelden, word gevonden , en dat Juffrouw M. S. Merian. Sur. Inf. PI. 21. Fig. 3. eene Wantz heeft afgebeelt, welke met onze veeie overeenkomll fchynt te heb-
1
1
(*) Foesly Magazin. Vettr. St. 1. pag. 67, (*) Fdesly, Magazin Veter. St. I. pag. 67. teg. 4 tot 17 incl. lig»e 4 tot 17. incl.
ben,
DES PUNAISE^. us
niere de vivre des Cigales fi? Punaifes , (particulierement des trois autres parties du Monde) S 'dmrichir le Public par la Copie plagiaire de noire Owrage! J'ai lu dernier ement dans uf Journal publié de ■ nouveau, que toutes les Refrêjentations dó mon ouvraie avoient éti'' complettées par lui; ü paroit avoir par ccnféqimit cette capacité extraordinaire, au-de(Jus de fes cempatrfotes, de pouvoir faire èrohre d Uns maniere particuliere, dans une nuf comme, les Champignons , les ouvrqges "produits chez VEtranger; peut-être tire-t-il cette grapje counoijfance d Infecles des fonds fi? fiufces des Colleclions rcfpeclables fi? i;:é-puifables des Infecles Exotiques de Mr. Kleman, non feulement dans le lieu ds fa demeure, mais encore de tous les Pays dalentour; tandis que nous, dans ce petit Pays d'Hollande, ndvons aucune occafion de nous la procurer lil (*). Quoiquil en foit, tout ce que fai pu découvrir de cette belle fi? rare Punaife que nous avons réprèfentée par la Fig. 20r. efl quelle efl la feule , par rapport d la maniere de^ vivre, que faye remontrée; fi? quelle fe trouve d Surinam , quoique tres-rar ement. Madlle. M. S. Meïiian, Sur. Inf. PI. 21. Fig. 3. en z repréfenté une qui paroit avoir beau:oup de reffemblance avec la notre, ré'ativement d la forme des Pattes postérieures fi? d 'leur petit défaut, les jambes étant extraordinairement minus



nff BES CHRY VING enz.
ben , ten aanzien der gedaante der Agterpooten en betreffende het ligte afbreken derzelven, als zynde de Schenkels ongemeen dun en fpringen als Glas y wanneer dezelven maar een wynig onvoorzigtig worden aangeraakt; dat egter deze of eenige andere Wantz y als mede de Fig, z.. op de even aangehaalde Plaat uit eene Rups of iets dergelyks zoude voortkomen, gelyk haar Ed. verzekert r dat kan naar myne. Gedagten wel mede op dezelfde Rekening van de veranderinge des Grooteh. Lantaarndragers gettQÏt. worden
DES CHIP TI ON. &e.
& fe caffent comme du verre , quand om les touche avec feulement un peu dlnattention. Au refle que celle-ci ou quelquesautres Punaijes, de même que la Fig. 2. de la Planche que nous venons de mentiontier, proviennent- dune Chenille ainfi que . cette Dame ïaffure , cela peut, être confidérè fuivant mon opinion, de. la même maniere que la Métamorphofe des grands
PORTE-LANTERNES (*)f
(*) Zie in de Befchryvinge itr Cicaden hUr v««r (*) Voyez Ia Defcription des Ggales cl - devant mdz. 16 tra, pag. iö. &c.









van de WANTZEN.
PLAAT XXIX.
.F'ig. 202. De Maratten Wantz.
(van 't ifte. Gezin.)
De Sprieten van deze Wantz zyn zeer dun en beftaan uit vier Leden,het Infect houd dezelven onder den rand van het Borstftuk verborgen, het Lendenfchild is groot en bedekt het geheele Agterlyf, waarvan alleen de buitenranden een weinig ter zyden uitfteken, de Dekfchilden zyn ligt bruin , de Vleugels Aschgraauw. Op de onderzyde heeft het Lyf en de Pooten dezelfde bleekbruine, omberkleur , gelyk de afbeelding dezelve aanwyst. Men vindze op de Kust van Coromandel en Malabar.
.Fig. 203. De Purperkleurige Wantz.
(van,t ifte. Gezin.)
Het Borstftuk en groote Lendenfchild van deze Wantz, is meer verheven en ronder dan van de naastvoorgaande , over de bruine kleur dezer Schilden is een Purperkleurige weerfchyn, naar maate het licht daarop valt, de Dekfchilden zyn bruinagtig paarsch, aan 't einde doorfchynent en de vleugels wit. Op de onderzyde is het Lyf bruin met aschkleurige vlakjes , de Pooten rood , de Sprieten en Zuiger zwart. Haar woonplaats is de Kuft van Coromandel.
Fig. 204. De Gryze Schild Wa n t z.
(yan 't ifte. Gezin.)
Dit Infect is geheel donker graauw met gryze ftreepjes en vlakjes,de Sprie-
DES PUNAISES. u?
PLANCHE XXIX.
Fig. 202. La Punaise Maratte.
(de la ire. Famille.)
Les Antennes que TInfelle tient ca" chées fous le bord du Corfelet, font trè minces £3? confiflent en quatre Artkula? tions. VEcuffon efl grand £5? couvre tout IAbdomen, dont feulement les bords extérieurs font un peu faillans aux cotés; les Etuis font brun clair, les Alles gris cendrê: le deffous du Corps £5? les Pattes du même brun clair, ainfi que la répréfentation le fait voir. On la trouve fur les Cótes de Coromandel £ƒ de Malabar.
Fig. 203. La Punaise Pourprée.
(de la ire. Famille.)
Le Corjelet £2? le grand Ecujfon font plus relevés £2? plus ronds que ceux de la précédente ; fur leur couleur brune s'en voit une pour pre chatoyante d proportion que la lumiere tombe deffus. Les Etuis Jont d'un violet brundtre , tranfparens aux extrémités, £2? les Ai-, les Manches. Le dejfous du Corps efl' brun avec des petites taches gris cendré; les Pattes Jont rouge, les Antennes, £5? la Trompe , noires. Sm habitation ejl fur la Cote de Coromandel.
Fig. 204. La Punaise Grise k Bouclier.
(de la ire. Famille.)
Cet InJ'cde ejl entierement gris brun avec des petites flries £2? taches dun gris R ten



n8 BESCHR Y VING
DES CR 1P T10 N'
ten beftaan uit vyf leden, de Schouderpunten aan 't Borstftuk puilen een weinig uit, het.Lendenfchild bedekt het Agterlyf,~ waar onder de Dekfchilden en Vleugels verborgen liggen. Zy is. my uit Frankfort aan den Main toege* zonden.
Fig. 205. Het Bloed schild
(van V 2de. Gezin.)
De Kop en Borstftuk heeft deze Wantz bloedrood niet vier zwarte vlakken, de Oogen-zyn zwart, benevens de Sprieten , welke uit vyf leden beftaan , het Lendenfchild is bloedrood,. gelykerwys ook het Lyf aan beide zyden,. dog dit is op de onderzyde aan de Borst met vierkante en aan 't Agterlyf met ftreepswyze zwarte vlakken geziert. De Zuiger en Pooten zyn zwart. Zy woond in Surinamen;
Fig. 206. De drievlakicige Geele Wantz.
(yan V 3de. - Gezin.)
Heeft vyf leden aan de Sprieten, de' Kop is bruin, de Oogen zwart,de geele kleur van 't Borstftuk , Lendenfchild en Dekvleugels, benevens de drie zwar* te vlakken zyn zeer glanfig en door 't vergrootglas befchouwt, dan blykt het dat de geheele oppervlakte met zeer kleine ingedrukte ftippen bezet is. Op de onderzyde is de Borst zwart, het Agterlyf geel met een zwarten vlek op '£ midden, de Pooten zwart,de Beenen dèr voorfte Pooten zyn breeder dan die der vier agterften. Men vind ze in Surinamen*
différent; les Antennes confiflent en cinq Articulations; les pointes des Epaules
au ^urjeiet jauujjent un peu; t JicuJjon couvre VAbdomen, de maniere que leÉ Etuis £2? les Ailes fe trouvent cachés des-
lni,e Fllo nSst Jj + J, J„ Xf ....
juuj. j^ui- in u, c*t tfiVWJCC Ut! JlrtUWIOrC •
fur le Main.
Fig. 205. La Punaise a Bouclier4
ROUGE DE SANG. •
(de la 2<M Famille.)
La Tête £5? le Corfelet font rouge de Jang avec quatre taches noires, les Teux noirs. ainfi aue las
• A • J • 4«>»»«*<j Utttl Ufll,
unq j'irtuuiaiwui, ; . i jwu/jon eft rouge de Jang, de même que les deux cotés du Corps, mais celui-ci efl orné par dejjous d la Poitrine de quatre taches
quarrées noires , icsqueues en voit 'au i ■ r..~ 11 A 1 i>
juf i sjuKuwcn tn jurme ae rayes.- La Trompe £5? les Pattes font noires. Elle babi te a Surinam.
Fig. 206. La Punaise jaune è
TROIS TACIItS.
(de Ia 3 me. Familie.)/
Cet Jiijcêle a cinq Articulations aux Antennes , - la Téte brune, les 7"eux noirs. La couleur jaune du Corjelet, de PEcujfon £«? des Etuis, de-'méme que les trois taches noires, Jont tiès-luijdntes. ■ T.n voyant foute ld Jurface avec la Löupe, elle femble remjiliv de très-petites concavités; Te deffous de la Poitrine efl '
j j lUblJti
noire au milieu ; les Pattes font noires, £=? les Jambes des Pattes antérieuresplus larges que celles des quatre poflérieures. On-la trouve d Surinam.



van de WANTZEN.
DES PUNAISES. t
•JFig. 207. De Zwarte Gepoly- Fig. 207. La Punaise Noire
De zwarte kleur van dit Infeófc blinkt gelyk Zegellak , de Vleugels alleen hebben eene vaal graauwe en doorfchynende kleur.: de Sprieten beftaan uit vyf leden. Het Agterlyf is aan 't einde breedt en als in een halfrond uirgefne,den. Ik heb ze wit Surinamen en ook uit .Duitschland ontfangen.
,Fig. 208. De Gehoornde Wantz. •
De Sprieten van deze groote en :£raai]e Wantz zyn donker geel en beftaan uit vyf leden., van welke het eerfte zeer kort en met het blooie Oog byna niet zigtbaar is. Be Kop, Oogen en 't overige van 't Dier is glanfig groen., . dog door een gewapent Oog vertoon t zig deze kleur mat, wegens de menigvuldige ftippen waar mede alle de deelen bezet zyn , de fchouderpunten aan 't Borstftuk zyn ongemeen lang en vertoonen zig gelyk als een paar lange omgeboogen e fcherpe Hoorns. De Tippen der Dekfchilden hebben eenen bruinagtig groenen Koperglans, de Vleugels zyn wit en helder doorfchynent. De onderzyde van 't Lyf, Zuiger en Pooten hebben insgelyks eene ligtgroene, een weinig naar 't geele hellende kleur. Zy is my uit Surinamen gezonden.
ste Wantz. (yan 't 2de. Gezin.)
polie.
(de la 2de. Famille.)
(yan 't $is. Gezin.)
(de la 3 me. Familie.)
H 2
Fig.
La couleur noire de cet lnfecle reluit comme de la cire a cacheter; les Alles feules Jont d'une couleur gris fauve £5? tranjparentes-; les Antennes confiflent en cinq. Articulations; VAbdomen efl ïarge è jon extrêmitè & comme coupé en demi rond. Je Pal repue £5? de Surinam £5? d'Allemügne.
Fig. 208. La Punaise Cornue.
Les Antennes de cette grande £5? belle Punaife Jont jaune foncé £5? confiflent en cinq Articulations, dont la première efl trés-courte £3? prefque invijible a la fimple vue; la Tête , les Teux £5? tout le re/Ie de ce petit animal Jont vert luifant , mais ayant Pceil armé cette couleur paroit matte, relatwement d la multiplicitó des petits points dont toutes les parties font garnies; les pointes des Epaules du Corjelet font extraordinairement longues & Je montrent comme une paire de longues Cornes courbées. Les cxtrênütês des Etuis ont une couleur verte brundtre avec un luifant cuivré; les Alles Jont Manches £5? (tune' clair e tranjparence. Le deffous du Corps, la Trompe, les Pattes, ont également une couleur verdéitre, mais claire tiranP un peu fur le jaune. On me Va invoyée de Surinam.



120 BESCHRYVIN G
DE SCRIP PION
Fig. 209. De Kaneelkleurige Wantz.
(yan 't 3de. Gezinf)
De heerfchende kleur van deze Wantz is roodagtig kaneelkleurig ; de randen van't Agterlyf zyn wit met zwarte blinkende vlekken. Onder is het Lyf geelagtig bruin , en ieder Ring is geziert met een fmal donkeibruin itreepje, de Sprieten zyn bruin en hebben vyf leden , de kleur der Pooten is bruin rood. Haar woonplaats is Surinamen.
Fig, 210. De Bruingeele
boschwantz.
(van V 3de. Gezin.)
Heeft vyf leden aan de Sprieten, die zwart van kleur zyn, het Lyf is wederzyds nevens de Pooten bruinagtig geel, behalven het Agterlyf't welk op de bovenzyde zwart is. De Tippen der Dekfchilden-zyn geel, en nevens de aschkleurige Vleugels doorfchynend. Zy woond in de Beuken, en Eikeboomen.
P L A A T XXX.
Fig. 211. De Surinaamsche, Groen-, en wit gevlakte Wantz.
(van 't 2de. Gezin.)
Deze kleine fraaije Wantz gelykt zeer veel naar die. welke op de voorgaande XVI. Plaat Fig. 115. is afgebeeldt. Maar zy verfchild wegens de onderfcheidene witte tekening op den groenen glanfigen grond,- Onder is het
Fig. 209. La Punaise couleur de Canelle.
(de la 3me. Famille.)
La couleur dominante de cette Punalje ejl canelle rougedtre; les bords de P Abdomen Jont blancs avec des taches noires lijfes ; le deffous du Corps efl brun jaundtre , £5? chaque Anneau ejl orné- (tune petite raje brun foncé, les yJtitennesjbnt brunes £5? ont cinq Articulations; la couleur des Pattes efl d'un rouge brun. Son habitation efl Surinam.
Fig. 210. La Punaise des Bois Jaune brun.
(de la 3me Famüïe.)
Elle a cinq Articulations aux Anterfines dont la couleur ejl noire; le Corps, des deux cótés, £5? ks Pattes Jont jaune brundtre, outre l\!bdomen qui ejl noir Jurjd partie jupérieure ; les extrémités des Etuis Jont jaune £5? tranfparentes comme les Ailes qui Jont d'un gris cendré. Elle habitedans les Plêtres £5? dans les Chênes. -
P L ANC H E XXX.
Fig. 211. La Punaise verte a taches
blanches de surinam.
(de la 2de Familie.).
Cette belle petite Punaife reffemble beaucoup d celle repréjêntêe Jur Ja pré* cédente Planche XFI. Fig. i iyv Mais elle en differe par rapport au 'différent deffein blanc fur le fond vert luifant. Le dejjbus du Corps £ƒ les Pattes font
Ljf









van de WANTZEN.
BES PUNAISES. 12 P
Lyf en de Pooten geel met zwartbruine vlakjes getekent , de Sprieten beftaan uit vyf Leden en zyn zwart. Fig. A, heb ik dezelve door 't vergrootglas doen afbeelden. Ik heb ze uit Surinamen ontfangen.
Fig. 2i2. De Blaauwvleugel.
(yan 'f 4de. Gezin.)*
De Sprieten van deze Wantz beftaan uit vier leden en zyn zwart, de Kop en 't Borstftuk is bruin , de Oogen zwart, de Dekfchilden vuil wit met een bruinen flip, de Tippen derzelven zyn bruin; de Vleugels bleekblaauw en döorfchynent , het Lyf is zwart ■ de Pooten bruin. Fig. B is dezelfde door het vergrootglas afgebeeldt. • Men vind ze hier op de Moerbeziën.
Fig. 213. De Donker.grop.ne Wantz.
(van 't 4de. Gezin.')
De lange Sprieten beftaan uit viör leden en zyn gelyk de Kop, Borstftuk, Lenden- en Dekfchilden donkergroen van kleur, de Tippen der Iaatstgemelden hebben een koperagtigen glans, de Vleugels zyn bruin. Op de onderzyde heeft het Lyf en de Pooten dezelfde donkergroene kleur behalven de beenen en voeten der twee paar voorfte Pooten. De dikke fchenkels der Agterpooten zyn aan de onderzyde ieder met vier fcherpe Doornen gewapent; de Afbeelding is naar een Wyfje; aan de Mannetjes ontbreeken deze doornen aan de fchenkels, zynde dezelven maar een wynig dikker als die der andere Pooten. Zy .woond in Surinamen.
Jes Etuis blanc ja le avec une petite tacber
brune, les extrémités aes (hts Ituis? brun , les Ailes bleu pdle £5? chatoyantes; le Corps efl noir , avec des Pattes brunes. La Fig. B ejl la même réprèfentée avec la Loupe.- On la trouve iel fur les Meuriërs.
marqués de petites taches brun noir; ks Antennes confiflent en cinq Articulations & font noires, Je fai réprèfentée par la Fig. A, au moyen de la Loupe. On me Ia envoyèe de Surinam. •
Fig. 2T2. La Punaise aux Ailes bleu»
/es jjiiiis, 'ue/i ju uit: y iet c.m cunies as ces derniers ont un luifant cuivré ; les Ailes Jont brunes, le defjous du Ccrps les Pattes de la même couleur vert' foncé, ainfi que les Jambes £5? Taijcs des deux Pattes antérieures; les Hanches des Pattes poflérieures Jont chacune arméesi en dejfous de quatre Epines pointues. La répréfentation e/l d'après une Fémclle, des Mdks n! ayant point de ces épines * £s? leurs Hanches étant feulement un peu plus épaiffes que celles des autres Pattes, Elle vit d Surinam. -
R 3 , Fig. -
(de la 4me Familie.).
Les Antennes ont quatre Art'tcidations £5? de couleur noire, ainfi que les Teux ; la Tête, & le'Corfelet font brun,



122 BES CHRY VING
Fig. 214. De Spring-Wantz.
(van 7 4de. Gezin.')
Heeft vier leden aan de fprieten, _de Kop , Oogen en Borstftuk zyn nevens de Pooten ligtbruin, het Agterlyf :is donkergeel," op de onderzyde is het Lyf bruin, dog aan de zyden van de Borst met een zwaveigeélen vlak geziert, de twee paar voorfte Pooten zyn kort en de agterften zeer lang , waar door het fchynt dat deze Wantz dezelven meerder tot fpringen dan tot loopen gebruikt. Zy woond in Surinamen.
Fig. 215. De Gebulte Vlieg- Fig. 215. La Punaise
WANT Z.
Mouche
13 o S S U E.
(yan [t 6'e. Gezin.)
Deze Wantz gelykt eenigzins snaar de Fig. 154. op Plaat XXII. by na.derc vergelyking egter blykt het dat ze van dezelve niet alleen afwykt in kleur, maar ook in 't maakzel van't Borstftuk , als zynde deze niet gedoomd, dan alleen dat het evengemelde Borstftuk met vier verhevene knobbels voorzien is, waardoor het zelve zig als gebult vertoont, de Kop en Hals is lang, de Zuiger kort en omgebogen, de Sprieten draadvormig en beftaan uit .vyf leden. De Tippen der Dekfchilden zyn gelyk .de Vleugels ligtbruin en doorfchynent. Men vind ze in Surinamen.
Fig. 216. De Langhals Wantz.
(van V 6ie. Gezin.)
De lange draadvormige Sprieten van deze Vliegwantz beftaan uit vyf leden, de Hals van. dit Infect is buiten g.e-
F> E S CR I p TI O ff, -Fig. 214. La Punaise Sauteuse,
(de la 4™ Familie.) Elle a quatre Articuf.tions aux Antennes; la Tête, les Teux le Corjelet Jont, de même que les Pat les, dun brun clair; V Abdomen efl jaune foncé , le desfous du Corps brun, mais ornê aux cótés de la poitrine (Tune lach? couleur de Jouffre. Les deux patres de Pattes antérieures jont cour tes & hs poflérieures très-lcngues, dPöh il paroit que cette Fwiaije cu fait platei ufage pour fauter que pour courir. Elle vit h Suïiti,\m
.(de h 6°*, Familie:) Elle rcjjcmble en quehme maniere a %UlJe /a.^S- 1)4, 'de la Planche XX11. mais en la comparant de prèst il paroit qtfelle en differe par la couleur par la forme du Corfelet, lequel, étant jans épines, fe trouve bo»rvu de quatre petites prctubérances, au moyen desmelks cet lnfecle paroit boffu La Tétc &> le Col font longs, la Trompe courte ty arquée ; Jes Antennes jihfotmes confjlent en clnq Articulaï.ms. Les extrémités des Etuis jont Wm clair, de même que les Alles. On la trouve d Surinam.
Fig. 216. La Punaise è long Col.
(de la Familie.)
.&$'longues Antennes fdiformes de vette Punatfe-Mouche confiflent cn cinq Articulations; le Col ejl extraordinaire-
woon



van de WANTZEN.
DES PUNAISES. 123
woon lang en dun, de Zuiger kort en als in een halven Cirkel omgebogen, de Kop en Borstftuk is blinkent zwart, alleen op het laaftgemelde zyn geele vlakken, men vind 'er egter aan welke deze vlakken ontbreeken en derhalven geheel zwart zyn. Het Agterlyf is aan beide zyden geel ± de Dekfchilden zyn ook met zwart bruine aderen doorweven, de Vleugels geel en doörfchynent. De voorfte Pooten zyn dikker dan de vier agterften en blinkent zwart van kleur, op het midden van 't Borstftuk zyn twee regt op/laan de fcherpe doornen geplaatst, welke-men in de ftand waarin de afbeelding geplaatst is, niet kan gewaar worden. Zy woond in Surinamené
P L A A T XXXL
Kg. 217. De' Viers tip. (Wyf).
(yan V 3 Je. Gezin.')
De Sprieten van deze Wantz beftaan uit vyf leden , >de Kop, Borstftuk en het lederagtig gedeelte der Dekfchilden is bleek bruin, het Agterlyf in ?t midden donker bruin , en aan de 'randen geel, het Lendenfchild is ook geel mét een bruinen hartvormigen vlak in *t mid- " den en een kleiner ftip van dezelve kleur aan 't einde van 't zelve, -op 't Borstftuk zyn twee kleine witte flippen, en op ieder Dekfchild 'een dergelyke ftip, 't welk by Fig. A. alwaar ik dit Infect vergroot heb doen afbeelden, duidelyker is te Onderfcheiden. Op de onderzyde is het Lyf geel, de Pooten en Zuiger bruin. Zy. word in Surinamen gevonden» <
ment long £5? mince , la Trompe courte £5? recourbée comme en demi cercle; la Tête , £«? le Corfelet, font noir liffc,
feulement voit-on des taches jannes Jur ce dernier ; il fen trouve cependant qui
manquent de ces taches, £5? par confê-
quent qui font toutes noires; f Abdomen '
eft jaune des deux cotés; les Etuis Jont auffi entrclacés de veines brun noir, les Ailes jmmes £5? tranfparentes: _ Les F at t es antérieures font plus épaijfes que les quatre poflérieures £s? de couleur noire li/Jé. Sur le milieu du Corfelet lont
placées deux épines pointues qui s'éhvent droit en hauty mais qu'on n'apperpoit pas dans la pofuion oü la répréfentation a ■ ét é faite. Elle habite a Surinam^
PLAN C II E XXXE
Points. (de la 3ina. famille.)
j-^ej sintermei luniijierw en unq sirïlCU-
lations ; la Tête, le Corfelet fi? la partie ' écailleufe des Etuis font brun pdle, le mi- ~ Ueu de P Abdotiien brun foncé, fi? les bords jaune: PEcujfon efl auffi jaune avec' une tache en forme de coeur aU milieu fi? un plus petit point de la même couleur''d fon' extrémité. Suf le Corfelet font deux petits '• points blancs , fi?' un femblable fur chacun' des Etuis, ce qui peut clairement être ap- " percu par la Fig. A, ou je Fai faite re- ' préfenter groffie. Le dejfous du Corps efl' jaune, la Trompe brune, de même que les5 Pattes. On Pa trouyêe d Surinam.
Fig;



i24 BES C H R Y VIN G
D'ESCRIPTION
Fig. 218. De Tamarinden-Boom Wantz.
(van 't 2de. Gezin.)
De grond kleur van deze fraaije Wantz is donker geel of oranjekleurig, met zwarte blinkende vlakken geziert, de tippen der Dekfchilden zyn bruin met een koperglans, op de onderzyde is de Borst en Agterlyf met geele en zwarte dambords wyze vlakken getekent. De Sprieten welke uit vyf leden beftaan, hebben nevens den Zuiger en Pooten een blinkende zwarte kleur. By Fig. B. is dezelve door het vergrootglas afgebeeld. Zy word in Surinamen. op ,de Tamarinde - Boomen gevonden.
Fig..219. De Bloedige Wantz.
(van 't 2de. Gezin.)
Deze Wantz heeft eenige overeenkomst met de fierlyke Koolwantz, welke op de il. Plaat Fig. 11. is afgebeeld, maar. in de tekening der zwarte vlakjes zyn ze te veel van elkander onderfcheiden. De Sprieten beftaan uk vyf leden en zyn zwart , het Lyf is op de onderzyde bloedrood met drie reijen van zwarte vlakjes, de Pooten zyn zwart. jZy is uit Surinamen, alwaar ze zomtyds in dezelvde grootte worden gevonden, gelyk hier Fig. C dezelve vertoont.
Fig. 220. De Vier stip. (Man) (van V 3de. Gezin.)
Wegens de onderfcheidene tekening van den bruinen vlak op het Lendenffhud in de verfchillende plaatzing der
Fig. 218. La Punaise de l'Arbre des Tamarins.
(de la 2de. Famille.)
La couleur de cette belle Punaife tfl jaune foncé ou orange, avec des taches noires lijfes ; les extrémités des Etuis font brunes avec un luifant cuivré; le dejfous du Corps ci? r Abdomen font marqués de taches noires en forme de Damier. Les Antennes qui confiflent en cinq Articulations ont, ainfi que la Trompe & les Pattes, une tresbelle couleur noire. Elle ejl réprèfentée par la Fig. B, grojfie d la Loupe. On ïa trouvée d Surinam fur l'Arbre des Tamarins.
Fig. 219. La Punaise Sanglante.
(de la Famille.)
.Celle-ci a quelque rejfemblance avec Ja belle Punaife des choux réprèfentée fur la IIme. Planche , Fig. 11 ; mais elles varient beaucoup Tune de Pautre dans le desfein des petites taches noires. Les Antennes confiflent en cinq Articulations fif font noires. Le deffous du Corps efl rouge de Jang avec trois rayes de petites taches noires. Elle vient de Surinam, oh elle vit quelquefois dans la même grojfeur que la Fig. C la repréfente ici.
Fig. 220. La Punaise a quatre points. (Male).
(de la 3 me. Familie.)
fai fait repréfenter cette Punaife par rapport d la dijférence du deffein de la tartte brune fur l'Ecujfon & aux deux points
twee















van dé WANTZEN.
DES PUNAISES. 12$
twee witte flippen op het Borstflük, gelyk zulks duidelyk by Fig. D. is te zien, heb ik deze Wantz hier doen afbeelden. Ik houde deze voor het Mannetje van de voorgaande Fig. 217. want het voorwerp waarnaar die is getekent, was een Wyfje. Ik heb ze beide uit Suriname».
Fig. 221. De Blaauwe Wantz.
(van 't 2-,e Gezin.)
Heeft den Kop en de Pooten zwart, al het overige is fchoon glanfig blaauw, een weinig in 't groene Ipeelende, de vleugels zyn bruin. Zy word hier nu en dan in de Tuinen op. de Planten gévondenv
Linn. Syft. Nat. pag. 722. ~föo, J0. Geoffroy,
JLUIIè. 11. 2U1, /VJ. jo.
P L A A T XXXII.
Fig. 222. De Konings Wantz.
(yan 't 1^. Gezin.)
De grondkleur van deze fraaijeSchildwantz is groen goudgianfig, met Purperroode vlakken, in zommigen is de groene grond een weinig meer naar het blaauwe trekkende. De Sprieten beftaan uit vyf leden en zyn zwart,- de Pooten van boven donker blaauw en onder rood,het Lyf is op 't midden geel, met kleine zwarte ftippen en aan de zyden Purperkleurig met HemelschbJaauwe vlakjes geziert. Om de fchoonheid der Tekening van dit Infect beter te doen in 't oog vallen, heb ik het zelve by Fig. A. door het vergrootglas doen afbeelden. Zy woond in Surinamen.
blancs dijféremment placés fur le Corfelet, ainfi que cela paroit clairement par la Fig. D. Je tiens celle-li pour le Male de la precedent e Fig. 217. aftendu que le fujet dont cellela efl tire'e étoit une Fémelle. fe ks m recues toutes deux dé Surinam.
Fig* 221. La Punaise Bleu,
(de la. 2de. Famille.)
Elle a la Tête & les Pattes noires, & tout le refle d'un beau bleu luifant tirant un peu fur le vert; les Ailes font brunes. On la trouve ici de tems en teins fur les Plantes dans- ks Jardins.
Inf. Tm. I. p*g. 472. N>. 75. GorsE, Ent. Beytr.
PLANCHE X X X I I.
Fig. 222. La Punaise du RoL
(de Ia ire. Familie.)
Le fond de la couleur de cette fuperf/s Punaife d bottelier efi vert avec un éclai d'or rj? des taches rouge pourpré, mais dans quélaues unes le vert efl un peu tirant fur le bleu; la couleur des Antennes, avec cinq Articulations , efl noire, celle des Pattes efl bleu foncé en haut & rouge en deffous ; le Corps efl jaune au milieu avec des petits points noirs, & pourpre aux cotés avec des petites taches bleu de cieL Pour mieux montrer d l'ozil la beauté du deffein de cet lnfecle, je fai fait reprèfenter par le moyen de la Loupe. Son habifation efl Surinam.
S Fi,.



m BES CHRYVING
ï) E SCRIP TI O SST
' Fig. 223 De Rouw-Wantz.
(van V 2de. Gezind)
.Dit Infect is geheel zwart, - alleen de Tippen der Dekfchilden en Vleugels zyn wit en doorfchynendt; de Sprieten beftaan uit vyf leden, de Pooten heeft dez£ Wantz zeer breet, en alle met ftyve doornagtige hairtjes bezet. Zy woond op de Planten, en leeft van allerly gladde Rupzen en andere .Infecten.
C,£of[.-roy. Inf Tom. I. fag. 47c. no. 70. Sulzer;Kenz. pag. 2<5. Tub. XL Fig. 77. Goeze. En-lom. Beytr. fom- II. pag. 270. no. 1. Cim. Spinipes.
Fig. 224. De twee kleurige Wantz.
Qm 't 2de. Gezin.)
Heeft vyf leden aan de Sprieten en is geheel blaauwagtig zwart? het Borstftuk is wie gerand, op de Dekfchilden ziet men twee witte vlakken, de Tip.pen derzelven en de Vleugels zyn graauwagtig wit en doorfchynend, van ,onder is 't Lyf geheel zwart, de Pooten hebben dezelfde kleur, maar aan ;de gewrigten derzelven een wynig wit. Men vjnd ze op de Planten.
Linn. Syft. nat. p^g. 722. no. 55. Cimex. Bicolor. -Geoffrc-,7. Ins. Tom. I. pag. 471. no. 73. Gckze. Eitiom. Beytr. Tom. II. pag. 203. no. j-j.
■Fig. 225. De Ananas-Wantz.
(yan H 3de. Gezin.) De Sprieten zyn zwart en beftaan
Fig. 223. La Punaise de deuil.
(de la 2me Famille.)
Cet lnfecle ejl entierement noir , feulement les extrémités des Etuis fi? des Ailes Jont Hanches & trmjparentes; les Antennes confiflent en cinq Articulations , les Pattes Jont très-larges fi? toutes garnies de petits poils rudes épineux. II habite fur 'les Plantos, fi? yit de toutes fort es de chenilks fans poll fi? d'autres Infeées.
Fig. 224. La Punaise de deux
couleurs.
(de la 23e.Familie.)
Les Antennes font entierement noir bleuatre, ayant cinq Articulations, le Qrfelet eft bordé de blanc ; deux taches Manches Je voyent fur les Etuis , dont les extrémités fi? les Ailes font blanc grifdtre fi? tmnfparenfes ; le deffous du Corps efl tout noir;^ les Pattes ont la même couleur, excepté quily a un peu de blanc auxjointures. On la trouye fur les Plantes.
Fig. 225. La Punaise des Ananas.
(de la 3™. Familie.)
Les Antennes de cinq Articulations font
uit



van de WANTZEN.
iïic vyf leden, de Oogen donkerbruin, de Kop , Borstftuk , Lendenfchild en Dekvleugels hebben eene donkere Oranjekleur, behalven de punt van 't Lendenfchild, die bruin is, en in een geelen Pylswyzen Vlak eindigt, gelyk by >Bg. B. (alwaar deze Wantz vergroot is afgebeelt,) kan gezien worden. De Tippen der Dekfchilden en de Vleu¬
gels zyn helder wit en doorfchynend, de Pooten blinkent zwart dog aan de
schenkels der twee paar voorlten een wynig geel, de fcherpe fchouderlpitfen zyn zwart. Op de onderzyde heeft het Lyf dezelfde -klem gelyk als van boven , maar aan de randen met zwarte vlakken geziert. De Heer Renaud heeft ze in Surinamen gevonden en my ter Afbeelding medegedeelt.
Fig. 226. De Ma cc ai- Wantz.
(yan V 6de. Gezin.')
Heeft den Kop rood , de Oogen bruin , de Sprieten , welke uit vyf leden beftaan , zyn zwart, het Borstftuk van boven zwart met vier bleekblaauwe glanzige vlakken , de Tip van 't zwarte Lendenfchild is rood , het Agterlyf is zwart en nevens het Borstftuk bloedrood gerand , de Dek- en Ondervleugels zyn zwart. Op de onderzyde is het Lyf zwart met roode vlakjes , de Pooten zyn zwart en fyn gehairt. Men vind ze in Surinamen op een Plant Maccai genaamt, 't welk een zoort van Solanum met diftelvormige bladen is.
DM PUNAISES. i27
noires , les Teux brun foncé, la Tête^ le Corfelet, liEcujfon, (f les Etuis, orange foncé, excepté la pointe de lEcuJfon qui ejl brune & fe termine en une tache en forme de fiéche , ainfi quon le peut voir par la Fig. B, ou cette Punaife ejl réprèfentée groffie a la Loupe. Les extrémités des Etuis (2? les Ailes font blanc clair fip tran • fparentes, les Pattes noir liffe , mais un peu jaunes aux Hanches des deux paires de Pattes antérieures ; les pointes aiguês des Epaules font noires. . Le deffous du Corps ejl de la même couleur que le deffus , mais omé aux bords de petites taches noires. Monfieur Renaud Va trouvée d Surinam & me la communiquée pour en faire eefte répréfentation.
Fig. 226. La Punaise-Maccai.
(de la 6>™. Famille.)
Elle a la Tête ronde, les Teux brun , ks Antennes, a cinq Articulations, noires, k Corfelet efl au deffus noir avec quatre taches bleu pdle luifant, la pointe de IEcüjfon noir ejl rouge , P Abdomen noir ejl bordé, ainfi que le Corfelet, de rome de
Jang. Les Etuis fif les Alles Jont auffi noir. Le dejfous du Corps, avec des petites taches rouges , ejl noir, ainfi que les Pattes , lesquelles Jont garnies de petits poils. On la trouve d Surinam Jur la Plante nommée Maccai, qui ejl une forte de Solanum avec des feuilles dont la forme ejl Jemblabk a celles du Chardon.
S 2 Fig.



125 BESCHR Y VING, enz.
LES CRIP TI O iV, £rV.
Fig.- 227. De Katoenboom Fog. 227. La Punaise de l'As-
Heefc den Kop en Oogen bruin, de Sprieten zwart, de Tippen der Dekfchilden en Vleugels, als mede het Agterlyf, van boven bruin; dog voor 't overige is het Lyf en de Pooten bruin geel, de voorfte Pooten zyn lang en met hairtjes bezet, en de beenen der Agterpooten hebben aan de binnenzyde eenige fcherpe doornen. Men vind ze in Surinamen en wel voornamenlyk op de Katoenboomen.
PLAAT XXXII.
Fig. XV. De Gestreepte Waterwantz.
Ik geve hier nogmaals de afbeelding van eene Water-Wantz, welke my toefchynt het Wyfje te zyn van die, nvelke op Plaat XV. Fig. XIII. is afgebeeld; het Lyf u veel breeder, en de geele ftreep. jes op het Borstjluk en Dekfchilden zyn geheel zigtbaar en min of meer anders geteient, dan die der tvengemelde. Op de onderzyde is het Lyf geelagtig graauw, de Pooten bruin, de PUeugels hebben een tlaawwagtigen weerfchyn. Zy is hier tuiten deze Stad in eene Sloot gevondtn.
Wantz.
;ere du Coto n.
Qvau 6de Gezinf)
<de la 6mc. Familie.}
La Tête, fi? les Teux^ font brm*, ks Antennes noires, les extrémités des Etuis & les Atles brun , ainfi que le hout dB f Abdomen; mais la couleur de tout le rêfii du Corps SF des Pattes efl jaune brun; fes Pattes antérieures font longues cj? garnies de petits pils , ê? les Jambes des Pattes poflérieures ont. en dedans quelques Epines pointues. On la trouve d Surinam prmcipalement fur VArbre du Coton.
PLANCHE XXXII.
Fig. XV. La Punaise Aquatique Rayée.
Je donne ici encore une fois la répréfentation d'une PunaiTe Aquatique, qui me parofr être la Fémelle de celle que j'ai donnée fur la Planche XV. J-ig. XIII. Le Corps efl: beaucoup plus grand & les rayes jnunes fur le Corfelet & les EcV,s fop/ entierement vjfibles, & p/us ou moins maïs diitéremenc marquées que celles de la fusdite; le deffous du Corps eft gris jaundtre, les Pattes ont une couleur brune, & celle dej Afles eft bleuatre tranfparent. Elle a été trouvée dans ua fofle prés de cette Vilie.









%an ds WANTZEN.
DES PUNAISES. 12*
PLAAT XXXIII.
228. De Roodgestreepte Wantz.
Ow* '* 2de. Ges/».)
Be Sprieten van deze Wantz beftaan uit vyf Leden en zyn zwart, de Kop en Oogen omberkleurig, het Borftftuk en Lendenfchild donkerbruin met bloedroode ftreepen en randen; de bruine Dekfchilden zyn aan de tippen koperglanfig en doorCchynend, de vleugels hebben een ligtbruine kleur. Op de Onderzyde is het Lyf met de Pooten bruin en op het Agterlyf zyn twee ronde bloedroode vlakjes geplaatst. Men vind ze in Surinamen en is afgebeeld naar een voorwerp uit het Kabinet van den Wel Ed. Heere L. E. Holthuizen.
Fig. 22p. Het Roodgatje :(Man.)
(yan 't 3de Gezin.) !
Heeft vyf Leden aan de Sprieten en Zyn bleekrood van kleur ; van onder is het Lyf Vleeschkleurig met witte vlakjes gemengt, het Agterlyf is aan 't einde bloedrood, de Pooten zyn bleekrood. De tippen der Dekfchilden zyn nevens de vleugels wit en doorfcbyDend. Deze is het Mannetje van Fig. 44. op Plaat VI. afgebeeld. Men vind ze gemeenlyk in de maand July gepaard, op onderfcheiden Plantgewas* fen.
PLANCHE XXXIII.
Fig. 228. La Punaise Rouge
rayée. m
(de la 2de. Familie.)
Les Antennes, confifiant en cinq Articulations , font noires , la Tête fi? les Teux couleur dombre, le Corfelet fi? VEcuffon brun foncé avec des rayes fi? bords rouge de fang; les Etuis bruns font aux extrémités déune couleur de cuivré luifant fi? tranfparente, fi? les Ailes d'un brun clair; le dejfous du Corps brun , ainfi que les Pattes; deux petites taches rondes rouge de Jang Jont placées fur V Abdomen. On la trouve d Surinam , ej3 elle a été iirèe dapres un fujet que Ton voit dans le Cabinet de Monfieur L. F. Holt-
HUlSENi
Fig. 229. La Punaise Ensanclantée. (Male.)
(de la 3me Famille.)
Elle a cinq Articulations aux Antennes, qui font rouge pdle ; le dejfous da Corps efi couleur de cluiir mêlée de petites taches Hanches; Vextrémité de VAbdomen efl rouge de fang, les Pattes font rouge pdle, les Pointes des Etuis, de même -que les Ailes-, Manches fi? tranfparentes. Celle-ci ejl le male de la Fig. 44. réprèfentée fur la Planche FI, On la trouve gènêralement accouplée dans le mms de Juillet fur diféreutes fortes de Plantos.
T Fig',



T§p BE S CHRY VI N G
BESCRIP TT OM
Fig. 230. De Scherp-GedqorNDE Wantz.
(van '* 3de Gezin.)
Heeft zwarte Sprieten welke uit vyf Leden beftaan , de Kop , Borfl.-j.tuk, Lendenfchild en het lederagtige gedeelte der Dekfchilden is bruin met ruwaards geplaatlte witte Hippen, De Schouderhoeken eindigen in twee lange* fcherpe doornen. Op de bovenzyde is het Agterlyf glanfig donkerblaauw, de tippen der Dekfchilden en Vleugels zyn doorfchynend. Mew vind ze in Zuid-Amerika en in- Europa , deze is uit Surinamen en berust nevens de overige hier afgebeelde foorten in het Kabinet van den Wel Ed. Heere L. F.
holthüizen.
Fig. 231. De Bruine Wantz
MET BlaDERSPRIETEN.
(yan 't 54c Gezinfjj
De Sprieten be/laan uit vier Leden, het derde Lidt is aan 't einde plat, breed en in gedaante als een klein geel blad 't welk zwart gerand is;- het Lyf is Caftanje kleurig bruin, de Pooten ligt bruin ; de Dekfchilden zyn' met geele Aderen en de tippen- derzelven donker groen koperglanfig,de Vleugelshebben eene donkerbruine kleur.De hier afgebeelde is naar een Wyfje, welke onder dit Gezin de dikfte Agterpoocen hebben en gemeenlyk zo-als-hierin dè Afbeelding blykt aan de Binnenzyde der Schenkels met doornamtigè punten gewapent zyn. Zy woond in Surinamen.
Fig. 230. La Punaise a Epines po 1 ntues.
(de la 3™. Familie.}
Les Antennes en cinq Articulations font noires, le Corfelet, VEcuffon, & la partie écailleufe des Etuis brun avec des points placés intérieurement. Les Coins des Ppaules fe terminent en deux longues ■ épines pointues; le deffus de VAbdomen efl dun bleu luifant foncé, fi? les extrèmïtés des Etuis, ainfi que les /iiles, font tranfparentes. Elle fe trouve dans l Amérique Méridionale fi? en Europe, mais celle-ci vient de Surinam, fi? fe voit, de même que les autres fortes repréfentées ki; au Cabinetde Monf'eur L. F. Holtiiuisen..
Fig. 231. La Punaise brune aux Antennes feuilletées,
. (de la 5me. Famille.)
Les Autennes confiflent en quatre Articulations , la 9"' . efl au bout platte , large & dans la forme d une petite fetiille jaune bordée de noir ; le Corps efl ehatain brun; les Pattes font brunes, les Etuis avec des veines jaunes, fi? leurs extrémités jaune foncé cuivré luifdnt. Les Ailes ont une couleur de yert foncé. Celle qui efl ici réprèfentée ejl' d apres une Fèmelle, dont' les- Patte< portérieures font les plus épaisfes de toute cette Familie, & font généralement années è l intérieur des cuiffes de pointes épineufes, ainri quil paroit dans la répréfentation^ Elle vit <i Sur mam.
Fig.



van de WANTZEN.
DES PUNAISES. 131
Fig. 232. Dk Surinaamsche Ring-Wantz.
(yan 't 5de. Gezin.)
De Kop is zwart, de Oogen bruin ën de Sprieten, welke uit vier Leden beftaan, zyn ook zwart. Het Lyf is bleekrood en op de Onderzyde met zwarte ringen geüerd, de Pooten zyn zwart met roode vlakjes aan de Schenkels. De tippen der Dekfchilden en de Vleugels hebben eene witte doorfchynende kleur. Zy is uit Surinamen.
Fig. 233. De Witte X Draagster.
(de la 5me Famille.)
De Sprieten van deze Wantz beftaan ruit vier Leden en zyn zwart, de Kop, Borftftuk, Lendenfchild en Dekfchilden hebben dezelfde kleur ; het lederagtig gedeelte der Dekfchilden is aan de Binnenzyde met wit gerand, waardoor zig op den Rug van 't Infecï;, eene tamelyke overeenkomst met de Letter X vertoont: te weeten wanneer de voornoemde Dekfchilden geüooten of in den rustenden ftand geplaatst zyn. Op de Onderzyde is het Lyf bruin en Pooten zwart. Zy is my door den Heere Blomfield vereerd, met byvoeging dat ze op het Eyland Otaheite was gevangen; Ik heb ze egter ook onder Infeóten gevonden welke my uit Surinamen zyn toegezonden.
Fig. 234. De Ananas-Wantz.
(yan 't <5de. Gezin.)
De Sprieten van deze Wantz beftaan uit vyf Leden en zyn gelyk de Kop,
Fig. 232. La Punaise a anneaux,, de Surinam.
(de la Famille.)
Elle a les Teux bruns, la Tête, & les Antennes , en quatre Articulations, noires. Le Corps ejl rouge pdle, ome' en deffus de petits Anneaux noirs; les Pattes font noires avec des petites taches rouges aux cuijfes; les pointes des Etuis fi? les Ailes ont une couleur blanche tranfparente. Elle vient de Surinam.
Fig. 233. La Punaise Blanche X.
(de la 5rae. Famille.)
Les Antennes en quatre Articulations font noires, de même que la Tête, le Corfelet, ï1 Ecujfon & les Etuis. La partie écailleufe defdits Etuis efl garnie de blanc d T intérieur, ce qui fait que cet Infecte a fur le dos affez de reffemblance avec la LettreX, c efl-d-dire, quand les fusdits Etuis font fermés ou dans leur ét at de repos. U a le deffous du Corps brun, ei? les Pattes noires. Monfieur Blomfield men a honorê, en ajoutant quon Pavoit prife dans ïlfle Otahité. Je Vai auffi renconirèe parmi des Infecles qui mont été envoyés de Surinam.
Fig. 234. La Punaise des Ananas.
(de la <5me. Famille.)
Les Antennes de cette Punaife ont cinq Articulations, £p, de même que la Tête
t 2 e?



m BESCHRYV IN G
BE SCRIP TI ON
en 't Lyf bruin van kleur; de Dekfchilden zyn bruin met bruingeele aders,, de Vleugels grys en doorfchynend. Het Agterlyf is van onder met bruinroode ringen gefiert Zy woond in Surinamen en word gemeenlyk. op de Ananasplanten gevonden..
Eg. 235. De Zwarte en Gesle
vli eg wantz..
(yan 't 6K Gezin.^
Hèeft vyf Leden aan de Sprieten en zyn nevens dèn Kop, en Agterlyf zwart, twee kleine blinkende Oogjes zyn. agterwaarts op den Kop geplaatst;; het Borftftuk is bruinagtig geel, de Dekfchilden zyn aan hun begin geel, de tippen dèrzelver en dè Vleugels wit.. De Pooten zyn zwart en aan de Beenen ruig gehaird. Zy woond in Surinamen.
J8&*-&3f>..DE Zwarte en-Roode Vlieg wantz.
(yan V 6de. Gezin.) :
De Kop en Borftftuk zyn zwart, het Eendenfchüd rood , het Lederagtige gedeelte der Dekfchilden is aan de gewrigten zwart; voor 't overige rood en de tippen derzelven benevens de Vleugels 'zwart. Op de Onderzyde. is het Lyf zwart met bloedroode ringen; de Pooten. zyn aan dè: Schenkels rood, doch de Beenen en Voeten zwart, Meo y'md ze. Surinamen.
&?• Ie Corps, une couleur brune. Les Etuis font bruns ayec des veines jaune brun, les Ailes grifes tranfparentes.L'Abdomen efl ornê, par deffous, d'anneaux rouge brun. Elle yit d Surinam fi? fe trouve pour l'ordinaire fur les Plan* tes. des Ananas.
Êi§' 235- ^A Punaise - Mouche.
,,noir et jaune.
(de la 6nie. Familie.)
Elle a cinq Articulations aux Anten nes, qui font noires, ainfi que la Tête-S 1'Abdomen:. deux, petits Teux.liffes font plucés.fur le derrière de la Tête; le Corfelet efl jaune brundtre;- lés Etuis font jaune d leur cdmmencementfi? leurs extrémités Manches, ainfi que les Ailes. Les Pattes ont une couleur noire, fi? les jambes des: poils rudes.. Elle yit d Surinam..
Fig. 235; La Punaise- M'öuciie-
noir et rouge.-
(tle la 6m*. Familie.) •
La Tête fi? le Corfelet font noir, IE, euffon rouge , la partie écailleufe des Etuis noire aux jointures , le furplus rouge, & leurs pointes noires ■, de même que ks Ailes. Le dejfous du Corps efl - auffi noir avec des anneaux rouge de fang; les Cuiffes font rouge , mais les jambes fi? les Tarfes t$u- On la trowe d. Surinam.
PLAAT









van-de WANTZEN.
PLAAT XXXIV.
Fig. 237. De Geoogde Wantz. (yan 't 2^ Gezin.)
' De Sprieten van deze Wantz beftaan uit vyf Leden en zyn zwart; de Kop, Borftftuk en Dekfchilden hebben eene bruinagtige paarfche kleur met geele ftreepen en randen, op het midden der Dekfchilden is een kleine ronde Oogswyze vlak: het Agterlyf is bruin en. de Vleugels zyn wit.- Op de Onderzyde is het Lyf bruin en de Pooten zwart. By. Fig. A. is dezelve vergroot, afgebeeld. Men vind ze op veeierly Plantgewaflen..
Fig. 23.8.. De. Kaapscke BilzemkruidWantz.
(yan. 't 5^ .. Gezin.).
r
Deze kleine fraaije Wantz is zwart met bloedroode tekening en vlakken; de Sprieten beftaan uit vier Leden en zyn gelyk de Pooten zwart van kleur. Het Lyf is zwart met.roode ringen; de Vleugels zyn donkerbruin. Fig*. B. vertoont dezelfde door een maatig Vergrootglas te. zien. Zy word aan de Kaap de goede Hoop gevonden en. berust nevens alle hier afgebeeiden in het Kabinet van den Heere L. F. Holthuisen.
Fig. 239, De Geele Klissen,Wantz.
(yatr'r 5*. Gezin.)':
Heeft, bruine Sprieten en Póoten, liet Lyf is op de Onderzyde zo wel als van boven geel, de Dekfchilden zyn san 'teinde , gelyk de Vleugels wit en
BES PUNAISES. 1-3.3
PLANCHE XXXIV.
Fig- 237. La Punaise a Taches en Oeh ,
(de la 2^e. Famille.)
Les Antennes de cet lnfecle confiflent en ^ cinq Articulations &■ font noires; lm Tête le Corfelet fif les Etuis ont' unecouleur pourpre brundtre ayec des rayes £? bords jannes.- Au milieu des Etuis efl' une petite tache ronde en forme d'm ceil;; les Alles font Manches-, 1'Abdomen brun le. deffous du Corps au ft brun,- les: Pattes noires. La même efl réprèfentéegroffiepar la Fig. A. On la. trouye fuir différentes Plantos*
Fig. 238'. La füMSÏ de laJusquiame du Cae.
(de la 5me„, Familie.^
^ Cette belle petite Punaife efl noire ayec dés marqués & taches rouge de fang; les Antennes confiflent en ■ quatre Articulations & font noires, ainfi que les Pattes-.. Et Corps efl noir ayec des anneaux rouge.-, les Ailes font brun foncé. La'Fig,. B la fait yoir groffie ayec une Loupe modérée. Elle a êté prifie au Ca^ de Bonne Efpérance, $ fe voit, de même que. toutes celles qui font ici reprêfentées air Cabinet de Monfieur L. F. Holthuisen..
Fig. 239. La Punaise du javne Geettl'ron. (de la 5^e.-Familie.)-
Elle a less Antennes & les Pattes brunes,. le deffus & le deffous du■ Corps.jaune ; les Etuis font, aux extrémités^ ainfi. que les Ailes, blancs & iranfparens^ La
doo"-



134 BESCHRYV1NÖ, enz.
HES CRIPTIO N, ■&*
■doorfchynend. Fig* C. is dezelve vergroot. Men vind ze gemeenlyk op de Kliffen,
Hg. 240. De Scabioza-Wantz.
(van V 5de. Gezin.')
De Sprieten, het geheele Lyf en de Pooten zyn bruin; de Dekfchilden bruin en vuil wit aan de buiten randen by de gewrigten en aan de tippen derzelver. De Vleugels zyn wit en doorfchynend. Ik heb deze Wantz gemeenlyk op de Scabiofa-Plant gevonden. Fig. D. is dezelfde vergroot.
Fig. 241. De Roosen Wantz,
(ym 't 5de. Gezin.')
Ts op de Onderzyde van 't Lyf geel de Pooten zyn bruin; de tippen der Dekfchilden en Vleugels hebben eene witte kleur en zyn doorfchynent. Men vind ze gewoonlyk op de zogenaamde Provintie-Roos.
Fig. 242. De Wantz der Vlier-
boomen.
(yan 't 5^. Gezinl)
Heeft de Sprieten, Kop en Borftftuk bruin, de Oogen rood, het Agterlyf van onder geel maar op de bovenzyde bruin. De Pooten zyn geel en de Vleugels vuilwit. Zy word meeftal op den jongen Vlierboom gevonden alwaar ze op de zwarte Bladluis aaft waarmede deze Boomen veelal in de Maanden July en Augustus bezet zyn.
Fig. C ejl la même groffie. On la home généralement fur la plante de la Bardane.
Fig. 240. La Punaise Scabieuse.
(de la 5me Famille.)
Les Antennes, tout le Corps, ks Pattes, ks Etuis font brun, fi?, aux bords extérieurs des jointures fi? d leurs extrémités , d'un blanc fale. Les Alles font Hanches .fi? tranfparentes. yai ordinairement trouvé cette Punaife fur la Plante de la Scabieufe. La Fig. D ejl la même grofjie.
La Fig. 241. La Punaise des Roses.
(de la 5me. Famille.)
Le dejfous de fon Corps ejl jaune ; les Pattes jont brunes ; les extrémités des Etuis, fi? les Ailes, Manches & tranfparentes. On la trouye ordinairement Jur Varbriffeau appellé Rofe de Provins.
Fig. 242. La Punaise du Sureav.
(de la $™. Famille.)
Elle a la Tête, les Antennes fi? le Corfelet brun, les Teux rouge, k de fous de f Abdomen jaune , mais le deffus efl brun; les Pattes font jaune fi? ks Ailes blanc fale. On la trouye k plus fouvent fur les jeunes Sureaux, oh elle fe nourrit des Pucerons noirs, dont cet arbre ejl garni, furtout dans ks mois de hullet 'ou d'Aoüt.









vam de WANTZEN.
DES PUNAISES. 135
PLAAT XXXV. Fig, 244. De Geele Arle-
QUI N.
(van 't 2de Gezin.)
De Sprieten van deze Wantz beftaan uit vyf Leden en zyn zwart. De Oogen Grys., de Kop is donker geel, het voorfte gedeelte van 't Borstftuk is bleek, doch voor 't overige bruingeel, en met agt zwarte vierkante vlakjes gefiert. Het Lendenfchild is laiFraankleurig, aan de uiterftepunt bleekgeel,op'c midden met langwerpige zwarte vlakken en aan 'c Borstftuk zwart gerand. De Dekfchilden hebben het lederagtige gedeelte bruingeel, met een zwartenftip op 't midden derzelver, de Tippen zyn nevens de Vleugels bruin en doorfchynend. Het Agterlyf is donkerbruin. De onderzyde van 't geheele Lyf is geel met een menigte zwarte ftippen. Fig. A. verbeeld het Masker van deze Wantz, 't welk by Fig. B. door het vergrootglas is afgebeeld, en waaraan de Vleugellcheeden nog ontbreeken. Men vind ze op de kust van Coromandel, en berust nevens de overige op deze Plaat afgebeelde voorwerpen, in het Kabinet van den Wel Ed. Heere L. F. Holt-
hüizen.
Fig. 245. De Bruingeele Wantz.
(ym '* a*. Gezin.)
PLAN CM E XXXV.
Fig. 244. La Punaise Jaune Arlequin.
(de Ja zte. Famille.)
Les Antennes en cinq Articulations font noires, les Teux gris , la Tête ejl jaune foncé, la partie antérieure du Corfelet efl pdle , mais le refle jaune brun, & omé de huit taches quarrées noires. LEcujfon efl couleur de faffran, fa pointe extérieure jaune pdle, ayant deux taches ovales au milieu & des bords noir fur le Corfelet. Les Etuis ont leur partie écailleufe jaune brun, ayec un point noir au milieu, leurs extrémités font, de même que les Ailes, brunes & tranfparentes; VAbdomen efl brun foncé , le dejfous de tout le Corps efl jaune avec beaucoup de points noirs. La Fig. A repréfente la Larve de cette Punaife, laquelle fe voit tirée d la Loupe par la Fig. B, oü les Fourreaux manquent. On la trouve fur la Cote de Coromandel, ö9 repofe, ainfi que lts autres fujets de cette Planche, dans le Cabinet de Monfieur L. F. Holthuisen.
Fig. 245. La Punaise Jaune
brun.
(de la 2je. Famille.)
Heeft vyf Leden aan de Sprieten, Elle a cinq Articulations aux Antennes,
V de



i3<5 BESCHRY VING
DE SCRIP T10N
la Tête, le Corfelet, IEcujfon fi? la partie écailleufe des Etuis efl jaune brun, leurs extrémités, fi? les Ailes, Manches; V Abdomen ejl brun noirdtre, le dejfous da Corps jaune brun, & les Pattes font brunes. Elle vit d Surinam.
de Kop, Borstftuk, Lendenfchild en 't Lederagtige gedeelte der Dekfchilden is bruingeel van kleur, de Tippen der laats tgemelden en de Vleugels zyn wit, het Agterlyf is zwart bruin. Op de Onderzyde is het Lyf bruingeel, de Pooten bruin. Zy woond in Surinamen.
Fig. 246". De Bruin Witgestreepte Wantz. (van '/ 4de Gezin.)
De Sprieten, welke uit vier Leden keftaan, zyn nevens den Kop, de Oogen en 't geheele Lyf met de Paoten, Dekfchilden en Vleugels, bruin van kleur, over het Lendenfchild loopen 1 twee en over de Dekfchilden een witte dwarsftreep. Zy is" uit Surinamen.
Fig. 247. De Wantz van de
duizentschoon.
(van V 4fte. Gezin.)
- ' ■ m V <; re Wfc V* i>£ % » .
Hëeft vier Leden aan de Sprieten Welke zwart zyn, de Kop is nevens het Borstftuk donker bruingeel, de Oogen bruin, voorts is 't geheele Lyf en de Dekfchilden ligtbruin, doch de Tippen der laatften en de Vleugels zyn grys of aschkleurig. Ik heb deze Wantz veelmaals op de Bloemen der zogenaamde Duizendtfchoon (Dianthus Linn.) gevonden.
NB. Door de onachtzaamheid van den Letter/mier is op di voorgaande Plaat dt N 239. overgeflalen, dierhalven gelieve men aldaar in den Text N •. 239. voor N-'. 240. op de Plaat te neemn m zo vervolgtns tot N'. 243. incluit.
Fig. 246. La Punaise Brune k Rayes Blanches. (de la 4.™ Familie.)
Les Antennes, confijlant en cinq Articulations, jont, ainfi que la Tête, les Teux, tout le Corps, les Pattes, les Etuis & les Ailes, de couleur brune. L'on voit deux rayes blanches tranfverfales fur IEcüjfon & une de même couleur fur les Etuis* Elle vient de Surinam.
Fig. 247. La Punaise du Diauthus.(de la 4me. Famille.)
Elle a quatre Articulations aux Antennes , qui font noires la Tête jaune brun, de même que le Corfelet, les Teux brun, tout le rejle du Corps & les Etuis brun clair, excepté les extrémités de ces derniers fi? des Alles, qui font gris cendré. 'ai fouvent trouve' cette Punaife fur les fieurs du Dianthus.
NS. Par l'inattemion du Graveur, il a fauté Ie N'. 239. fur la précédente Planche; c'eft pourquoi ayez la ' bonté d'y pienupc- fur Ie Texte N. 230. pour N: 240, & ainü" de fuite iufqu'au N'. 343 inclüfivemcnt,
Fig.



van de WANTZEN.
'DES PUNAISES- 137
Fig. 248. De Wantz van de Witte Jasmyn.
(yan V 4de- Gezin.')
Deze kleine Wantz heeft bruine Sprieten, welke uit vier Leden beftaan, de Kop, Oogen, Borstftuk, Lyf, en Pooten zyn zwart. Op het midden van 't Borstftuk is een kleine: geelkleurige Stip; de Dekfchilden zyn aan 't begin wit met zwart bruine Aderen , in 't midden bruinrood en aan de Tippen wit met bruinroode Aderen. De Vleugels zyn bleekblaauw en doorfchynend. Fig. C. vertoont dezelve door 't vergrootglas befchouwt. Ik heb ze op de gemeene witte Jasmyn (Jasmynum Linn.) aangetroffen.
Fig. 249. De Wantz van de Lathyrus.
(yan 't 4de Gezin.)
Heeft vier Leden aan de Sprieten, de Kop en Borstftuk zyn bruinrood, over 't laastgemelde loopt een donkerbruine dwarsftreep, de Oogen zyn bruin gelyk er wys het Lendenfchild en de Pooten; het Lyf is donkerbruin. De Dekfchilden zyn aschkleurig met ligtbruine Aderen en een witte Vlak aan de buitenrand , naby de Tippen derzelven; de Vleugels zyn wit en doorfchynend. Fig. D. vertoond dezelve door 't vergrootglas befchouwt. Men vind ze in de Maanden July en Augustus op de Ruikende Lathyrus, (Lathyrus 12 fp. Linn.)
Fig. 248. La Punaise du Jassemin Blanc.
(de la 4me. Famille.)
Cette petite Punaife a ks Antennes brunesconfijlant-en quatre Articulations * £? la Tête, ks Teux, le Corfelet, de mime que Ui Corps & les Pattes, noir. Au milieu du Corfelet fe voit un petit point de couleur jaune; les Etuis font blanc avec des veines brun noir d leur commencement, le milieu efl rouge brun, cj* les extrémités blanc, avec des veines rouge brun. Les Ailes font bleu pdle & tranfparentes. La Fig. C la repréfente yue b la loupe. Je ïai ordinairement trouvée fur le Jasfemin blanc (Jafmynum Linn.}
Fig. 249. La Punais-e de l'Esturge.
(de la 4me. Familie.)
Ses Antennes ont cinq Articulations, la Tête & la Corfelet font rouge brun, ce dernier ayant une raye tranfverfale brun rouge ; les Teux font brun , ainfi que VEcuffon & les Pattes; le Corps ejl brun foncé; les Etuis font gris cendré avec des veines brun clair & une tache blanche au bord extérieur proche de leurs extrémités; les Alles font blanches & tranfparentes. La Fig. D la repréfente vue d la Loupe. On la trouve au mois de Juillet & d'Aoiït fur la Plante odorante de /'Efturge (Lathyrus 12 fp. Linn.)
V z Fig.



J38 BESCHRYVING
DESCRIPTION
Fig. aS°- De Witgestippe Vlieg wantz.
(van V 6ie. Gezin.}
■ De Sprieten van deze Wantz beftaan uit vyf Leden en zyn zwart, de Kop, cn Oogen zyn bruinagtig geel , twee kleine roode blinkende Oogjes zyn agterwaarts op den Kop geplaats; het Borstftuk en Lendenfchild is nevens het Lyf op de Onderzyde zwart; het Agterlyf is van boven bruin, de Pooten zyn bruingeel y gelykerwys het lederagtige gedeelte der Dekfchilden , doch^ het vliesagtige deel derzelven is aan 't beginzel bruin maar aan 't einde zyn de Tippen als mede de Vleugels Wit. Men vind ze in Surinamen.
PLAAT XXXVL
Fig. 251. De Amethystkleurige Schild wantz.
(yan 't 1^. Gezin.)
Heeft vyf zwarte Leden aan de Sprieten, de Kop, Borstftuk en Lendenfchild, 't welk het geheele Agterlyf bedekt, heeft de kleur van Amcthyst, met bruine Vlakken naar 't groene hellende Dwarftreepen en Tekening. Op de Onderzyde heerscht dezelvde grondkleur, doch ieder Ring is ter zyden bruingerand, de Pooten zyn van boven geheel zwart,'egter hebben de Dyen, van onder een bruine glanfige kleur. De Deklèhilden welke door het Lendenfchild bedekt worden, hebben
Fig. 250. La Punaise -Mouche a Points Blancs.
(de la 6me. Famille.)
Les Antennes confiflent en cinq Artilations & font noires; la Tête & ks Teux font jaune brundtre ; trois petits Teux lijfes rouge jont placés fur la partie poflérieure de la Tête. Le Corfelet & PEcujfoft, font noir, de même que le desfous du Corps. L"Abdomen ejl brun audeffus; les Pattes font jmme brun, ainfi que la partie écailleufe des Etuis , mais leur partie membraneufe efl brune au commencement, & d leurs extrémités ks points font blanc, de même que les Ailes. On la trouye a. Suiinam.
PLANCHE XXXVL
Fig. 251. La Punaise a Ecusson Améthyste..
(dè k 1*. Familie.)
Elk a cinq Articulations noires aux Antennes; la Tête, k Corfelet & ks Etuis qui comrent tout 1'Abdomen ont la couleur de VAméthyfie, ayec des taches brunes cj? des marqués & rayes tranfverfales tirant fur le yert. Le même fond de couleur regne au-dcffous , excepté que chaque Anneau efl bordé de brun aux cotés; les Pattes font en haut toutes noires, quoiqne les Cuijfes font au-dejfous dune couleur brune lui f ante-, ks Etuis, qui font couverts par ïEcu[)on, ont la partie écailleufe rouge brun luifant, mais aux extré-
het









van di WANTZEN.
BES PUNAISES. 139
het lederagtige gedeelte bruinrood en glanfig, maar aan de Tippen zyn die, nevens de Vleugelen donkerbruin doorfchynende. Deze Wantz verfchild alleen in kleur en Tekening van de Fig. 49. op Plaat VII., doch in gedaante komt zy veel met dezelve overeen. Zy is uit Bengalen.
Fig. 252. De Twevlakkige Wantz.
(yan 't 3de. Gezin.)
Deze fraaije Wantz heeft vyf Leden aan de Sprieten, de Kop is donkerbruin, de Oogen ligtbruin, het Borstftuk en Lendenfchild bruinrood met donkerbruin als gefchaduwt. De bruine Dekfchilden hebben ieder by de gewrigten een ronde geele Vlak en twee Aders van dezelvde kleur, aan de Tippen zyn ze doorfchynend y de Vleugels hebben eene bruine kleur. Het Agterlyf is zwart, doch op de Onderzyde, nevens de Borst, bruin, en de Pooten zwartagtig bruin. Zy is uit Oostindiën en berust nevens de overige op deze Plaat afgebeelde Wantzen, in het Ryke en aanzienelyke Kabinet van den Hoog Wel Geboore Heere Raye van Breukelerwaert.
Ftg. 253. De Gewapende Glans-rug.
(van *t 3ie Gezin.)
De Sprieten van deze fchooneWantz, beftaan uit vyf Leden en zyn zwart,
mités ik font, de même que les Alles, brun foncé & tranfparens. Cette Punaife dijfere feulement en couleur & dejfein de la Fig. 49 , fur la Planche Vil, quoique dans la forme elle lui reffcmbk beaucoup. Elle vient de Bengale.
Fig 252. La Punaise i deux Taches.
(De la 3k. Famille.)
Cette belle Punaife d cinq Articulations aux Antennes, la Tête brun foncé, les Teux brun clair, le Corfelet & VEcuffon rouge brun & comme nuancês de brun obfcur; les Etuis bruns ont d chaque cot'é des jointures une tache ronde jaune & deux veines de même couleur; leurs extrémités font tranfparentes, ks Ailes dune couleur brune ; P Abdomen efl noir , quoique en deffous , de même que la Poitrine, de couleur brune, celle des Pattes efl brun noirdtre. Elle vient des Indes Orientales , <£? fe voit, de même que ks autres Punaifes répréfentées fur cette Planche , dans le riche Cabinet de Monfieur Raye van Breukelerwaert.
Fig- 253. La Punaise Armée
a dos luisant.
(de la 3r'e. Famille.) .
Les Antennes de cette belle Pmmfe confiflent en cinq Articulations & font noires; V 3 dé



140 BESCKRYV1NG
DES CRIPTI ON
de Kcp is geel, de Oogen zwart, het Borstftuk geel met een bruine dwarllreep even agter den Kop, en twee blaauwagtige Vlakken aan den agterrand, de Schouderhoeken eindigen in een langen zwkrten ftompen Doorn , wederzyds met een geelen ftip getekent. Het Lendenfchild is bruingeel met
bruin gefchaduwt, en naar t einde een geel Vlakje. Het Agterlyf blaauw en glanfig, aan de randen geel en ter zy¬
den van den Anus een zwarte doornagtige punt. Het'"Lederagtige gedeelte van de Dekfchilden is bruinrood, aan de Tippen bruin, de Vleugels zyn aschkleurig. Op de Onderzyde is het Lyf nêvens de Pooien geelagtige bruin. Zy word in de Westindicn gevonden.
Fig. 254. De Roode en zwartge
VLAKTE DlKPOOT.
(yan V 4de. Gezin.)
Heef vier Leden aan de Sprieten, de Kop, en Hals, (die zeer lang is,) als mede het Borstftuk is rood , met zwart gevlakt en geringt, de fchouderhoeken eindigen in eene fcherpe punt. De Oogen zyn zwart, de Pooten en het Lyf is bruinrood met zwart gevlakt, de Dikke Dyen der Agterpooten hebben ieder een zwarten ring. De Dekfchilden zyn zwart met roode Vlakken en tekening. Zy gelykt eenigzins naar de Acajou - Wantz welke op Plaat XXVII. Fig. 189. is afgebeeldt, doch verfchild in zommige opzigten te veel van dezelve, om ze voor een en dezelvde zoort te houden. Men vind ze in Surinatnen.
fes Yeux font auffi noir , la Tête jaune , le Corfelet jaune avec une raye tranfverfale juflement derrière la tête, ■& deux taches bleudtres au bord poftérieur; les Coins des Epaules fe terminent en une longue Epine obtufe, marquêe de chaque coté d un point jaune; l Abdomen eft jaune brun nuance de brun ayec une tache jaune vers la fin. L'Abdomen efl bleu & luifant, ks bords jaune , 6? aux cotés de /Anus eft une pointe épineufe noire. La partie écailleufe des Etuis efl rouge brun 6? leurs extrémités brunes, les Ailes font gris cendré. Le deffous du Corps, de même aue les Pattes,
eft brun jaundtre. On Ia trouyée aux Indes Occidentales.
Fig. 254. La Punaise Rouge a grosses Pattes, tachées de noir.
(de la 4™. Famille.)
Elk a cinq Articulations aux Antennes, la Tête fip k Col (qui efl fort long) rouge, de même que le Corfelet taché 82
bordé de noir. Les Coins des Epaules fe terminent en une pointe fine. Les Teux font noirs , ks Pattes & le Corps rouge brun ayec des taches noires. Les Cuijfes épaiffes des Pattes poflérieures ont des taches & des marqués rouge. Elle reffemble en quelque maniere d la Punaife Acajou, qui eft réprèfentée fur la Planche XXVIL Fig. 189.•> mais en dijfere trop en quelque maniere pour tien faire quune fi? la même forte. Oti la trouve d Surinam.
Fig*



van di WANTZEN.
DES PUNAISES. r4l
Fig. 255. Het Koperschild.
(van 't 4d«. Gezin.)
De Sprieten van deze Wantz beftaan uit vier Leden, de Kop, Borstftuk en Lendenfchild zyn koper glanfig. De Dekfchilden bruin met geele Aderen, doch aan de Tippen bruin, de Vleugels zyn ook bruin. Het Lyf is zwart. De vier voorste Pooten zyn bruin, de Agterpooten zwart, aan de Dyen derzelven met drie eenigermaaten kromgeboogen, en aan de Beenen met één regteh fcherpen doorn gewapent. Men vind ze in Surinamen.
Ftg. 256". DeRoodbuik.
(van *t 6"de. Gezin.)
Deze Wantz is byna geheel zwart, behalven het Agterlyf, van boven, op de Onderzyde zyn eenige kleine roode vlakjes geplaatst. De Sprieten beftaan uit vyf Leden, op den Kop ziet men, met een maatig vergrootglas, twee kleine roode blinkende Oogjes: het voorfte gedeelte van 't Borstftuk, naby den Kop, is met twee.,kleine vooruitfteekende fcherpe puntjes voorzien. De Dekfchilden en Vleugels zyn vaal zwart en doorfchynend. De voorfte Pooten zyn zwart en ruig, doch by de kniebuiging en aan de Leden der voeten rood, de vier agterfte Pooten zyn aan de Dyen zwart, maar de Beenen en Voeten bloedrood. Zy woond in Surinamen.
Fig. 255. La Punaise a Ecusson cuivré.
(de la 4««. Famille.)
Les Antennes confiflent en quatre Articulations, la Tête, le Corfelet & VEcuffon font vert luifant cuivré, les Etuis bruns avec des veines jaunes, mais brunes aux extrémités ; les Ailes font auffi brunes, le Corps efl noir; les Pattes antérieures font brunes, les poflérieures noires, leurs Cuiffes font armèes de trois épines en quelque maniere crochues & ks Jambes dune droite. On la trouye d Surinanj.
Fig. 256. La Punaise Ventre Rouge.
(de la 6me. Famille.)
Sa couleur efl 'prefque entierement noire excepté k liaut de V Abdomen, qui a en dejfous quelques petites taclies rouge. Les Antennes confiflent en cinq Articulations. On voit fur la Tête avec une moyenne Loupe deux petits QCeux li fes rouge; la partie antèrieure du Corfelet pres de la Tête efl pourvue de deux petites pointes faillan» tes. Les Etuis & les Ailes font fauve noirdi re & tranfparcns. Les Pattes antérieures 'font noires & velues , mais ks Genoux é? ks Articles des Tarfcs rouge. Les quatre Pattes poflérieures font noires aux Cuiffes, ks Jambes fi? les Tarfes rouge de fang. Eik vit li Surinam.
Mg



142 BESCHR Y VING, enz.
D ESCR 1P TI ON
Fig, 257. De Bruine, met Wit en
zwart geringde WANTZ.
(yan V <5de. Gezin.)
Heeft vyf Leden aan de Sprieten, de Kop, Borstftuk, de Pooten als mede het lederagtige gedeelte der Dekfchilden is bleekbruin , een wynig naar 't roode hellende, doch is het Borstftuk met donkerbruin gevlakt. Het Agterlyf is wederzyds wit en met zwarte Ringen gefiert. Zy gelykt naar de Fig. 164. op Plaat XXIII. maar die is meer geelagtig en boven dien ontbreeken aan dezelve de zwarte vlak, waarmede deze op ieder Dye aan de Pooten getekent is. Zy woond in Surinamen,
Fig. 25S. De Geelgestreepte Vliegwantz»
(van V 6ie. Gezin.)
De Sprieten beftaan uit vyf Leden en zyn, nevens den Kop, zwart, het Borstftuk is zwartbruin met geel gerand; de Dekfchilden hebben de laatstgenoemde kleur welke bepaalt word door een geel halve maanswyze ftreepje , de Tippen derzelven zyn glanfig bruin en doorfchynend, de Vleugels en Pooten donkerbruin. Zy is uit Surinamen,
Fig. 257. La Punaise brune a Anneaux llanc et noir.
(de la 6rae. Famille.)
Elle d cinq Articulations aux Antennes , la Tête, le Corfelet fi? les Pattes, de même que la partie écailleufe des Etuis font brun pdle , inclinant un peu fur le rouge, mais le Corfelet a des taches brun foncé. E'Abdomen efl de chaque co é blanc, omé d'Anneaux noirs. Elle resfemble d la Fig. 164, fur la Planche XXIII; mais celle-ld efl plus jaundtre fi? manque outre cela des taches noires dont celle-ci efl marquée fur les Pattes d chaque Cuiffe. Elle yit d Surinam.
Fig. 258. La Punaise-Mouche, a Rayes Jaunes.
(de la 6™. Famille.)
Les Antennes confiflent en cinq Articulations , fi? font noires , ainfi que la Tête; le Corfelet efl brun noir bordé de jaune. Les Etuis font auffi de cette dernier e couleur, terminée par une petite raye en forme de demi lune; leurs extrémités font brun luifant & tranfparentes, les Ailes fi? les Pattes brun foncé. Elle vient de Surinam.









van de WANTZEN.
LES PUNAISES. j43
Fig. 259. De Bruinroode Vlieg want z.
(van 7 6de. Gezin.)
De Sprieten van deze Wantz zyn zwart, draadvormig en beftaan uit vyf leden , de Kop, Borstftuk , Agterlyf en Pooten zyn bruinrood ; de Oogen donkerbruin, de Zuiger heeft naauwlyks de lengte van den Hals: aan 't begin van 't Borstftuk zyn twee korte Doornen geplaast. Het Jederatige gedeelte der Dekfchilden is menierood, de Tippen derzelven bruin met een groenen glanügen weerlchyn, de Vleugels bleekblaauw en door fchynen t. De Pooten zyn alle met korte hairtjes bezet. Men vindze in Surinamen.
PLAAT XXXVII.
Fig. 260 De Ongelyke Schildwantz.
(yan 't iae. Gezin.)
De Kop van deze Wantz is vooraan donkergeel, op 't midden glanfig blaauw, twee kleine blinkende Oogjes zyn tusfchen de Netswyze Oogen geplaatst; het Borstftuk is donker oranjekleurig en aan de hoeken met twee Doornen voorzien welke egter niet hard en fterkzyn gelyk zulks in veeie andere gedoomde Wantzen plaats heeft, maar zagt in 't aanraaken, doch aan de punten fcherp, en kunnen ligtelyk worden afgebrooken, weshalven men ook zommigen vind, waar aan deze Doornen ontbree.
Fig. 259. La Punaise Mouche Rouge Brun.
(de la 6me. Famille.)
Ses Antennes filiformes font noires 6^ confiflent en cinq articulations, la Tête, le Corfelet ,1''abdomen c)? les Pattes font rouge brun, les Teux brun foncé, la Trompe efldpeine auffi longue que le col, deux petites epines font placées au commencement du Corfelet. La partie écailleufe des Etuis efl rouge deplomb, leurs extrémitées font brunes ayec un vert luifant tranfparent, les Ailes bleu pdle & diaphanes, & les Pattes garnies de petits poils courts. On la trouve è Surinam.
PLANCHE XXXF1L Fig. 160. La Punaise Dispar.
(de Ja 1 re. Familie.)
La Tête efl anterieurement jaune foncé, au milieu bleu luifant, deux petits Teux lijfes font placés entre les Teux a rèfeau, le Corfelet efl dune couleur orange foncé, ayant aux coins deux Epines qui ne font cependant ni dures ni fort es, ainfi que cela.a lieu par mi plufieurs autres punaifes épineufes, elles font douces au toucher mais dures aux pointes de forte quon peut aifemeni les caffer, outre cela on en trouye quelques unes qui nont point de ces Epines (comme on le yoitpar la Fig. B.) LEcujfon, qui couvre entierement Vabdomen a la même couleur X kes



144 BESCHRYVING
DESCRIPTION
ken. (gelyk by Fig. B.) Het Lendenfchild 't welk het Agterlyf geheel bedekt, heeft dezelvde kleur yan 't Borstftuk, maar de tekening der zwarte vlakken op het zelve, als mede die met geele ringen omzette, op het Lendenfchild, zyn in alle, van deze zoort, niet overeenkomftig, maar verfchillen hierin byna allen met elkander, doch komen de mannetjes, waarvan deze eene afbeelding is, nog al tamelyk overeen, egter heb ik onder meer dan twintig jftuks geene twee kunnen vinden, die elkander volkomen gelyk waren. De Wyfjes by Fig. A en B. onderfcheiden zig nog meer in gedachte tekening, zommige zyn grys, anderen donkergeel of oranjekleurig, met of zonder zwarte of geele vlakken. De Dekfchilden, die nevens de Vleugels, door het Lendenfchild bedekt worden, zyn donkerbruin, aan de tippen geel, welke kleur de Vleugels ook hebben en zyn doorfehynend. Op de onderzyde, is de Kop, Borstftuk en Pooten donkerblaauw en glanfig, het Agterlyf donkergeel en op ieder, van den tweeden tot den vyfden Ring, met twee, de fesde Ring met een en de laatfte wederom met twee zwartagtige blaauwe vlakken gefiert. De Sprieten beftaan uit vier Leden. .Men vind ze in China , in Japan en ook op het Eyland Fermoja9en berusten in het Kabinet van den Heere L. F.
öqlthui5en.
du Corfelet, mais le deffein des taches noires qui font deffus, de même que celui des anneaux jaunes qui emironnent ledit Ecujfon, nefl point egal en toutes, niois au contraire dijfere prefque dans chacune; toutefois les Mdles, dont celle-ci repréfente un, font affez femblables, quoique fur plus de vingt , je nen a pas trouyé deux qui fe reffemblent parfaitement. Les Fémelles des Fig. A fi? B différent encore plus dans ce deffein, qui eft gris fur quelques unes , & jaune foncé ou orange, fur d'autres, avec ou fans taches noires foit en partie a"icelles. Les Etuis couverts comme les Ailes par VEcuffon, font brun foncé, leurs extrémités jaune, qui efl la couleur des Ailes tranfparentes. La Tête, le Corfelet fi? les Pattes font en deffous bleu foncé & luifans, l'abdomen eft jaune brun , orné fur chacun des anneaux, depuis le fecond jufqiiau cinquiéme de deux taches bleu noiratre, fur le fixieme dune, fi? fur le dernier derichef de deux des dites taches. Les Antennes confiflent en quatre articulations. On la trouve d la Chine & Japan comme auffi dans Visie Formofa, fi? je voit au Cabinet de Monfieur L. F. Holthüisen.
Fig- 26*1,



TAM db WANTZEN.
DES PUNAISES. 145
p$g. 261. De Tygervlakslige Schild-
wantz.
(van ' ifte. Gezin.)
De Sprieten van deze Wantz beftaan uit vier Leden, en zyn zwart, de Kop en Borstftuk is vuilgeel, met een bruinen rand , het Lendenfchild bruingeel met donkerbruine regelmaatig geplaatste vlakken ; de Oogen zyn bruin en de Pooten zwart, van onder, is het Lyf bruin. Zy woond aan de Kaap de Goede Hoop. en bevind zig met de over/ge op deze Plaat afgebeelden in 't laatstgenoemde Kabinet.
Fig. 261. La Punaise A Ecussom Tigré.
(de la i». Famille.)
Les Antennes conjiflent en quatre Articulations & font noires, la Tête & le Corfelet d un jaune terni ont un bord brm9 V Ecujfon efl dlun jaune brun avec des taches brun foncé reguliérement placés. Les Teux font brun, les Pattes noires, fip le dejfous du Corps brun. Elle vit au Cap de Bonne Elperance, & fe trouve, ainfi que les autres repréféntées fur cette Planche dans te dernier Cabinet mentionné.
Fig. 262. De Stokkers-Wantz. (Larva.)
(van 'f ifte. Gezin.)
, , Deze is het Masker van die SchildWantz, waarvan de afbeelding op de IIIie. Plaat lig. 16 en A. is gegeven. Zy heeft de Sprieten en den Kop zwart het Borstlluk is ook zwart en met vier bloedroode ftreepen getekent; het Lendenfchild , is in deze, nevens de Dekfchilden nog zeer klein, en glanfig zwart, eri een groote vlak van de zelvde kleur is op 't midden van 't Agterlyf geplaast 't welk voor 't overige bloedrood en zwart gerand is. Op de onder zyde is het Lyf donkerblaauw en glanfig , met zwarte vlakken , de Pooten zyn zwartagtig blaauw. Men vind ze op de Kust Coromandel, in China en op het Eyland Java.
Fig- 262. La Punaise de Stokken' (Larve.)
(de la ire. Famille.)
Celle-ci efl la Larve de la Punaife è Ecujfon dont la répréfentation a étê dotméè fur la III. Planche Fig. 16 & A. Elle a les Antennes & la Té te noires, le Corfe-i let de la même couleur marqué de quatre' Jlries rouge. L'Ecujfon efl dans celle - ci 4 comme les Etuis, encore fort petit & noir luifant, & Von voit une grande tache de la même couleur au milieu de Vabdomen, dont le refle efl rouge de fang & bordé de noir. Le deffous du Corps efl bleu foncé luifant avec des taches noires ; les Pattes font bleu noirdtre. On la trouve fur la Cote de Coromandel, en Chine, & dans Visie de' Java.
X'* Fig. 26$.



146 BESCHRYVING
DES CRI P TI ON
Fig. 263. Het Bruine Wyd-
been.
(van *t 4de. Gezin.)
Is geheel donkerbruin, behalven de Vleugels die bruinagtig geel zyn , de Schenkels der middel en agter Pooten hebben ieder, na by het lid van 't Scheenbeen , een fcherpen doorn. De Sprieten beftaan uit vyf leden. Men vindze aan de Kaap de Goede Hoop.
Fig. 264. De Bruingeele Breejdpootige Wantz.
(yan 't 4de. Gezin.)
Heeft vyf Leden aan de Sprieten, de Oogen donkerbruin, het Lyf en de Pooten bruingeel, de tippen der Dekfchilden en de Vleugels donkerbruin. De fchenkels der Agterpooten zyn dik, rond en onderwaarts met twee korte Doornen gewapent, de Scheenbeenen wederzyds met vliefen bezet waardoor dezelven zig zeer breed vertoonen. Zy woond in China.
Eg. 26$, De Geel Gekraagde Wantz.
(yan 't 4Jc. Gezin.)
Heeft vier Leden aan de Sprieten 'die zwart zyn, de Kop vaal, de voorfte helft van 't Borstftuk bleek en de agterfle donker oranjekleurig met bruine dippen; Het Lederagtige gedeelte der Dekfchilden is zwart,de tippen grys en
Fig. 263. La Punaise Brune a Jambe
ECARTÉE.
(de la 4™. Famille.)
Elk ejl entierement brun foncé, excepté les ailes qui font jaune brundtre; ks cuijfes des Pattes du milieu fi? des poftérieures ont chacune prh l articulations des Jambes une épine pointue; ks Antennes conjiflent en cinq Articidations.
Fig. 264. La Punaise Jaune Brun a Larges Pattes
(de la 4me. Familie.)
Elle a cinq Articulations aux Antennes ks Teux brun foncé, le Corps fi? les Pattes jaune brun; ks extrémités des Etuis fi? des ailes brun foncé. Les Cuijfes des Pattes poflérieures Jont épais, ronds & ar més en dejfous de deux épines courtes , fiP les os des Jambes garnis de membranes qui la fait paroitrefort large. Elle yit dia Chine.
Fig. 265. La Punaise Jaune Fraisée.
(de la 4™. Famille.)
Les Antennes ont cinq Articulations, fi? font noires , la Tête ejt jaune, la moitiè du Corfelet efl orange pak par devant fi? Pautre moitié orange foncé par derrière , avec dei points bruns. Le partie écailleufe des Etuis efl noire, ks extrémités grifes &
de



Wan de WANTZEN.
DES PUNAISES Hf
de Vleugels donkerbruin. Het Agterlyf •is van boven bruin aan de randen en onderzyde donkergeel, de Pooten zwart. Men vind ze aan de Kaap de Goede Hoop.
ftg. 266. De Roode V.
(van 't 4de. Gezin.')
De Sprieten van deze Wantz zyn zwart en beftaan uit vier Leden, de Kop en Oogen zyn ook zwart , het Borstftuk van de zeivde kleur, is bloedrood gerand, het Lendenfchild is-rood, de Dekfchilden hebben het lederagtige gedeelte zwart, op ?f midden van ieder derzelven is eene roode tekening, welke eenigzins met de letter V overeenkomt, de tippen zyn ligtbruin en-de vleugels wit. Op de onderzyde is het Lyf rood met zwarte vlakken, de Pooten zyn zwart, dog aan het lid tusfchen de Schenkels en beenen der voorften wit, als ook aan de beenen vandemiddelften met een, en aan die der agter pooten met twee Witte vlakjes. Zy is Van de Kaap de Goede Hoop.
Fig. 2-67. De Geele Zwartgevlakte Drurys- Wantz.
(van 't itte Gezin.) - .
Offchoon deze Wantz in kleur en tekening der zwarte blaauwe vlakken, op het Borstftuk en der Dekfchilden, veel is onderfcheiden met die welke door den Heer Drury is afgebeeld, zo geloove egter dat ze van een en dezelv-
les ailes brun foncé. LAbdomen efl au deffus brun, fi? le dejfous, de même que les bords, jaune foncé. Les Pattes font noires. On la trouve au Cap de Bonne Esperance.
Fig. 266. La Pitna/se V. rouge. (de Ia 411e. Famille.)
Ses Antennes jont noires avec quatre Articulations , la Tête fi? les Teux font aujji noirs, fi? le Corfelet de la même couleur efl bordé de rouge de fang; lEcuffon efl rouge; les Etuis ont la partie écailleufe noire, au milieu de chacun efl une marqué rouge, qui reffemble affez d la lettre V; les extrémités font brun fi? les'ailes noir. Le dejfous du Corps efl rouge avec des taches noires les Pattes font noires, mais d ïarticle dei Postérieures entre ks Cuiffes fi? les Jambes , comme auffi aux Jambes du milieu on voit une petite tache blanche, fi? aux poflérieures font placées deux de ces mêmes petites taches blanches. Elle vient du Cap de Bonne Efpérance.
Fig. 267. La Punaise de Drury ]aune Tachée de noir.
(de la ire. Familie.)
Quoique cette Punaife dijfere de beaucoup dl avec celle que Mr. ürury a préfenter, foit pour la couleur fi? le deffein des taches bleu noirdtre, il ejl cependant a croire quelle ne fait quum fi? même efpece. Les Antennes confiflent en cinq articulations fi? Jont X 3 de-



148 BESCHRYVING
DESCRIPTIO N
de zoort is. De Sprieten beftaan uit vyf Leden en zyn , gelyk de Kop en Oogen, zwart; het Borstftuk is van vooren geel, agterwaarts oranjekleurig met zwartblaauwe tekening en naar 't einde twee langwerpig ronde vlakjes van de laatstgenoemde kleur. Op de onderzyde is het Agterlyf donkergeel met een zwarten vlak aan 't einde en vier andere dergelyke aan beide zyden; de Borst is gelyk de Pooten, glanfig en itealblaauw kleurig. De Dekfchilden 2yn bruin, doch aan de tippen derzelven , alsmede de vleugels vaalzwart. Zy woond in China.
mires de même que la Tête 6? les Teux. Le Corfelet efl jaune fur le devant & couleur d"orange fur k dernier., ayant de chaque coté une grande tache fur le bord qui efl un peu réhauffé. Le grand Ecuffon efl auffi orange , avec un deffein bleu noirdtre & deux petits taches ovaks de cette demiere couleur aux extrémitées, L'abdomen efl en deffous , jaune foncé avec ttm tache noire au bout & quatre autres femblables des deux cotés. La Poitrine, de même que les Pattes, efl d'un bleu d acier. Les Etuis font brun, mais leurs extrémités, ainfi que les ailes, font fauve mirdtre. Elle vit a la Chine.
Linn Mant Plant, altera, pag. 534. Cimex Lrurasi. Drdry int. Tm. 1. pag. 94. Tab. 4.2. fa %, 5. «. b. Fadricius Spec.int. Tom. 2. pag. 339. «o. 8. nm. Linn. ^ o <r T j^.
Fig. 268. De Argus-Wantz.
(van 't iüe Gezin.)
Heeft vier Leden aan de Sprieten die zwart zyn, de Kop, Borstftuk en Lendenfchild is bruinagtig geel, gelyk ook het Lyf op de onderzyde, en de Pooten. Op het Borstftuk zyn eenige bruine dwarsftreepen en op het Lendenfchild verfcheiden Oogwyze of ronde zwarte vlakken geplaast. De Dekfchilten en Vleugels zyn donkerbruin. Zy is van de Siërra Leona op de Kust van Afrika.
Fig. 268. La Punaise Argus.
(de la ire. Familie.}
Elle a quatre articulations aux antennes i qui font noires, la Tête, le Corfelet, & Ie grand Ecujfon, jaune brundtre, ainfi que le deffous au Corps & les Pattes. Sur Ie Corfelet fe voyent quelques rayes bruns transverfales, & fur VEcuffon , diverfes taches rondes noires en jorme d' Teux. Les Etuis & les ailes Jont brun foncé. Elle vient de la Siërra Leona fur ia Coté d'Afrique.









van de WANTZEN.
tig. 269. De Geelgerande Groene Schild-Wantz. .
(van V ifte. Gezin.)
Heeft zwarte fprieten welke uit vier leden beftaan, de Kop en 't Lyf nevens het groote Lendenfchild, zyn groen, en 't laastgemelde met een verheven
geelen rand, het Borstftuk heeft twee donkergroene dwars ftreepen. De Poo¬
ten zyn zwart, gelyk ook de Uekichüden en Vleugels. Men vindze aan de Kaap de Goede Hoop.
P L A A T XXXVIII.
JFïg. 270. De Omberkleurige Tweevlak.
(yan 't ade. Gezin.)
Deze Wantz heeft vier Leden aan de Sprieten die zwart zyn, de Oogen wit, het Lyf is aan beide zyden omberkieurigbruin, de Pooten zwartbruin. Op de Dekfchilden is aan 't lederagtige gedeelte een geelen vlak , de tippen zyn donkergroen en glanfig, de vleugels bruin. De Heer Vaillant heeft ze op deszeivs Reizen ontdekt in het Land der Cajfers aan de Kaap de Goede Hoop en van daar mede gebragt.
ifg. 27J. De Javaner Wantz (Larva.)
(van 7 2de. Gezin.)
IDeze is het Masker van die Wantz
- DES PUNAISES. H$ Fig. 269. La Punaise a Ecussón
verte BORDEÉ de jaune.
(de la ire. Famille.)
Les antennes, qui confiflent en quatre ar* ticulations font noires, la Tête, le Corps, fi? legrand Ecujfon, vert, cedernier ayant un bord jaune réhauffé, le Corfelet a deux rayes transverfales verte. Les Pattes font jaunes, de même que ks Etuis fi? les ailes. On la trouve au Cap de Bonne Efperance.
PLANCHE XXXriII. Fig. 270. La Punaise couleur d'om*
bre a deux taches.
(de la 2<ie. Famille.)
Celle-ci a quatre articulations aux antennes , qui font noires , les Teux blanc, le Corps des deux cotés brun d'ombre: fi? les Pattes brunes noirdtres. Sur la partie écailleufe des Etuis efl une tache jaune, leurs extrémités font vert foncé & luifant,les ailes brunes. Monfieur Vaillant la décoüverte au Cap de Bonne Efpérance dans le Pays des Cafres, d ou ü le a apportée ici.
Fig. 271. La Punaise öb Java (Larve.)
(de la 2e. Famille.)
Celle ci efl la Larve de la Punaife qui
welke



l5o BESCHRY VING
D ES CR IPTI ON
welke op de Eerfte Plaat Fig. 2. is afgebeeld. De Sprieten beftaan uit vier Leden en zyn zwart, de Kop, Borstftuk en de ftompjes der Vleugelfcheden benevens de Pooten zyn geelagtigbruin; de naad welke Openbarst wanneer het ïnfect deszelvs vervellinge ondergaan heeft is hier duidelyk op het Borstftuk, door een witten, ftreep, te zien. Het Agterlyf is op 't middel bruinrood, aan de zyden donkergeel en bruinrood geltreept: van onder is de Borst en 't Lyf bruingeel. Zy is van het Eyland Java, doch word ook in China gevonden, maar nimmer is my gebleken dat men ze op de Kust van Afrika aan de Siërra Leona zoude ontdekt hebben, gelyk de Heer Profesfor Fabricius derzelver woonplaast bepaalt.
eft réprèfentée fur la première Planche Fig. 2: Les antennes confiflent en quatre articulations & font noires, la Tête le Corfelet £•? les boutons des Fourraux des alles, ainfi que les Pattes font brun Jaundtre La Couture qui fe creve lorfque cet Infecte change de peau efl aifément appercue fur le Corfelet par une raye blanche. Labdomen ek rouge brun fur le milieu, jaune foncé aux cotés 6? rayé d un rouge brun. Le deffous de la Poitrine & le Corps font jaune brun. Elle vient de llfle Jave , & fe trouve aufi en Chine, mais jamais il ne ma paru quon Vait découverte fur la cote d"afrique d la Siërra Leona, ou Monfieur le Profeffeur Fabricius- établit fa refidence.
Drury ins. Tom. 1. pag, 96. Tab. 43. fig. 2. Fabricius Spec. ins. Tom. 2. pag. 356. n». 111. Cimex Pappillofus.'
Fig. 272. De Geelgestrbepte Bruine Fig. 272. La Punaise brune rayée Wantz. de jaune.
(van 't 2de Gezin.)
Heeft vier Leden aan de Sprieten gelyk de Pooten , zwart van kleur en de Kop is bruin , de Oogen grys, het Borstftuklyf, Dekfchilden , en de Vleugels zyn bruin. Op den Kop en 't geel gerande Borstftuk is een geel ftreepje een kleiner nevens nog twee andere vlakjes van de zelvde kleur, zyn op het Lendenfchild geplaatst. Men vindze aan de Kaap de Goede Hoop.
(De la 2de. Famille.)
Elle a quatre articulations aux antennes qui, comme les Pattes font noires, la Tête eft brune; les Teux font gris, le Corfelet, le Corps, les Etuis fip les alles brun. Sur la Tête fur le Corfelet bordé de jaune efi une petite raye. jaune, & fur V Ecujfon une plus petite encore avec deux petites taches de la même couleur. On Ia trouve aa Cap de Bonne Efpérance.



van de WANTZEN.
DES PUNAISES. i5r
Fig. 273. De Zwartgevlakte Pedelwantz.
(van 't 4de. Gezin.)
De Sprieten van deze Wantz beftaan uit vyf Leden en zyn nevens de Oogen zwart de Kop , Borstftuk, Agterlyf en het lederagtige gedeelte der Dekfchilden is fermilioen rood : op het Borstftuk zyn twee langwerpige en op ieder Dekfchild ëen ronden zwarten vlak geplaatst, de tippen der laatften
zyn glanhg en gelyk als de Vleugels
donkerbruin. Up de onderzyde is het Lyf donkerrood en op ieder Ring , wederzyds, een glanfigen bruinen vlak. Zy is uit China.
Fig. 274. De Geelokerkleurige Wantz. (Larva.)
(van 't 4de. Gezin.)
Heeft vyf Leden aan de Sprieten , de Oogen zyn gelyk het Borstftuk grys , het Lendenfchild , de ftompjes of Vleugelfcheden en Pooten , geelokerkleurig; het Agterlyf heeft dezelvde kleur maar de Ringen zyn donkerbruin. Ik kenne het volmaakte Infect nog niet 't welk uit dit Masker voortkomt , de bezitter derzelven heeft ze uit China ontfangen.
Fig. 273. La Punaise Bedeau, tachée de noir.
(de la 40e, Familie.)
Les Antennes ont cinq Articulations, & font, de même que les Teux noir, la Tête, le Corfelet, Ï abdomen & la partie écailleufe des Etuis rouge de vermellon fur le Corfelet font deux taches noires ovales, & fur chaque Etui une ronde de la même couleur. Leurs extrémités font tranfparentes fi? ainfi que les alles, brun foncé, le deffous du Corps efl rouge brun fiP a des deux cotés fur chaque anneau une tache brune luifante. Elle vient de la Chine.
Fig. 274. La Punaise Jaune d'ocre (Larva.)
(de la 4me. Famille.)
Elle a cinq Articulations aux antennes, les Teux gris, de même que le Corfelet, lEcujfon les fourreaux des ailes, fip les Pattes jannes d'ocre ; PAbdomen a la même couleur , mais les anneaux font brun foncé- Je ne connois pas encore tlnfecle parfait qui provient de cette Larve. Celui qui la poffede la regue de la Chine.
T Fig. 275.



15» BESCHRYVING
DESCRIP TION
Fig. 2/5. De Langhalsige Vlieg-
wantz.
(van 't 6de. Gezin.)
Deze Wantz heeft de Sprieten draadvormig en zeer dun, door 't vergrootglas egter ontdekt men, dat dezelven uit vyf leden beftaan , de Kop is k^ein de Oogen uitpuilende, twee kleine blinkende zwarte Oogjes zyn vooraan den Kop geplaatst, de Hals is zeer lang en dun, de Zuiger kort en in een halven Cirkel nederwaarts omgeboogen: het voorfte gedeelte van 't Borstftuk is klein en rond , het tweede driehoekig en aan de Schouders met een korten doorn bezet. De Dekfchilden zyn aan de gewrigten bruinagtig geel , doch voor 't overige, nevens de Vleugels aschkleurig en doorfchynent; het geheele Infecï: is zwart. Men vind deze Wantz ook op de Kust Coromandel maar die heeft de Dekfchilden , op 't midden , fneeuwit, deze -is uit China.
Ftg. 276. De Gewapende Wantz.
(van *t 4de. Gezin.)
Heeft vier Leden aan de Sprieten en is behalven de tippen der Dekfchilden, die donkergroen en glanfig zyn, en den witten vlak aan de Beenen , geheel donkerbruin ; het Borstftuk fteekt vooraan even agter den Kop ,
Fig. 275. La Punaise mouche
a long col.
(de la 6ra2. Familie.)
Les Antennes filiformes [ont tres minces, mais avec la Loupe on découvre qu elles ont cinq Articulations; la Tête ejl petite, les Teux Jaillans; deux petits Teux noirs lijfes font en devant de la Tête, le Col ejl fort long fi? mince, la Trompe courte fi? recourbée au bas en demi cercle; la partie antê*rieure du Corjelet ejl petite & ronde, la feconde triangulaire fi? garnie dune êpine courte aux épaules. Les Etuis font fauve jaundtre aux jointures, mais le refle, ainfi que les ailes gris cendré fi? tranfparent. Tout f lnfecle ejl noir. On la trouye ainfi fur la Cote de Coromandel mais celle-lèa les Etuis blanc de neige au milieu. La prèfenie vient de la Chine,
Fig. 276". La Punaise armée.
(de la 4™. Famille.)
Elle a cinq Articulations aux Antennes fi? ejl entierement brun foncé, excepté les extrémités des Etuis qui font vert foncé luifantes, fi? les taches blanches fur les Jambes, le Corfelet pointe en avant comme aufii derrière la Tête ou il ejl fort faillant de
we-



van de WANTZEN,
DES PUNAISES. 153
wederzyds verre vooruit en is aan de randen, inwaarts omgeboogen en met korte doornen bezet. De Agterpooten zyn aan de Schenkels dik, en hebben onderwaarts ieder twee reyën van drie fcherpe doornen, aan de beenen is van het Lid aan den Schenkel tot aan de midden , een breed vlies geplaatst, 't welk zig als uitgefneeden vertoont. De Heer Vaillant heeft deze Wantz in liet Land der Offers ontdekt.
Fig. 277. Het Bruinroode
Dl kb een.
(yan 't 4de. Gezin.)
De Sprieten van deze Wantz zyn bruin, de Oogen vaalzwart, het Borstftuk, Lyf en 't lederagtige gedeelte der Dekfchilden , bruinrood , de tippen der laatften bruinagtig groen en glanfig , de Vleugels en Lendenfchild donkerbruin. De Pooten zyn omberkleurig; de Agterpooten aan de Schenkels, in 't midden dik, hebbende onderwaarts een infneede , waarin het Infeél, in den rustenden ftand, de Beenen voor een gedeelte , kan verbergen ? Deze eigenfchap hebben meest alle de Wyfjes der Wantzen van dit Gezin, welke met dikke Schenkels aan de agter Pooten voorzien zyn. Zy is uit China.
chaque cote, recourbé en dedans aux bords, garni dépines courtes. Les Pattes pofterieures font épaijfes aux Cuijfes fi? ont au bas de chacune trois rayes de trois épines pointues; fur les Jambes depuis Vartkle du Cuijfes, jusquau milieu, eft une large membrane qui paroit comme découpée. Monfieur Vaillant la décowerte au Pays des Carfres.
Fig. 277. La Punaise Rouge brun a Grosse Jambe
(de la 4. Famille.)
Les Antennes font brunes, les Teuxfauve noirdtre, le Corfelet, le Corps & la partie écailleufe des Etuis rouge brun, les extrémités de ces derniers yert brundtre eft luifantes, les Ailes fi? VEcuffon brunfoncè. Les Pattes font couleur d'ombre fi? les Pattes poftérieures ont au milieu des Cuisfes épais une entaille inferieure oti cet lnfecle Jeut placer une partie des Jambes pour fe repofer. La pluspart des Femelles pouryues de Cuijfes épaifes aux Pattes poflérieures, ont ces propriétés. Elle yient de la Chine.



i54 BESCHRYVING
DESCRIPTIO N
Fig. 278. De Zaagpoot.
(van V 4de. Gezin.')
Deze Wantz heeft vyf Leden aan de Sprieten , welke dun en draadvormig zyn. De Kop, Borstftuk, 't Lyf en de Pooten zyn alle bruin , gelyk ook het grootfte gedeelte der Dekfchilden, welke aan 't einde ligtbruin en aan de tippen een donkergroene glanfige kleur hebben. De Schenkels der middelüe Pooten zyn, onderwaarts, tandswyze gedoomti een fcherpen doorn bedekt het Lid van dezen Schenkel en 't Scheenbeen, de Agterpooten zyn ongemeen lang , aan den Schenkel dik, en met lange doornen voorzien , de Beenen hebben zaagswyze infnydingen welke uit korte doornen beftaan. Zy is uit China en berust met alle op deze Plaat afgebeelde voorwerpen in de verzameling van den Heere L. F. Holthui-
SEN.
Fig. 278 La Punaise a Pattes
en sc ie.
(de la 4™. Famille.)
Cette Punaife d cinq articulations aux antennes, qui font minces & filifonnes; la Tête, le Corfelet, le Corps & ks Pattes font brun, ainfi que la plus grande partje des Etuis, qui font brun clair d Mn & vert foncé luifant aux fommets. Les cuiffes des Pattes du milieu font épineujes comme dentelées. Une Èpine pointue couvre le membre de ce cuiffes & de lós des jambes. Les Pattes poflérieures fint extraordinair ement longues, épaijfes au cuiffes & garnies de longues épines. Les Jambes ont une découpure en forme de fcie qui confifie en épines courtes: Elle efl de la Chine £? fe vois ainfi que toutes celles qui Jont repréfentées fur cette Planche dans la Colleclion de Monfieur L. F. Holthuisen.









van de WANTZEN
DES PUNAISES. 155
PLAAT XXXIX.
Pijr, 279. De Bonte Omkorste Wantz.
(yan 'f ide Gezin.)
De Sprieten van deze zeldzaame WantzjDeftaan uit vier Leden en zyn zeer dun, hairvormig en zwart, hot voorfte gedeelte van den Kop is als in twee ftukken verdeelt bladrig en plat, en gelykt eenigzins naar den Kop van zommige Mestkevers (Copris. Geofroae.) De Oogen zyn grys en ter zyden van ieder Oog is een zwarten Doorn geplaatst; het Borstftuk is bleekrood en heeft op 't midden een geele Vlak, die door een zwarten aan 't begin van het Lendenfchild, word bepaalt. Hetevengenoemde Lendenfchild is zo groot dat het zelve het geheele Agterlyf bedekt en is bleekrood van kleur, op 't midden van 't zelve is een lang, geelagtig en naar agterwaards omgeboogen uit» wasch, 't welk naar een ftomp Hoorn gelykten op een gryzen, ruwen Schimmelagcigen grond geplaatst; de zyden van 't Borstftuk en Agterlyf hebben bladerige uitgefneden randen, gelyk by Fig A. alwaar dit Infecï: vergroot is afgebeeld, duidelyker kan gezien worden. Op de onderzyde is het Lyf grys met bruine ftippen op 't midden van ieder Ring, de Pooten zyn bruin'. Ik weet niet of de Wantz eigentlyke Dekfchilden en Vleugels heeft, dewyl het groote Lendenfchild zo digt aan 't Lyf is gehegt, dat het my niet mooglyk was daaromtrent verder onderzoek te
PLANCHE XXXIX.
Fig. 279. La Punaise Ecailleuse Bigarée.
(De Ia Famille.)
Les Antennes de cette Punaife rare, font compofées de quatres articulations tres minces poilleujes fi? noires, la partie entérieure de la Tête femble divife'e en deux parties, elle ejl feidlletée fi? platte, fi? re* femble un peu d la Tête de quelques fca~ rabées (Copris geofTros). Elle a les yeux gris , fi? au Coin de chaque Oeuil Je trouve une Epine noire, on apercoit au milieux du Corcelet, qui ejl auh rouge pdle , une tache jaune, qui ejl terminée: par une tache noire qui Je trouve au haat de 1 Ecujfon ; l'Ecujfon dont je vient de parler* couvre tout l abdomen, & efl d un rouge pdle; au millieu de cet Ecujfon ejl une Efpéce dEfcreJfence longue jaune, fi? recourbée en arriére, fi? qui rejfemble a une Corne fans pointe, placée fur un fond gris raboteux fi? mélangé, les Cotés du Corcelet fi? de labdomen font omes dune bordure feuilletée fi? dentelée , comme on yoit Fig. A. Ou cet infecle étant repréfentê en grand, fe dicerne plus clairement; le dejfous du Corps ejl gris fi? marqueté de brun , aux milieu de chaque anneau; je doute que cette Efpece de Punaife, aït effectivement des Etuis fi? des Ailes, atiendu que le grand Ecu fon ejl joint au Corps de maniere , quil ejl impoffible de s éclaircir la deffus ; la bordure dcniglée de cet Infecle pourroit le faire placet ainfi que le fuivant dans la cinquieme familie des Punaifes, mais fai préferé de la placer
Z kun:



J5<5 BESCHRYVING
DESCRIP Tl ON
kunnen doen. Wegens de bladerige
randen zou dit Infect nevens het naastvolgende, onder het vyfde Gezin der Wantzen hebben kunnen geplaatst worden, maar de ronde gedaante en het groote Lendenfchild welke dezelve, gelyk alle die van 'c Eerfte Gezin hebben , heeft aanleiding gegeven, om ze onder de laatstgemelden te plaatzen, zy is uit Surinamen en berust nevens allen op deze Plaat afgebeelde voorwerpen in het Ryke Kabinet van den Hoogwelgeb. Heere Raye van Breukeler-
WAERTfl.
Fig. 280. De Bruine Omkorste Wantz.
(van V ifte Gezin.')
Veelligt is deze maar eene verfcheidenheid van de voorgaarde, egter verfchillen dezelve in eenige opzigten met elkander; het voorfte gedeelte van den Kop is langer, fpitser en tot aan 't begin van den zuiger geheel gefpleeten: de Oogen zyn grys en gelyk by voorgaande F/guur met een zwarten Doorn ter zyden gewapend. Het Borstftuk is nevens het groote Lendenfchild bruinrood en op't midden van'tlaatsgenoemde een agterwaarts omgeboogen punt of Hoorn, op een gryzen en fchimmelagtigen grond; voor aan de zyden van 't Borstftuk is een grys, dun en bladerig uitfteekzel, de rand van V Agterlyf* is grys en wederzyds met dïie uitgefnecden bladerige punten voorzien, gelyk dezelve zig by Fig. B. aan dit vergroot Infecï; vertonen. Van onder
dans la première, d caufe de fa forme ronde & du grand Ecujfon quelle porte comme toutes celles de cette famille, elle eft d Surinam, fi? fe trouve ainfi que tout les objets qui font reprefentés Jur cette planche, dans le grand Cabinet de Monfeigneur Raye
VAN BreüKELERWAERT.
Eïg. 280. La Punaise Ecailleuse Brune.
(de la 1™. Famille).
Celle. ci eft peut-être d quelque Fdria.tions prés de la même ejpece que la precêdente, elle en dijfere cependant en quelques points, la partie antérieure de la Tête de celle-ci, eft plus longue, plus pointue, g? entierement fendue jufquau commencement de la trompe. Elle a les Teux gris & au coin de chaque Oeuil, comme la précédente, une Epine noire; le Corcelet <S? le grand Ecu fon font dun rouge foncé, c? au millieu de cet Ecujfon eft une pointe, ou corne recourbé en arriere fur un fond gris mélangé; aux cotés antérieurs du Corcelet s''avance une pointe grife, mme ej? feuilletée, le bord de l abdomen eft gris, & armé de chaque Cotés, de trois pointes dentelées £2? feuilletées, comme on le voit Fig» B ou cet infeBe efl réprèfentée en grand' le dejfous du Corps, efl gris, £? marquétée de brun les pattes font brunes, ces Punai-
is



van de WANTZEN.
DES PUNAISES. i57
is het Lyf grys en met bruin geflipt, de Pooten zyn bruin: over 't algemeen gelyken deze Wantzen als omkorst met eene Schimmelagtige ftoffe welke egter door dezelve vogtig te maken niet is aftewisfchen. Zy woond in Surinamen.
Fig. 281. De Gebulte Wantz.
(yan 't 3de. 'Gezin.)
De fprieten van deze Wantz beilaan uit vyf Leden, en hebben, nevens den Kop, Dekfchilden, Pooten en 't geheele Lyf een ligcbruine Ombrekleur, de Schouderhoeken aan 't Borstftuk fteeken verre uitwaarts, het Lendenfchild is als eene opwaarts ftaande punt, de Vleugels zyn Donkerbruin en de rand van 't Agterlyf is tandswyze uitgefneeden. Fig. C. is dezelve dooreen maagtig vergrootglas befchouwd. Men vind ze in Surinamen.
Fig. 282. De Driehoek VlaKkige Wantz.
(yan 't iüe Gezin.)
Deze Wantz heeft vier leden aan de Sprieten, de Oogen zyn bleekrood, de Kop, Borstftuk en het Agterlyf geheel bedekkende groote Lendenfchild, is blaauwagtig zwart-en glanzig met drie bleekroode driehoekige vlakken, op het laatstgemelde en een ftreepje van dezelfde roode kleur op het midden van 't Borstftuk. Op de anderzyde is het Lyf donkerrood en aan 't einde zwart gelyk ook de Pooten. Zy woond in Surinamen.
fes paroijfent communement couvertes 4'une Ecaille mélangée , qui cependant riefl pas1 fufceptible d être ejfacée par ïhumidité, elle fe trouve d Surinam.
Fig. 281. La Punaise Bossue.
(de la 3me. Familie.)
Les Antennes de cette punaife, font compofésdecinq articulations, &ont aux cotés de la tête, des étuis, des pattes, & de teut le corps, d m brun ombré clair ; lts épaules fi? P Ecujfon s'avance beaucoup au de la du Corcelet, fi? fe termine par une pointe re■leyée, les Alles font dun brun clair fi? le bord de 1'Abdomen ejl dentelé. Elle eft reprefentéeFig. C dune moyenne grofieur ,on la trouve d Surinam.
Fig. 14. La Punaise ?a tache
triangulaire.
(de la ire. Famille.)
Les Antennes de cette Punaijejont compsJées de quatre articulations , les yeux font dun rouge pdle , la tête, le Corfelet, & l'Ecu fon qui couvre entierement l'abdomen, Jont d un noir bleuatre , fi? luftrê, avec trois taches triangulair es d un rouge pdle, fur l'Ecu fon, fi? aux milUeu du Corcelet, on appercoit une petite raye du même rouge, k dejfous du Corps eft dun rouge foncé &Tex~ tremité en eft noir ainfi que ks pattes, elk fe trouve a Surinam.
Z 2 F1&



ijS BESCHRY VING
DESCRIP TIO N. <
Fig. 283. De Blaauwe Tweekleurige Wantz.
(yan V 2de Gezin.')
Heeft vyf Leden aan de Sprieten die blaauw en wit geringd zyn, de Kop, .Borstftuk, Lendenfchild en het Lederagtige gedeelte der Dekfchilden is fchoonblaauw , glanfig en met witte ftippen en ftreepen gefiert; de tippen der Dekfchilden zyn, als ook de Vleugels, wit. Op de onderzyde is het Lyf grys, de randen van 't zelve blaauw cn ieder Ring met een witten ftip getekent: de Pooten zyn ook blaauw en met witte vlakjes. Zy is uïtSurmaamen.
Fig. r.84. De Groengetipde. Wantz.
(yan 't 4de. Gezin.)
Heeft vier Leden aan de Sprieten, de Oogen zyn bruingeel, de Kop en Borstftuk donkergeel, met een zwarten ftreep op 't midden van 't hatstgemelde; de Dekfchilden zyn bruin met geele Aderen, doch de tippen derzelzelven fchoongroen Kopei glanfig en doorfchynend, de Vleugels hebben eene donkergroene kleur. Het Lyf is aan de onderzyde vuilgeel , de vier voorfte Pooten hebben dezelvde kleur doch de agterpooten hebben de helft der Schenkels en beenen geel en aan gewrigtcn der Knien zwart, alwaar de fchenkelsonderwaards met doornen zyn bezet. Zy woond in Surinamen.
Fig. 151- La Punaise bleu a
deux couleurs.
(De la feconde Famille.)
Ses Antennes font compofées de cina
articulations, anneléesae bleu fi? dé blanc, la tête, le Corcelet fi? la partie Écailleufe des Etuis, efl d im beau bleu, luflré & ornS de points [f de rayes blanches, les extrémités des Etuis fi? les alles font blanches, le dejfous du Corps efl gris fi? les bords en font bleu; chaque anneau efl marqué d un point blanc : les pattes font pareillement bleues fi? tdchetées de blanc; elle ejl de Surinam.
Fig. 284. La Punaise aux Extrémités des Etuis Vertes.
(de la 4rac Famille.)
Ses Antennes ont quatre articulations, les Teux font dun jaune brun, la Tête fi? le Corcelet dun jaune foncé avec une raye noire au milieu, les Etuis font
bruns avec des veines jaunes, mais les Extrémités font d'un beau vert, d'un brillant de Cuivré fi? tranfparent, les ailes font d'un vert foncé, le dejfous de Corps efl d un jaune ternis, les quatres pattres de devant font de la même Couleur, tndis la moitié des pattes de derrières, fi? des cuiffes font jaunes & le refle efl noir, le deffous des Cuijfes eff armé dEpines, elk efl de Surinam.
Fig.









van de WANTZEN. Fig. 285. Het Witte Dwars-
band.
(van 'L 4de. Gezin.)
De Sprieten van deze Wantz.beftaan uit vier Leden die zwart zyn, voor 't overige is het geheele Infect Tegelrood, behalven den witten met zwart geranden dwasftreep of band over de Dekfchilden , als mede de tippen derzelven die, gelyk ook de Vleugels eene aschgraauwe kleur hebben. De fchenkels der agterpooten zyn dik en met korte doornen gewapent. Men vind ze in Surinamen.
LES PUNAISES. ISg
Fig. 285. La Punaise traversée dune Raye blanche.
(de la 4^e. Familie.)
Les Antennes de cette Punaife font compofées de quatre articidations noires > du refle la Couleur de cet lnfecle efl dun rome de brique, a Vexception de la bande ouraye blanche borde'e de noir, qui traverfe les Etuis ; fi? a l'exception encore de PExtrêmité de ces Etuis qui ainfi que les ailes font d un gris cendré. Les cuijfes & pattes de derrière font groffes & ar méés de petites Epines, on la trouve a Surinam.
PLANCHE XL.
Fig. 286. La Punaise Brune Aux Pattes Epineusses.
(de la 4.™. Famille.)
Cette Punaife d les Antennes compofées de cinq articulations, elle efl entierement brune, a l'exception de deux taches légères d'un blanc ternis, qui fe trouve fur les Etuis, aux desfous du Corps on appergoit au troifieme cjP quatrieme anneau une petite pointe jaune, toutes ks Cuifes font armées en deffous d'Epines, ainfie que les pattes de derrière, elle efl de Surinam & fe trouve ainfi que les trois fuivant es dans le Cabinet de Monfieur Raye van Breukelerwaerth.
Z 3 Fig.
PLAAT XL.
Fig. 286. De Bruine Doornpoot.
(van V 4de. Gezin.)
Deze Wantz heeft vyf leden aan de Sprieten en is geheel bruin, uitgezondert twee flaauwe vuilwkte Vlakken welke op de Dekfchilden zyn geplaatst. Op de onderzyde is op den derden en vierden Ring een geelen ftip te zien; alle de fchenkels der Pooten zyn onderwaarts gedoomd gelyk ook de Beenen der agterpooten. Haar Vaderland is Surinamen, en berust met de drie eerstvolgende zoorten in het Kabinet van den Hoogwelgeb. Heere Raye van Brf.ukeerwaerth.



joo BES CHRY VING
DESCR1PTI O N.
Fig. 287. De Kleine Dikschenkel.
(van '£ a^Gezin.)
De fprieten van deze Wantz beftaan uit vyf Leden en zyn nevens het Lyf en Pooten donkerbruin; het Borstftuk is aan de randen met Kleine, en aan den Schouderhoek met fcherpe doornen voorzien, de Schenkels der agterpooten zyn onderwaarts gedoomd. Zy woond in Surinamen.
Fig. 288. De Roodhals.
(van 't 4de- Gezin.)
Deze Wantz heeft vier Leden aan de Sprieten, die, gelyk als de Oogen, zwart zyn, de Kop en Borstftuk zyn rood, het Agterlyf is vooraan rood met zwarte Ringen,doch'aan 't eindezwart. De Dekfchilden zyn zwart ieder met twee langwerpige geele vlakken, de Vleugels, heeft zy bruin. Men vmd ze in Surinamen.
Fig. 289. De Vier Vlakkige Wantz.
(van 't 6ie. Gezin,)
Heeft vier Leden aan de fprieten, van boven is de Kop met het Borstftuk en de Dekfchilden zwart, alleen hebben de laatften ieder twee vuilwitte vlakken, de Vleugels zyn bruin; op de onderzyde is deze Wantz fchoon geelkleurig". Zy is uit Surinamen.
Fig. 287. La Petite Punaise a grosse Cuisses.
(de la 4me. Familie.)
Les Antennes de cette Punaife Jont compofées de 'cinq joinclutes, fi? font ainfi que les pattes d un brun foncé, le Corcelet eft armé de petites Epines le long des bords, c55 cl'Epines égues du coté de Vépaule, les Cuisjes des pattes de derrières font auffi armées en dejfous dépines. EUe efl de Surinam.
Fig. 288. La Punafse au Col rouge.
(de la 4me. Familie.)
Les Antennes de cette Punaife font ■compofées de quatre joinclures qui de même que les yeux font noirs, la Tete^ & le Cvrfelet font rouge, le haut de l'abdomen efl rouge garni danneaux noirs, fi? Pextremité en efl noire, les Etuis qui Jont également noirs ont cbacun deux taches jaunes ebliques , Jes ailes Jont brunes, on la trouve d Surinam.
Fig- 289. La Punaise a quatre taches.
(de la 5me Familie.
Ses Antennes font compofées de quatre articulations, lehaut de la Tête, le Corcelet, fi? les Etuis font noirs, fur chaquun de ces Etuis Je trouye deux taches d'un blanc ternis, les ailes Jont brunes; le des fous du Corps de cette Punaife efl d'un beau janme, Elle efl de Surinam.
Fig.



TAN de WANTZEN.
Fig. 200. De Wandelaar.
(van "t 2de Gezin.
Deze is het mannetje van die Wantz welke op de XXVII^ piaai by Fig. 105 reets is afgebeeld. De Heerfchende kleur is hier geel met bruine vlakjes en Hippen, daar in tegendeel die van 't Wyfje meer in 't bruingeele valt. Men vind ze op de Kust Coromandel en berust bevens de Twee volgende in de verzameling van wylen den Wel Eerwaarden Heere E. F. Alberti.
Fig. 2pi. De Netswysgeestreepte Wantz.
(van 't 2de Gezin.)
Heeft vier Leden aan de Sprieten welke bruin» van kleur zyn, de grondkleur aan beide zyden van 't Lyf is bleek llroogeel met donkerbruine ftreepjes enftippen, byzonder is het lederagtig gedeelte der Dekfchilden met netswyze ftreepen van gemelde bruine kleur zeer üerlyk getekent, waarvan de vergroote Fig. A. een juist denkbeeld oplevert: de tippen dezer Dekfchilden zyn donker afchkleurig met bruineaderen > doch aan de agterranden wit en de Vleugels grys en doorfchynend. Zy woont op de Kust Coromandel te Tranquebar.
Fig. 292. Het Geele Streepje
(van 't 4dp. Gezin.) Deze Wantz heeft vier Leden aan de
DES PUNAISES. 161
Fig. 290. La Punaise Pelerine.
(De la 4«ne. Famille.)
Cest le male de celle dont la defcription fe trouve Planche XXVII™ Fig. 105 fa couleur dominante efl jaune tachetè & marqueté de brun, celle au contraire de la femelle tire plu tot fur le jaune foncé, elles font de la Cote de Coromandel, fi? fe trouye ainfi que les deux fuivant es dans la Colleclion de feu Monfieur E. F. Alberti.
Fig. 29L La Punaise a Rése aux.
(de la 5me. Famille.)
Ses Antennes font compofés dé quatre Joinclures brunes, les deux Cotés du Corp font d'un paille clair, avec des points fi? petites rayes d'un brun foncé, la partie écailleufe des Etuis efl singulierement marquee ou rayée en forme de réfeaux, d'une couleur brune, dont la Fig. A. réprèfentée en grand donne une jufie idéé, les Extrémités de ces Etuis font dun cendré foncé avec des veines brunes , mais les bords pojlèrieurs font blancs fi? les ailes grifes fi? transparentes. Elle efl de la Cote de Coromandel d Tranquebar.
Fig. 292. La Raye Jaune.
(De la 4„r . Famille.)
. Les Antcmmes de cette Punaife compe-
Sprie-



162 BESCHRYVING
DE SCRIP TI O N
de Sprieten, de Kop, Borstftuk en 't lederagtige gedeelte der Dekfchilden is -dbnkerpaarfch en de tippen dezer laatften bruingeel ? een helder geele ftreep is op het midden van het Lendenfchild geplaatst. De Vleugels zyn afchkleurig, de onderzyde van 't Lyf is bleekgeel en de Pooten geelagtig bruin. Zy is van de Kaap de Goede Hoop.
PLAAT XLI.
Fig. 293- De Hout kleurige Wanz.
(van V 4de Gezin) .
Heeft vier Leden aan de Sprieten die nevens, den Kop, Oogen en Pooten zwart zyn, het Borstftuk en 't groocfte -gedeelte der Dekfchilden is bruingeel en als met een wynig rood gemengt op de laatstgemelde ziet men vier zwarte ftippen en de glasagtige tipppen derzelven zyn, gelyk als de Vleugels bruin: zy berust met de vier eerstvolgende zoorten in de verzameling van wylen den Wel Eerw. Heere E. F. Alberti en is van de Kaap de Goede Hoop.
Fig. 294. De Aard-Mugagtige Wantz.
Fan V 4 d Gezin.
Hpeft vier Leden aan de Pooten die bruin zyn, de Kop en Oogen geel, het Borstftuk zwart met fes geele ftippen, bet Lendenfchild is zwart en geel geiend ; de Dekfchilden en Vleugels,zyn
fées de quatre articulation, la Tête, le Corcelet, la partie Écailleufe des Etuis font dun violet foncé, leurs Extrémités font dun jaune foncé; au millieu de Pécusfon efl une raye d un beau jaune, les ailes font d une couleur cendrée, le dejfous du Corps efl dun jaune clair, & les pattes font dun brun jaunatre. Elle efl du Cap de Bonne Esperance.
PLANCHE XH.
Fig. 293. La Punaise Couleur de Bois.
iCDe la 4*e. Familie.
Ces Antennes font Compofées de quatre Joinclures noire, la Tête, ks Teux, & les pattes font de la meme Couleur, le Corcelet & la plus grande partie des Etuis font dun jaune foncé, qui femble, un peu mélangé de rouge, on apercoit aux dits Etuis quatres points noirs, & leurs Extrémités charnues ainfi que les ailes font brunes; elle fe trouye avec les quatres especes fuivantes dans la Colleclion de feu Monfieur E. F. Alberti , & viennent du Cap de Bonne - Esperance.
Fig: 294 La Punaise T 1 p u l e.
(de la 6. Famille.)
Ces Pattes font compofées de quatre Joinclures brunes, la Tête cj? les Teux font jaunes, le Corcelet noir marqueté de jaune, PEcusfon noir hor dé de iaune, les Etuis £? les ailey ftwt grifes $ fort
grys









van de WANTZEN.
DES P UNAÏSES. i§2
grys en hekier doorfchynend. Op de onderzyde is het Lyf vuilgeel, en de Pooten geelagtig bruin. Wegens de lange Pooten en doorfchynende Vleugels zou men deze Wantz, op het eerfte Gezicht voor eene Aardmug (Tipula) aanzien, maar de aanzienelyke lange Zuiger en de vier Vleugelen enz. brengen dezelve onder het Geflacht en vierde Gezin der Wantzen. Zy is van de Kaap de Goede PIoop.
Fig. 295. De Tranquekaarsche Vlieg wantz.
(van 't 6t,e. Gezin.)
Eene verfcheidenheid van deze Wantz is reets op de XXXVlIIfte Plaat by Fig. 275. afgebeeld , deze is egter dikkeren het Agterlyf breeder dan de evengemelde. Zy is, behalven den vuilwitten vlak op de Dekfchilden, geheel zwart. De Sprieten zyn zeer dun en beftaan uit vyf leden, de Kop is klein, de Hals zeer lang , de twee kleine blinkende Oogjes kunnen door een gewoon vergrootend glas, op den Kop tuüchen de uitpuilende netswyze Oogen, duidelyk gezien worden. Het Borftftuk is van boven oneffen, ruwen bultig; het Agterlyf op 't midden , als ingedrukt, waardoor de randen van 't zelve als opwaarts omgeboogen zig vertoonen. Men vind deze Wantz gemeenlyk onder die Infeóten > welk in die kiftjes zig bevinden die ons van Tranquebar op de Kuft van Coromandel worden overgezonden.
tranfparentes; Je dejfous du Corps efl dun jaune ternis & les Pattes dun brun jaunatre; d la longeur des Pattes fi? le tranfparent des alles; on pourroit prendre cette Punaife pour une forte de moucheron connu en latin fous le nom de Tipula, mais les quatres ailes fip la longeur de fa trompe, la fait mettre au tang de la quatriemt Famille. Elle efl du Cap de Bonne Efpérance.
Fig- 295. La Punaise Mouche du Tranquebare.
(de la 6me Famille.)
On a -déja donné une defcription variéc de cette Punaife Planche XXXFIJL Fig. 275. cependant celle ci efl plus grcffe fif a Pabdomen plus large que la précêdente. Elle efl entiérement noire, fi on en excepté la tdche dun jaunè ternis qui fe trouve fur les Etuis, les Antennes jont Extraordinair ement minces & font compofées* des cinq joinclures , la tête efl petite , lè col trés long, d la tête qui fe trouve placée ent re deux yeux faillants & en forme de réfeaux on dicerne au moyen dune loupe ordinaire deux petits yeux liffes , le deffus du corcelet efl inégal & raboteux , le millieu de ïabdomen efl comme enfoncé en forme ■ 4e fojfette ce qui fait que les b rds paroiffent arcquês. Cette Efpêce de Punaife fe voit. communément parmis les Infecles qui fe trouvent renfermés dans les Caiffes qui nous viennent de Tranquebar h la Cote de\ Coromandel.
A a Fig.



i64 BESCHRYVING
D E SCR 1 P T10 N.
Fig. 296". De Neger. (van V 6de. Gezin.)
Deze Wantz heeft vyf leden aan de Sprieten en is over 't geheel bruinagtig zwart, alleen de Oogen zyn bleekrood, de zuiger is kort en onder den Kop geboogen . gelyk van alle die Wantzen welke onder dit Gezin behooren. Aan den laatften Ring van 't Agterlyf is een bruingeelen vlak.
Van deze Wantzen heb ik eenige gezien die kleiner en gelyk deze nog in den flaat van Nymph waren, te weeten zonder Dekfchilden en Vleugels, doch nimmer ismy eene andere van de grootte der hier afgebeelde voorgekomen en 'er zyn egter geene fpoor der evengemelde Deelen aan te ontdekken : Zou dezelve als een volmaakte Wantz kunnen aangemerkt worden, of zouden de de Wyfjes derzelven alleen, (van welke Sexe deze eigentlyk is) ongevleugeld blyvcn ? Ik kan dit niet befliflen, en alleen maar zeggen, dat haar Vaderland aan de Kaap de Goede Hoop is.
]$g. 297. De Geel gekraagde Wantz.
(yan ,t 6de. Gezin.)
Heeft vyf leden aan de Sprieten, de Kop is grys, de Oogen bruingeel, het Borftftuk zwart met een donkergeelen Ring; het Lendenfchild en het voorfte gedeelte der Dekfchilden is. bruingeel en de vliesagtige tippen der laatftgemelden Zyn, gelyk als de Vleugels vaal zwart;
Fig. 296. Le Neg re. (de la 6me. Familie/)
Les Antennes de cette Punaife font compofées de cinq articulations. Elle eft généralement dun noir tirant fur le brun , fes yeux font feulement d un rouge pale, fa trompe efl courte <S? fe recourbe deffous la tête comme toute celles de cette famille, au dernier anneau de Pabdomen efl une tdclve d un jaune foncé.
jj en ai vu quelques unes de cette Efpéce mais plus petites fi? qui comme celle- ci étoient encore Nymphes , cefl d-dire fans Etuis ni alles, parties, dont jen ai encore pu découvrir aucune tracé dans celle dont je vient de donner la defcription, fi? qui efl la feule que fai vu de cette Grandeur: peut on confiderer cette efpéce comme une Punaife par faite ? Ou bien la fetnelle (qui efl le fexe de celle-ci) nauroit-elle point dailes ? Cefl un probléme que je ne puis refoudre, je dirai feulement quelle efl du Cap de Bonne Efpérance.
Fig. 297. La Pünaïse Air Collier jaune.
(de li 6me. Famille.)
Ses Antennes font de cinq Joinclures, la tête efl grife, les yeux font dun jaune brun , le Corcelet noir avec des anneaux d un jaune foncé ; VEcuffon efl d un jaune brun ainfi que lapartie antérieuredes Étuis, dont les Extrémités membraneux fi? les alles font d un noirfauve, ks Pattes font d un
de



van de WANTZEN.
DES PUNAISES. 105
de Pooten heeft zy bruingeel, doch aan de Beenen, alwaar de leden der Voeten hun beginfel neeraen , met pluis van zwarte hairtjes bezet, 't welk uit de vergrootte afbeelding by Fig. A. is te zien. Men vind ze aan de Kaap de Goede Hoop.
Fig. 298. De Sierlyke Vlieg»
wantz.
(van 't 6de. Gezin.)
De lprieten van deze fraaije Wantz beftaan uit vyf leden, de Kop is zwart, de Oogen en Zuiger bruin, het Borftftuk zwart, doch aan den agterrand geel gevlakt; de Dekfchilden zyn ook zwart en met vier witte vlakken gefiert, waarvan de onderften eene Hartvormige gedaante hebben, aan 't einde zyn twee bruingeele Hoefeizerswyze vlakken; de Vleugels hebben eene vaalzwarte kleur, de Pooten zyn op alle de Leden derzelven , met zwarte en geele vlakken ongemeen fterlyk gereken t. Ik kenne Haar Vaderland niet, doch beruft in de Verzameling van den Wel Ed, Heere E. De Marre.
Hier mede zullen wy nu ook dit Werk befluiten, temeer dewyl men na de afbeelding van 298 onderfcheiden zoorten van Wantzen zo veeie moeite heeft om nieuwe voorwerpen te bekomen. Indien ik egter in 't vervolg een of meerder Zeldzaame Cicade en Wantz kan ontdekken, dan zullen ze ftukswyze in her Werk van myne Spooken, Wandelende Bladen enz. werden ingelyft, Intullchcn hoope dat de Geëerde Lezer
jaune brun ou foncé fi? couvertes dun duvet de poil noir depuis le commencement de la Joinclure des Pieds comme m peut le voir Fig. A. Ou cet lnfecle ejl reprefenté en gros. FMe ejl du Cap de Bonne Efpérance.
Fig. 298. La Punaise Mouche Paree.
(De la 6**. Familie.)
Les antennes de cette Punaife rare font compofées de cinq Joinclures , la tête ejl noire , les yeux & la trompe font brun, le corcelet dont les bords pojlerieurs font tdchetés de jaune , ejl noir , ks Etuis qui font pareillements noirs, font ornés de quatre tdches blanches , dont la demiere ejl en forme de Coeur, les Extrémités de ces Etuis font encores décorés de deux taches dun jaune brun ou foncé qui forment un fer d cheval, les ailes font d un noir fauve , toutes les 'Jfonclures des pattes font marquêes de tdches jaunes & blanches , je ne connots pas Ja Patrie, mais ellefe trouve dans la Colleéiion de Monfieur E. de Marre.
Nous terminerons par la cet ouvragt, d ailleurs après avoir donné la defcription de 298 diférentes Efpecesde Punaifes, il feroit deficile de fe procurer de nouveaux objets, fi pourtant je puls découvrir dans la fuitt dautres Cigales ou Punaifes dune Efpece rare. ^en fer ai une dejcription détattié€ qui Jera injerée dans Pouvrage ou dejcription des Speclres - Mantes &e. y'efi pére en attendant, que mes Le&êurs * & Jur tout cetix, qui fer ont en pojfefjm df Aa 2. m



1.65 BESCHPvYVING enz.
DESCRIPTION &>c.
en Verzamelaar van Infecten , ook ift dit Werk veeie zoorten zal hebben aangetroffen die bevoorens nog niet bekend of wel veelligt in andere Werken te veel verftrooit waren; wenfchelyk zoude het zyn, indien de Hooggeleerde Heer ProfelTor J. C. Fabricius in het 11* Deel van deszelfs nieuwe Uitgave zvner Mantiffa Infeclorum. Hafnia 1787. de door my uitgegeven en afgebeelde Cicaden en Wantzen bepaalde, m Jioe verre en welke daaronder zyn Ed. in zyn voorheen uitgegeven Werk, getytelt Species infeclorum reeds ,zyn bcfchreeven en opgegeven : want het moeilyke om door korte en kunftmaatige Befchryving de gemeende en bedoelde Zoort te vinden, zal wel .ieder Kenner en Verzamelaar menigmaal hebben ondervonden en met my willen toeftemmen.
Nog moet ik hier erinneren, dat wegens de byvoeging van een behoorlyken Ti tul en Titulplaat, voor de Befchryving van het Geflacht der Cicaden, zo wel als by dit der Wantzen , van ieder Geflacht Een , en dus gevoeglyk te zamen Twee Deelen kunnen uitmaaken, hier door zullen de bedenkingen van zommigen, dat wegens het altoos te gelyk uitgeven der gemelde beide Genachten, in ieder Cahier verwarring zoude ontltaan , ten eenemaal vervallen en weggenomen worden.
quelque Colleftlons d'Infecie , trouveront, dans cet ouvrage plufieurs differentes EJpéces qui jufqualors leurs étoient inconnus ou dont la defcription na éti donnêe que fuperficiellement par d'autres Auteur <. ffaurais défiré que Monfieur le ProfeffeurJ. C. Fabricius dans la Ille Partie de fa nou■yelle Edition du Mantiifa Infeótorum, m parlant de ma defcription des Cigales ö> Punaifes , out defigné celles dont il a déja fait mention dans fon ouvrage intitulé, Species infeclorum & quil eut marqué jufquou iétent le detail quil en a fait, €ar fans contredit tout connoiffeur & tous ceux qui font en po ffeffion de quelque Collections, nauront pas manqué de s"apercevoir ■combien Hen coutede peines&de foins, pour donner une defcription exacle fi? finie des differentes efpêces qiion a en vue.
Je prevkns encore mes lefteurs, relativement au titre &' frontifpice pour la defcription des Cigales 6? pour celles des Punaifes; que chacune de ces Genres, fournira un Volume féparé , ce qui fera deux en tont pour les deux Genres & previendra Pobjeftion, quon nous a faite, quen donnant a lafois la relation des deux Genres, cette réunion occafionnoit des erreurs OH Confufions.
F I ZV.
E INDE.



REGISTER T A B L E
DES
PUNAISES qui sont répresentes dans cette ouvrage.
Première Familie. Punaises harnachées.
scutellati. LillH,
PI. Fig.
La Punaift Violet. i. j.
La Punaife bleu d'/lzur. iv. 12.
La Noble Punaife. ii. 7.
La Punaife dorée. iv. 21.
La P. Couleur d'Amethyfle. xxxvi. 251.
La P. a ecuffon a bandes. vil. 49.
La P. Royal. xxxii. 222.
La Punaife Difpar. xxxvii. 2<5o.
La P. verte de Stocker. iv. 24.
La P. bleu de Stocker. ijj. j5.
La P. bleu de Stokker. Var. 5vvvl!h \6'
iXXXVJf 262.
La Punaife a pnties bleu. xxv. 117.
La ¥. a reütt vert. ix. 57.
Ls P. a Ecujfon. ix. 58.
La Punaife de Dmry. xxxvii. 26'.
La P. a. Ecujfon rouge. vii. 48.
La P. Scarabée Ocrebrun. xxiv. 167.
La P. Porte Lis. ix. 59.
La P. Scarabée grije. xxiv. 166.
La P. enfleurs. iv. 21.
La P. è jeux, vii. 50.
L'Argus. xxxvii 268.
La P. Maratte. xxix. 202.
La P. Couleur de Canelle. ix. 60.
La P. pourprée. xxix. 203.
La Punaife verte bordée de Jaune. xxxvii. 269.
La P. a Dos bleu. XIV. 92.
La Punaife rayée. ii. g.
La P. rouge a raye noire. ii. 9.
La P. noire a rayes rouge. xvi. 109.
La Punaife Tigrée. xxxvii. 261.
La P. Samojeede. ix. 61.
La P. Grife. xxix. 204.
La P. a larges Epaules. xxiv. 168.
La P. brun clair rayée. xxii'. 158.
La P. brune & jaune rayée. xxiii. i<,6.
La P. è taches Triangulaire. xxxix. 282.
La P. écailleufe bigarrée. XXXIX, 279.
La P. écailleufe brune. xxxix. 280.
Seconde Familie.
Punaises, rondes, Sans-epines. r ot un da ti.
La P. Gigantifque. xxi. til
Bb 2, De
XXI. nt 2, De
VAN
DE IN DIT WERK AFGEBEELDE
WANTZEN.
Eerjle Gezin. Geharnaste of Schildwantze».
scutellati, LUm.
No.
1. De Paarfche Schildwantz.
2. De Lazuur blaauwe.
3. De Edele Wantz.
4. De vergulde Scbildwantz.
5. De Amathystkleurige.
6. De gebandeerde Schildwantz.
7. De Koningswantz.
8. De Ongelyke Schildwantz.
9. De groene Stokkers wa/itz,
10. De blaauwe Stokkerswantz.
ir. De blaauwe Stokkerswantz.
12. De Blaauw oot.
13. De groene Weetfchyn.
14. De gee\e Schildwantz.
15. De Drurys-Wantz.
16. De roode Schildwantz.
ï7. De Ombtrkleurige Keveragtige.
18. De Lelydraagfter.
19. De gryze Keveragtige.
20. De gebloemde Schildwantz.
11. De Geoogde.
22. De Argus.
23. De Maratten-Wantz.
24. De Kaneelkleurige.
25. De Purperkleurige.
26. De geelgerande groene.
27. De Biaauwrug.
28. De geftreepte Wantz.
29. De rood en zwart geftreepte.
30. De zwart en rood geftreepte.
31. De Tygervlakkige.
32. De Samojeed.
33. de gryze Schildwantz.
34. De breedgefchouderde.
35. De bleekbruine geftreepte.
36. De bruin en geel geftreepte.
37. De 3 hoek vlakkige.
38. De Bonte omkorfte Wantz.
39. De Bruine omkorfte Wantz.
Tweede Gezin. Eyronde en ongedoornde , Rotuk-
date.
I. De Reus.



168 REGISTER. T A B L E
No.
2. De Javtner.
3. De Javaner Wantz. Larva.
4. De incarnaatkleui ige.
5. De Oranjekleurige.
6. De Zwartpoot.
7. De Dambord-rand.
8. De omgekeerde Y.
9. De Smaragdyner.
10. De Violetkleurige.
11. De groene witgevlakte.
12. De geele Boogwantz.
13. De Tamarinde-Wantz.
14. De Bloedband.
15. Janus.
ifï. De Agaat-rugge.
17. Dc geüippelde
18. De Netswys geftreepte.
19. De llorfrelrand
20. De Omberkleuige 2 vlak.
21. De Wandelaar.
23-
24.
25.
26.
27.
28.
29-
3o.
31.
3z-
33-,
34-
35-
36.
37-
32.
39.
40.
41.
42.
43.
44-
45-
46.
47
48.
49
50.
Si5253S4.55-
De Roofen • Wan:z,
De Tweevlak.
De Okerkleurrge.
De zesvlakkige giyfe.
De Paterfons Wantz.
De bruine Witftip.
De groene geelrand.
De Surinaamfche rood • poot
De Arlequin.
De Drievlakkige geele.
De rood gerande zwaite.
De bloedige Wantz.
De fierlyke Koolwantz.
Het Bloedfchild.
De roodgeltreepte Wantz.
De Violetkleurige.
De Blaauwe 2 kleurige.
De groene Koolwautz.
De bonte Wantz.
De Eenkleurige.
De geelgeftreepte btuine.
Dt: getlgeftippelde.
De Cacao-Wantz.
De Rouw-Wantz.
De tweekleurige.
De bruingeele.
De Rottenkop.
De Blaauwe Wantz.
De witgevlakte Moeskruid-Wantz.
De Geoogde Wantz.
De rooJgevlakte Moeskruid-Want*.
Het geele Anker.
De geele Arlequin.
De groene met witgevlakte.
Derde Gezin.
La Punaife de Java.
La P. de Java, {la Larve.")
La Punaije incarnat.
La Punaife Couleur d'Orange.
La Punaife a Pattes noires.
La P. a bords en Damier.
La P. d X renverfée.
La P. Smaragdtne.
La Punaife Violette.
La P. Verte a taches blanches.
La P. a Are jaune.
La P. de £ Arbre des Tamarins.
La P. a bandes rouge.
La Punaife Janus.
La P. d Dos Agatfie.
La P. pointillée.
La P. a Rejeaux.
La P. a bords Velus.
La Punaife couleur d'ombre h deux taches
X,a P. Pekrin.
La Punaife des Rofes.
La P. d deux taches noires.
La P. Couleur d'ocre.
La P grije a Six taches.
La P. de Paterfon.
La Punaife brune a plint blom.
La P. verte a bords jaunes.
La P. a Pattes rouge.
La P. Arlequin
La P- Jaune a trois taches.
La P. noire a bords rouge.
La P. Sanglante.
La P. Migronne de Choux.
La P. a bouclier rouge.
La P. rouge rayée.
La P. Violette.
La P. bleu a deux Couleurs.
La P. Verte des Choux.
La Punaife bigarrée.
La f. d'une Couleur.
La P. brune rayée de Jaune,
La P. Jaune pointillée.
La P. 'du Cacao.
en Deuil.
de Deux Couleurs.
Jaune brun.
a Mu eau ae nat.
La P. bleu.
La P. des Pvtagers taches blanches.
La P. a taches oeillée.
La P. des potagers a taches rouges.
La P. a Ancre Jaune.
La P. Jaune Arlequine.
La P. Verte tachée de blanc.
Troifieme Famille.
La P.
La P.
La P.
La P.
PI. I.
XXXVIII.
II.
VI. VI. IV. IV.
xvm.
V.
XXX. V.
XXXI. XXI. VI. VI.
XVII.
XL XXIV. , XXXVIII.
yxxvn.
I XL. XXVJI. XVI. VI. XXV. XVI.
' 111.
XX. XXVIII. V. XXIX. XXVIII. XXXI.
II.
XXIX. XXXIII.
XX. XXXIX. XIX. XIV. IV.
xxxvin.
XIV. XXVIII. XXXII. XXXII,
xxxv
XV. XXXI. V.
XXXIV. V. XXIII.
xxxv.
XVI.
2.
271. 10.
39-
40.
2S»
20".
122.
20. 211.
30. 218. 142.
41. 43.
11(5. . 291. . 169.
270.
105.
290.
187.
110.
42. 173.
III.
18.
134193»
3i. 206. 104. 219.
II.
20S« 228.
133-
283. 127.
93.
27. 272.
94.
195. 223.
224. 245. 102. 221.
33. 237.
32, '57. 244. 115.
EïilOSD! IS GEDOORND, SÏIKOZA.
I. De gehoornde Wantz.
Punaises Ar me es. S pinos a
Is P. Cotnue.
XXIX. 208. 2. D*



No.
REGISTER. T A B L E
169
Pl. Fijr.
j. De tweevlakk/ge.
3. De Lederagtige.
4. De Onbehendige.
5. De Pifang Wantz
6. De groene Locos-Wantz.
7. De gepolyste Wantz.
8. De gewapende Glansrug.
9. De Glansrug.
10. De Ananas Wantz.
11. De Kaneelkleurige.
12. De Vuurkleurige.
13. Het Schouderhoorn.
14. De Olyfkleurige.
15. De gryfe gehippelde.
16. De blinkende Wantz.
17. De Geelfpriet.
18. De Bultdraagfter.
19. De bleekgroene gehippelde.
20. De Spitskop.
ai. Het roodgstje,
22. De Spleetkop.
23. De zwarte Doorn.
24. De gedoomde Wantz. ü5. De Japonezer.
26. De groengerande.
27. De Boschwantz.
28. De bruingeele Bofchwantz.
29. De Aalbezien-Wantz.
30. De Macai-Wantz.
31. De Zevenvlakkige Wantz.
32. De fcherpgedoornde.
33 De paaiscbkleuiige bruine,
34. De zwarte gepolyste.
35. De gebulte Wantz.
36. De btuine witgevlakte.
37. De geele V
38. De V/erflip.
Vierde Gezin.
Langwerpige. De Wyf jes met dikkr schenkels aan de agterpooten.
O el ongi.
La P. a deux taches. La P. Ecailleuje.
La P. Cbancellante,
La P. du Pifang,
La P. verte du Locos. La P. Polie.
La P. Armèe a Dos luijant.La P. au Dos luifant. La P. des Ananas. La P. Couleur de Canelle. La P. Couleur de Feu. La P. h Epaules Cornues. La Punaife Olive. La P. grife picotée.
La Punaife Liffe.
La Punaife aux antennes jaunes. La P. Boffue. La P. Jaune p/tle puncïuée. La P. d Tête pointue.
La P. Enfanglanteé.
La P. 0 Tête fandue.
La P. a Epine noire.
La Punaife Epineuje.
La P. du Japon.
La P. h bords verts.
La P. des Bois. ,
La P. des Bois jaune brult.
La P. des Grofeillers.
La P des Macai.
La P. è fept taches.
La P. Epineux.
La P. Violet brun.
Li P. noire Polie.
La P. boffue.
La P, brune tachêe de blanc. La P. V. Jaune.
La P. b Quatre points.
Quatrieme Famille.
XXXVI.
XIX. JXVIII.
s XX.
fcXXVlI. XXVIH.
XXV. XXXVI.
XVII. XXXII. XXIX. XX.
V. XVI. XXI.
yxxii.
iXXV. XX. XIV.
II.
VI.
5- Vf.
ixxxm.
XXVIII. XIV.
I.
XVI. XXVI.
VI. XXIX.
VI. XXVI. XIV. XXXIII. XXIII. XXIX. XXXIX. XVIL XXI.
yxxxi.
iXXXI.
252. 128. 196. 198. 135.
199. 174. 253. 117. 225.
209. 136.
34. 113144.
i4üB.
136.
95-
12.
47-
44.
229.
197. 95.
3-
112»
180.
4S« 210.
46.
11997230.
159.
207. 282. 118. 143. 217.
22c«
Punaises Oblonges, Oblongi.
1. De Pharaos-Wantz.
2. De bonte dikfpriet.
3. De bruine dikfpriet.
4. De Hartvormige Borstfchilddraagfter.
5. De zwarte Dikpoot.
ó. De Krompootige Wantz.
7. De Vliespoot.
8. De gewapende Wantz,
9. De Scehlo-opfter.
La Punaife de Pharaon.
La P. bigarrées, aux antennes ipaiffes.
La P. brune d antennes epaiffes.
La P. porte Coeur.
La P. a groffes Pattes.
La P. a pieds Crochus.
La P. è pattes membraneufes.
La P. Armèe.
La P. Courcufe aux Ecbaffes. B b 2
y in. 20.
IXIK. 129. XXVI. 181. XXVI. iSk. XXVI. 1Ï3. VIII. Si-
X. 68.
II. 14' XXXVIII. 27<5-
X. 73-
jo. De



170 REGISTER. TA B L E
No.
10. De Blad-poot.
11. De Modeste Wantz.
12. de roode Vliespoot.
13. De bruine bladerfpriet.
14. De Knodfpriet.
15. De Levry-Wantz.
16. De Hottentot. Wyf.
17. De Hottentot. Man.
18. Het bruine Wydbeen.
19. De Doornpoot,
20. De bruine Dikfchenkel.
21. De Zaagpoot.
22. Het bruinroode Dikbeen.
23. De bruingeele breedpoot.
24. De kleine Dikfchenkel.
25. üe rood en zwartgevlakte Dikpoot.
26. De Acajou Wantz. 57. De bruine Doornpoot.
28. Het Wydbeen.
29. De gedoomde Borst.
30. De Witte Dwarsband.
31. De Zaagpoot.
32. De donkergroene.
33. Het witte ftreepje.
34. De bonte rug. 35 Het Koperfchild.
36. De Groen getipde.
37. Het zwartgatje.
38. De Witte X.
39. De goudglanfige.
40. De Vierftip.
41. De driekleurige.
42. De roodgerugde.
43. De bruinroode.
44. De Geelfcbildige.
45. De zwarte Y. 4(5. Het Oranjeband. 47 De bloedvlakkige.
48. De Caftave-Wantz.
49. De Stippelrug.
50. De geelgek raagde.
51. De Sieüyke Wantz.
52. De Eenkleurige.
53. De Netswys-Schildige.
54. De Surinaamfche Vang-Wantz.
55. De rooJgt zoomde. 56 De Glanskop.
57. Het Geele Streepje. ,58. De Lampoot. 59. De fmalle Olyfkleurige. 60 Het zuidlandfche geele Schild.
61. De Geelokerkleurige.
62. De bruingeele.
63. De Vierhoekige.
64. De bondfpriet.
65. De geele Halve maan.
66. De geel gebandeerde.
67. De Roodhals.
. 68. De Viervlakkige. 69. De Gojaven Wantz.
PI. Fig.
La P. « pMtes feuilettèts. VIII. 54.
La Punaije Mohfte. X. 70.
Li P. d pattes rouges menbraneufes. XXVIII. 201.
La P. brune aux antennes feuillèuèes. XXXUI. 231.
La P. d antennes en MaJJe. X. 67.
La P. Bigarrée. xxv. 175.
La P. Hottentot, Fem. VIII. 52.
La P. Hotter.tU, Mas. VIII. 53.
La P. brune a jambes éeartées. XXXVil. 263.
La P. d pittes épineufes. XVI. 114.
La P. brune d cuiffes épaijfes. XXV11. 188.
La P. h pattes en Scie. \kxXv11i. La Punaife rouge brun d groffe jambe. XXXVIII. 277.
La P. jaune brun d large pattes. XXXVII. 264.
La petite P. d grojfe Cuiffes. XL. 287. LaP.d groffe pattes,taches de rouge £ƒ de noir.xkx VI. 254.
La P. de L'Acaje-u. XXVÏI. rto.
La P. brune aux pattes epineufes. XL. 286.
La P. d jambes ecartees XX. 138.
La P. d Poitrine epineufe. XlV. 58.
La P. travers d'une raye blanche. XXXIX. 285.
La P. d pattes en Scie. XXXVIli. ajjt.
La P. vert foncé. xxx. 2I3.
La P ■ d raye blanche. x. -jj.
La P. au Dos bigarrée. XVII. 119.
La P. a Corfelet cuivré. XXXVI. 255.
La P. aux pointes verte. XXXIX. 284.
La P. d bout d'abdomen noir. X. 71.
La P. X. blanche. XXXI11. 233.
La P. d luijant D'or. VIII. 35.
La P. d quatre points. XI. 75.
La P de troix Couleurs. XIX. 130.
La P. d Des rouge. X. 69.
La P. rouge brun. XXV. 176.
Lt P. aux Etuis jaunes. X(. 83.
La P. V. noire. XXV. 177.
La P. d bandes Orange. II. 13.
La P. d taches de Sang. XI. 81.
La P. du Cajfave. XXII. 149.
La P. Picotèe. xxi. 145.
La P. Jaune Fraifée. XXXVII. 265.
La P. 'd bout d'ailes blanc. XI. 80.
La Punaife Bruntz. V. 37.
La P. aux Etuis d rézaux. XVIII. 123.
La P. Griffon. IX. 62.
La P. d bordune rouge. V. 35.
La P. d Tête luifante. XVII. 120.
La P. d raye jaune. XL 292.
La P. d pied rompu. XXII. 150.
La P. étioite olivalre. XXIII. 162.
La Punaife du Sui d Etuis jaunes. XXVII. 190.
La Punaife jaune (tocre. XXXVIII. 274.
La P. Jaune brun. XXIII. 160.
La Punaife Quarré. V. 36.
La P- d antennes bigarrée. XI. 78.
La P. d demi Lune jaune. XI. 82.
La Punaife a bandes jaunes. I. 4..
La P. au Cd rouge. XL. 288.
La P. a quatre taches. XL. 289.
La P. des Goyaves, VIII. 56.
70. D«



REGISTER. T A B L E 171
No.
70. De Wantz der Coffy-boometi.
71. De zwarte en roode Wantz.
72. De Kaapfche Ridderwantz.
73. De GezeJ/i'ge Wantz.
74. De witte halsband.
75. De Pedeiwantz.
76. De roode witgetipde Wantz.
77. De zwartgevlakte Pedelwantz.
78. De Kaapfche Bilzemwantz.
79. De Surinaamfche Bilzemwantz.
80. De Surinaamfche Ridderwantz.
81. De dwarsgclynde. 8a. De Bilzem Wantz.
83. De geele kliffen-Wantz.
84. Het witte halsband. 85- De roode rand.
86. De Surinaamfche Rin*- Wantz.
87. De Tweeftip.
88. De Seshoek.
89. De Bladerfpriet.
90. De Aard Muga4tige.
91. De Spring Wantz. gi- De Roofen Wantz. 03 De Houtkleurige.
94. De Wantz der Duizentfchoone.
95. De Bontfchiid.
90. De biuvne Witf,eftreepte.
97. De Wantz der Vlierboomen.
98. De Blaauwe Vleugel.
99. De Witte Jafmyn Wantz,
100. De Scabiofen Wantz.
101. De roode V.
102. De Bloemzuigfler.
103. De Motuilagtige.
104. De klhTe Wantz.
105. Het Dwergje.
106. De bruine Wantz.
107. De Wantz van de Lathyrus.
108. De groen Schildige.
109. De Bladluisleeuwagtige.
110. De Bonte Wantz.
Pyfde Gezin.
Platte, Vliesagtige, Mems&an acei.
1. De Bed-Wantz.
2. De Wantz met uttgefneeden randen. NB. Deze
is die zonderlinge Wantz door den FrofeJJor Sparman aan de Kaap de Goede Hoop ontdekt en in deszelfs Reizen befckreeven in het ïde Deel bladz. 434 &C- als mede die in de StoM- ï777p. 235. Tab. 6. Fig. A. B. C. Cimex Paradoxus g'enoemiis. Fabricius in deszelfs Spec. In*
feU. pag. 5t°-
3. De Scorpioen Spinagtige.
Sssde Gezin. Vlieg wantzen. reduviui.
1. De groote tweevlakkige.
2. De bonte Ruigpoot.
3. De Roodbuik.
4. De venynige Wantz.
PI. Fig.
La P. de l'Arbre du Caffé. XXVil. 191.
La P. noir & rouge. XXXlil. 236.
La P. Chevaliere, du Cap. XIV. 99.
La Punaife Sociable. XV. lot.
La P. au Collier blanc. XVI11. 125.
La P. Bedeau. XVlil. 124.
Lu P. rouge d points blanc. XVIII, 126.
La Punaife Bedeau, tachéi de noir, XXXVIII, 273.
La P. de la jujquiame du Cap. XXXIV. 23».
La P. de la jufquiame de Surinam. VIII, 57.
La P. Chevaliere de Surinam. XXVI. 184.
La P, a Stries transverfes. 111. 19.
La P. de la jufquiame. XI, 8o-
La P. jaune des Gltteron. XXXIV. 240.
La P. au Collier blanc. XI. 77.
La P. d bordure rouge. XIII. 87.
La P. d anneaux de Surinam. XXXUI. 232.
La Punaife d deux points. I. 5.
La Punaije Sexagone. IV. 28.
La P. d antennes feuilletées. XXII. 152.
La Punaije Tipuh. XLI, 294.
La P. Sauteufe. XXX. 214.
La P. des Rofes. XXXIV. 24 r.
La P. Couleur de bois. XLF. 293.
La P. du Dianthus XXXV. 247.
La P. aux Etuis bigarrée. XIV. ico.
La P. brune a rayes blanches. XXXV. 246.
La P. du Sureau. XXXIV. 243.
La P. aux ailes bleu. XXX. 212.
La P. du Jaffemine blanc. XXXV. 248.
La P. des Scabieuje. XXXIV. 240.
La Punaife V. rouge. XXXVII. 266.
La P. Suceufe desfiturs. XXIV. 170.
La P. Teigne. XXL 146.
La P. des Gleteron. XXIV. 171.
La P. Nine. XIX. 132.
La P. brune. XV. is5.
La P. de L'Eflurge. XXXV. 249.
La P. d Corfelet vert, XI. 75.
La P. Hemerobe. XV. 107.
La Punaife bigarrée. XL 74. Cinquieme Familie* Punaises Membraneuses.
La Punaife des Lits. XIX. 131.
La Punaife paradoxe. XIV. 101. Cette Punaife a été decouvert par Mr. Sparman
dans cette voyage au Cap de bonne Efperances,
dans le Pays des CafFres. Et d'écrits Tom. 11.
pag. 434. on peut auffi trouver la defcription de cette Infefte dans les Aft. Stokholm. a L'aneé
1777. pag. 235. Tab. 6. fig. A. B. C. &c. Chez Fabricius, Spec. inf. pag. 510.
La Punaife Araigr.ée. XIII. 84. Sixieme Famille.
Punaises Mouches, Reduvius.
La grande P. a deux taches. IX, 64»
La P. d pattes velues, XIII, 91,
La P. a Ventre rouge. XXXVI, 256.
La P. Venimufe. Xill. 85.
5. Ds



! 7» RE GIS TER. TABLES.
No.
5. De zwarte Kuigpoot.
6. De Katn Wantz.
7. De gedoomde Roodbuik.
8. De gebulte.
9. De- dikke gedoomde.
10. De bruinroode Vlieg. Wantz.
11. De langhalzige Vlieg. Wantz.
12. De Tranquebarfche Vlieg- Wantz.
13. De Europifche Vlieg-Wantz. 14 De geelgekraagde,
15. De bruingeele.
16. De gedoomde Lang-poot.
17. De Zadelrug.
18. De zwartgeringde geelagtfge.
19. De Mugagtige. ao. De tweevlakkige.
21. De witgeftipte.
22. De rood en witgevteugelde.
23. De fierlyke Vlieg-Wantz.
24. De Katoenboom-Wantz.
25. De geelgeftreepte.
26. Debiuine wit en zwart geringde.
27. De zwart en geele.
28. De roode Ring Wantz.
29. De Langhals.
30. De bruine Ring-Wantz.
31. De Neger.
32. Het zwarte Kruis.
33. De Maccai - Wantz.
34. De Surinaamfche gemeene Vlieg-Want*.
35. De Annanas-Wantz.
36. De bonte Vlieg. Wantz.
37. De roode Hout - Wantz.
38. De bloedroode Wantz.
39. De Siuipwespagtige.
Zevende Gezin. Zwemmers. Coleoptratt. 1. De Najade, fi. De Waterloopfter.
W at erscorpioenen Nepae. Linn. Eerfte Gezin. Hes Borsifiuk en Agterlyf fmal. 1. De fmalle Waterfcorpioen. %. De Zwarte. 3. De Aschkleurige.
Tweede Gezin. Het Borstjluk en Agterlyf breed. De Reus.
5. De breede Waterfcorpioen.
6. De Americaanfche Boer.
7. De Platte.
Watehwantzen. Notonnecta1 Linn.
1. De gemeene Rugzwemmer.
2. De blinkende.
3. De bruine Rugzwemmer.
4. De geftreepte.
5. De Scorpiocnagciga.
2H
29 30
La P. noire & pattes raboteufes.
Lu Punaife a Peigne.
La P. Epineux d ventre rouge.
La F. Mouche bojfuer.
La P. Epaijfe Epineux.
La Punaife moucbe rouge brun.
La Punaife d long Col.
La P. Mouche du Tranquebar.
La P. mouche noire.
La P. au Collier jaune.
La P. jaune brun.
La P. d epines & Longues pattes.
La P. d Dos Sellèe,
La P. Jaunatre, d anneaux noirs.
La P. Coufin.
La P. d deux taches.
La P. mouche d points blanc,.
La P. d ailes rouge fcf blanc.
La P. mouche, paree.
La P. de l'Arbre du Coton.
La P. d rayes jaunes.
La P. brune d anneaux blanc £f ttlir.
La P. Mouche noir £f jaune.
La P. rouge d anneaux noirs.
La P. a Jong Col.
La ?. brune d anneaux rouge.
Le Negre.
La l'. d Croix noire.
La P. Mouche des Macai.
La P. Mouche de Surinam.
La P. Moucbe des Ananas.
La P. Moucbe bigarrée.
La P. rouge du Bois.
La P. rouge de Sang.
La P. Jcbr.tumcn.
Septieme Famille.
Punaises Nageuus, Coleoptkati. La Punaife Najade jj^ '
La P. Coureufe d'Eau. xv. Les Scorpions Aquatiques. Nppae. Linn. Première' Familie. Le Corfelet & L''Abdomen étroits. Le Scorpion aquetique d Corps alongée. XII. Le Scorpion aquat. noire. yjj* Le Scorpion aquat. grifcendrée. ' Si'conde Famille. Le Corfelet & 1'Abdomen tergde. Le grand Scopion aquatique. VIL Le Scorpion aquat. large. XXII. Le Payfan Americain. j" Le Scorpion aquat. Plat. VIL Le Punaises Aquatiques. Notonecta. Llon La Punaife Commune d Avirons. xn. La Punaife d avirons liffe. j La P. brune d Avirons. xjl.'
La P. Aquatique Rayét. 5 XV.
, * XXXII.
Le Naucore. v,.
PI. XIII. I. IX. XXX. XXII. XXXVI. XXXVIII. XLI.
V. XLI. XXII. XVII. XXVII. XXIII. XXII. XXIII. XXXV. XXIII.
LXL XXXII. XXXVI. XXXVI. XXXIII. XII/. XXX. •XIIL XLI. IX. XXXII.
XIII. XXXIII. XX. XX. XV. XXI.
90.
6.
66. 2>5154.250. 275 295.
38. 297. 153.
121. 192. I64.
ISS. 163. 250. r6s. 298. 227. 258. 257. 235. 89. 216. 88. 296. 65-
226.
85234.140. 139. I04.
147.
63.
XII.
I. XII. XV.
XXXII. XII.
7. 5.
'2.
14.
I.
6.
10.
3.
9. 13. IS-
8.