gö4 Verzameling van Stukken betrekkelyk tót af te leggen volgens het Formulier hier na volgende: dat ook allerlei AmbtenaarenY zo Politieke, als Eurgerlyke en Kerklyke Van onderfcheiden Gezindheden, mitsgaders Dekenen en Leden der Gilden* nu zynde of namaals zullende worden, als meede de' Schutterijen, daar dezelven met publyke authoriteit zyn opgerigt, nu ter tyd en voorts by iedere eerfte reis dat dezelve functien nieuwlyks worden aanvaard, den zei ven ééd zullen moeten prafteeren in handen van ile genen van wien zy hunne verkiezing, aanftelling of admisfie hebben; en ten aanzien van de genen, die Sesfie hebben in eenige Collegien » in handen van den genen, die de Prasfidie of directie in het zelve Collegie heeft of waarneemt! dat ook de ééden van de genen , die namaals tot Burgers in de Steden zullen worden geadmitteerd, met het zelve Formulier zullen worden geampliëerdt op den navolgenden voet. ,, Wy belooven en zweeren gehouw en getrouw ,, te zullen zyn aan de Conftitutie en Regeerings., form van den Lande van Holland en West-Fries* land, beftaande in de Hoogfte en Souvereine Ot ., verheit van Hunne Ed. Groot Mogenden deStaa. „ ten van denzelven Lande, met het Erf-Stadhou. der-, Gouverneur-, Kapitein- en Admiraalfchap-. Generaal, erflyk in het Doorl. Huis van Orange, zodaanig als het zelve in Hun Ed. Groot Mogen», de Refolutien van den jaare 1747 is opgedraagen; ,, en by den tegenwoordigen Heer Erf-ütadhouder in het jaar 1766 aanvaard". Dat nogthands, voor zo verre eenige Leden of Ministers der refpective Regeeringen den ééd reeds hebben afgelegd op den voet der Refolutie van den suften November laatstleeden, als zaaklyk niet verfchillende met het tegenwoordige Formulier, dezelven zullen gehouden worden daar mede te kun« nen volftaan. Dat wyders, in aanmerking zynde genoomen dat, fchoon by herhaalde reizen door Hunne Ed. Groot Mogenden is verklaard, dat de Republiek onmoog-  ie Geieurtenlsfen in 1787 ent. voorgevallend 313 èn ontoegereekend blyven, mitsgaders in eeuwige vergeteDheid zullen worden gefteld; behoudens nog. thands zodaanige civile actiën aan die onzer befcl^ digde Onderzaten, als tot herftelling van de toegebr'agte fchaadens, hun in Rechten zullen competeeren. , Des zal een iegelyk, die uit vreeze voor de vervolging van de Juftitie uit het Land geweeken was, en nu van deeze onze Gratie zal willen profiteeren, gehouden zyn, binnen den tyd van drie maanden na tietpubliceeren deezes tot zyne voorige woonplaats terug te keeren, op pcehe van het effect derzelver Gratie te verliezen; ten ware hy naderhand wettige redenen konde allegeeren, waarom de wederkomst: binnen den gemelden tyd niet mooglyk is geweest, waar over de Magiftraat van y.yne woonplaats zal oirdeelen. Vermaanende voor het overige allen en een .jegelvk onzer Onderzaten tot verzaaking niet alleen van de pernitieufe drift ter onderneeming of bewerking van nieuwigheden, maar ook van alle losbandigheid, aanftootelyke gedragingen, gedisfipeerde en ongeregelde leevenswyze, en generaalyk van allen redenloozen handel en wandel, waar toe de meergedagte troubles eene meer dan gemeene aanleiding hebben gegeeven: en dat een iegelyk zich bevlytige om de daar door grootelyks veroirzaakte verwaarloozing van Godsdienftige en Burgerlyke Plichten, met een tègenovergefteld gedrag en wandel te boeten en beteren, op dat alzo een iegelyk deelgenoot zyn moge van den als dan over Land en Volk billyk te veraagten zegen des Allerhoogften; voorts, om by alle gelegenheden en in alle opzichten eikanderen heusfelyk te bejegenen en in goede verftandhouding teleeven, zonder zich door verfchillende benoemingen, of afgezonderde byeenkomften, van den anderen te willen onderfcheiden; en alzo een ieder, zo veel in hem is, het zyne tot herftel van de onderlinge harmonie en eensgezintheid te helpen toebrengen, en zjch jegeps ons, als Hooge Overheid, Y 5 ^m  ji4 Verzameling vm Stukken betrekkelyk tot pmtrent zyne Doorluchtige Hoogheid, den Heere Erf-Stadhouder, hunne refpective Regenten, Magiftraaten en allen anderen, die in hoogheid ovet hun gefteld zyn, met betaamelykontzach, eerbied, gehoorzaamheid en onderwerping te gedragen, en generaalykin en omtrent alles teleeven en handelen, zo als vredelievende, getrouwe en gehoorzaame Onderzaaten en Burgers betaamd. En op dat niemant hier van eenige ignorantie prse« tendeere, zo lasten en begeeren wy dat deeze alomme zal worden gepubliceert en geaffigeert, daar zulks behoord en te gefchieden gebruikelyk is. Gedaan in den Hage onder het Klein Zegel van den Lande, den 15 February 1788. (Onderflond') Ter Ordonnantie van de Staaten. (was get.) C. Clotterbooke. NQ. 43 r. Misfive van zyne Majefteit den Koning van Engeland aan Hunne Hoog 'Mogenden de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, ter gelukwenfching van de gelukkige gebeurtenis fen welke onlangs in de Republiek zyn voorgevallen, behelzende teffens Credentiaal voor den Ridder Harris, ah Extraordinaris Ambasfadeur en Plenipolentiaris by deezen Staat. In dato den 15 re» bruary 1788. Edele Mogende Heeren! onze goede Vrienden, Geallieerden en Bondgenooten! Wy neemen te veel deel in de gelukkige gebeurdnisfen, welken onlangs in uwe Republiek hebben plaats gehad , dan dat wy de aangenaamfte en tevens eclatantfte gelegenheden niet zouden verkiezen om U Hoog Mog. al onze voldoening daar over te doen blyken. Met dit oogruerk is het, dat wy gevoeg- lyk  de Gebeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 315 Ivk geoirdeeld hebben, den Ridder Harris, welke seduurende eenige jaaren by U Hoog Mog. insgefvks bekend is, met het karakter van onzen buitengewoonen Ambasfadeur en gevolmagtigden Minifter te bekleeden. Wy houden ons verzekerd, dat om die reden de keus, welke wy van zyn Perfoon by deeze gelegenheid doen, U Hoog Mog. niet anders dan aangenaam zal kunnen zyn. Hy » van onze gevoelens zo ten vollen onderricht, dac hy niet zal in gebreke blyven, U Hoog Mog. op de plechtigfte en authentiekfte wyze de verzekeringen van onze toegenegenheid en vriendfchap te herhaaien, zo wel als van onze oplettendheid op alles, wat op de voordeden en den voorfpoed uwer Staa. ten betrekking kan hebben: onze Ambasfadeur onze inftruótien in achtneemende, zal gewislyk iteeds zyne onveranderlyke zorgen aanwenden om de nauwe en gelukkige verbindtenis, welke tusfehen ons plaats heeft en welker duurzaamheid zo wezenlyk js, voor de wederzydfche belangen der beide Natiën , meer en meer te vestigen en te verfterken. Wy verzoeken U Hoog Mo|. volkomen geloof te geeven, aan al het geen hy van onzen wegen UHoog Mog. zal openleggen; waar op wy God bidden, dat Hy U, Hoog Mogende Heeren! onze goede Vrienden, Geallieerden en Bondgenooten, in Zyne heilige hoede en befcherming neeme. Gefchreeven in ons Paleis van St. James, den 15 February des jaars 1788, het 28fte van onze Repeering. Uw zeer goede Vriend (getekend') George Rex. (Eager ftond) Carmarthei*. By  •2>jr dea Drukker düezes'J. A. de Ciulmot, is nog gedrukt en te bekomen. 1. Algemeen Iluishoudelyk-, Natuur-, Zedekundig- en Korist-Woordenboek, vervattende veele Middelen om ■zyn goed te vermeerderen en zyne gezondheid te behouden. In een woord, om met alie mooglyke Vooripoed en Geneugtens, tot een' Hoogen en Gelukkigen Ouderdom te geraaken enz. door N. NO EL CFIOMEL. Tweede Druk, geheel ver-bete; d en meer als de helft vermeerdeerd, door J. A. de CHALMOT, enz. Dit W«i* bevat VII Deelen :in groot Quarto, en is met tod uitflaande Plaaten verderd, waar op veelerleye Konsten en Weetenfchappen zeer naauwkeurig zyn afgebeeld. Nog maar eenige zeer weinige Exemplaaren zyn a 60 Guld. in Bladen, te bekomen. 2. Vervolg op dit Woordenboek door J. A. ra CHALMOT, met kostbaare Plaaten op het zelvde Formaat gr. Quarto, V. Stukken, de Prys is 24. Guld. 12 St, flei VI„ Stuk zal binnpn korte we5k.cn worden vet» zonder?. 3. RE1ZE LANGS DEN NEDER-RHYN over het Loo, EIten, Emmerik, Wezel, Duisburg, Keizerswaart, Dusfeldorp, Keulen tot Bon, en voorts over Krevelt, Gelder, Kevelaar, Kleef, Nytnegén, Arnhem, Roofendanl en Dieren te rug. In Oogstmaand des jaars MDCCLXXXIV door een Gezehchap ülf eene der Nederlandfche Steden gedaan. In XXIV Brieven aan eenen Vriend medegedeeld, en met Gefchieden Oudheidkundige Aanmerkingen dcormengd, in gr. 8vo. a 22 ftuiv. 4„ Verklaaring over het Nieuwe Testament door C. A. HE:UMAN in deszelfs leeven Hoogleernar der God», géleertheid, Wysgeerte, en Geleerde Gefcbiedkunde', op de Hooge School te Gottingen, 10 Deelen; uit het Hoogduirfch'vertaald, en met Aanteekeningen verrykt door A. STERK, Leeraar der Gemeente toegedaan de onveranderde Augsburgfche Geioofsbelydehisfe te Amfteldam, in gr. Octavo 23 Gl. Het 11 Deel waar mede dit overheerlyk Bybelwerk volledig zal zyn, is op de Pers. 5. J. ANDERSON Verhandeling over den Leevendigen Kalk, waar in derzeiver verfchillende foorten werden befchreeven, den aart en hoedaanigheden daar van ondcizugt; en aangetoond, op wat wyze dezelve het bèsjt Z8  , . * -Micf^we-k als Bw.estsn van' Landerycn f : h^?rü}dr V P N MERUL^ J. C. Manier var* s. WOJtó Ffn de Pro vintien van Hollandt, Zeelandt £?^^S^!Syfe Civile zaaken: ge,11 met neerftiaheid by een vergaderd uit alle t Ï S, Inftructien, Misfiven, Men, ■ Ordonnantiën, 2>n.*^ ~«, J de h0nderd . her. ^pwM/teji, ^o^e Ovc heid, of van wegen dezeive rieev'en Se^L? Civile 'en Canonyke Rechten, SSRechtsgeleerden zo nieuwe als oude mee^Fwin bevestigd: eerst in den jaare 1705 met veele ïSrS ge van voornaame geoefende Prtóizyn»; e^ v volgens met Aanteekeningen ^ hedendaags Practyk betreffende, vermeerdert, door Mr. GERARD HAAS. Mitsgaders nu op nieuw overgezieru verbetert, en confideW vermeerdert door Mr. DlDfcq ihius en TOA-NNES van der IsJN' S vN Advo^«n'voor de rctpecKve Hoven van fcftfc rie^inHolland. 2 Deelen in gr. 4c0. 12 Guld 4. ft., oade Friesfche Wetten met eene Nederduitfche verualin" en ophelderende Aanteekeningen voorzin. Twee^tukken in gr. &o. 4 Guld. 16 ft. & T indrecht van Auerisfel tho Tarnen gebracht vnde rthet -Le ecl doer MELCHIOR. W1NHOFF. Tweede dm* Met veele Taal-, Gefchied-, Oudhetdkundige en Rechtsgeleerde Aanteekeningen, benevens Registers zo van Zaaken als van Woorden, vermeerderd, door T. A. de CHALMOT. in gr. 8vo, 4 3 Guld. o Nederlands Advysboek, inhoudendende verfcheidene 9' Confultatien en Advyfen van voornaame Rechtsgeleerden in Nederland. By een verzamelt, met korte Hoofdrukken van de Materie voor ieJer Advys, en met een , wvdloopl Register voorzien, door Mr ISAAK van den BERG Rechtgeleerde. Tweede druk. Geheel " verbeterd, van veelvuldige Drukveilen gezuiverd en met notabele Advyfen vermeerdert, door J. A. L>. U a Deelen. in 4to. a 18 Guldens., -n 0«erysfelsch Advysboek, behelzende merkwaardige ' ' zo'confultatoire als Dccifohe Advyfen en Sententten, van veele voornaame Rechtsgeleerden in Ovcryslel. Bf • ten verzamelt, en met de nodige Registers voorzien door Mr. L. C. H. STRUBBERG, \ Deelen in 4t£ de prys is 10 Guld. 16 ft. Het Vierde Deel op de Pers, lv'  li. Register der Refolutien en Placaaten van Hun Edei Mogenden de Heeren Staaten van Friesland. Beginnende met het jaar 1570 en eindigende met 1780 ingefloten. Volgens ordre van het Alphabeth. 2. Deelen in 4to. a 6 Guld. 12 ft. 22. J. W. RAGER Overysfelfche Gedenkftukken. Bevattende onder anderen de Opkomst en Samenftelling van de Provincie Overysfel, nevens verfcheidene Merkwaardigheden tot nabuurige Gewesten betrekkelyk. De voornaamfte Landbrieven en oude Landrechten van Overysfel. Aangaande de Dienstbaarheid der vrye en Hoorige Ingezetenen van Overysfel. Alles door een menigte echte Stukken der Oudheid opgeheldert. 6 Deelen in gr. 8vo. de prys is 11 Guld. 6 ft. x3. Deductie voor de Heeren van de Ridderfchap van Overysfel, nopens de zaak van den Heer j. D. van dek CAPELLEN tot den POL en de Drosten Dienften. Gedrukt ingevolge Refolutie Hunner Edelmogenden van den 2 Septemb. 1783, in gr. 8vo. de prys is 2 Guld. 14. Volkomen Neerlaudsch KOOKKUNDIG WOORDENBOEK voorgefteld in de Friefche Keukenmeid en verftandige Huishoisdfler, leerende op een' eenvoudige, duidelyke, en teffens fmaakelyke wyze, het bereiden van allerlei fpyzen zo wel in de Vasten' als op andere tyden. Het braaden, ftooven en kooken van de verfcheidene foorten van Vleefch, Gevogelte, Vifch en Groentens; Soepen, Meslfpyzen, Pafteyen, Taarten en ander Gebak; voorts Ccnfituuren, Banket enz. Wat'er in de Slagtyd moet gedaan werden; het zouten, pekelen en rooken van Vleefch en Spek; het maaken van Rolpens en allerlei foort van Worsten; het droogen en inleggen van veelerlei Groentens en Vrugten voor den Winter. Nog om eene menigte aangenaame Dranken en Liqueurs te vervaardigen. Beproefde Voorfchriften om AalbeJienwyn, Cyder of Appeldrank, Meede, enz. bereiden. Middelen om Bier langen tyd goed te bewaaren, en het zuurgewordene en vuilfmaakende te verhelpen. De Boter 's winters fmeudig te hebben, en de fterkfmaakende te verbeteren. Eindelyk,' een beproefd middel, om roode Wyn en andere Vlakken met weinig moeite uit het Tafelgoed te krygen. Alles uit meer dan een dertigjaarige ondervinding, by een verzamelt door Mejuffrouw CATHARINA ZIERIKHOVEN. Twee Deelen in 8vo. 1 Guld. 8 ft.    VERZAMELING t A K Ilacaaten, resolutien en andere authentyke stukken enz. betrekKING hebbende tot de gewigtige gebeurtenissen, in de maand september 1787 en vervolgens ? in de republiek dér vereenigde nederlanden voor» gevallen jNo. 368. Request, door 125 Pêrfoorien, alle Inwoon* deren van den Haag. onderteekend,, den 21 December 1787 aan de, Heeren Staaten van Holland en West-Frièsland geprefenteer i, en door alle Leden yan Hun Ed. Gr. Mog. Vergadering overgenomen. Aan de Edele Groot Mogende Heeren Staaten van Holland en West-Friesland. Geeven onderdaaniglyk te kennen de Ondergetekenden,, alle woonende in 's GraveDhage. Dat de Supplianten van tyd tot tyd, geduurendé iie droevige troubles en verdeeldheden, welke in fjit Gemeenebest, en ook byzonder in deeze Pro- W. Deel. A W>  3 Verzameling van Stukken hetrekkelyk tót vincie, federt eenige jaaren gebeerfcht hebben, uit de publieke Couranten en veele anderen in 't ligt komende Gefchriften, hebben gezien, dat, zotusfchen de Staaten van vérfcheiden der' Vereenigde Provinciën, als tusfchen de Vergadering van Hun Edele Groot Mogenden en zyne Doorluchtige Hoogheid den Heer Prins van Örange en Nasfau, Erfstadhouder, Kapitein en Admiraal-Generaal der Vereenigde Nederlanden, verfcheidene disfenfien plaats hadden, in zo verre zelfs,' dat by Refolutie van Hun Edele Groot Mogenden van den 22 September 1786, de' Militie van den Staat ter repartitie der Provincie Holland ftaande, tot nader bevel was ontfhgen van den ééd aan zyne Hoogheid als Kapitein. Generaal gedaan, en verder by provifie was opgefchort het effect der Refolutie van den 8ften Maarc J766, waar by aan zyne Hoogheid als Kapitein-Geaieraal was opgedraagen de Collatie en Begeeving van alle Charges over de Militie, ftaande ter repartitie als vooren, van Vaandrig tot Colonel incluis. Dat die disfenfien tot gevolg hebben gehad, dat ook onder eert zeer groot gedeelte der Ingezetenen merklvke verdeeldheden zyn ontftaan ,' welke tot twee Partyen of Factiën zyn uitgeborften, en van vvclkc tweedcrlei Partyen 'wederzydfche Genoodfchappen en Sociëteiten in de meefte Plaatfen deezer Provincie zyn opgerigt, met dat verder gevolg, dat ook van wederzyden niet alleen zeer veeIe beleedigende Gefchriften zyn in'tligt gekomeR , maar dat ook aan den een en anderen kant vérfcheiden Adresfen en Requesten, zo aan de Magiftraaten der refpedtive Steden als aan Hun Edele Gr. Mog., op veele Plaatfen ter teekening zyn gelegt en geprefenteerd geworden, die, naar maate der' toenmaalige fentimenten van die Fadlie, tot welke de Teekenaars derzelven behoorden, waren ingerigt. Dat dusdaanige Adresfen en Requesten , welke herkomftig waren van Ingezetenen, die door den daaglyks toeueemende en ftèeds aangegroeide geest van Partyfchap ten grooten getale zich in die verdeeld-  de Gebeartenisfen in 17Zj enz. voorgevallen. $ deeldheden mede haddén ingewikkeld, en de zyde van Hun Edele Groot Mogenden in dien tyd ge-kooien hadden, doorgaans op eene zeer gunftige wyze by Hun Edele Groot'Mogenden aangenomen , en mee blyken van goedkeuring achtervolgd zynde, zulks al verder aanleiding heeft gegeeven, dat 'er by zeer veelen van dezelve Ingezetenen de nadeeBgfte opvattingen tegen zyne Doorluchtige Hoogheiden deszelfs Beftier zyn ontftaan; en onder die Lieden allengskens een denkbeeld is gebooren van eene, vryheid, om voor die gevoelens opentlyk en zonder bewimpeling uit te komen, en dezelve toe een grond te leggen van accufatien tegen den Heer Prins-' Erf-Stadhouder, immers dat men daar door als, (zo men meende) inftemmende met de toénmaalige gevoelens van den Souverein, zich aan geen misdaad of ftrafwaardig bedryf fchuldig maakte, '■■ Dat daar uit dan ook op het voorbeeld van ver* fcheiden eerdere Requesten van diverfe andere voor aaame Steden en Plaatfen, reeds te vooren door honderden van Burgers en Ingezetenen geteekend, en aan de' Vergadering van;Hun Edele Groot Mogenden geprefenteerd, en door Hoogstdezelven aangenoomen- en vereerd met de flatteufe verklaaring van Hun Edele Groot Mogenden goedkeurende gevoeligheid over de blyken van verknogtheid aan de eer. en Regeering van Hun Edele Groot Mogenden, zo wel als aan de algemeene belangens van het Vader™ land, in die Adresfen gemanifesteerd, is voortge-. fprooten zeker :Request, het welk in't Najaar van: den;jaare 1786 alhier in 's-Hage door drie honderd acht- en-vyfeig Perfoonen, deels Suppoosten van den. Hove, deels-Burgers en Ingezetenen-van 's Hage, tegen den Heere Prince Erfstadhouder is • ge*teekend, en op den iftenDecemberdeszelvenjaars aan Hun Ed. Groot Mogenden geprefenteerd, mee dat vervolg, dat wel verre dat te dier tyd .hec ge-melde Request als onbehoorlyk of mïsdaadig zoude csy.n.geconfidereerd ,,integendeel; HunjEd... Groot Mogenden by Refolutie-op-dien dag genomen^fcee. A 2 zeïyc  4 Verzameling van Stukhen betrekkclyk tot eelve mede onder gelyke verklaaring van goedkeu* ring en genoegen over de recht Vaderlandfche fee* timenten daar in vervat, voor Notificatie hebben gelieven aantencemen, met by voeging, dat van die Refolutie Copy aan de Supplianten zoude worden gegeeven, en' dat het voorfchreeven Request, nopens den verderen inhoud zoude worden .geëxamineerd door de Heeren van de Ridderfchap en van Hun Edel Groot Mog, Gecommitteerdens tot het groot Befojgne. Dat onder de Teekenaars van het zelve Haagfche Request, zich ook bevinden de Supplianten, daar toe door de gemelde omüat.dighedcn dier tyden en de voorfchreeven toen heerfchende verdeeldheden gekomen zynde, en zich om de voornoemde redenen destyds hebbende verbeeld, daar in geen misdaad te kunnen refideerem Doch dat in de maand September van deezen jaare 1787 eene geheele omwenteling van zaaken,omtrent de voorfchreeven verfehillen voorgevallen 5-ynde, de Supplianten vervolgens ook uit diverfe Refolutien, by Uw Ed. Groot Mogenden na die omwenteling genomen, zyn ontwaar geworden, dat de hier bovengemelde disfenfien by Uw Ed. Groot Mogenden op de voor den Heere Prince Erfstadhouder honorabelfte wyze zyn afgedaan , en zyne Hoogheid in alle deszelfs Charges , Rechten en Waardigheden volkomen isherfteld, met intrekking van alle voorige Refolutien, ten nadeele van zyne Hoogheid genomen zynde. Dat door en na die veranderde ómfiandigheid van tyden en zaaken, dan ook alle die tegen zyne Hoogheid gepresenteerde Adresfen en Requesten, endaar by gedaane verzoeken, niet alleen van zelfs zyn vervallen, maar ook tbands de inrigting derzelver Requesten en Adresfen met een geheel ander oog worden befchouwd, en dezelve als ten uiterftehaatelyk, ja als misdaadig aangemerkt, in zo ver zelfs dat by Refolutie van Uw Ed. Groot Mogenden van den 3den November laatstleeden, genomen op-eene  ie Gebeurtenis/en in I7%7 ««• voorgevallen. $ ne Misfive van Prefident cn Raaden van den Iiova van Holland van den 3Amnestie .wegens de voorige^gebeurdtenisfen was geproponeerd, dezelve ook reeds zoude zyn geëntameerd, en dat zy .Supplianten be» nevens hunne voorgemelde mede-Ingezetenen daar onder zouden zyn begrepen geworden, ten einde alzo de Crimineele pourfuitester dier zaake zoude zyn gepréEvenieerdi doch dat de verfpreide gerugten van , een daadlyk begin van. Crimineele Proceduures de Supplianten doen vreezen, dat de:\Deli* fceratien over de gemelde Amnestie, by den Hove en andere Rechters veelligt zouden geoirdeeld wor. den geene reden , van ,ophouding dier Proceduures op .te leveren, immers .niet., .indien zulks by Uw Ed. Groot Mogenden alzo niet wierd verklaard.' I h Dat> 'gelyk in ,die gefteldheid van zaaken , de Supplianten te raade zyn geworden zich aan zyne Doorluchtige Hoogheid te adresfeeren , en ; van Hoogstdenzelven edelmoedige verfchooning en re* misfie, van de door bet voorfchreeven Request aan zyne Hoogheid aangedaane beleedigingen , te verdoeken (*); zo ook zy Supplianten hebben gemeend hun toevlugt ootmoedig te mogen en moeten nee-1 men tot Uw Edele Groot Mogenden, en met den diepflen eerbied te verzoeken, dat in gunflige.reflexie moge worden .genoomen, dat de teekening van zodaanige Adresfen, en ook van het .voorfz. Haagfchq .Request, uit de hier voorgemelde omftandigheden van. tyden en van de toen heerfchendegevoelens, midsgaders van de denkbeelden• omtrèn£ de. toenmaalige begrippen ; van Hun Edele Groot Mogenden is voqngefprooten, zonder dat de Sup- ' i'm f*f I U itÜi „. „.. » r > " *•••* *«.*• • » i-H O ' lianten en de Teekenaars van die Adresfen ter dier tvd eenigzints hebben gedagt daar in eemge mis, daad te kunnen refideeren, als mede, dat moge worden geregardeerd pp de van alle kapten te voor'ziene verregaande gevolgen van Crimineele Proceduures, tegens zo veele honderden ja duizenden van Burgers en Ingezetenen deezer Provincie, die bovendien ook daar door aan meerdere haat en vervolging bloot gefield, en in gevaar gebragt zouden worden; en waar uit al verder onrustige fenfatien en fchaadelyke beweegingen zouden tedugtenzyn; en dat om alle die en meer andere redenen, eene «unflige voorziening tot verfchooning der Supp.ianten en andere gemelde Ingezetenen, en ter hunner bevryding van Crimineele Proceduures, door Uw Ed. Groot Mogenden moge worden gedaan, en by provifie de gevreesde Proceduures gefurcheerd. Weshalyen de Supplianten zich ootmoediglyk keeren tot Uw Edele Groot Mogenden, cerbiedigst verzoekende, dat Uw Ed. Groot Mogenden regard neemende op alle de hier vooren geallegeerde rede» ren, en byzonder ook op het voorgemelde Declaratoir, en de aanneeming van de Supplianten, da Teekenaars van het gemelde Haagfche Request van den 1 December 1786, en van andere zodaanige Requesten, immers hen Supplianten wegens de teekening en het prefenteeren van het meergemelde Request, en van dergelyke Adresfen tegen den Heer Prins Erf-Stadhouder, en wegens het misdryt aan hun ter dier zaake ten laste gelegt wordende 9 gunftiglyk gelieven te verfchoonen, en hen van alle Crimineele Proceduures te excufeeren en te be? vryden, en dat ten dien einde zylieden by het ar» Testeeren van eene Amnestie, in en onder dezelve mos;en worden gecomprehendeerd. En dat in allen gevalle by pro.vifie, en inmiddels hangende de Deliberatien van Uw Edele Groo6 Mogenden over dezelve Amnestie, en yoor het tegenwoordige verzoek der Supplianten*, ^Ue Qtycm. 1 .-.->■ A a 9$$kb  '8 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot neele Proceduures tegen de Teekenaars van heg Voorfchreeven Haagfche Adres of Réquést,* en Var), dergelyke Requesten' of Adresfen gefurcheerd mogen worden; midsgadérs dat daar van aanfchry ving s met authorifatie op den' Prokureur-Generaal en Verdere Officieren en Bailliuwen binnen deeze Provincie, 'tot het fu'perfedeeren met die 'Proceduufesi •moge gefchieden. ' Het welk doende &c< No„ 369. Misfive van zyne Doorluchtige Hoogheid de 1" Heer Prins Erf-Stadhouder, aan de Colonellen van de Schuttery der Stad Amfieldam', behelzende de remotie van de in dienst zynde Burger Officieren, en de üanjt'elling van nieuwe in 'derzèlver plaats. In datoden 21 December 1787. ! ■ Edele Gestrenge Manhafte Vroome önzï; Lieve Byzondere! Alzo ons door Jonkheer Gerlag JanDoys, Baïon van der Does, Vry'heer'van'béidedeNoordwyke'n, Langeveld &c. befchreeven in'de Ridderfchao «n Edelen' van Holland, en Mr. Adriaan Bödt1, Griffier van dèn Hove van Holland, Zeeland én. Friesland, welke wy op verzoek'van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Amftéldsm, by Mis■five in dato den 29'fr.en October laatstleeden, aan •ons gedaan, hebben gecommitteerd, ten eindemét "Commisfarisfen uit het midden vanBurgemeesteren. en Regeerders voornoemt, al wat uit hoofde der fatisfadtie aan' H'aare Koninglyké Hoogheid onze Vrouwe'Gemalinnè nog te vérrigtén was, te bevorderen en te applanéeren, en om de rust en haN monie in 1 byzonder in de' Schuttery te cónfolideeren , is gerapporteerd, dat zy over 't werk van den Krygsraad verfcheide Conferentieh hadden gehonéen niet U Wel Ed, Gdtr„ Manhaftc3 welke, fchooi  tfg Qebeurtenisfen in I7%7 tötegewïlsn. § py den onwettigen Krygsraad, zo informeel als weÜerrechtelyk geremovëerd, evenwel fteeds geweest gu gebleeven zyn Wettige en aan 's Lands Cpuftitutie en Stads Regeennge getrouwe Collonellen der Schutterye der Stad Amfteldam; en dit U We] Ei. 'Geftr. Manhafte hadden vermeent}, dat de eenige, promtlte en veüigfte weg, om den Krygsraad te herftellen, zqudezvn, indien wy aan U Wel Ed. Geftr. Manhafte wilden voorltellen die genen uic de piede geremoveerde of oncflagene Officieren, welke wy vermeenen, dat weder zouden behooren te fungeeren, en dat v*y de verdere Officieren, ter fuppleqe van de vaceerer.de plaatfen, in de refpecti've Compagnien, aan U Wel lid, Geftr. Manhafte y/ildèn opgeeven, en U Wel Ed. Geftr. Manhafte kus in ftaacftelleri,'om die ter beéédiging aan Bm> gemeefteren te kunnen voorftellen, en dat U Wel Ed. Geftr. Manhafte voornoemde onze Commisfa.fisfqn hadden verzogt hunne intercessie tot dat falutaire oogmerk, in dit moment, dat eene prompte voorziening hoogst nodig was,' by ons te willen aanwenden-, die zulks dan ook hebben gedaan, en •wyders aan ons gerapporteerd, dat aan hun, na dq ioor' hun best rnooglyke ingewonnen informatien'\ jvas voorgekomen, dat alleen aan hunne pligt ea aan de Conftitutie volkomen waren getrouw geblee-yen.1 Van de Kapiteinen. Mr. Johannes Cyprianus van Ewyck, Arend van der Waeyen Warin , Gregorius 'tHoen Willemsz., Thomas Johannes Sanderfon, Mr. Jan Wolters van de Poll, Albertus Boddens, Mattbys van Son, Mr. Pieter Rendorp , Mr. Johannes Bourcourt, Mr. Jan van de Poll de Jonge , Mr. Willem Gerrit van de Poll, en Petrus Johannes WendorpJ Van de Luitenants. Ifaac Duim, Hendrik Slebes, en Ysbrand'tHoeq ■ ' "" 45 ft»  £o Werzamtling van Stukken betrekkelyk lot VandeVendrigs. Jacobus Hendricus van Hengel, Cornelis Twisk junior, Everard de Burleit junior, Ottp Arnoldus Duim, Jacob Mynsfen Gz, Dar. wyders nog als onfchuldig aan de zaaken, vermeld by tte Refolutie van Hun Ed. Groot Mogenden de Heeren Staaten van Holland en WestFriesland, van den 3den November laatstleden, konden worden opgegeeven. Van de Kapiteinen. Pieter Clockener, Pieter Jager, Mr. Samuel van der Meulen, Salomon Jan van Keulen, Jan Evert Luyken. Van de Vendrigs. Mr, Adriaan Jofephe, Gerrit Glafius, Frans Jacob Schumacher. Van welke Officieren, de Kapiteinen Pieter Clockener en Salomon Jan van Keulen, hun Commisfarisfen' hadden verzogt , dat by dc aanftaande benoeming op hun geene reflectie mogt worden geflagen. < ' ■ " ' . Maar dat voor 't overige, alle de verdere Kapiteinen, Luitenants en Vendrigs, in meerderen en minderen 'graad, en ook uit het midden van U Wel Ed. Geftr. Manhafte, Isaac van Goudoever, fchuldig ftonden aan'de zaaken, vermeld by bovengemelde Refolutie van Hun Ed. Groot Mogenden,ca dus uit kragte van dezelve waren ontwapend en geJicentieerd, en dat dienvolgende in hunne plaats andere Officieren behoorden te worden aangefteld, en wel ingevolge de gemelde Refolutie, zodaanige, van welke men ten vollen konde verzekerd zyn, dat dezelve aan de by'die Refolutie vermelde zaaken, geen deel gehad hebben ; zynde alle dceze door U Wel Ed. Geftr. Manhafte verlangde beftellingen van dien aart, dat wy ons daar toe ook geauthorifcèrd vinden by de Refolutie van Hun Ed„ Groot Mogenden, in dato den 3 iften Oftobcr jongs^'  de Gebsurtenisfcn in ij%7 enz- voorgevallen. ïj leeden, by welke wy gemagtigd zyn om in de reïpe&ive Steden zodaanige ordres te ftelleni als wy tot meeste rust en dienst van den Lande in het gemeen, en de voorfz. Steden in het particulier zullen oirdeelen te behooren. . . 1 Wy hebben dien volgende, na een bedaarde overweeging van het een en ander, en na dat ons, door gemelde onze Commisfarisfen, op eene overtuigende wyze was vertoond, dat de weg door U Wel Edele Geftr.-Manhafte voorgeflagen, de 'ge•fchiktfte en harmonieufte was , öm de Krygsraadop eene geregelde wyze herfteld, en de Officieren op de zo hoogst nodige prompte wyze aan het Hoofd van de Compagnien gefteld te zien, uit dien hoofde goedgevonden, (hoezeer wy hadden gewenscht, dat de Electie op de Ordinaire wyze hadde kunnen gefchieden, en zulks ons hoogst aangenaam zoude zyn geweest) aan U Wel Ed. Geftrenge Manhafte verzoek te defereeren , en tot het falutaire :oog» merk, waar toe het zelve tendeerd, gebruik te maaken van de Authorifatie by Hoogstgemelde Hunner Ed. Groot Mogenden Refolutie van den .giften October laatstleeden, op ons gedecerneerd, en dien volgende aan Uw Wel Ed. Geftrenge Manhafte , op het Rapport van meergemelde onze Commisfa* risfen, uit eenige door hun aan ons opgegeeyen Perfoonen, tot de vaceerende Collonels plaats voor te draagen de Perfoon van Mr. Johannes Cyprianus van Ewyck als Collonel van hetGeele Vendel, hebbende wy het Witte Vendel aan den Collonel Mr. Nicolaas Warin Anthonisz. opdeszelfs verzoek toegefchikt. . . Terwyl wy aan U Wel Ed. Geftr. Manh. voordellen, om weder geëmplooijeerd te worden. Als K a p i t e i n e n. ' Arend van der Waeyen Warin , 'Pieter Jager, Gregorius 't Hoen Willemsz., Thomas Johannés Sanderfon, Mr. Samuel van der Muelen, Mr. Jan Wolters vandePcllj Albertus Boddens, Matthvs  it Verzameling van Stukken betreikelyk tot van Son, Mr. Pieter Rendorp, Mr. Johannes Bour. court, Mr 'Jan van de Poll de jonge, Mr. Willem Gerrit van de Poll, Petrus Johannes Wendorp, Jan Evert Luyken. Zullende de Luitenants en Vendrigs, die ons uit de oude Officieren der Schutterye, door onze Commisfarisfen gunftig voorgedraagen en boven reeds vermeld zyn, nog nader onder de nieuwe Officieren, elk in die qualiteit worden opgegeeven, tot welke wy dezelve benoemd hebben. Draagendewy, uit eene door onze Commisfarisr fen aan ons te vooren overgegeeven lystof gros van Perfoonen, - tot de vaceerende plaatfen, aan U Wel Ed. Geftr. Manhafte voor. Als Kapiïeimen, Carel van Henghlen, Pieter van der Lyn, Willem Abeieven, Willem May de Jonge , jacobus Hendricus van Hengel, Nicolaas Abeleven, Mr. Hendrik Otto Arntzeniu», Ifaac Corneiis van Helsdingen, Mr. Corneiis Willem Dicker, Hieronimus vanSlingelandt, Jan holten, Pieter Boken, Jan Francois Bentinck > Christiaan van Marfelis , Mr. H. M. Toliis, F. A. B. h'ugenholtz, Frans Jacob Schumacher, Ysbrand 'tHoen, Mr Adriaan jofephe, lfaacDuim, johannes Carp, Pieter Walland, Mr. Leonard Beels, Justüs van Rinkhuyzen, Mr. Pieter van de Poll Jansz., Mr. Franciscus Benricus Moorrees, Jacob van der Dusfen , Mr. Willem de la Douespe, Barend Cramer, Mr. Gevbrand Elks, Pieter Alexander Hasfelaar, Jan Ryfer de Jonge, Jan Willem Tbomes-fen, V/vnar,d Cappenberg, Corneiis 't Hoen, At braham de Veer dé Jonge, Francois Abrahams, Mr, Jan Beeldfnyder, Jacobus van Viaanen, Pieter Ot. ter Jansz*, Barend Glahus, Mr. Willem Six. A.C, Fabricius, Mr. Frarcois Straalman, Mr. Corneli6 Backer Hendriksz. , Jacob joofting Pietersz. Als Luitenants. Samutl Eiter, Jaa Corneiis Wys, Pieter Crsnon- douk^  is Gtbeurtenisfen in gjtóg enz, voorgevallen. 13 ÉU, Bu-telt Witceveen, Evenrrd Rudolf Gerard Huvdecoper, Everard de Burlett junior . Jacobus RemS P eter Veeris, Otto Arnoldus Duur,, Ja. gq Girar'dyn Jansz,, jan, Daniël 1 opander, Nicokas Lublink, tlaniebz., Adnaan Gottlob Schultz, Claas Oldenhovea Mecima, Hendrik Slebes, Andr es van den Velden, Johannes Wynbergh, Dirk van Hengel, Ifaac Stiffry, CorneiisFrymerfum, ASLn Lodewyk van Harpen, Petrus Jooften, Ber: , Hon , Corneiis Geel, Evert van Voorthui. ~p Christiaan Seest, Jonas Willem de "fon^e, Nicolaas Jacobus FabiuS, Johannes George krees Corneiis Poortermans Matthiasz., Jan Brouwer, Huibert van Varick , A. Ütterbein, Daniël Bruyning, Petrus Schesfer, Daniël Deune, Joan Huydecoper, Jan Pynappel, Jacobus Anfpach, limotheus Duim. Arënd Styne, Evert Sieburgh, Nirnlaas Töll, Theodorus Arnoldus ■ Fabntius , Jan Anthony Tetting, Pieter Hendrik Teftas, Gemc Glafius, Johannes Bloemen, Pieter Eberlin, Johannes Hart, Roelof van Otterloo, Pieter Ehas Charbon, Jan Gerrit de Witte en Etienne le Jay. Als Vendrigs. Willem Alewyn, Jacobus Cranendonk, Hendrik Anthony Bultman, Jacob Dedel, Gerrit Jacob Myns fen, Tan Willem Huydecoper, Jan ClifFord, Arnold Hendrik Lepfneu, Jan de Burlett, Anthony Daniël ToDander, Dirk Adrianus Duim, Hendrik Knibbe, Corneiis Baak, Gerard Jacob Schumacher, Petrus Elderman, Jan Daniël Griot , Arnoldus Versfeit, Wilhelmus Pieter Mondt, Nicolaas de Roo, Jan Marchant, Jan Seest, Marcus Broen, Bernardus Wilhelmus Hakman, Hendrik Ruthe, Reinier Schefius,J. H.Smeéding, Pieter Anthony Rustman,John Walland, Anthony Luden , Jacob Mynsfen Gz., 'lan Henricus Broers, Thomas Hope, Willem Corneiis Backer de jonge, Johannes Corneiis Schutital, Bernardus Wilhelmus van den Bogaart , Anthony Tappé, Jan Otto Borrias, Robyn Reurt Nauta,  H Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Dirk vari Waalwyk, jacob Corneiis Veeris, Corneiis Wagee Schuman, S. N. duMoulin, Christiaan van Kuyk, Carel Lodewyk lachen, Jacob Ploegt Barend Johannes Schoorn, E. Spliethoff van Lingen, Corneiis Twisk junior, en Nicolaas Jacobus van Gen:. . Alle welke .Perfoonen aan ons door onzeCommisfarisfen,, na dat zy hadden getragt omtrent dezelve, de best mooglyke iaformatien te bekomen » zyn» voorgedraagen als de zodaanigen, welke geen, deel gehad hebben aan de zaaken, vermeld by meergemelde Hunne Ed. Groot Mogenden Refolutie van dengden November laatstleeden (*), weshalven wy. oqk.geene zwaarigheid maaken, Ü Wel Ed. GeltTo Manhafte by deeze te recommandeeren, om de gemelde Perfoonen ten fpoedigfle aan Burgemeefteren aan-, te prefenteeren, ten einde door dezelve, elk; in zyn bovengemelde qualiteit te worden beóédigd, hebbende dezelve onze Commisfarisfen ons echten verzogt, dat, indien naderhand mogte .bevonden worden, dat onder de bovengemelde door hun opgegeeven, en door ons benoemde Perfoonen, de een of de ander zich, onverhoopt zoude mogen be-i vinden, welke in minderen of meerderen graad zoude mogen fchuldig flaan aan de zaaken by meergemelde Hunner Ed. Groot Mog. Refolutie vermeld, wy hun dien aangaande. voor onfchuldig gelieven te houden ,'als hebbende tot het bekomen van de-, zelve hier bovengemelde informatien noch tyd noch vlyt. gefpaard, gelyk Wy ons ook, zo onverhoopt. D&'derhand mogte blyken hier in gedwaald te.zyn» dien aangaande voor verontschuldigd willen gehou« den hebben. , £*) Zie deeze Refolutie in het II. Heel, No. 247. bladz, 313.  fa Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. i$ ito 370. Waarfckoumng van het Hof van Holland ■ en de Magijtrdat van 's Gravenhagen betreffende, de Predikanten Johannes Heringa en Wigbold Mcilman. In dato den 21 December 1787. .-Alzo eenigen tyd geleeden aan den Hove. van tfoiland, midsgaders de Magiftraat van 's Hage, Request is geprefenteerd door Johannes Heringa, i Predikant in de Nederduitfche Gereformeerde GeGeënte alhier in 's Gravenhage, verzoekende, om , pedenen by dezelve Requeste ter neder gefteld: ! dat het aan den voorfchreeven Hove en Magiftra'at behaagen mogt, hem Suppliant, zyn Huis „ en Goederen te neemen in derzelver byzondere ,, protectie, en door genoegzaame efficacieufe voor„ zieninge hem in zyne opentlyke Bedieninge te „ maintineeren, ten einde hy daar in niet langer „ door ongeoirloofde aanvallen en bedreiginge ver; ,:, hinderd wierde"; en dezelve Requeste gefteld, ; zynde in handen' van die van den Kerkenraad der JNederduitfche Gereformeerde Gemeente alhier , om den voorfchreeven Hove en Magiftraat refpecj tivelyk daar op te dienen van derzelver berigt en I confideratien, weinige dagen daar na door denzeli ven Kerkenraad is berigt: „' dat by denzelven gee1 ,, ne befchuldigingen hoegenaamd van eenige mis„ daad, veel minder eenige bewyzen . tegen den voorfchreeven Predikant Heringa waren ingebragt; fchoon 'er eenige algemeene ftukken in 3, den Kerkenraad ingekomen waren, doch die ech„ ter niemant in het byzonder raakten, weshalven „ 'er ook geene Kerklyke Proceduures over denzeiven konden 'geëntameerd worden";' terwyl de voorfchreeve Kerkenraad dan ook geene zwaarigheid maakte om eerbiedig te verzoeken: „ dat „°aan den wenfeh en begeerte van den voornoem„ den Predikant Heringa in deszeifs hier voorge„ melde Requeste gemeld, op de best mooglyke wyze mogt worden voldaan ". En alzo de voornoemde Predikant Heringa eeni- gejsi  16 Verzameling van Stukken beirekkelyk tot gen tyd daar na nader , als mede nog Wigbold Mcilman, mede Predikant in.de Nederduitfche Gereformeerde Gemeente alhier , zich by Requëste aan den voorfchreeven Hove en Magifhaat hebben gcadresfeerd tot het zelfde einde, en in het byzonder hebben te kennen gegeeven hunne bereidwilligheid tot het doen van zekere Declaratoiren, by. derzelver Requeste refpecïivelyk vermeld f gelyk dezelve ook daar na door voorgemelde Predikanten refpectivelyk (ten overftaan en ten genoegevanden Hove en Magiftraat voornoemd) zyn gedaan en op-, derteekend ;■ waar by dezelve onder anderen in hef. byzonder belooven en aannecmen: om by aanhoudendheid voortaan in allen opzichte aan zyne ,, Doorluchtige Hoogheid en het Vorftelyk Huis' j-, van Orange en JNasfau dien eerbied en die ge. hoorzaamheid te zullen betoonen en bewyzen 2 welke ieder goed en getrouw Ingezeten van den ,, Lande aan eenen Vorst, wien door de Heeren it Staaten van Holland en West-Friesland, den ee?, nigen Souverein deezer Provincie , die hooge: Waardigheden, welke Hoogstdezelve is bekleedende, in deeze Provincie erflyk zyn opgedraagen , en aan Hoogstdeszelfs Doorluchtig Huis verfchuldigd is"; terwyl oqk de hier voprge7 melde Requeste, door gemelde Predikant Muilman aan den Hove en Magiftraat voornoemd geprefenteerd, bevoorens mede gefteld geweest zynde in handen van den Kerkenraad der Nederduitfche Gereformeerde Gemeente alhier, door denzelven op gelyke wyze, als ten opzichte van den Predikant Heringa, was berigt geworden: en ook aan den Hove en de Magiftraat voornoemd, geduurende at die tyd, dat de voornoemde Predikanten den Predikdienst niet hebben waargenomen, geene bewyzen tot derzelver bezwaar ftrekkende zyn voorgekomen. Zo is 't, dat het Hof van Holland en de Magiftraat van 's Gravenhage, vermeenende niet langer je mogen noch te moeten uitftellen, om aan de érn-  de Gebeurtenis/en in 1787 tn%. voorgevallen. ïf öige begeerten van de gemelde refpe&ive Predikanten te voldoen, bydeezen alle en een iegelykop het alleremftigite vermaanen en waarfchouwen, de gemelde Predikanten in het waarneemen van hun Predik- of ander Dienstwerk op eenigerhande wyze direct, of indirect te verhinderen, of eenige belemmeringen, hoe ook genaamt, of onder wat pretext zulks ook zoude mogen zyn, toe te brengen, op pcene, dat die genen, welke zulks niettegenftaande deeze onze ernltige Waarfchouwinge op eenigfrlei wyze, het zy met woorden, het zy met daaden » zouden mogen onderftaan te doen, als Verftoorders der publieke rust en Overtreeders van de Piacaatea én Ordonnantiën van Hun Edele Groot Mogenden de Heeren Staaten deezer Provincie fuccesfivelyk geëmaneerd, en in het byzonder ook van de fuccesfive Declaratoiren en Waarfchouwingen van zyne Doorluchtige Hoogheid, midsgade'rs van de laatst geëmaneerde Publicatie van Hun Edele Groot Mogenden van den I2den December laatstleeden, aan. den Lyve, ja zelfs naar exigentie van zaaken met den Dood zullen worden geftraft: wordende, den Prokureur-Generaal, midsgaders den Bailliuw vau 's Gravenhage by deezen wel expresfelyk gelast, deeze onze Waarfchouwing precifelyk te executeeren en voor de rigtige obfervantie van dien op alle mooglyke wyze te vigileeren. Zynde en blyvende het aan alle en een iegelyk Lidmaat der Gereformeerde Gemeente alhier, ten allen tyde vry en onverlet, om, zo wanneer dezelve mogte vermeenen eenige bezwaaren ten laste van gemelde refpefitive Predikanten te hebben o£ kunnen inbrengen, zich deswegens met onthouding van alle eigendunkelyke onbeboorlyke feitelykheden, op eene wettige wyze ter behoorlyk'e plaatfe te adresfeeren, zullende het Hof en de Magiftraat voornoemd, altyd bereid gevonden worden zodaanige voorzieningen te doen, als dezelve Jaar gelang der zaake zullen oirdeelen te behooreri. Én op dat niemant hier van eenige ignorantie preIV. Deel. B ten.  j'8 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot tendeere, zal deeze alomme worden gepubliceerd en geaffigeerd, daar zulks behoorden tegefchieden gebrui kelyk is ; midsgaders van den Predikftoel alhier op aanftaande dingsdag den 2jften deezer worden afgeleezen. Gedaan in den Hage, den &c. Onder fiond In kennisfe van Ons. (was get.~) J. T. Rover. j. P. van der Haar. No. 371. Extract uit de Refolutien van de Heeren van c'e IVeth der Stad Rotte) dam, waar by aan de Hoofdlieden van het Boekverkoopers Gilde word ge' iijangeerd, dat Hun Ed. Groot Achtbaarheden zich ten I/oogsten zullen laaien gelegen leggen, dat de periodicque Gefchriften, welke binnen die Stadzou* den mogen worden gedrukt of uitgegeeven, voortaan cp eene befcheidenè wyze enzonder lice'niieufe ,fchimpende oj 'eerroovende uitdrukkingen Werden gefchreeven enz. In dato den 22 December 1787. Ingevolge het gèrefolveerde van den iSden December laatstleeden, is ter voldoening aan de aanichryving van Hun Ed. Groot Mogenden van den 5den derzelver maand, aan Jacob Burgvliet, Abraham Bothal, Pieter Holstein en Jan Pols, Hoofdlieden van het Boekverkoopers Gilde binnen deeze Stad, ter Vergadering gerequireerd en binnen geftaan zynde, aangezeet, dat Hun Ed. Groot Achtb. zich ten hoogften zullen laaten gelegen leggen, dat de periodicque Gefchriften welke binnen deeze Stad zouden mogen worden gedrukt of uitgegeeven, voortaan op eene befcheide wyze en zonder licentieufe, fchifnpende of eerroovende uitdrukkingen werden gefchreeven, en midsdien hun hier van ten overvloede willen verwittigd hebben, ten  de Gebeurtenis/en in 17 8 7 enz. vaar gevallen. 19 ten einde zulks, naamens deeze Vergadering, aan alle hunne Gildebroeders, ter voorkoming en vermyding van hunne fchaade, te communiceeren en aan te zeggen. Dat Hun Ed. Groot Achtb. verders hadden goedgevonden, hun in hunne qualiteit expresfelyk te ordonneeren en te gelasten, omme te zorgen, dat alle Spot-Prenten, midsgaders alk- licentieufe Gefchriften, en inzonderheid de nog overig zycde Exemplaaren van dt Post van denNtder-Rhyn, tieRepublicain aan de Maaze, het Kroeg-Praatje en alle andere ibortgelyke Dag- en Weekbladen, welke federt eenigen tyd hier ter Stede zyn gedrukt en uitgegeeven, en nog onder de refpeétive Gildebroeders mogten berustende zyn, zo fpoedig doenlyk in Burgemeesteren Kamer werden overgebragt, des noods onder Expurgatie van ééde, van geene meerderen of anderen te hebben, te weeten, of ter lcwaader trouw weerloos geworden te zyn. En dat van ditgerefolveerde een genoegzaam aantal gedrukte Exemplaaren aan het Gilde der Boek» verkoopers zal worden toegezonden, omme te dienen tot derzelver informatie, en omme zich daar Daar te reguleeren. Accordeert met voorfz. Refolutie. (was get.~) J. van Zuylen van Nyevelt. N°. 372. Declaratoir en Betuiging van Joh. Keerbergen eerfte Secretaris van de oprechte Vaderlandfche Sociëteit de Eendragt te Rotterdam. In dato den 23 December 1787. Ik ondergeteekende eerfte Secretaris, om veele redenen en omftandigheden, de oprechte Vaderlandfche Sociëteit de Eendragt, en die post niet langer kunnende waarneemen, heb den Directeuren dier Sociëteit voor het Secretariaat, op den 23 December 1787 bedankt, en al het geen onder my berusB 2 tend  2ó Verzameling van Stukken betrekkelyk tot tendwas, raakende de Sociëteit, aan dezelven ovcrhandigt. Beroepe my op Directeuren en alle Leden, wegens alle myne verrigtingen , gehouden gedrag, handel en wandel; en indien binnen agt dagen, naar dato deezes niemant tegen my opkomt, houde ik my van alle aanmaaningen en verrigtingen, de Sociëteit raakende, in 't geheel niet aanfpreeklyk. Verzoeke een iegelyk, die eenige Brieven, Papieren, Onderteekeningen, of van wat voor natuur dezelven zyn mogten , en aan my Ondergeteekende wilden toezenden, zich te adresfeeren met aan my, maar aan de bovengenoemde Sociëteit. Ook is my verfcheiden reizen ter ooren gekomen, dat ik Ondergeteekende veel gelds ter beInoning voor al de gedaane JNagt- en Dagwagten, en voor het waarneemen van het Secretariaat zoude ontfangen hebben, het geen geheel bezyden de waarheid is, beloove aan den genen die my met waarheid kan bewyzen, dat ik voor het bovengenoemde, waar in ook beftaande, iets hebbe ontfangen, Of beloften gehad te hebben van te zullen genieten, eene prsemie van honderd Dukaaten, except die'edelmoedige belofte door de Regeering deezer Stad gedaan, om eene Medaille ter gedagtems aan de Wagt en door die trouwe uitkomende Burgers, in die Smwenteling der zaaken te zullen yereeren. Ik voor my betuige voor God het bovenitaande verrigt te hebben uit zuivere liefde , zonder de minfte inzichten, Goed en Bloed opgezet te hebben voor Godsdienst en het Doorluchtig Huis van Orange en Nasfau, waar voor ik alles veil heb, niet in fchyn, maar in zyn; niet alleen Orange op den hoed, maar ook in 't merg, vleefch en bloed. Hebbende ook alles wat in my was, toegebragt voor de oude gevestigde Conftitutie, voorde braave wettige Regeering, het herftel, beveiliging en rust deezer Stad. (was g«.) Joh. Keerbergen.^  ie Gebeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 2£ N9. 373- Notificatie van de Magiftraat te Groningen, ' waar by ten ftrengjlen word verboden het omloopen , met Kroonen en andere vercierfelen enz. In dato den 24 December 1787. De H. Heeren Burgemeefteren en Raad in Groningen, tot hunne verwondering ontwaar zynde geworden, dat deezen gepasfeerden nagt fommige Perfoonen zich hebben onderftaan, om aan eeniga Huizen in deeze Stad Kroonen en andere vercierfelen te brengen, en om de deuren vast te maaken, hebben nodig geoirdeeld, daar Hun Ed. Mogenden niets meer ter harte gaat, dan de rust en veiligheid in deeze Stad te bewaaren en alle aanleiding tot ftooring van dezelve te weeren, by deezen ten ftrengften te verbieden het omloopen met Kroonen of andere vercierfelen, veel min dezelve op publieke ftraaten of voor of aan de Huizen van Burgers of Ingezetenen deezer Stad te zetten of vast te maaken, als aanleiding geevende tot ongeregeldheden, bedelary en eindelyk afperfingen van geld, op poene, dat dezelve als Verftoorders der ruste , volgens Hoogstderzelver Placaaten, zullen worden geftraft; gelastende alzo alle Stads Bedienden, en wel inzonderheid de Schouten Dienaaren, beneffens de Ratelaaren, om daar op en wel inzonderheid des nagts acht tegeeven, en de Ommeloopers met dusdaane vercierfelen vindende, in het Schouten, huis tot Hun Ed. Mogenden ordres in bewaaring te brengen. En om zulke disordres dies te beter voor te komen , word mede verboden, dat iets door onze goede Burgers en Ingezetenen aan de Brengers of Oprigters van dusdaane vercierr felen~werde gegeeven , onder welk voorgeeven ook, of dat dezelve als Begunfiigers daar van zullen worden befchouwd en behandeld. En op dat niemant hier van onweetende zy, zal deeze alhier in de Stad alom worden aange- flaSea' Aldua B3  22 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Aldus gedaan in Groningen, den 24 December ï787. Ter Ordonnantie der H. Heeren voorfz. (was gef.) G. H. Gockinga, Secret. No, 374. Extracl. uit de Refolutien van Drost en Gedeputeerde Staaten der Landfchap Drent ne, tegens het, Jchryven en verfpreiden van fnoode Traftaaten en lasierlyke Gefchriften enz. In dato den 24 Deceniber 1787. Is gerefolveerd en gearresteerd, vermids geduurende de laatfte verwarringen in ons Vaderland, het fchryver en verfpreiden van fnoode Tractaatenen lasterlyke Gefchriften tegens de Hooge Overheid, en in 't byzonder tegen het Eminent Hoofd deezer Republiek, den Heer Erf-Stadhouder, waar in dezelve op de gruwelykfte wyzei wierden beloogen, en 't Volk aangemaand, derzelver beveelen niet meer te eerbiedigen, ja hen zelfs met den gewa. penden arm het gezag te ontwringen, een der middelen is geweest, om tweedragt, wantrouwen en oproer onder 't Volk te zaaijen, hetfchryven, drukken, verkoopen of verfpreiden van zodaanige Gefchriften ten ftrengften te verbieden , en vooral het fchandfchrift de Post van den Neder-Rhyn. In het byzonder word een prsemie van 100 goudc Dukaatcn, dien beloofd, die denSchryverofDrukker van zeker Libel, getyteld: de tegenwoordigeflaat van Drenthe ontmaskerd, wtet te ontdekken , en dezelve der Juftitie aangeeft, zullende den Aanbrenger, fchoon aan het zelve mede fchuldig, boven dat volledige abolitie van ftraffe erlangen. No.  ie Gsbeurtenisfen in 17S7 «*• voorgevallen. 23 No. ^75. Zaaklyken inhoud der PoinclenvanBezwaar, overgegeven aan de Gecommüteerdens van zyne Doorluchtige Hoogheid den Heere Erf-Stadhoader, door de Geconjtüueerden der Leden van de oprechte Vaderlandfche Sociëteit te Rotterdam. In dato den 24 December 1787. Ii Dat Commisfarisfen van zyne Doorl. Hoogh. het'daar heen gelieven te dirigeeren, dat het Staats Rapport van Hun Ed. Gr. Mog. Commisfarisfen, m der tyd binnen deeze Stad geweest zynde, mag worden gefteld in handen van het Hof van Juftitie in 's Hage, om het zelve te onderzoeken, en om do coniideratien van denzelven Hove daar op te verftaan, op dat de fletrisfure die de Burgery daar ia aangedaan is, door een Staats Refolutie wederom worde gerepareerd. 2. Dat alle Regenten die in de verkortingen va» de Preëminentien van zyne Doorl. Hoogh. hebben ingeftemd, als mede die hebben geconcurreerd toe de Staats-Commisfien in de Steden , en tot de nieuwe Stads Schuttery, als ook die mede gewerkt hebben tot de remotie der wettige Raaden , en ook die daar aan geholpen hebben, van hunne Ambten mogen worden ontzet, onverminderd den loop der Juftitie. o Dat alle die genen welke de plaatfen der wettige' Regenten hebben ingenoomen , voor altoos van alle Ambten en Bedieningen mogen worden en blyven ontzet. 4. Dat alle de Ambtenaaren en Gebenificeerdens ("voor zo veel derzelver Aótens en Claufulen totwederopzeggens toe inhouden) die van hun Societeits huis op de Wynhaven, zich in Corps naar het Raadhuis hebben begeeven, en aldaar op den 23 April 1787 zeven wettige Raaden hebben geremoveerd; als mede, die zich daar by gevoegd hebben, daadelyk van hunne Ambten en Bedieningen worden ontzet, en dat dezelve worden gegeeven aan die genen die de oude Conftitutie zyn toegedaan. Ais B 4 mede  '$4 Verzameling van Stukken hetrekkelyk tot mede, dat alle de Predikanten, die aan de voor» fchreeve Remotie hebben deel gehad, het Territoir van deeze Stad worde ontzegt, en niemant wederom in eenig Ambt en Bediening gefteld worde, alles onverminderd den loop der Juftitie. 5. Dat alle de Generaliteits en Admiraliteits Ambtenaaren, die zich aan de voorfchreeven Remotie fctiuidig gemaakt hebben, van hunne Ambten worden ontzet. 6. Dat naauwkeurig onderzoek gedaan worde naar het Adres van J. Hildebrand, en de Opftellers van eene inünuatie, in dato den 7 Juny 1787, onderteekend door P. Caarten, Am. van Rykevorsel, Ns. Montauban van Zwyndregt, J. Beeldemaker, j. Penninc Abr.zoon, H. Leemput, J. P. van Heel en A. Radys, en aan zeven wettige doch geremoveerde Raaden, benevens den Secretaris Nieveld, en de elf Oud Schepenen cum juis t'huis gezonden; dat debovengemeldeOnderteekenaarsdeeze Stad en derzelver Jurisdictie worden ontzegt. 7. Dat onderzoek worde gedaan naar het oogmerk, om fommige Regenten, Directeurs enz. als Aankieevers van de oude Conftitutie, naar het Pest-huis te vervoeren; en dat de Agresfeurs hier van» naar exigentie van zaaken worden geflraft. 8. Dat alle Oud ^cbepenen, die by de Remotie geadfifteerd hebben, van alles mogen vervallen biyven, en uit de Banken in de Kerken, als mede hunne Vrouwen uit de Mevrouwen Banken werden geweerd. 9. Dat onderzoek worde gedaan, naar het gedrag van den Mijoor van den Byllaart, en daar over worde geoirdeelt. 10. Dat de zodaanigen, die de Regeeringen en zyne Doorluchtige Hoogheid gehoond hebben, voor altoos van hunne Ambten mogen worden ontzet. 1 r. Dat de zodaanigen , die in de Burgerlegertjes en als Auxiliairen, (gelyk als den Onder-Equipagemeester Meyners , S. Lans en ander, n) naar elders zyn uitgetrokken met Detachementen, van hunne AraJS-  de Gebeurtentfen in 1787 enz. voorgevallen. a£ Ambten en Bedieningen worden ontzet, en anderen ten voorbedde geftraft. 12. Dat de Boekverkoopers J. Bronkhorst, J. de Leeuw en J. Krap, over het uitgeeven van het Boekje, aan het Volk van Nederland, worden onderzogt en naar bevind van zaaken geftraft. 13. Dat een onderzoek gefchiede naar den Schryver"of Drukker van het Zaturdagfe Kroegpraatje. 14. Dat onderzoek gedaan worde naar J. Hubert, C. S. A. Kreet , P. de Koker en J. van den Bosch, fpeciaal omtrent hun gehouden gedrag by het removeeren der Wettige Regenten, en zy, naar bevind van zaaken, geftraft worden. 15. Dat onderzoek gedaan worde, omtrent L, van Zwyndregt en L. Nolst, welke zonder noodzaake op de Burgery hebben laaten fchieten. 16. Burgemeesteren te verzoeken om onderzoek te doen naar het gedrag van de Bodens, Kamerbewaarders, en verdere Bediendens van het Stadshuis. . ,. , 17. Dat alle de Stads Leveranciers, die de qualificatie op de Geconftitueerdens van de Sociëteit op deWynhaven, geteekend hebben, mogen worden geremoveerd. 18. Dat de Requesten en Memorien van J. J. Elsevier, mogen gefteld worden in handen van het Hof van Holland door Hun Ed. Groot Mog. ■ 19. Dat voorzien worde, dat nooit de ondermyning van het Erf-Stadhouderfchap, wederom moge plaats hebben; en dat ten dien einde een ieder onder een ééd gebragt worde. 20. Dat de Regeering zorge draage, dat de zodaanigen, die over hun gehouden wangedrag, van elders hier komen vlugten om zich hier neder te zetten, de Stad en het Territoir worde ontzegt. 21. Dat alle Ambtenaaren die de Oranje Party zyn toegedaan, en daarom door de Patriotten van hunne Ambten zyn ontzet, daar in wederom mogen worden herfteld. 2&. Dat alle Ambten en Bedieningen die .epen B 5 val-  t$ Verzameling van Stukken betrekkelyk tot vallen , mogen worden gegeeven aan gebooren Burgers, van de Predomineerende Godsdienst;, en die de Oude Conltitutie zyn toegedaan, en ten minften vyf jaaren Stads lasten hebben gedraagen. B Y L A A G E. Dat de zodaanigen, die geen Ambten hebben, en by de Remotie hebben geadfifteerd, in hunne Perfoonen en Goederen worden geftraft, om daar door de fchaadens te vergoeden, die door hun toedoen, aan den Lande zyn toegebragt. No. 376". Memorie door Heeren Commisfarisfen van zy* ne Doorluchtige Hoogheid den Heere Prince Erf* Stadhouder, voor hun vertrek uit de Stad Rotterdam, aan de Geconjlitueerdens van Son en Havart overgegeeven , betrekkelyk de Poindten van Bezwaar in het voorgaande Jluk opgegeeven. Heeren Commisfarisfen v;m zyne Doorluchtige Hoogheid gezien en geëxamineert hebbende de bezwaaren van wegens de Burgery deezer Stad overgegeeven, en in aanmerking genomen hebbende, welke notabele veranderingen in aile de Departementen deezer Stads Regeering, zo ingevolge de EUthorifatie van Hun Edel Groot Mogenden op zyne Doorluchtige Hoogheid, als door de Regeering der Stad zelve, gemaakt zyn, en fpeciaal hoe dien conform, al direct na de gelukkige omwenteling van zaaken en de herltelling der Wettige RegteringsLeden, het geheele Collegie van Hoofd-Officier en Heeren Schepenen is vernieuwd en wyders de verdere mindere Collegien , als van Commisfarisfen van kleine zaaken, het Zee-Recht en de beheering der Godshuizen met vertrouwde Perfoonen voorzien; 1 hoe al verder tien Raaden uit de Vroedichap cntflagen en twee Secretarisfen aangefteld zyn; — hoe boven dien nog van hunne Posten hier ter Stede,  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 27 de, ter zaake der voorige beroertens ontzet zyn de navolgende Perfoonen. ■•/.-> t a. Frescarode, als Contrarolleur-BoeKhouder in de Wisfelbank; J. P. van Heel, als Notaris; J. t le sage ten Broek, als Profesfor Honorair en Predikant; F. W. de Monchy, als Stads-Doctor, T. Th. Frescarode, als Notaris en Translateur N. Montauban van Swyndregt, en Leonardus van Zwyndregt, als Makelaars; Mr. a. t van Ravestein , ais Secretaris van het ZeeRecht ,• Mr. Gerard van der Looy Houthoff, als Notaris; Cornelis van El, als Pondgaarder; Leendert Hofhout, als Beftclmeester; Salomon de Monchy, als Profesfor Honorair; Jan Ys van der Vliet, en Simon Lans, als Makelaars; Do. Scheffer, als Lutersch Predikant; Mr. Abraham Geverts, als Secretaris van de Bailluagie vanSchieland; Gerrit Manheer- als Octrooy hebbende tot het drukken der Stads Almanach; Dirk van Es, als Bode van Kralingen; JanIzerim, als StadsHelbardier; en Ernst Christoffel Humme, by provifie voor een jaar gefufpendeert, met verbeurte van zyn inkomen in die qualiteit, ten behoeve van den Armen. Hoe al verder by de Wethouderfchap deezer Stad de Drukkery der Boekverkoopereu Krap en de Leeuw, is geordonneert ftil te (laan en de Winkel van den Boekverkooper de Leeuw gefloten en de Boekverkooper Bronkhorst by Vonnisfe gecondemneert is; hadden vertrouwd, dat daar mede genoeg gedaan ware, zo wel ter gerustftelling der gemeene zaaken van Land en Stad, als voor zo verre de exempelen by politieke dispofitien ten voorbedde van anderen by vervolg van tyd nodig geoirdeeld kunnen wor len. Dan daar het fchynt, dat de Burgery meerder ouvertures verlangt van de maatregelen, die genomen zyn, of nog verder ftaan genomen te worden, ter betooning, dat het voorige gedrag der Ingezetenen geenzints onverfchillig word aangezien, zo heb.  aS Verzanding vm Stukken betrekkelyk tot hebben voorfchreeven Heeren Commisfarisfen de Burgery ook niet onkundig willen laateu, dat in de eerfte plaats, mee betrekking tot de handelingen van fommige Perfoonen, welke by de Burgery zyn | aangeklaagt geworden , het onderzoek dien aangaan- I de by den Prokureur-Generaal van Holland reeds is, J of nog ftaat, by der hand genomen te worden, im. j mers zo verre dezelven by de Amnestie uitgefloo. ten zyn. Dat 'er in de tweede plaats, by de Regeering deezer Stad niet kan worden gedisponeert tot remotie tegens de Suppoosten van byzondere Collegien, hoedaanige insgelyks by de Burgery, als behoord hebbende tot de Sociëteit van de Wynhaven, of ' andere Corporatien van partyfehap, opgegeeven zyn, maar zulks aan de voorfchreeven Collegien dient overgelaaten te worden. Dat in de derde plaats, onder de opgegeeven Perfoonen, zich verfcheiden bevinden, die reeds op de overtuigendfle wye blyken van berouw en leedwezen getoond, en de plechtigfle verzekering gegeeven hebben, van zich in 't vervolg van alle onrustige daaden, of partyfehap ten nadeele van het Doorluchtig Huis van Orange, of 's Lands, of Stads-Regeering te zullen onthouden, omtrent welke alreeds zodaanig is gedisponeert, als bevonden js te behooren, zonder dat daar omtrent nieuwe deliberatien aangevangen hebben kunnen worden. Uat in de vierde plaats, uit het overig getal der Perfoonen, die by de Burgery voorgedragen zyn, sis het grootlle ongenoegen meriteerende, en 'er zeer veelen zyn, op wier gedrag by naauwkeurig onderzoek geene gegronde reproches te maaken zyn , ten dien effecte, dat zy daarom van hunne Proodwianingen zouden kunnen of behooren te worden ont-* ECDat, in de vyfde plaats, over zulks een gering petal overfchiet, die het ongenoegen van hunne mede-Burgeren geïncurreert hebbende, ter zaake van de voorige Partyfchappen, geen aanfpraak fch y- nea j  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 29 een te hebben op de gunst der Regeering, waar toe Heeren Commisfarisfen, Heeren Burgemeesters dan ook hebben geauthorifeerd dezelven van hunne Bedieningen te verlaaten, by zo verre Heeren Burgemeesters zulks, na onderzoek van zaaken, noodig en gepast oirdeelen, waar toe dan eeniglyk nog in aanmerking gekomen zyn de vier navolgenden: Adam INoole, Schipper van het Stads-Jagt en Delftfche Veerfchuit; Hendrik Wishoff, Ledienaar der Begraafnis; Martinus Esbeek, als Keurmeester van de Steen; en, Johan Hendrik \\ illem Spieleveld, Commisfaris van de lnlandfche *rm- tGKunnende Heeren Commisfarisfen geene verdere of andere authorifatien, ten fine van Remotie veroirlooven, als ftfydende alle Remotien, waar omtrent eenige bedenkingen, en nog meer waar omtrent eenige verfchooning in confideratie kunnen komen, met de edelmoedige principes, die zyne Doorluchtige Hoogheid alomme, en ten allen tyde heeft gemanifesteerd, het welk Heeren Commisfarisfen ten overvloede , ten ferieufte aan de goede Burgers en Ingezetenen, die daar by belang ftellen, willen voorgehouden hebben. Dat, in de zesde plaats: aangemerkt Johannes van efn Byllaert zyne bediening als Burger-Majoor, in handen van Heeren Commisfarisfen en van Hun Edel Groot Achtbaaren heeft gereiigneert , een ander Burger-Majoor in zyne plaats zal worden aangefteld, des nogthands dat de voorfchreeven Mafoor van denByllaert, uit aanmerking van zyne vigilantie en verder gegeeven contentement aan Heeren Burgemeesteren, zo met betrekking tot de nodige fchikkingen met de Militie, binnen deeze Stad Guarnifoen houdende, Stads Wapen-kamer, als andere Commisfien, waar mede hy van tyd tot tvd by Heeren Burgemeesteren is belast geworden en nog daaglyks belast word, zalblyven geëmplooijeert als Plaats-Major, op een maatig daggeld. Dat ten zevenden: alle de ingefchreeven Leden van de  go Vcrzamdmg van Stukken betrekkelyk tot de gewezen Sociëteit van de Wynhaven', BontenHond en Palmboom, wanneer dezelve bekend zyn , in de tegenwoordige Schuttery niet zullen worden geadmitteerd. Dat ten agtflen : alle zodaanige Oud-Schepenen deezer Stad, welke zich in Perföon by de fekelyke Remotie van den 23 April 1787 hebben laaten vinden, als mede alle de Officieren der laatst gedislblveerde Schutterye van hunne gedistingucerde plaatfen in de publieke Kerken zullen worden ontzet. Dat, ten negenden: alle bedenkelyke attentie genomen zal worden op het van buiten inkomen van Perfoonen, die hunne voorige woonplaatfen verhaten hebben, ter zaake van in de troubles te zyn gemelleert geweest, en zich nu alhier zouden tragten neder te zetten. Dat ten tienden: van wegens de Regeering deezer Stad ar.n de Collegien van Admiraliteit, Bewindhebberen der Oost- en West-Indifche Compagnien en alle verdere Corporati&n binnen deeze Stad refideerende, fpeciaal ook aan de Regenten der Godshuizen, zal worden verzogt of aanbevolen, om gunftigc refleüien te flaan op alle zodaanige Perfoonen, welke zich aan de Regeering en oude Conftkutie van Land en Stad getrouw gedragen hebben, ten einde dezelve by vergunning van Leverantien, voor anderen te prasfereeren. Dat, ten elfden: zo ras de algemeene Staatsbelangens, de Deliberatien over het Rapport van Gecommitteerdens van Hun Edel Groot Mogenden van den jaare 1786 zullen toelaaten, van wegens deeze Stad ter Staatsvergadering ten ernftigfte zal worden geinfteerd, om het Commisforiaal Befogne daar in te houden, en daar van eene zodaanige afkomst gemaakt, als de zaak zelve zal blyken te meriteeren. Dat, ten twaalfden: ten opzichte van alle weldenkende Burgers, die zich door befcheidenheid, attachement aan het Huis van Orange engetrouwig- heid  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 3! freid aan de Regeering hebben gedistingüeerd, dezelve op hec favorabelfte aan alle Departementen in Regeering zullen aanbevolen worden, teneinde hun te'doen genieten zodaanige gunden en protectien, als met een iegelyks ftaat en conditie overeenkomftig geoirdeeld zal worden. Dat eindelyk, het beleid der zaaken van Staat, Stad, Politie en Juftitie, geheel en alleen aan de Regeering aanbevolen blyvende, eenieder der Burgeren rustig en vredig tot de beoeffening van zyn beroep zal wederkeeren , zonder zich nu meer met de overweegingen van Gemeene Lands of Stedelyke zaaken op te houden, of waar door zy ligtelyk tot gelyke uiterftens zouden kunnen vervallen, als zy zei ven in andere hunner mede-Burgeren met recht hébben veroirdeeld, en waar tegen ook alreeds by Plakaaten van den Lande is voorzien geworden; by welke ernftige vermaaning Heeren Commisfarisfen ten befluite nog te voegen hebben, eene welmeenende dankzegging aan de Geconftitueerdens der en dezulken uit de Burgery, welke de bezwaaren en belangen hunner mede-Burgeren op de befcheidenfte wyze aan Heeren Commisfarisfen hebben voorgedraagen ; betuigende Heeren Commisfarisfen van wegens zyne Doorluchtige Hoogheid, dat zy ten allen tyde zullen gedenken hunne gedaane dienften ten algemeenen nutte, en daar zy zich in deeze Stad byzonderlyk met zo veel orde en gefchiktheid gedraagen hebben, achten Commisfarisfen, dat zy zich, zo wel by hunne mede-Burgeren als by hunne Regeering verdienstlyk gemaakt hebbende, als nu met volle eer en contentement in voorfchreevem «qualiteiten hebben gedefungeert.  3-s Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Ne. 377. ExtraSt uit de Rejolutien van de Ed. Mog. Heeren Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en West Friesland, in West-Friesland en den Noor der-Kwartier e, waar by aan Mr. B. Blok , zyne demisfie word verleend als Commis van de Fi. nancien. In dato den 29 December 1787. De Heeren Lakeman en Spaander, Hun Edele Mog. mede-Broederen in Raade, benevens de Klerk van der Vorm, als tot de waarneeminge van het Secretariaat van Hun Ed. Mog. Collegie, geduurende de vacatuure van het zelve gequalificeert, by Hun Edele Mog. Refolutie van den ijden deezer maand gecommitteerd, om &c. Waar op gedelibereertzynde, is goedgevonden, de voornoemde Heeren Gecommitteerden voor hunne genomene moeite en gedaan Rapport, met approbatie van derzelver verrichtingen , te bedanken, zo als bedankt worden by deezen; en wyders verHaan, aan Mr. Bernardus Blok, te verleenen zyne demisfie van het Ambt van Commis van de Financien van West-Friesland en het Noorder-Kwartier, zo als dezelve demisfie aan hem verleend word by deezen. Zullende ten zynen behoeve worden gedepêcheert eene Ordonnantie voor het een vierde jaar tractement als Commis van de voorfz. Financien, verfcheenen ultimo December 1787, en de Huishuur over den jaare 1787: mids gemelde Mr. Bernardus Blok, zal gehouden zyn tot verantwoording van zodaanige 's Lands penningen, als onder zyne^ adminiftratie zyn geweest. En zal Extract: deezes gegeeven worden aan Mr, Bernardus Blok, zo tot naricht, als om zich daar na te reguleeren. (Onder Jlond') Accordeert met voorfz. Register, voor zo veel het geëxtraheerde aangaat. (was get.~) Jan Chr. van der Vorm. No.  és Gebeartenïsfen in I787 enz. voorgevallen, jj£ i$o. 378. .Rtquest van den Generaal Majoor Albert van Ryssel,. aan Hun Edel Groot Mog. de Staaten van Holland en West-Friesland, waar by recla* meert de aan hem toegezegde Protectie. In dato den : . December 1787. Geeft mét verfchuldigden eerbied te kennen Albert van Ryssel, Generaal-Majoor van de Infantery , Luitenant-Kolionel effectief en Kapitein .effectief van eene Compagnie Granadiers ónder hec Regiment van den Luitenant-Generaal van Harden* éROEKj en Gouverneur van Naarden. Dat de Suppliant de eer. gehad hebbende, om^ pp den ziften September laatstleeden, aan U Edele Gropt Mog. te prefenteeren een. Request, waar by aan Hoogstdezelven (gelyk hy vertrouwt op gronden van recht en biüykheid). zyde belangen ten op* zichte van zyne obediëntie aan de refpective. order» van Ü Ed. Groot Mog. en de ongelegenheid, waar in hy zich deswegens thands bevindj met.alieri mooglyken ernst en aandrang heeft voorgedragen ; èn op dat fundament van U Ed. Groot Mogenden ge.; imploreert, dat Hoogstdezelven den Suppliant gelieven ce doen genieten het volkomen effect van derzelver beloofde Protectie, zo wegens d.e fufpeafie pf ontzetting van de Posten door hem refpectivelyk bekleed, als Generaal-Majoor vandelnfdnteryj.Luitenanr-Collonel effectief en Kapitein van eencCom^ pagnie Granadiers in, het Regiment van den. Luitenant-Generaal van Hardenbroek eo Gouverneur #an Naarden, als wegens de Procedures, welke^. ter zaake zyner verrichtingen in die qualiteiten; of ook als Commandant en, Chef van het Cordon, tegen hem reeds rhogten zyn, of verder zouden moi gen .worden ondernomen,, en eindlyk wegens hec arrefteeren van deszelfs Meubilaire Goederen, 0$ het Fort St. Ahdries, door by Hunne Hoog Mogenden de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, mitsgaders by den Raad yan .Staaten als mede by de Heeren Staaten van Gelderland} tf; DÈEL-. Ê döb'f  34 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot door Hoogstderzelver veel vermogende intercesfi» te eiTectuëeren, dat zodaanige fufpenlie, ontzetting, Procedures en Arresten, voor zo ver dezelven reeds mogen plaats hebben, worden opgeheven en te niete gedaan, en, voor zo ver de Suppliant daar mede mogt worden bedreigd, voor het vervolg geheel mogten cesfeeren, mitsgaders den Suppliant op eene redelyke wyze tededommageeren voor alle de fchaadens, diehy, ter zaake van de obediëntie aan U Ed. Groot Mog. beveelen, bereids gehad heeft en verder zoude mogen hebben. Dat de Suppliant zich gevleid had, dat de onwederlegbaare zekerheid der bovengemelde gronden, zelf zonder dat de Suppliant die aan U Ed. Groot Mog. had behoeven voor te draagen, Hoogstderzelver doorzicht zo ver zouden hebben gepenetreert en de onvermydelyke verplichtingen van eiken Souverein (het zy met eerbied gezegt) om deszelfs uitdrukkelyke gegeeven -beveelen, en de daar aan op het naauwst verbonden Protectie , Güarantie en Schaadeloosftelüng te maintineeren en daar te ftellen, Hoogstderzelver zugt voor het goed recht en het welzyn hunner Ingezetenen en getrouwe Officieren , als mede derzelver aandoeningen over den rampzaligen toeftand van zeer veele der ongelukkt» gen, zo zeer zouden hebben opgewekt, dat U Ed. Groot Mog. door den importanten invloed , welke het vermogen van derzelver Provincie heeft op de Unie, zouden hebben kunnen,en gelieven-te prèveiiieeren de verdere nadeeligè gevolgen, welke1 dö Refolutie van Hunne Hoog Mogenden, van den agfien September laatstleeden , tot fufpenfie [der obediente Officieren voor dezelven konÜe hebben Dat de Suppliant daar toe des te meer redenen jneende te hebben, nadien de Suppliant en andere Officieren, welke zich in de zelfde oinikndigheden met hem gewikkeld vinden, alleen niets van het geen hen nu tot misdaad gerekend word ver'rigc jheb- (*) Zie I. Deel, No. 100. bladz. 316.  is Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 35 hebben, dan op uitdrukkelyke Refblutien en beveelen van U Ed. Grooc Mog., ais hunne Betaalsheeren en Territoriaalen Souverein, maar zich zelf beroemen mogen, dat zy, in het waarneemen van alle hunne Militaire Functien en het onderhouden van goede tucht en discipline by hunne onderhoorige Manfchappen, in het midden van de toenmaalige Staatsgefchillen en den daaruit voortgevloeiden Burger Oorlog, zich zo voorbeeldig gedraagen hebben , dat geduurende hun Commando geen ongeregeldheden van dien aart hebben plaats gegreepen, welker aanwezigheid thands de geheele Republiek in onrusC brengt en derzelver Ingezetenen van allerlei foort daaglyks met fchrik en angst vervuld, of reeds in de uiterfte elende gedompelt heeft; hoedaanig getuigenis de Suppliant, in zyn gewezen qualiteit van Commandant en Chef van de Troepen van het Cordon, gerustelyk aan alle de Officieren onder zyn Commando geftaan hebbende, en thands in dat ongeluk verfeerende, meent te mogen geeven. Dat de Suppliant in dit zyn gevoelen nog meerder js'verfterkt, wanneer ter zyner kennis is gekomen het Rapport, door Hunne Hoog Mog. Gedeputeerdens tot de Militaire zaaken, op den 2ilten November laatstleeden , over deeze materie uitgebragt» waar by gemelde Heeren niet hebben kunnen ontveinzen de redenen om het gedrag van dezelve Officieren in een meer favorabel licht te doen voorkomen (gelyk dezelven zich gelieven uit te drukken) en waar by onder anderen als zodaanige redenen worden opgegeeven: de ongelukkige omftandigheden van tyden en zaaken, in welken dit alles is voorgevallen, de plaats gehad hebbende verregaande verwarringen en disfentien, de contrariëerende orders aan de Militairen gegeeven en de daar uit voortgevloeide diverfe explicatien van den ééd en verplichting daar uit refulteerende, onkunde en hec verkeerd inzien vaö zaaken, het vooruitzicht van anders hunne plaats en daar door fomtyds hun eenig jaiddel van beftaan te verliezen, en de in het tegen Q % over»  g6 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot oververtel de geval, by de Provincie van Holland toegezegde Protectie en fchaadeloosftelling : dan dat de Suppliant tot zyn leedwezen en verwondering Vernomen beeft, dat Hunne Hoog Mogenden, niet tegenftaande den indruk en de kragt deezer pregrante redenen , zonder form van Proces en dus zonder eenige gelegenheid tot Gerechtelyke Cognitie of defecfle te geeven, niet alleen hebben goedgevonden en venïaan: „ Dat zyne Hoogheid zal worden verzogt te dimitteeren alle die Officieren, welke of daadlyk op' Ucrechtsch Territoir zyn gemarcheert, zonder i, confent van den Souverein dier Provincie, of zich, door onderteekenen der bewuste cjuitantie hebben geëngageert, om de orders der Heeren „ Staaten van Holland en West-Friesland te zullen obedieerentotop een ander Territoir dan dat van laatstgemelde Provincie, en dit alles onvermm-, derd zodaanige Actie en Procedures, als de Raad van Staaten zal vermeenen tegen eenige weinigen„ van de voornaamfie Hoofden in deezen te moeten inftitueeren." (*) Maar dat U Ed. Groot Mog. daar en boven totdus verre geen de minne blyken van HoogstderzelVer ongenoegen over gemelde zo nadeelige Refolutie gegeeven hebben , en de ongelukkige Officieren, die daar door meestal van hun eenig middel van beftaan berooft zyn, alzo voor als nog volftrekt blyven gedestitueert van alle beloofde protectie, guarantie en fchaadeloosftelling. Dat de Suppliant niet treden zal m eenige Ontwikkeling en aandrang der redenen, welke by het voorfchreeven Rapport zelve, met zo veel klaar- en eenvoudigheid, worden opgeteld, ter verdeediging van het gedrag des Supp'liants en zyne Officieren, daar het zelve (onder reverentie) aan de zyde vaö den Suppliant geene verdeediging behoeft, ten zy de uitkomst voor de onfchuld daaden moest verantwoorden; dan dat het bezwaar, door het ai.terbly- vest {*) Zie lil. toeei, N*. agff. bfadz. 7.  ia Gebeurtenis/en in 1787 mor gevallen. 37 ven van Uwer Ed. Groot Mog. Refolutie en inter-. pofitie, aan den Suppliant en verdere Officieren yeroirzaakt, nog vermeerderd word door de totaale. onzekerheid, waarin de Suppliant met alle andere bovengemelde Officieren gehouden en gelaaten word, omtrent de intentie van U Edele Groot Mog., zo nopens den tyd als wyze, waar op Hoogstdezelven aan derzelver plechtig engagement zullen geheven te voldoen, terwyl de Suppliant met zyne medeOfficieren zich niet verbeelden kan, dat by eenige mooa-lykheid die zo heilig gedaane beloite, door u Edele Groot Mog. Souvereine Vergadering zonder effect blyven zoude, en dat het voor Erroneus verklaaren van Hoogstderzelver voorig begrip, omtrent den Generaliteits ééd, wel aan den_eenen kant zoude tot gevolg hebben eene Clementie voor fommigen, wel eer disobediente Officieren, over welker gedrag U Edele Groot Mog. ter dier zaaks hunne hoogde indignatie hadden gemanifesteerd, doch ook aan den anderen kant Hoogstderzelver ongenoegen thands zouden doen gevoelen aan zulke Officieren, die derzelver orders punctueel hebben nagekomen, en daar door alleen verregaande onaangenaamheden, privatie van Ambten en Imkomften en vervolgingen moeten ondergaan; dat de Suppliant zich laat voorftaan, dat de beloften en toezeg, gingen, door ÖEd. Groot Mog,, aan den Suppliant, en andere Officieren al te ftellig en te herhaald, dat deaanfpraak, die dezelven uit dien hoofde daar op, hebben, al te rechtmaatig en liquide en dat de eer en waardigheid van U Ed. Groot Mog. Vergadering al te zeer daar in gecompromitteerd zyn, dan dati UEd Groot Mog. zouden kunnen hefiteeren om den. Suppliant met alle andere Officieren ten fpoedigUen en volleedigften het volkomen effect der gemelde, beloften en toezeggingen al of niet presteeren. ente doen genieten, en dat een langduunger. uit del. daar van even 7.0. veel zoude uitwerken als eene, volftrekte weigering; terwyl dit een en ander zulke 2ede«te gevolgen voor den dienst van w Ed. Gr. M^g, 6 0 • C 3  3§ Verzameling van Stukken betrekkelyk tot waar in zich van tyd tot tyd vreemde OfficiererJ engageeren, en teffens zulk een vreeslyk opzicbc voor het oog van geheel Europa zoude opleveren, als waar van men twyffelen mag of eenig gelykfoortig voorbeeld in deeze befchaafde Eeuw en onder een Volk, waar van de goede trouw wel eer het hoofdkarakter uitmaakte, zoude gevonden worden, en de rampfoeden en wederwaardigheden, waarin niet alleen zulk een groot aantal van Officieren, als hier in zyn geconcerneert, maar zelf een menigte onuoozele Vrouwen en Kinderen, geheel onfchuldig uedergeftort zouden worden, den hoop der ongelukkige nachtoffers van Burgerverfchilien, waar in 'iti dieformenodig,opgegeeven is teneinde, Dr. 1 . G de Lange, Cornelis Elias, Mr. Isaac van Bomrigh, Frans Ponï en Willem Moorenvliet JJaacLi  ie Gebeurtenisjen in 1787 enz. voorgevallen. 53 ifaacz.t zich van hunne Vroedfchaps-plaatfen zouden abftiueeren, en in derzelver plaacfen zouden komen Auke Tolk, Jacob op het Landt en Eaui,üs Kalf, en dat zy Supplianten daar in naar hun toenmaalig genoegen geflaagt zynde, en al verder in hunne misleide fentimenten voortgaande, hebben onderdaan zich in te dringen in de Regeeringszaaken, de fuppletie van het Penfionariaat en de verandering in de Krygsraad in haare voorfchreeven Stad. Dat dit alles gefchied en het Burger-Leger vertrokken zynde, zy Supplianten, die eerst naderhand kennis kreegen, dat door Uw Edel Groot Mogenden de wettige Conftitutie was herfteld, direct zeiven overtuigd wierden, dat hunne voorige fentimenten goed en wettig en zy door-kwaalyk denkende Lieden verleid waren, waarom zy Supplianten dan ook, zonder dan nog van die Uw Edel Gr. JMog. Refolutie te weeten, en dus uit hun zelve, immediaatelyk bedagt zyn geweest op middelen toe. redres van hunne verkeerde handelingen, en eindelyk ontworpen, en op den 22 September 1787 geteekend, en aan de Edele Groot Achtbaare Heeren Eurgemeesteren hunner Stad overgeleverd hebben eene Adte, waar by zy Supplianten als Geconftitueerden voor hunne Conftituanten en ieder voor zich zelfs, hebben verklaart ingezien te hebben, ja overtuigd te zyn, dat de verleidingen blinde iever. hen zo verre zich zeiven hadden doen vergeeten om over te gaan tot eene alfints wederrechtelyke"1 en onwettige demarche, door zich zo verre te emancipeeren, om, in het Regiment van hunne zo rustige Stad, veranderingen in het bewfnd en be-r, ftier der zaaken te maaken, met verder Declaratoir, van de Supplianten, dat zy by voorgemelde betuiging zouden volharden, als afkomende uit een waar, berouw over deeze hunne handelingen, en tot bevestiging van dien , de Adte van Qualificatie op hun invoegen als boven geteekend, hielden voor duI en van geener waarde, en op deovercuigendftc, D3 wy<  54 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot ■wyze, 'ra welbedagten raade, revoceerden en ber-v liepen het Declaratoir tot Remotie van de vyf Lcden uit de Vroedlchap en de vermindering van dien Raad tot het getal van veertien, met afgryzen van de gronden en Hellingen daar in vervat, de daar op door hun Supplianten geëxhibeerde Naamlysttot aanftelling van drie nieuwe Leden in den Raad, en alles wat door hun Supplianten in qualitek voor-s fchreeven, en perfoaeel-de Regeeringszaake-n, byzonder de fuppletie van het Penfionariaat en de verandering in den Krygsraad, ja met a'lïe aa'nkleeven van dien is verrigt, met verdere verklaarmg, dat zy Supplianten de voorgedraagen Vroedfchappen Auke Tolk, Jacob op het Landt en Paulüs Kalf van toen af aan hielden als onwettig aangeileld te zyn, en verdere belofte nog van de Supplianten van door hun gedrag doorflaande blyken van die hunne erkentenis te zullen geeven', en'him voortaan als ftille en aan de Wetten ondergefchikte Burgers te zullen gedraagen, zo' als zy dan ter be* vestiging die Acte eigenhandig hebben onderteekent. Dat dit der Supplianten Declaratoir en hunne opgevolgde gedraagingen ook wel aan hunne Regeering-, zo zy eerbiedig vertrouwen-, genoegen heeft gegéeven, doch dat zy naderhand ten uiterftenzyn ontrust door de Staats-Refolutie op dert 3 November 1787, raakende de Declaratoiren, genomen, en-waar by onder anderen is goedgevonden en verftaan : „ dat zoude worden geinquireerd op de Ge-' „ committeerden of Geconftitueerden van de by „ die Refolutie gemelde Sociëteiten * als van anti dere Cifrpöratien, onder welke 'benaaming die „ ook mogten zyn voorgekomen, welke medé in „de Adresfen, in de misfive van den Hove ge„ meld, het zy direct of indirect deel gehad heb„ ben, of dezelve zich in die Posten ingedrongen s-, en hoe zich verder gedraagen hebben , met, verklaaring dat alle die Gecommitteerden enGecon„ ftitueerden hadden gedefungeert "9  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 5$ Dat zy Supplianten uit de hoogst voorfchreeve Refolutie wel daadlyk meenden te mogen befluiten, dat daar zy door de voorfchreeven geteekende en aan Heeren Burgemeesteren, voor de voorfchreeven Refolutie bekend geworden was, overgeleverde Acte, hunne Post daadlyk hadden ter neder gelegd, en daar uit en uit hun verder gedrag confteerde, dat zy alle oogmerk, om verder in die Posten te fungeeren compleet uit het oog verloren hadden, en daarom ten hunnen opzichte geen verder onderzoek of eenige Proceduures te vreezen waren, maar dat in het flot der voorfchreeven Refolutie, volgens het welke de Proceduures uit kragte dier Refolutie tegen de Ingezetenen voor hunnen competenten Rechter moesten worden gevoert, en ook Extract dier Refolutie in handen van den Heer Hoofdofficier hunner Stad wierde gefteld, en eindelykde gerugten, dat zy Supplianten ter zaake voorfchreeven nog gerechtelyke Perfecutien te vreezen hebben , dat alles hen Supplianten nog doet blyven in bedugtheid voor Proceduures, die voor hun, hunne Huishoudingen , Familien en Affaires zouden kunnen zyn van de allerpernicieufte gevolgen. Dat zy Supplianten in deeze hunne verlegenheid zich hebben gemeent te moeten werpen in de vaderlyke armen van Uw Edel Groot Mogenden, en repeteerende hun voorfchreeven by de aan hunne Burgemeesteren overgeleverde Acte , gedaane De* claratoiren en aanneemingen , als waren die by deezen mede aan Uw Edel Groot Mogenden gedaan, en vertrouwende op de liefde van Uw Edel Groot Mögenden jegens hunne Ingezetenen, en de zorg voör derzelver belangens , vooral dezulken, die zich nimmer tegen den Heer Erf-Stadhouder of zyn Doorluchtig Huis hebben misgreepen, te mogen verzoeken, gelyk zy met allen oqtmoed doen by deezen, dat zy mogen worden verklaart door hunne voorfchreeven aan Heeren Burgemeesteren der Stad Medenblik, voor het aan hun bekend worden der voorfchreeven Refolutie van herftel der ConD 4 ftitijp  £6* Verzameling van Stukken betrekkelyk tsi ftitutie, overgeleverde Adte, en hun daar op gevolgd gedrag, midsgaders hun nog gedaan wordende Declaratoir van zich als Rille en aan de Wetten ondergefebikte Ingezetenen te zullen gedraagen» mogen worden gelibereerd van de gerechtelyke Perfecutien, die anderzints mooglyk uit kragte van Hoogstgemelde Refolutie , tegen hen zoude mogen worden ondernomen, en dat Uw Edel Groot Mogenden aan de Supplianten gelieven te verlee • nen, zodaanige gratieufe dispolitien op dit Request als Uw Edel Groot,Mogenden naar derzelver hooge wysheid zullen oirdeelen te behooren. Het welk doende. (was get.y Cl aas Spanjaart. Hendrik Romer. GerritKeyser. D. van den Woud, Jan Ham. Frederik Willemsz. No. 383. Misfive van den Marquis de Verac aan Hunne Hoog Mogenden de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, over zyn Rappel ah Amlas fadeur by deeze Republiek. In dato den 3 January 1788. Hoog Mogende Heeren? Na geduurende den tyd van vier jaaren de verrigtingen van Ambasfadeur van den Koning myn Meester by U Hoog Mogenden waargenoomen te hebben, heeft zvne Majefteit de goedheid gehad acht te flaan op niyn verzoek, het welk aan hem tor. myn Rappél gedaan heb, en my heden gelast om van U Hoog Mogenden affcheid te neemen, en nog eenmaal de Tolk te zyn van zyne gevoelens jegens dezelven, en verzekering te geeven van zyne fiandvastige vriendfchap en van het groot belang, het welk hy ten allen tyde neemen zal in de voordeeïen, den roem en den welvaart van de Republiek; ik  de Gebeurtenis/en in 17B7 enz. voorgevallen, 5? ik vind my des te gelukkiger in het ter uitvoer brengen van dit bevel van zyne Majefteit, om dat dezelve volmaakt overeenftemt met die , welke hy my gegeeven heeft, geduurende den loop van myn Gezantfchap, en van welken ik my altoos met zo veel iever als genoegen gekweeten heb. Het zy my dan Hoog Mogende Heeren geoirlooft, van deeze gelegenheid gebruik te maaken, om aan U Hoog Mogenden te kennen te geeven de wenfchen, die ik voor my zelf in perfoon voor hunnen welftand doe. Zy zyn my ingeboezemd door de leevendige erkentenis, die ik altoos behouden zal wegens de blyken van vertrouwen en goedwilligheid, waar mede Uwe Hoog Mogenden my vereerd hebben, geduurende al den tyd dat ik het geluk gehad heb by hen te refideeren. ' Parys, den &c. (was get.~) le Marquis de Verac. JNp. 384. Formulier van den geamplieerden en geredresjeerden Burger-ééd, welke ingevolge Refolutie van de Regeering der Stad Wyk by Duurftede, door ieder Burger moet worden gedaan, als mede door gebooren Burger-Kinderen, wanneer den ouderdom van zestien of meer jaaren zullen hebben geamplecteerd, zullende voor dat zulks is gefchied, van geene Stads Burgerrechten of Privilegiën genot kunnen erlangen. In datoden . . . January 178*3. Ik beioove en zweere dat ik myne Heeren de Staaten van den Lande van Utrecht, Erf stadhouder en de Heeren burgemeesteren, en de Raaden in de Vroedfchap; uitmaakende de alleen wettige Magiftraat deezer Stad, zo als dezelve door zyne jOoorluchtigfte Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, in Hoogstdeszelfs qualiieit als Erf-Stadhouder thands zvn verkooren, of by vervolt; verkooren zullen worden, als myne wettige p D $ Over-  '5'f Verzameling yan Stukken betrekkelyk tot Overheid gehouw en getrouw wezen zal; dat ik my niet zal begeeven in raad of daad, daar ietwes tegens de Heeren Staaten, Erf-Stadhouder ofte te* gens de Magiftraat voorfz. in 't gemeen, of tegens een of meer Leden van dezelve in 't byzonder, ofte tot nadeel, verkleiningeof verfmaadinge van derzelver wettige Regeeringe, of tegens de Eminente Gharges van Stadhouder, Kapitein en Admiraal-Generaal, door de Heeren Staaten deezer Provincie by Hoogstderzelver Refolutie van den 10 January 1748 Erflyk'(verklaard, zo in de Manlyke als Vrouwelyke wettige Descendenten van wylen zyne Doorluchtigfte Hoogheid Willem Karel Hendrik Eriso-, Prince van Orange en Nasfau &c. &c. &c. H. L. M., of tot verminderinge, of verkleininge derzelve, zal worden beraadflaagd, verhandeld, ofte voorgenomen, maar ik in tegendeel zodaanige beraadflagingc, handelinge en voorneemens, wanneer die tot myne kennisfe mogten komen, terftond aan een der Heeren regeerende Burgemeesteren deezer Stad zal te kennen geeven en openbaaren en dezelve beraadflaginge, handelinge en voorneemens, na myn vermogen zal keeren en weeren. —• Dat ik insgelyks niets zal onderneemen direct of indirect, het welk zoude kunnen ftrekken, ofte aanleidinge geeven tot eenige de minfte veranderinge van het Reglement in den jaare 1674. op de hooge Regeeringe deezer Provincie Staatsgewyze gearrefteert, en nader door de Heeren Staaten by derzelver Publicatie van den 12 Odtoberj.787, voor de alleen wettige Regeerings-Confhtutie deezer Provincie verklaard. Voorts dat ik ben een Vry-Man, niemands eigen, of onder eenige andere ééd of verplichtinge (deezen ééd ter contrarie) ftaande; Dat ik de Stad Wyk by Duurftede, en de Heeren Regeerders van dien, het kwaadftezal weeren, en het beste doen, en myne mede-Burgers in het onrecht zal helpen flralfen na myn magt: dat ik ook geen goed , op deezer Stads Vryheid van Tollen zal voeren, dan myn zelfs, ofte myne mede-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen: 5^ de-Burgers goed, indien zy my mede geeven hun Schippers Tolbrief, — alles op poene, wanneer ik in deeze, voor geheel, ofte ten. deele , ter contrarie mogte doen , niet alleen met- 'er dasd vervallen te zullen zyn van myn verkreegen Recht van Burgerfchap, en van alle Privilegiën daar aan gehoorende, maar ook Inhabiel om ooit, ofte ooit daar toe wederom te kunnen worden gëadmitteert, en daar te boven als meinóédig te zullen worden geftraft. Zo w'aarlyk helpe' my God Almachtig. x),; , ,§t.ï ' '"Oi.-) A>& u ... f-im ca-«oaw.-ïadiae. ~ ; 1 ■ ■ JTo. 385. Misfive van de Edel Mogende Heeren Gecommitteerde Raaden, aan Hun Ed. Groot Mogenden de Heeren Staaten van Holland en West-Friesland, tendeerendé om de Leden van liet Defenfie-wezeti der Stad Utrecht te Woerden gerefideert hebbende^ benevens de Leden van de Perfoneele Commisfie tot defenfie der Provincie van Holland, verantwoording' te' laat en doen van alle derzeh-er Krygs-operatien, : Uitgaven en verdere Handelingen enz. In dato den li January 1788. Edele Groot Mogende Heeren! Het heeft U Ed. Groot Mogenden behaagd, by Refolutie van den 3den Oclober laatstleeden, in onze handen, te Rellen eene Misfive door H. Costerus (*), uit naam van de geweezene Commisfie ter Defenfie deezer Provincie en der Stad Utrecht, aan den toenmaaligen Heer Raad-Penfiönaris, den pgften bevoorens, uit Amfterdam gefchreeven, hebbende totBylagen, zo de Balans der Ontfangen Uitgaaf van de evengemelde Commisfie, als de Copyen van vier Capitulatien , daar by gemeld , houdende voorfz. Misfive eenige Elucidatren daar omtrent, en voorts verzoek om betaaling op eenige nog onvol- £*) Zie II Peel, N°, 234. bl. j8§(  §b Verzameling van Stukken betrekkelyk tot voldaane Ordonnantiën, omtrent welk alles U Ed.' Groot Mog., ten fpoedigften onze Confideratien en Advys hebben gelieven te requireeren. Wy hebben ook niet nagelaaten Ed. Groot Mog. Heeren, aanftonds de voorfz. Stukken met de vereifchte attentie te examineeren, ten einde ons in ftaat te ftellen, om, zonder verwyl, aande voorfz. U Ed. Groot Mog. requifitie te kunnen voldoen, en bevonden zynde dat in den Ontfang der gemelde Balans, behoorlyk waren verantwoord alle de Ordonnantiën, welke wy, ingevolge de fpeciaale authorifatie, en last van U Ed. Grüot Mog., ten behoeven van de meergemelde Commisfie van tyd tot tyd hebben doen depecheeren, hebben wy van den Heer Canter Kamerling, een der Leden van de voorfz. Commisfie gerequireert, en tegen een behoorlyk acquit bekomen, de Quitantien en Notitien, dienende tot justificatie der Posten in den Uitgaaf van dezelve Balans gebragt, door behulp van welke Stukken wy ons verbeeld hadden in ftaat te kunnen geraaken, om eenigzints te kunnen voldoen aan het oogmerk van U Edele Groot Mog. in deeze, welkers bereiking ons reeds in den eerften opflag, zeer moeijelyk was voorgekomen. Doch moeten wy U Ed. Groot Mog. rondborftig declareeren, dat het ons, zelve met dit behulp, niet mooglyk is geweest in ons voorneemen ten dien opzichte te flagen, maar dat wy in tegendeel, na eene bedaarde overweeging van al het geen in Confidentie konde komen, volftrektzyn overtuigd geworden dat alle onze poogingen om den moeijelyken taak, ons door U Ed. Groot Mog. opgelegt, te volbreiigen,•- 3. En de Betaalingen gedaan aan het Defeniie-wezen der Stad Am- fterdam 207791-13-6 Totaal ƒ 273791 -18-6 niet kunnen worden nagegaan, zonder een volleedige kennis te hebben van de einden waar toe de voorfz. Penningen zyn verftrekt geworden, welke kennis niet anders kan worden verkreegen, als uit het Rapport of verhaal der Krygsöperatien door gemelde Heeren, U Ed. Groot Mog. geweezen Commisfarisfen, gedirigeerd geweest, opgeheldertdoor verfcheide particuliere informatien, welke best mondeling door dezelve Heeren zouden konnea. worden gegeeven. En wy twyffelen njet dat U Edele Groot Mog. zulks wel zullen gelieven te erkennen, wanneer U Edele Groot Mog. zich te binnen zullen brengen, dat het geheele beftier van zaaken aan gemelde Heeren Commisfarisfen gedemandeert geweest, buiten onze Communicatie heeft plaats gehad, en dat alle derzelver operatien, of door hun alleen zyn uitgebragt en gedirigeert, of wel door hun zyn gecoucerneert en overlegd geworden, met de vyf Heeren, welke by Refolutie van den 6 September 1786 zyn benoemd geworden, om de provifioneele dekking deezer Provincie door Militaire magt te effectueeren, welke Heeren altoos zonder onze concurrentie met voorfz. Heeren Commisfarisfen hebben gecorrespondeert, en van welken mede omtrent de voorfz. operatien zeer veel licht zoude konnen worden bekomen. Wy vleijen ons dat U Ed. Groot Mog, uit hoof. de van deeze omftandigheden overtuigd zullen wezen, dat wy ons dus voor het tegenwoordige geheel in de'ónmooglykheid bevinden, cm U Edele Groot  6s Verzameling van Stukken hetrMelyJi té& Groot Mog. onze Confideratien nopens de voorfz» Balans te kunnen fuppediteeren, en dat ons Advys? nopens dezelve, geen ander kan zyn, als dat U Ed. Groot Mog. van de geweezen -Heeren Commisfarisfen tot de Defenfie deezer Provincie een gedetailleerd Rapport en Adminiltratie, zouden behooren te requireeren, -met by voeging van zodaanige verdere mondelinge elucidatien, zo van de voorfz. vyf gemelde Heeren, welke by Refolutie van den 6 September 1786, tot de provifiöneele dekking deezer Provincie zyn gecommitteerd geweest, als nodig zullen worden bevonden: na bekoming van alle welke informatien wy ons zullen bevlytigen om ten allerfpoedigften aan U Ed. Gr. Mog. voorfz. requifitie te voldoen. Waarmede, Edele Groot Mogende Heeren ! zullen wy God Almagtig bidden U Ed. Groot Mog. te willen houden in zyne Heilige protectie. Gefchreeven in den Haag den 11 January 1788. (Onder Jlond~) U Edele Groot Mogende Dienstwillige} De Cecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en West-Friesland. CLsger ftond.) Ter Ordonnantie van dezelve, (was get.~) A. J. Royek. No. 386. Publicatie van zyne Doorluchtige Hoogheid, den Heere Prince Erf-Stadhouder,, waar by ingevolge de op hem verleende Authorifati$ van Hun Ed. Groot Mogenden de Heeren Staaten van Holland en West-Friesland, de Regeer ir.g te Delft verandert. In dato den 11 Jan. 1788. Wy Willem, by de gratie Gods, Prince vaoi Orange en tNasfau, Grave van Catzenellcbogen , Vian-  de Gebeurtenis/en in 17 B? enz. voorgevallen. 63 Vianden , Dietz, Spiegelberg, Buuren, Leerdam en Culemburg, Marquis van Veere en Vlisilngen, Baron van Breda, Diesc, Bielflein, der Stad Grave en Lande van Cuyk, Ysfelftein, Cranendonk, Eindhoven en Liesveld, onafhankelyk Heer van de Vrye en Souvereine Erf-Heerlykheid Ameland, Heer van Borculo , Breedevoort, Lichtenvoorde, 't Loo> Geertruidenberg, Klundert, Zevenbergen, de Hooge en Lage Zwaluwe, Naaldwyk, Polanen, Sc. MartensdyJc, Soest, Baren en ter Eem, Willem, ftad , Steenbergen, Montfort, St. Vith, Batgenbach en Daasburg, Erf-Marfchalk-van Holland, Erf-Stadhouder, Erf-Gouverneur, Erf-Kapitein en. Admiraal-Generaal der Vereenigde Nederlanden, Erf-Kapitein Generaal en Admiraal van de Unie, Ridder van de Koufeband en van den Zwarten Adelaar, &c. &c. &c. Allen den genen die deezen zullen zien of hooren leezen, falut: doen te weeten, dat wy in deeze bekommerlyke tyden niets meer ter harten neemende , dan dat de refpedtive Steden deezer Provincie, onder ons Stadhouderfchap forteerende, mogen worden gebragt in zodaanige Orde en Regeeringe, waar door derzelver rust en voorfpoed worden geflabileerd; en ons, zo door de publieke notoriteit, als door den voordragt van Gedeputeerden der Stad Delft, kennelyk zynde geworden, dat in dezelve Stad tusfchen de Regenten en Ingezetenen onderling zodaanige disfldentie was ontltaan, waar door ons goed oogmerk niet kan worden bereikt, zonder gebruik te maaken van de Authorifatie by Rejolutie van de Edele Groot Mog. Heeren Staaten van Holland en West-Friesland in dato den 31 Ocl;ober 1787 op ons verleend (*), en voorts uit hec Rapport van onze Commisfarisfen Jonkheer Willem Gdstaaf Frederick, Grave van Bentinck, Heere van Rhoon en Pendrecht, befchreeven in de Orde van de Ridderfchap en Edelen van Holland en West-Friesland, Bailliuw en Schout van 's Graven- hage, (*) Zis II. Deel, N°. 239. bi. 195.  64 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot haje, Hoog-Heemraad van Rhynland en Mr. Dirk Merens, Raad in den Hove van Holland, Zeeland en Friesland, welke wy (om presfance Affaires ons Perfonelyk in de voorfchreeven Scad niet kunnende laaten vinden) derwaarts hadden gezonden, van al hec voorenftaande nader geïnformeerd zynde, hebben goedgevonden alle zodaanige Regenten of Veer* tig-Raaden der voorfchreevene Stad, dewelke niec vermeld ftaan in de hier naar geinfereerde Lyst, te ontflaan, gelyk wy dezelve ontflaan van hunne voorfchreevene FuncTien, zodaanig nogthands, dat de alzo ontflagene Regenten daar door niet zullen worden gekwetst of benadeeld in hunnen goeden Naam en Faam, veel min dat dezelve daar uit zullen mogen worden gefufpicieerd, zich in de Regecring van Land of Stad niet naar behooren gedragen te hebben: interdiceerendewel ftriktelyk eenen iegelyk wie het zoude mogen zyn, de meergemelde by deezen door ons ontflagen Regenten daar over te betigten , veel min hunne Perfoonen of •Goederen eenigzints te molefteeren, befchaadigen of incommodeeren, dezelve gewezene Regenten, mitsgaders hunne Familien en Goederen, ten dien einde neemende in onze fpeciaale Protectie en Sauvegarde: alles ingevolge de bovengemelde Refolutie van Hun Ed. Groot Mogenden. Gelyk wy wyders ook hebben goedgevonden, de Perfoonen , op gemelde hier aanftonds volgende Lyste gefteld, welke tot nu toe geene VeertigRaaden der voorfchreeven Stad zyn geweest, daar toe aan te ftellen, geljkwy dezelve aanftellen by deezen: V E E R T I G R A A D E N. Mr. Jacob van der Lcly. ■ Mr. Bruno Rover. —- Mr. Jan Bouwens, Vryheer van Horsjen.— Mr. Nicolaas Kraeyvanger. — Mr. Joan Carel van Alderwerelt. —— Mr. Adriaan van der Goes. ■ Mr. Gerard van Hoogeveen, — Mr. Thomas van Lidch  de Geèéutièntsfen in ijlj mz. voorgevallen. £$ tidth da Jeude. —- Davif Graswinckel. —- Dr.' Willem Verbrugge, — Mr. Gaspar de Roo, Heere Vm Rofenburgh. —- Dr. Francois Böögerc. —- Mr. Frans van Beeftingh. Mr, Gerardus Stepharms Dédel Cocq. — Mr. Abraham van Schuylenburch. — Mr. Aert van der Goes. 1 Mr. Hermannus Johannes van Royen. — Mr. Dirk Backer, Heer van Nootdorp. — Mr. Alexünder W'illem van Hoec- ke. — Air. Canzius Onderdewyngaart. '• Dr. Binke Lambrechcs. —• Mr. Kngelbert Pauw, ——< Mr. Pieter de 1'EfpauI. Mr. Diderik LeenderC vjn Blomrsseftein. — Mr. Dirk Fyek. Come.- lis van Staveren. — Hendrik de Roock. Mr. Gerlach Jan Herbert van der Heim. — Willem Anthony van Heemskerek. Mr. Ryklof Johan Tiquet. —. Mr. bimeon Pieter van- Swinden. —— Hugo Brouwer. — Anthony van der Kemp. Dr. Adrianus Sanderus van der Boon Mesch. —-—' Mr. Gysbert Jan van Voorst. — Mr. Campëgiusr' Corneiis van derStraaten. — Mr. Corneiis van'der Goes. — Alexander van Dyk. —— Mr. Cornelig van der Ley. —■ Mr. Corneiis Overgaauw Pennis.En vermits de gewoone Jaarlykfche Magütraats." beftelling, by Refolutie van Hun Ed. Groot Mogenden van dato den 13 December 1787 is gefurcheert s tot dat door voorziening daar omtrent zoude kun-v üen gedaan worden: zo hebben wy goedgevonden, in plaatfe der afgaande Magiftraats Perfoonen , voor» het loopende jaar 1788 aan te ftellen, gelyk wy" aanftellen by deezen: Tot BURGEMEESTERS. Mr. Adriaan van der Goes. — Mr. Gerard van Hoogeveen. — Dr. Willem Verbrugge. — Mr. Abraham van Schuylenburch. Tot SCHEPENEN. Mr. Alexander Willem van Hocske, — Bjv BJn* -XV, Dmi, £ ka  46 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot fce Lambrechts. — Mr. Pieter de PEspauI. —ï Mr. Diderik Leendert van Blommeftein..— Mr» Dirk Fyck. — Corneiis van Staveren. — Hendrifr de Roock. De drie oudfte, Schepenen Commisfarisfen: al*, mede tot het bekleeden der Commisfie van Gecommitteerde Raadj in te gaan met Mey 1788, Mr. Gaspar de Roo, Heer van Rofenburg. Voorbehoudende aan ons, om, ingevalle dat een of meer der voorfchreevene Veertig Raaden, Burgemeesteren of Schepenen, voor de aanftelling mogt of mogten bedanken, de plaatfen welke daar door zouden vaceeren, te vervullen. Voorts gelasten wy onze voornoemde. Commisfarisfen , om in de voorfchreevene nieuw aangeftelde Veertig Raaden, Burgemeesteren en Schepenen, in derzelver refpeótive qualiteiten de gewoone ééden af te neemen, als mede alle voorfchreevene Veertig Raaden en derzelver Ministers af te neemen den ééd, by Refolutie aan Hun Edele Groot Mogenden van dato den 23 November 1787 gearrefteerd, waar by zy zullen zweeren: dat zy belooven de Souvereiniteit van de Staaten, en hunne tegenswoordige Regeeringsform, en zulks mede in 't particulier Hunner Edele Groot Mogende Refolutie van den 16 November 1747, op het Erfstadhouder, Kapitein en Admiraalfcbap-Generaal genomen, in allé haare deelen te conferveeren en raaintineeren, en ingevalle tot hunne kennisfe mogte komen , dat eenige Ligues of Samenfpanningen, itrekkende tot ondermyning of omwerping daar van , mogten worden geformeert, zy daar van aan Hun Edele Groot Mogende, aan den Heere Erf-Stadhouder in der tyd, of de Vrouwe Gouvernante in der tyd, ten eerften kennis zullen geeven. En eindelyk nog om die genen der Veertig Raaden, welke reeds in de Regeeriug waren, en daar in volgens de voorfchreeven Lyste zyn gebleeven, benevens de Ministers, te doen presteerendoe ééd, ins-  ie Gèbmrtznisfm In 1787 enz. voorgevallen* (ff Jnsgelyks by laatstgemelde Hunner Edele Groot Mog. Refolutie geordonneert, houdende: dat zy aan de Acte van Verbindtenis, welke op den 8 Au* gustus 1786, tusfchen verfcheidene zich noemende Vaderlandlievende Regenten, te Amfteldam aangegaan, en door dezelve, en naderhand mede door veele anderen geteekend is, of geenerlei deel hebben gehad direct of indirect, of by zo verre zy daar aan eenig deel direct of indirect gehad mogten hebben, daar van te refiliëeren, en zich ontlWen te houden van alle uit dien hoofde gecontracteerde verplichting. Wyders verklaaren wy onze intentie te zyn, dat het verkiezen van de voornoemde nieuwe Regenten (ook van de zodaanige onder hen, aan welker ouderdom of Poorterfchaps jaaren ietwes ontbreekt) in maniere als vooren gedaan, in dit extraordinair geval, alleen is gefchied , tot meerder rust cn dienst der voorfchreeven Stad Delft, en tot wegneeming van diffidentie en onlusten aldaarontftaan , en zulks zonder eenige praejuditie of eonfequentie voor het toekomende ten aanzien van de Privilegiën, Vryheden of Gerechtigheden der voorfchreeven Stad, en de goede Burgeren óf Ingezetenen derzelver, competeerende; die wy verdaan dat ijj haar oude kragt en vigeur blyven zullen. En dewyl wy een byzonder belang Reilen in alles wat in ons is te helpen toebrengen, om du Rust, Eendragt, het Vertrouwen, en de daar uit fpruitende bloei van dit gezegend Gewest en van de voorfchreeven Stad Delft te doen herleeven, referveeren wy aan ons, om (zo fpoedig mooglyk) ©p de refpeótive Adresfen, welke daar toe zouden mogen ftrekken, inzonderheid mede concernee^ rende de directie der Schutterye, aan onze voornoemde Commisfarisfen gedaan, te disponeereri, zo als wy ten meesten nutte zullen oirdeelen te behooren. Eindelyk vermaanen wy alle Regenten, Burgen en Ingezetenen der voorfchreeven Stad Delft, dat S 2 »y  igfë Verzameling van Stukken betrekkelyk tot tfó alle tot hier toe gefahfifteerd hebbende Partyschappen en Animofiteiten laaten vaaren, het gepasfeerde- wederzydsch vergeeven . en vergeeten , en, gelyk het goede'Burgers en Ingezetenen betaamt, voortaan in vrede en goede harmonie zamen leeveri; terwyl wy het betragten of, nalaaten van deezen plicht, van de zyde der genen, die de profWsfie- maaken van Aankleevers te zyn van de belan:g' n van ons Huis,, zullen aanmerken als den toetsteen van de oprechtheid van derzelver gevoelens en bedoelingen- Verwagtende wy voorts, en des noods beveelende, dat alie Burgers en Ingezetenen, en een iegelyk van hun, voortaan in het generaal zullen betragten al bet gunt de plicht van gehoorzaamheid 'en onderwerping aan hunne wettige Overheid vordert, op peene dat de genen , welke bevonden zullen worden tegen deeze onze ferieufe wil en begeerte te hebben aangegaan, enzichaan eenigwanbedryf tegen de waardigheid van de Regeermg, of ongehoorzaamheid aan de beveelen van dezelve, fchuldig te maaken, als Verftoorders van de gemeene rust en Verachters van onze heilzaame oogmerken en bcv'eelen, naar exigentie van zaaken. en volgens de Wetten van den Lande , zonder eenige conniveutie, anderen ten exempel zullen worden geSraft. ■ Aidus gedaan in 's Gravenhage den ccc. W. Prins van Orange. Ter Ordonnantie van zyne Hoogheid, . (was get.) T. j. de Larrey.  de Gebeur-tenisj'en in 17%7 enz. voorgevallen, 09 No. 389. Notificatie van Heeren Burgemeesteren en Regeerders der Stad Haarlem, waar by aan de goede Burgers en Ingezetenen té kennen geeven, dat 'er eene Commisfie van wegens zyne Doorl. Hoogheid den Heer e Prince Erf-Stadhouder in die Stad jtaat te komen, om de bezwaar en der Burgerye te hooren; met aanmaaning om zulks met alle discretie en bezadigtheid te doen, enz. In dato den 12 Januaty 1788. Burgemeesteren en Regeerders der Stad/Haarlem, notificeeren hiermede aan de goede Burgers en Ingezetenen van deeze Stad; dat zyne Doorluchtigfte Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, Erf-Stadhouder van deeze Provincie &c. &c &c., ingevolge de Refolutie van Hun'Ed. Gröot Mog. de Heeren Staaten van Holland en West-Friesland van den 31 (ten Odtober laatstleeden, heeft goedgevonden, van zynènt wegen na deeze Stad te committeeren ,Heeren' Commisfarisfen , die op aanltaande Maandag den T4den deeZer ft3an te arriveeren, en welke opgemetde Commisfarisfen toekomende Dingsdag en Woensdag , zullende zyn den i'jden en iödeezer maand Janua. ry, 's morgens ten elf uuren, zullen vaceeren op den Doelen binnen deeze Stad, omme aldaar te hooren alle de zodaanigen uit de Burgerye en Gemeente, als zich aan dezelven over eenig bezwaar zullen willen adresfeeren : recommandeeren Hun Edele Groot Achtb. echter aan alle en een iegelyk, die daar toe genegen zouden zyn, het zelve te doen met alle vereifchte discretie en bezadigheid, tot vermydinge van allé confufien en ter bewaaring der rust en goede" orde, die tot nog toe binnen deeze Stad, zo gelukkig heeft gefubfifteerd. Actum ter Kamere, den &c. (Onder ftond) In kennisfe van my, (was zet.) O, van Schuyleneurg. ' E 3 No.  fö Verzameling van Stukken betrekkelyk Ut No. 390. Request vanJn.C. de Vos van SteenwyK, toe Havixhorst, aan zyn Doorl. Hoogheid den Heere Erf-Stadhouder ; waarby verzoekt, dat over het Ambt van Rentemeester der Domeinen in de Land» fchap Drenthe, waar van zyn H. W. Geb. door eene Politique Refolutie is ontzet, niet mag worden gedisponeert, enz. In dato den 25 Dec. 1787. (*) Aan zyne Doorluchtigfte Hoogheid den Heere Prince van Orange en Nasfau, Erfstadhouder , Erf-Kapitein, en Admiraal Generaal der Vereenigde Nederlanden fipc. fcfe. l£c. Geeft röverentelyk te kennen Carel de Vos "VAn Steenwyk tot de Havixhorst, Lid van de Ridderfchap, en Rentmeester der Domeinen van het Landfehap Drenthe, dat hy Suppliant van ter zyden, edoch zo hy meent met grond, geinformeere is, dat de meerderheid der Staats-Leden deezer Lanfchap, op den Reces-Landdag van den 21 December 1787, zouden hebben kunnen goedvinden, om hem Suppliant via fatli, by eene Politique Re» folutie, fchoon ten eenemaal onverhoord, zo uit het Lid der Ridderfchap te removeeren, als ook te ontzetten van deszelft Ambt als Rentmeester der Domeinen: en alzo de Suppliant bedugt is, dat eenige Ingezetenen deezer Landfehap zich by Uwe Doorl. Hoogh. zouden kunnen adresfeeren , om met dit pretenfelyk vacant verklaarde Rentambt gebeneficeert te worden, zo keert de Suppliant zich tot Uwe Doorl. Hoogh. met verzoek: „ dat ,, Uwe Doorl. Hoogh. deeze Supplicatien als anti„ dotaal zal gelieven te accepteeren, en, ten einde de zaak niet buiten zyn geheel geraake, te fuper- fedee- (*) Dat deeze Stukken niet in een Chronologifche orde volgen, heeft tot rede, dat men van begrip is geweest dat het aangenaamer voor den Leezer zoude zyn, die in het. verband na malkanderen, zonder daar na bebosven $6 zoeken, te kunnen kezen,  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 7* ., fedeerenmetdebegeeving vanditAmbt, tot tyd , enwylehet voorfchreeven Ambt op eene wettige !. wvze zal zyn vacant geworden, zynde de Suppliant ' voorneemens, om zo dra deeze voorfchreevene Vu oretenfe remotie en ontzetting, op eene legaale ,! wvze tot deszelfs kennis zal gekomen zyn, zich over deeze ongehoorde behandeling nader te a„ dresfeeren ten fine van redres.* Havixhorst den 25 December 1787. 't welk doende, (was get.) C. DE vos v. StEENWYST. ,N0. 39r. Request van Jr. C. de Vos van Steewwyk tot de Havixhorst, aan de Edel Mogende Heeren Staaten van het Landfehap Drenthe; waar hy verzoekt, dat de Politique Refolutie, op den reces Landsdag van den 20 December 1787 genoomen, ge. lieven te {tellen buiten effett, en de zaak ten zynen opzichte te herfiellen, zo en in diervoegen, als dezelve zich voor gemelde Refolutie bevond. In data den 13 January 1788. Edele Mogende Heeren , myne Heeren, Ridf derfchap en Eigenerfdens Staaten der Land- fchap Drenthe. De Ondergeteekende uit het aan hem gezonden Extract uit het Register der Refolutien van Uw Ed. Mo*., genomen op den reces Landdag van den 20 DecTember 1787, tot deszelfs grootfte verwondering gezien hebbende, dat Uw Ed. Mog. hebben gelieven goed te vinden hem by eene Politique Refolutie, en ten eenemaal onverhoord, voor altoos inhabiel te verklaaren, om in de Staats-Vergadering te verfchynen, of eenige Ambten, hoe genaamt, binnen deeze Landfehap te bekleeden (*-). heeft zich niet kunnen dispenfeeren met verlcïmï- dig* (*) lis III. Deel, N°. 345- bl. 246- r e 4.  ?S Verzameling van Stuiken betrekkelyk lot dfgde eerbied, doch ook te gelyk met behoorlyka •vrymoedigheid, aan Uw Edele Mog. voor te draagen, dat door voorfz. Politique-Refolutie van Uw Edele Mog., bekentelyk door de meerderheid der Staatsleden, ten.laste van geene onaanzienelykeminderheid hunner mede-Regenten, zonder de minfte tforme van Proces genomen, de Ondergeteekende vooruaamelyk zich in zynPerfoon, zyn goede naam, ja zo wel ten opzichte zyner aangeboorene als verkreegene Rechten, op de fietrisfanfte wyze, ten hoogden bezwaard bevind. •jDe Ondergeteekende toch een verfchreevefi Edelman deezer Landfehap, en dus, volgens het eigea aveu van Uw Ed. Mog. in die Refolutie, een permanent Lid van Uw Ed. Mog. Vergadering zynde-, 'heeft een onbetwistbaar, zo door Geboorte als admisfie verkreegen Recht, in die qualiteitzyn Ieeven lang erkend te worden, en de daar aan gehegte prafrogativeö te genieten, gelyk hy geen mineer onlochenbaar Recht bezit, op het aan hem op eene wettige wyze, en voor Zyn leeven lang, opgedraagen Rentambt der Domeinen, waar voor hy nog pas twee jaar^n geleden het door Uw Edele Mog. vastgestelde ^Equivalent aan de Landfehap betaald, en dus'het zelve zelfs iüuh onerofo bekomen heeft. ' De Ondergeteekende oirdeelt' het niet nodig by deezen te betoogen, dat het hem volgens' de gronden van het e.Jgemeene Recht, en van eene gezonde Staatkunde, ja ook zelfs volgen» uttdrukkelyke Pefolutien van Uw Ed. Mog.,, deeze zyne zo aangeboorene als wettig verkreegene Rechten, nimmer anders kunnen worden ontnomen, als by wege van ordiaaris Juftitie, endaar en boven nimmer, voor dat aan hem eene volkomene faculteit tot eene volledige verdeediging gegund zy; de Ondergeteekende derhalven meent inet reden te mogen veronderftellen, dat Uw Ed. Mog., zich die gronden en die Refolutien herinnerende, van zelve zullen penerreeren het groot bezwaar door voorfz. Refolutie, op den reces Landdag van den 20 December 1787  i* Gebeurtenüfen in 1787 enz. voorgevallen. 73; ■genomen, aan de Ondergeteekende foegebragt; als die daar by nier by wege van ordinaris Juftitie', fmaar by eene Politique Refolutie, — en niet na genotene faculteit tot eene behoorlyke defenlie . maar geheel onverhoord — van zyne voorgemelde aangeboorene en verkreegene Rechten voor altoos is verftoken geworden; ja die zelfs by meergemelde Refolutie, ook voor het vervolg van tyd, word verklaard inhabiel te zyn, om ooit weder ter Staatsvergadering te verfchynen, of eenig Ambt in deeze Landfehap te bekleeden, en dus op eene zyn goede naam en faam kwetzende manier gepriveerd van die Rechten, die elk gequalificeerd Ingezeten «deezer Landfehap behooren, en hun niet, dan na •een Juftitieel onderzoek, en opgevolgde volkomene convictie, kunnen worden ontnomen, en voor een ieder, ten minften in eene vrye Republiek, boven alles ongefchonden behoorden bewaard te blyven. • De Ondergeteekende: zal de aandagt van Uw Ed. Mog. niet op houden, met eene befchry ving van at* le gevaarlyke gevolgen, die voor elk Ingezeten» voor elk Ambtenaar, ja voor elk Lid van Uw Ed. Mog. Souvereine Vergadering kunnen ontdaan, 7 Ed. Ed. Mog. uitgebragt en in gedagte Refolutie van den 3den November geinfereerd, als mede op de hoog wyzeCoufideranen van zyue Doorl. Hoogh.; den Heer Prins Erf-Stadhouder daar op ingenomen. Is goedgevonden en verftaan v_ zich met het opge-, melde Prae-Advys der Commisfie en de voorfchreeven Confideratien van Hoogstgedagte zyue Hoogheid te conformeeren, en dienvolgens.HunEd.Mog. Gecommitteerden in 't Mindetgetal-te authorifeeren, gelyk dezelven geamhorifeert wórden by dee* zen, om op te heffen de fufpenlie by de hier voorgemelde Refolutie van den 2den October gefchied, voor zo verre dezelve concerneert de Supplianten Andries Salverda , Feico Beerts. Wassenaar» Aggaeus Eydsma, JohannesIppinga, Petrus NatHANAëLLomars, Salomon Jongma, PJoitszeF. van der Meulen, Adam Lentz, .Padlus Haitsma.., Pytter Sylwerda, Harmanus Brouwer, Jiixert. Jans Jellema, Klaas Mulder, Broer.Adama.,: jDouwe Wytsma , Geert Harmans Leetinc. , Claas Radersma, Thomas Wygersma, Barï B00-; wens, Jacobus Salverda, Simon Klek-ma , Willem van der Klas en Samuel Henricus Manger, (zynde op het verzoek van Jan Feitama by aparre> Refolutie gedisponeert) en voorts de- genoemde Perfoonen ten dien einde voor.zich te ontbieden in de Kamer van het Mindergetal, en aan dezelven, ra hun uit naam van Hun Ed. Mog., voorgehouden$e hebben het ongenoegen van 's .Lands Hooge Overheid , over hunne gehouden conduites, in het Oproer binnen Franeker hebbende plaats gehad te declareeren, dat Plunne Ed. Mog,.,.uit hoofde v;u de door hen zo plechtige betuigingen van trouws en gehoorzaamheid voor het vervolg aan den Souverein cn om verdere redenen, Hunne Ed. Mpg« daar toe moveereLde, hebben geiefoiveert.hunne fufp'en-  94 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot fufpenfie niet langer te doen duuren, maar dat dezelve opgeheven en zy in hunne funccien weder toegelaaten zullen zyn, zo dra de bekendmaaking daar van, op lait van Hunne Edele Mogenden, binnen Franeker openlyk zal zyn gefchied; en dat zy, aldus gerehabiliteerd zynde, gehouden zullen zyn aanftonds te procedceren tot het maaken van eene INominatic volgens Stads-Reglement, ter vervulling der Magiftraatsperfoonen, welker tyd mee den iften January deezes jaars geëxpireerd is, en dezelven vervolgens over te zenden ter Electie aan Hoogstgedagte zyne Hoogheid, wordende echter die afgegaane Magiftraatsperfoonen ad interim en tot zo lange de Mislivevan Electie van zyne Hoogh. by de Kegcering van meergemelde Stad, ontfangen en geopend zal zyn geauthorifeerd, om met de overige gerehabiliteerden deMagiftratuure te exerceeren. En worden voorts welgedagte Heeren Hunner Ed. Mogende Gecommitteerden verzogt tevens hier byte kennen te geeven, dat Hunne Ed. Mogenden, door voorfchreeven politicque voorziening van opheffing der gedagte fufpenfie, geenzins van oogmerk zyn de cours der Juftitie eenigerwys te ftremmen, maar wel deeglyk aan den Prokureur-Generaal deezer Landfchappe overlaaten en denzelven daar toe des noods gelasten, om tegen hen Supplianten, fchoon wederom in hunne functien als Vroedfchappen te Franeker toegelaaten, zo wanneer onder dezelven bevonden wierden Perfoonen, die, naar inhoud van het geëmaneerde Plakaat van Amnestie de dato den 16 October 1787, uitgezonderd en alzo ftrafbaar zyn, van nu af zodaanig te ageeren en te procedeeren, als dien conform zal behooren. Wyders by Hunne Ed. Mog. nog gedelibereerd zynde op de verzoeken door de mede gefufpendeer. de Vroedslieden Johannes Ennema en Tjeerd Banga, insgelyks tot herftelling by Requeste gedaan, gelyk ook op een zodaanig verzoek door de onwettig  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voo?■gevallen. 95 tig tot Burgemeester aangeftelden Jan Everts Scheltema gefchied, is goedgevonden die verzoe. ken provifioneel en geduurende de detentie dier Supplianten, op het gedemolieerde Blokhuis, te houden in deliberatie, en het Request van laatstgenoemde Suppliant, waar by erkend zich te hebben laaten kiezen tot een Lid van de pretenfe Staatsvergadering en daar byte hebben geadufteerd, te Rellen in handen van voorfchreeven Prokureur-Generaai tot zyne informatie. £n is ten opzichte van het geproponeerde van voorzeide Commisfie tot defenfie deezer Provincie enz., aangaande de voortvluchtige Perfoonen van Feico Lemkema en Etse Jeltes Eisinga, gewezen Leden van het zogenaamd Defenfie-wezen van Staat en der Stad Franeker, befioten dezelven te houden voor gecasfeert van hunne funclien als Vroedslieden van gemelde Stad Franeker, indien zich, van het gene ten hunnen lasten is leggende ? binnen drie maanden na dato deezes niet komen te ftellen ter purge voor den Hove van-Juftitie deeze* Provincie. > Voorts by Hunne Ed. Mog. Mog. in aanmerking genomen zynde, dat meergedagteStad Franeker is geweest de Zetel der in deeze Provincie zo doemwaar* dïg aangevangen en, onder Gons zegen , nog tydig ehgelukkig gedempte Rebellie, en'dat de conduite, dier Stedelingen, in het algemeen befchouwd, aan Hunne Ed. Mog. niet dan hoogst mis'haaglyk heeft kunnen zyn, is eindelyk oog gerefölveert het Collégie der Heeren Hunner Ed. Mog. Gedeputeerden te gelasten, zo als gefchied by deeze. r; De Fortificatie penningen, welke anders jaarlyks aan voorfchreeven Stad worden verftrekt, in te houden tot nadere dispofitie van Hunne Edel Mogenden. a. Het Stads Kanon, mitsgaders de Geweeren, Vaandels, Trommen en foortgelyke goederen der Schuttery, te doen herwaart overbrengen in 'sLands Arfenaal, en dezelve Schuttery naaraei s Hunne Ed. Mo-  9(5 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Mogenden,. te interdiceeren met Snaphaanen tef wagt te trekken of ergens alzo gewapend te verfchynen...". . 3. De Deuren uit de Stads Landpoorten en de Hekken voor dezelven, I als mede de Deuren of Hekken uit de Waterpoorten en de Hoornen in de Stads Gragten leggende, te doen uit- en wegneemen> en op eene hekwaame en veilige plaats.binnen de Stad te doen brengen, en verzekeren , en voorts in het generaal te beletten, dat door het opnaaien van Bruggen of anderzints de toegangen worden belemmerd of de Stad op eenige manier, gefloot'en worde. En zal Extract deezes aan de genoemde Supplianten, welkers fufpenfie; zal worden opgeheven, na hunne Comparitie in de Kamer vau het Mindergetal, worden ter hand gefield, tot narigt, en om zich daar na te gedraagen: en verders een gelyk Extract worden gezonden aan den Heere Rengeks en Geadjungeerden, thands de Regeering van ^raBeker waarneemende, als ook aan den Prokureur-, Generaal tot deszelfs informatie. Gelyk mede door overgave van zodaanig Extract,, door 's Lands Secretaris hier van kennis zal worden gegeeven aan het Collegie der Heeren Gedeputeerden en aan den Hove Provinciaal. • Aldus, gerefoiveerd op het Landfchapshuis den 14 January 1788. (was gct.) J. C. Bergsma, vt- Tér Ordonnantie van Hun Ed. Mog, (was get.) A. J. van Sminta. Nc, 397.  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 97 391 • Declaratoir van 111 Burgers en Inwooners der Stad Haarlem, ingeleverd aan de Ed. Mog* Heeren Commisfarisfen 'van zyne Doorl. Hoogheid, den Heere Prince Erf-Stadhouder , tendeerendt verzoek op gronden in het Declaratoir gededuceert> dat ingevolge hun vuurig verlangen, alle de fungeer ende Deden der Regeering van hunne Stad, in derzelver Posten mogen blyven continueer'en. In dato den 16 January 1788. Aan de Ed. Mog. Heeren Commisfarisfen van zy■ • ne Doorluchtige Hoogheid den Heere Prince. van Orange en Nasiauw, Erf-Stadhouder, Kapicein-Generaal en Admiraal &c. &c &c> ter verandering der Regeering, volgens Autho. rifatie van Hun Ed. Groot Mog. de Heeren Staaten van Holland en West-Friesland. Edele Mogende Heeren ! De Ondergeteekenden alle Burgers en Inwoonders der Stad Haarlem en derzelver Jurisdictie, hebben de Eere by deezen aan U Ed.Mog. te declareeren: Dat zy Ondergeteekenden meenen zouden aan hunne onvermydeïyke verplichting te kort te doen, indien zy by de verfchyning van U Ed. Mog. binnen deeze Stad eenigzints nalaatig waren de oprechte gevoelens van hun hart nopens de Achtbaare en allen eerbied waardige Regenten deezer Stad, zo eerbiedig en onbewimpeld, als naar waarheid, voor U Ed. Mog. open te leggen. Dienvolgens neemen de Ondergetekenden devrymoedigheid aan U Ed. Mog. openhartig te verklaaren, dat zy de gezamentlyke Leden der Regeering hunner Stad erkennen te zyn, braave, eerlyke, aan hunnen duuren plicht getrouwe en in de daad Achtbaare Regenten , die in alles de- belangen van Stad en Burgery derwyze betragten en behartigen, dat zy alle mooglyke hoogachting, eerbied en genegendheid van het geheel der Burgery overwaardig IV. Deel» G zyn»  $8 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot zyn en van verre de meelle en aanzienlykfte Leden derzelye ook ten vollen genieten. De Ondergeteekenden zouden deeze hunne betuiging, door menigvuldige Burgerlievende handelingen van Haar Ed. Achtbaaren als met de dugtigfte bewyzen konnen ftaaven; indien niet de volmaaktIte harmonie en het volkomenst onderling vertrouwen, die beftendig in deeze Stad tuslchen den Achtb. Raad en de Burgery blyven ftand grypen, daar op het zegel drukte, en de onwederfpreeklykfte bewyzen daar van opleeverde. De Ondergeteekenden befchouwen deeze gelukkige gefteldheid van zaaken tusfchen Regenten en Burgers, als eene der dierbaarfte onder de tydelyke zegeningen, waar voor zy de aanbiddelyke Voorzienigheid hartgrondig danken, en waar van zy de beftendige voortduuring vuuriglyk affmeeken. —: Zy verklaaren derhalven aan U Ed. Mog. dat niets aangenaamer aan hun en hunne Stadgenooten zoude zyn, dan (wel verre van zulk een uitmuntend voordeel ontzet te worden) in tegendeel by deszelfs duurzaan genot geconferveerd, en bevestigd te blyven. En het is op deeze gronden, Ed. Mog. Heerenl dat de Ondergeteekenden U Ed. Mog» en door dezelve zyne Doorl. Hoogheid, den Heere Prince van Orange enNasfau, Erf-Stadhouder en KapiteinGeneraal en Admiraal &c. &c. &c. der Vereenigde Nederlanden, reverentelyk: declareeren, hun vuurig verlangen te zyn, dat alle de thands fungeerende Leden der Regeering der Stad, in hunne posten mogen blyven continueeren; — en dat die Heeren welke onlangs van hunne plaatfen als Raaden vrywülig afftand hebben gedaan, wederom in deeze belangryke posten mogen worden aangefteld; voor zo verre dezelve te overreeden zyn die wederom te aanvaarde*.  de Gebeurtenis/en in 1787 enz, voorgevallen. 99 N°. 398. Memorie van den Heer Baron van Thulemeyer , aan Hun Hoog Mogenden de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, waar by affcheid neemt als Extraordinaris Envoyi van zyne Majefteit den Koning van Pruis/en by deezen Staat. In dato den 16 January 1788. Hoog Mogende Heeren ! De Koning het Gezantfchap eindigende , hrt welk my by Uw Hoog Mogende Heeren, geduurende eene reeks van jaaren is aanbetrouwd geweest, gelast my, aan Uwe Hoog Mogenden, de verzekeringen van zyne ftandvastige Vriendfchap te vernieuwen. Zyne Majefteit overtuigd zynde, dat de Stadhouderlyke waardigheid de vastfte en fterkfte Grondzuil van de Conftitutie des Gemeenebest is, zal 'er een vermaak in fcheppen, om in alle gelegenheden blyken te geeven van het belang, welk zyne Majefteit ten voordeele van het Doorl. Orange Huis bezielt; een belang gefterkt en bekragtigd door de gevoelens, welken deezen Monarch aan een tederbemindeZuster verbinden, welke zo waardig is het te zyn. Overlaaden met blyken van welwillendheid en gunst van Uwe Hoog Mogenden, zal ik my dezelven, geduurende myn ganfche leeven, met een eerbiedige erkentenis aan myne gedagtenis brengen, en my gelukkig achten, belast te zyn geweest, om aan de Doorluchtige Vergadering van het Bondgenootfchap der Vereenigde Provinciën het befiuit van den Koning te kennen te geeven, in een tydperk, waar in de tusfchenkomst van zyne Majefteit, en de roemwaardige ftandvastigheid van Uwe Hoog Mogenden hebben zamen gewerkt tot herftelling van den ouden Regeeringsform, zo wel, als tot die van het Eminent Hoofd van het Gemeenebest in het bezie der Voorrechten en Waardigheden» waar in de Staats.» G &  %oo Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Staatsgefteldheid Hpogstdenzelven heeft gefield» 's Grayenhage den &c. (was get.) van Thülemeyer. Jftj. 399. Antwoord van Hunne Hoog Mogenden de. Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden aan zyne Majefteit de Koning van Pruis/en , wegens het Rappel" van den Baron van Thülemeyer als Extraordinaris Envoyé- van zyne Majejleit by deezen Staat, In dato den 16 Jan. 1788. DoORLUCHTIGSTE MONARCH! Wy hebben ons op heden vereerd gevonden met Uwe Koninglyke Majefteits Misfive van den iften December laatstleeden (*), waar by het Uwe Majefteit gelieft heeft, ons kennis te geeven van deszelfs goedvinden, om deszelfs geheime Raad den Heer van Thülemeyer, welke zedert veele jaafen, Uwe Majefteits zaaken by onze Republiek, in quahteit van deszelfs Extraordinaris Envoyé heeft waargenomen, van hier te rappelleeren, om hem pp'éch'andere wyze te employeeren, wy kunnen gemelde Heer van Thülemeyer van hier niet laaien'vertrekken , zonder het getuigenis te geeven , dat zyn Perfoon en gedrag ons aangenaam is geweest, en dat wy in alle zyne handelingen niet anders befpeurd hebben als yver en genegentheid, pm de ordres aan hem'gegéeven, met exaétitude na te komen, waarom wy deszelfs verder emp'ioy, als dat' van een Heer van veel bekwaamheid , tot den dienst van Uwe Koninglyke Majefteit altyd met genoegen zullen verneemen,' ih de vaste verwagting, dat gemelde Heer by zyne terugkomst ons ook de iuftitie' zal doen, van onze waare gevoelens aa'n Jwe Koningl. Majefteit oj a te leggen, en Uwe (*) Zie III. Deel, N°. 320. bladz, ijj,  ie Geleurtenhfon in 1787 enz. mr gevallen, ïoi Koninglyke Majefteit te overtuigen van den eei> bied en hoogachting, die wy hebben voor Uwe Majefteits Perfoön en Van ons hartelyk verlangen» öm Hoogstdeszelfs Vriendfchap, en goedgun'ftigheid rrieer en meer te acqüireeren ; waar toe wy alles wat in ons vermogen is, zullen tragten toe te brengen enz. Waar mede eindigende enz. D-oorluchtigfie Monarch, enz. Itfo, 400. Request van, yV. H. Schas geweezeh Ritmeester van een Compagnie Curasfiejs, onder het gefuhfijleerd hebbende Legioen van den geweezert Collonel Rhyngr.aave van Salms : ten deer ende op -gronden in den Requeste gededuceerd, om aan herk Suppliant zodaanige "Gratificatie 'of ander iedommagement te accordeeren, dis Hunne lid. Groot Mogenden naar Hoogstderzelver 'wysheid, zullen oirdeeleh 'te behooren. In dato den 18 Jan. 1788; Geeft met verfchuldigden eerbied té kenner! WilleiA Hendrik Schas , woonende te Zntphen. Dat hy Suppliant, na het óverneemen van het Corps ligte Troepes van den Collonel Khyngraave van Salm, in den ééd eü dienst van Holland eri West-Friesland, hoe zeer zedert dèn tyd 'als wanneer hy Cornet in dienst van deezen Staat, zyna demisfie genomen had) buiten eenig Militair of ander emplooi geleefd hebbende, en nimmer aan de principes der zogenaamde Patriottifche Cabaale geattacheerd zynde geweest; des niet tegenftcande; aangelokt door het flatteus eclat en diverfe agrehienten, welke aan het gemelde Corps geaccroéheert wierden -, mitsgaders de belofte van . deri Rhyngraaf van vervolgens in den dienst van de Unie ie zullen overgaan, en niet apprehendeerende hé'c v'erderflyk oogmerk waar toe dezelve Troepes haiiferhand dienstbaar gemaakt zyn, zich ih het zélve Q 3 ■ Ëofjai  ioï Verzameling van Stukken betrekkelyk tot geëngageerd heeft gehad als Ritmeester over eene Compagnie Curasfiers, en daarvan Uwer Ed. Gr. Mog. Commisfie onder het groot Zegel der Provincie, in dato den 6December 1786 bekomen, waar op ook den roden daar aan, van wegens en in ziele van hem Suppliant den ééd van getrouwheid is afgelegd, en hy Suppliant in werklyken dienst en funtrje getreden. Dat hy Suppliant in dezelve qualiteit en dienst, op bevel van Uw Edele Groot Mog., onder het Commando van zyn voornoemden Chef binnen de Stad Utrecht hebbende moeten trekken, hy Suppliant op den 24lten Juny daar aan, (op daar toe des nagts ten een uure bekomen onverwagte order van wegens denzelven Rhyngraaf) zich des morgens ten half 9 uuren, met zyne Compagnie gewapend , edoch te voet, opdeNeude binnen Utrecht voornoemt begeeven hebbende, alwaar op gelyke wyze de andere Compagnien by een kwamen, en nevens dezelven van daar naar de Staaten Kamer gemarcheerd zynde, ter dier plaatfe aan hun allen door twee Perfoonen zich noemende Gecommitteerden van de Staaten van Utrecht, is voorgefteld en afgevergd de als toen te Utrecht vergaderde fprsetenfe) Staaten voor wettig te erkennen, en een ééd van getrouwheid aan denzelven af te leggen, ten fine van op derzelver orders op alle Territoiren te marcheeren. Dat hy Suppliant geenzints van zich kunnende verkrygen, om eene zodaanige erkentenis en ééd te prasteeren, als welke niet alleen zyn gemoed revolteerde en tegen zyn innerlyke convictie ftrydende was , maar welke hy tevens begreep (al had daar in gemoede mede kunnen inftemmen des neen) niet te kunnen of te mogen doen , als ftaande hy in den dienst van U Ed. Groot Mog. en dus buiten Hoogstderzelver gemanifesteerde wil en bevel zich aan niemand anders door eenigen ééd van getrouwheid en gehoorzaamheid kunnende verbinden, zon-$ der de trouw aan Uw Ed. Groot Mog. gezwooren, te  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 103 te krenken; en aan den anderen kant zeer wel gevoelende, dat men hem Suppliant, wiens contrarie denkwyze den Rhyngraave en den zynen genoeg bekend en ook nooit door hem onveinst was, maar alreeds andere trouwlooze menées ter zyner verïchalking en bederving had doen fmeeden en by de hand vatten, door deeze onverhoedfe verging een ftrik had gefpannen, om hem ingevalle van directe weigering van het doen van dien ééd en erkentenis , aan het hoofd van zyn Compagnie en in het aanzien van het ganfche Legioen, als een Opruyer Van de Militie te doen voorkomen, en welligt deswegens tenrigoureusten te vervolgen; hy Suppliant in deeze inquietante asfietté te raade geworden is, bm zonder zich op de gedaane verging te expliceeren, in dat zelfde oogenblik te verklaaren, dat hy zich genoodzaakt zag zyn demisfie te vraagen. Dat nogthands dit derwyze aan de zyde van den Rhyngraave is opgenomen, dat den Suppliant op ftaande voet zyn Sabel werd afgeëifcht, en hy Suppliant naar de Hoofdwagt gezonden, welke dientyde door Burger-Officieren gehouden wierd, alwaar hy niet zonder gevaar van zyn loeven, Onder allerlei fmaadheden, proftitutieU en beledigingen, gedüUrendë verfcheiden dagen en nagten op den blooten grond heeft moeten leggen, en zonder eenig acces van raad of goede Vrienden, gerüimen tyd lang, als een Kapitaal ftraffchuldige, gevangen gehouden iSj met daadlyke afperfing van Suppliants Sleutels, mitsgaders feitelyke weghaaling van zyn Suppliants Koffers en Papieren, uit des Suppliants Logement naar elders, alwaar dezelve doorzogt, en niets tot Suppliants laste geVonden zynde, hy echter de Sleutels vervolgens wederom bekomen heeft, tot dat hy Suppliant vervolgens op zyne iterative inftantien by den Rhyngraave-van SaLM, van daaf haar het Logement van den Kastelein Mös is overgebragt, en aldaar arrest heeft moeten houden; Dat hy Suppliant niet tegenftaande.de diverfe aanzöekeü} indüélien én bèloftén van den méergeG 4 hiel*  104 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot melden Rhyngraave den prsetenfen Gouverneur Eyk en andere Lieden van gelyke poids, ,ten einde hem toe het doen van boven verhaalde erkentenis en ééd over te haaien, het zelve volftandig blyvende weigeren, men hem Suppliant, onder toezegging van zyne demisfie, heeft getragt te induceeren tot het teekenen eener fchriftelyke erkentenis, van (quafi) niets op den Rhyngraave of deszelfs Legioen te praïtendeeren te hebben: waar na men (de Suppliant zich daar aan op gronden van eene wezendlyke en wettige prstenfie, welke 'er fubfifteerde, onttrekkende) hem door de verstgaande hardheden, onaangenaamheden, en zelfs zonder eenigen prastexabelen grond gedaan wordende Arresten op gelden van den Suppliant, allergewelddaadigst gevexeerd heeft, tot dat men eindelyk hem afvergde te teekenen de quitantie van het dedommagement door de zich noemende Gecommitteerden Uwer Ed. Groot Mog. ter defenfie van deeze Provincie en de Stad Utrecht, by derzelver Refolutie den 20 Juny 1787 geaccordeerd, waar toe dc Suppliant om de daar in geïnfereerde Periode van Verbindtenis niet kunnende overgaan, (hoe zeer hy, als in den privativen dienst en ééd deezer Provincie ftaande, daar in minder zwaarigheid behoefde te maaken dan anderen, welke door de Generaliteits ééd en dienst verbonden waren) terwyl men hem nogthands daar toe forceeren wilde, met geen ander oogmerk (gelyk zedert gebleeken is) dan om de daar op te ontfangen gelden in handen van den Rhyngraave te doen vallen, hy Suppliant in ongeduld en verontwaardiging dezelve quitantie heeft aan ftukken gefcheurd, met bedreiging van zyn adres over alle wederrechteiykheden en dwangmiddelen aan Uw Edele Groot Mogenden te zullen maaken. Dat de meergenoemde Rhyngraave een zodaanig adres, naar het fchynt, hebbende willen voorkomen, dezelve hem Suppliant, mits hy Suppliant intusfehen geen Requeste prffifenteerde, beloofd heeft 4  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. nor gevallen, tof heeft , hem zyne demisfie binnen 6 weeken tyds ta zullen bezorgen, en ook werklyk, na dat men hem Suppliant op den 29 July 1787 een Declaratoir heefc doen teekenen, waar by hy verklaarde genoodzaakt te zyn geworden wegens eenen zekeren ééd, om zyne demisfie te neemen, en daar by als nog te blyven perfifteeren, eerst des Suppliants arrest heefc opgeheven , onder verband nogthands van niet uit de Stad te gaan, en voorts na verloop van eenigen tyd hem eene Acte van ontfiag doen ter hand ftellen , welke in dato den I4den Augustus by Uw Ed. Groot Mogenden verleend is, op Request (zo het blykt) dat ten naame van den Suppliant,edoch zonder eenige zyner voorkennis of medeweeten, zonder dat de Suppliant als nog weet, door wien, of op wat gronden of redenen, aan Uw Edele Groot Mog. geprasfenteerd is geworden, en by het welke men het vertrouwen van Uw Edele Groot Mogenden zichtbaar gefub- en geobripieerd heeft gehad. Dat hy Suppliant op de voorverhaalde wyze ter goedertrouwe en met de beste inzichten, in het voorfchreeven Legioen (in de voorfchreeven qualiteit) getreden zynde, zyne Compagnie CurasfierS ten zynen kosten heeft gecompleteerd en van de benoodigde Paarden, Monteering, Geweeren en toerusting voorzien, mitsgaders in de geduurig aanhoudende defertie tot zyne Suppliants overgroote fchaade, continueelyk moeten fuppleeren, zonder dat hy Suppliant, het zy by het quiteeren van dezelve zyne Compagnie, het zy bevoorens of naderhand deswegens ooit eenige voldoening, vergoeding of fchaadeloosftelling genooten heeft, dan alleen dat de Collonel .... van der Burg op den ^ofVley 1787 hem ter hand gefield heeft zekere Wisfel, ten lasten van N. en J. Staphorst te Amfteldam, en zulks ter voldoening van de voorfchreeve door den Supplia-nt gedaan e completeering, ter fom van zes honderd en negentien Guldens, dan welke de voorfcbreeve N. en J. Staphorst G 5 wei-  165 Verzameling vdn Stukken betrekkelyk tot weigerig zyn te betaalen, gelyk hy Suppliant oölé geenzints van het dedommagement van de zich quafiflceerende Gecommitteerden tot het Defenfie-wez'en, in eenige maniere nogte cemge gratificatie van dien aart ook, hoe genaamd, geprofiteerd heelt gehad, door het welke dan ook voor den Suppliant geëffectueerd zyn geworden zeer enorme fchaaden, welke de Suppliant niet fchroomt te begrooten op eene fomme Van meer dan vyf duizend Guldens door hem in contante Penningen, of de waarde vaü dien, daar by ingefchooten, en welke niet te attribueeren zyn dan aan het vertrouwen , het welk de Suppliant plichtmaatiglyk gefteld heeftin de Souvereine Refolutien Uwer Edel Groot Mogenden, by en op welke het voorfchreeven Corps van den Collonel Rhyngraave van Salm, in den pnvativen dienst en ééd deezer Provincie is overgenomen of aangehouden en de Officieren (en onder dezelven ook den Suppliant) aangefteld zyn geworden, en in de even zeer plichtmaatige getrouwheid van den Suppliant zo aan den ééd aan U Edele Groot Mog. gedaan, als aan 's Lands Conftitutie, tegen welke hy niet mede heeft willen attenteeren. En nadien de Suppliant dezelve zyne fchaade met anders weet te recouvreeren en het gedrag van den Suppliant alzints (zo ten minften by hem eerbiedig vertrouwd word) Uwer Ed. Groot Mog. approbatie meriteerd, en het ook met de equiteit met wel te compasfeeren is, dat iemand, ter zaakeyan het attachement aan zyn plicht, aan zodaanige enorme fchaadens zoude geasfujetteerd worden, welke m meer dan een opzicht ruïneus voor den Suppliant zoude zvn, of dat hy Suppliant, ter zaake van zvne getrouwigheid aan den ééd, welken hy waarlyk aan U Ed Groot Mog. gepresteerd heeft en heeft mogen prsesteeren, en van zyne plichtmaatige weigering om daar vah af te gaan öf onwettige orders te executeeren, tot zo verre van eene flegter conditie zoude zyn, dan die genen, welke met de verfoeilvkfte leviteit contradictoire ééden doende 1 en i  ie Gèeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. lof en, met verachting van 's Lands Conftitutie, zich tot blinde werktuigen gemaakt hebbende van de genen, die op naam Uwer Ed. Groot Mogenden met eene profui'e liberaliteit uitlokkende belooningen» gratificatiën en dedommagement gefpargeerd hebben, van die dedommagementen en largesfes hun deel hebben gehad en daar door hun fortuin ge- mZoCkeert zich de Suppliant tot U Edele Groot Moe., ootmoediglyk verzoekende, dat het u üd. Groot Mog. gunftig behaagen moge* in aanmerking van de enorme fchaaden by den Suppliant, ra en ter zaake van deszelfs dienst als Ritmeester van eene Compagnie Curasfiers onder het geiubfifteerd hebbende Legioen van den gewezen Collonel Rhvngraave van Salm, geleeden, aan den suppliant te accordeeren zodaanige gratificatie of ander dedommagement, als U Edele Groot Mogenden, naar Hoogstderzelver wysheid, zullen oirdeelen te behooren, als mede den Suppliant, ingevalle van het accordeeren van het penfioen by de Capitulatie toegezegd, nevens de andere Officieren van het Corps daar van te laaten jouisfeeren. N° 401. Bericht om welke reden Ds. Marron, Ka' ' pellaan by den Hollandfchen Ambasfadeur aan het Hof van Frankryk op 'bevel van Haar Hoog Mog. ■ de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde he. derlanden, ingevolge Refolutie van den 23 Jan. 1788, van zynen dienst is gefufpendeert. Do. Marron Kapellaan van Hunner Hoog Mogenden Ambasfade te Parys, een Brief gefchreeven hebbende aan de Auteurs van het Esprit des Journeaux, het welk aldaar gedrukt word , en welke Brief in het XII Deel van dat werk, voordemaand December 1787 geplaatst is , zo hebben Hunne Hoog Mogenden , na dat alvoorens gemelde L)o. Marron erkend had den Schryver van dien Brief te we-  toB Verzameling van Stukken betrekkelyk tot wezen, geoirdeeld: dat die Briefinjurieuswasvotff Hunne Hoog Mogenden, eri voor dé Heeren Staaten der refpeetive Provinciën, en derhalven gemeent, zulks niet ongemerkt te kunnen laaten pasfeerën; maar den suften laatstleeden befloten den Heer Lestevenon van Berkënrode, Hunner Hoog Mogenden Ambasfadeur aan het Hof van Frankryk, I aan tefchryven: „ orh aan gemelden Dd MArrotï „ het ongenoegen van Hunne Mogenden, Over „ deszelfs onbezonnen gedrag te kennen te gees, ven, en denzelven van zyn dienst te fufpendee„ ren, tot dat hy het gemelde Artykel ten genoe3, gen van Hunne Hoog Mogenden zal hebben ges, retraóteert". Het bedoelde Artykel is van deezen inhoud: Men fchryft my, dat de verrukkende boordefi „ der Vecht, die tusfchen Amfteldam en Ütrecht „ loopt, onlangs op de onmenfchlykfte Wyze door „ de Pruisfifche Troepen afgeloopen zyn; en dat 3, 'er van de pragtige Buitenplaatfen, die dezelve . 3, veriierden, thands niets meer overig is, als de voetftappeh van ftroopery èn verwoefting. Impius hcec tam culta novalia miles hahebit „ Barbarus bas fegetes ? en qao discordia civeS „ Perduxit mijcros 1 en queis conjevimus agros! bet welk Vondel dus vertaald: Èen goddeloos Soldaet en Kryghsman zal die ftout Bezitten 't nieuwe I.ant, zoo fcboon en wel gebouwt? Een fnoode Vreemdling zal die dan onze Oogden maeien ? Bezie, ay zie, waer brengt de tweedragbt, quaat te paeien * De fehaemle Burgers toe. Bezie, ay zie, ö fchant, Voor wien bezaeiden wy ons vruchtbaer Ackerlant. „ Deeze plaats uit Virgiliüs herinnerd ons zeer natuurlyk deeze ander'e ": Èxoriafe aliquis tantis e cladihls idtcr (Mogt 'er eens een wreeker van zoo veelé onheilen ge* vonden worden !) ^  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen, m „ De zin der twee plaatfen uit Virgilius zoude ,, ik ten zagtften dus uitdrukken, door de vier voigende regels :" U11 barbare guerrier défilé fes rivages! Sa licence effrenée a foidé ces guérets! O fatale discorde'. 6 funestes ravage! O jujike des deux, venge unjour nofregrets! „ Zyt verzekerd, Myne Heeren! dat de waare Vrienden des Vaderlands, onder myne Landge,, nooten, met dit tweederlei gevoel bezield zyn. ! Ik durf 'er de borg voor blyven, met dezelfde f,' oprechtheid, waar mede ik de eer heb te zyn". Marron. No. 402. Misfive van Haar Hoog Mogenden de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, aan de Heeren Staaten der byzondere Provinciën, met 'byvoeging eener Misfive van den Raad van Staate aan Hun Hoog Mogenden over het verbeteren der Armee van den Staat, benevens het Plan van verbetering daar toe door zyne Doorl. Hoogheid den Heere Erf-Stadhouder veorgeflagen. in datis den 23 en 24 January 1788. Aan de Heeren Staaten van de refpetlive Provinciën. Edele Mogende Heeren! Het is een onbetwistbaare waarheid, dat deezen Staat niet beftaan, noch in veiligheid kan zyn zon. der een goed aantal wel gedifciplineerde Militie ten allen tyde op de been te houden, en dat hoe voordeeligeAlliantien dezelve met magtige Mogendheden mag aangaan, om zich ftaande te houden, deizelve altoos verpligt is, voornaamentlyk voor haar éi se defenfie en zekerheid, tegen alle onverhoop- B* te  Iio Verzameling van Stukken betrekkelyk tot te toevallen of invallen zorge te draagen; en het is aan de geheele werelt bekend, in wat toeftand de Militie van den Staat, zedert de laatfte jaaren door de heillooze verdeeld- en oneenigheden gebragt is geworden , weshalven zyn Hoogheid en de Raad van Staate hunne gedagten hebben laaten gaan over de middelen, om niet alleen de Militie op een vast getal te brengen, maar ook om dezelve op een foliden voet te doen beftaan: waar uit geproflueerd is een Misfive van den Raad van Staate, op heden aan ons toegekomen; waar by uit naam van zyne Hoogheid en den Raad aan ons voordellen een Plan tot voorkoming der inconvenienten en gebreken, welke zich van tyd tot tyd hebben geopenbaard in de tegenwoordige inrigtinge van de Armée van den Staat, en welke voornaamentlyk te zoeken zyn in de zwakheid der Compagnien , en het groot aantal Officieren in proportie der gemeene Manfchappen, als mede in de fobere betaaling van de Dragonders en Infanterye, welke voor dezelve geen behoorlyk beftaan opleverende, dat gedeelte der Armée in zwaare fchulden heeft ingewikkeld; en houdende een ampel verflag van de wyze, op welke een verandering en verbetering in den tegenwoordigen voet der Armée best zoude kunnen worden daar gefteld. En heeft zyn Hoogheid by deeze gelegendheid , ter Vergadering prcfent zynde, aan ons daar by voorgedraagen ; dat niet konde afzyn, om ons te verzoeken, om de voorfz. Misfive van den Raad van Staate met het daar by gefuppediteerde Plan van verbetering der Armée van den Staat, aan de Hooge Bondgenooten by Misfive te willen toezenden, en by Hoogstdezelven te infteeren, datzy zo fpoedig doenlyk, het zelve gelieven te examineeren, en daar óp te refolveeren, zo als Hoogstdezelven ten meesten dienfte van den Lande zullen oir. deelen te behooren; ten einde.dat zyn Hoogheid de thands exteerende vacatures in veele Regimenten, waar van een groot aantal Officieren door ons Kit  4e Gebeurtenissen in 1787 enz. voorgevallen, ixt uit derzelver dienst zyn gedimitteerd, konde vervullen, op dat die Regimenten wederom in Raat worden gebragt, om den vereischten dienst te doen: zynde zyn Hoogheid van oirdeel, dat hy s hangende de deliberatien der BondgeUooten over het voorfz. Plan, niet alle de vacatures, zo in die Regimenten, als in andere moest vervullen, maar eenige derzelve openlaaten, tot tyd en wylen, dat de Provinciën derzelver Refolutien zullen hebben ingebragt, op dat het Land niet door een te groot aantal Penfioenen werde bezwaard, ingevalle het bovengemelde Plan wierde geample&eerd. Waar op by ons gedelibereerd, en zyne Hoogheid bedankt zynde voor deszelfs aangewende yver en zorg voor de defenfie en het behoud van den Skaat, en voor het welzyn van de daar toe vereischte Militie; hebben wy goedgevonden, Copie van de voorfz. Misfive met het bygevoegde Plan te zenden aan Uw Ed. Mogenden, gelyk mede aan de Heeren Staaten van de andere Provinciën , met vriendelyk en ernftig verzoek, het voorfz. Plan ten fpoedigften in deliberatie te leggen, en derzelver Refolutien daar op hoe eerder zo beter aan ons te laaten toekomen. — De aangelegendheid en hooge importantie van deeze zaak is zo doorfteekende, dat wy niet nodig hebben, iets meerder hier hy te yoegen. Waarom wy deezen eindigen &c. Misfive van den Raad van Staate, Hoog Mogende Heeren! De inconvenienten en gebreken, welke zich van, tyd tot tyd hebben geopenbaard in de tegenwoordige inrigting van de Armée van den Staat, en welke voornaamentlyk te zoeken zyn in de zwakheid der Compagnien, en het groot aantal Officieren in proportie der gemeene Manfchappen; als mede in de fpbere betaling yan de Dragonders en Infanterie,  '%12 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot rïe, welke voor dezelve geen behoorlyk beftaafl opleverende, dat gedeelte der Armée in zwaare ichulden heeft ingewikkeld, die inconvenienten en gebreken zeggen wy, hebben zyn Hoogheid, naar deszelfs iever en zorg voor het welzyn van den dienst en het algemeene nut aangezet, om Hoogstdeszelfs gedagten te laaten gaan over de wyze, op welke eene verandering en verbeetering in den tegenwoordigen voet der Armée best zoude konnen worden daar gefteld; terwyl zyne Hoogheid een xnotif te meer, om zulks met allen fpoed, en op dit moment te proponeeren , heeft gevonden in de actueel plaats hebbende omffandigheden, naardien door het dimitteeren van verfcheide Officieren, ingevolge U Hoog Mogenden Refolutie van den 2i November 1787, het getal van die genen, welke by zodaanige geiegcndheid zouden moeten uitvallen en gepenfioneert worden, merkelyk zoude worden verkleind, en ook de conduites door fommige Bataillons onlangs gehouden, thands eene meer gevoeglyke aanleiding zouden geeven , om dezelve te konnen reduceeren of casfeeren. Het is dan met dat heilzaam oogmerk, dat zyne Hoogheid a3n ons heeft gecommuniceerd het hier nevensgaande Plan, het welk wy by deezen niet «Heen ter deliberatie van U Hoog Mogenden en van de Hooge Bondgenooten brengen, maar het welk wy ook niet mogen nalaaten allezints aan te pryzen.'als waar door niet alleen aan de zo evengemelde defeéten van de zwakheid der Armée en der refpcftive Compagnien in Onderofficieren en gemeene Manfchappen naar proportie van het getal Officieren ; midsgaders de ongenoegzaame betaader Dragonders en Infanterye zoude worden geremedicert, maar volgens het welk ook teffen» de Armée van den Staat over het geheel zoude worden gebragt op eene meer folide en met het nut van den dienst overeenkomende voet, en eene verfte?Ving zo van de Cavallerie als Infanterye plaats hebben; alle objecten, welke ons voorkomen te zyn van  ie Gebeurtenis/en in 178? enz. voorgevallen* ïi% van de uiterfte aangelegenheid, naardien het vooï de defenfie Van het Land nier. minder esiëntieel is, dat die Armée, welke op de been gehouden word, op eene meest gefchikte vóet ingerigt zy en behoorlyk betaald werde, dan dat dezelve werde gebragt, tot zodaanige fterkte welke tegens onvoorziene toevallen genoegzaame fecuriteit geeft, ortt "welke reden, dan ook wy, zo wel als zyne Hoogheid niet hebben nagelaaten te meermaalen en van tyd tot tyd ook dit laatfte point, aan de ferieüfe o* Verweeging der Bondgenöoten aan te beveelen. Wel is waar, (en wy voorzien, dat ook wederom dit tegens hetvoorftel,dat thands gedaan word, Zal worden ingebragt) dat een dUsdaanig Plan en eene meerdere of mindere Verfterking der Armée niét zonder bezwaar voor de Finantien kan worden geïntroduceerd, wy moeten zelfs toeftemmsn dat? het nevensgaande, zullende komen te ftaan op een. ïbm van ƒ7237085 - 6 - 4|, daar door eene meerdere uitgaaf zoude komen van ƒ 1522695 - 15 - 8^, boven het geen de Cavallerye, Dragonders, en 09 Bataillons Infanterye, benevens het Esquadron Guardes du Corps en de Regimenten Guardes te paard en te voet thands kosten, na aftrek namentlyic der 4 Man per Compagnie, welke door de Provinciën ingehouden, en dus niet betaald worden; dan hoe important ook de voorfchreeven fom in den eerften opflag moge voorkomen , vertrouwen wy dat U Hoog Mogenden by nader inzien van het Plan zullen bevinden; voor eerst: dat wanneer iü computa* tie wordt gebragt dat gene, het welk niet alleen in allen gevalle, en al bad 'er geenerhande verandering plaats, zoude moeten uitgegeeven worden* maar het welk ook reeds daadelyk by de Provinci* en uitgegeeven word, zulks een zeer aanzienlyk rabat op die fomme uitmaakt; en ten tweeden: dat Wat de dan nog resteerende meerdere uitgaaven be« treft, die door de wezentlyke voordeden van hefi «elve Plan rykelyk zouden worden gccompenfeefd zv. èéi, 11 - eA  114 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot en vergoed. Want, wat het eerfte betreft, zo ge* lieven U Hoog Mogenden te reflecteeren, dat het een' zekere zaak is, waar in alle, die eenige kennis hebben van de fituatie, waarin zich de Dragonders en Infanterye van den Staat bevinden, volkomen convenieeren, dat hoedaanig ook de Armée moge zyn, of worden ingerigt, de Soldyen dier Corpfen niet konnen blyven op den tegenwoordigen voet, maar eene verhooging vereisfchen, zullen dezelve eenmaal uit hunne gedelabveerde ftaat géraaken; en, dat ook reeds zodaanige verhooging van Soldy by de Provinciën (by fommige zelfs tot 12 Huivers per Hoofd 's weekelyks) daadelyk betaald word, terwyl uit de ongelyke voet, waar op dit behandeld word, zodaanig nadeel voor de Armée ontftaat, dat zyne Hoogheid en de Raad niet ernftig genoeg kunnen infteeren, dat, tot wegneeming van alle redenen van klagten en misnoegen, en voorkoming der fchroomelyke gevolgen, welke daar uit zouden kunnen ontdaan, de geheele Armée ten dien opzichte egaal moge werden behandeld , en dit poinct op eene vaste en eenpaarige voet gereguleerd. Aan dit oogmerk nu is volkomen voldaan by bet nevensgaande Plan, als waar by de Dragonders in het ftuk van betaaling zyn gebragt, op die van de Cavallerye, de Husfaaren op de middelbaare, tusfchen de'tegenwoordige betaaling der Cavallerye en Dragonders, de Soldyen van de Corporaals, Tamboers en Gemeenen van de Infanterye vermeerderd met zes ftuivers 's weeks, en ook het inkomen der Officieren van de Infanterye verbeterd, het geen mede als een noodzaaklyk point moet worden geconfidereerd, en vooral ten aanzien van een Kapitein van eene Compagnie, naar maate dat de Compagnie in Gemeene Manfchappen zoude verfterkt worden , om denzelven daar door in de hoe langer hoe hooger loopende kosten der Recrtiteering te gemoet te koomen, het geen dan ook de reden is, dat, voor zo veel den Kapitein betreft , de  ie Gebeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen, !!ƒ de verbetering van deszelfs inkomen is gevonden, niet door eene vermeerdering van zyn Traftement, maar door voor ieder Man toe te leggen elf duivers ten 42 dagen, ten profyte van den Kapitein, op dat alzo by eene eventueele verfterking der Compagnie, hy niet zoude konnen klaagen over de meerdere kosten op de Recruteering vallende, maar de vergoeding daar van vinden in de gemelde proportioneele toeleg van elf duivers per Man. Deeze meerdere betaaling aan Soldyen zoude over de Militie, zo als dezelve volgens het bygaande Plan zoude zyn ingerigt, bedraagen een object van ƒ 652128 - 2 - 4$, en dus met die fom verminderd worden de hier bovengemelde meerdere onkosten van ƒ 1522695 - 15-87, zo als dit alles kan gezien worden uit de bereekening daar van , zo met opzicht tot de Cavallerye als Infanterye gemaakt, en achter het nevensgaande Plan gevoegt. En wat betreft het tweede-: namentlyk de esfentieele voordeden, die uit de meerdere depenfen (welke als dan nog importeeren een fom van ƒ 870567 - 13 -3*, zoude refulteeren) zo zullen U Hoog Mogenden uit het Plan ontwaar worden , dat door de geproponeerde inrigting zoude worden geremedieert aan het gebrek, waar aan de Compagnien laboreeren, namentlyk de zwakheid in OnderOfficieren en gemeene Manfchappen, als zullende die worden gebragt tot een bekwaam getal na proportie der Officieren, en wel in dier voegen, dat, in gevalle van Oorlog, de Armée door eene veriterking der Compagnien alleen met Gevryters en Gemeenen tot eene veel grooter fterkte zouden konnen gebragt worden. Dat wyders den Staat in dienst zoude hebben een Regiment Husfaaren, en eenige ligte Troepes Infanterye, van hoedaanige Troepes de nuttigheid vry algemeen erkend word, en welke egter in tyd van vreede dienen aangehouden te worden, om in H s die  Ii6 Verzameling van Stukken letrekkelyk tti di^ van Oorlog daar van de nodige dienst te konnets hebben. ; , Er. dat eindelyk op die wyze, de Armée zoude worden geaugmenteerd met 5409 effeétive dienst dr„ nd'e hooiden en 2014 Paarden: eene augmentatie, welke in der daad niette groot Ichynt, maar yeel eè'r evenreedig aan het geen noodwendig vereifchtword, om ëe Republiek in Raat van defenfi te houden , en flegts tegens een eerfte aanval heiland te doen zyn, en welke het U Hoog Molenden dus niet kan verwonderen, dat den Raad vkü Staate, zo wel als zyn Hoogheid, bly vendein haar te meermaalen gemanifesteerde principe, dat altóós zo veel Militie op de been moet gehouden worden, als nodig is, om in een onvoorzien voorval het hoofd te kunnen bieden , geen zwaarigheid maakt, om in deeze omflandigheden, by gelegenheid van eene verfchikking in de Armée , en in aanmerking van de fom, waar voor uit hoofde dier verfchikking, zulk een aanzienlyk getal Manfchappen en Paarden, meerder zouden bekoomen worden, voor te Rellen, en als aanneemelyk terecom. mandeeren. Zien U Hoog Mogenden, zien de Hooge rJond-, eenooren de zaak mede in diervoegen in, dan meeren wy, dat dezelve door de in het oog loopende voordeden en verbetering, welke voor den dienst en de Armée in het door zyn Hoogheid geconcipieerde Plan gelegen zyn, zoude konnen worden gepprmoveerd, om zich in het amplecleeren vanhet zelve niet te laaten wederhouden door de hnantieele confideratien, welke anderfïnts gemaakt konnen worden tegen de meerdere depences daar door te veroirzaaken: het Aanritsgeld, het welk' voor de geaugmenteerde Manicbappen immers ge. deeltelyk zal moeten gegeeven worden, en dePenfioenen welke aan de uitvallende Officieren, waar van egter het getal, uit hoofde der hier bovengemelde0 Demisfie , waarfchynelyk zeer gering zal zyn, zouden dienen toegelegt te worden. : 1 Doch  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 11? Doch levert het bezwaar voor de Finantien in deezen een overwigt op, dan gelieven Hoogstdezelven in overweeging te neemen , of het nodige foulaas zoude kunnen gevonden worden in het verminderen der Compagnien Cavallerye , Dragonders en Husfaarehmet vier, of des noods met agt Man , en uiterlyk nog in net minder aanhouden van een Regiment Infanterye , het geen zoude kunnen gefchieden, al bleef het Plan voor het overige in zyn geheel, en het geen zelfs door zyn Hoogheid en door ons zoude zyn voorgefteld , wierd Hoogstdezelve zo wel als wy, daar in niet wederhouden , niet alleen door de perfuafie, dat de Armée van den Staat. volgens het nevensgaande project, niet te fterk zal worden, maar ook door deeze confideratie , dat door het verminderen van het getal der Regimenten of Bataillons moeijelyk zoude konnen worden voldaan aan de bezetting van zo veele Frontieren en Plaatfen, als de fituatie van deeze Republiek vordert, voor al op een tyd w^aar in meest alle de Provinciën met zo veel empresfement en meer dan na gewoonte, Guarnifoen verlangen, en dat daar en boven eene Propofitie, volgens welke een zo veel grootcr aantal Officieren zoude uitvallen, en voor het vervolg minder geëmplooijeerd worden, behalven het bezwaar, hetgeen uit het Penlioneeren derzelve voohet tegenwoordige zoude ontftaan, mooglyk ook niet met genoegen en goedkeuring zoude worden ontfangen. In allen gevallen moeten wy met zyn Hoogheid verzoeken en infteeren , dat, hoedaanig ook de Bondgenooten op het overgegeeven projeét zullen goedvinden te refolveeren , de deliberatien daar over ten fpoedigften mogen worden gehouden en getermineerd, op dat geweeten worde, waar aan men zich met opzicht tot de voet, op weiken de Armée van den Staat zal blyven, zal moeten houden. Hoog Mogende Heeren! wy beveelen U Hoog; H 3 Mo-  tig Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Mogenden in Godes heilige protectie. In den Ha. ge den 23 January 1788. Geparapheert, Petrus Camper, vt« Onder Jtond, Ter Ordonnantie van den Raad van Staate der Vereenigde Nederlanden. (was gcJ.) J. H. Mollerus. Plan van verbetering van de voet jim.Ci788. der Armée van den Staat. Cavallery. De Cavallery beftaat tegenwoordig uit het Esquadron Guardes du Corps, Het Regiment Guardes van 6 Compagnien. Zes Regimenten Cavallery ieder van 8 Compagnien. Drie Regimenten Dragonders ieder van 8 Come pagnien, uitmaakende te famen 3542 Hoofden 3878 Paarden, en zulks na aftrek der vier Man per Compagnie, welke by de Provinciën ingehouden worden. En zoude voor het vervolg beftaan uit: Het Esquadron Guardes du Corps. 1 Regiment Guardes te Paard. 1 Regiment Guardes Dragonders. 4Regimenten Cavallery. 2 Regimenten zwaare Dragonders. 2 Regimenten ligte Dragonders. i Regiment Husfaaren. Het Esquadron Guardes du Corps zoude worden Reformeert en betaald, zo als te zien is uit de By- Jage  ie Geheurtenisfen in 17Z7 enz. voorgevallen. 119 lage fub No. 1 , en dus zoude daar in die verandering plaats hebben, dat het zelve thands fterkzynde 116 Guardes du Corps in Reyen en Gelederen, zoude worden gereduceert op 108 Geraeenen, en daar tegens in plaats van 5 Sous Brigadiers betaald negen, en bygevoegd een Piqueur op ƒ 84 ten 42 dagen, doch vermids daar door eenige meerdere onkosten voor het Land zouden komen, zo zoude het Ritmeesters Tradtement worden verminderd op ƒ 515 - 3 - 8 ten 42 dagen, in plaats van ƒ j86 -7 - 8 zo als het tegenwoordig is. De Staf van het Regiment Guardes te Paard zal zyn, zo als kan gezien worden uit de Bylage letter A. En dus by dezelve worden gevoegt het gewoone Luitenants Collonels Tradtement, en dezelve vermeerderd met een Paardemeester op Wagtmeesters Gage ƒ 32 - 10 - o ter loopende maand. De Staf van het Regiment Guardes Dragonders, de ordinaris Regimenten Cavallery, en die van de zwaare en ligte Dragonders zal zyn dezelfde als die der Guardes te Paard, met dat onderfcheid alleen, dat het Tradtement van den Adjudant, by de voorfz. Regimenten ƒ 15 ter loopende maand of ƒ 180 in het jaar minder is dan by de Guardes te Paard, zie Bylage B. Het Regiment Guardes te Paard thands het esnigfte der Cavallery , het welk uit 3 Esquadrons beltaat, en daar door veel inconvenienten in den dienst van het zelve, vooral met andere Regimenten veroirzaakt wordende, zo word geproponeerd het zelve in gelykheid der andere Regimenten te brengen op 4 Esquadrons, en dus 8 Compagnien, en dienvolgende te verfterken met een Esquadron. By ieder Esquadron. zal zyn by de eene CompagII 4 nio  '120 Verzanding van Stukken letrekkelyk toé nie in plaats van een eerfte Luitenant, een Ritmeester Commandant. Ieder Compagnie zal worden verminderd met een Wagtmeester en een Corporaal. En daar en tegen vermeerderd met eenStandaartTonker op . . I ƒ 50 I o I o I Ten 42 Ken Qjiartierm. a j 36 [ o | o j dagen. En 4 Gevryters. By 4 Compagnien zullen zyn 1 Frater, en by4 een Smit op Corporaals Traétement. Totaaleaugmentatie per Compagnie 5 Man , 5 Paarden. Maakt, voor de zes tegenwoordige Compagnien ♦ . 30 Man, 30 Paarden, Paar by het nieuwe Esquadron van 122 Hoofden, 132 Paarden, Maakt de totaale augmentatie by het Regiment Guardes te Paard . , . .152 Hoofden, 162 Paarden. Zie wyders omtrent de formatie en betaaling van het zelve Regiment, de Bylage N°. 2, * Het Regiment Dragonders zal beftaan uit 4 Esquadrons ieder van 2 Compagnien, gecompofeerd en betaald, zo als kan gezien worden uit de Bylage 2M.. 3 , ieder Esquadron zoude worden verminderd met een eerfte Luitenant en 2 Waermcesters, en daar tegen verfterkt met 1 Kapitein Commandant, 2 Tweede Luitenants, 2Standaart Jonkers. 2 Quartiermeesters. 8 Gevryters. 24Gemeene Dragonders. 1 Frater en 7 op Corporaals } Smit, ( Tra&ement,  'ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. Ui • Totaale augmentatie per Esquadron 38 Hoofden ? 41 Paarden. Voor het Regiment . . . 152Hoofden, iöo Paarden. Van de thands zynde öRegimenten Cavallery, zouden twee worden gebragt op den voet van zwaare Dragonders. En voorts de Regimenten Cavallery zwaare en ligte Dragonders, blyven ieder op 4 Esquadrons of 8 Compagnien. Ieder Esquadron Cavallery of Dragonders zal worden vermindert met twee Wagtmeesters, en vermeerderd met een Ritmeester of Kapitein Commandant. 2. Quartiermeesters. 1 Smit61' en"^ °P korporaals Tradtement. 8 Gevryters. 24 Ruiters of Dragonders. Totaale augmentatie per Esquadron 37 Hoofden, 36 Paarden, Voor het Regiment . . . 140Hóófden, 144 Paarden, Voor de 8 Regimenten . . 1120 Hoofden, 1152 Paarden. Zie wyders de formatie en betaaling van een Regiment Cavallery zwaare en ligte Dragonders in de Bylage 4 en 5. Het Regiment Husfaaren zoude kunnen geformeert worden gedeeltelvk uit die Manfchappen , welke de Provincie van Holland en West-Friesland In haaren particulieren dienst heeft, gedeeltelvk uit die, welke thands door de Provincie van Utrecht worden gefalarieerd, en verders gecompleteerd door op nieuw aan te wervene Manfchappen. Staf van het zelve Regiment zoudelzyn ev n E 5 .' als  ïïz Verzameling van Stukken betrekkelyk tot als die der Regimenten Cavallery of Dragonders, met dat onderfcheid alleen , dat daar by noch Pauker noch Tamboer Majoor gevonden word , waar door het montant van dezelve wordt verminderd met . . I ƒ 25 1 10 1 o j ter loopende maand, Of . . I 306 I o I o I in het jaar. Zie Bylage lett. C. Het Regiment Husfaaren zoude mede worden gebragt op 8 Compagnien, formeerende4Esquadrons, en daar in geen onderfcheid zyn met de Cavallery en Dragonders, dan alleen in de voet van betaaling, zo als kan gezien worden uit de Bylage N". 6. |Hoofd.iPaard. Het Esquadron Guardes du Corps zal fterk zyn De Regimenten Guardes te Paard en Guardes Dragonders met de Onderftaf De agt Regimenten Cavallery ligteen zwaare Dragonders met de Onderftaf Het Regiment Husfaaren met de On derftaf ....... 139 171 986 1068 3848 4144 480 509 5453 589a Lite.  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 123 - Lite. A. B Y L A G E N. PLAN. STAVEN CAVALLERY. Guardes te Paard. ter loopen- In het jaart de maand. I Collonel . . . . ƒ200 o 0/2400 o o I Lt. Collonel . . . 80 o o; 960 o o 1 Majoor . • . . 60 o o' 720 o o ^-i Adjudant . . . . ico o o 1200 o o ] 1 Piqueur . . . . 50 o o 600 o o ti Pauker . . . . 2510 o 306 o o 1 Cfiirurgyn Majoor . . 40 o o 480 c o t Paardem. opWagtm.gage 3210 o 39c c o Dus beloopt de Staf van dit o —- —. Regiment . . . . ƒ505 0 0/7056 c o KB. Onder-Staf beftaat uit 5 Hoofden en 6 Paarden. Litt. B. Guardes Dragonders, ordinaris Cavallerie, zwaare of ligte Dragonders. Tusfchen de Staf van een Regiment ordinaris Ca•vallerie of Dragonders is geen ander verfchil, dan alleen ten aanzien van het Tradtement van den Adjudant die ƒ 15 - o - o ter loopende maand, of ƒ 150 - o - o 's jaars minder trekt, dan een Adjudant by de Guardes te Paard, met de voorfz. fom moet derhalven het montant van de Staf der Guardes vermindert worden, om te weeten het juiste beloop der Staf van een der andere Regimenten. De  ka4 Verzanding fan Stukken betrekkelyk tot ter loopen- In het jaar. de maand De Staf der Guardes te Paard — kost ƒ588 o' c ƒ7056 o o Af het meerder van den Ad j judaat 15] 9! 0 180 o o Dus bedraagt de Staf voor een Regiment Cavallerye of j Dragonders . . • 1/57:" ° c ƒ6876 o, o Notandum. Dat by de twee Regimenten zwaar© Dragonders zal zyn een Pauker, even gelyk by de Cavallerye, doch by het Regiment Guardes Dragonders, en de twee Regimenten ligte Dragonders een Tamboer Major, op het Tradtement van 25 fl. 10 ft. per loopende maand, of 306 fl. in het jaar. Litt. C. Staf van het Regiment Husfaaren, Is nu even fterk als die van de Regimenten Cavallerye of Dragonders, met dat onderfcheid nogehands, dat daar by niet gevonden word een Pauker of Tamboer Major, waar by derhalven het montant vermindert moet worden in deezer voegen- , . :er loopen- in nei jaar. de maand. De Staf voor een Regiment 1 ■" — Cavallerye kost . . . ƒ57; c 0/6876 o o Af het Tradtement van den Pauker of Tamboer Major 25 te o 306 c o Dus bedraagt de Staf van het | Regiment Husfaaren . '547 ^0 0/6570 o o No. U  ie Gebeur tenisfen in 1787 enz, voorgevallen. m$ No. i. P L A N. CAVALLERY E„ Een Esquadron Guardes du '• Corps, faard. Hoofd, Ten 42 dsgeoS 3200 de andere een Smit . J I 1 Trompetter . . . 35 o 0 1 1 Solliciteur ... 28 o o 4 4 Gevryters a ƒ 30-2-0 . 120 8 o 4:4 I 44 Gemeenen a ƒ 28-0-0 . 1232 o o 66 t 61 ...... 2509 8 o 2 < 2 O 2 501816 O Voegt hier by het furplus I vaneen Rittnr. Comm. . 12 o o Dm  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voor getallen. 12 f Paard. Hoofd. Ten 42 dagen» Dus is een Esq. / fterk. 332 I 122 En kost ten 42 dagen - ƒ 503016 o 4 I 4_ ' °j 2 De 4 Esquad. zyn fierls 528 1 488 Waar van de Soldyen bedraa- Waar by ge- gen ƒ 20r23' 4' O oX-sTrf.'i^ in h£t • ' ' ^880 3 9f 6 5 ,Waar by gevoegt de kosten | I van de Staf . . . 7056 o o Het gantfclie . j Regiment is I fterk-. | 534 j 493 |En za* kosten in het jaar ƒ181036 3^ 9| N». 3. Regiment Guardes Dragonders. Dit Regiment zal beftaan uit vier Esquadrons s ieder van twee Compagnien, en fterk zyn 534 Paarden en 493 Hoofden. Een Compagnie Guardes Dragonders zal bejlaan uit Paard. Hoord.' Ten 42 dagen. 3 1 Capiteïn • ... ƒ 325 o' o 2 1 By de eene Compag. van het-i Esquadron een Capt. Com- I ! mandant, by de andere een f 130 0 0 eerfte Luit.. . . IJ NB. Het furplus by het Es- * quadron te betaalen. 2 1 Tweede Luitenant . . 120 o 2 1 Vaandrig.... I20 o ° 1 1 Standaart Jonker . . 50 o ° 1 1 jWagtineefter ... 45 o 0 Cntar*  Ï28 Ver nameting "van Stukken betrekkelyk tvt Paard/Hoofd. Ten 42 dagen; 1 1 Quartiermeefter . ; . . 36 r a 3 3 Corporaals a ƒ 32-0-0 . 96 c o 1 1 By de eene Compag. van het 1 Esquadr. een Frater, by de V. 32 c O andere een Smit . . J j 1 Tambour ... 28 c O 1 1 St)lliciteur ... 28 c o 4 4 Gevryters a ƒ 30-2-0 . 120 i o 44 44 Gemeenen a ƒ 28-0-0 . 1232 c o 66 61 ƒ 2362 l o 22 c 2 ƒ 472416 o Voeg Ir'er by het furplus voor Dus is een Es- een Capitein Commandant 12 c 0 quaJron fterk, - J32 122 vVaar van de Soldyen bedraa I gen . . . . ƒ 473616 o 4 j 4 o 2 De 4 Esquadr, 528 1 488 . j Z : - . f 18947 4 O Voeg hier h\■ in hetjjsmr . . f164660 3 9? van de Onder J . Staf. 6 | 5 Kosten van de Staf , 6876 o o Het gamfcln Regiment. . 534 j 493 En zal kosten in het jaar . t A17153Ö 0 9|  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 129 N9. 4. Een Regiment Cavallerie of zwaare Dra. ganders. NB. Aangezien 'er tusfchen een Regiment Cavallerie en een Regiment zwaare Dragonders geen de minfte onderfcheid is in de voet van betaaling, en by de zwaare Dragonders zo-wel als by de Cavallerie zal zyn een Pauker, en by ieder Compagnie een Trompetter, heeft men dezelve by elkander be« üeekent. Een Regiment Cavallerie of zwaare Dragonders zal beftaan uit vier Esquadrons, ieder van 2 Compagnien, en fterk zyn 518 Paarden en 481 Hoofden. Een Compagnie Cavallerie, Paar' TToofd. Ten 42 dagen; 3 1 Ritmeester ... ƒ 325 o o 2 1 Luitenant ... 13c o o> 2 1 Cornet .... 12c ^ o 1 1 Wagf meester ... 450,0 1 1 'Quartiermeester . , 3(' o o 3 3 Corporaals a ƒ 32-0-0 . 9c o o I 1 By de eene Compag. van het« Esquadr. een Frater, en b> s. 32 o o de andere een Smit . J 1 1 Trompetter ... 3-; o o 1 1 Solliciteur ... 2S 0 o 4 4 Gevryters a ƒ 30-2-0 . "12c o 44 44 Gemeenen . . . 123a o 63 59 ƒ 2199 8 o 22 2 126 118 ƒ 439816 o 2 1 Ritmeester Comm. . 142 0 o ©us het Esqua vvraar van de Soldyen bedraa- IV. Deel, I droq,  Pèrzstnéling van Stukken betrekkelyk tot Paard, Hoofd] Ten 42 dagen. dn». gen. ƒ 454o'i6j o 128 rio 4, 4 4 512 476 ..::*.ƒ 18163 4 o Waar by ge Of in het jaar fi 5784617 if voegt voor oe _ -, . ... Ouder-Staf Kosten der groote en kleine 6 I 5 Staf .... 6876 ° o Dus 't Regim. 5181 481 En zal in het jaar kosten ƒ16472217 if 6 I 6 6 Ende öReg. jEij zullen in het jaar kosten ƒ988337 210? 3108l2886 r N°. 5. Een Regiment ligte Dragonders zal hebben 4 Esquadrons, ieder van 1 Compagnien, en fterk zyn 518 Paarden en 481 Hoofden. Een Compagnie ligte Dragonders. Paard 'Ioofdj Ten 42 dagen. , 3 * Kapitein ƒ 325 c o 2 I Luitenant . . . 130 c o 2 1 Vaandrig . . . 120 o o 1 1 Wagtmeester . . 45 c o 1 1 Quartiermeester. . . 36 o o 3 3 Corporaals ieder a ƒ 30-2-0 96 c o J 1 'By de eene Comp. van bet 1 Esquadr. een Frater, by dc f 32 c o andere een Smit . ■* I 1 Tambour ... 28 c O x 1 Sollieiteur ... 28 c o Ge*  de Gebeurtenisfen in J787 enz voorgevallen. 13? Paard. Hoofd. Ten 42 dagen; 4 4 Gevryters i ƒ 30^2-0 ; 120' 8 ó 44 44 Gemeenen a ƒ 28-ü-o . 1232 o o i53 59 i • ^192 8 0 2-2 ! 2 "1261 "ïts 438416 o 2 I 1 Kapitein Comm. . . 142 c o bus het Esq. I 128 119 Waar van de Soldyen bëdraa- gen .... 452616 6 4 4 4. Én tle 4 Esq. ,512 1 476 ' • • i • i i ƒ 18107 4 °t Voegt hier by Gf in het jaar . . i ƒ157360 3 9jf gör de Onder. yan d)j groQte en 6 1 5 ne Staf . . . . 6877, o 6 jteg. U IferS - 51 181 En zal kosten in het jaar ƒ164236 ? 9f 2 2 2 fen de 2 Reg. J03Ö 1 962 En zullen kosten in het jaar ƒ323472 7 7f" 2 ft ÏK §t  131 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot r5. Het Regiment Husfaaren zal beftaan uiC 4 Esquadrons , ieder van 2 Compagnien, en fterk zyn 509 Paarden en 480 Hoofden. Een Compagnie Husfaaren zal hebben* Paard. Hoofd. Ten 42 dagen: 2 1 Ritmeester ; . ƒ 262 o' 2 1 Luitenant . . . 111 o o 2 1 Cornet .... To6 o o 1 1 Wagtmeester . . 43 o o 1 1 Quartiermeester . . 34 o o 3 3 Corporaals a ƒ 32-0-0 . 56 o o 1 1 By de eene Compag. van het -t Esquadr. een Frater, by de £ 30 o o andere een Smit. . J I 1 Trompetter . . . 32 o o 1 1 Solliciteur ... 26 o o 4 4 Gevryters a ƒ 28-2-0 . 112 8 o 44 44 Gemeenen a ƒ 26-0-0 . 1144 0 o 62 59 ƒ 1990 8 o 22 ■ 3, 124 118 f 398016 o 2 1 Ritmeester Comm. . . 123 o o Bm liet Esqua 126 119 Waar van de Soldyen bedraa" gen .... f 410316 o 4 4 J Dus 4 R.'quadr. 504 1 476 f 16415 4 4 Of in het jaar : . . ƒ14265518 1j Kos-  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voer gevallen. 133 Paard. Hoofd. ■ Ten 42 dagen. ya7deh0nde^ Per Transport i i fi~^5 il^? Staf. 5 1 4 Kosten der groote en kleine 6570 o o Het gantfche Regim.is fterk 509 1 480 En zal in het jaar kosten 714922518 ijj De Cavallerie beftaat tegenwoordig uit Een Esquadron Guardes du Corps fterk 142 Hoofden 174 Paarden, en kosten . . . j . . • ƒ 93189 2 ift Guardes te Paard fterk 340 Hoofden 371 Paarden en kosten . . 128137 8 6-> Zes Regimenten Cavallerie fterk 2040 7 Hoofden 2238 Paarden en kosten 756401 12 o Een Kegiment Guardes en 2 ordinaris Dragonders fterk 1020 Hoofden 1095 Paarden, en kosten . . . 324492 18 3?. Te zamen 3342 Hoofden 3878 Paar- _, L. —L den, en kosten .... Lƒ 1302211 o 11 — al En zoude beftaan uit Een Esquadrons Guardes du Corps fterk 139 Hoofden 171 Paarden, en kosten 93189 2 ij Een Regiment Guardes te Paard fterk 393 Hoofden 534 Paarden, en kosten 181936 3 9~ Een Regiment Dragonders fterk 493 ' Hoofden 534 Paarden, en kosten .. I7I536 3 S& Vier Regimenten, ordinaris Cavallerie en twee Regimenten zwaare Dra-, ponders fterk 2886 Hoofden 3138 2 Paarden, en kosten . , 988337 2 10- 1 I 3  134 Verzameling van Stükhn Ittrekhlyk tot Twee Regimenten ligte Dragonders fterk $62 Hoefden 1036Paarden, en kosten . . . 328472 7 -jh Een Regim. Husfaaren fterk 480 Hoof . . 7 den Sop. Paarden, en kosten . 149225 ig \-r Dus zal de Cavallerie fterk zyn 5453 m _ Hoofden 5892 Paarden, en kosten ƒ1012606 t9 s1* Is thands fterk 3542 Hoofden 3878 Jn Paarden en Kosten . . . 1302221 0 tI3 Etis zoude de augmentatie beftaan uit , _ „ 11 1911 Hoofden 2014 Paarden, en meerder kosten .... ƒ 610475 I7 * Dpch hier onder is niet begre.epen de vejhoaging van Soldve der Regimenten Dragonders ih het nieuwe Plan begreepen, uitmaakende een fomma . van 65303 14 37 Zo zouden de meerdere kosten bedraa- • — _ 7 "gen ...... ƒ 54SI72 3 p| IN F A N T E R Y. De Infanterv beftaat tegenwooïdig (behalven uic het Regiment Zwitferfche 'Guardes en vyf ordinaris Regimenten Zwitfers en de Compagnien-Fricsfchei (p Groninger Guardes, midsgaders de Compagnies Van Amfteldam) uic ÏHet Regiment Guardes te voet van 2] Bataillons, ieder van - - - - 7 Compaga. Drie en dertig Regimenten a twee Ba Mjïïo*s, mede ieder van - - - 7 ——E' een Regiment a drie Bataiilons, mede ieder van ------ 7. _ Maakende te famen 27100 Hoofd» Na aftrek der 4 Man per Compagnie, door de Provinciën wordende ingehouden ; en zoude voo? Jjjt vervolg beftaan 3 behalven de Zwitferfche Tróe- fifl  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 13S pes, de Amfteldamfche Compagnien, en de Friesfche en Groninger Guardes, uit 1 Regiment Guardes te voet. 1 Regiment ligte Troepes. 7 Regimenten Duitfchers. • 2 Regimenten Mariniers. . 2 Regimenten Waaien, waarvan een onder hét welk by ieder Compagnie moeten zyn .2 Cadets met dubbelde gage, volgens de Capitulatie van het 3 Rataillon van het Regiment Waaien, opgerrgt dor* wylen den Lt. Generaal de Lillers, onder de naam van Grenadiers Wallons. Drie- en- twintig Nationaale Regimenten. ■& Het Regiment Guardes te voet zoude worden eebrastop 3 Bataillons, beftaande ieder uit 5 Compagnien, te weeten 1 Granadier en 4 Musquettier Compagnien, en dien volgende geaugmenteerd worden met eene Compagnie Granadiers. By de twee thands fubfifteerende Granadier Comp. zouden gereduceerd worden de Jongens van den Kaoitein , eerfte en tweede Luitenant, en Vaandrig ----- 4 Hoofden. De 20 Man gratificatie - - - - 20 — De Man voor de Staf voor de Hautboisten en voor de Granadiers - 3 H—- 27 Hoofden^ En word vermeerderd met 1 Vaandrig. 1 Vaanjonker. 2 Timmerlieden. 3 Gevryters, en 5 Granadiers, . Maalcende 12 Hoofden» rest dus tot totaale vermindering 15 Hoofden. Ieder Musquettier Compagnie zoude verminderd vrorden met de Jongens van den Kapitein „ iffo I 4  l%5 Verzameling van Stukten hetrekkelyk tot I.uit,, 2de Luk. en Vaandrig - 4 Hoofden. De 20 Man gratificatie, de Man voor de Hautboisten, en de Man voor de Granadiers - - - - 22 ■ 26 Hoofdeni En vermeerdert met 1 Vaarjonker. 3 Gevryters. 2 Timmerlieden en .12 Musquettiers - - . - . l8 Hoofden, Dus totaale vermindering per Com- pagnie --------- g Maakt voor de 12 Musquettier en twee Granadier Compagnien - I — ^ „ . , '126 Hoofden^ Ue Staf vermeerdert met 1 Adjudant. 1 Cnmjrgvn Major. ï T mboer Major. 8 Mufikanten u Hoofden, En rret t;.n Compagnie Granadiers van 86 Hoofden ----- 86 Hoofden. Het Regiment Guardej zal dus worden vermindcdv volgens drn voet van betaah'ng met ooKoofde ' , doch in effette vermeerderd met 347 effeclive Hoofden. Zie di formatie en betaaling van dat Regiment in de Bylage N^. 7, waar uit blyfct, dat de Soldven van de Corporaals, Tamboers en Gemeenen zyn fèrmeerderd met 6 ft. 's weeks, en het verlies van hit ptofyt dei afgefchafte 20 Man gratificatie vergord -'oor het inkomen der Officieren eenigiir.ts te Vc;tbet> ren . en de Kapitein in de kosten welke hy vt. déitlve moest vinden , tegemoetgekomen, c • aar ïr-der der Qnder-Officieren en Gemeenen, ten bfhf>f ■ en var den Kapitein toe te leggen 11 ft ten 42 dagenj welke toeleg dus voor den Kapitein aft  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 137 accresfeert, na maate de Comp. verfterkt word, en dezelve dus meerdere kosten voor de Kleedirig, Recruteering &c. moec doen. De Staf van het Regiment Guardes te voet zoude zyn gecompofeert, zo als te zien is uit de Bylage litt. ü. en gefchikt naar de 3 Bat., terwyl hec inkomen der Adjudanten (welke even gelyk by de andere Regimenten , geen Officiers by het Regiment meer zouden zyn) de Chirurgyns Major en van den Tamboer Major, zodaanig zyn ingerigt, 'dat dezelve daar van ordentelyk zouden kunnen beftaan. ■ * De Staf van het Regiment ligte Troepes en de Regimenten Mariniers, Duitfche, Waalfche en Nationaale Infantery zoude beftaan, zo als te zien is fub litt. E., en dus daarin geene verandering plaats hebben, met de tegenwoordige voat, dan alleen dat de Tamboer Major twee Guldens meerder per loopende maand zou genieten Het Regiment ligte Troepes zoude beftaan uit twee Bataillons, ieder van eene Compagnie Jaagers, en vier Musquettf rs, welke zouden worden.geformeert en betaald, als te zien is uit de Bylage No, 8. , Word geproponeert tot het Regiment ligte Tro'epes* te neemen, het eerfte Bataiilon van het tweede JRegiment Orange Nasfauw, zodaanig dat uit de twee Compagnien Jaagers welke de Provincie van Holland thands betaald, Manfchappen zouden konnen getrokken worden, om, zo daar uit als uit andere aan te wervène Jaagers, de twee Compagnien Jaagers, welke by het gemelde Bataiilon zouden worden gevoegt, teformeeren, terwyl de Granadier Compagnie van voorfz. Bataiilon in de twee Compagnien Granadiers van het eerfte Regiment Orange Nasfau zoude konnen geïncorporeerd werden, en voorts by het voorfz. Bataiilon twee nieuwe Compagnien Musquettiers aangeworven, en de zes oude Compagnien vermeerderd met l S I Twee-  ï'38 Verzameling van Stukken betrekkelyk Ut 1 Tweede Luitenant. ■ 1 Kapitein des Armes. 2 Timmerlieden. 1 Frater. 6 Gevryters. 19 Gemeenen. 3° De vermindering van dit Eataillon zoude dus zyfc van 58 van de Granadiers Compagnien, en de vermeerdering beftaan in Hoofd, Twee nieuwe Compagnien Jaagers - - - 166 Twee nieuwe Compagnien Musquettiers - 166 Augmentatie by de zes oude Compagnien - 180 Totaale Augmentatie 512 En na aftrek der vermindering - - - - - 58 454- stq£ * '? w, I De zeven Regimenten Duitfche Infantery, (waar onder zoude zyn het tweede Eataillon van het tweede Regiment Orange Nasfau, geleid wordende door den Heer Lt. Generaal Markgraave van Baden , by het welk een Bataiilon zoude worden opgerigt, om daar van een Regiment te maaken) de twee Regimenten Mariniers, de twee Regimenten Waaien, óm welke te formeeren nog een Bataiilon zoude moeten worden opgerigt, en de drie- en- twintig Nationaale Regimenten zouden beftaan, uit twee Bataillons, ieder van eene Compagnie Granadiers eè vier Musquettiers, zo dat van de thands by ieder Bataiilon exteerendezes Compagnien Musquettiers , vier zonden worden gemaakt, dewelke zoude zyri gecompofeert en betaald, zo als te zien is uit de Bylage No. 9 en 10, waar uit blykt dat ieder Compagnie Granadiers zoude worden vermeerdert roei i Ka-  is 'Gebeurt snisfin in 1787 enz, nor gevallen, x Kapitein des Armes, l TSerlieden. - 1 Frater 6 Gevryters, 15 Granadiers. Totaal 26 per Compagnie. En de Compagnie Musquettiers beftaan uit 1 Kapitein. 1 Kapitein Commandant of eerfte Luitenaa> 1 Tweede Luitenant. I Vaandrig. . X Eerfte Sergeant. 52 Tweede Sergeanten. 1 Kapitein des Armes, 3 Corporaals. ï Frater. 2 Tamboers. . 1 Solliciteur. 2 Timmerlieden, 6 Gevryters. po Musquettiers. 83 Hoofden. Staat te noteeren, dat volgens dit Plan de Sol.' dyen van de Corporaals, Tamboers en Gemeenen zyn vermeerdert met zes ftuivers 's weeks, dat ook bet inkomen der Officieren en Onder-Officieren is verbetert, doch met opzicht tot den Kapitein niet door vermeerdering van zyn Tractement , maar door aan ieder der Onder-Officieren en Gemeenen , ten behoeven van den Kapitein, toe te leggen elf 'Huivers ten 42 dagen, om reden dat op die wyze dezelve in de kostert der Recruteering, welke ver^ meerderen, naar maate de Compagnie fterker is, pf naderhand nog mogt worden , proportioneel ïjrord gefoulageert. . Ds  140 Verzameling van Stukken betrekkelyk toi De Infantery zou dus bedraagen Hoofd. Het Regiment Guardes te voet met de Onder-Staf - 1305 Het Regiment ligte Troepes met de Onder-Staf 835 Zeven Duitfche, twee. Waal.fche , twee Mariniers en drie- en- twintig Nationaa le Regimenten, ieder 837 - - - - 28458 Dus zal de ordinaire Infanterie, het Regiment Guardes in begrepen , bedraagen 3051)8 De Cavallerie bedraagt 5892 Paarden en Hoofden ----- 5453 De Artillerie bedraagt ------- 3060 De Mineurs 256 De Zwitferfche Guardes 1200 De zestig Compagnien ordinaire Zwitfers 6oco De Compagnie Friesfche Guardes - - - 202 De Compagnie Groninger Guardes - - 75 De Compagnien van Amfteldam - - - 400 De Armée zoude dus fterk zyn, Paarden 5892 en Hoofden 47244 - j Wyders word voorgedraagen, om aan de effedtive Staf-Officieren welke zouden mogen worden gereduceerd, hunne Traktementen als Hcofd-Officieren ïte laaten, by wege van Penfioen,'tot zy op een gevoeglyke wyze zouden kunnen geremplaceert worden , 'en bovendien 'aan dezelve, zo als aan alle de Kapiteins effectief die gereduceerd zouden worden,' voor het gemis van hunne Compagnien te geeven een Penfioen van ƒ900 o o Aan de Kapiteins Commandanten - 500 o o Aan de Luitenants - ■ - .- - - - 400 o 0 Aan de Vaandrigs -------- 350 j o c STA»)  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. UT Litt. D. STAVEN INFANTERYE. Guardes te Voet. Ter loop. In het jaar. maand. Een Collonel 'l ■ 4 400 Mo f 480c o o Een Lt. Collonel . • 160 o o 1920 o o Een eerfte Major . • 120 r c 1440 o o Een tweede Major . 80 o o 960 o o Een derde Major' . . 60 c c 720 o o Drie Adjudanten ieder Adju dantèn ieder a ƒ 83-9-f 'smaands l . • 250 - o 3000 o 0 Drie Chirurgyns Majors ƒ 50-0-0 ... 150 o o 1800 o o Een Tamboer Major . 24 o o 288 o o Agt Mufikanten, -ieder i f 22-15-0 's maands , of ƒ 273-0-0 in 't jaar . _i82 o o J.1U o o ƒ1426 c 0 ƒ17112 o • Litt. E. Regiment ligte Troepes en ordinaris Infanterye. Ter loop. In het jaarmaand. Een Collonel . : ' ƒ 200 I o o ƒ 2400 , o ® Een Lt. Collonel . . 80 o 0 960 |o 0 TweeMaj., ieder a ƒ 60-0-0' 120-0 o 1440 o o Twee Adjudanten , ieder a ƒ 50-0-0 . . . 10© o o 1000 o o Twee Chirurgyn Majors, ieder a ƒ 40-0-0 - 80 o o 960 o o Een Tamboer Major . 14 o o 168 o o ƒ 594 o o ƒ 7128 o o N°. 7.  t42 Verzameling van Stukken betrekkelyk têt N». 7. P LAN. INFANTERYE. Regiment Guardes te Voet. Het zelve zal beftaan uit drie Bataillons, iedëi Battaillon uit vyf Compagnien, te weeten een Gradienier en vier Musquettiers Compagnien. Een Compagnie Granadiers zaVhêhhen, 'Hoofden Ten 42 dagen. 1 Krpitein .... 308 o o 1 : Kapitein Commandant . 116 o o I 1 Luitenant ... 92 ó o 1 i Tweede Luitenant . 80 o o ï : Vaandrig ..... 80 o o 1 Vaanjonker ... 40 o o 1 Eerfte Sergeant . . 36 11 ö 2 Tweede Serg. a ƒ 33-11-0 67 2 ó 1 Kapitein des Armes , 31 11 ö, 3 Corporaals ieder a ƒ 25-17-.- 77 11 o 1 Frater .... 21 o o z Timmerlieden ieder a 18-17-c. 37 14 o 2 Tamboers . . . 37 14 o I Pyper . . . . 18 17 o 1 Solliciteur ... 1? 16 o 6 Gevryters ieder a ƒ 20-19-0 125 14 o 60 Gemeene Granad.aƒ 18-17-0 1131 o .0 £6 ƒ2313 ioj o  li Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 143 Een Compagnie Musquettiers zal beftaan, Hoofden. Ten 42 dagen. i Kapitein . : . f 3081 oio By een Compagnie een") Kapitein Comman-1 dant by de andere J een eerfte Luitenant J 92 o O5 NB. Het furplus voor de Kapt. Comm. zal by het Bate. bereekent worden a ƒ 24-0-6 ten 42 dagen. . 1 Tweede Luitenant 80 o 0 I Vaandrig ... 80 o ■ 1 Vaanjonker . . 40 o o 1 Eerfte Sergeant . 36 11 o 2- Tweede Sergeanten ieder 4/33-11-0 . 67 2 o I Kapitein des Armes . 31 .11 °' S. Corp. ieder a ƒ 25-1 i-c 76i 13 o 1 Frater ... 21 c o £ Timmerlieden ieder a ƒ 18-5-0 . . 36 re o l Tamboers utf. . 36 10 o 1 Pyper ... 18 5 0 1 Solliciteur . . 13 16 o I Man voor de Staf . 13:16 o 6 Gevryt. ieder k f 20-7-c 122 2 o 60 Gemeene Musquettiers a ƒ 18-5-0 . . 1095 ° o 86 ƒ 3iöi 16 0 4 4 8675 4 o Voeg hier by het furplus van 2 Kapiteins Comm. ieder a/24-0-0 48 o o  £44 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Hoofden. . Ten 42 dagen. Dus de 4 Compagnien 344 Waar van de Soldyen bedraagen . . 8723 4 o Comp. Gran. 2314 10 O 86 Dus het Balt. — —. 430 ƒ II037 -'4 O 3 En de 3 Batt. 1290 Waar van de Soldyen bedraagen . . ƒ 33 "3 - 0 Of in het jaar . . ƒ287768 12 if Voeg hier by voor de Onder 15 Kosten van de Staf . 17112 o o •Dus liet Reg. . 1305 En zal kosten in het jaar. ƒ 304880 ia i|  ts Gebturtenisfen in 1787. tn?-. vsorgevailm. No. 8. Regiment ligte Trcepes zal beftaan uit 2 Battaillonsj ieder van 5 Compagnien, te weeten een Comp. Jagers, en 4 Musquettiers, en fterk zyn 835 Hoofden* De Compagnie Jagers zal beftaan uit. Hoofden. Ten.42 dagen, 1 Kapitein' > ƒ 1581 c o 1 Kapitein Commandant ! Z21 c 0 1 . Luitenant . J . fjcf c d 1 Vaandrig' . . * . 54| ? <* 1 Eerfte Sergeant . . 4gil c. 2 ' Tweede Serg. ied. ƒ 24-11-0 ■ 49 2 o 1 Kapitein des Armes. : . ■ .2310 3 Corporaals" a ƒ 22-1 i-ó iëdèr 67 13 ó. ï Frater . .. .. . 17 io o 2 Timmerlieden a/ 18-r-o ied. . 36 21 p 2 Hoornblaazers a ƒ ï.8-1-0 ied. 36 2 o f. Solliciteur , . » . . . . ie, o r» (5 Gevryters a ƒ 20-3-0- l . .12018 o 60 -Jagers a ƒ 18-1-0 . ( . 1083 0 d 83 1' . ' . : 1 : ' l' f 18:<5 19) o rb. By de twee ■ Ten 42 dagend ■ Comp. Capits — -7—r-t Commandanten , by twee • - ' • "tiridere eerttc i Kapitein".. . . ,,; ƒ 15? j Kapt. Comm. of eerfte Lt, 0 1 Tweede Luitenant. . 54 c o I Vaandrig . • , • 54 0 0 1 Eerfte Sérgëant . . % U" o % Tweede Sergeants a ƒ 24-11-0 49; f o' x Kapitein des Armes , «|M o )ƒ Mi d a l i au £)e Compag. Musquettiers zal bzftnc-■  146 Verzameling van Stukken letfekkelyk tot Hoofden.] Ten 42 dagesï. Per Trafisport . .■ ƒ 425 41 o 3 Corporaals a ƒ 18-4-0 . ƒ 5412 o 1 Frater . . . . 1710,0 2 Tambours a ƒ 14-12-0 . 29 4 o 2 Timmerlieden a ƒ 14-12-0 29 4 o 1 jolliciteur . . . 12 c o 6 gevryters a ƒ 16-14-0 . 100 4 o 60 Musquettiers a ƒ 14-12-0 876 c o 83 ...'...ƒ i543l8:o 4 617512 o 4 Surplus voor 2 Kapts. Comm.' 24 c o Dus 4 Corap I Musqü'étiiers ; 332 Waar van de Soldyen bedracComp. Jagers gen . . . . 6195 12 O 83 • • - * • 1816o Bus 't Batt. 415 En kost .... 8cic ufo En de 2 Batt. » 380 ■ . . . - - . f 1603?, 2 O De Oadeiftaf Of in het jaar . . f/i3933' 5 5? 5 Kosten van de Staf . I 712; c o Dus'tgeli. Reg. | 835 En zal kosten in het jaar • 1 ƒ146463 5 5?  'ie Gebeurtenisfer. in 1787 enz. voorgevallen. l&7 No. 9. ÉeQ Regiment Nationaale, Duitfche, Walfche. Jjnfajnterie , of Mariniers , zal beftaan uic 2 -Dacraillons, ieder van 5 Compagnien, te weeten een Granadier en 4 Musquettier Compagnien. Een Compagnie Granadiers zal beftaan uit tToofden Ten 42 dagen. 1 Een Kapitein „....,.,. . ƒ 158 o o j 1 Kapitein Commandant. 72 0 o 1 . Luitenant ... 60 ■ o o 1 Tweede Luitenant , 54: o o 1 Keiiïe Sergeant . . . £7 S1 o 2 Tweede Sergeanten, ƒ 24- i 1-0 . ... . 49 2 a 1 _ Kapitein des Armes . 23 11 o 3 " Corporaals, a/ 18-1Ö-0 56 8 '0 1 Frater . ! '. \ 17 10 q 2 Timmerlièden, a 15-4-0 30 8 o I Tambour» ütC ..... .30 8 o 1 Pyper .... 15—4 0 1 Solliciteur ... j 12 o o 6 Gevryters", af 17-6-0 * j 103 -ie o 6o Gemeenen^ ieder a ƒ 15-4-0 : 912! o o 84 ......ƒ 1621u 3 Hoofden. T?n 42 dagen, | 1 Kapitein. . .... f 158 o o 1 Kapt. Comin. of eerde Luit.. . 60. o o 1 Tweede Luitenant . " 54 o o t Vaandrig ... 54 o o 1 Fierlte Sergeant ... 27 11 o" 2 Tweede Sergeants 0/24-11-0 49 2 o . X Kapitein des Armes . 22 n ö .ƒ 425 4 l.o i 3 fez De Compagnie Musquettiers zal beftaan uit  ï48 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Hoofden. Ten 42 dagen. Per Transport . . ƒ 42f ... • o 3 Corporaals a ƒ 18-4-0 . 54 12 o 1 Frater ... r, o o 2 Tamboers a ƒ 14-12-0 29 4 o J 2 Timmerlieden . . 29 4 o 9 . 1 Solliciteur . . . -12 0 O 6 Gevryters a ƒ 16-14-0 . 100 4 o i 60 Musquettiers a ƒ 14-12-0 876 o o 83 ƒ 154: :8 ° 4 Voegt hier by het furplus ƒ 6175 12 o> 4 voor 2 Capits. Comm. 24 . o o Dus de 4 Compagnien Mus- _____ _, — tiuettiers , l— _ 332 6199 12 0 Compag. Gra- nadiers84 _j6^ ,_s o Hfe - f782110 0! 2 ' s ^ I Ende 832"' Waar Van de Soldyen be- ' Voeg hier bi draagen ... ƒ 15643 o o vandëOnder of in het jaar . fiq - — Musquettiers . . | 532 Waar van de Soldyen bc Comp. Uren. ' draagen . . ' • 6316 8 o '84 ....... :652 6 o Dus liet Batt. 416 En kosten ... f 7986 :4 0 I'; 2 En de 2 Batt. f' ic'nii i io 8°2 En kosten ... r 1 5937 » "g Voeg hier by Of in het jaar . . ƒ138543 ^ [c? 'voor de On der-Staf. § Kosten van de Staf . 7128 o o Dus is het Re- «ment fterk ... . « «37 En zal kottel in .het jaar ,145631 pftfl  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 151 De Infanterie beftaat tegenwoordig uit Een Regiment Guardes fterk 984 ƒ Hoofden, en kosten . . 221997 6 8 33 Regimenten a twee Battaillons, ieder fterk 757 Hoofden , dus te zaamen 24981 Hoofdenen 1 Regi- 3 3 ment a 3 Battaillons , maakt 1135 Hoofden, dus tezamen 26116 Hoof- 3 3 den, en kosten . . • 4190171 — —■ Dus te zaamen 27100 Hoofden, en 9 9 kosten . . . . ■ ƒ4412168 En zoude beftaan uit Het Regiment Guardes te voet is fterk 1305, Hoofden, en kosten . 304880 12 1* Een Regiment ligte Troepes fterk 835 Hoofden, en kosten . . 146463 5 5? 7 Duitfcbe, 2 Mariniers, 1 Waaien en 23 Nationaalen, te zaamen 33 Regimenten, iedera837Hoofden, dus bedraagende 27621 Hoofden, en kosten .... 4721412 18 6j Tweede Regiment Waaien, waar onder twee Cadets per Compagnie, fterk 837 Hoofden, en kosten . 145631 11 ioj 8 Capellaanen en 2 Admoesfeniers, ieder a ƒ 600-0-0 . . . 6coo o o Dus zal de Infanterie fterk zyn 30598 ~ TT ~ " Hoofden, en kosten . . ƒ5324388 8 r> Is thands fterk 27100 Hoofden, en kosten 44I2I68 9 9 De Augmentatie zal bedraagen 3498 ~ — , Hoofden, en de meerdere kosten ƒ 912219 18 4? Doch hier onder is begreepen de verhooging van de Soldyen der Corporaals, Tamboers en Gemeenen, over de Regimenten Infanterie in het nieuwe Plan begreepen, bedraa- . gende een fomme van . . r 5«6824 ö i7 2o zonden de meerdere kosten be- " " ""_ drsagw .... ƒ 325395 xo 5 K 4 Na.  'sxvzamlhig var. Stukksr. Utrékkelyl tot Nu. 403. Misfive van de-Gez-woerene Gemeente der Stad ' Campen aan zyne Doorluchtige Hoogheid den Hee■ re' Prince Krf-Stadhouder, ten betooge van Hunne wettig gedaane Keure. In dato den 16 Jan. 1787. j DooRLucHTiGSTE Hoog Gebocre:? Vorst en Heeré! Op jqLgstleeien dingsdag na drie Koningen op Bnign ó'-i verbodet zyndè* hebben wy ingevolge Eet R.fgh=rflpnt op de Regeering deezer Provincie ons Lagnaam gefuppieteerd, en in de openftaande plaats tot Gemeansmafj -weder ingekcrendePerfoon val N Sterke. Waar na wy volgens aloude en kj Jyké gawi pnci ons Lighaani gezuiverd hebben, .'. : ai ie deeze zuivering in een plegtig en naauw^ jkeurig onderzoek öf fpmmjgè Leden van ons Corps zich" aan 'Cabaalea of Kuiperyen hadden fchuldig gemaakt, of zich niet overeenkomftig hunnen pligt gt.'draa^en hadden, zö dat zy uit dien hoofde tot h< i trokken der Epohen niet konden vyorden tocge;: t ; L'ii caar by op niemaat der Leden eenige de rnmfte rtfiectie gevallen was; zyn wy den volgenden dag (de igöWoon'e dag" der'jaarlykfe Keure, "Van Schepenen en Raaden) in den vroegen morge 1ffbn I volgens aioud gebruik Collegialiter ter Kcu'rftq fkatie gegaan, alwaar'ons op eene ernstvoile c:: ï' ■JuiMyke wyze werd voorgehouden, om in d'e ie lioene Keure van Schepenen en Raaden met verzr.akirg van eigenbelang , met verloochening van _lie byzorxleie iazigtcn» ons oyercenkomttig on%e tjj •.; feiS>Ugj»ïflfl erj heiligen céd te gedraagen, zo èls wy dit gewigjijj werk in den dag der algeraee^e. verjeekening voor den Riebtenloel yan fiern door wien dë Vorfteh regeeren, en de Richters der Aarde gerechtigheid fteUen, eens zouden wenfciiec te verantwoorden. Na het eindigen van deezen plegtifaatigen Gods. diepet, wedergekeerd zynde naar het Raadhuis ,oi\ voï^eüs eene wei en onafgebroken* gewoonte van'  Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. Ï53 «neer dan twee eeuwei), door het trekken der gouden en zilveren Boonen uit ons midden twaalf Perfoonen tot het doen der Keure uit te loten, het welk ten overftaan van de praiideerende Burgemeesteren gefchied zynde, hebben óe twaalf uitgelote Keurnooten in handen van voornoemde pra?lïdeerendé Burgemeesters, in het byzyn der overige Leden van :iaad en Gezwoorene Gemeente, der Keurnooten ééd afgelegd, en tot God Almagitig gezworen: dat zy ivuden kazen, de wy' Dan het heeft Uwe Doorluchtige Hoogheid be- • haagt in de gedaane Keure verandering te maaken , èn iri plaats van Joan Anthon van Kküth , aan te •itellentot Schepen over den jaare 1788, de Perfooa van Jocsï Jan Op ten Noort, en tot Geraeens- • man in plaats van N. Sterke, de Perfoon van Fre-55RIE van Gelder; van welke verandering, de.  ïg-j. Verzameling van Stukken betrekkelyk W XeurEOGten in eene daar toe verzogte extraordinaris Vergadering aan ons hebben kennis gegeeven, en teffens betuigt, dat zy volgens hunnen duurgezwooren.ééd, zonder eenige partialiteit, drift oj kuiperyen in de gedaane Raads-Keure waren te werk gegaan, dat zy alnog in gemoede overreed waren, dat gemelde door hun op nieuw ingekoorene en door Uwe Doorluchtige Hoogheid verlaatene Perfoon, een der kundigfle en mttigjle voorwerpen was voor der Stads behoef, welke geduurende agt jaar zyn post als Regent ten nutte van Stad en Burgery had bekleed, en niet alleen de goedkeuringe van de Gezwoorene Gemeente, maar ook de liefde en h-t vertrouwen van de geheele Burgery wegdroeg en verdiende. En dewyl wy hier van oyer- jtuitrd zyn, en niet bewust, dat in de gedaane Keure iets heeft plaats gehad, het welk onbetaamlyk en niet overeenkomftig de Conftitutie is, maar in. tegendeel in alles op eene legaale wyze is gehandehl, zo hebben wv , die ingevolge onzen ééd altoos verbiigt zyn, der Stad en der Burgeren beste te zeggen en U doen, na onze beste weetenfckap en vermo* Ten, ons in gemoede genooddrongen gevonden, om Uwe Doorluchtige Hoogheid in deszelfs menigvuldige en gewigtige bezigheden ten diende van het lieve Vaderland te interrumpeeren, en met dien eerbied , welke wy de Hooge Perfoon van Uwe Doorluchtige Hoogheid toedraagen , behoorlyk kennis te geeven van al het gene wat 'er voor, in, en na de gedaane Keure heeft plaats gehad; en wy vleiien ons, dat Uwe'Doorluchtige Hoogheid deeze genomen vryheid zal gelieven te befchouwen als eenig en alleen voortvloeiende uitbezef van pligt, met welken te betrapten wv alleen de achting van Uwe Doorluchtige Hoogheid kunnen wegdraagen, en het vertrouwen der goede Burgery verdienen. Wv zouden aan de zo dikwerf verklaarde denkwvze van Uwe Doorluchtige Hoogheid te kort doen , indien wy veronderftelden , dat Uwe Door. luchtige Hoogheid in ééne wettig gedaane Keur©  _> Gebeurtenis/en in i?%7 enz- voorgevallen. verandering zoude willen maaken, neen Doorluchêigfte Vorst en Heere! wanc zodaanige verandering zou rechtftreeks aanloopen tegens. de interpretatie Van het Reglement op de Regeering deezer Provincie, door zyne Majefteit Willem de III. GloI-ieufer Gedagtenis zelve gedaan, in Hoogsdeszelfs Misfive gefchreeven uit Beilenden 3 Maart 1677 r*), waar (*) Deeze Misfive zodaanig in de Hollandfche Memmus over 'het jaar 1677, bladz. 156——158. word gevende», is vanden volgenden inhoud. Edele, Erntfestb , Wyze, Voorzienige, seer discrete eezokders goede VrUÏJDEN. Wy hebben uyt het rapport van de Heeren UE. Gedeputeerden verftaen, wat by de felve, en de Vrundsh van de Gefworen Gemeynte op den 17. February jongstleden, Stik loei, 'is gehaiidelt, raekende het naeikomen en r.aerleven van het Reglement 'ip den jare 1675- gearrefteert, op de forme der Regeeringe van de Provincie van Qvgr-ysfel; en hebben oock ontfangen een Misfive en wytlopige Deduftie, geteyekent by 20 Perfonen, haer qualificerende de (Gefworen Gemeynte der Stadt Deventer, gefc'hreven aldaer den voorfz. 17. der voorfz. Maent February, en uyt alle her felve vernomen, dat -2. Perfonen van de voorfz. Vrunden van de Gefworen Gemeynte der voorfz. Stadt, fwarigJaeyt maken het voorfz. Reglement na te komen en na ts leven, niet tegenftaande het felve by haer felfs aengenoïnen, en by de Heeren Staten van de hoog-gemelte ¥*ovintie geaggreëert is. Wy en fullen ons niet in laten 011* te discutiëren de Argumenten, die de voorfz. 20. Eerfouen in de voorfz. Deductie hebben bygebracht, om haer oppofitiete juftinceren, maer fullen alleen feggen, dat wy hadden gewenscht, dat die van de voorfz. Stadt eene fodanige yver hadde,n getoont, om aan den gemeynen Vyant te re'fifteren, * als de voorftant van de ware Christplycks Gereformeerde Religie, Vryheit, Privilegiën en Verbintenisfen,' daer mede de Bentgenoten aan'den anderen verknocht zyn,'quamen te.vereysfehen, en dat iy die niet iqj yergetenbeyt hadden geftelt, foo wanneer men door j'asr-  lg€ Verzameling van Stukken betrekkelyk tot svaar uit ten vollen evident is, dat de magt van dis.approbatie by voorfz. Reglement aan den tydelyken Reere Erf-Stadhouder gedefereerd en gegeeven, niet Jyckfc twisten en disfentlen de hoog-gemelte Provintie tot haer en de gemeyne defenfie unitil maeckte, de wel-uxeynende Regenten uyt de Regeringe verméten, en tegens wille en danck van eenige goede Patriotten, de voorfz. .Stadt ? de Qeffeninge der voorfz. Religie, de Priyilegien en Voor-rechten, tonder eenige Conditie aen den Vyanc ten besten gaf, en aen haer overleverde, foo wel de Militie van de Unie, als de Burgeren en Opgefetenen, die uyt andere Provintien tot defenfie der voorfz. Stad gefonden waren : En daerora moeten wy ons ten boogften verwonderen, dat de voorfz. 20, Perfonen haer foo onrechtmateJvfk beklagen, even als of door 't voorfz. Reglement de Privilegiën, Voorrechten en Vi'yheden der voorfz. Stadt liooglyck waren benadeelt, daer de voorfz. Stadt, met en ijcffens de hoog-gemelte Provintie, wederom by de Unie herbracht zynde, is gereftitueert in haer Voor-rechten en Privilegiën, uytgenomen alleen, dat den Erf-Stadhouder van delioogh-gemelte Provintie is gedefereert die authoriteit, dat foo wanneer de Gefworen Gemeynte, fo omtrent het happieren van het Lichaem van dien, als omtrent de Keure van Schepenen en Raet, figh niet na behoren fouden mogen hebben gedragen , den hoog-gemelten Erf-Stadhouder alsdan daer omtrent fodanige voorfienige foude mogen doen, als de felve ten meeften dienfle van de hooggem: Provintie en de voorfz. Stadt foude oordeelen te behoren, en fulckx in de plaetze der verkoor'ne of aangefteldc', andere verkiefen, foo nochtans, dat by hem geen PerIonen verkoren fouden mogen werden, dan die na de Rechten en .Statuten dpr voorfz, Stadt, daer toe waren gequalifïceert: Invoegen dat noch door 't reuniëren van de voorfz. Stadt, noch door hetvooriz. Reglement, aan het Lichaem van de Burgerye is benomen eenigh van de Voor-rechten of Privilegiën, die haar foude mogen competeren; alleen|yck, dat den hoog gemelten Stadhouder is gelaten de facultp/t, om te voorkomen, dat door kuyperyen en driften, die (Godt betert) foo veele jaren binnen de voorfz. Stadt, cgtrent de tors van Schepenen en Raet, tot een onuyt- fpreee*  $» Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. i?f niet en geenfints in alle gevallen plaats heeft ,■■ maar alleen dan, wanneer de Gezwoorene Gemeente of omtrent het fuppleerèn van haar eigen. Lighaam, of omtrent de Keu,. \r%b\z\''i ' ■ ' " 1 • ': ''- cfQ \ fpreeckelyk nadeel van 'c gemeyn van de hoog-gemelte Pro yinfie, en van de voorfz. Stadt in 't particulier, in fwang "hadden gegaen, die felfde confuus niet meer foude mogen werden voroorfaeckt: En nade-mael wy uyt.de voorfz. Deductie bevinden, dat de voorla 20. Perfonen opentlyck verklaren, dat fy haer in haer gemoet pjéfvWéKt vindea het Voorfz. Reglement na te komen cn na te leven, en dat der 2. andere met haer vertrecken, wanneer fy by ÜE. zyn ge^ ïbmmeert geweest, haer dien aengaendc' c'athegoriquelyk ts verklaren, te kennen hebben gegeven, dat fy oock daer omtrent waren fcrupuleus, en dat wy aen de eene- ;'yds niemant willen befwarén, om figh tegens fyn gemoet met de Regeringe te bemoeijen, en oock aen d'andere1 ffde d'ambitievaneenigePerfonen, den deckmantel van Privilegiën , tegens hare eygen aanftellinge en aanneminge feer raisbruykende, noyt fullen facrificeren het reek j ons eompeterende; foo hebben wy UE. by dezen wel expresfelyck willen injungeren, dat de felve de voorfz. 22. Perfonen van den Eed en Dienst van- Gefworen Gemeynte- fullen ortjlaen, en die'gene, die in de refpective Straten ver';'-■•::.ïièbben het voorfz. Reglement te willen nakomen en naleven, doen fuppleren het getal, dat .door het verlaten van de voorfz. weygerende Gemeens-luyden vacant gevallen Is, en de voorfz. van nieuws fuppleren Gemeyns-luyden af ts vragen , of fy gefmt zyn 't voorfz. Reglement na te komen en na te leven, voorts te beëdigen, en vervolgens, in conformité van ft voorfz. Reglement te procederen tot de KeuTe van Schepenen en Raedt, foo wel de voorfz. fuppletie der voorfz. Gefworen Gemeynte, als-de Keure van de voorfz. Schepenen en Raet laten toekomen, en onze dis. politie daer.op afwachten, en dat UE. iniddelerwyien, tot dat de voorfz. onfe dispofitie'daer op ingekomen fal zyn, op den ouden Eed, in hare refpective Bedieningen fullen continueren. En nademael wy meynen wel geïnfonneerte wefen, dat eenige onrustige Perfonen haer bemoeyera om de goede Burgerye der voorfz. Stadt, onder deckfel van *t maintenu. der voorfz. Privilegiën, te altereren en ont, -.-r> - j^nii? .li »Ö (w«?.»ttö) ftel-  f £8 Fersdmeling vdn Stukken bstrelMyk td Kewe van Schepenen en Raaden, haar niet naar bs« hooren gedraagen heeft, en daar in door partialiteitl kuiperyen en driften is te werk gega&n. - „ Zulks vloeit ook van zelve voort uit het plegt-. ftaatige, waar op de Keure gefchied, dewyl aldaar God Almagtig op eene eerbied en ontzagwekkende wyze word aangeroepen; het welk eene niet*-beduidende plegtigheid zou zyn, indien de Keure aan 'veranderingen onderhevig was, Ook dan, wanneer de Keurnooten hun 'ééd en pligt betrage hadden. Wy kunnen dan ook de door Uwe Doorluchtigs Hoogheid gemaakte verandering in de gedaane Keure, niet anders aanmerken als het gevolg van verkeerde informatien aan Uwe Doorluchtige Hoogheid gegeeven, over de wyze waarop gemelde KeuTe gedaan is, en wy twyffelen, niet, of Uwe Doorluchtige Hoogheid uit onze bovenftaande ftellige -verzekering beter onderrigt, zal nu geconvinceerd zyn; dat in deezen geene termen voor eenige disapprobatie van Uwe Doorluchtige Hoogheid exteerden. Wy kunnen ook daar en boven niet afzyn Üwe Doorluchtige Hoogheid te doen remarqueeren, dat zo ïen, foo begeeren wy, dat UE. figh dien aengaendé exactelyck fullen informeren, en tegens die gene, die daar aeti fchuldigh bevonden fouden mogen werden, als pertürbateurs van de gemeyne ruste, fullen' procederen en doen procederen , foo als in goede juftitie bevonden fal werden te behoren: En defe faecke aen UE. goede voorforge ernfblyck bevelende, fullen wy te gemoet fien, wat by UE. hier inne fal wefen gedaen en verrecht, middelerwyl;n ÜE. bevelende, Edele, Erentfeste, Wyze, Voorfienigé', feer discrete befondere goede Vrienden, in dëBefch'ermiige Godes. Tot Beylen den 3. Maert, 1677. (Onderftond} UE. Goetwilligc Vrund't {Geieekend) G. H. Prince d'OiuNéï,'  de Gebeurtenis/en in 1787 enz., voor■gevallen. 153 zo al in de Keure eenige disapprobatie van Uwe Doorluchtige Hoogheid zou kunnen plaatshebben, dan nog de aanftelling van den Perfoon door Uwe Doorluchtige Hoogheid in plaats van de Verlaatene gedaan, direcl inloopt tegens het géne by meergemelde Reglement van Regeeringsbefielling der Stad Campen, fpeciaal is vastgefteld* Wy zouden om alle deeze redenen te kort doen aan het gene wy aan de waare belangen van Uwe Doorluchtige Hoogheid, aan onzen ééd en pligt3 en aan onze goede Burgery verfchuldlgd zyn, zo wy niet by deezen Uwe Doorluchtige Hoogheid roet den vereifchten eerbied het bovenftaande onder het oog bragten, en te kennen gaven} ja wy zouden ons af nog genoodzaakt vinden om met allen ernst en nadruk Uwe Doorluchtige Hoogheid te verzoeken, de door ons wettig gedaane Keure, zo als die aan Uwe Doorluchtige Hoogheid is toegezonden, te approbeeren; indien wy niet in het edelmoedig verzoek van de verlaatene Perfoonen«, om in de prefente conjuncluure, totbewaaringvan de atgemeene rust en veiligheid, geene inftantiea voor hun te doen, maar in de gemaakte verandering te berusten, eene gefchikte gelegenheid gevonden hadden , om aan Uwe Doorluchtige Ploogheid een nieuwen allerkennelykst blyk te geeven<, dat, behoudens de belangen van onze goede Burgery s ons niets aangenaamer noch ftreelender is, ,. dan in onzen kring mede te werken ter bevordering van de genoegens van Uwe Doorluchtige Hoogheid 5 waarom wy dan ook onze Keurnooten verzogt hebben , de Raadskeure met de gemaakte verandering te publiceeren 5 en de Oudften der Espelen, om de door Uwe Doorluchtige Hoogheid aangefleldenGemeensman te doen beéédigen. Dan Doorluchtigfte Vorsten Heer' wy vertrouwen, dat Uwe Doorluchtige Hoogheid in het toekomende, in onze wettig gedaane Keure geen ver-» andering zal maaken, maar dezelve met het zegel Uwer hooge goedkeuringe beftempelen; dit zal de sus-  jtó*ó Verzameling van Stukken hetrek'f.eiyk tst . rusteen eensgezindheid, welke binnen onze muti*' ren zo voorbeeldig plaats vind, bevorderen en bewaaren; de liefde en hoogachting van Campens Burgery voor de waare belangens van Uwe Doorluchtige Hoogheid aanvuuren en vermeerderen; en zd wy hier van eene gerustftellende verzekering mogen ontfangen, zal zulks onze blydfchap ten toppuote voeren. . Ons hier op.verjaatende, beveelen wy Uwe Door-» luchtige Hoogheid in de befcherming des Aller* hoogden, en blyven Campen, den occ. Doorluchtigfle Hoog Gehoor én Vorst en Heer el , Uwe Doorluchtige Hoogheids oot¬ moedige Dienaaren, De Gezwooren Gemeente der Stad tampen: QJk naam van dezelve) (was B. Twénth. Ko. 404. Misfive vdn den Heere Prince Erf-Stadhouder aan de Ed. Hoog Achtbaar e Magiftraat der Stad Campem waar by twee door de Gezwooren Gemeente aangeftelde Gemeentslieden worden geimprobeert, en door zyne Hoogheid twee anderen in derzelver plaatzen aangefteld. Strekkende deeze Misfive teffens tot beantwoording van de Misfive der Gezwoor ren Gemeente, hier boven onder N9. 403. geéxhibeerd (*). Edele, Erenïpesté, Wyze, Voorzienige, Dis« creete, byzondere Goede Vrienden! Hebbende verftaan uit UE. Misfive van den 2 iftec February laatstleeden ï dat tot Gémeenslieden in (*) Schoon dit Stuk vari veel laater datum is, hebbenwjf «■gt§r gedagt best té zyn het hier te plaatzèn.  .ie öebeiirtemsfen in 1787 ene, voorgevallen, lét plaats van Willem Bysterbos en Assuerus van den Merwede waren verkooren Jacobus Bysterbos en Jacob Balthazar Forsten, hebben wy na deliberatie goedgevonden, dezelve Keure zodaanig te veranderen, dat in plaatfe van de gekoorene Gémeenslieden , benoemd worden Christoffer Oostenryk en Robert Adriaan Willem van den Merwede ; en hebben wy by deeze gelegentheid nodig en dienftig geacht, UE by deezen kennis te* doen hebben van zeker'Adres, door de Gezwooren Gemeente van UE Stad, in 't begin van dit jaar aart ons gedaan, en waar by in fubftantie zich bezwaard houd, dat wy der by'de Raads-Keure weder inge-kooren Burgemeester Joan Anthon van Knoth, nochte ook den tot Gemèensman verkooren Nico» ï-aas Sterke hebben gelieven te approbeeren, maar andere Perfoonen in derzelver plaats te benoemen; en wel onder eene allegatie, dat deeze haare verkiezingen wettig en conftitutioneel zouden zyn en. zonder eenige partialiteit, drift of kuiperyen verligt; en dat de magt van approbatie aan ons by het Reglement op de Regeering gedefereert, naar" den. inhoud der Misfive door den Heere Prince Willem den III. Hoogloffelyker Ged. als Erf-Stadhouder der Provincie van Overysfel, den 3 Maart 1677 aan de Magiftraat van Deventer gefchreeven, geen plaats zoude hebben, dan alleen, wanneer de Gezwooren Gemeente zich, by het doen der Raadskeuren, of by de fuppletie van haar lighaam, niet naar behooren had gedraagen, en daar in door partialiteiten, kuiperyen en driften ware te werk gegaan ; zo als zulks breeder kan wordeö gezien, uit het copieele Adres, dat wy hier by voegen. Het heeft ons vreemd moeten voorkomen, dat de Gezwooren Gemeente de aan ons onbepaald opgedraagene approbatie, en het maaken van verandering in de aan ons toegezondene Raads-en Meente Keuren, thands wil bepaalen tot die weinige, by haar aangehaalde gevallen, en zulks enkel op het verhaal van de woorden, in de boven aangeroerde- IV, Deel. L Mis-  x6% Verzameling van Stukken betrekkelyk Ut Misfive van Hoogstgedagte Heere Erf-Stadhouder Glor. Mem. vervat, daar Hooggemelde Heere Prince by die Misfive toen volftrekt alleen en byzonderlyk in het oog hadde omftandigheden van die tyden, waar in de Gezwoorene Gemeente van Deventer getoond had by de Keuren, in het te werk ftellen van zodaanige driften, kuiperyen en partialiteiten, zich te buiten te hebben gegaan, zonder dat daar mede heeft kunnen of willen te kennen geeven, dat 'er buiten deeze gevallen geene andererechtmaatige redenen voor den tydelyken Heer ErfStadhouder zouden exteeren, waarom de Keuren liiet zouden kunnen en behooren te worden gedisapprobeerd. Dan nog zoude de Gezwoorene Gemeente van UE Stad minder redenen kunnen voorwenden , van zich over deeze door ons gemaakte veranderingen in derzelver Keuren, te mogen beklaagen, daar de zedert eenigen tyd in deeze Gewesten ontftaane troebles en desorders, zich mede in UE Stad hebi>en vertoond, en gelegenheid gegeeven tot heftige partyfchappen en driften onder allerlei foort van JLieden, die den naam van Vaderlandlievende hebben willen aanneemen, en onder dien dekmantel middelen by de hand neemen, die de Conftitutie en vastgeftelde Regeeringsform Honden om te keeren. En daar, na de gelukkige omwenteling in het voorleeden jaar, het Reglement van Regeering van den jaare 1748 in de Provincie van Overysfel weder is geconfirmeerd en in alle zyne pointen en deelen herfteld, hebben wy het niet anders als aan het aanhouden en koesteren van deeze zo verderflyke partyfchappen en driften in UE Stad mogen toeïchryven, dat men in de Keure, aan ons ter approbatie gezonden, heeft kunnen benoemen .een Perfoon, die zich openlyk ineen diensten onder een ééd heeft begeeven, om tegen den Staat zelve en derzelver Troepes, waar van het Kapiteinfchap Generaal aan ons is toevertrouwd, de wapenen te tiraagen, en te worden gebruikt, en dus al het o- pecrt  Se GéhÊürtsnïsjeii in i?$f enz>, voorgevallen. ï?3 3»en baar-gezag en de wettige Regéering ötri Verre te helpen werpen; en waar aan waarfchynlyk dan mede zal moeten worden geattribueerd; dat, niettegenftaande de voorfchreeven gelukkige herllelling der Conftitutie eh Regeeringsform, en het unanierpe advis van alle de Leden Van Staat, UE Stad tot nog toe word terug gehouden, om ook binnen den haaren te concurreeren tot het arresteeren en afleggen van den ééd op de Conftitutie $ naar hét for* jrhulier ten dien einde vastgefteld. Dan wy vertrouwen dat de Gezwoorene Gemeen* te van UE Stad, in overweeging hebbende genoornen, dat deeze écd bereids niet alleen door allé de Staatsleden, maar ook door de Gezwoorene Gemeenten en andere Ambtenaaren in de beide anderé Hoofdlieden is afgelegd , geene mindere blyken zal willen géeven van derzelver on'verahderlykö aankleeving aan de tegenwoordige Conftitudë en Regeeringsform, dan de overige Leden van Staat, en wy willen daarom niet twyffelefi, of dezelve Gezwoorene Gemeente zal, Op UE nadere vöorftelling, zich als nu daar toe mede genegen en gereed Verklaaren, en alzo dien ééd mede prscsteeren.. En eindelyk, daar wy uit het Vöorgedagte Adres der Gezwoorene Gemeente betrekkelyk het publiceeren der Keur en in den ééd neemen van den benoemden Gemeensman, met bevreemding meènen te hebben gepenetreerd gevoelens, welke gerealifeerd wordende, niet anders zouden kunnen ftrekken dan tot krenking van onze authoriteit, én ftrydigmet het voorfchrift van het Reglement? hebben wy tot Voorkoming van alle inconvenienten, daar uit zullende kunnen ontftaan, nodig geacht, ÜE zulks voor te houden, ten einde ÜE by het weder inkomen van de Raads of Meente Keuren, wanneer by dé Keurnooten onverhoopt, zwaarïgheid mOgt worden gemoveerd, dc Raadskeur te publiceerefi3 öf ook de oudfte der Espelen by het beéédigen der Ge* rneenslieden prefent te döen zyn zonder ailegatie Van wettige redenen j als dan zorg tuiten draagss * L s dut  1Ö4. Verzameling van Stukken betrekkelyk tot dat dezelve Raadskeur daadelyk, naar ouder gewoonte, worde gepubliceerd, en de benoemdeGemeenslieden in den ééd genoomen. In 's Gravenhage, den 4 May 1788. Waar mede Edele, Erentfeste, Wyze, Voorzienige, Discreei te, byzondere Goede Vrienden! Wy UE beveelen in Gods Heilige •protedtie. UE Goedwillige Vriend, (was g«0 W. Pr. v. Orange. (Lager ftond) Ter Ordonnantie van zyne Hoogheids (was get.') P. J. de Larey. N°. 405. Extratl; uit de Refolutien van Hun Hoog Mogenden de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, behelzende Rapport van Hunne Hoog Mog. Gecommitteerden tot de zaaken van de Meijerye van 's Bofch: waar op onder anderen is gerefolveerd, dat aan den eerflen Prtzfideer enden en drie in de Refolutie genoemde mede-Raaden in den Raad en Leènhove van Braband, zal worden aangefchreeven, zich te onthouden van alle Deliberatien en Befoignes; welke in gemelden Raade zoude gehouden of gedecerneerd worden, ten opzichte van eenige zaaken, welke tot de zogenaamde Patriotti" fche Genoodfchappen betrekking hebben, of relatie met de troubles die in de laatfte tyden hebben plaats gehad enz. In dato den 28 January 1788. De Heeren Torck van Rosendaal, en andere Haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaaken van de Meijerye van 's Bofch, hebben ter Vergadering gerapporteerd; dat op den i3den December laatst-  'it Gebeurtenitfen in 1787 enz. voorgevallen. 16S ieeden in hec fecreet Befogne is voorgedraagen, dat verfcheide berigcen en informacien aanleiding hebben gegeeven, om in hec zekere te mogen vastftellen, dat eenige Perfoonen feslie hebbende in den Raad en Leenhove van Braband en Lande van Overmaaze, zouden zyn geweest Honoraire Leden van hec zogenaamde Pacriottifch Vrycorps in 's Hage, geduurende de laatfte troubles en Cabaales opgeregt, het welk grootendeelstoc een allerverderffelykst voorbeeld voor de Ingezetenen van de Scad en Meijerye van 's Bofch, en andere Plaacfen van de Generaliteit heeft moeten verftrekken, enzulks des te meerder , wyl aldaar de onzinnigftey ver voor het evengemelde Patriotismus reeds fterk was aangezet geworden, niet tegenftaande dergelyke nieuwigheden, zo wel uit hoofde van het locaal, als orn andere redenen voor ten uiterften gevaarlyk moesten aangemerkt worden. Dat de Ingezetenen zich dan ook daar door fcheenen te hebben bevocgt gereekend, om de buitenfpoorige oogmerken eu onderneemingen der Voorftanders van zodaanig Patriotismus , op allerley wyze te fecondeeren, en daar in meer en meer zyn voortgegaan. Dat het in een tyd, in welke de handhaaving der rechten der Ingezetenen aan den eenen kant, en de confervatie der llegts even herftelde Conftitutie der Regeering aan de andere zyde, voornaamentlyk zullen moeten beruscen op de uitoeffening van eene onzydige, belanglooze, en aan 's. Lands Grondwetten heilig verbondene Juftitie, zeer bedenkelyk moet voorkomen , of de adminiftratie van dezelve Juftitie wel veilig zal kunnen en mogen gelaaten worden in handen van zodaanige Leden, welke door hunne accesiie tot en deelneeming in evengemelde gewapende Genoodfchappen, als mede door hun verder gedrag hebben getoond, dat zy niet alleen waren van de voorfz. min of meer gewelddaadige onderneemingen tegens 's Lands Conftitutie, door hun voorbeeld aan te moedigen, en hunne byzondere denkenswyze, ook zelfs in de behandeling van zaaken» L 3 hu*  %66 Verzameling van Stukken betrekkelyk toê hun Ambt concerneerende, ten koste der onzydig» heid, welke hunne hoofdpligt als Rechters moest Uitmaaken , te manifesteeren, en welke zy even daar door hebben gebragt in de omftandigheden, Van over veele zaaken en Perfoonen, waar in, of Waar mede zy zelve van ter zyde zouden kunnen feyn betrokken, of waar omtrent zy uit hoofde van hunne eigene aan den dag gelegde gevoelens niet kunnen geoirdeeld worden, de vereifchte onpartydigheid te hebben behouden, veel min als Rechters te kunnen fungeeren. Pat op de gronden, in het bovengemeld voorftel gelegd, was goedgevonden: ' «Oen Advokaat Fiskaal van Braband aan te fchry» ,, ven en te gelasten, van zich in het gemeen „ op het gedrag van alle zodaanige Leden van „ dén voorfz. Raad en Leenhove van Braband 3, gehouden ten naauwkeurigtfen te informee3, ren, en fpeciaalyk te onderzoeken, of eenige van de voorfz. Raaden zich geinmisfeert „ hadden in de zogenaamde Patriottifche Vrycorpfen, in de laatlte troubles opgeregc, en j, of dezelve die onzydigheid hadden geobferveerd, die aan een Rechter in het uitoeffe3, nen van zyn Ambt competeerd, ten einde die informatien ingekomen zynde, deeze a, zaak, in een expresfelyk befoigne met Hee„ ren Gecommitteerden uit den Raad vanStaate nader te kunnen worden onderzogt, om „ vervolgens daar omtrent zodaanig te worden gedisponeerd, als bevonden zal worden te „ behooren". Dat den Advokaat-Fiskaal van Braband daar op, een zeer ampele Memorie met verfcheide Bylagen aan de Heeren Haar Hoog Mog. Gedeputeerden, hadde overgegeeven, welke in hetfecreet Befoe;ne was geleezen, en door hun daar nevens geëxhibeert. Datzy Heeren Gedeputeerden de voorfz. Memo,?ie en Bylagen geëxamineerd hebbende, hadden ge-  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 167 confidereerd, dat degeneraale last by Refolutie van den 3iften December laatstleeden, aan den Fiskaal van den Raad en Leenhove van Braband toegezonden, behelsde eene authorifatie op gemelde Fiskaal, om 1. „ Zich in genere op het gedrag van zodaanige „ Leden, als in de praemisfen dier Refolutie „ waren aangewezen, ten naauwkeurigften te „ informeeren; en 2. „ Om in het byzonder te verneemen, of ge.,, melde Leden zich hebben geimmifceert in de zogenaamde Patrio tfche Vrycorpfen; en of dezelve die onzydigheid hebben geobferveerd „ die aan een Rechter in het uitoefenen van zyn ,, Ambt competeert". Dat het eerfte point daar laatende, de vraag eenvoudig daar op neder kwam, of 'er by de Memorie door den Fiskaal overgegeeven, blyken waren, dat gemelde Leden niet met die onpartydigheid waren te werk gegaan, welke Rechters ten allen tyde tot hunne eerfte pligt befchouwen moesten; en vervolgens, door wat middel in deezen konde en behoorde voorzien te worden. Dat deeze partydige handelwyze nu door meer dan een' omftandigheid be•weezen zynde, dus ook geen twyfTelmeer overliet, dat 'er eene voorziening plaats moest hebben, en wel eene zodaanige, die genoegzaam was, om het oogmerk van Haar Hoog Mog. te doen bereiken en te bevorderen, dat voor zo veel zulks van Haar Hoog Mogenden afhangt, de RechtoefTening en handhaaving der Juftitie geplaatst moest worden in handen van Lieden, die in allen opzichte met de nobdige onpartigheid in de behandeling van zaaken te werk gingen, en hunne posten bekleeden. Dat op die gronden dan, zy Heeren Gedeputeerden van advife zouden zyn: dat ingevolge Haat Hoog Mogenden Refolutie van den 3 iften December, deeze gantfche zaak ten fine van nader en finaal onderzoek,- met den Raad van Staate behoordö L 4 w-  168 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot- te worden gemaakt Commisforiaal; en dat dien on^ vermindert, aan den eerst Prsfideerende en medeRaaden in den Raad en Leenhove van Braband,Mr. Willem van Laar , Nicolaas Willem Hartman, Daniël Jan Stein Parvó en Lamb. Engelb. van Eck, ieder afzonderiyk behoorde te worden aangefchreeven, van zich te onthouden van alledeliheratien en befognes, welke m gemelde Raadeers Leenhove van Braband zullen kunnen gehouden of gedecerneert werden , ten opzichte van eenige zaaien, welke tot de zogenaamde PatriotfcheGenoodfchappen, Vaderlandfche Sociëteiten en Exercitie Genoodfchappen betrekkinge hebben , of relatie .hebben met de troubles, die in delaatfte tyden hebben plaats gehad. Dat hier van wyders aan den Raad van Braband -en aan den Fiskaal zoude behooren te worden Extract toegezonden, om tot hun narigt te verflrekIten. En eindelyk, dat aan meergemelde Raad en Leenhove zoude behooren te worden gelast, van de Notulen van den Raad, betreffende het verzoek: van den p'iskaal by deszelfs Memorie gementioneerd, in handen van den Griffier van Haar Hoog Mogenden te doen overbrengen, ten einde daar uit zoude kunnen contteeren, wat 'er ten dien opzichte plaats gehad en gebeurd is. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan,, dat Copie van het voorfchreeve gerapporteerde , als mede van de Stukken tot de voorfchreeve zaak fpecteerende, gefteld zal worden in handen van de Heeren Torck van Rosenoaal en andere Haar Hoog Mogenden Gedeputeerden tot de zaaken van de Meijerye van 's Hertogen bofch, om met en nevens eenige Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staate, by haar Edele zelfs te nomineeren, te vifiteeren, examineeren, en van alles alhier ter Vergadering rapport te doen. En dat dien onvermindert aan den eerst Prsfideerende en mede-Raaden van den Raade en Leen-. tLQY$  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 169 hove van Braband, Mrs. Willem van Laar, Nicolaas Willem Hartman , Daniël Jan Steik Parvó en Lamb. Engelö. van Eck, ieder afzonderiyk zal worden aangefchreeven, van zich te onthouden van alle Deliberatien en Befognes, welke in gemelde Raade en Leenhove van Braband zullen kunnen gehouden of gedecerneerd worgden, ten opzichte van eenige zaaken, welke toe de zogenaamde Patriotfche Genoodfchappen, Vaderlandfche Sociëteiten en Exercitie-Genoodfchappen betrekking hebben , of relatie hebben mee de troubles die in de laatfte tyden hebben plaats gehad. En zal Extract van deeze Haar Hoog Mogenden Refolutie gezonden worden aan den Griffier van den Raad van Braband, om dezelve te brengen ter jcennisfe van den gemelden Raad van Braband, en gelyk Extract aan den Advokaat-Fiskaal van Braband, om te (trekken tot derzelver refpective narigtinge. Met last aan gemelde Raad en Leenhove, om de Notulen van den Raad, betreffende het verzoek van den Advokaat-Fiskaal by deszelfs Memorie gementioneert, in handen van den Griffier van Haar Hoog Mogenden te doen overbrengen, ten einde daar uit zal kunnen confteeren , wat 'er ten dien opzichte heefc plaats gehad en gejpeurd is. N..  Verzameling van Stukken betrekkelyk Ut No. 405. Memorie, behelzende Informatien genoomen door Mr. H. J. van Oldenbarnevelt , gen. witte tüllingh , Advdkaat-bis kaai, van Braband en den Lande van Overmaaze, aan Hun Hoog Mogenden de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, betrekkelyk de Refolutie van Hun Hoog Mogenden in hei voorgaande lNand en de Lande van Overmaaze, ontfangen hebbende Uw Hoog Mogende Refolutie van dato den 3 iften December des voorleeden jaars 1787, houdende, dat in het fecreet Befoigne was voorgedraagen, dat verfcheiden informatien en berigten aanleiding hadden gegeeven, om in het zekere te mogen vastftellen, dat eenige Perfoonen fesfie hebbende in den Raade en Leenhove van Braband en Landen van Overmaze, zouden zyn geweest Honoraire Leden van het zogenaamde Patriottisch Vrycorps in 's Hage, geduurende de laatfte troubles en Cabaales opgerigt, het welk grootendeels tot een fillerverderflykst voorbeeld voor de Ingezetenen der Stad en Meijerye van 's Hertogenbofch, en andere Plaatfen van de Generaliteit, had moeten verftrekken, en zulks des te meerder, wyl aldaar de onzinnige iever voor het evengemelde Patriottisme reeds fterk was aangezet geworden , niet tegenftaande dergelyke nieuwigheden, zowel uithoofde van het locaal, als om andere redenen, voor ten uiterften gevaarlyk moesten aangemerkt worden. Dat de Ingezetenen zich dan ook daar door fcheenen te hebben bevoegt gereekend, om de buitenfpoorige oogmerken en onderneemingen der voorftarders van zodaanige Patriottisme op allerlei wyze te fecundeeren, en daar in meer en meer warea voortgegaan. Dat  de Oebeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 171 Dat het in een tyd, in welke de handhaaving vande Rechten der Ingezetenen aan den eenen kant, én de confervatie der flegts even herftelde Conftitutie der Regeering van de andere zyde, voornaamentlyk zullen moeten berusten op de uitoefening van eene onzydige belanglooze, en aan 's Lands grondwetten heilig verbondene Juftitie, zeer be«lenkelyk moest voorkomen, of de Adminiftratie van dezelve Juftitie wel veilig zoude kunnen en mogen gelaaten worden in handen van zodaanige Leden, welke door hunneaccesfle tot, en deelneeming in evengemelde gewapende Genoodfchappen, als mede door hun verder gedrag, hadden getoond, dat zy niet aliëen waren , van de voorfchreeve min of meer gewelddaadige onderneemingen tegens 's Lands Conftitutie door hun voorbeeld aan te moedigen , en hunne byzondere denkenswyze, ook Zelfs in de behandeling van zaaken hun Ambt concerneerende, ten kosten der onzydigheid, welke hunne hoofdplicht als Rechters moest uitmaaken, te manifesteeren; en welke zich even daar door hadden gebragt in de omftandigheden van over veele Zaaken en Perfoonen, waar in, of waar medezy zelve van ter zyde zouden kunnen zyn betrokken, of waar omtrent zy uit hoofde van hunne eigene aan den dag gelegde gevoelens niet konden worden geoirdeelt de vereifchte onpartydigheid te hebben behouden, veel min als Rechters te kunnen fungeeren: en waar by het Uw Hoog Mogenden heeft gelieven te behaagen, hem Advokaat-Fiskaal aan te fchryven en te gelasten, van zich in het gemeen op het gedrag van alle zodaanige Leden van den voornoemden Raade en Leenhove van Braband gehouden, ten naauwkeurigften te informeeren en fpeciaalyk te onderzoeken, of eenige van de voorfchreeve Raaden zich geïmmisceert hebben in de zogenaamde Patriottifche Vrycorpfen , in de laatfte Troubles opgerecht, en of dezelve die onzydigheid hebben geobferveert, die aan een Rechter in het uitoefenen van zyn Ambt betaamt, ea zonder eeni-  ijt Verzameling van Stukken betrekkelyk tot eenige aanzien van Perfoonen, van zyne bevinding; getrouwelyk Rapport te doen, ten einde die informatien ingekomen zynde , dezelve zaak in een expresfelyk befogne met Heeren Gecommitteerden» uit den Raad van Staaten nader te kunnen worden onderzogt, en vervolgens daar omtrent zodaanig te worden gedisponeert, als bevonden zal worden te behooren; heeft alzo de eer, ter voldoening aan gemelde Uw Hoog Mogenden aanfchryving en last, aan Uw Hoog Mogenden te rapporteeren. Dat, gelyk het onderzoek, het welk Uw Hoog Mogenden hebben begeert, dat door den AdvokaatFiskaal , naauwkeurig en zonder aanzien van- Perfoonen zoude gefchieden, zich fcheen te bepaalen tot twee diverfe onderwerpen, als namentlyk in de eerfte plaats, of fommige Leden van den Raad van Braband zich mogten hebben geïmmisceert, in zogenaamde Patriottifche Vrycorps, in de laatfte Troubles opgericht? en in de tweede plaats, of dezelve die onzydigheid hadden geobferveert, die aan een Rechter in het uitoeffenen van zyn Ambt betaamt? dus ook hy Advokaat-Fiskaal heeft vermeend, ten aanzien van het zelve eerst voorgeftelde point te moeten onderzoeken, of een , of meer Leden van den voorfchreeven Raade bekend ftonden te gehooren of gehoort te hebben, het zy als Exerceerende, het zy als Honoraire Leden, tot het een of ander Genoodfchap van W apenhandel, of afzonderlyk Gewapende Vrycorps, welke geduurende de laatfle Troubles en verdeeldheden binnen de Republiek der zeven Vereenigde Nederlanden, en verfcheide Plaatfen hebben geëxifteert, daar het aan hem Advokaat-Fiskaal uit deprsemisfen van gemelde Uw Hoog Mogende Refolutie was voorgekomen, dat Uw Hoog Mogenden hadden gelieven te verftaan, dat, door te zyn Honoraire Leden van het zogenaamd Patriottisch Vrycorps in 'sHage, ge* duurende de laatfle Troubles opgericht, de zodaanigen moesten worden gecenfeert zich in zogenaamde Patriottifche Vrycorpfen te hebben geïmmisceert. Dat s'  'êt Gêbeurtemsfen in 1787 enz. voorgevallen. 173 Dat, ter gelegendheid van dat onderzoek, dan ook aan, hem Advokaat-Fiskaal is voorgekomen, dat Mrs. Willem van Laar, eerst Prshdeerende, Nicolaas Willem Hartman, Daniël Jan otein Parvó ordinaris, en Lamusrt van Eck extraordinaris Raaden in den gemelden Raade en Leenhove van Braband, zouden zyn geweest Honoraire Ujden van het Vrycorps, het welk alhier inden Hige, de Refidentieplaats van Uw Hoog Mogendeu Souvereine Vergadering, in de laatfte Troubles is opgericht geweest, en onder den ZinipreuK wei het Vaderland, heeft bekend geftaan. Dat, boven en behalven dat zulks is geweest van eene publieke Notorieteit, en het zelve by opemlyk gedrukte lysten althands ten aanzien van dr;e derzelve Raaden, in het algemeen zedert langen tvd is kenbaar geworden, daar van meer byzonder aan Uw Hoog Mogenden zal confteeren mt de beide ten deeze gevoegde Lysten, onder de letters A, en B , zynde de eerfte eene Copie van een Copi< authênticq van zeker JMaamlyst van alle de toenmaa, lige Exerceerende en Honoraire Leden van hel voorfchreeve Genoodfchap, gerangfchikt naar de Wyken en Straaten hunner refpective Woonplaatfen onder een Alphabethifche order, by zeker Boekje in quarto, het welk alhier in den Hage in de Schoolftraat zoude zyn gevonden, en het welk door den geweezen Knegc van het zelve Genoodfchap zoude zyn verlooren, thands in originali onder den Prokureur-Generaal van Holland, Zeeland en Friesland berustende; en de andere eene Copie van een Copie authênticq van zekere copie Lyste, welke in de laatst opgerichte zogenaamde Vaderlandfche Sociëteit in de Houtftraat alhier in den Hage heeft voorgeleegen, en van daar is geraakt'in handen van een Perfoon, welke aan hem Advokaat-Fiskaal heeft gedeclareert, dezelve uit dat Societeics-Huis bekomen te hebben, en welke Copye Lyst mede onder den welgemelden Prokureur-Generaal van Holland, Zeeland en Friesland is berustende, van welke  174 Verzameling van Stukken betrekkelyk. tst ) ke beide Lysten voornoemde ProkureurGeneraal feene difficulteit heeft gemaakt, aan hem Advoart-Fiskaal van Braband, Copien authênticq te accordeeren, dan op welke laatstgemelde Lyst, de Naamen van den Pra?fideerende en extraordinaris Raaden Mrs. Willem van Laar en Lamber* Txs Engelbert van Eck, niet gevonden worden 5 evengelyk op de eerstgemelde Lyst, de naam vso Mr. Daniël Jan Stein Parv£ , mede niet doorkomt. Terwyl de Ondergeteekende Voor het overige eerbiedigst aan de beoirdeeling van Uw Hoog Mog*. zal overlaaten, in hoe verre dezelve Lysten als valaMe preuves van het Lidmaatfchap van gemelde vier Leden, onder hetzelve Vrycorps, kunnen en. behooren te worden aangemerkt; en in hoeverre de bedenking, welke daar tegens zoude kunnen vorden gemaakt, dat namentlyk de echtheid dier Lysten geadvoueert zynde, het niet te min moogyk zoude kunnen zyn, dat een derde de naamen dier Leden daar op zoude kunnen hebben gefteld, zonder dat zy zelve hunne naamen hadden gefchreeven of opgegeeven, of daar van ietwes hadden geveeten, in deezen, daar dezelve Raaden echter dit jiun Lidmaatfchap nimmer, by openbaare adverten» tien in de Nieuwspapieren, na het paroisfeeren def gedrukte Lysten der Leden van het voorzeide Genoodfchap , hebben tegengefprooken, van genoegzaame overtuiging zoude kunnen zyn. Dat, wanneer dierhalven Uw Hoog Mog. by da praemisfen van hoogstgemelde hunne Refolutie, de oogmerken en onderneemingen der Voorftanders van het zelve Patriottismus hebben gelieven te befchou•wen als buitenfpoorig, en het voorbeeld daar van 5n Raaden van den voorfz. Raade en Leenhove van Braband als allerverderflykst voor de Ingezetenen van de Stad en Meijerye van 's Hertogenbosch, de . Ondergeteekende Advokaat-Fiskaal van Braband heeft vermeend, zich niet te mogen dispenfeeren, van by deeze gelegendheid onder het oog van Uw Hoog  ie Geieurtenisfèn in 1787 enz. vosrgevdlen. ifS Hoog Mog. te brengen een affchrifc van het voor» Hel, door Gecommitteerden van het zelve Haagfche Genoodfchap of Vrycorps op den iyden July des' voorleden jaars ter Provinciaale Vergadering der Gewapende Corps, binnen de Stad Leyden gedaan, ten deezen onder de Litt. C. gevoegd, van de echtheid van welk voordel de Ondergeteekende Advokaat-Fiskaal van Braband de bewyzen in handen heeft; echter, weder om zonder daar uit eenigzints te willen infereeren, dat het zelve voorftel by de gezamentlyke Leden van het zelve Vrycorps zoude zvn goedgekeurd, en meer byzonder, dat de voorengemelde Raaden, (waar van zekerlyk de eerst Pradideerende Raad zich te dier tyd niet binnen deeze Provincie bevond) daar toe zoude hebben geconcurreerd, of eenige kennis daar van gedraagen; als ten dien opzichte mede eerbiedigsc fan de beoirdeeling van Uw Hoog Mog. overlaatende, in hoe verre het Lidmaatfchap van een zodaanig Genoodfchap, ten wiens naame diergelyke voorftellen worden gedaan, een iegelyk dier Leden hoofd voor hoofd voor de gevolgen daar van aanfpreekelyk maaken kan, Dat dan ook byzonder met betrekking tot de Perfoon van Mr. Nicolaas Willem Hartman, aan hem Advokaat-Fiskaal is voorgekomen, dat dezelve ■mede is geweest Contribuant in het zogenaamde Vaderlandfche Fonds, van welke Contribuanten de Ondergeteekende de eer heeft een Lyst mede by Copve authênticq onder de Letter D. ten deezen te voegen, zynde deeze Copie authênticq gevolgd naar een langwerpig boekje in folio, op eeneAlphabetifche ordre gehouden, en ten Huize van den gewezen 's Lands Drukker C Plaat, alhier in den Hage, (zo hem Advokaat-Fiskaal ftellig is verzekert) gevonden, het welk met eene en dezelve hand gefchreeven, en by andere Boeken van die zeiven hand vergeleken zynde, alle kenmerken van echtheid met zich draagt» ^ Ter-  175 Verzameling van Stukken letrekkelyk tot Terwyl van de inrichting van het zelve Fonds," en de oogmerken, tot welke zulks fchynt te hebben moeten ftrekken, aan Uw Hoog Mogenden zal kunnen confteeren uit een affchrift van zekere gedrukte Notulen der voorengemelde Nationaale Vergadering, ten deezen onder de Letter E gevoegd, van de echtheid van welke Notulen de Ondergeteekende Advokaat-Fiscaal van Braband mede de bewyzen in handen heeft. Dan dat met opzicht tot het tweede voorgeftelde Poindt van onderzoek, of namentlyk dezelve Leden hebben geobferveerd die onzydigheid, die aan een Rechter in het uitoeffenen van zyn Ambt betaamd, de Ondergeteekende Advokaat-Fiskaal van Braband zich meer verlegen heeft gevonden, daar dezelve de befognes van den Raad van Braband niet bywoonende, of eenig acces hebbende tot de Notulen of aangeteekende Vota van den Raad, mitsdien niet wel in Raat is te beoirdeelen, in hoe verre de zaaken aldaar met de gepaste onzydigheid zyn behandeld en gejugeert, dat wel is waar, de Ondergeteekende Advokaat-Fiskaal van Braband zeer onlangs heeft moeten ondervinden, dat door hem als Prokureur-Generaal van Braband op den 28ften December laatstleden aan welgemelden Raade van Braband zynde gepraefenteert de ten deezen Copyelyk fub F gevoegde Requeste omme Mandament Crimineel en vanappramenfie, het zelve Mandament, na dat zulks was verleend weder is ingetrokken, en in een Mandament van dagvaarding in Perfoon geconverteerd , hoe zeer ook tegens twee minder fchuldige Complices , des niet te min gelyke Mandamenten van dagvaarding in Perfoon zyn verleend, en het Hoofd en de eerfte Beleider der oproerige beweegingen en gepleegde gewelddaadigheden, by dezelve Requeste in het breede gedetailleerd, welke bovendien de Perfoon van zyne Hoogheid had geaccufeerd van Landverraad, alzo in alles met deeze minder fchuU digen is gelyk gefteld geworden; dan dat hy Advo-  kaal, zo als dezelve zo even te vooren heeft geremarqueert, geen acces hebbende tot de befogces en de Notulen van den Raad . mitsdien met geene zekerheid kan bepaalen, of het weder intrekken van dat verleende Mandament rimineel en van appramenfie- aan de medewerking van dezelve vier Raaden behoord te worden geattribueert. hoe zeer het ook eenigzints de opmerking van hem AdvokaatFiskaal van Braband heeft moeten attireeren, datde laast afgeloopen Kersmis Vacantie, door den eerst Praefideerende Raad Mr. Willem van Laar geconvoceert zynde geweest tegens des Donderdags den 27tten December ten n uuren, alleen ter inftallatie van den nieuw a.mgeftelden Raad Extraordinair Braams, doch vermids deszelfs Commisfie noch. niet in gereedheid was. tot des anderendaags gecontinueert, als toen dezelve inftallatie is gefixeert geworden tegens half twaalf uuren, terwyl gemelde eerst Pradideerende Raad van hem AdvokaatFiskaal , welke de gelegendheid van dien extraordi-nairen byeenkomst van den Raad wel had willen cpteeren, om de bovengemelde verzoeken te doen, vooraf had afgevorderd dezelve Requesten, en die alzo, voor het moment dier te doene inftallatie, ter deliberatie van den Raad had gebragt, met dat gevolg, dat of fchoon tu'fchen dezelve deliberaties de inftallatie van gemelde nieuw aargeftelden Raad had plaats gehad, en dezelve ook daadlyk over een Civiele zaak oe deliberatie- van den Raad had bygewoond, des niet te mir, de gemelde nieuw aangebelde Extraordinaris Raad Braams, tot de verdere deliberatien over dezelve Requesten, door voornoemde eerst Praefideerende Raad niet is verzogt geworden. Dat, gdyk nogthands de Ondergeteekende moeë veronderftellen, dat wanneer Uw Hoog Mogenden hem Advokaat-Fiskaal uitdrukkelyk hebben willen injungeeren, om ook op dut Poinct onderzoek te doen, Hoogstdezelven het oog kunnen gehad hebben op zodaanige gebeurtenisfen, welke zonder IV. Deel. M «»  ï?8 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot . een meer volieedig onderzoek , zouden kunnen fchynen, blyken van Partydigbeid aan den dag te leggen, hy Advokaat-Fiscaal alzo moet oirdeelen dat^onder die gebeurtenisfen voornaamentlyk de attentie van :Uw Hoog Mogenden moet hebben geattireert het afzonderlyk indienen aan Uw Hoog Mocentlen van de confideracien en het bericht, het welk de gemelde vier Raaden van welgemelden Raade en Leenhove van Braband , hebben geformeert op twee Misfives, door Schepenen, Gezwoorens en Raaden der Stad 's Hercogenbosch , op den liden September, en den 13 December 1785, aan Uw Hoog Mogenden gefchreeven, en zulks wel, na dat door den gemelden Raad bevoorens aan Uw Hoog Mogenden- waren toegezonden geweest de confideratien en hec bericht, welke Uw Hoog Mo"eerden van den vollen Raad op deeze beide Misfives hadden gert quireert, en welke reeds ingekomen •en door de eerst Pra?fideerende Raad Mr. Willem van Laar, geparaphreerde confideratien en bericht, tw Hoog Mogenden hadden gemaakt commisfo. riaal met den Raad van Staaten; en welke door den vollen Raad aan Uw Hoog Mogenden toegezondene confideratien en bericht, zekerlyk in Helling en begrip, mcrkelvk van dezelve naderhand afzonderlyk ingediende confideratien van dezelve vier Raaden, waren verfchillende; Dat wanneer die daad, over welke de Ondergeteekende Advokaat-Fiskaal, zal hy kunnen voldoen a,m het tweede Lid van Uw Hoog Mogenden aanfchrwing, dus eenigzints zyn oirdeel moet vellen, alzo'in haare gevolgen, en daar mede geconnec» teerde omllandigheden, word befchouwt, het ze» lcerlvk bedenkelyk moec voorkomen, of eenige Leden'van een Collegie van Juftitie van hunne mede Leden in gevoelen verfchillende, het vermogen hebben, die hunne verfchillende begrippen, welke door de meerderheid van dat Collegie zyn verworpen, en door welke meerderheid, op den naam van het volle Collegie een wetcige cooclulie ter contra- ne  den 9 January 17*58. (was get.) O. F. van Spyk, Not. Publ. Lager ftondy Accordeert met de Copie authênticq aan my geëxhibeert door den Advokaat-Fiskaal van Braband. Getekent 'sHage J. H. Ente, den 12 Jan. Gezworen Clercq van het Of- 1788. ficiê Fiskaal van Braband,  êi Gebeurtenis/en in 1787 ent. mrgevtïÏÏen, f^j ttf0. 408, Strekkende tot Bylage Bi vari N°. -AoiS. Behelzende eene Naamlyst der Exercerende, .Honoraire, en Societeüs Leden van het Genoodfchap',, ten Zinjpreuk voerende voor het Vaderland j in . 's Hage. Exhibitum den 28 jan. 1788 A. Mr. P. van Bleyswyk, Hon, Penf, Byleve'ld, Hon, L. Arnold, Exerceerent. A_ deBruyn, Hon. , }. Albercs, Exerc. \ A Bax, Hon. 'C. van Ameron, Exerc. p.Bosveld, Hon. L Alberts Sr., Exerc. G. Blom, Hon. G. Anraad, Exerc, j. uan Brakel, i£m. h. Aardenburg, Exerc. Boogeart, Hon. w. Aabraats, Exerc. : £ fiergeon, Hon. O. van Alphen , Exerc. j_ A; van Baarda) £ vm de $ Andre , Honoraire. B da Baas fc £_ VlW ^ £ van Alphén, Ho/i. j. Bakker> £. van ds S. P. W. van der Aa , L vanaeS- jv Barrië!; £. van de So .]. Alffers, L. van 'de S., g_ Barte!s ? L. vaw.rfe $ j. Ammerlaan , L. van ce S. j p BeegniariS, % van de & jj j. gergeou , L. van a\ S.. J. Berkhout, L.vandeS. w. Buys, E'xèrceerent. J. Bisfchop Senior , L. vandeSï. h. van den Berg, Exerc. p. l,.-, L. van.de S. A. van den Berg i £rerc. C., l.. va?i rfe 5. h- Buene , 'Exerc. HL, L van de S. j. Boudewynfe, Exerc. W., L.vandeS. , h. Boelaart, Exerc. J. B.osfeej L. van de S. j. h. Beekman, Exerc. A. Brons, L. yan de S. .. h. Berenbaeh, Exerc. l. Brouwer, L. van de S. €. van den Berg, Exerc. J. Brugman, L. van de S~ S. Biegèlaan , Exerc. P. Brugman, L.vandeS: ëoogmans, Exerc. R. Bnene, L.vandeS.. j, H. Baartmans, Exerc. H. Bulfink, L, van de S. j. van Breemaat, Exerc. D.Byleveld, L- van de S: ^ G:Boon, Exerc. A. Bysterveld, L. van de S. j j. Braams, Honorair. A. van den Broëk , L. van de 5; Beukers, Hon. c. van Bysterveld, L... van de Sr. A- de Brüys, Hon. , J.Brofel, L.va/ideS. ,,. A. van der Burg, Hórt. N. Berkhout, L. 'van de S. e: Borst, Hon: IA. Ballie 3 L; v»n de S: IV: DfiEt. H m  194- Verzameling van Stukken letrekkelyk tot A. Boogmans,' Lid van de Soc. M. Drieskens, Exerc. H. Brink, L. van de S. J. van Drunick, Exerceereill, C. van den Berg, L. van de S. H. van Drunick, Exerc. J. Brouwers, L.vandeS. J. Darnen, Exerc. A. du Bons, L.vandeS. Van Diest, Cadet Exerc. L. P. Bolwerk , L. van de S. H. Delbroek , Exerc. ?. Boers, L- van deS. H. H. van Dregt, Exerc. C. Borreman, L.vandeS. Duyvens, Exerc. J. Bartin, L.vandeS. Dawans, Honorair. J. Botaniste, L.vandeS. G. Duyftee, Hon. C. Buys, L.vandeS. A. Delfos, Hon. A. Boers, L.vandeS. G. van Diest, Lid van de Soc. K. Boers , L. van de S. C. Donker, L. van de S. ' S. Broerye, L. van de S. H. Driesfen , L. van de S. 33. Beynik, L. van de S. C. Duynftee , L. van deS. C. Boremans, L.vandeS. J- van Duyven, L. van de S. B. Brandligt, L.vandeS. L. van Duyvelteyn, L. vandeS. F. Bosman , L.vandeS. J- Deeken , L. van de & J. Bulfink , L. van de S. R- Deyst, L. van de S. f. van den Berg, L.van de S. R- du Bons, L.vande S C. Burnet, L. van de S. P- Drieskens, L. van de S. J. C. Borremans, L. van deS. J. F. Delwigt, L. van de S. C. E' _ r „ A. G. van der Eyden , Exerceer. J. van Campen Excrcemnt. f £ Candnon Cadet Exerc. j, g ' ^ J. Courcelles, to. Everen &e,f. J. Coucourt, £xe>e. t EverTen, £x-rc CliffortCocqfen.or,/7^r. A^Eykelbo'om Cz., -N-S? !V ;» Docter Eykma, Honorair. Du Croisfie, -»** Van Egten, J/o«. H.Candnon, LidvandeSoc. ™ J^J ^ M. Caspers L *m*J Egm0nd, Foïz. A. W. Casfe, L van deS. |. C. Clement L.vandeb \ , Lid van de Sociëteit. J.B.CliffordCocq,L v«n^S. ^ bregt, L. va» (ie S. W Corbaz, L. vandeS. * ^ fl,e & H. Cofterus L. w_ vm > ^ „„„ & £ Corpershoek, LvdKHeS. Evsfeldyk, L. mm de S. De ie Clercq, L. van de S. ^ Ey\e!boom, L. vm de & D. f. Eymaaï, L- van de S. P-tenDyk, Exerceerent. C. £nbe«> L.vandeS. _  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 195 Y. H. van Herkhuyfen, Exerc. F. Hogefteyn, Exerc. H. K. Fü]\ings}u.n.,Exerceer. j. Hogefteyn, Exerc. l. Flink, Exerc. j. van der Hoeven, Exerc. F. delaFosfe, Honorair. f Husfon, Cadet .Exerc. F.de Fooy , Z,ii van de Soc. ^ Helling, £xerc. A. Flink, Z,. van de S A van der Hoeven, Exen; T. de Fooy., l. van de S. G_ de Heer, Exerc. D. Flink, l. van de S. N_ Hoff^ Exerc. j. F. Fisfcher, l. van de S. L_ van Heyningen, Exerc. q# Hoogftadt, Honorair. Haekett, Hon. W. de Gelder, Exerceerent. ciercq Hokhuyfen, Hon. De Groot, Caiet Exerc. j. Herremans, Hon. F. Gerritfen, £xerc. C. A. Hartman, Hon. Grond, Exerc. \y. Hartman, Hon. Gerricfe, Cadet Exerc. Hooreman, Hon. De GraatT, Honorair. j^r- c. P. Hoynck van Pa- F. Geybels, Hon. pendrecht Hon. j. Gaillard, Lid van de Soc. Hooykaas, Hon. G. Geertsma, L. van de S. Hillenaar, Hon. B. van Gogh fen., L.vandeS. g. c. ten Haaff, LidvandeS. B. van Gogh,JL. van de S. A. Haak, fenior L. vandeS. j. de Groot Az., L. van de S. A. Haak junior, L. vandeS. P. de Gyzelaar, L. vandeS. m. Habraken, L. van de S. J. H. Gerdes, L. van de S. j. Harrebo£, L. van de S. j. B. Gardyn , L van de S. A. Hartevek, L. van de S. J. Gardyn, L. van de S. a. Haverflag, L. van de S. c. v. Gravenhaan, L.vandeS. j. Hazerfloot, L. van de S. j. F.Geerhars, L- van ds S. q v. Heyningen, L.vandeS. F. Goll, L. van de S. a. van Helden, L. vandeS. j. Gillebeis, L. van de S. g. Henderiks, L. van de S. N. de Graauw, L. van de S- J. van Heun, L. van de S. j. van Gogb, L. van de S. p. Heinfius, L. van de S. j. Geyfen, L. van de S. j. Heinfius junior, L. van de S. l. Graeve, L. van de S. j. c. van Hoey, L. van de S. J. Hoeyemakers , L vaiide^S. H. H. Hokhuyfen, L. van ~d7*S~. A. van der Hey, Exerceerent. g°"tman\ L\,™ % $ , e T Hubens Exerc H- G-van der Ho^t' L'v' de S' l CSnExerc. A. Hoynck van Papendrechr, Hagen, Cadet Extra L- ym ^ *• N a A'  ipö Verzameling van Stukken betrekkelyk tot a: Huygens, Lid van de Soc. J. de Kuffeiaar, Honorair. C. van Hulst, L van de S R. de Kuffelaar, Hon. a. HusfoA, L. van de S. H. Karnebeek, Hon. a- Husfon S., L- van de S. J. Keer, Lid van de Sociëteit: Holst, L. van de S- D. van der Klaauw, L. van deS. ]. B. v. Heiningen ,L. van de S. C Kleyn, L. van de S. W. D. Huwen, L. van de S. P. C. Kransz, L. Van de S. H. Hofftée, L. van de S. D. de Kruyff, L. van de S. C van der Hoeven, L.v.deS. T. Kuiper, L van de S. W. Helling, L van de S- J. Koenen , L. van de S. P. Hoolboom, L. van de S. J. v. Koll, L. van de S. D. Hulskcr , L. van de S. J. F. Kellmer, L. van de S* P. Hartenrot, L. van de S. W. Kedt, L- van de S. C. van der Hoeven, L.v.deS J. Kramer, L- van de S. T. Hoffman, L. van de S. P. de Koll, L. van de S. W. Haring, L. van de S. F. Koenen L van de S. J Helling, L. van de S. D. Kramer, L. van de S> F. Hartenrot, L. van de S. J. Hoolboom, L. van de S. J. Hesfiog, L. van de S t Ubeek, Exerceerent. M. Henrols, L. van de S j Lovening, Exerc. II. van der Hoeven, L.v.deS. Lovening, Exerc. J# J van Lanthen, Exerc. P. J. Ligtenberg, Exerc. a. Janfen, JJd van de Societ. J van der Laan, Exirc. H. Jenny, L vin de S. p. van der Loos, Exerc. W. A. Jenny, L- van de S. yan Lingen, Honorair. J. Jaspers, L. van de S. a. Lestevenon, Hon. J. de Jongh, L. van de S. Van der "Linden, Hon. J. Jansfen, L. van de S. Lippen, Hon. ir Frans van der Laar, L.v.deS. A van de Laar, L van de S. J. Koning, Exerceerent. A. van de Laar. L vandeS. A. Kervel, Exerc. B. Landgraver, L. van de S. G. Kropmans, Exerc. J. de Leeuw, L, van de S. P. de Kok, Exerc. N. van Leeuwen , L.vandeS. L. Kramer, Exerc. C. Leyendekker, L.vandeS. 'C. van der Klugt, Exerc. tl. Leemhuys, L. van de S. J. Knap, Exerc. J. Laferom, L. van de S. Van Keichem, Honorair. W. Laferom, L. van de S. 'LX van Küyk', Hon, Van Loenen, L. van de S. Keribergen, Hon. J. A. Lanjans, L. van de S.  de Gebeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 197 L. Laferom, L. van de S. H, Nieuwenhuyzen, Honorair, F. Lafero.n, L. van de S. CA vaa Netten, L- van de Si A. £. Luymers, L. van de S. 3, Av. Nie.nann, L.van de 8°, R. van Nolk, L- van de S. ■ M. f. H. Noordbeek, L van de S. . j „ r. * T. Noordendorp, L van de S. A. Margadant Exerceerent. \ g ^ ^ & * C. Mynhef, Exerc ^ ^ J. van Munfter, Everc. ' & ö' , H. van der Meer, Honorair. Q. Adv. van Maanen, iïbn. Adv. van der Meersch, Hon. rL Ontyt, Exerceerent. A Maay,f/o;ï. • Kidenalter, Exerc. Collonel Meyferen,'Hon. ?. Oosterwyck, £wrc; W. Mont, Hm. L. Oosterwyck, Exerc. C G. Le Maitre. H. Z., LM Oosterwyck,- Cadet Exerc. 'van de Sociëteit. 1-C M. Ockersfe, Honorair. L. Margadant, L. van de S. B. Oosterhous, Lid vm de S. C. Mesker, L. van ife S. W. Onteydt, ƒ.. van Se S. R van der Mealen , L.v.deS. J. Ontman, L. van * & J. A. Moet, L. van a's S. C. Orhly, L- van de S. J. de MoU,-L. van de S. .. p A. de Monye, L- yan de S. P. Muller, L' van de S. j. papers, Exerceerent. C. Margadant, L. van de S. j. van der Poll, Exerct J. Montezaan, L. van de S j>\ pikmans, Exerc, W. Mosfelman, L. van de S. pajvn £x.,rc. A. Mulder, L. van de S. Potters, Exerc. J. J. van Maltha,L, van deS. j_ p/pers, 'Exerc. C. van der Meulen , L,. v.deS. vty\ j. van der Poll, Honorair. H. Meyer, L. van de S. At Pafvé, Lid variJ'S;,, M. v. Meekeren, L. van de S. Stein Pai vé, L. v.-wi.vfc S. W. Mahuut, L. van de S. q_ q perfyn., £. vin de S'. P. Manders, L van'de S. j_ y. Plaat, L van ds S. A. Myné, L. van de S. ó p>{aat, L- vm de S. J. de'Maze, L. vtó de 5. j_ piaat, L. van de S. vt J. de Puit, L. van ds S JN* W. J. van der Poll, L. vm aV£ T van Nispen, Exeriesmit. J. van der Poll, L- van de j! A. van Niel, Êwc. C. van der Poll, L- van de Si W. Nuyen, Exerc. P. Peypers, L.vandeS. J. Nieuwenhout, Exerc. W, Peilen, L. vm de S. . Nuyen, Exerc. W. Pauwelus, L. vandeS. ; N 3 w%  198 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot W. Palhouwer, Lid van de S. S. T. Peypers, L.vandeS. . r J. van der Plas, £. va» & S. A- Streur, Exerceerent. ■> Y. 1. van Son, Exerc. j£ A. Scholtus , Exerc. N. Styger, Exerc. J. van Ryfen, Exerceerent. 11. Smits, Exerc. A. Renodie, Exerc. L. Styger, Exerc. }. Rappel, Exerc. A. Schultz, Exerc. . van Ryn, Exerc. H. Saris, .Exerc. J. van Rheenen, Honorair. A. van Starrenburg, £xm\ P. Rietmulder, Hon. J. Saris, Exerc. Reuvers, Hon. J. Sene, Exerc. Rocpel, Hon. P. Schudelaro, Honorair. A. de Rooy, Ho». M. H. van Son, Hon. Rom, Hok. A. van Son, Hon. H. v. Reifingen , Ud vandeS. Adv. van Schoorn , Hon. J. Roest, L-vmdeS. Van Spaan, Hon. J.'Renodie, L-vmdeS. B. Suurmond, Hon. J. Rutgers, E vandeS. H. Schippers, Hon. H. Reynen, L.vandeS. W. Sas, Hon. L. J. D. Ruyter, E. van de S. Smits fenior ,' /Ton. J. Ruigrok, L.vandeS. R. Schultens, Hon. G. Rutten , E- vm de S. Scheurleer, Hon. W. van Rooyen , E- Van de S. Van der Sluis , Hon. 3L van Reyn, E vandeS.- j. Staphorst, Hon. T. Ras fords, L.vandeS L. Sabrerolle, Lidvan deSoc. L. van Reyn, L.van de S W. van Schaack, L.vandeS. J.^Rifoerdt, E- vandeS C. Scheffer, E, van de S. H- van Raaden, - E. van de S. p. Scheltus, E. va?z de 5.. T. de Raadt, E- vandeS. B. Scheurleer, E. van de S. J.P. Rademaaker, L.vandeS. C. Schielick , E. van de S. A. Rïttner, L.vandeS. J. Schin, L.vsndeS. A. Roevers, L-vandeS- C. Schoonhoven , L.vandeS. T. Romswinkel, E- vandeS. J. Schoordyk, E- vandeS.' C. Roos, E-van de S. R. Slicher, E- Van de S. W. Rotteveel, E- van de S W. Slingerland, L- van de S. Ad. Ruighaver, L van de S J. C. Sluis, L-van de S. A. Reindering fen., E v. deS. G. Smits, E- van de S. A. Reindering, L.vandeS. H. van der Spek, L.vandeS. H. Reindring, L- van de S. G. Stiphout, L.vandeS. W. van Ryn, L.vandeS. P. Stiphout, L-vmideS. C.Ryp, L- vandeS. F. Stiphout, L.vandeS. Of  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 19^ H. Stiphout, L.vandeS. U. Jofeph Stiphout L. vandeS , Exerceerent. J. L. Storck, L. van de S. * > m de * H. Stroynk, L- van de S. J vv yttenhout, L van ik $ rlü/ttenhout, £ van de S. H. Smits, L. van de S. V. T. Schudelaro, L. van de S F v der Star.fenior, L.v.deS. j. van der Veer, -Exerceerent. F van der Star, L- va» deS. j. van der Voort, pftaff. H van der S wals, L.vandeS. F. V. Vryman , Exerc. j. H. Sleyfers, L. va» de S. j. S. Vifee , Exerc. r. Staatman, L- va» de S. j. van der Valk, Exerc. R Sonneveld, L- van de S. j. Velthoet, Exerc. H. van Straaten, L vandeS. L. J. Vitringa, Honomr. W. Sonneveld , L- van de S. van der Voren, Hon. B. 'stokkers, L- van de S. j. Verfteege, Hon. C. Segers, L. van de S. j. Verfteeg , Hon. C. van Son, L- van de S. p. Van der Valck, Mdyandei. H van Swet, L. van d«S. w. van der Valck, L.vandeS. l. van der Veen, L van de S. „ j. Velt, L. van ie S. tó j. v. Venedien , E- va» de i. r T. Vinkenburg, L van de S. t Tappers, Exerc. J leulen r, vm de S. J. van Tol, Exerc. L.vandeS. L. Tenger, Exerc 1 visfer, L van de S. J. F. F. Turcq, Honomr. § van de S. Thysfen, Hon. Venbroek, L. van de S. J. van Tekelenburg, Hon. ^\s\l[end; 'L. v3» de S. «3. Teunisfen, Hon. v L y1n ^ s. Hofmajor Tinne Hon. }• van Veen, F. Termeulen, Lid vandeS. J- ^-Xl V JT « J. Thiebout, L. van de S-. A. Vrfée , L, van de S. P. G. Timmermans , L v. deS yy^ 1. Teunisfen, L. van de S. F. Teunisfen, E. van de S. Ff. Weyler, Exerceersr.t. G Teunisfen, E. vsn.de S. P. de Waal, Exerc. Ai Tiel, L vandeS. H. Wegman, Exerc. a*. Teunisfen, L.vandeS. j. de Waal, Exerc. F.' Teunisfen, L. van de S. J. Witters, Honorair. t' j van Tiel, L. vandeS. ?. l. van der Waal, Hon. j. Toorens, L- van de S. Van de Watering, Hon. * N 4 v»  |oo, Verzameling van Stukhen betrekkelyk tot G. Warnaar, LidvandeSociet i P. van Weest, Lid van de & T. Wapperom, L.vandeS, ]. Walter, L.vandeS. • T.v. de. Watering, L.vandeS- H. voor de Wind, L.vandeS* F. van Welie, L. van de S. G. J Walburg, L. van de S'. P. Wellenberg , L. van de S. C. de Willige, L. van de S.' A. Weyers, L. van de S. G. J. Walburg, L. van de S. f. Willekes, L vandeS. L. Weere, L. vandeS ' G. Withagen, L. van de S. A. Windesch, L '. van de S. Z. A. Wins junior, L.vandeS, A. Zanders, Exerceerent. E. de Witt, L.vandeS. " Zwaan fenior, Honorair. D. de Witt, L. van de S. D. Zoutman , Hon H. dé Witt, L. van de S. P. van der Zaag, L. vandeSoc. H. U. Weyler, L. van de S. M. Zynen, L van de S'. ' * D. Wolff, L. van de S. H. van der Zwals L. van de Sy ]. van Wyneh, L. van de S. F. Zelvelter, L. van de S. Onder; Jlcnd, Accordeert naar gedaane Collatie met de Copie Kaamlyste aan my geëxhibeert en overgelevert doorden Heer Prokureur-Generaal over Holland, Zeeland en Friesland, by mv in 's Gravenh'age relldeerende, den 9 January 1788. (was, get.) O. F. van der Spyk, Not. Pub!; Lager ftond, Accordeert met de Copie authênticq aan my geëxhibeert door den Advokaat-Fiskaal van Braband. Getekent 's Hage J. h. Ente 4en 12 Jan. Gezwore Clercq van het 0§ci% \~$$\ ipkaal van Braband,  ie êeieurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen: aors |tfo. 409. Strekkende tot Bylaage C. van N . 405. Behelzende Voordellen en Rapporten overgegeeven op het Reces der algemeene Provinciaale Vergade-, ring van Krygsraaden , Geconftitueerden , gewapende Genoodfchappen , Burger-Sociëteiten en Patriottifche Corporatien gehouden binnen Am.ftei.dam den 17 September 1787. Exhibitum den 28 Jan. 1788. P'R O F I S C O. Wy Carel George Graavevan Wasfenaar, Baan' derheer tot Wasfenaar, Vryheer van Obdam, Zuidwyk, Spierdyk, Wogmeer en der onafhankelyke? Heerlykheid Lage, Heere tot Twickel, Kernhem, Weldam, Obdam, Dublink &c. &c. &c. befchreeyen in de Ordre van de Ridderfchap en Edelen van Holland &c. &c. Gezien hebbende de Requeste aan ons geprafenteerd &c. T'Oirconds deezer getekend en met onze aangebodre Pitfchier hekragtigd in 's Hage den 16 December 17.86. Was getekent Hebbende hier nevens Graave van WaSSENAAH. ' in zwart Lak gedrukt het Cachet Vertoond den 29 Dec. 1786. van den gemelden Graave van Wasfe- was piekend, paer. A. van der Does. Geëxhibeert aan Schout en Gerechte der Baronnye van Wasfenaeren Zuydwyk» en geregiftreert in derzelver Refolutieboek Nn. VIIII. fol. 258. vf. op heden clen 22 December 1786. Onder fiond Ter Ordonnantie van dezelve ffijj get.j A. v. D. Does Jun. Secr. V" ' | Ito  402 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot \ Lager Jlond, Accordeert met zyn Origineel, den ii October 1787. (was ga.) A. Mejan, Not. PubL &c. . Voorts door Gecommitteerden van het Delffche Genoodfchap ter Extraordinaire Provinciaale Vergadering gedaan den 17 July 1787. Wel Edele Manhafte Heeren! Het Genoodfchap van Delft heeft zyne GecomGaitteerden gelast &c. Rapport van Gecommitteerden ter txamU natie van de bövenflaande Propofitie van Delft gedaan, in. bovengenoemde Provinciaale Vergadering den 17 July 1787. Dc Commisfie oirdeelt, dat geene politieke middelen voldoende zyn, ten zy gepaard met cenedaa«ielyke werkzaamheid. Voorftel door Gecommitteerden van hti Haagfche Wapencorps, voor het Vaderland, ter extraordinaire Provinciaale Vergadering gedaan den 17 July .. Te bewerken, dat Willfm van Orange als een gedeclareerde Vyand deezer Republiek, en de eerfte Aanftooker van Burgermoord en Oproer in dit vry Gemeenebest, fchuldig verklaard word van gekwetfte Majefteit, Rebellie en Hoogverraad, dat hy ten eeuwige dage van alle zyne Waardigheden en Eerambten, met de daar toe ftaande Traélemen. ten ontzet en voor altoos uit het Grondgebied deezer Provincie gebannen worde; en de fchaade door den verderffelyken Burger-Oorlog geleed^n en nog te  ie Gebeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 203 i te lyden, zo veel mooglyk op zyne Goederen, en i Bezittingen worden verhaald; dat ook zyne Gemi* 1 liane, welke in deeze haggelyke omltandighedea het Oproer in de verblyfplaats van Hollands Staa- ten, door haare tegenwoordigheid heeft getragtaan | teftooken, en dus aanleiding tot een verfchrikke1 lyk Bloedbad in de Hofplaats te geeven, deeze i Provincie worde ontzegd, en nimmer by luccesue als Gouvernante werde toegelaaten ; als mede dien» 1 volgens derzelver Kinderen, welke bovendien van i Kindsbeen af het despotismus hebben ingezoogen , i en reeds blyken toonen de verderffelyke principes van heerfchzugt en geweld te zyn toegedaan; van < het Erf-Stadhouderfchap, als reeds door hunne Ou- ders verbeurd zynde, vervallen worden verklaard. , Tot bereiking van dit heilzaam oogmsrk, dringt het Vrycorps van 's Hage aan , dat de ftemhebben. de Steden , de Geconftitueerdens en die genen , wel'■■ ke reeds het geluk hebben dezelve te bezetten,of i anderfints de Vaderlandfche Schutteryen, Genood- fchappen en Sociëteiten by hunne Vroedfchappen aan te dringen, om derzelver Gedeputeerden ter ; Vergadering van Staat zo fpoedig doenlyk met bo■■ vengemelde last te voorzien, en dat te gelyker tyd ' alle Vaderlanders in de kleine'Steden en ten platf ten Lande, ten zeiven einde nadrukkelyke Adresfen • ter Vergadering inleveren, om dus m een tydftip 1 de gedugte (tem van alle braave Nederlanders tef: fens ter Vergadering te doen hooren, en dezelve : «indelyk eens van effect te doen zyn. Rapport van Gecommitteerden ter examinatie van het bövenflaande voqrftel van het Genoodfchap in 's Hage, gedaan ter extraordinair Provinciaale Vergadering den 18 July 1787. De Commisfie, gechargeerd met het onderzoek der gewigtige Propofitie, door het Vrycorps van 's Hage ter deezer Vergadering gedaan, heeft de 0 eer  a©4 Verzameling van Stukken betrekkelyk Ut eer by deszen te rapporteeren, dat zy na eene aandagtige befchouwiug van den tegenwoordigen ftaat der zaaken, en ferieufe overweeging van het geen den Lande in deezen meest oirbaar zoude zyn, best zouden oirdeelen zich in deeze provifioneel te bepaalen , en door de kragtigfte inftanties van wege daeze Vergadering by Hun Ed. Groot Mogenden daar op aan te dringen, dat Willem oe V, als de oirzaak van alle .de ons drukkende rampen daadelyk worde gefuspendeert in alle die hooge qualiteiten welke hy by deeze Provincie bekleed, met verlies van de Emolumenten en Tractementen daaraan ver» knogt, en dat voorts aan hem Willem de V, en alle de zynen, het Territoir deezer Provincie pro. vifioneel worde ontzegt. En voorts daar ten opzichte der fuspenfie by een vroeger Adres door deeze Vergadering reeds eenige inftantien zyn gedaan, zoude de Commisfie van ad» vys zyn, dat dit vernieuwde voorftel te gelyk met de ontzegging van het Territoir behoord te worde» gemaakt tot een ingrediënt van dit Declaratoir, waar van op gisteren door de Commisfie op de Pro. politie van Delft gedecerneerd, het voorftel gedaan is, terwyl de Commisfie ter bevordering van deeze gewigtige zaak die middelen aanpryst, welke by de Propofitie zyn opgegeeven. &c, Clflfcyj GO-5 0! ?uh'fT0' , CO SVslrti jyf'i'jrsr. Pointen van deliberatie voor het Reces der-algemeen e Provinciaale Vergade* ring van Krygsraaden, Gejlontituecr* den, gewapende Genoodfchappen, Burger-Societeiten en Patriottifche Corporatien te houden binnen Amfteldamderx 17 September 1787, ïV^HiT^ ' 'rcT ^' . De Commisfie der gewapende Burgercorps &c Gedaan te Woerden den 13 September 1787. sb itaoii r.nEjufcsg gr;::: li „..»>'/ lysrjib ï>.; r .Al 4* Onde?  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. votrgevallen. *o$ Ónder ftond, Uit naam van de Commisfie der gewapende Burgercorps in Holland ter expeditie van Militaire zaaken, (was get.) R. van den Bosch, abf. Secrï Lager ftond, Aldus geëxtraheert uit zeker Boek in Folio, hebbende eene geruite Iapieren omfiag, aan my geëxhibeert door den Advokaat-Fiskaal van Braband, en is het zelve voor zo veel het geëxtraheerde aangaat , accordeerende bevonden, in 's Hage des 12 January 1788. Nog lager ftond, By my, (was grt.) J. H. Ente. Gezwore Clercq van het Officie Fiskaal van Braband. Ho. 410. Strekkende tot Bylaage D. van 4°£ Behelzende eene Lyst van jaarlykfche Contributie*, en Donatien ten behoeve van het Nationaal ïonds ter bevordering van de gewigtigste belangen des Nederlandfchen Volks; in het Departement s.Hage. Exhibitum den 28 January 1788. A. I Kempenaar Com. van Amerom - - : /i o c B. Plaat Casparus Byleveld - 400 t. Bisfchop " - 300 Joh. Basta ; : .- . 3 ° 9  tz6 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Plaat H. de Bruyn ... s o o Thomas Barriel - - - 500 Rudolf Baalde ... 500 J. Bisfchop voor A. R. - 200 TH. Beukman - 900 | O. G - - - - 100 ^ H. 100 I H. 100 LL-100 Hendrik Boelaart - 200 Kempenaar D. By 100 Bosveld Advocaat - - 300 W. van der Beets Kapitein ter Zee .... 300 F. H. van der Beets Com. van het klein Zegel - 300 R. Slichers A. H. van Buren - - 500 D. van Bysterveld - 500 Bollard Advocaat V. N. N. 900 voor N. N. - - 250 J. P. Beekman - 300 Joh Braams ... 500 B. de Baas (Castelein) - 400 G. Bofe V, G. B. - - 500 Ad. de Bas - - - 5 0 0 Benjamin de Brueys - 5 0 o Nog voor A. en A. ieder ƒ 3 6 o o Nog voor N. B. - 5 ° a c. Plaat C. Iman Cau voor zes * 30 o o H. Cofterus - 500 Joh. Sam. Casfa - - 4 o o Ant. W. Casfa - ' - - 5 o o Willem Corbaz - - 3 o o 1L Slichers Commis Cramer . - 500 J. B. Rousfeau du Croisfy - 5 o o en Huisvrouw E. de Brueys 500 D. JPlaat H. H. van Drecht - - 2 o | 0  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 207 Pl&at |H. Driesfen - - - ' | i 10 o | C. van der Does - 300 R. Slichers J. H. Damen - 500 E. B. ten Dall - - - 500 E. Tlaat Joh. Ebbe - 3 0 • Job. Everfe - o o M. Ege - - - - 2 o o Eysfels fenior - ■ - - 2 o o> Kempenaar A. v. Everen - 1 10 o Slicher Joh. W. Eckhard - 5 o o O. C. Eykema - 3 o » F. Slicher F. de la Fosfe ... 5 o o J. Baart de la Faille - 2 o o G. Plaat F. Gybels .... 200 Kempenaar Johs. Goofen - 200 Slicher P. de Gyfelaar - 50» H. Tlaat Abr. Husfon - 300 J. van Hoey - - - 300 Adrs. Hartevelt - 300 J. Hillenaar - - - - 5 o 0 J. W. Hokhuyfen - - - 300 Hend. Hokhuyfen - - 300 P. C. Haagen - 300 Elifab. Heythuyfen - - 100 Jan ten Hove - 300 Theod. van Haften - 100 (Kempenaar Ands. van der Haar - 100 N. W. Hartman Raadsheer in het Hof van Braband . 500 C. A. Hartman fubftituit Griffier 500 Adr. Huygens Clercq in de Se- Jcretarie van Holland - 500 Jan ten Hove - * - : 3 ° J  fifstf Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Plaat H. de Bruyn ... 300 Thomas Barriel - - - 500 Rudolf Baalde ... 500 J. Bisfchop voor A. R. - 200 |"H. Beukman - - - 900 | O. G - - - - 100 JU. 100 IE 100 LL- 100 Hendrik Boelaart - 200 Kempenaar D. By 100 Bosveld Advocaat - 300 W. van der Beets Kapitein ter Zee 300 F. H. van der Beets Com. van het klein Zegel - 300 R. Slichers A. H. van Buren - - 500 D. van Bysterveld - 500 Bollard Advocaat V. N. N. 900 voor N. N. - - 250 J. P. Beekman - - - 300 Joh Braams ... 500 B. de Baas (Castelein) - 400 G. Bofe V. G. B. - - 500 Ad. de Bas - - - 5 0 0 Benjamin de Brueys • - 500 Nog voor A. en A. ieder ƒ 3 6 o o Nog vóór N. B. - - 5 0 6 c. Plaat C. Iman Cau voor 2es • 30 o o H. Cofterus - - - 5 o o Joh. Sam. Casfa - - 4 o o Ant. W. Casfa - ' - - 50° Willem Corbaz - 3 o o R. Slichers Commis Cramer - - 500 J. B. Rousfeau du Croisfy - 500 en Fluisvrouw E. de Brueys 5 o o D. Plaat H. H. van Drecht - 300  is Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 207 Plaat iILDriesfen - - " 1 * 10 ° IC. van der Does - - 3 ° o R. Slichers ' J. H. Damen - 5 o o E. B. ten Dall - - 5 o o E. Plaat Joh. Ebbe - - - 3O0 Joh. Everfe - 00 M. Ege - - - - 2 o o Kysfels fenior - ■ - - 2 o o> Kempenaar A. v. Everen - 1 10 o Slicher Joh. W. Eckhard - - 5 0 0 O. C. Eykema - 3 0 • F. Slicher F. de la Fosfe - - - S 0 0 J. Baart de la Faille - - 2 o o G. Plaat F. Gybels - - - - 200 Kempenaar Jobs. Goofen - 200 Slicher P. de Gyfelaar - - 50» H. Plaat Abr. Husfon - 300 J. van Hoey - 300 Adrs. Hartevelt - 300 J. Hillenaar - 5 o O J. W. Hokhuyfen - 300 Hend. Hokhuyfen - - 300 P. C. Haagen - - 3 0 0 Elifab. Heythuyfen - - 100 Jan ten Hove - 300 Theod. van Haften - 100 Kempenaar Ands. van der Haar - - _ 100 N. W. Hartman Raadsheer m het Hof van Braband . 500 C.A. Hartman fubftituit Griffier 500 Adr. Huygens Clercq in de Secretarie van Holland - 5 o 0 J Jan ten Hove- - : : 3 ° J  2ro Vifzameiïng van Stukken betrekkelyk t«i Kempenaak J. B. - * - * . ö ö ■ '■ CR. * - i o O B. N. - - - i 10 o I CR. - - - ' 300 S. D. - - - 5 5or J. C. E. geb. A. ■ 300, J. P. v. d. EL» 660 Slicher N. N. - 300 P. P. - - - - 5 5 o| D. ü. - - - 5 o I o f P. B. - - - - 5 51 o I O. Plaat L. v. Oosterwyk - - 2. 0 o'. Kempenaar Willem Oosttbout moet zyn Oorfehot - 3 o ®-| P. Plaat W/van der Poll - - 3 o O; G. Q. van Perfyn - - 5 o o | G. J. van Perfyn - - 5 o o| Christ. Plaat - - - 3 o <*1 C. P. Hoynck van Pnpendrecht 5 o , s>ï G. j. van Perfyn, Lt. onder de Ilollandfche Guardes te voet 3 o »| Kemp2NAAR C J. van Perfyn, Kapitein on der de Hollandfclie Guardes 3 o 0 j A. Hoynck van Papendrecht Advt. - 3 o «i Slicher J. A. Pottier - - - 5 S °| W. Prangan - 3 o oji O. R. Plaat j. de Raadt - 2 o ol N. Raap - 3 o o| Abr. Rittner - - - 1 o oj }. P. Rademakers - - 1 10 o| Kempenaar Anthony Ryndering - - 3 o o| E. Rochet - - - 100» C. Redelykheid - : 31 o of j A. JrT  is G?b(UrienisJèn in 17Z7 enz. voorgevallen, iïi Slicher ■ A, J. de Roy - - • 500 S. . Plaat Coenr. Schlick ■• 3 o ö johs. Schoordyk - 200 Johs. Stiphout - 200 R. van Spaan - 300 J. Smit . - . - * - i o o A. Schat - - . 200 Herm. Stroineck - 400 K lil C. Scheffer - - -'300 C. van Schie ... 100 Mej. E. v. Schuilenburg - 5 o d jj o P. van Schuilenburg - - 500 g. W. van der Sluys - - 4 o Ö j Kempenaar W. C. Sügtenhorst - - 200 ' D. Soutman, Proc. - - 300 V. G. Streng, Adv.- - 5 ö ö ISlicher- ; Rafm. Slicher - ' - 500 . J. A. van der Spyk - 5 5» Hieron Slicher - - 5 5 d H. .Schepman - 5 5 d F. Rhyng. v. Salm - 5 o o ü. H. Slicher, geb. Bakkér s o cj T. Plaat Van Tiél - - - - 1 o ö Slicher Laurents de Tibulkenskie - 3 < o o A. van Twift - - - 51 4 o Van Tonningen Procureur vóór A. V. T. --- 54Ó U. |?laat Willem Üytenhóut - 1 10 © J. A. v. Ützel -.- 500 V. Martini Vrymoet - 200 Pieter van der Valk - 2 o d joh. Vinkeriburg Capellaan 400 I. Vroeg .... i c ct Jae; Verftegév - - - 4 I o d  £12 Verzameling van Stukken hetrekkelyk tot Kempenaar Johanna van der Ven- - | 2 of O P. Vryman - - 1 10 o L. J. Vitringa - - - 500 w. Plaat Evert Dirk Werdenier - 300 Ant. Wendefch - - 100 R. Wilmert - 200 Tb. Willekes - 200 Daniël de Witt - 300 A. Wegman ... 1 10 o voor N. N. - - 500 J. U. Wyler - 200 Kempenaar A. J. Wegman - 100 X. Y. Slicher C. F. Yvoy - . 5 5* Z. Plaat M. Zynen ... 30a Slicher H. de Zoeten Schoolmeester te Loosduynen - 200 Accordeerd met zeker langwerpig Boekje in Folio, hebbende een kalfleere Band, op eene Alphabetifche ordre gehouden, aan my geëxhibeert door den Advokaat-Fis-. kaal van Braband. s Hage den 12 January 1788. (was get.) J- H. Ente. Cezwore Clercq van het Officie liskaal van Braband.  ie Gebeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 213 Nu. 4.1 r. Strekkende tot Bylaage E. van No. 406. Behelzende verjlag van de Extraordinaire Vergadering der Gedeputeerden van de Nationaale gewapende Burgercorpsen, ingevolge het reces der Vergadering van den 21 Febr. 1787..— Als mede, Befiuit van het Committé der Vtrgadering van Regenten op het voorftel der Commisfie uit de Nationaale Vergadering van Burger Qorpfien-. Exhibitum den 28 January 1788. PRO FISCO. Wy Carel George Graave van Wasfenaar, Baanderheer tot Wasfenaar, Vryheer van Obdam, Zuydwyk, Spierdyk, Wogmeer en der onafhankelyke Heerlykheid Lage, Heere tot Twickel, Kernhem, Weldam, Olydam, Dublink &c. &c. &c. befchreeven in de Ordre van de Ridderfchap en Ed.elen van Holland &c. &c. Gezien hebbende de Requeste aan ons gepreefenteerd &c. ï'Oirconds deezer geteekend en met onze aangeboore Pitfchier bekragtigd in 's Hage den 16 December 1786. j Was getekent, Hebbende hier nevens Graave VAN WASSENAAR, in zwart Lak gedrukt het cachet Onder ftond den 29 Dec. 1786. van den gemelde Graave van Wasfe- Was getekent, SM". A. van der Does. Geëxhibeert aan Schout en Gerechte der Baronnye van Wasfenaar en Zuydwyk, en geregiftreerd in derzelver Refolutieboek N°. VUIL fol. 258 vf* op heden den 22 Dec. 1786, Onder ftond, O 3 Tet.  Ü4 Verzameling van Stukken betrekkelyk ut Ter Ordonnantie van dezelve» (was get.y A. v. d. Does. jun. 'Sc:u Lager ftond, Accordeerd met zyn Origineel den ii October 1787. (was get.y A. Mejan, 'Not. Publ. Extraordinaire Vergadering der Gede. fineerden van de Nationadle gewapen* de Burgercorpfen, ingevolge liet reces, der Vergadering den '21 Febr. 17 07. Donderdag den 12 April 1787. Door de Praifident d' Averhoult, werd ter opening der Vergadering gccömir.uniceert , dac uit hoofde der difficulteit van de Hollandfche Provinciaale Vergadering om Gt deputeerden herwaarcls %e benoemen, deeze Vergadering in piaats van derï aden deezer op heden was geprolongeert, vv. uit, dien hooide de byzondere Departementen'van Holland ingevolge hec gerefolveerüe m voorgemelde,' Vergadering ëh de'circulaire aanfchryvi'-lg _by djj Notulen dcrzelve geinfereerd, waren gecompareerd en geadraHccc-rd. ' Voorts de Credentiaalen der Leden opgehaalt e^jgêleëzen zynde, bleek-uit dezelve, dat tot oeeaa Vergadering gecommitteerd waren 5 Wegens Gelderland.. Mr. J. Gelderman, Mr. H. W. Daandels en Mr.. J. L. Hafebroek. Uit de Departementen van Gouda. Pieter Hofman en Willem van der Wagt. Delft. ■' Reyer van den Bofch, Gerrit Pape3 Joost Vry-? Ja# ea Mr= WiUern Buys,  de Gebeurtenis/en in i?'87 enz. voorgevallen. 21 j Schoonhoven. Dirk van der Mey, van Oosterhout, Vianen, Alex. Ie Roux, Galabert en D. van Vlist, Bodegrave's Schuttery. E. Rotel, Joh. Faefer en Lncas Butot. Genoodfchap van Bodegrave. David Obbes. Veur, Voor f chaoten, Leydfchendam, Zoeterwoude , . Zoetermeer, Zegwaard, Voorburg en Waf maar* als gecombineert tot een Bataiilon Exercitie, de Heeren J. A, Pryn, A. van Kilsdonk en J. K. Koot. Hollands Loenen. Johannes Knipfcheer en Johannes Hendrik San* derfon. Maakende alle gemelde Hollandfche Departementen te zaamen by de meerderheid onder hun volgens Refolutie maar een Item voor Holland uit; zynde bovendien als Leden van de Nationaale Commisfie nog gecompareerd , Wegens Holland. De Heer A. G. Mappa. Wegens Zeeland. De Heeren Andries de Jonge en Coenraad Visfer Capsz. wegens het Genoodfchap van Wapenhandel onder de Spreuk, Eendragt en Vryheid, te Zierikzee. Utrecht. F. E. V. Liebeheer, M. van Heyningen , O. D. Gordon, Mr. J. van Lidt de Jeude junior, H. Boombakker , Mr. A. de Nys, H. Schelge. 'F. A. van ■de* O 4  f t& Verzameling van Stukken betrekkelyk Ut der Kemp, A. van Kestercn, J. Janfen en J. Ivfcw lejpaai, Friesland. By continuatie der qualificatie van den 2 Au.gus,$us a. p. Mr. J. Roda. Overysfeh G. J. Pyman en J. Bannier, Waar na door den Prsfident en Secretaris werden {;eproduceert eenige Brieven zo van de Provinciaae, Vergadering als van eenige Departementen van. Holland, waar van geene Gedeputeerden waren gecompareert; als van Amfteldarn, 's Hage, Alkmaar9 Oud Beyerland, welke gerefolveert werden in dei Notulen te infereeren, zo als dezelve hier volgen 6?c. Waar na de Heeren welke gedeputeerd waren geweest naar 's Hage, aan het Committé van Vader-*, ïandfehe Regenten werd verzogt, rapport te wilden doen van hunne Commisfie en wedervaaren by ^•ezelve. Dan werd &c. Bijluit-van het Committé der Vergadering van Regenten, op het voorftel der Commisfie uft de. Nationaale Vergadering van Burger-Corpfen. De Leden uitmaakende het Committé der Vergadering van Regenten uit de zeven Vereenigde Pro•vkiGien* rrret den vereifohten aandagt die den ernst der zaaken vordert, overwoogen hebbende he$ voorftel der Commisfie uit de Nationaale Vergadering der Schutteryen en Burgercorpfen, aari hun met overlegging der ftukken tot dat voorftel relatief, op vrydag den 30 Maart laatstleeden overgegeeven ; hebben ovey het algemeen geoirdeeld : «jet temogen nalaaten, om by deeze gelegenheid pp nieuw te inhg?reeren de betuigingen van hua gedegen, over de fteeds duurenden yyer en waak. * B ■ ' * 1 ftH&i  ■}e Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. %if zaamheid der gewapende Burgercorpfen voor 'sLands waare vryheid, en van hunne volkomen bereidwillig» heid, om dien iever en waakzaamheid zo veel in hun "vermogen is te onderfteunen en te helpen bevorderen. Dan wanneer zy het overgegee ven Plan naauwkeurig en onbevooroirdeeld overdagt, en daarmede vergeleeken hebben alle de omftandigheden die by de executie van zulk een Plan moeten in overweeging komen, hebben zy niet kunnen ontveinzen, dat de ailergewigtigfte en onoplosbaare zwaarigheden tegens de uitvoering van het zelve militeerden, en dat die zwaarigheden zich naar hun inzien byzonder bepaalden tot de ongefchiktheid van den tegenwoordigen tyd en de volftrekte onmooglykheid ter uitvoering daar van; betreffende de ongefchiktheid van den tegenwoordigen tyd, erkennen zy gaarne, dat hoe geweldig, menigvuldig en algemeen ook de aanvallen tegen deBurgerlyke vryieid mogten zyn, en hoe groote verwarringen daar uit door de geheele Republiek veroirzaakt zyn, zy nogthands niet overtuigd zyn, dat het tydftip van den alleruiterften nood ter uitvoering van zulk een gewigtig ontwerp reeds daar zoude zyn, en dat zo Jang dit tydftip niet exfteerd, het by de hand neemen van zulke ernftige middelen, die alleen door de onvermydelyke noodzaakelykheid kunnen gewettigd worden, onverantwocrdelyk zoude zyn voor allen die daar in deel namen , en de verwarringen niet alleen nog aanmerkelyker vergrooten, maar de goede zaak des Vaderlands door een ODtydig gebruik van Wapenen, volftrekt en onherftelbaar bederven zoude; en dat het in het byzonder voor Regenten, die door de plegtigfte eéden in verfchillende relatien verbonden zyn aan de Conftitutie, allerzorgelykst zoude zyn, om buiten denevidenften nood, tot de Wapenen en dus tot een volslagen Burger-Oorlog te convoleeren. En, belangende de volflrekte onmooglykheid ter uitvoering van zulk een Plan, is het hun voorgekomen, dat» zo al ooit de onhandigheden tor, dat rampzalig ui" " * ■ - q 5 teïftft  il8 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot terfte gebragt wierden, dat het voorgeflelde Plan volftrekt noodzaaklyk wierd , of ook dat het zelve een meer efficaci-eus effect zoude moeten forteeren, én tot een daadelyk offenfive overgaan, het zy dan door den als dan voorhanden zynde nood, het zy door het vuur der byeengerukte Manfchappen, de magt en het aantal der gewapende Burgeryen op verre na voor als nog niet toereikend zoude zyn-, 'om den aanval zo algemeen en zo kragtdaadig te doen, als vereifcht zoude worden, om zich daar Van maar eenig draagelyk effecT: te kunnen belooven; vermids de redenen der wettiging van zulke middelen vry dringender, en de vereenigde magt der Burgercorpfen vry aanzienlyker en meer geëvenredigd aan die Orange-fa&ie en Aristocratifche party, geflerkt door de Militie van den Staat zoude moeteii zyn, dan dezelven thands aan hun voorkomen: maar dat in allen gevallen, de Leden van het Committé van gedagten zyn, dat het gelyktydig voorfcellen der eerfte, en onmisbaarfte fchikkirigen tot offenlive middelen zelve, het inëxecutable van zulk een Plan van zelve aancoond. Zy hebben geoirdeeld aan de Commisfie uit de Nationaale Vergadering, daar en boven te moeten herinneren, hoe moeijelyk het geweest is, om ter onderhouding der gewapende Manfchappen , dié ■zich ter verdeediging der Steden Utrecht en Wyk, en ter dekking der Provincie Overysfel hebben laaten gebruiken , beftendig de nodige fubfidien te 'vinden; hoe daar uit volgt, dat, gelyk het gering beloop van de gefourneerde Penningen in het Nationaale Fonds byna geheel daar door geabforbeerd is, zo ook de Penningen tot zulk een generaal Plan benodigd , voiftrekt in den tegenwoordigen tyd ontbreeken zoude, en dat alleen een langzaam maar zeker accres van het gemelde Nationaal Fonds met den tyd eenig uitzicht tot verkryging van een genoegzaam Capitaal tot zulk een kostbaare onderneensin'g geeven 'kan ; en, hoe eirdelyk tot dus verre gUes ontbreekt, het geen tolleen de nodige Geld- ï»id-  ie Gebeurtenis/en in 17Z7 en%- voorgevallen. 219 iniddelen ter voldoening van offenfive desfeinen vereifcht word, ais generaale Manoeuvres, generaal Plan van Operatien , Commandanten en Chefs, egaale Geweeren, grove Artillery, Ammunitie van Oorlog, Veld-liquipagie , discipline Militair en Middelen ter contrainte der onderhoorige Manfchappen, generaale Loopplaatfen en diergelyken; het gebrek van welk een en ander de gedugfte gevolgen in geval van executie der voorgeftelde middelen, en het nutteloos waagen van een menigte der braaffte en gerefoiveerfte Manfchappen zoude moeten doen dugten, en als zeker te gemoet zien; om nu niet te fpreeken van de onmooglykheid van de vereifchte fecretesfe onder zo veele Manfchappen. als welke door eene algemeene oproeping en kennisgeeving van zulk een Plan daar van bewustheid zouden moeten hebben, en van het byeenbrengen ■van een behoorlyk aantal gewapende Leden, zonder dat de Partyen vooraf genoegzaame tyd zouden Jbebben ter verydeling der gemaakte fchikkingen, De Leden van het Committé hebben derhalven gemeend, de ernftige en bedaardeoverweeginge der boven aangehaalde bedenkingen, "aan de Commisfie •uk de'Vergadering der gewapende Corpfen met alle uadrukkingen aan hunne Committenten in derzelver waar dagligt te eommuniceeren, en den welmeenenden Raad van het Committé open te leggen , om voor als nog met alle middelen welke een offenfive ónvermydelykheid ten gevolge zoude hebben, te fuperfedeeren, met verdere by voeging, dat die Leden egter van gedagten zyn, dat alle préparatoire iniddelen, om de gewapende Natie meer gedugt te jnaaken, en meer in ftaat tot een eventueele zajnenrukking te ftellen, waar toe zy in de aan hun overgegeeven Concepten verfcheide nuttige ontwerpen gevonden hebben, onder de hand en zonder daadelvke blyken van eenige oogmerken tot een pffenfiëf Plan" met veel'vrugt zoude kunnen gel-mplooijeert worden j en dat het gedeelte der Gelden die daar. r,oe zouden vereischt worden, zeer gevoeglyk  2ïo Verzameling van Stukken betrekkelyk tot nit het Nationaal Fonds, als grootendeels ingerigt ter bevordering van den Burger Wapenhandel, zouden kunnen gevonden worden; terwyl de Leden van het Committé voor zich zeiven en voor hunne mede-Regenten die met hun in gevoelens omtrent de wasre Nationaale vryheid overeenftemmen, aan de Nationaale Vergadering der gewapende Corpfen, met de meeste oprechtheid verzekeren kunnen, dat zy gevoelig zyn voor het vertrouwen der gewapende Corpfen in hun gefteld , altyd bereid zullen gevonden worden, om met alle vermogens den gewapenden arm der Burgerye te fouteneeren, en voorts door de meeste gepaste en efficacieufe middelen tot die zelve loffelyke einde mede te werken, welke de harten van zo veele duizenden gewapende Burgers fleeds bezielen, en op zulk eert eendragtige werkzaamheid den zegen des Almacheigen eerbiedig affmeeken, en eenmaal zeker verwagten.Heden den 6 April 1787. Onder Jlond Accordeerd met deszelfs Origineel onder my berustende. (was get.) F. G. Blok, Secrl Na welke Leclure &c. Pointen van deliberatie voor het reces der algemeene Provinciaale Vergadering van Krygsraaden, Geconflitueerden, gewapende Genoodfchappent Burger Sociëteiten en Patriottifche Corporatien te houden binnen Amjteldam den 17 September 1787. i. De Commisfie der gewapende Burgercorps &c. Gedaan te Woerden den 13 September 1787. Ondet  4e Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen, aaf Onder ftond Uit naam van de Commisfie der gewapende Burgercorps in Holland ter expeditie van Militaire zaaken. (was get.~) R. van den Bosch, abf. Secr. Lager ftond, Aldus geextraheert uit Beker Boek in Folio, hebbende eene geruite Papieren omfiag, aan my geëxhibeert door den Advokaat-Fiskaal van Braband, en is het zelve voor zo veel het geëxtraheerde aangaat , accordeerende bevonden in 's Hage dea 12 January 1788. Nog lager ftond, 'By my, (was get.) J. H. Ente. Gezwore Clercq van bet Officie) Fiskaal van Braband. ^No. 412. Strekkende tot Bylaage F. van N°. 406. Behelzende Request van den Prokureur-Generaal van Braband, aan den Edelen Raade en Leenhove van Braband en de Landen van Overmaaze, met verzoek van Mandament Crimineel en van appre- ■ hen/ie ten lasten van Hendricus Amandus van Lauwere enz. Exhibitum den 28 Jan. 1788» Vertoont reverentelyk de Prokureur-Generaal van Braband en de voorfchreeve Landen. Dat Hendricus Amandus de Lauwere Medicine Doctor, woonende te St. Oedenroode, Quartier van Peelland, Meijerye van 's Hertogenbosch, van zich heeft kunnen verkrygen, om op den «Hen immers in het begin van den maand September deezcs jaars  III Verzameling van Stukken betrekkelyk M jaars 1787, ter inftantie van een woeste hoop Volks $ gewapent met Knuppels, en tot dat einde in zekere' Herberg opzettelyk by den anderen gekomen, zich aan het hoofd van dezelve hoop te (tellen, en daar mede onder het gezang en gefchreeüw ziet hier £0men wy Patriotten aan, Orange meet 'er uit, en diergelyke bewoordingen^, te marcheeren, tot aan en voor het Huis van Willem van der Hoeven, Vor* fier te St. Oedenroode voornoemt, in welkers huizing voor het raam ftond een glas, in het welk was geplaatst een vercierde OraDge tak, en daar opeen Appel, hebbende tot inferiptie: Zend met my voor Frifoos Zoon, Heiigeheden voor Gods troon, Dat zyn Haaters voor hem vlugten, En hun razemy bezugten. Dat den gemelden Hendricus Amandus dé Laüwere alzo met dien hoop voor hec zelve Huis gekomen zynde, en dezelve hoop zingende en fchreeuwende voor het Huis zynde blyven ftaan, de voornoemde Willem van der Hoeven en zyne Huisvrouw hun deur hebben open gedaan, om te zien wie 'er waren, én wat dezelve höop mogt willen hebben, en als toen aan gemelden Hendricus Amandus de Lauwere hebben ge vraagt, wat 'er ter Hoeven verfche-iden Hagen en ftooten van ceT mg/a  Ï24 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot nige uit dezelve hoop had moeten ondergaan, eri ook twee fneeden met een mes door zyne klederen, zonder echter daar door gekwest te zyn, had ont« fangen. Dat even zo, de gemelde Hendricus Amandus van Lauwere eenigen tyd te vooren al mede van zich heeft kunnen verkrygen, om aan Johannes Petrus Attonius de Cocc) Mr. Chirurgyn te St. Uedenrode voornoemt, voor te liaan, niet alleen, om van zyne gevoelens aangaande zyne Hoogheid en het wettig beltuur Van den Lande, af te gaan, en die vari liet ten aanzien van de geëtablifeerde Conftitutie f zo onwettig fyfthéma der zogenaamde Patriotten te amplecteeren, met by voeging, dat hy Chirurgyn om zyne geneigtheid voor hec Huis van Orange by alle weidenkenden wierd gehaat, en daar door in zyn beftaan nadeel zoude lyden; maar ook om by die en andere gelegentheden zyne Hoogheid den Erf-Stadhouder Generaal der Vereenigde Nederlanden, van Landverraad, en dus van de hoogfte misdaad van gekwetfte Majefteit opeatlyk te accufeeren. Dat, gelyk dierhalve de voornoemde Hendricus Amandus van Lauwere zich heeft gedraagen als het Hoofd van een oproerige hoop, en als zodaasige verregaande gewelddaadigheden heeft gepleegt binnen het Huis van een gezeten Inwoonder, beambte van de Juftitie te St. Oedenroode voornoemt, en hy bovendien zyne Hoogheid in die Eminente Charge valfchelyk van de hoogfte misdaad van Majefteitsfchennis heeft geaccufeert, de Vertoonder alzo heeft geoirdeelt, ter dier zaake van Officiewegen tegens den voornoemden Hendricus Amandus van Lauwere, zo uit hoofde, dat het buiten tegenfpraak van het Officie Fiskaal van Braband competeerd, om ter eerfter inftantie voor deezen Raade daar over te ageeren, als ter oirzaake, dat het Hoog Officie van 's Hertogenbofch in de informatie van wegens het zelve ter dier zaake als toen genomen, geenünts naar behooren voor het recht van de Hooge  is Gebeurtenis/en in 1787 ene. voorgevallen. 225 ge Overheid heeft ge Vigileert, direct voor deeze Raade te moeten procedeefen. En vermids diergelyke misdryven, waar Van de gevolgen niet dan ten hoogden fchaadelyk voor de algemeene rust en de veiligheid der Ingezetenen kunnen worden aangemerkt, eu alzo ten hoogftea aan den Lyve ftrafbaar zyn. Zo keert de Vertoonder zich tot deeze Edele Raade , verzoekende U Edele Mogende Mandament crimineel en van apprehenfïe, ten lasten van den gemelden Hendricus Amandus van Lauwere, en Voorts in tummiini Jorma. 't Welk doende. - ' ■ ■ I JNo. 413. Strekkende tot Bylaage G. van N°. 4.06. Behelzende Müfive van Schepenen -, Gezwooren en ; - Raaden der Stad's Hertogenbofch, aan den Heere eerst prafideerende Raad , midsgaders drie mede* Raaden in den Raade en Leenhove van Braband. Exhibitum den 28 .Jan. 1787. "'-ab icov no^ofit'-yY^..yi;.-e.">i l ^j^Ssé.-M^1' Edele MogenDe Heeren ! Na dat onze Stads Gecommitteerdens, de PrEelitfent Roosendaal F. F. Z. en Penfionaris Martini, onlangs by hün Rapport van derzelver verrigtingen ift 's Hage hadden overgelegt een gedrukt Kxemplaar* zo van het Berigt door den Edele Mogende Raade en Leenhove van Btaband en Landen van Overmaaze den I7den Maart deezes jaarsi, aan Hun Hoog Mogenden gedaan op onze Adresfen tot inroeping det Brabandfche Landwetten en Privilegiën, omtrenC de begeeving van Ambten aan geboören Brabanders, als van het afzonderlyk Berigt van Uw Edele Mogenden over het zelfde fubject den 3iften Maart daar aan volgende mede aan Hun Hoog Mogf datt geadresfeerd, hebben wy daar door de aangenaams gelegenheid gekreegen, om die beide Stukken te leezen en. te examineeren. . . }V. Deel. P Eo  226 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot En nadien wy met het uiterfte genoegen in het afzonderlyk Berigt van U Edele Mogenden hebben mogen zien, dat daar by onze gereclameerde Privilegiën in het fchoonfte ligt Worden gefteld, eil derzelver aciplicatie tot Staats-Braband op de kragtigfte wyze word aangedrongen in conformité van onze gedaane verzoeken, met gepaste oplosfingen dër bedenkelykheden welke daar tegens zyn ingebragt, en verder zouden kunnen worden gemaakt; hebben wy het van onze onvermydelyke pligt geoirdeelt, U Edele Mogenden by deezen te moeten betuigen, onze waare erkentenis vooral den arbeid en equitable poogingen in deezen by Hun Hoog Mogenden aangewend tot confervatie en handhaaving van onze ingeröépe Landrechten en Privilegiën; te meer, daar deeze denk- en handelwyze by ons niet weinig zal en moet vermeerderen het vertrouwen , waar mede wy voor het vervolg in het byzonder op U Edele Mogenden als edelmoedige Voorftanders van onze Brabandfche Voorrechten, konnen ftaat maaken. Ja Edele Mogende Heeren ! wy mogen voor dezelve niet verbergen, dat wy voor dat fchoon en ailerinterresfantfte ftuk waar van de meerdere bekendmaaking wy-alleen aan 'de wyze en byzondere directie van Hun Edele Groot Mogenden de Heeren Staaten van Holland en West-Friesland te dan-? ken hebben, en langs dien weg ook tot onze kennis is gekomen, zodaanig zyn getroffen, dat wy gerefolveerd hebben, het zelve benevens alle de andere Stukken tot deeze zaak relatief, in groot Octavo te doen drukken , ten einde daar door aan onze weldenkende Burgerye en andere In- en Op^ gezetcnen van Staat-Braband gelegenheid te geeven, om en détail te worden geinformeert, hoedaanig 'de Adresfen zo van hun zeiven,als van ons, niet alleen by de Heeren Gedeputeerden ter Generaliteit, maar ook by de Hooge Bondgenoóten zyn C>pgenoomen, en in het byzonder, wat de hoogfte Hechter over Staats-Braband toont te denken «ver Ik*  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 22? het verftand en de adplicatie van deszelfs Lands. rechten en Privilegiën, het geen zo wy ons vleijen, U Edele Mogenden niet onaangenaam zal zyn. Voor het overige neemen wy de vryheid, de ongekrenkte bewaaring der Privilegiën van Staats-Braband in het gemeen, en die van deeze Stad in het byzonder, aan dewaakzaame attentie en medehulp van U Edele Mogenden by aanhoudenheid te recommandeeren, terwyl wy van harten wenfchen, dat UEd. Mogenden nog lang en laat.tot luifterder Juftitie en tot maintien der Brabandfche Voorrechten mogen worden geconlërveert, de eere hebben met gedistingueerde hoogachting te blyven. ys Bofch, den 26 Mey 1785. Edele Mogende Heeren! Onder ftond, Uwer Edele Mog. dienstwillige Dienaaren. 09tn 3üb. dbl j; '. "xh^,b^iid_xo3 a'jfanapc;», ■ . r ; Schepenen, Gezworens en Raaden der Hoofdftad 's Hertogenbofch. Lager ftond, Ter Ordonnantie van dezelve.; (was get.) Ant. Martini. ADRES. Edele Mogende Heeren! Den Heere Mr. Willem van Laar, eerst prsefideerende Raad, midsgaders de Heeren en Mrs. N. VV. Hartman, D. F.Steyn Parvó en L. E. van Eck, Raaden in den Raade en Leenhove van Braband en Lande van Overmaze. P * No.  228 Verzameling van Stukken betrekkelyk tdt No. 414. Strekkende tot Bylaage H. van N°. 406. Behelzende eene Misfive van Hun Ed. Groot Mogent den de Heeren Staaten van Holland en West-Friesland aan de overige Bondgenooten. Exhibitum den 28 January 1788. Edele Mogende Heeren! Wanneer wy door het Rapport van de Heerenonze Gecommitteerden ter Vergadering van hun Hoog Mogenden geinformeerd waren, dat op den 3den Van deeze maand, ter gelegenheid van het inkomen van eert Advys van den Raad van Braband, over de reclame der Privilegiën van Braband, door de Regeering van 's Bofch, eene deliberatie was gevallen, of men ook zoude aanneemen zekere Memorie van Confideratien door de minderheid van den gemelden Raad, die op dit ftuk van de meerderheid gedi^fentieert had, aan den Heer Praefident van Hun Hoog Mogenden ter hand gefteld; dan dat men by eene conclufie, alleen met drie Provinciën, tegen het advys èn de inilantien van Holland en Zeeland had kunnen goedvinden, de gemelde Memorie niet te accepteeren, maar dezelve, zonder eens ■de Le£ture-d3ar' van toe te liaan, weder te rug te geeven; zo bebben wy confideerende , dat over een zaak van zó veel aanbelang, als is de beoirdee]ing van gereclameerde Privilegiën , niet te veei Jicht kan worden verfpreid, en dat het geringde denkbeeld zelfs van eenzydig- of vooringenomenheid, volfirekt van een diergelyk te doen onderzoek behoord te worden geremoveert , aanfionds het nodige doen in het werk Hellen, ten einde devoorfchreeven Memorie ter onzer kennis :zoude komen, en in de onpartydige deliberatien, welke Wy over deeze materie denken te houden , mede in overweeging gebragt zoude kunnen worden. En vermids wy , niettegenltaande de finguliere conduiten door fommige Heeren Gedeputeerden tss Generaliteit, by de behandeling deezer zaak ge-  de Gebeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 229 gehouden , waar over wv ons thands liefst niet nader zullen uitlaaten, evenwel van alle onze Bondgenooten moeten vertrouwen, dat zy onze hier vooren aangehaalde principes zullen billyken, en daar in met" ons convenieeren; zo hebben wy het niet ondienftig geoirdeeld , om van de voorfchreeven Memorie die op ons expres aanzoek door de" bovengemelde minderheid uit den Raad van Braband aan'ons geëxhibeert is, een affchrift by deezen aan U Ed. Mogenden te doen toekomen, niet twyrfelende, of U Ed. Mogenden zullen by het te doene onderzoek daar op wel die attentie willen vestigen , welke de imDOrtantie der zaake en onze gezamentlyke verpligting, om in deezen met de uiterfle naauwgezetheid te werk te gaan, naar ons inzien alfints vorderen, . Waar mede. No. 4.15. Publicatie van zyne Doorluchtige Hoogheid den Heere Prince Erf-Stadhouder, behelzende eens verandering in de Regeering der Stad Rotterdam, In dato den 30 Jan. 1788. Wy Willem, by de gratie Gods, Prince van Orange en Nasfau &c. &c. &c. Allen den genen, die deezen zullen zien of hooren leezen, falut; doen te weeten: dat wy in deeze bekommerlyke tyden niets meer ter harte neemende, dan dat de refpective Steden deezer Provincie , onder ons Stadhouderfchap forteerende» mogen worden gebragt in zodaanige ordre en Regeering , waar door derzelver rust en voorfpoed. worde geftabileerd, en óns zo door de publieke notoriteit, als door den voordragt van Gedeputeerden der Stad Rotterdam kennelyk zynde geworden, dat in dezelve Stad tusfchen de Regenten en Ingezetenen onderling zodaanige diffidentie was ontftaan» waar door ons goed oogmerk niet kan worden bereikt zonder gebruik te maaken van de authoxilatie P 3 b*  230 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot by Refolutie van de Edel Groot Mogende Heeren Staaten van Holland en West-Friesland, van dato den 31 October 1787, op ons verleend, en voorts in het Rapport van onze Commisfarisfen , Jonkheer Willem Güsïaaf Frederik Graave van Bentink, Heer van Rhoon en Pendregt, befchreeven in de Orde van de Ridderfchap en Edelen van Holland en West-Friesland , Bailliuw en Schout van -8 Gravenhage, Hoogheemraad van Rhynland, en Mr. Dirk Meerens, Raad in den Hove van Holland, Zeeland en Friesland, welken wy om presfante affaires ons perfoneelyk in de voorfchreeven Stad niet kunnende laatenvinden,derwaarts hadden gezonden, van al het voorenflaande nader geinformeert zynde: hebben goedgevonden, alle zodaanige Regenten of Vroedfchappen der voorfchreeve Stad, dewelke niet vermeld Haan in de hiernageinfereerdeLyst, teontflaan, gelyk wy dezelve ontflaanby deezen van hunne voorfchreeven funclien; zodaanig nogthands, dat de alzo ontflagen Regenten daar door niet zullen worden gekwetst of benadeeld in hunnen goeden naam en faam, veel min, dat dezelve daar uit zullen mogen worden gefufpiceert, zich in de Regeering van Land of Stad niet naar behooren gedraagen te hebben : interdiceerende wel ftriktelyk eenen iegelyken, wie het zoude mogen zyn , de meergemelde by deezen door ons ontflagen Regenten daar over te betigten , veel min hunne Perfoonen of Goederen eenigfints te molesteeren, befchaadigen of incommodeeren, dezelve gewezen Regenten , midsgaders hunne Familien en Goederen ten dien einde neemende in onze fpeciaale proteftie en fauvegarde , alles ingevolge de bovengemelde Refolutie van Hun Edel Groot Mogenden. Gelyk wy wyders ook hebben goedgevonden , de Perfoonen op gemelde hier aanflonds volgendeLysc gefteld, welke tot nu toe geene Vroedfchappen der voorfchreeven Stad zyn geweest, daar toe aan te ftellen, gelyk wy dezelven aanllellen by deezen. Vroed-  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 23^ Vroedschappen. Mr. Tean Bichon,Heer van Oost- en West-Ysfel- m0nde Mr. Jacob van der Heim. — Hendrik van Beeftingh. — Mr. Johan Adriaan van der Hoeven — Mr. Claudius van der Staal. — Mr. Corneiis Groeninx van Zoelen, Heer van Ridderkerk. , Tr. Tohan Marten Baron Collot d Escury. ■ Mr.IfaacvanTeylingen. — Mr. Jacob Mosfel.— Tohan Francois van Hogendorp. — Mr. Joan (-re?- brand van Mierop. Mr. Reimer Fredenk van Staveren, Heer van Herkingen en Roxenisle. — Mr. Anthony Wilhelmus Seyn van Balei. — Pie- ter van Yzendoorn. Mr. Jan Cornets de 'Groot. Mr. Dirk Lodewyk van Caaenburch. — Dr. Henrik Vink. — Willem Suermondt, —- Mr. Marinus Hoog. Mr. Corneiis vanHeusde. Johan Philip de Montó. Johan van den Honert. Mr. lfaac van Schinne. Grego- rius van Oordt. _ En vermids de eerfte Penfionaris Mr. Herman Nederburg, en de Secretarisfen Mr. Willem Wendilius van Berckel en Adriaan Willem Beelaarts hunne demisfien van die refpeftive Posten van ons hadden verzogt en bekomen, hebben wy goedgevonden benevens den Pensionaris, Mr. Gysbert Carel van Hogendorp, en den Secretaris, Mr. Jacob van Zuylen van Nyevelt, aan te Hellen tot Secretarissen. Mr. Dirk Corneiis Gevers en Mr. Otto Paulus Groeninx. Gecommitteerde Raad. Mr. Corneiis Groeninx van Zoelen, Heer van Ridderkerk. ' P 4 Ge*  1$% Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Gecommitteerde in de Provïnciaals Rekenkamer. . Mr. Jan Cornets de Groot Gecommitteerde in de Admiraliteit op de Maze: Hendrik van Beeftingh. Voorbehoudende aan ons, om ingeval dat een of meer der voorfchreeven. Vroedfchappen of Secretarisfen voor de aanftelling mogt of mogten bedanken de plaatfen , welke daar door zouden vaceeren, te vervullen. Blyvende de Hoofd-Oiïicier, Burgemeesteren, Schepenen en Schepenen-Commisiarisfen gecontr» nueerd. Voorts gelasten wy onze voornoemde Commisfarisfen, om, in onzen naam de voorfchreeven nieuw aangrftelde Vroedfchappen en Secretarisfen, in derzelver refpeétive qualiteiten den gewoonen ééd af te neemen, als mede alle de voorfchreeven Vroedfchappen en derzelver Ministers af te neemen den ééd by Refolutie van Hunne Éd. Groot Mogenden van dato den 23 November 1 87 gearresteerd, waar Dy zy zullen zweeren : ,, dar zy'belooven de Souis vertiniteit van de Staaten en hunne tegenswoor„ dige Regeeringsform, en zulks mede in hetpar3, tikulier Hunner Ed. Groot Mogenden Refolutie „ van den 16 November 1747 op het Èrf-Stadhou„ der-, Kapitein- en Admiraalfchap-Generaal ge„ nomen, in alle haare deelen te helpen confer„ veeren en maintineeren, en ingevalle tot hunne „ kennisfe mogte komen, dat eenige ligues of fa3, menfpanningen, (trekkende tot ondermyning of omverwerping daar van, mogten worden gefor9, meert, zy daar Van aan Hun Edel GrootMogen,„ den, aan den Heere Erf-Stadhouder in der tyds „ of de Vrouwe Gouvernante in der tyd, ten eers, (len kennisfe zullen geeven ". En eindelyk nog, om die genen der Vroedfchap- Pet\  ds Gekurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 23$ pen en Ministers, welke op den voorfchreeven 23 .November 1787 reeds in de Regeering waren, en daar in volgens de voorfchreeven Lyste zyn ge"bleeyen, te doen praesteeren den ééd,insgelyks by laatstgemelde Hunner Edel Groot Mogenden RefoJutie geordonneerd; houdende: „ dat zy verklaa,, ren, dat zy aan de Acte van Verbindtenis, welke ,, op den 8 Augustus 1786 tusfchen verfcneiden „ zich noemende Vaderlandlievende Regenten te a, Amdeldam aangegaan, en door dezelven en naderhand mede door veele anderen geteekend is, „ of geenerlei deel hebben gehad direct of indi3, redt, of by zo verre zy daar aan eenig deel di„ reet of indirect gehad mogten hebben, daar van a, te refiiiëeren, en zich ontflagen te houden van 3, alle uit dien hoofde gecontracteerde verplig»> ting". Wyders verklaaren wy onze intentie te zyn, dat het yerkiezen van de voornoemde nieuwe Regenten , in maniere als vooren gedaan, in dit extraordinair geval alleen is gefchied tot meerder rust en dienst dier voorfchreeven Stad Rotterdam, en tot; wegneeming van diffidentie en onlusten, aldaarontftaan; en zulks zonder eenige prssjuditie of confequentie voor het toekomende, ten aanzien van de Privilegiën, Vryheden of Gerechtigheden, de voorfchreeven Stad en de goede Burgeren of Ingezetenen derzelve competeerende, die wy verdaan dat in haar oude kragt en vigeur blyven zullen. En dewyl wy een byzonder belang dellen in alles wat in ons is te helpen toebrengen, om de rust, eendragt, het vertrouwen en den daar uit fpruitenden bloei van dit gezegend Gewest en van de voor> fchreeven Stad Rotterdam te doen herleeven , referveeren wy aan ons, om (zofpóedigmooglvk) op de refpective adresfen, welke daar toe zouden mogen ftrekken, inzonderheid mede concerneerende de directie der Schutterye , aan onze voornoemde Commisfarisfen gedaan, te disponeeren, en zodaapige verdere orders te de1len, als wy tot bereiking P j van  «34 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot van dac heilzaam oogmerk en ten meesten nutte zullen oirdeelen te behooren, Eindelyk vermaanen wy alle Regenten, Burgers en Ingezetenen der voorfchreeven Stad Rotterdam, dat zy alle tot hier toe gefubiïfteerd hebbende Partyfchappen en Animófitëiten laaten vaaren ; het gepasfeerde wederzyds vergeeven en vergeeten, en, gelyk het goede Burgers en Ingezetenen betaamd voortaan in vreede en goede harmonie famen leeven : terwyl wy het betragten of nalaaten van deezen pligt, van de zyde der genen die profesfie maaken van Aankleevers te zyn van de belangens van ons Huis, zullen aanmerken als den toetfteen van de oprechtheid van derzelver gevoelens en bedoelingen. Verwagtende wy voorts en des noods beveelende, dat alle de Burgers en Ingezetenen, en een iegelyk van hun , voortaan in hec generaal zullen betragten, al het gunt de pligt van gehoorzaamheid en onderwerping aan hunne wettige" Overheid vordert, op pcene, dat de genen, welke bevonden zullen worden tegen deeze onze ferieufe wil en begeerte te hebben ingegaan , en zich aan eenig wanbedryf tegen de waardigheid van de Regeering of ongehoorzaamheid aan de beveelen van dezelve fchuldig te maaken, als Verftoorders van degemeene rust en Verachters van onze heilzaame oogmerken en beveelen, naar exigentie van zaaken en volgens de Wetten van den Lande,zonder eenigeconniventie, anderen ten exempel zullen worden geftraft. Gedaan in 's Gravenhage, den &c. (was getJ) W. Pr. v. Orange. Ter Ordonnantie van zyne Hoogheid, (was get.~) T. J. de Larrey. No.  ie Oeieurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 235- No. 416. Publicatie van zyne Doorluchtige Hoogheid dm Heere Prince Erf-Stadhouder, behelzende fchikkingen tot oprichtinge van eennieuwen Krygsraaden Schutterye te Rotterdam. Indato demFebr. 1783, Wy Willem, by de gratie Gods, Prince van Orange en Nasfau &c. &c. &c. Doen te weeten: alzo ons door Jonkheer Willem Gustaaf Frederik Graave van Bentinck , Heer vanRnoon en Pendrecht, befchreeven m de orde van de Ridderfchap en Edelen van Holland en WestFriesland, Bailluw en Schout van 's Gravenhage, Hoogheemraad van Rhyniand; en Mr. Dirk Meerens, Raad in den Hove van Holland, Zeeland en Friesland, welke wy ingevolge de authorifatiedoor de Ed. Groot Mogende Heeren Staaten van Holland en West-Friesland, van dato den 31 October 1787 aan ons verleend, hebben gecommitteerd, om in de otad Rotterdam de rust te herfteUen; is gerapporteerd: dat zy Commisfarisfen bevonden hadden, dat wel direft na de gelukkige omwenteling van zaaken binnen deeze Republiek, by de Wethouderschap van de voorfchreeven Stad behoorlyk was voorzien, omme wederom eene zodaanige Burgerwagt op de been te brengen, als waar by, ingevolge voorige Ordonnantiën, de voorfchreeven Stad, leduurende onheuglyke tyd, altoos in goede rust en veiligheid was bewaard gebleeven, met vernietiging van zodaanige andere Schuttery, als ingevolge zekere Ordonnantie, in dato den 17 Junyi786, tegens de protesten en advys der Vroedfchap, en van de helfte der Leden van de toenmaalige Wethouderfchap, tegen de Confideratien van de meerderheid der toenmaalige Colonellen en Kapiteinen, tegen het advys van de wettige meerderheid van den toenmaaligen Krygsraad, en tegen het genoegen van een groot aantal Burgers en Ingezetenen, ongelukkig was geintroduceert. Dan dat echter de omftandigheden der voornoemde Stad noch niet hadden toegelaaten, dat 'er beJioorlyke en duurzaame fchikkingen konden worden be-  13 6 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot beraamd en vastgefteld, of zodaanige Opperhoofden benoemd, als by ondervinding gebleeken was, aüeilnts noodzaaklyk, en aan hec verlangen der Burgery, voldoende te zyn. Dat zy Commisfarisfen wyders bevonden hadden , dat de laatfte Publicatie, raakende de Burgerwagt, in dato den 19 O&ober 1787, vergeleken met vroegere Ordonnantiën op de Burgerwagt van den jaare 1783, voor een zeer aanmerklyk gedeelte konde blyven fubfifteeren, alzo daar by de beste en voor de voorfchreeven Stad heilzaamfte maatregelen , zo voor de ordinaris wagten, als voor, of ingeval van Brand, Confufie of Alarm , gelyk mede behoorlyke Jaargelden voor de zulken , die tot de Burgerwagt niet kunnen toegelaaten worden, bepaald waren, dan dat echter by eene generaale verbetering en ter herftelling van onderling vertrouwen volkomen noodzaaklyk was, dat zonder veM traagen deeze navolgende Hoofdpoincten wierdea vastgefteld. I. HoofdpoinSi. Dat nimmer eenig ander gewapend Burger-Corps, onder wat bcnaaming het ook zoude mogen zyn , binnen deeze Stad zal mogen worden opgerigt, buiten de alleen wettige Stads Schuttery of Burgerwagt, op pcene dat de Verzoekers, en veel meer de Inftellers of Deelgerooten van of tot eenig ander gewapend Corps, als Verftoorders der publieke rust zullen worden aangemerkt, en als zodaanigen naar exigentie van zaaken geftraft. 2. Dat de Schuttery wederom als van ouds beftaan zal uit twaalf Compagnien, verdeeld mede zo als van ouds in twee Regimenten, voor ieder van welke voortaan tot Colonel zal aangefteld worden een van de Leden der Vroedfchap, ter keuze van de Vroedfchap; welke beide Colonellen in alle veranderingen , zo van Colonellen als Kapiteinen, als. vaq  Ss Gébéurtenisfen in 1787'«*. mrgev&llm. 237 van denKrygsraad cesfie zullen hebben, en ieder Ifzonderlyk hunne -ftemmen zullen uitbrengen , zullende wyders de voorfchreeven Colonellen tot al e befoignes over zaaken, makende de Burgerwagt, 20 by de Vroedfchap als by de Wethouderfchap, benevens de verdere Leden der Regeering, worden gecommitteerd. Over iedere Compagnie zal gefteld worden een Kapitein, een Luitenant, een Vendrig en verdei e Officieren, zo en op dien voet als van ouds met goed contentement der Burgers plagt te gefchieden. 4. Tot Kapiteinen zullen worden aangefteld zes Leden van de Vroedfchap en zes buiten de Vroedfchap, het zy Schepenen, Oud-Schepenen of andere Burgers, des datde Kapiteinen geen Schepenen zynde, en daar na Schepenen wordende, meC verplat zullen zyn hunne Kapiteinsplaatfen af te Colonellen zullen jaarlyks'en wel'in'de maand Mev ten zeiven dage als-wanneer over de lmalie Ambten der Vroedfchap gedisponeert word, met Heeren Burgemeesteren in overleg treeden over de continuatie of discontinuatie van Kapiteinen , Luitenants en Vaandrigs, en van hunne gehoudenebefoignes kennis geeven aan de Vergadering van CoJonellen en Kapiteinen , ten einde des vereifdit wordende, de Nominatien van de dubbel getallen van Perfoonen aan uc Wethouderfchap ter Electie te prefenteeren. Colonellen en Kapiteinen zullen zo dikwils het nodig zvn.zal, ten minften eenmaal ter maand vergaderen'in de Stads Doele, in welke Vergadering  238 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot over alle voorkomende zaaken, de Burgerwagt con» cerneerende, zal worden gedelibereert, en de nodige voorzieningen, als van ouds, beraamd: wyders zullen daar by alle verfchillen, die 'er (onverhoopt) onder de Wagtdoende Burgers ontftaan mogten, gehoord, en zo mooglyk in der minne bygelegd worden: item op alle bezwaaren of klagten over Suppoosten of Bedienden order gefteld, gelyk ook op alle actiën of calangien uit de Ordonnantie der Burgerwagt fpruitende, ten eerfter inftantie» voor deeze Vergadering zullen worden geinftitueerd, en, het zy by fchikking , het zy by uitfpraak, finaal afgedaan, des dat van deeze uitfpraak Appél zal vallen aan den Grooten Krygsraad. ; 7. De Groote Krygsraad zal viermaalen des jaars vergaderen, en zal daar in zitting hebben eene Commisfie van de Wethouderfchap, beftaande uit een der Regeerende Burgemeesteren en twee Schepenen, geen Kapiteinen zynde, voorts de beide Colonellen, twaalf Kapiteinen, twaalf Luitenants, doch geen Vaandrigs. In deeze Groote Krygsraad zal worden gedelibereerd over het aanneemen en het ontftaan uit de Wagt, en voorts alle actiën en questien by provocatie, en wyders door de Kapiteinen der Compagnien extract rapport gedaan van den ftaat der Compagnien, ieder van de zyne refpectivelyk. En eindelyk finaal befloten op alle zodaanige zaaken als by de Commisfie der Wethouderfchap of by, en uit de Vergadering van Colonellen en Kapiteinen * zullen worden voorgefteld, doch zullen de byzondere Leden, hetzy een 'Colonel, Kapitein of Luitenart, daar by geen zaaken mogen voorftellen, die niet vooraf by de Vergadering van Colonel» lea en Kapiteinen in deliberatie gebragt en be. floten  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voor gevallen. 239* floten zyn, om op de Groote Krygsraad voorgeleid te worden. . En ten einde de zaaken by deeze Vergadering vaa Colonellen en Kapiteinen, als mede by den Grooten Krygsraad in vereiichte orde zouden kunnen worden behandeld, genotuleert en geregistreert, als mede behoorlyk zorge gedraagen voor de exacte invordering - der Jaargelden, (het welk alles, vooral in den beginne en by deeze vernieuwde inrigting van de Schutterye.,. een vry omflagtig werk zal zyn) zo zal daar toe, voor de eerfte reize,door zyne Doorluchtige Hoogheid aangefteld worden 'een permanent Secretaris, welkers aanftelling, in cas van vacature, zo lange zodaanig een byzondere Secretaris vereifcht zal worden, by Heeren Burgemeesteren zal zyn. En zal deeze als nu aan te ftellene Secretaris teffens gequalifrceert zyn, tot de invordering derboetens, en daar toe de actiën of calangien kunnen in». ftitueeren en vervolgen. %nk 1; 10. ■ & '3* ■ / 'oh\0 Voorts, op dat eens vooral alle ongepaste aanzoeken van de zyde der gewapende Burgery by.de Re«*eering, -en van de andere zyde alle onbillyk gebruik door de Regeering van de gewapende Burgery, in het vervolg, zouden worden voorgekomen; zo zaïvoortaan niemant vermogen eenige bezwaaren, de Burgerwagt concerneerende, aan de Regeering voor te ftellen,- dan na bekomen bewilliging, ten minften van een der Colonellen, drie Kapiteinen Leden der Vroedfchap zynde, en drie Kapiteinen geen Leden der Vroedfchap zynde , of .wel anderfints agt Kapiteinen zonder Colonel. Van den anderen kant, indien het mogt gebeu,ren (het geen God verhoede) dat 'er immer eenig misverftand ontftond tusfchen de Regeering en Burger-Krygsraad, ter zaake van eenige orders omtrent  446 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot trent het gebruik der gewapende Schuttery, zo dat ten minften agt van de Kapiteinen, met een der twee Colonellen , of wel tien Kapiteinen zonder een der Colonellen , vermeenden zwaarigheid te moeten maaken, om'zodaanige orders der Regeering uit te voereD; en dat zy deswegens geen re» delyk contentement by de Regeering konden bekomen, in dat geval, zal de zaak ten fpoedigften moeten worden gebragt ter kennisfe van den Hee-. re Erf-Stadhouder in der tyd zynde, omme daar op naar behooren te worden voorzien. li' i Niemant zal tot Kapitein, Luitenant of Vaandrig mogen worden aangefteld, dan die profeslle doet van de Gereformeerde Religie, of immers dezelve toegedaan is. .*■ -.: "<.-'• $ ~ i' < rïn'I;''- . iü",' ' Deeze kapitaale Hoofdpoinfteri, als nu vastgefteld zynde, zullen Colonellen en Kapiteinen zich bevlvtigen omme ten fpoedigften te revideeren de Ordonnantie op de Burgerwagt van den 30 April 1783, met de Ampliatien of provifioneele nadere voorziening op het ftuk der Wagte, by Publicatie van den 29 October 1787 gearresteerd, ten einde een geheel en behoorlyk Reglement, met overleg en goedvinden van zyne Doorluchtige Hoogheid, ten genoegen van Regeering en Burgerye worde gearresteerd. Wyders worden de thands commandeerende Officieren der Burgerwagt, wier goede Officien door de Regeering by zyne Doorluchtige Hoogheid in gunftig aandenken aanbevolen zyn eti blyven, gequalificeert, omme voor als nog in hunne voor» fchreeven Funclien te cohtinueeren, tot dat by de Colonellen ën Kapiteinen aan zyne Doorluchtige Hoogheid behoorlyke opgaaven zal kunnen gedaan zyn  is 0ebeürlehhjen in iftf enx. 'voorgèvaHen. ift eyü van de Perfoonen,. die zy gëfchikt óirdeeleni» omme tot Luitenants, Vaandrigs en mindere Officieren te worden aangefteld, waar na alle de Officieren en refpective Schutters gehouden zullen zyn» behalven den gewoonen Schutters-ééd, den navoljenden ééd in handen van Commisfarisfen van zynè Doorluchtige Hoogheid of een, daar toe te behoeften Commisfie der Wethouderfchap af te leggen. ,, Wy beloovén en zweeren gehouw en getrouw (, te zullen 'zyn aan de tegenwóördigë Gbnftitutie „ van den Lande van Holland en West-Friesland, „ beftaande in dè vrye en Souvereine Regeering „ van Hunne Edele Groot Mogenden deh Heererï „ Staaten van denzelven Lande, gelyk dezelve fe- dert de oprichting van deeze Republiek heefe „ plaats gehad met het Erf-Stadhouder-, Gouver- neur-, Kapitein-en Admiraalfchap.-Gehëraai, erf» „ lyk in het Doorluchtig Huis van Orange, zodaa» ,t nig als het zelve in Hunner Ed, Groot Mogenden. >, Refolutie van den 16 November 1747 is ópge„ draagen, en by den tegenwoordigen Heer Erf- Stadhouder in den jaare 1766 aanvaard". Zo is 't, dat wy het voorenftaande in overweë» ging neehiendej hebben goedgevonden, de voor= Pchreeven dertien Hoofdpointten tot oprichting van een n^uwen Krygsraad en Schuttery in alle derzelver deelen te approbeeren; terwyl wy wyders hebben goedgevonden (met verklaaring van ons genoeg een over de betoonde vigilantie en yver van de tot hier toe gefungeerd hebbende Commisfie van fuperintendentie over de Burgerwagt, commandëérende Officieren en verdere Manfchappen, welké wy vertrouwen dat daar in zullen voortvaareil, zé lang hét nodig zsl zyn) by deezen aan 'te Hellen» In het eerste Regiment* - Tot ColonéLs Mr. jan Cornets de Groot* Deèi* 6 ^  242 Verzameling van Stukken betrekhlyk iefi Tot Kapiteinen. in de Compagnien No. i. Willem Suermondt. 4. Mr. Corneiis van Heusde. 7. Johan Philip de Montè. 12. Abraham Verftolk. 5. Barthold Suermondt. 2. Mr. Abraham Groeneveld. In het tweede Regiment. Tot Colonel. Mr. Dirk Lodewyk van Cattenburgh. Tot Kapiteinen. van de Compagnien jNo. 6. Johan van den Honert. 3. Mr. Ifaac van Schinne. 8. Gregorius van Oordt. 10, Christiaan Dutilh. 9. Bartholomeus Verbrugge. 11. Christiaan Willem Schuller. Tot Secretaris. Adrianus Havart. Gelastende onze voornoemde Commisfarisfen , om de voorfchreeven aangeftelde Colonellen, Kapiteinen en Secretaris, in onze naam, den behoorlyken ééd, met de ampliatie van dien, zo als dezelve by de voorfchreeven nu geapprobeerde Hoofdpoinóten is vastgefteld, af te neemen, en hen in de posfesfie van derzelver refpective Charges in functie te ftellen. Gedaan in 's Gravenhage, den &c. (was SM.) W. Pr. v. Orange. Ter Ordonnantie van zyne Hoogheid, (»as S«'0 T. J. de Larrey.  ie Gebeurtenis/en m 1787 enz. voorgevallen. 243 £fo. 417. Misfive, van den Prefident en drie Leden vaé den Raad en Leenhove van Braband, welke by Refolutie van Hun Hoog Mogenden de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden gelast zyn om zich van eenige Deiïberatien en Befognes te 'onthouden. In dato den 5 Febr. I788. Hoog Mogende Heeren! De Ondergeteekenden eerst prefldeerende en. Verdere mede-Raaden in den Raade en LeénhoveVan Braband en Landen van Overmaaze, ieder in hun privé ontfangen hebbende U Hoog Mogenden gerefbeéleerde Refolutie op den 28fteh January; laatstleeden, genomen op het gerapporteerde door de Heeren U Hoog Mogenden Gedeputeerden toe de zaaken van de Stad en Meijerye van 's Bosch9 waar by hun hebben gelieven aan te fchry ven, van zich te onthouden van alle Deliberatien en BefoigTïës, welke in gemelden Raade en Leenhove zouden kunnen gehouden of gedecerneerd worden, teri Opzichte van eenige zaaken, welke tot de zogenaamde Patriottifche Genoodfchappen, Vaderland» iche Sociëteiten en Exercitie-Genoodfchappén behooren of, relatie hebben met de troubles, welke jn de laatfle tyden hebben plaats gehad (*). Hebben het van hunnen ónvermydelyken. pligt geöirdeeld aan U Hoog Mogenden voor te draagen en te declareeren, dat zy gaarne berusten willen in. het Voorfchreeven verlangen van U Hoog Mogenden £ by de gemelde Refolutie gemanifesteerd, en zulks ilit hoofde Van den pligtmaatigen eerbied voor Hoogstderzelver Souvereine beveelen, waar aan zy nimmer gemanqueerd hebben: dan zy meenen ég* ter tevehs aan de eer van hun Ambt eri aan hunne eigen onbevlekte reputatie fchuldig te 'zyn , orti •voor U Hoog Mogenden niet te moeten ontveinzen j dat zy gevoelig getroffen zyn döor dé vöor- th Zie hiér vöor No. 49S« hl^dz. i6$i  M4 Verzameling fan Stukken betrekkelyk ut dragt van zaaken, welke by de middelen van hf»f Rapport in de Pramislën van de voorfchreeven Refolutie voorkomende, zo ten opzichte van hun gedrag en denkenswyze in het gemeen, als voornaamelyk ten opzichte van de daadelyke waarneeming hunner Posten gevonden word: en zulks te meer, daar het naar het oirdeel van welgemelde Heeren Gedeputeerden, door meer dan eene omftandigheid by eene Memorie van den Advokaat-Fiskaal van Braband voorgedraagen, bewezen zoude zyn, dat zy in de behandeling van zaaken, hun Ambt concerneerende, de onzydigheid, welke hun hoofdpligt als Rechters moest uitmaaken, zouden gevioleerd hebben. Eene voordragt Hoog Mogende Heeren! waaromtrent het nader onderzoek by U Hoog Mogenden, ingevolge het Advys van welgemelde Heeren Gedeputeerden zelve, vastgefteld, de Ondergeteekenden wel fchynt te mogen doen vertrouwen , dat U Hoog Mogenden dezelve nog geenfints voor bewezen hebben aangenoomen: maar eene voordragt ffogthands, waar door de Ondergeteekenden zich in hunne tederfte betrekking vinden aangetast, en waar van zy dierhalven niet mogen nalaaten, met al dien ernst, welke de verdeediging hunner eer van hun afvordert, de grievende hardigheid refpectueuslyk aan U Hoog Mogenden te reprefenteeren; met eerbiedig verzoek: dat, daar zy zich geene daaden noch omftandigheden ter werelt kunnen herinneren, waar door zy zich aan zulke verregaande misdryvén fchuldig zouden moeten reekenen, daar ook nimmer eenig vermoeden dienaangaande door iematit hunner mede-Leden, of door het Officie-Fiskaal aan hun is te kennen gegeeven , en daar de aequiteit van U Hoog Mogenden niet kan toelaaten , dat zy onverhoord verdagt gehouden , veel min veroirdeeld zouden worden, aan hun dienvol. gende de vifïe van de voorfchreeven Memorie en Bylagen, waarop de gemelde infimulatien fchynen te berusten, zal mogen worden geaccordeerd; ten einde  £e Geleurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 245 einde zy gelegenheid hebben mogen, om aan U Hoog Mogenden zodaanige elucidatien te doen toekomen , welke zy vertrouwen, dat meer dan toe. reikende zullen zyn, om hun van alle blaam in het bekleeden van hunnen Post volleedig te zuiveren. Het is in dit rechtmaatig vertrouwen, datzy God Almachtig bidden U Hoog Mogenden te willen conferveeren in eene langduurige en voorfpoedige Regeering, de eere hebben zich met diep refueet t» noemen. 7s Hage, den &c. U Hoog Mog. onderdaanige en gehoorzaame Dienaaren, (was get.~) W. van Laar. N. W. Hartman. D. J. Steyn I'ARVé. L. E. van Eck. No. 418. Publicatie van zyne Doorl. Hoogheid den Heere Prince Erf-Stadhouder, by welke de gemaakte verandering in de Regeering van de Stad Leiden word bekend gemaakt. In dato den 6 February 1788. Wy Willem, by de gratie Gods Prince van Orange en Nasfau &o &c &c Allen den genen, die deezen zullen zien of hooren leezen, falut; doen te weeten: dat wy in deeze bekommerlyke tyden niets meer ter harte neemende, dan dat de'refpective Steden deezer Provincie , onder ons Scadhouderfchap forteerende, mogen worden gebragt in zodaanige Ordre en Regeeringe, waar door derzelver rust en voorfpoed worden geftabileert; en ons, zo door de pubheice notcriteit als door den voordrsgt van Gedeputeerden der Stad Leiden , kennelyk zynde geworden, dat in dezelve Stad tusfehen de Regenten en Ingezetenen onderling, zodaanige dimdentie was^onc 3 ftaaa^  346* Verzameling van Stukken betrekkelyk tot ftaan, waar door ons goed oogmerk niet kan worden bereikt, zonder gebruik ce maaken van de authorifacie, by Refolutie van de Edele Groot Mogende Heeren Staaten van Holland en West-Friesland, van datoden 31 October 1787, op ons verleend, en voorts uit het Rapport van onze Commisfarisfen, Jonkheer Willem uustaaf Frederik Graave van Bencinck , Heere van Rhoon en Pendrecht, befchreeven in de Ürdre van de Ridderfchap en Edelen van Holland en West-Friesland, Bailliuw en Schout van 's Gravenhage, Hoogheemraad van Rhynland, en Mr. Dirk Meerens, Kaad in den Hove van Holland, Zeeland en Fiiesland, welken wy (om presfante affaire ons perfoneelyk ia de voorfz. Stad niet kunnende laaien vinden) derwaarts hadden gezonden, van al hec voorenftaande nader geinformeerc zynde , hebben goedgevonden alle de Regenten der voorfchreeven Stad, te ontr liaan, gelyk wy dezelve ontdaan by deezen van hunne voorfz. Functien , en van de ééden daar op gedaan ; zodaanig nogthands, dat dezelve daar duos piet zullen worden gekwetst of benadeeld in hunnefi goeden naam en faam, veel min dat dezelve daar uic zullen mogen worden gefufpicieert, zich in de Regeering van Land of Stad niet naar behooren gedraagen teliebben: interdiceerende wel ftriktelyk eenen ïegelyk, wie het zoude mogen zyn, de meergemelde by deezen door ons ontflagen Regenten, daar Qver te becigten, veel min hunne Perfoonen of Goederen eemgziuts te molefteeren , befchaadigen of incommodeeren; dezelve gewezene Regenten, mitsgaders hunne Familien en Goederen, ten dien einde fieemende in onze fpeciaale protectie en fauvegarde. Alles ingevolge de bovengemelde Refolutie van Hunne Edele Groot Mogenden " Wyders hebben wy goedgevonden aan te Hellen^ gelyk wy aanftellen by deezen: Tot Raaden in de Vroedschap. Mr. Hendrik van Baren, ah/ent, ~- Mr. Jan Hub- lu, bits • , .... •* " •'■ ' jech$  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 247 iecht. , Mr. Maarten Marcus. Mr. Simon Drole'nvaux. Jacob van der Meer, Heere van Hogenveen, abfent. — Mr. Jacob Bartram van den Steen. Mr. Pieter Changuion. — Mr, Abraham van Gerwen, abfent. Mr. Pieter Jan Marcus. Mr. Adriaan van Heusden — Mr. Jan Crucms. Mr. HendrikTwent. — Mr, Jacob BalthazarDouw, dorh die daar voor heeft bedankt, en verzogt te worden geëxcufeerd. ' Diderick van Leyden , ab- fent. — Johan Gael. — Mr. Corneiis Adriaan van Hoogftraten. — Pieter van Lelyvelt — Mr. Pieter Jacob ïeding van Berkhout. — Mr. Pieter Pompe van Slingeland- — Mr Jan Louïs van der Burch. , Mr. Hugo de Wildt —• Mr- Hartman Ifaac Le pia. Mr. Nicolaas Hartingh. — Joost van Poot. —— Mr- Pieter Fredrik van Kuffeler. Mr- Aa- "thony Guftaaf van Boetfelaar Mr. Willem Mus- ketier- Mr- Joh- Meerman. — Mr. Maurits Corueüs van Reverhorst. — Mr. Jan Anthony Pintermaat. — Mr. David de 1'Espauh —■ Mr. Dirk Muller Masfis. ■ Mr- Francois Daniël Changuion. —— Mr. Pieter van Panhuys- — Mr. Hendrik Schim. —Ifaac Willer. —Fredrik Wolphert Doornik Johannes Hendricus Prins, van Lockhorst. — Mr. Samuel Luchtmans. — Mr- Corneiis van der Moer. Tot Burgemeesteren. Mr. Jacob Bartram van den Steen, doch die daar voor heeft bedankt, en verzogt te worden geïxcufeerd. Mr. Jan Hubrecht. — Mr. Simon Drolenvaux. — Mr. Hendrik Twenc. Tot SchSpenen. Pieter van Lelyvelt. — Mr. Pieter jacob Teding van berkhout. — Mr. Pieter Pompe van Slingeland, Mr. Hartman lfiac Le Pla. — Mr. Nicolaas Harringh. Joost van Post. — Mr. Anthony Guftaaff van Boetfelaar. Mr. Willem Muske. tier. 1 _ Q 4 De  §43 Verzameling van Stukken betrekkelyk té| De zes jongften tot Schepenen Commissarissen, Ed vermits Mr. Gysbert van Staveren, Raad en Penfionaris der voorfz. Stad, zyne demisfie van dien] Post reeds te vooren met onze bewilliging verzogt f p. bekomen had. 'J ot Raad en Pensionaris, Mr. Willem Corneiis Boers. Tot Gecommitteerde Raad van May i/8^ tot May 178Ö. Mr Jan Louis van der Burch. Tot Gecommitteerde in den Raad van Staaten? Mr. Pieter Changuion. TpT Gecommitteerde Raad ter Admiraliteit| refideenrnde te Amfterdara tot May 1791. Didenk van Leyden. :JpT Gecommitteerde Raad in de Provinciaal^ Kekenkamer tot May 1783. Mr. Johan Mee man. Voorbehoudende aan ons, om de, in cas van niet accepteeren van een of meer der voornoemde aanr gefielde Regenten, de.vacan.ee plaaczen te vervullen. Blyvende den door ons, uic een nominatie van Hun Edele Groot Mogenden op den 6, Novembeï 1787 verkooren Schouc, benevens den Secretaris en verdere Ministers gecontinueerd. Voorts gelasten wy onzen voornoemde Commisfarisfen, om in oczen naam de voorU. aangefielue Regenten in derzelver refpeöive quditeiten de gewoone ééden af te neemen , ais mede alle de voorfz. Vroedfchappen en derzelver Ministers, (voor zo, verre zy den na te melden ééd nog niet hebben gedaan) af te neemen den ééd by Refolutie van Hun Edele Gr- Mogenden van den 23 November 1787 gearrefteerd, waar by zy zullen zweeren, „ dat zy ?, belooven deSouvereinitek van de Staaten en hun9> ïegenswoQrdige .Regeeringsforig, ea zulk* in§«  iiz Geheurtenisfen in 1787 enz, voorgevallen. 245 mede in 't particulier Hunner Edele Groot Mo» „ gendeo Reloluue van den 16 November 1747 op „ het Erf-Stadhouder-, Kapitein-en Admiraalfchap Generaal genoomen in alle haare deelen te helpen, „ eonferveeren en maintineeren,. en io gevalle tot it hunne kennisfe mogte komen, dat eenige ligues „ of famenfpanningen, ftrekkende tot ondermyning „ of omverwerping daar van mogten werden ge„ formeerd, zy daar van aan Hun Edele Groot Mo„ genden , aan den Heere Erf-Stadhouder io der „ tyd, of de Vrouwe Gouvernante in der tyd, ten „ eerlten kennis zullen geeven." ' En eindelyk nog om die genen der Vroedfchappen, welken reeds in de Regeering waren, en daar 4:0e nu wederom op nieuws zyn aangefteld, benevens de aangebleevene Ministers te doen presteeren den ééd, insgelyks by laatstgemelde Hunner Edele Groot Mogenden Refolutie geordonneerd, (voor zo verre zy dien mede niet reeds hebben gedaan) • houdende: „ dat zy verklaaren, dat zy aan de Ao„ te van Verbindtenis, welke op. den 8 Augustus „ 1786 tusfchen verfcbeiden zich noemende Va3, derlaiidiievende Regenten te Amfteldam aange,, gaan, en door dezelve en naderhand door veele „ anderen geteekepd is, of geenerlei deel hebben s, gehad, direct of indirect, of by zo verre zy daar „ aan eenig deel direct of indirect gehad mogten hebben, daar van te refiliëeren, en zich ontfla9, gen te houden van alle uit dien hoofde gecontraöeerde verpligtingen". Wyders verklaaren wy onze intentie te zyn, dat het verkiezen van de voornoemde nieuwe Regenten (ook van de zodaanigen onder hen aan welker Ouderdom > Poorterfchap of Poorterfchaps-jaaren ietwes ontbreekt) in maniere als vooren gedaan, in dit extraordinair geval, alleen is gefchied tot meerder rust en dienst der voorfz. Stad Leyden , entotwegneeming van difTidentie en onlusten aldaar ontftaan, en zulks zonder eenige prsejuditie of confequentie voor het toekomende, ten aanzien yan. de privilc-  250 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot gien, Vryheden of Gerechtigheden , de voorfz. Stad en de goede Burgeren of Ingezetenen derzeïve competeerende, die wy verftaan dat in haar oude kragt en vigueur blyven zullen. En dewyl wy een byzonder belang ftellen in alles wat in ons is te helpen toebrengen, om de rust, eendragt, het vertrouwen, en de daar uit fpruiten.de bloei van dit gezegend Gewest, en van de voorfchreeven Stad Leyden te doen herleeven, referveeren wy aan ons, om (zo fpoedig mooglykj op de refpective Adresfen en Bezwaaren , aan onze voornoemde Commisfarisfen gedaan en voorgedraagen, te disponeeren, en verders zodaanige andere orders te ftellen of doen ftellen, als wy tot bereiking van dat heilzaam oogmerk zullen oirdeelen te behooren. Eindelyk vermaanen wy alle Regenten, Burgers en Ingezetenen der voorfchreeven Stad Leyden, dat zy alle tot hier toe gefubfifteerd hebbende Partyfchappen en Animoflteiten laaten vaaren, het gepasfeerde wederzydfch vergeeven en vergeeten,en gelyk het goede Burgers en Ingezetenen betaamt, voortaan in vrede en goede harmonie famenleeven, terwyl wy het betragcen of nalaaten van deezen pligt van de zyde der genen die profesfie maaken van Aankleevers te zyn van de belangens van ons Huis, zullen aanmerken ais den toetfteen van de oprechtheid van derzelver gevoelens en bedoelingen. Verwagtende wy voorts, en des noods beveelende, dat alle de Burgers en Ingezetenen, en een iegelyk van hun, voortaan in het generaal zullen betragten al het gunt de pligt van gehoorzaamheid en onderwerping aan hunne wettige Overheid vordert, op pcene dat de genen welke bevonden zullen worden tegen deeze onze ferieufe wil en begeerte te hebben ingegaan, en zich aan eenig wanbedryf tegen de waardigheid van de Regeering of ongehoorzaamheid aan de beveelen van dezelve fchuidig te maaken, als Verftoorders van de gemeens  ie Gebeurtenisfen in ijZf «*• voorgevallen. %$ï ne rust, en Verachters van onze heilzaame oogmerken en beveelen naar exigentie van zaaken en volgens de Weiten van den Lande, zonder eenige ponniventie, anderen ten exempel zullen worden eeitraft. • Gedaan in 's Gravenhage, den Csc. (was getf) W. Pr. v. Orange. Ter Ordonnantie van zyne Hoogheid % (was geQ . T- J. de Larrey. . tffe 410 Extraet uit het Register der Refolutien van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Vereenis.de Nederlanden, behelzende de fufpenfie van Mr Pieter Paütus als Advokaat-Fiskaal by het Collegie ter Admiraliteit op de Maaze, met de redenen welke gelegenheid tot deeze fufpenfie hebben eezeeven : benevens de Aanfpraak door gemelden Mr Pieter Paclus omtrent deeze zaak gedaan in de Vergadering van het Ed. Mog. Collegie ter Admv aliteit op de Maaze enz. In datis den 6 en I? Febr. 1788. (*) De Heeren Torck van Rosendaal en andere Hunner Hoog Mogenden Gedeputeerden tot de Saken van dl Plakaaten en Reglementen, hebben Sr Vergadering gerapporteerd, dat in het fecrecc Eefoiane geproduceert zynde eene origmeele Misfi5e van den Advokaat-Fiskaal by het Collegie ter AdmSïtek op de Maaze, Mr. P. Padlto, gefcSeeven uit '8 Hage den 8 September 1787, aau <1en HeerMr. D. Costerus,regeerend Burgemeester te Woerden, uit welkers inhoud manifest was, Sat die Minister, aan alle Bondgenooten verbon- m Schoon niet in tydorde volgende, hebben wy egter Redagt aan orze Leezers geenen ondienst te zullen doen, £et alle de Stukken den Heer en Mr. Pieter PaüLVS W $ieffende, op elkanderen te doen volgen.  &$z Verzameling van Stukken betrekkelyk t«t •dec, eene zeer bedenklyke werkzaamheid, buiten zyne functie heeft gehad in de onlangs gefubfifteerd hebbende gefchillen , zy Heeren Gedeputeerden geoirdeeid hadden die zaak de allerferieuste attentie te verdienen, en eenpaarig begreepen hadden, die Misfive ter kennis van de volle Vergadering van Hun Hoog Mog. te moeten brengen en aan derzelver overweeging over te laaten, of niet een nader onderzoek dienaangaande ingerigt behoorde te worden, ten dien einde eenige middelen aan Hun Hoog Mogenden voorfiaaude .Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verdaan, dat, conform aan den voorfchreeven,. voorflag, Copy authentiek van de voorfchreeven Misfive gefield zal worden in handen van Mr MatTheus van der Pot , waarneemende de bediening van den Advokaat-Fiskaal van de Generaliteit, ingevolge Hun Hoog Mog. Refolutie van den 7 den December des voorleeden jaars, om de voorfchreeven Misfive.te examineeren, op het gedrag van Mr. P. Paulus , zo wel daar in voorkomende als in andere gevallen tot zyne Fundtie fpedteerende te inouireeren, en van deszelfs bevinding aan Hun-Hooi* Mogenden Rapport te doen. En dat gemelde M. van der Pot ter zeiver tyd zal worden geauthorifeerd, zo als geauthorifeerdword mids deezen, om dezelve perquifitie te doen en dezelve weg in te fiaan, met betrekking tot alle andere Officianten eii Bedienden van de Generaliteit, welke zich op dezelve of diergelyke wyze mogten hebben misgreepen, en door een in het oog loopend gedrag zich tegen fommige-Provinciën hebben geëmancipeert. En vermids den inhoud van de bovengemelde Misfive van dien aart is, dat het bedenklyk is of iemantziclji hebbende veroirlooft tot zodaanige zaa-ken, als ki de voorfchreeven Misfive zyn aan den dag gelegd, kan blyven occupeeren een Ambt van de Generaliteit: dat aan het Collegie ter Admiraliter? op de Maaze, als mede aan den AdvokaatFiskaal Mr, P. Paulus van deeze Hun Mog. Refo- huif  ie Gebeurtenis/en in iftf enz. voorgevallen. 2$$ lutie kennis zal worden gegeeven, met last aan gemeiden Advokaat-Fiskaal, om zich van nu af aan en by proviile te onthouden van de waarneeming van alle de deelen tot deszelfs Functie behoorende. De Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Holland en West-Friesland hebben zich in de voorfchreeven zaak niet ingelaaten, noch met betrekking van het gedrag van welgemelden Mr. P. Paüj.us, noch tot dat van eenige andere Officianten en Bedienden van de Generaliteit. Accordeert met voorfchreeven Register. De Erief, welke tot bovengemelde Refolutie gezegd wordt aanleiding gegeeven te hebben, is van den volgenden inhoud: Wel Edele Gestrenge Heer! Ik heb de eer gehad te ontfangen Uwe lette"en. Ik ben het volkomen eens, dat de Refo" lutien die U Ed. Geftrenge voor de Generaliteit* " proje&eerd, ten fpoedigften moeten genomen *, worden, zo dra de meerderheid der Generaliteit !, goed is. ■ Dit zal echter nog zo fpoedig niet wezen zo ik denk. Ik wenfchte ook wei, dat „ men daar mede en met anderen wat meer gereed „ maakte te zyn. Ondertusfchen is niets zO „ dringende dan de omftandigheden, waar in wy „ ons vis d vis van Pruisfen ftellen moeten en zon- „ der welke alles verloren is. Had men myn „ raad eerder gevolgd, wy waren in andere om,, Handigheden , en zouden de wet van anderen „ niet moeten afwagten, zo als nu waarfchynlyk gebeuren zal. Gyzelaar gaat morgen naar „ Woerden, om te helpen effectueeren, dat men den Rhyn-Graave het Commando geeve over de „ Troepes die tot daadelyke defenfie van de Pro. „ vincie zouden geëmploqjjeerd worden, zonder „ den Heere van Ryssel te blesfeeren. Wees zo „ goed daar toe ook het Uwe te doen, en onder- }> tus-  i§4 Verzameling van Stukken betrekkelyk té ü tusfchen verzekert te zyn van de waare achting jt ti waar mede ik de eer heb my te noemen". 'sHage, den 8 September 1787. Wél Edele Gejtrcnge Heerl U Wel Ed. Geftrenge gehoorzaameö Dienaar, (geteekend) P. Paulus. Aan den voet van den Brief wordt gezegt, da6 ftond het volgende, doch met een andere handgefchreeven. l „ Het is gevallig, dat ik daar over gisteren ook 3, gedagt heb en wel om deeze reden, dat de S wit„ fers dan kunnen geëmplooijeerd worden in de ,, Steden, die nu weigeren in het Cordon te ko„ men; om niet te ftaan onder 't Commando van }, van Ryssel , die door Hun Hoog Mogenden is 3, gêfufpendeert". (Het Opfchrift was) Wel Edele Geftrenge Heer! Den Heere Mr. D. Costerus, Regeerend Burgemeester enz» te PP. Woerden. De Heer Mr. Pieter Paulus, Volgens bovengemelde Refolutie aangefchreeven zynde , om zicht by provifie te onthouden van de waarneeming vart alle de deelen tot deszelfs Functie fpecteerendej, begaf zich op Dingsdag den 12 February 1788, in de Vergadering van het Edele Mog Collegie ter' Admiraliteit op de Maaze, en deed aldaar de volgende Aanfpraak. Edele Mogende Heeren! Toe,a ik op gepasfeerden Dingsdag de eer had de laacft©  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 25$ laatfte Vergadering van U Ed. Mogenden by tef woonen, had ik weinig gedagten van hec gene ten jnynen opzigte by Hun Hoog Mogenden eerstdaags ftond te gefchieden. Ik had ja te meermaalen by gerugten gehoord» dat ik van den Post dien ik de eer heb by dit Collegie te bekleeden, wel dra ftond te worden gedimitteerd, en dat een ander zich reeds gereed maakte om eerlang in denzelven te treden; doch altyd gewoon zynde regt door zee ie gaan, en myn gedrag alleen te regelen en te toetzen aan de voorfchriften van eerlykheid, cordaatheid en oprechte Vaderlandsgezindheid, heb ik my nimmer by zulke gerugten opgehouden ; maar ik ben in tegendeel voortgegaan met mynen arbeidzaamen Post met dubbelen yver ten besten van het lieve Vaderland waar te neemen. —— Ik fteunde daar en boven op de bekende deugd en grootmoedigheid van zyne Hoogheid, als onder anderen het Hoofd van deezen Raad, die nimmer dulden zou, dat ik van eenen Post, my door de gezamentlyke Bondgenooten eenpaariglyk opgedragen, zonder dugtige redenen en gronden zoude worden beroofd; —- te meer, daar ik dit altyd gehouden hadde voor een der loflyke Staatsmaximes van dit Land, waar op een ieder Ingezetenen zich met volkomen zekerheid kon verhaten. U Ed. Mog. zullen zich derhalven ligtelyk kunnen reprefenteeren, hoe zeer het my heefc moeten verwonderen te ontfangen eens Refolutie van Hun Hoog Mog. in dato den 6 February deezes jaars, waar by het Hoogstdezelven heeft behaagd: „ Co„ py Authênticq van zekere Misfive, welke ik op „ den 8 September 1787 zoude gefchreeven hebben aan Heer Mr. D. Costerus, regeerend Bur3, gemeester der Stad Woerden, waar uit het be„ denkelyk zoude zyn , of ik als een Minister, aan alle de Bondgenooten verbonden, eenige werk5, zaamheid buiten myn Functie, in de onlangs ge. s, fubfisteerd hebbende gefchillen, zou gehad heb- » ben,  ijó" Verzameling van Stukken hêtrékkelyk Ui 3i ben, te ftellen in handen van Mr. Mattheus van .,, der Pot, waarneemende de bediening van den it Advokaat-Fiskaal van de Generaliteit, om de 3, voorfchreeven Misfive te examineeren , en op myn gedrag, zo wel daar in voorkomende, als in andere gevallen, tot myne Functie fpef-teeren„ de, te inquireeren, en van deszelfs bevinding „ aan Hun Hoog Mog. Rapport te doen; met ver9, deren last j om my van nu af aan en by provifie j, te onthouden van de waarneeming van alle de dee* ,, len tot myne Functie behoorende"; eene Refo* lutie welke ik wel niet anderS dan met een eerbiedig liilzwygen mag beantwoorden; doch ik houde my ten vóllen verzekerd, dac U Ed. Mog. met my zullen moeten toeftaan, dat hec voor een eerlyk Man, op wiens gedrag nimmer iets te zeggen is geweest, ten hoogften hard raoec vallen, zich van de waar* seeming van deszelfs Pose provifionee! ce moeten onthouden, zonder dat hy direct of indirect daaromtrent is gehoord, — en dat zelfs zo min met relatie tot het fchrift als tot den inhoud van de zaak in quEestie; en derhalven, zonder dat hy daar tegen eenige defenfie heeft kunnen doen, of eenige elucidatie , welke zeer waarfchynlyk alle bedenklykheid, die, ingevolge van Hooggemelde Refolutie zelve, in den inhoud van voornoemden Brief nog alleen fchynt te refideeren, op het oogenblik zoude hebben weggenomen. Ja ik durve my vleijen, dat het gedrag, het welk ik in al den tyd van myn Ministerie, in de critique , omftandigheden, waar in de Republiek zich geduurende eenen geruimen tyd door binnenlandfche verdeeldheid heeft bevonden, heb gehouden, eene andere behandeling verdiend hadden; daar de perfoneele weetenfehap van alle de Leden en Ministers van U Ed Mog. Vergaderinge, met welken ik de eer gehad heb in deezen Raad te verkeeren ; de Re* gisters van U Ed- Mog. - mitsgaders van de Haag* fche Belbignes, ja van Hun Hoog Mog zelve, de tegenwoordige Staat van dit Departement in alle des-  ée Gïbêurtenisfeh in ï7$? WK. riorgêvatïfri. rieszëlfs betrekkingen hier en te HelvoetÏÏuiSs L zn met relatie tot den Militairen ftaat der Schepen en JEquipagien, Magazyneü, Arzenaalen, Werven &c„ waar door het zelve in dit moment in ftaat zou zyftalleen meer te presteeren, dan alle de overige Departementen van de Republiek te farrien genomen ; als met opzigt tót deszelfs Financieele omftandigheden. Credit en Comptóiren , - altyd getuigetï zullen wat ik gedaan en wat ik dienvolgende van de gezamehtlyke Bondgenooten verdiend heb. — Getuigenisfen, die duurzaamer en beter dan dac van veele Menfcllen, my gelukkig door niemand kunnen worden ontnomen; waar ddor de .Nakomeling-" fchap in ftaat zal zyn een onpartydig olrdeel te vellen; en waar op, gelyk ook op den Rechter vari Hemel fen van Aarde, ik my met het volkómenftö Vertrouwen verlaate! Ondertusfchen,. Ed. Mog. Heeren! brengt rriy deeze Refolutie thands in de treffende verpligtingi om my voor een wyle tyds by provifie van de Waarneeming van een Post te moeten onthouden, waar in ik niet anders dan het hoogfte vergenoegen heb mogen ondervinden. -. • Trouwens , Ed. Mog; Heeren, niet alleen, dat de volkomenfte harmonie en het openhartigst vertrouwen in deezen Raad; tusichen de Leden en het Ministerie; onderling altyd onafgebroken hebben plaats gehad, en dat de partyfehap der tyden eb der omftandigheden zich nimmer in denzeiven hebben kunnen indringen; maar het is daar en boven rriogen gebeuren, dat de Raad zich nimmer in eenige zaaken, hoe ook genaamd j met zyne Hoogheid , als Admiraal-Generaal, ge» comprómitteerd heeft gevonden; of zelfs eenige fchyn of fchaduw van ongenoegen of verfchil met: Hoogstdenrelven heeft gehad; maar dat alle zaaken altyd zyn gegaan en getra&eerd geworden, even en bp dezelfde wyzè^ als in de. vreedzaamfte dagerj van de Republiek; — zodaanig zelfs! dat in hec geheele tydvak van myn Ministerie, misfehien géeri 'èm - iv. bzth R  258 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot drie Refolutien van eenig aanbelaDg genomen zyn met meerderheid van Hemmen! Het ftrekt my ook tot een byzonder genoegen» dat, hoe onverwagt my deeze provilioneeie onthouding van de waarneeming van myne Bediening moge zyn overgekomen , weinige zaaken daar door zullen worden Opgehouden. Van de meesten die in myne handen zyn gefteld geweest en die nog overfchoten, heb ik gepasfeerden Dingsdag aan U Ed. Mog. rapport gedaan, en die genen welke toen niet hebben kunnen worden afgedaan, en waar by ik oirdeelde, dat eenige haast was, heb ik aan den eerften Secretaris van U Edele Mog. ter hand gefteld 3 om aan U Ed. Mog. op heden voor te dragen. . Voor het overige moet ik de vryheid neemen op het eerbiedigde en ernltigfte aan U Ed. Mog. te verzoeken, dat het Hoogstdezelven mag behaagen, zorg te dragen , dat de pretenfe bedenklykheid , welke 'er in den voorfchreeven brief ten mynen lasten zouden mogen voorkomen ; mitsgaders dien pretenfen brief zelve, ten fpoedigfte en prompfte aan XJ Edele Mog. als myne eenige competente Rechters in zaaken myn Officie concerneerende, mogen worden voorgedragen; mitsgaders dat myn verder gehouden gedrag in officia worden geëxamineerd, ea dat U Ed. Mog. niet zullen gelieven toe te laaten , dat dit werk op de lange baan gehouden, maar in tegendeel zullen gelieven te effëctueeren, dat aan my prompte Justitie en Recht gedaan worden; — even en in dier voegen, als U Kd. Mog. dit tot hier toe aan elk en een iegelyk van deszelfs Ambtenaaren en Bediendens , volgens de bepaalde Orders, Inftiuctien of Placaaten van den Lande, op myne reprcfentatie in officio, altyd zonder eenige andere confideratie hebben doen wedervaaren; en gelyk ik dus ook met allen grond eerbiedig!yk meen te'kunnen vorderen; op dat ik fpoedig gelegenheid hebben moge om de waarneeming van mynen Post, zo als recht en behoorlyk is, wederom op te vatten, eu alzo deeze myne Plaats by U Ed. Mog. wederom als  de Geheurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 25c) èfs voorheen te bekleedën ; daar ik, Edel Mogende Heeren! niet alleen niet voorneemens. ben my aaii dit .onderzoek in alle zaaken, myn Officie toneerneerende, by ü Ed. Mog. te onttrekken; — warit myne eer is my veel dierbaarder dan myn leeven J — maar daar ik dit zelfs met blydfchap te gemöet zie, my verzekerd houdende, dat dit niet anders dan tot myn grootfte fatisfactie zal kunnen (trekken} en niét anders verlang, dan dat met dezelfde maaté, waar mede ik iu deezen Ambtshalve anderen gemeëten hebbe, ook aan mv tóegerneeten worde. Terwyl ik U Ed. Mog. en de Heeren Ministers provilioneel bedankende voor de menigvuldige blyken van vriendfchap, toegenegenheid en vertrouw wen, waar mede hec Hoogstdezelven behaagd heeft ■my tot.hier toe onafgebroken te vereeren, en waar aan ik nooit, dan met dankbaarheid, gedenken zalj inmiddels wenfche , dat hec God Almagtig behaagen moge zyne Hoogheid en de verdere Leden vad deezen Raad, met deszelfs Ministers, te overftroomen met de beste van Zyne Hemelfche Zegeningen; —mi dat de eendragt en hec vertrouwen zd Wel als de regelen van regtvaardigheid en billykheid, waar door deeze Vergadering tot hief toe zo* zeer heeft uitgemunt, in dezelve haaren Zetel onafgebroken behouden mogen! — dat tweedragt ed andere menfchelyké zwakheden de plaacze van deezen nimmer in dezelve mogen vervangen , Op dat zyde waarborg blyve voor de veiligheid en zekerheid haarer Ambtenaaren en Bedienden, die hunnen pligt; Wel hebben waargenomen, en op dat een iégelyk Van haan aan anderen fteeds gedaan hebbende hëc geen hy wilde dat aan herri zelve zou gefchiéden ; dë belooning daar van in den Hemel van den RëchtëK der geheele Waereld eenmaal ontfangen mdge! Rotterdam den February 17884  a£o Verzameling van Stukken betrekkelyk tot N°. 420. Nadere Aanfpraak van den Heer en Mrl Pieter Paulus aan den Raad ter Admiraliteit op de Maaze, op den 11 Maart 1788. Edele Mogende Heeren! 't Is thands meer dan een maand geleeden, dst het Hun Hoog Mogenden heeft behaagt de thands alomme bekende Misfive, (ten minden, indien die daar voor moet worden gehouden, die eerst met de .Refolutie van Hun Hoog Mogenden zelve afzon, derlyk gedrukt en daar na in veele Couranten geplaatst geweest is; want anders is dezelve tot hier toe nog met ter myner kennis gekomen) welke ik aan den Heer Costerus te Woerden zoude hebben gefcbreeven, te ftellen in handen van Mr. Mat'lheus van der Pot, waarneemende de Bediening van den Advokaat-Fiskaal van de Generaliteit, om dezelve Misfive te examineeren; en my op grond daarvan, zo als aan ü Ed.' Mogenden bekend is, te gelasten, om my by provifie te moeten onthouden van de waarneeming van alle de deelen tot myne Functie behoorende; en dat ik daaglyks heb moeten verwagten, dat dit examen, daar ik reeds tot hier toe onverhoord was veroirdeeld, en daar my by hooggemelde Refolutie reeds een zeer notajbel grief was toegebragt, onverwyld zou zyn gefchied, hetzy door by U Ed. Mogenden, als myne competente Rechters in alle zaaken, waar in ik Ambtshalve zou mogen worden befchuldigd , te hebben misdreeven, zodaanige provifie van Juftitie te vraagen, als men zou meenen te behooren; het zy, om wanneer men ter goeder trouwe oirdeelde, dat in den voorfchreeven Brief flegts eenige duisterheid of bedenklykheid was gelegen , mv da?r op door middel van UEd. Mogenden die eluéidatie telaaten geeven, welke zeer zeker in eens en 00genblildyk alle onzekerheid zou hebben weggencomen; en waar aan ik mv in dat geval, fchoort anderfints daar toe geheel ongehouden, waarfchy- ne-  'de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 25.T nelyk niet zoude hebben onttrokken; ten einde Hun Hoog Mogenden alzo in de gelegenheid mogten worden gefteld, om Hoogstderzelver Refolutie in te trekken, en my zo als recht en billyk is, wederom in de exercitie van myn Post te doen tree« den. Trouwens , Ed. Mogende Heeren! het ftuk, waar op de voorfchreeven Refolutie is in de werelc gekomen, fchynt niet ver te zoeken — het fchynt in originali voorhanden te weezen —> en 'er was dus niets anders nodig geweest, dan een der opgenoemde wegen in te ftaan, om deeze zaak langs den Koninglyken weg te entameeren en fpoedig af te doen. Op deeze, toch rust alleen de Refolutie van Hun Hoog Mogenden , zonder dac daar omtrent iets meer of iets anders kan of mag in confideratie ko* men. In alle andere zaaken, myn Officie con- cerneerende, en waar op, even als op die van ailê de Ambtenaaren van de Generaliteit, al mede onderzoek moet werden gedaan, fta ik gelyk met allo overige Generaliteits Ambtenaaren —— van den Griffier van Hun Hoog Mogenden af tof den geringften toe — en ik behoor my, zo min als alle deezen, provilioneel van de waarneeming van alle de deelen, tot myn functie fpecteerendt. te moeten onthouden, zonder dat 'er eenige verdere misdaad ten mynen laste, den Rechten genoegzaam bewezen is ; daar eene uitzondering ten mynen opzichte in deezen niet alleen de grootfte_ onrechtvaardigheid zou zyo, maar ik zelfs niet fupponee-r ren mag, dat dit de intentie van Hun Hoog Mo:;., zou hebben kunnen wezen. Ondertusfchen Edele Mogende Heeren! is al dien tyd verloopen, zonder dat ik van deeze zaa'c iets meer heb vernoomen zonder dat 'er eenigeprovifie van Justitie tegen my is gevraagd, of zonder zelfs dat men langs eenen anderen weg getrapt, heeft, my gelegenheid te geeven, om die duister-, heid of bedenklykheid, die men ter goeder trouwe pirdeelen mogt, dat in den voorfz. Brief zou wezen, R 3  §ffa Verzameling van Stukken betrekkelyk tot ppgefloten, op te helderen, en alzo den grief, dia aan my is toegebragt te herftellen. — Ik heb al dien tyd met geduld afgewagt, doch met geen ander gevolg, dan dat ik alleen by gerugten heb gehoord, dat men bezig is , of geweest is, op andere zaaken, myn Officie concerneerende, by deezen en ueenen extrajudicieel' te informeeren.. Maar , behalven dat ik het onpartydig onderzoek- daar van Op zich zelve altyd met zo veel meer vermaak te femoet zie, als ik in myn gemoed verzekerd ben , at zodaanig onpartydig onderzoek myne compleete Justificatie in alles altyd zal moeten mede brengen; behoord dit alles niet tot den Briefin questie, waar op de-Refolutie van Hun Hoog Mogenden alleenlyk berust; en in het verder onderzoek, en in het b,ewys daar van, (want het is toch niet genoeg te befchuidigen ) Sta ik gelyk met alle de overige Ambtenaaren van den Staat in het algemeen. Ik heb derhalven gemeend ^ hier omtrent niet langer te moeten ft'ilzittcn. Ik ben fterfiyk: ■— Ik heb Ouders, Familie, enz. —i en ikwenfche myne eer en goeden naam onbevlekt ten grave té draagen. En, daar ik my aan den eenen kant Verzekert houde , dat deeze tefiëns dé-gevoelens zyn van een ieder Lid van deezen aanzienlyken Ka'ad, ben ik aan den anderen kant volkomen geperfuadeerd, dat niemant van denzelven het niet alleen niet vreemd zal vinden, maar zelfs van my moet vsrwagten, dat ik by U Ed. Mogenden, als myne eenige competente Rechters in zaaken myn Officie concerneerende, op het ernftigfte aanhoude, dat deeze zaak op eene behoorlyke wvze een fpoedigften mag worden ond'erzogt en "afgedaan j dat my den weg van Rechten niet mag worden toegefloten ; en dat die geen, die verpligt is, het recht van de Hooge Overheid omtrent Ambtenaaren van U Ed. Mog. waar te neemen,- mag worden gelast, zyne Actie, indien hy meent 'er eenige..ter zaaka voorfz. tegen my te hebben, ten fpoedigften voorp" Ed. Mogenden te inftkueeren, en zodaanig ver-  de Gsheurtenisfen in 1787 enz. voor gevallen. 263 zoek deswegens aan U Ed. Mogenden te doen, als hy in goede Juftitie zal meeneu te behooren,'o.ce anderfints, zo als ik ook van de edelmoedigheid van een iederen Accufator Publicus verwachten moet, daar van volkomenlyk te renuncieeren. En in dei- daad, Edele Mogende Heeren! het recht, dat U Ed. Mogenden aan derzelver germgften Ambtenaar of Bedienden altyd hebben doen wedeivaaren, zodaanig zelfs, dat U Ed. Mogenden immers geene zwaarigheid zouden hebben gemaakt, om my, wanneer ik Ambtshalve had riagelaafen, tegen iemant, die onder eenige bedenklykheid was gebragt, de nodige judicieele demarches te doen, daar toe te gelasten, of anderfints de gemaakte bedenklykheid of befchuldiging zouden hebben gehouden voor vervallen, en denzelven in de posfesfie van deszelfs Ambt of Bediening zouden hebben gemaintineerd: dat recht, zeg ik, zal of kan door ü Ed. Mogenden zeer zeker aan deszelfs eerden Minister niet worden geweigart. Een Monarch zelf,. hoe onbepaald zyn vermogen over deszelfs Onderdaanen ook zyn moge, kan dezelve hunne volkomene defenfie tegen ingebragte befchuldigingen niet weigeren. ——— Het zou zelfs eene laagheid zyn te wülen iupponeeren, dat een Vorst zou wil* Jen, dat iemant onverfchillig ware omtrent zyne eer. En, daar dit derhal ven althands het fysthéma van Hun Hoog Mogenden, wier grootde eernaam altyd geweest is, en nog deedszyn moet, de Hooge Vertegenwoordigers te zyn van eene vrye en onafhanglyke Natie, nimmer zyn of worden kan; vleije ik my, dat U Edele Mogenden deeze zaak ten fpoedigden daar heenen zullen gelieven te dirigeeren, dat my prompt Recht en Juftitie gedaan , en dat ik alzo in de gelegenheid gefteld worde ,my> ïien Post by U Ed. Mog. wederom, als voorheen te kunnen waarneemen. Ristterdam, den H Maart 1788. R 4 Noi  ft&4 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot N0. 421. Misfive, door den Heer en Mr. P. Paulus gejchreeven aan het Ed. Mog. Collegie ter Admiraliteit op de Maaze, op den i April 1788. Edele Mogende Heeren! Daar het thands bykans twee maanden is geleeden, dat de bekende Refolutie van Hun Hoog Mogenden van den 6den February deezes jaars is in dewerelt gekomen, waar by het Hoogstdezelven heeft behaagt, my ter zaake van eenen Brief, dien ik aan den Heer Costerus te Woerden zoude hebben gefchreeven, te gelasten, om my te onthouden van de waarneeming van alledeelen, tot myn functie fpeéteerende, zonder dat deeze zaak, niet tegenftaande myne herhaalde inftantien om Recht, toe hier toe eenig verder gevolg heeft gehad,meen ik, Edele Mogende Heeren! dat ik fteeds alle reden heb, my deswegens op het fterkfte te bekiaa- fen, en teffens op het kragtdaadigfte by U Edele, logenden te infteeren, dat deeze zaak ten fpoedigften mag onderzogt, en aan my eens eindelyk Recht en Juftitie bezorgt worde- Ik behoef niet te repeteeren, hoe hard het voor. een eerlyk Man moet vallen, op zulk eene wyze behandeld te worden: hoe bitter het is, om by herhaaling, om Recht en jufiitie te moeien verzoeken, daar deeze aan geen Mensch hóe gering ook, kan geweigerd worden. Ik houde my verzekerd, dat U Ed. Mogenden die myne handelingen van zo na by kennen, zo wel als ik getroffen zyn over de vergeeffche aanfpraak die ik daarom tot hier tóe heb gedaan; en ik yleije my, dat het Hoogtdezelven eenmaal behaagen zal, daar aan een einde te'maaJeep, door te exigeeren; dat men met zyne befchuK digingen voor den dag kome, indien mep meent'et eenigen tegen my te hebben. — Maar het is niet alleen hier over, dat ik genoodzaakt ben, my by UEd. Mog. te bekia'agen. ïk'beji ïhands ia het zekere geinferrneerd, dat de Hee^  $e Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. van der Pot , belast met de Inquifitie Generaal Baar het gedrag van alle de GeneraÜteits Ambtenaa-, ren, en wel ipeciaal, Edele Mogende Heeren» naar het myne; van zich kan verkrygen, Bedienden en Officieren van deezen Raad op zyn kamer by zich te ontbieden, en aldaar ten byzyn vanniemant anders ten mynen opzichte te ondervraagen — of 'er ook iets mogt te vinden zyn, waar uit men eene meer of mindere misdaad of befchuldiging zoude kunnen infereeren — daar het fchynt, dat men den voorfchreeven Brief, waar op de Refolutie van Hun Hoog Mogenden ondertusfchen alleen berust , niet genoegzaam rekent (zo als men daar in ook inderdaad wel gelyk heeft) om daar uit eenigen grond tot een actie te kunnen haaien. — Ik meen Edele Mogende Heeren! dat deeze handelwyze ten eeuemaal onbeftaanbaar is. — Dat het ten hoogften gevaarlyk is voor een ieder Menfch, verhooren op Zulk eene wyze ten laste van iemant in terigten, 20 wel ten opzichte van den Verhoorden, als van den Befchuldigden, daar 'er niets in het algemeen genoomen gemaklyker is, dan dat Lieden, die niet daaglyks gewoon zyn met Rechtsgeleerden, min nog met Heeren, die den naam van Fiskaal draa-? gen, te fpreeken, zich tegen hunne eigene intentie uitdrukken — de yraagen zelf kwaalyk begry-r pen, of wederom kwaalyk begrepen worden, en zich zeiven alzo en anderen in onaangenaame omïfandjgheden helpen : zaaken altemaal die des.tege— vaarlyker worden in tyden van partyfehap en beroerten, wanneer het Officie van een Rechter dubbeld nodig is, om op het geeven van getuigenisfen een waakend oog te houden. 1 Ik heb derhalven gemeend my deswegens aan U Ed. Mogenden te moeten adrësfeeren, en zo wel inftantelyk als eerbiedig te moeten verzoeken, datj U Ed. Mog. gelieyep zorg tedraagen, dat geene Ambtenaaren, Bedienden of Suppoosten van deezen Raad op zulk eene wyze ten mynen opzichte Yerdsr gehoord worden; maar dat aan dezelven mag V'" fti ' ' worden,  %66 Verzameling van Stullen letreUelyk tot worden geinterdkeerd, zich invoegen voorfz. voor den Hr. vANDERPoTniettefisteeren, met vrylaating daar en tegen, om die genen, welken hy zou mogen goedvinden ce hooren, te dagvaarden voor TJ Ed. Mogenden, om ten overliaan van twee Heeren Commisfarisfen te worden gehoord op alzulke vraagpoincien, als hy zal meenen te behooren, ten einde voor te komen,-dat geene kwaalyk verftaane of uitgedrukte informatien mogen worden in de werelt gebragt, en niemant ten onrechten bezwaard of zelfs in moeilyke omftandigheden gebragt werde. • Terwyl ik de vryheid moet neemen, om van nu af aan te protesteeren tegen alle illatien, coniequentien of accufatien, welken cafu quo uit de voorfz, informatien ten mynen laste zouden kunnen worden getrokken, dezelve confidereerende wederrechcelyk, nul en van onwaarde; —- en ik integendeel niets meer verlang, dan dac alle mooglyke informatien. door den Heer van der Pot, of wie het ook zou mogen wezen, ten mynen opzichte genoomen worden, mids zulks gefchiede op eene behoorlyke en gerechtelyke wyze. - Ik zou niet hebben nagelaaten, deeze reprsfentatieh mondeling in den fchoot van U Ed. Mog. te brengen; was het niet dat eene voor lang op heden morgen bepaalde reis naar Arnfieldam my daar in belet had; en my alzo had verp'igt voor het aangaan van U Edele Mog. Vergadering te vertrekken. «— Dan, daar dit ook niets ter zaake doen kan , heb ik de eere de beste van 's Hemels zegeningen fteeds over de Perfoonen en Familien van U Edele Mog. van harten toe te wenfchen, en my met den diepften eerbied te onderfchryven. Edele Mogende Heeren! den i April U Ed. Mog. zeer ge- 1783. hoorzaamen Dienaar.'  is Gebeurtenis/en in 1787 voorgevaller.. 267 Mo. 422. Requsste door den Heer en Mr.?. Paolus, geprefenteerd aan-de Hoog Mogende Heeren Sta** fen Generaal der Vereenigde Nederlanden, op dm 22 April 1788; tendeerende verzoe.i, dat hel n.ap.■port doof Mr. Matïiïeus van' der Pot tegens hem ingebragt , in zyne handen mag worden ge. field, omme zyne belangen daar op aan Hunne tioog Mogenden te laateii toekoomen enz. Geeft met verfchuldigden eerbied te kennen Mr. Pieter Paulus , Raad en Advokaat-Fiskaal ter Admiraliteit op de Maaze. Dat het ü Hoog Mogenden behaagd hebbende bv Hoogtstderzelver Refolutie, in dato den 6den February laatstleeden, den Suppliant te gelasten, om ter zaake van den inhoud van zekeren brief, dien deii Suppliant den 8 September 1787, aanMr. D Costerus Burgemeester te Woerden zoude hebben pefchrceven, zich by provifie te moeten onthouden van de waarneeming van alle de deelen tot zyne Functie fpecteerende, en zulks zonder den Sunpliant deswegens alvoorens direct of indirect te hebben gehoord; ■ de Suppliant zich gevleid hadde ,dat Mr. Mattheus Van der Pot, door Uw Hoog Molenden onder anderen belast met de exammatie yan den voornoemden Brief, en met de mquifitie naar des'Suppliants verder gedrag in vfficiowel dra SDyne ató'e déswegens tegen den Suppliant voor zynen corhpetenten Rechter zoude hebben- geinftitueerd, '.byaldien hy gemeend had, 'er eenige totzvnen laste te hebben, ofte indien hy den vooriz. Brief, waar op de Refolutie van U: Hoog Mogenden ondertusfchen alleen beruste, niet genoegzaam rekende, (zo als men daar in ook inderdaad Wel selvk moest hebben) om daar uit eenigen grond tof eene actie te kunnen haaien: dat hy alsdm gaéOg zrwaarigheid zoude hebben gemaakt, zulks rondelyk te declareeren, en dat Uw Hoog Mogenden alsdan niets geëmpresfeérder zouden hebben gefcad, dan Hoogstderzelver voorfz, Refolutie m re  %6S Verzameling van Stukken betrekkelyk tot trekken, en den Suppliant alzo in de exercitie van zyn Ambt wederom te herftellen. Dat de Suppliant dien volgende van zyne volko. mene onichuld bewust, en integendeel by zich zeiven op de leevendigfte wyze gepenetreerd van de trouwe en lever, waar mede hy zyn Post fteeds ten algemeenen beste van den Lande, of van de gezajnentlyke Bondgenooten heeft waargenoomen 7 dan ook by herhaaling by den Raad ter Admiraliteit op de Maaze, als zyne competente Rechters in alle zaaken, zyn Officie concerneerende, en aan welken alle zyne handelingen van zo naby bekend zyn . by herhaaling heeft geinfteerd, dat hy in Justitie mogt worden gehoord, en dat aan hem in deezen prompt recht mogt worden gedaan, daar hy zich durft verzekert houden, dat dit niet anders dan tot zyne compleete Justificatie zoude kunnen ftrekken; en zulks te meer, daar de Suppliant in het zekere wasonderrigt geworden, dat de voornoemde Mattheus van der Pot van zich kon verkrygen, Bedienden en Officieren van welgemelden Raad op zyn kamer by zich te ontbieden-, en aldaar ten byzyn van.niemant anders te ondervraagen, of'er ook iets mogt te vinden zyn, waar uit eene meer of mindere misdaad of befchuldiging ten laste van den Suppliant zoude kunnen worden geinfereerd, terwyl de Suppliant met eerbiedige fiducie meende, dat deeze handelwyze ten eenemaaï onbeftaanbaar was: dat het ten hoogften gevaarlyk was voor een ieder Mensch verhooren op zulk eene wyze ten Jaste van iemant m te rigten; zo wel ten opzichte van den Verhoorden als van den Befchuldigden , daar 'er niets, in het algemeen genoomen, gemakkelyker is, dan dat Lieden, die niet daaglyks gewoon zyn met Rechtsgeleerden, min nog met zul-' Jcen, die den naam van Fiskaal draagen, te fpreek-en, zich tegen hunnen eigene intentie uitdruk-, ken, de vraagen zelf kwaalyk begrypen, of Kwaalyk begreepen worden, en zich zeiven alzo en anderen m pnaangenaame omfiandigheden helpen : zaakegL'  ie Gëbeürtënisfeh in 17Z7 enz. voorgevallen. zaaken altemaal, die des te gevaarlyker worden in tyden van partyfehap en beroerten, wanneer hec Officie van een Rechter dubbeld nodig is, om op' hec geeven van getuigenisiën een waakend oog te houden: en dien volgende, dat die genen, welke hy zou mogten goedvinden te hooren , mogtert worden gedagvaard voor welgemelden Raad, om ten overftaan van. twee Commisfarisfen te worden gehoord op alzulke vraagen, als hy aan dezelve zou: meenen te moeten doen, ten einde voortekomen» dat geene kwaalyk verftaane of uitgedrukte informatien mogten worden in de werelt gebragt, _ en niemant ten onrechten bezwaard of zelf in moeilyke omftandigheden gebragt worde, met by voeging , dat de Suppliant van nu af aan moest protesteeren te^en alle illatien, confequentien, welken cafu qua uic* de voorfchreeven informatien ten zynen laste zouden kunnen worden getrokken, dezelve confidereerende wederrechtelyk, nul en van onwaarde; doch dat zelve integendeel niets meer verlangde, dan dat alle mooglyke informatien door den voornoemden van der Pot, of door wien het ook zou mo^en wezen, ten zynen opzichtegenoomen wierden0, mids zulks geïchiedde op eene behoorlyk© wyze. Dat de Suppliant ondertusfehen, zonder dat door voornoemde M. van der Pot, den voorfz. weg is ingefiaagen, en dus zonder dat aan hem Suppliant eenige gelegenheid gegeeven is, om zich op .wat het ook zou mogen wezen te verantwoorden, ja zonder zelfs, dat hy tot hier toe weet, wat ei■ genlyk tegen hem is ingebragt, en waar in zelfs de misdaad be ftaat, waar op de Refolutie van Uw Hoog, Mogenden van den 6den February laatstleeden eigenlyk berust; nu onlangs by gerugten hebbende vernoomen , dat door denzelven Mr. van der Pot ten opzichte van den Suppliant een Rapport is in de werelt gebragt, en'aan Uw Hoog Mogenden ingelevert geworden, daar uit wel niet anders heeft kunnen befluiten, dan dat het zelve ten zynea  fjö Verzameling van Stukken betrekkelyk tót zynen opzichten allesfints moet wezen fatisfaftoir g daar de Suppliant zich meent te kunnen verzekerd houden, dat, ingevalle aan den voornoemden Mr. M. van der Pot eenige zaaken öf omftandighederi Waren voorgekomen, die onder het oog van Uw Hoog Mogenden verdienden te worden gebragt, hy den Suppliant buiten twyffel gelegenheid zoude hebben gegeeven, om, des goedvindende, hem daar op te elucideeren en de nodige informatie te bezorgenj ten einde ook vooral, dm, zonder genoegzaam onderzoek ab utraque parte, niet in ge* vaar te worden gebragt, om Uw Hoog Mogenden een menigte abufive zaaken en omftandigheden onder het oog te brengen; daar het toch aan den eehen kant eene zekere waarheid is, dat Uw Hoog Mogenden by het neemen van Hooggemelde Refolutie van den 6den February laatstleeden, geene intentie kunnen hebben gehad , orri den voorfz. van der Pot te authorifeeren tot het opzamelen en produceeren van allerleie zaaken en omftandigheden, zy mogten dan waar of valfch zyn, veel min nog om daar op in judicando eenig reguard, hoe ook genaamd te neemen; en den Suppliant aan den anderen kant by zich zeiven volkomen geperfuadeerd is, dat de behandeling daar en boven, die den Suppliant ten opzichte van voornoemde Mr4 M. van der Pot in voorige dagen heeft gehouden, toen hy, naamelyk, geadfiftéerd met zyn Oom van der Pot in 's Hage, den Suppliant by 'herhaaling op de humbelfte wyze kwam fölliciteeren, om als Secretaris in de Commisfie tot het juftitieel onderzoek van de bekende zaak van Brest, te worden geëm* plooijeerd, zulks niet zoude hebben gemeriteerd. Dat de Suppliant zich hier van ook nog te meer overtuigt meent te kunnen houden , om dat hy voor zich zeiven ten vollen betoust is, dat men naar waarheid te werk gaande niets zal kunnen allegeeren, waar uit eenige misdaad, hoe ook genaamd, tegen den Suppliant zal kunnen wórden geËlicieerd, en het dus a priori onmooglyk is, daê hei  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 27! het voorfz. Rapport iets ten nacleele van den Sup* piiant zoude kunnen behelzen. Dan} dat hoe zeer den Suppliant daar van alzo meent te hebben eene nioreele perfualie, hy nogthands daar van niet kan hebben een abfoluute zekerheid, en dat het derhalven altyd mooglyk blyft» dat het zelve Rapport iets ten laste van den Suppliant zoude kunnen involveeren; het welk* hoe abufivelyk het zelve ook zoude mogen wezen ,nogthands aan Uw Hoog Mogenden zoude kunnen wezen gefuppediteerd. Dat hoewel den Suppliant van de billykheid van Uw Hoog Mogenden genoegzaam verzekert is 3 om te moeten verwagten, dat Hoogstdezelven in dien gevalle den Suppliant niet onverhoord zouden veroirdeelen, of zyne volkomene defenfie doen erlangen , den Suppliant niet te min gemeend heeft zich aan Uw Hoog Mogenden te mogen adresfeeren, ea van Hoogstdezelven, zo wel inftantig als eerbiedig te mogen verzoeken, dat het Hoogstdezelven behaagen mag het voorfz. Rapport in dat geval te ftellen in handen van den Suppliant , omme zyn belang daar op ten fpoedigften aan Uw Hoog Mog. te laaten toekomen, indien namelyk , Uw Hoog Mog. vermeenen zouden, dat op het zelve Rapport eenig reguard zou kunnen worden genoomen, ofte dat Uw Hoog Mog. de voorfz. Refolutie van den (5den February, voor zo verre als daar by aan den Suppliant is geinterdiceerd de waarneeming van alle de deelen tot zyne Functie fpefteerende, gelieven in te trekken, en den Suppliant alzo niet langer van de exercitie van deszelfs Ambt en Bediening mag blyven gepriveerd. 't Welk doende &c. Den 21 April 1788, No-  Ü74 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot No. 423. Extratt uit het Regiter der Refolutien van de Hoog Mogende Heeren Staaten Generaal der Ver* • eenigde Nederlanden, waar by Mr. Pieter Paulus als Raad en Advokaat-Fiskaal van 't Collegia ter Admiraliteit op de Maaze word gedimitteerd, en van den ééd aan den Lande in dezelve qualiteit ge- [■ daan voor ontflagen gehouden. In dato den 23 April 1738. Is gehoon het rapport van de Heeren Torck va# Rosendaal en andere Haar Hoog Mog. Gedeputeerden tot de zaaken van de Plakaaten en Reglementen , hebbende ingevolge en ter voldoenirjge •van Haar Hoog Mog. Refolutie Commisforiaal van den 17 deezer loopende maand, geëxamineert het ampel fchriftelyk Rapport van M. van der Pot» waarneemende het Officie Fiskaal van de Generaliteit, aangaande het gedrag van Mr. Pieter Paulus, gefufpendeerd Raad en Advokaat-Fiskaal van hen Collegie ter Admiraliteit op de Maze, zo wel voorkomende in zekere Misfive door denzelven gefchreeven den 8 September 1787 aan den Heer Mr. Costerus, regeerend Burgemeester der Stad Woerden, als in andere gevallen tot zyne functie fpecteerende, alles breeder in de notulen van den 6, 13 én 21 February deezes jaars vermeld. En daar nevens ingevolge en ter voldoening van Haar Hoog Mogenden Refolutie van gisteren, geëxamineert hebbende de Requeste van Mr. Pieter Paulus, verzoekende, om redenen daar by geallegueerd, dat het Haar Hoog Mog. behaagen mogt, het voorfz. rapport ingeval het zelve iets ten lasten van den Suppliant zoude kunnen invdlveeren te ftellen in handen van den Suppliant, om zyn belang daar op ten fpoedigften aan Haar Mogenden te laaten toekomen, indien naamentlyk Haar Hoog Mog. vermeenen zouden, dat op het zelve Rapport eenig reguard Zoude kunnen worden genomen , #f dat Haar Hoog Mog. derzelver Refolutie van den 6 February voor zo ver,re, als daar by aan den Suppliant • - m  ie Gêfaürtenisfen ïn 1787 eh%» Voorgevaren. 473 is geihterdiceert de waarneeming van alle de dee* ientö't zyne functie fpeóteerende, gelieven in te trekken, en den Suppliant alzo niet langer van de exercitie van deszelfs Ambt en Bediening moge blyven gepriveert. Waar óp gedelibereerd, en naar examinatie van het voorfz. Rapport en verfcheide andere zaaken ■en omfta'ndigheden in het befogne geallegeert, en ten klaarftcn geprobeert bevonden zynde, dat de pöin&en ten lasten van gemelde P. Paulus, welke Haar Hoog Mogenden in deezen zouden kunnen möVeeren, beftaan in 'klaare faiten , waar op hec onnodig is nadere informatien van denzelven in te nèemen, als het welk tot niet anders zoude k-unaea «dienen., dan om een zaak die op zich zelve van de gro'otfte evidentie is, en die een fpoedige voorzie'ninge vereifcht 'te verwarren, en op de lange baan te fchuïven; en in achtinge genoomen zynde». dat, na het gedaane onderzoek, aangaande de-conduite van den gemelden P. Paulus, uit alle de daar by aangevoerde omftandigheden en gebeurtenisfen» ste famen genomen, overvloedig oonfteert, dat dezelve Mr. Pieter Paulus , zich voor het oog van de ganfche werelt zeer diep heeft gemengt, en een pfincipaal be'ftier heeft gehad m de maatregelen}, «die door een Verderffelyke Cabaal tot verandering •van de waare Conftitutie deezer Republiek, enfpe» ciaai tot vermindering van de wettige authoriteic van zyne Doorluchtigfte -Hoogheid, als AdmiraalGeneraal zyn Ondernoomen •: dat zodaanige conduï* te direct ftrydig Zynde met de verpligtingen van den pOst dien hy bekleedde, 'en met zyne betrek'kingen zo tot de Generaliteit als byzonder tot d?n Perfoon van zyne Doorluchtigfte Hoogheid, al* Hoofd van het Zeewezen van den Staat, hem Mr. Pieter Paulus met het hoogfte recht heeft -doen verliezen alle aanfpraak op het vertrouwen van Haaf Hoog Mogenden en van "Hooggemelde zyne Door» luchtigfte Hoogheid. • Is goedgevonden en verftaaü» dat onvermicdert IV. Deel. S d«  $74 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot de actie, welke in Rechten tegen hem zal kunneö. of mogen worden gefustineert, de Commisfie van Raad en Advokaat-Fiskaal van 't Collegie ter Admiraliteit op de Maaze, door Haar Hoog Mogenden op den 7 April 1785, aan gemelde Mr. P. Paulus gegeeven, zal worden ingetrokken en buiten effect gefteld, zo als by deezen gefchied, wordende dienvolgende meergemelde Mr. P. Paülüs, in die qualiteit gedimitteerd, en van den ééd aan den Lande in dezelve qualiteit gedaan, gehouden voof onrflagen, ha zal Extract van deeze Haar Hoog Mogenden Refolutie gezonden worden aan 't Collegie ter Admiraliteit op de Maaze, tot derzelver informatie, nfidsgaders aan gemelde Mr. P. Paulus tot deszelfs narig't, zullende denzelven daar benevens worden aan^ëfchreeven en gelast, om alle de Chartres en Papieren tot het zelve Ambt, en de deliberatien van den Raad ter Admiraliteit fpeóteerende, voof zo verre die onder hem berusten, aan een der Secretarisfen van het zelve Collegie over te geeven 3 onder behoorlyke recepis (was get.) A. Twent, Vt. Accordeert met voorfz. Register* (Geparaph.) H. Fagel. N°. 424. Misfive van den Heer en Mr. P. Paulus9 ' gefchreeven aan het Ed. Mogende1 Collegie ter Admiraliteit op de Maaze, te Rotterdam, den 28 April 1788. Edele Mogende Heeren ! Het is TJ Ed. Mogenden bekend, dat op denont* fang van Hun Hoog Mogenden Refolutie van den 6d"en February laatstleeden, waar by het Hoogstdezelven had behaagt, my te gelasten, om ter zaaks  is Gebeürtenisfén in i?Èf ênh VBÓrgevalkii, iy§ le van den inhoud van zekeren Brief, dien ik.op tien 8 September 1787 aan Mr. D. Costertjs, Bur-> gemeester te Woerden, zoude hebben gefchreeven, my te moeten onthouden van de waardeeming van aile de deelen, tot myne functie fpeóteerende s fcónder my deswegens direct of indirect, alvoorens te hebben gehoord, ik my terftondaan UEd. Mogenden heb geadresfeerd, met verzoek , dat U Ed. Mogeftden niet zouden gelieven toe te laaten, dat het onderzoek en de afdoening deezer zaak op de lange baan gefchoven, maar in tegendeel, dat &ari my ten fpoedigften Recht en Juftitie mogt .worden gedaan,, even en in diervoegen als ik dit te vooren aan Ambtenaaren en Bedienden van U Ed„ Mogenden ambtshalve altyd had doen wedei'vaa-' fen. —- . Dat ik dit verzoek in fubftantie naderhand toé nog tweemaal toe heb gerepeteerd, eri alzo mee woorden en met daaden heb getoond, dat ik, tip de zuiverheid van myn geweeten (leunende, alle onderzoek, hoedaanig dit ook mogt wezen, gerust; dorst afwagten, en met het volkomenfte vertröu-' wen dorst onder de oogeh te zien den Man, dié mee de examinatie van den voorfchreeven Brief en mee de inquifltie naar myn verder gedrag in njjl-in, doör Hun Hoog Mogenden in voegen voorfchreeVefi' was belast geworden. ~ Zodaanig zelfs, dat ik U Éd. Mogenden by herhaaling heb verzogt, dat asri den voornoemden vAndèr. Pof mögt worden ge°' las, om zyne actie, zo hy 'er eenige tegen my ter zaake van den voorfchreeven Brief meende te hebben, voor U Ed..Mogenden als myne competente Rechters in deezen, te inftkueereh, en deeze zaak;' alzo langs den behoörlyken weg van Rechten megtë worden afgedaan. Dan bet.is ü Ed. Mogenden bekend, dat alle deeze' inftantien geen ander gevolg hebben gehad i dan dat de voornoemde vAN dér Pof is achterwege gebleeyen ~= niets tegen my heeft geïntatóéerd?-* £2 Ja rriy zelfs geene gelegenheid>'• direct6'f mrjirefÊ s i %im  276 Verzameling van Stukken betrekkelyk Ut heeft gegeeven, om myn belang op den voorfz.' Brief te zeggen of in te brengen — dat hy integendeel zyn best heeft gedaan, om verklaaringen en befchuldigingen tegen my magtig te worden, die noch voor tieeren Commisfarisfen gepasfeerd, noch in forma probanti belegt wierden, veel min, dat my de Juftitie zoude zyn gedaan, om daar op te worden gehoord, en alzo de nodige elucidatie of informatie te hebben kunnen geeven — tot dat eindelyk dezelve van der Pot heeft kunnen goedvinden een Rapport op myn fujet in de werelt te brengen, gelyk ik daar van by gerugte ben geinformeerd geworden. —- Zo dra ik daar van onderrigt wierd, heb ik gemeend my te moeten adresfeercn aan Hun Hoog Mogenden zelve, met ootmoedig verzoek, dat het zelve Rapport in myne handen mogt worden gefteld, indien daar in (tegen alle verwagting) iets ten mynen laste gevonden wierd , waar op Hun Hoog Mogenden vermeenden eenig reguard te kunnen neemen. Ik meende naamelyk ter goeder trouwe, aan de eene zyde, dat, ingevalle aan voornoemde Mr. van der Pot eenige zaaken of omftandigheden waren voorgekomen, die onder het oog van Hun Hoog Mogenden verdienden te worden gebragt, hy my buiten allen twyffel gelegenheid zou hebben gegeeven, om hem daar op teelucideeren, ten einde voor te komen, dat hy, zonder behoorlyk onderzoek van beide kanten, niet in gevaar wierd gebragt, om Hun Hoog Mogenden een menigte abufive zaaken en omftandigheden onder het oog te brengen, en , aan den anderen kant, dat 'erniets billyker zynde, dan de bekende regel, aüdi et alteram partem, Hun Hoog Mogenden nimmer zouden hebben nagelaatcn aan myn verzoek te voldoen, indien Hoogstdezelven meenden, dat in hetzelve Rapport iets gevonden wierd , het welk ten mynen laste in eenige confideratie konde komen. Ik meende , dat dit laatfte altbands een der inebranlable gronden was, waar op het glorieus gebguw van deeze  'de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 277 ze Republiek in voorige dagen door de Vooroude» ren was gevestigd, en dienvolgende, dat 'er geen qua;stie zyn kon, of dit verzoek zoude my door Hoogstdezelven gereedlyk zyn toegeftaan! LI Ed. Mogenden zullen zich derhalven ook in deezen ligtlyk kunnen reprsfenteeren myne hoogfte verwondering en bevreemding op het ontfangen der Refolutie van Hun Hoog Mogenden van den 23ften deezer, waar by het Hoogstdezelven heefe behaagt myne Commisfie van Raad en AdvokaatFiskaal ter Admiraliteit op de Maaze, door de gezamentlyke Bondgenooten op den 7den April 1785 eenpaariglyk op my geconfereerd, in te trekken en buiten effect te ftellen, en my dienvolgende indezelve qualiteit te dimicteeren, en van den ééd aan den Lande daar in gedaan, te houden voor ontflagen, met verderen last , om alle de Charters en Papieren, tot het zelve Ambt en de deliberatien van het Collegie fpecteerende, voor zo verre die onder my mogten berusten, aan een der Secretarisfen van UEd. Mogenden, onder behoorlyk recepis over te geeven. Ik meende, dat het volftrekt onmooglyk was, iemant onverhoord te veroirdeelen, vooral, wanneer deeze zich aan dit onderzoek niet onttrok, maar zich daar toe by herhaaling op de dringendfte wyze aanbood, en dat het geen aan elk, wie hy ook zy, altyd zonder uitzondering wordt toegeftaan, aan een Ambtenaar van een der aanzienlykfte Posten in ons Land, althands niet geweigerd konde worden. Ik meende deeze denkbeelden zelf gevonden te hebben in het gedrag van Hun Hoog Mogenden zelve, die eerst by Hoogstderzelver Refolutie van den (Sden February laatstleeden fiegts goedgevonden hebbende my by provifie te interdiceeren de waarneeming van alle de deelen, tot myne functie fpecteerende, en den voornoemden Mr. van der Pot te belasten met de examinatie van den voorfz. Brief en met de inquifitie naar myn verder gedrag S 3 ia  2? 8 ¥tr&p'ü$ng v&n $tuklen fatrMelyl to$ in officia, daar door zelfs toonden te begrypen , dat kllé deeze zaaken behoorlyk moesten worden onilerzogt; dat ik deswegens myne defenfie moest hebben,' en dat vervolgens deeze zaak naar bevind daar van, moest worden geterrnineerd Hun jioog Mogenden zelve fcheenen derhalve deezè zaak op eene juftitieele wyze te beginnen, en ik kon my dienvolgende niet wel voorftellen, dat iets, dat met een juridicq onderzoek was begonnen, pp eenè. 'politïcque wyze zoude zyn geëindigt: want ik verbeeldde my, dat Hun Hoog Mogenden dan zouden zyn begonnen, daar het Hoogstdezelve nu heeft goedgedagt deeze zaak te eindigen. — • 'Dan het heefc Hun Hoog Mogenden behaagt, my myne dimisfie te geeven, zonder dat ik tot nog toe iets weet van de prasciefe gronden en motiyen |vaar op ik zulks kor.de hebben gemeriteerd , -—en zonder dat ik des wegens direct of indirect ben gehoord geworden! —■ ' Ik lees wel in Hooggemelde Refolutie, dat ik sny voor het oog van de ganfche werelt zeer diep zoude hebben gemengt, en een principaal befiieï zoude hebben gehad in de maatregelen, die door een verderflvke Cabaal tot verandering van de waare Conftitutie deezer Republiek, en fpeciaal tot •vermindering van de wettige authoriteit van zyne Doorluchtige Hoogheid, als Admiraal-Generaal zouden'zyn öndernoomen. Maar ik vind in Hooggemelde Refolutie geen één fait of omflandigheid uitgedrukt, waar uit dit zoude confieeren. —Ik durfmy desaangaamde ook met volkomen fiducie beroepen op de Registers van U Èd. Mogenden en pp de, kennis, die U Ed. Mogenden van alle myne handelingen en advyzen in officia draagen, zo wel als óp allen, die my Immer in eenige befoignes hebben bygewoond, en ik ben verzekerd , dat daar uit door niemant niet alleen niets, hoe ook genaamd, zal kunnen worden gehaald, waar uit zodaah'fg oogmerk zoude confieeren; maar integendeel 3 dat ik de rechten van den Heer Admiraal-Ge.-  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 279 neraal, daar het te pas kwam, zeerwel heb durven voorftaan en bevorderen. Ja ik durf my in deezen beroepen op het onfeilbaar getuigenis van den alweetenden God, dat myne daaden en voorneemens nimmer ergens anders toe hebben geftrekt, dan tot eene onwrikbaare bevestiging van de waare Conftitutie van dit Gemeenebest , en van de waarachtige Rechten van zyne Hoogheid , onder anderen als Admiraal-Generaal; — gelyk ik myn rechtveerdig Vonnis deswegens met een blymoedig uitzicht afwagte in den jongften dag! — Ondertusfchen kan ik thands, Edele Mogende Heeren! niet anders doen, dan my ook aan deeze Refolutie met ftilzwygen te onderwerpen —■ en de beoirdeeling deezer geheele zaak aan de onpartydige Natie — aan geheel Europa — ja aan den opperften Rechter van alle Rechteren, (zy mogen zyn wie zy zyn) den onwankelbaaren rotfteen van myn volkomenst vertrouwen, — met eerbiedige onderwerping over te laaten: —- ik doe dit ook met des te meer blymoedigheid, daar Hy , de harten en nieren van alle Menfchen beproevende, en alle de dryfveeren van hunne handelingen grondig kennende, ook bewust is van de zuiverheid myner bedoelingen en handelingen in alle deelen van myn Post, en van de hartlyke liefde en yver, waarmede ik naar myne zwakke vermogens myn Vaderland heb getragt te dienen. —— Ja, ik doe dit met des te meer blymoedigheid, daar myne eer is bewaard gebleeven —- daar men niets tegen my heeft kunnen voor den dag brengen, dat in Rechten eenigfints beftaanbaar was: — waar van Hooggemelde Refolutie van Hun Hoog Mogenden zelve, zo wel als de bewustheid van U Ed. Mogenden, my altyd de zekerfte waarborg zal wezen. —-. Ondertusfchen worde ik dus genoodzaakt een Post te verlaaten, die tot hier toe het grootst genoegen van myn leeven uitmaakte, en die, hoe omllagtig en arbeidzaam op zich zelve , ik nog«hands ter liefde van 's Lands algemeene zaak mee S 4 ves»  'a8o Verzameling van Stukken, betrekkelyk M ■vermaak nog eenige jaaren zoude hebben blyven, waarneemen. Daar ik my, Edele Mogende Heeren! van het begin van myne komst tot dit Ministerie, in den jaare 1785 een Plan had voorgefteld, waar naar ik meende, dat dit Departement, om te wezen een bekwaam Militair Departement ter Zee, behoorde te worden ingerigt, heb ik in der tyd getragt, alle zaaken tot het zelve betreklyk, fteeds daar heenen te dirigeeren, en de medewerking van 13 Ed. Mogenden en derzelver Ministers heeft gemaakt , dat daar van reeds een confiderabel gedeelte is uïtgevoert, en dat nog flegts de geringe tyd van andere drie jaaren rrodig zoude zyn geweest om het zelve geheel te voltooijen, ten dien effecte, dat dit Departement na de volvoering daar van, buiten twyftël in de meeste opzichten zich zoude hebben kunnen mefureeren met het fraaist Departement ter Zee van geheel Europa. — Ik vleide my, dat het zelve alzo een bewys zoude hebben kunnen opleveren, hoe gemaklyk het zyn zoude *8 Lands Zeewezen wederom tot deszelfs voorigen luifter te brengen — de Vlag van den Staat haat voorig aanzien op alle de Zeeën van de werelt te doen herneemen — de tyden van Tromp en de Ruiter te doen wederkeeren , en met dezelven de glorierykfte dagen van de Republiek — en alzo ®an de Commercie en Navigatie van de Ingezetenen deezer Landen, de eenige zuilen waar op de welvaart der Republiek nog berust, die kragtdaadige protectie te bezorgen , welker tegenwoordigheid den Koopman alleen gerustheid geeven kan voor gyne onderneemingen, en hem onbekommerd kan doen voortgaan in zyne uitzichten aan alle kanten uit te (trekken, en by gebrek van welke de ondervinding van alle tyden heeft doen zien, dat de Koophandel niet dan met angst en vreeze word gedreeven, en eindelyk verlooren gaat, — vooral dan, wanneer het Hun Hoog Mogenden eenmaal behaagde, gebruik te maaken en te doen maaken \m het Plao vap redres ?q verbetering yan 's Lands  "Se Gebeurtenis/en in l?$7 enz. voorgevallen. 281 Zeewezen, hec welk in den jaare 1786 van wegen de Haagfche Aclmiraliteics Befoignes aan de tweede Perfoneele Commisfie van Hun Hoog Mogenden toe de zaaken van het Defenfie-wezen, zo te water als te land, is gefuppediteerd geworden; en hec welk ik my daarom altyd tot eene eere rekenen zal, te hebben helpen in de werelt brengen. Het ftrekt my ook tot een byzonder genoegen, dat de Financien van dit Departement zich op den voorfz 6den February, in geen minderen ftaat bevonden, dan ik dezelve by myne komst tot dit Ministerie gevonden had: dat het credit van het zelve zich onafgebroken had ftaande gehouden ■ zo als men daar van in den aankoop van goederen, zelfs vis a vis van het Collegie te Amfteldam, de blykbaarfte ondervinding heefc gehad, dat alle betaalingen, zelfs tot op den voorigen dag,regelmaatig waren gefchied, en zulks niettegenftaande de gebrekkige betaalingen van veele Provinciën en de langzaame zelfs van de Provincie van Holland, ja niettegenftaande de enorme kosten, die door U Ed. Mogenden zo te Rotterdam als te Hellevoetfiuis tot verbeetering van den Staat van het Departement, zo in Schepen als Gebouwen, in de drie verloopea jaaren, zyn gedaan, en den aanbouw van drie geheel nieuwe Schepen en een Brik zyn befteed-;—• zodaanig zelfs, dat de Commies vanVianen kan getuigen, dat, indien door de refpective Provinciën op de gedaane petitiën over verfcheiden jaaren fiegts eenige betaalingen waren gedaan, en die van de Provincie van Holland maar wat beter waren ingekomen, men in den jaare 1786 zich inftaatzouhebben gevonden, om aan U Ed. Mogenden voor ce ftellen, om ƒ ioocoo af te losfen op de 18 tonnen gouds , die in den laatften Oorlog met Engeland zyn genegotieerd ja dat, indien Holland alles betaalde het geene die Provincie fchuldig is, voor gedaane diensten, de helft van hetzelve capitaal, en indien de verdere Provinciën voldeeden het geen zy federt den jaare 1785 aan dit Collegie fchuldig zyn „  ttz Verzameling van Stukken betrekkelyk toé het geheel capitaal nietj alleen zou kunnen worden afgelost, maar zelfs nog een vry conliderabele fom. me tot goed floc worden overgehouden; en dat, indien dan verder werd gecontinueerd met de poincten van menage; die door U Ed. Mogenden in den voorfz. jaare 1786 zyn opgegeeven en vastgefteld, het eene incoatescabele waarheid is, dat de Staat van Financien van dit Collegie zichdermaate zoude kunnen verbeteren, du het ordinaris inkomen de ordinaris uitgaven zelfs het onderhoud van Schepen en Gebouwen daar onder gereejkend, verre zoude overtreffen- < De plaatfelyke ficuatie der Comptoiren, voor al In de Meijerije van 's Boch, bevindt zich thands, meen ik, in geene mindere order ten dienste van den Lande, als wel te vooren; doch hoe veele verplaatfingen ook daar in reeds hebben plaats gehad, is het zeker, dat daar aan nog veel ontbreekt, eer deeze fchikkingen tot die volkomenheid zullen wezen gebragt, waar voor dezelven in de daad vatbaar zyn. —- Terwyl het te wenfchen was, dat het geheel werkder Convooijenen Licenten , tot een bykansoneindig voordeel zo wel voor den Lande, als voor de Commercie, eens op dien eenvoud'gen voet konde worden gebragt, waar toe in den jaare 1786 aan welgemelde Commisfie tot het Defenfie-wezen door de Haagfche Admiraliteits Befoignes al mede is ge. advifeerd, en waar van eene praeciefe en geregelde plaatfing der Comptoiren langs de grenzen een onvermydlyk gevolg zoude moeten wezen. —— En wat de Ambtenaaren en Bedienden van U Ed. Mogenden aangaat, —— deezen zyn zeeker door de aangeftelden ook in myn tyd niet verergerd. Jk durf dit met vrymoedigheid zeggen, zo om dat ik dezelven allen van naby kenoe, als om dat 'er niemant onder is van myne Familie of nabeftaanden , daar ik nimmer iemand van de mynen tot iets, hoe gering ook, by U Ed. Mogenden geporteerd heb- be Ik erken ook rondlyk, dat het my onmoog- lyk zoude zyn geweest, om zonder de ieverige mede*  ds Gebeurtenis/en in 1787 enz. voor gevallen. 283 jdewerking vaa den Equipagimeester van Berchdis, de Onderequipagimeesters Correau en Hoek, en de 's Lands Baazen GlavtmAns en Dorsman, in hec geen de marine aangaat; van den Contrarolleur Rom ïn het geen het werk der Couvooijen en Licenten vooral in de Generaliteit betreft; den Commies der pomptable Rekeningen de Sel; en den Commies, van Vianen voor zo veel de Financien van dit Collegie aangaat; dat, zeg ik, zonder de medewerking van alle deezen, in hunne refpective posten en relatien, ik nimmer zoude hebben kunnen doen, het geen ik nu uog mag gedaan hebben, en dat ik dit daar aan voornaamelyk verfchuldigd ben. Ik meen derhalven verpligc te zyn, dezelven als zodaanigen, en als lieden, van wier eerlykheid, naarstigheid en yver tot'sLands dienst ik zo veele ondervinding heb, en dienvolgende als waardig der gunste en het vertrouwen yan U Ed. Mogenden, by deeze gelegenheid byzonderlyk te moeten voorjdraagen. Voor het overige moet ik hier nog byvoegen, dat ik alle papieren , die, de deliberatien van ö Ed. Mogenden betreffende, nog onder my berustten, ingevolge de voorfz, Refolutie van Hun Hoog Mogenden, zo als dit ook in der daad wel van zelfs fprak, aan den tweeden Secretaris yan U Ed Mogenden, onder behoorlyk recepis, heb ter hand gefteld. Er fchiet my derhalven, Edele Mogende Heeren, niets meer over, dan ü Ed. Mogenden en derzelver Ministers nogmaals op de hartlykfte wyze te bedanken voor de veelvuldige blyken van vriendfchap en vertrouwen, waar mede U Ed. Mogenden my, geduurende al den tyd van myn Ministerie, wel hebben gelieven te verëeren, en voor de onderlinge harmonie, die geduurende al dien tyd onafgebroken heeft plaats gehad; —r voor het opregt deel, dat tJEd. Mogenden in dit geval zelve, na de Refolutie Jan Hun Hoog Mogenden van den 6den February satsüedeiij door woorden en daaden hebben ge53 ■ ?*' - >:■ - " tgquda  2S4 Verzameling van Stukken betrekkelyk ttt toond, te neemen, ja dat het U Ed. Mogenden zelfs behaagd heefc, myn byzonderen Klerk Irier aan Hun Hoog Mog. voor ce draagen toe Oncfanger van de Convooijen en Licenten te Delfshaven, evenals of ik zeifin den Raad prefent geweest ware; al het welk my iD alle deeze omltandigheden tot geene geringe opbeuring heeft geftrekt, en waar aan ïJc nooit dan met de oprechtfte dankbaarheid gedenken zal. — fk wenfeh van geheeler harte, dat HetCrOD Almagtig behaagen moge, 's Lands Zeewezen door den invloed en de directie van eene welgevestigde en met 's Volks waare belangens overeenkomende Conftitutie, tot den hoogstmoogiyken trap van perfectie te brengen; dat de eer van s Lands Vlag buiten 's Lands alomme moge worden gehandhaafd: — dat de Commercie en Navi. gade van de Ingezetenen deezer Landen daar in fteeds haar fterke fteun en toeverlaat, en derhalven haar groei en bloei mogen vinden; — dat het zy. ne Hoogheid en alle de verdere Leden en Miniseers van deezen Raad moge wel gaan tot in lengte van dagen: — dat, zo wel de Admiraal-Generaal als dit Collegie zelve, by zyn wettige Rechten ten allen tyde moge blyven bewaard; dat de Koophandel en 's Lands Zeewezen in deezen Raad fteeds haareBefchermers en onvermoeide Bevorderaars vin. den mogen, en dat het U Ed. Mogenden moge gegund wezen, om voor derzelver moeite en zorg in het wel waarneemen van hunnen Post, en voor de opofferingen van hunnen geheelen tyd, genoegens cn gezondheid, welken zy daar aan zouden hebben mogen befteed, nimmer ondankbaar te worden behandeld — althands nimmer onverhoord van derzelver Posten te worden verlaaten, maar integendeel, dat Hoogstdezelven daar voor altyd met de aanmoedigende goedkeuring van den Souverein en de dankbaarheid eener braave Natie mogen wor- den beloond! Terwyl ik, zyne Hoogheid, U Edel Mogenden met derzelver Ministers, midsgaders alle de Amb- te-  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voor gevallen. 2$$ tsnaaren en Bedienden, als mede alle de belangens yan deezen Raad, van gancfcher harte beveelende in de belcherming van God Almagtig, my fteeds met de oprechtfte en leevendigfte gevoelens vaa hoogachting noeme. Rotterdam, den &c. Edele Mogende Heeren'. U Ed. Mogendens zeer gehoorzaamecen altyd dienstbereiden Dienaar. (was get.) P. Paulus. N°. 425- Request van Mr. Bernardus Blok , aan de Edele Mogende Heeren Magijlraaten en Gedepu-. teerdens van de Steden van West-Friesland en het JSloorder-Ouartier. Geeft met verfchuldigde eerbied te kennen Mr. Bernardus Blok. Dat hy Suppliant, in den jaare 1785, door UEd. Mog- aangefteld zynde tot derzelver Secretaris, mitsgaders tot Secretaris der Heeren Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Hollanden WestFriesland in West-Friesland en het JMoorderquartier, als mede, door de laatstgenoemde Heeren, tot Commis der Financie, deeze bedieningen met alle bereidwilligheid heeft aanvaard; en zich, vervolgens, op eene getrouwe waarneeming en vervulling derzelve, met dien yver en naarftigheid tragten toe te leggen, die niet alleen de keuze van U Ed. Mog-, op zynen perfoon gevallen, zo veel mooglyk, konden rechtvaardigen; maar die hem tevens , geduurende den loop zyner Ministerieele Functien, het volkomen vertrouwen van het Collegie, het welke hy de eere had te dienen, op de billykfte wyze, konden doen meriteeren; gelyk hy dan ook het geluk gehad heeft, om uit het meermaalcn gemanifesteerde genoegen van het gemelde Col-  aSd» Verzameling yan Stukken betrekkelyk tot Collegie, aangaande zyn gedrag en verrigtingen3 te mogen befluiten , hec voorfchreeven oogmerk yolkomenlyk bereikt te hebben, zonder dat hem, ijnmer, uit de geringde omftandigheden gebleeken is, hier aan met eenige reden te moeten twyffeleö of wantrouwen. Dan, dat de aanmer.kelyke omwenteling van zaaken , welke in het Gemeenebest der Vereenigde Nederlanden, in den afloop des voorledenen jaarsjj is voorgevallen, eene zodaanige verandering in de denk- en handelwyze van alle de Collegien, welke eenig deel aan het openlyk beftier van 's Lands geineene zaaken hadden, te wege heeft gebragt, dat hy Suppliant, om redenen welke aan niemant onbekend kunnen zyn, raadzaam geoirdeeld heeft, van Heeren Gecommitteerde Raaden verlof te verzoeken, om, vooreenigen tyd, van de waarnee. irringen zyner bediening verfchoOnd te zyn, en zich naar elders heen te mogen begeeven; welk verzoek door welgemelde Heeren, gunftiglyk, aan hem is toegedaan, en van welk verlof hy dan ook daadlyk gebruik heeft tragten te maaken. Dat hy Suppliant niet nagelaaten Zoude hebben, na de expiratie van het gemelde verlof, het welk flrekte tot den 15den November des afgeloopeneö jadrs, zich wederom in de Refidentie van het Edel Mogende Collegie te begeeven, en zich in deszelfs" Vergadering te öfteeren, indien hy hier in niet verhinderd was geworden, door eene tusfchenkomende Refolutie van Hun Ed. Gr. Mog., de Heeren Staaten van Holland en West-Friesland, in dato den 8 October, waar by van hem. generaal fcheen gerequireerd te worden de verantwoording van daaden, welke door de meerderheid van een Collegie 3' het welk hy flegts als Minister had geadfïsfteerd,' verrigt geworden waren ; met expresfe last, onr zich, benevens de gemelde meerderheid, wegens; derzelver gehouden gedrag en directie, behoorlyk te verantwoorden; aan den eisen Van welke Refolutie de Suppliant wel, by een breedvoerig Rapport^  ie Geheurtenisfen in 1787 énz. vootgcyathn. 28^ port, waar van hy de eer heeft gehad aan Heeren Gecommitteerde Raaden Copie te doen toekomen, voldaan meent te hebben , doch welke Refolutie hem tevens toefcheen, in zodaanige termen vervat te zyn» dat hy vooral in aanmerking neemende, de toeneemende beroerten , en wisfelvallige omftandigheden aan welke het Gemeenebest nog fteeds bleef blootgefteld, raadzaamst oirdeeWe, aan Heeren Gecommitteerde Raaden zo lange prolongatie van het gegeeven verlof aan hem te willen vergunnen, tot dat hy de dispolltie van Hun Ed. Groot Mogenden op zyn Rapport vernomen zoude hebben, en hierdoor die fatisfactie geobtineerd, dat alle zyne Ministerieele verrigringen» door Hoogstdezelven, goedgekeurd zouden zyn geworden, era hy ?.ichdus, onder hunne hooge befcherming , veilig en buiten gevaar voor zynen perfoon en verdere dienften zoude kunnen befchouwen. Dat hy Suppliant hier op vernoomen heeft, dat Heeren Gecommitteerde Raaden goedgevonden hebben, om, wegens deezen zynen brief, eene Vergadering van U Ed. Mogenden te beleggen, en dat het U Ed, Mogenden in dezelve beha-igt heeft,' om, aivoorens op zyn verzoek finaal te refolveeren, over deeze zaak, en andere poinCten, zynen' post concerneerende, te verzoeken de Confideratien van zyne Hoogheid den Heer Erfftadhouder; waar op de Suppliant de vryheid heeft genoomen, by eeneMisfive, gefchreeven uit Brusfel den6denDecember, aan U Edele Mogenden te kennen te geeven, dat hy, alhoewel zich geperfuadeerd hou„ dende, dat noch zyne'Hoogheid, noch U Edele' Mogenden, hem dat grief of die injuftitie zouden aandoen, om hem, onverhoord, van zynen post te ontzetten, alzo hy, in het waarneemen j, van denzelven, allezins getragt had, het gede,, clareerde Systema van den Souverein der Provin» „ cie, hét welk volkoomen iuftemde met dat der' „ meerderheid van Hoogstdeszelfs Gecommitteer„ de Raaden in het Noorderquarcier, te volgen, 1 t> ea  188 Verzameling van Stukken betrekkelyk téi 1 35 en hy geen ander doel gehad had, dan het heü 3, van het Vaderland in het gemeen, en van het j, Noorderquartier in het byzonder, zo veel van hem dependeerde, op alle mooglykë wyze te be. 5, vorderen, nögtnans in aanmerking neemende,de notable verandering, in het Politicq Systemader s, Provincie voorgevallen, zich niet ianger konde vleijen te zullen genieten dat vertrouwen, hec s, welk de aangenaamheid, en het Voornaamst ver- eischte van Zodaanig een post moet uitmaaken, 3, en waar mede hy fteeds door den Sóuverein, zo s, wel als door Heeren Hoogstdeszelfs Gecommitj, teerde Raaden, gehonoreerd Was geworden; dat 3, hy, uit dien hoofde, wel zoude inclineefen, orts, der referve egter van zodaanige fchikkingen, als 3, in billykheid, zo met betrekking tot het overal neemen van het huis, enkel en alleen om zynen s, post welvoeglyk te konnen waarneemen, te Hoortt 3}-gebouwd, als ten aanzien vaneen modicqjaar„'geld, konden worden gevorderd, zynen post in s,' handen van U Edel Mogenden te refigneeren, of 3, te doen refigneeren ; en ZO Ü Ed, Mog. (gelyk 3, hy van derzelver billykheid gerustlyk durfde ver3, trouwen,) hem hier in, op. eene honorable en redelyke wyze, geliefden te gemoet te koomen, 5, hy tevens volkoomen gereed was, den post van 3, Commis der Einancie, die in allen gevalle niets s, gemeens had met het Secretariaat, en door Hee3, ren Gecommitteerde Raaden afzonderlyk op hem geconfereerd was , mede in handen der laatst. 3," genoemde Heeren te refigneeren Dat hy Suppliant, hoe verwonderd ook, dat men de Confideratien en het Advies van zyne Hoogheid vórderde (*), omtrent het verzoek van eenen Minister, die een Collegie bediend had, welks huishoudelyk bellier ten eenemaale aan den Perfoon van gemelde zyne Hoogheid onbekend was, en hoe zeer het hem tóefcheen, dat deeze demarche alleen was ingerigt, om hem onder den fchyn van het recht te wil» (*) Zie dit Stuk in de volgende N9.  ie Oebeurtenisfen in 17Z7 enz; voorgevallen1* a8§ ■willen handhaavenenj mede de.facrifice te maaken van het peribonlyk resfentiment van het Huis van Orange, tegen die genen, welk in denk- en handelWyze van het zelve hebben durven verfchillen » echter uit het Refultat der Befoignes, wegens zyne zaak met gemelde zyne Hoogheid gehouden * geene de minfte befchuldiging tegen zyn gehouden gedrag ©f directie heeft kunnen ontdekken; maar dat hy alleen uit het zelve heeft geziien, dat het aan meer» femelde zyne Hoogheid was voorgekomen, dat hy^ uppliant waarfchynlyk zelve wel zoude wenfehen * om van zynen Post op eene convenable Wyzej te) worden ontfiagen, en dat zyne Hoogheid het, uje dien hoofde, in bedenking gaf, om, ten einde dè rust en tranquiliteit by de Ingezetenen te bévorderen, en alle gevaar voor den Suppliant te preveniee» ren , hem op zodaanige wyze zyne dimisfie als Se•cretaris te verleenen, en van de verdere waarnee» ming deezer bediening te exculëeren; waar op het dan ook aan U Ed, Mogenden heeft konnen goeddunken, om aan den Suppliant, ter refcriptie op zyne bovengemelde Misfive van den 6den December, te doen toekomen het Extract hunner Refolutie, op den i4.den December daar aan volgende* ten zynen opzichte genoomen, waar by aan hem Suppliant, zonder allegatie van de geringite be* fchuldigingen tegen zynen Perfoon, of eenige dé minfte klagten wegens malverfatien ihzyneri dienst* ja zelf zonder eenigen aandagt te verleeneu aan de billyke voorwaarden, op welke hy zélve had aangeboden, beide zyne bedieningen, vrywillig, int den fchoot zyner Aanftellers wederom te willen neder leggen, op eene despocieke en volflrekt wille, geurige wyze , de dimisfie van zyne bediening, al8 Secretaris van U Edele Mogenden, mitsgaders van Heeren Gecommitteerde Raaden, refideerende td Hoorn, verleend wordt, met overlaating alléénj Om, ingevalle hy goedvinden moge eenige Verzoen ken, het zy om reftitutie vau ambtgeld, of over" andere pecuniëele poincten, hét gemelde ambt bi* iV* Dsel, T . ttlft.  VefUmeling van Stukken betrekketyk ioi treffende, te doen, zich daar over ter behoorlyker plaatze te konnen adresfeeren; met verzoek aan Gecommitteerde Raaden, om, ingevalle het voorfz. Poinct om reftitutie van ambtgeld in hunne handen om Advies mogt worden gefteld, daar op favorabel ïeguard te flaan (*). Dat hy Suppliant diep getroffen door deeze behandeling, zyne aandoening en leedweezen deswegens aan U Edel Mogenden te kennen heeft gegeeven , by zyne Misfive, gefchreeven uit Amfteldam den 27ften December, by welke hy de vryheid nam, aan U Ed. Mogenden voor te houden: ,, dac ,, voor zo verre zyne Misfive van den 6den daar te 9, vooren, ten grondflage diende van de gemelde „ U Ed. Mogenden Refolutie van den 14 daar aan 3, volgende, de inhoud van deeze laatftè geenzins ,, voldeed, aan het geen by die Misfive aan U Ed. *, Mogenden had voorgedraagen. Immers, dat hy „ by dezelve geenzins verzogt had zyne dimisfie, ,, maar alleen te kennen gegeeven zyne inclinatie, om zyne posten in handen van zyne refpective 3, Aanftellers te refigneeren of te doen refigneeren, ingevalle UEd. Mogenden genegen waren in fchik,, kingen te komen over de poincten in gemelde Mis. five vervat, en zonder welk de inclinatie van den s, Suppliant ten dien einde geheel verviel; dat hy ,, dus natuurlyk had moeten verwagten, dat wan,, neer U Ed. Mogenden tot het aangaan van die ,, fchikkingen, of niet genegen, of niet bevoegd ,, waren, U Ed. Mogenden de gemelde Misfive 3, voor notificatie zouden hebben aangenoomen, ,, ofwel, alvoorens hem Suppliant te dimitteeren, j, doen weeten, waar en hoe hy, ter beding der 3, voorgemelde poincten, zich moest adresfeeren ; ,, in welk eerfte geval de Suppliant niet gehouden „ kon worden, als zyne dimisfie verzogt te heb„ ben ; en in welk andere het aan hem zelve geftaan zoude hebben, om deeze dimisfie al of niet fiés naai te verzoeken. Doek l Zie HL Deel, bl 151. No, 33 t4den December genoomen, daar liggende, en „ door U Ed. Mogenden gearripieerd zynde, wat jj hy, behoudens de gereferveerde voorwaarden * j, en anders niet had aangeboden, van zyne zyde 35 te raade was geworden, om de aan hem op diëh ,, voet Verleende dimisfie te accepteeren, terwyl j, hy dan ook tevens met alle recht reclameerde dé voldoening aan de poincten by die Misfive v'er3, vat, op welke de gemelde Refolutie alle'enlyE fteunde; en uit dien hoofde verwagte, dat ny 3, met den eerfien onderrigt zoude mogen worden 3, van de benoeming eener Commisfie, om met he&i %s of de zynen in onderhandeling te, treeden, enalzb deeze zaak haar volkomen beflag tè doen ei« >, langen ". , ._ ' Dan dat hy Suppliant tot zyn innig leedWeZeft jfieefc moeten yerneemen, dat deeze zyne laatite Misfive door U Ed. Mogenden met geene de geringfie reflectie verwaardigd, maar geheel en al is gefeponeerd geworden; terwyl hy tevens ter setver tyd by Extradt-Refoiutie van het Collegie der iHeeren Gecommitteerde Raaden, in datoden aofteh. December geinformeerd is geworden, dac gemelde Heeren almede zonder eenige redenen te allegueeren, of hem van eenige kwaade trouw in den loop zyner bediening te befchuldigen, hadden künh'eli goedvinden, hem van zynen Post als Commis der Financie te ontzetten; en hem voorts tot verantwoording 'van zodaanige 's Landspenningen , als onder zyne adminiltratie geweest zouden zyn, té interpelleeren [.*). Dat hy Suppliant op deeze wyze de allefints onrechtmaatige en willekeurige handelwyze , welke men omtrent zynen Perfoon goedvond te houden ,i ten duidlyklten ontwaar wordende, gëmeendheéffc aan gemelde Heeren Gecommitteerde Raaden niets ganders té moeten refcribeeren , dan hy by ('*) Zié hiér voor Jtó 377- hl. |i; n  Verzameling van Stukken letrekkelyk ttsi Misfive van den 6den January deezes.jaars gédaan heeft; dat hy naamelyk, zonder zich over den inhoud van derzelver Refolutie eenigfins te willen expliceeren; in dezelve noch tyd noch plaats uitgedrukt gevonden had5 binnen welke en waar het Hun Ed. Mogenden zoude convenieeren, om de verantwoording der Penningen, onder hem berustende , te doen gefchieden; weshalven hy Hun Ed. Mogenden verzogt, hem hier omtrent nader te willen informeeren, alles echter met dien verftande, dat hy door dit verzoek geenfins verftaan wilde worden, de handelwyze van Hun Ed. Mogenden ten zynen opzichte gehouden, gejustificeert, of de aan hem verleende dimisfie eenigermaate geaccepteerd te hebben. Dat hy Suppliant ondertusfchen, uit al het tot dus verre geallegueerde heeft moeten opmaaken, dat men geenfins voorneemens is, om ten zynen opzichte aan de infpraaken van het Recht en de hoogfte billykheid eenig gehoor teverleenen; veelmin om te voldoen aan de rechtmaatige voorwaarden , op welke hy vry willig aangeboden heeft zyne Eedieningen in den fchoot zyner Aanftellers wederom neder te leggen; maar dat men integendeel het 'er op toegelegt heeft, omeenen eerlykenMini1; er op eene geheel politieke en ten eenemaale wederrechtelyke wyze, van zyne Ambten te deposlideeren, en hem, zo wel als zyn onfchuldig Huisgezin, de droevige flagtoffers te maaken van den iever en getrouwheid, met welken hy, geduurende den loop zyner Bediening, zyne wettige Overheid ten allen tyden heeft tragten te gehoorzaamen, en deszelfs gemanifesteerde oogmerken, naar zyn gering vermogen, by te ftaan en te bevorderen. Dat hy Suppliant, zich op deeze wyze geheel ontzet ziende, van de geringfte middelen tot zyne verdeediging, en buiten alle mooglykheid gefteld zynde, om zich behoorlyk te kunnen verantwoorden, vermeent het recht te hebben, om zich als ge-  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 293 geheel aan zich zeiven overgelaaten te mogen befchouwen; en uit dien hoofde gewettigd te zyn, om van al zodaanige middelen gebruik te maaken , als hem nog overig zyn, om zich zeiven dat recht te doen wedervaaren, het welk hy op de billyklte gronden heeft tragten te reclameeren, doch het welk aan hem op de verachtlykfte wyze ontzegd is geworden. . Dan, dat hy Suppliant, alvoorens zodaanige middelen daadlyk by der hand te neemen, nogmaals vermeend heeft, het uiterfte te moeten beproeven, om op eene voegzaame wyze, de aan hem verfchuldigde voldoening te erlangen, en dien volgens TJ Edel Mog. by Requeste te moeten adieeren, gelyk hy de eere heeft thands te doen ; om van den eenen kant aan U Ed. Mogenden met dien ernst, dien de natuur der zaak allefins vordert, voor te houden de funeste gevolgen, welke noodzaaklyk moeten refulteeren uit het gedrag, het welk U Ed. Mog. tot hier toe omtrent zynen Perfoon hebben gelieven te houden; daar het eene zekere waarheid is, dat geen Minister, die overeenkomftig zynen pligt aan zyne Bediening getrouw zoekt te zyn, zich immer veilig reekenen kan, ingevalle een Souverein of ander Collegie, het welk hy de eere heeft te dienen, de magt en het recht zoude bezitten, om het geen te vooren door het zelve bevolen, en als deszelfs wil uitdruklyk te kennen was gegeeven , naderhand voor erroneus en onwettig te verklaaren , of te doen aanmerken; en de gevolgen hier van te doen redundeeren op die genen, die uit den aart. hunner Bediening gehouden waren, den wil hunner Meesters, hoedaanig dezelve naderhand ook: geconfidereerd zoude kunnen worden, te gehoorzaamen en achtervolgen; ja, daar en boven,zodaanige Ministers, zonder eenigfins van hunne fchuld te doen confteeren, of hen gelegenheid te geeven, om zich behoorlyk te kunnen justificeeren , van hunne Ambten te verlaaten; alle gehoor aan derzelver biüyke voorflagen te weigeren j en hen en X 3 öüa*  |94 Verzameling van Stukken betrekkelyk U$ hunne Familien onverdiend, op eene geheel eigendunkelyke wyze, in hun verderf en totaale ruïne »eer te Horten: en van dén anderen kant, orn pit dien hoofde op het ernftigfte van U Ed. Mog. te begeeren, dat het Uw Edel Mogenden behaagen ïhogen, aan den inhoud zyner boven aangehaalde Misfive van den <5den December des voorigen jaars, fe voldoen, en dienvolgens eene Commisfie te benoemen , om met den Suppliant, of iemant van zynent wege, in onderhandeling te treedeh, wegens de rninzaame fchikkingen in dezelve uitgedrukt , byzonder aangaande de overneeming van het Huis door hem te Hoorn gebouwt, als mede het toeleggen van een modicq jaargeld, ter zyner fchaadeloosftelling ; ten einde 'den Suppliant hier ^oor in ftaat gefteld moge worden, om zich op eene billyke en voegzaame wyze van zyne Ambten pntflagen te konnen reekenen; en hy zich niet by pntftentenisfe van dien, in de onaangenaame noodzaaklykheid gebragt moge bevinden, om tot verkryging van het geen hem, zonder de hoogfte onbillykheid en volflrekte onrechtvaardigheid, Hirniner geweigerd kan worden, gebruik te maaken van fbdaanige middelen, welke hem nog overgebleeyen zullen zyn, en hy alsdan bevinden zal, daadlyk in het werk te moeten ftellen. Het welk doende tfc« (was get.)t g, Blo^  de Gebeurtenis/én in 1787 enz. voorgevallen. 295. No 4.16. Refultat der Conferentien, tusfchen zyne ■ ' Doorluchtige Hoogheid en Gecommitteerden der Magiftraaten en Gedeputeerden der Steden van West-Friesland en den Noorder-Kwartiere , gehouden op den ziften en poften November , en 3 December 1787. Strekkende tot ophelderende Bylaage van No. 425. Dat zyne Doorluchtige Hoogheid zich nader hebbende doen informeeren, omtrent het gedrag door den Secretaris Blok, zedert eenen geruimen tyd gehouden: in het gemeen, betrekkelyk de zo onlelukkige gefubfifteerd hebbende disordres m deeze Republiek: en, in het byzonder omtrent zyne gehoudene contenance vis cl vis de Magiftraaten der Steden van West-Friesland en den Noorder-Kwartiere, tot welker Minister hy in den jaare 1785» door dezelve was aangefteld geworden, en wel allerbvzonderst, met relatie tot de Steden Hoorn, Enkhuizen, Edam en Medemblik; als mede om. trent het beloop der Deliberatien, by de Ed. Mog. Heeren Magiftraaten en Gedeputeerden der Steden van West-Friesland enden Noorder-Kwartiere, in hunne Vergadering binnen Hoorn, op den23ften November laatstleeden gehouden: daar uit by zien zeiven had opgemaakt, dat gemelde Secretaris Blok, voor zo ver hy zich in deezen niet Jcanvieiien, met die achting en dat vertrouwen van zyne Heeren en Meesters, welke tot een gepasteuitoerfening van zyne Ministeriaale functien nodig zyn , zo dra hy van den Staat der deliberatien omtrent zvne Perfoon, op de eene of andere wyze mogte kennisfe bekoomen, waarfchynlyk zelve wel zoude wenfehen en verlangen, van die Post, op eene convenabele wyze te worden ontflagen. Dat zyne Hoogheid wyders zyne gedagten hebbende laaten gaan , over het gedaane verzoen van gemelde Secretaris Blok, om prolongatie van perliisfie van abfentie, en het zelve hebbende vergeleeken met eene Misfive, door hem gefchreevep  |9<5 Verzameling van Stukken betrekkelyk Ui aan den Prefident van het Collegie van Heeren Gecommitteerde Raaden van het Noorder-Kwartier s gedateerd Brusfel den 25 October 178;, waar in hy verklaart, bereid te zyn, om zich inde Uaats van zyne Refidentie te fineer en, en zyne funStien te hervatten, zo dra aan hem genoegzaame Jecuriteit wierd toegezegd, dat zyn keven of veiligheid niet, of aan de fazerny van het woedend graauw, of politiquement aan inverdiende vervolgingen, zouden worden geëxponeerd, van pirdeel was: aan de eene zyde, dat eene ongelimiteerde permisfie van abfentie te geeven aan. eenen Minister, als is een Secretaris van Gecommitteerde Raaden, relatif dat Collegie zoude opleveren inconvenienten en een embarras (byzonderin deeze dagen) waar door veele zaaken, ten na? deele van den Lande zouden kunnen verachterd wor* den; en aan de andere zyde, dat eene decifive ordre, omme binnen eenen peremptoiren tyd te retourneeren, en zyne Minifteriaale fun&ien te hervatten , gelegenheid zoude kunnen geeven, met betrekking tot de Vergadering der Magiftraaten en Gedeputeerdens der Steden van West-Friesland en den Moorder-Kwartiere, tot onaangenaame Deliberatien, en met betrekking tot hem zeiven, (byzoverre zyne vreeze voor Iniultes gegrond mogte zyn) tot verregaande ongeregeldheden en combustie, ja zelve, tot gevaarlyke attentaaten tegen zyn perfoon en leeven. ' Dat dus zyne Hoogheid, op gronden hier vooren geailegueerd , aan de Steden en Leden van het Kwartier, wel in bedenking wilde geeven, of ook in deezen (in plaatze van te verleenen permisfie tot eene ongelimiteerde abfentie , waar toe het verzoek van gemelde Secretaris Blok is tendeerende) by de Ed. Mogende Heeren, de Magiftraaten ea Gedeputeerden der Steden van West-Friesland en het Noorder-Kwartier, deliberatien zouden kunnen pf behooren te worden aangelegd, en (de zaaken daar toe gedisponeerd wordende bevonden,) gePrpce&erdj pm, (ten einde de goede harmonie m  $e Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 297 correspondentie onder de refpective Leden te confèrveeren, de rust en tranquiliteit by de Ingezetenen van het Kwartier te bevorderen, en alle gevaar voor den Perfoon van gemelde Secretaris Blok te prsevenieeren,) aan denzelven Secretaris Blok, op eene meest convenabele wyze, als Secretaris van de Magiftraaten en Gedeputeerden der Steden van West-Friesland en den Noorder-Kwartiere, midsgaders als Secretaris van Gecommitteerde Raaden, te verkenen zyne dimisfie, en dus van de verdere exercitie van deeze zyne funótien te excu« feeren. Alles ongeprajjudicieerd de deliberatien van Hun Ed. Mogenden nopens de van hem by Refolutie van den 8ften October laatstleeden gerequi» geerde verantwoording, (Onder ftond*) Accordeert met het gedaane Rapport der Heeren Gecommitteerden voornoemd. (was gêf.) A. P. Duyvensz, Amanuenfis, f-Vl. ■ . . ... 427. Aanfpraak gedaan door den Ed. Manhaften j. D. Neyman Collonel van de Schuttery der Stad, Amfteldam, aan zyne Doorluchtige Hoogheid den \ Heere Prince Erf-Stadhouder benevens Haare Koninglyke Hoogheid, uit naam van den Grooten j Krygsraad van genoemden Stad, waar van bene- \ vens zyne mede-Gecommitteerden aan zyne Committenten rapport heeft gedaan op den 11 Febr. 1788, l henevens het hoofdzaaklyke van het Antwoord van zyne Doorl. Hoogheid op die Aanfpraak. Doorluchtige Hoog Gebooren Vorsten Heer! Koningl. Gebooren Princesse, Mevrouwe! De Groote Krygsraad der Stad Amfteldam, door liegipfelen van hoogachting en dankbaarheid, voor  ipg Verzameling vm Stukken- betrekkelyk Ut Uwe Doorluchtige en Koninglyke Hoogheden gedreeven, heefc ten onbetwistbaare blyke daar van, op voorftelling van Heeren Collonellen, eenpaarig befloten, eene plegtige Deputatie aan Uwe Doorluchtige en Koninglyke Hoogheden af te zenden, en ons deeze zo aangenaame als honorable Commisfie op te draagen. Met den gepasten eerbied dierhalven tot Uwe Doorluchtige en Koninglyke Hoogheden naderende , kwyten wy ons met een ongeveinsd genoegen ■van den last, door onze Principaalen aan ons gegeeven, om Hoogstdezelve niet alleen geluk te wenfchen met de heugchelyke omwenteling van saaken, waar door Uwe Doorluchtige Hoogheid in de daadelyke oefFening van al deszelfs Eminente Charges herfteld, en 's Lands wettige Conftitutie op nieuw gevestigd is; maar ook om Uwe Doorluchtige en Koninglyke Hoogheden, zo ernftig als welmeenend, dank te betuigen, voor Hoogstderzelver medewerking, tot her/tel van den Krygsraad en Schuttery der Stad Amfteldam; voor de keuze van de Ed. Mogende Heeren Commisfarisfen, de Heeren van der Does en Bodt, die Uwe Doorl. Hoogheid tot dat herftel heeft gelieven te benoe' men, en wier wyze CoDduites en Prudentie, in deezen gehouden en betoond, de Krygsraad altoos op een zeer hoogen prys fchatten zal; voor het deel dat Uwe Koninglyke Hoogheid in de herilelling van de Schuccery der Stad Amfteldam, en de daar aan onaffcheidelyk verbondene herftelling van den Krygsraad zelve, op den ouden en wettigen voet, niet alleen heefc gelieven te neemen; maar dat herftel zelf tot eene uitdrukkelyke voorgaarde van de Satisfactie, door Uwe Koninglyke Hoogheid begeerd, te maaken; eenblykvan rechtvaardigheid en protectie , welke door Uwe Koninglyke Hoogheid , zonder voorafgaand aanzoek gegeeven, de verpligting, die de Leden van den Krygsraad in 't gemeen, en de herftelde Leden van dien allerbyzonderst aan Uwe Koningl. Hoog* > X heia  is Géh'eurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. %0 heïd daar voor hebben,zo veel tegrooterdoetzyn, als die Protectie onverwagter en honorabelder was voor de Leden, die op die wyze door de ongeverg. de tusfchenkomst van Uwe Koninglyke Hoogheid zelve, in hunne Posten zyn herfteld geworden;—» Terwyl deeze, zo wel als die Leden, die het Uwe Doorluchtige Hoogheid behaagd heeft van nieuws aan te ftellen, en tot Leden van den heiftelden Krygsraad te benoemen, — Üwe Doorl. Hoogheid, door ons, zo ernftig als welmeenend, bedanken voor het vertrouwen, dat Hoogstdezelve in hun allen heeft gelieven te ftellen. Zy verzoeken Uwe Doorluchtige Hoogheid geperfuadeerd te zyn, dat zy niets onbeproefd zullen laaten, om zich, overeenkomftig dat vertrouwen te gedraagen. « De ecnsgezintheid en eenftemmigheid, waar mede de eerfte Vergadering van den Grooten Krygsraad gehouden , en deeze onze Commisfie gedecerneerd is, kan Uwe Doorluchtige Hoogheid hier van reeds overtuigen. Intusfchen kunnen wy Uwe Doorluchtige en Koninglyke Hoogheden, bovendien nog ten fterkften verzekeren, dat de aankleeving aan de op nieuws gevestigde Conftitutie, gepaard met een plichtmaatig attachement aan het Doorluchtig Huis van Orange, de onverandelyke voorwerpen der bedoelingen en handelingen van den Grooten Krygsraad zyn zullen, terwyl alle de Leden van dien niets vuuriger hoopen en wenfchen, dan dat het de Godlyke voorzienigheid goedgunftig behaagen moge , de eer, glorie en prosperiteit van Uwe Doorluchtige en Koninglyke Hoogheden en van Hoogstderzelver Vorftelyk Huis, met den voorfpoed en bloei van de Republiek in 't gemeen, en van Amfteldam in *t byzonder, te willen vereenigen, en derzelver Vorftelyke Kinderen, die Uwe Koninglyke Hoogheid als Kinderen des Vaderlands heeft gelieven op te voeden, ten loon dier Moederlyke tederheid en ffaare zugt voor Nederland, deachtiDg, de liefde fö  joo Verzameling van Stukken betrekkelyk tot en het vertrouwen van Regenten en Ingezetenen, beftendig en onafgebroken te doen genieten. Deeze Aanfpraak, met veel blyken van genoegen, door zyne Doorluchtige en Haare Koninglyke Hoogheden aangehoord zynde, heefc het zyne Doorluchtige Hoogheid behaagt, op eene zeer gratieule wyze dezelve te beancwoorden. Van welke antwoord de hoofdzaaklyke inhoud hier op neerkomt: .„ dat Hoogstdezelve den Grooten Krygsraad be„ dankte voor de eer der Commisfie aan hun ge- „ decerneerd; dat het zyne Hoogheid mede 5, ten uicerften aangenaam was, 's Lands wettige „ Conftitutie op nieuws gevestigd, en de zaaken ,, van den Krygsraad en Schuttery der Stad Am„ fteldam op den ouden voet herfteld te zien; —« ,, dat het Hoogstdenzelven een fenfibel genoegen s, was te verneemen , dat deszelfs keuze van de 3, Edele Mogende Heeren Commisfarisfen, van Noordwyck en Bodt, van zulk een gelukkige s, uitwerking geweest was op de herftellingvanden si Krygsraad; dat Hoogstdezelve hoopte en wenfch,, te, dat derusteneendragt, van dag tot dag meer ,, en meer toeneemen, en 's Lands welvaart hier „ door bevorderd worden; — dat hy niets vuuri,, ger verlangde, dan dat de gezamenlyke Leden van den Krygsraad, met vereende poogingen, hier toe het hunne zouden toebrengen, in die 3, overtuiging, dat dit eertyds zo bloeijend Ge„ meenebest door de jammerlyke uitwerkfelen der „ tweedragt ontluifterd, en op den oever van zynen „ ondergang gebragt, alleen door rust en eendragt 3, weder te herftellen is; —- dat Hoogstdezelve tot aankweeking van die zo nodige eensgezind,, heid, gaarne zo veel in zyn vermogen was, wil„ de medewerken, en altyd onder het grootfte ge,, noegen van Hoogstdeszelfs eere zoude ftellen, „ een middel in Gods hand geweest te zyn, om j, den voorfpoed en luifter van Amfteldam , van j> wel»  de Gebeurtenis/en in 1787 ent. voorgevallen, gor ,, welkers bloei zyne Hoogheid te reent begreep * dat de welvaart van ons Vaderland geheel en al 1 afhing, en met dezelve ten naauwften verbonden " en geaccrocheerd was, herfteld en op eenen „ duurzaamen en beftendigen voet gevestigd te „ hebben". No. 423. Extraiï uit het Boek van Refolutien der Stad Deventer, behelzende Refolutie om lm Pourtrait van wylen zyne Koninglyke Majefteit Willem oen . III. op nieuw in de Schoorfteen van den Raadzaal, te doen plaatzen enz. In dato den 14 Febr- 1788. Cosf. Putman loco def. S. de Schepper, D. jjm. Hartkamp. Schepenen en Raad in overweeging genoomeü hebbende, hoe tot hun aller en der tegenswoordiee G. G. leedwezen, eenige door pasfie en vooringenoomendheid verhitte en driftige Perfoonen, fchoon mede-Leden van 't toenmaalige tweede Lid van Regeering, op den avond van de Keurapprobatie van't jaar 1785, van zich hebben kunnen verkrygen, omhetbeeldtenis en Schilderftuk van Willem den III. van Orange, Erf-Stadhouder zo van de Vereenigde Nederlanden in 't algemeen, als van deeze Stad en Provincie in 't byzonder, en naderhand Koning van Groot-Brittagne glor. ged., het ■welk onze loffelyke Heeren Predecesfeuren van de voorige eeuw, ter betooning van hunne oprechte hoogachting en eerbied voor een Vorst, aan wien de zeven Provinciën door de zo hoog nodige, en door Hoogstdeszelfs iever en invloed alleen bewerkte wederinly ving in 't algemeene Bondgenoodfchap , zo veele gewigtige verpligting hadden, in 't Front van den Schoorfteen deezer Raadzaal hadden doen plaatfen en met hunne wapenen omgeeven,_ ten einde de Nazaat en de Leden der Regeering uit de befchouwing van dit Kunstftuk door den grodten Schil-  Vazameling van Stuiken betrekkelyk tot \ Schilder ter Borg vervaardigd, telkens de roemwaardige daaden van dien grooten Vorst zouden' herinneren , op een vuilaardige en verwaaten wyze, met verzaaking van den verfchuldigden eerbied voor gekroonde Vorften, uit den Schoorfteen uit te rukken, ginds en herwaards in de.Vertrekken van dit Raadhuis rond te fleuren, en eindelyk na affnyding van het Hoofd , dit meefterftuk Van alle Kunstminnaaren geacht, te verbr.yfelen; met een dankbaar genoegen door de goede mede bewerking en gunftige Officien van onzen mède-Raadsvriend Bosc de la Calmette, uit handen van een Gelderfch Weldenkend Heer, welke uit modestie zyn naam wel heeft willen verbergen, thands wederom zyji magtig geworden een ander af beeldzei yan dien glorieryken Vorst Willem de^ If|) hebben met eenpaarige Stemmen befloten , zulks wederom in den Schoorfteen te doen plaatfen op den 13 Febr. des jaars 1788, om, daar zy neifens alle Leden der G. G. niet min dan hunne Prrsdecesfeuren der voorige eeuw, gevoelig zyn aan de verdienften en weldaaden van dien Vorst, zy, door het dagelyks be-i fchouwen van zulks, dezelve verdienften geduurig te verleevendigen, maar tevens om den voornoemden Heer Geever van dit ftuk voor zyne zeer gewaardeerde gifte aan de Stad gedaan , gratieufelyK en hartelyk te bedanken ; gelyk mede onze Raadsvriend Bosc de la Calmette, voor zyne moeite1 en devoiren. En zal Extract deezes aan hem Heer Calmette ter hand worden gefteld om aan die henji bekenden Heer Donateur ter hand te ftellen. Pro veto Extratlu, j. S. Knoop, Secrei*  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 303 No. 429. Extraft Mi de Refolutien van Hun Ed. Gr. Mogenden de Heeren Staaten van Holland en, West-Friesland, aangaande den ééd op de Conftitutie der Hooge Regeering en het Erf-Stadhou* éerfchap. In dato den 15 Febr. 17S8. By refumtie gedelibereerd zynde op het Rapport! door den Raadpenfionaris ter Vergadering gedaan den 25ften January laatstleeden, uit naam van de Heeren van de Ridderfchap en verdere Hunne fidele Groot Mogenden Gecommitteerden tot het groot Befogne , hebbende ingevolge en tot voldoening aan Hunne Ed. Groot Mogenden Refolutie Commisforiaal Van den I2den December laatstleeden, geëxamineerd de propofitie door de Heeren Gedeputeerdfin der Smd Enkhuifen , den 25ften October te vooren, op expresfe last van de Heeren hunne Principaalen ter Vergadering gedaan, betreklyk tot den ééd voor alle de_ Schutteryen in de Steden en ten platten Lande , midsgaders alle Ambtenaaren op de Conftitutie der Hooge Regcering en het Erf-Stadhouderfchap met het geen daar toe relatief is (*). Hebben de Heeren van de Ridderfchap en Ede» len , midsgaders' de Gedeputeerden van de refpective Steden, uit naam en van wegen BurgemeesteTen en Vroedfchappen van dezelve Steden , eenpaarig 'goedgevonden en verftaan, tot ampliatie van Hunne Ed. Groot Mog. Refolutie van den suften November laatstleeden, genomen op het doen van Öerï^ed, door de'Ledcn van de Ridderfchap enalle de genen die Sesfie hebben in de Vïoedfchappén der Stéden, Ministers en verdere Perfoonen aldaar p-enoemd, te verklaaren : dat van nu af en voor het vervolg alle de Leden en Ministers der Hooge Ré* geering en Hooge Collegien deezer Provincie, zo in Politie als Juftitie, gehouden zullen zyn den ééd «ïrf> T.sr:):1 s sfcn^s gaü ; .:t.u:z si af jóoïö\bj8. öüfiuh ■ u-whod yd noodat (*) Zie dit Stuk >-'.: het II.-Dsel, N0. 2.19. hl&dz, 155  ie Gebeurtenis/en in .1787 enz. voorgevallen; 303 ]yk kan beftaan en behouden blyven, zonder voor* zien te zyn vari een Eminent Hoofd, egt er de ondervinding in de laatfte beroerten wederom gé.: leerd heeft, dat fommige woelzieke en verander'.tig zoekende Perfoonen zich niet ontzien hebben , deeze grondwaarheid ia twyffel te trékken , en (zd God het niet verhoed had) direclelyk tegengéftelde maximes in te voeren; dat deeze verderflyké toeleg in de eéne of andere Provincie van het Bondgenoodfchap beginnende, het gevolg daar van is* dat, vermids niemant der andere Böndgenöotert recht heeft zich met het inwendig bellier van eene mede-Bondgenoot te bemoeijen, het kwaad méér" én meer wortelen fchiet, voortkruipt, en eindlyk ook de andere Provinciën aanfteekt; Hunae Edele Groot Mogenden hebben geoirdeeld met 's Lands dienst overeenkom ftig te zyn , dat in de tegenwoordige omftandigheden , zo Veel naar dén Menlchi gefchieden kan, maatregelen worden beraamd, Waar' door dergelyke ongelukkige gefteldheid, als onlangs heeft plaats gehad , kan wórden voorgekomen ; en midsdien eehpaarig hebben goedgevonden, ten overvloede én by herhaaling van yöbfig'ï Verklaaringen, op nieuw te declareeren: ,, dat j} Hunne Ed. Groot Mogenden het Erf-Stadhóti9, der-, Gouverneur-, Kapitein- en Admiraalfchap„ Generaal, erflyk in het Doorluchtig Huis yatt 5, Orange, zodaanig als hét zelve ih Hunne Edel 3, Groot Mogenden Refolutie van dén jaare 1747 is j, opgedraagen, endoorden tegenwoordigen Heer ,, Erf-Stadhouder in het jaar 1766 aanvaard, hoi** Si den voor een esfentieel deel der Conftitütie eö it Regeeringsform deezer Provincie , en vastlyk )) gezind zyn het zelve, niet minder dan dé ove'ri„ ge Grondwetten, waar op de Staat én Regeering ,, deezes Lands gevestigd is, te conferveeren en „ te maintineeren". Dat van deeze vérklaaring ter Genéralitéit Öpvening zal gedaan worden, en de Bondgenöotéri daar by te kennen gegeeven, dat hoezeer Hunne'., Ed.,j XV, Deel, Y GfoOè  306* Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Groot Mogenden zich niet begeeren te mengen in de inwendige befchikking der zaaken in de refpective Provinciën; Hoogstdezelven, echtergeperfuadeert zyn, dat by geene van de Provinciën deeze gedeclareerde grondwaarheid, dat het Erf-Stadhouderfchap met deszelfs Rechten en Prasrogativen is een esfentieel deel der Conftitutie en Regeeringsform, zal of kan worden in twyffel getrokken: dat derhalven de noodzaaklykheid van deszelfs handhaaving, als het middelpunt van vereeniging der Unie, even zeer boven alle bedenking zynde, gelyk zulks door genoegzaam alle de Provinciën, by de herftelling deezer hooge Waardigheden in 1747 is erkend; Hunne Ed. Groot Mogenden aan de refpective Bondgenooten van hunne op nieuw gemanifesteerde gevoelens kennis geeven; met verzoek, dat alle de Provinciën tot onderlinge gerustheid omtrent een poinct van zo veel aanbelang, dat de Republiek daar mede ftaat of valt, eene foortgelyke Verklaaring gelieven te doen: ,, datzy hetErf-Stad„ houder- , Gouverneur-, Kapitein- en Admiraal„ fchap-Generaal, zodaanig als het in den haaren „ relpectivelyk is opgedraagen en door den tegen,, woordigen HeerErf-Stadhouderaanvaard, houden ,, voor een esfentieel deel van haare Conftitutie en „ Regeeringsform; midsgaders dat de Bondgenoo,, ten het zelve, als een Grondwet van Staat, on„ derling aan elkander guarandeeren, enaanneemen ,, niet te zullen gedoogen dat in een der Provinciën ,, van hetBondgenoodfchap, van deeze heilzaame, „ voor de rust en veiligheid van den Staat onontbeer- lyke Grondwet, ooit of ooit worde afgeweeken." f)at wyders ter Generaliteit ook opening zal worden gegeeven van den ééd, door Hunne Edele Gr. Mogenden, tot vastftelling der Conftitutie en Regeeringsform in hunne Provincie gearresteerd, en dat de zaak daar heenen zal worden gedirigeert , dat een diergelyk Formulier onder de nodige veranderingen worde vastgefteld, voor alle hooge en laage Ambtenaaren van de Generaliteit en in de Genera-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 307 rieraliteits Landen , midsgaders voor de Beftierders en Leden der Schutceryen, Gilden en Broederfchappen, nu zynde of die namaals zullen worden aangefteld, en voor de Perfoonen die tot Burgers in eenige Stad of Plaats van1 de Generaliteit zullen worden geadmitteerd. N0. 430. Plakaat van Amnestie van Hun Ed. Groot Mogenden de Heeren Staaten van HoVand en WestFriesland- In dato den 15 Febr. 1788. De Staaten van Holland en West-Friesland, allen den genen die deezen zullen zien of hooren kezen , falut: doen te weeten. Alzo zyn' Hoogheid op den 21 flen November laatstleeden , ter onzer Vergadering verfcheenen zynde, aan ons heeft gedaan een' propofitie, tendeerende tot het emaneeren van een Plakaat van Amnestie omtrent die genen, welke zich gemengc hebben in de rampfpoedige verdeeldheden, waar door deeze Provincie onlangs zo aanmerkelyk is beroerd, en zulks onder zodaanige uitzonderingen als de' rust en veiligheid des Lands en de uitoefFening eener ongekrenkte Juftitie vereisfchen waarinzyn* Hoogheid nogthands alleen het oog gehad heeft op de beleedigingen aan ons, aan de refpective Regenten der Steden, en aan de Juftitie aangedaan» met voorbygaan van die gene Welke zyn Hoogheid zelve en Hoogstdeszelfs Koninglyke Gemalin, zo zwaarlyk geinjurieert en beleedigt hebben. Zo is 't, dat wy daar op ingenomen hebbende de confideratien van onzen Hove, ons conformeereö. met den hoofdzaaklyken inhoud van welgemelde propofitie, in aanmerking genomen hebben, dat verre de meefte van onze Ingezetenen , welke zich in de bovengemelde Beroerten hebben gemengt, zyn aangefpoort, verleid, bedrogen of gedwongen door perfoonen, die uit hoofde van haar aanzien of vooronderftelde kundigheden, van meerder inV a vloed  Verzameling van Stukken betrekkelyk tót vloed op de Gemeente zyn, en welke den fchoonen naam van vryheid en verbetering misbruikende , eene verandering in de Conftitutie en Regeeringsform van den Lande hebben getragt te bewerken , om alzo deeze Provincie onder hun, met een genoegzaam willekeurig gezag, te beheerfchen. Weshalven wy alle zodaanige Ingezetenen, welke zich zonder een verkeerd opzet, in de voorfz. Beroerten hebben ingelaaten, willende befchouwen als voorwerpen van clementie, aan alle dezel-" ve en een ieder van hun, Verleenen een volkomen Amnestie en Vergiffenis van het gunt ter zaake voorfz. door hen is gedaan en gecommitteerd; uitgenomen alleenlyk die genen, welke als de' voornaamfte Oirzaaken, Bewerkers of Aanftookers van dezelve Beroerten moeten worden aangemerkt; voor hoedaanige wy houden, en voor als nog, van onze Gratie en Vergiffenis uitfluiten (ten dien effedte dat de Juftitie ten hunnen opzichte in haare volle werking en uitoeffening word gelaaten,) de navolgenden, te weeten: Alle zodaanige Regenten, Leden of Ministers der Regeering of Hooge Collegien des Lands, zo In Politie als Juftitie, welke i. door verleiding van andere minkundige Ingezetenen, met geld, beloften of bedreigingen , hebben getragt eene omkeeïing in 's Lands Conftitutie en Regeeringsform te bewerken. 2. Welke door ongeoirloofde Correspondentien met Vreemden geconfpireerd en geintrigueerd heliben, cm tot zulk een verfoeilyk einde , vreemd Krygsvoik in het Land te brengen; of welke den naam en de authoriteit van den Souverein misbruikt hebbende, in onderhandelingen met vreemde Mogendheden zyn getreeden. 3. Welke door het uitvinden of bedriegelyk-verfpreiden van onwaarachtige gerugten van vysndelyke desfeinen tegen deeze Provincie , het' Land met fchrik hebben vervuld , en gebragt tct een ftaat /van defenfie, welke geheel rcdelcos was, en waaï door-  4e Gebeurtenis/en in 1787 em. voorgevallen. 3«9 door 's Lands Penningen op eenonverantwoordeiyke wyze zyn verfpild. a Welke de OpfteUers zyn geweest van de Afte van Verbindtenis in de maand Augustus 1786 te Amfteldam begonnen te teekenen, ot welke de hand «rehad hebben in het doen van Propofitien in zogenaamde Volks-Vergaderingen en tot omkeering van de Conftitutie, en fpeciaal de Propofitie gedaan in zodaanige Vergadering den 17 July '7-8.7 (*)• Gelvk wv mede van deeze onze Amnestieën V ereiffenis, voor als nog uitzonderen alle zodaanige Perfoonen, het zy dezelve zyn Regenten, Leden of Ministers der-Collegien van Regeering en Jult tie, 'het zy particuliere Perfoonen welke de Auteurs en Aanvoerders zyn geweest van de afzetting der wettige Regenten, of der genen die tot de nominatie van Regenten in fommige Steden en Blaatfen waren gerechtigd; wydersdie last gegeeven hebben tot het verzamelen en optrekken vau Burgerlegertjes, midsgaders die derzelver Operatien hebben beftierd, het Oppercommando over dezelve «evoerd, of als zogenaamde Secretarisfen daar by Sefungeert hebben; als mede de Aucteurs en Aanvoerders der genen die de Regenten, welke opeen onwettige wyze waren geremoveerd, benevens fommige hunner mede-Ingezetenen naderhand reitelvk hebben aangehouden , gearresteerd , ot op eene enorme wyze bedreigt; voorts de genen, welke last gegeeven hebben tot het berooven van 's Lands Magazyneo, zich meester te maaken van de Poorten der Steden , buiten kennis en toeltemming van de Regeering, of op eenige andere rettelvke wyze de Deliberatien der wettige Regenten te ftremmen; wyders die last gegeeven hebben tot het openzetten der Sluizen, en doorfteeken der Uyken om het Land te Inundeeren, na dat onze Refolutie om geene refiftentie te doen aan de Troepes van zyne PruisGfche Majefteit ter hunner kennis was gekomen. Alle (*) Zie dit Stuk hier voor, hladz. 20a, V 3  Sio Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Alle Predikanten en Geestlyken van andere Godsdienftige Gezintheden , welke , verzaakende de plichten van hunne Bedieningen, als exerceerende Leden van Genoodfchappen van Wapenhandel zyn uicgetrokken, of welke by de feitelyke Remotie der wettige Regenten in Perfoon hebben geadfïfteerd ; de Direfteurs en Schryvers der Hiftorifche , Vaderlandfchc, beide Nederlandfche, Zuidhollandiche Couranten, Politieke Kruijer enSpecfatormet de Bril; en eindelyk de zodaanigen, die zich aan doodflag en openbaare daaden van geweld tegen hunne mede-Burgers, of andere zwaare excesfen van dien aart hebben fchuldig gemaakt. Doch zal het onverminderd deeze uitzonderingen, aan een ieder die mogt twyffelen, ofhyook onder deeze uitgezonderde Clasfen zoude kunnen geacht worden te behooren, vryftaan , zich binnen den tyd van drie maanden, naar de Publicatie deezes aan ons te adresfeeren, met fpeciaal verzoek, om mede in de Amnestie begreepen te worden, waarop wy als dan zullen disponeeren, gelyk wy naar bevind van zaaken zullen oirdeelen te behoojen. En teneinde door het uitoeffenen van eene prompte en voorbeeldige ifraf, geëvenredigt aan het gewigt en de omftandigheden der wanbedry ven, waar aan de Uitgezonderden by deeze Amnestie zich hebben fchuldig gemaakt, aan de Juftitie genoegdoening gefchiedde, en anderen van foortgelyke euveldaaden mogen worden afgefchrikt. Zo is 't, dat wy by herhaaling van onze voorige ordres, aan alle onze Officieren, crimineele Jurisdictie exerceerende, op het ernftigfte aan beveelen , naar de uitgezonderde Hoofdaanleggers en Bewerkers van den verderflyken toeleg tot verandering der Conftitutie en Regeeringsform, een nauwkeurig onderzoek te doen, en het recht van de Hooge (iverheid tegen dezelven waar te neemen ; gelyk wy Je aan onze Hoven van Juftitie en andere Rechtn j voor welke deeze Actiën zullen wordea ge-  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 3" eeinftitueerd, even nadruklyk aanbeveelen, eene prompte en met 's Lands Wetten overeenkomit.ge Tuftitie te doen. En op dat wyders deeze onze Amnestie geene verhindering moge toebrengen , aan het zo hoognodig losmaaken en vernietigen der verderflyke t actie en Cabaal, waar door dit Gemeenebest op den oever van deszelfs ondergang gebragt is; en dewyl Sezelve Amnestie ook gefchiktis, en tot haar gevolg behoord te hebben , dat de gemoederen der ■Ingezetenen tot bedaardheid gebragt en de zo gewenfchte rust herfteld worde, zo willen en begee«n w ^ voorts, ingevolge onze Refolutie van den oden November des voorleeden jaars 1787, waar by is goedgevonden, dat alle Burger-Sociëteiten, Genoodfchappen of andere Corporatien en Byeenkomften, welke deel gehad hebben in de onwettige zogenaamde Volks-Vergaderingen , daadelyk zouden worden gedisfolveerd en vernietigd^); dat onze Kreur-Generaal en refpeftive Officieren , .ten fterkften zullen vigileeren tegen het weder oprichten van alzulke Sociëteiten en Genoodfchappen, waar in zaaken van Politie, of Staats-, Stadhouderlvk en Stedelvk beftuur, tot onderwerpen yan deliberatie of befchikking zouden worden gemaakt, midsgaders tegen die genen, welke tot voorfz. cmdens, onder welke benaaming of prstexten dezelve ook mogten voorkomen, weder opgericht zon- dTnSceerï!!"nogmaals op het nadruklykst, alle Predikanten en Geestlyken van allerlei Gezindheid, voortaan eenige zaaken van Staat of Regeering op Sredikftoel, of in hunne Kerklyke Byeenkomften, Huisbezoekingen en Catechifatien te verhandelen, of hunnen invloed op de Gemeente ten dien einde te misbruiken; gelyk wy mede eniftjig^ verbieden het maaken , drukken , debiteeren en disfemineeren van Pasquillen en Spotprinten, midsga- (*) Zie ff. Deel, N°. 247- 2I3V 4  312 Verzameling van S'ukken betrekkelyk tot der« het infereeren yan fpqtachtige, heekelende of fergende periodens, het zy 5y förme van Brieven, als anders in Couranten of periodique Gefchriften; als zaaken alle nergens anders toe ftrekkende, dan! om de animofiteit en onderlinge verbittering in de gemoederen te blyven' aankweeken. . Verbieden mede wel éxpresfelyk allen en een legelyk, om de Lieden, welke by deeze onze gratie hebben geobtmeert, of iemant wie het ook zy, op eemgerhande wyze fmaadelyk te bejegenen, of jn Perfoon of Goederen te beleedigen; terwyl wy teffiens verwagten,' dat dezelve aan hunne zyde zich mede zorgvuldig zullen onthouden van al datgene, het welk billyk aanpoot of nieuwe oirzaak tot verbittering zoude kunnen geeven: zullende dezelve, ingevalle zich op nieuw aan eenig misdryf van gelykén aart, 'als waar van zy by deezen Vergiffenis bekomen, mogten fchuldig maaken, als dan niet alleen ter oirzaak van dit hun nieuw,'maar ook om de voorige wahbedryven, naar exig'entie van zaaken geftraft worden: gelyk mede onze hoogfte ihdignatie zullen incurreeren, en naar rigeur van Recht en Wetten deezer Landen zullen'worden geftraft, de zodaanige, welke dit ons Plakaat in eenige der hier bevoorens geëxpresfeerde Poincten zullen komen te overtreeden of tegen te'gaan. ' Gelasten en beveelen derhalven onzen ProkureurGeneraal en Officieren, zo In de Steden als ten platten Lande, en generaalyk alle Regenten, Magiftraaten, Gerechcen en Onderzaten, tegenwoordige en toekomende, zich naar den inhoud "deezer rereguleeren, en een 'iegelyk (buiten de voorfz. uitgezonderden) het effect en gevolg van deeze onze Amnestie rusteiyk en vredelyk te laaten genieten; hun verbiedende tegen'iemand, ter oirzaak, ófoveries dat daar toe betrekkelyk is, eenige de minfte recherche, veel meer eenige befchuldiging of actie aan te ftellen of bereids begonnen zyride verder te vervolgen, nademaal wy verdaan, dat alle dezelve, uit kragt van deeze onze Amnestie kwytgefchcijdcn ea