E E N I (5 E BERICHTEN OMTRENT1 GROOT -BRITANNIEN E N IERLAND. *s G RAAVENHAAGE, By j. van CLEEF MDCCLXXXVII.  01569  ^^.an U, myne geliefde Reisgenoote door de drie nabuurige Koninkryken, gelyk gy het zyt door de gantfche Vreemdelinglchap van dit leven, wyde ik deeze Bladeren toe. Op den tocht, dien zy voor een groot gedeelte fchetfen, hebben uwe beminnelyke hoedanigheden myne genoegens verdubbeld; en aan uw oordeel en doorzicht ben ik veele der opmerkingen verfchuldigd, die in de tegenwoordige Berichten zyn ingeweeven. Herdenk in de ftillere uuren van huisfelyke rust met zoo veel vermaak aan de doorloopene Ö-ewcsten, als U in drukker dagen het bezoeken derzelven deedfmaaken; en laat die plek der Aarde die ons verèenigd bevat, zy ligge dan in of buiten ons Vaderland, fteeds het Tooneet kunnen genoemd wörden van de hartelykfte en zuiverfte liefde, en, zo het den Hemel behaagt er dit by te voegen, van het ongemengdfte geluk.   VOORREDE. j/ao ooit een Werk met al het mistrouw wen en de'befchroomdheid zyhes Auteurs Avierd uitgegeeven , is het buiten twyfifel het tegenwoordige. Meer dan iemand oveïfcuigd, dat het by de tallooze menigte van Schriften, die federt lang het befchaafde gedeelte der Waereld als overftroomd hebben, fchier eene beleediging van het Publiek en eene daad van onkunde of van hoogmoed geworden is met voortbrengfels van den tweeden rang dien vloed te verzwaaren; — Niet onkundig van den rykdom aan talen* ten, die zich in't byzonder in eenenSchryver vereenigen moeten 5 welke het waa^f "~ « ' qvcs  tl VOORREDE. over den ftaat eener beroemde Natie te handelen: zondige ik met het in 't licht geeven deezer Berichten, omtrent tegen beide die beginfels. Ik had Engeland tot twee herhaalde keeren bezocht: eens indenjaare 1774, toen ik dit Koniflkryk byna geheel doorkruiste en daarenboven nog een' korten uitflap naar Schotland deed; en eens in het voorleedene Jaar. 1786, toen ik my weinig minder dan het gantfche Eiland van Groot - Britannien en een'ftuk van Ierland liet omvoeren; telkens iets meer dan 6 Maanden aan die Reize befteedende. Op geene van beiden had ik ■wel nagelaaten het geen ik zag en opmerkte Voor my zelve aantetekenen: doch, gelyk ik plechtig betuige, met niet het flauwfte oogmerk om die aantekeningen aan ieders oordeel door den druk te onderwerpen, en -dus ook zonder die nauwkeurigheid er by in jachtte neemen, waar van ik anderfints my ■nimmer het verzuim zoude yergèeven.hebben. Eerst na myne terug komst van den tweeden .tocht ftelde zich het ontwerp deezer Verhandeling my voor den geest, en ik vroëj* my af of ik de bewustheid van nuttig te kun*  V O O R R E D [E. Stil kunnen worden aan eene ydelheid moest opofferen; of ik het ziens- en weetenswaardigfte in de drie Koninkryken, dat ik verzameld had, daarom alleen terug moest houden, om dat ik het niet zoo volledig als ik wenschte, zoo oordeelkundig als ik het misfchien in anderen eisfchen zoukonde mededeelen; of ik, om dat het my ondoenlyk was alles te zeggen, ook alles verzwygen moest. En de Weegfchaal floeg na eenige aarzeling naar de zyde der Drukpers over» Dit deed zy zelfs met des te fterker helling, toen ik bedacht dat de meeste Stln y re«.5 dip Groot - Britannien tot het voorwerp van hunne onderzoeking gekoozen hebben, zich of flechts tot de Staatsgesteldheid van het Ryk en de Zeden der Natie bepaalen, of ten minften, indien zy al van het geen Vreemdelingen gewoon zyn te bezichtigen fpreeken, hun verhaal niet verder dan London en deszelfs omtrek, en zo het veel js tot Oxford uitftrekken, daar eene dubbele reize door het Eiland my in ftaat heeft gefield om byna van Graaffchap tot Graaffchap de merkwaardigheden die ieder derzelven beval: tnynen Leezeren aan te bieden. ? 2 Zoo  W] VOORREDE. Zoö veel het mogelyk was heb ik de herhaalingen van dat alles vermeedenj, waar van ik zonder een kundig Publiek te verongelyke, niet vooronderftellen mocht dat iémand onWeetend ware, en my hoofdzaakelyk met dat geene bezig gehouden, 't geen men meer onmiddelyk door een verblyf in het Koninkryk zelve ervaart. En zo het my gelukt mogt Zyn aan toekomende Reizigers op deeze wys te hebben voorgelicht, zal ik het voor geen geringe belóoning van mynen arbeid fchatten. Roeken van anderen heb ik onUci hei. upflellen byna niet ingezien, die weinigen die-ik van tyd tot tyd moest aannaaien uitgezonderd; en door dezelfde vrees van noodeloofe herhaalingen gedreeven, uit geene andere Bron dan die myner eigene Aantekeningen willen fcheppen. c" Ten opzicht van Engeland heb ik gemeend dat men het aangenaamer en belangryker vinden zoude alles naar de orde der Stoffen te zien byeengetrokken, dan indien ik my volgens den gewoonen trant door myne Leey.eren van plaats tot plaats had doen verzeilen ; terwyl evenwel een opzettelyk Register wederom het'verfpreide verzamelt, en met  voorrede. tf met een' opflag vertoont, wat ik van elke Provincie en elke Stad in verfchillende gedeeltens van myn Werk heb., aangetekend. Wat Schotland en Ierland betreft, zai men by het doorbladeren ligtelyk begrypen dat ik hier een' anderen weg heb moeten inflaan. Meer acht ik niet noodzaakelyk tot ontvouwing van myn oogmerk noch tot myne verdediging by te brengen. De Titel van Berichten alleen moet alle Critiek ontwapenen, en zo ik flechts geene omftandigheden heb aangetekend die men of by eiken Schryver geboekt vindt, of die den toetsfteen des onderzoeks niet kunnen doorftaan (en in beide Stukken heb ik althans niet willens misdreeven) zal niemand my voor 't overige het recht betwisten van naar myn volle goeddunken een onderwerp uitvoeriger of korter te behandelen, terug te houden of mede te deelen. En indien iemand zich verwonderen mocht, dat ik my aan het hoofd van dit Boekdeel niet genoemd hebbe, die bedenke dat my dit aan de eene zyde het recht geeft van vryer te fpreeken, hoe zeer ik al wat perfoneels kg.n heeten zorg* 3 vul-'  tl VOORREDE, vuldig heb trachten te vermyden, en dat aan de andere zyde de berispingen;aan welke ik my mocht hebben bloot gefield, my nu fïechts in den kring myner Vrienden, want voor deezen verbergeik my niet, zullen bereiken, en zich ter zeiver tyd niet aan myn' naam onaffcheidelyk hechten. KOR-  KORTE INHOUD, ENGELAND, I. Hoofddeel. Het Land. Opnoeming derfchoon le Landjtreeken van het Koninkryk pag. i. Natuur* lyke Gefchiedenis. Mineralogie 20. Spelonk van Cas* tletonen andere merkwaardigheden in de.buurt 21. Pools - hole 26. Spelonk in Wallis 27. Mortimers, hole 28 Steenkoolen 28. Onderaardfche Navigatie van den Hertog van Bridgewater 29. Dergelyke by Talk on the HUI 31. Zoutpannen te Hartley en Zoutmynen by Northwich 32. Steengroeven enz 33. Mineraale Wateren te Bath 34- Te BriJtol 35. [Te Malvern 35. Te Holywell 36. Te * 4 Har-  tfïïï £ O R T E TNHOUD. Harrowgate 36. Te JlfatZoc* 35. Te Scar&orough en Zeebading aldaar 36. Dropping- vvell by Knaresborough 38. -- Plantryk, voortbreng fels en vruchtbaarheid van den $odem 39. Buitenplaat/en in 't algemeen 43. In 't byzonder Wiltonhoufe 45. Fonthill 46. Sturton 46. Mount Edgecumbe 48. Kings-weston 48. Cr oom 4$. Hagley 49. 77w Leafows 49 SfuïZey jp. Hackfall 52' P/owjïora 53. Harwtod 53. Bramham park 54.' Gfra'ïjworth 54. Nuneham- Courtenay 55. Blenheim^. Stoiy 55. Claremount 57. Sionhoufe 57. OafZaróf 57, Woburnfarm §7- Cheswick 57. Zord Tilney's plaats 57. Pains-hill 58 — Dierryk59.— Cabinetien dêé. Ndtuurlyke Gefchiedenis. Mufmum Brüannicum 60. Sir Ashton Lever's 62. Dr. Hunters 53. Dm Chirurgyn Hunters 64. Groï« Jen o/> eenzge Buitenplaat/en 64. II. Hoofddeel. De Inwooners pag. 60". Eftrèrïy£e gedaante 6j. Opvoeding 68. Betrekking deibeide Sexen op elkander en Huwelyken 69. Invloed van het Geld 71. Kleeding 73. Voedfel 74, dere Levenswyze 81. Equipagien en DomeflU 'quen 83. JT^ize van touwen 88. JFyse van rfoor 'het Land te reizen, Highwaymen, Herbergen 87. Vermaaken : De Schouwburg 93. Italiaanfche Opera 98. iT/eine Specïakels 98. Ranelagh 98. Vauxhall 99. Kaart [pel en Dans 100. Z.ori itf«. u>cr\f . Algemeene Aanmerkingen over DuMol 4.I& Marino 421. Tour iawgx Je Lijfe;y 422. Cauletcwn 422. De£en MarWs Plaats 423. Ca»'ïora 423. Salmon - leap 424. To«r door rfe iewfclie Gebergtens 425. Scaip 425. Cascade van Powerscourt 425. Plaats van Lord Pawenscourt 426". Devils Glin 426. Pteafj- va» Ge«es-flffli Cunningham 427. PZaafx va» Jen Heer de fa Touche 428. Glin of Downs 428. Dargle Gtdaante deezer gantfche Landftreek 430. iVoord«Z;y£e roaïf door /er/ana* 431-. Drogheda en Dun- dalk  XVI KORTE INHOUD. dalk 431. Newry 432. Bambridge 433. Hillsborough 433. Lisburn 434. Belfast 435. Lough IVeagk en Shanes - Castle 436. Colleraine 440. Giants - Caufeway of Reuzen - weg 440. Kajteel van Dunluce 447. Algemeene Aanmerkingen over Ierland 448. EENI-  E E NIG E BERICHTE N O M T RE N T T-BRITANNlÈiflT E N 'i e R- t; k n D* EERSTE HOOFDDEEL" 3Cndien Engeland die verbaazende verfchillendheid Van voorwerpen.miste, die het voor vreemdelingen meer dan eenigryk in Europa merkwaardig maakt; en indien het niets aan den ongeduldigen weetlust eenes reizigers kon aanbieden dan alleen zich zelve : dat;is den vruchtbaarften bodem , de verrukkendfte lands douwen , het golvende , dat eene geduurige verwis» Teling van lagchende heuvels en ryke dalen veroorA 'zaak'ta  2 EERSTE HOOFDDEEL» zaakt, en fomtyds de grootfcher tooneelen van roden , watervallen , kloven en met Wolken overhangene bergen: zelfs dan zou men vooralle fchoonheden der natuur ongevoelig en verftompt moeten zyn, zo men, na zulk een land doorkruist te hebben, zich zyner moeite beklaagde , en nog een oogenblik in twyffel kon trekken, of men hier op aarde het uitneemendfte gededte der onbezielde fchepping gezien had. Doch zoo Veel vreugd het oog, dat zulke wonderen omvat, in ftaat is aan de ziel te geeven, zoo "yerveelend is de warmde befchryving derzelve voor een' leezer, die, hoe hoog hy ook zyne verbeelding moge opwinden, zich nooit daaruit een denkbeeld vormen zal, dat aan het oorfpronkelyke evenaart, ten zy hy er eens mede getuige van geweest ^y. Indien het gloeijende penceel van een' Claude hier oneindig te kort fchiet, wat zal dan een pen verrichten , die al wierd zy door den besren Schryver befiuurd, zich vergenoegen moet met tot het verftand te fpreeken, en nooit op de zinnen kan werken ? Die plekken aan te (tippen, die my boven andere uitfteekend zyn voorgekoomen, en Hechts een ftil verlangen by myne landgenootcn op te wekken, om ze eens zelve te bezoeken, is dus heteenïgfte wat men met redelykheid van my vergen kan, «n waar toe myne krachten niet ten eenenmaal te kort fchieten. Reeds de allereerfte afdeeling van den weg, die van Harwich ( de haven waar de Hollandfche Pa* quèf-  ENGELAND; § qitet-booten aanlanden) naar de Hoofdftad van het Koninkryk voert, is overvloedig in ftaat om een' beminnaar der Iraaje natuur voor Engeland in te neemen. Op eene uitneemend goede baan, die over hoogtens en laagtens welke zich fteeds vervangen heen geleid, en veeltyds belommerd is, gaat men tusfehen wel bebouwde akkers en langs een' breeden zeeboezem , die eenige myien landwaards in fchiet, en zoo ver hy ftroomt, de Graaflchappen Esfex en Suffólk van elkanders fcheidt. Dit water dat men fteeds aan zync rechter zyde ver beneden zich ziet, de fchepen die het bevaaren, de zachtryzende en groene Suffolkfche bergen aan de overzyJe , geVoegd by de voorWerpen die men onmiddelyk rondom zich heeft, maakeri van deeze ftreek eene fteeds voortduurende bewecgbaare fchildery. Het overige van den Weg naar London biedt ook van tyd tot tyd partyen aan die bewondering afpersfen, doch mist den luister, die door water aan eene landsdouw, hoe fchoon ook in zich zelve, nog fteeds word toegevoegd. De Themfe geeft wederom aan een'ge dreeven in de buurt van London dit voorrecht 9 't zy men oVer de bergen van Kent de kronkelingen van die beroemde rivier, daar zy de zee alle ngskeris nadert, zoekt na te volgen; 'tzy men haar verl'cheiden mylen hooger, daar zy minder breed is , voor by zich ziet heen vloeijen. Aanmerkelyke verhevenheden , met het frischfte plantfoeii overtrokken, omzoomen hier aan beide zyA % den  - 4 "eerste ft o o -f' d d e e £* den haare oevers. De aanzienlykfte en Verrn-o'gendfte -inwoonders hebben ze om ltryd verkoozen "om er hunne landhuizen op aan te leggen, en te beproeven of het hun mogelyk ware door het gebot deezer ruime en heerlyke gezichten de woelige ftads'-vermaaken voor eenige maanden te vergeeten-. Boven al munt in dit opzicht het Koninklyk kasteei van Windfoï uit. Op een' berg gedicht, die de nabüurigen ver overtreft, levert het van een terras , dat langs drie zyden vari het paleis is aangelegd , en nog meer van de tinne van dit gebouw een gezicht op, zoö onbeperkt in zynen omvang, 'als prachtig in zyne voorwerpen. Vöor zyne voeten ziet men de ftad van Windfof zich verheffen en de Themfe dirigeren; Zelfs verfcheiden mylen ver borduurt deeze rivier, zonder dat haar iets bedekt, de omliggende landftreek; Een boseh , " naar het kasteel genoemd, en de Gothique torens van dat Collegie van Eton , daar de Engelfche jeugd van 'alle ftandèn Latyn en losbandigheid leert, vereenigen zich om de verfcheidenheid, die bief zoo aanmerkelyk heerScht, nög meer te vergrooten. Wanneer men zich van daarWestwaards been begeeft, vindt men in Wilt- en Somerfetshire; ook hier en daar ihDcvon- enDorfetshire, wederom muntende gewesten: de bergen worden hooger en fmallér; het water droomt met meerder geruisch door de dalen; rotfen beginnen zich irt menigte te vertoohen; daar de grond het toelaat, is alles tot boven toe bebouwd j heggen en geboomte omperken fchier ai- keri  ENGELAND, 5 ken akker: eene gewoonte die een groot gedeelte van Engeland door in zwang gaat, en waar van de uitwerking tegen het hangen van .een berg aan boven alle be-r fchryving fchoonis» Vaneen'toren, diertJMr, Hoarc ter eere van Koning Alfred op den top-eener hoogte, niet ver van zyne buitenplaats., heeft laaten, metfelen, kent het oog wederom geen paaien, en., bereikt zelfs by helder weder het Cana.iï van Bris? tol en het Wallifer gebergte. De plaatfen van Lord Courtney en Lord Lisbon,, op. heuvelen: aan den mond der Ex, zyn door hunne aangenaame gezichten over dien droom, op de Stad Exeter , in zee, en op het fchoone omliggende gewest vermaard: doch met veel meerder recht Mount. Ed-. gecumbe, op een berg aan de overzyde van de rheede van Plymouth aangelegd , daar behalven he.t verfte land- en zee gezicht een Had, en haven, en. vloot, zich in een' korten kring-by een trekken.. De weg tusfchen Honiton en Bridport wordt telkens door de bloeijendfte dalen verlevendigd; het Canaal, met het eiland Portland in het zelve , ver- , toonen zich voorliet oog des reizigers, dien ,de gezondheid op 't aangezicht.der ingezeetenen.,. welke hy in deeze ftreek ontmoet, te leezen, nog meer voor dezelve inneemt. Bath ligt in eene valleie, die weinige haars gelyken in vrolykheid heeft. De , Avon droomt er midden door; ftoute, wel-ge-, vormde en altyd groene bergen omringen haar. Naar alle zyden zyn de.wegen verrukkende: dienaar Frome is een geduurige afwisfeling vaithcog A 3. en5  6* EERSTE HOOFDDEEL. en diep; die naar Devifes-loopt als door eene ftraat van burgen, welke zich uit het dal van Bath naar 'het Oosten keert; die naar Bristol, insgelyks tusfchen een paar reien van bergen gevoerd, verzelt den'gantfchen tyd de Avon in haaren loop. B'rifto) heeft in zynen omtrek nog meer verhevens. Aan den voet des door Dichteren zoo menigmaal bezongenen Cliffton - hills die met huizen en tuinen bezaaid is, uitgeftrekt, ontvangt deeze bloeijcnde handelltad eerst de rivier in haar midden, om ze dan een myl of twee verder tusfehen twee ftyle en met bosch bewasfehene muuren van fteen , eenige minuutcn lang in geduurige wendingen te doen {Vroon-en. Het gezicht van boven in deeze diep* te is ysfelyk: doch van het overige van ClifFtonhill uitgebreid en fchoon. Zoo wordt het nog meer, wanneer men de Savcrne nadert. De herberg by Kings- Weston, op eene aanmerkelyke hoogte gelegen , wordt alleen om die heerlyke plaatfing, en den fchat van voorwerpen, die zy er door in ftaat is op te wyzen, door de bewooners van Briftol en door de geenen, die van de na-, buurige warme bronnen gebruik komen maaken, dagelyks bezocht. Van Kings - Weston zelve, Lord Cliffords plaats, en vooral van eene daar achter uitfteekende landtong, Pen - Pole geheeten, ziet men op eens de breede Saverne, die zich, naar maatc zy het Canaal van Briftol poogt in te haal»ii, nog meerder uitbreidt; de Avon , die zich Éi dien droom ontlast; Wallis aan de overzydc; en  ENGELAND. 7 en in het rond boschryke en vruchtbaare dreeven. Eenige nïylen verder , eer men aan het oude Veer komt, verwondert men zich op eens de bergachtige ftreekcn, waar aan men hier zoo gewoon is , door eene lange verveelende vlakte vervangen te zien: doch dit onnatuurlyk verfchynfel duurt Hechts eene korte poos. De oevers der rivier zyn beide ryzend en rtyl; de breedte , die men overgezet wordt, zal mogelyk twee mylcn bedraagcn; de bodem is vol van rotfen, die hier en da;:r fterke zuigingen te weeg brengen. Het onderfchcid van eb en vloed is op de Saverne, zoo wel als op de Avon , alleraanmerkelykst; by laag water rydt of gaat men over het oever, op welk zich tuslchen het zand geduurig alabaster en andere fteenen vertoonen, naast recht op gaande rotfen: doch de vloed overdekt dit alles en beklimt zel-fs geene geringe hoogte deezer oude en onvernielbaare muuren. Aan de overzyde heeft het water overwinningen op het land behaald, daar de zo even befchreevene vlakte in 't tegendeel geen onduidelyke ipoorcn oplevert, dat zich de rivier aan de zyde van Briftol wel eens verder dan tegenwoordig verfpreid heeft. Gelyk de Avon hier de wateren der Saverne verrykt, zo is aan den kant van Wallis deeze taak aan de Wye aanbevolen. Chepftow wordt door dien droom verdeeld. Hooge rotfen, veel met bosch bewasfchen , en op eene van welke een bejaard kasteel gezien wordt, zyn aan twee zyden de natuurlyke bolwerken deezer romanesque A 4. tod.  5, EERSTE HOOFDDEEL. ftad. Persfield, de plaats van Mr. Smith, die thans flechts Donderdags voor vreemdelingen open ftaat, wordt wegens haare verrukkende gedichten van ver in de rondte bezocht. Een laan, die om het halfrond van een', berg zonder kunst iiit. een bosch is uitgehouwen, vertoont beneden; eerie (fingerende rivier, die het dal, of liever den ïaageren berg aan de overzyde, op zulk eene wyze bezoomt, dat hy er de gedaante van eene fchildpad door bekoomt; van alle zyden ryzen er bosfchen en ftyle rotfen; aan den rechter kant ligt Chepftow; van vooren het Graaffchap van Glocester, met fchier den gantfchen loop der majestueufe Saverne. De post van'daar naar Monmouth is van 't begin tot het einde, vooral evenwel naar maate men dit dedeken nadert, boven verbeelding fchoon; men rydt hier byna fteeds langs den rug eenes verhevenen en fmallen bergs, van waar het'oog, waar het zich. heen keert, in de vruchtbaarde en bekoorlykfte dalen mag wyden, en tot gezichtseinder op geen zeer verren afftand de hemelhooge geb.ergtens van Wallis , waar Monmouth-fhire wel.eer toebehoord heeft, bekoomt. ïvlonmouth zelve rust byna aan hunnen voet in eene verrukkende valleie. Ik fpoede my door de boschryke engtens, die haar Hereford brengen, eh tusfchen beiden flechts door ruimer gezichten, ' doch meer door appelboomgaarden en kodrnlanden worden afgewisfeld; en over den meer geopendqn en fraaijen weg naar Lidbury; om de beroemde C' " " " '" - ' Mal-  ENGELAND, $ Malvern-hills te bereiken. DeWallifer gebergten* en die der nabuurige gewesten zyn byna reeds ongevoelig tot heuvels ingekrompen, als men op eens eene keten van hoogeen onbegrypelyk frnaUe bergen, die zich van het Noorden naar het Zuiden0 in de lengte uitftrekken, en zoo goed als geheel op zich zelve beftaan, voor oogen heeft. De ryzing van de Westelyke zyde is ftyl; over de laagfte piek , die men heeft kunnen vinden, voert de weg naar den anderen kant, en dingert dan langs den rug deezer bergen voort, zo dat men aan zyne rechterhand byna een' afgrond, en aan de linker een' muur.van aarde heeft, tot dat men aan het "bronhuis en van daar aan het, dorp Malveni aankoomt. De ligging van dit bronhuis is zoo zonderling als lchoon. Het vruchtbaare Graaffchap Worccster, waarvan de eeuwige vlakte zoo zeer tegen deeze 'hoogtens afileekt, ligt van vooren onoverzienbaar aan) derzelvcr wortelen, terwyl men, om van achteren uit dit gebouw te geraaken, de tweede verdieping beklimmen moet. Doch vooral is men als buiten zich zeiven, wanneer men langs allerlei heen en weder aangelegde paden zich tot den.top van de Malvern-hills verheft. Hier is de breedte van den berg niet meer dan'omtrent 4 febreeden. Men overziet de geheele keten. Naar het Oosten toe ligt niet alleen het gantfehc Worccster-inirc, met zyne Bisfchoppelyke Hoofddad in 't midden, als een bloemperk uitgefpreid: maar men dringt zelfs van hier A ?- Ml  IO EERSTE HOOFDDEEL. in afgelegener Graaffchappen, ja tot in dat van Oxford door. Naar het Westen is het gezicht nog oneindig ryker. Het door hoogtens en laagtcns min eenvormige Hcreford - fhire, bloedend als een paradys, en Wallis tegen 'tcind, maaken hier de verderfden uit van dit trctrche toneel, 't Geen men om laag als taamdyke bergen befchouwde, ziet men van deeze hoogte flechts aan als de opwerpingen van een' hobbeligen grond. Op een tafereel van zulke landflreeken eene befchryving te laaten volgen van eenige aangenaams gewesten, naar het midden van Engeland gekeerd, zou flechts verveelend zyn. Lelangryker zullen het veelen myner leezeren vinden, iets van den weg , die langs de Noordelyke kust van Wallis van Chester naar Holy-Head voert, teverneemen. Het Vorstendom Wallis is hier door de hand deinatuur zelve van Engeland afgefcheiden. Chester ligt nog zoo goed als in eene vlakte; eenige mylen verder begint Wallis, en met één beklimt men hooge gebergtens; de landdreck wordt terftond boscbachtig, wild, en vol van treffende gezichten. Hier en daar verheffen zich uit de geboomtens de overblyffelen van het een en ander oud kasteel. Naar maatc men ryst, ontdekt men duidelyk ter rechter zyde den mond van de rivier Dee, daar zy zich, aanmerkdyk breed, in de zee gaat ontlasten , met het fchiereiland aan den overkant* Het ftedeken Holy-Well, een plaatsje door zyne bron vermaard, ftrekt zich in de lengte op het afban-  ENGELAND. II hangen van een' zeer hoogen berg uit. Het dai beneden is diep en eng; een lieve waterval van eea voet of tien , die uit de bron ..onderhouden wordt en dan een' katoen-molen gaat beweegen, zet aan het zelve meerder leven en bevalligheid by. De volgende post levert in 't eerst zoo, veel genoegen niet op. Behalven het gezicht van de Dee, die zich reeds in een' zeeboezem begint te, hervormen, ontdekt men weinig fchoons; men verlaat zelfs voor eenigen tyd de kust, om , eenig; mylen landwaards in, de barste heide te doorkruis* fcn. Doch deeze akelige (treek mr dit fchielyk plaats voor bet verrukkendfte en fehilderacktigfle dal, dat men zich voor kan dellen; een riviertje droomt midden door het zelve om zich dan in de zee , die men nu weer duidelyk ontdekt, te gaan uitgieten; de breedte van dit dal is omtrent een half' uur rydens, en de bergen, die men afdaalt en weer beklimt om er door te komen , van geen geringe hoogte; in 't verfchiet vertoont zich de ftad Denbigh ter linker zyde op een' laageren berg, in ^ de gedaante van een klomp lleenen. Aangenaame en vruchtbaare bergen volgen op dit dal, en hét posthuis daar men het eerst van paarden verwisfeit heeft meer van eene welgelegene buitenplaats en een kasteel, dan van een gebouw tot zulk een gebruik bedemd. Men begint daarna te dalen, en rydt-een' geruimen tyd op een' afdand van flechts weinige mimmten van zee, tervvyl zich aan de linker zyde hooge bergen en klippen vertoonen ; ein-  *3 EERSTE HOOFDDEEL. eindelyk is men genoodzaakt eenen derzelve te beklimmen, om dan in de valleie van Conway neder te komen. Schoon van eene andere natuur als de voorgaande baart zy echter geen minder genoegen: haare gedaante is die van eene fmalle ftraat , welke zich tusfchen bergen gevormd heeft; de Conway, een fnelle en flerke droom, die ecu myl of 15 hooger zyn' oorfprong neemt, befproeit beide het dal en de getakte muuren van een fledeken, naar die rivier genoemd, met deszelfs vervallen kasteel; terwyl andere floten, hier en daaf van verre tegen het hangen van èen berg geworpen, en een aartige buitenplaats ter zyde van Aber-Conway, 't famen het hunne toe brengen om hier de verfcheidenheid grooter te maaken. Voorby deeze valleie verandert het tooneel volkomen van gedaante ; men is den berg niet opgeklommen, of men bevindt zich tusfchen dorre klippen, met niet anders als wat fchaapenweide op fommige plekken overtrokken; elk veld met muuren van op één gehoopte fteenen omheind , gelyk dit aan beide kanten de zoomen van den weg zei ven uitmaakt. Allengsken begint dit dal zich te verfmallen, doch tevens belangryker te worden: Somwyle rydt men over eene draat, uit de rots, of den rotsachtigen berg als uitgehouwen , met afgronden aan de andere zyde. Uit deeze engte verlost begint men weder z-c te zien; aan zyne linkerhand heeft nicn hooge klippen , en in 't verfchiet bergen, die zich in de wolken verliezen. Ten laatden koomt men vlak aan.  •E N G E L A N D. Ï3 aan de zee ; en nu loopt weer een weg , met onnoemelyke kosten uit den rotsfteen uitgehakt, en van onderen tot het oever toe met fteenen gefchoord, gelyk mede van ter zyde met een muur, om voor ongelukken te beveiligen, bewapend, eene geruime poos langs en rondom het gebergte. Men hoort de golven zoo goed alslynrecht beneden zich,doch in eene ysfelyke diepte, tegen de klippen aanbonsfen; de berg die men bcdendig naast zich heeft is ftyl en als overdekt met zwaare klompen fteen en gruis, dat zich langzamerhand van de moeder los fchcurt, en dan wel op eens, inzonderheid by ftortregens, met geweid in de laagte gaat forten. Wee den reiziger, die door zyn ongunftig lot gedreeven, zich op zulk een' tyd te dier plaatfe bevond! liet nedervallen van een enkelen fteen zou meer dan overvloedig in ftaat zyn om hem en rytuig en paarden te verpletteren of met zich in zee te rukken; op zeer veel plaatfen was het muurtje ter zyde van den weg door zulke fteenen weggebroken; en het grootc en kleine gruis dat beneden aan 't ftrand ligt, is zoo talloos als het zand aan andere oevers. De naam van den vermaarden berg die het afwerpt is PenrnanMoare. Zoo dra men den hoek is omgedraaid, craat men weder aan het daalen. Het eiland Anglefey en een ander klein eiland vóór het zelve beginnen zich te ontdekken met den arm der zee, die Wallis van Anglefey aficheidt en het tot de gedaante:, die het bekomen heelt, vórmt. Men r/dt  14 E E R.S T E H O O F D D È E~L; rydt langs denzelvên nog een myl of 8 , terwyl mén aan dc andere zyde doch op een' afdand ge1 ergtens ontdekt, waarvan het zwerk de toppen Verbergt, en waar onder Snowdon-Hill, de hoogde verhevenheid in Groot Britannicn, inzonderheid uitmunt, tot dat men aan het ftedeken Bangor, en wat Verder aan liet veer, dat op Anglefey overzet, aankoomt. De breedte des zee-arms is hier met meerder dan die van eene gewooile rivier. De afftand van het Veer van Bangor naar HolyHead, en dus de lengte van het gantfche eiland is 15 mylen; de breedte dechts 20: meest alles een dorre klipachtige dreek ; de befgen zyn ét heuvels , met die van Wallis vergelceken; als men zich omkeert , ziet men tegen een bolwerk van deen, dat den hemel met de aarde vereenigt, aan. De Kaan Van Holy- Head is de eenigde hoogte van aanbelang op Anglefey; aan de voeten derzelve holt zich de haveii uit, van waar de paquet • booten dageiyks naar Ierland overVaaren. Het Noordwestelyke gedeelte van Engeland heeft Veel van die doufe fchoonheden, die flechts het eigendom zyn van zeer bergachtige landdrecken. Het is, federt eene niet lang geleeden daar over gefchreevene verhandeling, byna tot eene mode geworden de meiren van Cumberland en Westmorelahd te bezichtigen; doch niet alles kunnende omvatten, verkoos ik my in dit opzicht aan haare du'ingclandy te onttrekken; te meer daar ik in Schotland en Ierland nog meiren van geen minder ver-  ENGÈLANÏH 1$ Vermaardheid te goeds had. Alles wat ik my van myne voorige reize van Cumberland, daar ik toer» vluchtelings door reed, herinner-n kan, is het fchoone dal van Penrith. De Noord-Oost !yke gewesten van het Koninkryk zyn met bergen van eene taamelyke ryzing overdekt: doch lagchender dreeven, als men door het aangenaam golven derzelve , door de vruchtbaare , omheinde akkers, die zich langs de hoogtens en over de dalen uitftrekkcn, door de kracht van het plantfoen, en ik mag er byvoegen door den welvaart der bewooneren aldaar by aanhoudenheid ziet, kan men zich niet verbeelden. Behalven het dal van Alnwick en den weg van Morpeth naar Newcastle kan juist Northumberland op zoo veel pracht niet roemen. Doch de post tusfchen dit Newcastle en Durham moet men gerecden hebben om eenig recht te ver* krygen tot het beoordeelen van fchoone landsdouwen. Hier is het als of de Schepper een gewest uit den hemel op de aarde had neêr doen daalen , en aan den mensen had willen vertoonen, wat de engel te wachten hebbe; terwyl evenwel eenige heide, die men tusfchen beide over moet, er opzettelyk in fchynt gelaaten te zyn om deeze waereld niet gantsch uit het oog te verliezen, en op dat er niet een eenig voorwerp het flempel van onvolmaaktheid, dat hier beneden op alles gedrukt is, ontgaan mocht. Van den berg aan deeze zyde Newcastle heeft men behalven het andere fchoon, dat zich op doezen gantichen weg niet ver-  ió* EERSTE H O O F D D E É L. verloochent , het gezicht in de rykfte valleie", door wélke de Tyne , met fchepen overlaaden, 20 myleu heen droomt; mem volgt deezè rivier, die eerst de ftad doorfueeden heeft, en dan by Tinmouth en Shiclds zich in de Noord - zee ontlast, in al haare bochten; zelfs zweeft het oog nog ver over het element, dat haar onophoudelyk verzwelgt. Durham ligt ook in eene der aangénaamde valleien: rond, diep, en door zachtglooijende groene gebergtens gevormd. Een water omringt het grootde gedeelte der dad, en lieve belommerde Wandelingen hangen en flingeren aan de eene zyde daar naast. Het uitgedrekte Yorkfhire heeft vooral in zyne Westelyke gedeelten, landsdouwen, die zich de verbeelding niet fchooner verdichten kan. Zoo maakt de heerlykde afwisfeiing van hoog en laag, de gedaante zelve der bergen, de met omheinde akkers overdekte bodem, gevoegd bv deszelfs vruchtbaarheid, den 'gcheelen weg tusfchen Harrowgate en Sheffield byna tot één voortduurend Eden , dat door de völkrykheid en den bloei der ingezetenen , cii. door de menigte buitenhuizen van ailerléi rang nog verlevendigd wordr. De ligging van Harwoo'd ( het landgoed van Mr. Lascelles ) het onbepaalde gezicht dat men van de herberg Banktop en van het nabuurige Wentworth Castlé', de zetel des Straffordfchen geflachts geniet, de valleie van Leeds en die van Sheffield zelve, zyn voorwerpen tot welker affehildcring my de verwen ontbreeken. Kna-  EERSTE HOOFDDEEL. Knaresborough, een plaatsje in Yorkfhire , dat men om deszelfs romanesque gelegenheid vanxondsomme bezoekt, is tegen een' fteemichtigen berg als aangeworpen; zelfs zyn fommige buizen geheel in de rots gemetfeld. Op den top des bergs verheffen zieh de overblyffels van een oud kasteel j beneden loopt een rivier in een' halven cirkel, en de oevers aan de overzyde zyn geheel met bosch, overtrokken. Rondom Scarborongh, van wiens dot op 'eene hooge rots gelegen men mylen ver in zee ziet, treft men mede de uitneemendfte partyen aan. De wegen van daar naar Castle-Howard, naar Pickering en Helmedey zyn allen even fchoon. Verrukkend is in deeze buurt het ge«icht, dat Mr. Donkams beide buitenplaatfen by Thirsk, inzonderheid het hooge terras der tweede opleveren. Het oog wordt er in een diep , vruchtbaar en draaijend dal getrokken, in welk de eerwaardige ruïnen van een Klooster daan; van de Kerk, die daar toe behoorde, is nog de gantfche. gedaante van het kruis, en beneden nog al de pilaaren die de boogen van dit gebouw gedraagao. hebben over, doch het Klooster zelve heeft flechts de muuren die het omringden aan de vernielingen des tyds kunnen onttrekken. Het graaffchap Derby is meer door zyne' wildere fchoonheden vermaard . Byna in zyne gantfche uitgeftrektheid vertoont het hooge berge, en diepe fomtydsbreeds fomtyds zeer fmalle valleien. Vooral draagt daf gedeelte dat de Peak geheeten wordt de ftcrkfte B ken-  *8 » » O « h A N D, kentekens van geweldige fchokken, die de aarde hier in vroegere eeuwen ondergaan heeft. Hier en daar ontdekt mdn lange klooven in de fteenrotfen welke thans tot een' doortocht voor reizigers ftrekken. Zoo loopt Middlélon - dale ftingerend een half uur voort; de weg maakt de gantfche breedte van het dal, en aan beide zyden ryzen de klippen zoo ftyl als muuren naar de lucht. Zoo loopt het dal van Matlock in dergelyke kronkelingen en omtrent even lang als het voorige: doch zoo veel breeder , dat de Derwent plaat* heeft om langs den weg met fterke ftroomen en fomtyds met watervallen voort te rollen. De bergen , uit welken dit dal gel'cheurd is, zyn minder ftyl en aan de eene zyde zoo veel moogelyk met bosch bekleed; tegen ®ver Matlock Bath heeft men in het zelve wandelingen aangelegd, die tot naar boven geleiden, waar men de gantfche kloove o£ eens overziet. Zoo loopt inzonderheid Dovedale tusfchen rotfen van de zonderlingfte gedaante en .plaatfing. Een' weg voor rytuigen of paarden gedoogt deeze klove niet: doch een rivier ftroomt cr met geruisch door heen, en valt 5 of 6 maal in haaren loop lynrecht neder.- Het voetpad dat men bewandelt gaat dan eens over ruwe fteenen , dan eens door het water. Hier befproeit deDove de voeten dep fteene bolwerken ter zyde, en hier weer is er eea aanmerl;elyke afftand tusfchen beide. Aan den eenen kant overdekt insgclyks eenig geboomte den ier^: d«ch de andere vertoont alleeidyk een naakte klip.  fe E k 5 t E H Ö 'ö F D Ö E E L . 1^ 'Sklip'. Het gezicht, dat men van Aylam eene plaats in dit zelfde Graaffchap geniet, is vermaard , en gelyk zeer veel andere van een zoo zonderling gewest in plaat gebracht. Weinig voeten van elkander verfchynen twee rivieren , na 7 en 4 mylen onder den grond te hebben voortgeloopen, het eerst 'op de oppervlakte der aarde; de eerde borlt met geweld óp en veroorzaakt eene kleine hoogte in het water; vereenigt maaken zy reeds eene aanmerkelyke breedte, en formèeren eenige dappen verder een' val; rondom dit water, dat den naani Van Manïfold draagt, ryst een Amphitheater van hooge met bosch bewasfchene bergen ; aan dé 'ééne zyde echter Wordt het zelve afgebroökeiT door een' anderen berg, die niet beplant eh door de hand dei- natuur volkomen tot de gedaante eener pyramid'e gehouwen is. Behalven deeze grbotfche toneeleu, ontmoet men ookVcrfcheideh aangenaame ftreeken in dePeak; die by voorbeeld, die tusfchen Matlock en Ashburn, en tuslcheri die zelfde plaaté en Bakewell is üitgeftrekt: doch deez'e vindeii wederom ïn veele andere dbrré plekken, die meJi doorkruisfeti moet, overvloedig hun tegenwicht: Het zelfde kan omtrent het Graaffchap Nottingham gezegd worden; tegen veele barre heide daan de aangenaame iandsdouweii tusfchen deszelfs Hoofdftad en Derby over. Van den weg, die van Derby naar London Voert, en die over 't algemeen bergachtig en fchöon is, zal ik flechts ( want ik voel dat ik reeds te langwyüg worde) als het meest B 2 uit'  20 ENCrELAND* üitdeekend de dreeven tusfche Skipton en de herberg Chapclhoufe, en het gezicht dat men op het terras van Nuïieham - Courtenay, Lord Harcourts plaats, geniet i met het vrolykc dal van Henky daar"de Themfe doorvloeit, hier opnoemen. Zoo verdient ook aan de Öostelyke zyde van Engeland het gezicht op de Gog-Magog-hills by Cambridge, die als reuzen uit ofioverzienbaare vlaktens 'üitfteeken ; het geen men op het kasteel van Lincoln, en op de hoog gelegeüe buitenplaats van den Hertog van RutTaiKh, aanfehouwf, daar men 30 mylen gronds in een'gfooten haJVen cirkel voor zich heeft, met geen diizwyzen voor by gegaan te worden. Ik ben te weinig vertrouwd met de geheimen der Natimrlyke Gefchiedenls om my over die van Engeland breedvoerig uit te haten. Meer dan eenige algemeene en oppervlakkige berichten moet men dien aangaande in deeze bladeren niet verwachten. Derby -flnrë alleen levert voor een' beminnaar deezer weetenfehap een'vollen oogst van voorraad op. Haare ryke lood-mynen, haare aders va».. marmer ert alabaster, haar Spath, en de wel be; waarde overblyffels van dieren en planten, die men er meenigvuldig in 't hart Van fteenachtige bergen aantreft, maaken haar in dit opzicht ten hoogden merkwaardig. Een groot gedeelte van de Peak is als niet loodmynen ondergraven. Sommige derzelven zyn reeds uitgeput en verhaten, dergelyken er by Matlock meer dan eene te zien is; fommige bly-  EERSTE HOOFDDEEL. %\ blyven horizontaal in haaxan loop, daar men in andere wel dra verplicht is zich lynrecht naar beneden te laaten ; er zyn er, daar men een myl of vier lang onder den bodem voortgaat. "Castleton b:zit er veele in zyn'omtrek, tot éénè van welke men niet dan door een onderaardsch Canaal kan gcraaken. Van het marmer deezer Provintie , dat meest een' licht blauwen grond heeft, doormengd met witte aderen, wordt veel gevonden. De hecrlyke voorzaal van Kcddleston, Lord Scarsdale's landgoed , rust op 16 pylaaren van een allerfclioonst geel alabast, op den eigen bodem van dien Edelman geboren. HctSpath , of de Cristallifatien van dit gewest verdrekken gepolyst zvnne tot fieraad der prachtigde vertrekken. Men ziet er van allerlei verwens doch meest loopt een purpere ader door een' waterachtigen witten grond. Men verwerktze in verfc'heiden winkels te Derby (waarvan de Heer Brown de voornaamde heeft,) gelyk ook in een paar andere te Matlock, tot vaTen, obelisken, pylaaren &c.; tot het voctduk gebruikt men gemeenlyk het doffere wit, 'twèlk die kegels, die het deeds doorzypend water aan het verwulffel der fpelonken vormt, wanneer men ze gepolyst heeft, opleveren, 't Is hier de plaats om eene korte befchryying te gecven van die vermaarde fpelonk van Castleton, die weinige haars gelyken heeft. Omtrent 5 minuuten gaans buiten dit plaatsje is de ingang derB 3 zelve  « 1». G E t A M D- zelve aan den voet eener rotze, van boven met dë. pui»hoopen van eene oude fterkte bekroond. Men, ontdekt dien ingang byna niet eerder dan wanneer, men er voor daat, waar aan eenige nabuurige rotfen, die voor uitdecken en zich draai]'en, ichuld zyn:. doch iets majcstucufer als dit eerde gezicht is het niet mogelyk zich voor te dellen; 't is als of bét] oog op eens verlof kreeg tot de ingewanden der aarde in te. dringen; de boog daar. men. door heen moet is van eene. ontzaggelyke hoogte; de mond der holte lang, ruim, verheven gelyk een kerk, eenige bewoonde hutjes, die men hier gebouwd heeft, verliezen er zich fchier in; versheiden vrouwen zitten hier voor haare deuren , en. echter niet in de open lucht, te. fpinnen; dè lengte van deezen mond gedoogt zelfs dat men hem tot eene lynbaan. gebruiken kan. Aan het fchoone verwulffel, dat naar maate men er. dieper inkomt zich klager, neerbukt, kleeven hier. en daar groote ftukken van, dat verfleende water, waarvan ik zoo even fprak, dat hoe langer hoe" meerder aangroeit en. nimmer van de rotfen afvalt, hoe dun ook het gedeelte zyn mag , daar de zwaaide brokken aan hangen. Aan 'telnd van deezen verfchrikkelyken mond gekomen zynde , is men Verplicht bukkende eene fmalle opening door je, gaan. Weldra bevindt men zich in, een nog ruimer vertrek dan het eerde en rondachtig van gedaante; de miduellyn, zoo ik meen ] is er 50 ellen.  i EERSTE HOOFDDEEL. 23 ellen van na het zelve verlaaten te hebben moet men tweemaal het water over, eens, daar de rotsdeen zeer laag is , in eene met droo gevulde houte tobbe plat nederliggende, en ééns gedraagen wordende op de fchouders van den wegwyzer, die er door heen ploft. Hier omtrent vloeit ook een druppend water onophoudelyk van de zoldering naar om laag. Zich dan op nieuws in 't ruime bevindende, wordt men gedwongen achter zich om te zien, Van boven is een gat, dat men uit een vroeger gedeelte van de fpclonk beklimmen kan. Hier plaatferi zich in voorraad eenige vrouwen, met kaarsfen in de hand, die zoo dra de vreemdelingen beneden aankomen op eens haare Hemmen verheffen, en ze in draagelyke melodiën door de rotfen doen weergalmen. Men herinnert zich by dat tooneel aan die vertelfelen van toveïesfen , die de eerde jeugd met zoo veel gretigheid aanhoort, en die door het wonderbaare op de nog niet gefnuikte verbeeldingskracht zulke diepe graveerfelen drukken. Nu gaat men, dan bukkende dan overeind ; dan op een' effen weg, dan over ruwe fteenen; dan vlak onder het verwulffel, dan weer zonder byna zoldering te zien, nog een' langen moeielyken en dikwyls morsfigen weg voort, tot dat men de 750 ellen, die de fpelonk groot is, {a) De Engen'.-he Yard of eiïe is tegen de oiue ais 3 teSei* 4- JJ 4  24 ENGELAND.. is, heeft afgelegd. Tegen 'teind is wederom waf water. Men heeft aldaar beproefd , of men door den rotsdeen eenige treeden met buskruid te doen fpringen , nieuwe fpelonken ontdekken konde : doch het is te dier plaatfe onmogelyk geweest. Dan op andere plekken heeft men reeds drie nieuwe holtens gevonden , die met deeze gemeenfchap hebben; eerst 4 jaaren geleeden heeft men er onder fndere ééne aangetroffen, die terdond na den ingang zoo hoog is , dat het oog geen hemel bereiken kan; waaruit men op mag. maaken., dat een groot gedeelte van deeze en de nabuurige rotfen ondermynd is-. Men kan geen anderen weg, dan dien men gekomen is, te rug keeren. Het fchynt byna ongelooffelyk, (indien dit woord omtrent de daaden eenes gierigaards nog kon gebezigd worden) 't geen my myn geleidsman verhaalde, dat iemand niet lang geleeden , om voor eenige duivers kaarsfen te fpaaren , voldrekt geweigerd had meer dan een eikend licht in de fpelonke mêe te neemen ; door zyne eigene onvoorzichtigheid ging dat ééne licht geheel aan 't einde der holte uit, zoo dat hy genoodzaakt was met de hulp van den gids den gantfchen hobbeligen weg met de wendingen, het water en alles wat denzelven moeielyk maakt in de dikde duisternis te rug te treeden; ten laatftcn gered zynde had hy nog de onbefchaamdheid een gefchenk, in de oogenblikken van angst aan den geleider beloofd, voor zich te behouden. Ten allen tyde loopen er twee beeken in deeze fpelonk * die  EERSTE HOOFDDEEL. 25 die het water waarvan ik gefproken heb, vormen en de holte van verfche lucht voorzien, en in welke ook fomtyds vorellen gevangen worden; doch behalven dat zyn er eenige wellen in, die na zwaaren regen overvloeijen, en de gantfche holte, den mond alleenlyk uitgezonderd, vol waters zetten. Dit was in den voorleeden zomer viermaalen gebeurd, en eerst eene week eer ik ze bezocht; drie dagen zyn er omtrent noodig om ze vol te doen loopen, en even lang om ze weer te ontladen. De vloed had overal veel dyk en zand achtergelaaten , waarin zich nog verfcheiden wurmen ophielden. De groote fteenen , die hier en daar op den bodem liggen, worden door denzelfden vloed van de rotfe afgefcheurd. Behalven de Cristallifatien, waar van reeds gezegd is , vindt men allerlei delfftoffen en verfteeningen, en inzonderheid zeer veel lood-ertz in de fpelonk, die men in de herberg van Castleton te koop biedt. De diepte, die men lynrecht onder den grond is, bedraagt 207 ellen, van den top des bergs afgerekend: doch het eind der holte, waar uit de beek ook voortvloeit, is veel hooger dan het begin, hoewel men echter niet aanmerkelyk behoeft te klimmen. Van eene zonderlinge uitwerking is het tydftip, wanneer men nog op een' verren afftand het daglicht op nieuws aanfehouwt. Men meent het eerfte aanbreeken van den dageraad te zien, en vindt zich kort daarop aan de waereld als wedergegecven. Vlak by Castleton ligt de E 5 h00^  S6 B NÖEL-A ND. fteberg in Derbyfldre, Mam Tor gebeeten; aan de ééne zyde van weike een ysfeiyke afgrond zich opent. Nog een andere berg in deeze buurt vertoont op zyne boogte de beroemde Elden-Holej een* fcbrikkelyken kuil, byna in de gedaante van Sen langwerpig O met een' muur omringt orti alle ongelukken voor te komen; de eigentlyke diepte derzelve weet niemand; fteenen die men om laag werpt hebben lang werk eer zy hunnen val voltooiden; aan aardbeevingen moet men waarfchynlyk deeze en dergtlyke geweldige daaden der natuur toefchryven. Een fpelonk Wel minder vermaard dan die valt Castleton en mtren: 100 ellen korter, doch echter niet alle oplettcnheid onwaardig, ligt by Buxton , 'fteeds nog in dit zelfde Graaffchap, en is onder den naam van Pools-hole bekend. De ingang is nauw en laag: doch daarna wordt het ruimer; men klimt en datdt geduurig; tot zekere hoogte gekomen, daat men ter rechterzyde in, en overwandelt van boven de plaatfèn die men eerst beneden begaan heeft. De ontzaggelyk groote fteenen waarmede de grond als bezaaid is, en die de vochtigheid daarenboven zoo glad als ys. maakt, zyn de oorzaak dat het gaan er zoo moeielyk wordt , dat dit vceltyds op banden en voeten gefchicden moet; daarenboven verzekerden my eenige oude vrouwen, die gewoon zyn de honneurs van deeze holte te doen, dat zich na flagregens de gantfche fpelonk in ééne minuut met water vervullen kan, - gc-  EERSTE HOOFDDEEL, 3$ gelyk ook ééne minuut genoegfaam is om ze te ledigen : deeze tyding geheel aan het eind der holte , en gantsch niet in het droogde faifoen vernomen, gevoegd by de morsfigheid die er in hcerscht ,deed my niet begeeren om er langer dan noodig was in te vertoeven. De verftceningen van het doorzypcnd water zyn hier mede mc>kwaardig; aan de vpprjfnaamde derzclven heeft mén benoemingen gegeeven van haare gedaante ontleend; by voorbeeld het zadel, den leeuw, het orgel, het tof letA de pylaar van de Koningin der Schotten (Maria.) En dewyl,want zoo luidt de gefchiedenis, zeker ftruikroover Pool zich hier heeft opgehouden, en zyn'1 naam aan de fpelpnk gegeeven, is men ook geenfints in gebreeken den vreemdelingen zyne ftaapkamer , kelder, broodkast en dergelykc in den rotsftcen te tooncn. Ook in Wallis ontdekte ik op 't onverwa^Msf, tusfchen Kinmels-honfe en Conway , langs de zee rydende ter linker zyde boven aan den berg den mond eener halte; ik beklom niet zonder moeite de flyle hoogte ; de boog daar men door in gaat mag omtrent 15 voeten verhevenheid hebben, tegen eene breedte van de helft. Alles is rots, en de hanging der fteenen, van binnen zeer grootsch en treffende-. Men ontdekt terftond voor zich een' dikken pylaar, of muur van deen., aan wiens linker zyde een kort van ondiepe kleine kamer is; de andere zyde fplitst zich weder ^1 tweeën; de rechterkant heeft een dergciyk vcr. . trek  trek ds het voorige : doch de linkerkant of het midden van het geheele vormt een' vry breeden gang , die niet duit maar redelyk ftyl in de hoogte doorgaat; daar by aanvangt is eenig water en een roodachtige aarde. Ik verkoos dat pad niet verder op te wandelen , te meer daar myne postiljons, want anders was hier geen gids, my verzekerd hadden, dat men nooit tot deszelfs eind had kunnen gcraaken, en dat naar maate men -er in voortging de lucht Hechter wierd, en cindelyk de kaarsfen nitbluschte, daar het de andere holtens die ik béfchrcévén heb in 't tegendeel nimmer aan vcrfche lucht onthreekt. Mortimer's - hole is de naam , dien men aan de uithollingen van de rots, daar het kasteel van Nottingham op rust, gegeeven heeft; het is een lange .gang met verfcheiden lucht- of lichtgaten : doch , zo ik my dit van myne voorige reize nog wel herinner, is alles het werk der bytel. Het Vorflendom Wallis h ft zoo wel als Derby-fhire overvl >ed van loodmynen. Van de vzer en kopermynen in Engeland zal ik geen gewag maaken, terwyl ik er niets van gezien heb. Doch de deenkoolen en het zout verdienen eenige opmerking. Byna de gantfche Noordelyke helft van het Koninkryk is met 1 gen van deenkoolen onderfebraagch In de buurt van Manchester, Sheffield, Leeds "en -roor.J van Newcastle aan de Tyne worden ze in  EERSTE HOOFDDEEL. 20 in groote meenigte uitgegraaven. Men ziet meest in de open lucht een' put, die lynrecht neergaat, en in welken door een foort van kaarnmolen, daar een paard in loopt, de leege mandens naar bene* den gelaaten, en de volle opgetrokken worden. De menfchen die beneden werken moeten, ryzen en daalen hier op dezelfde wyze, en flaan ten dien einde flechts eene keten om de dy, op welke zy byna zitten; zo het noodig is, dat paarden de mandens met afgehouwen kooien door de benedengangen voortfleepen, laat men hen in een net hangende naar de diepte. Veeltyds is de Vuurmachiene noodig om het water uit de koolmynen te pompen; fomtyds doet zy zelfs het werk dat anders aan het rondloopend paard is aanbevolen. De diepte der pitten is verfchillende: die by Hartley daalen tot 60 vademen lynrecht onder de oppervlakte van; den grond. De eenigde koohnyn , die ik beneden gezien heb, is eene der geenen die de Hertog van Bridgewater bezit, en tot welke zyne onderaardfche fcheepvaart heen brengt. Dit merkwaardig werk is by Worfley - mill tusfchen Manchester en Leverpool begonnen. Om naamelyk met meerder voordeel de kooien uit de ingewanden der aarde naar het groote Canaal dat hy gegraaven" heeft, te vervoeren, heeft die ouderneemende Edelman eene andere gracht in den berg laaten uithouwen, 40 ellen onder deszelfs hoogte, die zich 3 mylen ver in de lengte ttitftrekt, en 6 andere mylen in verfchillende zyde- tak-  3» ENGELAND. takken; hier worden d>j kooien in lange fmalle feh uiten voortgeileept, van welken erop de meeste piaau.T, twee elkander voorby kunnen vaaren$ ierwyl de wyze Van ze voort te duwen eenvoudig bedaar in het itooten met de hand des {chippers tegen het VcrvvUlffel, In eene dier fchuiten is het ook dat vreemdelingen, na vooraf Vari den opziener verlof verkrccgcii te hebben, in het Canaal worden ingdaaten; Het is boogswyze aangelegd ; daal5 de grond aarde was met eene dubbele rei klinkers .gemetfeld, en waar méri fteen ontmoette flechts uit de rots gehouwen; de el van het een en ander is aangenomen geweest voor 3 Guincas; op enkele plaatfen echter nog höogef; zoö dat het Canaal omtrent 5 Toinleri Gouds van ons geld moet bedraagen hebben: eeiië ysfelyke forri 5 Wanneer men bedenkt dat zy alleen befieed is om de onkosten van de vervoering der kooien te verminderen. De lucht is door de fchoorfteenen , die vari afftand tot afftand naar boven ioöpen, overal versch: doch ergens daar een oudé'weg naar de laagte ging , die geen gemeenfehap fheer had met de buitenlucht , wierd de vlam ecner kaarsfe telkens uitgebluscht, zo dra men ze flechts 4 a 5 ellen er iri hield; Toen ik op myne voorige reize door Engeland dit Canaal bezocht, moest ik geduurende ten' zeer langen en laagen Weg, in kooien uitgehouwen , byna op hartden eil voeten voortkruipen , en vond ten laatften op eene plaats die wel .iets breeder maar geenfi.nts hooger was, een' man om-  EERSTE HOOFDDEEL. 3E omtrent naakt al liggende werken. By eiken flag, djen hy in den muur deed om de kooien uit te fpitten, deunde hy als een dervende ; daar het vooral in die buiging des ligchaams, die hy verplicht was aan te neemen, een allerbczwaarlykst werk is. Doch voorlecden jaar vond ik het bezoeken der mynen met minder'moeite verzeld. Eert groot quarticr uurs gevaaren hebbende, was ik verplicht uit de boot in eene opening te klimmen, waar ik zonder veel te bukken wel haast twee lieden aantrof, die bezig waaren den kooien-muur tot gruis te hakken om er een' uiewen weg te baanen, die dan wederom overal daar geen rots is jnet metfelwerk verwulft wordt; de laag van fteenkoolen is byna den gantfehen berg door vier voeten dik. Zy verhaalden my, dat zy 8 uuren achter een , met tusfehenpoozing flechts van een half uur , voor 16. duivers moesten werken , en tusfchen beide nog twee bezoeken Van den Opziener kreegen om over hunne vorderingen te oordeelen; aan de overzyde Van het Canaal lag op dezelfde hoogte een vroeger bewerkte myn, die reeds uit gegraaven en vcrlaaten was. Nog eene andere onderaarclfche fcheepvaart, met het zelfde oogmerk door eenige particulieren aangelegd, heb fle nu. 13 jaar geleeden niet ver van Talk on The Hill in Staffordshire gezien; zy was toen nog niet voltooid, doch zoude twee mylen kng worden behalven de zyde-takken , en den gant-  32 ENGELAND. gantfcben berg doorfnyden; men hadze van klinkerts in eene eyronde vorm gemetfeld, en op de meeste plaatfen uit de rots gehakt. Zy is ruimer èn bevat grooter fchepèn dan het Canaal des Hertogs. Omtrent halver wege daarin gevorderd zynde moest ik my door eene opening van 40 ellen hoog, eene keten om de dy geflagen, er uit doen heisfehen. Op tweeërlei wyzen heb ik het zout in Engeland zien bewerken. Te Hartley-panns, niet ver van Newcastle zyn zoutpannen, of groote vierkante bakken , in welken het zeewater gekookt wordt; gekookt zyndè laat men het water afloopen, en onder aan zet zich een vry goed en wit zout. Doch van eene gantsch andere natuur is het geen de buurt van Northwich in Chesfhire oplevert. De grond onder dit dedeken en eenige mylen in de rondte is rots, en die rots is enkel zout. Men graaft het zelve op verfchillende plaatfen uit. Op eene derzelven liet ik my onder de aarde nederdaalen. De put wordt door een laag gebouw overdekt. Met de kleederen der werklieden omtrokken dapt men met één been in een' emmer, terwylmen zich aan het touw vast houdt; een arbeider plaatst er zich mede op dezelfde wyze in , bediert het gevaarte, en brengt de vreemdelingen dan vooraf in de eerde verdieping. Zoo dikwyls een emmer nederdaalt, ryst een andere vol waters naar boven , 't geen een molen , door een paard in beweeging gebracht , bewerkt. Van die eerde verr  EERSTE HOOFDDEEL. §| Verdieping,'twelk reeds degrootfte helft is, wordt men fpoedig in eene tweede nedergelaateri: doch hier is het een man, die door een wiel te draajefi de emmers öp en neder laat. Tot op den bodem , dat is 150 Voeten ohder dfe 'aarde nedergedaald zynde , bevindt men zich als in eené groote , hooge, rónde kerk; deeze geheele ruimte is uit de rots gehouwen; men heeft flechts 20 zeer dikkè en vierkante pylaaren gefpaard, die de zóldering onderfchraagen. Al wat men hier rondom zich ziet, muuren, grond, hemel, alies is zout; he¥ heeft eene bruinachtige Verw: doch fomtyds viridt men ftukken zoo klaar en wit "als Cryftal; In 'é rond werken de lieden tegen dë wandert aanj meest allen haakt tot Öp het midden; fommïgeh hakken met eert' puhtigen hamer kleine brokkefi af; andéren flaari groote fpykërS irt deii grond om zwaare klompen los te maaken, die 'er daarna br) eens worden uitgehaald. De gehéële zaal; zo ik hier dit wöord mag bezigen , is verlicht; en eed blaasbalk, van b'ovén Vastgemaakt, zendt geftadig door pypen een' overvloed van verfche lucht riaaf beneden. Het zout dat men uitgraaft Wordt të Northwich in de gedaante vari vierkante blokken ingefcheept; een gedeelte gaat naar Ierland; éëri ander gedeelte wordt te Lëverpool eri elders rriet zeewater gemengd , en tót bruikbaar zout gedookt. De eigenaar deezer rnynen, die öp toyrie voorigë Veize efen Mr. Marfhall was, bezit zelve zoütkè"tels hier dicht by (want in dén ftaat daar het in C idt-  34 « N G t. t A N D. uitgedolven wordt, is het zoo goed als onbruikbaar) en verdookte dagelyks, gelyk hy my verzekerde, voor L. 12 aan ftcenkoolen, niet tegengaande derzelver overvloed* daar om flreeks. Steengroeven zyn er op zeer veel plaatfen in Engeland. Zoo is de geheele ftad van Bath en zoo zyn zelfs de geringde gebouwen in Somerfetfhire Van een' fchoonen witachtigen of licht geelen deen vervaardigd, die in 't begin zonder veel moeite te bewerken is, doch daarna, aan de lucht bloot gedeld zynde, verhardt. By Leverpool graaft men er ook by aanhoudenheid eene uit, hoe zeer er de huizen alle van klinkerts gemetfeld zyn. Hier en daar bouwt men ook van vuurdeenen , gelyk er in Norfolk onder anderen zeer veele kerken en particu, Eere huizen van zyn opgericht. Geduurende 2 a 3 posten tusfchen Oxford en London rydt men door niets als krytbergen heen. By Plymouth valle zeer veel leyen. Onder de Mineraale wateren , die het Koninkryk in menigte op levert., hebben die van Bath zich ver de grootde vermaardheid verworven. Zy zyn iets meer dan lauw, en de fmaak verfchilt niet zeer veel van het gevvoone water. Men drinkt ze, Zoo wel als men er zich in baadt: fomtyds flechts het één of het ander; fomtyds op beide wyzeii tevens. Het drinken gefchiedt op verfchillende Uuren van den dag, het baaden des morgens vroeg 5 na 9 uuren laat men het vuile water afloopen. Het Koningsbad is het voornaaiafte van de 3 of 4»  EERSTE H O Ó F Ö ti È È L'. 35 '4, die men er telt. Men is in Haat om er allerlei trappen van nette aan te geeven, 't geen weder door koud 'water getemperd kan worden; Mans ven Vrouwen waaden in deezen vierkanten bak door elkander,met een laaien gewaad omgceveu,en met of zonder dé hulp van een' gids. Men blyft er dikwyls een geheel uur iri, én verkleedt zich daii in wel doorftoökte beneden - vertrekken; Een geflotenporte-chaife draagt daarop 'den tydet naaf huis s, waar weder een Warm bed gereed moet zyn om hem te ontvangen; Het gebruik beide in- en uitwendig deezét wateren is flechts riadéeüg in ziekteiis, die uit verhetting ontdaan- in alle andere gevallen eri vóornaamdlyk in verzwakkingen; walgachtigheden, verboren appetyt én dergélykë heilzaam; Bath is maar vair Jüny tot September of Öctobei- ledig van vreemdelingen, fchoori meri ef Van een voor--en najaars-Saifoen fpreekt; bet laats fte wordt voor het vbofrtaamde gehouden: Iri elk Saifoen rekent men dat er thans wel 10 tot xiooö menfchen zich daarheen begeeveh, veelen om er gezohdheid 5 de meeste om er vermaak té oogden. Des Somers worden de warme bronnen van Briflol veel gedronken; de bette dérzelvcn is nog meer getemperd en de fmaak fiog minder mineraal dan van die té Bath; men verzendt het water, gelyk een ieder weet* in groote hoeveelheid buiten 's lands. Als de Avon hoög opzWelt, vëfmehgt er zich dikwyls Voor een' korten tyd het rivierwater mede. De bron te Malvern is koud , helder en van een' ge -' e & woo-  3-6 E N G E h A H r>„ woonen waterfmaak , nuttig zoo men zegt voof teringachtige kwaaien, doch weinig bezocht. Die van Holy-well werpt elke minuut 120 toa Van het helderst mogelyke water op, dat daarenboven aangenaam op de toftg is, Veele lieden komen het, doch flechts geduurende 2^3 weeken , hier drinken en er zich in baaden. Monniken hebberr in de eeuwen des bygeloofs eene kapel boven de bron gebouwt ter eere van een' Heiligen * die er wonderen verrichtte. De naam van Holywel is hier aan zynen oorfprong verfehuldigd. Men moet aan alle genoegens van het verhemelte Voldrclït verloochend zyn , om het lauwe Harrowgatefche water, dat nog oneindig meer dan hc-t Akanfebe den finaak van vuile eyeren heeft, hoe helder het zich ook moge vertoonen* te kunnen doorzwelgen, Het is echter in Scorbutrque kwaaien en in alle ziektens ',• die uit verdoppingen ontdaan, van eene uitwerking die dikwyk, de beste vcrwaübtingcn overtreft. Gemeenlyk worden er 2 of 3 glazen van gebruikt, waarvan de onmiddelyke uitwerking openend is. Men brengt het ook in groote kruiken naar de herbergen tot privaat-baading, wanneer het wederom niet nalaat door zynen zwavelachtigen geur het gantfche gebouw te- verpesten. Het water van Matlock is even minder daa koud; het Buxtonfehe v waarin men ook baadt, iets warmer; beide plaatfen trekken veel vreemdelingen naar zich, doch minder dan Harrowgate. Eindelyk te Scarborough , om van eene weinig  ïU'f XE H O O F B D E E L. 3? bekende bron in dc buurt van Leverpool geen melding t* maaken, zyn er drie, waarvan de eene meer, de andere minder met daal bezwangerd gaat. Doch hpt gemak , 't welk dit dedeken oplevert om in zee te baaden, voorziet het zelve des zomers nog meer dan deeze bronnen van bcwooncren. Langs het ftrand daan een meenigte karren ge-, reed, rondom gellooten, en flechts om er wat licht door te ontvangen met een vengdertje voorzien. Eerj paard, door een' geheel in 't leder gekleeden man of vrouw, naar de Sexe van welke de b aadenden zyn , beftuurd, trekt de kar die men gehuurd heeft tot eene zekere hoogte in zee. Men kleedt zjch intusfehen van binnen uit, waarop de deur geopend en een trap nedcrgelaaten word, langs welke men in 't water afdaalt; ten zy men er, 'tgeen oneindig beter is, van boven neder in verkieze te fpringen, De Qids cuderfteunt den lyder en dompelt hem onder; kinderen neemt hy flechts uit het rytuig aan, haalt ze een reis twee drie door de golven, en reiktze d*n .uan eene wachtende moeder of oppasder weer tc^e. Men blyft over 't algemeen flechts oogenbjikken in 'c Water; de kar brengt terftond haare laading weer op 't vaste land, gereed om den zelfden tocht weer met eene andere te onderneemen, Deeze zcebaading, die in verzwakkingen voor zeer voordeelig gehouden wordt, gefchiedt ook op andere piaatfen langs de Engelfche kust :• doch niet overal t>p dezelfde wyzc; te Southampton by voorbeeld. c 3 \m  S.8 8 n g b t a w in¬ laat men de zee in houten befchotten in en uit j en. er zyn aldaar byzondere baden voor mans en'vrouwen , byzondere voor lieden die zwemmen en die niet zwemmen kunnen 3 terzyde vindt men vertrekken om zich te verkleeden. In 't geheel is het baaden in Engeland veel gebruikelykcr dan onder ons. Verfcheiden huizen tellen een koud bad onder hunne gemakken; meer dan ééne dad bezit publique baden, waar men voor eene kleine belooning -zich in water van vzrfchillende bette en koude kan dompelen. Die te Manchester onder anderen zyn aardig ingericht. Behalven de wateren die voor de gezondheid heilzaam gerekend worden, moet ik hier nog met een woord van de vermaarde Droppmg - welf te Knarcsborough fpreeken. Schoon zy niets heeft, dathaar op de tong van gemeen water karj doen onderscheiden, maakenhaar echter twee byzonderheden merkwaardig. De eene betreft haaren val; de droom. \ door verfcheiden Canaaltjes geleid, dort langs den land van een byna geheel van den rotsdeen afgezonderd bergje,' omtrent 15 voeten hoog, als, een zwaare regen lynrecht naar beneden, zondei ooit in hoeveelheid pf in kracht aan te grpeijen of te vernauwen; de ligging van deeze bron aan 't eind van een lief boschje met rotfen aan de ééne en eene beek aan de andere zyde, gevoegd by dit ongemeen cn ru'sfchend yerfchyn.. fel, markt baar tot een voorwerp zoo wel als, tpf- eene aankidingyan firctfendc befpiegehngetf. De  EERSTE HOOFDDEEL. %$ De andere byzonderheid betreft haar incrusteerend vermogen: alle ligchaamen , die men aan de rots, langs welke zy neervalt, ter plaatfe daar bet water over heen fpoelt, hecht, worden na eenige weeken met eene korst, doch die zeer poreus en brosch is, overtrokken; dit drckt voor den perfoon, die hier de wegwyzer is, tot eene foort van kostwinning, terwyl hy zeiden drikken, pruiken en dergelyke dingen, dus verhard, aan de geenen die de bron bezoeken, te koop biedt. De gemaatigde luchtsgedeldheid van Engeland is voor het plantryk zeer voordeclig. Geen brandende zomers verfchroeijen er de voortbrengfelen van den bodem, en geen bevrozene winters houden er de groeijende kracht der gewasfchen te rug , of vermoorden de jonge en tedere uitfpruitfels byna in de geboorte. Doorgaans zyn de eerde koeler en vochtiger, de laatden warmer dan hier te lande. Ook heerscht er in het gras en het geboomte een frischheid, die men in alle andere gewes-. ten vruchteloos zoekt. Uitgedrckte en hooge bosfchen treft men in Engeland niet meer aan; zy zyn alle federt lange jaaren uitgeroeid: maar zoo veel te meer verfpreid geboomte van allerlei foort, waar van veelen jaarlyks het afhouwen der takken moeten ondergaan, om door eene te uitgebreide fchaduw de velden niet van zon te beroovcn; laag hout ziet men in meenigte; en de buitenplaatfen en parken zyn met de fchoonde groepen van in- en, uitlandfche gewasfchen vervuld. Binnen kort heeft C 4 men.  4$ I N 3 E I, A N m' men ook guiten dezelve eenige dennen bosfchcn geplant. De bopmen intusfchen hereiken in dit Koninkryk zelden die verhevenheid , tot welke men hen in Duitschland en de meer- Noo.rdelykc landen ziet opwasfchen; in 't park van Welbeck vertoonde men m.y eene eike , die zich zoo zeer in de dikte had uitgezet, dat een boog, in den dam gefpleeten, twee paarden naas.t elkander en nog ruimte daarenboven in. zyne breedte beyattede. Gémeentens en heide vindt men er nog onbegry.pelyke veel, zelfs rondom de hoofdflad, hoe zee? Ui Parlement by elke zitting Acten van inchfu, f^f.tof omheining van grond, om tot akkers te warden'toebereid ) verkent. De gantfche omtrek van Salisbury, veele mylen ver is enkel fchaapenweide; de inwóoners van elk dorp weeten wat hun daar van gczaamentlyk toekome. In, de Peakvan Derby-fhive biedt de fteenachtige. en ondermynde grond weinig, voortbrengfels aan, waartoe de hoogte der landftreek ook het haare toedraagt; zoo; dat men zelfs in, het dal van Cast^tou, niets anders dan wat haver kan teelen.. Doch in andere gewesten, yan dit gezegend land is de bodem, weder- zoo veel te yruchtbaarer, en nergens heeft men den landbouw tot zulk een' trap van Volkomenheid gebracht als hier. De Graaffchappen yan Norfolk en, Suflblk zo.uden, in dit opzicht tot ' l;Ccrfcho,o,len yopr Europa kunnen verdrekken. Dje. ^laatfchap.py. van Akkerbouw te Manchester op- '  BERSTE HOOFDDEEL, gericht, bevordert door verhandelingen en betooningen de Theorie zoo wel als de beoeffening deezer onantbeerlyke, weetenichap. De tarwe en andere foorten van koorn zyn onverbeeterlyk goed : doch het brood wordt niet altoos even gelukkig gebakken; roggen brood is er zoo goed als onbekend. Chesfhire heeft zich door zyne heerlyke weilanden, en als een gevolg daar van door de kaas, die er in vervaardigd wordt, beroemd gemaakt. Cambridgefhire en eenige nabuurigc ttreeken hoven London hebben een' laagen, drabbigen bodem, met veel Canaalen doorfneedcn, en insgegelyks tot wei- en hooilanden gebezigd; tusfchen Ely en Bury was zelfs in het hart des zomers alles, ja ook de weg niet uitgezonderd, onder water. In Hereford-fhire en andere westelyke Graaffchappen vervullen die appelboomgaarden, uit welker de Cider geperst wordt, geheele didricten; de beste wordt uit goud - pippingen gehaald: een frisfche en verkoelende drank , die het geurige en gistende van den wyn met het krachtige van het bier vereenigt; voor 't overige minder laf dan de Perry, die van peeren vervaardigd wordt. Men betaalt de fles op de plaatfen zelfs met 11, fomtyds wel met 18 Stuivers. Hop , waar van de Ale en Porter gedookt wordt, teelt men in deeze zelfde Graaffchappen en vooral in Kent-, van welk zy zelfs het hoofdproduct uitmaakt; de ftaaken zyn, jn de vorm van eene tent by elkander gezet. c § W  4- ENGE Xsr- A N B. Wel eer placht ook het zuidelyke van Engeland metwyndokken overhangen te zyn: doch aan deeze teelt heeft men reeds lang niet meer gedacht. Op eene buitenplaats niet ver van London (Pains-hill) wordt nog het hoekje van een' zeer gunflig gelegen berg daar toe met goeden uitflap gebezigd. Kalk wordt op zeer veel plaatfen , midden op het veld in ovens pebrartdt, en verdrekt daarna tot een' voortreffelykcn mist. In grocntens en vruchten is men, de buitenplaatfen der aanzienlyken uitgezonderd, nog ver achter Holland te rug. Van de eerde kent en gebruikt men oneindig minder foorten dan wy; en de Engclfche zon verfchynt niet dikwyls genoeg onbewolkt, en heeft dan nog geen krachts genoeg om aan fommige vruchten den geur en de rypheid, die zy vorderen, by te zetten. Intusfchen zyn het Noorden en het Zuiden hier omtrent aanmerkelyk van elkaar onderfcheidcn. De tuinman van Castle-Howard verzekerde my by lange ondervinding te weetcn, dat de hoogte van' London en die van York eene volle maand op de voortbreng, felen fcheelde. De bukcnplaatfen zyn met de uitge, flrektfte moestuinen voorzien, en met de heerlykfte brocikasfen van perfiken, druiven en ananasfen;. de kunst van deeze te ftooken is, inzonderheid federt eenige jaaren, met reuzenfehrceden voortgegaan. Op de plaats, die ik het laatfte noemde, vertoont men een' moestuin van 6 morgen, vol kasfen, waarin onder andere de grootftc Ananasfen  EERSTE HOOFDDEEL. 43 fen groeijen, die ik my ooit herinnere gezien te hebben. Met vuur waar mede men ftookt wordt bier en daar in de holte der achtermuur gebrandt. In de Hoofd ftad is voor geld in en buiten het faifoen alles te koop, En zoo kome ik ongevoelig tot den aanleg der Engelfche buitcnplaatfen, die met het volde recht voor de fchoondé Van Europa gehou-. den Avorden. Eer ik myne leezeren op fommige dcrzelven geleide , zal ik eenige algemeene aanmerkingen .daar over vooraf laaten gaan. l>e meeste worden verzcld van een uitgedrekt park, rondom met rasterwerk omheint; volherten, fchaapen eil fomtyds grooter vee; met verfpreid geboomte en den bodem met gras overdekt. Dit verdrekt meer om er door heen te ryden dan in te wandelen; dikwyls is de toegang tot het huis er door heen geleid. De eigentlyke buitenplaats draagt meest den naam van pleafure-ground , of' grond van vermaak. Een groot gedeelte daar van is open; rondom het huis althans flaat zelden eenig geboomte van belang; en al wat open is, is tevens met een gazon bekleed van het fynfle gras, dat wcekclyks. gemaaid en gerold wordt, en door de zorg die men er aan te koste legt de zachtheid van een duweel tapyt verkrygt, en het oog op de ftreelertdfte wyze aandoet; de frischheid daarvan is in andere landen, door een fcurocijendcr zon befchecnen, en waar de luchtsmengeling minder vochtig fë, zoo onnavolgbaar als deszelfs hcerlyk groen. Door  44 K N G E L A N 1!. Door dit gazon loopt meest een flingercnd wandel* pad, 't welk men met geftooten fteenen hard maakt, en't welk de regen nimmer doorweekt. Hier en daar ftaan in het gras ronde, boom-groepen van veifehiL lende grootte; twee dichte reien van heesterge? wasfchen , evergreens en allerlei laag geboomte borduuren op veele plaatfen het pad. Alles wat geen opgaand bosch is, wordt 0p één gedrongen aangelegd; de gewoone aflland der boomen en planten van elkander is fleehts van ééne fchreede. Dit doet by het opwasfchen eene voortreffelyke Uitwerking, maakt alle heggens volkomen onnut, en fpaart dus aan deEngelfchen die dwaasheid, die ons nog eigen is, om het geboomte tot muuren te mismaaken. Hoe zeer er door deeze wys van aanleggen een menigte hout verdikt, rekent men Ze over 't algemeen evenwel niet nadeelig. Alter* lei foort van gewasch wordt dan met opzet door elkander geplaatst; zulkeu dje altyd groen zyn, zulken die 's winters hun blad laatpn vallen, bloemdraagendgeboomte; cn, qm de groepe pyrar inidaal te maaken , wordt het geen het laagde blyft Vooraan, het andere meer achterwaards gezet. De gewoone en Portugeesfche laurier, deLarix, de Wcymouth-pyn cn allerlei foort van dennen , de Seringue, de Gouden regen en de Sneeuwbal maaken de grootfte vercierfclen. dier plantfoenen Uit. In 't midden der buitenpiaatfen ligt vecltyds een zeer. aanzicnlyk ftuk gras, of een water vej> fcheiden morgen groet, rondom welk dt wande-  Ë t R S T E II O O F D D E È L* 4^ lingen rond geleid/worden, dan eens tusfchen nederige gewasfchen, dan weer onder hooger geboomte. Naar maate de landdreek bergachtiger is , is men meester de tooneeleu van zult eene plaats ichilderachtiger te maaken en meer party te trekken van de gezichten naar buiten; oek fomtyds van het voortbrengen van watervallen. Fonteinwerkeri ziet men weinig: doch zoo veel te meer tempels, Êdons, grotten, heremitages, bruggen, pylaaren , obelisken en allerlei gebouwen van kunst: meest met uitgezochten fmaak zoo wel geplaatst als aangelegd. Hoe uitgedrekt veelen deezer lusthoven zyn moeten, kan men zich ligt verbeelden: doch hoe verrukkend fchoon zy zyn ,- en hoe de kunst, zonder zich zelve te verraaden, de fraaje natuur heeft weeten na te volgen, ja nog te verfraajen, kan men zonder ze gezien te hebben , zyner verbeelding by geen mogelykheid opdringen. Laat ik nu van de voomaamden , welke vreemdelingen gewoon zyn te bezoeken, kortelyk nog iets naders zeggen, de gebouwen evenwel met het huisraad dat°zy bevatten voor een ander Artikel overlastende. Wiltonhoufe van den Graaf van Pembroke, dicht by Salisbury. De wandeling , die alleraangenaamst is , loopt langs de beide oevers van een vry breed en flróomend water, over het welk by het huis een prachtige overdekte brug zich kromt; aan 'teind brengt een andere brug, doch deeze zeer eenvoudig en geheel achter een' waterval- verborgen*  •4*> E N G Ë L A N D. gen, daar de gantfche rivier zich over een' fteerieh dam eenige voeten naar beneden werpt , weder aan de overzyde. Dan gaat min eens vlak langs dit Water, dan weder door boschjes ter zyde van het zelve geplant. Op een' berg aan deeze plaats als vastgehecht hangt een ander boschje en ryzeri een paar tempels, Een bad en eenige Antiqueri Van minder belang helpen mede Wiltonhoufe vereieren; Ook vindt men hier allerlei vreemd geboomte, en Ceders en Platanusfen van over de 100 jaareil oudi Fonthill van Mr, Beckfofd, De uitgettrektde en wellustigde plantagien verzeilen een breed fluk water, aart de overzyde van welk bet gezicht op bergen Valt, die met fchaapen oVerdekt zyn. Jammer is het flechts dat inert den grond wat al te hobbelig gelaaten heeft, zoo dat het niet mogelyk is 6 flappen te doen zonder te klimmen ofte daalen. Men bewondert hier eene fclioöne natuurlyke grotte uit de rots gehouwen, en flechts van boven met vierkartte blokken fleert gewelfd, over welken het plantfoen heen loopt; beneden heeft zy' verfcheiden onderaardfche gangen, Sturton van Mr: Hoai'e. Een der uitneemendfte lusthoven in Engeland. Eert groote waterkom * uit hooger opliggende bronnen gevuld, en die ai tyd dezelfde diepte behoudt, maakt er het middelde gedeelte van uk; door eene fluis, en met eert' Val Van in de 30 voet hóóg, dort dan dit water in eene' laagere kom, die door een' dam van de hoogere is  EERSTE HOOFDDEEL, 4? gezonderd; eindclyk na aan een halfdozyn watermolens beweeging gegeeven te hebben , vcreenigt het zich met" een riviertje. Rondom dat aanzienlyk Basfm, 'twelk door vry hooge en met bosch bewasfchene bergen omringd wordt, gaat onbemerkt de wandeling dan in de hoogte, dan weder diep om laag. Tweemaal wordt men den Vyvcr overgebracht , eens over eerie heerlyke brug van een' enkelen boog die 90 voeten lang is, en eens over den dam. De gezichten op de plaats zelve zyn allerfehoonst. Veelerlei voorwerpen van vinding en ünaak veredelen daarenboven den aanleg. Zoo vindt men er een prachtig Pantheon met beelden vervuld ; een' tempel van de Zon, die geen ander vercierfel van binnen heeft dan eene vergulde zon in 't midden der zoldering; tegen de majedeit deezer gebouwen fteeken weder een aangenaame natuurlyke grotte , met boomcn bewasfchen , en met watergodheden voorzien, by welke cascades nederftroomen-; en een heremitage met muuren van dammen en een rieten dak, in eene rots en onder den lommer van zwaar hout, op eene flerke doch inneemen de wyze af. De Heerenweg loopt door een gedeelte van deeze plaats, en men zoude om den gewoonen kring te doen, hem tweemaal moeten doorkruisfen: doch om dit te vermyden gaat men er de ééne reis Van boven over heen op een' boog , die door eene nagebootde rots gemaskerd is, cn de andere reize van onderen door gewelfde en ïangfaam glooiende gangen. \ Som-  4$ Ë N G E L A N Bi Sommige plaatfen heb ik reeds, toen ik van dé grootschheid eeniger gezichten in Engeland fprak , moeten noemen. De plantagicn van Mount Edgecumbe zyn zoo gefpaard, dat de ruimte , daar het oog uit dit lusthof over heerscht, er nog oneindig by wint; dan overziet men alles op eens; dan weder bieden zich dechts enkelde Voorwerpen aan. Door hangende boschjes daalt de wandeling op enkelde plekken zeer laag. Men vindt hier eene groote Oranjerie met zeer bübge Oranjeboomen, en elders een tempeltje; Het middelpunt van een ftarrebosch maakt een' grooten cirkel uit met cederen omgeeven ; vóór dezelvenflaan eenige nogvry gaave Romeinfche Urnen en een Sarcophagus^ Over 't algemeen is Mount Edgecumbe dan eeri regelmaatiger, dan weder wilder aaugelegt dan de, meeste Engelfche buitenplaatfen. («) Een gangpad tusfchen rotfen en eene heremitage vermeerderen de bevalligheden van het fchoon gelegene Kings-VVeston. Croom, het goed van Lord Coventry. Beide het park en de tuinen zyn van een alleraangenaamften aanleg. Men wordt een' langen weg in 't rond ge- (a) In zulk een* ftaat heb ik deeze plaats over 13 jaaren gezien : doch ik twyffel of zy in den laatften oori log, toen men voor een aanval van de Franfche vloot, pp Plymouth beducht was> niet veel geleeden heeft.  EERSTE HOOFDDÊE L. gebracht, waa'r van het hüïs het middelpunt uitmaakt'; fomtyds loopt deéze door 't open veld , fomtyds door onregel'maatige flingerlaantjes. Men telt onder de ïïeraaden van Croom eene witte Gothique Kerk; eene Oranjerie door Adams gebouwd , eene, Rotonde, die wat hooger daat en aen 'uitgeftrekt gezicht oplevert, en 'eene allerliefst geplaatde kleine grötte. Iri 't park ontdekt meft 'een groot ftuk water, herten in menigte én rondom eene fchoone laiiddreek. By Birmingham worden Hagley en The Lcafows veel bezócht. Hagléy vaii L'ord Lyttlcton is meest 'een bosch óp 'een' berg, 'fómtyds open, fom-yds dicht, m'et verfcheiden gezichten op en buiten de 'plaats. Lcev'endig moeten de aanleggers, zo men uit verfen, op meer dan 'ééne plek te leezen „ 'eert belluit kan trekken, 'de fchbonh'edëri der natuur, en hunne verplichting aan Herri die z'e gevormd heeft, gevoeld hebben. Eèn gebouw, geheel boven op den berg, 't welk eeh Kasteel voordek y 'eenige tempeltjes en tuinhuisjes , kleine watervallen, en een vyver, meübileeren vóór't overige het boSch van Hagley. The Le'afows hebben ook op eenige fraaije watervallen en uitgedrèkte gezichten te roemen: deelt anderfints is er dé natuur wat al te naakt, en men. zoüde het eerder eene wandeling door weilanden dan eene buitenplaats kunnen noemen. In York-f hire zyn Stutley. Uackfall ,■ Plomton eii |iarwood boven ade befchryvirigfehoon en merkp waar-  $0 SÜÖÉLANÜ, waardig. De twee eerde behooren aan de nageïaatene dochter van Mr. Aislehie , die zelve reeds een weduwevan hooge jaaren is ; de twee laatdeaan den Ui-, Lascelles, Stutley en Hackfall, fchoon maar weinige mylen Van elkander afgelegen, zyn de uiter* dens van betoverende kunst en van wiidé ftoutc Bataaf, Stutley heeft de gedaante van eene kom, die men tweemaal zóó goed als rond wandelt, eens m' de laagte en eens in de hoogte. Beneden zyn verfcheiden groote Hukken water met watervallen , eenigfints- regclraaatig met gazon en geboomte rus* iehen.beide,., doch van eene 'voortreffelyke tekening. Slingerend loope» hier de wandelingen om heen.- Tegen' het. hangen der bergen aan ziet men gedeekelyk bosch s gedeeltelyk boomen op het gras verfpreid met'pader/er tusfchen door, en hier en daar tempels, falcms cn andere gebouwenen rustplaatfenv De aanleg van Stutley heugt reeds van 60 ja'arën',- en dus heeft er het- hout eene hoogte beïeifct, die men op verre na niet overal vindt. De plaats- is tutneemend onderhonden en verraadt in alles,- behalven declits in.de watervallen, den uitgezochfden fmaak. Gezichten . naaï buiten ver^ tóorrt zy niet.- Doch het vercierfel dat Stutley het meeste doet uitblinken en eenig in 2yn foórt is *yn de -eerwaardige ruïnen eene* oude Abdy, wel eer onder" den naam van Fountains-Abby bekend He« Ruk lands, waarop dit overblyffel van vroegen, eeuwen zich vertoont , is naast de eigemlyke feitenplaats van den Hr. Aislebie gelegen, en eerst  ÈÈR-STE HOOFDDEEL, $ï 'over 15 jaaren of daaromtrent, met het gebouw, voor de fom van L ï8ooo door hem gekocht, waar van hy evenwel een intrest van L 300 geniet-. Men wordt van de hoogte af door een langwerpig dal naar deeze Abdy, die aan deszelfs eind geplaatst is, heen geleid, beftendig door eene ruisfchende beek 'verzeld, dcch die men ongelukkiglyk hier en daar langs te wel gemeetene trappen gedwongen heeft af te ftroomen. De verfchillende gébouwen , tot de Abdy behoorende S, allé van hartdeen uit de nabuusrige rotfen gemetfeld, hebben té vooren 5 morgen gronds beflagen, en bedekken er thans nog'wel anderhalf.' Het dak der Kerk, gelyk van zelve fpreek-t, is niet meer in weezen ; een vier» kante toren boven den éénen arm Van 't kruis naaide zyde van waar men komt, fchoori hol van binnen , daat nog: doch zyn broeder aan de overzydê wordt te vergeefsch gezocht. De pylaaren zy!i overeind gebieeven ,en daan hu , daar zy niets mefeï te draagen hebbenj in eene evenredige verte op zich zelve. Tusfchen beide zyn verfcheiden boomen «Sffc gewasfchen-. Het vender aan het eene eind was in eén' ontzaggelyk hoogen eh b feeden boog, ÉëH mert nog bewóndert, beÜoöten-. De lengte deï Kerk is aarimerkelyk; Alles 'famén heeft een' bhwedetflaanlyken invloed'op de verbeeldingskracht} en hondert denkbeelden , dié ik niet ontieederi wil, dringen zich by het béfch ouwen van Poüritains-Abby op ééil gepakt voor den geest. Voorts is het jaar der dichting iaS2, en-de tyden der D a hëjp  5^ ENGELAND; hervorming zyn tevens die van haaren val. Vari het Klooster, de begraafplaats der monniken, hunne fpyszaal met keukenen orchester, hunnen tuin, verwulfde wandelingen, kapel en dergelyke ontdekt men ook nog verfcheiden overblyffels: doch zy kunnen het in gaafheid én luister by de Kerk op geenerlei wyze haaien. Wanneer men zich eene rivier voordek , die .metfnelle droomen tusfchen 3 of 4 bergen en rotfen kronkelende heen vliedt; die bergen, waarvan de wortels aan elkander flooten, geheel met bosch bewasfchen en gedreept met watervallen, die zich van alje zyden uit de hoogte in de rivier gaan florten; en .dan eene natuurlyke wandeling, uit het hout gehakt langs fommigen dier watervallen , eerst naar de laagte en dan weer dyl naar boven, hier en daar met even geopende gezichten , en eindelyk rop- den top des bergs eene ongeftoorde vertooning wan de geheele landdreek in 't rondt; terwyl op een' berg daar naast een vervallen kasteel zyne muuren uit het woud verheft ï dan heeft men -den ruwen omtrek van het onvergelykelyke Hack- ' ,fall gefchrapt, maar geenlints de leevendige verwen van eene- uitgezocht fchoone, en daarop aan zich zelve overgelaatene natuur voor zyne oogen gemengd.- Alles wat hier de hand des aanlegger*, behalven het weghouwen van geboomte, gedaan .heeft, is het plaatfen'van een paar eenvoudige huisjes , één boven en één beneden, en van de noodi•ge banken tot rustv Fiom*  E E R. S T E HOOFDDEEL. Plomton is weder geheèl zonder wederga. Over 2o jaaren zag men er niets dan kaale ftukken rots , die den konynen tot een verblyf verdrekten. Ser dert heeft men verfcheiden derzelven met aarde overdekt pn beplant, en tusfchen de rotfen heen de aangenaamde wandelingen gevormd. Ter zyde }igt een groot basfin van water , waarin zich mede eenige rotfen als eilanden vertoonen; het holt ia de klippen van Plomton zelve een' derkan boezem uit, waar aan men den naam gegeeven heeft van den haven van Brest, De rotfen zyn hier op de verwonderlykde wyze als neergeworpen; fommige fteeken met eene punt in 't water uit'; andere hebben nauwe fpleeten daar het wandelpad door loopt, en geheele holtens; andere weder hangen zoo ver voor over, dat men er onder kan zitten, Men heeft ze genoemt naar de gedaante die zy opleveren : het reuzenbed , de leeuwenmuil en dergelyke. Kortom de plaats zoude een fiingerbosch van rotfen kunnen hceten, Zy is klein, doch zoo aangelegd, dat men langen tyd zoude noodig hebben om al de wendingen van dit doolhoof te kennen. Men heeft zekerlyk van de ligging de beste party getrokken, en waar men koude fchoone en ruime, gezichten gefpaard, Harwood is een der lagchendde lusthoven in Engeland. Achter het huis vindt men een glooijend ftuk gras , en aan den voet van het zelve een fchoon basfin met water; langs het een en ander loopt de wandeling henen; men klimt daarna wede:; in P 3 ae  H ? N O E: V A N ®. de hoogte en maakt eer/zeer uitgebreide,, cirkel; de allerhefde aanleg der paden, de heerlykde gezichten, die men op fommige plekken geniet' zoo, wel op het water, aan de overzyde van welk de moestuin ligt, als op de bergen en dalen in 't rondt, worden door weinig plaatfeu geëvenaard. Hier en daar is een gebouw van kunst met oordeel opgericht. Van Mr. Donkams beide plaatien, insgelyks door eenige tempeltjes vercierd, heb ik by gelegenheid der rondom liggende landdrecken reeds gefproken, Ook verdient Bramhampark van Sir John Goodricke, fchoon niet geheel in den jongden fmaak beplant, onder de fchoone landgoederen van Yorkfhire niet geheel met ftilzwygen voorby gegaan te worden. Men vindt er ftoute hanen ' beggens van eene hoogte die de verbeelding tè boven gaan, fchoone vyvers en watervallen, lieve bloemperken en gazons, uitgedrekte gezichten en menige verfraaijingen uit de bouwkunde ontleend Cbatsworth in het Graaffchap Perby behoort den Hertog van Devonfhire toe. Behalven een breed terras langs de Dement, zyn hier inzonderheid de fonteinwerken merkwaardig, de eenigftcrt van belang, die ik in Engeland ontmoet heb- een Cascade, die langs trappen van een berg achterhet buis naar beneden droomt; een fontein op eene andere plek, die 80 en nog ééne, die 9o voeten hoog fprmgt, munten onder dezelven voornaamentfek uit. ..,  EERSTE HOOFDDEEL, 55 Nuneham Courtenay van Lord Harcourt voegt by zyn heerlyk terras nóg eene aardige jngeflooterte party niet bloemen, eene grotte, een tempeltje en tusfchen beiden de borstbeelden van oude en nieuwe bc* roemde mannen; eene boute Oranjerie wordt des Zomers weggenomen, en de boomen, in potten ge* plant, bly ven altyd onbewoogen daan. De achterfte, muur der Parochie-kerk, die nog binnen dc gren, zen deezer buiteplaats bewaard is, veinst door zyne verderfden de ingang yan een' kostbaaren tempel te zyn. Doch de buurt van Oxford ontvangt geen grooteren luister dan door Blenheim cn Stow. Van Blenheim, de zetel van het gedacht van Marlborough, zal ik daar na nog in meer dan ééne betrekking moeten fpreeken. Als buitenplaats koomt zy vaornaamentlyk wegens haaren grootfchen aanleg in aanmerking. De eerde intree in park, daar men het koninklyke huis, een ft uk water van 150 morgens met de Venetiaanfche brug er over («), en de Colom ter eere van den vermaart (a) Deeze brugwierdt door den eerften bezitter var* Blenheim over een fmai beekje gelegd, en daar na veibreedde hy eerst het water. Dit gaf aanleiding tot d« volgende regels. The bridge hïs proud ambïtionfhem Uis boiinty likt the water fo»s. D 4  5S ENo*LAN. b. maard Hertog Johan opgericht, op een' afftand, Pm?M* i? boven alle verbeelding trotsch. Ver-' h r In T UItgebl'eide ^"^hoone boomen," en een ^ ^ ^ ffl paar aanzienlyke cas.cades. ' deeze plaats weinig opfchik: doch zy wordt zoo we» as,iet groote. park dat men gewoon Z'r2 e ryden, wel onderhonden; tut het een en andere vertoonen zich .aangenaame gezichten; geene evenwel, van den eerden rang. ö Stow, wiens bezitter thans den titel van Mark, graavan Buckingham draagt, hebben menigvuldig befchryvingen en plaaten reeds lang beroemd L ™akt; en nimmer mogelyk wierf roem rechtmatiger, yerkreegen. Indien de Gratiën zelve op Zich, genomen hadden om Stow te beplanten ™ op te cieren, zy zmdm ^ ^ ^ h bben kunnen volvoeren: opgevuld en echter p overlaaden met tempels, triumphboogen co lommen en. allerlei gebouwen van kunst (waa Vln men er tot 30 telt, en in welker pï,arL feb£p |^ veel finaak als i, hunne oprichLSS ;) voorzin van een heerlyk grasperk vóór het htó « van een ruIm duk water met eene overdekte brïg e over; hoog en bloeijend van geboomte: veS £ac t t n°gen Cn/e °ngetemdfte verbeeldingskiacht m daat zouden zyn te vorderen. Voort! ?yn de Ehfeefche yejden aan de overzyde v n n ^ zoo wellustig, als ze zich geen Dicht" £ Grie-  EERSTE H O Ö F~ D t> É* E L, 57 Griekenland of Romen ooit heeft gefchildert. Alleenlyk ontbreekt het Stow aan gezichten naar buiten, en. hier. en daar heeft men aan de prachtige gebouwen, met welken het bezaait is, de onderhoudende hand wat al te veel onttrokken. In de buurt van London bezichtigt men gemeenlyk behalven de aangenaame tuinen van Kenfington: Claremount van Lord Clive, bergachtig,, boschryk, en met eene fchoone vyver, uit welke zich een eiland verheft; een kasteel daat op deu v.erhevenden top van de plaats. Sionhoufe van den Hertog van Northumberland, byna aan de oevers der Themfe, uitneemend bevallig aangelegd en even goed onderhouden. Oatlands van den Herrog van Newcastle, vermaard door een breed cn groen terras , langs een niet minder breed en flingerend water, met eene onvergelykclyke grotte aan de ééne, en een' onvoltooiden Sybillcn - tempel van Tivolï aan de andere zyde, en een voortreffelyk gezicht in't rond. Woburnfarm, thans door Lord Loughborough gehuurd , meest een luchtig bosch op een' berg, met aangenaame wandelingen, tempeltjes, falons, ruïnen van e'ene Kerk, en wel gefpaarde gezichten naar. buiten, waar van de rivier- eene der grootde fieraaden uitmaakt. Cheswiek van den Hertog yan Devoufiiire , nog veel in den ouden trant, doch echter niet kwalyk aangelegd , en met beelden, vaafen, falons en pylaaren gemeubeld. Lord Tilney's plaats beneden London, bergachtig en boschryk;. een fchoone grotte aan D 5 het  5^ E N S E L A N Ö, het eind ligt tot haar ongeluk aan eeh vervnüd ftuk water: doch de pas overleeden Lord verkoos het verblyf van Italien boven dat van zyu Vaderland en zyne voorouderlyke goederen. De Koninklyke plaats van Kew heb ik op beide myne Engelfche reizen mjs'geloopeii; die van RJchmond is flechts bezienswaardig door een breed en glooijend terras langs de Themfe. Dan onder alle lusthoven die London omringen, aarzele ik geen oogenblik Pains-hill te verkiezen. Pas een groote twintig jaaren geleeden was de gantfche grond,welke het vcrrukkendePains-hill tegenwoordig bedaat, flechts barre heide; men heeft de plaats van wegen de zwaarigheden daar mede verknocht ook den berg der moeite genoemd. De aanlegger, Mr. Hopkins, is nog heden de bezitter derzelve: doch huisfelyke wederwaardigheden hebben er hem zulk een' afkeer van ingeboezemd dat hy er nimmer verfchynt, en dat dit Eden flechts voor zynen Heer geen bevalligheden meer ten toon fpreidt. Er is zeer veel bosch cn water in, en de grond bergachtig. Men geniet zoo wel naar binnen als naar buiten de vooitrelfclykfte gezichten, vooral Van een' vierkanten toren, ipo trappen hoog. Het fyne gras, de meenigte eilandjes in het water en de bruggen er over, de gefchikte plaatfing van het hout en de fraaije gebouwen van vermaak leveren elk oogenblik nieuwe tooneelen op. Eén Gothique tempel hangt in 't midden van een bosch. Een natuurlyke doch uitneemend fchoone» grotte,  EERSTE HOOFDDEEL. grotte, die tevens voor eene brug verftrekt, een aardige Hereraitage, die zich aan 't eind van een fomber dennebosch vertoont, zyn beide voorwer-s pen, die aan aangenaame befpicgefingen voedlel, gecven ; en ee>n tempel van Bacchus yan Griekfche Architectuur , met eene Statuc van den God in het midden, voltooit de pracht en den lmaak, die met de bevalligfte natuur gehuwd in Pains-hill als inzyn gewecven. Wat het gedierte in Engeland betreft, is het bekent dat het rundvee, de fchaapen, zwynen en paarden er in groote volkomenheid vallen. De runderen hebben langer hoornen dan hier te lande. De onbegrypelyke menigte fchaapen, die in den omkring van Salisbury en Dorchester wyden , vindt, gelyk reeds gezegd is, in het korte gras, dat op de gemeentens in die dreeken groeit, een voortreffelyk voedfel. Zes mylen in de rondte der eerstgenoemde dad, telt men 600,000 fluks van dit nuttig vee. Men ziet veel in Engeland, vooral in Esfex, een foort van gehoornde fchaapen. Het aantal van paarden in het Koninkryk is niet minder aanzienlyk: doch de goede kosten even veel ei» zyn even moeijelyk te verkrygen als elders; hengftcn , zo ik wel onderricht ben , mogen niet buiten 's Lands gevoerd worden. Van de paarden tot den wedloop gefchikt zal ik in 't vervolg moeten fpreeken. Het aantal der hertea in de parken loopt ohx begrypelyk hoog, In dat van Stutley alleen reken_ • ' . de  4Q ENGELAND. de men er over de iooo. Dövedale is beroemd door deszelis vruchtbaare yosfenbroeijing, Haazen en konynen vallen in Engeland mede in den grootden overvloed. Op Harwood liepen des avonds de haazen by dozynen te gelyk. Het wild gevogelte is hetzelfde als by ons; in het Noorden vindt men. buiten dat op hooge heien nog den Moorfowl, die eigentlyk in Schotland 't huis hoort; hy heeft de grootte van een middelmaatig kuiken , is zwartachtig van vleesch, en overtreft, ter rechter tyd gegeeten en wel gereed gemaakt, al het vvild dat my bekend is in lekkerny. Aan ganzen en endvogels is er mede overvloed. Van de eerden wierden op den weg tusfche Harwich en London geheele kudden naar de hoofdrad gedreeven. Het onderfcheid van vischrykheid aan het ééne gedeelte der Zeekunst of aan het andere is onbefchryffelyk groot, By Leverpool by voorbeeld vangt men byna niets dan kreeften en krabben, daar de kust van Wallis allerlei foort yan visch in menigte aanbiedt. Southampton 'voorziet de geheele hoofddad van oesters. De rivieren zyn vol van falm cn falmvorellen. Aan de meesten onzer gewoone riviervisfchen ontbreekt het mede niet: doch men laat er aan den baars de gerechtigheid niet wedervaaren, waarop zyne verdienden hem aanfpraak geeven. Ik zal dit Hoofddeel met van eenige verzamelinr gen der Natuurlyke Gefchicdcnis verdag te doen, beüuiten. En in deeze betrekking verdient het «rit-  EERSTE HOOFDDE-EL. Ól Brittifche Mvifxum te London de eerde plaats; Van de 25 kamers, waarin dit nationaale Cabinet bewaard wordt, zyn er 12 met gedrukte boeken, 4 met Handfchriften 2 met Antiquiteiten en Etruscifchevaafen, 2 met huisraad van de eilanders deiStille zee, en 5 met Naturalieii vervuld. Alles fiimen is aan de zorg van 8 Directeuren bevolen, wien in het gebouw zelve of in de daartoe behoorende vleugelen woonvertrekken zyn aangeweezen. Het voorhuis is ook nog met modellen en oude Infcriptien vervuld; de kelders, die men niet vertoont, wor.den zelfs als Magazynen gebruikt. De kamers der Natuurlyke Gefchiedenis, die hier alleen in aanmerking komen, munten voooral in het Mineraal Ryk uit: men ziet er eene groote menigte verfteeningen; onder de cryftallen is een cubicqduk van sene ontzaggelyke dikte; men vertoont hier ook ysfelyke fteenen uit het menfchelyk ligchaam -gehaald , en het bekkeneel van een' Romeinsch Soldaat met zyn zwaard, beiden in de Tyber gevonden eh gepetrificeerd. Dit Cabinet bevat in het plantryk de fchoonfte Herbaria, en eene verzameling van allerlei foort van hout. Het dierryk is mede zeer voltallig; vooral vertoont men er. eene menigte van zeldzaame zee - hoorns. De gaaffte Mummie van Europa wordt er bewaard. Ook ziet men er onder de vreemde verfchynfelen, die bet menfchelyk ligchaam fomwylen oplevert, eeh hoorn van een duim of 5, aan het hoofd eener vrouw gewasfchen en van; vooren krom geboogen. Sif  #4 ENGELAND1* Sir Ashton Lever, de verzamelaar van een zéèf ■uitgebreid Kunst- en Naturalien - Cabinet, had omtrent 2 jaaren geleeden verlof bekomen om zich by wyze van Lotery Van deeze bezitting te ontdoen ; 20,000 loten 'i elk van eene Guïnea „ zouden famen naar ddne prys, die het gantfche Mufaam bevattcde, dingen. Tot zyn ongeluk verkocht hy Hechts- 6000 briefjes; de uitloting ging voort * cn het Cabinet wierd het eigendom Van een' ander* Alles blyft evenwel Voor als nog met goedvinden van hem en den verkryger ten zyne huize daan ; en men betaalt, ten voordeele des laatden, eene halve Kroon om het te bezichtigen. De praatfing is uitneemend. Behalven het geen het voorhuis, de prachtige trap, en een zydevertrekje bevat, telt men hier 13 zoo groote als kleine boven-en 6 beneden-vertrekken met merkwaardigheden vervuld. De 3 bovcn-kamers , die men het eerst ziet t zoo dra men de trap is opgeklommen, Volgen onmiddelyk op elkander, en doen eene treffende uitwerking; tusfchen beide zyn meer boogeit als deuren ; aan 't eind hangt een groote Spiegel, die de voorwerpen tot de eerde intreede toe te rug kaatst. De uitgebreidheid der verzameling is oorzaak dat er zeer veel gemeene en kinderachtige dingen in geplaatst zyn; onder anderen vindt men er, om ruimte te vullen, eene menigte bonte pauwen. De naam van eik voorwerp is met veel 'nauwkeurigheid by het zelve op een gedrukt of gefchreeven briefje vastgehecht. Aan wel opgezette vogelen i»  ï S ft S T Ê HÖOFDDËËL. 6% h dit Cabinet het rykfte, en overtreft daarin het Britfche Mufauni, Een paar Argus - Phaifanten van Peking, die hier bewaard worden, zyn zeer fchoon, wel 3 maal grooter dan de gewoone vcp gel van dien naam; de Couleur is grauw en de flaart van het mannetje vol ronde oogen. Men vertoont hier mede 3 opgezette kleine leeuwen, in de Tower van London geteeld. Ook verdient een verzameling van gedroogde visfehen, door Capiïein Cook op zyne laatde rcize gemaakt, oplettenheid. Men ziet by Sir Ashton wel veel inhmdsch marmer en cridallifatien, gelyk mede niet weinig verdeeningen : doch aan andere minèïaiien fchynt de overvloed flechts zeer gering te zyn. De beroemde en onlangs oVerleedene Dr. Hunter heeft zyn voortreffelyk Cabinet van Natuurlyke zeldzaamheden, Anatomifche praeparaaten, eerde uitgaven, en andere kostbaare werken, en inzonderheid van munten aan de Glasgowfche Academie by uiterdenwil vermaakt: doch het moet nog 30 jaaren, van zynen dood te rekenen, te London blyVen daan, waar ééne zaal meest alles te famen bevat. De Executeurs geeveiï Verlof om het te zien. Ten opzicht van het ontleedkundige maaken de kranke dcelen en leden van den mensen de fterkte van dit Mufaum uit. Van in-en uitlandfche Mifieralien bewaart men hier insgelyks de fchoonftc en zeldzaamfte Hukken. Aan 'Infecten en zaaden tm plasten is do verzameling mcob zeer voltallig.  •64 ENGELAND; Zyn Broeder, de Heelmeester Hunter, bezit een Cabinet, byna geheel aan de Anatomie géwyd, doch dat niet minder alle oplettenheid verdient. Hy heeft elk Huk met zyne eigen handen toebereid en naer zyn leerdelfel gefchikt; Zyne waarneemingen loopen voörnaamelyk over de zintuigen j levens- en teeldeelen der dieren; en het is hem gelukt in dit vak de zonderlingde opmerkirtge te mogen maaken. In de lange reeks van gediertens heeft hy er gevonden die van 5 tot geen céne zin genieten; andere, by Welken maag, zinnen, teeldeelen volkoomen het zelfde is. Aan een' gewoonen aardworm heeft hy tien harten ontdekt. Als verzamelingen der Natuurlyke Gefchiedenis kunnen ook befchouwd wotden fommige dér grotten op de buitenplaatfeh, zo even door my opge* noemd: die op Oatlands naamelyk, die op Painshill, en die van Lord Tilney. De eerde rekent men dat den Hertog van Newcastle L 15000 gekost heeft; zy bedaat uit veifcheidene vertrekken en gangen, en heeft twee verdiepingen boven elkander. Beneden is zy meest Van een foort van Glocefterfchen deen, die men van wegert de gaten, door de natuur er zelve in uitgehold, Höney-comb of honig-raaten noemt, en vart vuurdeerten faamgefteld. Van boven heerscht de Derbyfhirefche Spath; Vooral drekken de menigte prachtige zeegëwasfchen , verdeeningen , hoorns ert fchulpen , welke ér- met zeer veel fmaak in gefchikt zyn, haar tot i . den'  EERSTE HOOFDDEEL. 65 den grootften luister. De twee andere kan men in dit opzicht in geene vergelyking met haar brengen , fchoon bet er ook aan geene inlandfche fteenen in ontbreekt, en het natuurlyke van die van Pains-hilldoorveelen boven de kunst van de grotte van Oatlands wordt voorgetrokken. Ook op Clifton-hill toont men aan vreemdelingen in een' tuin eene onderaardfche grotte, die, hoe zeer van geen aangenaamen aanleg, nogthans door de criftallifatie en de fchelpdieren waaruit zy faamgefteld is, de moeite van ze te gaan bezichtigen wel waardig is. De Briflol-ftone alleen , dien men niet meer in groote menigte aantreft, vormt de buitenfchors der pylaaren , door welke de zoldering onderfteund wordt, E TWEE-  # È N O E L A N O, TWEEDE HOOFDDEEL. Zte Inwoon ers% l f^an het Land en zyne voortbrengfelen gaa ik tot de Natie over. Doch hier eene algemeene fchets.van het Engelfehe Caracter te willen leveren , zoude niet anders zyn dan my aan de rechtmaatigfte en de best verdiende critieken bloot te dellen. Niet afieen behoort er om iets dergelyks metroem te volvoefen, een langduurigcr verkeering onder een volk, dan myne omdandigheden my toegelaaten hebben met de Britten te oeffenen: een verkeering. zelve, die fchier door alle danden en allen rang Van menichen heen moet loopen : maar ook, 't geen nog minder ligt te verkrygen is, het fynstmogelyke oordeel, dat in de ziel der menkhëti leest, en dan uit duizende Caracters die trekken alleefnlyk weet op te zamelen, welke het 'dgendom der Natie die gefchilderd moet worden by  T W E & D E HOOFDDEEL. 6f by uitfluiting vormen; waar by nog eindelyk eert evenredige kennis van andere volkeren, want anderiints wordt de vergelyking ondoenlyk, moet ge^ voegd worden. Doch hoe wel ook gefchrapt, mist het byna nimmer of zulke fehetfen verleiden veele menfehen tot het vormen van een voórbaarig oordeel, daar zy alles, 'twelk een begunftigd-febryver huil verzekerd heeft tot het Caracter eener Natie te be~ hooren, ook op alle de leden die dezelve uitmaaken, hoe weinig zy het fomtyds verdienen, willen toepasfen. Ik zal ook hier van myn plan niet afwyken, en Hechts berichten van 't geen ik zelve gezien eii waargenomen heb ter neder dellen. Men treft in Engeland minder mismaakte eri meerder fchoone lieden aan dan in andere landen; Mans en Vrouwen beide zyn meest lang opgefchooten , van eene fraaije taille , juiste evenredigbeeden, en rad ter gang : doch dc gloed der gezónd; beid ligt meer op het aangezicht der eerden dan der iaatfte. De fynstbefnedene tronien der vrouwen misfen veeltyds alle vcrw , inzonderheid ender dc aanzienlyke. Tc London fchynt het dat de mans ook beter de vermocijingen van waaken, ttfitiken en andere ongeregeldheden kunnen doorftaari dan de andere kunne; althans tegen ééne fchoone vrouw vindt men er bonderde wier vroege verleptbeid ten bewyze flrekt, dat de natuur het overtreedenhaarer grondregels nietaltyd ftrafrelöos aanziet. Ét enkelde provinticn cn deden daarentegen, ónder E 2 weikë  68 ENGELAND. welke Iaatfte Vooral Newcastle uitmunt, behoort het Ontmoeten eener inwoonderesfe , die niet zoo blocijcnd van gezicht als welgebyteld van maakfel is , tot uitzonderingen van deh gemeenen regel. Door het hccifchend gebruik der inenting is het ook een zeldzaamheid geworden de verwoestingen der kinderziekte op de weezens te iéezen. Indien er niet in deeze natie een inwendige veerkracht, die over alle beletfelen zegepraalt, ingelegd was , zou de opvoeding der jonge lieden niet bekwaam zyn om menfchen. te vormen, gefchikt om ooit onder hunne natuurgenooten uit te blinken. Ik fpreek hier niet van zulken, die tot een byzonder beroep worden opgeleid, noch van de zorg, die oordeelkundige en gemoedelyke ouderen voor huh'ne panden chaageh : maar van de openbaare eti gemcenfchappelyke opvoeding, die er by veelen tiog boven dc huisfelyke verkooren wordt. Deeze duurt by de jongens van de laagere Schooien af, tot dat zy Oxford verlaaten ; én hoe weinig 6p beide geleerd wordt zal, wanneer ik van dewee"tenfebappen handele , genoegfaam blyken. De meeste KoStfchooIen der jonge Juffrouwen worden door dc Êngelfchen zelve Voor meesterftukken van dwaaze cn verderffelyke inrichtingen gehouden. Dansfen , zingen en de Mufiek komen thans in dat Kouinkryk by zeer veele lieden onder de voorwerpen die men aan meisjes van aanzien leeren moet, inde cerfte plaats in aanmerking. Tekenen en het doen van elegante handwerken beklecden , tevens met het  TWEEDE HOOFDDEEL. 69 bet verdaan van wat gebrekkig Franscb , den tweeden rang ; daar alles wat den geest verciert cn voedfel voor het ycrjland en voor bet hart i?, eerst den derden of vierden kan imiéenieri ; alle kundigheden derhalven, die zulke'aankweckeliijgen daarna verkrygen, hebben zy meer aan eigen onderzoek dan aan de. zorg haarer opzieneren ty de handfche paard, en beftuurt het andere flechts met éénen riem. In plaats van een disfelboom tusfchen de a paarden , loopt het van de handfche tusfche * korte disfels. Elk koppel paarden , *oe veel men er ook voor een rytuig fpanne , krygt een byzonderen postiljon. Het houden van PostChaifen is. hier. het werk van particulieren; ook WMkt byna elke Hospes een genoegzaam getal daar Van, te bezitten: doch hy moet er verlof toe gevraagd hebben en zich regelen naar den prys door. het Parlement daar op bepaald, 'tgeen voor elke Wh, of sominuuten gaans, 4eneene halveftuiver per paard en 3. ftujvers voor de chajfe bed JJe Stations zyn zeer ongelyk van lengte; men heeft et van 8 tot 2Q mylen : doch door elkander fchat wen ze meest op **. Ook dit fchikken de HosPesfen, met elkander. Pothuizen kent men er dernalven niet dan voor ZWfrW. Ieder kan, ge3yk van zelve fpreekt, de herberg kiezen, daar hy in gebracht wil zyn:, doch zo hy het aan den postiljon durft over te laaten, heeft hy zelden reden ?ich over zyn logement te beklaagen , mits. dat hy m 'de ftad van waar hy. komt zyne Postchais uit een goed quartier genomen hebbe. Men wordt Voor al. op de. hoofdwegen hard gereeden; daar & «reek niet bergachtig is heeft men recht te ejfchea  TWEEDE HOOFDDEEL. 89 eifchen van in een uur 8 mylen af te doen. De postiljons gaan veel in een rood ry vestje gekleed: men beloontze met 18 duivers voor eene middelmaatige Station. De rytuigen zyn goed en ruim, doch meest met geruite glazen, en de verandering derzelven op elke Station met de verpakking van het koffer en 't geen men verder hy zich heeft, is het werk van een oogenblik. Tegen alle deeze genoegens en gemakken met het reizen verzeld, ftaat echter de onveiligheid der wegen, inzonden heid 30 mylen in den omtrek van London, over. Geen dag gaat er fchier voorby, of het een ofütti der rytuig, wordt, zoo wel als ruiters en voetgangers, door Highwaymen of druikroovers aangarandt. Wel gekleed, op een vlug paard gezeten fomtyds zelfs niet van het laagfte foort van menfchen, vallen, zy, of één alleen, of twee a 3 lamen, op 't onverwachtst een rytuig aan, dwingen den postiljon , die dikwyls meer dan ééne reden heeft om fpoedig te gehoo.rzaamen-, met de pidoooi op de borst, om ftil te houden, en verzoeken dan met dezelfde kracht van drangredenen het gezelfchap dat binnen in zit om geld, horologie en ai wat zy van prys mochten by zich hebben; fomtyds echter, om minder ontdekt te worden, alleen om het geld. Naar maate zy tyd meenen te hebben,, doen zy nauwkeuriger onderzoek : doch voor het losmaaken en wegneemen van koffers heeft men zelden te vreezen. Die zich geduldig bat beroo-. yen behoeft ook weinig voor dooden of k.wetfen F 5, V&r-  9° SNGELanu. bfchroornd te zyn: doch wat men ook van hunne bdeefdheid elkaar moge vernaaien, zyn de voorbeelden van infolentien, bedreigingen en vloeken, waarmede zy hun werk gepaard laatengaan, onemdig talryker. Gevaarlyker dan deeze rekent men de gemeener volk, 't welk dezelfde kostwinning te voet oeffent, en meest altyd flaat, verwondt, fomtyds zelfs met de ysfelykfte wreedbeid vermoordt. Men kan geen beter voorzorg tegen de fbuikroovers gebruiken, dan één of twee bedienden te paard, met pifioolen gewapend, naast de chais te doen ryden en niet veel des avonds of des nachts de buurt van London te doorkruisten. Officiers ( dit eischt hetpoinct cfhonneur} mogen zich niet laaten bedeelen , maar moeten zich zoo lang doenlyk verweeren. Andere heden hebben gemeenlyk een byzonder beursje met wat goud en zilver tot hunnen dienst gereed; en dit is zekerlyk wel de voorzichtigfle weg: want iemand die op 't onvoorzienst, in een rytuig zittende, wordt aangevallen, waagt veel te veel met zich te willen verdedigen, zo die verdediging met voldrekt noodzaakelyk is. Op den duur loopen weinige deezer lieden vry: doch zo er de Police zich meer aan liet gelegen leggen om misdaaden voor te komen, dan om misdaadigers te betrappen , zoude zy dn volk wel dra kunnen uitroeijen. De middelen die men er in Frankryk met den besten uitUag tegen in 't werk gedeld heeft, meent men dat m Engeland tegen de vryheid ftryden zouden. Van  TWEEDE HOOFDDEEL. QI Van 2o zulke diefftallen wordt er ten hoogften één gcdraft; de fcruikroovers rekenen op de kans van niet gevat, op die van niet overtuigd, en op die van door den Koning met pardon begunftigd te worden. Om nog meer verborgen teblyven, doen zy dikwyls hunne tochten met een krip of masker voor het aangezicht. Ver van de Hoofdftad af is het een zeldfaamheid van hun te hooren. Talryk zyn de herbergen in Engeland en over 't algemeen beter dan elders , fomtyds wel halve paleizen. In groote Meden doopt men de voornaamfte logementen thans Hotels, waar van er onder andere teLeverpool een zeer prachtige gebouwd is. Beneden is by dezelven gemeenlyk een kofly-kamer of Sociëteit, waar men de nieuwspapieren gaat leezen. Op fommige plaatfen houdt men in deeze Hotels geen keuken, zoo dat die er logeere hun eeten uit eene nabuurige taverne moeten ontbieden. Men brengt u in eene Engelfche herherg byna altyd eerst beneden in ceaparlour, waar reeds in 't najaar, dengantfchen dag door, een goed vuur aanligt ( want men ftookt in dat land een groot gedeelte des jaars) en die zeer ordentelyk gemcubeid is. De (kapkamers boven kunnen ook den roem der zindelykhcid wegdraagen; de ligging is voortreffelyk , en over de oppasfing valt zelden te klaagen. Doch fpys en drank beantwoordt niet aan't overige; het geen ik te vooren in'talgemeen daaromtrent gezegd heb, is ook hier toepasfelyk. Men moet fchotel voor fehotel, die men begeerd be~  n Engeland. bereid te hebben, bepaa!en, en in een' dag of twee **M met al,es rond. Vruchten bekomt men «ooit en ,n plaats van desfert eeuwige glaasjes met hartshoorn - ielei Pn twi • , j ,u a . J ' Theekopjes vol gefloof- tr( mKrUisbeij'en ^ dïrgelyke met eene Josfc meest oneetbaare korst er boven op, dien men de eer aandoet van ze taartjes te noemen. Somtyds vindt men toonbanken in de Herbergen, daar al het eeten uitgpfpreid ligt; en daar ^ J£ ^yne keus kan verrichten, De wyn is nogveelmiuf da" h* W»% en byna enkel Brandewvn. Aan ontbyt yalt het het moeijelykfte by tyds te genaken , t geen voornaamentlyk aan de Engelfche sewoonte om het „iet ter zeiver plaatfe daar men geflaapen heeft te nuttigen, moet toegefchreeven worden In >t Zuidelyke van het Koninkryk loopen de rekeningen hoog, door dien men elke fchotel, en zelfs de fousfen en fomtyds het gereed maaken van iedere fchotel afzonderlyk opfchryft • daarentegen rekent men niets voor logement en bedden; voor het opmaaken van ieder bed geeft men flechts aan de Chanbemiaid^e fchelling den nacht • de oppasfer krygt doorgaans eene fchelling daags, en de flalknecht de helft zoo dikwyls hyinipant, aa fooijen. Schier nimmer wordt een vreemdeling hoven een inboorling j„ Herbergen bezwaard Wdelykerop is alles beterkoop, enmenbyzondertgeen fchotels op de rekeningen. DeEngelfchen neemen weinig gepak onderweegs met zich mede en laaten menigmaal 's nachts wasfehen, 'tgeenzy des  fWÈEDË HOOFDDEEL» dat er onder geze^ ten had ^ door een luik naar beneden gelaateri heeft, keert iemand het gewaande dier, waarvan reeds pïets ais de Schel meer overig biyft;, om; Men Iaat 'er ook eenige Penguim ± waar insgelyks Kinderen in fcbuilen, over het Theater wandelen; Wat over 't algemeen de tooneelfpeelers betreft * zo is 'cr thans geen Garrick meer in Engeland. Ik heb deezen onnavolgbaaren Acteur op myne eerde reize in het ernftige zoo wel als in het vrolykde boertige met hetzelfde geluk zien fpeelen; en de gaven * die hem de natuur gegeeven bad in het nabootfen van menfchen , in het meester zyn over zyne trekken, in het bedudeeren der driften, en in alles wat 'er verder toe behoort om in deeze kunst «ittcmunten bewonderd; Mrs; Siddons is buiten twyffel de geene; die tegenwoordig met denmees^ ten en best verdienden roem het tooneel betreedt: doch zy fpeelt alleen in Tragoedien; en meermaalen wordt zy om haar groot vermogen op de aandoeningen der aanfehouwers , de Koningin der traanen geheeten; By haare jeugd , by een fchoon vooral belangryk gezicht en eene welgemaakte gedaante voegt zy eene aangenaame dem, een volkomen gevoel van 't geen haare rol haar gebiedt te' zeggen, fmaak in de kleeding, en 't geen in Vrouwen van haaren daat veel zeldfaamer is» een  TWEEDE HOOFDDEEL. 97 een onbefproken gedrag; ook fluit men haar den toegan? tot geen een fatfoendelykhuis te London; ontvangt ze er zelfs gaarne van wegen haar verftand en haare talenten. Voor het Comique is eene . Mrs Abington vermaard, Haare lotgevallen loopen over ganisch andere fchyven: doch wat ha,ar fpeelcn betreft is zy my voorgekomen meest m hetmïre uittemunten. Zy verraadt geen de minfte kunst, en fchoon naby de 60 en redelyk zwaarlyvig, behoudt zy nog al het losfe van een Meisje van 20 jaaren. Onder de overige Tooneelfpeelers onderfcheidt men ii^gelyks eene meenigte goeden; vooral munt de troep van Briftol, het School van de Siddons, uit. Byna geen Engelfcbe Stad van het rjiinfle belang of zy is van een Schouwburg voorzien. Sommige hebben er zelfs vry aardige. Overal zyn de aanfchouwers zeer luidruftig. In de Stad die ik het laatfte noemde ben ik getuige geweest van een gevecht met vuisten tusfchen eenHeer die zich wat fterk over eene plaats in eene loge had uitgelaaten, en andere Heeren die reeds zaten.' De Acteurs hielden op. Uit alle hoeken van de zaal rees er een Item op van Turn hm out (floot er hem uit!) 'tgeen ook met zonder veel tegendand in meer dan ééne loge gefchiedde, tot dat hy eindelyk nog ergens het geluk had van toegelaaten te worden. Over >c algemeen moet een ieder die plaatfen befproken heeft, ze door Zyn' bedienden of iemand anders laatenbekleeden Jtdathyzezelveinneemt. Hetverdrietelykftem de Engenche Spectakels is de ysfelyke tyd dten  ?8 ENGELAND. zy duuren, zonder evenwel dat dit door lange tusfcbenpoozingen veroorzaakt wordt. Men begeert een uur of y vermaakt te worden voor het geld dat men befteedt. ' Groot en wel vercierd is het gebouw der Italiaanfche Opera: de zangers zyn 'er meest van. deeze, de dansfers van de Franfche Natie. Men fpeelt er flechts des winters, en geeft er dan ook fomtyds gemaskerde Bals, waar het even eens toegaat als op dergelyke feesten in andere landen. Verboodene liefde te begunftigen weet men dat het voornaamfte doel is van alle die byeenkomften, daar men vermomd verfchynt. Het doet my leed op beide myne reize verzuimd te hebben de kleinere Spectakels, waar de Volkszeden nog meer in haaren oorfpronkelyken en önverbasterden ftaat worden voorgefteld, te bezichtigen. Zy draagen de naamen van Sadlerswells, the Royal Circus, AshUfs AmphitheaIre öV. Ranelagh en Vauxhall zyn des Somers begunftigde vermaaken te London, en men volgt ze ook in de Steden der Provintien na. Ranelagh verëemgt inzonderheid alle fatfoendelyke lieden en ftaat 3 maal in de week open: Een cirkelrond gebouw, met 2 reien loges in den muur, en ven. fters boven dezelven. Eén pylaar in 't midden draagt het gantfche gevaarte, doch zonder de gedaante noch van een' pylaar,'noch van eenig ander bepaald voorwerp te bezitten; en hierin alleen verloochent zich de goede fmaak, dient al  TWEEDE HOOFDDEEL. 99 al het overige heerscht. Rondom zyn tafels en banken, zo wel als in de loges. Men zet zich hier neder om Thee en Boterhammen (buiten dat is er niets te bekomen) te nuttigen. De anderen wandelen voorby deeze loges den gantfchen tyd in 't rond. De uitgeftrektheid van 't gebouw neemt de mogelykheid van hier draaijingen door te gevoelen weg. Een Orchester, ergens in den. muur geplaatst, laat zich van tyd tot tyd met ftem en fpeeltuig hooren. Te vooren was de zaal met gecouleurde lampions, thans met kleine glazen klokken verlicht,- het laatfte ftaat netter: doch het eerfte had een veel betoverender uitwerking. De Vrouwen komen gemeenlyk zeer opgefchikt en met juweelen vercierd in de Ranelagh; de toevloed van meïlfchen, die zich in Mey en Juny des avönds aldaar verzamelen, is onbefchryirelyk groot. Een uur te moeten wachten eer men zyn rytuig beklimmen kan, is niets vreemds. Men koomt 'er tegen 11, en verlaat het tegen 2 uuren des nachts; van de tuinen wordt weinig gebruikt gemaakt. De Vauxhall is meer voor allerlei foort van lieden gefchikt en minder kostbaar. Men kent het uit de nabootfingen, die men 'er hier te lande in miniatuur van gemaakt heeft. Te London is het een tuin van verfcheiden morgen wel verlicht met een Orchester en eenige groote Zaaien. Men kan 'er allerlei eetens- en drinkwaaren be» komen, en dansfen zo men het verkiest. Voorheden Zomer gaf men er op den 29 Mey, juist G 2 #ft  XOO ENGELAND, yo jaaren na de oprichting, een Jubilé. Allerlei buitengewoone tempels, eerboogen en gallereien, met den grootften fmaak getekend en heerlyk met lampions van allerlei zachte verwen geïllumineerd, gevoegd by eene meenigte van omtrent öooo menfchen, die er by een gevloeid waren, en elk van wien men voor deeze reize eene halve Guinea liet betaalen, maakte het coup d'oeuü voor dien avond boven alle befchryving fchoon. Op andere tyden geeft men in de Vauxhall wel eens de vertooning van een' aardig nagevolgden water.val , van blik of iets dergelylcs vervaardigd. Het Kaartfpel en de dans vinden in Engeland de hartelykfte beminnaars en beminnaaresfen. Aan het laatfte geeven zich de jonge Meisjes, die daarentegen weinig fpeelen, fchier zonder paaien over. Het eerfte valt meer in den fmaak van bezadigder Matronen en van ons gedacht. Het Whist blyft er fteeds 't begunftigde Spel, en wordt door veelen met eene kundigheid en oplettenheid behandeld, die het fchynt dat voor zaaken vanjmeer gewicht bewaard had moeten blyven. In de Hoofdftad wordt hoog gefpeeld. Men vindt hier verfcheiden Sociëteiten van Mans waar men dagelyks byeenkomt om elkander met hazard-ipellen in den grond te helpen. Men ziet geen prachtiger gebouwen dan deeze in de ftraaten daar zy gedicht zyn. . De Jaloufien daalen, zo dra er een gezelfchap vergaderd is, des avonds zoo wel als des daags, voor de venfterai neder 91 om  TWEEDE HOOFDDEEL. ÏOÏ om de werken der duisternis, die van binnen gefchieden, voor het oog der voorbygangeren of overbuuren te bedekken. Behalven de danspartyen, die door particulieren gegeeven worden, zyn er veel publique Bals in Engeland, die men by intekening op va* te tyden opricht. Men heetze Asfembléen, en de huizen daar toe beftemd Asfembléehuizen. De danszaal, de Theekamer, en het vertrek daar gefpecld wordt, maaken meest de verdeeling derzelven uit. Een Cerimonie-meester is by defêtes die hier gehouden worden, een onontbeerlyk perfoon. By het dansfen der Menuetten, dat fteeds voor af gaat en voor eene zaak van geen gering gewicht gehouden wordt, brengt zyne inftructie mede dat hy de paaren hebbe famen te fchikken, en de order, waarin zy werken moeten, te bepaalen. Aan vreemdelingen wyst hy het meisje aan, met welk zy zich in de rei kunnen fchaaren; met één woord het doen der honneurs, en het beflisfen van alle opkomende gefchillen de plano is de ziel van zyn ampt. Men kiest er dikwyls Officieren of gereisde lieden toe, die men vooronderftelt dat hunne waereld verftaan : doch ik heb er de armhartigfte voorwerpen onder ontmoet, die zelve nog lang by de Gratiën behoorden School te gaan, eer zy dien post konden waardig gekeurd worden. Zy vinden fomtyds by een benefice of by intekening eene belooning voor hunnen arbeid. Men '.plagt den gantfehen avond met dezelfde Dame te dainsfen, en ze tusfchen beide G 3 by  SOI, ENGELAND. by het Thee drinken of het Collation te onderhouden en te bedienen. Of dit nog in 't gebruik is, weet ik niet: doch wel, dat er, by 't grooter getal van vrouwen op deeze byeenkomften, geen wreeder mode kon uitgedacht worden dan er zoo veele, die brandden van begeerte om mede door de reien te zweeven, gantfche uuren lang te laaten zitten, en met het gezicht haarer gelukkiger zusteren nog daarenboven te tergen. In de hoofdlieden der Graaffchappen komen op dergelyke Asfembléen alle Juffrouwen van fatfoen uit den omtrek, om het vermaak van den dans te genieten en haare bevalligheden te ontwikkelen. De plaatfen van baading en m'neraale wateren zyn of op zulk eene wyze ingericht, dat elk huisgezin zyn verblyf in byzondere wooningen houdt, gelyk te Bath en elders, en dan treft men hier ook openbaare Asfembléehuizen aan , waar men dagelyks by een komt, zo al niet om te dansfen, ten minften om te fpeelen of Thee te drinken; en waar ook wel publique dejeunés gegeeven worden. Te Bath zyn. er 2 dergely. ken, beide zeer ruim en prachtig, en beide van een'byzonderen Cerimonienmeester, die hier iets meer dan gewoon is, voorzien; of, men woont in een of meer gebouwen op zulk eene Wyze famen, dat het gantfche gezelfchap zyne dagelykfche maaltyden met elkander houdt ge lyk te Harrowgate, Matlock, Buxton en op ani dore plaatfen; en dan is elk deezer gebouwen met  TWEEDE HOOFDDEEL. I03 met zaaien en vertrekken, tot het zelfde einde beftemd, voorzien. Hoe veele lieden jaarlyks alle deeze oorden, alléén om deelgenooten van die vermaaken te worden, gaan bezoeken, overtreft de verbeelding. Ik ben by ééne volks- féte in Engeland tegenwoordig geweest en heb aan die ééne volkomen myn genoegen had. Ik meen de geene die jaarlyks op de Guildhall van London, wanneer een nieuwe Lord - Major zyn ampt aanvaardt, gegeeven wordt. De trein van de regeering der Hoofdftad en van alle de gildens gaat tegen den middag in Gondoles over de rivier naar de zaal van Westmunfter, waar de pas verkooren Amptenaar zyn' eed voor het Hof van Exchequer aflegt, en dan jn rytuigen en te voet naar het Stadhuis; de ftraaten, door welke zy heen moeten, zyn zwart van menfchen en geborduurd met 2 reien van in één gemetfelde koetfen. Het gemeen zoekt de verveeling van het wachten door dringen, fchreeuwen, baxen en dergelyken te verdry ven. Op het Stadhuis wordt dan des avond een Maaltyd en Bal gegeeven. Er worden te vooren lootjes uitgedeeld, die of flechts tot het eerde, of tot beide toelaaten. De maaltyd ging geregeld genoeg, behalven dat niet veel meer dan de helft der genoodigden konden aanzitten; twee lange tafels Honden aan beide zyden der zaal, met kostbaare fpyzen overdekt. De Lord-Major mee zyne Gemaalin, of die haare plaats bekleedt, zo, hy ongehuwd is, en hunne vrienden vinden eene G 4 hoq*  104 ENGEL AND. hooger tafel aan het eene eïnde , en de 2 Sheriffs van London eene dergelyke aan het andere. Onder het eeten wordt Mufiek gemaakt, en de gezondheden door een' Stadsfchreeuwer uitgeroepen. Daarna begeeft men zich in andere vertrekken. Tegen S uuren verfcheenen eindelyk de geenen die tot het dansfen genoodigd waren; en nu bedroeg het gezelfchap reeds een aantal van 2000 menfchen, want zoo veel lootjes waren omtrent vervaardigd. Wel dra wierd in de zaal het danslen, waarmede men even begonnen had, door eene fteeds indringende fchaar, die niet meer af te weeren was, geftoord.' De oppasfers konden niet meer onderfcheiden of men een briefje van toelaating bezat, dan of men zich zelve van dit voorrecht zocht meester te maaken. Nu bemachtigde zich ieder van eene fles, fommigenyan meer dan èéne te gelyk, en nog vóór middernacht was een derde van het gezelfchap dronken. Te ontfnappen was onmogelyk: want van buiten drong, het gemeen nog fteeds tegen de hoofd-deur in. Ik moest dus nog een uur of 3 en maar al te zeer van naby getuige bly ven der. vreugde van een Londonsch grauw, dat de wyn nog daarenboven uitgelaaten gemaakt had. Met Ieege flesfen, ftoclcn en dergelyke door de zaal tefmyten, tekrakeelen, te duwen, te (lompen was er de aanvang van„ en zy eindigde met het infulteercn, en trekken, en ftooten van de Dames, die nog overgebleevtn, en het doorgeen heimelyke deuren, ontkomen waren. Mogelyk zoude  TWEEDE H O O E D D E E L ICtf $oude de wederga van zulk een feest, en dat nog ieder jaar herhaald worde, in geheel Europa niet kunnen opgeweezen worden. Hoe dikwyls men hier daarenboven door zyne medegenoodigden van een" zakdoek ofhorologie ontlast wordt; behoeve ik niet te zeggen. Het balflaaiv, op eene wyze en volgens regels hier te lande geheel onbekend, is tevens een nationaal vermaak in Engeland, en een zeer fterke Jigchaams-oeffening. Voorleden zomer wierd 'er een fpel van dien aart op zulk eene plechtige wyze en door zoo veele lieden verricht, dat 'er een geheele Provintie deel aan nam. . De jagt op herten, vosfen, haazen en ander wild, vooral het fchieten op patryzen, fnippen, moorfowls (om welk vermaak alleen 'er veelen £en paarhonderd mylen en nog verder reizen,) is daar het geen het in alle landen is: de pasfie der mannen en het kruis der vrouwen. Al wat hair heet, vervolgt men meest te paard. De vosfen jagt is een geweldige beweeging, en de naam van vosfenjaagér niet in den besten roep in het Koninkryk. Van de beroemde wedloopen der paarden zou veel te zeggen vallen: doch ik zal my, om in geen bekende dingen te treeden, hier in bekorten. Men bezigt er gemeenlyk een byzonder foort van paarden toe, dien men ook geen ander werk laat verrichten. Meed alle zyn zy ligt en welgemaakt. De geflachtboom der vermaardften wotdtzoo nauwkeurig opgemaakt, en de graaG 5 den.,  IOÓ ENGELAND den, waarin zy elkander beftaan, zoo zuiver uit elkander gehouden als van de eerfle familie in -Engeland. Men kweektze met de zorg van ge. •liefkoosde kinderen op, en elk heeft zyn' bysonderen ftalknecht. De prys van een goed runpaard beloopt verfcheiden duizenden. De heng«en doen des Somers de tour van het Koninkryk • men leest vooraf in de Couranten van hoe veel merrien Hercules of Hector in één Saifoen de faveurs zal genieten: dpch de meesters van Hercules en Hector ontvangen tevens van de eigenaars dier aanftaande Moeders een gefchenk van 30, 40 a jo Guinea's. De Koning moedigt de wedloopen, eene oeffenïng aan Engeland zoo byzonder eigen, door het belooven van een prys, 't zy in geld of in een ftuk zilver, voor den overwinnaar aan. Geen aanzienlyke Stad in het Koninkryk of zy worden 'er ééns in 't Jaar gehouden; in Yorkfhire byna in ieder plaatsje. Die van Newmarket en York worden voor de voornaamfte gerekend, en duuren verfcheiden dagen: doch de laatften vereenigen meer allerlei fatfoefldelyke lieden, daar de eerften, die meer dan ééns in 't Jaar wederom komen, flechts liefhebbersaantrekken. Gemeenlyk wordt een vrybreede en gelyke weg, die met gras, waar de paarden niet over den halven duim kunnen inzakken, overdekt is, 2, 3 i 4 mylen in 't rondt met paalen en touwen afgefpannen; aan beide zyden ftaan de aanfchouwers, in koetfen, te paard, te voet en op ftellafien gefchaard. De rechters hebben  TWEEDE HOOFDDEEL. 10/ hebben ter plaatfe daar de paarden beginnen en eindigen te loopen een byzonder verheven geftoelte.' Somwylen rydt de meester zelve Zyn paard: doch meest een ligte ftaljongen; de last met ruiter en al, die ieder paard te draagen heeft, wordt zorgvuldig gewoogen, en door lood aan elkander gelyk gemaakt; de couleur van de f y vestjes der ftaljongens maakt op een' afftand de paarden kenbaar. Van twee tot acht toe, en misfehien meerder, loopen fomtyds te gelyk tegea elkaar. Naar maate de kring groot is, wordt hy eens of meermaalen rond - gegaloppeerd; in st begin fpaart men de paarden: doch op 't laatst worden alle middelen van ftem en fpooren aangewend om hun vuur en yver in te blaazen. Tien minuuten worden doorgaans in ééne afgelegd. De dieren zyn geduurende dien tyd als gantfche]yk uitgerekt, en de ruiters ftaan meer op hun zadel dan zy 'er op zitten. Doch niets is voor een' vreemdeling treffender dan by die gelegenheid getuige te zyn van het belang, dat ieder Inboorling , van wat ftand, of ouderdom of Sexe hyook zyn moge, in de wedloopen neemt. Elk paard is bekend. Reeds te vooren worden er weddenfchappen op het geen dat triumpheeren zal, gedaan • doch onder het ryden, en vooral tegen het einde neemt dit onbefchryffelyk toe. De angst der verwachting is dan op alle tronien te i leezen; de halzen fchynen langer, en de menfchen hooger te ftaan. Een verward geroep van vyf tegen vier; drie tegen twee, zes tegen een; gaat  Ï08 ENGELAND gaar. van alle kanten op; en dat hetzonderlingfle is, men verftaat elkander en weigei t nimmer eene /verlooren weddenfchap, op deeze wyze aangegaan, tebetaalen: fchoon er omtrent de ryders dikwyls omkooping plaats heeft. Duizenden worden 'er op zulk een' tyd gewonnen en veripild. Alle rangen zyn dan aan elkander gelyk. Te York evenwel was een gebouw van fteen opgericht, 't welk alle fatzoendelyke lieden verzamelde: de Vrouwen op de tweede verdieping en de liefhebbers boven op eene platteform. Behalven den Koning, belooven de Steeden en zelfs verfcheiden particulieren pryzeh Voor den overwinnaar. Met Haanen - gevechten vermaakt zich alleen een geringer foort van lieden. In 't midden van een Amphitheater, waarvan de achterfte banken telkens hoogerzyn dan de voorfte, hitst men verfcheiden paaren deezer dieren, met zilvere fpooren gewapend, op elkander aan; zy vechten mee de uiterfte woede; fomwylen duurt deftryd vap ieder paar 5 of meer minuuten, fomtyds flechts een of twee; dikwyls worden zy beide gered dewyl het belang des eigenaars niet medebrengt' dat telkens de flag met de nederlaag van eene der partyen eindige, doch 'er verliest ook menig zyn leven op het veld van eer. Het deelneemen der aanfehouwers is hier nog veelluidruftigerdauby de wedloopeq, te meer daar de plaats beflooten is; en deweddenfehappen doorkruisfen elkander op zulk eene wyze dat 'er een vreemdeling van duizelt. Het  TWEEDE HOOFDDEEL. SOO '.- Het baxen, dat zoo foei naar regelen g'eleerd en uitgevoerd wordt als het fchermen, en dat aan zoo veelen de gezondheid en het leven kost, iheeft nog dagelyks in Engeland plaats: minder in oogenblikken van woede of wraakzucht dan als gevechten, die om weddenfchappen gefchieden, en waarby de omftanders insgelyks niet nalaaten met hevigheid party te kiezen. Zoo iwordt er ook dikwyls tusfchen een paar lieden op ihet gebruik van eene onmenfehelyke hoeveelheid ifpys of drank-gewed. Woestheid heerscht nog iover 't algemeen in de vreugdbedryvingen van i het Volk; en droevig loopt het voor den geen |af, die aangebooden hebbende hun eenig Spectajkel te verfchaffen, zyn woord niet houdt, of met de uitvoering daarvan hun niet voortvaarend geinoeg toefchynt; het omwerpen zyner Stellafienj Jhet vernielen van 't geen hem toebehoort, is j 'er altyd het onvermydelyk gevolg van. Voorts moet men de menigte van -4/e-huizpn en herbergen in Engeland gezien hebben om er zich een behooriyk denkbeeld van te vormen. Voor de Mufiek is het oor deezer Natie meer gefchikt dan van de onze, doch minder dan van de Italiaanen, Franfchen of Duitfchers. Zangen Clavecimbel maaken een groot gedeelte der opvoeding, vooral gelyk reeds gezegd is van jonge Juffrouwen uit. Het ontbreekt te London zoo wel als in de Provinciaale Steden aan geen Concerten. De voornaamfte plachten in de'Hoofdftad in het Pantheon gegeeven te worden. Beroemde  110 ENGELAND. roemde zangeresfen betaalt men er buitenfpooïig hoog, fomtyds met ioo Guineas per avond, gelyk dit ook öp het Schouwburg ten opzicht van beroemde Toneelfpeelers plaats heeft. In Wallis is de harp het lieflings-fpeeltuig; men treft ze in elke Herberg aan, en dikwyls fpeelt er iemand van den huize op de trap of in den gang tot verinaak der vreemdelingen op. Grooter muficaale plegtigheid, als tegenwoordig 's jaarlyks ter gedachtenis van den vermaarden Componist Handel drie kort op een volgende dagen in de Abdy van Westmunfter gevierd wordt, is mogelyk buiten voorbeeld in andere landen. Tusfchen de y en 600 Muficanten, zangers en zangeresfen, uichet gantfche Koninkryk by een gekomen, zitten boven elkander op een uitgeftrekt, hoog en ftyl ftellaüe, tegen de hoofddeur der Kerke aan ; die voor de vocaale Mufiek moeten dienen zitten het laagfte en hebben een orgel achter zich; dan volgen 14 regels zoo van Violinisten, als van die op andere' inftrumenten fpeeten'; heel in de hoogte de pauken; ter zyde heeft men ook nog Choorzangers. Van dit Orchester tot aan de kruisgangen der Kerk toe had men banken en 2 gallereien voor de toehoorders bereid. Het Hof de hooge Geestelykheid, de Adel, de vreemde Ministers en de Directeuren zaten, het eerfte iö eene loge, de anderen op eene gallereïe vlak over de Mufiek. Het concert duurde tusfchen de4en5 uuren: meest alles ftem, (en geheel ontleend uit de ,Compofitie van Handel; een air i  TWEEDE HOOFDDEEL. III air uit elk ftuk, behalven het Te deum en het Oratorio: deMesJias, die geheel gegeeven wierden; alles is gewyde Mufiek. Men kan zieh voorftellen welke eene uitwerking het op de ooren van kenners doen moet de uitgeleezenfte ftukken van een' der beste Componisten door eene zoo talryke en uitmuntende bende tehooren fpeelen en zingen. De grootte der Kerk breekt 't geen anders deeze Mufiek te luidruftig zoude hebben. Somtyds lieten zich 6 of 7 beroemde zangers en zangeresfen ( onder andere Mad. Mam van de Italiaanfche Opera, en een paar Joodinnen) alleen hooren: doch het geeft ftof tot vreemde overweegingen, wanneer men uit zulke monden de verhevenfte prysgezangen aan den Verlosfer, en de diepfte verborgenheden van den Christelyken Godsdienst hoort rollen. Het was voorleeden Zomer reeds de derde reize, dat dit feest gevierd wierd, en echter bleef de toevloed van menfchen, niettegenftaande de mtreede elke reize eene Guinea kostte , zoo | groot, dat men behalven de repetitien, by de 13 dagen nog een' vierden moest voegen. Wat de eigentlyke zeden betreft, zoude het aan eene Natie zoo algemeen verlicht als de Engelfche ongelyk aangedaan zyn, indien men niet wilde bekennen dat een groot gedeelte derzelve duidelyke denkbeelden eener gezonde Morales heeft, en die begrippen ook op haar gedrag gemoedelyk toepast. Dan het is tevens niet minder zeker, dat de gelddorst die in dit Köflinkryk heer-  IJ2 ENGELAND, :heerscht, en dien!de hooge prys der levensmid' delen en de toeneemende pracht en overdaad van dag tot dag..vermeerdert , de gruwelykfte verwoeftingenindit opzicht gemaakt heeft. Men weet hoeruiterlyk reeds Walpole verklaarde geen Lid vzn het Parlement voor onomkoopbaar te houden, indien men flechts kon uitvinden welke verzoeking voor hem de fterkfte waré. Mep fchaamt zich niet öpentlyk den Minifter, den Lord of den Staatsman te noemen, wiens uitfpraaken men altyd met Amen zal bekrachtigen, en wiens gevoelen men ononderzocht tot het zyne zal maaken.. Ampten, Penfioenen, linten, beloften i bedreigingen; familie belangen zyn menigmaal zulke krachtige drangredenen tot het uitbrengen van 't een of ander Advies, dat al de Logica die het beftrydt, en al de welfpreekendheid die er tegen aan druisen:, niet in ftaat. zyn het terneder te ftooten. . Onder het gemeen hebben diefftal en bedrog eene zulke hoogte beklommen, dat 'er onder befchaafde volkeren geen voorbeeld van is op te noemen.. Men behoeft flechts de nieuwspapieren te leezen, en er nog de helft van te.verwerpen om verbaasd te,ftaan over de vindings kracht van den menfchelyken geest in dit opzicht en over de duizenderlei gedaantens, onder welke men deeze eene misdaad heeft weeten te brengen. Nergens hoort men thans meerder dan in Engeland van huisbraaken, gemeene diefftallen, zakrolleryenj en gelyk reeds gezegd is, ftruik en ftraat-  TWEEDE HOOFDDEEL. IIJ I ftraatrooveryen, en nergens wordt dit metmeer1 der list, behendigheid, genie, of zo dit woord 1 te eerwaardig mocht zyn om het in deezen zin te | bezigen, met meerder duivelsverftand geoeffend. I Aandpenlyk is het wanneer men nagaat, hoe vee1 ie jonge lieden er de Doodsftraf ondergaan moeI ten C want de wet verklaart de Ingezetenen reeds | vroeg verantwoordelyk voor hun gedrag) ; zoo dat | ver. het grootfte gedeelte der gehangenen, zo 1 ffien op de berekening der openbaare papieren fiaat I kati maaken, deaojaarën nog niet bereikt hebbenValfche eeden voor of tegen iemands leven, éer en goederen in het gericht kollen1 weinig. Doch zo er ook ooit een zaak van het uiterfte belang oneerbiediger 'en gemeenzaamer behandeld wordt, is het de wyze van zweeren in Engeland. In het kusfen van een Euangeliei boek befiaatde gantfche plechtigheid , en dit gefchiede fomtyds mogelyk 50 maaien in een uur, eh } met zoo weinig bewyzen van deelneeming, dat ér gantfeh andere menfehen als het gros der natie I vereifcht worden om te begrypen dat deeze kus Wat meer betekent, dan een zulke dien men fomtyds uit enkele "beleefdheid zynen bekenden op , de wang drukt. ! In het vloeken ftaat de gemeene man by ons en aan de overzyde der zee redelyk gelyk, ten zy men aan den eerften'in dit opzicht den roem der vericheidenheid, aan den tweeden den roem des nadruks gelieve toeteftaan. Onder aanzieniyken is dit veel minder gewoon: doch ook by ^ ;. . H hen  114 ENGELAND. hen wordt een naam die nimmer noodelo'os en zonder eerbied op de lippen behoorde genomen te worden, maar al te dikwyls als een ftopwoord gebruikt. De Debauche is te London byna tot dezelfde hoogte als te Parys gebracht. Het getal der Meisjes (gelyk de Engelfchen het fomwyien uitdrukken) van eene gemakkelyke deugd, die of VxBagnio's vereenigd, of opkameren onderhouden, of langs deftraaten verfpreid haare ftrikken voor jeugd enonfchuld fpannen, en reeds bedorvenen nog dieper doen vallen , is onbefchryfFelyk groot. Intuffchen overtreft de Hoofdftad daar omtrent zelfs in evenredigheid de andere Steden, en deeze wederom het platte land. Van Moorden , de wreedfte moorden zelfs hoort men in Engeland geduurig de droevige verhaaien ; veeltyds wel om daar door aan het goed van anderen te gdraaken, diefftallen te bedekken en dergelyke: doch ook menigmaal uit gramfchp, wraakzucht, nyd, en in 't algemeen door het bot vieren aan ongetemde driften. Duellen gefchieden, vooral te London, dagelyks, en altyd met piftoolen: doch oneindig minder woedend, dan in Vrankryk. Men meet den grond, fchiet van beide zyden, mist dikwyls, laat foms den kogel naar de lucht vliegen, en verzoent zich meer dan eens zonder bloedftorting. Voor zelfsmoorden is Engeland vermaard. Dit kan gedeeltelyk aan de zwaarte der lucht, nog meer aan die van het voedfel worden toegefchree- ven;  TWEEDE HOOFDDEEL. *!£ ven: doch het heeft ook zedelyke redenen: Somrtydswroegingen over begaane misdaaden, fomtyds fchulden door eene al te prachtige wyze van le* ven opéén gehoopt en onbetaalbaar geworden; forti tyds te loor gefielde liefde; en dit alles aangèdreeven door eene onverfehilligheid omtrent den dood, die men nergens elders ontmoet, en waar door de executien van misdaadigers er een weezentlyk voorwerp van oplettenheid voor een' vreemdeling worden. Over 't algemeen ontdekt men eene veerkracht in het Engelfch Cara&er, die eenig in haar foort is, en die ten goede geleid den Brit tot een voorbeeld voor andere volkeren zoude maaken: doch die een' anderen keer neemende tot eene bron wordt van de yffelykfte rampen. De edelmoedigheid , grootheid van ziel, milddaadigheid, opoffering van alles voor het welzyn van de gemeene zaak , waarvan hunne gefchiedenis zo veel bewyzen optelt, zyn hier aan alleen haare geboorte verfchuldigd. De nationaale hoogmoed is flechts aan jonge Engelfchen die door Europa reizen, onverdraagchelyk; in het Koninkryk zelve gevoelt men ze byna niét, althans van zulken niet, met welken men gelegenheid gehad heeft nadere kennis te maaken; en een Engelfchman geniet te veel weezentlyke voorrechten, om dat tergende fnoeven, dat aan veele Duit! fchers omtrent vreemdelingen zoo eigen is, te hoeven op te volgen. 't Is hier de plaats om van eenige openbaars H. 2 tnrieb»  Il6 ENGELAND- inrichtingen te fpreeken, welke aan het mededo-* gen en de grootmoedigheid der natie haaren oorfprong verfchuldigd zyn, en dan van de gedenktekenen van achting en dankbaarheid, aan leven. den zoo wel als dooden gewyd. Ik zal te Londen die menigte van Hospitaalen, Arm - Wees - Oude man - en vrouwen Huizen en dergelyken voorbygaan, die men er aantreft, en onder welke men aan reizigers gemeenlyk* het Bartholomasus - en Chrift - Hofpitaal wegen derzelver uitgeftrektheid vertoont (a) met ftilzwygen voorbygaan, en my alleen tot Bedlam, het Magdalene - en het Vondeling-huis in de ftad, en tot de Hospitaalen van Chelfea en Greenwich in den omtrek derzelve bepaalen. , Bedlam, het Londonfche Dolhuis is, zomen .zegt, naar het paleis van Verfailles, wat de bouwaart betreft, gevolgd. Twee vermaarde Statuen, de eene van een raazend, de andere van een droefgeeftig menfch, beide dooreen' inwooner deezer gevankenis vervaardigd , verderen het hek van het voorhof. Io 4 zaaien, famen met 300 hokjes voorzien, huisveften die ongelukkige fchepfelen, die het edelfte vermogen des menfchen misfen. Niemand wordt geweigerd van hier ontvangen te worden en 'er zyn 'onderhoud te vinden, mits er voor de begraaffenis borg ge..fteld worde. Twee zaaien boven elkander ter linker zyde desingangs dienen voor de mans; twee an- O) Het eerfte voor omtrent 500 zieken, het tweede voor arme Burger-kinderen.  TWEEDE HOOFDDEEL. H7 andere ter rechter zyde voor de vrouwen; de dollen zyn nacht en dag in hunne hokken opgeflooten, fommige daar en boven nog met de armen in een' daartoe vervaardigden borstrok gebonden. '. De mymercnde, onnozele en andere draagchelyi ke dvyaazen loopen overdag los door de zaaien ; ; fomtyds Iaat men ze ook op de binnenplaatfende 1 open lucht genieten. Het getal der geenen, die 1 thans tot dit treurig verblyf gedoemd zyn, be: draagt omtrent 290; de evenredigheid tusfchen : beide fexen vry gelyk. Slechts 2 maal in de week, ; een paar uuren achter eikanderen worden de nieuwsgierigen of nabeftaanden der dwaazen hier toe:gelaaten. ' Vrouwen vergunt men het doorwandelen van alle de zaaien, mannen flechts het gaan door de zaaien, waar die van hun eigen geflacht izich bevinden. Akelig, aandoenlyk boven alle uitdrukking is dit gezicht voor een' ieder dieniet :alle gevoel van menfchelykheid geheel heeft uitgefchud. Hier het gerammel van ketenen; het dolle gefchreeuw, het vloeken en fcbuimbek■ken der raazenden voor zich te hebben; daar het igelach, het gegil en de zotteklap van anderen te verneemen; daar weer onophoudelyk te zien weenen, peinzen, zwygen; daar de gezondfle taal te hooren fpreeken, die kort daar na door onzinnigheid afgewisfeld wordt en by dit alles te bedenken , hoe ééne enkele opvatting van onzen geest, ééne enkele val of floot tegen ons hoofd :overvloedig vermogende zyn om ons tot dien zelfden ftaat te verlaagen, zo, het niet eene be. H 3 waarende  Iï8 ENGELAND. waarende voorzienigheid elk oogenblik afweerde a is zeker een leerryk doch yfielyk fcbouwfpel; en wee den'geen, dien ooit het blootevermaak naar dolhuizen gedreeven heeft. Intusfchen kan deeze inrichting te London als een voorbeeld van dergelyke op andere plaatfen (trekken, en inzonderheid de wreede barmhartigheid die te Amfter. dam, zoo beroemd anderfints voor haare openbaare dichtingen, in dit opzicht heerfcht, befchaamen. Alleenlyk behoordemen meer voorzorg te gebruiken om alle die het huis bezoeken niet bloot te ftellenaan de grilligheden van half wyze lieden door welke men van alle zyde omringd Wjrdt. Het Magdalene-huis, door particulieren by intekening opgericht, is alleen, zo veel ik weet, aan de Hoofd - Stad van Engeland eigen. Hier wordt aan de ongelukkige flachtoffers van vroege verleiding of al te fterke driften, welke berouw over haare levenswys mochten gevoelen, een tbevluchtaangebooden, Zy kunnen er zoo lang het heur behaagttot Gjaaren toe, haar verblyf in houden * doch nimmer wordt haar de deur voor de tweede reize geöpend. Zy zyn er veilig voor de verlokfelen , welke in de maatfchappy heur geduurig mochten blyven aankleeven, en voor de fchande, die haar zelfs by veranderde leevenswys in 't eerft nog mocht blyven volgen. Van onteerende ziektens worden zy 'er zorgvuldig geneezen. Zy moeten zich aan zekere regelen van kleediog en dergelyke verbinden. DesSondags wor- I  TWEEDE HOOFDDEEL. I lp worden er in haare kapel 2 redenvoeringen uitgefproken,in't byzondervoor deeze boetvaardigen gefchikt. Een ieder wordt hier op het verwonen van lootjes toegelaaten: doch men ziet de bewooneresfen flechts door een gaas; men hoort haar in 't tegendeel de fchoonfte liederen (dat nu geen Syreenen-gezang meer is) met de melodieufte Hemmen opheffen. Zy hebben daarenboven haare dagelykfche bedeftonden. Het fpreekt van zelve dat de toegang tot deeze vrouwen aan een' ieder ontzegd is, dan die er volftrekt toe behoort. Van buiten fchynt het gebouw net, doch niet groot te zyn. Op de Basfecour ftaan rondom een vy vertje eenige treurwilligen geplant: als geen onaardig zinnebeeld van 't geen binnen de muuren gefchieden moet. Jammer is het flechts dat, fchoon met de befte oogmerken begonnen, deeze gantfche inrichting gehouden wordt voor weinig aan dezelven te beantwoorden. Behalven dat er van de 40, ooo openbaare vrouwlieden , daar men London op fchat, flechts weinig meer dan 100 boetelingen tot deeze fchuilplaats haaren toevlucht neemen, wil men dat de ondervinding geleerd heeft, dat nog de meeste er ziel» alleenlyk in begeeven, of om van de gevolgen van haar gedrag geneezen te worden, of om eenigen tyd met eere aan de kost te komen ; dat zy zich onder elkander door verleidende gefprekken noch meer bederven en de verbeeldingskracht in vlam zetten, en dat zy er uit verlost zynde, meest tot haare voorige leevenswys, en dan nog H 4 »  123 Ë N G E LA ND. in eene hooger trap te rug keeren; en eindelyk dat er over 't algemeen in London door dat foort van fchepfelen veel op die' gedachte wordt voortgezondigd: wy kunnen nimmer tot armoede geraaken, dewyl erjfteeds een gebouw voor ons open ftaat. Het vondelinghuis blinkt meer uit door deszelfs grootte en pracht dan door- de inrichting zelve; door particulieren zoo wel als het voorgaande gefïicht zynde, bezit het geen vermogen genoeg , om alle kinderen, die men goed mocht vinden er te brengen, op te neemen. Ook bepaalt zich het getal der geenen die men er ontvangen wil, flechts tot 10 in het vierendeel jaars. De Moeders mogen niet gehuwd zyn s en moeten haare omflandigheden den opzieneren mededeelen. De Kinderen worden terflond op 't land by minnen befteld; hier laat men ?e tot hm 5de Jaar, waarna men hun nogomtrent 7 Jaaren larg ïn het gebouw eene betaamelyke opvoeding geeft, om ze vervolgens in de Stad op een handwerk te zetten. Er bevinden zich thans een 400 jonge lieden in 't huis en in 't geheel 700 voor rekening van" het zelve. Ten voordeele deezer ftichting ■wordt jaarlyks tegen'e eind van Mey in de fchoone Kapel, die tot het gebouw behoort, een opzettelyke leerrede gedaan. De kinderen zelfs heffen aandoenIyke gezangen op, tot die plech tigheid ver vaardigd, - De Hospitaalen van Chelfea en Grecnwich dienen het eerfle voor oude Sol. daaten> het andere voor oude Zeelieden. Dat van Chelfea  TWEEDE HOOFDDEE L.'lSlf. Chelfea-ligt boven London: 'een fchoon en ruim gebouw; naar de kant van den tuin hebben de Gouverneur en Lieutenant Gouverneur de vleugelen tot hun verblyf beltemd; tusfchen beiden ftaac de Statue van Koning Jacob 11, Buiten af beboeren er nog eenige- losfefyleugels toe. De Inwooners maaken thans omtrent een getal van 500 uit. Veele jaaren dienst of een kwetfuur openen er den Krygslieden den ingang toe. Men vergunt hun 5 maal inr de week vleesch en 2 maal foup etc; des morgens en avonds dun bier, kaas en brood. De Gallereien, waar elk zyn eigen hokje cn flaapplaats heeft, kunnen op alles behalven op zindelykheid roemen. Ieder bereidt er vóór fchoorfteenen zyne groentens en andere fpyzen, behalven het vleesch, dat'wel beneden uitgedeeld doch hier genuttigd wordt. Welke uitwerking dit op den dampkring dier Gallereien moet hebben, is ligt te befeffen. Greenwich ligt eenige mylen beneden London san de Themfe: een famenftel van de prachtigfte gebouwen , van welken ik in 't vervolg nog meer zal moeten zeggen. Het is een vertroostend vooruitzicht voor het zeèvolk, de fteun van dat Koninkryk, by het voorbyvaaren van dit gebouw het paleis te befchouwen, 't ;welk een dankbaare natie gefticht heeft, om hen , wanneer zy in haaren dienst zouden grys geworden zyn, herberg en rust tot hunnen dood toe te doen genieten. Men fchat de Inwooners van dit Hospitaal thans op omtrent 2500, waarvan de helft H-j in  121 ENGELAND. in huis gefpysd worden; de anderen genieten een fchelling des daags, om zich buitenshuis hunnen kost te verfchaffen; 5 maal vleesch, en 2 maal andere fpyzen is hier, gelyk te Chelfea, de weekelykfche bepaaling. De vleeschdagen worden wederom in 3 van rund- en 2 van fchaapenvleesch verdeeld; een ppnd voor ieder, behalven 2 pond brood, 2 kannen bier, en andere dingen. De zaaien, waar hunne hokjes en bedden in geplaatst zyn, overtreffen die van het Land-Hospitaal ver in zindelykheid, daar men ze tot geene keukens fchynt te bezigen: doch het gantfche gebouw is verpest van weegluizen, om welke rede» men er thans ook geene andere dan yzeren bedden ziet ,• des fomers geeft men hun om de 3 weeken, des winters om de maand fchoon beddegoed. Een ieder die 14 jaar gediend heeft wordt in Greenwich toegelaaten; daarenboven deelt men nog aan zulken, die de oorlog verminkt heeft, penfioenen uit. Zy leeven hieronder zachte wetten, en genieten in alles hunne vryheid: doch zonder verlof mogen zy buiten's huis niet flaapen. Het draagen van een' geelen rok met roode opflagen, het vuil te moeten opveegen, eenig zakgeld te misfen en dergelyke zyn hunne flraffen. Veele Vrouwen, ter- oppasfing gehuurd, en andere die met Inwooners gehuwd zyn, bevinden zich mede alhier. Over de 100 jongens kweekt men er jaarlyks tot den zeedienst op, die in ren fchool, niet ver van het gebouw hun Onderwys bekomen. In  TWEEDE HOOFDDEEL, 123 In 'c klein kan Leyerpoolop eene dergelyke inrichting roemen; een corps-de logis met a groote vleugels, door eene Colomnade aan het zelve verbonden, huisvest, fpyst en onderhoudt eenige oude Mariniers: doch het getal daarvan kan ik niet beftemmen. De twee beroemde havens van Portsmouth en Plymouth hebben ook hunne Hospitaalen: doch flechts voor kranke en gekwetfte zeelieden. Het eerfte is (uitgeftrekt en prachtig , en kan tot 2000 patiënten bevatten. Van binnen bemerkt men dat het uit verfcheiden gebouwen beftaat; onder Colomnades en gallereien kan men langs dezelven wandelen, beveiligd voor de injurien der lucht. Dat van Plymouth is zelfs uit n gebouwen famengefteld , met een' muur om ringd. Het middelde der zeiven bevat de Kapel, Apotheek en andere gemeenfchappelyke behoeftens. In' de 10 andere liggen de patiënten ; elke vleugel is 3 verdiepingen hoog; elke verdieping heeft 2 zaaien; en in iedere zaal ziet men 25 bedden by elkander: dus kunnen er 1500 zeelieden te gelyk geherbergd worden. Buiten het Hospitaal behooren er ook nog eenige wooningen tot het zelve. Langs het geheele loopt een Portico door pylaaren van een foort van metallieken fteen, die niet ver van hier gehouwen wordt, gedraagen. Te Kingsfton upon Huil, Om nog een bewys te geeven van de achting die men in Engeland voor zeelieden heeft, vindt men een hofje, daar 30 wedu»  **4 ENGELAND. 30 weduwen derzelven onderhouden worden. Voorts is byna geen ftad 'in Engeland tegenwoordig van één.of meerdere goede Hospitaalen en andere Godshuizen ontbloot, die ik het overbodig zou achten hier breedvoerig te befchryven. Leverpool heeft even buiten zynen omtrek een zeer uitgeftrekt Arm- werk- en correctie huis; Bath een byzonder Hospitaal voor 113 arme zieken uit alle deelen van het Koninkryk, die, Biet getuigfchriften van Geneesheeren voorzien, te dier plaatfe komen om de wateren te gebruiken. Inwopnders van de Stad zelve zyn hiér onder , gelyk ligt te befèffen is, niet begreepen. Wat de gedenktekenen betreft, door de Britten aan verdienstvode medeburgers, 'tzyby derzei ver leven 't zy na dendood gedicht, hier van kan ikgeen luisterryker voorbeeld dan Blenheim aanhaalen. Toen de Hertog van Marjborough. in 't begin deezer eeuw de benden van Anna met zoo veel roem ter overwinning geleid had, ikocht hem de Natie die fchoone en uitgeftrekte landgoed, liet er hem een paleis dat onnoemelyke fommen kostte op bouwen, en in het park eene colom van over de 100 voeten hoog, met zyne Statue er boven, en Infcriptien op het voetftuk oprichten, en gaf hem daar beneeven eeh jaarlyksch inkomen van E 5000 om dit alles wel te onderhouden, 't Is waar, dat hy te dier tyd de volle gunst zyner Meesteresfe genoot-: maar men kent de Natfe weinig, zo men zich verbeeldt, dat zonder zelve van Enthoufiasme bezield te zyn, zy alleen ' - - - ten  TWEEDE HOOFDDEEL. lif¬ ten gevalle der Koningin voor een' njede onderdaan zoo veel zou hebben opgeofferd Wy hebben ook in onze dagen gezien, hoe land en zee. helden, die zich omtrent: het Vaderland verdienftelyk gedraagen hadden, dan door openbaars dankzeggingen van het Parlement, dan door pennoenen, ftandsverheffingen en dergelyke beloond zyn geworden. Den onfterffelyken Chatham wierdt een plechtige begraaffenis op kosten des lands en een Monument in de Abdy van Westmunfter toegeweezen, gelyk men er hem federt op het.Londonsch. Stadhuis insgelyks in de groote zaal een heeft laaten vervaardigen. Opgevuld is die Abdy met gedenk tenen van beroemde mannen van allerlei, foort, die hier by ■ Koningen, Vorsten en Edelen begraven worden. Helden , Dichters, Geleerden, Wysgeeren, Staatsmannen, .Muficanten, Toneelfpeelers: Al wie flechts in het zyne heeft uitgeblonken, en zich ee d naam. weeten te verwerven , liggen hier door elkander,/ cn het marmer wyst de plek aan, waar ieder in 't byzonder van zynen arbeid rust. Mogelyk heeft een geheime hoogmoed de Engelfche Monarchen zedert Elizabeths tyden doen befluiten, de zoo vermenigvuldigde eer van monumenten voor zich niet meer te begeeren. Alle de,Kerken Van Engeland, vooral de Cathedraalen, zyn vol van Tombes, die liefde, achtingen dankbaarheid aan een'overleeden vriend, naastbedaanden of medeburger gedicht heeft. Byna geen. Bisfchop, of hy bekoom t er eene^ De  126 ENGELAND. De Kerkhoven zelfs ftamelen hier omtrent de Kerken na; en overe'ndftaande zerken, dicht op elkander gefchaard, behelzen naamen, opfchriften, verzen en dergelyke. Het met recht vermaarde Manfolée, door den Graaf van Carlisle midden op zyn Landgoed in Yorkfhire tot eene begraafplaats voor hem en zyn geflacht gefticht ( by de bouwkunde zal ik hier op terug moeten komen ) is wel niet geheel uit dezelfde bron van handelwyze voortgevloeid, doch het verkondigt met dat alles dezelfde grootheid van geest en fmaak, waaraan andere gedenktenen in dat Koninkryk hunne geboorte verfchuldigd zyn. Veeltyds hebben ryke Edellieden hunne buitenplaatfen met deeze vercierd: Stow alleen kan op eene menigte derzelven roemen. Ter plaatfe daar Koning Alfred de Deenen overwonnen, en dus zyn Vaderland voor hunne invallen en ftroopereienbeveiligd heeft, heeft Mr.Hoare een'driekanten toren van gebakken ftèen en hol van binnen, met eene wenteltrap van 220 treden in een' der hoeken, ter gedachtenis van dien Monarch opgericht en met Infcriptien en dergelyke verrykt. Buiten Alnwick in Northumberland wierd ook nog onlangs ter geheugenis der neerlaag van een' der Saxifche of Deenfche Veroveraars een klein monument geplaatst. Ik zwyg van zoo veel Statuen van Koningen te voet en te paard en andere gedenktekenen ter eere van Onderdaanen of ter herinnering van beroemde gebeurtenisfen in Steden geplaatst: dewyl het gevoegelyk-er zyn zal  TWEEDE HOOFDDEEL. 12J izal by de befchryving van deezeer iets van medeke deelen. Laat ik nu van de gewoontens en ;zeden der Natie tot haaren Godsdienst overgaan. | In eene landftreek, daar de Bybel in alle handen is, daar men de Christelyke leer zoo overiwinnend verdedigd heeft, als zy door anderen iheftig wierd aangevallen; daar boeken, die de teerfte Godvrucht ademen nog telkens het licht Izien; daar weekelyks en dagelyks de Kerken open Jftaan om vereenigde gezangen en gebeden naar lboven te zenden, en allerlei onderwys voor het Iverftand en voor het hart te bekomen: daar moeten ook nog duizenden gevonden worden, diehelang in den Godsdienst ftellen, wier gemoederen er de indrukfels, wier handelingen er de bewyzen van draagen. 't Geen echter van de zeden der Natie reeds gezegd heeft moeten worden toont ten overvloede, dat dit voorrechtop verre na niet aller is. Slechts van het uiterlyke kunnende oordeelen, zal ik alleenlyk die aanmerkini gen mededeeien, welke de tyd , dien ik in Engelland doorgebracht heb, my veroorloofde te maaken. De openbaare Godsdienst weet men dat door het gantfche Koninkryk de Episcopaale is. Engeland wordt in 24 Bisdommen verdeeld, waarvan j de hoofden wederom onder de 2 Aartsbisfchoppen van Canterbury en van York ftaan. De veelvuldige Capittels die nog overgebleeven zyn, Verwekken daarenboven eene menigte van andere I Geestelyke waardigheden; als Kanonniken 9 Dekenen  . ENGELAND '. kenen &c.' De Parochiën zyn aan Predikanten toevertrouwd. De inkoinften der voomaamfte geestelyke, bedraagen aanme'rkelyke . fommen. Den Bisfchop vanDurham fchatménop L. iSooc 'sjaars, welke zyn Sticht hem opbrengt. Zy hebben aan het Hof hunne posten te danken", fchoon de Koning eigentlyk flechts aanbeveelt, en de verkiezing door de Capittelen gefchiedt. Het fpreckt van zelve, dat de mindere geëstelykeri van hun Kerkgebied aari hun' opzicht onderworpen zyn. Men vindt veel geleerde lieden onder de Bisfchopperi, ert dë eerde Aartsbisfchop van het Koninkryk, een man van geen geboorte, is aan zyne verdienden alleen den boogenpoft, dienhy bekleedt^ verfchuldtgd. Als leden van het Hoogerhuis houden zy allen een gedeelte van het Jaar hun verblyf in de Hoofdftad; en men beklaagt zich over veelen, dat zy hunne Bisdommen te korten tyd met hunne tegenwoordigheid vereeren, én elders hunne inkomften doorbrengen. Zy draagen den titel van Myiord, en men zoude hunne' gcflachtnaamen vergeeten, zo hunne Vrouwen die niet bleeven draagen, met flechts de byvoeging van Mijlriff en geen Mylady. Zelden ziet fhen hen in perfoon dienit doen , buiten plechtige gelegenheden. De belooning der Predikanten is zeer verfchillende: Sommige ontvangen niet meer dan onze Dorps-leeraars; aan anderen 'is het gegund verfcheiden honderde Ponden te mogen verteeren. Behalven deeze ongejykheid hcepfcheri er nog 2 hoofdgebreken' in. de Anglicaanfche ;' i Kerk;  tweede hóófd deel. 126 Kerk : de eerfte, dat dezelfde perfbön meer daA ééne living of Predikantsplaats bekomen kan, fchoon in verfchillende gedeéltens van het Koninkryk 't huis behoorende; en.de andere, die een gevolg der eerfte is, dat zoo veele dorpen aan Kapellaarien zyn overgelaaten en door den leeraar zeldfaam bezocht wórden, .terwyl deeze al het voordeel geniet, en met zyn' plaatsbekleeder zoo goedkoop mogelyk accordeert. Een ziilke huurling kan nimmer veronderfteld worden zoo veel werks v?n zyne gemeente te maaken dan de eigehtlyke herder doen zoude, zo hy zelve de moeite wilde neemen zyne fchaapen te hoeden. Niémand zal in t'wyffel trekken, of de benoeming: töt voordeelige Predikants plaatfen in de handen der Grooten is; die ze bekomen leeven prachtig; Ten opzicht van kundigheden en zeden behoef ik niet te herinneren, dat er onder zoo veel lier den, die dikwyls daarenboven zulk eene verfchil-. lende opvoedinggenooten hebben, ook zeer veel I verfchil is; omtrent het een en ander is men veel toegeevender dan hier. Men weet, dat de ver- maarde 39 Artikelen de Geloofsbelydenis der. heerfchende Kerk in Engeland bevatten ; de meeste Hervormden zouden ze gerustelyk durven ondertekenen: doch de geestelykheid van dat !Ryk bind er zich niet over-i met de ftiptfte nauwkeurigheid aan. Men kan de Kerken verdeden in Cathedraal- en Collegiaal,, en in Parochiaal - Kerken. In de 2 eerfte wordt de Godsi dienst meest op het Choir houden, en zy zyn I °°S  l$0 £ KT O E t A N D. nog van Roomfche tyden afkomltig, ten zy men ze herbouwd en 'er het Capittel in gelaaten heeft. Onder de Parochiaal - Kerken treft men verfcheiden fchoone en nette gebouwen aan: alle van een Altaar voorzien, en van 2 lesfenaars boven elkander, behalven den Predikftoel ; de gemeente plaatst zich in vierkante of langwerpige affchutfels, in welken meest de familien by elkander zitten, op rohdloöpende banken ; daarenboven vindt men dikwyls gallereien. In de fchoone Kerk van St. Stephen's Walbroók te London heeft men zoo zeer voor het gemak der gemeente gezorgd, of zich zoo veel moeite gegeeven om ze tot den Godsdienst te lokken, dat 'er des winters in 2 groote fchoorfteenen geflookt wordt. Behalven de monumenten ontdekt men nergens beeldwerk : doch hier en daar eene fchildery voor het Altaar. Men verfchynt nimmer in eene Epifcopaale Kerk met den hoed op het hoofd. De Godsdienst wordt des Zondags, daar 't zyn kan, tweemaal, op enkelde plaatfen driemaal gehouden; door de week is tfft zooverfchillend, dat het van niet eens tot 12 maal toe gefchiedt; het eerfte is het geval der meeste dorpen, het andere van eenige Cathedraalkerken. Zelden gaat men in Engeland buiten zyne Parochie ter Kerke; en dus on tbreekt het 'er ook fchier nimmer' aar/ ledige plaats. De morgendienst begint byna door 't ganfche land tusfchen ro en n uuren, fomtyds zelfs nog laater. Op Zon- en Feestdagen worden de Gebeden geleezen, en 'er Wordi  TWEEDE HOOFDDEEL. I3I wordt gepredikt; doch het laatfte gefchiedt nimmer door de week ; de Gebeden duuren omtrent een uur, de leerreden de helft van dien tyd. Men verftaat onder de Gebeden de in het boek van Common prayer voorgefchreevene gezangen, dankzeggingen, gebeden, belydenisfen en voorleezingen, die in elke byeenkomst moeten afloopen. Een gedeelte daarvan blyft nimmer achter , een ander gedeelte behoort flechts tot dien dag of rot dat uur. De Predikant met een wit Choor-kleed omgeeven, plaatst zich voorden bovenften en de voorzanger voor den onderften lesfenaar. Na eene vermaaning tot bekentenis van zonde, zegt de Leeraar der gemeente eene algemeene beJydenis derzelve van zinfnyding tot zinfnyding voor,die deeze dan telkens nafpreekt,of,zo ik de uitwerking natuurlyker befchryven mag, nabromt; én die daarop door een foort van Abfolutie, door den Leeraar voorgeleezen, gevolgd wordt. Nu gaat men aan eenige Pfalmen, die zoo zyn afgemeeten, dat het gansfche Plalmboek in ééne maand rondloopt; de cyfte voert altyd het heir aan; van elke Pfalm fpreekt de Predikant en de gemeente beurtelings een vers uit; door den eer» ften worden dan een Capittel uit het Oude, en een ander uit het Nieuwe Testament voorge!leezen,(de Bybel komt ook in een Jaar rond} :en tusfchen beiden gaat weder de ioofte Pfalm of een lied, en daarna het Te Beum'm beurtgeI fprekken op, %oo wordt vervolgens ook de Lil a thanie  I3a E N G E h A N D thanie of een algemeen gebed geleezen: doch ver** fcheiden andere korter gebeden zyn alleen aan de ftem des Leeraars aanbevolen, terwyl 'er de gemeente flechts Amen op antwoordt. Dan zingt men gemeenlyk, gelyk by ons. Nu leest da Predikant weder ten minften des morgens, 't zy aan het Altaar, 't zy voor zyn lesfenaar, nog meer gebeden, de Tien geboden, en hetfiuangelium met de Epistel van den dag. Na elk gebod van de wet fpreekt de gemeente een' korten wensch om aan het zelve te mogen gehoorzaamen uit. Eindelyk zingt men weder, terwyl de Predikant dé kancel beklimt. Onder alle deeze taak • gebeden flaan , zitten of knielen de toehoorders; tot het laatfte beeft elke bank zyne gevulde ronde voetebariken van matwerk. In de Cathedraar. Kerken heeft de gemeente, die 'erookzelden fterk is, weinig anders te doen dan aan te hooren: want het Choir zingt bier alle de Pfa/men en gezangen , die in de Parochie geleezen worden, op dezelfde wyze, gelyk dit onder de Roomfchgezinden plaats heeft. Beminnaars van fchoone gewyde Vocaal-Muziek kunnen zich hier vermaaken. De Predicatie wordt fomtyds door denzelfden Leeraar, die de gebeden heeft voorgeleezen, fomtyds door een' anderen gedaan. Het Choirkleed heeft nu voor eene zwarte Toga en een' bef plaats gemaakt. Een klein voorgebed gaat vooraf, en de zegen volgt op de leerreden, die nooit uit het geheugen mag uitgefproken worden. Op Nachtmaal» dagen blyven de geen die het  TWEEDE HOOFDDEEL. I33 het bondzegel gebruiken willen, na dat alle toehoorders de Kerk verlaaten hebben, 'er alleen imet den Leeraar in, en ontvangen het vóór het jAItaar. J: 'e Blykt uit dit alles genoegfaam, dat men by ijde Hervorming alleen de wanbegrippen der RoomIfchea weggelaaten, en byna al het overige in jden uiterlyken dienst behouden heeft; met één Woord , dat de inrichting van den openbaaren :Godsdienst eene zoo rcdelyke en verlichte Natie als de Engelfche onwaardig is. Want :fchoon de formulier - gebeden op zich zelIven wel opgedeld en ftichtelyk'zyn, de Lithahie zelfs fchoon is: zo wordt vooreerst byna Magelyks het zelfde herhaald, en dus verandert jmen het geen het werk van het hart behoorde te zyn , in het machinaale werk des geheugens, waarby, zelfs met de beste voorneemens, de oplettenheid zich niet altyd bepaalenkan; alles gefchiedt daarenboven door elkander, zonder den iminflen lamenhang; en echter is de order waarin ihet afloopen moet met militaire nauwkeurigheid voorgefchreeven. Een reis of j wordt het Onze Vader in ééne zitting uitgefproken. Het Gloria Patri ten minden even dikwyls. Vier of vyf maaien wordt 'er voor den Koning gebeden ; twee geloofshelydenisfen, twee zegeningen en dergelyke helpen om den tyd te vervullen, 't Is waar dat de Predikanten over 't algemeen deeze gebeden vry eerbiedig leezen, en dat men by de gemeente geduurende dezelven oneindig meer I 3 de»  134 ENGELAND. devotie ontdekt dan onder de preêk: maai- het naprevelen van 't geen de Leeraar zegt, of het rabbelen van eenige verfen uit een' Pfalm ftreke meer om de gevoelens , die de woorden verwekken moeten , te verdikken dan aan te kweeken. Dan, niets is door de bank armoediger dan de preêk. Een droog, algemeen, wysgeerig of zedekundig vertoog, uitgefpróken met eene half verftaanbaare dem, zonder het minde vuur, byna zonder aandrang of toepasfing; daarenboven nog voor menfchen gefchikt, die reeds door lange formulier-gebeden vermoeid zyn, en nu gerust in de hoeken hunner banken zich vleien: zulke is de arbeid, die zich in Engeland herders'geeven, om de zielen, aan hunne zorg vertrouwd, voor hunnen meester te winnen. Veele deezer leerredenen zyn nog niet eens hun eigen opdel; men .biedt door middel der Nieuwspapieren Predicatien te koop aan, of eifcht ze langs het zelfde Canaal; en om dendiefftal in alle opzichten gemakkelyk te maaken, vindt men" thans in boekwinkels gegraveerde preeken, die de moeite van het overfchryven fpaaren, en die men echter opde gallereien , welke zich boven den kancel verheffen, van gedrukte letters niet onderfcheiden kan. Ik beken gaarne, dat ik hier en daar zeer verftandige en wel beredeneerde leerredenen heb hooren uitfpreeken: doch, met zeer weinig uitzonderingen, ontbreekt 'er altyd geest en leven aan. Het onbegrypelykde is, dat daar die weinigen, die zich van hunne amptgenooten in dit opzicht onder-  TWEEDE HOOFDDEEL. I35 ionderfcheiden, fteeds door den grooten toevloed iongenaakbaare Kerken hebben, het evenwel zoo jzelden gefchiedc: mogelyk doet 'er by fommigen Ide vrees om voor Methodiften gehouden te worden, wel iets toe; andere handelen uit beginfclen, en houden ftaande dat men alleen tot het Vïrftand moet fpreeken, en dan :de warheid aan fluar eigen kracht moet overlaaten, zonder in NÉ nïnst op gemoeds beweegingen te werken: doch :de tieesten ftellen zelve te weinig belang in de zaak der godvrucht, om ze met al den nadruk, dien zy vereischt, hunnen toehoorderen voor te Ihoudei. Intusfchen zyn deeze gebreeken in den Iopenbaren dienst de vruchtbaarfte bronnen van onkunde en ongebondenheid by den gemeenen man, van verwaarloozjng van den Godsdienst by lieden die iets vryer denken, en in 't algemeen van lauwheid by den grootften hoop. Men kent het menschdom weinig , zoo men zich ver» ibeeldt dat zonder openbaare byeenkoraften, de Godsdienst by eene Natie lang zou ftand houden, en dat zonder de herhaal dfte en ernftigfto ivermaaningende deugd haar gebied over harten op den duur kan blyven voeren; en hy , die zich dier byeenkomften noodeloos onttrekt, vergeet, dat zo hy al mocht waanen hiervan meester te zyn of ze niet te behoeven, een ander met oneindig .jmjnder rede in denzelfden waan kan vervallen; 'en dat hy dus in al die misdaaden deelt, die zyn natuurgenoot by meerder licht waarfchynlyk nooij; kou begaan hebben. I 4, Voorts  Voorts vindt men in alle Godshuizen , in deCoIlegien op de Univerfiteiten,en op veele buitenplaatien der Grooten, Kapellen, waar de dienst door Kapellaanen wordt waargenomen, Te Oxford kqmen de leden der verfchillende Collegien alleen, hy elkander om de leerrede aan te hooren , terwyl de gebeden binnen hunne muuren geleezea worden. De Hoofdleden der Univerfiteit doen deeze leerrede beurtelings, en het is gemeenl/k. een uitgewerkt ftuk. Het Common-prayev, - Boek bevat behalven de gebeden geduurendc den gewoonendagelykfchca Godsdienst, en die voor de Chris telyke zoc wei a]s nationaale feesten beftemd zyn, ook da formulieren voor Sacramenten, huwelyk en dergelyke. Aanmerkelyk is het, dat 'er ook by begraafnisfen een foort van dienst bepaald,'s. By het :cr aarde brengen van Princes Amelia heb ik dien voorleeden Jaar op eene zeer plechtige wyze zien verrichten. Het ganfche Capittel en het Cholr der Abdy van Westmunfter haalde des avonds omtrent 9 uur het lyk van de deur der Kerke af, en bracht het in de Kapel van Hendrik VIL, in 't midden van welke de mond der Koninklyke' Grafkelder is. . Zy gingen twee aan twee, in witte Choer-hemden gekleed, en de brandende waschkaars in de hand, al zingende voort. Geen ander fpeeltmg dan het orgel mengde zich in hunne liederen. Het Huis der Ovcrleedene, ep de Dames die den rouw verbeeldden (want de nabeltaandeh zelve gaan in Engeland niet meer. mede  TWEEDE HOOFDDEEL IJ/ rnede ter begraaffenis) flooten hen van vooren , en het lyk, dat onder een Baldaquin gedraagen Wierd, van achte.en in. Men fchaarde zich nu rondom het graf, en de kist met rood fluweel omkleed, met vergulde fpykers vercierd, en met eene plaat heftempeld, op welke de naam der Princes gegraveerd was, wierd op een houten luik , dat den mond des Kelders overdekte , gezet. Nu begon de Deken van Westmunfter, vlak voor het graf ftaande, het formulier te leezen. Na eenige voorafgaande verfen uit de Schrift over de onbeftendigheid van het leven yolgen deeze woorden, onder welke de kist naar beneden daalde: Nadien het God Almachtig s, naar zyne groote G-nade. bebaagt heeft tot zich te neemen de Ziel van onze geliefde zus„ ter nu overleeden: zoo beveelen wy haar lig. , chaam aan den grond, aarde tot aarde, „ asc.h tot asch, stof tot stof " (de koster werpt hier by een paar fchoppen aarde van bovenop de doodkist neder ƒ' in de zekers en vaste „ hoop van de opftanding ten eeuwigen leven , door onzen Heere Jefus Christus, die ons vernederd hgchaam veranderen zal enz". Hier ön hief het Choir weder in de ftatelykfte en fleep'endfte Mufiek dit vers aan: ,, Zalig zyn dedoo„ den, die in den Heere fterven, enz.". Na ^t welk de Deken nog eenige gebeden liet volgen en den zegen uitfprak. Na het eindigen deezer aandoenlyke plechtigheid, aan welke deftand der overleedene, de jnenigte aanfehouwers, de I j fchoon»  138 E N G E L A N D. ichoonheid van het gezang, de fomberheid van een uirgeflrekt en niet al te fte* verlicht ge. bouw, nog meerder uitwerking byzettede, ging de procesfie in de zelfde order te rug De Kerken der Franfche Refugié'* zyn in Engeland zeer gefmolten j by de geheugenis van verfcheiden lieden zyn 'er te London 30 toegeflooten. Van de geenen die 'er nog gebezigd worden, doet men flechts in de Zwitferfche Kapel, en zo ik meen nog in eene andere in de City 0p dezelfde wyze als hier te lande diemt; de overigen zyn Episcopaalch. Te Canterbury mogen ook nog een 400 leden der Franfche gemeente zich bevinden: doch in alle andere fleden van het» Koninkryk treft men zoo veel ik weet geen Franfche Kerken aan. Die zich in Engeland uit dien landaart kwame vestigen en 'er nog van tyd tydnaar toe komen, vermengen zich fpoedig door huwelyken mee de Natie zelve, en neemen haare gebruiken aan. De Methodisten "hebben publique Kerken onder den naam van. Kapellen of Tabernakels, waar zy de Lithurgie der heerfchende Kerke volgen, doch voor t overige ten opzicht van de lengte en denernse hunnt-r leerredenen, de voor- en nagebeden, die zy op den predikftoel uitfpreeken,. en byzondere gezangen die zy opheffen, zich van de Epifcopaalen onderfcheiden. Ik heb de vergadering deezer lieden in de Whitfieldian Chafel een paar reizen bygewoond , en een' by  T W E E P E HOOFDDEEL. 139 by hen beroemden leeraar, wiens naam zo ik meen Percy'is, hooren prediken. Hy is begaafd met eene fterke Item, een' redelyk natuurlyken voordrag, en veel overtuigends, fchoon zonder oratorifche welfpreekenheid. Wat minder grimaceering zou aan zyn uiterlyke, en wat minder fmeelen op andere gezindheden aan zyne zaaken geen nadeel gedaan hebben. Na het geeven van den zegen riep de voorzanger af, dat 'er s'namiddags en 'savonds weder dienst zou zyn, en dat de Heer Percy den volgenden Dingsdag weder prediken zou. Het ftelfel deezer lieden fchynt veel op het Herveyaanfche neder te komen, en hunne denkenswys gemoedelyk te zyn: doch mogelyk zyn zy niet geheel van dweepery en een foort van Enthoufiaftery vry te pleiten. Hunne Kerken zyn des Sóndags opgepropt van menfehen: doch onder dezelven niet veele aanzienlyke, niet veele edelen. Het koomt my voor 't overige zeer natuurlyk voor, dat deezeSecte aan deeenezyde zoo veel aanhang in Engelandmaakt,dat men de overige Kerken verlaat om by hen den Godsdienst by te woonen, en dat zy aan de andere zyde zoo zeer wordt tegengefproken en verdicht, dat men de Hoofden derzeive van fchynheiligheid, ia van de laagfle Oogmerken befchuldigt; de middelweg is in het beoordeelen derzelve, gelyk in veele andere dingen , misfehien de veiligfte. Straatpredikers treft men ook nog hier en daar aan. Een burger man, die daar toe roeping meent ontvangen te hebben, gaat op de eene of andere hoog-  14° E N G E L A N D. hoogte ftaan inde volkrykfte gedeeltens der Steden. Een troep vergadert zich rondom hem; men zingt; hy bidt en predikt: meest eenige algemeene declamatien tegen onbekeerlykheid en dergelyke. Somtyds bedient hy zich van de fchouderen des voorzangers in de plaats van een' lesfenaar; de gemeente betoont eerbied, en alle hoeden, ten minften onder gezang en gebed, zyn van de hoofden af. Het eindigt met eene aankondiging waar en wanneer er wederom zal .gepredikt worden, indien het weder het toeJaat. De Kwakers maaken eene talryke fchaar in Engeland uit, en onderfcheiden zich door de zuiverheid hunner zeden en de eenvoudigheid hunner kleeding,- de. Mans hebben meest alle ronde hoeden op, de Vrouwen een effen japon aan, met een rond ongefmukt hoedje meest van grauwe of witte zeide op het hoofd. Men weet datzy zich onder elkander tutoyeeren, ja zelfs deeze gewoonte verder yitftrekken dan hunnen kring. Te Birmingham, daar ik hunnen Godsdienst bywoonde , heb ik geen ander geluid vernomen dan fomtyds de zuchten, en fomtyds het gegeeuw eener peinzende, en zo ik gisfen dorst zich yerveelende Vergadering. De Presbyteriaanen en allerlei foort van Disfenr ters zyn zeer menigvuldig in Engeland, en hunne Kerken voor een groot gedeelte van buiten zichtbaar: doch het fcheelt veel van de ééne plaats tot de andere, dat zy meer of minder. geacht,  TWEEDE HOOFDD E^E L. I4I geacht worden, en hunne gemeentens uit fatfoertdelyker of gemeener lieden beftaan. Te Manchester komen zy in een fchoon gebouw by elkander, en bevinden er zich in een' bloeijenden ftaat; de Godsdienstoeffening gefchiedt onder hen fchier op dezelfde wyze als by ons; de gezangen doorgaans uiimuntend fchoon, doch zonder orgel; de gebeden ryk aan zaaken en ftichtelyk: dan in hunne leerredenen mist men ook hier en daar, fchoon minder dan in de Episcopaale Kerk den behoorlyken ernst en aandrang. Van het ftrenge Calvinismus zyn de meeste Presbyteriaanfche Leeraars thans zoo ver afgeweeken , dat de gevoelens van Arius en zelfs van Socyn al vry wat veld onder hen gewonnen hebben. Zy behoeven dit noch te verbergen noch te verbloemen, doordien zy niet, gelyk de heerfchende Kerk, aan banden van Artikelen liggen. Te York heerscht onder de Presbyteriaanen een byzondere wyze om het Nachtmaal uittedeelen, die ik onkundig ben of ook op andere plaatfen dezelfde is. De lesfenaar van den Voorzanger wordt, met eene breede vierkante plank overdekt, en deeze weer met een tafellaken. De tekenen worden hierop uitgefpreid en ingezegend , en de Leeraar brengt dezelve dan aan de Communicanten, die in hunne banken blyven zitten: het brood eerstin eene fchotel de gantfche Kerke rond, en dan op dezelfde wyze den beker. Voorts wordt. er geduurende de Godsdienstoef-  X^Z ENG ELAND oeffeningen in dat Koninkryk niet altyd geld voor de Armen ingezameld, en daar het nog gefchiedt wordt zelden meer dan een ftuk koper in een' open bak gelegd. Werpt er eeri vreemdeling zilver in, zo zien de geene die rondom hem zitten elkander grimlachende aan. De contributien voor de Armen eener Parochie worden op eene andere wyze geheven, en het ontbreekt er daarenboven zoo weinig als hier te lande aan mededeelzaame harten. De Zondag, of gelyk hy ook veel genoemd wordt de Sabbath, wordt in Engeland nog ftreng gevierd , doch vooral in fommige gedeeltens. Te Manchester, eene Stad die in 't gemeen wegens haare Godsdienftigheid beroemd is, mag men onder Kerktyd zich byna niet op ftraat vertoonen; men waagt ten minften, zo men geen goede redenen van ontfchuldiging kan aanhaalen, van een uur in bewaaring gehouden te worden. Op het Kasteel van Chester waait, behalven op de geboortedagen des Koninklyken geflachts, en andere natiónaale feestdagen, ook des Zondag.? de Vlag ter eere, gelyk ik bericnt wierd, van den Sabbath. De Spectakels zyn door het gantfche Ryk op dien dag geflooten Ook wordt er in weinig ordentelyke huizen of openbaare plaatfen met de kaart gefpeeld, al ware dit dan ook de eenigfte eer die men den Zondag bewees. Dan dat die achting over 't algemeen zeer verflaauwt; en dat veele lieden, vooral in de Hoofddad, dien dig tot buiten-parteien en andere vermaaken be-  TWEEDE HOOFDDEEL. I43 beftemmen, is uit het geen ik te vooren gezegd heb ligtelyk op te maaken. Het gebed aan tafel begint ook zeer buiten gebruik te gaan; daar het gefchiedt fpreekt de Vader des huisgezins of een Predikant, zo er een by tegenwoordig is, ftaande voor de tafel met uitgeftrekte hande een zegen van eenigen woorden over het voedfel uit, en by het wegneemen van 't eeten eene dergelyken dankzegging. Niemand dus eigentlyk voor zich zeiven biddende, gefchiedt het op alle derde plaatfen in 't geheel niet. De Weetenfchappen hebben fteeds aan deeze Natie luisterryke befchermers en vuurige beminnaars gevonden, en zy zyn er ook thans in achting en bloei. Een gezond oordeel, een natuurlyke fchranderheid en veel vaardigheid om zich uit te drukken kan men fchier onder de voor-' rechten van eiken Engelfchen tellen. Men kent er zoo wel in fpreeken als fchryven flechts ééne taal, en deeze is de moedertaal. Aan de ééne zyde ontftaat hier wel die nadeel uit, dat men de voortbrengfclen van vreemde landen minder leert kennen en leest: doch men wint er aan eene andere kant weer door: terwyl men by de tallooze overzettingen byna geen tyd behoeft te verfpillen me t het moeielyk werk van andere Europasifche taaien te leeren, en er geen weetenfchap is op te noemen, die niet de beste werken in dëlandsfpraake zelve aanbiedt. Het Fransch wordt JiSiaig ea flscht gefproken; een Yreemdehng zou ziek  1*4 ' E N G E L A N t>. zich zeer bedriegen indien hy meende er zich mede te kunnen behelpen. In Wallis heerscht nog een dialect van het oude Celtisch, dat geen de minde overeenkomt met het Ëngelsch heeft i de Bybel is er m vfert^r'd, en de Leeraars pre. dikfen des Zondags eens in deeze taal èn eens in de andere. Ge'meenè lieden kennen er zelfs geen Engelsch en antwoorden, zo men hen er in aanfpreekt: „ Ik verflaa geen Saxisch:" want dit is de naam, dien zy er aan gewoon zyn fe geeven. Intusfchen fcheelt het veel dat bok in het overige van 't Ryk de landstaal op de7elfde wyze zoude uitgefproken worden. Het grove York» fhiresch'verfchilt oneindig veel van de zachtere toonen, die een bewooner van Westmunfter met keel en tong weet te fdrmeereri. Geen kundigheid is er meer algemeen verfpreid dan de Politiek en alles wat tot de Regeering Van het land zyne betrekking heeft. Elk is hier in even ervaaren, en men hoort er fbmtyds dooi' gemeene lieden zelve oordeelkundig, ja in eene aaneengefchakelde rede over fpreeken. Een dozyn Couranten die dagelyks in de Hoofdftad het licht zien , eri zoo veel andere die in dc voornaamfte Steden der Provintien uitkomen, verligten die ftudie aahmerkelyk, en maaken de ftaatkunde zoo populair als mogelyk. Daarentegen heerscht er omtrent alles Wat vreemde landen betreft een ontweetenheid, zoo driest ate men „zeg zich .niet verbeelden' kan?,1 niet  • ». . • I * 1 l TWEEDE HOOFDDEEL. 145 niet tegengaande er . door geene' Natie meer gereisd wordt dan door de Engelfche : dan zy houden zich buitens lands meest onder elkander op-, leeren de taaien van 't gewest waar in zy zich bevinden gebrekkig', zoeken weinig roet lieden van welken zy. iets zouden kunnen (eere.n om te gaan, en reizen met één woord ijecbts om .zaaken, niet om menschen te zien, en ver de meesten zelfs om. dat het tot. eene mode geworden is den grooten tour van Europa te doen. ,Dit gebrek lydt echter zyne uitzonderingen, en men vindt leden van het Parlement en van het.Minifterie ,, die in de Cabinetten van Eutopa.niets.minder dan vreemdelingen zyn. De Journaalen en de vertaalingen van Engelfche werken fpaaren my voor 't overige de moeite om van den .ftaat der weetenfchappen in dat Koninkryk te handelen, 't Is bekend, hqe ver bet er door verfcheiden nog leevende mannen in de Phyfica, ,de Chymie en de Aftronomie gebracht is. Aan werken van fmaak en goede j diehcftuHken ontbreekt het er mede; nog niet, i hoewel Engeland in dit opzicht geen vernuften van den. eerften, rang meer kan optellen. Ik heb te vopren met een woord iets gezegd van de flechte inrichting der.publique Collegien voor de jeugd,, in weerwil echter van welke veele lieden van verdienften eene zoo hooge trap van kundigheid beklommen hebben. Deeze Collegien zyn of de zoodanige, daar zich de jeugd 'i tot de Academiën voorbereidt, of zulke die te K fa?  146" ENGELAND. famen de Univerfiteiten uitmaaken. Tot de eerfte Ciasfe behooren inzonderheid Westmunfter, Ëtbn en Winchester. Ik heb verzuimd dezelven te bezichtigen, en kan dus van de byzonderheden van hunne wyze van beftaan geen berichten mededeelen. Dit ééne weet ik zeker genoeg , dat er weinig anders dan taaien onderweezen wordt. Te Manchester is mede een Collegie, meer door zyne ryke begiftigingen en eene fchoone. Bibliotheek, dan door de vorderingen die er gemaakt worden, beroemd. Omtrent 80 jongens worden er tot hun 14de jaar by elkander gehouden, zonder dat het hunnen Ouderen eenig fchoolgel'd koste; daarna krygen zy eene uitrusting. Een particulier heeft in de voorige eeuw dit Collegie gefticht, en er zyne landgoederen aan vermaakt. Voor de Bibliotheek die er toe behoort is jaarlyks een fonds van L. ico beftemd om nieuwe boeken aan te koopen, 'tgeen wel fchynt naargekomen te worden. De ftichter heeft niet gewild, dat iemand na hem zyne ftichting verryken zoude. Oxford,en Cambridge zyn, gelyk ieder weet, de twee Univerfiteiten van Engeland. De inrichting der eerfte, die ik hier kortelyk fchetfen zal, meen ik dat het oordeel, 'twelk ik van de vorming der jeugd tot de weetenfehsppen geveld heb, genoegfaam zal rechtvaardigen. Van Cambridge behoeve ik niets afzonderlyks te zeggen; dcwyl het op zeer weinig onderfcheids na^Oxford in 'r kleine is. Onder  TWEEDE HOOFDEEL. 147 Onder alle de jonge beden, die op deeze Uni« verfiteiten gezonden worden, mag er niemand in de'Stad op kamers woonen. Zy worden in de verfchillende Coilegien verfpreid, die famen de Academie uitmaaken. Deeze Coilegien zyn groote gebouwen, elk met eene Kapel, fpyszaal, wooningen voor alle de leden, en meest met eene Bibliotheek, Tuin of ten minden groote Basfecour voorzien, en door de dichters of andere lieden met Praïbenden of penfióenen, en beurzen begiftigd. Men telt te Oxford 20 deezer Coilegien en nog 2 Halls of Coilegien zonder Prebenden. Samen mogen er iets minder dan 2000 ledèri tot de Univerfiteit behooren. Het Hoofd variëlk Collegie dfaagt den naam van Principal; het opzicht over alle de leden is hem aanbevolen, en hy bëltüürt naar de wetten aan welke hy verbonden is de geheele inrichting, de ftudien der jónge lieden &c. De Studenten heeten gemeenlyk Commoners; zo zy landgoederen of groot vermogen bezitten, Gentlemen Commoners; zo het Edellieden zyn, Noblemen. Deeze allen moeten 't geen zy in de Coilegien genieten zonder uitzondering betaalen, zelfs hun onderwys. Op fotnhiige Coilegien evenwel vindt men Studenten ónder den naam van Servitors of Famuli, die geheel worden vrygehouden, en fomwylen nog geld toe bekomen. Vier jaaren moet ieder in een Collegie hebben doorgebracht, eer hy Baccalaureus Arthm wórden kan. Geduurende deezen geeft hem zyn Tutor of Leermeester, die in het E 2 Col-  148 ENGELAND. Cöllegie woonen moet , en waar van hv ef flechts éénen kan hebben , 8 maanden in 't jaar dagelyks een uur of anderhalf ondervvys , 't welk meest beftaat in het verklaaren van eenige Griekfche en Latynfche Schryvers , wat Logica, Mathefis &c. De Tutor neemt in één uur zoo veele jongen lieden te famen als het hem goeddunkt, bepaalt de boeken over welke hy lee. zen wil, geeft hun uittrekfels, overzettingen en dergelyke op, om wanneer zy alleen zyn te bearbeiden, en beveelt hun allerlei werken ter leezing aan: veeltyds, behalven de Ciasfique oude en nieuwe Historiefchryvers. Daarenboven worden er tegen het eind van 't Academisch jaar allerlei examinatoire oeffeningen gedaan, als het fchryven van verhandelingen, het opftellen van gedichten, het opentlyk disputeeren &c. Buiten de Coilegien wordt ook nog publicq onderwys, hoewel voor geld, gegeeven in de Mathematifche en Phyfifche weetenfchappen, de Astronomie, Chymie, Historie en dergelyke- doch niet door de Profesforen in eiken dier takken • de ampten van deeze zyn enkel voordeelig en worden byna in 't geheel niet waargenomenzelfs woonen de meeste Profesforen niet eens te Oxford: maar het zyn de gegradueerden uit elk Collegie, de Doctores naamentlyk en Magifiri Artium, die deeze taak op zich neemen. Eer een Baccalaureus Magifier Artium kan worden, moet hy nog 3 jaaren op de Univerfiteit doorbrengen, en intusfchen allerlei openbaare Actus vér-  ! TWEEDE HOOFDDEEL. I40 verrichten. Wanneer hy dien laatften rang veri! kreegen heeft , dan eerst kan hy Fellow worden dat is Stipendien beginnen te trekken, be. gi hal ven den vrydom van wooning op't Collegie. jjilMen heeft allerlei foort deezer Stipendien: van zoo 30 tot 200 Pond: doch die door het Collegie e tot Tutors benoemd worden kunnen dezelven ee. liet tevens genieten. De Tutor wordt door zyne leerlingen betaald, en ontvangt van elk ten te minden 6 a 8 Ponden. Zy zoeken daarenboven :. gemeenlyk nog eene kleine Predikantsplaats in de . buurt van Oxford, diezy, in het Collegie woonende, kunnen waarneemen. Het huwelyk flaat ... aan het Tutor- en Feïlowfchap beide den bodem in. Men heeft ook nog Demifellows, die reeds eer -as 1 zy Magister worden zekere Stipendien trekken. Men noemt hen ook fomtyds Students. Om 5 Doctor te wórden, wordt nog een veel geruimer tyd vereischt dan om tot den titel van Magister Artium te geraaken: dc,ch om redenen, die zoo even hlyken zullen, zoekt men zelden dien rangin ceqe andere dan in de Philofophifche Faculteit. Voorts fpyzen alle de leden van een Col. kgie in ééne zaal by elkander; hun uitgaan en te weder 't huis komen is aan regelen verbonden; en 2 maal daags vergaderen zy alle in de Kapel Sri van het Collegie om bedédonden te houden. Er :. is een byzonder gebouw van Oxford voor de i byeenkomften van alle Coilegien famen, waar tevens de publique Auditoria zyn, en 't geen , the Schools geheeten wordt. In een halfrond geK 3 bouw  3$Q ENGE LAND,. bouw dat, kort daarby geplaatst, den naam vaq bet Theater draagt, worden jaarlyks de publique Qratien, promotien en dergelyke gedaan, en in de nademiddagen van dit feest, dat in 't begin van July 3 dagen Jang gevierd wordt, ook Oratorio's in voortreffelyke Mufiek gefpeeid en gezongen. Alle leden van de üniverfiteit gaan met eene zwarte Toga aan, en met een hoed op het hoofd, die de gedaante van een' helm heeft, doch met een plat vierkant ftuker boven op, en eene kwast in 't midden : dan de ftofeqde verciering van mantel, zoo wel als van hoed en kwast zyn verfchillend naar den rang der Studenten, en naar de Academifche waardigheid die elk bekleedt. Dit gewaad is vleiend, en over 't algemeen hebben de jonge lieden te Oxford de gedaante der gezondheid, en hunne houdingen zeden zyn die van lieden van opvoeding. De ftatieklederen van Profesforen, Doctoren enandere aanzienlyke zyn gecouleurd met pelswerk. De Cancelier is het Hoofd der geheele üniverfiteit; dan dit wordt flechts als een titel befchouwd. Alles koomt op den Vice-Can- ■ celier (eene jaarlykfche waardigheid , hoewel j dezelfde perfoon vyf maal achter één kan gekoozen worden ) aan. Den Vice-Cancelier worden 2 Proctores, insgelyks een jaarlykfche waar- i digheid, toegevoegd. Het zyn eigentlyk zedemeesters, dien het opperopzicht over het gedrag der jonge lieden blyft aanbevolen. Zy hebben wederom Ministers onder zich. Een'Student, die in flecht gezelfchap, laat in den nacht, of ' zonder. ]  tweè»e hoofddeel. 151 zonder mantel over ftraat gaande wordt aangè. troffen, ontbieden zy tot zich, en flraffen hem naar goedvinden: 't zy door hem met werk te overlaaden, 't zy, indien de misdaad grooter is, met den tyd der promotie uit te Hellen, Zwaarder ftraf dan het bannen, en zelfs dit gefchiedt byna nimmer, kent de Academie niet. Het befluur der üniverfiteit in 't algemeen heeft veel van dat der Natie. De Cancelier of zyn plaatsbekleder ontleent iets van 't recht des Konings; de Doctoren zweemen famen naar de Lords van het Hoogerhuis; en de Magiftri Ari tium maaken een foort van Laagerhuisuit; met dit onderfcheid evenwel, dat de Doctoren, alle Magijtri Artium geweest zynde , hunne ftem in derzelver Vergadering behouden. Het Theater dient voor de plechtige byeenkomflen der üniverfiteits-Hoofden: doch het dagelyks werk wordt in the Schools verricht. De Academie heeft het laage rechtsgebied niet alleen over de Studenten, maar ook over de burgers. De kosten der Natie aan dit Brittifche kweekFchool beloopen niet zeer hoog, dewyl het meeste uit de oude ftichtingen van elk Collegie gevonden wordt. Oxford en Cambridge zyn eigentlyk flechts Academiën in de Litteratuur en in de Weetenfchappen, die men gewoon is tot de Philofophifche Faculteit te rekenen. Er worden wel ïndeTheologifche, Juridifcheen Medifche Faculteiten Gracht uitgedeeld, en Profesforen betaald: K 4 doefl  S N G E L A» N D.' doch men zou na 20 Jaaren verblyfs aan deeze plaatfen in die ftudien , nog weinig, gevorderd zyn, zo men 'er. zich door eigen, onderzoek niet m volmaakte. Eene der redenen die dit veroorzaaken, is ,dat men.om 'er den Doctortitul m te bekomen, een Jaar..of 14. dienen moet; daar men, wat.de Medicynen betreft,, tot denzelven in Schotland veel eerder kan verheven worden, en hy in de Godgeleerdheid en Rechten byna onnoodig is: want ia de geestelyke Rechtbanken alleen komt het, Doctorfchap in het ^ te pasDie zich op het Nationaale. Recht willen toeleg gen,gaan te London inden Tempelen Lincoilns, inn ,( waar een menigte Practjzyns by elkan, der woonen, en waar zich de jeugd onder derzei lZT1Cu °ie vor(i^nm de Genees- kunde wdlenmaaken, begeeven zich of paar Edin- de i;trl Th01""31?^ t£ L°nd0n van h^ Practfïh*T^*?* door fe-fen, of Praéhfch m de Hospitaaien. Voor Theologanten van de heerrchende Kerk C want andere geS heden hebben haare byzondere. Gymna^Ien, is zeker wel hetminst gezorgd. Ook aanvaa4n'e£ veelen het leeraarsampt zonder Hebreeuw^ te verüaan enzelfs zonder de ftellige Godgeleer? heid te hebben nagegaan; deJnrLtingvtS openbaaren Godsdienst en de wyze van SS maakt pok waariyfc byna het een en ff* ° • - zo.  TWEEDE HOOFDDEEL» jzoo ligt door een' vreemdeling beantwoord kan iworden. • Zeker hebben zy beroemde mannen-, jvcortreffelyke werken en daaronder vooral uitmuntende uitgaven yan oude Auteuren voortgebracht. Verfcheiden ryke Bibliotheeken, en te Oxford in ,'t byzonder een fchoon. Obfervatorium 9 een verzameling van Statuen, Griekfche en Rot meinfchelnfcrip.tien,. een Munt- en fchilderei-Cabinet; en daarenboven een groote oplettenheid I op de jonge lieden ——■ dit alles is zeer in ftaat j om vorderingen te weeg te brengen , en de ftu, | dien uit te breiden, aan te moedigen en te veraangenomen ; doch of zich . evenwel niet de hoofdbezigheid aldaar tot het ver ftaan der Clas\ fique Audteuren, met het geen daar. toe vc ïer behooren mag, bepaale,, en of het genoegfaam zy in tyden gelyk de onzen, een goed JcMar te zyn .(want zoo wordt iemand.genoemd, die het verin deezen tak gebracht heeft), om na het affchudden van het ftof der Oxfördfche Coilegien met vrucht de waereld in te treeden, laat ik aan de beflisfing van anderen over. Voorts dient ook om de weetenfchappen in 1 Engeland uit te breiden, de Koninklyke Maatfchappy te London, genoeg door haare Philofopliical Tranfattions bekend, en op den voet van alle dergelyke. Genootfchappen gefchoeid ; in verfcheiden Provintiaale fteden van het Ryk heeft men dezelve nagevolgd, .en die van Manchester in. 't byzonder heeft zich reeds dpor haare uitgegeeven MemOrien een.' naam verworK 5 ven.  ï$'l ENGELA ND. ven. Te Loncjon is daarenboven nog een Maatfchappy van Oudheid - kenners; in hunne vergaderzaal bewaaren zy eenige byzonderheden: by voorbeeld een model in kurk van den SybillenTempel te Tivoli, eene Romeinfche kaart van Groot-Britannien en Ierland: de plaat van de byeenkomst van Franciscus t en Hendrik VIII., op een papier van die grootte gedrukt, dat dit alleen roo Pond fterl. gekost heeft. Onderjde vermaardeBoekverzamelingen in Engeland verdient die van het Britfche Mufmm de eerfte plaats. Ik heb reeds gezegd, dat 'er 12 Kamers met gedrukte boeken en 4 met Handfchriften vervuld zyn, de laatften betreffen vöor een groot gedeelte de Oudheden van het KoninkrykMen vindt insgelyks veelBezittings-brieven,Kloos-' ter-Diplomata en eene menigte Genealogifche papieren. Aan fchoon geïllumineerde Misfaalen én Euangehen, onder welken een door Elifaheth gebruikt is ontbreekt het hier niet; men toont vooral een Nieuw Testament geheel met gouden letters befchreeven, en een ander zeer oud en door de leezing ven eene plaats van gewicht beroemd geworden (O; grieven met de eigen hand CO De Heer Döaor Woide te London heeft dit vermaarde AIeandry„fche Handfchrift van he Nieuw, Testament in het voorleeden jaar in Folio uit-  TWEEDE HOOFDDEEL, tSS band eeniger Engelfche Monarchen gefchreeven ; en, het geen in dac Koningryk een zaak van meer belang is, het oorfpronkelyke van de Magna, Charta: een Diploma van één vel parkements, aan alle de voortbrengfels van dat foort in die tyden gelyk; deletter is klein ; op het zegel zyn geen figuuren meer te ontdekken; men heeft dit ftuk van wegen dewelfs ouderdom op linnen geplakt. Wat de gedrukte werken betreft, zoo blyft elke Bibliotheek, die aan het JMufceum vermaakt wordt, op zich zelve ftaan, gelyk onder anderen die van de meeste Koningen. Hoe zeer dit ftrekken moge om <, door de hoop uitgegeeven;hy bewyst met eene hooge trap van waarfchynlyklykheid,dat het omtrent het midden dervierde eeuw in Aegypten gefchreeven is, van waar men weet dat het in de ude naar Conftantinopel, en jn de voorige naar Engeland gebracht is •, en wat de ileezing i Tim 3: vs. 16. betreft, bewyst hy insgelyks, dat: God is geopenbaard inhet'jvleefch en niet: piE geopenbaard is in het vleefch voor de oorfpronkelyke moet gehouden worden ; en het fchynt dat de een of ander in laater tyden, vreezqnde dat men in plaats zan "©s os mocht leezen, het fchrapje in de Théta en boven de beide letters wat duidelyker en dikker heeft poogen te maakenZie MontM. Reüew. Jppend. van het 76lle Deel.  95* E N G E L A s D# ! ,hQ°P van hun' naam vereeuwigd tezien • allerlei lieden tot zulke giften uit te lokken, worden ech' fer dezelfde werken door deeze inrichting noodeloos vermenigvuldigd , en de order daarvan geftoord. Dat 'er in deeze Verzamelingen veel Editiones Principes en drukken van de 15de eeuw, behalven andere voortreffelyke , kostbaare en zeldzaame werken zich bevinden, kan men ligt befeffen. De bestegeillumineerdeplaaten yan de natuurlyke Historie door Juffr; Merian verdienen hier inzonderheid' opmerking. De Privaat-Bibliotheek van zvne Majefteit bevindt zich in 't Paleis der Koningin, en vervult 3 groote vertrekken. 'Zy 'vereenigt het zeldfaame en prachtige met de werken van gebruik. Alles is uitneemend geconditioneerd; 'er behooren ook eenige modellen en mathematifcheinftrumenten toe. Van Dr. Hunters verzameling van eerfte drukken en andere kostbaare boeken, die met 'er tyd naar Glasgow verhuizen zullen, heb ik boven reeds met een woord gefproken. Te Oxford vindt men verfcheiden Bibliothee ken van aanbelang. Dé Bodleyaanfche behoort tot de gantfche Üniverfiteit en niet tot eenig byzonder Collegie. Men kent in Engeland geen vollediger verzameling dan deeze , hoewel zv flecht ge ' plaatst is, en men ten hoogde de hé-lfe der boeken over ziet. Haare gedaante maakt die van een H ' uit; 's morgens flaat zy Voor een' ieder open ' en ook een nader toegang tot dezelve is nietougemakkelyk te verkrygen. Het fonds om nieuwe wer-  TWEEDE HOOFDDEEL. 1$7 werken aan te koopen is zeer aanmerkelyk en wordt bedeed gelyk, het behoort. De Catalogus, der Bodleyaanfche Verzameling is gedrukt, en, dient voor alle andere Bibliotheeken in de ftad, tot een' grondflag. Onder het grooc aantaL Handfchriften die hier bewaard worden .munten de, Oosterfcheuit. Men toont hier ook een Manufcript van hoogen ouderdom, de Handelingen der Apostelen bevattende, Latyn op de ééneen Grieksch op de andere zyde , en elke regel flechts van één, enkel woord; verder een eigenhandig MSt. van Koningin Élifabeth, meest uit fpreuken beftaan-, de; en onder de gedrukte boeken, de Officiavan Cicero door Fust 1465; een prachtig Exemplaar, van den Engelfchen Bybel Van .1717, van welken 'er flechts 5 bekend zyn. De Radclifffche, is de andere,algemeene Biblio-, theek te Oxford: doch de befchryving derzelve behoort fchier meer tot het artikel der Bouwkunde, dan tot dat der Geleerdheid. Dr. Raücliff; een geneesheer, liet 40,000 L. Sterlings na tot het oprichten eener boekzaal: doch niets tot het meubelen derzelve; van daar dat in deeze fchoon en op zich zelve ftaande koepel, waar beneden 8 op elkander flaande yzeren hekken den ingang maaken, waar de trap en al het houtwerk Mahogony is, waar de boekzaal zelve door een' fchoonen dóme overdekt en met eene gallereie omringd wordt, byna geen boek te ontdekken is. Men heeft een' voorflag gedaan om hier de Handfchriften, djejn alle de Boekverzamelingen van  15$ ENGELAND. van Oxford verfpreid zyn, te vereenigen : doch men vond, dat het moeielyk zou vallen de Coilegien over te haaien om van hunne fchatten afftand te doen. Onder de Bibliotheeken der byzondere Coilegien deezer Üniverfiteit , munten die van Chrift-church (die met eene verzameling vari prenten-gepaard gaat), die van All-Souls en van St. föhn uit. Alle ftaan zy in groote langwerpige zaaien ; de twee eerfte worden; zoö wel ten opzicht van haare plaatfing als van de werken die zy bevatten , en die nog geduurig vermeerderd worden, voor de prachtigfte gerekend! dé-laatfte is de oudfte. Onder de uitfpattingen van het menfchelyk vernuft, toont men hierhec pourtrait van Carel L met de pen getekend, en waar van de omtrekken enallede fchaduwen famen juist de 150 Pfalmen uitmaaken: doch meer oplëttenheid verdient er, fchoon eerder tot dekunften dari de vveetenfehappen betrekkelyk, een Joanhes- de Dooper in een foort van Florentynsd: Mofaicq doch van Compofitie, zynde een Copie naar een ftuk van Raphaël. Te Cambridge zyn de publique Bibliotheek en die van Trinity College de merkwaard igfte.' de eerfte heeft een' fchoonen gevel, maakt ook van binnen eene goede vertooning en is uitneemend wel van boeken voorzien. Behalven eenige Chineefche kaarten en eene fraaye Pagode Van ryst, vertoont men'er een Perfisch werk over de Sterrekundeop Katoen gefchreeven, heerlyk geïllumineerd, en dat' in Perfien zelve gezegd  TWEEDE HOOFDDEEL, i$$ zegd wordt 100, Pond Sterl. gekost te hebben; zo ik meen heeft de Koning van Vrankryk 'er aan de Academie een gefchenk van gedaan; nog een MSt van de 4 Éuangelienlittcrisuncialibus, Griekfch en Latyn, 't geen door Beza gegeeven is en opeen' ouderdom van 13 eeuwen gefchat wordt; eenige tekeningen van Rembrand; een overvloed van drukken der 15de eeuw, onder welken een Plinius, in 1475 te Venetien by Janfonop parkement gedrukt, en met fchoon geillumineerds plaaten voorzien, boven anderen uitmunt. DeBibhotheek van Trinity College is prachtig ; beneden ftaan eenige oude Graffchriften; de trap is Koninklyk, de boekzaal lang , breed hoog en geheel nieuwerwets; de boeken zyn als in Kapellen geplaatst, van welke ééne met zeldfaamheden uit de eilanden der Stille Zee vervuld is. Te Petersborough vertoont men,in de Bibliotheek der Cathedraalkerke een MSt. van denBybel in 8vo, zeer net gefchreeven en in eene doodkist gevonden tevens met een' groenenmantel met leliën, waar het lyk in gerold was; men houdt ftaande dat dit alles ten miaften 900 jaaren oud is. Van de verzameling op het Manchesterfche Collegie heb ik reeds gefproken. Voorts heeft fchier elk Edelman, vooral in de Buitenhuizen die men gewoon is als merkwaardigheden te bezoeken , zyne Bibliotheek 't zy dan om dat men Bet befchouwt als een noodzaakelyk vereischte ineen wel gemeubileerd Kasteel, 't zy om das  t6o ENGELA ND *erde' bezitter fmaak in vindt en zyn gebruik er van maakt. " Meest altyd vereenigt ééne zaal,.die fbmtyds uitgeftrekt is, de boeken, Men treft övcr 't algemeen veele kostbaare werken onder, dczclven aan: doch byna riimmer heb ik hen iri eenen draagchelyke order geplaatst gevonden • die van den Hertog van Marlb'örough.te Blenheim munt onder alle andere -verzamelingen van dat foort grootelyks uit: doch de wyze op welke men /et door heen gevoerd wordt.laat geen ge: Iegenheid over om ze behoorlyk na te gaan,• dit èenigftè kan ik 'ér van zeggen, dat zy opgevuld nmet Editiones Principes.De Hertog vanNorthumbelarii Jjëzit insgelyks .op. zyne,verfchillende Buitenhuizen , althans te SionhoufeenteAJnwick, twee fchoone , Bibliotheeken , behalven nog 't geen zyn huis in de Stad behelst. '• Onder de Muntcabinetten in Engeland, ja in Europa zelfs, is 'er géeh aanzienlyker nog yoltalliger dar. >z geen Dr. Hunter heeft nagelaaten, en waarin vóór deszelfs dood reeds de zoo beroemde Collectie van Daan. was ingelyfd. Men toont 'er veel Aegyptifchs, Asfyrifche, Perfifche penningen, de Griekfche van Koningen en Steden, en onder" dezelve eeenige yan het fchoonfte werk .dat by mdgelykheid kah bedacht worden. De Romeinlche Keizers iri Goud, Zilver en Koper zyn byna voltallig; inde beide laatftemétaalén vindt mep' er ook verfcheiden Senatorii én Confulares , onder welken fommige een' hoogen ouderdom.' hébben. - Onder die van de eerfte Keizers zyn  TWÈEDÊ HOOFDDEEL. l6ï ! zyn er eenige mede van voortreffelykeri arbeid. Over 't algemeen treft men hier de zeldzaamfteea kostbaarfte nukken aan; zo ik meen zyn er eenige van uitgegeeven. Nog behoort tot deeze verzameling een nieuw Medaillen-Cabinet, waarin zich inzonderheid alk de Ehgelfche penningen, en munten bevinden. Oxford bevat ook nóg 2 verzamelingen van dat foort;ééne op dc Bodleyaanfche Bibliotheek, die wel voorzien is, en waarvan men een' gedrukten Catalogus heeft; onder de Griekfche munten zyn er van zilver zoo wel als van goud eenige onvergelykelyk fchoone en gaave ftukken; veele Athenienfifche behooren daartoe. De Keizerlyke zyn zeer voltallig. Ook ziet mep hief k5oten-en papiermunten. De andere verzameling, boven de Biffiotheek van het Christ. Church. Collegie geplaatst, vereenigt Griekfche, Romeinfche en Engelfche munten. Van de verrchilknde Obfervatorien in Enge* land heb ik flechts dat des Konings in de tuinen van Richmond kunnen zien Het bevat 3 of,4 kamers met allerlei Mathematifche en Aftronomrfche Inftrumenten, met eenige Naturalien, modellen cn andere merkwaardigheden. De groote Quadrant en Sector munten het meeste onder de inftrumenten uit: doch al wat zich hier bevindt, Barometers , Thermometers, Telescopen &c.kan men Z1ch verzekerd houden dat het nauwkeurigfte en kostbaarfte in zyn foort is; en men kan z,ch geen gemak tot Het doen van waarneemmgen uitdeni w k Ken,  X62 ENGELA ND. ken, waar men hier geen gebruik van gemaakt heeft. Van de Weetenfchappen ga ik tot de Kunsten over. By de mechanifche zal ik my niet ophouden, deels om dat de verzendingen buitenslands van zoo veel voortbrengfelen der Engelfche werkbaazen dezelve alom genoeg bekend maaken, deels om dat ik by de fabriquen en by de ameublementen van eene menigte huizen er in 't voorbygaan veel van zal moeten zeggen. Alleenlyk dient hier de verzameling van modellen, welke de Maatfchappy der Kunsten (een inrichting, waarop onze Oeconomhche Tak voor een gedeelte gefchoeid is) in haar Vergaderingshuis bewaart, genoemd te worden. Zy is zeer aanmerkelyk, en beftaat meest uit nieuw ontdekte werktuigen om den landbouw'te verligten, behalven brandfpuiten , molens en dergelyken. In fommige d.ier uitvindingen moet men het vernuft des meesters zeer bewonderen. Te London verdienen ook de waterwerken, die de Stad van> dit onontbeerlyk element voorzien, met oplettenheid bezichtigd 'te worden. Wat de beeldende Kunsten betreft, zo bloeijen dezelve thans in Engeland in een' hoogeren graad dan in eenig land van Europa, zelfs Itaben niet uitgeflooten. Het bezoeken van dit gewest door bemiddelde Britten, die geen kosten ontzagen om de edelfte voortbrengfels van Griekfche en Romeinfche zoo wel als van nieuwere Italiaanfche meesterg in hun Vaderland over te brengen, of tenmin-  TWEEDE HOOFDDEEL. I63 minsten door faekwaame handen na te laaten volgen; het aanmoedigen en rykelyk betaalen van ialandfche Kunstenaars, die zich naar deeze voorbeelden vormden; de pracht die aan de meeste buitenhuizen bedeed wordt; het oprichten van eene Academie voor fchilders, beeldhouwers &c.; en. de jaarlykfche openbaare vertooning hunner werken: i— dit alles heeft famengewrocht om door het Koninkryk een' goeden fmaak te verspreiden, die zich zelden verloochent, en'die, pp het zuivere. Antique geënt, vry is van dat gemaniëreerds, waarmede men in Vrankryk zoo veel anders l.choone ftukken bederft. In de Bouwkunde heeft men het inzonderheid ver gebracht en de beroemde Mr. Adams wordt hier in nog met recht voor een' der grootfte Meesters gehouden. Kerken, paleizen, buitenhuizen, zaaien. tempels, bruggen, theaters, de inwendige verdeeling en verciering der gebouwen: alles verraadt, van Northumberland tot Cornwall, de bardnekkigfle en gelukkigfte fludie der beste Architecten van Griekenland. De Schilders maaken eene gantfche heirfchaar uit.Sir Jofhua Reynolds, de Directeur der Aca. demie, die in Historifche ftukken en Pourtraitten zich den grootften naam verworven heeft, is aan hun hoofd. West munt insgelyks in Gefchiedkundige Schilderyen uit. Onder de overigen treft men er goede en middelmaatige aan. De talryke Gallereien, die men in dit Koninkryk ontmoet, vereenigen de werken der beste ItaL 2 liaan-  ÏÓ"4 ENG2I,AJ/D liaanfche én Vlaamfche Meesters. Van Rubens en van Van Dyfc wordt er inzonderheid onnoemelyk veel bewaard. Aan Schilderyen van geboren En•gelfchen is in evenredigheid zoo veel overvloed niet. Het fchilderen op glas heeft men federt weinige jaaren er tot eene groote volkomenheid gebracht. De Heer Jervis, die zich te London of in de buurt daarvan ophoudt, en de Heer Egleton te Birmingham oeffenen thans deeze kunst, terwyl zy nog een geheim maaken van de wyze, op welke zy de verwen op het glas doen hechten; zy volgen de Schilderyen van andere Meesters na. By den laatsgenoemden heb ik een venfter gezien van omtrent 4 voet hoog en de helft breed, dat op 60 Fond Sterhngs te ftaan kwam. De Engelfche Prenten zyn te bekend, om van den ftaat der Graveerkunde hier te moeten fpreeifen. En wat onder dezciven de Spotprenten betreft, waarvan elke dag en elke gebeurtenis er nieuwe voortbrengt, deeze, fchoon doorgaans voor zulke ftukken niet kwalyk getekend, dienen meer om het genie der Natie en hunne zucht tot het belagchelyke te bewyzen, dan zy rechtItrceks tot het Hoofddeel der kunften behooren. De menigvuldige monumenten in de Kerken, de andere gédenkftukken op openbaare plaatfen, de verderfden der lusthoven , fotnmige fabrieken zelfs (trekken tevens om de Beeldhouwkunde aan te moedigen, en om' ze onontbeerlyk te maaken; ook munten verfcheiden' kunstenaars hier in uit: "- ' • ■ 1 doch  TWEEDE HOOFDDEEL. l6§ doch nier. zoo zeer als veelen die reeds zyn weggeraaptj en nier. genoeg om zich buiten 's lands een grooten naam te verwerven. Omtrent Graveerders van fteenen kan men byna het zelfde vastftellen. Hier en daar vindt men aanmerkelyke Verzamelingen van Antique Statuen, borstbeelden , Bas-reliefs gelyk ook van goede Copiën derzelven, en van andere voortbrengfels van nieuwe in- en uitlandfche Meesters. Ik zal nu alles famenneemen, daar ik geen mogelykheid zie om het geen elke kunst op, zich zelve voor een' vreemdeling merkwaardigs bevat, afzonderlyk te behandelen, en zal de meesterftukken van Bouw- Schilder- en Beeld < houwkunde, die in Engeland verdienen bezictb tigd te worden, kortelyk doorloopen. Ik begin te London met het Somerjet- houfe, om dat er de Academie der beeldende kunsten vergadert, en er de jaarlykfche vertooning der beste voortbrengfelen van dien aart gefchieds. Sedert kort heeft men dit gebouw op de prachtigfte wyze vernieuwd; en het ftrekt wegens deszelfs grootte, de Architectuur zyner verfchillende fagades, de Colomnaden die er hier en daar zyn ingebracht, en de ruimte van het Binnenhof tot geen gering vercierfel der Stad. Het zal tot allerlei dingen gebruikt worden. Reeds houden er alle de Koninklyke Academiën haare byeenkomften. Advocaaten en Rechtsgeleerden zullen er hunne wooningen vinden en aankweeke»s lingen vormen, gelyk thans in den Tempel en; L 3, elders  i66 engeeand. elders gefchiedt. De vertrekken die der Schilder-Academie toebehooren, zyn ter rechterzyde van den ingang op meer dan ééne verdieping geplaatst. Een Bibliotheek en 2 zaaien met Copien der voornaamfte Antiquen en eenige weinige Schilderyen vervuld , worden fteeds gebezigd: doch wanneer de tyd der openbaare Exhibitie gekomen is, 't geen in 't begin des fomers plaats heeft en omtrent 6 achter een volgende weeken duurt, worden er nog één beneden - en 2 boven vertrekken (een van welken een groote zaal is, die haar licht door de zoldering ontvangt) daar benevens geopend. Alle Kunstenaars, die het verkiezen om hunne werken hier aan de beoor. deeling van het Püblicq te vertrouwen, zo ze niet beneden alle Critiek zyn, hebben er de vryheid toe. Echter loopt er by de Directeuren ten opzicht van het aanneemen, en vooral van het plaatfen der ftukken wel eens wat menfchelykheid onder. Het meest wat men ér ziet zyn Schilderyen , waar onder zeer veel Pourtraitten en Architectuur - ftukjes; voorts eenige Statuen en Bas-reliefs, boetfeerwerk, gefneeden fteenen, email en dergelyke. Dan, men behoeft flechts op den Catalogus de onbegrypelyke menigte naamen van verfchillende meesters na te gaan, om zich gemakkelyk voor te kunnen ftelkn, dat er voortbrengfels van allerlei hoedanigheid en dus ook zeer veel middelmaatigs onder jonden moet worden. De toevloed van aan- fchou-  TWEEDE HOOFDDEEL. l6j fchouwers, die men al dien tyd dat déeze zaa-' len openftaan, hier op alle uuren ontmoet, gaat de verbeelding te boven. Men meent zich onder eene Natie van fchilders en fchilderesfen te bevinden. De Kerk van St. Paulus is na die van St. Pieter te Komen het grootfte en fchoonfte ftuk van nieuwere Bouwkunde van dien aart in Europa. Men weet dat zy de vorm heeft van een Grieksch kruis, en dus ftaat ook de koepel, waar mede zy zoo wel als haar oudfte Zuster aan de Tiber vercierd is, vlak in 't midden; daar de koepel van deeze, die een gewoon kruis formeert, meer naar het einde geplaatst is. Zelfs wanneer men St. Pieter gezien heeft, kan men zonder eene eerbiedige bevyondering in St. Paulus niet treeden, en haare fcnoone evenredigheden van buiten zoo wel als van binnen erkennen. Jammer is het flechts, dat, niet tegenftaande het Kerkhof van vooren, men op geen behoorlyken afftand de bouwkunde van Londonsch Cathedraalkerk na kan gaan; dat de damp der kooien den witachtigen fteen derzelve byna heeft zwart gemaakt, en dat het fchandelykfte orgel, dat ooit eene Kerk ontfierde, niet alleen met de pracht van al het overige weinig ftrookt, maar zelfs boven den ingang van 't Choir geplaatst zynde, het overzien van 't geheele lighaam, wanneer men in 't midden onder de koepel ftaat, verhindert. Voorts is dit Choir het eenigfte geL 4 deel-  I$S ENGE LAND. deelte der Kerk waar dienst gedaan wordt; al het overige is'volmaakt leeg, zelfs vari gedenktekenen van overleedenen. De Abdy van Westmunfter is van eene gantsch andere natuur. In die eeuwen opgericht, toen met den Roomfchen Godsdienst de Gothique bouworde in Engeland heerschte, draagt zy in haare vorm, en voor een gedeelte in haaren opfchik de kenmerken van beiden. In haar foort js zy fchoon, trotsch en van geen zwaaren bouw inzonderheid verdient het fteenen verwulffel van de Kapel van Hendrik VII, eenige trappen hoog achter het Choir, waar de Orde van het Bad haare Kapittels houdt, de grootde verwondering: het is zoo voortreffelyk uitgebyteld, dat men naar boven ziende eene zoldering van Brusfelfche kant meent te ontdekken. Van de menigvuldige Graftomben, in deeze Abdy. heb ik reeds in eene andere betrekking gefproken. Ten opzicht van fmaak en beeldhouwwerk, verfclullen zy zeer van elkander.. Veele heeft men zoo zwaar met beelden overlaaden , dat zy de dooden, wier gedachtenis zy vereeuwigen moeten , te gelyker tyd fchynen te verpletteren. Eenige anderen zyn Gothiek gelyk de Abdy en ze|£s^ befchilderd. Aan fommige ontdekt men eene zeer middelmaatige Sculptuur, aan fommige wederom heeft deeze met het Genie gewedyverd om meesterftukken te fchetzen. De Tombe van Nightingale en zyne Gemaalin, [door Roubillac vervaardigd, wordt voor een der fchoonfte voortbrengfels",' die  TWEEDE HOOFDDEEL.169 die de bytel van nieuwere Kunstenaars gevormd heeft, gehouden. Zy is opgrichx na den dood der Vrouw, die het eerfte ftierf Deeze wordt hier zittende voorgefteld naast haaren echtgenoot , in wiens, armen zy zoo even den laatften 'fnik zal uitblaaze». De dood treedt uit eene yzeren deure met grendels, die om laag is, te voorfchyn , met een' pyl in de hand om de vrouw te treffen. De man zoekt den ftoot af te wenden, en zyn aangezicht fpreekt al die fmeekingen, waar mede men de ysfelykfte rampen afbidt, cn al dien wanhoop, dien men by de overtuiging dat ze reeds onafbiddelyk zyn gevoelt. Het monument van Generaal Wolf, (zoo ik meen door Rysbrack) is insgelyks voortreffelyk. Hy ligt in de armen van een' onderofficier te fterven. De Victorie komt hem nog ter rechter tyd dc tyding der zege by Quebeck brengen. Beneden ziet men de Krygslist voorgefteld, die tot de overwinning aanleiding had gegeeven. In de Tombe van William Hargrave, Commandant van Gibraltar bewondert men de fchcuring in een' muur, die by het geblaas der laatfte bazuine . om ver valt. Admiraal Tyrell ftierf op zee, en wierd er ook op zyne begeerte in begraaven; het basreliëf van zyn gedenkteken ftelt hem voor uit dezelve verryzende, met dat opfchrift: En de zee zal haare dooien opgeeven. Aan Lord Chatham heeft de Natie eene prachtige Graftombe opgericht, met een ftaande beeidtènïs van dien Staatsman in 't midden, en L 5  ?7° I HGELAJSïD. andere Symbolifche figuuren ter zyde. In een kléin boven vertrekje in den muur der Abdy ziet Ifien, behalven eenige in wasch geboetfeerde beelden van Koningen en Koninginnen, ook dat Van dien zelfden Edelman , onlangs door eene Americaanfche Dame, dóch 'die reeds overleeden is, zoo uitneemend als Wel gelykenend uitgevoerd; by ftaat in zyn Graaffelyk gewaad, ên verder met de kleeding die hy gewoon was tedraagen; er is veel natuur, leven en waarheid jn. De overige nieuwe monumenten in deeze Abdy, welker getal nog dagelyks toeneemt, en waar onder fommigen, by voorbeeld dat van de Hertogin van Northumberland, alle opmerking verdienen, ga ik, om niet te uitvoerig te worden, met ftilzwygen voorby. " Onder de ontzaggelyke menigte parochie-kerken te London treft men er eenige, inzonderheid onder de nieuwften aan, die zich door eene goede bouworde onderfcheiden, De voorgevel van die van St. George biedt een perifiüe aan, door4Colommen, zoo ik meen, gedraagen: die van Covent Garden / in denzelfden trant doch naar eene andere orde getimmert, heeft Jnigo Jones tot Bouwmeester , en is dikwyls in plaat gebracht: dan het fchynt my moeielyk zich aan de breedte van den uitfleekenden rand van hét Fronton te gewennen. Van binnen verdient de Kerk van St. Stephen Walbrook bezichtigd te worden. Zy heeft de gedaante van een in één gedrongen Romeinsch kruis met eene koepel in't  TWEEDE HOOFDDEEL. Ï?I in 't midden. De ftukken die aan de bovenkant zyn worden elk door drie, die aan de benedenkant door vyf Colommen onderftut. Onlangs' heeft West hier tot een Altaarftuk het v/egdraagen Van Stephaaus na zyne fteeniging gefcfiilderd.' Het ftukisövër 't algemeen fchoon: doch het ligchaam van den martelaar heeft voor zulk een' dood te weinig wonden, en de Kunstenaar heeft in dit opzicht de waare natuur te zeer aan de fchoone opgeofferd. Dicht by deeze Kerk en op geen verren afftand van elkander liggen het huis van den Lord Major, de Beurs, de Bank en het Stadhuis. Het eerfte , gemeenlyk het Manfion-houfe gebeeten, is zeer uitgeftrekt, en van eene prachtige doch zwaare Architectuur. Zelfs verhaalt men elkander, dat de lompheid van dit gebouw een' kenner zoo onverdraagchelyk was, dat hy jaar1'yks van 200 mylen ver te London kwam om het genoegen te hebben van het met zyn water te befproeien. Van vooren geleidt een dubbelde ■ trap naar een hoog përijtile daar 6 Corintifche Colommcn een Fronton onderfteunen; de zydemuuren zyn met pilasters van de zelfde órde vercierd. De iEgyptifche zaal van binnen is tot groote maaltyden beftemd. Een gallerei, die van boven rond loopt, rust insgelyks op eene Colomnade: doch, aan het geheele in zwaarte gelyk zynde, ismen reeds verplicht haar met houten paaien te fchraagen. De zoldering is van eene ontzaggelyke hoogte. Men vindt verfcheiden an-  372 ENGELAND. andere fchoone vertrekken in het Manfion-houfe: doch daar elk, die de waardigheid van Lord Major bekleedt, hier flechts een jaar zyn verblyf houdt, kan men ligt befeffen, dat de meubelen niet aan de pracht van het gebouw beantwoorden , te meer daar het fomtyds flechts kleine kooplieden zyn, die uit eene bedompte winkel zich op eens in dit paleis verplaatst zien; eenige meubelen evenwel, eenige bedienden en het Stads zilver Servies blyven fteeds aan het huis verknocht. De Beurs is een vierkant gevaarte met bedek-, te gallereien in 't rond, gelyk de meeste gebouwen van dat foort, en van geene aangenaame Architectuur. Zy haak het niet in grootte by de Beurs van Amfterdam: doch de Londonfche Kooplieden verrichten meest alles vóór Beurstyd in de CofFyhuizen. In 't midden ftaat een fchoone Statue van Carel II, en tegen de tweede verdieping aan, in Nisfen, de beeldtenisfen der laatfte Koningenen van die Koninginnen, die in perfoon geregeerd hebben; George III vindt er reeds zyne plaats vervuld. De gedachtenis van den Architect en van een paar andere particulie • ren is hier mede vereeuwigd. Boven ho,uden de Asfuradeurs hun Coffyhuis. De Bank, aan welke thans een nieuwe vleugel wordt, aangebouwd om tot een Corps de Garde te dienen, daar het oproer van 1780 deeze bewaarplaats van Engelands fchatten in het grootfte gevaar gebracht had, ligt achter de Beurs2 ea  TWEEDE HOOFDDEEL. IJ'$ en is van eene veel aangenaamer en ligter Architectuur dan deeze. Een grcote ronde zaal in 't midden, die haar licht van boven ontvangt, en 4 andere dergelyke kleinere, die op dezelve uitkomen, alle in een' zeer goeden fmaak geordonneerd en vercierd, dienen voor de transporten der verfchillende Fondfen en voor de uitdeebhg der dividenden. De Commiefen zitten tusfchen de Colommen, waarop de zaaien rusten, en de letters van 't A B er op gefchilderd leeren de geinteresfeerden, naar maate hun naam met deeze of geene letter begint, tot welken Commies zich een ieder wenden moet om geholpen te worden. Beneden zyn de gewelven voor het geld. De Kamer der Directeuren van de Bank is een fchoon langwerpig en wel vercierd vertrek. Op het Gothieke Stadhuis, 'twelk den naam van Guild-hall draagt, verdient flechts de groote zaal, dat men er zich een oogenblik in ophoude. Zy dient voor de vergaderingen en, gelyk men zich uit het te vooren verhaalde herinneren zal, voor feesten der Burgery ; de lotery wordt er getrokken &c. Het gedenkteken voor Lord Chatham, 't geen men in deeze zelfde zaal heeft opgericht, was nog niet ten toon gefpreid, toen ik ze 't laatst bezichtigde. William Bedfort, een vermaard Magiftraats-perfoon van London, vindt er mede zyn flandbeeld, met de aanfpraak, die hy in 1770 aan den Koning deed, op het voetftuk: doch by deeze nieuwere voortbrengfels der beeldhouwkunde fteeken een paar 'houten Sta.  1^4 engeland. Statuen van reuzen, die men Gog en Magog heèfc gelieven te noemen, en die beiden gecouleurd zyn, ten fterkften af. Waarfchynlyk hebben zy ten tyde der dichting v:n 't gebouw niet weinig tot deszelfs verciering medegewerkt. De zaal van vVestmunfter, daar de Coilegien van Juftitie op uitkomen, is grooter, doch eenigfints in denzelfden, fmaak. De groote zaal van het Hof van 's Graavenbaage heeft veel van deeze laatfte. Men houdt er de crimineele rechtsgedingen der Pairs van het Koninkryk. Ik gaa het Monument of die Colom, die ter gedachtenis van den brand van '.666 opgericht, en aan verfcheiden torens in hoogte gelyk is, terwyl de kroon van boven, .dien men met-eene wenteltrap beklimt, een gantsch gezelfchap bevatten kan. —— Ik gaa ook de VVestmunfter- en Black-friars - bruggen, de eerfte van ij , de tweede van 9 boogen, fchoon omtrent even lang en beide van eene voortreffelyke bouwkunde, met ftilzwygen voorby, om dat ze ten overvloede door prenten bekend zyn. Ik zal insgclyks niet alle de beeldtenisfen der laatfte Koningen en Ko^ ninginnen, op dé verfchillende pleinen van London opgericht, afzonderlyk noemen. Die van den ongelukkigen Carel I te paard rydende voorgefteld en in bronze gegooten, heeft bet aangezicht gekeerd naar de plaats, waar deal te machtige mededinger van dien Monarch hem het hoofd liet afhouwen. Het fchavot was opgericht voor een venfter van Whitehall, een gebouw dat Carel  TWÉÉDE HOOFDDEEL. I75 rel had begonnen te {lichten , en 't geen hy tot een prachtig paleis beftemd had: doch waarvan alleen de Banquetting - Hall gereed is geworden. Zy was gefchikt tot het ontvangen en onthaalen van vreemde Gezand ten; thans is zy in eene kapel hervormd. Behalven door het noodlot van h'aaren Stichter is zy nog door de zoldering merkwaardig, op welke het penceel van Rubens eenige zinnebeeldige figuuren, in verfcheiden vakken verdeeld, heeft voorgefteld Het middelfte ftuk is vooral uitneemend uitgevoerd, en al het moeijelyke dat met eene zolderschildering gepaard gaat, het over eind plaatfen en doen uitkomen der beelden , met roem overwonnen. Het paleis van St. James is byna niets dan een ruwe hoop van fteenen. Doch het wordt ook flechts voor audientien en dergelyke gebezigd, en deKoninklyke familie, zoo lang zy te London haar verblyf houdt, bewoont het Buckingham's - houfe aan 't eind van 't Park, en men noemt dit nu gemeenlyk het Paleis der Koningin. De fraaje ligging , een goede hoewel eenvoudige bouwkunde, en een zeer uitgeftrekte tuin van achteren maaken het tot eene aangenaame huisvesting. De trap is prachtig , de kamers ruim en zindelyk, doch niet met de gezochte elegantie van fommige wooningen van Lords en particulieren gemeubeld. Dan, behalven de Bibliotheek, van welke ik reeds gefproken heb, en eenige gefneeden fteenen in een der vertrekken tegen den muur geplaatst, bewondert men hier eene. verzameling van fchjlderyen der  1^6 ENGELANÖ der eerfte meesters, door de voornaamfte kamers verfpreid. Onder dezelve munt vooral de beroemde en zoo dikwyls befchreevene Gordel van Raphaël, uit 7 groote Bybelfche Historie-ftukken beftaande, uit. Een menigte Van Dyken , en andere werken 'der Itialiaanlche, Franfche, Vlaamfche en Engelfche fchool vinden zich hier vereenigd. Boven' bewaart men eenige ' tekeningen van vermaarde Meesters. Van het Mufceum Britannicum heb ik reeds veel gezegd: doch het komt ook nog behalven] de Natuurlyke Gefchiedenis en de boeken, in de betrekking eener bewaarplaats van werken van kunst in aanmerking. Van de 25 vertrekken zyn er vier met Etruscifche vaafen en andere oudheden, gelyk mede met de kleeding en het huisraad van de Eilanders der Stille Zee vervuld. Men weet, dat de Ridder Hamilton, Gezandt by den Koning der beide Siciiien, de meeste Etruscifche vaafen naar Engeland heefc overgezonden; zyn werk over dezelven en de navolging dier vaafen door Wedgewood hebben zeer veel toegebracht om hunne gedaante en de wyze op welke zy gefchilderd zyn (de grondcouleur meest donkerbruin, en de beelden rood) by beminnaars der Kunst algemeener bekend te maaken. Meest alle wierden zy in de buurt van Capua ontdekt ; op enkelde ftaan Griekfche letters. Onder deeze vaafen munt er één boven de anderen uit dsor zyne grootte en fchoonheid: men meent dat er een offerhande v-- van  TWEEDE HOOFDDEEL. 17? Van Castor en Pollux op voorgefteld is; op een ander ziet men de fabel der Hesperiden. Al Wat rot de jEgyptifche, Griekfche en Romeinfche oudheden behoort: tot offerhanden by voorbeeld, tot feesten en fpelen, tot opfchik, tot burgerlyk en huisfelyk gebruik, tot begraaffenisfen en dergelyke, ziet men in deeze vertrekken vereenigd; men bewaart er onder andere een ftük plat glas met de zekerheid dat het oud is. Daarenboven treft men hier ook eenige gefneeden fteenen en Camoeën aan. De merkwaardigheden, verzameld op de verfchillende reizen der Engelfchennaar de eilanden der Stille Zee, behalven de Turkfche en Chineeiche zeldfaamheden, vervullen eene groote plaats: doch in deezen opzichte fchync my het Mufaeüm van Sir Ashton Lever nog voltalliger te zyn. De beneden-vertrekken van het huis, daar het zelve geplaatst is, zyn vol vari het huiraad, de kleeding, het wapentuig, der Otaheiters, Sandwich-eilanders en de andere meer of min wilde volkeren, door Gapt. Cooké op zyne laatflé noodlottige reize bezocht; van welk alles Hechts het geringfle gedeelte in den JA tlas, tot zyn Journaal behoorende, te vinden is. Het touwen netwerk en de fyne flof tot kleeding verdienen inzonderheid opmerking. Voor borstplaaten gebruiken fommige wilden naast elkander gepiaatfte en in 't vierkant op iets vast gehechte hondstanden of kleine hoorns en fchelpen. Behalven eenige weinig beduidende oudheden is hier ook M «e»  ENGELAND. een verzameling van eenige werken van kunst, en onder het zelve gefneeden papier, door eene Mifs Greaves tot Brusfelfche kant en bloemmandtjes verwerkt, het fchoonfte dat ik in dat foort my ooit herinnere gezien te hebben. In de fchoone Vergaderzaal van de Maatfchappy der Kunsten bewondert men den' onlangs befchilderden muur. En Iersch meester heeft op denzelven den voortgang der Kunsten fèdert den onbefchaafden ftaat van 't menschdom, en de eindelyke belooning der geenen, die hunne talenten ten nutte van het menschdom befteed hebben, voorgefteld. Op de vinding zouden veel aanmerkingen kunnen vallen, doch de uitvoering en het Coloriet zyn voortreffelyk. Onder de beelden , die op den voorgrond byna de grootte der natuur hebben , bevinden zich verfcheiden pourtraitten, zelfs van nog loevende beroemde Britten. Het Pantheon, gefchikt tot Concerten, Bals en dergelyke vermaaken is van binnen een heerlyk gebouw, eenige jaaren geleeden door een* jong Architect opgericht. De groote zaal heeft een Dómein'tmidden, diefomwylen met4000lampen verlicht wordt, en aan 4zyden breede uitfteekende en gelyk lange armen. Een gallerei die door Colommen van Stuc, welke het marmer nabootfen, gedraagen wordt, gaat langs de muuren en hoeken rond. Deeze, zoo wel ais de andere zaaien en vertrekken van dit gebouw zyn in den besten fmaak vercierd met fchilderyen, bas ■ reliëfs en fchoone  TWEEDE HOOFDDEEL 1/9 fchoone meubelen ; de muuren zyn van geverwd en gefchilderd ftucadoorwerk. De Huizen van de Hertogen van Northumberland, Richmond, Devonshire en van Lord Spencer verdienen de oplettenheid eenes Kunstbeminnaars. Van het eerfte, daar het voorleeden jaar wegens eene .menigte veranderingen niet vertoond wierd, zal ik alleenlyk zeggen, dat het verfcheiden oorfpronkelyke Schilderyen en goede Copien placht te bevatten, en dat de groote Zaal, die de lengte vaneen' gantfchen vleugel inneemt, 'er het voornaamfte fieraad van uitmaakte. Vyf ftukken vervulden dezelve geheel: alle Copien nasr de beste Italiaanfche Meesters door bekwaame handen gevolgd, het middelde daar van was Raphaëls School van Atheenen door Mengs. De Hótels van Devonshire en Richmond komen: niet zoo zeer wegens het Ameublement, als wegens de fchilderyen in aanmerking, waar in het eerde inzonderheid uitmunt. Ik behoeve myom zoo veel te minder met de optelling daar van bezig te houden, daar een werk genaamd The English Connoisfeur eene uitvoerige beöordeeling van dit zoo wel als van verfcheiden andere Engelfche Cabinetten bevat. In het Richmondfche ziet men nog daarenboven 3 of 4 moderne Statuën, vooral eene llaapende Venus van de groot* fte fchoonheid. Lord Spencers Hotel heeft door zyne aangenaame ligging naar het Green - park, door den fmaak en de pracht ia het meubelen der benedenM a ver»  t%0 E N G È L' A ST D« vertrekken, door de Vorftelyke trap , door de Schilderyen die boven bewaard worden, alle aanfpraak op de bewondering der vreemdelingen. De groote eet'zaal, Mylords Bibliotheek, en het Apartement zyner Gemaalin zyn vooral uitneemend fchoon. Het thans heerfchende gébruik in Engeland, om de muuren der vertrekken te laaten ftucadooren, 'c zy glad, 't zy met fnywerk én Basreliëfs , en ze dan, na dat dit 2 of 3 jaafen gedroogd heeft, met allerlei zachte en in één fmeltende couleuren'ook wel met Arabesquen, naar de Loges van Raphaël gevolgd, zoo wel als de zoldering te befchilderen: — dit gebruik, waar van de uitwerking, indien het niet te bont behandeld wordt, verrukkend is, heeft men ook in dat Hfltel, althans in de pas voltooide vertrekken in acht genomen. De Koninkiyke Lusthuizen van Hamptoh-court én Windfor, beide öp verfchillende afftanden van Londoh aan dé Themfe gelegen, verdienen mede bezocht tè worden. Hamptoncourt heeft van de zyde vanHampton ééne Gothique gedaante: doch aan de andere kant is de gevel Van eene regelmaat'ge Architectuur. De trap is koninklyk; de vertrekken, door welken men geleid wordt, volgen elkander aan 2 zyden in eene lange réi, gelyk men toen placht-te bouwen. Doch buiten eenige Schilderyen is 'er weinig dat de oplettenheid naar zich trekt. Hef Paleis vah Windfor Egt, gelyk reeds' toen ik van de gezichten fprak gezegd is, op een' berg en heeft dè Stad van dien zelf-  TWEEDE HOOFDDEEL. r8lf zelfden naarn aan zyne voeten. 'Er behoorert hier zoo veel Gebouwen toe, dat de berg byna eene Stad op zich zelve draagt. De Kapel of .Collegiaal-Kerk, waar de Ridders van den Kousfeband geinftalleerd worden , is groot en van een aangenaam Gothiek: doch naar evenredigheid der lengte wat te laag. Men ziet 'er oude en nieuwe gefchilderde glazen in ', en de beroemde Jervis werkt een zyner grootlte meesterftukken voor een venfter deezer Kerk. Het fraaije Altaarftuk verbeeldt de inftelling van het Nac tmaal, en wierd reeds in Elizabeths tyden ergens uit een verborgen hoek te voorfchyn gehaald- Onder de Tombes deezer Kapel is die van den Graaf van Beaufort van de beste uitvoering. Het ei. gentlyke Paleis ( want een toren, dien men in 't voorbygaan bezichtigt, en daar wel eer aanzienlyke Krygsgevangenen bewaard wierden, komt, hier weinig in aanmerking) is zeer uitgeltrekt, en de opvolging der vertrekken byna in denzelfden trant als te Hampton - court: doch zy loopen in 't vierkant, en de Schilderyen, die men hier bewaart, overtreffen ver die van het andere Kafteel. Het ft.uk der beide Woekeraars van Blackfmith heeft inzonderheid een' grootep en, welverdienden roem. De zolderingen der meeste vertrekken zynbefchilderd. De fchoone St. GeOr-» ge's Zaal vertoont tegen haare muuren den, triumph van den zwarten Prins. Hier fpyzen de. Ridders na hunne inftallatie. De Privaat-Kapel der Koninklyke Familie verdient ook door haar, ' M 3 fchild-  ï82 ENGELAND. Schilderwerk opmerking. In een der vertrekken ziet men een heerlyk geborduurd bed, in de vorm van welk de uitgezochtfte fmaak heerscht; een jonge Dame heeft het onlangs der Koningin als een gefchenk aangebooden. Voor 't overige houdt het Koninklyk geflacht des zomers zyn verblyf niet in dat Palds', maar in een klein Gebouw beneden den Berg, 't welk men Windfor - lodge noemt. Dé rede van deeze by den eerden opflag vreemde keuze is in de al te groote uitgeftrektheid vanWindfor-Castle te zoeken, dieeen' ' te groten nafleep van bedienden vereisfchen zoude. Het Hospitaal van Greenwich beftaat uit 4 groote vleugels: twee naast elkander, paralel 'met de rivier, en twee andere over elkander, in eep rechten hoek met de vorigen naar de rivier toe; in't midden ligt een ftuk gras met de Statue van Koning William in 't midden; terwyl men tusfchen de vleugelen do-r tegen een' berg aan, cn op het Greenwich - park ziet, gelyk mede op een beroemd Obfervatorium, cn op een gebouw, dat in navolging der Baflille, (den Stichter van naby bekend; aldaar opgericht is. Langs de Themfe loopt een fchoon yzeren hek. De vleugels zyn van de prachtigfte Architect uur, inzondreheid aan die zyde, daar zy zich naar den droom toe keeren; allerlei orders yereenigen zich hier, en de aangenaamfte Colomnades zyh er met veel bouwkundig verftand neergedeld. De Kapel eerst onlangs afgebrand zynde, verftrekt de beroemde gefchilderde Zaal, wier vroegere beftemming bet hou-  TWEEDE HOOFDEEL. 183 houden van groote maaltyden was, thans tot die meer gewyde gebruik; de Schilderyen tegen de zoldering en de muuren worden hier zeer bewonderd : meest zyn het zinnebeeldige voorftellingen van de macht van Engeland; inzonderheid merkt men dén kop van een' Grysaard van 130 jaaren op, die hier den Winter verbeeldt, en waar van de naam ook Winter was; hy woonde in het huis. Het uitfteeken van eenige gefchilderde Pylaaren 'is mede voortreffelyk uitgevallen. Men ontdekt daarenboven nog in deeze Zaal een fchoon lofwerk , van hout gefneeden. Het kasteel op Lord Tilney's plaats heeft een* fchoonen voorgevel. Het beftaat uit een Corps ■de logis en uit 2 vleugels, die niet veel laager dan dit ligchaam zyn. Een hoog Periftile met 6 Corintifche Colommen geleidt in het voorhuis, ' t welk van binnen het merkwaardigfte van het gantfche gebouw, en in een' goeden fmaak vercierd is. Tegen de zoldering ziet men eene zinnebeeldige fchildery; en in 't rond ftaan Antique en nieuwe Statuen. De vertrekken loopen in twee reien het geheele huis langs: zy zyn ouwerwe s gemeubeld: doch men vindt er eenige fchilderftukken van de eerfte meesters, en hier en daar fchoone tafelbladen en oude beelden van •marmer. Daar de plaats niet lang geleeden een' nieuwen Heer bekomen heeft, is er hoop dat dit Vorftelyke maar vervallen gebouw haast weder eens tot zyn' voorigen luister te rug zal keeren. M 4 Hes,  lS| , EMGELANB. Het gebouw op Cheswick is van een byzonde ren trant. Een achtkante koepel in 't midden wordt door 4 kamers en even zoo veel Cabinetten omgeeven. De Fa'cade naar de kant van den weg is niet onaangenaam. Schilderyen van 't eerfte foort vervullen alles van binnen. Het vooinaamfte ftuk ftelt de fchilder- en tekenkonst voor, en heeft Guido Rheni tot meester. Een Christus in den Hof van Carlo Maratti trekt met nog eenige anderen veel bewondering naar zich. In den tuin behooren verfcheiden reeds te vooren opgetelde dingen tot het vak van den Kunstminnaar. - Ofterley van Mrs. Child ftaat thans te boek voor het elegantst gemeubileerde huis in de rondte van London: dan het lootje om het te bezichtigen eerst den dag voor myn vertrek bekomen hebbende, heb ik het genot hiervan moeten misfen. Vlakby Ofterley ligt het fchoone Sionhoufe van den Hertog van Northumberland. De poort aan den weg, met een portiers - huisje aan elke zyde voorzien (gelyk dit thans in Engeland op alle voornaame plaatfen gevonden wordt) is van eene voortreffelyke tekening; een wel gehouwen leeuw ftaat,geheel vry, boven op den middelften boog. Het huis is van buiten zeer eenvoudig: doch van bipnen vereemgt het Koninklyke pracht met uitgezochten fmaak, die flechts hier en daar door wat te veel bonts verloochend wordt. Een heerlyk voorhuis, met Colommen tegen de 2 enden, en met 4 Antique Statuen en twee goede copien  TWEEDE HOOFDDEEL. I§5 topien vercierd, neemt terftond den vreemdeKng jn. Men wordt daarop in een groot vierkant vertrek gebracht, langs de muuren van welk 12 Colommen van Verde Antico loopen, die onnoemelyke fchatten gekost hebben. Van boven is wat te veel verguldfel. Tusfchen een paar pylaaren ftaat nog een uitneemende Statue. Dan volgt een prachtige zaal, waarin onder anderen 2 tafels met bladen van oud Mofaicq overdekt gezien worden. De posten en Frifen der deuren zyn van yvoor , ingelegd mee in 't vuur verguld fbywerk. Schoorfteenmantels met de fchoonfte bqs-reliefs, haarden van het fynst gefleepen ftaal, fpiegels van eene uitneemende grootte —~ niets is hier gefpaard. De Bibliotheek beftaat eene lange gallerei, met een Cabinetje aan beide de enden , en is met Arabesquen ih een' onvergelykelyken trant befchilderd. Claremont van Lord Clive heeft een nieuw, byna vierkant gebouw, met een Periftile dat 6 Colommen draagen, en dat men met 2 trappen beklimt. Van binnen is alles meer met de merktekenen van eene elegante netheid dan van pracht heftempeld: doch de menigte goede fchilderyen van Voprnaame Italiaanfche meesters maaken het zeer merkwaardig. Ook zyn de fchoorfteenmantels en zolderingen fchoon, en de trap vorftelyk. Alles is in dit gebouw nog niet voltooid, (a) Hoe- (a) Zo de Engelfche' Nieuwspapieren my wel M 5 or>-  Ï85 ENGELAND. ■ Hoewel mea op Pains-hill geen huis vertoont, bevat echter de plaats byna zoo veel fchoons voor een' beminnaar der Kunsten, als voor een' bewonderaar der fraaje natuur. De tempel van Bacchus op de zelve opgericht is een langwerpig vierkant met gallereien van buiten , die door Colommen gedraagen worden; tusfchen eenige derzelven ziet men in Nisfen fommige Copien van Antiquen. In *t midden van den tempel ftaat een Statue van Bacchus van 7 voeten hoog. Hy houdt den reehter arm boven't hoofd, en de hand draagt eene tros druiven; met den linker leunt hy op een' wynftok; dit heerlyk beeld is uit Italien overgebracht, en heeft den eigenaar 500 Pond gekost; het is eenigfints te groot voor een' vertrek, dat wederom in't geheel niet naar het binnenfte van een' tempel zweemt. Tegen den muur vindt men nog eenige Antique Busten. Een menigte dergelyke bevinden zich ook in een paar kamers van den toren, op deeze plaats gefticht. Van het Columbarium, met eenige oude ürnen er in, heb ik boven in 't voorby gaan ook reeds gewag' gemaakt. Te Canterbury, Winchester en Salisbury verdienen de Cathedraalkerken bezichtigd te worden. De eerfte is van buiten zeer eenvoudig. Wan- onderricht hebben, moet Claremont nog niet veel weeken geieeden verkocht zyn. •  TWEEDE HOOFDDEEL. iZj Wanneer men er binnen in getreeden is, vindt men de hoekpylaaren van eene onvérftandige , doch de andere van eene redelyker dikte. Het Choir beklimt men met trappen, en onder het zei. ve wordt de Godsdienst, in 't Fransch gehouden. Achter het eerfte is nog een tweede Choir, waar wel eer het graf van Thomas a Becket ge. zien wierd. Men toont hier onder andere de Tombe van Eduard, den zwarten Prins. Boven dezelve hangt zyn fluweelen en met goud geborduurde kamifool, met zyne handfchoenen, muts, helm en fcheede. De venfters deezer kerk zyn meest alle befchilderd. Naast de zelve is nog een Kapel, waar dagelyks gebeden geleezen worden. Verfcheiden kleine Kapellen zyn met monumenten vervuld; in die van Maria onder andere heeft een Bisfchop dc zyne, welke uit marmeren doodshoofden, ribbens en beenderen beftaat. In de burgerlyke Oorlogen heeft dit Gebouw onbegrypelyk veel geleeden. Die van Winchester, van buiten insgelyks eenvoudig, is van eene allerzwaarfte Architectuur. Het Schip is vernieuwd, doch het Choir van een' hoogen ouderdom. Het wemelt in deeze Kerk van monumenten; men vindt er die van 6 Saxifche Koningen, van de eerfte Christen Koningen , van eene menigte Bisfchoppen en eerfte Staatsleden; voor fommigen zyn geheele Kapellen , waar onder men 'er in den ouden fmaak nog al fraaije aantreft, opgericht. Die van Salisbury formeert een dubbeld kruis; de  lg8 S N G E L A N E, de Toren, die midden op de Kerk ftaat, is fpits, zeer hoog en fraai, en in eene goede evenredigheid pot het overige van 't Gebouw. Men bewondert in dit niet alleen de uitgeflrektheid, maar ook het ligtfte en aangenaamfte Gothiek; zeFs zyn de Pylaaren van binnen byna al te dun voor het gevaarte. Daar elke Pylaar wederom met zeer fmalle Pylaartjes omringd is , rekent men derzelver zoo veel als uuren in het jaar, gelyk deeze Kerk ook zoo veel venfters bevat, al^ er dagen in dat zelfde tydperk zich opvolgen. De vier Colomtrten, die den Toren torichen, ftaan drie dubbeld op elkander; de vier onderfte flechts zyn folide, de 8 andere hol van binnen: dan, men heeft ook reeds zakkingen ontdekt, en den voortgang daar van door het metfelen Van boogen zoeken' voor te komen. Verfcheiden oude en nieuwe monumenten bevinden zich ook in deeze Cathedraal - kerk. Onlangs is in het groote venfter aan 't eind van 't Choir gefchilderd glas gekomen, dat eene voortreffelyke uitwerking doet, en de oprichting der kopere flang verbeeldt. Men heeft de ruiten zoo weeten faam te voegen, dat de vereenigingen door de flagfchaduwen verborgen worden. Het Capittelhuis is van eene ronde gedaante, en het rust ihsgèlyks op een' enkelden zeer dunnen pylaar in 't midden; Longford, Lord Radnors goed, byna onder 'den rook''van Salisbury, vertoont een oud driekantig gebouw, doch waarvan vefcheiden vertrekken naar den nieuwen trant vercierd en ge- meu-  T W E È D E HOOFDDEEL. ï8ö meubileerd zyn. De boeken worden in een rond vertrek bewaard. Op de glazen der kapel ziet men de 12 Artikelen des gelöofs met figuuren daar toe betrekkelyk voorgefteld : doch vooral verdient dit huis wegens de fchoone verzameling fchilderyen, die het bevat, bezichtigd te worden. Er zyn er véele onder van de beste Italiaanfche meesters : doch 2 ftukken van Claude de Lorraine munten boven de overigen Uit: een óp- en ondergang der zon, de eerfte by het aan. komen der Schepen van -/Enasas ia Italiën, de andere by eenige Romeinfche ruïnen. Men kan zich niet verzadigen met de lucht, die deeze fchilder zoo voortrefFelyk wist na te boötfen, te bewonderen. Wat verder van diezelfde Stad af, aan eene andere zyde, ligt Wilton-houfe van den Graaf van Pembroke. De Architectuur van het huis, die oud doch niet onaangenaam is, en de meubelen , die hoewel mede niet gantfch modern échter pracht en fmaak verraaden, verdwynen hier tegen de onvergelykelyke verzameling van Antiqué Statuen, Busten, Bas-reliëfs, pylaaren j altaars &c., en tevens van uitmuntende fchilderyen. Men koopt by het intreeden van dit gebouw , indien men wil, eene befchry ving van 't geen 15 a iö zoo kamers als zaaien in het zelve bevatten. Met dit korte doch vry naauwkeu* rige werkje in de hand heeft men omtrent 3 uuren cyds noodig om elk ftuk flechts ter loops te overzien. Geen particulier in Europa heeft mogelyk zulk  ICfO E N G E L A N D. zulk een' fchat van fchoone oude Statuen; fommige deezer zyn zelfs van de eerfte clasfe. A'les wat Richelieu en Mazarin bezeten hebben, en een gedeelte van de verzameling des Graaven van Arundel vindt zich hier by elkander. Eenige jaaren geleeden kwam er een werk in Quarto uit, 'twelk Wilton-houfe wat uitvoe-, riger leert kennen dan het handboek, waarvan ik zoo even fprak; ik zal deszelfs titel hier ter neder ftellen, daar er tevens de naamen van eenige voornaame ftukken uit opgemaakt kunnen worden. A description of the Antiquüies and curiojïties in Wiltonhoufe, illuflrated with 25 engravings of the following capital Jiatues, Bufto's and relievo's: JEJculapius, Meleager, Nero, Curtius, Saturn, Fauna, Hercules and Mole, Hercules, Marcus Antonius , Apollo, Faunus, Cupid, Aventinus, Apollonius, Semiramis, Metellut, Bacchus, Pyrrhus, Marcus Brutus, julius C«far, Diana, Lucan, Casfandra, Alcibiades, Prufias. In this work are introduced the Anecdoies and remarks of Thomas Earl of Pemoroke^ who collected thefe Antiques, now first publishei from his Lordships MSS. by James Kennedy. Behalven de beste Griekfche en Romeinfche zyn hier ook verfcheiden ^Egyptifche en Phrygifche Statuön. Men ziet er eene Sella Curulis en de grootfte tafelbladen van allerlei vreemd en zeldzaam marmer. Tot zelfs vóór het huis ('c geen hoe groot ook nog fchier voor zulk eene verzamding te klein is) en in verfcheiden tuin - geJi.ifs hou-  TWEEDE HOOFDDEEL. lótf bouwen ftaan Andquen, evenwel in de laatften wat van een minder foort. Onder de fchilderyen overtreft inzonderheid al het overige het Familie- ftuk door Van Dyk, 't geen byna een' gantfchen muur inneemt en meesterlyk uitgevoerd is. Men behoorde Wilton - houfe niet op eens af te zien, om niet de onaangenaame ondervinding van het vermoedende door te ftaan, dat zelfs een al te groote reeks van fchoonheden den menfchelyken geest doet gevoelen. Op de buiten - plaats zyn ten aanzien der Architectuur verfcheidene gebouwen van kunst merkwaardig. Van de brug vóór het huis in den fmaak van Palladió heb ik reeds boven iets gezegd. Een groote Triumphboog met eene naar het oude gevolgde Statue te paard er boven op, een bad en dergelyke heipen de tuinen van Wilton-houfe verderen. Als een overblyffel der vroegfte Bouwkunde is ook in de buurt van Salisbury het eerwaardig Stonehenge, of de ruïnen, gelyk men met den meesten grond gegist heeft, van een Druïden tempel, een voorwerp dat de grootfte oplettenheid naar zich trekt. Men heeft het ten overvloede befchreeven en afgebeeld, 't Geen men 'er nog van ziet tekent deszelfs voorige gedaante vry duidelyk af. Het verheft zich in 't midden eener onoverzienelyke vlakte. Op een' afftand van omtrent 40 ellen van het Gebouw loopt een grazen Dyk in het rond. De buitenfte rei fteenen van den tempel zeiven maaken ook eenen cirkel. Hec zyn telkens langwerpige blokken fteen, elk van een  Ip2 ENGELAND. een voet óf 12 hoog, 4 breed en 2 dik, omtrent 4 voeten van elkander recht over eind ftaaride, rhet dergelyke dwarsblokken 'er over heen, die van de helft der ééne Pylaar ( indien ik hier dit woord gebruiken mag) tot de helft der andere gaan. Alle deeze blokken zyn vari een enkeld ftuk; zy moeten zeer gelyk zyn gehakt geweest. Door deeze Poorten doorgegaan zynde, vindt men een' tweeden kleineren cirkel van veel laager fteenen, dié, zoo 't my voor komt, ook volkomen rond gelóopea heeft, en op dezelfde Wyze overdekt is geweest, fchoon het een en. andere zoó duidelyk uit de overblyffelen niet af te neemen is, als ten opzichte der buitenfte fteenen. De derde rei, dié ver de prachtigüe is, heeft de groote helft van een achtkant uitgemaakt , open naar de zyde van 'den grooten ingang , die uit eene opening aan den buitendyk en een paar daar nevens geplaatfte fteenen kan opgemaakt worden, en geflöoteh naar de andere zyde. De blokken zyn hier nog veel grooter en hoogcr dan van den buitenften cirkel; het dwars-, blok overdekt de twee ftaande Pylaaren* geheel, waar door beurtelings de doorgang bedekt en onbedekt is. De vierde en bin'nenfte rei ftaat omtrent in dezelfde betrekking tot dé derde ais vvaarin wy de tweede tot de eerfte gevonden hebben , en heeft dus ihsgelyks eene achtkante gedaante. Tegen 't eind van 't ovaal (want het Odtogone helt hier te Stonehenge wel wat naar ,toe)' placht een groot en plat Altaar geplaatst tê zyn. Va*  tweede hoofddeel. iój 'ï Van boven was de gantfche Tempel buiten allen rl twyffel niet overdekt. Men rekent, dat fomnii3 ge der fteenen hier gebezigd 120 Ösferi vereischt J zouden hebben om ze te verkruien; en echter is J het zeker, dat zy niet nader dan van Marlbo| rough, dat is 16 Mylen van deezen Tempel, geJ komen zyn. Van elke rei ftaan nu nog fommigè I fteenen, met de dwarsblokken er boven op, geheel in order; andere zyn omvergevallen; weer andere of weggefleept, of 't geen waarfchynly. ker is, door de hand des tyds begraaven. Eenige zyn nog volkomen glad, eenige door de injuriëö der lucht als weggevreeten. De groote Altaalfteen is nog te zien; vlak daar by ontdekt men een' anderen, zoo zonderling gevallen, dat hy als in balans ligt, ert met weinig moeite bewoogen kan wórden, terwyl er, om hem flechts een vinger breed te verplaatfen, alle menfchen kracht ontoereikende zyn zou. Byna over de gantfche vlakte in den omtrek van Stone-henge ziet men opgeworpen heuveltjes van zoden, in fommigen van welken men Skeletten van menfchen, in andere beenderen van Offerdieren gevonden heeft. Verfcheiden deezer heuveltjes hebben een' ronden Dyk rondom zich. Eastbury, Lord Temple's goed niet ver van I Blandford, vertoont een prachtig Gebouw, met een Periftile van vooren en 6 Dorifche Colommen ; de Kamers en Zaaien zyn prachtig en van een' goeden fmaak, fchoon het Ameublement de kentekens van den allernieuwften trant niet draagt; N de  19* . 'E N G E t A N D de Schilderyen die zich hier bevinden, verdienen juist de grootfte bewondering niet. Wardourhoufe heeft een fraai vierkant Kafteel met halfronde uitfteekende vleugels, en is nog niet geheel voltooid; 'er vereenigen zich zeer veel pracht en fmaak in. Men ziet er veel Orientaalsch Alabaster, kostbaar Marmer en fchoone Schilderyen. De Roomfche Kapel, die door 3 Capellaaneu bediend wordt, en voor al het Altaar in dezelve zoude men zelfs aan geen Hof trotfcher en ryker kunnen verwachten. De Trap onder eeneKoepel geplaatst rust op Corintifche Pylaaren, en wordt van 2 zyden beklommen,- het geheele is een meester/tuk van elegante Bouwkunde. Een der fchoonfte Kafteelen in Engeland ftaat óp Fonthill, van een' fraaijen witachtigen fteen, dien men uit de nabuurige groeven gehaald heeft. Het Corps - de - Logis, met een Periftile door ■eenige Pylaaren getorscht in den 'voorgevel , wordt door eene halfronde Jonifche Colomnade aan de 2 vleugelen vastgehecht. De fmaak van het binnewerk beantwoordt hier niet aan: doch men vindt er eenige goede Schilderyen. Door deeze munt evenwel in eene vry hoo°ere miate het ook in andere opzichten fchoon gemeubelde huis van Mr. Hoare uic. Zy zyn niet opgehangen op de gewoone wyze, maar rusten als deuren op haare hengfels, zoo dat men ze naar het licht kan keeren gelyk men verkiest. Onder veele voortreffelyke ftukken vindt men hier een' liifa t die den dooden joögen opwekt, door Rembrand ,  TWEEDE HOOFDDEEL. 10-5 brand, waarvan onlangs, zoo ik meen, een print is uitgekomen met nog een paar van Carlo Dolce: het ééne eene Magdalena , het. andere de Dochter van Herodias met het Hoofd van Johannes. Een gantfche zaal is vervuld met Copien naar Guido. Van de gebouwen op de buitenplaats heb ik boven reeds met een woord gefproken. Het prachtige Pantheon bekltrm men met verfcheiden trappen; men komt eerst in een Portique, door eenige pylaaren onderfteund , en. dan in den tempel zeiven; de Hoofd - Statue is hier een Hercules, door Rysbraak vervaardigd, waar aan die beeldhouwer 12 jaaren gewerkt heeft; het oogenblik der handeling, dat hy gekoozen heeft , is na het volbrengen van den appel - roof door dien God. Behalven dit meesterftuk bewondert men in dit gebouw ook nog eene Flora , die haar aanweezen aan .dezelfde bytel verfchuldigd is. Cheere, een Londonsch meester, heeft voor dit Pantheon ook nog eenige Statuen vervaardigd; en een Livia Augufia, die men er daarenboven in aantreft, is Anticq; Op Mr. Parkers plaats niet ver van Plymouth ziet men een groot gebouw, dat van buiten wei eenvoudig, doch van binnen met zeer veel fmaak gemeubileerd en vercierd is; de zolderingen der vertrekken, de groote zaal en de Bibliotheek zyn inzonderheid elegant. Onder de fchilderyen treft men er weinig van oude meesters aan; niet te min zyn er verfcheiden goede by', er worden er eenige van Mrs. Angelica Kauffmann bewaard. Na De  IQ<5 ENGELAND. DeCathedraalkerk vanExeter is een uitgeftreke gebouw, vervuld met monumenten; aanj'den hemel van den Bisfchopstroon bewondert men het kunftigfte Gothique werk. De pypen van het orgel zyn zoo dik als ik ze nimmer gezien heb -y zelfs ftaan de 2 laatfte geheel van het inftrument afgezonderd. De buitenfte zyde van de Cathedraalkerk te Wells vertoont in Nisfen de beelden levensgrootte van byna alle de perfoonen, die in 't Oude Testament verfchynen: doch de benedenfte worden hier en daar gemist, of ftaan er ten minften zonder hoofd, 't geen aan de tyden der beeldftorming moet toegefchreeven worden. Van binnen is dit gebouw ruim cn zindelyk; in 't middelpunct van het kruis heeft men elk paar pylaaren der geenen die in 't rond ftaan door een kromlynig kruis van fteen aan elkander gehecht. In 't geheel zyn de pylaaren in deeze kerk zoo geplaatst, dat men uit liet tweede in het derde gedeelte een fchoon perfpectief heeft. Rondom ziet men befchilderde glazen van verfchillende dèugd, en veel gedenktekenen van Bisfchoppen. Het Capittelhuis rust op éénen pyler. Het paleis des Bisfihops heeft meer van Jeene fterkte met grachten en wallen, dan van een gebouw , daar men de Architectuur in zoekt te bewonde4KB 3*a i*h 0 .v ■ ■> m „: Het Cabinet Schilderyen van Mr. Methuen, een myl of 10 van Bath, is van de allereerfte. Clasfe, Men vindt hier ftukken van eene Ton4. R • Be,  TWEEDE HOOFDDEEL. IQ? ne Gouds aan waarde. Onder anderen ziet men . er eene groote Schildery van Rubbens, welke David en Abigaël voordek; een' Tobias en den Engel doorMichel Angelo da Caravaggio; een groot ftuk van Carlo Doke: de Zondares die de voeten des Zaligmaakers wascht in 't huis van den Pharifaeer,• de geen die het heeft laaten vervaardigen liet er zich als oppasfer achter tafel by verbeelden. Eindelyk (om van deeze berichten geen Naamlyst te maaken ) zal ik alleenlyk nog van een voortrefFelyk ftuk yan Van Dyks den Kindermoord , gewaagen. De uitdrukking in de gezichten der Moeders naar haare verfchillende Caratters is uitneemend. Voor de Bouwkunde levert de Stad van Bath de fchoonfte modellen op: doch, daar 't geen ik hier van zou moeten zeggen van eene befchryving der Stad onaffcheidelyk is, zal ik hier flechts in 't voorbygaan, en als ftukken op zich zelve het nieuw opgerichte Stadhuis, dat eene goede Fagade met Colommen en van binnen eene fraaije zaal heeft; en het groote Ajfembly ■ houfe (the high rooms) waar men 334 fchoone Zaaien van allerlei gedaante en wel vercierd aantreft, op-» noemen. Briftol kan flechts op eenige weinige goede Ge! bouwen, tot welken de Beurs behoort, roemen. De Radcliffs - kerk wordt van binnen gerekend een groote, lichte luchtige Gothique Kerk] te zyn, vervuld met monumenten. Het Altaar ver-, ; toont eene driekedige Schildery: de verzegeling N 3 vaQ  ïqS e ngeland Christus Graf, zyne Opftanding en zyne Hemelvaart. De Zaal van het Schouwburg in deeze Stad is een klein, doch lief halfrond, met Dorifche Pylaaren van wit en goud vercierd. Op het Plein der Koningin ftaat een goede bronzene Statue te Paard van Willem III. Een voortreffelyk overblyffel van Gothique Bouwkunde vertoont niet ver van Chepftow, de Abdy van Tintern, in 1131 gefticht en by de hervorming verwoest. De muuren zyn er nog geheel van overig en ééne rei Pylaaren. In de armen van het Kruis heeft zelfs nimmer meer dan eene enkele rei derzclven geftaan. Het ven * fter vlak over den ingang verdient alle bewondf. ring. De Middel - Pylaar fchynt van verre zoo dun, dat men hem met beide handen zou kunnen omfpannen. Het geheele Gebouw is niet zonderling groot. De Cathedraa'- kerk van Worcester is minder door haare Architectuur als door eenige monumenten die zy bevat merkmaard'g. Daar ik van deeze Gedenktekenen hier flechts uit het gezichtspunt der kunften handel, zal ik de Tombe van Koning Jan en die Graavin van Salisbury, die door 't verliezen van haar Kousfeband tot het oprichten eener vermaarde order gelegenheid gaf, hier flechts in het voorby gaan opnoemen. Wyd aanmcrkelyker is die van Bisfchop John Hough, die onder Jacob II. leefde door Roubillac vervaardigd. De Prelaat ligt biddende met zyn' tabberd aan op de knieën. De Godsdienst onderfteunt hem met de linkerhand; beneden  TWEEDE HOOFDDEEL. 10$ 'den heeft men op Medaillons eenige gebeurtenisfen uit zyn leeven en reliëf voorgefteld. De Draperie der beide hoofdfiguuren , en de handen van den Bisfchpp zyn voortreffelyk gewerkt. Over dit monument heeft Wilton er een ander voor Sir Thomas Street gebeeldhouwd: een Engel houdt in de ééne hand den Vryheids ftaf, en verbergt met de andere de Lykbusch onder een kleed. Te Birmingham trekken behalven eenige andere goede publicque Gebouwen , het oog eenes beminnaars der Architectuur inzonderheid naar zich de Nieuwe Kerk,'ruim geplaatst, uit- et\ inwendig in een' goeden fmaak vercierd en van een' fchoonen Toren voorzien, die in plaats eener fpits van boven en döme toegaat; daarna het binnenfte eener achtkante Kapel, en de Voorgeve"} der onlangs gebouwde Comoedie met Jonifchë Colommen, en tusfchen dezelve de Medaillons van Shakespeare en Ga'rrick. De Cathedraal - kerk van Litchfield is van eeh° hoogen ouderdom Cromwels volk verwoestte ze byna geheel: doch daarna wierd zy met zwaare onkosten fchier volkomen herfteld. Zy heeft van buiten eene deftige gedaante, en draagt 3 aanzienlyke fpitfe Torens, waar van de middelfte i een fchoone hooge Kegel, en nieuwer dan de anderen is. Een groot monument op het Choir houdt de gedachtenis leevendig van den Bisfchop, ten tyde van welken de herbouwing gefchiedde. Manchester levert zoo weinig voor de kunften N'4 pp  200 ENGELAND op, dat ik 't geen hier omtrent nog in eenige aanmerking komen zoude, gevoegelyk met de beichryving der Stad gepaard kan laaten gaan. Te Leverpooi in 't tegendeel verdient meer dan één Gebouw met oplettenheid bezichtigd te worden. De Beurs is uitneemend fchoon; zy heeft aan 2 zyden Fagades. Van binnen is een vierkante plaats met rondloopende Gallereien, door eene dubbelde rei van Dorifche Pylaaren gefchraagd. Van boven loopt een Corictifche Colomnade. De vertrekken achter dezelve dienen voor Stads- cn Landsgerichten, voor Bals en voor Asfembléen; de aanleg en verciering daar van verdient allen lof. Geheel om hoog verheft zich een Dame, die van wegen het gezicht verdient beklommen te worden. De St. Pauls-kerk, op een groot Plein in 't midden der Stad gebouvyd, is mede yan eene uitmuntende Arehi teel uur; haare gedaante is vierkant, en men beklimt ze met eenige treeden. Men bewondert inzonderheid aan dezelve de fchoone groote Koepel in haar midden, .die door Pylaaren onderfreund wordt; alle de banken zyn hier onder geplaatst: doch de Galereien loopen buiten de Pylaaren rond. De St. Pier ters en St. George's Kerken, benevens de Douane hebben ook alle aanfpraak op de goedkeuring der Bouwkundigen. De Zaal. van het Schouwburg is van binnen zoo elegant als aangenaam, byna vierkant en wit en blaauwgefchilderd. Kleine Dorifche Colommen onderftutten de Loges. Langs hetProfcenium daaren tegen ziet met aan beide zyden van  TWEEDE HOOFDDEEL. 201 yan het Tooneel 3 groote Corinthifche Pylaaren. By Alrtwick in Northumberland ligt een Kasteel, door den voorigen Hertog van deezen naam (een gering ftuk muurs en eene poort uitgezonderd) geheel nieuw opgemetfeld, doch op dezelfde wyze als het vroegere gebouwd was geweest, dat is groot en masfief, doch van eene irreguliere gedaante. Een hooge getakte muur omgeeft het op een' zekeren afftand in de rondte. Op deezen, zoo wel als bovenop het Kafteel zelve , ftaan de beeldten sfen van gewapende Mannen en andere figuuren meer dan leevens grootte, 't geen eene zonderlinge uitwerking doet. Sommige derzelven zyn nog van het oude Kafteel overgebleeven; andere heeft de Hertog in den zelfden trant, en mede in fteen er laaten byvoegen. Van binnen is alles in 't Gothieke vercierd en gemeubeld met de grootfte pracht en tevens met al den fmaak, dien deeze bouwaart toelaat. De Hoofdtrap is 1 vorftelyk; de voornaamfte vertrekken en zaaien, die [alle door elkander loopen, uitneemend fthoon. Meest alle de fchoorfteenmantels zyn van denzelfden fteen, daar het Kasteel van gebouwd is. Door eene lange en wel voorziene Bibliotheek komt men in de Kapel, die nog niet lang geleeden voltooid en van eene Koninklyke Magnificentie is. Aan het venfter over den ingang en nog aan twee andere heeft het Penceel leven en bevalligheid weeten by te zetten. Onder het eerstgenoemde ftaat een groote marmeren Sarcophagiis met fchoone Basreliëfs, en eene I rN 5 fcriptie  252 ENGELAND fcriprie ,'van den Hertog, ter eere zyner GemaaJin, die een jaar of twee vóór hem gekorven was, Plafon, muuren, vloer, de lesfenaar van Iden Geestelykendie dienst moet doen: alles is even prachtig. Alleenlyk heeft de Stichter zoo wel hier als elders op zyne buitenhuizen de zucht niet kunnen wederflaan om zyne Geflachtlyst ten toon te fpreiden, 't geen , zo het al ooit tot een weezentlyk fieraad eenes vertreks gebruikt kan worden, nergens evenwel Hechter geplaatst is dan daar, waar alle onderfcheid van geboorte volkomen verdwynen moest. De Stal, voor 20 Paarden naast elkander gefchikt , is ingelyks nieuw en van dezelfde order als het gantfche huis; ruiven, latierboomen: alles is Gothiek. In de Stad zelve heeft men in eenige Gebouwen jets van denzelfde trant overgenomen. Te Newcastle op de Thyne is de nieuwe groote Brug over deeze Rivier, aan wier éene einde zich de Bank ( mede een modern Gebouw) bevindt . van eene goede tekening. Ook vindt men in deeze Stad een overblyffel der Romeinfche Bouwkunde: een gedeeltenaamentlyk van den beroemden Pictenmuur heeft door deeze Stad geloopen; men ziet er nog eene Poort van overig, Pandon gate genoemd en van het zwaarfte werk. De Steen is dezel de, van welken naderhand de muur en het Kafteel deezer Stad gefticht zyn. Te Tinmouth treft men ook ruïnes aan, doch van laatere tyden. In 't midden eener foort van fterkte lag hier wel eer een Abdy, waar van de over- blyf-  TWEEDE HOOFDDEEL. 20$ blyffels de pracht en grootsheid nog heden vermelden ; de hooge achtermuur ten minden toont, dat zy in een' luchtigen Gothieken trapt gebouwd js geweest. Te Durham verdient behalven eene fchoone nieuwe Brug van 3 boogen, onlangs doorde Geestelykheid in een' goeden fmaak gebouwd. de Cathedraalkerk opmerking, niet zoo zeer als een werk van kunst dan als een werk van jaaren: een zwaar en lang gevaarte van Saxifche Architectuur in de gedaante van een kruis, doch dat twee dwars-liniën heeft de ééne op de gewoone plaats, de andere, korter dan deeze, boven aan, gelyk de dwarslinie van een T. Het Capittelhuis is langwerpig. Men overtrekt thans deeze Kerk van buiten geheel met vierkante fleenen, zonder uitzondering van Toren , of van wat het ook zyn mocht. In de Portaalen volgt men het Gothieke. De geheele "arbeid zal in 21 jaaren voltooid zyn. Van eene gansch andere natuur is de Cathedraalkerk van York: eender grootfte, ligtfte, majestueufte en fchoonfte Gothieke Gebouwen van dat foort, en het eerfte in Engeland j daarenboven vervuld met oude en nieuwe.' monumenten. De gefchilderde venfteren doen van verre eene goede uitwerking, en voegen het hunne toe tot de plechtigheid tan het Gebouw: doch van haby is alles te klein in elkander gewerkt. Het Choir heeft nog eene Kapel beneden zich. Het Kapittel-huis leven mede een goed bewys van Bouwkunde op. De  204 ENGELAND De westelyke Facade deezer Cathedraal - kerk is prachtig. Binnen de muuren van het Kafteel flaan twee nieuwe Gebouwen van eene alleraangenaamfte ordonnantie over elkander ; het eene een kleine Gevankenis tot aanvulling der andere die aan 't eind geplaatst is, met Jonifche Colommen en van boven met Vaafen vercierd, die ten minften aan de buitenzyde het fpreekwoord: Jamais belle frifon omverwerpt. Het tweede een Provintiaal Rechthuis, van dezelfde tekening, doch langer en met 2 Dómes aan de einden, die van binnen door Corinthifche Colommen gedraagen worden, en in welken de burgerlyke en crimineele Rechtsgedingen, worden gehouden; een Zaal verbindt de Koepels aan elkander; van achteren heeft de Jury zyne vertrekken. Het borduurwerk van Miss Morres verdient ook met het grootfte recht onder het Hoofdftuk der Kunsten eene plaats. Deeze bejaarde Dame, die met eenige Zusters te Yorkjhaar verblyf houdt, heeft byna geheel haar leeven doorgebracht met de fchilderyen der beste meesters in allerlei foorten met de naaide na tebootfen. Het is met fajet en met lange fteeken uitgevoerd; op een' geringen afftand ziet men het nog aan voor de ftreeken van een uitmuntend pencéel. De grootte is altyd die van het oorfpronkelyke en het is zoo meesterlyk voltooid dat de aanzienlykfte fommen voor eenige deeze ftukken fchoon vruch- te-  TWEEDE HOOFDDEEL. 2öJ Iteloos geboden zyn; flechts een gedeelte veritoont zy aan haar huis; een veel grooter en beter «gedeelte wordt op de buitenplaats haares broeders Ibe waard. Castle-Howard, het landgoed des Graaven van Carlisle ligt flechts weinige mylen van York: een der prachtigfte buiten - goederen van het Koninkryk. Reeds de herberg daar men ftalt heeft iets treffends voor een' vreemdeling; het zyn twee vleugels vereenigd door eene poort, boven welke een pyramide ftaat, en welke tevens tot ie opry verftrekt. Vlak hier tegen over en in 't midden van 2 zich kruisfende Koninklyke laanen heeft de Grootvader des tegenwoordigen Graaven, die tevens de aanlegger van al dit werk geweest is, een' zeer hoogen en fchoonen Obelisk geplaatst, met Infcriptien op het voetftuk, aan fle ééne zyde ter eere van den groote Marlborough, aan de andere ter gedachtenis van het plantfoen, dat de Obelisk omgeeft. Het huis is een ontfaggelyk groot gevaarte, wanneer men er de vleugels en al het toebehoorfel by rekent. De Architectuur is prachtig, doch wat overlaaden, en, 't geen vooral jammer is, noch de voorfte noch de achterfte Facades zyn regelmaatig; van vooren loopt zelfs het onderfcheid zeer in 't oog. De voorzaal is vorftelyk, met vier beogen, eene zeer hooge zoldering, Al-fresco's, Copien van Antiquen, en aan elke zyde achter de boogen eene trap. Doch het geheele is wederom wat te veel vercierd en te bont. Men ziet over 'tal-  205 ENGE LAND *B algemeen, dat Castle - Howard in de eerfte en niet in de tweede helft deezer eeuw gedicht is. Ook de beneden-kamers, die alle dodr elkander loopén, verraaden dit hier en daar; zy verdienen echter door haare vercieringen de grootfte oprnerking des Kunstenaars. Tafelbladen van Egyptisch marmer , Eianco e Nero, Mofaicq, Jaspis, Agaat en dergelyken; Colommen van Porphyr , met Antique Busten van Toetsfteen, Bronze en Marmer, onder welke er zich uitmuntende bevinden; verfcheiden goede fchilderyen van Guercino, Guido, Titiaan, Rubbens», Rembrand en andere, vereenigen zich rykelyk in dit gebouw. Aan 't eind van de rei vertrekken heeft de tegenwoordige Lord een' gehee} nieuwen vleugel beginnen aan te-timmeren, doch niet kunnen vokooijen. Van buiten, en zoo vet hy gereed is ook van binnen, heerscht/de beste fmaak in den aanleg. Uit een goed vierkant vertrek komt men in eene zeer lange gallerei, die door boogen in drieën verdeeld is, en waarvan het middelfte gedeelte eene koepel uitmaakt. Aan't eind deezer gallereie bevindt zich wederom een lange eetzaal, die met dezelve een rechten hoek uitmaakt, en aan de 2 einden 3 reien heeft, elke van 4 Corintifche Colommen, twee in den muur en 2 wat meer naar binnen. Deeze gantfche vleugel heeft nog geen ander Ameublement als eenige Antique Busten, Sarcophagen, Urnen; eenig Romeinsch huisraad, enkelde basitVefs en wat oude poururaittan. Onder de Bus* ■ - Iti' teaj  TWEEDE-, H O O F D D EEL. 20? ten in dit paleis onderfcheidt zich vooral die van een' Colosfaalen Jupiter Pluvius. In den tuin is behalven een tempeltje met 4 Antiquen en met een Mofaiquen grond, en behalven een' Obelbk, eene Colom mitsgaders eenige Statuen en Groupen, boven al merkwaardig en zoo te zeggen eenig in zyn foort het iViaufolée waarvan ik reeds te vooren met een enkel woord gefproken heb, mede door den Grootvader des tegenwoordigen Graaven opgericht. Ter zyde van een boschje en op eene hoogte verheft zich dit cirkelrond gebouw, dat van boven en Déme toegaat. Men treedt eerst door een buitenhek, en beklimt dan den met een' muur ingeflooten grond, waarop de tempel ftaat. Vervolgens brengt een yzeren hek gelyks vloers in het benedendfte deel van 't gevaarte, waar de verwulffels zyn, voor de begra'affenis van het Carliflefche genacht beftemd. Men laat de lyken hier niet in de laagte zinken: maar 63 gaten, in den muur in de rondte, benevens in 4 uitfteekende coupeltjes gefpaard, ontvangen de kisten die men er infehuift, worden clan roegemetfeld, en bekomen op den fteen, dien men er voor plaatst, den naam, Het ouderdoms en fterfjaar des overleedenen. De zes eerfte gaten ter rechter zyde van de deur waren pas vol. Voorts geniet dit gewelfte zyn licht door de traliën der voordeur en door eenige kleine venfters* Doch al de pracht is voor het bovenfte gedeelte de« tempels bewaard. Een dubbelde trap brengt eerst  i®8 ENGELAND eerst op eene gallerei, die van buiten rondloopt $ en door 20Dorifche Colommen, elke van 4 voet middellyn, onderfchraagd wordt, en dan naar binnen. Hier bevindt Smen zich in de kapel, die tot geen ander gebruik als het houden van den lykdienst gebezigd wordt. Acht Corintifche Colommen , die mede rond loopen, verftrekken haar tot cieraad ; de grond is marmer in Stucco ingelegd. Van den grond af tot het boven'fte van de koepel toe, is deeze kapel 63 voeten hoog, tegen' eene middelyn van 3?.. Het geheele wordt gezegd tusfchen de 20 en 30, 000 Ponden Sterlings gekost te hebben; de fteen is uit het landgoed zelve gehaald. Het buitenhuis van Mr. Donkam by Thirsk is van eene goede bouworde ; toen ik het over 13 jaaren zag was flechts aan de ééne zyde eeri groote vleugel door eene Colomnade aan 't Corps ie logis verbonden; de vertrekken zyn alle ruini en doorgaans wel gemeubileerd; fommige met ichilderyen behangen, waaronder een Paulus, wiens fchilder ik niet heb kunnen uitvinden, meesterlyk is. Een langwerpige zaal in dit gebouw heeft 2 reiën pylaaren langs de muuren. en tegen cfczelven eenige vry goede Copien van Antiquen in marmer. Een vierkante zaal heeft insgelyks eene Colomnade die rond gaat, doch tusfchen de pylaaren zeerflechte houten Statuen. Het Stedeken Rippon vertoont op zyne vierkante markt een' fchoonen Obelisk, onlangs door Mr. Aislebie, die byna eene halve eeuw van wegen deeze  TWEEDE HOOFDDEEL. %Ö§ deeze plaats in 't Parlement gezeten had, opgericht; de Magiftraat plaatfte na de oprichting éene Irifcriptie ter zyner gedachtenis op het voetftuk. De Munfter of Collegiaal -,Kerk van Rippon is* van een fchoon en ftaatelyk Gothicq \ in 't byzonder is de breedte van het Schip der Kerke treffend. Het fnywerk van het Portaal dat naar'het Choor leidt verdient insgelyks.be-; wondering. Men ziet hier eenige oudeie én nieuwere monumenten, Newby van Mr. Weddéls, dicht by dit Stedeken gelegen, en Harwood van Mr. Lafcelles. wat meer naar Leeds toe , kunnen beide op huizen roemen, die in pracht en fmaak wéinige haars. gelyken hebben op te tellen. Het eerfte munt: minder uit door den voorgevel, die van gebakken fteen (eene zeldfaamheid op de Kafteelen der Britten) fchoon anders gantsch niet fl'echt is» dan door de fchikking en verciering van binnen. De Architect Adams heeft het opzicht hier over gehad, en de eigenaar heeft er op zyne reizen door Italien, inzonderheid wat het beeldhouwwerk in marmer betreft, de ftof voor een groot gedeelte toe verzameld. Door een fchoon Véflibule en langs eöne Vorftelyke trap, die met een Etrufcisch Vaas van de eerfte grootte pronkt, wordt men in de Gallerei gebracht, die in drieën verdeeld is ; het middelfte ftuk vertoont eene Koepel , die haar licht van boven ontvangt; de twee andere gedeeltens, die met dezelve door boogen vereenigd worden, zyn halfrond. De decora- o, 0i  2ÏO _ E N G E L A N D, tie, die allerelegantst is , beftaat uit pleisterwerk van 2'couleuren. De Statuen, Buften, Basreliëfs en Sarcophagen, die hier by elkander ftaan, zyn meest anticq : enkelde van de beste moderne Meesters. Een Venus, in dezelfde houding als de Mediceïfche, waar van het hoofd afgebroken en weer aangezet geweest is, overtreft hier al het overige; men kan zich byna niet verbeelden marmer te zien; de zachtheid en het moèlleufe, dat de beeldhouwer er aan heeft weeten té geeven, zoude het veel .eer voor vleesch doen houden. De Statueis, zoo men my verzekerde, met eene fom van L. 6000. betaald. Men ziet hier nog een* fchoonen Brutus, waar van inzonderheid het hoofd uitmuntend gewerkt is; eene Buste van Minerva gedeelt'elyk van geel, gedeeltelyk van wit marmer; eene groote Urne met het Opfchrift: D. M. S. Q. Minücius Felix; een' prachtigen Sarcopkagus met Basreliëfs die een Bacchanaal verbeelden; eene fchoone Buste van Bacchus enz. De Eetzaal, zonder prachtig te zyn , vereenigt alles in zich wat de elegantie zelve bevalligs kan uitdenken. De verciering van muuren en zoldering beftaat uit weinige zachte couieuren op plysterwerk met Festons en ander.e verfraaijingen van hout. lp een allerliefst klein Cabinetje hier naast heerscht vooral het paars met de gelukkigfte uitwerking. Het Apartemcnt heeft eene zoldering, die wat te bont is uitgevallen; de fchoonfte Gobelins bekieeden er de muuren en ftoelen. De overige vertrekken V*ta , . C zyn  TWEEDE HOOFDDEEL. 211 zyn meer in den gewoonen trant: doch men vindt ef goedeSchilderyen in, mitsgaders Boeken,marmeren Tafels enSchoorfteenbladen,Mofaicq en dergelyke. Harwood is zoo wel als Newby eerst federc korten tyd voltooid. Reeds het buitenfte hek en de 2 portiershuisjes verkondigen de alleraangenaamfte Architectuur. Het huis zelve is koninklyk: een Corps - de - Logis met een Perijtile van 6 Colommeh van vooren en 2 vleugels, door Gallereien met het middelftuk. verbonden. De vertrekken loopen alle door elkander , en fchoon men hier noch Statuen noch Schilderyen vindt, heencht er echter beide in de vercieringen en het ameublement zoo veel. pracht en uitgezochte fmaak, als mogelyk weinige Gebouwen in Eu* ropa vereenigen; evenwel verloocheriPzich het een en 't ander fomtyds op het onverwachtst en op de onbëgrypelykfte wyze. De groote Zaal is l'n allen opzi:hte heerlyk. Men heeft te HarWood de Franfche wyze van meubileeren eenigfints te hulp geroepen, en met de Engelfche ge* lükkiglyk gehuwd. Spiegels vindt men hier van eene ontfaggelyke hoogte en breedte. Tot de Stal toe is op deeze plaats voor een' beminnaaf der bouwkunde van aanbelang. Wentworth-houfe en Wentworth - castle liggen niet ver van Sheffield. Dit laatfte, aan den Graaf van Strafford toebehoorende, munt meest door een' fchoonen gevel, trap én gallerei uit, en bevat flechts weinig voör de Schilder- of Beeldhouwkunst Boven op het Kafteel ftaat ia O 2 'cmitt*  ÏÏZ ENGELAND. 't midden de Statue van den voorigen Graaf van Strafford. Doch Wentworth-houfe, door den overleeden Markgraaf van Rockingham gebouwd maar van binnen nog niet voltooid, en thans het eigendom van Lord Fitzwilliam zyn' Neef,, verdient de hoogfte opmerking en bewondering. De Facade van het huis is eene der fchoonften en trotfchs.ten dié men zien kan: wederom een Corpsde-Logis met 2 vleugels, en van vooren een hoog Perift-ile met 6 heerlyke Colommen. De Voorzaal is van eene verrukkende uitwerking, Zy formeert een groot vierkant met Pylaaren van eene geele compofïtie tegen den muur, die eene fmalle Gallerei onderfteunen. De Niches tusfchen beide zyn van binnen blaauw;Zy bevatten e» eene fuperbe Statue van marmer naar eene Antique nagevolgd; in de middelfte ftaat een zeer groote Antique zelve. Tusfchen de Niches en Pylaaren is-het Stucco wit gelaaten. Zoo ïj ook de grond van een vertrek d.ar naast van de allerfchoonfte nabootfing van marmer van verfchillende couleuren. Verfcheiden Antique en moderne Statuen,Bustes en Bas-relitfs, alle even goed gewerkt, vinden zich hier vereenigd. ■ Een volgend groot vertrek, dat nog geheel in ''t ruwe is,- bevat eene vergadering van Schilderyen en eenig beeldhouwwerk. De andere zyde van de Voorzaal vertoont eenige grootsch gemeubileerde Kamers, ook mee verfcheiden goede Schilderftuk i:en voorzien, onder welke een Paard levensgrootte,- door éénen Stubs te London vervaar"feim3' ■ digdy  TWEEDE HOOFDDEEL. 21$ digd, alles wat menjomtrent dieren uitmuntends gewerkt kan zien, overtreft. Stoelen, Spiegels, Tafels, Schoorfteenmantels: alles' beantwoorde hier aan elkander, en is over 't algemeen in een' ftouter trant ten uitvoer gebracht als men het thans in Engeland gemeenlyk ziet; ook is 'er veel van uit Italien gekomen. Na achteren toe loopen nog een menigte vertrekken, ook een zeer lange Gallerei en wel voorziene Boekzaal. De Stal heeft voor een Gebouw van dien aart een" uitneemend fchoonen gevel. In Yorkshire bevatten ook nog de Steden Kingfton - upon - Huil en Beverley iets- merkwaardigs voor de kunften; de eerfte eene vergulde Statue te paard van Koning Willem III; de andere eene Kerk aan Maria toegewyd, We door haare goede bouwkunde en door de elegantie van binnen boven verfcheiden Cathedraal - kerken merkwaardig is. Zy konde in geen beter en grootfcher fmaak zyn opgecierd. Aan beide kanten van den Predikitoei ziet men Loges van bruin hout op Pylaaren rustende. Het Orgel is zeer fehoon; aan 't binnenwerk van 't Choir is onbegrypelyk veel werk geweest, fchoon dit ten opzicht van de vinding het minst gelukkige is uitgevallen. Het Altaar is wederom prachtig, en heeft achter zich, zo ik my wel herinner, eene Tribune die op Colommen ru$t, waar van de uitwerking voortreffelyk is. De Pylaaren van het gantfche Gebouw zyn uitneemend dun. Te Nouingham verdient het Kafteel als een O 3 over-.  214 ENGELAND. overblyfzel der Bouwkunde van Inigo Jones bezichtigd te worden: over 't algemeen een fchoon gevaarte; de vercierfelen der bovenfte venfters zyn luchtig en tevens van een' voortrefFelyken fmaak. In het Graaffchap van dien naam heeft ook Workfop-manor, het Landgoed'van den Hertog van fNorfoIk, alle aanfpraak op de bewondering der kunstminnaars. De Facade is zeer breed en van de uiterfte pracht, maar toen ik ze op myne voorige reize bezocht nog onvoltooid. Van binnen is het aanmerkelykfte de heerlyk befchib derde trap in den trant van de Wit, door Le Brun; de konften en weetenfchappen worden er in voorgefteld. Het is byna onmogelyk het van Bas - relÊfs te onderfcheiden. De vertrekken zyn wel gemeubileerd, en men vindt er eenige Gobelins en Schilderyen. ■ Te Derby ziet men eene fchoone Hoofd - kerk, met veel inlandsch marmer van binnen, en achter dezelve een Hofje voor oude Vrouwen, dat laag doch met Pylaaren getimmerd is, benevens eenige andere goede openbaare Gebouwen. Keddleston, Ghatsworth en Okeover,al!e in Derbyshire gelegen, leveren voor de kunften veel merkwaardigs op. Het eerfte behoort aan Lord. Scarsdale toe. Door eene fchoone Voorpoort rydt men in het park. Het huis, voor 't welk wel eer een Dorpftond, heeft thans, na dat de eigenaar hetzelve verplaatfte , een vry gezicht op een ftuk Water, over welk een welgebouwde brug  TWEEDE HOOFDDEEL. 2 IJ brug ligt. Een Corps-de-Logis met een hoog Perijlile van 6 Corinthifche Colommen , en 2 vleugels elk van 21 kamers, door eene half-circulaire Colomnade met het huis verbonden: zulk eene is de fchoone Facade van dit Gebouw, 't welk men zegt dat aan Lord Scarsdale aan oprichten en meubileeren , onder het opzicht van Adatns, niet ver van de 2 millioenen Hollandsch gekost heeft. De Voordeur is van Mahogonyhout met ontfaggelyke ruiten van het beste glas. De langwerpige Voorzaal heeft haars gelyken niet in Engeland; zy rust op 16 Pylaaren van geel Derbyshiresch Alabaster; de vier die over de Voordeur geplaatst zyn fteeken niet uit .gelyk de overige , maar ftaan half in den muur. De zoldering en de wanden zyn van S.(ucco; de paneelen der deuren Papier maché, met Figuuren befchilderd. Men vindt hier ook de fraaifte Statuen van een' Apollo en Meleager. Op deefze Voorzaal volgt naar achteren een groot rond onr voltooid Salon, met eenige fteenen Statuen in de Nisfen. De Kamers zyn alle in een' goede fmaak gemeubileerd, en met Schilderyen van de eerfte Clasfc voorzien. Het inlandsch marmer en andere voortbrengfels van de Provintie zyn hier niet gefpaard. iQp de trap hangt onder anderen een Colosfaal ftuk, Maria en het Kind verbeeldende en door Carlo Maratti gefchilderd. De achtergevel beantwoordt niet aan de voorfte Facade. Het Kasteel op Cliatsworth van den Hertog van Devonshire is een ftout vierkant gebouw van eene O 4 goede  2I<£ 'ENGELAND goede ordonnantie, en van binnen, fchoon niet geheel nieuwerwetsch; in een grootfchen trant verdeeld en prachtig vercierd. De voorzaal efi trap, rondom met Hiftorifche ftukken, in welken de beelden levensgroot ftaan, befchilderd, en de Cede'renhoütenkapel, waarvan de müuren insgelyks met fchilderwerk overdekt zyn, verdienen inzonderheid opmerking. Voor 't overige doorloopt men er' veel eri groote vertrekken. Men is thans bezig eene Concert-kamer naar den nieuwften trant te meubileeren. 11 Op Okeover is weinig te zien: doch dat weinige veele duizenden waard. Althans bevat dit huis', behalven eenige weinige Rubbenfen en Tenierfen een' Raphaël, voor welken de Koning van Franke ryk L. 300® gebooden heeft. Het ftuk, dat èene heilige familie voorftelt, is zeer vermaard, inzonderheid door den éénen voet van het kind Jefus, die op een kusfen intrapt; de plooien hier door veroorzaakt zyn onverbeterlyk. Coventry heeft eene zeer langè oude Collegiaalkerk met een' hoogen fpitfen toren; twee dergelyke kegelachtige Ipitfen ziet men nog op andere Kerken deezer Stad, waar van de uitwerking op een' afuand zonderling is. Te Litchfield, dat met Coventry één Bisdom uitmaakt heb ik reeds gezegd, dat de Cathedraale mede' door zulk eene fpits bekroond wordt ; anders vindt men dezelven in Engeland niet zeer veel; By de Collegiaal kerk, waarvan ik zoo 'even fprak ' ftaat nog een fchoon gevangenhurs. 1 • De  TWEEDE HOOFDDEEL» 217 De kerk van Warwick is vol gedenktekenen, . doch meer voor de Hiftorie en de Oudheden des. Koninkryks dan voor de beeldhouwkunst van gegewicht.' Leicester heeft onder anderen aldaar in de ryke kapel van Maria het zyne. Her. Provinciaale Rechthuis vertoont een' fraaien voorgevel mee Corintifche Colommen, en van binnen èene zaal, achter welke 2 Pavillons zyn voor de Eurgerlyke en Crimineele vierfchaaren. Naast dit gebouw ftaat het gevangenhuis, waarvan de grove Dorifche Colommen in den voormuur, en de zonderlinge deur, met een bas-reliëf, van ketenen er boven, ten fterkfte affteeken (gelyk men dit 'opzettelyk gewild heeft) tegen de elegante Facade van het Rechthuis. Het kasteel van den Graaf van Warwick ligt aan 't eene einde dier Stad. en behoort onder de oudften van Engeland. Men zegt dat Julius Casfar eenen van deszelfs torens gebouwd heeft. Over 't geheel is het zeer uitgeftrekt, en ligt in hooge dikke muuren. In dep binnenften hof ftaat in 't midden een zeer fchoone Copie van een Anticq Vaas, waarvan het oorfpronkelyke,' zo ik my niet bedrieg, te Napels t' huis hoort. In het gedeelte van 't Kasteel 't welk de Graaf bewoont vertoont men eene rei van zéér fraaie Apartementen, die op eene groote zaal volgen. De ordonnantie der meubelen en der vercieringen gaat met zoo veel fmaak gepaard, als de natuur van zulk een gebouw kan toeftaan, en het Gotbique is er op de verftandigfte wyze met het moderne verbonden. Men O 5 vindt  il8 ENGELAND. vindt hier eenige goede fchilderyen, inzonderheid pourtraitten, fchoone Antique Etruscifche Vaafen; fchoorfteenmanteis en tafelbladen van fraai en kostbaar marmer; en in een Cabinetje aan 't eind eene door Je/vis gefchilderde ruit, een perfpectief in 't binnenfte eener kerk voorftellende, en fraaier dan men zich in de fchilderJcunst op glas by mogelykheid iets verbeelden kan. Heythrops van Lord Shrewsbury heeft een kasteel, tot welk de toegang fchoon, en waarvan beide voor- en achter gevel prachtig zyn. De Bibliotheek en de zaal verdienen van binnen opmerking. Verder vindt men hier eenige fchilderyen , fchoorfteenmanteis en tafelbladen van iEgyptisch en ander marmer, en dergelyken rykdom. Ditchley van den Graaf van Litchfield, fchoon het ook eenige vercierfelen van dien aart kan opwyzen, is echter voornaamentlyk door eene fchoone verzameling fchilderyen vermaard. Van de brug en de Colom op Blenheim is boven reeds met een woord gefprokep. Ik bepaal my dus nu alleenlyk tot het huis: een alleruitgeftrekst en prachtigst paleis, met uitkomende CoJomnades, doch over het geheel door zyne drukkende zwaarte en door overladenheid van fieraaden niet van de aangenaamfte uitwerking. Aan de ééne zyde ziet men in den. gevel de buste vanLodewyk XIV, uit de poorten van Doornik genomen; aan de andere zyde die van den grooten Marl-'  TWEEDE HOOFDDEEL. 219 Maflborough zelve. Van binnen is de uitgeftrekte voorzaal met het fchoon befchilderde plafon uitneemende treffend;!!hier op volgt weder een ande. re fchoone zaal, en aan beide kanten van deeze loopen de vertrekken die men vertoont. De meubilen daarvan zyn kostbaar, doch niet van die uitgezochte elegantie , die men in fommige andere buitenhuizen ontmoet: dan, men bewondert er vooral eeene heerlyke verzameling van Schil dcryen, en onder dezelve veele van Rubbens beste-ftukken, eenige Van Dyken en de werken van verfcheiden eerfte Italiaanfche Meesters. Andere vertrekken zyn behangen met Tapyten, waarop de daaden van Hertog Jan zyn voorgeftcld, en die de Natie tevens met het huis aan den overwinnaar van Blenheim gefchonken heeft. De Bibliotheek, die de gantfche breedte van het Gebouw beflaat, heeft Gallereien, die op Pylaaren van marmer rusten; deeze Zaal doet over 't algemeen geen kwaade uitwerking; de Statue van Koningin Anna ftaat aan 't eene einde derzelve. Noch de Kapel , noch de Tombe des Hertogs, die aldaar begraaven ligt, na eerst in de Abdy van VVestmunfter ter aarde befteld te zyn geweest, kunnen op eene aangenaame uitvoering roemen. Jammer is het dat men op Blenheim buiten byzondere aanbeveeling niet kan te zien bekomen de'uitmuntende verzameling van gefneeden Stecnen, die de Hertog bezit, en die misfehien voor geen eene in Europa thans behoeft te wyken. Voorleedenjaartheeftmen een Deel der- zelven^  Ï20 E N G E E A N D. zei ven, in plaatendoor Bartolozzi gegraveerd ibeginnen uittegeeven: doch er zyn flechts 50 Exemplaaren van dit Werk, waar van de uitvoering heerlyk is, gedrukt, die alleenlyk als prsefenten worden uitgedeeld. Zoo zwaar en zoo masiïef het Paleis op Blenheim is, zoo licht, zoo elegant, zoo betoverend fchoon, en niet minder uitgeftrekt en prachtig is het Paleis op Stow; het ééne fchynt voor Reuzen, het andere voor Sylphen beftemd. De Bouwkunde is niet in ftaat iets meesterlykers voort te brengen dan de Facade naar de kant van den Tuin; de andere Gevel, fchoon aan beide zyden met eene halfronde uitkomende Colomnade voorzien, is veel eenvoudiger: Van de eerstgemelde zyde treedt men eene hooge rechte trap op, en koomt door een Periftile, door 6 Corintifche Colommen gedraagen en van boven en ter zyde met fchoone Bas-reliëfs vercierd, in eene ovaale Voorzaal, die een enkel venfter in .de Zoldering genoegfaam verlicht. Zestien Colommen van Stucco omringen dezelve. De Frife die rond gaat ftelt in ver uitfteekende Figuuren een' Romeinfchen Triumph voor; eenigfints in den trant van het werk op de Colommen van Trajanus en Antoninus. De Tekening en uitvoering van dit Stuk zyn uitneemend. Tusfchen de Pylaaren ziet men tegenNisfen in den muur, waar van eenige met goede Antiquen gevuld zyn. Er zyn zoo veel prachtig gefleepene glazen Klokken in deeze Voorzaal als Pylaaren; en over 't algemeen is zy  TWEEDE HOOFDDEEL. 22f zy eenig in haar foort. De volgende Zaal, op welke de Voordeur uitkomt, is vierkant en kleiner dan deeze, ook met eenige Antiquen en ander foort van Oudheden vercierd. De Kapel, hoewel Rubbens er het Altaarftuk van gefchilderd heeft, dat 4 Kindertjes verbeeldt, beantwoordt niet aan de kostbaarheid en den fmaak van het overige. Aan fommige der Zaaien en vertrekken aan de rechterzyde van den ingang uit den Tuin, wordt nog gewerkt. De nieuwe Mufiekzaal munt vooral onder 't geen aldaar reeds van vaardig is uit; zy is van eene onnavolgbaare fchoonheid. De muuren 'van Stucco zyn befchilderd met Arabesquen uit de Loges van Raphaël getrokken. De Paneelen der Deuren zyn byna als zoo veele Miniatuuren. De zachte verwen met het wysfelyk gefpaarde verguldfel, de Pylaaren, de Meubelen: alles is hier aan elkander gelyk. Een Italiaan, dezelfde die de Frife van de Achterzaal gewerkt heeft, wordt hier toe alles gebruikt; en zoo veel mogelyk is, wordt alles op de plaats zelve toebereidt. Aan de andere zyde gaat men door eene lange reeks van vertrekken, één van welken het groot Apartement moet worden. Het is eenvoudig, doch tevens in een' voortreffelyken fmaak; er hangen reeds eenige uitmuntende Schilderftukken. De Gallerei is met Tapytwerk bekleedt. Aan 't eind der Statie - Bed«Kamer vindt men een kostbaar Chineeseh verlakt Cabinet met wat Horens, Schelpen en dergelyke. De Tempel van de Eendracht  4&2 E N G E h A N D. dracht en Overwinning, naardien van Minërva te Atheenen gevolgd: een langwerpig vierkant, niet eene geheel rondloopende Gallerei van buiEen, die door 10 joniiche Colommen aan elke Zyde in de lengte en door 6 in de breedte onder flut wordt, is het voornaamfte van die menigte Gebouwen van kunst, die in den tuin op Stow gevonden worden. De Tempel der Oude Deugd gaat en dóme toe, en heeft vari buiten ook eene rondloopende Gallerei, zó ik my niet vergis, van 12 Jonifche Pylaaren. Een paar fchoone Triumphboogen, deRótonda, eenige Obelisken, Colommen en Pyramiden, een Gothiquè en nog feen andere Tempel, en een overdekte brug iri den trant van Palladio, verdienen onder de overige insgelyks oplettehheid. ■ Oxfordvereenige ineen kortbeftek meerdere en fchooner openbaare Gebouwen, dan mogelyk een Êenige bekende plaats in Europa van die zelfde grootte \ en men kan zich hier niet onthouden van aan de Hoofdftad des ouden Griekenlands terug te denken, daar de particulieren in eenvoudige wooningen huisvesteden, terwyl al de grootschheid der Bouwen Beeldhouwkunst voor Tempels en Gymnafien bewaard was. Da Radclifffche Bibliotheek, van Welke ik reeds gefproken heb, is van buiten het fchoonfte gevaarte der Stad. De Drukkery heeft een' goeden Voorgevel. Minder aangenaam is het Theater, waarin men eenigfints de Bouworde der oude Theaters heeft willen volgen. The Schools ayn ouwerwetseh, erfde Schilderyen die men er cp .1  TWEEDE HOOFDDEEL. 22$ óp de Bovengallerei bewaart, beduiden weinig; doch de Mar mor a Oxonienfia en de Pomphretfche Statuen, die men beneden in een paar uitgediend hebbende Auditorien geplaatst heeft, verdienen meerder opmerking. Deeerften beftaan meest allen uit Griekfche Infcriptien, die in één Deel in folio uitgegeeven zyn. Men ziet 'er ook een' fchoonen cirkelronden en eenige andere Altaaren. Onder de Statuen zyn er fommige uitmuntende. Die van Cicero van omtrent 7 voeten hoog, is eerst onlangs in plaat gebracht. Ook is een Hymen, die op zyn'arm leunt, merkwaardig. Nog ziet men hier een' Hercules die een' leeuw verfcheurt, een Colosfaal - hoofd van Apollö, eene Venus op de wyze der Mediceïfche, eene groote Colom van den Ddphifchen Tempel, geheel met Capiteel en Balts, naar deCorinthifche order, van 24! voet, doch midden door gezaagd; eenige Altaaren, Bas-reliëfs en Sarcophagen. De Kapel van New - College wordt voor de ichoonfte in Oxford gehouden. Behalven haare grootte en de oude hefchilderde glazen aan beide kanten maakt haar vooral merkwaardig het onlangs hier geplaatfte nieuw gefchilderde venfler, 't geen naar de tekening van Sir Joshua Reynolds door Jervis is uitgevoerd. Hec fielt de aanbidding der Herders voor,en aan de 2 vleugelvenfters de naast elkander' ftaande Piguuren van eenige Hoofd - deugden. De beide kunftenaars ! door welke dit Meesterftuk voortgebracht is, hebben volgens den trant der voorige Eeuw er hunne v Peur-  224 E M :GELAND Pourtraitten onder de byftaande Perfoonen in' gebracht. Het Collegie hëeft dit venfter met 2200 Ponden Sterlings betaald. Trinity - College heeft eene groote Spyszaal eri eene goede moderne Kapel met kundig fny-werk in Linden- en Cederen hout. In Christ - church volgen z groote Hoven op' elkander, waar van het ééne naar den Bouwtrant der 16de Eeuw, het andere, dat tegen den hoek van 't eerfte ligt, meer naar den tegenwoordigen, hoe wel wat al te zwaar, gefticht is. Hier is merkwaardig de Kapel, wegens een paar fraai gefchilderde glazen, die de verlosfing van Petrus uit de Gevankenis vootftellen , en waarin men" met recht de trappen en de houding der Wachters bewondert; vervolgens de groote Spyszaal, door den Cardihaal Wolfey tevens met het Collegie gefticht, en van een goed Gothiek. De' vleugel , welke boven in 'ééne fraaie Zaal de Bibliotheek, en beneden de verzameling Schilderyen in 2 vertrekken bevat, behoort tot het' nieuwe gedeelte. In deeze laatfte vindt men ftukken van de beste Meesters. In het voorhuis ftaan 2 of 3 fchoone moderne Busten, waaronder één van Locke en één van den tegenwoordigen Lord' Primaat van Ierland. In AU-Souls- College ziet men de Bibliotheek en de Kapel. Van de eerfte heb ik boven reeds moeten fpreeken; in 't midden dier fchoone Zaal ftaat een goede Statue van Colonel Codringtoh den Stichter, door Cheere. In de Kapel heeft Méngs  TWEEDE HOOFDDEEL. 225 ivlengs tot een Altaarft.uk: de verfchyning van den Heiland aan Magdalena voorgefteld. Onder de duizenden en verdubbelde duizenden van góede Schilderyen die ik gezien heb, heb ik ei- nimmer eene gevonden, die, welke aanmerkingen men ook anderfints op de uitvoering maaken moge, zoo onmiddelyk tot het hart en tot de aandoeningen fpreekt. in het aangezicht van Maria» die reeds nedergeknield is om haarert Heer te omarmen, leest men al die verwondering, die ontroering , die liefde, die vreugd, die haareh boezem överftelpte, en die behalven het ééne woord Rabbouni, het uitbrengen van alle taal haar önmogelyk maakte • terwyl haare oogeti tot bronnen der fchoonfte traanen worden. Christus j wiens houding haar het aanraaken verbiedt, heeft de verhevenheid en kalmte, aan zynen nieuwen ftand eigen, in het gelaat. Magdalen's College is een oüd Gebouw, doch heeft van achteren eene fchoone Fagade. Het Altaarftuk der Kapel is een Christus die zyn Kruis draagt, zoo men zegt van Guidö: eene fraaie Schildery, doch niet met de warmte der Magdalena vervaardigd. Queens College is meer door een fchoon uiterlyke als door iets anders merkwaardig. Int de Kapel echter vindt men eënige gefchilderde glazen. Van dë Bibliotheek van St. johri's College is reeds iets gezegd. De Architectuur van het' gantfche Gebouw, vooral in het Binnenhof, is P li  22Ó ENGELAND in den ouden trant, doch gantsch niet te verwerpen, Behalven de Coilegien verdient te Oxford voor de Bouwkunde uitwendig (want van binnen is] het my niet gelukt te mogen treeden) nog bezichtigd te worden het Obfervatorium; de onderfte verdieping is zeer breed, de tweede veel minder, déderde een Toren: alles met Pylaaren naar eene voortreffelyke tekening opgericht. Het Hospitaal daar neven aan is mede een fraai gevaarte. Aan de Brug, tegen 't end der Stad naar de Londonfche zyde, berispt men veel; inzonderheid dat deszelfs boogen meer op 't Land dan in 't Water" rusten, terwyl er Eilanden in de Rivier zyn die 's winters onderloopen: doch met dat alles doet zy by het overryden eene fchoone uitwerking; de Ordonnantie is er goed van, en de Brug zelve zeer lang. Nuenham-Courtenay Van Lord Harcöurt heeft een huis dat van binnen prachtig gemeubileerd is, en eene menigte uitmuntende Schilderyen bewaart. Uitwendig vertoont het zich zoo fchitterend niet als verfcheiden andere Buitenhuizen in dit Koninkryk. Tusfchen Oxford en Cambridge ligt WoburnAbbey van den Hertog van Bedfort; de opkomst js prachtig; het huis groot met eene fchoone Fa* gade; de kamers wel gemeubeld , en fommigo derzelven geheel naar de Franfche wyze; meg ziet er goede Schilderyen, doch meest Pourtraitten. Indien de tegenwoordige Eigenaar, die op zyn 3 of 24fte jaar voor de rykfte particulier ifi£ En,  TWEEDE HOOFDDEEL. 227 I Engeland gehouden en op 70,000 Pond Sterlings I aan inkomen gefchat wordt, zich door liefde tot 1 de kunften laat bezielen , kan binnen weinig tyd t] dit Woburn - Abbey aan alle andere Engelfche Lusthuizen den lotf gemakkelyk affteeken. De Gebouwen, die men te Carebridge eenen Vreemdeling toont, zyn behalven de Bibliotheeken van welken reeds gpfproken is: the Schools, waar in men eenige nette Coilegien ziet; the Senatehoufe, een fchoon, lang gevaarte, waar alle openbaare plechtigheden gefcbieden , gelyk te Oxford in het Theater: men vindt er vier Statuen l eene van den Hertog van Somerfet, eene van de Glorie, eene van George I. en eene van zyn' opvolger, die door Wilton vervaardigd is. Doch Trinity - College munt niet alleen boven alles wat in deeze Stad, maar zelfs boven alles waar haare Zuster - Academie op zoude kunnen roem draagen uit. Het Gebouw is uitgeftrekt en zonderling fchoon ; rondom verwonen zich groote Plaatfen, fraaie Gedichten, uitgeftrekte en belommerde Tuinen; van binnen bewondert men de fchoone Zaal en Kapel, en in deeze laatfte een der heerlykfte voorb'rengfels der nieuwere Beeldhouwkunde: de Statue van Newton. Hy heeft de Toga aan, waar van de Draperie onverbeterlyk is, de handen, in ééne van welke hy een Prisma heeft, zyn niet minder fchoon; zyne oogen houdt hy naar den Hemel geflagen. Clare-haü is een klein doch zeer fchoon Collegie, waarin men alles even net, en P 2 . eene  "ft 2 8 ENGELAND, eene Kapel in den nieuwften fmaak getimmer! aantreft. Emanuel's en Kings - College maaken eene goede vertooning van buiten. De KingsChapel is een zeer lang en fmal Gebouw zonder Pylaaren in den Gothiquen trant, en met gefchilderde glazen. Niet-ver'van Cambridge heeft de Graaf van Hardwick een Landgoed, Wimpel genoemd, waar van het huis, behalven verfcheiden goede Apartementen met eene Gallerei voorzien is, in een' fraaien fmaak aangelegd en vervuld met Antiquen , vooral met Koppen van Keizers; men vindt hier daarenboven eene fchoone Bibliotheek, Schilderyen van de beste Meesters, en onder dezelven een aantal Pourtraitten. In de Parochiekerk naast het Gebouw bewaart een Kapel een prachtig Monument, ter eere van den laatften Graaf opgericht. Te Norwich bezichtigt men de Catbedraaikerk, geen der minde Gothieke Gebouwen in Engeland, Ezeer uitgeflrekt en fraai, met wel gehouwene Pylaaren, en met een' hogen en fpitfen Toren ; rondom het Kerkhof loopt een vierkante Gallerei met zeer veel vercierfelen in den Bouwtrant der Kerk zelve. Verder de St, Pieterskerk, die groot en net is, dé verlosfing van Petrus uit de Gevankenis tot een Altaarfluk heeft, cn van een der beste Orgelen in het Koninkryk voorzien is; de Guildhall, eene 'Zaal van eene aanmerkelyke grootte, waar de Burgcry vergadert, rondom behangen met de Pourtraitten der ; laatfte |  TWEEDE HOOFDDEEL ZZ? laatfte Lord Mayors ; een fchoon Asfembléehuis, met 2 Zaaien die men tot ééne kan maaken, groot genoeg om verfcheiden honderden te bevatten. Behalven deeze Hoofdftad zyn in het Graaffchap Norfolk nog Houghton en Holkham merk*" waardig. Het eerfte. door Sir Robert Walpole gebouwd en nu de bezitting van den Graaf van Grford, is een Koninklyk huis zoo wel ten opzicht der buitenfte Architectuur als van de fchikking en verderfden van binnen fa). De Bibliotheek , de prachtige Gallerei, Ameublement der vertrekken, en vooral de menigte voortreffelyke Schilderyen door dezelven verfpreid , maaken het ten uiterfte zienswaardig. In 't midden van de rondloopende trap ftaat een Copie der Gladiatoren op een voetftuk dat door 4 Pylaaren gedraagen wordt. In het Salon ziet men verfcheiden Antiquen en goede Bronzen, benevens 2 Vaafen van Orientaalsch Alabaster. In het vertrek, the Carlo Maratti room geheeten, munt een Pourtrait van Clemens IX, door dien Schil- («) Ik befchryf dit hier nog gelyk ik het 13 jaar gcleeden gezien heb: doch federt ben ik onderricht, dat de Graaf van Orford zyne verzameling Schiidsryen aan de Keizerin van Rusland verkocht heeft. Dan, of onder deezen koop de overige vercierfelen en zeldfaamheden van Houghton, mede behooren, is my onbekend. P 3  23* ENGELAND, Schilder vervaardigd uit, behalven een hoofd door Raphaël en eene: tafel van Lapis Lazuli.' Men kan zich geen fchooner ftuk verbeelden dan I eene Bathfeba die Abifag tot David brengt, door ; Van der Werf, in een ander Cabinet. The mar- \ ble parlour is gedeeltelyk van inlahdsch marmer fatamgefteld, en men ziet er 'een groot Vaas van Graniet. In the Hall, een uitgeftrekt vierkant; vertrek met Gallereien vindt men eene fchoone Copie van Laocoön, en eene menigte andere zoo oude als nieuwe Statuen en Busten. Holkham, dat 13 jaaren geleeden aan de Graavin van Leinfter toebehoorde, en alleenlyk Diftgsdags te zien was, bevattede een huis, dat geen uiterlyke gedaante van eenig aanbelang ver-, toont. Van binnen zyn de vertrekken op verre na niet even goed gemeubileerd; ook treft men , te veel Cabinetjes onder dezelve aan, doch deeze gebreken worden door eene menigte fchoon' 5 heden i vergoedt. Men treedt terftond in eene groote Voorzaal, met eene Gallereie in 't rond die op Pylaaren van inlandscb marmer rust; men beklimt dezelve langs eene Vorftelyke trap, vlak over de voordeur ; en vindt aldaar voor de Nisfen verfcheiden Statuen. Daarenboven zyn de Bibliotheek en het Salon twee fchoone ftukken , en vooral munt hier uit de Gallerei der Statuen, in een' allerprachtigften en elegant-; ften fmaak aangelegd; zy is langwerpig, aan beide enden met diepe Nisfen, en vol Antique Beelden en Borstbeelden, onder welke men er eenige 1  TWEEDE HOOFDDEEL. 2$! eenige voortreffelyke telt. Een Boekje genaamd the Norfolk - tour befchvyfc dezelve alle» zoo wel als de Scbilderyen die men hier door alle verrekken verfpreidt, gelyk mede die men op de andere Buitenplaatfen in dit Graaffchap verzameld vindt. Ook in andere vertrekken ziet men Statuen en Busten. De Kapel is van Cederen hout, met eenige goede fchilderftukken voorzien. In de vertrekken zyn nog eenige fchoone Tafelbladen , onder anderen een van Mofaïcq; ook hier en daar fraaije Meubelen. De Cathedraal - kerk van Ely behoort tot de fchoonfte Gothique Gebouwen in Engeland; doch welke niet in evenredigheid onderhouden wordt. Zy heeft een' Toren en eene Coupeh Nog grooter dan deeze Kerk is die van Petersborough. De westelyke Facade zoude van de uiterfte pracht zyn, indien er niet aan de ééne zyde een Toren ontbrak enl daar door de Symmetrie wierd weggenomen. Inwendig is zy zeer majeftueus. Thorn, de plaats van Sir Robert Burnets, heeft een huis van eene voortreffelyke Architectuur, met groote zaaien en vertrekken; men vindt hier eenige Statuen en Schideryen, doch niet van de eerfte Clasfe. Burghley, het Koninklyke Landgoed van den Graaf van Exeter by Stamford, vertoont een zeer uitgeftrekt doch ouwerwetsch Gebouw. Dan van binnen ziet men niet alleen de alle:elegantüe ea fraaist gemeubileerde vertrekken, maakt ook P 4 een  23* ENGELAND. eene der uitmuntendfte verzamelingen van Schilderyen in Engeland, waar mede de kamers byna overlaaden zyn. In de Kapel, waar van het fnywerk, gelyk dat van het geheele huis door Guevil vervaardigd is, treft men er vérfcheidene aan. De muur van de Danszaal is alfrefco befchilderd door Laguerre, de Bselden levensgrootte. In een Cabinet ziet men den roof der Sabynen in wasch, met nog eene Venus en A donis; in een ander vertrek zyn een paar ftukjes met de naald gewerkt door Mifs Grey, die de beste Schilderyen evenaaren. Nog een Cabinetje bewaart een ftuk van Carlo Dolce, 't geen voor het eerfte der gantfche verzameling gehouden wordt: Christus die de Elementen ze.-, gent; ook ziet men er eene zeer ryke Juweelenfcas, met eenige zeldfaamheden van de tyden van Ejifabeth , welke hier vertoefd heeft. Het heerJyke ftuk van den doodbloedenden Seneca, dat mede tot deezen fcba.t van Schilderyen behoort, heb ik, door dien het vertrek in welk het geplaatst was toen niet geopend konde worden, ook niet mogen bewonderen. In de Stad. Stamford verdienen in de St. Maartens - kerk eenige Tomben van de Burghleyfche Familie bezichtigd te worden; vooral [munt (het gedenkteken uit voor den vyfden Graaf en zyne Gemaalin. , van marmer en in Italien vervaardigd. De Graaf en Graavin liggen er beide op, en 2 Beelden ftaan ter zyde; een Obelisk ryst in 't midden naar de hoogte. Behalven eenige andere oude en nieuwe monumenten in deeze . ' Kerk,  TWEEDE HOGFDEEL. 233 Kerk vindt men een paar fchoone Torens ia de Stad. Zoo heeft ook Grantham een' hoogen, fmalleq en fpitfen Toren dien men bewondert. Belvoir, dat hier niet ver van af ligt en aan den Hertog van Rusland toebehoort vertoont flechts een Gebouw van ééne verdieping hoe zeer ook uitgegeftrekt. De Kapel is geheel befchilderd met de Op'landing der dooden en het Iaatfle Oordeel; de trap is in een' zonderlingen doch prachtigen fmaak gebouwd In de buitengemeen lange Gallerei zyn aan de ééne zyde Familie - Pourtraitten, aan de .andere goede Copien naar Antiquen geplaatst. In de Zaal vindt men ook eenige goede Schilderyen, een opgaande Zon over het water, verdient onder dezelve vooral opmerking. De Eetzaal heeft 13 Pourtraitten levensgrootte, door Van Dyk. De Cathedraal - kerk van Lincoln is" zeer uitgeftrekt mee eene fchoone westelyke Facade, 1 Torens aan deoostelyke zyde eneenen hoogeren in 't midden; inwendig treft men hier meer opfchik aan en dunnere Pylaaren dan in andere Kerken van deezen aart; de monumenten zyn door Cromwels Soldaaten deerlyk gehavend. P 5 DER,  $34 ENGELAND. DERDE HOOFDDEEL/ Het Staatsbeftuur. Ik heb Engeland tot nu toe van de Natuurkundige en zedelyke zyde befchouwd. Het geen my overig blyft is, ook van hetzelve als van eenen Staat te fpreeken. Men verwachte evenwel niet, dat ik hier met eene befchryving der Brittifche Regeeringsvorm kundige Leezeren zou willen verveelen s en den min kundigen iets aan bieden, dat hun zoo veel anderen op de volledigfle wyze hebben medegedeeld , en men vergunne my alleenlyk , dat ik ook aangaande dit onderwerp hier eenige Berichten en Aanmerkingen plaatfe. Men heeft de Staatsgefteldheid van Engeland fteeds boven die van alle de andere Europaeifche Gewesten verheven, en ze als het gelukkigfte mengfel van Monarchaale en Republiquainfche Grondbeginfels betracht, daar ze het voortreffelyke van die beide vormen vereenigt, en den gebreken ontwykt, die elk op zich zelve ftaande byna zonder uitzondering naar zich fleept. Buiten tegenfpraak is in dit allesi zeer veel waarheid , en het valt niet gemakkelyk meerdere Staaten op te tellen, daar de perfooneele vryheid van den ingezeten zoo hand in hand gepaard gaat met  DERDE HOOFDDEEL. 23S met kracht en fchielykheid van uitvoering in zaaken van gewicht. Intusfchen fcheelt het veel of men de Engelfche Regeerinsvorm op het Papier, dan in de bepeffening befchouwe. Indien men my afvroeg: Wie is, niet naar den naam, maar in het weezen der zaake, de Souverain van het Koninkryk ? zoude ik meenen gerustelyk te kunnen antwoorden: Het fungeerende Minifterie. Een of meerdere Staatslieden weeten zich in het Parlement door hunne kundigheid, hunne welfpreekendheid, hun gezag, hunne intrigues, hunne betuigingen van Vaderlandsliefde en door allerlei andere middelen een' aanhang te verwerven. Gefield nu dat de Koning, dien zelve de keus zyner Ministèren toebehoort, er zulke Mannen toe benoemd heeft: Wat-gebeurt er? Meesteren zynde van de nationaale Kas en van eene menigte Ampten en Parlements-plaatfen, ontbreekt het hun aan geene middelen om de meerderheid in de beide Raadzaalen van het Koninkryk te bekomen. De party van Oppofitie laat haare ftemmej wel onophoudelyk hooren: doch in tyden van rust fchat men haare evenredigheid tegen die van het Hof als van i tegen 3„ Verandert dit evenwel; doet een Minister daaden die hem den haat des Volks op het hoofd laaden, of ziet de tegenovergeflelde party eene bekwaame kans om in zaaken van gewicht de meerderheid, al was het flechts van ééne Item, in het Parlement te verkrygen: zoo is haar eerfte ft-ap een Adres aan den Koning te overhandigen 3  2$6 ENGELAND. digen, met het eerbiedigde verzoek om Ministers, die opgehouden hebben het vertrouwen der Natie te genieten, van hunne Posten te ontdaan. Deeze bede te willen afwyzen zoude reeds op zich zeiven ten hoogden onraadfaam zyn, indien nog daarenboven een Britsch Monarch, zonder het Meesterfchap over 't Parlement in handen te hebben, niet zoo goed als machteloos ware. Dit nieuwe Miniderie beheerscht nu weder het Parlement zoo lang hst kan, en tot dat een dergelyke gebeurtenis, als waar door het in 't Cabinet heeft weeten in te dringen, het er ook wederom uitdoote. Dan, zoo lang de Ministers aan 't roer van Staat zitten, hebben zy niet alleen den invloed, aan welken ik gedacht heb, op het Parlement, maar de Koning zelve, hoe derkook zyn perfoneele afkeer van hun weezen mocht, is in een' hoogen graad aan hun goedvinden onderworpen, 't Is zeker, dat het van zynen wil volkomen afhange hen voor hunne dienden te bedanken, en in hunne plaats anderen aan te dellen: doch behalven dat dan de afgezetten zyne hardde weerpartyders in 't Parlement worden, vindt hy zich tog deeds verplicht om lieden van dezelfde denkenswys tot zyne nieuwe Ministers te benoemen, of hy heeft te duchten, dat deeze, uit dc minderheid gekoozen , door de Smeekfchriften der meerderheid hem weer ontrukt zullen worden. Zy maatigen zich hier door ook in alle Rcgeeringszaaken van aanbelang geen geringe macht over den Monarch aan: want hoe zeer  DERDE HOOFDDEEL. 237* zy alleenlyk kunnen aanraaden, en het befluit van den Koning afhange, bedanken zy wanneer hun raad niet wordt opgevolgd, verheffen zich nu in het Parlement tot Hoofden der Oppoiitie, en dwingen hem fomtyds . zeiven om ze op nieuws in het Minilterie te verheffen, 't Genot derhalven van 't geen men in Engeland de rechten der Kroon noemt is voor een groot gedeelte in 't bezit van het Minilterie in der tyd, en de Monarch leent er flechts zynen naam toe.' Dit laat evenwel niet na, dat wanneer uitneemende talenten zich met het eigendom dier rechten in den perfoon des Regents, die den Engelfchen troon beklommen heeft, vereenigen, zyn perfooneele invloed dien zyner Ministers ver overtreft: doch dan wordt het minder een gevolg zyner waardigheid als zyner eigene hoedanigheden. Ook fpreekt het van zelve,, dat in alle zaaken van minder gewicht het goedvinden des Konings tot eene wet verftrekt. Men is te St. James zoo weinig onverfchillig omtrent de gunst van den Vorst, zoo weinig gaarne, indien het te verhoeden is, uit Staaten Hof-bedieningen uitgeftooten, ja zelfs zoo weinig een vreemdeling in allerlei intrigues en heimelyke wegen om tot zyne oogmerken te geraaken als aan eenig Hof van Europa. By eene Natie, die haare Koningen fomtyds met zoo veel kleinachting behandelt en zoo onbefchroomd beleedigt, en die van de geringheid van derzelver macht ten overvloede onderricht is, zoude men aan de'andere zyde weer de betoo* nin*  $38 ENGELAND. ningen van zoo veel eerbied en onderdaanigheid niet verwachten, De Koninkiyke Familie is hier byna niet minder dan in Vrankryk het voorwerp der dagelykfche Nieuwsberichten en gefprekken.' De Cercles en Levé's, die aan het Hof gehouden worden, zyn vol en men ontdekt op dezelve inzoriderheidopGaladagen,zeer veel pracht inKleederen en Equipagien. Veel hier van moet inderdaad aan dé perfoöneele achting der Natie voor den tegenwoordigen Monarch en voor zyn Huis worden toegefchreeven (a): doch ook veel aan dien indruk, dien een hooge rang, en vooral de Koninkiyke titel gewoon is mede te deelen; aan de zucht om iets verhevens of van naby te kennen, of er gemeenzaamheid mede teoeffenen, en den luister; dien men daar door op zich zelve meent terug te zien gekaatst; aan de toeneemende denkenswyzc eindeiyk, van hunneBuuren aan de overzyde vari Canaal ontleend. By het affterven van Prin- ces O) Onder de zonderlinge uitwerkfeJs hier van y behooren by voorbeeld Bedgardynen , die ik ergens ontmoet heb, op welke het patroon beftond uit de geduurige herhaaling der zeer gelykeneide Pourtraitfeijvan den Koning, de Koningin en eenige Princen en Princesfen, Groupswyze by elkander gepJaaist. doch daarentegen herinner ik my op myne eeifte reize in eene Herberg eea papieren Behangfel gezien te heb» ben, op welk het Pourtrait vari Wilkës icsgelyks rer.igc honderde maaien herhaald was.  DERDE HOOFDDEEL. 2$Q ces Amelia voorleeden jaar gingen alle fatfoendelyke Lieden te London in den rouw; öp Geboortedagen der Familie worden verfcheiden Huizen in de Hoofdftad verlicht; de Vrouwen kunnen niet ten Hove verfchynen als met de daar toe alleen gebezigde Róbes de Cour. De • Etiquettes zyn er over 't algemeen menigvuldig , en men zou fchier zeggen opzettelyk ingevoerd, om den Monarch onder al dien uiterlyken Eere-dienst de beperktheid zyner macht te doen vergeeten. De le-"é's des Konings en de Cercles der Koningin worden fteeds op het oude Paleis van St. James gehouden en niet in hunne gewoone refidentie aan 't einde van het Park, eens of meermaalen naar maate van het faifoen. De Koning ontvangt de geenen die hem hunne opwachting komen maaken, in eene ouwerwetfche Statie-bedkamer, en fpreekt met allen die in den kring ftaan. Voor de Hofdagen der Koningin , by welken zyne Majefteit mede tegenwoordig is, is een groote Audiëntie - zaal gefchikt. Mans en Vrouwen plaatfen zich door elkander in een' cirkel, zulken zelfs die niet aan den Vorst en de Vorstin zyn voorgefteld, noch het begeeren te worden; de Koning begint de tour aan de rechter, zyne Gemaalin aan de linkerzyde; beide worden dööt hunnen Hofftoet verzeld, en fpreeken mee allen die hun voorgefteld zyn. Het is in Engeland het gebruik niet dat de Onderdaanen aan 't Hof ter Maaltyd genoodigd Worden: doch Concerten en andere/ftw worden ér van tyd tot tyd gegeeven.  240 ENGELAND De Geboortedag des tegenwoordigen Koningé valt in Juny , die der Koningin weinige weeken te vooren : dan, om de Feesten niet te kort op één te laaten volgen , wordt deeze laatfte in het hart van den Winter gevierd. Op beide dagen is er Bal op St. James, 't geen evenwel niet meer dan een enkele ceremonie kan heeten. Het duurt een uur of drie, en de -Magnificentie en de fmaak der kleederen is het eenigftedat het» zelve merkwaardig maakt. Na den Tour gedaan te hebben, ncemen hunne Majefteiten een paar leunftoelen in. Vóór hen worden er een menigte Menuetten gedanst; en dan nog 2 of 3 Contre - dansfen van niet veel meer dan 8 paaren. De Zaal zelve en haare verderfden kunnen niet ellendiger worden uitgedrukt. De Gallerei van boven is vol Aanfchouwers: doch beneden zitten flechts de geene die ten Hove bekend zyn. Het Perk tot het dansfen gefchikt is niet zeer groot; de banken loopen aan 3 zyden achter elkander op. Wanneer eene der jonge Princesfen een'Menuet danst, moet een Heer van 't Hof ten minften geduurende de helft van den tyd haare Sleep vasthouden, dien hy telkens opneemt wanneer zy in den hoek heeft omgedraaid. Zonderling is het ook, dat de geen van beide de hooge Perfoonen, wiens Geboortedag gevierd wordt eenvoudig, de andere met de grootfle pracht gpkleed is. Plechtig is vooral de Ceremonie , wanneer de Koning zich naar het Hoogerhuis begeeft, om het Parlement te openen, te flui. i  DERDE HOOFDDEEL, affluiten en zyne goedkeuring aan Bills te verkenen, 't welk laatfte evenwel fomtyds by Procuratie gefchiedt. In ftilte laat zich de Monarch rjaar het Paleis van St James draagen; van hier rydt hy in eene Statie-koets met 8 paarden befpannen, voorafgegaan en gevolgd door eene Efcorte Cavallerie én door eén gedeelte van zyh Hof, naar het Parlemerits - gebouw, waar hy in een byzonder vertrek zyn Koninklyk Gewaad aandoet. Ihtusfchen z\n de Lords in hunne gewoone Vergader - zaal by één gekomen. Deeze groote doch ouwerwetfche Zaal, behangen met Tapyteri, die het gebeurde met de onoverwinfielyke Vloot van Filips voorftellen, heeft een' troon tegen het einde, aan elke zyde van welken een Stoel voor de naaste Erfgenaamen des Troons geplaatst is. Vóór denzelven liggen op zekeren afftand 3 groote Wolzakken , een Zinnebeeld van dé voornaamfte Bron van 's Lands welvaart, en op welke by de Raadpleegingen der Lords de Cancelier, die tevens de Voorzitter der Vergadering en de ftem van het Minilterie in dee2e Kamer is, zich nederzet. Het overige vari het vertrek vervult een Tafel, die in 't midden ftaat, en Banken aan de zyden. De verfchillende foörten van Pairs weeten hier hunne byzondere plaatfing. Tegen 't eind ziet men eene Balie, voor welke alle die geenen zich ftellen, die geen Lords zyn en iets met het JHuis te verrichten hebben. Doch by de verfchy. «ing des Konings worden Vreemdelingen en VrouQ wen,  S42 ENGE LAND wen mede- onder de Lords toegelaaten, die op dien tyd zeiven in geen order zitten. Alleenlyk vertoonen zy zich allen in hunne Statie-kleederen: roode Mantels naamelyk, met zoo veel reien wit pelswerk, als hun byzondere titel van Hertog, Graaf en dergelyke met zich br-ngt, indedwarfte. De kleeding der Rechters koomt hier niet volkomen mede over een, en de Aarts-Bisfchoppen en Bisfchoppen draagen eene zwarte Toga met wyde Baptiste mouwen. Zoo dra de Koning in het Huis gekomen is, wordt het Gefchut losgebrand. By het intreeden in de Zaal wordt hy voorafgegaan door de eerfte Kroon - Amptenaaïen, die hem de Ryks - infignia voordraagen, en een' talryken ftoet. Hy zelve is zoo wel als de Lords met een' rooden Mantei met wit Peiswerk vercierd, die hem tot op den Troon wordt nagedraagen; en op zyn hoofd rust een Kroon, die op. een Millioen Hollandsch gefchat wordt. De Koning leest de Aanfpraak, die te vooren in het Cabinet van zin tot zin overwoogen is, met zeer veel achtbaarheid voor. Zoo er Biljs moeten goedgekeurd worden, treedt iemand by elke Bill waar van de titel geleezen is tot den Troon, vraagt als in 't geheim des Konings goedvinden daar over , en fpreekt dan de. beflisfing in die ©ude Franfche Formulier-fpreuken, die nog van de Noormanfche tyden heugen , opentlyk uit, gemeenlyk by onkunde d.r taal dit verfteeten Fransch nog gnjwelyk havenende. Zeer zeiden ©effent de Koning zyn recne van afkeuring op Bills,  DERDE HOOFDDEEL. 243 Bills, waarin beide de Huizen hebben toegeflemdj, uit; fomwylen doet de Spreeker van het Laagerhuis ook nog eene Aanfpraak, of er wordt door den Cancelier iets aangekondigd. Hierop vertrekt de Koning in dezelfde Statie waarin hy gekomen is, en zo de Lords nog eenige bezigheid te verrichten hebben, moet alles wat niet tot hunne order behoort, de Vergaderzaal ruimen. Op alle andere tyden wordt niemand tot het aanhooren hunnerberaadflagingen toegelaaten. Van de Lords zelvèn behoef ik voor 't overige hier niets te zeggen. Hunne aanitelling door den Koning, met by voeging by hunnen Geflachtshaam van de eene of andere Proviptie öf Stad, I op welke zy fomtyds buiten dat geene de minfte betrekking hebben,- de opvolging van den oudHen Zoon of van den naasten Mannelyken Erfgenaam in hunnen titel en rechten (a) (tot verzekering waar van op het Herouten - Comptoir naauwkeurige aantekening gehouden wordt vaa elke Geboorte en elk Sterfgeval in de aanzienlykfte Familien) en alle hunne andere Voorrechten zyn te bekend, dan dat ik er my by zoude durven ophouden. In eene Cönftitutie die tevens Mo- (a) De titels van den oudflen Zoon geduurende des Vaders leven, en der overige Zoonen en Dochteren ten allen tyde, verfchillen naar maatevaïi den titel des Vaders zeiven. Q2  424* ENGELAND. Monarchaal en Republicainsch is , is een lig* chaam van Erffelyken Adel, dat zich als tusfchen de Kroon en de Natie plaatst, in zeer veel opzichten natuurlyk ; ook weet men dat elk der beide Huizen zyne byzondere Departementen heeft; doch of het buiten het ftuk der belastingen in 't weezen der zaak zoo groot een onderfcheid maaken zoude indien de beide Huizen van 't Parlement tot gemeenfchappelyke vergaderingen in één waren gefmolten, laat ik aan 't oordeel der zulken over,- die dieper inzicht in deStaatsgefteldheid van dat Koninkryk verkreegen hebben. De Ministers worden, gelyk reeds gezegd iss zoo wel uit het Laager- als uit het Hooger-huisgenomen; en de eerfte Minister zelfs, die gewoonlyk tevens de Cancelier van het Hof van Exchequer of het Hoofd der Finantie is, zit in het eerfte. Het goedvinden van 't Minilterie wordt dan door hem- in beide huizen voorgefteld en door hunnen invloed in een befluit der Natie veranderd. De Zaal waarin het Laagerhuis vergadert is mede zeer eenvoudig en beantwoordt niet aan den luister, die van de Repnefentanten van zulk een Volk behoorde onaffcheidelyk te zyn: Beneden ftaat een Armftoel tegen 't hooger einde voor den Spreeker: den eenigften Perfoon" dié" hief niet' eéaeQuarré- Paruik en eefié zwarte Toga verfchynt, terwyl er alle overigen komen gelyk het hun behaagt, en er fommige zelfs met laarzen, met de hoed op 't hoofd en fomtyds nog minder betaameiyk zich vertoonen. Voor  DERDE HOOFDDEEL. 24$ Vóór den Spreeker is een Tafel geplaatst vervuld met Papieren , Boeken, Requesten, Bills en dergelyken, en waar aan de Commiefen en Clerken hunne zittingen hebben. Aan beide zyden ziet men verfcheiden Banken achter elkander voor de Leden, die zonder order zich plaatfen; alleenlyk is het een gebruik geworden, dat de Minister en zyne Party op de banken aan de rechter zyde des Spreekers zitten, en de Party van Oppofitie aan de overkant. Aan 't eind is de Balie van 't Huis en boven loopteen Gallerei, deels voor alle de geen, die niet tot het huis behooren en echter deszelfs beraadflagingen wenfchen by te woonen; 't geen aan een ieder toegedaan wordt, die er door een Parlements - Lid zelve wordt ingevoerd , hoe wel men hen by fommige gelegenheden weder alle noodzaakt eensklaps te vertrek» ken; deels is deeze Gallerei ook voor de Leden zélve gefchikt, inzonderheid by hét opneemen der Stemmen in twyffelaehtige gevallen , daar dit anderfints flechts beneden met Ja en Neen gefchiedt. Zonder getal zyn de Paflementaire Wetten en gewoontens; de Spreeker dient dezelve in zyn hoofd te hebben,'en op de uitvoering daar van, wanneer het noodig is, aan te dringen. Ieder Parlements - Lid wendt altyd zyne reden tot den Spreeker en ftaat by die gelegenheid overeind, mag ook zonder verlof bekomen te hebben van geón Papier iets voorlcezen, cn zo hy in zyne redevoering iets mocht laaien inv'loeijcn, dat tegen de order van het Q. 3 huis.  %\6 ESGELA.ND Huis ftrydig ware, wordt hy wederom door dert Spreeker berispc. Hec'is teu overvloede bekend, welke lange, treffende en met kracht van redenen geftaafde Aanfpraaken hier menigmaal gehouden worden ; hoe de ééne Harangueur de gronden zyner Weerparty op ftaanden voet en zonder eenige aantekeningen opneemt, en ftuk voor ftuk wederlegt: doch aan de andere zyde is" de Ironie, welke in de redenvoeringen van fommige Leden, die er de Talenten toe meenen te hebben (cn veelen leggen er zich opzettelyk op toe) geduurig doorftraalt; het daar uit ontftaane gefchater van lagchen van het gantfche Huis; het aanhoudende ftooren der Aanfpraaken, als het op iets van gewicht aankomt door het gefchreeuvv van Hear Mm, Hear Mm! ( Hoort hem, Hoorn hem.' ) en van Order, Order! by het minfte gerucht , beneden de achtbaarheid deezer doorluchtige Vergadering. Dat de eerfte Minister hier eene groote rol fpeelt, en dat by ieder ftuk waar over geraadpleegd wordt, zyne gunftelingen d* oogen op hem geflaagen hebben, en wachten met hun gevoelen uit te brengen tot dat zy het zyne vernomen hebben, zal men my ligtelyk willen gelooven. Op myne voorige reize door Engeland heb ik het op meer dan ééne plaats getroffen getuige te kunnen zyn van de verkiezing van nieuwe Parlements - Leden; 't geen, gelyk bekend is, buiten Sterfgevallen en verkortingen van een Parlement door den Souverain, alle 7 jaaren gefchiedt. Aan het  DERDE HOOFDDEEL. het eind van eene groote Zaal is een ftellagie op* gericht; op hetzelve zitten niet alleen de Clerken met de Stem-boeken, maar ook de Candidaaten die gaarne verkoozen willen worden, of hunne Nabeftaanden, hunne Vrienden en Vriendinnen, Op de Stem-boeken leest men de naamen van elk Stemgerechtigd Ingezeten, die der Goederen waaraaan het Stemrecht verknocht is; of het Goed in Land of in Huizingen beflaa, wat het Land voortbrenge, cn eindelyk voor welken der Candidaaten men ftemme, behalven nog eene open plaats voor Aanmerkingen. By eiken Itemmenden vult men de antwoorden op deeze vraagftukken in. Het duurt verfcheiden daggen tot dat een ieder zyne üem heeft uitgebrachr. Intusfchen worden in de Stad daar de verkiezing gef hiedt zelfs reeds lang te vooren 'alle middelen van overreeding in 't werk gefield, om het ftemmen op deeze of geene wyze uit te werken; onmiddelyke omkooping is niet geöorloofd , doch voor 't overige doet men al wat men wil. Zoo wei in als buiten de Stemzaal worden de fmeekendfle verzoeken, de vernederendfte betuigingen, beloftens die men nimmer meent naar te komen, de vriendelykfte aangezichten , het hartelykfte handendrukken met één woord qiles door eiken Candidaat en zynen aanhang uitgedacht en aaangewend, zelfs by den geringften Hemmenden, om verkoozen te worden; terwyl in de Herbergen op hunne kosten alles om niet te bekomen is voor zulken, die zich hier toe laaten Q; 4 over*  24-8 ENGELAND 'overhaalen. Hier door inzonderheid worden de Stemdagen gantsch Engeland door een tyd van ongebondenheid , dronkenfchap , en wer- , keloosheid. Valt dit nog daarenboven in odgenbhkken dat de Natie over zaaken van 'groot gewicht m parteien gefplitst is, zoo wordti gelyk men ligt befeffen kan, de fcheuring erger, en de Candidaaten voegen by de drangredenen die ik reeds genoemd heb nog die van Patriotismus, gefchikt naar de vatbaarheid' van het voorwerp dat zy over moeten haaien.' Dan onderfcheiden Cöqüardés én allerlei ulterlyke tekenen de beg'uriftigers van beidé zyderi. In 't kort het weinige dat er nog in de Engelfche Staatsgefteld'heid van de Democratie is overgebleeven i '{preekt de loftüigingen van die Regeeringsvorm in geenen d'eele uit. Hoe zeer het niet 'aan enkelde uitzonderingen van dien regel ontbreekt, leert echter over 't algemeen de ondervinding ontegenfpreekelyk, dat het gros van. '■t Volk nimmer door zich zelve denkt noch "handelt: maar dat de geenen die het weeten té 'leiden en te beftouren, of dezulken, die het vermogen hebben van er Gefchenken en vermaaken :aan te bezorgen i volmaakt Zyne Meesters zyn. In het Graaffchap Cornwall had op den tyd "toen ik er tegenwoordig was een Candidaat een byzonder middel aangewend, om zich van ' 'eene menigte ftemmen te verzekeren. Hy had naamentlyk alle de Postchaifen van de Provintie afgehuurd, waar door de geenen die zich tegen - r y , hem.  DEHBE HOOFDDEEL. 449 hem verklaard hadden , groote hindernisfen om ter beftemder plaatfe te komen in hunnen weg vonden, terwyl de zynen alleen de toegangen bemeesterd hadden. De Vrouwen fpeelen eené zeer groote rol in de verkiezingen der ParlementsLeden: doch op de Gallerei van 't Laagerhuis mogen zy niet verfchynen, uit vreeze, zoo men zegt, dat de aandacht der Leden te veel van de Staatszaaken waar over gehandeld wordt mocht worden afgetrokken. Voor 't overige is het bekend, dat de reprsfentatie in 't Parlement over 't geheele Koninkrykizeer ongelyk is, en dat een hervorming in dit opzicht ten hoogde noodzaakelyk zyn zoude: daar enkele plaatjes byna zoo veel Leden naar 't Parlement afzenden, als men èr ftemgerechtigde Ingezetenen telt , worden elders honderd duizenden door 4 of 6 Leden vertegenwoordigd. Eens verkooren zynde, weet men ook dat de benoemden niets meer naar hunne benoemeren te vrtagen hebben, als in zoo ver zy hunne'gunst voor eene' volgende verkiezing behoeven 'te verwerven. Onder de mindere voorrechten der Parlements - Leden behoort ook, dat van de Brieven die zy zelve fchryven, of die vari anderen om welke zy een omflag doen, geen port door het geheele Rykbetaald wordt, i The Court of Chancery, een Gerichtshof, daar de Cancelier alleen en wel in zaaken die de jEquiteit betreffen, recht fpreekt; The Court of Exchequer die over fifcaale zaaken gezag voert; The Cómmon-pkas en The Kings-Bench, waar Q, 5 men  25° ENGELAND men gewoone Rechtszaaken behandelt, zyn de 4 Hoofd-Gericbts-Stoelen van het Koninkryk en worden in vertrekken, die op de Zaal van Wcstmunfter uitkomen , gehouden. Er wordt Hechts naar Acien van 't Parlement, gewoontens en voorige Richterlyke Uitfpraaken, en geenfints naar het Romeinfche Recht gevonnisd. Men appelleert van de Cancellery terftond aan 'c Hoogerhuis, van de Commonpleas aan de Kings - Bench en van deeze gemeenlyk aan de Lords; de Graaffchappen en Steden hebben daarenboven hunne laagere Gerichten. De gewoone.form van rechtspleeging komt hier op uit. De Cancelier of Opperrechter zit op een hoog geftoelte; beneden Haat een tafel, op welke men de getuigen op een' ftoel laat zitten; rondom zyn banken voor Advocaaten en Procureurs; ter zyde, ofwel boven op eene Gallerei zit de Jury. Voor toehoorders zyn nog byzondere banken en Gallereien. Alle lieden die tot de Vierfchaar behooren, behalven de Jury, z) n met mantel en bef en QjiarréParuik voorzien.. De zaaken worden fchriftelyk en door Pleidooi geinftrueerd. De Rechter beftuurt alles, fpreekt tusfchen beiden, en na dat de getuigen door wederzydfche Advocaaten gehoord zyn, Helt hy in eene altyd bondige rede het geval aan de Jury, dat is den G ezwoorenen voor, die flechts over het fait moeten beflisfen, terwyl de Rechter de uitlegger der wet blyfr. Voorts is het in Engeland niet minder onaangenaam in Procedures zich te zien ingewikkeld als er-  DERDE HOOFDDE E~L. 251 ergens elders, en men vindt er zich even zeer aan de Chicanes der Pradlyk onderworpen; het kost even veel geduld en tyd om geholpen te worden, en even veel geld als men verlooren ja zelfs als men gewonnen heeft. De post van een' bekwaam Advocaat is er zeer gewichtig en moeijelyk, en gemeenlyk de eerfte trap om tot een' der Rechteren benoemd te worden en dus ia het Hoogerhuis zitting te neemen. In the D.ocïors - Commons wordt volgens het Canonieke recht gevonnisd; hier behooren niet alleen alle geestelyke zaaken, maar ook alle gefehillen omtrent Huwelyken, Echtfcheidingen, Myneedigheden en dergelyken toé. Daar de Huwelykswetten in Engeland van de Schotfche afwyken, en men die wetten echter wederzyds in beide Ryken eerbiedigt, van wegen derzelver nauwe vereeniging, zoo gebeurt het menigmaal dat een paar, 't welk famen het ouderlyke Huis ontloopt, mar Schotland vlucht, en, dewyl aldaar een verklaaring dat zy aan één verbonden zyn, gevoegd by een bewys dat zy met elkander te bedde gelegen hebben, genöegfaam is om eenen Echt te wettigen, 't geen in Engeland op verre na niet volftaan kan, komen zy, na dit in 't werk gefteld te hebben, gehuwd weder te rug, zonder dat het den anderen moogelyk is hier eenige verandering m te verkrygen. De afkondigingen in de Kerken hebben flechts meer voor Burgerlieden plaats, en de Trouwplechtigheid van fatfoendelyke Lieden gefchiedt veel in de Huizen. De  '2J4 E N G E L :A N D. • De crimineeleRechtspleeging,inEngelandgebrui* kelyk, wordt door die Nati§ voor een der grootfte bolwerken baarer vryheid gehouden, en voor het model eener volmaakte inrichting in dit foort. Eene menigte buitenlandfche Schryvers hebben.aan dit; gevoelen hun zegel gehangen, en vereenigen zich met deBritten óm dit gedeelte hunner Conftitutie te bewonderen. Het doet myleed hiervan eenigfints verfchillende te denken, en ik wil gaarne bekennen , dat ik de form van rèchtspleeging in Nederland gebruikelyk, fchoon ook niet minder als vry van onvolma ktheden, oneindig aan de Engelfche voortrek, en voor het Hof van Holland veel Jieyer dan voor ééne Britfche Jury te recht zou willen ftaan: het eenigfle geval misfchien uitgenomen, wanneer ik waarlyk my eener misdaad bewust ware. Om hier voor eerst van de crimineele wetten met een enkel woord te fpreeken, zoo heerfchen in dezelven veel gebreken, die het oog der doorzichtigfte Engelfchen zelve niet ontfnapt zyn, en binnen kort misfchien hervorming ondergaan zullen. Op den wreedften moord en den kleinften diefftal ftaat dezelfde ftraf der Galge, die flechts in 't eerfte geval door verhaasting van Executie en overgave- aan het mes van den Anatomist verzwaard wordt. Zeer willekeurige geldftraffen ftaan op andere misdaaden, die in der daad veel erger zyn dan fommige dieveryen, waar onder er eenige uit oude Wetboeken ontleend en ten boögften belagchelyk zyn. Overtreedingen, die piet woordelyk in djs. letter der  DERDE HOOFDDEEL. 2*f$v der wet vallen , gaan geheel ongeftraft dooi\ De Transportatie naar de Colonien, die in veel gevallen in gebruik was, heeft men nu verandert in eene verzending naar Bothany - Bay op de Kust. van Nieuw Zeeland, waar men voorneemens is eene Volkplanting van het uitfchot der Natie , niet ongelyk aan de eerfte bewoöners van 't oude Romen te vormen, en welke Landftreek als zoo aangenaam befchreeven wordt, dat 'er reeds misdaaden begaan zyn om het voorrecht der ftraf te genieten. Staatsgevangenen, die hun leven verbeurd hebben, worden met het Zwaard ter dood gebracht.» en Hoogverraaders ondergaan eene Executie met buitengewoone voorbereidfelen en met een'fchrikkelyken toeftel verzeld. Op den Meineed ftaat de kaak, die nog niet zeer lang geleeden aafl een* Procureur is uitgeoeffend* De voorbedachte Zelfs-* moord wordt gevolgd door het begraaven van 'e Lyk op een' Kruisweg : doch the Coroners In* quest, 't geen wy het fchouwen noemen, doet iheest de uitfpraak van krankzinnigheid. Wat vervolgens de Rechtspleeging zelve betreft, zoo ontbreekt het doorgaans wel niet aan goede Correfpondentie om Misdaadigers uit te vinden : doch de macht van den Procureur der Kroon is in de vervolging en te reehtftel. ling derzelven zeer beperkt. Veele misdaaden blyven ongeftraft by gebrek van Aanklaagers, of om dat de beleedigde daarna liever verkiest de vervolging te laaten vaaren, en de boete die hier ep ftaat te betaalen, dan eenen ongelukkigen aan zyn  &54 ENGELAND. zyn einde te helpen. Na dat by het vatten vari een' befchuldigden eenige Vrederechters, dergelyke er in alle Steden en Diftri&en worden aan* fteld, na het hooren van getuigen beflist hebben, of er grond genoeg is om hem gevangen te houden , wort hy in dit geval tot de eerstvolgende Asfizes, die te London alle 6 weeken en in de Provintien alle 3 maanden door rondreizende Rechters, welke men met zeer veel plechtigheid inhaalt, "gehouden worden, bewaard. Veele deezer Gevankenisfen, en inzonderheid Newgate in de Hoofdftad, zyn de edelmoedige denkenswyze der Natie, en het bezitten van een' Burger gelyk Howard onwaardig. Alles zit hier in vuile nauwe hokken by elkander en verpest elkaar door Moreele zoo wel als Phyfifche kwaade uitwaasfemingen; een byzondere ziekte zelfs, die befmettelyk is, draagt in Engeland den naam vari Gevankenis - koorts. De door ongeluk of zwakheid of geringe afwykingen van 't Pad der deugd hier gebrachte Gevangene moet geduurig het geraas en gevloek van eenige Duivels en de taal der Helle hooren, en de Patiënt, over wien reeds het Vonnis des Doods is uitgefproken, de weinige dierbaare uuren, die hem nog overig blyven , door zulk gezelfchap geftoord en bedorven zien. Alles wat men hier den Gevangenen voor niet bezorgt, is brood en water; het overige moeten zy duur betaalen, zelfs tot hunne ketenen toe, indien zy niet verkiezen met de ailerzwaarfte belaaden te worden. Gok hoort men ner-  DERDE HOOFDDEEL. 2$$ nergens meer dan in Engeland van uitbreekingen uit de Gevankenisfe en van Oproeren in dezelve. De tyd der Asjizes genaderd zynde, worde de lyst der gevangenen, die hun Trial of hun gerechtelyk onderzoek ondergaan moeten, opgemaakt, de dag van ieders rechtsgeding bepaald, de getuigen tegen den befchuldigden als dan gedagvaard, gelyk de gevangene ook de vryheid heeft van tegen dienzelfden tyd de getuigen ten zynen voordeele te ontbieden. Alles gefchiedt vervolgens in 't openbaar, en dit rekent de Brie voor een zyner grootfte voorrechten. Dan, hoe veel fchyn van perfoneele veiligheid dit ook moge opleveren, zoo zal aan de andere zyde een ieder, die in crimineele rechtspleegingen niet ten eenemaal een vreemdeling is, gcreedelyk begrypen, dat dit in honderde gevallen een bedaard onderzoek moet ftremmen; dat patiënten en getuigen door ongewoonheid van voor zulk eene vierfchaar te fpreeken, en door het gelach dat by fommige antwoorden opgaat, verlegen en in verwarring gebracht worden, en fomtyds fchuldeloos zich zeiven tegenfpreeken; en dat het ontdekken en achterhaalen van medeplichtigen hier door de grootfte zwaarigheden ontmoet. En wordt niet onder ons het zelfde oogmerk van veiligheid bereikt door het openbaar voorleezen van het vonnis , door het vertoonen des mbdaadigers in dat oogenblik, door het opnoemen der redenen die tot het vonnis aanleiding gegeeven hebben, door het aannaaien van 't geen de fchuldige tot zyne ver-  2-5Ö ENGELAND verontfchuldiging heeft bygcbragt cn voóra! door zyn voorafgaand getuigenis zelve 't geen by, zo hy het niet had afgelegd, voor de ooren van een' ieder zou kunnen tegenfpreeken. Alles loopt' daarenboven achter elkander in. Engeland af, behalven flechts in enkelde gevallen , die of te omflachtig zyn , of daar de tegenwoordigheid van èen' der hoofdgetuigen ten voordeele des gegevangenen ontbreekt. Doch hier door mist men. ■«veer zoo menigwerf hèt voordeel van door nieuwe en herhaalde confrontatien, die de vroegere fomtyds noodwendig maaken,. achter de waarheid te komen; en den meesten tyd gaat rhëh ook by afweezenheid van gedagvaarde getuigen zyn' gang. Ik behoeve flechts te zeggen, dat er op. de Londonfche Asfizes fomtyds 20 erf meer crimiheele procesferi op éénen dag worden afgedaan, cn dat daar onder dikwyls 3 en meerdere gedaagden ter dood verweezen worden, omeen' ieder die weet, met hoe veel zorgvuldigheid men in Nederland omtrent het leven eri de eer eenes befchuldigden te werk gaat, van verwondering de handen te doen in één flaah J en de afkeerigfle denkbeelden omtrent de Engelfche wyze van Procedeeren in dit Opzicht te doen voeden. Nog is men daar te lande opgetoogen met het voorrecht van niet dan door zyne Pairs te recht te kunnen gefield worden, en vari uit de Jury die leden te kunnen laatén uitfehrap. pen, die den gedaagden nietaanflaan. In het eer» #e fchynt my veel hersfenfehimmigs gemengd te  DERDE HOOFDDEEL. 257 ,. . . ., . . te zyn; ik zou ten minften de beflisfing van het geen my het dierbaarfte was veel liever overlaaten aan myn wettig Gerechtshof, aan lieden die zich tot bunnen post door Studiën hebben bekwaam gemaakt, of die, zo ze al zeiven min kundig.waren, geen uitfpraak doen ten zy ze alvoorens het advies van verftandigeAdvocaaten hebben ingeroeroepen; die aan hun Ampt en het daaraan verknochte , werk gewoon zyn: dan aan lieden, die uit het midden hunner medeburgers en uit den kring van geheel andere bezigheden op eens zyn uitgerukt, en met. meer dan menfchelyken aandacht naar verfchillende en, elkander dikwyls tegenfpreekende getuigenisfen, benevens naar eene richterlyke aanfpraak «waar in dit alles beredeneerd wordt, moeten luisteren, en daarop, eer men tot iets anders overgaat, over de fchuld of onfch.uld des gevangenen vonnis vellen. En wat het tweede betref t, zoo zyn de gevallen, waarin men van dat voorrecht gebruik maakt, niet dan zeer enkeld. Van de 100 gevangenen kent er op zyn best één zyne Jurymen, en mogelyk is er van de 1000 niet een, die fommige derzelven als zyne Rechteren weigert. De pynbank is in Engeland afgefchaft, en het is flechts op bezworen getuigenisfen dat men recht doet, zonder dat men dus iets met het bekentenis van. den gedaagden te doen hebbe. Ik ben verre van deeze gewoone wys van procedeeren over 't algemeen af te keuren: doch behalven dat het altyd voor Ücs Rechters gerustflelling oneindig veel waard R 9  258 ENGELAND is het bekentenis des fchuldigen by het gewicht der getuigenisfen gevoegd te zien, 't welk ook buiten de pynbank gefchieden kan: zoo wel door hem met kracht van bewyzen alle uitvluchten te dntneemen en tot zwygen te brengen, als door allerlei andere overreedende middelen; voor al indien er de verzekering bykomt, dat hem zyne hardnekkigheid het vonnis niet zal doen ontvluchten: behalven dit, zeg ik, moet men dan ook de uitfpraaken der getuigen meer met het corpus deliEli verhelyken, hen uitvoeriger en meer by herhaaling hooren, niet voortgaan met de zaak wanneer het hun onmogelyk is öf niet goeddunkt tegenwoordig te weezen; en 'misfchien ook nog meer dan men doet op hun beftaan en caractér letten; men moest hun dan den Eed met meerder eerbied laaten afleggen, en men moest ook niet aan ryke Hevangenen eenen Advocaat vergunnen, terwyl de geen die er geen betaalen kan, tot de befcherming, der wetten zyne toevlucht moet neemen. Met al die gewaande voortreffelykheid van rechtspleeging is er mogeiyk geen Land in Europa, waar zoo veele ter dood verweezenen op den rand der Eeuwigheid by hunne onfchuld wegéns de misdaad daar zy over veroordeeld zyn blyven volharden, fchoon zy ter zeiver tyd wegens verfcheiden andere euveldaaden belyden den dood verdiend te hebben, terwyl weder zoo veele over de meineedigheid der 2 of meer getuigen, die aan bun onheil fchuld zyn, om wraak fchreeu- wen. Aan de andere zyde loopen duizen.de Ge'- ftts- Iwtibnbno soHIsfeaa»* üué^-V  DERDE HOOFDDEEL. 259 vangenen, die lang hun leven verbeurd hebben, by gebrek van aanklaagers of getuigen, of vari de voldoendheid van de verklaaringen deezer laatften vry, 't geen voor de gerustheid en veiligheidder Natie even nadeelig is, als men in Engeland de form der Rechtspleegingen in het overige Europa voor dezejve rekent. Een Procureur-Generaal, die uit naam der Kroon van alle bekende misdaaden de algemeene aanklaager was, aan 't hoofd van vaste, kundige en wel betaalde Rechters, die op zorgvuldig onderzochte bewyzen en, zo het mogelyk ware er dit by te bekomen, op het bekentenis des Gevangenen recht fpraken, na vooraf de zaak van eiken crimineelen in 't openbaar door een' Advocaat te hebben laaten bepleiten, zoude fchielyk die tallooze bende Roovers, die thans van zoo veel middelen voorzien zyn om de ftraffe te ontgaan, zelfs by gemaatigder wetten doen fmelten, en zulk een inrichting met de denkbeelden eener waare vryheid oneindig beter ftrooken. Hier komt nog by, dat van wegen de ftrengheid der ftraffen de Koning van het recht van gratie zoo onbeperkt een gebruik maakt, als er nimmer by eenig ander Volk voorbeelden van zyn voor handen geweest. De Lyst der ter dood veroordeelden na het eindigen der Asfizes wordt hem altyd voorgelegd, uit weike hy fomtyds flechts voor een derde gedeelte den Warrant of de orde ter Executie laat vervaardigen; terwyl de ftraf der anderen'of verzacht wordt, of opgeheven zoo R 2 }ang  IfjO ENGELAND. lang het den Koning behaagt, en er voor de eerfte fomtyds nog kort vóór de Executie pardon verleend wordt, daar in 't tegendeel de opfchorting van een Vonnis fomtyds weer eensklaps gebroken wordt, en zulken van wien de vrees des doods reeds lang geweeken was, de bitterheid deszelven Op 't onverwachtst moeten fmaaken. Men begrypt ligtélyk dat hier omtrent niet geheel willekeurig gehandeld wordt: doch hoe weinig zal iemand van eene misdaad worden afgetrokken, die zoo veel kansfen heeft om aan de ftraf te ontwyken, en zich zoo ligtélyk vleien kan, dat de een of andere verontfchuldigende omftandigheid hem in het oog des Konings genade zal doen vinden ? en wat moet men van wetten denken , van welke men om niet barbaarsch te fchynen in twee gevallen van de drie moet afwyken. Ik behoeve nu de byzonderheden der Kechtspleeging niet uitvoerig ter neêr te ftelien, De 12 Jury-men worden uit eene menigte Burgers , die te vooren voor den gantfchen tyd der Asfizes daar toe bepaald zyn, genomen; men kiest de geenen die tegenwoordig zyn , en zy doen voor elk geval, ten minften voor elke zitting op nieuws hunnen Eed; zy zitten op een paar banken, of op eene Gallerei by elkander; de Gevangene verfchynt en wordt in een byzonder' hok geplaatst, en dan de befchuldiging die onderzocht moet worden hem voorgeleezen. De Advocaat der Kroon benevens de Rechter, welke laatfte op een verheven geftoelte zit, ver-  DERDE HOOFDDEEL. z6ï verhooren de getuigen tegen en vóór den Gevangenen ; fomtyds doet ook de Jury vraagen ; gelyk beide partyen dit ook aan elkander mogen doen en aan de getuigen. Deeze zitten dikwyls op eene tafel in 't midden, famtyds op andere plaatfen. Tegen de wyze van vraagen zoude ook nog 't een en 't ander kunnen ingebracht worden: ik heb althans bygewoond, dat de Advocaat der Kroon den befchuldiger, om zyn eigen geest te toonen; op zulk eene wyze turlupineerde, dat een' ieder de lust vergaan zoude om zich tot de Rechtbanken om befcherming te wenden. Na dat de Rechter eindelyk den Gevangenen heeft afgevraagd s wat hy tot zyne verontfchuldiging kan bybrengen, trekt hy alles in eene redevoering famen, die meest altyd een meesterftuk van oordeelkunde en Rechtsgeleerdheid is; en vertoont aan den Jury wat er vóór, en wat er tegen den gedaagden beweezen zy ; hoe veel ftaat men op de getuigen maaken kunne; wat er in de zaak zeker zy, wat er twyffelachtigs in zy overgebleeven; wat tot verzwaaring, wat tot verzachting der rnisdaad zou kunnen ftrekken, en dergelyken; waarna hy hem oproept om over de daad als daad te vonnisfen, en eenvoudig het woord: Schuldig of Onfchuldig uit te fpreeken, fomtyds hem zelfs in deeze beflisfing yry duidelyk voorlichtende. Is het een gemakkelyke zaak, zoo fteeken de 12 Gezworenen hunne hoofden by een, en de eerst opgeleezene fpreekt het noodlottige woord uit.: doch zoo er zich zwaaR 3 ' riS'  %$l ENGELAND righeden opdoen, begeeven zy zich in een byzonder vertrek, en komen, na gereed te zyn, te rug. Men weet dat de uitfpraak met eenpaarigheid van (temmen gefchieden moet, en dat zy, zoo lang hunne raadplegingen duuren , buiten ailen toegang zitten. De Rechter, het woord van Schuldig gehoord hebbende, past nu de gepleegde misdaad op de wetten toe, eh verklaart wei* ke ftraf dezelve eisfche : doch zo het tegen, overgeftelde beflist ware, wordt de Gevangene terftond op vrye voeten gefteld. Zo de dood het gevolg der overtreeding moet worden, is de aankondiging daar van, welke door den Rechter insgelyks aan den misdaadigen gefchiedt, altyd ten uiterften treffend. Men geeft den veroordeelden eenige dagen tyd om zich voor de groote verwisfeling die zy voor handen hebben, te bereiden. By de Executie heeft men alle mogelyke oplettenheden voor hen. Men laat hunne naastbeftaanden tot hen toe om affcheid te neemen. De Predikant, d:'e hen verzelt, zingt, bid, en fpreekt met hun zoo lang byna als zy willen: zy doen aanfpraaken aan 't Volk indien 't hun behaagt; en 'tis meest op een teken, door hen zelve gegeeven, dat men hen in den flrik, en met een in de Eeuwigheid laat inftorten. Zy hangen altyd met bedekte aangezichten, en omtrent een half uur of 3 quartier lang, waarop zy of terftond in eene kist in eene lykkoets gezet worden, die hen wegbrengt, of de Familie neemt hen in eene gewoone Huurkoets mede, en brengt hen naar huis om  DERDE HOOFDDEEL. 2,6$ om van daar begraaven te worden. Het ontbreekt aan geen voorbeelden van lieden, die door te kort gehangen te hebben, daarna wederom tekenen van leven gaven en weder bygekomen zyn. Voorts heeft men thans te London wysfelyk het oude gebruik afgefchaft om de vertordeelden van Newgate naar Tyburn (ten minlten diie quartier uurs van elkander ) in eene kar te toen ryden, die hen tot onder de Galg bracht, en wanneer alles gereed was, onder hun wierd weggetrokken : men richt thans telkens vóór de Gevankenis zelve een Schavot op, met eene valdeur onder de Galg, welke wanner het oogenblik des loods genaderd is, door eene veer wordt nederjelaaten. Het opzicht over de Executie in de Hoofdftad is den Sheriffen van London, een foort vin Bailliuwen overgelaaten. De Land- en Zeemacht der Britten ga ik hier getoegfaam geheel met ftilzwygen voorby om dat de openbaare Nieuwspapieren den ftaat derzei ven jaarlyks by het nieuwe Content, 't welk het Parlement er toe geeft, breedvoerig ontvouwen. De Regimenten, die onbegrypelyk zwak aan Manfchap zyn, draagen niet den naam van hunnen Colonel, maar heeten het eerfte, "het rwintigfte enz. Zy veranderen jaarlyks van Guaraifoen, zelfs op zeer afgelegene afftanden: doch 3ie buiten het Koninkryk liggen, blyven er langsr. In tyd van Oorlog wordt er buiten de Armée nog Militie uit de Inwooners op de been ge-, field. Er worden dan ook dikvyüs Legers in de R 4 buurt  26+ ENGEL AND buurt der Zeehavens gehouden. De •Hospcsfe» op de Kust verplicht men dan msgelyks tot eenè allerhardfte ert verderfFelykfté inquartiering , 't geen wederom zoo weinig als het fterk presfen voor [de Vloot met de verheven denkbeelden j die de Brit zich van zyne vryheid'vormt, fchync te flrooken (a). Vestingen en Forten vindt men. in Engelandt flechts in een zeer gering aantal; Kafleelen wel in groote menigte, doch die by .e tegenwoordige wyze van oorloogen niet lang in ftaat zouden zyn eene Belegering te wederflaam De Tower te London is een zeer uitgeftrekté Sterkte, altyd met.een Bataillon van 450 Man voorzien. Men bewaart er de Infignia van dc Kroon en dé Staatsgevangenen; de munt wordt er geflagen (b); en men vertoont er Geweéï vod* (a ) Over het algemeen wordt van het jus miient een veel grooter gebruik in Engeland gemaakt dan hier te Lande. Niet aJlecn in tyden van nood of tot de allerheilzaamfte oogmerken, maar zelfs .tot verfi-aaijing by voorbeeld, [eener Stad of jets dergelyks dwingt een Parlements-Afte menigmaal den Onderdaan zyne Huizingen en Bezittingen tegen fchadeIoosftelling te yerkoopen. (6) Zoo veel ik weet is de Tower de eenigfïe plaats in Engeland daar gemunt wordt. Het Zilver ij uitneemend zuiver in dit Koninkryk, doch daardoor ook uitneemend fchaars. Eene halve Guinea te ver" ' wis-  DERDE HOOFDDEEL. 2ö\' r* . • / f- i . s . voor 80/00 Man; de muuren deezer Zaal zyn met verfchillende foorten van Wapenen, in verfcheiden aardige figuuren by een geplaatst, vercierd :Jby voorbeeld Colommen, Starren, Medufenhoofden en dergélyken: doch dit zal, zoo inen zegt, door den Minister der Landmacht den Hertog van Richmond nog in een' beter ftaat gebracht worden. In eene andere Zaal vertoont men de Wapenrustingen van eene gantfche reeks Engelfche Monarchen, met de harnasfen der Paarden waar van zy zich bediend hebben. Verder bewaart men in de Tower allerlei Trophéen op Vyanden behaald, en onder andere de groote vlag van St. Euftatius, door den Admiraal Rodney in éene overwinning die geene lauren verdiende van de wallen dier fterkte afgerukt. Te Woolwich niet zeer ver van London is een Academie voor Artilleristen, en daar by een aanzienlyke Gefchutgietery; de drie Ovens, waarin net Metaal gefmolten wordt, houden famen 100,000 ponden gewichts. Te dierzelver plaats zyn ook Dokken, die men droog kan laaten loopen, om er Oorlogs - Schepen in te vertimmeren, of wanneer zy fchade geleeden hebben, te heelen. De Admiraliteits- wer- wisfelen valt fomtyds moeijelyk genoeg. Het aantal valfche en lichte Guineas, zoo wel als Schellin* gen en Penningen is onbegryplyk groot. R 5  266 ENGEEAND. werven van de tweeaanzienlykfteZe6haver>s worden niet dan in zeer byzondere gevaste» aan vreemdelingen getoond. Dit voorrecht dus gemist hebbende, zal ik alleenljk 't geen ik buiten dezelve van de gefteldheid dier Havens op myne voorige reize heb kunnen waarneemen hier kortelyl ter nederftellen. Even buiten de Stad Portsmouth ligt de Gefchutwerf, waar omtrent voor 50 Schepen Canon bewaard wordt. Het Arfenaal beftaat uit drie groote Zaaien boven elkander, die behalven Geweeren allerlei Oorlogsgereedfchap in menigte bevatten. De Werf ligt omtrent ~ uurs van Portsmouth af, en is door eene Stad op zich zelve omgeeven. Behalven de Schepen die er getimmerd worden, bewaart deeze Werf groote fteenen Magazynen ( vóór den laatften brand waren zy van hout) die van elkander afgezonderd liggen; ook is hier by een fmal Kabelhuis van \ Myls in lengte. Van het Hospitaal der Mariniers te Gosport, eene reguliere Stad over Portsmouth, heb ik reeds gefprooken. Plymouth - doek heeft verfcheiden Straaten en Pleinen, rondom met Baracken van ééne verdieping hoog, voor het Regiment dat er ligt, omgeeven, waarin opmerkelyk is dat de Officiers altyd de Middag - zon - zyde bewoonen. De Stad zelve is regelmaatiger en heeft beter Straaten dan PI rnouth ; veele Huizen hebben er hunne muuren zoo wel als hun dak, tegen de vocht, met leien belegd. Na de Waterzyde aan de ééne  DERDE HOOFDDEEL. 267 ééne kant der Stad liggen Fortificatiën met goede Batteryen voorzien; dicht hier by zyn Kookhuizen, waar de Proviand voor de Sch.-pen gereed gemaakt wordt, waar voor de zorg .n Engeland aan de Admiraliteiten en niet aan de Scheeps-Kapiteinen opgelegd is, Plymouth-Sound is een groote Zeegod, die wederom 3 andere lange golven achter zich formeert; de ééne gaat een paar mylen ver, langs den Exeterfchen weg naar boven; de tweede die flechts klein is, holt zich vóór de Stad Plymouth uit; de derde die tevens de Iangfle en breedfte is bevat de Schepen; aan de ééne zyde floot er de Werf tegen aan, aan de andere zyde Mount Edgecumbe; zy loopt verfcheiden mylen Landwaarts in, en verdeelt op de meeste plaatfen de Graaffchappen Devon en Cornwall. Op de Werf, die geheel uit de Rots is uitgehouwen, zyn drooge en natte Dokken, Lynbaanen, 2 zeer groote en welgebouwde Magazynen, Anker-huizen, Gefchutenz„ Een middelmaatig Schip wordt hier in een week of 5 gebouwd ; er werken dagelyks 2000 menfchen , en in de Magazynen liggen Wapenen voor jo.000 man. In de Baai verheft zich een klein Eiland , waarop een oude fterkte gefticht is; ook ziet men er eenige ftyle Rotfen van leifteen en een paar Schier-Eilanden in. Eenige mylen ver in Zee ontdekt men de Eddyftone, eene hooge toren op eene Rots, die tot eene Vuurbaak gebezigd wordt; twee lieden woonen hier by elkander, afgezonderd van het overige.menfchelyk geflacht: want  1 2.f58 ENGEL AND. want de branding der Zee verbiedt fomtyds maar,-, den achter één aan alle Schepen om den toren tel genaaken , en deeze bannelingen van nieuwen:) voorraad te voorzien. Hun werk, 't geen in 'tf onderhoud van het vuur be'laat, is fpoedig verricht; en zo het waar is 't geen men my ver-, zekerde, dat zy famen in onmin leeven, beklaag; ik het lot van weinig ftervelingen meer dan het' hunne. Het ftuk der Finantie ga ik ook zoo goed als i geheel voorby, om dat men niet in Engeland be- ■ hoeft geweest te zyn om van den toeftand der- ■ zelve onderricht te kunnen bekomen. Een ieder Weet, dat de Nationaale fchuld thans omtrent 240 millioen Sterlings bedraagt, doch dat de Natie ryk genoeg is om behalven de noodzaakelyke uitgaven des Lands de interesfen dier verbaazende fom zonder moeite te voldoen Van het foort van belastingen, *t welk de Minister aan het Huis der Gemeente voorftelt, hangt zyne populariteit ten hoogfte af. De liggende Goederen zouden in Engeland buiten twyffel nog veel kunnen opbrengen: doch daar de Grooten dit al te onmiddelyk voelen zouden, zal een Bill daar omtrent zoo ligtélyk in 't Parlement niet kunnen doorgezet worden. Het Commercie - Traftaat met Vrankryk heeft aan de inkomende Rechten eene gantsch andere gedaante gegeeven, en zal waarfchynlyk het fmokkelen, dat tot eene fchrikkelyke hoogte gereezen was, zeer verminderen. Eeq vreemdeling wordt flechts by het inkomen in 't Ko-  DERDE HOOFDDEEL. 2.6$ Koninkryk gevifiteerd, en dat, ten minfte van de Hollandfche zyde, nög gantsch niet ftreng. Behalven verfcheiden door 't Parlement bepaalde -Goederen, is al het nieuwe Contrabande of vereischt de betaaling der lasten. De buitenlandfche Handel van Engeland behoort mede niet tot de taak die ik my voorgefchreeven heb; en 't geen van de Zee - handelsteden zou kunnen herinnerd worden, zal ik in de befchr; ving derzelven laaten invloeien. Hier alleenlyk een woord van de Haven van Lord Dellaval. Deeze Edelman, de eigenaar van verfcheiden Fabrieken by Hartley, een Zeedorp niet ver van Tyn. mouth in Northumberland, heeft om derzelver Voortbrengfels,benevens zyne Steenkoolen te beter te kunnen vervoeren,op zyne eigen kosten eene Haven uit de Rots laaten uithouwen; de diepte daar van is omtrent van 60 voet ; de breedte zoo, dat er de Schepen flechts achter elkander in kunnen liggen; van wegen de nabuurige Klippen is de ingang wat moeielyk: doch een Sluis, die de Zee van de Haven afhoudt, maakt dat er de Vaartuigen zoo ftil in kunnen blyven als m een Canaal; het uitzeilen kan ook bezwaarlyk dan met fpringty gefchieden: doch kleinere Schepen kunnen ten allen tv de uit eene andere Haven, insgelyks door deezen Lord gebouwd, naar binnen en naar buiten. Beide Havens vereenigt een Refervoir, achter dezelve geplaatst en waarin omtrent 20 Schepen te geiyker tyd kunnen liggen,  270 ENGELAND. gen. Men vervaardigt tegenwoordig eene groote f Kraan, om Waaren uit 'de Schepen cc haaien inzonderheid 't geen voor de Glashuizen dient;] en om het er zoo veel gemakkelyker naar toe tel krygen, vult men zelfs een dal. Zonderling isl ook de wyze op welke in de nauwe Haven del Kooien in de Schepen geladen worden. De Wa-1 gen, waarop de Kooien liggen, houdt naast de Schepen , doch die heel om laag in de diepte ' liggen, ftij. Zy wordt van achteren in een'jbak uitgeftort. Dan laat men deezen mét touwen achter over, waar door de Kooien tot in 't benedenfïe van het Schip geraaken. Engeland, inzonderheid de Noordelyke helft,] is i-ot bevordering van den binnelandfchen handel met verfcheiden Canaalen doorfneeden, waar toe i geduurig nog nieuwe Projecten ontworpen worden. Merkwaardig onder dezelve is iazpnderheid dat van den Hertog van Bridgewater, in het] welk zich die onderaardfche Scheepvaart ontlast,! die ik te vooren by gelegenheid der Koolmynenï befchreeven heb. Het begint vlak by Manches ■] ter, loopt naar Warrington, en valt eenige my-J Ien van daar in de Rivier Merfey, die niet verf van Leverpool zich in de Zee ontlast. Van Man-I chester naar Warrington en te rug vaaren eenigej reizen in de week Trekfchuiten, die alle bene-j vens verfcheiden Zeilfchuiten den Hertog toebe-1 hooren; men reist er even goedkoop mede als hierj te Lande; en nog iets fchielyker. Het Canaall is niet zeer breed, en niet veel over de 4 voeten! diep4'i  DERDE HOOFDDEEL. 2J1 i diep. Dicht by de Stad ligt een groot Basfin , waarin men het Canaal, wanneer het te vol mocht geworden zyn, aftapt. Uit deeze Kom giet het zich vervolgens in de Rivier Irk; men komt van : tyd tot tyd meerdere zulke Basfin's tegen. Zonderling is het vooral, dat dit Canaal 4 of 5 my- i len van Manchester boven de rivier Irwell, een breed Water over welk te vooren de Scheep- : vaart heen liep, kruislelings over een paar groote masfive boogen gevoerd wordt; zoo dat men fomtyds 2 Schepen vlak boven elkander ziet vaaren; gelyk ook niet ver daar van| af de Heeren-weg door een' boog dwars onder het Canaal doorloopt, waar door insgelyks een Schip i fomwylen boven een rytuig heen vaart. De onderaardfche Scheepvaart van Talk-on-theHill heeft gemeenfchap met een Canaal, dat van i Birmingham naar Leverpool loopt, en zich aan de andere zyde in de Trent uitgiet, waar door de Noordzee met de Ierfche vereenigd wordt. In die gedeeltens van Engeland waar de Goederen te Land moeten vervoerd worden , ziet men I y^felyke zwaare Lastwagens, die om voortgetrokken te worden eene menigte Paafden vereisfchen. Alle tamelyke Steden hebben haare Marktdagen, die alle wel voorzien zyn; fommigederzelven is het de moeite waard te bezoeken, i om van de welgefteldheid van 't Boerenvolk ge1 tuige te zyn. Te Worcester onder andere zaten i op de groote Zaal van 't Stadhuis en voor het* 'j zelve zoo veel ordentelyk gekleede Vrouwen en Meis-  2J72 ENGELAND. Meisjes op banken naast elkander, met allerlei Waaren, vooral Poulaille by haar, dat het meer haar fatfoendelyke juffrouwen dan naar Boerinnen geleek. Behalven Hoenderen , Endvogels hadden veele ookSpeenyarkentjes, en de meeste zelfs een deezer Dieren op haar fchoot. Te Chester is behalven eene zeer vermaarde Kaasmarkt tweemaal in de week, ook de Linnenmarkt, eens of meer in 't jaar beroemd. Chester is de ftapel by: na van al het Icrfche Linnen, dat naar Engeland gevoerd wordt. Men heeft daar tóe een groot langwerpig Plein met Gallereien ingeflooten, op welke in 't vierkant 2 achter elkander getimmerde kamertjes der Kooplieden uitkomen, waarin zy hunne Goederdn bewaaren. Ook verdient te Leeds in Yorks.hirc de Lakenmarkt van grove JasLakens gezien te worden, die men er in de week 2 maaien houdt, Dingsdags en Zaturdags: doch Waar van de eerfte dag de voornaamfte is. Om half 9 uuren luidt men ze in, en binnen een uur fs alles afgedaah. Het is een groot, laag, eenvoudig, overdekt Gebouw, uit 3 gedeeltens van een vierkant betraande; elk deezer deelen wordt door verfcheiden reien van Verkoopers, die. hun Laken op eene Tafel voor zich hebben, ingenomen. De Koopers gaan tusfchen deéze reien door. Elke Allée heeft haaren byzónderen naam • de prys van 't Laken is van 6 tot 12 Schellingen de El, doch gemeenlyk nader bv 't eerfte dan by 't laatfte. Men brengt het herwaards van alle Plaatfen in de rondte. Elk Koopman heeft ten rain-.  DERDE HOOFDDEEL. 273 fhmflen 3 {lukken by zich; fommige wel 6 en meer. Tegen eene onnoemeljke menigte Verkoopers ontdekt men flechts weinig Koppers: doch daar alles door de Negotianten der Stad zelve als Commisfionarisfen gekocht wordt, is de rede hier van gemakkelyk na te gaan. De Fabrieken neemen dagelyks in Engeland op eene onbefchryfFelyke wyze toe, en met dezelven de welvaart en aanwasch van eene menigte Steden en van tallooze Inwooners ten placten Lande. De duurte der levensmiddelen flrekt aan dezelve tot geen hinderpaal; de Natie is toe fpeculatien en onderneemingen van dat foort geboren. Het Parlement doet alles om ze aan ce moedigen; en een ieder, dien het gelukt op eene nieuwe uitvinding te geraaken, bekoomt voor eenige jaaren een Patent om ze alleen te mogen in 'e werk flellen; hier door ziet men in de Nieuwspapieren tot Patent - fnuiters, Patent - fchoenfmeer eh dergelyke aangekondigd. De groote vorderingen der Britten in de Werktuigkunde, en inzonderheid die zy federt eefiige jaaren in de Scheikunde gemaakt hebben, heeft veel tot den bloei hunner Fabrieken toegebracht. Altyd hebben de Engelfche Waaren den roem der lievigheid én uitgewerktheid weggedraagen; thans, federt dac men zich meer op de fchoone kunflen heeft toegelegd, en men de Meesterflukken van oude en inieuwe Kunflenaars meer heeft beginnen te beifludeeren, voegen zy er ook den roem van fmaaje en vinding by. Men zal my wel willen veront» S fchui-  274 ENGELAND. fchuldigen van by het gewaagen van de Fabrieken die ik gezien heb in geene byzonderheden omtrent de wyze op welke de Waaren toebereid worden te treeden, terwyl ik my alleen voorbehoude om hier en daar eene aanmerking die my van belang voorkomt ter neder te ftellen. De Wolteelt is een van de oudfte en wezentlykfte Bronnen van Engelands rykdom. Ik heb reeds boven iets van de menigte Schaapen, die in het Zuidwesten van het Koninkryk aangekweekt worden, gefproken. Hier wordt ook overal in den omtrek, vooral in Somerfet- en Devon - shire, het beste en fynfle Laken vervaardigd, terwyl men het grovere in het Noorden bereidt. Te Exeter en daar omtrent zyn alle handen aan de Sergie - Manufadtuuren bezig. Om de Wolteelt en de Fabrieken daar dit verwerkt wordt aan te moedigen, moeten alle lyken zonder onderfcheid in een flanellen gewaad in de kist gelegd- worden. Te Norwich vervaardigt men allerlei andere Stoffen , die deels uit Wol alleen, deels uic half Wol en half Zyde zyn faamgefleld: Caleminken, Camelotten, Wollen - Damasten enz. In de Stad rekent men 800 lieden bezig met het winden van de gefponnen draaden, het weeven van het beste foort van Goederen enz., terwyl het Hechtere foort op het Land, daar 't beter koop is, verarbeid wordt. In alle Dorpen van Norfolk ziet men Weefgetouwen in ieder huis en fpinnende Vrouwen. Alle week brengen zy hun werk by de Manufa&uriers in. de Stad, en ont-  DERDE HOOFDDEEL. ïj$ ontvangen hun geld. Het debiet daar van ftrekt zich fchier door geheel Europa uit. De Fabrieken waarin het Katoen verwerkt wordt neemen verbaazênd in het Koninkryk toe. Zy ontvangen het meest uit onze West-Indiën. Mr. Hackwright is de uitvinder, of Wordt ten minden voor den Uitvinder gehóuden van die Katoenmolens , V/aar van hy er jaaren achter een dé eenigfte in Engeland bezeten heeft, doch waar van. men er nu 8 of 9 in het Koninkryk telt, zedert dat zyn uitfluitend Privilegie een einde genomen heeft: onder andere 3 of 4 in Derbyshire, waar van er Hachwright zelve nog 2 van toe komen, een by Holy-well in Wallis, en een binnen Sheffield. Men toont ze volftrekt aan geene vreemdelingen. Het zyn zeer groote, hooge langwerpige huizen, vol venfters aan alle zyden, met 5 k 6 verdiepingen boven elkander. Een groot Waterrad brengt aldaar duizenden raderen in beweeging om het Katoen te fpinnen en voor de Fabrieken te bereiden; en er wordt byna niets dan de hand van Kinderen vereischt om 'de raderen te beflieren of dat geene te verrichten, waar toe de Werktuigkunde te kort fchiet. Des avonds doet zulk een Gebouw, dat dan geheel verlicht is, eene voortreffelyke uitwerking. Te Manchester en op het Land in de rondte wordt byna alles wat van Katoen geweeven kan worden verwerkt; inzonderheid maakt men er de bekende Katoen-Fluweelen. Het weeven zelfs gefchied aiet in de Stad, doch wel het fpinneh; het op- S 2 fcy-  E N G E L AND. fnyden der gevveeven ftukken, waar door men er de wolligheid en zachtheid van het Fluweel' aan geeft, door een fcherp Inftrument dat door' de fteeken door gaat, vereischt eene onbegrypelyke handigheid; ook is hier in merkwaardig het zengen der dus opgelheeden ftukken door ze 15 maaien over een rond gloeiend yzer over te haaien, om er de lange hairen af te branden; het menigvuldige bleeken geeft naderhand aan het Katoen die witachtigheid weder, die er het zengen aan ontnomen heeft. Hier op volgt het verwen, en dan in byzondere Fabrieken het drukken van Patroonen op de geverwde ftukken. Ook zyn er te Manchester Band - fabrieken ; op elk Weefgetouw kan dagelyks iemand zoo veele 25 ellen weeven, als er op zulk een Getouw ftukken naast elkander kunnen gefteld worden; 't geen wederom tusfchen de 20 cn 30 bedraagt. Een goede Winlcel van Manchester - waaren in die Stad, is een weezentlyk voorwerp van oplettenheid, en het draagcn van Chitfen en allerlei Katoen - waaren, wordt onder de Engelfche Vrouwen van dag tot dag algemeener. Te Co-' ventry vindt men dergelyke Fabrieken van Zeiden linten als te Manchester van Gaaren banden. Niet zeer ver van de laatstgenoemde Stad ftaac een zeer groot Gebouw, waarin de Zeide van den Wurm af gewonnen, toebereid en gefponnen wordt: doch ik heb verzuimd het van binnen te bezichtigen. In de Derbyshirefche Zeide-molen, op dezelfde wyze gebouwd als de Katoenmolen?  DERDE HOOFDDEEL. 277 molens waar van ik gefproken heb, beweegt ook een Waterrad omtrent 70,000 andere raderen in allerlei richtingen door het gantfche Gebouw. Men onvangt er de ruwe Zeide uit Vrankryk en Brandenburg; zy worden hier tot enkele, dubbele en vierdubbele draaden verwerkt, en dan nau- London gezonden om gekookt en geweeven te vorden. Er worden een menigte lieden by alle ceeze raderen gebezigd. Men ziet er 5 Zaaien beven elkander: in twee wordt de Zeide gewonder, en in 3 gefponnen. Die van Stockport komen met deeze Derbyfche zeer overeen, en worden voor voortreffelyk gehouden. Te Warrington, tusfchen Manchester en Leverpool, zyn een menigte Fabrieken by elkander, onder andere maakt men er veel Scheeps-zeilen. Zo men onder het Artikel waar aan ik bezig ben ook Handfchoenen rekenen mag, wanneeteen groot gedeelte van de Inwooners eener Stad zich daar van geneeren , verdient Woodftock hier omtrent niet geheel met ftilzwygen voorby gegaan te worden. In de Tapyt - fabriek van Mr. Moore te London, waar uit alle andere Manufadluuren van dien naam in Engeland hunne Waaren of ontleenen, of er de manier van werken van naargevolgd hebben, arbeidt men op meer dan ééne wyze. De gewoone wollige Tapyten worden hangende, en aan de rechte zyde (want in de Gobelins te Parys werkt men van achteren ) in één ftuk vervaardigd. De ruwe (Sajetten draaden, die de S 3 , grond  278 £N- GELAND grondverw van het Tapyt hebben, hangen naast elkander; de gecouleurde draaden worden om hetzelve geknoopt met een houtje dat tevens eene fcherpe kant heeft en de draaden doorfnydt. Met eene fchaar wordt er daarop het ruwe van afgenomen. De gefchoorene en doorgefneeden Hukken worden op een' gewoonen Weefftoel ?an reepen gewerkt, die men deëls aan elkander voegt tot Tapyten, deels byzonder in Gangen ea op Trappen gebruikt ; de gefchoorene houden het wel 6 maal langer dan de wollige. De fchoon heid van Mr. Moores Tapyten is uit de geeeen, die men er hier te Lande van ziet , bekend. Met Glasblaazeryen is Engeland thans als overzaaid t te Bristol alleen telt men er 7: zy hebben meest de gedaante van een' Kegel, fomtyds zelfs zeer hoog en fpits; de potten waarin de gefmollen Hof te vuur ftaat, zyn van Stourbridgefche klei vervaardigd, en daar door blyft een vuur ia en meer jaafen achter een onophoudelyk voort branden , daar men in onze Glashutten doorgaans na één jaar ftookens verplicht is nieuwe potten te gebruiken en dus het vuur geduurende eenige weeken te doen uitgaan. Te London wordt het fynfte witte -Glas tot Kroonen, Lustres en dergelyke vervaardigd en gefleepen. Yzerfmeederyen door groote Hamers, die een Waterrad in beweeging brengt, vindt men insgelyks verfcheiden in het Koninkryk; dicht by Worcester heb ik er onder anderen eene gezien, waar men behalven het fmeeden de Staven tusfchen twee  DERDE HOOFDDEEL. 279 twee zwaare ffteenen plat drukt om ze dan tot fpykers toe te bereiden. Te Derby zyn behalven de Yzer- molens ook andere daar men het Koper bewerkt. Birmingham verdiende byna onder de fabriceerende Steden van Engeland de eerfte plaats. Alles wat hier leeft wordt byna in dezelven gebesigd, en men legt er zich voornaamentlyk toe on door werktuigen alles zoo goedkoop te kunnen leveren als mogelyk. Men toont den vreemdelingen wei het uiterlyke van alles: doch het wezentlyke gehe'.m der meefte dingen die hier verwerkt worden beftaat in Chymifche toebereidfelen. Een der beroemdfte Inwooneren deezer Stad of nu van haa„ re buurt is Mr. Bolton. Omtrent 30 jaar geleeden bezat hy flechts eene zeer kleine Fabriek in zyne Geboorteplaats: doch zyn vernuft, zyne kundigheid en zyn genie verhieven hem wel dra bo • ven den Kring zyner Stadgenooten, en, zyne Fabriék toeneemende, vond hy zich genoodzaakt te Soho een paar mylen buiten de Stad een geheel nieuw Gebouw daar toe te doen oprichten, en hielp van daar omtrent 7 a 800 Menfchen aan de kost. De Chymie en Mechanica zyn beide als in zyn beftaan geweeven. De Tekenkunde, Mathefis en Aftronomie bemint hy insgelyks. Geduurig gelukt het hem nieuwe ontdekkingen te doen. De algemeene regel in zyne Fabriek is dat er alles of door Machines, of door lieden die als Machines werken moet uitgevoerd worden, terwyl hy inderdaad er de eenigfte is,, die den S 4 naam  s8o E M G E L AND* naam eenes Kunftenaars verdient, en al het werktuiglyke bepaalt. In 't ftuk van Galanteriewaaxen is zyne Fabriek byna algemeen : doch het meeste komt op het fyn gepolyste Staalwerk, het Or-moulu en 't vervaardigen van geele en witte Knoopen uit. Ook werkt men er in Zilver, en nogmeer in Zilverplaat.in Schildpad enAardewerk. Er heerscht in alle de Waaren die hier vertoond worden, zeer veel fmaak. De onlangs uitgevonden lamp van Argan, die een onbegjypelyk groot licht geeft, zonder veel damp te verwekken, ziet men er op allerlei wyze gemonteerd, (a) Men vertoont hier ook een flftrument om versch gefchreevene fchrift over te drukken, 'tgeen tusfchen 2 rollen en op nat papier gefchiedt. Men neemt hier op deeze wyze Copien van de meeste brieven, die van het Comptoir worden afgevaardigd. Hoe uitgeftrekt het gebouw deezer Fabriek zyn moet, en in hoe veel departementen verdeeld, kan men zich ligtélyk voorftellen. Het ftaal zelve wordt er toebereidt , gelyk mede de Compofitie van het or moulu. Een waterrad is 'er mede een zeer nood- zaa- (a) De bovenfte rand van een' Katoenen Tubus, ingeflooten in een' Tubus van blik, door Spermacety-oly bevochtigd gehouden, en door de benedenlucht, welke van onderen door gaatjes indringt, als aangeblaazen, is de hoofd-idee deezer uitvinding.  DERDE HOOFDDEEL.' s8l zaakelyk werktuig. Het zilverplaat, dat in Engeland zoo fterk in gebruik gaat, doch waarvan het fatfoen weinig minder kost dan van 't masfieve zilver ( a ) weet men dat alleenlyk beftaat in het opleggen van eene zeer dunne zilveren plaat op een ftuk roodachtig famengefteld metaal, 'twelk als dan met dat metaal tusfchen 2 rollen in 't oneindige kan uitgerekt worden ; de figuuren brengt men er deels met den hamer deels door vormen op; het fnyden dier vormen overtreft al het andere werk in kostbaarheid; elk ftukje , dat eene byzondere vorm vereischt, wordt alleen gewerkt en vervolgens alle de ftukken aan elkander gefoldeerd. Het fchynt evenwel , dat de Heer Bolton federt weinige I jaaren zyne Fabriek 't zy dooor de fchatten j die hy reeds by een heeft, 't zy door andere I onderneemingen wat heeft laaten verflappen. I Het voornaamfte wat er thans gewerkt wordt I zyn de metaale knoopen. Er worden minder I lieden gebezigd dan te vooren; veel Iaat hy door I andere Manufacturiers voor hem vervaardigen, I en, gelyk ik voorleeden jaar onderricht wierd, ] doet hy thans zyne grootfte winst met de reco1 gnitie, die alle eigenaars van de verbeterde vuur1 machine verplicht zyn hem te geeven. Hy heeft naa- (0) Ik heb voor eene Soupe-terrine daarvan vervaardigd 18 Guinea's hooren eisfehen.  %%Z ENGELAND. naamentlyk deeze verbetering, door welke wej een derde van het vuur gefpaard wordt, uitgevonden, en daarvoor derhalve geduurende eenige jaaren een patent, om 't alleen te mogen oeffenen bekomen; die jaaren zyn nog niet verftreekeh, en al wie intusfchen volgens zyne uivinding te werk wil gaan, moet het recht daar toe van hem koopen, 'twelk jaarlyks eene aanmerkelyke fom in zyne kas brengt. Te Birmingham is ook de papier-macké-Fabriek van den Heer Clay merkwaardig. Hier zyn in de 70 menfchen bezig met vellen grauw papier op elkander 'te plakken, teftampen, te verlakken, te befchilderen, glad te wryven. Men maakt er fnuifdoozen, theebladen, paneelen van deuren en van koetfen &c.: doch het meeste debiet is van knoopen, inzonderheid van de zulken, van welken men zich in den rouw bedient, waarop het zwart en wit geftreepte, geflipte, gemarmelde door ftempels of door ze iq een toebereid vocht te doopen, er op gebracht wordt. Het vereischt een' grooten omflag, en de draaibank fpeelt er eene aanzienlyke rol in, gelyk ik niet weet wat zonder dezelve van Birmingham worden zoude. De dikfte flukken die men hier maakt zyn van 70 vellen papier op elkander, 'tgeen nog geen pinks dikte uitmaakt. Voor't overige beftaat de grootfte verdienste van dit werk in dc fraaiheid van verlakking en fchildery. Men valt er veel in den Arabesquen en Etruscifchen fmaak. Voor de Keizerin van Rusland was  DERDE HOOFDDEEL 283 was men er onlangs aan koets • paneelen bezig ; licht geel met Arabesquen. Men gaat verder nog in deeze Stad de Fabriek van yzeren en koperen fpykers zien, die van tinnen gespes en koperen ringetjes, welke beide Artikelen er voor zulk een' laagen prys kunnen geleverd worden, dat men 3 paar fchoengespens en 12 dozyn ringetjes voor een' fchelling verkoopt, fchoon elk ftuk door oneindig veel handen gaan moet; dan nog die van glazen, fteentjes voor mouwknoopjes en dergelyken; die van karawasfen, van welke de machine, waarop zy gevlochten worden, en die in de vo.m van een rad rondom het riet rond draait, veel opmerking verdient. Mr. Wedgewood, die in het Noorden van StafFordfhire eene Fabriek van Engelsch aardewerk heeft opgericht, die verfcheiden mylen in den omtrek van mindere Fabriqueurs in deezen zelfden tak, benevens van tegel-xen ftcen-bakkeryen omringd is, heeft geen mindere aanfpraak op de oplettenheid van alle bewonderaars van yver en van genie, dan de Heer Bolton. Niet alleen heeft hy het in het vervaardigen van dccze waaren zeer ver gebragt, en een' alleruitgebreidften handel daarmede verkreegen: maar door zy ne Chymifche kundigheden.. met zeer veel fmaak gepaard, heeft hy ook andere compofitien wecten uit te vinden, in welke hy werken van kunst van allerlei foort op de fraaifte wyze vervaardigt. Yan zyne nagebootfte Etruscifche Vaafen, die ech-  fc84 ENGELAND; echter iets vaaler van couleur zyn dan de oorfproskelyke, heeft hy een groot debiet gehad, en om die reden ook aan zyne Fabriek den naam van Etruria gegeeven. In goede vormen giet hy van zyne Compofitie van zwart aardewerk groote Busten over met veel nauwkeurigheid. In groen of blauw en wit bootst hy alle basreliëfs na die men hem opgeeft, gelyk ook ringen (intaglio's, zoo wel als Camoeën > cachetten , pourraitten en reliëf en allerlei vercierfelen van dat foort. Men ziet by hem geheele ra den van fchoorfteen-mantels, insgelyks van verheven arbeid. Voor de navolging van het Bronze heeft hy een byzonder famenftel. In zyn Magazyn te London ziet men dit alles by een, behalven de gewoone ferviefen van geel en wit aardewerk, meer of min, ook wel in 't geheel niet befchilderd. Men begrypt ligt, dat de wyze om het fyne werk te vervaardigen geheim gehouden wordt; of men zelfs omtrent de toebereiding van het gemeene goed alles opbiegt, is my onbekend; op myne laatfte reize weigerde men my als eenen vreemdeling de toegang tot Etruria; te vooren was is gelukkiger geweest, en men berichtte my toen , dat de Compofitie* van dit gemeene aardewerk uit niets anders beftond dan uit klei en geftooten vuurfteenen, betde n water geweekt, fterk geroerd en vervolgens onder één gemengd; men fcheidt er dan de grovere deelen tot 3 maaien toe door eene zeef van af; het vuur haalt er nog het overige vocht uit,  DERDE HOOFDDEEL. 2§J Uit, en op deeze wyze gaat het naar de vormen en draaibanken om zyne gedaante, en eindelyk naar de ovens om zyne hardheid en glazuur te ontvangen. Op de grenzen van York- en Derbyfhire ontmoet men insgelyks eene menigte Fabrieken van aardewerk. Te Worcester en Derby ziet men er 2 fraaie van Porccilein. De eerfte die omtrent 100 paar handen bezig houdt, levert voornaamentlyk blauw goed tot dageiyksch gebruik, fchoon men er ook de fchoonfte ferviefen werkt, van fchiklerwerk zoo wel als van verguldfel. Klei en geftooten alabaster zyn de voornaamfte inmengfels van de ftof waar uit men het vervaardigt. Die van Derby is fchier alleen voor de pracht, waar niets als het heerlykfte porcellein met de fraaifte figuuren, en alles wat tot fieraad verftrekt te voorfchyn komt ; dit porcellein is daarenboven van een helder wit. Sheffield behoort tot die Èngelfche Steden, die alleen van de Fabrieken leeven: doch de Fabriqueurs aldaar zyn juist niet de grootfte Capitalisten. Het fchaar- en mesfemaakers - werk is de oudfte en voornaamfte bron van neering in deeze Stad. Het Staal wordt er zoo wel toebereid als verwerkt. De handvatten zyn van Zilver, van Zilverplaat, van Hout, van Hoorn, van Yvoor, van Been. Met deeze laatfte komt 1 half dozyn Mesfen, en 1 half dozyn Vorken op twee en een halve Schelling; met een foort van Afri-  &Z6 ENGELAND. Africaansch hout, dat veel naar Mahogony geïykt, op 3 Schellingen en zoo vervolgens j het Lemmet der Scheermesfen vereischt eene onbegrypelyke zorg en moeite om het tot de behoorlyke trap van polysfing te brengen. Verder vindt men hier ook verfcheiden Fabrieken van Zilverplaat, van Metaalen knoopen , gelyk te Birmingham, benevens Loodwit- en Loodroodmaakeryen, en, gelyk ik reeds gezegd heb, een' .Katoen - molen. Te Woodftock zyn zeer veel handen bezig met het polysfen van Staal en het verwerken daar van' I tot de fynst gefleepene Schaartjes, Horologieketenen, Degen-gevesten en allerlei ander Galanterie - werk, met Diamantjes van hetzelfde Metaal er op. Men weet tot welke volmaaktheid men in Engeland deeze kunst gebracht heeft, en hoe veel Guinea's er dikwils bedeed worden om aan fommige der dus geOeepen ftukken te geraaken. Te Woodftock fchynt men het daarin nog veel verder gebracht te hebben dan te Birmingham ; ook levert men er de Waaren oneindig beter koop, althans zekerlyk dan in de Fabriek van den Heer Bolton: doch erishiereigentlykgeen Fabriek hoegenaamd, 't Zyn meest geringe Arbeidslieden , die byna huis aan huis woonen en elk voor zich zelve werken, en dan het geen zy voltooid hebben, aan de Londonfche Galanterieen Staalwinkels verkoopen. Merkwaardig zyn ook te Hartley de Vitrioolpannen van Lord Dellaval, fchoon verzeld van een'  DERDE HOOFDDEEL, 2%f een' byna ondraagchelyken ftank; de pannen worden gevuld met regenwater, dat door Rebut van Steenkoolen doorgezypt beeft; men mengt het vervolgens met oud Yzer en het wordt eenigen tyd flechts lauw geftookt; eindelyk Iaat men het in een' anderen bak over, die met houten ftok-< jes gevuld is, tegen welke bet Vitriool, na dat het Water genoegfaam is afgekoeld, zich in groene gecriftallifeerde ftukken aanzet, het geen eene zeer fchoone uitwerking doet. Er blyft my nü niets meer overig, dan dat ik ten befluite myner berichten omtrent Engeland nog iets van de Steden en de Stedelyke Regee* ring ter neer ftelle. Het Koninkryk is overzaaid met groote en kleine Steden, om van de Dorpen geen gewag te maaken. De gemeenfchap derzelven onderling en met de Hoofdftad wordt door geduurig rydendé Postwagens en door de Briefposten zeer gemak-" kelyk gemaakt. Deeze beide inrichtingen zyn meest vereenigd; en perfoonen of Brieven worden in 24 uuren boven de 100 mylen vervoerd. Op zeer weinige na zyn al de Engelfche Steden open, zonder Muuren, Poorten ofbalien ;degroo; te Steden draagen den naam van Cities, en hebben een' Mayor aan haar hoofd, onder welke die Van London en York den titel van Lord by deeze waardigheid voegen. Zy duurt nimmef langer- dan een jaar, en het opzicht over zaaken fan Politie en Juftkie is den geenen die ze beklee den  288 ENG ELAÏÏD den toevertrouwd. De Aldermen, een foort vari Vroedfchappen en de Common Conucil of breede' raad zyn de geene die met hem de Stads zaaken beftuuren. De Burgers hebben daarenboven eeh' grooten invloed. In de eerfte inftantie worden Burgerlyke gefchillen door den Magiftraat zeiven afgedaan, en de Vrederechters voor kleine crimineele Zaaken worden daar uit genomen. De kleine Steden heet'en Boroughs, zoo zy ook het voorrecht genieten van Leden naar 't Parlement te zenden, cn anders Töwns. Sommigen onder deeze beide behooren nog aan Edellieden of andere aanzienleken toe: doch de geene die vry zyn komen aan de Cities in rechten niet gelyk. De meeste Engelfche Steden zyn ruim, wel geftraat en zindelyk; zeer veel prachtige Huizen van particulieren ziet men er niet: maar daar en tegen, gelyk reeds gebleeken is, veel fchoone openbaare Gebouwen; de meeste deezer Jaatften zyn van gehouwen Steen , doch der anderen van Klinkerts gemetfeld, ten zy een Stad de Steengroeven zoo naby heeft, dat de onkosten van gebakken fteen die der gehouwene overtreffen zouden; de venfte'rsder Gebouwen zyn minder in getal en kleiner dan hier te Lande; de ruiten daarentegen grooter. Portes -cochêres hebben flechts Herbergen en dergelyke Huizen. Aan Huurkoetfen of chaifes a porteur is in aanzienlyke Steden geen gebrek. Van de vergrooting, die fommige plaatfen in Engeland thans ondergaan, zaf by  PlttDE HOOFDDEEL. 2%$ l by eene meer byzondere befchryving van fommii gen, gelyk ik dezelven nu kortelyk gaa doorloóI pen, nader blyken. London wordt gemeenlyk gerekend 5 mylen lang, omtrent 3 breed te zyn, enby de Millioen | Inwooners te bevatten; men telt er ver over de jjoo Epifcopaale Parochie - kerken en een dergcI lyk getal Kapellen van Presbyteriaanen en allerlei Iandere Secten. De Themfe flingert in de gedaanI te van een S, doch van ongelyke boch en, langs ide geheele Stad, en 3 Bruggen over tdezelve geil bouwd voeren naar de Borough van Southwark, I en de rondomliggende Straaten, Wegen en VelJ den. De Koopvaardy - fchepen vaaren niet hoaI ger op dan tot aan de eerfte dier Bruggen by den 1 Tower, waar hunne byéén gefchaarde Masten I zich als een Bosch verheffen; terwyl de Oorlbgs* !| fchepen omtrent 20 mylen laager, daar een Werf lis, moeten blyven. De Stad zelve, naamentlyk lal wat ten Noorden van de Themfe ligt; ver* I deelt zich in de City of de Oude Stad met der* Ifcelver Voorfteden, en in Westmünfter aan dé 1 Westelyke zyde van de City geplaatst. Beide !i hebben haare byzondere Regeering gelyk ook 1 Southwark de zyné heeft; en de High-Baillif k yan Westmünfter is het zelfde, 't geen de Lord I Major binnen de Oude Stad is. 't Getal der AU i dermen te London beloopt op li, der Sheriffs, E|waar van boven, gefproken is, op 2. De City' I beftaat , gelyk de meeste bejaarde Steden, uit i eene menigte nauwe, draaijende en Hechte StraaT teri;  2Q0 ENGEL AND. ten, 't geen echter ook hier en daar zyne uitzon leringen heefc. Sommige groote Markt - pleinen en meerdere onlangs gemaakte veranderingen in andere gedeeltens der Stad, behalven nog zoo veele uitgeftrekte en gedeeltelyk fchoone operibaare Gebouwen, waar van ik de voornaamfte boven befchreeven heb , geeven haar op eenige plekken een geheel ander oog. Westmünfter is veel regelmaatiger aangelegd. De meeste Straaten zyn breed en mee rechte hoeken zien onderling doorfn dend>-, vol fraaije publieke Gebouwen en Huizen van particulieren, en van tyd tot tyd afgewisfeld met vierkante Pleinen , welke Statuen, Vyvers, Graskommen,Plantfoen en dergelykein hun midden veroonen. Men treft ten minften, de Groenmarkt van Coventgardën, die rondom met Gallereien gerand is, er by geteld, een ftuk of 10 derzelven aan, het eene fchooner dan het andere. Ik zal met hunne naamen noch met die van de veelvuldige breede Straaten myne leezeren niet verrnoeijen. Het Park van St. James, met Hyde-park en Green - park, die alle op elkander antwoorden , maakt dit Westelyk gedeelte der Stad een alleraangenaamst verblyf. Aan 't eind van het inzonderheid verrukkelyke Hyde - park liggen wederom de fraaiie Tuinen van Kenfington, zoo dat er in deeze buurt tot wandelen en ryden de fchoonfte gelegenheid is. Alle de Straaten van London hebben, behalven een goed Pavé, twee Gangpaden van gladde Zerken aan beide zyden, 't geen voor voetgangers, inzonderheid by de me-  DERDE ÖOOFDDEÏL. 20S menigte Rytuigen, niet genoeg kan gewaardeerd worden. Jammer is het, dat langs de Themfe geen Kaai loopt met goede Huizen voorzien; dit zoude tot een der grootfte verderfden van Lomdon ftrekken: doch thans gaat ééne Straat, of veel meereen aaneenfchakeling van Straaten, een myl of 4 lang paralel met de Rivier, op welke dan verfcheiden neerdaalende Dwarsftraaten uitkomen. Alleenlyk heeft men achter de Adelphi (eenige aardige verfierde Huizen door de Architecten Adarns gebouwd, en onder welken zeer Uitgeftrekte onderaardfche Straaten, Kelders en Pakhuizen aangelegd zyn, onderanderen om Goederen uit de Rivier .des te gemakkelyker te ontkaden ) een foort van terras gebouwd, van waajr bet gezicht over de Themfe verrukkend is. Enkelde andere Gebouwen hebben insgelyks dergelyke Terrasfen. Drie dingen zyn 'er die te London de verwondering van een' vreemdeling ten fterkfte naar zich trekken. Het eerfte betreft de geduurig aanhoudende vergrooting deezer ftad. Sedert i z jaaren vond ik eene meenigte nieuwe ftraaten en pleinen, en mifte daarentegen wandelingen en, tuinen, die ik my met genoegen herrinnerde en die hu tot Stad zyn aangelegd; men gaat geen ééne Straat ten einde, of men ziet eene gant» fche reeks nieuwe huizen, aan het laatfte van welken men altyd nog bezig is. Alle zyn het nette fatzoendelyke wooningen, wel niet prachtig maar in een' goeden fmaak gebouwd, veel aan el» T 2 kan-  2Q2 ENGEtAMB kander gelyk en van ééne hoogte. De ftraaten die er door gevormd worden zyn mede recht en breedi De Voorlieden daarenboven ftrekken zich verfcheiden mylen ver uit. Dorpen zyn zoo goed als gedeeltens van London geworden; en men hoort thans van Ys - winkels,'Bals en Comcedien, daar men zoo zeer lang niet geleeden nog karnde en dorfchte. Over 't algemeen zoude ik zonder grootfpraak durven ftaande houden, dat de Hoofd ilad van Engeland in deeze laatfte 12 Jaaren weinig < minder dan de uitgeftrektheid van den Haag heeft toegenomen. Wanneer men nu bedenkt, hoe duur aldaar de levensmiddelen zyn, hoe veel zwaarder lasten 'er betaald worden dan elders, hoe veel kostbaarer het valt nieuwe huizen te bouwen, dan Oude te koopen; wanneer men het vergelykt men andere Steden die insgelyks toeneemen, en daarby bevindt, dat de landbouw in het Koningryk niet minder bloeit dan weleer; zoo dat de vergrooting van het hoofd niet ten koste van het overige ligchaam gefchiedt, maar met hetzelve voortgroeit : dan kan men uit 'deeze vergrooting ook tot den aanwasch van Engelands welvaart een Vettig befluit trekken. De ysfelyke woeligheid van London is een hoodzaakelyk gevolg van haare uitgeftrekt- en Volkrykheid: maar zy blyft niet te min voor vreemdelingen iets zoo verwonderlyks, dat men er getuige van moet geweest zyn, om er de gewaarwording van te kunnen befelFen. Zekerlyk bepaalt zy zich meest tot fommige gedeeltens der Stad  DERDE HOOFDDEEL. »93 Stad (inzonderheid tot die Straat die paralelmet de Themfe loopt, en tot eenige quartieren der City ) gelyk ook van den dag en van het jaar; men ziet London in dit opzicht ten gunftigfte, wanneer men het in Mey tusfchen 12 en 5 uuren doorwandelt. Behalven de Huurkoetfen, die altyd ipgefpannen achter elkander op ftraat ftaan, en waar van men 'er over de 1000, alle genommerd en onder order wat zy voor eiken afftand mogen in rekening brengen, optelt: behalven deeze, zeg ik, maaken de geene onder dezelven die daadeIyk ryden, de Equipages van particulieren, de Postchaifen, de Draagkoetsjes, de Fargons ea Rypaarden, de lompe en zwaar belaadene Karren mee een paard of 8 er vóór gefpannen gevoegd by een allerontfaggelykst aantal voetgangers, zulk eene verwarring, vermenging en gedruisch, dat er deoogenvan fchemeren, dat men zich niet verftaan kan, en dat men fomtyds gedwongen wordt een quartier en langer in den trein van Koetfen te blyven ftil ftaan tot dat er ergens lucht komt, en men weder met de file kan voortryden. Men kan begrypen hoe dit by elke buitengewoone gelegenheid moet toeneemen. Een derde voorwerp van verwondering zyn buiten twyffel de Winkels in deeze groote Stad , waar van het alle denkbeelden overklimmend aantal, de rykheid van Goederen, dc aangenaame order waarin alles, inzonderheid tegen een half rond of half vierkant naar de ftraat toe uitftee*-, kend raam, geplaatst is, en de dagelykfche iir t 3. te  S&94 EN GS LA-N D. luminatie tlerzelven 's avonds, veel met de nieuwe Lamp, eene ongemeene uitwerking doet. l a), Parys verliest het in alle drie de opzichten van vergrooting, volkrykheid en het effect der Winkels, die daar fchier alle van buiten onzichtbaar zyn, ver van London. De rook van Steenkoolen maakt de Gebouwen Van buiten zwart; zoo dat de fchoonfte Gevel, inzonderheid wanneer hy in een dicht betimmert quartier gelyk de City geplaatst is, zyn uiterlyk fraai niet lang behoudt, waar Van men geeh treffender bewys dan de St. Pauls - kerk kan aannaaien. Men bouwt hier ook meest met gebakken Steenen, en een ontfaggelyk aantal Huizen flechts enkeld; weinige zelfs met Tuinen voorzien. De Police ten opzicht van het fchoon hou* den en verlichten der ftraaten, van de fchielyke toefpringing in geval van brand ('t geen zoo te Zeggen dagelyks hier of daar gebeurt, zonder dat men er in andere gedeeltens der Stad byna iets van verneemt dan eenige uuren daarna uit de Nieuwspapieren) zelfs van de Correfpondentie omtrent Dieven en Misdaadigcrs,. en het vatten derzelven is voortreffelyk: doch niet tegenftaan* de het aantal van ftille en bekende Wachten heeft men (a) Omtrent kostbaare Galanterie - waaren, Juwee* 3en en dergelyken onderfcheiden zich inzonderheid -leswee Winkels van Jeffery en} van Gray.  BERDE HOOFDDEEL. 2Q£ tmen het omtrent het voorkomen der misdaaden | pog niet zeer ver gebracht: dan, het geen de zeden betrefc is boven reeds afgehandeld , en het is buiten dat gemakkelyk zieh voor te (lellen, hoe fterk in zulk eene Wereld - Stad de verleiding zyn moet. De Bootslieden op de Themfe zyn aan i dezelfde order verbonden omtrent het vervoeren van Pasfagiers1 als de Huurkoetfiers en Portechaifei draagers op ftraat. De Huizen zynmeest alle geasfuteerd tegen brand of andere vernieling: doch we. | gens de verkeerde inrichting van flechts voor een bepaald getal van jaaren te bouwen, is het inftorten daar van veel gewooner dan ergens elders. Dagelyks gaat de Penny-Post eenige reizen voor een' ftuiver Brieven -naar verfchillende gedeeltens van de Stad en haaren omtrek brengen; en weder anderen haaien voor denzelfden prys de Brieven van de Huizen af om ze naar het Generaal PostComptoir te brengen. Een voortreffelyke orI der zoo wel hier als door het gantfche Koninkryk, is dat geen Lyk begraaven kan worden, zonder dat te vooren onderzocht zy, of men er ook tekenen van een' geweldigen dood aan beI fpeure, in welk geval de Coroner gehaald wordt, om dit nader uit te vorfchen. Voorts behoeve ik hiet te herinneren, dat een Stad gelyk London alles in zich vereenigt, wat men tot de genoej gens van het leven, tot nut en tot vermaak zou i kunnen wenfehen. Men kan er alles bekomen , ! alles lecren. De geest vindt er dagelyks nieuw I voedfe-1. Een Hof, vreemde Ministers, een ParT 4 Ie-  flod ENGELAND» temen t, Gerichte - hoven, Militie, Negotie e» Soo goed als een Zee - haven, Coilegien van Wea» ïenfchappen en Konden., allerlei Godsdienften., allerlei uitfpanning, gebrek aan Werk voor niemand die werken wil: met één. woord alles is te, London by elkaar; en flechts de.duurte der Levensmiddelen, en de ysfelyke afftand der Wooningen mengen onaangenaamheid in deezegenoegens, Na te vooren van de Cathedraal-kerk van Canterbury gefproken te hebben, blyft er van de Stad niet veel overig te zeggen als dat zy vry. uitgeftrekt, van Muuren, Poorten en Voorlieden voorzien, doch flecht gebouwd is. Het Kafteel van Dover ( want het plaatsje zei» ye komt in gqcn aanmerking, en. leeft alleen van de Overvaart naar Vrankryk) ligt op een' Berg, yan waar men by helder Weder de hoogtens van Piqardie zeer duidelyklontdekt; het heugt een grooten ouderdom, terwyl Julius Csefar zeker. Jyk een gedeelte er van gebouwd heeft ; ook placht het zeer fterk te zyn; in de rondte is het; jnet Muuren en andere Gebouwen dubbeld ongeeve;n; de grond, welken de buitenfte Muur omvat is van 15 morgen; het Kafteel zelve bevat thans niets als leege Gevankenisfen, daarenboven vindt jpen.er Barakken voor Soldaaten en Wooningen voor de Officiers, benevens eene Kapel; men toont hier een Kanon van 24 voet lang, aan Eli. &beth door die van Utrecht ten gefchenke gegee. ven ; het is kunftig gefneeden, en dryfteen'Ko%k' 700 men ze&>. 7 my}y* ver; de eerfte fle.14. tejs.  xjES.de hoofddeel. 297 *els van de Sterkte en het Statie - zwaard van Juiius Cajfar worden hier ook aan de geenen die 't wel willen gelooven ter bewondering aangebooden. Portsmouth. fchoon niet kwalyk en vry regelmaatig gebouwd, verdient als Stad flechts van wegen zyne fterke en naar den nieuwen trant aangelegde Fortificatiën eenige opmerking. Southampton beftaat flechts uit ééne Hoofdftraat. doch die breed, regulier en fchoon gebouwd is; de muur die deeze Plaats omgeeft is behalven van Steenen ook van Oester-fchelpen gemetfeld; de ligging aan een' gtooten Zeeboezem maakt Southampton to.t handel en Visfchery ten hoogfte gefchikt. Men bezichtigt hier een paar fchoone Asfemblêe- huizen, één in, het andere buiten de Stad; het laatfte noemt men het Polygone. Winchester heeft eene middelmaatige grootte, vry reguliere Straaten en fommige goede Huizen»' Men ziet hier het onvoltooide Paleis van CarelT, dat het uitgeftrekfte Gevaarte in zyn foort zou geworden zyn ; de eerfte verdieping is flechts afgebouwd. In de Ceunty - Hall vertoont men de tafel , naar welke Ide Ridders van de ronde tafel hun' naam bekomen hebben. Salisbury ligt in een aangenaam dal, door 2 a 3 rivieren befproeid ,• zy is niet zeer groot; de flraaten zyn ruim en loopen recht: doch weinige derzelven kunnen voor fchoon te boek flaan. Het redelyk uitgeftrekte marktplein echter verdient deezen lof. Men rekent te Salisbury flechts T 4 3 Pa-  SpS ENGELAND 3 Parochiën en 8 a 9000 Inwooners. Zy is eigen tlyk een Colonie van Old-Sarum, we] eer eene zeer gewichtige en aanzienlyke ftad, doch die men om de macht der Bisfchoppen te fnuiken, herwaards heeft overgebracht. '1 hans is er van de moeder byna niets meer over als een enkeld gebouw , en echter zendt zy ter gedachtenis van haar vroeger gezag nog 2 leden naar *t Par-» lemen t. Exeter is een oude flechte ftad , doch niet kwalyk geplaatst. De Ex die er voorby ftroomt is er Hechts voor kleine fchepen vaarbaar. Een gedeelte van dfen muur van het kasteel, dat op een' berg ftaat, is eene Romeinfche Antiquiteit. Hst fchoone Asjïzeshoufe van gehouwen fteenen, en een aangenaame belommerde wandeling binnen de ftad verdienen hier bezocht te worden. Dat zich Exeter van de Sergie - Fabrieken byna geheel geneert, is reeds boven herinnerd. Plymouth, 'twelk aan een' fmallen en door ondiepte by laag water byna onbevaaren zee - boezem ligt, is van eene middelmaatige grootte, cn heeft nauwe, flechte ftraaten met eenebreede goot in 't midden volgens den Duitfchen trant. Plymouth-Doek ligt hier flechts eene myl van ef. . Bath is eene der fchoonfte fteden in Engeland. Van haare lagchende ligging aan den voet van groene bergen die zich in de rondte verheffen , en van haare mineraale wateren heb ik reeds gefproken. De rivier Avon roert haar meer aan, dan  DERDE HOOFDDEEL. 100 dan zy ze doorfnydt; een lange fchoone brug vereenigt de ftads- zyde mee de overkant. Men kan Bath in de laage of oude, en de hooge of nieuwe ftad verdeelen; de eerfte heeft nauvve en kromme ftraaten en flechte huizen. Nog geen jo jaaren geleeden bepaalde zich de uitgeftrektheid van Bath tot een ftuk deezer ftad; doch federt dien tyd zyn haare wateren in een' grooteren roep gekomen; de oud-ftad is eerst beneden aangegroeid , en toen heeft men naar boven, geheel naar een regelmaatig plan beginnen te timmeren: de ftraaten breed en recht alle de huizen, van een' fraaijen geelachtigen fteen, die in overvloed in de buurt gevonden wordt, en langs de huizen een breed en effen pad van zerken. Op verfcheiden plaatfen vindt men eene verzameling van verfchillende huizen of onder éénen gevel, of zoo gebouwd, dat zy famen één geheel uitmaaken. Hier uit b ontftaan the Cirket: een rondeel van in de 30 huizen, alle van 3 venfters en 3 verdiepingen, behalven de Offices onder den grond; boven alle de deuren loopt een frife met cierlyke ornamenten. Drie ftraaten komen op een' evenredigen afftand op het Cirket uit. Eene derzelven brengt naar the Crescent, of de halve maan: wederom eene vereeniging van 30 huizen in de form van een half rond, welke allen het gezicht genieten op de tegenoverliggende bergen , en op den weg naar Briftol. met den Avon die er in de laagte voorbyftroomt. De huizen zyn hier omtrent van de-  3©0 ENGELAND dezelfde gedaante als in het C'rket; het middelfte en de beide hoek-huizen overtreffen de overige in grootte. Ik meen dat alles hier in de' Jonifche order gebouwd is. Voor het gantfche Crescent loopt een graskom. Tlie Queens Square is een vierkante plaats met een' afgeperkten tuin, en eenen pyramide ter eere van den overleedenen Prins van Wallis in 't midden. De huizen zyn hier naar verfchillende orders gebouwd: die aan de ééne zyde ftellen famen een groot vorllelyk gebouw naar den Corintifchen bouwaart voor; in een' der hoeken ziet men eene kapel, wier gevel een' Portique ;aanbiedt, door 4 Jonifche Co* lommen onderfteund [met een Fronton er bovenr The South- en North -Parade zyn 2 breede wande-1 lingen op platte fteenen langs eene reeks gebouwen. Zy hebben beide 't gezicht op de nabuurige bergen. Orünge-grove is wederom een vierkante plaats^ doch niet met huizen gelyk de overige omringd, geheel met boomen beplant en met een' Obelisk in 't midden ter gedachtenis van Prins Willem IV, toen dezelve door het gebruik der wateren van | Bath zyne gezondheid weder herfteld zag. Eene I menigte andere ftraaten en fteegen zelfs ziet men te Bath, die alle met zerken bevloerd en door haare fchoonheid merkwaardig zyn, benevens verfcheiden fraaije openbaare gebouwen. Dagelyks nog vergroot men de ftad, ivooral bergwaards op, waar ook thans weder een nieuw Square of plein wordt aangelegd. Elk oogenblik heeft men de fehoonfte gezichten op de environs  DERDE HOOFDDEEL. 3 Cl tén op de nabuurige bergen; byna de geheele weg baar Briftöl is als met huizen bezaaid. Ook omiringen eenige aangenaame tuinen de ftad. Bath is ieen City. Men vindt hier flechts eene Abdy)Kerk, door dien de Cathedraalkerk van den Bisfchop van Bath en Wells in deeze laatfte plaats pevat wordt. Onder de goede reglementen van police behoort de nauwkeurige order op de draagikoetjes, die hier de plaats van andere rytuigen jC ten minften in de bovenftad ) inneemen, doorjdien het gebruik van deeze op zeer veel plekken onmogelyk worden zou. Voor 5 en een' haljven ftuiver wordt men 500 Yards ver gedraagen; en voor n ftuivers van 't ééne eind der 1'tad (haar het andere. [ Briftol is een gfoote volkryke doch Hecht igebouwde handelftad, die nauwe kromme ftraaten mitsgaders onaanzienlyke huizen heeft. Doch eenige publique gebouwen en nieuwe ftraajten en Squares moeten hiervan uitgezonderd woriden. Een zeer groot vierkant plein onder andere, In 't midden van welk de Statue Equeftre van jlWillem III. ftaat, doet eene goede uitwerking. jSornmige ftraaten zyn er zeer bergachtig. Men feelt hier omtrent 20 Parochie-kerken. Dagelyks Wordt nog de ftad verbeterd en vergroot. De (Avon loopt er midden door, en deeze zendt de iKoopvaardyfchepen die hier liggen, en waarvan toen er doorgaans omtrent 1000 rekent, door de geheele waereld, doch inzonderheid naar de ÏWest-Indifche eilanden. Er gaat een fraaije brug over  302 ENGELAND -over deeze rivier: dan, fchoon ze midden in de ftad ligt, kan men ze nooit over gaan zonder tol te betaalen. De havens en kaaijen ftrekkerjj Briftol tot het meeste üeraad. Schoon de rivieJ fmal fchynt, worden er echter door haare diepte: en haar fterk opzwellen by eiken vloed de zwaarJ fte koopvaardyfchepen op gedraagen, en zelf» heeft men onlangs niet veel laager dan de fta3 een Vier- en zestiger gebouwd Fabrieken zyd hier geen andere dan de glashuizen. Naar dJ kant van de Hot-Wells ligt op eene hoogte cerd driekant met boomen begroeid plein, waar del Cathedraal-Kerk en een paar andere Kerken o» Kapellen (die onder andere waar de Major meel eenige ftatie den Godsdienst by woont) op uitJ komen. De weg naar de Hot-Wells is eene lan-l ge ftraat van omtrent eene myl. De ligging dee-J zer bronnen heb ik boven befchreeven. Er iJ veelerlei huizing by op verfchillende hoogtens! yan den berg , doch niets uitneemends. By heel bronhuis worde nu een kleine Colomnade opgei richt. De nabyheid der ftad maakt dat men toj dezelve in zeer veele opzichten den toevlucht! moet nee men. - Hereford en Worcester zyn beide aardige vroJ Iyke ftedekens mee eenige goede openbaare en| andere gebouwen ; de laatfte beftaat meest uil ééne breede hoofdftraat van eene myl lang. DjM Cathedraal-Kerk van Hereford is voorleeden jaarl op tweeden Paasch-dag voor een groot gedeelte! ingeftort. Bir- <  DERDE HOOFDDEEL. 303 Birmingham, waarvan ik de voornaamfte ge. bouwen en de manufactuuren reeds afzonderlyk befchreeven heb, geeft thans aan 70,000 paar handen genoegfaam werk: Want zoo vee] inwooners byna leeven er van de Fabrieken. Sedert weinig jaaren heeft de ftad op de onbegrypelykfte wyze toegenomen; dagelyks nog vormen er zich nieuwe ftraaten en ryzen er nieuwe gebouV/en ; het krielt in de rondte van tuinen en heerenhuizen. Onlangs is er weder een nieuwe Ka» pel opgericht De meeste ftraaten, vooral de jongst aangelegde, zyn zeer breed: doch alle de hui/en van klinkerts, en geen pad van zerken voor de voetgangers , t welk in't geheel in zeer veelfteden van Engeland nog niet is ingevoerd. De Nieuwftraat, waarop de Grammar-fchool en de Comoedie uitkomen , is eene der voornaamften. De ftad is berachtig; het laagfte gedeelte heugt het langfte, en is ook -bygevolg het fraaifte niet; de plaats, daar wel eer het Kafteel geftaan heeft, tekent zich nog af door eene ronde gracht die er om heen loopt; z\ wordt thans tot Fabrieken gebezigd, die in een Land van vryheid tot meerder luister aan eene Stad verftrekken dan Sterktens. Even buiten Birmingham ligt een fchoon Hospitaal. Behalven het aanzicnhke Kerkhof der Nieuwe Kerk, vindt men nog een klein aardig Plein in deeze Stad. De Scheepvaart op het Canaal brengt het haare toe om Birmingham leevendig te maaken en de vervoering der Waaren te vefligten; het zoude echter van meer gebruik ge*  ,301, ENGELAND geweest zyn, indien men het niet te eng had aangelegd. De Irwell doorfirdt Manchester, gel k London door de Themfe doorfneeden wordt: in twee ongelyke deelen; dat aan de overzyde der Rivier, over welke twee Steenen- en een houten brug loopen, is meer een Voorftad, en heeft voorvoornaamentlyk ééne lange Straat. Het eigentlyke Manchester is veel hooger, en gedeeltelyk op Rotfen geplaatst. In 't midden vindt men eenige oude fmalle ftraaten: doch naar alle de bukenzyden zyn zy veel breeder. De Oude-kerk heeft een ontfaggelyk Kerkhof; twee nieuwe Kerken zyn van buiten fraai en met fchoone Torens voorzien. DeBeUrs wordt aan twee zyden door 4 Colommen gedraagen, en komt aan de ééne kant op de de Groenmarkt, aan de andere op een langwerpig vierkant Plein; aan 't eind van 't welk weder een Kerk ftaat, uit. Daarenboven zyn er nog een paar andere Squares. Men vergroot de Stad dagelyks en bouwt fraaije' Straaten en Huizen aan: doch deeze laatfte alle van klinkerts; en om den anderen fteen bruin en wit. De aankomst van de kant van Birmingham is zeer inneemend. Men ziet aan zyne rechterhand eene reeks van nieuwe Gebouwen, en aan de linker komt men voorby een groot Hospitaal, een Dolhuis er naast, eene wandeling met een yzeren Hek vóór beide en een' Vyver tusfchen hetzelve en de Straat. De publique Baden liggen daar naast, en een Tuin, die voor een' ieder open ftaat, neemt zyn  DERDE HOOFDDEEL. S°S I ivn'aanvang tusfchen deeze en 't Hospitaal, eq loopt vervolgens' achcer' het laatfte heen. Eefl | menigte Tuinen en Buitenplaatfen vertoonen zich ] rbndom deStad, toczelfs op een' goeden afftand van 1 aezelve 'toe. De Fabrieken geevert aan ManchesI ter eh haare buurt leven en welvaart, en de I Kooplieden aldaar hebben zich den welverdienden itaem verworven van de ; befch'aafdfte en kundig •> fte van het Koninkryk te zyn. .Sedert omtrent 40 jaaren heeft Manchester veel meer dan dë helft toegenomen, en, zo ik over 13 jaaren wel onderricht ben geweest, was men toen reeds bezig aan het oprichten van een tweede Schouwburg. Levetpool zakt' langfaam van een' Berg'af naar de zyde van de rivier Merfey, daar zich deeze in de Zee gaat ontlasten, en' dus daar zy eene aantnerkelyke breedte bekomen heeft} de Envifans der Stad aan deeze kant van de Rivier be« duiden weinig,- doch aan de overzyde zyn zy aangenaamer. Leverpool heeft eene middelmaatige grootte, en is eenige jaaren geleeden ontfaggelyk aangewasfen: doch neemt federt kort zoo fterk niet toe als de Steden die ik zoo even befchreeven heb'. Men verfraait het intusfchen van binnen, 't geen op verfcheiden plaatfen van wegen de engheid der Straaten noodzaakelyk is. 1 Zoo legt men tegen over de Beuré eene. groote vierkante pla3ts aan, en eene recht, daarop nèer] komende breede Straat, volgens een thn dat j men er toe vervaardigd heeft. De voornaamfte i Gebouwen der Stad heb ik boven befchreeven;  3©5 ENGELAND. de Huizen zyn er alle van klinkerts; de nieuwere Straaten ruimer dan de oude , ook vindt men er eenige Squares, waar van er één met een' Obelisk in 't midden vercierd is. De 'Havens en Kaaijen, die vol Schepen liggen, maaken het benedenfte gedeelte del- Stad zeer Ievend)g; de handel gaatmeest naar de West-Indiën: Fabrieken zyn er hier in 't geheel niet; en het denkbeeld van Negotie , in een' uitfluitenden zin, vervult er alle de denkbeelden der Inwoonders. Er is omtrent de Dokken een klein Fort, eenige publique Baden en een wandeling. Boven de Stad ligt the tadies Walk, 't geen flechts een recht pad is, doch een gezicht over gantsch Leverpool oplevert ; daar achter is een Steengroeve, en niet ver hier van daan even buiten de Stad een zeef uitgeftrekt Werk- en Tuchthuis. Eigentlyk bevat deeze Koopftad 3 Dokken , in welke de Schepen uitneemend veilig liggen, en tot welke 2. ingangen voeren. De Kaajen z5n met Pakhuizen zoo wel als Huizen bezet, waar door men de Goederen tot vóór de deuren der Kooplieden brengen kan. Het Water wordt door middel van Sluizen naar maate men dit verkiest in- en ujtgelaaten. De Kaajen langs dezelve, de Ophaalbruggen, hier en daar geplaatst, geeven aan dit gedeelte der Stad wel eenige overeenkomst wet Rotterdam. Men rekent dikwyls tot by de yco Schepen te gelyk in deeze Dokken, Voorts maakt 7e ligging van Leverpool aan de lerfche Zee haar, behalven toidenBuitenlandfcfaen handel, ook tot dien fj - me-  DERDE HOOFDDEEL. $Of met dat Koninkryk ten hoogde gefchikt; gelyk haar de Merfey, die 25 mylen opwaards bevaaren kan worden, en dan gemeenfchap met Engelfche Canaalen heeft, haar ook den Inlandfche Hundel zeer verligt. 'Het oude Chester ligt aan de Dee; daarenboven loopt van hier nog een Canaal uit naar Namptwich. Rondom de Stad verheft zich een Muur van vierkante fteenen, fchoon zich de ftraaten verder dan deezen Muur uitflrekken. Boven op denzelven kan men op een zeer gemakkelyk Pavé rondgaan , tusfchen 2 befchuttingen over welke men heen ziet. Aan 2 kanten der Stad loopt deeze Muur over fchoone boogen, aan de 2 andere over Poorten. Een of twee Torens flaan er op deeze Muuren. De Cathedraalkerk beeft behalven haaren ouderdom niet veel merkwaardigs. Het Kapittel - huis is een langwerpig vierkant, met 'eene flechte Bibliotheek., Hief by ftaat een goed Bisfchops-huis benevens een Tówn - Hall, 't welk, gelyk veele dier Gebouwen in Engeland, op P5 laaren rust, onder welke de Kooplieden vergaderen om Beurs te houden. Buiten dat vindt men hier nog een paar Markten en Pleinen, waar van één een Graskommetje en een' Obelisk in 't midden heeft; elders bouwt men eene rei nieuwe Huizen. Voor 't overige beftaat Chester uit 2 rechte elkander kruisfende Hoofdftraaten, en eenige paralel loopende Zyde-« ftraaten van minder belang. De Gebouwen der ëerfte beduiden weinig: doch, 't geen zonderV 2 ling'  308 ENGELAND ling is, 'er loopen hier Arcaden,- niet gely k te Bern en te Turin gelyksvloers langs de ftraaten, onder de eerfte verdieping der huizen, maar zoo goed als binnen door de Gebouwen heen, en eenige trappen hoop. Op deeze gangen komen van de kant der Huizen de Winkels uit; naar de openingen aan de zyde der Straat ftaan er tafeltjes en kraamen met Goederen voor, althansop Kermistyd, die hier 2 of 3 reizen in 't jaar valt. Enkele huizen hebben deeze gangen niet, en verfcheiden ftraaten misfen ze geheel, zoo dat men als dan verplicht is de trappen af te gaan; hier en daar loopen zy ook gelyks-vloers; onder de hoogere Arcades ziet men Winkels, Kelders en Magazynen. Van de Linnenmarkt heb ik reeds gefproken. Het Kafteel is zoo oud als de Muur; het beftaat uit een Voorhof, in welk men ook door eene Poort gebracht wordt, en uit de Vesting zelve, die eene tweede Poort en Ophaalbrug heeft; dezelfde Muur omvat Voorhof en Vesting, doch van binnen fcheidt een andere Muur ze van elkander. In het Voorhof zyn de Gevankenis van het Graaffchap benevens het Lands - rechthuis; jn 't Kafteel zelve Huizen, Wapen-kamers en jn 't rond de Batteryen, van welke er niet zeer lang geleeden eenige zyn ingeftort. Andere openbaare gebouwen te Chester ga ik met ftilzwygen voorby; de Stad ligt voor 't grootfte gedeelte Jn eene vlakte: zy klimt echter een weinig aaft de ééne zyde. Berwick aan de Tweed, fchoon zy voor het giootfte  DERDE HOOFDDEEL. 309 I grootfte gedeelte op Schotfen bodem ligt, is een Ëngelfehe Stad, met Poorten en Wallen voor- I zien. Men vindt er verfcheiden goede Gebouwen en onder andere een fraai Stadhuis, doch 't | welk door eene fout in de Symmetrie ontcierd | wordt. Over de Rivier loopt een lange Brug, j en aan de andere zyde ziet men , behalven eene Voorllad, een Kafteel. Newcastle aan de Tyne is een' vry uitgeftrekte, ongemeene volkryke, bergachtige Stad: doch ilecht en voor het grootfte gedeelte nauw gebouwd. Hier en daar verbreedt en verfraait men ze wat, en naar de kant van Tinmouth zyn eenige ruime en goede partyen. De Kaaijen langs de Rivier zyn zeer Neering- en Volk-ryk. Van de Brug en eenige voornaame Gebouwen deezer Stad is boven, reeds iets gezegd. Men ziet hier ï en daar nog een'Muur, Poorten en het hooge vierkante Kafteel van denzelfden fteen, hoewel in laater tyden opgericht, als die Poort die van ■ the Picts-wall nog overig is. De voornaamfte takken van handel te Newcastle beftaan in Kooien , Vlasch en Glas. De Schepen daalen de Rivier omtrent to mylen af, en komen dan tusfchen 2 flecht gebouwde doch zeer bevolkte Stedekens, Noord- en Zuid - Shiclds, waar ook voornaame Kooplieden zich gevestigd hebben, in Zee. De Rivier, en voornaamentlyk de mond derzelve tusfchen de Shields ligt altvd vol Schepen. De Voorftad aan de overzyde van Newcastle zegt weinig. V 3 Duri  3ÏO ENGELAND. Durham ligt in eene diepe ronde Kom ; de Stad zelve, iets hooger als de Voorlieden ryzende, wordt door eene Rivier byna geheel omzoomd; een Brug of drie vereenigen haar met de laagere Voorfteeden : doch deeze trekken zich daarna voor een gedeelte weder wat' Bergwaards op. Het gezicht uit het hoogfle gedeelte der Stad , op de Rivier en tegen de overliggende Bergen aan, doet eene verrukkende uitwerking; langs de Rivier loopt een zeer aangenaame belommerde wandeling. An 'erfints ziet men hierj behalven de Cathedraal - kerk die ik befchreeven . heb en hec uitgeftrekte Bisfchops - paleis dat er naast ftaat, weinig aanmerkelyke Gebouwenzoo- min openbaare als van particulieren; de Markt is een ruime plaats. De Stad bloeit niet zeer , en men ontmoet er veel arme Lieden, 't geen voornaamentlyk daar uit ontftaat, dat meest alle de Lander cn in den omtrek zich in de handen der Geestelykheid bevinden, en deeze de inkonften daar van voor het grootfte gedeelte buiten Durham verteert. York is een Stad van middelmaatige grootte, met Muuren en Poorten voorzien, van we!ke laatfte er ééne voor een Romeinsch werk gehouden wordt. De Oufe fplitft York in, 2 ongelyke deelen , die door eene goede Brug wederom vereenigd worden. Langs de eene z de der Rivier loopt een wandeling van een paar reien Boomen. Veele oude Kerken , weinig goede Hu'zcn, byna geen breede Straaten en een öpen, Markt of 3 - ca-  DERDE HOOFDDEEL. 3TI caracterifeeren York; er is niet veel neering, en de Stad onderhoudt zich byna geheel door de menigte fatfoendelyke Lieden, die er geduurende de jaarlykfche Wedloopen, den tyd der Asjizes en in den Winter hun geld komen verteeren. Het Aarts-Bisfchoppelyk Paleis, inden nieuwen Gothiquen trant gebouwd, ligt niet in de Stad, maar eene myl of 3 buiten dezelve. Tot de merkwaardigheden van York behoort ook nog een Toren op een'Berg gefticht, welke algemeen voor een Romeinsch werk gehouden wordt, en van binnen hol is. Scarborough ligt op het afhangen van een* berg en vormt eene Kaap, die naar de Zeekant uitgaat. De Kerk ligt boven op den Berg en het Kafteel nog hooger op eene rots; eertyds moet het aelve zeer fterk geweest zyn: doch nu is het weinig meer dan een hoop ruïnen. De Stad heeft goede Huizen van Klinkerts, breede ftraaten en veel Inwooners. Leeds en Wakefie'ld zyn 2 vrolyke, volkryke wel gebouwde Plaatfen , die door den Lakenhandel bloeijen, en federt eenigen tyd zeer hebben toegenomen. De eerfte beftaat voornaamentlyk uit ééne lange, breede, bergafgaande ftraat; de andere uit 3 breede ftraaten naast elkander, met Kerk en Markt in het midden. Sheffield ligt tegen het afhellen van eenige Eergen aan, en aan den voet vloeijen 2 Rivieren in elkander. Men * rekent hier een 30,000 Inwooners, die alle van de Manufactuuren leeven. V 4 De  312 ENGELAND. De Stad behoort byna geheel aan den Hertog van Norfolk toe. Behalven een paar pas aangelegde ftraaten, beduiden er de overige weinig. De' nieuwe Kerk, eenige andere publique gebouwen en een Slagers-Hal, die men thans ter-zyde van eene goede Markt bezig is öp Pylaaren te ftichten, onderfcheiden zich eenigfints van het andere, doch kunnen niet onder- den rang van Meesterftukken geteld worden. '■' - fc ' . Kingfton - üpon - Huil is een plaats van grooten Handel; de Haven ligt vol Schepen. Op het Ka-i fteel vindt men Huizen der Officieren $ die hieis Guarnifoen houden, en de Gevankenisfen. Voor't overige munt de Stad noch in uitgebreidheid: noch in fchoónheid uit. ■ 1 Beverley is insgelyks een Handelftad, beter gebouwd en grooter dan Kingfton; men ziet ereene fchoone Markt waarvan her Markthuis op' 6- Colommen rust. ■ Van de fraaije Kerk aldaar isreeds gefproken. Nottingham, een uitgeftrekte en welgebouwde Stad heeft mede eene Markt, die voor de uitnéemendfte in haar foort kan gerekend worden. Zy is met fchoone Huizen, alle voorzien van poftiques, omringd. Een groot en goed Stadhuis ftaat aan 't- einde. Ook ziet men in deeze Stad een fraai Gerichts- Huis. Het Kafteel, dat door den Hertog van Newcastle bewoond wordt, vertoont zich op eene hoogte» .Derby ligt aan de Derwent en is vin eene redelyke grootte, met eenige goede ftraaten, v -1 .eene,  DERDE HOOFDDEEL. 313 ' !'' " < •„ /" eene aanzienlyke Markt en verfcheiden fraaje pubtique en particuliere gebouwen: doch zy heeft het aanzien van levendigheid niet. • ■' ■ Coventry zal omtrent van de zelfde uitgeftrekt heid a!s Derby zyn, mede wel gebouwd en zoo het fchynt volkryker. Belagchelyk zyn'in fommige Steden de merktekenen, op oude over>leveringen fteunende. Toen in vroegere eeuwen zekere Lady Godiva geen ander middel ovèrig' had om de Burgeren van Coventry, die zy be-gunftigde, van eene zwaars belasting te onchefr fen dan naakt door de Stad te paard te ryden : (eene voorwaarde die haar door een' tyranriek en grillig Gemaal was opgelegd; hadden alle de Burgers , uit erkentenis, de discretie het oog van haare ten toon gefpreide bevalligheden af te wen4'n. Een Kleeremaaker, Thomas geheeteswas alleen onbefchaamd genoeg zich hier van uit te. zonderen. Ik weet niet welke ftraf hem daar. voor is te beurt gevallen: doch een zotte houten figuur, die men Peeping Tom ( a ) noemt, ligt nog uit dat zelfde venfter, uit welk de wczentlyke Thomas den zonderlingen rit van Lady Godiva begluurde. •< • • . Wa- O) Men heeft ook eene Comoedie of Klucht van dien naam, die aan deeze zelfde Gèfchiedenis zo ik my niet bedrieg, haaren oorfprong verfchuldigd is. V5  §f4 E NGELAND Warwick is klein , doch ligt in muuren erf poorten, 't geen in Engeland een zeldfaarnheid is. Zy heeft niet meer dan een paar hoofdftraaten. Van de Gebouwen heb ik op zyn tyd gewag gemaakt. Van Oxford valt, na 't geen ik van de üniverfiteit, deGollegien en Gebouwen gezegd heb, ais Stad hier weinig aan te merken. Er zyn fiechts 2 a 3 hoofdftraaten: doch deeze zeer breed, lang en elkander doorkruisfende; de particuliere Huizen zyn langs dezelven redelyk goed, doch aan een ander gedeelte der Stad armoedig en flecht. Norwich is zeer uitgeftrekt, doch Hecht gebouwd en geftraat. De Marktplaats evenwel moet hier van uitgezonderd worden; zy gaat in de lengte Berg op. Het Kafteel is zeer oud, en ftaat op eene hoogte die de Stad overziet. Vier fterke muuren omringen er het binnenfte Plein , en men bewaart er Gevangenen. De Stad telt 35 Parochiën in haaxen omkring. Het Hospitaal, 't welk voor geheel Norfolk dient en de gedaante van eeh H. heeft, is een goed Gebouw. Buiten de Stad is een openbaare wandeling aangelegd, die de Wildernesf heet,- zy beftaat uit een Bosch van Evergreens tegen een' ftylen Berg aanhangende, met een' zeer hoogen Toren er in, en eene Zaal van Gezelfchap. Bury is een zeer nette Plaats met fraaje Hui-zen, 2 Marktpiaatfen en een Voetpad aan beidé zyden, der ftraaten. Lin-  BERDE HOOFDDEEL. 315 Lincoln ligt voor een gedeelte op een' zeer hooien Berg, voor een gedeelte aan den voet deszelven; de opgang is zeer ftyl; de Stad niet zonderling fchoon , doch met enkelde goede huizen ; de Vleesch-Hall beftaat uit een' vierkanten gang met nog eenen in 't midden, en loges aan beide zyden, in welke de Slagers naar hun Nommer zich zetten ; voor aan ziet men het Slagthuis, en vóór de gantfche Hal loopt een yzeren Hek, dat flechts op Marktdagen open ftaat. Het Kasteel is een oud hoog Gebouw op den Berg, met verfcheiden Torens aan de zyde; hier zyn de Gevankenisfen en worden de Asfizes gehouden. Men..vindt hier veele overblyffels van Romeinsch metfelwerk aan de muuren en zelfs eene geheele Poort, door dit veroverend; Vólk gefticht. D E  31* SCHOTLAND. Van het Zuidelyke ga ik tot het Noordelyke gedeelte van Groot -Britannien over. Hier zal ik kortelyk, al reizende, een Koninkryk fchetfendat fchoon met Engeland door de naauwfle banden vereenigd, in tallooze opzichten echter van hetzelve verfchilt; dat, van die Zusterlyke Natie vërongelykt en veracht, alles in 't werk Helt om zich aan een' hoon, zoo onbetaamelyk als weinig verdiend, te ontworflelen ,• en dat in toeneemenden bloei het naar evenredigheid nog Van zyne onderdrukkeren wint, hoe zeer ook deeze door natuur en door regeering beide oneindig meer mogen begunfligd zyn. Wanneer men van de Ierfche zyde in Schotland aankomt, heeft men een' tocht van omtrent 3 uuren gaans over Zee af te leggen. Men fcheept Zich te Donaghadee in, en de Schotfche Haven daar men aan Land flapt wordt Port Patrick genoemd De gantfche Kust, zoo ver men ze overzien kan, isklippig, en de Vaartuigen, diêzich voor dit weinig beduidend Plaatsje legeren, moe. ten  SCHOTLAND. gl? ten in een' inham fchuilen die tusfchen 2 groote Rotfen uitgehold is. De Weg van hier naar Glasgow, dien men ten minden voor de eerfte helft zeer middelmaatig van Post-paarden voorzien heefc, loopt eerst dwars door een Schier-Eiland overklompen van barre Bergen naar Stranrawer, en dan tot Girvan toe byna beftendig langs de Kust. De Steedjes onderweegs beduiden weinig, doch zy voegen zoo wel als de bewooners by de kenmerken van 'armoede die van ordentelykheid; de weg is op de ééne plaats beter dan op de andere, doch de Landftreek ten hoogften belangryk. Men is eerst verplicht een onaangenaame anderhalf uuren te doorzwelgen, door dien men na 't verlaaten van Stanrawer niets als .de Zee aan zyne linker en ruwe bergen en Rotfen aan zyne rechterhand ontdekt: dan, nu verandert het tooneel; men beklimt den Berg langs een' Weg, met zeer veel moeite en kosten fchier boven de Zee geformeerd, en op verfcheiden Plaatfen, gelyk ik te vooren dien van Wallis befchreeven heb, uit de Rots gehouwen. Een Zeeboezem en de Ierfche Zee zelve vertoont zich nu ver beneden in de diepte. Men verlaat dit gezicht voor eenigen tyd en ftaat een eng Dal in, tusfchen 2 hooge ketenen van Bergen door welk een Riviertje heen ftroomc; eindelyk beklimt men weder eene verhevenheid , en de Zee vertoont zich op nieuw; men verliest ze nu niet meer uit het oog, en rydt fomtyds over een' zeer zandigen, fomtyds zeer fteenachtigen weg4  $T% S C H O T L A N D. Weg, dan in de laagte dan over ysfelyke Bergen, langs eene Kust, die door de zonderlinge gedaante zoo wel als ligging haarer fleenen en klippen de fchrikkelykfte omwentelingen , verwoestingen en verbryfelingen in voorige Eeuwen verraadt. Wen vindt hier fteenen van de fchoonfte Verwen, en onder dezelven zeer vee] Graniet , cn zoo ik my niet bedriege ook Porphyr. Veele mylen ver in Zee vertoont zich langs een groot gedeelte van dien weg het Eiland Ailfa, een Rots van eene -myle hoog en van 3 in den omtrek, vol Wild en om deeze reden verhuurd voor 15 Pond Sterling 's jaars, voor 't overige niet bewoond, en zelfs gevaarlyk te beklimmen. Voorby Girvan verliest men de Zee uit het oog, en vruchtbaare, bevolkte Dalen beginnen de plaats in te neemen van de barre Streeken, die men te vooren wordt doorgevoerd. Ayr is een redelyk uitgeftrekt neeringryk Plaatsje met eene Haven. Ivilmarnock, dat daarop volgt, hecht gebouwd , doch bloeiend door verfcheiden Fabrieken, inzonderheid die van Schetfche Vloertapyten. In de Voorftad ziet men alle Huisjes, voor de Arbeiders in de Manufacluuren beftemd, van dezelfde grootte en hoogte naast eikanderen ftaan. De Bouwaart in de kleine Schotfcfie Steden is van de geen die tin' Engeland gebruikelyk is zeer onderfcheiden ; de Huizen zyn 'meest alle van vierkante blokken van vry ruwen fteen gemetfeld, hebben zeer kleine venfters en niets minder  SCHOTE AND 319 Ider dan het aanzien van vrolykheid O); deftraajjted voor een groot gedeelte nauw en dicht bejtimmerd. Doch Glasgow, een der fraaifte Stelden niet alleen in Groot-Brittannien maar zelfs in Europa, onderfcheidt zich grootelyks van de andere plaatsjes in dit gedeelte van het Koninkryk. Dan, eer ik van dezelve eenige berichten mededeel , zal ik kortelyk nog iets van de route die van hier naar Carlisle in Engeland brengt, en die ik op myne eerfte reize gedaan heb, ter neer ftellen. Het eerfte en voornaamfte voorwerp van op. lettenheid dat zich op dezelve aanbiedt is Hamiiton, het Eigendom van den Hertog van dien naam in geen onaangenaam Dal gelegen. Het Kafteel beftaat uit een Corps de Logis en 2 uitfteekcnde vleuge. len en bevat eene zeer groote Zaal, eenige vry elegante Kamers, doch voor al eene allerfchoonfte en aanmerkelykfte verzameling van Schilderyen. Het geheele Gebouw is er mede vervuld, en men vindt er weinig flechte ftukken ondereen der heerlykfte, dat Rubbens tot meester heeft, ftelt (a) Naar de kant van Edinburg komt hier nog ie gewoonte by van in alle Huizen daar iets vertocht wordt, vooral by Bakkers en in Kroegen, de onderfte verdieping van buiten wit of geel te verwen, en daarop In half kenbaare gedaantens de Waaren voorteftellen, die men zynen klanten tekoop biedc.  • pao SCHOTLAN& ftelt Daniël in den Leeuwen kuil voor; de figuuren zyn omtrent levensgrootte; de Propheet is in 't emftigltovanhet Gebed verbeeld, terwyl de Leeuwen herri van alle zyden aangrimmen. De. Laniftrëék tusfchen Lanérk, dat niet ver var; éit Hatriilton af ligt, en Moffat is zoo bar en woest als trien ze zich verbeelden kan. Onbebouwde Pergen, die niets als wat Schaapen - weiSe opleveren, ongebaande Wegen, geen Dorpen, óiaaf flechts hiér en daar een Hut, door den Inwooner zeiven van eenige fteenen en wac zoodeh opgericht, half naakte Menfchen j die met een foort van falie het lyf en hoofd tegen den regen of tegen de koude befchermen: alles ver'èenigt zich hier om den Reiziger met een foort van droefgeestigheid te vervullen, gelyk het hem koodigt om zyne voorrechten van lagcbenderGewesten en gezeegender, welvaarender toeftand óp grooteren prys te ftellen. Voorby Moffat, geeri onaardig klein Steedje met eene mineraale bron in-de .buurt voorzien, heldert de Landftreek wéder bp ën mèn wordt voorby eene menigté Akkers gevoerd, die met Haver bezaaid zyn» Dumfries is een vry groote Plaats-met eenig© gpede Huizen, en Annan, de laatfte Stad van Schotland aan deeze zyde. Een Riviertje, dat zich in de Solway - Firth ontlast en over welk een lange Brug loopt, maakt niet ver van.daar de fcheiding tusfchen dit .Konmkrvk ep Engeland uit; Doch ik keer tot Glasgow te rug. - Zy ligt in eene aangenaame Landsdouw,. ter réch-  SCHOTLAND; £2Ï .teenter,.zyde van.de Clyde, eene Rivier die verfcheiden mylen hooger haaren oorfprong neemendc, na eenige merkwaardige Watervallen geformeerd te hebben, de Muuren van deeze Stad en yan Durnjbarton befproeir., en dan by Port Glasgow zich in een'Zeeboezem, the Firt.h of Clyde genaamd, en vervolgens in de Ierfche Zee gaat ontlasten. Twee Bruggen over deezen droom, die .hier reeds eene redelyke, breedtp bekomen heeft, geleed vereenigen Glasgow met een Dorpje aan de overzyde; ééne derzelven is van eene, allerfraaifte en elegantfte Bouwkunde: de Leuning van doorgehouwen werk, 't welk er dp gedaante van kant aan geeft ; de.boogen zeer bevallig, en tusfchen eiken boog. eene ronde opening, die door de geheele breedte door loopt, pe andere, hoewel minder fchoon, is echter lang riet yerwerpelyk. . Paralel met de Rivier loopt de Hoofdllraat yan Glasgow die'den naam van Argyle Street draagt.; zy.is lang, breed en prachtig, met fchoone Huizen voorzien, waar van elk 3 of 4 verdiepingen heeft, iedere van welke wederom afzonderlyk begaan en bewoond wordt 5 op eenige plaatfen hebben deeze Huizen Arcades, en de Straat hier en .daar een goed voetpad. De voornaamfte Gebouwen die op dezelve, uitkomen zyn: de Beurs., niets anders dan een zeer breede Gallerei onder een fraai Gebouw, by wyze vanlToKtfnef gelyk het ook daarna genoemd wordt), door e.ene Sociëteit opgericht, 't geen tot Logement, Asfembléen en een CofF huis beftemd is; de VerX trek-  321 SCHO TLAND. trekken zyn net doch niet prachtig; deCoffy- zaal is de fraaifte van allen en in een' zeer goeden fmaak getimmerd en vercierd. Naast dit Gebouw ftaat op den hoek de Gevankenis, welke tevens tot een Raad - huis verftrekt; zy is zeer hoog en heeft vlak vóór zich eene Statue te paard van Willem III, doch die niet in 't midden, maar ter zyde van de ftraat geplaatst zynde geene gelukkige uitwerking doet. Uit de Argyle -ftreet loopen verfcheiden ftraaten meest alle lynrecht naar beide kanten ; die van het Collegie doorkruist ze geheel, en is insgelyks van eene aanmerkelyke lengte; naar de tegenovergeftelde|zyde van de Rivier loopt zy vry ver heen en naar de hoogte toe, gelyk alle de ftraaten naar die kant Berg opgaan; de andere zyn kleiner: fommige daar van byna geheel nieuw, en deeze bevatten allerlieffte Huizen, alle van dien fchooncn witachtigen fteen, die in de buurt van Glasgow wordt uitgedolven en waar van de gantfche Stad gebouwd is, en byna alle in denzelfden fmaak: na3 • mentlyk dubbelde Huizen ieder van het nabuurige door eene enge Poort afgefcheiden en dus op zich zelve ftaande; fommige hebben aardige Decoratien en Vaafen van boven; op andere;plaatfen vindc men wederom verfcheiden Huizen, die te famen één groot Gebouw'fchynen uit te maaken; weder elders Huizen die tot een gezichts - einder eener ftraat móetqn ftrekken. Van de ftraaten die naar de Rivier toe gekeerd zyn loopfen er 2 op beide de Bruggen aan} en een tegen eene Kerk met een'  SCHOTLAND. 32^ pen' zeer luchtigen fpitfen toren. De Kerk van St. Andreas ligt ook niet ver van de Clyde, op een uitgeftrekt Veld, dat'door een groot en fraai hek wordt afgeflooten; het Gebouw is langwerpig, met eene fchoone Colomnade eenige trappen hoog van vooren, en een' heerlyken toren er boven op. Van binnen zyn de vercierfelen wat menigvuldig; de Predikftoel ftaat over den Hoofd-ingang, en een Gallerei loopt langs de Muuren rond. Altaaren duit de Presbyteriaanfche Godsdienst , die in Schotland de heerfchende is, in de Kerken zoo weinig als Orgels. De andere gewyde Gebouwen te Glasgow, en inzonderheid de Hoofdkerk, gelykenen meer naar Stallen dan naar Vergaderplaatfen van dien aart, en fommige zyn zelfs in 2 of 3 verdeelingen, ook onderaardfche, geplitst. Dit zelfde gebruik, zoo wel als de fchandelyke geftalteder meeste oude Kerken» vindt men byna gantsch Schotland door, gelyk mede de gewoonte van in den Morgen-Godsdienst twee Leerredenen achter elkander af te preeken 9 't geen door denzelfden Leeraar, flechts met gezang en gebed tusfchen beiden als .in éénen adem gefchiedt; de eerfte deezer Leerredenen draagt ëigentlyk den naam van LeElures, is eene zaakelyke verklaaring van eenige op eenvolgende Ver» fen van de H. Schrift en heeft vooral het nut; van de minkundigen tot doel; de andere is de eigentlyke Predicatieen beftaat meer uit het betoog eener waarheid uit een' text getrokken; iommige zelfs behandelen op deeze wyze denzelf-, X 2 den  024 SCHOTLAND, den text tweemaal; andere wederom behandelen1 in de LeStures de eerfte Verfen die zy voorgeleezen hebben, en in de preek eenige volgende volkomen in denzelfden trant: doch hier en daar begint deeze zonderlinge gewoonte in 't geheel in onbruik te genaken. Voorts Joopt er te Glasgow een goede Kaai langs de Rivier; een Hospitaal ftaat mede hier omtrent en aan de oostelyke zyde gaat een wandeling deels langs de Clyde, deels rondom een uitgeftrekt Veld. (Wat de üniverfiteit in deeze Stad betreft, zoo is dezelve niet op de wyze der Engelfche, maar omtrent op die der Duitfche en Nederlandfche ingericht. Men fchathet aantal der Studenten omtrent op 500. Zy hebben geen byzondere kleeding en leeven door de Stad verfpreid: doch de Profesforen, welker getal 13 is, woonen famen met hun Hoofd, wiens post niet dan met den dood een einde neerik, in middelmaatige Huizen in het Collegie. Dit Gebouw, naar den Gothiquen trant opgericht, heeft verfcheiden Basfecours en een' uitgeftrekten tuin van achteren. De Bibliotheek'beftaat uit eene langwerpige Zaal met eene rondioopende Gallerei van boven. Beide de reizen dat ik dezelve bezichtigde heb ik het ongeluk getroffen, dat er nog Bibliothecaris nog fleutels om de kasfen, die de Boeken bevatten, te openen by de hand waren. Ik konde echter door de traliën heen ontdekken, dat er kostbaare Werken bewaard worden: doch zy ftaan alle geplaatst naar de order der grootte en dus volkomen door elkander:  SCHOTLAND. der: een Catalogus, naar 't A. B. gerangfchikt, wyst evenwel dékas en plank aan, waar aan ieder Boek zyn vast verblyf is aangeweezen. Onder de Bibliotheek bewaart men in een hok eenige zeer gaave Romeinfche Altaaren en Opfchriften, niet Ver van deeze Stad gevonden , terwyl de beroemde Muur van Keizer Hadrianus, die Schotland in de dwarfte doorfneed, en van de Firih of Forth tot de Firth o/Clyde liep, omtrent te Glasgow t'huis kwam. Wel eer placht men op het Collegie ook eene verzameling Schilderyen , ten gebruik eener Schilder - Academie te bewaaren, doch, zo ik my niet bedriege, is deeze zedert eenige jaaren verdweenen. De Profesforen aan deeze üniverfiteit hebben zich altyd door hunne kundigheden beroemd gemaakt, en ook tegenwoordig bevinden er zich vermaarde Mannen onder hunne orde. Nog onlangs heeft de gryze Dr. Rcid, Profesfor in de Wysbegeerte, door zyn Werk over the intellethial povers of man aan Glasgow cn aan zyn Vaderland eer aangedaan. De Drukkery, die hier altyd zulke fchoon geconditioneerde Werken geleverd heeft, ftaat nog niet'ftil; onlangs zyn de Gedichten van Pope er in 3 Deelen in Folio met zeer veel Typographifche pracht uit te voorfchyn gekomen;; en op deeze wyze is men voorneemens ook met de andere Engelfche Dichters voort te gaan, 't geen eene verzameling van omtrent 50 Folianten zal uïtmaaken: eene ónderneeming evenwel waar in de nuttigheid, zoo 't my toefchynt, wat al te veel Voor de Oftehtatie LX 3 ' móet  32fj SCHOTLAND. moet wyfcen. In alle» opzichte neemt de Stad onbegrypelyk toe, en men bouwt er zoo fterk als aan de Engel fché Steden; het opzetten van bene nieuwe Wooning kost er flechts eene maatige fom. Men rekent hier thans over de 40,000 Inwooners. Fabrieken zyn er in menigte opgericht , vooral, indien men Glas en Vloertapyten uitzondert, die tot de kleeding behooren, Katoen-waaren, Neteldoek enz.; gelyk ook het naburig Stedeke Paisley, dat ik verzuimd heb te bezichtigen, alleen van dergelyke Manufafl:uurens jnzonderheid van het Gaas dat men er vervaardigt, beftaat en een' bloeienden welvaart geniet. Slechts kleine Schepen kunnen tot de laagfte Brug van Glasgow de Rivier opzeilen: doch de groote moeten alle aan den mond derClyde te Port-Glasgow blyven liggen. De handel van hier op Noord-America is fterk. Des Winters is er geduurende een maand of 3 Comoedie, 't geen evenwel flechts federt weinige jaaren plaats heeft; te vooren zoude het gemeen het volftrekt niet geduld hebben; en of het toen niet wyzer was dan nu, toen het eene Stad, die alleen uit Negotie en Manufactuuren beftaat,.en die aan de Weetenfchappen gewyd is, van de disfipatie der Schouwfpelen wilde afhouden, zal ik liefst aan de beflisfing van anderen overlaaten. In de kleeding ontdekt men te GlasgoW een zonderling mengfel van de" geen die in de Gebergtens en de geene die in de laagere gedeeltens van Schotland in zwang gaat, zelfs by dezelfde Perfoonen; zoo dat zy een ftuk van het ~ " ' \' - eene  SCHOTLAND. 32/ eene en het andere gewaad tevens aan hebben; men zal by voorbeeld een' Heer zien gekleed gaan gelyk hier te Lande, doch met een' korten mantel van eene geruite of andere ftof, die meer tot het gewaad der Vrouwen behoort. De Vrouwen onder het gemeen hebben hier gelyk byna gantsch Schotland door eene zeer eenvoudige kleeding, en eene witte muts op het hoofd; en de Meisjes draagen het Hair natuurlyk neer met flechts eene ronde kam van achteren, om het by elkander te honden. Veele, die nog al ordentelyk gekleed zyn, gaan zoo wel als meest alle Kinderen een groot gedeelte van 't jaar barrevoets ; en zulke die zich naar Engeland als Dienstmaagden begeeven, kunnen zich niet dan met de grootfte moeite aan fchoenen en kousfen gewennen. Niet ver boven deeze Stad begint die Masfa van Gebergtens die de Noordelyke en byna de grootfte helft van Schotland vervullen, en die onder den naam der Highlands of hooge Landftreeken bekend zyn; Hechts de gantfche Oostelyke Kust van dit gedeelte van Groot - Britannien is hier van uitgezonderd, fchoon het ook daar aan geene Bergen van eene tamelyke hoogte ont breekt. De Westelyke Kust daarentegen behoeft men flechts op eene Landkaart na te gaan, om zich van de ysfclvke Klippen die hier zich verheffen , en de fchokken die zy zelve weleer moet ondergaan hebben, te overtuigen. Men ziet, dat ze als eene zaag getakt, met geweld van andere ftreeken losgefcheurd is, X 4 en  3*8 SC HO TE. AN D* en waarfchynlyk met de Westelyke Eilanden en met Ierland één vast Land heeft uitgemaakt. - Wanneer men voorneemens'is de tour deézer Gebergtens te doen, is men verplicht hier toé éen week of 6 te beftemmen, en Voor al dien tyd Rytuig en Paarden af te huuren; dewyl men hooi gér dan Glasgow geen Postpaarden meer aantreft;de Wegen in 't tegendeel zyn er voor een gróót gedeelte red'elyk goed, waar toe de oproer der Berg - Schotten: van 174.J. aanleiding gégeeveiï heeft, en voor draagchelyke Herbergen heeft men federt er insgelyks gezórgd. : De Weg van Glasgow naar Dumbarton loopt door welbebouwde Landftreeken. Men heeft dé Glyde fteeds aan zyne linkerhand, eerst van eené maatige, daarna van eeneaanmerkelyke breedte én fomtyds kronkelende. Dicht by Dumbarton ziet men reeds hooge Rotfen aan de rechter zyde, ch men komt door een Plaatsje , waar een Spyker» en andere Fabriquen zyn opgericht. ' • Dumbarton ligt aan eene kleine Rivier die zich in de Glyde ontlast, met eene Brug over dezelve, en is van eene Glasblaazery voorzien: doch het mcrkwaardigfte van déeze kleine Plaats is haar Kafteel, op eene groote geïfoleerde Rots gefticht, op dep hoek daar de 2 ftroomen in één Vloeijen; de Rots is omtrent 400 voet hoog, en verdeelt zich van boven in 2 fpitfen, waar van de eene, een weinig verhevener dan de andere ftechts kaale Klip en de wooning van Konynen isde tweede heeft Gras genoeg om 10 Schaapen te' fpy=  SCHOTLAND. 329 fpyzïgen. Tusfchen beide ziet men een Canonniers- huisje; hier en daar Haat een fchilderhuis'; de wooning van den Commandant is byna geheel beneden; er liggen hier 50 Man, die nimmer afgelost worden, 20 ftukken Canon, en zoo veel huisvesting als tot een Fort behoort; ook heeft men hier boven geen gebrek aan zoet Water. Met by de 2co trappen beklimt men eerst den laageren Berg; fommige derzei ven gaan tusfchen 2 hooge Muuren van Rotsfteen door, dien men :'n Annaas tyden met kruid heeft doen fprmgen; elke trap, zegt men beeft eene Guinea gekost. De Rots in haaren gantfehen omvang befchouwd is een van de ontfaggelykftc klompen üeen die rnen zien kan; het gezicht van boven is zeer uitlefttek't en vertoont de Zee , het Lomondfche Meir, de geheele Clyde met het andere Riviertje, Dumbarton en nog een paar Stedekens, en een aangenaamDai; de toegang tot hetFort is van achteren' door eenePoort, een weinig opwaarts geplaatst. Zoo dra men Dumbarton achter den rug heeft begint men' te klimmen, ên den grond der eigentlyk zoo genoemde Highlands te betreeden. Een paar mylen ver gekomen zynde, ontmoet men eene Fabriek van zeer veel aanbelang, die aan 3 Broederen Stirh'ng te Glasgow toebehoort. In dezelve wordt Linnen, Katoen en een mengfel van beiden, na dat het op het Land geweeven is, gebleekt, gedrukt en gevervvd. Omtrent 500 menfchen worden hier aan 't werk gehouden, onder welke fommige tot 36" ftuivers X y daags  33° SCHOTLAND. daags winnen; daarentegen zyn er ook verfcheiden Vrouwen en Kinderen by. Een groot Waterrad, 't welk, als het Beekje by vloeden fterk opzwelt, door eene fchroef kan verhoogd worden, beweegt eene meenigte andere raderen, waar van er eenige ftrekken om het Linnen dat gebleekt wordt door Hameren te doen kloppen, andere om het Linnen dat reeds gebleekt is, en zelfs voor een gedeelte geverwd of geftreept, over eene rol, van binnen met een gloeiend yzer voorzien , over te haaien en te droogen; andere wederom tot een ander gebruik. Het bleeken en verwen gefchiedt beide in groote ketels; dit laatfte eerst na het drukken; en deeze Operatie geeft zelfs eerst de rechte couleuren aan het patroon dat er door het drukken is opgebracht. Dit drukken vereischt de meeste handen; verfcheiden Zaaien zyn met niets anders als Lieden voorzien, die dit Werk verrichten. De patroonen verrieden 'den grootften fmaak juist niet; gedrukt zynde, moeten zy nog 't geen men noemt het pinfelen ondergaan, waar t,oe wederom een paar Zaaien met Meisjes beftemd zyn; zy vullen met een penfeel die plaatfen aan , die de Drukvorm niet heeft kunnen vatten. Tot enkele ftukken, by voorbeeld groote fpreien, worden veelerlei vormen en zeer bekwaame handen vereischt. Ook worden fommige ftukken met kooperen plaaten gedrukt, op dezelfde wyze die men omtrent prenten in acht neemt. Een paar Vertrekken zyn alleenlyk beftemd tot het by telen der houten vormen,  SCHOTLAND. 33Ï men en het graveeren der koperen plaaten. Onaangenaam is het flechts, dat het vnur, 't welk byna in alle de Kamers en Zaaien gebezigd wordt, gevoegd by den reuk der cbuleuren , door een' bynaondraagchelyken ftank het genoegen van hier alles na te gaan vermindert. Voorts liggen al de Velden in 't rond vol met gebleekt Linnen, en hebben op een' afftand de gedaante van befneeuwde Weilanden. Een weinig hooger dan deeze Fabriek ontdekt zich het begin van Loch -Lomond, een der Schilderachtigfte binnenlandfche Meiren dat men zich verbeelden kan. Het eerfte gezicht van de zyde daar het Riviertje, dat voorby Dumbarton loopt, er zyn'oorfprong uit neemt, vertoont dit Meir flechts als een' tamelyken Stroom: doch wel haast verbreedt het zig tot omtrent 6 of 7 mylen en biedt eene Group van 28 Eilanden aan, groot en klein, hoog en laag, bewasfchen en onbewasfchen en van verfchillende gedaantens; des Winters worden er eenige by opgezwollen Water onzichtbaar; zelden bevriest de Loch. Men rydt langs denzei ven aan de linker zyde, dan vlak er aan dan weder wat op een' afftand, althans zoo dat het Geboomte er het gezicht van verborgen houdt. Hier en daar ligt er een Buitenplaats by, waar van ééne op een Schier - eiland omtrent halverweeg , met een fraai Gebouw voorzien. Langs een groot gedeelte van den Weg vindt men het ichoonfte Plantfoen en de fleurigfte Boomen, die men zich zoude kunnen wenfchen: Lysterbesfen- boo=  33? SCHOT L AND. boomen onderandere van zulk eene hoogte en Omtrek als ik my nimmer kan herrinneren gezien 'te hebben; de Bergen aan de overzyde zyn insgelyks redelyk wel bewasfchen. Zoo dra men Lufs, eeri Dorpje omtrent een derde gedeelte van de lengte des Loc'hs, voorby gekomen is, begint het tooneel van gedaante te veranderen. Het Meir'vangt'weder aan zich Iangfaamerhand te verfmallen, en heeft op 't laatst niet veel meer dan de breedte van eene myl, fomtyds kronkelende en geheel zonder Eilanden; de weg die te vooïen effen was loopt nu over aanmerkelyke hoogtens, zop dat men den Lomond "dikwyls ter zyde in de diepte ziet liggen ; de Bergen aan beide kanten die hem hier influiten verheffen zich zeer, en de Ben-Lomond, een der hoogften in Schotland!, dien men reeds van den aanvangs des Meirs in 't oog heeft, fpreidt zyne wortelen aan dè overkant verfcheiden mylen lang uit, en verfchuilt zich van boven dikwyls achter de wolken. Indien de tyd my had toegelaaten deezen te beklimmen, en my het weder tevens begunftigd had !, zoude ik buiten twyffel een gezicht, dat door weinige geëvenaard wordt, genooten hebben Uitneemend fchoon is het reeds, wanneer men achter Lufs de Bergen die daar geplaatst ftaan geheel of gedeeltelyk opftapt, terwyl de grootfte helft van het Meir, met al deszeifs Eilanden zich dan als eene Landkaart vertoont. Ik vervolgde Loch- Lomond niet verder dan de Herberg Tarbet, die geheel alleen ligt, waarna  SCHOTLAND. 3£g fta het zich nog o mylen, fteeds (maller wordende , uitrtrekt, terwyl de gantfche lengte van het Meir omtrent 24 mylen bedraagen mag; te» gen 't eind loopt er een klein Riviertje dat van de Gebergtens afftroomt, in neer. Een nauwe ftraat van Bergen, met niet veel meer dan Schaapen - weide overdekt , brengt eerst van Tarbet naar het hoofd van Loch Long, een' langen nauwen Zee - arm, die met den Firth of Clyde gemeenfchap heeft, en na dit hoofd te hebben omgereeden, bevindt men zich wederom in eene dergelyke ftraat met een klein Riviertje aan de linker zyde; men klimt den gantfchen tyd; fomwylen loopt de weg tusfchen de punten van twee laagere Rotfen door, fomtyds zoo draaijend dat men nergens uitkomst fchynt te kunnen ontdekken, tot dat men eindelyk de hoogte der Bergen bereikt, tusfchen welken men zoo lang heeft heen gereeden ; het laatfte gedeelte is buitengewoon ftyl, en zo de Weg hier niet flingerende was aangelegd, zouden geen paarden in ftaat zyn een Rytuig den kruin naar boven te trekken. Op den top vindt men op een foört van fteen dit Opfchrift: Reft and be thankfüll: Rusten wees dankbaar; met den naam van 'c Regiment , 't welk deezen kostbaaren weg heeft aangelegd, en de jaargetallen van 1745. toen het gefchied, en 1768. toen het vernieuwd is. Meer dergelyke Opfchriften ontmoet men hier en daar in deeze ftreeken, alle met roem aan die Militairen gedenkende, die in den oproer van welken ik gefproken heb tot dit nuttig en kostbaar werk  334- SCHOTLAND, iverk der wegen gebruikt zyn. Uit aen klein Meirtje, 't welk de hoogte van deezerr^Berg bevat , ftroomt nu weder naar de andere zyde een Riviertje in de laagte, dat zich irt Loch Fine gaat ontlasten. Een driefprong van Dalen zinkt insgelyks van dit hooge middelpunt neer: het eene gaat naar Tarbet, het andere naar het Meir dat ik het laatfte noemd, en nóg een derde elders heen. Ik volgde het geen naar Loch Fine b-engt, en ondekte wel haast het hoofd van deezen Zeeboezem van dezelfde gedaante als Loch Long, dat is van een' breeden ftroóm tusfchen Bergen, die insgelyks met de Firth of Clyde gemeenfchap heeft. Tusfchen ^Tarbet en dit hoofd hadden zich weinig Wooningen , en dat nog flechts ellendige Hutten vertoond: doch hier begint alles weder meer de gedaante van welvaart aan' te heemen; de Oevers van het Loch zyn wel beplant, en men ziet zelfs aan het hoofd een foort van Buitenplaats. Voorts ligt hetzelve vol met Haringfchuitjes: eene Visfchery, waar voor dit Meir beroemd is. De Visfchers gaan dagelyks uit, en vangen, indien zy gelukkig zyn, tot 500 ftuks, die zy terftond aan wal brengen; de 10c? worden, zö ik wel onthouden heb, met een' ftuiver of 10 betaald. Men eet ze versch, 't zy gekookt of gebraaderi (want vari ze te zouten verftaat men hier nog weinig ) en het is ook in deezen ftaat èen fyne, lekkere , doch wat al te geile Visch. Eenige mylen van dit hoofd af en aan de rechter 2yde van het Meir kromt zich in de gedaante eener  SCHOTLAND.' 335 eener uitgeftrekte half ronde Kom een andere boezem, uit hooger op liggende Beekjes geboren, en met Loch Fine zich vermengende. Men noemt dezelve Loch Dow. Aan de overzyde van dit Water vertoont zich het Kafteel van den Hertog van Argyle, met alle de daartoe behoorende Gebouwen en de Stad Inverary. Schooner Amphitheatcr, dan 't geen de Bergen met bloeijend Geboomte en deeze voorwerpen van kunst vercierd hier vormen, kan men zich moeijelyfe verbeelden.' Men rydt hetzelve rond, eer men voor by het Kafteel tot de Stad kan genaaken; twee fraaije Bruggen, de ééne over de Rivier die van boven komt, de andere over een' ftroom, die midden door het Park des Hertogs loopt en zich insgeIyks in het Meir gaat ontladen, wordt men onder weegs overgebracht. Deeze zoo wel als de gantfche Stad zyn door dien Edelman gebouwd : want het oude Inverary lag veel nader by het Kafteel dan de tegenwoordige plaats van dien naam; zy is echter zeer klein, hoewel regulier aangelegd. Het Kafteel is een fchoon vierkant Gebouw, van boven met een' zeer dikken toren of liever koepel van dezelfde gedaante, en dieGothique venfters heeft, voorzien, gelyk mede met kleinere torentjes in de 4 hoeken ; de Offices loopen onder den grond. Van binnen treft men een uitgeftrekt Voorhuis aan , op welk de trap uitkomt , en 't welk zyn licht door de bovenfte koepel ontvangt; tusfchen de bovenkamers en.die koepel loopt een Gallerei in de rondte. De benedenver*  $$6 SCHOTLAND. vertrekken zyn groot en elegant, inzonderbejcf de Eetzaal met Arabesquen befchilderd, en de Zoldering van een nog onvoltooid Vertrek op dezelfde wyze met den uitgezochtften fmaak vercierd; bok verdienen hier .en daar eenige Schoorfteen: imantels van fraai Inlandsch Marmer en andere Ornamenten oplettenheid. Het Park en de Wandelingen loopen achter dit Slot op den rug van' ,2 Bergen naar de hoogte. De ééne is naar de zyde van riet Meir uitneemend ftyl , doch van jrchteren beklimt men hem gemakkelyk, zelfs met Rytuigen; boven op ftaat tot gezichtseinder een toren. De Rivier,, die tusfchen deezen en ded anderen Berg ftroomt, heeft eene fmalle vaart en. vormt eene menigte Cascades, doch die menlangfaam overglooijingen heeft heen gelejdt; geheel bo-, yen evenwel ftort een ryke en prachtige Waterval over Rotfen neder. Het Plantfoen is van allerlei Geboomte, inzonderheid Dennen en Lari'xen, mee zeer veel oordeel aangelegd, en het bloeiendfte', dat men zich kan uitdenken, waar toe de mem>vuldige regens die in 't Westen van Schotland, en inzonderheid in deeze Landftreek vallen, niet weinig toebrengen. Een uitgeftrekte Moestuin, de Stalfen, en aan de overzyde een Schuur, aan welkê men de gedaante van een oud Kafteel(ge-( geeven heeft, zyn de merkwaardigheden, die men onderweegs ontmoet.s Aan 't eene eind van 't Park treft men nog eene breede Laan _aap van ont-, faggelyk hoog Geboomte, en wanneer men aan deeze zyde wat verder naar boven gaat, vindt men  SCHOTLAND. 33/ men fpoedig wederom een éng Dal, of gelyk men het hier noemt eene Glin of klove , en ih hetzelve een Meir hoewel van geen zonderlingen omtrek. Tusfchcrt Inverary eri Ihvernesf is aan geen' Stad meer te denken, indien Inverary zelve dien riaam nog verdienen mocht. Mèn treft in deeze gantfche Landftrcek flechts Dorpen én enkele Huizen, behalven deKafteèleri eri Landgoederen van eenige Edelen aan. De weg vari de plaats die ik het laatfte noemde riaar de bezitting van den Graaf van BreadalbaHe aan het eind van Loch Tay loopt over Dalmaly, Tyndrum én Killin. Zoo lang men het Patk vari den Hèrtog van Argyle nog nevens zich heeft, behoudt men beftendig het frischfte Plantfoen ; daarna wordt de Landsdouwe woester; men ryst zonder tusfchenpoozing, tot dat men ten laatften byna gelyk komt met de Bergen, tusfchen welken men heeft doorgereeden, en zich h&lf in de Wolken baadt; dan verandert weder het tooneel ten zynen vöordeele; de Landftreek wordt vrolyker; het binnenlandfche Meir, Loch Awe geheeten , met een Eilandtje hier en daar er in gezaaid, biedt zich met nog een ander Meir dat zich in de Awe ontlast den Reiziger aan; en hooge Rotfen aan de overzyde kaatfen de Gezichtsftraalen terug, en verzamelen ze fchier alle op het Meir en deszelfs lagchende zoomen. Aan 't eind van Loch Awe ftaat een vervallen Kafteel, en daarop volgt de breede en vruchtbaare Valleie van Dalmaly, die door een  338 SCHOTLAND. Riviertje befproeid wordt, en waar Haver, Gerst, Bosch, Weide niet alleen voor Schaapen maar ook voor Koeijen gewillig voortkomen. Het Dorp is uitgeftrekt, doch de Huizen liggen verfpreid van elkander, gelyk men hetzelfde in de Zwitferfche Dalen ten opzicht der kleine Plaatsjes waarneemt , en de Hutten verraaden hier en daar eene droevige armoedigheid. Van hier naar Tyndrum klimt men nog fteeds in eene zeer barre ftraat van Bergen, en het Huis, waar men zich aldaar aangekomen zynde ververscht, wordt voor het hoogfte in Schotland gerekend; men daalt vervolgens door eene dergelyke en niet minder woeste ftraat, 'de Weg zelve Zeer fteenachtig en hobbelig zynde, tot dat men zich op eens wederom in eene ruimer en vrolyker Valleie gevoerd ziet, die op Loch Tay ten laatften uitkoomt en waar men, hoe meer men hetzelve nadert, beter Wooningen en meer dan één Heeren - huis ontdekt. Van Tyndrum af wordt men, gelyk in alle dergelyke ftreeken, beftendig door een Beekje verzeld, 't welk zelfs tusfchen beide een paar kleine Meirtjes en hier en daar aardige Watervallen vormt, dan zich byna tot eene Rivier verbreedt, en zyne Wateren aan de Tay vertrouwt. Doch eer het zich hier mede vermengt, ftort het zich pas eenige minuuten van het Meir in eene aaneenfchakeling van de fchoonfte Cascades over de Klippen heen, en zich daarop in 2 armen fplitfende, fluit het een hoog, lang en fmal Eiland, met een Dennebosch tgs hetzelve, in. Het agterfte gedeelte van dit Eiland  S CHOTLAND. 339. land bevat de Begraafplaats van het in Schotland bekende gedacht van.Macnap, met 4 Muuren omringd; inwendig en rondsom ziet men eenige Tombes. Het geheele heeft iets zeer fchilderachtigs, en brengt onwillig het graf van Rousfeau op Ermenonvillé te binnen. Killiri een aardig Dorpje, ligt zoo goed als vlak aan het Meir, tusfchen den Aroom van welken ik zoo even fprak en een ander Riviertje dat zich uit een nabuurig Dal kronkelende in hetzelve gaat werpen. Loch Tay heeft omtrent 14 mylen lengte op eene breedte van 2, en loopt, op éénen weinig beduidenden elleboog na, redelyk recht; zyne diepte ; is door elkander van 70 Vademen, op enkele plaatfen, inzonderheid naar de zyde van Killin, wel van i 100; het bevriest byna nimmer; de Oevers ryj zen aan beide zyden hoog op, en zyn voortreffeI lyk bebouwd; behalven zeer veel Bosch tegen t I eind, ziet men 'er Akkers met Koorn, fchier tot op de toppen der Eergen. De Weg loopt beAendig aan de linkerzyde langs dit Meir. Het einde van hetzelve genaderd zynde, ontdekt men er een klein Eilandtje in, eene fraaije Brug over de Rivier Tay die uit den Loch geboren wordt, de Kerk van Kenmore op eene hoogte aan de overzvde vlak aan het Water, met eene fraaije Pastorie wat verder op, en leindelyk te Huisies van dit "Dorp zelve. Vlak hier aan ligt Taymouth,hetgoed van den Graaf van Breadalbane. Het Kafteel, 't welk omtrent t{ myl van het Dorp af Aaat, is behalven twee nieuwe vlo*  34° SCHOTLAND. gels die men er heeft aangetimmerd een ouwerwetschGebouw, inde tyden der hervorming opgericht, met eenige zonderlinge en zelfs indecente Figuuren tot fpot der Monniken in den gevel. Van binnen is niets merkwaardig als eenige goede Schilderyen, en daar onder een paar van Guercino in ééne der Zaaien. In den omtrek van het Gebouw vindt men behalven de Offices , eene Bakkery , Brouwery , Smids-, Timmermans-, Metfelaars-, Slachthuizen en dergelyke: want een Lord in deeze gedeeltens van het Koninkryk heeft fchier alles wat geen buitenlandfche voortbrengfels zyn van zich zeiven, en hangt van niemand af. Een zeer uitgeftrekt Park omringt het Gebouw, half met Muur-, half met Houtwerk ingeflooten; het Gras wordt er uitneemend onderhouden en er weiden omtrent ïjo Herten in. De Plaats ontbreekt het insgelyks aan geen uitgebreidheid ,• zy beftaat voovnaamenth k uit een Terras, dat de kronkelingen van de Tay vervolgt met een Bergje er aan, op welk een Tempeltje van Venus gebouwd is, en waar men naar 2 kanten en fchoon gezicnt geniet. Aan de overzyde der Rivier loopt ook een wandeling door een hangend Bosch, en een Gebouw van kunst vertoont zich in hetzelve; de Brug die hier heen leidt is .van 3 boogen en zwaar gemetfeld om aan het geweld der fnelvlietende ftroomen weerftand te kunnen bieden. Zonderling is het intusfchen, dat zoo weinig als Loch Tay bevriest, zoo weinig ook de Rivier van dien naam door het Ys bevangen  SCHOTLAND. 34I 1 gen wordt, hoe zeer een ander nabuurig Water, dat nog veel fterker drift heeft, dit nietjin ftaat is te ontwyken. De Bergen aan de zyde van 't Huis zyn mede met Bosch van allerlei foort overdekt. Doch boven heeft men eene opening gelaaten, daar een Muur die een Fort verbeeldt gemetfeld , en achter denzelven een paar Kamertjes gèbouwd zyn. Het gezicht van hier over het breede Dal, met de Tay die er door heen ftroomt, en op een gedeelte van het Meir is verrukkend. Eenige andere hier en daar verfpreide Salons beduiden weinig. Lord Breadalbane's goederen zyn zoo uitgeftrekt, dat hy tot de Westelyke Kust van Schotland toe beftendig op zyn' eigen grond kan voortreizen, en hem zelfs een der Westelyke Eilanden toebehoort. Men fchat de inkomften zyner bezittingen op L 15000. De bodem wordt in perceelen jaarlyks aan kleine Pachters verhuurd , waar van elk omtrent tusfchen de 12 en 16" Ponden opbrengt; de Schaapen blyven het geheele jaar door op de Bergen, die hun eene genoegfaame hoeveelheid van voedfel opleveren. Meest al het Hout, dat hier thans in de rondte langs en op de Bergen wascht, is door den Oom en Voorzaat van den tegenwoordigen Lord geplant, en neemt voortreffelyk op, doch boven al de Larix, de begunftigde Boom der Schotfche Gronden, en dien men er ook voorver den voordeeligften rekent; de Bergen hier om ftreeks, gelyk ook andere het gantfche Koninkryk worden door de beminnaaren der Jagd, toe Y 3 °p.  54* SCHOTLAND. 1 op de bovenfte toppen toe, van alle kanten bezocht , om het genoegen deelachtig te worden van den Moorfowl, die ook Groth geheeten wordt, te fchieten. Het faifoen begint tegen de helft van Augustus en duurt omtrent 4 Maanden; een goed Jaager kan er 30 op een' dag ter neer vellen ; fommige Lieden legeren zich verfcheiden dagen achter een in Tenten op de Bergen; andere neemen Kamers in eene Herberg of Wooning in de buurt; ik heb reeds te vooren van den prys, op welken dit foort van Wi:d met het grootfte recht gefteld wordt, gefproken. Van Taymouth brengt een alleraangenaamst Dal, met de bedendig neerdaalende Tay aan de linkerzyde, naar Dunkeld. De Gezichten tusfchen beide zyn fchoon, de Landftreek wel be^ böuwd, hier en daar een Hcercn - huis, veel Boeren - wooningen, en fomtyds op Heuyelrjes eenige opgerichte fteenen, waarfcfvjnlyk van een' hoogen Ouderdom. Behalven voorby eene menigte Plantfoen rydt men niet ver van Dunkeld door een Bosch in de gefchicdenis van Schotland vermaard. Dunkeld behoort den Hertog van Athol toe, ep Rotnanesquer ligging dan de Buitenplaats van dien Edelman alhier is het moeijelyk zich te verbeelden. De Tay giet zich in fterke Stroomen en eamelyk breed door een Dal, dat aan beide zyden' door hooge en niet ver van elkander afliggende Bergen beperkt wordt. Die aan de overzyde vap bet Dorp vormen een' halven cirkel ^ in de holte yan welken het Plantfoen, tegen Noordelyke Winden  SCHOTLAND. 343 den befchut, voornaamentlyk is aangelegd, fchoon het zich ook tot op den rug der buitenfte hoogtens uitftrekt. Van achteren fteeken deeze Bergen hunn' klippigen kruin, die echter niet geheel kaal L naar boven,- op ééne dier fpitfcn heeft men ruïnen gebouwd, doch te klein om op zulk eene hoogte uitwerking te doen. Men wordt op deeze Plaats eerst over een groen Terras langs de Tay gebracht,dat heerlyk bewasfchen is, en een hangend Bosch van hooge Dennen aan de linker zyde heeft; dan koomt men op een' ruimer weg voorby een foort van Tempel; men krygt het geheele Dorp in 'toog, 't welk tamelyk wel gebouwd is, en men wordt over eene Brug geleid, onder welke de Heercn - weg heen gaat; de ruïnen van de Oude Kerk, in het Choir van welk thans alleenlyk wordt dienst gedaan, verbergen zich byna achter Mösch en Geboomte waarmede zy bewasfchen zyn; in 't midden van een vrolyk Bowling-green ftaat het Kafteel, een goed vierkant doch niet zonderling merkwaardig Gebouw. Een uitgeftrekte Moestuin ligt achter hetzelve en hangt tegen den Berg aan. De plaatfing hier van is zoo gelukkig, dat de koude grond er tusfchen den 56 en57ft.cn graad vruchten, die anders zelfs in Engeland niet gaarne tieren willen, voortbrengt. Door een Bosch van dikke Dennen komt men eindelyk weer in de laagte aan de Rivier, De Gebouwen van kunst op deeze plaats willen anderfints weinig zeggen, en de. Cascade die de Tay vóór het Terras formeert, verdwynt tegen dien Y 4 heer-  344 SCHOTLAND. heerlyken Waterval, die van de Bergen aan de overzyde afftroomt. Hier heen geleidt wederom een aangenaam beplante wandeling , langs een 'Riviertje dat zich met de Tay vermengt, en dat oneindig fterker vaart heeft dan deeze. Men gaat in 't eerst zonder byna dat Water te zien, tusfchen Bosch en Rotfen, tot at men eene open plaats bereikt, door de natuur met groote klompen (leen bezaaid, doch ieder van welken om de woestheid van deeze Öort te verzachten, tot een foort van middelpunt van een Bloembed gebezigd is. Tegen 't eind ftaat een Salon, dat niets van deeze zyde dan een eenvoudig en open halfrond vertoont, met eene deur waarop de Oceaan gefchilderd is tegen 't eind: doch men is hier niet ingetreeden, of deeze deur wordt eensklaps weggetrokken; men ziet eene allerelegantfte Koepel vóór zich met Spiegels van boven, en tusfchen beiden Schilderwerk. De venfters over den ingang bieden nu vlak vóór zich, en op een' gepasten afftand den overgelykelyken val, dien ik bedoelde, aan ; de Rivier vertoont zich eerst een gantsch end verder aankomende en over fteenen heenrollende, totdat zy opeens tusfchen 4 groote klompen Rots, en dus in 3 fterke Stroomen de hoogte van omtrent 30 voeten neervalt, daarop van ter zyden door een' fmallen Gang, over welken men eene Brug gelegd heeft, zich verder in een ruim bed begeeft, en dan gelyk ik reeds gezegd heb in de Tay ten laatften neer komt. Uit het Sallon, dat op eene uiefteekende Rots ge-  schotland; 345 gedicht is, ziet men regelrecht in de hoite neder , die de Cascade ontvangt. De Spiegels in de Zoldering vertoonen het Water als in een' zwaaren rook naar boven wellende. Omtrent i© mylen hooger op bezit de Hertog van Atholeen ander landgoed , 't welk. hoe zeer van eene verfchillende natuur als Dunkeld , met het zelve in fchoonheid zou kunnen wedyveren. De naam van het Dorp is Blair , en van de vlak daar by gelegene buitenplaats Athol-houfe. De weg van het eene Goed naar 't andere loopt eerst" een' geruimen tyd aan de overzyde langs de Tay, en dan ftaat men ter rechter zyde eene niet zeer breede, maar uitneemend wel bebouwde valleie in, met eene ftroomende rivier in de diepte, waarvan de Tay de wateren ontvangt. De Hertog befteedt gemeenlyk het warmde van den zomer en eenige maanden van den Jagdtyd te Blair, daar hy het kager gelegene en tegen de koude beter beveiligde/ Dunkeld tot zyne winterrefidentie bewaart. Het Kadeel is onbegrypelyk uitgeftrekt , en placht te vooren zoo hoog te zyn, dat men noodig gevonden heeft er de 2 bovenfte verdiepingen af te werpen; daar en tegen is er aan de kanten weder aan getimmerd. Van binnen vindt men een paar groote zaaien, veel vertrekken, geen byzondere elegantie, en het geheele fchier een dooihof. In 't rond is het aan alle zyden byna volkomen open, daar het dal zeer breed en onbelemmerd is. De Plaats is groot en in verfchillende ftukken verdeeld: behalven den uitge- ï 5 ftrek.  346 SC HOTLAND. ftrekten moestuin, en wat eigentlyk gezegden pleafure-ground beftaat zy meest uit Dennen- en Larix-bosfchen. Eene wandeling loopt over een bergachtig pad, langs een' ftroom dien men telkens als een' afgrond naast zich heeft; een andere voert naar 2 heerlyke watervallen, waarvan men den eerften van eene aanmerkelyke hoogte en in een' breeden ftraal over natuurlyke trappen van rots in de laagte ziet nederftorten, terwyl de tweede, die flechts een arm des eerften is, na een' molen te hebben doen draaijen, uit een foort van boog lynrecht in 't zelfde water zich afgiet ; deeze, dien men uit eene Grotte van de overzyde befchouwt, is breeder , de andere hooger en natuarlyker: doch dien van Dunkeld zonde ik boven beide kiezen. Het is zonderling dat men byna op alle woeste plaatfen van Schotland by het omdelven van den grond wortels van denneboomen vindt, die bewyzen, dat in voorige eeuwen een groot gedeelte van het Koninkryk met bosfehen van dit hout is overdekt geweest; zulk een oud eerwaardig bosch vindt men nog in deszelfs Oostelyk gedeelte , langs de Zoomen der Spey 't welk federt kort door eenige Londonfche Speculateurs van den Hertog van Gordon dien het toebehoort voor omtrent 20 jaaren gepacht is; deeze verwerken het hout op de plaats zelve en fcheepen het dan in om naar Engeland vervoerd te worden. Doch anderfints was er nog geen 50 jaar geleeden byna geene Den ia Schotland aan te treffen, en 't is eerst federt dien  SCHOTLAND. 347 dien tyd, dat byna aile bezitters van uitgeftrekte goederen weder op nieuws begonnen hebben de gronden, die tot niets anders te gebruiken waren, met plantfoenen van dit nuttige gewasch te overdekken. Men ziet dus ook fchier overal jonger en ouder bosfchen van Dennen en Larix, en dagelyks vermeerdert nog derzelver getal. De Dennen worden in fviey op bedden gezaaid, en ander-half jaar daarna ter plaatle daar zy blyven moeten, flechts op den afftand van een' voetftap van elkander verplant. Met den Larix wacht men een jaar of ander - halfjaar langer. De plantagien en goederen van den Hertog van Athol zyn van de grootfte uitgeftrektheid, en de inkomften die hy daarvan geniet, worden mede omtrent op L 15000 gefchat. Zonderling is de plaatfing van een klein jagthuis, 't welk hy een myl of 6 van Blair heeft laaten oprichten. Men rydt er door eene fmalle kronkelende ftraat van bergen die nog al tamelyk gecultiveerd zyn, en hier en daar natuurlyke Cascades vertoonen, heen. Het gebouw zelve, dat weinig meer dan eene poort is, meteen' vleugel van een vertrek of 3 aan elke zyde, ftaat byna aan den ingang, dien het ook geheel vervult, van een allerfraaist dal, 't welk zich veele mylen ver uitftrekt; beneden groeit eenig gras, en de bergen aan de rechter zyde leveren wat fchaapenweide op ,• die aan de linkerkant zyn kaala rotfen ; beide reien zeer hoog en van boven geheel woest. De wildernis des Hertogs neemt hier haa-  348 SCHOTLAND. haaren aanvang, en is 80,000 Schotfche Acres of 50,000 Morgen Hollandsch groot. Aan 2 kanten wordt zy door zoo veel rivieren , die in elkander loopen , beperkt ; aan de 3de zyde ftootzytegen het landgoed van een' ander aan. Een paar duizend herten , vry als de lucht die zy inademen, en welke men rekent dat binnen weinig jaaren tot het dubbeld getal zullen aangroeijen, zyn met het wild gevogelte de eenigfte Inwooners deezer woeflyn. De Hertog, die verder Öp in deeze zelfde ftraat nog een ander jagthuis heeft, brengt fomtyds in beiden eenige dagen door om zich op die verlaatene hoogtens met het fchieten van deeze herten te vermaaken. De landftreek voorby Blair wordt woest, naaien onbewoond, fomtyds flechts afgewisfeld door een' waterval, een klein meir, en heiren van koeijen, die of op den weg naar beneden gedreeven worden, of hier en daar op de bergen weiden. De 2 eerfte herbergen daar men pleistert, zyn de eenigfte huizen die men ziet. Men vindt eindelyk den ruwften en akeligften klomp van bergen en rotfen dien men zich verbeelden kan, en een' fteenachtigen pas halfgemaakten weg. Een Dorpje en vervolgens een redelyk wel bebouwde valleye, door welke de Spey heenftroomt, en waarin men weer menfchen en wooningen ontdekt , doet voor een' tyd het onaangenaame der doorkruiste Woeftyne vergeeten: doch tusfchen de herberg Garvamore, de flechtfte van de gantfche ftreek, en het Fort Augustus is alles we. derom  SCHOTLAND. 349 derom zoo eenzaam en verlaaten, dat men zich zonder moeite voor de eenigfte aardbewooners zou kunnen houden. Daarentegen heeft men op deeze Station eenen der hoogfte bergen van Schotland, Corriearock geheeten, te beklimmen en af te daalen. Men ryst reeds een' geruimen tyd eer men denzelven genaakt; !de opgang aan de ééne Len de neder gangaan de andere zyde beftaanfamenuit 21 of 22 flingeringen; alles is hier heide. Men zegt dat het gezicht van boven zoo uitgeftrekt is dat men er de Ooftelyke en Westelyke Zee te gelyker tyd onderfcheiden kan: doch de wolken waarmede het gantfche bovenfte gedeelte des bergs omringdwas, toen ik er overging, beroofden my van het genoegen dat het beheerfchen eener zoo ruime landftreek met het oog in ftaat is der ziele aan te bieden; en het zien vliegen van eenige Moorfowls was de eenigfte afwisfeling, die het klimmen en daalen door een' kouden mist my vergunde. Het Noordelijkfte gedeelte van Schotland is door eene linie, die van de linker naar de rechter zyde fchuins naar boven gaat , van het Zuidelyke afgefcheiden. Eene reeks van elkander op. volgende lange en fmalle meiren heeft de natuur beftemd om deeze zonderlinge linie te vormen. De Staatkunde heeft dien wenk gevolgd , en om in tyden van oproer den boven-Schotten de gemeenlchap met de beneden-Schotten af te fnyden, heeft zy in 1745 op de landengtens, die zich tusfchen deeze meiren vertoonen, drie Forten aangelegd: Fort William, Fort Augustus en Fort  35° SCHOTLAND. Fort George; het eerde heb ik niet gezien, en van het laatde zal ik zoo even moeten fpreeken. Fort Augustus ligt aan het hoofd van Loch Nefs, tusfchen een paar riviertjes die in denzelven ftroomen, en waarvan de ééne, uit een vroeger meirtje omtrent 3 mylen hooger geboren, door een dal hier heen komt vlieten. Dit Fort is flechts gering en bevat behalven eenige Invalides thans niet veel meer dan 25 man. Aangenaam is de weg, die van hier lang de Nesf naar de Stad Invernesf heenvoert. Dit Meir dat nimmer bevriest heeft eene lengte van 26 mylen tegen eene byna overal gelyke breedte van omtrent ander - half, en wordt tusfchen 2 ysfelyke reien rotfen ingeflooten. Men beklimt terdond de rechter rei derzelven, overziet dan uit de hoogte het Fort en een gedeelte van deezen plas, doch verliest wel haast den Loch uit het oog. De ftreek hier boven is uitneemend wel bebouwd en bewasfchen; men wordt voorby een paar kleine kommen geleidt en daarna in het midden van berkenbosfehen geduurig langs een riviertje, 'twelk fterk ftroomt, eene roodachtige couleur heeft daar het over een' koperachtigen grond loopt, en dan na verfcheiden kleine Cascades de vermaarde Falh of Fire formeert. Deeze watervallen zyn 2 in getal, en flechts eenige minuuteh van elkander verwyderd. De eerfte heeft omtrent de helft der hoogte van den tweeden. Men beziet hem van éene brug, die er vlak tegen over geplaatst is. Het water komt van ter zyde in een  SCHOTLAND. 351 een rond basfin van rotfen, ea ftort van daar met een' ysfelyken ftroom en breedte naar om laag. De volgende, dien het my fpyt flechts van boven aanfchouwd te hebben, heeft ten minften een' lynrechten val van 200 voet. Het gedruisch van het water, het welk geheel als fchuim beneden komt, en de dikte van den ftraal heeft iets ontzagverwekkends dat men gevoelen maar niet befchryven kan. De couleur van het vocht, heeft hen de watervallen van vuur doen noemen. Kort voorby dezelven bevindt men zich weder aan de oevers van het Meir; men rydt daarna beftendig langs het zelve, doch over een' weg, die uit de rotfen is uitgehouwen, en byna over het water hangt, op fommige plaatfen zelfs zeer bergachtig en gevaarlyk, anderflnts ten hoogften belangryk en aangenaam belommerd. Aan het eind van 't Meir loopt de Rivier Nefs nog omtrent zes mylen, tot dat ze zich by Invernefs in de zee ontlast; deeze Rivier is hier tamelyk breed, en kronkelt door een groen en vruchtbaar dal; een paar buitenplaatfen en veel jong plantfoen zya langs de zoomen derzelve aangelegd. Met Invernefs eindigen aan deeze zyde de Highlands. Men heeft reeds uit bet geen ik tot nu toe daaromtrent heb medegedeeld kunnen opmaaken, dat deeze uitgeftrekte landftreek nog voor een groot gedeelte woest, klippig, maatig bevolkt en ilecht bebouwd is; dat hier en daar evenwel de bloeijendfte dalen deeze dorheid op eene aan* genaame wyze afwisfelen, en dat de bezitters van  3S2 SCHOTLA ND. van den grond met elkander wedyveren, om ook aan plekken, die door de natuur minder begunftigd fchynen, leven en wasdom te fchenken. De verfcheidenheid der Tooneelen, die het oog des reizigers gcduurig ontmoet, is wel aan alle bergachtige gewesten meerder of minder eigen: doch in een' hoogeren graad als het Noorden van Schotland dezelve aanbiedt vindt men ze nergens by één. De fchilderachtigfte Meiren, de volde watervallen, buitenplaatfen van de hoogfle fchoonheid in 't midden van landsdouwen daar men niets minder verwachten zoude, de zonderlingde ge-daance en ligging van fommige bergen of valleien, gezichten van een' onbeperkten omvang: alles brengt het zyne toe om de Highlands een belangryk voorwerp van oplettenheid voor een' vreemdeling te maaken., Met de Alpen zyn zekerlyk de Schotfche gebergtens in geene vergelyking te brengen, gelyk my ook de aaneenfchakeling derzelven van een' gantsch anderen aart is toegefcheenen; men vindt er echter onder, die eene tamel>ke verhevenheid hebben; by Fort William plaatst men den hoogden van allen; de fneeuw rust er eenige maanden in 't jaar op; gel\ k deeze zelfs den weg tusfchen Blair en Fort Augustus des winters onbruikbaar maakt. In den nacht tusfchen den 28 en 29 Augustus van het voorige jaar was er zelfs op de bergen in die 'flreek eenige fneeuw gevallen , doch die over dag weder verdween. Het climaat, gelyk reeds herrinnerd is, verfcheelt er veel van de ééne plaats  S C H O T L A N D. 353 plaats tot de andere, naar maate van laagte of befchuttirsg, en is in het Westen vooral door de onophoudelyke regens ten uiterfte vochtig. De In.vooners kunnen geen zonderlingen roem op fchoonheid draagen Onder de Mans, hoewel de meesten wel gemaakt, zyn, vindt men er veelen, yooral van tronie, -mager en.fchraal.. Men weet dat de kleeding der Bergfchotten in haare volkomenheid beftaat uit eene rond.e kap, een' mantel dieby goed weder bandeliers-wyze over de vest geflingerd doch by regen pmgeflagen wordt, een rondgaande fchootsvel dat boven de knieën eindigt , en kou fen die onder deeze beginnen en vastgebonden zyn, alles van .een foort van geruit goed van 2 couleuren, 't welk meest door hen zeiven wordt geweeven en toebereid; men ziet derhalven fteeds de bloote knieën, behalven dat zy tusfchen deeze en het middel van 't lyf niets draagen dat eenige fluiting geeft; men 70u(1e in een koud en vochtig Climaat eene zulke kleeding niet verwachten: doch de Inwooners worden er van jongs af aan toe gewend, en hét ontbreekt hun niet aan krachten om de ongemakken daarvan door te ftaan. Dit Bergfchotsch gewaad doet anders, geen onaangenaame uitwerking.,] inzonderheid hy de Militairen, welke in plaats van de rpnde kap. die niemand vleit, een' helm op het hoofd hebben. (a) De Vrouwen gaan omtrent r<0 Er zyn thans 4 Regimenten Bergfchotten iri Z M  354 SCHOTLAND. trent gekleed gelyk hier te lande. De bevalligheheden derzelven zyn flechts voor Bergfchotten gevaarlyk: haare grove trekken, haare oogen die door het nimmer draagen van een' hoed zich famentrekken als of zy onophoudelyk in de Zon zagen , eene taille en beenen die aan dit alles beantwoorden, verzekeren haar althans tegen de al te groote bewondering van vreemdelingen. De landtaal is in deeze gebergtens hetErfisch of Gaëlic; het wordt ermeergefproken dan het Engelsch, fchoon de meeste lieden ook deeze fpraake verftaan. Men predikt er des Sondags ééns in elke taal. Het Erfisch is een Dialect van het Celtisch, zoo wel als het Wallisfche en Ierfch. In 1783 heeft men het eerfte deel van 't Oude Testament er in Hitgegeeven;j3a dat het Nieuwe Testament reeds in 1767 vertaald was. Qa) De uitfpraak van het Gaëlic de Bïittifche Armée: doch zy liggen alle buiten het Eiland in Garnifoen; dan, eenige recruteerende Officiers, Verlofgangers en Recruuten vindt men van tyd tot tyd in hun Vaderland. (a) Tot eene proeve daarvan zal ik hier de 2 eerfte verfenvan Genefis plaatfen: San toifeack chruthaich Dia na neamhan agus an talamh. Agus bha'n talamk gun dealbh agus falamh; agus bha dorchadas air aghaidh na doimhne: agus bha Spforad &é d' gluqfai air agh&idhnati uisgeacis,  SCHOTLAND* $5$ Gaëlic is niet zeer aangenaam en verei cht veel hulp -van cfc keel. Op het Caracter der Bergfchotten valt niets te zeggen , en federt de demping van den Oproer van 1745 hebben zy zich ook in de openbaare zaaken als ftille en gehoorzaame onderdaanen gedraagen. Hunne hutten zyn ten uiterfte armoedig, meest van zoden, fomtyds van eenige ruwe op één gelegde fteenen gebouwd en met zode of heide overdekt, en vol rook: want men laat deezen flechts door deuren en venfteren en zelden door eene opening van boven uitgaan. Men flookt er turf, dien de veengronden alom in menigte opleveren. Het eenigfte brood dat hier byna gegeetén wordt z\ n haverkoeken: eene harde onverduwbaare kost, waar aan de in Schotland zoo heerfchende fchurft veel wordt toegefchreeven. Van deWMskey, een foort van fterken drank van Gerst geftookt, en wanneer men er niet aan gewoon is van een alleronaangenaamften fmaak en bedwelmend, maakt men een groot gebruik. Voorts kan men zich ligtélyk verbeelden, dat de aardappel geen gering gedeelte vormt van het voedfel deezer lieden. Het geld is er zeer goedkoop en de dagloonen gering; in herbergen rekent men byna nimmer meer dan een' fchelling per hoofd voor het eeten, waar vari het fchaapenvleeich, dat hier in zulk eene hoeveelheid op de Gebcrgtens valt, byna zonder uitzondering eenen fchotel vervult. Niets is in deeze gewesten nadeeliger voor de bevolking en de cultuur dan de onnatuurlyke uitgeftrektheid Z 2 vaö  356" SCHOTLAND, van de landgoederen van enkele' Edelen. 03 ingezetenen zyn Hechts hunne pachters en huurlingen , bezitten zeiven geen eigendom en worden nog daarenboven hier en daar rykelyk onderdrukt. Ook met de beste oogmerken bevindt zich zulk een machtig Lord buiten ftaat om alleen te onderneemen, 't geen door kleinere eigenaaren met gemak zoude kunnen verricht worden, vooral wanneer hen de bewustheid, dat geen andere het voordeel hunner vorderingen weg kan raapén, met yver bezielen zoude. Hoe verfchillend in dit opzicht van de Highlands dc Savooi fche gebergtens, waar de nyvere landman tot de toppen der hoogtens toe terrasfen op elkander heeft geftapeld, om den onvruchtbaaren harden bodem met geweld de voortbrengfels af te dwingen ! Na verfcheiden dagen achter één deeze weinig bewoonde ftreeken te hebben doorgereisd , wordt een Stad als Invernefs eene zeldfaamheid. Zy ligt, gelyk ik reeds gezegd heb, aan de Nefs daar deeze zich in eene zeer ruime kom , die met den Murray - Firth en met de Zee gemeenfehap heeft, ontlast. Zy beftaat voornaamentlyk uit 4 rechte ftraaten eri eene markt waar dezelven op uitkomen. Dc huizen, eenige weinige uitgezonderd, beduiden weinig; men fchat het getal dar lnwooners op o a io,ooo. Een groote nieuwe Êngelfche Kerk, en een kleinere oude Erfifche, in welken famen 3 Prédicanten dienst doen , Worden hier tot den Godsdienst gebezigd. Een Fabriek van [garen, waaraan omtrent 5000 zoo Vrou-  SCHOTLAND, g§7 -Vrouwen als Kinderen op het land fpinnen, en dat hier getwernd en yerder toebereid wordt, benevens een zeil-Fabriek, vervullen er 2 nieuwe gebouwen, en doen het plaatsje bloeijen. De brug, over de rivier gedicht, heeft eene gevankenis van onderen, in welke de misdaadigers door een luik worden neergelaaten; aan de overzyde beduiden de ftraaten weinig; wat verder af vertoont zich een zonderlinge, reguliere, en geheel geïfoleerde berg, dien men federt eenigen tyd beplant heeft. Langs het ftrand, en met een foort van vervallen Zeedyk, zoo 't fch .nt, ter zyde, wordt men van hier naar Fort George gebracht. Men heeft het aan 't eind van die landstong , die tusfchen de Firth of Murray en de kom van welke ik zoo even fprak zich uitrekt , gebouwd. De Zeeëngte bedraagt te deezer plaats fe flechts 2 tmlen. Het Fort is een zeskant, zeer regelmaatig verfterkt, en wel onderhouden, zoo dat het gras op de wallen er gelyk op eene buitenplaats gemaaid wordt; 74 ftukken Canon, van verfchillende grootte liggen op dezelven gerangfchikt, van onderen zyn ruime Cafematten. Voorts bevat dit Fort alle de gebouwen die er toe. vereischt worden, zelfs niet zonder pracht opgericht. De Soldaaten flaapen 2 aan 2 in Cafernen, en bekomen vuur en meel, doch moeten voor 't overige hunne fpys zeiven toebereiden. Buite» het Fort komen de Boeren, op eene kleine markt by elkander. om de Militairen van provifie te voorzien. De Officiers eeten famen in de Herberg. Z,3 |&  358 SCHOTLAND. Behalven de Invalides, die er altyd blyven en meest Vrouw en Kinderen hebben, ligt er fteeds één Regiment in, 't welk jaarlyks afgewisfeld wordt, en in tyd van oorlog gemeenlyk twee. Wanneer het Guarnifben volledig is bedraagt hun getal omtrent 500 man, en dat der Inwooners van het Fort famen genomen omtrent iooo: doch een groot gedeelte van 't Regiment is meest alt\d met verlof afweezend. De Kapellaan van het zelve neem tden dienst waar in de Kapel van het Fort. De Plaats-Majoor bewoont by de fchier geduurige afweezenheid van den Commandant, deszelfs wooning. Over 't algemeen zal men weinige Verfchansfingen vinden zoo fchoon en in haar foort zoo volkomen als deeze. De Weg van hier naar Banff, die langs de rechter Kust van den Murr&yfchen Zeeboezem heenloopt, geleidt door verfcheiden kleine Steedjes. Nairu verdient byna niet genoemd te worden. Na hetzelve verdwynt dè Bergfchotfche kleeding zoo goed als geheel, ten minften men ziet ze, gelyk ik insgelyks omtrent Glasgow heb aangemerkt, flechts by Fragmenten. Forbes ligt alleraangenaamst , wyst eenige goede Gebouwen op en beftaat hoofdzaakelyk uit ééne lange ftraat; even buiten de Stad ftaat ter zyde van den weg een oude ('een van omtrent 12 voet hoog, een paar voeten breed en éénen dik, door de Noormannen, zoo men meent, by gelegenheid eener overwinning opgericht. Van vooren ziet men in verfcheiden yerdeelingen eene menigte Figuuren op den  SCHOTLAND. 359 den neen gebeeldhouwd, inzonderheid menfchelyke zoo te voet als te paard, behalven losfe paarden. Van achteren en ter zyde ontdekt men niets dan krulwerk. Elgin bevat in zynen omtrek en op geen grooten afftand de overblyffelen van eenige oude Geestelyke Gedichten. Twee derzelven zyn Abdyen geweest, waarvan de ééne vooral wegens haare volkomenheid nog zeer merkwaardig is. De Muuren van Kerk en Klooster zyn nog byna volmaakt in weezen, van het laatfte althans nog de onderfte Verdieping. Aan de Kerk ontbreekt fchier niets dan het Dak, en de Muuren leveren nog hielen daar de bewyzen van Schilderyen op. Zy fchynt serst kort voor de tyden der Reformatie gebouwd, rimmer geheel voltooid, en weinig jaaren na aaare ftichting tot haaren tegenwoordigen ftaat gebracht te zyn. De Cathedraal - kerk van Elyn zelve ftaat aan 't eene einde der Stad in nïnen. Zy is mede in de 16de Eeuw afgebrokm. In zynen bloei moet het een heerlyk Gebouw geweest zyn, en zoo is het nog heden in ;yn puin. 't Geen men er van Beeldhouwwerk ii overgebleeven ziet, de Ordonnantie van ven» Iers en dergelyken is uitneemend. De Muuren ftan nog geheel en in het Capittelhuis ontbreekt zéfs de Dame niet, die, gelyk gewoonlyk in ieezc Gebouwen, op éénen pyler rust, doch naar evenredigheid aan de Kerk in grootte niet is gelyk jeweest. De Familie der Hertogen van Gordon reeft by deeze ruïnen haare begraaffenis-Kapel-, ' Z 4 en  $6o SCHOTLAND/ en op het nieuwe Kerkhof in 't rond worden by- 1 na alle Ingezetenen der Stad ter aarde befteld, I Elgin heeft voornaamentlyk flechts eene ruime 1 Markt, waarop de Kerk en Stadhuis, die beide weinig beduiden j gefticht zyn; de Huizen evenwel hebben een tamelvk aanzien, en een paar Manufactuuren in de geboorte, van Bleekeryen naamentlyk-en van draad, kunnen met der tyd de Stad nog meer doen opkomen. Behalven ds Hoofdkerk wordt hier nog Dienst gedaan in een? Kapel-, in welke eenige Lieden uit hunne eigen beurs een' Presbyteriaanfchen Predikant naar hunnen fmaak betaalen, terwyl de Kroon, gemeen* ]yk op recommandatie van den Magiftraat, de ■ Predicanten tot de Hoofdkerk benoemt. . i Eer men te Fochabers komt, wordt men in el lendige Ponten de fterk ftroomende Spey overgr. zet. By dat kleine Plaatsje verheft zich Gordor. Casle,.de refidentie des Hertogs van dien naarr. Men houdt dit Kafteel voor' het grootfte v,n Groot - Bri tan uien. De lengte der Facade is vin tusfchen de 5 en 600 voet; het beftaat uit eéi \ Cor.ps - de - Logis en 2 vleugels ,' doch niet vai eene prachtige Architectuur; van achteren heet men met opzet nog den ouden Toren ovërgelaat/h ! en daar door veel van het andere bedorven. Vin binnen treft men meerder fchoonheden aan. Iet Voorhuis en de\ trap , beide met goede Copier j van Antique Statuen en Borstbeelden voorzien zyn van eene goede Ordonnantie. De Drawing room en- Dining-hall zyn beide fuperbe Zaaien, j mit<  SCHOTLAND. $61 met fchoone Plafons , goede Copien van vermaar-de Schilderyen en fraaije Ameublementen. Er wordt 'een nieuwe 'Drawing - room vervaardigd , waar van het Plafon reeds gereed is, in welk: ongemeen veel fmaak heerscht, en nog een andere in eenen der vleugelen , en Dórne, met het licht van boven. De Stallen en Offices zyn zeer goed. Het bouwen van dit Kafteel zegt men dat den Hertog niet ver van de Milliocn Hollandsch gekost heeft. Zyne Goederen , die door de geheele breedte van Schotland verfpreid liggen, brengen hem thans omtrent L 15000 a 16000 op, en deeze fom zou nog hooger loopen , indien de Boeren Vermogender waren om hunne pachten te betaa]en. Buitenplaats is er by dit Kafteel weinig by. Op Fochabers vo'gt een niet onaardig Steedje, Gullen genaamd 3 cn zoo goed als in hetzelve ligt Gullen - houfe het Kafteel van Lord Findlater. Het is op den rand van een' Eerg gebouwd, en terwyl men er dus vr.n vóorën de plein pied in. caat , ziet men uit de achtervenfteren in eene diepte, doch die wei beplant is, neder. Uit- en inwendig is het vry ouwerwetsch , eenige weinige veranderingen uitgezonderd, doch het bevat eene fchoone Bibliotheek. De Plaats is zeer uitgeftrekt, en ongemeen wel aangelegd; de ongelykheid van den bodem begunftigd dit. terwyl de meeste Plantfoenen er tegen den rug van een paar Bergen, tusfchen welken een riviertje doordroomt, aanhangen; behalven dat is er nog een aangenaame Pleafure - groimd en een wegens zyne grootte - ■ \ Z 5 aan-  %6l SCHOTLAND. aanmerkelyke Moestuin. Een prachtig Hek, 't welk de Hoofd - oprei van de Plaats zou moeten weezen, vertoont zich daar achter. De meer wilde Plantfoenen, tot Cullen-houfe behoorende, zyn verfcheiden mylen ver uitgeftrekt. Inzonderheid bezoekt men hier veel eene fchoone klove, door twee Bergen die men van verre ontdekt geformeerd. Het Goed zelve evenaart in grootte die van zoo veel andere Schotfche Lords, gelyk men de inkomften van Lord Findlater niet veel minder fchat dan die van den Hertog van Gordon; en het land, zegt men, zoude nog voor aanzienlyke verbeteringen vatbaar zyn. Van Fort George tot Elgin is de route vry eenvormig cn effen; de Zee vertoont zich meest altyd aan de linker en de oude Zeedyk aan de rechter zyde. Daar na wordt zy aangenaamer en beter bebouwd. Nog meer is zy dus tusfchen Fochabers en Banff, door haare bergachtigheid en de verfchillende tooneelen die zy aanbiedt: de Zee, Dcnnenbosfchen, Rotfen, eene goede Cultuur, eenige Dorpjes, en meer Menfchen dan men in de voorige ftreeken gewoon is te ontmoeten , vereenigen zich om dit uit te werken. Banff ligt aan het afhellen van een' uitfteekenden Berg, die aan de ééne zyde door de Zee, aan de andere zyde door eene middelmaatige Rivier die in dezelve ftroomt, beperkt wordt; aan de derde zyde ftoot het Landgoed van den Graaf van Fifecr tegen aan. Het gezicht van het hoogfte gedeelte der ftad is verrukkend; niet alleen cm-  SCHOTLAND. 363 omvaf het oog een gedeelte van Banff zelve met de voorwerpen die ik reeds heb opgenoemd, maar ook de fchoone Heuvelen aan de overzyde der Rivier, op den top van één'van welken eene kleine Rotonde geplaatst is, het Stedeken Doun aan den voet derzei ven en aan Zee, en op een' vry verderen afftand, aan de overzyde van den Murrayfchen Zeeboezem de Gebergtens van Rofs- en Caithnefs-shire, de 2 Noordelykfte Graaffchappen van het Koninkryk. Het anderfints ouwerwetfche Kafteel, door de Douairière Findlater bewoond, is vooral door zulk een gezicht merkwaardig; en de Tuinen en Terrasfen rondom dit Gebouw inneemend aangelegd. Niet ver van bet zelve ligt vlak aan Zee een Fortje, in den jongften Oorlog opgericht, waar de Burgers en Ingezetenen der Stad toen in perfoon dienst deeden. Het is flechts van een ftuk of 10 Canonnen voorzien, en in ailen opzichten eene verfchanfling in Miniatuur. Het Kerkhof bevat een Pyramidaal Monument van Admiraal Gordon , met eenig Beeldhouwwerk vercierd: doch door de hoogte der Muuren die het omringen flechts van boven zichtbaar. De Haven van Banff-bergt gemeenlyk weinig fchepen; ook is het volftrekt geen plaatsje van handel of van Fabrieken. De Ingezetenen zyn meest bemiddelde Lieden en het ontbreekt er, vooral in den Winter, aan geene byeenkomften en vermaaken. De uitgeftrektheid der Stad beduidt weinig; men telt er een paar yry goede ftraaten, inzonderheid die waar het Stad-  364 SCHOTLAND. Stadhuis op ftaat ,'en welke eene redelyke breedte heeft. Over de Rivier heeft men eene fchoone fteenen Brug gelegd. Aan het hoofd der Regeering bevindt zich de Provost of Mayor der Stad, eeehe waardigheid welke 3 jaaren duurt. Men fteeft hier gelyk in veele andere Schotfche Steden de gewoonte aan. Vreemdelingen, die de Stad komen bezoeken en eenige aanbeveeling met zich brengen , het Burgerrecht derzelve als eene eer. bewyzing aan te bieden, en hun een fchriftelyk Diploma daar van te overhandigen. Ik heb reeds gezegd , dat hef Goed van Lord Fife tegen de Stad aan de Landzyde ftoot, het Park ftrekt zich voornaamentlyk langs de beide Zoomen der Rivier uit. Van de zyde van Banff zyn 2 ingangen in hetzelve, elk met een fraai Hek voorzien: de ééne by het afkomen van de Stads Brug , de andere die op eene der Straaten uitkomt. Het Kafteel ligt een weinig hooger op in eene groene vlakte een groot vierkant Ge- ■ bouw, zonder vleugels ( die er echter oorfpron-' kelyk toe beftemd waren ) doch met veel Architectonifche verderfden, waar mede het zelfs wat overlaaden is. Inwendig is byna nog alles onvoltooid, en in het weinige voltooide heerscht juist de eerfte fmaak niet. Het beste is de Bibliotheek, welke uit éóne Zaal, geheel boven in 't Gebouw, beftaa-. De wandelingen van de Plaats loopen fmal en bergachtig. naast de Rivier. Allerlei Plantfoen groeit er welig; in het aanleggen van hetzelve en in het plaatfen van enkele Gebouwen vaï}  SCHOTLAND. Van kunst ontdekt men vinding en doorzicht; fomtyds valt het oog op een gedeelte van de kronkelende Rivier , elders op een' Waterval. Wat minder fleurig dan het overige Geboomte vertoont zich een Dennen - bosch, dat tegen een' Berg aanhangt. Tegen 't eind van 't Park wordt de Rivier fmaller en door Rotfen ingeflooten, over welke de Eigenaar eene Brug heeft laaten aanleggen. Aan de overzyde hangt weder een Bosch, en nader by de Stad heeft de Graaf eene Boerdery getimmerd, en het daar toe behoorend Land naar den Engelfchen trant laaten omheinen en bouwen, om den Schotten tot model jn dit opzicht te dienen. Het Goed van deezen Edelman is over 't algemeen zeer uitgeftrekt en van aanbelang : doch die van Banff vinden er een' machtigen Nabuur aan, te meer daar hy het Stedeken Daun, weinig mylen verder op aan de Kust gelegen heeft laaten bouwen, 't welk, van eene beter Haven dan Banff voorzien zynde, van de welvaart deezer Stad niet weinig naar zich trekt. De Landftreek van hier naar Aberdcen is bergagtig, en wordt behalven eenig Korenland meest door Heide en Denne - bosichen afgewisfeld. Aberdcen ftrekt zich langs een'Zeeboezem uit, waar in de Dee zich ontlast: eene vry aanmerkelyke bergachtige Stad, van verfcheiden rechte hoewel niet zeer breede ftraaten voorzien , en met eene fchoone langwerpige Markt, op welke een rond Markt-teken, met'de Statuen eeniger Brit-  365 SCHOTLAND. BrittifcheMonarchen vercierd, geplaatst is. Het Stadhuis, dat mede op dit Plein uitkomt, is een fraai Gebouw met een' Toren. Men treft in deeze Stad verfcheiden goede nieuwe Huizen aan, alle van Graniet gemetfeld. Abcrdten bevat 22000 Inwooners, wier voornaamfte Neering indeKousfen - weeveryen beftaat, waarvan de voortbrengfels over Holland naar Luitschland verzonden worden. Daarenboven gaan vlak by de Stad een aanzienlyke Linncn-drukkery en verfcheiden B!eekeryen haaren gang De Haven houdt fomtyds zeer veel Schepen te gelyker tyd; om het verzanden voor te komen heeft men by den uitgang derzelve eene prachtige fteenen Kaai van 1400 voeten lang gebouwd: doch. gelyk ik bericht wierd, niet met de gewenschte uitwerking, terwyl de Haven hoe langer hoe ondieper wordt. De Voorlieden en toebehoorfelen van Aberdeen ftrekken zich zeer ver uit. Een myl of 3 rondom de Stad is de grond uitneemend wel bebouwd, doch zoo dra men verder komt is alles barre Heide. Die bebouwen zelfs is eerst federt weinige jaaren gefchied: want te vooren kende men in de buurt der Stadflecht ééne Boeren-wooning: dan, men beklaagt zich de zwaare Onkosten, die men er heeft moeten aanwenden, geenfints: terwyl de toebereiding van een' halven Morgen Lands wel 100 Pond Sterlings vereischt heeft, doch die zelfde hoeveelheid nu ook omtrent 6 Ponden opbrengt. Wat de üniverfiteit te deezer Plaatfe betreft, zoo  SCHOTLAND. 367 zoo is dezelve tot nu toe in 2 Coilegien gefplitst geweest: het ééne, door Lord Marshall gedicht, heet naar hem Marshalls - College , het andere, omtrent eene Eeuw vroeger en reeds vóór de Reformatie op kosten der Kroon opgericht, dnagt den naam van Kings - College; het eerde ligt inde Stad, het andere in Old - Aberdeen, omtrent eene myl van dezelve af, waar men thans Hechts een Dorp en de ruïnen der oude Cathedraal - kerk aantreft. Men poogde voorleeden, jaar deeze 2 Coilegien in één tc fmelten, waar van onder anderen dit voordeel zou getrokken worden, dat men op deeze Üniverfiteit in alle Weetenfcbappen onderricht geeven zoude, 't geen nu niet gefchiedt (want in de Rechten en Medicynen worden hier, omtrent gelyk te Oxford, wel de Gradus uitgedeeld maar geene voorleezingen gehouden) en dat men daarenboven nog geld tot den aanhoop van Boeken en Inftrumentcn zou kunnen overhouden. De meerderheid van Marshalls - College was vóór deeze Hervorming: doch die van het andere Collegie meenden dat dezelve met hunne belangensdrydig ware. Zoo veel ik weet, is tot nu toe het project nog niet ten uitvoer gebracht. Elk Collegie heeft zyn byzonder Hoofd, en aan beide finnen telt men, zo ik my niet bedrieg, 16 Profesforen. Zy woonen deels in, deels buiten, het Gebouw, doch de Studenten, waar van er in 't geheel zich omtrent 400. te Aoerdeen mogen bevinden, allen buiten hetzelve. De Profesforen zyn hier tot het geeven van veel publique m  3Ó8 SCHOTLAND. en privaate lcsfch verbonden , en worden door far(bendel ke Lieden hier voor naar Generaliteit,, door anderen met Omtrent ƒ 15 voor den Curfus betaald. De Heer Beattie van Marshalls -.Qollegé, door verfcheiden Philofophifche Werken bekend, behoort tot de Profesforen vart Aberdeen, die deezer üniverfiteit liet meeste tot cere (trekken. Marshalls-College is een groot ouwerWetsch Gebouw. Door eene lange Zaal , tot openbaare Vergaderingen gebezigd, komt men in een Cabinet van Naturalicn en andere Zeldzaamheden, Phyfifche en Mechanifche Inftrumenten enz. Het is pas in zyne Geboorte* en nog niet in order. Een voortbrengfel der Zee, van 't welk men volflrekt niet kan bepaalen, of het tot het Dierdan tot het Plantryk behoort, eene uitneemend gaave Mummie, doch die te veel onder 't bereik der handen is om lang deeze gaafheid-,te behouden , zyn heide (tukken die hier opmerking verdienen. Veele Schotfche Mineralien , Paarlen onder andere , worden cr mede bewaard. De Bibliotheek bezit eenige 'Handfchrifcen met goede Miniatuuren, een' fchooncn voorraad Medir fche Boeken, en verfcheiden kostbaare Prentwerken. Kings -College is nog uitgeftrekter dan het voorige en vertoont zich prachtiger van buiten, Men bewaart er insgelyks eene Verzameling van Naturalien, doch die ik niet gezien heb. Een fchoone Gothique Kapel is thans in tweeën gefplitst; Het ouJe Choir (laat nog op zich zelve: doch het Schip der Kerke tot eene Bibliotheek met  Schotland. 36^ 'met eene rondgaande Gallerei van boven aangewend. ' Het Obfervatorium ligt aan eeh geheel ander einde der Stad als beide de Coilegien: het is naamentlyk in een'hoek van het Fort geplaatst, 't welk, aan 't eind van de Haven op een' Berg gefticht, een zeer uitgeftrekt en fchoon gezicht over Zee en Baai en Rivier en Stad en de omliggende Landftreek oplevert. Men treft hier uitneemende Inftrumenten aan, in 3 of 4 Kamertjes verdeeld; verfcheiden derzelven en vooral het fchoone Mquatorium Univerfale heeft Lord Butè aan deeze üniverfiteit, die in allen opzichte een bsgunftigd voorwerp zyner milddaadigheid is, gefchonken. De lange Landftreek tusfchen Aberdeen enPerth Wordt eerst belangryk naar maate men deeze laatfte Stad naby komt. Laureiice - kirk, èen dei" Plaatjes waar men door komt, is flechts een Dorp: doch waar de Edelman dien het toebehoort een zeer eleganten, hoe wel kleinen vleugel aan de Herberg laat aanbouwen, om tot eene Bibliotheek ten nutte van Reizigers die hier vertoeven gebezigd te worden. Forfar, eert lang vrölyk Stedeken uit ééne ftraat beftaande met eene menigte Putten voorzien, vertoont verfcheiden goede GebóuWen, en men is er thans bezig aan het timmeren van een fraai Stadhuis. Op een' afftand van deeze Plaats , gëlyk mede vlak byGlamis, ontmoet men een paar zeer uitgeftrekte Plantagien van Btfiten - goederen , waar vah het laatstgenoemde een groot ouwerwetsch Kafteel met A a een*  37° SCHOTLAND. eene menigte Torens bevat. De Weg van daar naar Perth loopt door een zeer breed en vruchtbaar Dal ; aan de rechterhand ryzen de Highlands , en onder dezelve lleekt Ben • Lomond zynen kruin boven de andere uit; aan de linkerende «iet men laagere Bergen ; tusfchen beide ontmoet men veel Bosch, verfcheiden Buitcnplaatfen en welgelegene Heeren - huizen en men rydt door een klein doch aardig vrolyk Steedje Coupar geheeten ; alles begint langfaamerhand weder de gedaante van welvaart aan te neemen, die men in 't bovenfte gedeelte van 't Koninkryk zoo algemeen niet aantreft. Perth, in eene Valleye door welke de Tay zich heengiet gelegen, ontdekt men reeds eene myl of 3 eer men er in nederdaalt. De Rivier, die wy te vooren in haare vroegde beginfelen hebben leeren kennen , vangt hier aan voor vry groo. te Koopvaardy - fchepen vaarbaar te worden; men houdt haar van wegen het Water, dat haar zoo veel andere Riviertjes toevoeren, voor de volde in Schotland. Omtrent 14 jaaren geleeden heeft men er hier eene fraaije deenen Brug van 9 boogen overgelegd, die, om de onkosten der dichting vergoed te bekomen, nog tegenwoordig met een' aanmerkelyken tol bezwaard is. Aan de Noordzyde van 't Water ziet men weinig Huizen; de Stad drekt zich geheel langs de Zuidzyde uit; er loopt geen Kaai langs den droom, 't geen anderfints aan Perth tot geen gering fieraad zou kunnen ftrekken, maar paralel met denzelven een fmalle  S C H O T L A N D. 37I fmalle ftraat; met deeze maaken 2 breedere, die Zuidwaarts heen gevoerd zyn, vier rechte hoeken. Voor ééne derzelven ftaat het Stadhuis, en eene Markt tusfchen beide. Aan 't eind van de andere ftraat ziet men een uitgeftrekt Hospitaal De Hoofd-kerk is van binnen |tamelyk wel gebouwd en vercierd. Naar de Oostkant buiten de Stad loopt een aangenaame Laan langs de Tay met een heerlyk gezicht op de welbeplante iBergen aan de overzyde, en eene Scheepstimmerwerf aan 't einde. Men bouwt thans by de Brug eenige fraaije nieuwe Huizen. Er wordt een aanmerkelyke handel in deeze Stad gevoerd, en er bloeien eenige Fabrieken, als Katoen - weeveryen, BleeKeryen, ehz. De Bergachtige ftreek, die van hier naar Stirling voert, heeft veel van die tusfchen Glamis en Perth, behalven dat er de Highlands 't welk een groo. te vierkante plaats is, nog een paar andere kleiner Squares met Gras vercierd, en eenige nieuwe ftraaten, die alle van fraaije Huizen voorzien zyn, is dit gedeelte van Edinburg flecht gebouwd. De Hoofdftraat wordt omtrent op haare helft doorkruist door eene lynrechte Dwarsftraat van dezelfde breedte , op welke 2 Bruggen, doch geene van beide over Water gelegen, uitkomen. De Brug ter linkerzyde, die thans waarfchynlyk geheel voltooid is, bindt de 2 Bergen der Oudftad aan elkander, en haare talryke boogen rusten dus op de Valleie, die deeze Bergen van één fcheldt; fommige dier boogen zyn geopend om er wederom in de dwarfte door te kunnen gaan; de middelfte vooral formeert eene fchoone hooge Poort door welke een ftraat, voor Rytuigen zelfs te gebruiken, heen loopt. Om deeze Brug, die ik niet weet of meerder iieraad dan gemak aan Edinburg zal toebrengen, te ftichten heeft men eene menigte Huizen moeten om ver werpen. Aan beide zyden zullen op een'evenredigen afftand van de Brug door de hollinge van het Dal/heen 2 reien Huizen gebouwd worden. De andere Brug niet minder fotsch dan de voorige vereenigt het nieuwe Edinburg met het oude: Haare vier hoofden andere mindere Boogen rusten in de drooge gracht, die ik reeds gezegd heb dat paralel met de Hoogftraat loopt. Zelfs deeze gracht is niet geheel onbewoond, en men ziet van de Brug op Huizen en op Kerken in de diepte neder. Het Re-  SCHOTLAND. 379 Register - Office (een Gebouw op welk ik terftond zal wederkeeren ) biedt zyne Koninkiyke Facade vlak aan deeze Brug aan, en vertoont zich het eerfte yan de Nieuwftad. Ter rechterzyde ontdekt men een' goeden Schouwburg, en wat verder af op eene aanmerkelyke hoogte een Obferyatorium. Zo ik my niet bedriege, ligt ook Hume, wiens Lyk het gemeen gedreigd had in 'geene Kerken te zullen dulden, hitr omtrent in eene beflooten plaats begraaven. Ter linkerzyde van de Brug ftrekt zich verder de geheele Nieuwftad uit. Sedert niet veel meer dan 20 jaaren is deeze gantfche Stad gefchapen; men bouwt ze volgens een vastgefteld plan, en eene voortreffelyke Architectuur ; alle de Huizen van een' fchoonen ligt gcelen fteen, die in de buurt gedolven wordt. Zy is nog niet geheel voltooid, en verfcheiden reeds geëindigde Huizen ftonden voorleeden jaar nog te huur en te koop: het is althans ten volle zeker, dat deeze Dochter, hoe zeer zy ook haare Moeder in fchoonheid overtreffen moge haar echter nog geen de minfte reden tot jaloefie geeft , terwyl het getal baarer beminnaaren er niet door vermindert, cn het Oude Edinburg even bevolkt, en de prys haarer Huizen op dezelfde hoogte blyft. De Nieuwftad beftaat voornaamentlyk uit een groot vierkant plein, met een ftuk gras in 't midden. Een rechte breede ftraat loopt uit het zelve Westwaards, en paraiel met de zelve 2 reien huizen, op een foort van terras gebouwd; de ééne  380 SCHOTLAND. ééne rei, en deeze is de prachtigfte , is naar de Rivier, welke omtrent eene myl van de Stad afftroomt, en naar derzelver lagchende zoomen heen gekeerd, de andere naar de Oude Stad; treffend is van hier hét gezicht op de achter gevels der Gebouwen van de Hoofdftraat, inzonderheid des avonds wanneer ailes verlicht is: want daar de» Huizen, gelyk ik zoo even zeide, er van vooren een half dozyn verdiepingen hebben, en op de ftyl te des Bergs geplaatst zyn, telt men er van achteren aan dezelve tot io^, 12 en meer. De dwars ftraaten der Nieuwftad ga ik met ftilzwygen voorby: doch om tot de voornaamfte te rug te keeren, ftaat op het plein vlak over dezelven een fraai Gebouw wat naar binnen gekeerd en 2 vleugel - Gebouwen , aan elkander gelyk, alle 3 de wooningen van particulieren. In de ftraat zelve vindt men vlak over elkander eene Kerk, die van vooren een Periftile met 4 Corinthifche Colommen en achter dezelve eene koepel heeft, en vanbinnen met eene halfronde gallereie voorzien ên, net geplafoneerd en vercierd is; en het Gildehuis der Doctoren, wat naar binnen gekeerd, en van buiten even gelyk de Kerk met 4. pylaaren voorzien. Dit Gebouw, zoo wel als een groot Asfemblyhoufe was verder op, is nog niet geheel voltooid; het laatstgenoemde is ten opzicht van aanleg en Architectuur van een' goeden fmaak: doch de verderfden van binnen beantwoorden hier niet volkomen aan. Men heeft ook in de Nieuwftad voor.3 uitneemend goede Hotels  SCHOTLAND. 381 tels ter herberging van vreemdelingen gezorgd, daar de Logementen in de Oud-Stad, tot welken men te vooren gedwongen was zyne toevlucht te neemen, ten hoogden ellendig zyri. Het Register Office, waarvan ik zoo even melding maakte, is mede nog niet ten vollen afgebouwd. Het zal tot een Archiev en Secretarie van Schotland verdrekken. Eer men aan de dubbelde trap komt, rydt men van twee zyden eene hoogte op. Het geheele, zoo wel in- als uitwendig, is van de voortreffelykde Ordonnantie. Naar achteren ziet men eene prachtige Koepel, die half uit het gebouw uitdeekt, en zich ook hooger dan het overige verheft. Zy is in den besten fmaak met couleuren geplafoneerd. Liet geheele zal behalvenide kelders 2 verdiepingen bekomen. De groot ere en kleinere vertrekken loopen in een halfrond rondom deeze Koepel door elkander, en zyn alle door verwulffels tegen brand beveiligd: In vervolg van tyd zal mogelyk ook de andere helft van de Koepel met vertrekken omringd worden , en alles famen dan een prachtig vierkant gebouw uitmaaken. Onder de voorwerpen der bezichtiging waardig, die de Ouddad oplevert, behoort in dg eerde plaats het'Kafteel, voornaamentlyk echter wegens het uitgeftrekt gezicht dat men er geniet, en 't geen ik aan dat van Stirling nog zoude voortrekken, om dat hier een breede Ri. vier, die zich in een' Zeeboezem ontlast, cn de Zee zelve de Decoratie verrykt. Men overziet op  382 SCHOTLAND, op eens het oude en nieuwe Edinburg met de Bergen in 't rond, de Stad Leith, de Schepen en Rotfen op de Forth en in Zee, en de heerlykfte vruchtbaarftc landftreek, die met Buitenplaatfen, Dorpen en Steden doorzaaid is. Voor 't overige biedt dit Kafteel een' ruwen hoop Gebouwen en Muurwerken aan en alles wat tot eene vólkomene Fortificatie behoort, verfcheiden verdiepingen hoog op rotfen gefticht , en van veel gefchut voorzien. Een Compagnie Invaliden blyft er fteeds liggen om het te bewaren. Het Holyroodhoufe, wel eer door de Schotfche Monarchen bewoond, is een vierkant Gebouw van goede Architectuur, zoo wel ten opzicht van den voorgevel als van de vercieringen van het Binnenhof, rondom welk eene Colomnade heenloopt. Men vertoont hier de Zaal, in welke de Schotfche Pairs verkoozen worden: eene lange vuile Gallerei, die geen andere meubelen of vercierfelenkent, dan de middelmaatige Pourtraitten der Koningen van dit Ryk, van de alleroudften af, met welke de Muuren overhangen zyn. Men wordt vervolgens door eene men'gte andere weinig beduidende vertrekken geleid. In de Slaapkamer vanKoningin Maria is het Ameublement van dien tyd nog in denzelfden ftaat gebleeven. Men ziet hier ook het vertrek, waar de minnaar dier ongelukkige doch zwakke Vorftin vermoord , met de Cabinetten door welke hy gefleepd is, en de behangfelen achter welke de Moordenaars! fchuilden. Eenige Schotfche Edelen hebben hies ook hunne vertrekken,  SCHOTLAND* 383 ken, in fommige van welken men goede fchilderyen bewondert. Van de Abdy , naast dit Paleis, war het Koninkiyke Huisgezin den Godsdienst placht by te woonen, zyn nog fchoone ruinen en een geheele familie - Kapel overig. Een kelder in de muuren deezer Abdy bewaart nog, fchoon op eene losfe plank, de door elkander liggende beenderen van iVariaas Echtgenoot, en het Skelet eener Schotfche Graavin, in eene open Doodkist, die, zoo dikwyls vreemdelingen deeze plek komen bezichtigen, op eene niet zeer betaamelyke wys in haare rust gefloord, en by eene ribbe vastgehouden voor het licht gebracht en vertoond wordt. Achter het Holyroodhoufe ligt eene wei, en hier op volgen terftond een paar hooge bergen, die den naam van Arthurs Seat draagen. Het Koninklyk Hospitaal heeft alle aanfpraak op de oplettenheid en de bewondering der reizigers: een uitgeftrekt, van buiten prachtig, van binnen ruim, gemakkelyk en zindelyk gebouw. Nimmer bevinden er zich zoo veel kranken in, als er in kunnen toegelaaten worden. Byna niemand wordt dit op zyne begeerte geweigerd. Deinrichting deezer ftichting, de oplettenhcid op de Zieken en Gekwetflen van ailerlei aart, verfchillende Vertrekken voor verfchillende foorten van Patiënten, en tot verfchillende gebruiken beftemd, kunnen tot een model voor andere Hospitaalen verftrekken. Alle Stads ■ Doctoren en alle Studenten indeMedicynen hebben vryen toegang tot dit Gebouw, en de laatfte  38+ SCH OTLAND. laatfte zwermen er als Byën in een foort van Morsgewaad des morgens door één, en oeffenen zich aan de bedden der Patiënten , en in het Theatef waar de Operatien gefchieden, met duizendmaal meerder voordeel, als zy in alle de Gehoorzaalen der kundigfte Profesforen faamgenomen zouden in ftaat zyn te raapen. Men vindt by dit Gebouw ook Baden, een' Tuin voor de geenen die aan de beterhand zyn., en geheel om hoog een' Torentje , van waar men de Stad en haarcn omtrek overzien kan. Het Harriots - Hospitaal , zoo geheeten naar een Burger van dien naam, die er in de voorige Eeuw de Stichter van geweest is, en by wiens begiftiging daarna geen Gefchenken van aanbelang meer gekomen zyn, is beftemd voor de Opvoeding van arme Burger - zoonen. Het Gebouw heeft een' heerlyken Voorgevel, eene vierkante Basfecour van binnen, ruime Zaaien en eene zeer hooge Kapel. Het bezit nog Grond in den omtrek van het Gebouw en zeer veel Landeryen rondom Edinburg. Een ander Godshuis in deeze Stad, niet ver van dat van Harriot, verdient flechts wegens zyne grootte genoemd te worden. Het Collegie, of üniverfiteits - Gebouw deezer Stad, een ouwerwetsch gevaarte, zonder order noch fchoonheid, bevat niets merkwaardigs als eene Bibliotheek, een Anatomisch en een Naturalien-Cabinet, welk laatfte ik echter niet heb kunnen te zien bekomen. Een groote langwerpige Zaal, met 'eene van boven rondloopende V Gal-  SCH OTLAND* 385 .Gallerei, bevat de Boeken, die volgens Landsgewoonte in geene andere order dan die van hun Formaat geplaatst zyn, terwyl men door de hulp yan een' Catalogus alleen in ftaat is het Werk te vinden dat men begeert; in eene Kamer daarnaast worden dc nieuwe Werken by elkander gehouden, tot dat men denzelven de plek heeft aangeweezen, voor welke zy beftemd zyn. De verzameling munt vooral in Medifche Boeken uit: doch bok in andere Faculteiten treft men hier uitmuntende Stukken aan. Elk Edinburgsch Student kan er zoo veele als hy begeert aan zyne Wooning krygen, mits hy den prys daar van tot onderpand op de Bibliotheek legge. De Hoofdfchcdel van Buchananus en het oorfpronkelyke van het Protest der Vereenigde Boheemfche Edelen ten tyde vari Hufs, aan 't welk nog alle de Zegels hangen, zyn de voornaamfte merkwaardigheden die men hier vertoont. Boven de Bibliotheek is nog een Obfervatorium. De Prasparaateri van het Anatomifche Cabinet worden door kenheren voor uitmuntend in hun foort gehouden. Het'aantal Studeerenden op de Edinburgfche üniverfiteit wordt tegenwoordig omtrent op iooo. gefchat. Ver de meesten daar van leggen zich op de Medicynen toe, gelyk men in dit opzicht deeze Academie voor de eerfte in de Waereld mag fchatten: een' roem die wel eer aan Leyden töekwarh! De Profesforen woonen vbor eeri gedeelte in de Stad, voor een gedeelte op heè Collegie, gelyk dé vermaarde Hiftoriefchryyef B b Rb-  $6 SCHOTLAND. Robe'-rfon, die het Hoofd der Academie is, er zyne huisvesting vindt; de Studenten zyn zonder uitzondering door de Stad vei'fpreid: doch alle Lesfen worden op het Co.legie gegeeven,en deeze worden gemeenlyk door elk Toehoorder met 3 Guinea's voor den Curfus betaald. De Hr. Henry behoort ook nog tot het getal der Leerraaren, (om van deMedifche geen gewag te maaken)die door zyne uitvoerige en in eene nieuwe vorm gegootene Gefchiedcnis van Engeland tot eere der üniverfiteit (trekt, geiyk Edinburg ook buiten de Academie verfcheiden Mannen van naam onder zyne Burgeren rekent: den Hr. Smith, by voorbeeld, die over den Rykdom der Natiën een Clasficq en in alle Taaien overgezet Werk heeft vervaardigd, Dr. Blair,wiens Leerredenen insgelyks hier te Lande bekend zyn,ën anderen. Men heeft er ook gelyk te London eene Maatfchappy van Oudheid - minnaars, en onlangs heeft men hier een fraai Latyn«ch School opgericht. De Botanifche Tuin, even buiten de Stad op den wegnaar Leith aangelegd, is zeer uitgeftrekt, én gelyk men het by zulk eene üniverfiteit niet anders verwachten kan , van alles wat er toe behoort inzonderheid van Erotica uitneemend voorzien In een Boschje binnen deszelfs omtrek heeft de onlangs overleedene Dr. Hope een Pedeftal met een Vaas op hetzelve ter eere van LinncBUs opgericht. De Cathedraal - kerk van Edinburg is eeh oud en weinig beduidend Gebouw in verfcheiden dee-  S , C H O T L A N D. 387 deelen gefplitst, in alle van welken dienst gedaan wordt; het voornaamfte derzelven is eenigfints in een' nieuwen trant opgefierd. Andere Kerken, die in de Nieuwftad waar van ik reeds gefproken heb uitgezonderd , verdienen geen de minde .oplettenheid : doch de Epifcopaaien bezitten hier eene goede Kapel, De Regeering der Kerk in Schotland heeft veel van de geene die hier te Lande gebruikelyk is; en het Synode, 't welk jaarlyks in de Hoofdftad gehouden wordt, is eene Vergadering van niet weinig aanbelang en invloed in het Koninkryk. Het Parlements - huis ftaat achter de Cathedraale; van vooren is een vierkante plaats meg de Statue van Carel II. vercierd. Inwendig vindt men eene groote Zaal, in en naast welke de Gerichten gehouden worden, die de gantfche Natie betreffen : want Schotland heeft zyne eige Wetten en Vjerfchaaren, welke laatfte op den voet der Engelfche gefchoeid zyn, by de Vereeniging der beide Ryken geenfints verlooren. Beneden hebben de Advocaaten eene Bibliotheek, in 2 of 3 groote Vertrekken verfpreid en vol van de beste en nuttigde Werken; ongelukkiglyk zyn deeze Vertrekken meer kelders als kamers , en echter kunnen de Boeken, van wegen de buurt der Gerichten, van hier niet naar elders vervoerd worden. Men bewaart hier ook eene ongemeen gaave Mummie. Edinburg is eene Stad van veel Negotie, fchoon zy meer dan eene myle van het Water af ligt i B b 1 deefc  388 SCHOTLAND. doch Leith, een dicht gebouwd en volkryk Plaatsje aan de Forth is haar Zeehaven; een breede Weg, fteeds afdaalende , geleidt daar heen, en deeze wordt zoo by aanhoudenheid met huizen betimmerd, dat Edinburg en Leith welhaast alleen in naam zullen onderfchciden zyn. Hier vindt men fteeds eene talryke Vloot Koopvaardy-fchepen. Onder het geen in de Hoofdftad gefabriceerd wordt munt thans voornaamentlvk het Linnen voor Tafellakens uit. Voorts maakt de toevloed, des Winters inzonderheid, van al den Schotfchen Adel, behalven zoo veel Amptenaaren aan de Coilegien en Gerichten, benevens de üniverfiteit, de Stad uitneemend luisterryk; en de uitfpanningen, vooral de Bals, zyn er als dan ook onder allerlei ftanden geduurende een paar Maanden talryk, tot uiterftens toe. In Augustus lokken de Wedloopen, die op den Weg naar Leith gefchieden, wederom zeer veel Lieden in de Hoofdftad. Men bezichtigt gemeenlyk in de buurt derzelve, behalven Hopetonhoufe waar van ik reeds gefproken heb, de niet ver afgelegene plaats van Lord Abercorn. Het Huis, een fchoon vierkant Gebouw met een Perijlile van vooren , wordt niet vertoond; de Tuinen zyn in een' goeden fmaak aangelegd, uitneemend vrolyk doch zonder pracht. Verder Pennycook, aan Sir James Clark toebehoorende; de Weg derwaards is zeer bergachtig ; de Facade van het Gebouw prachtig, vooral de dubbelde trap langs welke men binnen treedt;  SCHOTLAND. 389 treedt; men reft er eenige goede Vertrekken en Schildcrftukken aan. De Piaats, door eenige Waterwerken opgeluisterd, is buiten dit niet onaangenaam; men heeft beftendigeen Dal, 't welk mede tot de Tuinen behoort, en aan de overzy. de een Bosch in het oog. Het Gebouw op Dalkeith, het Landgoed van den Hertog van Buckleugh, overtreft in grootte zoo wel als in Ameublement ver dat van Pennycook. In de Beneden - vertrekken ziet men onder anderen een vooVtreffelyk Hiltorisch fluk met levensgroote Beelden van een Italiaansch Penceel, en in een Spiegel - cabinetje een goed Basreliëf, eene ontmoeting van Neptunus en Ve^ nus op Zee voortellende. De trap is prachtig en met goede Schilderyen behangen. Bqven bewaart men eenige Antiquen, onder welke eene Vrouwe, lyke Statue met een Mufiek - inftrument in de hand, en met een gewaad van de meesterlykfte Draperie omhangen, uitmunt. De groote Zaal is met Pourtraitten en bronzene Copien van oude Statuen gemeubeld. Behalven een' kleinen Pleafure- Garden is de wandeling door het belommerd Park tusfchen eene Beek en Rotfen allerbevalligst. De route van Edinburg naar Berwick, waar men uit dit Koninkryk weder naar Engeland overgaat, loopt fteeds op een' geringen afftand van de Zee, die men niet veel uit het oog verliest, door Had: dington en Dumbar, beide, en vooral het eerfte, Plaatsjes van aanbelang. Dumbar heeft eene Zeehaven , doch die niet fterk bezocht wordt. Msn B b 3 ziet  390 SCHOTLAND, ?iet er de ruïnen van een Kafteel daar Maria gevangen gezeten heeft, doch 't geen federt verwoest is ,• beneden fpoelt de Zee tegen de Rotfen daar men het op gefticht heeft aan. In 't begin is de Weg naar| Berwick volkryk, vol Fabrieken van Potwaaren en niet onaangenaam; daarna rydt mén veel vruchtbaar Land en Buitenplaatfen, doch ook niet weinig Heide voorby. De laatfte Stations zyn de beste en bergachtigfte. Eenige mylen achter Dumbar wordt een ontfaggeiyk hooge Brug over een fmal Water, of veel eer over eene diepe Valleie gelegd, over welke de publicqe Weg zal heen gevoerd worden. Zy heeft meer de gedaante eener oude Waterleiding dan eener Brug. De Pylaar tusfchen de 2 middelfte boogen is van eene fchrikkeiyke lengte, en men kan zonder duizelen niet van de Brug af in de diepte nederzien ; de 2 volgende Pylaaren aan beide zyden zyn reeds korter, en zoo neemen weder de volgende in evenredigheid af. Alle Pylaaren zyn van klinkerts gemetfeld. Over Schotland in 't algemeen, na alles wat ik tot nu toe van hetzelve heb medegedeeld, behoeve ik weinig meer na te haaien. Men weet dat dit Koninkryk 16 Leden naar 'tHooger- en 45 naar 't Laagerhuis zendt. De eerfte worden uit den Adel van het Ryk door de Lords zeiven verkooren ; anderen benoemen de Graaffchappen en Steden, pp dezelfde wyze als dit in Engeland plaats heeft: doch van wegen het geringe aantal Leden benoemen verfcheiden Steden famen Hechts één enkel  SCHOTLAND. 391 lid, daar Edinburg zoo ik meende eenigfte Stad is die op zich zelve het recht heeft een'geheelen Re,pra;fentant te verkiezen. Met debest mogtiyke inzichten ontbreekt het den afgezondenen aan macht om de belangen van hun Vaderland in het Parlement tegen eene zoo fterke overftemming der Engelfche Leden naar behooren (taande te houden , om van den invloed niet te fprceken , dien het Minifterie ook in deeze Schotfche verkiezinge en op de verkoozene Leden zich weet te verwerven. Niet tegenftaandc deeze onderdrukking der al te machtige Fngelfchen is het echter gebleeken, hoe Schotland aan Akkerbouw en Plantfoen, aan Handel en Fabrieken en derhal ven ookaanlnwooncrs toeneemt, en hoe er de Steden zich uitbreiden en verfraaijen. Een Plan , met welk voorleeden jaar de gamfche Natie zwanger ging , was het bevorderen der Visfchcryen, door inzonderheid op de Westelyke Kust Visfchers te lokken en Dorpen voor dezelveu aan te leggen. D,t ontwerp geniet de (terkite aanmoediging ; het gefchiedt by iufchryving en by loten van50 Ponden elk: doch welke fom echter voor als nog meer als eene milddaadige fchenking door de Intekenaaren befchouwd moet worden, dan dat zy zich met de hoop van er zwaa'-e interesfen van te zullen trekken zouden mogen vlejen; en zonder ( zo ik my niet bedrieg) dat de Hollandfche^Haringreders nog voor deP afbreuk, dien deeze nieuwe Me. dedingers hun zouden kunnen doen gevoelen behoeven befchroomd te zyn. Een niet lang geB b 4 lee- V  %0.l SCHOTLAND. leeden uitgekomen Werkje van éénen Knox fielt dit Plan, en over 't algemeen den ftaat waarin zich Schotland tegenwoordig bevindt zeer uitvoerig in 't licht. Aan gereed geld is een groot gebrek in het Koninkryk, en Bank - briefjes van de kleinfte fommen worden in elke Stad, die eene Bank heeft, uitgegeeven en circuleeren gantsch Schotland door. Van het Climaat, de voortbrengfels en de Ingezetenen van dit Koninkryk is reeds veel gezegd. Van alle zyden door de Zee omringd, is de koude er over 't algemeen veel draagchelyfeer dan het vaste LanJop dezelfde hoogte doet gëvoelen. Zwaare Stormen en zelfs Aardbeevingen zyn er niet geheel onbekend. Nog voorleeden jaar heeft de grond van het Noordelyke van Engeland en een gedeelte van Schotland fchuddingen ondergaan ; en ik heb een Denne - bosch gezien van 20. Jaaren oud, uit het midden, van weïk een Rukwind eenigen tyd geleeden verfcheiden" morgens aan hout had uitgehaald. Behalven veelerlei foort van Ertzen , marmor en Steenen van allerlei aart, vindt men er fchoone Topaazen en Agaaten, die te Edinburg tot ringen en Cachetten worden toebereid; naar maate de Topaazen meer naar het geele hellen, ryzen zy in waarde; men betaalt fommige ftukken met 5 en meer Guinea's. Ónder de Planten in dit Gewest is de Distel door haare fchoonheid zoo vermaard dat zy tot eene Nationaale Order van dien naam gelegenheid heeft gegeeven. Geduurende den tyd , dat ik onder de Schotten verkeerd heb, heb . : *' * ' ik.'  SCHOTLAND. 393 ik een eerlyk, vriendelyk, gastvry Volk aan hen gevonden. Schoon aan hun Vaderland en deszelfs Bergen verknocht, zyn zy echter vry van dien hoogmoed, die den Inwooneren van zoo veel andere ftreeken , zelfs by geen minder armoede, eigen is; de Schot is zoo gewoon aan de vernedering die hem de Engelfchen, geduurig doen on" dergaan, en de kleinachting die zy hem betoonen, dat zo gy hem iets tot lof van het Koninkryk dat hem heeft zien geboren worden zegt, hy moeite heeft om u op dat oogenblik voor oprecht te houden, en niet dan by de herhaaldfte verzekeringen uwe loffpraak met dankzegging aanneemt. De Gastvryheid onder groot en klein is er zoo algemeen, dat van welken ftand men ook zyn moge, de minfte aanbeveeling den vreemdeling byna van nachtleger tot nachtleger het huis eenes Ingezetens ter herberging verzekert., De Kafteelen der Aanzienlyken zyn van eene talryke menigte Logeerkamers voorzien: niet alleen om allen die flechts eenigfints bekend zyn , er 2, 3. of meerdere dagen in op te kunnen neemen, maar ook, om dat zy elkander onderling geduurig op 't onverwachtst komen bezoeken , en eenigen tyd met elkander doorbrengen. Het fpreekt van zelve, dat deeze Gastvryheid in groote Steden minder wordt, gelyk het over 't algemeen vry zeker doorgaat, dat naar maate een Land in rykdom aangroeit, en veel door Vreemdelingen bezocht wordt, die deugd m dezelfde maate afneemt, [of om my juister B b 5 uit  39* SCHOTLAND. uit te drukken, onuitvoerbaarder wordt. Jammer is het , dat de Dronkenfchap, de ondeugd van alle Noordelyke Landen, ook in Schotland, hoewel in eene veel mindere trap dan wei eer, nog tameb k heerscht. De gemeene Man zoekt in den Wïnskey, of Gerften brandewyn, zyne zorgen , zyn verdriet en zyne armoede te fmooren. De roode Franfche Wyn die door de Hollandfche Vaartuigen in de Noordelyke Eilanden veel ter fluik wordt ingevoerd, en dus byna de helft beter koop is dan in Engeland, is de gewoone Drank der bemiddelden. By fatfoendelyke Lieden wordt men niet meer genoodzaakt om fterk te drinken; doch de beminnaars der Tafel kennen elkander, en er zyn Huizen en Kasteden genoeg in het Koninkryk, daar men onder het aanhoudend rond gaan der Fles de Zittingen 'van het Middagmaal tot deMiddernachts uure uitftrekt. Anderfints zyn de zeden in Schotland , de bevolkte Plaatfen uitgenomen, waar het bederf altyd éen' aanvang neemt en fchielyk het grootfte wordt, nog tamelyk zuiver; en de Godsdienst heeft er nog een' merkelyken invloed. Schoon de Presbyteriaanfche er de heerfchende is, bevinden er zich echter zeer veel inwooners die aan de Kerk van Engeland zyn toegedaan, gelyk meest alle Steden er van Epifcop3alfche Kerken voorzien zyn. Hier cn daar is het voor Presbyteri ïanen du bon ton geworden den Godsdienst by de Epifcopaalen by te woonen, en dus eene redelyke wyze van Eerdienst aan het Opperweezen met  SCHOTLAND. 395 met een gefprevel van Formulier - gebeden te verwisfelen. De taal der Schotten wykt in zeer veel woorden, ten minden in de eindiging aerzelven , van het Ergelsch af, en hunne wys van fpreeken gaat- met een' zingenden of liever huilenden toon gepaard. Het ontbreekt niet aan Liedekens in hun Dialeft, die men hun de eer aandoet van in Engeland zelfs voor aangenaam te houden. De Schotfche Mufiek onderfcheidt zich ook veel van die hunner Zuidelyke Broederen; een foort van Doedelzak is onder hen een Natio naai Inftrument, cn ik heb op een Kafteel gelogeerd, daar men met hetzelve voorby al de Kamers heen muficeerde om de Gasten tot het ontbyt en de Tafel te noodigen. Men heeft hier ook Dansfen, aan Schotland eigen, onder welke dc Rail het meeste bekend is. Mufiek en Dans zyn over 't algemeen nog meer de Pasfie der Schotten dan der Engelfchen-, en hoe veel tyd met het aanleeren van het eerfte , en het oefFenen van het laatfte, vooral onder Meisjes van geboorte, verfpild wordt is byna ongeloofFelyk. Voor het overige verfchillen maakfel en kleeding by de fatfoendelyke Lieden weinig van die in Engeland; by de geringen is ten opzicht van het eerfte't geen ik van de Bergfchotten gezegd heb vry algemeen door het Koninkryk, en wat het laatfte betreft, die der Mans in de Gebergtens uitgenomen, is deeze by beide Sexen zoo eenvoudig als mogelyk. Ten opzicht der Spyzen, zal ik hier nog opmerken, dat een Schotsen ontby't zelfs voor een'Engelschman een voor-  396 schotland. voorwerp van verwondering zyn moet. Behalven het gewoone van Thee, Coffy, Boter, Brood|, Kaas en dergelyke maaken Eyeren, Honig, Conücuuren (van welke men hier in 't geheel zeer veel werk maakt en die men zelfs in Herbergen altyj by de Thee geeft) er weezentlykc vereischcens van ; fomtyds komt hier zelfs gedroogde Visch of iets dergelyks by; en de graagheid der aanzittenden beantwoordt volkomen aan het aantal van de fchotelen die men aanricht. In de fpyzcn vindt men er over 't algemeen ook meer verfchillenheid en in de toebereiding meerder fmaak dan in het Zuidelyke gedeelte van het Eiland. 1 E R.  397 IERLAND. D e Baay van Dublin ("want daar ik in Schotland van de Hoofdftad het laatst gefproken heb, zal ik hier met dezelve een' aanvang moeten maaken) wordt voor eene der fchoon ften in Europa gehouden. Het eerste wat men op de vaart van Holyhead in Wallis naar dit Koninkryk, een' afftand van 63 mylen, er van ontdekt is een opening in 't midden eener lange keten van Gebergtens, die de Oostelyke Kust van Ierland verzeilen. Allengskens bekoomt deeze Baay eene duidelyker gedaante, en er vormen zich tegen haar halfrond aan beide zyden voorwerpen, die het oog vroeger of laater onderfcheidt, naar maate hunner grootte of der meer of mindere verhevenheid van de plek hunner ligging. Ter rechter zyde verheft een enkele hooge rots haaren kruin, en daarop volgt zoo goed als vlakte tot aan de Hoofdftad toe,- aan de andere kant zyn de Bergen elkander meer gelijk, alle met buitenplaatfen en huizen, van buiten wit geverwd, overdekt. Achter dezelve fteeken de ftouter Gebergtens van  399 IE R L A N D. van her. Graaffchap Wicklow in eene kegelachtige vorm haare toppen uit. Aan 't eind van deeze Baay, die op 5 mylen lengte tegen eene breedte van 3 gefchat wordt, ligt Dublin, zacht en onbemerkbaar ryzende, byna geftadig in wolken van ftof en rook verfchole ; en in dit opzicht wint het de Golf van Napels, waarmede men deeze vergelykt, naar myn oordeel oneindig van dezelve: terwyl aldaar de Stad zich tot op het bovenfte des Bergs om hoog trekt. Dikwyls verbiedt het Gety de Reizigers tc Dublin aan Land te flappen; men wordt dan in eene boot naar Dunlary, een plaatsje aan de linkerkust, gevoerd , waar armoede in haare onbevalligfte gedaante en een tvolk van havelooze bedelaars een' vreemdeling op de geweldigfle wyze treffen. -Een goede en niet onaangenaame weg brengt van hier naar de ftad, waar men gemeenhk, gelyk te London, niet lang in Hotels vertoeft, maar by de week of maand zyne eigene optrekken huurt, die er wel niet zoo duur als in de Hoofdftad van Engeland. maar tevens' ook lang niet zoo goed en echter niets minder dan fchandekoop zyn. Dublin heeft omtrent eene ronde vorm, de grootte van drie vierdens van Amflerdam, en eene door a! haare gedeeltens verfpreide volkrykheid, die op 25000 b zielen gefchat wordt. De Liffey, een fmalle en morsfige Rivier, verdeelt ze zoo goed als in twee gelyke deelen, en ontlaadt zich vervolgens in den zeeboezem. Aan elke zyde  I E R L A ND. 3 brug heen, recht uit naar het Noordelyke einde der Stad voert, fchoon het haar aan geene tamelyke breedte hapert, echter niet breed genoeg is om de gantfche Facade der Beurfe te overzien. Achter de Beurs treedt men door eene Poort en voorby een Corps - de * Garde in het Binnenhof van des Onder - Konings Paleis, een vry groot doch eenvoudig Gebouw., 't geen van binnen niets byzonders bevat!, en door eiken Bewooner in het Ameublement veranderingen ondergaat. Nog verder Zuidwaards heeft de Hertog van Leinfter zyn fchoon en meer zienswaardig Hotel. Het biedt naar vooren en naar achteren 2 Fagades van goede doch ongefmukte Bouwkunde aan; de eerfte komt op eene Basfe-cour, door eene fraaije Poert van de ftraat afgezonderd, uit; de andere ziet op een Gras-ftuk en verder op een nog onvoltooid gedeelte der Stad, en heeft de Zee en het Gebergte tot Gezichteinders. Het merkwaardigfte van binnen is een Bovenzaa 1, langwerpig - vierkant van gedaante, van het heerlykfte gecouleurde Plafon voorzien , de muur met goede Schilderycn behangen , Tafelen van ingelegd marmer langs de Penanten, een fraaije Schoorftecnmantel die zoo wel als het Damast der Meubelen in het Koninkryk gewerkt is, en over de Schoorftcen een halfrond uitftek met venfters, vóór welk eene uitmuntende Statue van Adonis in wit marmer ftaat, en waar, in het middelde raam, 3 ruiten, naar  t E R L A tl D. 40P naar de nieuwe wyze met Landfchappen betoverend gefchilderd zyn. In een ander Vertrek verdient nog een Buste vanNiobe, die zoo wel als de Adonis uit Italien gekomen is, de grootfte oplettenheid. In des Hertogs Bibliotheek ziet men den oorfpronkelyken Warrant om het Vonnis tegen Carel I. ten uitvoer te brengen , door alle zyne Rechteren ondertekend. Het Gerichtshof, waar de 4 Hoofd-rechtbanken van het Koninkryk, aan die van Engeland weder om volkomen gelyk gehouden worden, ga ik als niet zonderling merkwaardig met ftilzwygen voorby. De Zaal der Comcedie zoude, indien er alles, de Decoratien er mede onder gerekend, niet even morsfig en verlept was, op zich zelve niet flecht getimmerd zyn. De Natie is nog meer op het Schouwburg gefteld dan de Engelfchen; en de Acteurs, na eenigen tyd te Dublin vertoond te hebben, verfpreiden zich door de meer of' min voornaame Steden van het Koninkryk, tot dat het Winterfcifoen hen weder in de Hoofdftad terug roept. Engeland is zeker verfcheiden zyner beste Tooneelfpeelers aan Ierland verfchuldigd, waar van de Inwooners met de Talenten die dit beroep vereischt, inzonderheid in het Comique, door de natuur nog milder begunftigd zyn: dan, het Théater van Dublin is hier in volmaakt aan de Londonfchen gelyk, flat het Gemeen er zich tusfchen de ftukken een gruwelyk gedruisch en. allerlei onbetaamelykheden veroorloofd. Deeze Stad heeft 2 Cathedraal kerken, doch Cc j bei-  4ÏO r E R L A N D. beide meer naar Stallen dan naar Godsdienftige Gebouwen zweemende; de ééne is aan St. Patrick en de andere aan Christus toegewyd Dé Monumenten van Swift en Prior roepen er flechts een' Vreemdeling in; in de eerfte hangen thans de Banieren der Ridderen van de nieuw opgerichte St. Patriks Orde. Een andere Kerk in de buurt heeft een' vry goeden Voorgevel. Het Vondeling- en Invaliden - Hospitaal liggen beide nog aan deeze zyde der Stad. De inrichting van dat der Vondelingen verdient zeer veel opmerking, en komt het naaste by die eener dergelyke ftichting te Parys , welke zy zelfs in tneer dan één opzicht overtreft. Men rekent dat hier omtrent 2000 Kinderen 's jaars geëxponeerd worden , zoo wel uit Dublin als uit het gantfche Koninkryk van deszelfs uiterfle einden af; fomtyds brengt men er verfcheidene te gelyk op ééne Kar derwaards. Men doet geene vraagen hoegenaamd aan de brengers- of brengfters, en zo er geen verzekering wordt bygevoegd, dat het Doopzegel aan de Kinderen reeds is toegediend, wordt dit aan elk in de Kapel van het Gebouw verricht; ook merkt men ze allen meteen onuitwischbaar teken aan den rechter arm, en zendt ze byna zonder uitzondering den volgends, n dag na hunne komst buiten het Hospitaal, om op het Land gezoogd en tot hun 8fte jaar opgekweekt te worden. Nimmer ontbreekt bet aan Zoogfters,- men heeft dezelve fteeds in voorraad op eene lyst, op welke zy niet geplaatst worden dan na de beste aanbe- vee-  i E R E A N D. 412 veeling door haare Dorps-Predicanten of door andere lieden van vertrouwen. Zy genieten voor het eerfte jaar 3 Pond Sterlings, 2 voor elk der overige, en verder flechts die kleeding der Kinderen, die hun in dit Gebouw terftond na derzeiver komst wordt aangetrokken. Op den beftemden tyd, zo zy in 't leven gebleeven zyn, komen zy in die vellen, waar mede hen hunne Stiefmoeders omhangen, in 't Hospitaal terug, waar van zy nu de Uniform bekomen, doch, zoo 't my dunkt, niet fchielyk genoeg om dit Gebouw voor ongedierte te beveiligen. Zy worden daarop ingeënt, vervolgens onderweezen in kezen , fchryven, fpinnen, bryen enz., ook wel op handwerken uitgezonden. Tweemaal in de Week fpyst men hen hier met gekookt Rundvle^ch. Het Gouvernement onderfteunt eene zoo heilzaame ftichting, en beftemt er jaarlyksch eene vaste fom van 8000 Ponden toe, behalven andere Fondfen die er toe verftrekken moetea, en die, indien ze te kort mochten fchieten, door de Kroon worden aangevuld. Men fchat de onkosten, welke deeze inrichting vereischt, ten minften op 13 k 14000 Pond Sterlings. Er heerscht in het geheele zeer veel goed overleg, ordentelykheid en nauwkeurigheid, en deeze laatfte is vooral in het Boek houden der aankomende Kinderen, met alle de daar toe betrekkelyke omftandigheden, gelyk mede die hunnef verzending zichtbaar, zoo dat het byna nimmer feilen kan, of Moeders, dien fchaamte of armoede de onnatuurlyke Offerhande vaa  I E R L A N U. Van haarenZuigeling aan dit Huis heeft afgeperst ? en die in gunftiger tyden zich in haare rechten wenfchen herfleld te zien , het dierbaar pand dat zy den Opzieneren deezer Stichting hadden toevertrouwd, terug kunnen bekomen. Aan het Gebouw zelve is niets merkwaardigs. HetTnvalidenhuis in 't tegendeel, aan 't hoogfte einde der Stad gelegen, is een zeer uitgeftrekt, vierkant en regulier gevaarte, met eéne plaats in 't midden, een' belommerden tuin van achteren en boomen byna geheel in de rondte. Het is beftemd ter herberging van oude LandSoldaaten, van welken er zich omtrent 400 tegenwoordig in het Hospitaal bevinden, en een menigte buiten hetzelve onderhouden worden. Doch er is plaats voor een aanzienlyk aantal meer. Zy flaapen 2 aan 2 in vertrekken, vari welken elk omtrent 5 bedden bevat, en worden op dezelfde wys als in de Londonfche ftiehtingen van dien aart gerpy ig i. Een lange Zaal is beftemd om hen hier te famen het voedfel te doen genieten. De houten zoldering der Kapel munt door kunftig Becldhouwerk van nederhangende bloemfestons, doch die men federt lang vergeeten heeft van ftof te zuiveren, uit. De Officiers vinden in dit Hospitaal vry goede vertrekken , en de Gouverneur zyn eigen afgefcheiden huis met een' tuin aan het zelve. Aan de andere zyde der Kivier ontbreekt het Dublin mede aan geen merkwaardige Gebouwen. DeCafernen zyn vaneen grooten omtrek en eene goe-  ï È R ï. A N %. 4*3 goede Architectuur , met vierkante plaatfen van binnen. Het geheele Stadsguarnifoen, j Regimenten Infanterie naamentlyk en één Cavallene, doch 'twelk famen nog geen 2000 man uitmaakt, ligt hier bv elkander, gelyk de Miütic het gantfche Koninkryk door in Cafernen vertoeft, Ik ga een ander Godshuis van eene aanmerkelyke ruimte dat meer op de gemeene leest gefchoeid is, met ftilzwygen voorby, om tot het Kraamvrouwen-Hospitaal te komen. Het heeft een' uitmuntenden voorgevel met Colommen vercierd. De fchikking van binnen beantwoordt hier volkomen aan Eenige Zaaien , fommige met meer, andere met minder bedden voorzien, zyn beftemd om arme Vrouwen, geduurende den arbeid en de verlosfing tot haare herftelling toe, 'voor niet te herbergen, te fpyzen, en het opzicht van kundige Geneesheeren en Vroedmeesters te doen genieten. Er is 'plaats voor meer dan 50: doch zelden zyn alle bedden ter zeiver tyd ingenomen: geen Vrouw, hoe naby ook by haare verlosfing, wordt hier ontvangen ten zy zich de eerfte kentekenen van baarensnood ontdekken; zo de arbeid weder voorby mocht gaan, en zy jia 36 uuren nog geene vrucht hebben ter waereld gebracht, gebiedt men haar wederom het huis te verlaaten ^gelsk men ook niet gedoogt, dat zy er na de verlosfing een oogenblik langer in vertoeven , dan haare zwakheid het volftrekt ver eischt. Men geeft haar, zoo dra zy vleesch verdraagen kunnen, 3 maal in de week fchaapen* vleesch.  414 ï E R L A N D. vleesch, en geen ander, gelyk mede noch groente noch visch. De overige dagen bekomen zy Soupe. Eene byzondere Zaal is gefchikt voor de zulke die reeds haar bed kunnen verlaaten, en dit noemt men de Recruteer-kamer. Het baaren zelfs gefchiedt ook in eene Zaal daar toe alleen beftemd. De oppasfing, gelyk van zeiven fpreekt, blyft aan eenige Vrouwen aanbevolen. Deeze gantfche ftichting is het werk van particulieren, en zoo veel Contribueerenden er zyn, aan zoo veele lieden is ook het opzicht er over aanbevolen; daarenboven worden ook de inkomften der Rotonda, waarvan ik terftond zal fpreeken, tot het Hqspitaal aangewend. Men houdt deeze Stichting voor de uitgebreidfte in haar foort, gelyk de nuttigheid derzelve geene aanpryzing noodig heeft. Te London moet er een dergelyk Hospitaal naar het model van het Dublinfche gevolgd zyn ; ik heb verzuimd het zelve te bezoeken: doch gelyk men in Ierland verzekert is de inrichting er niet van te vergelyken by de geene die iknubefchreevenheb. Omtrent de diëet van fchaapenvleesch voor Kraamvrouwen zyn de Engelfche Geneesheeren het met de Ierfchen ook gantsch niet ééns. De Rotonda ftaat vlak hier naast: een cirkelrond Gebouw, inwendig zonder pylaaren, en van eenen Diameter , die omtren f van de Ranelagh te London mag hebben; voor 't overige tot *et zelfde gebruik als deeze laatfte beftemd en «iet glazen Klokken verlicht. Men bouwt er thans  IERLAND.' 4.I5 thans nog eene fchoone langwerpige Zaal nevens aan. De fraaje tuin, die achter het Hospitaal en deeze R otonda loopt, en gelyk ik reeds gezegd heb met de huizen die hem omringen tot geen gering vercierfel der Stad verftrekt, wordt door een aangenaam belo . merd terras omgeeven. Het binnen fte is voor een groot gedeelte open. Het Hótel van Lord Charlemont maakt één der Gebouwen uif, die op deezen tuin het gezicht hebben. Behalven eenige weinige goede Schilderyen in de Vertrekken, verdient de Bibliotheek van deezen Edelman, die zelve de verzamelaar zyner boeken is , en met kennis en fmaak hun getal nog dagelyks vermeerdert, alle opmerking. Een lange gang. met oude en nieuwe Borstbeelden en Vaafen vercierd, geleidt naar het eerfte Salon , minder met boeken dan met die zelfde foort van ornamenten gemeubeld ; men ziet er onder anderen 2 fchoone Buften van Lord Chesterfield en Lord Chatham. De Zaal die hier op volgt formeert de eigentlyke Bibliotheek; zy is van een' goeden bouwaart en bevat eene menigte voortreffelyke werken, vooral Antiquarifche, Hiftorifche en Belles-lettres, Achter dezelven vindt men een paar Cabinetjes met prentwerken, tekeningen &c.; en er worden daarenboven hier nog een paar nieuwe vertrekken aangetimmerd. De heerlyke verzameling van fchilderyen, eenen Mr. Stuart toebehoorende, moest door geen reiziger voorbygegaan worden. Zy beftaat byna atieen uit de kostbaarfte ftukken, onder welke een  416* E E R L A N ©4 een Rubbens, het Kindeken in de kribbe voortellende, nog boven dB andere uitbreekt. De Linnen-markt, waaropbeftemde tyden deeze aanzienlyke tak van Ierlands welvaart verwisfeld wordt , maakt een uitgeftrekt Gebouw, in verfcheiden Binnériplaatfen gefplitst, en waarvan elke op. den voet van die van Chester is ingericht, iyjL. "' " 'v'- r:* '' ': Dublin, waarvan ik tot nu toe het plaatfelyke en de voornaamfte merkwaardigheden gefchetst heb, en dat in beide deeze opzichten voor weinig Hoofdlieden van ons waerelddeel behoeft te wyken, verliest oneindig wanneer men het van de zyde zyner Inwooneren befchouwt. Ik durf byna niet onderneemen de flordigheid, de vuilheid en de armoede van de geringften onder dezelven te befchryveu, om dat ik beducht ben, dat men zal weigeren my geloof te geeven. Want om niet te fpreeken van het grootfte gedeelte der Vrouwen en Kinderen, en zelfs van niet weinig Mans die barvoets loopen, wie zal zich kunnen voorftellen, onder het beftuur van een Britsch Minifterie, en in de eerfte Stad, na London, van des Konings bezittingen, ten minften twee derde der Inwooners als bedelaars te zien gekleed gaan met rokken, die, doorboord gelyk een zeef, gaten van allerlei grootte vertoonen, flechts van elkander afgezonderd door lappen van allerlei couleur: rokken aan welke niets meer bewondering verdient dan de kunst des draagers van ze aan en uit te trekken, zonder dat ze.  i B B. Lr A U fi. 419 fee in ftukken op den bodem vallen, indien dfe moeijelykheid hiervan hem niet al dwingt van ze tot zyn nacht-, zoo wel als tot zyn dag - gewaad te bezigen? Wie zal zich kunnen verbeelden ( want de decentie verbiedt my op de onderkleederen, aan de bovenkleederen vólkomen gelyk, eenige aamerkingen te maakert) dat zulk eene dracht in meerdere of mindere trap van ellende zich niet bepaalt tot de heffe des volks van beide Sexen, maar zelfs tot lieden is uitgeftrekt die zich zeer gebelgd zouden rekenen daar onder geteld te worden, tot Burgers en Burgeresfen der Stad, tot Dienstboden, iri zoo ver zy geen leverei draagen, zelfs in de huizen van Lords , tot perfoonen dien men den naam van Gentleman of Gentlewoman niet weigert; met één woord, dat voor een' ieder die niet volftrekt de kieeding van een' Heer of eene Dame heeft aangenomen, een heele rok en een heele japon, ten minften door de week , iets buitengewoons is ? Ik kan niet genoeg herhaalen dat dit letterlyk moet opgevat worden en dat ik niet by vergrooting fpreeke. Fatfoendelyke lieden, die nooit of weinig buiten hun Vaderland zich hebben opgehouden, zyn met dit jammerlyk gezicht zoo gemeenzaam geworden, dat de verwondering eenes vreemdelings over iets, waar van geen ééne landftreek noch geen ééne Stad de wedergaa aanbiedt, hun zeiven tot verwondering ftrekt. Indien men nu bedenkt, welke middelen van beilaan een plaats gelyk Dublin, daar een D d uit-  418 I S R L A N D. uitgebreide handel gevoerd wordt, daar behalven de Linnenfabriei.en nog zeiden, halve zeiden en Katoenen Stoffen vervaardigd worden , t nevens Glas cn andere Manufactuuren; daar gelyk te London een Hof, een Parlement, allerlei Coilegien, Mili.tie:,. cn nog daarenboven een üniverfiteit zich vercenigen ; daar al de Adel en de Rykdom van het Koninkryk een gedeelte van het jaar reddende houdt: indien men, zeg ik, bedenkt welke middelen van beflaan eene zulke Hoofdftad aanbiedt, dan kan men ligt befeffen dat de bronnen uit welken deeze haveloosheid vloeit of luiheid zyn moeten die liever alles verkiest door te ftaan dan te werken, of eene aangeboren en door opvoeding verfterkte onverfchilligheid omtrent iets onbetaamelyks dat men byna met al zyne Stadgenooten gemeen heeft, of dartelheid en ongebondenheid, die de dagelykfche verdienden liever aan vermaaken befteeden wil dan aan de noodwendigheden van het leven. Alle drie de reden vereenigen zich buiten twyffel om het verfchynfel waarvan ik fpeek te bewerken. Sterker contrast is het niet mogelyk zich te verbeelden dan wanneer men in dit opzicht de Ieren met de Inwoohers en voor al met de Inwooneresfen van Duitschland en Vrankryk vergelykt, die voor een fraai gewaad, al was het flechts alleen het bovenfte, 1 unnen laatften penning zouden veil hebben, en die zich liever dan dit te misfen den hardden arbeid getroosten, en den Dypendften honger verdraagen zeuden. Men kan / ligte  I È R t A N D'. 419 ligtélyk befeffen, dat de Onordentlykheid 'i die in één ftuk te Dublin zulk eene hoogte bereikt heeft, zich by dat ééne niet bepaalt, én eené morsfigheid die in alles zichtbaar is te weeg brengt; waar toe ongelukkiglyknog die nevel vaa ftof, in welke de Stad by droog weder fchier altyd als begraaven ligt, hoe zeer dit door gietkarren zou kunnen' verholpen worden, medewerkt. Tegen deezen droevigen toeftand van het gemeen fteekt de pracht der Grooten op eene onbegrypeJyke wyze af: niet zoo zeer in de kieeding", want deeze is er volkomen Engelsch, als in de maaltyden en onthaalen, in welken de menigte, de' uitgezochtheid en de toebereiding dcr'fpyzen het ver van London wint; waartoe evenwel de goedkoopheid der levensmiddelen het haare toebrengt. De gewoone eetenstyd is hier insgelyks des nademiddags orn 5 uuren. De Etiquettes aan het Hof des Onderkoning? zyn op die van het Hof van St. James gemodelleerd; men houdt er van tyd tot tyd Levé's, ,er ..worden bals gegeeven, en de Vrouwen verfchynen er fomtyds in Sakken' doch ook by lommige gelegenheden in die Robes de 'Cour waarin men aan de Koningin zelve van Groot - Britannien de opwachting maakt. Zoniderling is het, dat daar alle de ftraaten der Stad laan beide zyden van een voortreffelyk voetpad ivoorzien zyn, en het Dublin aan geene aangeinaame wandelingen ontbreekt, het voor fatzöenjdelyke Dames, in tegenoverftelling van 't geen ite London plaats heeft, zoo buitengewoon is-zich D d 3 te  420 IERLAND. te voet buiten's huis te begeeven. Aan rytuigen daarentegen van allerlei foort , huurkoetfen , draagkoetsjes, laaghangende en ko-t befpannene Chaifes met één Paard, open Wagentjes die uit 2 of 3 tuinbanken met den rug tegen elkander geplaatst fchynen te beftaan en eene geheele familie kunnen bevatten, ontbreekt het hier niet. Coffyhuizen vindt men er in zeer geringe menigte: doch Couranten, aan de ééne of de andere party toegedaan, regent het er dagelyks; dezulke hier nog niet by gerekend, die 5 maal in de week ( want zoo dikw\ Is vaaren de Paketbooten tusfchen Dublin en Holy-head heen en weder (a) den Ieren uit London worden toegezonden. Aan goede (a) By deeze gelegenheid moet ik aanmerken, dat de Pofteryen in de 3 Koninkryken zoodanig zyn ingericht, dat in derzelver Hoofdlieden des Sondags geen Brieven verzonden worden , of aankomen; en in zoo ver dit laatfte door de onbeftendieheid der winden of de Hechtheid der wegen fomtyds onvermydelyk wordt, verhelpt men het. met ze in zulk een geval flechts na den Sabbath of 's Maandags uit te deelen. Voorts moeten de Brieven voor geheel Ierland eerst op het Generaal Post-Comptoir te Dublin verfchynen, gelyk alle buitenlandfche Brieven voor. de 3 Koninkryken op dat van London bezorgd moeten worden.  IERLAND. 4£f goede Architecten en Beeldhouwers fchynt het hier niet te ontbreeken : doch in het ftuk der Weetenfchappen en in den overvloed aan lieden die zich door uitmuntende werken vermaard gemaakt hebben , moet Dublin niet tegenftaande haare Univerflteit ver achter London en Edinburg te rug ftaan ook treft men er jn de boekwinkels eene armoede van Schry vers over de Stad en het Koninkryk aan, die onbegrypelyk is, In de buurt deezer in zoo veel opzichten aanmerkelyke Hoofdftad bezichtigt men gemeenlyk Rath-Farnham, de Buitenplaats van Lord Loftus, doch tot welke het my niet gelukt is toegang te bekomen, en aan de Noord-zyde van de Baay: Marino, die van Lord Charlemont, wiens Paleis binnen Dublin ik reeds befchreeven heb. Het Gebouw bevat hier niets merkwaardigs als eene door Jarvis gefchilderde ruit, een Bloemftuk verbeeldende; dergelyke glazen, doch van wat mindere waardy, treft men ook in een Gothicq Gebouw op deeze Buitenplaats aan: doch derzelver grootfte fieraad beftaat uit een' prachtigen vierkanten Tempel van de Dorifche Order met trappen, uitftekken aan 4 kanten, Baluftrades en in 't geheel met veel verderfden. Van onderen loopen zeer uitgeftrekte kelders; van binnen is alles gefchikt voor de Huishouding van een' jong Heer, doch niet voltooid. Boven heeft men op eene platteform een heerlyk gezicht. Verder beftaat Marino meest uit een park, dat met Herten en Schaapen is opgevuld, met eeniD d 3 ge  422 IERLAND, ge wandelingen van evergreens tusfchen beide, een lief ftuk water, en eene Heremitage. Het verdient ook zeer de moeite langs de Rivier een myl of 20 op te ryden, en eenige der fchoone Lust- Hoven en Paleizen, welke in deeze ftreek den bemiddelden Ieren toebehooren, te bezoeken. De Liffey heeft dit zonderlinge, dat geduurende haaren geheelen loop, het D 1 door welk zy ftroomt byna niet breeder is dan haar eigen bed; de Bergen aan beide zyden ryzen flechts tot eene maatige en van elkander weinig verfchillende hoogte; van boven is alles zoo goed als vlak. Hier, zoo wel als tegen het hangen der Bergen aan, ziet men door elkander en dicht op één gedrongen Gebouwen van pracht en fmaak , meest alle met plantioen omringd, en Hutten die in ellende by geen voorwerp kunnen vergeleeken worden behalven verfcheiden Dorpen1 en andere volkryke plaatsjes. De weg die veel beplant is, loopt het grootfte gedeelte van den tyd langs de Rivier, dan vlak aan dezelve, dan ■weer wat meer in de hoogte. De Liffey ftroomt redelik fnel en maakt in haaren loop verfcheidene Cascades ; hier en daar liggen er aardige natuurlyke bruggen over, gelyk een paar van ongebyteld hout. Onder de Buitenplaatfen, die zich in deezen omtrek het meeste onderfcheiden, mag mei* inzonderheid Castletown, aaq. Lord Conolley toebehoorende, tellen. Het Huis fs van buiten prachtig: een Corps de Logis, door pgne Colomnade aan 2 vleugelen verbonden. Inwen-  IERLAND. 4 23 wendig treft men 2 fchoone Vestibules aan , een van welken eene Koninkiyke trap omvangt, en boven eene Zaal'van 8 vcnfters lengte, met Arabesquen befchilderd, doch die door de vochtigheid der muuren veel geleeden hebben. Zy bevat eene menigte zeer goede Boeken, fraaje Busten van oude en nieuwe meesters . mitsgaders een paar Statuen, Antique Vafen &c. De plaats beftaat flechts uit een bosch, rondom een groot ftuk velds heengevoerd: doch dit Bosch is vol van de fchoonfte opgaande boomen van allerlei foort die men zich zoude kunnen wenfehen te zien, en van zulk eene hoogte en welig gewasch, als men ze weinig in Engeland aantreft; behalven eene menigte ander en laager plantfoen. Een plaatsje van een' Deken Marle vlak hier by gelegen vertoont een Huis, geheel met Gothique venfters gebouwd ; de wandelingen loopen onder aangenaamen Lommer, voorby en tusfchen Rotfen, en langs de Liffey, die zich by deeze plaats verdeelt, weder vereenigt, en Cascades formeert. Aan 't eind deezer wandeling ziet men eene Katoen - Molen, de eenigfte, zoo ik bericht wierd, in dit Koninkryk. Op Carton , het Landgoed van den Hertog van Leinfter heeft het Gebouw veel van dat van Castletown; de wandelingen zyn er in den gewoonen Engelfchen trant, en niet onaangenaam aangelegd; aan de overzyde van een ftuk water ziet men tegen een wilder bosch aan. De moestuinen en broeikasfen hebben op deeze plaats eene D d 4 on-  IERLAND. ongemeene uitgeftrektheid ; eene myl van hier bezit de Hertog eene allerlieflle Laiterie, omringd door de fchoonst beplante heuveltjes, met eene vyver aan derzelver voet. Het Huis verbeeldt een foort van Boerenwooning, waar men room gaat eeten, ontbyten en dergelyke. Al het Huisraad dat er toe behoort is van hout. Op de plaats van Gen. Sandfort,vlak by Leixlip, gaat men een wild gangpad, langs de Rivier en door een hangend Bosch heengevoerd, omtrent een quartier uur wandelens op, om hier die fchoone Cascades der Liffey te bezichtigen die men the Salmon kap of den Salm-fprong noemt, om dat die» visch, wanneer hy poogingen doet om tegen een' val van water op te fpringen, hierdikwyls gevangen wordt. Er zyn verfcheiden Cascades by elkander: doch één, die de gantfche Rivier te famen trekt, en ze dan omtrent eene diepte van 8 voeten op eene breedte van 5 doet nederftorten, verdient de meeste opmerking. Men heeft er een' boog over gefticht, om tot eene Brug te verftrekken, die van hee ééne oever der Liffey naar het andere brengt. Op de hoogtens aan beide kanten ftaan Gebouwen van kunst: doch het is jammer, dat men aan de zyde van het wandelpad nergens een gezichtspunt gefpaard heeft, daar men de gantfche aaneenfchakeling van watervallen op ééns overzien kan. Tusfchen Leixlip en de Hoofdftad vindt men by Lucan op het rechter oever der Rivier, ign geen 6 voeten, van haar bed eene. mineraal© Bron,  IERLAND. 42J Bron, die veel bezocht wordt. Het Water is koud, van den fmaak van het Harrowgatefche, en insgelyks heilzaam tegen Scorbutique Kwaaien en die met dezelven gemeenfchap hebben. De Gebergtens van het Graaffchap Wicklow, ten Zuiden van Dublin, kunnen intusfchen op ftoutere fehoonheden roemen dan de Zoomen der Liffey. Zy vereisfchen dat men een dag of 3 befteede om ze wel te bezichtigen, 't geen mep zich niet ligtélyk beklaagen zal. Men rydt verfcheiden mylen ver over eene onafgebroken vlakte, fteeds met deeze hooge, kegelvormige cn van boven geheel kaale Bergen, van welken de voornaamfte Sugarloaf of het Suikerbrood genoemd wordt, vóór zich, tot dat men op eens genoodzaakt wordt te klimmen; weldra bevindt men zich in the Scalp, een' engen niec zeer langen pas tusfchen 2 Rotfen, die met zulk een fchrikkelyk geweld moeten van één gefpleeten zyn, dat men nu nog aan beide kanten de ysfelykfte hoopen van op één geftapelde klompen. Steen van verfchillende grootte aanfchouwt, zoo dat de fcheuring tevens eene volmaakte vergruizing heeft te weeg gebracht. Van hier begeeft men zich tusfchen de Bergen heen naar een nauw en met Bosch bewasfchen Dal, aan het eind van welk men de heerlyke Cascade van Powerscourt, doch die ik door de langduurige droogtens niet in haare volle kracht gezien heb, bewondert. Zy valt van eene Rots omtrent 80 voeten hoog, en niet veel minder dan lynrecht Dd 5 op  42Ö IERLAND. op Rotfen neder, waar van de ligging beneden zeer romanesq is. Lord Powerscourt, de Eigenenaar van dit Da], heeft hier zyne Buitenplaats niet ver van af. Hec huis heeft een' goeden voorgevel: doch de vertrekken van binnen zyn van wegen reparatien aan welke men nog bezig is ontmeubeld, en door de vocht bedorven. Een groote Zaal met Colommen, een achtkant vertrek met Cederenhout belegd en een groote Mahogony-houten trap verdienen er alleenlyk opmerking. Behalven de prachtige Opry - laan beftaat de Plaats voor een groot gedeelte uit een fmal belommerd Terras, dat rondom een' grootenMoestuin loopt, en van welk men naar alle zyden de fchoonfte Gezichten op de omringende Bergen en in Zee heeft. Meerder en hooger Laurier-boomen dan zich op deeze Plaats vereenigen heb ik in de drie Koninkryken nergens gezien. De Devils Glinn ligt weinige uuren verder op: wederom eene engte, tusfchen 2 reien van hooge Rotfen, omtrent eene myle lang en in de gedaan^ te van een' elleboog. Een Water ftroomt er met groot gedruisch door heen, vormt verfcheiden kleine vallen onderweeg en omtrent daar het zich jn de Valleie koomt begeeven een' Salm-fprong, gelyk ik er by Leixlip eenen befchreeven heb. De Weg, dien men des noods ook zou kunnen beryden, ftrekt zich ter linker zyde van dit Water uit, en daalt dus met hetzelve mede. Aan deeze zyde zyn de ftyle Bergen geheel met Bosch meest  IERLAND. 427 meest van Eikenhout bewasfchen, aan de overkant vindt men weinig anders dan kaaie Rots, hoewel de geen die daar de eigenaar is ook reeds getracht heeft er hier en daar jong Plantfoen op te doen groeien. Het Majeftueufe der Rotfen aan beide kanten, de groote klompen fteen, die dan overhangen, dan op de eene en andere plaats en vooral in 't Water als uit de hoogte nedergeworpen liggen, laaten geene befchryving toe, die eenig denkbeeld van het oorfpronkelyke geeft. Halverweeg ligt op eene hoogte een foort van Zomerhuisje waar men een gedeelte der klove overzien kan. Doch zo men zich de moeite getroost van eene trap, tusfchen het Bosch, door en tusfchen en over Rotfen heen geleid, te beklimmen, en zoo op den top des Bergs te geraaken, kan men niet alleen de gantfche klove nagaan, maar zelfs eene ruime Landftreek in den omtrek en de Zee zich voor oogen brengen. Voorts vernauwt zich de Glin aan het ééne einde langfaamerhand, daar zy aan 't -andere eenklaps een' aanvang neemt. Niet ver van hier heeft Generaal Cunningham eene Bui enplaats, waar van het huis niet zeer groot, doch eerst onlangs getimmerd en in den allerelegantften fmaak met gecouleurd Plysterwerk vercierd en geplafoneerd is; de aanleg der wandelingen zegt nog niet veel; op eene hoogte, daar men een zeer uitgeftrekt Gezicht geniet, zyn ruïnen gebouwd. Een groot end van de Plaats heeft de Eigenaar in 't midden van een' Bosch op een  418 IERLAND een' Berg, door welk eenige openingen gehakt zyn, een Cottage of Zomerhuisje geplaatst, 't welk voor een'ieder, die zieh van koud Eetn en Wyn voorzien heeft, open ftaat om het aldaar te nuttigen, waar toe zelfs eenig weinig Huisraad beftemd blyft. Ook verdient in deeze Buurt de plaats van den Banquier De la Touché opmerking, waar men mede aan het timmeren van een nieuw Woon-gebouw , 't geen aan dat van den Generaal in pracht niet toe zal geeven, fchoon het moeite zal hebben het in goede ordonnantie te evenaaren, bezig is. Een Stook-kas, die alles famen genomen 120 voeten lengte heeft, loopt uit het vertrek der Eigenaaresfe eerst Berg op in een halfronden glazen Gang, daarna in 7 Verdeelingen gefptitst, waar van telkens de volgende hooger dan de voorige is ; de middelfte, die het Corps de Logis verbeeldt, bewaart van binnen een foort van ronde Group met Bloemen; de 3 vleugels die nog niet gemeubeld zyn, zullen voor vruchten tegen den muur en langs Efpaliers verftrekken; de aanleg deezer Kas heeft groote fommen gekost. De Plaats is flechts merkwaardig door eene achtkante Koepel boven the Glin of the Downs gefticht, en van waar men aan de ééne zyde vlak in deeze klove neer ziet ; en aan de andere eene ruime Landftreek en de Zee voor zich heeft. Zoo verheven ligt deeze geheele plaats , dat men er fomtyds aan de overzyde van het Ierfche Canaal de Wallifer Gcbergtens ondcrfcheiden kan, gelyk het  Ierland. 429 bet huis zelve ook eene gunfh'ge ligging voor de gezichten in 't rond bekomen heeft. De Klove, waar van ik het laatfte Iprak, is breeder dan die ik te vooren befchreeven heb, en mist ook daar door het zonderlinge en treffende derzelve; zy biedt daarentegen beneden in haare hollinge eene aangenaame vlakte aan, door eene kleine Rivier bevochtigt, en door Plantfoen en Hooi-velden afgewisfeld, de Rotfen aan beide kanten byna geheel begroeid, en tegen 'teind daar zy nog ruimer wordt, met een paar aardige kleine Buitenplaatsjes verrykt. Langs den voet van het Suikerbrood wordt men eindelyk van hier naar de vierde Glin in deeze ftreeken gebracht, die den naam van Dargle bekomen heeft. Zy is wederom meer in den trant der voorigen, en niet zonderling breed; de bergen door welken zy gevormd wordt zyn ftoute dochredelyk bewasfehene klippen, het eigendom van verfchillende perfoonen, gelyk ook aan de overzyde van die , langs welke het wandelpad heenloopt, verfcheiden tuinhuisjes op verfchillende hoogtens geplaatst zyn. Dit pad, op de aangenaamftewyze belommerd, is dan eens in de laag. te voorby een ftroomend en fomtyds in vallen zich neergietend water gevoerd, en dan weder byna geheel op den top der Bergen. De Rotfen fteeken op fommige plaatfen tusfchen het geboomte uit, en vormen muuren, grotten en de Zonderlingfte liggingen. De punt van éene derzelven, van welke men in een' ysfelyken Afgrond neei-  43d t E R L A N Ö. neerziet, draagt den naam van the lovers leap} om dat hier eens een meisje, dat zich aan haaren minnaar over deszelfs ontrouw wilde wreeken, van boven neder fprong: doch zulke verhaalen fchynen dikwyls aan zulke plaatfen eigen te zyn. De geheele klove heeft, even als the Devils Glin de gedaante van een' ellenboog. - De landftreek, die alle deeze treffende verfchynfelen oplevert , is op zich zeiven reeds door haare bergachtige ligging en de geduurige afwisfelingen die hier uit geboren worden aanvallig. Verfcheiden hoogtens zyn tot daar de fteenachtige kruin een' aanvang neemt wel bebouwd; de Dalen draagen ook de kentekenen eener goede cultuur. Bosfchen van Eiken en ander hout, Hooivelden, Akkers met Aardappelen en Haver vertoonen zich in menigte. Tusfchen beiden ziet men hier en daar Turf. Hee uitgeftrekte landgoed van Generaal Cunningham onderfcheidt zich boven de anderen in aanbouw, en alle de Huizen en Plaatsjes op het zelve hebben eene welvaarender gédaante. Anderfints bewyzen de ellendige Boerenhutten, die in deeze ftreek zoo wel als langs de Liffey zichtbaar zyn, en dc vellen waar mede in beide de Inwooners zich even als in de Hoofdftad omhangen, derzelver n. pende armoede. Steden treft men hier niet aan ten minften eer men.te Wicklow komt: doch in een Zee-Dorpje Bray geheeten zyn een paar draagelyke Herbergen,- en te Newry-Brid-  * 2 R L A N D. 431 ge, 22 mylen van Dublin, eene betere, in welke ik de 2 nachten heb doorgebracht. Daar myde tyd volflrekt verbooden heeft de Zuidelyke en Westelyke gedeeltens van dit Koninkryk en dus ook het wegens zyne natuurlyke fchoonheden zoo vermaarde Meir van Killarney te bezoeken, zullen zich myne leezeren moeten vergenoegen met de Noordelyke route, benevens een'korten uitflap m^ar den Giants Caufeway hier kortelyk befchreeven te vinden. Deeze Noordelyke route is de eenigfle in Ierland, daar men afwisfeling van Postpaarden aantreft, ook worde tjf titGOt d H iidWE bereeden: om dat de vrees frÖOS : : . v . vjele Engelfchen den omweg V, I'ort-Patrick in Donaghadee, waar men fchieJ aVergezet Is, hoven de ruimer plas tusfchen 11 ! j '-eB Öü 1 n doet verkiezen. Het fcheelt everi w«j dat men hier zulke voortrefFely- k« PcwtctóEfeS eo ordentelyke Poflillons als in Engelaii 1 ontmoet; het flempel van morsfigheid is byna op alle voorwerpen in dit Eiland gedeukt. Dc weg zelve is ook niet altyd even goed. Drogheda en Dundalk z- n de eerfle Steden daar men doorkomt: Drogheda, een volkryk en niet onaardig plaatsje aan de Boyne, dicht by de Zee gelegen; Dundalk, lang, van eene groo. (a) Indien lieden die liever op het voorfte Koffer dan te Paard zittende mennen willen , dien naam verdienen, .  432 ï B R L A N ». groote Markt voorzien, maatig gebouwd, aan een' arm der Zee gefticht, waar fomtyds een tamelyk aantal Schepen opkomen. Men rydt tot hier toe fteeds laugs de Kust, dan eens vlak aan Zee, dan op een' niet aanmerkelyken afftand van dezelve. De Landftreek is voor het grootfte gedeelte plat; althans niet dan uit laage golvingen beftaande ; voor 't overige redelyk wel beteeld, vooral met Aardappelen en Haver; hier en daar vertoont zich een Rots; Buitenplaatfen vindt men aan deeze zyde van Dublin in geen groote menigte, doch naby Dundalk veel boomgewasch. Wanneer men deeze Stad achter den rug heeft, neemt alles eene andere gedaante aan; men ryst een' berg op, om in een niet zeer breed doch alleraangenaamst Dal te geraaken, aan beide zyden beplant, en fomtyds door het Kafteel of het Landgoed van den een' of anderen vermogenden afgewisfeld. Daarna bevindt men zich in Bogs of die Veenlanden, van welke het Koninkryk zulk eene menigte aanbiedt; de Turfaarde wascht hier,' indien ik my zoo uitdrukken mag, op gronden die federt lang niet gecultiveerd zyn geweest; men vindt er zeer droog, geheel ontvlambaar hout in, dat zelfs tot flambouwen zou kunnen verftrekken ; de Turf is van dcnzelfden aart als onze Friesfche, ligt en in een oogenblik verbrand ; ook wordt zy byna in dezelfde vorm geftoken. Men kent er echter ook een kleiner en zwaarder foort. De Stad Newry, die zelve redelyk groot en gantsch niet on- aar-  Z E R L A N O. 433 aardig is, ligt iri ee'n verrukkend Dal, door eene Rivier, die zich weinig mylen verder. in de Zee ontlast, befproeid. Tusfchen deeze plaats en Bambridge gelyk mede tusfchen deeze en Hillsboróugh is de landftreek allerfchoonst, en vol van die menigvuldige afwisfelingeri die men niet dan in bergachtige Gewesten ontmoet. De kleine doch bloeiende plaats, die ik het eerfte noemde leverde my het gezicht , van eene linnemarkt öp: elke Boer brengt er des Maandags morgens het ftuk dat hy in de voorige week geweeven heeft, en vertoont het den Kooplieden die op banken in de open lucht naast elkander ftaan; deeze onderzoeken het, doch met het opflaan Van een obg, ftuk voor ftuk; tekenen in een zakboekje hun oordeel er over aan, en doen er op de publique verkooping, die hier.terftond op volgt, naar evenredigheid een bod na. Hillsborough behoort aan eenen Edelrnari vart denzelfden naam, die de Stad ongemeen heeft aangebodwd en vercierd. Zyn Kafteel, dat flechts eenvoudig is, ftaat aan de Zuidelyke zyde; én langs hetzelve rondom de halve Stad ftrekt zich een aangenaame buitenplaats uit,, met een fchoon ftuk water daar iri. De Stad beftaat meest uit ééne ftraat en eene zeer uitgeftrekte vierkante Markt, met een fraai Markthuis. De Herberg9 een goed Gebouw aan deeze Marktplaats, is mede door Mylord opgericht, ert hy verhuurt ze* aan Herbergiers, die men zelfs in Engeland niet ligt zoo góed aantreft; een Danszaal in de zelve : E é vet -  434 IERLAND. vereenigt fomtyds al den adel uit den omtrek, zelfs verfcheiden mylen van hier. Aan de Noordelyke zyde van Hillsborough heeft hy eene Kerk geheel in den Gothiquen fmaak, en met een* fchoonen Toren voorzien, laaten timmeren: van binnen is het een fmal langwerpig Kruisgebouw; de venfters zyn alle in een' goeden eenvoudigen fmaak met 2 of 3 couleuren befchilderd. Men vindt er een Orgel en een paar monumenten in. Hier naast ftond eertyds een oud Kafteel ; de wallen van 't zelve zyn nog in weezen : doch men heeft ze tot Plantagien toebereid, gelyk het binnenfte een bowling - green bevat; van de Gebouwen is de Voorpoort overig gebleeven, doch ook deeze geheel op nieuws opgemerfeld, en in Zaaien en vertrekken verdeeld. Alles famen genomen heeft wel iets, het verre gezicht in de rondte uitgezonderd , van het Kafteel op Lord Straffords plaats in Yorkfhire. De toegang is hier ook op e'ene aardige wys met Engelsch plantfoen en gazon aangelegd. Het geheele Dal van Hillsborough met de Stad heeft iets buitengemeen aangenaams, en de goede fmaak des eigenaars ftraalt in alles wat men hier bezichtigt door. Lisburn ligt flechts 3 mylen van hier: een vrolyk welgebouwd plaatsje, dat veele jaaren geleeden door brand eene verwoesting ondergaan had; een Fabriek van Damast tafelgoed brengt het haare toe om het welvaarender te te doen worden. Langs eene fchoone, wel bebouwde, met  I E R L A N D. 435 met Buïtenplaatfen, Heerenhuizen en zelfs betere Hutten dan elders overdekte (treek, die door een zeer breed Dal over een' ongelyken grond heenloopt, en hooge Bergen aan de linkerzyde vertoont, wordt men naar Belfast, eene der fraaifte Steden van het Noorden en der aanzienlykfte Handelfteden van Ierland gebracht. Zy heeft eene tamelyke uitgeftrektheid en goede ftraaten en gebouwen; een brug is er over den aanvang des Zeeboezems waaraan zy gefticht is, gelegd, en haar haven bevindt fteeds vol Schepen. De Linnen - Hal is hier een ontfaggelyk groot vierkant gevaarte; de Beurs, een kleiner vierkant, rust op pylaaren , en boven is een Zaal met de daar toe benoodigde vertrekken voor Bals en Asfembléen aangelegd. De Episcopaale Kerk heeft eene langwerpige vorm, is met Gallereien cn een Orgel voorzien , en net onderhouden; haar Toren bewyst de goede Ordonnantie des Architeóts, doch het bovenfte is van hout. De Kerk der Presbyteriaanen vertoont een eirond, allerliefst gebouwd; de Predikftoel ftaat aan 't eene eind, en eene halfronde Gallerei verheft zich hier tegen over aan 't andere. Op ééne der ftraaten komt ook een Hospitaal dat eene goede Facade heeft uit. De weg van Belfast naar Donaghadee loopt weder over de lagchendfte Bergen die men zich zoude kunnen verbeelden. Even inneemend f want ik ga nu over tot de foute die van Lisburn naar den Reuzenweg voert} is de Station tusfchen dit Lisburn en het Stede-" Ee % Jee*  IERLAND." ken Antrim, fehoon de weg flechts maatig geftraat is. Van de hoogte eenes Bergs nog lang niet halverweeg ontdekt men fchier het geheele Lough Neagh, eene groote vierkante plas met alle dezelver uitftekken, Tongen, en een ander kleiner Meirtje vooraan, 't welk een Eilandtje bevat. Naar maate men het Meir en het Stedeken Antrim niet ver van deszelfs Oeveren afgelegen, nadert, vindt men den weg meerder beplant, Achter die plaats en vlak aan het water verheft zich Shanes- Castle, het eigendom van Mr. O' Neill, een' afftammeling der oude Ierfche Koningen, en een' der gegoedfte en machtigde particulieren van het Noorden van Ierland. Het Kafteel is een groot vierkant gevaarte, van buiten wit geverwd, gelyk veel Gebouwen in het Koninkryk; de Architeauur heeft er niet veel pracht aan te koste gelegd, gelyk ook de Kamers meer net dan elegant zyn. Een aardige rond uitgetimmerde Coffy - Kamer, met alle gemakken en vercierfeleh die daar toe behooren, en eene oppasfter, die er op zekere uuren van den dag gereed ftaat om te fchenken ; een lief klein Theater, met zyne Decoratien, aan 't eind van een' langen gang buiten het Gebouw ( a ), een groote Dans - Zaal geheel van Zeildoek, en dus verdraagbaar, mede aan £0 Eene goede Troup Muficanten , die hier fomtyds het Orchester formeeren, is buiten das altyd in dienst van dit huis.  IERLAND. 437 aan de muuren van het Kafteel vastgemaakt, en eene mee planten vervulde ftookkas, of om my beter uit te drukken glazene Zaal, verdienen er echter opmerking, en zyn er famen zoo veele getuigen van dc vinding en dep ftnaak der eigenaaresfe. De Bibliotheek is niet aanmerkelyk: doch de Boeken ftaan in eene vrolyke Zaal by elkander ; in een beneden vertrek worden ook nog eenige Mechanifche inftrumenten bewaard. Het uitgeftrekte park, (want eigentlyke Buitenplaats :s er niet) wordt geheel door een' muur omvangen, behalven naar de zyde van het Meir; voor de herten is er een byzondere plek in afgefcheiden. Het beftaat meest uit Hooiland, en wordt door eene Rivier, met een paar Bruggen er over, bevochtigd. Een Heremitage is aap den voet eenes Bergs tegen deeze Rivier aan, geplaatst, en wederom met vee] genie gemeubileerd: de pooten der ftoelen by voorbeeld beftaan er uit 4 naar buiten gekeerde Osfehoornen , en de leuningen uit dergelyke hoornen die elkander .truisfen; de zitting derzelven is yan Bokkevel; de zoldering van het vertrek uit eierfchaalen in Kalk faamgezee; de glazen geverwd &c. Het gantfche Landgoed van den Hr. Q' Neifl, 't welk voor het grootfte gedeelte aan den Lough Neagh ligt, ichoon het Meir hem zelve niet toebehoort, bedraagt flechts weinig minder dan oo,poo morgen Hollandsen. Alles behalven eenige ftukken van het Park wordt verhuurd. De kleine Stad Randelstovvn, 2 mylen van het Kafteel gelegen \ Ee 3 be*  438 IERLAND. behoort insgelyks tot zyn eigendom; hy zendt er 2 Leden uit naar 'c Parlement, en verfchynt zelve aldaar van wegen de Provintie, waar hydoor zyn' invloed ook ten opzicht der andere Parlements- plaats volkomen meester is. De Vafallen hebben hier nog veel de gewoonte by het ontmoeten van hunnen Landheer, of deszelfs Echtgenooteop de knieën te vallen: eene omftandig'heid die alleen genoegfaam de macht van den Bezitter van groote Goederen in deeze Streeken bewyst. Wanneer evenwel zoodanig een macht in handen van Lieden valt, die zoo veelbeminn»lyke hoedanigheden vereenigen als de Eigenaars van het Gastvrye Shane's 'Casile, verdient het noodlot der Onderdaanen minder beklaagd te worden. Wat het Meir betreft, zoo heeft dit naar zyne witte Gronden den naam van Neagh (want in'het Iersch is dit het woord voor wit) bekomen. Het is buiten twyffel het grootfte in het Koninkryk; het ontvangt 8 Rivieren, waarvan de voornaamfte, de Bann, er door heen en verder in Z°e loopt. Men begrypt derhalven dat deeze Kom zoet Water bevatten moet. Ook is het aan geene veranderingen van Eb en Vloed onderhevig: doch wegens de veelvuldige regens in het Najaar heeft het zyn' Zomer en Winterpeil, die zeer van elkander onderfcheiden zyn. Aan Salm en vooral aan Salm - vorellen heeft het zoo wel als de Rivieren hier om ftreeks, en zoo wel als byna alle Schotfche en Ierfche Meiren, den grootften overvloed. Ook wordt er Baars en an-  1 e * l a n t>. 43p andere Visch in gevonden. De Heer O'Neill verkoopt de Vorellen, die op de Rivier welke door zyn Park ftroomt gevangen worden voor een' ftuiver het Dozyn aan zyne Ingezetenen, en dit alleen om de kosten der Visfchery goed te maaken,- deeze Lieden zouten ze en eeten ze des Winters by hunne Aardappelen. Tot de Salravangst is ook op die Rivier een fteenen fuik gemaakt, die het hooger opzwemmen van den Visch verhindert. Niet ver van het Kafteel vindt men >ene fteenachtige ftreek langs hetOever des Loughs, >elke, wanneer men ze van naby onderzoekt' reds in 't ruwe en ongeformeerde eenige tekenen d>agt van die gecriftallifeerde Colommen, welke op den Reuzen weg in grootere volkomenhei zullen befchryven. Een gantfche vloer van hgende ruwe Rotfen ftrekt zich byna vlak aan he huis langs dit zelfde Oever uit. Vanneer de Bann uit het Meir naar Zee gaat ftromen, vormt zy kort daarna nog een' kleinerq Lough, aan welken de Heer O' Neil] zich nogeene afgelegener en eenzaamer verblyf geformerd heeft; het wordt door een Bosch ea eene vindeling er door heen "gehouwen omringd. Aan ht Gebouw, dat met een dak van heide overdek iSj Zyn van vooren 3 of 4 nette kamers getimme.f, met fraaije ovaale venfteren ; de muur is fcchts van houten latten faamgefteld, met kalk \)l gegooid, gelyk men hier te Lande fomtyds debinnen-muuren vervaardigt, en van Vooren metKeifteentjes beworpen. De Rivie? Ee 4 heeft  44-0 ï E R L A » ». heeft omtrent 20 mylen noodig om van daar naar Collcraine te ftroomen, en niet ver van deeze Stad de Zee te bereiken. ' De beide Oevers zyn xedelyk bergachtig en loopen veel over veenachtige Gronden. Colleraine, door deBann in twee ongelyke d'eelen gefplitst en door eene goede Brüg wederom vereenigd, is een klein doch niet onaardig Plaatsje niet eene Markt en Markthuis. Van hier rydt men over eenige Bergen naar den niet ver meer afgelegenen Reuzen - weg, by welken het Dorpje Bushmill, het een of ander enkel' huis uitgezonderd, dé naaste bewoonde Plaats 5Het onlangs uitgekomene Werkje'van den Predikant Hamilton te Dublin (a>, dat wel ede vertaaling verdiende, geeft van dit zonderlige Natuurverfchx nfel ëen vry nauwkeurig bene?, gelyk de Prenten van Mrs. Drury deszelfs edaante, ten minften wanneer men het oörfprhkelyke gezien heeft, duidelyk fchetfen. De^eheele Noordelyke Kust van'het Graaffchap Antrim omtrent 20 mylen in de lengte, en vooieen gedeelte de Kust van het Eiland Raghery , da.' tegen over op geen grooten afftand in Zee ge?gen, wordt door hooge Rotfen gerugfteund, tegn welken men bier en daar vyf-, zes- of meerioekige Pylaaren van Bafalt van verfchillende hogte en • 1 - ■ mm; (a) Letters concerning the Northern Coa of the Comty of Antrim. Dublin, 8vo. 1786.  X E R I, A N D. 44Ï mindere of meerdere volmaaktheid befpeurt, gelyk ik zoo even reeds aanmerkte dat men de beginfelen daar van ook Landwaarts in, en gelyk mep ze vooral ook in de buurt op de toppen van fommige hoogtens ontdekt. Doch nergens vindt men dit uitmuntender en gaaver by elkander, dan op de eigentlyke Caufeway: het eenigfte dat de tyd en de omftandigheden my toelieten er van te bezichtigen. Men verbeelde zich aan den voet van eene keten Rotsfteenén, die hier voor een Bolwerk tegen de Zee verftrekken en te deezer plaatfe eene tamelyk ftyle helling hebben, 4 uitfteekende Kaapen, en daar tusfchen in gelyk van zeiven fpreekt 3 Zeeboefems. Een fmal fteenachtig voetpad, dan eens vlak aan de Zee, dan weder halverwegcn de hoogte des Bergs langs deszelfs bochtenen hollingen heen geleid, is de eenigfte gebaande weg, dien Vreemdelingen hier betrecden kunnen, en wanneer door zwaare (régens, gelyk ik dit tot myn ongeluk trof, de fteenen glibberig worden gemaakt, en het affpoelende grooter Cn kleiner gruis van de hoogte des Bergs over dit pad komt heen rollen, wordt het juist niet de aangenaamfte wandeling. Tusfchen de twee eerfte Kaapen, van de linkerzyde afgerekend, daalt men van de Rotfen naar de laagte neder. Beide zyn zy van ruwe en woeste Klippen gevormd, flechts hier en daar met ftukken van Bafalt - pylaaren doormengd, gelyk ook deeze onder andere fteenen op het Strand verfpreid liggen, en tegen de helling der Rotfen, die de Zeeboezems E e 5 ia.  J E R L A N D. influiten, aan geduurig zichtbaar zyn. De derde Kaap draagt in 't byzonder den naam van Reuzenweg. Men ziet er wederom drie van naast elkander, ieder van den vorigen door groote ronde klompen van gewoonen fteen afgezonderd, en de achterfte telkens hooger dan de volgende. Elke Weg, of gelyk men zich naar deeze vooronderftelling beter zoude uitdrukken elk Fragment eenes Wegs, beftaat uit afgebrokene Bafalt-Colommen , fommige perpendiculair, andere fchuins, weder andere byna horizontaal, eenige zelfs kromgeboogeo, en in welke deezer gedaantens het ook weezen moge, groupsw\ ze' by elkander geplaatst. Elke Pylaar, gelyk genoegfaam bekend is, beftaat uit ftukken zwartachtigen, weinig poreufen fteen van dezelfde hoogte!, als riet in elkander fluitende, en waar zy zich famenhechten het eene wat naar binnen het andere naar buiten gehold. De lengte van ieder ftuk ( a} zal omtrent een halyen voet en deMiddellyn der dikte iets over den voet bedraagen, hoewel dit niet overal volkomen hetzelfde is. De gedaante van ver het grootfte aantal is 6 hoekig. Men vindt er echter ook verfcheidene van 5, enkelde van 7 en 8 hoeken, en indien een Perfoon, die dagelyks den weg betreedt , en die my toefcheen alle kenmerken vaq ge- da) Men vindt op het Cabinet ZynerDoorl. Hoogheid een paar deezer ftukken, geiyk mede de Prenten van Mrs. Qrury, die den Caufeway afbeelden.  IERLAND. 443 geloofwaardigheid te vereenigen, my niet misleid heeft, kan ik op de verzekering deezer ooggetuige berichten, dat zy er tot 9 hoeken aan één geteld heeft. Deeze meest evenredige hoekige kant der Pylaaren veroorzaakt dat zy altyd tegen elkander aanfluiten zonder holligheden tusfchen beiden over te laaten. Gelyk de 3 Caufeways achter elkander Zeewaards nederdaalen, zoo daalen ook in elk de Colommen gemeenlyk insgelyks naar die zyde, hoewel niet volkomen op dezelfde wyze: want er zyn plekken, daar men er boven eenige heen als over eene platte vloer gaat: over de toppen van andere zoude men als van eene trap kunnen neder gaan; de punten van anderen wederom bieden te famen wel eene gelyke oppervlakte , doch die niet horizontaal geplaatst is, aan. De achterfle muur van den achterflen en dus van den hoogden Caufeway is door de regulariteit en de lengte zyner lynrecht op (taande Pylaaren merkwaardig. Tegen de Bergen aan, die den derden Zeeboezem, of den afftand tusfchen den Reuzen-weg en den 4den Kaap influiten, ziet men die rei Pylaaren die van hunne gedaante het Orgel genoemd worden. Zy vertoonen inderdaad van verre, zon? der dat de verbeelding hier in eene groote rol fpeelt, als de pypen van dat Inftrument, en dos zijn de middelden grooter, en die naar beide de eindens allengskens kleiner toeloopende. Ik beklom de aanmerkelyke en redelyk ftyle hoogte, die dezelven bewaart, en vond deeze Colommen zeep regels  444 IE R L A N T>. regelmaatig gehoekt, 't geen zoo veel te zichtbaarder wierd, door dien de verwoestingen des tyds er eenige hadden uitgerukt, waar door de gedaante der overigen gemakkelyker kon worden nagegaan; diezelfde vernieler had er ook eenige van boven naar beneden gefpleeten, welke zeer gevaarlyk fcheenen te hangen, en echter misfchien nog Eeuwen in denzelfden toeftand zullen blyven voortduuren. Het overige van deeze Baay vertoont een' halfronden muur van Rotfen, tetegen welke mén nog vèrfcheidene minder volmaakte Pylaaren van dit foort befpeurt; aan den voet dier muuren ziet men den Bodem tot aan de Zee toe met de ysfelykfte klompen fteen overdekt, Voorby den 4den Kaap ben ik onderricht dat nog op een paar plekken, doch ver van elkander , (dergelyke uitneemend gaave reiën van Pylaaren te vinden zyn; ééne zelfs van 2 reiën boven elkander, met eene laag van Rots tusfchen beiden: doch ik moest my met het reeds befch-eevene vergenoegen. Het behoort tot myne taak niet in een natuurkundig onderzoek over de vorming deezer Bafalt - Colommen te treeden: ( want ieder begrypt dat de'onkunde alleen het woord van Reuzen-weg verzonnen heeft (a)); alleenlyk (o) Intusfchen kan iemand die de overblyffels der oude R meinfche wegen, by voorbeeld van de Via Appia, en die de Straat van Pompeji gezien heeft, zich van de oppervlakte der overeind/taande Colara» men een duidelyk denkbeeld maaken.  IERLAND. 445 I lyk zal ik hier om den weetlust myner leezeren niet geheel onvoldaan té laaten het gevóélen van den laatden Natuurkenner, die hier over gisfingen gemaakt en zyn delfel niet dan na eene nauwkeurige vergelyking met de voorige gevormd heeft,ik meenden zoo evengenoemden Heer Hamilton, ter neder Hellen. De voortreffelyke Werken der Heeren Des Marest en Faujas de St. Fond, die over de uitgebrande Volcaaneri en de BafaltColommen van de Graaffchappen Vivarais, Velais en Auvergne in Vrankryk handelen, voorriaamehtlyk tot zyne gidfen gekoozen hebbende , bewyst hy, dat de Bafaltfteen niets anders dan weezentlyke Lava en eene door de kracht des vuurs wel eer gefmoltene en daarna weder hard gewordene ftof is; dat de DelfflofFen die de Bafalt - pylaaren omringen, duidelykebewyzen opleveren van de werking van dit zelfde element; dat verfcheiden Bergen, (inzonderheid in de zoo even opgenoemde Franfche Provintien), die met het hoogde recht voor uitgebrande Volcaanen te boek daan, in hunnen omtrek deeze Bafalt- colommen vertoonen; ja dat men zelfs in de buurt vatt 3 nog brandende Bergen, die op het Eiland Bourbon, den /Etna (fa) en Hecla, er insgelyks befpeurt. Uit alle deeze Gronden trekt hy daar op met de hoogde waarfchyntykheid dit beduit, dat er Co) Te Castel - a - mare naamentlyk, een Eilandtje niet ver van Catania.  446 IERLAND. er ook in het Noorden van Ierland wel eer vuurfpuwende Bergen zich moeten bevonden hebben; hoe zeer er geen een meer hier om ftreeks de kegelachtige gedaante, die zy niet dan met hun beftaan verliezen, betoont. Doch wanneer men zich herinnert 't geen ik van de fchrikkelyke verwoestingen, die de Westelyke Kust van Schotland verraadt, en de menigvuldige Eilanden daar van als losgefcheurd gezegd heb; en men bedenkt, dat niet alleen het Eiland Raghery dergelyke Bafalt-Pylaaren opwyst als de Kust van het Graaffchap Antrim, maardat ookStaffa, een dier Westelyke Schotfche Eilanden, de fchoonfte grotte daar van , door de tekeningen van Pennant en van Troil bekend geworden, bezit: zoo zal men aan de ééne zyde zich over de gedaanteverwisfeling dier Bergen niet verwonderen, en aan de andere zyde niet lang aarzelen om vast te ftellen, dat die gantfche uitgeftrekte plek, die hier tusfchen Ierland en Schotland in ligt, in vroegere Eeuwen Land geweest doch door onderaardfche vuuren vernield, ingeftort, en op de Eilanden na een prooi der baaren geworden is. De voornaamfte zwaarigheid intusfchen die overblyft, en die zich de Hr. Hamilton ten laatften ook voorftelt, is deeze: Indien de Bafalt en Lava hetzelfde , en de eerfte zoo wel als de laatfte aan het vuur hunnen oorfprong verfchuldigd zyn, hoe komt het dat de Lava die door alle bekende vuurfpuwende Bergen wordt uitgeworpen, en waar van men zelfs by de meesten derzelven zoo diep onder de op-  * e r■ i» a n d. 447 oppervlakte des Bodems de verharde ftroomen kan nagaan , nimmer die gecriftallifeerde y of S hoekige vorm vertoont, die men aan de Bafaltpylaaren bewondert? Hy beantwoordt deeze tegenwerping met aan te toonen , dat de bewerking der Criftallifatie niet anders gefchieden kan dan in het hart des Bergs, waar de Ontvlamde ftof allengskens en ongeftoord verkoelt; doch dat zoo dra zy met de buitenlucht gemeenfchap heeft en deeze de Metallieke Deeltjes der Lava van hun Phlogi/ton berooft, de criftallifatie onmogelyk wordt; en dat derhalven Bafalt - colommen, die zich gelyk op den Reuzen - weg en elders voor het oog vertoonen, de inftorting der Volcaanen, die haar eertyds overdekt en verborgen hebben, veronderftellen. Eer ik de Kust van Antrim verlaat, moet ik nog met een woord van het vervallen Kafteel van Dunluce, wat verder Westelyk op aan het zelve liggende fpreeken. De plaatfing er van is zeer Romanesq, waar toe de ruïnen van het Slot zelve en het afbreeken van een ftuk Rots veei medewerken: doch het.zonderlingfte hier van is een groote breede Spelonk, die onder het gantfche Kafteel heen loopt; en waar tegen en waarin de Zee aan de andere zyde fpoelt; zy heeft een' boog van ruwe fteenen aan den ingang en hier binnen treedende ziet men er recht door heen en licht en Water aan 't einde. & zal hier m nog eenjge algemeene aanmer-  448 I E R. L A N r>; kingen over Ierland by voegen Ca), en dan dit Koningryk verhaten en myn Werk befl uiten. Natuurkenners die den aart des Bodems op dit Eiland onderzocht hebben j verzekeren,; dat dezelve over 't algemeen vruchtbaarder dan in Engeland is. De Westelyke Gedeeltens worden door de heerlykfte Weilanden overdekt, en de Veefokkery aldaar ftrekt tot eene Bron van welvaart aan de Natie; in de zuidelyke en oostelyke ftreeken bloeit de Akkerbouw, en zo de Linnenweeveryen niet tallooze handen in het Noorden bezig hielden, zou er de grond even gewillig zyn om Veldvruchten voort te brengen. Daar in Engeland flechts de groote Wegen goed zyn., heeft men hier middelen uitgevonden, door onderlinge overeenkomst der aangelanden, om ook de Dwarswegen te doen uitmunten; zelfs zyn de Heerenwegen byna de eenigfte flechte in Ierland. De myl heeft hier de evenredigheid tot de Engelfche van O) Schoon het Werkje van Arthur Young : a Tour in Ireland with general Ohfervatïons on the prefent ftate cfthat Kingdom (1776 - 1779-) in 2 Deelea in 8vÖ. Zich voornaamentlyk met het huishoudetyke en den Landbouw bezig houdt, en er de laatfte gebeurtenisfen van het Koninkryk niet in konden behandeld worden, blyft het echter over 't algemeen eeri der leerrykfte Boeken over den ftaat van hetzelve*  IERLAND. 449 van li tot 14; met den morgen Lands is het op dezelfde wyze gefield. Het Westelykfte gedeelte van Europa kan geen andere dan eene vochtige Luchtsgefteldheid hebben, waar van veele huizen op het Land de duidelykfte kenmerken draagen. Ook begint het er doorgaans met Augustus te regenen , 'c welk vervolgens Maanden achter elkander voortduurt. De Ieren, aanzienJyke zoo wel als geringe, zyn voor het groot» fte gedeelte fchoon , wel' gemaakt en fterk; zy winnen het hier in ongetwyfFeld zelfs van de Engelfchen om aan de Schotten hier niet te gedenken. Uit, de treurigfte en berooktfte Boeren-hut ziet men fomtyds de gezondfte en fyn befneedenfte tronie te voorfchyn. komen , en een zwerm van frisfche Kinderen kruipt en loopt fteeds zoo goed als naakt in de rondte. Het algemeen €arafter der Natie helt al! zoo veel naar het Franfche als naar het Engelfche over. Wellustig, op vreugd en vermaaken gefteld, tot den arbeid meer bekwaam dan geneegen, haveloos en jnorsfig zyn zy door ons voorig verhaal reeds ber kcni geworden. Hun voorkomen is echter inneeroend, hun omgang vleiend en complimenteus; elke ■Ier, hoezeer ook met lappen omhangen, heeft de houding en voert de taal van een fatfoendclyk Man. Doch men behoort op zyne hoede te zyn om hun zyn gantsch vertrouwen toe te ftaan. In het verzinnen van leugenen,wanneer er langs deezen weg jets te winnen valt, bezitten zy eene onF f ï&*  45® IERLAND. begrypelyke vaardigheid (a), gelyk hunne armoede hen omtrent het geld, inzonderheid wanneer het zonder veel werkens kan verkreegen worden , ten uiterfte inhaalig maakt. Van hun zeiven zoo wel als van hun Vaderland voeden zy geene geringe gedachten, en 't geen de Gefehiedeftis van den ouden bloei van Ierland optekent, verzuimen zy niet in' al zyne uitgebreidheid geduurig weer voor te Hellen, indien niet nog met Fabelen en gistingen re vermeerderen. Gefchikt om op de minfte beleediging vuur te vatten, zyn zy ook zeer tot vechteryen geneegen, die me. nigmaal in wreedheid ontaarden. Het drinken, waar toe zelfs vreemdelingen die men te gast noodigde menigmaal met geweld geperst wierden, ea (a) Tot een Haal daar van kan ik een' leugen van welken ik getuige geweest ben, en die in onbefchaamdheid alles wat ik ooit van die natuur gehoord heb overtreftr hier aanhaalen. In tegenwoordigheid van een' derden viaagt my een Suppoost van de Douane, die aan het vifitceren myner Koffers geholpen had, des avonds eene fooi en ontvangt ze, Den volgenden morgen herbaalt hy in tegenwoordigheid van denzelfden perfoon en in het eelfde vertrek zyn verzoek, en houdt tegen onzer beider verzekering aan op zyne Ziel en Zaligheid ftaande, dat hy nimmer my iets dergelyks verzocht veel minder van my genooten nad,, fchoon hy in beide oogenblikken niets minder dan befehonken was.  IERLAND. 45* eri 'tgeen onder lieden van rang zoo wel als onder minderen te vooren eene geduchte hoogte bereikt had, komt thans vooral onder de eerftert zeer uit het gebruik: doch onder een tweede foort van Land-jonkers is het inzwelgen van 6 Bouteilles Claret, die hier minder lasten dan iri Engeland betaalt, een dagelykfche heldendaad; In den ellendigen doch goedkoopen Whiskey doet de gemeene Landman buitenfpoorigheden , teö geen geringen nadeele zyner gezondheid en vermogens. Het Engelsch wordt in de Noordelyke en Oostelykc Provintien, het oude Iersch ia de Westelyke en Zuidelyke gefproken. De geringere liedÊn van beide foorten verdaan elkander niet. Het Engelsch is op dit Eiland eigentlyk eene nieuwe aangeleerde taal, die daar zy gebruikt wordt de moedertaal [verdrongen heeft. Het wordt om deeze reden er ook met eene zuiverheid gefproken, die onder den gemeenen Mart in Engeland onbekend is , fchoon men evenwel hier en daar aan den tongval den Ier betrapt, en het ook in de famen voeging der woorden zelfs aan geen Mandismes ontbreekt. Het is ten overvloede bekend, in welke betrekking dit Koninkryk tegen Engeland ftaat, welke verfchillen het Britsch en Ierfche Parlement over de af hankelykheid vari het laatfte aan het eerfte fteeds gevoerd hebben, en welke beflisfing niet lang geleeden daar omtrent is voorgevallen. Tusfchen de 30 en 40,000 Man hadden toen het harnas aangegespt en zich in die Vrycorpfen verzameld, die in Ons Ff?. T*i  452 IERLAND, Vaderland nagebootst gedreigd hebben hetzelve ih den Afgrond, tot wiens rand het reeds genaderd was, te Horten. Edellieden van den eerften rang Helden zich aan hun hoofd, algemeene revuen wierden gehouden en campen afgeftooken, en men zag byna niemand zonder Uniform over ftraat gaan. Thans is hun getal aanmerkelyk gefmolten, en fchoon de macht van het Britfche Parlement er moge afgenomen hebben, zyn de krachten van het Cabinet van St. James er niets minder dan gefnuikt. Wanneer men de lyst der Onder - koningen nagaat, zal men ontdekken, dat zy op 6 of 7 na, weinig meer dan een jaar in hunnen post gebleeven zyn. De Hertog! van Rutland, die nu in 't midden zyner bediening overleeden is, zoude het by een langer leven irrisfchien van alle zyne voorgangeren in dit opzicht gewonnen hebben. Men is fteeds te London op zyne hoede dat een Lord Lieutenant, gelyk eigentlyk de titel des Onder-konings is, by een uitgerekter verblyf op het Eiland, zich niet te veel invloed en perfoneel gezag ten koste van het Koninkiyke verwerve ,\ gelyk daarentegen by de minfte verandering in het Minilterie deeze Stadhouder van zynen Post verzoekt ontflagen te worden , en zynen verftootenen Begunftiger in Ampteloosheid navolgt. Dikwyls is de Onder-koning flechts een Edelman, dien men met een'hoogen titel befchenken wil, terwyl de een of andere Staatsof byzondere Secretaris de eigentlyke Perfoon is, die de oogmerken van het Hof van Engeland in Ier-  ierland; 453 Ierland moet uitvoeren. Telkens by de aankomst eenes nieuwen :Stadhouders treeden de Hoofden der Oppofitie met hem of zyne Secretarisfen in onderhandeling, en naar maate zy van deeze de toezeggging van groote Ampten voor hun en de hunnen bekomen, belooven zy ook wat hen betreft , omtrent de voorftellingen en de begeerte der Ministers toegeevend te zullen zyn: want zo de Godsdienst zyne duizend fchynheiligen opwyst, kanerhetPatriotismus zyne tienduizenden vertoonen. Het getallderjerfche Lords wordt door de dagelykfche fchepping inzonderheid van Engelfchen tot deeze waardigheid geduurig grooter. Tot de Leden van het Laagerhuis ontbreekt het fomtyds aan gefchikte Hof. Men vindt daarentegen eigenaars van kleine Steden die handel met de Parlements - plaatfen, welke ter hunner begeeving ftaan, dryven; er zyn Lieden, die hier in opzettelyk de rol van Makelaar fpeelen; en men zegt dat een ieder, die de fom van L. icoo befteeden wil, om eene zitting in 't Laagerhuis zich niet verleegen behoeft te maaken. Men hoort in deeze Zaal wat de welfpreekenheid en kracht van redeneeren betreft geene minder aanfpraaken dan te London , indien de Ierfcbe levendigheid en vlugheid hen in dit opzicht niet nog meerder doet uitmunten. Van de gerichten op dit Eiland zal ik hier flechts aanmerken, dat zy in het voorleer den jaar door het te recht ftellen van Mr. Fitzgerald, die aan de eerfte Familien vermaagfchapt was, een' triumph van (onberekenbaare waarde F f 3 oveit  4|4 IERLAND. over geweiden onderdrukking aan de ééne zyde en over heimetyken en onbehoorlyken invloed, van welken aart dan ook , aan de andere zyde behaald hebben. Hy ftond niet alleen voor een'moordenaar te boek, maar hy had zelfs de moorden, die hem met een' ftrop beloond zynsaah't hoofd van eene tab ryke Bende zyner Vafallen aan eenige gehaate Nabuiiren geoeffend, en het ftond te duchten, dat indien deeze misdaad ongeftraft ware doorgegaan, de woestheid welke in fommige gedeeltens van 't Eiland den Inwoonderen nog aankleef t,en de onaf bankelykheid van het gezag der Wet, die zy zich wel wilden verwerven of behouden, met vreesfelyke ftappen zoude zyn voortgegaan. Voor Reizigers anderfints, behalyen eenige Higwaymen rondom de Hoofdftad, is het het gantfche Koninkryk door redelyk veilig. Wat den Godsdienst betreft, zoo weet men, dat er de Epifcopaalfche zoo wel als in Engeland de heerfchende is, dat zich een onbegrypelyk aantal Roomschgezinden in het Koninkryk ophoudt, welken men het byna ondraagchelyk juk waaronder zy gebukt gingen federt eenigen tyd heeft trachten te verligten; en dat het ook in geene plaats van belang aan eene PresbyteriaanfcheKapel ontbreekt. Omtrent de Episcopaalen, aan welker hoofd de Aartsbisfchop van Armagh ftaat, treft byna alles in wat ik by Engeland daar omtrent heb aangemerkt. Vette Bisfchops - plaatfen en andere Gcestelyke waardigheden worden er veel door het Hof aan Engclfchen gefchonken. De White Boys, door hunne oproerigheden en wreed& V- • ! " 1• ':; : :' he-  IERLAND. 4J5 Beden vermaard, ftonden voorlceden jaar in het Zuidwesten nog in de Wapenen. Dit Volk, niet iü allen opzichte te veroordeelen , beftaat uit Landlieden die fchier een' beftendigen Oorlog met de Geestelijkheid over het betaalen van Tiendens voeren. Veelen weigeren er opentlyk voor uit te komen, en begaan flechts in dc duisternis van den nacht hunne daaden van geweld. Andere vertoonen zich minder befchroomd, en durven aan geregelde Militairen het hoofd bieden. Schrikkelyk zyn buiten twyffel de buitenfpoorigheden die men van hun hoort: doch het is ook hard , wanneer men zelfs Roomschgezinden vergt aan Proteftantfche Geestelyken de Tiendens hunner Veldvruchten te moeten overlaaten; en met welke geneegenheid zullen Proteftanten zelfs hunne Leeraarcn ontvangen en aanhooren, in wien zy flechts afpersferen zien van het geen zy door hun zweet verkreegen hebben? Hoe oneindig beter ware het den Predikanten het gantfche Koninkryk door een betaamelyk en evenredig inkomen , naar de duurte hunner ftandplaats afgemeeten, te bezorgen! Enkele Leeraaren, en deeze bevinden er zich het beste by, zyn reeds tot het aangaan eener overeenkomst met hunne Parochiaanen overgegaan , waarby het heffen ;der Tiendens eens voor altoos is afgekocht. De Finantien van Ierland ftaan op een' goeden voet en de Nationaale Schuld is zeer gering. De in- en uitgaande Rechten maaken ver den voornaamften Tak der inkomften uit, en deeze zyn genoegfaam, F f 4 qia  45$ IERLAND. Om aandc uitgaa/en te voldoen. De uitvoer van het Linnen, 't welk onder de Ierfche Manufadtuuren ver den eerden rang bekleedt, is niet belast; doch dit is fchier de eenigde gunst die Engeland aan dit Koninkryk bewyst; in alle overige Fabriquen en in den handel zoekt het hetzelve zoo laag als mogelyk te houden, althans wel zorg tedraagen, dat het zich niet ten zynen koste verheffe. Niet dat ik eene zulke Iaage en onberedeneerde Politiek (dewyl Engeland door den aart der zaake by Ierlands voorlpoed altyd moet winnen) den verlichten Ministers aan 't Britfche Hof zou willen aanrekenen: het zyn flechts eenige bemiddelde Kooplieden en Manufactuuriers in Engeland, die door een' geest van jaloefie en winzuchtgedreeven, de Ministers tot deeze onrechtvaardigheid dwingen, waar toe het fourneeren of terug houden hunner Penningen, als de Landkas ze noodig heeft, een nimmer feilend middel is. Men behoeft zich dus niet te verwonderen dat het Ierfche Parlement zyne flemme wel eens luid laat verneemen, en dat de Natie poogingen doet om die hand, die haar met geweld naar de laagte drukt, fomtyds te ontworstelen en van zich af te ftooten. Een andere hinderpaal aan haaren voorfpoed vindt zy in de geduurige afweezenheid haarer Grooten, en in een daar uit ontflaande verval van den Akkerbouw. De Lords naamentlyk, die tevens bezitters van uitgedrekte Goederen zyn, verkiezen liever te London en in de Nabuurfchap van het Hof, welk tog de Bron van alle Amp. ten  I E R L A N ®. 457 ten, Voordeden en Titelen is, te vertoeven, dan op die Goederen de inkomften die zy er van trekken te verteeren. Dit veroorzaakt eene dubbele fch3de ; want niet alleen worden alle deeze fommen buiten het Koninkryk gevoerd: maar de kostbaarder levenswys te London vereischt meerdere uitgaven dan zy t'huis blyvende zoude behoeven te befleeden. Nu wordt of een Rentmeester met Brief op Brief belast de Landlieden aan te fpreeken , om zoo veel hun maar kan afgeperst worden naar Engeland over te zenden; of 't geen nog oneindig flimmer en echter maar al te gebruikelyk is, het goed wordt geheel of gedeeltelyk aan een tweede flag van lieden zoo hoog als docnlyk verhuurd; en dit middelfoort van Landheeren , de waare kanker van het Koninkryk, mergelt dan om die Penningen goed te maaken en zien zelve nog daarenboven ryke inkomften te bezorgen, den armen Landman uit, aan wien hy weder in kleiner Perceelen het Land verpacht heeft en van wien hy zyn' loon op het ftrengfte vordert. Zonder aanmoediging, zonder dat men fomtyds door het voorfchieten van kleine fommen de Boeren in onderneemingen onderfteunt, is het onmogelykdat de Akkerbouw bloeije en de Ingezetenen van 't platte Land gelukkig worden. Die bezitters van Landerven, die hier omtrent van den gemeenen regel zyn afgeweeken, en het beftuur van hun .goed zei ven in handen gehouden en op geene jnhaalige wyze gevoerd hebben , vinden zich F f j thans  458 7 E R L A N D. thans oneindig ryker dan weleer, en aangebeden van hunne Vafallen. Daarentegen zyn de Onder daanen der andere de beklaagenswaardigfte voorwerpen. Men kent reeds uit het geen ik te voo. ren gezegd heb de Hut der Ierfche Boeren, waar afy met Vrouw en Kinderen, met Koeijen, Kalveren, Varkens en kleiner Vee des nachts op ftroo liggen te llaapen, en over dag in een' dikken rook van turf, die uit deur en venfteren uittrekt , verkeeren. Aan vreemdelingen biedt men fteeds een' laagen ftoel aan, om zoo veel mogelijk onder den rook te zitten: doch zy zeiven zyn zoo op dien Dampkring gefield, dat er voorbeelden zyn van weigeringen aan hunnen Heer, die hunne Wooning door [een' fchoorfteen verbeteren wilde. By deeze Hut vindt men byna zonder uitzondering een' Akker met Aardappelen, die hier voortreffelyk vallen, groot genoeg om een jaar voor het onderhoud van dit Huisgezin te kunnen verftrekken, Met deezen en de Melk hunner Koeijen onderhouden zy zich het leven, en daar zy aan die beiden overvloed hebben en er wel hy vaaren is het ligt te begrypen, dat indien men, ver van hen tot den Akkerbouw aan te moedigen, zich veel eer van het zweet der geenen die er zich op toeleggen vet mest, men er weinigen toe over zal haaien, en de Boer liever in den fchoot zynesHuisgezins ledig zal willen vertoeven, dan een' arbeid aanvaarden, waar van toch fteeds een vreemde de vluchten plukt. Alle die geenen diedeZuidwestelyke gedeeltens van Ierland door. ge-  ï E R L A N D. 4S9 getrokken hebben verzekeren eenpaarig, dat de ellende zoo wel in de kleine Steden als op 't platte Land daar tot eene trap gefteegen is die men gezien moet hebben om ze te kunnen bevatten. Doch het fcheen my toe dat de buurt van Dublin reeds in dit opzicht merkwaardigheden genoeg opleverde: want in de Noordelyke ftreeken geeven de Linnen - fabrieken aan de Landlieden een weinig beter uitzien en beftaan. Alle Transporten van Waaren die niet te water vervoerd kunnen worden, gefchieden het gantfche Koninkryk door met de Ierfche Kar, een foort van Kruiwagen, met 2 kleine Wielen en 2 Disfelboomen tusfchen welken een paard befpannen wordt. Doordien zy weinig te gelyk bevatten kunnen, ziet men zé in groote menigte achter elkander voortgaan. Zy bederven de Wegen niet, en verfcheiden deezer Kruiwagens vereisfehen fameü flechts éénen Voerman die er nevens gaat. De Herbergen zyn voor het grootfte gedeelte zeer middelmaatig op het Eiland, en zoo dra men van de Postroute afwykt, is dit woord hier nog veel te onverdiend. In de Noordelyke Gewesten vertoonen de meeste derzelven van buiten de Vrymetfelaars - tekenen, eene Orde die zich hier zoo wel als in Schotland oneindig heeft Uitgebreid, en in een der Vertrekken van binnen den Stoel des Voorzitters. Voorts geit de Engelfche Munt ook in dit Eiland, waar men thans, zoo veel ik weet, aiet afzonderlyk geld flaat: doch de Schelling is er niet twaalf maar dertien Penningen waard. Zo men  4^0 IERLAND» men niet zeer op zyne hoede is, wordt men, te Dublin vooral, [met valfehe of te ligte GoudZilver- en Koper - munten overlaaden. Ook heeft Ierland jaarlyks zoo wel als Groot - Britannien zyne Lotery, waar aan de deelneeming , even gelyk als daar, op tallooze en by ons geheel onbekende wyzen gefchiedt: doch de Loten en Winden beide, zyn er omtrent flechts de helft der Engelfchen waard. In ééne Clasfe is alles afgeloopen. Het Parlement betaalt eenige Regimenten Militie: doch aan. eene Zeemacht ontbreekt het het Koninkryk geheel, en het geeft zich in dit opzicht volkomen aan de Brittifche befcherming over, waar by het zekerlyk onnoeïnelyke uitgaven fpaart, maar tevens ook aan de keten, met welke Britannien Ierland aan zich heeft weeten te kluisteren, nieuwe fchakels laat fmeeden. E I N D E. R E-  REGISTER, Jn welk de zienswaardigfie Voorwerpen in Engeland , in dit Werk naar de orde der Materiën gefchikt, ten behoeve van Reizigers naar de orde der Plaatfen byeen getrokken worden. Iondon. Mufatwm, Britamicum pag. tfi, 154, 175. Cabinet van SirAshton Lever 62, 177. Cabinetvan Dr. HunterÖ3, 160. Cabinet van den Heelmeester Hunter 64. Comcedien 93. Italiaanfche Opera en kleine Théaters 98. Ranelagh 98. Vauxhallo9. Bartholomseus - Hospitaal 116. Christus - Hospitaal 116 Bedlam 116. Magdalene-huis 118. Vondeling-huis 120. Abdy van Westmünfter I25> 168. Kerk van St. Stephen Walbrook 130, 170. Whitefieldian Chapel 138. Westmünfter -Collegie 145. Maatfchappy der Kunften 162, 178. Somerfethoufe 165/. St. Pauls - kerk 167. St. George'Skerk 170. Kerk van Coventgarden 170. Manjionhoufe 171. Beurs 172. Bank 172. Guild-Hall 173. Zaal van Westmünfter 174. Monument 174. Paleis van St. James 175, 240. Buckingham-Zww/è 156, 175- Pantheon 178. Hötel van Northumberland 179. Hötel van Devonshire 179, Hötel van Richmond 179. Hötel van Lord Spencer 179. Parlements-huis 241. Newgate 254. Tower 264. Tapyt-fabriek van Mr. Moore 277- Glas - fabriek 278. Algemeene befchryving der Stad 289.- Omtrek van London. Windfor 4, 18c. PaJnShill 42, 58, 64, 136. Kenfmgton - Gardtns 57. Claremount 57, 160, 1S4, Qatlands 57, 64. We-  REGISTER; Woburnfarm 57. Cheswick 57, 184. Lord Tilhey's-plaats 57, 64, 183. Kew 58. Richmond 5&, 161. Chelfea 120. Greenwich 121, 182. Eton - College 146. Hampton-court 180. Ofterley 184. Woolwich 265. Kent. Canterbury 186, 296. Dover 286. Hampshirs. Southampton 38, 297. Portsmouth . 123, 266, 297. Winchester 146, 187, 297. .Wiltshire. Wilton - houfe 45, 189. Fonthiil 46, 194. Sturton 46, 194. Salisbury 187, 297. Longford 188. Stonehenge 191. Wardourhoufe 194. Cabinet Schilderyen van Mr. Methuen 196. DoRSETSHiRE- Eastbury 193. SomersetSHiRE 274- Bath 5, 34> i24ji97>2!?8. Wells T9Ö. 1 ^Devonshire 274. Plaatfen van Lord Counenay en Lord Lisbon 5. Plymouth 123 , 266, 298. Plaats van Mr. Parker 193. Exeter 196, 274, 298. Coenwall Mount Edgecumbe 5» 48. Glo'cestershire. Briftol 7, 35, 65, 97, 197^ 278,301. Kings-Weston 6, 48. Monmoothshire. Chepstow 7. Persfleld 8. Monmouth 8. Tintern-^iy 198. Herefordshire. Hereford 302. Wo rcestershirb. Mali vern - hills 9, 35 Croom 48. Worcester 198, 271, 278, 285, 303. Wallis 10, 27. Holywell 10, 36, 275. Eiland . Anglefey 13. Chesshire.. Zouttnynen by Northwich 32. Chester 272, 307. Stockport 277. Staffordshire. Onderaardfche Navigatie en Canaal by Talkon the Hill 31, 271. Litchfield 199. fabriek van Wedgêwood 283. L'an»  R.ESISTE R, Lancasshire. Onderaardfche Navigatie en Canaal van den Hertog van Bridgewater 29, 27c Manchester 40, 141, 146, 153. Leverpool 123, 124,200, 305. Warringt n 277. NoRTHUMJJERLAND*. NeWCaStle 15, 2C2, 3C9. Hanley 32, 269, 286. Alnwick 160,201. Tininouth 202. Berwick aan de Tweed 30S. Noorden Zuid-Shields 309. Durham. Durham 16, 203, 310. Yorkshire 16,285. Harwood 16, 53, 60, 211; Wentworth-Castle 16, 2;i. Leeds 16, 272, 311. Sheffield 16, 275,285, 311. Wentworth-houfe212, Knaresborough 17, 38. Scarborough 17, 36, 31^. Mr. Donkam's plaatfen 17,208, Harrowgate 36. Castlehoward 42, 205. Stuttley 50, 59. Hacfcfall 52. . Plomton 53. Bramham - park 54. Kjngfton-Upon-Hull 123, 213, 312. York 203, 310. Rippon 208. Newby 209. Beverley 213, 312, Wakefield 311. Drbyshire 17, 275, 285. Matlock 18, 21, 3^ Dovedale 18, 60. Aylam 19. Keddleston 211 214. Derby 21, 214, 276,279, 285, 312. Spelonk van Castleton enz. 21. Poolshole 26. Chats* worth 54, 215. Okeover2i6. Nottikghamshire. Nottingham 28, 213, 312» Workfopmanor 214. Lincolnshire. Lincoln 20, 233 , 315. Bwrgbley 231. Stamford 232. Grantham 233. Leicestershire. Belvoir 20. Warwickshire. Hagley 49. The Leafows 49. Birmingham 199, 279, 303. Coventry 216, 276, 313. Warwick 217, 314. Northamptohshire. Petersborough 159. O*-  REGISTER. Oxfordshire. Nuneham- Courtenay 20, 55. 226. Blenheim 55, 124, 160, 218. Oxford 147, 156, t6i, 222, 314. Heythrops 218. Ditchdey 218. * Woodftock 277, 386. buckinghamshire. St0W5<5, 220. Bedfordshire. Woburn-Abby 22(5. . CAMBRiDGtSHiRE. Gog• Magog-iMi 2o. Cam- bridge 158,227. Wimpel228. Ely23r. Thorn23L Norfolk. Norwich328, 274, 314* Houghton 229. Holkham 230. Suffolk. Bury 314»