54* jé   POLITIEKE S N. A P PER. Zaturdag den 16. April 1785. CA JAAP. Toeaen avond Piet! ik hoop dat tv wat beter moed hebt als ik; ik wil het nu wel weeten , dat ik wat •heel zwaarhoofdig ben; het begmd er zoo verward uit te zien , dat ik voor mv het einde niet vinden kan. : PIET. Goeden avond Jaap! ik kan tot uw troost zesrgen dat ik voor my zoo .kleinmoedig niet ben ; en ik geloot :dat wy onze geboorte als egte batavieren fchande aandoen, indien wy moedeloos voorden, zeg my wat is het dat uw bekommerd maakt. JAAP. Ik begryp wel dat gy het maar lugtig weg met my maaken zult, en myne gegrondfte redenen vau bezwaar, met fpötterny zult beantwoorden, waarom het beter is dat ik maar zwyge, en myn eige leed draage, zonder om hetzelve hefpot te worden. PIE T. Wel man gy fcheind niet alken moedeloos, maar'ook gramüorig tezyn, tioe komt gy in zoo een kwaaden luim ; ik verzeker u op myn eer, dat ik niets minder voer' heb als met de zaak te fpotten, ik geloof integendeel, dat elk Ingezetenen in deezen tyd, wej. degelyk verpligt is, om toch vooral omzichtig te zyn, en de.publike zaken , bedagtzaam te behandelen. Maar verre van daar, om hier in moedeloos te worden, past het alle braave Ingezetenen, oen als een koperen muur pal tê ftaan, en het gevaar (van v/at kand het ook kome) met eenen onverfchrokken heldenmoed gerustelyk aftewagten, vertrouwende op de goedheid van onze zaak en de hulpe Gods, die Nederland zoo dikwils ondervonden heeft, zie Jaap, zoo denk ik. JAAP. Hoor Piet, ik zal het uw ( wyl gy zoo denkt ) voor de vuist zeggen , wat my waarlyk verleegen maakt: voor eerst den Oorlog met den Keizer komc my voor,dat dieonvermydelyk is, ea als ik my dan erinner hoe het in denOorlog met Engeland gegaan is, dan is immers myne bekommering niet ongegrond , of is 'er gegronde hoop om te vertrouwen dat het nu beter gaan zal ? ik vreeze van neen! Ah ik hier by vergelyk de inwendige toedragt van zaaken, in ons Land , geeft dat nieC billyk eeD tweede reeden van bekommering ? dat Utrechtfche werk Jb^fx my byz.on.der getroffen ,  iS: heb nooit kunnen dénken , da het daarzoo gegaan zoude hebben, e ik moet voor de vuist zeggen , dat he werk in onze Stad, nieE weinig myn bekommering vermeerderd heeft: zi daar Piet, heb ik geen reden ? P I Ë T. Gy hebt voor zoo ve*re gelyk Jaap; die dingen zyn niets minder dai beuzelagtig. ~ Maar hoe gewigtig di< eok op zich zelve* zyn moogen, he is nog niet voldoende om ons moede loos te maaken, indien wy nut zo< als de zaaken tegenwoordig- zyn moedeloos worden, dan toonen wy or -het allerduidelykstgeheel ontaard te zyi van dien ouden heldenmoed , die onze Voorvaders zoo onderfcheide kenmerkte van alle bekende NatieD -t. waar door de heerschzugtige Romein in zyn woede gefluit is en ondervinden moest, dat een kleine hoop Volk, aan zync Overwinnende Wapenen konde paaien ftellen ; zoo dat zy van de heerichappy over ons afzaagen, en wel te vreeden waaren om ons als Bondsenooten en Vrienden aanteneemen ; gelooft my myn vriend, 'er waaren 'toen grooter zwangheeden te overwinnen, Jiet zag 'er in die tyden vry duisterder uit, als de zaaken tegenwoordig liaan , en hadden Onze Voorvaderen in die daageu zoo moedeloos geweest zy zouden het nooit te booven gtko' men zyn, het is nog zoo lang niet geleeden, dat het 'er met Ons Land en zaaicen zoo uitzag, dat zelfs-de Hoofden des Volks op middelen das ten om met pak en zak naar, een ander werelddeel te verhuizen: en Jbet Land van zyne Inwooners dus ontblood, tot een prooi van den Vyand *e haten; wat dunkt u, heeft het .er, ia die dagen, niet duisterder uitgezien als tegenwoordig, en zvn wv evenwel door de hulp van Neêrlandï 43od, en de kloekmoedige ftandvas«ibett onzer fowe Voorvaders, t0t elnieStCvbe^ikdMV^c° vaD °™ Land "Ln Crfta' T1 lkd" alles wel gelooyen, maar dat is in andere ÉSn geweest toen moeten de menfehen . Iers gedagt hebben'als tegenwooïdS i toen moeten 'er andere IrvgSfn ! aan heJ hopfd geweest zyn J £ i 2? ÏÏH 'k dCDk dat dea Oor1 'iog te Lande nu wederom zal ce- htJ het, met Land en Vryheid geheel verlooren is, en dat is het geen myeigentlyic verleger» maakt. S „ PIET. Gy hebt gelyk, als het met den te, faatLTdS,?rr,°Sg?ac a,s "« «£ laatlten Engel fchen , dat wv 'er dan ongelukkig zouden afkomen, en dac dan de. ouden heldenmoed der Batavieren voor altoos gefchandvlekt en verI looren is, maar de oogen der Natie zvn toen ook geopend geworden, en mea kan met eea Oorlog te Lande, m« mogelyKheid de Natie Z0Q , » ™c blind houden als by een Zee Oorlog. als het gevaar zoo van nahy befchouwd word, is man te oplettend om zig te 3aten joflaap wiegen, zoo'er verkeerd beftuur plaats had, zoude hec eerder ondekt en de woede des Volk* gaande gemaakt worden, zoo dat de verdervers in zoo een geval vrv meerder te vreezen hebben, — nij kan het. wel gebeuren dat ik .het mis hebbe, maar myn gedagtea zyn dac het een onnodige vreezeis, vooreen Oorlog met. den Keyzer, en let. eens Jaap, wat het is, dat my in die gedajrten verflerkt, al de eisfehen van den Keyzer zyn onregt.vaerdig , vergeykt daar nu by, dat dien troawloo, sen Wolfenbuttel toen hy nog ia s .flage woonde., al gezegt heefc, daj-,,  men Oorlog moeste krygen, met der Keyzer, is het dan zoo geheel on gegrond, dat ik hier uit opmaak, dai het een beftooken werk is, om maai geheel andere oogmerken te berei ken; hier komt by, dat de Vader ren des Vaderlands, in de uicfchry ving van denPlegtigen Bedendag, zelfs zeggen, dat zy niet zonder hoope zyn, dat den Oorlog geheel zal afgekeerd worden , wat dunkt u myn Vriend, is 'er ten minsten voor myne gedagten niet eenige waarfchynelyk beid?'en in waarheid Jaap, gelooft my, de Verraders in Ons Vaderland hebben het na hun oogmerk zeer verre gebragt, als zy de Natie door vrees kleinmoedig gemaakt hebben, dan zullen zy ook niet in gebreken blyven, om. dat tempo waar te neemen , en door allerly listen, hunne verderffelyke oogmerken te bereiken, daarom myn Vriend, volg myn raad, en laat door geen vreeze de moed zinken , maar laat ons als moedige Leeuwen pal Haan, en allerly aan vallen kloekmoedig afwagten ; dan zullen wy onze Vyanden overwinnen en de listige aanvallers, van welker, uitkomst , zy zig de vernietiging en 't bederf onzer Voorregten en Vryhee den hadden voorgelteld, veriedelen. JAAP. Ik wil met ontkennen. Piet! die reeden. laat zig' hooren, ik worde zelfs hier door eenigzins gerust geilek, j maar ik kan niet begrypen wat voordeel die party zig hier door kan belooven, en zoo dat nu zoo is, dan moeten 'er al vry wat groote, die verderffelyke party zyn toegedaan,. indien gy my hierin nader openiDg kond geeven , zal ik met meerder grond my zerven kunnen gerust (tellen, en daarom Piet, ik verzoek dat gy my hier in eens wilt helpen. PIET. Met veel genoegen zal ik u hier in i t ragten te helpen , maar dat cv aoe e.nigzins twyffelc of menfehen van den eersten rang die party zyn toegedaan, verwondert rcy, heb ik u daar even al niet genoemt dien Bronswvker Hertog, wel nu man, breng u maar te binnen, het gezag waaF in die knaap in ons Vaderland was, was hy niet in ftaat, om menfehen van aHerly rang en ftaat in zyne verderftelyke oogmerken te doen medewerken , den een kon hy hiertoe bewegen door vreeze, om ontzet te worden van dien trap van eer, waar op zy geklommen waren , een ander , door hun te onthouden die eer of dac voordeel waartoe zy of hunne kinderen, of door hunne üand inde Maatfchappy hunne begeerte na grootheid in de Republiek vermeende aanfpraak te moogen maaken, hebben wv de tyden niet beleeft, dat al wat in de Republiek na eer of grootheid geleek, van de hand van dien vreemdeling afvloog, heeft dien listigen man, zigzelven hiertoe den weg niet gebaand door op eene, ontrouwe wyze eersc door den eersten Dienaar van'staat, Willem de Vde aan hem! te ver binden , en door die berugte'afte van Confulentfcnap » zig aan hem zelfs afhankelyk te maaken. — Zoo dra men de inwooners van ons Gemeenebest, in den waan gebragt hadde. om door uitterlyke eerbetoningen * allerleye foert van Complimenten ea opwagtingen, zelfs door de Souveraine Overheeden dien. eersten Staatsminister, ais den volftreklren alleen heerfcher te doen.behandelen, was 'er by na niemand in ons Land, welke zig oo lang men zoo maar onkundig van onze gefleldheid noord praaten, en ook zoo maar mede praat, is men fri ftaat om tot alles verleid te worden, ik fpiak gisteren nog met Hans Onverfaagt, het is een rtian die niets minder als bang is, en ook uit liefde voor het Vaderland, gerust zyn hoofd zoude waagen, maar de kaercl was zoo wanhoopte en zyde tegen my , hoor Jaap; men mag praaten wat men wil, het is met het Vaderland en met ons alle gedaan; ik dagt, ei ei, dat is nu loo een kaerel die men met geen blaas me: boonen kan weg'jaagen, en geloof my Piet, dat heeft my zoo neergcilagen , dat ik 'er nog van rus ten nog duuren kun; en als ik het alles ter dee- gen nadenk» ik geloof dat de onkunde in de. Hiftorie van ons Vaderland , hier van alleen de oorzaak is, en daarom als gy ons hier in wilde helpen, gy zoud iets doen . dat zeer goed was. PIET. Wel Jaap, gy fcheindhier wo"derlyk ftcik op gezet te zyn; en fchoon ik wel met u in ftem, dat de onkunde, in onze Hiftoriti.; ons verkeerd doen Oordeelen van lionderde zaaken en het daarom in zeer veel opzigten zyu nut zoude hebben, dat alle inwoonders van een vry gemeenebest, dat zoo veel fchokken. en aanvallen van zoo een oHderfeheidene aard heeft uitgtftaan, kundigheid hadden, zoo komt het tny vuoc, dat dit dingen zyn. die niet getnakkelyk gaan zullen, om 'er eenige vrugt van te hebben , om dat de Leeslust onder ons , zoodanig ki onbi uik geraakt it, en ais de Menfehen nog al iets leezen , het zyn e klyne dingen, die zoo dagelyk.- uitkoomen. JAAP. Piet, ik geloof dat dit alles waarheid is, maar ik weet 'er wat op, laaten wy alle weekcii wat praaten van het tegenwooidige, en dan ook zoo wat over de hiftorie van ons Vaderland, dan kan ik ten minfien (nog iets vorderen, maar hebben wy te veel dagelyks nieHws ,dat gewigtig is , dan kunnen wy voor die tyd de Hiftorie agterlaaten. P I E ï. Het is wel Jaap , wy zullen zien , boe het zig met het Werk toedraagt, en als wy met het langen van de dagen wat' meerder tyd hebben , het eens te zaauien probeeren. Wy moeten nog zien wat voordeel die verderfelyke Cabaal in ons Vaderland zig hier van belooven kan, als zy de Natie klynuioedig en bcvreest gemaakt hebben. JAAP. Ja dat is waar Piet, dat hebbe ik ftraks aan u gevraagt, en ik kan ook als nog niet zien wat voordeel zy hier mede beoogen , maar vermits het al wederom vry laat geworden is, verzoek ik , dat wy in de volgende week hier mede beginnen , ik bedank u , voor alles goeds , en wc-nfek u een genisten nagt. PIET. Nagt Jaap, ik wenfeh u wel t'Huis, en wel te Rusten. Te Leyden by C. F. Koenig en verder alom, daar de Post voor de Boeren, thans No. S. Voor een duiver word uitgegeeven, is dit bla#" voor vierduiten te bekoomen, of de 12 voor vier ftuivers, de 25 voor 8 de 50 voor 1* en de 100 voor 15 ftuivers, zoo dat, die 'er Ito te gelyk neemt, heeft dezelve voor twee duiten het ftuk; deeze prys verandering is, om de Debiteurs algemeen meer genoegen te geeven, en dezelve aantemoedigen,  D E POLITIEKE S N A P P E R. Zaturdag den 23. April 1785. IS". 2. . . ' GJ A A P. oeden avond Piet, ik kom "mogelyk wat vroeg? het is om dat ik uw wilde zeggen, dat ik ons gefprek van voorleede week zoo dikwils by my zeiven heb nagedagt, en telkens meer by myn zeiven ben gerust gefield' geworden; zoo dat als gy my nu onderrigt hebt, wat oogmerk de Verdervers van ons Vaderland hebben; dat zy ons zoo kleinmoedig maaken, denk ik van alle vrees bevryd te weezen. PIET. Ik kan het zeer wel fchikken, al had gij een half uur eerder gekomen, gy soud myn niet verhinderd, maar integendeel, plaifier gedaan hebben. JAAP. Zoo, zoo, <3at is goed Piet, kom help my uu maar aanftonds uit die twyfeling, wat voordeel kunnen de Verdervers van ons Vaderland 'er by behaalen, als zy de Natie verlegen gemaakt hebben. PIET. My dunkt, dat elk die maar een weinig nadenkt, zulks overtuigende kan blyken, als raen zig maar te binnen bréngt, langs wat weegen en door wat voor middelen de Prinfcn uit het Huis van Oranje; tot hoogheid in ons Land gekomen zyn; is het niet altoos geweest als de Natie in vrees was, om door den Vyand van buiten overrompel te worden , breng uw maar in de gedagten hoe het gefbld was in het Jaar 171.8. toen Willem de Vierde tot de Stadhouderlijke waardigheid bevorderd wierd; en wilt gy van nog vroeger daagen , breng uw uit 's Lands gefchiedecisfe te binnen, de toedragt van zaskenin den faare 1Ö72. en gy zult overtuigt zyn , dat altoos, hetwaare of ingebeelde gevaar waar iu de Republiek zig bevond , de grootheid der Prinfen van Oranje bevordert heeft. JAAP. Het is zoo Piet, ik heb die zaaken wel hooren vertellen van Oude Lieden, maar dan moest door die vrees voor den Vyand, de menfehen aangevuurt worden , om den Prins tot Stadhouder, door Oproer, te doen Uitroepen, is dat het geval niet geweest in 't Jaar 1672? In het Jaar 1748 , heeft myn Ouden Vader my dikwils verteld, dac het met de zaak zoo gefield was, want'een jaar of anderhalf vroeger, wist omtrend niemand ten minsten van de kleine gemeente , dat 'er een Prins van Oranje in de Waeteld was; veel min dat zy hem tut St«oliou.aer tiowü  begeert hebben , maar de tegenwoordigen Willem da Vde, is .immers'met het regt om Stadhouder te worden gtböoren, en zoo dra men hem maar kou mondig 'maaken 'tót Stadhouder aanaefteld, dat is nu dat ik niet kan begrypon, wat dat die Man toch nog r meerder zoude willen neDoen. PIET. Ik zal u eens zeggen Jaap! hoe dat dit my voorkomt , de Prinfen van Oranje zyn de magti'gfte edellui welke in onze Republiek zyn, hetzy in hunne saam als Prins vao Oranje, het zy van weegens hunne groote goederen, die zy of in ons Gemeenebest, of in Duitschland bezitten, rr- Het zy door hunne huwelyks verhintenisfe aan de aanzieniyKiie nuizcu van iLurupa, kcmt hier nu het Stadhouderlchap over ons Gemeenebest by, dan is het zeeker dat de Pnnce van Oranje een Hofhouding voeren , waarvan geen weerga in ons Gemeenebest te vinden is. — Maar waar zyn nu de meeste plaimürykers te vinden? Is het niet aan ae nooven r en wat is er aar. onze verkeerde denkwyze meerder itreelt , als de hoogmoed , en de begeerte na grootheid , om heerfchappy te oeffenen ? wat dunkt gy, zal een vlijend Hoveling een gelegenheid lasten voorby gaan , waar by hy de harstogten zyns Vorst itree Jen kan, zal hy niet hondert ontwer pen uitdenken,en gelegenheid zoeken, om hier in den Vorst dienst te doen. — Denk du nog hier by dac hoe groot, de Prince van Oranje ook zyn mogen, het Gemeenebest der Nederlanden verre het magtigfte , en ryklre is , en verre,zeer verre, overtreft alledeStaaten van den Prins 1 maar ziet, in zyne Scaatcn ten rainlten induisland , voerd zoo een Prins een volftrekte, en meest al een willekeurig gezag! isdat nu niet jets dat zeer ftreelend is.' maarftel hier au tegen over, dat dien zeiven Prins als Stadhouder van ons gemenebest, in plaits van deSouveraine magt, volgens de wet te kunne oeffenen, alleen de eerfte minister van daad is, om de beveelen van den Souverain ter uitvoer te brengen. — Zoo die vorst maar 'eens dat zwak heeft! dat hy meent de grootheid van zyn huis te kunnen bevorderen, zoo hy ook in ons Land hethoogfte woord voerde, en hetSouveraine gebied in handen hadt; wat dunkt u, zoude 'tby zoo een Vorst aan pluirnftrykers ontbrecken; welke die denk,beelden van dsm Prins voeden, en hier by gelegenheid zoeken zouden, om den Vorst hier in dienst te doen, en ik bidde u, wat is 'er dan gereeder als gebruik te maaken van foortgelyke mid? delen, die men meermaalen tot zulke eindens gebruikt, en zoo dikwils op de proef goed bevonden heeft; en daarom moest nu eerst alles in de war geftuurc, ons Land dooreen magtig Vyand bedreigt, en dan door Juftificatore Memories en Brieven, de fchuld van dit alles, dog ingewikkeld, op de Staaten des Lands gefchooven worden ; dan was 'er gelegenheid om de Natie, ua minfle de fmalle gemeente, door allerleye foort van huurlingen wys te maaken, als de Prins Souverain was, dan zoude alle dingen beter gaan. JAAP. Hoor Piet, ik geef u volmaakt gelijk; als ik zoo alles nadenk wat'er zoo al gebeurd is, dan kan men voor die gedagten al veel bewyzen vinden, in drie of vier Jaaren freeft dit zig al vry duidelyk ontwikkeld, maar ik geloof evenwel dat het niet geroakkelyk gaan zal, om hier in zyn oogmerken te be? reiken, als men zoo begint te zien, wat dat de dryfveeren zyn die men gebruikt, kan men zig 'er te gemakke» lyker tegen verzetten , — nu Piet, dat is met dat ftuk afgedaan, maar daar is nog een andere zaak, daar wcnlte ik wel over te praaten, en dac is iets.daar  ik geen dooTzigt in heb, maar het komt my voor dat dit anders moest •weezen, ik wenchte wel dac het nier gebeurt was. 6 PIET. Wel wat is dat dan toch Jaap, wat voor Stuk meent gv eigentlyk. J A A P. Ik meen dat bedanken van die twee Leeden uit het Kjcerfitie Genoot fchap , dat in de Leydfche Courant van den i1 April gedaan heeft, nu zoude dat nog allemaal niemendal zyn, maar dat Cabinecfluk van geleerdheid , dat wederom in de Leydfche Courant van den 13 April geplaast is , dat maakt dat ik niet weet wat ik 'er van denken moet. — nu wecschte ik wel eens rondborstig te weeten, wat iv van die historie denkt. " PIET. Dat zal ik u veor de vuist zeggen Jaap, hoe dat ik 'er overdenk, ik had wel iets willen geeven, zoo het in ftaat geweest had , om die Heeren van voornemen te doen veranderen , ik heb op het eige ogenblik dat ik her geval hoorde , gezegt , dac het de goede zaak des Vaderlands voor al geen voordeel zoude dotn , ik be greep aanftonds, dat zy, welke laag genoeg zyn, om hunne vryheid op te offeren ten gevallen van eenen ! aanftonds hier meede hun voordeel zouden doen, en hier uit allerly zoort van gevolgen zouden trekken , en dat heeft ten minsten eenige beweegenden invloed op den een of ander, van an derzins weldenkende Burgers. — Die hUeren hebben te veel gedaan , om de goede zaak te laaten vaaren , of qra zig te ontrekken, ter bevordering van 't waare belang van ons Vaderland, wasr in zy waarlyk geen kleine verdienste nebben; JAAP. Zoude het waar zyn, dat zy de andere party zyn toegevallen. PIET. Dat kan ik nooit gelooven, en zoo dat gebeurde, twvffel ik, of men die Heeren als eerlyke menlchen groeten kan ,maa' ik geloof dat men lang werk zal hebben, om hier van de bewyzen te vinden, maar ik denk, dat de waare toedragt van zaaken, met die Heeren op deeze wyze moet begreepen worden. Zy hebben beide, en ieder van hun in 't byzonder vol ievei ig" gewerkt ter bevordering van 'c waaie geluk van Neêrlands inwooners, jjj deze eerlyke pooginge, hebben zy, en aan den Burger , en aan den Regent, wezentlyke dienste gedaan — Denk nu eens Jaap ! als gy iemand dienst gedaan hebt, verwsgt gy dan, dat die u voor het hoofc ftooten, en tegen werken zal? als gy in die zelve begrippen blyft voortwerken? als dac nu gebeurt, "en men gaat zelfs de beste pooginge ten kwa3den duiden? Men beginddeeerlykfte poogingen oproerig te noemen! hoe belangeloozer men gewerkt, en zelfs al wat naar oproer zweemt, met zyn hart verfoeit hei_fc , te meer moet dat een gevoelig hart, éven py.nlyK zyn, als of 'er een dolk in geftooken wierd.en is dat niet volmaakt in ftaat, om zelfs de Zagtmoe-' digfte Man , een Stap te doen begaan , waartoe een aangrimmenden afgrond , met al het geweld of wreedheid , van den grootsten aller tyrarinen, niet bekwaam was.— En als ik myn gedagttn zeggen zal, geloof ik, dat dit juist het geval van diè Heeren is, en dat zy nu daarom het'befluic genoomen hebben om zig van dl Ie publieke zaaken te onttrekken, en ah vergeeten Burgers het werk in zyn toedragt te befchouwen! Maar dat zy in 'hunne Vaderland lievende denkbeelden zouden verandert zyn, kan, of zal men my niet eer dom gekovm , voor dat men my zulks met beivyzen aangetcont beeft.  JAAP. Dat is snderetaal, als in de Leydfche Courant, van den 13, en, om dat dit evenwel ook door een Lid van het Genoodfchap is opgefteld, geloofde ik , het geen daar in gezegt wierd, en dagt, dat die Heeren door drift, om haareigegedagten , zy mogten dan goed of kwaad zyn , doortedryven , du mislukt zynde, waaren koppig ge worden, en uit wraak , de hoel in de war wilden fluuren, zoo dat die Heeren , die ik zoo dikwils had hooren pryzen, waar door ik voor hun heel ■veel agting gekreegen had, merkelyk by my"in waarde vermindert waaren. PIET. Ü3t wil ik wel gelooven Jaap, my doge ook, dac ik het aan u bemerkte, om dat ik het u, een Cabinetftuk van geleerdheid heb hooren noemen , ik voor my kan 'er die naam ^ook wel aan geven, maar het is een geleerd heid, waar in men uitmunt, om onwaarheeden, en valfche gronden, op eene zagte wyze, zyne Leezeren voor Heilige waarheden te doen aanneemen! — Hiervan zoude ik u wel een, cn andere proef geeven, maar dan kwam ïk ongevoelig,1 in een geheele ontledi ging van dat Stuk, en ik vertrouw, dat die Heeren het wel zelfs doen zullen , en als ik.het heb, zak ik 'er u het een en ander uit voorleezen. JAAP. Maar Piet! Hoe is het mogelyk, daar het ook een Lid van het Genood fch^p is; hoe kan den een, zoo veel verfch-iilen van den ander, gv behoort immers ook tot het Genoodfchap, en evenwel gy denkt geheel anders over die zaak als die Sckryver in de Leyd iche Courant! PIET. Of het een Lid van hetGenootfchap is, of niet, kan ik niet zeker zeggen , maar ge.Iteld dat dit waarheid ts, denk gy dan , dat alle de Leden van het Ge nootfehap even fterk bezield zyn, met eige Vaderlandlievende denkbeelden , myn goede man, dat is een dwaaling, daar van gy u zeiven ontflaan moet, ik weet met zekerheid, dat 'er in het Genootfehap Leden zyn, die alleen in het zeiven gegaan zyn, eeniglyk met oogmerk , om hunne eige belangen te bevorderen, en ook wederom anderen, enkel uit lust om te exerceeren, en dac kan ook niet wel anders weezen, zoo lang den een den ander niet in het hart kan zien, om zyne sogmerken en bedoelingen te weeten. JAAP. Dan zoude ik al die geen, welke niet even Patriotties dagten, maar ten eerften uit het Genootfchap fchrappen, want wat ftaat is 'er toch op zulke menfehen te maaken ? PIET. Dan geloof ik Jaap, dat dit een gefchikte weg was, om het geheele Genootfchap te doen in duigen vallen,' ik denk dat het genoeg is, om tot Lid van het Genootfchap te worden toegelaaten; dat men nog door woorden nog1 door daaden, zig tegen hetzelve verklaard heeft, en als het nodig was, dat het Genootfchap zyn heldenmoed door daaden bewyzen moest, denk ik, dat men 'erevenwel ftaat opzoudekunnen maaken, om dat wy tot nog toe niet bepaalen kunnen, wat het is, dat den uieldenmoed aanvuurd, en zoude het niet genoeg zyn,als de weerzin om voor een laagen durfniet te worden aangezien , de moed opwekte en het heldenvuur vodfel verfchaffte? JAAP. Ja Pfet, ik weet het wel, gy kunt tegen my gemakkelyk het langfté woord hebben , maar ik denk dat het al wederom vry laat geworden is,ik ga naar myn huis, en ik wensch u een goeden nagt. PIET. Nu Jaap! als gy dan wilt naar huis .^aan, dan wensch ik u wel te rusten, iroet u Vrouw — In de volgende week kom ik en Meester Albertus, by u aarv huis. JAAP. Houd u weord en üaap wel. Te Leyden by C. F. KOEN IC, en verder alöm.  D E POLITIE KE SNAPPER. Zaturdag den 30. April 1785. GALBERTUS. oedenavond Vrienden , ik ben wederom de eerfte niet, of fchoon ik nu een uur vroeger kom ? JAAP. Neen Meester, Piet wint het, uithoofde dat myn Neef Salomm uit Amfterdam is over gekoomen, en hy dezelve gezien hebbende, heeft de Vriendfchap hem vroeger hier natoe gedreevea. ALBERTUS. Zoo Jongen Heer! is de komst uit Amfterdam ? S A L O M O N. Neen Meester, zoo hoor ik u toch noemen, trouwens uw Hoed overtuigd my, dat gy een Meester zyt, ik woon te Amfterdam, maar de komst is van Rotterdam. PIET. Ha! ha! ha! dat zyn pasquillen op je Hoed, Meester? ALBERT U.S. Nu dat is de eerfte keer niet, dat uithang Bord moeten wy hebben om ontzag te verwekken , die drie tippen hebben al meenig compliment ontfangen, éat blyft daar by, wat nieuws brengt gy van Rotterdam ? SALOMO Daar is geen nieuws Meester, 'er heorfcht tans eene algomeene ftilte, dan men denkt dat d(-zelve uit vrees voorde Heeren Gecommiteerden en de Militie word veroorzaakt, alles ftaac anders op een goejen voet ,iiv noor dat de geheele Burgery zal gezuiverd, en ie gezuiverde Rurgery , op die voezoo als in Amfterdam zal gewaapend worden , en dan zal 'er alles wu fch.%ken, ook zal de nieuwe Hoofdofficier de Heer en Mr. Geevers die een allerbest Vaderlander is, daar niet weinig toe Contribueeren. — ALBERTUS. Dat is een zeer aangenaam nieuws.' — JAAP. Maar apropos, Meester, ik hoor dat van Slype geen fchuld aan het verraad van Maastricht heeft ? S A L O M O N. Wel dat dank' jou de Koekkoek, dat zou bei. ter onder de Papieren van den Hertog te vinden zyn , maar die fchurk is het Land uitgevlugt. ALBERTUS. Ja, zoo gaat het, nu zyn 'er geen voldoende bewyzen, en mogelyk zullen wy 'er binnen agt of veertien daagèn, niet meer van mogen fpreeken. —  SALOMO N. , .p Dat zou de drommel doen , daar is \ imme uit de Brieven gebleeken, dat I van Slype aan den Hertog , öpgegee- j ven heeft, welke maatregelen , tot de defenfie 'er eenomen wierden, ais zulks aan de eerfte Officier van onzeri \yand, is op^egecven, want de Hertog , is nu in Keyzerlyke dienst, zou dar geen verraad weezen? - Temeer, daar de brieven in Cyffers gefclireeven zyn.— PIET. Nu dac zou ook raar zyn, daar de Ko rdns van Pruis/en hot beveiligd heeit. JAAP. Maar hoe kan de Koning van Pruisfen daar van geweeten hebben ï SALOMO N. Ik denk 'er zoo over» het is nog niet Tang geleiden , of de Stadhouderlyke Cabaal, heeft die groote Früderik zoo fterk tegen ons weeten optehitzeni dat het immers weinig fcheelde, of hy zouonze volflage Vyand geworden zyn, cn dan hadden wy tegen den Koning van Pruis/en, en tegen den Keyzer te eeïvk moeten Oorloogen, ra die tyd kan'er wel over zoo een diergelykplan reeds gefprooken zyn, en toen die twee of drie Heeren , by de Koning geweest zyn, om wegens en zo ik meen, uit naam van de S ta aï e n, hem een recht denkbeeld te gesven, van de waare oorzaak , vanonze inwendige verdeeldheid, waardoor de Koning aanftonds van beiluit veranderd is, en ook mogelyk nodig geoordeeld heeft, dit ontwerp te beletten, en 'er door die weg iets van te kenaen heeft gegeeven. P 1 E 1» Dat is nog al zoo kwalyk niet ge- d3Cht! ALBERTUS. , In de vo^nge week, heb ik m de Baasfibe Courant gelezen, dac de Koning van Pru'sftn zoude geklaagt heoben , aan de Statten , dat 'er zoo een ger-jgt in onze Republiek verfpreid ?ierd, het geen onwaar is, —— Zoo eel Couranten als ik lees , heb ik iet in ceen andere, als in de Haagcbe Courant gevonden... SA LOM'ON, Zoo! zoo Meester, in de Raagfcbe Zourant, die vind by myn voor geen jortie geloof. JAAP. Ik beef, als ik 'er om denk, hoe zou iet met ons hebben uitgezien, als wy sutke twee geduchte Vyanden hadden aehad. A L B E R T Ü S. Dat zyn alle de gevolgen van die Prinsgezinde Factie, welke onder ons. weeder zoo veel veld , door andereiiscen, beeft weeten te winnen. S A L O M O N. Al dat gekuip, zal eindelyk ons verderf uitwerken, overal waar men komc hoort men dat het Exercitie Genootfchap in Leyden en in Utrecht geheel vernietigd is, en dat de Stadhouder eersdaags Souverain zal worden, maar eer wy Amlterdammers, hem daar voor zuilen erkennen, zaagen wy hem liever met zyn geheele Hof, in de lucht, fpringen. ALBERTUS. Zoo Jonge Heer! dat is de rechte Vaderlandfche Drift! maar weest verzeekert, dat de verkeerde Raadslieden van de Stadhouder, hem zoo gek niet zullen maaken , dac hy daar eenige hoop op voed. — SA LftMO' N. Het was hem ook niet te raadeij, want het was zyn doodkist , echter hoord men immers tru en dan, dac eenige Regenten, die men voorheen Vaderlanders noemde , rond uit zeggen, dat zy lievtr van één willen afhangen , dan van een geheele Burgery. • J A A P. Dat zyn geen keg. nten, !at zyra Mynedige, die de naam Vatt Regenten onwaardig- zyu.  PIET. Niet te vergeefs word ons «a t woord der Waarheid geleerd: Ver- vloekt is een iegelyk, die op een Menscb vertrouwd . _ ALBERTUS. Uit welke hoek van de hel, zich zulke geruchten verfpreiden , en zulke Aristocratifche zielen komen opborrelen, is onbegrypelyk , maar geen fwaarigheid,:er zyn overal Braave Regenten, die onbeweegbaar pal ftaan , en in de welken de Geest van de onfterflvke van der Capellen, fcheind overgegaan te weezen, en geloof*my Vriendin, dat God bewerkt, dat dezulken in alle groote en kleine Steeden gevonden worden, zoo das men kan zeggen , dat 'er geen Raadszaal is, of 'er word ten minsten een Regent gevonden die voor de Volks - Rechten durft fpreeken, en die om den Ked, welke hy niet alleen voor het Volk , maar voor God gedaan heeft, blyti denken, is God dan voor ons, wie wil tegen ons zyn.^ ^ Mdar Meester , kunnen wy, of mogen wy ons daar op verlaaten , za: het meerder getal, ons ongeluk met bewerken. S A L O M O N. In 1743. hadden wy ook Dominees en Meesters, die ons daar mede wilden troosten , wy zyn Menfehen , er: moeten onze redelyke vermoogens ge bruiken, of wy onteeren^deOodsdienst. Dat is waar, maar ik denk dat het Taar 1748 een ftrafjaar voor de afgedwaalde Burgery is geweest, en dal dit,of het volgende, een ftrafjaar fcheint te woorden, voor zulke roynedigeKe genten, die met een tros gelaat, al: hetwaare uitroepen: wie is de Heere wiens ftemtne wy vreezen zouden, er ook voor de zulkeu, die zich zelvei gerust ftelLen, met te gelooven, da zy volgens haar beste weeten, zoo, moeten handelen, en toch verkeert doen. S A L O M O N. Volgens het beste weeten handelen, doet, een Dief, een Moordenaar, een Struikrover ook, dat is maar gekheid, om dat zy volgens haar beste weeten een voordeel beoogen, t welk zy volgens haar beste weerTen , niet anders kunnen bekoomen. JAAP. Intusfen worden, volgens het beste weeten , de Burgers ongelukkig gemaakt, PIET. In No. 6. van de Post voor de Boeren ftaat: de Aap gebruikt de poot van de Kat, om de Carftangjes uit dp Braadpan te haaien, zoo hebben die Heeren ook de arm van de Burgers gebruikt, die zjch nu tegen de Grondwettige herftdling aankanten. S A L O M O N. Die zulks doen, verdienen geen grooterecr, dan een Ezeldry ver toekomt, want zy begeeren dat de Burgers zich als Ezels van haar zullen laacen dryven, het is immers geen eer, een dom Volk te R -geeren, en daarom ftelien zich ook eenige Regenten voor de Burgers in de Bres, alzoo zy te verheeven denken, om, als Ezel dry ver te fungeeren. — ALBERTUS. Hoor vrienden, in een No. van dt AWezer ftaat: dat wy met God en Godsdienst in het hart, en het Zwaara in de Vuist, voor geen geweld behoeven te vreezen, zien wy, merken wy, eu erkennen wy , dat God met ons is , dan moeten wy ook gelooven,dat Neêriands Burgery niet te vergeefs gewapend is , maar dat die God , die in vroegere dagen Vuur van den Hemel liet regenen, tarjsmet minder, fchoon door andere middelen, zyn wraak zal uicftorten , over die geene, welke als hes waare ,hem in het aangezicht ipuuwen-,,  dcs^temoedwillig veitreeden van hun plicht en eed. — JAAP. De Heere Sta at en. erkennen ook welduidelyk dat de werkende hand van de voorzienigheid, zoo met ons is, dat zy 'er verbaasd over ftaan, en door die bedenking zoo getroffen zyn, dat zy 1 eenen AlgemeeneDank-Vast en Bedendag hebben nodig geoordeeld uutelchryven. — S A L O M O N. Nu jy van die Biddags Brief fpreekt, moet ik eens vertellen, wat men in Rotterdam daar van gezegd heeft , dezelve heeft het allereerst in de Haag Je Courant geftayu , en het flot her welk vier Regels uitmaakt, was geheel weggelaaten, die Courant beftoot de zelve, met de paragraaf, datwy voorde Proteftanfche Kerken moeten Bidden, en hy liet weg, „ Aljes tot Grootma ,, king van des Heeren aller Heiligfte „ Naam, de Voortplanting en Aan ,, was der waare Christelykc Gerefor„ meerde Religie", en wat daar meer volgd, daarvan had hy niets, aanftons was het onder het gemeen , zie jy wel, nu de Prins niets meer doen mag, zal 'cr niet eens voor onze Gereformeerde Leer Gebeden worden. PIET. Wel me zou zeggen, waar word niet al opgelet. ALBERTUS. Ja Vrienden \ dat is weeder een trek ▼an de verdervende parry geweest, ik draag expres een Courant by my daar dezelve geheel in ftaat, om dat ik ook al verfcheide lieden daar over had hooren zugten, die ik nu alle ge rust gefteld heb. JAAP. Men zou tog zeggen , Meester, waarom of die vier regels weggelaaten zyn ? S A L O M O N. Ik geloof, als de Staaten dat eenzoo ernstig vroegen, faap , dat die Te Leyden by C. F. KOEN IG, en verder alöm. frek niet gemaklyk te ontduiken zoude weezen. PIET. Wel kan de man niet zeggen, dac Hy vier regels plaats te kort is gekomen. ALBERTUS. Dat zou hem wel anders uitgelegd kunnen worden, Piet, die draai zou niets afdoen. JAAP.- Ik hoor dat de Vreede met de Keizer geflooren is, en dat op zoo een cha delyke wys. SALOMON. Neen Jaap, dat fcheelt nog veel, maar 4 Gecommiteerdens, hebben, tegen? den zin van 3 de geheele Republiek onteerd, door den Keizerde Souverainiteit over en gedeelte van de Schelde, vier Forten, waarvan wy twee onmogelyk kunnen misfen, en dan nog eenige Millioenen Guldens, by voorraad hebben toegedaan , op dat de Keizer zoo genadig zou weezen en vreede met on« maaken. — PIET. De Baron van de Capellen , tot de Marsch zegt zeer duidelyk ; dat dié Gecommiteerdens ten hoogften ftrafbaar zyn, en dat het aiet te bewonderen zal weezen , als NeërlandsVolk, zig deeze onverdiende Opoffering, deeze fchande te binnen brengen , voortaan niets meer van hunne eigendommen ten misbruike in 'sLands Schatkist zullen Horten. •SALOMON. Als wy ook voor ons geld, niets dan fchande en fchade kunnen te koop vinden, is het zeekerlyk beeter, dat wy het in onze zak houden. ALBERTUS en PIET. Nu Vrienden ! flaap gerust. SALOMON en JAAP. Zoo in eens, Meester ? en jy ook Piet ? ik wensch u dan wel t'huis; tot ik de volgende week. —  D E POLITIEKE SNAPPER. Zat ur dag den 7. Mey> 1785. N°. 4. ■; H] A A P. a! welkom vrienden! alle nog welvarende? dat is drie vliegen in eene klap. ALBERTUS. My aangaande, Jaap, ik ben volkomen gezond. PIET. Het is veel te mooi weer om ziek te weezen. SALOMON. Ik ben als de glaazen, maar zoo helder niet.en als de Haafe, maar zoo gauw niet. JAAP. In Leyden is men over het algemeen geen liefhebber van Haafen , maar hoe komen de Vrienden zoo by elkander, en myn Neef die ik meende dat in den Haag was, juist te gelyk daar by ? — 0 SALOMON. Jy valt niet nieuwsgierig, Jaap, maar jy hebt graag het onderfte uit de kan, zulke menfehen loopen gevaar dat haar het dekzel op de Neus valt, dit is een Amfterdams fpreekwoord, vat jy het Neef, wy zouden zeer gevoegelyk op die vraag, hoe wy by elkander koo men, kunnen antwoorden, dat raakt jou niet, maar zoo vrypostig is geen Leydeuaar gewent teleeven, dus zal ik met korte woorden zeggen, dat ik uit deHaagfche fchuit komende, hier, vier deuren van daan, de Meester ea onzen vriend Piet, ontmoete, ziedaar het geheele geheim. PIET. Jy goeden Heer, moet de Leydenaars niet komen verachten , die zyn wel degelyk gewoon om. openhartig te leeven, zoo goed als de beste Amfterdammer durft denken, maar juist hebben zy die zoogenaamde vrypostigheid niet, welke men hier brutaalheid noemt, om op een vraag te antwoordeu, dat raakt je niet. — ALBERTUS. Hoe zit dat vrieuden, zutleu wy van deezen avond verfcb.il krygen, en met elkander beginnen te twisten , waar loopt dat na toe, wy kunnen onzen tyd immers met meer nut befteeden. SALOMON. 't Is waar Meester, 0031 kunnen den tyd met meer nut beftteden, dan onder elkander te twisten, over niecs beduidende zaaken , maar dit is nu algemeene Mode, laten wy die ook volgen, wast inderdaad, als wy de waarheid zeggen, kunnen wy geen herberg vinden , de tong moet tog in beweeging blyven, en als men geen waarheid meerfpreeken mag, dan moet men liegen of Tweedracht, Jïwken,  JAAP. r - | Ik weet riet hoe dat ik het lieb, | Neef ? gy zyt niet zoo vrolyk als veorheen, vertel ons liever wat nieuws ev uit den Haag medebrengt. P 1 E T. Wel dat is niet kwaad, laaten wy «ens wat Haags nieuws hooren V SALOMON. Ik geef de drommel van al het nieuws, ik berfioei my liever rr.et myne Affairen, ik ben reeds kwaad dat myn gefprek van de voorige week, in de Snapper ge drukt is, ik wist niet dat die hier ge fchreeven wierden. —■ JAAP. Zoo! zoo! nu merk ik de knoop, heeft myn Neefje in drift wat te veel gezegt, dat hy vreest, öiet te zullen kunnen goedmaaken. SALOMON. Neen Jaap , ziet daar geen Amfterdammer voor aan , het geen ik in de voorige week gezegt heb, moet een vrygeboore Hollander, gerust in de Raadzaal van de Hooge en wettige Souverain durven zeggen, met dat on derfcheid, dat 'er dan eenige meerdere eerbiedige termen by moeten ko men , die men in de gemeenzaame verkeering niet gewoon is te bezigen. ALBERTUS. Ik ben dat wel volkomen eens met u, dan, men kan echter de waarheid veel bedaarder zeggen, en ik geloof zelve dat men dan meer nut doet, want houd eens in het oog , als gy door een meenigte vliegen gekweld word, gelyk wy des Zoomers daar veel door gekweld worden, dan zult gy die plaag anet een ooitje ftroop veel fteker ver minderen, als met twee ftuivers azyn smeer te zetten; een bewys dat men met de zagtheid ea zoetheid het meeste kan overwinnen. — SALOMON. Neen! Meester, deeze rekening is niet goed gemaakt, want wy moeten de vliegen als onze vyanden aanmerken, en als wy die van ons afwillen weeren, door haar ftroop te geeven, dan krygen zy eiudelyk een walg in het zoette, en zullen ons daarna, veel fterker plaagen , maar vermengt eens onder je oortje ftroop, voor een oortje peeper, ea laat dat even kooken, dan zyn 'er de vliegen wel eens zoo graag na, als na de zuivere ftroop, en echter al dje 'er van vreeten , moeten zeer kort daarna fterven, dezelve worden gelyk als dronken, en draaien zoo lang in het rond tot dat zy dood zyn, een bewys, dat men aan zyne vyanden wel wac zoets, maar rjet bitter vermengt, moet geeven, als men dezelve wenscht te overwinnen. PIET. Ik moet evenwel ook een beurt van fpreeken hebben, en beken waarïyk, dat ik geen vriend ben, met die Helling, dat men zyne vyanden in het minfte zoude.ftreelen, ik hou liever van peper daar onder gemengt, dat ze inwendig verbranden, en fterven. JAAP. Alle die toepasfingen zyn niet juist in den haak, want onze grootfte vyanden zyn eigentlyk de kwaade Regenten , welke de zoogenaamde Stadhoudergezinden Cabaal, uirmaaken,de magt van die ondeugende Eedverzaaksrs, fcheind meer of min te winnen, als wy nu zoo openhartig fpreeken , en 'er waaren onder de goeden, eenige, welke iets tegen ons hajden , waarover zy zich gaarne wilden wreeken, dan voegden zich die kwaaden daar by, en zouden zoo fterk tegen onsauvifceren , dat de weinig overfchiecende Rechtvatvdigen, niet in ftaat zouden weezen , om te beletten, dat ons het fpreeken verboden wierd. — SALOMON. Kostelyk Jaap, dan moeten zy als in voorige tyden onder de Turken , de gewoonte was & ons de tong uit de  mond fhyden ; dat die Cabaal veld •wind, is waar, maar dat komt daar van daan, dat 'er te veel ftroop gebruikt word , als men zich hoofd voor hoofd wac meer aan het gebruik van peper gewende, alles zou beeter gaan , zoc lang als ik immers de waarheid fpTeek, kan niemand my veroordeeien zonder zich tegen het Opperweezen re bezon digen,en dus al wilde men my de kop afflaan , zoo durf ik zeggen , daar de Stadhouder by ftaat, dat die geen, welke zich tot Graaf of Souverain wil opwerpen , do»r God, en door de Natuur, door de Wetten, en door de Eeden welke tot bewaaring van die Wetten, gedaan zyn, als vogel vry verklaard , of wel, als de ergfte vyand van het Vaderland , moet worden aangemerkt, en dus uitgeroeid worden, Ja! ieder Burger is door de Eed, welke hy aan het Vaderland gedaan heeft, verplicht, om een ponk in het hart van zoo eei, ondankbaare, te fteeken; maar, wel te verftaan , niet eerder, als dat de Kroon op het hoofd ftaat, en dat men cus volkomen overtuigd is, dat zich de wettige Souverain , het heft heefc laaten uit de hand rukken. — ALBEKTOS. Merk jy nu wel, Jonge Heer , dar jy je zelve door drift voorby loopt, want om ons by een Stadhouder welke Kinderen heeft, te bepaalen ; be gryp jy ligt, dat als de Vader zich de Kroon opgezet had, en hy het Aagtoffer van de Kroon wierd , echter zyne Kinderen aanfpraak op die zelve Kroon zouden maaken en dus was al les dan te laat. — SALOMON. Al was het een Vader met vyftig Zoonen, die zich wilden doen kroo nen, dan zou ieder Zoon , welke de bebloede Kroon van zyn Vader dorst aanraken , dezelve weg als de Vader gaan ; die het Vaderland van zyn Vryheid wil beroovcn, is onze grootfit Vyand, en ieder Burger heeft met een [ffé ; voor God rjeloarc, uat hy hei kwaad zoo veel in hem is, zoude heipen uitroeien, en inderdaniL al w3s die Eed niet gedaan, een Nederlander kan onder geen Slavernye Leven, hy fterfc liever duizend dooden op eene dag, ALBERTUS. Wy moeten toch altoos dit in het: oog houden , dat 'er Achting tn Eerbied voor die over ons gefteld zyn, moet blyven plaats grypen , en dat do Achting nist fterker word uitgeroeid, dan door al te vrypostig de waarheid onder het gemeene Volk te verfpryden, als de waarheid in het flegte gedrag van de grooten beftaat. — P 1 E T. Dit is een ongelukkige ftelregel , Meester , her mo.t aan den armften Bedelaar vry ftaan , om de ondeugden1 van de allergroocften , in den Lande, opentlyk te mpogen uitbazuinen, en dezelve tot een fpoc eu belchimping van een ieder te maken. JAAP. Dat ben ik met Piet eers, want als de grooten zich niet ontzien, met hec Heilige Opperweezen den fpot te dryeen , dan moeten zy ook van niemand ontzienWorden. — S A L O M O N. Regt zoo, als die fteltc ■ 1 eens een jaar doorging, dan zou men zien, d3t Je Grooten, de voorbeelden van Deugd en Godsvrucht zouden worden, enkel uit vrees, om daczy anders opentlyk ten toon zouden gefteld worden.— ALBE R T U S. Het getal van fche in heilige Heuchelaars, is nu groot, maar dan zou hec ongelyk veel grooter weezen. PIET. Neen Meester, het getal van Heuchelaars zou veel kleinder worden, wanc de jeugd zou aan een in en uitwendige well'evenheid gewend worden, daar sen eu integendeel de grootitc zorg  voor een u^twendigè wellevenheld of wel gemanierdheid, ziet beezigen. — JAAP. Ik wil welbennen, dat het gedrst van veele Grooten, my meenigmaM heeft doen twyffelen : of de geheele Godsdienst niet maar een enkel verzintzei was, maar het Woord , de Natuur en myn eige Hart, overtuigen my van hec tegendeel. ALBERTUS. Ja, daar moeren wy niet inkomen , want dan begin ik altoos te wenfenen, dat het afvergen van den Eed, nimmer bedagt was geworden, want ik geloof, dat niets meer inffoat is, om een Land te vernielen, als moedwillig te vertreeden , het geen men voor een alles ziende God , zweerd. PIET. Nu Vrienden ik kan voor dit maal niet langer, ik wenfeh u verder een aangenaam gefprek. ALBERTUS. Neen Piet, ik ben ook voornemens om heen te gaan, het word ook al vry laat. JAAP. Wel dac is tog vreemd, zoo te gelyk, en beide zoo vroeg, toe rook nog een Pyp. SALOMON. Neen bvuit maar heen, dat wy aan het eeceu komen, want ik heb dezen middag niet na myn zin kunnen eeten, myn Maag is fcheef, ik had in den Haag zoo veel te loopen en byna niets kunnen uitvoeren, daar ik Geld te brengen had was ik welkom, maar daar men wat meent te haaien word men zwart aangezien, en men kan maar niet kry gén,. ALBERTUS. Zool nu hoor ik nog wat de rede was, dat gy niet vrolyk waart, nu ;et fmakelyk en flaap wel. PIET. Wy zullen nog genoodzaakt weezen, ce verzoeken , dat 'er Papiere geld in^■voerd word, het geheele Menschdom zal anders als Duivels tegen elkanleren beginnen te ageeren, nu tot in de volgende Week. SALOMON. Dat hebben wy ook al aan dieStadhouderlyke Cabaal te danken, wanc door de onverdiende flaagen die deEngejfchen ons hebben toegebragt, zyn veele Koopluiden gedwongen, hunnen Huizen en Obligatien te moeten verkoopen, door de meenigte is alles tot zulke fchandeleuze Pryzen verkogt geworden, dat ieder die maar los geld had, het zelve daar aan bedeed heeft, door die Gelden hebben de Koopluiden hunCrediet buiten hét Land moeten ophouden , om niet geheel bedurven te worden , hier door is al hetlosfe geld als verdweenen; en nu moec 'er een ieder, tot de Armfte Bedelaar oe, o ver zugten , wan t als het de Koopman welgaat, dan gaat het de Bedelaars ook wel, om dat een winnende hand, een milde hand is; als 'er Convooi eu befcherming was geweest, dan kon het Vaderland zoo veel ryker weezen , als het nu Armer is. JAAP. In Switferland zyn zoo veel Goud cn Zilvermynen , dezelve mogen niet opgegraven worden, willen wy de Switfers met ons allen gaan verdry ven, en het zelve voor ons neemen. SALOMON. Verdryf eerst den Keizer, en de Land Verraders, die zooveel van ons in hokken, maar laten wy vooraf gaan eèten » flaap alle wel. Te Leyden by C. F. Koenig en verter alom , daar dc Post voor de Boeren, tlians Na 8 voor een Stuiver word uitgegeven, en No. i. tot 7. ook weeder te bekomen is, als ook v»»'de best Papieren k één en één halve Stuiver, word -dit Blad alle Weeken voos 4 duiren uitgegeven of tte 12 voor 4, Stuivers, de as. v«wr 3, de 50. voor 14. tn de 100. voor 25. Stuivers. '  d e POLITIEKE SNAPPER. Zêturdcig den 14. Mey 1785. jV. 5. GJ A A P. oeden avond Piet, wel Man dagt gy niet dat ik van avond niet zoude gekomen zyn , daar het al zoo laat geworden isV PIET. Goedenavond Jaap, ik weet het zelfs niet, of ik 'er wel veel om dagt, is het wat later geworden, dat wist ik niet maar met de Kermis kan dat gemakkelyk zyn, ik was zoo druk bezig met denken, dat ik niet eens wist dat het nu de tyd was, dat wy by eikanderen koomen. JAAP Zoo Piet, ik verfta u, het kon met de Kermis zyn, dat ik wat laat kwam , nu ik zeg daar niet meer van, neen Man het is niet door de kermis, maar het is om dat ik uit de Stad geweest ben, de Kermis kan my tegenwoordig niet vermaaken , de Kop ftaat my in het ge heel maar nret Kermisagtig, dat wil ik uw verzeekeren. PIET. Gy neemt dat wederom ten kwaadftenop Jaap, ik zal voorzigtig moeten zyn of'er is kans dat wy van avond nog woorden krygen, inciien gy zoo erg denkende blyft, daar maar van afgeftapt, wat is het dat uw zoo geme]yk maakt. JAAP. Wel dat zal ik veel liever voor my zei ven denkeu, als dat ik daar van fpreeken zal, ik mogr met myn gedagten te zeggen in ongelegenheid koomen , een braaf Heer in' Amfterdam, daar ik nu van daan gekomen ben , verzekerde my , dat men in ons vry Land tot nogtoe vry denken moge , maar om vry uic te Spreeken dat moge niet meer gebeuren, en ging het by vervolg zoo voort zeide hy'my, zoo zoude men niet eens vry meer denken moogen , my dunkt dat het 'er ook wel naar begint te gelyken zo dit ik myn mond wel zal geflooten houden. PIET. Gy hebt gelyk laap , de dingen Ioopen wonderbaarlyk raar tegenwoordig, en het is in dat opzigt voor ee» Vrye Nederlander, een verwarde tyd , maar ik heb by my zelfs vee) grond van hoope, dat die verwarde duisternis voor ons Land juist gefchikt is, om het ligt te doen voortkomen, ea dat zoortgelyke gebeurtenisfe als gy ia het oog hebt, hiertoe byzonder zullen medewerken , maar hoe dit ook zyn mooge , al was het reeds zoo verre, dat men met gevaar van al wat.  ons dicbaar was , de waarheid kon fpreeken , zoo dunkt het my, dat 'er voor ons geen gevaar is, dat wy met ons beiden elkander vryuit, onze gedagten békend maaken, en ten anderen kórnc het my vuor, dat zoo, die gevallen die 'er, nu en dan gebeuren, ons den mond toehouden, om op een belcheidene wyze de waarheid te fpreeken , dat wy dan ontrouw handelen aan ons Vaderland, en de'oorzaken zyn, dat het mogelyk al in 'vry korten tyd, tot het allerlaagfte verne derd zal zyn, en het gaa zoo het wil het past geen Vrye Bataaven om te zwygen, als de waarheid onderdrukt word en de Vryheid in gevaar is, hoor Jaap, ik zie ook zoo het een en ander van het geen 'er gebeurt, maar ik hebbe my zelve voorgenoomen om te fpreeken , om voor de vuist weg ruiterlyk de waarheid te fpreeken, maar let wel, waarheeden te fpreeken , en dan is het niet mogelyk dat het nadeel kan toebrengen als alleen aan hun, welker daaden het ligt der waarheid niet verdraagen kunnen. JAAP. Ja Piet hoor, gy hebt daar gelyk in,wy behoeven voor elkander niet verlegen te zyn al ontviel ons een van beide al eens een harde uitdrukking, en het is nog by ons zoo niet, ais men zegt dat het in Ve^etien is , dat 'er overal Luisteraars omzwerven die de gefprekken der Burgers aan den raad bekend maken , en hun dan daarom ftraffen, als zy begrypen dat 'er niet in den haak gefprooken is , maar ik denk wel dat het eerlang in ons Land ook zoo zal zyn, en daarom v-ti ik my niet begrypen dat gy denkt, dat die handelwyze,die 'er zoo nu en dan gebeuren het middel zouden zyn tot herflellmg van onze wettige Vryheid , die knoop kan ik niet los maaken, daar van wenschte ik wel ondenigt te wor'ti.cn , ik geloof wel dal wy tegen on¬ zen pügt bandelen, zoo dikwils als wy weigeren opentlyk voor de waarheid uittekoomen , maar hoe kan iemand die niet geftudeert is , de waarheid verdedigen tegen die groote Heeren, die dan de oordeelaars zyn of het je past om dac 'te fpreeken, en al is hec dan waarheid en zy begrypen het anders en jy word agter de traliën gezet, kan het dan veel baten dac gy dc waarheid gefprooken hebt. PIET. Dat fchernd zoo, dat het niet veel helpt , dat men de waarheid gefproken heeft, maar fchoon men dan voor zig zelfs in ongelegen heden komt, moet dat vroeg of laat mede werken, om de natie te verlosfen van een Juk van overheerfching, dat hun anders zonder tegenfpraak opgeleid, en de Kluisters zoo nauw aangebonden worden, dat 'er nooit geen ontkoomen aan is, en als elk in zyn kring op een befcheidene wyze zyne ftemme verheft en hy komt daar door in ongelegenheid, dan heeft hy ten allerminfleeen vrye Contientie dac hy in dat opzigc zyn pligt betragt, en prys heeft Ieere (tellen, op dat groots Hemel gefchenk de Vrijheid, en die groote Gods gaaven niet gering agt. JAAP. Hoor Piet ik kan dat niet tegen fpreken, gy hebt daar gelyk in, maar als men ziet dat 'er braave en kundige Mannen, zoo als den Heer H e s p e in ongelegenheden koomen, is het dan geen tyd voor myn en myns gelyken om te moeten zwygen , heeft die Heer zig van die veragtelyke behandeling, en groote Geldboeten niet kunnen vrymaaken , hoe zal het dan met my, en myns gelyken ga-an , en daar is mynog kort geleeden flerk verzekerd, dat 'er in dat nommer, en dien bewusten Brief i niets gezegt als dat volflrekt dewaarheid is, is het dan nu geen tyd om d® [waarheid te moeten zwygen»  P T E T. Zoolan» als hec een waarheid blyft en een pligc is, dac men God meer moet gehoorzame als de Menfehen, cn God ons belast dat men de waarheid moet liefhebben en fpreeken, zoo kan geenregtvaerdig Regeer ons veroordee . len , om het fpreeken van de waarheid en is het, dat 'er hier of daar zelfs door aardfche Regters , deze of die om de waarheid veroordeeld worden, die Onweersbui zal ras overwaijen, en een aangename Zonnefchein des te verkwikkelyker voor onj zyn , en zo moet men ook denken, dat het mee ons Land en zaaken ook gaan zal, ja hoe grooter flaagen 'er worden toegebragt, ter onderdrukking van de waarheid, en hun die dezelve durven fpreeken , zoo veel te fneller naderen wy tot dat tydft p, van onze redding en Vryheid. JAAP. jj Piet ik moet uw voor de vuist zeggen , dat ik veel vertrouwen heb voor het geen gy my zegt maar ik mag of kan hec evenwel zoo maar alles niet gelooven , of ik moet zoo wat weeten hoe het gefteld is, zeg my daarom eens, hoe denkt gy dat het geval of die gevallen die men zoo nu en dan verneemt, en die niet minder dan aangenaam zyn de aoede zaak zullen bevorderen. 8 PIET. Dat zal ik uw zeggen Jaap, en als gy op den Schaakel der gebeurtenisfe let, denke ik , dat gy met my van een gevoelen zult zyn , en ook oordelen verpügt te zyn, om zoo te handelen als ik uw zoo even aanprees. Voor het uitberften of de beginzelen van den oorlog met Engeland, was de natie over het algemeen befchouwt, vreedig en vergenoegt over het beftuur van de publike zaaken, evenwel zoo ,dat 'er hier en daar gefleepe Staatsmannen en kundige Regenten waaren , die verder door, en in de geheime zaa gen, die niets miuder, dan met hetbe- "tuur te vreeden waarin, en in genoede meenden verpügt , te zyn , >m hunne 1 andgenooten en Mede* wurgers te vedosfen , uit die flrik•een die voor hun gefp innen wierden, ;n te voorzien was dat hun eindelyk eens geheel aan de flaveraye zoude juistere.!, maar hoe dit werk te beginnen van wat zèide, dit ftuk aancevattcn, was een zaak van zeer v el bedenkelykheid, de natie was in een diepen flaap, de termen van viyhd waaren genoeg, om hun gerust te (lellen, al was het dat wy als veragtelykö flaaven behandeld wierden, zyn Hoogheid Willem de Vde ftond in een blakende gunst, by de Natie, den Veldmarfchalk verzuimde geen gelegenheeden, om alles zoo vast te klinken , dat het alles van de hand, van dien ontrouwen vreemdeling , en van den Stadhouder afvloog en had het iemand van 's volks Reprefentanten , in d;en tyd durveö beltaan , om tegen ingofloope abuizen zig te verzetten , en gefchondene volks Rechten wederom te eifchen , het was voorzeker met hem gedaan , en hy mogt wel verzekerd zyn dat de zon van zyne tydelyke voorfpoed, voor altoos was ten onder gedaald, en de haat van het gancfche Hof, hem van roridsomme"hadde aangegreepen, in die gefteldheid van zaaken, was geen meer nut, van een cerlyk man, dan van een laagin vleyer, maar God die uit de duisternis het ligt doet voortkomen , heeft m en byden Oorlog met Engeland, de Natie de oogen geopend, en men begon te zien, dat de uitvoerende magt, niet genoegzaam aan de wetgevende magt onderworpen was, en men behoefde geen argus oogen om te zien, dat 'er voornecmens gefmeed, en andere oogmerken verbui gen vvaaren , de Natie begint zyn ftcm te verheffen , de Natie beaint zyn belangen te kennen , de Natie begint zyïie-, eigene  vnérde te kennen; en toen was het tydftip eekomen, dat braave Volks - Re p-efeiuanton , van een wezentlyk nut konden zyn , voor de belingens van een vry Volk! Die zon vnn vryheid hebben wy voor onze oouen zien op gais, getuigen hier van al die ont roofde vryheeden door brsa've Regenten , aan ons wedergebragt, getuigen hier van , het onderzoek naar gtbtur de zaaken , waar door het toegekomen is, dat dat groot en dik heersthzugtig menscb, ons Land moest verlas ten , en zig opentlyk bekend maaken , sis de.onderdrukker van een vry volk, dac hem onwaardige, op een byzon deie wyze met weldaaden overladen ha.ide, maar daar het reeds al zoo ■verre met onze zaaken verloopen was, dat de fem van een vry Volk zig niet dorst verheffen , maar dat zelfs Volks vertegenwoordigers, de wil van den eer fkn Staats Dienaar moesten gehoorzaamen., en die klu'sters voor hun, zig vry knellend begonden te drukken, begreep den Regent dat het zyne belan gens, zoo wel byzondere als'algemee ne vorderde, dat men zig met elkander vereenigde, cn die fpreuk van Hollands oudeVryheid , dat tiendragt Magt maakt, wederom moeste bewaarheid wonier. — Elk brcaf Reprefentant verfu'mde niets om de Natie de oogen te veriigten , en hun zoo als bet past, kennis te geeven van den inwendigen f.art, en de toedragt van 'sLandszaken, 'er bleef geen een braaf Vaderlander in gebrecken, om zyne vermogens aan re bieden , en alle zyne kragten eptcofferen, op dat den braaven Regent gefterkt, en voor alle aanvallen mogte beveiligd worden, getuigen hier van dc wapening der Scbucteryen, ~en vooral der Viy-Corps, en Sociëteiten van Wapenotffeuing , in ons Vad'liand, getuigen hier van, alle die onderfcheidene Adresfen »welke in zoo j veel onderfcheidene Steden ib ons Va- j Tc Leyilen l'jf C F Koeuig en verder alom, daar dt' Post v«w de I!..bren, thans No. 8. Toor een StuiVi word uitgegeven, en No. i. tot 7. ook weeder te bekomen is, ais ouk van de best Papieren a één en één halve Stuiver, word dit Blad alle Weeken voor 4 duiten uitgejeYün, of dc 12 voor 4. Stuivers, de sis. voor 8. de 5c voor 14. en de 10e. voor 25. Stuivers. derlsnd elk in het hyzonder n?.n hnnne Reprefcn. taiiten op ren wctiige wyze wierden aargehoden , op dat den Rtprefentant, ?efrerkt in'zyne Hoede voorneemens zyne oogmerken des te beier bereiken zoude . en hoe veef het v ilk in dit werk gedaan , en wat voordeel het aan heizeive hcaft roegebrtgt, zal ik met geen ander voordeel opnoemen, als dat geen dat in de Provintie en 'Stad Utrecht, fan elk inwnoner van ons Gemenebest ten duidelykften bekend is — Tot hier me, had de verdrukte Vryheid, maar alleen te worrtelen , ik zegce opentlyk te woiftelin , tegen eene pany Oveiheerlchers , en 'er moest alleen gewérkt worden, om het SradhouderTyk gezag, binnen zyne wettige paaien te doen vvederkeeren, waarlyk geen klein werk , a's men zig bier by ca binnenbrengt, hoe veel aanhangers in dien verIonpen tyd, dat Hof zig had weeten te maaken, diedoorbyïondere verbimenitfen , eigen belangens hadden . welken hun m.odzaakteo. omdie pany ie blyven aanhangen, braave Regenten, en door ziende Inwooners van ons Gemeenebest, meende en ook mogelyk niet len om egt , dat nu hec tydftip gebooren was, dat zoo ooit, de Republiek nu moest gezuiveid worden, van alle die misbruiken, welke in alleiley Collegien of van hoogcre of minder aanzien in de Republiek waaren ingefloopen; gy begrypt wel, dat 'er nu aan andere zaaken geploozen andere Perfoonen. in hun aangenootne regt moesten aangetast worden en men moet doodelyk onkundig zyn, en voll ftrekt niet weeten wat 'er in 's menfehen hart omgaat. als rnen zig een oogenblik verwonderd, dat de goede zaak een tweede party moeste krygen,die dezelven op bet ailerkragtigst zoude tegenwerken , een party die heiraat uit een gedeelte van die zelve perzoonen , welke als volkswtttige Reprefencanteii, welke tot bier toe hadde medegeweikt ter bevordering van de goede zaak, weike mi euisklaps van battery veranderd en meend dat zy ter bevordering van bun eige-' ner grootheid, het belang van het Volk niet meer behoelt gade te fhan , en hun daarom nu maar met de voet (choppen, of zonde het gebeurde te Utrecht, en bet fatale geval te Amfterdam niet den Heer Hsspe, en den Boekverkooper Verlem, ons hier van geen bewyzen opleeveren, en geloofd my , myn, goeje Jaap, 'er hoord veel fteikte van geest, zeer veel vermogens ter beteugeling van de drift van heerschzucht, als men in Regeering gefteld is, 0111 di» geen Aristocraat te worden. JAAP. Al dat geen gy daar gezegt hebt, moet ik u vslmaakt loellemmen , maar ik kan hier uit nog geen de minste grond vinden , om te vertrouwen , dat het nog met onze zaak zal ten besten kccrcn,en ik werschte ook wel ondenigt, war een Arisroctaat is. Maar daar het al v/y laat geworden is, wenschte ik dac tot een volgende gelegenheid uitteltellen, want ik muec naar hmas nagt Piet, flaap wei. PIET. Daar ben ik ook we) mede te vreede, ns« [aapje , fiaapt gmist.  D E POLITIEKE SNAPPER. Zaturdag den 21. Mey 1785- N\ 6. DJ A A P. . at is nu wel vroeg hier, is het niet Piet, hoor Jongen ik ben dan zoobe«eerig om ons gefprek van voorledenweek te vervolgen, dat ik de uuren eeteld heb om by u te koomen, ik denk niet dat gy het my kwalyk zult nee- PIET. In het geheel niet Jaap , neen Man CV zvt my geheel welkom, en als gy £00 begerig zyt naar het vervolg , laten wy dan maar aanftonds beginnen, hebben wy niet twee ftukken overge laten, om nu eerst aftedoen. JAAP. Nu zoo Piet dat is bravo, Ja Man «v zoudtmy toonen,eerst,dat de goede zaak van de waare Vaderlanders bevorderd word, door al dat woelen en tegen werken, dat 'er nu zoo hier en daar gefchiet , — ten anderen, wat een Arijiocraat is, nu wenfte ik wel van hec laatfte te beginnen. PIET. Door een Arijtocratie verftaat men zoodanige Regeringsform, daar het op perfte gezag by een Collegie uit de Sanzienlykfte en Edelen des Volk verkooren, berust, en die de Souverainiteit ea het gezag oeffend, over een Maatfchappyeof Gemenebest, zoo als het is in de Republieken Venetien en Genua, — My dunkt ik zie de afgryzing die 'er op het hooren noemen van die naamen by uw plaats heefc, in de drillende fchudding van alle uwe Ledematen? trouwens de flaaffe onderwerping die daar plaats heeft. en het willekeurig gezag daar geoeffent, kan by een vrye Nederlander niet herdagt worden , dan roet ontroering en een verontwaardigeut afgryzen, een wainig kundigheid in de handelwyze van dien Raadden de behandeling van de Inwoonders van Venetien door dien Raad, leerc ons allerklaarst, de willekeurige beftiering,en overheerfchende onderdrukking, welke daar plaats heeft, zoo dat meer de gunst van den raad, of hun Vyandig ongenoegen tegen deezen ofte die byzondere perzoonen , de dryfveeren zyn, in ds ukfpreekinge, der Vonniflen, als het volgen van de wetten en rechten des Volks, zoo maar de byzondere leeden van dien raad, niet nog door fchandelyker oogmerken beftuurt worden. —Neemt nu alledeeze trekken uit dit Schildery, en past die toe, op een byzonderPerzoon, en gy hebt een eigentlyk denkbeeld van een Arijiocraat.  JAAP. Maar Piet! maar Piet! zouden 'er in ons land cok zulke God- én Wetvergetene menfehen, in de Regèering zijn ? daar men tog ook by ons zoo dikwils hoort fpreeken van Arijiocraten! PIET. Wel Jaapje, wat zal ik uw daar veel op zeggen , als men door een Ariftocraat verftaat, iemand, in welke alle die trekken te vinden zyn , welke wy in den Venetiaanfihen Arijlocjaat gefchets hebben, dan geloof ik van neen. JAAP. Dan doet men tog zeer Hecht Piet, dat men aan zommige Regenten in ons Land, de naam geeft van Arifto traten, als z'j 'er tog niet zyn ? PIET. Gy zyt wederom vry voorbarig Jaapje , hebt gy niet begrepen dat ik niet gezegt heb, dat zy in ons land Biet zyn, maar dat ik gezegt heb, d3t "zy 'er zoo niet zyn als te Venetien', — en waar komt bet van daan dat zy 'er niet zyn in die volle kragt en nadruk? — Is het, om dat hier toe geen pogingen worden aangewend, of is het, om dat onze grondwettige Conjiitutie alle die pogingen verhindert van hun , welke daar naar zouden ftaan, maar als men uit de klaauw.den Leeuw leert kennen, als men uit de handelwys, de bedoelingen afleid, dan wenschte ik wel, dat men vryheid hadde, om naar waarheid te zeggen, in ons Gemeenebesc zyn geen Ariftoeratifche Regenten. JAAP. Ja Peit, ik moet het net zeggen zoo als ik het denk, al wierd gy *er ook nog zoo boos om , men noemt dan sommige Regenten of van de Steeden of van het Land maar Arijiocraten, om dat men vreest, als zy konden , dat zy het worden zouden ? My dunkt, dat ia evsa wel zoo. mooi niét $eiaaa. ? j PIET. Ik worde niet boos Jaap, maar gr begrypt het ftuk niet, zoo als het istk denk dat ik door een gelykenis hec uw wel zal doen begrypen. Als 'er by nagt eens iemand in uw huis brak om te fteelen, en 'er was nieC meer in dat huis als een ftuk geld en hy nam dat weg en ging heenen, W die minder een dief, of meerder eerlyk te noemen, als een ander, die ook: in brak, maar by een ryke daar hv honderd duizend gulden weg nam, nu vraag ik niet , of den een meerder geftoolen heeft als den ander, maar of den een meerder eerlyk kan genoemc worden, als den ander. JAAP. • Wel piet» my dunkt, dat dit een malle vraag is, want een diefis een dief, zo dra als hy ceftoolen heeft, men hangt zoo wef de kleine dieven op, als de groote, en ik geloof dat dien eerften ook wel honderd duizend gulden zoude mede gepakt hebben , als hy ze maar. gevonden hadc. PIET. Goed Jaap, in ons Gemeenebest heefc men het Regc, om elk Regent^ welke in hec beftuur van 's Lands zaaken, in de behandeling van des volksbelangen,, maar een weinig afwykc van hunne privilegiën en zyne eige willekeur volgt, den zodanigemotren wy een Ariftocraat noemen, wat dunkt uw, volg maar die eige uitfpraak van een dief; en hebben wy dan in ons Vaderland de ongelukkige bewyzen niefi dac 'er ook Aristocraten in zvn. JAAP. Ja Piet dat is waar, dat wil ik wel, niet tegenfpreeken , maar hun juk is oy ons evenwel zoo drukkend niet als ons land den Regent naaf eigener willekeur, van 's volks priv> iegien is afgegaan-  PIET. We! Jaap, denk orn de Heer Hespe en buiten dat, het is, zoo het my voorkomt een rampzaligen troost, als Se mand onderdrukt wordt, dat men herc aanraad om daar mede te vreeden tt zyn, om dat 'er menfehen zyn, die nog zwaarder onderdrukt worden, wel voelt dan elk zyn eige fmarte niet, voor dat hy de zwaarfte van alle tormenten uitllaat, ik denk dat dit de gevaarlykfte denkwys is, die men omhelzen kan, zal zoo doende het kwaad niet hoe langs hoe meer voortteelen, of denkt gy dat men zoo denkende, niet al ver op weg is om alles kwyt te raaken, en met Venetien gelyk te zyn, en in de allerlaagfte flaverny nederge Hort te worden, dit zyn eigentlyk denkwyzcen gronden, welke nooit moesten, ja wat zegge ik, welke nooit kunnen gevonden worden by egte Batavkrenl maar alleen by een hoop laage vleiers en kruipende flaaven van de dwingelandy en beerschzucht! Weg met zulke troost! Weg met hun, wel ke zulke denkbeelden koesteren en voorftaan , of hebben onze braave voorvaderen, al wat hun dierbaar was, ja hun leeven zelf veil gehad, om var allerlei overheerfching bevryd te wor den, en zullen wy huu-echt nakroost heeten, en die duurgtkogte voorreg ten verwaarloozen, en dan maar wel te vreeden zyn en ons zeiven Itil houden , als men ons maar verbeelden kan , dac 'er befehaafde volkeren zyn, wel ke in groocer flaverny leeven dan wy? Zullen wy de nagedagtenis van onze braave voorvaderen eerbiedigen en prys (tellen op de voorregten die zy ten kosten van hun leeven veor ons verworven hebben , wy moeten die goederen dierbaar fchatten en op eenen hoogen prys waardeeren , en by ons zelveri , naar dat wy alles wel overdagt hebben, het onveranderlyk be£süt neemen en 'er ook a«oit yaa af- J wykeo , om liever te fïerven dan: orr' ze vryheden te misfen , en van enzè voorixgten aftegaan. — JAAP. My dunkt, Piet, dat gy nu evenwel ooos wordt, om dat ik maar praac zoo als het my dikwils voorgezegc word , dac men het zoo begry pen moet, om dat ons dit zelf door hec oude holfandfehe fpreekwoord, bet is beeter een half ey dan een leese dop, geleerd word, dat men liever met wat minder te vreeden moet zyn, op dat men niec alles verüeze; en dac zeggen komt my nog al zo kwaad niet voor, en of ik daar in nu zoo liegt handele en onze braave voorvaderen tot fchanden ben, geloof ik nog niec* ik hadc niet verwagt, dat gy my zoo zoud uitgeftreeken hebben. PIET. Neen Jaap ik ben op uw niet boos, ik weet wel wac de oogmerken zyn , waarom men op die en zoortgelyke wyze tegen u praat, en als gy uw zo ligt door praatjes met liet de oogen verblinden, en de gebeurde zaaken die uw in de wyze hoe gy moet denKen voorligten, niet het ontfutzelen, gy zpud my volmaakt" gdyk geeven, en in denkwys met my mets verfchilien. — en ik denkehier van geen klaarder bewys aan u te kunnen geeten als met uw de voorbeelden, en gebeur' tenisfcn optcnoemen, dat 'er in ons Land ook Regenten zyn, welke zig niet ontzien om de Privilegiën en voorregren van ten vry Volk willekeurig te behandelen, — en om dat 'er hier in niet gedagtzoude worden, dat drift of parcyzugc een onverdienden laster w.erp'op de handel wyze van braave Regenten, bepaal ik my in de eerfte plaats tot den Briel, een Stad die door God zelf tot de eerfte grondfteen van Neêriands Vryheid gelegt is, en wae. zultgy oordeelen, als gy van de Regering van die Stad.,, in de ftegjfter* vaa  de S t n. a t e n var, Holland en West- i Vriesland , op den 30 December 1784. \ iePSr. - - - • dat de daar by gemelue , Refolutien van de Vroedfibap dazelver > Stad, van.dato 7. Jtdy 1748. \B. Aug. 1750. cn 3. Maarf 1706. flir aanloopen de tegen di duidelyke letter van de Rand vesten Prixilegien en OElrooijen aan de Siad Briele in der tyd gvgeeven , uit der zeher aart en natuur ten eenemaal onbegaanbaar zyn, (en in het flot van die Refolutie leest men met zoo veel woorden ) en in agting genoomen zynde . dat de vwfebreven Refolutien van 7 July 1748. \%.Augs. 1750. en3. Maart 1766. waar van de minderheid der leeden van de Vroedjcbap der Stad-Brielle , zig aan bun Edele Groot Mog. beeft beklaagt in stenen deelen zyn over een te brengen nog te Cömpasfeeren met den teneur der handvesten , privilegiën ea atlrooijen aan ae Regeering der Stad Brille gegeeven, is goed gevonden en verftaan, dezelve Refolutien by deezen te Casfeeren en-te vernietigen en dat misdien de Regeering der voorfcbreve Stod, in de Jaarlykje verandering der Masiftratuuren , als me de ingevalïe van Vacante Vroeifcbaps plaatzen, mitsgaders in de begeeving van alle Ampten en Commisfien, waar over , de dispefitie of nominatie aan de P roedfcbap ftaat, zig in allen deelenprecifelyk zal hebben te gedraagen, Conform aan de voorr.f. Handvesten, Privilegiën en Oc trooijen, en zal wyders aan de Regeerin« der gemelde Stad worden te kennen seseven, dat bun Edele groot Mog. verwagten, dat de refpeüive leeden door alle gepaste middelen zullen Contribueeren tot bevordering der onderlinge harmonie ten beste van dezelve Stad , en overeen komlïig de Privilegiën , aan dezelvengeseeven; — wat dunkt u nu Jaap zoude 'er ook in ons Land voorbeelden voor handen zyn, dat 'er Regenten gevonden worden die tegen des Volks Te fLeyden by C. F. KOENIG, en verder alom. 'rivi'eiien aan , naar eigener willekeur handelen? f meent gy dat die beginzelen die men hier en aar zoo opentlyk ontdekt . en waar van ik nog vel vurfcheidene ftaalen zoude kunnen opnoemen, liet wat andeis en wat groters . zoo het niet verlinderd wierd tot zyn gevolg zoude hebben , of ienkt gy dat de bedoelinge van die Verkragters ran 's Volks regten nog verborgen zyn , ik weerloude my, om geta hatelykheeden optenoemen, iet zal voor het tegenwoordige genoeg zyn, mo'elyk komt 'er in het vervolg gelegenheid genoeg , orn nog andere voorbeelden te berden te brengen. JAAP. Ik merk wel Pi et, dat men wel gemakkelyfc u de mond kan opendoen, maar dat men werk heeft om u te doen zwygen , — maar ik moet uw evenwel voor de vuist zeggen , dat ik door uw in andere gedagten gebragt, en het ftuk ook geheel anders begint te begrypen . maar ik heb daar onder u praaten al dikwils by myn zeiven gedagt, zoo een Ariflocraties Regent waagt tog verbazend veel, zoo hy niet onverzettelyken onveifchrokken is, een vreesagtig en onkundig Menich kan geen Ariftocraat zyn. PIET. Het is my aangenaam als ik uw eenig nut ka» toebrengen , en zouw my geen grooter vergenoegen gebeuren kunnen, dan om in ftaat te zyn, om niyne Stad en Landgenooten geregeld te doen denken , en van hun bezadigde en Vaderland lie- vende Patriotten te maaken, maar dat gy denkt dat een Ariflocraties Regent en verftandijj en kloekmoedig Man zoude zyn, ben ik niet van een gevoelen, als men de Menigte van Regenten befchouwt, welke zoo hier of daar in ons Land gevonden worden en Ariftocratifche denkbeelden omhelzen. zoo zyn 'er zekerlyfc Mannen on» der die door en door kundig zyn, en ook eeriykheid bezitten , om volgens hun omhelst en geliefd denkbeelt, dat zy van de regerinsform van de Republiek gemaakt hebben, alle poginge infpannen, om volgens dat denkbeeld het beste van het Land te bevorderen, en mogelyk is 'er ook hier of daar een , welke moeds en ftandvastigheid bezit, om in het barnen der gevaaren onbeweeglyk te blyven pal (laan, en zelfs de moeijelykfte ontmoetingen te trosfeeren, maar over hec algemeen genoomen en de Masfa bef<" uwt, geloof ik niet, dat men dit aan hun k. i toe kennen, en liet het de tyd toe, men zoude dit met bewyzen beveiligen kunnen. JAAP. Nu Piet, dewyl het vry laat geworden is , zoo moet ik vertrekken, als gy my belooft om het vervolg van ons gefprek in de volgende week aftedoen, zoo wens ik u een goede nagt. PIET. * lk beloof het uw, zoo 'er niets anders voorValt , dat ons meerder moet aandoen, en ik wens uw ook een goeden nagt.  D E POLITIEKE S N A P P E R. Zaiurdag den 28. Mty 1785. N°. 7. GJ A A P. oeden dag vriend Pieter, ik meende van daag niet te komen, want myn Vrouw is maar in het geheel niet wel, maar ik kom expres om u te zeggen, dat ik ons laatfle gefprek dikwils nagedagt, en 'er een heel ander begrip van zaaken door gekreegen heb, zoo dat ik verlange, om het afgebroken difcours te hervatten. PIET. Dat uw Vrouw ziek is doet my leed, dat het evenwel niet erg zal zyn, denk ik, anders zoud gy niet .gekomen hebben, dat gy onze gesprekken nadenkt is my aangenaam, eat gy myn gevoelen gcedkeurd is my lief, en als het u begeerte is, willen wy het opvatten , daar wy het geiaaten hadden , — gy meende dat Regenten die Ariftocratiesdagten, ook tevens kloekmoedig waaren. JAAP. Dat is ook waar Piet, tot zoo verre ■waaren wy met ons gefprek geavanceerd, maar ik heb my ook verwonderd dat gy dagt dat ik dat mis had, hierin wilde ik dooi*u wel onderrigt zvn, op wat gronden u gevoelen rust. PIET. Dat zal ik uw zeggen Jaap, — alle Ariftocratifche handelingen of willekeurige beftuuring in ons Gemeenebest geoeffend , is ontegtvaerdigheid , wy leeven in een vrye Republiek, een Republiek die door het bloed der In— woonders is vry gevogren , waar dor r zy naar het ftrengfte recht bevryd zyn , van alle willekeurige overheerlching, de Regent, welke beftuurd is niet boven de Wet, maar de Wet is boven de Ingezetenen, zoo wel als boven de Regent, den eenen moet beftuurea volgens het voorfchrift van de Wet, en niet naar eige willekeur , en, den ander moet volgens de Wet beftuurd, ook gchoorzaamen, of verdiend om volgens de Wetten, ( maar let wel, volgens de Wetten) geftraft te worden, volgt nu hier niet zeer klaar uit, dar, zoo dra in ons Land een Regent Ariftocratisch handeld, hy ook onregtvaerdig handeld, en zoo hy een geweeten heeft en God vreest, hy zyne handelwys nooit met een geruste en bevreedigde confeientie kan doen overeenftemmen, — daar nu de waare en ftandvastige heldenmoed, voor zoo verre dezelven op redenen gevestigt is, alleen zyn grond en vocdfel vind in de regtvaerdigheid van de zaak, welke men verdedigd, zoo is het oumogelyk.  dat iemant in ons Lsnd Ariftoeracisch is, dat is tegen de Wet handelende, kan kloekmoedig en ftandvascig zyn. JAAP. Maar Piet, ik meende, datgy in't voorgaande van ons gefprek my gezegt hebt, dat gy de Ariltocratifc >e Re^ienten in ons Vaderlarjd^ookeerlyke Mannen dage te zyn." — Hoe kan die nu overeenkomen, dac kan immers niet eerlyk zyn, als men als Regent da wetten van Stad of Land zelve niec flipt na komt. PIET. Du hebbe ik ook gezege, en ik ben als nog van oordeel dac ik daar in de waarheid gefprooken bebbe. — Als ik over iemands daaden oordeel en hem •naar zyne daaden benoem , moec ik hem een eerlyk Man, of een fchelrn noemen. Ik becuig, ik wsec geen derde benaming, cusfehen deeze cwee. — Maar men moet by uitftek liefdeloos en gehsel onkundig zyn, van de zwakheid des menfehen, in opzigt van hunne daaden , als hun hec beduur van zaken is aanbetrouwd, als men hun, welke het minite vau de voorgefebreevene wet afwyken , een fchelrn zoude noemen. — Wat behoord men kundigheid uicgeftrekte kundigheid te hebben , zuiver inzien ia de Rechten en Vryheeden v;m het volk dat beftuurd word. — Wat moet men verloogend zyn, aan xyne eigsne grootheid. — Wat moet men zyn arbeid tan nutte van Stad of Lani aangewsui op een laagen prys ftellen. — Wat moet men klaar overreed zyn, dat het Volk niet is om den Regent, maar de Regen torn het Volk, en deszelfa heil te bevorderen. Zoo dra men deeze eigenfehappea niec in den hoogden graat bezit. — Zoo dra detze ei^enfenappen in hunne werk«paamhaid verflauwen, ftaat men bloot, «m door het eigen ik te wordltn weggesleept. — Wat heeft dien regel, elk IWlsc uic zya eigen grond, iayloed in wze iaalan, — en is de begeerte om jver anderen te bcerfchen, niet zoo algemeen , dac gy die geneigdheid onder aüerleije foorten en clasfej van menfehen zulc aantreffen, en ik geef u hier by eens in bedenking, of de flaafagcige onderwerping van baatzugtige en laffe vleyers deeze begeerte niet toe een allerfterksc voedzel moec zyn. ~ Zoo dra hec nu een gewoonte, veel meer, dan ,als het, (gelyk in fommige Steden,) een wet geworden is, dac de Zoon den Vader in de Regeering opvolgt, is hec dan niec te vreezen, dac verre het minüe getal van de Regenten de vereischte kunde bezitten, en met die deugden vercierd zullen zyn, welke wy daar even opgenoemd hebben,die elk moec coeftaan dac zeldzaam zyn, en die evenwel in een Regent, zoo hy anders geen Ariftocraac zal zyn, en tot dczelven ontaarden, moeten gevonden worden. — Hoe komt hec uw voor Jaapje, denkc gy dac ik nu de daaden niet kaa en moet afkeuren , en evenwel 'er nog zeer verre jaf ben , om hun, welke die daaden doen , fchelraen te noemen, men moet nooit verwagten dac zy, welke op aarde hec Regeer Ampt bekleedea, volmaakte Meufchert zyn. — Maar is het nu zoo, dat de beste onvolmaikten gebrekkig is, dan. zvn wy ook verpügt, om vooral niec liefdeloos ce oordeeleri over de daaden van hun, welke de grootfte verzoekingen moeten uitftaan om in het regte fpoor te blyven, zoo lange als wy door klaare bewyzen niet overreed zyn, dac hec dryfrad hunner daaden enkel voortfpruic, ui,c minagting tegens anderen, en hunne bedoelingen op o verhcerfching en geweld gegrond zy. —■ Dan zyn wy verplat ritn hunne daar den na den aart der liefde te befchouwen, dat de gebreekeu in dezelve uic zwakheid en oavoimaaktheid der menfchelyke natuur voortkomen. — Maas? ook levens met mannen moed a mee  ongeveinsde cordaadheid , hun dezeiven onder de oogen te brengen, met alle befcheidenhëid dat doende , volivengt men de pügt van een goed Christen. — Maar dan is het ook buieen bedenking, dan moet men ook een goed Burger zyn. — 6 JAAP. ]k ben mee het geen gy my gezegt hebbe te vreeden , maar eene bedenking is nog by my en die moet ik uw zeggen , als men op een klaare , maar befoheidene wyze, den Regent zyn fouten en gebreeken mag onder de oogen brengen, dan is men ook verpügt om op hun beftuur te letten, en hunne handelingen na te gaan, past dat nu een Burger? moet die niet maar met een lydelyke gehoorzaamheid , zig aan de beveelen van de Overheeden onderwerpen ?!!! — PIET. Ik denk Jaap, dat ik u meteen vraag wel zal doen begrypen wat, en hoe gy over dit Stuk denken moet — als gy door u Koopmanfchap en tot voortzetting van dezelve , eens op twee onderscheidene plaatfen te gelyk moest zyn , of dat gy anders een grooc voordeel misfen moest, en een wezendlyk nadeel zoude moeten lyden, zoud gy niet op de eene plaats iemand aanfrdlen die u vertegenwoordigde , die u Pji (bon verbeelde , en die in u naam daar de zaaken voar u verritte, maar wat denkt gy nu , zcuJ gy op de handelwys van dien reprelentanc niet mogen letten, zoud gy des noods hem geen reekenfehap kunnen afvorderen en hem voor hec Gerigte moge roepen, op dat hy zyn Adminiltratie verantwoorde? — Past dit na toe op de door u gedaane vraag, en ik verbeelde my, dat gy u zelve, wel zulckuar.en antwoorden? — JAAP. ó! Zoo Man, ik heb u begreepen, ik verfta v*at gy zeggen wilt, en nu kom ik 'er ook a^ter, waarom over eenigentyd, een Man, die zoo wac aan de zelfkant varj de Regeering is, myzoo donker aanzag,om dat ik van de Regeenn» fprak, onder den naa'tv van des Volks - Reprefentauten, — ik begreep toen niet dat 'er dat onder verborgen was, dat ik nu evenwel zie, dat zeer duidelyk en klaar 'er uic moet voortkomen , — en als men maar wat nadenkt zoo is hec klaar ; onze Regenten moeten oppermagcige Heeren en eigenaars van ons Gemeenebest zyn, dat zy befluuren en regeeren, om dac hec hun eige Goed is, of het Gemenebesc moet een gemeen Goed zyn , op het welke de Burgers alle te zaamen een wettig Regc en Eigendom hebben , — en dan. kunnen ook de Overheeden of Regenten, niet anders worden aangemerkt, dan als Representanten van hec Volk. PIET. Nu Jaapje ik begryp nu dat gy my ver • ftaad, en dat gy doorzigt krygendeoofe cordaatheid genoeg hebt, om mannelyk voor de goede zaak uit te komen, men heeft toch zoo men anders maar eerlyk is, niet meer nodig dan kundigheid in de waaregefteldheid van de Regeringsvorm van ons Vaderland , om niet mecde uicterüe onzinnigheid raeede te werken tot verderf van ons zeiven cn van het Vaderland, — endit is ook de reedendac dj verdervende party -het hier sp toe legt, om de ingezetenen onkundig te houden , of hun de zaaken in een verdraait ligt voorrelteilsa, en daarom is het de pligt van el!< braaf Vader! inde? » om door alle gepaste middelen vermeerdering van keeais te verkrygen , — die toch iverd voor een goede zaak moet het ftuk in den grond onderzoeken , endaaron wagt u voor hun , welke onder voor wendze', een Burger m >ec tig met dje zaaken niet bernóeijeri , :ea Burger heeft van die zaaken geen tennis, dat moet men voor de Rag*-  rina ovferlsaten, e" wat'de uitvlugten van d>e 1 I natuur meerder zyn. de irwnnnders in flaap zoeken te wiegen . de onkunde, de doodelyke onkunde van onze eigene vuortrc-fTclykbeid. beeft ons byna tot op den rsnd VsB ons verderf ge'ragt, — ia de onkunde is de beklnaglyke oo zaak dat braave Regenten van hunne joede mede Jr.gczeieren, hebben «neren rnisfen , die liefde en koogflïfing, op welke zv ook een geregrigde aanfp'raak hébben, en het blyft een eeuwige waarheid. een goede zaak behoeft het ligt niet te fcÏKU- Wi en het geeft altoos een wantrouwend nadenken, als zy, welke publiek handelen hunne veriigtingen verlenen, voor hun, uit wiens naam zy hun beftuni oeflencn. JAAP. Dat ffeloof ik ook" Piet, en dat is de rceden dat ik 'uw ook maar vraagc-ais ik iets niet weeie of met be^vype, en daarom wende ik wel van u te hooien, ho ■ het van u begrepen wordt, datdie manier van ha. deling welken wy voor eenre weeken , zoo in Utrecht als in Holland gehouden z.en , in ftaat is , orh de goede zsak tebevorderen , daar het my voorkomt, dat liet een gefchikt middel is, om alles in eensjden bodem tin te flaan , en t nherftelbaar te bederven. piet. Ik zal uw wederom gulhartig zeggen hoe ikdaai ever der.ki, weet gyniet Jaapje dat een wa- aer dat lani> ftilftaat, in zig zelfs aan het bcdeil laskt en begint teftinken, zoo dat het tot het gefcruik onbekwaam word , op die zelfde wyze begryp ik ook dat het geleegen is, met de Inwoonden van ons Gemenebest, door een veel jaarigen ftilftand in de Republiekder Nedcr.lasden, was 'er in de eene Provintie neer, en ir, den ander minder , evenw e over het algtnieen befchouwt al vry veel ingekomen , dat naar verderf, j» dat na verruiling begon te gelyken , maar zedert dat de wind van dtn F.ngelfchen Oorlog ever ons Land begon te waaijen, begonnen de lnwocpders te zien, dat 'er veele Sappen in het Ligharm van Staat zig tot bederven gezet Jiaddeü, dit wekte hun op, cm naar middelen Je Leyden by C. F. KOENIG, en verder alom. Ook voortaan te Arr.ft. by J. ten BRINK, Gekritsz., Boekverkooper in de Nes, fchiins tegen over de Vlees- jdal\ in de Gekromde juchte Bybel. ter zuivering, ja was het mogelyk tor volkome herfttlling om te zien, —— dé middelen tot herftelling aangewend, hebben ook, (als men de groothied van de kwaal in aanmerking neemt) hulp toegebragt, dat gal den bezanigden Burger moet, 'er was een aangenaam voomitzigt, maar dat maakte ook, dat 'er veele die als grede Medici, veel tot volkoome herftelling hadden kunnen toebrengen, omtrend de grondoorzaak van «te Kwaal , agteloozer wennen. —hier wam nog by, zoo als bet gewoonlyk in verouderde krankheden gast, 'er witrd nog een andere kwaal vernoomen , verdamde,en ervarere Medicyn - Meesters begondendii al ras van verre te zien, evenwel den eerllen iver begon meer in meier te verflauwen, een ligte koorts maakte veele nndcrzintls kundige Uodtoren moedeloos, men dage hei waaren voortekens van een gewis einde , en alle de Vogten waaren bedon en , 'er zoude geen herftelling aan zyn, men zoude den patiënt aan de natuur overlaaten , mogelyk zoude die zig zeiven, of nog een zeekeren tyd ftaande houden, of misfebien ras onder de nieuigte van kwalen bezwyken, maarziet 'er komt een aller he- vigfte Schok, en zoo men zig verbeelde, de gczondfte Leeden van het Lighaam der Maatfchappye, cordaate Vaderlanders worden van dat Lighaam algelcbeurt, en in een naare Kerker opge(looten, maar zy .blyven in ! die» jongften nood , onverfchrokken en mcecjjg pal ftaan, dit wekt de moed der natie wederom op, men toond opentlyk en aan alle^kanten , dat men zyne pligten kend , en voor e»n [goede zaak opentlyk durlt uitkoo- men, dit bedriegd hun welke waande met eene llag, alle hoofden gelyk te kunnen afhouwen, dit doet de Natie oplettener en werkzamer blj- ven, en zoo hoope ik, üat uit dit kwade, het goede moge komen. jaap. Piet! ik zeg uw liartelyk dank voor uw onder- rigt. Slaap wel, ik moet heen. PIET. Het is wel tot u dienst Jaapje, beteifchap aet uw Vrouw. -— Slaap gerust.  D S POLITIEKE SNAPPER. Zaturdag den 4* yimy 1785. N*. 8. GJ A A P. oeden dag Vriend Pieter, ik hoop dac gy wel vaart, en wat tyd hebt, sk heb uw al wederom wat te vra3gen. PIET. Dag Jaap, ik vaar wel, gy ziet'er osk fris uit, en ik kan wel zoo veel uitbreeken, dat wy een pyp te zaamen rooken en wat praaten kunnen. JAAP. Zoo Piet dat is geed, als gy wilt, zal ik uw myn geval vernaaien, dat my in de nooozaak gebragt heeft, om het een en ander te vraagen: eenige dagen geleeden, kom ik aan het huis van Monfr. B. die had zyn vriend ■G. by zig, na een weinig tyds over algemeene zaaken gefprooken hebbende, komt het gefprek in eens op de Ariftokraten, — B. beweerde dat *er in ons Land en ook in onze Stad geen Ariftocraten, of ten minsten niet van het ergfte zoort waren, maar G. dagt, zoo als ik, dat het tegendeel waarachtig is, en dat het wel tot een «nuitwisbaare fchande van een vry Volk is, dac 'er onder hunne reprefentanten of vertegenwoordigers, zulke groote Ariftocraten gevonden worden, en ik verzeker u, 'er wierd zoo al het eea enaader ftaaltje tot bewys vaa die ftelling bygebragt, zoo dat wy 'er mee ons drieën , alle van overtuigd wierden , — natuurlyk kwam hier door hec gefprek op dat ftuk van keuzen , wac wel hec beste mogte zyö, te leeven onder een Ariftocratifche Regering — of onder de beftuuring van een Stadhouder , welke willekeurig regeert, —en over die ftuk wilde ik gaarne uwe gedagcen weeten? — PIET. Zoo Man, gy'fehynt uw werk «e maaken om over Staatszaken te praaten , —- maar dat is voor zoo ver u zaak. —■ Maar dat gy dan gelegenheid opzoekt, om my eenige vragen te doen , — denke ik, dac myn zaak is, om dezelve al of niet te beantwoorden. JAAP. Wel Piet, my dunkt dat gy vafi avond raar bent. — Hoor Piet, al kan ik het zoo niet in order voorftellen , my dunkt evenwel, éat gy als myn, Vriend, verpligt zyt, om, indien gy het weet, rayne vraagen te beantwoorden, ik denk, dat gy anders niét veel Patriottifche gevoelens by u zeiven moet hebbeu. PIET. Nu Jaapje, als het bier van afhangt,  ©fik al of niet een Pairïöt ben, zoo zal ik 'er u aanftonds van zeggen , zoo als hec, my voorkomt:, — ik lioope dac geen van die tw.ee gevallen ooit ia deiVê' cierlanden zullen plaatshebben, het is beide tegen de oorfpronkelyke Regeringsform van ons Gemenebest, en fetide voor eea vry Volk ten uiterfte onaangenaam, JAAP. Dat is altemaal waar Piet- —■ maar Sien mag van twee kwaaden het •minfte kiezen , als men het een van beiden hebben moet, — dat is de vraag, welke van die twee hec verkies baarfte is* PIET. Ik kan of mag het geen van beiden verkiezen , of ik ben den naam van een vrye Nederlander volftrekt onwaardig , — zoo dra wy beginnen aflland te doen, van die Voorregten en Vryheden welken door niets minder dan door het bloed onzer Vaderen verkreegen zyn, dan zyn wy den naam van bun Nakroost, dan zyn wy den-naam van Batavieren, onwaardig, — zoo wy eenigfints, ons dien naam, willen -waardig maaken, moec het ons evenveel zyn, van wat kant de overheer • fching komt, of door wien ons de bajrooving onzer Vry heeden worden aangedaan, — en ik bidde u, bedenk eens, zoo wy maar zoo toegevend, ja mag ik. zeggen, verkwistend bandelen , met een goed, daar onze Voorvaderen zoo veel voor opgeofferd hebben » toonen wy dan niec, dac wy van .bun geheel in gevoelen afwyken ? — bun met onze daaden fcha'ndvlekken, en ook zelfs medewerken, tot ons eige verderf, — en daarom zoo wy begrippen ontfangen hebben , van de •voortreffelykheid van Vryheid., 350.0. wy befeffen, wat het is , braave Inwooners ce zyn, van een vry Gemeenebest , men moet, en men zal «pk,, alles veil hebben 3 om nog 4oor Ariftocratifche Regenten , nog door een verkeerden Stadhouderlyken invloed , overheerscht te worden, en als wy beginnsn nacedenken, dac de Vryheid een Goed is, van de Natie, dan is men ook tevens over - reed, dac wy niet bevoegd zyn, om van dezelv ven , noch hec een noch hec ander weg te geeven. — Zoo wy de vloeken V3ii het Nageflagc niec op ons laden , en tegen dezel ven de allergrootfte onregtveerdigheid, pleegen, willen , die wy nooit voor God of menfehen .zouden kunnen verantwoorden. — Daarom , het is de onvermydelyke, de altoosduurende verplichting, van alle braave Patriotten , onbeweeglyk pal te ftaan, alle gevaaren te crotfeeren tot behoudenis van alle onze Vryheeden en Voorregten, al moest men zelfs het leeven verliezen , het? zelve liever blymoedig opofferen ter behoudenis van die tlierbaare panden, dan de Vryheid te. o verkeveren. . — JAAP. Maar Piet, is hec niet wat fterg uitgedrukt, als men een Ariftocratifche Regeering en eene verkeerde Stadhouderlyke invloed, een overheerfching noemt PIET. , Wel gantsch. en zeeker neen, dat is voor al niec te fterk, — de gror> ce vraag is maar eenvoudig., of het over eenkomt met onze Grondwettige Conftitutie of dat het daar van afwykt?is het nu zeeker dat het,daar van afwykt, dan is hec ook volftrekc zeeker, dat, men het te regt den naam geeft, van een overheerfchineü 1 — J A A P. Weer een andere, vraag Piet , G. de Vriend van B. zeide van oordeel .te zyn, dat het.woelen van Arijlecra* ten, een gefchikt middel was, oat de Vlyers vaa den Stadhouder in de hand ,te werken, ea de waare Patriotten,  mee 'er tyd het been te ligreb , en re doen vallen , wat moet men daar var denken ? — . PIET Dat die tweevpartyen, die het beide op hun eigene groenheid- toeleggen , en met Argus oogen rondzien, om den een den ander een kans aftewinnen, zig al in een bly vooruitzigc troos t n dat hunnen wens eerlang gelukken zal. wil ik in het geheel niet ontkennen. — Maar of dat immer gelukken zal, en zy hunne begeerte erlangen zullen, kan ik als nog niet gelooven, — en men moet ten dien einde zig maar te binnen bren gen wat de Wapenen zyn waar door den een van die twee partyen den ander de Hartader kan affteeken , en aan zig onderworpen maaken, — kan dit ge fchieden door openbaare aanvallen en afmaking, zoo als in het Veld het eene Leeger het ander overwint ? — het fpreekt van zelfs, dit kan niet zyn, waut het Nederlandfche Bloed op die wyze mishandelt, fchiet Leeuwen kragten aan , en weet zig zeer wel te wreeken, — hoe kan dit dan, of liever, wat middelen worden 'er in 't werk gefteld om, liet oogmerk te berei keri} de eene partije gebruikt hier toe tweederlei middelen, —— het eerfte , en dat dikwyls zyn uit werking te weege gebragt heeft, is dë Natie door een buitenlandlche Vyand eea fchrik aan te jaagen, en bedenk eens, • f den Engellchen OorJog anders geweest is ? — Om nu de Natie geheel verleegen te maaken, was een gefchikt middel inactief te bly ven ter defenue — om dit oogmerk wiskonftig te bereiken,, moest zelfs een niets beduidend geval een geheele be. weeging maaken, bedenk toch, dat een Engelsen Kaper - Scheepje, met een koogel, het ftrooie dak, vaneen Visfchers Hut teKatwykaau Zee raakt en de Militie van den Staat moet var alle kanten te zaamen fchieten, om onze Zee - Dorpen te bewaarfn, — maar vergeet niec, hoe God in de na~u jr voor ods Lanagezorgt heeft, met Je Banken voor onze Zee - Stranden,— maar men was proefondervindelyk 'Tizekerd , wat uitwerking de vrees ier Natie in 'c ongelukkige jaar 1747. had te weege gebragt, — werkte dea ihgelfchen Oorlog dat oogmerk niec ...■noe-zaam uit , de vrees voor een Oorlog met den Keizer zal het vokooijen , fpringc deeze myn wederom , men blyfe niet in gebreeken , om op het eige oogenblik dat Je Natie zig begint te verzekeren dat men geen Oorlog met den Keizer zal krygen.of men verfpreide wederom de onaangenaamfte gerugten , waar uic men moeste befluiten dat den Oorlog mee den Keizer onvermydelyk is „—■ bewyzen deeze gebeurtenisfen niec klaar, wat vertrouwen men op dit middel gefteld had, — maar men heeft nog een tweede uitgedagt, en dat beftaat hier in, dat men de partyenender raalkanderen tragt te verdeelen , en tegen malkanderen wantrouwen en afgunst te bewerken,. — en ay welke doorzigc van zaaken hebben, en hec wel mee hec Vaderland en de Vryheid meenen, weecen wat poogingen hier op eenallerlistigfte wyze aangewend zyn. Zy welke de voortreffefykheid kennen van' die Vaderlandfche Spreuk : Eendragt maakt Magt. Weeten ook de uitwerking, van een wantrouwende verdeeldheid, onder Menfehen die te zamen willen werken ter bevordering van dezelve goede zaak, en fchoon dit in den eerften opflag, geen aangenaam vooruitzigt fcheind opteleveren, zoo p de gevaarlykfte plaatfe kwetst, en ik gelooi dat liet niet geheel nutteiooj is, hier by aante- merken , dat op dat tydftip, als den Arifto craat, de nypendfte flagen toebrengt , de andere party niet zal in gebreeken blyven, om door de ichoonfte' belofte, en de allerblinkendfte Voorwaarde uw tot -zig te trekken! en dan met uwe Perfoonen, met een gerust gemoed, ook alle uwe Vrybeeden , te verliezen. •— Wat dunkt u , is een naarftige wagthouding tegen allerlei foorten van aanvallen , een ftandvastige oeflening van geduld , op dat men in de fmertelykfte aanvallen, bedaard blyven, en zig in de honenfte ontmoetingen , hoe zeer ook getergt, geen wanhopende befluiten te neemen niet veiligts, en zie daar» wy bezitten wederom de magt in ons zei- ven om te kunne ftaande blyven , my dunkt ik zie reeds, feboen nog veel in 't verfchiet, en »an verre, evenwel, ik denke, dat ik de fchenering van die blyde morgen ftond zie aan lig- [ Te Leyden by C. F. K O ENIG, en verder alom. Waar thans gedrukt en te bekomen is: Everharoi van dkiel Elegia de Morte L. C. Valckenaerii, V. C. ad Bernhardvm GvlielMvm Hoffmannvm, Divinorum Oraculorum Apud Mediqflumenjts in Agro Groningano interpreten, in OÉtavo, op fyn Post • Papier; a 3 Stuivers. ten, dat onze bezwaaren Opgeklaard, en onze voorregten in vollen kragt zullen werken, totwclftand van den Lande en van alle deszelfs Inwoo!iers'. ~T~ en °°k tevens alle pogingen van alIcileije foort van duifterlingen cn onderdrukkers vendelt zal zyn. JAAP. Wel Piet ik dagt niet dat gy van avond met Praatèn zoude opgehouden hebben, maar het heeft my evenwel goed-gedaan, ik ben blyde dat gy ■ny dat eens zoo breed vertoont hebt, — maar ■ k moet ww nog eene vraag doen, en die is, of die handelwys nu onlangs in Amfterdam met den Heeren Hespf. en Verlem gehouden , niet regt Anllocratics is? PIET. Jaap, ik wil als nog liefst van dit geval zwygen, en afwagten wat de Sta aten van ons Gewest in die zaak wyzen zuilen, en dan uw onbewimpeld myn gevoelen zeggen, by vooraad komt liet my voor, en by leezing van het ftuk waarover het verfchil is , worde ik bier in bevestigt, ■ e^ de redenen van de kant van die Heeren Hespe en Vehlem, zoo aan het Hof van Juftitie als aan de Staaten van Holland aangevoerd, overtuigen my vry fterk, dat den Heer Hoofd - Schout van Amfterdam eene geheele verkeerde rekening gemaakt heeft, en op die grond is het by myn vry zeeker, dat de Heeren Hispe en Verlem volmaakt zuilen triumpheere», maar ik wil my als nog , hier met verder over uitlaaten. jaap. Zoo Man dat is goed , daar wil ik gaarne in berusten , maar onder belofte dat, wanaeet het ftuk afgeloopen is, gy met een Hoiiandfchea opregtheid my onbewimpeld u gedagten zult zeggen , want ik denk niet dat het ep de zooaeJ naamde lange Bank zal gefchooven worden , keik Piet, ik en alle braaven verlangen het einde van die zaak te zien. Het is wederom myn tyd. dat ik 111 myn huis moet weezen, ik wensch u een goeden nagt. piet. Dat neem ik aan , Jaap, om u hier in, z«o ik het leef, genoegen te geeven, ik wensch U wel thuis, en wel ce rasten. —  D B POLITIEKE SNAPPER. Zaturdag den u. Jwy 17 8 5- Wt 9- GJ A A P. oeden avond Piet ! ik meende van avond niet gekoomen te hebben, myn zaaken loopen wat druk, en my dunkt het is alles zoo M daar u-geen eene zaak daar men wat van boord, maar Kag? , mogelyk zal Piet wel het een of ander weeten, myn gemoed pruil de , ik kon niet t'huis blyven, mo relvk dage *, praaten wy wat van de fliftorie van ons Land van vroeger, daagen. p I E T. Dat'er niet veel gebeurt, dat veel Berucht maakt, is in zeekere oplieten w»ar, — maar zouw dat met wel koomen, omdat men eenigzins zoekt te plooijeu en te verzagten , de onderdrukkingen, die zoo hier als elders gebeuren , — en om uw voor de vuist te zeggen hoe my het ftuk voor- ] komt, — 'er gebeuren dageh *■ din- \ een in menigten, welke het beste gedeelteder URtie, op het fterklle moes ten opwekken en werkzaam maaken , maar het is voor een groot gedeelte of 'er fiaapzugt of moedeloosheid be cint plaats te grypen , by hun, waar van men zulks mee geen mogelykbcid vermoed hadde, — ik bedoel nier geen ftleafchea, die dooi he; gebruik van Oranje Pillenm zwym gebragt zyn, ik heb her oog niet op Perfoonen , die doer Arijbcratics Goud tot zwygen gebragt zyn , zoo als men uit het een en ander kan ontwaar worden , — maar ik bedoel hun , die men als kundige en eerlyke Vaderlanders nioet groeten, — en zouw het zwygen van hun, geen gegronde oorzaak zvn , — van het werkelooze, dat 'cr by. bef overige deel der Patriotten plaats heeft, vraagt gy war is de Bron waar uit dit terderf is op geborrelt, — wat is de oorzaak dac verftandige en eerlyke Patriotten tor, zwygen gebragt heeft, of ten minften in werkzaamheid verflouwt zyn , ■ zouwden de rlaagen die door een Arifiocratice overheerfetvng aan hun zyn coegebragt, -hkr van niet een gegronde oorzaak zyn ? — als iemand een harde bons op het Hoofd werd gegeeven , is hy dan niet eenige tyd buiten ftaat, om zonder waglen te kunnen .oortgaan, Ichoon hy zig eerlang herfteld, en zyn voorige werkzaamheid hervat, en zoo is het ook in ons tegenwoordig geval 1 — maar het is onzer aller onvermydelyke verpligting , om by aanhoudenheid op de Wagt te Haan, om zorgvuldig rond te zien vaa walkant het verderf komt, — heteeci-.  ge daar wy onvermoeit ra tragten moe ten, en waar voor wy alles , ia zelf ons leeven moeren veil, hebbm , — moet zyn, de vcikoome berjlellmg va, alle onze vrybeeden en voorregten, — er moet by elk waar Vade/Jaftder geei ander doel zyn, hy moet voRbekt 'me ïiiets minder te vreeden zyn — al' -wanneer 'er een vast Bolwerk is op°e worpen, waar door-geen Arijlocratifcbi Regenten,- nogSfadhouderlykeoverheerfchirg, ons van onze Vry heden berooven kunnen , - indien wy anders handelen, kunnen wy nooit met een gerust gemoec ons zei ven van pligt verzuim vryfprceken, dat wy als let tien van de maatfcbappy onze pligt betragt, en alles hebben toegebragt waar toe vvy verbonden zyn, *- indien wy anders handelen , wy kunnen by het , volgende geflagt, niet anders dan met vervloekingen hcrdagr worden i — en I wat zal het gevolg zyn ? — zoo dit hetwaire voornemen Van ons hart, — zoo dit het.onwrikbaar befluit is, dat onze geheele ziel vervult heeft, en wydit op eeni befcheidene, maaf ook tevens ep een vrymoedige wyze toonen, - dan zullen de handen der liraave Regenten geftcrkt .worden, dan yuilen Vaderlandlievende Volk Representanten gcrugefleunt, - in ftaat gciteld zyn, om zig voor uwe belangen met Mannenmoet in de bresfe te iteiien, en uwe zaaken te bevorderen , en ik bidde uw, wat zal het gevolg iyn, zoo wy anders handelen. — Om fu mee te zeggen, dat wy- misdadig handelen., — en uit verkcsrde Bron nen onze pligt verzuimen , — zal the'aangename Weg , die voor-onze | ©ogen was getekend, - in wi«ns ge- < woegelyke bewandehng, wy ons by i «^Taa« *er|?eugden > —niet ras ; niet 1 t^eJ°üiyk fchie'yk, meteen ménig- c icmeiy^er- en fneller zullen omroe- d m dan ftsu Wonderboom, k cn[b ■ welker ftevige Wortelen nooit zullen > worden uirgeroeit, - zalditp igfve* • zutm met tot *yn zeker gevojf hei ' ben, _ dat de banden van Vawnve i de lendenen gelekt, — Wv , altoos aanA zeiven zalleè gekUfter?! •moeten blyven en? daarom SS> Inwooners van Nederland J Nu meYcot'. daacheid ! Met ^denmoerluweStem: men verheevenI - Getoond dat gy u we, gasond , dat gy uweregten kend, Pik-Hr k;lnDonm°geJyk anders zyn, of elk Braaf Regens zal met uw mede werken, — elk Braaf Regent zal uwe voorregten helpen wedergee ven , _ elk Braaf Regent zal het z-'g tot eert eer rekenen, een Reprefentant tezya ! van een Vry Volk ' - J JAAP. i*y hebt m alleswat gydaarberedeneerd volmaakt gelykf- maar als men niet veel noord , denk ik en myns gelyken dat het goed is, en wel gaat — PIET. b Jk wil we! gelooven Jaap, dat gv en.nws gelyken zoo denken, — maar myn Vriend , is dat dan wel gedaan, £' rot'onze eige fchaaden en fehanden, niet ontwaar geworden., dat het kwalyk g-;nghebben wy niet gezien hoe ve'r het kwaad was -ingevreten, dan kunnen S ^verzekerd 7-y" ' dac «et zoo Semakkclyk -niet kan-herfteld worjeD'^- «oor Jaap, elk braaf Burger *vf.r,igfomopde zaaken van?^ Huis re letten en te weeten hoe het «handelt wordt, van hun, welk hy «njg-beftuur tfeeft toevertrouwd, ~ naar op die zelfde wys, is elk braaf «rger verpügt óm toe te zien, hoa e belangens van het al -efneene Höto e beftiermg van het Vaderland behan' elt worden. — Wat dtirikt'07 vnlr«ngc men. zyn pligt ] a?« g**, denlc^  liet gaat wel, want ïk hoor 'er nie af? — Of ligt hec ook voor onze rc kening, om de zaaken te ond.er.zoe ken ?. — J A A P. Ja, hoor Piet, ik kan het tegen u niet houden , — en het kan we) zyn-, dat ik en een ander wat anders moes ten handelen. — Zeg rny tog, wat is 'er zoo wel al gebeurt, daar men meer op moest letten , en dat ons meerder moest aandoen. P I E T. Gy weet Jaapje dat het voor een epregt Vaderlander even eens is, var. wie van de twee thans werkende par tyen, tegen de Patriotten, hy wordt aangevallen. — Weet dan nu, dat zy beiden hunne pogingen in 'c werkftei" len, om het naar hun zin te krygen. JAAP. Ik ben brandende nieuwsgierig , om hier van byzonderheden te weeten, help my, en vertel wat? — PIET. Ik zal uw begeerte voldoen. — Ondaatje, te Utrecht, heeft een óaz vaarding in perfoon ontvangen , tegen den tweeden Augustus eerkomende, en de bezwaaren hem voorgefteId,beHaan al vry wat paginaas, hy woro daar-geroepen , niet als Ondaatje, maar als Gecaïift'icueerden van de Burgery ! — Of het nu met dien Vry heids' Vriend ook zal gaan, als met de Heer Hespe en Verlem te Amfterdam , zal de tyd moeten leeren. 'JAAP. Zoo Piet , nu zal ik-ü ook wat Iee ren, — neen Man daar behoeft gy geen'zwaar hoofd over te hebben. — Ondaatje- heeft immers dien post van Gecooftitüeerije der Burgery nedergelegt, — al was het nu,- dat ik nog niet onfeilbaar beflis, — maar al was het dat de Man zig vergreepen har, en fchuld hadc, is hy iranws yaa alU ■ '▼«■antwoording vry. — Nu weet ifir ■ waarlyk njet riet., hoe py zoo mal denken kunt, — ofzyt gy vergaten . Ij gevallen met die twee lk-cren, ■ UiUisjen en van Hees, wat is daar veel '^an gefprooken, voor dat zy hunne Ampten hadden nedergelegt, — maar /.iet, na dat zy hunne ampten hebben nedergelegt, is alies dood ftil. —Behoort nu tot de handelwys van èjk Kechter, dat hy zig ze]ven gelvk olyve. — Ondaatje heeft op alle vraagen die hem veorgelegt worden maar te antwoorden , — ,k heb myi post als Ueconftitueerde van de Burgery nedergelegt, en ziet de Hiftorie is afgedaan» PIET. Of dit hier mede zoo gaan zal moet de tyd leeren , ~ ik begryp dat men ten roinften zig gedraagt, als of men twaalthondert en vyfeien Menfehen, m eens hec hoofd wilde afflaan, en voor altoos doen zwygen! —'God geeve dat Utrechts Burgeren met waare heldenmoet bezielt, — eerlykheld genoeg bezitten moogen, — en dau ook met 'er daat toonen, — dat zvr nunne gevolmagtigden, voor zoo vtel i% in hunnen naam, op hunnen last gefprooken hebben, ook op een allernadrukkelykfte wyze moge onderfteu* nen — dat de Öèmme des Volks als de ftemme Gods ( zoo als die mees dan eens m Utrechts Raadzaal is aangemerkt ; niec alleen den Regenr van Stadhouderlyke overhecrf'chinge beveilige, -jnaar ook Regt ende Geregtigheid , aelfs aan de geringfterx van 's Lands Inwooners zal doen vvedervaaren , dan kunnen wy ook zeeker vertrouwen , dat dien voortrefrelyken Vryheids Vriend met eer bekroond 'er van af zal koomén! — dan maak ik ook zeer ftaat dat 'er ia ons Land, eerlang een einde van zoo veele,. en onderfeheidene woelingen weezen zullen ! en elk zal zyn regt genieten „  m maer zyne-voorregten , bet volle fienoK der 2a*i!8e Vreede iïïiaaken! —° JAAP. WIv dunkt Piet, gy lilt «i£ *«* wa< zwaar ' Indenk1 t * inTutrecht, wel fcbikkn, nry dunkt gy moest u hier over maar met bei»mme,en — verte! my nog maar wat andtt nieuws Ik denk dat gy nog meerder weet , en dat het een en ander uw zwaarhoofdig roiJkr. Het kan weezen . * ««OP» da' h« $ wv zwaarhoofdigheid is. maar dat nullen *y niet verder onderdeken , — * wil liever U » verzoek t> vertellen, hoe dat de Oranje OrUnten ieverig bezig zijn ^""«^'"ln«en en hunne oude kwirenbyde band te vangen — Een zeker Lid van het Leydfche Genootfchap met zyne uniform kleeding aan, te Rotterdam komen'e, voor eenige dagen., — moest ten doel Kam, van een party oproerige Oranje Schreeu ^,frs' dié mat allerlei feheldwoorden en uitdagingen hem na liepen , en mogtlyk als zy hun kina fchoon hadden gezien, we! genegen zouden zyn geweest, om hunne wraaklust aan hem te boeten. Het is nog niet Iaeg geleeden, «lat in onZe Stad een ganfche meenigte des avonds cm half elf, lang* de publieke ftraaten Oranje fcovea fcbreeuwden. Als men hier by ver S«iykt dat die beginfelen zoo hier als eldefsver«oömen worden , «p of omtrent dit eige tydltip, «lat de Militie tc Rotterdam ordre onttangt, oui *ig gereed te houden, om te kunnen uittrek- jtep. Ik vraage , wat moet meu bier van denken? Die hec voorleedene met bet tegenwoordige vergelykt, wordt die geen onaanSenaaalt ftln'lderyen voor den geest gebragt, — fa -n.y is verzekerd , dat de Gumde van den Scaat, biertee ook ordre bekoomen heeft, niet te^enftaaiide, het nog zoo kort geleeden is . dat zy op uitdrukkelyke last van den Souverain, ■wederom i« 's Hage te rug gekomen zyn. — Moet men zonder 'er agt op te fl»an, maar pas feeren, een conferentie, die den Stadhouder voor eenige dagen op de Paradeplaats in 's Hage ge houden beeft, «net een Man uit een nabuurige r»liwts, een Man, die al vry dikwils blyken gegéeveti heeft, dat hy met een razende dolheüi aan ^ïet woeden raakt, als liy zyn oogmerkel niet bereiken kan. Is het voorzigtig geea Notitiete neemen, van de compiratie nr'byeetjkumst den volgtndeu dag aan het Hu'S van zeeker Predikant, met nog eenige van die caianten gehouden. Zie eens Jaap, dat .zyn dingea die inen een Jaar geleden wel meer gezien , —maar ^yaar van ook de droevige uitweiking ondervonden , heeft. Wat dunkt u , heb ik niet alle redenen , om op het alIerlTerkfte aanteraden » dat toch elk bedagtzaam en op zyn hoede zy , —r» of moeten alle , die verderfelyke oogmerkerr i'meedeïi , niet door vreeze beteugeld worden, uf denkt gy dat zy niet des te eerder een kans tv.iagen zouden, als zy begonden te bemerken'', dat de Natie verdeelt, of wankelmoedig begija te worden. JAAP. Ik wist niet Piet, dat gy zoo veele Jobstydingen Zoude hebben aangehragt, ik dstgte dat wy ui het hoekje al te boven Waren, maar dat fcheint 'er dun maar in 't geheel niet voordeelig uittezien. Was het niet beter dat wy de boel maar opgaven, en het gantfche wetk vaa» ren lieten? . pict. Gy Qaat van het eene «iterfte tot het ander lover, Jaap, -— neen Man dat was niet beter.' Ik geloof dat 'er wel menfehen zyn die zoo handelen , maar zoo lang geraak en voordeel. haar van haaren pligt niet ontflaat, mogen zy het niet doen. _ Het zyn hier niet onze perfouecle be^ langen, maar het geld hier dt eer en het voordeel van de geheele Natie , en hier in mogen wy niet willekeurig handelen» lk zal u dan tot serustltelling zeggen, zoo wanhoopig is het 'er als nog niet by gefteld, —■ en die blykt duideiyk, uit de Refoluric van de Staaten van Holland, omtrent de zaak van Rotterdam ! — Maar neem het my niet kwalyk Jaapje, myn zakea roepen my, ik wensch u wel i* huif. JAAP. Neen 1 neen Man 1 in 't geheel niet, ik zal t) wel nader lpreekeu, Haar» wel. Tc Leyden by C. F. KOENIG, en verder alem. Waar thans gedrukt en te bekomen is: Ever har 01 van driel Elecia de Morte JL. C. Valckenaerii, V. C. ad Bkrnhardvm Gvliei.^jvm Hoffmannvm, Divincrum Oraculorum Apud Mediojtutnenfes in Agro Groningano interpreten, in Oclavo, op fyn Post • Papier; a 3 Stuivers.  D E POLITIEKE S N A P P E R. Zaturdag den 18. Juny 1785. ,-N°, 10. GJ A A P. . oeden avond Piet, na dat gy rcy in ons laat(te gelprek al vry wat verleegen gemaakt hadde, koome ik zoo dra mogelyk, om vau u te weeten wat de "gronden zyn, waar door gy dagtdat het'er nog zoo wanhopig niet uit ziet, — een weinig nadenken over ons gehouden gefprek, heeft my overreed , dat ik en veele met my, on verantwoordelyk handelen , dac wy niet meer 'er op toeleggen, om onzeeige rechten te kennen, en ons zei ven in ftaat ftellen , op dat wy zoo ligtelyk door mooije woorden niet ver leid worden, —wees zoo goed en zeg my, wat 'erdoor de Staten van Holland omtrent de Rotterdamfche zaak beflootcn is, dat-eenige gegronde hoop ÖD een goede uitkomst overlaat v PIET. Myn goede Vriend, geloof my, ik heb u in waarheid niet verleegen gemaakt , het is alleen een vuorftel van zaaken in zyn waare toednigt be fchouwd, dat u bekommert heeft, — en waarlyk myn Vriend, 'er mag wel bekommering plaats vinden , ja hec is onmogelyk, dat iemand, welke belang fteld in de behoudenis van de Rcgten tn Vryheeden van het Vaderland, zon der bekommering zoude zyn, in deeze verwarde en netelige" omftanJigheden , — daar de goede zaak van twee [kanten belaagd, en elk van dier twee partyen niets onbeproefd laacen, om de ove; winning weg te draagen. — Geloof my, het is met onze Vryheid , het is met onze Voorregten voor altoos gedaan , zoo een van hun de overwinning wegdraagd , — en het gereedfte middel om ons te overwinnen, en ons voor eeuwig aan de ketenen der flaverny vast te klinken; is, in ons zeiven re vinden , — om dat wy onze eige waarde niet kennen, — om dat wy onze byzondera belangen, nog veel te dikwyls boven het algemeene welzyn ftellen, — zoo ooit, zoo is het nu deryd, dat 'er wat moet worden opgeofferd tot behoudenis en het weteyn van het Vaderland, — nu kan een klein verlies in ons beftaan of bezitting, wanneer het wel beftuurd word, ons een altoosduurend voordeel aanbrengen , en ons in ftaat ftellen, dat wy en ons nakroost op deeze irjen grond a\s vrije menfeben zullen keven en fterven, — maar is onze ziel te bekrompen , zyn wy door verkeerde zuinigheid niet te be weegen, om ons de b'elacgeas vaa  het Vaderland aar, te trekken, vsyberokkensn ons eige verderf, wy werken meete tor onze ondergang — BefcbÖftt* na hfer bv esr.s, de l'iauwe ónverfch-nUheU - d vïerkelooaefl lauwheid, Welke 'er £y veele onder ors plaats heeft, — &n voeg hier by, de rustelonz',; werkzaamheid vaa ^onze regen partyen! Oordeel dan zelfs, of •er reedonen toi bekommering zyn? — A1aar mtek ook onderfeheid , tusfchen een behoorlyke bekommering, die 'er rrng en moet plaats hebben, gu rusfcnèn moedeloosheid! — Ger.ust te zyn als men in groot gevaar fs> _ 0f"moedeloos te zyn, om dat men het gevaar ziet , — roaskt ons beide tot het Slagtoffer ter Overwin«ine onzer Vyanden-! maar een werk zaame bekommering omtrent onze Vyanden , raackt ons onoverwinryk! — Iharorn, zoo wy de naam van brave Vaderlanders verdienen , wy moeten geen ogenblik langer aarfelen , — om al den ty.d , v»elke wy eertyds van on ze gewonnen arbeid affnipperde, tot onze uitfparmmge., — al het geld dn wy tot ons vermaak hefteeden , moet beide nu worden aangelegd tot behoudenis en weizyu van on?lieve Vaderland , en dt szelfs rechten 1 Ik heb geen o-'enbhk twyifef, zoo ons keven tot Ven gryzen ouderdom worde uitgerekt, wy zullen onze Kinderen- en derzeWer Nakroost in .voorfpoed en welvaard laatcn overbiyven, en de aangenaarne crinnering, dat wy ter bevordering van dit heil opeen redelyke wyze heb ben mecde gewerkt , zal Ons zelfs de ongemakken de? ouucrdoms doen ver aeèten ! O ize ziel in de hand van on•^n Schepper, in een vertrouwelyke ger JstheicS doen aaabeveeien! — Wiens hart krimi-niet in hem , als hy de ram pen nadenkt, die de gevolgen-zuller zyn van een- tegengeftelden- lian del j — Myne- ziel te veel- om toer,!,, ik moet bier van aitlcheidtn Ui hoope dal die nevelen zulTci vnrM ïen opgeklaard , en elk de oog<;n ge- ■ ipend w.orden ! J3ar, elk zyne eige belangen en pligtf moogen kennen , en zig door geen vooroordeelen v^n dezeiven laten aftrekken ! — De gronden: van hoope dfe ik by my zelve koests* re, en w2ar op myne verwagting ge-* vestigd is, berust in de Rechtveerdigheid van onze zaak , en de ohrechtveerdige liandelwys onzer , eoi 'sLands Vyanden, of zoude het geeré eide , men kan het een als noodz-3Scefyk aanraden , en het ander ten terkften afkeuren, en zoomoet gy :>ok myn zeggen opvatten , — zoo dat ik als nog niet denk dat ik hec nier in mis hebbel — ais men nagaat wat 'er in onze daagen gefchied. Jan ftaa ik 'er niet voor in, dat niemand van hun , welke de goede zn*k toegedaan is, zig hierin hec een of het ander niet zoude te buiten gaan , — maar dat is buiten myn, .dat bedoel ik niet, — dat 'er geld verteerd word door de Patriotten, dat hierin wei mee néér menagie kon gehandeld worden , ftaa ik gereed toe.! — maar dat dêa icver voor Vaderland 'en Vryheid, .ner van de oorzaak is, dat ontken ik, — het is- een kwaad dat al van vroegere daggen in ons Land en onder ons Volk' 'is mgelloopen, en dat ■ ;oor den nyd cn laster magt.g vergroot wordL — dat is iets dat voor uee/e oeweging ook door de meeste van hun ■die tu;t r.u mogten doen , in d;e tyden ook gefcft'ièd is, maar toen «as het meer verborgen, cu word het meer opge'merkt, nugefchied het meer opénrxdT, — maar dat het op lange na die xrdcrfciyke cn berovende gevolgen niet heeft* ook zeeker! — als men hier in , eens een nette verg-lyking konde ..naakeo, #ae 'er meerder geld fpanaeerëe tot voorzetting van zyn gevoelens, tot koestering van zyne geÜefi Koosde begrippen, of de Patriotten-of der Oranje Galanten»? Of krygt men . geld , om Ormje jenever te drmki n ? Om Volkje Dy elkander tekry<;cn V O n O-anje bóovcn te Schreeuwen ? Word net oeftaan en inkomen van die menfehen daar-door niet verminderd? .Kan de Vrouw zulk gtld gcbru-kcn V ü;;t* ' fteelcn zv het hunne Xindercp r«ct 3 ast-  zy het weslte'y'-s" uirkeeren , om Initi, welke ilrnr turn oproerig uiisdryT, zig de ftrafdcr Overfe den hebben waardig gemaakt, daar mccde te verkwiK*i'H , bederftinen die ongelukkig misleide misdadigers hier door niét, ;ot in den grond.? — Kwam liet hier op het vernaaien van Hilrorien aan , d!e twccdragt in de Huisgezinnen veroor zaakt hebben, men kon hitr van een geheels mcenigtc -opgeevcn, maar dat zyn zaaken , Mie niets afdoen , hoe ftedt de tegenparty zig hier mceda mooge vermaaken ! -— In alle gevallen . zoo de twee parfyen I.ici in met elkander fielvk (tonden ■ dan deeden zy beide kwaad , ' ïmi- vrnaor t-y my, wie van die twee heelt de vem'cffdykfte misdaad begaan ? ik antwoorde de Patriotten . de waare Vadtrlandsgezinden , 1 ■warir di» rreKfiëii wel kwaad gedaan, maar zy' weenden dac het (riekte ter bevordéiing vaneen «rede zaak. Ten btwyze hier van, zy (fcliaaiüctó het zig niet , daar nö iri tegendeel', de Oraivjêr fchrèeuwers overtuigt zyn , dat zy kwaaddoen, ter bevordering van een kwaadé !zaak . ten bewyze hier van, zy fchaameü z\> hunne daaden, zy. doen die in het duister * «n vei.i.yden het ligt. JAAP. Nn het is wel, ik zal 'er maar van zwygen [ iiiaar ik zie dat gy altoos ha langde woord ïoöc't Vi eren , en dat ik het ttiet genoegaan- beide de kanten befchottw, Wil ik wel toelraan. Maar v.ai wat anders gefprooken, zeg my eens - hoe is het, zal de Schutter)' den twinrigllen van 4?e«en,Maanxl', optrekken, en hunne nieuwe Vaandels 1 rygen, en dan..elk: vercierd zyn , t «inau een CPcardfe.. zoo als dOjCtiuleur van hun V«a«te| is? cn dan'zal liet vervolgens al. ! s op zyn Soldaats zyn. de agt Compagnies jjtitfïii nis een Regiment gefchikt , en alle dè ftNigffer Mrzpoiien by elkander gevoegd worden , ik ,'crk dat zal heci mooi zyn, hoe komt hei tt VÓ'or; Piu? - ' PIET. 'lat'dit aanlcaande Maandag wcezen zal, zegt men zeck.'r te zyn, liet is my aangenaam en erlang ik na, maar dat die twee zaa- k hi 'er by gebeuren zouden , hoop ik niet, ik denk ook dat onze Regenten veel te voorzig■vs, zy»it, om dit te penniteren, neen! neen •Man ! dat kan , of dat zal niet gefchieden! .(AA P. We! Piet, waarom denkt gy, dat dit niet goed üOJ.:d<5 zyn , myn tyd vliegt wederom Weg, zeg irly iiier koitclyk de redenen van. PIET. Wat het eerfte berrcit, cocarde na de couleur van liet Vaandel , dat is een allergevaarlykst ding, 'er zyn ook Oranje couleurde Vaandels, ■ en zim men dan ïui den Burger een leus doen dragen , die doof den hooge Regering van ons Tc Lcydcn By C. F. KOEN1G, en verder alom, daar dezelve alle Ziuur dagen, voor vier Duiieu, met een Nommer vervolge! worden. Land, tjillyk, als een oproer leus ïs aanjernerlct. was dac met de weg gebaand , om veeïe onaangenaame gevolgen te veroorztók'en , hr-t is waar! men zegt, waarom, daar men al die Vaandels vernieuwd heeftdie couleur niet verwisfeld voor een andere? en wel voor deeze Stads couleur daar er geen van is? Ik merite dit aan , als een zwak heid, in hun, die hier over het beltuur hebben, waar door men den ouden weg maar gevolgd, en dien (leen des aanitóods niet uit den weg sèruirnd heeft, die maar een weinig bedrevenheid heelt in de llfftorien van ons Land , is het bekend, hoe verre het Willem den Eerden, Pruis van Orai it , in ons Land en onder ons Volk gebragt lia.it, na dat wy Philips den Tweeden , als een Tyran eu t.Herheerfeher onzer Voorregteii hadden afgezworen, en dit is meer dan> waarfchynelyk de reeden , dat die couleur, tot zommige Banieren by de Schntteryen is aarfiè- nomen, te meer, daar het in die daagen, alles van de hand vv.n dien doorliepen Prins afvloog. Is het dan te verwonderen, dat 'er toen dc_ grondflangen gelegd wierden, waardoor het Huis van Oranje, of toen , of in't veiVoijr, tot het allergrootfte toppunt van luister koude verhe-even wotdt-n ! Het drukkende hier van , wierd.in die daagen wel degelyk gevoeld, en'er wierden-door de kundigfte en weimeenendire vaderlanders, poogingen aangewend, om zig hier van te ontflaan. Het gebeurde in den jaare 1650. is hier van een allerduidelykst bewys, maar was het te verwagten-, dat een Volk, dat door een Sö jaarige OttIojtj^eftresdeti, en no» geen twee jaaren van dat lastige en vernielende zwaard beveiligd , — een Volk , dar zyn geheel heilaan en welvaart van den koophandel luidt, zoo als bet even &r de overgeevers-naderhand mondeling in den Raad is aangedrongen, na dat het in den Raad'zonder 'eragt optegeeven was voorbygegaan,wel daarom kan een betaamlyk \erzoek fchrift nier misdadig zyn!! — Al was het, dat 'er j in dien aandrangonbecamelyke uitdruk-' kingen gebezigd waaren-, dat kan nog dit voorgaande tot geen misdaat worden toegerekend, — of moet ik het ftuk maar als ten vooraffpraak aanmerken die tot het befchuldigend ge deelte naar het oogmerk van den Heer Officier niets afdoet, * dan neeme- ayo Edele bet my niet kwalyk dat jk het aanmerk als een ftuk , dat voor de zeak van den Heer On daatje vry fierk pieir, — door de inlevering van dit verzoek Schrift, getekend door crca twaalfhonderd Burgers , is 'er een -ontwvftV-lbaar bewys voor handen , dat O'rulaatje als Geconftitueerde van dezelve Burgers moet worden aangemerkt, is 'er nu gezondigd, dan moet dat niet op de rekening van een Perzoon, maar op alle die Tekenaars gewrooken worden , — of Ondaatje- moest mogelvk buiten zyn Commislie gehandeld , en tegen de wil van zyne Commitenten - gedaan hebben, — evenwei kan'ik in dit Stukbier van niets ontdekken, — maar al was.dii zoo, dan komt het my nog het, allerwoBderlykfte voor dat de Dagvaarding in Perzoon alken aan Ondaatje gedaaji is, _ het was myn Heer den Officier bekend, dat' 'er b* Ondaatje nog meer Geconftitacerden waaren, —.zoo vervolgd zyn Ed., na gezegt te hebben dat den Heer Sicbterman. Jssfc een Lid" in den Raad verkooren, en zyn Ed. de'nodige Arrangementen van betalingen van Ampt Geld, zoo by de Provintie als Stad gemaakt beeft, — dan vermits deze verkiezing jlrydig was tegen de bepalingen, welke door gemelde Gcconjlitueerden by bet bier boven gementioneerde Request ware opgegeven, hebben dezelve GeconJhtueerden , en daar onder P i e t s «, * 'PhiLIpJur I A.A.tf ONDAATTKy — wat is nu de reeden dat de Heer On. daatje meer blood ftaad om een Dagvaarding m perfoon vandeHeer HoöfdürJie;er te moeten ondergaan, dan de overige mede :Geconftitueerden? > geeft den Heer Officier niet met r»n-, de woorden te kennen, dat de Heer ÓW daatje onder de mede Geconjlitueerdens de verkiezing van den Heer Sichterman0 heeft afgekeurd , — maar eens gefteld ! de Heer Ondaatje alleen had deze ver* kiezing afgekeurd, -dcan dan die afkeuringeen redezyn.waaromeenHoofdOfficier een Burger en inWoner van een Stad Accefeeren , en maar niets minder dan Apprebenfte Corporoal 'denaelven verzoeken kan, — dat du^kc my dat met geen menfcbeiykejnoge.. lyltheid kan begrepen worden, — moec ■men in een vry land alles goedkeuren dat de Volks Reprefencanten doen ? — moet men goedkeuren dat Volks Reprefentan ten doen tegen onze verzoeken aan ? — dan moeiten Volks Reprecentanten , wanneer den Burger hun zyne belangens aanvertrouwd, — toe een liaat van onfeilbaarheid voheeven worden , — dit is met geen mogelykheid waar te maken , — dan kan het ook met geeu mogelykheid wurdèa  goed gemankt , dat «Te Hè»? Ondaatje niet de verkiezing van den,Heer Sicb terman tot raad te Utrecht afiekeuren, kwaad gedaan beeft, — datkön mogelyk io Venetien zoo begrepen wortfen,— maar met geen mogelykheid, in de yrye Nederlanden! — ik moet u hier nos eens doen opmerken , alhoéwal hetdeu Heer Hoofd ■ Officier heeft goeds gedagt (om redenen die zyn Ed. mogelyk bekend zyn , maar voor tny verborgen ) om den Heer Ondaatje met name te melden , het uit deze aanklagt fclaarblykc, dat den Hr. Ondaatje b«j6 Jalleen gefproken en gehandek hdeffc als geconflitueerden, — maar ook verzeld met meerdere , mei .nog andere Geconftitueerden, —en bier or« is, het Voor my een geheim dac ik niet ontknoopen kan , waarom dat onwc'er alleen op het Hoofd van dén Heer Ondaatje terneeder rno't kqomen, — het kan immers uil geen grondbeginzcl van barmhartigheidenMenfchenliefdevoor;ge .oomen zyn , omdat men vai^osrJ'-el was datallede Geconftitueerderi dedoiverdiend hadde, — en men mciOndaatjc alleen te neemen deanderen gerustelyikonde vootbygaan , — want, dan kwam in i*ru!l:ige bedei king of men niet on regtvaardig handelde'. — zoo dat ooi ïm ge: n'wa.irfcheinelyke rede zelf kan opleveren , — ma'ar hoe doch, k>n ik hier pi*aat^n van doodfcbuld , ■ jaar ik in waarheid moet betuigen tot iiseden nog geen fchuld in 't gentel nog in 'Ondaatje, nog in iemand der sverige Geconftitueerden gevonden hebbel — 'c is waar, ik ben geen Regtsgele-rde, ik vcrïïa my de regelin da Regten niet, — maar met dtbi al;es kan ik my niet verbeelden dat d< gronden van het regt zoo diep bedbj ven zyn,, — ik ben toch een mensen . Sn moet- my in een -Maa'fchappye let. vende aan Wetten onderwerpen, zoi " iujdexidvcn -zoo duister ayn, dat dn • »emcc;,en man die met-verftaao, bot.. ^eel minder is hy in ftaat om ttezel.ven te gehoorzamen, — maar waar» too hier langer over g«d'prooken , ik ben een mensch ik kan dwaaien, — maar den Heer Hoofd Officier to Utrecht ook, — al verder fchei'nd den HeerHoofd-Officiergeen zin te hebben, ;iat zig zoo veei PcTïoonen vereenigen, ter bereiking van het zelve einde, maar boven 'dien, zoo begind zyn È3. ten' einde hunne vermeende bezvsaaren aan de Ed. Groot Agib Vroedklappen, met raeerder klem en kragt te kunnen voorjlellen, zig veretnigt met'gecommii' teerden van (enige Schutters uit de acht Burgir Compagnien, en 1e zanten zich geaddresfeerd xian Htere Burgemeejleren dner Stad , 'te-H fiife audiëntie in den raad, J.vzer Stad te vsrkrygen , om mondeling die hezwaaren te 'kiume'n voordraagen , —■ wat is hec dac hier wederom als misda*dig kan woiden 'aangemerkt, — kan lat misdadig zyn , dat lowoohers van •;cn Stad , begeerig zyn om hunne be/.waaren aan hunne vertegenwoordigers ■nondelibg vooneftellei!, — Om dit; lezwaaren m-.rt klem van taal en ree)en , voor hec oog van hönfcré Reprofencanren mec.de levendigfte Cculeu» ren te Schilderen, — we! zyn het dan -Ie Burgers niet, die het drukkende van iie bezwaaren, op f»e.'t fterkts ondervinden? — üari/'yn het ook de Burgers die volmaakt gefch.kt zyn om die werk te verrigceo ! —- Let toch wel, iiïyfl Heer den Hoofd- Officier zege 'M{fs hun oogmerk was, — cm hunne bezwaren,... nxetmurdet klem,,gn kragt te kunnen vcorfiellen. — zoo dat hier dtoos geen dwingen het-fcplaatsgehad , ;rgo mees dat misdadig kan, of mag genoemt worden, — oog eens herword \ verzegt aan Heere Burgemeeltersii , >:n dierbaiven op een gewoone en weeïge wyze de Vroeöichap of Raad te ■ ioen te Tarnen komen, — bet is waar <• conftKuesrde uit de-Burgers veree» nigen z'i$ mei de gecommitteerdeuit  <1e 'Schutterve dier Selvef S«id . ten ïnde gezament lyk die vooiftellen op het aller nadrukkelyks taan Ut echts raad te doen, kan dar nu met mogelykheid misdadig zyn ?—i-Fnoet dit ten duidelyke bewyzi llrekken, dat dit verzoek de oprfgte mecningpn d< waare begeerte van het gantfche Volk dier plaatzc is. niyn Heer den Hoofdofficier redeneert al verder voort en zegt, dat nieitegenjlaande Heers Bun gcmietleren hier in dijjiciilteérden, als zyudetam zonder voorbeeld . dat particuliere Burgen Ier Ondientie tot het doen van mondelinge V"oi Jlellen wierden geadmteert &c. hier op merite i*k alleen aan , -— dat het woord thans me: zeer veel oordeel hier is inpevocgd. hier dooi woid dan ook niet ontkend, dat het in voorige dnsgen, toen de Privilegiën voor Utrechts Burgers in volle kragt werkte zoo ongewoon niel wis, — dat koude ook niet geinakkelyk gede- fendcerd worden , men ftaa; dan zyn Edele volmaakt toe , het is ongewoon, maar is dat dan bewcezen . dat het tmwettig ,-, dat het misdadig is, was het ook 'nier"een ongewoon ver- Jchynzel in Utrechts Raadzaal; '- .dat detus- "1'cliet! tyds openvallende Raadsplaatzeu , dooi Uti echts Raat' zelve begeeven wierrfen ? ■ Is het in onze daagen evenwel niet" in die Stad £elchied ? -— Is men niet volmaakt verzekerd , dat hier in , regtveerdig, .'v.olgens de grondwettige Conftitutie gehandelt is. ■ Ik houde my volmaakt verzekerd, niet dat dé ongewoonheid, maar de afvykivg van de wet, alleen in (laat is , em een daad als kwaad te doen aanmerken. •liet ftaat dan vast, dit verzoek is ongewoon, maar het is nici itralfchuldig, er zoude op *ie uitdrukking van particuliere Burgers ook nog al vry wat te zeggen zyn, neen myn Heer, gy hcbrongelyk , onder uw welnemen, gy denkt verlcfeerd , hec zyn,' en zy koomen hier niet voor , als particuliere Burgers , maar als gévolar.agtigde van het Volk l -—.Om hunne bezwaard) te hrengen voor het oog van de Ueprefenianten vandat Volk! —- Het zyn geen particu 3iere Bursers ! Zy zyn door de Regering als gequalili ^erde van het Volk aangemerkt,. en in die betrekking handelen zy! Djor gemelde iieconftitueerden en Gecommitteerden , en by zonder door />. 1'. J. Ondaatie JlerTt.wierd aange- drtfaKen rp^.dtft mondeling verhoor, let al- leenlyk inaar hier op. De geheele Commisfie uit (ie Bnrt-ei's en Schutters, die alle töt hctzel ve einde'waaren afgevaardigr,-koomen hier vöor •Jat zy alle hunne pligt betrage, en het einde-, waar toe zy gezonden wierden, behartigd heb- ben , des niettég'enltaaiide Ondaatje moet bier wederom de heerfeherfde party zyn. Wat nier van de reden, is-, wil ik liefst niet meer «•iaden. — Maar dat men dit ftuk in bet bate tykfté lig: geplaatst heeft , komt iry vry zeeker imoY: Als men van iemand'zege, hy is niet te vreoden voo-- dat by zyn zin heelt. Geelt uut niet vry klaar te kennen, da.r.ons hec be , j 1 Te Leyden by C. F. ICOEN1G, en verder a!bm,' daar"dezelve allef Zacui Jagen, voor vier Duicen, met een Nommer vervolgd worden. geerde is afgehangen. —- Hoe liet bief om erend is toegegaan, kan ik niec met zekerheid zeggen. Geconfrltucerden en Gecommitteer- den, zoo ook myn Heeren de Burgeineesceren zyn hier.-van de byzonderheeden bekend, hiei over .oordeel ik niet. Maar ik kan van my» zeiven niec yérkrygen , om de agtbaarbeid van Burgemeesters Kamer te Utrecht in zoo een vert naderende ftaat te befchouwen, als ik zoudd moeten doen, indien ik maar een ogenblik by my zMve.ii dsgt, zoude die Commislie zig ook in het et n of tutter vergrepen hebben, is 'en mpgelykheid om te denken , .dat myn Heeren de Btugemeestereii door bedreigingé,. of andere onbctamelyke handelwys tot het toeftaan van dat verzoek- genoodzaakt- zyn. — -Re handelwyg van Burgcuieeateis iu dit geval gehouden, over* töïgt ons van het tegendeel j óf is het met mogelyklieid 13 begrypen . dar Burgenieesteren zouden-beledigt zyn , en zig dien hoon niet doen wreeken , ■ — maar van dit gebeurt niets,, op den 4» of mogelyk den 5 Maait, is die Com. imslie by myn Heeren de Burgemeestcren ge'< weest, 'er wordt hun niets toegeftaau, dan een deliberatie over. het verzoek in volle Vroed. Icfcap , —— die wordt niet alleen den 6 gehouden , maar hec verzoek wordt geaccordeerd en op den 7. bepaald. Indien het nu bewe«: zen is, dat fterke inftantieii te doen, ter V.eM kryging van zyii begeerte ,- misdadig' Is, — dan is hun dit verhoor toegedaan, om dat zy zig tegeii hunne wettige-ReprcleMtanteu bezon-i digt hehtan. Maar wie kan dit gcloóven". hoe dat uien dit ftuk aan de donkerde zyde bèw fehouwd, men durft nog van geen oproer of bei weging ten kwaaden, onder het Volk gewag maken, en zoo men daar.eenjge de minfte. vrees voorgehad heeft, — men was volkomen in de mogelylih'eid, om .daar tegen te waaken , en maatregelen te -neemen , waar door men vood alle kwaad beveiligt was, ■— dat is in het ge-: heel niet gel'ehied, trouwens , daar was geen aanreidcnJc oorzaak'toe, of, zoo men die uit de handelwys-van Geconftitueerden ver* moed he*ft, en liet is evenwel niet ge^ daan, dan beschuldigt men den gantfehert Vroedfchap van agteloosheid, en dat is zondet voldingend bewys onbetamelyk, liet leid by my geen bedenking , of het rust op vry wis^s Ier gronden ta fttflfen, dat Utrechts Hoofdlchoub d* ftuk , uit een verkeerd gezigtspum befchouwd iheeft. Nu moeten wy de Mondelinge voor-i ftellen, op den 7. en 11 Maart, door den Heer Ondaatie in Utrechts Raadzaal befchouwen, I ma:ir myn lyd is retds verftreeken, mogelyk bra'ateti wy daar van in dc volgende week, ul wensch ik u een goede uagt. JAAP. Ik bedank 11 Piet tot dus ver, en ik houde il aan voor de volgende week, en - wensen'u oofc ■een geruste nagt.  D B POLITIEKE KNAPPER. Zaturdêg den 2. July i7§5- . DJ A A P. I ag Piet, ik heb my dan in de voor- ■ :de Week extra vervroïykt, dat gy iy 7,00 veel van dac Utrecht] cle werk erteld hebt, — 'er zyn nog wel zaaen daar ik u nader over fpreeke.h wilmaar dat zoude ons te veel nfleien, — ik vérlange dat gy het afgcrooke werk opvat, 'ik verwagt nu van de Vaderland en Vryheidiicvende tal, daor den Heer Ondaatje gefprooen te mogen hoorèn, — maar ook svens u gedagr.cn, of 'er w'sc in geónden word dat' misdadig is, ofte ten waade kan geduid worden. ,P I E T. Wel vriend! ik ben dan ook' blyde at ik u genoegen gegeven "heb, ik ebbe u de ware meening van myn hart n t.re;it'"cht' ftuk , na myn beste geirceten , zonder vooringenomenheid , inregtelyk medegedeeld, — en ben 0% iet ongenegen om zonder omweg bet tuk te beginnen daar wy hef laatfteyk' gelaateh hebben , — ik beloove n opregtheid en ter goeder trouw opegeeven alles wat met mogelykheid als nisdadig zoude kunnen-: bel'chouwd vorden'! —.Het was dan op den 7. vlaart, dat 'er een Comrnisfie afgeibnden u;t Geconditueerden en Gelómmitceersien uit de agt Burger" Coiri- pagnicn audiëntie verkregen, in Utrechts Raadzaal, om aldaar mondeling hunne bszwaaren door den mond van den Hée'r P. F. J- Ondaatje aan de Vr^edfcrrap voorteftetien, zyn Ed'. fpreekt Utrechts Volks vertegenwoordigers met deeze vrymoedige eii'eerbiedige bewd r.ünrre dus pan: — De taal van U.recbts 'flurgerv, ren daniooren van itw Wd Ed. Groot 'Acbtb. zal niet winder rond én openhartig zyn, dis baar gedrag . teii aanzien van heel de IVaereld, Wezadigt en klo^kuiofdig geweest is , in een tyd-, waarin elk' ogenblik Herboren genet: wierd, bei geen-verzuimd is , om bejleci te worden', tot verkfyging van alle 'de gemiste regtén ónzer Burgerlyke V<-ybeid, waarvan let beeld zelve ver te zoeken was, terwyfywy blind genoeg waafen , 87» o/ir met derzelver rrietige Scbzduwe te vergenoegen, — wat dunk' uw vriend van zuike taal, zcuw dit ook de taal van'c hart van een opregte Vriend det Vryheid zyn? — Maar is dit rok niet t effens een taal waar door. Utrechts raad gehoosd word P — We! maar in 't geheel niet ? — waarin toch bid ik uw zou dien hoon voor hun Ed. GrAchtb. gelegen zyn*? — Het kan niot zyn in die beiuigng van onbewimpeld de waarheid te fpreeken? — het kan niet zyn in de vtrkhraringdatUwcc-'.;!»  Burgeren hunne Vryheid misten, j om van dat verderf geneezen te worden , had hun de Souve.rain des lands wectig opgeroepen, om hunne bezwaren te kennen te geeven, — èn dat het verval en de pverheerfcping zoo groot was, dat dé» fpreeker met voK Jitn nadruk reden.cn had om te zeggen, — dat zelfs bet beeld 'der Burgerlyke Vryheid verre te zoeken,inas, — zal nie; mand oatkennen daU hij. welke willens zyne oogen (luit, voor alle die geroofde Vryheeden , — met welke Bet Regerings Reglement van fyet Jaar 167a.. die provintie drukte , — waar coor de Burgers van hunne voornaamfte Privilegiën beroofd zyn, — enden Regent den wil van den Stadhouder moeste gehoorzamen, of anders zyn ongenoegen te vreezen hadde» — is het dan niet naar waarheid zoo ais den Spreeker zegt, terwyl vay blind 'genoeg waaren om ons met de.rzelv.er nietigs febaduvee te vergenoegen., — en waarlyk het is te bejammereH dat 'er in Nederland zoo veelcgevonden worden, welke nu nog met den bloote naam van een Vry Volk te zyn zig vergenoegen kunnen, — fchcon zy op bet allerkragtigcs moesten overreed zyn ,. — dat hun aile hunne vryheeden ontroofd zyn , élk begrypt lig- telyk dat het in zulk een gefteldheid van tyd en zaaken, een vry ohgewoone zaak was, — om een openhartige taal te hooren voeren, in een raadzaal , — door een kundig en vryheid lievend Burger, die in zyn post wel degelyk toonde een opreg; Volks Vriend, te zyn , —- maar al is h.'t dat het ongewoon is, het. kin daarom.op lange na niet bewezen worden dat het onwettig is, — verbood het ons de.tyd niet, wy gingen zoo die geheele reede van Ruk tot ftuk na,,.,en ik.ftaa Jer borg.voor,elkonpartydigen, zal in dei zelvetj mets minder dan ftrafwaar dige gezegd.as ontdekken, maar inte¬ gendeel, een brandende begeerte, ni tot een ingeheide, maar tot eenwaa vryheid voelen,— een harteiyk vertro wan ea waare hoogagting voor d< ütrechtfehen Raad, « maar dok te yens bezielt met die vrymoedige ka daatheid, welke 'er moet " plaats hei ben in he©, . welke waardig gekeu. is, om dé'mohd van zoo een aanzï nelyk Volk by dqn Raad te zyn, a hunne bezwgaren-voorteflellen en w het mogelyk uit den weg geruimd krygen, — en ik verzoek dat gy h! eens zelve beproefd, en die geheei redevoering voor den raad gehoudt zelve naleest, — maar'vergeet ni onder het leezen , dat het een ma deling voorlid isaa'aütrechtsRaad do; den Heer Ondaatje, — niec om'ó gy 'er anders over moet oorde.elen 0 dat hec door Ondaatje gefprooken i dat voor al niet, — maar om datt moet in het oog houden in wat betrê king 'er gefprooken is , — niet 1 Ondaatje maar als een Gecommiceert van het Volk, — en als zoodanii van. de Regeering erkend en aang noomen, hoe nu. als Gecomm: teerden, om blootelyk de Boodfcha pen van het Volk aan hunne Repr tentamen overtebrengen, neep, —ma om over des Volks bezwaaren , mi hunne Reprefentanten t^handeten,,;en als men dit opmerkt zoo als'( toedragt van zaaken zig- waaragc; 'voordoet en befcheuwd, —dan 1 dan alleen, is men in ftaat om te bi •grypen de opregte liefde«n waare hooi ,agting voor het. Volk en hotine R: genten, welke de ziei van den fpr ker vervuld Heeft, en evenwel niet tegeniTaande dït alles, —- mj Heer den Hoofd - Officier kan got vinden uit die redevoering de volgei de Conciufie te crekken en 'er dit b: fluit van.ópremaaken. — dat ie• Spre ker in deeze redevoering buiten de , m. MfMiAe tot de voorige gefteldheid. e  vbyzi van bandelen' van den ^raad, onhe'Uamelyke expresfièn , opentlyk aan den "dag legt, zyn volflrekte Democratijcbe gronJbeginzels, firydende met de gee'ta 'tilijeerde Regeeringsfarm deezer Stad en Provincie, en op fundament van dezelten, aan't volk en zig zelfstegennvoor dig een gezag toefcbryft, Jlrekkende tot omverwerping van bet gezag der booge ■Overheid , en de Mdgifïraat deezer Stad , — ik verklaar uw , dat by het kezen van deeze periode, myn geest vervuld wierd mtt allerlye aandoeuin) 9 _ dan van verontwaardiging en üan van raedelyden, ~ van verontwaardiging, — als ik meende grond te hebben om te denken, dat men.tegen beter weten aan, — enkel om zyn me de Menfch te benadelen uit een goed 'gezegde , de aller ongereimüe, — ja .laat ik zeggen gelyk ik dagt, — de aller leugenagtigfte gevolgen afleiden,dan wederom van medeleiden, — als ik my te binnen bragtde zwakheid van onze ziel, — en ons onvermoogen om ons verfland van voor - oordeel: te bevryden, —■ waar door wy zoo on gelukkig misleid, — hec regte doel misfchen moeten, — en niet zelden in een ogenblik van overeiüng een befluit nemen dat ons onze geheele letftyd beroud, — dagt ik zoo, omwend dehandelwysvanUtrechcsHoofdSchout, ■— het was vry natuurlyk dat ikmy zeiven tebinnen bragt, dat mogelyk dat cigc gebrek by my plaats had, — en dat ik my aan die zelfde misdag fckufdig maakte, — dit (telde my in de noodzaak om dit 'ftuk meer van na by te onderzoeken , —• ik la? .bet voorbaande wederom, van begin -.©f aan geheel over , — ik onderzogt wederom de v< orafgegaue handelwys van -gecomrc kteerdens, — ik wierd bevestigd, ws het té vooien beredeneerde , en 'i iet ik wierd bevestigt , dat die voorige handelwys &oed cn wettig is, — ej ik moet vervolgen* betuigen geert onheiamelyke sxpresjten gevonden te' hebben, — trouwens zoo een befchuldïging in Vago , ontflaat ons, om meer in 'c by zonder 'er op te antwoorden, — elk redelyk mens'ch zoo ik vertrouw, zal met my wel willen in (temmen, dat Myn Heer den Officier die zelfs zoo menigvuldig nkt gevonden heeft, ofte hy had dezelve wel fpeöviek opgegeeven, — mogelyk is 'er meer grond voor de volgende befch'Jldiging , — men zegt, dat hy opentlyk aan den dag legt zyn vol' jlrekte Democratifcbe grondbeginzelen, — moet men dit zoo maar op 't bloote zeggen vaneen Hoofd-Officier, zouiler bewys voor goede munt aanne,men, — dan is het afgedaan, dan moet ik zwygen, zyn Ed. nceme my niec ten kwaade d it ik opentlyk betuig van een regttegengefteld begrip te zyn ,— ik meëne dat alle befchuldiginge moeten beweezen worden , — maar ziec hier ontbreekt al wederom bewys, — en zoo ik my niet bedrieg, is hec vol* (trekt onmogelyk om uit die redevoering dit te bewyzen , — of kan een volflrekte Democratie,, beflaan met de erkentenis van de wettigheid van een Raad, befbande uit de Volks Repre» centanten, — kan een volflrekte Democratie beltaan met aan den Raad als nog de magt rocteRennen, ja wat zeg ik, — om den Raad in ftaat te ftelMenydatzy als nog die magt kuunea I oeiFenen, — daar zy hierin door den Stadhouder waaren verhinderd-geworden, — of moet het een-volflrekte Democratie. genoemd worden , om dat de Burgers een ernltig verzoek doen , en hier^by op een gepaste wyze , aanhouden, dat 'er in den Raad niemand moge geitel d worden, — weke van oordeel is, dat dén Raad dat regt niet toekomt? — zoo dat tot flot van zaaken , als een Burger trouwhartig waakp ; voor dc Achtbaarheid van . en Raad-, en in.-dezelve de eensgezindheid tot'  herflcl van He vryfeeid Tn Hert RSttét tfUgtte be-: tfcrilerèn . dan moer men hem een Dryver van e n Democratiefche Regcering'sform noemen , is dat brtaiucivfc , is dat braaf gehandeld fftót «vu medemens-hen , en is dit evenwel liet geval niet, waarin wy tegenwoordig verkee- ren , is 'er zoader recden te gaoven , maar aangedrongen dat (den Heer Sichtermnn , niet moeste vti'kooren worden , of is 'er van dat ver«tfèk' reeden gegeven ? —-r en wel die zelve rcedenen die ïtc daar zoo even noemde! en die rnc< r'dan waai fcIrcMêiyk. asn eik der Leeden van'den Raart bekend was! >—- ik kan geen ■oeenWik twyffeleti , zoo dra «myn Heer den Officier dir (tuk met bedaardheid . nagaat,, eti liet (rrykt aan' de toetflecn van een waare Wenfr'Hci;vriend of zyn F.d. moet wenfehen die *)3!>vaa'dips Ut p.erfóonvrtiet gedaan, £— en in «ieii ptrropri van den Heer Ondaatje, zooVeel waare VryhcMs - vrinden binnen Utrecht; dien hoon niet aar gedaan te'hebben xlat-de grondbe ginlals van den Heer Onlaaije niet infremmen met de tegenwoordige Regeiingsvorm, dat wil ik zyn lyl- gssr'rie 'toeftofn, en ik geloof dat dit (rok dafof ge--n>Fcde!yk mensch zal ontkend worden, "maar zoo- de man hier om misdadig moet geoordeeld worden , —— zoude ik dan te ftcrlt fprecken , als ik zeidezoodat misdadig! is, en een dagvaarding in perfoon verdiend.. ' «Jan is de gantfche Raad van Utrecht aan den-1 Zeiven misdaad fchuldig, en behoef ik bier. toe meerder of, eischtmyn Heer den Officier ander, iewys, als het géeu 'er .gevonden, word in den i Brief,rdoor myn Heeren, db Btvrgemeesreren en Vroedfchap van Utwcht., den 'ai. Maart 1785. aan zyn Hoogheid Willem de Vyfde gezonden , ter beantwoording, van dien door zyn Hoogheid, ■den 14. December van het vaorlede Jaar aan Hun Ed. Ac!.tb. toegekomentt de woorden zyn al te nadrukkcljk , en 'de zaak vest te intres- fant, dan «lat ik 'er u'niets uit.zoude voor-; leeze^j, .fpreekende van dat Regerings • Reglement, dat in den Jaare 1674. door Willem de 'I!erde is ingevoerd, -— cn naar welk reglement, Utrechts Tïurgeis tot heden nog bèltuurd worde», Zeggen zy: - dat hetzelve reglement is iiigevoera in zodanige tydsomftttndigheden, w~eur omtrent het te:, •wenfehen waar, iafis tandt Gefchiedeniffc geen %ew¥ie 'Opleverde van dergelyke fchreeuwende on-1 gerègtighsden, als de drie overheerde Provinciën zyn aangedaan, door Frinden , Btiuren en Bondgenootén, meer dan door den Vyand zelve, naar 'iitn men haar in de harlader heeft> aangetast, met haaf. te vntxecmen de Privilegies-, Regte:i en Veregtigheden, in welkers bezitting de VyanU zelf haar ongeftoord gelaten had, e'n welke omflcndigheedtn te gelyk vp.de nieuw aangefteide Re'genten, zoq veel invloed kaAde, dal zy niet alleen zich dair 'tegen niét durfden verzetten, m'a/ir ook itH d,a zoodanig daar aan gewende dal d'tzelytr taal. uitwyzens de Rfgisters van dien tyd, ( de Ge- I committeerde .fcliaamen zig byna het te zegge^S rti^er over - eenkomst had met die van Onderdaam Te Leyden by C. F. KOENIG, en verder alom, daar dezelve alle Za.urda5en, voor vi'er Duiten, met een Nommer vervolgd worden. (Verwagt bet Vervolg in de volgende Week.) I r.en wier een tiispotihe-Regeering, als dizeltrt paste in den mond van vrye Nederlanders, men zwyge V Lands Souveraine zelve,- dat ten opz'gte van het voorgevallene by' de vernieuwing van dit •Reglement in aenfaare 174?. over bekend is, en fimmige Leden van Hun Edel- A/ogende Pervadcritig zelve nog zoude kannen getuigen, hoe ooi in dien tyd /tiet tegtnfiaunde de pooginge van. *s Lands Slttaten, om het Stadhouderfckap tehei/lellen op een vo*t-, meer overtenkomllig met deszelfs priniitive injlitutie in deze Provhtïe, de IntroduBie 'van dit Reglement op een geweldige wyze is doorgedrengen, en aangenomen heeft moeten worden, dat hel in trottbelè tyden met overhaasting 'gemaakt, vernieuwd en a's 'met geweld opgedrongen is, dat de afwykinge van de oude Regeringsforni in Stadkouderlyke tyden door het Reglement v/tn IVBi?^yne>ttegten by deszelfs.Reprefentanten. aaazoek .doet, dat dau het gezag van' de 'hooge Overheid verminde»! word, zoo ook van deYtfagiftraar der Stad , —'-er was nog ai het-een en ander op dit gezegde aantemeiken , dan ik vergenoege my voor 't tegenwoordige! Als den Burger met S'tads- Reprei'eutanten over r.en pntire Uomeftike Zfeafc h3'nHen, is dit geheel buiten de hooge Overheid , e«go kan dat gezag 'er niet door verminderd worde.ii, uitwyzens het antwoord in den Brief aan zvn Hooeheid.  p O L I T I E K E SNAPPER. ZaUrd&g den 9. July 17'8 5- N°. 13. Vervolg van N°. ia. W onderlyk! ja onbegrypelyk is, hec vervolg der redenering van Utrechts Hoofd - Schout, — dat al verder defpreeker de door hem en Meede - Geconjiitueerde voorgedraage Volk-flem, decla teni te zullen uoen eeh- e 1 e o 1 g e n en zelfs tekend zoo een zwart carafter, van een liefdeloos mensen te zyn ' — Om ten einde te koomenmaak'ik geen bedenking-op de rerzwaarende voorliep leu,, onder aanroeping- van Gods beüise naam, in alomtegenwoordigheid ~M8„ ik ga' voort, om het voorgevallene cS den 11. Maart, te befchouwen • Ge epnftitueerdeD verklaaren dat hunne Conftituanten niet konden bemstrri in de Vroedfchaps Refolutie"-^^ zoeken van ten zei ver Dage een extr? ordinaire Vroedfcbap,* om aldaar een Lommisfie aftewagten uit de geconfritueerdens en gecommiceeerdens , ten sinde de nadere intentie en het verlangen van de.Burgeryaan deszelfs vertegenwoordigers bekeat te maken — m een verklaring van de aoodzake'lvkleid hier van en dat zy in Cas van weigering voor geen nadeelige gevol;eii wilden inftaan, — dat deeze harelwysvan geconftitueerdens, bvmvn aeeren de Burgemeefteren niet misdaVi befchauwd is, koiflc* my vry xee-  kef- voor, *omdat hsn zerzo ek geaccordeerd, tegen halfzeven vergadeid is , Geconi 'miteérdeiis en Geconflnueeidens oudiemie in de Vroedfchap verleend, — en door Ondaatje een ^aanfpraak gedaan is. — en aanfpraak welke in "korte- maar nadruklyke bewoordinge.de alier •trotVwh'artigrte pogingen van den Vryheids vriend ■ IlSSr-bljkelyk openbaannaakt, — maar in welke 'ook tevens niets van een liefhebber van geweld overheerfehing, of oproer te ondekken is, evenwel concludeert, fnyn Heer den Hool'd-SahoHt dat deze aanfpraak inhoud een allerbuitenfpo>ig e'aanmatiging van gezag, over de Magijlraai de'Z'er Stad,' als weiier befluit den fpreker voor onwettig houd, bet is waar, ik beken, als men leefde onder een Suuvetyn Vorst of Koning, dan zoude zoortgelyks uitdrukkingen wel degelyk ftiaffchuldig verklaard worden, —'ik eiken ah men zugteii-moest onder een Arïtlokratifche overheerfclïirtg , — dan zoinv zulke gezegdens wel degelyk geftrafd worden, — maar in een vry Gemenebest Regering, daar eenige gevolmagtigd worden , om uit alier naam het beduur te oef fenen, — daar die taal voor onwettig en llraf fchuldig te hooren veroordeelen , — fcheintmeer 'door een ovcrciteiide drift, dan door de Itipfte 'regelen der geicgtigheid belluurd te zyn voord •gebragt, — het is waar: den fpreeker zegt dai hy de Conclufit voor onwettig houd, maar zyn'ei ook gronden deor den fpreeker ter wettiging van ;dit gezegde aangevoerd , ik mcene van ja , _ zoo ' ofte in den een misdadig keurd, het geen men in *ien anderen ftilzwijgend goedkeurd of dadelijk prijst-, en wat men cc dan van te denken heeft, als men in het befluit, dat klaar in de voordellen moeste ontdekt worden , nog zijn toevlugt moet neemen tot onbeweezene vooronderftellingen. ~ zoo het maar" niet volftiekte onwaarheden zijn. ---- Ik laat het een en ander gerust aan het oordeel van elk redelijk uiensch, welke door de daar zo evengenoemde «ebreeken z'g om te ootdeelen, niet buiten (laat gefield heeft. — en dan denke ik, dat 'er al vry wat toepasfelyks , op het geval van den Heer Ondaatje en Utrechts Hoofd-Schout, in zal worden aangetroffen. »— Dit blyft ondertusfehen een warrheid, dat bet voor braave en cordaate Vry,heidsvrienden een allerongelukkigde tyd is , alsde waarheid op de Hiaten ftiuikeld en dat regt is 'er niet kan ingaan. — Ik voede by my zelve evenwel nog een dille.hoop, dat 'er uit die zwarte duisternis een aangenaam ligt zal opgaan» enz. —- Zie daar Jaapje , myn tyd is, weg, zoo gy 'er iets op aantemerken hebt, verwagt ik het in de volgende week. JAAP. Myn Vriend ik neem het aan en bedank u VOO! uwe goedheid en wensch u een goede nagt. Te Leyden by C. F. K O ENIG., en verder alom, daar dezelve alle Zamr.dagen, voor vier Duiten, met een Nomm,er vervolgd worden.  D K POLITIEKE SNAPPER. Zaterdag, den 16. July 1785. N°. ï$ DJ AA P. ag Piot! ik moet u zeggen dat ik over dat Utrechcfche Werk al ve«l ■gedagt hebbe, en dat ik bratide van begeerte , ora te verneemen hoe die zaak toch fcsl afloopen, weet gy %r myn met zekerheid wat van U zeggen, het zal my ten uiterfte aangenaam-zyn! pI E T Dag Jaap! Ja mvn Vriend ik heb ook vee! over dat Stuk gedagt, maar ik beklaag met al myn hart, den opregten en kundigen Heer Ondaatje, die, als 'er geen .verandering in het algemeen, in de Provintie van Utrecht voorvalt, waarfcheinelyk het gelag zal moeten betaalen, ik kan ten mins ten my zei ven geen gelukkig einde van de goede zaak voordellen, — en daar zal door de Burger* iets wezentljks moeten gedaan worden. — Maar wat te doen , is hier de groote zaak, en moet Ondaatje hief het hoofd onderhaaien , dan zal de goede zaak in Utrecht bet kwaad hebben , — en dat my het meest bekommerd, is, dat 'er onder de Regerings Lecden van Utrecht, zoo veel zyD, die zig zelfs gedeclareerd hebben opentlyk de partye te zyn tegen Ondaatje ,en in hem te^en Utrechts Burgers, —• ik bedoel die Negentien Öeereti die eerst bedankt , en pa iunne Raadsplaatzen weer aange* uoomen hebben , — en fchoon ik-van oordeel ben , dat die Heeren geen bevoegde Regters zyn, in dit geval, ~ vrees ik dat evenwel hun invloed al *ry fterk zal werken ten naJeele van :le goede.zaak, —■ uitwyzens het gebéurde na dat zy wederom CèsOe in den. Raad genoomen hebben , —• c» m die Concept publicatie door de Staaten van Utrecht ontworpen , —. ons niet klaar a^n den dag legt wac .ie bedoeling der meerderheid van Utrechts Volks Reprefentanten zy, leid geen de minste>,bedenking. JAAP. Ja Piec , ik moet u voor de vuist zeggen als dat moet doorgaan , -r dan is het met onze vryheid en vooïv regten, dan is het met onze geheele Republiek eu Koophandel, — dan is het met alles gedaan, — ik vosr my gaa dan veel liever na America, —■ daar word van den. inwooner de vryheid niet in fchyn maar in waarheid genooten , eu wat is het toch dat" een mensen zoude beweegen , — om tïe wuocen jn een Land, (.dat van wea1 gen zyn geft.eldheid noodzakely k maakt)  ifef tttèft met alleen van al wat röèn gebruikt, npaar ook van al wat men tot -/,vn jhulp no.QtiiR he&£^impost moet, •bctaa'Utf* — een L,asd hoé gezegend men her. in zeker «pzigt roe m ivkffij waar in niemaad beftaarL. lc:>n':, ten zv hy met een zuinige fpaaiC. 8aam*Wid y.yne. zaaken beftuurd , —. en door een voorbeeldige naarfiigheid «tg zelfs en zyn huis verzorgen moet, zoo m:.n in zoo een Land (door deszelfs inrigring) bloot! gefield word cm door heerschzugtige Regenten onderdrukt te worden, —en al heb'ik ■maar een Boeren verfijnd ik kan klaar begrymm,—- -wat bet gevolg zal zyn, als men het Volk het fpreeken ver booden,en het zwyaen opgelegd heefr, jnaar ik geloof evenwel niet" Piet, dat bet 'er toekomen zal , 't is waar zom inige en mogelyk wraakzugtige heBben dat voornemen wel , maar 'er zullen aer nog wel gevonden worden die zig hier tegen met kragt verzetten zul ' ■]em, diè twee Advizen van de braav Vaderlanders , en Bnrgerlievende Hee j ren de Ridder en van Haeften; hebben ïny nog een riem onder het hart ge-, ftooken, — God heeft veel en d.ikmaal* getoond , dat hy ons I and be '«houden- wilde, — dan dat hy zoude toelaaten , dat het zig zelfs door zyn ïcigen.befiuurders verteeren zoude, — zoo dagt ik omtrent de-zaak-.van Utrecht, en'ik'moet u zeggen het 'wekte'my geheel opi — maar net op de eigen tyd, wierd my gezegd, — dat, dat Extrakt van valsaaraige boosheid , Jan Grypjloe, zyn Concientie niet langer hadt kunnen dwingen om te zwygen , — maar aahvankelyk zyn Schelm Stukken begon te beken :nen, en ik dagt men handeld als laf-hartige blodaards • zoo men bjgind =kieinmoedig te worden , — en een enkei ogenblik in bedenking'neemt, om -de goede zaak optegeeven, én te laa. tea vaaretu L , , . PIET. Gy hebt zeer onaelyk, a!s gv nl Mmea wild .^aan, Nederland|s onl -Vaderland, -.Nederland is ohs Erff goed, — Me'erland is ons wettifl eigendom, --.of door-Erf fcecne J dJ?or Ksop-sRecht is Nederland onf ifocd cewordenJ —atil een verftanï dig Erfgenaam zyn Erfportie vertaal ten, als by met;-zyne mede ErfcrJ naamen verfchil'krergt ? zal hy dal maar zeggen , ik zal ia een vreeml caBtT gaan zoeken of ik daar met meel rust, eenebeetereErfportiekan vinden! Geloof my Jaap, het is een deun weli ke zedert eeitige tyd door de Arifioif craaren is opgezongen , en welke z3 algemeen hebben /zoeken finakelylf 'JS maaken; op dat-die- geene: wélke Kaare verraderlyke oogmerken .' te veel ontl maskeren , eitidelyk uit moedeloosheid! daar heen zoude vluchten ! Neen Jaap* Nederland is myn Vaderland, en LetË den is myn geliefde Woon Snd, M Ik moet in dezelve vry feéveiï of ik wil in dezelve het Slacht'Óffer der Vryheid worden ! fterven of overwirH nen moet onophoodelyk onze leutf zyn'.— En dan zullen wy gewis vrij' worden, want wat kunnen Regen teil uitvoeren , als de Burgers etspaarii zeggen , wy willen het zoo. en nier anderst — Willen': de "Burgers ietg -1 welk met'haare belangens flryden, -f dan liaan Godvreez.mde Regenten paÉ en zeggen met va n d e r Werf flap my eerst op dat ik geen Eed vim breeker worde! en dan. kunt gy u zin: doen. Het is dus o»weerfpreeke!yk# wy moeten de .zaak winnen, en dfi moet onze hoofdzaak zyn, dat onze' overwinning de toejuiching van Braai; ve Regenten waardig moeten weezen. — Nederland, moet ons , verrei boven America, Kef zyn,.—- in Amt-i rica heeft men by de-opregting van hst Gemeenebesc. gezorgd, dat «te Wettel»» en Conftitutie het onmogelyk mW  terl, - dat men door een willekeurige Over heerfchimr den ïnwoondcr in 't vervolg van zyne ■voorregtcii en viyhcdenberooven kan , ^ A™"''a Heeft veel gelykhciii met de Republiek der Nederlandcrs,- ook in de wv-se hoe zy hunnen Vryheid verkregen,- en van een Koninglyke Overheerlehiug jfynbAV-rvd geworden,-. oiaar,'er is in twee zaaken een magtii; onderfcbeid . - m ót N-der/an-. Ten en in Alcicu. - toen'de Neierlanders hm toen tirannigen ffe.er.afgezw.wwtn - eu zig zcl s een Gemenebest beuunrg'evormt.hadvien , - neb ben zy- moeten worftelen, niet een Moedigen en larkduurigen Ooriog waar door zy. buuen itsa, ■waaren , - oin de banden van het l-Su ger be fttitir zoo vast té leggen , - en op alle ïnbreuke: zoo Hétuwkeurig te lekten dat 'er met hier o daa. jeen 'fpleet openbleef waar door den Overh. er fehenden Dwingeland , konden binnen flu.pcn . ten einde van 8e»jaareo, Itreag men Vroede. — Maar toen was elk afgeflreeden cn men verlang de a rust, - en liet de zaaken op dan voei zoo als zy toen waaren. zonder vo >r het vei volf te zorgen, f dit fchyutvoor ons overgebleven te zyn ; en wy moeien het zonder eeniu .verzuim, zonder cenlse moedeloosheid verbee teren - ) fntcgendeel heeft /imerica, in weinaiaaven zyne onderdrukkers overwonnen, en als zy omtrent met hunne conftiuitioneelen wette,, klaar waaren en die tot een mhsam-gebragt- hadden , - kreegen zy een goede Vreede.-eu w «rden van hunne voorde Meesters voor onaliiaukelyk verklaard - toen biandesr by de Inwoo, n..rs van Noord - America de zuivere Vryneid» liefde in zyne grootfte kragt, er, al was het dat 'er l y hun , onder de Volksvei tegenwooiriigeis. den een of den ander geweest ware ,. die lust had om over zyne medeburgers te heu-.enen , het was hem volltrekt'onmogLlyk om hier toe een bruo telcgücn. doofde toezigt van het volk , maar in de tweede plaats had America een voorrent boven.de Nederland-ren, — en h.er ■ p moetgymetal uveifland letten., en hier zyn wy foógelvk aan de bron , waar mt ons al ons ver 'derf is toegevloeid , - en de Nederlanderen en de dmeritanen waaren beide ti het geval.dat zy door overlfterfching en onderdrukking hunner voorige Heeren moesten afzweeren , - men begrvpt ligtelyk, zoo diaa men. hier toekwam, moest men een bloedigen Oorlog voeren tegen die onderdrukkers , - dan moest men ook VeldOveiften hebben. — In America gebruikt men hier toe een ampteloos üurger , — een Man die *loor geen VorÜelyke Geboorte, de bcguileien . om over andere te heeifchen, was ingelchaapen, — die door geen adelyken afkpmsr,-trek -of beaeerte hadt, om zyne Medeburgers en Na tuurgënooten , als (Iaaven voor hem en zyn ge Haat te doen kruipen, — maar alleen üezieh. met die» edelaardige en be angloozen dufi , van waare, van onbaatzugtige Vrylieidslietde , — ten bewyze hier van; zoo'dra heelt hy het oogantk niet bereikt, w-ar toe de wapenen waaren aan gegord, — -iiy bcjpat geen druipende laajbtden, om des Volks Reprcfentanten te polfen, of zy nol; genegen wasten . om aan hem . — die ?ig wnarlyk op een byzondere vyyza by dat Volk had verdiensiclyk gemaakt , — en' een we'tige «ajjfpraalt hadt op hunne erkennende hoogag'iog eu toegenegenheid, zyn bediening te latcu hehouclen, — van dat «lies wordt men by dieu waailyk edelmoedijen Held niets ontwaar, — in tegendeel-, — by'legt alle zyne-betlieningc en waardigheden. tegen den drang dés Volks aan, volftrekt neder. — eu kterd weder tot den fhat van een ampteloos Inwnoner. -- Mcik hier uit til geyaf; — de wyslieid berust-niec alleen by hun , weike met het béliuur van burgerlyke zaak mi van Ouders tot Ouders zyn bekleed geword n. — Hadden tle Ncderlanderen , hadden de erkennend* en dankb.aaie Nederlaivderen met die gelttk van den Hemel gezegend geweest , — mogelyk ('maakten wy 'er nu nog de aangenaam* vrugieu van, — maar ziet, het heeft den be» lluurder van alles , anders behaagd , — de wreedheid en onderdrukking^,, den Ncd.r'endtriu aan» g :daan , trof alle de Inwooners , zoo wel aan/.icuelyke als geringe. — Wilfem de Eeifte, Prins a'n Oranje, van 's Kon'ngs v.-cege , tot Stadhouder -ver Holland en Zeeland aangellcM, — ■noeste opentlyk klaagen qver de onderdriikkinge en geweld, den lnwoönercn aangedaan. ijfcn Pi.ins wierd. van,dat .'veidrukte Volk', ook het opgei gezag over huiin-: 1; rygsm ;.;t toevertrouwd, "r- Zoo dra hy z ^ in de 1>l Irrrigens van den ïnwoondcr tegen den Koning vcikiaard. luidde, — waj het op een byzondere wyzê, tet bevordering, van zyn partikulier belang ook zyn zaak om bet werk volieliouden , het had hem anders gegaan, als de hraave Egmond en Hoorn, die tot Brpsfel onthooft zyn geworden . — of nu de Prins wierd aangezet om 's Volks zaak aante nemen en hun te helpen, — uit overtuiging dat zy onderdrukt wierden , — uf dat de Prins een byzonder wrok tegen den Koning zy-u Meest.-.r had opgevat. om dat anderen hem wielden voorgetrokken zal ik nu. niet bepaalen, — dat iS'ten minitel) zeek er dat het niet en was om de Reformatie Leer die toen gepredikt, wierd dat is iets dat klaar, kar, be vezen worden, — hoeve:! men daar ook van moge opgeven , of nu Willem de eeifte bezield is geweest met die belangeloze deugde», — zal ik uw géén aiider bewys vaa geeven , als het geen 'er zoude gefcliiei zyn , — zoo in het Jaar 1581 den 10 van Hooimaand ,den vefradeifche llalthazar Qerarduk /largo/Uien, op .een-momtdadigc wyze zyn, lieven door eenPifteol- Schoot niet geeindigt hadde, dan hadt riten wel cége'yk ondervonden , dat men iu plaats van een Gemenebest Regering, wederom onder een Graafiyk Juk was gebrast geworden, waar over in Holland met kennis van de Prins (Urk gearbeid wierd , voeg hier nu bij de tïilzwy- gonheid en dooifleepe Staatkunde van dien Prins , eg bedenk dan eens vermits de genegenheden van ien Piins daartoe- heene ftrekte, om tot groöur aanzien in de Repnblitrk op te kiemen,-  iioe veel verkeerde indrukken in dat zwakke lig haam in ee.i even gebnore lighaam van een Vryc Staat wici'den ingedrukt. J t\ A P. Ta Piet, nu begin ik 'er zoo wat begrip van te kry- «an, men denkt al die dingen Zoo niet na ree» plag daar zoo veel niet van te hooreu , rneu leefde maar *crnst weg. -— on zoude bet iret we! het belang van fornmigenzyn , °m bet ?ro< der fnwOoners onkundig te houden , van aiieore zaaken , maar ik heb nog een tweede viaag, ptegcen de .Stadhouders voordezen, teen grooter msjrt te hebben'of ten minden ta oeftenen. PIET. Dat Inwdoridcrs in een Gemenebest onkundig zyn van hunne weiten en voorregten , kan hun Tiir.nr in "t geheel niet tot eer (trekken, en Vv it aangaat of'er 01( zomnjige belang (lellen om dun (nfezetcnen onkundig te houden, dat tan i-o' ir dpor bi'aave Mannen gefcliieden , hierin kan niemand behing hebben, -— dan lij, welke zijne grootheid zoekt te vestigen ter be rmdeliug van de voorregtcn van den lJurger, ■— anders bl'yft de onkunde altoos de I'ron van verwarring en booze handel, wat de tweede vraag betieft, -— omtrent de magt va» den Stadhouder, — toen ons Land ondereen Graaflyke Overheerfcbing zugten moest, leboon de Privi leiieii hun in veele opzigten neg een Vry Veilt .lieren, móesten de Inwoonders, den Graaf in zekere opzigten, als hunne Souverainên Heer eerbiedigen, en wfcrde» door den Graaf in Peifooirbefiuurd, zonder Stadhouder, het vermoogen der Graaven van tyd tot tyd meer en meeraanwasfende, fielden dit hun buitendam om hunne uitgellrekre Landen in eigener Perfoou ie beduuren , en zoo als men toen fprak te be regten , hier toe uu wierden in de byzondere Provintien onderfcheide Peifoonen tot Stadhouder aangclteld, die dan ook den Graaf re- precenteerde en in zyn naam hét beduur voerde , al het gezag dat den Graaf bezat, of zig aanmatiade. wierd door den Stadhou de'r uitgeoefend . zoo dat den Stadhouder jn dien ty'J ■ in 'afwezigheid van den Graaf, (en als 'er de Graal' zelfs tegenwoordig was , Uwam het Stadhoudeiiyk gezag niet te pas,) als Stfiiveiiine heeren over het Land het zelve beftuur Te Leyden by C. F. K O ENIG, en verder alom, daar dezelve alle Zaturdagen, voor vier Duiten, met een Nommer vervolgd werden. ' behoeft my nooit te bedanken Taaoie h*r is alles tot uw dienst. - Ik wensen uw dan wel t' huis en wel te rusten.  D E POLI T I E K E s n a p p e r; Zaiurdag den 23. jfuly 1785. N». 15. (D/f dubbdd tfommtf ivo-cl: imr den gewooncn ptys van 4 duiten uitgegeven.} DJ A A P. rg Piet! wel man nu kom ik uw ook - wat nieuws brengen, daar denk ik uw meede voortekomen dat Stuk zult gy, zoo ik denk nog niet gelcezen hebben ? — ha , zou , ivj zie ik, dat ik uw ook wel iets kan brengen, dat gy nog niet hebt, nu zie ik, dat ik üw ook nieuwsgierig kan maaken. PIET. Ja Jaap! ik heb altoos geloofd, dat gy vergenoegen hadt, als gy myn plaizier kund doen, en hier in word ik nu bevestigd, — dat ik verlang om te weeten wat het is. wil ik nieti ontkennen, zeg my toch wat is het^ voor een Stuk. JAAP. Het is eenverdeedigingvande aanfpraak van E. L. I. tegen de aanfpraak van den Heer Pieter Vreeoe ! die man die het my gebragt heeft, heeft my gezegt dat het een ïchoon Stuk in zyn foort is. PIET. Wel Jaap! nu hebt gy my verbruid weg gehadt, ~ hebt gy anders niet, — wel Vriend dat heb ik al geteezen, — en ik geloof niet, (ten minften het komt my zoo niet voor) dat men het een fc'hoon Stuk noemen kan, — ik denk 'er zoo over, dat het my ten uitenten fmert, — dat een man van zoo veel doorzigt, kundigheit en oordeel, — die zegt, en dat ik ook zeer wel gelooven wil, — dat hy de goede zaak is toegedaan, — in zoo een verkeert denkbeelt is omtrent het regt, kande en de bevoegdhei: van een Burger, — en zoo art denkbeelt by | hem uit geen fx-ifwaardige bron vaa hoogmoed gebooren wort, — en in alles door dien Heer ter goedertrouw gehandeld is, dan leverd dit ons wederom een bewys op, hoe ongelukkig wy kunnen vervoerd worden ter verongelyking van onze naaften, — en ons zelfs in den hoogften graat ichuldig maaken, aan dat eige kwaad,' dat wy een ander te lasten leggen, — en dit meene ik dat uit dit Stuk, ten allerklaarften kan beweezea worden! JAAP. Wel Piet, wel man, heb ik uw beet gehad, gy verwondert my  ten hoogten, ik heb het Stuk ook geleezen, en ik dagt ook by mv zelvan dd is een' heele kaarél dfe Oa:-* de fpeyker eens1 moöttjes 06- zyn kop, — en denkt gy das'r nu zoo geheel t£n 'er.; over", — da(Ekömt mf vreemd voor,,— kom Piet! gy heit my af zo dikwiïs andèriigr, t.iond het my nu eens by de Stukken uit dat gefchrift aan , '— »y zegt toch dat gy dat doen k:nt! — PIET. Jaapje, het ftuk is tegen den Heer Vree de, perzoneel ingerigt,. — en ik gei >of dat gy dat werk dien Heer wel zuit: an vertrouwen, — ik voor ,xny. twyffel geen ogen', lik, nis dien Heer goedvind, om 'er op tc'antwoorden, •— zult gy vol ma kt reden hebben om te zeggen d;t de Speyker op zyn kop gellagen is, — en laten, wy hu zoo lang wagten. j A A P. _ ■ Indien gy niet anders wilt Piet, <3an is het wat anders, — maar dien Heer zal dat dan zoo veel hooger doen, — ais wy 'er zoo wat flegt en regt over heen gepraat hebben, dan kan ik dat, als het komt beter tegrypen, — hoor Piet ik verzoek het uw vrindelvk; PIET. Ik zal uw uit dat ftuk zoo heteen en ander doen opmerken, zonder dat ik gehouden wil zyn, — alles te beredeneeren , — of dat ik tegen uw alles wü wederleggen, dat hoop ik, dat door den beledigden Heer \ reede gefchieden zal, — en dat zoude ons 9ck veels, te lang ophouden. JAAP. Nu dat is zeer wel, hoe meer gy 'er my van zegt, hoe liever het my weezen zal, — als ik denk, dat gy het mis hebt zal ik 'ef uw in tegen ^jreeken, PIET. S5a Jaap het; is wel, m Iet dan 'Mfrs op het voorberigt, — daar brengt meneen derde perzoon in di-j ;tnen toor eSfï beërtfgde tftteftatie, •Tcheinf-te dein. bc-Vyzerï ctet denKeer Vreede. deu Heer E. L. ƒ. ' verdenkt, *n tegen dn -waarheid raa* . befchuldigt'; — en dan kan iv.cn uit 'Tl.it pkgtif ffcal, van'houder andere oordeclen, — (Lin es'i woord tot wegneming v&n ie'.irEVMOEDENs, welke ■ men tegcli my kon opvat:en, ah of ik laag genoeg gezveest watire, om de Scbreyvers der Leidfche Courant te verzoeken dal zy het tweede antwoord van dien Heer niet zoude plaatjes, — by hét tecz°n vau die- perierde , dagt ik, is ray d;tzoo geheel ontfcliootenTreeft d;n Heer* Vreédk da;r van ie -s gerept, — ma r puqn men vkv.1 daar nieds van, ik kis. de periode nog eens, en verwonderde m/ over de listige manier van het voorled, — het" is geen directe befchuldiging, en evenwel word een vlugtig leezer, (zoo als 'er toch meest met zulke ftukken gehandelt word ) in een denkbeeld, gebragt als of den Heer Vreede zyn Ed. daar meede befèhuldigt heeft, — 'en ais men dan zig zelfs- een Mannetje op de muur gefehildert heeft, dan gaat men daar tegen met een declaratie, onder verband van eeden vegten,.—nu.vraag ik uw, is dat edelmoedig, is dt£ openhartig handelen, — is dat nu 151 zyn fchryven den braven bu-ger Man voor te iigten en hem kennis van. zaaken te doen krygen, —- daar men van oordeel is dat die menfehen tq onkundig zyn, om een adres te teekenen, — dat in de «dier eertiedigftc. termen den Souverain verzoekt om wegneming van zulke bezwaar ren; die de Staaten van andere pro* vintien-opentlyk zeggen'dat 'er plaads . hebben, — of is zulk Schryven al> leen gefchikt voor hun, welke in zoortgelyke zetten volleerd, ~- eQ  iulke manieren ook gehmken,—%< Ais twee gezerdens, eerst de bcfchul- < ■diging van den Heet Vreede, — . en dan het geen zyn Ed. zegt, tot ; vim der gemak van den braven tjüf- ■ ger man, op mms achting ik groeten ■ frys ftellc zal ik de zaakeu ti.sfch&i i ■ de Heer Vreede eu my in verfebil tot eerdgen hoojcfukkei brengen, cn ■ ieder in 't bizonder behandelen, nood' zükcn my, olm vooral niet veel gceds van 200 e.n Sehy\ er te wagten, — ■ want zoo 'er ooit iets ingewikkeld • ■ en verdraaid is veoreefteld. het is :hier, — en ik gcioof Jaap dat gy 'cok onder die geene behoord die san geen eene aan wy zing genoeg -hebben, lctd;n nog eens hier op,— het voorftel der befchuidi^irg tegen :den Heer Vreede, .— da;rin ■ word nieds-bepaald gezegt, — nwr •tlleen een mogelykheid vermoed,— 'er kon, dat is het eige woord, — tegen v>y kon opvatten, als of ik laag genoeg geweest nare, &c. ergo dit •was mogelyk, ma-ar de befchuldiging zegt niet dat het gefehiet is, — trou- ■ wens dan heeft men een agter deur : open om zig te redden die mogelykheid nu, gaat men met een declara- ; tie onder verband van eeden bewy•een dat geen dadelyk beftaan gehad - heeft, — is dit nu niet deftig tegen - zyn tegen Schryver zig gedraagen,— maar de eene zet moet hier de ande- . re helpen,in dat declaratoir gaatmen een . weinig verder als men in hetvoorftel • der befchuldiging gedaan hadt-, — daar moet den Hetr Vreede voor- • komen als zig dat te verbeelden, — én op die verbeelding daar in de . befchuldiging niets van gerept was - komt nu het heele werk ter neder, - het is, — vermids de Heer Pieter Vreede door de volgende woorden, dan het fcheen, dat ik.my vrugtetoos gevleid hadde, dat de blyktaarebillykbeidwefke aan mynezyde zig nrïocA'de, zoude zegepraüfen ever ~"t lanzoeken , ivc'ke baar (de Wla. de 'lec ppe r van e e .v . .4 v o h l< e zyde zoude moge ged.iar. wordt- , 'Ag fcheinJ te verbeelden, da! dc v bJr:. 'Méieering haaren oorfpYóng Zoude ver'chuldigt zyn aan ccnige ietje aaxt-'.oe* ken — — — dat niemand, wie hét. lok zy,vcd min de Heer é.L.Lons lircél ofbidireci, bet zy aan Mevrouw Ie Wed. de Klopper en Zoon het zy aan eenigs chr'Zclver bediende,, ïgr.fge de mitijte begeerte- gc:oo::d, of 'enig aanzoek hos gering ook gèiihdn heeft:, &c.- — hoe veel mei: ui met grond op die decoratie over het geheel beichouwt, zoude kunnen aanmerken, — is hief dc groote vraag, of de lieer Vreede het tegendeel van di; verklaarinc beweert heeft, — ik houde voltrekt ftaandi van neen, — dan Ccnfceerd het ook, die verklauring komt hier niette pas, men was mogelyk wel in ftaat om hondert verkkringen hier in te voegen zonder dat door dczclven, de zaak in verfehil het minfte vorderde, — men moet in die woorde van den Heer Vreede verbazend veel mene gezien te hebben, om dut men die met een andere letter heeft laaten drukken, — alle aanzoeken, weU kt haar van eene andere zyde zoude moogen gedaan worden. Ik bidi de uw is 'er in die woorden al waaren zy nog met eens zoo grooten letter gedrukt, ieds te vinden, om zelfs eenfehaduwe van bewys te krygeÓ! om te toonen dat E. L. I. deWedt de Klopper aanzoek gedaan heeft, — om het Stuk van den Heer Vreede niet te plaatzen, — ia men met mogelykheid in ftaat ons met duizende gevolgen het 'er uit af te leyden,.om aan te tone dat den Heer Vreede dit gezegt heeft, ik geeve in bedenking of dit dan niet ügtveerdig met het gebruiken va»  een plegtigen eed gefpeelt* is, — tk het toch niet af en doet en ok nie te pas en komt, >— js hët niet klaai dat de Heer Vreede in het algemeen met die bewoording heeft willen aanduiden, dat al was het dal aan dé Wed. de Klopper , dooi wie dat het ook wezen moge, (er !h verdere bizondcrheden komt zyn Ed. niet) aanzoek gedaan wierden, — de billykheid van zyn zaak hem by die Dame zoude doen zegenpraalen, — een van beide den Heer F. L. I. moet meenen, dat hy alleen verkeert in die denkbeelden, — welker belang vordert om het den Heer Vreede moeijeiyk te maaken,— zyne gedagten aan de maatfehappye mede te deelen, en dan bewyzen dat dit den Heer Vreede bekent is, — en dan, en ook dan alleen zal men uit het zeggen van den Heer Vreede by gevolg, — en dan nog wel niet by een eerfte gevolg mogelyk in ftaad zyn, om 'er hit af te leiden dat den Heer Vreede dit mogelyk gedagt, — maar hooit dat hy het gezegt heeft, — hoe veel minder komt die redeneering nu tc pas, — daar den Heer Vreede cn den Heer E. L. I. byde overreed zyn dat die denkwyze Jk een verandering omtrend- Je rgoide zaak der Vryheid en des Vaderlands, in de denkwyze van veele- Regenten m deftige ingezetenen waaren 1 voorgevallen, welke dis iverige mannen met rede bekommerd} maakte en ; aan den gelukkigen uitfiag van voor■ zigtige fooginge tot htrficl van het ver' vallem deed 'wanhopen: — nu vraag ik of een mensch die riet bloost alj hem word aan getoond dat dit zyn  iandefwyze is, de aiinftè na jpra- k kan m ken 2ei;;g<; «n b fibeide bandelwyze+ welke., ondejr. b< fehaafde lieden eebruikch^ a m,en'ttïan een weinig van H I de fchnk bekome erkend zyn verlies raakt 1 aan't k-wynen cn derft. _ tonder zyn gej roofde goed wederom gekregen te hebben , » r en laat zyn ra'ryk Kroost in armoede en elkander tê vinden , _ '(lat adres hu doof dié dertoohen gepr'efenteéïtvo'rd door VóTksrc^refeiitanten be~ Oordeelt, — eh zoude het v.trzogte fchaade in plaaèVs van voordeel, aan tand of Stad toebrengen, — dan zyn Volks reprecentanten «ok volmaakt bev-oe^t en ge wettigt, om zuiks *aü de RWJucfteerders bekend te maken,— frhoon na d'e ftem des Voïks in een request aan de reprecefitanten kan worden voorgedragen, z6o kif) men evenwel zonder dc f'o.,i}e ongeiymïheidailc adres'fen geen Vuikem noéiii3n, — maar als die •zot'wcdcrom' gelukt, — en men die t-vee zaaken als act rrlfde doét Vöörk jomen, — dan heeft men 'wederom gelegenheid oin veelte zeggeto tuiten het ftuk dat eiger.tly'k in Vericliil is, ) A i 4.. ïïaar feg my eens Piet wat zou wel het Oogmerk, zyn Van 'dien Héél- È. L. ï. — als hv toch ook VadcrkndVévend denkt, — »m .*'ér in dit geval zo-, tégen te werie i, — ;ils Ö «y dat \ u-te-yk gezegt hebbe moet -ik nuir Ws, ik dcrifce dat hei al verbazend-Uat Begint te 'woiii-en ; PIET. Ta Jaap, wat zal ik uw daar veel van «tggen^ om over iemands oogmerken en bed'Clinge te ooideelen is een vry Inoejelyk ftuk , 'er -word meest al, wat anders Voo-gewenü als dat geen dat 'er waarh"k b'edóelt word , — cn zoo kan het bv dien Heer ook zyn, — anders wénd zyn Ed. voor. y$- zyn oogmerk is het behoud der goede ?aak , *- cn om te bc'eöen datzy welke met. ▼adertand'fc'he denkbeelden belieft zyn niet kleinmoedig zonde worden, — dit ooomerk is zfeketlyk goeri en pryslyk, of 'er nu aan die oogmerken in de uitvoering beantwoord worden, — p&rt^éeii ander ftuk, — en dat 'valt meer indienNcring van zaakesv over welke men ma meer grond van aeterheid kan «rordee'en, — cn daar op, maakik geen de minfte zwarigheid, om rond uit te zeggen, dat dat gaeJe oogmerk maar in 't geheel met bereikt is, by die leeden welke aangefprooken worden, — maar den fchi-yveihoud voor een man die door ariftjcratiCé grond beginzelen , de Vryheid der wgezete- I Jien'tragt'teondermyncn of zoodanig aan bar.- ' den te !«gg«n, -.dat»«- rdet v*«f meêr tT< de bloote haam van Vryheid overbleef, — wat hier Van moge ai 6 ƒ niet waar zyri , *"s.,*?" e" hianier Van handelen openbaar* vry düidèly*, - dat men grond Voet waas Voor meii niet openlyk durft, of wil tiitkoomen, -maar evenwel bet Volk'dén moe* ragt te béneefflen om hunné beïaneens aam numie vertegenwoordigersbekend' te maaken,* het ïswaar men wend Voor, dat men m zompige gevallen daar niet tegen Is, — maai ak. * 0 jk maar een voorwendzel, — en het j tegenwoordigen tyd flerker doo» té dryvert was zyn, Md. zaak niet, — het wat ver genoeg gebrast, alt men maar de gron<| geiegt had, — om dat werk altoos te belet*; ïr?* toèttoar te zeggen,'erword in dat Request om dingen gevraagd, waar van de* bufger geen volleedige kennis heeft zoo alal men hier handelt, - zónder dat men lust génad heeft om dat met 'er daat te bewy zen en aan te toonen, dat hier even weid* zaak was die gefchied moeste zyn, - raea fluit de burger voorregtén in veel te nauwer kung^ — en laat 'er veel te'weinig inwoo» peis de aangename vrugten yan gemeten,-» toen men het adres tegen werkte terwyl het ter tekening lag, - was het, het zal 'et met mede lukken en daarom myn Heer g* moet met tekenen, - want'er tekenen geeW i \ «".taaien, — wie nm me rat-, zoenelykc heden waaren, — ik vroeg aan ee» man van oordeel, of hy ook daat dat heft met -dak adres niet JuUen zou, - dat kaO. Te Leyden by C. F. KOENIG, en verder alom; daer dezelve aBc zcturd&fen, voor vier Duiten, toet een tfonuaw vervolgd worden, den te leggen, - dat 'er niet V*«J meêriii de bloote haam van VrVheid ovêrbleef, — wat hier Van moge al o ƒ niet waar zyri, *"s.,*?" e" hianier Van handelen openbaar* vry düidèly», - dat mên «rond voet waas voor nieii met openlyk durft, of wil uitkoomen, - maaf evenwel bet Volk'dén moe* t agt te beneemen om hunné beïaneens aai» hunnevertegenwoordigerabeliend te maaken,-' het ïs waar men wend Voor, dat men m zommigegevallen daar niet tegen Is, — maai ak. * 0 jk maar feen voorwendzel, — en het j tegenwoordigen tyd flerker doo» te dryven was zyn Ed. zaak niet, — het wa« Vér genoeg gebragt, alt men maar de grond geiegt had, — om dat werk altoos te belet*; ïr?* toèttoar te zeggen,'erword in dat Request om dingen gevraagd, waar van dei* burger geen volleedige kennis heeft zoo aU men hier handelt, - zónder dat men lust génad heeft om dat met 'er daat te bewyzen en aan te toonen, dat hier even weid* zaak was die gefchied moeste zyn, - raea fluit de burger voorregtén in veel te nauwea kung^ — en laat 'er veel te'weinig inwoo* peis de aangyiiame vrugten yan genieten,-» toen men het adres tegen werkte terwyl hel ter tekening lag, - was het, het zal met mede lukken en daarom myn Heer ejr Biret met tekenen, - want 'er tekenen geea fat.z-_enel.yke heden, zander dat menhetW nadde om tc bepaalen, — w!e dan die fat-; . zoenelykc heden waaren, — ik vroeg aan eelt ^an opdeel, of hy ook daat dat heft met -dak adres niet lukken zou, - dat katt wel Zyn was het antwoord — wand men vind er met veel. Haamen op van vergulde zotten,, noorjaapj jk wenste n«g weleeus te weeten, | wat Èji wJe in waarheid een fateoenlyk man i >*, --: Inernoemtmen het nu hetmoetenmaai, | weinige «otaMe ■«■« kumiige HeJe», welker dertekenm'daar Sm neuigt kun Inzetten* 31 om van al die verkeerde veronde.ftUIÏngca. voor altoos te UteRiiuen, - geef ik maar. alleen m 'hedenkMjr, — <,f een goede zaakl kwaad word, als hy van een gering perzooai word F-wgcfteid , — cn of een kwade zaakl goed werd, a!s hy van een zogenaamd fat-, zocnlyk, of norabel man pedreven word, — ik geloof met, dat me.n onhefchaamd genMfi is, om dat te durven fiaande houden, — ëni zoo lang nien dat niet kan of durft doen, £\ is dit wederom een Helling die nieds afdoet *& wat duBkt uw nu J.tai je van dat Cabinet ftuk! zoo als ik het m onze 2de bveenkomst noemde, — blykt nu niet klaar dat dien Scliryvef Aei v*fta°6ca beat, om door valfche voor «nderftellingen zyne lezers te misleiden, -- zooi aa ik uw toen reeds gezegt hebbe, — iktwi, nw net langer ophouden ik wens nw wel thsia en wel te rusten. ' JAAP. Nagt Piet, ik dank uw voor ow* Vriend» fchap, ,gj-oet uw Vrouw en rust wel.  POL I T I E K E SNAPPER. Zaturdag den 23. Juïy 1785. (Dïr dubbeldKommer wordt voor den gezvooncn prys van 4 duiten tütgcgeven.} DJ A A P. ag Piet! wel man nu kom ik uw ook wat nieuws brengen, daar .denk ik uw mee Je voortokomen dat Stuk zult gy, zoo ik denk nog niet geleezen hebben ? — ha , zoo , nu zie ik, dat ik uw ook wel iets kan brengen, dat gy nog niet hebt, nu zie ik, dat ik uw ook; nieuwsgierig kan maaken. PIET. Ja Jaap! ik heb altoos geloofd, dat .gy vergenoegen hadt, als gy. myn plaizier kund doen, en hier in word ïk nu bevestigd, dat ik verlang om te weeten wat het is,,wil ik nietj ontkennen, zeg my toch wat is het voor een Stuk. I A A P. Het is een verdeediging van de aanfpraak van E. L. I. tegen de ;:an-; 'fpraakvan den Meer Pieter Vreede ! die man die het my gebragt heeft, heeft my gezegt dat het een, fehoon Stuk in zyn foort is, ' . P 1 ET. Wél Jaap! nu hebt gy my verbruid weg gehadt,'— hebt gy anders jÉe£ ~" wel Vriend dat heb ik al fgcleezen, — en ik geloof niet, (t;n minften het komt my zoo niet voor) dat men het een fchoon Stuk noemen kan, — ik denk 'er zoo over, dat het my ten uiterften fmert, —dat een man van zoo veel doorzigt, kundigheit en oordeel, — die zegt, en dat «ik ook zeer wel gelooven wil, — dat hy de goede zaak is toegedaan, — in zoo een verkeert denkbeelt is omtrent het regt, kunde cn de bevoegdheit van een Burger, -— en zoo dat denkbeelt by 'hem uit geen ftrafwaardige bron van hoogmoed gebooren wort, — en in alles door dien Heer ter goedertrouw gehandeld is, dan leverd dit ons wederom een bewys op, hoe ongelukkig wy kunnen vervoerd worden ter verpngelyking van onze naaiten, — en' óns zelfs in den hoogften graat fchuldig maaken, aan dat 'eige kwaad,' dat wy een ander te lasten leggen, — cn dit meene ik dat uit dit Stuk; ten allerklaarften kan bèweezen worden! '' ! J A A P. Wel Piet, wel , man, heb ik uw* beet gehad} gy verwondert my  Rn tioogftcn, ik heb liet Stuk óbk geleezen, en ik dagt ook by my zeiv:n dat is een heele kaarel die (laat de fpeyker eens mooitjes op zyr kop, — en denkt gy d;:ar nu zoc geheel anders over, — dat komt my vreemd voor, — kom Piet! gy hcHl my al zo dikwils onderrigt.'toond het my nu eens by de Stukken uii dat gefchrift aan , — gy zegt toch ciat gy dat doen kunt! — PIET. Jaapje, het ftuk is tegen den Heei Vreede, perzoneel ingerigt, — en ik geloof dat gy dat werk dien Heer wel zult ran vertrouwen, — ik voor my twyffei geen ogenblik, als dien Heer goedvinl, om 'er op te antwoorden, — zut gy volma-kt reden hebben om te zeggen d;.t d2 Spcyker op zyn kop gefiagen is, — fen laten wy nu zoo lang wagten. J A A P. Indien gy niet. anders wilt Piet, «fan is het wat anders, — maar dien Heer zsil dat dan zoo veel hoóger doen, — als wy 'er zoo wat flegt en regt over heen gepraat hebben, dan k;.n i'< dat, als het komt beter tegrypen, — hoor Piet ik verzoek het uw vrindclyk; PIET. Ik zal uw uit dat ftuk zoo heteen en ander doen opmerken, zonder dat ik gehouden wil zyn, — alles te beredeneeren , — of dat ik tegen uw alles wil wederleggen, dat hoop ik, dat doof den beledigden Heer Vreede geÉchieden, zal, — en dat zoude ons *>ok veels te lang ophouden. JAAP. Nu dat is zeer wel, hoe meer gy 'er my van zegt, hoe liever het my ■weezen zal, — als ik denk, d:tgy liet mis hebt zal ik 'er uw in tegen Ipreeken, P I £ T. $v Jaap. het is tfel, r» let dan éetts op het VOorberigt, — daar brengt men een derde perzoon in dij men door ee» beëedjgde atteftatie, fcheint te doên bewyzen dat den Heer Vreede den Heer E. L. I. verdenkt, en tegen de waarheid'aan befchuldigti — en dan kan men , uit dit piegtig ftaal, van donder andere : oordeelen, — dan een woord tot wegneming van de vermoedens, welke men tegen my kon opvatten, ah of ik laag genoeg geweest waare, om de Schreyvcrs der Leidfche Courant te verzoeken dat zy bet tweede antwoord van dien Heer niet zoude plaatjen, — by het leezen van die periode , dagt ik, is my dat zoo geheel ontichooten heeft den Heer Vrïïede da.t van iejs. gerept, — nnrr neen men vind daar nieds van, ik las die periode nog eens, en verwonderde my over de listige manier van het voorftel, — het is geen directe befclmldiging, en evenwel word een vlugtig leezer, (zoo als 'er toch meest met zulke ftukken gehandelt word> in een denkbeeld gebragt als óf den Heer Vreede zyn Ed. daar meede befchuldigt heeft, — en als men dan zig zelfs een Mannetje op de muur gefchildcrt heeft, dan gaat men d;;ar tegen met een declaratie, onder verband van eeden vegten, — nu vraag ik uw, is dat edelmoedig, is dat openhartig handelen, — is dat nu in zyn fchryven den 'braven bu -ger Man voor te ligten en hem kennis van zaaken te doen krygen, — daar men van oordeel is dat die menfehen te onkundig zyn, om een adres te teekenen, — dit in de ; Her eerbiedi»-fte termen den Souverain verzoekt om wegneming van zulke bezwaaren; die de Staaten van andere provintien opentlyk zeggen dat 'er plaadst. hebben, — of is zulk Schryven al« leen gefchikt voo\ hun, welke in zoortgetyke zetten Volleerd, —  Ziïtkc manieren ook gebruiken, —1 die twee gezegdens, eerst de befchuldiging van den Heer Vreede, — en dan bet geen zyn Ed. zegt, tot meerder gerrak van den braven burger man, op v.iens achting ik grooten frys flelïc zal ik de zaaken tusfehen .de Heer Vreede en my in verfebil tot eenigen hoofd/lukken brengen, en ieder in 't bizonder behandelen', noodzaken my, om vooral niet veel goeds van zoo een Schyver te wagten, —■ vant zoo 'er ooit iets ingewikkeld" en verdraaid is vcorgefteld bet is hier, — en ik geloof Jaap dat gy cok onder die geene behoord die rsn geen eene aanwyzing genoeg .lebben, let d;n nog eens hierop,— net voomei o.er DeicQuic:i heeft zeker geen kennis om veel geld te beihiuren, — die man word onverwagst meester van een grooten fchat, — wat gebeurt 'er nu, een min v.-.n oordeel als de Heer E. L. I. komt by dien armen man die nu ryk geworden is, — en zegt tegen hem met een groote deftigheid, — om dat gy tot heedeh arm geweest zyt cn geen kennis hebt hoe het geld moet belegt cn befmurt morden, «-» zoo hebt gy geen het minte regt om dat geld te houden, _ ïfc f8» het voor my neemen en het gebruiken^ en indien gy ooit in de gedagte krygt om te klaagen dat ik uw onregt gedaan hebt, „ 'Boo zal ik- uw zoo ten tqmï, ftellej»ydat gy van alle die even eens als'ik dc'nlte voar het onrêdetykftë SchepzeT zult gehotlden worden, den armen man verfchrikt -en verlegen, —— weet jn die eerfte öogenblikkeni 'fiiet wat te, zeggen , zwy'gt geheel ftil, _ den ander, biyft'niet in gebreeken om' van die gelegenheid gebnMfcte maaken, — pakt de boel by malkander en gaat weg _ den arfnerrEan een weinig van de fchrik bekome erkend eyn verlies , raakt aan't kwynen en derft, ^zonder zyn geroof.ie goed wederom gekregen te hebben , — en laat zyn ta'ryk Kroost in armoede en gebrek na hem op deze wac eld overblyven,— cn daar zy ryk hadden kunnen zyn, _ moeten zig nu vergenoegen om by elk die hem gebruiken wil voor Haaf te dienen , _ de privilegiën en voorregtenvan een volk zyn hunne rykdommen,_ hebt gy het begrepenVriend. &i JAAP. ' Ik vat het Piet! gy hebt'gelyk hetiswaaragtig zoo als gy zegt, _ zyn 'er nog meer zulke Haaien in ? PIET. Man het krielt, de fcheering en de ïnflag isaltemaal van hetzelfde alloii, _ men is onbefchaamt genoeg om het tekenen van een Request, „ en de ftemgeving in een Democratifche vergadering voor een en het zelfde te doen voorkomen, _. en als men 'dan zaaken van zo een verichillenden aart by elkander gevoegt heeft, als een en het zelve. _ dan kan men met auteuren van naam enVader- • landliefde sanhaalen, — en dan zal men die'' veel dingen quale tot zyn oogmerk hooren zeggen, „ maar het is niet waar men bedriegt zyn leezers, _ men gebruikt de lompfte onwaarheden om hun te misleiden , — het kan waar zyn, datimand onbevoegt onbekwaam is, om in een Volksvergadering te Hemmen en volgt daar nu uit dat die man onbekwaam is,—om aan Volksrepresentanten iets te verzoeken , of word er door die Auteurs daar van gefprooken,. -- men moet nu bewy^cn dat wit wit is , — en men ontleend zvn 'be-' wy.; om dat zwart zwa'-t is, een koftelvke redeneertrant, ~ evenwel men verk:est "dat zoo, — a's men dan den leezervan de ware llaats des verfchils meent te hebben afgebragt, — fpringt men in eenen fprong tot het adres te rug , — en doet zyn best om te bewyzen dat de zaaken om welke verzogt word niet volledig genoeg by de verzoekers bekend zyn, — en onder anderen brengt men hier yan ten bewyze by, -- bet jiooken van Oproer onder de Smalte gemeente , indien men om »t> zyn eagts te handelen, hier niet by overyling gefchreeven heeft, dan kan het onmo- \ gelyk ooit gefehicden, wel myn Heer a's er I oproer onder de Smk'le gemeente geftooks j  V*rt, m wien ia het die hier Vin wel dezèkerfli kennis heeft, - of den zogenaamdon. fatzoenlyken man , - of de leden va'i de Smalle gemeente , — ongetwyffeld de laasten , die in zoo een geval in peribon-worden aangezogt,'— en de eerfte het alleen by rapsrtenweetcn ,diewaarlyk feiien kunnen , — ;« dp-finalle penrfcente het beste, — zoo ik niet zegge aUoenbevoegt, om by Request ! verueceniig ic .n»™^.!», ,7 men ook gevoeld te hebben , en daarom geelt men.-toe dat al v.-as het dat alles waar was volgens de kennis, diè particulieren er vanhebben', -- dan mag het nog niet gefchieden', — er.Jaap het bewys dat menhiertoe bybrengt, is volmaakt zoo kragtig, als of het een uitft-raak van Apollo .was-, — men vraagt tot driemaal, zouw dit zouw dat &c. niet.wo^/yi zyn, — en dfe drie mogelykheeden , i —. die zelfs tot hondert vermenigvuldigt geen eene dadelyk- lieidy.daar (lellen, — moeten nier voor ocwyzen pasfeeren, hewyzen waar op men een vraag durft voorftellan als of men zyn party geheel overwonnen had, — ik antwoorde alleen, om van de mogelykheid, tot het d^delyk beftaan te befluiten volgt maar in 't geheel niet, — endaarom doet het met al die mogelykheden nieds uit, — . de kragteloosheid van al dat zeggen , fcheind men gevoelt te .hebben , — en daarom gezegt ik weet wel men kan zeggen bet is maar een Request \ ten verzoek, — en daarom bet fiond der overheid vry, aan het zelve al of niet te voldoen, — tegen dit zeggen word volftrekt niets geantwoord dit zeggen blyft in zyn volle kragt, — ik moet 'er my niet nader over uiüaaten om dat ik warm worde, over een ftekende uitdrukking die hier gevonden word, -- en die inftemt met. zportgelyke die men tot zyn fchande eenige maande te voeren meer pertoneel gebruikt omtrent aller braaffte mannen, — maar genoeg hier van, — het is |ny tot groot vergenoegen dat den Heer K. L. T. kier zelf moet toeftaan — het groot onder fcheid, in een requeit, en ftemming in een Volksvergadering — of kunnen de ftemmen in «en Vergadering na de vrye keuze van fommige »1 of niec gerekend worden , — ik denk van ïieen, elke ftem, het is het zelfde van wie hy ty, doet evenveel af, — en moet gelden of geboord worden , — maar het verzogte in een Request kan al of niet worden toegedaan , — ergo er is een hemelbraed onderfcheid tuefehen het recht om in een Volksvergadering te ftemmen, — en de bevoegdheid om by Requeet by de volksreprefentanten iets te verroeken. — gy begrypt wel Jaap , waarom de Heer K. L. I. die dingen onder elkander verwart , — het is niet» anders als de armoede van zyn zaak, en als men dan iets voorfteld dtar men niet over difputeerd, — dan kan men den onopmerkzamen leaer nog zo» wat in de hand floppen. — Maar ik zal het als buiten propoost zynde in vervolg aanmerken lU effctt'« oitt $9& «venwel moetik uw nog doen opmerk*?, hoê *ng*Iukk'g mén zigzelyen tcgem> eekt al« men voorgenomen heeft om-ietstejen te werken waarvoormen niet openlyk duift uitkomen, — eerst heeft men tragten te beweeren men -was onk-cvoegt om fooitcelyke Requesten te tekenen, — cn waaiom — om dat men geen genoegzarre kund gheid heeft van Staafszaaken , — men lepte g:en wooid — of er al of niet fenoeg perfdnen getekend hadden , — maar ziet nu went men het wederom over een anderen boeg, nu is het, _ Maar laat ons de zaak eens anJns inzien , en ftellen dat in plaett van 572 tekenaart, er eens vyf duizend geweest waren, en men dus met meer waarheid, en ooi met meerder nadruk dat Request voor een Volks-Stem had kunnen houden, zouw dan de Regeering even vry gebleven zyn in haar'e deliberatien &é. Hier is nu een redenering zoo ver uraaic, envoiDearog ais men net o»it ergens vinden kan, _ en gaat zulk manier van redeneeren door, — en kan dat op te diifen, beftaan met hetcaraftervaneen eerlyk man,— dan ftaat alles op fchroeven, dan zyn alle privilegiën en burgervryheden niets waard, _ want tot flot van zaaken, een Helling in te voeren en tragten te beweeren, (fchoon men het niet opentlyk durft beweeren,) waar door het vast ftaat, dat het in alle gevalle» voor een Burger onwettig is , — om aan hunne reprefentanten verzoeken te doen over publique of regeeringszaake-. — Maar ik hebbe gezegt dat men zig zelfs tegen fprak, — en zo ooit dan word het hier in gedaan, — men heeft' eerst beweert dat die 572 tekenaavs van dat adres onbevoegt waave , — nu gaat men in de tweede plaats ftellen a's 'er eens sooo waaren , — dan kon men met meer waarheid en met meer nadruk dit Request voor een Volksftem houden, — myn goede Heer E. L. I. is dat nu niet kinderatig en om dat het eenvoudige jnenfehen verleid allerfegts geredeneert, — 572 ongequalificeerde tot 50CO vermenigvuldigt, kan dat een gequalificeert geheel uitmaaken, _ is dan het geheel niet meer gelyk aan alle zyne deelen , — het bedrog in dit raifonnement blykt al ver der, dat men de verzoeken by Request door Burgers gedaan , — voor de Volkftem wil doen doorgaan, en daar mede geljk ftellen;— mag ik uw Myn Heer in goeden ernst vragen, — is er in die twee zaaken geen onderfcheid , of Kunnen add esfen by Volksreprefentanten niets uitwerken, — of men moet het als een Volksftem aanmerken , — was het dan evenwel niet maar een Volksftemmerje, — injuny 1784 door nog geen veertig perfoonen getekend, — en datevenwel om geen beuzelagtige zaaken vroeg, — ik zal de vryheid neemen om onbewimpeld hier over myn gedagten voorteftellen, — Ik begryp dat elk Burger, het zy dat er zig veel of weinig met elkander vereenigen , volkomen vryheid heeft, om alles wat men naar zyn inzien, tot behoudenis of , Teiirtterjpg Via L« Yiasrlirid, «f de St-té-  aeeft nuttig te zyn, _ verpligt is door ê «.equestin gepaste tefmen aan de Voüsv< tegenwo'ordigersmoetvoordragen , _ na noe ijt Burgers, daar door verftaa ik zoo wel me fchen die geen geld hebben, en van hun t fan-en Ieeven moetenals zy maarwelme pend zyn omtrent het Vaderland , _ en.e Tedelyk verftand hebben , men maakt ande het we-k verbazend moeijelyk, geloof r myn Heer,. geld en verftand , is er veel mi der in de Waereld, „ dan men zoo in d> eerften opflag wel denkt, en dan. is hetn Terbaazend raar, _ om geld en veriland ■ ?en endenzelven perfooa bv elkander tevr den. _ dat-adres nu door die derfoonen gi prefentewt word door Volksreprefentanten b oordeelt-, _ en zoude hét verzogte fchzac »n p.aaas van voordeel, aan Land of Stad to, Drengen, — dan zyn Volks re precentsntt *ring van zaaken ZJa 7 «en met meer grond vair.zeker. 1 kan oordeelen, - en-daar op, maakik pen de mmfte zwartheid, om rónd hit te 28??. dat dat- 8»eie oogmerk maa n't geheel niet bereikt is, by die leeden Welke aangefprooken worden, --maarden fchTyver houd voor een man die - door -ariftic'arife grond begmzelen , de Vryheid 'der iwZ«e «en tragt te ondermynen of zoodanig aln b^nl b » vu i vier muiten, met cea Nonuner vervolgd worden, ■nT'ff ' " '":f,f«* meer**. ," öe b"?°te "aam van Vryheid overhhtel--~J r- wat-h.er van rauge ai * t^t't""^ wen^l het Volk rfenrnoS h,f?l^b.eneemen °m ht""ie belangcnTaaa K fluk'W ?3ar "n voorwei?dzer/- «nte e mest r m h 3r te ZC^en' 'er war<* in dat Re■ Zrtl Z mgC,:1 ««vi-Mgd, waar van -den n mef hferX^f ^ kenni$ Ileeft ^ •£ s «had Wfr e!> * zöl,der dat meu;lust In !l "ln dat mee 'er daat te'bewv- iinft ri» i Se,t™ed moeste ,i¥n,.Wji»9 i niet mede llkk*3, '."^ het' .uc ïoKKeu-cn 'daai-oTn mvn Héei- *w hoor Jaap! & wenste nog wel ^ns " weBten wat en wie in ^tód?e^SttSK«Mf^ ttfad word^'^lf' ~ &* «"SeS i», om dat te duiven-ftaande--houden ->« f,ÜH-' ^Lmendar niet'ka" ^^rft do'cn S wat dnn\r n0"1 die n''eds - ' de iNv^Ct"B C-n?e-2de bVecnkom,st-nde«: het v'crm „ r^'et Maar dat dien Sehrvver nn-lr -^ir Ë " 'dow vaifche voor •as ik ow toen regds gezegt btbbe, -' ik zal :"nweVteSh0Baln^^nSOW^^ ... -J A-A-P. NagtPjet, ife dank ,rw voor awe-Vrieir?. ftbap, groet uw Viouw e» rust wel. Yt,enC"  POLITIEKE S N AP P E R. Zaturdag den 30. July 1785. - ; N°. 16. DJ AA P. ag Piet! wel-man dat is in de voorleeden week een ichoone vertooning geweest, ik dagt uw ook in de Vierfchaar'te zien, macr ik heb uw'ernietgezien.zytgy 'er niet geweekt? P I E T. ]s Vrind ik heb in de Vierfchaar geweest , doch ik heb 'er uw ook niet in gezien maar dat is niet te verwon- , deren, om dat 'er zoo veel mcnfchen in waren, — maar wat zeg gy yan dat werk.. JAAP. - Wel Piet wat kan ik 'er van .zeggen , — ik ben in zulk zoort van plcgtige afbetalingen niet goed, — wand dan word by myn de rekening hooger of minder, na dat het gedrag of; de houding is, van hun welke betaa-1 len moeten, — nu kan je wel begrypen Piet, dat ik dien brutaalen falfans n®g wel wat gegund hebbe, — maar met dat al was ik wel te vreeden, dat het werk zoo verre gevordert, en hy ten minften dat hap.:e gekreegen heeft, — maar dat my verbruid kwaad, op dien verrader deet zyn, is, dat hy nieds fcheen bekend tc hebben, yan anderen die in die ftuk hem aangezet, of raad gegeeven, of geld beloofd ofte gegeeven hebben,— dat hy op de een ofte andere wyze geld moet'gekregen hebben, komt my vry zeeker. voor, — hoe komt hy in ftaat om het opgefchoote geld. zoo aanftonds aan zyn Heer te rug te betaalén, waar van kan hy aan de meid belooven dat hy haar geld zoude geeven, als zy 'er om verleegen was, — en zyn Vrouw moet ook de weg weeten om zoo deftig te beftaan, dat vry ruimer fchèint, nu zy haar mans winfte mist, als toen zy de zelve oiitviag, — ik heb altoos gedagt en worde 'er hoe langer hoe meer in bevestigt, dat dat werk een Moertje heeft, waar van niet gemakkelyk het laaste draadje zal gevonden worden,— en dat my'hct meest verwondert is, 's morgens toen dejuftitie gedaan wierd, was elk vergenoegt over de zagte behandeling die de meid onderging, — maar vervolgens, word die zelfde meid, vry algemeen geoordeelt ook een allerlistigfte deugniet te zyn, die nog wel wat meerder had -moogen hebben. PIET. Ja Jaap jy'.hefct gelyk, zoo het my t voorkomt denkt gy "zeer wel ov^r  dit Stuk , en Sc voor my derf ook, dat het meer dan waarfchyne lyk is, dat 'er ncsg_anderen in ditStui mede gewerkt en door geld en be loften dit werk aangezet, en alle verradeilykfte oog-merken gehadt heb beH'SI en lladt*4e Juftitie het gelul &ebad;,&m daar rêjgt agter re koo men, ik denke dat men dan noj wonderlyker opgezien zoude heb ben, — maar hetmaakte een verbaas de verandering, toen dat werkmis van boosheid uit de Vierfchaar ging" met een houding zoo tros als of hem niets deerde, — en zyn zwarte inaane gevlogten of hy een bruid m bet trouwen moest reyden, — o: Geertruy de Suigfter in triumph naei huis moeste geleiden, — maar zie) een korten tyd daar na verfchehit hv op het Straftooneel, met een kop die van het fieraad beroofd was, — zoo dat men nu onbelemmert in de trekken van zyn verraders gezift, ai zyne helfche bedoelingen en fchelmiche oogmerken leezen kondc, — toen dagte ik, dank zy de goede voorzienigheid, dat dien booswigt ten minften voor een geruimen tyd belet worde om zyn mede mensch en natuur genoot, met zyn heJs gif te bederven. J A A V. Zeg eens Piet is de Scherpregter ook een Patriot, — ik heb hooren zeggen dat de flaagen van den beï-ugten Trago veel bceter raak geweest zyn, — en dat dat komt, om dat dien Scherpregter een Patriot is, — zoude dat waar zyn dat 'er dat wat aan doen zoude, dan badde * vil gewenst dat dceze beul ook een Patriot geweest waare, PIET. Och jaap gelooft dat niet, — wiedenkt gy dan dat de ftraf. bepaalt omtrend 8e misdadigers, — fcaa dat het weit van defl Seherpregcer zyn, — . : of is dat het Werk Van de Heeren Van' • hetgerigte, die de ftraf bepaald heb' ■ Dende » dezelve.aanzieu en den £cher- - regter gelasten als hy moet óphou: den,— gy zvk wel gezien hebben • dat de map omkeek of hy voort ï moest werken, dan of hy zyn sreld - verdient hadde , — hoor jkpx ; den Scherpregter heeft nieds meer ais ■ de .wtyoerer.de magt, van dat vonnis ■ J dat door Heeren Scheepenen geflagen : is, — voort reken ik het rav niet tot , ichsrnden, om openlyk te bekennen dat ik-zoo familiaar niet ben, met een Scherpregter om met zekerheid tezeg. gen of hy een patriot-is, ofte. nietJ maar my dunkt dat gy nog geheel onkundig zyt, van het vcrLchrikkejylijri einde dat die berugte Geertrui de Sui«v fter gehad heeft, en dat ons wede»o.rrt leert het groot verderf waar in zig de werkers der ongeregtigheid ftorten, als zy God verlaaten en tot de werken der duifternis hunnen toeviu°t neemen. JAAP. Wat meent gy dan Piet, gy. maakt my brandende nieuwsgierig om te weeten hoe het hier mede zit —» PIET. Gifccren zynde zondag den dezer heeft dat werktuig van boosheid de wroegmge van haar ontwaakt geweeten niet langer kunne verdraagen, — en daar zy in haar God-onteerend gedrag judas simon iskari o th heeft nagewandelt,totdat zelfde einde dat hy verkoos, oek den toe-vlugt genoom en, —- zy heeft zig zeiven opgehangen en is in den Ikik dei~ ongeregtigheid geftorvem JAAP. Wel Piet ik ben 'er waarlyk van aangedaan, het is toch een menfeh, zoo in zyne boosheid te fterven p onder het toevlugt neemen tot den duivel, en zyn leven te eindigen door het pteegen van een niisdaat, d« -is  aller verfchrikkelykst, — dirkan d< ooge openen van eenvoirwdige.men fchen,die doArhaaren zoo'tgelyke*e; boeften misleid worden, -;-hiertöe hoope ik dat dit geval mag mede werken P I ET. Het is te wenfehen dat het hièj toe diene raooge, •— maar ik geloo dat het voor de Jufiitie in het uitoeffènen van de'.geregtigheid. vaja.öneyndig- meeder nut zoude geweest hebben',"--- daar zy nu. aan het klappen tysêrföt 'zy. nog wtt g-cleeft ^aadfi dan zpuwde 'er mogelyk nog" veéi van die .heim'elyke öproériiookersondekt en den. welverdienden loon ontvangen hebben, — gy weet immers, dat zy eeirComplice'van K-aat Mosfei was, -r- Ó! wat is. het toch'meest ai; fchuim ,/van Volk, dat zig opwerpt oflaat-omkoopen om de Oranje parthye te fteivenendoor tè zetten, hier. hebben wy 'er opnieuw wederom een ftaal van. JAAP. Maar eens van wat anders gefproken Piet, het komt my voor dat de zaaken in Utrecht merkelyk ten voordeele van de goede zaak verandert zyn, nu denk ik dat alles wel • fchikken zal; den 2 Augustus kan nu voor Ondaatje en het volk wien hy reprecéntcerde van geen ohaahgecaame gevolgen zyn, én het komt my voor dat dit moet worden toegekead, aan het voordelige berigt dat dooï Utrechts Hoofd'-Schout aan de Staaten dier Provintie gegeven is, die man fcheint- zig door zekere informatien in ftaat geftelt te hebben, om na waarheid te berigten, — zeg my eens Piet is dat nu een andere Hoofd-Schout als die, welke dat Re-' quest inleverde om Onbaatje gevange te neemen, wat is 'er toch een onderfcheit in den eenen mensch by den ander, — want dit is immers omtrent, dezelve zaak* r ■ piet. ■; Het kan wa-T zyn Jaap! dat det ■; zaaken m Utrechttengöede verander zyn,— maar ik betuig dat ik 'er niet varrTpverreetrkan worden, d. t j het. zoo is, mogelyk ben ik wit zwakhoofdig 'omtrent dit Stuk, eh daarom zal ik myn gedagten daar v?n nog eenigen tyd voor'mv hou^P-> -7 M is ecn Söife dat bv geen heihebber van het Vaderlant k'n wSfoorgen/zyra, namentlyk, — dat <% m oris Laht'by vecle gevonden wort, een geest van Ariftocratifche overheerhng, en 'hoe fterker dat dezelve werkt, hoe eerder ons Land tot het uiterfte verderf zal gebragt izyn, — of waar aan moet ik anders ;toefchryven , die Publicatie door de iStaaten van Utrecht nu laast afgekondigt, — kan dat beikan met de vooriregten van een vry volk, — dan betuige ik dat ik tot heden geen denk•beelde van Vryheit gehat kebbe, maar dezelve op nieuw zal moeten aanlceren, — en dat my het bekom.merlykfte omtrent dit Stuk doet denken, is, — dat men zelfs geen genoegzaame voorzorge fcheint te gebruiken tot ayn eigener behoudenis, — maar het koste wat het wil.de zyn heerschzugt onbepaak voort ite zetten, niet tegenitaande de andere" parthye maaralleen naar gelegenheit wagt, om een kans waartenee-men, en de' kluifters, onlosmakeivk om de halze der inwooners te wér-. pen, en voor altoos over hun c§ lieerfchen. JAAP. Ik verzoek uw Piet,' dat gy my dit wat dmdelyker zegt, — ik verftaa niet regt wat dat gy hieï by meent. PIET. Weet gy niet Jaapje, dat 'er be» halven de Patriottifehe inwooners, in ons Lsjit nog twederlcye jscjapirj  eyn, — de «ofênaamde Oranje Cabaal, — en dan een parthije Ariftocraten, — wat denkt gy, — is het 'met de Vryheid van Land en Volk niet voor altoos gedaan , zoo een van j)ie twee laastgenoemde parthjen, het naar hun tin krygc , en hec werk te booven koome , — het is my ten minden geen de minfte troost, -- als ik myne Vryheid ben ontro"oft en kwyt geworden, — of het door Stad fricmdeilyke overheerfching., — of ddor Ariftocratifche dwingelaridy gefchied i», — tegen die tweederieijen parteien dan, -- moeten alle waare Patriotten op hun hoede, zyn, _en pa! ftaan, om vin de zeiven niet Verfëhalkt te wórden, — de Oranje Cabaal, werkt tegenwoordig vrylistig, ~ want .bebjilven , 'dat 'er nu en dan door de heffe des', Volks zoo wat dan meer van ter.zyde, en dan wederom meer opentlvk getoont Wort dat hunne paVthye nog beftaat, en by hun de zelfde oogmerken gevonden worden , — zoo wort 'er zoo zagt gewerkt, — dat "er" byna niets van vernoomen Word, -- maar gelooft nooit, dat den iver verflaauwt is, -- wej dat in het geheel niet, — maar het werk is zedett eeniIjen tyd van een anderen kand begonnen,— toen men 'niet zekerheid'èntwaA'r wierd,'dat openbaar geweld en. Oproer; het einde niet fcereiken kon, — heeft men. gebruik beginen, te maaken van dien regel , ~ Verdeelt fn Heerst, — dat werk is iia zoo 'verre gelukt* dat men aHeen. na gelegenheid wagt, om zyn oogmeiken te beryierl, — en. geloof nry, zoo dat ooit gebeurt'^'en men zyne bedoelingen' verkreeken heeft, — dan' «al men-de kluifters wei zoo vast leggen, dat 'er geen ©ntkoomen vóór aloos. aan weezen zal ,\— en aan den anderen kant wort 'er door de Ariftocratiche partye zoo' Serie voort gewerkt, dat het klaar tlykt, dat zy denken het hoekje al tc boven te zyn, — cf ..oude dat ook bewys noodig hebben , — en behoefd men een gefleepe Sraatkundigeh tc zyn, de uitkomst Van dit ftuk te vooren te bepaalen,,— ikweet wel den Ariftocraat verbeeld zig, dat' men de Stadhoüdcrlyke Overheerting wars is, — cn daarom nooit tot denzelven zal den tocvlugt neemrn, — en aan den anderen kandis het Stadhouderlyke misbruik zoo verre bet-.ugeld, -- dat hy gcrustelyk zyne Arifto- cratie.,..herfenfchimmen kan in de waereld ftorten, — en zyne geliefkoosde bëgeertens den lósten teugel vieren , — :maar- heeft de bevinding Van voorige tjiden ons niet klaar geleerd,. — dat men zig met die rekening dèerlyk zal beiroogen vinden', — het is waar men fcheint het' bizorjder: gezet te hebbeu om' het volk een lydelyke en blinde gehcorzaamheit voor te Schryyen, — en de ftcm des volks voor altoos tot zwygen te brengen, — in het eerst geeft dat een ontzettende fchok ,' maar een weinig van de fchrik bekoómeni zynde , — 'en het volk zit» zyner éigerfcr waarde'üè binhe'-gebra'gt hebbende, brengt dat'uitwerkingen ynorrdie en.zettende ,zya ..om 'er aan . te, deijken, of he?fc dë bevindinge in Voorige tyden ons dat niet geleert, — zal het dé eerfte keer z'yn, ftaande onze Gemenebest.Regeeriang, -dat het volk dóoi'-Ariftocratifche ovciheerfinge gedrukt, hunne toéylugt geïioomen heeft, — tot Hulpmiddelen alzoo vréeêlyk a's de kv/aal zeiven ,— bëhoeft .men zig -iets anders , te binnen te -brengen, als:het gepasfeerde in.de SchancJ, Jiare 1747. .& '48] 'óm '.van' de waarhéit van dit gezegde overreet te worden, — daaii- het aan den anderen kant evenwel nu ook zeeker is; zoo 'er ooit een, tyt geweest ;s ,.— dat .hjet vojk. in 't algemeen zyne regte en vryheeden kenden, — en zyne verrligtirigi erkende , -zoo is het in den tegenwoordigen tyt, — dit doet my vertrouwen j dat zy tegen alle ove-heerfchinge van'wat kant dezelve ook koome moge , onverzettelyk zullen pal ftaan— en door alle gepaste middelen die door de natuur en door de wetten hun overgebleeven zyn , -- hun zeiven zullen verdedigen , — ja liever hunne laaste druppel bloet .voor de Vryheit opofferen , dan de ;elven overleeven zullen. JAAP. Ik bedank uw Piet voor uw onderligt ik hei>. gedagt 'over ronze nieuwe Scheepens bank met,uw, te piaatën., maar myn tyt i» 5ngevoe!ig weg , mogelyk doen wy dat wel yp een andere tyt; ik wensch uw nu eea joede nagt. PIET. Nagt Jaapje ! groet uw Vrouw , wel te luis, en rust wel. Tc Leydcn by C, F. K O ENIG, en verder alom, daar dezelve'- alle Zaturdagen, voor vier Duiten, met een Nommer vervolgd worden.' •By Bovengemelde Eoekverkooper C: Ft ICO ENIG tc Leyden, is thans gcortiKt: ynm ae israeve Jaurgery der y.aa Anijteldam; by het onijlag van M. j. C. Hespe, mjV zyn Gevangenis, op last van Hun EdrGr. Mag. de Hoeren Staat en van Hof/and en Wesivriesland op den Mcy i?^. door Mr. C. P. Chasteleiw, in groot Octavo a. 3. 'Stuivers, best Papier 4. Stuivers, en op Royaal Elasaw Papier 5. en'een hulfe Stuiver. :. J »;  0 E POL I T I E K E SNAPPER. Zaturdag den 6. Augmtm 1785, N°. 17. Dj A A P. . j ag Piet! ik- kom met vroeg en < eok niet heel vrolvk by uw, ik weet ; niet wat ik 'er van denken zal het < komt myvoor, dat'de zaakeri zoo .; verward en duilter 'er beginnen uitte gien,; dat ik .voor my niet langer weet wat het einde van al dit werk worden za5j — üc hoop dat ik van uw wat : opgebeurt, en hier en daar goede teiding van krygen, of ten minften" goeden raad krygen zal, hoe ik my gedragen moet? — PIET. Wel man my dunkt dat ik het aan uw ,zien kan dat gy niet regt vrolvk zyt, — dat de zaaken 'er verward üitzien is zeer zeeker, maar om 'er nu al zoo beangst en verlegen over te zyn, is volgens het denkbeeld dat f ik van een waar Patriot by my zeiven verme niet over een te brengen, —ik denk dat gy wederom door den een of de* ander zult beangst en verleegen gemaakt zyn, —hoor Jaap ris ik het uw voor de vuist moet zeg-! gen, gy last uw zeiven al te veel fungeren', dan door hoop en dan wederom door vrees, — en dat is volgens ' het begrip dat ik van de zaak voime hk «efchikfte middel om. zig zelycn mgelyk, en dan eindelyk de goede' aak des Vaderlands ende der Vryheid :en wezentlyk nadeel toetebrengen,— coo men als waare Vaderlanders han- ■ :1elen, en den wclgevestigden roem mzer'braave Voorvaderen, door onze verkeerde handelwyze niet bezwalken, en hetegte Karakter van de waare Batavieren nietonteeren wil,— dan zal het onze onvennydelyke pligt zyn, om zelfs in het groostc gcvar.r onverzettelyk pal te ftaan, en ons door niets wat dat het ook weze moge te laaten verfchrikken, veel minder dan bekommering te toonen en verleegen te zyn, — als de zaaken maar loopen volgens een Coers die zeer natuurlyk is, en welke van te vooren al vry, zeeker konde voorzien worden.-JAAP.Dat ik met menfehen gefprooken hebbe die niet heel voordeelig dagten over de- toedragt van zaaken in den tegenwoordigen tyd in ons Vaderland, dat wil ik niet ontkenuen, en dat dit my ook bekommerd gemaakt heeft, kan wel waarheid zyn, — of hier toe nu redenen zyn, en of dit verftandig gehandeltiskan nader onderzogt wor[den, ik. »Mfc SS» zwarigheid,  am de gronden te noemen die ra> droevig gemaakt hebben. PIET. Nu Jaap dat is goed, laat ik de ree denen hoorendie tfw verlegen maker mogelyk hebt gy Wel gelvk, maar d; zal by de uitkomst mofeten blyken - T A J A A P- In de voorleeden week dagt ik d£ de zaaken te Utrecht op een eoeler voctftondeneadat.het daar alles we ichiidfen zoude, maar ziet, leerd dc uitkomst niet wederom het teo-en- ?ro„V~t* '0fJ wat moet me" denken van die handelwys van de Staaten var ¥5 echt, omtrend de gedeputeerde van wyk by duUrfle4,5 hit tSffSJZ 52 ^heerfchender! ' ZZhJ* den ,een of ander Aristocraat het mogt 'er by door loo- Sm-rT" maay dat word in die vex- looten g^Ct/lg:emcene beJiooten, zoo dat zelfs de Stad Utrecht deb ?2Etó dat zy dit toeftemmenöe, haai eigener Stads régten onderwerpen aan het gezag, en we° mo gelyk aan een willekeurig X 3e^Staaten geeft dit geen duidelyk ïe-, A f~ ,at men het alleen op overnet koste nu wat het wilde dit olan zoekt ten uitvoer te brengen -- en daarom alle die hier in niet med'eftemd jet koste wa6 het wilie tot z^gen taengt, — voegt hier nu by die publicatie van de Stad Utrecht , -! da ir; , nw maar als een Van die pligten welke wy zeeker volbrengen moeten, zoo wy met de grooste reeden — onder de flegfte der fteiveiingen niet wilden geteld worden, -- die zekere overreding van onze pligt, en dat onwankerbaar beiluit, zal ons in ftaat fte'lcn om gemocdigt alie gevaarën af te'wagten, ~~'ën door geen "vreeze belemmerd naaulettcnd toe te zien van wat Kant het gevaar te wagten is, zullen wy om geen vreede denken, — zoo lange de vyanden onzer Viyheid, ons al het geroofde niet :e rugge gegeeven en onze voorregt.n aan ■>ns vezekerd hebben, — en geloof my myn ;óede vriend, zonder die ftandvastige welgemoedheid , — en redelyke onversettelykheid s het met alle onze voorregten voor altoos 'edaan, — en wy zullen tot vervloekingen :yn voor het navolgende gedagte , — alswy loor onze lafhartige laagheid de oorzaak ouden zyn, dat zy in de ketenen der fiaverry geklonken , — en voor altoos van hunne rryhe;d Z0H(len beroofd zyn, — en tot verging gefteld, by hun welke wy veortyds tot en fteuh en toev'mgt verftrekten. _ . JAAP. Dat is altemaalgoed en wel gezegt - ■ i3.ar wat zal het gevolg zyn van al die' ftand- , asnheid en heldenmoed , — daar het onweer I 1 an alle kanten te faamen trekt} en de over- J j rllaaf S de'aa ak* onbeproefd ' ~~- den BBrSer tot een flaafleheonI der«'wp;nge te brengen, - zien wy daar van g vSL11Un-cclu:ndeV0°rbeeMenin dep™ic PIET. I „,W he,t gr°'g 2a! zJrn' ~ wel dat hangt vt \ eü alafvan het gedrag der biaave t Vaderlanders, —— zoo wy door geen'wannai pige ftappen de goede zaak bedervenZ --- en - door een verkeerde wederwraak , - óns uit ■ het water.tragten te redden, - en in het i vuur omkomen , - maar met mannelyko : ltandvastigheit, zoo wy niet voorwaards kun- ' nen aanrukken, ten minften niet agteruit aeinien , maar pal ftaan, — dan zal de overwinning, de zekere overwinning ten laste aan ' de zyde des volks zyn, _ daar toe behoeft geen ander bewys, dan de rechtvaerdighcid van de zaak des Volks, - ten dier. einde is net onze onvermydelyke pligt, om niets te eilcnen als het geen waar op wy eeh wettig regt heDben, — dat te eisfehen met de mannelykfte kordaatheid, maar op een wettige wyze , — en dan ook het koste wathet wilde daar van niet af te gaan, - alles niette gelyk en op eencn dag te willen hebben, wie weet met, hoe vcele goede zaaken er bedorven zyn, - om dat men alles te gelyk wilde hebben , — langfaam gaat hier zeker — door generlei middelen ons te laaten verdeelen onder malkandcren , — maar als wy het in de hoofdzaak eens zyn, zeer toegteflyk te zyn tn die dingen die het weezen niet raa- ' ken, — honderde listen worden er in het werk gefield, om menfehen die inde grond der zaaken het met elkander eens zyn onder elkander te verdeden , - om dat den vcrderver het voordeeibefeft, om ons door onderlinge verdeeltheid verzwakt hebbende,—op ons aantevallen, en des te gemakkdyker te overwinnen , — daar het hier op de algemeens belangens aankomt, door geen perfooneele voordeden ons te laaten aftekken , — maar ter bevordering van het algemeer.e , on'ie bizondere belangens gewillig opteofferen en over te geeven , — door geen Ariftocratifche bedreig.-nge ons tc laaten verfebrikken, — nog door dezelve van ons wettig regt affeftaan en hun wat toe te geeven, — want de begeerte van een Ariftocraat cn het graf, zyn twee dingen die niet verzadigt-kunnen worden, maar zoo onverzadelyk een Ariftocraat is in zyne . begeertens, om ten kosten van 's Volks Vryheid over hun te heerfchen , — zoo weinig is hy ook beftant om het tegen een Cordaate Volksftem, die zyne Pnvelegien opeist te kunnen uitharden , — als hy 'er word over aai-gefrrooken , zal hy sig met een woedende onbefchcidenheid, •— als een briefende leeuw tegen uw aanloopen, =n door bed; eigingen uit ter hoogte uw trag:e n vervaart te maakën, — maar ontzet uw" liet voor hem, — de vaate nagt zal zyne lonkere ftreepen ever het Aard-ryk naauw-■ ,dss hebben u:t gefpreid, of de verfchrikkin;e heeft he/n reeds aangegreepen3 — enzoo  «y ftandvastlg zyt, in den morgenftond zal hy voor uw vlieden; — geloof my myn vriend, de grcoste Ariftocraat, is rie laf.iartigfte bloodaard die voor zyn e'ge fchaduwe vreest, — 't is de laagfte kruiper, die 'er op aarde kan gevonden worden, als hy in ói tegenwoordigheid is van hem , die hy befchouwd als het werktuig , dat hem groodmaken ofte vernederen kan , dit met voorbeelden te bewyzen , was wel moge'yk , — maar is juist niet Volftrekt noodzakelyk. ■jaap. Zeg my eens Piet! wat verftaat gy daar door als gy zegt, en door een verkeerde wede; wraak , — ons uit het weter te redden , — en in het vuur omtrkoomen. . PIET. Wel Jaap begrypt gy dat niet, dat verwondert my , ik zal het uw dan klaarder zeggen , gy -'eet dan, dat behalven de Oranje Parthy 1 er in ons Vaderland nog een andere Pavthye zig'van de Burger voorregten zoekt Meefter te maaken, bekent onder dennaam van Ariftccrar.cn, men begrypt dat het de pligt van een waar Patrio: is', zig t>egen den een zoo wel als tegen den ander te verzetten en aantekanten, — toen den Borger de oogen geopent en hy begon te zien dat zyn PriVelegicn zonder werking begonden te zyn, moeste het Stadhouderlyke gezag , dat vry verre desïelfs wettige paaien overfchreeden was, hier het allereerst in betoog vallen, — men iloeg handen aan het werk, en ging hier in vry gelukkig voort, — den P^egent (of immers een groot gedeelte der Regenten ) vereènigde zig met den Burger , — den Burger ftfetde een volmaakt vertrouwen op den Regent, en verwagte niéds minder van hun, dan een volkoome werking van alle zyne rechten, men had goet en leeven veyl,— om den Regent van Stadhouderlyke overhee Cng vry te maaken, — naauwelykt begonden die banden en kruifters voorden Regent verbrook'en te worden, — of 'er kwamen fommige N O D I G E , V R. A A G! Aan hen, welke in een verkeerd vooroordeel zyn: Is h't.t fchande, voor die onfchuldig , door een Valschsai'is gewond ■ wordt? —'of. is het fchande voor de Valschaaris, dat hy de onfchuld' kwetst? — Temeer, ais die Vaischaaris; het uitbroedfrl van .een Rotter-, dams Bankcroiitier is! — en [tonnende op dat Bankero'.itiers geld, en op" de magt v. neen Myhcdige Griffier, de onfchuld, onophoudelyk,traïterd! —>' ■ BESLIS en GELOOF: Het zelfde leed, wel eens der onfchuld aengedaen, Valt, in een dubb'k inae'tfop den Berokk'naer aen. —— • &' 4 4 Vergecfsch fpant alles faam., om Burgers tc verminnen, Die God en 't Vaderland vereeren en beminnen, r*— ■■" "'r' '' ■■—i Tc Leydeh by C. F. K O ENIG, cn verder dom, daar dezelve alle \ Zatiu\'agen, voor vier Duiten, met een Nc-mmer vervolgd worden. laaghartige Segenten in het begrip dat if den Burger niet r.oodig hadden, — maar dat nu het tyd ftio voor hun gekome was, dat zy als Soeveriin zelfs konde heerfchen, — men gaat het toeleggen om de item 'des Volk* te verdooven, — en daar zy nu even hunne waarde begonden te kennen en hun vermogen te zien, — leit men het 'er op toe, cm hun tot de vcragtelyke laagheid van bloote werktuigen , ( om de g»ootheit van den Regent tc bevorderen) te doen v/ederkeeren, ~ dit verbitterde dermaatcn, decze en die egte Vryheidszoonen , — dat zy byna het befluit namen, om eig op eens van die Ariftocratice overheersch ng te ontfiaan, — en hunne toeViugt tot den Stadtnuder te neemen, en men heeft mogelyk nier. zonder redenen vermoet dat den Stadhouder niet ongenegen zoude zyn, om hjn in zyne bizondere gunst en befchermifig aan te iieemen, — en dit is het Stuk dat ik bedoelde, met te zeggefl, zig uit het water te redden , en in het vuar om te koomen , — en de'ongelukkige gevolgen van liet Jaar 1747. maken, dat het onnoodig is, om dit brecder te betoogen , — vermids drf zuivere bedoeling , Burgerlyke Vryheid is , -zoo kan dat by den Stadhouder op die wyze, als by dch Ariftocratifchen Regent gevondem worden , het een zoo wel als het ander, zoude onze ellende volkoomen make i, en daar-*; om moet ik het alierfterkst afraaden-. J A A p. P;ct ik zeg uw dar.k voor uw onderrigt, flaap gerust. piet. Nagt Jaapie, flaapt ook wel, en laat allé moedeloosheit vaaren 1 — met God en Godsdienst in het hart, helt zwaard in de vuist, en de Volks-.Privilegiën in de kop , kunnen wy alle geweld fnuiken. — Utrecht gaat ons ftaridvastig vcor, en overwint of heeft reeds Overwonnen, — Utrecht te volgen, is onze zaak. —  D E POLITIEKE S NAP P E R. Zaturdtg den 6. Augustus 1785. N°. 17. DJ AAP. | Hg Pist! ik kom niet vroeg en ook niet heel vrolyk by uw, ik weet ïiiet wat ik 'er van denken zal het komt my voorj dat de zaaken zoo Verward en duifter 'er beginnen uitte zien, dat ik voor my niet langer weet ■wat het einde van al dit werk worden zal, — ik hoop dat ifc van uw wat opgebeurt, en hier en daar goede teiding van krygen, of ten minften goeden raad krygen zal, hoe ik my gedragen moet? —~ P I E T. Wel man my.dunkt dat ik het aan tiw zien kan dat gy niet regt vrolyk zyt, — dat de zaaken 'er verward uitzien is zeer zeeker, maar om 'er nu al zoo beangst en verlegen over te zyn, is volgens het denkbeeld dat Sc van een waar Patri©t by my zeiven vórmè niet over een te brengen, —ik denk dat gy wederom dooiden een of den ander zult beangst en? verleegen gemaakt zyn, —hoor Jaap' 'As ik het uw voor de vuist moet zeggen, jry Faatuw zeiven al te veel flingeren, dan door hoop en dan wederom door vrees, — en dat is-volgens het begrip dat ik van de zaak vorme .«iet.gc]fctók$e middel orji zig aelyen ongelyk, en dan eindelyk de goede zaak dei Vaderlands ende der Vryheid. een wezéntlyk nadeel toetebrengen,— zoo men als waare Vaderlanders han* delen, en den welgevestigden roem onzer braave Voorvaderen, door onze verkeerde handelwyze niet be« 'zwalken, en hetegte Karakter van de Waare Batavieren nietontceren wil,-» dan zal het onze onvermydelyke pligt zyn, om zelfs in het grooste gevaar ! onvcrzettelykpalte ftaan, en ons door niets wat dat het ook weze moge te haten verfchrikken, veel minder dar» bekommering te toonen en verleegen te zyn, — als de zaaken maar loopeti volgens een Coers die zeer natuurlyk is, en welke van te vooren al vrjf; zeeker konde voorzien worden. — _ JAAP. Dat ik met menfehen gefprookera hebbe die niet heel voordeeiig dagten over de toeiragt van zaaken in den tegenwoordigen tyd in ons Vaderland, dat Wil ik niet ontkennen, en dat dit my ook bekommerd gemaakt heeft, kan wel waarheid zyn, — of hiertoe nu redenen zyn, en of dit verfbridig gehandelt is kan nader onderzogt worden, ik ïnaak geea zwarigheid,  'fem de gronden te noemen die? nty droevig gemaakt hebben. , - P 11 T. . Nn Jaap dat is goed, iaat 'ik ddreedenen hoof en die uw verlegen mStsö mogelyk hebt gy wel gelyk, maar da •zal by de uitkomst moeten bjyken. — JAAP. In de voorleeden week dagt ik dai de zaaken te Utrecht op een goeden voetftondenen datjiet daar alles wel fchikken zoude, maar ziet, leerd de uitkomst niet wederom het tegendeel, — of wat moet men denken, van die handelwys van de Staaten van tutrecht, —i .omtrend de gedeputeerde van wyk by duurfteede, dat het nog zoo maar een overheerfchenden trek was,, van den een of ander Arilbocraat het mqgt 'er by door loopen, — mm dat word %'die vergadering met algemeene ftemmen bellooten, zoo dat zelfs de Stad Utrecht -hierin mede ftemt, zonder te willen fcegrypen, — dat zy dit toeftemmcn-, m haar eigener Stads regten onderwerpen aan het gezag, en wel mogelyk aan een willekeurig gezag van de Staaten, geeft dit geen duidelyk beyysjt:~ d£lt ™en het alleen op overheerfchmg heeft toegelegt, en dat men net koste nu wat het wilde, dit.pJan izoekt'ten uitvoer te brengen —-en daarom'alle die hier in niet medeftemd, het koste ws» het wilde tot zwv«en brengt, -*s voegt hier nu by die publicatie van de Stad Utrecht, — daar' mets onbeproeftgelaaten word om den ! Burger alb gelegenheid te benecmen \ om zyn ftgm te verheffen, en voor eyn wettig eigendom, de privelegien en vryheeden zig in de Wn* te , ftellen, — en wat zal het gevolg van i dit alles zyn, al» men de Stem des Volks verdooft heeft, is 'er dan *een| gegronde vrees dat men volftrekt naar I eigener willekeur handelen, ~.£\\ Ihro heerfchen zal, — het is waar dat gerdliet in de Fovintfe If;:) u^ec^ten,wy woonen.i» Hol* land, -j dat ftem ik?, volmaak toe , maar d-t doet evenwel bvmy won. derkarlyk weinig uit, - omL nS te zeggen, d«t men alreeds te meer.fnale gezien heeft, dat den .Ariftocraa» hL /V0116'' het voorheeft volgt vna den ArjWaatpp den-and ,-ren pkads,.ofzoirde 'erin Holland geë* iriftocraa,ien o ReSeerinS m, — en zyn dan de Provinciën niet meer onlosmakeiyk met elkander veréenigt — en indien dit zoo is, dat niet kan ontkend woiden, ---volgt dan niet zeer zeker als de inwooners van het eene gedeelte der Republieck onderdrukt vfog den, — het ander gedeelte hier van, ook de fmertelyke gevolgen on lerymden, moeten wat dunkt uw Piet is myn- bekommering en vreeze genee en al ongegrond, of hebbe ik, ea' alle brave Vaderlanders 'er ook rede* nen voor; 3\, PIET. [ T>at erover het algemeen befchonwS geen voor uitzigten van vreukie z\<* opdoen, kan zeeker niet ontkent-worden en dat wil ik uw maar in fcët<*ei heel met togen fpreeken, maar dat men dit ook reeds lange te vooren zonder den geest van voorzeggen tehebben kon geweéten hebben is ook ' zeeker, — en nu.kan ik als no^mee zien dat men groote redenen0 vift moedeloosheid behoefd te koefteren ais de zaaken loopen, zoo als zy na* hetnatuurlyk beloop, eri de gei4u heid der zaaken uitkoomen moesten :n, 55 h^de llw> was het met morelykhei.i anders tc voorzien als het ot heeden gcloopen heeft, - 0f weet nen met dat de manier van alle Ari-^ :ocraateh ten allen tyden geweeit ;, —- om hunne eigentlyke bcdoelin» n heerfugtige oogmerken te verberen, tot op die ogeabükfcen dat lae^  «eende de kans fchö'on f.e hebben, — en dan eok de gelegenheid waa^aitr om over syne meesters te heer/enen, -- aüe tlie .gecjie p», ijUje.'ia deze, tegenWoordige-tyd-liet aanders verwagt, heeft-, heeft zyn 'rekening ; Sterkeerd gemaakt, en moet zig in zyne veryagting bedroogen . vinden, — en denkt in dezen tyd mét die gedagte de gebeurtenisfe na , en past ?er dezen-regel op toe , — en het fcomt my voor dat tot heden alles volgens dien aege! gewerkt is, — en 'er van de kand der Ariftocraateo, dit oude plan naakeurig gevolgt heeft, —— zoo lang men de zaaken en jebemtenisfen maar-, oppervlakkig befehouwt feu de verborgene dryfyeeren'der-bedoelingen jiiet trag: ije ontdekken, ■— moet men gedaurig door enderfeheide aandoeningen , dan van hoop,-dar wederom van vreeze geilingerd worden , — en zoo folterd men zig zeiven af, en maakt zig onbekwaam , om mc/dien manpelyken heldenmoet, zoo als hec alle waare Vryheidszocnen rast, — tegen alle aanvallen f al te *aan, en.'er gebeare wat 'er wilde , de uitkomfte gerustelyk aftewagtr.ii, — en wy zullen tot.dien ftSad van gersstheid niet koomen , zoolang wy van de gegrondheid van; ons regt, — dat wy waarlyk vrye Lieden *>n , — op oritwyffeibaren grond niet .zyn overreed geworden, Maar ook zoo dra v/y hiervan zyn overtuigd geworden , is hetbrze eeekere verplichting , — ditonverandcrlyk beïnit by ons zelvcn vast te ftellen , — om of als vrye menfehen te Ieeven, '— of zoo ons dat niet gegund cn word , — dan t..n mins.4 le als vrye menfehen te fterven , — dit moet iih niet befchouwd worden als eer willekeurige daat, omtrent welken wy nanr eige wil en zin moogen handelen , -* maar als een van die pligten welke wy aeeker volbrengen Moeten, zoo wy met de grooste reeden, — onder de flegfte der fterveiingen niet wilden geteld worden, -- die zekere overreding van onze pligt, en dat onwankerbaar beiluit, zal <$as-inüaat,fteilen om gemoedigt.alie gevaa-ren af te wagten, — en door geen vreeze belemmerd naaulettend toe te zien van wat kant het gevaar te wagten is, zullen wy om peen vreede-denken, — zoo lange de vyafiden onaer V.-yheid, ons al het geroofde nie.t te rugge gegeeven er. onze voorregtcn aan •ns ve zekerd hebben, — en geloof my myn goede vriend, zonder die ftandvastige welgemoedheid ,.— en redelyke onverzettelykheid Whet met alle onze voorrégten voor altoos gedaan, — en wy zullen tot vervloekingen •yn voor het navolgende geflagte , — als wy door onze lafhartige laagheid de oorzaak couden zyn , dat zy in de ketenen der flaveïry geklonken,.— en voor altoos van hunne Vryheid zouden beroofd zyn, — en tot versgang gefteld, by hun welke wy veortyds tot een fteun en toevlugt verftrekten. JAAP. Dat is altem.iai goed en wel gezegt, .... ■ maar' VSt zal het gevolg zyn van al die ftandvastiheid en heldenmoed, — daar het onweer j *m aüs kanten, te faam.ea sie'u, ejj de over- ] , licerfin» der AritloWStêfl niets enöoproefa iaat, —om dejr liarger tot een flaaffche onaerwerp;nge te; bréngen , — aienwy daar van geen ftre-ekende voorbeelden in de Prdyincia van Utrecht, b ni p r b t. Wat dat bet gevolg zal zyn, — wel dat hangt geheel en-al af van het gedrag der b.aaver \vldcrlandeis, — zoo wy door geen wanhopige Happen de goede zaak bederven, — én door een verkeerde^wederwraak , — ons uit het water tragten tc redden, -■■ en in het vuur; omkome.. , — maar met mannelyke ftaiidvastigh'eit, zoo wy niet voorwaard» kun»' nen aanrukken;, ten minften niet agteruit deinfen, maar pal ftaan j — dan zal de overwinning, de zekere overwinning ten laste aan • de zyde des volks zyn', — daar toe behoeft geen ander be.vys, dan de rechtvaerdigheidvan.de zaak des Volles, — ten dierr cindè ishet onze onvermydelyke pligt, om niets te eifchea als het geen waar op v. y een wettig regt hebben , — dat te eisfehen' met de mannelykfte kordaatheid, maar op een wettige; wyze, — en dan ook hat.koste wathet wil- ■ de , daar van niet af te gaan, — alles niet ta gelyk en op ejincn dag te willen hebben, wie weet niet, hoe veete goede zaaken er bedorven zyn , — om dat men alles te gelyk wilde hebben , — langfaam gaat hier zeker, — d-eor generlei middelen ons te laaten verdeelen onder malkanderen , — maar a's wy het in de hoofdzaak eens zyn, zeer toegceflyk te zyn in d:e dingen die hec weezen niet raaken , — hinderde b'sten v orden er in het werk gefteld, om menfehea die inde grond der zaaken het met elkander eens zyn , onder elkander te verdcelen , — om dat den verderver het voordee; befeft, om ons door onderlinge verdeeltheid verz wakt hebbende,—op ons aantevallen , en des te geraakkeiyker te overwinnen , — daar hec kier op dealgcmeene belangens aankomt, door geen perfooneele Voerdeelen ons te laaten aftokken , — maaar ter bevordering van het aigemeer.e , onze bizondere belangens gewillig .opteofferen eni over te geeven , — door geen Ariftocratifche bedreiginge ons te laaten ve'rfchriklen, -» nog door dezelve van ons wettig regt afteftaan en hun wat toe te geeven, — want de begeerte van een Ariftocraat en het graf, syn twee dingen die niet verzadigc kunne» worden, maar zoo onverzadelyk een Ariftocraat is in zyne begeerten», om ten -kosten sran 's Volks Vryheid ov.er hun te heer'chen , — zoo weinig is hy ook beftant. om b.et tcg?n een Cordaate Volksftem, die zyne Privdegien opeist te kunnen uitharden, — lis hy 'er word over aa- gef; rooken , zal hy lig met een woedende onbefcheidenheid, — ds een briefende leeuw tegen uw aanloopen,. ;n dcor bed eigingen uit ter hocg"te uw trag:en vervaart tc maaken, — maar ontzet uw liet voor hem, — de vaale nagt zal zyne ionkere ftreepen, over het Aard-ryk naauw?ks hebben u!t gefpreid, of dc verlfchjikkirv- ie jiseft tera r.eeds a ^kent onder den naam van Auftocraten, men begrypt dat het.dt pligt van een waar Patriot is, zig tegen den een zoo wel als tegen den ander te verzetten - ton toe rie wagtelyke laagheid van bloote: t werktuigen,(em de gfootheit van den Re- „geut te uevorderen") te doen wederkeeren , -S. • tut verbitterde dermaareri, deeze e» die egt* Vrvheidszoon.cn , - dat zy byna het beifuit • namen, maag op eens van die AriSocratic»! ■ overheei.ch.ng te ontflaan, - en hunne toé-, vrngt tot.den Stadhouder te nrernen, enreen heeft mogelyk niet zonder redenen ver-- . moetdatden Stadhoaderr.iet ongenegen zou-de zyn, om hun in zyne bizoridere gunst en i oefenermmg aan. te neemen, - en dit is hett brak dat ik bedoelde, met te zeggen, zie titi het water te redden , en in het- vuur om te' kooaien , — en de ongelukkige gevelgen va» i net Jaar 1747. maken, dat het onnoodig is om oit breeder te betoogen , - vermids dè ' zuivere bedoeling, Eurgerlyke Vryheid it ~"-_ zoo kan dat by den Stadhouder op die wy'ze ais by den Ariftocratifchen Regent gevonden I worden , het een zoo wel als het ander, zou- . • de onze ellende -voikoomen maken, en daa_om moet ik het alierfterkst afraaden. JAAp. Piet. ik zeg uw dank voor uw ondemgt.flaap gerust. * piet. ^/f, J.aar-!e' fiaaFc "ok'^el, en laat alle ■moedeloosheit vaaren! - met God en Godsdienst 1,1 het hart, het zwaard in de vuist en de Volks-Privilegiën in de kop , kunnen wy alle geweld fnuiken. -_ Utrecht gaaf ons itandvastig voor, en overwint of heeft reeds zlaT'0""6"' ~ ütrecht te voIgeil, is onze  P O L I T I.E K E SNAPPER. Zaturdqg den 13. Augustus 1785. N°. 18. DJ A A P. ag Piet! wc] manwrt dunkt uw van de zaaken, wat zegt gy van hetgepasfeerde te Utrecht, is het nu daar niet alles in ordre, of zouden de Burgers daar nog meerder verlangen, e;eg my eens Piet, hoe zit het 'er meede.' PIET. Myn goede Vriend! wat zoude ik' ran de Utrechfche zaaken denken, —; lat 'er voor elk waar Vaderlander al-', e ftof en reden is om den beftuurder fan alles te danken, *— dat het zyae oneindige goedheid behaagd heeft, uit die akelige duiftemis zoo fpoe—• hg zoo een aangenaam en heerlyk! igtte doen voortkoomen, die groote.; amwending is van' den. Heer, der < Heeren,— en geeft voor elk in-; kvooner van 'Nederland, de allerge-! .rondftc hoop, — dat, zoo men maar j behoortyk en bedaart yan de genees-| middelen gebruik maakt, de volkoo-j me geneezing zoo in Utrecht «Is in; jansch Neder]: nd eerlang volgen zal,—] en wy nog die tyden belcéven zul- j [cn, — dat den Burger, in het vol-j come cn ongeftoorde genot van alle{ zyne vryheeden 'en voorregtcn, —- als': tm waarlyk vry Volk leeven, <■» en j de aangenaame Vrïïgten, der waare, der Edele Vryheid fmaaken zullen,, — dat dj. vertegenwoordigers van d..t Volk, die voor hunne belangens waaken, — aan wien de bewaaring, 4-r aan wien de befcherming van 's Volks regten zyn toevertrouwt, — en irt welken 'post zy zig ook volftandig er» ■getrouw gedraagen > — de waare liefde, èn opregte Hoogagting vat* dat Volk ondervinden zullen, dan zal elk waar Vaderlander, voor zyne Rc~ prcfentanten in het algemeen, en voqr elk hunner in het t'izonder, — alles» ja zelfs hun leeven veyl hebben, — f .dan zal 'er onder alle inwooners zoo» aanzienelyke als geringe, die liefelyke eensgezindheid gebooren worden, ~f* 'waar door het aardfche leeven, de. grootfte veraangenaming kan worden toegebragt, en dat is het groote ent ook mogelyk het eenige middel, waar door ons Vaderland en Volk wederkeert tot dien ouden luister en waare grootheit, — waar van wf door overheerfching en verdeeltheiC zoo fchrikkelyk laag waaren argedaalt, en dan hoope ik zal nog eens ondervonden worden de waarheid van die fpreuk, — dat eendragt tmagt maaji?, •ge en ons Land en foM  ?echr?t Voor zyne Vyandefl, •**- een ftèun voor zyne Vrienden en Bondgenooten,—- e» .een vciU? - toevlugt. , vo: r rjle die in on^elegcnheeden^zyn-wiens ziels tegeertens zyn niet brandende van verlaixgen, om die^aangenaame tyden te bekeven, oni jfit aan-; gt'naame,om dangöede te .zien, — zie daar Jaapje, zoo denk, cn zoo fprcek ik over het-gepas-cerde te Utrecht, maar"de' vr.*!ag die gy my vervolgens voorftelt, doet my denken dat gy van den toodragt der zaake in die Provintie niet nauwkeurig onderrigt zyt, — JAAP. ■ Wel, ik heb gevraag, of het daar niet alles in ordre was, — en of de Burgers nu nog meerder verlangden, en is dat nu niet goed gevraagd', daar my verzekert Was, dat ;de Burgers alles gekreegen hebben,-— dat !zy verzogt hebben, — ik houw niet. veel van'als men zyn zin - heeft ontvangen , dan nog meerder te vragen, gy kend immers myn beftaan' .wel Piet. — PIET. . Ik hebbe niet gedagt veel minder gezegt Jaap, dat uw vraag niet goed was, die vraag is goed, in die gedagten of die wetenfbhap die gy van de JJtrcchtfche zaaken hebt, —• ïmar het komt my voor dat uwe berigt.n niet nauwkeurig zyn, — en dan volgt pok d;t die vraag niet wel ter zaak fcan worden voorgeftelt, — het is wel waar de' Burgers van Utrecht hebben gekreegen alles wat zy toen g£vra;gt hebben, — maar zy hebben niet gc vraagt, alles wat zy hebben Trioesten om van alle Burger bezwaa'ren bcvryd te weézen, — wel.myn goede Vrind daar vcrfcheelt nog veel aan , en dat was oök niet ntogelyk, — in dingen van ge.wigt moet men langz.:am en niet met overhaasftnj' vüortjaan, — denk om dc- re- . «rel Vah de foorïsje weck, of op zytf Refimsas, al zagjes al zagjes. IA A P. jj Het is goe| riet ik begin (xf weer te begrypen,"-— maar zeg my .1", eens w.t het is dat 'er door U.afechts Burgers gevraagd, en verlcre* .gen is. . ff) , PIET. . De laat.be Pubjic\tie te- Utrecht den zs JtAf afgskonhTt; gafMen Burger Vryheidomtegen het Provifionele Plan yan Stads bel. li ar hunne bedenkingen in te leveren, onder bepalinge, die den Burger de handen zoodanig bon«. den, dat 'er byna niemant zig zoudfli durven onderwinden om zyne gedagt ten bekent te maaken, en het wL-rd aan aiië vèrbooden, om voor icmént by- procuratie te mogen fprecken, — hier door wierden gecommuteerdert 'van'de Bürgery, en'geconftitueerdeni der overi'gé' Burgers buiten ftaat ge-'ffielt, om zig van hunnen a.ange vaagden cn opgenoomen Jast te k-weitenj e;i daar zy te vooren' by de Volksre^ precentanten erkend waaren, als" dé mond en woordvoerders des Volk's^j wièrden zy daar van ineens Sntflaagéttl en voor zoo veel het Volk door hunl op een geregelde wyze' tot deszelff vertegenwoordigers fprak, op eens geHf ftutt en de Volkftem geheel verl dooft, — om mi niet te fpreckeif yan de Crimineels belediging hief door gecommitteerden en geconftitui eerden door hunne Reprecentanteri aangedaan, waar door zy regt had| den een geregtelyke' vergoeding vooi dczelven van hun te vorderen, ~*| ■ denk om de verregaande beleediging; die hier door, en in de perzoonen van ; gecommitteerden en geconftitueerden/.j; het.gandfche Volk van Utrecht wierJj aangedaan ,.— voeg hier nu by ;licg die hóbnende- refolutien welke, zedero rx Maart door de meerderheit varij '5 Volks Reprecentanten genóomeii^;  tegen welkers onïiilykê önbeftaanbaarheid ,v 'zulke' fflannèlyk'e •t.tc'sten eïl djnionitrafies niets vermogten, die hier tegen van zOmmige brave Regelingsleeden van tyt tot tytJW-a ' . icn inoclevert , en oordeel dan eens, — of door het ccn en ander des Volks Heerlyk- .heidnietgefchonden, en hunneMajefteit, niet od de alleïonbillyklfe wyze was vert;a;.t geworden , — cn daar zy plegtig waaren opgeroepen , om hunne l.ezwaaren tc kennen te geeven , en zoo de toezegging hadden om van dezelven bevryd te worden , — wierden in ('en tyt van omtrent vyf Maanden, door het een cn ander ?oo z'gbaar de ketenenhunner (lavernye voor hun gefmeed, — en met d'.t laatfte notabele ftuk, dié genoemde Publicatie, dezelve ketenen hun om den hal_e gedaan , — was dit gelukt dit Volk was op - het diepst vernedert , en tot de laatfte fl_vernve gebragt geworden , — in die toeftant waaren de zaaken te Utrecht, toen alle de braave Tnwooners dier ptaatfche, te regt beïgreepen , — dat-nu het tyt ftip gekoomen was , een tyt ftip , — voor alle waarlyk vrye ïielen-, akc'liger dan de dood,-- het beflis- ' fendé tyt ftip, — of om hunne hilzc te kromme onder een eeuwige flavernyc,- of om ♦oor altoos als een v.y Volk. fin hun cgc Land te leeven ,.— toen , toen vcreenigt dat Volk zig, als een 'eenig man . — en vraagt met de grootfte befcheidenheit, dat hunne gecomm ttcerde en geconicitucerde als zodanig "mogen worden erkent, — en ten zekeren bewyzen dat iy hun gequalificeert hadden , bieden 'er omtrent drie duizend zig yan hunne vertegenwoordigers aan, die bereid en- geneegen zyn , om dit by monde tc verzekeren ° „ die groote menigte vergaderde in een gerégelde ordre , — en draagen -.orge dat. ic'fe de nyd niet in ftaat is, om hun van oproerige oogmerken te befchuldigen , — cn de jefchondene Volkseer , wort door hunne mannciyke Cerdaatheid en onbezweeken moet, in hunnen hiifter herfteld, — en hier door, ■weetGod de harten te btrgen , van die Volksvertegenwoordigers , — die drie dagen te voo- | Ten meenden regt te "hehben om met dat ■ Volk naer eigener willekeur te handelen , — 'nu de oojen op een maal geopent worden des 'Volks regt zien, hunne Majcfteit kennen, — cn zoo by zig zelfs genoodzaakt worden , om dat billyk .verzoek aan dat Volk toe te ftaan , — cn opentlyk te erkennen dat zy ccn ©nwett'gen cisch aan het Volk hadden opgcJegt, — dc laatfte Publicatie word buiten effeft geftek, en het Volk Vryhe;d gegeeven , om door de mond hunner gecommitteerden tot hunne Reprecentanten te ■ fjreeke», — *iet' jaapje zoo zit het met het werk tc Ut- ; Techt , nn :e 'er zekerlyk veel gewonnen-i maar men kan nog vooral niet zegden, dat al de bcz i-aaren zyn wegger.ootnen , — maar; dee?.e week zal niet ten einde zyn, of 'er aullen dingen gefclvet 7vn waar ovef het najeOïgt zig, zal verwonderen. — JAAp. Nu begin ik ei dclyk tc begrepen hoe dsc het te Utrecht zit, gy hebt gelyk gehad ia nw antwoort, — maar. ik heb ook gelyk gahad in myne vraag, — en ik denk. r.a. met zekerheit dat men het voor die braave Utrechtcnaaren wel voor gewonnen mag aanmerken , en dat zig daar alie zaaken wel fchikken zullen , — of hebt gy daar nog zwarigheid in Piet, — PIET. ■ 'Er is zoo veel, ja meer grond van hoop) als 'er nog ooit geweest is y dat in Utrecht de Vryheid zal herbooren worden, opgroeijer» en tot, een mannelykc fterkte kcernen, — maar het is met allj mcnfchelyk^ raaken zyn aan veel veranderinge onderworpen, eca enkele omftandigheïd doet de zaaken merkelyk veranderen, en zoo is het ook in dit Stuk , — dc zaaken die af te doen zyn, zyn van een groot gewigt, — om dè_el/en af te doen zyn 'er bergen van e?n Ariilocratifehe ovcrheer'ching te flesten, — de Stecdelyke Regenten nietaKeen maar ookte gelyk'sLands Staaten mosten mede werken , om h t Volk waarlyk vry te maaken, -- en of'er hier in niet nog wel wat te doen zal zyn , dunkt my leyd geen bedenking, — hier .by komt dat ik tot^Viog toe niet zien kan dat het voordeel aan brengt, als men de zaaken raair UgS ftclt, — hoe veel rnenfehen zyn van begrip, als men het heekje te booven is, dat men dan" wel w^t kan toe?,eeven, — daar men hier met argus oegen mo.t toezien om niet verfchalkt te worden , — cn zoo lang.elk Regent hooft, voor hooft, niet overreed is var» 's Volks regten en van '3Volks magt, — zal 'er decze en die gevonden worden, die hec waagen zullen, om het vólk het.een of hec ander afhandig te maaken , — en zoo d»odelyk het voor 'sVolks Vryheid is., om de zaaken-op de lange baan te fchuiven, — efven zoo doodlyk is het', om met te groote overhaasting, hier in fchielyk voort te gaan. JAAP. Weet gy Piet! wat my nog veel moed lieden zeker doet vertrouwen dat a'le zaaken fpoedig op ccn goeden voet zullen gebragt! zyn, — dat er in de Stads Regering ten minften agt zulke braave en cordaate Vaderlnnri : en Vryheidlieve-ndc Regenten gevonden worden , — die zig zoo opentlyk voor 's Yoiiks belangen durven in de bresfe ftellen, en niet hunnen mannentaal toonen dat den Burger waarlyk gelyk heeft, — cn zoo hunne zaak; fterken en nog fteimcn. PIKT. Gy hebt gelyk dat is ook wsar'.yk eea grooten fteun voor den Burger, -- en ook teffafis ccn ftsrk pöhSferk tegen d?A laster, Vai-i allerlei foort van kwafyk gé-inden, ~wan« 1 toen het de meerderheid in den raad doordrong , i om het volk door overhecifchend geweld tej onderdrukken - wa; even ; el de meerde*I heid niet in Staat, cm die taal od '3 Veteer.-  ▼eïegien gegfond tt wederleggen, ~ de Vóórrieeinen hebben ons doen zien hoe gaauw »cn "er by was, - om de Cordaatfte %oingen van het Volk, voor Oproerig en tumalSre. bewegingen uit te kryten daar blyven ae.fs by het nagedane, - deeze Vaderland Hovende protesten, - tegen de beflaiten drr meedcrhrid, - en voor de braafheid van s\ olks daaden p'eiten , - en het fcheind dat gy nog önkundig zyt , va.n hetgeen op Maandag der, aften tteefei in Utrecht gefebiet is Snamentlyk het uit den raad Sette i van den Heer Tvoy door het Volk van Utrecht ~zi-t eens man, dan begind het zaak te worden,- al» de goede durven fpreeken, cn de kwaden worden weg gejaagt, - dan moeten zy die twee gedagten hinken, en zo menzegt no* *'«, rog P!cn zyn, wel goed worden, — en" ico dunkt my, dat men zeer veel grond heeft tem volkoomen ftaad te maken dat het Stads werk m die Provintie wel zal klaar koomen'-en wat het Provinciaale betreft, als men by Utrecht, wyk, voegt, behoeft men aan alles met te wanhcopen , L_' ' J A A P. Wel Piet, wel Piet! wat of gy zegt is Tvcy rtoor het Volk afgezet, - ik kan 'Ir niet in het bizonder van zeggen, want myn ziel is in my overftelpt van denkbeelden, — dat is 1 nu die man die zoo plag te ivcren voor's Velks regten en Vryheeden , - dat is de man , d:e zig van 's \ olks vertrouwen en gene?enheid wist meester te maaken, — om hun by de Jieus om te leiden, en hun in het verderf te llorten, — op dat 's Volks .vernedering* zyne hecrzugtige grootheid, en eigen dunkelyke •wraaklust zoude bevestigdt worden, — wel Code zy dank, Utrechts beroerder heeft lig jn zyn e gen gaaren verward , hy is ^evangen zn zyn eigen netten, — dit is van den heere gefch.et, neen piet nu twyffel ik geen ogenbi.k. of het zal zig alles in Utrecht ten besten fchikken, — kom wenfehen wy elkander geluk met devoorlgang van de goede zaak, — daar toe zyn wy dubbelt verpligt, — om dat Utrechts voordgang ons geluk, en in tegen-' deel, Utrechts ondergang ons onvermydelyk verderf, zoude na zig fleepen, Iaat ons, ons eelven aan hun fpiegelen, en hun voorbeeld ons ter navolgmge voorftellen , dan is het volkomen zeker, de goede ziaak zal gewisfelyk «egcnpraalen, _ i Te Leydcn by C. F. KOENIG, cn verder alom, daar dezelve alle ^urdagen, voor vier Duiten, met ccn Nommer vervolgd worden, „K, heh* & volmaakt gelyk In Jaapje daS geloof k ook, maar men moet, zalmen met waarfcnynlykm grond , ook by ons dac einde bereiken, de Utrcchlenaaren van naby, in eenige deugden navolgen , - men moet niet danken dat men het vergenoeg gebrast heeft maar werkzaam blyven, - in het werkzaam' zyn, moet met de groofte oplettenheid e* bedagtzaamhcid gehandelt worden , de beste pogingen zullen ten k < aaden geduid worden, -- dus is het onze pligt, hier toe geen oorzaak te geeven, - in het Vraagen van onze regten, onbezwreken 'er op te blyven Haan, om dezelve te erlangen, — z'g zelfs niet moetwillig te wangen, - maar a% het geval daar is, geen vcetftap te wyken maar met een ftüle bedaardheid, opentlyk voor onze regten uit te koomen, en zW zelve te vertoonen,.- ons niet vergenoegèVdaï aet voor het tegenwoordige, eenige verade- | minge geeft, maar dan eerst te vreeden te ' ^ de Vrybeid, dpor het bolwerk van inftelunge en wetten zoodanig beveiligt is — dat wy volkomen kunnen verzekert zyn' — dat den laaten naneef van den zelven'de aangenaame vrugten fhiaken zullen, — men zoude hier nog al vry veel over zeggen kunnen Jaarje , maar myn tyd is verfcheenen ik wensen uw wel te huis en wel te rui ten, JAAP. P'ct»• ■ • - maar apropö, heb jy al bericht of het Genootfchap van Utrecht aan de PrèIjderit Eurgemeefter de neutel zal afftaan ora de vier Stukken Kanon te bewaarer { PIET. Ja Jaap, de Leeden zyn by elkander Geweest om daar over te raadplecgen, maar zy hebben zich zelve in ftaat geoordeelt orn bewaarder» van dat gefchut zelve te blv ven, - een Daamchad tot advies als Donatnfe gezegt: dat zoo lang als de Leeden fn ftaat waaren, het onr,cd:g was, dat 'ér een Ariftocraatisch flot wièrd opcelest JAAP. Bravo Piet ! van daag zouden de Buroemeefters het groffc gefchut willen bewaaren cn dan moogelyk morgen, cok de andere Ge-' a-cc en , en zoo was het zeer fpoedig met de Vryheid gedaan geweest, nu jla^we"  n e POLITIEKE S N A P P E IU Zaturdag dm 20. Augustus 1785". m 19. DJ A A P. ag Plet! wel man ik dagt dat het met de goede zaak in ons Vader-, fond fpoediger- zoude gefchikt hebben, iraar my dunkt dat het nog wel wat tyd zal aanloopen eer het in order is, 'er is zoo hier en daar nog al vry 'wat te doen, en of 'er van deeze of die niet wel zoo hier en daar een fpaak in 't wiel geftooken wort, wil ik maar in 't geheel niet voor inftaan, 'er moeten in ons Land veeIe valfarisfen zyn, ander-s Weetik niet wat ik 'er van denken zal, hoe komt het tvw voor Piet. PIET. • Ik geloof Jaap dat gy gelyk hebt hier in, dat 'er in ons Land veel valTaarden zyn ,—-dat het nu dc tyd begind te worden, dat die duifterlingen openbaar worden, ftaat by my fruiten bedenking — ik hebbe my] het werk altoos voorgefteld als veel! voeten inde aarde'te-zullen hebben, —' en daarom hebbe ik altoos gefproo-' ken van moed, geduld en Jlandvastigkeid en daar'is tot nog toe niets dat buiten jriyrie verwagting loopt, -— of is 'er ook ieds dat uw bekommerd maakt, en uw flegte verwagting van het werk doet hebben, «■? maai eer gy bégind wil ik uw vooraf wamfchouwtn, — dat zoo het ooit het'nu de tyd is, dat de Oranje-Cab.al, — ert ook de Ariftocrate party alle hunne vermogens in fpannen om het werk te dwarsboomen, — het bewys hief van kan men duidelyk ontwaar wor-« den, in het geen 'er te Utrecht gefchied, — een langen tyd heeft mert daar moeten worftelen tegen wreedaardigen Ariftocraten, — zoo draa men dat werk een weinig fcheind te booven te koomen,—"zend zyn Hoogheid een Brief aan de Starten van die Provintie, — keurd met een groote deftigheid alles af, — Wï.t 'er tegent dat harde Jok, ik meen het regcrins reglement van het Jrar 1674. gedaart is, —en zou het gebeurde te Rotter" dam by de te rug komst van de Prins in den Haag, — ons niet duidelyk te kennen geeven, wat de bedoelingen [zvni, van dien eerfte Staatminister, laatmehhet oog gaan op het geënte Delft gefchied, — moet men dan niec overreed zyn, dat de leeden van het Genoodfchap aldaar, — door een Ariftocratifcheoverheerfching onder drukt, worden, — is dit nu waarlyk de gefteldheid van zaaken in ons geheele kland, 20 als het wa^rtyks is, rs. oa»  kan het niemand verwonderen dat het werk langzaam voort gaót, — en gy moet gelooven Jaap, "dat de groofte vertraging door de Ariftocraten veroorzaakt word, — maar vermi.ls Hunne overheerfching al zoo ondragelyk is,— als de wille keurige beftuuring vaneen Souverain Vorst, zoo moet men zig met alle mart ook lïier tegen verzetten, — en dat het werk in zynen voortgang niet weinig' vertraagd, — is die laodifefclie onverfchillighèld welke 'er by veele in ons Land gevonden word, — het zyn die zogenaamde ftilb in den lande, die, om dat zy geen goed, zeer veel kwaad doen, — evenwel als men het geheele land 'door de toedragt der zaaken gade daad, is 'er ftof, ja gegronde reede om verheugd te zyn dat de goede zaak niet agteruit gaat, op deeze en die plaadzen begind het Vaderlandfche vuur te ontbranden, - en den burger door het zelve verwarmt zyne 'heerlykheid te vertoonen, — nu en dan Word het een en ander ontdekt en openbaar gemaakt van den verraderfchen handel, die 'er in ons Land geoeffend is, — en men kan met waarheid zeggen, dat de 'oogen van veelen geopend worden, — dat de inWooners van Nederland hunne waarde beginnen-te kennen, -en als men die weet, — en zig door geen Ariftocratifche uitfpraakcn, — van : een burger iveec daar niet van, — dat zyn StaadsZaken, daar moet zig een burger niet méde n oejen, niet laat inflaap wiegen ofverfchalken, — dan is het Volmaak? f zeke., het mooge Lngzaam gaalmaar net einde zal zyn, — in een ' vry land, — een vrye Regeering, — en een vry Vólk, — eh wy moeten ons zeiven (zoo wy .waare Vaderlanders zyn; nieds anders voordellen meds miiider bedoelen, dan bevreid van alle overleerjcbing, — rf-vn te < myen, r-ofvwitwitfensfa cjeVuut i Als men dat zoo ih ziet pïët. dan nnrtr->n llr a— «... ... - , . " -"v ma uca gy nier in geiyK hebt, — maar ik dagt dat het fchie- — -"«"«.u ^ijyj«anj uv ci neer» Icmna-vrm Ho A ..ïiV^.... <.,,„,-.. ! J ---—ö >•'>- muiuu.-i.wiin Z/OlIimigC Pl..a ifen aan den epnpn .Irnnrl 01, diei oproerige beweginge van die Oran-J uuuven ïcnreewers aan den an.ieren kand.jr mppnlpr yniirlf» Ko/.o„™u Hforden, — cn tot zwygen gebragt",- ««u. nee nog wei wat tyt zoude aan. Joopen eer het fyne ,w- rk afgedaan was, dat hebbe ik wel verwagt, maar hier over verwonder ik my, dat het groffe Werkzaolano-znam v inrrlo-n'i* i™,. de dat koomen om dat 'er zoo wevnio- goeae Kegenten zyn, — of dat de Anftocraten zoo listig zyn, — of daC de Oranje party zoo fterk onderfteund word.— en da* wpi HnnWi™ —I .-drogtvan oproer teveel koppeifheeft,- | -- ö„^v.w dgtci mtioopc, — is ter verkrygin», of beveiliging Van on< I ze voorregten, — Vry teflerven. J A A P. Als uien dat zoo in ziet pïët. dan ontk;n ik niét dat gy 'hier Üf geh/H hebt, — maar ik dagt dat het fchie[lyker zoude hebben voortgegaan,--* dat ten minften die zigbaare overheêtfchmg van de Ariftocivten ih zommfre1 pLaifen aan den eenen-kand, — en ■ die oproerige beweginge van die Oran| je booven ichreewers aan den anderen kand , meerder zoude beteugeld ■-worden, — cn tot zwygen gebragt, dat het nog wel wat tyt zoude aan Joopen eer het fyne w-rk afgedaan was, dat hebbe ik wel verwagt, maar hier over verwonder ik my dat het groffe werk Z0o langzaam v oordgaat, — zoude dat koomen om dat 'er zoo wevniogoede Regenten zyn, — of dat de Anftocraten zoo listig zyn, — of daC | de Oranje party zoo fterk onderfteund word, — en dat veel hoofdige ge: drogtvan oproer teveel koppen heeft dit is■ eigentlyk het zaakje piet, daar van ik wel wenfte onderrigt ts Vor-i den, — wand fchoon ik niet zeg dat; dc goede zaak agter uitloopt, — ffl hot evenwel klaar, dat dien woesten, hoop van dat Oranje Volk, nu en dan ' : wederom bewyzen geeven dat zy ftoiiter worden, - enópentlykertegën : plaketerien waarfchouwingenaan hun- ; ne woedende driften den ruimen teu- ! gej vieren, — om-nu niet tc fpree-1 Ken van hetRotterdarnfe en Overf 4iiefche werk, — omtrent in tegewoordigheid van den. ;Prir.s gepleegd «4 I denk om het gepleegde op de Hooge mors by Leyden, -- vergeetniet-het L/ranje booven roepen voorleedea 1 maandag, door dien Oranje klant ge- I pleegd toen hy als een onwaardige was 1 ait netland gezet, en van de ejcei&ia I ahads geweerd was, — dat ia het; I )og lopende verwondert r»y, het ést 1 üeeit, im  I2S PIET. Jaap gy hebt £elyk dit geeft biilyke Aoffe Van verwondering, — maar om hier naukeutig de waare oo: zaken aan te wyzen is een Vry moe jelyk Stuk, — ik gelcof dat het een en andrr, van die cro: zaken te fainen loopen, en d'.e vértraginge voort brengen, — aat 'evenwel de oL roerige Oranje Cabaal hier jn iltrk mede werkt, en een groot deel in heeft, is buiten bedenking, — maar met dit alles de Prins heeft fh lange geen ftap ■gedaan welke hem meer tc rug gewerkt heeft, als dit laatfte geval te'Rotterdam en ■Overfchie , — ik fpreeke niet, van' dat geen daV ik als vullen laster aanmerk , — en hoope: dat nooit by de g'eringfte Jmveoner, veel minder by den eerften Liennar van Staat moge f laats h-ebben, — maar het fcheint Vry ■zeeker'te zyn dat dien Prins door het draaiden met de haet, het zonderlinge genoegen •betuigt heeft,'dat hy hier in hadde, en dan ~tóö in zyn kring mede gewerkt heeft, —ter ievertreèdiftg van 'de wetten van den Souveratf. , — tn had het eens gebeurt dat dien ©preérigen hoop voort gew»et, ~ door vcr,. ftcld, — dat hi ons land, een menig-: tc monfters gevonden worden, welke nooit ontzien zullen, ter bevordering van hunne groodheid cn heerzugttige oogmerken, moorders en 'verraaders te worden van hunne medeburgers en natuurgenoten, — een .geheele menigte van zulke affchuwelyke wangedrogten, die tot fchande van de mënscheid leeven cn in alle geregelde Staaten, met wortel en tak 'diende uitgeroeid, en geheel verdelgd te worden, — een geheele menigte welke huig in het duifter verborgen, hunne ontwerpen in een adderen hoi gefmeed, en met hels vergif getem-perd hebben, — een geheele menigte van die werkers der opgeregtigheid 'welke waerdig zyn, dat zy de loon hunner godlooshecden, ■— en de getergde wraak van de vertrapte onfchuld in des zelfs regtvaerdige woede I dadelyk ondervinden mogten, — en ' welke of -nu by aanvang of ten minnen eerlang, — aan de foltering van een befchuldigend gewcetcn gepynigd, — en de beginfelen van een regtvaerdige Gods wraak ondervinden zullen, — en tot een afgryzing en aanftoot, blyven, by alle menfehen in welkers hard de beginzelen van eerlykheid, en menfehen liefde gevonden word,— maar geloof my, het is een menigte welke zyn doel misfehen, en met alle hunne onregtvaerdige daden hun oogmerken nooit bereiken rullen, — ik ftel volkoomen zeker, en buiten bedenking vast, deeze daaden zullen net een tegcngeftclde ttltwerking hebben, en 's Lands inwóoners met waaren heldenmoed bezielen,—het zal hun de oogen openen en, do«p zien waar men hec  op" toégelegt heeft, en wat het einde is dat men zeker te wagten heeft, zo men langer in een lydelyke gehoorzaamheid zig aan een willekeurig beftuur blyft onderwerpen. JAAP. . Wel Piet, is dat nu verltt£$ige taal, is 'er bidde ik .uw. de mirrft^ grond voor zulke gedagten, heeft "men het voorbeeld niet-van Amersfoord, — wel man wat is, dat een »m^teèlyke ' defencie, zig zoo maar zender flag of ftoot over te geeven, — zoo ik my niet bedrieg is het een fchoon.vodtbeeld, tot opwekking en navolging, j PIET., Ik voor my Jaap geloof dat het door "de Amersfoorders op een verftandigef wyze behandeld. is, en dat.wy nog piet verkeerd hebben. in .het gevai,: •cm de militie door ,een 'geweldigen' liand te rug te dryven, — zal het voor dc zaak des Volks niet tot groo-; ter hüfter zyn, — als de Militie ge-' fcooden word het grond gebied dier' Provintie te verlaaten, eu zy als onregtvaerdige.- overweldigers moeten aftrekken, — zal men dan niet veel beter in ftaat zyn,.;om de beftookers Van dit werk- van Overheerfchend ge.weld, loon na werken te doen ontvangen, — en .hun voor altoos buiten' ïkat ftellen, foortgelykc verraderye we,derom ten uitvoer te brengen. \ JAAP. Maar Piet, denkt gy dan dat men ëiat evenwel niet zon.de hebbe kunne doen, -f al had mei;, die loontrek- . kers doen ondervinden, dat het burfrerllaal zoowel aandringt cn afmaakt,— dan dat, van een party gewapende : huurlingen, — had men dan ten minften het genoegen niet gphad, dat hun hunnen tros vermindert, — cn hun;ien bevel hebber in zyn- grootfehe •inbeeldingc was, te letir géffeld geworden, — wei als ik een inwooner van .Amersfoort w3 / ergadcringvoor- . gevallen, — verre de meer .erheid, r nemen net belluit, om aan Gedepu- % teerde ter Staats Verga-iering te gelas- _r ten, om ten eeriten volgens den inhoud 1 Van dit Request, de zaaken zoo te d beftuuren , ~- m der Suplianteüjv htfjine begeerten volbragfi wierden,— elk Inwooner was gerust, en verlang de naar. die ogenblikken dat men het gefluit vernam,— h.tin Ie Söiivcraine Vergadering van ons Volk,"'— de item van zqo veele duizende Inwooners was jrehoort gewoffien, — Cft daar ménJb het zekere' was geinlprmeerd, dat twaalf van de agtien temmende fteeden, de zeiven, of zoortgelyken last , hadden, ve'rwagte men op vry zekeren grond, dat de overheerfebers beteugeld, en alle overheerfehing in eens, den bodem zouden zyningcflagcn, — maar ziet — men weet -middel om..het werk eerst te rug te zetten en te vertraageh, — en dan vrees ik,, zal men wel listen uitvinden om het geheel den bodem in te flaan, — de gedeputeerde vaii eenige fteeden vergaderen aan 't logement van 'Leyden, en befl uiten om eerst de volgende week in do Ver°-adöriftg van dit ftuk te fpreeken, een eenige ftad blyft getrouw aan de hem eerst gegevene last, en brengt Zaturdag den 27. dit ftuk ter tafel 'yan }iua Ed Mog. maar de meerderheid heeft het anders begrepen, daar is die week niet van gekoomen. '« 1 JAAR Maar hoe zit dat werk dan Piet hebben gedeputeerden daar regt: toe* ik dagt Mat die ver. ligt zyn te baadfe? en volgens de last van hunne Committenten,.*} was het dat-zy begreeleirdait het ftuk anders beter zqude ',ya-,--want men brengt immers daar iet befltutvan de Collegies der Vroed:-:-i.ppen, en niet Ie gedagten van enige weinige leeden der zeiver. P 1 E T. Dat is ook zoo Jaap, daar hebt gy olmaakt gelyk in, al uw vraagen ioet..-n met ja beantwoord worden,— it de Commisfie ter onderzoek van e expeditie naar Brest, door den Sou-, wrein geordonaeert maar niet, vc*-  bragt, Mykt dat ie Officieren van 's tandsvlsot Kry jraad belegt hebben om de ordre van den 'Soaverain te onderzoeken, — en na dit onderzoek is het volbrengen van die o-dre agtér wege ge1 leeven en niet vclbra'gt, — het 'is waar in die Commisfie , wort die handelwys rond Bit afjekesrd, en geoordeeld ft; afbaar te zyn, — of dit evenwel mogelyk geen bru< gelegd heeft, dat men foortgelyke voorbedde volge, — en ioo meer zyn eige geflagten, dan de uitdrukkdyke last van zyne Committenten volgd , — of dat men foortge- lyke middelen meermalen gebruikt, en op de jiroef goedgevonden heeft, — daar zal ik niet m'eerder Van zeggen , — het bloed begint my warm te worden, ik wil liever van het geheele ftuk zwygen, — mogelyk is de gegronde verwagting-van zeo veel braave Inwooners van ens Vaderland geheel vereideit en te leur gefield. JAAP. Wei Piet, hebt gy nu reedenen cm kwaad te worden, my dunkt hier is geen oorzaak ■ toe, — al wat 'er nog maar verlooren is , is êene Week uïtfte!, — en dan komt de geheele zaak in een goede plooy, en het kan üïet anders, of die zaak moet goed uitkoeÉaen, — of denkt gy om kwade gevolgen. , PIET. Ja Jaap, al was het zoo, dat hét maar eene' Week , de geede zaak verwylde en dan alles ( zoo men zegt} op zyn beene we'derom neder kwam , — dan verbeel ik my, liog reeden te hebben om kwaad 'er ovèr te werden , — of moet men zyne Broeders maar in banden en onder het Jok laaten, of met allen fpoed komen toevliegen, om hun van het zeiven te verloifen , — ayn de InWooners van Amersfoort ffrafwaardige misdadigers, oproerige Burgers, — dan moeten 'wy hunne zaak niet aantrekken , — dan moeten zy volgens de wetten geftraft wor•'den , — maar zyn het waare Vaderlander», — Cpregte en'vreede lievende Vryhcidzoonen, -die door wreedaardige Ariftocratifche overfieerfchers °edr«kt worden, -- dan is eik Uur een Week, - daH is e'ke Week een Jaar, dat die braaven onder het Jók blyven zitten, a's ef zig niemand hun en hunner zaak wilde aantrekken, — en is hét «iet zeer mo^e yk , als een Volk hard gedrukt, en geen 'uitkomst of redding te geaioet ziet, -- gronden k-yjt em vastte ftellen dat zy va alle verlaaten zyn , — en niemand hun-e zaak aan trekt, -- tot wanhoopige befluiten ( hoe dwaa het ook weeze moge ) ïynen toevlugt neemen , -- zyn wy onverantwoordelyk, zoo onze handelwys hier toe de minde oorzaak of aanleiding geeft, — maar bqhalven dit, — ik geloof dat wy onbevoegd zyn om te onderzoeke'- wie hier gelyk ofoTige'yk heeft, of rle i ur -ers vanA-iners- ' foort, of derzelver Renrecentanten , — de groote vraag ij .maar ©f het billyfc isj ef toet reet de etifykheid kan befia&n', — dat meti zyn vermogen gebruikt ef leend om een ander te onderdrukken ef te ftiaffen , — zonder dat men weet of denzelven ftraffe verdient heeft, — en is dat juist het geval nieo waarin wy verkeeren, — word of is 'er gevraagt, om de Burgers van Amersfoort te re; tvaeröigen , -- daar zyn wy als nog in. Hoiiand niet bevcegt toe, — myr.s oordeels is dat nog het Hnishoudelyke werk van de Provintie vsn Utrecht, — maar hier is en' word alleen gevraagt, cm het terug roepen van die troepen die op Hollandfche rekening ftaan, — op dat die niet gebruikt worden; en gezorgt worde, dat zy in het vervolg niet kunnen gebruikt worden , — om niemand wie dat het ook weze moge , of wat voorwendzel men ook gebrtrike moge om heró te onderdrukken , — kan men ooit te gaauw" koomt toevliegen, omeen onzinnige van zyn geweer te berooven , op dat den onfehuktigen door hem niet gekwest v orde, — wat denkt gy , heb ik redenen om over dit uitftel kwaat te weezen , — of moet men op een goeden uitkomst blyven hoopen, al ziet men dat de xaaken omgekeert en het Stuk in een verkeert ligt geplaast word , — ef zal een Mensch , die indruk en gsvael heeft van de grootheid der misdaad, ~ een regtvaerdige te verdoemen, — niet veel liever hondert fehuldigeh ongeftraft laaten gaan, — om dat hy geen voBeedig bewys van hunne fchuld heeft, — dan eene onfchuldige te ftraffen, — en als men in dit geval, volft»ekt onbevooroordeslt denkt, — kan men dan zeggen , de Burgers van Amersfoort zyn misdadig zy moeten geftraft worden, — en al eens geftelt (waar van het teegerdeel by my vast ftaat) maa»' al eens geftelt, die Burgers moeten geftraft worden, — kan men dan oeit ongefchikter werktuigen hier toe gebruiken als de militie, — die van het geld der inwoners moeten onde-hoaden worden, -- word dit werk niet met kragt-beteugeld en op het fterkfte tegen gegaan, — dan is geen een Burger in gauds. Nederland, van overheerfching en geweld beveiligd , — dan moet'men noeii meer fpreeken van regten of privilegiën, — dan moetmen maar lydciyk geheorzaamen, — watonr ie genadige Heeren goedvinden te beveelen» 1 JAAP. Maar Piet, gy zegt dat men onbevoor oordeeld haadelen moet, — en gy zelfs, fp-eeke de Burgers van Amersfoort vry, en fcheind zoo de legeering in het ongehk te fielle- , — is dat nu van uv zelfs - iet met voor-oordeel gehandeld , — en heeft men , da*r gy nu zo» tegen fchomd te zyn , in zoortg^Iyke "ge'.egenheeden de mi'itie van den ftaat niet meer gebruikt.. — waarom zoude men het dan tegen-» woordig nog niet doen , PIET. Ik denk Jaapje dat gy my zult toefiemmén, — dat om gig rigter of beftusrder de*  Volks te oördeelcn 'ef geheel anlerê' Sfl flerker gronden moeten zyn, cm iemand fchuldig te verklaaren, — en een dadelyke ftraf te duen ondervinden, — dan in het particulier oordeel, 't welk ik als een particulier Perzoon over een Geval of Perzoon veile, — in de eerfte plaats moeten onbefprooken getuigen , en is het eene Capitaale misdaad, de eigene bekentenis van den fchuldigeii , — tot een le.ftar d enen, — daar ik in myn bizonder oordeel, met veel minder kan be-' liaan, — daar komt het my .voor , dat Ichoon als nog het Stuk zoo verre^ niet entwikkelt is , om geregtelyi de onfbhuld de waare onfchuld van Amcrsfoorts Burgers te bctoogen, — men evenwel uit het een en ander het bcfltiit kan opmaken , om te weeten wie men hier moet fchuldig houden, — ik verkie3 als nog niet em in bizonderheeden omtrent dit Stuk te koomen , — dat fraaije Stuk door de meerderheid van de Regering van Amersfoort aan de Staaten van Utrecht gezonden , is ons in de Courant mede gedeelt, — wy zuilen wagten tot ons door de minderheid van dien raad , ook hunne gedagten is bekent gemaakt, en dan kon het wel syn dat wy 'er eens gezetter over fpraaken, -- ik zal als. n» maar een kleine Haal neemen, dat myn oordeel zeerbepaalt heeft,— het is het kenmerk van de onlchuld, om eenvoudig den Koninglyken weg te gaan, — en betrouwende op do billykheid van zyne laak , de gewoone middelen ter. verkryging van zyn waar deel te gebruiken, -- daar in te.geHdeel de bewustheid van de verkeertheid Van verkeerden handel, — en een hartnek.kig befluit om in het zeiven te blyven volharden, — dien ongelukkigen mensch,allerleye listen dcet uitdenken, weegen en middelen 'aan de hand geeft, — daar de Cordaate eerlykhe.d, met verontwaardiging op nedsr ziet, — de meerderheid der Regeering van Amers fbort, kan goedvinden , om zelfs, als bet waar is, een Kerkelyk Perzoon te gebruiken, om de Regeering, eener Stat in Holland, door vooroordeelen intenemen tegen de Burgers van Amersfoort en tegen hun gehouden gedrag, — de redenen door dien geestelyken bygebragt, zal ik als wy in het vervolg over het ftuk fjreeken , nader onderzoeken, — en dan twyfïèl ik geen ogenblik, of gy zult my gelyk geeven. -,- de tweede zwarigheid is , — dat men in' gelyke misdaden wederom fchuldig te maaken, ik denke yan neen, — en zpo lange men niet, in ftaat is cm te . bewy'zen, dar. men volgens de Conftitutie van onze Gemenebest RegeiingVryheid heeftom dit te moogen doen, — zal'ik het als; een cveih.eerrching en gewelt' béfchouwen , waar door den Burger onderdrukt worde, — ,en ik houde my verzekert, dat dat middel nooit-dan door cverheerfcher.de Ariftocraten , — én kruipende Stadhouders gezinde Regenten zal »abiuikt worden. JAAP. Wel Piet, wel man wat zal'er,neg van ons Land ; wat zal 'er noft van onze Vryheid wórden ,,indien het werk zoo blyft voct=aan , ëti den Regent den Burger zyne geroofde 'vryheeden niet wederom geeft ? j PIET. Baar zal ik nw we! onbewimpeld myne gedagten van zeggen, zeo de. Aiiftocraten in ens Vaderland het gevaar niet 'zien waar, in ty zig_ zelfs gebragt hebben, — en de küil niet zien waar in zy zeker ftorten zullen, — dan znllen zy blyven voortgaan, met den Stadhouder afteneemen al wat hy in Conftutioneel bezit, — en in plaats van aan èen Burger toeteftaan, dat zyn gegronde bezwaren weggenoomen , — zyne geroofde regten hun weder gegeven worolen , — zal hy dezelven niet hooren, maar alles voor zig behouden , — als Souveraine Vorilen over den Burger heerfchen, tetzy het moede zyn,, het gedult tot het Hiterfte gerekt, — den Stadhouder die gelegenheid zal waarnemen en ineens zal tragten meester te worden, — en voor een korten tyd zeer waarfcheinelyk ook zal verkrygen, alles waar na hy ooit verlangd .heeft, -- dan zullen zy, welkende liefde en hoogagting van een vry. volk' hadden kennen ondervinden en genieten,, des .zelfs„verontwaardiging en verguizing in, vellen . nadruk moeten ondervinden, — en het ga'ndfché Volk in ilavernye gekluifterd, dan zullen die' heer.zugtige, met de ketenen beladen,.al het ge-wigt en nypende van de. flaverny in eigener perfcon ondervinden moeten, — -en"de Eurger woedende geworden zynde, zal als een eenige man opftaan en zich yan alle kluifters ontdaan , — God bewaare ons voor die uiterfte ftap, dan. ze is in het verfchiet te zien. — JAAP. Ik kan nu niet langer, ik hoop dat gy uw" woord^ houden , en wy by een nadere gelegenheid, eens nog over dat Arnersfoortfche werk fpreeken zul.'en, ik wens uw een goede nagt. PIET. Myn tyd is ook yerfcheenen Jaapje , zoo ' andere zaaken, ons meer in eigener Perlöon • aangaande ons niet verhinderen, wil ik da£ ' Amersfoercfe Stuk nog wel eens by de kop neemen., ik.wejis u nu wel t'huis en welt.e rosten.  D E POLITIEKE SNAPPER Zaturdag den ifc. September 1785. N°. 2,2. DJ A A P. ag Piet! is 'er veel nieuwigheid? ik hoor zoo weinig tegenwoordig, wantik ben de moeiten tyd buiten de Stad, ik denk dat gy wel het een of hetan 'er niéuws hebben zult, ik weet niet wat ik'er van denken moet, maar hetfeheind my toe, dat de Oranje Calarten zoo nu en dan het hooft wederom beginnen opteftceken, en dat fpclt my niet veel goeds. PIET. Ja vrind het komt my voor "dat gy darr in gelyk hebt, in onze Stad be'fpeurd men zoo hier als daar wederom meerdere beweging, cn,wel van dc zuikëö die het allerminfte p;'St, — dat geval in den Haag laastleden Zondag voorgevallen, is, wederom een bewijs, dat die pavthy niemand ontziet, en de wetten fchend in de tegewoor-1 digheid van de wetgevers, — het tekent ons vry duidelyk, de wreedaardige bket-dorst van die verdervende • Cabaal, — zoo men maar met hun niet mede werkt, om den Stadhouder beven de wetten te ftellen, is het redenen genoeg, om van hun, — met moord en doodflag bedrygt, en wierden zy in hunne woede niet geftuit, "öek dadelyk yan hm afgemaakt, te worden,':— maar wat zei men zeggen Jaap, men ziet al veelmaal, dat. kwade Osfen ftompen hoorens hebben, en zoo gaat het ook veel al met die oproerige Cabaal, —- lang heel lang hebben zy de regte Liefhebbers van Vaderland en Vryheid beichuldigt, datzy moorders hunner Medeburgers waaren, — zonder dat men ooitin ftaat is geweest een eenig voorbeeld tot bewys te kunnen te berden brengen, — maar hoe veele bewyzen zoude men kunnen aanvoeren,waar uit het klaar bleek dat het oogmerk van die verdervers van het Vaderland, het nergens anders op toe leggen, dan om hunne Medeburgers, (zoo zy met hun, de zelfde voor een redelyk menfeh zoo vernederende gevoelens en oogmerken niet hebben) te beledigen of van kand te helpen, — i maar zoo gaat het niet zelden, dat men een ander befchuldigt met eea kwaat waar mede men zelve zwanI ger gaat,— maar laat de Cabaal woeI len, hunne mynen fpringen tot hun I eigen nadeel, nu den een te vroeg, ; en dan den ander wederom te laat,— ! zoo dat al dat woelen van dat zoort i van menfehen hoe langer hoe,, meet : huöne eigene agter uit werkt,  want hunne oogmerken on.lekt, en hunne bedoelinge kenbaar zynie, moeten vcelen die te vooren met den ftroom waren mede geHeept, hunne partliey doen verlaateh, — neen myn vriend zoo wy ooit onze Vryheid verliezen het zal niet door die parthy zyn, — ma. r dat kan mogelyk zyn, dat een Ariftocratifche overheerfcliing,het verder zal brengen, om ten minsten voor een korten tyd, ons met de ketenen van flaverny omtevoeren, — maar zoo dat die parthy gelukt het zal alleen veroorzaakt worden, door onze on verand woordelyke laauwheid, — waar door wy weigeren, pp een kloekmoedige , en teevens bedaarde wyze gebruik te maken van dat regt dat "ons nog is overgebleeven, en van die magt welke wy als nog bezitten, — cn daarom zoo" wy bezielt zyn met egte, met waare, Vaderlandliefde, — zoo wy den minsten prys ftellen op die groete Hemel gaave de Vryheid, — zoo wy dat e enigzins op zyn regte waarde fchatten, liever ter verdediging van onze vryheeden en voorregten het leeven opteofferen, — dan toe te laaten, of door onzelaauwheicLoorzaak te zyn, dat wy de Vryheid overleeven zouden! —toenover twee eeuwen Haarlem door de beulen onzer Vryheid wierd in genoomen, en zy hunne vrye halzen onder heerfiigten geweld krommen moesten, ~ toen wierden de oogen van duizende Nederlanders geopent, en op hetfterkst aangevuurt, om zig tegen dat geweld «e verzetten, — en niets onbeproeft . te laaten om dat lok van onze vrye halzen af te fchudden, — ja om liever alles, dan de Vryheid te verhezen, men bood die tyranneukloekmoedig tegenftant, — en na dat een van de magtigfte en rvkfte Koningryke van Europa, zyne'kragtea verfpïeld «n zyne rykdommcn r.itgpeDüt badje, wicricnzyg-enootónëto YaaöttS «fis- zym, en ons voor vrye volken te verklaaren,— en zullen wy het" minfte regt hebben, om ons "egte zoènèn van die Braave Vaderen te noemen, — zoo wv nu dé-moed lieten zakken/— of zelfs zoo zw arhoofdig dagten dat wy het eens zoude moeten op* geeven, en de Vryheid laaten vaafeft; neen gamchelvk niet, — maar elke ftap van overheerfcbing welke nfën ziet gebeuren, moet elk waar Vaderlander met nieuwen moet bevielen, om tegen dezelven onbefweekcn pal te ftaan, — en met ten' zyde zetting vm eige belang ^perzoonele bedoelingen, eige grootheid en aanzien, alleen het Bedoeld oogmerk, de herjleliing van ,-onze geknotte Tfiyheid , — het ivederkr eigen van on* ze geroofde voorregten, — ons óp het allernaauwst te zamen vereeni- ' gen, — en niemani (van wat kant de overheerfcbing kome moge) te wyken, maar onverschrokken het hoofd te bieden en ik durf 'er voor in ftaan,. onze overvj'inningen zullenzeeker zyn —' JAAP. , Maar Pfet, is dat nu wel gelyk, in die tyd, daar gy van fpreekt, ftresd men voor de waare Godsdienst, en nu is het maar voor onze Burgcrlyke Vry- i heid,—in dat geval hadden onzen Vaderen een volmaakt regt, om 'er alles aan Ce waagen, en hebben wy daï 1 nu wel in deze dagen, — kan men nu met een geruste Concientie ons Lef ven in de Waagfchaal'ftellen voor : onze burgerlyke belangens. PIET. Zoo Jaap ik begryp u, — gy meend als onze Vaders alleen voor hunne Burgerlyke Vryheeden geftreeden hadden, dat zy dan hun leeven rockeoos^gewaagt en ieds gedaan hadden, waar toe zy in Concientie geen Vryïeid hadden, is het zoo niet. JAAP. &99 fcQJfit iict my tenmijlftcn Vo°r,  — de Vryheid zoo denk ik 'er over, dt '-'vheid is een tydelyk goed, dat wel hoog te waariceren is, maar het leeven is vooitieffelyker; PIET. Nu man dat is zeer defcig ge-redeneert, en alle de daaden.onzerbraaven Voorvaderen , — v/aar door zy de» roem en hoogagting deiVolkeren verworven hebben, — en welke door Gods.cgenende goedkeuring zoo zigtbaarlyk bekroont Z"n geworden, — zoo maar op eens aftekeuren en te veroo delen gy hebt volftrekt ongelvk dat or.ze Vaderen tegen Philips den tweeden in dien tyd onzen Souvfainen Heer het Zwaard getrokken hebben, cm d.n Gcdsdienst, — het was om het .vertrappen en ontrooven*van hunne Burgerlyke voorregtcn en Vryheeden, — zoo ik; nu met uw disputeeren wiloe , — moest men onder-* z eken, of men ook voor lighamelyke dingen zyn leven mcoge veil hebben dat evenwel niet moejelyk te bewyzen was, — en ik denk,Jaap , datgy zelfs wel een kans zoude waagen , als men uw al uwe goederen ontrooft hadde? — JAAP. Schoon ik_ met uw niet wil' disputeeren Piet, moet ik evenwel dit vraagen , — zoo het waar is, dat in die dagen het verfchil niet om de Godsdienst geweest is, hoe komt dan, dat het evenwel geweest is in die tyd, toen de Reformatie Gepredikt is, en dat 'er zoo veel Menfehen om de Godsdienst zyn om.gekoomen? — PIET. Ik moet niet bewyzen waarom die Burger verfchillen op die tyd zyn voorgevallen , — maar het zou voor uw rekening zyn, te bewyzen dat het waarlyk om de Godsdienst .geweest is , — het welk ik volftrekt ontken , -en omjidit ten overvloede met een woord te .toonen, — was Willem de eerftc niet Rooms.gezind, ten minften lang na dat hy door Alba ingedaagt en in Naam van Philips de tweede gevonnist was, — gaf hy hetminfie blyk dat hy de leer der Reformatie was toegedaan , — en wat zyn verdediging betreft by den Koning van Spanjen , om dat jhy de Wapenen hadt opgevat, daar zegt hy , dat Alva de vooregten , door den Koning zelve bezwooren met voeten treedende , de Landzaa. ien voor het Spaans geweld bloot Jlelde, dat hy Prins van Oranje , deeze onbcile voorziende , den Koning des wegens reeds voor lange hadt eewaarfcboiewt, waarom hy vit medelyden voor het verdrukte Volt, en uit regtjehaapen zugt voor den dienst van zyne Majejieit op het verzoek van Soomfehen en Onroom fchen belden, i eindelyk bejlooten hadde de Wapenen op te vat- ' ten, tot geen ander einde, dan ter eere Gods, \ ter béfcherming van Gods woord en van Gods ! Dienaars , tot dienst zyner Majejieit, en tol handhaving van 's Lands voorregtcn en Vrybeeflen, tegen het gewelt der Spanjaarden Qfc. er- | go de greote- reeden- was om dat Alva de voorveg.en op welken de Ingezetenen een wettig regt hadden, die door den Komng zelvre .bezwooren waaren, met- voeten treeden , — hier toe was hy van Rooms en önrooms verzogt gewoiden, — hy dcedc het voor tien d enst van zyne Majcfteit, was dit nu niet opentlyk met den Koning dcnlpot gedreeven , als het een oorlog was geweest voor d-e Godsdienst, daar den Koning volftrekt rooms was. -- en hoe hadt dien Prins aan zyn voorgaande handelwyze'kunne goedmaaken , — daar hy in Maart vair dat seïve Jaar , voor het eerst uitdrukkingen gebruikt hadae , waar uit men voor het eerst "met eenigen waarfche&elyken grond konde opn-aken, dat de Prins van Gods iienst begrippen veranderd , cn de Hoomfche Leer verlaaten hadt, — dat was het ten minften Ceelver dat ,.de Prins voor die tyd dat hy van Godsdienst veranderd was, — zig als een ontrou amptenaar, Ja als een Oproermaker tegen den Koning zyn meeste.' gedraagen hadt, — en wat behoef ik meer bewys voor deeze ftellin?, — als het verbond of de Unie van Utrecht tien Jaaren na dezen tyd opgeregt, of waaren alle de Provintien en de Staaten derzelven , die tot dit'verbond toetraaden en zig te zaamen vereenigden, — de nieuwe leer ( zoo als men de zelve toen noemde) toegedaan, — waarom dan bepaalt dat eik zoude blyven by zyn onderfcheiJe leerbegrip, — zonder dat den een aan den ander, in de onderfcheidene Provintien , eenige bepaalinge vermogte te maaken, — zoo ik my niet bedrieg is het uit dit weinige volftrekt zeker, — Ja: .de Nederlanders zig tegen den Koning vaa Spanjen Philip den tweeden , en zyn Goevernéur den Hertog van Alva, niet verzet hebben , blootelyk om de Godsdienst, — maar om zyn Overheerfchend geweld en Onderdrukking der Ingezetenen, zoo we! als om het berooven, van hunne goederen en voorregten, ik ontken niet, — en het is wel mogelyk, dat het nieuwe ligt, het welke bij, en door dc reformatie over de Nederlanderën was opgegaan , — zeer veel kan hebben toegebragt om den menfehen op te wekken uit die fchroomelyke flaap , — cn onverantwoordelyk blindheid, in welken men de menfehen tot dien tyd toe gehouden hadt, — en dat zy nu hunne waarde begonde te kennen , en ! begreepen wat hun als menfehen, wat hun a's Inwconers van Nederland, wat hein als Christenen toekwam , — zoo volge hier zeker uit, dat het opgeven van hunüe Eurgerlyke bezwaaren , — en een vermeent regt, om God bp hunne wyze, alleen naar het j'oorfchrift van zyn woord te dienen , by hun gelyk' tydig gebooren wiert, — en hadden zy , den Inwooners niet eerst van zvn wettig eigendom ontrooft, zy hadden voor hun Godvergeeten handel geen voor* endzei b.ehoe- , ven te aoeken, om hu» ts Straffen, ~ 'stil-  den na de Tn'vooners zig aan de willekeurige beveelen van de wicede Spanjaard zig niee onderwerpen, — (daar hebt gy een rede van ongenoegen, en mogelyk de eenjgfte, die den Koning deze Landen heeft doen veriïózea, dat men de Inlanders voorby ging, — ert den Spanjaard en Itd'.iaen het bewind in handen fielden ,— die zelfs van weegen hunne aargebooren trotsheid , de Staaten des Lands 2iiet aebte en hun regt onrcgtvaerdiglyk onderdrakte ) men wist geen "bondiger reedeuen om hun van kanr te helpen , als di-eze , — hut waaren Ketters, — wat dunkt uw nu Jaapje! héb ik nu niet zeer goed geweest en al uw redenen beantwoord, — en ik verklaar» a\v als men de beste onzer Hiftorie Scrnyvers raadpleegt, zoo is dit in die tyd , de toedragtvan zaaken in ons Land geweest,— fchoon men gemakkclyk de redenen begrypen kan , waarom men die gebeurtenis in zoo "een verdraait ligt voorfield. JAAP. Ja Piet, ik betuig , gy hebt my plaizier gedaan , om my dit Stuk wat omftandiger te éeggen, — maar ik zie geen reeden , waarurn dat men ons zoo algemeen verteld, all" die zaaken zyn om den Godsdienst voorgevallen. PIET. , Dat gy die reeden niet begrypen kund , Jaap , dat verwondert my, — ik zal uw dan oek hier in myne gedachten zeggen, -- het 5:an wel zyn, dat veele door onkunde dwaalen, om dat men over het algemeen veel te •nkundig is, «ver de gebeurtenisfen van ons Vaderland , — en als men in do Kerk leerredenen , een ftuk of een brok ouxer gefchie- ■ cienisfe hoord aanhaalen , hef is niet zonder i 'ïeeden, dat geen, dat bizondere betrekking' iieeft ep de Godsdienst, en de foltering wel"ke de belydenis der waarheid, en om die lieleidenis ook door de Spa'jaards hen zyn •aangedaan, — dan ftelt men al vry gereet, (en zoo men denkt op gsede gronden) vast, — ïs dit ons nu alles om de belydenis der waarheid overgekomen en hebben wy het Land daar van vry gevogten, — dan moeten alle andere Godsdieest gezinten . — dan moeten voor al de Roomsgezinden , ( want die belyders hebben onze Voorvaderen al dat leet aangedaan ) uit onsLand geweerd worden , — xender dat men bedenkt dat op die wyze geïedeneert, men 's Lands Staaten , en Willem den eerfien die in dien tyd zulk een grooten invloed hadde, in '6 beltuur der zaaken , — van agteloosheid o"f een verkeert beliuur befchuldift, — daar zy uitdrokkelyk bepaalen , de Vryheid van Gods - dienstoefening, eok voor de Roomsgezinden , — maar alle wel¬ ke met vooroedartên rade en met opzet, de Inwooners van ons Land , in dat verkeert begrip brengen of verfteiken, hebben geen mini dere beaoelingen, dan , — om de Inwooners van ons Land, de allergrootfte verpügting in te boezemen aan het Huis van Oranje , — dan vlot het ftuk op_ een zeer gemakkelyke wyze, — het veffchil ine» den Koning van Spanjen, en de Inwooners van Nederland, is alleen geweest om de Godsdienst, — Willem den eeifte, Prins van Oranje heeft voor die Godsdienst, alies zyn eigéné goederen en leeven opgeofferd, dien Prins heeft voor de Godsdienst gezorgt, — een gezuiverde, ecn-troostryken Godsdienst, is het voortreffeiykfte goed dat een Mensch hier op Aarde hebben kan, en ziet, dat is ons doordat Huis bezorgt, —dan hebben wy cok verpligt'ng aan dat Huis , en het is de groctfte ondankbaarheid, — om dat niet, zcifs tot in het laate nageflagt te vergelden, — en is men dn ftaat, om de verbeeldingskragt, oo dit ftuk te doen werken , het is het fterkfte'roerfel t!at men ooit gebruiken kan , — en daarom zal het neit misfehen , of zy, welke het koste wat het wilde, die voorgenomen hebben het Huis van Oranje te verheffen, — zullen zoo dra gy hun in dat voornemen durft tegen gaan, aanftonds zeggen, — de Gods» dienst is in gevaar, — dat zyn Menfehen zender Godsdieus', — men heeft voor, verandering in de Godsdienst te maken , — ftel 'er uw tegen , want het is om de Godsdienst te doen , — gaat maar na, hebt gy in onze dagen dat niet meer dan eens gehoort, — en het zyn altemaal!eugens,en w as het om verandering in de Godsdienst te doen, ik zoa de eerfte weezén , die een ieder daar voor zoude waarfehimwen. — De Godsdienst, de gezuiverde de Gereformeerde Godsdienst is een onmisbaar Juweel, een dierbaar gefchenk van. God zelve, wy hebben daar voor aan niemand verpligting, dan aan God, en wy zyn verplicht voor onze Medeburgers die van andere gevoelens zyn, te bidden, dat zy ook verlicht en daar -van deelgenootcn mogen worden, — maar wy moeten elk zyne Vryheid laaten en onze Vryheid zelve, ook bewaaren, want de God?-diej>st is zonder Vryheid onbeftaanbaar. — De Vryheid alleen en geen losbandigheid of heerszugt nog dwitiglaady kan met onze Godsdienst beftaan, — en das moeten de Ariftocraaten ea Prinsgezinde» , Oproermakers , geftraft worden. — • JAAP. Piet ik geef uw volmaakt gelyk , — ik bedank uw voor het onderrigt ea wensch uw eeH goede Nacht. TeXeyden by C. F. K O ENIG, en verder alom, daar dezelve alle l Zaturdagen, voor vier Duiten, met een Nommer vervolgd worden,  D E POLITIEK E SNAPPER. Zaturdag den 17. September 1785. N°. 23. DJ AAP. agPiet! wel vriend hoe gaat het? beginnen de za;ken te frhikken, loopen de dingen voor uit, het is alles zoo ftil? PIET. Jaapje, vm wat voor zaaken meend gy, — wat is het vriend, dat gy denkt dat vooruit loopt. JAAP. Wel van al die zaaken , daar braave en weldenkende menfehen, met reden belang in ftellen, als daar is voor eerst het verfchil met den Keizer, "hoe zit dat, zal dat worden by gelegd, is 'er hoop dat wy"haast vreede zullen hebben. PIET. Zoo men uit de toedragt van zaaken, en de beste tydingen in de Couranten eenigzins gevolg kan trekken dan geloof ik v;nja, — dat het 'Hollandfche geld, de eifchen vanden£«ker zal moeten bevreedigen,is by my geheel buiten bedenking, — maar wat zwarigheid, door dien manhaftige en Cordaate gevoerden Engelfchen OorJog, zyn wij met reeden by onze nabuurenin veragting geraakt, — en dat hetonze eige fchuld is, door een rnoedföËig verwmrloozenvan die gelegen-i heeden in welke wy onze vyanden de nypenfte flaagen konden hebben toegebragt, ftaad by my zeeker, — en wat de wezendlykfte oorzaken van die in;ctiviteid geweest is, behoefd ni t wederom opgehaald te worden, — ik denk-, dat wy als nog geen gegronde hoop genoeg hebben, omvasteftellen dathetmet deeze Landoorlog beeter zoude gaan, als met dien laast gevoerden Oorlog ter Zee, — waarom ik geloof, dat het als nog beter is, om wat toe te geeven, dan het overfchot onzer roem te waagen, en ons blood te ftellen, om naar het verfpillen van een onnoembaren fchat nog erger van de reis te koomen, — wy een gegronde hoop voeden 'dat de uitvoerende magtvan alle misbruiken gezuiverd, de beveelen van den Souverain met alle promptitude zullen ten uitvoer brengen, — zoo lang 'er in ons Land nog een zoo fterke Cabaal is, die door gerugten van Oorlog de naatfietragt verlegen te maken, — is het een zeker bewys, dat'er nog de zulken gevonden worden, welke middelen zoeken zouden, om de beveelen en maatregelen van den Souverain op alle wyze tegen te werken en te vertraagep.  JAAP. Heeft inen dan wederom door gerugten van Oorlog, de naatfie tragten verleegen te maken. PIET, Eyman, gy fcheind vry onkundig te weezen, --• voor eenige daagen zogt ïuen dat oormerk te bereiken niet de vernieuwing van een gerugt, dat de onderhandeling met den Keizer eerlang geheel zouden worden afgebrooken , een geheele menigte Keizeriyke Troepen zakten naar dc Nederlanden af, — zeer ras was dat werk ten einde men kreeg vry fpoedh» egte bcrigten van het tegendeel, men wierd in 't zekere onderrigt dat de vreedens onderhandelingen onder bemiddeling van den Franfcben, Koning wederom wierden voordgezet, — nu wend men het wederom op een anderen boog, — nu zegt men, — den minister van Pruilen is zonder affcheid te neemen uit den Haag vertrokken, — en wild gy de i eedenen weeten waarom, — wel het is om den Prins van Oranje in al zyn oude regten te herftellen, — men moet waarlyk al wonderlyke gedagten vormen vwdieaPruifiJchen monarch, als men zulks zoude gelooven, — zoo men maar wat nadenkt van hetgeen een weinigvroegerge'ceurt is, -—toen heeft men tot die zelfde leugen den toevlugt genomen, en is 'er vry kaal mede van de rys gekoomen, — men vat nu dat .eige ftuk wederom by de kop, — hettekend my, dat man al vry arm is in zoortgelyke zaaken, de boel begind op te raken, — o! mijn Vriend, wat is het een zegen voor onze, voor de goede zaak, — zy welke het van die kand, op ons verderf hebben toegelegt, worden of zyn veel al mtt blindheid gefl.lagen, — zoo dat zelfs de allervervoejclykftc en laaghartiglte ontvverpen wel worden ran den dag gel egt, maar het bedoelde oogmerk friet bereiken, JAAP. Is dat disn eige minister weer, die zoódikwils met memoden, ten voordelen van den Stadhouder zig, by de: generaale Staaten heeft aangemeldt,— o, dat is weereen leugentje voor drie daagen, —•■ ik denk Piet, dien minirber. kan wel een goed mannetje weezen, — maar ik geloof dat de Koning van Pruifch^n, een verftandiger man is,— en d;,t zoo lang de Prins, door de Staaten niet onregtvaardig behandeld word, dat men dan van dien kand niets te vreezen heeft, — maar zeg my eens Piet, wat wil dat zeggen, dat gy zegt, dat zy welke het van, dien kand op ons verderf toeleggen,— I wel heeft men dan van een andere kand voor kwaad te vreezen. PIET. Ik verwonder my Jaap, dat gy nog zoo onkundig My ft, — ons Land is in gevaar, of door Vyanden van buii ten, die zyn 'er veel, welke met al hun vermogen het 'er op toeleggen om de Hollandlche Kaas , en de ! Delffche Boter in eigendom magtig | te worden, elk wil al gaeme zyn aandcel'hebben, van het Hollandlche j geld , de Keizer zelfs toonde hier na I zeer begeerig te zyn, dit is eene j i kant, —- dat 'er in ons Land een Ca-] I baal van aterlingen is, welke het kos-; | tc wat het'wilde, het hier op toeleg-> [gen,— om ons alle alsJlaavendieisti baar te maaken aan betVorJlclyk Oranje Huis,—is een zaak welke zoo; klaar is, dat ik meene dat geen be-j wys nodig heeft, — dit is een twee- j de Vyand, hyna zoo flim als de eer-; ftc, — - hier by komt nu in de der-* de plaats, een geheele bende van Arijlocraten, — tegen alle die, mo?t.; een waar Liefhebjer van zyn Vader- J land en Vryheid, onbezweeken biy-j ven pal ftaan, —'■ en ik ltaa 'er borg] voor, dat geen vaa die drie partyen j zig een gel egenheid zuilen Laten out- \  glippen, wa:r in zy meencn hunne co-merken tc kunnen bereiken^-— by hetbegin van den Engeïfchm Oorlog ' wierd mén duidelyk ontwaar ', w;'ar om het de Stadhou :ers gezinden ,, te doen wrs, — men ontzag ni t om de bezittingc aan den vyand opteotteren, op d. t wanhoop en vcrflagenheid de inwooners zoude werpen, m de armen van den Stadhouder, — m het Jaaï 1747'. was dat zelfde middel gebrui!-1, en het heeft toen aan de verwagting beandwoord, het is waar dit is nu in den Engetfcben oorlog gemist, | maar men gaf de moed niet op, den Oorlog met den Keizer, konde mogelyk dat oogmerk bevorderen, — datftuk wederom afgefproagen zynde • moed nu den Koning van Pruifehen ten tcneele gevoerd worden, — op dat men dat gro_ods ontwerp m eens tot zyn volkomenheid zoude brengen. JAAP. Wat is dan toch het einde en de bedoelingen, welke men-:zig met al dat woelen en oorlogen heelt voorgeftcld. PIET. Niets minder, als dat al het vrye Vcttt van Nederland, als -flaaven zoude kruipen voor de voeten van hem, die hunne natuurlyke Medeburger en Landgenoot, en nu niet anders d.a fra.. den, men moet nooit kwaat doen, op dat het goede daar uit voortkome; — zoo mvn raad hier van eenig nut koude zyn zoo is dit myn oordeel, dat-men de hand houde aan het Geweer, — od dat men des noo s, alle lniandfche dwingelanden het hooft kon bieden met nadruk kennis te krygen van ón- ' ze Conflttutie en Grondwetten regten en privilegiën, op dat men vveeté i w*t ons toekomt, ea dan ook wat ons ( *3£ voor g | tegc*Woordif tan hetzelven ontbreekt >d —metmannelykadreffcn metConf« * te remonmWes, ons vCoe^en bv n onzereprecentanten,enweSei'eJ n maar evenwel met den vZftenkhl * .™<*Sbeid, weder verzogteTdn dnjL - afwvTen geeaniet\e « gtenlaaten ■t ffif1-' ~a maar bv aanhoudenheid e ReTt m SCrCÜ f °nS wetti3 ^h» ' "~ n om dlt °P «en -erefwf ZyZVe óosn> eeiV van Ie derfnn ftC' kmdiSte> en ivcrigfte Va- : der]anders uit ons midden m»l rieden om onze woord-voerders te fyj? t cn onze belangens by onze repreeen-* nanaei die ahezms wetti"- is — imn ve aurgersjcbaar„ om uw van rf™ SSfe* tenens zeeker, z0o men. dit werk begint, 'er moet onveranderlyk befluit genoomï zvr, om hetzelven vol te houden Y« ' aan den eenen kant, doo^ Sn")LS liklis mus myn tyd wederom wegP Ik £ dank uw voor alles goeds en wens uw een goede Na«t *.rf Zfr goed mynvriend,dat-7 ei u w ter deeg op bedenktik -en goede Nagt, wel, 't huis ïaanie' *.  D E POLITIEKE S N A P P E R Zaturdag den 24. September 1785. N°. 24. JAAP. Dag Piet, nu vriend,nu denk ik dat wy een ruime' ftof hebben om over te'praafen , ik heb hier by my dat Contra protest van Negentien Leeden van de Leidfcbe Vroedfchap , teegen de aantekening van de Heeren van Rooijen , Blok en Heldewier, mede'leden van dien raad, en ik denk dat over datfluk, als mede over de Voorreden , of Voorberigt van den Uit ge ever ofU/tgeevers, wel het een en ander, en dat met reeden, kan gezegd worden. PIET. Wel zoo Jaapje , gy fcheind 'er waarlyk op wakker te worden,gy begind werkzaamheid en onderzoek lust te betoonen, mogt dat een beerfchende mode in ons land worden, dat elk 'zig zelfs, en zyne regten , zyn groodbeid en zyne Prievilegien kende, ik verzeker u , daar zouw zig een geheele menigte opdoen, van die edelaartige mannen , welke ter red- ding en behoudenis van hun Vaderland en Vryheid, alles, ja zelfs bun leeven gewillig zouden opofferen; daar nu, het niet kennen van zyn tyge waarde en regt, honderde men¬ fehen kleinmoedig, doet ftilzitten en werkeloos blyven ; — maar wat nu vervolgens dat protest, dat gy hebt mede gebragt, aangaad, daar over wilde ik liever niet dan al praaten, — voor eerst, om dat wy het in geen eenen avond kunnen afdoen,. — ten anderen, het is een vry moejejyk ftuk, om dat na myn begrip , die negentien Heeren, van elk Vryheid-lievend Burger,, moeten worden tegengefprooken.' — J A A P. ■ Wel kunnen wy het in geen eenen avond afkrygen ,'laatons maar lang-" Zaam voordgaan, ik wilde dat wel eens ter deege beredeneren, en wat zwarigheid, al duurt het dan wat langer, — en wat het tv/ede betreft, al is het dat ons gevoelen regtftreeks over ftaad, tegen onze Reprecentanten, daar zie ik geen zwarigheid in, •— onze vertegenwoordigers zyn menfehen, en wy ook, zoo dat wy beydeaan dwalingen en misvattingen onderhevig zyn, — maar met dit al, komt het my voor, dat wy verpligt zyn, om dit ftuk, j zoo nauw mogelyk onderzoeken, 1 op dat wy weeten zouden, waartoe I wy al,,ofniet,regt en vryheid hebben.  P I ET. Daar hebt gy volmaakt gelyk fin , ik kan enwiluwdatniettegcnfprccken, —maar vooraf eer wy dit ffhk onderhanden neemen „--«oef ik mynewerwondering betuwféh , > &&-*estyoorber\t m de' maliier van redeneeren, en het protejï , zoo veel gelykheid' met elhpffyleH ^^t^'i^T*^ daar ik begryp'daV de uitgaaf, én het Voorberigt, niet door die negentien Leeden van den Raad ,— maar door een particulier, (wel mettóeftemraing van dio.Heeren) bezorgd is, zoude dat koomen aan de overcenkomft van denkbeelden , of zou Óen Steller van dat protest, ook den uitgever zyn? f Ten anderen dat dc Schryvcr yan dat Voorberigt , wederom zoo 'veel gelykhcid heeft rnet de Heer E. L. I, vooral in het Schelden,en Listiglyke valfche vooronderftellingc , en hatclyke toepasfingen an zyne redeneeringe in te mengen , —— daar ik nu onkundig ben van-de gewoonte, of manier of zoordgelyke dingen door de Regeerings-Leeden zelve gefield worde, of dat men gewoon is, hier toe an&re perzoonen te gebruiken , fpree.kt het'van zelve , dat 'er hier door verwondering by my moest plaats hebben! JAAP. Ja Piet, dat is alzoo, iets, maar dat weet ik ook niet, daar kan ik uw niets over zeggen. ■ Ik heb my ook verwonderd, dat men dat Voorberigt bcgind. Met een uittrekzel uit de brieven van Cato over de Vryheid , en dan vind men op pag. 7. ,aog eens een uittrekzel uit dat Werk, en dan zegt de Voorberigt-Schryver , op pag. 8 — een gezegde, 't welke ik des te liever hier gebruike. Om dat het, uit de pen van dien ut'muntendenVoorjJlander der Viyheid voortkomende , meer ingang dan v.h de myné zalvin'iTëvi, d$t komt my zoo raar voor .piet, daar weet ik ook rite.6, wat ik 'ervan denken of zeggeii zal? — PIET, - j Ja man ^jWilde «léG ^ al dc geJaegdens jaapj^erki ngc^n ag ken, waar 'was 'er een begin waar was, 'er (Cftn etsdCitO'.vjnde-a.;, — gyzict uit ' veroordeelt dien PtorfnA&mW» . dit voel in anderen , — maar ïuiym Ié intebeelden een uitfluitend prw$Z'e tc kebben om dit zelve te doen, -mogelyk komt het dien man we hief van daan , dat hy m-end, bet Publiek gezag, op zyn zyde-te hebben en daar door voor de uttoegetndegeregtigbei* beveiligt te zyn ■J. maar zulke laage gedagten kan ïk van Leidens Vierfchaar met: voimen eu al was het, dat den Voorberigt-Schryver in ftaat wap om zommige leeden van den raad, hun zwak te ftreelen , en hunne ™ ffrW en grootheid rykhalzende Sft « koem> * Soit^n wel (zoo ik vertrouw) nooit m ftaat zyn, om Wel Piet zee my eens. wat zoude het oog«e* , wat 'zoufe Z politik Sydhcma 'van dien Voorberigt Schryver zyn? Wel Viind , dat ^s zeer Wat, die man is nifct and"rs dan een volflagen Amstocr»**, e" derha 2T £ een vve Republiek een pest en een monster, d in het zeiven niet behoorde geduld te worden Vraagt gy mogelyk na bewys van d,tgezegd^ d* den Vootberigt-Schryver ee, Z men d woorden yan Vryheid . V^EotW latdien men een Atiftocratifche Roering met wa, ^'■5- ^kemef 32 ni t »ind r dan verftan'dig bT^Td ~ en den Voorberigt Schryver mag 6met z'eèt'v^l reg? beluvaam geoorde* «orden, om listiglyk ^l™ «WH « bedriegen.  , "T AAP. ^MSit den Voorbeïigt-Schryv-er, heeft den Brief. ■ fchtyvet befchuldigc, dut hy op een ontrouwe wy. ze dej woorden van het Contra protest, uiezyi fcid"heeft5 a> fctet d°0ï-*yde leefets mis- PIET. Bat is waar dac doet hy, maar zoo als alle zyne berchuld.gmge-va.i dien Voorberigt-Schryver zyn, op een ontrouwe wyze tegen de waarheid, en ik ■ durve dien befchuldlger gerustelyk uitdagen , indien ny m iraat is, dac hy aantoone , waat in het on«rouwe, waar in her uit zyn verband gerukte in de «fcdenen van der, lirief-Schryver te vinden, zy;- en geloof my , indien hy in ftaat hadde geweest, om iets van dien aard, tet bevestiging van zyn eczesrde aantevceren. hy zonde hierin niet in gebreekenzyn ftl-"TÏVm *'<•»'«. die met de minste waarfcl.enelykheid.zoude durve ftellen. dat een man, die kundigheid genoeg heeft, zoo als den Voorberiet- fvnX" ' ~ m dan ceL SE'5'k ra" «« dolle »oede, zyne naasten befchuldigt, als 'et bewyzen waaren dezelve niet zoude aanroeren, ycrïelyfe „u • gerustelyk , de drie eerste, van de zesredenen, welke in dat contra protest gegeven worden , en "er zal nie'laat T' de,mi'»te ontrouw-van den Bnef.Schryver te kunnen bewyzen, _ of zoude het ontrouw mogen genoemd worden , daar de BriefSchtyver de zakelyken inl.oud van die reedenen voorftcld. cm dat hy de Jleh^fle geiden, pasfeir4, _ en niet ZiVT'f^ nMar ?? zaake" «nmerkingen gemaakt heeft, zoo lange dien Voorberigt-Schryver met in ftaat is om dit te bewyzen meeV ik 7da men hen, vryelyk kan houden f voor eea omrouwe iasteraar, op wiens gezegden men m het geheel geen ftaat kan maaken 6 |'*™ i/ i JAAP. Brirf*Zhde Voorlf iS^ehtyver zegt, dat den il ït?r? V"keerd deokc' a's hY ft'!d: U dat ■pin dat Contra protest beweerd word, dat in- " nZJTi r"'S verzoekschrift een de'rfes ge. "{?,',J A bePalin \„J ugelyk de Vo,tbetigt- of den ^ J "a protest, en het verband in wel! e&?nt gereclameert oo net geval m questie toipasfelyk zyn dan óf ^ zeiver allegat.e, feboonnieti» 'Toogmerl te^ ■ st^ra' *»* f^me%^é^Ê% ^^^•^^^ quest dat door de ftedclvke Re?=rin» T„ r • e den zoo wel als die ifi»" i^t -t za" ^Lh -/anh" ('«di^t. vaneen 4 £f;,r^lïU;den' dat f'Iks "n ^"del, evenTel hJr/S f ' a" Scl'oad™ worden, _ ea even a el netgeichied , maar geloof my . de limm JZ voor een korten tyd dc ^aXid ondldru(ie7 11 1 w erk en de gewoonte bjr fat7atnehke Uenth^ i? -i ik nooit onder dezelven geteld worden _ ' VV'1 ss^pss - noe^e^fgzZo^ëaiL'V0'^^6 ^ ^ ■ flaapt gerus?.^. S °™ ' * lvens w *=' t'huis , Te Leyden by C. F^ORivrr' : 'Zaturdagen, foor vier Duiten mP " V£(?er aIom'daar dezelve alle vuruuiten, met een Nonuner vervoiga worden.  D., E POLITIEKE S N A P P E R- Zaturdag den x. Ottober 1785. N°. 25. jaap. TTvag Piet! ik hoop dat gy het £ ) met kwalyk nemen zult dat ikvroeger kom als wy afgefprooken zyn, het is dat ik zoo brandende nieuwsgierig ben, om ons irefprek te vervolgen, met yan dat Contra protest te praeten, ik hoor van elk die het geleezen neeft, dat het zoo vinnig is, enden Burger zodanig aan banden^gt, aat het er maar ifl 't geheel niet door kan, kom Piet, laten wy aanftonds beginnen* „ P .1 E T. Wel Man , wat zal het toch baaten , WV zullen ons zeiven maar kwaad maken, zonder de minste vrugt, en daar komt nog by, dat ik my zeiven nooit kan verbeelden , dat het doordie negentien Heeren opgefteldis, maar dat dc Con- \ zulent, in den naam van hun Ed. dat gefteld, en mogelyk zyne: bizondere driften meer dan de bizondcre belangen van Regenten en Burgers hierin, beoogd heelt, ■— net fcheind mytoe, dat het meer de gedaante van een pleid Memorie heeft, die een Advokaat gewoon is voor de balie op te zeggen, dannaereen Contra protest, zoo dat als ik uw myn waar gevoelen zal zeggen, ik ge'ioove dat den fteller van ditftuk, meer zig zeiven hier mede zal voldaan hebben, dan aan het oogmerk vandie»e£««tó«H<0r««beandwoord, —. want, fchoon men overde bizondere denkwyZe van alle die Heeïen niet kan in ftaan, zoo meen ik evenwel gronden te hebben, om te vertrouwen , dat hun Ed: met verhevener denkbeelden bezield zyn, als 'er over hef algemeen genoomen, in dit ftuk doorfteeken, — dat hoog cn breed uitmeten van aangedane belediging dat men andere te last, en dan tot een grond lcgd om een ander in het -aller ongunstigst ligt ten toon te ftellen, komt my niet edelmoedig voor, ten minften, het tekend my een Karakter dat ik vertrouw dat by niemand dier Heeren te vinden is, -«— zoo dat ik moet betuigen, dat ik het ftuk, wel meteenvolftrekte afkeuI ring van de gevoelens, die daar in waaren aangenomen , maar ook tevens met droefheid over den fteller | van het ftuk, geleaen heb, — want I waarlyk het is een Man die verftand 1 heeft, groote uitdceler der gaven,  dagt ik by my Zelven, wat zyn wy ftervelingen ongelukkig, misfchen wy deze uwe zegeningen wy zyn tot veragtinge voor onze natuurg'e- . nooten, en zyn wy met deze weldaaden beweldadigt, hoe dikwils misbruiken wy dezelven tot nadeel vanonzen cvenmensch! —^ en daarom ik wilde liever van het ftuk niet dan al fpreeken. — JAAP. Als gy 'er zoo overdenkt, en gedagt hebt, dan komt het my.Voor Piet, dat gy het.abe-rbest gefchixt ■ zyt, om met my hier over te handelen, -~ en eer gy van het een of -ander verdergaat, moet gymy.hier eens onderrigten , gy zegt; die Heeren denken zoo onedelmoedigniet, als de denkbeelden in dat Protest, ik betuig uw dat verfta ik maar in't geheel niet, want ik kan wel be-. grypcn , dat dat weezen kan als het door een ander op bevel van die Heeren gemaakt is, maar als die Heeren dat niet goed keurden, zouden zy hunnen naamen daar niet onderzeuen, dat geeft immers te kennen dat zy het voor het hunne aannemen. — PIET. In dit 'laafte hebt gy volmaakt gelyk, dat is ook zoo, — maar men moet geheel onkundig zyn van de handeling des menfehen , als men dit ftuk niet overeen brengen en begrypen kan, — denk dan eens bedaard na de bachelyke omftandigheid yan ons Land,- en de menigvuldige Deliberatien en Conferentien die hier door den Stcdelyke Regenten geduurig bezig houden, en die waarlyk hunne geheelenperfoon vereifchen, — voeg hier nu by, dat in zulke Critike tyden die Regeering wel een Conzulentnoodighceft, die hunne gedurige werkzame zielsvermoogens in. het een en anderge- val, voorlige. Men kiest hier tol ecu man van wiens Kunde men overreed, ,óp wiens eerlykheid mei een volkoome vertrouwen. fcvoM tigd heeft!. — die Man, bizondtf val, voorlige. Men kiest hier tj een Man van wiens kunde men J verreed, ,óp wieris eerlykheid mei een volkoome vertrouwen, gevel tigd heeft!. — die Man, bizondtf .met zt'S ze?fc in zyn fchik, dat dg eerftedes volks, zyne ziels vermoei ■ gens erkennen, zyne eerlykheid of een hoogen prys ftellen, — blyf aan zyn kant niet in gebreeken, otn; van deeze zyne begaafdheden, aal den Regent de aller dugtigfte preij| . yes te geeven, — hier door wini hy het geheele vertrouwen van del Regent, en is door zyne verftandM lyke vermogens, in ftaat, omzeil dc kundigftcRegenteninzynedenkï beelden te doen inftemmen, — v« het nu ten ceniger tyd, dat 'er ttWÊ j fchen den Regent en het Volk ieti gefchied , dat door fommige ondes de Regenten niet in het voordeel van het volk begreepen word, ea ftemd dien Confulent metdicdenm beelden van den Regent enigfins idj ö! dan heeft hy de fchoonite gelcgeöl heid om op dc aller eclatanfte wyzÈ te toonen, zyne bizondere vev^ , kleefdheid aan de belangens van JH Regent, en komt 'er dan by diell Confulent,.nog zoo wat van diefj ouden adam, daar toch zelfs de beflf te menfehen voor bloot liggen, da» word 'er niet gefpaard, om die gel legcnheid dienstbaar te maaken, aali zyne bizondere inzigten, en zelfilf de beste der Regenten in zyne be-j langens overtehaalen, —wat dunkt] uw man, kund gy het nu begry-4 pen of hebt gy nog zwarigheeden.tj JAAP. * Neen Piet, ik begryp tenminsteiH hoe het mogelyk is dat het gefchied,: — maar — doch ik wil hier vanlie/j ver afftappen, om voorttegaan eni tot het ftuk zelfs te koomen, hetl is heel lang, en 'er is veel in ge*| zegt. & ■  PIET. Ja mytï vrind daar hebt gij gelyk in, het ftuk is al vry lang, maar wy kunne van het zeiven veel aflaaten cn een geheel end bekorten. — Om dat ons voornemen niet is, of zyn moet, om hetProteft, of Proteften van de heeren van Rooijen, Blok en Heldewier, waar tegen eygentlyk dit Contra-Proteft gerigtis, te verdedigen, hier toe zyn myne kragten veel te zwak, en die braave en doorkundige xVIannen hoope ik, zullen hunne goede zaak op het allerCordaats ver¬ dedigen, en dan zal den kundigen Schecpen Blos, alle die grieven en hard treffende ftccken, welke tegen zyn WelEd. Gestrenge , op de i<5 eerfte pagina's van dit gefchrift gevonden worden, met een manrielykchandafvaagen, — en wy zullen ons dan in het bizonder bezig houden , omtrent dat geen, dat ons als burgers van een vry gemenebejl in het bizonder betreft, en de qualiteiten overwegen, welke volgens dit Contra-Protefl moeten gevonden worden, in of by hun,welke regt of vryheid zullen hebben, om door ^tirès- fen of Requejlen, hunne wettige ver¬ tegenwoordigers ol Repreicntanten, huune'begeertens te doen verftaan, en ook in hunne kring tot'sLands befte mede werken, om hetheil van het Gemeene Beft te bevorderen. JAAP. Daar ben ik ook volmaakt mede te vreeden,Pict, en ik denk dat men dan van die kundigeheeren , in het vervolg, nog wel meerder zal worden voorgehgt, in de geheele tocdragtvan zaaken, een burger vry duidelyk zal kunnen zien, wat zyn regt, en ook wat zyne verpligting is,— Vryheid en Orpre, moeten in, en welgefteldGemeeneBefttoch altoos te famen gaan, maar gun my dat ik alvoorens twee dingen vertel, wel- ■ ke my cok verteld zyti, door iemand die Jat Protelt gelezen hadt, en het ook rog in de hand hadc, — hy wetsmy op pag. 5. vanonduen , daar vind men, dat Burgemeejieren aan een temporaire drift en ogenblikkelyke overyling , voor welke de befl meenende zig fomtyds minfl kunnen beveyligen , hebben mogen toefchryven de wyze , waar op twee hunner jonzJle Mede-Raaden zig toen hebben geëxpliceerd , te meer daar zy op informaticn en aanfpooring van zeekere andere Perzoonen fcheeuen te B>tTk^ te gaan , &c, — Wat dunkt uw zeyde hy. als men hier niet in aanmerking neemt, het geen hier zonde moete bewezen worden , maar alleen let op den toon waar mede die twee jongde Raaden worden aangcffrookeu , wat ontbreekt 'et anders aan als den plak , om zig te verheelden dat men het School - Stof nog niet ontworlteld is , — maat let , zeide hy my vervolgens, in het leezen van hec geheele Stuk, — dat 'et geen eene Stelling bo^cezen word , en dewyl de heeren die geprotelteert hebben , en die heeren debet Cvhtra-Proteft gegeven hebben , in gevoelens vlak tegen malkander ovetttïan, — zoo móet volgen , dat zoo lajig men met elkander likt-handelt, om aantcnyzen , de verkeerdheid van de veronderltellingen , waar op men zyn z^g^tn gegrond heeft, men nooyt het Weik met elkander kan eens worden. — komen dan hier en daar zoo uat Helende paflagies, die den StelUr voor al niet vergeten heeft, en word het regt der burgen en hunne Vryheeden , in zoordgelyke gefchtiften , al was het maar in de termen verkort, dan kan het aanleiding geeven tot wantrouwen en ageer denken , tulVchen den Butger en den Regend , welken dingen zyn „ die de allergedugfte gevolgen kunnen na zig fleepen , — en ik geef in bedenking of de Stellet van dac Centra pritejl, dat niet toond begreepen te hebben , — en daarom dat by voor-raad, vry ongunilig, op rekening van den heer Blok , lteld , — mogien wy zoo gelukkig zyn , dat elk wie het ook wezen moge , in wat Haat of bettckking hy zig bevinde , zyne bizondere belangens en bedoelingen mooge ter zyde (lellen en wy alle te zaamen weiken ter bevordering van het algemeene heil, — op dat liefde en een oweftoord virtrena>en tuffthen den Burger en den T^gtnt moge geveftigd blyven, — ik dagt Piet, ik moeit u,v dar zeggen, liet kwam my voor, vry wel over het fltik geredeneerd te zyn , — moge ik nw nu verzoeken , om my die fes redenen te zeggen , die 'er vereifcht worden , als de Burgers," en waar over ij reciuefteeren moegen. PIET. Dat wil ik gaarne doen Jaap ! ik zal het uw mee de eyge woorden uit dat Contra• Pioceft zeggen, — Vour eerst. Dat die verzoek - fchriften niet fpruiten uit inzigten of ontwerpen , waarvan de opentlyke of geheyme bedoeling te ecniger tyd zoude kunne fltekken, om de wettige en welgeveftigde Conftitutie van den lande" in gevaar en 'c Gemeene Benin eene al geheele wanotdre te brengen , — ten: tweeden dat de Vetzcekers zyn zoodanige Lieden , van welke men natuutlyk vooronderftellen kan ,. dat zy niet dan uit overtuiging , met genoegzame keunis van zaaken , hunne wensch en bede aan de Overheid hebben te kennen gegeeven. Ten Derden^ dat de verzoeken betreften pointten , welke de vet..  zoekers ïn kitlnf cnmiddelyke.belangen fn ondci- fchciJene betrekkingen interellèeten, en geenfinSpoinctei) de algemeene regeering der Republiek raakende , immers zco lang aan de vetzoelers , als burgers en ingezetenen , niet Mykhaar is , dar de zaak des Vaderlands ten dien opzigten do^r hunne Regcering isverwaatldoft, tf met onvetfcliillighcidbehandelt geworden , — tem Vierdes, oat de verzoeken, hoe wélmeenend ook in zi> zclven, uit hoofden van tyd en omfiandigheeden niet zyn ontydig' en ongepaft. Ten Vyfden , dar de middelen , waat op zocdanigc verzoeken gegrond worden, in gepafte tetmen zyn ter neder gefteld , cn niet ademen een geeft van fch'eüring en bittctlieid , waar door de innetlyke verdeeldheid vermeerderd", en de tweedtagt aangtwakkeid zoude worden) — tln Zesden , dat de wyze ■ om dezelve adreflèn aan te bieden, en de begeerten der Burgetyé aan hun Overluid te kennen te geeven, geen pnv.-cgza'amhcidof onregelmatigheid in zig bel.clzen , — zie daat myn vrind, daar hebt gy de redenen , oordeel nu met de aUcrjjroorfte bedaatdl.eid , of in en doot dezelve de Burger Vryheid. rerfterkt, of volftrekt aan banden gdegt worden . — maar ik wil uw oord.el Hefts niet voot uit loopen, en van uw vootneemen; hoe het uw voorkomt, wat gy 'et van denkt. — JAAP. Wel dat weet ik uw waarlyk niet te zeggen Piet! het korrit my zoo ingewikkeld en verward voor en zoo ik my niet bedrieg, zoo worden 'et onmogelyklieden in gevonden , en daarom denk ik als die redenen tot wetten wi rden, zanden de Regenten altoos de billykfte verzoeten kunnen van de hand wyzen , en ..e aUcrbillykfte VoJkftem fmooren, ra»ge.'yk denk ik 'et wel wat zwaarhoofdig over, en daarom verzoek ik dat cv mi uwe geelasten ook Dief over mede deeld , gy zult "er zeker langer over gedagt hebben als ik. PIET. Het is wast !.-.ip,ik heb 'er langer over gedagt , tnaar het is o. * m aar, dat hoe lancet ik 'et pp denk , cn die redenen en deizelvet löepasung . op het acres in-.qnïftie met elkander vereclyk , hoe meet ik my z#iv« dia 011a.1ngen.1ame roeien moet ennneren. — Let it met 4e BirVrry& Vryheid vtlfirckt afgedaan , — cn was 'er by my 'geen koop , dat de Le-d.n van onze Regering . öoyt ofte ooyt 'cr gebruik van zullen maken , o n de Stem des Volks in hunne allerbiüykfte Adreften van de hand te wyzen , het was een Huk om den Cord.iatlten Mcnsch geheel moeJelocs temaken, — maar ik maak volkpomtn ftaat, elk Lid van onze Vroedfchap , is te eerlyk, en te-weldenkend, om zig zelfs zoo veire te vergeeten , als waat toe de gronden in dat Contra Pretejl , geljgï , aanlckting geeven , — en is myn gedagten be-vaajheid , dat hst VoorbetUt , cn bet Contra Proteii doot den zelfden Man in'de Wareld gebragt is, dan is dien hef r zelfs al overreed, dat 'et dmgen jhgéftcld zyn , die niet kunnen worden goedgemaakt, en hier aan fcli.ryf',ik toe, die be-'rotfiV^iitvlugt, in het Yo.orbetrgc gelJelJ, dat die reeienni alleen g'eMèn , omtrend een Aires, dat door de Regee'ting Zal gfapueetd worden., daat het .zoo klaar !s "als dc Zon op den "iniJelag , dat in Mtj C<""Ta Tntijt die feedenêri worcTeti aangeveerd fcgefi het precenteeren van Rcqucjlen ia het algemeen , zoo zyn de ronde woorden , dat alhier in de eer/li plaats in aanfehouw komende de bevoegdheid va* Ingezetenen , om zig met eerbiedige verzoek-fchriften te vervoegen, X — maar onder deze bepalingen , en daar op volgen tk fes redenen, welke daar zoo even zyn opgegecven JAAP. Maar Piet! hoe komt dat, deze Contra aantekeningen zyn immers getigt tegen dtie protesten van drie or.derl'cheidene Heeren, — en ik boor maar alleen en gedurig van de aantekening van den Heer Blok, word 'er dan op dc aantekening van die twee anderen Heeteti niers geantwoord , cf hebben die Heeren dan nc: het zelfde gezegt als den Heer Blok. PIET. Dat komt faap , om dac men nog maar nagaat, ds redenen, welke tegen het protest van den Heer Dloïc. zyn aangevoert, — men heeft goedgedagt, om deze drie protesten, met twïè Contta protesten tegen te gaan , in het ecrfle handelt men ruim en breed tegen de aantekening van den Heer Blok , — maar de aan» tekeninge van de Heeren van Rooyen en Heldewier heeft men in een tweede ftuk tegengefproken, en dan wyst men , zekerlyk om de kortheid te behartigen, die twee Heeren in het algemeen tot de Contra aantekening tegen den Heer Blok , en doet vervolgers zyn best, om die, of een of eenige van die gemaakte fteltegels ook op het gezegde van den Heer van Rcoyen toetepasfen , cn daar blykt dan zeer duidelyk , dat men die ftcllinge heeft uitgedagc, alleen orn altoos cenig (leun te hebben waat van men ten allen tyden kan gebruik maken, —• den'Heer va.iRooYLN hadt namentlyk onder andere gezegdre begrypen dat, het'aan eea vry volk altydonoetwistbasr vry ftaat, . en v:lj:r°';t geoorloofd is , met eerbiedige Requesten of aadresfen den Souverein en hunne refp. Re* genten te adieeren, die dan ook els Reprefent anten van dat volk, verpligt zyn, zoo veel mogelyk, op dezelve favorabel te disponeertn — hoe hand-Itrrten nu hier, is men in ftaat, durft, men die Cordaan Vaderlandlievende /lelling te ontkennen , '—— gansch nier, men Haat hec volkomen toe , —- maat men (leid liet vragende voor, of, alhier het gevat niet (öm de uitmalen, — dat namentlyk in het geval in kwestie, in dit adres niet zoude gevonde wotden, —— verzoeken welke volftrekt ongerymd of onbetaamlyk K*jn > — wel ik g.eve het aan het oordeel van elk die denken kan gerustelyk over, — zoomen in ftaat was om aantetoonen dat 'er in dat aitesongerymde ff onbetamtlylte voorftellen gedaan waaren , was men dan niet verpligt om dat aantetoonen, — dan had men • den proteflterenden Regent; doot zyn eigene ftelüng overtuigt , —en dercqucitreerenden iSargir zyne gebreeken aangewezen , waar voor hy zig in het veivolg ce wagten had, maar ziet. men heeft dat óf niet gekend . of men heeft niet gewik, ten minsten , men heefr het niet gedaan , maat Jaap, ik verzoek dat gy het niet ku aiyle neemt, myne zaaken roepen my, vy moeten elkandct vcila:en, ik wens ugocdenagt. . / - JAAP. ik neem u dat in het geheel niet kwalyk myn vtiend, zoo « y in het vervolg het ftuk maat vervolgen en aldoen , en nu wens ik u gok een goede nagt. Te Leyden by C. F. KOENIG , en verder alom, daar dezelve alle Zaturdagcn, voor vier Duiten, met een Nomraer vervolgd worden.  D E POLITIEKE SNAPPER. Zaturdag den 8. Oihber 1785, N°. 26. JAAP. Dag Piet ! als gy nu geen bizonder nieuws hebt, zouden wy aanftonds kunnen beginnen met de eerltc van aie ïes reueneu wuWÈ gevonden moeten worden in een 'Pp/mest dat ccn Burger van een vry "gemeene best aan zyne Reprefentan- ten mag aanbieden. ^ het nog wel onthouden heb , is de eerftc recden of vereischten: dat dip. verzosz-sceimen mei juruncrt uit inzigten of ontwerpen , waarvan de opentlyke of geheime bedoelingen te (L.,/<«>»• ivd r.nudp. hunne flrekken , om \Je wettige en wel gevestigde Conftiiu- Hie van den Lande tn gevaar en t ge¬ meene best in eene al geheele wanor- \dre te brengen , —— dat komt my zoo raar voor Piet , zeg my eens knnd gy die reeden goed keuren, hoe moet ik het verdaan. PIET. r,w heht die eerftc reeden goed ^onthouden , dat dezelven uw zoo raovmnrltnmt. wil ik zeer wel g;e- liooven , ik betuig uw, ikfta 'er ook ,zoo by, het word zoo ïngewiKKeia voorgeftcld, en als het op het adres in kwestie word toegepast, gefchied het maar niet minder als gelukkig , —— in het voorftel, zyn het de inzigten cn ontwerpen en in de toepasfing is het dc plaats waar het adres beraamt en ontworpen is, wel zeg my eens, meet ik uit dc voorftellen en verzoeken van iemands oogmerkenen bedoelingen niet oordcelen , nu is maar kort en zakelyk dc vraag, wat is 'er in dit adres, bet welk inzigten cn bedoelingen ondekt om de welgevestigde Conflitutie van den Lande in gevaar , ( en zoo als in de toepasfmg gezegt word) een geheele Regeeringlooshcid ten doel kan hebben, is 'er dat waarlyk in te vinden , dat dan myn Heer dc Confulent, dat onbcwimpelt aantoone , op dat het vbrfbnd van die gehecfe menigte onkundige en ongequalificeerde tekenaars verligt worde , en zy hunne dwaling bemerken mogen , dan zal dien Heer een oneindig grooter dienst doen , dan een geheele menigte menfehen, maar zoo voetftoods weg , met zoo een vullen laster, zonder het minfte bewys, te bekladden , — maar mogelyk heeft dien Heer zoo ongunftig over dat adres gedagt, om dat 'er zelfs door de publieke Nieuwspapleren , genoegzame omfandigheeden zyn kennelyk geworden} om daar  van aan doorzigtige en welmeeneitde Ingezetenen de verderjlykjle gevolgen t'e doen fchroomcn. Om nu niets te doen dat'er na gclykt, om de laagfte vehgting met dezelfde munt; te betaalen, vraage-ik maar, of ■ dat niet wat al'te zwaarhoofdig gedagt,is , of het niet op het klaarde tekend , den al te groote vooringenomenheid met zyn eige Confepten , in dc wyze en manier om het kromme in den Lande regt te maken , of men op zoortge- lyke wyze over dat adres denkende , niet veele Staatsperzoonen in ■ons gemeene best dc allergrootfte hoon en veragting aandoet , — of behelst dit adres iets anders, als een verzoek om die zaaken , omtrend welken of in de Provinciaalc of algemeene Staa'ts-Vergadering van ons gemeene best, reeds voordellen , zoo al niet woordclyk, ten minften zakelyk , gedaan zyn. — nu vraage ik; hoe is 't mogelyk, dat men zoo een adres misdadig befchouwen , en aan den inbond verderfelyke bedoelingen, toedigten kan, —ik wil immers'niet hoopen dat men van oordeel is, dat een voorftel misdadig word, als bet door het volk, cn goed is, als.het ' door 's volks Reprefentanten gedaan word, ik meene dat zoo een Staatkunde-; zelfs in een alicenheerfching verworpen zal worden, — hoe kan men dan dezelvcn , in een •' Republikainfche Regeering doen gelden, hier komt nog by, dat deze eerfte vereisten zoo in i-ag'o daar gefield, is, dat zoo men ooit het ongeluk hadde, 'door heerzugtige Reprefentanten bcituurt te worden , zy altoos van dezclven konden gebruik maaken , fchoon het uit dit Contra protest al vry duidelyk blykt, dat den Steller van het zeiven, de Ingezetenen geheel laag j vernedert , wil ik evenwel nièl I hoopen, dat hy zulke OnedelmoeJ digc bedoelingen beoogt, en hiel aan, die negentien Regenten, gel waagt heeft., uit dit weinige! denke ik, dat klaar blykt, dat ooi deeze eerfte vereisten met al heè daarbygevoegcie raifoncment, niedj bewyst tot het oogmerk waar toq het aangevoerd word. JAAP. Mogelyk heeft de tweede redeil meerder kragt, dat zegt het Protcsi op pag. 20. dat, boe zeer de ondèm getekende op zekerder gronden in ftaaÈ zyn, om over de toepasftng van hem tweede vereisten op bovengemelde adrêm te oordeeten , „ of de verzoekers zoM danige luiden waaren , van welke mem natuurlyk vooronder/lellen kon, datzM niet dan uit overtuiging, met.genoegjm zame kennis van zaken, hunne wenm jcben en beeae aan de Overheid had-, den te kennen gegeven, " hier denk] ik dat men alles zal zien aange-1 voerd, wat men met mogelykheid* als voldingend verwagten kan. •PIET. Ik moet uw zeggen man,-batik 'er geheel anders omtrend denk,, —- men heefthier welallesingefpan-; nen cn te famen geraapt, wat men) .met konst en vliegwerk kon by e|| kander brengen , doch zoo ik my^ niet bedrieg , met het zelve onge-s ïükkig. gevolg , als men dar tweede vereisten nn 7.1'o- 7j>Ur%m befchouwt , en met een weinig 1 opmerking nagaat , onde'kkeu j er zig aan eiKs geest een seMl neeic menigte van onderfcheidene en elkander afwisfelende denkbeelden , die dit geheele gebouw omver werpen, — maar als men die reeden ziet toepasfeh, op het adres in verfchil, dan moet zelfs de koelbloedigften warm worden, —■ 'er word dan in de eerfte plaats er--  kend dat men-óm derwaarheids willen den Ingezetenen onaangenaamheden zal moeten zeggen, — maar let wel, dit moet men niet den Protest-fteller, maar den Heer Blok op zyn rekening geeven — en vraagt gy waarom ? wat heeft dien Heer gfeegt of gedaan? wel myn Heer Blok is van oordeel, dat ccn getal van fes bondert Burgers notabel genoeg is, om als een Volksftem geconiiderecrt en aan bun die billyke verzoeken toegeftaan te worden, nu gaat men aan het fteeken, en ziften, men zegt: fes bondert (pretcnfe~) Bpirgers en. Ingezetenen dezer Stad, welke ot\der het questieufe adres hunne tekening, 't zy met letters of meteen kruisje, gefteid hadden, vraagd men nu, waartoe dientzoo een ftekelige handelwys? ik antwoordc , om dat men te doen heeft met een man , die als Keurmeester Generaal, als met een goud' fchaal de kwaliteiten van elk tekenaar opweegt, en daar door een onfeilbaaren uitfpraak kan doen, wie eenige aazen te ligt bevonden worden,— nu zullen in het oordeel van dien Heer, die menfehen, die een kruisje getekend hebben, ook onbevoegd zyn , tot dat werk ; en ik bid uw, hoe onfeilbaar dezen regel is, om dat men zyn naam niet met letters maar met een kruisje tckend , zoo moet volgen, dat men ook zoo veel zielsvermogen niet heeft, om te begrypen, wat 'er tot heil, van een , van alle kanten gedrukt Vaderland mag verzogt -worden by 's volks vertegenwoordigers , zoo dat het bewegen van zyn hand , om letters te maken , een onfeilbaar bewys is, wat vermogens — ziet eens man, tot zulke aller uiterfie ongcrymtheden , kan m.n komen, als men vuorgenoomen heeft, het kosre wat het wiide, zyn aangenomeue begrippen ftaande te houden! —. 1 A A P. Schoon ik voor my zelfs wel weten wil, dat ik niet veel verftand heb, zoo kan ik klaar gevoelen , dat zoortgelyke ftèlljngen , ralsch zyn , — maar daar worden nag meer affnipperinge gedaan , zeg my toch, waar toe dient dat ï Wat heeft men daar mede voor > PIET. Wat men waatfcheinlyk nog als een gevolg bedoelt', zal ik als nogfwygen, maat nu gebruik men het, om deze fes honden, minder re doen voorkomen , . als die veertig fatfoénlyke menfehen , die den ij. Ju- ly des Jaars S+. een Request hebben aangeboden , daarom is het nu ook niet waat, dat 'er zoo veele .geweest zyn, want het waaten ni t alle Burgers'of Ingezetenen dezer Stad , maar een aanzicnlyU getal van dc ftudetende Jeugd, van elders, binnen 'deze Srad ter Academie gékoomen ; —1— ja myn vriend , luit gy wel gedagt, dat menfehen die hier vóór ; .4 of 5 Jaar hun veiblyf hebben, geen Ingezetenen mo»en genoemd worden > Men kan zig weergaloos deftig^en ongemeen fchielyk overal van afmaken, als men zoo op den thfóon gezeten is en onfeilbaars uirfpraken doen kan 1 ó Wat is men dan wonder ving/ wat zyn de geesten ongemeen levendig, — nog eens, die Ondertekenaars zyn geen fes iionderc Burjers , en In,vooners van Leyden , het zyn ook Ingezetenen van het platte Land, te Katmyl^, Ryniburg , Sotttrwm. de, of onder andere naby gelegen Dor, en t'nuis horende, — en. dan weet men 'et by te zeggen, dat dit gefchied, om het agterblyven van veele deftige en aanzienelyke Mede-burgers, het getal der Ondertekenaren tot eene uirerlyke fchyn re vergroortn , _ dac heet liefder; k , zyns naastens doen ten besten uit leg5c"j maat met dit al , .moet ik u.v zeggen, myn Heer Confulent. gy hebt het hard mis, men u as zoo geperfuadecrr, van de billykheid , van het vetzogte in het adtes, dat men volkomen ftaat maakte, dac 'et Cordaate Vaderlanders genoeg zoude koomen tekenen, en men is ook in die verwagting niet bedroogen. — wanc waarlyk myn Heer, 'er zyn by uitftek lieden komen tekenen, en dac het niet gefchict is om een vertoning te maken cn icmanefte misleiden, kan uw zelfs blyken , als gy onder die Buitenlieden de zulke vind, die agter hun naam, ook liuime Woonplaats getekend hebben , — maar nu begind het na taak te gelyken, onder die Leeden die nog op dat adres over blyven, zyn 'ér een deel die getekend hebben op den aandrang van deezen of»eencn, die hun werk maakten om alomme ce verzekeren, dac hec adres door deezer Stads Overheid cn door andere notabele leden der Regering wierd bcgunsrigd en aangemoedigd, waarom dan ook zoromige deezer misleide Burgers, zoo dra zy de ongegrondheid van die voorgeven geweren hebben. hunnen naam hebben begeeren tc reijecren , — let nu eens, op deZe grooten ophef en Capiraale befchuldiging , zoo dra men dezelve oppervlakkig lecsc, zoude men denken Am is een verkeerden handel, — noteert nu maatr,,  htSi nub>«. Set lyn drte en gcene die daat hun werk van maakte, maar vergeet nut hoe gemakkelyk die mcnfcSen misleit zyn , en wat het niet «el ioo kordaat ge veest, dat men gezegt ha 1de, datzy hunne naam geroijecrr hadden , het is wel waar. d m had men in ftiar ge .veest om die vyf bekende twrj»»v,n te noodzaken , dat zy hunne misleiders opnoemen , en kon dar niet gefchieden , dan bleek het, al veder een laster ga vorpen op een goede zaak , —■ cn zyn 'er no? andere van die misleid; overgebleven waarom dan hun naa-n niet getoileerr, 'et is immers aan die ligrgeloovige gelegenheid gegeven, het adr^s hééft bier toe voor elk klaar gelegen, gaïyk ook die vyf bekende Heeten hiervan gebruikgemaakt hebben , — maar eens m vertouwen , myn Heet Confulent, zaade het meerder kwaal zyn , als men uit over teding van dc billykheid yan het vcrzo»te in het adres, en dat op dien grond bmyk verwane, dat zoottg-lyke verzoeken, by alle BraaV Re'tntm zyne goedkeuring moge vinden, en dan ook op dien grond zyne gedagten aan een and.'r mede deelde, ( ik betuig dat ik het alles maat voor ondetftel. indien het zoo was) was dat zeg ik meerder kwaad zoo te do?n, als dat men zyn werk maakte, osn aan onditfeheidene petfoonen te verzoeken, en fterk afceraaden , om het adres nier te tekenen , om reeden dat het zoude door geen fatfien!y\ man «etekend worden, — ik geloof dat myn Heet de Confulent , wel zal willen toeftemmen, dat'dit gereinet is! — en mae ik dat niec aanmerken als de beweegoorzaak , waarom het doot die notabele Burgers nier getekend is? — Immers men diet nog al "zoo vat Tom n\K fatxjenlyti* menfehen geijkte fjn, ■— en waarlyk , myn Heet , ik kan my niet begtypen boe liet mogelyk is, dat een man van verftand , zoo kan rsdeneereo, zoo als 'er gelchoec op B'adzydc n. — om maar kort re z.yn , — uat den ééne tnensch meerder verlhmd en duorzigt in zaaken heeft alsden ander, fsietsdac elk tedelyk mensen,geredclyk zal coeffemmeh; maar, om het vtrftani en het goui bv dezelfde DCtfoonen aantetteffen , is iets dat maar in lair'e niet zeker is, zoo ook in tegendeel, dat een zeker beltaan ei gebrek aa" vctilaud. wederom nier elkander zoude verbonden zyn , gaat ocdc met ze\cr, waarlyk myn Heer, men moet dikwils op de lippen byten. als men dc redenen hoo.c, welke door Vttiuld» Jonken worden voorgefteld, maar dar is ook waar, dat wen tegen voorlig ziet, wie het Uit; maar niet, a*t 'er ge^eit ivord , en dat jnen 'er dan on.lcrfchcÜe over ootdeelr, als het van een ry(_, of als het van een arm Man gezegt word; „ wilde men hier perzoneel opnoemen, die ryie heeft een kinderagrig vetlland, en die mil¬ der bcieeldt Is vfrflan.lig, ' men zoude het ge(lelde ontwyfFelbaat bevestigt zien ! en het zeggen van myn Heet Blok , geeft geen de minlte grond , om vast te (lellen , dat zyn Ed. dit grond- lieginzel ook «rkend , maar wel dat zyn Ed. beweetd.dat den eenen Mens Cordatet, en VerHandiger bedoelinge heefe als den ander, en daat aan kan niec getwyfrelt worden of het bezitten van eenige klompen van dat vetleidend Metaal, by den Heer Blok al of niec in aanmerking komt, — Om dar den Heet BloK dit toepast op de rekenaars van liet adres, —■ en gy myn Heer op da aanzienelyke die gy regen de minli - vermogende overfteld , en aan die eerfte word door uw de voorkeur gegeven, — nu aan die aanzienelyke moet volgens uw begrip de voorkeur gegeven worden , maar volgens het begrip van den Heet EcoK., aan den virftandigfttn aan de Coriaarfit, ——. 'et word nu wel toegegeven dat 'et ondet de tekenaats onderfcheid moet gemaakt worden , en dat 'ct dan ook de zulke getekend hebben welke door uw Ed. worden goedgekeurd, maar het zyn duch maar weinige, en daarom hebben dan de beste en Cordaacfte huiverig geweest om dat adrej te tekenen, — gy hebt gelyk myn Heer, al dat woelen en aftaden heefe veele te rug gehouden , en dat ik 'er in perfoon van gehoord heb, itctfct my in die gedagten , dat Menfehen mec£sri'!8 ro'A-n meest al bektompe zielen hebben , —- want konJen zy,door eigener Oogen zien, zy zouden zig door anderen niet laten vervoeren, — eindelyk komt hec my voor, dat, om in hec vervolg alleen maar zulke menfehen adresfen tc doon tekenen , welken hier toe de vereiste kwaliteiten bezitten ', cn dit harrevrarre overal of niet gequaliticecrt zya in eens af te fnyden , en voor altoos voor te koomen, 'cr eens een Opgave door uw Ed. gedaan wiect, het zy da: de perzoonen , her zy dac de kwaliteiten doof uw Ed. bepaalt wierden , dan konde alle die In*ooners, welke toch alleen maat dienen moeten , om bec getal det Leden van de Bfaaffcha'ppye- te vergrooren , en zig voor her overige met een Slaaffe Onderwerping alles getroosren moeten , zig nooit wederom verftoutcn op by adres het ccn of het ander te vraagen. JAAP. . Piet ik bedank uw voor uw ondsrtigt ik hoop in de volgende week het overige cn wensen uw nu een goede nagt. PIET. Il< geloof niet Jaapje , dat ik de volgende week zal in de Stad zyn , zoo ik 'cr in blyf ben ik toe uw dienst , anders zal Meester .-1'liertm by u kooi men , ik wens uw ook wel tc rusten. Te Leyden by C. F. KOENIG, en verder alom, daar dezelve alle Zaturdagen, voor, vier Duiten, met een Nominer vervolgd worden.  D E POLITIEKE S N A P P E . R. Zaturdag den 15. Oftober 1785, N°. 27. ALEERTÜS. Zoo vriend jaap, nu ziet ge myn weer, om dat Piet uit de Stad is, anders zyn 'er te veel Perfonen in die gedrukt wordende gefpxeleken , als ik daar telkens by kom , 't welk eene duisterheid of minder verftaanbaarheid, by de Lezers, veroorzaakt. JAAP. Welkom Meester, 't is zoo als «■y zegt en 't welk wy ook op andere avonden en niet by onze gewoone en vastgefteide byeenkomften beredeneert en goedgevonden hebben ,gy wectdatonsgefprek nog over dat feboone Contra Protestis, maar dit zou ik liefst verkiezen, met Piet aftebandelen, en 'er dus dezen avond niet van fpreeken. ALEERTÜS. Daar ben ik zeer wel mede gedient, ik wil liefst met dien vermaarde Confulent niets uitteftaan hebben, dat zoort van menfehen welke dc letter a op een eymagtige wys gebruiken, hangen veel al van bedrog, van vahebbeid, van fnoode oogmerken, aan elkander, welk karakter zy zoo fraai weeten te verbergen , dat ze in ftaat zyn, om I de kundigftc cn welmenende men| fchenin hun tic ftrikken te verwarj ren , 't geen men veeltyds te laat ontdekt, en dan wel zoude wenI fchen, die jdcbhopb&l nooit gezien of gefprooken te hebben, cn daarom wil ik zeer gaarne van iets anders praaten. JAAP. Eerst nog een vraag, Meester, wat meent gy met die letter a? -ALEERTÜS. Als men dat zoort van fchcpféls, menfehen durf ik niet zeggen, die naam zyn zy onwaardig, als men dat zoort van fchcpféls ontmoet, vragen zy, opeen gemaakte toon , met, een vriendelykc-houding: boe vaatje, juist als of in het woord vaar vyï-en-twintig letters a bchooren •, wagt u altoos voor dat zoort, inzonderheid als zy vermogens en verftand hebben, ze zyn bekwaam om de onfchuld te verdoemen en de fchuldigen tcgens wel verdiende ftraf te dekken is hun grootst vermaak, als hun de handen daar voor gcvult worden. JAAP. Maar meester, hoe maken zulke Menfehen het toch; met hun denk-  beeld, omtrend het Opperweezen? zouden zy zich verbeelden, dat, om dat zich die Almacht nietdagelykslaat zien, en zyn ongenoegen tc kennen geeft, om dat hy zwygt, verbeelden zy zich daarom , dat Hy met hen gelyk is, dat hy hun gedrag goedkeurd of zich methetzelve niet bemoeid ? — ALBÉRTUS. Jaap! Jaap! ! tten wy daar niet v/eer inkomen, dit zyn zaken, waar van niimand booren wil! — De dageiykfche bezighedens doen die vergeeten , en men heeft-thans niets anders van noden dan Geld\—■ Dus worden de bezighedens verdubbeld, men gewend zich zoo aan het vergeeten van al wat billyk wat eerlyk wat deugd cn Godsdienst betreft! cn waar door men hetgcweetcn in flaap wiegt, zal ik u zeggen, men durft ftellen: dat de Geleerdheid de voedfter is der Burgerdeugd'^wèg dan met alle Godsdienst! maar boe weinig moeite zou het koften, om te bewyzen, dat de Geleerdheid de voedjhr is der Burger Ondeugd; by de eenvoudige Burger, zal men nimmer de Godverzaking met Mond, Handelen Wandel zien ftaven , en wie kan ontkennen , dat de Godverzaking de enigfte bron van abc Burger Ondeugd is? — Als de Geleerdhei.1, De Eruditionexnzt de wyshcid, De Sapientia in plaats van met de Drogredenen De Sop'iismd vcreenigd was, dan zou ik die ftelling- volkomen toeftemmen, cn dan zou men ook nimmer hooren: dat dc onfchuld vertrapten de fchuldige vrygefprooken wierden ! ~— 'Dus 'blykt het klaar, dc Geleerdheid behoorde de voedfter der Burgerdeugd en Vaderland-Liefde te weezen, maar dezelve is het niet cn daarom alleen, ziet men des Aardryks Grond- f vest beven !_.—. ' t - 'jaap. Wel Meester, ik heb altoos gemeend dat allé geleerde men fchen , wyze menfehen waren. ALBERTUS.. Ja Jaap, als de Geleerde zich dit zelve ook niet wys maakten, dan zouden zy de wyshcid, de onmisbare, de wars wysheid, daar zoe.ken, daar ze te vinden is, en als de Richters wys waren, dan zou dc ondeugd voor hen verdommen cn door hen uitgeroeid, ten minften voor.een groot gedeelte, kunnen worden en dan zou noch in noch uuiandlche vyand ons kunnenoverwinnen — Maar men verward de Geleerdheid met de Wyshcid, men onderfcheid ze niet van elkander uit dienhoofden word de waarheid zoo gepiooit a's de Sophistifche rechtsgeleerdheid hetbegeertte heb benmplaats vandatdeRcchtgeleerdneid met de zuivere waarheid, on Gods Wet deunende en met deze! v'e overeenkomende, &c. onder ons moest plaats vinden! — zonder het welk geen Land engeen Volk gezegend kan worden. . . JAAP. Dat is alles wel, Meester, maar de tyden van wonderwerken zyn immers voorby? ALBERTUS. Jaap! ik hoop niet dat iemand in het Vaderland zal durven ontkennen, dat het Opperweezen, 0p Doggers-Bank, geen wonder-°-e. daan heeft, die zulks ontkennen durfde, al was het dc grootfte in den Lande, ik zou hem voor een onwaardig inwooner van het Vaderland Fverklaren; en is het ontcgcnfprekelyk; dan bcwyst het dat 'er nog wonderen gedaan worden , en by gevolg, da* het Almachtig Opperweezen met ons-is  is Hy dan voor ons, wie wil tegen ons zyn ! — ]AiP. Hoor Mecsrer, het is en blyft tech altoos een tMijtmmt waarheid , dat een Gele met veel Geld , Arjubaardei is, dan een VVysrtjan under Geld} aonder Geld kan men toch niets krygen en met Geld kan men ovec alles beerleken; de slri/focraaten hebben dit tegenwoordig ook zeer wel begreepen , en fcheinen om den Burjer klein ie maken, eenparig bcflooten te hebben, om den Burger niet ce betaltn, of ten minden van tyd tot tyd uittellellen , en deze tryteting kan van zeet veele onaangename gevolg-en zyn ! _ ALBERTUS. Ja Jaap, dat kan van zulke onaangename gevelgen zyn, dat'er eene formcele prdtand door ontftaat en Hy die de AstJe Regcerd , zi.t en weet alles, Hy kan in zoo een geval een kwaad over die onderdrukkers brengen , waar.door-zy alles verliezen , en tot de laagfte Clasfe van Burgets vernedert worden — Als etie hoogmoedige Aardwormen bedachten , b( e weinig van waarde alle aardfehï fchatien zyn, zy zouden de minde Burger met hen gelyk fchatten ,— my fchiet een geval tc binnen dat wel waardig is eens te verbalen. De Egyptifche Koning Sebttch bezat drie en twintï» Koningtyken, hywasop een Leeuwenjagt, dooc het Inel rennen van zyn Paard, zon gevolg geheel 'uit het gézichr geraakt; op het einde van bet Bi seh ftruike'Je hy met het zelve cn bevond zich dus alleen in een ilegten fiaat. Nadat hy , te voet, een tydlang omgedwaald had , ontdekte hy de Nylfttoom, zyn fmachtende dorst dreef hem dien te naderen, op het oogenblik dathv een dronk Water met meerder verlangen meende té gebru;ken , en Op veel hoogeren piys waardeerde , dan hy in zyn ovetvUed de besis Liqeure gebruikt had. wierd hy terug gedrecven , want een afgtyfelyke Krokeiil Himt uit het Water om hem te vcillinden; dc Koning fpocd zich uit al zyn macht r.aar het Woud , daar hy zyn leven nergens anders door te redden wist, als met zich fclielyk cm een Boom tc draajen , wyl hem de Krokodil in hetsjo ■ pen ovetrrof maar zich zoo balast niet buigen of keeren ken. — In deze dood angst waat in hy in zyn Vyands opgefpardc Kaken als in zyn open Giaf zag, vonden hem zyn Hovelingen, van alle kanten'" toe fchietende die het Monftetdiet van kanc hielpen, en de Koning geheel buiten zich zeiven in zyn Paleys bragten. 'De volgenden dag verkor de Koning, door de altc gtorc fchrik en Herke dtaajen om de Boom., het gebruik van ?yn Spraak^, dc Rtuk\, de Smatl^, 't Gehoor, 't Gtpcht en broeit niets cv'.r als h-c Gevoel, zyn Verftand bleef ongekrenkt, *t geen hem, dat verlies te fmerrelyker voorfielde, syl hy wel begreep dar hem nu al zyn Heerlykheid niets bate, en hy veel elendiget was, als de aller-elendigde zyner Onderdanen.' —. Na dat hy een tydlang zoo had" gelegen, gaf hy doot een reken te verflaan, dat hy wat fchryven wilde; zoo dra men herp papier en een potloot in de hand gaf, fcheefhy met byna onleesbare letters: Ken Koningryk geef' ik voor myn Smaak, Fyf '-oor myn Gehoor ea Vyf voor myn Spraak, de overige twaalf aan den geenen , die my het Geacht u>wr bi\srgen. Dit wierd over al afgekondige, cn na verloop van etnigen ryd , brast een 115 jaarige Gryfaard, door behulp van een Reukwerk , hem hec gehoor wee.om. Hierop wht de Koning zyn vreugde r.i-r genoeg uic ce drukken, en toen men hem verrelde , wat hy geftheeven had , vragende, ef men zulks ook rechr verflaan had, w enkte by van ia. Vervolgens gelukte her dien Gryfaart, den Koning ook den belemmerde Tóng los tc maken , dat hy , fc.loon langzaam , zyn faraak weer kreeg, ook weer fmaken kon Pe Koning bekragtigdedaarop zyn belofte en beval dien Giyfaart en zyn nageflagr iw die Koningryken ce kro >nen. Doch het verlies zyner Oogea drukte hem dermaten , dii hy dikwils uitriep: nier alleen myp overige Koningryken, maar, by aldien ik de gantf.hc VVareld bezat, zou ik zc gaarne afiiaan, om nivn G'zicht weeree krygen! — Jaap, al ontmoet gy de aller eer en Geldg ictigfte Menfch viaa^t hem ■ cf hy voor ccn geheel Koning- cf Keyzerrylt, zyn Gezicht, Gehoor, Reuk of Smaak wil misiVn, , riUmand zal ontefeliaamt genoeg zyn , van ja ce zeggeu, maak nu zelve de rekening op, cn vraai; . aan dc allcrrykfte Menfch, waarom hy zich verbe.ki, . iets meerder te zyn dan gy zyr, ja , dan de geiingfte Bedelaar .is! — JAAP. Meestert Meester! ik ben tot in myn Ziel ontroerd, gy hebt myne Ogen geopend , ik zie nu h e ryk ik doot en te gelyk" hoe ondankbaat ik tegen , God Af n! ik gloei van fchaamte, dac ik my heb durverr verbeelden , dac ik ongelukkig was, zoo dra my een handvol van dar veel verlydende Geld ontbrak ; 'c welk toch zelve dVminscc waarde niet bezit — nu kent ik volkomen gced , dac de Staate. om hu Burger Bloed te fjaaren , liever zyn overgegaan omden Keyzer zyn onrechtvaardige bcgeertetoe te liaan met hem Honiert Tonnen Gouds te accordecren , en ons daarvoor den vieede te bezc.igeu ! weg. liever met al bet Goud, dan een droppel Burger, bloed te plengen. — ALBERTUS. Neen Jaap , dit is niet wel gedacht, liever honden duizent Burgers aan het fa aard opgeofferd, dan een halve Huiver onrechrvaardig aan een dwingeland af re Haan , zoo roepen de Oranje aankleevers, dan hadden zy hoop gehad om de Stadhouder Graaf te maken , maar dit is hen mislul t, gelyk hen ook het nieuw ontworpen plan met den Koning van Pruisfchen te misleiden, mislukken zal; Als wy de Vreede roet Geld kunnen behouden , zondet dat de eet van God cn van het Vaderland opgeofferd wordt , dan is het Bpodzakelyk dat wy Vreede hebben, en i.i dit geval vetkeeren wy zoo larg, tot dat wy onze Binr.enfandfche Vyanden overwonnen hebben v want een land met verraders opgevuld, kan nooit tegens een Vyand, f.hoon hondert-maal zwakker, belt aan. JAAP. Maat Meester, dan is immers alle Wapenhandeï een nutteloozen aibcid. ALBERTUS. Voor al niet, fchoon G..d wel in ftaat is, ons te reddtn cn tc behouden , zonder onzen gewapende»  «hl , sagt Hy «hter ,, TPÏ« niet mt$t , T*l niet tettn " tiac is, op ons toegepaic-: Wie rir niet nis een held tot den ftry'd aangord en bekwaam maakt, zal als een Jlaaf , als een laidart, ais een jtwalyk gezinde; als ten verrader van zyn Vaderland , als een vloek van het mensihdt.n , als een pest in eeni 'ry Lani, flerven en v*n elk tol in xyn laat/ie nagejlaeht veracht vetrden', —— Groot en klein, ryk en arm , moet in een Vry ■ Gemeene. Best , gewapend weezen; en zoo wel met de Wapens des Krygs als met de Wapens des Gelooft omhangen zvn. JAAP. Hoe, Meester, de Ryke, de Fat\Oene'yie; het Aittjk^ Cj;jlici>t, die Goden in hunne verbeelding , welke de neus regen deftige Burg'rs ophalen, plaast gy die met de atmé'gè'fyk. — A L~B E R T U S. Neen jaap , nier gelyk , mee, maat verre beneden den armen, moeren* zy aeplaast worden! —. tiet z -genaamde Fatl»ene!yke G Jlatht, mag men te recht iiec Iherc Grfiacht noemen, *e'kc onwaardig zyn om de Borsten van hunne Moed.ts te z-iigpn . dit Gfflacht-„"t welk de Hoeren huutc om hu'ine Kinketen doot de Gyle Barsten der Hoeren optevoeden eu . t-e verbasteren, dir onwaardige gedacht, durf: nier al leen op dé besce Burgers met verachting m eer ce zien miar het iielt 'er een eet in , om met Recht en Gerechtigheid , met G.-d en Godsdienst te fpotten.—. Her kletfc dc Hoeren, als hun eenigrte vermaak, van hun geboorte tot hun dood , aan , en gaan dus sis de beesten-, in hetgtaf! — Dit verachte g-llacht, oordecle zelve, of niet wy verplicht zyn, oir/*die woorden uit het Cor.tr/» protest, de onze te maken, dat u>y hen , namentlyk, om der waarheids willen Oftaangettaamhïdem mi; ten ftgjtk."! —JAAP. "t Is waar de Hoogmoed der Groorcn is ons en hun eige verderft zy ivve:ü.nV» in de overdaad, en zy- I zyn echter veel blinder dan die Koning die de ge- I heele waereld voor zyn gezicht wiide geeven, hy J ziet meer om dat hy wenfehre re zien , da", zy , die I zien kunnen en niet willen zienJ — Zy fchti.ien tot I een plaag voor hunne mede Menfehen niet alleen maar ook voor hen zelve te zyn , hun in geheelde Te Leyden by C. F. KOENIG , en verder alom, daar dezelve alle Zaturdagtn, voor vier Duiten, met een Nomnier vervolgd worden. j:bnette bederft alles, hoe gelukkigzou het weezen als alle de grooten zoo dagten als de waarlyk groi,te maar nederige Admiraal M. A, dz Ruiter , wlt is het een deftige taal als hy zich dus laat hortten : Ik was gemeen Ma-roos, hy was gemeen Soldrac.i De deugd, de heldenmoed, geen afkomst red eèn' Statd. De man die mee u fpreckt kan daat bewys van geven : 'k Heb van éin Huiver daags, als baarsgast, moeten i even , En'c rot van Koningen, (tvut fpyt voir 't ttadtyk rel! ) J^ Is nu in myne baad, zo zeldzaam wetkt het lor. De Hemel ki.'st. ter fpyt der aadlyke onverlaten . Zyn werktuy na.r zyn' wil, uit aller menfehea Ita.ui. , • De Worm, en de Adelaar, de Boom, en kleinfte Piant,, ... Befe'nounr Hy me: één oog, als 't srerkfiuk van zyn hand. De Zandko.i is zyn werk , gelyk da Bol der Aarde. In 't kort, de Utiigd alleen, bepaalt de menfebea j waarle. De cf-vaas zy met geboorte en edel bloed gevleid. Geboorte is inderdaad ilecbts een "toevalligheid : Zy kan nkc cot verdienste ons worden toe 'ece. kerul , Za la-tg ons leven nier door weldoen is geteckend ,, Hejaa.l wat is de Menfch! Hoe veel heeft hy cc" vreeien ! ,, War is hy , -wel befchou vd , een deerniswaardi» ' „ Hy is, i»ai'goviariy {yn trosfen geest verblind, ,, Lsn Speeltuig üec torcuiii , een t\*aitliiht in de ifirid. ,,,, Een wezen, op elk tred van' zo veel ramps nmgeven, Is dwaas, wanneer 'c ooit ivord door hoogmoed, aangedreeven. ALBERTUéT, Nu Vriend! ik uan niet langer, llaap nel. J A A P. Nacht Meester , wel t'Huis cn ook wel te rusten  DE P OL I T I E K E S N A P P E R. Zaturdag den 22. Otiober 1785. . .. N°. 28. £jfH dubbelt Kommer wordt voor den gewoonen p,ys van 4 duiten uitgegeven.-) J AAP. M'eester ik kom thans by u , gy moet mv weten te onderrichten;-ik fprakdaar met iemand over het verval in-alie de Steden van ons Vaderland, hy. vroeg my, op de man af, wat verderf er- m onze Stad Leyden verbeterd moest worden ? daar ftond ik te kyken, ik wist geen antwoord-te geven, hy befpottc my met te zeggen-, Vriend fpreek nooit weer over Staats ot Stadszaken, dan zult gy metbelago-elyk wezen. Zeg meester wat- kon ik hem antwoorden! ALBERTUS. - Wel ïaap , hebt gy dan alles verceten hebben wy niet in onze aparte byeenkomften, meer dan "eens over het verderf in onze Stad Leyden gefproken , heugt u niet meer, dat ik u aantoonde , hoe het verderf in onze Regeringsvorm, van tyd tot tyd is ingekropen, ziet in het zogenaamde Heere Boekje daar zult o-y°vinden, dat onze Regering beftaat, als: op-bladzyde 3 en 4 vut veertig perfoonen op bladz. 5 «aan Schout, Burgemeesters en Schepe,nen tc zamen 13 perfonen, dus zou men zeggen dat maakt met dc veertig tc zamen 53 perfonen, op bladz 6 ftaan de Rekenmeesters zynde elf perfonen, dus 64 te zamen, dan de Vredemakers zyn drie en op bladz. 7 de Commisfarisfen van de Gebuurten ook drie perfoonen, vervolgens de Commisfarisfen van de Defolate Boedel-Kamer zyn vier perfonen , dan op bladz. 8 dc Schepenen-Commisfarisfen van des Gemeene-Lands Middelen, over Leyden en Rhynland zyn zes perfonen, hier op volgen Burgemeesters in Rang zynde elfperfonen en dan de Schepenen in Rang zyn twee-en-dertig perfonen ; op bladz. 10 de Vroedfcbappen zyn een en twintig perfonen , eindelyk de ' veertigen in Raede.n zyn agt perfonen. Om'"nu niette fpreken van de Ge- | deputeerdens by de Raad van Staten, van Gecommitteerde in de Hollandfebe Rekenkamer, van Gecommitteerde by de Staten Generaal, van ■ Gecommitteerde in de Raad van Staten , van Gedeputeerde in de Gêneraliteits Rekenkamer, van Gecom- \ mitteerde by de 4dmiraliteiten, van-  van de Houtvesters, van Weesmeesters, van de Bank van Leeningen en wat daar^meer volgt, dit kunt gy alles op de volgende bladzydenszelve zien, maai- wy zullen ons van bladzyde 3 tot 10 bepalen, daar zult gy by elkander kunnen optellen 152 perfonen of liever namen, want als gy alle die namen oplettend befehouwd,dan vind gy niet meer dan de veertig perfonen die opbladzyde 2 en 4 genoemd worden. — Dus zou men oppervlakkig zeggen, dat Leyden door 152 Achtbare Burgers geregeerd wierd, en als men op bladz. 11 leest: De Vergadering van de groote Vroedfchap beftaat uit de Regeerende Burgemeesteren, Schepe-, nen, Vroedfchappen en veertigen, dan zou men Oppervlakkig zeggen, dat die Vergadering beftond uit een en veertig Gequalificeerde Achtbare Burgers , en dus meer dan voltallig was, maar het is zoo niet; want volgens onze oude Wettige , Onmisbare, maar nu Verdonkerde Pnviiegien,moüt dezelve beftaan mt veertig Leden en uit de Burgemeesters, Schout en Schepenen , welke te za- ' men drie en vyftig perfonen uitmaken, zonder dat de Oud Burgemeesters cn Oud Schepenen daar onder behoren, neen die ftaan met de andere Burgers in gciyke qualiteit, om in een volgend jaar weder verkozen te worden. . JAAP. ja_Meester, als ik mv dat 'erinner, dan word ik verheugd over onze keuren , maar ik bedroef my om het verval van dezelve, hoe gelukkig zouden wy geregeerd worden, als het op die behoorlyke oude voet herfteld wierd! —Immers dan zou een Regerend Burgemees- . ter en Schepen begrypen, dat hy I in het volgende jaar riets boven > de andere Burgers wag, en dus altyd zo handelen, als hy in de ftaat van Burger terug getreden, zoude wenfehen behandelt te worden. — ALBERTUS. Ja Jaap, in andere Steden gefchiet de Verkiezing van de Regering door de Burger Güdens, of door Burger Committenten, welke è-en tegen wigt uitmaken, als 'er kwade Happen door de Regenten te wagten zyn, maar deze Stad ftaat hier in met Dordrecht gelyk; wv moeten of door onze Gildens of door onze agt Burger Compagnien, veertig Perfonen verkiezen, of zoo veel als 'er aan de veertig mankeeren , volgens WzVHeere Boekje-zouden 'er nog agt van dc veertig over zyn, van die agt zyn 'er reeds drie tot 'Schepenen verkozen, dus 'er nog -vyf ove;ig zyn, 'zelf meen ik dat . die vyf-nog vermindert- zyn, dan •dat weetik niet vast. JAAP. En dan hebt gy voorleden gezegt ,. dat die veertig "de Schepenen verkiezen en dat dc veertig met dc Schepenen dc Burgemeesters verkiezen, en cindelyk, dat die veertig met dc Schepenen .cn met de Burgemeesters tc zamen , dc Hoofdofficier verkiezen , en dat de Stadhouder verplicht was, om zorg te dragen, dat die verkiezingen volgens dc keuren, altoos ter uitvoer gebragt wierden, of dat hy de Overtreders daar van kondc"afzettcn, j met Concent van de geheele Bur- . 'gery, maar dat de Stadhouder geen1 magt konde hebben om aanteftellen; en dat'hem die magt nooit kon gegeven worden cn ook nooit wettig gegeven was. A L B ER T U & Wel Jaap , waarom , als gy dat zoo wel onthouden hebt, afttwoorde gy dit niet aan die man daar gy  ftrak van hebt gefproken ? JAAP. Om dat men thans niet weet, waar men fpreken of fwygcn moet, men zegt dat dc kwade Regenten hier en daar lieden uitzenden , om' tc vcrneimpi wat of 'er gefproken wordt, ersk-vie of zich'fterk tegen haar fhoocr gedrag uitlaat; en dat zy dan na middelen zoeken , om het die Burgers, die voor de vuift de waarheid durven fpreken, in de ogen te doen druipen , keik Meester, dan fwyg ik liever, dandatik my zelve ongelukkig maak. —— ALBERTUS. Loop gekke vent, dat is in Vénetten , daar de Regcering lieden uitzenden, om zulks te vernemen, en dat zal jou in het hoofd maaien; in Nederland en inzonderheid in Leyden, kan geen Burger kwaad doen , met de waarheid te zeggen; - men kan het immers ten duidelykfte met de Privilegiën cn Grondwetten aantonen , dat zedert het Jaar van 1672 tot op dezen dag, maar inzonderheid, zedert het Jaar 1747 tot nu toe, in geheel Ned.-rhind van Stad tot Stad , van Dorp tot Dorp gegaan, uitgczondert^y4  flaan, dat In baar ovoe KRAGT en vigeur zullen blyven. Dit is net zoo veel alsof ik iemand een mes in zyn hartftoot, en dan hem verzoeker, dat dit alles Onverminderd myne achting voor hem , en begeerte dat hy zal blyven leeven , gefchied. Wie heeft Willem de Vierde Recht gegeeven om uit het oog te verliezen : dat Hertog van Bourgotïdie den 22 .Jlpril 1149 , de Veertig Raaden geouto'ifeerd beeft om alle fa/?, ren op St. Jacobs dacb , de Scheepenen te kie/'en en volgens Vrouwe Maria van Bourgotïdie den 23 Mian 1476 en 1 477 de dag voor St. Jacobs avond te kiezen zestien eerbaarc goede. Ryke , V'eedfaemige PooicTEüen, (en niet uit de Veertig Ra aden, zonder dat dezelve in zoo een geval door anderen voltallig moeten gemaakt worden) welke zy den Schout in - geftStiften zullen moeten geeven en dat wel ten eeuwige daage nu en altoos, en tot eeuwi' ger vastigheid • met het Segel bier aan doen hangen. En volgens Maximiliaan den 10 Ocbober 1510 worden de Veertigen gelast om alle Jaaren te kiezen zestien Mannen uit DEN GEHEELE LlCHAAM Van der Stede , met uitdrukkelyke last aan dcPrefidcnt, aan de groote Raadc, aan dc stedehouder , aan de Schout en alle andere Officieren, om zorg tc draagen., dat die Veertig Raaden altoos onverhindert zullen voltallig blyven, met ccn fcherp verwyt, dat die Veertig Raaden meestendeels verduisterd waaren , nu te ■ nerftellen by het volle Recht van deze en de voorige Octrooien. ■— En Maximiliaan gelast den 3 December 1^14. wel uitdruklyk dat de veertig Raaden t'allen tyde als de Vroedfchap ove/ eenige faeken de Stad aangaande , vergaderen zal, dan moeten die Te Leyden by C F. K.ÜËNJLG , en vérder alom,daar dezelvealle Zaarrdagen, voor vier Duiten, met een Nominer vervolgd worden, .... veertig Raaden op een gelyke boete als de Vroedfchap mede vergaderen, en dat de. ftemmen van ieder van de veertig Rda.dan van gelyke waarde. zal weezen ,'■ als de Jleminen 'van de Vroedfchap, En volgens de Privilegiën door de Staaten, aan deeze sfed den 23 Jnny 10,5r. en 8 NoveTswer i56'>, na aanleiding van Hertog Philips van Bourgondie als Giaaf van Hollandt, by"zyne verfegelde Brieven van Privilegiën gegeven , den 24 July 143 j.. zyn de veertig Raaden ge mag tigd, om zestien Perfonen uit den gan rscHE Burge/ye te nominecren, • van welke zenien perfoonen door Butgemeestèren agt tot Scheepenen geko'ozen worden. — en dit is juist het Punt waar op wy onherroepelyk ftaan moeten, die isons wettig in 1434. gegeeven cn in 1651 eu i(5(5o. door de Staaten, onze eenige Souverain bekragtigd en dus kan geen Stadhouderlyke noch Aristocratifche Macht, ons daar van langer bcrooven. — Hier van alleen hangt de wei vaart van onze Stad. — • Zonder dat zyn wy geene vrye Burgers maar fkaaven. Ook heeft de Regeeririg van Leyden den 14 Oclobcr 1574, geprotesteerd, toen de Prins' de veertig Raaden -wilde verminderen en de Burgemeesters en Scheepenen wilde afzetten, zy beriepen zich »p die Privilegiën , en betuigden niet van meening te zyn tegen bunnen eed te doen. :— was in het jaar 17 58 ook geprotesteerd, onze Rechtbank zou thans zoo verminkt niet weezen , maar zedert het jaar 1748 fcheinen de eeden van geen waarde te zyn. Echter heeft'Prins Maurits den 23 Ootober 1618 het eerfte doordringende vergift in' de Vroedfchap ingeënt, Vgeen Willem de derdeden i\ September i(572 noe meerder  POLITIEKE SNAPPER. Zat ur dag den 22 0 Cl ober 1785. C Vervolg van K: 28.) vervalst hecfc. cn Willem de vierde heeft den iS October 1748. b'yna alles vergeeven , — en nu fcheind Willem de vyfde voor het resteerende overgebleeven tc zyn. Vind men in Leyden dan geen moedige Bataaven ? Ach ! neen ! 't is flechts een hoop van overheerde Slaaven. JAAP. Ik hoop evenwel niet, meester, dat gy dit alles in druk zult geven , wy zouden daar overonaangenaamh'edens kunnen hebben? ALBERTUS. Welke onaangehaamhedens, ik herhaal het, wy zyn niet in Venetien, in ons Land, zyn de Regenten, Volks-Reprefentanten; en het volk heeft recht, wat zeg ik, het Volk is verplicht, ieder Burger, hoofd voor hoofd, heeft het door . een eed belooft, als zy verkeerdhe, dens in de Directien ontdekken , t te zorgen, dat de Keuren en Grondwetten in haar volle kragt blyven werken, hebben onze Vaders en hebben wy het tot nog toe verzuimd, dit wettigd ons niet om het langer te mogen verzuimen, wy moeten jgivt alleen verzoeken, maar met j bedaarde nadruk» eisfehen , dat aïl les herfteld wordt, en die 'er zich j tegenkant, moeten wy niet voor ccnmynëdige jmaarvooreen moedj willig mynëdige verklaaren en will len zy geweld gebruiken,dan moeten wy Geweld met Geweld keeren; of zouden Volks-Reprefentanten meer magt hebben, en meer ontzien moeten worden, dan de Keyzer Trajanus, die fprak tot zyn Burgers toen hy hen de Wapenen overgaf, Neem dit Swaard.- Wet bet voor my; als ik wel; en tegen my als ik kwalyk Regeere ' • -1- * JAAP. Dat is alles waar, Meester, maar ik meende dat wy zouden wa°ten tot in Utrecht alles herfteld was* —. ALBERTUS; Jaap, onze voorouders hebben een taggentig jaarigeOorlog gehad, en als wy na Utrecht wagten, en andere plaatzen wagten na ons,' dan kunnen wy een taggentig jaarige ' bmnenlandfche twist nebben, zonder dat wy een voetftap gevordert 'zyn, neen» wy moesten in alle Provinciën cn ih alle Steden te gelyk beginnen, of dc Burgers van de eene Stad moesten die van de an-  «ere trachten voorby teloopen, om j te eisfchen dat dc Wettige Grond- 1 wétten herfteld wierden, dan zou . men zien hoe fpoedig dat alle brave Regenten het hoofd zouden opbeuren , om ons in de handen te werken , en dit getal der brave Regenten zou veel grooter zyn, als wy het ons zouden durven voor.tellen. __ Maar zoo lang als wy flape- , -ri» blyven, moeten zy zich ook Haperig houden, uit vrees, dat wy hen niet zouden byftaan, cn zy dus geheel uit de Regeering veritoten zouden worden. —*—• JAAP. Op bladzyde 8 van hit Heers. Boekje ftaan elf Burgemeesters en op 9 ftaan twae-en-dertig Schepenen, dit is immers ook niet in order? ALBERTUS. Volgens onze Grondwetten kanis .niet meer dan vier Burgemeesters en Schepenen, dc andere erken ik -in geen andere kwaliteit als in die ■van Burgers, ze zyn niets meer, maar ze zyn net als alle andere bekwame eerlyke Burgers bevoegd, om het te wórden. — J A A P. ' -Heeft men ook niet altoos de Rykfte Burgers tot Regenten verkozen. m „ ALBERTUS. laTaap, onder onze voorouders waaren de meeste rykc Burgers, voorbeelden van Wyshcid, vanGelecrdheid en dus ook van Deugd en Godvrucht, ziet maar op Huig de •Groot! Hoe veel doorkneede Rechtsgeleerde en met Wyshcid opgevulde Godgeleerde Boeken,' heeft die man gefchreven, zoo waaren Ier veele in de dagen van ouds, maar tegenswoordig kreigt men veel te gemakkelyk de naam van j Heer en Meester; dus zyn de Ge'totribeidvaxt inzonderheid de Deugd :n allerbyzonderst de Godvrucht en >y gevolg ook de Wysheid Vreemlelingen by het Goud! —. -ik had ïaast gezegt: verbannelingen! by'evolg moeten wy thans niet na riet Goud, maar na Wysheid zoeken, dan zal alles beter gaan. In die dagen wierd het Opperwezen als de eerfte, fchoon onzichtbare, Prcfident in alle Staats en Stads-Vergaderingen erkend , en eer de Vergadering, groot of klein, geopend wierd, wierd die milde gever om zyn Wysheid aangebeden, ea men vrage het nu aan de Regenten zelve, ofzy zich niet de'een voor den ander, zoude fchamen, om te zeggen: Eer wy de Vergadering openen, jmoeten wy ons tot God keeren , en hem om zyne Wysheid aanroepen, want God is volgens de taal van Jofapbat by tweeChro. niken 10 vers 6 en 7. in onze vergadering tegenswoordig. — En de'ze verkeerde fchaamte is de eenigfte oorzaak van veel verderf. — JAAP. Om van iets anders te praten, onze Burgery heeft, zoo als gy weetin het jaar 1354 door Hertog Willem van Beijeren, vieren twintig pond, Hollands, 'alle jaaren ten eeuwigen dage, voor trouwe diensten gekregen, om te vereeren aan die Leydfe Burger, welke dat jaar Koning van de Schutters is, wordende volgens de keuren tot Koning aangefteld, welke fchietende het wit of doel treft ; waar blyft dat tog tegenswoordig, want het is ten eeuwigen dage gegeven, en hoe aanmoedigende en uitlokkende zou het wezen, alsdie gewoonte nog plaats had, als een Burger'door zich wel te oeffenen, 'jaarlyks na zoo een aanzienlyke pryskondé dingen, en daar en boven het geheele jaar, ie -eernaam,  Tan Koning over de Schutters, droeg! ° ALBERTUS • Waar of dat tegenwoordig blylt, Jaap, wel daar alles wat de Burgers toekomt, en wat zy nu niet heb■ben , gebleven is, maar laten wy met zulke kleinighedcns nietbegmnen , dan hebben wy dag en nagt werk , eerst moet het groote werk afgedaan worden , dan volgen de kleine van zelve. —JAAP.- Hoor Meester cf jy 'er boos om wordt' of niet , die zaken zyn ook wel de moeite waard! keu daar fpeulende -met het Heeren Boekje zie ikopBladz. ?9- dattwee Stads DoEtoven , twee Jdjur.Uenhebben , ik wect niet of die twee JdjunSien bekwaam zynofniet, maar 'ikltel vast, dat een Oud Doctor meer ondervinding heeft, danjon■ gelingen die pas gepromoveertzyn, 't is waar, zv moeten door de oel'fening de pnictyk verder leeren , ■maar moet men. dan dc arme Bur.' gers daar aan wagen , moet een Doctor die over de armen practiccerd, niet by uitnemenhcid kundig weezen , om dat het gebrek aan voedzcl en kleding , het uitftaan vankoudc cn andere ongemakken, onder dc practyk , wel in het oog moet gehouden worden , - kunnen Regenten het van hun gemoed vcrkreigen, om die noodlydende zoo maar in koelen bloede aan dc wille : keurige handelwys Van Stads Loon' trekkende DoUooren over te leveren , dat zy, in plaats van zelve by de ziekenvte.gaan, waarvoor zy betaald worden , 'cr jonge Doctoren na toe zenden. ALBERTUS. Dit zyn alle gewigtige zaken, waar-.-van .'er duizenden in ons ■. .Land-'"'plaats grypen , die alle ver- beterd moeten worden, maar eers*t moet de Regcering in order zyn, dan volgt het andere van zelve. JAAP. Hoor Meester, als ik Boekverkoper was, ik gaf'jr de Duivel van om iets te drukken, dat de gebreken van de Regenten zoo klaar ontdekt, ik zou bang wezen dat ze myn agter af bragten , en als men daar zit , dan kan dc ongerechtigheid den ruimen teugel vieren , zonder dat 'cr een haan na kraait. ALBERTUS. Zonder dat'er een haan na kraait, dat is niet waar, Jaap , denk maar om Jan Callas , is die moord geea Eeuwige Schande voor de Richters, en wat een wroeging moeten dezelve daar over uitftaan ? daarenboven,de Drukkervan onze Gcfprekken , C. F.Koenig , is reeds zoo fterk aan de verdrukking gewend , dat i.o-een verdere mishandeling eenige indruk op hem kan maken ! — Hy zegt, zich zelve te fchamen over de Afgodifche eerbied , welke hy, nog ruim twee Jaaren geleden, voor de 'Regcering had , maar zedert ia het vorige Jaar, Burgemeester Dro~ lenvaux de ftoutheid had , van geheel buiten zyn post te gaan , met op een willekeurige wys in het ampt van Schout en Schepenen te vallen , en een Nommer van onze Gefprekken, de Praatvaar te verbieden, welk verbod niet meer dan drie dagen duurde , om dat 'er niets kwaadsin gezegt was, veroorzaakte dit echter, dat de geheele balans van zyn Negotie in een ongeregelde beweging raakte, door dien in dc Oproerige Pasquillen, leugenachtig gemeld wierd, dat hy drie dui' zend Guldens boeten moest geven , zoo dat een ieder als om ftryd, het eerst betaling van hem cischte, kort  daar op vertelde--een-s-n-.Vr J$&ftlê4 meester, als vredemaker zittende, dat het alle dagen Nieuwe-jaars Dag was, en dus dat de-ene Koopman van de andere, wanneer by het goed vond , alle dagen betalingkan vorderen, al was de afl'praak nog zoo fterk , als dezelve niet fchriftelyk het tegendeel bepaalde. Koe verwoestende is deze Stelregel voor een Land/t welk van de Koophandel beftaat! — Hierop volgde die allerfnoodfte ongerechtigheid , waar van in de geheele Republiek geen voorbeeld té vinden is , ik meen die fhode mishandeling van Daniël Vygb , door die Regenten onderfteund , welke hem Daniël Pygb tegen hun Eed en Plicht, tegens de Keuren en tegens Protestaticn, echter Onwettig Boekverkoper gemaakt hadden. Welke fnoodheid zoo ver gegaan is , dat men C. F. Koenig eerst dc Stad heeft zoeken uitte kreigen, dit mislukkende , meende men met behulp van zyn Familie een Plan te vormeeren,om hem voorinnosfent te verklaaren, cn hem in het Dolhuis te plakken, deze Godvergete boosheid ookgemislukt zynde, zogt men hem in een kostbaar Proces in te wikkelen, maar dit kunnen zy ook niet gedaan krygen , — want hy zegt met ronde woorden, dat hy een Practicyn heeft, welke met Waarheid en niet door Drogredenen zyn zaak zal bepleiten , cn voor deze Practicyn, welke de Almachtige zelve is , moeten alle Aardfche Practicyns en alle Aardfche Richters verftommèn! JAAP. ja Meester, hy zy voorleden tegens myn , als ik myn recht door Practicyns moet kopen, dan hebben V, 7 y ^ *' r^1^' e« verder alom , daar dezelve alle *r.göüi.Utc!itta'.ni><ïi£ »'*S> als Ric^tf's. heb. ben , dan moeten dezelve ons' Re&t ' weren",'rj' boiargen , zonder dat. ncr ons eïn duit kost , vraut' daat ,' voor btengeoKi|ry alle nodige la ten on ALBERTUS. t Is waar Jaap, als een Proces op ?.yn aller best uitvalt, dan is het ieder de helft van d- Kosten, «.zoo wordt een Burger gewin erd of gedwongen all mdMkkmg van iemand welke wat meet «ld heeft geduldig ce verdragen , kan men daat zulks IrZ* u'"^"^ nocme" «fe*'R«:bt en Ge¬ rechtigheid gehandhaaft wordt; _ Aiü Bargerbedervcnde Prairie afgefebaft, en de verllalldl Psi(,kyns tot Geric.h.sTracficynsaangeKeld , waar door de ene Buiger den ander geen pfoces kan aandoen, maar den a.ndie Bedelaar voor't Gencbteen*elyk recht met de rylrile heeft. H-t f, waarachtig daar Richters zyn. moet geen Praaicvn in aanmerking komen, want dieVraflicyn v, elke do Richters door Drogredenen het beste *.„ te'blindoekcn, wint meesta.ro. s het Proces. geeft de groore Geitèrt ons «een voorbeelden aan-den bfi. dareén. fchurk van f eu en onfchuld.ge aan de Galg door-bet Proces' geS*ï 77- Mj;" ik mzalt fwarishrid om dit al- . te ""««"i. fchoon het de zuivere en waaracati&e waarheid is. ALBERTUS. WaarhUd Jïl' *U V ™'"'èhM ^ken om dewaantid te zeggen , dan moeten wy «rst zoo liefdeloos «eczen, van te denken, dat de Veetti» Re. . genten van Leyden . .IU Veertig Schurken \y„ . en darzy f110od genoeg zyn, om dol* oe«eld ds waarheid tc verdonkereif/anders als ay^e rnio^e Drukpers weerleggen, tn daat daag ik duizend Penneveclner, u etrit, laten zy alle % Drogredenen"", hulp nemen , *y zull;n hen met on/eenvoudis Pennerje „nder Gods Hulp . alle, befebaamd mao,?,; r~iT A°n wyom aan Scen «aamloze Schreeuwers zullen (boren , maar dezelve voor blaffende Honden zullen houden! Worden .ook de Burgers,i. iet Conr. pmest op naam van negentien Refenten Zll h"r"e.' rS^S' • «™ •» te toonén welke gebreken m hei Staats en Stads Beftuur plaat, vinden, voor en aleer zy bevoegd zyn ,e Requestreeren, dus worden wy gedwongen, zulks zonder eeniE hi T"1""™ " d"c" ' °P dat 'ervan onze beleefdheid geen misbruik gemaakt worde 1 • Jaap. t Is waar Weester. die kwaad wil doen, moer 1 , verdragen dat het hem onder het oog gebrast wordt en zoo als gy ftrakS zyde , Kik, Ref4»,.ntm . vast metgtooteralsde Kti^r TrJarm, die tot ll„ Buigers (prak7: JV.t dit S^.ri J.r my, W il l\l f'J^lAR'l-™. 4 moeten on, voor geheel Nederland befchaamd maken , of het verkeerde verbeteren, maar ons niet door geweld verdrukken, of zy zyn schurken. De My£-Eed is het gtootfte rerde,f i» ons Land, God iA niet als t" fns blyft°"r'0ns engen zo '»ng -«k, de" Burgers zegt hy , gehoorzaamt zo lang uwe gehoorzaamheid niet ftrekt ten nadele van het algemeen. J A A P. Dat is ook waarmeester, in onze Stad moeten wy volftrekt geen Militie hebben , en die dezelve daar in wil brengen, zoekt ons te onderdrukken , als 'er oproer't welk God verhoede , mogt ontftaan, zyn hondert Burgers wel in ftaat, om het te den pen. — Wy zien hoe Amersfoort djrar, order bly-ft zuchten , dus zou de ly '.clyke gehoorzaamheid ons -verderf wezen. — Militairen zyn nét zo gefchiktvoor binnen Steden, als dc Duivel voor de Kerk of op dePrcekftocl gcfclnktts — 'er zuchten noch vele huisgezinnen over het verderf der Militairen hier aangerecht, als aan dc eene kant van de Stad, tien huishoudens daar door bevoordeelt worden,dan ziet men aan dc andere kant hóndert huishoudens vervallen. ALBERTUS. Dat k a niet minderwezen, een ^Militair, werkt voor half dag loon, cU*s«ikVci-gt de Burg cr werk m an de zateyen moet uit arre-mpede..yrou\v en Kinderen verlaten , en zich op Zee begeven ; hier door is onze Stad, in weinige Jaaren, onbegr.ypclyk vervallen , maar ik kan nu niet langer, flaap wel. JAAP. v • i{{ Nagt Meester noch ccn.' woord , denk eens onder weg over deze woorden: Salomon zegt: De Groten doen een iegelyk verdriet aan , enbunren daartoe denzotten en b'.tureh de' overtreders'. — De zotten zyn dat niet die eenvoudige lieden , welke voor een dronk Janever hunne ziel en zaligheid te pand hebben v-en de Overtreders, zyn dat niet zulke Regenten, welke te verftandig zyn, om niet te weten datzy, om de eene of'andere vette brok, die zy noch maar in 't verfehiet, van verre zien, tcgens hun Led en Plicht handelen ! —- 's Lands waar belang doet my geduurig fpreeken , Al treft myn taal te fchaars der grooten hart; Al zweert mem my , zich fel op my te wréefcen , Om dat ik wit noem wit, en zwart noem zwart. Al zoekt men my door ltst of dwang te (mooren ; Al Üeigert ook de nood tefi hoot;ften top; 't Bciouwt my nooit: niets kan myn pooging ftooreti, Nooit dwingt men my door vrees voor zwaard oi mop. ' ; v. * ^ ";..,'■:■;'/ Zoo ceef i'c »fi myn Srnaiders juist hefeheid; "Noo'tzal men op een fehimp, een antwoord muien; Want ik vertrouw op 't woord , my toegezetd; G'cn leed zal 't ooit uit myn geheugen wisfcben! God zorgt' Hy wil of zal nooit myne hoop bt-fchamen : . Den Heer'zy eeuwig lof, eti elk zegge Amen, Amen! - Te Leyden by C. F. KOEN1G, en verder alom , daar dezelve alle Zatui dagen, voor vier Duiten, met een Hommer vervolgd worden.  D E POLITIEKE SNAPPER. 2aturdag den 5 November 17-85. N°. 30. JAAP. Meester ik kom nu weer by u , ik beb daarzo iemand gëfproken , die beweerde, dat wy de wacht aan de Poorten niet kunnen waarnemen , om dat het getal der wachtwaarnemende Burgers te klein is, en dat'cr zoo veel Geld-Burgers moesten wezen, om de kast van de Krygsraad in order te houden.— ALBERTUS. Ik weet wel Jaap, dat zulks verteld wordt, maar ik weet ook dat het onrechtvaardig is, dat het geen de Geld-Burgers opbrengen, niet aan de Wacht-waarnemende Burgers word uitgedeelt; dit behoorde immerszoo, en het vind zelve plaats onder de Militairen, die zyn Wacht niet zelve waarneemt, moet aan zyn kameraad daar voor betaal en , maar niet aande Krygsraad. — Alsdit algemeen onder de Burgerye plaats vond,dan zou men zooveel GeldBurgers niet zien, en men zou by uitnemenheid in ftaat wezen om de Poorten te bezetten, en Rondens uit te zenden. JAAP. Ja Meefter, dan moest 'er nog wat bykomen, dat de Boetens aüe nachten onder de Wacht-waarnemende Burgers wierden uitgedeelt, want zoo dra als de rol gelezen is, weet men hoe veel boetens 'er zyn,.dit kon de Wachtmeester wel verfchictcn, mits hy daar voor de tiende penning ontfing, als 'er dan weinig man tc Wacht kwam, waaren de boetens veel, en dus wierd het veele werk van die weinige Burgers verzoet, — ja het zou veele Burgers graag maken om te wacht te komen , want zy zouden meest altoos, ten minften vry gelach hebben. — ALBERTUS. Bovendien , zoo behoefden flechts aan die poorten, welke by nacht geopend worden, Burgers te wezen, want de andere zyn en blyven gefloten, echter behoorden alle flooten vermaakt, en de fleutels, ook by dagi op het Stadhuis, bewaard te worden, want hoe ligt, zoude een portier welke degehee-* le dag de fleutels in zyn bewaaring heeft, omgekogt kunnen zyn, zoo dat die fleutels nagemaakt waaren, waardoor al het fluiten en Wachtwaarncmen niets zoude helpen, jaap, het is tegenswoordig eea  tyd, waar in men' volftrekt moet leven, onder die zinfpreuk, f Peest trouw en vertrouwt niemand. Ook zelve de beste Patrioth niet, want het zou een bedrieger kunnen zyn! JAAP. Wel Meefter, als ik nu eens die fpreuk voor den dag haalde, zo als de waard is , vertrouwt by zyne gasten; dan zou jy daar weergas kaal afkomen. ALBERTUS. Dat beken ik Jaap, maar de ondervinding heeft my reeds zoo veel geleerd, dat het vertrouwen by myn , byna als geheel verbannen is, en dat zulks niet zonder reden is, zal ik n overtuigende aantonen , gy weet dat in deze Stad op naam van negentien Regenten een Contra Protest is uitgegeven, in welke men alles behalve Vrybeidlievende iteilingen ontdekken kan-, dit ftuk wierd voorafgegaan door een verdediging van iemand welke zich E. L. I. noemt, maar het is vast door meer dan eene pen gefchreven, en het mag wel te recht de grote Voorrede, iet grote Voorbericht of de grote Inleiding van bet Contra Protest genoemd worden. — Men vind daar peilingen in , die men in het Contra Protest niet heeft durven plaatzen ; want dat zou de Brutaalheid tegens de Burgerlyke Vryheid, ten hoogften top gevoerd geweest hebben-, eu de Plicht van de Burgers, zoude waarlyk geweest hebben , dat zy hadden moeten eisfchen, dat alle de ondertekenaren van de kusfens der eeren gezet nvierden ,en voor eeuwig gefchrapt te worden , om 'er nooit weer optekomen; — maar nu wy ontdekt hebben, dat zeker Confulent, met een of twee andere vermaarde Rechtsgeleerden, deze gevloekte ketenen voor de Burgerlyke Vryheid gefmeed hebben, kan het ons omtrent die Regenten, in zoover- 1 re, eenige gerustheid geven, dat zy zelve met zulke verdorvene denkbeelden niet opgevuld zyn; maar het fpreekwoord zegt: daar je mede verkeert, daar wor je mede % geëerd. — Het kan de Burgers niet I onverfchillig zyn, of hunneRegenten met brave weldenkende Vadcr* landers verkeeren, en door die weg met Burgerlievende Harstochten % opgevuld worden, dan dat zy mefc^J zulke menfehen verkeeren , diehen Burgerhatende Hartstochten inboezemen. — Het is net zoo wel de plicht van ieder Burger, dat hy een wakend oog over zyne Regenten houd, als het een plicht van alle Regentenis, een wakend oog over I alle Burgers te houden, — wat moeten wy nu zeggen-, als wy Régenten hooren klagen, dat de Stad- N| houder zich met verkeerde Raadslieden blyft ophouden , en wy zien voor onze ogen, dat zy zelve zich blyven ophouden, met zulke verkeerde Raadslieden, waar by de ergfte Raadsman van de Stadhouder, noch een eerlyk man genoemd kan worden! JAAP. Meefter, gy hebt gelyk, dan moet al ons vertrouwen volftrekt ophouden. ALBERTUS. Ik zal u nog verder overtuigen,. die Confulent en die zich E. L. I. noemt, zyn ih de volftrekftenzin, onwaardig, om Leden van ons vryheidlievende Genootfchap te bly- I ven; want ze zyn volgens de taal van de Brave Vaderlandfche Bernard zoo fchadelyk, als een rotte appel in een mande met zuivere appelen; het is reeds lange geleden , dat 'eidoor enige leden verzogt is , o-m E, L, I, als onwaardig Lid te ver-  klaaren , maar hetblyft by deCommisfie van directie aan een fpyker hangen. JAAP. Na ik hoor, worden 'cr zoo veel zaaken aan de Spykers op die Directie Kamer gehangen, dat hetbyna na een verdorven Staats -Collegie begint te gelyken. ALBERTUS. Hoor Jaap , na de uitgaaf van het ftuk door E. L. I. fcheind de geheele boel daar in de war te zitten , ten minften, de Arisftocratie, laat zich nu en dan, ook in de Commisfie van directie zien , en als de Leden niet meer wakker worden, als ze tot nog toe geweest zyn , dan zal die Commisfie, de geheele Sociëteit, met behulp van het Commite' , op de Klippen der Ariftocratie, zodanig verzeilen , dat wy in het volgende jaar een Corps van Arijloeratifebe Soldaatjes zullen uitmaken, want men zoekt alle de Leden onder de fchoon fc.hcincnde naamen van Subordinatie.en Discipline , zoo vast op de Vryheid te binden, dat deVryheid daar door tegens onze borsten ge wurgt zal worden, en dat onze liefde voor de Vryheid, op Ape liefde zal uitdraaien , gy weet wel, Jaap, dat de Apen hunne Kinderen zoo lief hebben dat zy hen geduurig zoo fterk tegens de borst drukken , dat zy van tien jonge zes a zeven dood drukken , dit gefebiët in der daad, uit onverflandige liefde .' ■ JAAP. Jy hebt gelyk , Meester, toen ik het Proefblad Weiten onder myn ogen kreeg, riep ik aanilons, de opftellers hebben om die waarheid niet gedacht , dat , hoe meer Wetten , hoe meer verwarring 'er plaats grypt , zy hebben vergeten , dat brave Leden , geen Wetten nodig hebben, en dat het getal,,, voor flegte Leden nooit toereikendeka'n wezen, anders zouden zy de tyd beter hebben kunnen hefteden, dan om 250 Articulen op te ftellen cnin siHoofdftukken te verdeden. — En de 'Leden zulk een ongehoord Wet-Boekopte dringen, watkunnen wy daar tegen doen,Meester? ALBERTUS. , Hoor Jaap, de Leden van de Commisfie van Directie , en de Leden van het Commite en de Dccifeurs , zyn niets meer als wy alle , hoofd voor hoofd zyn; zy hebben niets meer te zeggen , als wy te zeggen hebben , dus , als 'cr een Voorft.el uit of door de Commisfie van Directie aan de Leden gedaan wordt, dan gc-fchied dat Voorftel door twaalf Leden, dus kan hetdoordertienLeden van de hand gewezen worden , als 'er een Voorftel door de Commisfie cn door het Commitr-i gedaan wordt, moet hetzelve Voorftel door vyf-entwintigLeden, verwerpelyk zyn en zoo vervolgens , als''er de Decileurs by zyn , ook moet het altoos aan de Leden vry ftaan, zelfs tegen de zin van de Commisfie , mits dan een ftem meerder, als de Commisfie en het Committé , met de Decileurs fterk is, om ie eifchen, dat aan het geheele Corps zulke voorftellen gedaan worden, als die meerderheid van Leden goed vinden te begee- ren. Dus als de Commisfie een Wet of iets anders voorftcld, cn het wordt van de hand gewezen, door de meerderheid van maar een ftem, dan is het Voorftel verworpen, tot zoo lang, dat de Commisfie nodig vind om het geheele Corps by een te roepen , en de meerderheid van derzelver ftemmen beflist dan alles. JAAP. Het is in der daad , zoo , moest het gaan, want wymoeten volftrekt , in onze gewapende Sociëteit dtKoiks  'Eegecring vast houden , en' geen macht in iemand erkennen , dan ais wy onder de Wapenen zyn, maar buiten de Wapenen zvn wy alle gelyk ! ALBERTUS. Dat is wel degelyk waar , en wy moeten inGodsnaam by tyds zorgen, * dat nochCommislïe, uochCommitte', noch Decileurs over ons heerfchen, cn ons de Wetten voorfchryven; het zou ons bedroeft leïyk ftaan, als-wy het geweldige juk van de Stadhouder, en van Arittocratifehe Regen ten afgefchud hadden, dat wy onder het juk van een Commisfie cn Committé en Decifeurs gebukt zouden moeten gaan , want dit laarHo juk zou ons met dc geheele Vryheid na de Duivel helpen , om dit te bewyzen.behoeft men Hechts het 'Proef bhid jf^tten te lezen ! Een Soldaat, onderde grootfteT iran ,dienst hebbende, kreigtkostgeld en klccren , zonder dat hy onder zulk ene fterke fuberdinatieen discipline verbonden is, als waar onder" men ons heefe zoeken te verbindew? Vryheid moet Vryheid blyven en net zoo min in Siavernye als in Losbandigheid verandert worden. JAAP. Fet is jammer, Meester, dat de Leden voor het grootftc gedeelte , zoo weinig inzien van de zaken hebben , by ieder voorftel, hoort men geduurig zeggen , ik ftein niet, ik laat het aan ds meerderheid over, daar zullen wel andere zyn diedat Varken voor myn wasfen. Deze lauwheid zal vroeg of laad, ons geheele bederf uitwerken. ALBERTUS. Hoorjaap, als'er werk gemaakt wierd , om de Burgers wyzer te ma- Te Leyden by C. F. KGENTG, en verder alom , daar dezelve alle ^aturdagen, voor vier Duiten, met een Nommer vervolgd worden. ken, dan zou op de Kamer by Degenhart nooitgfifpcult moeren worden, of men mocstdaar alle avonden een of twee lees en fpreek-uuren vast ftellen , dan kan die Kamer voor alle de Leden, voor de geheele Stad, ja voor het geheele Vaderland, van onbegrypelyk veel nut worden; en ik twyflél niet of men zou 'er altoos verlichte Vaderlanders vinden, welke de min verlichte Leden met vermaak zouden willen voorlichten JAAP. Ja dat wenschte ik wel, Meester, zy zouden vast op die uuren geen trouwer klant kunnen vinden, als in myn , want ik floeg geen een avond oVer. Nacht Meester flaap wel. AL BERTUS. Men zou dan alle de Leden fpoedig overtuigen kunnen, dat het verdoemds Sierenen Gezang: Het IS NOCH DB TYD^KIET t- fVy Z-vtt noch zoo ven-nis t \ onderons geweerd moest worden, want het Vaderland loop gevaar, onder die alles verdervende deun , geheel' weg tc raken; Het fp'reefcwoord: Tyd gewonnen is veel gewonnen is ook ten voordcelc van de Landverraders, als wy tyd winnen om ons fterkte maken, dan winnen zy ook tyd om zich fterk te maken , dus blyft de kanst altoos gelyk. Het is alle dagen de tyd , om de iVaarbeidte fpreken! om Recht en Gerechtigheid te handhaven en om Mynedige Schelmen of Volks* Onderdrukkers-,■ zond.r aanzien van Per/bon , op ie hangen. Slaap wel. (Het Vervolg in No. 31. welke > thans ook te bekomen is.)  D E POLITIEKE SNAPPER. Zaturdag den 5. November 1785. N°. 31. }A AP. Daar was ik, Meester, hoe ftaat ! het leven ? Wel man wat kryo-en wv een vyanden , maar het getal onzer vrienden groeit ook aan. ALBERTUS. Taap ! vertrouwt op geen Menfehen , vervloekt is hy, die zyn hoop daar op vestigd maar laten wy ons aan God en dc gaarheid vasthouden, dan kunnen alleMachten der Aarde, gefterkt door alle dc Duivelen uit de hel, ons met overweldigen, ik weet, het gaat thans letterfyk zoo als in de 64fte Pialm ftaat: Zy fierken haar zeiven m eene booze zake; zy houden fprake van Jlrtkken te verbergen ; zy zeggen , me zal ze' sten ? „ i a. Zy doorzoeken allerley Scbalk- leid, ten uytersten doorzoeken zy wat te doorzoeken ts; zelfs hi„»*„-n* fP.ns Mans , ende' 'bet cai dien berte: MaarGodzalze haastig met eene 0e febieten : hare plagen z'.n DA*Ende bare tonge zalze doen aanJloten tegen baar zeiven ; een ieder dieze ziet zal zich wsgp/tkken. Ende alle Menfehen zullen vreeze ft, ende Gods Werk verkondigen, en zyn doen vcrflandelyk aanmerken. Want Jaap, het zal ten vollen gefchieden , zeo als by Kehemia V.m zonderheid vers 12 te zien is. De Regenten van Nederland, zullen, aan de Burgers van Nederland, af» bare Rechten wedergeven, Oi daar zal ene vreesfelyke Slachting., onder de kwade Regenten van Nederland komen ; want God zal zich nu met lano-er laten befpotten, maar het geen met honderd duizend Eeden beloof: is, wordt in onze dagen , letter- lyk, geëisebt! y ' JAAP- Dan zyt Sahmon niet te vergeefs: Het gene datter geweest is, 't zelve zal der zyn: ende 't geen datter gedaan ts, 't zelve zaldergedaan wot deu:zoodatter niet nieuws en is onder de zonne. Maar zeg eens Meester, ik hoor zo veel praten van een Goddeloos voorftel, in onze grote Vroedfchap gedaan , waar door alle onze Burgerrechten van ons geftoolen zouden worden , en wy met een woord,  alles zouden kwyt raken , wat is dat toch voor een ding ? ALBERTUS. Hatiszoo een Eerloos.en infaam öuk, dar de Opftellers daarvan , alle aanfpraak op de achting der Burgers, verbeurd hebben , maarzo gaat het, als God de trotfehe Hoogmoed wil ftraffen, dan is 'er geen groterftraf, als blindheid , ik.zal het u letterlyk uit de Delffcbe of HisioriJcbe Courant, voorlezen, eerst moet ik nog zeggen, Jaap , gy moet alle dajen die Courant lezen, want zedert de Vaderlandlie vende HeerFynje dezelve gefchreven heeft, is die Courant onverbeterlyk , hy komt altoos op Dingsdag, Donderdag en Zaturdag uit. — Hoor nu het ftuk zelve: Leyden de» 16 Ocïober. Met vêrbaazing verneemt men, dat voorleedcn Woensdag'alhier in dc groote Vroedfchap door het Befogne , het nr.volgend alleröpmerkelykst , en voorde Burgerlyke Vryheid en VryhcidminnendeLeydfche Burgery, zo ten hoogften belangryk Voorftel gedaan is; om de Leden der Vroedfchap op eene vriendeh ke wyze te verpligten, de fiemming hunner Mede-Leden voor de Burgery geheim te hot/den; en zulks daarom, ten einde alzo de goede harmonie en het gezag derRegeering te handhaaven, en hunne Perfoonen l vooronaangenaamheeden te bewaren. — En is beftooten den io. November aanftaande hierop finaal te concludeeren. Tot dit Voorftel fchynt aanleiding gegeeven te hebben , het publiceeren van het zonderling Advys , by den Heer Burgemeester Cbanguyon uitgebragt in de zaak van Amersfoort ,'x welk fteunde op particuliere berigten , door Zyn Wel Ed. Gr. Achtb. van den Heer Profesibr .fowj Qfltfungen en het nog vreemder . Voorftel van een jongen Vroeiichap, om dien Hooggeleerden Heer totdeBcfoignes der Vroedfchap op ditpointte admitteeren, en dus een een-en-veertig/ie Vroedfchap, zoals werd aangemerkt, aan te ftellen. — Moe het zy, voorn. Voorftel, in zo verre het by de Burgery bekend is, verwent met weinig opfpraak by het aoorzigfiglte en braaf/re gedeelte dcrv zelve. Men houdt zig wel vry algemeen verzeekerd , dat het doen van dit Voorftel, byde meerderheid der Leeden, die het hebben voorgedragen, zyn oorfprong verfchuldigdis aan overyling, en geenzins aan eê'nig- ongunstig of heerschzugtig voorneemen. Men ftaat zelfs toe, dat het Voorled , omwonden met zulke ftreelende bewoordingen, als is het maintien der harmonie en bet gezag der Regeering , en van deeze zyde alleen befchouwd wordende, zeer aanlokkelyk is, en onverhoeds mannen van braafticid kan medefleepen , die een afgryzen zouden hebben van het Voorftel, indien hun terzelfder tyd de verfchrikkdyke gevolgen onderfpheidenlyk voor den geest kwamen ,• die, wanneer daartoe befloten wordt , noodzakelyk zullen gebooren worden. Dan, hetzelfde gedeelte der Burgery vertrouwt tevens, dat 'er ten zynen tyde mannen in denllaad zullen opftaan, die met overreedende kragt van taal alle diezeekere gevolgen zullen afichilderen, en daardoor de Conclufie zullen weeten voor te komen; gelyk zyal verder, begrypende, dat aan deeze zaak niets minder dan haar geheel geluk, rechten en vryheid in dc gevolgen verbonden is, ernstig hoopt,tJatintusfen bekwaame Pennen, ten haaren nutte, zig zullen onleedig houden, om met hunne bondige en befcheidene aanmerkingen alle hunne Ver-  tegenwoordigcrs cn braave M.edcburgers , in deeze dringende oogenblikken, voor te lichten'; door welken als dan buiten twyftel onder anderen in een helder daglicht zullen gefteld wordende navolgende waarheeden: Dat het gevolg van geheimhouding by de Regenten, verder dan in enkele gevallen van dringend gewigt en noodzaakelykheid, allerzeekerstis, wantrouwen omtrent hun beduur by de Burgery te verwekken, het welk weder'den eersten grond ligt tot hunnen val, gelyk vroegere Staats-omwentelingen geleerd hebber. — Dat de harmonie tuisten Regenten hoe heilzaam cn noodzaaklyk op zig zelve , echter haare grenspaaleu heeft, en moet ophouden waar eed en pligt, en het belang der Burgeren, het waagen of het verbreeken deezer harmonie noodzaakelyk maaken. — Dat het ontzag, dcr'Regeeringc vcrfchuldigd , niet moet uitloopen op eene willekeurige vordering van blinde eerhiedbetooning; dat ten dien einde de Burgery een. volftrekt recht heeft om te weeten, wie haarcr Vertegenwoordigers haare belangen wel behartigt, en wie daarentegen dezelven verwaarloost, op dat zy de eerfte tot eene billyke wedervergelding hoogachte, en hen by die geleegenheeden met liefde en onderfcheiding ontfange en begroete; en niet verpligt worde, zonder onderfcheid, al wie hen regeert den voet te kusichen, even gelyk (men vergeeve my, om de toepasfelykheid, deeze vergelyking!) de Hond eveneens opjprthgt en kwispelflaart voor zynen Jluurfclen, als voor zynen vrtendelyken Meester. Eindelyk,om niet te breed uitte j weiden, dat de Regenten, hoe zeer > ook hunne 5erfqQ.nen.in den Raadzaal voorallen overlast van kwaadwilligen ;behooren beveiligd te zyn, van het Raadhuis aftreedendè, tot den kring van Burgers wederkceren, en dus niet anders dan in de algemeenc voorzorgen van Politie en Justitie hunne veiligheid behooren te vinden;althans, datzy die niet zoeken moeten in het fmooreh hunner wandaaden binnen de muuren der Raadzaal; als welke middelen, terwyl zy den Burger in zyne rechten aantasten, wy gezien hebben, dat bovendien ontoereikende zyn» en tot veelgrooter onheilen, zo voor de Regenten als den ganfehen Burgerftaat, .uitloopen: daar, boven dit ailes,-voor alle eerlyke Regenten de liefde der Burgery hunne mcestverzeekerende Waarborg tot Perfoneele veiligheid , by alle Volken, en in alle tyden geweest is; en voorzeekerdeeze onze Natie in het byzonderde treffcndfte blyken daarvan altoos betoond, heeft, zonder dat men immer behoeft-te vreezen,dat een enkel verkeerd begreepen fentcment, en daaruit voortgevloeid averegts advys, maar alleen een aanhoudend onverbeterbaar vyandig gedrag, door geduurige onwederfpreekelyke blyken geftaafd, in ftaat is die liefde te verdooven , en dus deeze natuurlyke cn alleenhechte burg van veiligheid om te haaien. Wel Jaap wat zeg jy daar van, trouwens de bygèmaakte aanmerkingen, bevryden ons van 'er iets byte voegen, 't is.,in allen deelen voldoende. JAAP. Dat is waar, meester, maar ik kan my niet begrypen, hoe men zulk een voorftel durft doen, daar de Heeren Blok, van Roijen en Heldewier by zyn!' —  ALBERTUS» Hoor flip , als wy Bitrgers/, onze handun ji!;t uit. Ai mou.v ltckt,n, dan kan het die en andere brave Vaderlandfc.'ie Regenten , gaan. zot als het, O! l'chande voor Nederland'! O ! fchaodc voor Leyden ! O ! fchandc voor Burgers 1 O 1 driedubbelde fchands voor Christenen ,aan drie Regenten van Leyden gedaan j«, door dat verdrag , 't welk den 5 September 1701 gefloten wierd 1 tot welke tekening, drie Leden'niet vilden over gaan; maar ^y hebben het eindclyk^eol^gctekent, la 1711 vonden de Aristocraten, goed , op den 25 Februaiy , een •Meeilevltuk van Aristocratie te tekenen , ên.op den 9 November I7H- wierd aan het huis van de Prelïdent Burgemeester Nkolais -.«> Banebem , voorgcileld en geroncjtideert : ,qm die Vetbinteéis, welke tusfen zes-en-t-xirftig LederT van' dc R'gcring plaats vond, niet te v'etaaceÜliiBn 'r maivhtt altoos i>p dat getal te houden-. — d ior-wel'k middel alle dc voordellen van die Regenten ^ welke tot zco een Fa&ie niet bchooren, nul en vari' gener -vaarde worden; waardoor dan eindelyk , kundige, en.brave Regenten , de moed word benomen , of zy motten tindelyk , het gad likken van zulke Regenten , die Domme weetnieten zyn , in vergelyking van Ucn zelve; — en zuo loopr de boel in dc-aar. —. JAAP. En dat zou hiet op aanftaaiide. Donderde' den io November ook beraamd worden, welk eeiV'bedrog. om de Burgers tot (laven, te maken , irwar ik twyfrel niet- of het zal wel geltuit worden A L B F. R T LTS. Hoor Jaap, die met zulke ontwerpen fwanger'g«o zyn niec waardig om een vry Volk te- -Regesten, want ze rusten niet j voor dat zy het viye Vulk tot Slaven gemtiakt htbbcrr, zouden zy nu ook niet tot 'zoo een fchurkachtrg 'bèuüit kunnen overgaan , zoo aU ik v-in-de. Pielideni B>«gemee!itefrS heel Nederland retlooten gaan. — Jaap. Ik gelo-t wel, Mccitèr, dat daar de Hoorneed tot aan den Hemel geklommen ij, dat alle. in de wat metet lopen, om dc.boogmted. door die weg te ilratfen , want God zegt niet te vergeefs, n 'ail myn ter aan geen ander geven, cn wy hebben Gods eet uit zyn hand gerukt, en dezelve aan.de nitige. Stadhouders, overgegeven ; dus geen wonder, als. ons- geheeJe Land , geltraft wordt. Nacht Meesttr, Te Leyden by C. F. KOEN-IG, en verder alom, daar dezelve alle Zaturdagen-, voor vier Duiten, mpt een Nommer vervolgd worden.  D E POLITIE K E SNAPPER. Zatur'dag den 5. November 1785. N°. 31. JAAP. Daar was ik, Meester, hoe ftaat het levcp ? Wel man wat krygen -,\ y een vyanden , maar het getal onzer vrienden groeit ook aan. ALBERTUS. • Jaap ! vertrouwt op geen Menfehen , vervloekt is hy, die zyn hoop daar op vestigd , maar laten wy ons aan God en de Waarheid vasthouden ,dan-kunnen alleMachten der Aarde, gefterkt door alle de Duivelen uit de hel, ons niet overweldigen , ik weet, het gaat thans letterlyk zoo als in de ó^fte Pfalm ftaat: Zy ft'erken baar zeiven in eene booze zake; zy houden fprake van frikken te verbergen ; zy zeggen , Wie zal ze zien ? ' Zy doorzoeken ' allerley .Scbalkheid , ten üytérsten doorzoeken zy wat te doorzoeken is; zelfs bet binnenfte - eens Mans , { ende bet diep bene. Maar Qod zalze haastig met eene pyle f bieten-: hare plagen ZiN daar. Ende-:bar& tonge zalze doen aanfloten tegen baar zeiven ; een ieder \ diere ziet zal zich wegpakken. Ende alle Menfehen zullen vreezen-, ende Gods Werk verkondigen, en zyn doen ver/landelyk aanmerken. Want Jaap, het zal ten vollen gefchieden, zeo als by Aeiemia V. inzonderheid vers 12 te zien is. — De Regenten van Nederland, zullen aan de Burgers van Nederland, alle hare Rechten wedergeven, of daarzai ene vreesfelyke Slachting, onder de kwade Regenten van Nederland komen ; want God zal zich nu niet langer laten befpotten, maar het geen met honderd duizend Ecden belooft is, wordt in onze dagen , letterlyk, geëischt! JAAP. Dan ZytSalomon niet te vergeefs : ■Het gene dalter geweest is,'/ zelve zal der zyn: ende 't geen dattergedaan is, 't zelve zalder gedaan worden: zoo dat— ter niet nieuws en is onder de zonne. Maar zeg eens Meester, ik hoor zo veel praten van een Góddeloos voorftel, in onze grote Vroedfchap gedaan, waar door alle onze Burgerrechten van ons geftoolen zouden worden , cn wy met éen woord';,  alles zouden kwyt raken , wat is dat toch voor een ding ? A 1 E 11 T U S. Dat is zoo een Eerloos en infaam ftuk, dat de Opjtellers daarvan , alle aanfpraak op de achting der Burgers , verbeurd hebben , maar zo gaat bet, als God de tranche Hoogmoed wil ftrafien, dan is 'er geen groter itraf, als blindheid , ik zal het u iettcriyk uit de Dsljfbe of HistoaCcbe Courant, voorlezen , eerst moet ik nop; zeggen, jaap , gy moet alle da -e . die Courant lezen , want zedert de. Vaderlandlievende Heer Fynie dezelve gefchreven heeft, is cüe Courant onverbeterlyk , hy komt altoos op Dingsdag , Donderdag cn Zaturdag uit. — Hoor nu het ftuk zelve: Leydï.N den 16 OSlober. Met verbaazing verneemt men, dat voorleeden Woensdag alhier in de groote Vroedfchap door het Befogne , het navolgend alleröpmerkclykst , en voorde Burgerlyke V7ryheid en VryheidmïnnendeLeydfchc Burgery, zo ten hoogften belangryk Voorftel gedaan is;' om de Leden der Vroedfchap op eene vriendeh ke wyze te verpligten, de Jlemming hunner Mede-Leden voor de Burgery geheim te houden ; cn zulks daarom, ten einde alzo de goede harmonie en het gezag derRegeering te handhaaven, en hunne Perfoonen vooronaangenaamheeden te bewaren. — En is beflooten den 10. November aanftaande hierop finaal te concludccren.' Tot dit Voorftel fchynt aanleiding gegeeven te hebben , het publiceeren van het zonderling Advys , by den lieer Burgemeester Cbanguyon uitgebragt in dc zaak van Amersfoort , 't welk fteunde op particuliere berigtcn, door Zyn Wel Ed. Gr. Achtb. van den Heer Profesfór .Som . ontfangen •, en het nog vreemder Voorftel van een jongen Vroedfchap, om dien Hooggeleerden Heer tot de Befoignes der Vroedfchap op ditpointte admitteeren, cn dus een een-en-veertigJïe Vroedfchap , zoals werd aangemerkt, aan te ftellen. —1 Hoe hetzy, voorn. Voorlid , ia zo verre het by de Burgery bekend -is, verwent niet weinig opfpraak by het doovzigtigfte cn braafïte gedeelte derzelve. Men houdt zig wel vry algemeen verzeekerd , dat het doen van dit Voorftel, by de meerderheid der Leeden, die het hebben voorge.iragen, zyn oorfprong verfchuldigdis aan overyling , en geenzins aan ecnig ongunstig of heerschzugtig voomeemen. Meh ftaat zelfs toe, dat het Voorftel , omwonden met zulke ftreelende bewoordingen, als is het maintien der harmonie en bet gezag der Regeering , en van deeze zvde alleen befchouwd wordende, zeer aanlokkclyk is, en onverhoeds mannen van braafheid kan merlefleepen , die een afgryzen zouden hebben van het Voorftel, indien hun terzelfder tyd de verfchiikkdyke gevolgen onderfcheiaenlyk voor den geest kwamen , die, wanneer daartoe befloten wordt , noodzakdyk zullen gebooren worden. Dan , hetzelfde gedeelte der Burgery vertrouwt tevens, dat 'er ten zynen tydc mannen in dc'nRaad zullen opftaan, die met overreedendc kragt van taal alle diczeckere gevolgen zullen atVchilderen , en daardoor de Conclufie zullen wceten voor te komen; gelyk zy al verder, begrypende, dat aan deeze zaak niets minder dan haargched geluk, rechten en vryheid in de gevolgen verbonden is ernstig hoopt, datintusfen bckwaame Pennen , ten haaren nutte , zig zullen onleedig houden, om met hunne bondige en befchei-. I dene- aanmerkingen alle hunne Ver-  tee-ënwoordigcrs en braave Medeburgers , in deeze dringende oogenblikken , voor te iiehten ; door welken als dan buiten twyftel onder anderen in een helder daglicht zullen gefield wordende navolgende waarbceden: ', D«t het gevolg van geheimhoudt n»-bv de Regenten, verder dan in enkele gevallen van dungend gewigt en noodzaakelykheid, allerzeckerst is, wantrouwen omtrent hun beituur by de Burgery te verwekken, het welk weder den eersten grond ligt tot hunnen val , gelyk vroegere Staats-omwcntehngen geleerd hebben. — Dat de harmonie tusfen Regenten, hoe heilzaam cn noodzaaklyk dp zig zelve , echter haare grenspaalen heeft, en moet ophouden waar eed cm pligt, en het belang der Bu-geren, het waagen of het verbrecken deezer harmonie noodzaakelVk maaken. — Dat het ontzag, dcr'Regeeringc verfchuldigd, met moet uitloopen op eene willekeurio-e vordering van blinde eerbiedbetooning; dat ten dien einde de Burgery een volftrekt recht heeft om te weeien , wie haarer Vertegenwoordigers haare belangen wel behartigt, en wie daarentegen dezelven verwaarloost, op dat zy de eerftc tot eene billyke wedervergelding hoogachte, cn hen by die gcleegenbeedcn met liefde en onderfcheiding ontfangc en begroete; en-niet verpligt worde, zonder onderfcheid, al wie hen regeert den voet tc kusfehen, even gelyk (men vergeeve my, om dc tocpasfelykheid, deeze vcrgelyking!) . de Bond eveneens opfpringt en kwispelftaart voor zynen Jluurfchen, als voor zynen vriendelyken Meester. Eindelyk,om niet te breed uitte weiden, dat de Regenten, boe zeer ookhr.flne -Perfoofien in den Raadzaal voorallen overlast van kwaadwilligen bebooren beveiligd te zyn , van het. Raadhuis aftreedendc, tot den kring van Burgers wederkceren, en dus niet anders dan in dc algemcene voo»zorgen van Politie en Justitie hunne veiligheid bchooren tc vinden -, althans, dat zy die niet zoeken moeten in het fmooren hunner wandaaden binnen dc muuren der Raadzaal; als welke middelen , terwyl zy den Burger in zyne rechten aantasten, wy gezien hebben, dat bovendien ontoereikende zyn, cn tot vcclgrooter onheilen , zo voorde Regenten als den gan eben Burgerllaat', uitloopen: daar, boven di-t alles, voor alle cerlykc Regenten de liefde der Burgery hunne meestverzeckerende Waarborg tot Perfoneele veiligheid, byalle Volken , en in alle tyden geweest is; en voorzeekerdceze onze Natie in het byzonderde treftendfte blyken daarvan altoos betoond heeft, zonder dat men immer behoeft te vreezen,dat een enkel verkccrd-begrcepcn fen| tement, cn daaruit voortgevloeid averegts-advys, maar alleen een aanhoudend onverbeterbaar vyandig gedrag, door geduurige onwederfpreekelvkc blyken. gedaald i in ftaat is die liefde te verdoovcn , en dus deeze natu-urlyke enallecnhechte burg van veiligheid om te haaien. Wel Jaap wat zeg. jy daar van, trouwens dc tygemaakte aanmerkingen, bevryden ons van 'er iets bytevoegen, 't is.in allen deelenvoldoende. JAAP. Dat is waar, meester, maar ik kan my niet begrypen, hoe men zulk een voorftel durft doen,, daar de Heeren Blok, van Roijen en Heldewier by zyn! —  ALBERTtTS: Hoor laaf*, als wy Burgers-, onze banden niet uit de mou* (leken , dan kan het die en andere brave VaderUidfche Regenten , gaan, zo.-, als'het, O! fchandï voor Nederland! O! Itbande voor Leyden • O! fenindr voor Burgers! O ! driedubbeldc fcnandc voor Christenenaan dricRege.iten van Leyden unnge.ij ALBERTUS. een fchurhcrS'g Öaf"7\X R?' ™ da" Zal ^"^éda^lS»^ ■ets tot op dezen da*fno^ trai e„n " ie^' Ijtid gellagen worden , en dus vie i "7 bi"ldde. — Als dit alles zo vetdotven btftïd^f£ verzekert, dat óns LmH r 1, ■ 1* an btn 'k ■en vollen aan den verdlver z I ten'lo worden! _ 7aU" "' f! I™ Hr?or gegeven k..aad moedWllig hebben bedreven' Fn , ^ hec heel Nederland verlooren gaan. II Z°° ZaI 8«-- T, . c . JAAP. Ik geloof we], Meefter, dar dair u aan den Hemel geWooifaên f d t 3Üf t0C moet lopen, om de dóór k weo- , n"?-' feu, want God zegt iet te v-rgeef //, •/ a& -yn luni gerukt, in g&g Z crS pvergegeven-; dos geen ^«.^^SSg Land, geftraft wordt, Nacht Meester. OBi'S4flee'e