Bibliotheek Universiteit van Amsterdam 01 3275 3674  VERHANDELINGEN, UITGEGEEVEN DOOR. T E Y L E R \S TWEEDE GENOOTSCHAP* VYFDE S T U K, BEVATTENDE EEN ANDWOORD OP DE VRAAG IN DE TEKEN- en SCHILDER-KUNDE, UITGESCHREEVEN VOOR DEN JAARE MDCCLXXXII, EN WAARAAN DE GOUDEN EER-PRYS IS TOEGEWEEZEN IN DEN JAARE MDCCLXXXIII. te haarlem, by JOH. ENSCHEDÉ en ZOONEN, en J. van WALRÉ junior. mdcclxxxvii.   ANDWOORD OP DE VRAAG VAN TEYLERS TWEEDE GENOOTSCHAP. TE HAARLEM, VOOR DEN JAARE MDCCLXXXII UITGESCHREVEN OVER DEN NATIONAALEN SMAAK DER HOLLANDSE SCHOOL IN DE TEKENEN SCHILDER-KUNST, DOOR ROELAND van EYNDEN, KONST-SCHIL DER TE TIEL, aan vvien de gouden eer-prys is toege weezen., "  De vraag is : Jn hoe verre de Nationaale;.Smaak van de Hollandfe School V doelwit der Schilder- en Teken-kunde bereike, en aan derzelver vereischte beantwoorde? Als mede hoe verre dezelve Smaak, door het beftudeeren van het Antique, en van de werken der Kim (tenaars van andere Schooien, zouwde kunnen verbeterd zuorden?  Bladz. 3 V E R H A N D E LI N G OVER den nationaalen smaak van de hollandse \ school in de teken- en schilder-kunst. INLEIDING. Myne he'eren!" D e Schoone Kunften en Weetenfchappen zyn voor den kunftenaar eene bezigheid, voör den liefhebber eene bron van vergenoegen, en voor den wysgeer een fchool des onderrigts, waarom dezelven, ten allen tyde, de oplettenheid van befchaafde volken tot zig getrokken hebben: en, daar zy het nuttige met het aangenaame verbinden, kan men, ten deezen opzigte, den voorrang van de Schilder- en Tekenkunst boven de andere Schoone Kunften niet ontkennen. — Want immers deeze kunst beftaat niet A 2 en-  4 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK enkel in het menigvuldig vermaak, dat zy den kenneren en liefhebberen verfchaft; maar zy dient ook, benevens de kunften, die regtftreeks tot haar behooren, meer byzonder, om de gedagtenis van groote en verdienftelyke mannen door de bewaaring hunner beeldtenisfen voort te planten, en te doen eerbiedigen. — Zy is het die groote gebeurtenisfen in duurzame tafereelen aan de nakomelingfchap overbrengt, en in toekomende eeuwen zaaken onderwyst, en doet bevatten, die geene pen zo duidelyk kon befchryven of onderfcheiden. — Zy kan zig ook hooger verheffen, en door inneemende voorftellingen, de menfchen ter deugd opwekken, en van de ondeugd affchnkken. Daarom is zy ten allen tyde van de meeste volken ten heiligen dienst, in tempelen, en kerken, tot (lichting, en opwekking ter deugd, gebezigd geworden. Dit is het gevoelen van twee beroemde wysgeeren deezer eeuw, Mozes MepdekzoQn (a) en J.'G. Sulzer (Z>), over de fchoone kunften in het gemeen en over de Schilderkunst in het byzonder. Zyn de fchoone kunften in 't gemeen, en is de Schilderkunst in 't byzonder van zo veel nuts en belang— geeven haare vorderingen de maate der vordering van den fmaak en der grootheid van een geheele natie te kennen, — het is dan ook geen wonder dat ieder volk zig yverig toelegt, om dezelve te be- (a) moses mendelssohns Philofophifche Schnften, II Theil uher die laii1>tgrundfafze der Schónen Kunften und IVhfenfcbaften. (b) j. g. sulzer kort begrip van alle weetenfchappen, bl. 64. en 65 der Holl. vert.  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. 5 bevorderen, en daarin boven andere volken uittemunten. Het vereenigd Nederland, dat niet min dan eenig ander land kan roemen op het voortbrengen van treffelyke mannen in allerlei takken van geleerdheid, en kunst, kan vooral ook roemen op het voortbrengen van veele Schilders; welker werken overal by volken, waar kunst bemind word, van den tyd af aan dat de kunften weder herleefden, en uit de bedwelming eener barbaarfche eeuwe opgewekt wierden, tot op heden, voor aanzienelyke fommen begeerd en gekogt worden. Beroemde geleerden en ervaren kunftenaars hebben zig toegelegd, om in gefchrift de voornaamfte gronden en aangelegenfte regelen zo der Schilder- als Dichtkunst te ontvouwen, om de liefhebbers derzelven het nutte en aangenaame daar van te doen zien, en de beoeffenaars dier kunften het waare weezen en oogmerk derzelven te doen opmerken, en tot eene wysgeerige beoeftening aan te fpooren. — Van Mander, Junius, Vosftus, Hoogftraaten, Lairesfe en ten Kate, hebben zig daar door aan het kunstlievende vaderland verdienstelyk gemaakt.— Kunstminnaars, door aanzien en vermogen gefterkt, hebben den beoeffenaars der kunften Mecenaten doen ontmoeten, die kragtig mede werkten om den bloei der kunst in ons vaderland tot eenen hoogen trap te doen ftygen, en by alle volken Nêerlands kunftenaars aanzienlyk te maken. Dan het menfchelyk zwak, om zyn' eigene grootheid op de vernedering van een ander te bouwen, A 3 kleeft  6 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK kleeft ook geheele natiën aan. Kunstrigters van andere natiën, door dat zwak vervoerd, hebben, federt een geruimen tyd, Nêerlands kunstroem door hunne beoordeeiingen tragten te verkleinen , en beweerd, dat onze natie voor waare fchoonheden in Dichten Schilderkunst, onvatbaar zoude zyn. Verdienftelyke mannen, hoogachters van hnn va: derland, van de vaderlandfche kunst, en fmaak, en in dezelven, zo wel als in die van andere landen, ervaren ; een Perponcher, de beoordeelaar van den Abraham van Hoogvliet en der Henriade van Volt air et een Rhynvis Feith en anderen, hebben de eer van de Hollandfche Dichtkunde gelukkig verdedigd; doch, ten aanzien der Schilderkunst, is dit flegts in het voorbygaan, door den waardigen verdediger der Hollandfche Natie, den Heere Engelberts, en door den kundigen verdediger, van de Bouworder van het Stadhuis van Amjlerdam, gefchied. Hoe lofFelyk is derhalven uwe poging Myne Heerenl om ook in de Schilderkunst, de eer van de Hollandfche Natie optehouden, tegen de al te wufte, of ongegronde aanmerkingen van buitenlandfche kunstrigters en nayverige beoordeelaars van den fmaak der Hollandfche School in de Teken- en Schilderkunst, zo wel als om eene den vaderlande zo nuttige kunst door uwe aanmoediging te bevorderen. — Doch, daar een geheel volk, zo wel als een enkel perzoon, zig, door al te hooge gedachten zyner bekwaamheden en kunstvermogens, den weg ter vordering fluiten kan, zo is een onpartydig onderzoek en  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. 7 en op goede gronden en gepaste vergelykingen gevestigde beoordeeling, van den trap der volkomenheid, waar toe men in een kunst of wetenfchap gevorderd is, en het geen nog zoude kunnen aangeleerd worden, ter bereiking van het hoogfte doel, dat men zig in eene kunst of wetenfchap kan voorftellen, van het grootfte aanbelang. De nuttigheid en de gewigtigheid der ftoffe, welke gy Myne Heeren! hebt gelieven aan *t gemeen ter beandwoording voortedraagen, valt dus van zelfs in 't oog, door het vorderen eener duidelyke bepaaling en vastftelling, van den waaren nationaalen fmaak van de Hollandfche Schoole in de Teken- en Schilderkunst. — In hoe verre zy aan de waare vereischtens beandwoorde? en wat by haar, nog ter verbetering, van andere Schooien zoude kunnen overgenomen worden ? dit optehelderen , door voorbeelden, uit de beste werken van deeze en der andere Schooien, en door vergelykingen tusfchen de eene en de andere. Doch hieruit volgt ook, dat het beandwoorden van dit alles, en het verhandelen van die ftoffe eene moeijelyke taak zy, ên veel vereifche. Hy die deeze taak gelukkig zal afdoen dient eene gegronde kennis van de befchouwende en beoeftenende deelen der kunst te bezitten: — deszelfs waare weezen en het hoogfte doeleinde te kennen: eene genoegzaame hiftorifche en oordeelkundige kennis te draagen van de kunftenaars en derzelver werken in alle fchoolen; en den trap van volkomenheid die  8 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK die elk van hun bereikt heeft. — Hy dient eenigzins toereikend ervaren te zyn, in den toeftand en inrigting van de Schilderfchoolen en Akademien niet alleen van ons land, maar ook van die van andere natien: en eindelyk word hier toe vereifcht, een goede fmaak, om waare fchoonheden en wezenlyke gebreken wel te onderfcheiden: en deeze fmaak moet gepaard gaan met eene onpartydige waarheidsliefde, van allen eigenbaat vervreemd. De overweging hier van, Myne Heeren! zoude my hebben doen afzien, om my onder die genen te begeeven die het voor de kunst geopende perk inftreeven. De eerprys voor de fchoonfte onder de fchoone kunften opgehangen ontvlamt wel myne begeerte, om in eene zo gewigtige als nuttige ftoffe voor de kunst na denzelve te dingen. — Dan een werk van zo veel uitgebreidheid, myne kragten en ondervinding te boven-gaande, — 't groot aantal van kundige en daar toe meer gefchikte mededingers, beneemt my den moed, en zou my doen befluiten, in ftilheid de bekrooning eener bekwaamer penne dan de myne aftewagten; wierde ik niet door eenen edelmoedigen en waardigen hoogfchatter van loffelyke poogingen aangezet om te denken, dat myne, hoewel gebrekkige, onderneeming tot myn eigen nut en oeffening kan verftrekken , en dat het bekende fpreekwoord , m magnis voluisfe fat eft, in het mislukken derzelve, my dan ook nog croosten kan. Waarom ik het waage, deeze myne herhaalde poogingen, met eenig vertrouwen, aan het Genootfchap  IN. DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. 9 optedraagen; wiens bevoegd oordeel ik reeds over de overhaaste eerftelingen myner onderneeming, uit de Haarlemfche nieuw:styding, vernomen heb, toen Uwe EEdiens, de ingekomene verhandelingen niet genoeg uitgewerkt, noch voldoende keurden tot het verkrygen van den uitgeloofden eerprys. Ik zal myne. verhandeling-in vier afdeelingen fcheiden, eerst verklarende het waare weezen der kunst, en van den fmaak: — Dan zal ik alle de bekende Europifche Schilder-fchoolen, en de daar in meest beroemde meesters, op een beknopt tafreel voordellen:— Hier naa zal volgen, een onpartydige vergelyking van de beroemfte werken der bekendfte meesters van' de Hollandfche tegen, die der andere Schooien, en de daar uit volgende bepaaling van den waaren fmaak en trap der volkomenheid van de Hollandfche School in de Schilder- en Tekenkunst; en eindelyk in hoe verre de nationaale fmaak van die School, door het beftudeeren van het Antique, en de werken der kunftenaars van andere Schooien, zoude kunnen verbeterd worden, met de daar toe myns oordeels gepaste middelen. B EER-  ÏO , OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK EERSTE AFDEEL1NG. Over het waare weezen der Schilderkunst, en den fmaak in dezelve. Het zinlyk fchoone en volmaakte, kundig voorteltellen, of de fchoone natuur te volgen; of door kundige afbeetófels ons in dezelven belang « doen „; ons zedelyk gevoel te ftree.en; ons hart te ro ren: zyn de bepaalingen, door de Vf^™** en in de kunften ervarene meesters over &z Mflhet.ca gebruikt, om het waare weezen der fchoone kunften „ittedrukken. Zy allen komen daar in overeen, dat het weezen der fchoone kunften m * gemeen en dat der Schilderkunst in het byzonder, n.et beftaat in het alleen volmaakt nabootfen der natuur, maar m het nabootfen van de fchoone en verhevene natuur en dus gegrond is op de kennis van het lchoone en "toe veel is er over de fchoonheid gefchreeven? - Verklaart men die, door de memgvuldigheid tot eenheid gebragt met den Heer Sulzer?  in de teken- en schilder-kunst. H ' Of met den Ridder Mengs; door de mogelykfte volkomenheid die onder onze zinnen valt, zoo dat hetgeen waaraan wy geen gebrek meer kunnen ontwaar worden , ons volmaakt en dus fchoon Voorkomt?- - ;in '!:)!:,; y y,r yS'\ , Beide geeft het ons te kennen, dat het ongemeene , groote en fchoone het geen zig in de natuur voordoet, of zig daar in zou kunnen voordoen, en door de verftandige verkiezing van een ervaaren kunstenaar uit deszelfs deelen tot eenheid wordt gebragt, het waardige voorwerp van navolging in de Teken- en Schilderkunst zy. Hier toe doen zig onder anderen ter navolginge op: — Ongemeene voorvallen,grootfche daaden, de fchoonheid van de menfchelyke natuur, de beweeging der, hartstogten , en het innerlyk karakter van den menfch, op zyn gelaat uitgedrukt (V). Indien by voorbeeld, een waar meefter in de Schilderkunst, de houding van den Admiraal de Coligni, zo wel als die van zyn moordenaaren; in-het tydftip waar de Heer voltaire hem voordraagt, zo fchoon als die Dichter met woorden doet, met het pen- (f) Geen digtkunst of welfpreekendheid Kan't oog, 't vcrftand en 't harte raaken: Maar't kunst-penceel, kau door..beleid, tt lletoos, 't verftand, en 5t hart vermaaken, ; Wen 't zoo den menféh, Gods pronkftuk, maalt, I Om onze eerbied op te wekken, Dat, uit zyn' houding, wezenstrekken, Gods beeld en Gods gelyknis ftraalt. — De Wel-Eerw. Heer matthias jorisssn, . in myn Grienden rolle. B 2  12 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK penceel uitdrukte , welk een fchoon tafreel zou het uitleveren. Coligni uit zvnen geruften flaap, den flaap der onfchuld , gewekt v en overtuigd dat het om hem te doen is, wagt niet tot dat het Rot dermoordenaaren de deur zyner flaapzaal met geweld inbreekt; maar ... nf %is nfèg ièfï Vnoorb'1 11* tttooia »~n 11 leur ouvre lui même, & ft montre h leurs yeux Avec eet ahl frain, ce front majeftueux, Tel que dans les combats, maitre de fon courage, Tranquille il arretoit, ou presfoit le carnage. A eet air vènèrable, a eet augufte afpecl, Les meurtriers furpris font faifis de refpett; Une force inconnue a fuspendu leur rage. Compagnons, leur dit U, achevez yotre ouvrage, Frappez, ne craïgnez rien, Coligny vous pardonne. -—— ' ' Ces triges a ces mots tombent a fes genoux; Lun faifi d'epouvante abandonne fes ar mes, Vautre embrasfe fes pieds, quil trempe de fes larmens; Et de fes asfasfins, ce grand homme entouré ^ Sembloit un Roi puisfant par fon peuple adoré. Henriade, chant 11. Niet minder kan ter navolging dienen , het denkbeeld van den gelukkigen ftaat der waereld, wanneer de  in de teken- en schilder-kunst. 13 de menfch nog verfch uit des Scheppers handen gekomen, door geene ondeugd befmet was. De goude tyt quam eerst te voorfchyn, die gezint Ter denght, uit heuren aert rechtvaerdigheid bemint, Ook zonder dwang van wet. Men wist van vrees " (noch ftraffen. Het was geduurigh lente, en 't weste windekyn ■Met laeuwen adem ftreelde en held'ren zonnefchyn De bloemen, die van zelf uit d'aerde geurigh fproten. De klaij teelde ongebout gewilligh onverdroten Het. weeligh veltgewas, het velt fchout onvermoeit De zwang're korenaer. De melk en nektar vloeit Als water. D'eik in 't wilt fcheen honighdau te geven. vondel, ovidius Herfch. I. B. \ rotaraw aghrbB-nj lesnnos tsb -ïsrf imicv nW Hier uit zyn de Arkadifche landfchappen geboren. En wil men het grootfche en pragtige, ja verfchrikkelyke der natuur gevolgd zien, met inmengfelen van het zagte fchoon?, men verzelle een oogenblik den grooten Germanicus, en eene niet min groote dichJeresfe op hunnen togt over de Alpen. Hier fchept natuur vermaak eenfchouwtoneel te dichten Der vreemdfte wondren, die zy voorbrengt in 't heelal. De rotfen glimYren Voor 't gezicht als bergkriftal. Het fneeuwgebergt verfchuilt zyn toppen in de wolken. De onmeethaare afgrond toont zyn akelige kolken. £>e breede ftroomen, van de rotfen neergeftort Met fchrikkelyk gedruis, dat nog vermeerderd word B 3 Als  j4 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK Als de echo's, heesch gefchreeuwd,hun fchor muzyk " (herhaalen, Verfpreiden wyd en zyd zig bruisfchend door de dalen; Of ftuiven in de lucht, en vormen voor het oog, Door 't licht der zon, of hier, of ginds, een regenboog. De damp, het ys, de fneeuw, de blikfem en de donder, De vuur- en waterkolk, 't is alles hier een wonder. De bergengte en fpelonk verbaazen 't ftoutst gezicht. Wiefchetst de vreemdheid van defchaduwen van t licht? De wondre werking der verfcheiden jaarfaizoenen? 't Is winter op 't gebergt', terwyl de dalen groenen, De lente de yskolk met haar frisch gebloemt bezoomt, En 't laauwe beekje van bevrozen heuvels ftroomt. Wat vormt het licht der zonne al prachtige toneelen! 't Is of de bergen op 's volks nad'ring zich verdeden. Daar flus geen doorgang fcheen, word engte, of diepte, (of woud, Of tempel, of gehucht, of kleene ftad befchouwd. Wat verder doet de fchrik de fiere krygsliên beeven Als ze in 't verfchiet de vlam zien na den hemel ftreeven Uit eenen hoogen berg, die vuur en fteenen braakt. En van 't nabuurig land een woesten aschhoop maakt. Bv't onderaardsch gedruis en 'ducht beneev'lend rooken, Zien zy hoe't gloeiend vuur, ten bergklove uitgebroken, Een ftroom vormt die van rots en hoogte nederftort, En rustloos golvende een geduchte vuurval wordt, Die ramp en onheil dreigt aan de omgelegen volken. GERMANJCUS AV 1. o. Een  in de teken- en schilder-kunst. 15 Een fchrik- en vreesbarend onweer is niet minder een voorwerp der kunfte. Al de elementen zyn dit oogenblik in ftryd. De blaauwe blikfemgloed verfpreid zich wyd en zyd. De fchorre donder bromt, en Hort al bondzend neder,' Mengt raat'lend flag in flag. By 't fchrikverwekkend (weder Scheurt al het zwerk van een met klaterend geluid, En giet in de oceaan een zee van wolknat uit. De toomelooze ftorm doet in zyn gruwzaam hollen Steeds over golf op golf nog zwaarder golven rollen , En ftapelt ze te berge in 't aaklig ruim der lucht. Het daavrend zeeftrand huilt; de ontftelde hemel zugt. Dit alles jaagt den doot in aller hart en oogen. ' germanicus XIII. B. In 't kort alles wat zig treffend, eenvoudig fchoon en pragtig, ja ook verfchrikkelyk in de natuur voordoet, en met fmaak en vernuft kunftig tot eene zekere eenheid, overeen komftig den aart der onderwerpen, gebragt word, is het voorwerp der Schilderkunst; en dus is het ook niet vreemd dat zelfs voorwerpen van minder aanbelang bevallig nagebootst ons aandoen. By voorbeeld, als wy de ongemeenffe, grootfte of fchoonfte gediertens, vrugten, bloemen of planten, op de vcrhevenfte wyze tot de pragtigffce famenftellingen, door potter, wouwerman, fyt, snyers, weeninx, ruisch, minjon, de heem of van huisum, zien uitgebeeld. Dus  l6 over den hollandsen smaak Dus kan het niet anders zyn, en de ondervinding bevestigd het, of de voorgemelde onderwerpen van b o mde Hiftorie- Beeld- Landfehap- en Zee-fchüders, op kunstafreelen, als weezendlyk in haare treffendfte fchoonheden en eigenfchappen voorgefteld, moeten een gevoelig hart behaagen en aandoen en ons het verband van het natuurlyk met het zedeljk fchoon doen gevoelen. Als ons de gloed der kunst beftraalt, Als orde en fchoonheid ons verrukken, En wy in fikfe meesterftukken, Natuur, op 't keurlykst, zien gemaald; Schynt ze ons dan niet dees taal te voeren Daar ze ons het waare fchoone bTedt: "Gods vloek, der aarde toegezwoeren "Beperkte tog zyn goedheid niet. den Wel-Ed Heer w. h. l. taay, in myn Vrienden rolle. Men duide het my ten goede, dat ik hier de waardige zuster der Schilderkunst, de Dichtkunst Taamelyk, te baat neem. Zy fehilderd met woorden, penceel en verwen worden tot het uitvoeren deezer verhandeling niet gevorderd. Dan om tot myn onderwerp weer te keeren merk ik aan : dat om door de Schilderkunst de gemelde aandoening te verwekken, in den beoeffenaar derzelve een verheven geest, een gevoelig hart, uitgebreide weetenfchap, met één woord, eene fcheppende  in de teken- en schilder-kunst. j? Genie gevorderd word; en deeze vereischtens «reVen den Schilder van verheven onderwerpen eenen ranf verre boven den eenvoudigen , fchoon volmaakten nabootzer der natuur; de kunst des eersten roert ons hart daar die van den anderen ons alleen doet verwonderd zyn over zyne kunst en vlyt. Daar nu de ondervinding leert, dat elke natie die zig op deeze kunst heeft toegelegd , en zelfs onder die weer enkelde kunftenaars, dat groote doelwit langs eenen byzonderen weg hebben zoeken te berei' ken; zo heeft men hunne byzondere keuze der on derwerpen uit de natuur, en de wyze op welke zy de" fchoone en verhevene natuur hebben zoeken voor teftellen den fmaak genoemd. Daar in de eenvoudige betekenis, de menfch door de werktuigelyke gefteldheid zyner fmaakdeelen of door gewoonte van eenen fynen of groven, «erken of zagten fmaak is, zo heeft men in het overdragt^e den fmaak in de kunst ook onderfcheiden, in een grootfchen en kragdgen, edelen en nauwkeurigen bevalhgen en inneemenden, of kleinen en uitvoeri' gen fmaak. (V) michaelangelo was van eenen grootfchen en kragtigen, raphaël van eenen edelen en nauwkeu ngen, coreggio van eenen bevalligen en inneemenden Pikt, Bagahrn, SuLr, Hmu',£i,Tu , S . me" h,er ™er b>- d« c  18 " over den hollanesen SMAAK den fmaak; AtGottifche kunftenaars waren van eenen den im.uk. _ , ne groote, nauwkeu- kleinen en uitvoengen fmaak. ut gru , rim en bevallige , is de goede fmaak - de kleine de flegte fmaak , dan die te faamen vereenigd naar den aart der onderwerpen, is de beste fmaak Ên in dezen fmaak , zyn de kunst-ftukken zo van beelden, gegraveerde fteenen, medailles en vaten, Ll«Mte en andere oude meesters zyn vervaardigd, en Taat n eën groot aantal door de goede befehikkmg "orzienigheid, tot op onzen tyd zyn overge£ ven: waartoe men ook de Schilderden van apelles , zeuxis, p KOT o ge ne s , A p.i s ti deS 1 anderen , fehoon ons uit derzelver ftukken onbekende .meesters der aloudheid brengen moet; althans volgens deberigtenvan PLtNius, pausan.os, lucTInus, philostR-ATUs, en anderen, welken bewvzen! dat'de'Schilderkunst door dezdven, zeer na aan de volmaaktheid gebragt geweest is. En hoewel men in al het fraaije, dat » Bercuta„um ontdekt, en in het mufeum van den Koning van Cpels te Portiei is, geene werken van Jpelles Pro,0Zes, Zeuxis of zulken, welken daar aan gelyk geX kunnen worden, gevonden heeft; zo kan men e'tèr uit de bekende werken der Beeldhou- ZegelGraveer- en Stempelfnykunst ten hunnen tyde vervaardigd zeer veilig belluiten, dat de Tekenkunst, welk t pond van°alle beeldende kunften is, door hen tot eene gelyke hoogte als die gebragt is welke Z zoo zeer bewonderen in Standbeelden, by ons  IN DE TEKEN- EN S C HILDE R-KUNS T m f!!i"m Seno5md; ™ die ons met alle regt tot ,no dellen en ngtlnoeren voor het waare fchoone en den' besten fmaak der tekening in de Schilder- Bee dhou en de daar aanhoorende kunften verft rekke„. (") Daar grootle denkbeelden yVh« v«n?K$?n fth^t r f ^h**«*i , en ook van de werken der kunst by Te OuLn n?^' AntJque Sta^beelden, zen beroemden man, die .te nryner eS l f tM: de ***« van dee' tMlelykheld i„ £, ,lsl,ams ™ «%» voor- **** f • m «r n/Z o -;J"'L T""t"s" & <*• ftelhngen, en onbekookte zaaken goeds' ook yMé gewaagde F. R. van Berg in Lyfland opgfd nalS en Li7 ; n , 'S .f" de Vrvhe«bevat, een floute beoordeeling, vafmeeTt H blad-zvde" groot; doch de kunst, zo der oude als moderne meesteïs in ?°n,a,a"?ile "erken van een onderrigt, 0,n het gevoel van het verhevene ^ ? ?eel LuroPa' "effens ontwikkelen, en tot de hoogfte vbSffi^'^^ in dingen te if/vV/è «Hf» ;n /,vZT 111 de kunst °P te leiden ■Brief/«n feinen FrS, g/t^DrS jfë ÏÏ*> f\ W ton Dmzdorf i7«o. ü ^f- IUcü l777- UThcil, mit tufatzTn mÉ&^e^^ir dl' ft Sf™ * «, par Mr rMU ofeTSfS^ genie van deezen „oren waandheid, en is oorzaak val veSde fetn ën 2** T™^ ™ verke doorverfcheide geleerde t^^„.^f.^°M^^^t wet De werken van den Graave van catlÏÏ ry", W?***kunst, een toereikend berigt over deze^ S C 2 ^  J 20 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK, Daar nu de ondervinding leert, dat elke natie een bvzonderen fmaak gehad en gevolgd heeft, zo heeft men de voornaamlte kunftenaars van onderfcheide natiën als leden van ééne School aangemerkt, en hun een byzonderen fmaak toegekend. Dus zegt men in de fmaak van de Italiaanfche, Franfche, of Hollandfche School, aan welke men byzondere karakters ter onderfcheiding toefchryft. Doch welke karaktereftieke kenmerken men met zo algemeen moet opvatten, als of alle de daar aan toegefchreevene hoedanigheden, zo van fchoonheden als gebreken van ieder School, in zyn geheel daarop toepasfelyk waren : want de ondervinding leert dat in elke School, weer meesters van eenen bvzonderen fmaak geweest zyn, hebbende zig de een fomtyds naar eenen meester van een' andere School gevormd, en zynen fmaak overgenomen. De tyd ook waarin een Schilder van een School leefde, seeft veel uitzondering. Buitenlandfche kunstrigters h zon- __ , ,r, r,v,;,vW en in 't Elose du Comte de caylus, par Mr. le f:if S -k «klTw^V««. of verfameling van gefneeSm ftèenen der Ouden uit de aanzienelyke kabinetten van Europa, met p ff?nfd 2 T eilen, gr. 4to. Leipzig 1767; welke verfameling men ook iu ^Naa' ilfd^ateYeï/ggefchreeven had, verneem ik met genoegen, dat ^ Heeren Schryvers d^ Algemeene Bibliotheek een uïttreklel van Winkelman, tn der Ouden! naar een nieuwe vertaaling van den Heer Huber geplaatst kunst der uu icn n« Schryvers van dat geagte maandwerk bekend te maaken.  IN DE TEKEN- EN SCHILDER -KUNST. 21 zonderen daarom veeltyds Rubens en van Dyk van de overige meesters der Nederlandfche School uit, als hebbende dezelve in Italië zig naar de werken van voornaame meesters gevormd, en hunnen landfmaak daar door verbeterd: en, in aanzien van den tyd, hoe veel onderfcheid is er tusfchen den fmaak van van Eyck en Rubens, beide tot de Vlaamfche, en tusfchen Raphaël en Dolci, beide tot de Romeinfche School behoorende? Men ziet dan ten klaarfte, dat men de op te geevene karakters der onderfcheide Schooien, als hoofdtrekken, waar aan ze overliet algemeen kenbaar zyn, moet aanmerken: gelyk men ook de uitdrukkingen van gering of flegt, in dit of dat deel der kunst, als in tegenftelling van andere beroemde meesters of tegen andere deelen der kunst, waarin zy hebben uitgemunt, verftaan moet. Ook moet men zig geenzins verwonderen, dat men fommige kunftenaaren niet gebragt ziet tot de School van het land, waarin zy geboren zyn, naardien dezelven zig fomtyds, van jongs af by eene andere School begeven , daarin hunne werken vervaardigd , deszelfs fmaak geheel gevolgd , en dus zig als in dezelve ingelyfd hebben: C 3 TWEE-  22 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK, TWEEDE AFDEELING. Van de onderfcheide Schooien in de Teken- en Schilderkunst. M en fchryft aan de Ouden toe, reeds byzondere Schooien gehad te hebben , welkers fmaak men byzonder karakterifeert: als de atheensche, fterk en kioek,— de Corinthische, zedig — vrouwachtig en teer, - de rhodische, vrolyk en bevallig5 de sicyonische, edel, en zeer nauwkeurig. (*) Onder de moderne Schooien komen voornaament- lyk de italiaansche, fransche en nederland sc he Schooien in aanmerking, welken men nieu- r*> De Sieyonifche, edel, en nauwkeurig. De Sieyonifche fmaak is de fmaak der Stad s c' on, 'oudtyds in AcbaU. digt by Cormtbus gelegen, VQedfter van eroote en uitdelende kunttenaars, vooral in metaalen. Ook 11 in die Stad, voKwSvk getuigenis van strabo, de kunst van bet fch.lderen In widho we met 't |een daartoe behoort, tot eenen grooten trap van ^ÏÏSSTSbnï? De8 Sicjonifcbe kunftenaars , zich na elders begeevende en hunnen fmaak met zich voerende, hebben dien algemeener gemaakt, Jooral in S/ïï* en Rbodus, alwaar een groot getal deezer kunstenaaren zich hebben neergezet. {Aantekening der uitgeevers.^  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. 23 nieuwe of moderne Schooien noemt, om dat dezelve eerst voor eenige eeuwen ontftaan zyn, naa dat de fchoone kunften uit het ftof der barbaarsheid en den flegten fmaak, waarin zy door de Gottifche (ƒ) kunftenaars bedolven waren, door groote en oorfpronkelyke geniës zyn opgebeurd. — Men karakterifeert oyer het algemeen de Itdiaanfche School als de voornaammfte in de tekening, de Franfche als de cierlykfte en'geestigfte in de uitvinding en famenftelling, en de Neêrlandfche als de volmaaktfte in de uitvoering en behandeling des penceels. Dan, naa dat de Schilderkunst zig meer by andere volken heeft uitgebreid, heeft men deszelfs beoefenaars ook onder byzondere Schooien gefchikt, en kan men dus by de drie gemelde Schooien nog voegen de DUITSCHE, SWITZERSCHE, SPAANSCHE en engelsche School, doch van alle gemelde Schooien blyft het voornaamfte De italiaansche school, waarvan de voornaamfte ftigters zyn, l. da vinci, michael angelo buonarotti, raphaël, correggio en titiaan. Deeze School is door alle kunstverftandigen by alle natiën tot op heden , aangemerkt, de ("ƒ) Gottifche Kunst: daar door verfTaa ik, volgens het algemeen denkbeeld, die kunstwerken, welke zedert het verval der kunfte by de Romeinen tot aan de tyden van L. da Vinci, M. Angelo en Beiliru' vervaardigt zyn, en wyze hem die hier van nadere opheldering begeert na volkmans Reisboek I Deel, in de aantekening van den Heer van goens, bladz'. 87 en volgenden, gelyk ook na den Heer j. c. sulzer, in zyn fraai werkje die Schone Kunften in ibrer urfprung, ihrer wabren naiur, und besten an. wendimg betrachtet. Leipzig 1772, en in deezes grooten mans woordenboek der Schoone Kunften, waar van ik ten nutte der Vaderlandfche liefhebbers en kunstoefFenaars, die geen Hoogduits leezen, eene goede vertaaling weüschte*  24 over den hollandsen smaak de volkomenfte, en de fchoonheid en fmaak der Antiquen naast bykomende ; en dus het doel der kunst meed bereikende boven alle Schooien. Zo datveele kunftenaaren van de andere Schooien, zig na Italien begeven hebben, om zig daar, naar de werken der Antiquen , ingevolge de lesfen en voorbeelden van de bestemeefters, te oeffenen, en hunne werken met derzelver fchoonheden te verryken. Men onderfcheid de Italiaanfche School in de Romeinfche, Florentynfche, Lombardyfche en Venetiaanfche School. Van de Romeinfche School word Raphaël als ftigter en hoofd aangemerkt. Zy onderfcheid zig over het algemeen, door eene edele, nauwkeurige, en naar d'Antiquen gevolgde tekening, eene voortreffelyke uitdrukking en waarheid in de houding der beelden, en derzelver beweegingen, en eene geleerde en vernuftige uitvinding: daarentegen minder in licht en fchaduw, en koloriet, dan de andere Italiaanfche Schooien, en niet zo bevallig als de Franfche School in de famenftelling en fchikking. De voornaamfte kunftenaars van deeze School hebben zig meest op het verhevenfte, het Hiftorifche deel der kunst toegelegd. pieter perugin is vermoedelyk meer beroemd om dat Raphaël zyn difcipel was, als om zyn uitftekende talenten in de kunst; althans de werken welke men van Raphaël in de manier zyns meesters gefchildert vind, zyn geenzins voor zyne beste te houden. Hy wierd ver overtroffen door raphaël d'urbino, die edele, rykbegaafde, nauw-  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. 25 nauwkeurige en tot roem der Schilderkunst geboren genie! hy heeft zonder tegenfpraak, de hoogfte en meest volkomene talenten en bekwaamheden voor de gewigtigfte deelen der kunst, boven alle zyne mede-kunftenaaren bezeten : Men vind in zyne werken eene edele en verhevene verkiezing, bevallige en natuurlyke uitdrukking, fchoone en d'Antiquen nabykomende omtrekken; alles gepaard met een nauwkeurige waarneeming der edele en fchoone natuur zo in de uitdrukking der hartstogten, als in de fchikking der draperyen zyner beelden : Doch hem ontbreekt dat vleefige van Titiaan, en die kragdge onderfteuning van kunftige lichten en fchaduwen van Correggio; gelyk ook die bevallige famenkoppelin» m groote en veele beelden inhoudende famenftelling, welke by veele zyner navolgers in zyne School-gevonden word : Met eene vrugtbaare uitvinding, welwikkend oordeel en uitgebreide kennis van veele zaaken en weetenfchappen, ordonneerde, beftierde en fchilderde hy groote en uitgebreide onderwerpenEn als men overweegt de weinige hulpmiddelen en onderfteuning, die hy, in vergelyking van volgende tyden, in zynen leeftyd had, dan moet men verbaast ftaan^over zyne uit veele takken van kunst en geleerdheid opgezamelde fchoonheden, waar medehy zyne werken verrykt heeft. : Zyne voornaamfte werken zyn zoo in fresco, als in oly- en waterverf te Rome in 't Vaticaan, te St Pteter w Montorio, by den Koning van Frankrvk, te Dresden, te Sak Soup, en in de Gallery van DusfeU D dorf,  25 - over den hollandsen smaak dorf, als ook de befaamde Cartons te Hamptoncourt in Engeland. Het zoude myn beftek .verre te buiten gaan, wanneer ik alle de beroemde meesters van deeze en volgende Itaüaanfehe Schooien, afzonüerlyk wilde karakterifeeren , te meer daar zulks door den Heer volkman in zyn reisboek door Itahe gedaan, en in de Nederduitfche vertaaling te vinden is. (£) tulio rómano, penni polidoor, perrin- „el vago, barotio, t. en f. zuchero, a. tempesta, arpino, caravaggio, spanjoletto, feti, lanfranc, cortona, sachi, passigniano, testa, c. dolci, brandi carlo maratti, lücajordano, chiro ferri, gauli, calabrese, passeri, solimena, sebastiaan conca, battoni b l a u- van Mander, le Lomie , de e n f kafiaanfch' Vafari, Baldinucei Lomaz- in 't Hollandfch vertaald is . En ^^Sm^Moèahl{ Barufaldi, Liczo, Vetriam, Za"° >' gfj? DZ.enici, Borgbint In het Franfch w pfl/«/;, ?2 ™T ScMders der Italiaanfche Schooien. Felebien, Oefienreieh enz. allen van de SctoWefs «P ^ Modernen par A. T. Harms Strasb i 5- >. ^ { ^ de Italiaan. e, Cbronologique des Pemtres par.fh"'fn^'Q ^ g'eplJatst. fche Schilders ook in een gefchted- en rydki»*ge o yg ^ (i) pompeo battoni, die, g:iya. ik p den Komng leGft- is van het «jfe* tot het ^jg^^^S is door den van Prnisfen, zyn verfche.den zyn ^rken en ^ ^ Heer oestenreicb, m de belcnr>vin„ ae ' k korte ie- van Sans Souci uitmaaken, befchreeven, « 18 ^«by^ ^ venfchets van deezen meester gevoegd • °»der ^'^P Broeder, den tfafbeeldfels van aen tegenwoo.d^n Keizer, « * Rpme', in Afo/***r Bjornflahls reizen Hde deel, bl. ioo., ioi.  in de teken- en schilder -kunst. 2/ blauchet en mengs, (/) zyn alle kunftenaaren welken tot de Romeinfche School behooren, en in het verheveöfte, namelyk 't Hiftorifche deel der kunst hebben uitgemunt, en federt Rapbaëls tyd tot op heden leefden. In •i $ Hei ZaI' vertrouw ik' mY"e landgenooten niet onaangenaam zyn, dat ik hun deezen grooten rrian wat nader leere kennen. De Ridder antom raphaël mengs, was geboren te Dresden 1728, zyn Vader isMAè'i, menos, was msgelyks een Schilder: Reeds in zyn deniende jaar beloonde Augustus de III, Koning van Poolen, eene tekening van onzen jongen Menys koninglyk: In het jaar 1740 volgde hy zynen Vader na Rome; alwaar hel hem gelukte, den eerften Schilder na Raphaël geacht te worden- — Hy ging, getrouwd zynde,.in het jaar 1749 weer na Dresden, en werd in zyn dne-en-twintigfte jaar Hof-Schilder van den Koning, op een trafteme.it van 1000 Daalders, en fchilderde de portraitten van den Koning en de Koninginxie, doch voltooide dezelven eerst vervolgens te Rome. — Als hy in het jaar 1752 gereed was om na Rome te reizen, vertoonde hy in zyn reis-habiet gekleed, aan den Koning het eerst zo even voltooide portrait, van eenen zyner Vrienden. De Koning zeide tot hem : Myne lieve Raphaël, ik vind in dit portrait zekere meeflerlyke trekken, welken ik in uw' andere portraitten nog met gezien hebbe : waarop hy antwoordde, uw" Majejïeit, dit is V af. heeldfel van myn griend, eenfoort van mcnfchcn, V welk de Koningen niet hebben; De Koning antwoordde, gy hebt V regt, breng ook den Vriend in myn port ra! t, als gy te Rome zyt, ik wenfch U eene gelukkige reis. By zyne terugkomst te Rome, wierd hy tot medelid van de Akademie van St. Lucas aangenomen. Paus benedictus de XIV, benoemde hem tot Ridder der Chrifi-Order: In 1760, werd hy op een traétement van 10000 Scudi aan het Hof van Madrid beroepen; in 1770 kwam hy voor een kor ten tyd te Rome en keerde weer naar Spanje terug; hy fchilderde aldaar een Koli me tangere voor de Univerfiteit te Oxfort, welk heerlyk Ituk hem met 1000 Gutmes betaald werd: Hy wierd der waereld door eenen onverwagten en vroegtydigen dood ontrukt in 't Jaar 1779. Zyne voornaamfte werken zyn een Platfond in de Villa Albani, verbeeldende Apollo onder de Zang-Godinnen, vier copien, naar vier voornaame groote Hukken te Rome, waaronder de Atheenfche School van Raphaël voor den Hertog van Northumberland, eenige Altaar Hukken te Dresden, waaronder een de hemelvaart van Christus verbeeldende, 't welk door den Heer Cafanova befchreeven is een Marta-beeld by den Keizer, en twéé borstbeelden, waarvan de beroemde Graveerder Wille eene belchryving gegeeven heeft Hy heeft 111 zyne werken de bevalligheid van Correggio, de natuurlykheid van Titraan met ae fchoone omtrekken van Raphaël tragten te verbinden; Hy zogt in de figuuren de fchoonfte vormen, en in de hoofden ideaale fchoonlykis/6 gCn' C? mydde de verkürtinS zorgvuldig, zo veel dit inoofc D 2  28 over- den hollandsen smaak In het landfchap, hebben in deeze School uitgemunt, caspar duchet of poussin, salvator rosa, michaël angelo de la bataillie, dus om zyne gefchilderde veldflagen bygenaamd, en panini. In voorwerpen het gemeene leeven voorftellende, heeft ook caravaggio, monaldi, en anderen zig beroemd gemaakt; gelyk bat toni door zyne portraitten, en mario da fiori door het voorftellen van bloemen en fruiten. Deeze opgenoemde meesters volgden, eenigen den fmaak van hun hoofd en voorganger Raphaël, anderen fommige fchoonheden van meesters uit andere Schooien, doch muntten allen, in 't algemeen, boven de andere Schooien in de tekening uit; terwyl ook eenige uitmuntend in het koloriet waren, gelyk C. Dolci; en ook anderen by de tekening van Raphaël, de bevalligheid van Correggio en het koloriet van Titiaan volgden, waar van den onlangs overledenen Mengs geen gering voorbeeld is. de florentynsche school praald met da vinci en met michaël angelo aan het hoofd; en munt uit in eene ftoute en grootfche tekening, 'fter- Van zyne fchriften is zyne gedagten over de fchoonheid en ^n fmaak met zvn tocftemming, door den Heer Numan m 't Hollandfch vertaald. — Se overige zyner fchriften, zo ver men die onder zyne nalatentchap gevonSfn heeft zvn in het Ita iaanfch by elkander uitgegeeven; en daarvan is Jeèds een ftul^inhet Hoogduitfch vertaald, doch zyn deeze nagelaten werken meest fragmenten, 't welk te beklagen is. — . k6De uinmnuende vèrdienften van deezen grooten man, en deachunvandm Koning van-Spanje voor hem, bezorgde aan zyne Zuster ^rT^XSSs. ric-'hikken in Miniatuur copieert, een pennoen van 1200 Daalders parijs.  in de teken- en schilder-kunst. 29 fterke en verhevene uitdrukkingen, foratyds tot het buitenfporige en onnatuurlyke voortgezet; hunne famenftellingen zyn veeltyds wild en onwaarfchynelyk, en hun koloriet, uitgezondert dat van andries del sarto, ih het fteenagtige vallende. leonard da vinci was met een uitftekend vernuft voor de kunften en weetenfchappen geboren; zyn onvermoeide vlyt om zyne fchilderwerken aan de natuur gelyk te doen fchynen, deed hem de verhevener deelen der kunst uit het oog verliezen: zyn voornaamfte werken zyn te Milaan, by den Koning van Frankryk, waar de fchoone Joconda (*) onder uitmunt, en by den Prins van Oranje een zeer fraai vrouvvs-portrait. m 1- (*) De fchoone Joconda. Dit is 't kunftige portrait van mona li sa, huisvrouw van francisco del giocondo, uit welken naam &Wn de laateren Joconda gefmeed hebben. Wy Nederlanderen leezen daarvan by den voortreflyken Schryver kar el van mander, in het leeven van da 'Vinci, fol. 46 verfo b. 't navolgende, 't welk zeer verdient hier afgefchreeven te worden: Hy (te weeten da Vinci) dit werc verlatende maecte verfcheyden conterfytek feer conftigh, oock van eenighe edel jonge vrouwen, onder ander een voor Francifco del Giocondo, die hem fyn huysvrouwe liet fchilderen, gbenaemt Mona Lifa, ivefende een feer fchoon Vrouw. Hier was hy vier jaren over doende, en liet het noch onvolmaeckt. Dit voer oock ten leften in Vranckryk, en wert bewaert tot Fonteyne Bleau voor den Coningh. In dees tronie was te zien hoe vee! de 'const vermocht om de natuere ten naefien by te comen. Alle de min ft e dinghen, die te fchilderen mogen wefen, waren hier op V fcherpfte wacrgbcnomen : d"ooghen hadden dat waterachtich blincken, op de blauwicheydt die deen roode d-aeykens, de deen hayrkens der ooghfcbelen, de wm. brauwen met de hayrkens even alfoo fy ghekeert uyt V vleefch wajfen, hier dicke, daer verdunnende. Summa neufe mondt wangen, en kin, alles was foo eyghcntlyck met al fyn deelen ghedaen, dat het fcbeeh vlerfch te wefen. In 't putgen van üe kele, die daer neerstilick op lette, facher natucrlyck den puls in fpelen. Dit was waerlyck een werck foo ghedaen dat het moeht verfchricken yeder conftenaer, hoe doeck hy •wefe mocht. {Aantekening der uitgeevers^] D 3  30 over, den hollandsen smaak michaël angelo de Buonarotti bezat eenen fmaak, die meest op het groote, Majeftueufe en verbaazende doelde : In zyne tekening ziet men eene verwonderlyke kennis der Anatomie, en wel op eene grootfche wyze uitgedrukt; zonder die hard- en droogheid, welke zyne navolgers, gelyk Heemskerk en anderen, niet hebben kunnen vermyden: Zyne uitvindingen zyn vernuftig, maar zyne famenftellingen verward, zonder verbinding, of inachtneeming der kunst van licht en fchaduw; zo dat zyne voornaamfte werken meer Akademifche figuuren dan Hiftorifche verbeeldingen fchynen, en zyn koloriet hard en fteenig: Zyn voornaamfte fchilderwerk is de verbeelding van het laatfte oordeel in de Sixtynfche Kapelle te Rome. andries del sarto tekende niet zo edel als Raphaël, noch was zo vrugtbaar in zyne uitvinding of famenftelling; dan hy was de beste koloreerder van zyn fchooi: Onder zyne werken munt een fchoon ftuk van hem, dat in de Gallery van Dusfeldorf hangt, uit; 't verbeeld Maria met het Kindeken op haaren fchoot ftaande. s. marco, perruzzi, bandenelli, b e ccafumi, pontormo, volterra, rosso, bronzio, albani, salviati, vasari, cigo- li, vanni, giovanni, en rosselli, zyn de overige meesters deezer School, welken meest bekend zyn. de lombardysche school vereenigt byna alle eigenfchappen, die tot eene volmaakte fchildery kun-  in de teken- en schilder-kunst. 31 kunnen gevorderd worden; het verbind een Houten en bevalligen omtrek, grootfche en ongemeene famenftelling met een verwonderlyk licht en fchaduw, door veele terugkaatsende lichten veraangenaamd; een malsch doorfchynend en vleyend koloriet; alleen ontbreekt er die edele nauwkeurigheid in de tekening, van Raphaël en d'Antiquen. correggio, anders antoni de allegris genaamd, is de voornaamfte meester deezer School: Hy was origineel en de Schilder der gratiën, zonder het zelve te weeten; verwonderlyk in het fchikken van licht en fchaduw, met een teer en malscheid van penfeel waar van geen weergai is: Zyne verkiezingen zyn ten aanzien van de figuuren, niet van de bevalligften; als zig te veel aan verkortingen waagende; zyn tekening is wel groots, maar niet nauwkeurig; doch zyne beelden ronden en verheffen zig volkomen: Zyn koloriet is zagt, leevendig en zeer vleijend; zyne voornaamfte werken zyn te Parma, en op andere plaatfen in Italië, te Dresden de bekende UNotto, of Geboorte, te Sans Souci, en te Dusfeldorf een Christus-portrait, of ecce homo van een verwonderlyke expresfie. DecARATSEN rigteden in deeze School weer een byzondere School op. Winkelman (ƒ) zegt, "zy wa„ ren Eclectici, en zogten de zuiverheid en de om„ trekken van d'Antiquen en van Raphaël; de ge„ leerdheid van Michaël Angelo, met den rykdom „ en CO Abhandlung von der Fdhigkeit der Empfindung des Schonen in der kwis^  32 over den hollandsen smaak ■ en den overvloed van de Venetiaanfche School, " met de vrolykheid van het Lombardyfche penceel „ van Correggio te vereenigen. „ dominiquin beftudeerde de ouden meer als al„ le navolgers der Caratfen, doch in de naakten " heeft hy de zuiverheid van Raphaël niet bereikt. guido is zig zeiven, noch in de tekening, noch „ ïn de uitvoering, gelyk; hy kend de fchoonheid, „ maar hy heeft die niet altyd voorgefteld; zyn Apol" lo, in de beroemde Aurora, is niets minder dan ", fchoon, en tegen den Apollo van Mengs, in de L Villa Albani, als een knegt tegen zynen heer; 't 'l hoofd van zynen Aarts-Engel is fchoon, maar niet l ideaal; zyn eerfte en fterkfte koloriet verliet hy, '„' en nam daar in eenen helderen en kragteloozen fmaak aan, en in deezen fmaak is de hemelvaart " van Maria, welke van hem te Dusfeldorff is. guercino heeft zig in het naakt niet byzon„ der vertoond : Hy bondt zig niet aan de nauw■ keurigheid der tekening van Raphaël, en van die " der Ouden, welker kledingen en gebruiken hy maar * in weinig werken betragt en nagevolgd heeft; zyn " beelden zyn edel, doch naar zyn eigen begrip " ontworpen, zodat hy meer als de overigen een " origineel heeten kan. albano is de Schilder der " gratiën, maar niet der hoogften welken de Ouden #j offerden, maar der laagften; zyn hoofden zyn „ meer lieflyk dan fchoon." mantegna, primatrice, parmens, tibaldi, cambiagi, schidoni, calvaert, t is-  in de teken- en schilder- kunst. 33 tisio carloni, borzoni, procacini, seaa- ni, cignani, franceschini, en in de Iandfchappen castilione, en quaini zyn de overige voornaame Schilders die deeze School uitmaaken de venetiaansciie school munt boven de dne andere Italiaanfche Schooien uit, in het koloriet, in de harmonie der verwen, glanzende tinten en een cierlyken ftyl; welke van haar door geheel Europa zyn verfpreid geworden. Vouet bragt ze in Frankryk, Rubens in Vlaanderen, en Lucas Giordani in Span jen over. In de tekening is deeze de. minfte der Italiaanfche Schooien; haare poging is de waare natuur te fchilderen, van daar heeft zy mogelyk zo veele voortreffelyke Portrait -fchilders uitgeleverd. De beroemdfte deezer School is na Bellini en Georgwne titiaan da Vecelli, welke zo veele treffelyke werken vervaardigd heeft. Zyne famen(tellingen hebben niet die verhevenheid als die der meesters van de andere Schooien, en men vind zei.6 ftootende onwaarfchynlykheden in zyn hiftorifche voorftellingen : zyne tekening der naakten heeft wel iets ideaals,' maar niet van de fchoonheid der Antiquen : dan in her koloriet is hy een eerste meester, waarheid en leeven heerfcht er ten deezen opzigte in zyne beelden; zyn licht en bruin is wel 't voordeeligfte uit het leeven, als by toeval, maar niet met kunst, gezogt; zyne landfchappen munten uit door de zonderlinge werkingen van lichten en kragtige uitdrukkingen der voorwerpen; doch vooral is hy door zy- E ne  » over DEN HOLLANDSEN smaak „e portraitten beroemd, aan welken hy een ta» tód èu leevendigheid gaf, welke dezelven als leevendig nrenfehen doet aanzien: - Zyne voornaamft?werken zyn te Venetië, in Spanje, by den Prins van ut e en elders; terwyl die te Dusfeldorf met va zyn beste zyn. De vermaarde graveerder des Konings van Frankryk A. Masfon, heeft m de voorbande eeuw, een ftuk naar Titiaan, in *s Konings S net, waarop de maaltyd te Emmaus verbeeld >s en in Italië onder de naam van il quadro della Toradia bekend, zeer kunüig in 't koper gebragt. - Een nfdruk is in Holland voor 50 daalders, en een zulke fen in -Rome voor 40 ducaaten verkogt, volgens Cdie van dit ftuk eene leerzaame befchryving en Xoerige ontleediging dier plaat, en derzelver gra veering in zyn Natur uni Kunst in gemMto. be* •„gevoegd, mut.ano volgde Titiaan byzonder in landfchappen en portraitten. tiwthretto del PIOMBO, PORDENONE, T1NTORETTO, C.ACOMO, R. EEN A , VERONESE, PADUANOj pTlMA^PORTA, de BASSANO-S, SCH1AVONNE, iuo loib, RICO, PIAZETTA, en TIEPOLO, zvn de overige voornaame meesters deezer School, 'ewvl mar.a TiNTORET, door portraitten m olyverf, £ CARRIERRE, door p«*«*£ *g£ mikum, CANALE en CANALETTE dOOW£ vm fteden en plaatfen, zig beroemd gemaak hebben. De beste en voornaamfte werken van aUe deeze meesters der Italiaanfche School, zyn in talie, en wel meest aan openbaare plaatfen verbonden, zo m  in de teken- en schilder-kunst. 35 fresco als olyverwen; terwyl hunne losfe, of kabinetftukken, van tyd tot tyd meer ig andere landen zyn overgebragt: — Aan het Hof van Frankryk, in de Gallerye vmJVeenen, van Dresden, van Manheim, van Dusfeldorf, van Sans-fouci, van Saltzdahl, en in Engeland, treft men veele en fchoone ftukken der Italiaanfche meesters aan: dan behalven die, welken in 'tkabinet van zyne Hoogheid den Prins Erffladhouder zyn, berusten zeer weinigen in Holland. — Zeer veel erva-rentheid en oordeel word vereifcht, om dezelven te .beoordeelen, en aan • de egte meesters toetekennen: OngetwyfFeld worden veele copien voor origineelen getoond, en gekogt, en veel en aan verkeerde meesters toegefchreven. — Een vermeinde Raphaël van 3000 Scudi's te Rome geen getuignis kunnende erlangen, word van Winkelman (k) als onegt verklaard. Abrahams oferhande, voor den Prins van Oranje, op de verkooping der Schilderyen die uit Saxen kwamen, te Amfterdam voor een da Vinci gekogt, door den Heer Heyneken (/), als een copie naar den del sart o .aangezien, welkers orgineel te Dresden is. De Sufanna, te Dusfeldorf voor een dominiquin getoond, gaat, in Vrankryk, door du Bofc gefneeden, voor een carrats uit; en dit heeft ook veel omtrend de werken van Rubens, die men veeltyds tweemaal vind, plaats. — Getuigenisfen van des kundigen en aanzienlyke perlbonen, gelyk men 'er twee door (k~) Abhandhing von der Fabigkeit der Emppndung enz. QJ) Nacbrich'ten von Kunsttent u/id Kunstfacben, zweiter Tbeil, 62 Scite. E 2  05 0vER dén HOLLANDSEN SMAAK door de Ridders Ghezzi en de Troy, van de egtheid van een ftuk van Raphaël, in den catalogus der Schilderyen van den Koning van Pruisien, te Sansfouci vind, («) zvn niet altyd mogelyk noch wiskundig zeker. Men verhaalt dat de copie van Andnes del Sarto naar het portrait van Leo den Xd« door Raphaël gefchilderd, zelfs Julio Romano, die aan het origineel mede gewerkt had, bedroog. Men heeft dan in 't beoordeelen van de werken der meesters van de Italiaanfche Schooien, voornamentlyk zig te bepaalen tot die ftukken, welken aan openbaare plaatfen, of voor bekende perfoonen, volgens zekere berigten, door hen gefchilderd zyn; ot tot zulken, die door de vergelyking van andere hunner werken tegen deezen, de onbetwistbaare karacters van hunne kunst voorftellen, of fchoon die al, door hen zei ven niet mogten gefchilderd zyn, egter tot beoordeeling van die deelen der kunst waarin zy hebben uitgemunt, verftrekken kunnen. de fransche school, heeft zig naar de Italiaanfche gevormd-, en dén grooten en verheven fmaak derzelve in de hunne zoeken overtebrengen : De voornaamfte meesters deezer School munten uit, in een grootfche en ryke famenftëllirig; — een ideaale en bevallige tekening, gevolgd-naar Raphaël en CarTats. m breede draperyen, en in cierlyke bywerken. — Doch hun ontbreekt die edelheid, waarheid *n natuurlyfcheid, welke Raphaël en Carrats met hun- r» Defcription des Tableaus de la Gallerie Royale de Sans-fouci, p. 58.  in de teken- en s C Hilder -KUNST. 37 hunne ideaale denkbeelden vereenigden ; daar hun ook - het koloriet van Titiaan, de'rondheid en het licht en fchaduw van Correggio, en het doorfchynend' en vleefig pcnfeel' der Hollanders niet eigen is. sirviON vouet was de eerfle Franfche Schilder, "welke in Frankryk -eenen beteren fmaak dan tot dien tyd had plaats gehad, vastftelde. — Hy was van een •vluggen en arbeidfamen aart, maar niet genoeg opmerk faam voor de' waarë fchoonheden der kunst: —■ Zyne ordonnantiën zyn ryk en groots , doch zyne •tekening en uitdrukkingen gemanierd, zo dat zyne •werken ligt kenbaar:zyn; zyne omtrekken zyn wel eenigzins bevallig', doch niet'nauwkeurig of edel, en zyn koloriet der naakten is zonder kunst of natuurlykheid: — Hy was zeer ervaren in zolderftukken of zogenoemde platfonds: — Veelen zyner werken gaan .in prent uit, en kunnen deeze beoordeeling, op het koloriet na, bevestigen. le sueur was zyn difcipel, en volgde wel eenigzins zyn's meesters manier; doch overtrof hem'vervolgens in de meest voornaame deelen der kunst; men noemt .hem den Frevfchen Raphaèï,> &m dat 'hy zig deezen meester byzonder ter navolging voorftelde. • • 9 ~r v tfe; - ' 'Nikolaas poussin was met een uitfteekend vernuft en. oordeel begaaft, 't welk hem op de verhevenftè deelen der kunst meest opmerkzaam maakte; doch daar hy, in den beginne, zonder perzoonlyke onderrigtingen, zig zeiven leeren moest, zo was zyn hand niet bekwaam genoeg, om zyn verftand ten E 3 dien-  $8 .'. .over den hollandsen smaak. diende teftaan, of zyne verhevene' denkbeelden .kunftig genoeg ;uittevoeren:.r— Van daar waarfchyn.lyk dat hem by zyne volkomenheid in de uitvinding en tekening * de bevalligheid't licht, fchaduw en koloriet ontbrak 5 dat by andere voornaame meesters gevonden word: — Zyne groote - ervarenheid in de kunstwerken, de-zeden en gewoontens der 'Ouden, welken in meest alle zyne werken uitblinken; en welken hy niet met de bevalligheid van fchikking.en uitvoering wist te leenigen, geeven een zweem van droogheid, in zyne hiffcorifche Voorftellingen, en zyne liefde voor de Antiquen, maakte dat de omtrekken en de draperyen zyner beelden te-kenbaar naar den Ap'öllo, :Laocöon, de Venus van Medicis, en andere ftandbeelden, • gelyken;- en de kleederen die vlakheid en natuurlyken val der plpoijen, en grootfche fcbikking itet&ejJaw&e ontbreeken, welken aan de werken van andere voornaame. meesters zyner „Schpole, zö veel -cieraad en bevalligheid byzetten. In de landfchaps-voorlrelling: .van eenen verhevenën aart,,,is hy dé.eerfre meester van alle de Schooien, •gelyk . ik in/de - volgende afdeeling .nader zal betoogeii: _ Onder zyne hiftorifche..werken .munten de zeven Sacramenten uit, welken hy tweemaal gefchilderd heeft, en waar van de prenten, door Pesne:geiiieeden, overvloedig bekend :zyn; gelyk ook de dood van Germanicus, het. Manna, en andere naar hem gegraveerde werken.' li c. a. du f re sn o v is meer. van wegens zyn voor-  in 'de' teken- en schilder-kun s t 39 trelTelyk leerdicht der Schilderkunst, (/?) in latynfche vaerzen, bekend, dan:door de weinige tafreelen, die, hy, naar het berigt van den Heer de Piles,, in den fmaak van Titiaan vervaardigd beeft. sebastiaan bourdon had eene vluggeen ryke uitvinding, en was zeer gefchikt tot groote werken, zo wel hiftorien als landfchappen. — De zeven werken der barmhartigheid, door hem zelfs naar zyn eigen Schilderyen gefchetst, zyn zeer geacht, n c. le brun was een kunllenaar tot groote en uitgeltrekfte werken geboren; zyne uitvindingen en fchikkingen van hiltorifche onderwerpen zyn. zeer ryk, en vertoonen een vrugtbaar en weelig vernuft: — Hy maakte met veel oordeel gebruik van alle hulpmiddelen , die de grootsheid en waarfchynlykheid van zyne werken vermeerderen konden; de uitdrukkingen der hartstogten zyn van hem ook onverbeterlyk waargenomen. Dan hy bezat niet de bevalligheid van Raphaël in de hoofden, noch de fchoonheid der omtrekken van de Caratzen, welken hy volgde; noch het licht en bruin der Nederlandfche Schooi : zyn koloriet is koud, en wat zwartagtig in de fchaduwen, (o) De Batailles van Alexander zyn als meester-ftuk- keri O) Dit gedicht, is naar de Franiche vertaaling, en met de aantekeningen van den Heer de piles in 't Ho^lands'ch door verhoek vertaald. ' ■ 00 In de leevensbefchryving van t&erner en Steller door den Heer Fueszli, 111 de Gefchichte der beste kunstier in der Schweitz, vind men eenige ontmoetingen der Kunftenaars, welken het perfoneele karakter van den Heer Le Brun geen eer aandoen, maar hem als zeer nayverig en als bekwaam tot het benadeelen van bet Fortuin zyner medekunftenaaren, doen voorkomen.  40 over DEN HOLLANDSEN smaak ken, en de prenten daar naar door de beste graveerders'van zynen tyd vervaardigd, aan eenen ieder bekend; gelyk ook 't kostbaare plaatwerk van den heer Masfé onder den titul van la grande Gallerie de Verfaiiks, et les deux Sallons &c. uitgegeven. p. mignard heeft zig zo door hiftonfche als door portraitltukken beroemd gemaakt; hy was bevallig, in de uitdrukkingen en de houdingen zyner beelden.. r - coypel, dien het, volgens Reynolds Q>), aan eenen eenvoudigen fmaak ontbrak, en die een ftóut en dreigend gelaat voor een grootfche en majeftueufe houding nam; toonde echter verftand en oordeel in de kunst van hiftorien voorteftellen, en groote kunst in zyne famenftellingen; zynde met zonder kragt in het uitdrukken, der hartstogten. jouvenet had zo min als le Sueur, Italië gezien , uitvindingen en fchikkingen van hem waren niet zo grootfch dan die der voorgemelde zyne landgenooten; dan in de tekening was hy nauwkeuriger, en volgde het fchoonfte leeven; en zyn koloriet is kragtiger en natuurlyker. • . la f as se heeft ook groote ftukken en uitgebreide onderwerpen vervaardigd, welken in kunst zyne kleine ftukken overtreffen: in de famenftellingen van hem is veel oordeel en vernuft, en zyn koloriet doet der Franfche Schoole eere aan. O) Akademifche Redenvoering over den Grooten Styl, te Londen den 10 December 1771 gehouden.  in de teken- en schilder-kunst. 4i cases, L e m oi ne , stel la , loir, d o r i g n i, nattier, de beide halles, focque, natoire, restout, de la rue, vien, challes, lorrain, de van eizens, en anderen, zyn allen verder als bekwaame Hiftorie-Schilders der Franfche School beroemd, byzonder van loo en boucher. c. van loo, eerfte Schilder des Konings, had Zich m Italië naar de beste meesters gevormd- zyne uitvindingen en fchikkingen zyn grootsch, zyne tekening nauwkeurig, en niet zonder fmaak van fchoonheid. — Dan hem ontbrak uitdrukking en beittllig» heid in de hoofden, en kragt in het koloriet: er heerscht eene zekere zwakheid of koelheid in zyne werken; het diepe inzigt in de vereischtens zyner kunst maakte hem de uitvoering moeilyk; hy overleed den 15 July l?6y. zyn Necf M ym Lqq y^ tooide eemge zyner nagelaaten werken. boucher, een leerling van le Moine, volgde Van Loo in de waardigheid van eerden Schilder des Ko nings op. Hy was de Schilder der wellust en der gratiën, maar niet der genen, aan welken Correggio offérde. — Een verwonderlyk vernuft en ryke uitvinding heerscht in zyne menigvuldige werken, te gelyk met een geestige gemanierdheid en gemaklykheid die zo veel goedkeuring in geheel Europa verkreeg dat de mode om in den fmaak van Boucher te fchilderen, er veele van 't regte pad der kunst heeft afgeleid. — Zyne tekening is ideaal en bevallig, zonder nauwkeurigheid, en het koloriet, 't Jicht en bruin F x naar  42 over. den hollandsen smaak naar zyn ideaal van bevalligheid, zonder de natuur te raadpleegen. AUerleie onderwerpen verkrygen onder zyne hand, eene gedaante van fmaak en aartigheid, zo dat men zyn kunstkarakter kortelyk kan befchryven met te zesgen: Boucher fchildert met fmaak. — Hy iöett in i77o, in zyn 66 jaar. Zyne menigvuldige werken en de prenten daar naar op allerleie wyzen gegraveerd, zyn aan ieder bekend. In de landfchappen beroemt zig deeze School op glaude lorrain, offchoonhy van zommigen tot de Romeinfche School gebragt word. Veelen houden hem voor den besten Landfchap - Schilder. Hy was met geen ryke genie bedeeld, maar nadenkend en werkzaam, voert hy ons in velden, waar een aangenaame lente heerscht: hy ftelde zyne werken te zaaien uit verfcheide deelen, die hy na de fchoone natuur gevolgd had. Sandrart getuigt, dat hy zig met meer vlyt op de beelden dan het landfchap had toegelegd, en niet te min zyn zyne beelden middelmatig, waarom hy ook zyne landfchappen meest door anderen liet ftolTeeren. chardin, patel, lauterbourg, pille„f nt en vernet, hebben zig onder de laatere meesters in dat deel der kunst met roem bekend doen worden. vernet is boven al, om zyne landfchappen en zeeftukken door geheel Europa beroemd. — Hy bereikte de bekwaamheden van Glaude Lorrain m de landfchappen, en overtrof hem verre in de beelden, wei-  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. 43 welke hy, fchoon als ftoffagie in het klein, egter in den fmaak van Carats tekende. — Hy heeft eene grootfche en verhevene uitvinding en ongemeene fchikkinge der voorwerpen, zo van eene ftille als beweegende natuur, en van fchrikverwekkende toneelen welke hy met een kloek en vlug penceel voorftelt. Het zy hy de zonneftraalen door de mist en nevel doet doorbreeken, het zy de ruftige bezigheden der Vislers en Zeevaarenden aan den oever der Zee of op den kant der Zeehaven, ons vervrolyken, of dat hy ons, door het voorftellen van ftorm of onweer, het akelig lot van Schipbreukelingen doet beklaagen, of wel de magt en grootheid zyner Natie m de Zeehavens van zyn vaderland doet zien — In alle deeze voorttellingen is het getal der groepen en de byzondere zamenftelling van ieder derzelve' verftandig gefchikt: zyne verfchieten en luchten hel-' der en wykende, en het koloriet natuurlyk. Tot zyner volmaaking, zoude men nog kunnen wenfchen dat zyne Schepen nauwkeuriger getekend Ca') zyn luchten fmeltender, en zyne ftille en golvende Zeeën als door het penceel van Van de Velden en Bakhuyzen gefchilderd waren. De voornaamfte werken van hem, zyn te Rome in ^^^^^^^^^ °P door of naar hem gefchilderd, kunnen eenigzins van zynen fmaak doen oordeelen. fesne, harper, falbe, reclam, huber roode, manyoky, kupesky, gran, THIs' BEiN en haid, zyn in dit gedeelte der kunst door geheel Duitsland bekend. De laatfte heeft zig vooral door een groot aantal zwartekunst-portraitten beroemd gemaakt, -en daar onder zyn er die fraai zyn, en de Engelfchen nabykomen; dog het is jammer, dat deeze, zo wel als Chodowiecky, en andere Duitfche kunftenaars, zo dikmaals met douzynwerk voorkomt Nog een beroemd Portrait-fchilder is zizenis' Hof- en Kabinet-fchilder van den Koning van Engeland, als Keurvorst van Hanover, die veele Vorften en gekroonde hoofden heeft gefchilderd, en zig in ons land door de afbeeldfels van den Heere Prins Erfftadhouder Willem den V en desZelfs Ko- ning- voor M de P,aats is ^.^fj zt^dï^Sewel'k'£ H hera  58 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK ninglyke Gemalinne heeft bekend gemaakt. Een man door zo veele Vorften te werk gefteld, heeft reeds het denkbeeld van in zyne kunst uittemunten voor zig. Zyne portraitten zyn ftout en kragtig gefchilderd, en de houdingen overeenkomftig den aart der perfoonen uitgedrukt; dog de hoofden zyn in zyne portraitftukken het best en kragtig gefchilderd. Dan een byzonder kunftenaar en eenig in zyn foort is balthazar denner van Hamburg, die da Vincy, Douw, Mieris, Slingeland, en al wie uitvoerig de kleinfte byzonderheden. der voorwerpen uitgebeeld hebben, fchynt te hebben willen overtreffen ; zo dat Mengs van hem zegt (w), dat hy eenig in zyn foort, en bewonderenswaardig is, als hebbende hy het geduld gehad om ieder rimpel en ieder haartje met zyn fchaduw aftebeelden, en in den oogappel het daarin fpiegelend venfterraam der kamer, met de lugt en wolken, te vertoonen. Zyn beroemdfte werk is een oude vrouw en een oud manshoofd, door hem voor den Keizer gefchilderd, waarvoor hy de fom van ƒ 11750 Hollandfche guldens ontfan- gen heeft (V). De draperyen en de omtrekken zyner beelden zyn, buiten de hoofden, niet onberispelyk, maar zyne uit- voe- hem gedeeltelyk heb zien fchilderen, ongelyk beter en meer gelykende was alshetÏcote, dat hy daar naar gefchilderd heeft. My Haat voor, dat aan £n Hef; 7ienivoor die twee afbeeldfels van zyne Doorl. Hooghe.d voor de SefesM envoor de Kamer der Algemeene Staaten gefch.kt, ,5°o ^M^^runtenicht ft der Mahlcrei ausden Italien[cben,Nurnb.^ (ï) viM gool Nieuwe Schouwburg, tweede Deel.  in de teken- en schilder-kunst. 59 . voerige koppen van de beste foort zyn minder ftyf, en hebben meer kragt en ronding, als men van zo een uitvoerig werk verwagten zoude, gelyk my aan twee fchoone oude manskoppen, welken ik van hem in den Haag gezien heb, gebleeken is. domin?cus van der smissen, ook in Holland door zyne portraitten bekend, volgde met minder uitvoerigheid zomtyds zyns zwagers Denner's manier. In zyne portraitten treft men veel onderfcheid aan. Ik heb vrouwen-portraitten van hem gezien, die niet te pryzen zyn: maar daarentegen ook mansportraitten, waarin van Tintorets kragt en natuurlykheid doorftraalde. Voornaame geleerden en aanzienlyke liefhebbers der kunst in Duitsland hebben een groot getal nuttige en aangenaame gefchriften, zo over het befchouwende als beoefenende deel der fchilderkunst aan het licht gebragt, gelyk de Profesfor baumgarten, die, volgens Sulzers berigt, gepoogd heeft om de Aïfthetica in een leerftelfel te brengen, winkelman, wiens beroemde werken door geheel Europa bekend zyn, en de Legations-Raad van hagedorn, welkers aangenaame betrachtingen, en zyn Franfchen brief aan een liefhebber over de Schilderkunst, men niet dan met genoegen leezen kan. Als voornaame boeken over de kunst, kan men verder aanmerken lessing's Laocoon, koreman's, Natur undKunst in gemahlde; reinholds, plan ubsr die mahler und ftudium der Zeichenkunst und- mahler ei; sonnenfels, von Portraitmahlen; sulzer, Theorie der H 2 fcho-  60 over den hollandsen smaak fchone kunften; en de Bibliotheek der fchoone weetenfchappen en vrye kunften; waarin veele fchoone ftukken, de Teken- en Schilderkunst betreffende,, gevonden worden. sandrart, doppelmeier en anderen, hebben de levensbefchryvingen der Duitfche kunstfchilders aan 't licht gebragt. presler heeft de grondbeginfelen der tekenkunst ten dienste der jeugd in plaat gebragt. lam bert heeft de grondftellingen der doorzichtkunde, en de menging der verwen, en derzelver berekening, wiskundig betoogd, en Profesfor christ eene uitlegging der karakters en boekftaven gegeven, waarmede de kunftenaars hunne fchilderyen en prenten gemerkt hebben, welke vollediger is, als die van den Franfchen le Comte. De Nachrichten von Kunstlern und Kunstfachen van den Baron heine ken behelzen eene kunstreis, levensbefchryvingen, catalogen, en andere wetenswaardige ftukken, de teken-, graveer-, fchilder- en druk-kunst betreffende , doch daar hy anderen berispt is hy zelf van onnauwkeurigheid niet vry te fpreeken, gelyk blykt uit hetgeen hy II Deel bi. 65 zegt van de Oranjezaal, dat dezelve (NB) door Lairesfe befchilderd is, als ook bl. 40, dat men door geheel Holland, Zeeland en Utrecht, met trekfchuiten, op een gemakkelyke wyze vaaren kan. Ook is een verzameling van 100 plaaten als tekeningen, naar oorfpronkelyke ftukken der Keurvorftelyke Dusfeldorffche tekeningfchat uitgegeeven. Nu volgt eene School, die naar maate van den klei~  in de teken- en schilder-kunst. 6ï kleinen omtrek van haar land tegen anderen gerekend, een groot getal van kunftenaaren heeft uitgeleverd' waarom de Heer j. c. fueszli zelf zegt (», dat deeze alle anderen ten dien opzigte, overtreft; doch die anders zeer oplettende man moet, op den tyd, toen hy dat fchreef, niet aan Holland gedagt hebben. De switsersche school is in haar kunstkarakter zo weinig van de Duitfche verfchillende, dat zy ook wegens de byzondere fmaaken, welke haare kunftenaaren gevolgd hebben, niet wel tot een byzonder hoofdkarakter in de kunst te brengen is. En daar de Heer Johan Cafper Fueszli die zelfde kunst ook met roem oefend, de kunftenaaren van zyn Vaderland die de Switferfche School in de Schilderkunst uitmaaken, zeer uitvoerig heeft befchreven' en hunne kunstkarakters uit hunne werken opgemaakt; fchynt het my onnodig om by deeze zo wel als by de volgende Schooien, hetgeene wel gedaan is te herhaalen. Ik zal daarom alleen de voornaamfte en ons meest bekende meesters kortelyk karaktizeeren. a. altorfer , en nicolaus manuel Van Bern zyn de eerste Schilders van de Switferfche Schoole, van welken ons de nauwkeurige Heer Fueszli eenig berigt mededeelt i dan de vermaarde hans holbein word algemeen als de eerste Schilder, en als 't hoofd der Switferfche Schoole aangemerkt. Hy hadt meer ideaale bevalligheid, meer na- tuur- fj> Joh. ca spar- fueszlins Gefehicbte der beste Kitnstlern in der Sckaiettz. Zurich i^óp—1774 IV. Band. 8. H 3  62 over den hollandsen smaak - tuurlyke waarheid, en meer kunst van uitvoering en fchikking, dan zyn tydgenoot Albert Durer. De beroemdfte werken, die van hem te Bazel op het Raadhuis bewaard worden, zyn onder anderen, agt ftukken der Pasfie; maar over den bekenden Doodendans is verfchil, of die van Holbeins hand of van een ander, of door een onkundig Schilder overfchilderd zoude zyn. In Engeland zyn veele fchoone werken van hem geweest, dan veelen door verfcheide toevallen weggeraakt. In de verfameling van den Prins van Oranje is een fchoon portraitje van hem, gelyk ook verfcheiden by byzondere liefhebbers O). De beide mol a's, welken Albano en Guercino beftudeerd hebben, waren zo wel om hunne hiltori. fche, als inzonderheid, om hun landfchaps voortellingen, beroemd : hunne fmaak valt wat in het donkere en zwartagtige. j. ' (V) By de Heer Baron speyert te Woerden, op den huize Andekt in Gelderland, een portraitje water-verf; zynde de Afbeelding van Och, omtrent 7 of 8 duim hoog. Dit portraitje is zeer uitvoerig met water-verf op pergament, in 1521, gefchilde«l, en 't kopje zo nauwkeurig getekend, dat men het voor Raphaëls werk zoude aanzien, als 'er geene handen waren bygevoegd. Dit ftukje is te meer t'achten, om dat het de gelaatstrekken voorftelt van Pompejus Occo, den vader van den Amfterdamfchen Burgemeelter Sybrand Pompejus Occo, wiens huis t'Amfterdam de gemeene zamelplaats was van in en uitheemfche geleerden, en braave luiden, van wien gewaagd word in de Befchryvingen der Stad Amfterdam, zo in de eerste van den Hoogleeraar jo. isacius pontanus,( als in de laatste van j. wagenaar, bladz. 199 van 't derde deel. Er'is ook een zeer wel uitgevoerde plaat door a. walker gegraveerd, en door }. boydell, in 1764, uitgegeeven naar een Schildery van iiolbein, dat by den Heer r. bragg, m. D. te Londen berufttc, en waarin een Rechtsgeleerde in zyn fchryfkamer verbeeld word aan eenige boeren lieden gefchreeven proces-itukken, tegen gereede betaaling, overgeevende, in welk ftuk de karakters en paffien zeer natuurlyk zyn uitgedrukt.  in de teken- en schilder-kunst. 63 j. r. bys vulde zyne tafreelen met eene menigte voorwerpen, welken hy met een vrolyk koloriet doch ook met eenige ftyfheid uitvoerde. Vier ftukken, de vier HoofdftofFen verbeeldenden in de Gallerei van Dusfeldorf, zyn de eenigfte werken die ik van hem gezien heb. h u b e r , dien men den Switferfchen Tintoret noemde, was beroemd in de hiftorie- maar meest in de portraitftukken: hy heeft zig beroemd van in zyn tagtigjaarig leeven meer werken dan Miereveld, wiens portraitten men wel op eenige duizenden rekent,., vervaardigd te hebben. h. keller plaats ik niet in de Hollandfche School, om dat hy haaren fmaak niet gevolgd heeft; fchoon hy daar in gewoond heeft, en in 1765 in 's Hage overleeden is. Het kunstkarakter dat Fueszli van hem opmaakt, fchynt my toe niet nauwkeurig te zyn. Fly had wei een vrolyke voorftelling en veel harmonie in zyn koloriet; dan, dat alles by hem wel getekend was, kan ik niet toeftemmen: zyne draperyen zyn wel breed en geestig geplooid, maar niet nauwkeurig nog natuurlyk. In de uitvinding en famenftelling j|an men niet veel op hem betrouwen, nadien hy zig niet ontzag om oude en Italiaanfche prenten te kopiëeren en met een los en vrolyk penceel naar te volgen: het is dan geen wonder, dat hy zyn werk reeds voltooit kon hebben, eer een ander zyn ontwerp vaardig hadt. In 's Hage zyn in byna alle voornaame huizen van zyne werken te zien. In  04 over den hollandsen smaak In landfchappen heeft deeze School veele groote meesters. De oude merian, die ook door zyn Theater van Europa bekend is, heeft zig in dat deel, zo wel als zyn eene zoon door menigvuldige portraitten, in Duitsland beroemd gemaakt. felix meyer bezat veel fmaak, en is door zyne met een ligte hand en vaste tekening geëtfte landfchappen zeer bekend. bullinger, wust en j. j. schalch munten ook in dit gedeelte der kunst uit; de laatfte heeft zig ook, door zyne gefchilderde, getekende en geëtfte werken, in Holland bekend gemaakt, doch wiens boomen niet aan die van Van Everdingen, Wynands of Both, nog zyne beesten en ftoffagie aan die van Van de Velden of du Jardin my toefchynen gelyk te ftaan. s. gesner, de Duitfche Theocritus, fchildert, tekent en etst die lachende velden en fchoone gewesten , welken zyne pen befchreeven heeft: zyn brief over het landfchapfchilderen aan den Heer Fueszli, vervat gewigtige aanmerkingen en oordeelkundige befchouwingen over dit aangenaame gedeelte der kunst. In portraitten munten, behalven de reeds gemelden, ook antony graff, Hoffchilder te Dresden , uit; welke voor een der grootfte Portraitfchilders van Duitschland geroemd wordt. rusca is in Frankryk, Duitschland en Milaan, door veele werken bekend. kolla heeft zig zelfs, en is daarna door den Heer  in de teken- en schilder-kunst. 65 Heer Fueszli voortgezet, zo dat zyne afbeeldfels, door de vaste tekening en trouwe navolging der natuur, veel goedkeuring verwerven. petitot heeft zig allerwegen door zyn in brandverf of email gefchilderde werken, gelyk joseph werner boven alles in het miniatuur-fchilderen, beroemd gemaakt. anna waser vojgde hem in dat fpoor, en paarde de fludiën en weetenfchappen aan haare beoeffening der kunst. j. a. arlaud heeft, in het miniatuur-fchilderen, vooral door eene tekening, zig zeer veel roem verworven. Dezelve hadt hy vervaardigd naar een marmeren basreliëf, waarop Jupiter, by Leda in een zwaan veranderd, door Michaël Angelo afgebeeld was. Zyne tekening was gelyk het origineel, twee voet groot, en op papier gefchilderd, door hem aan Duc de Force verkogt voor 12000 Livres, volgens het berigt van Fueszli. joh. steph. liotard, om zyne kleeding de Turkfche Schilder bygenaamd, is ook in ons land door de van hem vervaardigde portraitten van den Heere Prince Erffladhouder, en der Vorftelyke Familie, zo wel als door andere craion- en miniatuurportraitten, bekend. LeMoine, eerfte Schilder des Konings van Frankryk een portrait van Liotard ziende, zeide tot hem: Schilder nooit anders, als naar de natuur, want ik ken* ne niemand, die in ftaat is dezelve, beter dan gy, te kunnen navolgen. Met dit getuigenis ftemt 't oordeel I eenes  66 over den hollandsen smaak eenes vriends van den Heer *™f™h™.% „„„ hrief medegedeeld overeen, t Luid dus . i». ken geel Schilder, die de natuur zo getrouw e" tert a s Liotard. Hy fehynt fcherp te zien, maar " ^zwakker van gevoel; en ik geloof dat het por" Schilderen de eenigfte tak zy, waarin hy de " Jrno fte meester van zynen tyd worden konde, " fndien men niet aanmerkte, dat hy, door vlyt en " toveren, die gaaven verkreeg» heeft met web" ken de natuur hem, fpaarzaamer dan anderen, be" deeld had Zyne tekening is vast, en ten u.terfte " nauwkeurig, naardien hy, gelyk alle rechte kunfte" naars zyn n meesten tyd daaraan hefteed heeft. " Om die rede zyn zyne portraitten verwonderlyk " ? u r In waar en zyn koloriet, in welks ge' tómeni'sfen „7 'ingcwyd, kragtig. Dan daar hem " e n hoogere graad van inbeeldings-kragt mangelt " f V hv te weinig van dit zo feldzaam talent der " Te PU ail hifders, door '« welke de kunne" ITverfcheide gebreken des perfoons, zonder de " « ze^yt Arbeid te benadeelen, in het por" f t»n verbergen". Dus leest men in het derde dedvanjacafpXszlins pft*t* der befte» kunst- krZiïm™% de kunst betreffen en door gelee, acn en kunfte'naarcn deezer School vervaagd zyn zetten haar ook geen geringen luister by: Als zoda nige kan men aanzien • ™ w ,oh rud. fueszl.'s kunftenaars Lexicon, het welk hy ook met byvoegfelen en verbetenngen zelfs  in de teken* en schilder-kunst. 6> in het Fransch vertaald heeft. joh. casp. fueszli beredeneerde Cataloge der voornaamfte Graveerders' en hunne werken: zyn nieuw magazyn voor de Kefhebbers der Entomologie, en zyn gefchiedenis der beste kunftenaars in Switzerland. Ook (naar myn gedagten) de Phyfiognomifche Fragmenten van den Heer lavater: waarin men, behalven veele fraaie Plaaten, en niettegenftaande de vernuftige fatyre der Phyftognomifche Reizen, veele ftukken vind, dewelken dit werk voor een weetgierig Schilder, zo noodzakelyk maaken, dat hy dit zei ven meer dan eens behoorde te leezen. a DE/PeAu-f,SC?E SCH00L Vind men ^ldzaam on^ der de Schilder-fchoolen genoemd, hoewel dat land van veele voortreffelyke fchilderftukken en een groot aantal kunftenaaren is voorzien geweest, welker werken en leeven door Don antonio palomino velasco befchreeven zyn; doch waaronder ook verfcheide kunftenaars van andere landen voorkomen, als Antonio Moro van Utrecht, Titiaan Tor ngiano, Zuchero, Sophonisba, Rubens, Schut, Lucas Jordano, Mengs, Tiepolo en anderen De weinige gelegenheid die men heeft om de werken van de oorfpronkelyke meesters deezes lands te zien maakt het onmogelyk om de meesters van deeze School nauwkeurig te karakterizeeren: men moet zig dan met de opgave van Velafco vergenoegen (*). Twee O Men vindt ook in de reizen van baretti door Engeland, Portugal, T SpanI 2  68 over den hollandsen smaak. Twee Schilders van die natie zyn ook buiten hun land geacht. De eerfte is joseph ribera Ca), meest Spanjolet genaamd, die ook onder de Italiaanfche meesters gefteld word, vermits hy zig van jongs af in Italië heeft opgehouden, en van daar zyne werken meest in andere landen verfpreid zyn. Hy hadt eene verkiezing, welke met zyne melancolifche gefteldheid fchynt over een te komen, en daarom meest akelige bedryven en fchrikverwekkende onderwerpen voorftelde. Zyne tekening was overeenkomftig de natuur zyner onderwerpen, naar het leeven gevolgd, en zyn koloriet zwartachtig en hard. De tweede is Don diego velasques da silva, Hoffchilder van Philips den III, en Philips den IV, Koningen van Spanje: hy is om zyne zeer getrouwe afbeeldfels beroemd. Ik heb maar een portrait van hem gezien, in de gallery te Dusfeldorf, het welk flout en in Tintorets fmaak, maar wat kouder gefchilderd was. Ook de Noordfche landen zegt Profesfor Stokhaufen (b) "hebben der Schilderkunfte haare hoogach„ ting betoond, en eenige beroemde meesters voort- ge- Spanje, en Frankryk, van welken cte Hollandfche vertaatïng te Amfterdani in 1773 gedrukt is, veele byzonderheden de Schilderkunst in Spanje betreffende. Zie I deel, bladz. 153, 156, 171, en 175. Als ook II deel, bladz. 52, 66, 150, en 151. Dezelve vernuftige baretti leert ons in zynenXXXIrt6" brief, dat Portugal tot op deezen tyd toe zig in de Schilder-kunst flegts beroemen konde op éércen voornaamen Schilder alonzo sanchez cocllo, leerling van Raphaël. fa) Dus wordt zyn naam meest gefpeld, dan hy fchryft zig zeiven op zyne geëtfte plaaten. Jufepe de Rivera Spaïiol. . fb) Jon. CHRisï. s-tockbausen Critifeber Entvmrf eincr auferlefane Bibliotheek, Beiiin 1771. 8w.  IN DE TEKEN- EN schilder-kunst. 69 „ gebragt: Onder de deenen heeft men eenen „hagen, doevens, moinichen, DAGARDj „ wogter, dithmar, coffer, diekmann, „ quant, jurgensohn, wegand, denter, „ jepsen en anderen. De Koning heeft ook, om „ de kunften ónder zyn gebied aan te moedigen, te „ Koppenhaagen eene byzondere Akademie der „ Schilder- en Beeldhouwkunde opgerigt (*). „in zweeden heeft Koningin Christina de „ de Schilderkunst een voorfpoediger lot verfchaft, „ als zy tot dien tyd aldaar genooten hadt: doch de „ onbegrypelyke veronagtfaaming van eenige kost„ baare werken van Correggio, bewyst dat zy voor „ haar. verblyf in Italië, geen regt belang daarin moet „ gefteld hebben. ehrenstrahl, kraft, lemkens, lund- berg, arrhenius , pasch, êi1 roslin, die, gelyk tarraval in Frankryk, beroemd, en ook tot 's Konings Schilder verheven is, verheerlyken; zegt bovengemelde Profesfor, de tegenwoordige regeering; die der Wetenfchappen zo gunstig is. in rusland vergat Peter de Groote eene kunst niet, die zo gefchikt is de neigingen der. menfchen te befchaaven, en beter te maaken, en den fmaak tot de bronnen van het fchoone op te leiden : hy verfamelde uit alle oorden, groote en voornaame #fniS£T;ïOoy -,nsy. Iggses teJööig tTjï» zn&th ikeh criEiier> (*) Over den tegenwoordigen toeffand der fchoone kunften in Denemarken heeft de Heer augustus hennings, te Koppenhagen, uitgegeeven een klein doch fraai gefchrift, onder den titel van Esfai Hiftoriqiie fur les arts, lèitr prógrès en Dannemarc, in 8vo. 1778.' I 3  70 over den hollandsen smaak werken; men treft ook eenen uitgeleezen voorraad van fchilderwerken te Petersburg aan, welke door de tegenswoordige Keizerinne merkelyk en ook nog onlangs, met eenige kostbaare ftukken, van onzen Haagfchen bloemfchilder J. van Os vermeerderd zyn. De Akademie aldaar heeft ook eene byzondere tekenzaal , waarin naar goede voorbeelden gewerkt wordt. uit poolen zyn my niet dan de gebroeders Lubienenetzki, en de portraitfchilder Kupesky bekend. de engelsche natie heeft, ten allen tyde, de fchoone kunften en byzonder de Schilderkunst ongemeene hoogachting toegedraagen , 't geen door zo veele kunftenaaren, als er in dat land eer en rykdom verkreegen hebben, bevestigd wordt. Zeker is 't dat deeze magtige Natie weinig oorfpronkelyke Schilders van naam heeft voortgebragt. Reynolds zegt aartiglyk (V): "De kunften, fteeds geneigd ten westen te „ gaan, hebben zig uit Griekenland over Italië, na „ Holland, Vlaanderen en Braband begeeven, fton„ den voor den Oceaan ftille, en verlichtten het ei„ land als van verre met minderen luister:" Daarom hebben zy .zig voorheen meest van uitlandfche kunftenaars bediend, gelyk Holbein, Van Dyck, Lely, Kneller, Kloosterman, Largilliere, Van,Loo, Van der Myn en anderen. Dan, daar thans een grooter aantal van voornaame kun- (V) Inwijings Rede van de Kon. Groot-Britt. Akademie der Schilderkunst, 1769. Waarvan een Uittrekfel, in de Nieuwe Faderl. Lett. Oef. IV. Deel 12de Stukje.  in de teken- en schilder-kunst. ?\ kunftenaaren dan voormaals, zig. by die Natie bevond, heeft de Koning, op voorftelling van de voornaamfte van hun, de hem aangebodene ontwerpen en wetten goedgekeurd, en het heeft hem behaagt, eene Koninglyke Grootbritannifche Schilder-Akademie vast te ftellen, van jaarlykfche inkomften te voorzien, en de kosten tot daarftelling der benoodigde zaaken, grootmoedig op zig te neemen; ftellende aan het hoofd van XL leden, den Ridder josua reynolds, als Prefident: welke dan ook die Akademie den 2 Jan. 1769 heeft geopend, met eene redevoering, over't nut van eene wel ingerigte Akademie, en over de waare vereischtens om de Schilderkunst te onderwyzen. Deeze inrigting heeft mede die ■ pryswaardige inftelling, dat daar by, voor de behoeftige weduwen en weezen der kunftenaaren een jaarlykfche overwinst van 200 pond fterlings uittedeelen, is vast, gefteld. Engeland bezit ook een goed aantal van Antique Beelden, voornaame Italiaanfche fchilderyen, tekeningen en andere aanzienlyke kunstwerken : al wat in Italië door magt van geld te verkrygen was, hebben de Engelfchen van daar gefleept. Men zegt, dat de Kardinaalen en Romeinfche Grooten aan Paus Clemens den XI vertoogen deeden, dat zyn Heiligheid het plunderen dier kunstfchatten, door zyn gezag, tog wilde voorkomen. Wanneer men dit alles in aanmerking neemt, heeft men veele redenen om te hoopen, dat deeze natie zig een School na de Antiquen, de beste meefters der  72 over. den hollandsen smaak der andere Schooien, zal vormen, en onderbefcherming van hunnen Monarch tot ftand brengen, tot dat men de Engelfche School by de andere Schooien van Europa zal kunnen voegen. — dobson, w. pen, tornhill, hayman, wills, cypria- ■NYjHichmorEjANGelicakaufman en west zyn in het hiftorifche deel der kunst, de bekendfte meesters, welken in Engeland gebloeid hebben, of nog leeven. < c angelica kauf man, eene uitmuntendekunftenaresfe, is te Bregenz aan de Bodenzee in 1748 geboren,-en uit Italië na Engeland overgegaan, waar zy voortreflyke ftukken heeft aan het licht gebragt; beftaande meest in onderwerpen van een verheven aart: zelfs dan, wanneer zy moderne onderwerpen voorftelt, is haar verkiezing edel en op het verhevene doelende. Veele haarer-werken verfchynen op een bevallige wyze, zo in zwarte kunst, als op eene nieuwe wyze gegraveerd, door Bartolozzi, en anderen, in 't licht. b. west, Hiftorie-fchilder des Konings van GrootBritannie, heeft een aandoenlyke ziel en verkiest onderwerpen die ons hart aandoen en het waare doel der kunst voordellen. Zyn fchildery waarop Christus de kinderkens zegenende is voorgefteld, en door hem aan den Heer Lavater vereerd, en in deszelfs Phyfiognomifch werk gedeeltelyk geplaatst, ftrekt tot een bewys van de verhevene en edele geda^ten en uitdrukkingen van deeze kunftenaar. Zo ook de fraaie prent, naar West Schildery in de Stationers Hall,  in de teken- en schilder-kunst. 73 Hall, of 't Gildehuis der veréénigde maatfchappyen van boek-verkoopers, boek-drukkers, boekbinders, en papier-verkoopers te Londen, door Scharp gegraveerd, en door J. Boydel, in 1782 uitgegeeven, verbeeldende Alfred den Grooten, zyn brood met eenen Pelgrim deelende. Welk kunst-beminnaar kan deeze prent befchouwen, zonder verrukt te worden over het eenvoudig fchoon, 't waarlyk verheven der uitdrukking, famenftelling, en fchikking van dit ftuk? Hoe goedhartig en edel is 't karakter van Alfred? hoe zagt en bevallig zyn gelaatstrekken, en de houding van 't vrouwebeeld? hoe onfchuldig, vernuftig, en opmerkzaam zyn de deugdzaame kinderen, die daar op zyn afgebeeld? — De dood van den Generaal Wolfe is door de daar naar gegraveerde prent zeer beroemd. Het portrait deezes beroemden mans, gaat, by wyze van Familie-ftuk, in een nieuwen trant van graveeren, uit. In portraitten heeft Engeland een cooper, hoskins, hilliart, in het miniatuur: en den Ridder Godfried kneller in olyverf, welken Kneller (V), fchoon een Duitfcher, zy als hunnen lands- 00 By den Heer heineke Nacbricbten, vindt men de copie naar het origineelsi Teftament, door den Ridder even voor zynen dood gemaakt, ea waaruit blykt , dat deeze beroemde portrait-fchilder, groote Rykdominen door de kunst verkregen heeft. Nacbricbten I. Theil bladz. 253. Dan daar blykt ook dat zyne levensbefchryveren in veele zaaken verkeerde berigten over zyn perfoon en verfcheide omftandigheden te boek gefteld hebben • en daar hy onder de Regeering van Karei de II. in Engeland kwam, kan men de onnauwkeurigheid van den Heer Bjömftabl niet verfchoonen, als hy Vde Deel zyner Reize, bladz. 245 zegt, dat Kneller Koning Karei den I. in deszelfs gevangenis verfcheidemaalen portraiteerde. Trouwens die Heer zegt in K  74 . over. den hollandsen smaak landsman aangenomen hebben: dees beroemde Portrait-fchilder had een zekeren fmaak, of liever mode, in de draperyen zyner portraitten ingevoerd, die,offchoon niet zo eenvoudig fchoon als die van Netfcher en Lely, egter door verfcheide kunftenaars die onder zyn beftuur aan zyne afbeeldfelftukken werkten, in andere landen wierdt overgebragt en eenigen tyd ftand greep. Een groot getal portraitten is naar hem door den beroemden zwarte-kunstfchraper Smit in plaat gebragt, gelyk ook eenigen van kloosterman, welke geen mindere bekwaamheden voor het portraitfchilderen betoond heeft. van ha aken, greenhil, larroon, le piper, rilly, brandouin, wilson, ramsay, hamilton, en zofany zyn bekende Engelfche kunftenaars in portraitten; ook richardson, vader en zoon, welken zig vooral hebben bekend gemaakt door hun uitgegeeven werk over de Schilderkunst en de befchryving der Italiaanfche kunstwerken; dat ook in het Fransch, met een fchoone verhandeling over het Beau Ideal, van den taalkundigen Heer L. ten Kate, gedrukt is. Doch vooral beroemt zig Engeland op den Ridder jo- ïn het zelfde Boekdeel, bladz. 325, dat Rubens op 't Stadhuis te Nyniegen een ftuk gefchilderd heeft, waarop hy de Vredehandeling aldaar gehouden kunftiglyk heeft afgebeeld. Ook in het gemelde Boekdeel bladz. 378, dat Jan van Os de eerste is, dien het in den zin gekomen was eenen nevel të fchilderen. — Men weet nu dat Rubens in 1640 overleeden is, en de Nymeegfche Vredehandeling in 1Ö76 begon en in 1678 eindigde. — En wat het verbeelden van mift en nevel belangt, is 't aan kundigen bekend, dat Vernet, en zelfs kunftenaars van vroegeren tyd nevels en miften hebben afgebeeld, lang voor dat de Heer van Os de kunst oefrende, gelyk uit de daar naar gegraveerde plaaten overvloedig blykt.  in de teken- en schilder-kunst. 75 josua reynolds, wiens portraitftukken op eene edele en verhevene wyze zyn faamgefteld; mee minder gemanierdheid, en met meer verfcheidenheid dan die van Kneller; meer kragt van licht en bruin, en meer natuurlykheid dan die van Rigaud of Largilliere., Zyne op de Akademie gehouden redevoeringen, waar van een deeltje van VII ftuks redevoeringen by elkanderen is uitgegeeven, bewyzen ook zyne bekwaamheden, en inzichten in de befchouwende deelen der kunst. Men heeft zynen lof in eene Pindarifche ode gezongen. hogarth, een Engelsch kunftenaar, die zig door zyne carricatuuren voornaamentlyk allerwegen beroemd gemaakt heeft, fchryft men ook bekwaamheden voor het verheven gedeelte der kunst toe; gelyk men ook zyne neiging daar voor eenigzins in zyn werk, onder den titel van Mafyfis of Beauty, en waarin hy aan de flange of golvende linie een byzondere werking tot de fchoonheid toeeigent, zoude moeten opmaaken(». Hy hadt een leevendige en juiste verbeeldingskragt, en veel waarheid in fterke berispelyke karakters uittevoeren. Zyne voortellingen vertoonen te dikwyls walgelyke en verfchrikkelyke voorwerpen; een dolhuis, een hospitaal, waarin men zelfs bezig is fchandelyke ziektens te geneezen, zyn voorwerpen, welker navolging der kunst geene eer aandoen. Zyne plaatwerken, zo door hem zelfs als anderen naar hem ge- O) De Heer van hagedorn, heeft in zyn Betrachtingen uber die Mablerey, verfcneide aanmerkingen, over dit werk gefchreeven. K 2  76 over den hollandsen smaak gegraveerd, en daar onder zyn Harlots Progres, Rakes Progres, the Midnight Modem Com'er• fation, en anderen, zyn aan de liefhebbers bekend. maria moser werd, om haare bekwaamheden in de Schilderkunst, gelyk haar vader, veradeld en tot medelid der Akademie aangenomen. Zy munt voornaamendlyk uit in bloem- en fruitftukken, terwyl zy ook hiftorifche onderwerpen behandelt (ƒ). Over de Grootbritannifche Kunst-Academie en Kunftenaaren vindt men omftandige berigten in de werken van den Baron van Bielfeld, den Abt le Blanc, Rouquet, en in de IXde band der nieuwe Duitfche Bibliotheek der fchoone weetenfchappen. Door de nederlandsche school worden meest de Schilders van de XVII Nederlandfche Provintien, en dus Vlaamfchen, Brabandfchen, en Hollandfchen, verftaan: welke School ook veeltyds de Vlaamfche School genaamd word. Een groote overeenkomst in den fmaak en bet kunstkarakter van de kunftenaars, zo wel als van de Staatsgefteldheid, had in die onderfcheiden Provintien wel eer plaats; dan, toen de VII Vereenigde Provintien eene Mogenheid op zig zeiven wierden, en met den rykdom van den koophandel de bloei der kunften by haar ten top rees, bragten die Provintien een zo groot aantal van beroemde Schilders voort (ƒ) Haar Vader G. M. Mofer werd om zyne bekwaamheid tot allerlei gouden kunstwerken en graveerfelen door den Koning in den Adelftand_ verheven, en tot tweede Voorzitter der XL leden van de Groot-Britannifche Schilder-Akademie, op een Traktement van 100 ponden Sterling aangefteld.  in de teken- en schilder-kunst. 77 voort, dat die eene groote en voornaame School op zig zelve kunnen opleveren: waarom men de Neêrlandfche kunftenaaren moet onderfchikken aan twee Schooien, van welken de eene de Vlaamfche Schoole word genaamd, naar den naam van een der voornaamfte Provintien der thans geheeten Oostenrykfche Nederlanden; en de andere.de Hollandfche School, naar de voornaamfte en magtigfte Provintie van den Staat der VII Vereenigde Nederlanden.. 't Kunstkarakter der vlaamsche school is, over 't algemeen, een ryke uitvinding en voordeelige famenftelling van voorwerpen, die wel veelmaalen het verhevene, maar op eene met het costuum en de eenvoudige regels der kunst niet altyd overeenkomende wyze, voorftellen. Eene tekening die wel by veelen grootfch en kragtig, dan niet aan die der Italiaanfche Schooien evenaarende is. Een rykdom van tinten, en een grootfch denkbeeld in het koloriet, zonder zo veel kragt van licht en bruin, en zonder zo veel waarheid in 't zelve, nog met zo een teder en fmeltend penceel in de uitvoering,, als de Hollandfche School. Men fchryft aan de Vlaamfche School, waardoor men dan al de Neêrlandfche Schilders verftaat, eenen flegten fmaak in de keuze der voorwerpen toe; en dat zy boven dat, wanneer zy verheven onderwerpen behandelen, dezelven op eene wyze voorftellenP die niet, dan hunne eigene karakters, uitbeelden: Schoon men hun het voeren van een meesterlyk en delicaat penceel niet kan ontzeggen, noch dat zy K. 3 nies  73 over. den hollandsen smaak niet al de fchoonheden van het licht en bruin en het koloriet zouden gekend en veelmaals uitgevoerd hebben. — In hoe verre deeze beoordeeling juist is, zal in het karakterifeeren van de voornaamfte meesters deezer twee Schooien blyken; terwyl ik de waardy van den Hollandfchen fmaak in de Teken- en Schilderkunst in de volgende Afdeeling op zekere gronden zal zoeken te bepaalen. de vlaamsche school begint men met hubrecht en jan van eyk, aan wien men de uitvinding der Schilderkunst met olyverf algemeen toekent: dan, voor eenigen tyd, heb ik in de nieuwstydingen een berigt gezien, dat men, zo ik meen, op een Keizerlyk Slot of Burgt buiten Praag, of elders aan dien oort, fchilderyen met olyverf gefchilderd zou ontdekt hebben, welken blyken droegen van lang voor den tyd der Van Eyken vervaardigd te zyn: doch geen vervolg van dat nieuws vernomen , en my de gelegenheid ontbroken hebbende, om te onderzoeken of men ook by ons, of elders, fchilderyen in olyverf ontdekt, van ouder als deezer broederen leeftyd, zal ik tot nadere overtuiging het algemeen gevoelen volgen, en ten minften vast ftellen, dat de van eyken de eerfte waren die de olyverf in zwang bragten (g). Plet voornaamfte werk van deeze twee kunftige broe- (g) Het gefchrift van den Heer lessing von alter der Oelmablerey au} dem Theophilus Presbyter, heb ik nog niet bekomen, en dus van nog geen gebruik kunnen manken.  in de teken- en schilder -kunst. 79 broeders nagelaaten is het beroemde Altaar-ftuk in de St. Janskerk te Gend in Vlaanderen, en vertoont de aanbidding van 't Lam door de Ouderlingen, uit de Openbaaringe van Joannes, welk ftuk zig zeer uitvoerig, zuiver van behandeling, en nog tamelyk ongefchonden vertoont: Men telt onder ruim 300 tronien, welken men op dit ftuk ziet, ook de afbeeldfels van die twee kunftenaars, beiden al in de XV eeuw overleeden. Hunne fmaak was, overeenkomstig die tyden, niet naar de fchoonheid der Antiquen, welken zy mooglyk op zyn best by naamen kenden; en viel, als die der Gottifche, op 't kleine en uitvoerige. Een plaattekening na een hunner Schildereien is door den Heer van Noorden in 't licht gegeeven. jaques de bakker, van Antwerpen, die zeer jong ftierf, was naar het getuigenis van den eerlyken Karei van Mander de geen, die het eerste eene vleesachtiger en malfcher wyze van fchilderen, dan tot dien tyd in de Vlaamfche School plaats had, invoerde. lambert lombart, fchoon een Luikenaar, word om de nabyheid aan deeze School, en de leerlingen, die hy voor dezelve gevormd hadt, onder de Vlaamfche School gefteld: gelyk hy ook, in zyn vaderland, en in deeze School, het eerst den fmaak der Antiquen leerde kennen, en de fchoonheden der Italiaanfche School deed navolgen. Sandrart en anderen houden lambertus lombardus, lambertus suavius, en suterman voor eenen en denzelven perfoon: daar de Heer Christ de twee eer- ften  80 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK ften voor eenen, en den laatften voor eenen onderfcheiden perfoon aanmerkt: maar de Heer Heineken beweert, dat zy drie onderfcheiden perfoonen geweest zyn. Zy beroepen zig op Van Mander, die alleen van Lambertus Lombardus fpreekt, vooral op Lampfonius, den tydgenoot van Lambert Lombard, welke eene breedvoerige leevens befchryving van hem in de Latynfe taal heeft uitgegeeven: doch dit boekje fchynt van hen niet gezien, en niet voorhanden te zyn. 't Bewys van den Heer Heineken komt my te zwak voor, doch myn beftek laat niet toe dat hier breedvoerig aan te wyzen; en 't is genoeg te weeten, dat zo Suavius al een onderfcheiden perfoon van Lambertus Lombart geweest zy, men dan niettemin de prenten van Suavius naar de fchilderyen of tekeningen van Lambert Lombart kan vastftellen gemaakt te zyn; waar uit volgt, dat men 't kunstkarakter van Lambert Lombart, voor zo verre dit in de prenten word uitgedrukt, uit de graveerwerken van Lambertus Suavius beoordeelen kan. Van Mander roemt, als een zyner voornaamfte werken, eene voorftelling van 't nacht-maal: daarentegen de Heeren le Comte en Heineken zien de opwekking van Lazarus voor een van zyne beste werken aan. Daar ik alleen dit laatfte bezitte, kan ik ook alleen dit beoordeelen, en moet den Heere Heineken toeftemmen, dat eene meer nauwkeurige tekening, natuurlyker uitdrukking der hartstochten, en eene geestige fchikking van lichten dit ftuk boven veele anderen van dien tyd verheft, en men hier uit 't geen ik van dien meester ge-  in de teken- en schilder-kunst. 8l gezegd heb, bevestigd zien. — Zyn beroemdfte difcipel was frans floris, die men in zynen tyd, maar zo my toefchynt, niet zeer gepast, den Vlaamfchen Raphaël noemde; nadien hy dien edelen, zekeren en bevalligen ftyl van Raphaël, minder dan die kloeke grootsheid in Handen en bewegingen van Michaël Angelo navolgde; fchoon hy beter koloriet, vleesachtiger penceel, en meer natuurlykheid dan die groote man betoont, is hy egter in de tekening niet by hem te vergelyken ; 't geen my uit de daaden van Hercules, in X ftukken door hem voorgefteld, gebleeken is. Er zyn verfcheide werken naar hem gegraveerd. bartholom^us spranger was een kunftenaar vol vuur en geest, dan die zig zeiven niet kon bedwingen tot eene' nauwkeurige en oordeelkundige navorfching van het waar en eenvoudig fchoon, door Raphaël van de Antiquen geborgt; 't geen menigen grooten genie, even als spranger tot eene gemaniertheid doet vervallen, en op welken dwaalweg Goltius, die veele werken naar hem gefneeden heeft, door hem vervoerd is Qï)-. het bevallige, zo in tekening, als koloriet, te verre willende voortzetten, dwaalen zy van de fchoonheid af 0. - 0c- ,® S[rhlYkt duideIyk uit de Goden-maaltyd of Bruiloft van Pfyche door H. Golttus, m een uit drie plaaten beftaande prent, naar hein in i — Dan onder verfcheide portraitten van hem is aldaar dat van den Zee-fchilder Artveld niet 't bevalligfte. Onder de naar hem gegraveerde prenten is zyn portraitboek, waarin hy zelve eenigen geëtst heeft, zeer beroemd, en als een Akademie voor de portraitfchilders aan te merken. abraham janssen word als een mededinger van Rubens aangemerkt, gelyk ook de werken van Kasper de Kraijer, een difcipel van Michiel'Cocxie, fomtyds voor die van Rubens worden aangezien, zo als dit my en veelen anderen, ten aanzien van een fchoon ftuk, dat in de eerfte kamer der gallery van Dusfeldorf hangt, gebeurd is. 't Verbeeld Jefus, Maria, St. Augustinus, en andere Heiligen, op den voorgrond eenige beelden, modern gekleed, waaronder het portrait des Schilders, 't Stuk is 20 voeten hoog, gloeiend, kragtig, en ftout gefchilderd. wencelaus koeberger, een difcipel van M. de Vos, is beroemd, om het fchoone ftuk van St. Se- bas»  38 over den hollandsen smaak bastiaan in de Lieve-vrouwe-kerk te Antwerpen, waar twee vrouwenhoofden wierden uitgerooft, en door hem weer twee anderen ingeplaatst. deodaat delmont, cornelis schutt, en abraham diepenbeek van 's Hartogenbosch waren difcipelen van Rubens,en volgden zyne fchilderwyze, gelyk ook Jan van Hoek en anderen. jacob jordaans van Antwerpen, had zonder Rome of Italië gezien te hebben, zig naar de werken van Basfan en Paul Veronefe geoefend, en ook naar Rubens zynen fmaak gevormt. Hy was tot groote werken zeer gefchikt, kragtig en ftout is zyne uitdrukking en koloriet. Geen zyner minfte werken is 't groote ftuk op de Oranje-Zaal, in 't Huis van 't Haagfche Bofch, de Triumph, of vergoding van Fredrik Hendrik, Prince van Oranje, op een zegen-kar, door vier Paarden getrokken, en door veele beelden begeleid, verbeeldende. Ook zyn er van zyne hiftorifche werken op verfcheide plaatfen in Braband, als ook op 't Stadhuis te Amfterdam; en te Dusfeldorf is een groot ftuk, vertoonende een gezelfchap van veele perfoonen, die zig met eeten, drinken en zingen bezig houden; 't welk ongemeen kragtig, en zeer gloeiend gefchilderd is. erasmus quellinus was ook een beroemd kunftenaar in het voortbrengen van groote en uitgebreide hiftorifche onderwerpen, waar van er veelen in Braband en elders te zien zyn. Hy was ook een difcipel van Rubens, maar niet zo ftout en kragtig in  in de teken- en schilder-kunst. 89 in zyne uitdrukkingen, noch zo gloeiend en leevendig van koloriet. dusset van Luik is ook als een groot Hiftorie-fchilder bekend, zyn fmaak is niet zo kragtig en leevendig als die van Rubens of Jordaans, en zyn koloriet kouder en zwakker. In de gallery van Dusfeldorf zyn verfcheidën ftukken en daar onder een groot en fchoon ftuk van hem, verbeeldende de Paus, die St. Franciscus, in deszelfs grafkelder, de voeten kust. bartelot de flemale was de meester, zo fommige willen, van Gerard Lairesfe, en is door veeIe hiftorifche werken, die in de kabinetten der liefhebbers beruften, beroemd; Ik heb geene anderen dan twee ftukken met opmerking van hem gezien in de gallery van Dusfeldorf, dan welken my toefchynen dat niet van zyne beste ftukken zyn, naar den roem die er van hem is. antony schoonjans is door zyne hiftorie- en portrait-fchilderyen beroemd. In de om haare nabyheid aan de Nederlanden zo dikwils by my genoemde verfameling van Dusfeldorf, zyn twee hiftorieftukken, ieder byna 8 voeten hoog: Het eene verbeeld Laban, in beding metjacob, over eenen dienst van nog zeven jaaren, in het byzyn van Rachel en Lea; 't welk zeer bevallig, maar wat verfagtig, goed, maar niet ideaal fchoon getekend, en ftout in fchikking der locaale kleuren gefchilderd is. 't Andere is Job, door den Duivel geplaagd, de rug van den ka- ftyder is van geen fchoonen omtrek, en 't ftuk in 't M ge.  00 OVER DEN hollandsen smaak. geheel van minder waardy dan het andere.... Vyf Veftaalfche Maagden het heilig vuur bewaakende, die in de' kunstverfameling te Manheim zyn, gaan, door Sinzenich gegraveerd, en met een omftandige befchryving van die en eenige andere plaaten , door den Heer Fratrel beoordeeld, uit. jaques de roore, die zig eenen fmaak van hiftorifche kabinetftukjes naar van Oiiei's manier gevormd heeft, en ook famenftellingen van grooter bellek ondernam, of fomtyds Teniers Boerenftukjes nabootfte, was om zyne bekwaamheden in achting, en zyne werken zyn in de kabinetten der liefhebbers by hunne "beste ftukken der laatfte meesters geplaatst. De ftukjes van 3eezen meester zyn wat paarsachtig en koud; dan, van. Gooi berigt, dat hy dit, in zyne laatere werken verbeterd heeft. balthazar, jacöb, en nog twee broeders beschai kent men, die alle vier tot de Schilderkunst zyn opgelegt. Zy waren allen goede navolgers van andere meesters , vooral munt Jacob Befchai uit in het kopiëeren en navolgen der werken van den Ridder van der Werf. In het landfchap-fchilderen heeft deeze fchool groote kunftenaaren uitgeleverd. JAN de hollander, henry de bles, Of de uil, jeroen en mathys de kok, en pie- ter breugel, vind ik by Van Mander, als de oudfte Landichap-fchilders deezer School, genoemd. De laatfte is 't geloof ik, die ook de Boeren Breugel genaamd wordt, en is ook bekend door de fnakeryen to en  IN DE TEKEN- EN schilder-kunst. Of en grappige voorftellingen, welken hy zeer geestig en expres/lef uitvoerde; gelyk ik een ftuk van hem gezien heb, waarop eene Bruid na bed gedanst werd. Zyn zoon Jan, ook de Fluweele Breugel genaamd, is, om zyne kostbaare zeer uitvoerige landfchappen, en door bloemen, en gediertens, bekend. Ook paulus en mathys bril, ^gidius coninxlo, vinkeboom, r. savry, fouquier, rombouts (V) en van uden. * Alle deeze meesters beoogden meer het natuurlyke en uitvoerige, dan het verhevene en waare fchoone in hnnne landfchappen; en waren gelyk hunne navolgers keerinx, wildens, gysen, veerendaal en bout te"hard en afgefneden van penceelflag, te fterk blaau in de verfchieten, en te groen in boomen en gronden, bril, die door nieuwland gevolgd is, verrykte zyne landfchappen met groote en uitgeftrekte gebouwen en ruïnen, welken, fchoon Gothisch, egter als 't zaad kunnen aangemerkt worden, waaruit de verheven ftyl van Pousfin, Duchet, Genoels en Moucheron, namaals ontfprooten is. vinkeboom overlaadde zyne ftukken, die veelzins met hiftorifche onderwerpen geftoffeerd zyn, met een zo groot getal figuren, dat men zig over zyn gedult moet verwonderen. Eene kruisdraaging van (jn) Ik heb in de Schildery-verfameling van de wel Ed. Heeren Taay te Tiel, twee landfchappen, waarop fraaije boomen door eenen Rombouts kun- ftig verbeeld zyn, gevonden. Of ik die aan den bekenden Hiftorie-fchil- der Rombouts, of aan eenen anderen moet toefchryven, weet ik niet. Dezelve zyn zeer natuurlyk modern geftoffeerd en in den fmaak van Hakkcrt of (Vaterlo, maar dikker in de verf gefchilderd. M 2  92 over den hollandsen smaak van hem te Dusfeldorf, door Karei van Mander ook genoemd, is zo vol beelden, die op zig zeiven niet flegc zyn, dat ik er geen weerga van kenne. franciscus miele volgde Glaude Lorrain en H. Zwaaneveld, en verbeterde de harde en droogere manier zyner voorgangers in zyne School, door eene edeler fmelting en verzagting zyner verwen: welken fmaak boudewyn, en jan miele, zoon van den eerstgemelden, met nog meer helderheid en kunst voortzetteden: terwyl genoels, rysbrack, en anderen, den verheven flyl van Pousfin overnamen, en die door een grootfehere ftoffeering van gebouwen en beelden, nauwkeuriger voorftelling van de fchoonlïe boomen, planten en gediertens, met een fmeltender en aangenaamer koloriet, in vollen dag fielden. In Zeeftukken heeft adam willarts, in deeze School, zig al vroeg bekend gemaakt, en is daar in gevolgd door andries artveld, bonaventuur en jan peters en gasper van eyk. In moderne verbeeldingen die het gemeene leven voorftellen, is in deeze School david teniers de oude zeer beroemd: Hy was een leerling van P. P. Rubens, en Adam Elsheimer, welkers manieren hy vermengd volgde in zyn boeren-ftukjes, diehy, by wyze van gezelfchappen of als floffering in landfchappen met veel uitdrukking geestig en met meesteragtige toetfen voortelde. Hy fchilderde ook fomtyds groote hiftorifche onderwerpen, den fmaak van onderfcheidene Schooien en Schilders nabootfende. Hy over-  in de teken- en schilder-kunst. 93 overtrof zynenbroeder Abraham, en werd weer overtroffen door zynen Zoon david teniers, de jonge, welke in moderne verbeeldingen uitmuntend was. Hy is ook bekend door zyne baftiches, of ftukken, die in den trant van andere meesters gevolgd zyn, welken hy veel in den fmaak van Italiaanfche meesters vervaardigd heeft. — De gallery van den Aartshertog Leopold is onder zyn beftier gegraveerd. By den Prins van Oranje is een binnen-huis of keuken, waarin een aartig vrouwtje, met allerlei huisraad en groentens omringd. Te Sans-fouci is, onder anderen, eene temptatie van St. Antonius, waarin hy zig zelfs, zyne vrouw en zynen vader heeft afgebeeld. Of 't de oude, de jonge, of wel beiden geweest zyn, die zeer geestige aapenftukjes gefchilderd hebben, weet ik niet te bepaalen. By den Prins van Oranje is er één van de besten in die foort, uit 't kabinet van Heemskerk herkomftig. david rykaart fchilderde, gelyk zyn zoon david rykaart, vrolyke dorpsfeesten, en uitge* breide famenftellingen van die foort, terwyl de zoon zig ook op het verbeelden van fpookeryen en nagtverfchynfelen toeleide; waarin ook den Helfchen Breugel bekend is, en daarin door Vofterman gevolgd werd. In verhevener modern is de fchoonzoon van David Teniers gonsala coques een eerfte meester, welke hy met eene edele tekening, uit de verkeering van aanzienlyke perfoonen naar de mode van zynen M a tyd  94 over den hollandsen smaak tyd gekleed, op het fchoonst voorftelde; en is daarin gevolgd door bizet, horemans, en anderen. Op portraitten hebben zig byzonder toegelegd willem kei, pieter en frans pourbus, welke laatfte, fchoon in Holland geboren, tot de Vlaamfche School behoort. Deeze meesters bragten eene ongemeene kragt in hunne portraitten, fchoon hun koloriet wat donker en zwartachtig was. janszoon van keulen volgde van Dyk, en is daarin niet ongelukkig geflaagd, men vind van hem veele portraitten in den Haag, en op andere plaatfen in Holland. snyers, fyt, boel, van kessel en j. p. snyers, hebben jagten, beestengevegten, leevendig en dood wild, op eene zeer fchoone en kunftige wyze, op kostbaare tafreelen voorgefteld; inzonderheid de twee eerden, waarvan veele verwonderlyk fchoone ftukken, in de gallery van Dusfeldorf berusten. In veldflagen hebben kornelis de waal, filip fruitiers frank, bout, p. van bloemen, p. van breda, en anderen, zig een naam verworven. De Fluweelen breugel, Pater d. zegers, een Jefuit, deNapel/che breugel, hebben hunne talenten in het uitbeelden van allerlei bloem- en vrugt-tafreelen getoond; hoewel aan hunne uitvoerige en zuivere manier, die fmeltende, losfe en minder drooge behandeling ontbrak, welke de volgende meesters van de Hollandfche School in dit deel der kunst zo beroemd gemaakt heeft. ver-  in de teken- en schilder-kunst. 95 verbrugge, veerendaal, morel, hardime, j...w. frank, en anderen, hebben ook zig meest op dit deel der kunst toegelegd. De leevens en kunstbedryven van de meesters deezer School, zyn beha]ven door Cornelis de Bk, ook door hen, welke de leevensbefchryvingen van de Hollandfche Kunst-fchilders befchreeven hebben, te boek gefield, als Descamps, Felebien, de Piles,- d'Argenville, le Comte, Houbraken, Ver man der, JVeierman, en anderen. de hollandsche school, welke te karakterifeeren, het voornaamfte en bepaaltfte oogmerk deezer verhandeling is, heeft zig onder de Schildert fchoolen van Europa, zo door het groot getal van vermaarde kunftenaaren, als door derzelver getrouwe nabootzing en kunftige voorftelling der fchoone natuur, zo verre dezelve uit de voorwerpen die onder het bereik der navolging zyn, kunnen voorgefteld worden, zeer beroemd gemaakt : zo dat zy ten deezen opzigte voor geene andere Schooien te wyken heeft, maar die verre overtreft, in het koloriet, harmonie der verwen , natuurlyke uitdrukking der harstogten, en eene uitneemend fchoone en fmeltende behandeling des penceels, in voortellingen geene verhevene of ideaale onderwerpen verbeeldende. En wat de verkiezing der onderwerpen - belangt, Haat het getal der Hiftorie- en Landfchap-fchilders al zeer in evenwigt, wanneer men naar de opgaaf der levensbefchryveren zoude oordeelen; dan, als men al-  96 OVER. DEN HOLLANDSEN SMAAK alleen die genen in aanmerking neemt, welken zig in het hiftorifche deel der kunst, of in landfchappen, zee-, portrait-, moderne- boeren- beeften- bloem- of fruitftukken beroemd gemaakt, en in die byzondere deelen uitgemunt hebben,dan is hun getal zo verdeeld, dat men weinig voorrang aan het een*of ander deel kan toekennen. En, als men daar nog by aanmerkt, dat verfcheide onzer hiftorie fchilders ook veele mo derne ftukken fchilderden, kan men befluiten, dat het kunftkarakter onzer Schildernatie niet uit het hiftoriefchilderen kan opgemaakt worden. Aan den anderen kant blykt ook uit de lyften der fchilders van deeze School, welken in de byzondere deelen der kunst zig geoeffend hebben, ten klaarfte, hoe partydig en wuft de buitenlandfche beoordeelaars van onzen fmaak in de kunst fchryven, als of namelyk de Hollandfche School geene andere kunftenaars opleverde, dan die, welke op het navolgen van de geringfte en verachtelykfte bezigheden, van de laagfte clasfe van menfchen, gevallen zyn. — Wy hebben kunsthelden, die het ongemeene groote en fchoone der natuur aan eene edele en nauwkeurige uitvoering hebben zoeken te paaren! Hiftorie-fchilders, die verhevene onderwerpen hebben behandeld, en in hoe verre zy daarin geflaagd zyn, zal uit de ftukken blyken. Uit het groot getal kunftenaars, dat zig in deeze School voordoet, zal ik alleen de voornaamfte en meest bekende meesters op dit beknopt tafreel plaatfen. De nog leevende kunftenaars zal ik er geene plaats  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. 97 plaats op inruimen (V), niet om dat ik het met den Graaf d'Albin (V) eens ben, als of 't ryk der fchilderkunst by ons voorby is, en wy geene voornaame Schilders meer bezitten zouden, maar om dat ik myne kundigheid, om aan hun den lof en de bepaaling van den rang en de waardy hunner werken toe te kennen, met grond wantrouwe; en ik ook het onaangenaame overweeg, dat uit eene onpartydige beoordeeling der werken van nog leevende kunftenaaren die myne landgenooten zyn, zoude voortfpruiten; en waaraan ik het meerendeels toefchryf, dat de leevensbefchryveren van ten hunnen tyde nog leevende kunftenaaren, zo dikwils gebrekkige of niets beduidende kunstkarakters van dezelven hebben opgegeeven. Eer ik tot het fchetfen der meesters van deeze School overga, kan ik niet nalaaten myne verwondering te betuigen over de weinige zugt, die men in ons land betoont voor de werken der oudfte meesters van deeze School. By hoe weinige liefhebbers zyn de eerfte meesters, en de trapsgewyze voortgang der kunst in de Hollandfche School bekend? Ik wenschte, dat men zig meer, in navolging van andere natiën, toeleide, om ten minfte de kunst van 't vaderland, in de op eenvolgende meesters, op ééne plaats te verzamelen, 't Geen my dunkt, dat ook voor de aankomende beoefenaars der kunst van veel nut- 0) Men zondere flegts eenige nog leevende kunstminnaars en kunftenaaren lner van uit, welken ik volgens myn plan niet konde voorbygaan. 00 Verhandelingen over de Gefchied., Regeer, Zeed., Gew., {Vetten en fraaie kimflen van eenige Natiën in onze taal overgezet. N  98 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK nuttigheid kon zyn: te meer, daar wy ons de eerfte voortbrengfelen der kunst van ons vaderland, in vergelyking tegen andere landen, niet behoeven te fchaamen, gelyk uit de volgende kunstkarakters overvloedig blyken kan. albert van ouwater, geertjen TOT st. jans, dirk van haarlem, alle drie eerfte Schilders van Haarlem, jacob cornelisz, van Oostzaanen, en cornelis engelbregtsz, van Leiden, zyn de oudfte Schilders deezer Schoole, die men door van Mander kent, en die allen de fchilderkunst in olyverf, naar 't gegeeven voorbeeld van Van Eyk, geoefend hebben. Van deezen, als ook Van jeronimo bos, cornelis cornelisz, j. c. vermeyen, joan de mabuse, augustyn jorisz, zwart van groningen, mostaard, joan van schorel, p ie te R aartsen, dirk barentsen van Amjierdam, en aartje vaN leiden Q>)> zynde bekwaame kunftenaars geweest, vind men wegens de reeds gemelde nalatigheid, in het opzoeken en verzamelen van de werken der oudfte meesters van de Hollandfche Schoole, weinige, of in 't geheel geene fchilderftukken voorhanden, zo dat men hunne kunstvermogens meest uit de leevensbefchryvingen of de plaatwerken, door hen zelfs, of naar hunne werken, door anderen vervaardigd, moet opmaaken. De beeldenftormery heeft ook in ons land, (f) In de Bybelfe Figiniren van Hoet, Houbraben en Picart, is een prent op den naam van aartje van leiden, welke niet flegt van tekening nog ordonnantie, en waarfchynlyk naar aartje van leiden is.  in de teken- en schilder-kunst. 99 land, zo wel als in de Oostenrykfche Provinciën de kunst van veele fchoone ftukken beroofd, of van hunne plaats ter berging genomen zynde, den regten naam der maakers door den tyd verdonkerd. lucas van leiden kan men, wegens den grooten naam, dien hy zig alom door zyne plaatwerken en fchilderftukken verkreegen heeft, als ftigter van de Hollandfche School aanmerken. Hy was geboren Ao. 1494» dus elf jaaren naa Raphaël; waarfchynlyk heeft hy geene werken van dien zynen doorlugtigen tydgenoot gezien, vooral eer hy tot eene merkelyke hoogte in de kunst was geftegen. Men heeft hem als een origineele genie aantemerken. Zyne nauwkeurigheid waarmede hy de natuur volgde, en de eigenfchappen der voorwerpen, in zyne famenftellingen te pas gebragt, is door zyne navolgers in de Hollandfche School, waar van men hem het hoofd kan noemen, niet verlooren, maar van tyd tot tyd volmaakt en veredeld. Men behoeft maar de kunst-plaattekening naar hem, door den Heer Ploos van Amftel in het licht gebragt, te zien, om te erkennen, dat indien hy te Rome geboren was, of die aanleiding tot het beftudeeren der Antiquen, als Raphaël gehad had, hy waarfchynelyk deezen -zynen kunstgenoot'niet verre zoude zyn agtergebleeven; des hem alleen ontbrak, het ideaale fchoon, door de navolging der Antiquen alleen te verkrygen. Zyne fchilderwyze is, uit het onverholpen ftuk van hem op het Stadhuis te Leiden hangende, te beoordeelen; en zyne prenten onder de liefhebN 2 bers  ioo over den hollandsen smaak bers met achting bekend. Hy overleed te jong, tot fchade voor de kunst. maarten van heemskerk, zyn tydgenoot, bragt uit Italië een fmaak van tekenen mede, meer in den grootfchen fmaak der Antiquen, dan zyne tydgenooten nog bezaten: hem ontbrak die edele nauwkeurigheid en waarneeming van het bevallige, dat de ftroefheid der Anatomie, zonder zwak te zyn, eene vleezige natuurlykheid mededeelt; waar door zyne werken in het dorre en harde vallen. — Zyn koloriet is niet vleesachtig, maar rood en fteenachtb, en hy is zonder verdienften in licht en bruin. Opmerklyk is 't, dat voor, en zelfs in den tyd der beroertens, de kunst in ons vaderland door achtingswaardige Stads-regeerders zo zeer bevordert werdt, dat de Magiflraat van Delft aan Heemskerk een jaarlyks inkomen van 100 guldens, voor zyn leeven lang, toeleidde, tot betaaling van een Altaarftuk, waarop hy de offerhande der drie Koningen had afgebeeld (£). antoni van montfoort, tot Blokland, was uit 't oude geflagt der Heeren Burggraaven van Montfoort gefprooten, en zeer beroemd om de fchoone Altaarftukken en groote werken, die hy in ons va- der- Cq) Ik bezit een ftuk van zynen besten tyd, waarop de Heiland aan de zee van Tiberias naa zyne opftanding verfchynt, Joh. XXI. 't Beeldje van den Zaligmaker is zeer edel en van eenen fchoonen omtrek, doch de andere beelden zyn in zyne gewoone dorre manier. In 't verfchiet ziet men een pragtige Stad, welkers gebouwen van eenen Gotthifchen en Antiquen imaak ouder een vermengd zyn. 't Stuk is gejaarmerkt 1567, en hoog 2 voet 4 duimen, en breed 4 voeten; ik heb weinig zulke uitvoerige werken van deezen meester gezien.  in de teken- en schilder-kunst. ioi derland vervaardigd heeft, maar welke door de beeldenftormery meest jammerlyk zyn vernield: hy volgde Parmens manier, in de uitdrukking der hoofden, en was van eenen ideaalen fmaak in de tekening der naakten; uitwyzens de naar hem gefnedene prenten. 't Stuk van hem, dat zo beroemd is, en by de Heeren van Rheenen in den Haag berust, heb ik tot myn leedwezen verzuimd te verzoeken om het te mogen zien, en, daar ik myns weetens, geene andere fchilderftukken van hem gezien heb, kan ik over zyne bekwaamheid niet grondig oordeelen, of hier eene zekere befchryving van zyn kunstkarakter geeven. t cornelis cornelisz van Haarlem is een beroemd kunftenaar, zo wel in hiftorie- als portraitftukken geweest, waar van zeer fchoonen op het Princen Hof te Haarlem en elders te zien zyn: De fmaak van deezen kunftenaar is reeds meer kragtig en rond dan die zyner voorgangers, en zyne behandeling leevendiger en meer fmeltende. cornelis ketel is, wegens zyne bekwaamheden, in Frankryk, Denemarken, en zelfs in Italië, beroemd. Fly was van een zeer vernuftige uitvinding, en zyne famenftellingen zyn zeer dichtkundig: Hy is vooral beroemd om zyne zonderlinge geoeffendheid, van op allerleie wyzen, zonder en met penceelen, met de eene of met de andere hand, ja zelfs met de voeten, of met die allen, aan 't zelfde ftuk te kunnen fchilderen. hendrik goltius tekende bevalliger en meer N 3 in  102 over den hollandsen smaak in den fmaak der Italiaanfche School, federt.hy zig te -Rome had geoeffend: jammer is 't, dat die yverige kunftenaar zig aan eene zo eigene gemanierdheid gewend had, welke eenen kenbaaren toon aan alle zyne werken byzette; dit deed hem die waarheid ontbreeken, en die verhevene uitdrukking, welke zo zeer in ieder onderwerp, en in ieder deel daar van, het waare fchoon zigtbaar maaken. abraham bloemaart was origineel, enkaraktereftiek, vol geest in zyne uitvindingen, maar niet zorgvuldig genoeg om het fchoone te kiezen: zyne geestige voortellingen toonen, dat hy den omtrek zyner beelden niet naar de Antiquen verbeterd heeft/, Zyne fchikking is wat eenvormig, op tafreelen zo wel van verhevene, als gemeene onderwerpen; zyne tekening is geestig, egter in eenen hem eigenen fmaak, invoegen zyn werken zeer kenbaar zyn; 't geen zo wel in zyne boomen, landfchappen en dieren, als beelden plaats heeft: Zyn licht en fchaduw is niet zonder fmaak gekoozen, dan zyn koloriet wat te grauwagtig in zyne beelden, en te groen in zyne landfchappen; Al 't welk men aan zo veele ftukken, als onder de liefhebbers overal berusten, en aan zyne tekeningen, en de naar hem in groot getal gegraveerde prenten, toetien kan. leonard bramer was een kunftenaar deezer Schoole, die door zyne geestige uitvindingen en menigvuldige tekeningen van hiftorifche onderwerpen, den Italiaanfchen fmaak van fchilderen, en wel byzonder van die meesters, welken gelyk Carravaggio en  in de teken- en schilder-kunst. 103 en Spanjolet, in 't donkere vielen, hier te lande overbragt en navolgde. De fchilder-trant van p ie ter l astmans en jan pinas helde ook na het bruine, inzonderheid die van denlaatften; zy zyn beiden beroemd, als de leermeesters van den alom vermaarden Rembrand .van Rhyn en Jan Lievens den ouden, welke beide vermaarde kunftenaaren de Schoole van hun-Land tot eere verftrekken. rembrand vèrfcheen als een Comeet aan den fchilderhemel, en ftelde eenen nieuwen fmaak voor, die algemeen toegejuigd, en nagevolgd werd, tot zo lang dat Rembrand zelve verdween, en zyne fmaak wel gepreezen, maar niet meer nagevolgd wierd. Hy bezat voortreflykc fchoonheden en uitfteekende fouten. Zyne uitvindingen zyn geestig, en zyne verkiezingen zo wel op verhevene als op geringe voorwerpen gevallen; de fchikking zyner beelden en by werken, zyn overeenkomftig aan zynen fmaak voor het licht en bruin, waarin hy uitmunt; zonder egter de bevalligheid en de onderfteuning van weerfchynende lichten van Correggio, of de edele fmelting en dunheid der verwen zyner landgenooten te bezitten. Zyn koloriet in enkele voorwerpen is dat der natuur, en hoeft in kragt voor Titiaan niet te wyken: dan in zyne famenftellingen is zyn koloriet niet zo verftandig of kunflig, als dat van Titiaan, vooral niet in naakte figuuren. De uitdrukking der hartstogten is by hem, tot verwondering toe, uitgebeeld, vooral die fterk en als carrkatuur zyn aantemerken. De Heer Fues-  104 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK Fueszli fielt een ftuk, dat van Rembrand te Weenen is, en Simfon door de Philiftynen overweldigd verbeeld, in kunst en waardy, met, ja boven Rubens in prys (V). Dan de van hem aangeroerde fchoonheden zyn overgefteld tegen groove fouten en eigenzinnigheden; de waarfchynlykheid of het costuum is by hem geheel verwaarloosd, zo dat hy de kleedingen, bywerken, gebouwen en andere dingen, geheel naar zyne manier en fmaak fchikte. De tekening zyner naakten is noch nauwkeurig, noch bevallig, ja veeltyds flegt. Men ziet de Helden, ja de. Engelen fomtyds, door hem als menfchen van den laagften rang afgebeeld. De behandeling van zyn pengeel was in zynen besten tyd netter en uitvoeriger, dan vervolgens, wanneer hy de verwen zeer dik en ruw opdroeg. Te Dusfeldorf zyn eenige ftukjes van hem,-die de Pas/ie verbeelden, en welken boven de ftukken van den Ridder van der Werf, en by de Maria van Guido en andere voornaame ftukken hangende, daar, naar myne gedagten, kwalyk geplaatst zyn. Van grootere waardy is het alom bekende fchutters-ftuk op 't Stadhuis te Amfterdam, een optogt van Schutters verbeeldende; 't welk zo kunftig, fchilderagtig, en met een zo ftout pengeel gefchilderd is, voornaamendlyk de daarop voorkomende Tamboer, dat het eiken kenner doet verwondert ftaan. Verder zyn zyne wer- (V) Oefchichte der besten kunstier in der Schweitz, II Deel bl. 280.  in de teken- en schilder-kunst. IC5 werken aan alle liefhebbers bekend (V), en zyn fraaie en geestige etskunst word door Diterichs van Dresden geestig en kunftig nagevolgd. jan lievens volgde den fmaak van de beste meesters, maar hegte zig byzonder aan dien van Rembrand, welke hy om het licht en bruin hoogachte: hy tekende beter, en had meer helderheid en bevalligheid op zyn hiftorifche tafreelen. De vergaar derzaal der Ed. Gr. Mog. Heeren Staaten van Holland pronkt met een kunftig fchoorfteenftuk den Oorlogs-god Mars zeer expresfief verbeeldende: gelyk ook 't Stadhuis van Amfterdam, dat van Leiden, en verfcheide kerken en abtdyen in Braband, op zyne werken roemen. gerbrand van eeckhout volgde zyns meesters Rembrands manier, maar heeft de vermaardheid van den zeiven niet verkreegen, fchoon hy genoegfaam de eenigfte van Rembrands leerlingen zy, die deszelfs manier beftendig bleef navolgen, behalven arend de gelder, dan wiens werken van minder waardy zyn, en heiman dullart, die meer door zyne fraaie zeden-poëzy dan fchilderftukken beroemd is. ferdinand bol had in Rembrands School eenen fmaak voor 't licht en bruin aangenomen, doch welken hy in zyne groote ontwerpen, met meer aangenaamheid en nauwkeuriger tekening voorftelde; gelyk (0 Men heeft de lyst zyner werken onder den titel van Catalogue raijotmé de toutes les pieces de Rembrand par Mr. Gerfaint, a Paris 1751. O  ioö over den hollandsen smaak lyk aan zyn werken in Amfterdam , en aldaar ook op 't Raadhuis te zien is. g o v a r t f l i n k was, gelyk Jacob Bakker, een leerling van lambert jacobs, van welken Lambert Jacobs ik geen ander narigt vinde, dan dat hy in Vriesland woonachtig, leeraar by de Doopsgezinden, een goed Schilder, en meester der twee gemelde kunftenaars was. My is onlangs een Christus-beeld van dien meester, halfiyfs, leevensgrootte, in eigendom geworden; zynde het zelve zo fchoon gefchilderd, en zo natuurlyk van vleeschkleur, dat daaruit blyke,- dat hy ten deezen opzigte met de beste meesters van zynen tyd, in de Hollandfche School kan gelyk gefteld worden (ƒ). Govart Flink begaf zig ook in de School van Rembrand, en volgde zyns tweeden meesters manier zo kunftig, dat men onderfcheide ftukken van hem in dien fmaak aantreft, welke voor die van zynen meester worden aangezien: dan hy had veel moeite dien fmaak weer te ontwennen, zo dat hem vervolgens, CA In den Catalogus van Schilderyen met derzelver pryzen uitgegeeven door g hokt I Deel bl. 44* vinde ik een ftuk, daar de Wyzen uit het Oosten gefchenken doen, kunftig gefchildert door Lambertus Jacobs, een diS el van Rubens. Ik weet niet, of men hem hier, om zynen ft.au» en eïS'ins naar Rubens gelykenden fchildertrant, dan wel om eene zekere reRubens difcipel noenief Als ik den tyd, waarin deeze beide kunftenaare, leefden, in aanmerking neem, komt 't my onwaarfehynlyk voor. Maar ,e ft k venwel tot bevestiging van den lof, dien ik aan d,en meester toeëigene. De geringe prys van ƒ 30: 10, waar voor dit ftuk in, geme den Catalogus ftaat aangetekend, dunke niemand vreemd, aangezien de fchilderyen, ten tyde dier verkooping, nauwlyks een derde van den tegenwoordig ?en prys bedroegen. _ Gezwegen nog de onbekendheid des meesters.  in de teken- en schilder -kun ST. 107 gens, byzonder in zyn portraitten (u) daar van iets bleef aankleeven. Flink had eenen edelen zagten geest: zyne verkiezingen zyn deftig, en zyne handeling vaardig en breed: zyn koloriet is als dat van zynen meester en van Rubens in een gefmolten; de doorfchynende tinten maaken zyn vleeschkleuren natuurlyk-en week, zonder de getaandheid, die men wel eens in Rembrand aantreft: zyn licht en fchaduw is niet gezogt, maar natuurlyk, zonder egter die fterke uitdrukking zyns meesters, in dit deel te bezitten : zyn omtrek is van edeler fmaak als die van Rembrand, en ftelt 't gemeene leeven niet voor: in de uitdrukkingen is hy niet zo fterk, maar meer verheven dan zyn meester. Zyn deftig ftuk op 't Raadhuis te Amfterdam, Salomon om wysheid fmeekende, kan myn geftelde bevestigen. In de gallery te Sans-fouci is ook de uitdryving van Hagar, en by den Koning van Pruisfen verfcheide werken van Flink, waar naar men zegt, dat de Heer pesne beroemd Schilder van den Koning, zyne bekwaamheid in het koloriet zoude te danken hebben. abraham van diepenbeek, en theödoor van tulden, fchoon leerlingen van Rubens, noem ik Schilders van de Hollandfche School, om dat men van (u) Twee portraitten, waaronder een mans-portrait, dat zeer fchoon is, berusten by den WelEd- Geflr. Heer j. copes van ha'sselt, Raadsheer^ r T G/derIand' te Arnhem, en verbeelden perfoouen uit de aanzienlyke familie der van collens herkomftig. O 2  jo8 over. den hollandsen smaak van deeze twee meesters fchoone werken in ons land bezit, en zy beiden onder het gebied van onzen Staat 'geboren zyn, of gewoond hebben. abraham van diepenbeek was een Glasfchiider, waarfchynlyk in zyn geboorteplaats 's Hertogenbosch, en begaf zig onder Rubens leertugt, alwaar hy een bekwaam kunftenaar werd in het famenftellen van groote werken en uitgebreide hiftorifche en dichtkundige voorftellingen — Hy volgde zyns meesters fmaak, maar bereikte dien top van volmaaktheid niet. Zyn koloriet valt wat in het geele. theodoor van tulden volgde ook Rubens fmaak, fchoon hy dien uitgeftrekten geest niet bezat: zyne tekening is niet naar de Antiquen gevolgd, doch ook niet het gemeenfte leeven voorftellende : zyn koloriet vleeschachtiger en doorwerkter dan dat van zynen meester: de twee ftukken onder anderen, door hem op de Oranjezaal gefchilderd, welke het eene de Cyclopen, en het andere Venus met de wapenen van ^neas voorftellen , zyn ten aanzien van het koloriet als meesterftukken aan te zien. Vleeschachtiger kan'men zig geen gefchilderde beelden voorftellen: deeze twee ftukken zyn naar de tekeningen van den Heer A. Schouman, door Tanjè in 't koper gebragt. In de gallery van Saltzthal zoude, naar my door den Heer Camper 0') berigt is, een allerfchoonst ftuk van deezen meester pronken. — Zyne ordonnantiën zvn meest uit de Fabel-hiftorie ontleend: op 't Stad, J huis 05 Zoon van den beroemden Heer p. camper, voorheen Profesfor te Groningen.  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. IOQ huis zyner geboorteplaats 's Hertogenbosch zyn ook eenige fraaie ftukken van zyne hand. willem doudyns, een beroemd Hiftorie-fehilder, uit 's Gravenhage gefprooten, welke den fmaak der beste Italiaanfche meesters in zyne welgefchilderde hiftörieftukken volgde. Zyne uitvindingen zyn grootsch en kloek voorgefleld, zyne tekening verhevener en fchooner dan van veelen zyner fchool- en tydgenoten, en zyn koloriet bevallig en fmeltend, zonder die kragt van licht en bruin, welke men by van Tulden, Flink, of Bol, ontmoet. In den Haag vind men verfcheiden van zyn werken. robbert duval dl theodoor van der schuur, waren Haagfche kunftenaars, welken Doudyns op het kunstfpoor, in hunne hiftorifche werken, rustig naftreefden. rutger van lange veld te Nymegen, den 15 February 1635 geboren, werd van Frederik Willem den Grooten, als desfelfs Hiftorie-fchilder, Bouvvmeefter en Mathematicus, na Berlyn beroepen, waar hy zig veel aanzien verwierf, en den 15 Maart 1695 overleden is. Een pragtig gedenkteken door zyne Weduwe hem opgerigt, ziet men in de Kerk der Nieuwftad, te Berlyn (w). — Op het Raadhuis te Ny- (w) Het opfchrift is van deezen inhoud: d. m. S. „ Hit fitus cjJ rutcerus a langerfeld, Serenisf. ac Pot ent isf. Elccloih „ Brandenh. friderici III. Principis opt. max. quondam Arcèiteftüs, et „ Mathematicus, idemque Piüor excellentifjimus, quum antea Divo fri.derico guilielmo Magno, cum in fubftru&ienibus aliisque operibus perfi„ ciendis, turn in erudiendis et ad mat hernat, artes inflifuendis Filiis March'o- „ ni- O 3  ho over. den hollandsen smaak Nymegen is een Schoorfteenftuk, waarop een zinnebeeldig onderwerp uit de oude Gelderfche hiftorie, door hem zeer kunftig verbeeld is; en waar uit blykt, dat hy geen onverdienftig Hiftorie-fchilder geweest is. gerard de lairesse, dat beweetenfchapt vernuft, werkte en fchreef met die grootschheid van gedagten en weeldrigheid van denkbeelden, die ieder kunftenaar, welke na het hoogfte doel der kunst ftreeft, dient te bezitten : Van de rykheid zyner gedagten en fterke verbeeldingskragt, getuigen niet alleen zyne fchilderyen, tekeningen en geëtfte werken, maar ook zyn voortreffelyk leerboek over de kunst. My is niet gebleeken, dat hy Rome of de Antiquen in Italië gezien heeft. Van daar misfchien, dat hem nog ontbrak die verfynde fmaak, en die edele eenvoudigheid, van Raphaël en Mengs zo gelukkig van de Antiquen overgenomen. — Zyn beelden zyn wat gedrongen, en hy heeft wel eenen fchoonen, maar niet al te edelen omtrek. Ook ontbreekt hem die ver- nibus Brandenb. Principibus Juventutis, per aliquot annos, utltèm et fideler» operam navafet. Vir, dum vixit, bonus, ft quisquam, matbematicarum au* „ tem difciplinarum, quas et fcripftt, et illuftravit, imprimis Architcclurae Civi/is et Militaris, tanta fcientia praeditus, ut in hoe genere pares fua „ aetate paucos, fuperiorêm bdbuerit neminem. Natus Neomagi Ao. Cbr. „ cioiacxxxv. ad xv Febr. diem obiit Bcrolini Ao. cididcxcv. a: d. „xv Mart. Aetatis lix nienfis un. Memoriae coujugis carijjimi deftderatisftmi „ hoe pietatis et conjugalis amoris monumentum pofuit Nalletta di Mann moe* ftisf. vidua." Zie van hem heineken Nacbricbten von Kunstlern und Kunst-jacben I Theil bl. 58 en volg. Men vergeve my deeze meer hiftorifche dan karakteviftieke aantekening. Het is om een aanzienlyken, dog in de Vadcrlrndfthe kunst-hiftorie flegts by naam bekendkunftenaar, uit myn vaderöad oorfpronglyk, meer bekend te maaken.  in de teken- en schilder-kunst. ui verwonderlyke uitdrukking in de houding der beelden van Raphaël; 't welk men, by de vergelyking der prent, waarop hy Thomas, den vinger in 's Heilands zyde fteekende, verbeeld heeft, tegen die van het zelfde onderwerp, welke naar Raphaël uitgaat zal bewaarheid zien. Zyn koloriet is naar de natuur verftandig gevolgd, fchoon het my fomtyds, byzonder in groote ftukken, wat geelagtig voorkomt: Er heerscht een grootfche pragt in zyn werken, welke fomtyds de^edele eenvoudigheid benadeelt. Van zyn werken zyn in de Raad-kamer van 't Hof van Juftitie in den Haag, en te Amfterdam in veele byzondere aanzienlyke huizen, ook te Dusfeldorf twee zyner ftukken, die niet van zyn besten zyn 't Komt my voor, dat hy meer uitmunt in kleine' dan in groote ftukken; welke laatfte te Dusfeldorf zyn. Zyn geëtfte werken zyn by een-verzameld uitgegeeven; daarin fchynt hy zig overyld, en meer op de rykheid van gedagten, dan op eenen fchoonen omtrek gezien te hebben. wieling, van ingen en theodoor van pee zyn als bekwaame Hiftorie-fchilders bekend, doch hunne werken zyn meest buitenslands, en vallen buiten het bereik myner beoordeeling. . Godfried schalken, beroemd om zyn nachtlichten, heeft weinig hiftorieftukken gefchilderd, dan zulke waarin de verlichting van kaars, lamp, of toorts te pas komen, en waarin hy het zo ver gebragt heeft, als het de kunst mogelyk is om zulke ftukken natuur-  112 over den hollandsen smaak tuurlyk te maaken; gelyk aan de vyf wyze en de vyf dwaaze Maagden, en aan een byna leevensgroot meisje, dat de hand voor eene brandende kaars houd, en aan een ecce homo, allen in de gallery te Dusfeldorf hangende, te zien is. Zyne famenitellingen beftaan anders meest in moderne verbeeldingen, portraitten, of enkele beelden. De draperyen en de tekening zyner beelden is niet gelyk aan die der befte Neêrlandfche Meesters, dan zyn koloriet evenaart of overtreft hen allen. Hy fchildert waarlyk vleefch en bloed, door de huid zyner verwen fpeelende; twee jongens borstftukken weleer by den Heer Verfchuuring in 's Hage, een jongenskopje by den Heer Archiater de Man te Nymegen, en de moderne ftukjes by den Prins van Oranje, en by andere liefhebbers in Holland, door hem gefchilderd, kunnen dit bevestigen. Verfcheide Franfche graveerders, de kunftfchilder Verkolje, en Engelfche zwartkunft-fchraapers, hebben veelen zyner werken in prent gebragt, waaronder de befte drukken van die door Verkolje gefchraapt zyn, zeer geagt en duur betaald worden. g. hoet, zo beroemd in het vervaardigen van groote werken als kleine hiftorifche kabinet-ftukjes: zyne famenftellingén zyn grootfch en ryk van gedagten, zyne draperyen zyn niet zo edel, en zyne tekening niet zo nauwkeurig, als die van Lairesfe, waar naar zyn koloriet en fchilderwyze zweemt: op het Stadhuis zyner geboorteplaats Zalt-Boemel, is van zyn werk te zien, en zyn kabinetftukjes (waarvan twee fraai-  in de teken- en schilder-kunst. 113 fraaije in de verzameling van den Heer Heemskerk waren) zyn by de liefhebbers in achting. a. 11 o ub ra ken was keuriger in zyn voorftellingen en had meer uitdrukking in de houdingen zyner beelden: Zyn omtrek is niet ideaal, maar naar de natuur gevolgd, de plooien zyner draperyen zyn niet edel, maar wel vlak en breed, zyn koloriet is teer en bevallig, en het licht en bruin fomtyds met veel fmaak en grootfche partyen formeerende voorgefteld. Onder de prenten, als Bybelfche Figuuren van Hoet, Houbraken en Picart bekend, zyn 'er fommigen naar Houbrakens tekening, welken wat meer edelheid in de hoofden, en in de omtrekken van het naakt vereifchen, om regt fchoon te zyn, daar die naar Hoet, over het algemeen, zynen naam oneer aandoen. carel de moor, Ridder, al zo fterk om zyne moderne verbeeldingen, als hiftorie-flukken beroemd; had eene edele fchikking, en tekende zeer nauwkeurig de fchoonfte partyen der in de natuur voorkomende omtrekken : Hy had van de uitvoerige manier zyns meesters G. Douw in zyn kabinetftukjes overgenomen, en verleevendigde die met de vleeschachtigheid van Schalken; in zyn groote hiftorieflukken , en vooral in zyn portraitten, ontbreekt het kragtige van Titiaans of Rubens koloriet: Het ftuk door hem op het Stadhuis te Leiden, en 't portraitftuk op het Haagfche Stadhuis, zyn onder zyne beroemdfte werken geteld. adriaan van der werf, zyn mededinger, was, gelyk hy, tot den Ridderftand verheven. Dit P zeld-  114 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK zeldzaam vernuft zogt al het ongemeenfte, grootfte en fchoon fte met de nauwkeurigfte uitvoerigheid en zuiverfte behandeling op zyn fpiegelgladde tafreelen te vereenigen: Hy tekende zyn omtrekken nauwkeurig naar de natuur. De draperyen zyn fchoon, met veel oordeel naar den Antiquen fmaak geplooid, en de natuur der ftoffe voortreflyk uitgedrukt; en zyne uitvoerigheid is aan de losheid en fmeltendheid der behandeling niet nadeelig, zo dat men op een lakenkleedje van naby de hairtjes der wol zelfs onderfcheiden zien kan, zonder de welftandigheid te benadeel en. Eerst laat kreeg de beroemde man fmaak voor de kunst der Italiaanfche meesters, waarom men eene betere en fchoonere tekening en omtrek, op zyn laatfte dan op zyn eerfte ftukken ontwaar word. Zyn koloriet valt op den dag in het yvoirachtige, en in de fchaduw in het zwartachtige en koude, immers in zyn meeste ftukken. Zyn beroemdfte en beste werken zyn in de gallery van Dusfeldorf, waaronder, in het koloriet, de kruisdraaging, en in de famenftelling en tekening, de graflegging, en de groote en fchoone voorftelling van Christus voor het volk, uitmunten: naar de Maria Magdalena in dezelve kamer dier gallery te oordeelen, fcbynt hy minder in groote, dan in kleine ftukken te hebben uitgemunt (x).. LIM- f» De bekende Zwnrtekunstfcbraaper haid heeft verfcheide ftukken van den Ridder-van der werff, in de gallery van Dusfeldorf hangende, in prent gebragt, en eenigen zyn door Franfche Graveerders naar htm in 't koper gefneeden.  in de teken- en schilder -kunst. 115 limborg was zyn beste difcipel, en volgde zyns meesters uitvoerige manier in hiftorieftukjes, welken wel wat losfer behandeld, maar vleeschachtiger van koloriet waren. In zyn groote hiftorieftukken is iets zwaks, en men vind in zyn werken partyen van eene niet al te zuivere tekening. p. van der werf was een difcipel van zynen broeder, den Ridder van der Werf, fchilderde ten minften in zynen fmaak, en onder zyn opzigt; in het kabinet te Sans-fouci zyn verfcheiden zyner ftukken. n. verkolje was zyns vaders difcipel, en verhefte zig boven denzelven, ook in het verkiezen van verhevene onderwerpen: zyne famenftellingen zyn vernuftig en grootsch; zyn omtrek zeer nauwkeurig de natuur gevolgd, en zyn koloriet niet zo teer of delikaat als Dou, Mieris, of Metzu, egter vrolyk en natuurlyk. Zyn bywerken zyn uitvoerig en met fmaak gefchikt: Hy fchilderde onderwerpen van allerlei foort even gemaklyk; zyne zwarte-kunstplaaten zyn kostbaar en beroemd. Het is te beklaagen, dat deeze verdienftige kunftenaar fomtyds zyn hand leende tot het vervaardigen van kunstplaaten, de eerbaarheid kwetfende, waar door de kunst by nauwgezette lieden in kleinachting geraakt. g. wigman a was met meer talenten voor het befchouwende als beoeffenende deel der kunst begaafd: Zyne uitvindingen en famenftellingen geeven wel. ervarenheid en weetenfchap in de vereischtens van het hiftorifche deel te kennen, dan zyne uitvoering beantwoort daar niet aan. Zyne tekening, draperyen P 2 en  hö over den hollandsen smaak en koloriet, zyn eenigzins hard en droog; gelyk uit een zyner voornaamfte werken, zynde Alexander op zyn ziekbed, kan opgemaakt worden. "augustinus en matthaeus terwesten waren begaafd met eene ryke genie: Hunne famenftellingen zyn groot en uitgeftrekt, en hunne tekening als naar die der Italiaanen, van verre gevolgd. Hun ontbrak kragt en uitdrukking; hun koloriet was vleiend en aangenaam, maar ook fomtyds zwak en koud, en door geen kragt van licht en bruin onderfteund. jacob de wit was een zeer voortreflyk kunftenaar, die Rubens met zo veel oordeel volgde, en die zyne' manier met die van .Van Dyk vertederde. — Hy fchilderde grootfche onderwerpen, fomtyds met eene nauwkeuriger tekening dan Rubens: zyne draperyen zyn grootsch en breed behandeld, en zyne uitvoering lugtig of uitvoerig, naar het den aart deionderwerpen vereischte: Zyne kindertjes zyn vooral bevallig, fchoon getekend en voortreflyk gefchilderd. Hy overtreft alle zyne voorgangers in het verbeelden van halfverheven beeldwerk, of zogenaamde grauwtjes : Men kan alleen zeggen, dat de kragt van Titiaan, het licht en de fchaduw van Correggio, en de tekening van Raphaël, aan zyne anders koftbaare werken ontbreeken. Het groote ftuk, daar de LXX Oudften, door Mofes verkooren, voor de Tente der Samenkomfte verfchynen, en de grauwtjes op het Stadhuis van Amfter- dam 9  in de teken- en schilder -kunst. 117 dam, ook 't fraaie fchoorfteen-ftuk op de Oranjezaal, kunnen deeze beoordeeling billyken. isaak walraven was met eene edele zugt voor de kunst geboren, en zogt, gelyk van der Werf, het verhevene en fchoone met eene edele uitvoering te paaren; en is daarin zo verre gedaagd, dat zyn werken met veel achting en goedkeuring van de liefhebbers gezogt worden: Het fterfbed van Epaminondas, naa zynen dood, onder anderen zyner nagelaaten werken, in 1765 verkogt voor eene fomma van 1560 guldens, is hier van, en van 's mans vermogen in de kunst, een ontegenzeggelyk bewys. l. f. du bourg was een gefchikt kunftenaar tot het vervaardigen van hiftorifche en zinnebeeldige famenftellingen, die van geenen grooten omtrek waren, welken hy bevallig fchilderde, en nog beter tekende. Hy volgde den fmaak van Picart, doch had de bekwaamheden van denzei ven niet: Veelen zyner tekeningen berusten in de kabinetten der liefhebbers, en veele prenten zyn daar naar gegraveerd. Ik kan niet afzyn hier ook gewag te maaken van 't fmertelyk verlies eens jongen kunftenaars der Hollandfche School, den Heer grandjean; van Amfterdam, voor weinig tyds, in den bloei zyner jaaren, te Rome, daar hy met roem zyne kunst voortzette, overleeden. Onder de plaaten voor. den Germanicusvan Juffrouw van Merken, door hem te Rome getekend, en zommigen gefchilderd, zyn er, welken toonen, wat men van zyne kunstvermogens haddemogen verwagten. De Heer Ploos van Amftel geeft P 3 een  Ü8 over den hollandsen smaak een breeder verflag van de bekwaamheden van deezen zynen voormaligen vriend in eene zyner onlangs uitgegeeven redevoeringen. Ook is nog onlangs, in meer gevorderden ouderdom de Heer stolker te Rotterdam overleeden. Die kunstfchilder is my niet, dan door zyne uitgegeeven fraaie zwarte kunstplaaten bekend; doch my ftaat voor, van kunstlievenden gehoord te hebben, dat hy veele talenten voor 't hiftorifche deel der kunst bezat. Schoon myn ontwerp my alleen tot het kunstkarakter van zulken der beroemdfte meesters bepaalt, wier werken, door den kunsthandel, of door derzelver plaatfing in het openbaar algemeen bekend zyn, veroorloove men my egter, dat ik hier mynen Stadgenoot elias van nymegen, in de reie der kunsthelden van de Hollandfche School, eene plaats gunne. 's Mans nagelaaten fchilderwerken , tekeningen en fchetfen, vertoonen zyne bekwaamheden in het fchilderen en ordonneeren van hiftorien, landfchappen en beeldwerken, tot verciering van kamers, platfonds, tuinhuizen, en tuincieraaden. Te Rotterdam zyn van hem verfcheide werken van dien aart, als ook, die onder zyn beftuur, door zyne leerlingen gefchilderd zyn. Al 't welk doet zien, wat men van hem zoude hebben mogen verwachten, indien zyne omftandigheden, van jongs af, hem in eenen kring geplaatst hadden, waarin hy, door uitvoeriger en nauwkeuriger werken, zyne talenten hadde kunnen aan den dag leggen; welk lot zyne nakomelingen te beurt is gevallen, die nog, met roem, de kunst oe- fe-  in de teken- en schilder-kunst. i iq fenen. 't Deftig gelaat van den Nymeegfen elias van nymegen vind men by van gool, in zyn tweede deel, afgebeeld. Daar ik den fmaak der Hollandfche School, ook in de tekenkunde voor hebbe te beoordeelen, moetik ook denken aan de plaatsnyders, welken hunne eigene uitvindingen hebben aan 't licht gebragt, en deswegens bekend en beroemd zyn. jan luiken heeft veele plaaten en plaatwerken vervaardigd, waarin algemeen eene geestige vrugtbaarheid, en ryke uitvinding, met eene vaste tekening, heerscht. Allerleie onderwerpen behandeld hy even gemaklyk en geestig, behalven portraitten en dieren, welken hy (paarden uitgezonderd) flegt tekende: zyne kleine plaaten overtreffen meest in houding en fchikking zyne grootere. In zyn groote bybelfche prenten heerscht over 't algemeen veel verwarring, alzo hy zyne groepen niet door kunst van licht en bruin wist tot groote masfa's te verbinden; hem ontbreekt de nauwkeurige omtrek van Je Clerk, de geestige behandeling van Callot, en de juiste en aan ieder voorwerp eigene1 manier in houding en tekening, welke zo veel waarheid en uitdrukking, zelfs in de kleinfte beeldjes van Callot en Chodowiecky doet zien. romein de hooge is zeer bekend door de menigte van hiftorifche en allegorifche prentwerken, welken hy aan 't licht heeft gebragt, waarin, onder eene onachtzame behandeling, veel vuur en ryke gedachten doorftraalen; dan, dè tekening en uitvoering  120 over. den hollandsen smaak. ring is over 't algemeen flegt, fchoon ik een enkeïde groote plaat, verbeeldende een Triumph van een Poolfch Koning van hem gezien heb, die naar het werk van Lairesfe geleek. Te Rotterdam in den Doele is een kamer door hem geordonneerd, maar door een ander gefchilderd, doch van zyn eigen fchilderwerk is my niets te vooren gekomen (v). j. go e ree had veel van Luikens geest, en volgde 'fomtyds dien kunftenaar in deszelfs wyze van voorftellen; dan voerde die met een kloeker en bevalliger graveeryzer, en eene uit grootere partyen faipa I ,• v grift' Ongemeene en grootfche gebouwen van verhevene uitvinding, hebben de moüc.herons, in fchoone landfchappen, helder en vrolyk, op 't keurigfte afgebeeld; welken door hen zo in groote ftukken tot verciering van kamers, als in kabinet-ftukken, en voor- O) Van p. verhoek heb ik by den Wel-Ed. Geftr Heer Mr. Roukens te Nymegen een (hikje gezien, waarop een Os, door een blixemftraal en donderdag verfchrikt, zeer natuurlyk was afgebeeld; en het verfchriklyk fchoon in de navolging voorftelde.  in de teken- en schilder-kunst. iHf vooral in kunlh'ge.tekeningen, zyn nagelaaten; 'waarvan by den kunstlievenden Heere Burgemeester Paques de Chavonnes te T iel, in zyne keurige verzameling van tekeningen-, prenten en andere liefheb; beryen, zeer fchoone! ftukken: berusten. Overeenkomftig dien ftyl, werkte rademaaker in zyne fchoone tekeningen, en glauber in landfchappen, waar van veelen, door Lairesfe geftoffeerd, en door den jongen glauber, welke er ook naar Duchet, anders genaamd Caspar Pousfin, -Mola en anderen geëtst heeft, in 't koper gebragt zyn; en meyer ine heeft in'zyn Arkadifche fandfchappen'den verheven ftyl, met een uitvoerig penceel en natuurlyk helder koloriet, voorgefteld (V)- Welke fmaak met het eenvoudig fchoone van Pousfin, en de Neêrlandfche vleiende en vlytige uitvoering, in kleine en kostbaare ftukken, door de heus en van huysum tot eene hooge trap van volkomenheid gebragt is. In het voorftellen'van Beesten en Her der ftukken, kan de Hollandfche School, buiten eenigen twyfel, den voorrang boven alle andere Schooien beweeren. paulus potter is in deezen tak een kunstheid van de eerfte foort: Hoe vast, ftout, uitvoerig, en boven alles natuurlyk, hy, met veel keus, de fchilderachtigfte voorwerpen onder de viervoetige dieren gefchilderd, getekend en geëtst heeft, kan men zien, op het fchoone ftuk van hem by den Prin9e van Oran- (c) Oordeelkundige aanmerkingen vind men over de werken van mouciieRon en me ye rink, in de verdeediging van de Bouworder van het < Stadhui} van Amflerdam.  128 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK Oranje, dat in prent uitgaat, op een,ftuk te Casfel, gelyk ook op de groote Osfendrift, weleer in het kabinet van Braamkamp, en op zyne tekeningen en prenten by de liefhebbers bekend. kareldujardin, die (volgens Lairesfe) zyne zugt tot verhevener onderwerpen en grootere famenftellingen niet voldoen kon, plaatfte zyn beesten in üitgeftrekte landfchappen, van welgetekende beelden verzeld, en met een fmeltender en doorfchynender penceel als Potter; daar van de velde meer warmte en zonachtigheid in zyn fchoone landfchappen, en in Potters manier getekende beestenftukken, by voegde: welke voornaame meesters door van der does, va neer GEN, romein, klomp, van der meer, van gool 00 en anderen, op onderfcheiden wyze zyn nagevolgd, bamboots, eigentlyk van laar, verluisterde zyn herderlyke landfchappen op eene uitneemende wyze, door op of ondergaande zonlichten, brandende kalkovens, en foortgelyke verlichtingen , welken een' aangenaame warmte aan het koloriet byzetten. Maar vooral n. berchem, die Theocriet der Landfchap-fchilders, eenig in zyne foort: Hoe veel rykheid van gedagten, grootschheid en fchoone famenftelling, heerscht er niet op zyn menigvuldige tafreelen, fchoon uit geringe voorwerpen beftaande? zyne luchten, verfchieten, waters, gebouwen , Cd) Eene karaktereflieke befchryving van de kunst en de werken van j vin gool, die voor een tegenfchrift vry onpartydig is, vind men in g. hoets aanmerkingen, op de beide deelen van den Nieuwen Schouwburg der Nederlandfche Kunstfchilders.  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. I2Q wen, 't vee en hunne hoeders, hoe vee] geest, helderheid en warmte, heerscht er in dit alles? Schoon men hem als ideaal in zyn meeste ftukken kan aanmerken , heeft hy egter ook werken van eene nauwkeurige uitvoering nagelaaten. By den Prins van Oranje zyn van hem verfcheide fchoone ftukken; ook by byzondere liefhebbers: zyne tekeningen, en zo eigen, als door anderen naar hem uitgegeeven prentkunst, zyn overvloedig bekend. De uitwerkfelen van tegenftrydige elementen, als die van water en vuur, hebben ook aan fommige kunftenaaren ftof van opzettelyke beoeffening, om die natevolgen, verfchaft; en zyn daar door in het verbeelden van Winters, een ftomme van kampen, molenaar en van der neer, beroemd; gelyk van trooyen, van der poel, en gemelde van der neer, (deeze ook om zyn maanefchynen) in het verbeelden van branden en vuurafbeeldingen, bekend zyn. Staatige gebouwen en kerken van binnen, zyn kunftig afgebeeld door steenwyk, van deelen, van nikkelen, de wit, van vliet, van bassen, de l'orivte en anderen, daar neefs, reugers blok, t. van nymegen, w. noott,' J. de graaf, marot en anderen, in perfpeaivifche voorftellingen van gebouwen, gaanderyen en tuingezigten, hebben uitgemunt. Heeft «iSeg °veï.ereden£erende Catal°SUS Zyner werken is door den IIeer wiN*» R  130 OVER. DEN HOLLANDSEN SMAAK Heeft Rome eenen Panini, en Venetië eenen Canale, wy hebben overvloed van kunftenaaren, welken kunftig en nauwkeurig, de voornaamfte en fraaifte gezigten onzer fteden, merkwaardigfte plaatzen en gebouwen in dezelven, hebben afgebeeld, cornelis antonisz, van Amfterdam, was door zyn uitvoerige ftukken, die naar die Stad door hem gefchilderd, en in houte plaaten gefneeden zyn, al vroeg vermaard: gelyk rogman, door de van hem nagevolgde aloude Sloten en Kafteelen onzes vaderlands bekend is; en berestraaten, van wien een fraai gezigt van de markt te 's Hertogenbosch op 't Raadhuis aldaar bewaardt wordt: ook van der heiden, berk heiden en van der ulft, welkers zeer uitvoerige werken, tot hooge pryzen door de liefhebbers gekogt worden. van nikkelen de jonge, heeft op eenen helderer trant, en met meer vrolyk koloriet, de lusthuizen des Keurvorsts van de Paltz gefchilderd, waarvan twee ftukken in de gallery van Dusfeldorf hangen, ten compe heeft zeer uitvoerig en nauwkeurig de voornaamfte gezigten van Holland, op eene kunftige wyze, voorgefteld, en is door r. van liender en anderen gevolgd; daar jansson zig meer tot het navolgen van Land- en Dorpgezigten bepaalde. De beroemde kunftenaaren pronk, de haan, de beyer, van liender en anderen, hebben de meesten Stad- en Dorpgezigten in en om ons vaderland, in fraaie tekeningen, en de laatstgemelde ook in plaat gebragt en uitgegeeven. In  in de teken- en schilder -kunst. 131 In ftille en beweegende Zeeftukken heeft h. corneliszen vroom, van Haarlem, zyne bekwaamheid en ondervinding van zeerampen, al in den beginne der vestiging van deezen Staat tot eene vrye Republiek, getoond; en is daarin nagevolgd door eenige zyner nakomelingen, die den zelfden naam van vroom droegen, willartz, die uit Braband na Utrecht fchynt overgekomen te zyn, was niet zo kunftig nog helder in zeeftukken; en is door zyn zoons niet verbeterd, parcelles ftelde woelende zeeën en fchepen, die, door ftormen geflingerd, in gevaar zyn, zeer natuurlyk voor: Het maakfel zyner fchepen is nauwkeurig, naar de wyze van fcheepsbouwkunde van dien tyd; doch zyn anders fraaie ftukken en fchoone voorftelling der fchuimende golven, zyn niet door die verftandige fchikking van licht en fchaduw, als die van Bakhuizen, onderfteund. salomon ruisdaal verbeterde den fmaak van Parcelles door fmeltender en doorfchynender koloriet, en meer kragt van licht en bruin. Dan, boven allen, muntte daarin uit de beroemde ludolpii bakhuizen, welkers zeer beroemde zeeftukken van eene kunftige en geestige famenftelling, grootfche voorftelling van luchten en waters, welgetekende fchepen en afwisfelende lichten en fchaduwen, op het fchoonfte vertoond zyn. simon de vlieger volgde meest de fchoone en aangenaame vertooning, welke de zee aan de ftranden opleevert; en die hy met fraaie beeldjes ftoffeerde, welken hunne bezigheden, door het aannaderen R 2 of  132 over den hollandsen smaak of afvaaren der fchepen, fchynen te bepaalen. reinier zeeman volgde ook deezen fmaak van zeeftukjes op eene heldere wyze, met kleine beeldjes geftofiëerd na: daar lieve verschuur de zeefchepen en binnewateren zo geankert als zeilende voorftelt, wanneer de opkomende maan de kabbelende golfjes verlicht. Aangenaam en helder zyn de zeeftukken van den beroemden w. van de velde: hoe dun en doorfchynend zyn zyne ftille wateren? hoe helder en fmeltende de fchoone lugten? en hoe nauwkeurig en weigetekend zyne oorlogs- en andere fchepen? terwyl ook de woestheid der golven en de branding der zee, door hem, op eene kunftige wyze, in de voorftelling van zeeftormen is afgebeeld, vitringa, van wien weinige fchilderyen, maar meer tekeningen bekend zyn, was ook uitneemend kunftig in het afbeelden van zeeftukken, zeehavens en oorlogsfchepen: een groot aantal fraaie tekeningen van zyne hand, en ook één zyner fchilderyen, berust nog in 't kabinet van wylen Mevrouw Van der Mieden te Nymegen, in welke verzameling ook een fchoon ftuk van w. van de velde is. — van der griend is ook door zyne fraaie zo gewasfen als gekleurde tekeningen van zeeën en binnelandfche wateren, met allerleie fchepen geftoffeerd, beroemd. Heeft Frankryk Vernet en la Croix, wy hebben berchem, lingelbach, t. wyck, stork, zeeman, weeninx en anderen, die allen zig ook, door het voorftellen van zeehavens, hebben beroemd gemaakt. *a  in dé teken- en schilder-kunst. 13;* In veldflagen en krygsbedryven, heeft deeze School kunftenaars van uitmuntende bekwaamheden : als wouwerman, die door de geheele befchaafde waereld beroemd is om zyne kunftige en met zo veel verandering voorgeftelde gevegten, ftrooperyen, jagten, famenkomften van Heeren en Dames tot het jagtvermaak, militaire rusten, Legerplaatfen, Ryfchoolen en Soldaaten uitfpanningen ; welken "allen door hem, met eene uitvoerige vrolyke en fmeltende behandeling, dun en warm koloriet, bevallige fchikking en fixe tekening, verwonderlyk fchoon verbeeld zyn: waarvan de heerlyke ftukken in 't kabinet van den Prins van.. Oranje .en verfcheide andere kunstbeminnaars, en de . prenten, naar zyn werken in het licht gebragt, ten bewyze. verftrekken. Een fraai ftuk van deezen beroemden meester is in de kunstverzameling van den Eerwaarden Heere J. B. Schuyt, Roomsch Paftoor te Haarlem, voor eenen der voorzaaten van dien Heer Schuyt zeiven gefchilderd, die daarin onder de gedaante van St. Hubert, knielende voor 't wonderdadige hert, verbeeld, en in welk ftuk een by uitftek fchoon paard, en een aangenaam landfchap gezien word. huchtenburg munt uit -in-groote 'ftukken-en uitgeftrekter krygsbedry ven, gelyk verschuuring, maas en stoop ook in de vöorfteffing van foortgelyke onderwerpen veel roem verworven hebben. In Portraitten heeft de Sehilderfchool van myn vaderland een groot aantal van kunftenaaren opgeleverd» waarvan ik alleen de voornaamfte en meest bekende R 3 zal  134 • OVER. den hollandsen smaak Zal opnoemen, antony de moor van Utrecht, welke door zyn kunftige afbeeldfels aan het Spaan' fche Hof veel eer en rykdom verwierf, michiel miereveld, die zo veel afbeeldfels gefchilderd heeft, dat men zig over dat getal verwonderen moet, had' eene kloeke en vleeschachtige behandeling en kragtige uitdrukking: veelen zyner portraitten zyn door w. delf zeer kunftig in 't koper gebragt. — ravestein, van Wiens fchoone ftukken er veelen in den Haag berusten, hanneman (ƒ), wiens fraaie portraitten zeer na aan die van Van Dyk grenzen. paulus moreelsen, wieiis vleiend koloriet hem zeer gefchikt maakte tot het fchilderen van .vrouwenportraitten. — frans hals,, die zo ftout en meesterachtig fchilderde, en zyn portraitten een zo vast en natuurlyk karakter gaf, dat hem alleen de teerheid en de uitvoering van Van Dyk ontbraken, om de grootfte Portrait-fchilder van zynen tyd te zyn; waar van verfcheide zyner voornaamfte werken, die te Haarlem bewaard worden, getuigen kunnen. b. van der elst, die, al was 't alleen om zyn beroemd Schutterftuk op het Stadhuis van Amfterdam, door geheel Europa beroemd is. — g. honthorst, wiens ftoute en grootfche fmaak, in dit deel IIotendHlnfrv£ ^choolfee^ in/e vergaderkamer van de Staaten van ven i ?'is11, 5 C ™^eWen?e,' °1Ct geea 00k door va" Goo! hebreeaan, el- nd g^ ^ He£r Bioraflahl zeer verkeerd heeft Tk vaaron V „ T" 'T'uï,'0 «efchilderd, en 't andere fchoorftceniv » Zfr •?? °J V,erbecld flaat' h niet door llonneva maar door jan Vde Dee bl ^7 Zl£ deeze fouten by BioMl> in ^ «f*».  in de teken- en schilder-kunst. 135 deel der kunst, mede opgemaakt kan worden uiteen voortreflyk portraitftuk, vertoonende eene Dame, welke haar bemindens afbeeldfel, door de liefde vastgehouden, gefchilderd hebbende, aan den aanfchouwer vertoont; en in de verzameling van den kunstjjevenden Heer H. Hoogers te Nymegen berust (g). van den tempel, potheuck, jan de baan, zoutman, en de beide volleevens, zyn om hunne portraitten beroemd. — Ook j. van der meer, wiens vermaard portraitftuk in het Arm-kinderhuis te Utrecht, als een meesterftuk is aan te zien. gaspar net se her had eenen by zonderen fmaak: van portraitten in het klein, welken geestig van draperyen, malsch en vleesachtig van koloriet, op eene aangenaame wyze, zyn voorgefteld: waarin hy door zyn zoon constantyn is gevolgd, doch die zynen vader niet in kunst is gelyk geworden. Zyn- andere zoon theodoor had eenen helderen en meer vrolyken fmaak, overtreffende zynen broeder. — d. mytens tekende nauwkeurig, en was vleesachtig en bevallig, in zyn koloriet, zo wel in enkelde portraitten, als. in portraitftukken; die hy hiftorifcher wyze, doch meest mo- Li ■ flbod v/uotv ü:./> m. :#:{ xi*1 weet-ik met te oepaalen; het ftuk'dat ik hier befchryf is niét in dien fmaak, als men de meeste hiftoriefche werken van Hondhorst aantreft, maar meer aan die van Van Raveftem of van Van Dyk grenzende: By den Baron Heineken vind men m de Narichten van den Heer Majoor Humbert eenen WUkm Hondhorst, broeder van Gerard Hondhorst, en difcipel van A. Bloemen, begeven* welke met de Princes Louïfa Henriette van Orange, aan ft Hof van Frednk Willem den Grooten te Berlyn kwam, en aldaar verfcheide hiftorie- en portraitftukken gefchilderd heeft.  136 OVER. DEN HOLLANDSEN SMAAK modern gekleed, voorftelde. --- n. maas had eenen fmaak die veel met dien van Netfcher overeenftemt, fchilderende ook veel zyn portraitten in een klein formaat.— gelyk schalken, boonen en c. troost, daar bylart, ravestein (van Boemel), aca- ma; wassenberg, p. van dyck, \v. troost, quinkhart, van der myn, van der mey, j. phalte, t. regters, engel sam (in Zyn kragtige craion-portraitten) en anderen, meest in leevensgroote afbeeldfels uitmunten. In moderne verbeeldingen of onderwerpen uit de verkeering van aanzienlyke lieden genomen , is f. mieris de oude boven alles beroemd. Schoon zyn kostbaare fchilderyen wel eenigzins ftyf zyn, is egter het verhevene der kunst, zo in tekening, fchikking, als uitvoering, door' hem meesterlyk en met veel nauwkeurigheid voorgefteld : zyn werken zyn gewoonlyk van eene kleine omtrek, zeer uitvoerig, en de aart en eigenfehappen der onderfcheide voorwerpen en ftoffen kenbaar uitgedrukt. In Manheim hangt onder andere zyner ftukken, één dat by uitftek fraai is, verbeeldende eene in flaauwte gevallene vrouw; en by den Prins van Oranje Voornaamentlyk dat, waarop hy zig zelfs en zyne vrouw heeft afgebeeld. Ch\ , g. p. van zyl ftelde ook famenkomften van Heeren en Dames voor, welken van eene uitmuntende tekening en fchildering zyn. Hierin muntte pieter de (T) Dit (tukje is naar de tekening van a. Schouman in zwarte kunst gebragt door Greenwood.  ïn de teken- en schilder-kunst. i3? de hooge mede uit, en zo ook s. van hoogstraa ten, die in eenen grootfchen fmaak moderne verbeeldingen van meer uitgebreidheid voorftelde als aan het fraaie ftuk van hem, in de verzameling van den Prins van Oranje berustende, te zien is gelyk ook zyne kunftige fchilderwyze aan één zyner beste ftukjes, weleer in de verzameling van den Heer Prof. Mobach, te 's Hertogenbosch. gabriel metzu, die zyne fchoon-getekende beeldjes, op eene toetfende, heidereen zeer natuurlvke wyze, gefchilderd heeft, is een kunftenaar van den eerften rang, en zyn werken worden duur betaald. Een zeer fraai ftukje is van hem by den Prins van Oranje, een muficeerend gezelfchap voordellende; en in de gallery van Dusfeldorf een drie- Koningenavond, welke niet zo uitvoerig, en van losfër behandeling is. gaspar netscher, wiens hiftorieftukken men ook in dit vak zoude kunnen ftellen, nadien hy dezelve ten aanzien der kleeding en by werken, geheel modern verbeeld heeft: verfcheiden zyner werken gaan in prent uit, als Diana, of Jupiter en Califlo, door verkolje in zwarte kunst; de dood van Cll opatra door wille, en meer anderen door de beste graveerders, waarin zelfs de vleeschachtigheid en weekheid van zyn malsch penceel en geestige toetfen, met het graveeryzer zyn uitgedrukt. eglon van der neer zogt het verhevene in zyne moderne voorftellingen, met een delicaat penceel en aangenaam koloriet te vereenigen: hy is ook ^ om  138 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK om zyn landfchappen beroemd, en was de meeste* van a. van der werf, welke hem in 't moderne navolgde; doch zig vervolgens tot het hiftorifche deel verhief. Van beide deeze kunftenaars zyn er veele ftukken in de gallery te Manheim. Godfried schalken heeft zyn vleeschachtig en natuurlyk koloriet, voornaamendlyk in moderne ftukken, getoond, waar van er veelen, als lamp- of kaarslichten, door hem verbeeld zyn. j. verkolje, wiens gezelfchapftukjes wat koel van uitdrukking en niet zo kunftig zyn, als de uit het gemeender leeven verkoozen voorwerpen zyns zoous n. verkolje. palamedes,* jonge, overtrof zynen vader, ijfe het voorftellen van byeenkomften en muzyk-partyen van aanzienlyke perfoonen , als van Corps de Gardes en andere onderwerpen, uit den militairen-ftand ontleend'; doch werd daarin weer overtroffen door le ■duck, van wien zeer groote famenftellingen en kunftige ftukken, voor aanzienlyke pryzen, op de verkooping der fchilderyen door den Heer Heemskerk nagelaaten, verkogt zyn. gerard terburg heeft in zyn moderne ftukken veeltyds Officieren en andere krygslieden afgebeeld. Zyne tekening is meesterachtig en fiks; zyn koloriet vrolyk, en zyne behandeling ftout en nauwkeurig:, de karakters zyner beelden en de aart der ftoffe zyn door hem zeer wel uitgedrukt; voorat muntte hy uit in het verbeelden van wit fatyn, waar^ ia hy door zyn difcipel G. Netfcher zeerwel gevolgd  in de teken- en schilder -kunst. 139 is. In veele kabinetten, en in.dat van den Prins van Oranje, zyn veele fchoone ftukken van deezen .meester, die vooral beroemd is om het. bekende portraitftuk, waarop door hem het bezweeren van den Munfterfchen Vrede in 1648, door een menigte van afbeeldfels is voorgefteld: dit ftuk is voor weinig tyds in Deventer, alwaar onzen kunstheid Burgermeester was, verkogt; het zelve gaat ook in prent door s u y d e r h o e f f , en in de Vaderlandfche Hiftorie, door s. fokke daar naar gegraveerd, uit. De vermaarde Franfche graveerder wille heeft ook zeer fraaie ftukken naar hem in 't koper gebragt, en de Heer Ploos van Amftel eene fchoone plaattekening, welkers onderwerp ook voorheen door Vaillant in zwartekunst is uitgegeeven. In onderwerpen, welken meer 't dagelyks leeven voorftellen, is boven allen de beroemde g. dou in geheel Europa bekend. Eene edele tekening, kragtigc uitdrukking, wonderlyke uitvoerigheid, natuurlyk koloriet, en kunftige fchikking van licht en fchaduw, vereenigen op zyne kostbaare ftukken alle eigenfchappen die tot een volmaakt fchildery kunnen gevorderd worden. Dit kan blyken uit één zyner fchoonfte ftukken, 't welk in de gallery van Dusfeldorf is, verbeeldende eenen Kwakzalver op zyn theater, van veele aanfchouwers, waaronder ook de fchilder zelve, uit een venfter leggende, verzeld (/). — Uit 't ftuk, O') De Heer Brulliot, Profesfor en Direcleur van de gallery te Dusfeldorf, heeft my gezegd-, dat de Keizerin van Rusland eene verbaazende fom- S 2 me  I4Ó OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK ftuk, de Kraamkamer genaamt, weleer by den Heer Braamkamp. — Uit 't fchoone ftukje, een Hermiet verbeeldende, weleer by den Heer de la Court. — Uit 't ftukje waarop een vrouwtje by de wieg, in het kabinet van den Prins van Oranje; — en uit een lachend vrouwe-kopje, ter grootte van een handpalm, uit het kabinet van den Heer Heemskerk, voor 250 guldens verkogt. De Heer Wille heeft, door zyne kunftige graveering, veele werken van deezen meester meer algemeen bekend gemaakt; ook de Heer Ploos van Amftel ééne zyner tekeningen, waaruit ook het door my gemaakte kunstkarakter deezes mans bevestigd word. ary de vois, heeft met veel kunst en natuurlykheid, G. Dou in moderne verbeeldingen gevolgd Dus ook slingeland, dan die is, door het uitvoerig fchilderen tot ftyfheid vervallen, en zyn bywerken zyn al te fterk van koleur. van staveren heeft zelfs de geelachtige , onbevallige dorre boomftam, die het anders heerlyk ftuk van Dou te Dusfeldorf niet verciert, voor fchoon aangezien, en op zyn anders vry goede ftukken nagevolgd, neveu flaagde ook niet ongelukkig in het voorftellen van moderne verbeeldingen, welken hy helderder van agtergronden, dog minder in kunst als Dou, voorftelde. ary burman is ook als een voornaam kunftenaar, zo wel door het fchilderen van moderne als por- me gelds voor dit ftuk zoude gebooden hebben. — Ook dat er by den Koning van Sardinië] een nog capitaier ftuk van Dou, des fchilders iannae verbeeldende, zyn zoude.  in de teken- en schilder-kunst. 141 portraitftukken bekend, waar van de fraaie ftukjes, weleer by den Heer Bisfchop te Rotterdam, tans by den fleer Hope te Amfterdam, en de portraitftukken, door hem te Dordrecht gefchilderd, blyken draagen. willem van mieris, die niet alleen in het verbeelden van Vischboertjes, Groenvrouwen, en foortgelyke voorwerpen, maar ook door verhevener onderwerpen uitmuntte, zocht in zyn beelden eene edele tekening met eene uitvoerige fchilderwyze te paaren , 't welk zyn werken zeer bevallig en kostbaar maakt: verfcheide van 's mans heldere en kunftige ftukjes, zyn by de verkooping van het kabinet van wylen Mevrouw de la Court verkogt, en berusten nog by andere liefhebbers. De jonge frans van mieris volgde zynen kunstryken vader willem van mieris in het voorftellen van moderne verbeeldingen , dan zyne groote ervarenheid in de hiftorie- en oudheidkunde, en het vervaardigen van zeer geleerde en voor het vaderland gewigtige werken over die ftoffe, hebben waarfchynlyk hem belet, eenen zo boogen trap van volkomenheid in de fchilderkunst te bereiken, tot welken zyn vader en grootvader geftegen zyn. louis de moni volgde den fmaak van Dou en de Mierisfen, ftellcnde zyn uitvoerige werken met een vrolyk, doch fomtyds war al te verfachtig koloriet voor; terwyl zyn by werken zeer fchoon zyn. m van der mey was minder vloeiend in zyne behandeling, eenigzins plat, en niet genoeg rondende, door het verwaarloozen der regels van licht en fchaduw. s 3 In  142 over den hollandsen smaak In voorwerpen, welken het gemeene leeven of zogenaamde Boereftukjes voorftellen, heeft jaques save re y al vroeg by de opkomst der Hollandfche School zyn kunst betoond; ook de oude heemskerk, jan miense molenaar, doch vooral adriaan* brouwer, welke op eene losfe, geestige en zeer natuurlyke wyze, dronke, vegtende en fpeelende Boeren voorftelde. — Deeze is daarin op eene nog kunftiger wyze nagevolgd door adriaan van ostade, welkers tekening, uitdrukking, koloriet en kunstryk licht en bruin, in onderwerpen van deeze foort, tot eenen hoogen trap van volkomenheid gebragt is. — bega, dusart en berkheiden volgden ook dien fmaak van voorftellingen, terwyl a. diepraam meer den fmaak van Teniers volgde, en egbert heemskerk bragt die tot het carricatur, als uit twee naar zyn fchilderyen gemaakte zwarte-kunsprenten blykt. abtshoven volgde .Teniers, en van arp de beste meesters in deeze foort van onderwerpen. In het Burlesque, of onder de zogenaamde Bambocciades, plaats ik de werken van adriaan van der venne, welken (meest in Chiaroscurd) zinnebeeldige moderne voorftellingen, zeer geestig getekend en gefchilderd heeft, waaronder die, welken hy het onderfchrift al te veel is ongezond;, weeldrige armoede en dergelyken bygevoegd heeft, uitmunten. — Van zyne geestige gedagten kunnen de werken van onzen voornaamen Zeden-dichter J. Cats, en zyn' eigen gedichten, getuigen. — willem delf heeft ook zeer fraaie  in de teken- en s c iiilde r - kun s t. 145 fraaie portraitten van de Princen van Oranje, naar hem, gegraveerd. j. victor, heeft met minder edelheid en ruwere uitvoering dan Jan Steen, ook onderwerpen op eene burlesque wyze voorgefteld. Eenen Diogenes op de markt van Athenen menfchen zoekende, waarop de karakters zeer naïf zyn uitgedrukt, is in myne kleine verzameling; en een ftukje van geestige uitdrukking,, waarop een Jood ringetjes verkoopt, is in Frankryk naar hem gegraveerd. jan steen is een kunftenaar in dit vak, welke myn vaderlandfche School tot eere verftrekt. De Ridder Jofua Reynolds bepaald zyn kunstkarakter, als hy zegt, "ik kan my ligt voorftellen, dat ingeval 4, deezen buitengewoonen man 't geluk was te beurt „ gevallen, om in Italië, in plaats van in Holland, „ geboren te zyn, om in Rome, in plaats van in „ Leiden te leeven, en eenen Michaël Angelo en fy Raphaël, in plaats van Van Goyen en Brouwer, „ tot leermeesters te hebben; en als hy diezeive j, fcherpzinnigheid en diep inzicht, waar mede hy „ de vcrfcheidene karakters en uitdrukking zyner „ gemeene figuuren zo nauwkeurig onderfcheid, tot „ de keuze en de navolging van het verhevene en grootfche had aangewend, eeven zo gelukkig zoude „ geweest zyn, en zyn naam onder de grootfte mees„ ters van Europa pronken zou." O) c dr-- (/) Redevoering over de fchilderacbtige navolging, by de verdeeling der pryzcn op de Koninglyke Schilder-Akademie in Londen, gehouden den io> December 1774.  144 over den hollandsen smaak cornelis troost is de éénige Schilder van de Hollandfche School, dien men kan zeggen dat in den waaren comiquen fmaak, van het burlesque onderfcheiden, heeft uitgemunt. Ik ftel hem tegen den Engelfchen hogarth. Beiden hebben zy de karakters hunner Natiën, in fchilder-ftukken, gelyk Molière de zyne in bly-fpelen, afgebeeld. — Hogarth heeft meer expresfie in zyn karakters, doch was niet zo edel in zyne uitvoering, minder in kragt van licht en bruin, en heeft meer uitfpoorige bedryven en carricatuuren, als Troost, verbeeld: welke minder berispelyke vaderlandfche karakters heeft voorgefteld. Hoe natuurlyk en naïf is zyne voorftelling der Hollandfche kraamkamer en andere zyner fraaie ftukken, welken in prent uitgaan. — Ik wenschte dat Troost zig in alle zyne werken was gelyk geweest, of dat men meer gezorgd had, om alleen zyn beste werken te graveeren. In kaars-, lamp- en andere nagtlichten, heeft dou, mieris, adriaan van der werf, pieter van der werf, vooral schalken, uitgemunt; en onder de laatere meesters, g. j. palthe. De Ridder Reynolds vind, dat de Neêrlandfche School gewoon is, lichten voorteftellen, niet zo als die ons by nagt voorkomen, maar rood, zo als zig de voorwerpen op den dag vertoonen, als die door kaars- of lamplicht befcheenen worden (jï) \ dan hoewel de kragt en (£) Redevoering over den grooten ftyl, op de Koninglyke Schilder-Akadeniïe, den 10 December 1771, gehouden.  in de teken- en schilder-kunst. 145 en de natuur van zon, lamp of dergelyke lichten, zekerlyk niet volkomen kan worden uitgedrukt; zo hebben de Schilders van myn vaderlandfche School, het egter daarin zo ver gebragt als geene natie zig beroemen kan, 't welk uit de van my te vooren aan gevoerde ftukken van deeze foort overvloedig blykt. Roemt Italië, Frankryk en Switzerland op voornaame kunftenaaren, die door craion- en miniatuur* portraitten te fchilderen, uitmunten, wy hebben ook kunftenaaren en kunftenaaresfen, welken daarin veele bekwaamheden getoond hebben, als Vaillant, die in de voorige eeuw veele vastgetekende portraitten heeft vervaardigd, die met zwart en wit kryt op blaauw papier meesterlyk zyn behandeld. engel sam heeft ook fchoone welgetekende portraitten met gekoleurd craion vervaardigd, welke in kragt voor die van pereneau niet behoeven te wyken. c troost is ook wegens zyn craionftukken bekend. In miniatuuren hebben wy h. wolte rs, geb. van pee, door haare werken ook in andere landen bekend. — g. melder, onkruit, juweel, marinkel en anderen, welken zig hier door hebben beroemd gemaakt. In het voorftellen van leevendig en dood gevogelte, roemt myn vaderlandfche School op de ongemeeme en fchoone famenftellingen van m. hondekoeter, wiens vogelftukken zo fyk van vinding, verftandig van fchikking, en zo kragtig van koloriet, als natuurlyk van uitdrukking zyn; en men moet zig over 's mans bekwaamheid, in het verbeelden van T zul-  I46 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK zulke voorwerpen en geringe bywerken, verwonderen. _ bisciiop, bronkhorst, holstein, wyntrak, en victor, hebben ook in deeze foort van onderwerpen uitgemunt: gelyk van aalst, beurs, en ferguson, meest doode vogels verbeeld hebben. In ftukken, die men Stilkevens noemt, en waartoe men keukenftukken, yamtasfen en afbeeldfels van fchryf- of jagtgereedfchappen brengen kan, hebben wy meesters, welken zig daarop byzonder toegelegd, en in het kunftig voorftellen daar van uitgemunt hebben: als de lange pier van Amfterdam, michiel mie reveld, de ring, J. d. de heem, in keU- kenftukken. — kalf, oderkerke (van Nymegen), J. van everdingen, steenwinkel en van der heiden, in yanitasfen. — brisee in comptoir-behoeftens, en leemans in jagtgereedfchappen. — In Stilleevens uit bloemen, vrugten, pragtige vaten, drinkglazen, doode vogels, zeekreeften en dergelyke voorwerpen, faamgefteld, heeft inzonderheid j. d. de heem grooten roem verworven. gelling heeft zelfs zig byzonder toegelegd doode en leevendige visfchen, zeer natuurlyk te verbeelden. In Bloem- en Fruitftukken heeft myn vaderlandfche School kunftenaaren voortgebragt, die daarin boven die van andere Schooien uitmunten, vosmeer en adriaan van utrecht zyn de vroegstbekende kunftenaars in dit deel der kunst. — b. van der ast, ook van Utrecht, fchilderde zyne bloemen en fruiten wel natuurlyk, maar als enkel naar het  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. 147 het leeven gevolgde voorwerpen, zonder kunst van fchikking, of licht en fchaduw. j. davidsz. de heem voorgemeld, vereenigde kunst van fchikking en rykheid van voorwerpen aan zyn vrolyk koloriet, en dun vleiend pengeel, op kostbaare bloem- en vrugttafreelen. fromantjou (die van Gooi Fermantou en Heineken Fermandeau noemt) is in de kunst-hiftorie weinig bekend. Of hy te Nymegen geboren -zy, of daar maar eenigen tyd gewoond hebbe, is my niet gebleeken. Hy was vervolgens Hoffchilder by Frederik Willem den Grooten, Keurvorst van Brandenburg, en fchilderde bloemen, vogelen, en ftilleevens. Van zyne fchilderyen zyn er nog eenigen in de Koninglyke Paleizen. By den kunstlievenden Heer Van Suchtelen, Stads Architect, te Nymegen, berust een fraai bloemftuk van deezen kunftenaar, dat grootsch van fchikking en zeer wel gefchilderd is: 't jaartal 1646 ftaat er op uitgedrukt. willem van aalst is In dit vak een beroemd meester, welke inzonderheid druiven ongemeen dun, fmeltend en zeer natuurlyk verbeeld heeft. — maria van oosterwyk is ook aan buitenlandfche Hoven wegens haare kunftige bloem- en fruitftukken bekend, gelyk haare mede-kunftenaaresfe rachel ruisch, wier keurige bloem- en fruitftukken allerwegen bekend zyn. Zeer fchoone ftukken berustten weleer , van haar in het kabinet van la Court, en thans nog in de gallery van Dusfeldorf, en by den Groothertog van Toscaanen. Den lof van deeze voornaame Bloem- T 2 fchil-  I48 over den hollandsen smaak fchilderesfe, is door de beste Neêrlandfche Dichters verbreid. coenraad roepel is als een voornaam kunftenaar, ook door groote famenitellingen van bloemen , vrugten en pragtige by werken bekend. Dan minder bekend is simon verelst, wien Lairesfe eenen der voornaamfte Bloemfchilders noemt: voor eenigen tyd zyn in Zeeland verfcheide van zyne beste werken verkogt. — abraham minjon is in deezen tak der kunst ook een voornaam meester; hy vercierde zyne famenftellingen met geestige bywerken, en zyne ftukken die in het kabinet van la Court waren, als ook die welken nog te Dusfeldorf zyn, bieden het fchoone in grootfche famenftellingen van geringe voorwerpen, op eene bevallige wyze, aan. herman van der myn heeft ook voortreffelyke bloemftukken gefchilderd, en dezelven met voorwerpen van verheven aart, als antique hoofden, kindertjes enz., vercierd. Het komt my voor, dat zyne ftukken te Dusfeldorf wat hard en niet zo dun gefchilderd zyn, als die van voorgemelde kunftenaaren. Hy verliet dit deel der kunst, en begaf zig aan het fchilderen van hiftorien en portraitten : dan of hy daarin beter geflaagd zy, laat ik aan het oordeel van kenners over. .gerardsanders, die ook als hiftorie- en landfchap- fchilder bekend is, was ook in bloemftukken beroemd (/). JAN (/) Twee bloemftukken zyn onder de nagelaaten werken deezes kunftenaars, te Rotterdam, openbaar verkogt, voor de lom van ƒ 315 guldens.  in de teken- en schilder -kunst. 149 jan van huysum, door de geheele waereld als de grootfte Bloemfchilder bekend, ftreefde zynen vader in de kunst verre voorby. Zyne famenftelling, tekening en uitvoering zyn ongemeen grootsch en fchoon. Dunheid, fmeltenheid en kragt van koloriet, gepaart aan eene zagte overeenftemming, zo in fchikking der voorwerpen als koleuren, verheffen hem boven alle Bloemfchilders. De fchildery-verzamelingen te Casfel, by den Heer van Hetcren in 's Hage, by den Heer Hope te Amfterdam, en twee naar hem in Engeland gemaakte zwarte-kunstplaaten, draagen daar van overvloedige blyken. — Hy heeft ook dat byzondere, dat hy op veele ftukken, zyne bloemen zo wel tegen lichte als donkere gronden geplaatst heeft. herman henstenburg was, gelyk van Huyfum, een uitmuntend bloem-, fruit- en vogel-fchilder, welke voorwerpen door hem, met waterverf, op papier, of perkament, overkunftig verbeeld zyn. — De tekeningen van deeze beide groote meesters, worden voor groote fommen van de kunstbeminnaars gekogt, en verftrekken tot geen geringen roem van de vaderlandfche Schoole. Juffrouw haverman heeft haaren meester Van Huyfum, in het bloem- en fruitfchilderen gevolgd, en is daarin niet ongelukkig geflaagd; als op de verkooping der fchilderyen van den Heer Teftas aan één haarer bloem-tafreelen gebleeken is. In het voorftellen van kruiden en breede planten, met kapellen, (langen, hagedisfen en andere kruipen- T 3 de  150 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK de dieren, tot bevallige famenitellingen gefchikt, en door een fmeltend en natuurlyk koloriet uitvoerig voorgefteld, hebben otto marcelis, la mair (van Nymegen) en byzonder c. b. voet, zig beroemd'gemaakt. — De laatfte ftelde deezen fmaak, ook op groote ftukken, ter bekleeding van zaaien en kamers voor, welke hy met veelerlei vreemde fchoonverwige vogels meer vercierde (m). — Zyn lang begeerd werk over de Torren, word thans met genoegen, door de liefhebbers der Natuurlyke Hiftorie, ontfangen. Twee kunftenaars uit de Hollandfche School, welken in veele deelen der kunst hebben uitgemunt, zyn jan baptista weeninx de oude, en jan weeninx de jonge. Van hen beiden zyn op het keurigst voorgefteld moderne gezelfchappen, Italiaanfche markten, met pragtige antique gebouwen en allerlei foort van menfchen geftoffeerd; zeehavens, portraitten, bloemen, fruiten, vogels, dood en leevendig wild, jagtftukken en dieren-gevegten. — In de gallery te Dusfeldorf zyn zeer fraaie moderne dierftukken, en, op 't Slot te Bensbergen , de geheele gallery van den jongen Weeninx gefchilderd. — Ik merk alleen aan, dat hun beider koloriet in de vleeskoleuren wat koud en zwartachtig in fchaduw en diepfels is. De O») Ik ga hier voorby verfcheide kunftenaars welken zig hebben beroemd gemaakt, door het voorftellen van Infeéten, en dezelven als plaatwerken en Natuurlyke Hiftorien hebben uitgegeeven, waaronder ook de beroemde Juffrouw merian, welke, fchoon geen Hollandfche zynde, egter door den te Utrecht geboornen Bloemfchilder morel in de kunst ouderweezen is, en in Holland eenige haarer werken uitgegeeven heeft.  in de teken- en s c iiil de r'- k u n s t. I5I De wydvermaarde Juffrouw anna maria schuurmans verftrekt ook ten cieraade van onze vaderlandfche Kunstfchoole. — Zy heeft zig zo wel door tekenen, fchilderen, boetfeeren en graveeren, als door haare geleerdheid, beroemd gemaakt Qi). Ook Juffrouw roseé, van Leiden, die fchilderyen door opgeplakte zyde. kunftig heeft nagebootst, en Juffrouw blok, geb. koerten, die door allerleie onderwerpen met de fchaar in papier te fnyden, haaren roem door geheel Europa verbreid heeft, aan welker loftuiting ook de voornaamfte Dichters van haaren tyd hunne kunst befteed hebben. Daar ik, op dit beknopt tafreel, zo onpartydig en gegrond, als ervarenheid en kennis my in ftaat ftellen, de kunstkarakters der meest bekende meesters van de Hollandfche School heb voorgefteld, en by elk der voornaamften van die meesters toonde, wat ■aan hunnen fmaak. ontbrak, dat by andere meesters van andere Schooien . gevonden word, of waarin zy 'boven die uitgemunt hebben; zal ik nog kortelyk overwegen de voornaamfte gefchriften,. welke voor deeze School, als leerboeken, of kunst-hiftorien, gefchreeven zyn. karel van mander, heeft onder den titel van Schilderkonften grond, een leerboek in dichtmaat uit- ge- By den Heer Hoevenaar, in zyne redevoering ter invvying der vernieuwde Kunstfchoole te Utrecht, vind men eene aanwyzing van eenige haarer werken, welken nog in die Stad te zien zyn. — Willem Stetler zegt by Fueszli, dat geen der portraitten, welke hy-gezien heeft, haar geleeken.  ï"52 over den hollandsen smaak gegeeven, 't welk lesfen, regels en voorbeelden bevat, die, hoewel in den onbefchaafden ftyl dier tyden', veel kundigheid en opregtheid vertoonen. — De vernuftige en oordeelkundige uitlegging van Ovidius herfcheppings boek, en zynè leevens-befchryvingen der. antique en moderne Kunst-fchilders, heeft men naa zynen dood in 1604 en 1618, by elkander, onder den titel van groot Schilderboek, uitgegeeven, en 't zelve, vóór eenige jaaren, in eene nieuwe fpelling gebragt, en met afbeeldzels verrykt. De om zyn geleerdheid vermaarde f. junius, heeft al 't geen de ouden over de Schilderkunst gefchreeven hebben, en tot onze kennis gekomen is, by eikanderen verzameld, en in eene zekere order gefchikt; waar door het als een leerboek over de voornaamfte befchouwende deelen der kunst, op-het gevoelen en getuigenis der ouden rustende, kan worden aangemerkt. Dit werk is met een aanpryfings-brief van den grooten Rubens verzeld, en gaat ook in cierlyke uitgaave, in 't Latyn, uit. salomon van hoogstraaten, een Schilder van beroep, en in de dichtkunst niet onervaren, heeft eene inleiding tot de hooge School der Schilderkunst gefchreeven, waarin vernuft, beleezenheid en veel fmaak, voor het theoretifche deel der kunst doorftraalt. — Jammer is 't, dat zyne verkiezing gevallen is op het navolgen van Herodotus, in het verdeden van zyn werk in negen boeken, ieder aan eene der Zanggodinnen toegewyd, waar door veroorzaakt word, dat veele fraaie en nuttige lesfen met zaaken van  ïn de teken- en schilder-kunst. 153 van minder belang vermengd zyn, en het werk een verward voorkomen heeft. — De door hem zelfs daar toe vervaardigde plaaten, zyn, fchoon niet bevallig, aan het oogmerk voldoende. willem beurs heeft ten dienfte zyner leerlingen op gefteld, en vervolgens in druk uitgegeeven, eene eenvoudige onderrigtinge aan de Schilderjeugd, om de groote waereld in het klein natebootfen. Welk werkje verfcheidene zaaken vervat, die tot het leeren van het werktuiglyke deel der kunst van nut kunnen zyn. willem goeree, om zyne groote en vernuftige werken over de Joodfche en Mofaifche oudheden beroemd, heeft ook eene inleiding tot de Schilderkunst gefchreeven, waarin hy den oorfprong, de nuttigheid en de vereischtens om in dezelve uittemunten, kortelyk heeft beredeneerd: waarby gevoegd is, een' uitvoeriger onderrïgting om de tekenkuust te leeren. — En in een byzonder boekdeel, onder den titel van fchilderkundige menschkunde, heeft hy al het zaaklyke byeengebragt, 'tgeen da Vinci, Lomasfo, en Pousfin, over de gedaante, ftanden, werkingen, en Van der Gragt over de fchilderkundige ontleedkunde, aangaande deeze ftoffe, gefchreeven hebben. gerard lairesse heeft een teken- en groot fchilderboek aan 't licht gebragt, naa dat hy van zyn gezigt verftoken was. - Dit boek is als het volkomenst leerboek voor de kunst, dat er in eenige taal bekend is, aan te merken: deszelfs loffpraak is 't voordeelig getuigenis van alle buitenlandfche kunfte- V naars  154 over den hollandsen smaak naars en kunstrichters aan wien 't zelve bekend is. In de Hoogduitfche taal is 't onlangs voor de tweedemaal en beter vertaald, uitgegeeven. — 't Ware te wenfchen, dat by eene vernieuwde uitgaave van dit werk, in de oorfpronglyke taal, door eene bekwaame hand wierden bygevoegd de noodige onderrigtingen in het werktuiglyke der fchilderkunst, ten opzigte der verwen en derzelver gebruik, — dat door den grooten lairesse te oppervlakkig, en voor een leerboek niet nauwkeurig genoeg verhandeld is. De beroemde Kunstfchilder jacob de wit, heeft de al te gedrongene maat in de afmeetinge van het menfchelyk lichaam, door Lairesfe in zyn fchilderboek vertoond, in eene opzettelyke verhandeling over de maat en de verdeeling van volkomen welgeëvenredigde menschbeelden, verbeterd; en met fraaie plaaten, naar zyne tekeningen door Punt gegraveerd, uitgegeeven. De groote taalkenner en kunst-liefhebber lambert ten kate, heeft in de Franfche taal, voor het werk van Richardfon, eene fchoone verhandeling over het beau ideal geplaatst; waarin hy den fmaak der beroemdfte kunftenaars, en de onderfcheidene trappen van volkomenheid, door hen in het denkbeeldig fchoon bereikt, duidelyk zoekt te bepaalen. Het is te verwonderen, dat deeze kundige liefhebber zig in de Hollandfche School, alleen tot Rembrand in de portraitten, en tot Lucas van Leiden, Dou , en Metzu, in het voorftellen van de natuur, bepaald; daar deezen geene Hiftorie-fchilders zynde, in  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. I55 in de overweeging van de navolging der fchoone en denkbeeldige natuur, minder dan Doudyns, de Moor, Lairesfe, Van der Werf, of anderen, te pas komen. wigmana heeft een korte fchets of denkbeeld, om tot eene groote volmaaktheid in de fchilderkunst te geraaken, nagelaaten, waarin verfcheide fraaie lesfen en oordeelkundige gedagten over de fchoonheid der antiquen voorkomen; gevolgd van eene leerzaame befchryving van een der voornaamfte ftukken die de Auéteur gefchilderd heeft. De Heer p. camper heeft van zyne alomberoemde weetenfchap in de natuur en ontleedkunde, der teken- en fchilderkunde, nutte lesfen en gewigtige hulpmiddelen gelieven mede te deelen, door in zyne op de Amfterdamfche Teken-Akademie gehouden redevoeringen, trekken en punten op te geeven, om beeltenisfen van menfchen en dieren volmaakt natebootfen; — welke aangenaame redevoeringen uitgewerkt, en met plaaten verrykt, ik binnen korten, met verlangen, te gemoet zie. Ook heeft de Heer ploos van amstel een vyftal redevoeringen over gewigtige onderwerpen der kunst onlangs uitgegeeven: zo als ook gefchied is door den Heer j. buis, en andere beftuurderen van Amfterdams Teken-Akademie, waar mede die beroemde kunftenaars de nuttige lesfen, die zy der Amfterdamfche fchilder-jeugd hadden voorgedraagen, tot een algemeen onderwys der vaderlandfche Schooien doen verftrekken: terwyl de Heer j. e. van varelen Haarlems kunstkweekelingen, en allen die zig der kunst toewyen, tot eene V 2 be-  I56 over. den hollandsen smaak betaamlyke eerzugt heeft opgewekt in eene welfpreekende redevoering op de Hooge School der Tekenkunde te Haarlem uitgefproken den iüeu September, 1784, en vervolgens door den druk gemeen gemaakt» Voor de liefhebbers der Schilderkunst met waterverf, en die met pastel of craion, is eene verhandeling te Amfterdam 175Q, door P. J. Verly uitgegee* ven ; welke met verfcheide nuttige onderrigtingen, uit 't werkje van g. c. gunther, Pastel-fchilder en Kunst-graveerder te Nurnberg vermeerderd zyn.de een vry volledig leerboekje zou uitmaaken (0). De gronden der tekenkunst in plaaten, tot voor1 beelden om naar te tekenen, in een leerboek verzameld, zyn door g. hoet, maar ongelyk beter door a. bloemaart uitgegeeven; wiens bekend tekenhoek door zynen zoon C. Bloemaart kunftig gegraveerd is; en waar van de origineele uitgaave byzonder fchoon is. — De kunstlievende pleitbezorger j. de bisschop, heeft ten dien einde ook de be* roemdfte antique ftandbeelden, naar de tekeningen van de beste meesters in 't koper gebragt, en onder den titel van Signorum Veterum Icones, met eene leerzaame toeëigening aan den Heer Conftantyn Huygens, uitgegeeven; doch welkers tekening niet gelyk is aan de fchoone aftekening die h. goltius naar den antiquen Apollo gegraveerd heeft. De (J) De fchriften, de kunst betreffende, van den Heer hertsterhuis, beb ik 't geluk niet gehad te zien, naardien ik vernomen heb, dat dezelven staaf als prefent-exemplawen zouden uitgegeeven zyn»  2n de teken- en schilder-kun3t. 157 De weetenfchappen, welker beoefFening niet alleen voor Tekenaars en Schilders van de grootfte noodzaaklykheid zyn, maar zonder welken men over de fchoonheid of flegtheid van een teken- of fchilderftuk niet gegrond kan oordeelen, zyn i.) de Schilderkundige Anatomie, of die kennis van de in- en uitwendige deelen van 's menfchen lichaam, welken deszelfs uiterlyke gedaante in ftanden en werkingen bepaalen, door Van der Gragt, met de bygevoegde plaaten naar Vefalius, voorgefteld. — Het welk ook door den Heer Ploos van Am/lel, in eene beknoptere befchryving, met fraaie plaaten, nog onlangs is gefchied. 2.) De Doorzigtkunde, waar door hondius zig al in 't begin der voorige eeuw aan de Hollandfche School heeft verpligt gemaakt, doch welke daarin door Bosboom verre is overtroffen; wiens werk diepzinnige en ongemeene voorftellen en ophelderingen, over de doorzichtkundige uitvindingen vanden Franfchen Defargues en Bosfé bevat, maar door eene onduidelyke voordragt en veele herhaalingen van de nuttigheid beroofd is, die het anders hebben zoude. *-* j. c. Philips heeft in klaarheid van voorftel en eenvoudigheid der regels bosboom overtroffen; terwyl de Heer de vlaming deeze weetenfchap uit de driehoeks-meeting heeft afgeleid. — Des alleen nog overblyft, een middel uittedenken om op eene eenvoudiger wyze, zonder grondplan, doorzichtkundige voorftellingen te tekenen: 't welk de Heer lambert door een perjpe-cthifche proportionaal pasfer heeft gepoogd daar te V 3 ftel-  I58 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK ftellen, in een Hoogduitsch werkje, daartoe uitgegeeven (ƒ>). De kunsthiftorie, of de leevensbefchryving der voornaamfte kunftenaaren van de Hollandfche School, heeft karel van mander 't eerst, zo ver die tot zynen tyd reikte, befchreeven. — Hy geeft een omftandig berigt van hun leeven en werken, zonder zo veele zaaken die tot zyn oogmerk niet regtftreeks dienen, als Houbraken, er in te mengen. — Men zou alleen de inleiding voor iedere leevensbefchryving (waarin hem Fueszli fchynt gevolgd te hebben) kunnen misfen, en by de voornaamfte meesters eene bepaaldere vastftelling hunner kunstkarakters begeeren. houbraken, wiens opregtheid en kundigheid bekend is, heeft dat voornaame oogmerk eener leevensbefchryving veeltyds verzuimd, en dit is ook door Van Gooi byna geheel niet waargenomen. Behalven de aanmerkingen die hoet op zyn fchouwburg gemaakt heeft, moet men erkennen, dat zyn leevensbefchryvingen enkel bydraagen, of memorien zyn. — weyerman, die Houbrakens werk in eenen burlesquen ftyl heeft overgegooten, heeft geen gezag, als in die leevens, welken hy befchreeven heeft, en by geene anderen te vinden zyn. — Houbraken, Van Gooi en Weyerman, zyn ook niet bezorgd geweest, om in hunne werken, de Schilders, die tot de Ne- der- (/>) Die werken, welken over deeze weetenfehap meer als wiskundige verhandelingen, en niet zo opzettelyk voor de Schilders, gefchreeven zyn, heb ik hier niet in aanmerking genomen.  in de teken- en schilder-kunst. I59 derhmdfche School behooren, te onderfcheiden van die welke van andere Schooien zyn, hebbende zy, onder den titel van Neêrlandfche Kunstfchilders, Franfche, Switzerfche, Duitfche en andere kunftenaars geplaatst. Tot veel nut in het beftemmen der kunstkarakters, kunnen ook dienen de berigten van den Heer ploos van amstel, welken zyne plaattekeningen naar de beste Hollandfche meesters verzeilen; en tot nauwkeuriger berigt van den leeftyd van verfcheide Utrechtfche Schilders, de redevoering door den Heer hoevenaar te Utrecht gehouden, en met aantekeningen LÜtgegeeven. De cataloguen en befchryvingen van de voornaamfte publieke fchilderwerken in 't vaderland, hebben ook veel nuttigheid in het voorftellen en bekend maken der voornaamfte werken van de Hollandfche School. — Die van het Stadhuis van Amfterdam, van de Oranjezaal, van zyn Hoogheids kabinet en van verfcheide particuliere kabinetten, zyn door van dyk, hoet, terwesten en andere uitgegeeven. — De verkooplysten van fchilderyen met de pryzen, federt meer dan een' eeuw in de Nederlanden verkogt, zyn door de Heeren hoet en terwesten uitgegeeven, en zullen hoop ik vervolgd worden. — Verfcheide plaatwerken heeft men ook, die naar beroemde meesterftukken in ons vaderland vervaardigd zyn, als die op het Stadhuis van Amfterdam, door Quellinus, van de Raadkamer van 't Hof in 's Hage, door Verkolje naar Lairesfe getekend, en veele anderen meer. Bui-  160 OVER, DEN HOLLANDSEN SMAAK Buitenlandfche Auéteuren hebben zig ook toegelegd, om de leevensbefchryvingen en de werken van de knnftenaaren van de Hollandfche School te befchryven; als J. Sandrart, de Piles, Felibien, d'Argenyitie, Hagedom, le Comte, Des Camp, Oestenreich, Heineken en anderen. Zo dat men uit 't groot getal van in veeïe deelen der kunst, boven andere Schooien uitmuntende kunftenaaren, een goed aantal van nuttige leerboeken, en uit 't belang dat kunstrichters van andere Natiën ftellen, in het befchryven van de kunftenaars en de werken van de Hollandfche School; reeds in het voorbygaan heeft kunnen opmaaken, den rang, die deeze School, als eene voornaame onder de andere Kunstfchoolen in Europa beweeren kan, 't geen ik in de volgende afdeeling nader zal bepaalen. DER-  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. l6l DERDE AFDEELING. Vergelyking van de bekendfle werken der beste meesters van de Hollandfche School, tegen die van andere Schooien, en bepaaling van den fmaak en trap der volkomenheid van die School 9 in de Schilderkunst. Ik heb in de eerfte afdeeling het waare weezen der kunst en haare vereifchtens, om de verhevene en fchoone natuur natebootfen, verklaard, en daarby getoond, dat deeze vereifchtens, in alle foort van onderwerpen kunnen en moeten plaats hebben; — en in de tweede afdeeling heb ik doen blyken, dat de Hollandfche School eenen nationaalen fmaak heeft, en, fchoon niet in de verhevenfte deelen der kunst de Italiaanfche of Franfche Schooien evenaard, egter, in fommige deelen, die, en in alle deelen, de meesten der andere Schooien overtreft. Nu zal ik, in deeze afdeeling, tot nadere overtuiging, door eene onpartydige vergelyking dit ophelde- X ren,  l62 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK ren, met voorbeelden, genomen uit bekende werken van onze beste meesters en van die van andere Schooien, en door die te toetien, aan de vastgeitelde regels en vereifchtens der kunst. De bepaalde en plaatfelyke befchryving van eenige ftukken der voornaamfte meesters, en de vergelyking daar van tegen eenige ftukken van meesters van andere Schooien, zoude tot dat einde van weinig nut zyn, naardien enkele ftukken 't.kunstkarakter noch den trap der bekwaamheid van een meester of School bepaalen kunnen. — Fueszli, wiens kundigheid en opregtheid hem tot een bevoegd rechter over Rembrand maak en, befchryft en beoordeelt een ftuk van Rembrand, dat ik hier voor heb aangehaald, als een meesterftuk, dat het werk van Rubens, dat er naast hangt, overtreft. Zoude men nu daar uit mogen befluiten, dat Rembrand, Rubens heeft overtroffen?— Men kan ook 't gevoelen van Lairesfe niet geheel verwerpen, als hy oordeelt, dat een Schilder van genoegzaame bekwaamheid in de befchouwende en beoeffenende deelen der kunst, zig niet ontziende, alle moeite en 'vlyt aan te wenden, zou kunnen flaagen in het opzet, om een ftuk zo volmaakt als er in die foort, of dat opzigt, voorhanden was, voorttebrengen> _ doch dit zoude dien Schilder dan egter nog niet boven zyne gewoone verdienften in de kunst, buiten dit enkele ftuk verheffen. Men moet dan eiken kunftenaar en elke School in zyn en haar geheel befchouwen, en de vergelykingen en  I N DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. IÓ3 en beoordeelingen daar van uit hunne byzondere werken bevestigen, die duidelyk en nuttig maaken. Den finaak voor de verhevenfte deelen der kunst, de Hiftorifche Voorftellingen in groote en uitgebreide famenftellingen , waartoe de gewigtigfte en grootfte vereifchtens gevorderd worden, kan men onze Natie niet toekennen: — Naar maate van ons vermogen, zyn wy, in vergelyking van andere landen, fchaars van zulke werken bedeeld. — Op 't Stadhuis van Amfterdam, de kamers in den Haag en 't Huis de Oranjezaal, zyn de voornaamfte openbaare werken der kunst, die wy in ons land bezitten, — en dit is niet te vergelyken by 't Vaticaan te Rome, noch by Verfailles, de Louvre of Luxemburg in Frankryk. Ik zwy* ge nog van kerken en byzondere paleizen in die landen. De fchoone gefchilderde kerkglaazen van Gouda en in eenige kerken te Amfterdam, en op andere plaatfen, kunnen (fchoon men er ook in Italië en Frankryk heeft, die fraai zyn) niet op weegen , tegen de fchoonheid, duurzaamheid en nuttigheid der Romeinfche en Florentynfche Mozaïeke werken. Dan op een minder gedeelte der kunst, op Afbeeldfelftukken kan onze natie roemen: er is byna geene Stad in Holland van eenig aanbelang, waar niet verfcheide zeer aanzienlyke portraitftukken, op Doelens, Gildekamers, Godshuizen, Munt- of Raadhuizen te zien zyn; en waaronder die te Dordrecht, Haarlem, Leiden en 's Gravenhagen uitmunten. — Schoon Florence boogt op de verzameling der afbeeldfels van alle de beroemdfte Schilders van Europa: wy roeX 2 men,  164 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK men, dat daarin veele afbeeldfels van Hollandfche Schilders te vinden zyn, en er zelfs van die, voorde besten in de verzameling gehouden worden. Als voornaame meesters van de Hollandfche School, die in de gewigtigfte deelen der kunst hebben uitgemunt, zyn te achten Lairesfe, Van der Werf en de Wit. — En daar het, in de voorige afdeelingen gebleeken is, dat onder alle Schooien de Italiaanfche, en daarin de Romeinfche, en in dezelve weer Raphaël, in de verhevenfte deelen der kunst de grootfte volkomenheid bereikt heeft, zo volgt, dat wy de beste meesters onzer School met dat doorluchtig voorbeeld 't eerst moeten vergelyken. Als een voornaam werk van Lairesfe is zyn Stratonice, die Winkelman befchreeven heeft, aan te merken: maar hoe veel rykheid van gedagten en meesterlyke uitvoering daarin doorftraald, kan dezelve in geen vergelyking komen met de verheerlyking van Raphaël: Tekening, uitdrukking, noch eenvoudige voorftelling van het fchoone, zyn aan dezelve gelyk. Lairesfe nog leevende, zoude zig zelfs deeze vergelyking onttrekken: zyn vrolyk koloriet en blinkende pragt, mag op eenen afftand 't oog trekken en bekooren, maar van naby zou zig een kenner over Raphaël verwonderen en daar door Lairesfe vergeeten. Van der Werfs voornaamfte ftukken Zyn te Dusfeldorf, en in een genoegzaam'getal, om daaruit zyn kunstkarakter te kunnen opmaaken: de Graflegging is één der fchoonfte fchilderyen ten aanzien van de lamenfteliing, drapery en uitdrukking, en de kruis- draa-  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. l6$ draaging in opzicht van het koloriet, van alle de ftukken die daar van hem zyn. De tekening zyner naakten is wel niet enkel de natuur, zo als die zig vertoont, gevolgd, hy bezit daarin egter die kragt, noch die uitdrukking, welke zelfs by fommige meesters van de Hollandfche School gevonden word; en dit blykt duidelyk aan zyne leevensgroote Maria Magdalena, ook in verfcheide ftukken, als de Geboorte, en vooral de Geesfeling van Christus, waarin de tekening en uitdrukking zeJfs niet aan zyn andere werken gelyk is. — In de uitvinding en famenftelling is hy ook beneden Lairesfe te ftellen, men moet zyne mindere bekwaamheid in dit gedeelte ook eenigzins vermoeden uit de weinige tekeningen en fchétfèn die er van hem voorhanden zyn, en den Heer Oestenreich toeftemmen, "que Rubens a fouvent fait en une „ femaine, des morceaux plus beaux & plus accomplis r „ que nauroit pu faire le Chevalier van der Werf en „ toute une annèe." Verfcheide ftukken waarin hy Rubens geheel nagevolgd heeft, zyn er ook van hem voorhanden; en zyne voortbrengfelen kan men aanmerken, als vlytige en werktuigelyke navolgingen van de fchoonheden en geestryke werken van andere meesters; des men hem by Raphaël niet kan in vergelyking brengen. Jacob de Wit heeft in de Hollandfche School, in. het voortbrengen van groote famenftellingen uitgemunt; dan men kan zyne voorftelling van Mofes en de Oudften, op 't Stadhuis van Amfterdam niet gelyk ftellen aan de Atheenfche School van Raphaël, of X 3 zy-  l66 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK zyne Zolderftukken aan die van Correggio in den Dom te Panna, of den Zangberg van Mengs in het Paleis van Albani te Rome. Zoude men verder Lucas van Leiden met Da Vinci? — M. van Heemskerk met Michaël Angelo? — Blokland met Julio Romano? of Cornelis van Haarlem met Andries Del Sarto kunnen gelyk ftellen? — of Goltius met Parmens? — L. Bramer met Caravaggio? — Lastman met Volterra? Rembrand in Hiftorieftukken met Titiaan? — Jan Lievens met Lanfranc? — Ferdinand Bol met Sachi? — Govard Flink met Guido ? — Van Tulden met Barotius ? — Doudyns met Carlo Maratti? — De Moor met Carrats? — Schalken met Correggio? Hoet met Dolci? Houbraken met Guercino? — Verkolje met Dominiquin? — Terwesten met Veronees? — Ik meene dat kenners, met my, den voorrang der Italiaanfche School in Hiitorieftukken van grooten omtrek erkennen zullen. Dan ik ga tot de hoofdvereifchtens der kunst over. In de uitvinding en fchikking van verhevene en aan het waare doeleinde der kunst beandwoordende voorwerpen, heeft de Hollandfche School die volkomendheid niet bereikt als de Romeinfche, Lombardyfche en Franfche Schooien. Om hier van overtuigd te zyn, lette men flegts op de aanpryzingen van onze beste meesters, om de werken van die Schooien als modellen en voorbeelden natevolgen. „ Befchouw eens" zegt Lairesfe, Gr. Schilderboek, bladz. 138 "het vrouwtje aan de put, van Carrats; „ Si-  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. l6? „ Simon den Tovenaar van Raphaël; Judith, Zeba, „ Hefter en David, van Dominiquin; Hefter en „ Ahazuerus van Pousfin. Beziet 't fchoone ftuk van „ Le Brun, de dood van den H. Stephanus verbeel„ etende; hoe wonderlyk kragtig, deftig, natuurlyk „ en beknopt hy deeze dingen gefchikt heeft!" en befchouwt men de ftukken van Lairesfe in de kamer van 't Hof van Holland en Zeeland, de ftukken van Van der Werf te Dusfeldorf, of het ftraksgemelde ftuk van de Wit, zyn die ten deezen opzichten te vergelyken aan de werken van Raphaël in het Vaticaan? aan de zeven Sacramenten van Pousfin? met de veldflagen van Alexander door Le Brun? met de Zaal van Julio Romano in het Paleis de T by Mantua? of.met de Hemelvaart van Mengs te Dresden? Men zal dit uit de prenten naar die ftukken gemaklyk kunnen opmaaken. De tekening; dit gewigtig deel der kunst, door Raphaël zo na aan de volkomenheid der Antiquen bezeten, volgens het eigen getuigenis van Lairesfe, welke deezen meester by alle gelegenheden, byzonder in dit deel, ter navolging voorftelt: hy noemt hem, Gr. Schilderboek, bladz. 79, Raphaël den Doorluchtige n; bladz. 175, den Prins der Italiaanfche Schilders in 't Antique; en bladz. 57 zegt hy, dat Raphaël, Pousfin, Dominiquin en Barotius, ongemeene deftigheid en grootschheid in hunne beelden vertoonen; S. van Hoogftraaten zegt, in zyne inleiding tot de Plooge School der Schilderkunst, bladz. 291, "Schoon de alverdervende „ tyd aireede het beroemde werk in Maria de la Place „ voor  168 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK „ voor onze oogen verborgen heeft, zo heeft ze „ nochtans, als uit medelyden, de welfzels in 't Pa„ leis van Gigi, voor de jeugd gefpaard. Hier fpie„ geit de fchoonheid der Griekfche Gratiën, en de „ Lynceus uit Belvideer in den Raphaëlfchen Hemel. „ Men moet in deeze ftukken zoeken de Griekfche „ Statuën in den bevalligen Raphaël; de fchoonheid „ zonder pronk en een fpiegel van de opregte oud„ heid." Men vind in de beelden van De Lairesfe, van Van der Werf, noch van anderen onzer voornaame meesters, die edele en fchoone tekening noch uitdrukking van het groote, fchoone eh bevallige, dat wy zo zeer bewonderen in de Antique Standbeelden, als in den Hercules, Laocoon, Apollo, Venus, Niobe, Flora en anderen, en die daarom als de beste modellen van fchoonheid en fmaak in de tekening en uitdrukking aanmerken: — noch die uitgezogte en keurige navolging van de Natuur aan de fchoonheid der Antiquen gepaart, als door Raphaël, Michaël Angelo, Carrats, Guido Reni en Barotius gefchied is, en hen, die dat fpoor weer best gevolgd zyn, als Pousfin, Coypel en van Loo, uit de Franfche School. Om dit te bewyzen, heb ik maar eenige ftukken te kiezen: — het zeer fchoon getekende St. Johannesbeeld van Raphaël te Dusfeldorf, waaraan ik naa eene nauwkeurige befchouwing geen enkelde trek heb kunnen ontdekken, welke niet iets toebragt tot de fchoonheid van het geheel: zyn Galathé, zyn Heilige Familie in 't kabinet van den Koning van Frankryk, en  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. 169 en de beste prenten van Mare. Antoon naar Raphaël gefneeden. Het laatfte Oordeel van Michaël Angelo, de Gallery van Farnefe door Carats, de hemelfche uitdrukking door Guido Reni in zyn ten hemelvaarende Maria gebragt, den yEneas van Barotius, door Carats gefneeden, en de werken van de bovengemelde Franfche meesters ; vergeleek en, 't zy in prent, 't zy in fchildery, tegen de werken van onze beste meesters, zullen daar van eenen ieder overtuigen. Onder de tekening verfta ik ook de plooien der kleederen en de drapery in 't algemeen. In het koloriet, in zo verre men daar door de naauwkeurige navolging en voorftelling van de natuurlyke koleuren der voorwerpen, en de harmonie in dezelven verftaat, behoeft onze School voor geene andere te wyken, maar overtreft daarin verre de meesten. Dan als men daarby vordert die kunftige verhooging en kragtige onderfteuning van verfcheidene tinten, ter bereiking van 't denkbeeldig fchoon en grootfche uitdrukking in dit deel der kunst, vooral by groote werken; dan overtreft Dolci, Schalken; Titiaan, Rembrand; en Rubens, Van Tulden. — In licht en fchaduw, en bevallige refleétien, is de Nagt van Correggio te Dresden, zyne werken in den Dom te Parma, en de Heilige Familie van Andries Del Sarto, te Dusfeldorf, door onze beste meesters niet geëvenaard. Doch wy overtreffen daarin evenwel de Franfche en andere Schooien, vooral in kleine of kabinetftukken. 't Landfchap in den verhevenen ftyl, is door Pousfin Y in  I70 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK in Schilderyen, door Lairesfe in gefchrift,voorgefteld, en door Moucheron, Rademaker, De Heus, Van Huyfurn en anderen, gevolgd, zo op tekeningen als Schilderyen; waarin zy zo wel als Both, Asfelyn, Everdingen, en anderen, Pousfin, door eene naauwkeuriger voorftelling, fmeltender en bevalliger koloriet van de byzondere voorwerpen, als boomen, luchten en gronden, en kunftiger uitvoering, overtreffen; evenwel ontbreeken hun die edele gedagten van Pousfin, welke ook in dit deel der kunst, zo wel voor het verftand als voor het oog, geen enkelde figuur daarftelt, die in zyne landfchappen onbeduidend of nutteloos zyn zoude. Ik zal hier van twee voorbeelden opgeeven, waar van ik de prenten heb voor my leggen. 't Eerfte is onder den naam van Arkadïa bekend. In een fchoon en bevallig landfchap ziet men de graftombe van eene jonge fchoonheid, geftorven in den bloei der jaaren: haare beeldtenis legt op den graffteen uitgehouwen, waarop de woorden et in arcadia ego, aan twee jongelingen en twee meisjes, met bloemen vercierd, oplettende en medelydende overweegingen doen maaken. Zy fchynen dit voorwerp zeer onverwagts te ontmoeten: de uitdrukking en de ftanden der beelden zyn zo voortreflyk, dat 't is als of men hun over den vroegen dood deezer fchoonheid en over de wisfelvalligheid van het leeven hoord redenkavelen. Het tweede is het lyk van den deugdfaamen Phocion, uit Athenen gedraagen, en het gezicht op die Stad  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. l?t Stad en omliggende gewesten; dat als een fchoon en uit grootfche partyen faamgefteld landfchap uitmaakt. De begraafnis ziet men op eenen landweg, aan welkers zyden eenige groote fteenen de overblyffelen van een pragtig gebouw vertoonen; aan de regterhand ziet men, door eenige boomen de Stad, en ter linker maakt een befchaduwde heuvel een fchoon contrast. Twee mannen draagen het lyk, waarover een kleed geworpen is, waaraan men de gedaante van het verftyfde lichaam nog onderkennen kan. Deeze draagers maaken met het lyk de hoofdgroep van den voorgrond, en eene kunftig vereenigde menigvuldigheid ; daaragter ziet men een groen veld en eenen landweg, beide geftoffeerd met een herder, fchaapen, vragtwagen, rustende en fpeelende menfchen, en een Ruiter op volle galop ; verder een grafteken by een helder water, dat den vloed Ilisfus verbeeld: waar over men de Stad Athenen tegen een hoogte gelegen, befchouwt; waarin tempels, gedenkzuilen, paleizen en heilige wouden een' aangenaame verfchei, denheid vereenigen. Waarfchynlyk heeft het Atheenfche volk, op den dag van Phocions uitvaart, zig in vrolykheid en feestgebaar uitgelaaten, en Pousfin daarom by de Stad eenen plegtigen omgang en optogt, ter eere van hunne Goden, verbeeld: het Slot Acropolis ziet men agter de Stad, aan het hangen van een berg, leggen: de naast aan de Stad gelegen velden hebben eene bebouwde gedaante, aan groote Steden eigen, doch verder in 't verfchiet heerscht een wilde fchoonheid, die met de befchryving van Attka, Y 2 als  172 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK als een ruw, woest en onvrugtbaar land, overeenftemt In Zeehavens heeft Vernet boven onze School uitgemunt, in de grootsheid der voorwerpen, door hem van de Italiaanfche en Middelandfche zeehavens ontleend; in zyne in den fmaak van Carats wel getekende beelden, en in de verhevene famenftelling en verftandige fchikking derzelven; hebbende hy zorgvuldig gemyd zyne ftukken met te veel figuuren te overlaaden. Waarin hy weer van onze beste Zee- en Zeehaven-fchilders is overtroffen, heb ik in de voorige afdeeling aangeweezen. In moderne voorftellingen heeft onze School boven alle Schooien uitgemunt, alle vereifchtens tot een volkomene fchildery, geen verheven onderwerp verbeeldende, vind men by Dou, Mieris, Metzu, Terburg, Netfcher, en anderen. Dan daar myne Vaderlandfche kunsthelden in dit deel der kunst zo zeer uitmunten, was het te wenfehen, dat zy in de keus hunner onderwerpen meer bezorgd geweest waren, om niet alleen 't oog maar ook 't hart, 't zedelyk gevoel, te behaagen; het welk in veele ftukken door den Franfchen Greufe en den Engelfchen Weft gefchied is. Hadden zy aan de verhevene en fchoone onderwerpen gedagt, die de Vaderlandfche gefchiedenisfen opleveren, daarin zoude hunne bekwaame kunstgeest treffende toneelen gevonden hebben, niet minder fchoon en verheven dan de dood van Wolf, door West, Calas, door Chodowiecky, of Abelard en Heloïfe door Angelica Kaufman voorgefteld. Als men de portraitten als getrouwe afbeeldingen en  in de teken- en schilder-kunst. 173 en nauwkeurige uitdrukkingen van de gedaante en houding der perfoonen, in die dragten en met die by werken, als de tyd en de ftand zulks vorderen, aanmerkt, en in welken opzichte men de portraitten als leerzaame gefchiedboeken tot de kennis van de gewoontens en dragten befchouwen kan; dan hebben de voornaame meesters der Hollandfche School in dit deel der kunst groote talenten bezeten. Dan, als men by de natuurlyke gelykenis, eenen grootfchen en verheven ftand, zo in geftalte, als kleeding, vordert, zou men wenfchen kunnen, dat onze School by haare getrouwe navolging, den grootfchen zwier van Rigaud en Largilliere, en de bevallige voorftelling van Reynolds voegde. In de overige takken der kunst als Boeren-ftukjes, of Bambochaden, Burlesque of Comique onderwerpen, Batailles, Beesten-ftukken, Land- en Water-gezichten, Vogels, dood en leevendig Wild, Keuken ftukken, Stilleevens, Bloemen en Fruiten, heeft, gelyk ik in de voorige afdeeling toonde, myn vaderlandfche School boven allen uitgemunt; weshalven ik hier toe geen vergelykingen nodig hebbe. Daar het uit de gefchetfte kunstkarakters en de werken der meesteren uit de onderfcheide Schooien, en de nadere vergelykingen, gebleeken is, dat de Italiaanfche School, in de meeste, en de Franfche Schoor in eenige deelen der kunst, de Hollandfche School overtreft; zo blykt de ongegrondheid der verheffing, op eenen al te partydigen yver voor de eere onzer Schoole gegrond, door den Heer rhynvisch Y 3 fe1th  T74 over den hollandsen smaak feith , in zyne Verhandeling over 't Heldendicht, in eene aantekening onder bladz. 5 overgenomen, "als „ of de Italiaanfche kunftenaars niet konden dan mo„ dellen der oudheid affcbetfen, niet dan met eene „ flaaffche opmerkzaamheid de overblyfzels van het „ oude Rome nabootfen. — de Franfche niet dan „ valfche ideaalen, de gedaante voor het lichaam af„ tebeelden; terwyl de Nederlanders de natuur vol„ komen wisten te fchildejen, en die alleen waare „ Schilders hebben voortgebragt; en de Franfchen „ en Engelfchen zig niet fchaamen onze Schilders „ en Tekenaars natevolgen." Maar aan de andere zyde, daar 't ook gebleeken is, dat onze School verfcheide kunftenaars heeft voortgebragt, welke zig toegelegd hebben, om het ongemeene, het groote en fchoone, ook door hiftorifche en verhevene onderwerpen, voorteftellen; zo vervalt de bitfe en partydige aanmerking, die de anders kundige Reynolds, in eene redevoering over den grooten ftyl te Londen in 1771, gehouden, op de Hollandfche School gemaakt heeft; waarin hy hoofdzaaklyk zegt, "dat de Neêrlandfche Schilders in hun„ ne foort, voortreflyk zyn, maar dat zy zig belag„ lykmaaken, wanneer zy eene algemeene gefchiede„ nis op hunne eigen' bepaalde grondftellingen bou„ wen willen, en groote voorftellingen uit de laag„ heid van hun karakter afleiden." 't Is, naar myne gedagten, klaar gebleeken, dat de Nederlandfche School over 't algemeen de Engelfche verre over-< treft, en dat de Engelfche School alleen, om eenige voor-  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. I75 voornaame kunftenaars, in aanmerking komt, en thans nog als in haare geboorte is. De vernuftige gezegdens van Reynolds zeiven heb ik daar toe ten bewyze bygebragt. Uit de rangfchikking, waartoe ik de Schilders van de Vaderlandfche School gebragt hebbe, is ook duidelyk te zien, dat de Franfche kunstrichter de Abt Du Bos en anderen, door partydigheid voor hunne Natie, of door gebrek aan kundigheid van den toeftand der kunst in ons land, de Hollandfche School te onregt befchuldigen, als. of wy geene andere kunftenaaren bezaten, dan die welken zig toeleiden, om de veragtelykfte en laagfte bezigheden van 't gemeenfte foort der menfchen, voorteftellen, en kunftig na te fchilderen. Nu zal 't niet moeilyk zyn om op de gelegde gronden vastteftellen en duidelyk te bepaalen den waaren Nationaalen fmaak van de Hollandfche School in de Schilder- en Teken-kunst, die, ten aanzien van de keuze der onderwerpen, in welken natevolgen zy zig geoeffend heeft, blykt te zyn de voorftelling van allerleie voorwerpen uit de natuur, en in alle deelen der kunst, zo verre die onder 't bereik der navolging vallen kunnen ; en , ten aanzien van de wyze, op welke zy de fchoone en verhevene natuur hebben zoeken voorteftellen, blykt, dat zy daartoe eene nauwkeurige tekening en uitdrukking, zo verre dezelve uit de fchoonfte natuur, zonder het denkbeeldig fchoon der Antiquen, kan verkreegen worden, met een allernatuurlykst koloriet, licht en bruin, gepaard  176 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK paard aan de kunftigfte uitvoering, en de volkomenheid van het werktuiglyke der kunst, bezit: en ten aanzien van den trap der volkomenheid, welke zy in beide die opzichten bereikt heeft, is gebleeken, dat de fmaak der Italiaanfche Schooien, den onzen in de meeste deelen, en de Franfche, in zommige deelen, overtreft; doch dat de onze boven den Duitfchen, den Zwitzerfchen, en den Engelfchen fmaak, in de voornaamfte vereifchtens der kunst, verheven is, als men flegts eenige nog leevende meesters uitzondere, waarover ik my niet breeder heb kunnen uitlaaten, om dat ik, volgens myn plan, tegen dezelven geene nog leevende meesters van de Hollandfche School heb kunnen vergelyken. VIER-  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. 177 VIERDE AFDEELING. In hoe verre de nationaale fmaak van de HoU landfche School, door het befludeeren van het Antique, en de werken der kunftenaars van andere Schooien, zoude kunnen verbeterd worden; met de daar toe (myns oordeels) gepaste middelen. Dat myn Vaderlandfche Kunstfchool ooit dat toppunt van volmaaktheid, als de Italiaanfche en Franfche Schooien, vooral in groote en uitgebreide famenftellingen, bereiken zal, wordt van my hartelyker gewènscht, dan vertrouwd. De redenen, welken my hier aan doen wanhoopen, zyn: het voordeel dat de kunftenaars van die Schooien boven de onze hebben, in het bezitten der Antique werken, die dagelyks van hen kunnen beftudeerd worden. — Het bezitten van zo veele andere kunstwerken, die op de Schilderkunst eenen merkelyken invloed hebben, als in de Bouw- Beeldhouw- en an- Z - de-  OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK dere kunften. — De kragtige onderfteuning, welke de kunftenaaren by andere Natiën genieten, waarvan de Franfche Akademie te Rome, door den Koning onderhouden, een voorbeeld is; en de eer welken de verdienftige kunftenaars in die landen ontfangen, als uit het tweede deel deezer verhandeling veelmaal gebleeken is: hebbende zelfs de laatst overleedene Roomsch-Keizerin- Koningin, in haare Nederlanden, by openbaare acte, den Adelftand tot het beoeffenen der fchoone kunften, als eene hoofdbezigheid, aangemoedigt (cf), daar, in ons land, het oefenen der Schilderkunst, op veele plaatzen, als een niet voordeelig handwerk word aangemerkt. — De grootheid en meerdere volkomenheid der voorwerpen in de natuur, als bergen, rotfen, watervallen, enz. — Het karakter der Natie, dit heeft toch eenen merkelyken invloed op de kunst; men weet dat ieder inwoonder van Rome, Napels of Florence, eenigen aangebooren fmaak voor de fchoone kunften bezit; en fchoon ik met den Heer Van Alphen (f) niet zegge, dat de fchoonheid in het denkbeeld des befchouwers, en niet in het voorwerp zelve zyn zoude, moet men egter, om van de fchoonheid eener zaak of fchilder- ftuk In een placaat van den 2often April 1773, waarin haare Majefteit ordonneert, dat om de Vrye Kunften te Brusiel en elders te bevorderen, de Schilder-, Beeldhouw-, Graveer- en Bouwkunften geenen afbreuk zullen doen aan den Adeldom, dat een iegelyk, zelfs een Edelman, die kunften vryelyk zal mogen oefenen en zyne werken verkoopen, zonder verpligt te zyn 011 zig in eenige Gilden, Corpfen, of Gemeenfchappen, te laaten infchryven» enz. Zie Europ, Staats-Secretaris van April 1773. (j) Riedel en van Alpben, Theorie der Schoone Kunften»  IN DE TEKEN- EN SCHILDER -KUNST. 179 ftuk wel te kunnen oordeelen, eenigen fmaak en kundigheid van de voorgeftelde zaak of fchildery bezitten. — Een hiftorieftuk beftaat meestal uit naakten, of beelden, die gekleed zyn op eene wyze, welke men niet dan uit de liandbeelden, fchilderyen, of prenten kennen kan; die dus daarin niet eenigzins ervaaren is, kan over de fchoon- of flegtheid der voorftelling niet oordeelen, en hem dus niets aantrekkelyks vertoonen. De Italiaanen hebben hierin een groot voordeel, zynde van jongs op, aan ftandbeelden, naakten en dergelyken gewoon, daarom zullen zy niet zo ligt den voorrang geeven aan een vrouwtje dat haaring verkoopt, of een koperen ketel fchuurt, van Dou, of een bloemftuk van Van Huy^ fum, boven een hiftorieftuk van Mengs. — Daar dit nu op het algemeen werkt, kan men dan niet vastftellen, dat de aanzienlyke by het aanbeftellen van kunstwerken, den voorrang aan verhevene en hiftorifche onderwerpen geeven zullen.? Nog grooter voordeel is de gelegenheid in die lan-. den voor eenen Schilder, om tot groote en hiftorifche werken gebruikt te worden, die by ons zo zeldzaam voorkomt, waarin de ziel der oeffening van de kunst toch beftaat: en om dat in Fresco hiftorien meest gefchilderd worden, en dit eene ftoute en fchielyke uitvoering vereifcht, zeide daarom Michaël Angelo te recht, dat Fresco fchilderen mannen werk, maar olyverf fchilderen, vrouwen en kinderen werk was. De verbeteringen die wy in onzen nationaalen Z 2 fmaak  l8o OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK fmaak, door het beftudeeren van het Antique, en van de werken der kunftenaars van andere Schooien, brengen kunnen, zyn in het algemeen, dat wy de voorgeftelde volkomenheden, welke de voornaamfte meesters van de andere Schooien, door het oordeelkundig navolgen van de fchoonheden der Antiquen verkregen hebben, in de onze zoeken over te brengen; en die vereischtens, welken gebleeken zyn dat ons ontbreeken, zoeken te verkrygen; 't welk, in famenftellingen van kleinen omtrek, of zogenaamde kabinetftukken, door ons zeer mogelyk tot die volmaaktheid te brengen is, als buiten de Italiaanfche School, eenige natie bezit. — En in 't byzonder, dat wy de edele eenvoudigheid en het fchoone der omtrekken van de Antiquen in de ftandbeelden, en hunne verftandige keuze in het nalaaten van het geringe: — de grootschhéid van Michaël Angelo: — de wëetenfchap, de waarheid en'de uitdrukking van Raphaël: — de bevalligheid van Correggio: het koloriet van Titiaan: — de famenftelling van de Franfche School, en de vereeniging van die volkomenheden, naar het voorbeeld van Mengs, aan de uitvoering, en waarheid in de navolging der Hollandfche School, oordeelkundig verbinden, i Daar onze kundige Lairesfe, in ; zyn Teken- en groot Schilderboek, en de Ridder Mengs, in zyn verhandeling over de fchoonheid en den fmaak, dit onderwerp breedvoerig verhandeld hebben, en de leerzaame onderrigtingen om de werken der Antiquen, en die der bovengemelde meesters, op de beste wyze, na-  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. lol natevolgen, duidelyk zyn voorgefteld, acht ik het overtollig te zyn hier over breeder uittewei'den (V). Ik wage het, om nog kortelyk, de (myns oordeels) gepaste middelen, ter bereiking dier pogingen in onze School, voorteftellen: — waar toedienen zoude, dat men, by de goede fchikkingen, die, van tyd tot tyd, op de Akademiën van ons vaderland ingevoerd worden, dezelven op verfcheide plaatfen van meer op de Antiquen afgegootene beelden voorzag, in navolging van de Akademie van Dusfeldorf en Amfterdam, en daarenboven eenig bekwaam lid aanftelde, om, op onderfcheide tyden aan de leerlingen derzelver fchoonheden aan te wyzen, en leerzaame onderrigtingen daar over mede te deelen. Dat men de Schilder-Akademiën van goede kopiën, naar de voornaamfte ftukken van de beste meesters, van de Italiaanfche, Franfche en Hollandfche Schooien voorzag; waar door men de nuttigheid, welke de galleryën van Dresden, Saltzdahl en Dusfeldorf, aan de daar bygevoegde Akademiën toebrengen, op onze Akademiën meer zou uitbreiden; nadien men in kopiën voordecliger verzameling van de beste ftukken uit alle gallery en, by eikanderen, dan aan gemelde plaatzen, hebben kon de. — Dat men op onze Akademiën zig meer toeleide om de leerlingen tot het beocffenen van de voor de Schilderkunst nuttige weetenfchappen aan te vuuren. -r Hoe veel waarheid, bevalligheid (j) Tlier toe zyn de Redevoeringen van den Ridder reynolds ook zeer gefchtkt. Z 3  Io2 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK heid en fchoonheid hebben Raphaël, Pousfin, Le Brun en Lairesfe, door hunne geoefendheid in die weetenfchappen, aan hunne werken nietbygezet! dat by de onderrigtingen in de proportien, anatomie en perfpectief, ook vooral op elke Teken-Akademie de meetkunde, die door de meeste Schilders zo zeer verwaarloosd wordt, om niet werde onderweezen. Daar zekerlyk de kennis van al 't geen, welk in kunst of weetenfchap van aanbelang gedaan is, of wat daarin nog tot volmaaking te doen ftaat, allernoodzaaklykst is, zo zoude 't van veel nut zyn, dat men op elke Akademie eene Bibliotheek ten gemeenen nutte oprichte, en daarin verzamelde en de leerlingen ter leezing aanbevool de beste werken over de kunst zo leerboeken, als kunsthiftorien; ook de oordeelkundige werken over de kunst en kunftenaaren, Catalogen van kunstverzamelingen en kabinetten, zo beredeneerde, als die, welken met plaaten de fchilderftukken afbeeldende, zyn uitgegeeven: de boeken over de oudheden, gefneeden fteenen, en ontdekte oudheden van Herculanum, als anderen (7). Het zoude ook van veel nut zyn, wanneer de leerlingen op de Teken-Academien, den fmaak en de behandeling der beste Hollandfche meesters konden leeren kennen, uit de navolging van de plaattekeningen van den Heer Ploos van Amftel en van anderen, welken die in ons vaderland vervaardigen. — Als men (J) De nuttigheid hier van is ook voorgefteld door de Heeren lairesse, Mr. PAbbé le blanc, fur Pexpofition des Ouvrages de Peinture ts? de Sculpture &c. de Fan 1747, 8 p. 102. en hagedorn.  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. 183 men ook de houtplaatfnykunst weer tot ftand bragt, voor hoe weinig geld zoude dan een leerling niet alle de werken van Raphaël, daarin het toch meest op den omtrek aankomt, kunnen koopen? waar van hy nu de meeste nauwlyks eens te zien krygt. — De werken van Correggio, Titiaan en anderen, waarin het op het koloriet aankomt, zoude men in afgezette plaaten, als de Switzerfe gezigten worden uitgegeeven, door des kundigen kunnen doen vervaardigen, welken, fchoon niet zo goed, als olyverf-copiën, egter van veel nut konden zyn; en, tot goedmaaking der kosten, zoude men die, in plaats van gouden of zilveren eerpryzen kunnen uitdeden, gelyk op de Teken-Akademie te Utrecht gefchied. Ik begryp niet, waarom men in onze tydfchriften ook niet zo wel beoordeelingen van uitkomende plaatwerken, als van de werken der andere fchoone kunften, tot verbetering van den fmaak, en aanmoediging ter kunstliefde, geplaatst vind (V). — Men ziet van hoe veel aanbelang die beoordeelingen voor de Dichtkunst zyn; en was het mogelyk, dat er eene gemeenfchap tusfchen de Akademiën in ons vaderland konde vastgefteld worden, dan zoude men fchikkingen kunnen vastftellen, om op byzondere Teken- en Schilder-Akademiën, zig op onderfcheide deelen der kunst, meest toeteleggen, de voorbeelden en modellen daar naar interichten, en dus het geheel in een volmaakter ftand brengen. Ein- O) ik had gewagt, dat men het begin hier van, in de Nederlandfche Bibliotheek I Deel, gemaakt, zoude, in dat of eenig ander maand- of tydfchrift, agtervolgd hebben.  Io4 over den hollandsen smaak Emdelyk,' met hoe veel grond kan men verwagten, dat teylers luisterryke stichting het nut en den roem van de edele Schilderkunst in ons vaderland zal bevorderen, en dat zy haare onderneemingen zal bekroond zien met den lof van in ons vaderland den goeden fmaak en den hoogften bloei der kunften uitgebreid en vastgefteld te hebben. (V). Ik wenfche, met al myn hart, dat de rampen die ons vaderland zo zeer drukken, haare loflyke poogingen niet zullen hinderen, maar die fpoedig verdvvynen mogen. Dat, hoe de burgertwisten treffen, De Schilderkunst mag 't hoofd verheffen. (x) De Stad, waarin dit Genootfchap gedicht is, vermeerdert deszelfs luister. Hoe beroemd is niet Haarlems geleerde Maatfchappy? en van hoeveel nut zal niet deszelfs Oeconomifche Tak voor de kunst,zyn? daar die reeds, door aanzienlyke prys-u'.tloovingen, en aanmerkelyke onderltand-gelden, de plaatfnykunde, die zo nauw aan de teken- en fchilder-kunde verbonden is, uit derzelver verval zoekt op te beuren, en in 't vaderland tot voorigen luister tracht te herftellen? Hoe veele uitmuntende Kunstfchilders, wier naarnen der Hollandfche Schoole eer aandoen, zyn in deeze Stad geboren? En, zo ik, door deeze myne geringe poogingen, eenig nut ter bevordering van den goeden fmaak in onze Vaderlandfche Kunst-fchoolen mogte veroorzaaken, dan zal er kunnen gezegd worden, dat de nazaat van een Haarlems Burger de voornaame bekrooning zyner onderneeming daarin gefteld heeft. Wefk' genoegen hem zal vermeerderd worden, als hy hier door zyne kundiger landgenooten zal opgewekt vinden, om zyne gebrekkige onderneeming met hunne grootere talenten te onderfteunen, tot bevordering van deeze Schoone Kunst in dit Land. ars longa vita brevis.  in de teken- en schilder-kunst. 185 BYLAGE A. -rrp ■.tmniniviiï -miinmovi mp^ . n sw'sgss v 2 na Over het Co/luum. 'S:\mua oif^v t u'\ \,'; • >.\i •**< tvstf fthj iïqQ iad Dit kunstwoord (by de Italianen il costume, by de Franfihen coutume, en by de Hoogduitfchen' das ublrehe genaamd) betekent in de Schilderkunst de aan de perfoonen eigene en volgens rang en waardigheid welvoeglyke kleeding, en dat de gebouwen en by werken "zyn overeenkomftig den tyd en de plaats, welken in een gefchiedkundig, zinnebeeldig, of ander voorftel verbeeld worden; hier door word kenbaar de tyd, het volk en de rang der perfoonen, van welken dé Schilder verkooren heeft zyn onderwerp te ontleenen. Het costuum wel in acht genomen zynde, bevordert het waare of waarfchynlyke; zo dat wy ons de voorgeftelde gefchiedenis, perfoonen, of zaaken, verbeelden, die, en geene anderen, te zyn, als de Schilder bedoelde voorteftellen, volgens de befchryvingen, of ook wel vastgewortelde denkbeelden en volksmeeningen, daar zulks tot meer kenbaarheid van het voordel gevorderd word. Aa Het  l86 over den hollandsen smaak Het is dan den Schilder zeer noodzaaklyk eene gegronde kennis te bezitten van de gefchiedenisfen, godsdienstplegtigheden en oudheidkundige zaaken, dier volken, welken tot zyn onderwerp betrekking hebben. De weetenfchap en beleezenheid eens Schilders worden hier het meest gevorderd: daarom hebben de beroemde kunftenaaren en geachte fchryvers in hunne werken over de kunst, het gewigtig costuum niet vergeeten eene voornaame plaats interuimen. Onze lairesse heeft in zyn groot Schilderboek, onder het opfchrift van 't Antiek en 't Modern, veele nuttige lesfen en gewigtige aanmerkingen voorgefteld, en door leerzaame voorbeelden geftaafd. — De vernuftige s. van hoogstraaten, in zyne Inleiding tot de Hooge Schoole der Schilderkunst, als ook de Heeren du fresnoy, de Abt du bos en anderen, hebben dit onderwerp in hunne werken over de kunst zeer leerzaam voorgefteld. Maar byzonder oordeelkundig zyn de drie Jeezenswaardige betrachtingen, welke de Heer van hagedorn over het ubliche, zo in opzicht van de hiftorien als fabelen, zyne betrachtingen over de fchilderkunst heeft ingevoegd. — De critifche aanmerkingen en waarfchouwingen, om de misflagen der Schilders tegen de gefchiedenisfen, oudheden en gewoontens van onderfcheiden volken, en dus tegen het coftuum, te kennen; welke men vind. in de fchriften van brown, mel, hervey en anderen, moeten met oordeel door den kunftenaar gebruikt worden; als daar by aanmerkende, dat eene letterlyke of werktuiglyke opvolging van het cojluum- zon-  in de teken- en schilder-kunst. 1S7 zonder fmaak voor het fchoone der kunst, wel beleezenheid kan te kennen geeven, maar geen bevalligheid zoude veroorzaaken; gelyk by voorbeeld , wanneer men naar den eisch der Joodfche wetten en gewoontens, alle de beelden eener gefchiedenis uit het Oude Teftamént ontleend, met gedekte hoofden verbeelden wilden (*)'. Ja, in Opzicht van den perfoon des Zaligmaakers, zoude dit nog meer tegenftrydig fchynen, daar wy evenwel weeten, dat hy zig naar de Joodfche wetten en gewoontens kleedde en gedroeg. — Smaak en oordeel word dus ook in dit deel- der kunst- vereifcht. De Oude kunnen hier toe, gelyk in veele deelen der kunst, ons tot modellen dienen, de Grieken, ten tyde dat de kunst by hen in den grootlien bloei was, erkenden dat de kunften voor de menfchen, eii niet de menfchen voor de kunften, waren uitgevonden: dat de mensen niets meer dan zig zeiven beminnende, de menfehelyke gedaante ook het waardigfte voorwerp zyner navolginge zy; waarom hy ook zyne meeste vlyt op dit deel der natuur aanwend. De mensch, waardiger zynde dan zyne kleeding, wierd daarom van hen meest naakt voorgefteld, ten minften zo veel dit hunne onderwerpen maar eenig- zins (*) Toen ik nog onlangs, met alle my mogelyke opmerkzaamheid, de voornaamfte fchilderftukken op het Amfterdamfche Raadhuis befchouwde, is het (zeker door de i,erimide betrachtingen van veele fchoonheden) myne aandacht ontglipt, om te letten, hoe de beroemde de wit zig ten deezen opzichte gedraagen heeft; of hy in de voorftelling van het groote ftuk op de Raadkamer, welkers famenftelling geheel uit joodfche beelden beftaat, alle de perfoonen met gedekten hoofde verbeeld heeft? zo ja! is dit onderwerp zeker een der gefchikfte waarin men dit zonde kunnen verwagten. Aa 2  l88 over den hollandsen smaak zins toelieten; gelyk aan de laocoon, antinous, venus, apollo en andere ftandbeelden blykt. Zy zagen de kleederen niet als hoofdzaaken, . maar als by werken, aan, gefchikt om het naakt te bekleeden, maar niet te verbergen. Dit was voor hen ook niet nodig, zo waar is, 't geen de Heer wat e let zegt, dat hun hart zo deugdzaam, als hun oog vry geweest is. De tyden en zeden lieten hun zekerlyk grootere vryheden dan ons toe; wy moeten, 'by het navolgen van hen, ook de welvoeglykheid in acht neemen; de godsdienst verpligt ons te vermyden al wat ongeregelde aandoeningen verwekken kan, en het onfchulr dig vermaak om het fchoone voorteftellen ten zedelyken nutte te befteeden. — Er blyven ons nog middelen genoeg over, om, zelfs in gewyde famenftellingen de fchoonheid der menfchelyke gedaante te doen uitmunten: waar toe men, door het leezen der voorgemelde fchriften, de gefchiktfte hulpmiddelen kan leeren kennen; waarom ik alleen nog eenige hiftorifche aanmerkingen, ter nadere opheldering, hier zal byvoegen. De kunftenaars by de Ouden, waren in opzicht van het cojiuum ook daarin boven de hedendaagfchen bevoorrecht, dat zy leefden in tyden en landen, (gelyk de vermaarde p. p. rubens aanmerkt, in een Latynsch handfehrift, by de Piles aangevoerd) waarin de natuur zig volmaakter, ongedwongeneren in meer treffende eenvoudigheid voorftelde: zy behoefden fleges te volgen het geen zy zagen, wy daarentegen moeten moeite doen, om, niet alles te volgen, wat wy  in de teken- en schilder-kunst. 189 wy zien, en denkbeelden uit ons geheugen wisfchen, welken ons aankleeven van het geen ons omringt, ten einde ons als te verplaatfen in die landen en tyden, welken de kunst, als de waardigfte voorwerpen opleverende, bedoelt voor te ftellen. de gottische kunftenaaren fchynen daaraan niet gedagt te hebben, zy verbeelden oude en nieuwe gefchiedenisfen, fabelen en zinnebeelden, op dezelfde wyze door beelden en bywcrken van hunnen tyd ontleend. Trouwens j zy waren verftoken van de beste hulpmiddelen, die tot de kennis van het coftuum konden voordeelig zyn, boeken, ftandbeelden en munten, waren voor hen nog meest in de Kloosters met ftof bedekt, of in den grond verborgen. Italië was het land, waar deeze hulpmiddelen, ten beste der kunften, 'teerst wierden opgedolven, aan het licht gebragt, en welk land op nieuws als tot een fchouwtoneel der kunften verheven wierd. de italiaansche school was daarom de eerfte welke de Schilderkunst van den Gottifchen fmaak in het coftuum zuiverde. raphaël, een zo edele en naauwkeurige genie, was ten uiterfte oplettend, om, door het in acht neemen van het coftuum, in zyne werken waarheid en weetenfchap te vertoonen. Hy fpeurde zorgvuldig op, de kleedingen, bouwkunde en gewoontens der volken, welken hy wilde voorftellen: men verzekert dat hy zelfs bekwaame lieden in zynen dienst had, die voor hem tot in Griekenland aftekende, al 't geen, dat in zyne famenftellingen de waarfehynlykheid beAa a vor-  IpO OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK vorderen konde. Dan hoe groot zyn vernuft was, hy bleef egter beneden de volmaaktheid, dit blykt aan verfcheide misdagen door hem tegen het coftuum begaan, die door Lairesfe en anderen zyn aangetoond. Zyn naamgenoot en groote navolger de Ridder Mengs heeft doen blyken, dat hy die weetenfchappen en kundigheden, welken tot het in acht neemen van het coftuum gevorderd worden, oordeelkundig heeft aangelegd tot verfraaijing zyner beroemde werken. Tot een voorbeeld kan hier toe onder anderen verftrekken 't bezoek van Augustm aan Ckopatra, in de verzameling van fchilderyen, den 4 July deezes jaars 1785 te Amfterdam in het oudezyds Heeren Logement verkogt; welk klein ftukje met eene ligte hand, dik in de verf, gefchilderd, ja de bywerken als met het penceel geboetfeerd zynde, nogtans van eene nauwkeurige tekening, kragtige uitdrukking, en vooral uitmuntend in de waarneeming van het coftuum is (*). michaël angelo, die, gelyk in de verhandeling is aangemerkt, op 't grootfche en wonderbaare doelde, befteede, in navolging der Ouden, zyne meeste kunst aan het naakt, brengende de kleeding alleen als^bywerk te pas: zyne bekwaamheden in de Bouwkunde als Bouwmeester genoeg kunnende toonen, fcbynt hy daar van op zyne fchilderyen niet veel werk (*) De door Seydelman naar dit (luk gemaakte tekening is door R. Earlon in zwarte kunst gebragt, en door J. Boydel te Londen uitgegeeven. Schoon nu al dit ftukje 't oorfpronkiyke van Mengs eigene hand niet zyn mogte, ja al ware 't naar de prent gefchilderd, voldoet 't hier egter genoeg aan myn oogmerk, 't welk is de beoordeeling van 't coftuum, dat daarin zo fchoon is waargenomen. (  in de teken- en schilder-kunst. 191 werk gemaakt te hebben. Hy heeft evenwel geene zo aanftootelyke misflagen tegen het coftuum begaan, welken onkunde verraaden: maar daarin is hy berispelyk, dat hy door de grootfche bedoeling, om de voornaamfte fchoonheden en kunftigfte voorftellingen der menfchelyke geftalte aftebeelden, de welvoeglykheid verwaarloosd heeft; het welk aan het laatfte oordeel in de Sixtynfche kapel, aan zyne Leda en ande« re werken hlykt. correggio bedoelde de bevalligheid ook in de draperyen en by werken, de meesten zyner onderwerpen vorderden geene zo wydloopige kennis van het coftuum, doch zyn genie en goede fmaak bevryden hem daarin voor aanftootelyke gebreken. titiaan en andere voornaame meesters van de Venetiaanfche School, hebben 't meest tegen het coftuum gezondigd van alle de Italiaanfche Schooien: zy ontleenden zelfs in oude gefchiedenisfen hunne beelden, by werken en gebouwen, te dikwyls van hunne eigen natie. Zonderling is de verdediging, welke de anders oordeelkundige koremon (Natur und Kunst in Schilder yen, II. TheiT) uitdenkt voor den' Roozenkrans, dien Titiaan, één der perfoonen op zyde gehangen heeft, in een ftuk dat de maaltyd te Emmaus verbeeld, en door den beroemden plaatfnyder Masfon gegraveerd is. de fransche schilders, bj  204 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK BYLAGE C. Over de Transfiguratie, een Schilder ftuk van raphaël in de kerk van St. Pieter in Montorio te Rome. D it beroemde altaarftuk fielt de gedaanteverandering des zaligmaakers en eenige daaromtrent voorgevallene omftandigheden voor, zo als die door de Euangelisten befchreeven worden. Daar meest alle kunstboeken, en reisbefchryvingen door Italië, meer of min, van dit kunstwonder gewagen, zal het niet onaangenaam zyn, dit ftuk wat meer van naby te befchouwen, en eenige hiftorifche omftandigheden daar van te kennen; zo als die van des kundige befchouwers zyn opgegeeven. Plet ftuk bevat twee byzondere voorftellen. Het bovenfte gedeelte vertoont de gedaanteverandering van 's Waerelds Heiland, in de lucht even boven den berg; en deszelfs famenfpraak met Mofes en Elias, in tegenwoordigheid van drie zyner geliefdfte Apos-  in de teken- en s c iii l de r-k u n s t. 205 Apostelen: van welken twee, uit den flaap die hen bevangen had, ontwaakt, den glans en beerlykheid, welke van hunnen heer op hen afftraalc, van hunne aangezichten tragten afteweeren : terwyl de derde, voor over liggende in eene ootmoedige geftalte, den verheerlykten jezus aanbid. — Het benedenfte deel, of de onderfte helft des tafereels, vertoont de overige negen Difcipelen beneden den berg, waar van fommigen in verwondering, en andere tot een innig medelyden gebragt zyn, door het gevoel van hun onvermogen om eenen bezetenen te geneezen. Die ellendige is een jongeling, door hevige trekkingen gefolterd, aan hun voorgefteld door een bedaagd man, welke des kinds vader fchynt te zyn, die met verbaasdheid het onvermogen der van hem verwagte genezinskragt ontwaar word: verfcheiden aanfehouwers, menfchen van beiderleie fexe, allen zeer aangedaan over den toeftand des ongelukkigen, vestigen hun oog en aandagt meest op de Apostelen; en zien met angstvalligheid de verwyling van hun verlangen, de daadelyke uitdryving van den Daemon te gemoet. Byzonder eene vrouwe op den voorgrond geplaatst, die door eene bedroefde houding zeer dringende, hen tot alle infpanning van kragten ter geneezing zoekt aantefpooren, daar toe de Apostelen de heftigheid der fmerte, welke het kind lyd, aanwyzende. Dit doet twee van dezelven na boven na hunnen Goddelyken meester wyzen, welke zy vertrouwen dat hun onvermogen kan te hulp komen. — Dit is de korten inhoud van het tafereel, dat uit zevenentwintig beelCc 3 den  to6 óver den hollandsen smaak den is famengefteld, die geheel of ten deelen gezieh worden. Het is op faamgevoegde planken, van eene aanraerkelyke dikte, in olyverf gefchilderd. Van deszelfs grootte kan men oordeelen uit de voorfte beelden , die ruim leevensgrootte zyn. Van de kunstregelen, aan welken byna allen dit heerlyk ftuk voldoet, is de eerfte de inventie of de verkiezing van het onderwerp: deeze is zeker de verhevendfte en waardigfte, welke de kunst mogelyk is voorteftellen. De samenstelling der beelden tot een geheel is zeer vernuftig, zo in opzicht van de poëtifche of fchilderkundige waarschynlykHeid, als het in acht neemen Van het coftuum. Dan in opzicht van de werktuiglyke of hiftorifche waarfchynlykheid heeft dit ftuk veel berisping ondergaan. Het bevat waarlyk twee byzondere handelingen, en ftryd derhalven tegen de éénheid van daad, maar twee byzondere handelingen konden zeker ook niet kunfttgèr verbonden en de een door de andere onderfteund worden; verfcheidenheid is hier tot éénheid gebragt. Over deeze en anderen het tydpunt der gefchiedenis betreffende berispingen der kunstrichteren, vind men verfcheide fraaie aanmerkingen en verdedigingen, door den Heer rtjtgers, in richardson's werk, Traité de la Peinture , welke te uitvoerig zyn om hier ingelast te worden, en geene verkorting lyden. Doch eene gegronde aanmerking, ingebragt tegen het plaatfen van twee jongelingen op den berg, aan de zyde des tafereels, is van te veel gewigt om hier te wor-  in de teken- en schilder-kunst. 207 worden voorbygegaan. — Zy waren (zegt men) in de famenftelling overtollig, en zyn daarenboven in kleeding en gedaante tegen het coftuum ftrydig. — Men kan Raphaël waarlyk ten deezen opzichte alleen verfchoonen, door de infchikkelykheid, die men zegt, dat hy hadde om aan de begeerte van den aanbefteeder te voldoen, en waar door hy genoodzaakt was, deszelfs twee neeven, onder de gedaante van die twee jongelingen aftebeelden. Dan ik blyf my egter verwonderen, waarom deeze afbeeldfels door Raphaël niet liever in de groep der aanfchouwers geplaatst zyn: maar anderen geeven voor, dat één dier twee jongelingen de Befchermheilig van den aanbefteeder en wel St. Steven zou verbeelden. Dit zo zynde, zon men dat alleen aan de gewoonte van. den tyd, waarin 't ftuk vervaardigd is, moeten toefchryven. Maar is het één St. Steven, wie is dan de andere jongeling? De schikking van elk beeld op zig zelfs, tot bevordering van het geheel, ten aanzien der onderfcheide groepen; en die weer verbonden tot eene hoofdgroep, die aan 't geheel eene kegelvormige of driehoekige gedaante geeft, maakt 'tftuk verwonderlyk fchoon, en Raphaël waardig, want de kegelvormige of driehoekige gedaante by de fynfte kenners, zoo ten aanzien van de hoofd- als mindere groepen en enkele figuuren, voor de fchoonfte gehouden word. En ten " aanzien van de verfcheidenheid der ftanden, hoofden en kleedingen, verftrekt dit ftuk ten bewys van Raphaëls vernuft, en rykheid van denkbeelden. Tegen het contrast (dat anders over het geheel zeer kun-  £ö8 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK kunftig is waargenomen) heb ik alleen bedenking op de twee na boven wyzende Apostelen, en tegen de drie wyzende handen en vingeren der twee vrouwen, aan weerszyde van het kind geplaatst; welken alle op zig zeiven wel eene kunftige verfcheidenheid hebben, maar egter te veel dezelfde ftrekking, en niet genoeg tegenwerking vertoonen, voor partyen die zo naby eikanderen voor het oog des befchouwers zichtbaar zyn. De tekening, dat gedeelte der kunst, waarin Raphaël zo zeer uitmunt en de Antiquen naby komt, is door hem in dit ftuk tot een hoogen trap van volkomenheid gebragt. De omtrekken zyn nauwkeuriger en vloeiender, de fmaak en zwier der hoofden edeler en bevalliger, en de uitdrukking der hartstogten natuurlyker en verhevener, dan men die in eenig ftuk van hem aantreft. De droperyen zyn ook, ten aanzien van de fchikking der plooyen, als in de uitdrukking der ftoffe, van eenen fchoonen fmaak en zeer natuurlyk kenbaar. 't koloriet is over 't algemeen met meer verandering van tinten als zyne andere werken, en naar de beste manier van zynen laatften tyd. Dan daar Raphaël hierin niet met Titiaan of Correggio kan gelyk gefteld worden, moet men dat aantrekkelyke en kragtige dat in de ftukken van die voornaame koloristen gevonden word, in dit tafereel niet verwagten: waarby nog komt dat de verwen veranderd fchynen en de fchaduwen zwartagtig geworden zyn, door de onbeftendigheid van zeker drukkers zwart, daar Ra-  in de teken- en schilder-kunst. 209 Raphaël, zo men zegt, zig van bediende. Doch ten aanzien van het clair obfcur (licht en fchaduw) voldoet het zeer wel aan.dit vereischte der kunst; zonder egter dat verhevene, welk Correggio in dit deel bezat, te vertoonen. Het licht en de glans, welke den zaligmaker. omringt en zagtelyk afvloeid tot op de benedénfte beelden des tafereels, doet de höofd-figuur aanftonds in het oog vallen, bevordert de éénheid en is van eene edele uitwerking; en daar het licht en de fchaduw van elk beeld, volgens de regelen der luchtperfpeclief, met trappen naar vereifch van den afftand vermindert; zo kan men dit ftuk ten deezen opzichte onberispelyk noemen. Een voornaam deel van het koloriet, namentlyk de fchikking der locaak kleuren, kan ik hier niet beoordeelen, alzo dit by \ ftuk zelve, of naar een gekleurde copie, zou moeten gefchieden, welke my tot myn leedweezen, ontbreekt. De uitvoering, welke men verzekert dat geheel en al van Raphaël, zonder eenig behulp zyner difcipelen, zyn zou, is zeer nauwkeurig en overeenkomftig de waarde van 't onderwerp. Zonder ftyfheid, of blyk van fchroomagtigheid in de behandeling van het penceel, zyn alle de byzondere voorwerpen, overeenkomftig der natuur, zorgvuldig op dit voortreflyk ftuk uitgevoerd. — De in achtneeming-van zo veelen der voornaamfte kunstvereischtens, met de uitvoering van Raphaëls geoeffende hand, en door zyn nauwkeurig oog beftierd, kon niet dan eene zagte harmonie in dit eenvoudig fchoone ftuk voortbrenD d gen:  2io over den hollandsen smaak gen: men kan deswegens met veel recht, even gelyk men Raphaël den Vorst der Schilders noemt, dit ftuk met den Abt winkelman de kroone van alle fchilderyen noemen. De voortreflykheid van het zelve blykt ook uit de getuignisfen van meer andere daar toe bevoegde beoordeelaaren, als felebien, die eene korte, doch oordeelkundige befchryving van dit voornaamfte werk van Raphaëls hand geplaatst heeft, in zyne Entretiens fur les Vies et les Owrages des Peintres (*), zeggende, "que ce nest pas fans r ai fon qii'elle a été eftimée de t&us „ les favans pour la plus parfaite qui foit fortie de la „ main de Raphaël". — richardson zegt, dat dit ftuk het voornaamfte eenvoudig fchoone tafereel is, dat de waereld bezit, of mogelyk ooit bezeten heeft; en de Ridder josua reynolds, die Raphaëls fchilderwerken in olyverf ftreng beoordeelt, maar zyne werken in fresco zeer hoog verheft, zondert egter dit ftuk, als boven zyne berisping, uit (f). Ik ga andere getuignisfen kortheidshalven voorby, om nog eenige hiftorifche omftandigheden plaats te geeven. Dit beroemde tafereel was het laatfte werk, dat de groote Raphaël kort voor zynen dood voltooide, en waar mede by, als 't ware, zynen loop in de kunstbaan glorieryk voleinde. De Kardinaal Julio de Medicis had het befteld, voorneemens zynde om het na Frankryk te zenden, maar na Raphaëls dood, wierd het (•) Tom. I. p. 220. t-f) In zyne redevoering over den verfihdden ffyl in de Schilderkunst.  in de teken- en schild er -kunst. 211 het eenigen tyd by het afgeftorven lyk des grooten mans ten toon gefteld; en daar het niet redelyk zoude geweest zyn, Rome een zo heerlyk werk te ontvoeren, zo werd het, met toeftemming of op expres bevel des Kardinaals, geplaatst op het hoog autaar in de kerk van St. Pieter in Montorio, alwaar het heden nog berust. Deeze kerk, die wegens dit ftuk vermaard is, werd oudstyds Monte Aureo genaamd, naar het goudkleurig zand van den berg Janiculus, op welkers top zy gebouwd is. Zy legt in de XIIIde wyk van Rome, Rione di Traftevere genaamd, niet verre van de St. Pieters kerk, aan dezelfde, dat is de westzyde des Tyberftrooms. De voortreflykheid van 't ftuk blykt ook uit de moeite en kosten die men aangewend heeft, om 'x zelve de woede van den tyd te ontrukken, door het in olyverf, in tekeningen en in mofa'ik te copiëeren. Eene goede copie in olyverf, die wel uitgevoerd is, hangt in 't paleis barberini te Rome, zynde van de hand van carlo neapolitano. — De veiv maarde tekenaar en plaatfnyder jacob frey zou het op hoog bevel hebben afgetekend, maar de kerk te St. Pieter in Montorio zeer donker zynde, alzo het licht er alleen door de opening van de deur invalt, • zo wilde frey dat er een venfter in de zydmuur der kerk zoude uitgebroken worden, doch verfcheiden omftandigheden hebben daar van de uitvoering verhinderd. De Lord baltim ore heeft door den voornaamen tekenaar, den Heer casanova, eene Dd 2 te-  212 over den hollandsen smaak tekening naar dit ftuk doen vervaardigen, die, met de goedkeuring van den Ridder mengs bekroond, aan den Koning van Engeland ten gefchenke is toegezonden, en waarfchynlyk by de Cartons van Hamptoncourt zal zyn geplaatst. De tekening was van dezelfde grootte als 't origineele fchildery, daarop- afgetrokken, met byna onnavolgbaare kunst in zwart kryt getekend, en diervoegen op het papier bevestigd, dat dezelve by het overzenden niet kon befchadigd worden. Verfcheiden fchetfen en tekeningen van ftudiën en geheele beelden uit dit ftuk, zo van Raphaëls eigene hand, als ook van andere meesters, waren er, en zyn waarfchynlyk nog in Holland, Engeland, of andere landen, onder de liefhebbers berustende: — waar die des Heeren Ten Kate, of die van Richardfon gebleeven zyn, is my niet bekend. Dan vooral is dit ftuk verheerlykt door het in mofaïk overtebrengcn. Daar toe moest het (van wegen de gevaarlykheid om het in de werkplaats der Mofaïk-kunflenaars (die by St. Pieters kerk is) overtevoeren, eerst nagefchilderd worden: hier toe wierd de bekwaame kunftenaar stephanus pozzi gevolmagtigd, die het ook met alle nauwkeurigheid tot genoegen derkenneren, in olyverf copiëerde: naar welke copie het in mofaïk op vyf ftukken zandfteen is nagevolgd, en welke vyf ftukken, vervolgens volmaakt vereenigd zynde, het geheele tafereel in heerlyken luister voorftellen. Zo dat nu ook dit ftuk, nevens andere mojaïken, mede naar de voornaamfte fchilder- Üuk-  in de teken- en schilder-kunst. 213 ftukken van Rome vervaardigd, thans de St. Pieters kerk geen gering cieraad byzet. De graveerkunst heeft ook dit beroemde altaarftuk aan de geheele waereld ter befchouwing opgedraagen, in verfcheide plaaten van meer en min beroemde Graveerders vervaardigd; waar van de Heer heineken den Catalogus heeft opgemaakt, zo als die hier volgt: de veriieerlyking van den zaligmaker, een altaarstuk te st. pieter in montorio, is. gegraveerd 1. Door een oud meester, by Ant. Salamanco 1538, met het ondcrfchrift fic Romce depinxit &c. — Florent. le Comte meent dat deeze prent door Mare. Antonio zou gegraveert zyn, maar de Prelaat Bottart en de Heer Heineken denken dat het door eert zyner difcipelen gefchied is. 2. Het zelfde ftuk, waarin onder aan op de boomftam daar een Apostel op zit, een R ftaat: in groot folio, zonder naam, vermoedelyk van Mare. da Ravenna. — Beide deeze ftukken zyn naar een tekening gegraveert. 3. Het zelfde ftuk naar het fchildery zelfs in het groot, van C. Cort gegraveert, en aan den Kardinaal Granyelle opgedragen 1573. — Men heeft van.deeze Dd 3 Plaat  214 OVER DEN HOLLANDSEN SMAAK plaat onderfcheiden afdrukken, als by Orlandi 1602, by P. P. Palumbus 1774. 4. Een andere plaat naar het zelfde fchildery, is de voorige zeer gelyk, en door Michaël Angelo Mo~ reilt gegraveert. 5. Nog een andere en grooter prent, van N. Dorigny gegraveert, en den Hertog van Orleans opgedragen. — R. Strange heeft deeze plaat, die zeer afgebruikt was, weer opgehaald. 6. Een dito, die de Koning van Frankryk, Lodewyk de XIV. op zyn eigen kosten door P. Thomas/en heeft doen vervaardigen, op twee plaaten. — Een zeer fchoone prent. 7. Een dito, door Chereau de jonge gegraveert, van grotote als de voorige. 8. Hetzelfde ftuk in zwarte-kunst op twee plaaten, van J. Simon te Londen gefchraapt. 9. Het zelfde ftuk, gegraveert van S. Vallè, by Brevet , in groot folio. 10. Het zelfde van H. Vincent, in groot folio 1691, en aan Math. Ducca di Giove opgedragen. 11. Het zelfde wat kleiner, van Westerhout aan J. F. Grasfi opgedragen. 12. Hetzelfde nog kleiner, getekend Sadeler excudit, is van Sadeler zelfs gegraveert, den uitgeever Agnelli heeft de plaat doen retoucheeren en er de naam Sadeler opgezet. 13. Het zelfde van Tardien, in octavo. 14. Het bovenfte deel van het fchildery, waarop alleen de gedaanteverandering gezien word, in folio, van Aubert 1704 gegraveert. 15.  IN DE TEKEN- EN SCHILDER-KUNST. 215 15. Het zelfde naar eene tekening in 12, uit de zinnebeelden van Bochii (*). (X) De prent waar van ik my by het opftellen deezer bylage bediend heb, is zonder eenig onderfchrift of naam, en fchynt my toe, tot geen der bovengemelde te behooren: zynde dan de 16de. Ook zyn verfcheide hoofden, en 't beeld des Zaligmakers, uit dit ftuk in twéé niet zeer nauwkeurig gevolgde plaaten gevoegd in het uittrekfel van de Phifiognomifche Fragmenten van den Heer J. C Lavater, in 'c vierde deel der Nederlandfcbe Vertaaling by Allart uitgegeeven.  VERBETERINGEN en BYVOEGSELS. Bladz. 9. rcg. 13. ftaat beroemfte. lees beroemdfte. ——— 11. 6. in (Taant, onze eerbied, lees onzen eerbied. 12. 16. Ces triges. lees Ces tigres ' 17. 25. —— coreggio. correggio. ■ 18. l6. pausanius. pausanias. ■ 20. — 9. — karaktereftike — karakteriftike. zoo ook bladz. 102. reg. 9. ■— 7. in d'aant. Mufco, Florentino. lees 't Mufeo Florentino, cn op dcnzelven regel Pcnier. lees Perier. . 27. i. rlauciiet. bl anc het. 31. 24. caratsen. ■ carratsen, en duS overal, als bladz. 32. reg. 5. bl. 43. reg. 2. bl. 169. reg. 3. 33. ■ i. tisio carloni. lees tisio, carloni. 34. 20. r. ben a veronese. p. ill a. veronese. 39. 3. ! in d'aant. steller. stetler. 40. ■ 23. la fasse. la fosse. 41. 2. focque. tocque. dllS Ook bL.48. reg. 28. 45. 5. uitmund. uitgemunt. 54. —— 26. detricy. ' ditr1cy. 60. 7. presler. preisler. 62. 1. in d'aant. speyert te Woerden, lees speyart de woerden. 72. 29. deeze lees deezen. 78. 2. in d'aant. van nog geen gebruik kunnen maa- ken. lees en 'er dus nog geen gebruik van kunnen maaken. —— 79. 13. een plaattekening na een hunner fchildereien. lees eene plaattekening naar een hunner fchilderyen. Bladz.  VERBETERINGEN en BYVOEGSELS. Bladz. 80. reg. 9. flaat en niet voorhanden te zyn. hes en niet meer voorhanden tc zyn. —■— 81. 1. bevestigd zien. lees bevestigd ziet. 85. -— 2. ■ in d'aant. HogueU ■ Hecquet. 89. 3. dusset. ■ dtjffet. ■ 93- 5- ~ bafliches. pa/ticket. 97. 2. Graaf d'Albin. Graaf d'AIbon. ' — 1. in d'aant. men zondere llegts eenige nog lec- venden. lees men zondere flegts de gefchriften van eenige nog leevenden. 126. 1. in d'aant. van p. verhoek heb ik. lees van a. pynaker heb ik c11z. ■ 131. 14. zyn anders. het zyne anders. 132. 26. By te voegen. Wy hebben ook vier kunftenaaren, die zig hebben toegelegd op de byzondere kunst van op wit geplamuurde paneelen met zwarte oly-verf allerlei voorftellingen van zee-flagen, zee-ftörmeri, groote en kleine vfcfeberyen, binnen-wateren , en fchepen, door !t penceel, of met de pen, te fchilderen, of te tekenen. Deezen zyn w. van de velde (de Olldc) , zalm, witmond , Cll zilvergieter, Van welken de eerstgenoemde byzonder uitmunt, als hebbende de vermaarde zee-flagen, welken 't vaderland, in de voorige eeuw., zoo veel roem en ontzag deeden verwerven, op hoogen last der Heeren Staaten , zelve afgetekend, en wel op de gevaarlykfte plaatfen. 138. 16. als van Corps de Gardes, lees ook van Corps de Gardes. 150. 8. Zyn lang begeerd werk enz. lees Zyn lang begeerd werk over de Ruspen, Torren, en Vlinders, zoude ook zoo wel met genoegen door de liefhebbers der natuurlyke hiftorie ontvangen worden, als dat over de Torren van zynen zoon, den grooten zedendichter, J. E. Voet. 155- 20. Achter de melding der fchriften van Prof. Camper, tot eenen nieuwen regel te laaten volgen: In het zesde deel der werken van de Ncderlandfche Letterkundige Maatfchappy te Leiden vind men twéé By-laagen tot" de prys- yraag,  VERBETERINGEN en BY VOEGSELS. vraag, door den Heer Bilderdyk beandwoord , waar van de eene de fchoonheid des menschfyken lichaams, en d'andere de fchoonheid van de byzondere lynen of trekken ten onderwerp hebben: welke beiden den beoeiFenaars der teken- en fchilder-kunften verftrekken kunnen tot nuttige ophelderingen over de werken van Mengs, Hagedorn, 'Hogarth, Du Fresnoy, Lairesfe, en anderen, die opzetlyk over deeze ftofFe gefchreeven hebben, en de fchoonheid der Hangen- of golvende linien verklaard hebben. , _X63. 10. flaat de Kamers in den Haag. lees de Staaten Kamers in den Haag. , I0-4. 17. doorftraald. - kes doorftraale. i87. 7. wilden. wilde.