BESLUITEN DER EERSTE KAMER VAN HET VERTEGENWOORDIGEND LICHAAM DES BATAAFSCHEN VOLKS. M E Y 1799. In den H A A G, Ter 'sLands Drukkery, 1799, TIENDE DEEL. EERSTE STOK.  /acadN (ljlGD.bat.) \biblV  ©ËLYKHEID • VRYHEID* BROEDERSCHAR Woensdag den ijlen Mey 1799. het vyfoe Jaar der bataafsche vrVheidj. f K A o 1 IJ li De Burger Repra;fentant G. C. Meyners* Aanweezig de Burgers ReprEefentanten* L. Kniphorst* P. Verhoy.fen. A. Hartevelu B& Ten Pek y. F. Leemansa G. A. Verfiege* ff. van Tomputtè, A%, F. van Leyden. |. F. Schelts. j. j. Schluyter* L. van den Braakt J. de Witt. C* van Forecsi* ff. Verhees\ B. Storm: O. G. Gorter. L. T. de Kempenaen ff. Costerus. A.H.vJ.MeyvJ.Linden. \ G. Schitnmelpenninck Gz. \ P. L. v. d. Kasteeie. E. A. Daendels. 3 Couperus. H. Hettemax P. de Kanter. j. -Lublink, de jongé. J. A. Krieger. P. de Sonnavilk. jf. van Haejten. S. Gerlsma. P. 3' Cuypers» fr. uoeiman* ff* Remmerst, A. Pompe van- M&tfUt* voort, P. Cz* S. van Hoogflrmen* ff. van Royett. 3> ff- Appelius* A. 3- Verbeek. A. MeurfingSi, J, van Galen. D. ^., Steyn Parvi^ C. Scheffer. 3- van Rees». B. S. SinkeL P. Cats., P. van Ëonsbeekt L. 3' Vitringa. N. 3. Okhuyfen, L Hooft. F. Guljé» H. Hogewal. 3' G. Kramer, Abfenc rnet permis^ ö. midrih E. Leve. C?» Reinders. W T. van Bennekomi D. Werner. 3- B. Blydenftsyn. M. C. van HalU F. van derBorghn J. Dacosta Athias* W. Ris, Zonder permisfiê; A. de Haan .  o i MEY 1799. TT\e Befluicen, op gisteren genomen, zyn gelee» JL/ zen en gerefumeerd , gelyk ook gerefumeerd en gearresteerd zyn de depêches daar uit refulteerende. Zyn ter deezer Kamer ingekomen de navolgende, door de tweede Kamer bekrachtigde en in Decreeten veranderde Befluiten deezer Vergadering, als: Voor eerst, het Befluit, van den 16 April jongstl., (bekrachtigd den 26 daar aan volgende,) relatif hec verzoek van B. van der Borch, om becaaling van zyne Declaratie van Daggelden en Reiskosten, hem in deszelfs gewezen qualiteit, als gecommitteerd geweest zynde tot het reguleeren der Limicen in nee voormalig Staats - Vlaanderen, competeerende. Ten tweeden, dat van den 16 -April jongstleden, (bekrachtigd den 26 daar aan volgende,) relatif de verzoeken van J. C. van lyland en C. è*V. S. A. van lyland, omveniam tetatis. Ten derden, dat van den 16 April jongstleden, (bekrachtigd den 16 daaraanvolgende,") relatif het verzoek van H. C, van der Leedcn, om Brieven van Aboiuie, pro deo* wegens en eer zaake van de door hem beeaane misdaad van defertie. Ten vierden, dat van den 4 January laatstleden, (bekrachtigd den 2.5 April daar aar. volgende,) opzichtelyk de Converfie der oude Staatsfchulden, tegens nieuwe INationaaie Schuldbrieven. Ten vyfden, dat van den 16 April jongstleden» (bekrachtigd den c6 daar aan volgende,) relatif het verzoek van het intermediair Administratif Belluurvan  i M Ë Y t 7 9 9* 3 tiet Voormalig Gewest Drenthe, ten einde mogt Worden getermineerd zeker different* tusfchen den Burgeï R. H. de Vos van Stéenwyk en hetzelve Beftuur ont» ftaan, wegens den aankoop van zeker ftük Goeds, door gemelden Burger in January 1798 gedaam Ten zesden, dat van den 16 April jongstleden* (bekrachtigd den 26 daaraanvolgende,) waar by aan W. T? et erf en mitigatie van ftraf, wegens de door hem gepleegde misdaad, word verleend. Ten zevenden, dat van den i 6 April jongstleden * (bekrachtigd den <2f5 daaraanvolgende,) relatif hec verzoek door E, Marrion cumfuis, om ontüag vari fideï commis. Ten agtflen, dat van den 16 April jongstleden (bekrachtigd den 26 daaraanvolgende,) relatif heÉ verzoek van D. T. Taillefert, om met zyne JNigte At. G. J. Schefer, waar over hy Oom is, een wettig Hüwelyk te mogen aangaan. Ten negenden: dat van den 16 April jongstleden*« (bekrachtigd den a6 daar aan volgende,> relatif dö verzoeken van A. jongjle en J. H. Smaale, ortt veniafn atatis. Ten tienden, dat Va* deh 16 April jongstledens (bekrachtigd den 26 daaraan volgende, ) relatif het verzoek van E. Jacques, Weduwe Th. Gredves, irt leeven Predicant by de Presbyteriaanfche Engelfèhö Gemeente te Rotterdam, ten einde zy Suppliante gerechtigd mogt woicl.-n verklaard, tot het Stedelyfs Weduwen Traftement.  I ,i M E Y ■ i 7 9 9. Ten elfden, dat vart den 18 April jongstleden, (bekrachtigd den 16 daar aan volgende,) relatif de plaats hebbende gefchillen, te Sprundel, over de naasting van hec Kerkgebouw aldaar. Ten twaalfden, dat van den aa April jongstleden, (bekrachtigd den ió daaraan volgende,) relatif het verzoek van L. A. van der Meuten, om eenigeKoopmans Goederen tranfito naar Eken, Emmerik en Dusfeldorp ie zenden. . Ten dertienden, dat van den April jongstleden, (bekrachtigd den %f daaraanvolgende.) relatif het verzoek van A. Kroon cum fuis, Co.nmisfarisfen over het vernietigd ontbonden Schippers Gilde te Bergen op den Zoom, ten einde de Raad der Gemeente aldaar mogt worden aangefchreeven, zich ftiptelyk te gedragen naaf de Keuren en Wetten, op het varen der Schepen gearresteerd. Ten veertienden, dat van den as April jongstleden, (bekrachtigd den 27 daar aan volgende,) relatif het verzoek van Overlieden van het Haarlemmer Bin nen- en Buiten-Veer te Amfterdam, om Surcheance van Proceduures &c. Ten vyftfenden,dit van den 16 April jongstleden , (bebachtigd den 27 daaraanvolgende,) relatif-het verzoek van G. Heere, om Surcheance van zekere tegen hem geëntameerde Proceduures. En Ten zestienden, dat van den 16 April jongstleden, /bekrachtigd den 27 daar aan volgende,) relatif het verzoek van Commisfarisfen van het vernietigd Schaatzen. Leesten en Klorapmaakers Gilde te Amflerdam, om  i M E Y 17 9 9' S om gequalificeerd te worden, teneinde, tot voldoe» doening aan de laatst gearresteerde Geldheffing, eenige Effecten te mogen verkopen. En zyn dezelve aangenomen voor notificatie, en zullen ter Nationale Cancelary worden gedeponeérd. Is geleezen een Extract uit het Register der Decreete?n van de tweede Kamer, van den a6 April jongstleden, daarby aan deeze Kamer onbekrachtigt terug zendende een Extract uit het Register haarer Befluiten, van den 19 Maart te vooren,genomen op eeneMisfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek; geadvifeerd hebbende op eene, op den 13 October 1798, geprefenteerdeRequeste, door Nicolaas Wouters , Stemgerechtigd Burger, woonende te Middelburg, in het voormalig Gewest Zeeland, daar by zich beklaagd hebbende over eene Refolutie van hec Intermediair Administratif Beftuur van het gemeld Gewest, van den 20 July 1798, waar by hy wierd gehouden voor vervallen van zeker Penfioen, aan hem als ge weezen Klerk ter Rekenkamer van dat Gewest, zo uit de zogenaamde Cas der Epargnes, als uit de Leges der jongere Klerken geaccordeerd; en voorts verzogt hetzelve Penfioen zyn leeven lang te mogen genieten. En is goedgevonden en vetftaan, voorfz. Extract, met alle deitukken, daartoe behoorende, in originaü, te (tellen in handen van de Burgers Repnefentanten Appelius, Schluiter en Cats , om de redenen van weigering, in bovengemeld Decreet voorkomende, te examineeren, en des wegens der Vergadering te dienen van confideratiën en advis. Is geleezen een Extract uit het Register derDecreeA 3 ie»  0 i M E Y i 7 9 9* ten van de tweede Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 26 April laatstleden, daar by kennis gevende van de benoeming van den Burger Reprsfentant Hüber, tot Lic; van de Commisfie, gechargeerd met de generaale ^org en directie der Nationaale Bibliotheek. En is voorfz. Extract aangenomen voor notificatie; jynde voorts, ingevolge *c Rapport der Commisfie tot de Nationaale Bibiiotheek, van wegens deeze Kasner, tot Leden van de Commisfie bovengemeld, op heden benoemd de Burgers Reprtefeutanten Verbeek gn van Royen, om met tn benevens gemelden Burger Reprcefeniant Buber, Lid der tweede Kamer, de Directie over meergemelde Bibliotheek te heb- En zal hier van by Extract deezes worden kennis gegeven, zo aan de tweede Kamer, als aan ieder der fenoemde Burgers keprsefentanten Verbeek en van Royen, respectivelyk tot informatie en naricht. Is geleezen eene Misfive van den Raad der Ge* fneente van Middelburg, gefchreeven aldaar den 27 April laatstl., daar by hunnen dank betuigende over &et genomen Decreet van den 1 Maart jongstleden, waarby aan denzelven is verleend geworden een uitftel van betaaling der eene helft, van het geen dezelve Stad over den Jaare 279% wegens Huisfchatting, aan den Lande verfchuldigd is, bedragende de fomma van 3 o3 pVls. of i.ï6~o Gis., en zulks tot en met den eerlten July eerstkomende, ten einde daar uit in den piomentaneelen nood van het Armweezen binnen geSnelde Stad te voorzien; en om daar by geallegueerde redenen verzoekende; if) Bat de Commisfie tot Administratie der Finan- tiën,  i M E Y 17 9 9- 7 tiën, over 't voormalig Gewest Zeeland,^ moge worden'ge1^' om raet de invordering van °e mer V00r* gem. Huisfchatting provifioneel te fupercedeeren. En a.) Dat op deszelfs onderfcheidene verzoeken, in den' afgelopen Jaare aan de Vergaderinge gedaan , gunstig reguard moge worden geflagen, en dat hangende de deiiberatiën hier over , aan Stads Casfe worde voorgefchooten eene fomma by anticipatie op en ter concurentie van het geen 't Committé tot den Oost-Indifchen Handel en Bezittingen, Departement Middelburg, ter zaake van vervallen Intresten is verfchuldigd. . .... En gedecreteerd de voorfz. Misfive, m origmali, te zenden aan het Uitvoerend Bewind, om, met terugzending van dezelve, daaromtrent der Vergadering te dienen van confideratiën en advis. Is geleezen eene Misfive van de Municipaliteit van Acquoy , gefchreeven aldaar den a<5 April IX, daarby, ter dispofitie van he-t Vertegenwoordigend Lichaam, zendende, het by dezelve ingekomen bericht van het Gereformeerde Kerkgenoodfchap aldaar En gedecreteerd voorfz. Misfive , en Bylagen, in originali, te Hellen in handen van de Burgers Reprafentanten Steyn Parvé, en verdere Gecommitteerden tot de Kerkelyke zaaken, om, daaromtrent der Vergaderinge te dienen van confideratiën en advis. Is '«geleezen eene Misfive van Prsefident en Raaden in den Hove van Justitie over de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, gefchreeven alhier den A 4 26  s 1 MET i ? 9 9, afj April laatstleden, houdende , ingevolge van en ter ypldoeninge aan het Decreet van den 5 daar te ■yooren, derzelver bericht en confideratiën op de Requeste van Jan ffuyzer, mrerderjaarig Jongman, en Jahanna Elifabeth Swaan, Weduwe van Bernard Christiaan Muller, beide woonende te Am~ fierdam , en eikanderen in Zwaagerfchap betraande, als Neef en Mooy , daarby verzogt hebbende dispenfarie van het verbod, begreepen in de politique ordonnantie van den 1 April 5 0, mitsgaders in de waarfchouwing van den 14 Oftober 1789 enpermisfie, om zich, conform de Wetten deezer Republiek, in den Huwehken Staat te begeven, en dat daar toe aan hun moge worden verleend Octrooy in forrrul, berichtende het zelve Hof, dat de Pofitiven by de Requeste ter nedergefteld, der waarheid conform zyn. Kn gedecreteerd de voorfz. Requeste en Bylage, in Qfiginali, te (tellen in handen van de Burgers Reprsefenranten van Fereest, Appelius, en van Rees, om daaromtrent der Vergadering te dienen van confideratiën en advis. Zyn geleezen twee Misfives, als van Mannen van ?len Hove en Hooge Vierfchaar van Zuid-Holland, gefchreeven te Dordrecht, den 26 April laatstleden, j°n van de Municipaliteit der Stad en Lande van Steenbergen, gefchreeven te Steenbergen den 27 der gemelde Maand, beide daarby eene Nominatie van vier Pcrfoonen aan de Vergadering zendende, ten einde uit ieder derzelven, door het Vertegenwoordigend' Lichaam genomineerd worde één Perfoon , ter vervulling van de exteerende Vacatures, m by her voornoemd Collegie, en by de Schepens- hanfc  i MEY 1799» 9 bank der Gemeente van Stad en Lande van Steenbergen boven gemeld , beftaande de eerfte Nominatie uit de Burgers: Willem van den Broek, Schout en Secretaris te Ridderkerk. Ary Bakker. Jan Herfst, beide woonende te Alblasterdam. En Willem van Eek, woonende te Sliedrecht. En de andere uit de Burgers: Emmericus de Weert Gornelis Zoon. Andries Koster. Jan Franpois Clement. En Dirk van der Reek. En zyn voorfchreeve Misfives gehouden in advis, tot aanftaanden Dingsdag, den 7 Mei, wanneer by deeze Kamer de beide Tweetallen uit voorzegde Nominatiën zullen worden geformeerd. Is geleezen de Requeste van de Municipaliteit van den Ouden Bosch, Lande van Bergen op den Zoom, om daarby gealleguëeide redenen verzoekende dat hec ten voorfchreeve Requeste gemeld gehouden gedrag door Regenten van den Ouden Bosch, in den Jaare 177a, als wanneer aldaar een Orgel in de Kerk is geplaatst, moge worden gedisaprobeerd, en dezelven gelast, in hun privé aan de Kerk en Armen der Hervormde Gemeente ter plaatfe voornoemd te restituëeren, zekere als toen tot boven gemelden einde voorgefchooten fomma van ƒ 1432- met de Intresfe van, dien, a 4 pCt. in het Jaar, zedert den «5 April 1774, tot den 35 der gemelde Maand deezes lopenden Jaars, om te doen verkopen alle, A § of  io i M E Y i 7 9 9- of zo veele Armen Goederen , als tot afkvvyting der Schulden van den groocen of algemeencn Armen aldaar toereikende zal bevonden worden, en dat eindelyk , hangende de deliberatiën over voorfz. ver. zoeken, zekere geëntameerde Proceduures, door Adriaan Langeweg, tegen den aduëelen Armmeesrer Piet er' de Vleeshouwer, wegens opzegging van eenCapicaai van ƒ 2.000, in d*n Jaare 17^, door boven gemelde Regenten, ten behoeve der Armen van den evcngemelden A. Langeweg opgenomen — moge worden gehouden in iracu en furcheance. En in aanuwgrking genomen zynde , dat een verzoek van furcheance tegens den verderen voortgang van Proceduures , welke reeds geëntameerd zyn , notoir en uit den aart der zaake is een poinét, het welk ailen fpoed vereifcht, ten einde de verzoeken ren principaalen nie: infructueus gemaakt worden, 'heeft de Vergadering verklaard , dar 'er is onver w'jlde noodzaakl'jhheid. En voorts daadelyk bejlooten het laatste verzoek van de voorzegde Municipaliteit mits deezen te accordeeren, en diensvolgens , hangende de deliberatiën van het Vertegenwoordigend Lichaam over dezeiver verzoeken ten principaale, te furcheeren de reeds ter zaake voorfchreeve geëntameerde Proceduures door meergemelden Adriaan Langeweg, tegen den bovengemeiden Armmeester Pieter de Vleeshouwer. Zullende Extract deezes worden gezonden aan hec Uitvoerend Bewind, tot informatie. En zal dit befluit, overeenkomftig het 60 Articul der Staatsregeling, ter bekrachtiging worden gezonden aan de tweede Kamer , met en benevens de voorfchreeve Requeste en Byiagen, in originali. En is voorts gedecreteerd (na de bekrachtiging van hec boveniïaand befluit) voorfz. Requeste en Byiagen, in  i M E Y 1799. 11 in originali, te zenden aan het Uitvoerend Bewind, om, met terugzending derzelve, betrekkelyk de verzoeken ten principaale, der Vergadering te dienen van bericht, confideratiën en advis. (zonder refumtie.') Is geleezen de Requeste van Theodorus en Joeke van Wicheren, Houtkopers op Camftrabuuren, onder hec behoor van Leeuwarden, daar by overleggende eene fpecifique rekening, ter ibmma van ƒ509- 16- 8, wegens door hun geleverde Houtwaaren in den afgelopen Jaare, tot vervaardiging van den Tempel, toegewyd aan de Eén- en Ondeelbaarheid, by gelegenheid van hec Feest van den ipMey 1798; en verzoekende, dat de Penningen aan hun mogten worden voldaan. En gedecreteerd voorfz. Requeste en Bylage, in originali, te zenden aan het Uitvoerend Bewind, om met terugzending van dezelve, daaromtrent der Vergadering te dienen van bericht, confideratiën en advis, Is geleezen de Requeste van de Municipaliteiten van de Ambachten van Moordrecht; Nieuwerkerk ep d'Tsfel,Broek, Thuilen 7 Weechie, micsgaders Brouckhuizen, om ampel daar by geallegueerde redenen, verzoekende, dat de noodige ordres mogen worden gefield, ten einde het Zevenhuifche Verlaat, t welk thans in een zeer flegcen ftaat is , fpoedig gerepareerd en in een bruikbaaren ftaat moge worden gebragt. En gedecreteerd voorfz. Requeste en Bylage, in originali, te zenden aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek , om, met terugzending van dezelven, der Vergadering ten fpoedigften te dienen van confideratiën en advis. (zonder refumtie.*) Z)xi geleezen twee Requesten, als van Christlaan Bern-  i M E Y 1 7 9 9- ernhard Pfelfer , gepenfioneerd Capitein .Commandant van het eerde fjataillon in het gewezen Regiment Smart, woonachtig in den Bosch; en van Jokannes Pieter Siedler, gepenfioneerd Vaandrig', daar by, ter voldoening aan het 5 Articul van het De. creet van de Conftituëerende Vergadering, van den ia February 1798, overleggende de Certificaaten van der Supplianten gedrag; — en om daar by geallegueerde redenen verzoekende, op de Penfioen-Lyst te mogen worden geplaatst; als mede aan hun uitbetaald derzelver agterftallig Penfioen, ten minsten tot ultimo December 1.1. En gedecreteerd voorfz Requesten en Byiagen, in originali, te zenden aan het Uitvoerend Bewind, om, met terugzending van dezelven, daaromtrent der Vergadering te dienen van confideratiën en advis. Is geleezen de Requeste van P. Geux, gepenfioneerd Vaandrig met ƒ350 'sjaars, om daar by geallegueerde redenen verzoekende, op de Penfioen-Lyst te mogen worden geplaatst; als mede, dat aan hem moge worden uitbetaald "dcszelfs ce goed hebbend Penfioen, zedert 30 Juny ivuü. En gedecreteerd de voorfchreeve Requeste en Byiagen, "in originali, te zenden aan het Uitvoerend Bewind, om , met terugzending van dezelve , daaromtrent der Vergadering te dienen van confideratiën en advis, Is geleezen de Requeste van Hendrik Leheux, Jacok de Blaauw en Symon R Coopmans, alle gepriviligeerde Herbergiers, woonende in de Lemmer, daar by verzoekende, by hun recht temogen worden gemaintineerd, en den Raad der Gemeente aldaar gelast, te zorgen, dat niemand anders binnen gemelden Dorpe  i M E Y 1799. S3 Dorpe dezelve AiTaire exerceere, en dezulken, die dit reeds hebben ondernomen, genoodzaakc hunne Uithangborden af te nemen. En gedecreteerd voorfz. Requeste, in originali, te zenden aan het Uitvoerend Bewind, om, met terugzending van dezelve, daaromtrent der Vergadering te dienen van confideratiën en advis. Is geleezen de Requeste van Daniël Simon Corné, daar by, ter voldoening aan het 3 en 5 Articul van hec Decreet van de Conftituëerende Vergadering, van den 12, February S798, overleggende de gerequireerde ftukken; verzoekende als nu met de concinuatie van óeszelfs Penfioen te mogen worden begunltigd. En gedecreteerd voorfz. Requeste en Byiagen, in originali, te zenden aan het Uitvoerend Bewind^om, met terugzending van dezelven, daaromtrent der Vergadering te dienen van. confideratiën en advis. Is geleezen de Requeste van D. Suurlant, Burger en Inwooner van den Dorpe van Poortvliet, in qualiteic als Voogd over de nagelaten Weezen van Andries Roggeband, gewoond hebbende en overleeden binnen den Dorpe Hulpleren, houdende, dat hy in zyne gemelde qualiteit van zekeren Jacobus Adrianus Henricus Rupertus, Auditeur Militair, thans woonachtig tot Bergen op den Zoom, ten behoeve vange« melde Weezen , te pretendeeren heefc eene fomma van ƒ • ïo 0:55:4, fpruitende ter zaake, in voorfz. Requeste gemeld, daarby tevens verzoekende, arresten beflagop deGagies en Traclemenc van gemelden J.A. II. Rupertus, als Auditeur Militair over Bergen op den Zoom voornoemd, immer voor zo verre gemelde Penningen zullen kunnen verftrekken, en dat deeze Vergadering dien ten gevolge authorifiuie gelieve te ver-  || i M E Y i 7 9 9, verleenen, den tyd verfcheenen zynde, tot het lichten dërzelve, ten einde voorn, Weezen in dienst des Vaderlands zynde, niet langer daar van veritooken blyven. En gedecreteerd de Voorfz. Requeste en Bylaage* in originali i te zenden aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffche Republiek, om , met terugzending van dezelven, der Vergadering te dienen van confideratiën en advis. ïs.geleezen de Requeste van Jacobus Oterdooni , woonende te Bellïngswolde, om daarby gealiegueerde redenen, verzoekende, fchaedeloos te worden geiteld, voor het te laag tauxëeren van zekere aan hem toebehoord hebbende 337 vierkante Roeden Lands, Groninger maat, waarop van 's Lands wegeeen Battery is aangelegd geworden, waar voor aan hem Was ter hand gefield een Recepis, groot ƒ 345, en welke 33*^ Roede Lands door drie Scembevoegde Burgers op 64^ Guldens gelds waarde, zyn getauxëerd geworden, voor de lasten daarenboven ƒ50, en voor plus minus twee en een half pCt. , onkosten ƒ 17 , dus te zaaien ƒ 715, 'r welk ftrydig was tegens het XL Articul der algemeene beginzelen van de Staatsregeling. En gedecreteerd voorfz. Requeste en Bylagej/z originali, te zenden aan het Uitvoerend Bewind, om met cerugzending van dezelve, daaromtrent der Vergadering te dienen van confideratiëa en advis. Is geleezen de Requeste van de fangeerende Burge* meesteren van de Parochie van den Dungen, vrydorn der Stad van den Bosch , in het Departement defi Dommel, om daarby geal'egueerde redeiun, verzoekende, authorifatie, ten einde allen bedrog voor te komen, die Ingezetenen, welke pretentiin ten lasten der  | MEY 1799. 15 der Republiek hebben, voor requifitiën, door den Oorlog veroorzaakt, te mogen oproepen, om, naar verklaaring van geene betaaling voor dezelve ontfangen te hebben, hunne pretentiën op te geven aan Gommisfarisfen van Finantiën over het voormalig Gewest Ba* taafsch Braband, om met overgifte der reets door dezelve ontfangen Obligatiën, aan hun uit te reiken Recepisfen of Obligatiën, ten lasten deezer Republiek, of dat zy meergemelde pretentiën mogen betaalen uit de Parochiaale Cas, en voor het montant daar van erlangen eene Nationaale Obligatie, ten,profyte hunner Parochie. En eindelyk, of zy uit die ovèrfchietende Gelden, alvoorens aan hunne Ingezetenen in de door hun geledene fchaedens voornoemd, naar aftrek van het geen zy reets in Obligatiën ontfangen hebben, eenigzins zouden kunnen mogen te gemoed komen,en een gedeelte daar van onder dezelve verdeden. En gedecreteerd voorfz. Requeste, in originali, te zenden aan het Uitvoerend Bewind,, om, met terugzending van dezelve, daaromtrent der Vergade-ring te dienen van confideratiën en advis. Is geleezen de Requeste van Adrianus Booy, gewezen Commies ten Comptoire der thans gemorcificeerde Thefaurie van hec voormalig Committé te Lande, daarby herhaalende deeszelfs onlangs ter deezer Vergadering gedaan verzoek , om by bekwaame gelegenheid , ten dienfte van den Lande, te mogen worden geëmploijeerd, en hangende de deliberatiën hier over, aan hem Suppliant toegelegd zodanig Penfioen, als hec Vertegenwoordigend Lichaam in deszelfs wysheid zoude vermeenen te behooren. En gedecreteerd de voorfz. Requeste,/» originali, te zenden aan hec Uitvoerend Bewind, om met ie-  1(J i M E Y i 7 9 9. rugzending derzelve, daaromtrent der Vergadering tê dienen van confideratiën en advis. Is geleezen de Requeste van Lucas Schmaal c. f., Ingezetenen van het Carfpel Blyham, in de voormalige Heerlykheid Wedde en Westwoldingerland cutti annexis, om daarby geallegueerde redenen, verzoekende, dat'thec Vertegenwoordigend Lichaam moge behaagen, aan derzelver Carfpel te wiilen verleenen eene remis van den verfcheenen tennyn der Redemtie-Penningcn, als mede te libereeren van de betaalmg der twee laatfie termynen der Heffing van den 25ften Penningè En gedecreteerd voorfz. Requeste, in originali i te zenden aan het Uitvoerend Bewind, om, met terugzending van dezelve, daaromtrent der Vergadering te dienen van confideratiën en advis. Is peleézen de Requeste van de Municipaliteir van Oomaarfum, als mede van eene Commisfie van de geheele Burgery aldaar, om daar by geallegueerde redenen, verzoekende, dat derzelver in den laagst gepas; feerden Jaare aan hec Intermediair Wetgevend Lichaam geprefenteerd Request, waarby zy verzogt hadden, dat, ora daarby gemelde redenen, vier Leden van de laatftelyk aldaar x&Qotmaarfitm gewezenRaaden derGemeente, mee naamen Christiaan Keiler, of nu deszelfs Erfgenaamen Jan Havermans, Adolf Keiler tn. Jan Hendrik Haverkamp, ter zaake daar by vermeld, door deeze Vergadering mogten worden gelast en verweezen , om aan gemelde Stad alle kosten en fchaeden , door hun wangedrag en plichtverzuim aan dezeive veroorzaakt , te moeten iesticuëeren , mee condemnacie ceffens, in alle kosten  i M E Y 1799. 17 kosten daartoe reets aangewend, of welke nog zou. den moeten aangewend worden, &c, ten fpoedigfien in deliberatie gebragt, en daarop door het Vertegenwoordigend Lichaam mogt worden gedisponeerd. En gedecreteerd de voorfz. Requeste, benevens der Supplianten voorig Requesc, aan het geweezen Inter^ mediair Wetgevend Lichaam geprefenteerd, doch het welk door de Supplianten geommitteerd is, rerCancelarye behoorlyk te ligten, als nu alles in originali te zenden aan \ U'nvoerend Bewind, om, met teru5zending derzelven, der Vergadering daaromtrent te dienen van confideratiën en advis, Is geleezen de Requeste van W. Kelder c./., Bombardier, Corporaals, Tambour en Canonniers, gedetacheerd geweest zynde van den Artillerie-Veldtrain te Amersfoort,en gevangen genomen met 's Lands Fregat van Oorlog de Furie, daarby verzoekende, dac de noodige middelen worden in het werk gefield, waar door zy Supplianten uic hunn? gevangenis zouden kunnen worden ontflagen. En gedecreteerd voorfz. Requeste, in originali, te zenden aan het Uitvoerend Bewind, om daarop het noodig reguard ce flaan. Is geleezen de Requeste van J. ^anfonius, Sergeant by de Qewapende Burgermacht te Leeuwarden, daarby herhaalende deszelfs bereids gedaan verzoek, ten einde met.eenig Ambt of Bediening begunftigd te mogen worden. En gedecreteerd voorfz. Requeste, in originali, te zenden aan het Uitvoerend Bewind, om daarop het noodig reguard te fiaan. Is geleezen de Requeste van Nicolaat Luers, geB we»  1? i M E Y i 7 9 9» wezen Pauker onder het voormalig Regiment Cavallerie, Oranje-Friesland genaamd, om daar by geallegueerde redenen verzoekende, dat hy Suppliant in zyne voorfz. gewezen qualiteic, met een Jaarlyks Gagement moge worden begunftigd. En gedecreteerd: voorfz. Requeste en bylaagen , in originali, te zenden aan het Uitvoerend Bewind, om daar op, naar bevind van zaaken, te disponeeren. Is geleezen de Requeste van de provifloneele Commisfarisfen van het gewezen Lucas-Gilde te Amfterdam, om daar by geallegueerde redenen verzoekende, dat zy, even als het gewezen Binnen- en Buiten vaarders-Gilde aldaar, mogen worden geè'ximeerd van den verderen opbrengst der gearresteerde Hef- finj£n gedecreteerd de voorfz. Requeste, in originali, te (lellen in handen van de Burgers Reprasfenranten Hartevelt en verdere Gecommitteerden, relatif Art. « der Algemeene Beginfelen van de Staatsregeling, om daaromtrent der Vergadering te dienen van conüderatiën en advis. Is geleezen de Requeste van de Municipaliteit van Beugen en van Fierlinxhek,Deipanent^t den Dommel, daar by, ter befliding van hec Vertegenwoordigend Lichaam, overleggende de gefchillen, betrekkelyx de Naasting der Kerkgebouwen en Pastoriehuizen van de voormaals Heerfehende Kerk, tusfehen hec Gereformeerd en RoomschCacholykKerkgcnootfchap, binnen Beugen en Vierlinxbcek cxvteerende, en zulks op 'den voet by de Staatsregeling bepaald. > En gedecreteerd de voorfz. Requeste,in originali, te {lellen in handen van de Burgers Repijefentanien Stem Parvé, en verdere Gecommitteerden tot de  i MËY i?9# Kerkelyke Zaaken, om daaromtrent dór Vergadering te dienen van confideratiën en advis* Is geleezen de Requeste van den Kerkenraad det Doopsgezinde Gemeente te Westzaandam , om daaf by geallegueerde redenen verzoekende, dat het Vertegenwoordigend Lichaam het tweede Arcieul des eerften Hoofdftuks van het Reglement op de Burger^ wapenihg aldus gelieve te interpreceeren i „ Alle Doopsgezinden, die tot dus verre* dodf 3J woorden en daaden, getoond hebben de gevoelens ^ der oüde Doopsgezinden, aangaande het dragen 5J der Wapenen, te zyn toegedaan gebleeven, en }J plechtig,op eene genoegzaam fufficiëntewyze,küri„ nen verklaaren, in hun geweeten, zwaarigheid tê 5, maaken, omtrent dit fiük, zo, dat zy geen vryhekï „ oordeelen te hebben, tot het voeren der Wapenen* f9 Zülleh zyh ontflagen vart de verplichting, by ge* „ meld tweede Articul uitgedrukt, voorbehouden^ zodanige dienften, als zy, in vergoeding, den Va«» fy derlande zullen moeten bewyzen. " Eb is voorfz. Requeste gehotlden in advis, föt iiÈ het Befluit, door deeze Vergadering nopens de Burgerwapening genomen, door de tlveedè Kamer zal zyn gefanétioneerd, en deeze Kamer daar van zal zyn geïnformeerd. Is geleezéri de Requeste van j. Èroüivér, Örh daaf by geallegueerde redenen verzoekende, te moged woraen gehóuden voor diligent, ten aanzien van zynverfchuldigde in de laatst gedecreteerde GeldhefFing ? tot tyd en wylen voordeeliger omftandigheden hem hier toe zullen in ftaat ftellen* mee aanbod tevens,orri B a m  io i M E Y i 7 9 9» als dan daar en boven nog eene facrifice aan het Vaderland te zullen doen; als mede aan hem Suppliant te verkenen Surcheance van Executie, waar mede hy word bedreigd. En is goedgevonden en verftaan, het verzoek by voorfz. Requeste gedaan, zo als hetzelve is liggende, te dcclineeren en te wyzen van de hand. De Burgers Reprafentanten Steyn Parvé en verdere, by Decreeten van den 7 December en 23 Jaluiary-iaatscleden, Gecommitteerden, ten examen: Voor eerst, van eene Misfive van den Raad der Gemeente van Terwerderadeel, daar by verzogc hebbende geëlucideerd te mogen worden, omtrent twee in de voorfz. Misfive voorkomende vraagen, aangaan» de de Kerkelyke Schikkingen aldaar. En Ten tweeden,van eene Misfive van den zeiven Raad, daar nevens gezonden hebbende Copie uit 't Verbaal, door den zeiven gehouden, betrekkelyk den afftand van de Keken en Pastoriehuizen aldaar, en verder, zo als by gemelde Misfives en in de Notulen, van den 7 December en 33 January, breeder ftaat uitgedrukt; Hebben ter Vergadering uitgebragt het navolgend Rapport: BURGERS REPRESENTANTEN! De Raad der Gemeente van Terwerderadeel, adresfeerde zich, op den 29 November desvoorigenJaars,aan deeze Vergadering verzoekende elucidatie, omtrent twee by die Misfive voorgeftelde Poinden; als in de eerfte plaats, oï individuëele Zielen tot eenen anderen Gods* dien-  i M E Y 1799.' si dienftige Gezindheid, als die der voormaals heerfchende Kerk behoorende, hoofd voor hoofd aani'praak op het quoteel aandeel der Kerke hebben, of dat zulks alleen qua corpus kan gefchieden. En in de twe,ede plaats, indien individuëele Zielen, hooft voor hooft, die aanfpraak hebben , of daar de zo* danige, welke voor den 1 November geen aanfpraak ge» maakt hebben, moeten verftaan worden, ingevolge Pu» blicatie van het Uitvoerend Bewind, van den 11 Octrober J.l., hun recht aan het Hervormd Genootfchap dier Plaats " afgedaan te hebben. Dan by eene nadere Misfive van denzelven Raad der Gemeente, van den 14 January LI.1, heeft dezelve gemeend daaromtrent aan deeze Vergadering een naderen en anderen voordragt te moeten doen , hierin betraande: Dat zy ontfangen hebben tene Misfive van het Adminiftratif Beduur van het voormalig Gewest Friesland, ia dato 15 December des voorigen Jaars, houdende eenige poincten, betrekkelyk, de tauxatie en naasting der Kerkgebouwen, ter explicatie der Staatsregeling, door het Vertegenwoordigend Lichaam gedecr.t erd , uit de lectuure derzeive hadden gezien, dat de eerfte voormeld by hun voorige Misfive gedaane vraage daar byten vollen was beantwoord geworden. Doch dat die zelfde pmicten van explicarie des niet tegenftaande oorzaak waren , dat zy zich andermaal aan deeze Vergadering moesten adresfeeren , uit hoifde, dac de afftand d.r Kerken aan de Hervormden reeds g^fchied zynde, de grond.n, waar op zulks was verrigt, door die gegevene poinéten van explicatie waren komen te vervallen, alzo daar by aan individuëele Leden van eenig , Kerkgeuoutfchap , ter Plaatl'e hunner wooning geen Kerk bezittende , echter het recht worde toegekend, om mede in de fchikkingen voor het Plaatfelyk KerkgebouwenPastoiiehuis te worden toegelaten; terwyl zy integendeel, op grond, zo zy meende, van de Publicatie van den 12. July laatstleden, de individuëele Leden van het Doopsen Roomschgezind Kerkgenootfcfï'ap daar van hadden uitgeflooten. Verzoekende alzo de uitfpraak deezer Vergadering, B 3 over  over de wettigheid ofonbeftffanbaarheid van dat verrigtte \ gn te gelyk te mogen worden geëlucideerd: Foor eerst: zo de affland, op den 23 O&ober 1798 gedaan, vervalt, om dat de gronden, waarop dezelve was gebouwd, doo- de gemelde explica'ie zyn komen te vervallen, hoe dnn moet gehandeld worden met zodanige individu's , die de termyn van den 1 November laatstleden, hebben laten verlopen. En Ten tweeden: of de zodanige , wel e uit onwetenheid , of raisverfiand der PoblicatiQn niet zyn aangelegd, otn mede op den 29 October IJ. Gecommitteerden te zenden, en die daarom ook uir onkunde of raisverfiand geheel geene, of eene gebrekkige en hun betvviat wordende aanfpraak Lebben gedaan van den verlopen pererntoiren terr:./n , restitutie kunnen vragen en bekomen. Her zal, Burgers Repraefentanten ! ter voldoening aan Uiieder Befmiten van den 7 December fn 23 Januavy laatstleden, waar by beide deeze Misfives, ten fine van confideratiën en advis, in handen van Uwe Commisfie tot de Kerkelyke zaaken zyn gefield geworden , niet jioodig zyn dezelve afzonderlyk te behandelen, daar het ^erfte der tweede poincten , waar van by de Misfive van den 29 November wordt gewag gemaakt, volgens het begrip van den Raad dier Gemeente zelve, vervallen is . en het tweede poincl in effecle by de nadere Misfive van den ?4 January, op nieuws is voorgefteld geworden. Voor af echter moeten wy remarkeeren, dat, nair ons inzien, de groote zwaarigheid eigendlyk hier in hefiaat, dat op den 23 October de afftand der Kerken door den Raad der Gemeente gefchied zynde , in een daa,r toe te zaam geroepen Vergadering der respeftive Kerkgenoodfehappen , door de verlenging des ternjyns van naasting tot den 1 November daar aan volgende, de gelegendheid is geboo"en geworden, dat na die tyd eenige individuëele Leden elders parochiëerende, hunne pnfpraajk raede hebben doen gelden, t^eri, wanneer de zaak  i m e y 1799: 33 zaak in een zekeren zin reeds was tot ftand[ f^g^ zo dat thans, voor al ook, na dat individuëele Leden der respeclive Kerkgenoodfchappen , tot zodanig eene reclame gerechtigd verklaard zyn, het verrigtte, op den IT OAober , niet wel volleedig effift kan forteeren , behoudens de posterieure Decreeten van het Vertegenwoordigend Lichaam, en het is daarom , dat de tusfchenkómst deezer Vergadering, ter deezer zaak, noodzaakelyk is geworden, indien anders ten deezen nieuwe fchikkinge behoort daargefteld te worden. En als nu tot hec voorgeftelde by de Misfive zelve overgaande, merken wy aan,dat het niet is toe telchryven aan een onnauwkeurigheid, of precipitance van den Raad der Gemeente van Terwerderadeel, dat ten deeze de zaak dien geregelden gang niet gehouden heeft, wellce anders behoort plaats te hebben , daar het jtufe op den beoaalden tyd was , binnen welke de naasting en reclame van de Kerkgebouwen der voormaals Heerlchende Kerk, volgens de Staatsregeling, moest geëntameerd zyn , dat is op den *3 OÉbber des voongen Jaars , dac dezelve Raad der Gemeente de respeftiye Kerkgenoodfchappen tot het verder te verrigtene heeft geconvoceerd, en het zeer moogelyk is, dat, zo als by de e rite Misfive gezegd word, de Publicatie van den n O tob r toen nog niet tot hun Lieder kennisie was gckom2n , en dat het alzo ook niet is te imputeeren aan denzelven Raad der Gemeente , dat de individuëele Leden der Doopsgezinde, die zich naderhand tot reclame hebben opgedaan, by die Vergadering van den 23 Oclober, niet zyn tegenwoordig geweest. En 'er dus van dien kant de zaak befchouwd zynde, geene reden, om het verrichtte van den Raad der Gemeente en den gedaanen afftand te vernietigen, dan het 's aan den anderen kant ook ontegenzeggelyk, dat, volaens de Befiuiten deeze* Vergadering, byzonder volgens hfct Decreet van het Vertegenwoordigend Lichaam , op den b'er, eenigzins worden geprejudiciëerd, en moet hetzelve dus worden gehouden , als niet gefchied , of voor zo veel noodig, als pnbeöaanfca-r worden vernietigt'; En bier mede meenen wy dan ook dat beantwoord is de hoofdvraag, by de hier vooren gemelde Misfive van den 14 January laatstleden, gedaan, nopens de begaanbaarheid van den op den 23 Oclober gedaanen affland der Kerken aan de Gereformeerde Gemeente. Terwyl wat de verdere, by de Misfive van den Raad der Gemeente van TerweraeraBeel, voorgeüelde Vraage aanbelangd , hoedanig naatnenlyk moet worden gehandeld, omtrent zodanige individuëele Leden vaneenig K rkgmootfehap, welke uit onkunde, of misverffand geheel géèrie , of eene gebrekkige en hun betwistwoidenje aanfpraak hebben gedaan, het naar ons inzien van zelve fbreekt, dat de allegu'atie van onkunde of onwet/bnheid ten déezen niets afdoet, wil men het gelïatu» eerde by de Publicatie van den 11 Ociober des voongen Jaars, «oer geheel kragteioos makeu, terwyl in allen gev:il ten voorgeven van ignorantie van eene Publicatie, dat is vap eene sm den Volke bekend gemaakte Wet, sluimer een motief kan opleveren, om daarom dezelve geen  i M E Y i 7 9 9* a$ geen effect te doen forteeren , en dat des te minder in dit geval , om dat verfcheide individuëele Leden dep Doopsgezinde, in de respedtive Dorpen zien met de daad ter reclame hebben opgedaan ,en dit ter dier plaatfe meer als waarfchynelyk genoegzaam bekend zal zyn geweest, waarom ook de niet oproeping derzelve door den Ra d, dtr Gemeente ten doezen niet veel afdoet , de Publicatie van den H October geeft doch het recht van reclame aan de respeétive Kerkgeujotfohappen en individuëele Léden derzelve, of f hoon geene oproeping door den R ad der Gemeente , of Municipaliteiten zy vooraf gegaan , gelyk dan ook duor fommige Doopsgezinden v. ii dst recht fen deezen is gebruik gemaakt. Geheel anders, evenwel, zouden wy oordeelen, omtrent die geene, w lke de Raad der Gemeente zegt , dat een gebrekkige aanfpraak heboen gedaan, immers voor zo verre dezelve, hoe gebrekta^ dan ook, effect forteeren kan, doch waar over wy, daar de Raad der Gemeente dit by dezelve Misfive niet gedetailleerd heeft, niet volleedig kunnen oordeekn; genoeg is het, dat zy, conform de Wet, hunne reclame tydig hebben gedaan , en dezelve moet dies ook van waarde zyn, voor zo ver zulks eenigzins gefchieden kan. indien evenwel de voorfchreeve Raad der Gemeente, door die individuëele Leden, welke een gebrekkige aanfpraak hebben gedaan, moet verdaan de zodanigen, welke zonder qualificatie of eenig blyk, dat zy mee de daal wezendlyk daartoe Gecornmkteerl of verzogt waren, echter voor andere individuëele L^den van bun Kerkgenootfchap mede aanfpraak hebben gedaan, gelyk de [inhoud van het by de Misfive gevoegde verbaal daar toe aanleiding geeft, zo zoude Uwe Gecommitteerden vermeenen , dat een dusdanige reclame niet van dat effect zoude behooren te worden gehtVUden , even als of dezelve ook door de audere Leden van dat Kerkgenootichap gefchied ware, daarliet onzeker is, of de zodanige van oeeze lastgeving onkundig, dat recht van reclame wel hebben willen uitoeffenen , en oo dien voet eeuige weinige zich, ten koste van hunne Medefnirgeleu, zouden kunnen verryken , en alzo buiten iwyl'él B 5 aan-  a6 i M E Y i 7 9 9- aanleiding tot zeer veele misbruiken zoude kunnen worden gegeven. 't Is wel waar, de woorden der Publicatie van den ji Oclober fchyueii te in Jigiteeren , als of het genoegzaam zoude zyn , dat of het Plaatfelyk Beduur, voor den 1 November, flegts de beichikking hebbe geëntameerd, o/dat door de belanghebbende Kerkgenootfchappen deswegens by het Plaatfelyk Beftuur aanfpraak zy gedaan. Dan, hoe zeer het entameeren van fchikkmgen in het generaal en in ordinaire gevallen ook als genoegzaam moge woeden befchouwd, ter confervatie van het recht der refpective Kerkgeni otfciappen, zo zoude doch in alle gevallen dit alles ten deezen niet wel van applicatie kunnen zyn, daar de Raad der Gemeente van Terwerderadeel getoond heeft, door het verrigtte op den 23 October, wanneer met de daad de afttand der Kerken aan de Gereformeerde Gemeente gefchied is, het recht van de individuëele Leden der andere Kerkgenootfchappen niet te erkennen of althans te hebben geabandonneerd, in welk geval, door het enrameeren van fchikkingen, het recht van reclame voor elk en een iegelyk der Ingezetenen niet wel kan geacht worden te zyn geconferveerd, zo als dan ook daarom fommise Doopsgezinden dit hun recht, na den gedaanen afftand en dus wel na den 23 October, doch vóór den 1 November, hebben doen gelden, als zynde het, ©nzes inziens, alleszins incangru, om te willen fusiinetren,dat de Raad der Gemeente in deezen, door het entameren van fchikkingen, voor het recht van de Leden van alle Kerkgenootfchappen zoude hebben gezorgt, daar dezelve met de daad het contraiie getoond heeft. En het is om alle deeze reienen, dat wy Uliedert voorftellen het nemen van het volgend bejluit'. De eerfle Kamer v?n het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataalfchen Volks gehoord hebbende het Rapport eener Perfoneele Commisfie, in wier handen by befluit, van den 7 December e» 23 January laatstl.,gefield waren twee Misfives van den Raad der Gemeente van Terwerds- radeel,  I M E Y 1 7 9 9» *7> radeel, verzoekende, dat deeze Vergadering u-tfpraak gelieve te doen, over de wettigheid ofonbeftaanbaarheia van den , in eene Vergadering der respective Kerkgenootfchappen, op den 23 October 1.1., gedaanen afftand van de Kerkgebouwen der voormaals Heerfchende Kerk aan de Gereformeerde Gemeentens aldaar; en voorts elncidatie vragende, hoe, byaldien die afftand vervalt, als dan moet worden gehandeld met zodanige Individu's, die de termyn van den 1 November 1.1. hebben laten voorby gaan, en welke, niet zynde opgeroepen, uit onkunde of misverftand, geheel geene, of eene gebrekkige en hun betwist wordende aanfpraak, voor den 1 November 1798, hebben gedaan , en of dezelve van den verlopen peremtoiren termyn restitutie kunnen vragen en bekomen. En overweegende, dat de Decreeten van het Vertegenwoordigend Lichaam, byzonder dat van den 30 November des voorleden Jaars, genomen op de Requeste van Gecommitteerden van de Hervormde Gemeente te Rodahuifum, is bepaald, dat individuëele Leden van een Kerkgenootfchap, ter plaatfe hunner wooninge geen Kerk bezittende, echter niet mogen worden uitgeflooten vari de fchikkingen over de Plaatlelyke Kerkgebouwen en Pastoriehuizen ; maar dat dezelve als een Kerkgenootfchap ter plaatfe hunner wooninge behoorsn te worden geconfidereerd, en dat alzo de fchikkingen, waar toe de individuëele Leden van eenig Kerkgenootfchap op het Plaatfelyk Kerkgebouw hunner woonplaats aanfpraak gemaakt hebbende, niet mogt zyn geadmitteerd, zyn nul en van onwaarde, en dienvolgens behooren te worden vernietigd en buiten effect gefteld, Overweegende, dat die aanfpraak van de individuëele Leden van een Kerkgenootfchap, op het Kerkgebouw der Heerfchende Kerk hunner Woonplaats , na inhoud van de Publicatie van den 11 October des voorigen Jaars, heeft moeten gefchieden voor den 1 November deszelven Jaars, en dat alzo die geenen, welke voor het expireeren dier termyn hunne aanfpraak hebben gedaan , offchoon door de MunicipalReit te dier Plaatfe reets anterieure fchikkingen  23 ï MEY 1799^ jnogten zyn tot ftaHd gebragt, behooren te worden gecomprehendeerd onder die geenen, tusfchen welke die fchikkingen moeten plaats grypen, en alzo by vernieuwing der roerige bepaalingen, tot het op nieuw te maaken vergelyk moe:en worden geadmitteerd; doch dat integendeel die geenen. welke voor dieirtyd geen aanfpraak hebben gedaan , als door de Wet daar van vervallen verklaard zynde, ook na dien tyi tot de fchikking, omtrent de Kerkgebouwen, niet kunnen worden toegelaten. En eindelyk overweegende , d-t onkunde of misverfland geen' ga o gzaame redenen zyn, om tegens het geftatuë rde by ae Publicatie van den 11 October des voorigen J ;ars, de zulken, welke geene aanfpraak op de Kerkgebouwen hebben gedaan, met prolongatie van denzelven termyn , als nog tot eene nadere reclame dienaangaande te admitteeren. Befluü: Dat de, op den 23 October laatstleden, gedaane afftan l der Kerkgebouwen aan de Gereformeerde Gemeentens van Terwerderadeel is onbeftaanbaar met de Decreeten van het Vertegenwoordigend Lichaam , en als zodanig geen effect behoort te forteeren, maar by deezen word vernietigd en buiten werking gefield. Dat voorts die geenen, welke wel na den 23 October, maar voorden r November des voorigen Jaars , hun aandeel op de Kerken hebbeïi gereclameerd, als nog tot de op nieuw te mak ene fchikkingen zuilen worden geadmitteerd; doch all en voor zo verre die reclame door hun wettig is gefchied.en ais Gemachtigde van anderen , voor zo verre zy tot het doen dier reclame bdiooriyk zyn gequaüficeerd geworden. Eu eindelyk- dat die geenen, welke voor den 1 Nov. des voo igen Jaars , in het geheel teene aanfpraak op de Kerkgebouwen hebben gedaan , ingevolge de meergemelde Publicatie van den 11 November 1.1., zullen worden gehouden afpand te hebben gedaan van hun recht op het Plaatfelyk K.;kgebouw hunner Woonplaats, en alzo rot geene  I M E Y 1 7 9 9- 29 geene fchikkingen, omtrent dezelve Kerken zullen worden geadmitteerd. En dat Extract van dit Eefluit zal worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, om daar van aan den Raad der Gemeente van Terwerderadeel de noodige aanfchry» vinge te doen, en de vereischte executie te geven. En dat dit Befluit, ingevolge Articul 60 der Staatsregeling, zal worden gezonden aan de tweede Kamer ter bekrachtiging, met en benevens dit Rapport en de Misfives van den Raad der Gemeente van Terwerderw deel, in originali. Onderwerpende enz. D. J. Steyn Parvè. J. Lublink de Jonge, ff. van Royen. S. van Hoogfiraten. S. Gerlsma. G. Schimmelpenninck Gzi y. H. Krieger. H. van Tomputte, Az. En is goedgevonden en verfhan, de tweede Leezing van het gemeld Rapport te bepaalen, op aanftaanden Dingsdag den 7 Mey. De Burgers Reprasfentanten Kniphorst, en verdere by Decreet yan den 3 April jongstleden, Ge- corn-  go i MEY i/9 0. committeerden, ten examen Van eene Misfive vati het Uitvoerend Bewind, daarby copielyk overgelegd hebbende het aan den Agent van Financiën geprefenceerd Requesc van P. Klerk cum fuis, allen Pachters van een gedeelte Domeinlanden, behoorende toe de Nationaale Goederen, herkomende van den Vorsc van Nasfau, daarby verzogc heb», bende remisfie der by hun verfchuldigde Pachcpenriingen, en verder zo als by voorfchreeve Requescé en in de gezegde Notulen van den 3 April, breeder vermeld ftaat. Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier navol* gend Rapport: BURGERS REPRESENTANTEN! By Ulieder befluit van den 3 April laatstleden, is hl banden van uwe Medeleden de Burgers Kniphorst » Krieger, en Reynders gefield een Extract uit het Register der befluiten van deeze Xamer benevens eenë Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataafsche Republiek, gefchreeven alhier den 13 Maart laatstleden, en waar van de tweede en derde leezinge van voorfz. Misfive op den 29 Maart, en den 3 April laatstleden, gefchied zynde, met en benevens copie van een Request aan deii Agent vftn Finantie van Pieter Klerk, Corne* lis Visfers, en Willem Legboer, woonende in en onder de Jurisdictie van Dinteioort, Pachters van een gedeelte Domeinlanden, behoorende tot de Nationaale Goederen, berkomende van den Vorst van Nasfau , en wel van de eerfte, tweede en vierde Cavel der Cardhia Polder, onder voorzeide Jurisdictie gelegen, te kennen gevende, dat zy deeze Landen in den Jaare 1797 by publieke verpachting voor den tyd van drie Jaaren hebbende gepacht, tot hun leedwezen, en inportante fchaed'ë heb.  i M E Y i 7 9 & gi hebbende ondervonden, dat in den Winter van den Jaare 1797 en 179} , deeze Polder door een zwaaren Storm en overftroomende Water-Vloed, met Zout Water zynde geïntimideerd geworden, hunne gepachte Landen, waar voor zy een importante Jaarlykfche Pachtfomme betaalen, vyf Weeken met Zout Water zyn over» ftroomd geweest. Dat deeze overftroominge ten gevolge zoude hebben gehad, het compleet bederf van het gras in den Zomer van den Jaare 1798 gewasfen , zynde van eene zo flegte geaartheid geweest, dat wel twintig Beesten , welke op hunne gepachte Landen graasden ; zyn geftorven , terwyl nog een gelyk getal, voor welkers herftel de Requestranten weinig hoop hebben, zich ziek op hunne ftallen bevinden. Verzoekende daarom remisfie der Pacht , over het voorfchreeven Jaar 1798, en afflag van Pacht, gerekend tegens vyf Guldens het gemet over den Jaare 1799. Na dat het Uitvoerend Bewind door deszelfs Agent van Finantie had ingezonden het bericht van den Rentmeester, onder wiens beheeringe de L?pden , waar over de Requestranten remisfiën van Pacht vragen, behooren. Heeft dezelve bericht , dat de politiven by het Request gemeld, in alles met de waarheid overeenkomende zyn, dat aan hem was gebleeken , dat de Requestranten Pachters van voorfchreeven Land geworden zyn, dat vervolgens al die geenen, welke te voo^en deezen Polder in Pacht hadden, waar onder zy Requestranten behoorden , en zich vleyende met de hoop, dat zy als Pachters zouden worden gecontinueerd, zieh reeds van Vee hadden voorzien- Dat zy zich dus gedwongen vonden, om by deeze Publieke verpachtinge dezelve weder, fchoon door buitenlanders zelfs tot een derde boven de voorige Pachtfornme opgejaagd, weder in te Pachten, kunnende anders voor hun"Vee geene Weiden krygen. Dat de hooge Pacht, welken zy alzo moesten betaalen , voor hun weinig of geen hoop op eenige winst overliet, en dat het ongelukkig geval, waar in zy ,door de overftrooming van het Zoute Zee Water in de Winter 1797 en 1798, zyn gekomen, grooten deels daar aan  3* ï M E Y 1799. aan is toe te fchryven, dat liet Dy!c Collegia tot confervatie van de groote Sluis in de Cara/J»a Polder gelegen, en by welke tyde der invloeying van derzelver folder een groot gat viel, bet noodzaakelyk vind, dat liet ingevloeide Water alleen door een klein verlaat wordt uitgelaten, en de groote Zée-Slus wierd toegedaan, waar door het Zoute Water41 dat anders binrien 36 uuren uit voorfchreeven Polder zoude hebben, kunnen worden afgetapt , als toen ruim zeven wc eken op het Land heeft blyven ftaan , dat dus het ongeluk, v.in de Supplianten liet Land een groot voordeel heeft bezorgd, dewyl anderszins 'er raier importante fchae» den aan de groote Zee Sluis in dien Polder gelegen, en welkers herftel van wegens het Domein zoude moeten zyn bekostigd, zoude geweest zyn. Uwe Commisfie thans zullende overgaan tot haarecon-, fideratiën en advis , is by eene naukcurige examinatie vim het bovengemelde Request. gebleeken, dat tic gronden, waar op hetzelve, als mede het bericht van den Rentmeester rusten , zeer laborecren aan de noodige bewyzen, en dat de Rentmeester wel zo gunstig heeft willen zyn, daar de Requestranten zeifs zeggen, haar Land maar vyf Weeken onder Water gellaan te heb' beu , by hc.t bericht , het zelfde wel op ruim zeven Weeken heeft willen bepaalen. Echter zal Ulieder Commisfie deeze Vergadering de pofitiven by het Request vermeld fluks wyze nagaande , haar als confideratiën mede deelen. Dat uit het bericht van den Rentmeester wel blykt, dat by publieke verpachting de hier voorgemelde Cavels san de Requestranten zyn verpacht, voor den tyd van drie Jaareu, maar dat die conditie van die verpachting mankeert. Dat die zelve Cavels in den Winter van 1797 en 1798 , wel zyn overflroomd en onder Water zyn gebragt. Maar dat de Requestranten niet hebben gealleguëerd , dat zy expresfclyk by een overflroominge zyn gegurandeerd , en aan haar de minste fchaedeloosflelling is belooft , door het Dyk Collegie van gezegden Polder is geed-  i M E Y 1799. 33 goedgevonden, om door een mede aldaar gelegen Rivier het Water af te tappen, kan Ulieder Commisfie niet begrypen , zulks eenig nadeel aan de meergemelde Landen ie kunnen doen, echter daar het bericht van •den Rentmeester zo gunstig is, als of die Sluis voor eïu gedeelte zoude ingeftort, en vervolgens toegedemd zyn. Daar echter de Requestranten in haar Request niets van melden. Zonder in aanmerkinge te nemen , dat de Requestranten maar vyf vveeken, de Rentmeester echter bericht van ruim zeven weeken hetzelve Land onder Water geflaan te hebben» Dat 'er twintig Peesten op die Landen geftorven zyn , kan wel waar zyn. Maar by het Request, noch by het Bericht van den Rentmeester, is niet het minste bewys, dat zulks zoude veroorzaakt zyn door dat het Water aldaar het gras, dat na die tyd was gegroeid , zoude bedorven hebben. Althans op andere plaatfen in de Republiek , daar zulks mee.maalen voorvalt, zyn da^r geen voorbeelden van, veel minder heeft het aan Ulieder Commisfie kunnen gebiyken, of die zo genoemde twintig Beesten, Schapen , Kalvers, Osfen, of Koeyen zyn geweest , daar in het geheel door de Requestranten niet is opgegeven , weike riëeele fchaede zy daar door zouden geleeden hebben. Wat belangd het Land voor veel hooger pryzen te moeten inhuuren, was eeu vrywillige daad, en als hec haar tc hoog wierd , konden zy het aan andereu overlaten. Want dit is juist het but het geen de Bataafsche Natie , en deeze Vergadering beö >gt heeft, door hec boven genoemde Cavels Land publiek te verpaciten, want de Requestranten zeggen wel, datzy hec een derde hooger hebben moeten Pachten als te vooren, als zynde zulks door buitenlanders zo zeer opgejaagd, maarniet, dat door dat opjaagen het meergenoemde Land duurder is verpacht, als het zelve waardig is." Om alle welke redenen Ulieder Commisfie,al» nu znlC lende  34 ! M E Y \ ? 9 g* lende advifeeren , van advis zoude zyn, dat deeze Vergaderinge behoorden te nemen het hter navolgend BeJIuit : De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks gehoord hebbende het Rapport haarer Perfoneele Commisfie, op de Misfive van het Uitvoerend Bewind, in dato den 13 Maart laatstleden , houdende deszelfs Confideratiën en advis , op de Requeste van Pieter Klerk, Cornelis Fisfers, en iViU hm Leghoer. Overweegende, dat zy Requestrante in den Maand Mey des Jaars 1797 , [by publieke verpachting die boven gemelde Cavels hebben gepacht, die Pacht conditiën zyn verplicht naar te komen. Overweegende, dat de voorzegde Cavels in de Winters van 1797 en 1798 wel zyn overftroomd, maar dat «iet is gebleeken, dat zy daar fchaedeloosftellinge voor hebben bedongen, of zyn gegurandeerd. Overweegende, dat als de Requestranten vermeendea benadeeld te zyn, door het Dyk Collegie van voorzegden Caiolina Polder , zy Supplianten dat Collegie kunnen aanfpreken naar haaren raade. Overweegende , dat de Requestranten niet genoemd hebben, wat voor foort van Vee zy verlooren hebben r noch de fchaede getauxeerd hebben , het Ulieder Commisfie niet wel moogelyk is het remis naar billykheid , voor die geleedene fehaedc te kunnen verleenen. Overweegende, dat het niet hoegenaamd is beweezen, dat het Vee inde Requeste vermeld, door het oyerfti oomend Water het gras, dat na dieitydis gegroeit, zodanig is bedorven geweest, dat het zelve daar door is geftorven. Overweegende , welke nadeelige gevolgen het zoude heb-  i M E Y i 7 9 9. n hebbenj ais men in publieke verpachtingen, aart zülké lieden, die men aldaar liefst_ zag blyven woonen , dè meerdere Pacht, die zy verplicht waren door een te publieke verpachting meer te belooven , door zulke verzoeken om remisiie, weerom té geven , en daar do&t de publieke verpachtingen elufoir en in het vervslg on* doenlyk te maakeri. En eindelyk overweegende , dat Ulieder Commisfie niet genoegzaam overtuigd zynde, dat de pofitiven conform de waarheid zyn , en daar het bericht van de» Rentmeester niet al te accuraat,' maar zeer wei al U favorable kan befchouwd worden. Bejlai t: Dat hët verzoek van de Supplianten, by de Recjtiesfé vermeld , word gedeclineerd en geweezen van de hand j zo als het ligd. En dat by extracl: deezes daar van kennis gegeven zal worde» aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Rê= publiek, tot derzelver informatie. Onderwerpende enzs £t Kniphmi. G. Rèinders. Ji A-0 Kriegen Ë.n is goedgevonden eh verftaan de twééde iéezjr)| van hetzelve Rapport te bepaalëri, op aanllaandeö Donderdag, den 9 Mey. De Burgers Repr&fentahteh Daendels, eh verdere by Decreet van den 12 April laatstleden, Gecommitteerden, ten Examen van de Requeste van BontéC 3 könëngi,  grj i M E Y i 7 9 9. kont"*, en Aukes, Kooplieden te Amfterdam , daarby verzoet hebbende, dat aan de Supplianten Üe ten Rtqucsce vermelde ordonnantiën , te zamen bcdragencte eênp (bmtna van f 28788, voor geleeverde Houtwaaren, tot aanbouw en reparatie van 's Lands Schepen verftrekt, ten fpoedigften mogten worden betaald. Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier navolgend Rapport: BURGERS REPRESENTANTEN I By Ulieder Befluit van den 12 April laatstleden, is in handen van Uwe Medeleden Ijaendrh , en verdere Gecommitteerd geweest zynde , tot het concipiëeren eener Inftruclie voor den Agent van Finaritiën, gefield een Fxtract uit hec Register der Belluiten van de eerfle Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffeben Volks, benevens een Request van Bontekoning en Aukes, Kooplieden t^ Amfterdam, om daarby gealleguëerde redenen verzoekende, dat 't het Vertegenwoor* digend Lichaam moge behaagen , de noodige order te Reilen , dat aan de Supplianten de ten Requeste vermeldt ordonnantiën, te zamen bedragende een fomma van ƒ28788, voor geleeverde Houtwaaren, tot aanbouw eu reparatie van's Lands Schepen verftrekt, ten fpoedigften worden voldaan. Uwe Commisfie, hier op zullende dienen van confi Jelatiën en advis , heeft vermeend, alvoorens hier op te moeten inwinnen 't Bericht, confideratiën en advis van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek , om te beter in (laat gefield te worden haare confideratiën en advis met meerderen grond aan deeze Vergadering te kunnen voordragen , ten welken einde Ulieder Commisfie verzoekt, alvoorens dit te zenden aan het Uitvoerend Btwind der Bataaffehe Republiek. Qn.  i M E Y 17 9 9' 37 Onderwerpende Ulieder Commisfie zich echter aaa Ulieder meer verlicht oordeel. E. A. Daeniels. W. Rit. Ct. Schimmelpenninck Gz. P. L. van di Kasteele. . J. DacoUa Athias. E. Lewe. En is. conform hetzelve Raoport, goedvonden en verftaan de voorfchreeve Requeste in originali, zenden aan Uitvoerend Bewind, om , mee te rugzending van dezelve, der Vergaderinge te dienen van bericht, confideratiën en advis. De Burgers Reprtefentanten Daendels en verdere, by Decreec van den y April 1.1., Gecommitteerden, ten examen van de Requeste van C. Veraart, 's Lands Pachter op de Brandewynen over de Stad Bergen cp den Zoom, daar by verzogt hebbende remis op zyne verfchuldigde Pachtpsnningen, en verder, zo als by de voorfz. Requeste en in de gezegde Notulen breeder ftaat vermeld; Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier na. volgend Rapport: BURGERS REPRESENTANTEN! By Ulieder Befluit, van den 9 April 1.1., is in handen C 3 van  3t i m e y ï 7 9 %. van uwe Medeleden Daendels, en verdere Gecommitteerd geweest zynde, tot het concipiëeren eenerlnftrucVie voor den Agent van Finantiën, gefield Extract uit het Register der fSefluiten van daeze Kamer, henevens de Requeste van Qhrishadn leraart, 'sLands Pachter op de Brandewynen over de Stad Rergen op den Zoom, om daarby geallegueerde redenen, broeder by den Requeste vermeld, verzoekende, dat 't het Vertegenwoordigend Lichaam moge behaagen , om hem Requestrant te verkenen eenig ren 'is op zvne Pachtpenningen. Uiieder Commisfie, hierop sullende dienen van conli- deraiië" en advis, veimeend hierop te moeten inwinnen de co fideratië" en advis van het Uitvoerend Bewind, alvoorens zy (naap behooren) in ftaat zal zyn hierop de Vergadering te kunnen rapporteeren, ten welken einde Ulieder Commisfie verzoekt, dat dit alvoorens ten dien einde moge worden gezonden aan het Uitloerend Bewind der Bataaffehe Republiek. Onderwerpende niettemin dit haar Rapport aan Ulieder fceter oordeel. E. A. Daendels. y. Dacosta Athias. Q. Schimmelpennimk Gz. W. Rit. E. Lewe. P. L. van de Kasteele. En is, conform hetzelve Rapport, goedgevonden en verftaan, de voorfz. Requeste en Byiagen, in origU pali, te zenden aan het Uitvoerend, Bewind, om, met  i M E Y % 7 9 9' 39 met terugzending van dezelven, der Vergadering te dienen van confideratiën en advis. De Burgers Reprcefentanten Daendeh en verdere, by Decreeten van den 18, 22 en 25 April jongstl., Gecommitteerden, ten examen van onderfcheidene Misfives van het Uitvoerend Bewind, houdende deszelfs advis: Foor eerst, op eene Misfive van het GemeenteBeftuur des Ryks Nymegen. Ten tweeden, op eene Misfive van den Raad der Gemeente van Hanen, ten geleide en gefirekt hebbende tot appui van de Requeste van J. van Rysjel e. f., genoegzaam allen Ingezetenen van bovengemelde Stad. Ten derden, op eene Misfive van Buurmeesteren der Dorpe van Herwen, dart en Pannerden. Ten vierden, op de Requeste van den Dykftoel des Ambts van tusfchen Maas en Waal. Ten vyf den, op de Requeste van Theodorus Meiftng c. ƒ., en verdere Gtïnteresfeerde Directeuren toe de drie Overlaaten, tusfchen Asperen en Gellkum. En eindelyk Ten zesden, op de Requeste van Dykgraaf en Heemraaden van den hoogen Maasdyk van de Scad en Lande van Heusden, respeétivelyk verzogc hebbende, dac de Ingezetenen op voorfz. plaatfen, welke door den laatften Watervloed fchaeden hebben geleeden, C 4 op \  4o i M E Y i 7 9 9. op de eene of andere wys, van 's Lands wegen, mogten worden gededomageerd. Hebben ter Vergadering uitgebracht het hier navolgend Rapport: (Fiat infertio.) (*) En heefc de Vergadering, om redenen daar voor door de voorfz. Commisfie opgegeven , verklaard, dat 'er is onverwylde noodzaaklykheid. Doch des niet te min goedgevonden en verfiaan het gemeld Rapport te houden in advis, tot aanftaanden Maandag, den 6 Mey; zullende hetzelve inmiddels worden gedrukt, en aan de Leden gedistribueerd. (zonder refumtie.') De Burgers Reprsefentanten Hartevelt en verdere, by Decreet van den 15 Maart laatstl., Gecommitteerden, ten examen van de provifioneele Commisfarisfen van het voormalig groot Binnen en Buitenlands- Vaarders Gilde te Amfl er dam, ézzr by verzogt hebbende, om gequalificeerd te worden, ten einde zekere in de voorfz. Requeste vermelde Recognitiën van de vreemde Schippers te mogen ontfangen, en verder, zo als by voorfz. Requeste en in de gezegde Notulen van den 15 Maart breeder vermeld ftaat; Heb- (*) Ziet de Byfaag A.  i ïvi ïl. ¥ i 7 9 9. 41 hebben ter Vergadering uitgebragt het hier navolgend Rapport: ( Flat infertio. ) (*) En heeft de Vergadering, om redenen daar voor door de voorfz. Commisfie opgegeven, verklaard, dat 'er is onverwylde noodzaaklykheid; Doch des niet te min goedgevonden en verdaan, het voorfz. Rapport te doen drukken, aan de Leden te discribuëeren en twee dagen na de distributie aan de orde van den dag te Rellen, (zonder refumtie ) De Burgers Reprsefentanten Hartevelt en verdere, by Decreet van den 1 ftt'aart laatstl., Gecommitteerden, ten examen van eene Misfive van de Provifioneeie Commisfarisfen van hec geweezen St. Eloyen of Smits Gilde binnen Atnfterdam,daar by verzogc hebbende, dat zy Requestranten in derzelver voorfz. q.mlireic mogten worden bevryd van de betaaling in de laatst gedecreceerde Geldhefrbg. Hebben ter Vergade-ring uitgebragc het hier navolgend Rapport: BURGERS REPRESENTANTEN! Ter voldoeninge aan Ulieder Befluit, van den 1 Maart 1.1., (*) Ziet de Bylaag. B. C S  4& 1MEY1799, 1.1., waarby Gylieden in handen van uwe Medeleden Hartevelt, en verdere Gecommitteerden, relatif Articul 53 der algemeene Beginfalen van de Staatsregeling, ora confideratiën en advis, hebt gefield eene Misfive van de Provifioneele Commisfarisfen van het gewezen St. Eloyës of Smits Gilde, binnen Amflerdam, gefchreeven aldaar den 2.7 February 1.1., om daarby geallegueerde redenen, verzoekende, dat zy in hunne qualiteit mogen worden bevryd van de betaaling in de laatst gedaaneGeldheffing, hebben wy de eer te rapporteeren , dat het ons, by examinatie van deeze Msfive.en den daarby overgelegdenftaat van het voorfz. gewezen Gilde , is gebleeken , dat dit gewezen Gilde behoord onder de zodanigen, welkers fondfcn niet toereikende zyn tot de uitkeeringen, welke, volgens de gewez-n Gilde-Wet, aan oude, zieke en gebrekkige Gilde Broeders moeten gedaan worden, en dien volgens valt in de termen van het 13 Articul van de Publicatie, van den 30 November, zo als wy by voorige gelegenheden en ook nog onlangs by ons advis, op diergelyk verzoek van de Provifioneele Commisfarisfen van het voormaals Groot Binnen en Buiten-Lands VaardersGilde te Amfterdam , de eer gehad hebben dit meer uitvoerig te betoogen ; waarom wy dan dit niet wederom zullen herhaalen, maar ons , ter befpaaring van den kostelyken nationaalen tyd, daar toe refereerende, Ulieden liever daadlyk zullen advifeeren, om te nemen het volgend onverwylde befluit: De eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks gehoord hebbende het Rapport van eer e Perfoneele Commisfie, in welks handen op den 1 Maart 11., ten fine van confideratiën en advis, was gefield eene Misfive van de Provifioneele Commisfarisfen van het voo-malig St. filoyëu of-Smits Gilde binnen Amfteldam, gefchreeven aldaar den 27 February 1.1.,om daar by geallegueerd» redenen, verzoekende, dat zy in hunne qualiteit mogen worden bevryd van de betaaling in de laatst gedaane Geldheffing. En overweegend;, da de nood, waarin de eude,zieke  I M E Y 1 7 9 9- 43 ke en gebrekkige gewezen Gilde-Broeders van dit gewezen GiWe zich bevinden, eene fpoedige voorziening vordert, verklaart, dat er in deeze beftaat onverwjlde nood- zaallfnheid. Voorts overweegende, dat, by het 13 Articul van de Publicatie van het Uitvoerend Bewind, van den 30 Nov. 1.1., betreklyk de Geldheffing op de Inkomften >en de Bezittingen ,* van den opbrengsf worden vrygefteld alle zodanige Fondfen, welke ad pos ufus gefchikt zyn, Overweegende, dat het Fonds van het gewezen St. Eloyën of Smits Gilde te Amlierdam, wegens deszelfs ontoereikenheid, om de by de gewezen Gildewet gevorderd kunnende, worden uitkeeringen, aan de gewezen oude, zieke en gebrekkige Gildebroeders en Zusters te kunnen doen, ongetwyf°ld valt in de termen van voorfz. 13 Articul der genoemde Publicatie. En zich met het Rapport van haare Commisfie conformeerende. Beflnit \ Het verzoek van de Provifioneele Commisfarisfen van het gewezen St. Eloyën of Smits Gilde binnen Amlierdam te accordeeren, en dien volgende te verklaaren, zo als verklaard word by deezen , dat dezelve in hunne voorfz. qualiteit ongehouden zyn, om in de voorfchreeve Geldheffingen eenige Penningen te fourneeren. En zal Extracr. deezes worden pezonden , zo aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, als aan de Generaliteits Rekenkamer respectiveiyk, om te ftrekken tot informatie en naricht. En zal dit Befluit, overeenkomftig het 60 Articul der Staatsregeling, ter fanctie worden gezonden aan de twee* de Kamer v3n het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, met en benevens het in deezen uitge- bragt  4+ a MEY 1799. bragt Rapport en de voorfz, Requeste, beide in origi. va li. Onderwerpende &c. A. ffartivelt. L. van den Braak. O. G. Gorter, j C. van Foreest. Fr. Gulji. L. J. Vitringa. C. Scheffer. H. Remmers. A. 3. Verbeek. En heeft de Vergadering, om redenen daar voor door de voorfz. Commisfie opgegeven, verklaart, dac er is onverwylde noodzaaklykkeid. En voorts over de zaak ten principaale zelve gedelibereerd zynde, heeft dezelve, zich met hetvoorgetltegen Concept- 1 efiuit coniormeerende, ook aldus beflooten, zonder refumtie. De Burgers Reprsfenranten Hartevelt , en verdere, by Decreet van den 4 April jongstleden, Gecommitteerden, ten examen van de Requeste van de Municipaliteit van den Bosch, daarby verzogt heb» bende,  I M E Y 1799; 45 bende de Fondfen, by de voormalige Gilden aldaar voorhanden, te mogen verkopen, en verder zo als by dat Request en in de voorfz. Notulen, van den 4 April, breeder vermeld ftaat; Hebben ter Vergadering uitgebracht het hiernavolgend Rapport. BURGERS REPRESENTANTENl Op den 4 April laatstleden , hebt Gylieden in handen van uwe Medeleden Hartevelt ,en verdere Gceommit'eerden , relaiif A'ticul 53 van de algemeene Beginfelen van de Staatsregeling, om daaromtrent der Verga lering te dienen van confideratiën en advis, gelteld een Request van de Municipaliteit van den Bosch, om daarby geal. legueerde redenen , verzoekende , geauthorifeerd te mogen worden , om, hangende de deliberatiën van het Vertegenwsordigend Lichaam, overliet werk der Gildens, de Fondfen, by de gewezene Gildens voorhandes, te mogen verkopen, ten einde te ('rekken tot betaaling,zo van de gefiatuëerde fomiiicn aan W-duwen of Kinderen van zodanige afgeftorvene Gil lebroeders, die hunne coutribu iën betaald, en daar door die Fondfen byeen gebragt hebben, als tot voldoening van verfcheenen Intresfen , en andere voor eten dag der ontbinding der Gildens we-ti^ geconrractetrde fchulaen. Eu wy bevinden ons thans in Raat, om ter voldoening aan dit. befluit, te kunnen rapport eren, dat het verzoek van de Municipaliteit an den Bosch, zeer veel overeenkomst heeft met een die. gelyke aanvraage, door de Municipaliteit van Amfterdum, v;ior eenigen tyd gedaan* en waarop door het Venegen Woordigead Lichaam infubftantie is bellooten, dat, hangende de deliberatiën van hec Vertegenwoordigend Lichaam, over de eindelyk-.1 beftemrning van de gewezen Gilde Fondfen , wanneer allen ,die e&aiop eene gegronde aanfpraak mogten hebben, zullen over-  4<5 i M E Y 17 9 9» overleeden zyn, geene Effecten van dé gewezen Gildens zullen mogen worden verkogt, maar dat dezelve zullen moeten worden byeen gehouden, ten einde voor te komen j dat wanneer in het vervolg eenige gewezen Gildebroéders of Zusters aanfpraak op deeze Fondfen mogten maken, dezulke niet zonden behoeven te worden afgeweezen, döordien het gewezen Gilde-Fonds door dé eerlte trekkers , uit hetzelve was geabforbeerd j en eindelyk, dat wanneer by manquement van genöegzaamert voorraad van Penningen, om aan de, volgens de gewezen Gilde-Wet, gevorderd wordende liitkeeringen te doen5 de uitkeeringen, zo van de weeklykfche of maandelykfche onderfteuning, als van begraafniskosten pro rato, van de als n«g gedaan wordend* contributiën, en de In tresfen der Fondfen behooren verminderd te worden waarom uwe Commisfie zich tot het, door haar op dit füject by voorige gelegenheden, voorgedragen e refereerende, de vryheid>.neemt Wieden te advifeeren^ tot het nemen vart het volgend onverwylde befluit % De eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks gehoord hebbende het Rapport van eene Perfoneele Commisfie, in welks handen op den 4 April, om confideratiën en advis, was gefield een Re* ottest van de Municipaliteit van den Bosch, om daarby geallegueerde redenen, verzoekende geauthorifeeri te worden, pm , hangende de deliberatiën van het Vertegenwoordigend Lichaam , over het werk der Gillens, de Fond" fen by die Gildens voorhanden, te mogen verlopen, ten einde te ftrekken tot betaaling, zo van de geftatuëerde forrf-. men aan Weduwen of Kinderen van zodanige afgeflorvene Gilde-Broeders , die hunne contributiën betaald, en daar door die Fondfen byeen gebragt hebben , als tot voldoening van verfcheene in tresfen, en andere voor den dag der ontbinding der Gildens wettig gecontracteerde fchulden. Overweegende, dat de nood, waarin oude en gebrekkige gewezen Gildebroeders en Zusters zich bevinden'* eene fpoedige beflisfing van het Vertegenwoordigend Lichaam vordert, verkiaart, dat er in deezen hefbar om-erivyide noodzaaktykheid. Voorts  1 M E Y i 7 9 p. 47 Voorts overweegende, dat niet alleen de tegenwoordige verarmde Weduwen en Kinderen van gewezen Gildebroeders aanfpraak op de gewezen Gildefondfen kunnen maken, maar dat een gelyk recht van aanfpraak zullen hebben de Weduwen en Weezen van zodanige gewezen Gildebroeders, welks door, tot en ook na de vernietiging van de gewezen Gildens, hunne contributiën, volgens de gewezen Gildewet te betaalen, die Fondfen hebben helpen ftyven. Overweegende, dat wanneer de gewezen Gildefondfen tot het doen van de, volgens de Wet, gevorderde uitkeeringen, by gebrek van genoegzaame contributiën, of revenuen der Effecten niet toereikende zyn , die uitkeeringen pro rato behooren te worden verminderd , en alzo voorgekomen, dat dezelve niet door de tegenwoordige trekkers, ten prajuditie van hun, die op dezelve een gelyk recht zullen bekomen , worden geabforbeerd. Overweegende, dat het Verkopen van Effecten, tot betaahngen van Intresfen, hangende de deliberatiën van het Vertegenwoordigend Lichaam, over de eindelyke beitemming der Gildefondfen , aanleiding tot misbruikemen llegte practyken zoude kunnen geven, en dus niet dan op fpeciaal confent van het Vertegenwoordigend Lichaam. !? ee? Cnkel bvz0Hder Seval s behoort te worden geaccordeerd, en zich mee het voorgeftelde advis van de Perfo» neele Commisfie conformeerende. Befluit: Het verzoek van de Municipaliteit van den Bosch, om quahficatie, tot verkoop van Effecten aan de gewezenShaïd behoorende, te declineeren en te wyzen van . 5" 231 E?tra«deezes, met en benevens Copie van het in deezen u.tgebragt Rapport, worden gezonden aan het Unvmend Bewind, totrdeszelfs informatie en naricht. Niet-  48 | MEY 1799. Nieitemitj r*f«reerd zich uwe Commisfie aan Ulieder beter en meer verlicht oordeel. Ads. Hartevelt, L. van den Braak, Fr. Guljé. O. G. Gertér. L. J. ntringa* A, y. Verbeek, C. van Foreest, C. Schefer. G, Reindert, Waarop gedelibereerd zynde, heeft de Vergadering, zich met hetzelve Rapport conformeerende, goedgevonden en verftaan , hec daarby voorgellagen ConceptBeiluic te ampleéteereu. De Burgers Reprsefentanten Stcyn Parvé, en verdere by Decreet, van den 5 April 1.1., Gecommitteerden, ten exsmen van de Requeste van Geertruyda Anna EHfabeth Bruistens, Johonna Elifabetk jNcbtcns en Anna Pieternella Buis, allen Prsdi. cancs Weduwen by de Mederduitfche Hervormde Gemeente te Middelburg', daarby ver/ogr hebbende, dat, da^r Thefiurieren der gemelde Stad weigerden , het Weduwe Tracteraenc langer aan haar Requestranten  I M E Y i j 9 p; 4y ten tc betaalen, en zy geïnformeerd waren, dat de Raad van Middelburg voornoemd, zich, wegens de al of niet voorcduuring dier Tractementen, aan de Vergadering had geadresfeerd, voorfz. Requeste, voor zo veel des noods, mogce worden aangenomen voor an« tidotaal, en de voorfz. zaak gerenvoyeerd aan de Ordinaris Justitie, of zo dezelve zaak moge worden be. greepen te zyn een object van politique decifie,datals dan aan haar Requestranten een pereratoiren tyd moge Worden geprefigeerd, tot het inleveren van zodanige adftruftive Memorie, als zy,; tot (laving van haar rechc op voorfz. Traétementen, zullen te raade worden aan de Vergadering in te leveren. Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier navol* Vólgend Rapport i BURGERS REPRESENTANTEN! Op den 5 der afgelopen Maand April, heeft het Uiie* den behaagd, ae conhderatiën en bet advis uwer Medeleden Steyn Parvé, en verdere Gecommitteerden tot de Kerkelyke Zaaken , te pequifeeren , op de ten zeiven dage geleezen Requeste van Geertruyda Anna Elifabeth Rrf^T^uu^tJT Bet!!'atdaS H°fm*n, Jokama hlijabitn Nebben , Weduwe Hcrmanus Buydekoper en Anna Petronel/a Buis, Weduwe Christophorus Henricus üidericus Ballot, allen in leeven Prasdicanten by de Hervormde Gemeente te Middelburgs verzoekende, daar'J hefauneren der gemelde Stad weigeren bet Weduwe Tracrement langer aan de Requestra ten te betaalen , en zy eeinlormeerd zyn* dat de Kaa i van Middelburg Voornoemd zich wegens de al of niet voortduuring dier Tractementen aan de Vergadering had geadresfeerd, dat dit Request Voor zo veel des noods moge worden aangei omeo voor antidotaal, ta deeze zaak gerenvuyëerd aan cteQcdioami Jus-  5a % M E Y i 7 9 9. justitie, of zo dezelve mogt worden begreepen teZynees object van politique decifie, dat als dan aan de Requestranten eenen peremtoiren tyd moge worden geprefigeerd tot het inleveren van zodanige adftructive Memorie, ais zy ,tot (laving van haar recht op vooifz. Tractementen , zullen re raaden worden, Uiieden eerbiedig onder het oog te brengen. Omme hier aan te voldoen, hebben wy de eere te rapporteeren, dat ons uit hetzelve Request zo wel, ais uithét by hetzelve genoem-ie Adres vanlden Raad der Ge* meente van Middelburg (op den 27 Maart 1.1., medetea fine van conüderatiën en advis in onze handen gefteld) is pebleeken. Dat bet Weduwe Tr^ctement, waar over ten deezen questie is, is een Stedilyk Weduwen Tractetrent van ƒ 500 Jar.rs, onder weiks toezegging, ingevolge Refolijne van den Raad der Stad Middelburg, in dato 5 February 1757, de Praïdicanten, zo in de Duitfche, Fran-. fche, als üngelfche Kerken aldaar zyn beroepen , om door derzelver natel» en Weduwen te wordengenooten, zolang dezelve als Weduwen van die Prtedicant.cn haare vaste woonplaaile biunen de Stad houden. Dat de Raad der Gemeente van Middelburg, by deszelfs voorzeid Adres, aan deeze Vergadering onder anderen ook heeft verzogt de beflisfmg der vraage. „ Of de Stedelyke Penfioenen, onder het voorigBe(tuur, verleend aan Pisedicanten van de voormaals heerfchende Kerk, en derzelver Weduwen al of «iet onderworpen zyn aan de restrictiën en bepaalingen deswegens gemaakt, „ bv het derde additioneel Articul der Acte van Staatsregeling, voor de Bataaffehe Repu- s, bliek. Het zal, Burgers Reprafentanten ! uwe Commisfie niet bezwaarlyk vailen, Uiieden ter bekwamer tyd op dat gedeelte van het verzoek van den Raad der Gemeente van Middelburg , te advifeeren, dsar en de inhoud van het voornoemde ade der additioneels Articulen,en de Pub'i»- ca-  I M E Y 1799. 5i eatie van het Uitvoerend Bewind, van den 11 October 179B, betreklyk het in werking brengen van hetzelve, deeze zaak genoegzaam ichynt te ehicideeren. Doch wy zullen vermeiden uwe pretieufe attentie met de zaak ten piindpaatr voor als nog bezig te honden, daar der Req<]«tr?.uten verzo;k, welk thans het object uwer deliberatiën uitmaakt, alleentendeerd, om te obtiueereu Ulieder verklaaring,dat deeze zaak is een object der Odiuans Justitie , cn dat Parthyën daar aan mogen worden gerenvoyëerd, of byaldien de zaak mogt worden verftaan te zyn een object van politique discusfie en decifie, dat als can aan hun, tot het inleveren eener adfliuccive Me^epièügeerd behoorIyke enPeremtoirert tyd moge worden Wat nu het eerfte poinct aangaat: De verklaaring, dat de zaak zoude zyn een obiect der Ordinans Justitie; hierop moeten wy remarqueeren , dac ten deezen eigendlyk geen verfehü beiiaat over de wettig httd der aanfpraak der Requestranten voor, en tot op de aanneming der'Staatsregelingegecompeteerd hebbende 0P hit 6iedelykWeduwenTracteroent van ƒ500Jaars, aan derzelver overleeden Mans , ten tyde van deFzelver beroeping ten behoeven hunner natelaten Weduwen toegezegd; ver! «ms zulks door den Ra d der Gemeente van % J)' f *ord~erkend; n.een, de questie is alleen of die Stedelyke Penfioenen al of niet onderworpen zyn aan de resmetten en bepalingen deswegens gemaakt, by het ode der a dit.oneele Arciculen tot de Staatsregeling /en v?rmits dat Articul duidelyk fpreekc van alle Leeraars. Hooi leeraars en derzeTver Weduwen, op den 1 January i?o? gepenl.oneerd geweest zynde, kon hetzelve n t anders worden geconfereerd, dan ten deezen te zyn de laatS en alleen verbindende Wet, welk. geacht moet worden alle voonge Wetten en Verbintehisfen, wtiKdevfvan applicatie zouden kunnen zyn, te hebben ged rog e™; hews derbalven alleen over de toepasfing van dk ge' daaIWtyt5n*elin8. ^ =o« tóen belbst iaande vt 1 Vme^ooTölgsnd Lichaam deezen aangaande, zich reers eennjermate heeft verklaard, bv de Publicatie van het Uitroerend Bewind, de dato xiOcD 2 to-  5a i M E Y 1 7 9 9' tober 1798, en wel in het byzonder ook, omtrent zo» danige Penfioenen der Leeraars en derzelver Weduwen „ voorheen door de Gemeente-Befiuuren betaald, «/^voorkomende uit de Geestelyke Goederen en Fondfen,zo vermeenen wy dat in deezen geene termen exteeren voor een rechterlyk onderzoek , of om panhyën aan de Ordinaris Justme te renvoyeeren, en dat miis dien in dit gedeelte van der Requestranten verzoek niet kan worden getreden. Dan wat betreft het fubordinaat verzoek, ten Requeste gedaan , dat aan de Requestranten , wanneer deeze zaak tnogt worden verflaan te zyn etn object van politiquediseusfie en decifie, een peremtoiren en behoorlyken tyd mag worden geprefigeerd , tot het inleveren eener adftructive Memorie, vinden wy geen reden, waarom dit aan dezelve niet zoude behooren te woiden vergund, vermits in allen gevalle de vertraaging van Ulieder dispofitie, omtrent de zaak ten principaale , n emand (ten ware de Requestranten zelve) eenïge prejujitie kan toebrengen. En zouden wy derhalven, Uiieden zullende dienen van het van ons gerequireerd advis, van gedagren zyn, dat deeze Vergadering , disponeerde op de Requeste van Geertruida Anm EUfabeth Biuistens, Weduwe Bernhar* dus Hofman, ffohanna EUfabeth Nebben, Weduwe Hef manus Huidekoper, en Anna Petronella Buis, Weduwe Christtphorus Didericus Ballot, het daar by gedaan verzoek, om verklaaring, dat het door de Requestranten van den Raad der Gemeente van de Stad Middelburg ■.ereclameerd Stedelylt Weduwen -Tractement, is een lbject der Ordinaris Justitie, zoude behooren te deeltneeren en te wyzen van de hand; doch dien onverminderd aan de Requestranten te verkenen den tyd van ,:es weeken , na da'o van Ulieder ten deezen te nemen Decreet, ten einde vo >r de expiratie van dien termyn , zodanige adftructive Memorie ter d> ezer Vergadering in te leveren, als zy tot itaaving van haar vermeend recht, ip de continuatie van voorfz. Tractementen, Zullen te c.iaden worden, dezelye onder het oog te brengen. ,On-  i M E V i 7 9 9. 53 Onderwerpende dit ons geadvifeerde aan Ulieder beter oordeel. D. J. Steyn Parvi. P. Verhoyfen. Lublink de Jonge, G. Schimmelpenninck Gz» S. Gerhma. J. H. Krieger. S. van Hoogflraten, D, ipemer. En heeft de Vergadering, zich met voorfz. Rapport conformeerende, gedecreteerd, der voornoemde Requestranten eerfte verzoek mits deezen te declineeren en te wyzen van de hand; wordende dien onverminderd aan dezel ven (betreffende derzelver ander verzoek) mits deezen verleend den tyd van zes weeken, te rekenen van den dag van heden; ten einde voor de expiratie van dien termyn, zodanige adftruétive Memorie ter deezer Vergadering in te leveren, als zy, tot ftaa» ving van haar vermeend recht op de continuatie van voorfz. Traktementen, zullen te raade worden, dezelve onder het oog te moeten brengen. De Burgers Repraïfentancen Steyn Parvé en ver« dere, by Decreet van den 10 January 1.1., Gecom* mitteerden, ten examen van ih .Requeste van J.Jacobs, D 3 Rich-  5* 3 M E Y 1799, Richter van Borns, daar by verzogt hebbende, ÖaC zyn gehouden gedrag, omtrent de befchikking van hes Kerkgebouw en Pascoriehuis aldaar, moge worden geapprobeerd. Hebben ter Vergadering uirgebragt het navolgend Rapport: BURGERS REPRESENTANTEN! Vlet behaagde Uiieden, by befluit van den 10 January Ï.Ljten fine van confideratiën en adv\s, te (tellen in handen van uwe Commisfie tot de Kerkelyke Zaaken, eene Misfive van 'johan Jacobs, Richter van Borr.e, te kennen gevende, dat hy, ingevolge de Publicatie van het Intermediair Uitvoerend Bewind, van den 12 July des voorigen Jaars, de Kerk en Pjstoriehuis daar ter Plaatfe bad doen cauxeeren; en na dat hem de Baaten en Schaedem door de Kerkmeesteren der voormaals Heerfchende Kerk waren opgegeven , welke opgave hy meent te moeten jhten in haare waarde en onwaarde, evenwel daar omtrent een Pkn van Schikking door hem geformeerd en aan de refpecïive Kerkgenoutichappen was aangeboden geworden. Dat de Roomsch Catholvken hetzelve goedgekeurd, c;i de i oopsgezinden gedeclareerd hadden van hun indeel op de Kerk en Pastnriehuis aftezien; doch dat * hoeft de Vergaderinge zich met voorfchreeven Rapport geconformeerd, en het daarby voorgeflagcn concept Befluit geampleéteerr. De Burgers Reprsefentanten Steyn Parvé en verdere, by Decreet, van den 17 January laatstleden, Gecommitteerden, ten examen van eene Misfive van het Plaatfelyk Beduur van Ey/ïnga, relatif het dragen der kosten, omtrent de belchikking over het Kerkgebouw aldaar aangewend, en verder, zo als by die Misfive, en in de gezegde Notulen van den 17 January, breder vermeld ftaat. Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier navolgend Rapport: BURGE?,S REPRESENTANTEN! Uwe Gecommitteerdcns tot de Kerkelyke zaaken, volgens uwen geëeerden last van den 17 January laatstleden, dienende van confideratiën en advis, op de Mis-five van het Plaatfelyk Beltuur van Eyjinga, gefchreeven aldaar den ia deezer, houdende, dat door het Kerkgenootfchap der Mennoniten, dat te ten Horn, onder 0/> denhoven vergaderd, aanfpraak zynde gedaan , op het Kerkgebouwen Pastoiiehuis te O/denhoven voornoemd, gemelde zaak, door eene minnelyke fchikking vereffend, en het ContracT: ten dien opzigte reeds geteekend, en geflooten was, echter eene zwaarigheid door de gevolmachtigden van genoemd Kerkgenootfchap daaromtrent was geopperd, namentlyk of de onkosten daar op gevallen, door den Lande of door de onderfcheidene Kerkgenootfchappen behoorden te worden gedragen, naar evenreedigheid van het getal der Ledemaaten, daar toe behoorénde, verzoekende dien aangaande door het Verre- gen-  éo i M E Y 1199. genwoordigend Lichaam te worden geëlucideerd , heb» ben de eer Uiieden kortelyk te doen obferveeren. Dat daar de befchikking over Plaatfelyke Kerkgebouwen, zo als in het onderhavige geval ten behoeve van derdens, buiten alle genot voor den Lande, word daargefteld, en plaats heeft, dien ten gevolge de ftaat, die niets geniet, ook niet behoort te dragen, maar wel, dat de onderfcheidene|Kerkgenootfchappen, ten behoeve en profyte van werkte zulks werkt, ook daar van den Last, in evenreedigheid van het genot, behooren te dragen, weshalven wy uw aanraaden, te nemen het volgend Befluit. De eerfle Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam gehoord hebbende het Rapport haarer Perfoneele Commisfie, op het verzoek van het Plaatfelyk Befhiur van Eyfinga, met opzicht, tot het dragen der kosten, omtrent de befchikking , en beflisfing over het Kerkgebouw aangewend. Overweegende, dat de Staatsregeling vorderd, dat alle gefchillen over het 6 der addicioneele Ariiculen ten fpoedigften worden beflist. Verklaard, dat 'er ten deezen is «nverwylde noodzaaklykheid.) Overweegende, dat het Land of Staat, ten deezen niets genietende, ook niets behoort te dragen, maar wel dat Baate en Schaede te faamen en gelyk gaan. *nfluit : Dat het Plaatfelyk Beftuur van Eyfinga zal worden aangefchreeven , de aangewende kosten ter geleegendLeid van de befchikking over het Plaaifelyk Kerkgebouw tusfchen de onderfcheide Kerkgenootfchappen aldaar zodanig te verdeelen, als derzelver respeélive aandeelen in het genot van dien, naar evenreedigheid van het Zielen getal van elk zullen aandragen. Znllende hier van by Extract worden kennis gegeven aan het Uitvoerend Bswindt tot informatie. En  iMEYi7®9* En zal dit Befluit, ingevolge het 60 Articul van de Staatsregeling, ter bekrachtiging -worden gezonden aan de tweede Kamer, raet en benevens het in deezen uitgebragt Rapport en de voorfchreeve Misfive, beida/» mginali. Onderwerpende &c. D. J. Steyn p*rvi* p. Verhoyfen. J. Lublink de Jonge. G. Schimmelpenning Gz. D. Werner. H. van Royen. H. van Tomputte, Az. f En heeft de Vergadering, om redenen daar voor door de voorfchreeve Commisfie opgegeven, verklaard, dat 'er is onverwylde noodzaaklykheid. En voorts over de zaak ten principaale zelf gedelibereerd zynde, heeft dezelve, zich met het voorgeflagen concep; Befluit conformeerende, ook al» dus befiooten, De Burgers Reprafentanten Steyn Parvé, en verdere, by Decreet van den ta February laatstleden, G'committeerden, ren examen van eene Misfive van de Municipaliteit van Wadway, daarby te kennen gegeven hebbende, da: de Commisfie van het öervormd Kerkgenootfchap, omtrent de fchikkingder naas-  i M E Y i 7 9 9„ naasting van de Kerk en Pastoriehuis, eenige zwaarigbeid hadden gemaakt, en dat, naar haar inzien, dezelve door het Decreet van den 33 November des algelopen Jaars, in erroneufe begrippen was gebragt, en als nu verzogt hebbeude de beflisfing dien aangaande , als mede de noodige elucidatie op zekere ingemelde Misfive voorkomende Viaagen, Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier navol» gehd Rapport: burgers p.epr.t;.:entanten! Op den 12 February verzogt Oylieden de cqnfideratien en advis van Uwe Geco^mittèferdens tot de Kerkelyke zaaken, op de Misfive der Muuirïpauteit van Wadway. gefchreeven aldaar den 6 deezer, daarby te kennen gevende, dat de Commisfie van het Hervormd Kerkgenootfchap, omtrent de fchikking der naasting van Kerk en Pastoriehuis, ceime zwaarigheid hadde gemaakt, en dat, naar haar inzien, dezelve door het Decreet van den 23 November des afgelopen Jaars, in erroneufe begrippen was gebragt,[en verzoekende als nu de beflisfehin.^ dienaangaande, almede de noodige elucidatie, op de iu« gemelde Misfive voorkomende Vraagen. Het verzoek, Burgers ïleprjefentanten! om elucidatie is vervat in de volgende drie onderfcheidene en van eikanderen afgezonderde vraagen: 1. ) Moeren, behalven de Kerkgebouwen en Pastoriebuizen, de Landeryën, vetirabéle Baaten zynde, en daar by gehoorende, getauxeerd worden? 2. ) Moeten liefdegaven &c, over 70 Jaaren gclceden, door de Ufuarie van die gehouwen, tot reparatiën en melioratiën aangewend, gerefundeerd worden, fchoou de gebouwen getauxeerd zyn volgens den ftaat, waarin «bedaar door gebragt zyn? 3 ) Moeten de, ten tydé der Godsdienst gecollecteerde Penningen , zo. verre die nagerekend kunneü-worden,- Uk tot  ï M E Y t ? 9 9. 63 •%öt cte zelfde einïerrs , als alle andere Baaten, gebezigd, gerefundeerd worden ? Uwe Gecommitteerden, by het inzien deezer vraag* pointen, onwaarden wel dra, dat dezelve alleszins duidelyk zyn vervat en opgelost, by het Decreet van het Vertegenwoordigend Lichaam, in dato 14February 1799, in zo verre, dat daar by niet alleen is vastgefteld, dat Landeryën, welke als Baaten van Kerkgebouwen en Pas» toriehuizen moeten worden geconfi iereerd , aan tauxatie moeten onderhevig zyu ; maar ook daar te boven de maniere eri wyze , waar op zodanige tauxatie behoord te gefchieden , uitdrukkelyk is voorgefchreeven ; — zo als ook, omtrent de reparatiën en amelioratiën van die gebouwen, daar by bepaald is, dat dezelven, als zyude by het tauxeeren reeds berekend, flechts pro memoria zullen worden gefteld, en geenzins de waarde van de Gebouwen in quesiie zullen kunnen of imgen verminderenden waare het fluk van onderhoud hier ofdaar afzonderlyk oiog'e zyn behandeld; daar nu het Gemeente-Beftuur opgeeft:, dat het Kerkgebouw en Pastoriehuizing zyn getauxeerd, in den ftaat waar in ze thans zyn, dat isv nadat de reparatiën of amelioratiën daar aan hefteed zyn, en dus deeze by hst tauxeeren in aanmerking zyn geno« men, zouden wy , dienende van ad vis, van oordeel zyn, dat gylieden, disponeerende op de Misfive van de MunU cipaliteit van Wadway, zoudet behooren te befluitem Dat gezegde Municipaliteit, aangaande de door haar voorgeftelde vraagpoincten . omtrent da tauxatie van Landeryën, zynde veritabele Baaten van het Kerkgebouw of Pastoriehuis der voormaals Heerfchende Kerk aldaar; mitsgaders omtrent de reparatiën en amelioratiën ▼3n dien, zal worden gerenvoyeerd, zo als gefch'ed by deezen, aan het Decreet van bet Vertegenwoordigend Lich?am des Bataaffchen Volks, in dato 14 Fcbru iry 1799, op de Misfive der Municipaliteit van Hoogwoud, Ahbekerk en Opmeer, gevallen. En zal hier van by Extract worden kennis gegeven aan het Uitvoerend Bewind, om daar aan, met toezending van gezegde Decreet, de noodige executie te ge*en. Ou-  H « M E Y 1799. Onderwerpende dit hun Rapport aan Ulieder beter oordeel* D. J. Steyn Parvê. P. Verhoyfen, J. Lublink de Song* //. van Tomputte Az. S. Gerlsma. G. Schimmelpenninck Gt, jt. A. Krieger. D. Werner. Ën is» conform hetzelve Rapport, goedgevonden «n verfiaan, dei voornoemde Municipaliteit, aangaande de, door haar voorgeftelde vraagpoinéten, omtrent dè tauxatie van Landeryën, mitsgaders omtrent de reparaden en amelioratiën van dien, mits deezen teren▼oyeeren aan het Decreet van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, in dato 14 February deezes Jaars, op de Misfive der Municipaliteit van Hoogwoud, Abbekerk en Opmeer gevallen. En zal Extract deezes gezonden worden aan het Uitvoerend Bewind, om daar aan de noodige executie te geven. De Burgers Reprajfentanten Steyn Parvê, en vef« dere,by Decreet van den27 Maart 1.1., Gecommit» teer-  * M E V i 7 9 5, #| teerden, ten examen eener Misfive van het Üitvoé. ïend Bewind, daarby, ter dispofitie van het Vertegenwoordigend Lichaam, gezonden hebbende eene b¥ hetzelve Bewind ingekomen Misfive van het Gemeente-Befiuur van Koten, houdende een verilag van hec geen door hetzelve was verricht, ten aanzien van hec maken van fchikkingen, aangaande het Kerkgebouw en Pastoryhuis der Gereformeerde Gemeente aldaar* en verder zo als, by die Misfive en in de Notulen vari den gezegden 27 Maart, breeder fiaat vermeld. Hebben ter Vergadering uitgebragt hec hier navol* gend Rapport: BURGÈRS REPRESENTANTEN ! Op den 27 Maart deezes Jaars 1799, wierdëri üweÖe^ committeerden tot de Kerkelyke Zaaken , de Burgers Rës praefentanteri Steyn Parvé, en andere verzogt, om Uiieden te dienen van confideratiën eh advis, op eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiekgefchreeven alhier den 19 daar te vooreu, daarby, ter dispofitie van het Vertegenwoordigend Lichaam , zendende Lopie eener by hetzelve Bewind ingekomen Misfive vari het Gemeente-Beduur van Koten, in het voormalig Gewest Utrechti houdende een verilag van het geen doör haar was verricht, ten aanzien van hermaken van fchikkingen , tuslchen die van de Gereformeerde Gemeente e» het Roomsen Catholyk K rkgenootfehap aldaar, relatif het Kerkgebouw en P^ofy, tot héden bv d. Geref f. meerden op gemelde Plaats, in gebruik gëWeest, met kennisgeving tevens, dat Ket Plan van fchikkins zyn befladf hiet hadde kunnen bekomen, en zulks om redenen, alt b-eeder by gemelde Misfive word opgegeven. De _ ftaat der zaak, Burgers Repra-fcntanten i komt' hier cigenlyk op neder: £ ftëi  66 i M E Y i 7 9 9' Het Gemeente-Be (tuur heeft, na alvoorens het aantal Zielen tier twee aldaar gevonden wordende Kerkgenootfcnappen te hebben opgenomen, en waaruit constecrde, dat die der Hervormden uit een en zeventig, en die der Roomsch Catholyke Gemeente uit drie honderd en agten negentig Zielen beftonden ; het Plaatfelyk Kerkgebouw der voormaals Heerfchende Kerk, mitsgaders het Pasto•riehuis, door twee onpanydige en deskundige Burgers gedaan tauxeeren; met dien gevolge, dat het montant van de tauxatie dier beide Gebouwen bedraagt de fomma van één duizend, zeven honderd guldens. Het Gemeente-Beltuur heeft vervolgens Gecommitteerden , uit de gemelde Kerkgenootfchappen , voor zich geroepen , met voorafgegaane communicatie van voorfz. tauxatie der Gebouwen in questie , ten einde, na examinatie en approbatie van dien , de keuze omtrent de naasting van het meergemelde Kerkgebouw en Pastoriehuizing, in alle billykheid te willen doen. Die van de Roomsch Catholyke Gemeente,aan welke, als verre de meerderheid van zielen nitmaakende, het recht van naasting indisputabel competeerd , hebben , dien onaangezien , vaivdat recht wel willen afftaan, met dien verftande en ender deeze mits, dat door die van de Hervormde Gemeente , naar evenredigheid vanhun meerdertal, en naar gelang van de prys, waar op dezelven waren getauxeerd , aan hua zekere fommegelds wierd uitgekeerd, ofte wel anders hetzelve Kerkgebouw en Pastoriehuis, voor een zeker getal van Jaaren , in maatigen prys , door hunlieden in huur wierd afgedaan ; doch waar toe die van de Hervormden declareerden, onmachtig te zyn, uit hoofde van hec aantal van minvermogende Huisgezinnen, tot hun Kerkgenootfchap gehoorende, en daar en tegen het zeer gering getal van hun , welke nog iets daar toe zouden kunnen contribuëeren; wordende door dezelve enkel aangeboden h:t onderhoud en reparatie van gemelde Kerkgebouw en Pastoriehuis, welke anders 'sjaarlyks op de Zetting van de Dorpslasten wierden gebragt, geheel voor hunne rekening te nemen; en welke comparitiën, een en andermaal hervat zynde,telkens vrugteloos zynafi«brok«n;ües tot heden nog geene naastinggefchiecfi«.  i M E Y i 7 p 9. t? Het Gemeente-Beftuur heeft, uit hoofde en om rede nen voormeld, deeze zaak gelaten in ftatu, en o-eoor* deeld hier van communicatie te moeten geven, ten*ci iele" door het Vertegenwoordigend Lichaam te wo denbellist Wy zullen, Burgers Reprafentanten ! vo >r onze con* fideratiën, ten deezen flechts aanmerken, dat het Gemeente • Beftuur alleszins is werkzaam geweest, op Zodanigen voet,als om een minnelyk vergel>k en fchikkine tusfchen de respective Kerkgenootfchappen, daar te ftell len, mogelyk zoude kunnen geooideeld worden. Wy voegen hier by , dat de Roomschgezinden , onaangezien derzelver kennelyk recht tot de Naasting, blyken van genereun'teit hebben aan den dag gelegd, en eindelyk, Hat het gedaane aanbod door de Hervormden, om naamlyk de eventuëele reparatiën en onderhoud dier Gebouwenöp zich en voor derzelver rekening te nemen , als her ware geen aanbod kan genaamd worden , nademaal zelfs in die gevallen , waarin de Kerkgebouwen , regens uitkeerineen aan de Naastende Kerkgeno-.tichappen overgaan, in conformiteit van den 6 der Additioneele Articulen tot de Staatsregeling, de genaaste Kerken en Pastoriën blvven ten allen tyden onder het fpeciaal onderhoud dier Kerkgemeenten, aan welken dezelven, volgens contract zyn toegeweezen, ■— Wy bezeilen nogthans, Burgers Re" prrcfentanten 1 da' in het onderhavige geval de onmoyelykheid, tot het treffen van een Vergelyk, niet geheel"en al moet gevreest worden, en zouden, op grond van «tien, Uiieden advifeeren., om, disponeerende op de Mishve van het Gemeente-Beftuur van Koten, hetzelve te doen aanfehryven, om andercnyal de respective Kerkgenootfchappen, of Gecommitteerden uit dezelven, voor zich te ontbieden, ten einde, is het mogelyk, al nog zodanig Vergelyk, tusfchen de beide Kerk-Gemeenten, omtrent het Kerkgebouw en Pastoriehuis der voormaals Heerfchende Kerk, tot ftand te brengen, als hetzelve, naar gelang der omftandigheden, meest voeglyk en gefchikt zal vinden en oordeelen te behooren. Wordende voorts, by ontfteinenis en mislukken van dien, gezegde Gemeente-Beftuur gerenvoyeerd, zo aan Articul 6 der Additioneele — respective Publicatiën, betrekkelyk de E * Naas-  *8 i M E Y 17 9 9' Naasting van dusdanige Gebouwen geëmaneerd; al» öofc aan de fuccesfive Decreeten van het Vertegenwoordigend Lichaam welke, opzichtens dat onderwerp , genomen en ter kennis van de Plaatfelyfce Beftuuren zyn gebragt. En zal hier van, by ExttacT: deezes 5 worden kennis gegeven aan het Uitvoerend Bewind, om daar aan de noodige executie te geven. Onderwerpende Ulieder Commisfie zich echter aan Ulieder meer verlicht oordeel. D. y. Steyn Parvi. P. merhoyfen. M. van Royen. S. Gerhma* G. Sckimmelpennintk Gz. S. van Hoogfh-aten, y. A. Krieger. En is, conform hetzelve Rapport, goedgevonden en verftaan, het Uitvoerend Bewind mits deezen te gelasten, het Gemeente-Beftuur van Koten te doen aanfchryven, om andermaal de respective Kerkgenootfchappen, of Gecommitteerden uit dezelven, voor zich te ontbieden, ten einde, is het mogelyk, als nog zodanig Vergelyk tusfchen de beide Kerkgemeenten, omtrent het Kerkgebouw en Pastoriehuis der voormaals Heerfchende Kerk, tot ftand te brengen, als betzelve, naar gelang der omftandigheden , meest voeglyk en gefchikt zal oordeelen te behooren ; wordende  i M E Y 1799» 69 dende voorts, by ontftentenis en mislukken van dien, gezegd Gemeente «Beftuur gerenvoyeerd, zo aan hec 6 der Additioneele Articulen van de Staatsregeling, als aan de respective Publicatié'n, betrekkelyk de Naasting van dusdanige Gebouwen geëmaneerd; als ook aan de fuccesfive Decreeten van het Vertegen, woordigend Lichaam, welke, opzigtelyk dat onderwerp genomen en ter kennisfe van de Plaatfelyke Beftuuren zyn gebragt. En zal Extraót deezes worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind., om daar aan de noodige executie te geven. De Burgers Reprasfentanten Steyn Parvé, en verdere by Decreet, van den 12 February I.I., Gecommitteerden, ten examen eener Misfive van hec Intermediair Administratif Beftuur van het voormalig Gewest Zeeland, gefchreeven te Middelburg, den 15 daar te vooren, daar by ter kennisfe deezer Vergadering gebragt hebbende, dat hetzelve Beftuur zichgeaddiëerd vond door den Rentmeester der zogenaamde Geestelyke Goederen te Tholen, J. C. van Stapele, pm authorifatie tot verkoop der Boomen, ftaande op het Kerkhof te Oud Vosmaer^ welke, ten einde groey zyn; mitsgaders, om informatie, hoedanig te handelen , omtrent de beplanting der Kerkhoven van Schaker loo en Poortvliet; Hebben ter Vergadering uitgebracht hec hiernavolgend Rapporc. E 3 BUI.-  70 iMEYi79 9« BURGERS REPRESENTANTEN! Op den 21 February LI., behaagde het Uiteten* ten fine van confideratiën en advis, in handen uwer Medeled, n de Burgers R;-pi sextanten S'eyn Parvé, en verdere Gecommitteerden tot da Kerkelyke Zjaken , te Rellen eene Misfive van het Intermediair Adminiitraiif Beituur van het voormalig Gewest Zeeland, gefchreeven te Middelburg den 15 daar te vootvn , daarby ter kennisfe deezer Ve gadering brengende , dat hetzelve Beduur zich geaddiëerd vindende door den Rentmeester der zogenaamde Geestelyke. Goederen te Tholen, J. C. van Siapele, om authorifatic tot verkoop der Boomen , ftaande op het Kerkhof te Oud fosmaer, welke ten einde groei zyn, mitsgaders om informatie, hoeianig te handelen, omtrint ce beplanting der Kerdhovente Schakerloo en Poortvliet, het voornoemde Beftuur geen zwaangheid had gemaakt om det zelven tot den verkoop der Bodmin, ftaande op het Kerkhof te Oud Famaer, te authortfeeren, vermits dezelve Boomen, en ook die, welke op de Kerkhoven van Schakerloo en Poortvliet ftaan, (doch welke 1104 niet roeibaar zyn) uit het fonds der Geestelyke Goederen van 'sLands wegen zyn aangeplant, dan dat het zelve Beftuur, na het bekend worden wan U[ieder Decreet van den 12 January j.1., waarby onder anderen verklaard word, dat de .Kerkhoven als annexe van de „ Kerkgebouwen behooren te worden geconfidereerd, „ en alzo mede in de tauxatie en het vergelyk behooren te worden hegreepen," is geaddiëerd geworden door den Gerechte van Oud Vosmaer, het welk op grond van dat Decreet, en vermits over de Kerk aldaar tusfchen de Gen formeerde en Roomfche Ingezetenen een accoort,ter behoorlyker tyd was getroffen, fustineerd, dat de Boomen op gemelden Kerkhof ook ten faveure van de Kerk "behooren te blyven, en dien volgende verzogt, dat gemdde Rentm. ester mogt worden aang'fchretven, om de gemd'e Boomen niet te verkopen, dat het votirnoemd Beftuur ofichoon van gevoelen zynde, dat het hoogstbe« deuiielyk is, om uit gemelde Decreet van den 12 January»  i M E Y i 7 9 9* 7* rv den eigendom tot de Boomen in questie te deri-veeren' te meer daar by hetzelve allen particuliere Eipndom' en het recht van rit, drift en gang word geexci£a echter best geoordeeld had deeze zaak in haar «heel te laten, enden gemelden Rentmeester had armfefchreeven, om met den verkoop der Boomen op het Kerkhof te Oud Fosmaer , provifioneel te fupercedeeren , teffens befluitende deeze zaak ter kennis deezer VergadeJinYte brenien , teneinde door dezelve worde befl.sc, ^ded^ievan bieder decreet, .andenl^anup Ingleden Je Boomen op de Kerkhoven benepen zyn dan Wof dezelve als partieulhren Eigendom aan deplanters moeten voleen, te meer daar Ulieder te nemen befluit in deezen ook tevens zal beflisfchen, wie tot de Boomen op het Kerkhof te Poortvliet gerechtigd is, zodra dezelve Wj^^S%S^rdta HU» zullende voldoen , zal hef genoegzaam zyn, Burgers Rep, Mutanten ! Uiieden teerinnereu, dat gedeelte van het Befluit, van den iz Tanuarv 1.1., over welks recht verlbnd het Admimftratif Beftuur van het voormalig Gewest Zeeland, befhsimg verlangd, hetzelve luid woordelyk als vo'gt: Dat de Kerkhoven als annexe van de Kerkgebouwen behooren te worden geconfidereerd , en al/.o me' de in de tauxatie en het vergelvk behooren te worden beneepen, ten ware dezelve Kerkhoven geheel en ai " afaefcheiden van de Kerken, daar toe geene betrek„ king hebben, onverk ,rt echter een ieders recht van ' eigendom (n. b.) op byzondere Begraafplaatfen, en van zodanig gebruik van den grond , of wel nd " drift en gang, a's aan dezelve tot behoorlyk gerief, tot ,, hier toe compete rd. De Kerkhoven, we'ke niet geheel en al afgefcheiden zyn van de Kerken, zyn dus verklaard als annexe van de Kerkgebouwen te moeten worden geconfidereerd, zonder dat, gelyk in de voorfz. Misfive van het Adminiltratif Befiuur van het voormalig Gewest Zeeland, erroneu* felyk word geallegueerd , alle particulieren Eigendom  ft ï m e y 17 9 p. word geëxcipiëerd, daar die exceptie van eigendom zich a.k.e.ilyk bepaald tot byzondere Begraafplaatfen, en be. halven dit gsëxcipieeri recht van eigendom, alleen nc* pnverkort word gelaten zodanig gebruik van den rond 01 wel rit, drift en gang, als aan dezelve (feigenaarj van Begraafplaten; tot behooilyk gerief tot hier toe £ompetee,d , en zonder welk gebruik dat geëxcipiëerd re^t van eigendom, voor de Bezit.eis alle waarde zoude komen te verliezen. ' Ve"nitsnu noch de eigendom 'der Boomen 00 de Kerk* boven ftaancle, her zy dan, dat dezelve uit Gee-te] , ke of «nolere Gewestelyke of Plaatfelvke Fondfen. zyn geplant noch ook zodanig gebruik van den grond als de Planters! ter beneficeering van derzelver plantloon tot hiertoe competeerae, onder de voorfz: exceptie van eigendom of 101 informatie Onderwerpende &c. itf. C'. van Hall. F. van Ley ien, ff. Costert/s. J. van Rees. P. L. van de Kas teek. jf. jf. Schluiter. B. Storm. En is, conform hetzelve Rapport, goedgevonden en verftaan, hec verzoek by voorfchreeve Misfive gedaan, mits deezen te declinecren en te wyzen van de hand. ' - En zal Extract deezes worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, om daar van aan de gemelde Raaden ,n den tfftoei van hec voormalig Gewest Drenthe kennis te geven. De Commisfie, tor het naazien der Geloofsbrieven voor de verkoozenen tot de Departementaal Beltuuren, heelt, met betrekking tot den Burger S. % f. Mallot , gekoozen tot Lid in het Departementaal Beftuur van^« Rky„, ais medenopens de op den 16 April jongsleden, in derzelver handen gefielde Requestevantf. Goo/en cut* fyis* allen Kiezers, zich be-  i M E Y i 7 9 9. 79 beklaagd hebbende over de onwettige handeling by de verkiezing van voornoemden Burger voorgevallen , gedaan hec hier navolgend Rapport. BURGERS REPRESENTANTEN! Gylieden hebt goedgevonden , by Befluit van den i •April laatstleden, in handen der Commislie tot de Ge» loofsbrieven te ftellen de Geloofsbrief voor deu Burger S. jf. J. Ballot, verkoozen als Lid van het Departementaal Beftuur van den Rhyn, door de zpsde Ring van dat Departement, gehouden binnen Loeiburg, benevens het verbaaldierKiesvergadering, als me ie by Befluit van den 16 April, een Request van H. Goojen cum Juis, allen Kiezers, kiaagende over de onwettige handeling by die verkiezing voorgevallen, gemuniëerd met eenige Byiagen , alles om Uiieden te dienen van confideratiën en advis. De Commisfie heeft thans de eer zich van dien plicht te acquiteeren, door Uiieden het volgend Rapport aan te bieden. Op den 20 December 1798 , zyn op de Kiesvergadering te Doesburg veifcheenen 71 Kiezers; wegens zo veele Grond Vergaderingen, op den 18 daar te vooren benoemd , om een Lid voor het Departementaal Beftuur van den Rhyn, te Kiezen: die Kiezers zyn alle Wettig gekeurd, zo dat die Vergadering zich volgens de Staatsregeling, heeft geconftituëerd; haare werkzaamheden geregeld begonnen en voortgezet, tot dat de tweedemaal de Stemming over de drie door de meeste Grondvergaderingen geftemde, en dus op het drietal gebragte, had plaats gehad, en daarby was gebleeken , dat de Burger Ballot had 34— de Both 10 — en G. W. Lamsweerde 27 Stemmen : als toen was een aantal Kiezers van oordeel, dat 'er nog eene Stemming om de volftrekte meerderheid te bekomen , moest plaats hebben ; aen ander deel der Kiezers begreep , dat deeze relative Meerderheid voldoende was, om den Burger Ballot te pro-  i M E Y i ? 9 9. proclameeren, als het verkoozen Lid, dit verfchil bragt protesten en contraprotesten te weeg, en eindigde in een Befluit, onl hei Proces verbaal over te zenden aan het Uitveerend Bewind, ten fine van decifie, deWyl dé toenmaalige voorzitter verftond, ,dat dit poim5t niet by appel nominal konde worden beflist, Het verkeerde van dit Befluit hedt uwe Vergadering bewoogen die Kiesvergadering andermaal te doen byeen komen, om volgens de Staatsregeling;, eene keuze te doen, en hier van is het gevolg geweest, dat die Kiesvergadering tegen den 11 February laatstleden, wederom is zaamgeroepeu, dan toen zyn 'er door de overftioomingen maar 34 van de 71 Kiezers verfcheenen, en deeze hebben gemeent, om het 'gering getal der gecompareer'den, onverrichter zaake te moeten fcheiden , eude noodige kennisgeving hier van ter behoorlyker plaafe op te dragen aan het Gemeente Beftuur van Doesbur^è Voor de derde reize is die Kiesvergajerin^ zaamgeroepen, tegen den 17 Maart laatstleden , en zyn als toen verfcheenen (q Kiezers, en ingezonden twi e Geloofsbrieven. De Commisfie uit de Municipaliteit beeft de Geloofsbrieven der Kiezers ingeëiféht, en aaö elf, die dezelve niet by zich hadden, de Vergadering ontzegd* Door de Vergadering zelve zyn twee Kiezers, welke geene Geloofsbrieven, maar aanfchryvingen hunner Gemeente Befiuuren, om te Doesburg ter Kiesver^.derin;» te komen, hy z/ch hadden $ uit de Vergadering geweerd, waar op men zullende overgaan tot het verkiezen van Stem-opnemers een aantal Kj zers zich verzette, foutineerende, dat de oveige^evene Geloofsbrieven eerst in de Vergadering moesten wordëri geëxamineerd en de, door de Commisfie van het Gemeente Beftuur, afgekeurde Kiezers gehoord , hier by lieten zy het niet blyven, maar eifchten hunne Geloofsbrieven teTug, welke de Provifioneele Voorzitter ook gaf, nemende zyn eigene ook terug, hier door Otirftond confufie, zo dat de Provifioneele Voorzitter zynen Post neer* lag, dan het wierd door een ander, opgenomen , en men bevond, dat de Geloofsbrieven uit 42 Grondvergaderingen nog daar waren j men zogt voort te gaai» met  i M È Y t 7 9 9. 8t »et de Stemming» dan de zich öpponeerende Kiezer* Wilden de Vergadering niet ruimen, voor ze'er uitgezet wierden, de door de Commisfie geweerde Kiezers kwamen terug, de een liep uit, de andere in, zo dat de verwarring toenemende , eindelyk twee Leden der Vergadering zich by de Commisfie vervoegden met Verzoek de Vergadering Ha een ander Locaal, zynde een Herberg, te verleggen, 't geen gefchiede naar een der vertrekken van het Huis der Gemeente , werwaards dan ook de Kiezers, die hühne Geloofsbrieven niet tê rug genomen hadden , zich begaven, uitgezonderd eenige,die hunne Geloofsbrieven wel lieren bly ven maar zelve heen gingen, aldaar is men voortgegaan tot Stemming; der Stemopnemers 4 het doen der verklaaring en föi> meeren eener Lyst van de prefcnte Kiezers, wanneer bevonden is, dat 'er 31 Waren over gebleeven; dm 'er Waren nog 42 Geloofsbrieven voor handen , waaruit geblykt, dat de Burger Ballot had 2$ Stemmen, Willink 7 Lamweerde 5» Denks 2, Ketje, fitringa, en B*o»ê leder een Stem, waar uit de Vergadering beeft beflooten, dat de Burger Ballot met eene volft'rekte meeiderheid der Grondvergaderingen was benoemd, en dus de Iceufe gedaan. Ziet daar, Burgers Vertegenwoordigers! den toedra^t der zaak, nu zal de Commisfie de Vrvheid nemen eemge weinige reffeeliën op dezelve te maaken, en daarop haar advis gronden. t DeKiesvergaderingjden 20 December 1791 gehouden is zaamgelteld geweest uit ft Kieze.-s, welke door die* Vergadering niet alleen , maar ook door Uiieden als Wettig zyn erkend geworden, dewyl uw Befluit vati den ai january, ten aanzien dier Kiesvergadering alleen fpreekt van de onwettigheid, uit hoofde, dat 'er niet ge* handelt is volgens de Staatsregeling, bedoelende daar mede, dat die Vergadering zelve de Keufe had bedoren ten einde te brengen, en moeten weten, wat de Staatsregeling vorderde, en zulks niet aan de beflisfing var! het Uitvoerend Bewind over laten , en uit dien hoofde is liet Uitgerend Bewind ook gelast, die Kiesvergadering weder te doen byeen komen, om eene Keufe'daat F te  8a 1 M E Y 1799. te (lellen , conform de Staatsregeling Hier uit nu vloeit voort, dat die Kiezers niet andermaal behoefden genuiriiëerd te zyn met hunne Geloofsbrieven , veel min dat caaromtrent e-nig examen konde plaats hebben; het was genoeg, dat het de zelfde ferfoonen waren; zy waren eens wettig gekeurd, en deeze wettigheid k»n niet verminderd worden door hunne verkeerde handeling in die qualiteit. Dj Geloofsbrieven waren ook niet noodig, om de ftemming van de Leden van het Departementaal Beduur, door de Grondvergaderingen, daar uit op te maaken, dewyl het Verbaal van den 20 December, duidelyk aantoonde, wie de Geltemden waren; dierhalven is de yieifching dier Geloofsbrieven op nkmw, door de Comrnisiie uit het Gemeente - Beftuur, overtollig, en kau het gtbrtk daar aan, gelyk eenige Kiezers dezelve by de 'ovtrft ooming veilo^ren halden, geene reden opleveren tot weering uit de Kiesvergadering. Eene andere onregelmatigheid is in het gedrag der Kiezers, die hunne Geloofsbrieven terug eischten; dit was hun eigendom niet meer, maar dat van de Vergadering, zo lang dezelve beftoud; — ook was het oordeel dier Vergadering nopens de twee Kiezers, die wel eene Aanfchryving, maar geen Geloofsbrief by zich hadden op den voorgelegden grond, abufif. Het was ee:,e ougeregeldheid, dat zo veele Kiezers hun plicht, door de Grondvergndvring hun opgelegd, vergaten, en zich uit de Vergadering abfenteerden. Verregaand dwaalend, eindelyk, was het begrip der overgebleevene Kiezers, dat de Burger Ballot do >r eene volftrckte meerderheid der Grondvergaderingen zou 'e benoemd zyn; immers,in deeze Vergadering, befchouwd, sis gegrond op de overgelegde Geloofsbrieven, zo no« pens de Kiezers als gekozene Leden van die van den 20 December 1798, konden niet in aanmerking komen ,hoe veel Geloofsbrieven thans voor handen waren, maaralleen welk getal van Grondvergaderingen dier Ring den Burger Ballot ge ïemd hadt; en dit confteerde uit het Verbaal, den 20 December gehouden , blykende daar Uit, dat 'er 27 waren geweest, en dus geene voiftrekte meer* «teiheid; weshalven het zeker is , dat 'er eene ftemming van  t MEY 17 9 9* «3 V9n Kieters had behooren plaats te hebben; het welk niet gefchied zynde, deeze keuze niet als wettig kan worden erkend. De Commisfie meer,t, dat men deeze zaak uit het opgegeven oogpunt moet befcbouwen ; oordeeld eener ieirntid, dat deeze Riesvergadenng in geen verband !taac met 'ie van d n 20 December, maar geheel op haar telven; ook dan zal hef befluit niet gunstiger kunnen zyn. Trouwens, het terug geven der reeds geëxhibeerde Geloofsbrie- en is regelregt ftrydit? met de intmtie der Staatsregtlin?, welke gebiedt, dat, irdiè'n de Kiezer, noch deszelfs Plaatsvervanger aanwezig kunn n zyn, deGeloofsbrief t chter aan de Kiesvergadering moet bezorgd worden, op du de Wil des Volks geblykc en gelden zal. Nu condetrd hier, dat rer 58 Geloofsbrieven zyn geweest. Alle die Grondvergaderingen hadden een wettig recht, om in computatie te komen; de teruegave en verduiste* ring dier Credentiaalen konde haar niet berooven van haar wettisj recht; en zestien Grondvergaderingen , wier wil confteerde, behoorden niet te dulden, dat zy niet in aan« merking kwa nen; weshalven het belliit dier Vergadering volftrekt or.wettig is. Het gering getal der overgeblevene Kiezers, zelfs tot beneden de helft gedaal l, maakt ook deeze keuze onwettig; fch.ion men om twee, v;er, zes,ji tien Kiezers afweezig •zynde, ge ne Kiesvergadering behoort op te hon en, zo moet dit toCh i i-t fn 't exces lopen , gelyk hier gebeurd is, dia* 'er maar 31 van de 71 zyn overgebleeven. Hoe men dus ook d^ze za k befchuiwd, de keuze is, naar het oordeel der Commisfie, onwettig; en bet is uir. dien hoofde, dat zy Uliedew advifeerd, om de keuze te Doesburg, den 27 Maart 179.9 , uitgeb^agt, om den Burger S. J. J. Ballot tot Lid van het Departementaal Beftuur van den Rhyn te vernietigen, en het Uitvoerend Bewind te geiasten, om te zorgen, dat de Kiezers, op den 20 December 1798 te Doesburg gefungeerd hebbende, te* fpoedigften worden zamengeroepen , om weder eene Kas ■ vergadering uit te maaken , e:: uit het op den aö December voornoemd geformeerd drietal, beftaande uit de iiar«ers  84 i M E Y i 7 9 9. Ballot, de Both en van Lammeerden, één te kiezen tot Lid van het Departementaal Beduur yan den Rfiy» , ea wel by eene volftrekte of rehtive meerderheid, zo als de tegenwoordig zynde Ivezers vooraf by wettige meerderheid zullen hebben beflist; wordende hier mede het voornoemde Request, van J. Goofe cam fuis, voor vervallen gehouden. Onderwerpende niettemin dit haar Rapport aan Ulieder beter oordeel. U. J. Huber. C. van Lennip* C. Schefer. A. Hartevelt* H. van Royen. A. J. Verbeek. En is, conform hetzelve Rapport, goedgevondenen verrtaan, de keuze,op den voornoemden Burger Ballot, tot Lid van het Departementaal Beftuur van den PJiyn, uirgebragt, te vernietigen en het Uitvoerend Bewind mits deezen te gelasten, om te zorgen, dat de Kiezers, op den 20 December des afgelopen Jaars, te Doesburg gefungeerd hebbende, ten fpoedigften worden zamen'geroepen, ten einde weder een Kiesvergadering uittemaaken, en uit het, op den ao Dec.  ï M E Y 1799. 85 I.l. geformeerd drietal, beftaande uit de Burgers Bal. lot, de Both en van Lamsweerden, één te kiezen tot Lid van het Departementaal Beftuur van denRhyn, en wel by eene volftrekte of relative meerderheid, zo als de tegenwoordig zynde Kiezers vooraf by wettige meerderheid zullen hebben beflisc; en hiermede het Request van H. Goofen c.f. te houden voor vervallen. Zullende hier van, by Extract deezes, zo aan dezelve Commisfie, als aan hec voornoemd Uitvoerend Bewind, worden kennis gegeven, zonder refumtie.) De Commisfie tot het naarzien der Geloofsbrieven, voor de verkoozen Leden tot de Deparcemeniaale Beftuuren, heeft, betrekkelyk de Burgers G, van Hasfelt en B. Kool, de eerfte gekoozen in den tweeden en de laatfte in den zesden Ring van het Departement de Delf— gedaan hec hier navolgend Rappoic: BURGERS REPRESENTANTEN! De Commisfie tot het naarzien der Geloofsbrieven van de verkoozen Leden tot de Departementaale Be tuuren, heeft die van de Burgers G. van Hasfelt en B. Kool, de eerfte gekoozen in de tweede en de laatfte in de z'sde Ring van het Departement de Delf, geëxamineerd, en noch in de keuzen,noch in de Gekoozenen eenig gebrek bevonden, dat hun onbevoegd maakt, volgens de Staatsregeling, om feslie te nemen; terwyl 'er voorts g^ene beawaaren tegen de gezegde Perfoonen, of de verkiezingen op hun uitgebragt, zyn ingekomen. Weshalven de Commisfie voorensemelde Geloofsbrieven bekrachtigd en aan de Gekoozenen hebbende toe gezonden , Uiieden daar van by deezen kennis geeft; Uiieden voorftellende, om Extraft van Ulieder hier op te nemen befluit te zenden aan het Uitvoerend Bewind, tot informatie, en ten einde ueswegens de noodige aanfchryvinge te doen. F 3 On-  85 i M E Y: i 7 cj p. Onder werpende des niettemin hunlieder Rapport aani het be:er verlicht oordeel der Vergadering, C. Sckefer. H. Hartevelt. H. van Royen.. A. J. Verbeek. U. j. tiuber. En h hetzelve Rapport aangenomen voor notificatie, en voorts goedgevonden en verfhan Extract deezes te zenden aan het Uitvoerend Bewind, tot informatie , en ten einde deswegens de noodige aanlchryvin^ te doen. En gelyk Extraét aan de bovengemelde Commisfie, insgelyks, tot informacie. De Commisfie tot de Kerkelyke Zaaken, heeft ter Vergadering gedaan den navolgenden Voord;agr, BURGERS REPRESENTANTEN! De Commbfie tot de Kerkelyke Zaaken heeft op den '2.6 November 1.1. cntfangen, ten fine van cot fideratiën eii advis, etne M^five van de Municipaliteit van 0bdam9 van den 20 daar te vooren , als rat de een daarby geannexeerd Plan van Vergelyk, tusfchen het Roouilche en Gereformeerde Kerkgenootfchap , nopens rie Kerk en Pastoriehuüinge van de voormaJs rleerfchende Kerk aldaar. De ComasisSe zoude gereed zyn ,om op deeze llusken te  i M E Y i 7 9 9. $7 te rapporteeren , doch heeft bevonden , dat als nog daar aan mankeeren de tegenbedenkiugen van het Gerefoi meerde Kerkgenootfchap, welke dat Genootfchap wel fchynt te hebben, maar om dat hetzelve recht van eigendom heeft gefustineerd, voor als nog niet heeft ingeleverd. Om nu aan dit Kerkgenootfchap alle voorwendfelen tot klagten te benemen, zoude uwe Commisiie van gedagten zyn, dat het Uitvoerend Bewind zouie kunnen worden gelast, om aan gemelde Gereformeerde Kerkgenootfchap "van Obdem aan te fchryven, om als nog bin-. nen veertien dagen deszelfs tegenbedenkirgen tegen het Plan van Schikkingen, door de Municipaliteit geformeerd, ter eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam in te zenden, by poene, dat by gebreken van dien, op de ingezondene Hukken beflisfing zal worden gedaan, waar toe de Commisfie by deezen advifeerd. Onderwerpende &c. D. 3- Steyn Parvê. P. Vtrhoyfen. S. van Hoogftraten. H. van Royen. H. van Tomputte Azoon. S. Gerisma. G. Schimmeipenninck Gz: J. A. Krieger. En heeft de Vergadering, zich met denzelven Voordragt conformeerende, goedgevonden enverfta: ket Uitvoerend Bewind mits deezen aan te fc>; F 4 om  S8 I M E Y 1799: om aan he t Gereformeerd Kerkgenootfchap te öbdam te gelasten, om als nog binnen 14 dagen, na de re» ceptie der aanfehryving, deszelfs tegenbedenkingen» tegen het ingeleverd Plan van Schikking, door de iVlunicipaliteit aldaar geformeerd, ter deezer Kamer in te zenden, op poene, dat, by gebreke van dien„ op de ingezonden (lukken zal woiden beflischt. En zal Extract deezes worden gezonden aan het voornoemd Bewind» tot informatie» By refumrie gedelibereerd zynde over eene Misfive van bet Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier den 17 April LI. en den aadaaraanvolgende, ter deezer Vergadering geleezen, houdende, ingevolge van en ter voldoening aan het Decreet van den 7 Maart te vooren, deszelfs bericht, confideratiën en advis op de Requeste van Jjaac Nahuis , woonende 1h den Bosch, daar by verzogt hebbende, dat de Rentmeester der Episeopaale en andere Geestelyke Goederen over den Bosch voornoemd en het Quartier van $>aailandy mogte worden geauthorifeerd en des »oods gelast,, om aan hem Requestrant het agterftallig Tracten ent, als Koseer van de St. Jacobs Kerk en Kerkhof binnen de gemelde Stad, promptelyk te voldoen, even ais aan de andere Kosters geaccordeerd! was geworden. En de tweede en derde leezing van de voorfz. Misfive op den 25 April laatst!, en heden, gefchiedzynde, heeft de Vergadering, conform hec advis van hetzelve Bewind, befloot en,zwei den voornoemden Requestrant deszelfs verzoek te accordeeren . en dienvolgens mits deezen te authorifeeren den Rencmeester der Episeopaale en andere Geestelyke Goedeien ,over den Bosch «a hec Quartier van Maasland\ om aan htm uitce- be*  i M E Y t 7 9 ga gp betaalen zyn agterfralfig Tractement, als Koster van de Sc. Jacobs-Kerk en Kerkhof, binnen den Bosch voornoemd. ZuJIende Extract deezes, mee byvoeging van da vooriz. Requeste, in originali, (na de bekrachtiging van die befluit,) worden gezonden, zo aan het voorfz. Uitvoerend Bewind, als aan de Generaliteits Rekenkamer, respeccivelyk coc informatie en naricht. En zal dit Befluit, overeenkomflig Articul 60 der Staatsregelini;, ter bekragtiging worden gezonden aan de tweede Kamer, met en benevens de voorfz. Mis» five en Requeste, in originali, By reftimrie gedelibereerd zynde, over eene Mis. live van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier den 17 April 1.1., en den a e daar aanvojgende, ter deezer Vergaderinge geleezen , houdende, ingevolge van, en ter voldoeninge aan hec Decreet van den ay Maart te vooren, deszelfs confideratiën en advis, op de Requeste van Maria Ste~ yens, Weduwe Harsveld c. f; daarbv verzogt hebbende, dat aan haar Supplianten mogt worden verleend de continuatie van bet Penfioen van twee honderd Guldens, aan ieder derzei ven 's Jaars toegelegc, volgens Decreet van den 23 january 1.1., als mede dat dezelve Penfioenen mogten ingaan mee den 1 April deezes Jaars. En de tweede en derde Ieezing van de voorfz Mis. five op den 25 April li, en heden, gefchied zynde, heeft de Vergadering, conform hec advis van hetzel. ve Bewind, be/looten, aan ieder der ten voorfz. Requesce genoemde Suppiiancen de continuatie van derzelver Penfioenen a twee Honderd Gulden 's Jaars, inF 5 gevolge  5>o i M E Y i 7 9 9, gevolge het Decreet van het Vertegenwoordigend Lichaam, van den -23 January 1,1., mits deezen te accordeeren; zullende dezelve Penfioenen worden gerekend ingegaan te zyn mee den reeds verfcheenen eerilen April deezes Jaars. Zullende Extract deezes, mer byvoeging van de voorfz, Requeste. in originali, (na de bekrachtiging van dit Befluit) worden gezonden, zo aan het voorfz. Uitvoerend Bewind, als aan de Generaliteits Rekenkamer respedtivelyk, tot informatie en naricht. En zal, overeenkomftig het 60 Articul der Staatsregeling, dit Befluit ter bekrachtiging worden aan de tweede Kamer, met en benevens de voorzegde Misfive en Requeste, in originali. Ry refumtie gedelibereerd zynde over eene Misfive van het Uitvoerend Bewind te* Bataaffehe Republiek, aefchreeven alhier dén 17 April 1.1., en den 20 daar aan volgendeter deezer Vergadering geleezen, houdende, ingevolge van en ter voldoening aan het Decreet van den ïö October des voorigen Jaars, deszelfs confideratiën en advis, op de Requeste van C. J.van Brakel, woonende alhier, daatby overgelegd hebbende de Requeste van P. C. Voigt, gepenfioneerd als Cornet, in dienst deezer Republiek, houdende verzoek , om als Lieutenant op de Penfioen-Lysc te worden geplaatst. En de tweede en derde leezing van de voorfz. Misfive op den 25 April, en heden, gefchied zynde, heeft de Vergadering, conform het advis van hetzelve* Bewind, bejlooten, den voornoemden Suppliant P. C. Voigt, mits deezen te verklaaren voor diligent, en jn zynen voorigen efFectiven rang van Cornet met driehonderd vyfeig Guldens 's Jaars te penfioneeren, en voorts  i MEY 1799. 91 voorts het Uitvoerend Bewind ce authorifeeren, om aan hem, als Zfdert 30 Juny 1798 geen Penfioen genooten hebbende, te doen uicbetaalen het agfterftallig Pennoen van dien tyd tot ultimo December van dat zelfde Jaar; wordende des Suppliants verzoek, om als Lieucenant gepenfioneeid te worden, gedeclineerd en geweezen vari de hand. Zullende Extract deezes worden gezonden, zo aan het voorfz. Uitvoerend Bevind, als aan de Generaliteits Rekenkamer, respecdvelyk tot informatie en naricht. En zal, overeenkomftig 'het 60 Articul der Staats* regeling, die Befluit, voor zo veel het eerfte gedeelte aangaat, ter bekrachtiging worden gezonden aan de tweede Kamer, met en benevens de voorfz. Misfive en Requeste, in originali. En is voorts gedecreteerd (na de bekrachtiging van bovenftaand Befluic) voorfz. Requeste en Byiagen, in originali, by Extract deezes te ftellen in handen van de Commisfie tot het werk der Penfioenen, in een Commicté Generaal benoemd, tot informatie. By refumtie gedelibereerd zynde over eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier den 17 April 1.1. en den i6 f M E Y i i 9 9. Ten derden', van het op den 25 April jongstleden uitgebragt Rapport door de Burgers Reprjefentancen Daendels en verdere Gecommitteerden, daar by gefuotediteerd hebbende eene Inftructie voorde Commisfarisfen der Nationaale Rekening. Is goedgevonden en verftaan de derde leezing van voorfz. (lukken te bepaalen, en wel No. I op Maandag den 6 Mey , en No. 2 en 3 op Woensdag den 8 daar aan volgende. Waar na de Vergadering geadjourneerd wordt, tor Vrydag den 3 Mey, 's morgens ten half 11 uuren.  ByK A. B V L A G É N, lehoorende tot de Befluiten van den i. Mey 1709. BURGERS REPRESENTANTEN! . By onderfcheiden Befluiten wierden in handen van Uwe Medeleden, de Burgers Daendels, Ris, Schimmelpenninck, Dacosta Athias, Kniphfrst, vajt de Kasteele en Lewe gefield, diverfe Misfives van het Uitvoerend, Bewind, houdende deszelfs confideratiën en advis, op de Requestenen Misfives, van eeinge Dykftoclen en particuliere Burgers, Welker Dyken en Eigendommen, door den in deezen jaare plaats gehad hebbende Watersnood fchadens hebben geledenhoudende deeze onderfcheideïie verzoeken; als-voor eerst: dat de zoodanige, welke in de uitgeftaane rampen hebl ben gedeeld, mogen worden gelibereert van de betaaling van den 2,3 en 4. termyn der heffing Van 4 pcrCent op de Bezittingen; dan deeze Vergadering hetzelve op advis van het Uitvoerend Bewind hebbende gcdeclineert zullen wy tot het tweede overgaan, het welk voornaam' lyk door Buurmeestercn van Hente-n, Aart en Pannerden voor hunne Ingezetenen aan deeze Vergadering is gedaan, en beffaat, om te mogen hebben eene fchadeloosftelliiig wegens alle ondergaane en doorgeflaane rampfpoeden en verliezen; dan waaromtrent het Uitvoerend Bewind almede Declinatoir advifeert, en wel op grond , dat en de enorme Collecles, en de fommen door het Vertegenwoordigend Lichaam, ter dispofitie van het Uitvoerend Bewind, tot adfistentie van deeze ongelukkigen gefield daarvoor moeten dienen, en dezelve noodeloos in eenigen opzichte zouden worden, byaldien deeze nadoelen van 's Lands wegen door eene kwvtfcheldins van Imcofitiën, of het-geeVen van eene vblkomene fchadeloosftelhng wierden herffeld; niet welk geadvifeerde wy ook volkomen moeten inflemmen, daar het zeker is, dat het Vertegenwoordigend Lichaam, nimmer tot zoodanig eene generaale Collecte, om daaruit de meest ongelukkigen te hulp te komen, en voor eenen totalen ondergang te A " bc-  [ , 3 behoeden, zoude hebben befloten, was deszelfs inten; tie geweest, om bovendien alle de nadeden, door deeze Overitroomingen veroorzaakt uit 's Lands Cas te vergoeden- vermits hetzelve niet kan verönderfreld worden, den Ingezetenen van deeze Republiek eenen dubbelen jast te frei ben willen opleggen; maar het Vertegenwoordigend Lichaam te zeer overtuigd, dat de Bataaffehe Natie alom wegens haare edelmoedigheid jegens ongeluk? In oen bekend , deeze weldadigheid in geenen deele als een last maar veeleer als eene aangenaame plicht, waardoor'zy eene menigte haarer Medeburgeren van een gewisfen ondergang kwamen te redden, zouden beichouwen konde zich daardoor verzekert houden, dat deeze College alzoo ook eene betere uitwerking, dan een ander middel hebben moest, en het ook om het even was, of de Penningen, welke tot het voorfchr. einde moesten dienen op deeze, dan op eene andere wys wierden ontfangen : waaruit wy dus vermoenen, vryelyk te mogen befluiten,' dat 'er geene andere fchadeloosftelling in deezen kan te pas komen, dan voor zoo verre de Collectes toereikende zyn; want, Burgers Reprafentanten! hoe örigeiukkig en rampzalig deeze Watervloed ook voor dtuzende onzer Landgenoten is geweest, en hoe betreurnswaardig hun lot ook zyn moge, is het uwen Gecommitteerden overtuigend voorgekomen, dat men door dier* o-elyke verzoeken te accordeeren , wel zoude weeten , waar men begon, maar niet, waar men zoude eindigenj zoo dat wy overtuigd zyn , dat hier door niet alleen een gedugten flag aan 's Lands Casfe zoude worden toegebran; maar men ook weldra van deezen maatregul zoude5 moeten terug keeren, om dezelve niet tot den bodem te zien ledigen, e? waardoor zonder tegenlpraak 's Lands belangeiis zeer aaumerkelyk zouden worden benadeeld. , A ƒ- Het derde, verzoek by deeze Requesteq en Misfives gedaan, is daartoe tendcerende, dat aan de Requestranten en alle die met hun in een gelyk ongelukkig _geval • yerfeêren, het zv voor één, bet zy voor meer jaaren .-ene rerfiisfie der" Verponding zoo van de Huizen , als van de Landeryën worde verleend; dan waarop het Uitvoerend Bewind van oordeJ is, dat mede met favorabel »■ • ■ fcan  ( 3 3 kan worden gedisponeert, vooral niet op dien generalen voet, als dezelve by eenige dier verzoeken is voorgefteld , om dat, zoo als boven reeds met meerderen is gezegd, de gedaane Collectes als eene fchadeloosltelling moeten worden geconfidereert, en de Verponding alleenlyk betaald word door Bezitters van vaste Goederen, en dus in deeze belasting de armste Clasfe der Ingezetenen niet behoeft te deelen; als ook, dat, daar het overloopen van het Winterwater over de Wei-landen, ten ware zy niet met zand worden befchoten, meer voor- dan nadeelig is, en dit voorzoek zoo algemeen te accordeeren, zulks in eene overbodige goedheid zoude ontaarten. Daarentegens is echter het Uitvoerend Bewind van oordeel, dat aan zoodanige Ingezetenen, welker Weiof Bouwlanden door deezen Watervloed geheel met zand zyn befchoten, zoo dat dezelve daarvan geene vruchten trekken kunnen, of welker Huizingen door het Water zyn weggefpoeld, of om verre geworpen, onder de noodige praecautiën, een jaar remis der Verponding van zoodanig ftuk Lands of Behuizinge zoude kunnen worden verleend; offchoon in het neemen van deezen maatregul het Bewind ook alweder eenige moeyelykheden zyn voorgekomen, als vrezende, dat in het afgeven van behoorlyke Certificaten, gunst of ongunst, misvatting of onverlfand zullen kunnen plaats hebben, en daardoor de waarlyk ongelukkigen hiervan niet alleen de vrugten zullen plukken. Uwe Gecommitteerden hunne confideratiën deezen aangaande aan UI. zullende mededeelen, zal het, vertrouwen zy, niet noodig zyn, eenige meerdere motiven by die van het Uitvoerend Bewind te voegen, om te betoogen, dat in dit algemeen verzoek niet zal kunnen getreeden worden, en zullen al dadelyk overgaan tot de beöordeeling van den laatften voorflag van het Uitvoerend Bewind: en waaromtrent zy dan ook vermeenen, dat, hoe zeer de vrees van het Bewind deezen aangaande te kennen gegeven, in geenen deelen ongegrond is, hiervoor echter de billykheid pleit, nademaaï de Verponding meestal, ten minfteu by deszelfs invoering, geregeld is naar proportie der opkomlten van de LandeA a ryea  I I 3 ïyen ofte Huizingen , en dus alê het waare als eéhë belasting aan den Lande moet worden geconfidereertjóm daarvoor de befcherming zyner vruchten en het genot vart dien, als meede het gebruik van zyne Woningen en andere Gebouwen te kunnen genieten. — Deeze Ingezetehen nu door her overfrollen van hunne Landeryën met zand, en door het wegïpoelen of omverwerpen hunner Huizen, wel niet by gebrek van befcherrnirig van wegens de Republiek, maar door een vis maf?/-,"beroofd zynde, om iri dit, eri mooglyk fommige wel voor volgende "jaaren eenige Vruchten of Opkomfteh van hunne Liinderyeti en Huizen te kunnen genieten of dezelve te gebruiken, zoude het naar bet oordeel var. Uwé Gecommitteerden eenige hardigheid involveeren, om deeze Ingezetenen Xe doen betalen eene belasting voor iets, het welk zy niet genieten kunnen, nog waar vd«>r eenige befcherming kan worden verleend; waaromtrent al inede in aanmerking komt, dat die geene, welke hun* "ie Landeryën hebben Verpacht, of hunne Huizen ot andere Gebouwen verhuurd, en welk zich door dee^zen Watervloed in voorf. ongelukkige omftandigliei den bevinden , verpligt zullen zyn , om aan hunne Pachters of Huurders eenigen afflag der Pacht of Huurpenningen te geven 4 willen zy daardoor in het vervolg wéder een behoorlyk inkomen van deeze hunne Goederen hebben , en derzelver Pachters of Huurders sjiiet buiten Haat Rellen, om zich weder eenigermaaten te kunnen vernaaien , en zulks boven en behalvcn dat hieromtrent by fommige Pacht- of Huur-Cedullen de verëischte voorzorg van den kant der Pachters of Huurders is genomen , en wanneer hu dusdanige Bezitters bovendien nog gehouden zouden zyn , deeze belasting * te moeten dragen, zoude zulks voor hun een dnbbeld nadeel zyn, en hen tevens aanfpooren, om, daartoe volgens Contract, niet verpligt zynde, geene kwytflag aan hunne Pachters of Huurders toeteftaan; hetwelk al verder te» gevolge zoude hebben , dat de Landbouw, reeds al te zeer verwaarloost, meer en meer zoude vervallen , en met 'er tvd 's Lands kas meerder door zoude komen te lyden, als" deeze remisüe van Verponding zal *cdragen, ■ ^  C 5 ) 3. - Eindelyk zullende overgaan tot het vierde verzoek, by tle onderfchcide Requcsten en Misfives hiervooren gerneld , gedaan, moeten wy UI. doen opmerken , dat hetzelve" hierop uitkomt , dat de fchadens zoo door Doorbraken, a!s anderzins in deezen Watersnood aan de Dyken toegebragt , of geheel en al uit 's Lands kas woi dén herfteld; of daartoe een fubfidie uit dezelve worden gegeven ; of ook eene gedeeltelyke fubfidie en eenige jaaren remisfie van Verponding worden verleend; of eindelyk, dat de Verpondingen wel zullen worden ingevordert, maar geduurende den tyd van fommige jaaren zullen dienen, en daartoe ook fpeciaal worden geaffecteert, om daarmede aftelosfen de Capitaalen, web ke tot het repareeren van deeze fchadens zullen moeten worden genegotiëerd. Het Uitvoerend Bewind hieromtrent advifeerende, vermeent, dat hetzelve zoude behooren te worden geauthorjfeerd, om de Dykbreuken, dadelyk, van 's Lands wegen , te doen herftellen , en de refpeclive Ambten of Dorpen te yerpligten, om de daartoe te impendeeren penningen, zonder jnteresfen, in gefchikte termynen, by wyze van omllag , te innen, en aan den Lande te restitueeren ; en wel op grond, dat daar door zai worden voorgekomen, dat deeze doorbraken niet uit een verkeerd poincl van menage of uit gebrek aan kunde, defectueus worden opgemaakt, en a'zoo blootgefleld, om zelfs by een meer dan een ordinair Zomerwater te bezwyken , en daardoor op ftieuw fchadens te veröorzaaken. Dan,omtrent welk geadvifeerde, uwe Gecommitteerden van het Uitvoerend Bewind moeten verfchillen, en het Zy hun vergunt, deswegens aantemerken, dat, offchoon deeze Dyken en derzelver onderhoud en reparatiën wel niet ten ïaste yan den Lande kunnen komen, en die geene, , welke daartoe verpligt zyn , de onkosten daarvan zou-? den moeten dragen , het niet te min op gronden van billykhcid rust, dat deeze Ingezetenen in het dragen van deeze extraordinaire en onvoorziene kosten, van 's Lands wegen worden te gemoedgekomen, zoo als zulks meermaaien te voeren , onder het Fcederatif Befliuur heef: A 3 plaats  [ 6 ] plaats gehad, ten einde daar door de Ingezetenen in ftaat te (leliën, om in 't vervolg, in 'sLands lasten te helpen dragen, en om voortekomen, dat niet eenige derzelve hunne Landeryën abaudonnecren, of de Dykbreuken niet betiooflyk wierden herfteld, en daar door nog grootere rampen voor de Ingezetenen, en meerdere nadeden voor 's Lands kas veroorzaakt. Dat almede hier in confideratie komt, dat, zullen de Dyken dadelyk , by wyze van voorfchot, uit 's Lands kasje herfteld worden, zulks een important bezwaar voor dezelve zyn zal, het welk vooral in deeze tyden va"n buitengewoone fchaarsheid zoo veel mooglyk moet vermyd worden, nademaal hiertoe al eene vry aanzienelyke fom zal worden verëischt; waar door dan tevens andere allernoodwendigfte betaalingen zouden moeten agterblyven, tot aanmerkelyk nadeel van de algemeene belangen s. Ook kunnen uwe Gecommitteerden niet advouëeren, dat alle deeze reparatiën, van wegens het Gcmeene Land zouden behooren te gefchieden, ten einde daar door dè. by het Uitvoerend Bewind gevreesde inconveniënten en nadeden voortekomen ; vermits het ons is voorgekomen , dar niet alleen deeze vrees van allen grond is ontbloot, daar het toch geenzins te vermoeden is, dat al zulke CoQegiën of Perloonen, welke met de beheering der Dyken zyn belast, zulk eene verkeerde menage tot Bun eigen, en der Ingezetenen nadeel zouden willen betragten , en het Uitvoerend Bewind bovendien, ten allen tyde berechtigd is, cm daaromtrent de verëischte voorzorg te doen hémen; maar ook dewyl de bovengenoemde CoUegiërt of Perloonen door eene reeks van jaaren en géduurigë ondervinding in ftaat zyn gefteïd, om en het locaalc en de middelen tot herftd grondig te hebben kunnen keren kennen, en gevolgelyk beter gefchikt moeten geöordeelt worden, om hieromtrent een behoorlyk toeverzigt te houden, dan de zoodanige, welke deeze kennis en ondervinding öntbeeren: als mede is het een ieder bekend, dat alle'Werken, welke van 's Lands wegen worden rtanbefteed of vervaardigd , nimmer tot eene zulke mindere fom worden aangenomen of gemaakt, dan wan-  C 7 1 wanneer dit door, en onder opzigt van die geene, Welke deswegens een meer direct belang hebben, gefchiedde ; zoo wanneer daartoe maar een genoegzaam fonds voor handen is; waarby eindelyk nog komt, dat de kosten, hier toe te imperid'eeren, door de Daggelden, enz., der Opzienders en verdere Geè'mploijeerdens van wegens het Uitvoerend Bewind of deszelfs Agent van Inwendige Policie, zullen worden vergroot, welke anderzins zullen kunnen gemenageerd worden. Uit hoofde van welke confideratiën wy meer zouden overhellen tot het vierde der hier vooren gemelde verzoeken, als ons, als het minst bezwaarend voor'sLands kas, en te gelyk als het meest vöordeelig middel voor deeze ongelukkige Ingezetenen zynde voorgekomen, om , naamlyk, te vcrieenen eene reniisfie van Verponding voor den tyd van zulk een getal jaaren, als by een nadar onderzoek, door het Vertegenwoordigend Lichaam, voor ieder van deeze Diftriéten, op de wyze, als wy de eer zullen hebben, by het Concept-Befluit Voortedragen, zal worden goedgevonden; waar door voor eerst, volgens het oordeel van uwe Gecommitteerden, aan de billykheid , om deeze ongelukkigen, van 's Lands wegen, eenigermaaten in het herftel van hunne Dyken te gemoet te komen, zoo als wy hier vooren reeds hebben aangemerkt, zal worden voldaan'; en ten anderen, nademaal hier door 's Lands Kas , in deeze algemeene penurie van geld, niet op een oogenblik met een important uitfehot van penningen zal worden bezwaard; maar integendeel door het gemis van een of meer jaaren Verponding over die Diftricten, deeze vermindering van 's Lands inkomften minder, ten minflen meer dragelyk zal gevoelen, en daar door alle andere uitgaven zullen kunnen worden gedaan, daar een daadlyk vóorfchot Wettigt eene ftagnatie in deeze Zenuw van het Beftuur zoude kunnen te weeg brengen. Waartegens niet kan oblieeren, dat volgens deezen voorflag, de verleende remisiiën geduurende dien tyd een deficit'in 's Lands Casfe zullen veröorzaaken, daar de volgens het advis van het Uitvoerend Bewind opgefchotene Gelden ter ecniger tyd en fuccesfivelyk weder in 's Lands Casfe zouden terug komen; vermits, behalveu A4 de  C 8 ] de rechtmatigheid tot het helpen draagen van deeze buitcugewoone onkosten door het Gemeene Land, hiervooren reeds meermaalcn gemeld, en de bovengenoemde moeijclykheid, zoo niet volftrekte onmooglykhcid voor s' Lands Finantiën, om dit voorfchot in eens te doen. het Vertegenwoordigend Lichaam alnu nog aan zich behoudt, om , na een behooflyk onderzoek in deezen, zoodanige remisfiën naar gelang der omftnndigheden te accordeeren, en wanneer deezen aangaande eene berekening van het meerder voordeel, het welk hierin voor den Lande gelegen is, konde te pas komen, twyffelen wy geenzins, of Gyl. zoudt hetzelve in onzen voordragt vinden. Ten laatsten moeten wy UI. attentie nog een oogenblik vestigen op het Request van Dykgraaf en Heemraaden van den Hoogen Maasdyk van de Stad en Lande van Heusden; waarby onder anderen verzoeken, dat de doorbraak in dien Dyk door deezen Watervloed veroorzaakt, dcor het leggen van een Inlaag-Dyk, volgens het projeft van den jaare 1795. mag worden herfteld; en, niettegenftaande hiervan, by het deswegens ingezonden advis van het Uitvoerend Bewind, geene fpeciaale mentie is gemaakt, is ons deeze zaak echter van dat gewigt voorgekomen, dat wy ons verplicht gevonden hebben, hiervan nog het volgende te moeten aanftippen. Het Provinciaal Beftuur van het yoormaalig Gewest Holland, op advis van het Provinciaal Committë, in den mare 1795. befloten hebbende, om de doorbraak in dien Dyk gekomen, van 's Lands wegen tc doen herftellen, reiblveerde op bekomene informatiën en elucidariën van deskundigen, om deeze herftelling tc doen bewerkftellige» door het leggen van een Inlaag-Dyk, het welk deeze twee voordeden boven een Omringdyk had, dat de eerste veel minder, dan de laatste aan den aandrang van het Water zoude zyn geëxponeerd, zoo al.s zulks ook met deezen Watervloed is. gebleken , nademaal deeze doorbraak recht ^guis over de plaafs, waar die in 1795 is gekomen, voorgevallen, en bovendien daardoor de defenfie van de Linie aldaar aanmerkelyk zoude worden verbeterd; dan het geen wegens het vergevordert faifoen nls- toor.  £ 0 3 toen geen plaats heeft kunnen grypen, en rheh tot etfrtëi Ömringdyk heeft moeten overgaan, teii einde alle de daar binnen gelegen Landen niet aan eene Overftrooming bloot te (lellen. Uwe Gecommitteerden deeze redenen hebbende geëx&= mineerd, kunnen niet ontveinzen, dat hun dezelve Zeef plaufibel zyn voorgekomen, nademaal Zoodanig een Inlaag-Dyk waarfchynlyk by deeze Overltroomlng zoude zyn geconferveerd gebleven, daar deeze niet tegens de Stroom indringende, maar den Stroom leidende geweest zoude zyn, Waardoor dan tevens alle de nu veroorzaakte onheilen en kosten zouden zyn gepraeveniëerd geweest, Welke alweder by diergelyke onverhoopte tyden zullen kunnen voorvallen, en de meerdere koSten welke dezelve boven een Ömringdyk zal bedraagen, zeer fpöedig door het bewaaren van denzelven tegens eene doörbraak, zullen worden uitgewonnen, en daarenboven de Ingezetenen in het vervolg van tyd minder aan diergelyke rampen blootgelleld; waarby de Requestranten nog voegen;, dat 'et aan eene weder buitenwaardfche Omdyking byna niet te denken is, en daardoor tevens de Dyk alsnog in eene erger (trekking tegens de Stroom zoude komen. Dan, uwe Gecommitteerden^ uit hoofde van het gemis der confideratiën van het Uitvoerend Bewind, deswegens alleen op het gepofeerde ten Requeste hebbende moeten afgaanj durven het niette waageii, Ül. hieromtrent ftelligte advifeereni, maar, gerüstelyk vertrouwende, dat het Uitvoerend Bewind daarin volgens het meeste belang Van den Lande en Van de Ingezetenen zal handelen zouden wy UI. aanraaden, om zulks aan het Uitvoerend Be-i wind oveftelaaten, vermits het innemen van nadere eluci= datiën omtrent deeze zaak, eene vertraaging hierin zoude kunnen veröorzaaken, waardoor tevens deeze reparatie niet by tyds zoude kunnen worden ondernomen. Het is dan op alle deeze gronden, dat Wy UI. zullende dienen van advis, de vryheid nemen voor te dragen * het navolgend Concept-Befluit* De Eêrffe Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, ingevolge deszelfs befluiten Vari a ö dëti  ien iS, sa. en 25. April 1.1. gehoord hebbende het Rapport van haare perfoneele Commisfie op vier op voorfchreeven dagen ingekomene Misfives van het Uitvoerend Bewind van den 12. 15. 16. en 18. daar te vooren, houdende deszelfs confideratiën en advis, op eene Misfive van het Cemeente-Befiuur des Ryks van ATymegen, van den a8. February jongstleden; op eene Misfive van den Raad der Gemeente Vïin Vinnen, ten geleide ftrekkende en tot appui van de Requeste van Joh. van Rysfel, c. f., genoegzaam alle Ingezetenen van bovengenoemde Stad; op eene Misfive van Buurmeesteren der Dorpen Henven, Aart en Pannerden, van den 15. Maart 1.1., op de Requeste van den Dykfioel des Atnbts van tusfchen Maas en tV;al; op de Requeste van Theodorus Melfing, c. f., en verdere geïnteresfeerde Directeuren tot de drie Overlaaten tusfchen Asperen en Gerlicum; en eindelyk op de Requeste. van Dykgraaf en Heemraaden van den Hoogen Maasdyk van de Stad en Lande van Hemden, respeétivelyk tendeerende, dat de Ingezetenen, welke door den laatsten Watervloed fchaadens hebben geleden, op de eene of andere wys van 's Lands wegen worden gededommageerd ; als mede, dat de doorbraaken der Dyken en verdere aaar aan toegebragte nadeelen, uit 's Lands Casfe mogen woraen herfield; alles invoegen als in het hoofd Van dit Rapport met meerderen is omfchreeven; En overwegende, dat het belang van den Lande en der Ingezetenen verëischt, dat de Dykbreuken ten fpoedigften worden herlhld, op dat door een verder verloop van het faifoen, deeze reparatiën niet te laat begonnen , en daar door de Ingezetenen aan nieuwe geva&ren en nadeelen worden bloot gefield; verklaard, dat 'er in deezen befiaat, onverwylde noodzaaklyhheid. En zich conformeerende met het geadvifeerde van haare perfoneele Commisfie, als mede disponerende op de hier vooren gemelde verzoeken; Befluit, dat aan zoodanige Ingezetenen der Bataaffehe Republiek, welker Landeryën in den jongden Watersnood zoodanig met zand zyn befchoten, of op eenige andere wyze zoo zeer hebben geleden , dat daar van, ge* duurende deezen lopende jaare, weinige of geene vrugten of opkomften zullen kunnen worden genoten; als mc-  [ II 1 mede, welker Hulzen of Gebouwen door den Vloed zyn omvergeworpen of zoodanig befchadigt, dat dezelve nocli bewoond, noch daar van gebruik kan worden' gemaakt, worde verleend eene remïslie -v.au de Verpon- I dingen op dusdanige Landeryën, Huizen of Gebouwen liggende, geduurende deeze jaaren 1799; mits hier van ten aanzien van elk perceel afzonderlyk , ten genoegen van het Uitvoerend Bewind doende blyken. Dat al verder aan de Ingezetenen van die Ambten, Polders of Diltriéten, welker Dyken door deezen Watervloed zyn doorgebroken, zal worden verleend eene remislic der Verpondingen van de Landeryën en Gebouwen, daar binnen gelegen, over al zulken tyd, als nader by het Vertegenwoordigend Lichaam, voor ieder derzelve zal worden bepaald. Dat het Uitvoerend Bewind ten dien einde aan hetVertegenwoordigend Lichaam, zoo fpoedig als den aart der zaak zulks zal toelaaten, zal inzenden eene begroo-r ting der onkosten , welke tot het herftellen van deeze Dyken refpectivelyk na genoeg zullen moeten worden aangewend; als mede het bedragen der jaarlykfche Vej>v pondingen, door de voornoemde Ingezetenen aan den Lande verfchuldigd; Dat de als dan geaccordeerde remisfiën, niet te min door deeze Ingezetenen zullen worden betaald aan zoodanig Collegie of Perfoon, als daartoe zal zyn gequalificeert, ten einde daar uit te voldoen en aftebetaalen zoodanige Capitaafed , welke de Dyk-Collegiën tot het repareeren van hunne Dyken respectivelyk zullen moeten ncgouiëeren, zonder dezelve tot eenige andere eindeus, hoe ook genaamd, temogen gebruiken. Dat de refpective Dyk-Collegiën zullen verplicht zyn, jaarlyks en geduurende den tyd vari deeze remisfie, aan liet Uitvoerend Bewind te doen blyken, dat deeze Penningen in der daad tot het aflosfen van voorfchreeve Capitaalen zyn, gccmployee.rd ; dit alles op poene van des contrarieTiandelende, het effect van deezë remisfie daadlyk te zullen verliezen. Dat de Dyk-Collegiën boven gemeld, ten fpoedïgften zullen doen formeereil de Bellekken tot het repareeren van  ( « ) Vari de öhderfcheide Dyken, onder derzelver refpecHve behee'ring ftaande, en dezelve ter approbatie aart het Uitvoerend Bewind toezenden; zoodanig echter, dat deeze reparatiën onder het onmiddelyk toeverzigt van de refpective Dyk-Collegiën zullen moeten gefchieden, en het Uitvoerend Bewind de noodige zorg zal doen dragen, dat 's Lands algemeene belangens hierin, zoo met opzigt tot het werk zelve, als tot het befpoedigen van hetzelve, worden geobferveerd. Dat het Uitvoerend Bewind word geauiftorifberd, om met concurrentie van den Dykltoel aldaar, den Hoogen Maasdyk zoodanig te doen herftellen, als zulks ten meesten nutte van den Lande en der Ingezetenen zal bevonden worden. En eindelyk, dat de overige verzoeken, by de bovengem. Misfives en Requesten gedaan, worden gedeclineerd en gewezen van de hand. En zal Extract van dit Befluit Worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, tot deszelfs informatie en naricht. Zullende wyders dit Befluit* met uitzondering echter van het laatfte gedeelte van hetzelve, ingevolge het 60. Art, der Staatsregeling, worden gezonden aan de Tweede Kamer ter fanctie, met en benevens de hier vooren gemelde Misfives en Requesten , ols mede dit Rapport, in originali. Onderwerpende enz* E. A. DAENDELS. G. SCHIMMELPENNING^, Gz, L. KNIPHORST, P. L. v. d. KASTEELE. Zynde de Burger Ris by het arresteeren vati dit Rapport pradent geweest, en de Buigers Dacosta Athias en Lewe met permisfie afwezig.  Byl. B. C 13 ) BURGERS REPRESENTANTEN Op den 15. Maart laatstleden hebt Gylieden goedgevonden in handen van Uwe Medeleden Hartevelt, en verdere Gecommitteerden , relatif het 53. Art. der Algemeene Beginfelen der Staatsregeling, ten fine van confideratiën en advis, te ftellen, de Requeste van de Provifioneele Commisfarisfen van het voormaaüg groot Binnen- en Buitenlands-Vaarders Gild, te Amfterdam ; daarby overleggende, en zich refereerende tot de Requeste aan Amfterdam voornoemd geprefenteerd , alsmede tot het Belluit derzelver, ten dien einde aan bovengemelde Requeste -geannexeerd , en voorts verzoekende, om gequahficeerd te worden, om de in voornoemde Requeste gemelde Recognitiën van de vreemde Schippers te mogen ontfangen , en om tot onderfiand der behoeftige Weduwen, Gildebroeders en Zusters , de van ouds gewoone contributiën ook van die Schippers te mogen ontfangen, welke Ingezetenen van deeze Republiek zyn; ter voldoeninge aan welken last wy de eer hebben thands te rapporteeren, dat het ons, na examinatie van deeze Hukken, is voor gekomen , dat de beide door de Requestranten gedane verzoeken eene alleszins gustige reflexie van deeze Vergaderinge verdienen. Daar men toch nimmer kan veronderfiellen, dat het Bataaffehe Volk by het affchaffen van de Gildens een voornemen zoude gehad hebben, om vreemdelingen met Bataaffehe Burgers gelyk te Rellen, met betrekking tot de voordeelen aan het Burgerfchap, zelfs in den ruimden zin, of, met andere woorden aan de inwooning verknogt , meent Uwe Commisfie, dat 'er gepaste termen zyn, om zoodanig gedeelte van de Gilde-wet, hetwelk betrekking op vreemdelingen heeft, te rangfehikken onder die Wetten van Politie, waarby het algemeen belang der Republiek geïntresfeerd is, en welke tot behoud der goede orde, en bevordering van het gemak en gerief der Ingezetenen behooren te worden gehandhaafd, tot zoo lang by algemeene Wetten van Politie, door het Verte.- gen*  c «4 i genwoordigend Lichaam daar te dellen, dit een en an der zal wezen verzekerd; en wel zooveel te meer, daar by het 53. Alt, van de Algemeene Grondbeginzelen der Staatsregeling, het Recht, om zoodanige Fabriek of Trafiek opterichten, of zoodanig eerlyk bedryf aantevangen, als hy verkiezen zal, alleen wordt toegekend aan Burgers, in de een of andere plaats woonachtig, waardoor Vreemdelingen notoir worden uitgefloten, en zoo als de Requestranten zeggen, in zeker opzicht, als Ventjaagers kunnen geconfidereerd worden; en dat het tweede verzoek uwe Commisfie als overbodig is voorgekomen, daar immers de Requestranten in het door hun aan de Municipaliteit van Amfterdam gepraefenteerd Request, waartoe zy zich thands refereeren, zeggen, dat zy een Extract, uit de Refolutiën van voorfchr. Municipaliteit ontvangen hebben van 3. January 1799. , waarby aan hun vryheid gegeven wordt, om de gewoone Jaarzangeii of Contributiën van de geweeze Gildebroeders te mogen ontvangen, om daaruit de wceklykfche uitkeeringen te doen; daar dit befluit berust op Decreeten door het Vertegenwoordigend Lichaam genomen; en daar de Requestranten in het door hun aan deeze Kamer gepraefenteerd Request zeggen , dat alle de geweeze Gildebroeders zich tot heden bereidwillig getoond hebben om de Contributiën tebetaalen,doch dat de Requestranten huiverig zyn geweest, om Wegens gebrek van behoorlyke qualificatie, de hun aangebodeneCoiirributiënte ontvangen, kan uwe Commisfie niet zien , dat zy daartoe andere of nadere qualificatie, als hun by Extracr. uit de Refolutiën van de Municipaliteit van Amfterdam van den 3. January 1799. is gegeven, zouden benoodigd hebben; om alle welke confideratiën uwe Commisfie advifeert, dat door Uiieden zoude kunnen en behooren te worden genomen het volgend onverwyld Befluit: „ De Eerfte Kamervmhet Vertegenwoordigend Lichaam „ des Bataafïchen Volks, gehoord hebbende het Rapport „ van eene Perfoneele Commisfie, in welker handen, ten „ fine van confideratiën en advis, op den 15. Maart laatstleden was gefteld de Requeste van de Provifio- „ neefe  ( 15 ) „ neele Commisfarisfen van het voormaalig Groot Bin„ nen- en Buitenlands Vaarders Gild te Amfterdam, „ daarby overleggende, en zich refereerende tot de Re„ queste aan de Municipaliteit van Amfterdam voornoemd „ gepraafenteerd, als mede tot het befluit derzelver, ten „ dien einde aan bovengemeld Request geannexeerd, „ en voords verzoekende om gequalificeerd te worden, „ om de in voornoemde Requesten gemelde Recognitiën „ van de Vreemde Schippers te mogen ontvangen; en „ om tot ouderftand van de behoeftige Weduwen, Gil„ débroeders en Zusters, de van ouds gewoone Contri„ butiën, ook van die Schippers te mogen ontvangen, „ welke Ingezetenen van deeze Republiek zyn; „ En overweegende, dat de nood waarin de voorfchreeve „ behoeftige Weduwen, Gildebroeders en Zusters, we„ gens de ontoereikenheid van de geweeze Gildekas, „ zich bevinden, eene fpoedige voorzieninge vordert, „ verklaart, dat 'er ten deeze beftaat: onverwylde nood' „ zaaklykheid. n Voords overwegende, dat het 53. Art. der Alge- „ meene Beginftrlen der Staatsregeling, wel aan ieder „ Burger het recht toekent, om zoodanig eerlyk bedryf „ aan te vangen, als hy verkiezen zal, doch dat, dat „ zelfde Art. te gelyk vordert, dat zoodanig Burger op „ de een of andere plaats woonachtig is in de Repu„ bliek; en dienvolgends, dat Vreemdelingen, welke in „ de Bataaffehe Republiek niet woonachtig zyn, niet „ kunnen gerekend worden met de eerstgemelden gelyk „ te ftaan , of op dezelve voorrechten aanfpraak te mo„ gen maken ; „ Overwegende, dat zoodanige Artikelen van de gej- weeze Gilde-Wetten, volgens welke van Vreemdelin„ gen zekere Contributiën, of Recognitiën voor het verkrygen van deeze of geene anderszins aan hun niet „ gepermitteerde vryheden, gevorderd mogen worden, „ kunnen en behooren te worden geraugfehikt onder die M Wetten van Politie, waarby het algemeen belang der „ Republiek is geïntresfeerd, en welke tot behoud der H goede orde en bevordering van het gemak en gerief „ de/  [ 16 ] „ der Ingezetenen behooren te worden gehandhaafd, tot „ zeo lang by algemeene Wetten van Politie, door het „ Vertegenwoordigend Lichaam in het een en ander zal j, wezen voorzien; „ Overwegende, dat het Extract uit de Befluiten van „ de Municipaliteit van Amfterdam, van den 3. January „ 1799. eene genocgzaame qualificatie voor de Reques„ trauten oplevert, om van zoodanige geweeze Gilde„ broeders, welke de van ouds gevvoone Contributiën, „ of Jaarzangen, zoo tot onderftand der behoeftige We„ duwen, Gildebroeders cn Gildezusters, als tot bewa„ ring van hun recht, om in tyd en yvylen mede aan„ fpraak op onderftand uit de geweeze Gildekas te kun„ nen maken, vrywillig verkiezen te continuëeren, die „ Contributiën tc mogen ontvangen, En zich conformeerende met het advis haarer perfb» „ neele Commisfie, Be/luit: het eerfte verzoek van de Requestranten te accordeeren, en dienvolgends te ver11 klaafen, gelyk verklaard wordt by deeze , dat de Re^ ' questrauten in hunne qualiteit bevoegd zyn, om van alle vreemde Schippers geene ïnwrxmders van deeze „ Republiek zynde , de, byde geweze Gilde-wet, welke, " voor zoo verre dezelve tot vreemdelingen betrekking " heeft, niet kan gerekend worden met het aannemen der " Staatsregeling vervallen te zyn; maar als een Wet van ' Politie moet gehouden worden in volle kracht te zyn " gebleven, bepaalde contributiën, als van oudste mogen " invorderen, en de onwilligen door rechtsmiddelen tot " de betaalinge van dezelve te conftringeeren ; ' En de Requestranten, ten opzichte van het tweede door hun gedaan verzoek te renvoyeeren naar het BeV fluit van de Mmiicipaliteit van Amfterdam, van den „ 3. January 1799. Èn dat Extract deezes zal worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, om aan het eerfte gedeelte van het !' Befluit de noodige executie te geven; En zal mede het eerfte gedeelte van het Befluit, „overeenkomftig het 60. Art, der Staatsregeling, worr 11 den gezonden aan de Tweede Kamer ter fanctie, met „ en  L i? 1 4; et) benevens dit Rapport en het Request, in origi* j-, nali. ,s Niettemin refereert zich Uwe Commisfie enz. Ads. HARTEVELT. L. v. d. BRAAK. O. G. GORTER. C. SCHEFFER. L. J. VITRINGA, Fr. GULJÉ. Hk. REMMERS. C. van FOREEST» A. J. VERBEEK.  p  GELYIUIEtD, VïlYHEID, BROEDERSCHAP. Vrydag den %den Mey 1799, het vyfoe Jaar. der bataafsche vryheid. De Burger Reprsefenranc G. C. Meyners* Aanweezig de Burgers Reprzefemanten. L. Kniphorst. P. Verhoyfen» A. Hartevelt» B. Ten Pol. J. F. Leemans» G. A. Ver[lege. H. van Tomputtey Az. F. van Leyden. T. F. Schelts. J. J. Schluyter. L van den Braak. J. de fVitt. H. Verhees. B. Storm. O. G. Gorter. L. T. de Kempenaer. H. Costerus. A.H. v.d. Mey v.d.Linden. G. Schimmelpenninck Gz. P. L. v. d. Kasteele. E. A. Daendels, J. Couperus. H. Hettema. P. de Kanter. J. A. Krieger. P. de Sonnaville. J. van Hae/ten. S. Gerlsma. j P. 3' Cuypers. W. Doelman. H. Remmert. \ st. fompe van meerder» voorts P. Cz. S. van Hoogflraten. H. van Royen. F. van der Borght. 3. H. Appettus, A. 3. Verbeek, A. Meur/Inge. J. van Galen. D. 3. Steyn Pan& C. Scheffer. PV. Ris. 3' van Reet. B. & SinkeU P. Cats. P. van Zonsbeek* L. 3- Vitringa. N. 3. Okhuyfen. I Hooft. F. Guljé. H. HogewaL 3' G. Kramer. Abfetic met pefmislle. B. fVildrik. E. Lewe. C. van Foreest. G. Reinders. W. T. van Benttekom. D. Werner. y. Lublink, de Jonge» 'f. B. Blydenfleyn. M. C. van Half. J. Dacosta Athias. Zonder permisfie, A. de Haan,  98 3 MEY 179 9* T~\e Befluiten, laatstleden woensdag genomen, zyn \_J geleezen en gerefumeerd , gelyk ook gerefumeerd en gearresteerd zyn de depêches daar uit refukeerende. Zyn ter deezer Kamer ingekomen de navolgende, door de tweede Kamer bekrachtigde en in Decreeten veranderde Befluiten deezer Vergadering, als: Voor eerst, het Befluit, van den '29 April jongstl. , (bekrachtigd.den 30 daar aan volgende,) waar by W. Kooy Junior, J. P. van Klinkenberg c. f,, in qualiteii als Executeuren van het Testament van wylen C. L. van den Boogaard, Weduwe J. L. Flournoy en J. de Bas c.f., in qualiteit als aangefteldeSe. questers in de Boedels van J. Bosfé en J Colla, worden gehouden voor diligent, wegens derzelver tedoene fournisfementen in de gedecreteerde Geidheffing op de Inkomften, en zulks, hangende de deliberatiën van het Vertegenwoordigend Lichaam, over derzei ver gedaane verzoeken ten principaale. , Ten tweeden, dat van den 29 April jongstleden, (bekrachtigd den 30 daaraan volgende,) relatif het verzoek van J. B. Haye, om permisfie tot het aangaan van zyn voorgenomen Huwelyk met C. M. Helmetten, zonder te behoeven af te wagten het confent van de naastbellaanden van de evengemelde C. M. Helmsrich. Ên zyn dezelve aangenomen voor notificatie, en zullen ter Nationaale Cancelary worden gedeponeerd. Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Be' wind der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier, den %6 April 1.1., houdende, ingevolge van , en ter voldoe-  § M Ë Y i 7 9 9, doening aan hóe Decreet, Vari den 4 daar te vdörén; deszelfsconfideratiënen advis, op de Requeste van Mvan der Hcüt Gz., Looyer birineri de Stad Middelburg, daarby verzogt hebbende vrydom van den iiri* post op het Zout, en zulks voor zodanige quantiteit ongeraffineerd Zout, als hy in zyne Looyery, tot hei inzouten van Huiden, zoude benoodigd hebbern Tendeerende hetzelve advis, dat het verzoek, bydê voorfz. Requeste gedaan, onder de daarby opgegevene" bepaahngen, zoude kunnen worden geaccordeerd. En is goedgevonden en verdaan de tweede leezhM Van voorfz. Misfive te bepaalen, op aanftaandert Donderdag, den 9 Mey. Is geleezen eene Misfive Vari het Uitvoerend BeWind der Banaffche Republiek, gefchreeven alhier^ den sóApnlU, houdende, ingevolge van en ter voldoening aan hetDéereet, van den 26 February te vooren* deszelfs bericht, confideratiën en advis, op de Requeste van Daniël Keiler, geboortig van Holshaui* jen, Lande van Solms • Br aam fels , geleffen in dë fllteVan den Vom v™ Nasfau> daarby verzoge hebbende, dat hy mogt warden gereleveerd van des* 2eKsverzuim,dat hy, op den geprcAgeerden tyd , niet had aangegeven zyne pretentie van ƒ 04 Jaarlyks, heiri m den Jaare i779, van wegens den Vorst van Nasfail' toegelegd, en waar van hy Suppliant, zeden den Jaare i?94, geene voldoening had genoten, ten eindé hy by den Agent van Finantiën voldoening van zyne aga terftallige precenfiënj ten laste van den gemelden Vorst 4 mogt erlangen , en voorts dat dezelve aan hem Jaarlyks zyn leven lang geduurende, mogt worden voldaan, lendeerende hetzelve advis, dat de voörnoerridö Suppliant zoude behooren te worden gereleveerd vari het bovengemeld verzuim , met overlating aan dé G z M*  ,60 3 MEY 1 7 9 9» Adminidrarie van|den Agent van Finantiën, om ten synen opzichte, even eens te handelen,als met anderen, door den Vorst van Nasfau gepenfioneerden. En is goedgevonden en verdaan, de tweede Leezing van voofchreeve Misfive te bepaalen, op aanmaanden Donderdag den 9 Mey. Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Be» vind der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier den co April 1.1., daarby, om geallegueerde redenen-, ingevolge het 118 Articul der Staatsregeling, verzoekende de toedemming van het Vertegenwoordigend Lichaam, om de Compagnie Rydende Artillerie, tnans alhier in Guarnifoen, te doen uitmarcheeren, naar de Plaats, waar derzelver dienst thans veroischt word. En in aanmerking genomen zynde, dat alle middelen en maatregulen, welke ter defenlie van het Vaderland dienltig worden geoordeeld, niet te fpoedig genomen en daargêdeld kunnen worden, heeft de Vergadering verklaard, dat er is onverwylde noodzaak» lykheid. En voorts daadelyk heflooten, het Uitvoerend Bewind mits deezen te authorifeeren, om de bovenge. melde Compagnie Rydende Artillerie te doen uitmarcheeren, werwaards hetzelve Bewind noodig zal oordeelen, dat de dienst van den Lande zulks vordert. Zullende Extract deezes worden gezonden aan het voornoemd Uitvoerend Bewind, tot informatie. En zal dit Befluit, overeenkomdig het 60 Articul der Staatsregeling, ter bekragtiging worden gezonden aan de tweede Kamer, met en benevens voorfz, Misfive, in originali. (zonaer rejumtie.) Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Be. wind  $ M E Y 1799.' lor wind der Bataafsche Republiek, gefchreeven alhier den 26 April 1.1.; houdende, ingevolge van en tef voldoening aan het Decreet, van den 14. Maart daar bevoorens, deszelfs bericht, confideratiën en advis, op eene Misfive van het Gemeente-Beftuur van Cockengen c.f., gefchreeven aldaar diags te vooren , daarby doleerende over een door hetzelve Bewind ge» nomen Befluit, waarby hetzelve gelast wierd, om binnen tweemaal 24 uuren, na ontfangst van gemeld Befluit, te voldoen, aan een door meergemeld Bewind, op den 18 January j.1. genomen Befluit, waarby aan gezegd Gemeente - Beftuur word gelast, om daadelyk aan de Commisfie tot de Zaaken van de Burgerwapening in het voormalig Gewest Utrecht, te verantwoorden de Contributie-Penningen, na aftrek van de aan hetzelve Beftuur geaccordeerde 5 pCt., en zulks op poene van in cas van non obediëntie, daar toe by parate executie te worden geconftringeerd, en voorti het opgemeld Gemeente - Beftuur verzogt hebbende, dat ten hunnen opzichte mogte effect forteeren het 5 Art. der Algemeene Beginfelen, en het 19 Art derBurgerlyke en Staatkundige Grondregels voor de Aéte van Staatsregeling geplaatst, en datintusfchenaan hetzelve mogte worden verleend furcheance van gedreigde executie, als mede derzelver ontflag,als Leden van meergem. Beftuur. En gedecreteerd de voorfz. Misfive en Bylage, in originali, te ftelien in handen van de Burgers Reprefentanten Hartevelt, van den Braak en PomPevan Meerdervoort, om daaromtrent der Vergadering te dienen van confideratiën en advis. Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Be» wind der Bataaffehe Republiek , gefchreeven alhier den 26 April laatstleden , houdende ingevolge van en ter voldoeninge aan het Decreet van den 29 Maart G 3 daar  U0& 3 M E Y a ? 9 9« daar re vooren, deszelfs confideratiën en advis, op. de Requeste van W. J. Brink cum pais , Tabaks planters, en Schaapen mest kopers, woonende in den Ambte van Nykerk op de Veluwe, daarby ver» zogt hebbende, dat mogt worden verklaard, dat de Schaapen mest voortaan vry en onbelemmerd uit hec voormalig Gewest Utrecht zal kunnen worden vervoerd , immers dat 'er in dat Gewest geene meer-, dere belasting op dat Articul worde gehoeven• dan 'er in de andere voormalige Gewesten plaatst heeft, en zy alzo jouïsfeeren van het genot, by het 51 Articul der Staatsregeling bepaald. En gedecreteerd , de voorfchreeve Misfive en Requeste in originali, te Hellen in handen van de Burgers Repraafentanten Reinders, Guljé, en Gooier , om daaromtrent der Vergadering te dienen van confideratiën en advis. Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier, den 16 April laatstleden, om daarby geallegueerde redenen aan de Vergadering proponeerende, om te worden gequalificeerd tos de voldoening der Soldyën aan de voormalige zogenaamde Friesfche en Groninger Guardas, en Amfterdamfche Stads Soldaden, tot den dag der aanftaande Licentiatie derzelven, waaromtrent hetzelve Bewind hoopt, binnen kort eenen voordragt te zullen doen. En gedecreteerd, de voorfz. Misfive in originali ^ te ftellen in handen van de Burgers Reprefentanten Daendels , en verdere Gecommitteerd geweest zynde tot het concipiëeren eener Inftruótie voor den Agent van Finantiën, om daaromtrent der Vergadering te dienen van confideiatiën en advis: {zonder refumtis.') Is  3 MEY 1799. 103 ïs geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier, den 26 April laatstleden , houdende, ingevolge van en ter vóldoeninge aan het Decreet van den 10 Maart laatstleden, deszelfs Bericht, confideratiën en advis, op de Requeste van Jofeph Masfard, woonende te Luik, Schipperen Koopman op de Maas, daarby verzogt hebbende, dat het Vertegenwoordigend Lichaam zekeren Willem Heshujius, zich noemende Ontfanger van ' den Maastol, gelieve te gelasten om aan den Requestrant terug te geven, met vergoeding van kosten, fchaeden en intresfen , zekere fomma van ƒ 486 - 16 - 12, welke hem waren afgeperst, op grond quafi, dat hy den Tol te Batenburg zoude hebben gefraudeerd. Tendeerende hetzelve advis, dat het verzoek by voorfchreeve Requeste gedaan , zoude behooren te worden gedeclineerd, en geweezen van de hand. En gedecteteerd de voorfchreeve Misfive en Requeste in originali, te Hellen ih handen van de Burgers Reprsefentanten Leemans , van der Mey van der Linden, en Remmers, om daaromtrent der Vergadering te dienen van confideratiën en advis. Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier,' den 26 April laatstleden, daar nevens ter vóldoeninge aan het Decreet van den 22 Maart daar te vooren, zendende het bericht van den Raad der Gemeente van Dantumadeel, op de Requeste van de benoemde Commisfie der Hervormde Gemeentens van Wouterswoude* Damwoude,Murmwoüde, en Akkerwoude, gelegen in het distriél Dantumadeel, in het voormalig Gewest Friesland, houdende verzoek, om in de ongeftoorde posfesfie hunner Kerken en PastoG 4 ry-  I04 3 M E Y i 7 9 9» ryeu, met den aankleeven van dien, te warden g»° inaintineerd. En gedecreteerd de voorfchreeve Misfive en Bylage»» in orighali,tei\dlen in handen van deBurgersRepra?fentanten Steyn Parvé, en- verdere Gecommitteerden tot de Kerkelyke zaaken; om daaromtrent der Vergadering te dienen van confideratiën en advis. Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Be~ wind der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier,, den 2Ö April laitsdeden, daar nevens, ter dispofitie van het Vertegenwoordigend Lichaam, zendende , alle de Hukken relatif de ontftaane gefchillen tusfchen de onderfcheide Kerkgenootfchappen, over de naasting van het Kerkgebouw der voormaals Heerfchende Keik, te Lfinge. En gedecreteerd voorfchreeve Misfive en Byiagen» in originali, te Hellen in handen van de Burgers Reprajfentanten Sieyn Parvéy en verdere Gecommitteerden tot de Kerkelyke zaaken, om daaromtrent der Vergaderinge te dienen van confideratiën en advis. Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Re* wind der Bataaffehe Republiek , gefchreeven alhier % den aö April kacsleden, houdende, ingevolge van en ter vóldoeninge aan het Decreet van den 16 daar te vooren y deszelfs confideratiën en advis, op de Requeste van Ca.harina Petronella Boe Hard, Weduwe Salontha, daaiby verzogt hebbende, om eenige Weubiliafre en Lyftoebehoorende Goederen naar We* zei te verze cum fuis , Predikanten by de Gereformeerde Gemeente binnen gemelde Stad, zodaanig te disponeeren, als het zelve zal vermeenen te behooren. En gedecreteerd, de voorfz. Misfive, in originali* re dellen in handen van de Burgers Repiaafentanten Steyn Parvé, en verdere Gecommitteerden tot de Kerkelyke Zaaken , om daar omtrent der Vergadering te dienen van Confideratiën en Advis. Is geleezen eene Misfive van het Mof van Justitie in Gelderland, gefchreeven te Arnhem den 17 April laatstleden, houdende, ingevolge van en ter voldoening aan het Decreet van den 8 daar te vooren, deszelfs Confideratiën en Advis op de Requeste van Wil hm Otten, woonende te Duiven in den. Lande van Chef, daar by verzogt hebbende, om aan deszelfs Zoon Jan Otten, te verleenen gratie, wege .s het geen door denzelven, op den 14 Maart jo gstleden, binnen de Stad Arnhem zoude zyn misdreeven, met authorifatie op het Officie Fiscaal van voornoemde Stad, om denzelven uit zyn gevangenis te ontdaan. Tendeerende het zelve advis, dat het verzoek by voorfchreeve Requeste gedaan , zouden behooren te worden geaccordeerd. Is gedecreteerd , de voorfchreeve Misfive, met de dnar toe behootende dukken, in originali te dellen in harden v..n de Bu'gers Reprp^femanten Appelius, van liatl, van Ilaeften, Wemer en van Leyden, om  3 MEY 1799» J09 cvn daar omtrent der Vergaderinge te dienen van confideratiën en advis. Is geleezen eene Misfive vau Prasfident en Raaden in den Hove van Justitie over de voormaalige Gewesten Holland en Zeeland, gefchreeven alhier, den 29 April laatstleden , houdende, ingevolge vanen ter voldoening aan het Decreet van den 6 February daar bevoorens , derzelver bericht op de Requeste van Cornelis Jansz. Har tin geveld , Weduwenaar van PVillemtjs van den Tol en Arsntje^ Jacobs, dogter van van der Valk, Weduwe Bastida'n Corr.elis Bom , woonende te Middelaarnas, daar by verzogt hebbende,dat zy Supplianten,die eikanderen in aff.niteit als Neef en Mooy befbsan, mogten worden gedispenfeerd van hec verbod, begreepen in des politique'Ordonnantie vtn den Jaare 1580. en de nadere Verklaaring van de voormaalige Staaten van Holland van den 4 Mey 1664 , mitsgaders van de Waarfchuwing, van den 14 Oétober 1789, en permisfie om zich met eikanderen in den Huwelyken Staat te mogen begeven , en aan de Supplianten daar van te verleenen Decreet in formd. Berigtende het zelve Hof, dat de pofitiven by de Requeste ter nedergefteld , der waarheid conform zyn. En is goedgevonden en vetfhan, de tweede lee* zing van de voorfchreeve Misfive te bepaalen, op aanltaanden Donderdag den 9 Mey. Is geleezen eene MLfive van Prsefident en Raaden in den Hove van Juftitie over de voormaalge Gewesten Holland en Zeeland, gefchreeven alhier den 30 April laatstleden , houdende , ingevo'ge van en ter voldoening aan hec Decreet van den 9 daar ce voo*  tiö 3 M E Y 179 9. Vooren, derzelver bericht j confideratiën en advis $ op de Requeste van Jan Vetlem j woonende te Amficldam, houdende een gedetailleerd verflag der grieven hem in den Jaare 1785. door het Vonnis van Schepenen dier Stad in de fameufe Proceduures $ ter zaaken van den bekenden Brief van zekeren zogenaamden Justus Plebejus, in het 224. Nummer vart den Politicken Kruyer geinfereerd, coegebragt, en wyders op fundament der redenen en moriven, daar by gededuceerd, tendeerende tot vernietiging vari het zelve Vonnis, mitsgaders tot refticutie eener, uit kragte van eene Refolutie dei: Staaten van Holland van 18 May van dat zelfde Jaar, waarby het voorfchreeve Vonnis is gefurcheerd, door hem ter Secretarie van Amfteldam geconfigneerde fomma vari ƒ 3000 : 0 : o welke aldaar nog in naturd voorban» den is; Tendeerende hetzelve advis, dat hei: verzoek van den Suppliant onder de by voorfchreeve Misfive opgegeven bepaalingen, zoude behooren te worden geaccordeerd. En is goedgevonden en verftaari, de tweede leézing van gemelde Misfive te bepaalen, op aanfiaanderi Donderdag den 9 Mey. Is geleezen eene Misfive van Prsefident eh Raadèri in den Hove van Justitie over de voormaalige Gewesten Holland en Zeeland , gefchreeven alhier deri £o April laatstleden, houdende, ingevolge van eri ter voldoening aan het Decreet van den 21 February daar te vooren , derzelver confideratiën en advis op de Requeste van Leonard van Lennep, woonende te Amfteldam, daar by verzogt hebbende, dac het Vertegenwoordigend Lichaam geliefde te verklaaren, dat (mits de Suppliant gehoude blyve het ef>  3 MEY 1799. ut effect van hec door hem geproponeerde en door de groote meerderheid van zyne Crediteuren geaccepteerd accoord ook te praafteeren en te laten genieten aan die zyner Crediteuren, welke hetzelve niet getekend hebben , en dus aan alle zyne Crediteuren , wier prsstenfiën haaren oorfprong hebben uit eenige handelingen anterieur aan zyn voorfchreeven accoord) hy Suppliant van alle verdere aan hec voorfchreeven accoord anterieure prastenfiën derzelver Crediteuren zoude zyn gelibereerd. En tendeerende hetzelve advis, dat hec verzoek by voorfchreeve Requeste gedaan , zoude behooren te worden geaccordeerd. En is goedgevonden en verftaan de tweede leezing daar van te bepaalen, op aanilaanden Donderdag den 9 Mey. j Is geleezen eene Misfive van Prcefidenc en Raaden in den Hove van JufHtie over de voormaalige Gewesten Heiland en Zeeland, gefchreeven alhier, den 30 Aprii laatstleden, houdende, ingevolge van en ter voldoening aan hec Decreet van den 2 November des afgelopen Jaars, deszelfs confideratiën en advis, op de Requeste van Petronella HenHca Cr'dll, woonende te Alkmaar, daar bv verzogt hebbende , dat \ het Vertegenwoordigend Lichaam mogte behaagen , de Nalatenfchap van Hendrik Cröll, voor zo veel des noods en in zo verre dezelve Nalatenfchap , mitsgaders de Effecten, die uit de overfchietende revenuen tot Capitaal mogten zyn aangelegd, uic kragte van deszelfs Testament den 15 January 178 s, voor den Notaris Mr. Piet er Pasmooy Moolenaar en getuigen te Alkmaar gepasieerd, met fidei Commis mogten zyn verbonden, in* gevalle zy Suppliante ongehuwd of zonder kinderen na-  ïJa 3 MEY i 7 9 9* mtelaren, mocht komen te overlyden, uit den bani van fidei Commis te ontdaan, met faculteic aan de Suppliante , om daar over te disponeeren, als over vry, en ei?en goed, en daar van aan de Suppliance te verl eenen brieven van Octrooi in communi formd. En is, conform het advis van bovengerneiden Hove van Juftitie, gedecreteerd, het verzoek by voorfchreeve Requeste gedaan, mits deezen te declineeren en te wyzen van de hand. Is geleezen eene Misfive van de Commisfie tot de adrftinifrtatie der Financiën in het voormaalig Gewest Friesland, gefChrtèveri te Leeuwarden den ap April 1.1., daarby, ter dispofitie van het Vercègenwoordi* gend Lichaam , zendende de aan dezelve geprefentCerde Requeste van Dr. Jacobus Tiboel, woonende te H'orkum, daarby verzogt hebbende, vry gefield te mogen worden van zodanige 24 L. Officie-Geld, als voor Ultimo April van den Jaare 179^ van hem is gevorderd geworden. t En gedecreteerd voorfz. Requeste en Bylage,i« origiwali, te zenden aan het Uitv. Bewind, om, met terugzending van dezelve, daaromtrent der Vergade* ring te dienen van bericht, confideratiën en advis. Is geleezen eene Misfive van Diaconen van de Gereformeetde Gemeente te Vlaardingen, gefchreeven aidaar op gisteren, om daarby geallegueerde redenen, verzoekende , dat 't hec Verteegenwoordigend Lichaam moge behaagen, in den hoogen nood, waarin tferzelver Armen verfeeren, te voorzien, en provih'o* reei aan hun voortefchiecen , zodanige fomma, als noodig bevonden zal worden, zich voorts refereerende tot de'onderfcheidene Misfives der Municipaliteit van Vlaardingen voornoemd, dienaangaande aan de Vergadering gezonden.  3 M E Y i7b9„ tig Eri gedecreteerd voorfz. Misfive, in originali, te zenden aan het Uitvoerend Bewind, om, by deszelfs deswegens uirtebrengen advys, daarop het noodire reguard te liaan. Js geleezen de Requeste van Jan Ever ar d Reuè vens i Raad in het Hof vaii Juftitie, over de voormaalige Gewesten Holland en Zeeland, houdende, dat de Suppliant, door het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek , aangefteld zynde tót Agent vari Juftitie, en zich bereid getoond hebbende, dien post te aanvaarden, aanfehryving had bekomen om zich$ zo fpoedig mogelyk, ten dien einde voor !^et gemeL de Bewind te fisteeren \ en de Suppliant vermeenende* daartoe noodig te hebben deszelfs ontfiag als Raad iri gsmeiden Hove * verzoekende mitsdhn, dat 'c hec Vertegenwoordigend Lichaam moge behaagen, hent in zyne voorgemelde qualiteic te willen ontflaarij eri dat het befluic hierop te nemen, door deeze Vergadering móge worden verklaard van onverwylde noodzaaklykheid. En in aanmerking genomen zyrtdë, dat het belang vari den Lande vorderd, dat het Agentfchap van Justitie, hoé eerder zo beter, wordevervuld, en dat er mitsdien,deezen aangaande j fpoedig wordë gedisponeerd^ heeft deezö Kfcrtóer verklaard, dat eri s onvei Wylde noodzaaklykheidt En voorts daadelyk bellooteh, het verzoek by5 vbörfz. Requeste gedaan, mits deezen te óccordeereh^ 'en dienvolgende den voornoemden Mr. Jan Everard Reuvens, uit deh dienst en Eéd van den Lande tö ontdaan, als Raad in hec Hof van Juftitie over dé voormaalige Gewesten Holland en Zeeland. Zullende Eitracl deezes Worden gezonden aan hét Uitvoerend Bewind, tot in formatie. En zal dit Befluic, oveiëenkomsdg het 60 Artlcüi der Staatsregeling, ter bekrachtiging worden gezoriH deii  n+ 3 M E Y 1 7 9 9- den aan de Tweede Kamer, met en benevens de voorlz, RequesLe, inotïginalï Qzonder refumtie.') Is geleezen de Requeste van Feyte Aukes de Slaan, Koopman op de Jouwer, in het voormaalig Gewest friesland, daarby verzoekende permisfie om van de Jouwer voornoemd, aan de Kooplieden Abeg en Compagnie te Embden, te mogen verzenden een 'honderd en twintig Tonnen gezouten Vleesch, en zes en twintig Tonnen Spek, iedere Ton zwaar twee honderd ponden, en welke aldaar op geneutralifeerde Schepen moeten gebruikt worden. En in aanmerking genomen zynde, dat het^commercieel belang van den Lande vorderd, dat 'er op verzoeken, de "Commercie betreffende, zo dra mogelyk, worde gedisponeerd, heelt deeze Kamer verklaard, dac 'er is onverwylde notdzaaklykheid. En voorts daadelyk beftooten hec verzoek, by voorfchreeve Requeste gedaan, mits deezen te accordeeren, en dien volgens aan voornoemden F. Aukes de Slaan te permitteeren , om, onder de deswegens vereischt wordende cautie, naar Embden aan de Kooplieden Abeg en Comp. aldaar te verzenden een honderd twintig 'ionnen gezouten Vleesch, en zes-entwintig Tonnen Spek, iedere Ton zwaar twee hondcid Ponden, ten einde aldaar op neutraale Schepen te kunnen gebruikt worden. En zal Extract deezes worden gezonden aan bet Uitvoerend Bewind, met en benevens de voorfchreeve Requeste, in originali, (na de bekrachti» ' ging van het bovenftaand Befluit.) En zal dit befluic, overeenkomftig het 60 Articul der Staatsregeling gezonden worden aan de tweede Kamer ter bekrachtiging, met en benevens de voorlchreeve Requeste, in originali: (zonder refutatie.} h  3 MEY i 7 9 p. 115 is geleezen de Requeste van het Hervormd Kerkgenootfchap tc Woldendorp, om daarby geallegueerde redenen, verzoekende, dat het gemeld Kerkgenootfchap aldaar by de Staatsregeling moge worden gemaintineerd, en dat mocht worden verklaard, dat de aanfteiling van Huj'a Epkes , ftrydig is met dezelve , en voorts te approbee.en de keus door bovengemeld Kerkgenootfchap gedaan, of by een wet te bepaalen, door wien de verkiezing van Kerkelyke Ambtenaaren behoord te gefchieden, als mede bet Kerkgenootfchap voorn.,in ftaat te ftellen ,om aan de zich noemen* de Mevrouw Wychgel te rèschuëeren , het door haar opgezegde Capitaal, het welk zy op de Kerke &c. aldaar in den jaare 1797 hadt gefchooten. En gedecreteerd voorfz. Requeste en Byiagen, m originali, te zenden aan het Uitvoerend Bewind , om, met terugzending van dezelven, daaromtrent der Vergadering te dienen van confideratiën en advis. Is geleezen de Requeste van Anthony Barneveldy woonagtig te harderwyk, daarby herhalende deszelfs te vooren aan deeze Vergadering gedaan verzoek, om in het Stemregister te mogen worden ingefchreéven, . en verzoekende, dat, hangende de deliberatiën hier over, hy moge blyven continuëeren de Administratie van het Rentambt van St, Wolburg en Marië.'idaaL En gedecreteerd voorfchreeve Kequesre en Byiagen, in originali, te zenden aan hec Uitvoerend Bewind, om, met terugzending van dezelve , daaromtrent der Veigadering te dienen, voor zo verre betreft het eerfte gedeelte'van des Suppliants verzoek , van Bericht, en raakende ftec tweede gedeelte van confideratiën en advis. Is geleezen de Requeste van 'Pieter van de Poll Jansz,, Stemgerechtigd Burger van de Bataaffehe Ha, Re-  U6 3 MEY I 7 9 9« Republiek, wooriende te Amfterdam, zich daarby beklaagende , dac hy, op den 14 April 1798, ^00t de Administrative lvïnnicipaliteit der gemelde Stad was ontzet geworden van den Pose van Vendumeester, in de Bank van Leening te Amfterdam voornoemd, waar voor hy in den Jaare 1784 hadt betaald de fomma van f 12050, en voorts om geallegueerde redenen, verzoekende, dat hy Suppliant in voorfchreeven Post moge worden herfteld, of wel by aldien zulks niet konde gefchieden, dat als dan, aan hem , ingevolge den 40 Articul van de algemeene beginzelen der Staatsregeling, zodanige fchaede vergoeding moge worden geprsesteerd, als naar billyk* heid zal vermeend worden te behooren, en dat eindelyk- hangende de deliberatiën over voorfchreeve verzoeken, de voorfchreeve zaak moge worden gelaten in ftatu en furcheance. En gedecreteerd de voorfchreeve Requeste en Byiagen, in originali; te zenden aan het Uitvoerend Bewind, om, met terugzending derzelven, daaromtrent der Vergaderinge te dienen van Bericht, confideratiën en advis, en (wel, nopens de daarby ver> zogte furcheance, ten fpoedigften. 1 Is geleezen de Requeste van Pietar Pep, woo aende te Oostzaandam, om daarby geallegueerde redenen , verzoekende permisfie tot hec amoveeren van deszelfs Huis, breeder ten Requeste omfchreeven. En gedecreteerd voorfz. Pvequeste , in originali, ee zenden aan he: Uitvoerend Bewind, om, met te rugzending van dezelve , daaromtrent der Vergade ririg ten fpoedigften te dienen van confideratiën en advis. Is geleezen de Requeste van Jacobus Molema, Roggemulder te Midwolde , om daarby geallegueerde redenen verzoekende permisfie, om in zyne Rogge Moo.  3 MEY 1799. 117 Moolen tëMidwolde voornoemd, peliïeenen te mogen leggen. En gedecreteerd voorfz. Requeste, in originali, te zenden aan hec Uitvoerend Bewind, om, met terugzending van dezelve, daaromtrent der Vergadering te dienen van confideratiën en advis. Is geleezen de Requeste van Petrus Dannenbargh, woonachtig te Noordhorn, in het Graaffchap Bent. heim: om daarby geallegueerde redenen, vèrzoekende permisfie tot den vryen invoer van witte Kroonen en Imperiaalen Zaaijen, om dezelve te Am fier dam te laten verven , en aldaar geverft en ongemaakt zynde, vryelyk, tegens becaaling der in- en uitgaande rechten, weder te mogen uitvoeren. En gedecreteerd voorfz. Requeste, in originali, te zenden aan het Uitvoerend Bewind, om, met terugzending van dezelve, daaromtrent der Vergadering te dienen van confideratiën en advis. Is geleezen de Requeste van Fredrik Scharf, Burger en Inwoonder alhier, daarby te kennen gevende, dac hy Suppliant, op den 1 September 178a, door den voormallen Stadhouder was aangefteld, als Hoftappisfier Suivant la lour; en om daarby geallegueerde redenen verzoekende, dat zyne deswegens te goed hebbende pretenfiën, ter fomma van ƒ434: 12 aan hem mogen worden voldaan. En_ gedecreteerd de voorfz. Requeste en Byiagen , in originali, te zenden aan het Uitvoerend Bewind, om, mee terugzending van dezelven, daaromcrenc oer Vergaderinge te dienen van confideraciën en advis. Is geleezen de Requeste van van der Beek, Bur< H 3 gC  u3 3 M E Y 179 9- eer *n Imvoonder te Steenbergen, daarby herhaalende deszelfs bereids gedaan verzoek, ten einde hy Suppliant moge blyven genieten, het effeét van het ten gemelde Requeste omfchreeven Contract, het welk hy met Gecommitteerdens uit de gewezen Re • prsfentanren van het voormalig Gewest Bataafsch Braband, relatif zekeren, doorhem gedaanen Pacht had aangegaan , en dat aan hem Suppliant dieswegens furcheance van executie moge worden verleend. - . . . "... En gedecreteerd voorfz. Requeste, tn ortgtnalt, te zenden aan her. Uitvoerend Bewind, om, met terugzending van dezelve, der Vergadering te wenen van confideratiën en advis. {zonder refumtte ) Is o-eleezen de Requeste van de Leden van de Municipaliteit der Stad Purmerende, om daarby geallieerde redenen, verzoekende, dat aan hun moge worden gedepeêcheerd eene Ordonnantie, ter fomSa van een honderd twaalf Guldens en twee Stuivers , Segens en ter zaake van door dezelve geleverd Brood, S , Bier en Logement, by gelegenhe.d van den ifl. mars van Nationaale Troupes, in den Jaare 797- Fn gedecreteerd de voorfz. Requeste en plagen, in \riginali, te zenden aan het Uitvoerend Bevind der Bataaffehe Republiek, om daarop, naar bevind van zaaken, te disponeeren. Is geleezen de Requeste van JacobutWynhoven.i zich noemende Stemgerechtigd Burger Genchts Natuur en Buur of Poldermeester te GeldermalJurn, om ' daarby gealleguceide redenen, verzoekende, dat aan hem Suppliant, ter bebouwing moge worden geaccordeerd twee ftukjens ledig en woest Land, m de Ke Hams breederomfchreeven, en zulks, (kan bet ^  3 MEY 1799. 119 voor eenige Jaaren, zonder betaaling van Thyns or Cynsgelden, als mede, dat hy met den een of anderen Pose moge worden begunftigd. En gedecreteerd: voorfz. Requeste en bylaagen , in originali, te zenden aan hec Uitvoerend Bewind, om, voor zo veel des Suppliants eerfte verzoek betreft, daarop, naar bevind van zaaken, re disponeeren, worden ie hy met deszelfs ander verzoek gerenvoyëerdaan hetzelve Bewind. Is geleezen de Requeste van Mr. Pieter Jacob de Bye en Hendrik Daniël de Vos, Advocaaten voor den Hove van Juftitie van hecvoorm. Gewest Utrecht, en Helmert van Dam, Procureur voor den gemelden Hove, daarby interdececrende voor den, by denzelven Hove ongelukkig gevangenen, ter dood gecondemneer-; den Jan Roelof van Meerendonk, aan wien het Vertegenwoordigend Lichaam, eenigen tyd geieien , fnrcheance van Execmie van hetzelve Vonnis had verleend, gelyk mede, acces van hun Requestranten by denzelven, en voorts, om geallegueerde redenen, verzoekende, dac het gemelde Lichaam, de ftrafle des doodi, tot welke de gemelde J, li, van Meerendonk, by Sententie van den voorzegden Hove van Juftitie, over het voormaali^ Gewest Utrecht, is gecondemneeid, ex plenitudine poteflatis, aan denzelven gelieve te remitteeren en aan den gemelden Hove oven te laten, om, ter plaatfe van dien, den meergemelden gevangenen,op zodanige wyze, te ftraffen, als overeenkomstig deszelfs omftandigheden en den aart der zaak, zal bevonden worden te behooren. En gedecreteerd, de voorfz Requeste en Bylaagen in originali te zenden aan den Hove van Jufticie, over het voonnaalig Gewest Utrecht, om, met teil + rug-  3 MEY 1 f 9 p, rugzending derzelven, daaromtrent der Vergaderingte dienen van confideratiën en advis, ïsgeleezen de Requeste van geauthorifeerdens en Plenipotentiarisfen van hec Roomsch - Cathoiyk Kerkgenoodfchap binnen den Bosch , daarby tc kennen gevende, geïnformeerd te zyn, dac de Municipaliteit aldaar hec plan van fchikking, nopens, de naasting van de Kerkgebouwen &c, binnen gemelde Stae), *er beflisfing aan het Vertegenwoordigend Lichaam, had gezonden. En verzoekende, dac hetzelve Plan moge worden geiipprobeerd; dan, zo hiei'jn onverhoopt niet mogt kunnen worden getreden, alsdan de ten gemelde Requeste gedaane Tauxatie, te verklaaren voor nul en informeel, en de Municipaliteit voornoemd, te gelasten eene nadere tauxatie te laten doen. En gedecreteerd, voorfz. Requeste, in originali, te rlellen in handen van de Burgers Repraïfentantep Steyn Parvé en verdere Gecommitteerden tot de kerkelyke zaaken, prn daarop het noodig reguard te fiaan. ïs geleezen de Requeste van Willem Fredrik Kay» zet, gepenfioneerd Major der Bacaaifchc Republiek, daarby ter voldoening aan hec 4 en 5 Articul van hec Peeteer der ccnftituëerende Vergadering, van den 12 February 1798, overleggende een attest van den commandeerenden Officier van het geweezen Regiment Stad sn Lande en Drenthe, waarin hy heeft gediend, en verzoekende,ingevalle hetzelve niec voldoende mogtebevonden worden,toe ftaaving van hef gerequireerde,by voormelde 4 en.sArticulen bepaald, dft alsdan aan hem moge worden opgegeven het daar aan ontbrekende, als mede aan hem uitbetaald de$. atdf* te goed hebbend pe?fioen. E»  3 MEY 1799, iai En gedecreteerd de voorfchreeve Requeste en ByJaage in originali te ftellen in handen van de Commisïie tot het werk der Penfioenen, in een Committé general benoemd, om daarop het noodig reguard te liaan. Zvn geleezen twee Requesten , als van Jacoh Spis cum fuis, Leden van het Mennonicen Kerkgenootfchap te Hoorn, en van P. van Dokkenburg cum fuis, uitmaakende de Leden van den Kerken* raad der Doopsgezinde Gemeente te Koog en Zaandyk, om daar by in het breede geallegueerde rede» nen, verzoekende, van den Corporeelen Wapendiensc verfchoond te mogen worden. En zyn voorfchreeve Requesten gehouden in advis, tot dat het Befluic door deeze Vergadering, betrekkelyk de Organifatie der Bataaffehe Gewapende Burgermacht genomen, door de tweede Kamer zal zyn bekrachtigt, en daar van deeze Kamer zal zyn geïnformeerd. ïs geleezen de Requeste van Thsodorus Metfino cum fuis. uitmaakende het Gemeente Beftuur des Ambts van Tielrewaard, orn, daar by' gea!legueer« de redenen, verzoekende, dac 'c hecVercegen woordeend Lichaam moge behaagen , aan de Ingezetenen vaneen Ambte van Tielrewaard voornoemd, te verleenen. Voor eerst, om ontheeven te worden van de betaaling der 5 en 10 per Cent op de Inkomften en Bezittingen, den 30 November 179». gearresteerd, en zulks voor zo verre daar aan nog niet is voldaan En ten anderen , eene reftitutie van Verponding en Gemeene Middelen over voorfchreeven Ambt, voor den tyd van zes jaaren. En gedecreteerd der Supplianten verzoek, voor H 5 zo  iaa 3 MEY 1 7 9 9- zo veel het eerde (gedeelte aangaat, mits deezen te declineeren en te wyzen van de hand, wordende derzelver ander verzoek gehouden in advis, tot dat de deliberatiën zullen zyn afgelopen, over het, op aanmaanden Maandag aan de orde van den dag zynde, Rapport van de Burgers Repraifentanten Daandels en verdere Gecommitteerden, op onderfcheidene Requesten van Dykfloelen &c, betrekkelyk het verleencn van Schaedevergoeding, wegens veroorzaakte Dyk- breuken &c. De Burgers Rcprafentanten Hartevelt, en verdere by Decreet van den 27 Maart laatstleden Gecommitteerden , ten examen van de Requeste van H. A. van Asfeldonk, woonende te Vechel, Quartiere van Peelland, Meyery van den Bosch, daarby verzogt hebbende, dat het aan hem Requestrant mogte worden vergund , om, bintven den voorfchreeven Dorpe, te mogen oprichten eene Bier-Brouwery &c. Hebben ter Vergadering uitgebragt hec hier navolgend Rapport: BURGERS REPRESENTANTEN I Het behaagde Uiieden, by Befluit vnn den 27 Maart laatstleden , in handen uwer Commisfie , retatit net werk der vernietigde Gilden, ten fine van Confideratiën en advis, te dellen de Requeste van ff. A van Aifeldonk, fteragerechtigd Burger, waorende u Vechel, Ouartiere van Peelland , Meyerye van den Bosch, daarby veiv.ocker.de , dat het aan hem Requestrant worde verguad, öm aan zyne Huizing, brnn;n den gemelden Dorne Vechel gelegen', eene Bier Brouwcry te «ogen oprichten, zo tot gemak en gerief der Ingezetenen aldaar als om daar door een eerlyk beftaan tc «langen , ' wcik  3 MEy 1 7 9 9* »23 welk verzoek door het Intermediair Adminiftratif Beftijur van het voormalig Gewest B^taafsch Btaband, by deszelfs Misfive, den 11 December 179?. reeds by deeze Kamer ingekomen, en als toen in advis gehouden,wordt geappuiiëerd. Uit deeze Misfive, mede in handen uwer Commisfie gebeld, is aan haar ten overvloede gebleeken, dat het voornoemde Beftuur , alvoorens de Brieven van Voorfchryving te verieenen, heeft ingenomen de confideratiën en het advis van het Committé van D< meinen e;i Finant'ën, in dat voorfchreeven voormaalig Gewest, her welk, na ingewonnen te hebben de confideratiën en b r. bericht der ivlunicipaliteit van Vechel, omtrent des Requesrrants verzoek , alleszins favorabel heeft geadvifeerd. Uwe Commisfie maakt dus (-eene zwaarigbeid UI. voor te ftelkn het nemen van het navolgend befluit. De eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Baraaffchen Volks gehoord hebbende het Rapport haarer perfoneele Commisfie , op de Requeste van H. A. van Asfendonk , woonende te P'echel , Quartiere van Peelland, Meyerye van den Bosch, verzoekende,dat aan hem worde vergund, om aan zyne Huizing binnen den gemelden Dorpe van Vechel gelegen , eene Bier- Rrouwery pptérichtén, welk verzoek door het Intermediair Adminiftratif Beftuur van het voormalig Gewest Bataafsch Braband, by derzelver Misfive den 11 December 1708. reeds by deeze Kamer ingekomen, en als toen in advis gehouden , wordt geappuiëerd. Overweegende , dat voor de aanneming der Staatsregeling, tot het oprichten van Bier-Brouweryen binnen de Meyerye van den Bosch, altoos een fpeciaal Octrooi is vereischt geworden. Overweegende, dat de Requestrant uit dien hoofde, ingevolge Decreet van het Vertegenwoordigend Lichaam, vervat in de Publicatie van het Uitvoerend Bewind , van den 5 October des voorleden Jaars , relatif de Gilden, zich aan deeze Kamer, voorzien met favorahle Brieven van voorfchryving van het Beftuur van dat Gewest, in hetwelk hy de gezegde Trafieck wilde oprichten, hebben-  ia4 3 MEY 1 7 9 9- Bende vervoegd , 'er geene reden is, waarom aan des Reqnestrants verzoek ten deezen met zoude worden voldaan. Befluit: Aan den Requestrant H. A. van Asfeldonk te ver« gunnen, om aan zyne Huizinge, binnen den Dorpe Fee» hel, eene Bier-Brouwery opteriehten. En zal Extracl van dit Befluit worden gezonden aan het,Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, om aan het zelve de noodige executie te geven. En zal dit Befluit, ingevolge Articul 60. der Staatsregeling, ter familie worden gezonden aan de tweede Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataatfchen Volks, met en benevens het Rapport en de Byiagen in originali. "^Onderwerpende dit ons geadvifeerde aan Ulieder beter oordeel, A. Hartevelt. L. van den Braak. H. Remmers. O. G. Gorter. C. Schefer. A. J. Verheek. L. J. Vitringa. C. van Foreest. Fr. Guljé. „ En  3 MEY 1799; isg Eri is goedgevonden en verdaan de tweede leezing van hetzelve Rapport te bepaalen, op aanftaanden Dingsdag den 7 Mey. De Burgers Reprsefentanten Hartevelt en verdere 2 by Decreet van den 6 November des afgelopen Jaars, Gecomitteerden, ten examen van eene Misfive van hec Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, houdende deszelfs advis, op 15 Requesten, als van S. A. Amandrusc.fi, allen geweest zynde Propriërairen van Compagniën, als mede nog, ingevolge Decreet, van den 5 Juny 1793, geëxamineerd hebbende de Requeste van Pierre Poupart, gepenfioneerd Generaal Major, allen daarby verzogt 'hebbendej als nog te mogen jouisfeeren van zeker dedomagement, by Refolutie van Haar Hoog Mogenden in dato *3 July 1790, aan de Propriëtairen van de Compag* niën Infanterie toegelegd &c. Hebben ter Vergadering uitgebragt hec hier na volgend Rapport. QFiat infertio.') (*) En is goedgevonden en verftaan het voorfz. Rapport ce doen drukken, aan de Leden ce distribuëeren, en de tweede leezing daar van te bepaalen, op aanftaanden Vrydag den jo Mey. De Burgers Reprasfentanten van Gaaien, en ver. dere, by Decreet van den 10 April iaacstleden, Ge- com (*) Ziet de Bylaag A.  „6 3 M E Y i 7 9 9-. committeerden, ten examen van eene Misfive van het Uitvoerend Bewind, houdende, ingevolge Decreet van den , November des afgelopen Jaars, deszelfs confideratiën en advis op de= Requeste van de Municipaliceic van den Dorpe Harmgcarlpd, daarby verzogt hebbende, dat zy Requestranten mogten worIn ge uthorifeerd, om voor den tyd van * Jaaren, of" o veel meerder of minder, als het VertegenwoordLend Lichaam zoude gelieven goed te vinden ten behoeve van derzelver Dorps-Kas van ieder Morgen Land, oPderidejurisdiftie van Haringcarfpel voornoemd gelegd, Jte mogen heffen twee en een na We a drie Guldens, en verder zo als en in de Notulen van den gezegden I November, breeder ftaat vermeld. Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier navolgend Rapport. {Fiat infertio.} (*) En is goedgevonden en verftaan, hetzelve Rap* «ort!met de Misfive van het Uitvoerend Bewinden ïo April jongstleden, ter deezer Kamer ingekomen , als mePde de vooi fz. Requeste en Byiagen van de Municinalueit van üen Dorpe Haringcarfpel, er. eene Se van het Provmtiaal Commiué van dohand, ïSkeïvk voorfz verzoek door de Munic.pali^rLrinécarfpel sedaan, aan de Leden tc d.scribueeren, en de ejSJ| daar van te bepaalen, op den , aag na de fttpibff£ (?) Ziet 'de By.'atfg. B.  3 MEY 1799. 127 Dë Burgers Reprafentanten Appelsus, en verdere by Decreeten van den 18 en s5 February, als mede van den 8 April 1.1 Gecommitteerden, ten exa■ men Vwr eerst: van de Requeste van A. G. B la fins Burger en Inwoonder der Stad Amfterdam, geadfisteerd met P. Boeken en P. C. van Hoek, in qualiteit als door Commisfarisfen van de defolaate BoedelsKamer te Amfterdam, aangebelde Sequesters in den Boedel van den eerften Requestrant; daarby verzö^r hebbende, dat het Vertegenwoordigend Lichaam de noodige maatregelen gelieve te nemen, ten einde, ingevolge de ifte, 2de en 3de Arciculen, vru zeker Concordaat, op den 18 April 168j, tusfchen de Staaten der voormalige Gewesten Holland en Utrecht, gefïooten, de Requestranten zouden worden gefield in het bezit van zekere Goederen, aankomende aan den eerften Requestrant, en zich bevindende, oo den Huize Scharrewcyde , in het voormalig Gewest Utrecht; dat, ten dien einde mogte worden op-eheeven en buiten effeft gefteld alle empechemenien, bun daarin, door of van wegens zekeren 3. Sluiter' man, toegebragt; alles met provifioneele furcheance van den verkoop van voorfz. Goederen, tegen den sr bebruary aangeflagen. h Ten tweeden: van eene Misfive van den fraudesrenden en andere Raaden, in den Hove van juirittéi over net voormaalig Gewest Utrecht, daarby copferit ï]^™*™ Ebbend,, een aan fnrri gepra, ftóJ«rf Request door B. Sluiterman, daarbyfmet tn meesten aandrang, verzogt hebbende, dat hetzelve Hor, by deeze Vergadering geliefde'te intercedee! . xen  ïa8 3 MEY 1 7 9 9' ren, tot de fpoedige opheffing der verleende fcfcheance. En ten derden i van de Requeste van Mr. W. H. Vereul, Commisfaris van de defolaate Boedels Kamer der Stad Amfterdam, als Gecommitteerden tot de "particuliere direélie in den Boedel van A. G. Blafius, daarby verzogt hebbende, dat het Vertegenwoordigend Lichaam, de noodige maatregelen geliefde te nemen, tot handhaaving van hec hier voorengemelde Concordaat, en ten einde de Sequesters in den Boedel van A. G. Blafius, worden gefield m de vrye beheering van de Goederen, door of van wegens i*. Sluiterman, gearresteerd. Hebben ter Vergadering uitgebracht het hier navolgend Rapport: {Fiat infertio.) (*) Én h°eft de Vergadering, om redenen daarvoor door de voorfz. Commisfie opgegeven verklaard, d"t 'er is onverwylde noodzaaklykheid; doch des niettemin goedgevonden en verdaan hetzelve .Rapport te doen drukken, aan de Leoen te discnbueeren* en drie dagen na de distributie aan de orde van den dag te dellen, {zonder refumtie.), ' i)e Burgers Reprafentanten Daendels, en verdere bv Decreet, van den a* April jongstleden, Gecommitteerden, ten examen van de Requeste van U Beert. 1111 ' man „ (*) Ziet de Bylaeg C.  3 M E Ir* i 7 9 $ n% Wak'en Andnes Maas, in qualiteic als by Testamèrii door Sirach van Banken, en deszelfs voor över> leede!ie Hnisvrouw Sard Heeremdn, gefielde Ex» ec'uceürs der voorfchreeve Testamente, als mede vaii M. Heereman, en H. van Bol cum fuis, als dooi? de twee eerfte Requestranten in de gemelde qualfe reirèn , nevens hun geasfumeerd en na hun in derzelver plaatfen gefurrogeerd, daarby verzogt hebbéöde, dat aan de Requestranten in derzêlvier opgeméldé qüaliteitèn al tiog mogt worden verleend een ter* myn van drie Maanden, om den voorfchreeven Böë= del te kunnen opmaaken, ten einde daar van in dé laatst gedeereceerde geldheffingen op de bezitcirigöü en inkömften de verfchuldigde fournislèmenten te kuii» hen voldoen. Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier èfe volgend Rapport: BURGERS REPRESENTANTEN! By Beildit' van den 22 April laatst iédéri, wierd tèïk mie van confideratiën èn advis, in handen van uwé Medeleden de Burgers Daendels, Ris, Schimmelpenmnck1 Jüacosta Jthias, Kniphcrst, van de Rasteek, en Lewex gefield de Requeste vanC. Heéreman, enJ. Maas, Kooplieden te Schiedam in qualiteit als by Testamente van St* rach van Banken, in leevbnKdornwyn brander' aldaar i en deszelfs Huisvrouw Sara Heereman * gefteldé Execu« teurs van voorfchreeve Testamente, als mede M. Reere^ bian, en H van Bol cum fuis, als nevens vooren gezegde Executeurs In gemélde qualiteit geasfumeerd; eri jia derzelver overlydeh geiurrogeerdj, te kennen gevende, dat net hun in de Hier Voorengemëlde qualiteit Önddenlyk 18 geweest, al tidg op te maakeri, hbe veel in de hèf-  i3o 3 M E Y i 7 9 9» ringen van io percent, op de inkomsten, en van 4 ptzcent op de bezitüngen,wegens voorfchreeven Boedel moet worden voldaan, voor en al eer de vaste panden, welke reeds ter verkoop zyn aangeflagen, verkogt zyn , en zy boven dien deeze fournisfementen uit het provenue van deeze te verkopene Panden zullen moeten voldoen, nadeinaal 'er geene Penningen toe voor handen zyn. Hier aan zullende voldoen, moeten wy de vryheid nemen, deeze Vergadering te doen opmerken, dat aan de eerfte en twee laatfte Requestranten, als Curateuren over den Perfoon en Goederen van gemelden«r«r* van Banken by Decreet van het Vertegenwoordigend Lichaam, van den 05 January laatstleden, is verleend een termyn •van drie Maanden, om meergemelden Boedel op te ma,ken, en waar van de Requestranten eene prolongatie van gelyke drie Maanden op de hier boven aangevoerde gronden verzoeken. «.ovjfc 'JLwtka 1 Wy willen niet ontveinzen, Burgers Reprfefentamen. dat ons de gronden, waar op dit verzoek rust, geenzins vsn dien aart zyn voorgekomen, dat het verzoek zoude kunnen worden geaccordeerd, nademaal het toch zeuer is dat de Requestranten deeze te verkopene Panden , ingevolge de Publicatie van deu 30 November laatstleden , hadden kunnen doen tauxeeren, en alzo de opmaking van deezen Foedel, naar den verkoop van dezelve, hadc De hooren te wachten , daar anderzins van alle andere vaste Panden niet had hunnen worden gefurneerd, terwyl het o-ebrek aan voorhanden zynde Penningen in deezen boedel , om daar uit de fournisfementen in meergemelde het«n^en te kunnen voldoen, hun ook zeer weinig te itaade zal komen, vermits als dan alle zodanige Ingezetenen, welke in' dezelve omftandigheden, als deeze Boedel verzeer«en, dat zelfde faveur zcuden behooren te genieten , dan het geen voor 'sLands Casfe allernadeeligst zoude zyn. De omftandigheden echter, waarin deeze boedel zig, uit hoofde van de krankzinnigheid van den qu overleedenen Sirach van ffö»^«,heeftbevonden,alsmede,het verloop van tvd binnen welke deeze furnisfemeuten hadden behooren 'te gefchieden, oordelen uwe Gecommitteerden, dat tenige confideratiën meriteeren, en het is om deeze re-  ,3 M È Y ï ? 9 9- m dénèn dart Ook, dat wy öordeeleh, aan deezé Re* questrarten nog eene prolongatie van den bovengemeldert termyn,. voor tyd vari eene maand en wel tot en met den laatlten deezer, te accordeéren , ten welken einde wy de eer hebberl uiieden voor te dragen, om in deezen té nemen het hier navolgend Befluit i De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Li* chaam des Bataailchen Volks, ingevolge Befluit van den 22 April 1:L; gehoord hebbende het Rapport van eene perfoneele Commisfie, op de Requeste vari Cs. Héere-* tssan en A.dr. Maas$ in qlialiteit als by Testamente door Sirach van Bankei, en deszelfs; vooröverleedene Huis* vrouw Sara Heeieman, gefielde Executeurs der voor* fchreeve Testamei.te, alsmede, van M. Heereman, en B. S. van Bol c.J., nis door de twee eerfte Requestran* ten in de ge'.m 1de qualiteiten nevens hun geasfu» meerd; en ha hun overlyden in derzelver plaaifen gefuf» ro geert, daarby om geallegueerde redenen, verzoekende $ dat aan hun iri opgemelde qualiteiten al nog wor e ver^ leend een ter.nyn van drie ifiaarden, om den voo.fchreeVen Boedel te kunnen ovmaaken, ten einie daarvan iri de laatst gedecreteerde Geliheffingen op de bezittingen eri inkomsten, de Verfchuldigde ïurnisfementen te kunnerj Voldoen; Én overvveegeride ^ dat door het eXpirééreri vari den^ by Decreet van het Vertegenwoordigend Lichaam, vaö den 25 january 1 1., geaccordeerden ^ermyn van prolon* gati» , de Requestranten ten froedigftcn van de dispofitié van he^ Vertegenwoordigend Lichaam moeten worden geïnformeerd. Verklaard, dat 'er in deezen beftaat oti* 'ferriylde noodzaaklykhjd. Voorts overweegende, dal de redenen by den Requeste aangevoerd, geenzins voldoende zyn, om der Requeü* tranten verzoek te accordeèren» Overweegende echter, dat dé omftandigheden, waar* iu de bovengemelde Boedel, zo door de kraukztstiigheiJ  I3a 3 M E Y t ? 9 * van nn wylen Sirach van Banken, als door het reed* «rlopen van den te vooren geaccordeerden termyn, zich bevmdt , het verkenen van nog eenigen uitftel billyken. Befluit: Het verzoek, ten Requeste gedaan, zo als hetzelve ïs beende, te declineeren en te wyzen van dehaiïd, dochS tê min, dat aan de Requeftranten, m hunne voorgemelde qualiteit, word toegeftaan eene prolongatie ïan den termyn tot het doen der van deezen boedel verfchuuSd founisfementenin meergemelde heffingen tot eri me den ïaatften deezer maand Mey ; om voor de exPirade van dien, de alsdan vervallene termynen in deeze 'tJ^rrxirSe^f^lden gezonden aan het UitaS52 e„ de Generaliteits Rekenkamer, res- ^Z^^V^Ttkun, ingevolge bet 6*.Articul terfaiictie, met en benevens de voorfz. Requeste, en dit Rapport , in originali. Onderwerpende enz. E. A, Daendels. G. Schimmelpenninck Gz,, L. Kniphorst. P. L. van de Kasteelt. En heeft de Vergadering, om redenen daarvoor door de voorfz. Commisfie opgegeven, verklaaro, dat 'er is onverwylde noodzaaklykheid. Fn voorts over de zaak ten principaale zelf geneJibereerd zynde, heeit dezelve, zich met het voorge-  3 M E Y i 7 9 o. ï33 Hagen Concept-Befluit conformeerende, ook aldus beflooten. {zonder refumtie.} De BurgersRepraefentanten Daendels,en verdere, by Deereer van den n April laatstleden, Gecommitteerden , ten Examen van het eerfte gedeelte dar Requeste van A. Verkol/, c.f.t allen Inwoonders van den Dorpe Rhenoy, daarby verzogt hebbende, bevryd te mogen worden van de betaaling in de onlangs gedecreteerde Geldheffing &c Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier navolgend Rapport. i BURGERS REPRESENTANTEN ! By Befluit van den n April laatstleden, wierd in handen van uwe Medeleden, de Burgers Daendels, Ris, Schitnrnelpenninck , Daco;ta Athias, Kniphorst, van de Kasteele en Lewe, gefteld Copie van de Requeste van A. Verkolfcum fuis, allen Inwoonderen van den Dorpe Rhenoy, ten einde Uiieden te dienen van confideratiën en advis, omtrent hei eerfte verzoek, daarby gedaan, en houdende, om te mogen werden vry gefteld en ver» fchoond, van de thans lopende geforceerde Geldheffingen, en, zulks om redenen, dat de Inwoonderen van voorfchreeven Dorpe, meer dm andere Ingezetenen , door de laatst plaats gehad hebbende overftroomingen, hebben geleeden? en door op elkander volgende doorbraaken en andere onheilen in ongelukkige omftandigheden zouden verfeeren. Het is uwe Commisfie, by examinatie van dit verzoek, voorgekomen, dat de Requestranten, even als alle Ingezetenen van deeze Republiek, welke in de rampen van den jongften watervloed hebben gedeeld, op den voet van het Decreet van het Vertegenwoordigend LiI 3 chaam  pflaam van den 16February laatstleden, behooren gehandeïite worden, n.demaal het hun uit den inhoud-vap. het Request, niet genoegzaam, poch ook voorzichtig, Soch :ftrookênde met de belangen* van den Lande, is SSo«el omen , om aan de Requestranten eene vryftellmg in oVze GeldhefiSngen te apc n-^erep, daar het zeer moSlvk en meer dan wan.ichynlyk is, dat andereIngezetefen in die oorden, welke door het water «yn ^rftroomd ïweest n et minder door dien ramp «u'leq geleeden heb., Srei'gevoSyk'een gelyke aanfpraak, als de Reque5tmten zullen kuuneu maaken om vnn deeze Geldheffingen te wo?d n%elibcreerd; 6e wdk uwe Gecomra.tteerden iieTbehocven te beto'.gen , dat zulks de ruïneufte geïó'een voor *s Lands Finantiën zoude hebben met a\leen , ma" dat almede een defkit zqude veroorzaken in iet provenue uit deeze htff.ngen, en waar door tevens de adminïttratiên van Beftuur often meeriten en tot groot mdeel van 's Lands akemeepe belangens zouden lyden , pf eene fnppletoire heffing zoude moeten uitgefchreeyen * OfSoon nu uwe Gecommitteerden ten fterkflen zyn poffen door het lot, het weftc de Requestranten heb£n ondergaan , zo kunnen zy eehter met favorabel op, L verzo k van de Requestranten adderen, daar feog he 4lve te accordeeren, de a'gemeene belangcns te zeef zouden gedrukt worden, dan te/eni vermeenen uwe g'ommitteerden, dat het Uitvoerend Bemnd aan deeze ReouTs«anten even dezelfde faciliteit zal toe kennen, tot wSe hetzelve Bewind, by Decreet van den 16 February laatstleden, is geamhor.feerd. En het is dtfn ook OP deeie gronden, dat uwe uecommitteerden de vryheid nemen Ul.eden te advifeefeT, om het verzoek hier Vooren gemeld te declineeren pn te wvsen van de haud. . Dooh »e gelyk het Uitvoerend Bewind aan tc fchryven, pnfofhefzefyl conform het bovengemelde ig February, naar bevind van zaaken , te disponeeren. Op-  3 MEY 1799» 'SS Onderwerpende Ulieder Commisfie zich echter aan Ulieder meer verlicht oordeel. E. A. Daendels. fV. Ris. GA Schimmelpenninck G*> L. Kniphorst. P. L. van de Kasteele. E. Lewe. y. Dacosta Athias. En is, conform hetzelve Rapport, goedgevonden en verftaan, het verzoek by voorfz. Requeste ge. daan, mits deezen te declineeren en te wyzen van de hand, wordende niettemin de voorfz. Requeste in originali gezonden aan het Uitvoerend Bewind, om opader Supplianten verzoek1, in conformiteit van het Decreet van den 16"February laatstleden, waar van in het bovenllaand Rapport wordt melding ge;* maakt, naar bevind van zaaken, te disponeeren. Zullende Extract deezes aan het Uitvoerend Be* wind worden gezonden, tot informatie. De Burgers Reprefemancen Daendels, en verdere, by Decreet van den 4 February laatstleden, GecommiP" teerden, ten examen van de Requeste van B.J.Poelman en L. W. de Fockert, woonende te Nymegen, daarby, in qualiteit, als Solliciteurs, bediend hebbende de Ritmeesters en Capitains der Compagniën, I 4 wel»  3 MEY i 79 * p>elke op de Staaten van Oorlog, ten lasten van de, voormalige Provincie Gelderland waren gefteld, yoor zo verre die op het voormalig Quartier Nywegen waren gerepartitiëerd geweest, —■ in fpbftantie verzogt hebbende, dat de Soldy Ordonnantiën, yoor der Requestratnen Principaalen, tot den 30 July 3795, mogten worden opgemaakt en uitgegeven. Hebben ter Vergadering uitgebragt het navolgend Rapport: BURGERS REPRESENTANTEN ! Het heeft Uiieden, by Befluit van den 4 February laatstleden goedgedagt, om confideratiën en advis m nanden van uwe Medeleden, de Burgers Daande's, Pis, Schimmelpenninck, Dacosta Athias, Kniphorst,van Jje'Kasteelt en Uwe, te fteilen de Requeste van P, j. mm én L. PT. deFockert, te Nymègen, houdende, dat zy Requestranten als Solliciteurs bediend hadden de Ritmeesters en Capitains der Compagmën, welke pp de Staaten van Oorlog, ten lasten van de voormalle Provincie' Gelderland waren» gefteld , voor zo verre die ' op het voormalig Quartier Nytnegen zyn gerepartitiëerd geweest, dat de Requeftranten zich by Reauesten aari de Conftituëerende Vergadering hebhengeailresfeerd gehad, met verzoek, dat de Soldy-Ordonnantiën voor der Requestranten principaalen , ten vol-, len zonder eenige korting,tot tfen 30 July 1795 megten Worden betaald,dat gemelde verzoek door deeze Vergadering aan de Requestranten was geaccordeerd geworcten , doch met die byvocging , dat de Ordonnantiën , naar het ■MC'le beloop der gezegde Compagmën, zonder korting voor deficiëerende Manfchnppen, .tot den 26 Maart 5795 «ouden worden opgemaakt en afgegeven, dan dat het de Requestranten was voorgekomen , dat in dit Beiluit tzt{ fchiyffóut zoude zyn ingefloopen', en in plaats van  den a6 Maart had moeten gefteld zyn den 30 July, dewyl anders het verzoek niet zoude zyn geaccordeerd maar vyezendlyk daar in gedifficulteerd geworden en verzoekende, dat deeze Vergadering by interpretatie gelieve te verftaan, dat de Soldy-Ordonnantiën voor der Requestranten principaalen, ten vollen zonder eenige korting, tot den 30 July 1795. zullen worden opgemaakt en uitgegeven. Uwe Gecommitteerden deeze Requeste, tevens met het in deezen door het Vertegenwoordigend Lichaam genomen Decreet, hebbende geëxamineerd, moeten de vryheid nemen Uiieden dien aangaande te doen opmerken dat het wel is waar, dat een van de gronden, waarop dit Decreet is berustende , beftaat in de moeyelykheid zo met in de volftrekte onmooglykheid, om wegens het ge* mis van eenige Lysten , bevattende de fterkte der Compagmën, de fchaedeloosftelling op te maaken, doch wanneer men daar mede m verband befchouwd het daar op volgende coniiderans van dit Decreet, dat , naamlyk, de voormalige Quartieren Zutphen en Veluwe de propriëtairen der Compagniën op haar refpeétivelyk gerepartitiëerd geweest, toe den 26 Maart 1795. ten vollen zonder eemge korting, voor deficiëerende Manfchappen' hebben voldaan , dan zal men overtuigd moeten zyn, dat alhier alleenlyk de Lysten , tot den bovengemelden 26 Maart 1795 kunnen zyn bedoeld geweest , en diernalven in dit Decreet hier aangaande geene fchryffout is ingefloopen, Uwe Gecommitteerden hebben, zo wel by het over* weegen van der Requestranten eerften verzoek, als by bet exsmmeeren van deeze Requeste befpeurd, dat zodanige Ritmeesters en Capiteinen , welker Compagniën voormaals op het Quartier IVymegen zyn gerepartitieerd geweest en al nog geene v'olleedige afbetaaling van hunne Soldy-Ordonnantiën hebben bekomen , eene grootere fchaedeloosftelling deswegens competeerd, dan de zulke, welke op de voormaalige Quartieren Zutphen. en Peluws zyn gerepartitiëerd geweest, nademaal deez-e laatfte,reeds voor lang, zyn afbetaald geworden, Uan liet ishun tevens voorgekomen , dat het VertegenwoorI 5 di-  $ MET * 7 9 % uw,** T iVhaam het zy met alle eerbied gezegd , deez* 2fveïe der Requestranten principaalen op eenen gekken rZ metdi Ritmeesteren en Capiteinen, wier Com* voet,, vnet de wi "c ,j Quartiere» Z«(pA«* en SVnPger partSdgLeeït, behoorden behandd te meer, daar het uwe Gecommitteerden , Jt iïwe'gens Yega'ale ingewonnene infbrmatiën, to ^Wee -en dat de tweede Requestrant voor deszelfs geWeeken , « d te kunnen pretendeeren eene ^'V^f w^y**** '« seene korting plaals ÏÏFha en^fS tegels genoegzaam zoude zyn aanb Sd, wanneer deeze korting gefchiede en a voorens r. ^ hpraalino- van welke importante fom , te: bttluip «* dcJf^eker deeze Vergadering meer volleedige be ^^15S2 verliezen lal wenfchen te ont- ^K'den anderen kant vinden het uwe Gecommitteera t.riet fflindci• billyk , dat indien deeze propr.ëtairen ïe'F?heZt1sfldan ook om de hier bovengemelde redew\w de eer hebben UÜeden te ndvdeeren, om TPFren Rrnucste gedaan, te declineeren en te h6t VeJl d han ci , dat aan de Requestranten w?2f J"n Aaten om , bValdien der Requestranten word vry graten1, a™ ' > derSoldy-Ordonnantien,  § m E V i ? 9 9- t39 Compagniën voorgefchooten, te hebben bekomen zich ais dan met de vereischte bewy>en daar toe aan bet Vertegenwoordigend lichaam te adreslèeren, ten einde daaomtrent nader worde gedisponeerd. Uwe Gecommitteerden onderwerpen niet te min dit hun geadviseerde aan het meer verlicht oordeel van dee. ze Vergadering. E. A. Daendels. W. Ris. G» Schimtnelpenninck , Gz. L. R~' iphorst. . P. L. van de KasteeJe. En heeft de Vergadering, zich met voorfchreeven Rapport conformeerende, gedecreteerd, het verzoek ten voorfchreeve Requeste gedaan , mits deezen te declineeren en te wyzen van de hand, wordende het echter aan de voornoemde Requestranten vrygelaten om, hyaldien derzelver Principaalen door het betaalen der Soldy Ordonnantiën , tot den ad»Maart 1795, zonder korting voor de defkiëerende IVhinfchappen vermeenen mogten , nog geene volleedige fchaedeloosftelling, wegens de Gelden, door hun, ten dienfte van den Lande, tot betaaling hunner Compagniën voorgefchooten, te hebben bekomen , zich als dan met de vereischte bewyzen daar toe aan het Vertegenwoordigend Lichaam te adresfceren, ten einde daar omtrent nader worde gedisponeerd. ï>e Burgera Reprasfentanten Hartevelt, en ver, dere  ,4o s M E Y ' 7 9 9' dere,by Decreet van den 28 Maart laatstleden, Gecommitteerden, ten examen eener Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, daarby ingezonden hebbende deszelfs bericht op de,op den 17 Nov. 1798, geprefenteerde Requeste door P. J. vanRuyten cum fuis, allen Burgers en Inwooners der Stad Leyden, daarby verzogt hebbende, dat het 6 Art- der Publicatie van den 5 Ocftober des afgelopen jaars, betrekkelyk de affchaihng der Gildens, alzo 'jnogte worden verklaard , als by de voorfchreeve Requeste, en in de Noltulen van den voorzegden 37 November ftaat vermeid. Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier navolgend Rapport: BURGERS REPRESENTANTENI Bv Decreet van den 28 Maart laatstleden, behaagde het U'ieden in handen uwer Commisfie, betrekkelyk tot het wérk der vernietigde Gildens, ten fine van confideratiën en advis, te ftellen eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, daar nevens, ingevolge Decreet van den 17 November laatstleden, zendende het bv voornoemde Bewind ingekomen bericht van Comm siarisfen over de Timmerlieden ■ Metzelaars, en Steenhouwers Ambachten te Leydtn, gerequireerd op de daar nevens teruggaande Requeste van P. v.m Ruyten cum fuis, allen Burgers en inwoonders der Stad Leyden., daarby Verzogt hebbende, dat de 6 % der Publicatie, van den 5 Oftober laatstleden, betrekkelyk de affchafhng der Gildens zodanig mogt worden verklaard, dat by hetze ve geenzms'worde begreepen de uitoeffemng; van alle zodanige bedryven, dewelke alleen hun verbod in de thans afaefchafte Gilden, en vervalle GiHewetten waren hebbende, en dat over zulks aan hun Requestranten, zon-  % M Ë V i ? 9 9. 44i der in de termen Van dezelve Publicatie te vallen vry ftaat, zonder voorafgaande proef of adres, het by hun geëxerceerd wordende bedryf van Timmer * Metzei en Steenhouwers werk te mogen uitoeffenen. Wy achten onnöodig Ulieder aandagt te fatisreeren met een ampelen voordragt van alle de argumenten, die zo by de Requeste, als by het bericht van Commisfarisfen over de Timmerlieden, Metzelaars, en Steenhouwers Ambachten te Leyden, tot ftaviug .ven hun vermeend recht, worden bygebragt en geadftruëerd, terwyl eene korte opgaaf van het wederzyds gefustineerde en een fuccinér. betoog, dat het Vertegenwoordigend Lichaamna het inleveren vail het onderhavig adres ter deezer Kamer, zodanige verordeningen heeft daargefteld, waar in de Requestranten de verlangde opheldering en de °emelde Commisfarisfen een vasten richtfnoer kunnen vfnden, genoegfaam zullen zyn, om het voorfchreeven verzoek, om interpretatie van de 6 § der Publicatie van den 5 October 1798, te houden voor vervallen. De fustenue van Commisfarisfen der voorfchreeve Ambachten is deeze , dat niemand het Ambacht van Timmerman, Metzelaar of Steenhouwer mag exerceeren Zonder vooraf eene zodanige Proef, als by de vernietigde Gilde-Wetten vvieid gerequireerd , te hebben afgelegd dezelve Gilde-Wetten in zo verre confidereerende,"a\s Ordonnantiën, die haare betrekking hebben tot de <*oede Politie. 0 , De Requestranten integendeel vermeenen , dat het aan een ieder ingevolge het 53 Articul der Burgerlyke en Staatkundige Grondregels, vryftaat, zodanig 'eerlyk bedryf aantevangen, als hy verkiezen zal, aan hem niet kan worden betwist* veel min daadelyk belet, het vry uitoeffenen van al zodanig Ambacht, Waar toe zy Reques-. trantui zich bekwaam oordeelen, zonder deswegens aan eenige Proef, ja zelfs aan eenige Wet van Politie gehouden of verbonden te zyn. Het erroneus denkbeeld van opgeroeide Commisfarislen alsof proeven in het algemeen moeten geconfidereerd worden, als wetten van Politie, word geheel en al weg genomen, door de Publicatie van het Uitvoerend BeWind\ van  H* 3 M E V 17 9 9' van den a8 Maart 1.1., waarby het maaken van zodanige' groeven of Proefwerken, en nog minder de voldoening van het gee^ deswegens, volgens de respective GildeKeuren of Gilde-Wetten pleeg betaald te worden, word •verklaard niet begreepen te zyn onder dj Placaaten, Ordonnantiën en Keuren, welke, ingevolge de Publicatie van het Uitvoerend Bewind, van den 5 October 179,3, i, ter vermyding van alle wanorde en tot voorkoming 'ti van alle fchaeden , die anderzints aan 's Lands Fis, nantiën zoude kunnen worden toegebragt, ftiptelyk i, aioeten worden gemaintineerd, tot zo lang deswegens „ by het Vertegenwoordigend Lichaam in het algemeen s, zai zyn voorzien." Terwyl het denkbeeld, het geert de Requestranten fchynen te voeden * als of de vernietiging der Gilden eene directe vernietiging in zich fluit $ van alle verordeningen, welke de goede orde , het gemak en gerief der Ingezetenen verzekeren , zo diametraal ftrydig met het 3 Lid van het dikwerf gemelde 53 Art; en de daar op gebafeerde Publicatie vau den 5 October, geheel en al vervalt, door de bepaalingen, relatif die Neeringen, Ambachten of Kostwinningen, waaromtrent eenige Placaaten, Ordonnantiën of Keuren j tot de goede Politie betrekking hebbende, voorhanden zyn, vast gefteld by de interpretatoire Publicaii» van h&Vitvaerend Bewind, van den 54 December 1798. En het is, Uit hoofde deezer Publicatien, waar in de door de Requestranten verlangde verkJaaring voi'comeri te vinden is, dat Uwe Commisfie, met oiiderwivping echter aan Ulieder beter oordeel van advis is, fiat het verzoek der Requestranten om interpretatie van den 6 Arr. der Publicatie van den 5 Oclober 1798, door Ulitdeü zoude behooren te worden gehouden voor vervallen. Onderwerpende, enz* Ads. Hartevelt. Fr. Guljè. L. van den Braai. O- O. Gorter. H. Remmers. C. van Foteest. L. J. Htringa. Zn  3 M Ê Y i 7 9 9. i4§ En beefc de Vergadering, zich mee voorfzj Rap. port conformeerende, opgronden en motiven* in hetzelve voorkomende, het verzoek der bovengemelde Requestranten, om interpretatie van den 6 Art. der Publicatie van den 5 October 1798, gehouden voorvervallen. De Burgers Reprsefentanten de Sónnetville, en verdere Gecommitteerden, ten examen van Requesten van Burgers, zich beklaagende over de berooving van derzelver Stemrecht, by Decreet van den sj April 1.1., verzogt zynde, om eene nadere redactie aan de Vergadering te f'uppediteeren van de y en 10 Articulen van het Rapport, ten gemelde dage by deeze Kamers gc-anestee-d, betrekkelyk twee Voordellen, door de bovengemelde Commisfie, den 12 Oétober 17^8, en 15 Maart 1.1. gedaan, behelzende het eenre verzoek, dat door deeze Vergadering moge worden daar-' gefteld eene vaste cynofure, volgens welke zy derzeiver werkzaamheden zouden kunnen voortzetten y eri het andere, om de intentie deezer Vergulding te vernemen, of decfinaLüire Rapporten, omtrent hetftern. recht al dan niet de fanftie der tweede Kamer noodig hadden. Hebben ter Vergaderinggeëxhibeerd de navolgend* Rcdaófie. BURGERS REPRESENTANTEN-1 De Commisfie tot het examineeren van klagten. over de berooving van het Stemrecht, benoemd, by Decreet .van den 25 van ce afgelopen WKÊA\ verzogt zynde, •em eene nadere redf&ftie aan de Vergadering te Aippedf- tee.  144 3 MEY i 7 9 §• tëeren, Van dé § en io j hü io en 1« Articüléri Van lid Rapport» dien zelfden dag by deeze Kamer gearresteerd* heeft de eer daar aan te voldoen en de volgende aan UI. voortedragen: Articül 9 nu is: AIleAélens van Stembevoegdheid zullen byhet vervolg* in de geheele Republiek, van eenen en den zelfden inhoud moeten zyn: GELTKHEID. VÈ.THEÏD. BROEDERSCHAP. ACTE VAN BURGERSCHAP. De Burger . . ; . * i . . » • i woonende Iq ....... , alle de vereischten bezittende , by de Acte van Staatsregeling door het Bataaffehe Volk aangenomen, aangaande de Stembevoegdheid bepaald, eh op heden in het Stemregister van deeze Gemeente ingéfchreeven j word by deezen verklaard, te zyn Stembevoegd Burger der Bataaffehe Republiek. . 4 . "... den . * i . . . tiet Jaar der Bataaffehe Vryheij; Het Gemeente-Beftuur te .... i En uit deszelfs naam , Articul io, nu n: By verhuizing, uit de eene na de andere Plaats binnen deeze Republiek, zal die geene, op vertoon" vari eert Certificaat van het Gemeente-Beftuur, waar uit hy komt en inhoudende: dat dezelve, ten tyde van zyn vertrtk aldaar, in het Stemregister ingefchreeven fto»d, ook duor het Gemeente-Beftuur van zyne nieuwe Woonplaats tot de Iufchryving in het Stemregister worden toegelaten* •Uwe Commisfie advifeerd daar en boven ook, om het « Articul, aan het teken f,te fplitfen in twee Artieulen, eri  s m ë y i ? 9 # m gil diensvolgens alle de volgende Articulen te doen vef* ïchhiven. Hier mede vermeent uwe Commisfie aan haaren opge« dragen last te hebben voldaan* Onderwerpende enz* Pi, de Sohtlavilfa G* C. Meyners. vétn Haeften* P. de Kanter. ft G. Krimer* #• Ferhayfen* C, Scbefen Èn fièëic de Vergadering, dezelve redactie goedkeurende, als nu genomen het ilier navolgend bêfluit .- De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataafschen Volks gehoord hebbende het Rapport haarer Perfoneele Commisfie, in welkers handen,by Befluiten van den ia October en j 5iViaurt laatstleden, gefteld zyn twee Voordellen, door de Commisfie tot het examineeren der Requesten , om* trenc de klagten over hec Stemrecht, benoemd, ceri Voormelden dage gedaan, behelzende het eerfte een verzoek aan de Vergadering, tot het daarfteilen vari eene vaste cynofure, volgens welke voornoemde Ccm misfie haare werkzaamheden, op eenen bepaalden Vöec, zoude kunnen voorcaetten.  U6 3 MEY i f 9 9- En het tweede, om de intentie der Vergadering te mogen vernemen, of declinatoire Rapporten, omtrent het Stemrecht, al of niet de fanétie der tweede Kamer noodig hadden ; En welk Rapport den 18 April laatstleden ter deezer Vergaderinge voor de eerjlemaal is geleezen, en waar van de tweede en derde leezingen, op den sz en, as daaraanvolgende, gefchied zyn. Overweegende de plicht der Wetgevers van hetBataaffchen Volk, om zo veel mogelyk te zorgen, dac in alle deelen aan de intentie der Staatsregeling worde voldaan, en dat ten dien einde zodaanige algemeene voorfchriften en bepaalingen voor de Gemeente Beftuuren, omtrent het verftand van een en ander Articul der Staatsregeling, worden vastgefteld, waar door dezelve zich in ftaat zullen bevinden, deeze zaak, op eenen meer gelyken voet, te kunnen behandelen. Overweegende, dat het ten [hoogften noodig is, acht te geven, dat niemand overhoord in het uitoeffenen van zyn Stemrecht worde opgefchort. Overweegende de noodzaakelykheid, dat aan hec Gouvernement en aan het Bataaffehe Volk bekend zyn, die geene, welken/ dan niet in de Stemregisters ingefchreeven zyn. Overweegende de nuttigheid, dat alle Aflens van Stembevoegdheid van een en dezelfde forra en inhoud behooren te zyn. Eh, eindelek overweegende, dat deeze maatrege- len  g M E Y 1799. 247 Ier), zich behooren ruit te (trekken door de geheele Republiek. Befluit. Het Uitvoerend Bewind te authorifeeren, om aan alle Gemeente - Beftuuren ce gelasten en ten duurften aan te bevelen, van op het nauwkeurigfte acht te geven, dac die genen, welken in hét Stemregister Zullen worden ingefchreeven, alle de vereischtens bezitten, welke tot het bekomen -van het Stemrecht by de Staatsregeling zyn voorgefchreeven, en zich wy. ders naar de volgende bepaalingen, voor zo veel dezelve aangaat, te .gedragen. I. Aan alle Gemeente-Beftuuren Word, op derzelver verantwoordelykheid,geïnjungeerd te zorgen, dat aan geen Burger het Stemrecht op eene willekeurige wyze wórde ontnomen, noch iemand daarin worde gefchorst, zullende zy aan den anderen kant ten nauwkeurigften toezien, dat de zodanige, welke duidelyk vallen in de termen van Articul 13, Titul 2, der Acte van Staatsregeling, uit de Stemregisters wordenge« royëerd, ten einde door hetzelve daar van eene behoorlyke Copie aan het Vertegenwoordigend Lichaam zal kunnen worden ingezonden. s. leder Gemeente-Beftuur zal zorgen, om tot het rneesc gemak en gerief van hunne Ingezetenen, naaf evenredigheid der uicgeftrektheid of bevoll^ng van S * hun*  348 3 MEY 1799» hunne Gemeente, hec zy in ieder maand of week, dag en uur te bepaalen, tot het vaceeren voor die geene, welke zich tot de infchryving in het Stemregister zullen verkiezen aan te bieden, mits de vereischtens heb» bende, by de Staatsregeling bepaald. S- IderGemeente - Beftuur zal verplicht zyn, zonder verwyl, te disponeeren op de verdoeken van hun, welke verlangen in het Stemregister re worden ingefchreeven , het zy dezelve zich reets hebben aangemeld, of zich by vervolg nog, op den geftelden tyd, mogten aanmelden, en zulks door hun onmiddelyk te admitteeren; doch aan dezelven, byaldien zy niet hebben de vereischtens, by de Aéte van Staatsregeling voorgefchreeven,de infchryving by een ftellig Befluic weigeren. 4- Ingevalle by een Gemeente-Beftuur, omtrent de bevoegdheid van eenig Burger, om als Scemgerech-cigd te worden ingefchreeven, eenige twyfeling mogt ontftaan, en het verzoek langer dan veertien dagen word aangehouden, zal hetzelve daar van kennis moeten peven aan het Uitvoerend Bewind, ten einde, baarde omftandigheden, een Voordragt aan het Vertegenwoordigend Lichaam zoude kunnen worden gedaan. 5- De Gemeente-Beftuuren zullen verplicht zyn te zor■>m, datervan.de infehryvinge behooriyke aantekening  3 MEY 1799» 149 tiing gehouden worde, met by voeging van de naamen van allen, welke reets ingefchreeven zyn, en van de naamen en dagen der geenen , welke in het veryolg zullen ingefchreeven worden, 6. Alle Gemeente-Beftuuren binnen de Bataaffehe Republiek worden gelast, uiterlyk binnen den tyd van een maand, aan hec Departementaal Beftuur over tezenden, de lysten van de naamen, en zo veel mooglyk, van de dagen der infehryvingen van alle, welke binnen hun Resfort in de Stemregisters ingefchreeven zyn, en vervolgens van de bykomende Jaarlyks verilag | doen, en zullen de Departementaale Beftuuren zorgen, dac ten fpoedigften alle de by hun;ingekomen, of fuccesfivelyk in te komen lysten aan het Uitvoerend Bewind worden overgezonden, ten einde door hetzelve daar van eene behoorlyke Copie aan het Vertegen woord* gend Lichaam kuune worden ingezonden. 7- De Staatsregeling aangenomen zynde den 37 April 1798, zullen de Gemeente-Beftuuren mitsdien toezien, dat alle die geene, welke zich na den 23 April van dit Jaar, tot de infehryving van het Stemrecht zullen aanbieden, ingevolge het II. Articul Titul 2. der Staatsregeling in ftaat zyn, de nederduicJche taal te leezen en te fchryven. 8. In de Grondvergaderingen zal, ingevolge fefet K 3 Ar^  t5o 3 MEY 179 9* Articul Reglement Letter A., ten naauwkeurigften aantekening worden gehouden van alle die geenen, welke by iedere oproeping zyn tegenwoordig geweest, en de Prefidenten en Secretarisfen zullen zorgen, dat daar van telkens een affchrift aan het Ge» meence Beftuur worde ingezonden. Alle de geene, welke in een der Coloniën van de Bataaffehe Republiek zyn geboren, of tien Jaaren agter den anderen aldaar gewoond hebben, en geduurende de twee laatfte Jaaren in deeze Republiek ge* woond hebben, zullen (mids aan alle vereischtens der Staarsregeling voldoende), als Inboorelingen kunnen worden ingefchreeven. 10. Alle de Aflens van Stembevoegdheid zullen, by bet vervolg, in de geheele Republiek van eenen en denzelfden volgenden inhoud moeten zyn. GELTKHEID , VRTBEID , BROEDERSCHAP. ACTE VAN BURGERSCHAP. De Burger . . : . . . . . woonende te 1 ..... . alle de vereischtens bezittende, by de Afle van Staatsregeling door het Bataaffehe Volk aangenomen, aangaande de Stembevoegdheid bepaald, en op heden in het Stemregister van deeze Gemeente ingefchreeven, wordt by deezen verklaard, . n te  3 MEY 1799* '5" te zyn Stembevoegd Burger der Bataaffehe Republiek. . . . . • Den ..... Het .... Jaar der Bat. Vryheid. Het Gemeente-Beftuur te .... : En uit deszelfs naam. 11. By verhuyzing van de eene naar de andere plaats binnen deeze Republiek, zal die geene, op vertoon van een Certificaat van het Gemeente-Beftuur, waar uit hy komt, en inhoudende, dat dezelve ten tyde van zyn vertrek aldaar in het Stemregister ingefchreeven flondt, ook door het Gemeente-Beftuur van zyne nieuwe woonplaats, tot de infehryving in het Stemregister, worden toegelaten. En, ten einde deeze voorfz. algemeene maatregelen behoorlyk ter kennisfe worden gebragt van die geenen, welke zulks zouden mogen concerneeren, zal Excraét van dit Befluit gezonden worden aan het Uitvoerend Bewind, het welk by deezen geauthorifeerd wordt, daar van by Publicatie aan den Volke kennis te geven. Zullende nog, ingevolge het éofte Articul der Staatsregeling, dit Befluit ter bekrachtiging worden gezonden aan de tweede Kamer, met en benevens dit voorfz. Rapport en de op heden gefuppediteerde Redactie in originali. (zonder rejumtie) De Burgers Repraefentanten Appelius en verdere, by Decreet van den 5 February laatstleden, Gecommitteerden, ter zaaken van eene Misfive van hec Hof K 4 va»  van Juftfcie over het voormalig Gewest Gelderland^, houdende, ingevolge Decreet van den 3 January daar te vooren, deszelfs Advis op de Requeste Van Mr« O. T> Hamel, thans geconfineerd in het voormalig Provinciaal Tuchthuis te Arnhem, daar by verzogt hebbende, om, onder de gearresteerde Amnestie te mogen worden begreepen. Hebben ter Vergaderinge uitgehragt het hier na-s volgend Rapport: BURGERS REPRESENTANTEN! Mr. Otto Theodorus Hamel, gewezen Stadhouder van het Richterambt Doesbrug, by Sententie van den Hove Provinciaal in het voormalig Gewest Gelderland , van den 16 Maart 1796. gecondemneerd om geftraft te worden met het zwaard over het hoofd, voorts voor den tyd van vyftien jiaren in het destyds Provinciaal Tucht-! buis geconfineerd, en , na expiratie van dien tyd , zyn leeven lang geduurende gebannen uit her voormalig Ge* west Gelderland, en zich, ingevolge voorfchreeve Sententie thans i" het gewezen Provinciaal Tuchthuis te Arnhem geconfineerd bevindende, heeft zich, op den 3. January deezes Jaars , aan deeze Vergadering by Requeste vervoegd, en op grond, dat zyn misdryven derzelver oorfprong aan verfchil over ftaatkundige gevoelens verfchuldigd zoude zyn , van haar verzogt, om onder de onlangs sedecreteerde Amnestie te worden begreepen, immers en in alle gevallen, dat hy jouisfeeren moge van zodanige andere middelen van gratie, als de Vergadering, naar de omftandigheden zyner zaak, ten meesten favèurê van den Suppliant en deszelfs troostelooze Vrouw enKimleyen zal oordeelen te behoorenjdit Request ten evengemelden dage doof uw gefteld zynde in handen van den Hove van, Juftitie over het voorma'ig Gr.wes{Gelderla;;d*om derVergaderiugte dienen van confideratiën en advis,is voorfchreeven ad-  3 MEY 1799, 153 advis den 5 February ingekomen en als toen gefteld in handen van de Burgers Appelias, van Hall, van fiaeften, ÏVerner en van Lryden, om haar nader te dienen van C nfideratiën en adv;s Het is uwe Commisfie uit het ingezonden adyjs van den Hove gebleeken, dat deeze Requestrant, uit hoofde van zeer ftrafbaare Correfpondentie , bepaaldelyk met tsit het Land geweekene Militaire en zeer bedenkelyke ouvertures Van de inwendige Politique gefteldbeid van Z-aaken , is gecondemneerd tot de ftraf hief vooren gemeld. En het Hof van Juftitie over her voormalig Gewest Cel 'erland, welks geheele raifönnement op de verouder» ftelling is gebauwd, dat een ie.ier onder de Amnestie behoort te worden begreepen , welke , ware hy nog niet gefententiëerd , op grond derzelve zjude hebben moeten worden losgelaten, brengt voorts, ten behoeve- van den Requestrant de drie volgende Confideratiën by. Foor eerst: dat deeze Requestrant, wel verre van doop zyne omftandigheden en doorligt voor een hoofdheleider eener Confpiratie te kunnen aangezien, veeleer voor een inftrüment en machine van andere fchijnc te moeten worden gehouden. Ten tweeden: dat zyne hooge jaaren en beklaaglyke lichaams gefteldbeid, als zynde hy zeer gebrooken , hem een voorwerp van commiferatie maaken, aan het welk men de hulp zyner Echtgenoote en Kmderen naauwlyks langer kan ontzeggen, Ten derden', dat hy het grootfte en zwaarfb gedeelte van zyn \onnis, deopenlykete regt ftelling namentlyk, benevens een confiiïement van byna vier jaaren reeds heeft doorgclhan ; waarby dan nog zoude komen, dat aan verfcheiden gelyk en meer fchuldge , door de Amnestie remisfie zoude zyn verleend, en "dus alleen onderfcheid van tyd in het bedryven der misdaad zoude aanwezig zyn. K s Uwe  ,54 3 MEY 1 7 9 9. Uwe Commisfie behoef: het Hoofdprincipe van den Hove niet te onderzoeken, noch te wederleggen., even . weinig als de laatfte reden tot een gunftig advis, nadien dezelve niets meeder is, dan het gevolg van het aanganomen principe , het welk opzettelyk is wederlegd, in de door uwe Commisfie, op den 13 February deezes Jaars «edaan, en by het Vertegenwoordigend Lichaam in een Decreet veranderden voordragt, en het zal dus maar alleen aankomen op de beoordeeling van de drie overige eunftige omftandigheden door den Hove bygebragt. Met de eerfte derzelve kan zich uwe Commisfie 111 geenen deele vereenigen, immers de befchryving van de misdaad over welke de Requestrant is gefententieerd, en welke hier vooren met de eigene woorden van den Hove i; zemeld, gevoegd by den ftand, welke de Requestrant bwooiens in de Maatfchappy heeft bekleed, fchyuen genoegzaam aan te duiden, dat hoe zeer hy de eerlte ontwerper en hoofdbeleider van een Plan van tegenomwenteling niet mogt geweest zyn, hy echter moet worden gerekend onder die geenen, welke voor de vry willige oorzaken hunner daaden moeten worden gehouden , en geenzins onder de zulke, die geheel als de werktuigen van anderen moeten worden gehoude 1, en aan welkealleeu eene geheele remisfie van ftraf kan worden toegeftaan, want het is too- niet te ontkennen, dat het houden van zeer ftrafbaare briefwisfelingen met uit den Lande g^kene • Militairen , en het geven van bedenkelyke onvertuares over den inwendigen ftaat van zaaken in deeze Repub iek, ceen zaaken zyn, tot welken men zich zonder een beredeneerd kwaad oogmerk en als een bloot werktuig van anderen laat gebruiken, vooral wanneer ™en a»e.«.g£ volgen berekenen kan , welke zulke bedryven hebben ^DaaSdecze confidentie dus aan deeze Vergadering aanWVSt , in welke clasfe de Requestrant behoort te worden aerankchikt , komt het 'er voornaamentlyk op aan , om Te weten , in hoe ver andere confideratiën hem aanfpraak ,>p mitigatie van ftraf kunnen geven , en daaromtrent moet Uwe Commisfie veel gewigt hechten aan den ziekelyken toeftand van den Requestrant, bewffezen door eene Atteb  3 mey 1799. ï55 tatie van den Doctor en Chirurgyn van het Tuchthuis , by de Requeste gevoegd, en dooi' tiet getuigenis van den Hove geconstateerd, daar hy zich in zulk een geval bevind, dat eene verlengde detentie deszelfs toe* ftand gevaarlyk fchynt te maken , en wanneer vervolgens daarby wordgevoegd, dat de Requestrant een goed gedeelte van de tegen hem geflagen Sententie bereids heeft ondergaan, is Uwe Commisfie van oordeel, dat hem zyn verder confinement zoude kunnen worden geremitteerd ; echter niet anders, dan onder deezen mits, dat hy zich zyn leeven lang geduurende, zoude moeten onthouden buiten de Republiek eu haare Buïtenlandfche Bezittingen ; vermits het uwe Commisfie bedenkelyk toefchynt aan iemand, welke zich aan zulke ftrafbaare en gavaarlyke daaden, als de Requestrant, heeft fchüldig gemaakt, door de Inwocning hier te Lande of in de Coloniën, de gelegenheid tot het verwekken van nieuwe onlusten te laten. En het is in deezen geest, dat zy aan het beter oordeel der Vergadering onderwerpt het volgend ConceptBefluit: De eerfle Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks gehoord hebbende het Rapport eener Perfoneele Commisfie, den 5 February deezes Jaars benoemd, om te dienen van confideratiën en advis op de Requeste van Mr. Otto Theodorus Hamel, gewezen Stadhouder van het Richter-Ambt Doesburg, thans geconfineerd in het Tuchthuis te Arnhem, verzoekende, om onder de gearresteerde Amnestie te mogen worden begreepen, immers en in allen gevallen, dat hy jótiïs» feeren moge van zodanige andere middelen van gratie, als de Vergadsring ,naar omftandigheden zynerzaaken ,za) vermeenen te behooren; mitsgaders het bericht vati den Hove van Justitie over het voormalig Gewest Gelderland, den 3 January gerequireerd en den 5 February ingekomen. Ovèrw'eegende, dat het der menschlieveridheid van hst Vertegenwoordig-md Lichaam alleszins wcar iig is, dat de  j5ë 3 MEY 1799. de zulken, welke eenig remis van ftraf kan worden verleend, deeze gunst zonder eenige vertraaging gemeten, verklaard, dat 'er is onverwylde modzaaklykheid. Overweegende, dat de Requestrant, by Sententie van voorfz. Hove , van den 16 Maart 1796 , is gecondemueerd, om te worden geftraft met het Zwaard over het Hoofd; voorts tot een vyftien jaarigConfinement in het Tuchthuis te Arnhem, en om, na expiratie van dien tyd , zyn leeven lang geduurende, uit het voormalig Gewest Gelderland te worden gebannen, en zulks ter zaake van zeer ftrafbaare Correspondentie, bepnaldelyk met uit het Land geweeken Militairen, en zeer bedenkelyke ouvertuures van de inwendige politique gefteldheid van zaaken. Overweegende, dat hy diensvolgens moet worden gerekend onder dezulken, welke voor aanleggers en eerfte of vrywilüge oorzaaken van de door hun bedreeven politieke misdaaden moeten worden gehouden, en aan welken als zodanig, overeenkomftig het Decreet van het Vertegenwoordigend Lichaam van den 11 April, nimmer eene geheele remisfie van ftraf kan worden gegeven. Overweegende, dat de vrye inwooning in dit Gemeenebest en de Coloniën van den Staat, niet zonder gevaar kan worden toegedaan aan iemand, welke zich aan zodanige misdryven, als de Requestrant, heeft fchuldig gemaakt. Overweegende, dat echter aan de andere zyde, in confidentie moet komen , dat de misdryven van den Requeftrant, immers grootendeels aan verfchillende gevoelens over ftaatkundige onderwerpen moeten worden toegefchreeven. Overweegende eindelyk, dat ten deezen in byzondere aanmarking komt,de zwakke lichaamsgefteldheid van den Requeftrant, mitsgaders dat hy reeds een groot gedeelte van de hem opgelegde ftraf heeft ondergaan. me-  S M E ¥ 1799; 15? Befluit: Aan Mr. Otto Theodorus Hamel te remitteeren de ftraf, tor welke hy by den Hove van Juftitie van het voormalig Gewest Gelderland, op den ié Maart 1796, ter zaake van zyne, tegen de tegenswoordige orde van zaaken inlopende, gedragingen is gecondemneerd, en voor zo ver de voorfz. ftraf niet aireets by denzelven is ondergaan , alles echter onder deezen uitdrukkelyken mits en bepaaling» dat voornoemde Mr. Otto Theodorus Ha* mei, het effect van evengemelde remisfie willende genieten, zich zyn leeven lang geduurende, zal moeten ont« houden buiten het Territoir van de Bataaffehe Republiek en haare Buitenlandfche bezittingen, op poene van her effect van voorfz. Remis geheel te verliezen, en wederom, ten aanzien van de verdere executie zyner Sententie, gebragt te worden in denzelfden ftaat, in welke hyzich, ten tyde zyner relaxatie, zal hebben bevonden, zonder den intusfehen verlopen tyd eenigzins ten zynen voordeele te kunnen of temogen inroepen. Zullende dit Befluit worden gezonden aan het Uitvoerend bewind., om daaraan de noodige executie te ge» ven. En zal hetzelve, overeenkomstig het 60 Articul der Staatsregeling , mede worden gezonden aan de sweedeKamer ter fsmétie, met en benevens het in deezen uitgebragt Rapport en verdere Hukken , in originali. Onderwerpende J. H. Appelius. 3' van Blaecten. F. van Leyden. En heeft de Vergadering, om redenen daar voor door de voorfz. Commisfie opgegeven, verklaard, dat 'er is onverwylde noodzaaklykheïd', doch des nier.  i53 3 M E Y i 7 9 9. riet te min goedgevonden en veritaan, hetzelve Rapport te houden in advis, tot Woensdag den J5 Mey. De Burgers Reprsefentanten Appelius en verdere, by Decreet van den ia February 1.1. Gecommitteerden, ten examen eener Misfive van het Hof van Juftitie over het voormalig Gewest Gelderland, houdende, ingevolge Decreet van den 8 january daar te vooren, deszslfs advis op de Requeste van J. C. van Zut> phen, thans geconfineerde in het voormalig Provinciaal Tuchthuis te Arnhem, daarby op grond der onlangs gearresteerde Amnestie verzogt hebbende, dat het Vertegenwoordigend Lichaam hem fuppliarrc gelieve ce verleenen, gratie, wegens en ter zaake van de door hem begaane misdaaden. Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier navolgend Rapport: BURGERS REPR/ESENTANTEN. ' Onder het aanzienlyk getal gevonnisden, welke zich tot hel Vertegenwoordigend Lichaam hebben vervoegd , om gratie te erlangen , uit aanleiding Van bet Placaat van Amnestie, op den 15 December-1798 geëmaneerd, behoort mede J. C. tan Zutphen, gewoond hebbende te Beest, en thans gedetineerde in het Tuchthuis te Amhem, wiens Request, benevens het advis van het Hof van Gelderland, gy,op den [2 February, gefteld hebt in handen uwer Riedeleden Appeliits, van Hall, van Baeften, Werner en van L'.yden; het Hof zegt in deszelfs Misfive, dat de Requestrant by Sententie van den Gerichte des Ambts Beest, door het Hof, op den 12 April 1797 gufchept, is verklaard, onder pregnante fuspitie en prefumtie te leggen,. van betrokken en fpeciaal gemêleerd geweest te zyn, aan de zo menigvuldige te Beest  3 MEY i T 9 g» 159 Beest en in den Dorpe Bodegraven in het voormaajig Gawest Holland uitgeoefFende en ter klacht in het breede vermelde brutaliteiten, plunderingen en vexatilri, daar by fpeciaal op zyne langduurige detenfie en andere rhitigeerende omftandigheden gelet zynde, is gecondemneerd tot een confinement van 15 jaaren, en bannisfement ai dies vit», uit het voormalig Gewest Gelderland, ter zaake hy zich niet heeft ontzien , aan drie perfoonen, welke zich op den 17 November 1795 ten zynen huize hadden vervoegd, onder voorvvendzel, dat na het Osnabrugfèhe legertje wilde gaan, daartoe (zo Veel in hem was , de behulpzaame hand te bieden, als hebbende hy gevangene , fchoon zulks in omnibus ac Jinguiis, niet hebbende geconfesfeert, echter, ingevolge de beëedigde Verklaaring van drie perfoonen, na dat aan dezelve hadde afgevraagd, of goede Prinslieden waren, onder anderen niet alleen voorgeleezen een Brief van Prins Frederikvan Oranje, met by voeging, dat hy geconfineerden order had, om de gezegdens , welke rouleerden, als of de Burgers en Militairen in Osnabrug niet meer wierden aangenomen, tegen te fpreken, en te verklaaren, dat zy allen met opene armen zouden worden ontfangen, maar ook aan dezelve voorgehouden, dat het leger thans te Breemen was, en zylieden moesten ryzen op Boekhold, alwaar Hollaudfche Officieren waren, welke hun geld zouden geven en verder voorthelpen naar Breemen, alwaar zich moesten adresfeeren aan de Officieren van de zwarte Husfaaren, en byzonder aan beklaagdes zoon. Hoe wel dit Bericht niet zeer gunitig is , advifeert het Hof echter favorabel op des Requestrants verzoek, en wel uit hoofde, dat de Amnestie nietminderapplica. bel op den eenen , dan op den anderen moet worden gemaakt. Het is ons altyd eeue onaangenaame gewaarwording, wanneer wy ons niet kunnen vereenigen met eene gunftige denkwyze van den Rechter, dan verplicht om UI. dat geen voortedragen, wat ons best voorkomt, moeten wy erkennen, dat wy 'sHofs gevoelen in deezen het onze met kunnen maaken. Daar het fchynt, dat 'er mitigeerende omftandigheden hebben plaats gehad, zouden wy UI.  ic5d 3 MEY ï 7 9 9* tJl. mogelyk favorabel hebben geadvifeefd, byaldienhefc Vonnis alken was geveld > uit hoofde van het misdryfra den jaare 1795. gepleegd , dan wy meenen niet uit het oog te moeten verliezen, het geen door hem in den jaare 1787 is bedreeven, en waarop de Rechter mede reguard heeft geflagen, eene misdaad , welke ware zy beweezen, ten gevolge zoude hebben, dat het Placaat van 55 De* cember 1 -98. op geenerlei Wyze op hem toepasielyk zoude kunnen gemaakt worden, om echter met geheel het denkbeeld van het Hof van Gelderland te verwerpen, komt het ons "niet ongefchikt voor, den R< questrant te veileenen remisfie van zyn Confr.'cment, doch mits Zich zyn leeven lang geduurende van het grondgebied deezer Republiek en haare Buitenlandfche 8ezjitin> oen verwydereude, en het is in|dien verd.au de, dat.w-jf Uiii-den voordragen het hier navolgend Concept B%jluÜ. De eer/Ie Kamer van het Vertegenwoordigend Lkhaans des Bataaifchen Volks gehQqrd hebbende de conir'.ers. tien en advis van het Hof van Jvdtitle over het voormalig Gewest Gelderland, gelyk mede die van eene perfoneele Comimsüe uit haar midden, op de Requeste van J. C. van ïutphen, verzogt hebbende, uit aanleiding der Publicatie van den ,5 December 1798, gratie te ,er* langen* Overweegende, dat het der menschlieyehdheid van het Vertegenwoordigend Lichaam waardig is, aan de zodanige ,weike het gezind is gratie of remisfie van ftraf te doen erlangen , zulks zo fpoedig mogelyk te doen genieten , verklaard ,.dat 'er is onverwylde noodzaaklykhtidi Overweegende, dat 'er wel geen termeh zyn om den Requestrant zonder eesige referve eene volieedige gratie te doen e'langen, maar dat echter de oorfprong van het misdryf door hem in u?95- bedreeven aan pohtique gevoelens is toet. fchry ven, en'er mitigeerende pmftandig* heden aan den Rechter zyn voorgekomen» ***** Mn  3 MEY 1 7 9 9* t6t Aan J. C. van Zutphen te remitteeren de nog'overige jaaren van Gonfinement , mitsgaders het daar op te Volgen bannisfemenr, tot welke ftraffe hy, by Vonmsvan het Gericht des Ambts Beets, door het Hsf van het voormalig Gewest Gelderland op den ia April 1797» gefchept, was gecondemneerd , alles echter met dien Verftande, dat hy zich, zyn leeven lang geduurende, zal moeten verwyderen van het Grondgebied der Bataaf. Repub. en van haare Buitenlandfche Bezittingen, op poene dat byaldien hy, binnen den gemelde tyd, in dezelve mogt worden gevonden , hy het effect Van deeze gunftige dispofitie daadlyk zal verliezen, en het tegens hen» geflagen Vonnis daadlyk ter executie worden gelegd, zonder dat de jaaren, welke hy afweezig was geweest in mindering zullen ftrekken. En zal Extract deezes worden gezonden aan het Uit" voerend Bewind, om daar aan de noodige executie te geven. En zal dit Befluit, overeenkomftig het60 Articul der Staatsregeling,met en benevens het Requesten de MisfiVe van het Hof van Juftitie, mitsgaders dit Rapport, alle in originali aan de tweede Kamer ter bekrachtiging worden gezonden. Onderwerpende enz. J. ff. Jppeliut» 3. van Haeften, F. van Leydtn* En heeft de Vergadering, om redenen daar voot door de voorfchreeve Commisfie opgegeven, verklaard, dat 'er is ónverwylde noodzaaklykheid. Doch des niet ce min goedgevonden en verftaan, het Zelve Rapport te houden in advis tot Woensdag den 15 Mey. De Burgers Réprsefentamen /tppelius, en verdere, L by  S6*a 3 M E Y i 7 9 9- by Decreet van den 8 February laatstleden, Gecommitteerden , ten examen eener Misfive van het Hof van juftitie over het voormalig Gewest Gelderland, houdende, ingevolge Decreet van den 8 Jan. daar te vooren, deszelfs advis op de Requesten van J. Beekman cum fuis, allen geconfineerden in het Tuchthuis te Arnhem , daarby op grond der, door het Uitvoerend Bewind op den 15 December des afgelopen jaars, geproclameerde Amnestie, verzogt hebbende gratie, wegens het geen, waartoe zy Supplianten, by de refpeftive Sententiën, waren gecondemneerd. Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier navolgend Rapport: BURGERS REPRESENTANTEN I Op den 8 February 1.1. zyn uwe Medeleden Appelius , van Hall, van Haeften, ÏVerner en van Leyden, benoemd om hunne gevoelens mede te deelen, betrekkelyk den Brief van het Hof Van Juftitie van het voormalie Gewst Gelderland, raakende de verzoeken van J. Beekman, E. van der Put, H. Sturm, G. Visfer de Gebroeders J. en G. Willemfen, C. Carpentter, J. van Hoek, J. Abrahams, W. Brintien, W. G.van Wely , H Willemfen , IV, Bor , Geertruyd Peters, Grietje IVillems Bonsveld, Gerritje Klaasfen, Huisv. van J. v. d. Letden en Pareus Pierlir.g , alle geconfineerden 111 het Tuchtbu's van het voormalig Gewest Gelderland, en verzoet' hebbende, uit kracLte van de geproclameerde Amnestie van 15 December 1798 gratie .te erlangen. Uit het Request van j. Beekman, en het Bericht van het Hof van Gelderland bltfut, dat-hy is gearaft geworden, wegens en ter zaake dat hy, op den 24 October 170* weder naar Hattem is gegaan 4 en zich aldaar heelt b&ven ophouden,niettegenftiande hy, by Sententie van  3 M È V 17 9 46*3 dëh fcg October 1^93. was gebannen uit de Stad eri Schependom Van Hattem , waar uit het Hof Van G2/derland afleid, dat hy (dit zyn de woorden des briefs) alzo is geftraft over een commun deiiSi in allen tyden ftrafbaar * en dat over zulks dezelve, fchoon by de tegens hem nader gefcbepte Sententie eenige discourfen aari Verfchil in denkwyze, omtrent het politique haaren oor-* fpronk verfchuldigd, mede worden gecomputeerd, in dé termen deezer Publicatie, van 15 December 179S , nieË is vallende; Uit deeze weinige woordeii hebben w# nie€ kunnen opmaken , welke discourfen door hem in den jaare 1705. zyn gehouden, noch ook in hoe verre dezelve op het laatfte Vonnis invloed hebben gehad, dan Wy houden ons verzekerd, dat het Hof niet dan na een volledig onderzoek deszelfs gevoelen zal hebben bepaald, daar' dus- eene cumulatie plaats heeft^ tusfchen een commufk deli£t en een delict, dat deszelfs oorfprong hebben zoudé in verfchillende gevoelens in het politique, en dasr d& Requestrant, door de Sententie in 1793 tegens hem ge« weezen, niet tot een beter gedrag fchynt gekomen te zyn $ v-rmits hy in 1795 weder heeft moeten geftraft worden,! vinden wy geen termen om aftegaan van het denkbeeld van het Hof. Omtrent É. van der Put zegt het Hof, dat hy doof hetzelve, op den 18 December j.795. was gecondemneerd geworden tot een confinement van zes jaaren en bannisfement ad dies vsta, ter zaake dezelve zich bereidg in den jaare 1794 aan brutaliteiten hadde fchuldig ge* maakt , en zich uit dien hoofde van daar geabfenteerd j zich niet heeft ontzien met een geladen geweer langs èh ftraaten te Barimeld te lopen, en daar mede zelfs op den Vryheidsboorn te fchieten, maar ook om tegens cle fVIunicipalfteu aldaar de lsefieffte expresfiën en verre* gaandile drygemehten te bezigen, waaruit het Hof afleid , dat hy geconfidereerd zynde als een gevaarlyls fubjecl, Wegens het pleegen van daaden en uitboezemen* Van dreigementen, tegens wettig Geconftituëerde Maga ten, in allen tydeeven ftraf baar, niet kan worden ge* Compreheudeerd, onder het Placaat van Amnestie. Wj hadden wel gewenscht eenige meerdere inlichting 3n 'sHotö Ls ad*  104 3 MEY i f 9 9. advis aantetreffen, en zulks te meer, daar wy oks niét volleedig met deszelfs denkbeeld kunnen vereenigen,; Wy (temmen het Hof toe, dat het pleegen van daaden en ■uitboezemen van drygementen tegens wettig Geconflituêerde Magten fteeds itrafbaar zyn, maar wy moeten in deeze voornaamenlyk in het oog houden, of die daaden haaren oorfprong alleen verfchuldigd zyn aan on» derfcheid van politique gevoelens. Het is niet vreemd, dat onderfcheid van po'itique gevoelens aanleiding geeft tot fcheldwoorden, dan aan de andere zyde meenen wy, dat het Hof redenen gehad zal hebben om min gunflig over deezen Requestrant te denken , en zoude daarom liefst eene middelweg voorflaan, en de nog overige jaaren van confinement remitteeren , doch als dan zoude werken het ander gedeelte van het Vonnis, en hy zyn leeven lang geduurende buiten het voormalig Gewest Gelderland gebannen worden , en welligt een nadeelig lid van den Burgerfhat in een ander gedeelte van het Gemeenebest worden , meer zouden wy dan inclineeren om in fteede van eenbannisfement, zyn leeven lang geduurende , hem voor den tyd van tien jaaren te verwyders buiten het geheel Gemeenebes\ Om thans Hendrik Sturm, Gsvert Fisfer, de Gebroeders Jacoh Willemfen, en Gvsbert Willemfen, Cornelis Carpentier, en Laurens van Hoek, Willem Bor, Grietje Willem fe, B ontveld, Geritje KI aas f en , Huisvrouw van Johannes van der Leiden, en Maria Spierling, zullen wy de vryheid nemen, u het bericht van het Hof voor te leezen ; omtrent deeze zegt het Hof, dat byaldieu zy niet gevonnisd waren, en zich ten tyde der Proclamatie fub reatu hadden bevonden, het aan geen questie zoude onderheevig geweest zyn , om die te relaxeeren. Daar 'er dus geen verzwaarende omftandigheden, noch eenige commune deli&en plaats fchynen te hebben, kunnen wy U zeer wel, conform 's Hofs advis , aanraaden , aan deeze Gefententiëerden gratie te verkenen. Min gunstig denkt het Hof van Gelderland, en met reien over Jofeph Abrahams, en Willem Bemtzen, ala zynde dezelve Gefententiëerd ter zaake van mede plichtig geweest te zyn, aan de, op den 7 Augustus 179S ö plaats  3 MEY 1799; los¬ plaats gehad hebbende plundering van 't Huis van Aart Nederende, en zonder dat aan het Hof zy gebleeken, dat daar toe verfchil van Politique denkwyze aanleiding gegeven hebben; wy nieenen dus daarom, dat de Publicatie van den 15 December 179», op geenerley. wyze kan aanleiding geven, om deeze Gefentenriëerden gratie te verJeenen. Willem Gerritfen van Wely, dit zyn de eigene woerden van het Hof, is by fenten'ie van den Schepens Gerechte der Stad Thiel, in dato 11 February 1793, geconfineerd voorden tyd vau zes Jaaren , voo-ts bannisfement van tien Jaaren, ter zaake zic4 in den Jaare 1787 ten tyde der plundering, aan diverfe oproerige beweegingen heeft fchuldig gemaakt,en voorts, op den ra October 1795, met een blank mes op de Varkensmarkt gelopen, en meer andere malfaiten en bedreigineen aan de goede Ingezetenen gepleegd, waar uit het Hof opmaakt, dat geen der Articulen van het Placaat van amnestie op denzelven toepasfelyk is , en hoe zeer het ons aangenaam zoude geweest zyn, eenige meerdere ophelderingen in 's Hofs Bericht aan te treffen, meenen wy te moeten veronderftellen, dat de voornaamfte oorzaak van het Vonnis geweest is, eene misdaad in 1787, en dm' «oor den Jaare 1795, waarom dus hy, uit kragte van het Pia- caat van den 15 December 1798, geen g a-ie kan erlangen. Betrekkelyk Hendnk Willemfe, zegt het Hof, dat hy by Sententie van het Gerecht van Nymegen, in datoden ï8 November 1795, is gecondemneerd geworden tot eene ftrenge geefeling. met de koorde om den hals, voorts om te worden gebrandmerkt, en ffero'ifineerd , voor den tyd 25 Jaaren , en tevens, na expiratie van dien tyd , gebannen ad dies FiU, en zulks ter zaake, hy zich niet heeft ontzien, om in een Herberg even buiten Nvwegen, na dat door een onmaatig gebruik van diverfe dranken was overmeesterd, allerhande oproerigheden door het roepen van Oranje boven,en het zingen van Oranje Liedjens te plegen, zyne monteering uitte trekken en met verachting te vertrappen, en vervolgens, na ontfiaane rufie, tusfchen denzelven en eenige andere Militairen ,in dia Herberg alles kort cn klein te flaan. Het Hof erkend weLdat 'er ook in dee -  ■jen een Commun delict heeft plaats gehad, maar roerkï aan deeze misdaad niet zoude zyn begaan, zo de eer< fte niet was vooraf gegaan, terwyl hy daar voor als ten allerftrengfte geftraft zynde, reeds aanruerkelyk is beboet, boe zeer het ons altyd aangenaam is, om uiieden met gunstige denkbeelden van eenen Hechter te vereenigen, zyn Wy daar van wederhouden, doordien het Verregen-; woordigend Lichaam te recht, by het Decreet van den II April, heeft bepaald dat eene geheele kwy.ifchelding niet zoude plaats'hebben, ingeval van plundering. Dan wy ontmoeten hier wederom eene zwsar-igbeid door het vernietigii joederatief fxstema veroorzaakt, zo het Vertegenwoordigend Lichaam goed vmd de ftraf van con» finement te remitteeren, en het overige van het Vonnis te laten, zoude het alleen beftaan in een banqisfeinent zyn leeven lang geduurende, buiten de Stad en Sc iependom vmNymegen, Wy zouden daarom overhellen, om, even als wy uw voor E. van der Put hebben voortjefteld, het confinement te remitteeren, en hem wyders voor den tyd van io Jaaren ce verwyderen buiten het Gemeenebest. Eindelyk nog moeten wy uwen aandagt bepaalen byj Geeriruyd Peters, by Sententie van het Hof van Gelderland, van den 14 November 179.7, gecondemneerd tot eene geezeling , confinement van agt Jaaren , en bannisfemeut ad dies Vit», ter zaake zy eenen, wegens het roepen van Oranje boven , gearresteerden te Winterswyk , ondanks alle waarfchouwingen van den Officier, daar uit had gehaald, en ouder een groot gefchreeuwder menigte tot het einde der .Straat gehragt, boe zeer in deezen een Commun delict begaan was, inclineerd het Hoftor het verlecnen van gratie, uit hoofde hetzelve, zonder het vooraf plaatst gehad hebbende oproer, uit verfehil van politique denkwyze ontdaan , niet zoude gyn voorgevallen; en wanneer wy in aanfchouw nemen de ftraf van geefeling , welke zy reeds heeft ondergaan , vinden wy geene reden van 's Hois advis af te gaan, En als nu overgaande tot het uitbrengen van ons adVi§, zouden wy van oordeel zyn, dat de verzoeken van.  3 M E Y 1799- 1*57 y. Beekman, jfoachim Abrahams, Willem Berntzen, en Willem Geritfen van Wely, zouden behooren te worden geweezen van de hand, en dat omtrent de andere zoude kunnen worden genomen het volgend Befluit. De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Batsaffchen Volks gehoord hebbende de confideratiën en advis van het Hof van Juftitie in Gelderland t en van eene perfoneele Commisfie uit haar midden, op de Requesten van Hendrik Sturm, Govert Visfer , de Gebroeders Jacob Willemfen, en Gysbert Willemfen, Cornelis Carpentier, Laurens van Hoek, Willem Bor, Grietje Willems Bonsveld, Gerritje Kiaasfen , huisvrouw van Jacobus van der Leiden, Maria Spierling, Geertruy Peters, E. van der Put en Hendrik Willemfe, allen houdende verzoek, om uit aanleiding van de Publicatie van den 15 December1798, gratie te erlangen. Overweegende, dat het alleszins der menschlievenheid van het Vertegenwoordigend Lichaam waardig is, omr wanneer hetzelve gronden vind , om iemand gratie of verzagting van ftraf te doen erlangen, hem zulks zo fpoedig doenlyk te doen genieten, verklaard, dat 'er is onver* wylde neodzaaklykheid. Overweegende, dat de misdaaden , om welke Hendrik, Sirum, Govert Visfer, de Gebroeders Jacob Willemfen en Gysbert Willemfen, Comelis Ca'pentier, Laurens van Hoek, Willem Bor, Grietje Wïllems Bonsveld, Gerritje Kiaasfen, huisvrouw van Jacobus van der Leiden, Ma* ria Spierling en Geertrui Peters, allen hunnen oorfprong verfehuldigd zyn aan onderfcheid van politieke gevoe-i lens. - r at Overweegende, dat uit het bericht van den Hovegee-, ne verzwaarende omftandigheden plaats hebben, welke hun die gunstige dispofitie onwaardig zoude maken. Overweegende, dat dezelve alleszins als werktuigen' van anderen kunnen worden befchouwd. L 4 Ovept  i69 3 MEY 1799; Overweegende, dat de ftraf, welke dezelve reeds hebben ondergaan, hun reeds voor de door bun bagaaue misdryven heeft doen boeten. Befluit i ï.) Aan Hendrik Sturm, te remitteeren de nog overig zynde jaaren van confinement, gelyk mede het daar op te volgen bannisfement, tot welke ftraffe hy by vonnis van het Hof van Gelderland, van 1 July 1795, was verweezen. a.) Aan Govert Visfer, te remitteeren de nog overig zynde jaaren van confinement, gelyk mede het daarop te volgen bannisfemekt, tot welke ftraffe hy,byvonnisfe van het Gericht vaa Bommel, van 3 September 1796, was verweezen. 3. ) Aan de Gebroeders Jacob Willemfen en Gysbert Willemfen, te remitteeren de nog overig zynde jaaren van confinement, gelyk mede het daarop te volgen bannisfement, tot welke ftraffe zy, by vonnis van het Hof van Gelderland, van 15 July 1795, waren verweezen. 4. ) Aan Cornelis Carpentier, te remitteeren de nog overig zynde jaaren van confinement , gelyk mede het daarop te velgen bannisfement, tot welke ftraffen hy,by vonnis van het Gericht van Th\el, van 17 Maart 1797 is verweezen. Aan Laurens van Hoek, te remitteeren de nog overig zynde jaaren van confinement, gelyk mede het daarop te volgen bannisfement , tot welke ftraffen hy, by vonnis van de Magiftraat van Zutphen, van 28 December 1796 was verweezen. 6.) Aan Willem Bor, te remitteeren de nog overig zynde jaaren van confinement, gelyk mede het daarop te volgen bannisfement, tot welke ftraffen hy, by vonnis v,an het Hof van Gelderland, van 17 December 1795 , Was verwegen. 7.)  5 M E Y 1799. 169 7. ) Aan Grietje Wtllems Bonsveld, te remitteren dte nog overig zynde jaaren van confinement, gelyk mede liet daarop te volgen bannisfement, tot welke ftraffe zy, by vonnis van het Hof van Gelderland , van October 1796 was verweezen. 8. ) Aan Gerritje Klaasflen, huisvrouw van Johannes van der Leiden, te remitteeren, de nog overig zynde jaaren van confinement, gelyk mede het daarop te volgen bannisfement, tot w^lke ftraffen zy, by vonnis van het Gericht der Stad Wel van den 13 Maart 1795, was verweezen. Aan Maria Spierlhg, te remitteeren de nog overig zynde jaaren van confinement, mitsgaders het daarop te volgen bannisfement, tot welke zy, by voorfz. vonnis van bet Hof van Gelderland, van 5 Augustus 1795, wasJ verweezen. 10.) AanGeertruy Peters,'te remitteeren de nog ove» rig zynde jaaren van confinement, gelyk mede het daarop te volgen bannisfement, tot welke zy, by vonnis vari het Hof van Gelderland, van den 14 November 1797 was verweezen. Wyders overweegende, dat de misdaaden, om welke E- van der Put en Hendrik Willemfe zyn gecondemneerd, wel zyn van zodanig eenen aart, dat zy uit aanleiding van de Publicatie, van 15 December 179S, aanzoek om remisfie hebben kunnen doen, des echter, dat dezelve vergezeld zyn van zodanige omftandigheden, die het onraadzaam maakeh, dezelve een geheele remisfie te verleenen, en vryheid te vergunnen, zich overal in de Republiek optehouden. Befluit: 1.) Aan E. van der Put, te remitteeren de nog ovetig zynde jaaren van confinement, gelyk mede het daarop te volgen bannisfement, tot welke ftraffen hy ,byvon. L 5 nis  i?9 g M E Y i 7 9 9. nis van het Hof van Gelderland, van 18 December 1795 was gecondemneerd. 2.) Aan Hendrik Willemfe, te remitteeren de nog overig zynde jaaren van confinement, gelyk mede het daarop. Je volgen bannisfement, tot welke ftraf hy was gecon» demneerd geworden, by vonnisfe van het Gericht van Nymsgen, van den 18 November 1796. Alles echter met dien verftande, dat gemelde E. van der Put en H. Willemfe, zich geduurende den tyd van tien agterëenvolgende jaaren, te rekenen van den dag van het te nemen Decreet, zullen moeten verwyderen van het Grondgebied der Bataaffehe Republiek en van haare buitenlandfche Bezittingen, op pcene, dat, byaldienzy, binnen dien gemelden tyd, in dezelve wierden gevonden , zy het effect van deeze gunftige dispofitie daadelyk zullen verliezen, en de tegens hun geflagene Vonnisfen weder ter executie worden gelegd , zonder dat de jaaren, in welken zy afwezig waren geweest, eenigzins in mindering zouden kunnen ftrekken. En zal Extract deezes gezonden worden aan liet Uit. voerend Bewind, om daar aan de noodige executie te geven. ... En zal dit Befiuit, overeenkomftig het 60 Articul der Staatsregeling, met en benevens alle de Requesten, de Misfives van het Hof en dit Rapport, alles in originali , aan de tweede Kamer ter bekrachtiging worden gezonden. Onderwerpende enz. J. H. Jppelius. J. van Haeften. F. van Leyden. En heeft de Vergadering, om redenen daar voor door  3 MEY 1799» i?t door de voorfz. Commbfie opgegeven, verklaard, dac ser is onverwylde ncodzaaklykkeid; doch des niettemin goedgevonden en verftaan, hetzelve Rapport te houden in advis, tot Woensdag den 15 Mey. De Burgers Reprsefentanren Appelius, en verdre, by Decreet van den 18 February 1.1 , Gecommitteerden , ten examen eener Misfive van het Hof van Justitie over de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, houdende, ingevolge Decreet van den 8 January daar te vooren, deszelfs advis, op de Requeste van Casparus Cloosterman, thans gevangen in hec Huis der Gemeente te Amfterdam, daarby verzogc hebbende, dat hy Suppliant mogt jouïsfeeren van hec effect der Publicatie, in dato 15 December des afgeJopen Jaais, omtrent de daarby bepaalde amnestie geë. maneerd; Hebben ter Vergadering uitgebragt het hiernavolgend Rapport: BURGERS REPRESENTANTEN» Het Hof over de voormalige Gewesten Holland en t!t° land, heeft hy eene Misfive , op den 18 February, in banden uwer "\JedeIeden Appelius, van Hall, van Haejten, Werner eu van L«yden, gefield, en een breedvoerig ad» vis ingezonden over bet Request van C. Kloosterman, thans gevangen in bet Huis der Gemeente te Amfterdam^ verzoekende het effect te genieten van het Placaat van Amnestie, van den 15 Decemb°r 1-1,8. De omftandigheden , die d«r by in aanmerking komen, zyn zo rneenigvuldig, dat wy het noodznaklyk oordeelen, *s Hofs Misfive in zyn geheel u voor te leezen. Uit dezelve blykt, dat C. Kloosterman by contumatie is  3 MEY 1799* is gebannen geworden, zyn leeven lang geduurende,. buiten het voormalig Gewest Heliand, dan dat hy zyit Bannisfement hebbende gevioleerd, thans in verzekerde bewaaring in het Huis der Gemeente te Amftwdam, iss gefteld geworden. Het zal niet noodig zyn in het breede uitteweiden over den aart der misdryven, overwelke de Requestrant is gen vonnist, dezelve mogen in het Request worden opgegeven, als veroorzaakt door eene te vergegaanden yver voor de zaak des Vaderlands, wy willen zeer gaarne gelooven, dat by geen vocrneemen gehad heeft, om het leeven van een zyner Natuurgenooten te verkorten , maar wy houden ons verzekerd , dat alle de Leden deezer Vergadering met ons zullen gevoelen , dat de Juftitie. riet ftil kan zitten by bedryven , die , wanneer men dezelve aan waare Vaderlandsliefde toefcljreef een der edelfte deugden tot dekmantel van misdiyve^i zoude doen dienen. Wy vinden ook eene aa"merkelyke verzwaaren* de omllandigheid hier in, dat de Requestrant zyn bannisfement heeft overtreden. Het is niet noodig te onderzoeken, wat aanleiding gegeven heelt, tot het ontdekken van zyn verblyf te Amfleldam, genoeg is het, dat hy zich aldaar heeft bevonden, en daar wy de rrrrkreukbaare handhaving der Juftitie , het heilig naarkomenvan rechterlyke gewysder.s, befchouwen, als de zekerfte waarborgen der Burgerlyke Vryheid, kunnen wy niet dan ongunllig denken over liem, die niettegenftaande een Vonnis van bannisfement heimelyk te rug keerd; en wy oordeelen om beide deeze redenen , dat de Requestrant niet kan worden gernngfehikt onder de zodanige, welker misdaad, om de woorden van het Decreet van 11 April te gebruiken, zuiver en zonder eenige cumulatie in hunne politique gedragingen heeft beftaan, zodanig dat zy daar en boven, als werktuigen van anderen moeten worden befchouwd. . Wy btfehouwen den Requestrant, die thans in handen der Juftitie geraakt, als bloot gefteld aan de gevolgenvan zodania; Vonnis, als de Rechter billyk zal oordeelen. Ware 'er geen Placaat van Amnestie, en had het Vertegenwoordigend Lichaam niet te kennen gegeven, dat  dat het zelve filet ongèneegen zyn zoude een gunftig oor te leenen aan de zodanigen, die verzogten derzelver effect te genieten, wy zouden niet aarzelen Uaanïeraaden het verzoek van de hand re wyzen. Thans komt het ons voor, dat het Vertegenwoordigend Lichaam hem gratie zonde kunnen verkenen, mirs zich geduurende den tyd van tien jaaren van het Grondgebied der BataatTche Republiek en van haare Buitenlandfche Bezittingen verwydersnde , en wy nemen daarom de vryheid Uiieden voor te dragen het hier navolgend Cö»sept-befluit. De eerde Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam gehoord hebbende de confideratiën en het advis van Prsfident en Raaden in den Hove van Juftitie over de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, en die van eene perfoneele Commisfie uit haar midden, op de Requeste vanC. Kloiiïerman, verzoekende, dat, uit aanlei. ding van de Publicatie van den 15 December i7p8, het Vonnis van bannisfement, by het Committé van Jiuflitie van Amfieldam , op den 22 October 179Ó. tegen hem geweezen, mogt worden ingetrokken. Overweegende, dat het alleszins der menschlievendheid van het Vertegenwoordigend Lichaam waardig is, om wanneer het zelve gronden vind, om iemand gratie of rZ"'TJn! va1n1ftraf te de" erlangen, hem zulks, zo Ipoedig mogelyk , te doen genieten? Verklaard, dat 'er is onverwylde noodzaaklykheid. Overweegende, dat 'er geen termen zyn, om den ReKSVS! ra"8fch[kken onder.de zodanige, aan welke, uit aanleiding van het Decreet van den it April I7P9 eene geneele remisfie van ftraf te doen erlangen , des Jfö'&\ï^7ia h6t 3Articul Van ^ Publicatie van1 den1 15 December 1798, waar by het Vertegen- ^,5ie,dr.LHChM,n ^ 2iGh rererVfA om omtrent Ir.Z'J L 1 S Sevonn>sd zyn, zodanige fchikkingen van Ir 1Z aake?' 3,8 hetzelve 231 oordeelente behooren, er termen zyn kunnen om aan den Requestrant, wiens mis-  i?4 g M É V i 7 9 9> misdryf deszelfs oorforong aan poiitiqüe gevoelens is Verfchuldigd, eene remisfie onder zekere bepaalingen të doen erlangen. Bejluit. Aan C. Kloosterman te verleenen remisfie van het Vonnis op den A2 Ocftober 1796 door het Committé van Juftitie van Amfteldam tegen hem geweezen, mitsgadera van zodanige ftraffen , als door den Rechter tegens hem i als thans weder in handen der Juftitie geraakt zynde , zo wegens de misdryven, om welke het gemelde Vonnis •Was geweezen , als wegens het violeeren van Zyn bannisfement zoude worden gedecerneerd. Alles echter onder deezen expresfen mits en bepaaling, dat hy zich geduurende den tyd van lien agter éen volgende Jaaren, te rekenen van den dag vari het te nemen Decreet, zal moeten verwyderen van het Grondgebed der Bataaffehe Republiek, en van haare buitenl ndfche bezittingen , op pmne , dat byaldien hy* binnen gemelde tyd van tien Jaaren, in dezelve wierd gevonden, hv het effect, van deeze gunstige diSpofitie daaoelyk zal verliezen, en tegen hem zodanig zal Worden geprocedeerd, als in goede justitie zal geoordeeld Worden te behooren* - En zal bxtracl: deezes Worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, om te zorgen, dat aan hetzelve de noodige executie Worde gegeven. En zal dit Befluit, met en benevens het Request, de Misfive van het Hof van Justitie, en dit Rapport, alles in originali, aan de tweede Kamer ter bekrachtiging worden gezonden. Onderwerpende &c. J. H. Appelius. J. van HaefteH. F. van Leydeti* En  3 MEY 179 9. ,?5 En heeft de Vergadering, om redenen daar voor door de voorfchreeve Commisfie opgegeven , verklaard, dat 'er is onverwylde noodzaaklykheid. Doch des niet te min goedgevonden en verftaan hetzelve Rapport te houden in advis, tot Woensdaa den 15 Mey. ö De Burgers Reprsfentanten Appelius , en verdere, by Decreet van den ia Maart laatstleden , Gecommitteerden, ten examen van eene Misfive van het Hof van Justitie, over de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, houdende, ingevolge Decreet van den 8 February daar te vooren, deszelfs confideratiën en advis op de Requeste van A. van der Sluys, Huisvrouw van D. Seheerenberg, daarby verzogt hebbende, dat het Vertegenwoordigend Lichaam, op grond van de onlangs gearresteerde amnestie, aan haar Suppliantes Man, geliefde te verkenen Gratie en Rappel van een bannisfement, tot hetwelk hy, zyn-leeven lang geduurende, wis verweezen , &c. Hebben ter Vergadering uitgebracht het üiernarol. gend Rapport. BURGERS REPRESENTANTEN 1 Op den 22 October i79k , geraakt zekere DaniëlSeheerenberg, destyds woonende te Hoorn, in gefprek met z\n Zwager zynde een Zwolfche Schipper, over de pubheque omftandigheden in ons Vaderland, over welke zy ..eheel verlchillende gevoelens koesterden, na dit zy deswegens in vry hooglopende oneenigheden Waren geraakt, brengt Daniël Seheerenberg zyn Zwager 't Scheep, CR'  i?6 3 MEY J 7 9P- en hervat het gefprek met hem, en deszelfs Knecht, met dat gevolg,, dat het gefchil zo hoog liep, dat de Schippers Knecht hem Schëerenberg by de haaren vat en langs den grond fleept. Vervolgens huiswaards keerende, desavonds ten tien uuren wordt hy bevangen door eenigen drank, die hy aan boord had gebruikt, en dronken zynde verhaald hy, op troep ltaande, het gebeurde aan zyn% Buu.-en, en laat zich ter deezer gelegenheid ftellig uit, tegen de tegenwoordige orde van zaaken, onder anderen zeggende: , \ Verdoemde Keezen, verdoemde Patriotten, heb ik „ zulk vee aan myn kant? — eeuwig Oranje boven, en ik ben van de Oude Couftitutie." De Hoofd-Omcier \m Hoorn, ter zaake voorfchreeve, crimineels procedures tegen Schëerenberg hebbende geëntameerd, heeft by verkoozen zich met de vlugt aan dezelve te onttrek, ken, en is vervolgens by vonnis van Schepenen van Hoorn , van den 14 Dec. 1795, ais ctntumax, zyn leeven lang geduurende, uit het voormalig Gewest Holland geban- IKNa het arreste&ren van de Amnestie, den 15 December van het afgelopen Jaar gepubliceerd , heelt zich zyn Vrouw Aatje van der Sluis, op den 8 January deezes Taars, byReques'e geadresfeerd, en Verzogt dat aan haaren Man mogt worden verleend gratie en rappel van ban; er? het Hof van [iistitie over de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, advifeerd favorabel op dat verzoek, op grond , dat de misdaad van des Requestra11t.es Man , welke reeds een gedeelte van zyn bannisfement heeft doorgedaan , en zich bevoorens altyd nis een ftil en vreedzaam Burger had gedragen, aan yerfchil van gevoelens over ftaatkundïge onderwerpen, alleen deszelfs oorfprong verfchuidigd is, terwyl hy bovendien zyne raisdaadige uitdrukkingen niet heeft gebruikt, dan na door anders denkende getergd en door den drank bevangen te zyn, en dan nog in een gefprek met zyne Buuren, en dus zo het fchynt zonder een bepaald oogmerk om oproer en onrust te verwekken. Uwe Medeleden Appelius, van Halt, van Haeften9 Wernertnvan Leiden, in wiens handen gy vooifo. Re- quts-  3 MEY , 7 $ 9; %n ^ü6ste en Advis, op den 12 Maart laatstleden, hebt gefield ten einde der Vergadering nader te dienen van Confideratiën en Advis, vinden geen reden, om Van het Advis van den Hove, zo veel het effect betreft, te verfchillen noch eenige verdere motiven by de reeds aangevoerde'te voegen, en nemen mitsdien de vryheid, aan uw meer verlicht oordeel te onderwerpen bet volgend ConceorEefluit. r De^ eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks gehoord hebbende het Rapport eener perfoneele Commisfie, welke ter voldoening aan het Befluit deezer Kamer, van den ia Maart, heeft geëxamineerd de Requeste van Antie van der Sluis.^^huisvrouw var; Daniël Schëerenberg, verzoekende, dat het Vertegenwoordigend Lichaam , op grond van de onlangs gearresteerde Amnestie, aan haaren man gelieve te verkenen gratie en rappel van een bannisfement, tot het welk hy wegens het uiten van anti-revolutionaire gezegden ! by Vonnis van Schepenen van Hoorn, van den 14. December 1795, als contumax, zyn leeven lang geduuren. de, Uit het voormalig Gewest Holland is verweezen mitsgaders het daarop gunftig advis van den Hove. ' En overweegende, dat het der menschüevendheid van liet Vertegenwoordigend Lichaam alleszins past aan de zulken, welke gratie of remis van ftraf word verleend deeze gunst zonder verwyl te doen genieten, verklaard. dat er is onverwylde noodzaaklykheid. Voorts overweegende, dat de misdaad van Daniël Schëerenberg aan verlchil vau gevoelens, over politique onderwerpen, alleen deszelfs oorfprong is verfchuldigd, dat dezelve verder met geen verzwaarende omftandigheden is verzeld, maar Veel eer, door de terging van anders denkenden geprovoceerd, en voorts gepleegd zonder eemg Ichynbaar oogmerk, om onrust te verwekken. Befluit: Aan Daniël Schëerenberg te verkenen Brieven van RanM pTl  l78 3 M E Y I 7 9 9» pel van Ban van het Vonnis, in het hoofd deezeé gemeld, in communi fornid. Zullende F straft deezes worden gezonden aan het Uitvoerend- Bewind ,met en benevens de voorfz. Requeste, in originali, (na de bekrachtiging van dit Beüuit,) ten fine van executie. ' . . En zal hetzelve mede, overeenkomftig den 6o Articul der Staatsregeling, worden gezonden aan de tweede Kamer ter fanctie, met en benevens het uitgebragt Rapport en verdere (tukken , in originali. Onderwerpende, enz. J. H. Appelius. y. van Haeften. F. van Leyden. j En heeft de Vergadering, om redenen daarvoor door de voorfz. Commisfie opgegeven , verklaard, dat 'er is onverwylde noodzaaklykheid; doch des ' niettemin goedgevonden en verftaan hetzelve Rapport te houden in advis, tot Woensdag den 15 Mey. De Burgers Reprsefentantem Appelius en verdere, by Decreet van den 11 Maart LI., Gecommitteerden, ten examen eener Misfive van het Hof van Justitie over de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, houdende, ingevolge Decreet van den a8 December des afgelopen Jaars, deszelfs advis, op de Requeste van P. van der Velde Hermz. , daarby verzogt hebbende, dat het Vertegenwoordigend Lichaam, op grond der onlangs gearresteerde Amnestie, het vonnis van bannisfement, door het Committé van Justitie te  cê AmfleVddm, tegen hém Suppliant geweezen * gê* lieve in te trekken en buiten eflèet te ftellen. Hebben ter Vergadering uitgebracht het hier tiavel* géhd Rapport: ÈÜRGERS REPRESENTANTEN i Pieter van de Velde heeft zich , op den 13 Septemiiéf ^797 5 geadresfeerd aan den Raad der Gemeente van^wfterdaéi, en daarby in termen, welke nooit tegen eèné wettig aangeftelde Magt behooren te worden gebezigd 3 jgeëischt, dat alle de Vdnnisfen, uit hoofde van het gepast feerdê dp dén iö en 13 Mey 1796 geveld, wier-s den Vernietigd, gelyk mede de Uitfpraaken door Kryga-s raaden geweezen, en medegeëischt deremotiën van örans jegezinde Ambtenaaren. . Dit Adres heeft ten gevolgë gehad , dat hy, by Vöii* nisfe vari het Committé van Juftitie van Amfterdani 3 V'dor den tyd van drie Jaaren is gebannen, uit het voor« mallg Gewest Hollandi Wy penetreëren volkoomen met hèt Hof van Èoll&nd», dat by deszelfs.advis, op den 12 Maart in onze handeii gefteld ,aan uW verlangen om Confideratiën en advis heef'ê voldaad j dat diergelyke handelingen de animadverfie der Juftitie alleszins verdienen , en het Hof fchynt deri Requestrant te befchouwen als een gevaarlyk hoofd eri aanhitzer van rustverftöorende woelingen en combustiën^ tot wien het niet raadzaam zyn zoude 9 het faveur der Amnestie uittefirekkeri. Hoewel Wy veel gronden aan» trt fFen voor 's Hdfs gevoelen , om declinatoir te befluiten $ zo moeten wy niet uit het oog verliezen dé omftandig» heden , met welke zulks heeft "plaats gehad. Wy herinneren ons alle de önderfcheidene gevoelens' i welke hebben plaats gehad,, Over de gebeurtenisfen van den 13 Mey 1796 te Amfteldam voorgevallen, en hoeWel wy niet fchroomen, oDenlyk te kennen te geveri* M a , tilt  ,8o ? M E Y 1 7 9 9- dat wv ten hoogften verfoeïjen de verregaande ongeregeldheden, die plaats gehad hebben, zo moeten wy telens erkennen, datzonumge, ter goeder trouw, andere denkbeelden konden hebben, en hoe zeer diergelyke adresfen als door den Requestrant zyn mgeleeverd, altYd moeten worden afgekeurd, volgt daar ml, naar ons inzien niet, dat hy thans aanleiding zoude geven aan oproerige beweegiagen ; de onderscheidene denkbeelden welke gevoed zyn, over de noodzaaklykheid of nuttigheid van remotiën van Ambtenaaren, hebben maar al te veel aanleiding tot onëenigheden, en wel eens tot ongeregeldheden gegeven, maar wy vinden geen reden, om den Requeftrant, wegens dat hy zyne denkwyze en verlangen , op eene alleszins laakbaare wyze te kennen heeft aegeven, niet te doen jouïsfeeren van eene guustige dispolitie van het Vertegenwoordigend Lichaam. En het is om deeze redenen, dat wy ons met stïors denkbeeld niet kunnen vereenigen , maar uw zouden voorftellen rappèl van Ban aan Heter van de Velde te verkenen, by het volgend Befluit: Tteterfle Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks gehoord hebbende de confideratiën en advis van Prefident en Raaden m den Hove van Tuftitie van de voormalige Gewesten Halland en Zeeland en die van eene perfoneele Commisfie uit haar midden , op de Requeste van P. van de Velde, verzocht hebbende, dat, uit aanleiding der Publicatie van den 15 D'cember 1798, het vonnis van Bannisfement, door het Committé van Juftitie van Amfleldam, op den 25 December 1797. tegen hem geweezen, mogt worden ingetrokken. Overweegende, dat het alleszins der menschlieyenheid van het Vertegenwoordigend Lichaam waardig is, om wanneer hetzelve gronden vind , iemand gratie of verzaeting van ftraf tc doen erlangen, hem zulks zo fpoedig mogelyk , te doen genieten. Verklaard, dat 'er is onverwylde noodzaaklykheid. Over-  3 MEY -8- Overweegende, dat het misdryf van den Requestrant deszelfs oorfprong alleen aan politieke gevoelens is verfchuldigd, zonder dat 'er eenige cumulatie van eenig ander delict fchynt plaats gehad te hebben. Overweegende, dat de Requerant reeds, geduurende meer dan de helft des bepaalden tyds , de by het vonnis geweezen e ftraf beeft ondergaan. Overweegende, dat 'er dus aanleiding is, om uit krachte der Publicatie van den 15 Fecember 1798 en het Decreet van utfupra 1799 , den Requeftrant gratie te verkenen. Befluit: Aan P. van de Velde, Hermsz., te verkenen rappel van Ban, en remisfie van het tegen hem, op den 13 September 1797, door het Committé van Juftitie van Amfteldam geweezen vonnis. En zal Extract deezes gezonden worden aan het Uit* voerend Bewind, om daaraan de noodige executie te geven. En zal dit Befluit, overeenkomstig het 60 Articul va» de Staatsregeling, ter bekrachtiging worden gezonden aan de tweede Kamer, met en benevens het in deezen uitgebragt Rapport, en de voorfz. Misfive, Requeste en Bylage, alles in originali. Onderwerpende, &c. J. ff. Appelius. 3. van Hat/ten. F. van Leyden. En heeft de Vergadering, om redenen daar voor M 3 door  door de voorfz. Commisfie opgegeven, verklaard-, dat 'er is onverwylde naodzaaklykheid. Doph des niettemin goedgevonden en verfiaan, hetzelve Rapport te houden in advis , tot aanftaandeq Woensdag den 15 Mey. De Burgers Reprspfentanten Appelius, en verdere, by Decreet van den 5 february 1 ., Gecommitteerden, ten examen eener Misfive van hec Hof van Justitie , over de voormalige Gewesten Holland en Zee, 'land, houdende, ingevolge Decreet van den ua December des afgelopen jaars, deszelfs confideratiën en advis, op de Requeste van Jan Bruyn,geconfineerd m het Rasphuis te Amfterdam t daarby verzogt hebbende, om onder de onlangs gearresteerde Amnestie je mogen worden begreepen. Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier navol* Yplgend Rapport: BURGERS REPRESENTANTEN 1 Wy zullen de vryheid nemen, uw onze gevoelens mede te deelen, over zekere Requesten om gratie, uir. krachte van het Rlacaat van 15 December 1798, aan uwe Vergadering geprtfeateerd, .jen benevens de berichten en advys van liet Mof, over de voormalige Gewesten Htlland en Zeeland, in handen uwer medeleden Appe>>j, van Half, van Haeften, IVtrner en %an Leyden, gefteld. Wy zullen, zo kort moogelyk, onze gedag, ijen rnededeelen, daar uw oogmerk, vertrouwen wya alleen geweest is, om onderrigt te worden, of 'er zwaajightjd zoude zyn, zich te vereenigen met het denk| geld van den Rechter, wiens gevoelen gy gevraagd htbfa ' i  3 MEY 1 7 9 9- *H Jan Bruin is, wegens het uitgeven van zeker weekof dagblad, genaamd: ftaat kundige famenfpraak tusfchen een Burger en een Boer, en byzjnder van No. 77» derzelve byVonnisfe van het Committé van Juftitie van Amftèldam, van den 26 Oclober 1796, gecondemnoerd om voor den tyd van vyf jiaren in het Rapshuis te worden geconfineerd, en aldaar te arbeiden, en wyders gebannen voor den tyd van ia jaaren uit Holland; van de jaaren van confinement zal by waaifchynelyk eenig afflag hebben bekomen, vermits blykens zyn Request, en 'sHofs advis dezelve zyn geëxpireerd, en wy kunnen ons zeer wel met het denkbeeld vereenigen , dat hem rappel van ban zoude worden geaccordeerd, aangezien de misdaad, voor welke hy reeds eene ftraf ondergaan heeft haaren oorfprong alleen aan politique gevoelens is verfchuldigd, en dezelve geen nadeelige gevolgen gehad heeft» Dirk Raakman , gewezen foldaat in de gefo!deerde Nationaale Guarde te Amftèldam, beeft zich v roorloofd, opden a January I797, deeze uitdiukkingen tebeezigen: ik ben geel, ik heb een Eed gedaan voor de Prins, maar niet voor deeze Unftitutie, ik befchnt de vryheid en wil liever opgehangen worden als een Patriot te zyn , en is den ad january ge$ondemneerd tot eene publieke geesfeling, vyfjaarïg confinement, en bannisfement voor gelyke vyf jiaren uit het voormalig Gewest Holland, doch van welke ftraf hem, op den ijjuny 1.1 , de nog oveige jaaren van confinement zyn geremitteerd. Daar wy in deezen een misdryf aantreffen dat deszelfs oorfprong alleen aan politique gevoelens verfchuldigd is, daar hy reeds een zwaare ftraf ondergaan heeft , en hy zich in zyne gevangenis ordentelyk heeft gedragen, vinden wy geen reden , om ons niet te vereenigen met 'sHofs advis, dat hem rappel van ban worde verleend. J, Patman is, by Vonnisfe van het Committé van Juftitie van Amftèldam, van den 16 öclobè.i 1/97 > 8e" condemneerd om ftrengelyk gegeesfeld , voor den tyd van vyf jaaren in het Tugthu s geconfineerd en voorts voor even zo veel jaaren gebannen te worden uit del Lande van Holland ; hy had zich bevonden aan he M 4 hoof  i&4 3 MEY 1799. hoofd van zekeren optocht, gekomen van het Erf van Gei rit ISagtglas, de Pestbrug over, en de beide zyden van den Overtoom langs getrokken, onder het maaken van een groot geraas en getier, iiy heeft erkend daar mede voor zich zelfs het oogmerk gehad te hebben, om onder voorweudfel van een vreugdebedryf over de aantekening van een van zyne makkers, in de Drukkery van gemelden Nagtglas zyn genoegen aan den dag te leggen , wegens de ongelukkige uitflag van het Jaatlte Zeegevegt, tusfchen de Vloot van deeze Republiek en die ■fan haare vyanden. Deeze Requestrant kan even weinig, als de voorgaande, als het hoofd van eene factie worden befchouwd, en hoe wel hy geen medelyden verdiend , die zich in de rampen van zyn Vaderlend verheugd, zo is echter ontegenzeggelyk, dat dit misdryf alleen aan politique gevoelens is toetefckryven, wy hebben niet gevonden, dat hy eenig commun delict zoude hebben begaan en daar eensdeels by de ftraf van geesfeling reeds heeft ondervonden , anderdeels hem eenige jaaren confinement zyn geremitteerd , gelooven wy dat hem , conform 's Hofs advis, brieven van rappel van ban zouden kunnen verleend worden. Reindert Claasfen en Maria Bloemers, echte lieden, hebben zich fchuldig gemaakt aan het overtreden van 's Lands Wetten, door in de nagt van den 24 en 25 Augustus 1797, oproerige Liedjes te zingen, dit misdryf, het geen hoewel zeer gefchikt om aanleiding tot oproer te geven, zulks echter niet ten gevolge gehad heeft, is geftraft geworden, ingevolge Vonnis van het Committé van Juftitie van Amftèldam, door eene geesfeling, mitsgaders door een confinement voor vyf jaaren en een bannisfement uit den Lande van Holland; deeze korte voordragt, gevoegd by de informatiën door het Hof gegeven, dat het goed gedrag der Supplianten, geduurende hun confinement, hun heeft bezorgd eenen afflag, zo dat thans alleen de ftraf van bannisfement op hun ligt, zal, gelooven wy , genoegzaam zyn u te beweegen , om, conform 'sHofs advis, rappel van ban te verkenen. Laurens Huisman is door het Vennis van hei Com- nut-  3 M E Y i 7 9 9. ,85 mitté van Juftitie van Amftèldam van den 20 September '797 •> gecondemneerd, om publiek te worden gegeesfeld een vyfjaarig confinement en voor een gelyken tyd tl worden gebannen, ter zaake hy zich in eenen kelder op de nieuw Markt, in den nagt tusfchen den 12 eni3 0cTober, had uitgelaten, dat indien het omkeerde, het geen fpoedig konde gebeuren, 'er dan galgen zouden gemaakt worden van de Haarlemmerpoort tot Haarlem en wederom van weerskanten, en dat als Prins Fredrik wederom kwam hy Suppliant Housfaar zoude worden, en 'er dan geen vrouwsperfoon of kinderen ontzien zouden worden, dat 'er te Soesdyk een bort lag met de Prins 'er op, en dat in het kort weder zoude worden opgehangen. Het Hof van Holland merkt daar op aan by deszelfs advis, dat byaldien de Proceduures nog aanhangig geweest waren, ten tyde der Publicatie van den 15 December 1798, de Requestrant onder de Amnestie zoude zyn begreepen geweest; aan het Hof zyn geen verzwaarende omftandigheden voorgekomen, en daar hy zyne misdaad reeds heeft geboet door eene geesfeling en een confinement, geduurende het welk het Committé van Juftitie in zyn gedrag genoegzaame redenen heeft gevonden om hem op den 13 January 1.1. te ontdaan , waarom wy geene zwaarigheid maken ons met 's Hofs advis te vereenigen , en u aan te raaden ook L. Huisman rappel van ban te verleenen. Wy vinden ons daarom onbezwaard uw voortefteL len het nemen van het navolgend Befluit. De eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam gehoord hebbende de confideratiën en advis van Prefident en Raaden in den Hove van Juftitie over de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, gelyk mede die van eene perfoneele Commisfie uit haar midden, op de Requesten van Jan Bruin, Dirk Haakman, J. Putman, Reindert Claasfen en Maria Bhemers, mitsgaders Laurens Huisman, alle tenderende om, uit aanleidingvan <1e Publicatie van den 15 December 1798, gratie te erlangen. 'O M 5 Over.  jgg 3 MEY 379 9» Overweegende, dat het alleszins der menschlievendheid van het Vertegenwoordigend Lichaam waardig iss ora wanneer het zelve gronden vindt om iemand gratie of verzagting van ftraf te doen erlangen , hem zulks zo fpoedig mogelyk te doen genieten. Verklaard, dat 'er is onverwylde noodzaaklykneid. Overweegende, dat derRequestranten misdaaden hun» nen oorfprong alleen aan politique gevoelens zyn toetefchryven, en uit de berichten van den Rechter geen verzwaarend'e omftandigheden zyn blykende. Overweegende , dat zy reeds door een gedeeltelyke ftraf voor hunne misdryven hebben geboed , en hun co'ed gedrag geduurende den tyd van hun confinement, reeds by den Rechter eene gunftige reftexie op hun heeft "Tfnen flaan , en zy dus alleszins de clementie van het Vertegenwoordigend Lichaam waaldig fchynen. Befluit t Aan Jan Bruin, Dhk Raahnan, J. Putman, Roin» dert Claasfen, en Maria Bloemers, en Laurens Huisman te vesleenen remisfie van de hun nog opgelegde ftraf van bannisfement, ingevolge de Vonnislen van het Committé van Justitie van Amfterdam, op den 26 October i7ci6, s Januaiy 1797, 16 October 1797, 2.9 Sep. tember 1797, en 20 October 1797 zy" verweezen. En zal Extract deezes gezonden worden aan het Uitvarend Bewind, met en benevens de voorfchreeve Requesten in originali, (na de bekrachtiging van bovenftaand Befluit,) om 'er de noodige executie aan te geven. En zal dit Befluit, overeenkomftig het 60 Articul der Staatsregeling, met en benevens alle de Requesten en advifen» en dit Rapport alles in originali aan de tweede Kamer ter bekrachtiging worden gezonden. Onderwerpende &c. 3% H. Appelius, Jf van Haeften, 'p. van Leyden. En  3 M E ¥ i 7 9 9- 187 En heeft de Vergadering,, om redenen daar voor door de voorfchreeve Commisfie opgegeven, ygrklaard, dat 'er is onverwylde noodzaakiykheid. Doch des niet te min goedgevonden en verftaan, hetzelve Rapport te houden in advis, tot Woensdag den 15 Mey. De Burgers Reprasfentanten Appelius, en verdere, by Decreet van den 12 February laatstleden, Gecommitteerden, ten examen van eene Misfive van het Hof van Justitie over de voormalige Ge* westen Holland en Zeeland , houdende, ingevolge Decreet, van den 16 January daar te vooren; deszelfs advis, op de Requeste van Co melis Schouten, daarby verzogt hebbende, om, onder de onlangs gearresteerde amnestie te mogen worden begreepea. Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier navol, gend Rapport; BURGERS REPRESENTANTEN! Uw Befluit van den 12 February ftelde in handen ywer Medeleden, Appelius, van Hall, van Haefien , Wemer, en van Leyden eene Misfive van Prjefident en Raaden in den Hove, van Justitie, c "er de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, houdende deszelfs advis op de Requeste van C. Schouten, gewoon 1 hebbende aan de Pohbroekerdam, onder ;Jc:fch'p, '"ie versogt heeft om onder de Amnestie te wordei begreepen, zyn misdryf, blykens 's Hofs MisfiVe', beeft beftaai in het voeren van gefprekken, en zingen \ an Li .er in eene publieke Herberg te Jaarsveld, waar,by b !.e verregaande Partyzugt voor den gewezen Sts ' ', en qea ftraf baare vreugde over als toon liclf', .; rei-  18? 3 M E Y i 7 9 9. fpreide gerugten van tegenomwenteling, tan gevalle van denzelven opendlyk kwam aan den dag te leggen, met uitdrukkingen, die ten hoogsten laefief waren voor de toenmalige Regeering, en zyne kwalyk gezinJheid jegens dezelve duidelyk te kennen gaven , het geen veroorzaakt had de Sententie, waar by by by contumatie op den 27 July i797> zYa leeven lang geduurende buiten de Stad , en het Schout-Ambt van 'Fsfelftein was gebannen; daar het misdryf klaarblykelyk deszelfs oorfprong aan Politique gevoelens is verfchuldigd , en ons geen verzwaarende omftandigheden zyn voorgekomen, daar zelfs het Hof zegd, dat volgens bericht van den Bailluw van Tsfelftein, men uit het wederkeeren van den Suppliant tot zyn Huisgezin, voor het tegenwoordige, onder de Inwoonders van dat Dorp geen aanleiding tot beweegingen behoeft te vreezen, maar dat in tegendeel de gratie, die hem verleend zoude mogen worden, op de gemoederen zyner mede Ingezetenen , van wie thans geene fpsorloosheden uit oude genegendheid voor hunnen voorigen Heer meer befpeurd' wierden, ook in het vervolg niet dan van eene goede uitwerking zoude kunnen zyn;wy maaken daarom geene zwaarigheidUl., overeenkomftig 'sHofs advis, aan te raaden rappel van ban te verleenen, en dragen wy UI. midsdien voor het navolgend concept Befluit. De eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam gehoord hebbende de confideratiën en advis van Praftdent en Raaden in den Hove van Justitie over de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, gelyk mede die van eene Perfoneele Commisfie uit haar midden, over een Request van C. Schouten, gewoond hebbende aan de Pthbroekerdam, onder Benfchop, verzogt hebbende, om, uit aanleidicg van het Placaat van Amnestie, van den 15 December 1798, rappel van Ban te verleenen. Overweegende , dat het der menschlievendheid van het Vertegenwoordigend Lichaam alleszins waardig is, de zulken, aan welke hetzelve graiie of remisfie van ftraf wil doen erlangen, zulks zo fpoedig mogelyk te doen  3 MEY 1 7 9 9- -89 doen genieten, verklaard, dat 'er is onverwylde nood' zaaklykheid. Overweegende, dat de misdaad, om welke de Requestrant is gevonnisd, derzelver oorfprong alleen aan politique gevoelens verfchuldigd is. Overweegende , dat hy niet kan worden befchouwdals een aanlegger, maar veel eer als een werktuig van anderen. Overweegende, dat 'er, uithoofde van 'sHofsBericht, genoegzaame gronden zyn om te gelooven , dat zyne terugkomst in de Plaats zyner weoning geene fchaedelyke gevolgen zal hebben. Befluit X Dat aan Corneiis Schouten zal worden gegeven remisfie van de Straf van Bannisfement, tot welke hy,by Vonnis van het Collegie van Crimineele en Civiele Justitie der Stad Tsflelftein, van den 27 July 1797, is verweezen. Eh zal Extracf. deezes gezonden worden aan het Uitvoerend Bewind, met toezending van voorfz. Requeste, in originali,) na de bekrachtiging van bovenftaand Befluit,) om daar aan de noodige executie te geven. En zal dit Befluit, overeenkomftig her 60 Articul der Staatsregeling, met en benevens het Request, de Misfive van het Hof en dit Rapport, alles in originali, aan de tweede Kamer ter bekrachtiging worden gezonden. Onderwerpende des niettemin hunlieder Rapport aan het beter verlicht oordeel der Vergadering. J. H. Appelius. jF. van Haeften. F. van Leyden, El  i$o 3 MEY 1799. Eh heeft de Vergadering, öm redenen daar voof door de voorfz. Commisfie opgegeven, verklaard, dat er is onverwylde noodzaaklykheid. Doch des niettemin goedgevonden en verftaan, hetzelve Rapport te houden in advis, tot Woensdag den De Burgers Reprjefentanten Appelius en verderë, by Decreec van den 11 February 1.1., Gecómmitteer. den, ten examen eener Misfive van het Hof van Justitie over het voormalig Gewest Friesland, houdendë, ingevolge Decreet van den 3 January daar te vöorën $ deszelfs advis, op de Requeste van Willemina Evér'ts Strdotman, van Harllngen, thans Geconfineerdè in het Tucht- en Werkhuis binnen Leeuwarden, daar by verzogt hebbende, op grond der onlangs gearres* teerde Amnestie, uit haar confinement te mogen worden ontflagen \ Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier M volgend Rapporti BURGERS REPRESENTANTEN 1 Uw Befluit van den li February LI. verlangd de confideratiën van liWï Medeleden Appelius, van Hall. *A% Heeften, IVe.-ner en van Leyden, op eene Misfive vari bet Hof van Friesland* houdende deszelfs advis op het Request van IVilhmina Everts Strootman, van Hartogen; verzoeken ie re: :isfie vaft ftraf, uit kragte der Publicatie van den 15 iüv.cmber 1798. Wy zu!;l i I niet ophouden met de herhaaling van liet geen in dal I . quest en 's Hofs Misfive woi'd gezegd, betrekkelyk de wyze,op welke deeze zaak is behandeld; genoeg zul het zyn, U te herinneren, dat de Réques- trad-  3 M E V ï 7 9 9. igi Kante- is gecondemneerd geworden tot een tweejaarig Confinement, om dat zy met een Oranje - Lint aan de Kap Jangs ftraat heeft gelopen. Het Hof van Friesland geeft ons geene nadere Opheldering over die zaak, en zegt alleen, met een Confinement van twee Jaaren te hebben geftraft een misdryf, over hetwelk een Geezeling en Bannisfement van vyf of meer jaaren had kunnen worden uitgefproken. Niet meer inlichting over die zaak hebbende bekomen, zyn wy buiten ftaat iets meerder dien aangaande by te brengen; dan , wy achten evenwel genoegzaamen grond te hebben, om te gelooven, dat de Requestrante geenszins als Hoofd, aaniegfter moet worden geconfidereerd; en daar ons geen verzwaarende omftandigheden zyn voorgekomen , meeneu wy favorabel te kunnen advifeeren; en hoewel het Hof niet ftellig advifeerd, fchynt hetzelve over het verzoek niet ongunstig te denken; waarom wy meenen U het volgend Concept• befluit te kunnen voordragen: De eerfte Kamer van bet Vertegenwoordigend lichaam gehoord hebbende de confideratiën en advis van het Hof Van Justitie in het voormalig Gewest Friesland, gelyk mede die van eene Perfoneele Commisfie uit haar midden , op de Requeste van Willemina Everis Strootman , verzoekende, uit aanleiding van de Publicatie, var den 15 December 1708, uit haar confinement te worden ontflagen. Overweegende, dat het der menschlievendheid van het Vertegen woordigend Lichaam alleszins waardig is , aan de zodanige, aan welke het gezind is grafie of verligting van ftraf te doen erlangen , zulks zo fpoedig mogelyk te doen genieten; verklaard, dat 'er is onverwylde noodzaaklykheid. Overweegende, dat de misdaad der Requestrante haaren oorfprong alleen aan politique gevoelens istoetefchjyven. Overweegende, dat dezelve geenszins als Hoofdaanleg- fter,  ips 3 MEY 1799* fter, maar wel eer als een werktuig van anderen moet worden befchouwd. Befluit: Aan Willemina Everts Strootman, te remitteeren de» nog overigen tyd van confinement, tot welke zy, by Vonnis van het Hof van Friesland van sa November 1797» was verweezen. En zal Extract deezes worden gezonden aart het Uitvoerend Bewind, met en benevens de voorfz. Requeste en Byiagen in originali, (na de bekragtiging van bovenftaand Befluit), om daar aan de noodige executie te geven. En zal dit Befluit, overeenkomfiig het 60 Articul der Staatsregeling, met en benevens het Request, Byiagen eu de Misfive van het Hof, en dit Rapport,;» originali, aan de tweede Kamer ter bekrachtiging worden gezonden. Onderwerpende dit hun Rapport as» Ulieder beter •ordeel. j. H. Appelius. y. van Haeftent F. van Leyden* En heeft de Vergadering, om redenen daar voor door de voorfz. Commisfie opgegeven, verklaard, dat er is onverwylde noodzaaklykheid. Doch des niettemin goedgevonden en verftaan, hetzelve Rapport te houden in advis, tot Woensdag den 15 Mey. De Burgers Reprasfentanten Appelius , en ver« dere, by Decreet van den6 Maart 1.1., Gecommit- teer-  keerden, ten examen eener Misfive van de Raaden in den Hove van Justitie over het voormalig Gewest Stad en Lande, houdende, ingevolge Decreet van den 14 February daar te Vooren, derzelver ativis, op de Reqeuste van David Wolvendak, daarby verzogc hebbende, onder de onlangs gearresteerde Amnestie begreepen te mogen worden; Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier hayol* gend Rapporti BURGERS REPRESENTANTEN\ David Wolvendyk, Med. Doctor, woonende te Asten, in hec voormalig Landfchap Drenthe , doch bevpoïenS gedomicilieerd in Wildervank. in het voormalig Gewtsi Stad en Lande, geraakt op dén 10 October l7Q6ten Huize van Hermanüs Frtkkes Havinga, in de Wildervank i 1 eene hevige woprdenwisfeling* over de politique omflaii^ digheden van het Land, en permitteerd zich verfchej, de uitdrukkingen, zeer hoonende voor het Beftuur, ei! fpottende , ten aanzien van de aldaar opgerichte Vryheidshoorm Vermeenende dac hy, wegens voorfz» észegdens, was gedenuntiëerd, en bevreest voor incareeratie , begeeft by zich buiten het voormalig Gewes* Stad en Lande, word crimineel ingedaagd, en op des 4 April 1797 by de Rechtbank der beide OldambteS propter centumaciam, zyn leeven lang geduurende e-« bannen buiten de Piovincie van Stéi en Lande ' benever* de Heerlykheden van Wedde en Westwoldinferland, ouverwinderd de ftraf, welke hy bevonden zoude word-n wegens het door hem begaan delict, te hebben geïncur. reerd, byaldien hy zich wederom binnen gemelde Pro* vintie of Heerlykheid mogt ophouden. Op den 14 February deezes Jaars, heeft even gemelde Burger zich by Requeste aan deeze Vergadering geadresseerd, en verzogt verklaaring, dat hy onder de gearmd  m 3 M E Y i 7 9 9- teerde Amnestie is begreepen. Het Hof van Justitie over dat voormalig Gewest Stad en Lande, welks confideratien en advis op voorfchreeve Regueste waren gerequireerd , en den, 6 Maart deezes Jaars in handen van uwe Medeleden Appelius, van Hall, van Haeften, Wèrner, en vvn Leyden zyn gefteld, is van oordeel, dat alle]verder Onderzoek over des Requestrants misdryf, door hi't arresteeren der Amnestie is vervallen, vermits hy wel is waar als contumax is gebannen, maar nimmer, in eenen eigendlvken zin, over zyne antirevolutionaire gedragingen gevonnist, zo dat de pcenaliteit op zyne wederkomst bepaald, nimmer eenig effect zoude kunnen forteeren. En op dien grond advifeerd voorfchreeve Hof, dat de Requestrant zoude behooren te worden gerenvoyeerd aan de duidelyke Letter der Publicatie , of wel het door he» gedaane verzoek zonder dispofitie worden uitgegeven. Uwe Commisfie kan in geenen deele met het gevoelen van den Hove inftemmen, want hoe zeer alle de omftandigheden van des Requestrants misdryf by het con* tumatiëel Vonnis tegen hem geveld, uit hoofde zyner voortvluchtigheid, en daar door afgefneeden reguliere defenfie , niet zodanig zyn in aanmerking genomen , dat de ftraf op de primitive misdaad zelve hebbe] kunnen worden geappliceerd, is het niet te min zieker, dat de antirevolutionaire gedragingen van den Requestrant alleen aanleiding hebben gegeven , tot de legen hem geëntameerde Proceduures, en geflagen Vonnis, zodanig dat, hoe zeer hy propter contumaciam is gebannen, deeze ftrafhem nimmer zoude hebben kunnen worden geïnfligeerd .ware het niet fummier over de misdaad zelve beöoniecfcS Door deeze aanmerking, welke ons toefchynt op den aart der zaak te berusten, vervalt de geheele redene • ring van den Hove , maar boven dien zoude ons de ftelling zeer bedenkelyk voorkomen,' dat alle contumaciëele Vonnisfen, wegens misdryven. over welke, uit hoofde van de Amnestie, niet meer kan worden gevonnist, zouden moeten worden befchouwd alle kracht te heb-  3 MEY i?9# m hebben verlooren. Wy zyn daar en tegen van oordeel, dat dezelve blyven in volle kracht, ten dien efFeifte, dat9 wanneer iemand, alsj contumax jgebannen, zich binnen hefjTerritoir begeeft, van het welk hy by Rechterlyk gewysde is verwyderd , en wanneer hy aldaar in han» den van de Justitie geraakt, tegen hem, wel is waar, over zyne misdaad ten principaale geene proceduures kunnen worden ondernomen , maar hy echter geftraft wegens het fchenden van een bannisfement, tot het welk hy wectiglyk is verweezen. Ons dien volgens niet kunnende vereenigen met heÊ geadvifeerde van den Hove, wierden wy verpligt in de omftandigheden der zaak zelve te onderzoeken, hoe ver 'er redenen konden zyn, om remis van ftraf aan denzei* ven te verleenen, en daar omtrent loopt ten zynert voor* deel veel te zamen. £n wel voor eerst, dat zyn misdryf heeft beftaan irt bloote gezegdens, welke geenerlei rustverftoorende gevolgen hebben gehad , ten fiVeeden: dat hy die gebezigd heeft in de hitte van verfchil dier ftaatkundige onderwerpen , by lieden van een gantsch onderfcheidene denkwyze, en dus zonder fchynbaar oogm'rk om oproei té Verwekken , en ten derden : dat hy, die reeds een bannisfement van twee jaaren heeft ondergaan , zich na diert tyd , blykens het getuigfchrift van het Gemeente - Beftuuf van Asfm , als een ftil en vreedzaim Burger heeft gedragen, wy advifeeren u dus den Requestrant te verleenen rappel van ban, en dragen ten dien einde aanUiiedef meer verlicht oordeel voor het volgend Concept- Befluit,, De eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks gehoord hebbende het Rapporg eener perfoneele Commisfie, welke, ter voldoening aart een befluit Commisforiaal van den 6 Maart, heeft geëxamineerd de Requeste van David IVolvendyk M* D« woonende te Asfen ^verzoekende Declaratoir, dat hy is begreepen onder de Amnestie by het Vertegenwoordigend Lichaam gearresteerd , ter zaake van zekere Antirevolutionaire gezegdens, door hem, op den 10 Oei. 1796 in de Wildervank gebeezigd ,enover welke hy, den 4 April 797, propter comumaciam is gebannen, mitsgaders de daar op N » ge reeds een gedeelte zyner ftraf heeft ondergaan , zich na die tyd als een nuttig en vreedzaam ingezeten heeft gedragen. Eindelyk overweegende, dat deszelfs misdaad aan ver- r- , -. /l.-.l j: 1 11 j» \c. ïcnil over liaaiKUnuige uimcrwcijjcu auceu ucs£ciis uurfprong verfchuldigd , met geene commune delicten, of eenige verzwaarende omftandigheden is gepaard. Befluit: Aan den Requestrant David Wolvendyk , te verleenen rappel van het banmslement, tot het welk hy by Von ■ nis van de Rechtbank der beide Oldambten van den 4 April 1797, zyn leeven lang geduurende, is verweezen uit het voormalig gewest Stad en Lande, mitsgaders Wedde en Westwoldingerland. En zal Extract deezes met by voeging van devoorfchree ve R.equeste en Bylaagen in originali (na de bekrachtiging van dit Befluit.) gezonden worden aan het Uitvoerend Bewind, tot informatie. En zal dit Befluit, overeenkomftig het 60 Articul der Staatsregeling, aan de tweede Kamer ter fancfie worden ge.  3 MEY 1799. 197 gezonden, met het Rapport en verdere ftukken in originali. Onderwerpende enz. J. H. Appelius. J. van Baeften. F. van Leyden. En heeft de Vergadering, om redenen, daar Voor door de voorfchreeve Commisfie opgegeven, verklaard, dat 'er is onverwylde noodzaaklykheid, doch des niet te min goedgevonden en verftaan, hetzelve Rapport te houden in advis, tot Woensdag den 15 Mey. De,Burgers Repraïfentanten Appelius, en verdere, by Decreet van den 1 April jongstleden, Gecommitteerden, ten examen van eene Misfive van het Hof van Juftitie over de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, houdende, ingevolge Decreet van den 3 January daar te vooren, deszelfs confideratiën en advis, op eene Misfive van Leenmannen van Putten , daarby de beflisfing van het Vertegenwoordigend Lichaam gevraagd hebbende , of dé misdaaden Van Bern. Arnoldus van Meerbeek, op den 3 December 1797 te Geervliet geperpetreerd , vallen in de termen der onlangs gearresteerde Amnesni. Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier na volgend Rapport.  PpC $ M E Y ï f 9 9- BURGERS REPRESENTANTEN! Het behaagde Uiieden, by Befluit van den t April 1.1. , in handen van de Burgers Appelius , van Hall% van Haefien , Wemer en van Leyden, te dellen eene Jvlisfive van den Hove van Juftitie van de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, van den a6 Maart 1 \., houdende advis, op de Misfive van Leenmannen van den Lande van Putten, van den 28 December des voooigen Jaars , den 3 January laatstL, ter deezer Ver ;adering ingediend , waarby dezelve verzogten geïnformeerd te worden , of de misdaaden van Bernardus Amoldus van Meerbeek, op den 3 December 1707 gepleegd, vielen in de termen der Publicatie van den 15 December 1.1. De misdaad van gemelden van Meerbeek, zynde Predikant te HeerSimonshaven en Biert, beftondr daarin, dat hy een Predikdienst te Geervliet zullende waarnemen, op den 3 December 1797, des avonds om vyf uuren den Koster zogt over te haaien, o n de Kerk tot het houden van den Godsdienst te openen , doch deeze daar in, gonder toeflemming van den Kerkenraad, zwaarigheid makende, en de Kerkenraad niet goedvindende, uithoofde van dit ongewoone uur , tot het houden van den Godsdienst de Kerk te doen openen, het welk ten gevolge heef: gehad, dat de Predikant van Meerbeek zich in verregaande haatelyke uitdrukkingen tegen den Kerkenraad te Geervliet heeft uitgelaten , en de Gemeente heeft zoeken over te haaien, hem te volgen en de Kerk met geweld te openen, daar by voegende, ik moet en zal prediken , al zoude alles ten onderjie boven keeren, dan zyt gylieden (teffens met zyn uitgedrukte hand op de Kerkenraad wyzende) mannen des doods, en onder andere die Gemeente tot onbehoorlyke daaden aanzettende, met te zerken, het is nu dat pjtoonen moet kin* derm van God of *»B den duivel te zyn , zyt gy kinderen van God, dan moet gy rny volgen, en ik zal predh ken, maar zyt gy kinderen des duivels, dan kunt gy blyven. Alhoewel uit de beëedigde atteftatiên blykt, dat geweide Christen-Leeraar onder de dweepers, voor het htjis  3 MEY i 7 9 p; 199 huis van Oranje moet worden befchouwd, en bv gelegenheid van dit zyn ftrafwaardig en oproerig gedrag, vericheide haatelyke uitdrukkingen tegen de patriottifcheparty heeft gebruikt, zo zouden uwe Gecommitteerden van gedachten zyn, dat wanneer de Officier, volgens zvrie verklaaring, zich alken bepaald, tot de misdasdiee eedragingen van hem van Meerbeek, tegens den Kerkenraad en het ftooren der rust, dat alsdan , ingevolge het advis van Prefident en Raaden van den liove van de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, die gedragingen, met geene mogelykheid gerekend kunnen worden, te zyn begreepen onder die misdaaden in de geproclameerde amnestie bedoeld, te min, daar de bélchuldigde by zyne verhooren ontkent, z'ch aan contrarevolutionaire en oproerige beginfelen te hebben fchuldig gemaakt en dus kan hy, met geen grond, de gunftige dispofitievan den Souverain, betreklyk misdaaden , onder welke hy zelfs zyne daaden niet rekend, inroepen. Ln het is, uit hoofde van deeze en andere, bv het advis van den Hove, geallegueerde redenen, dat uwe Commisfie, zich daarmede volkomen conformeerende, mede van advis zoude zyn, dat aangezien de tegenwoordige ftaat van het Proces, en des Bailliuws verklaaring, dat hy de verhooren voor voltrokken hield, en alzo gereed was, te dienen van zynen crimineelen eisch en coiislufle, in extraordinaire Procesfe, de misdaaden door den gevangen B. A. van Meerbeek gepleegd, niet vallen in de termen van de Proclamatie van 15 Decentoer 1.798 , edoch dat teffens diende gezorgd te worden , da Leenmannen, van den Lande van Putte», in het' flaan der Sententie , tegens gemelden B. A. van Meerbeek die gedragingen en daaden, welke uit verfchil van Staatkundige begrippen, hunnen oorfprong mogte nebben, in geen aanmerking worden genomen! of tot IITJTS Va," , d°°r ge"elden *** ran MTerblTk maakt? wandaaden van eenige applicatie worden ge- vogn'r^f26 k3mer dUS ku"nen »et f N 4 De  *pa 3 M E Y i ? 6 f. T)« Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigerjd Li«ïnsTm gehoord hebbende het Rapport eener perloneele r' .mmisfie, betreklyk de Misfive van Leenmannen van r n Lande van Putten, van 28 December 1798 , den 3 Wiuarv' ter deezer Kamer voorgebragt, en gelét, zo nn de redenen en motiven, zo in het gemelde Rapport, • 's in het advis van den Hove van de voormalige Ge? -V-sten Holland en Zeeland, den t April ttr deezer ïvatner ingediend, vervat, Befluit'. riit de Burger Bernardus Arnoldus ven Meerbeek, ,vegens op den 3 December l797 te G«rv//* gepleegde ' daaden, niet valt in de termen van de Proclamatie ,'-r Amnestie van den 15 December 1798- Fn zal Extraft van dit Befluit aan hef Uitvoerend He,-;„d der Bataaffehe Republiek worden gezonden, ten «inde daarvan aan Leenmannen van de» Lande van\ Put. 'ie , de noodige kennis te geven, met verdere aanfchryvï'rrr aan dezelve , dat in het daan der Sententie, tegens -melden B. J. van Meerbeek, zodanige gedragingen en welke uit verfchil van Staatkundige begrippen l'.innen oorfprong mogten hebben, in geene aanmerkinPrworden genomen, of tot agraveenng van den ger a»ïden B A. van Meerbeek, van die in 't verfchil van politieke opinie voorkomende wandaaden, eenige de minste ppplicatie gemaakt worde. Onderwerpende, &c, J, H. Appelius, E. van Lejden^ Js. van Haeften. En is hetzelve Rapport gehouden in advis, tot aan-ftgaridefi Woensdag den 15 iVley. ^  3 MEY 1799. aoI De Burgers Reprafentanten Appelius, en verdere: by Deereer van den 26 February IJ., Gecommitteerden , ten examen van eene Misfive van het Hof van Juftitie, over de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, houdende, ingevolge Decreet van den 1* January daar te vooren, deszelfs advis op de Requeste van Claas Bakker Adolfsz,, daarby verzocht hebbende, om onder de onlangs gearresteerde Amnestie te mogen worden begreepen. Rapport6" Vergadering uitSebragc het navolgend BURGERS REPRESENTANTEN ! £Op den 24 January van het lopende jaar, heeft zich Klaas Bakker, Adolfsz., gewoond hebbende te Enkkuv. zen, doch thans woonachtig aan de Lemmer, aan deeze Vergadering geadresfeerd, en op grond van de Amnestie den 15 December gepubliceerd, rappèl verzogt van een vyr en-twintig jaang bannisfement, tot hetwelk hv, bv vonnis van Schepenen der Stad Enkhuyze», van den 8 October 1798, is gecondemneerd, wegens anti-revolutionaii1 re gezegdens, op den 19 September gebeezigd, en welpureS Z° ^ *egt' g6heel ten onrech*%yn getalHet bericht, de confideratiën en advis van den Hove Van Juftitie, over de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, op voorfz. Request gerequireerd, zyn den 26 H My;,nf°m;n',en alstoen afleid in handen van nw Medeleden Appelius, van Hall, van Haeften, Wer- Jdvis? Vm J ' °m t£ Ciie"en van confideratlën en vznlS^l aeTkh\ Van-den «ove' heeft ^ misdaad van den Requeftrant daar in beftaan, dat hy zich on Jacob Telles, te Enkhuyzen in eene Herberg bevindenN 5 de,  a0l j M E Y 1 7 9 9- ¥, «, ft. ^'^%iZtetSeLX^ booden, en met hem ""gf^S' 1 vervolgens een tatie om Of*»* te roepen , enf^rt0° , by herhaaling geweigerd dmt len , trant beroemen, * *\^ f f ^ A, Revolutionair met de contrasteerende byyoeaing • a« 7 fc ^£t_ cp wel om de twee volgende redenen: • dat het door den Requestrant begaan depoor eerft. aai ncL uuu . , f j tot het welke alleen toepasfelyk is. En geen door hem is m/?^^n"ermitteerd, ten aanzien van onwaarachtige uitdrukkingen pe :mitt era, de behandeling, welke men, ten zynen ■opzig /^/,«, zoude hebbentg5j^e'nSïïJ «"SebbeS mis- Sè hem'fteeds heeft «ekgp*^ wy in alles als By deeze een derde reden van de onze overnemen^ voegeri wy Requestrant, onzes weigering, dat de .^aaa° * d Word.dat hy zich inziens, juist daar. door verzwaard w , ^ a!s Vaderlands gezind vo°rd°encle , o Revolutionaire  3 MEY 179 9' aoj. zich zelve als fchotvry befchouwende, aanleiding geven konde, om anderen in moeyelykheden te wikkelen , en tot hun verderf te leiden. Het is dan ook om alle deeze redenen, dat wy uiieden advifeeren, om het gedaan verzoek te declineeren en te wyzen van de hand. Onderwerpende enz. J. H. Appellat* y, van Haeften. F. van Leyden. En is hetzelve Rapport gehouden in advis, tou Woensdag den 15 Mey. De Burgers Reprsfentanten Appelius en verdere, by Decreet, van den 8 February laatsdeden , Gecommitteerden , ten examen van eene Misfive van het Hof van Justitie, over de voormalige Gewesten Hollanden Zeeland, houdende, ingevolge Decreet van den aa Dec. 1798, deszelfs confideratiën en advis, op de Requeste van Claas van Dillen cum fuis , allen verzogt hebbende, om onder de onlangs gearresteerde Amnestie begreepen te mogen worden. Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier navolgend Rapport; BURGERS REPRESENTANTEN! |£Op den 8 February, is in handen Uwer Medeleden de Burgers Appelius, van Hall, van Haeften, Wemtr, en van Leyden, gefteld het favorabel advis van Pratfident eu  {£? S M E Y i 7 9 S>. en Raaden in den Hove van Justitie over de voorma» Se Gewesten Hollanden Zeeland, op de Requeste van ÏS* 7an DiUen, Folkert de Haas, Pieter Looman, SS mU,%« Corel Hofman, Dirk Verjluys en G*tf «» Oyi, de vyf eerften, by Vonnisten van den ^ November, de zesde, by een dito van den ai December 1707, en de laatfte, by een Vonnis van den a FArSrv «98, door het Committé van Justitie der Stad JmReflm , gecondenseerd tot een confinement van vyf in het Tuchthuis dier Stad, ter zaake zy zich in den TaanÏ795 uit hun Vaderland hadden begeven en zkh onder het zogenaamd'05«^r«^ rasfemblement Sbben bevonden. Wy achten het onnoodig, uwen aandacht ïenïe Ogenblikken "bezig te houden mee het leezen van 's Hofs Bericht, gaarne zouden wy ons met die denkrfeelden vereenigen, en uw aanraaden om xeven uwer N u!aen t nw der in vryheid te ftellen, ware de ïïrt van deeze misdaad niet zodanig dat zy ons »efchvnt geen aanleiding tot een gunftig Befluit te geven. Het zfl gelooven wy niet noodig zyn te bewogen , dat de Publ afievan de/zg December ^93 , nret wel toe««f-lvk kan gemaakt worden, op zodanige, die ziek fibef toen gebruiken tot vyandelyke oogmerken te„ h«n Viderlard Wy gevoelen zeer wel de kragt fan de beSnge„\ door iet Hof voorgedragen, hoe I er te onz aak niet is rechterlyke gewysdens te be^Hf-PlPn kunnen wy echter zeer wel de gronden beSpffi-n welkf de Procureur der Gemeente, en het Com- dadPubl ca e van de provifioneele Rcprafenttnten van het VolkL\ Holland, op den 16 January 1796 ge* maneerd, niet kon worden geoordeeld van applicatie op RMiiMtranten dan wy treffen in de Misfive van het ten om me'sHofs advis te «reenigen, en uw liever „Staaanraaden het verzoek der Renueronten Tan de hand te wyzen. . On«  3 M E Y i 7 9 9. tos Onderwerpende Ulieder Commisfie zich echter aan Wieder meer verlicht oordeel. J. H. Appelius. y. vnn Haeften. F. van Leyden. En is het zelve Rapport gehouden in advis, tot Woensdag den 15 Mey. 1 De Burgers Repra;fentanten Appelius en verdere, by Decreet van den 4Maart 1.1. Gecommitteerden, ten examen van eene Misfive van het Hof van Juftitie, over de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, houdende, ingevolge Decreet van 4 January daar te vooren, deszelfs confideratiën en advis op de Requeste van Catharina Heybeek en Lieve va» Olfen, daar by verzogt hebbende, dat zy Supplianten onder de onlangs gearresteerde Amnestie mogen worden begreepen. Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier navolgend Rapport: BURGERS REPRA2SENTANTEN1 Catharina Heybeek en Lieve van Olfen, hebben by een Request op den 4 Maart 1.1. benevens 'sHofs Bericht in handen uwer Medeleden de Burgers Appelius van Hall, van Haeften, Werner, en van Leyden gefteld! verzogt te worden verklaard begreepen te zyn in de A ninestie , by het Vertegenwoordigend Lichaam , gearresteerd , en op den 15 December 1798 gepubliceerd, en  &0S 3 M E Y i 7 9 9« • a- « fc-iteti werking gefteld een Vonnis van het en mitsdien buiten ™™*Jmfieidam waarby zy voor Committé van v" geconfineerd geworden, we¬ den tyd van drie jaaren *ï" * eene zamenfpraak gens het plaatfen in eene Courant^ ^ /rouW tusfchen een C ubist eJ zJnnedfwoordell Van hun ReKaatje, en «rekkende d.*Wa im aaarom v9or. quest: om ^^"±1,^ optekomen. voormalig flW/W en 2e«//iffd, heeft 'Hec Hof <^S^SJe bepaald by het eigendlyk ver zich by deszelfs Misüte P ^ n b£greepent cn zoek, om onder de m gratie,maar geen- oordeelt terecht=. JJdJlckonde adrcsfeeren wy zyn zins tot voorgemeld «nfQJ a over den fingulieren niet minder dan het Hot bevre■ ^ Ihfitettla- inhoud van dat R^q"etf Vonnis, by het welk de Ketiën mhoud tegens «e^Vonn» ^ het questranten hebben oeiu yan beroUW s leïoterjefleer appel, maar ook^^ # ^ zy kentekenen draden v hebben verrigt, wy zouden verdienfclvke daad ïou geraaakt hebben ons te daarom ook geene zw | uW eenvouuig vereenigen met ,sp^rzS°egelyk'het zelve is liggende -aan te raaden, het veraodijjey onwaarfchyn- wn^kfr deTq?e.trV"ten zich dan nader zouden lyk is , dat de KequesiM. <,eineend te kunnen aWeren om gratie^«ben ^»y ^ ^ ft.g naargaan . of « wy ontkennend beantwoorden, befluit, danzul^Termisdnf van de Requestranten, ^ffltói -e daadelyke fchenms aan van 'S Volks OpFermaeht. ^ eene ^tigejkeuze Op den 8 AuS"SlUVJf(pUrina voorgedragen een OntaanS Volks goed- of afteuring vo j ^ jaaku weïP van Staatsregdm^ do was. ,o ooit 's V0UenlUiSter "et  3 M E Y i 7 9 9- *o?s bet by diergelyke gelegenheid, en dit heeft het Vertegenwoordigend Lichaam erkend, toen hetzelve op eene plechtige wyze gevierd heeft de Verjaaring van het aannemen van een ander Ontwerp. Alle die (temmen mogen, zyn vooral in diergelyke ge» tegenheid verplicht optekomen; de meerderheid van Hemmen moet beflisfen; geen Burger moet zich vermeeten, de vrye (lemming te bepaalen en de uitering van 's Volks Wil te willen belemmeren. Dat eene groote meerderheid het toen voorgelegd Ontwerp heeft afgekeurd, doet niets ter zaake. Wy zyn zo doordrongen van de grootheid van het misdryf, beftaande in de belemmering van het uiten eener vrye (lemming inde grondvergaderingen, of van het niet toelaten dier geenen, welke wettig zyn opgeroepen; een misdryf, het geen, naar ons inzien, een inbreuk js op 's Volks Oppermacht, dat wy, het zy met eerbied gezegd, twyfelen, of het Vertegenwoordigend Lichaam gratie van diergelyke misdryven kan verleenen. Byaldien de Requestranten de waarheid der grondbeginzelen ontkenden, op welke onze Omwending, op welke de thans aangenomene Staatsregeling rust, zouden wy hun gedrag aan verfchil van politique gevoelens kunnen toefchryven; maar, daar zy zich als yverige voorftanders van die grondbeginzelen willen doen voorkomen, vinden wy geen grond, om hun, uit krachte van de Publicatie van den 15 December 1798, gratie te verleenen; «n zouden mitsdien van advis zyn, dat der Requestranten verzoek van de hand behoorde te worden geweezen. Onderwerpende enz. J. ff. Appelius. J. van Haeften. F. van Leyden. En  m 3 M E Y 179$. En is hetzelve Rapport gehouden in advis, töi Woensdag den 15 Mey.] Op het geproponeerde ter Vergadering, is goedge. vonden dit de naamen der Supplianten welke zich ïan tyd'tot tyd aan deeze Vergadering hebben geavan tyoKK 3 gearresteerde Amnestie be- volgende: Mf, Mn der Siu,s, voor har Man Èanllt SehZZl"£Arnolius «n Meerok, gededneerd K ^afutcb^an, gededneerdop-cHuisder r/ w, J l Haas, PfeKr £m>m», f»-* Jf/;/o^: atf^ón.ord in he/xnehrhnis .0 Amfterdam- PiPtPr van de Velde Hermz ^obusOnflantinus van Zutphen, geconfineerd •„ Celderl^d Jan Beekman, Elbert van der Put* Zn Hen^ik Sturrn, Govert Visfer, de Gebroe*, ' ^Zl!ZclsbertV/illemfen,Cornelis Carpen. n.r«tzfti W ïï em Gerritzen van fVely, Hendrt*  3 MEY i 7 9 9. a0r) allen geconfineerd in het Tuchthuis binnen het voormalig Gewest Gelderland. 'fan Bruyn, geconfineerd in het Rasphuis te Am- ft er damt Willemina Everts Strootman van Har lino-en geconfineerd te Leeuwarden. ö" David Wolvendyk, Cornelis Schouten , Claas Bakker Adolfsz. Mr. Otto Theodorus Hamel, geconfineerd in hec Tuchthuis te Arnhem* (zonder refumtie.) By refumrie gedelibereerd zynde over eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek gefchreeven alhier den 1» April ).!., en den 25 daar aan volgende, ter deezer Vergadering geleezen, daar by voorgedragen hebbende het verzoek, door hec gewezen Intermediair Administratif Beftuur van hec voormalig Gewest Gelderland, aan den Agent van Justitie gedaan, te accordeeren, (trekkende, om alle de handelingen en verrichtingen, voor en door de vereenigde Ambts-Beftuuren op de Veluwe gefchied wat de form betreft,te habiliteeren of te legitimeeren* en dat gevolgelyk alie Vonnisfen by dezelve gefiagen* en alle Aflens voor dezelve verleeden, ten dien opzichte beftaanbaar en van waarde mogen wo.den gehouden, zodanig, als of die voor een legaal Ampcs. beftuur en Collegie van Ju-titie waren gepasfeerd. Ln de tweede en derde leezing van voorfz. IViisfive op den 30 April en heden, gefchied zynde, heeft de Vergadering, conform den voordragt van het gemeld Uewmd, be(looten, om alle de handelingen en vernVongen, door of voor de gemelde vereenigde AmptlBeftuuren 0p de Veluwe, in het voormalig Gewesc Gelderland, gefchied, w,c de form betreft! by deeO ^ zen  alo 3 MEY 1799* „„ „iif» Vminisfen.by dezelve geveli ,• TH ^ waarde' te houde^/als of die voor een wetng Ampts.Beftuur en Collegie van Justitie gepasfeerd en gC ZulleTdTÊxtracl deezes gezonden worden aan het Uitvoerend Bewind, tot informatie. Fn zal overeenkomftig het 60 Articul der atasus dit Befluit ter bekrachtiging worden gezon3e?'deVeeT^er en benevens de voorzegde Misfive, in originali. dC nn den i der gemelde Maand, deszeiis conüdecreet van den 4 ^r,g'™ ede poina van de Requeste ratiën en advis, op het tweeae Fu n Mal. van Dykgraaf en G^^LV5n den Èilande land. PrUste^ Zedand, daar van 1 holen, m net voorrn-rHS ■ d Directie by verzogt t^*g^,TK de invor- dering van de Subfidien, ais JeiK ime mediaïr prieqipaale , te fupercedeeren. , ^ heeft 0p den So April 1. . enJrcden g n ^ bo de Vergadering , co^ f Lgi^ér in het voormeld Bewind, beflooten, ce Keke, mar di malig Gewest ftpfefli al* voor het tegenwo ^  3 MEY I ? 9 0. m më't de administratie en beheering der cakrriiteufé Polders in voorfz. voormalig Gewest gechargeerd j mits deezen te gelasten , de Direftie van Schrepenisfè en Westkerke aantefchryven* om met de invordering der Voorfz, fubfidiën te fupercedeeren^ tot dat* om-! trent de zaak zelve, by het Vertegenwoordigend Lichaam, zal zyn beflischt,om reden, dat, door die weinige tyd uMel van betaaling, aan de Dykagien geert nadeel kan wdrden toegebragc. Zullende Extract deezes wdrden gezonden aan héè Uitvoerend Bewind, tot informatie. En zal* overeenkomftig het 6a Artieül dér Staati-s regeling;, dit Befluit ter bekrachtiging worden gezonden aan de tweede Kamer , met en benevens de voor» iSegde Misfive, in originali. Zynde de voorfz. Requeste nog berustende onder het voörfz. Bewind, om, betrekkelyk het verzoek teti principaale * te advifeeren. By reiumtie gedelibereerd zynde over éehe MisfiVi van het Uitvoerend Bewhtd der Bataaffehe Republiek* gefchreeven alhier den 18 April iaatsti., en den 25 daaraanvolgende ter deezer Vergadering geleezen; houdende* ingevolge van eri ter voldoening aan dé Peereeten, van deh 25 September deJ°e de dag, tot welke de provifioneele betaaling der dü> eenre Wnfioneerde Officieren is toegeftaan. ^ Zulfende Extra* deezes,, mee byvoeging va£ voorfz. Requeste, in origwah, (na de bekrachti Ibg van dk Befluit) worden gezonden, zo aan het g^uLoerend Bewind, als aan de llekenkamer.refpeftivelyk tot informatie en naricht.^  3 MEY 1799. «115 En zal, overeenkom (lig her 60 Articul der Staatsregeling, dit Befluit ter bekragtiging worden gezonden aan de tweede. Kamer, met en benevens de voorzegde Misfive en Requeste, in originali, By refumtie gedelibereerd zynde over eene Misfive •van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier den iH April 'hl. en den 25 daaraanvolgende , ter deezer Vergadering geleezen, houdende , ingevolge van en ter voldoening aan het Decreet van den ó Maart daar te vooren, deszelfs confideratiën en adviso Voor eerst: Op de Requeste van Dirk Gril, c.f., woonende te Egmondaan Zee, daarby verzogt hebbende , dat hec daar heenen mogt worden gedirigeerd, dat zy Requestranten onverlet hunne te Amftèldam, op Kattenburg aan te brengen goede en gezonde Visch kunnen verkopen, zonder verplichting den daar op, door de Municipaliteit van Amftèldam, gelegden Impost te voldoen. Ten tweeden'. Op de Requeste van Pieter Reyne Gouda, c./l, Rheeders van Visfchers - Vaartuigen en Visch, te Egmond aan Zee. Ten derden: Op de Requeste van Gaatje van den Bergh, e./., woonende te Amftèldam. En eindelyk; Ten vierden: Op eene Misfive van de Municipaliteit van Egmond aan Zee, allen (trekkende tot apr pui van het opgemeld verzoek. En de tweede en derde leezing van voorfc hree ve Mis* O 4 fivs  aI6 3 MEY 1 7 9 9* five , op den io April jl. en heden, gefchied zynde, is gedecreteerd, voorfz. Misfive, met de daarby behooiende Hukken, in originali, te ftellen m handen van de Burgers Reprsefemanten de Sonnavüle, Hoogeval en van den Braak , om daar omtrent der Vergadering te dienen van confideratiën en advis. By refumtie gedelibereerd zynde, over eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier, den 19 April 1.1., en den aó daar aan volgende, ter deezer Vergadering gelperen, houdende, ingevolge van, en ter voldoening aan het Decreet van den ,0 February te vooren, deszelfs bericht, confideratiën en advis, op de Requeste van Mofes Levy Harilooper, Inwoonder van den llas«, daarby verzogt hebbende, dat de Mumcipalueit der Stad Delft moge worden geauthorifeerd, en des noods, gelast, ten einde zekere ten voorfz. Requeste vermelde negen duizend Livr., aan Stedelyke Delffche Recepisfen, op den 17 October 1755, door het Stedelvk Committé van Algemeen Welzyn, te Delft voornoemd gearresteerd, uit hetzelve arrest te ontdaan, en aan hem SuPPliant,als zyn wettig verkreegen eigendom te doen geworden, mitsgaders aan hem toe te flaan, dezelve Recepisfen ,alnog tegens andere cours hebbende Recepisfen of Obligatiën in te wisfelen. En de tweede en derde leezing van de voorfz. Misfive, op den 30 April 1.1., en heden, gefchied zynde, heeft de Vergadering, conform hec advis van hetzelve Bewind, [gedecreteerd,des Suppliants verzoek mus deezen te declineeren en te wyzen van de hand. En is voorts goedgevonden en verltaan, dat aan denzelven, des begeerende, de gearresteerde Recepisfen zullen worden gerestitueerd, mits gerooijeerd en  3 MEY , 7 9 9. ai7 voorzien wordende van een kenmerk, waardoor derzelver valschheid aan elk blykbaar zy, en den Suppliant belet, daarvan eenig misbruik te kunnen maaken. Zullende Extract deezes, met by voeging van de voorfz. Requeste en Bylage, in originali, worden gezonden aan het Uitvoerend. Bewind, tot informatie, By refumtie gedelibereerd zynde, over eene Misfive van het Hof van Justitie, in het voormalig Gewest Gelderland, gefchreeven te 'Arnhem den 17 April 1.1,, en den 25 daaraanvolgende ter deezer Vergade* ringe geleezen, houdende, ingevolge van en ter vol. doening aan het Decreet van den 5 Maart te vooren deszells bericht op de Requeste van Geertruyd van Royen, Huisvrouw van IVynand Hobbelsr, 'daarbv verzogt hebbende , dat het Vertegenwoordigend Li.' chaam ex plenitudine potejïatis gelieve te fupplee ren het deficiëerend Vaderlyk confent tot het vnnrw'. nomen Huweiyk van des Suppliantes Dochter Petronella Hobbeler met zekeren Michiel Svmot2< m oe tweeae en derde leezing van voorfz Misfive, op den ïo April 1.1.. en hprW n.»cu.-„j ' , heeft de Vergadering bejlooten, het verzoek van dê voornoemde Suppliante mits deezen re accorderen en diensvolgens te fuppleeren het deficiëerend" Va! derlyk confent tot het voorgenomen Huwelvk van derzelver Dochter PetronellaHobbeler meT den gemelden Mtchtel Symons. ö Zullende Extraft deezes, met byvoegiW Van de voorfz. Requeste en Bylage, in originali, (L dbe! krach ,g,ng van die Befluit) worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, tot informatie. En zal dit Béffuit, overeenkomstig het 60 Art. der O 5 Staats-  ai8 3 MEY 1799. Staatsregeling, ter bekrachtiging worden gezonde» aan de Tweede Kamer, met en benevens de voorfz, Misfive en Requeste» in originali. By refumtie gedelibereerd zynde, over eene Misfive van Prefident en Raaden in den Hove van Juftitie over de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, gefchreeven alhier, den 23 April jongstl., en den 26 daaraanvolgende, ter deezerVergadering voor de eerftemaal geleezen, houdende,ingevolge van en ter voldoening aan het Decreet van den 15 February deezes iaars, derzelver confideratiën en advis, op de Reque«te van Jan Willaars, woonende te Amftèldam, daarby verzogt hebbende Brieven van creatie als Np- taris* .' 'j En de tweede en derde leezing daar van, op oen oo April jongstleden en heden, gefchied zynde, heefq, deeze Kamer, conform het advis vanbovengemelden Hove, beflooten , het verzoek by voorfchreeve Requeste gedaan mits deezen te accordeeren; zullende dienvolgende ten behoeve van den voornoemden j. Willaars, de doorhem verzogte Brieven van Creatie als Notaris in behoorlyke formd worden gedepêcheerd,ten welken einde Ex.raét deezes zal worden gezonden aan het' Xjitvoejend Bewind der Bataaffehe Republiek, tot informatie. En zal die Befluit, overeenkomftig het 60 Articul der Staatsregeling, worden gezonden aan detweed* Kamer, met en benevens de voorfchreeve Misfive, Requeste en Byiagen \n originali. By refumtie gedelibereerd zynde over eeneMisfive van Praefidem en kaaden in den Hove van Justitie over de voormaligeGewesten Hollanden Zeeland, gefchreeven  i MEY i 7 9 9. m alhier den 23 April , en den 26 daar aan volgende, ter deezer Kamer voor de eerftemaal geleezen, houdende Ingevolge van en ter voldoening aan het Decreet van den ia Maart daar te vooren, derzelver confideratiën en advis op de Requeste van Bastiaan van Eeten woonende te Gornichem, daar by verzogt hebbende 33rieven van Creatie ajs Notaris, En de tweede en derde leezing daar van, op den qo April deezes jaars en heden, gefchied zynde, heeft deeze Kamer,conform het advis van bovengemelden Hoven, beflooten, het verzoek by voorfchreeve Requeste gedaan mits deezen te accordeeren; zullende dienvolgens, ten behoeve van den voornoemden B. van Eeten, de door hem verzogte Brieven van Creatie als Notafis in behoorjyke formd worden gedepêcheerd, ten welken einde Excracb deezes zal worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind^ tot informatie. En zal dit Befluic, overeenkomftig hec 60 Articul der Staatsregeling , ter bekragtiging worden gezonden aan de tweede Kamer , met en benevens de voorfchreeve Misfive , Requeste en Byiagen in originali. By Refumtie gedelibereerd zynde over de Requeste van Hendrik Wim, Clercq ten ComptohV van den üntfanger Generaal over het voormalig Gewesc Holland oud ruim 20 jaaren,"" den 26 Apdl jongstleden, alhier ter deezer Kamer voor de eerfte maal geleezen, daar by verzogt hebbende vernam xtatis. Ln de tweede en derde leezing daar van, op den 30 daar aanvolgende , en heden^ gefchied Zynde" heeft deeze Kamer beflooten het verzoek by voorfchreeve Requeste gedaan mits deezen te accordeeren, zullende dienvolgende, ten behoeve van voornoemden H. mm% de door hem verzogte brieven van venia ma. tis  3 mey 1797- tis in behoorlyke forrra worden gedepecbeerd, ten welken einde Extract deezes zal worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, cot informatie. En zal dit Befluic, overeenkomftig Articul 60. der Staatsregeling, ter bekrachtiging worden gezonden aan de tweede Kamer, met en benevens de voorfchreeve Requeste en Byiagen in ortgmalt. Bv Refumtie gedelibereerd zynde over het Rapport van de Burgers Reprajfemanten Steyn Parvé, en verdere, by Decreet van dea 30 November des afgelopen jaars, Gecommitteerden, ten examen van eene M sfive vtn het Gemeente-Beftuur des Ryks l\y me\en daar by ter beflisfing van het Vertegenwoordigend Lichaam, overgezonden hebbende het plan van vergelyk,het welk door het zelve Beftuur aan de respective Kerkgenootfchappen, in den Dorpe WintW, ter goedkeuring overgegeven, doch door hec Weformeerde te gelyk met alle verdere minnelyke fchikkingen was verworpen geworden. En zynde hetzelve Rapport, den 19 Apnl U, ter deezer Vergadering uitgebragt en in de Notulen van dien dag geïnfereerd. " / «alüoiuAi En de tweede en derde leezing daar van, op den 30 daar aan volgende, en heden, gefchied zynde, heeft S vïgadering , zich met bet daar by voorgeflagen Concept-Befluic conformeerende , ook aldus be- ü°dTW« Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks gehoord hebbende h Rapport eener perfoneele Commisfie uit haar midden benoemd, in welker handen, by befluit van ö n To November - -laatstleden , gefteld was eene Misfive van het Gemeente-Beftuur des Ryks Nyme-  3 ME Y 1799. S2I gen, daar by ter beflisfing van het Vertegenwoordigend Lichaam, overzendende , het plan van vergelyk , hetwelk door hetzelve Gemeente-Beftuur aan de refpective Kerkgenootfchappen in den Dorpe Wlnsfen ter goedkeuring overgegeven, doch door bet Gereformeerde, te gelyk met alle verdere minnelyke fchikkingen, was verworpen geworden. Voorts gelee op alle de flukkert ten deezen overgelegd, en de differente fustenuën en bedenkingen tegens en op het plan van fchikking, door het Ge', reformeerd Kerkgenootfchap aangevoerd. En Overweegende, dat uit geene derzelve gebleeken is, dac bet Kerkgebouw en Pastoriehuis in den Dorpe Wifis/en, uit de afzonderlyke Kas der Gereformeerde Gemeente zouden zyn aangebouwd, en alzo aan hetzelve Kerkgenootfchap in Wenken Eigendom zouden toebehooren. Overweegende, dat, by gebrek van dit bewys, hec Kerkgebouw en Pastorie der voormaals Heerfchende kerk aldaar, mitsdien noodwendig behooren onder de zodanige, welke, ingevolge het zesde der additioneele Articulen van de Staatsregels, aan de befchikking van hec Plaatfelyk Bewind zyn overgelaten om deswegens tusfchen alle de Kerkgenootfchappen eemg vergelyk te treffen. ™ Overweegende, dat, volgens hetzelve zesde Articul, de grondflag van dit vergelyk zyn moec, hec grootst aantal van Leden der onderfcheidene Kerkgenootrchappen , het geen alzo de relative meerderheid van Zielen uitmaakt, en aan hec welk, uit dien hoofde, de voorkeus, omtrent de Naasting eener Piaatfel>ke Kers en Pastorie, word toegekend. Over.  ia* 3 M É Y i 7 9 9* Overweegende, dat alzo ten deezen door hët Roomfch Catholyk Kerkgenootfchap, als heftaande uit het grootfte aantal Leden t en alzo de relative meerderheid van Zielen in den Dorpe Winsfen uitmaakende, het Kerkgebouw en Pastoriehuis der voormaals Heerfchende Kerk wel en Wettig is genaast; Overweegende eindelyk, dat de bedenkingen door het Gereformeerd Kerkgenootfchap hier tegen* en tegen het Plan van fchikkmg ingebragc* en by het Rapport der Perfoneele Commisfle nader gedetail* leerd, voor zo verre daar aah, door het na te meiden Befluit, niet is te gemoed gekomen, zyn erroneuj en veelal diredl ftrydende met de duidelyke Letter der Staatsregeling. Befluit i Dat het Plaatfelyk Kerkgebouw en Pastoriehuis der voormaals Heerfchende Kerk in den Dorpe IVlnshu, ingevolge het 6 der additioneele Articulen der Staatsregeling, door het Roomfch Catholyk Kerkgenootfehap, als uitmaakende de meerderheid der Zielen, wel en Wettig zyn genaast, en dat alzo hetzelve Kerkgebouw en Pastorie huis zal overgaan, en ten allen tyden blyven onder de bezitting, beheering en het fpeciaal onderhoud van de voornoemde Roömtch Catholyke Gemeente, als op den voet by hetzelve zesde der additioneele Articulen vaftgëfteld , envoors ipeciaal onder de naarvolgende bepaalingen. z.~\ Het Kerkgebouw en Pastoriehuis , met het geen tot beiden behoord, getauxeerd zynde op ƒ 11060, zal het Roomfch Catholyk Kerk§enf°[**  3 MEY 179 p. afi3 fchap gehouden zyn aan de Gereformeerde Gemeente m de proportie van 52 tegens 6,5 Zielen , uit te keeren de fomma van ƒ 862 - 4 - 10 , en zulks in dne termynen, zullende de eerste termyn vervallen niet den dag dat het Roomsch Catholyk Lrkgen0ot. fchap de posfesfie der Kerk zal aanvaarden, elvoortS de tweede en derde termyn telkens met tusfchentyd van twee maanden. " Tcn ^eed . de Kerke, ke Poadfen ren , berekend en getauxeerd in voegen, als bv hel Plan van fchikking nader is omfcbreero zullen te nï Itend etdahreC ^^ e* *™>riehuis aaTh t naastend, dat js aan het Roomsch Catholyk Kerkje, nootfehap overgaan, en aan hetzelve in eSom worden gecedeerc, behoudens nogthai hêf ïecT aan het Gereformeerd Kerkgenootfchap omme in d.en het zelve eenig privatif recht van eigent n dien aangaande mogt fustineeren, nis nol, bSn den vd van 14 dagen, nadat hec Decreet^hoTve^^ woordigend Lichaam in deezen genomen Z T SftfeS ■> fMtire8eli»g. ™ ,0 als tot nog toe heeft plaats gehad, en £  3 M E Y i f 9 p: M§ hetzelve Kerkhof alzö möetëtf diehen tot eén begraafplaats van alle Lykert, zonder onderfcheid, ten zy daaromtrent voor deeze een bvzonder gebruik röogc hebben (land gegreepenj zullende voorts de beeraafpiaacfen in de Kerken zelve, welke door aankoop erfmakihg, of op eenige andere legaale wyze, by deeze of geene mogten zyn Verkreegen, moeten v»or* den geconfidereerd, als derzelver wettigen eigendom, waar van niemand, ingevolge Articul 40 vart de Burgerlyke en Stiatkundige Grondregulén, buiten zyn toeftemming, kan worden beroofd, dan alleen, wan* neer de ópenbaare noodzaaklykheid* door hét Verte» genwoordigend Lichaam erkend, zulks vordert, era moeten dezelve begraafplaatfen alzo blyven, ten gebiuike van den eigenaar, zonder dat dezelve tot eenige afkoop kan worden geconflringeerd, immers zo lange dien aangaande, door eene generaale wet of dispofifie, niet nader of anders zal zyn voorzien. 5.) Het Kerkgebouw zal >een maand, na dat het iri deezen te vallen Decreet ter kennisfe van het Gete* formeerd Keikgenootfchap zal zyn gebragt, döorhetzeive worden ontruimt, en ter dispoficie vart het naastendI Kerkgenootfchap gefield; zullende de Goederen en Lffecfen, welke vallen in decermenom mee de Kerk aan het naastend Kerkgen.ootfehap te moeten overgaan,, mede binnen denzelven tyd moeten worden overige. Ven; gelyk eindelyk het Pastoryhuis insgeiyks, op ded ordinaire verhuistyd in den volgende Jaare . Hoo, zal. moeten worden ingeruimd, en aan het naastend Kerk. genootfehap in eigendom gecedeerd eu Overgegeven* *0 Eindelyk, indien naderhand niogt worden bevonden, dac toe de Kerk eenige meerdere baaten'of P voor-  aa6 8 M E Y i 7 9 9- voordeden behooren, als by de naaste tauxatie zyn cecompmeerd geworden, zo zullen dezelve worden leconfidereerd: als hec Eigendom der respeéhveKerklenoötfchappen , welke daarop een ge yk recht: en fanipraak zullen hebben, gelyk mede, indien naderhard mogt worden ontdekt, dac nog eenige fchulden ISffê^ ten hsteder Kerk, mogten exteeren, vvefke by het'doen der opgaave doorde Gereformeerde Gemeente waren geommitteerd, dezelve mede zullen komen ten laste van de Leden der reapeftveKerklenoötfchappen, welke daar voor ten allen dage aanEaaklyk zullen zyn, alles echter met dien verftande, duderelv baaten, zo wel als fchulden, na behoorly£ £;.ekening of tauxatie, even als of die ontdekking voor de *edaane naasting ware gefchied, in hec eer ftè eeval tekens eene nadere proporcioneele uitkering, en in het laatfte geval tegens eene evenredige restuucie aan het naastend Kerkgenootfchap zullen overgaan enVVoïdende voorts de refpeétive Kerkgenootfchap. oen zo der Gereformeerde als Roomsch Catholyke Gemeenten gelast, zich , naar inhoud deezes er.dealzo «daane beflisfing van het Vertegenwoordigend Lichaam , ftipteiyk te gedragen, gelyk mede, ^voor zo vSre in hetzelve door dit befluit geen verandering is te weeg gebragt, naar den inhoud van het Plan van. SchTkkinge, door het Gemeente-Beftuur des Ryka mmegen aan de respeftive Kerkgenootfchappen over te geren /het welk in zo verre by deezen wordtgeaporobeerd en bekrachtigt. L P En zal, ten einde zulks allesbehoorlyk effect forteere, dit Befluit worden gezonden aan het Uitvee' rend Bewind der BajMkffob* Republiek, om daar aan de noodige executie te geven. Za\-  3 MEY i 7 p p. 227 Kuilende voorts mede dit Befluit, ingevolge het Co Articul van de ACte van Staatsregeling, ter bekrachtiging worden gezonden aan de tweede Kamer, niet en benevens dit Rapport en de Hukken daar toe ge< hoorende, in originali. jScembriefjens, der Leden opgehaald zynde, tot het reduceeren van de Lyst der Perfoonen , welke door de Leden deezer Kamer zyn opgegeven, om benoemd te worden tot Leden van hec Departementaal Gereineshof van de Schelde en Maas, en welke Lysc, op den 22 April laatstl., door den Secretaris deezer Vergadering is geëxhibeerd en in de Notulen van den 25 daar aan volgende ftaat geïnfereerd -- cot op cwintig perfoonen, ten einde uit dezelve tien door de tweede Kamer worden benoemd, als Leden voor het gemeld Departementaal Gerichtshof van de Schelde en Maas, is, volgens het Rapporc der Commisfie, op heden benoemd tot het openen der Stembilletten en tot hec opnemen der Hemmen, gebleeken, dat, volgens de meerderheid van ftemmen, op het twintigtal voornoemd geplaatst zullen worden, gelyk gefchied by deezen, de Burgers; Mr. IV. A. de Bever en , Lid der Commisfie, ter asH vervaardiging van een algemeen Civil en Crimineel Wetboek. Mr. A, W. Philipjs, Prtefidenc van de Rechtbank te Middelburg. Mr. Hugo Gevers, te Bordrecht. Mr, Gerrtt Lost crus. . Mr, P. C. RiemersiKaj te- Rotterdam. Tvlr. ,Z), Mohie/ihs- Ouadt, in den Haag. Mr. H. lionker Ckr'iës^ Lid der Commisfie, ter P 2 ver*;  iag 3 MEY 1 7 9 9' vervaardiging van een algemeen Civil en Crimineel Wetboek. Jacobus Ermerins, te Veere, voorheen teSluts in Vlaanderen. Mr. P. Panneboeier, te Alkmaar. Mr 7 5««r, Oud Schepen en Asfocie van herHuis * vin Negotie van G. van Hoog/Iraaten en Zoon, te Dordrecht. . Mr. 5. de Jong van Son, Oud Schepen te Dord- Mr. J. H. Mikt, Raad in denHove van Hollanden i ZvanD%, Lid van den Hove en H'ooge Vier■ fchaarin Zuid-Holland, Schout en Secretaris van verfcheide Plaatfen in den Zwyndreck*fchen Waard te Zwyndrecht. Mr W. Pransan, in den HaagMr D A. Berderus van Berlekom, gewezen Lid val het Intermediair Adminiftratif Beftuur var» bet voormalig Gewest Zeeland. Dirk Crans, te Dordrecht, C T Hoevenaar, Oud Schepen en Asfocie van' van het Huis van Negotie van A. van Loon en' Zoon te Dordrecht. Mr Jöw, Raad in het Hof van Gelderland' m. Tenlich van der Gon, te Bergen op den P.SgA,ËHoofd-Officieren Koopman teDordrecht. En zal dit Twintigtal, by Extraét deezes, ten voorfz einde worden gezonden aan de tweede Kamer, zon- djr refumtie* En  3 MEY ï ? Q g. , 229 En heeft de Praj.'identde Vergadering gecontinueerd, tot heden avond ten half zeven uuren. GECONTINUEERDE ZITTING Vrydag den 3 Mey 1799. Des avonds ten half 7 uuren. Is geleezen een ExtracT: uit het Register der Decreeten van de tweede Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van heden, daar by aan de Vergadering kennis gevende, dat dezelve Kamer, op voordel van derzelver Prasfidenc, tot vasten Piqueur by de Lyfwacht van hec Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, op den voec als by hec Reglemenc der Lyfwacht is bip Sldj aangefteld had den Burger Stupany, thans tweoU» Piqueur by • het eerfte Regiment zwaare Cavallerie. En is hetzelve Decreec aangenomen voor notificatie; zullende hetzelve ter Nationale Cancelarye worden gedeponeerd. Is geleezen de Requeste van Hendrik Timmer» mans, om daarby geallegueerde redenen, verzoekende, dac hec Verregenwoordigend Lichaam , uic hoofde van de laatst gearresteerde Amnestie, gelieve P 3 bui-  . • rP (tellen het tienjaarige bannisfement ^^^^^^ §—. w Gewesten Holland en « i" VaiSriSg onding van dezelven, daaromtrent der Vergadering te dienen van confideratiën en advis, rtI 3briu tmtl Jari ■Pr^fie Burcers Reprsfentanten Daendels 9en verdere, ^ Decreet d n a April laatstleden, Gecommie- der buitengewoone betoger» f h worden, en verder, zo als oy ?«»«. t,rPPjer «ta de gezegde Notulen van den « Apiü, breeder ftaat vermeld. § tbm£TiSinvl™ Hebben ter Vergaderinge uitgebragt het hier na- Volgend Rappor*» nbr.it nsiuaijn-JeinimljA sbborsji . mioov larf nsv mu^sfl liJBUamirobA ais "3 d jüjus asaab mo , Jtaosi:»" jivbnififln' 3ürn rVw I BURGERS REPRESENTANTEN! By beflmt van den jjSË^&^ ^ gefteld vaji uwe^{ ^ st'^dë tot het conen verdere Gecommituera feew t finant,en, cipieeren eener Inftmctie voor den fl0cni ^  3 MEY i 7 9 9' 93' em te dienen van confideratiën en advis, op eene Misfive van het Intermediair Administratif Beftuur van het voormalig Gewest Fiiesland, gefchreeven te Leeuwarden yéen s6 Maart laatstleden, daarby inzendende een aan hetzelve Beftuur geprefenteerd Request van de Administrateuren van het Burger Weeshuis te Snesk, houdende in het breede een betoog, dat zy buiten ftaat zyn, om hunne Administratie gaande te Houden , wanneer zy de buiten gewoone belasting op de vastigheden moeten betaalen, en verzoekende om daar van te worden geëximeerd, en zulks op grond der Publicatie van het voormalig Provinciaal Beftuur vin Friesland, van den 25 Jttly 1796, eindigende het gemelde Beduur, dat het hun uit de informatiën is voorgekomen, dat der Requestranten verhaal , omtrent de gefteldbeid van het Fonds van gemelde Weeshuis naar waarheid is gedaan, en daarom die zaak aan Ulieder deliberatiën gpnftig voofdngep» g»Tï»\[J\ *ncl „ '" w' 3^X~J'? v>' By het onderzoek van deeze Misfive, en daarby overgelegde Documenten, hebben Uwe Gecommitteerden bevonden, dat de Curateuren van me«;rge .iehie Burger Weeshuis te 'Sneek, zich ree-Is in de Maaiui December 179/ , aan het des tyds Provinciaal Beftuur van Friesland gcaJresfeerd hebben gehad, örn van de betaaling der buitengewoone lasten onth Ven te1 woeden, zynde de Requestranten door dat BettaJ' aan de Commisfie, waarnemende de zaaken van Finantie1", gereiivoyeerd geworden, welke Commisfie dan ooit by marginaal appejntemeut op hun Request, de dato ai Decemoer ivp^jhet verzoek ten deezen gemeld, heeft gedeclineerd en geweezen van do hand. . . Dan in den aanv"a#g van den Jaare 1% 8 , hebben zich de gemelde Administrateuren nader vervoegd ,aan betlnterm: Administratif Be.tuur van het voormalig Gewest Friesland, met inftamelyk verzoek, om deeze zaak in te zien en te overweegt • 'èn ' de ..nadeefige /«ijspafitia tot hier toe, omtrent het Weeshuis, in de betaaling yaa het reëele gevallen, in een .favorabel apfoiiHr^ent te veranderen , endaar reeds Commisfie is verleend'op 's Lands deurwaarder N. fktitf&h ujh wegens verfcljuldjgde reëele van  @3a s M E Y i 7 9 9« het Weeshuis executoriaale middelen te gebruiken, die Commisfie mogt worden gefurcheerd , en de invordering der Penningen in ftatu gelaten tot finaale dispofme; dit nader adres heeft ook geen gunstiger mtflag gehad , dan het eerste, alzo hec Intermediair Admimstratii be* ftuur van (dat voormalig Gewest, naar hetzelve te hebben gefteld in handen van de Commisfie van Finantie, ten fine van confideratiën en advis, en inmiddels den deurwaarder Wenflxe hebben gelast, om de invordering der Penningen in ftatu te houden , op den 29 Maart laatstleden , ria" gehoon te hebben gehad het advis van die Finantiëele Commisfie, het veizoek ten Reques e vermeld , te wyzen van de hand, en de verleence Jtatus opgebeeven. . , "Niet tegenftaande alle deeze vrugteloofepogingen , !ier> ben de gemelde Administrateuren niet fti! gezeten, maar zich alwederom ov> nieuws geadresfeerdaan het Interm, Be* ftuuf van het voorm. Gewest Friesland, om van de betaaling der reëelc Penningen van de vastigheden, aan het voornoemde Weeshuistoebehoorende,bevryd te mogen worden. En het is Burgers Repraefentanten 1 dit laatste K.eouest welke het Intermediair Administratif Beftuur van dit voormalig Gewest ter kennis van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks brengt, by welke gelegenheid dat Beftuur zegt , dat de oorzaak van het verval van dit Gedicht voornaamlyk is toe te ïchryvn, dat voorheen in dat Weeshuis alleen wierd aangenomen het jongste Kind yan een overleeden Burger te Sneek en dat het getal van zodanige voorwerpen zeer kiein 'zynde, de Finantiëelen ftaat van gemeld Gefticbt merkelyk verbeterd wierd , waar op de Regeermg van Sneek befloot, in den Jaare 1773, om de andere \V<#skinderew ook'in dat Huis over te brengen, welker üi« deren Ingezetenen van voornoemde Stad waren, en van hpt Gereformeerd Kerkgenootfchap, aan welke bclchiltkingen en bepaalingen de nnrieelige ftaat van die Administratie is toe te 'fchryveri. üit gebrek aan genoegzaauie mformatien zyn wy met in ftaat ,J Bunièi S Rep:«Erentanten! om te kunnen beoordelen, of de Regeering van Sneek des tyds oa.  3 MEY , 7 9 9. m voegd is geweest , om zodanige veranderingen in het bepaalen der voorwerpen, .welke m het meergemelde Weeshuis zyn aangenomen, en geSlïmenteprd geworden te hebben kunnen maken, en of deeze {erajSérinï wei beftaanbaar geweest is, met de inrichting van dat G«. ' ltichc. Dan-wat_ hier ook van zyn moge , zo is het aan Uwe-Commisfie ten vollen gebleeken, dat de voornaarae zo niet de eenige oorzaak van het verval van dat Ge* iticht moet toegefchreeven worden , aan de des tvds genomen Refolude van de Regeering van Sneek , om meer Kinderen in opgeroeide Weeshuis te verplegen als wel de Fondf;n van hetzelve toelieten, bv welk! ichikking zeker die Regeering verplicht was geweest om dit-Gefticht dan ook met de daar toe toereikend! ïondien te voorzien, althans om hetzelve , by eentoene. mend verval van deszelfs Finantiëelen Haat, wederom van dat bezwaar te ontheffen, doch uwe Commisfie ia huiverig uit hoofde der veruitziende gevolgen , voor s Lands Finantiën, en zo lang het Plan, omtrent een algemeen Armen-Befluur voor de Bataaffehe Republiek nog met door het Vertegenwoordigend Lichaam is gearl resteerd 3 om uiieden favorabel op het verzoek van Cu. meuren van het Weeshuis te Sneek te advifeeren. £d het is op deezen grond, dac uwe Commisfie ulieden aanraad ori te nemen het volgend Befluit Dat. het verzdek van de Administrateuren van het Bur. ger Weeshuis te Sneek word gedeclineerd, en geweezen ' van de hand. b 1 En zal hier van by Extraft deezes worden kennis ge. geven aan net Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Repu. tiet'gSei1, 0rmaUe' 8 °m hiCr 3311 denoodi£e ^ Onderwerpende enz. E. A. Daendels. Wx Rh G. Schimmelpenning Gz. L. Kriiphorit, . '. , E' 'Ltwe. *' P 5 Eo  a3* 3 M E Y i 7 9 9- En is hetzelve Rapport gehouden in advis, tot aanftaanden Dingsdag den 7 Mey. De Burgers Reprafentanten Daendels,^en verdere by Keec van den i* April jongstl. Gecommit'^L rpn examen van eene Misfive van het Utt- tSOSSSr i*m «•'""ii1". ~ Si» her Intermediair AdminUtratif Beltuur van net voormaW Gewest -5ataafsch Brabant* mogt worTn Sthorifeerd, ten einde voor zekere ten gemelt EZeueby hun ontfangen aH9°° Livres aan de KecTueSen^ftegeven deLodige Recepten , ten jaste van gemeld voormalig Gewest. Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier navol- eend Rapport: teosiav nMnauasupaJï »b itt tefi ,ne - *V "■'•> Tge nSiJsiSfbüöO'' eseab êub aoorbl 10 *su BURGERS REPRESENTANTEN! Jadw : „ • .« rlppyer hebt svlieden in handen By befluit van den 12 deezer neor »y ^ en het W/^rf r,6 ^ nde, ingevolge van ven alhier den 3° Maa"rl rwreer van den 9 January daar «« Jïri^ïo^^fcS ^vTsJ, oP de Rete vooren , ^szults ct ju e £9» W w» queste van P/f/«'; r"f* otiEerende uiider de firma van Marle, Kooplieden geaUegueeide redenen , Vreede en tan Mar.e, om üaaroy ^*"<.& yer. f  3 MEY 1799. 235 verzoekende, dat het Intermediair Adminiflratif BéTÊuur van het voormalig Gewest Bataafsch. Uraband,mogt worden geauthorifeerd, om voor zeke;e, ten Reque-te wemelde 28900 Livres, door de Requeltranten van deGfficieren der Noordelyke ivanlche Armee, gedurende derzelver verblyf te Tilburg , en deszelfs environs voor geleeverde Lakens, ontvangen en bereekend tegens 6 Huivers de Livre, tegens intrekking var, de daarvan na'derhand geproveniëerde Mandaaten aan de Requestranten af te geven de noodige Reeepixi.:-.!, tra laste van het gemelde voormalig Gewest. Het ■ Uitvoerend Bewind, zegt, dat het eene waarheid is, dat het Intermediair Administratif Beftuur voornoe n;! heeft gedifficulteerd., om voor de Mandaaten , welke de Requesranten voor een gedeelte der by hitn ontvangen Asfignaaten hadden verwisield, recepisfen uit tereiken. Dat dit echter alleen deszelfs ootfprong daar aan verfchuldig is, dat dit Beftuur de, by deszelfs Inftruérie, bepaalde macht nimmer heeft willen overfchreeden; Inrekende de Refolutiën der gevvezene Rcprrefentanten van Bataaffch Brabaid, wél van de inwisfeling van Asfignaaten, maar niet van Mandaaten, en in deeze ruuiwgefetheid .moet dan ook alhier de oorzaak worden gezogt, dat in der Requestranten verzoek is gedifficulteerd. Dat of fchoon dus deeze confideratiën aan de eene zyde de zaak fciynen te voldingen, aan den anderen kant echter in aanmerking moet worden genomen dat deeze converfie van Asfignaaten , regens Mandaaten niet eigendunkelyk , en op een ingebeeld voordeel is gefchied maar alleen uit eene gepaste voorzorge , en naar aanleiding der Publicatie van de voormalige Nationaale Vergadering , in dato 3 Juny 1796, voor meerder fchaede te worden bewaard, en het was ook alleen, ur. hoofde van deeze Publicatie, die door de Requesrrmten, als eene heilzaame raad is befehouwd, dae zy vnneend hebben, geen ogenblik te moeten aarfe'e-i, om deeze converfie te doen bewerkftelligen, dat zy hunne Asfignaaten alleen, tot op dat tydflip, zonder vermeerdering of vermindering in natura, by zich hebben behouden , terwyl boven dien alle denkbeeld van mercaniile fpecula- tie  aS 5 3 M E Y i 7 9 9* tie ten eenemaale wegvalt, wanneer men in aanmerking neemt, dat zy reeds toen een verlies van dertig Capitaaien ' voor één konden vooruit rekenen. _ . Daar dus de Asfignaaten flegts in fiaturd en niet in effect zyn verandert, en de-Requestranten aanbieden, om al het geen, ten Requeste is gepofeerd, met folemneeicn Eede te ftaven, en, in alle geval, de Wetgever in der tyd, kan worden befchouwd, als aanleiding tot deeze converfie te hebben gegeven,zo advifeerd het Uit' voerend Bewind, om der Requestranten verzoek te accordeeren: en aan hun de gevraagde afgifte van Recepisfen, ten bedrage van ƒ 8670:-:- Hollands , ten laste vau het voormalig Gewest Bataafsch Braband te doen geworden. , , . rj.. Bv overweeging der aangevoerde redenen van het Uttvsmnd Bewind, welke ten voordeden der Requestranten "pleiten , eu in het byzonder by eene onpartydige befchouwing van den gantfehen toedragt, en zamenloop der omftandigheden , als by voorbeeld, dat in het voormali" Gewest Bataafsch Brahand niet aanftonds gelyk zulks in dc meest andere voormalige Gewesten heelt plaats gehad, ordre is gefteld geworden op de inwisfeling der Asfignaaten, welke door de Ingezetenen aldaar van de Franfche T.oepes hebben moeten ontvangen worden; dat intusfehen by Publicatie van de Nationaale Vergadering van den 3 Juny 1796, ter kennis der Ingezetenen deezer Republiek is gebragt geworden , dat de Asugnaaten tesens Mandaaten of Promesfes moeten worden uitaewisfeld , en dat die termyn verftreeken zynde , de Asfienaaten boven de honderd Livers geen Muntcours meer zouden hebben , dat de Nationaale Vergadering de Ingezetenen , by gezegde Publicatie, heeft gewaarfchouwd, ten einde zy, in deezen hunne fchaede zouden kunnen voorkomen, en dat de Requestranten alzo die verwisfeling, overeenkomftig de regelen der voorzichtigheid, gegrond op meer gezegde Publicatie van de Nationaale Vergadering, by welk die verwisfeling word aangeboden, hebben verricht, en des tyds niet kunnen voorzien, dat de Ingezetenen van het voormalig Gewest Bataaffch Brahand, tot inwisfeling hunner Aslignaatéa zouden worden opgeroepen. fca  3 M E Y t 7 9 9. a3? En eindelyk , wanneer men daarby in confidentie neemt, dat 'er geen de minfie blyk voorhanden is dat die verwisfeling zou gefchied zyn , uit hoofde van eenige fpeculatie op mogelyke winst , maar alleen om te voldoen aan meergemelde Publicatie , en zich zelf eft den Lande, byeene eventuëele verwisfeling, voor eene geheele fchaede te bevryden, en het is om deeze redenen, dat uwe Commisfie zich conformeerende , met het advis van het Uitvoerend Bewind, geen zwaarigheidmaakt uiieden te advifeeren tot het nemen van het hier navolgend Be/luit. De Eer/te Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks gehoord hebbende hec Rapport van haare Perfoneele Commisfie, in wier handen, by befluit van den ïü April ij., gefteld is eene Misfive van het Uitvoerend Bervind der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier, den 30 Maart daar te vooren , houdende, ingevolge van en ter voldoening aan het Decreet, van den 9 January, deszelfs confideratiën en advis, op de Requeste van Pieter Freede en Christman George Reinhard van Marle, Kooplieden, Neeonëerende onder de firma van Fr eede en van Marle, daar hy verzogt hebbende, dat het Intermediair Adminiftratif Beftuur van het voormaalig Gevest Bataafsch Brahand mogt wprden geauthorifeerd, om, voor zekere ten Requeste gemelde / 28900 Livres door de Officieren der Noorddyke Franfche Armée, geduurende derzelver verblyf in Tilburg en deszelfs environs , voor geleverde Lakens, ontfangen en berekend, tégen 6 St. de Livre tegens intrekking van de ovcrgebleevene en daar van naderhand geproveniëerde mandaaten, aan de Requestranten af te geven de noodige Recepisfen, ten lasten van het voormalig Gewest Bataafsch Brahand. Overweegende, dat het alleen aan eene letterlyke opvatting der Refolutie van het intermediair Adminiftratif Beftuur van Bataafsch Brahmd. welke enkel van een verwislehng Asfignaaten, naar niet van Mandaaten, ipreekt, moet worden toeg-efcm teven , dat dit Beftuur heeft  a38 3 M E Y i 7 9 9- heeft gedlfficultccrd, om voor die Mandaaten, welke de RLruestnimen , naar aanleiding der Publicatie van de NatioSe VergaVering, in daro 3Juny 1796, voor een ge5fhSi^. & ontfangen, Recepisfen uk'te reiken. Overweegende , dat bet ten vollen confteerd , dat deeze „SS niet'e^ndunVelyk en op gronvan «mg. mprcantile fpeculat e s gefchied , alzo de Requestianteii Sen Tet een verlies van dertig Capitaaien konden vooruit rekenen. Fn eindelyk overweegende , dat de Requestranten aanbiSl cm al bet geen ten Requeste is gepoieerd, met folemneelen Eede te liuaven. ^ — Beftuhx Dat bet Uitvoerend Bewind der Bntaafiche. Republkk Zal worden aeauthorifeerd , gelyk m* Y« f^f^f word bv deezen, om, tegens intrekking der nog voorWen zynde A (1 gna'ten, of daar uit geprovenieerde Öaaten aan M> ^ecd, en «&^^,££ 7 j „„ \'inrie Mf'Totiëeretide fffiusr ue ruina van f rttue 3££5*itgSe van'Recepisfen , «u «nomaute van * $U*f ^ ^to-Hollandsch, S laste van het voormalig Gewest ^Mf^efe te doen Peworden, mits de Requstranten voor het overige ïeattwen al het geene door het gewezen intermediair !ffi&tita8«r van het voorlig Gewest ^tf«/ïcA Brabin-i. in deezen is gerequireerd geworcieu. , Fn za ier van Iiy Extrnft deezes worden kennis gegeïen Sn hè^S^^^ider BataaficheRepubUek, ^VÏ^TdÏBemulf gevolge Ankn! 60 der Stnatsrere* aan de ,W* r ver iarétfe worden gezouten met en benevens de Misfive van-het r^,«w S,1e Requeste van Me en v*« Martel dit Rap- ^U^SmmUteerden onderwerpen niet te fflin dit  3 MEY 1799. 239 kun geadvifeerde aan het meer verlicht oordeel van dee« ze Vergadering. 3b gntbiair, , risgnclino nsddajE. Daendels. W. Ris. psf'. JBb, biasflaoo nsllóv trst JsrFusb , sfcp^wr • 1 ^i*. £. ra» de Kasteeïe. L. Kniphorst. En is goedgevonden en verftaan de tweede leezing van hetzelve Rapport te bepaalen, op aanitaanden Vry dag den 10 Mey. De Burgers Repnefentanten van Bennekomenvevdere,by Decreet,van den 29 Maart 1.1., Gecommitteerden, ten examen eener Memorie van R. IV. Sloet van Merxveld, provifioneel Ver waker des DrostAmpts van Vollenhoven, houdende deszelfs berichc op de op, den 19 February te vooren, geprefenteerde Requeste door Andries Jacobus Tebak, gewoond hebbende in het gemelde Drost-Ampt, doch thans geconfineerd in het Tuchthuis te Zwolle, daarby verzogt hebbende uit zyn confinemenr, waartoe hy, by lèntentie van Drost en Gerechte van Follenhoven voornoemd, voor den tyd van twee Jaaren was gecondemneerd geworden, te moge worden oncflagen; Hebben, by monde van den Burger Reprsfentanc van Haeften, eer Vergadering uitgebragt het navolgend Rapport: BÜR-  Hb g M Ë Y i?99* BURGERS REPRESENTANTEN! Ineevol»e en ter voldoening aan Ulieder Befluit Cotri. «SS van den do Maart laatstleden, hebben uwe Mede eden de Burgers van Haeften, en van der Mey van SJrLinden by abfentié van den Burger van Bennekom , Sximinee d de Memorie van R.W. Sloet van Mergelt, Siïïeel Verwalter des Drostambts van nilenhovtn, Cende bericht op de Requeste van Andnes Jacobus ÏX^ IeWoond hebbende in het Schoutambt Van g ■ looac, 0" , , (Tpcontiueerde in s Lands TuchtSr^/Ï, by we^Reque" 'de Suppliant verzogt S zvn ^mnement,waar toe hy ,by Sententie van Drost ?i ftïrechVe van Vollenhoven , voor den tyd van twee Jaa£, w«?8 hrt wegneinen van eenig Gras van den Utwas gecondemneerd, ontflagen të Worden, ïlwe Commisfie als nu Uüedeii zullende dienen van .nSeratiën en advis, zal het noodig zyn Uiieden te doen dirken da de Requestrant in zyne Requeste doet °P fnSn als of het nemen van Gras, van een anvoorkomen , als 01 n« Follenhoven , «ddadig eewda^SooneJde, als misdaadig koude belchouwd mand aldaar woo G'ecoltimitteerden hét attest vaneen W °S fnï zet nen van Vollenhoven, by de Requeste aa" lleod mar"aan, dan blykt het diüdéfyk s dat die overgelegd, gjjfj^ Tornaarden tori», zomh«, U^4a^Tpaard%p te voeden,ja zomft mede -naaf h% W* Bilteers Reprefcntantén'niet noodig zyn aan Het zal, BW^P -éwbonfe met de uitdrukkelyke te ^^d5^af^St.?4o der Burgerlvke erW0°rve*'e «ondreS flrydt, als kunnende , iMèVo1g> ^Ö-SïïSSS» het geringfte gedeelte van zyn d-rt S»%*»• ueliemming. beroofd worden. ^Se'heTeen zS van zeer nafleelige gevolgen zyn . ^M n^de naLlige gewoontefis, in phattlW  3 M Ë V ï 7 J) ^ p| Öèrking genomen worden, dan nog is de tweede vraagt is die gevvoontë op het geval in quèsfie, ïoepasfelvk* Uwe Commisfie vermeent, zo uit de lecture van het"be°« richt.van den prbviiioneeleri Verwalter des Drostrimbts van Vollenhoven, als uit de daar by overgelegde fiukken juist het tegendeel te moeten opmaaken, Want uit dezelve bly.kt* dat Jacob Tobac, die reeds onder vehemënté fuspitie lag, van zich aan Tuindievery te hebben fchuldig gemaakt, öok zelve van zyii ongepermitteerde hln. delwyze fehynt overtuigd te 2yn geweest, alzo hy het door hem in den avond genomen Gras,by de deui van zyn huis heeft verborgen; de gewoonte, die te Fblknhs* ten plaats had, beftonci daarin,dat men, by gelegenheid van het Hooijen op de Uitterwaardm, eenig Gras vani het Land zyner Nabuuren nam , om zyn Paarden te voe» den;, dit konde niet anders befchouwd worden, dsn &ti Wederkeerigë dienst, die de bruikers of eigenaars der Uit* terwaarden den anderen beweezen j dan in dit geval veraeerde de Burger Tobac niet, hy nam het gras van den Uitterwaard, (zo als hy zelve by zyne responfive zegt) be« wust zynde, dat zulks een ongeoorloofde daad was i eri tut biykt te meer, daar hy niet in ftaat was zvn Nabuuren gelykeh diénst te bevvyzen, öp welke wederdienst alleen de gewoonte van het nemen Van Gras van een ad* ders Land, gefundeerd fchynt te zyn; By dit alles komt nog , dat uit de eigen respbnfiven van den Gedetineerden"' Vylu,dat hy eenige jaaren geleeden, zich eenig dryfhout heeft toegeëigend ; fchoon by zegt, tnet te weten 5 misdaan te hebben, zo blykt echter daaruit, dat de Gedëtïfleerde niet ter goeder naam en faam ftondt; en daar hy herliaalde reizen zich aan Grasdievery heeft fchuidig geblaakt; daar het Gras op de üitterWahrden, onder1 vertrouwde goederen moet gereekend worden, en fimpele dieveryén in het voormalig- Gewest Over°;s/el, volgens '.sLaiads recht, met geesfeling wierden geftraft, zo vinden uwe Gecommitteerden geene redenen, op net verzoek' Van den Suppliant gunstig aan Uiieden voor te dragen, maar zouden van advys zyn, dat hetzelve zoude behooren te worden geweezen van de hand, 8 Ga*  94* 3 M E Y i 7 9 f? Onderwerpende des niettemin Iiunlieder Rapport aan het beter verlicht oordeel der Vergadering. aaaim&i s3 3a&rasl«ienet nbifcr i' raari nc« aiscnmi.iisa /f. /f. v. rf. Mo- v. d. Linden. 5i9Bfity3 Ba wBeiMrSbteai&lVliu i'^ail elïaimmoJ v-«;LJ En is, op verzoek van vyf Leden, goedgevonden en verftaanfde tweede Leezing van hetzelve Rapport te bepalen, op aanllaanden Vrydag, den io Mey. De Burgers Reprefennmen Vitringa, en verdere, bv Decreet van den 15 April LI.,Gecommitteerden, In examen eener Misfive van het Committé van JusSe der Stad Cuylenborg, van den «a der gemelde maand, houdend^ deszelfs confideratiën en advis. op de, op den ,0 Maart te vooren geprefenteerde Reque te door Cornelis Balk, anders g*aanid, 'CorneI t de f ons, Comelisz., daarby verzogt hebbede reliie van de verdere ftraffe van het Vonnis van Ban&££ &Tao July m>; door der1 Gerichte der . gemelde Stad Cuylenborg jegens hem gefhgen. Hebben ter Vergadering uitgebragt het hiernavolgend Rapport: ;;Htr tbts !cs 9nsimmo3 swü ^T^Tab qoo'x .yKEtH aacii^npail afc aib < na» BURGERS REPRESENTANTEN. Het behaagde Ulieder Vergadering,< om by befluit van den « AprU 1799 in handen van haare Leden Fttrtn^ , hnhnrir eeichreven aldaar den 12 April 1.1., lluUüe"°eV',T  3 MEY 17 9 9' 243 deszelfs confideratiën en advis op de Requeste van CorMelis Balk, anders genaamd, Cornelis de Jong, Corne' lisz, daarby verzogt hebbende, aan hem Suppliant'c Bannifemein van ruim agt jaaren , als voldoende voorde by hem verfchuldigde boeten van ƒ400-:-: toe te rekenen,'immers aan hem 't verder bannisfement te remittce» ren en te verleenen rappel *an Ban. Uwe Commisfie heeft uit gemelde Misfive en Byiagen bevonden, den toedragt der zaake te zyn van den volgenden aart. De voornoemde Requestrant Cornelis Balk wierd, by publieke geruchten , befchuldigd , dat hy op den 28 November 1790, des avonds ten zeven uuren, op het Voorburg buiten de Slotpoort, te Cuylenborg, aan zekeren Nicefaas StappershoejF, onvoorziens en zonder voo; gaande twistwoorden een wonde zoude hebben .• toegebragt, beginnende van de regter wang, en lopmde door 't voorfte gedeelte van de tong tot in de linker v.ang. ue ouppnant, zo ny zegt, noorden drank bevangen en alzo onbewust geweest zynde van deeze daad, wierct vervolgens door naberouw getroffen en door de toenemende geruchten met vrees bevangen, 't geen ten gevolgen hadt, dat de Drosfaard van Cuylenborg hem dagvaardden ter Crimineele Rolle, en tegen den Gedaagden, die uit aanhoudende vrees zich met de vhigt aan alle defenfie onttrokken had, eene fententie verwierf, waarby dezelve per contumaciam wierd gebannen ten eeuwigen dage uit de ftad en het Graaffchap Cuylenborg, mitsgaders in de kosten en mifen van Juftitie. Uwe Commisfie zat zich niet inlaten op de aanmerkingen, die de Requestrant maakt, zo op de merita caufa^ als op de tegens hem gevelde fententie, naamenlyk; t. Dit 'er geene getuigen jegens hem van deeze daad zgp geproduceerd. a. Dat liet inftrumenr, waarmede deeze wonde zoude zyn toegebragt, geenzius is benoemd, en ?,. Dat de fententie zich overzulks alleen heeft kun-  § MEY 17 9 9' nen fundeerea , in eene gefingeerde confesfie. Want behalven dat de Suppliant ( gejyk hy zelfs by zyn ke... quesfallegeeerd) de vryheid heelt, om, zich als nog m gevangenis te begeven, en zich alzo te verdedigen, zo kan Wl (zulks niet verkiezende) ook geene argumen* ten by brengen , die by te vooren door zyn vlugt qn abfentie heeft veronagtzaamd. . Maar uwe Commisfie kan evenwel niet afzyn., ou. UI onder den aandagt te brengen , dat het officie crimineel te Cuylenborg, by deszelfs bericht aan het Coi;:= m'itté van Juftitie, aldaar verklaart, de voorfchreevene door den Suppliant gemaakte aanmerkingen der waar» heid overeenkomftig te zyn. . Men voege hier by» dat 't zelve officie den Suppliant befchryft, als een perfoon, die buiten bet delicl:, 't geen hém wierd aangetygd, vrn een ecrlyken en onbefproken levenswandel is, dat dit honorabel getuigenis ook wordt gegeven door den gekwetften zelfs , waar mede de Suppliant zich bereids verzoend heeft, ja dat ook de sekwetfte , blykens de Byiagen Letter B. de clementie nwer Vergadering , ten behoeven van den Suppliant itnploreert, en deszelfs verzoek geappuiëerd heeft. ' Ook moft uwe Commisfie niet ongemerkt voorby caan, dat de Suppliant (gelyk de gekwetfte insgelyks declareerd) denzelven de votdoeding vau het meester» loon en de vergoeding van verzuimde winften aangebo* dék en de Penningen daar voor ter verfchuldigde fomma oede'poneerd heeft, terwyl al verder een bannisfement van ruim agt jaaren, uit aanfchotiw van alle voormelde Dmftaiidisheden, aevoegzaam voorkomt, ter uitboeting van'voorfz. wandaad, indien de gedaagde ongelukkig door drii drank bevangen, zich daar aan mogt hebbe» fchuldig gemaakt. Weshalven uwe Commisfie geene zwaangheid maakt, om na het premitteeren van voormelde confideratië, favorabel adv»feerende.j a?n.Uiieden -vooste, ;liaan het nemen'vaii bet volgend., befluit: Tm.~^i J^ittitiJ t^isï ir m'd afin os1' tra ,arnjk De eerfie Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks gehoord hebbende het Rapport vatvr 8Mv/,;,t0f}ii,a9j| nö'.jow w«vj 77-  3 M E Y 1 7 9 9. a4S haare Perfoneele Commisfie, op de Misfive van het Committé van Juslitie der Stad Cuylenborg, de dato 12 April 1799, op de Requeste van Cornelis balk, anders genaamd Cornelis de Jong Comedsz., daarby verzogt hebbende remisfie van verder bannisfement, en alzo rappel van .ban. ... En in aanmerking genomen zynde, dat de daad den Suppliant te laste gelegd , en waar over hy, by fententiévan den Gerechte der Stad Cuylenborg, op den 20 July 1791, is verweezen, tot een altoosduurend bannisfement buiten de Stad en het voormalig Graaffchap Cuylenborg voornoemd , op zichzelve ftrafwaardig, en hoe zeer oofcals een uitwerkzel van den drank befchouwd, even onverfchoonelyk is, echter, uit hoofde van onderfcheidene-. omftandigheden en getuigenisfen , die het zo voorlopig , . als opvolgend gedrag van den Suppliant .guaftig affchet- zén, en mitsdien het gebeurde meer als toevallig, dan; wel als opzettelyk doen befchouwen. Overweegende , dat niet alleen het bericht van het Committé van Justitie, maar ook van het Officie Crimineel aldaar, alleszins favorabel is. Overweegende, dat de Suppliant reeds met den beledigden Nicolaas Stappershoeff verzoend is, en deeze zelfs, voor hem intercedeert. Overweegende, eindelyk, dat de voornoemde wan* daad, door een ruim agtjaarig bannisfement opgevolgd niet kan gezegd worden ten cenenmaalen ongeftraft te zyn gebleeven. Befluit. Aan den Suppliant Cornelis Balk, anders genaamd Cornelis de Jong Comelisz., deszelfs verzoek te accordeeren, en alzo aan hem 't verder bannisfement te remitteeren. Zullende tot dat einde aan den Suppliant Verleend worden brieven van rappel van ban in formd. Era zal het Uitvoerend bewind worden geauthorifeerd Q 3 tot  a46 '3 MEY 1799» tot 't opmnaken en afleveren van voorfz. brieven, mits» gaders tot het verzenden van een Extract van dit Reftmt aan het Committé van Juftitie der Stad Cuylenborg, tot derzelver informatie en naricht refpectivelyk.' En zal dit Beftuit, overëenkomftig het óo Articul de? 5faatsregeling,ter fanciie gezonden worden aan de twééde Kamer. Onderwerkende niettemin de Commisfie haar gevoelets, san het verlichter oordeel deezer Vergadering. j*. 5. SïrtkeT. • L. J. Fitririgé. En is goedgevonden en verftaan de tweede leezing >van hetzelve Rapport te bepaalen , op aanftaanden Vrydag den 10 Mey. De Burgers Réprsfenten van Rees, en verdere, by Decreet van den 10 February 1.1., Gecommitteerden, ïen examen van den Voordragt, door het Uitvoerend bewind, den 7 der gemelde Maand gedaan, tot intrekking der Publicatie van den m Mey 1798, tegen let uitvoeren van Meubilaire Goederen gearresteerd. Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier na? volgend Rapport: BURGERS REPRESENTANTEN 1 By befluit van den 13 February 1 1. fteldet Gylieden in banden uwer Medeleden Cats, Verflege en den Spreker, eene ten dien dage ingekomen Misiive, in dato den 7 te vooren, van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, ten eiude betrekkelyk den voordragt, in het laatst gedeelte van'die Misfive vervat, tot intrekking der  3 mey i f 9 9; ü47 Publicatie van den 31 Mey 1798, tegen het uitvoeren van Meubilaire Goederen gearresteerd, Uiieden te dieneu van confideratiën en advis^ Wy hebben met de vereischte oplettenheid daaromtrent deretroafta uaargegaan, en bevonden, dat het verbod van uitvoer naar eenige Steden of Landen, ten Noorden van deeze Republiek , van eenige Meubilaire Goederen , hoe ook genaamd, by de eerfte Kamer van het gewezen Inconititutioneel Wetgevend Lichaam, op der 8 Mey 1798 beflooten , en by de tweede Kamer van hetzelve, den 29 daaraanvolgende, gedecreteerd is geworden op een voordragt, vervat by Misfive van het destyds inconftitutioneeï Uitvoerend Bewind', van den 6 te vooren, op grond en motiven, dat er toen van tyd tot tyd verzendingen van Meubilaire Goederen naar Hamburg pl ats hadden, welke men oordeelde, ingevalle dezelve niet wierden tegengegaan , in emigratiën te zullen kunnen ontaa-ten. Én "daar wy vertrouwen alleszins te kunnen defereeren aan het doorzigt van het Uitvoerend Bewind, oordeelende die voorfz. redenen thans geheel en al te zyn vervallen. Terwyl bovendien de onvolkomenheid van deezen maatregel , en het bezwaar daar uit voor de Commercie refulteerende, zo als het Uitvoerend Bewind zulks mede alleguëerd, ligt zyn te berekenen. Hebben wy geen zwaarigheid kunnen roaaken Uiieden tot het ampleéteeren van deezen Voordragt van het Uit' voerend Bewind te advifeeren. Hier toe proponeerende het navolgend Reflffft» De ee'fte Kam r van het Vertegenwoordigend Lichaam d'es Bataaffchen Volks confidereerende , dat de redenen van het verbod van uitvoer van Meubilaire Goed ren uit deeze Republiek, zo als hetzelve by Publicatie van het Inconditutioneel Uitvoerend Bewind, van den 31 Mey 1798. is gefhtuëérd, thans komen te vervallen Confidereerende, dat daarenboven deeze maatregul, ter bereiking van het oogmeik, als zeer onvoldoende moet worden gehouden. En dat dit verbod veele Ingezetenen, vooral de zodanige, welke in Nieuwe Meubels handel dryi-en, aan buitengewoone kosten en belemmeringen blootfteld. Q 4 Be*  Dc bovengemelde' Publicatie van den 31 Mey 1798 in te trekken en buiten effect te Hellen , gelyk dezelyu word; jnge: rokken en buiten elfect gefteld by deezen. Zullende hier van Extract gezonden worden aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, om 'er de noodige publiciteit aan te geven. En zal dit Befluit, met de Misfive van het Uitvoerend Bewind, in originali, ter bekrachtiging worden gezonden san de tweede Kamer. Onderwerpende enz* y. van Rees,. P. Cats. G. A. Verfteege. En is goedgevonden en verftaan de tweede leezing. van hetzelve Rapport te bepaalen, op aanftaandeh Vry^ dag, den 10 Mey» De Burgers Reprjefentanten van Hall, en verdere , by Decreet van den 10 September des af* gelopen jaars, Gecommitteerden, ten examen eener Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, houdende, ingevolge Decreet van den 14'Augustus daar te vooren, deszelfs bericht, op eene Misfiye van het 'ntermediair Adminiftratif Beftuur van het voormalig Gewekt Utrecht, zich beklaagd hebbende, door-hetzelve Bewind genooddrongen te zyn geweest, -om den Burger D. Axman in zyn Post als Contrarqlleur van de Middelen op de Wynen enz. te herftellen.'  % MEY 1 7 9 9» *49 Hebben^ by monde van den Burger Repr&fentane van Haeften , ter Vergadering,uitgebragt het hier na* volgend Rapport ï BURGERS REPRESENTANTEN \ Het behaagde UI. by Befluit Van den To September des voorleden Jaars, ten fine van confideratiën en advis. in handen van uwe Medeleden da Bur?ers van Hall deWitt, en van Haeften te ftell n eene Misfive van het VU voet end Bew'nd, van den 5 te voören, houdende berigt op zekere M sfive >an het Adminiftratif Beftuur van het voormalige Gewest Utrecht, zich beklaagende door het Intermediair Uitvoerend Bewind genooddrongen te zyn geweest, om den Burger Axman, in zynen post als Contraroileur van de Middelen op de Wynen enz * te herftellen, "* Nog behaagde het UI. , by Befluit van den 30 January 1.1., in handen uwer Commisfie, ten fine van infiirma-* tie, te (lellen de Requeste yan Jan Snoek, Stemgerechtigd Burger te Utrecht, verzoekende weder in"zynen post herfteld te worden , als'Contraroileur in plaats van den Burger Axman, waarby was gevoegd eene Misfive yan het Intermediair Adminiftratif Beftuur van het voormalig Gewest Utrecht, tot appuï. Wanneer uwe Commisfie het' berigt van den Agent van Juftitie4 yan den 3 September des voorleden Jaars, ?o .vel als de Misfives van het Adminiftratif Beftuur yan het voormalig Gewest Utrecht, met den anderen vergelykt, zo moet zy met den Agent toeftemmen, dat er ten minften als toen geene voldoende redenen tot wettiging der remotie van den Burger Axman voorhanden waren, daar het Adminiftratif Beftuur met zo veele Woorden in hunne Misfive van den n July 1793 zegr: dat hy Axman, bekend ftond als een aankleever van de voort ge Conftitutie, en (zo als gemeld Beftuur zich vérder-uitdrukt) ook van zaaken, en dus van zynen Post H °«t*et9 ingaolge de aan gemeld Beftuur gegeven last, Q 5 fchtm  230 3 M É Y 1 7 9 9» frhoon kuiert op de waarneming van zynen Post, geSffrlé hy denzelven heeft bekleed, ^W^"*»**' ^^£^St zyn door het W^MM\ M i ;nolBen berigt van den Agent van Juftitie, niet ïeU Sm geoordeeld, onder anderen, uit hoofde de remo ie van den Burger Axman, zo als gemeUe Agent SI wS toe te fchryven , aan een ydelen roem, welke Zf Adltillratif Beduur van het voormalig Gewest tf: ^teSS SJSW «** te bewerken, en dat d.e ' ie doo h«zelve /as getoupeerd uit hoo de; dat dacht, dat zy door Axman zouden zyn be cthgd. SS» ïhats hadt, edoch des niettegenftaande heeft l e gfe ^-^«geperfi'deerd ™J»r ^lv^ooraeeÏÏ, het Adminivan 9 Augustus 17^8, noodig..Sf'or^f ?7 - te gettmtft Beduur van het voormalig Gewest ütreent re.JK sten e, als het gemeld Bewind, ten meesten nutte van den Lande en tot weeringe van alle openbaare aanhangers van het Stadhouderlyk Beftuur, in het bekleeden van eenige Pos* ten of Bedieningen zal noodig oordeelen. Vertrouwende de Eerfte Kamer, ingevalle geene gegronde redenen tot het ontzetten van den Burger D. Axman van zynen post voorhanden zyn, dat hzt Uitvoerend Bewind der Bataaf» fche ReptiWiek, als dan den Burger Jan Snoek, die van alle middelen van beftaan door het mi.sfen van zynen post. is verftooken, en als een Slagtoffer der over = heerfching in 178/, en een wt'meenend Vaderlander i$ bekend geweest, indien 'er eenige post, waar toe hy bekwaam geoordeeld wordt, mogte open komen, gunstig indachtig zal zyn. En zal Extract, deezes aan liet Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek worden gezonden, tot informatie. En zal ditBeOuit, ingevolge liet 60 Articul der'Staatsregeling, gezonden worden aan tweede Kamer ter fanétie, met en benevens bet Rapport en alle daar toe beboorende ftukken, in originali. Onderwerpende enz. M. C. van Hall. iö»? .% ni;v 3ia.% van Haeften. mtwïï Ï9ss9i?. !<& V/itt, Ea  9r4 3 MEY 1799- En is goedgevonden en verfhan, de tweede leezing van hec voorfz. Rapport te bepaalen, op aanftaanden Vrydug, den io Mey; zullende hetzelve inmiddels worden gedrukt en aan de Leden gedistriDuëerd. De Burgers Reprcefentanten Sinkcl, en verdere, by Decreet van den 10 April laatstleden, gecommitteerden ten examen eener Miifive van den eeiften Pnefideerenden en andere Raaden in den Hove van Justitie over het voormalig Gewest Bataafsch Brahand, gefchreeven in den Bosch, den 4 der gemelde maand, houdende confideratiën en advis, op de, op den 10 October 1798, geprsefenteerde Requeste, door de Municipaliteit van den Bosch , daarby verzogt hebbende authorifatie, om zekere drie perfeonen, ten voorfchreeve Requeste genoemd, en thans gedetineerd op de gevangen poorte der gemelde Stad, hun leeven lam; geduurende, ten koste van den Lande, in een Rasp of Xugthuis binnen deeze Republiek te confsneeren. Hebben ter Vergadering uitgebragt het hier navolvolgend Rapport: (Fiat infertio.) (*) -••renv ui isd r-ctHiöliiltr ^«Mbev^f' laï'haddsH' ' En is goedgevonden en verftaan de tweede leezing van hetzelve Rapport te bepaalen, op aanftaanden Vrvdnrr . den jo Mey: zullende hetzelve benevens bet advis van den Hove van Justitie over het voormali-- Gewest Bataafich- Brahand, daar toe betrekö ke- Ziet de Bylaag.  3 M E Y 1799. S-5S kelyk, inmiddels worden gedrukt en aan de Leden gedistribueerd. De Burgere Repraïfentanten Hartevelt en verdere, by Decreet van den 19 Maart laatstleden, gecommit. teerden, ten examen van de Requeste van Dirk Klinkenberg Dz.7 cum fuis , allen woonende te Lcydsn, in qualiteit als by hec Committé van algemeen belang aangefteld zynde tot provifioneele Commisfarisfen over hec gewezen Timmerlieden en Metfëjaars Gilde bin. nen de gemelde Stad, daarby verzogt hebbende, dac 't rfèc Vertegenwoordigend Lichaam mogte behaagen, om, voor zo veel des noods, by interpretatie der Publicatiën van het Uitvoerend Bewind, van den § October en December betrekkelyk de vernietigde Gilden geëmaneerd • te willen verklaaren , dac de bekeuringen en incerdictiën ter zaake der overtredingen van de als nog fubfifieerende Placaaten, Ordonnantiën en Keuren der gewezen Gilden , door de Commisfarisfen over dezelve gedaan , en door de) Plaatfelyke Committé's van;Mgemeen Belang óf andere Collegiën van Politie gevestigd, voortaan niec zouden zyn onderworpen aan de gewoone Justitie, en verder zo als by voorfchreeve Requeste en in de Notulen van den 19 Maart laatstleden breeder vermeld ftaat. Hebben ter Vergadering uitgebragt hec hiernavolgend Rapporc: iöaFciIncc qo rnaitfiqsd W'gen hebbende,» 'Q ts liet baar voorgekomen, dat de Mn^ipalueit van Zbn*geene byzondere informatie n op de door haar gedaane aanvraage , van wegens het- Vertegenwoordigend Lichaam noodig heeft, maar van deszelfs waare intentie uit de meergedagte Publicatie van ,den 31 january -LL genoegzaam kan"onderrigt worden. " Het i^ clan ook in dien geest, dar zy de vryhsid neerht^ -aan deeze Kamer voor te Rellen -bet nemen van her. navolgend gemotiveerd ktfluit % De eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam, des Bataidïchen Volks geëxamineerd nebbende eene. Misfive van de .Municipaliteit der Stad Dordt echt en de JktetMde , gefchreeven aldaar den 13 daar te. vooren . daarby ziph beklaagende over bet misbruik,- het welk.*er gemaakt wórdt van de Publicatie, van het Uitroe'endBemind van dato den 31 Jan. 1.1. duor vreemdelingen, die -tnet hunne goederen en winkelwaar^.) het geheele J^and aflopen , en daar door onberekenba?re fchaede aan de Ingezetenen deezer Republiek toebrengen,-daarby verder om geallegueerde redenen verzoekende,, dat hie-r -in ten fpoedigilen mo_ge worden voorzien , . door het nemen yan zodanige"maatregelen , ais tot voorkoming van'het hedoelde' 'misbruik de'meest gefchikte zouden, -^yn , en dat deeze Kamer haar imusfeben zoude geheven te informeeren , of zy■-moest hlyvcn .voortgaan aan zodanige vreemdelingen, i'ie zich binnen haare ftad etablisfeeren,. en waar van zynjet zot'de kunnen ontdekken' of dezelve ook elders:h-UH^ömici'riurn hebben, de verzogte en gereouireerde DecJaratcHren yan mwqpr aing aftegeven. ' En gehoord hebbende het Rapport van haare pertoneele Commisfie, relatif het in werking brengen wan he| fn. Artikel van de algemeene begiufelen de?- Staatsrege- ii!3g'' P.ver-  S M E Y I ? 9 9- Overweegende, dat van de vrylating by de Publicatie wan het Uitvoerend Bewind ven dato 31 January 1. 1., ingevolge het Decreet van het Vertegenwoordigend Lichaam aan de Ingezetenen deezer Repuoüek verleend, om de 'daar by vermeide goederen of winkelwaaren binnen deezen Lande te koop te dragen, een verregaand misbruik zoude worden gemaakt, wanneer de daar by vceischte Declaratoiren wierden afgegeven aan vreemdelingen, die, zo als de Municipaliteit van Dordrecht by haare Misfive te kenneu geeft, quafi by den een of anderen Burger een kamer huuren, terwyl zy m~de daad hun fixum domicdium buiteu «é Lands continuëcren, *n aldaar hunne huisgezinnen doen verbryvén. Overweegende, dat nogthans tegens deeze misbruiken reeds by de eveugemelde wet, zo veel mooglyk is voorzien , door middel van de daar by gemaakte bepaaling, dat de in deeze bedoelden perfoonen zouden moeten gemuniëerd zyn, met een DecL.ratoir of Getuigfchrift van. de refpeftive Municipaliteiten, onucr welken dezelven resforteeren , inhoudende, dat zy hun Domicilia daar ter plaatfe, en nergens elders, zo verre aan die Municipaliteiten bekend is, zyn houdende. Overweegende, dat daar uit Van. zelfs volgen moet, dat bet gerequireerde Declaratoir kan en behcord gewei, gerd te worden, niet alleenlyk, wanneer de Municipaliteit in het zekere onderricht is, dat de seenen, die het zelve verzoeken, zich Hechts, om de Wet te eludeeren, hier te Lande in de eene of andere plaatfe quafi ter nederzetten, doch in de daad hunne vaste woonplaatfe buiten 'sLands houden , maar ook, wanneer zy gegronde redenen heeft, om zulks te vermoeden , offchoon daar wan geene directe bewyzen bekomen hebbende, tot tyd en wylen zy des aangaande nader zal zyn geëlucideerd. Overweegende, dat'het fomwylen wel moeyelyk is, ©m daar van volteedige informaticn te 'erlangen doch dat niet te min alle misbruiken , en Corrupteles in deezen doorgaans kunnen worden voorgekemen , vermits R 4 aa»  sé4 3 M E Y 1799. aan de verzoekers geene Declaratoiren of getuigfbhriften tot het hier vooren gemelde einde, door de respective Municipaliteiren kunnen, noch behooren te worden afgegeven , ten zy de zodanigen in de daad onder derzelver resfort domiciliëeren. Overweegende, dat het buiten alle bedenkinge is, dat geen vast domicilie door een kortftondig verblyf van eenige weinige dagen of weeken, op eene daartoe gehuurde kamer by den eenen of anderen Burger of Ingezetenen kan geacht worden, gecontracteerd te zyn, maar dat daar toe een vaste refidentie, althans geduurende een Jaar , en het participeeren in de Landelyke en Plaatfelyke lasten, geduurende den «elven tyd vereischt word, ten zy uit andere omftandigheden voor de expiratie van den voormeiden tyd genoegzaam zoude mogen blyken, dat de Requestranten van de meergedachte Declaratoiren effectivelyk hun domicilie in zulke Steden of Plaatfen hebben overgebragt. Overweegende eindelyk , dat de Mmnicipaliteit van Dordrecht geene byzondere informatiën op de door haar geJaane aanvraage, van wegens het Vertegenwoordigend Lichaam noodig heeft, maar van deszelfs waare intentie uit de meergedachte Publicatie van den 31 January 1.1.9 genoegzaam kan onderricht worden. BeJIuit. Dat de Municipaliteit der Stad Dordrecht, ten opzichte van het verzoek by haare voorfchreeve Misfive gedaan, zal worden gerenvoyeerd aai de duidelyke Letter der Publicatie van den 31 January [deezes Jaars 1799' En dat Extract van dit Befluit, als mede Copie van het Rapport van haare Perfoneele .Commisfie zal werden gezonden aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, met last, om hetzelve Extract Befluit te brengen ter kennis van de Municipaliteit der Stad Dordrecht, en met verderen last aan het gemelde Bewind , ' • • . om  3 MEY i 7 9 het 7, en 8, in beide die Articu'en het 15, en eenige volgende Articulen n\t\ aangehaald? Deeze weglatingen hebben in meer dan eene Diftritts* of Ringsvergadering meermalen gelegendheid gegeven, tot zeer verfchillende en uit een lopende denkbeelden by de ondeifcheidene Kiezers, terwyl elk, niet geheel zqnder grond, syn gevoelen, of uit den letter, of uit de analogie der Staatsregeling ter goeder trouwe meende te kunuen bewyzen en volhouden. D,it heeft dan ook, zo lange dit verfchil niet was beftist, de Commisfie toe hier toe aan'Hding gegeven, om alle verkiezingen, het zy by eene volftrekte, bet zy by eene betrekkelyke meerderheid gefchied , (wanneer haar uit de toegezonden verbaalen, of uit het niet inzenden van eenige klagten, bleek, dat de gezamentlyke Kiezers in de gedaane keuze hadden of .bleeken te hebben berust.^) als wettig en naar het voorfchrift der Staatsregeling  «68 3 MEY 1 7 9 9' ling verricht te befchouwen, en a's zodanig aa» óee?e Vergadering voer te dragen, en zy heeft het gen0e?:eii mogen hebben, haar gevoe'en, doorgaans dcor Uiieden bekrachtigd te zien. Zy durft gerustelyk en opentlyk verklaaren, zich zelven ui dit foinct altyd gelyk geweest en gebleeven te zyn, en de oppermagt en wit van het Bataaffehe Volk daarin altoos geëerbiedigd en gehandhaafd te hebben. Dan, Burgers Reprefentanten! daar reeds de ondervinding geleerd heeft; dat het tweezins verklaaren en uitleggen van de Staatsregeling, in doezen, menigvuldige'gelegenheid kan geven tot verwarringen, en het infruclueus sflopen der" Kiesvergaderingen. — Daar die S aatsregeÜng by Art. L. Lett. t. aan het Vertegenwoordigend Lichaam toekend, het bepaalen en regelen van alles, Waarin door oe Staatsregeling in de voorhanden zynde Wetten niet mogt voorzien zyn. En daar de Commisfie van oordeel is, dat hier zodanige nadere bepaaling en voorziening wordt vereischt, gelyk ook Ulieder expresfen wil en begeerte is geweest, dat de Commisfie daaromtrent der Vergadering zoude dienen van confideratiën en adv^s, zal zy na nog eene enkele aanmeiking te hebben gemaakt, aan dien geëerbiedigden \vil trachten te voldoen. Alfchoon h.t de Commisfie altyd duidelyk en onbetwistbaar is voorgekomen, dat daar de Letter van de Staatsregeling hier zweeg, immers niet volkomen duideiyk [preekt, tol hier toe alle de verkiezingen, in welke de gezamentlyke Kiezers hadden berust, het zy die met eene abjolute, het zy cie met eene relative meerderheid waren gefchied , en tegen welken voor het overige geene bezwaaren ter haarer kennisfe waren gebragt, wel en wettig waren gedaan, heeft zy echter altyd in het denkbeeld geveifeerd, dat de analogie der Staatsregeling, in de meeste gevallen, voor de \olflrekte meerderheid fcheen te pleiten, wel is waar, dat, door deeze, als een onontbeerbk vereischtte, daar te (feilen, ook tevens de mooglykheid word daargefteld, en fomtyds grooter gemaakt , dat de keu-ze der Kiezers valt op eenen Burger, welke, wanneer hy tegen eentn zyner op het drietal geplaat»  3 MEY 1799. atfp plantfte mededingers, in de refpective Grondvergaderingen van het Diftrict of den Ring, voor welken hy vericooren wordt, had moeten kampen, veelligt aldaar de meerderheid der (temmen niet zmde hebben gehad. Maar dee^e bedenking vervalt geheel, wanneer men in aanmerking neemt, dat elke Grondvergadering 011middelyk na het (temmen over en het benoemen van den perfoon oF de perfoonen, welke zy het gefebikfre pordeeld tot het waarnemen van den post, over wiens vervulling te (temmen zy byeen gekomen is, het uitbrengen van deezen haaren last aan eenen door haar bsnoemdeu Kiezer aanbevelende, ondcrfteld moet worden dien taak san dien Burger uit fr.ar midden op tc leggen , in welken zyhtt meeste en groottie vertrouwen Held, endoor wien zy dus, niet frVgts haare (tem in de Kiezersvergadering uitbrengt, maar ook tevens haar n invloed op dezelve beweert en behoud, wanneer derhalven de in de refpective Grondvergaderingen verkooren Kiezers,  3 MEY 179* &7* paaien en regelen van alles, waarin door de Staatsregeiing en de.voorhandm zynde fFetten niet mogt vtorzien zyn. Overweegende ,-dat,.by Articul 33 en 34 van de ade Afdeelingrvan-het Reglement ietter A.., behoorende tot 'iitul ll. van dé Staatsregeling, niet word gerefereerd tot zodanige Articulen van de ferfte Afdeeling van hetzelve Reglement, welke bepaalen hoe t- handelen, wanneer 'er, by de eerfte of tweede ftemming, geene volftrekte meerderheid plaats heeft. Overweegende, dar hier door in de Kiesvergaderingeit dikwerf onzekerheden, vertraagingen en verwarringen kunnen voortkomen, gelyk de ondervinding dit alreeds taeermaalen heeft geleerd. Overweegende, dat de annalogie ven de Staatsregeling vordert, dat, even als in de Grondvergaderingen by de twee eerfte ftemmingen, de benoemingen door eene volftrekte meerderheid moeten gefchieden, terwyl bv de derde ftemming de be;rekkelyke meerderheid voldoeride is, of, ingevalle als dan de ftemmen fteeken, het lot beflischt, — offlk insgelyks in de Kiesvergaderingen de «elfde cynofuure behoord in acht genomen ie worden. Overweegende eindelyk, dat, conform Articul 164 van de Staatsregeling, de verkiezingen in de Ringsver. vergaderingen op de zelfde wyae beliooren te gefchieden, als :n de Districtsvergaderingen. Se/lak: Dat yan nu af en in het vervolg geene benoemingen of verkiezingen, in eenige Dist-iets- of Ringsvergaderingen, door deeze Kamer as wetti* befcbouwd zulleö worden , dan de zodanige, welke , by de ee fte of'tweede. itemtmng,door eene volftrekte meerdetheid deraanwezig zynde Kiezers zullen zyn gefchhü , of, by de derde ftemming, door eene, ook des noods berreklyke meerderheid* «i, ingevalle de üemmen als dan mog^a fteeken, door hec  $72 ,3 ME Y 1 7 9 9- het lot zullen, werden beflischt; wordende de refpective Kiezers, zo in de Distrias- als Riugsvergaderingen, gelast ,* zich, by hunne werkzaamheden, ftiptelyk te gedragen naar, en te houden aan de duideiyke letter van het ï4,Vi;;, 16 en 17 Art'culen van de eèrtëë Afdeeling van het Reglement letter A., behoorende tot Titul II, van de Staatsregeling. .Jb£j ;., ...:..»„.> ir-tfmooH # Zullende 'Extract van dit Befluit worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, tot deszelfs Informatie en naricht; als .mede, om daar van by Publicatie, ter gelegenheid van de ophanden zynde byeen iueping der Groml- en Distrietavergaderingen, ter vervulling van het uitvallen van een derde der Leden van het Vertegenw. Lichaam, aan den Volke kennis te geven. En zal dit Befluit, overeenkomftig het 60 Artkul der Staatsregeling, ter bekrachtiging worden gezonden aan dg tweede Kamer, met en benevens dit Rapport, in oiioinali. Onderwerpende enz. C. van Lenncp. C. Sckefer. A. Hartevelt. H. vs/i Rojttt*' A. % Verbeek. U. J. Huber. En heeft de Vergadering, om redenen daar voor door " de voorfchreeve Commisfie opgegeven , verklar.rd, dat 'er is onverwylde noodzaaklykheid. En voorts ovar de zaak ten.principaale- zelfs gede. jibereerd zynde , heeft dezelve , zich met befvoorgeftasïen Concept-befluit conformeerenue, ook aldus bellootèni. ■ iXul ' ^ ittfl .^sêitS - f --V?;.. .V-' - De  S M E Y i 7 9 f. De Rurgers Repraïfentanten Steyn Parvi en verdere, by Decreet , van den io April jongstleden , gecommitteerden, ten examen van de Requeste van Buurtmeesteren , Kerkmeesteren en Gecommiteerden der Roomsch Catholyke Gemeente te Paanerden en Doorneburg , daarby zich beklaagd hebbende over de aaniteliing van den Predikant J. G. C. Kalkhoff", aldaar, en om daarby geallegueerde redenen verzogc hebbende, dat het Decreet van den 2.H February deezes Jaars, betrekkelyk de betaaling van gemelden ledikant genomen, mogt worden ingetrokken. Hebben ter Vergadering uitgebragt hét hier navolgend Rapport: BURGERS REPRESENTANTEN! Op den io deezer fteldet Gyüeden, om te dienen van coi.iideratiën en advis, in handen van de Burgers Sievn Parvé , en verdere Gecommitteerden tot de Kerkelyke z.aken, de Requeste van Buurtmeesteren, Kerkmeesteren en Gecommitteerden der Roomiche Gemeente van Pantierden en Ooorneburg , daarby te kennen gevende, dat by hun ontfangen was door den Agent van Inwendige Policie en de Municipaliteit van Pannerden een extract, der befluiten van het Uit \>oerevd Bewind, genomen op een Decreet van het Vertegenwoordigend Lichaam, van den sj/S en 28. February deezes Jaars, genomen ter ojrzaake van een , zo als de Requestranten goedvinden zich uit te drukken, met onwaarheden opgevuld Request vau eenen J. G, C. Kalk'aoff, zich pretenfelyk quaüficeerende als Prcdicant van Pannerden en DoorncbuTg , vervolgende de Requestranten met zich te verfenoonen, datzy ja voldoening aan twee aanlchryvingen aan hun gedaan, als van lóJnny en 8 July niet hadden gediend van bericht; en vöoits contradiceereude , zo wei de qualiteit S van  ay* g MEY 1799» van J. G- C. Kalkhif, van wiens beroeping tot Predikant van Pannerden en Doorneburg , zy zeggen , dat niets wettigs confteerd , als in het byzonder de pofitiven in deszelfs Requeste, op den 3 September des afgelopen Jaars, by deeze Kamer ingekomen, ter nedergefteld* terwyl zy in tegendeel beweeren, dat niets door bun is verricht (Irydig met de Staatsregeling, dat zy nimmer de betaaling der Gelden aan de Rings - Predicanten competeerende hadden geweigerd , geene Goederen tot het eigendom der Gereformeerden of tot derzelver eerdienst behoorende , onder zich hebben , dat zy bereid zyn, eenen zilveren Beker, dien de Predikant Wierfen by zyne vlugt voor de Franichen, agterliet, aan de berechtigde tot de reclame van dien te resthuëeren; dat 'er wettige Administrateurs over de Kerkelyke Goederen waren, die altoos geneegen zouden zyn rekening, bewys en reliqua te doen, daar en zo als het behoord; voegende de Requestranten eindelyk daarby, dat de geheele voordragt in het overig gedeelte van de Requeste van J. G. C. Kalk-* hof te vinden , al mede niet anders behelst, dan verdigt» felen en onwaarheden, het geen, volgens hunne gedagten, door hem zelve ten duidelykften zoude worden te kennen gegeven, daar hy zegt, dat hy by het Collegie van Politie , Finantie en Gemeen Welzyn in Gelderland niets heeft kunnen uitweiken, en dat de Momboir de zaak niet heeft voortgezet, het welk (vervolgen zy) ze» k.erlyk geen van beide heeft plaats gehad; terwyl zo weï het Collegie voornoemd, als de Momboir zelf zeer wel van de zaak onderricht zynde, duidelyk deongefiffideerdheid der voortellingen (van Kalkhoff) ingezien, en dus deszelfs vraag niet hebben kuuuen accordeeren of daarin toeftemmen; zynde al mede nog by de Requeste gevoegd vier. fluks Byiagen, van A. tot D., aan welker inhoud de Requestaanten zich gedragen , fundeerende op dit «Hes hun vertrouwen, dat Gyiieden van de waarheid de? ♦mftandighedcn ocderricht, niet alleen zult gelieven in ïe trekken de opheffing der furcheance der ontgonnen Momboirs Procedures tegen Hai men en Lambertus Pa-u* iy#«en anderen; maar dat het yiieden zal behaagen, het ïHof van Justitie des voormaligen Gewests Gelderland te ge-  3 MEY 1799- aft weinsten , da gementioneerdr Procedures geheel en al te Haaken en geenszints rneer voortezetten , en varzoekenè'é, dat het Uiieden moge behaagen; J. G. C Kalkhofft niet als een wettig gezonden Predikant ' efchouwende s het Decreet van s6 en 28 February, om denzelven te bë« taaien , in te-trekken en buiten effecl: te (lellen , envoörtSi 20 omtrent de Adminiftratie der Kerk en Pastorie- en Kos« terie Goederen , als ook omtrent de bereidwilligheid der te doene rekening en teruggave des Bekers, mét dé oprechte Verklaaring dér Requestranten , gratieufelyfe genoegen te nemert , en zulks te agreëeren, crt verder' dé noodige orders aan het Hof Van Justitie, tot Itaaking der Procedures, te willen verleenen. Deeze , Burgers Reprajfentanten ! is de zo kort mboglykè opgave van den hoófdzaaklyken inhoud eener zeer omliagtige en weinig geregeld aflopende Requeste, waarop Uwé Commisfie, als riu overgaande van confideratiën tè dienen 1 flehts noödig zal hebben in de eerfie plaats Ulié» den te herinneren; dat Ulieder befluit, op de Requeste van y. G, C. Kalkhoff, genomen, op den 26. February eu deri i8. daaraanvolgende door de tweede Kamer in eert Decreet veranderd, het gevolg is geweest van wettigeigjbrmatiën, gerequireerd daar het behoorde, en van een regelmatig zo wel als naauwkeurig onderzoek , én van Eene rype en ernfiige overweeging. Immers de Requeète Van J. G. C. Kalkkof, op deri 3 September des afgelopen Jaars , ter deezer Kamer zynde geleezen, oordeeldet gylieden ten'i einde in het; zekere , omtrent de pofitiven daarin vervat, te worden geïnformeerd, en omtrent uiieden deswegens te nemen finaal Befluit, behoórlyfe te worden voorgelicht, temde* ten innemen het Bericht, de confideratiën en het advié van het Uitvoerend Bewind'; het Bewind deed zich nopens den tóedracht der zaai door het Administratif Beftuur van het voormalig Gewest G'lderlavd, omftanditr, bndérficritenen het Bericht van lat Beduur was vart dién aart, dat aan het Uitvoerend Bewind geene twylfelitig' koude oyerbiyven , om uiieden op dien grond zodanig te advifeeren, als hetzelve deed by eene Ivlislire van den 6, ter deezer Kamer ingekomen den 13 SèrJ<<  a?6 3 M E Y t 7 9 9. tember Vari het vóorig Jaar , welk advis zekerlyk niet was teil voordeden der geenen, over welken zich de Burger Kaikhoffhzd beklaagd, om echter in a\*ezen met alle mogelyk omzichtigheid te werk te gaan, en niets te beflisfchen , dan na een allernauwkeurigts onderzoek , ftelde gy deeze Misfive van het Uitvoerend Bewind, met de ltukken daar toe relatif, in handen uwer Perfoneele Commisfie cot de Kerkelyke zaaken, om uiieden in deezen ook van haare confideratiën te dieneH , en het ïs aan het door haar, op den 26 February laatstleden, uitgebragt Rapport , waar in zy uiieden breedvoerig met de questieufe zaak van Pannerden en Doorneburg vermeend te hebben bekend gemaakt, dat zy zich in déezen gerustelyk durft refereeren; de gronden van dit Rapport kwamen uiieden dan ook zo duidelyk, zo ontegenzeggelyk voor, dat gy geen zwaarigheid maakte, u met het daar op gebafeerd Concept-Btlluit te confornreereri, en hetzelven door u overgenomen aan de twee» de Kamer ter famftie te zenden,waar op onmiddelyk gevolgd is het Decreet, waar over de Requestranten zich. béklaagen, en waar in zy zodanige verandering vta hoff nimmer wettig Predikant van Pannerden en Door. jteburg is geweest-, als hebbende hy noch van het Gemeente Beftuur des Ambts van Overbetuwe noch van dén Heer van Pannerden en Doorneburg , aan welken alternative de benoeming competeerde, eenige collatie bekomen , maar wy vragen of na de refolutie van 1795 > eri fpeciaal na de affcheiding van Kerk en Staat, de Gemeente zelve aan zich het recht niet kan hebben genomen , om haaren Leeraar te beroepen ? dan wat hier oök van zy, de Requestranten zeggen zelve, dat^de Binder Kalkoof door de Clasfis als wettig Leeraar is erkend, by het bericht van bet Administratif Beftuur ' ' van  3 MEY i 7 9 37/ van Gelderland houd men hem insgelyks als zodanig, en wederfpreekt nergens deszelfs qualiteit, en dit doet by uwe Commisfie ( en zy vertrouwd ook by uiieden ) oneindig meerder af, dan het gepofeerde door de Requestranten , en de bewyzen daar toe door dezelven overgelegt. De RequesTanten beweeren, dat de Requeste van Kalkhoff , niets dan onwaarheden behelst en opgevuld is met verdigte voorgevens. De Commisfie merkt hierop aan, dat de geenen, die dit den laatstgemelden aantygen, in hunne eigen zaak fpreken, daar integendeel het Adminiltratief Beftunr, wélks getuigenis de prefumtie van onzydigheid en waarheid alleszins voor zich heeft, by deszehs bericht, ten duidelykfte doet zien, dat het'er zeer verre af is, dat degedaane klagten van Kalkhoff in bloote voorgevens zouden beftaan, daarin zodanig geval, dat bericht niet hoofdzaakelykmet de pofitiven van meergemelden^Z/t/z^zoude overeenkomen, en het adminiftratief Beftuur niet zo gunstig voor denzelven zoude geadvifeerd hebben. De Requestranten beweeren verder, nimmer aan de RingS'Preciicanten hun verdiende belooning voor het waarnemen der vacature beurten te hebben geweigert, als kamende die belooning hun wettig toe, maar des te minder kunnen zy zich beklaagen over Uiieder belluit,dat flegts , zonder te onderzoeken, of zulk eene weigering al dan niet heeft plaats gehad, de nooJige voorziening, doet, dat zy betaaling kunnen erlangen , de Requestranten zeggen, niets tegen de Staatsregeling te heboen gedaan, in geene onwettige adminiftratie te zyn, en bereid te wezen, alles te doen, wat'by het Decreet van den 28 February hun word opgelegd, maar verlangen eeniglyk, dat de ingetrokken furcheance, opzichtelyk , zekere momboirs Procedures op nieuws worde verleend; maar hebben zy niets misdaan, is 'er voor hun immers geene vreas van den kant des Momboirs, en worden zy in rechten aangefproken, zal de uitfpraak van den competenten Rechter, hi;t anders dan gunstig voor hun wezen; terwyl zy de gewilligheid, die zy aan den dag leggen, om aan de.intentie van het Decreet, voor het overige te voldoen, daadlyk"bewerkflelligende, alle verdere S 3 pOUJi  gr* g MEY pourfuites van zeiven zullen opbonden, moeiende de Commisfie deeze Vergadering eindelyk nog doen opmerken , dac het Decreet niet fieiiig zegt, dat de Momboirs Procedures zullen moeten worden voortgezet en vervolgd, maar woordelyk ten dien opzichte van deezen inhoud is, De furcheance , ter zaake'van de Kerkelyke onëenigheden te Punterden en D.oorneburg, door de gewe- * ze" Nationale Vergadering, in de ontgonne Memboirs %\ Procedures, op verzoek v. n #. cn U Paeuwen, als 5$ anderszins verleend,word , voor io rei re 'er nog verder * temen mogten zyn, om ten deezen in rechten te ageeren, ingetrokken en buiten effect gefield". Waar \\\ ten duidelykften confteerd, dat alleen het oogmerk yan het Vertegenwoordigend Lichaam ter deezer zaake daar heenen ftrekt, dat de weg der Juftitie, uie toch in eenen welgeregelden ftaat haaren vryen loop behoort te hebben,, 'geopend en afte ftremming daaraan, door eene «eileende lurcheance toegebragt, wierde opgeheven ,ten einde, ser alsnog termen zynde, tot een rtchterlyk onderzoek, hetzelve dan ajleen voortgang zoude kunnen, hebben. Hiertoe en verder niet, tendeert het genomen decreet en voor het overige word alles aan den Rechter overgelaten, wiens plicht, en niet die eener politieke Vergadering het is , in, deezen verd-r te handelen , naa,r bevind van zaaken; ... , En het is op grond van alle deeze confideratiën, dat uwe Commisfie, onderWerbeterjng van advis zeude zyn, dat hy het Decreet van den a8 February, opzichtelyk deeze zaak genomen, door Uiieden zoude behooren te worden geperfisteerd, en het verzoek , vervat m de Requeste van Buurtmeesteren , Kerkmeesteren en Gecom'mitteerdens van de Roomsch-Catholyke Gemeente van Pannerden en Doorneburg gedecimeerd en geweezen van de hand» D. J. Steyn ParvL jr, Verhoyfen. 5. Gerhma, H. van Royen. G. Schimmelpenninck Gz. 6. van Hoog/Ir at en. % A. Krieger. Bn  3 MEY 17 9 # *79 En is,conform hetzelveRappere, goedgevonden en verftaan, te perfisteeren by het Decreet, van den 28 February deezes jaars, tea zaake voorfz. genomen,en dienvolgeude het verzoek van Buurtmeesteren, Kerkmeesteren en Gecommitteerden van de Roomsch-Catholyke Gemeente van Pannerden en Doorneburg, by derzelver voorfz. Requeste gedaan, mitsdeezen te declineeren en te wyzen van de hand. En zal Extract deezes gezonden worden aan het Uitvoerend Bewind, tot informatie. De Burgers Reprefentanten de Sonnaville,en verdere, by Decreet van den 26 September 1705 Gecommitteerden , ten examen eener Misfive van hetUitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek , van den 22 der gemelde maand, houdende deszelfs bericht, op de, op den 11 Augustus toen te vooren, geprefenteerde Requeste door Cornelis van Vianen, Burger en In*: woonder der Stad Neusden, daarby zich beklaagd hebbende, over de berooving van zyn Stemrecht. Hebben ter Vergadering uitgebragt het navolgend Rapport: BURGERS REPRESENTANTEN ! Yugevolge en ter voldoening aan Ulieder Befluit, van den SÖ September des voorigen jaars, hebben de Burgers Reprsefentanten de Sonnaville en verdere, by Decreet van ao Augustus 1.1., Gecommitteerden , geëxamineerd de Requeste van Cornelis van Vianen, Burger en Inwoonder der Stad Heusden, zich beklaagende, dat de Municipalijeit van Heusden, hadde geweigerd hem in hét Stemregister in te fchryven, alsmede het bericht van de Municipaliteit van Heusden, aan Uiieden door het Uit* S 4 vont.  aSo 3 M E Y i 7 9 p. voerend. Bewind , op den 26 September 1.1. , iuge2o?J«' den. „.-jva'jaiijsaai nsbww- j»j '«w.„. 4 By bet inzien van het gemeld Bericht, is uwe Com» rriküe eene aanmerking voorgekomen, welke haar van dat gcwigt is roegefcfoeenenjdat zy noodig geoordeeld heeft, dezelve ter kennisfe deezer Kamer te brengen. Deeze heiraat hierin, dat de Requeste door C. van Vianen ingeleverd, wel is waar met die saam is getekend, doch dat de Municipaliteit van Heusden in haar. bencht zegd, dat volgens verfcheide blyken, in het Schippers Gildeboek te' Heusden te vinden , het zeker is, dat de Buuer C. van dienen niet kan fchryven, en 'er dus vermoedelyk eene andere handtekening ander die Requeste is gefteld, en daar, naar inzien van uwe Commisfie , dit een zaak is, welke eenig nader onderzoek verdient, zelfs voor en aleer over den inhoud der Requeste zelve ter deezer Kamer, naar inzien uwer Gecommitteerden , kan worden gedelibereerd , en zulks temeer, daar indien in de daad bevonden wierdt, dat de handtekening van C. van Vianen , onder de Requeste gevoegd, ter kwnader trouwe en niet door hem zelve daar onderwas gefteld, dat zulks dan een zaak van rechterlyk onderzoek geworden zynde , de Requestrant daar door zodanig in rechten zoude kunnen betrokken worden, dat de Requestrant volgens het XIII Articul letter /. der Staatsregeling, in het Stemregister niet zoude kunnen worden ingefchreeven, alwaar het zelfs dat alle anderen bezwaaren, tegens den Requestrant by het Be« richt van de Municipaliteit van Heusden ingebragt, ongefundeerd moesten befchouwd worden. Waarom uwe Gecommitteerden omioodig achten, voor als nu uwen aandagt daar mede bezig te houden, maar ter bekorting uwer deliberatiën by provifie zullen voordragen, het nemen van het hier navolgend Befluit. De eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffehe Volks gehoord hebbende het Rapport eener perfoneele Commisfie , op den 26 September 1.1. benoemd, ter examinane van de Requeste van « BURGERS' REPRESENTANTEN! Op den 13 Maart 1.1. Helder, gylieden , om confideratiërf cn advis, in handen van de Commisfie tot de kerkelyke Zaaken, de Requeste van Jacobus Hoogkiimm* va» Heulen, thans Predicant te Pmhpsland, fn het Jepar,ement de Schelde en Maas, daarby, om geallegueerde rede• «en verzoekende , dat aan hem diszelra agterftalhg Traftement, als Predicant aan het Retranchcment, geleeen in het voormalig Staats-Vlaanderen, en behoorende »t die Landen,'welke by het Tractaat van Vrede, Vriendfchap en Alliantie, ttrsfchen de Ftaniche en Bataaffche Republieken , aan de laatstgernelde zyn afgedaan, mogten worden voldaan, en wel vau den 5 Juny IJ96, wanneer de betaaling der Traktementen aan de Predikanten in die Landen, van wegen dit Gemeenebest, neeit opgehouden tot den 30 July fa»*W& de dag,, dat de Requestrant iu de Gemeente van Pluhpsland is bevestigd, of wel dat het Uiieden mogte behaagen, hem Requestrant in deezen op eenige andere wyze te gemoed te ko- 10 Daar deeze Requeste niet is van dien aart, dat dezelve behoord tot de zes eerfte Additioneele Articulen der Acte van Staatsregeling, en dus niet tot die werkzaamheden welke eigenlyk aan uwe Commisfie tot de kerkelyke Zaa * feil zvn opgedragen, en bovendien de Commisfie zich Een ftaat zoude bevinden, zonder de vereischtte elufiduie in deezen, daadlyk ten principaale te kunnen a lvifeeren, nemen wy de vryheid Uiieden voor te geilen, deeze Requeste te zenden aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek , ten einde daar op te dienent van deszelfs bericht , confideratiën en advis. . Onderwerpende enz. - p. J. Steyn parvt. P. Verhoyfen, H. van Royen. ■.' S. Gerlsmu, G. Scliimmdpennïnck Gz, S. van tiooèfifdten. *J. A. Kxieger^  En is, conform hetzelve Voórftel, gedecreteerd de voorfz. Requeste, in originali, te zenden aan heÊ Uitvoerend Bewind* om mei; terugzending van dezelve, der Vergadering te dienen van bericht 4 confi* deratiëti èii advis» De Commisfie tót de Kerkelyke zaaken nèëfè ter Vergadering gedaan het volgend voórftel. BURGERS REPRESENTANTEN J Op 'dert 6 December des afgelopen )aars, adresfeerden zich Gecommitteerden der Gen-formeerde Kerkgenootfchappen van Heeswyk en Winter , in het voormalig Gewest ümaaffch Brahand, by Requeste aan déezé Vergadering daar by te kennen gevende, dat de onderhandelingen over de" Kerkg^'0'.r>ven op diePlaatfen yrucü* teloos zyn afgelopen , de Mndcipplitciten dier Gemeen* tens zich denkelyk zouden adrésfeeren aan deeze Kamer , en uit dien hoofde verzoekende ,. dat alvoore.ns eenige disucfrie ter dier zaake by het Vertegenwoordig;;^! Lichaam wiérde genomen, zy in hunne belari» gens mogten worden gehoord; welk verz Dek door ulieden ih 'handen van de Commisfie tot de Kerkeiykè zaaken ^ om confideratiën en a.ivis zynde gefield, heeft dezelve de eer te rapporteeren., dat op den ia dier zelve Maand de Municipditeltén' van Hcsswyfc en Dit:ter , tespcftivelyk zien al mede aan deeze Kamer hthbeü vervoegd , verzoekende dëcifie op het door dezelve geconcipieerde Plan van vergelyk, nopens de Sbtastj g Van de Kerkgebouwen op dè voornoemde Plaatfen: eri vermits de Commisfie zich gereed inoakende op deeze ingekomen Plans ^ ingevolge ulieder last van eonfideratiëri en advis te dienen, gemeent heeft in deezen te uroeteri volgen de cynofuurè doot haar in dergelyke gevalieii fteeds in acht genomen, en door uiieden by onderfcheiiene befluiten gehomologeerd, ommamenlyk over geene 'êeïfie te advi'feiten, voor en al eerde belang lieoSewT dé  39o 3 M Ë V I 7 9 9. dê béhöörlyk in de gelegenheid waren gefteld, al ware het ook ten overvloede, om ten voordeele hunner zaake* aan uiieden dat geene vo >r te dragen, wat zy nuttig en gepast zonden oordeelen. Ten welken einde wy uiieden voorftcllen het Uitvoer$nd Bewind te gelasten, om Gecommitteerden der Gereformeerde Gemee ttens van Heeswyk en Dinter aan te fchryven binnen veertien dagen, na den ontfangs dier aanfchryving, aan hetzelve Bewind in te zenden zod tnige remarques, als zy vermeenen tegen bet Plan van fchikkingen door de Municipahteiten dier Plaatfen, opzichtelyk de Kerkgebouwen en Pastoiiehuifen aldaar gemaakt, te moeten indienen, geftaaft met zodanige redenen en bewyzen , als gemelde Gemeentens zullen oordeelen , voor hunne belangens noodig e>* gepast te wezen, ten einde het Uitvoerend Bewind g&zegdfe remarques ontfangen hebbende, die aan de eer/ie Famer vart het Vertegenwoordigend Lichaam doe toekomt^, zullende deeze Kamer by foute van het niet inzenden der meergemelde remarques voortgaan met finael op de Plans van fchikkingen door de Municipahteiten van Hees■wyk en Dinter geconcipieerd, en aan het Verteg?nwoordigeud Lichaam ingezonden, zodanig te disponeerenals dezelve zal vinden te behooren. Onderwerpende enz. P. Ferhoyfen. PI. van Rooyen. S. van Hoogjiraten» J. A. Krieger. G. Schimmelpennink Gz. En heeft de Vergadering, zich met voorfchreeven voor*  3 MEY 179 9* 29* toorliel geconformeerd hebbende , goedgevonden en verftaan het Uitvoerend Bewind mits deezen te ge= lasten, om Gecommitteerdens der Gereformeerde Gemeentens van Heeswyk en Dinter, in het voormalig Gewest Bataafjch Brahand aan te fchiyven , om binnen veertien dagen , m den ontfmgst dier aanfchryving aan hetzelve Bewind in te zenden zodanige remarques, als zy vermeenen tegen het Plan van fchikkingen door de Municipaliteit dier Plaatfen , opzichcelyk de Kerkgebouwen en Pastoriehuïfen aldaar gemaakt, te moeten indienen, geftaaft met zodanige redenen en bewyzen, als gemelde Gemeentens zullen oordeelen voor hunne belangens noodig en gepast te wezen ; zullende deeze Kamer, by foute van het niet inzenden der gemelde remarques voortgaan, met finaal op de Plans van fchikkingen, door de bovengemelde Municipaliteiten geconcipiëerd, en aan het Vertegenwoordigend Lichaam ingezonden, zodanig te disponeeren, als dezelve zal vinden ae behooren. En zal Extract deezes worden gezonden aan het voornoemde Uitvoerend Bewind, tot informatie. De Burgers Reprsefentanten Steyn Parvé, en verdere, by Decreet van den 10 November l.l.,Gecom» jnitteerden, ten examen eener Misfive van de Municipaliteit van Heemfiede, daarby v. rzogt hebbende geelucideerd te mogen worda», of de Fondfen , waar uit de Gereformeerde Kek aldaar is opgebouwd, als een wettig eigendom der Gereformeerd- Gemeente behooren te worden geconfidereerd, en verder, zo als by voorfchreeve Misfive, en in de gezegde Notulen VBn den io November breeder vermeld ftaat. T a | Heb-  m 3 MEY 179 5- Hebben ter Vergadering uitgebiagt bet bier m neigend Rapport BURGER? REPRESENTANTEN! ■RvbeMit deezer Kamer,van den jo November laatstlHen is handen van de Burgers Repraefentanten Steyn Varxi 'en' verdere Gecemmhteerden tot de Kerkelyke aaaken* om confideratiën en advis , gefield, eene Misfive yan'de'Municipaliteit van Befimftede , yerzqekende te mogen worden geëlucideerd; 1 ^ Of de Fondfen, waaruit de Gereformeerde K?rk aldaar is opgebouwd , als een wettig eidenrfom dèrGeré. formeerde Gemeente' behooren te worden geeonfidereerd. ■ • ) Of de Roormch Catholyke en dSe van de onyeran* derlvke Augburgiche Confesfie , (fehoon aldaar' geen Kerk hebbende) a's Kerkgenootfchappen behooren te wor» den aangemerkt, en of de eerstgemelde als de relative meerrferheM der zielen uitmaakende, gerechtigd zyn tot naasting van het Gereformeerd Kerkgebouw aldaar? Qnztchtens de Fondfen , waar uit voorfchreeve Kerk zoude zyn opgebouwd en verbeterd , geeft de Munic> ^Dafhet O st en Westëindê der Kerk in den Jaare 1623 en is gebouwd: * ' •', Uit (übfidië't dooi onderfcheidede Steden tn het voorm. Gewest Holland gegeven , ter fommavan ƒ 4833 - 18 ♦ 5 ' be helft van den 40- Penning van de npdragt der Hceilykheid Hcemfied* , Anno i6n • ' • * * * " I5°° * 5 * ï " C Pauw, heeft daartoe gegeven « - 5QO - . - « Claude Michel , destyds Secretaris V?n den Koning van Franfoyk, uit zyn pm beurs • • * * * " 490 "  § MEY i f 99: ordens aan dezelve te fuppediteeren. Sn verzoekende, dat 'gemelde Commisfie moge worden gebst, haare bedenkingen' al nog , binnen zekeren t t!} op te gev;.n, ten einde in (laat gefield te worden s $e;) vergelyk tusfchen de onderfj-heidene Kerkgenoot fcUppen te treffen, of by or.tfienten s van dien, bet , jac-iï gemelde pian met de bedenkingen daar tegen geraakt aan deeze Vergadering in te zenden, en alzo aan ■de Publicatie van 12 july en 11 October des afgelopen .jjiars te kunnen voldoen. ! e Commitiie acht naar deeze diiHncle opgave, het $«¥Êtb.qdig ji»t te weiden, over deri in houd der Mif.fi v,» yan  yan de Municipaliteit van Heemftede, van 12 November, pn het geen daarby, opzichtens den bouw der Kerk en de middelen , waaruit die gefchied zoude zyn, gezegd word, dewyl uit het adres der Gereformeerde en de nadere Misfive der Municipaliteit blykt, dat op den 3 February jongstleden, een plan van fchikking aan de onderfcheiue Kerkgenootfchappen te Heemftede is medegedeeld, om daar op binnen den tyd, niet door de Municipaliteit bsp^ald, maar door de Publicatie van 12 July 1798 vastgefteld , te antwoorden; hier aan hadden de Gecommitteerden behooren te differeeren , doch zulks niet gefchied zvnde, en daar het fchynt,dat de Municipaliteit uit difference wagt met het plan van fchikking en de ftukken daar toe relatif aan de Vergadering in te zenden, tot de Gereformeerden gelieven te antwoorden , zo zoude de Commisfie van advis zyn, dat de Vergadering behoorde te befluiten. Dat, vermits 'er een plan van fchikking , den 3 Febrqa"¥y jongstleden, door de Municipaliteit aan de verfcheide Kerkgenootfchappen te Heem(tede is medegedeeld, de verzoeken dier Municipaliteit, by Misfive van 12 November 1798 en 1 Maart deezes jaars gedaan, als ook het verzoek vervat in een Request van de Commisfie van het Hervormd Kerkgenootfchap aldaa-r,als npg niette pas komende , in advis worden gehouden, en het Uitvoerend Bewind gelast, conform de authorifatie op het zelve by -Publicatie van 11 Oftober 1. 1. verleend, te zorgen, dat alle verdere delayen van de zyde der Kerkgenootfchappen en Municipaliteit te Heemftede worden geteruiineerd, en de Commisfie uit, het Hervormd Kerkgenoot» fchap, al nog binnen agt dagen , na''bekomen aar.fchiyving, h-are refRcliën op het plan yan fchikking als üès aan de Municipaliteit inzenden, en het plan van fchit .king niet alle daar toe gehoorende en de antwoorden refpective Kerkgenootfchappen, zo verre die by gh nicipaliteit .zouden zyn ingekomen , binnen veertic. . gen, na dit befluit'ter kennisfe der Municipaliteit zyn gekomen , aan deeze Kamer iri te zenden, ten e< «'Commisfie in ftaat worde gefteld, der Vergadering, op c;r?r.« de verfchillen te heemfiede -finaal te advifeej- T 4 On-  Hé 3 M E Y i 7 p $ . Onderwerpende dit ons gèadvlféérdé aan Uliédër betei ëördeel. D. y. Stéyn Farvê; P. Verhoyztn H. van Royen. S, Gerkmtfm S, van Hoogflraten'. , A. Krieger» En is,dien conform beflooten, waar van by Ê» traCt deezes aan het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek zal worden kennis gegeven. Aah de orde van dëri dag zynde dé tweede leezing der navolgende Stukken, als: ; Voor eerst: Van eene Misfive van het Uitvoerend Bewind* relatif het verzoek van van der Linde, c.f., allen Suyker-Raffinadéurs, woonende te Rotterdam , pm verklaaring, dat door dezelven gëene restitutie behoeft gedaan te worden, van zeker door hun betaald Waaggeld. Ten tweeden: Van eene Misfive van hetzelve Bewind* relatif het verzoek van den Soldaat Jf J. Terfelmyer, omabolitie, wegens en ter zaake, yan de door herii begaane misdaad van defertié. Ten1 derden- Van eeie Misfive van hetzelve Be* wind,1  3 MEY 1799» *97( wind, advifeerende op de Misfive van de Münicipali. teic van de Loosdrecht, houdende een ampel bericht van al hetgeen door de Ingezetenen aldaar, zedert n Mey 1798, i* verricht geworden, rot her obtineeren van permisfie, toe verveening, &c. Ten vierden: Van eene Misfive van hetzelve Be. wind, relatif hec verzoek van de Erfgenaamen van A* Bieman, om restitutie, wegens hec te veel betaalen in het middel op de Collateraale fuccesfie. Ten vyfden: Van eene Misfive van hetzelve Be« wind, relatif het verzoek van N. van der Sanden9 f.f, om confent, ten einde een gelyk maalloon te mogen heften van een Koomfchorsmolen, welke zy voornemens waren te Teteringen, ten hannen koste te zetten, Ten zesden: Van eene Misfive van het Hof van Juftitie; OVtr het voormalig Gewesc Holland, relacif het verzoek van D. E. llalker, om meczyne overleedene Vrpuws-Zuster, Vrouwtje Jojeph Kalker, een wettig Huwelyk té mogen aangaan. Ten zevenden: Van eene Misfive van het Hof van Juftitie, over het voormalig Gewest Utrecht, telatif het verzoek van A. Colenbrander, om met zyne overledene Vrouws Zuster Maria van den Heuvel, een wettig Huwelyk ce mogen aangaan. Ten agtften: Van de Requeste van N, A. Entrop Muller, relatif deszelfs verzoek, om veniam 4eta~ tis; en; Ten  Ten negenden: Van hec, op den 49 April jongst!., Uitgebragt Rapporc, van de Burgers Repraefencanten Bamaels, en verdere Gehommicceerden, relatif het verzoek van G. Vanneboeter , ten einde in zyne qualiteit als Adminiftraceur in den Boedel van Mr. G. W. Motman, te mogen worden verklaard voor diligens in de heffing van pe/tus, Costerus en van Haeften gelast, U te dienen van confideratiën en advis, op de volgende Stukken • Vooreerst: een Request van Abraham Gerardus Blafius Burger en Inwooner der Stad Amfterdam, en geadfisteerd met Pieter Boeken en Pieter Conftantyn van Hoek, in qualiteit als door Commisfarisfen van de defolate Boedel- Kamer te Amfterdam aangefieide Sequesters inden Boedel van den eerstgemelden Requestrant; verzoekende, dat het Vertegenwoordigend Lichaam de noodige maatregelen gelieve teneemen, teneinde, ingevolge den 1., 2. en «den Ariicul van zeker Concordaat, op den 18. April 1689. tusfchen de Staaten der voormaalige Gewesten Hollanden • u ug - 0tCn' de Req^stranten zoude worden gefteld ui het bezit van zekere goederen , aankomende den eerften Requestrant, en zich bevindende op den fIuize Scharreweyde, m hei voormaalig Gewest Utrecht; ten dien einde opheffende en binten effefl Hellende alle empechementen hun, daarin, door of van wegens zekeren Bernardus Sluiterman toegebragt; tegen wien zyzich tevergeefsch , en met een onguuftigen uitflag, voor den Hove van Justitie ovet ket voormaalig Gewest Utrecht hadden tragten te voorzien; en dat, inmiddels hangende de deliberatiën van het Vertegenwoordigend Lichaam , worde verleend furcheance van de verdere executie op voorfchreeve goederen gedirigeerd, aan welk laatfte verzoek, door het onbepaald verleenen yan lurcheancc , door het Vertegenwoordigend Lichaam, in eene ruime maate is voldaan; Ten tweeden: eene Misfive van den Pr by Copiëlyk overzendende een aan hun geprefenteerd Re* auest van Bemardus Sluiterman, met den meesten aandrang verzoekende, dat het Hof by deeze Vergadering gelieve te intercedeeren tot de fpoedige opheffing van de verleende, en hier vooren gemelde furcheance. Aan ■welk verzoek door den Hove voldaan wordt, met ten fterklten op den ophef der furcheance aan te dringen. En ten derden; een Request van Mr. W. H. rereul; Commisfaris van dedefolate Ikedel-Kamer der Stad Amfterdam, als gecommitteerd tot de particuliere dhreftie in den Boedel van A. G. Blafius, verzoekende, dat het Vertegenwoordigend Lichaam de noodige maatregulen nee meter handhaving van het hier voorengemeWe Concordaat, en ten einde de Sequesters in den Boedel van A. G. Blafius worden gefteld in de vrye beheering van de goederen, door of van wegen Bemardus Sluiterman gearresteerd. " H?t' geval, dat aanleiding tot de wederzydfche fustenüën heeft gegeeyen, is het volgende, Abraham G.erard Blafius, gedomiciliëerd te Amfterdam, maar in Huur bezittende de Hofltede Scharreweyde , gelegen in het voormaalig Gewest Utrecht, verklaard, by eene Obligatie,den 7. November 1798. voor Notaris en Getuigen gepasfeerd, wel en deugdelyk fchuldig te weezen aan Bemardus Sluiterman, woonende te Utrecht, eene fomma van dertien duizend vyf honderd Guldens, losbaar ééne Maandna gedaane opzegging, en zulks onder verband van zyn Perfoon en Goederen, en onder willige condemnatie, zoo yan het Hof van Justitie over het voormaalig Gewest Holland, als van zoodanig ander Gerechtshof, als de wettige Houder van dezelve Obligatie zoude mogen verkiezen. Sluiterman , gedagtefom vrugteloos hebbende opgezegd, heeft de Willige Condemnatie by den Hove over het voormaalig Gewest Utrecht doen opmaaken, en, uit kracht van dezelve, recht van Panding verkregen, en zoo ver geprocedeerd, dat 'sHofs Panders op de Hofftede Scharreweyde logeeren, enden 21. February deezes Jaars tot de publieke Verkopjng van de roerende Goederen, aankomende A. G. Blafius, en zich aldaar bevindende, is bepaald geworden. ' Inmiddels heeft laatst jemelde zyn Boedel, op den 29. Ja--  !janüary aan Commisfarisfen van de defolate Boedels - Ka " rner te Amfterdam aangegeeven, en zyn beide Mede-Requestranten by fuccesfive appoinctementen van 29; en 3t; dier Maand tot Sequesters in deszelfs Boedel aangefieldi hebben op grond van het Concordaat, den 18. April 1698. betrekkelyk de beheering van infolvente Boedels tusfchen de Staaten der voormaalige Gewesten Holland en Utrecht getroffen: zich bevoegd gerekend, om de goederen , op welke Sluiterman bereids zyn executie dirigeerde, mede onder hunne Adminiitratie te brengen. Ten dien einde hebben zy eerst getracht denzeivèn, iri het minnelyke te bewegen, om hun voorfchreeve goederen te laaten volgen; en wanneer zulks niet gelukte, by deri Hove over het voormaalig Gewest Utrecht gevraagd, interdictie poenaal tegen den verderen voortgang van de gedirigeerde executie en appoinétement van citatie , om ten dage dienende, te hooren eisch doën , en te antwoorden op het verzoek van continuatie der provifioneel verleende Interdictie* Deeze provifie van Justitie is aan de Requestranten verleend; maar vervolgends, is op den 11. February deezes Jaars, onverminderd den, ten principacle verzogten dag, de gevraagde continuatie van de provifioneele Interdiélie ontzegd; en dit appoinctement heeft aanleiding gegeeven, zoo tot het indienen van de twee Requesten, in het hoofd deezes omfchreeven, als tot he£ verleenen Van provioneele furcheance dar geëntamëerdé \ Procedures. De zeer in het breede uitgehaalde argumenten, op welfce men zich, van de zyde yan Blafius, en van de Amfterdamfche defolate Boedels-Kamer fundeert, komen kortelyk hier op neder: Foor eerst: de aart der zaak brengt mede, dat, in cas van infolventie, alle dë Goederen van den infolventen Boedel, ook dezulke, welke buiten de plaats van het domicilium zyn gelegen, onder de algemeene beheering komen van die genen, welke ter laatstgemelde Plaats tot bereddering van den Boedel zyn aangefteld; en by verdere gevolgtrekking, dat wanneer elders eenige quasstiëri ontltaan over goederen van zoodanig een Boedel, of over dé verplichting, om dezelve aan Curateuren of Sequesters te laaten Volgen, deeze moeten worden beoordeeld èh' A 2 be-  ( 4 ) "heflist naar de domiciliaire wetten van den infolventeft Debiteur. Ten tweeden: dit alles is van eene byzondere applicatie tusfchen de Ingezetenen van Holland en Utrecht, vermits bet dikwyls gealFegeerde Concordaat van den 18. April 16S9. in de drie eerfte Articulen bepaalt: „ Dat in een van beide de provintiën een Boedel, door' „ verfterf, banquerotte, of anderszins infol'vent gewor„ den zynde, aldaar zal worden aangefteld een Cura„ teur, de welke mede verftaan zal worden te wezen „ Curateur over des Boedels goederen, m de andere „ Provintie gelegen; ende vervolgens het miVérfafe ifidfa ^ cium eoneurfus aldaar zal moeten worden gehoudeu. _ Dat de Curateele in dier voegen gedecerncerd zyn„ de, alle de Goederen des Boedels zal eomprshendee„ ren, al waar't, dat buiten de Provintie, daar 't fterf- huis, ofte Infolventie gevallen is, het meeste gedeelte „ der Crediteuren haar onderhoudende ende woonachtig „ waren, ofte ook het grootfte gedeelte van de Goede„ ren ende Effecten buiten de Provintie ofte uitftaande „ mogten zyn. „ Dat de aangeftelde Curateur de gemelde Goederen „ ende Effecten in andere Provintien gelegen-, 't zy al„ leen, ofte ten overftaan van Commisfarisfen van dien „ Rechter, alwaar het fterfhuis ofte infolventie gevallen „ is, zal mogen verkopen, ofte maniëeren, na ftyle ofte „ costume van de Plaatfe, alwaar de verkoping gefchie„ den zal." Zynde het wyderï, na deeze fustenue , niet te ontkennen ». dat executie geen eigendom overdraagt, en dat dus de door Sluiterman gearresteerde goederen tot den Boedel van Blafius behooren. Ten derden: het \i* Articul der Ordonnantie op de Defolate Boedel-kamer te Am/lerdam, gearresteerd den 17. eh gepubliceerd den 30. January 1777., en vervolgens hy de Staaten van het voormaalig Gewest Holland goedgekeurd', den 19.. July van dat zelfde Jaar; mitsgaders twee latere Keuren van Myne Heeren van den Gerechte der Stad Amfterdam, de eerfte van den 18. July 1781., en de andere van den 3r. Maart 1790., bevestigen niet alMén liet laatst geavanceerde, maar bepaalen boven dien ftd-  ( § ) ftêlhg, dat de reeds ontgonne executiën in ver de meesre gevallen, niet door den Executant, maar door den in een infolventtfn Boedel aangeftelde Seqüesters of Curatoren moeten, worden gedirigeerd : En ook deèze wetten en Keuren , hoe zeer posterieur aan het Concordaat zyn voor de Ingezetenen van het voormaalig Gewest Utrecht* verplichtend, en leveren, zoo aan den Hove als aan alle andere Gerechten aldaar, de nortna judicandi op» Ten vierden: de toepasfi.ng van de bygebragte redenen op het geval voorhanden, in hetwelk Sequesters, ten Boedel van Abraham Gerrii Bla/tus, vrugteloos eene interdictie gevraagd hebben tegen den voortgang eener executie door Bemardus Sluiterman, op fommige Goederen van evengemelden Boedel gedirigeerd, duidt evidentelyk aan, dat het Hof van Juftitie over het Voormaalig Gewest Utrecht in deèzen recht heeft gefproken , met voorby zien van het Concord'aXt; zonder dat hier in obfteere, dat Hechts een provifie beflist zoude zyn, ten principale nog altyd reparabel, vermits de vergelyking van het Concordaat, met de bygebragte Amfterdamfche Keuren, aantoont, dat het recht der voormaalig Hollandfche Ingezetenen juist door deeze provifioneèle uitfpraak is gefchonden. ° Eindelyk ten vyfden: het Vertegenwoordigend Lichaam des Lataafichen Vólks is alléén competent ,-om deeze zaak, hy welke de Negotie het grootfte belang heeft, te herftellen, ot door het Uitvoerend Bewind te doen herftellen. En zulks niet alléén, om dat eene beflisfing van de Wetgevende Macht noodzaakelyk is, zoo dra 'er qmestie valt over de volftrekt onrechtmaatige applicatie van eene vigèefende Wet; maar ook, en wel byzonderlyk, om' dat deeze Wet is een accoord, gemaakt tusfchen twee voormaalige Gewesten, over welks overtredingen door de Staaten der beide Gewesten alléén eerte beflisfing kan worden gedaan ; zoo dat zich de Staaten van Holland? m dit geval, de zaak van Blafius zouden hebben aangetrokken, en remonftrantiën' by de Staaten van Utrecht gedaan; dan welk alles thands, by het Vertegenwoordigend Lichaam , zoo zeer is verëenigd, dat cognitie en mtlpraak aan hetzelve ontegenzeggelvk toekomt: Daarentegen wordt, van de zyde van Sluiterman, e», A 3 Ter-  C <* ) vervolgens ook, van den Hove over het voormaalig Geweit Utrecht aangevoerd: Dat je quaesiie tusfchen Partyën niet heeft oeftaan in het al of niet erkennen van het getroffen Concordaat, het welk buiten eenige bedenking, in alle gevallen moet worden gevolgd? noch dus ook in het al of niet erkennen van de te Amfterdam in den Boedel van Biafius gedecerneerde Curateele, voor zoo veel Goederen in het Stichtfche gelegen, aangaat? Maar daarin , of een Crediteur, die reeds begonnen is de executie op roerende Goederen te dirigeeren, zoude kunnen worden verplicht die executie te ontllaan, en de Goederen aan den Sequester over te geven ? en of dezelven als niet meer in het bezit zynde van den Geëxecuteerden, kunnen worden gezegd immer door hem te zyn overgegeven ? Qufestiën, weinige maanden geleden by den Hove gedecideerd ten voordeele van den Executant; terwyl de qualiteit van Iugezetenen van het voormaalig Gewest Holland'in deezen geene verandering zoude kunnen maaken ,noch eenig voordeel boven Utrechtfche Ingezetenen geven; by welk alles men van de zyde van Sluiter man nog fustiueert, hoewel op geheel fautive informatiën, dat de furcheance by deeze Vergadering niet zoude zyn verkregen, dan door eene geheel verkeerde opgave van de toedragt der zaak, en hit verzwygen van de Procedures welke te Utrecht hebben plaats gehad; en eindelyk ten fterkften aandringt op eene fpoedige opheffing van de ftremming, welke door de furcheance plaats grypt, en die uit hoofde van verfchciden bykomende omftandigheden, voor Sluiterman ten uiterftcn prxjudiciabel is. By de decifie van de onderfcheiden verzoeken in dezen gedaan, komt in de eerfte plaats en voornaameritlyk in aanmerking, de bevoegdheid van het Vertegenwoordigend Lichaam, om zich directelyk of indireftelyk , in de deciüe van deeze geheel judiciëele zaak te inmisceeren. Aan de eene zyde kan wel niet worden ontkend , dat het deeze Vergadering is, aan welke in lm eind , alle verzoeken van" welken aart ook, kunnen worden gehegt; wanneer andere middelen tot herftel van een gefustineerd onrecht , vruchteloos zyn beproefd , en dat 'er byna geene zaaken zyn, in welke geen termen zouden kunnen worden uitgedagt, die de tusfehenkomst der Wet- gee-  C 7 ) gevende Vergadering zoude noodzaaklyk maaken. Iets het geen in het byzonder, het geval ten aanzien van het judiciëele en de verkeerde inroeping of wederrechtelyke toepasfing der Wetten zoude kunnen zyn,. zoo als deeze Kamer, niet zeer lang geleden, door een fpeekend voorbeeld getoond heeft , in hetzelfde begrip te verfeeren, wanneer zy twee aan haar geprefenteerde Requesten , met bygevoegde Sententiën van een der Gerechtshoven in dit Gemeenebest, aan het Uitvoerend Bewind verzond, ten einde in het daaiby gemelde geval, overeenkomftig de Staatsregeling, te voorzien. Dan, aan den anderen kant is het niet minder zeker, dat de Staatsregeling, de grenzen der onderfcheidene machten nauwkeurig bepaalende, inzonderheid ook gewild heeft dat de rechteriyke Macht volkomen vry zoude zyn, van den invloed der Wetgevende Vergadering; door zelfs eenige befchikking omtrent die gevallen te ■maaken, in welke de beflisfing der Vertegenwoordigende hoogfte Magt, anderszins zoude hebben moeten worden ingeroepen , en wel bepaaldelyk door de inftemng -van de Vierfchaar over het verzuim en de misdryven der Rechters. Het is daar, en niet by deeze Vergadering, dat over de klagten van Abraham Gerard Blafius , daar voor termen gevonden wordende, zoude moeten worden uitfpraak gedaan, byaldien dat gedeelte van de Staatsregeling , het welk handeld over de Rechteriyke Macht, reeds in allen deele in werking was ,• waar uit ten minften dit voortvloeid , dat het Vertegenwoordigend Lichaam, hoe zeer dan ook verplicht de inkomende klagten over een geweezen Vonnis te hooren , zich geenerley beflisfing dienaangaande, en, naar de principes der -Staatsregeling , en naar die eener gezonde Staatkunde , moet, noch mag veroorloven, noch zelfs aanleiding geven , dat de Uitvoerende Macht , overeenkomftig het ■bepaalde by den 107. Articul der Staatsregeling, iets doe, aanlopende tegen een geflagen Rechterlyk Vonnis, ten ware misbruik en onrecht, volftrekt iri het oogvalTen. • Byaldien immers ongelukkig een ander fysthema mogt -worden aangenomen, en het Vertegenwoordigend Lichaam A & zich  C 8 •) ?.ich, büïÉen de alkrdringendfte, redenen-, mogt inlaten in de beflisfing van hogere of lagere Rechtbanken , of tot de vernietiging befluiten van Vonnisfen en Sententiën , volgends de by de Wet bepaalde wyzé gefiagen, dan zoude fpoedig eerie wyde deur voor willekeur en intrigue zyn opengezet , en der Burgerlyke Vryh'eid de hart-ader afgefneden zyn. Uit dit een en ander volgt, önzes inziens , ontegenzeglyk, dat ook in deezen geen termen vallen voof eene politieke dispofitie , ten ware het onrechtmatige Van het appoimftcment by den Hove van Juftitie over het voormaalig Gewest Utrecht gefiagen , ten fterkftén mogt in het oog vallen, en op geen andere Wyze mogt kunnen worden herfteld ; zonder dat hier tegen in aanmerking komen het geen door M. ff-'JF. Vereul, in zyn namens de Defolnate Boedelkamer van Amfterdam ingediend Request, wordt aangevoerd , dat in deezen over het violeeren van een Concordaat, tusfchen de Staaten van twee Gewesten getroffen, zoude worden geklaagd. Dit Concordaat toch is van dezelfde natuur als alle andere Wetten, het heeft geen meerdere en ook geen mindere kraeht, en het komt inderdaad op hetzelfde uit, of de geen in wiens nadeel een Vonnis is gevallen , zich over de verkeerde applicatie van dit Concordaat óf van eenige andere Wet beklage , vooral , vermits na het ingevoerd ftelfcl van dén en ondeelbaarheid , een Gerechtshof, nog minder dan te vooren , mag vooronderfield worden ^ willens en wetens tegen een aangegaan accoord te zullen recht , of liever onrecht' fpreckeU; vooral niet na eene zoo plechtige betiiigmü, als in deezen door den Move over het Voormaalig G-west Utreiht gedaan is , van de volle kracht vati het geti offen Concordaat in allen deele erkend, en hetzelve op het voorhanden zynde geval toegepast te hebben. Onder het Bondgeriootfehappeiyk ftelfel ftonden de Gewesten, in de meeste opzichten,als afzonderlyke Staaten tegen over elkander., Het was mogelyk dat, in de Administratie der Juftitie, gedacht wierdt op de byzondere belangens der ingezetenen van het eene Gewest, boven die van het,andere; dat de applicatie, dat de uitlegging der Wetten eenigermaate naar dee-  c 9 y deeze byzondere belangens wierden gefchoeïdt; het wss natuurlyk , dat de Ingezeten van een ander Gewest, welke .zich benadeeld rekende, zyne bezwaaren inbragt by den repnefentativen Souverain onder welken hy behoorden, en deeze kon, zoo de klagten niet van allen grond ontbloot was, wederom niet anders doen, cl aai dezelve overbrengen aan de Staaten van het ander Gewest, bet geen aanleiding geven kon, dat eene geheel juridicque zaak door eene politieke decifie beilist wierdt. Maar dan in dien gevallen was de politieke decifie niet zoo zeer noodzaakelyk tot maintiën van onderling aangegaane Accoorden of Concordaaten, als wel het gevolg vart de ingevoerde form van Befiuur, en van de daar uit voortvloeiende mogelykheid, dat te ver gedreven Fcederalismus , zelfs by Rechtbanken enGereChtshoven in onrechtvaardigheid ontaarte. En dus is ook met het Bondgenootfchappelyk ftelfel zelve de aanleidende oorzaak tot eene politieke en daar door altyd hoogstgevaarlyke beflisfing van judicieele zaaken vervallen,en alles wederom gebragt in de {braks door ons opgegeven termen, dat van het onrecht, als het waare ad oculunt confieeren moet, om de tusfebenkomst van de Wetgevende Macht eenigermaate te billyken. Deeze Principes toepasfelyk maaken de op het voorhanden zynde geval, zal het ons weinig moeite kosten te bei» togen, dat 'er geen termen voor deeze Vergadering zyn, om directe maatregulen te nemen ter vernietiging of correctie van het by den Hove over het voormaalig Gewest Utrecht gefiagen appoinctement, of om aanleiding te geyen, dat zulks indirectlyk, en quafi ter handhaving van het Concordaat yau den iS. April 16S9., door eenige andere Macht gefchiedde; vermits het zeker fchyut, dat-, ai ware het, dat zich voorfchreeve Hof in de applicatie van de Wet mogt hebben vergist, deeze vergisfrng ?u eene vry geconpliqueerde juridicque qnsestie, dan nog geenszins van dien aart is, dat het niet oneindig gevaarïyker zoude zyn dezelve op eene politieke wyze te willen verbeteren, met de nog grootere kans, om in deeze decifie den bal mis te flaan, dan om eene juridicque decifie op een provifioneel verzoek te handhaven, hoe zeer het oppervlakkig inzien der zaak een ander Vonnis zoude fciiynen verkies.r lyker te maaken». A 5 Men  Men moet toch de Misfive van den Hove flechts naaüWkeuri* leezen, en met de beide Requesten van de andere zynde ingediend, vergelyken, om zich volkomen te overtuigen, dat de waare ftaat van het verfehil by den Hove juist geval., en opgegeven is; zoo dat de gevallen decifie geenszins involveerd, dat aan het Concordaat geen kracht, ten aanzien van den Boedel van Blafius, zoude gegevem zyn; maar op deeze vraag neder komt: kan het Concordaat zoo veel opereeren, dat een Utrechts Ingezeten een executie in dat voormaalig Gewest, op eene wettige wyze dirigeerende, tegeneen Amfterdams Burger, of ander Ingezeten van het voormaalig Gewest Holland, van erger natuur zoude kunnen worden, dan byaldien zyn Party nieten benevens hem Ingezeten van het voormaaligGewest Utrecht geweest was? Het Hof zegt toch ftellig, weinige maanden geleden, in eene zaak van twee Stichtfchc^ Ingezetenen, op grond van de Rechten in dat voormaalig Gewest gebruikelyk , even zoo als in de zaak van Blafius en Sluiterman te hebben beflist; en zulk eene beflisfing fchynt ons toe allerwegen met de meest bekende gronden van rechten en praktyk overeen te ftemmen. Wat vervolgens de zoo even door ons opgegeven vraag betreft: of een Hollander, door het Concordaat van beeter natuur dan eenStichteliaar zoude kunnen worden? dezelve is ten minften van dien aart, dat zich veel over en weder1 laate zeggen; en dat ieder een begrypt, dat het Hof vari Tuftitie over het voormaalig Gewest Utrecht zich voor de neeative kan hebben gedecideerd, zonder uit dien hooide in°het allerminfte van partydigheld, of zelfs Van een zoo in het oog loopend abuis te kunnen worden befchuldigd, dat een politieke voorziening, tot herftel van hetzelve zoude kunnen te pas komen: Vooral niet, wanneer mert Verder in aanmerking neemt, dat het geflagen Appoinctement zich tot de continuatie van een Interdictie Pcenaal heeft bepaald; blyvende de zaak ten principaalen voortloopen; dat dus, hoe zeer de executie inmiddels door of van wegen Sluiterman worde gedirigeerd, de fustenue van Blafius , en de Sequestets in deszelfs Boedel, op het proVemie der Penningen ongefchonden is gebleven, en datvan een voor hem nadeclige Sententie van den Hove het middel  ( 11 ) van revifie zoude open hlyven, zoo dat hy zich nog altyd ten principaale van de gcvvoone rechtsmiddelen zoude kunnen voorzien. By deeze onzes inziens alles afdoende confideratiën kunnen 'er nog eenige worden gevoegd, uit den aart der zaak getrokken, welke de overige misfchien nog al eenige kracht zullen byzetten. Het is noch onze taak, noch ons, oogmerk in een angstvallig onderzoek te treden, over de juridicque verdiensten van de wederzydsch gevoerde fustenuën; dan wy kunnen echter niet afzyn dienaangaande de twee volgende bedenkingen in het midden te brengen. Foor eerst is de gevolgtrekking gantsch niet buiten tegenfpraak, dat alle verfchillen , betrekkelyk een infolveriten Boedel, zouden moeten worden beflist naar de Wetten, welke yigeeren ter plaatfe, waar de infolvente Debiteur is gedomiciliëerd. Zulks moge aangaan, ten aanzien van Goederen, welke buiten eenige bedenking onder de administratie van Curateurs of Sequesters behooren, en over welke by den domiciliairen Rechter wordt uitfpraak gedaan, maar zoo dra 'er verfchil is, in hoe ver fommige Goederen onder de generaale Administratie moeten worden gebragt, fchynt het veel eigenaartiger, dat men de Wetten volgt van die Plaats waar het verfchii ontftaat en waar een ander uit ftatutaire Wetten een verkregen recht zoude hebben. ° Het is, ten tweeden, ten minften even bedenkelyk, of ten deezen respecte wel eene bepaaling by het Concordaat^gemaakt is, en vooral, of de Staaten van Holland en Utrecht, in der tyd, kunnen worden gerekend, het voornemen gehad te hebben, hunne Ingezetenen wederzydsch te onderwerpen, niet alléén aan de des tyds exteerende Weiten in het ander Gewest; maar ook aan die Wetten, welke m het vervolg zouden kunnen worden °earresteerd? Zulks vordert het kennelyk oogmerk van het Concordaat niet; als flechts zynde verfchillen te voorkomen over de heheermg van het geen geconflateerd tot een infol. venten Boedel behoorde, en dus niet per fe, betrekkelyk ♦p de yraag, of iets kan worden gerekend al of niet in dén Boedel te zyn? En wanneer men het gefustineerde dienaangaande by  C i* ) Blafius, e. f., en by de Defoiaate Boedel-hamer van Aw~ fierdam doordenkt, gevoeld men, dat het tot gevolgen 'aanleiding geeft, welke de Staaten der beide Gewesten nimmer kunnen hebben beoogd ; daar, by voorbeeld, alle recht van legaal of ander verband, de Ingezetenen in een der beiden Gewesten toegekend, af hanglyk zoude zyn gemaakt aan de Wetten, welke in het ander nog konden worden gepromulgeerd. Dan wanneer men deezen aangaade in een tegenövergefteld begrip verkeert, gevoelt men tevens, dat de argumenten uit de Amflerdamfche Wetten en Keuren, byna eene Eeuw posterieur aan het Concordaatt in allen deele wegvallen ; en dat in de beöordeeling van de geventileerde Procedures zeer veel in aanmerking heeft kunnen komen , dat Sluiterman heeft gefustineerd , dat Blafius in allen gevalle, niet meer was in het bezit van de door hem gearresteerde* goederen; welke, dus ook tc Amfterdam niet zouden hebben kunnen worden overgegeeven. Wanneer wy nu ook dit, by al het overige m aanmerking neemen , zyn wy van oordeel, dat deeze Kamer de gedaane verzoeken van A. Q. Blafius, cum fuis, en Mr. W. H. Vereülqq. zoude behooren te declineeren en te wyzen van de hand, als behoorende de daar by vermelde fustenuën tot de ordinaris Justitie, en dat dezelve tevens, 'zoo veel haar betreft, zoude behooren te befluiten tot ïn• trekking van de op den 18. February deezes Jaars verleende furcheance \ en het is in deezen geest, dat wy u voorftellen het neemen van het volgende befluit: De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam 'des Bataaffchen Volks, gehoord hebbende het Rapport eener perfoneele Commisfie , welke, ter voldoening aan " de befluiten Comrmsfortaal van den 18. en 25. February en 8. April deezes Jaars heeft geëxamineerd de drie " volgende {tukken: vooreerst, een Request van Abraham !' Gerard Blafius, Burger en Inwooner der Stad Amfterdam , geadfisteerd met Pieter Boeken en Pieter ConftanZ tytvan Hoek, in qualiteit als door Commishirisien van , de defolate Boedel -Kamer te Amfterdam aangeftelde Se' ouesters, in den Boedel van den eerften Requestrant; - „ ver»  < »3 ) m verzoekende, dat het Vertegenwoordigend Lichaam de 2 noodige maatregulen gelieve te nccmcn, ten einde, in" , gevolge den r., 2. en 3den Articul van zeker poncor" daat, op den 18. April 1689. tusfchen dc Staaten der ^ voormaalige Gewesten Holland en Ut> echt gefloten, de „ Requestranten zouden worden gefield in het bezit van 3, zekere goederen, aankomende den eerften Requestrant, ,, en zich bevindende op den Huize Scharreweyde in hét voormaalig Gewest Utrecht; 'ten dien einde opheffende „ en buiten effecT: (lellende alle empechementen hun daar „ in door of wegens zekeren Bemardus Sluiterman toege„ bragt, alles met provifioneele furcheance van de Verkoop }, van'voorfchreeve goederen tegen den ai. February aan„ gefiagen. ,, Ten tweeden: eene Misfive van den Prsfideerenden en 3, andere Raaden in den Hove van Justitie, over het voor„ voormaalig Gewest Utrecht, gefchreeven aldaar den ai. 3, February, daar by Copiëlyk overzendende een aan huijt .,, geprefenteerd Request van Bemardus Sluiterman, met „ den meesten aandrang verzoekende, dat het Hof by deze „ Vergadering gelieve te intercedeeren tot de fpoedige op„ heffing van de verleende furcheance; aan welk verzoek „ door den Hove met de fterkfte inftantje by voorfchree- ve Misfive is voldaan; „ En , ten derden: een Request vanMr. IV. H. Fereulf „ Commisfaris van de defolate Boedel-Kamer der Stad Am- fterdam , als gecommitteerd rot de particuliere direclie s, in den Boedel van A. G. Blafius; verzoekende, dat het „ Vertegenwoordigend Lichaam de noodige maatregulen ^ neeme ter. handhaving yan het hier vorengemelde Coiï„ cordaat, en ten einde de Sequesters in den Boedel van A. G. Blafius worden gefield in de vrye beheering van de goederen, door of van wegens Bemardus Sluiterman „ gearresteerd; overwegende,dat al het geen betrekkelyk j, is tot maatregulen, welke den gewoonen loop derju„ (litie en den ophef of de voordduuring eener verleende v furcheance fpecteeren, uit deszelfs aart fpoed verv eischt; verklaart, dat 'er is onverwylde noodzaaklykheid. ., Voorts overwegende, dat de klagten van A. G. BlaM fius, c. ƒ. en Mr. W. H. Vereul qq. ten onderwerp » heb,.  C 14 ) „ hebben, eea Appoinctement van het Hof van Juftitie „ over het voormaalig Gewest Utrecht, en dus een zaak „ welke uit haaren aart alléén tot de ordinaris Juftitie „ behoort; „ En verder overwegende, dat 'er in deezen geenerleie „ termen zyn, om door eene politieke dispofiüe, direct „ of indirect, aanleiding te geven, dat voorfchreeve Ap„ poinctement op eene buitengewoone wyze zoude wor„ den buiten effect gefteld; en eindelyk, dat het daar „ door aan de Requestranten toegebragt grief, zoo veel de. „ zaak ten principaale betreft, is en blyft reparabel; „ en zich voorts conformeerende met de gronden by het „ in deezen uitgebragt Rapport terneder gefteld-, befluit 1 „ het by Requeste gedaan verzoek van A. G. Blafius, c.f., „ en Mr. W. H. Pïereul, qq., a's ten onderwerp hebben„ de een zaak, welke alléén tot de ordinaris Juftitie be„ hoort, te declineeren en te wyzen van de hand; en „ zulks met opheffing van de furcheance, tot welke by. „ deeze Kamer, op den 18. February deezes Jaars, was M befloten. „ Zullende dit befluit worden gezonden aan het Uit„ voerend Bewind, om daar aan de noodige executie te „ geven. En zal hetzelve, overeenkomftig het 60. Art. der „ Staatsregeling, mede worden gezonden aan de Tweede „ Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam, ter be„ krachtiging , zoo veel betreft de opheffing der verleenr de furcheance; en zulks met'en benevens het uitge„ bragt Rapport en ingekomen Stukken, in originali.'" , Onderwerpende ons geadvifeerde aan het beter oor* deel deezer Vergadering. ( Geteekend ) J. H. APPELIUS. H. COSTERUS. Ja. van HAEFTEN.  B Y L A G E N, kehoorende tot de Be/luiten van den 3. Mey 1795. Burgers Vertegenwoordigers ! Op den 10. deezer Maand , (relde Gyl. in handen van uwe Mede-leden , de Burgers Reprajfentanten van, Galen, Cats, en vat den Braak, eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek , in dato den 3. deezer , advifeerende op de Requeste van de Municipaliteit yan dm. Dorpe Haringcarfpel, daar by verzogt hebbende , ten behoeve van derzelver Dorpskasfe, te mogen doen zekere heffing, ten einde UI. te dienen van derzelver confideratiën en advis; terwyl Gvl. verder op den'15. daar aanvolgende, op het geproponeerde yan den laatstgemelden, en vermits de afwezigheid yan de Burgers Reprasfentanten van Galen en Cats, de Burgers Reprafentanten van Foreest en de Sonnaville', uit hoofde van de presfance der zaak benoemde. Deeze uwe Commisfie zullende voldoen aan uwen gereipecteerde last, heeft zoo wel de voorfchreeve Misfive van het Uitvoerend Bewind, als de daar by ingezondene Stukken, met al die naauwkeuiigheid geëxamineerd','".als liet belang der zaak yorderd, en bevonden dat het (ten duidelykfte confteerd, dat 'er op eene fpoedige eri eflicacieuïë wyze behoord te worden voorzien, in den gedelabreerden ftaat der Financiën, waar in zich den gemelden Dorpe Haringcai[pet bevind. Dat bet Uitvoerend Bewind van de hooge noodzaaklykheid overtuigd, vermeend dat het gefchiktfte middel diri het te kort komende der jgewoone Inkomften van' dat Dorp te vinden, zoude heftaan in het continuëc.ren yan eene zekere authorifatie yoor den tyd yan'10'jaaren 'en waar by de Municipaliteit gequalificeerd word, om jaarjyk's, ,ten behoeve van de Dorp-kasfe!, tc heffen, vordc.ren, en te ontvangen, twee eri een halve a drie Guldens yan ieder morgen Lands, onder den ydorfchreeyen Dorpe gelegen iritegaan "met 'den 'jaare 1798, ' als zynde de 5 <■ -• ' • r; A ■■ - - yoc;;  C * ] voorige authorifatie met den 31. December 1797. komen te expireeren , met uitzondering nogthans van de 'Landen in de Meeren , aangezien die niet gelykelyk met den anderen kunnen worden bezwaard, om dat dezelve ten tyde op welke de origine van de fchuld gemaakt is, nog niet in wezen of bedykt zynde, eigentlyk niet kunnen gezegd worden tot dezelve mede aanleiding te hebben gegeven ; en onder zekere door het Uitvoerend Bewind bepaalde mitfen en conditiën, waar van wy echter liefst de tweede zouden achterwegen laten; om dat, hoe zeer uit zeker bericht van wegens Kerkmeesteren der Hervormde Gemeente, omtrent de Praztenfie van ruim ƒ21000:0:0, welke het Dorp ten laste van dat Genootfchap fustineerd te hebben, fchynt te blyken , dat dit Genootfchap eene Contra-Pratenfie van ruim ƒ 30000:0:0 ten lasten van het Dorp zoude hebben , het Vertegenwoordigend Lichaam, naar onze gedachten het liquideeren van deeze wederzydfche Prsetenfiën niet gevoeglyk kan opfchorten , en vooral niet om de reden deor het Uitvoerend Bewind daar voor gcallegueerd, namenlyk de flechte (laat van des Dorps Finantiën, vermits daar door de foliditeit van alle die opgegevene Prxtcnfiën min of meer zoude kunnen worden gerekend te zyn geadvouëerd, terwyl, zoo 'er eenigen met grond kunnen worden tegen gefproken, de Hechte ftaat van de Dorps-kas juist zoude vorderen, dat 'er eene fpoedige Liquidatie plaats had. By ons is mede wel in conlideratie genomen, of 'er in deeze volgens het 194. Art. der Staatsregeling nog eene nieuwe oproeping zoude moeten gefchieden, alvoorens deeze belasting wierdt geïntroduceerd. Dan, daar hier geen quaastie is om een nieuwe Burgerlyke belasting intevoeren, maar alleen om eene belasting intevoeren Op de Landen, tot aflosfing van een fchuld , grootendeels ten behoeve van de Landen gemaakt , en welke daarom niet door de Burgers alleen, volgens de regelen van rechtvaardigheid en billykheid, kan en behoort gedragen te worden; en daar hier Lieden buiten de Gemeente woonachtig, als mede Vrouwen, zouden moeten opgeroepen worden, is het ons voorgekomen, dat de oproeping in het jaar 1797, op last van net  r 3 ] het to^nmaalig Provinciaal Beftuur van het voormaalig Gewest Holland gedaan, in deeze voor genoegzaam mag gehouden worden. Waarom wy dan geene zwaarigheid maken, om Uiieden te advifeeren, dat Gylieden, met weglaating van de tweede Conditie of mits, door het Uitvoerend Bewind geproponeerd , U met het advis van het Uitvoerend Bewind zoudt behooren te conformeeren, en te nemen het volgende Befluit: De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend „ Lichaam der Bataaffchen Volks, gehoord hebbende het Rapport van eene perfoneele Commisfie , in welks „ handen, ten fine van confideratiën en advis, was ge„ field eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der „ Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier den 3. April, „ houdende deszelfs confideratiën en advis, op de „ Requeste van de Municipaliteit van Haringcarfpel5 „ daarby verzogt hebbende , dat zy Requestranten „ mogten worden geauthorifeerd , om voor den tyd „ van 15 jaaren, of zoo veel meerder of minderen tyd „ als het Vertegenwoordigend Lichaam zoude gelieven „ goed te vinden, ten behoeve van derzelver Dorpskas, ., van ieder morgen Land , onder de Jurisdictie van 'y, Haringcarfpel voornoemt, gelegen, te mogen heffen, „ twee en een halve a drie Guldens, en verder zoo als „ by voorfchreeve Requeste en in de Notulen van den „ gemelden 1. November breeder ftaat vermeld; en ten„ deerende hetzelve advis, dat het verzoek der Reques„ tranten onder de daarby gemaakte bepaalingen zoude „ behooren te worden geaccordeerd. " „ Overwegende , dat het Dorp Haringcarfpel is ben zwaard met een fchuld van ruim ƒ 70000:0:0 , voor „ het grootfle gedeelte aan Lyfrenten; waar van Hou„ ders zyn een aantal bejaarde Perfoonen , welke, tot be„ koming van eenigzins hooger intrest, hun door zwaaren „ arbeid overgewonnen , doch tot levens - onderhoud, ^ volgens de gewoone intrest, niet toereikend Capitaaltje, „ ter goeder trouw aan dat Dorp hebben opgefchooten. „ Overwegende , dat deeze fchuld, in den beginne,, A 2 „ ten  C 4 3 «g ten behoeve der Eigenaars van de Oude L;nden, or.dei „ Haringcarfpel gelegen , tot betaaling Lamenlyk van )? derzelver Verpondingen is gemaakt: g Overwegende, dat liet dienvolgends niet alleen volgends de regelen van billykheid, maar van de ftriktfte „ rechtvaardigheid, overeenkomftig is , dat ook door ■„ die zelfde Land-eigenaars Het hunne wordt toegebragt ;; tot aflosfinge van deeze fchuld, en betaalinge van de fnteresfen van dezelve. . ,; Overwegende , dat door diergelyk eene billyke bydrage de Finantiën van dat Dorp behoorlyk kunnen „ gèredresfeerd, en de Schulden afgelost worden, daar „ integendeel, wanneer de Schuld alleen moet komen ten lasten vau de Burgcry, dezelve op het dogenblik „" yóor infolvent moeten gehouden worden , het welk ;; het totaal bederf, en de ruïne van een aantal in de goede trouw geverfeerd hebbende Perfoonen zoude naar zich fleepen; . En zich conformeerende met het advis van haare perfoneele Commislie, , . g Befluit, de Municipaliteit van Haringcarfpel te authorifeereh, gelyk dezelve geauthorifcerd wordt by deeze, om voor den tyd van tien jaaren, integaan met het expireeren van het voorigc, en dus over de jaaren 1798 tot 1807 , 'heide incluis , jaarlyks ten behoeve van hunne Dorps-kas, van de Oude Landen, onder g de Jurisdictie van Haringcarfpel gelegen , te Keffen; e vorderen, en ontvangen, eene fomma van ƒ3000:0:0; g tot fuppletie van het te kort hunner gewoonc Inkom-. „ ften.j mits clie Inkomften.bcdraageh ƒ i2oc:o:o, of « dooi- eene perfoneele Omflag over de Burgeren van Haringcarfpel daar toe jaarlyks. worden gebragt, eh 2 alzo bm provifioneel, en tot dat het Departementaal Beftuur van Texel zal oördeelen, dat daarin eene vcrmindering zoude behooren plaats të hebben, van ieder Morgenland; onder dezelve Jurisdictie, .(met uTt- £ zondering vau de Landen in dé nieuw bedykte Meéfén gelegen,) des noods by parate Executie , zoo als men 'i gewoon is des Gemeenelands Middelen te innen, in te ö vbrda','n, zoodanige- foiii, als' dobr Cómmisiarisfen 5; uit  C 5 J j, uit de Municipaliteit, en uit d« Ingelanden te vetkie^, zen, na proportie, en evenredigheid van de waarde ,| der Landen, tot vinding van voorf. fomma, daar over J zal worden omgeflagen , alles echter onder deeze fpeciaale mitfen en. Conditiën : „ Foor eerst: dat de Requestranten het in deezen te „ nemen Decreet zullen doen drukken, en aan den j, Volke, door hetzelve te doen publiceeren en affigeeren, „ behoorlyk bekend maken. „ Ten tweeden: dat de Municipaliteit van Haringcarfpel, „ jaarlyks, binnen een Maand, na dat des Dorps reke„ ning zal zyn gedaan en gefloten, aan het Departe„ mentaal Beftuur van Texel zal moeten zenden Copie „ van dezelve , benevens een Staat van de Schulden , „ waar mede het voorf. Dorp als nog is belast ; en „ eindlyk de door Commisfarisfen uit de Municipaliteit ^ en Ingelanden geformeerde quotifatie der refpeétive „ Morgens tot opbrenging van hun aandeel in de opge„ dachte ƒ3000:0:0; en zulks ten einde dat Departemen„ taal Beftuur, daar uit zal kunnen opmaken, i°. Of „ alles binnen voorf.-Dorpe behoorlyk worde gedirigeerd; 2". Of'er, zoo ten opzichte van de perfoneele belas„ ting, als ten opzichte van het Landfchot conform het „ Decreet wordt gehandeld; en eindlyk, 3°. Of 'er zoo „ door het afftefven van Lyven * waar op de Lyfrenten , „ ten lasten der Dorps-kasic gevestigd zyn, als anders, „ ook termen voorhanden zyn, dat de voorf. fom van „ ƒ 3000:0:0 zoude kunnen worden verminderd , waar „ toe het Departementaal Beftuur van Texel onder appro„ batie van het Uitvoerend Bewind , by deeze wordt „ geauthorifcerd. „ Ten derden: dat de Municipaliteit van Haringcarfpel „ zal behooren naartekomen en in het werk te ftellenj s, zoodanige remarques van bezuiniging, of beter di- recftie, als aan dezelve door het Departementaal Be„ ftuur zullen worden opgegeven. „ Ten vierden: dat de Municipaliteit van Haringcarfpel* j, niet zal vermogen te doen eenige Negotie van Penninj, gen, geduureiide den tyd van tiert jaaren * öf geduu„ rende dien tyd eenige Procesfen voor rekening van de A 3 » Dorps-  t * 3 „ Dorps-kas zal mogen voeren; ten zy na alvooren* „ daar toe fpeciaale authorifatie van het Departementaal „ Reftuur te hebben gevraagd en bekomen; „ Alles op pcene van een oï meer deezer mitfen en „ Conditiën niet naarkomende, het effect van dit Decreet „ te zullen verliezen; En dat Extract deezes zal worden gezonden aan het „ Uitvoerend Bewind dtr Bataaffehe Republiek tot des- zelfs informatie en naricht, en om aan hetzelve de „ noodige Executie te geven; als mede aan het Depar„ tementaal Beftuur van Tex.el, mede tot deszelfs infor„ matie. ' „ En zal dit Befluit, ingevolge het 60. Art. der Staats„ regeling ter fanelie worden gezonden aan de Tweede „ Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Ban taaffchen Volks, met en benevens dit Rapport, en M alle de Stukken daar toe behooreude, in originali. " ' Qpderwerpende niet te min enz. L. van den BRAAK, C. van FOREEST. f, 9* SONNAVILLER  C 7 ) In den Haag den 3, April 1799. Het vyfde Jaar der Bataaffehe Vryheid. Het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, aan De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks. BURGERS REPRESENTANTEN! Ry Uiieden Befluit van den 1, November des afgeloopen jaars, heeft het Uiieden goedgedacht, onze confideNatiën en advis te requireeren, op de ten zeiven dage ter uwer Vergadering gelezene Requeste van de Municipaliteit van den Dorpe Haringcarfpel, gelegen in het Departement van de Texel; om daar by geallegueerde redenen verzoekende, dat zy Requestranten mogen worden geauthorifeerd, om voor den tyd van 15. jaaren, of zoo veel meerder of minder tyd als Gylieden zult goedvinden , 's jaarlyks ten behoeve van haare" Dorpskas, van ieder morgen Land onder de voorfz. Jurisdictie van Haringcarfpel gelegen, te mogen heffen twee en een halve a drie Guldens, na dat de lasten zulks zullen vorderen , in te gaan met den 11. December 1797. wanneer het voorgaande Octroy ie komen te expireeren. — En die belasting des noods intevorderen, even als de Gemeene Middelen by parate executie, alles by dezelve Requeste, waar toe wy kortheidshalven ons gedragen , breeder vermeld. Wy hebhen -vervolgens dezelve Requeste aan onzeö Agent van Finantiën toegezonden, ten einde deswegens zyne confideratiën in te nemen, en het is als nu, dat wy ons in ftaat gefteld zien, om den taak ons opgelegd te volvoeren. — En hiertoe overgaande zullende wy voor af aanmerken, dat door onzen voorn. Agent ons zyn toegezonden : i°. Een Bericht van Kerkmeesteren der Gereformeerde Gemeente van Haringcarfpel, omtrent de ten Requeste A 4 ge-  [ 8 ] «repofeerde Schuld van ruim ƒ 20,000 welke, dc Dorpy-kasfe van de Kerk zoude hebben te prietendecren, volgens welk bericht zederd den jaare 1679 tot 1795. inclufive uit de Kerken-cas ten behoeve van het Dorp zoude zyn betaald eene fomma van ƒ 30320: 9 : 8 en alzoo aan dezelve Kerken-kas na aftrek der gedachte ƒ21102: 8:12 nog per faldo eene fomma van ƒ9218:-: 12. zoude competeeren. 2°. Het ten Requeste bedoelde Advis van het geweezen Provinciaal Committé van het voormaalig Provinciaal Beftuur van Holland, de dato 29. September 1797. waar op uit hoofde der veranderde orde van zaaken, op den gedenk waard igen 22. January , door de perfoneele Commisfie in wier handen hetzelve was gefteld geworden, geen Rapport is uitgebragt, maar, als niet van de competentie van het Administratif Beltuur, onafgedaan is gebleven. " En daar wy na Examinatie van het Bericht van Kerkmeestcren voorn., en eene attente overweeging van het 'voorfz. ter deezer materie uitgebragt Rapport, geene meerd re confideratiën ten dien opzicht noodig oordeelen, nemen wy de vryheid , met overlegging van dezelve Stukken, ons daartoe te refereeren, en Uiieden mids deezen te. ndvifeeren: ' . . Dat op de gronden by het gedachte Advis ter nedergeftdcl, en welke \vv geene zwarigheid maken voor de onze te adnp ceren, uit aanmerking van den gedelabreerden Staat der Finantie van den Dorpe Haringcarfpel, en de noodzaJcïykfièfcl, dat dinar in ten fpoedigften, en op eene effiCtc eufe wyze worden voorzien, het verzoek by deeze Requeste gedaan, in zoo verre behoorde te worden geaect rdeerd, dat de Municipaliteit van den zelven Dorpe worde geauthorifcerd, om voor den tyd van tien jaaren, in te saan met den jaare 1797. wanneer het voorig Oclroy is komen te expireeren, 's jaarlyks ten behoeve van hunne Etorps-Kasfe, van de Landen onder de Jurisdictie van HaTJmcarfpel gelegen, te beffen , vorderen en ontfangen, 't>'ife fomma van ƒ3000.' tot fuppletie van bette kort hunner o.-woone Inkomften, mits die gewoone Inkomlteli bedragen "/120c; of door eene perioncclu Omflag over.de Burgeren van Haringcarfpel daar toe 's jaarlyks worden gebragt ; ea alzoo om provifiouccl, en tot dat het Departementaal  t ') ) Beftuur van de 7V.VÉ?/ zal öordeelen, dat daarin eene. vermindering zou-.le behooren plaats te hebben , van ieder morden Lands onder dezelve Jurisdictie gelegen, met uitzondering van de Landen in de Meeren, welke niet gelykelvk met de anderen zullen worden bezwaard, des noods by "parate Executie, zoo als men gewoon is de Gemeene Lands Middelen te innen , intevorderen zoodanige fom als door Commisfarisfen uit de Municipaliteit en uit de Ingelanden te verkiezen, na proportie en evenredigheid van de Waarde der Landen, tot vinding Van voorfz. fomma daar over zal worden omgellagen. — Alles echter onder deeze expresfe en fpcciale miifen en Conditiën : Voor 'eerst: Dat de Requestranten het in deezen te neemen Decreet zullen doen drukken, eil aan den Volke, door hetzelve te doen publicceren en affigecren, behoorlyk beien:! maaken; Ten tweeden: Dat de Liquidatie der pnetenfiën, welke de Dorps- en Kerks-kasfen fustineeren ten lasten van den anderen, te kunnen brengen, provifioneel en tot dat de Dorps Finantiën in eenen beteren ftaat geraaken, blyve ópgefchort, Tjtn derden: Dat de Municipaliteit van Haringcarfpel, 's jaarlyks, binnen een Maand na dat des Dorps-Rekening zal zyn gedaan en gelloten , aan het Departementaal Beftuur ter approbatie zal moeten toezenden, Copie van dezelve , benevens een ftaat van de fchulden waar mede het voorfz: Dorp nog is belast, en eindelyk'de door Commisfarisfen uit de Municipaliteit en Ingelanden geformeerde quoti&tie der refpective Morgens tot opbrenging van hun aandeel iri de opgedachte ƒ3000., en zulks ten einde het Departementaal Beftuur daar uit zal kunnen opmaaken, bf alles binnen voorfz. Dorpe behoorlyk worde gedirigeerd, of er, zoo ten opzichte van de opbrengst der perfoneele Belasting, als ten opzichte van het Landfchot, conform het Decreet word gehandeld, —en laatftelvk , of er, zoo door het affterven van lyven, waar op delyfrenten ten lasten der Dorps-Casle gevestigd zyn, als anders, ook termen voor handen zyn , dat de voorfz. fom van ƒ3000. zoude kunnen worden verminderd; waar toe het Departementaal Belliiur, des noods onder approbatie van dit Bewind ; behoorde te worden gedüaiiflceerd; Te»  C io ] Ten vierden: Dat de Municipaliteit van Haringcarfpel, zal behoren naar te komen en in het werk te (lellen , zoodanige remarques van bezuiniging of betere direétie, als aan dezelve door het Departementaal Beduur zouden mogen worden opgegeven. ( Ten vyfden: Dat de Municipaliteit niet zal vermogen te doen eenige Negotiatie van Penningen, geduurende dea tyd van tien jaaren, ofte zoo veel korter als zy van het effect deezer gunftige dispofitie zullen jouïsfeeren , ofte ook eenige Procesfen voor Rekening van des Dorps-kasfe geduurende dien tyd te voeren, ten zy na alvoorens daar toe fpeciaale authorifatie van het Departementaal Beftutlr te hebben gevraagd en bekomen. Alles op pcene van, een of meer deezer mitfen nietnaarkomende, het effect van Ulieder in deezen te nemen Decreet te zullen verliezen. En hier mede achten wy aan Ulieder intentie te hebben voldaan. Heil en Eerbied. F. ERMERINS. vt. Ter Ordonnantie van hetzelve S. DASSEVAEL.. Abf. Secr. Am  Aan Ae Eerfte Kamer van het. Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks Geeft met behoorlyken eerbied te kennen, de Municipaliteit van den Dorpe Haringcarfpel, gelegen in het Noordergedeelte van het voormalig Gewest Holland. Dat de Requestranten door den nood gedwongen, zich bereids in het begin van het Jaar 1797 hebben geaddresleerd, aan het toen exteerend Provinciaal Beftuur van het voormalig Gewest Holland, by een ampel Request, hetwelk de Requestranten de vryheid nemen hier woordelyke intevoegen , en hetwelk beltaan heeft in het Volgende te kennen gecven , en daarop gefundeerd verzoek: Dat het Dorp van Haringcarfpel zedert veele jaaren is belast geweest, met een importante Schuld vart Los- , Lyfrenten en Tcntine, welketocn noch de enoi> me Somme van ruim agt-en-zestig Duizend Guldens was bedragende; Dat de voorfchr. Schuld , voor zoo veel de Supplian* ten hebben kunnen nagaan, deszelfs eerfte oorlprong heeft genomen, in eene Refolutie, op het einde der voorgaande Eeuw door de toenmalige Regeering vari Haringcarfpel gearrefteerd , waarby wierd befloten: „ om, vermits de Verpondigen der Landeryën door „ flechte tyden gebrekkig betaald wierden, zoodanig dat men daardoor buitenftaat geraakte, om dert „ aanflag der Verpondingen ten behoorlyken tyd te „ voldoen, met het invorderen der Verponding wat mo„ deraatheid te gebruiken , voorts tot de betalingen der „ Verpondingen, ten Lasten van het Verponding- en „ Schotboek Penningen te Negotieeren , welke men „ by florifante tyden, wederom zou afdoen, terwyl de „ Eigenaars der Landen, die op die wyze eenigen tyd „ van de betaalingen wierden geëxcufeerd, interest zou„ den betaalen, waarmede men de Interesfen van de ge* „ negotieerde Capitaalen konde voldoen, terWyls na- maals de geborgde Verponding in Casfa zynde geraakt, „ daar-  ( I? ) daarmede de Capitaalen, die genegotieerd waren, we" .^™,n *.™Ae kunnen worden afgelost: dat op deeze» „voet van den jaare 1071 col cu/y, uc uuiuuiv. negentien ciuizeno onmens gcupKyuc»» «.-/f»««- &^ den over dezelve Penningen nietalleen geen behopr" lvke' DirecRe fchvnt plaats gehad te hebben, maar dat " ook de Interesfen der genegotieerde Capitaalen, met r door den Schotvanger, uit de Penningen welke hy vau " de acbtcrfhllige betaalders voor Interest vorderde, " maar door de Regenten uit des Dorps Kasfe zyn he" taald geworden; 'gelvk zulks alles blykt uit zekereRe?' fertptie en Vertoog van redenen, waarfchynlyk even " na het jaar 1698," aan de Gecommitteerde Raaden in * het Nobrder-Quartier door de Regenten van IJanngr carfpel overgegeven." " Dat dezelve' Dorps-Kasfe ongenoegzaam zynde, rot de betaaling van de Jaarlyks accresfeerende Interesfen rietvan tyd tot genegotieerde Capitaalen, zulks aanleiding heeft 'gegeven tot verdere Geldopneemingen , waarvan de Interesfen wederom niet dail door meerdere' Negotiatiën konden voldaan worden.. .• • . . . Dat deeze herhaalde Nfegotiatïcn eindelyk aan de daarbv belang hebbende, Zóódanig zynde begonnen te verdrieten en in het oog te loopen, dat door dezelve is eevraa^d vifie der Verponding- en Schotboeken , by welker onderzoek gebleeken zynde van de quade direétie over de genegotieerde Capitaalen en van de wanorde en de verwarring welke deswegens plaats had, zuIks alles aanleiding heeft gegeeven, tot langwyligc en kostbaare Procedures, zoo tegen den Schotvanger als tegen fommige Geldfchielers. Dat deeze verwarde toeftand van zaaken gelegenheid heeft begeven, dat op den 26. July 1695, by de VroedfchaoVcr voorfchr. Dorpe eene Refolutie is genomen, om vermits de verderffelyke Procedures die hun Prtedecesïeurs waren aangedaan, en 't zwaar yerval der finantiën door de betaalde Proces-kosten, Florh v«»Tplinnen, Vryheer van Haringcarfpel, te defereeren de faculteit en magt omme de zaaken in 't generaal en elk in 't byzonder te fchikken, dirigeeren en gadeflaan op  al zulk een wyze en in diervoegen, als dezelve zou oordeer len dienstig te zyn, 't welk ook door denzelvc is aangenomen, blykensde Commislie in dato 28. |uly 1695, waarby denzelven vier Perfoonen, met?adjunetie van dVii Secretaris , heeft aangefteld, om alles op zyn ordre te dirigceren. Dan dat gemelde Floris vm Tellingen, zeer veele moeylykheden deswegens ondervindende, zich vervolgens heeft geaddresfeerd aan Gecommitteerde Raaden in 't Noorder- Quartier, om de gerezene verfchillen, waar 't moogelyk te vereffenen. Dat wel uit hetzelve Collegie Commisfiën ten dier) einde naar Haringcarfpel gezonden zyn , doch dat niet alleen de kostbaarheid derzelve de Schuld mcrkelyk vermeerderd, maar ook de pogingen derzelve van geêri het minste effect zyn geweest, alzoo uit eene Refohuie Commisforiaal van de Staaten van Holland en WestVriesland , in dato 8. October 1697 blykt, dat 'er teen accoord is kunnen getroffen worden, terwyl echter oor gemelde Gecommitteerde Raaden van 't NoorderQuarrier, blykens Refolutie in dato si February 169S, eene Commisfie van dezelve vier perfoonen, met adjunctie van den Secretaris, welke bevoorens, door den voorn. Floris van Teylingen met de Dorps zaaken waren belast , is benoemd, om de differente verfchillen en oneenighcden uit den weg te ruimen, zynde toen gebleeken by een overgelegde Lyst, in dato 17. April 1697, dat heit Dorp van Haringcarfpel was Belast, met een Somma van vyftig duizend Guldens. Dat de gemelde Commisfie van vier Perfoonen, met adjunctie van den Secretaris, onder Approbatie van de Heeren of Vrouwen in der tyd, alzo zynde gecontinueerd , dezelve zich van Jaar tot Jaar, hebben genoodzaakt gezien , om, vermits des Dorps Kasfe op verre na niet toerykende was, om de Interesfen van de genegotieerde Capitaalen en de jaarlykfche Tractementen, ten Lasten van het Dorp , te voldoen, nog meerdere Gelden opte.ïieemen, terwyl dezelve en hunne fuccesfeuren, met Communicatie van de Heeren op Vrouwen in der tyd, hebben kunnen goedvinden, om tot onderftand vau de Kef-  t 14 3 kè Kas, en tot betaaling van de Lasten der Kerke-Laii». den, van den Jaare 1700 tot den Jaare 1734 incluis, uit, des Dorps - Kasfe te betaalen , eene Somma van ruim twintig duizend Guldens. Dat der Supplianten Pradccesfeuren alverdef in deri Jaare 176Ö, door den toemaaligen Heer zyn genoodzaakt geworden, tot bet doen van eene Negotiatie van twintig duizend Guldens, op Tontinc, jegens 4 perCent, Waardoor ook inzonderheid des Dorps-Kasfe Jaarlyks aannjerkelyk wierd bezwaard. Dat hoe zeer der Supplianten gemelde prsedecesfeuren hunne Commisfie en aanftelling hadden van de Gecommitteerden Raaden in 't Noorder-Quartier, dezelve zich egter altoos hebben moeten gedragen, naar de ordres van de Heeren of Vrouwen in der tyd, hetwelk de oorzaak was, dat dezelve nimmer eenige klagten over hunne Hechte Finantiën hebben durven doen, noch om eenig foulaas van hunne drukkende Schulden hebben durverzoeken. Dat eindelyk de zaaken tot dat uiterfte zynde gekomen , dat deeze te befalene Interesfen , en DorpsTractementen , 's Jaarlyks bedroegen , eene Somma van ƒ 5311 : 15 : , terwyl de Jaarlykfche Inkomsten niet meerder Importeerden dan ƒ 1100 : - : -, en 'ei- dus een Jaarlyks te kort was van vier duizend, twee honderd elf guldens, en vyftien duivers, Waartoe men zig buitenftaat bevond Gelden te bekoomen, der Supplianten pra;decesfeuren zich hebben geaddresfeerd aan de Staaten van Holland en West-Vriesland, en met voordracht hoofdzakelyk van de hier voorgemelde omftandigheden, de hooge nood, waarin zy zich ten opzichte van het Finantieele bevonden hebben te kennen gegeven, met dat gevolg, dat door dezelve Staaten van Holland en West-Vriesland aan huh op den 20. Mey 1791, Om dat 'er geen ander middel als eene Belasting op de Landeryën voorhanden fcheen, hebben verleend Octroy voor den tvd van Zes Jaaren, ingaande met den Jaare 1-91, om 'sJaarlyks ten behoeve van haar DorpsKas te heffen, vorderen en ontfangen, van ieder Morgen Lands onder de voorfchreeve Heerlykheid van Haling-  I *5 3 rïngcarfpel gelegen, twee en één half, a Drie Guldens, na dat de Lasten zulks zouden vorderen, en dat deeze belasting des noods zoude worde gevorderd , by het Regt van parate Executie, gelyk men gewoon is, de Gemeene Lands Middelen te innen, Dat hoezeer door deeze gunftige dispofitle waardoor Jaarlyks eene Somma van circa drie duizend guldens, in de Dorps-Kas wierd gebragt, het Jaarlyks Deficit, merkelyk wierd verminderd, echter hetzelve ongenoegzaam was, om het overige te kort, bedragende nog een Somma van ruim duizend guldens te vinden, zodanig dat der Supplianten Pradecesfeuren zich buiten ftaat bevonden, om niettegenftaande het voorfchr. Odtroy, de engagementen door het Dorp van Haringcarfpel aangegaan teprafteeren. Dat door hun uit dien hoofde met de Houders der Lyfrenten is aangegaan een accoord, volgens welke de-» zelve, voor eerst, hunne Lyfrenten een half jaar later ontfangen, en ten tweeden, een vierde van dezelve 's Jaarlyks tot na hun overlyden laaten ftaan, door welke fchikking veroorzaakt word, dat 'er Jaarlyks circa één Honderd guldens , komt «ver te fchieten. Dat uit al het geene tot dus verre is geavanceerd, zoo de Supplianten eerbiedig vértrouwen, ten duidelykften confteerd, dat, wanneer het voorfchr. Octroy, hetwelk als nu ftaat te expireeren, niet word gecontinueerd, als dan daar van het noodzakelykgevolg zal zyn , dat het jaarlyks Deficit van de Dorps-Kas van Haringcarfpel ruim vier duizend guldens zal bedraagen, waardoor men niet alleen aan de fchikking met de Houders der Lyfrenten, in die vaste hoop aangegaan, zoude kurrflen voldoen, en waardoor dezelve de vryheid zouden bekomen , om jaarlyks wederom hunne volle Lyfrenten , be* nevens bet agterftallige halfjaar te vorderen, maar waardoor ook cfe Finantiën van Haringcarfpel binnen kort geheel Infolvent en yolftrekt Reddeloos zouden worden , terwyl by continuatie van hetzelve Octroy 'er een gegrond vooruitzigt is, dat het Dorp van Haringcarfpel meter tyd,, op eene behoorlyke wyze van deszelfs drukkende Schulden zal ontflagen worden, £ Da?  C 16 ) Dat mitsdien de continuatie van hetzelve als nu geëxpireerd Octroy, hetxeenigst middel is, om de zoo zeer gedclabreerde Finantieele omftandigheden van het Dorp Haringcarfpel-te redden, en tevens om het ongeluk van veele Huisgezinnen, door eene buiten dat plaats moetende hebben Infolventie, te voorkomen. Weshalven zy Supplianten zich keeren tot Uiieden, eerbiediglyk verzoeken, dat het Uiieden goedgunstiglyk moge behagen, aan dezelve te verlenen continuatie van Octroy, voor den tyd van Vyftien Jaaren, of zoo veel meerder of minder tyd, als Gylieden zult goedvinden, om 's Jaarlyks ten behoeve van haare Dorps-Cas te heffen, vorderen en ontfangen , van ieder Morgen Lands onder de Heerlykheid van Haringcarfpel gelegen, twee en een halve, a drie Guldens, na dat de Lasten zulks zullen vorderen, en die Belasting des noods in te vorderen, by het Regt van parate Executie, zoo als men gewoon is de Gemeenelands Middelen te innen, en daarvan aan de Supplianten te verlenen continuatie van Octroy, in forma*. Dat dit Request op den 8. Maart van het Jaar 1797, ter voorfchreve Vergadering ingekomen zynde, hetzelve by appoïntemcnte is gefteld in handen van het toenmaalig Provintiaal Committé, om fpoedig advis. Dat door voorfchreve Provintiaal Commitié op den 8. April, aan dat appoïntement is voldaan, en een Advis op die Requeste is ingezonden, waarop door het voorfchreve Provintiaal Beftuur, aan den eenen kant de noodzakelykheid erkennende , dat 'er in deeze uood ', redding moest aangebragt worden, maar aan den anderen kant begrypende, volgens de aangenomene beginfelen geene Belastingen kunnen worden ingevoerd, voor dat die genen welke dezelve moeten opbrengen, daarop gehoord zyn, ten zeiven dage nog is gerefolveerd, dat aan de Municipaliteit van Haringcarfpel zal worden aangefchreeven om de gezamentlyke Ingelanden behoorlyk opteroepen en aan dezelve voorteftellen, of zy een tg ander middel zouden kunnen opgeven, dat even zeker werkende, en even weinig drukkende zoude zyn, om vervolgens van den uitflag daarvan, in de op eerstkomen-  de ordinaire Vergadering van het Provintiaal Beftuur be* richt intezenden. Dat de Requestranten aan dit Decreet, hetwelk by hun eerst op den au Mey was ontvangen, niet den meeten fpoed voldaan hebbende , de voorfz. oproeping der Inge4t.nden, op den 28. Juny van dat Jaar hebben gedaan, en bereids op den 29. Juny aan het voorfz. Provintiaal Beftuur, een bericht hebben toegezonden van den uitflag van dezelve; welk bericht wederom is gefteld in handen van het Provintiaal Committé, om te dienen van confideratiën en advis, en vau welk bericht hierachter een Copie geannexeerd is, waaruit Zal blyken, dat de Ingelanden, onder zekere Bepaalingen en Conditiën niet ongenegen waaren, voorfchreeve Belastingen op zich te nemen. Dat het voorfz. Provintiaal Committé op den 6. Oef-ober daaraanvolgende , andermaal op dit Request, en te gelyk op twee tegens het accordeeren van dit verzoek, door Ingezetenen en de Municipaliteit van Oud-Carfpel geprefenteerde Requesten, een Rapport heeft uitgebragt, het welk, zoo de Requestranten vernomen hebben, wel was favorabel voor de Requestranten, maar waaraan echter zodanige mitfen en bepaalingen gevoegd waren, dat daar door te gelyk aan alle de zwarigheden door foramige Ingelanden by gelegenheid van voorfz. oproepinge gemaakt, wierd te gemoet gekomen, en hetwelk met alle de daarby behoórende Stukken by appoinetement is gefteld, in handen van eene perfoneele Commisfie, beftaande uit de Burgers Temminck, Kosters en Pleterfe, dan welke , voor zoo veel de Requestranten bewust is, nooit Rapport van deeze Commisfie gedaan hebben,; En dat eindelyk op den'28. September van dit Jaar, de Requestranten, conform het advis Van de Commisfie tot de Kerkelyke zaaken en Oftroyen, vermits het verleenen van Octroyen niet meerder van de Competentie van het Intermediair Adminiftratief Beftuur Van htt voormaalig Gewest Holland is, zyn gerenvoyeerd, aan het "Wetgevend Lichaam des Bataaffchen Volks, waar door de Requestranten zich in eene allerneteligfte pofitie gebragt zien , vermits zoo als uit de mede hier agter geB a voe-  C ï8 ] voegde Lyst van de Capitaalen en Intresten van de Lyf-, Losrenten, en Tontinen kan blyken, de fchuld waar me- , de hun Dorp nog belast is, niet minder bedraagt, dan eene fomme vau feventig duyzend guldens, en zy daar het voorfz Octroy met het einde van het voorige jaar reeds geëindigt is, geen magt meer hebben, om van de Ingelanden eenigen omflag over de Landeryën tot betaaling der Interesfen van voorfz. fchuldv te heffen, vorderen of te ontfangen. Dat intusfehen de Intresten voor een groot gedeelte wederom voor dit jaar verfcheenen zynde, en eerlang allen zullende komenjte verfchynen, het zeer te dugten is, dat de houders van de Lyf- en Losrenten en Tontinnen, de Requestranten tot vóldoeninge van dezelve zullen aanfpreeken, het welk ten gevolge zal hebben, dat de Requestranten, buiten ftaat zynde, om zonder adfiltentie van de Eigenaars der Landeryën , de verfcheene Intresten te kunnen voldoen, de Finantiën van hun Dorp voor Infolvent zullen moeten verklaaren, en dus t gen hun wil, het ongeluk zullen moeten bewerken, van een aantal veelal bejaarde Perfoonen, welke rer goedertrouw een groot gedeelte van dat geene , het welk zy in hunne jeugd door zuuren Arbeid overgewonnen hadden, aan hun op Lyfrenten, en dus tegen hoger Intrest, als zy anders bekomen konden , hebben opgefchoten, tot merkelyk nadeel van hunne Èrfgenaamen, maar met dat vooruitzicht om op deeze wyze zich op den Ouden dag een zober beltaan te bezorgen, waar toe hun Capitaal op de gewoone wyze uitgezet, niet toereikende was. Welk Schandelyk Banquerout, en de daaruit natuurlyk voortvloeiende fchade, of ruïne vau zoo veele ter goedertrouwe geverfeerd hebbende byzondere Lieden, kan worden voorgekomen , indien de Requestranten door de Hoogst Geconftituëerde Macht gequalificeert worden, om van de Eigenaars der Landeryën onder de Jurisdictie van Haringcarfpel gelegen, aan welke de origine van deeze zoo enorm groot geworden fchuld te wyten is, en welke dienvolgende naar de regulen van regt en billykheid mede tot he: betaalen der Intresten, en insgelyks - - mede  [ *9 3 mede tot liet aflosfen der hoofdfommen gehouden zyn, eene dragelyke contributie of bydrage te vorderen; Om alle welke redenen de Requestranten eerbiedig vermeenende, dat door de oproeping der Ingelanden op last van het Provintiaal Beftuur van het voormaalig Gewest Holland gedaan, conform het 194. Articul der Staatsregeling, in zoo verre hetzelve op dit geval van applicatie mogt gerekent worden te zyn, is gehandeld, zich wenden tot Uiieden, met een allereerbiedigst, doch tevens aller dringendst verzoek, dat het Uiieden behaagen mogt, de Requestranten te authorifeeren om voor den tyd van vyftien jaaren, of zoo veel meerder of minder tyd, als 'Gylieden zult goedvinden, 'sjaarlyks ten behoeve van haare Dorps kas te hellen, vorderen en te ontfangen , van ieder Morgen Land, onder de Jurisdictie van Haringcarfpel geleegen, twee en een halve, a drie guldens, na dat de lasten zulks zullen vorderen, tntegaan met het expireerén van het voorgaande Oftrooy, zynde geweest den 31. December 1797. en die belasting des noods intevorderen by het recht van parate executie, zoo als men gewoon is de Gcmeene Middelen te innen; alles echter onder zodanige Conditiën en bepaalingen, als zouden kunnen ftrekken tot opheffing der zwaarigheden , door fommige Ingezetenen by gelegenheid van de voorfz. oproepinge gemaakt, en welke by het advis van het Provintiaal Committé van het voormaalig Gewest Holland , het welk door Uiieden des begeerende, zoude kunnen worden gerequireerd, reeds waren, of door Uiieden nader moeten worden bepaald, en dat deeze zaak uit hoofde van de groote presfansce en het reeds zoo zeer verloor pen jaar mogt worden befchouwd als een poinór. van onverwylde noodzaaklykheid; en dat de dispofitie door Uiieden daaroptenemen, mogte zyn zonder refumtie. 't Welk doende enz. C. KLEYN. Procureur. B 3 Me-  MEDEBURGERS! Ter berichting, krachtens het Extract uit de Decreetea Van het Provintiaal Beltuur van Holland, de dato 8. April 1797, en ontfangen by de Municipaliteit van Haringcarfpel den ai. Mey, aangaande de continuatie van haar Octroy, wegens het Landfchot, waarby van voorfz. Municipaliteit gerequireerd word, dat zy de Ingelanden behoorlyk zouden oproepen, gelyk gedaan is den 28,Juny, haar den inhoud van het Decreet voorleezeiide , en te hoor ren of zy een weg konden aanwyzcn, even zeker werkende, even weinig drukkende, dan die by haar thans werkend Octroy van Landfchot ten behoeve van haar Dorps Kas is bepaald, dient, dat de faam vergaderde Ingelanden aan de Municipaliteit hebben geproponeerd dee^e navolgende aanmerkinge. i°. Dat die ƒ21102- 8 -12 in haar Octroy vervat, welke van den jaare 1700 af tot den jaare 1734 incluis, uit de Dorps-Kas aan de Kerke-Kas, ten voldoening van 's Lands lasten, eerst buioore te worden voldaan aan de Dorps-Kas, eer zy over een zeker werkende weg kunnen fpreeken , echter het gemaklvk zoude betaalen na evenredigheid der Landen in de nieuwe Meeren daar mede onder be» grepen. s°. Een Burger van O ud-Carspel, fpreeken de uit aller naam van dié van Oud-Carspel, alle Ingelanden zvr„ de van Haring-Cr.r^pe!', proponeerende dat zy niet bevoegt waren de fchuld van Haring-Carspel mede te betaalen, ziende daaraf om reden zy een ReT quest daar over hadden geprefenteerd, waarop nog geen uitflag was, welke propofitie by de Municipaliteit en ook by meerder Ingelanden wierd begrepen, niet te zouden kunnen beltaan, en men het Landfchot dan overal zoude kunnen weigeren, ook dat de Ingezetenen daarvan vry kunnende, uit Haring-Carspel zoude vertrekken, en haare Landen verhuuren. q?? Wierd by andere begrepen, dat wanneer't Land, ' fclv>t over de Landen na proportie en evenredigheid dpr Landen wierd betaald, en de Meeren daar onder  ( 21 ) onder, ook Gars, of Morgens-gelyk, dat dit de gefehiktfte weg ter redding zoude zyn, echter begeerde zv de voornoemde ƒ«io2-8-1* te hebben in Dorps-Kas; de Municipaliteit ftemde haar die zaak wel toe, maar wist dien aangaande geen weg ter redding, en durven verklaaren, dat de Kas der Kerk ook in armoedige ftaat is, en de rembourfenV dier gelden daar voor geheel onmooglyk, laatende het alles aan de wyze voorziening van UI over; meinende hier mede ter berichting te hebben voldaan; beveelende UI. in de befcherminge Godes, haar noemende, na toewenfching van Heil. Medeburgers! Uw Medeburgers de Municipaliteit yan Haringcarfpel, (finderftond) Ter Ordonnantie, van dezelve, (Was geteekend) Haringcarfpel L. MOLENAAR, Secr. den 29. Juny 1797» Bylaag omtrent die f21102 - 8 -12. Wanneer het gerequireerd werd bewysftukken by te brenVen, omtrent voorfz. fom, zullen waarfchynlyk Kerkmeesteren zich in ftaat bevinden die zaak zoo te verdedigen dat van tyd tot tyd meerder gelden zyn betaald uit de Kerke-Kas ten behoeve van het Dorp, dan de voorfchieting van het Dorp is bedragende aan de Kerk, dat by nadele rcquifitie behoorlyk zal moeten blyken. B 4 LYSTE  L 3 LTSTE van de Capitaalen en Interesfen van de Lyf- Losrenten en Tontine, als mede de \ Keduttle der Intereste, welke federt July 1792. aan de Eigenaars niet is betaald. Naamen der Eigenaars. Cap. Litrcste. Lyfr. Hark Krygsman . . . ■. f 1000 ƒ So- c- o Maart je Corst .... - 1000 - 8 c- o- o —■ jan Brandenburg . . t » 900 - 78-15- o * Vrouwtje Mèdenblik . . - 600 - 48- o- o — "Jan Criege en Vrouw » - 4500 - 367-10- o Wynanda Pot .... - 500 - 4c- c- o ——— Klaas Westervoort .*.■<■ 2000 - 120- o- o Maart je Courer . . . - » - 300 - 18-0-0 " Sufannü van de Gronde . - icoo - 90- c- o Joh. Reytsma .... - 2000 - 160- o- o —Hend. Kfiege . . » . - 3000 - 257-10- o Margaretha Hatenberg . - 1000 - 80- o- o ' -rfngtje Slamp .... - 1600 - 147-10- o —Jan Kuyt ..»...- 3060 - 235- c- o Catharina Groodzand . . - iooo - 75- o- o " Maria Bost - 1000 - 70- o- o « Gysb. van der Zoest . . - 2000 - 170- o- o -*—Ciara van Doorn ... - 1000 - 65- o- o -> Hark Krygsman .... - 1000 - 95-0-0 GysLa. Ver/leeg .... - 2000 - 170- o- o C. Klinkenberg .... - 1400 - 112- o- o " P. Pi Clos ..... - icoo » 95- o- o Jacom. van dc;% Berg . . - 1000 - 60- c- o • Grietje Hoogcarfoel » . - 1000 - 75- o- o Aaltje Barnevekt ... . 2000 - 140- o- o «—1— Aiwa Otten 003 - 63- o- o de Tontine .... . . 20000 - 800- o- o Lbsr. Diaconie Haringcarfpel . - 4500 - 135- e- 0 de Erven Grietje Ditks . - 1^50 - 55-10- o « Ts Roodjes . . ... - 300 - 9-0-0 " ■ Regenten » • 4 » « . - 900 - 27- o- o ƒ65250 /40I8-I5- 4  £ ^3 1 Cup. Int; Tranfport Cap. en Int. ƒ65250. ƒ40J.8-I5- & Hier by komt nog aan fchuld de \ Reductie der Lyfrenten eri Tontine, 't welk federt primo July 1792. tot primo July 1798niet is voldaan, en bedraagt by den anderen gerekend, een fom van ƒ 5628. D'e Schuld geheel ƒ 70878. De Intresfen zyn, die betaald moeten worden -x 4018-15- O Stél dat hier by komt aan Traktementen, Arbeidsloonen enz., nog ..... . 600- o- ö Na 't volle te betaalen ..... ƒ4618-15- o Met berekening van de \ Reductie, en zo men zedert 1792. heeft betaald, zoude men 'sjaars thans moeten betaalen, buiten affterving een fom van ƒ 3700- o- es Met continuatie van 't Octroy en verdere ïnkomften, kan men bekomen aan Contanten ƒ4100- o- o Dus zoude 't overfchot zyn .... 400- o- JTe mu t &stti evenredige verdeeling gegCfCïfwordt als zy bv hun Request zich in deezer maakt Wordt, a S zy J SchMe„, die ten laste van ^S^nanTuTiosten van Bedingen of andere rv fn TtLand betref ende, waren voorgekomen, e» d* Werken, h^Zs ^lëvénredigd geweest na de waarde der de Ingezetenen van di» plaats , jucti Bfltiftgen w  C 31 ] kkcurige berooving van wettig eigendom, wanneer zy door het betaalen van Landfchot, totaflosfing van Schulden, welke ten behoeve hunner Landeryën gemaakt zyn, contribuëeren; van geen meerder ge wig t is ook het argument, het welk in beide Requesten, fchoon in verfchillende termen, is bygebragt; dat van de Ingezetenen van Har'ngcarfpel, die onder Oud-carfpel Landeryën hebben , niets gevorderd wordt tot betaaling van de Burgerlasten, en dus, dat zy zich met reden beklagen kunnen , dat door die van Haringcarfpel van hun belasting gevorderd wordt, tot onderhoud van al het geen de Burgerlyke voorrechten betreft, ja zelfs tot aflosfing van hunne oude Schulden; want voor eerst haan de gevallen tusfchen deeze twee plaatfeu niet gelyk, daar die van Oudcarfpel, zoo zy tot betaaling der Verponding van de in hunne Jurisdictie liggende Landeryën, immer gelden genegotiëerd hadden , met het zelfde recht Landfchot van alle Eigenaars der Landen , onverfchillig waar woonachtig, zoude kunnen vorderen, als die van Haringcarfpel, nu met alleen van hun, maar van elk die Land-Eigenaar m hunnen Banne is, gedaan hebben, en verder verzoeken te mogen doen; maar ook ten tweede wordt uit dat Landfchot niet alles betaalt, bet welk te Haringcarfpel te betaalen is, /vermits uit het advis van de Municipaliteit van Haringcarfpel ten duidelykfte blykt dat buiten dat Landfchot de ïnkomften, waar uit de Burgerbelastingen betaald worden, bedraagen ruim elf honderd guldens; en het blykt ter contrarie, dat 'er ten opzichte van de klagende Ingezetenen van Oudcarfpel iets meer of anders plaats heeft, dan (zoo als by hun Request word opgegeven) dat hunne Landeryën aan de Oostzyde, en niet aan de Westzvde van Oud-barfpel gelegen zyn. r Daar nii alle verdere -argumenten, in de twee Requesten voorkomende, op dezelve fautive grond gebouwd zyn, en op dezelve kunnen opgelost worden, meent het Committé dat het Ulieder attentie noodeloos zoude bezig houden, indien het die alle wilden in het midden brengen, en vervolgens refuteeren, waarom hetzelve veel bever uit het tot dus. ver beredeneerde, dat wettig be* fluit zal opmaken; B ' „ Dat  * Dat, noch door de opgeroepen Ingelanden van Ha* i ïiHRcarJpeli noch door de reipeftive Requestranten * éerfge valide gronden zyn geallegeerd ,waarom het " Committé zoude vermenen , dat deszelfs advis door " Uiieden niet zoude behooren te worden gevolgd: en de " continuatie van het Octroy niet onder eenige bepaahngen zo de kunnen, en ook, uit hoofde van den dringenden " nood en volftrekt onvermogen, om aan de ten bc" hoeve der Landeryën gemaakte engagementen te vol" doen , waarin de Municipaliteit van Haringcarfpel * zich bevind, behooren te worden geaccordeerd.'. " En het is om alle deeze redenen, dat het Committé, Uiieden op dit bericht, en de voorfz. twee Requesten, zuS van advis, gemeend heeft by hun op den 8 Anril 1. 1. ingezonden advis te moeten perfiftccren en dienvolgens van gedachten zyn zoude, dat GyHeden, disponeerende op het door Uiieden op den o. Aprïl 1 in advis gehouden, en dus onder Uiieden berustende Request van de Municipaliteit van Haring» SS, waar van wy een fimpel affchnft hier nevens zenden, het verzoek daarby gedaan, in zoo verre zoudt kunnen accordeeren, dat aan de Municipahte.t van Haringcarrpel zoude kunnen worden verleend continuatie van óXv voor den tyd van tien jaaren, integaan met den Hare 1707, om 's jaarlyks ten behoeve van hunne DorpsKasfe van' de Lalden" onder de Heerlykheid van rineearlhel gelegen, eene fom vau f 3000 Gl., te netS voïdeiln en ontvangen , tot fuppletie van het tekort van hunne gewoone inkomtten, mits/iaooGl. bedragen» de of tot die fom door eene perfoneele omflag over de Bu'-ery van Haringcarfpel 's jaarlyks gebragt wordende, provifioneel en tot dat het Committé Provinciaal of zoo* danig Collegie als hetwelke deszelfs werkzaamheden zoudV mogen vervangen zal oordeelen, dat daarin eene vermindering zoude behooren plaats tc hebben van ieder Morgen Lands onder de Heerlykheid van Haringcanpel Sleeën, zoodanige fom, als door Commistansfen uit de Municipaliteit en uit de Ingelanden te verkiezen, na pro* nortie en evenredigheid van de waarde der Landen over ieder Morgen tot vinding van voorfz. fom zal worden o -  C 33 ] gefiagen, en deeze omflag in te vorderen by mme. executie, zoo als men gewoon is de Gemeenelands Middelen te innen; alles echter onder deeze fpeciaale mitlèn en conditiën; vooreerst-: dat de Requestranten dit te verleenen Oétroy zullen doen drukken, en aan den Volke, door hetzelve te doen publiceeren en affigecren , bekend maaken; ten tweeden: dat de Municipaliteit van Haringcarspel van Kerkmeesteren van de Gereformeerde Gemeente te Hartngcarspel, ten behoeve van de Dorps-Kasfe zullen terugvorderen, zoodanige Penningen, als voorfz. Kerkmeesteren na aftrek van deugdclyk bevondene contrapra> tenfiën bevonden zullen worden, in hunne voorfz. qualiteit aan de Dorps-Kasfe fchuldig te zyn; ten derden: dat de Municipaliteit van Hartngcarspel, jaarlyks, binnen een maand na dat dezelve zal zyn gedaan en gefloten aan het Provinciaal Committé ter approbatie zal overzenden Copie van de Dorps-Rekening, benevens een ftaat van de fchulden, waar mede het voorfz. Dorp nog is belast; en eindelyk: de door Commisfarisfen uit de Municipaliteit en Ingelanden geformeerde quotifatie der refpective Morgens tot opbrenging van hun aandeel in de voorfz. ƒ3000 GL; ten einde het Committé voorfz. daar uit zal kunnen opmaaken of alles binnen voorfz. Dorpe behoorlyk worde gedirigeerd, of'er zoo ten opzichte van de opbrengst der Burger belastinge, als ten opzichte van het Landfchot, conform het Oétxoy worde gehandeld; en eindelyk, of'er, zoo door het overlyden van de Trekkers der Lyfrenten, als anders, ook termen mogten zyn, dat de voorfz. fom vaa ƒ3000 Gl. zoude kunnen worden verminderd, waar toe het Committé geduurende de loop van het Oétroy door Uiieden zoude behooren gequaliticeerd te worden; tea vierden: dat de Municipaliteit van Haringcarspel zal behooren naartekomen en in het werk te ftellen, zoodanige remarques van bezuiniging of betere directie, als aan dezelve door het Provinciaal Committé zouden mogen worden opgegeven; ten vyfden: dat de Municipaliteit van Haringcarfpel, niet zal vermogen eenige Negociatiën van Pen» ningen, geduurende den loop van dat Octroy te doen, of eenige Procesfen voor het Dorp te voeren; dan na alvoorens daar toe fpeciale authorifatie van het Provinciaal  I 34 ] aal Committé te hebben verzogt en bekoomen, alles op pcene van een of meer van deeze mitfen niet naarkpmende, het gunftig effeér. van dit Oétroy |te zullen verliezen ; en dat in diervoegen daar van aan "de Requestranten Oétroy zoude behooren te worden gegeven in optjma formd; terwyl dc verzoeken zoo van de Municipaliteit als van de Ingezetenen van Oudcarfpel, daar door kunnen gereekend worden te zyn vervallen. Edoch refereert zich het Committé aan Ulieder beter «ordeel. Heil en Broederfchap! Het Provinciaal Commitré voornt, JOOST ROMSWINCKEL, vt. Ter Ordonnantie van hetzelve J. F. LEEMANS,  C i ) BYLAGE, beboerende tot de befluiten van den 3. Mey 1790. BURGERS REPRESENTANTEN! Dirk Klinkenberg Dz., cum fuis, allen woonende te Leyden, hebben zich in de Maand Maart laatstleden by Requeste aan deeze Kamer gcadresi'eerd, in qualiteit, als by het Committé van algemeen belang aangefteld zynde tot provifioneele Commisfarisfen over het geweezen Timmerlieden en Metzelaars Gilde, binnen dc gemelde Stad, cn.daar by om de geallegueerde redenen verzocht, dat het aan het Vertegenwoordigend Lichaam zoude mogen behagen, om, voorzoo veel des noods, by interpretatie der Publicatièu van het Uitvoerend Bewind, van den 5. (Jetoberen 24. December 1798. betrekkelyk de vernietigde Gilden geëmaneerd, te willen verklaaren,dat de bekeuringen en interdictiën ter zaake der overtreedingen van de als noofubflltcerendc Placaten , Ordonnantiën cn Keuren der geweezene Gilden, door de Commisfarisfen over dezelven gedaan, en, door de Plaatfelvke Committés van algemeen belang of andere Collegiën van Policie gewettigd, voortaan niet zullen zyn onderworpen aan de gewoone Justitie ; of wel door eene uitdrukkelyke Wet te willen bepaalen, in hoe verre de bekeuringen en interdictiën ter zaake van overtreedingen, begaan door Lieden, welken noch bevorens volgens de aanwezige Ordonnantiën op de gewezene Gilden , tot het maaken van zeeker Werk by dezelve Ordonnantiën bepaald, bevoegd , noch daartoe door het gemelde Vertegenwoordigend Lichaam toegelaaten zullen zyn, al of niet kunnen zyn een onderwerp der gewoone Rechtspleging; en dat inmiddels, en hangende'de deliberatiën, over het voorfz. tweeledig verzoek, aan hun Requestranten in derzelver voorfz. qualiteit moge worden verleend furcheance van zekere Procedures, tegen hun geëntameerd door Hendrik de Haas, en door de Eigenaars van zeeker A ge-  C * ) gebouw binnen'de gemelde Stad Leyden, voor Gecommitteerde Vreédemakers dier Stad, ter zaake van de bekeuring van den gemelden H, de Haas, uit hoofde dat hy , hoewel flegts Whwerker, en dus volgens het 3. en II, Art 'der Ordonnantie van het bovengemelde Gilde met vermogende eenig Timmer of Metzelwerk te maaken, voor al niet,' zonder een behoorlyke Proef te hebben gedaan, öp verbeurte van ƒ 25.., echter aan zeker Gebouw, Metzelaars en Timmerwerk verricht, en insgelyks eemgen zyner. Knegts daar toe gebruikt hadt, flrydlg met het ifte Articul der voorfz. Ordonnantie , enter zaake, datzy Requestranten al mede aan de Eigenaars van het gemeld Gebouw hadden geïnterdiceerd, om de voorfz. onbevoegde Perfoonen iri dat werk te laaten voortgaan. en zulks ten einde de zaak in verfchil intusfehen niet buiten haar geheel «ebragt, noch ook de Requestranten van hun vermeend o-oed recht zouden verffoken , of over een en dezelfde zaak door twee geiyktvdige Procedures gematteerd worden. 1 Het behaagde Uiieden daarop, by befluit vau den 19. der gemelde Maand Maart, om , na voorafgegaane verklaring van onverwylde noodzaaklykheid, hangende de deliberatiën van het Vertegenwoordigend Lichaam over het voorfz. tweeledig verzoek der Requestranten, te verkenen'furchenrce van de Procedures tegens hun Requestranten tei zaake voorfz. voor Gecommitteerde Vredemakers, binnen de Stad leydën geëntameerd, en voorts (na dc bekrachtiging'van de gemelde furcheance, door dc Tweede jfeWfVdé voórfz. Requeste en Byiagen, in originali, te fielten in handen'van dc Burgers RepraéfentahteU Hartevelt, en verdere Gecommitteerden,'relatief Art. 53. der afcemeèriebeginzelen van de Staatsregeling, om betreffenHe het meergemelde tweeledig verzoek, der Vergadering te dienen van cohfideratien en advis. • 'Uwe'Commisfie, aan den haar opgedragen last als nu zullende voldoen, móet devryhéfd neemen van Uwl.voorIfquodadfacJum te doen opmerken, dat, gélyk aan haaf. tik een Extract uit de Refolutiën van het Committé van Ilgemeèn belang der Stad Leyden gebleeken is, Hendrik ''ie Haas, woonende aan dc Nieuwftraat te Leyden (offchoofl Süteenlvk het Witwerkers Ambacht exerceereudc) alsTimW! < ; '.v - nier-  C 3 3 nierman, en tevens als Metzelaar;, bewerkte ,of onder zich' als zoodanig, tot eenen Stal liét bewerken, zeker.Huis, lhaande en gelegen op de Langegraft aldaar, en aan hem Hendrik de Haas, Jacob van Leeuwen eh Pieter de Moed' toebehooreridé. Dat de provifioneele Commisfarisfen tot de zaaken van het vernietigde Timmermans en Metzelaars Gilde te Leyden, zich hebben laaten voorftaari, dat zoodanigehandëlwyze firydig was, tegens de Ordonnantie op hef gezegde voormaalig Gilde; voor eerst, om dat niemand als Timmermans Baas zoude mogenageeren, of daarvoor liaan,' dan alleenlyk 'een vry Bleester, welke ten dien einde proef hadt gedaan, en ten anderen, om dat daarenboven een Timmermans Baas zelfs dan noch niet als Mctzelaar zoude mogen werken of laaten werken,, en dat hy de Haas mitsdien in die beide gevallen de hier vorengemelde Ordonnantie zoude hebben overtreeden. De gemelde provifioneele Commisfarisfen hebben deswegens vermeend, dat de gemelde de Haas uit dien hoofde zoude zyn vervallen in £cne boete van 25. Guldens, byde Gilde-Keuren bepaald., ten laste van den geenen, dieMetZelaars- of Timmerwerk zoude mogen verrichten , zonder èene behoorlyke proef te hebben gedaan , gelyk zy dan ook deeze boete van hem de Haas afgevorderd, en daarënboven aan 'e Eigenaars van het voorzegd Gebouw geïnterdiceerd hebben , om de Perfoonen , die zy daar toe onbevoegd oordeelden, met dat werk te laaten voortgaan. —— De bekeurde ondertusfehen onwillig zynde geweest, om die boete te betaalen , hebben de voornoemde provifioneele Commisfarisfen zich deswegens beklaagd by het Committé vari algemeen belang der Stad Leyden, met zoodanig gevolg, dat de evengedagte Hendrik de Haas daar op gehoord zynde, wel bekend heeft, zich als Timmerman te hebben aangefteld in het bewerken van het voofgedagte Huis, doch daarentegen heeft beweerd, dat hy zulks zeer wel moclite doen, nadien het meergemelde Huis voor een'; gedeelte, zyn eigendom Was. èn daarenboven , zoo by de Staatsregeling, als b'y de Publicatie van het Uitvoerend Bewind, in dato den 5. October 1798. de Gilden, voor at in een zoodanig geval, zouden vernietigd zyn', terwyl hy' É, z voorts  C 4 ) voorts ontkende als Metzelaars-Baas gefungeerd te hebben. De provifioneele Commisfarisfen vervolgens, op de afvraging van het voorfz. Committé van algemeen belang, verklaard, en (zoo als by de hier vooren gemelde Extract Refolutie gezegd wordt) aangetoond hebbende, dat de door den meergemelden Hendrik de Haas erkende daad moest befchoiuvd worden, als ftrydig tegens de goede Politie, heeft hetzelve Committé, in aanmerking nemende, dat, ingevolge de Publicatie van het Uitvoerend Bewind, in dato den 24. December 1798., de Keuren en Ordonnantiën, dienende tot bevordering der goede Politie, moeten naargekomen , en gehandhaafd worden, goedgevonden, om denzelven de Haas aan te zeggen, dat, daar hy zich ter zaake voorfz. zoude hebben vergreepen, tegens de twee eerfte Articulen der Ordonnantie van het voormaalig Timmermans- en Metzelaars-Gilde, als welken tot het evengedachte heilzaam oogmerk waren ftrekkende, hy dienvolgens zich voordaan van deeze en diergelyke daaden zoude hebben te onthouden : wordende aan de Provifioneele Commisfarisfen omtrent dit een en ander aanbevolen, de verdere obfervantie derzelve Ordonnantie, als ook het invorderen der boete, die in deezen door Hendrik de Haas zoude verbeurd zyn. De bekeurde Hendrik de Haas, en de respective Eigenaars van het hier voren gedagte gebouw, wel verre van zich fe gedragen naar het begrip van het Committé van algemeen belang, zyn daarentegen te rade geworden, om voor de Gecommitteerde Vredemakers zodanige Procedures tegjns de meergemelde provifioneele Commisfarisfen te onderneemen. als bereids hier voren zyn. gemeld, doch van welken zy vervolgens by Decreet van het Vertegen, woordigend Lichaam provifioneele furcheance hebben verkreegen. — Hoe zeer het eigenlyk tot onze werkzaamheden geenzins behoord, om ons in te laten in eene beöordeeling van zodanige zaken , of quaestiën, welken aan het Rechterlyk oordeel onderworpen zyn, kan uwe Commisfie zich echter in het geval voorhanden ( daar het aankomt op het verftand, 'cn de obfervantie van de Decreeten door het Ver-  ( 5 ) Vertegenwoordigend Lichaam, met opzichte tot de vernietigde Gilden genomen, en de daar uit voortgevloeide Publicatiën van het Uitvoerend Bewind), jniet dispenfeeren van UI. te doen opmerken. Dat zyde calange van Provifioneele Commisfarisfen tot de zaken van het gewezen Timmermans- en MetzelaarsGilde te Leyden, aan den duidelyken letter der Publicatiën van het Uitvoerend Bewind, in datis den 5. October en den 24. December 1798., welke ten tyde van de meergedagte bekeuring reeds voorhandenwaren, getoetst hebbende, het haar aan de eene zyde is voorgekomen, dat zoo wel de voornoemde Commisfarisfen, als vervolgens ook het Committé van algemeen belang zich in derzelver adplicatie merkelyk hebben geabufeerd, voor zoo verre deeze bekeuring is gefchied, uit krachte der Ordonnantie op het voormaalig Timmermans Gilde, en wel eerftelyk op fundament, dat niemand als Timmermans Baas zoude mogen ageeren, of daar voor (taan, dan een Vrymeester, welke ten dien einde een proef hadt gedaan, mitsgaders in de tweede plaats uit hoofde, dat een Timmermans baas, zelfs dan noch niet als Metzelaar zoude mogen werken, of laten werken. Om UI. van de gegrondheid deezer reflexie te overtuigen, behoefd uwe Commisfie UI. alleenlyk te herinneren, eerftelyk, dat by het 53. Articul vau de algemeene beginzelen onzer Staatsregeling met even zoo veele woorden zynde vastgelteld , dat alle Gilden, Corporatiën , o f Broederschappen van Neeringen, Ambachten, of Fabrie* ken zyn vervallen,, en dat daar by aan ieder Burger, in welke plaats ook w'oonagtig, het recht is toegekend, om zodanige Fabriek of Trafiek opterichten, of zoodanig eerlyk bedryf aan te vangen, als hy verkiezen zal, vervolgens by de Publicatie van den 5. October 1798., aan de provifioneele Commisfarisfen over de zaaken der vernietigde Gilden alleen is bevolen, om te zorgen, dat, hangende de deliberatiën van het Vertegenwoordigend Lichaam, over deeze belangryke zaak, de Placaten, Ordonnantiën , en K?uren, voor zoo verre zy hunne betrekking hebben tot de goede Politie, ter vermyding van alle wanorde, en tot voorkoming van alle fchade, die anderszins aan 'i'Landt Financiën zoude kunnen worden toegebragt, fliptelyk moeten worden nagekomen, tot tyd en wylen, door het gemelde Lichaam daar in nader zoude A 3 zyn  ( * ) gm voorzien; ten tweedent dat by de Publicatie van deri ai. December des gemelden jaars uitdrukkelykelyk is verklaard , dat- het aan alle Ingezetenen in deeze Republiek, zonder onderfcheid, vry ftaat, en dienvolgende moet worden toegelaten, om alle Neeringen, Ambachten , of Kostwinningen:, welke zy voor hunne eigene rekening en profyt, of ah Knechts , of Werkgasten, zouden willen by de hand neemen , dadelyk te exerceer en, onder zodanige mits en bepaling, als daar by verder is gemeld. Dat dienvolgende het begrip , waar in de provifioneele Commisfarisfen over het vernietigd Timmermans- en Metzelaars-Gilde te Leyden hebben geverfeerd, dat als nog van de geenen, die eenige Neering, Ambacht of Bedryf voor eigene rekening zouden wiileu uitoeffenen, zoude konnen gevorderd worden, het doen of maken van zodanige Proeven, of Proefwerken , als bevorens volgens de vernietigde Gildewetten, verëischt wierden , ten eenenmaale ongegrond is, alzoo het nimmer de intentie van het Vertegenwoordigend Lichaam is geweest, of zonder op het vastgeftelde by de Staatsregeling direct te impiëteeren , zoude kunnen geweest zyn, om by deszelfs Decreet, het welk by de Publicatie van den 5. October 1798. ter kennisfe van den Volke is gebragt, het doen dier proeven te begrypen onder de Placaten, Ordonnantiën en Keuren, welken betrekking hebben tot de goede Politie. Trouwens ,het Vertegenwoordigend Lichaam heelt dienaangaande deszelfs begrip en welmeening nog nader gemanifesteerd, by het Decreet, het welk by Publicatie van het Uitvoerend Bewind, van den 28. Maart laatstleden, en dus na dat de Requestranten zich aan deeze Kamer vervoegd hadden, ter kennis van den Volke is gebragt, als behelzende, onder anderen, dat van nu voor daan geene Proeven óf Proefwerken, hoegenaamd, noch door de provifioneele Commisfarisfen over de vernietigde Gilden, noch door iemand anders, van eenige Ingezetenen, die eenige Neering , Ambacht, Trafiek of Bedryf, waartoe zoortgelyke Proeven bevorens, volgens de geëxteerd hebbende , doch als nu vernietigde Gildewetten, verëischt wier den, en veel minder de voldoening van eenige kosten,onder welk prat ext zulks ook zoude mogen zyn , ter zaake of uit hoofde van het beginnen eener Nesrins,, Ambacht, Trafiek of Bedryf, zullen mogen g*«  C 7 ) ■gevórderd worden direct of indirect; op pcene, dat die gé;~* nen, die zich zouden mogen vérftouten, om van éi voordaan iets diergelyks wederom te vorderen, naar. bevind van zaken, zullen worden gecorrigeerd, en dat Wyddrs alles , wat deswegens na de Publicatie van den 5. October 1798; zal zyn betaald, door de Perfoneni die de Penningen, daar uit gl próveniëerd zynde , onder zich hitèben gefiagen , aan de geenen, van welken zulks is afgevorderd 'ff dadelyk zal moeten gerestituëerd worden. De Commisfie zoude UI. atteritie misbruiken 3 indien zy zich na Ui. den duidelyken ietter vari de Staatsreling, en de vervolgens geëmaneerde Wetten herinnerd te hebben, nog verder be/.ig hieklt met een betoog der ongepastheid van de qua.-stieufe bekeuring, zoo verre zy berust heeft op de Gilde-wetteh, die het döen vari Pröevetl, en het aannemen van een Ingezeten onder de Claslë der zoogezegde Vrymeesters, bevorens gevorderd hebben , alvorens hy tot de uitöefFening van eenig handwerk bevoegd was; terwyl de n.eergeda'chteprdvifiöneeleCommisfarisfen , en het Committé van algemeen belang binnen de Stad Leyden, althans, na dat de laatstgedachte Publicatie ter hunner kennis gekomen is, aan de erfdneusheid deiopinie, waarin zyin voege voorfchreeven geverfeerd hebben, niet meerder zuilen konncn twyfflen; . Even weinig kan, naar liet inzien Ü.ver CóriiriisTië, de tweede grond, waar op de questieuië bekeuring is gei'chiedt, (dat namelyk een Ingezeten niet tevens als Timmerman, en als Metzelaar zoude konnen fungeeren) met de Staatsregeling, bf met de meergedachte Publicatiën worden avereen gebragt , wanneer de zodanige Hechts aaii het voorfchrift der Publicatie van den 24. December des voorleederi jaars in het een en ander opzicht heeft voldaan; terwyl zy voor het overige vermeend, dat het geenzins tot haar Departement behoord, om te onderzoeken, of, en in hoe verre de verdere defenfiën door den bekeurden Hendrik de Haas by het Committé van algemeen belang tegens de gedane catange geallegeëfd, dat hy namelyk geen Metzei-, maar alleen Timmerwerk zoude hebben verricht, en inzonderheid, dat hy voor een derde mede eigenaar zynde van dat Gebouw; waar aan hy als Timmerpan badt gewerkt, of doen werken, mitsdien niet zoude A 4 zyrt  C 8 ) zvn vervallen in de poenaliteiten by de dne eerfte Articulen van de Ordonnantie op bet Timmermans Gilde geltatuêerd, hem ten dien opzichte, al ot nietzouden-kunnen te llade komen. . Uwe Commisfie kan evenwel aan den anderen Kant, met geen Itilzwvgenpasfeeren, dat het haar niet gebleeken is, dat 3e gecalangeerde Hendrik de Haas, zoo verre hy als Timmerman of Metzelaar zoude hebben gefungeerd, en h»m zulks ten opzichte van een Gebouw, waarvan hy mede Eigenaar was, niet heeft vrygefiaan, zoude, hebben voldaan aan het voorfchrift der zoo even gementioneerde Publicatie van den 24- December laatstleden, dat namehk, zoo verre "omtrent zommige Naringen,- Ambachten of Kostwinningen, eenige Placaaten, Ordonnantiën of keuren tot de goede Politie betrekking hebbende, voorhanden zyn rgelyk zekerlvk ten opzichte van de Timmermans en Metzelaars Ambachten het geval is,) alle de Perfoonen, die dusdanige Ambachten, enz. voor hunne eigene rekeningen profyt, of.ah Knegfs of Werkgasten, zouden willen by Je hand nemen', alvorens dezelve te beginnen, gehouden zuUii Zyn zich aan te melden by het Gemeente-Beftuur, en by ae Provifioneele Commisfarisfen , uit krachte der meergemelde Publicatie van den 5. October des jaars 1798, aangefteld, en zich fchriftelyk. te verbinden, om de voorfz. Wetten fliptehh naar te komen en te obftrveeren, tot zoo lange bf het t ertesenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks deswegens nader- zal zyn voorzien; - en het is haar deswegens toegefcheenen, dat de zoo dikwyls gemelde provifioneele Commisfarisfen welligt in het voorfz. geval met meerderen grond, op dit zoo uitdrukkelyk voorfchrift der geëmaneerde Wet, hunne calange zouden hebben konnen iun- deeren. . , Van eenen anderen aart, en van meerder belang is het te kennen geven van de Requestranten by hun voorfz. Adres, dat het een hardigheid zoude zyn , en niet anders, dan de nadecligfie gevolgen zoude kunnen te weeg brengen, by ai Hen de Provifioneele Commisfarisfen over de vernietigde Gilden wanneer zy zich verplicht oordeelden, om, volgens het voorfchrift der Publicatie van den 5. October 1798. te waken, en te zorgen, dat de Placaten , Ordonnantiën en Keuren, voor zoo verre zy hunne betrekking- neb-  C 9 ) hebben tot de goede Policie , hangende de deliberatiën van het Vertegenwoordigend Lichaam , over het geen tot in werking brengen van het 53. Articul'van de Algemeene Beginzelen der Staatsregeling, ftiptelyk worden naargekomen, aan langduurige en kostbaare Procedures met zoodanige Ingezetenen , welken befchuldigd worden dezelven te hebben overtrceden, zouden worden blootgefield, zoo als in het geval voorhanden met de daad zoude plaats hebben, wanneer de Provifioneele Commisfarisfen over het vernietigde Timmermans en Metzelaars Gilde, genoodzaakt wierden, om zich zoo wel met den bekeurden Hendrik de Haas, als met de gezamentlyke Eigenaareri van het Gebouw, waaraan het quaestieule Timmermans of Metzelaars werk is verricht , zouden moeten inlaaten in twee afzonderlylte Procesfen of inftantiën, eerst voor Gecommitteerde Vreedemaakers, en vervolgens, ingevalle de ontflaane differenten niet in der minne mochten verenend worden, voor het Collegie van Juftitie der Stad Leyden. Ondertusfchen is het aan uwe Commisfie voorgekomen, dat by de tot hier toe geëmaneerde Wetten niet uitdruk-' kelyk is bepaald , op hoedanige wyze in diergelyke gevallen zoude worden geprocedeerd, doch dat het niettemin hoogstnoodzaakiyk is , alle bedenkingen en zwaarigheden , desaangaande, uit den weg te ruimen, mitsgaders eene vaste Cynofure , omtrent eene zoo aangeiegene zaak voor het vervolg daartefte'len. Het is dan ook uit dien hoofde, dat uwe Commisfie de vryheid neemt aan UI. beter oordeel te fubmitteeren het navolgend Concept-befluit, waarin tevens vervat zyn, de redenen en gronden, die haar rot eene zoodanige verordening hebben bewogen, terwyl zy tevens geoordeeld heeft, UI. te moeten voorftellen het neemen van'zoodanige verdere maatregulen, als volgends haare gedagten , hoogstnoodzaakelyk zyn, om het 53. Articul van de Algemeene Beginzelen der Staatsregeling, alomme op eenen eenparige» voet, en met den verëischten fpoed, in werking te brengen. De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam, gezien en geëxamineerd hebbende, de Requeste vaDirk Klinkenberg, Dz. c. f., allen woonende te Leyden, iri A 5 qua-  C io ) qualiteit als by het Committé van Algemeen Belang r.ldaar aangefteld zynde tot Provifioneele Comm.stanstcn over ■ net geweezen Timmerlieden en Metzelaars Gilde binnen de. o-cmelde Stad; 'daarbv om geallegueerde redenen Hebbende verzogt, dat het aan het Vertegenwoordigend Lichaam zoude mogen behaagen, om, voor zoo vel des noods, by interpretatie der Publicat.cn van het Uitroerend Bevind, van den Si October en 24. December 179*. betrekkelyk' de vernietigde Gilden geëmaneerd te willen ' verklaaren, dat de bekeuringen en in**di«ftien, ei zaake der overtredingen van de als nog ü.bhfteerende P acaaten, Ordonnantiën en Keuren der gevveezene Gilden, door de Commisfarisfen over dezelven gedaan, en door dePlaatfclyke Committé's van Algemeen Belang, ot anaefe Collegiën van Policie gewettigd , voortaan niet zullen zyn onderworpen aan de gewoone Juftitie, o± weicioor eene uitdrukkelyke Wet te willen bepaalen, m hoeverre dé bekeuringen en interdictiën , ter zaake van overtredingen ,' begaan door Lieden , welken noch bevoorens volgens de aanweezige Ordonnantiën op degeweezene Gilden. tot het maaken van zeker werk by dezelveOrdonnantiën ■bepaald,bevoegd,nochdaartoedoor het gemelde Vertegenw. Lichaam tocgelaaten zullen zyn, d of niet kunnen zyrleen onderwerp der gewoone Rechtspleging, en dat inmu dels, eh ' hangende de deliberatiën over het voorfz. tweeledig verzoek, aan hun Requestranten in derzelvervoorlz. qualiteit moge worden verleend furcheance van zekere , rocedures, tegens hun geëntameerd door Hendrik de Haas.* en door de Eigenaars Van zeker Gebouw binnen de gemelde Stad Leyden voor Gecommitteerde Vrcdemakers dier Stad, ter zaake van de bekeuring van den gemelden H. dc Haas, uit hoofde dat hy, hoewel flegtssWitwe.ker, en «Jus volgens het 2de en ndeArt. der Ordonnantie van het bovengemelde Gilde niet vermogende eenig 1 immer- of Metze werk te maaken, voor al niet, zonder een behoorlyke Pi oef tc hebben gedaan op verbeurte van ƒ 15., ecbt-er flan. Rer Gebouw , Metzelaars en Timmermanswerk verrKht en insgelyks eenigén zyner Kncgts daar toe gebruik hadt,, ftrydig met het ine Art. dér voorfz. Ordonnantie, en ter zaake, dat zy Requestranten al nwde aan de Ligenaa s  C H ) van het gemelde Gebonw, hadden geïntcrdiceerd, e/m de vporfz. onbevoegde Perloonen in dat weik niet te laaten voortgaan, en zulks, ten einde de zaak in verfchil intusfchen niet buiten haar geheel gebragt, noch ook de Re.questranten van hun vermeend goedrecht zouden verdoken, of over eene en dezelfde zaak door twee gelyktydia» Procedures gematteerd worden. En voorts gehoord hebbende het Rapport van haare perfoneele Commisfie tot het in werking biengcn van het 53(fe Articul vau de algemeene grondbcginzclcri der Staatsregeling. Overwegende, dat by de Publicatie van het Uitvoerend Bewind, van dato den 5. October 1798., ingevolge het Decreet van het Vertegenwoordigend Lichaam geëmaneerd, nitdrukkelyk is vastgelteld, dat, na de ontbinding van alle Gilden, Corporatiën of Broederschappen van Neringen, Ambachten of Fabrieken, de Bewindvoerende Perfoonen van zoodanige beftaanhebbende Gilden en Corporatiën, (behoudens echter derzelver veriiiitivoordelykheid voor hunne gehoudenediyeclie en adminifiratie) in deeze hunne qualiteit, niet mur zullen erkend, maar vervangen worden door proiifioneeleCouir misfarisfen, by de refpective Municipaliteiten te benoemen, welken, na alle Effeéen, Gelden, Boeken, Chartres en Papieren , de Gilden concefneerende, te hebben, overzenoomen, 'onder toeverzicht der Municipaliteiten zullen 'waaien en zorgen, dat inmiddels, en hangende de deliberatiën van het Vertegenwoordigend Lichaam os-er deeze belangryke zaak, de Placaten, Ordonnantiën en Keuren, voor zoo verre zy hunne beirekking hebben tot de goede Policie, ter vermydhig yan alle wanorde, en tot voorkoming van alle fchade, die anderszints aan 's Lands Finantiën zoude kunnen worden toegebragt , ftiptelyk worden naar gekomen, tot zoo lang deswegens by het Vertegenwoordigend Lichaam in het algemeen zal zyn voorzien. Overwegende, dat des onaangezien noch by de gemelde Wet, noch ook by de latere Publicatiën, in datis den 24. December 1798., en den 28. Maart 1799. tot interpretatie en ampliatie van dezelve afgekondigd , uitdrukkelyk is nepaald, op welke wyze zoude behooren te worden geprocedeerd in zoodanige gevallen, waar in de gemelde pro? yi-  C 1 s ) -door de refpective Municipaliteiten , als met de plaat zelyke, omttandigheden het meest bekend zynde, onvcrwyld 'behooren te worden gefuppediteerd; Befluit eerftelyk: Vastteflellen en te arresteeren de navolgende Poinctjn en Articulen. Art. i. Dat, wanneer de provifioneele Commisfarisfen tot de zaaken van de vernietigde Gilden, door de refpective Municipaliteiten benoemd, hangende de deliberatiën van het Vertegenwoordigend Lichaam over het volledig in werking brengen van het 53fre Articul der algemeene beginzelen der Staatsregeling, zouden mogen venneenen, dat onder derzelver resfortdoor eenige Perfoonen, dePlacaten, Ordonnantiën en Keuren op de exercitie van eenige Neeriugen , Ambachten of Fabrieken geëmaneerd, voor zoo verre zy hunne betrekking hebben tot de goede Poiicie, zyn overtréeden, dezelven van het geen.hen deswegens is voorgekomen, onverwyld aan de Municipaliteit of het GemeenteBeftuur, waar onder zy behooren, zullen kennis geeven. Art. 2. Dat de Municipaliteit, ingevalle zy zich met de gedagten van de provilioneele Commisfarisfen verëenigd, dezelven zal auctorifeeren, om naar verëisch van omitandigheden tegens de overtreders te procedeeren, gelyk ook byaldien zoodanige Petfoorien Buiten-gezetenen , of wel anderzints fuspe&defitgd mochten zyn, hun in arrest of in civiele Gyzeling te doen hellen, tot tyd en wylen, dat de zaak door den Rechter zal getermineerd, of voldoende cautie voor het gevorderde ten genoegen van Commislarisfen zal zyn geheld. Art. 3. Dat byaldien, by de provifioneele Commisfarisfen , ofby de Municipaliteiten (zoolange deswegens geene nadere bepaalingen by het Vertegenw. Lichaam zullen zyn gemaakt,) eenige bedenking rrtochte omftaan, of de Placaten, Keuren en Ordonnantiën, omtrent het geval voorhanden geëmaneerd, al of niet betrekking hebben tot de goede Policie , zv zich zullen adresfeeren aan het Vertegenwoordigend Lichaam , ten einde deszelfs weimening cn intentie dienaangaande te verneemen, en dat inmiddels de auftori- fa-  C 17 ) kosten fchade, en interesfen daar door by den Beklaag, den en Gearresteerden gehadt engeleden, alles uit Ze particuliere bcurfen te betalen. n . Art. 11. Dat, ingevalle op de requiütie van den Rechter eene der partyen in gebreke mogte blyven te compareeren of Gcmagtigdcn te zenden tot het geven van de ver! eischte nadere cluc.datiën, of informatiën, of om binnen den daartoe aan dezelven geprafigeerdentyd, in voege voorlz., eenige nadere befcheiden overteleggen , deRecher, zoo dra die termyn zal zyn verftrekei^ op het geen hem is gebteeken en geëxhibeerd, de zaak onmiddelyk Art. 12. Dat eindelyk de Rechter, wanneer de zaak in ftaat van wyzen zal zyn gebragt,by deszelfs Vonnisfe,het geëischte geheel of gedeeltelyk zal adjudiceeren, of wel gebed of gedeeltelyk za ontleggen, gelyk mede op het point dei kosten, fchade, interesfen, en Proces-kosten zaldisponeeren zodanig, als hy in goede Juftitie zal vermecnen te behooren, - zullende hy zich in het bepaalen der peenahteiten moeten reguleeren naar het geen by dePlacaten Urdonnatitien en Keuren dienaangaande geëmaneerd is vastgefteld 0f wanneer het geval voorhanden, daarby tii t piteciefelyk mogte zyn uitgedrukt, als dan naar de Gemaakte bepaahngen in de naast bykomende gevallen, °ea r,°n -nrf 1 luccumbere"de Pa«y altoos moeten condemneeren m de kosten van de Zegels, in zodanige der voorma- fektwoS alWaar deZdVe t0t J'udici^le Acteils V „ : , Art. 13. . Dat de boeten die, in handen der provifioneele Commisfarisfen zouden mogen worden betaald, tot tvd e„ wvlen dienaangaande nadere befchikkingen zullen zyn gem3 door dezelve Commisfarisfen op gelyke wyze zullen wnr den bewaard en geadministreerd! aï d?doo? I un ove 1-' genomene Effecten, Gelden, Boeken, Chartres en Papieren concernerende het vernietigd Gilde van Net mg, Ambacht, of Fabriek, waartoe de^Vmen^Keuren of  ( i8 ) of Ordonnantiën van Politie , welker overtreding aanleiding tot de Calange heeft gegeven, betrekkelyk zyn, gelyk ook uit het Fonds van dat vernietigd Gilde, wanneer de noodzaakelykheid zulks mogte verëifchen, en het zelve daartoe toereikende zal zyn , de kosten der Procedures zullen worden gefuppoiteerd; doch dat by ontftentems van dien dezelven kosten uit de Cas der Gemeente zullen worden voorgefchoten, mede tot dat deezen aangaande nader zal zyn gedisponeerd. Att. 14. . Dat de Vonnisfen iri deezen te wyzen öp gelyke nianierc als andere rechteriyke Sententiën, zullen worden ter executie gelegd, zonder dat daar van eenig hooger beroep, oi provocatie zal worden toegelaten. Art. 15. Dat de qutestiën of diffcrenten die over de executie van de gemelde Vonnisfen zouden mogen ontftaan, na mondelin» Verhoor van de wederzydfche Partyen, of derzelver Gemagtigdens, buiten figuur van Proces, en zonder eenig hoger beroep, mede zullen worden getermineerd dooiden Rechter, diè dezelven gewezen heeft. Befluit wyders, dat de Calanges en Procedures, zo door de provifioneele Commisfaiisfen van het vermengd Timmermans- en Metzelaars - Gilde, als door den gecalangeerden Hendrik de Haas, en verdere Eigenaarcii van zeker Gebouw binnen de Stad Leyden, respectivelyk •geëntameerd , breeder by het adres van de gemelde provifioneele Commisfarisfen vermeld, zullen worden gehouden voor vernietigd en vervallen; blyvende niettemin dezelve provifioneele Commisfarisfen vry en onverlet, om des te-rade wordende eene nadere Actie of Calange, ter zaake daarby omfchrceven, te ihftituëeréri, mits proccdeerende naar de teneur van het hiér voren gearresteerde Reglement; en wordende de Requestranten voor het overige gerenvoyëerd aaii het ssfle Articul van de algemeene beginzelen der Staatsregeling, als mede aan de respective Publicatiéri van den 5. October en 24- December 1798. , en eindelyk nog aan die van den 28. Maart 1799. Befluit eindelyk, dat alle Municipaliteiten, welken naar tiet voorfchrift "der Publicatie van den 5. October 1798., by de  C W ) de Berde Kamef van het Vertegenwoordigend Lichaam tot dus verre niet hebben ingezonden een accuraat bericht van al het geen door hun omtrent de in de oriderfcheidene Plaatieii beftaan hebbende Gilden , zoo uit hoofde van dezelve Publicatie, als bevorens is verricht, als mede eene naauwkeurige opgave van den aart en gefieldheid der vernietigde Gilden en Corporatiën, gelyk ook van de Fondfen , die by dezelven bezeten worden, en van het gebruik het geen van die Fondfen bevorens gemaakt is, als noJ uittcrlyk binnen ééne maand na de afkondiging der natcmeldene Publicatie , aan hunne verpligting ten deezen opzichte zullen moeten voldoen, en aï het ontbrekende bv deeze Kamer inzenden. £ Dat insgelyks alle Municipaliteiten zullen gehouden zyn om uitterlyk binnen den tyd van twee maanden na" dê voorfz. te docne afkondiging, by dc Eerfk Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam intezenden eene Memorie Oi Bericht, houdende eene accurate opgave van alle zodanige Wetten of Keuren, ten opzichte van ieder der gewezene Gilden , onder derzelver resfort respectivelyk beftaan hebbende, geëmaneerd, als welken zy v.imeenen te moeten belchouwd worden als Wetten van Politie die pnaangezïen de vernietiging van alle Gilden, Corporatiën, of Broedei-fchappen van Neeringen, Ambachten of Fa! brieken, als nog tot vermyding van alle wanorde en tot voorkoming van alle fchade, die anderszins aan 'sLands Financiën zoude kunnen worden toegebragt, ftiptelykzouden moeten worden nagekomen, mitsgaders in het vervol°zouden behooren (tand te grypen , tevens met opgave der redenenen gronden, waarop derzelver opinie ten dien opzichte zoude mogen berusten; zullende ingevalle eenige Municipahteiten in gebreke mogten blyven aan het voorfz gedecreteerde in het een of ander opzicht binnen den bepaalden tyd te voldoen, door de perfoneele Commisfie Uit het midden van deeze Kamer, tot het in werking brengen van het 53. Articul der Algemeene Groudbcginzelen van de Acte van Staatsregeling benoemd, daarvan 011yerwyld, aan het Uitvoerend Bewind, worden kennis gegeven, ten einde zoodanige gebrekige' Municipaliteiten daartoe te cpnftringeeren in diervoege, en door alzulke middelen, als het gemeld Bewind, tot eene richtige Exe- cu-  ( ï3 ) tyd tot -tyd niet alleen op Zes zyn verminderd, maar, dat ook deeze mg [uceesfiyelyA hebben motten ftil ftaan Wy zullen tot ftaving van dit gezegde alle die argumenten niet herhaalen, welke wy in het eerfte gedeelte deezer Memorie hebben aangevoerd, maar ens op dezelve, als ten deeze alles aidoer.de, beroepen; terwyl bet daarenboven abfurd. zoude zyn, te willen Hellen, dat mende Munten aan den gang zoude moeten houden , door het Land te doen overftroomen met Geld, dat zyne <-eëele waarde miste, en oneindig fchadelyker gevolgen zoude naar zich ïleepen, dan zelfs het geheel ftilftaan der Munten. Het daarftcllen van ééne Munt is dus weder het eenigst middel, om dit nadeel te verholpen. Ten tweeden: Dat "er veeltyds geen genoegzaam Munt-materiaal te vin-'en was. Dit heeft men willen verhoeden door Placaaten, houdende verbod, om meer dan de helft der ingevoerd wordende Speciën weder onvermunt uit te voeren, en zulks ten faveure der Munten; dan dit middel is geheel onuitvoerlyk in zich zeiven. Is het immers wel mogelyk te verhoeden dat de Buitenlanders, die hunne Speciën of Munt-materiaal ter Markt brengen, dezelven wederom uitvoeren, wanneer de Markt hun niet voldoende is; of wanneer men daar toe krachtdadiger middelen wil aanwenden, wederhoud men hun dan niet tevens hunne Speciën naar die Gemeenebcst te voeren, daar hec in dit geval veel eer hun belang is, dezelve, metvoorbygangvan ons Vaderland, dadelyk naar elders te zenden , waardoor nog grooter nadeelen zouden ontltaan. De zoo menigvuldig door de ondervinding geitaalde llelregel: dat elk verbod van uitvoer tevens den invoer verbied, voldingt dit ons gevoelen. Daarënbc». ven is het onbetwistbaar, dat, daar men door geen uiter-  C H ) uiterlyk teeken kan aanwyzen, welke de Speciën zyn, onder de helft der ingevoerde, en tot uitvoer gepermitteerde Speciën, beherende, en van den invoer nimmer eenige aangavegefchiedende of kunnende gefchieden , het, a pfhri, onmooglyk is te bepalen, of er meer of minder dan de helft der ingevoerde Speciën wordt utrgeroerd ofwel verwerkt; — deeze Wetten behooren dierhalven onder de veelvuldige onuitvoerlyke welke wy bezitten gerangfchiktte worden — Gebrek aan Munt materiaal kan door geene Wetten, of vermindering van gehalte, worden weggenomen, daar het zeker is, dac wanneer'er gebrek aan hetzelve is. dit gebrek even zoo zeer het Munten van grovere als van fynere Speciën belet; het faciliteeren der vermunting, door ééne Munt, en wel te Amfterdam als de hoofdzetel des Specie-handels, en denzelven aan te moedigen door tydelyke voorzieningen, kan alleen hierin, zoo niet geheel, ten minsten gedeeltelyk voorzien. , . Eindelvk zoeke men den kwynenden toeftand der Munten by de refpedive Muntmeesters zelve, alsmede by het plaats gehad hebbende Munt-beftuur over alle de Munten. De bedorven inrichting der Munten onder het vorig Beftuur, en vooral de menigvuldigheid derzelve, Cen dit is ook reeds in het eerfte gedeelte deezer Memorie aangevoerd) heeft van tyd tot tyd veroorzaakt, dac de Muntmeesters veeltyds hunne Inftructiën violeerèm, met toebaat te geven aan de Kooplieden, en zulks tegen den eed op hunne Inftructiën gedaan, tot dat zv, geheel bandloos gemaakt, ontheft zyn geworden van dit point, in hunne Inftruftiën vervat, waardoor zv als toen,als het waare, gepriviligeerd wierden elkander te bederven, hun loon byna op mets te brengen, en zelfs op hazard te werken. ^  i >5 > De tcebaat óp den gouden Ducaat, op f p.Ct. geftegen, zoude eene aanmerkelyke fomma bedragen, wanneer men die berekende over zoo veele Millioenen fchars, als 'er in eene halve eeuw aan gouden Ducaaten verwerkt zyn; dezelve zoude tot het beftaan der Muntmeesters veel hebben toegebragt; zonder nog in aanmerking te brengen het verminderde loon op andere Speciën, die 'er in al dien tyd by aanneminge voor de O. I. Compagnie enz. zyn geweest; — wie heeft dan deeze voordeden getrokken? de Munthandeiaars zetten de Ducaaten meest met eene kleine winst, om elkander, in her debiet voor te zyn, wederom af; om te kunnen werken, wierd het Goud, dat aan de Markt, kwam , tot hoogerpryzen ingekogt, en fteegnaar evenredigheid; de winst was dan'voor den Verkooper van het Munt-materiaal, en de Muntmeesters wierden genoodzaakt den Lande den halven Sley-fchat en de halve Munts-onkosten af te bedelen, of by haare aanstellingen voordeden ce concractceren, waartoe de eene Provincie zich voor de andere bereidvaardig toonde, ten einde haare Munt boven die der anderen te doen bloeijen, waardoor 's Lands rechten, de betaalde onkosten der Gewesten met het rechtvaardig "loon der Muntmeesters tot niet gelopen zyn. — Ook hierin is geene verbetering dan door de daarftelling van ééns Munt te maken, als wanneer hec loon der 'Muntmeesters behoorlyk geregeld, de Wetten volkomen uitgevoerd, alle onregelmatigheden beteugeld, en de kwaal radicaal genezen kan worden. De twee eerfte redenen dierhalven , welke men voor de vermindering van het gehalt heeft aangevoerd, voldoende hebbende tegengefproken, zullen wy overgaan tot de derde: gebrek namemlyk aan roulance. Ook deeze reden komt ons niet voldoende voor, om daarom den alloy en cours der Standpenningen B ce  C ié ) vsranderen, én zulks vooreerst, om dat 5er neg pooit eenig bewys van gebrek is geproduceerd, of geproduceerd kan worden; maar wel dat nu en da» eene momentaneele fchaarsheid van den Standpenning, 4oqr hyzondere omftar.digbeden, is veroorzaakt; by voorbeeld: door de Negotie met de Bank Agio, de Standpenningen inbrengende by eene hooge, en uit» balende by eene laaj;e cours, — maar vooral, en gewoonlyk eenigen tyd voor dat een Vrede genoten wordt, gelvk men ondervonden heeft by het fluiten van de Vredens in de Jaaren 1748. en 1763. Men fchreeuwde toen van gebrek aan roulance, het Gele werd gefmolten, -» ten Lande uitgevoerde de Munten zullen niet langer kunnen bsfiaan, was het daaglyks frefchreeuw der menigte: doch men fpoorde de waare Sorzakcn van dit verfchynzel niet op; men bedagt ïiiet, Ten dit wordt meestal uit het oog verloren; dar. in tyd\an Oorlog onze Handel meestal pasfief is, en daa ëntegen zoo dra het Vrede is wedei aBivewordt. Even zoo min als men eenen ftorm in zynen loop kan ccr-i houden, vooral warneer die door felle orcaanen wordt aangezet, even zoo min kan men de fchaarsheid der Speciën in tyden van Oorlog tegengaan; aan, pas hertelt de kalmte, en het wordt Vrede . dan komen de Speciën, hoe verminkt ook, weder terug;, zy worden dan, ten minsten voor een gedeelte, voor hunne overblyvende waarde aangenomen, en het even* wigt wordt herfteld, — De gebeurtenisfen ui en na hec laar 1749. leveren daar van het onregenfprekelyksc tewys op, toen men, uit hoofde van het geroep van gebrek, is overgegaan tot het flaan van den gouden, Ryder • het geluk wilde, dat de cours van hzt L,oudx door dèn aanvoer van Spanje en Portugal, de billioen Bucaaen in Duitsland, enz., zoo laag gedaald m^ dat: men. met voordee} op, den ouden yoe, van.  c ;> Ao. ifjofj., by de Tnflructie bepaald, de gouden Ryders weder konde lacen (laan. Dan wat was het gevolg? het Casgeld wierd kort daarop zóó abondant, dat de Bank te Am(rer,'am vr .esde haare Agio niet te zullen kunnen maintineeren; de Casfiers, dat door de gemakkelykheid, om groote fommen in Goud te beialen, de Kooplieden hen zouden voorbygaan, en zy hier door een gedeelte van hun beftaan zouden misfen; zodanig, dat zelfs f pGt. wierd gevorderd, om Ryders op Wisfelbrieven in betaling te nemen; tot dat eindelyk Hun Hoog Mog., op de dringende inflantiën daar toe gedaan, den Muntflag van den gouden Ryder hebben ingetrokken. Uit dit voorbeeld blykt, dat indien 'er te voren een zoo groot gebrek van onze gemunte Specie geweest ware, als men voorgaf, deeze aanmunting eenen zoo enormen overvloed niet zoude veroorzaakt hebben; in 't vervolg leerde de ondervinding, dat de bovengemelde IVIuntflag ook zonder deezen maatregel zoude hebben opgehouden; alzo de refpective Provinciën, haar aandeel hebbende in het flaan van de gouden Ryders, hunne Muntmeesters, niettegenftaande deezen maatregul, ieder om flxyd last gaven, om ,tegens betaling van | p.C., met het flaan deezer Specie voorttegaan; waardoor de prys van het Goud weldra zoo hoog monteerde, dat het Munten van zelve ophield ; — hier door vervalt de Helling, dat de cours der gemunte Speciën zich richtnaarhet Munt-materiaal, daarin tegendeel het Munt-materiaal zich fchikt in coursnaar den Munts-voet, en de bepalingen op het Munten gelti- puleerd. Een ander, en nog laater, voorbeeld is te vinden in de gebeurtenisfen in dit vak voorgevallen, dadelyk na den algemcenen Vrede, tel lubertsburg,,in 't Jaar 1763., — wanneer zoo veel Munt-materialen naar dit Gemeenebesc toevloeiden, dat men 'er B a geen  < 13 ) geen weg mede wist, en de Munten niet genoeg ver* werken konden: nogthans had 'er te voren ichaars- heid plaats; en hier op voort redenerende, volgt, dat wanneer men by elke fchaarsheid van Specie het alloy zoude hebben verminderd of de cours verhoogd, men eindelyk tot paiiement gehalte zoude zyn vervallen, en alle goede Specie zoude zyn verdwenen. _ ^ Men houde fteeds de algemeene waarheid in t oog, dat: waar Crediet is , ook geld is. — Waar dit eerfte ontbreekt, is fchaarsheid by den grootften overvloed van Specie, terwyl algemeen vertrouwen, met weinig Penningen, en den als dan onmisbaren veelvuldigcn omloop derzelven , alle fchaarsheid, in alle tyden en omftandigheden , weert. Het Gouden Spanje, en het Koperen Noorden, leveren daarvan de bewyzen op: welke daarenboven, elk die zoeken wil, in geruime mate, zedert de laatfte jaaren by de nabuurige Volken vinden kan. Het zal nu noodig zyn verder te gaan, en wel tot de befchouwing van dit Gemeenebest, als eene Commerciëerende Maatfchappy, en in zyne betrekkingen als zoodanig over den geheelen Aardbol; en dan geloven wy almede te kunnen betogen, dat het belang derzelve niet alleen geene veranderingen vordert, maar zelfs niet gedoogt. Dit Gemeenebest is fteeds gehouden en aangemerkt als het middenpunt des Handels van alle Volken; dit is het nog, en zal het niettegenftaande deszelfs menigvuldige rampen blyven, wanneer de Ingezetenen, in hunne ondernemingen, Handel en Zee. vaart, door geene verkeerde Wetten worden belem- m De Cours der Munt-materialen, het zy in Baaren en vreemde Munten als anderszins, is volftrekt èen onafhangelyk iets, dat naar geene Wetten of Bevelen  ( 2° ) K^óp- en Verkoopbaar is, en dit alles van prys veranderende, naar het beloop van het geheel, en in betrekking tot elkander, moet onze Gemunte Standpenning worden aangemerkt als paijement, of die 'waarde,- waarmede men de rekeningen der Buitenlanders affluit. Als de Koopman Goederen ontbied, die hief rekening geven, of naar elders zend, waarop hy winst kan rekenen, is het refultaat deezer verfchiücnde operatiën eene trocade of ruiling, waarvan het furplus word gevonden inWisfel, Muntfpecïi of Munten; terwyl de Standpenning dient om de rekeningen te bepaalen; het is dus niet naar ons intrinfiq Gddvermogen, of de hoeveelheid Geld, welke dit Gemeenebest bevat, dat zich de Buitenlandfche Handel en Wisfel-Cours regelt, (hieraan legt de Buitenlanders niets gelegen) maar zy rekenen onZe waarde, naar onze goede trouw, eerlykheid, vigilantie , en het crediet dat hun gegeven word; hiertoe hebben wy geene meerdere Comptanten noodig; mids dat de betaalingen op hun tyd gefchieden , is het om het even of onze waarde in Specie of in iets anders beftaat; de balance der Commercie zal aanhoudend tot onze zyde overflaan, zoo lang ons Crediet gevestigd blyft. Hieruit volgt, dat een meerdere overvloed van Specie onzen Handel niet bevoordeelt, en dit dus geene noodzaaklykheid tot het vermeerderen der Specie in de roulance doet ontftaan. Het is inmiddels zeker, dat wanneer onze handel pasfief word, dac is, wanneer onze Zeevaart door den Oorlog word geftremd, als dan de Standpenningen, en wel de zwaarden het eerfte, worden uitgevoerd, ten einde daardoor het deficit te vinden, veroorzaakt door eene Confumtie binnen 's Lands van ingevoerde waarde, den uitvoeren winst op den Han-  C " ) Handel öveftreffende: doch dit is flechts te?rponif4 Zoodra de Uitvoer van Goederen en Winst op dert Handel naar buicen den Invoer naar binnen evënaaren-, houdt reeds de Uitvoer van Speciën op? en zy overtreffen niet zoo ras de Confumtie van ingevoerde Waaren , of de reeds uitgevoerde Penningen keeren terug, zoodra de uitvoer en winst dê Confumtiën van ingevoerde Waarén overcreffen. Wy zuilen één voorbeeld nemen, onder die geenen, welke het kortst onder ons bereik zyn: hei voormaalig Gewest Zeeland namenlyk, en ftellert » dat hetzelve tot de rest van dit Gemeenebest ftaat, als onze Commercie tot die van geheel Europa. Dit Gewest heefc zoo veele Landsproducten, Negotie of Fabrieken niet, om de voordeden daaruit voortvloeiende te doen balanceeren tegens behoef* tens welke van buiten worden ingevoerd. Deszelfs Comptant geld heeft dierhalven het deficit aanhoudend moeten aanvullen; hier/door geftadig van geld berooft j is ook naar evenredigheid n'euwe Specié moeten aangemunt worden, en zulks dikwyls in tyden, dat dezelve boven de Cours g.feezen was; het geen tot gevolg heeft gehad, dat de Zeeuwfche Ryksdaler, reeds tot den verhoogden Cours van 52 Stuivers zedert eenige Jaaren gangbaar gemaakt, nog daarënboven met een Stuiver moést verhoogd worden, waardoor de Ingezetenen dadelyk mee eene belasting van 2 perCt., iets meer of minder zyn bezwaard, zynde de Ryksdaler naau.vlyks op 53 Stuivers gefteld, of de Wisfel Wierd 2 perCt. fchadelyker; waaruit volgt, dat de Inwoonefs hti 53 Stuivers betalen voor iets dat anderen voor 34 Scuivers koopen, en daarentegen maar 52 Stuivers ontfangen voor dat geene, wat door hun naar buitefl Wordt uitgevoerd, en binnen hyn Gewest 53 Sctii* B 4 vm  ( ) vers kost, hetwelk by hunnen pasfiven handel altyd tot hun nadeel uit moet vallen, en genoegzaam blykt uit de Masfa van Zeeuwfche Ryksdalers allerwege in den omloop, op elk van welke de Zeeuwfche Ingezetenen een Stuiver hebben moeten verliezen, en zulks niet alleen eens by den eerften uitvoer, maar- telkens wanneer zy weder ingevoerd, en vervolgens weder naar buiten zyn uitgebragt. — Dit voorbeeld zal niet alleen genoegzaam zyn, om te betoogen, dat de roulance niet bevordert wordt door de vermindering van de waarde van den Standpenning, zoodra andere oorzaaken daarëntegen den Uitvoer bevorderen, maar ook om aantetoonen, dat de Wisfel zich dadelyk richt naar de waarde van den Standpenning, in betrekking tot die in andere oorden, en dit voorbeeld uitftrekkende op onzen handel met andere Volken, zoude eene vermindering inde waarde van den Standpenning, voor dit Gemeenebest, in zynen Handel en voorfpoed, dezelve nadeelige gevolgen hebben, welke dezelve voor Zeeland heeft gehad, zondereenig, zelfs fchyn baar voordeel daarentegen aantebrengen. En ware dit niet genoegzaam, zoude hec even gemakke'yk zyn te betoogen, dat daar de waarde der Standpenningen in de verfchillende Landen in verbindtenis ftaat tot derzelver innerlyke waarde, het gevolg eener vermindering in het alloy of gewigt van den Standpenning, dit verband dadelyk zoude moeten verbreken; dat hieruit, om Hechts één voorbeeld aantehalen , zoude voortvloeijen, dat hec Koorn uit de Oost-Zee, eenige (verminderde) Guldens meerder zoude kosten ; dat de Handwerksman dus het brood hooger zoude moeten koopen; dat de evenredigheid tusfchen het werk van deezen, en de waarde van het loon, door hem daarvoor ver-  < *3 ) Verdiend "wordende, weldra zoude ophouden, en dat de prys van den arbeid dierhalven zoude moeten worden verhoogt; waarvan de gevolgen niets anders dan nadeel voor het algemeen kunnen te weeg brengen, en den Handel en Fabrieken hoe langer hoe gevoeliger Hagen zullen doen ondergaan. — Wy geloven niet dat men over dit onderwerp breedvoeriger betoogen zal verlangen: daar het ons voorkomt, dat hetzelve, uit zynen aart, van die klaarheid is , dat het vóóraangehaalde voldoende zal zyn. Wy concludeeren dierhalven uit dit betoog, dat het Wetgevend Lichaam zoude behooren te decreteeren: Dat 'de Zilveren Drie Gulden, op den voet, en het alloy, Zoo als die, volgens 'sLands JVetten, tot heden is gefiagen, en nog gefiagen word, is en zal blyven de Standpenning der Bataaffehe Republiek. — En nu overgaande, om de Muntflag zelve, welke voortaan zoude behooren ingevoerd te Worden, nader te omfebryven, zouden wy van oordeel zyn, dat dezelve zich behoorde te bepaalen tot de navolgende Speciën: GOUD, De Gouden Ditcaat, Negotie-penning. Gaande in het Mark zeventig Stuks., ter remedie ui'terlyk van een Engels per Mark, des dat de 70 Ducaten nimmer minder zullen mogen weegen dan zeven Oneen, negentien Engels, gealloyeerd tot drie-entwintig Caraat, agt Grein, ter remedie uiterlyk van B 5 één  C *4 ) één Grein; zoo dat dezelve nimmer minder zullen mogen houden in alloy dan 23 Caraat 7 Grein. Een Gouden Penning k f 20 : - zynde de Gouden Standpenning. Gaande in het Mark zeventien en drie dertiende ftuks, ter remedie uiterlyk van drie vierde van een Engels per Mark, des dat de 17^ ftuks nimmer minder zullen wegen dan zeven Oneen, negentien Engels en agt Aazen, gealloijeerd uiterlyk op tweeëntwintig Caraat Goud en 16. Grein Zilver; deeze Penning zoude in alle betalingen behooren uitgegeven en aangenomen te worden voor twintig Guldens. Een Gouden Penning d fio. Een Gouden Penning d f 5. Beiden ^ervaa^digtin evenredigheid naar devoorige, ZILVER. Be Drie-gulden, van ze. tig fluivers, Standpenning. Gaande in her Mark , Zeven en twee honderd drieën-veertig, drie honderd ten-en-dertig fte ftukken, zegge 7§£§ ftuks; ter remedie uiterlyk van één Engels in net Mark, des dat 7|ff- ftukken nimmer minder zullen mogen weegen dan zeven Oneen,negentien Engels, houdende in alloy uiterlyk en niets minder dan tien Penningen, drie-en-twintig en drie vierde van een Grein, De  ( *5 ) De Gulden yan twintig fluivers. Gaande in het Mark drie-en-twintig en zevenenzestig, driehonderd één-en-der tigfle Hukken, zegge ftukken;' ter remedie als voren, en houdende in alloy uiterlyk en niet minder dan tien Penningen, twee - en - twintig en drie vierde van een Grein. De halve Gulden van tien fluivers. In proportie en op derzelfden voet als de Gulden. De Ducaton, tot drie-en-zestig fluivers. Gaande in het Mark zeven en één honderd drijfen-zeventig, drie honderd een-en-veertigfle ftukken; zegge 7||J ftukken; ter remedie uiterlyk van één Engels in het Mark, des dat jffi ftukken nimmer minder zullen mogen weegen dan zeven Oneen, negentien Engels, houdende in alloy uiterlyk en niet minder dan Elf Penningen, vyf en drie vierde van een Grein. Ryksdalers, Negotie - Penning. Gaande in het Mark agt en negen-en-twintig duizend, honderd twee en-negentig, een - en-veertig duizend, honderd een en vyf tigfle Stukken, zegge Stukken; ter remedie uiterlyk van één Engelsen het Mark, des dat 8 ffiff Stukken nimmer minder zullen mogen weegen dan zeven Oneen, negentien Engels, houdende in alloy, uiterlyk, en niet minder dan tien Penningen en tien Grein. B 6 Payementr  ( *6 3 Payement. Vyf fluivers Stukken. Gaande in het Mark zestig en drie-ticnde Stuks, ter remedie uiterlyk van twee Engels per Mark, des dat de 60 x§ Stukken nimmer minder zullen mogen weegen dan zeven Öncen, agtien Ëngeis, houdende in alloy uiterlyk en niet minder dan zes Penningen en twintig Grein. Dubbelde Stuivers. Gaande in het Mark honderd vyftig en drie vier ■ ds Stukken, ter remedie en alloy als hy de vyf fluivers Stukken is bepaald. Stuivers. Gaande in het Mark drie honderd een en een half Stukken, ter remedie uiterlyk van drie Engels per Mark, des dat de 301§ Stuks nimmer minder zullen mogen weegen dan zeven Oneen, zeventien Engels, in alloy als vooren. KOPER. Duiten. Gaande in het Mark een honderd Stuks, gemunt van goed fyn rood Koper, en ter waarde van eerj agtlle Stuiver. Dus  C ï9 ) En hier mede overgaande tot het flaan deezer Munten, en in aanmerking nemende vorige Weccen en Gebruiken, alsmede het belang des Lands, vermeenen wy Uiieden al verder te moeten voordragen: Vooreerst: dat de Gouden Standpenning en zyne gedeeltens, mitsgaders de Paijementen, in geenen gevalle , zullen mogen worden gefiagen, dan ingevolge voorafgaand Decreet van het Vertegenwoordigend Lichaam, en voor rekening der Bataaffehe Republiek. Deeze bepaling is noodig, zoo wel om daar door de meerdere of mindere hoeveelheid deezer Speciën , naar gelang der omftandigheden , te kunnen bepalen; als ook om het meerder voordeel op de aanmunting deezer Speciën, des nodig geoordeeld wordende, aan de geheele Natie te doen genieten. Ten tweeden: dat het echter geoorloofd zal wezen, om zonder voorafgaand confent, jaarlyks aan te munten vyftig Mark Werks van den gouden Standpenning en zyne gedeeltens, en één honderd Marlc vyf-» twee en één fluivers Stukken, mits te fa men niet meer dan vyftig, en een honderd Mark bedragende , voor rekening van den Lande, en ten einde voor Nieuw-Jaars en andere Gefchenken te kunnen dienen. Ten derden: dat het een ieder vry zal ftaan, Drieguldens. Guldens en halve Guldens te doen flaan; zullende aan de zodanige worden afgegeven, voor elk Mark fyn Zilver, door hen ter Munte gebragt, vyf-en-twintig Guldens, vier Stuivers, ofte tweehonderd twee-en-vyftig Guldens voor elke tien Marken fyn Zilver, in de volgende Speciën, als: 7§ In Stukken van zestig Stuivers. 3§ In Stukken van twintig Stuivers. T§ In Stukken van tien Stuivers. ^Velke bepaling wy nodig oordeelen, vooreerst: om  C 30 ) óm eene evenredigheid tusfchen de Speciën te onderhouden; ten anderen: om dar het minder arbeidsloon op de Drie-gulden boven de ééne Gulden, door een Grein beter gehalte wordende vergoed, deeze laatfte meerder aan uitvoer en verfmelting is blootgefield. Ten vierden: dat het elk-zal vryftaaivGoud en Zilver ter Munte te brengen, zoo veel en zoo weinig hy zal begeeren, om daar voor te doen munten Ducaaten en Ryhdalers, op den vastgeftelden voet. ' Ten vyfden: dat de Ducaton niet anders zal worden gefiagen, dan voor rekening van den Lande, ter verzending r.aar de Coloniën, en nimmer voor inland. fche ui:gaven. Deeze bepaling wordt voorgefield 4 om zoo veel mogelyk de éénheid in het Munt-fysthcma te bevorderen , en de verfchillendheid der in omloop zynde Penningen voor te komen. Wyders zoude ten opzichte der thans beftaande Muntfpeciën nog daarenboven de volgende bepalingen moeten worden vas'gefteld. Dat de waarde deezer Speciën zal blyven bepaald ïfi den omloop, en in allen verkoop en inkoop worden aangenomen als volgt: De Gouden Ryder, tot veertien Guldens. De halve gouden Ryder, tot zeven Guldens. De Drie-gulden, tot zestig Stuivers, De Twee-gulden , tot veertig Scuivers. De Daler, tot dertig Stuivers. De Gulden, tot twintig Stuivers. De halve Gulden, tot tien Stuivers. De vierde Gulden, -tot vyf Stuivers. De Ducaton , tot drie-en-zestig Stuivers. De Zeeuwfche Ryksdaler, tot twee - en - vyftig Stuivers. —r Zyne gedeeltens naar advenant. De  C 31 ) De Oude Ryksdaler , op de Munten deezer Republiek gefiagen, tot vyftig Stuivers. — Zyne gedeeltens naar advenant. De Goud-gulden, geftempeld zynde, tot agcen-twintig Stuivers. Payement. De Schelling, tot zes Stuivers. De afgezette Schelling, 'tot vyf en één halve Stuiver. 0 . Het Dubbeltje, tot twee Stuivers. De Stuiver, tot agt'Duiten. . De Duit, tegen agt op een Stuiver. Dat de Ducaat, en nieuwe Ryksdalers, aan deeze bepaaling van prys niet zullen onderhevig zyn, maar moVen worden verkogt, in betaaling gegeven en genomen, op zoodanigenvoet, als Uitgever en Oncfanger met elkander zullen overeenkomen en goedvin- d6Dat niemand'zal gehouden zyn, op eenigerhande betaaling, van welken aart ook, meer dan éen derde te ontfangen in Agtencwintigen, Schellingen, Dubbeltjes of Stuivers, en in geenerlei gevallen meer dan de waarde van eene Gulden aan Duiten. Dat deeze bepaaling ook plaats zal hebben omtrent 's Lands Comptoiren, in alle ontfangften aldaar gefchie- dende. . •»» r Dat niemand gehouden zal zyn eenige Muntfpecien anders dan die, welke by de Wet genoemd zyn, het -zy Inlandfche of Buitenlandfche, te ontfangen en aan» ten-men , dan met zyn eigen vryen wil en genoegen, en.totzoodanigen prys als hy met den uitgever zal 'overeenkomen. Dat echter hiervan zullen uitgezonderd zyn alle vreem-  C 3* ) vreemde Kopermunten, het zy groot of klein, welke nimmer hooger zullen mogen worden aangenomen, dar voor één penning of twee voor een duit, met expres verbod dezelve anders uittegeven of aantenemtn , ten zy by het Pond voor Negotie, en dan niet minder dan een Pond telkens. Dat onder de Drieguldens, Dalers, Guldens en halve Guldens , by de Zak wordende uitgegeven , nimmer mogen worden vermengt eenige Vyfftuiversftukken of andere Speciën van Paijement, gelyk mede onder alle de overige foorten van Speciën, by de Zak wordende uitgegeven , nimmer eenige andere Speciën zullen mogen worden vermengd. Dat voorts niemand, onder geenerlei voorwendzel, het zy by party of gedeeltens, zal mogen verfmelten de Gouden en Zilveren Standpenning of zyne gedeeltens , noch met denzelven Handel dry ven tot hooger of lager pryzen, dan die by de Wet bepaald. Het zal niet noodig zyn de noodzaaklykheid deezer bepaalingen, te tastbaar voor^ betoog zynde , nader te ontwikkelen , waarom wy,%voor zoo verre, deeze Memorie by deezen voor afgehandelt houden. En hier mede deezen voorloopigen arbeid aan Uwlieder aandagt aanbiedende, nemen wy tevens de vryheid Uiieden voortedragen, om het geheel, zoo als het ligt, met Uwlieder goedkeuring te bekrachtiger;. — Zullende inmiddels, en dadelyk na dat zoodanig befluit ter onzer kennisfe zal zyn gekomen, voortgaan met het doen vervaardigen des Beeldenaars, me> het ontwerp der Huhhoudelyke inrichting eener algemeene Munt, de Inftruftie des Muntmeesters, en wat verder daartoe behoort. Dit een en ardar kan geen plaats hebben , voor en alëer door UI. de generale bafis en de eerfte grondflagen zyn gedecreteerd, als moetende geheel en al  C 33 > $1 daar naar worden uitgewerkt, en tot een geheel gebragt, hetwelk by een zoo teder luisterend onderwerp niet gevoeglyk vooraf gefchieden kan. Heil en Eerbied! A. F. R. E. VAN HAERSOLTE, vc» Ter ordonnantie van hetzelve. •' C. G. HULTMAN.   LYST van het Verwerkte op de diverfe Munten deezer Republiek, binnen de tydperken by elke Munt gevoegd. Gouden Zilveren Drie- Enkele ' Zilveren Schellingen, Dubbelde TOTAAL ieder I Ducaaten. Ryaers. guldens. Guldens. Ducaaten. Stuivers. ' jaar/ \ Utrecht, van 16. Oclober 1787. tot 20. February 1797., I dus 9. Jaaren en 4- Maanden M. 5/808 M. 36117 M. 415365 M. 82107 BI 3735°* M. 54 BI. 5940 M. 970897 M. 104024H I Dordrecht, van 13. September 1787. tot 3. April 1798., I dus 10. Jaaren en 6| Maanden 10736 29529 I7»947 300610 , . 5p224 572046 £M93gf 1 Enkhuizen, van 8. April 1786. tot 31. Mey 1796, dus 10. Jaaren en if.Maanden t 64065 77235° 94=95 ^95^73 21392 1147375 **Sl6$fë !■ Middelburg , van 1. September 1787. tot 30. July 1797., dus I 9. Jaaren en 11. Maanden . j 62254 f 3996 I 7346 4333^4 • 26918 160 534038 t S'S^S'^ïfE |: Harderwyk, van 19. Blaart 17S7. tot 29.. Blaart 1796., dus j f 9. Jaaren en f. Maand- 1153 l8S98 23234 3579'- . ' 576 - 5341 84993 ' jMM|£* | :| Campen, van 10. Juny 1766. tot 23. November 1796., dus 30. Jaaren en 5f Maanden , zynde alleen ia 1796. gewerkt. ... .......... — ■ ' j 26504 576Ó — ^2270 i 10x9*3; f . . ; f , f B P' II I "I M. 69697 1 M. 210863 M. 1306892 BI. 546653 1 M. ioo8485:j BI. 26972 M. 92057 M. 3341619 ' BL 335714 |   Bylage , behorende tol de Befluiten van den 3. Mey T799. BURGERS REPRESENTANTEN! Het behaagde Uiieden by Decreet van den 6. November des voorleden jaars in handen van uwe Mede-leden Pompe van Meer dervoort, de Sonnaville, Cuypers, Guljê enden Spreeker, ten fine van confideratiën en advis, te ftellen eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier den 30. October daar te voren; houdende, ingevolge van, en ter voldoening aan de Decreeten der voormaalige Nationale Vergaderingen van den 23- May, 28. Juny, 27. September,26. en 27? October, 2., 14.» en 3°- November 1797., fuccesfivelyk aan het gewezen Committé te Lande gezonden, deszelfs confideratiën en advis op vyftien ouesten van Burgers , voorheen geweest zynde Proprietairen van Compagniën in dc oude Armé'1., en zynde dezelve met naamen in de voorfchreeve Misfive gemeld; alsmede, ingevolge van, en ter voldoening aan het Decreet van het gewezen Intermediair Wetgevend Lichaam van den 5. Juny des voorleeden jaars- deszelfs confideratiën en advis op de Requeste van Pierre Poupart, ge«pnfioneerd Generaal-Major, voorheen Proprietair eener Compagnie in het Regiment Wallons van Grenter; allen daarby Verzogt hebbende alsnog te mogen jouisfeeren van Zeker dedommagement, by Rcfolutie van 1L H. Mog. van 13. July i79°- aan de Propriëiairen van Compagniën. Infanterie toegelegd, ter vergoeding van fchade, welke zy van 1. Taneiary 1782. tot ultimo Maart 1788., uit hoofde v'an het'menigvuldig employ der Troupes , geletien mogten hebben, en zulks even zoo als hetzelve aan eenige anderen, met hun Requestranten in gelyk geval verfecrende Perfoonen, expost facto wasgeaccordeerdgeworden.— En advifeerende hetzelve Bewind, om aan dc Requestranten eene gratificatie of dedommagement, zoo en in oiervoegen, als by de voorfchreeve Misfive is vermeld, te accordeeren. T Meurfinge. H. van Tomputte, Az. G. C. Meyners» P. de Sonnaville. L. J. Vitringa. W. T. van Bennekom. J. G. Kramer. A.H. v.d. Mey v.d.Linden. • Abfent mee permisfie. P.L. v. d.Kasteele. D. IVemer. A. Hartevelt. F. van der Borght. f. van Haeften. E,. Lewe. J. F. Leemans- B. IVildrik. M. C. van Hall. G. Reinders. S. van Hoogftraien. ƒ• B. Blydenfteynl T. F- Sehelts. Lublink, de Jonge, C. Sehefef. Ris. H. Costcrus. Zonder permisfle. P.Verhoyfen A. ie Haan. E. A. Daend'elt. J V De  ( n ) vifioneek Commi^.risfen zouden vemieener, verplicht te zvfl om eenige Ingezetenen, ter zaake van de overtreding'der voorfz. Placaten , Ordonnantiën en Keuren, voor zoo verre zy hunne betrekking hebben tot de goede Polk e 1 te calangeeven, en dezelve bekeurde of geca angecrde Perfoonen niettemin in gebreke', óf weigerig blyven, om aan dusdanige calapge naar behooren tc voldoen. Ove wegende" dat het niettemin alleszins noodzaak k is des aangaande een richtlhoer daar te Itelkn, naar het wélk zich, zoo wel deprovifioneckComnuslansen, als de gccalangecrde Ingezet,nen zullen hebben te gedragen. Overwegende, dit her gemeen belang vordert dat aan dc eene zyde alle kostbaare en langwyIJ?c Procedures m ZÓoSge' zaaken op het zorgvuldigfte worden vermyd do°h dat echter aan den anderen kant, aan de gecalangeerde of beklaagdens gelegenheid tot eene behoorlyke defenhe *Sw^f?"yders, dat vcrfcbeidcnc Municipaliteiten als nog niet hebben voldaan aan het geltarueercubV dc Publicatie van den 5. October 179S., zoo verre dezeflV n Sr hy zyn gekst, dan de Eerfte Kamer van het Vertfmoordkend Lkha. m. ofte aan de daar toe te benoemene cl i t u% hetzelve, uitèAyk binnen een Maand, eenjccuraat bericht intezenden van alles, net geen noor haar daa,omtrent, zoo uit hoofde van deeze Publicatie, als btvore*, f \mè - & »«& eene naauwkearige opgave van den ^r en gefteldbeid der vernietigde OU den en Corporatiën, geSooi Sn de Fondfen, die by dezeire bezeten worden, en ii het gel Jk, hetieen van die Fondfen bevorens ge- ^ O^megende al verder, dat, ten einde het 53, Articul dei iemeene beginzelen onzer Staatsregeling ^ommeop eenen'eenparigen voet en met den ^e^.^» werking zal kunnen gebracht worden. het alleszins nooa lailyk is , om zoo &dra mooglyk vaste bepalingen te taken" welke W.tren of Keuren, ten opzichte der geweezene Gilden geëmaneerd , moeten befchouwd worden alsbetrekking hebbende tot de goede Policie , en deswegens als noen be- h°üverSgemd,f ^ daar roe de verëischte inrormatien  C 14 ) fktïctot het entameeren van dusdanige Procedures zalwof* den gehouden in advis. Dat dc provifioneele Commisfarisfen ten cinde voorfz.de vcrSchte auctorrfatie bekomen hebbende, de Perfoonen weUen bcfêhuldigd worden zich aan de overtreding van dc kernei c PIacaten , Ordonnantiën of Keuren tot de goede PoTi 'ie betrekkelyk, te hebben fchuldig gemaakt, by eene fchriftelyke Acte, te exploicteren dooreen der StedelykeGerechtsbodens, zullen doen calangeercns Art, 5. , Dat de gemelde Acte zal moeten behelzen , inde eerfte plaats, d/vVet, Ordonnantie of Kèüre.welke dengond van de calange opleverd; ten tweeden, het fait ot dc tal ten welken aan den Gecalangeerden worden «e laste geB;t derden, eene prscife opgaave van al het geen uit dien hoofde van den Gecalangeerden gevorderd wordt* de boete en kosten daaronder begreepen; ten viérde», fzoo verre de omftandigheden der zaken zulks yereifchen) Se Interdictie, om verder tc doen of verrichten het Sen Commisfarisfen vermeeneu, ftrydig met de gecmaJeerde Wetten of Keuren, door den Gecalangeerden te ïvn gefchiedt, mitsgaders eene interpellatie , om de boeJe" waarin dezelve gefustineerd wordt te zyn vervallen hinnen een korten en predflbd tyd op te leggen in handen ïaneen der Provifioneele Commisfarisfen met de kosten daarop gevallen, immers de laatstgemelden in cas van veÖl over het montant, onder een gerechtelyk Perfoon t« namptifeeren, totdat dezelven door de Plaatfelyke Rechtbank zullen zyn getauxeerd, en wyders nog, zoo verre de Gecalangeerde zoude mogen gearresteerd of gegySd zyn, een last en bevel, om het arrest of de gyzeling te o-ehengen en te gedogen tot tyd en wylen, dat hy aan"de gedaane calange zal voldaan, of voor het uitterlyk gcwysd'e fuificiente Cautie gefteld hebbe ten genoegen van Commisfarisfen, of in cas van verfchil1, ter arbi raI Vn„ de Plaatfelyke Rechtbank; en eindelyk, 111 aften Gevalle by vanvoldoening, eene dagvaarding van den OeSala geerden, om in Perfoon, ofdoor een Gemachtigden, (Sfgeen Practizyn zynde) te compareeren voor,*  C 15 ) Voorfz. Plaatfelyke Rechtbank, egens den eerften Rechtdag, welke aldaar zal gehouden worden na ver'oonva„ den tyd, aan den Beklaagden tot voldoening van het bevorderde gepraefigeerd, om de fchriftelvke conclufie vat SZ^rden! * "emen' daarteSen » ver- Art. 6. Dat de Beklaagde, in gebreke blyvende binnen den eenra». figeerden tyd aan de calange te voldoen, de Provifioneele Commisfarisfen, op den bepaalden Rechtdag aan l Plaatfelyke Rechtbank zullen overleveren de Acte'van Ca knge en dagvaarding, met het relaas van den Gerechts! Bode, als mede een khriftelyke Memorie, welke zal in houdeni eenen pertinenten eisch en ccnclufie, tot hetgeen zy ter zaake quaestieus vermeenen ten laste van den deklaagden te kunnen en moeten vorderen, mitsgaders a»> de ftukken en befcheiden, die zy tot juftificatie vanhunne vordering zullen willen van eraploy maaken. Art. 7. Dat, indien de beklaagde, in Perfoon, of door een & machtigden, voor den Rechter verfchynt, hy LarïeSï zich mondeling zal mogen verantwoorden,'doch, dat niet! lemin, aan hem des begeerende, ten zynen redelykea koste , zal worden vergund Copie van de Memorie of Conclufievan de Provifioneele Commisfarisfen,als mede van de verdere ftukken door dezelven overgelegd „ dat de voorfz Copiën aan hem zullen zyn ter hand 4 field de tyd van agt dagen, om daarop te dienen vS zyn fchnftelyk belang, met by voeging van alzulkè Docu meuten als waarvan hy ter zyne d&n.ie zoZt ££ gebruik maaken; zullende hy tevens verplicht zyn oZ Cop.e van die Memorie en van de bewyzen daartoe bT hoorende, aan de Provifioneele Commisfarisfen te doen ter hand tellen, welken bevoegd zullen zyn , om binnen agr dagen daarna des teraden wordende , daarte^nrShriS telyk hunne belangen te allegeeren. ddIl^ens m& Dat daarmede de zaak zal worden gehouden voor vof dongen zonder dat eenige verdere Notulen D^LlSn «f Product, van ftukken zullen mogen SftS wor-  worden ten waare de Rechter, na examinatie van bet geene door de wederzvdfche partyen zal zyn overgeleverd nodig moclitc oordeelen , fpeciaal ook ten opzichte van het geen door den Beklaagden ter zyne defenhe is inoebragt of overgelegd, eenige naders elucidanen te reouireeren, in welk geval hv de Provifioneele Commislarisfen en den Beklaagden of deszelfs Gemachtigden beide op zekeren door hem te bepaalen dag, voor zich zal doènrequireeren, en na gegevene Communicatie van het geen hem is voorgekomen, dezelven daarop, over en weder, mondeling zal hooren in hunne belangens, als mede, indien de omftandigheden zulks mochien vereisfchen, aan de eene of andere der Partyen een korten en peremptoiren tyd zal mogen vergunnen , om refpectivelyk, het zy tot juftificatie van het gefustineerde, het zy ter defenfie, nadere befcheiden overteleggen, zonder na verloop van dien tyd , eenig verdernitftel te accordeeren, dan om alleszins dringende redenen , vau welker wettigheid op de compleetfte wvzc onmiddclvk zal moeten blyken. Art. 9. Dat by aldien de beklaagde in gebreke mogte blyven op den geprsfigeerden dag te comparecren, of wel om vervolgens zyne defenfie in voege hier vooren gemeld te allegeeren, in dat ecu en ander geval, door den Rechter zal worden recht gedaan op de Stukken door provifioneele Commisfarisfen overgelegd , ten ware hem mogte blyken dat de beklaagde zonder zyn fchuld en toedoen was buiten ftaat geweest, om zich te fifteeren, of iemand van zynent wegen met behoorlyke volmacht te zenden , 'ia welk geval alken daar toe eene nadere, korte, en peremptoire termyn zal mogen verleend worden. Art. 10. ' Dat indien de provifioneele Commisfarisfen op den door hun geprafigeerden Rechtdag in gebreke mogten blyven, te dienen van êene fchriftelvke Memorie, of Concluhe, met de Stukken daar toe 'behoorende, de Rechter den Beklaagden zal abfolveeren van de inftantie, met Condemnatie der provifioneele Commisfarisfen in de kosten der inftantie, en zoo verre 'er eenige Gyzeling, of Arxest mogte gedaan zyn, mede tot vergoeding van alle  ( 2° ) «itie der Decreetenvan het Vertegenwoordigend Lichaam, enten einde het voorfz. 53. Articul,op eenen eenpangen voet, en met oen verëischten fpoed, alömme ,„ werking zal kunnen gebragt worden, het meest gefchikt zal 001- ^ZuïendeCopie van dit Decreet, worden gezonden aan Ut Uitvoerend Bewind, ten einde aan al hetzelve, de 1100Vxecutie te eceven, en om het eerfte en derde gedeelte vïn £lvegbj Publicatie, ter kennisfe van den Volke ft* Ivrpn^Êil» En zal laatftelyk nog dit Decreet, met byvoeging eener Copie van dit Rapport, en van de Stukken daartoe behoTnde, ingevolge Art. 60. der Staatsregeling, ter auctie worden gezonden aan de Tweede Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks. Onderwerpende uwe Commisfie, enz, Ads. hartevelt, l. j. vitringa. Fr. GULJé. O. G. GORTER. c. scheffer. a. 1. verbeek. Hk. remmers. C. vam FOREESTe  t « 1 GELTKHEID. VRTHEID. BROEDERSCHAP. In den Haag den 3. Mey 1790. het vyfds jaar der bataafsche vryheid. Het Uitvoerend Bewind van de Bataaffehe Republiek aan De Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks. Burgers Representanten j Onder die voorwerpen van publieke Administratie, welke, reeds voor jaaren, alle de zorg enaanda^t van 's Lands Befluurders hebben vereischt, ten einde door noodzaaklyke en lang gewenschte verbeteringen tot dien crap van volmaaktneid te geraken, waarvoor dezelve vatbaar zyn, behoort'ook buiten twyffel hec Muntweezen deezer Republiek: verre is het 'er van af, dat in dat vak, gelyk in meer andere, al dac geene zoude verricht zyn, hetwelk de Wetgever had kunnen en behooren te doen. De yerflaafdheid van hec voorig Beduur aan verouderde inftellingen , hoe wanftallig en verkeerdlyk ook ingericht, de vreeze, dat by eenige verbeteringen, hoe wenschlyk ook, de onbegrensde en dweepzuchtige eerbied deezer Natie voor de gewoontens en gebruiken hunner Voorouderen, aan welkers inftandhouding her Gouvernement zoo zeer geleg.m lag, mogte verflauwen, en eindelyk, de Fcederaiistifche A Re-  t * 3 ReatriBg&fbfttl deezer Landen waren even zoo veele SeSn, welke,gelyk in alle andere vakken yan publieï Beftuur, ook in dit vak, onoverkomeIjrke o e. Welen voor alle pogingen tot verbetering «inreken Het Souverein gezag, dat elk Gewest ja fchier X Srad uitoefende, en tot welkers Rechten ook de Mawfli- gerekend wierdt te behooren, veroorzaak, te daV elk Gewest, ja veele Steden zelfs, zich verUert rekenden, zoo niet eenige der gangbare> Munt. penningen op hun gezag gefiagen waren , en met funne Wapens pronkten : zonder dat eenige hcge.e 'E door oneindige Placaten op het Stuk derKm geëmaneerd, in ftaat was, deeze Glorie-zucht te beugelen, of derzelver kwade gevolgen teftmten. Hier vandaan, dat oneindig aantal Mm ,.,welke niet alleen geen genoegzaam werk in de bloeijendlle ïvden des Koophandels konden vinden , maar ook even Sdoor tot aanmerkelyk nadeel der Kasfen arbeidden terwyl ran den ander.n kant nog daarenboven de ialoufie der Muntmeesters, en hun byzpnder belang % tot ontelbare nadeelen aanleiding gaven. De Staatsregeling, in deeze verwarringen willende voorzien, heeft UI. by deszelfs jc. Art. Ltt.n. de mo*t opzedranen, om de noodige wetten en bepaaTnten omrent den Muntftag en het Gencraale Muntweezen, te vervaardigen; deeze magc is het, S e wy thans inroepen, om kragt van wet te geven aan zoodanige nieuwe fchikkingen en inrichtingen we ke wV de eer hebben Uiieden, deswegens, foor Se? Agent der Finantiën voorgelicht by deeze verhandeling aantebieden. En hiertoe dan overgaande, zullen wy ons vooreerst bepaalen tot de verifetering Z de Munten, en vervolgens pvergaan tot den iVluntfiag. ^  C % 3 Ad Primum. De eerfte vfaag,diè omtrent de Murrer^ als Fabriek befchouwd, ter beantwoording voorkomt» is deeze: zullen 'er meer dan éène Munt in ds Bataaffehe Republiek blyven beftaan,_ of zal flechts ééne Munt alle de Overigen vervangen: Wy fchroortien nier. over deeze vraag als ons gevoelen optegeven, dat hec belang des Bataaffchen Volks flechts ééne Munt gedoogt, en het betoog deezer fustenue zal tevens dienen tot wederlegging van het fylthema van vermenigvuldiging. De tweede vraag zoude zyn, de voorige beantwoording eens toegegeven zynde : waar vordert hét belang des Bataaffchen Volks, dat zoodanige Munt word opgericht? En hierop koomc ons voor, dat Amfterdam de eenigfte gefehikte plaats is. De reden waarom wy deeze beide fustenuëtt in eens en gezamentiyk zullen behandelen, is te Vinden in het onmiddclyk verband tusfchen dezelven, alzod flechts ééne Munt,in elke andere plaats van ditGemeenebest opgericht, eerder na- dan voordeeligzoude zyn. De Munten, welke tot nog toe min of meer van werkzaam heden worden voorzien, zyn die te' Dordrecht, Hardenvyk, Utrecht, Middelburgs Cam en en beurtelings te Hoorn, Enkhuizen of Medembliki anders de Noord-Hollandfche genaamd. Van déezeri hebben die in Utrecht en Noord-Holland meestal dert meesten aftrek gehad, uit hoofde der nabuurfchap van de Beurs van Amfterdam, terWyl alle anderen beurtelings hebben ftil gedaan , of veeltyds alleen door het Munten voor den Lande, ofte ook voor re*j kening der Muntmeesters zelve, wanneer hun verrno-' gen hec deezen toeliet, zyn gaande gehouden. Dan, welke zyn de gevolgen deezer inrichting geweest? De Munten door derzelver meenigvuldigbeid de eene des anderens ondergang veroorzakende^ A s, heefr-  C 4 ) heeft hetLand fuccesfivelyk tot derzelver inilandhouding niet alleen moeten afftand doen van deszelfs recht op de Muntflag, maar nog daarenboven aanmerklyke kosten moeten impendeeren , om derzelver geheele val te voorkomen, zoo dat de Munten op den tegenwoordigen voet, in ftede van tot voordeel te verftrekken, kostbaare Lastposten voor den Lande zyn geworden. Een a^er gevolg is geweest, dat de verfchillende Muntmeesters, gedeeltelyk of geheel voor eigen rekening werkende, zich veele fraudes en contraventiën hebben veroorloofd , waarvan het vitieufe Muntwerk in en om den zevenjarigen Oorlog de ontegenzeggelykfte bewyzen heeft opgeleverd. De ongelyke ftempel, omtrek, dikte, en zelfs alloi van de Muntfpeciën, op de verfchillende Munten verwerkt, zyn almede zoo veele gewrochten deezer inrichting en zoodanig in het oogloopende, dat dezelve aan niemand onzer Landgenooten kunnen ontglippen. De voordeden daarentegen , welke uit het daarftellen van flechts ééne Munt kunnen voortvloeijen, en de redenen van voorkeur boven eene tegenftrydige inrichting zyn zoo menigvuldig, dat de Wetgever onzes erüchtens, na het invoeren van het Syftho ma van éénheid en daaruit voortvloeiende opoffering van alle plaatzelyke belangens aan die van 't algemeen, geen oogenblik in twyffel kan ftaan, welke deezer beide Hellingen hy te verkiezen heefr. Om dit gezegde te ilaaven, vestige men in de eerfte plaats zyn aan dag t op de bezuiniging voor 'sLands Schatkist, welke uit deeze vereenvoudiging noodzaaklyk moet voortvloeijen. De ondervinding heeft geleerd, dat hoe grooter de partyën Goud en Zilver van een alloi of gehalte zyn, die te gelyker tyd  C 5 ) tyd in fmelting, zuivering en werking worden gê. bragt , hoe voordeeliger zulks vuor de Munt* eri des te gemakkelyker en voerdeeliger voor de Müntgezellen is; des, dat op ééne wel ingerichte Mun£ door dertig Muntgezellen meerder werk kan worden afgemaakt, dan wanneer dezelfde quantiteit Goud en Zilver, op drie of vier Munten verdeeld, doof vyftig moest worden afgewerkt. Hicrby koomt de oneindige bezuiniging op het" onderhoud der Gebouwen, de Ambtenaaren, Werkvolk, Gereedfchappen , Stempels, Vuur, Licht, enz. , welke uit eene zoodanige vereenvoudiging noodzaaklyk voortvloeit, zoodanig, dat de Kosten der nu betraande zes Munten zekerlyk op een derde zullen worden verminderd, hetwelk alleen en op zich zeiven zonder andere beweegredenen genoegzaam voldoende zoude zyn, om de Munten tot één te reduceeren. Een ander voordeel voor het algemeen zoude te* yens hieruit oneftaan, namentlyk het vernietigen van het fchadelyk monopolie, thans uit de Contracten der Specie Handelaars met de Muntmeesters gebooren wordende, hetwelk menigmaal veele ii-gezetcnen heeft weerhouden, om zelfs, en buiten deeze laatllen, te latenmuuten, doordien de Muntmeesters hen, van wien zy genoegzaam werk bekwamen en by welk werk zy veeltyds zelfs geïntresfeerd waren, by vooriteur hielpen. Het groot oogmerk der Muntflag zal en kan alsdan beter in achtgenomen worden, de Penningen zuilen gelyk van Stempel, van form, en deugdzamer zyn $ derzelver intrinfique wanrde by de Wet bepaald beter behelzen, en de namaking of vervalfching der Munten aanmerkelyk moeijelyker worden. Het Crediet der Bataaffehe Munt-fpeciën zal dus Meerder worden A 3 ftaan*  ( 6 ) ftaande gehouden, en de Republiek zal, zoo dra de pryzen van het Munt-materiaal zulks zullen toelaten, worden voorzien van meerder fraaije, zuivere, weigemunte en goed gekartelde Speciën , die niet by overhaasting, of uit byzonder belang van Muntmeesters of Werkvolk, onrond, ilecht geftempeld en ongelykwigtig worden gemaakt, en alzoo aanleiding geven zoo tot het befnoeijen en fnyden der Penningen, als tot het uitwegen en uitwippen der zwaarfte Stukken. — Dit laatfte heeft tot dus verre maar al te veel plaats gehad, vooral dan, wanneer de hooge prys van het Munt-materiaal het fmelten van Spetiënof de verzending naar buiten 's Lands bevordert. — Intusfchen ftrekken deeze misdadige handelingen tot merklyk nadeel van den Lande, en tot vermindering van de waarde der overblyvende Spec-ën, en kunnen dezelve echter door geene andere middelen dan eene meer gelykvormige werking belet of voorgekomen worden. De jalouzie en het belang der Muntmeesters, welke, om te kunnen beftaan, veelal zelve Koophandel infpecie moeten dryven, heeft meermaalenaanleiding gegeven, tot het opjagen van het materiaal, en daardoor veroorzaakt, dat, om zonder nadeel of met eenig voordeel te kunnen werken , zy dit hebben gezogt in het pynigen van het gehalt of gewigt, en dus veeltyds op het uiterst remedie hebben aangewerkt. — Wanneer de Penningen by het Stuk worden uitgegeven, doet dit weinig nadeel ; doch de Negotie-Penningen, by voorbeeld, in de Oostzee veelal even als hier de Spaanfche, Portugeefche en andere Stukken verfmolten en vermunt wordende $ word het deficit fpoedig ontdekt, de Penningen gebicquetteerd, de zwaare verfmolten, en de ligte hier te Lande weder ingevoerd. Men I  ( 7 > Men ziet hiervan by de Wisielaars ;'n ons Va Ierland hec levendig voorbeeld , de Guinées, Louisd'Or, Pistolen, Kroonen, en mees:al de vreemde' Munten, worden door hun gebicquetteerd, de zvvaare by preferentie verfpjolten of vermunt, en de ligte verkogt of by de eerfte gelegenheid te huiswaards teruggezonden, alwaar dezelven in alle g> vallen en langs allerlei wegen tei ugkeeren. Kan dit niet fpoedig genoeg gefchieden, wil echter de Wisfelaar zyn Specie niet renteloos laten liggen , hy brengt dierhalven de dus uitgewipte ligte Speciën in de Bank, alwaar die rhet betaaling van J pCt. een halfjaar kunnen blyven liggen, wanneer men direct, except een klein furplus, met teruggave der Recepis, over zyn Capitaal weder kan disponee'jren. Evengelyk dit met dc vreemde Munten plaats heeft, gefchied het met de onzen; onze meeste Nederlandfche Ducaaten moeten direct de Schaal pasfeeren, en die maar een £ aasje te zwaar zyn worden uitgewipt, al ware het om op duizend Ducaten 30 k 40 Stuivers te verdienen, en al word de zak twee k drie Ducaten door deeze manoeuvres te ligt. — Doec dit de Koopman zelve niet, dan doec het een ander. Intusfchen is het een ieder klaarblyklyk, dat zy, die dit kunstje oeffenen, zich hef liefst van dien Muntmeester bedienen, die het Aardigst werkt, en hun dus gelegenheid geeft, om hun voordeel te doen. Dit alles kan alleen worden voorgekomen door ééne Munt, en niec meer, te êtablisfeeren, en dezelve onder zoodanige goede directie en toeverzicht te brengen, dat, door fchoonheid en fraaije bewerking, de vervalfching, en door gelykwigtig werken het uitwippen, bezwaarlyk of onmogelyk worde s;eA 4 maakt,  t 8 3 maakt, en dus het Crecüet van 'sLands Muntflag verzekerd. Aile jaicuzie en byzonder belang zal dan opbonden, het Land jaarlyks aanmerklyk bevoordeelt worden; de Munt door een kundig en belangloos Muntmeester beflierd, uit hoofde eener meer vpïkorriene eer beid van werking, een meerder Crediet t:en eten, en de klagten over eene meerdere bevoorrechting van den een boven den ander geheel weggenomen worden. Dan, waar zal deeze eenige Nationaale Munt worden geplaatst, om dat voordeel aan de Republiek en derzelver Ingezetenen toetebrengen, 't geen wy daarvan verwagtcn, en geene nieuwe bezwaaren opteleveren , welke die der vorige inrichting veelligt zouden overtreffen, zoo het niet is de Stad bevorens door ons aangewezen. Arniterdam is de hoofdplaats van onzen Mumhande!; genoegzaam al het Goud en Zilver uit vreemde Gewesten word derwaards heen gevoerd, om verkogt of wel in de Bark gebragt te worden; meest alle verzendingen van Ducaten en Ryltsdalers, onze zoogenaamde Negotie-Penningen, die wei zéven agtfte van onze Mm.ten opleveren, gefchieden van daar. De Bank, door welker yerfchotten de IVIu thandel zoo aanmerklyk wordt bevordert , beftaat aldaar; de tranfacliën ter Beur/e geTghiedende vorderen zekerheid en fpoed; de Koop en Verkoop, de Contracten worden aldaar gefloten, en fom tyds is de onzekerheid van eenen dag van het grootst nadeel. — Vreemdelingen , Esfaijeurs, Makelaars, zyfï alle.by de hand. ij,. Raad der Aliatifcht Bezittingen zal waaifchynl.k zyn Refideritie vestigen in gemelde Stad, even ris het Committé des Oost-Indifchen Handels aldaar thans, zyn zetel heeft, terwyl het ginwegfaam bekend is, wcike hcfeVeeiheid Specie tot deezen Handel Jaarlyks worde vereischt. Dit  C 9 1 Die alles zyn zoo veele redenen voor ééne Munt en wél te Amfterdam. Daar het alverder zeker is' dat drie vierde der Speciën voor Amfterdamfche Huizen wordt gefiagen, vordert almede de billykheid, dat het mindergedeelte voor het meerdere wykt, en de drie vierde niet genoodzaakt zyn hun Munt-materiaal naar eene andere plaats"te brengen, alwaar voor de Ingezetenen zelve niets, zoo als wel het geval overal behalven m Zeeland is geweest, verwekt word; daarenboven zyn de winsten op het Goud en Zilver z*cr gering, zoodanig, dat de Intrest, om zoo te zeggen , by dag en uur word berekend, vooral over grootere Capitaalen; het ophoud, de vrachten, de moeijelykheid der Expeditiën, vooral in den Winter de gevaaren zelve, daaraan verknocht, zyn van dien aart dac zy in aanmerking behooren te komen, des, dac wy veilig meenen te kunnen vastftellen, dat, zonder alle deeze belemmeringen veel meerder vreemde Specie en Munt-materiaal in deeze Republiek zoude worden verwerkt, hetwelk niet alleen aan de Munt zelve voordeel aanbrengt, maar waardoor ook, daar er immer een gedeelte van in dadelyken omloop komt, de masfa der rouleerende Munt-Speciën zouoe worden vergrooc. Wy zullen nu nog één ogenblik blyven ftil (ban bY de tegenwoordige Munten, en dan dit gedeelte van deeze Memorie voor afgehandeld befchouwen Die teCampen, heeft zeker een allerongelukkige poficie; van de omliggende plaatfen bekomt zy geen werk en haare afgelegenheid en het moeijelyk transport beroven haar van werk voor de Commercie; ook Werkt £ Jaai'en Weini'S 0f by°a niets ver' £<£ll^ardT?kl ?? Wd iets' ^chweinig meer gelegen, en valt in dezelve termen. De  ( f ) De^trechtfche en NoorJ-Hollandfche Munten , liggen vo~or den Handel hec meest gefchikt, en verwerken hec meest, doch al mede niets uit hunnen eigen boezem, maar alles alleen voor de Amfterdamfche Kooplieden. , ,, Dordrecht al mede meer afgelegen, komt alleen in aanmerking wanneer de anderen niet voldoende zvn • baare poficie is ongunftig, vooral in den Winter* ook'is aldaar in meer dan een Jaar niets verwerkt, en de Muntgezellcn hebben nog onlangs van den Lande fubfidie genoten. + Het is daarby onbetwistbaar zeker, dat de Mant te Dordrecht in vorige tyden alleen door het pecunieel vermogen van de Muntmeesters is gaande gehouden, en voor hunne particuliere rekening zeer veel goude Speciën verwerkt heeft, en dat zonder dit die Munt meer als zeven agtfte van den tyd ledig zoude reftaan hebben. Middelburg heeft het werk, dat daar zedert Jaa« ,en plaats gehad heeft, te danken aani de uitgifte der RyVsdale^a 53. ft., zonder het welk deeze Munt al mede niet aan den gang had kunnen blyven De Muntmees-eres heeft zich nog onlangs om fubfidie 66 uSrdlt'ailes blykt het overbodige van de aanhouding van alle deeze Munten. 'Er blyft dierbalven niets over, dan, of eene derzelve tot eene Nationale Munt te herfcheppen, ofwel eene gehee nieuwe op tc richten, met afkeuring in beide gevallen yan alle de overige; en is bet dan niet zeker, dat het laatfte verre de voorkeur verdient, mits derzelver zetel te Amfterdam gevestigd zy? vereischt met de billykheid, om nu de zaak alleen eens ten voordeele van dat gedeelte der Natie te befchouwen , 't geen m de eerfte Koopftad van ons Vaderland woonachtig is, dat de.  C " ) Nationaale inrichtingen op die plaatfen behooren gevestigd te wor.ien, alvva.ir het uitgeftrektfte gedeelte der Ingezeten n daarvan het meeste nut trekken kan, dewyl in een tegenovergefteld fysthema het meerder gedeelte zoude worden bezwaard, om een minder gedeelte te bevoordeden. De Republiek in het algemeen behoort geen onderfcheid van Gomcentens te kennen, het is haar on ,'erfchiüig welk gedeelte de zete! haarer inrichtingen wordt, mids dezelve flegts daar geplaatst zyn, waar dezelve het meeste nut kunnen uitwerken, en dit meenen wy genoegzaam te hebben aangetoond, dat de Nationale iVlunt te Amfterdam kan doen. En dus overgaande tot de conclufie, zouden wy van oordeel zyn, dat het Wetgevend Lichaam behoorde te decreteeren: Dac met primo January i8od. zullen zyn vernietigd alle de Munten, thands inde verfchillende Steden en voormaalige Gewesten beftaande. Dat *er in het vervolg niet meer zal beftaan dan ééne Nationale Munt, welke zal worden geplaatst in Amfterdam. Dat diensvolgens hec Uitvoerend Bewind worde gelast, om de nodige zorg te drigen voor de Localen tot eene algemeene Munt verdicht wordende; a'smede tot het overbrengen der Gereedfchappen en bruikbare Werktuigen, het fluiten der Muntbuslen op en met den 31. December 1799., het yerant-voorden derzelven, en het in werking brengen der nieuwe Nationaale Munt, zonder vertraging of oponthoud te veroorzaken. Ad Secundum. En als nu ov Tgaande tot het tweede gedeelte, de Muntflag zelve, zullen wy ons vooraf bepalen tot de vragen; of het algemeen belang yer- an~  ander ing in het gehalte der Speciën vordert? of het die verandering kan gedoe gen? en zoo ja, welke? Hoezeer het denkbeeld toe verandering des gehalte reed- menigmalen is ter zyde gefteld en afgekeurd, worut het ech er van tyd tot tyd wederom opgehaald, en niet tegeuihande de ondervinding genoegzaam overtuigend is, dat dc nood, om tot dit uiterst middel over te ga ;n , nimmer zoo groot is geweest of nog is, als wel wordt voorgegeven, bezigt men als dringende redenen dz volgende: Vooreerst: Dac de refpective Munten aan den gang ïi üëxen ïvardèfi gehouden, welke anderzins door den ho cours der Speciën en prys van het Maceriaal moeien ftil liaan. Ten tweeden: Dat het Geraeene Land daar door vim eene menigte onkosten zal ontheven worden. En eindelyk Ten derden: Dat eene meerdere quantiteit van Specie eene meerdere roulance zal veroorzaken. Dan deeze redenen zyn niet opwegende tegen het verderffelyke, dac 'er in eene vermindering van de intrinfiqu- waarde der Geldfpeciën zoude gelegen zyn, zynde dezelve daarenboven in haaren grondflag geheel valsch en onberedeneerd; men zal dus moeten onderzoeken, of de te hooge cours v'an het Muntmateriaal de eigenlyke oorzaak is, en altoos geweest is, dat de Munten niet hebben kunnen bclhan; het Land ctn de Provinciën in groote kosten zyn vervallen; of 'er gegronde vrees voor gebrek van roulance was, en is; en dan zal men bevinden, dat dit alles aan andere oorzaken toegefchreeven moet worden. Vooreerst: knmt hier ten opzichte der- eerfte en tweede der aangehaalde redenen dadelyk in aanmerking: dat het alleen aan de menigvuldigheid der Munten moet toegefchreven worden, dat dezelve van t^d  C 19 > luistert , noch daaraan dienstbaar of onderworpen kan worden ; zelfs wat meer is, verheven boven Volksbegrippen, inbeelding en harfenfchimmige bepaalingen, by voorbeeld die, om de waarde van het Goud tot het Zilver vastteftellen als 14 tot 1. De Speciën zyn volkomen gelyk aan alle andere Koopwaaren, zy ryzen of dalen, naar mate 'er veel of weinig van aan de Markt koomt, — dezelven veel of weinig gezogr worden, of zich de beste gelegenheden voordoen, om van dezelve gebruik te maken; waartoe Vrede of Oorlog het meeste bydragen. De, naar de thans beitaande waarden der Producten, in vroeger tyden zoo laage pryzen derzelven, zyn eigenlyk aan niets anders toetefchryven, dan aan de toenmaalige meerdere waarde der Speciën ; -— wanneer men thans, by voorbeeld, voor een Brood twee Stuivers betaalt, dat voor eenige Eeuwen voor zoo veele Penningen wierdt 'gekogt, kan dit verfchil niet worden toegefchreeven aan eene meerdere fchaarsheid van Graan, hetwelk alleen en altyd de eenigfte aanleiding tot duurte is;neen — de quantiteit van Granen om de menfchen te voeden was toen en is nu toereikende, — maar de Specie is abondanter geworden, en in waarde vermindert, des, dat men nu voor eene gelyke hoeveelheid Graan (de eenigfte primicive waarde) meerder Goud of Zilver kan koopen dan voorheen. Deeze vermeerdering van het Munt - materiaal is al langzaam, doch met meerder rasfe fchreeden na de ontdekking van America, toegenomen, naar mate in Europa meerder Specie wierd aangevoerd en de overvloed de waarde derzelve deed verminderen. De Commercie gedreven wordende in 's Lands voortbrengzelen , Buiten- en Binnenlandfche Fabriekw .varen, vreemde Speciën , Papier, en alles wat B 3 Koop-  < v y Dus zouden de Nationale Muntfpeciën beftaan [ in de volgende: Standpenningen. Een Gouden Penning . . & 20 Guldens. Een dito . • . a 10 dito. Een dito . . . • a .5 dito. De Zilveren drie Gulden . a 60 Stuivers. De Gulden . . . a 20 dito. De halve dito . . . a 10 dito. Payement. Een Penning . . i . a 5 Stuivers. Een dito . . . . a a dito. Een dito a 1 dito. Koper. De Duit . . . .af Stuiver. Negotie • Penningen. De Gouden Ducaat. De Ducaton. De Ryksdaler. Ten opzichte van welke wy als nu zullen aanmerken : Dat de Gouden Penningen, vervangende den Gouden Ryder, berekend zyn naar hetzelfde gewigt en alloy, volgens de Wetten tot heden beftaande.  Dat wy beter geoordeeld hebben, by eene nieuwe inrichting, de nieuwe Speciën zoo veel mog vk ce bepaalen tot zoodanige lommen, als best zich onderling verdeden, en de verwisfeling gemakk lyk maken, waartoe de decimaal of tiende verdeeiing het meest gefchikt is. Dat de Zilveren drie Gulden, toe nu toe, volgens de beftaande Wetrn, de Standpenning zynde der Bataaffehe Republiek, en dus de Baiis van alle Rekening naar buiten, geene verandering behoor te ondergaan, maar blyven op den voet by voorige Wetten bepaald. — Dac de Gulden en de halve Gulden mede blyven op den voorigen voer. Dac de kleind.re Munten ofPayement, beftaande uit vyf Stuivers Stukken, uit twee, en één Stuivers Stukken, zoo uit hoofde van hunne mindere waarde, als meerder arbeidsloon, zyn gefteld op een gelyk alloy en gewigt, en wel zoo als by voorige Wetten is vastgeftdd; al- kunnende uit hoofde der anderszins te kleine grootte, als ook uit hoofde der fchade welke zoude ontdaan , wanneer het arbeidsloon niet evenredig wierdc gefteld aan het meerdere werk, niet gelyk in alloy en gewigt met de Standpenning worden gemunc. Dat de Duiten, uit hoofde der duurte van het Koper, niet meer op den ouden voet kunnende worden gemunt, gedeld zyn op één honderd Stuks, in het Mark, hetwelk, daar by deeze Specie niet de hmerlyke maar wel de nominale waarde in aanmerking koomc, niet nadeelig zyn kan. Dat de Ducaten , Ducatons , en Ryksdalers, Negotie-Penningen zynde, en dus onderhevig aan ryzing en daaling, de prys derzelven niet kan worden bepaald, maar wel derzelver gewigt en waarde. En  C s ) de geleerden, de met briefjes van ontflag weggezondeneS fffeSecuteerden by vonnisfen zedert i. January I78i of zoo veel laater, als ieder Capitein zyne Compagnie bekomen heeft tot ultimo Maart 1788, als mede hol veel de gereduceerde Manfchappen zyn fchuldig «bleven en op de monteering van de laatften is verloren omtrent alle welke praatenfiën „ volgens daartoe S ende lysten, gecalculeerd ingevolge het bovengemflde Rapport, is geftatuëerd, dat dezelve vol uit aan ï refpecrive Capiteinen moesten worden goedgedaan, edvk SezSve dan ook op de Extracl-Lysten, onder den Sent vï Oorlog thands berustende, zyn gefteld gewSrden onder de benaaming van geaccordeerde prtten- fi%t tweede gedeelte van het douceur beftond in eene vergoeding van fchaden en buitengewone onkosten S van het montant niet praeciefelyk konde worden ooaé-even, en welke veroorzaakt waren geworden dooi h?t bSgewoon en menigvuldig employ, het welkgedunrende liet dikwerf gentelde tydvak van de voorfz. Regimenten Infanterie was gemaakt. Ter vergoeding van deeze fchaden wierden by approximarieöZoo veel doenelyk evenredige= G»^J£ -erixeerd, m diverfe Clasfen van ƒ300; tot ƒ 900. vergeeld, en inzonderheid naar de menigvuldigheid der Guarnifoens-veranderingen en Cantonnementen, met in acntneeming echter van veele andere ™f^l™Zdit het voorfz. Rapport opgegeven, gereguleerd, zynde dit g deelte van het douceur ook op de voorengemdde geLraale lyst gefteldgeworden wegens;J« Co^1» namenlyk, welke daarop aanfpraak hadden, onder ag *&S2*SË3^ den voet, waarop het voorfz. dedommagement is gecalculeerd, moet dus ook het^rig fnoer zvn i naar het welk de reclames der Kequestran ten worden geregeld; en hieruit volgt dus dat voor zoo verre de opgemelde Lysten, welke ter berekening deezer dedommagementen aan den gewezen Capitein Generaal door de refpeftive Corpfen zyn mgezonden en thands berusten by het Agentfchap van Ooilog,^e hoorlyk zyn ingevuld over den geheelen tyd, geflsu^  C 6 ) rende wolken de Requestranten Propriëtairen hunner Compagniën zyn geweest, de geaccordeerde praeteniiëu zoo wel als het montant der zoogenaamde gratificatie vry fecuur en bepaaldelyk kunnen worden opgemaakt. Ten aanzien echter van eenige der Requestranten heeft, volgens de Misfive van het Uitvoerend Bewind, dit fingulierc plaats, dat dc lysten, welke wegens de Compagniën, zyn ingediend way van zy Propriëtairen zyn geweest , geheel niet zyn ingevuld, zoo veel betreft de fchulden der afgegaane Manfchappen, zO0 dat uit deeze lysten geene begrooting konde worden geëlicieerd van het geen aan die Requestranten wegens geaccordeerdepratenficn competeerde, waarom hetzelve Bewind uit eonfuteratie dat de Compagniën, waar van de Requestranten Propriëtairen waren geweest, by de inzending der Lysten vacant waren en de Requestranten dus buiten hunne fchuld zoudeu kunnen worden geprayudiciëerd, hun door den Agent van Oorlog heeft doen aanfehry ven, om door eene nadere opgaaf op voldoende bewyzen gefundeerd, het deicct in deezen te fuppleeren. Aan hun, die de gerequireerde opgaav niet hebben kunnen doen , is Uwe Commisfie met het Uitvoerend Bewind van oordeel, dat het eerfte gedeelte van het douceur niet kan noch behoort te worden geaccordeerd, eensdeels , om dat ingevolge den klaaren wil van het voorfchreeve Rapport, en de Refolutiën dit onderwerp fpecteerende, geene vage opgaaf van geledene fchaden, maar alleen eene' pneciefe calcule van de nagelatene fchulden der afgegaane Manfchappen, in confideratie mag komen, en anderdeels om, dat in gejyke gevallen van den Lieut. Colonel J. C. Ahbema en F. du Fasauicr, welke mede tot eene praciefe ópgaav van geledene fchaden buiten ftaat waren, de Nationaale Vergadering, by derzelver Dècreeten van den "O. Augustus 1797, alleenlyk het tweede gedeelte van het meergemeld , douceur heeft geaccordeerd , zonder eenig reguard te fiaan op het eerfte gedeelte, waaromtrent de vereischte 'praaeïefe opgaaf mankeerde. In het Bepaalen van het tweede gedeelte van het dikwyls gemeld douceur, de Gratificatie namenlvk, welke, zoo ais wy hier boven remarqüecrden, in diverfe Clasfen van jf/jeo- c- o tot ƒ 900- o- o is verdeeld en gereguleerd, naai  veeren , dat zodanige Capiteinen, welke by andere CÖöii pagnien geplaatst zynde, aUoo van het genoegen he' geen men m hunnen dienst nam deeden blyken, van het bewuste douceur zouden worden uitgefloten, het thans niet minder hard en onbillyk zoude zyn, om zodanige Capiteinen van het effect van dien verdoken te doen blyven welke door de noodlottige Revolutie van 1787. van hunne Posten beroofd zynde, alzoo van hunne Patriottifche denkwyze en opofferingen voor de zaak des Vaderlands, de eyidemfte blyken hebben aan den dag geleed eri dat dus de reclames der Requestranten, zoo wel op de analogie der Wet zelve als op de billykheid zyn ge. grond. J ° Overweegende, dat de Wetgevende Vergadering in der tyd zich ook reeds omtrent volmaakrgelykzoortige ree ames ff el lig heeft geprononceerd, en derzelver gegrondheid geadvoueerd, blykens de Dècreeten der Nationaale Vergadering van den 30. November 1796, aiï lebruary en 29. Augustus 1797. en 'er dus teI minder zwaangheid is, om in het byzonder geval der Requestranten , de dispofitie der Wet mede ten hunnen faveure te extendeeren. Overweegende eindelyk, dat by de Voordragt van hel Uitvoerend Bewind , omtrent het accordeeren van het gemelde douceur of dedommagement aan de Requestranten , alles is in liet oog gehouden en geobferveerd, waarop 111 gelykzoortige gevallen en volgens het dikwerf gemeld Rapport eenige reflexie behoort te worden gefiagen Befluit: zich met de voordragt van het Uitvoerend Bewind }e conformeeren , en mitsdien ter zaake van het dou'ceur of dedommagement, by Refolutie van H. IJ Mos yan 13. July 1790 bepaald, toeteleggen aan de refpective Kequeseranten de navolgende fomma's, als: Aan S: ^/»tf/7 reductie als boven 5°° . ?lé_ ^ u k*« A G W. van Lith de Jeade, thands Aan A. tr-. yy ~JU , Bataülon van de derCapuein m het derde ba Ca_ de halve Bngade nsge ly^g ^ pitein onder hetzeiiQ eeGCcordeer- Regiment van i>«*«, we»en/f5 7. S tfc Pretenfiën — "/ •> Èn wegens Gratificatie, ^ Q reductie als boven ■ j>_^ ^ -± % CapiteinP'r Sp ?nie?3in be? tweede tein eener Compagnie, . „ //è'^ * En wegens Gratificatie, na q_ q reductie als voren J> 700-11- 8 ï« tweede Bataillon van hetzelfde Regi Sfvan PA-, wegens ««^A pretenfiën * * 'T ó fen wegens Gratificatie, na aftrek alt boven 30 .. _ 330- «* * Aan  verens rvï,.vr .»lmeiu nar denreductie CgCf^^ na dc gewoone "—- 500- o- ' 9 reductie als boven 1 50..- o- o X'^^J^SÉSSSS&^ aanleg betaaljng van de voorfchreeve toïSeSf ' °mc°P de llkdedommagementen de nodige ordrS 2 fti™1^?1 iSö of aan de Generaliteits Rekenkamer tn/ 'fr ' a,s me^ en naricht. ^uivamer, tot deszelfs informatie En dat dit Befluit, ingevolge het 60 Arf a e geling ter fanctie zal worden -ezonden" o j d£ St**™*mer van het VertBraffiBr? , de fchen Volks, mct,^et ^'dS^ BatMfBylagen, /« ortgindif. ™?™as dit Rapport en de Onderwerpende enz. ADs. HARTEVELT. POMPE van MEERDER VOORT, P.C.z, P. }: CUYPERS. FR. GULJé. P. DE SONNEVILLE.  C * 3 B Y L A A G Ës Behoor ende tot de Befluiten van den 3. Me$ 17 00. Burgers Representanten ! Het heeft UI. behaagd, by Befluit van den 10. der afgeloopen maand, te Hellen in handen van de Burgers Sinkelt Levire en vanForeest, om der Vergadering te dienen van confideratiën en advis, op eene Misfive van de eerfte Prtefideerende en andere Raaden in den Hove van Juftitie over het voormaalig Gewest Bataafsch Brahand, gelchreeven in den Bosch den 4. April bevoorens ; houdende derzelver confideratiën en advis, op de Requeste van de Municipaliteit van den Bosch, daarby te kennen gevende, dat, tyde der overgave van voornoemde Stad aan de Wapenen der Franfche Republiek, door den Generaal Sauviac, toenmaalige aangeltelde Gouverneur dier Vesting, krachtens de macht hem toevertrouwd, uit de Gevangenisfen zyn ontflagen, alle de Gedetineerdens op Stads Gevangenpoort , except Machiel Smeyers de Zoon, gebooren te St. Truyen, en geapprehendeerd te Hapert; alsmede deszelfs Vader, insgelyks genaamd Machiel Smeyers, ert Jacoba. van de Pol, geboortig van Abcoude, en geapprehendeerd te Vught; alle drie Complicen in diverfe Diefftallen, welke hy het leven heeft gefchonker , mits geconfineerd blyvende hun leven lang geduurende. Dat de Municipaliteit voornoemd , reeds langen tyd geleden , zich byAdresfen hebbende geadresfeerd aan de toenmaalige Repraefentanten van het voormaalig Gewest Bataafsch Brahand, met verzoek, dat bovengemelde drie Gedciineerdens, ingevolge costumier gebruik, hun leven Ian°- in een Tuchthuis of Spinhuis, ten koste van het platte Land, of de Quartieren waar zy zyn geapprehendeerd, mochten worden geconfineerd, 'er op dezelve geene volkomene dispofitie is gevallen, als alleenlyk omtrent dan A P6**  C * 3 perfoon van Machiel Smeyers, de Vader, welke, ten kos^ te van de Meyerye, zyn leven lang geduurende, is geconfineerd in het Spinhuis te Breda. Dat de Municipaliteit zich nog nader aan voornoemde toenmaalige Repraefentanten heeft geadresfeerd, ten einde voorfz. dan waarop tot heden toe geen befluit gevallen is. Dat almede op Stads Gevangen-poort, zedert den 5. January 1796. is ' geconfineerd, wegens diverfe geringe Diefftallen, zeker Mansperfoon, genaamd Hendrik Roffers, geboortig van Venrooy, en geapprehendeerd te Rasmalen, welke is gecondemneerd om ter Zee te vaaren; dan welk Vonnis niet ter executie heeft kunnen gefield worden , uit hoofde van een lichaams-gebrek. Dat het om particuliere redenen allernoodzaaklykst zy, dat voorfchreeve Gedetineerdens voor altoos worden ge.confineerd, en der Burgerlyke Maatfchappy onttrokken. Daar nu de detenfie-kosten, voor de plaatfen, waar bovengemelde Gedetineerdens zyn geapprehendeefd, op Stads Gevangen-poort veel kostbaarder vallen dan in een Spin- of Tucht-huis; en daarenboven voorfchreeve Gevangenhuis in geenen deele is gefchikt voor Gevangenen, welke by Sententie zyn geconfineerd, zoo verzoekt de Municipaliteit, dat het der Vergadering behagen mooge te decreteeren, dat Machiel Smeyers, de Zoon , benevens ffacoba van de Pol en Hendrik Rojfers, geduurende hun Lven lang, worden geconfineerd in een Rasp- of Tuchthui'!, binnen de Bataaffehe Republiek, ten koste van den Lande. Uwe Commisfie heeft vervolgens in overweging geno. men, de hier op ingekomene confideratiën en het advis van -de Raaden in den Hove van Juftitie van het voormaalig . Gewest Bataafsch Brahand, en bevonden, dat welgemelde Raaden een zeer gedetailleerd verflag komen te doen, zoo . van de misdaaden waaraan deeze drie Gevangenen zich hebben fchuldig gemaakt, als van den byzonderen loop, welke deeze Procedures, door de tusfehenkomst van den Franfchen Generaal Sauviac, destyds Gouverneur van den Bosch, genomen hebben; ten dien effecte, dat, hangende de deliberatiën'van het voormaalig Collegie van HunHoog Mo-  i 3 3 Mngcnden, over het aan dezelve gedaan Adres, om defi perfoon Mm Machiel Smeyers, de Zoon, en Jacoba Pauhtsfe van de Pol, voor zekeren tyd te mogen confineeren, in plaatfe van dezelve, ingevolge de Wetten en Placaaten van den Lande, wegens hunne crimineele gepleegde delicten, tot de ftraffe des doods te condemneeren, de Stad Minden Bosch, door de Wapenen onder het gezag en de macht van de Franfche Republiek zynde gebragt, de Municipaliteit , op fundament Van een arrêté van de Repra:fentanten van het Franfche Volk, van den 30. Vendemiaire «irte faai' derzelve Republiek (20. October 1794O zich aan den als toen in dezelve Stad en Chef commanderenden Generaal Sauviac heeft geadresfeerd, en onder anderen aan denzelven voorgedragen, dat door hunne Praedecesfeuren en Adres aan de voormaalige Staaten Generaal der vereènin-de Nederlanden was gedaan, betrekkelyk de twee Gevangenen, Machiel Smeyers, de Zoon, en Jacoha PattInsfe van de Pol, om permisüe, ten einde dezelve voor een zekeren tvd in een Tuchthuis te confineeren; met dat gevolg, dat de gemelde Generaal, by een order van den «6. Brumaire desZelven jaars (16. November IJ9A-) de Municipaliteit van den Besch heeft geauthorileerd, om de voornoemde Gevangenen in een Tuchthuis te doen transporteeren. Dat al verder door meergemelde Raaden word geavanceert, dat, hoezeer zy volgens de letter van de Wet ftraf baar waren, 'er echter eenige redenen en motiven .voor hun militeerden, die den Wetgever konden, en mogelyk behoorden te permoveeren, öm met een Souverain gezag in deeze buitengewoone gevallen, tusfchen beide te treden, en eenige gratie voor rigeur van Juftitie te prsefereeren; zynde het bovendien een zeldzame gebeurtenis, dat een Rechter zich zelf voor misdadigers interesfeert, en de Clementie van den Wetgever inroept, en cdo. dat door de order van den Generaal Sauviac ^ oin de o-evangenen in questie te doch confineeren, de ge* vangene %hcoren, immers kunnen worden geconfidereert, zoodanig recht op hun leven verkregen te hebben, dat hun hetzelve, zonder aan dé reden en billykheid te kort te doen, niet meer kan ontnomen of ontzegt worden, A 2 en  [ 4 ] en zulks te mind't, daar Machiel Smeyers, de Vader, die zich aan dczelfle en nog' meer zoongelyke misdaden, als de Zoon, had 1'chuldig gemaakt, op een daartoe gedaan adres aan de Reprjefentanten van hec Volk van Bataafsch Brahand, van wegens de Municipaliteit van den Bosch, op i'peciaalc Refolutie van dezelve Reprseferitauten, voorns men tlyk gebafeert op de zoo even gelegde grond, voor al zyn leeven in een Tuchthuis binnen deeze Landen is geconfineert. Dat eindelyk de meergemelde Raaden vermeenen op deeze gronden, onder verbetering , te mogen advifeerên , dat voor zoo veel het verzoek van de Municipaliteit van den Bosch aangaat, om de Perfoonen van Machiel Smeyers, de Jonge en Jacoba Paulusfe ven de Pol, in een'Tuchthuis binnen deeze Republiek te confineeren, hetzelve verzoek goedgundiglyk zoude kunnen worden ceaccofdeert, onder deeze mits, dat de Perfoon van Machiel Smeyers, de Jonge, uit hoofde van de enorme förfaiten door hem begaan, en de weinige fchyn die 'er voorhanden is, dat hy by vervolg van tyd tot een betelen geichikt leven zal kunnen overgaan, zal worden gecpndemneert, om, zyn leven lang geduurende, te worden geconfineerd, en de Perfoon van Jacoba Paulusfe van de Pol, ten minden voor den tyd van vyftig Jaaren, pm redenen van de debiliteit van har.re Sexc, en dat het niet te voorzien is, dat, zoo zy den tyd van haar ontflag, en het confinement mogt beleeven, zy zich meer in Haat zal bevinden, om der Maatfchappye door het hernieuwen vau haare misdaden, of hervatten van haare voorige 'levénswyze eenige fchade toetebrengen, of voor de t'famenleeVing gevaarlyk te zyn ; maar dat met opzigte tot het verzoek", om dezelve ten kosten van den Lande te confineeren, de meergemelde Raaden daarvoor niet favorabel mogen advifeerèn, vermits (voegen zy 'er by) de eenheid iri het Financieelè nog niet is daargefteld, waarom zy van gedagten zoude zyn; dat de Municipaliteit van den Bosch zoude kunnen worden geauthorifeert deeze beide gedetineerden, als in de Meyerye van den Bosch geapprehendeerd, ten koste van de Meyerye voormeld te confineeren , zoo als diergelyke authoitfatiëH aan den Gerechte van  C 5 ) van den Bosch in foortg. lyke gevallen , te meermaalcn door de geweezen Staaten Generaal der Veréénigde Nederlanden , zyn verleent. Dat met betrekkinge tot den derden gevangen, Hendrik Rofers, meergemelde Raaden refieéteeren , dat de zaak van deeze gedetineerde, als zynde in de maand January 1796. in hechtenis geraakt, uit hooide dat hy als een vreemdeling en Onvoorzien van een Pas, en boven dien iufpect aan Dieverye was, van een geheel anderen aart is, en "-eene relatie tot de voorige Gevangene hebbende; dat daarom deeze Gevangen, op auth'öfffötie van de Repraefentanten' van het voormaalig Gewest Bataafsch Brahand, ex plenitudine potestatis, aan de Municipaliteit van den Bosch verleend, by appoinétement van den 3. Mey 1796. is gecondemneert om het Land ter Zee te dienen, geduurende den tegenswoordigen Oorlog, en in de kosten en rrtiféfi van Juftitie; dan hier aan geen executie hebbende kunnen worden gegeven , uit hoofde van een lichaamsgebrek aan den Gevangen , hy dus tot nu toe in detentie is gebleven; daar nu door dit condemnatoir Vonnis , zonder figuur van Proces, op den gevangen Hendrik Rofers uitgebragt, deeze zaak, naar de gedagten van meergemelde Raaden,1" niet wel anders kan worden geconfidereerd, dan ten eenemaal te wezen ten einde gebragt, en dat het niet ter executie kunnen leggen van hetzelve Vonnis, om reden van het lichaams-ongemak, waaraan de Gedetineerde laboreert, niet ten prtejudicie van dezelven moet {trekken , en het door een louter toeval is, dat het Vonnis niet ten uitvoer heeft kunnen worden gebragt, en dat zulks vooral, wanneer men de billykheid in aanfehouw wil nemen , niet ten gevolge moet hebben,dat de Gedetineerde nu zwaarder zoude worden gepunteerd, dan de Sententie tegens hem eens wettig, of op fouverain gezag uitgebragt , is medebrengende; advifeerende, om deeze redenen, meergemelde Raaden, dat het verzoek van de Municipaliteit van den Bosch, ten opzichte van Hendrik Rofersr, behoorde te worden geweezen van de hand, zoo als het ■is liggende, en dat gemelde Municipaliteit in tegendeel behoord te worden geauthorifeerd, om den dikwils genoemden Hendrik Rofers, bv Refolutie uit zyne GevanA 3 ge-  f 6 ) genis te ontflaan, en hem verder te gelasten, omillico, immers binnen den tyd van driemaalvier-en-tvvintiguuren, het territoir van deeze Republiek te verlaaten, en voor altoos zich daar buiten te houden, op pcene, van by overtreding van dien, naar bevind van zaaken te zullen worden geftraft. • Na dat uwe Commisfie dit alles met de vereischte aandagt heeft overwogen, kan dezelve niet voorby, UI. te doen obferveercn , dat het verzoek van de Municipaliteit yan den Bosch aan deeze Kamer gedaan, alleen daartoe is {trekkende, ten einde dedikwils gcno 'mdedrjeGevangenen mogen worden geconfineerd in een Rasp-of Tuchthuis, geduurende hun leven lang, ten kosten van den Lande, en dat mitsdien uwe Commisfie , indachtig aan de heilzaame gevoelens van de Vergadering, zoo menigmaal te kennen gegeven, om zich in de Administratie van de Juftitie niet in te mengen, zich onbevoegd zoude kunnen rekenen, Om te tn eden ineen fcrupuleus onderzoek van de merites der onderfcheidene objecten van Juftitie, dewelke door de Raaden in den Hove van Juftitie van Bataafsch Brahand, ter deezer gelegenheid , onder het oog, en ter deliberatie van deeze Vergadering zyn gebragt. Dan, dat de redenen en motiven, die de meergemelde Raaden in dit byzonder geval hebben bewogen , tot het geven der voorfchreeve confideratiën en advis, aan uwe Commisfie van dat gewigt zyn voorgekomen, dat zy alr leen op dit Adres, in dit fingulier geval, geene zwarigheid zoude maaken, aan UI. te advifeeren, ten einde de Proceduures van meergemelde drie Gevangenen, door de tusfchenkomst van het Vertegenwoordigend Lichaam , by wege van gratie, finaal te termyieeren, en ten dien einde te nemen liet volgend Befluit: De Eerfte Kamer yan het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, eehoord hebbende het Rapport eener perfoneele Commisfie, in welker handen, by Befluit yan den io. April laatstleden, is gefteld, ten fine van confideratiën en adyis, een Request van de Municipaliteit van den Bosch, met en benevens de confideratiën ën het advis van de eerlte Pradiderende en andere Raaden m  ( 7 ) in den Hove van Juftitie van Bataafsch Brahand, betrekkelvk drie Gedetineerden op de Gevangen-poort der gemelde Stad, by Misfive van den 4. April bevorens, aan deeze Vergadering toegezonden. Overwegende, dat, offeboon het verzoek van de Municipaliteit van den Bosch alleen ftrekt om de Gedetineerden\ Machiel Smeyers, de Zoon, of de Jonge en Jacoba Paulusfe van de Pol, benevens Hendrik Rofers, in een Rasp-of Tuchthuis, geduurende hun levenlang, te confineeren, ten kosten van den Lande, niettemin de cnmineele Proceduures tegens de twee eerstgenoemde Gevangenen, door de tuslchenkomst van den Franfchen Generaal Sauviac, zoodanigen keer hebben genomen, dat dezelve tot hier toe niet hebben kunnen erlangen die finaale afdoeninge, welke dezelve by een vryen en onverninderdVn loop voor lange zouden hebben kunnen bekomen; en overwegende, dat de politieke condemnatie, op aufhorifat van de Repraefentanten van het Volk van het voormaalig Gewest Bataafsch Brahand, als toenmaahge Souvereiiien , tegens Hendrik Rofers gevallen, wegens een lichaams-ongêmak niet heeft kunnen worden ten uitvoer ëeOv?rwegende, dat de Raaden in den Hove van Juftitie meergenoemd, hebben geadvifeerd, dat, met betrekking tot de gedetineerden Michiel Smeyers, de Zoon, of de Joule en facoba Paulusfe van de Pol, deeze Vergadering, met hun Souverein gezag, in deezebuitengewoone gevallen behoorde tusfchen beide ie treeden , en eenige gratie voor riaeur van Juftitie te praefereeren. Overwegende, dat de éénheid in het Financieele, immers met betrekking tot de kosten, wegens het conhneeren van misdadigers, welke daartoe by Sententie gecondemneerd zyn, niet is daa rgefteld; Befluit: De perfoon van Machiel Smeyers, de Zoon, of de Jonge, bv weeë van gratie, te condemneeren, zoo als gelcnied. by deezen, om voor zyn leven lang; gelyk mede by wege van gratie te condemneeren, Jacoba Paulusfe van de Bol , om voor den tyd van vyftig Jaaren te worden geconfi. neerd, ten koste van de Meyerye van den Bosch, waartoe de Municipaliteit van den Bosch wordt geauthonieerd by A 4 *e**  Generaal van dit voormaalig Gewest, ten einde ons daarop te dienen van fchriftelyke confideratiën en advis, dezelve hieraan voldaan, en tevens aan ons gefuppediteerd hebbende de Procesiale Stukken, welke in de zaaken tegens de in de Requeste genoemde Perfoonen by het Collegie van Juftitie van den Bosch zyn ingediend, vinden wy ons in ftaat gefteld aan Ulieder gevenereerde ordres te kunnen obtempereeren. Voor en al eer wy echter kunnen toetreden, om aan Uiieden onze confideratiën en advis optegeven, hebben wy vermeend noodzaaklyk te wezen ter kennisfe van Uiieden te moeten brengen de misdaden, welke aan bovengenoemde gedetineerden zyn te Jaste gelegd , en die zy, immers de twee eefstgemelde, geconfesfeerd hebben, en wat 'er in de loop derzelver zaaken is voorgevallen. Hiertoe overgaande, moeten wy aanmerken: dat Ma* chiel Smeyers, de Zoon, in den jaare 1794 te gelyk met zyn Vader, Machiel Smeyers , in 'hegtenis zynde geraalf, dezelve bevonden is en ook volkomen geconfesfeerd heeft zich fchuldig gemaakt te hebben aan verfcheide enorme delicten van fteelen, huisbraaken, zich zwart maaken en binden van menfchen , met adfïftentie van zyn voorn. Vader en andere gaauwdieven gepleegd, doch tot wel•ke misdaden Machiel Smeyers, de Zoon, heeft beweerd, niet alleen door zyn Vader verleid, maar zelfs door flagen in zyne vroege Jeugd daar toe gedwongen te zyn ; zynde gemelde Machiel Smeyers, tyde zyner apprehenfie, flegts twintig Jaaren ou'1. Dat de tweede Gevangene, Jacoba Paulusfe van de Pol, tvde haarer apprehenfie, oud zynde 27. Jaaren, is eene Vagebonde, behoorende tot een bende Gaauwdieven, met welke zy heeft omgezworven en diefftallen en huisbraaken gepleegd, en helpen pleegen , zoo als zy ditby de refpective aan haar gedane verhooren , welke tegenwoordig maar alleen voorhanden zyn, heeft geconfesfeerd, zynde de verdere of andere bewyzen, fchoon echter zoo het fchynt, wel ingewonnen; doch by de Procesfale Stukken niet gevonden, en waarfchynelyk, na het overgaan deezer Stad aan de Franfcheu, vermist; over de merites van welke wy dus in de onmooglykheid gefteld zyn van  C ) van te kunnen jugeeren, doch die waarfchynelyk genoegzaam voldoende zullen geweest zyn tot corrobaratie van de confcsfie door de gedetineerde in deeze gedaan. D u het laatfte geavanceerde, omtrent Machiel Smeyers , de Zoon, te weten: de dwang, welke hy yan zyn Vader heeft ondergaan , en de jonge jaaren van de gedetineerde jacoba Paulusfe van de Pol, en dat zy tot de Vrouwelvke Sexe behoorde, en mooglyk eenige andere motives , welke ons door 't gebrek van eenige Proceslale Stukken onbekend gebleven zyn, waarfchynelyk aani den Gerechte van den Boch, hetwelk in der tyd in deeze zaak moest Sententiëeren, redenen hebben opgeleverd, om alvoorens hiertoe overtegaan , zich by het voormaalig Collegie van Hun Hoog Mogenden te vervoegen en permislie te verzoeker om den Perfoon van Macbtel Smeyers, de Zoon, en Jacoba Paulusfe van de Pol, m plaatfe van dezelven, ingevolge de Wetten en Placaten deezer Lande tot de ftraffe des doods , wegens opgemelde hunne Crfmineele gepleegde delicten te condemneeren ,. voor zekeren tyd te mogen confineeren. Dat, hangende de deliberatiën over bet voorfz. acres bv Hun Hpog. Mogende, de Stad van den Bosch, door de Wapenen onder het gezag en de macht van de Franfche Republiek zynde gebragt, de toenmaalige Hoofdfchout en Schepenen van dezelve Stad, zich op fundament van een arretté van de Reprafentanten van het Franfche Volk , van den 30. Vendemiaire, 3. Jaar derzelver Republiek (20. October 1794) aan den in dezelfde Stad als toen en Chef commandcrenden Generaal Sauviac hebben geadmsfeerd, en onder anderen aan denzelven voorgedragen, dat door hunne praedecesfeuren een adres aan de voormaalige Staten Generaal der Vereenigde Nederlanden was gedaan, betrekkelyk de twee eertgemelde gevangenen Machiel Smeyers, de Zoon, en Jacoba Paulusfe van de Pol, om permislie, om dezelve voor een zekeren tyd in een Tuchthuis te confineeren. Dat daarop de Generaal Sauviac , by eene ordre van den 26. Brumaire deszei ven Jaars (16. November 1794) de Municipaliteit van den Bosch heeft geauthorifeerd, om de voornoemde gevangenen in een Tuchthuis tje doen transporteeren. Dat  C i* ) ' Dat "hoe zeer ook tlit het hiervoor geallegueerde duïdeiyk genoeg blykt, dat dG twee bovengemelde gedetineerden zich hebben fchuldig gemaakt aan misdaden, welke van zoodarilgen aart zyn, dat zy, in plaatfe van eenige gratie te verdienen, ten rigoureuste, ten affchrik van anderen, met de daartoe by de Wetten deezer Landen geftatueerde Straffen hadde behooren te worden gepunteerd , en 'er voor misdadigers van deeze foort niet ligt tot het verleenen van eenige gratiën behoord te worden overgegaan , het (onder eerbiedige correctie) aan ons is voorgekoomeft , dat het eene hardheid in zich zoude i'nvolve ren, dezelve gedetineerden nu nog aan de ftralfe dèfzefvè Wetten te willen onderwerpen, en die in alle rigueur op hun te appliceeren; en wel ic. Omdat de Rechter zelfs, die over de misdaden den Gevangenen ten laste gelegd, heeft gecognosceert, door liet gemaakte Adres aan de voormaalige Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden in deeze gedaan, ten duidelykften heeft getoond, dat hy, na volkomen gedaan onderzoek „bevonden heeft, dat de Gevangenen zichinzoodanige omftandigheden bevonden, dat, hoezeer zy volgens den Letter van de Wet ftraf baar waren, 'er echter eenige redenen en motiven voor hun militeerden, die den Wetgever konden en mogelyk behoorden te permoveeren, om met een Souverein Gezag in deeze buitengewoone gevallen tusfchen beide te treden, en eenige gratie voor vigeur van Juftitie te praefereeren, zynde het bovendien eene zeldzaame gebeurenis, dat een Rechter zich zelf voor misdadigers interesfeerd, en de clementie van den Wetgever inroept; En 20. dat door de ordre van den Generaal Sauviac, om de gevangenen in questie, te doen confineeren", de Gevangenen behooren, immers kunnen worden geconfidereerd, zoodanig re' ht op hun leven verkregen te hebben, dat hun hetzelve, zonder aan de reden en billykheid te kort te doen, niet meer kan ontnomen of ontzegd worden, en zulks te minder, daar Machiel Smeyers, de Vader, die zich aan dezelfde, en nog meer foortgclyke misdaaden als de Zoon had fchuldig gemaakt, op een daartoe gedaan Adres aan de Reprsefentanten van het Volk van Bataafsch Stak , v.111  c 15 ) Dat, hangende die Procedures , de Reprafentrnten van het Volk van het voormaalig Gewest Bataafsch Brabmd, op den 18. April 1796. ex plenitudiue potestatis, ue Municipaliteit van den Bosch hebben geauthorifeert, om eenige Gevangenen, en daar onder ook met naame den meergem. Hendrik Rofers voor een termyn van Jaaren, zonder figuur van Proces tot 'sLands Zeedienst te condemneeren. , Dat dien ten gevolge de meergenoemde gedetineerde Hendrik Rofers, op gedaane Rcmonftrantie van eten Hoo^fchout, by appoineftement van den 3. Mey 1796. is crerondemneerd om het Land ter Zee te dienen, geduurende den tegenwoordigen Oorlog, en 111 de kosten en mifen van Juftitie. ... Dat deeze condemnatie niet ter Executie is kunnen sefteld worden, uit hoofde van een lichaamsgebrek aan den gevangen, en hy dus tot nu toe m detentie is gebleven. „11 r ■ 1 Dat uit dit te nedergeftelde confteerd, dat, op ipeciaie Refolutie van de ReprÈelentanten, de ordinaire train vau Proceduures in Cas Crimineel niet is opgevolgd, maar dat de gedetineerde by eene Politicque Refolutie en zonder figuur van proces is gecondemneerd. Dat het in de Waereld brengen van de bovengemelde Refolutie van gezegde Reprafentanten, en de daarop mtgebragte condemnatie op den Gedetineerde, genoegzaam doet zien , dat de misdaaden, door den Gedetineerden geperpetreerd, niet zyn befchouwd van dat gewigt te zyn, dat hy daar over met eenige zwaare pcene zoude behooren te worden geftraft, en dat ook niet onwaarfchynelyk is * dat, byaldien de Gedetineerden zyne delicten volledig had geconfesfeerd, of dat hy daarvan ten volle, by het voortzetten der Proceduures, tegen hem geëntameerd, waaregeeonvinceerd, nimmer tot eene zoodanige zwaare ftraffe in judicio zoude hebben kunnen worden geprocedeerd, alsr waartoe het tegenwoordig verzoek van de Municipaliteit van den Bosch "tendeerd, 't geen niet minder is dan een confinement in een Rasp- of Tuchthuis, van de Gedetineerden, voor zyn leven lang geduurende, en beftaande de aantigd alleen hierin: dat de Gedetineerde uit eenige ö Her-  [ 16 ] Herbergen, waar hy gelogeerd heeft, onder anderen een Laken en een zilveren Gesp zoude geftoolen hebben, eü kennende de Municipaliteit by hun Request den Gedetineerden ook maar alleen aan geringe Diefftallen fchuldig. Dat intusfchen, onder eerbiedige correctie, door het condemnatoir Vonnis, zonder figuur van Proces, op den gevangen Hendrik Rofers uitgebragt, deeze zaak niet wel anders kan worden geconfidereerd, dan ten eenemaale te wezen ten einde gebragt, en dat het niet ter executie kunnen ftellen van hetzelve Vonnis, om reden van het lichaams-ongemak, waaraan de Gedetineerde laboreerde, ïiiet ten prajudicie van denzelven moet ftrekken, en het door een louter toeval is , dat het Vonnis niet ter uitvoer is kunnen worden gebragt, en dat zulks vooral, wanneer men de billykheid in aanfchouw wil nemen, nietten gevolge moet hebben, dat de Gedetineerde nu zwaanier zoude worden gepunieerd, dan de Sententie, tegens hem eens wettig of op fouverain gezag uitgebragt, is mede brengende. Dat uit confidcratie van het voorfchreevene, en ook in overweging nemende, de langduurige detenfie, waarin de Gedetineerde gezeten heeft, en die aan hem in cas fubjecl: wel als eene ftraffe mag worden toegerekend, wy, onder eerbiedige verbetering , van advis zouden zyn, dat door Uiieden het verzoek van de Municipaliteit van den Bosch, ten opzichte van Hendrik Rofers aan Uiieden gedaan, behoorde te worden geweezen van de hand, zoo als het is liggende; en da; gemelde Municipaliteit integendeel behoorde te worden geauthorifeerd, oro den dikwils genoemden perfoon van Hendrik Rofers, by Refolutie uit zyne Gevangenis te ontdaan, en hem verder te gelasten, 0111 illico, immers binnen den tyd van driemaal vier-en-twimig uuren, het territoir van deeze Republiek te verhaten, en voor altoos zicli daar buiten te houden, oppeene, van by overtreding van dien, naar bevind vau zaaken tezullen worden geftraft. Hiermede vertrouwende aan Ulieder intentie te hebben voldaan, fubmitteeren wy ons. echter in alles aan Ulieder meer verlicht oordeel. Heil en Eerbied! J: van HEURN, vu Ter Ordonnantie van den Hove \\\ 11 PELS.  Soo 6 M E Y i 7 9 o. De Befluiten, laatstleden Vrydag genomen, zyn geleezen en gerefumeerd , gelyk ook gerefutnièerd en gearresteerd zyn de depêches daar uit refüheerende. Zyn ter deezer Kamer ingekomen de navolgende, door de tweede Kamer bekrachtigde en in Dècreetenveranderde Befluiten deezer Vergadering, als: Foor eerst, het Befluit, van den 16 April jongstl., (bekrachtigd den r-,o daar aan volgende,} waar by is verklaard, dat H. Rietman niet behoord tot die geenen, tegens welke de penaliteit van Emigratie, by de Staatsregeling, is gellatuëerd. "Ten tweeden, dat van den 19 April jongstleden, (bekrachtigd den 30 daar aan volgende,) waar by aan H. J. van der Haar, Brieven van Rappel van Ban zyn verleend. Ten derden, dat van, den rg April jongstleden, (bekrachtigd den 30 daar aan volgende,) waar by is verklaard, dat alle zodanige Aflens, ais door F. T. Kor ff", in den Jaare 1795, als Notaris zyn gepas feerd, voor zo verre dezelve door de daarin voorko= mende comparanten, en wel zo het zyn bilateraale Aflens van wederzyden zyn ondertekend, moeten woeden gehouden voor Notariëele Aflens, &c. Ten vierden, dat van den 29 April laatstleden, (bekrachtigd den 30 daar aan volgende , waar by J* EsPrelat, Weduwe van Mr. G. van Staveren c. allen Erfgenaamen van de Weduwe wylen Mr. T. Beèls, zyn gehoudea voor diligent, ter zaake van hec se fourneeren, wegens bovengemelde nalatenfchap, in de Geldheffing op de Inkomlten. Ten  6 M Ë Y 17 9 9» 3<-X Ten vyfden t dac van den 29 April laatstleden, f bekrachtigd den 1 Mey daaraan volgende,) waarby js bepaald, dac de Requeste van F. Stupany, reef, de Misfive van den Commandant der Lyfwacht, zoude worden gefield in handen van den tydelyken Prssfident, met doordre over de Lyfwacht belast, om mee overleg van den Prsddenc der andere Kamer, aan hec Vertegenwoordigend Lichaam een gefchikc Perfoon tot Piqueur van gemelde Lyfjvachc voor te Hellen. ' Ten zesden: dat van den 3 Mey jongstleden, (bekrachtigd ten zeiven dage,) waarby aan Mr. J. E. Reuvens ontflag is verkend, als Raad in 't Hof van Justitie over de voormalige Gewesten Holland en Zeeland, en zulks, uit hoofde zyner aanfielling, al* Agent van Justicie des Bataaffehe Republiek. En Ten zevenden-, dat van den 3 Mey jongstleden » (bekrachtigd ten zeiven dage,) waar by het Uitvoe» reHd Bewind is gcauthonleerd, om de alhier zich bevindende Compagnie Rydende Artillerie te doen tikmarebei-ren , wJrwaards hetzelve Bewind noodig zal oordeelen, dat de dienst van den Lande zulkszou» de vorderen. En zyn dezelve aangenomen voer notificatie, en zullen ter Nationaale Cunüelary worden gedeponeerd. Is geleezen een Extract uit het Register der Decieeten van de tweede Kamer van het Vertegenwoordigend Lic.aam des Bataaffchen Volks, van den 3 deezer, daar by'kermis gevende, dac dezelve voor de voigende 14 dagen tot haaren Voorzitter hadbenoemi den Burger Repraefertcant c. fi.or.kn, En is voorfchreeven Extract aangenomen voo* V » »oa*  Soa 6 M E Y i 7 9 9. notificatie; zullende hetaelve ter Nationale Cancelary worden gedeponeerd. Is geleezen een Extract uit het Regiscr der Dècreeten van de tweede Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 30 April 1.1., daar by aan de Vergadering kennis gevende, dat dezelve Kamer derzelver Gommis Notularis P. Boellaard Dz. geauthorifcerd hadt, om , geduurende de abfencie van den Secretaris Pasteur, de Dècreeten der gemelde Vergadering te tekenen loco Secretarii, En is voorfz. Extract aangenomen voor notificatie; zullende hetzelve ter Nationale Cancelarye worden gedeponeerd. Zyn geleezen twee Extracten uit het Register der Dècreeten van de tweede Kimer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, van den 30 April II., daar by kennis gevende van de benoeming , en wel by het eene van den Burger 'iepraefen* tant van Andel, tot Lid van de Commisfie tot Infpeflie en Policie over de Vergaderzaal; en by het andere van den Burger Repiaefentant Wentholt, tot Lid van de Commisfie tot de Zaaken van de Nationaale Drukkery, en zulks beide geduurende de eerstkomende drie maanden, En zyn voorfz. Extracten aangenomen voor notificatie , zullende dezelve ter Nationaale Cancelary wor« den gedeponeerd. De Prefident heefc aan de Vergadering gecommuniceerd, dac hy ontfangen had eene Misfive van de Commisfarisfen van het Hoogduitsch liefhebberyTooneelgezelfchap, Natuur door Konst, te Amfterdam^ de Burgers tL P, F. Hinze, en F. PF, Boedecker,  6 M E Y I i 9 9' 3^3 gefchreeven aldaar den 1 deezer, daarby zendende eene fomma van een honderd eenen vyftig Guldens; zynde het provenue eener reprefentatie, doo-r hetzelve Tooneelgezelfchap gegeven, ten behoeve van hunne , door den Jaatften Watersnood, ongelukkig geworde 1 Landgenooten. En is, met zigtbaare blyken van goedkeuring, de inhoud der voorfz. Mibfive door alle de Leden deezer Vergadering aangehooid, en de gifte, daar by voor onze noodlydende Landgenooten aangeboden wordende, met dankzegging, aangenomen; terwyl voorts is gedecreteerd, om van die daadlyk bewys, van men« fchenliefde door de Leden van het bovengemeld Tobneelgezelichap, zo edelmoedig aan den dag gelegd, honorable mencie te maaken in de Notulen deezer Kamer, zo als gefchied by deezen, en waarvan op uitdrukkelyken last deezer Vergadering, door önmid • delyke toezending van een Extract deezes, zal worden kennis gegeven aan de voornoemde Burgers, H. P. F. Hinze en F. W. Boedecker, ten einde daar van zodanig gebruik ce maaken, als zy zullen vermeenen te behooren. Zullende Copia van de voorfz. Misfive, by Extract deezes, worden gezonden aan de tweede Kamer, om van die bewys van menschlievenheid te worden geïnformeerd. En zal eindelyk eene gelyke Copie dier Misfive, by Extract deezes, worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, met toezending der edelmoedige gifte, en met lasc, om van dezelve zodanig gebruik te maaken, als hetzelve, na de tydsomltandigheden, zal bevinden meest overeenkomflig te zyn met het menschiicvend oogmerk der edelmoedige Gevers. Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Be~ V 3 wind  go4, € MEY i £ 9 9. der Bstaafsche Republiek, gefchreeven. alhier den 29 April 1.1.; houdende , 'ingevolge van enter voldoening aan het Decreet, van den ■ February daar bevoorens, deszelfs bericht, confideratiën en advis. op de Requeste van Nicolaas Pastoors, Apothecar binnen de Stad Haarlem; daar by verzogc hébBende, dac 't het Vertegenwoordigend Lichaam mogte behaagen, aan des Suppliants Zoon, Jan Pastoors, te verleenen Brieven van Abolhie, wegens de misdaad van Defertie, door hem ,op den 6 Mey des afgelopen Jaars, begaan, van het Corps jagers van den Colonel %uck. Tendeerende hetzelve advis, dat het verzoek, by voorfz. Requeste gedaan» zoude behuoren te worden gedeclineeid en geweezen van de hand. En is, op verzoek van 5 Leden goedgevonden en verdaan,de tweede leezing van voorfz. Misfive ce bepaalen, op aanftaanden Donderdag den 9 Mey. ïs geleezen eene Misfive van hec Uitvoerend Be wind der Bataaffehe Republiek , gefchreeven alhier, den ij* April laatstleden, houdende, ingevolge van en ter voldoening aan het Decreec, van den 5 Maart LI., deszelfs bericht, confideratiën en advis, op de Requeste van Adr. Schregardus, c.f., Regenten vah het St. Jacobs Gasthuis, binnen de Stad Schiedam, daarby verzocht hebbende, eenige Losrenten te mogen beieenen, lopende ten laste van hec voormalig Gewest Holland, zonder betaaling van den 40, Penning en de 10de Verhooging van dien, met vrydom van de 100. en seo. Penningen van die Negotiatie. Tendeerende het zelve advis, dac hec verzoek, by voorfchreeve Requesce gedaan, zoude behooren ce Worden geaccordeerd. En  6 M E Y i ? 9 9- Efl is goedgevonden en verftaan de tweed* lee. zingvanhetzelve Rapport te bepaalen, op aanftaanden Donderdag, den 9 Mey. U 'Mm eene Misfive van het Uitvoerend Bei irügd r Bataaffehe Republiek tt&frm» d -zo April laatstleden, houdende, '"gevolge van en er vóldoeninge aan het Decreet, van den 15 daar " ooren, deszelfs confideratiën en advis op de Reouwe van 2)tó«f van #ö#,Inwoonder der Gemeen?e van hierop, Departement den Dommel, daarby verzogt hebbende, dat het Vertegenwoordigend Lichaam aan hem Suppliant, even als aan aUe Dorp Schoolmeesters, uit 'sLands Casfe, gehefde toe je leggen eene jaarlykfche fomme van f75'-" e" * zo deszelfsTraaement te brengen op ƒ *«o,m plaats v3e{Ï^iS?^^, dat het verzoek by voorfchreeve Requeste gedaan, zoude behooren 85 ^JS^S^n verftaan de tweede leezing daar van I bepaalen, op aanftaanden Donderdag den 9 Mey. Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Bemnd dev Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier , den der gepasfeerde maand, houdende, ingevolge van,Tn ter voldoening aan het Decreet, van den» daar te vooren, deszelfs advis, op eene Misfive van het gewezen Intermediair Adminiftratif Beftuur van betfoormaligGewest Holland', daarby ^orgedrageri hebbende, lm aan den Hoofdgaarder J'^PPsl>* Monnikendam, uit aanmerking van zyne 8i jaarigen ouderdom, gemis van deszelfs gezicht en 50 jaangen getrouwen dienst, een Jaarlyks penfioen van ƒ 46 * V 4 l0*  gctS 6 MEY 1799. toe te leggen, gerekend ingegaan te zyn, met den 1 deezer lopende maand, en conformeerende zich hetzelve Bewind, met den zo evengemelden voordragt van 't voornoemde Beduur. En is goedgevonden en verdaan de tweede leezing van voorfz. Misfive te bepaalen , op aanftaanden Donderdag, den 9 Mey. Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Hewind der Banaifehe Republiek, gefchreeven alhier, • den. s9AprilI.i, houdende, ingevolge van enter voldoening aan het Decreet, van den 27 Maart daar te vooren, deszelfs confideratiën en advis, op eene Misfive van het gewezen Intermediair Adminiftratif Beftuur, van het voormalig Gewest Friesland, daarby hebbende te kennen gegeven, dat een der Gemeente-Beftuuren in dat voormalig Gewest, zich aan hetzelve Beftuur had geadresfeerd, met verzoek, om deszelfs dispofitie of de adminiftrateurs van publieke Corpora, ook behooren te worden toegelaten tot het Hemmen van Ontvangers van Flor eenen, en voorts verzogt, dat dienaangaande vaste bepaalingen mogten worden gemaakt. Tendeerende hetzelve advis, dat het verzoek van den Suppliant onder de by voorfchreeve Misfive opgegeven bepaalingen, zoude behooren te worden geaccordeerd. En is goedgevonden en verftaan, de tweede leezing yan gemelde Misfive te bepaalen, op aanftaanden ' Vry dag den 10 Mey. Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend BeWind der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier, den 11 Anri' jongstleden, houdende, ingevolge v^n en tor voldoening am het Decreet, van den 17 Januaïy dacr te vooren, deszelfs bericht, op de Reqnr« t van  6 M E Y i 7 9 9- 3°7 van G. D. Cazius, woonende te Utrecht, Eigenaar eener Fabriek van metzei fpecie, daarby verzogt hebbende, dac hec Committé van Koophandel en Zeevaart te Amfterdam, moge worden gelast, hem Suppliant, zeker door hem, ten behoeve van dac Committé, gefielde Acte van Borgtogt, waarby aan hem den tran.itoiren doorvoer van zyne metzelfpecie was toegedaan, terug te geven en te royeeren, mitsgaders hem Suppliant, den vryen in- cn doorvoer van de door hem gefabriceerde metfelfpccie te permicteeren. En tendeerende hetzelve Bericht, dat de pofitiven , ten voorfz. Requeste ter neder gefield, der waarheid conform zyn. . En is goedgevonden en verftaan de tweede leezmg van hetzelve Rapport te bepaalen, op aanftaanden Vrydag, den io Mey. Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Be* Wind der Bacaaffche Republiek, gefchreeven alhier, den m April 1.1., houdende ingevolge van en eervoldoening aan het Decreet, van den ,6 Maart te vooren, deszelfs bericht,confideratiën en advis, op eene Misfive van het Gemeente Befitiur der Stad Harderwijk, alwaar de Policie, en de Juftitie, nog niet van den anderen waren afgefchciden; en zulks, tan einde de Vergadering in te lichten, nopens de waare gMteUiheid van het gemelde Collegie, uitmaakende tiet Gémeerte-Beltuur van Harderwyk. En is, conform het advis van hetzelve BeWifid, goedgevonden en verftaan , dat op aanftaanden Vrydag den iq i\ley,by deeze Kamer zal worden gefooneerd een tweecal uie de Nominatie van 4 perfoonen, door hec bovengemeld Gemeente-Beftuur, op den iftMaart ]J„ alhier ingezonden, en in de NÖiateh van dien dag geïnfereerd ^  3o8 6 MEY 1799, Is geleezen eene Misfive van hec Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier, den 29 April 1.1., houdende, ingevolge van en te£ voldoening aan hec Decreet van den f6 te vooren, dë:sjr zelfs confideratiën en advis, op de Requeste van Ë#* rend Visfer, Koopman ce Harlingen, daarby ver. zogt hebbende, om agt en-negentig vuen Varlsén»Brood, wegende,plas minus, twintig duizend pond, van Vlisllngen, vry en onverhinderd naar Harlingen voorn., te mogen transporteerden, alsmede, dac°hy mogte worden gelibereerd van den geftatuëerden lm • post, welke van goed en gaaf Brood, aan den Lande moet worden betaald. En in aanmerking genomen zynde, dat het Commercieel belang van de Ingezetenen deezer Republiek vorderc, dac 'er op alle verzoeken, de Commercie betreffende , zodra mogelyk, gedisponeerd worde. Heefc deeze- Kamer verklaard, dat 'er is onver* wylde noodzaaklykheid; en voores daadlyk Beflooten, conform hec advis aan het bovengemeld Bewind, aan voornoemden B. Visfer, deszelfs vooifz, verzoek mies deezen te accordeeren , onder deeze voorwaarde nochcans, dac alvoorens de vervoer van hec ten Reqneste gemelde Brood gefchiede, het aan 'fi Lands Bedienden der gemeene middelen, of Pacht Bedienden, op eene voldoende wyze, zal moeren conlleeren, dat-het voorfchreeve Brood waarlyk zodanig is bedorven, dat hetzelve tot geen ander einde, dan tot voeder van Dieren dienffig is, en wyders, dat hetzelve Brood, by,de aankomsc te Harlingen insgelyks zal zyn onderworpen, aan dezelve nauwkeurige en flipte vificacie. Zullende Extract deezes, mee by voeging van de voorfz. Requeste en Bylage, in originali, worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, tot informatie, En  6 MEY I 7 99. 3*> En zal dit .Befluic, overeenkomftig het 60 Articul der Staatsregeling, ter bekragtiging worden gevonden aan de tweede Kamer, met en benevens de voorfz. Misfive, Requeste en Bylage, in originali. {zon* der refumti^j ïs geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Bewi«i°der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier den 29 April laatstleden, houdende, ingevolge van en ter vóldoeninge aan het Decreet van den 20 November des afgelopen Jaars, deszelfs confideratiën en advis , op de Requeste van Sophia Carolina Florenüna van Rechteren, zich noemende Vrouwe van Almelo, en Vriefeveen, zich beklaagd hebbende over eene aanfehryving vau den Agent van inwendige Politie tot afgifte van alle zodanige Papieren en Documenten, als waar mede zy zoude willen ftaven het byzonder door haar gelüstineerd recht van Eigendom op de Kerk aldaar, en voorts verzogt hebbende , dat de noodige voorziening mochte worde gedaan , ten einde doer de Municipaliteit van Almelo, aan de Requestrante ten fpoedigften mochr worden terug gegeven alle zodanige £eenmenten en Papieren, als welke de Requestrante invo^ge voorfchreeven , verplicht is geweest aan dezelve te moeten overgeven. En is, conform het advis van het bovengemelde Bewind, goedgevonden en verftaan, het verzoek by voorfchreeve Requeste gedaan, zo lang de gefulmineerde eigendom van de Requestrante, op"de Kerk te Almelo niet is gebleeken, mits deezen te declineeren en te wyzen van de hand, en hetzelve Bewind te authorifeeren, om de Municipaliteit van Almelo en Vriefeveen aan te fchryven, om inmiddels ten fpoedigllen een plan van fchikking ce beraamen, ten einde  3*o 6 MEY 1799. de tusfchen de refpective Kerkgenootfchappen deswe» gens een vergelyk zoude kunnen worden getroffen, allea mee last, om ingeval geene minnelyke fchikkingen kunnen worden gemaakt,- als dan, conform de Publi. cade van 11 Oftober laatstleden, alle de Documenten ter beflisfing aan hec Vertegenwoordigend Lichaam intezenden» Zullende Extraft deezes aan het voorn. Uitvoerend Bevind worden gezonden, toe informatie. Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Be* wind der Bataatlcue Republiek , gefchreeven alhier, den 29 Aptil laatstleden , houdende, ingevolge van en ter voldoening aan hecDecreec, van den 32 Maart daar ce vooren, deszelfs confideraciën en advis, op de Requesce van de Municipaliteit van Onmaarfum, in het öeparcemenc den Ouden Tsfel, daarby te kenrun gegeven hebbende, dac voornoemde Munici paliteic, by hec in admodiacie hebben van hec m'ddel der Bieren, zeer aanmerkelyke fchaedenhad geleeden, gedeelcelyk veroorzaakt door de mindere confumtie van Bieren enz., en uit dien hoofde verzogc hebbende, dat zy mogten volftaan met de belasting van hec geen, deeze Impost over de jaaren 1797 en 179^ heeft opgebragt. La is,confoun het advis van het bovengemeld Bewind , goedgevonden en verftaan , het verzoek by voorfchreeve Requesce gedaan, mies deezen te declineren en te wyzt n van de hand. . Waar van by Exuacb deezes aan hetzelve Bewind zal worden kennis gegeven. Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek , gefchrecvea alhier den 29 April 1. 1., houdende, ingevolge van en ter vol-  6 M E Y i 7'9 & 35 * voldoening aan hec Decreet, van den *a Maart daar te vooren, deszelfs bericht, conhderatiën en advis, op de Requeste van de Municipaliteit vanOotmaarJum, in het Departement den Ouden 2 sfei, daarby'verzogt hebbende, dat de Ontfanger van Twente mogte worden geauthorifeeid aan de voormalige. Mumcipalucic te rembourfeeren eene fomme van ƒ 72 : 14 :° wegens aan denzelven betaalde opftuivers op eenige ten voorfchreeve Requeste vermelde middelen. En in aanmerking genomen zynde, dat 'er geene termen voor handen zyn, waarom die van Ootmaarr fom, meer dan andere Dillriften in hec voormalig Gewesc Overysfel, eenig faveur eer zaake voorfchreeven , zouden behooren te genieten. Is, conform het advis ven hec bovengemeld Bewind, goedgevonden en verftaan, het verzoek by voorfchreeve Requeste gedaan , mits deezen te declineeren en te wyzen van de hand, waarvan by Extraft deezes aan hetzelve Bewind zal worden kennis gegeven. Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bacaatfcbe Republiek , gefchreeven alhier den 2? April 1. 1.,houdende,ingevolge van en eervoldoening aan hec Decreec van den 7 February daar ce vooren, deszelfs bericht, confideratiën en advis op de Requeste van Aaltje Romyn, Weduwe P. C. van Bruggen, daarby verzogt hebbende, dac aan haaren Zoon Johannes van Bruggen, mogten worden verleend Brieven van pardon , wegens de misdaad van begaane Defertie, ten einde zich weder by hec tweede Bataillon van de zesde halve Brigade ce kunnen vervoegen, of dac aan hem zyn Pasporc moge worden gegeven, cegens eene behoorlyke becaaling, naar gelang van haar Suppliantes verxnogen. En is, conform hei advis van hetzelve Bewind, gede-  3i» 6 MEY 1799» decreteerd des Süppliantes verzoek mits deezen te declineeren en té wyzen van de hand. Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Bè* wind der Bataaffehe Repubiiek, gefchreeven alhier den 29 April laatstleden , houdende, ingevolge van en ter vóldoeninge aan het Decreet van den 24 Octo* ber des afgelopen Jaars , deszelfs confideratiën en advis, op de Requeste van Abraham wan der Sneek en Teuntjevan der Feer echte lieden, woonende te Maasfluis, daarby verzogt hebbende, dat van de ftraffe, op de Defertie bepaald, moge wórden vry ge* fproken der Supplianten zoon fohannes van de? Snoek, Husfaar in het Regiment Bataaffehe Husfaaretf in guarnifoen te Thiel, evi aldaar wegens voorfz. mis« daad gearrefteerd. En is, conform het advis vart hetzelve Bewind, gedecreteerd, der Supplianten verzoek, mits deezen te declineeren, en te wvzen van de hand. Is gdeezen eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier, den 99 April 1.1., houdende, ingevolge van, en ter voldoening aan het Decseer, van den 5 daar te vooren, deszelfs confideratiën en advis, op de Requeste van H. J. van Ey'bergen, Koopman te AmfterdamJjjaaf by hebbende ce kennen gegeven, dac hy Suppliant door Paulus de Bondt, in loeven Commis, een Comptoire Generaal van Holland, by Tescaraencatre dispoCcie, onder uickceriag van zekere daarby ge.Laak* ceLegaacen, tot deszelfs eenigen Erfgenaam was gc-ïaftituëerd geworden, en voorts verzogt, dat door het Veitegenwoordigend Lichaam mogte worden verklaard, dac hy Supplianc zal kunnen volftaan, om van de zogenaamde Hollandfche en Generajiteits Obligatiën  6 . M E Y i 7 9 9: 313 den, welke hem uit voorfz. Boedel zyn'opgekomen het Collateraal te voldoen, volgens de waarde, welke dezelve Effecten, ten tydevan hetoveriyden van voornoemden. deBondt, hebben gehad, dan zo hierin mogte Worden gedjfikulceerd, dat als dan zo veele van de voorfz. Effecten mogten worden vry verklaard, en ontheven van hec Collaceraal, als noodzaaklyk verkogc zullen' moeten worden, ten einde, uit hec provenue daar van , gemeld Collateraal, en de fchulden en lasten des Boedels te voldoen, en dat, hangende de deliberatiën over voorfz, zaak, de Suppliant, wegens de voldoening van meergemelde Collateraal, moge worden verklaard voor diligent. En is, conform het advis van hetzelve Bewind, gedecreteerd des Suppliancs verzoek mits deezen eede. clirieeren en te wyzen van de hand. Is geleezen eene ivlisfive van hec Uitvoerend Be" wind der Bacaaffche Republiek, gefchreeven alhier, den 29 April laacstleden, houdende, ingevolge van, en eer voldoening aan hec Decreet, van den %o Febr. daar te vooren, deszelfs confideratiën en advis, op de Requeste van jfohannes Nobbe, Capitein in het tweede Bataillon Bataaffehe Jagers, in dienst van de Bataaffehe Republiek, zich daarby beklaagd hebbende over een tegen hem Suppliant, door de Guarnifoens Krygs» raad van Arnhem, gefiagen vonnis, waar van hy eer behoorlyker tyd had geappelleerd, en voorts, om daar by geallegueerde redenen, verzogt hebbende, dac het Vertegenwoordigend Lichaam hem Suppliant deszelfs begaane misdryven geliefde te aboleeren, en tot voorkoming van zyne tocaale ruïne aan hem toeteleggen een Penfioen, en dac inmiddels de Termyn, tot pro» fecucie des \ppels, mogte worden gehouden in ftatu en furcheance,gemerkt de termyn des Appels, welke» yol-.  3' 4 6 M- E Y l 7 9 9. volgens 'c Appel- Reglement van den a8 Augustus 'tfjfÜS dertig dagen duurt, met den x Manrc laatst!, is gtëxpireerd; en dat voorts onverwyli op 'c een en ander mogte worden gedisponeerd. En is, conform het Advis van het bovengemeli Bewind ,goedgevonden en verdaan , het verzoek, bv voorfz. Requeste gedaan, mies ueezen te declineeren en te wyzen van de hand. Is geleezen eene Mi; five van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier, den 3" April 1.1., daar by overleggende de door hec Departementaal Beduur van de Eems aan hetzelve in^ezondene Requeste van de Volmachten van hec Aduarder Zyhest, houdende verzoek, dat aan hun uit 's Lands Cas moge worden uitgereid eene fomma van ft ï 5-5- 13-4, en zulks ter confervacie van de in de Requeste om/chreeven Landen. En gedecreteerd , de by voorfz. Misfive gevoegde Requeste en Byiagen, in originali, te zenden aan het Uitvoerend Bewind, om, mee terugzending van dezelve, daaromtrent der Vergadering te dienen van confideratiën en advis. Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Be» ■ wind der Bataaffehe Republiek , gefchreeven alhier, den ay April laatstleden, houdende, ingevolge van, en ter voldoening aan het Oecreec, van den \ 1 Maart daar te vooren , deszelis berichr, confideratiën en advis, op de kequasve v.in C. G. Holi, weduwe van C. G. Jtalter, in leeven Capitein ^ vart de Artillerie, in dienst van de i a aai'fehe Republiek, daar by verzogt hebbende, dac het Vertegenwoordigend Lichaam aan haar Supplhores Zoon, C. G. I'alier Hoti, deszelfs begaan mivar-yf, .van zich naamlek  6 MEY 1799. 315 !yk zonder verlof uit deszelfs Guarrtifoen te 'hebbe-n. begeven, geliefde te pardonneeren, of daaromtrenc zodanig anders te disponeeren, als hetzelve Lichaam, zal vermeenen te behooren, En tendeerende hetzelve advis, dat hec verzoek, om de daar by aangevoerde redenen, zoude behooren te worden geweezen van de hand. En gedecreteerd, de voorfz. Misfive, Requeste en Bylaagen, in originali, te (tellen in handen van de Burgers Reprasfencanten van Rees, Steyn Parvé en Schluiter, om daaromcrenc der Vergadering ce dienen van confideratiën en advis. Is geieezen eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek , gefchreeveu alhier, . den 30 April 1.1., daar nevens zendende, het by hetzelve Bewind, van het Departementaal Beltuur van de Delf ontfangen Request van Jan Louter, Bnrger en lnwooner te Ouderkerk op d'Tsfel, daarby verzoekende voorziening , wegens het verkeerdelyk verleenen van declaratoiren aan vreemdelingen, tot hec uic« venten van derzelver waaren. En gedecreceerd de voorfz. Misfive, mecdeReques, te, in originali, te Hellen in handen van de Burgers Reprefemanten Hartevelt, en verdere Gecommitteerden , relatif Are. 53 der Algemeene Beginfelerf der Scaacsjegeling, om daaromtrenc der Vergadering te dienen van confideratiën en advis. Is geleezen eene Misfive Van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier4 den 27 April laatstleden, daar nevens zendende, de by hetzelve Bewind, van het Departementaal Beftuur van de Delf ontfangen Request van de M'inieipaii-.eicen van Ouderkerk op den i^fël? Crimpen op den & Ti fel,  %t6 6 M E Y 17 9 9, 2Cj/ê/, én Stermpolder,verzoekende by de organifatie der Gemeente Beftuuren, toe een en hetzelfde Beftuur te worden gebragt. En gedecreteerd , voorfz, Misfive en Requeste, in originali , te ftellen in handen van de Burgers Reprsef. Leemans , en verdere gecommitteerd zynde tot de Departementaale en andere verdeeling der Bataaffehe Republiek, om daarop het noodig reguard te flaan. Ts geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Bewind der Bataaffehe Republiek , gefchreeven alhier, den 30 April laatstleden, daar nevens ingezonden heb» bende, het by hetzelve Bewind, van hc Departementaal Beftuur van den Ouden Ysfel, ontfangen Misfive van de Kiezers - Vergad., van den eeiftenRing van hec gemelde Departement, ten geleide van he: verbaal van het verhandelde ter hunner Vergadering, op den 25 April deezes Jaars, mitsgaders Credentiaal voor den Burger J' D. Hanekamp van Harinxma, ter zeiver Vergadering cot Lid van hec voornoemd Departementaal Beftuur verkoozen. En gedecreceerd de voorfz. Misfive , met alle de Byiagen, in originali, te ftellen in handen van de Commisfie tot het naarzien der Geloofsbrieven , om daar omtrent dér Vergaderinge te dienen van confideratiën en advis. Is geleezen eene Misfive van het Uitvoerend Be'wind der Bataaffehe Republiek, gefchreeven alhier, Hen 07 Maart laatstleden, daarby te kennen gevende, door den /igenc van Inwendige Policie te zyri h onderrecht, dat hy van de Commisfie toe de Zeedyken " en Zeeweerïngen in het' voormaligGewest Holland, berieiit ontfangen had , van eene zich openbaarende ver-j  5 MEY 1799* Si? verzakking eü ontzetting van den kop, op het buiten front van het groote Wester Zeehaven hoofd te Hel* foetfluis» en voorts verzogt lubbende, dat hy moge worden in ftaac gefteld , de herftclling van voornoemd onheil, waar van de kosten tuw opgeuaakc / furcheaucie, en eindelyk, dat de Vergadering het befluit in deezen te nemen , gelieve te verklaaren vaa onverwylde noodzaaklykheid. En in aanmerking genomen zynde, dat op over. worgen het voorzegde vonnis eer executie ftaat gelegd te worden; heeft deeze Vergadering verklaard, dat 'er is onverwylde noodzaaklykheid. En voorts daadlyk beflooten, hangende de deliberatiën van het Vertegenwoordigend Lichaam, over hec verzoek ten principaale , mits deezen te furcheere» de executie van hec vonnis tegen den voornoemden Suppliant, door hec bovergemelde Committé van AdmiBfinistratie en Discipline der Gewapende Biu^ei machc, te Rotterdam , gefiagen, en den 3 deezer lopende maand gepronuneiieerd. Zullende i xtraét deezes, met by voeging van Coj>ïe van de vqoiIz. Keqaeste, worden gezonden aan 5iet Uitvoerend Bewind, toe info?matie. . En zal, overeenkomftig het 60 . rtieul der Staatsïegeling, dit Befluit ier bekrachtiging worden gezonden aan de tweedi. Kamer, mee en benevens voorfz. Requesre, in originali. En is vooks gedecreteerd, (na de bekragcigingvan novenftaand belluic,} voorfz. Requeste, in origina-» li, te ftellen in hinden van de Burgers Repraefentanten van Gïlen? van H,11 en van Hennekom, om, betreffende hec verzoek ten principaale, der VergadeJfrvg te dienen confideratiën en advis, zonder re]urn* ïs gefeezën de Requeste van Gcrrit ten DonkeJaar, Burger, woonende x&Goor, in het voormalig Ge-  (5 M E Y i 7 9 9. 3*1 Gewest Overysfel, daarby uit hoofde van de minderjaari^heid van deszelfs Zoon,Bereed ten Donkelaar, Ruiter onder het tweede Regiment Bacaaffche Cavallerie,/ welke onlangs buiten weten van hem Suppliant, aan de Vergadering per Requeste verzogc hadt, een onpartydig gericht om zekere daar by vermelde' zaak, tusfchen hem en den provilloneelen Verwaiter van hec Drostambt Twente te doen onderzoeken, en inmiddels furcheance van apprehenfie of incarceratie verzoekende, dat hec voorfchreeve Request van zynen gemelden Zoon moge worden gecasfeerd en voor" nul en illegaal verklaard, en da: voords de gemelde provifioneele Verwalter moge worden aangefchreeven, om raec hem Supplianc, wegens de door zynen minderjaarïgen Zoon geïncurreerde boecens naar zynen geringer! ftaac en vermogens te compofeeren, En gedecreteerd voorfz. Requeste en Byiagen in èrinnali,te zenden aan hec Uitvoerend Bewind, om*, met terugzending derzelven, daar .mrrenr-der Vergadering te dienen vun bericht, confideratiën en advis» {zonder refumtie*} Is geleezen de Requeste van Otto Schelms, woonende-0 te Amersfoort, houdende verzoek, dac dee^é Vergadering de noodige aurhorifatie aan hst Intermediair adminiftratif Beftuur van hec voormalig Gewest &fi recht gelieve te verleenen, om, aan den Requestrant de inde voorfchreeve Requeste gemelde diie duizend drié honderd eene Gulden , negentien Stuivers en agt Penningen te doen reftituëeren, met de intereslè van dien adrie per Cent, of zo veel meer of minder, als door deeze Vergadering geoordeeld zal worden te behooren, erfr zulks zedert den tyd, dat de Requestrant is ged^ftituëerd van 't genox der door hem in publique vei" * X 4 ling  35i 6 MEY 1 7 9 9» ling gekogte Landeryën , mede in de voorfchreeve Requeste breeder omfchreeven. En gedecreteerd voorfz. Requeste, in originali, te zenden aan het Uitvoerend Bewind, om met terugzending van dezelve, der Vergadering daar omtient te dienen van confideratiën en advis. Is geleezen de Requeste van J. Oude'fluis cumfuis, alle Burgers en Ingezetenen, woonende binnen de Stad en Eilande Jholen, in het voormalig Gewest Zeeland, daarby zich refereerende, tot het onlongs aan deeze Vergadering gedaan verzoek, van eenige Ingezetenen aldaar, ten einde zy Supplianten ook mogen worden ontheven van de boete, by de Publicatie van den go November 1. 1., omtrent de daar by gearresteerde heffing bepaald, en dat mitsdien Commisfarisfen met dien ontfang gechargeerd, mogen worden geauthorifeerd, om de tien per Cent van de Inkomften, waarop de Supplianten zich hebben gequotifeerd, van hun te incasleeren. En gedecreteerd voorfz. Requeste, in originali, te ftellen in handen van de Burgers Repraifencanten Daendels, en verdere Gecommitteerd geweest zynde, tot het concipiëeren eener inftruclie voor den Agent van Financiën, om daar omtrent der Vergadering te dienen van confideratiën en advis. (zonder refumtie.} De Commisfie tot onderzoek der Requesten, om uitvoer van fpecie voor gekogte Graanen gunftig gerapporteerd hebbende , nopens het op heden in haare handen gefteld Request van \Simon Rymhende en Comp. Kooplieden te Schiedam, daarby verzoeken* de verlof, om ter betaaling van honderd Lasten Rogge»  f5 M E t ï 7 p 9.' |ïf ge^ vyf d«izfnd drie- hónderd ryksdaalders, ëri vüri honderd Lasten Gerst, vyf duizend tweft "hónderd Ryksdaalders naar Riga, ais mede van ho.iderd Las? teïi fèóggéj Vyf duizend vyf honderd Ryksdaalders ,, fen van honderd Lasten Gersc, vyf duizend drie honderd Ryksdaalders naar Libau te verzenden. tëta in aanmerking genomen zyndë, dat, eh hel belang Van den Koophandel van die Gemeenebest, iri het algemeen en dat der ingezeterten van hetzelve iri het byzonder, vordert, dat'er op verzoeken vart dien aart, gelyk dat voor handen, hoe eerder zo béter befehikc wórde, heeft deeze Kamer verklaard, dat êr is ónverwyide noodzaaklykheid. En wyders Over het verzoek zelve geróadplèëgél zvnde; heeft deeze Kamer, overeenkomftig het Pr&« advis haarer Commisfie, hetzelve verzoek mits deezerl toegëftaan, onder de gewoone mitfen eh bepaalingéhV Zullende Extract deezes aan hét Uitvoerend Bd» 'vind der Bataaffehe Republiek worden gezonden? tot deszelfs informatie, meten beneyens voorfchreeve Requeste in Originali i (na de bekrachtiginj Van bovengemeld befluit- ) En zal, overeenkomftig het 66 Arficnl der Staatsregeling, dit Befluit ter bekrachtiging wordengëzdri? den aan de tweede Kamer, met en benevens de RÉqueste en Bylage,.»» originali (zonder refumtie.) Op voórftel van dén Pnlfident, is heden in pMtfo Van hec aftredend Lid der Commisfie j toe examina:*® der Requesten, om uitvoer van fpecie voor gekogte Graauen, benoemd de Burger Repraéfentaht Gï Gt Waar van by Extract deezes hl weiden kéums eet?even aan den Burger Reprasfencant van Temputi*$  #4 * MEY 1799, «Is zynde thans' de eerst benoemde, in de voor? gegde Commisfie. By refumtie gedelibereerd zynde , over het Rap* port van de Burgers Repr&fencantcn Leemans , en verdere Gecommitteerd geweest zynde, tot de De. partementaale en andere verdeeling der Bataaffehe Republiek , daarby overgelegd hebbende een Plan yan .verdeeling derzelve Republiek, in Grondvergaderingen en Districten, ingevolge het 6, 16 en 19 Articul der Staatsregeling. . En zynde het voorfchreeven Rapport, op den sta April laatstleden, alhier tér Vergadering uitgebragt, en in de Notulen van dien dag geïnfereerd. En de tweede en derde leezing daar van, op den 1 Mey daar aan volgende, en heden , gefchied zynde, heeft deeze Kamer , het daar by vcorgeflagen Concept Befluit met eenige veranderingen aldus gearresteerd. De eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks gehoord hebbende Jiet Rapport eener \ perfoneele Commisfie , nopens de verdeeling deezer Republiek!, in Grondvergade» dingen en Districten. Overweegende, dac de Staatsregeling vordert, dat door het Vertegenwoordigend Lichaam daar van een Rooster worde vervaardigd. Beftuh: Dat de Grondvergaderingen en Districten gefchike tot algemeene verkiezingen en werkzaamheden des Volits  6 M E Y x 7 9 St- 3*f Volks zullen zyn afgedeeld , en de Distrias Vergijderingen gehouden worden, zo als op de volgende Tabellen is vermeld. j . - (Fiat infertio.} (*) Gelastende het Uitvoerend Bewind, om hiervar* bv Publicatie, aan den Volke kennis te geven, en voorts de oproeping der Grond vergaderingen, voorman hiernaar interichren , daarby in acht nemende , dac de Distriasvergadering, voorheen gehouden in de $cheemda,zh nu te Veendam ~ die van Smt* dyk te Amersfoort; van Shedrecht, als nu te Geertruidenberg; van Nieuwerkerk op den Tsfel, (hans te Bidder kerk-, van het 3 Disr"* ™n Haas,nu aan den Leydfchen Dam-, van Middelburg NoJ, voortaan te Vlisfmgen-, die van ^«ff^ te i?g, c.f., en verdere geïnteresfeerde Directeuren tos de drie Overlaaten tusfchen Asperen en Gerlibum En eindelyk $ Ten zesden: op de Requeste van Dykgraafén Heetriraaden van den Hoogen Maasdyk, van de Stad en" Lande van Heusden, respecïivelyk verzögc hebbende, dat de Ingezetenen op voorfz. plaatfen, welke door den laatften Watervloed, fchaedens hebbe» gelèeden,öp de eene of andere wyze vari 's Lands wegeri mogten worden gededomageerd. Heeft de Vergadering,inhalerende dë op deri voorzegden 1 Mey reeds verklaarde redenen van onverwylde noodzaaklykheid; zicli met het voorfz. Rapport geconformeerd, onder beneficie van de gemaakte aanmerking, door den Burger Reprefentant Leemans,  6 MEY 179$. ga^ en voorts de bovengemelde Commisfie verzogt zynde (nog ftaande de Vergadering) eene nadere redactie van het, by hetzelve Rapport, voorgeflagen ConceptBefluit te willen produceeren; en daaraan,nog (taande de Vergadering voldaan hebbende, heeft de Vergadering zich met de .geproduceerde nadere redactie van het gemeld Concept Befluit geconformeerd, en diensvolgens het navolgend Befluit genomen. De Eerfle Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, ingevolge deszelfs Befluiten van den itt, aa en 05 April laatstleden, gehoord hebbende het Rapport van haare perfoneele Commisfie op vier, op voorfz. dagen ingekomene Misfives van het Uity oer end Bewind, van den 11, 15, 16 en 18, daar te vooren; houdende, deszelfs confideratiën en advis, op eene Misfive van het Gemeente Beftuur des Ryks Nymegen, van den 28 February jongstleden; op eene Misfive van den Raad der Gemeente van Vianen, ten geleide (trekkende en tot appui van de Requeste van Joh. van Rysfel c. f.y genoegzaam alle Ingezetenen van gemelde Stad; op eene Misfive van Buurrneesceren der Dorpen Herwen, Aart en Pannerden, van den 15 Maart laatstleden; op de Requeste van den Dykftoel des Ambts ya(n tusfchen Maas en (Faal; op de Requeste van Theo*" dorus Melfing, c.f., en verdere geinteresfeerde Directeuren tot de drie overlaten, tusfchen Asperen en Gèrlicum; en eindelyk op de Requeste van Dykgraaf en Heemraaden van den Hoogen Maasdyk van de Stad en Lande van Heusden, relpeétivelyk tendeerende, dat de Ingezetenen, welke door den laatften Watervloed fchaedens hebben geleden, op de eene of andere wys van '& Lands wegen, Worden gededoma- geerd,  S*S S MEY t 799* geerd; als mede, dat de doorbraaken der Dyken es verdere daar aan toegebragce nadeelen, uit 's Lands Casfe mogen worden herfteld; alles invoegen als in het hoofd van dit Rapport met meerderen is omfchree* Wttncr •bflib ?ti , .uWnoo-av lowaaq! .n9V9geg»i« En, overweegende, dat het belang yan den Lande en der Ingezetenen vereischt, dat de Dvkbreuken ten fpoedigften worden herfteld, op dar, door een verder verloop van het faifoen, deeze reparatiën niet te laat begonnen, en daar door de Iogezetenen aan nieuwe gevaaren en nadeelen worden bloot gefteld, verklaard, dat 'er in deezen beftaat onverwylde noodzaaklykheid. En zich conformeerende met het geadvifeerde van haare perfoneele Commisfie, als mede disponeerende ©p de hier vooren gemelde verzoeken. Befluit f Dat aan zulke Ingezetenen der Bataaffehe Republiek, welker Landeryën in den jongden Watersnood, zodanig met zand zyn befchooten, of op eenige andere wyze, zo zeer hebben geleeden, dat daar van geduurende deezen lopenden jaare weinig of geene vrugten of opkomften zullen kunnen worden genoten, als mede, welker Huizen of Gebouwen door den vloed zyn omvergeworpen, of zodanig befchaedigd, dat dezelve noch bewoond, noch daar van gebruik kan worden gemaakt; worde verleend eene remissie van Verpondingen, op dusianige Landeryën, Huizen of Gebouwen liggende, geduurende deezen jaare *799» mits u'er van ten aanzie0 van elk perceel af? zon-  6 MEY 1 7 9 9» 309 zonderlvk, ten genoegen van het Uitvoerend Bewind doende blyken; wordende deeze remisfie, ten aanzien van zulke Eigenanren van Landeryën ofte Gebouwen, welke dezelve aan anderen in pacht of huur hebben öitgegeven, fpeciaal geaccordeeit, ten einde hun te gemoed te komen voor den afflag der pacht of huurpenningen, welke zy aan hunne Pachters of Huurders, wegens het gemis der opkomften zullen moeten ge» ven. Dat al verder, aan de Ingezetenen van die Ambten, Polders of Diftriclen, welker Dyken door deezen Watervloed zyn doorgebroken, zal worden verleenJ eene remisfie der Verpondingen van de Landeryën en Gebouwen daar binnen gelegen, over al zulken tyd, als nader by het Vertegenwoordigend Lichaam voor "ieder derzelve zal worden bepaald, Dat het Uitvoerend Bewind ten dien einde aan'het Vertegenwoordigend Lichaam, zo fpoedig als de aart der zaak zulks zal toelaten, zal inzenden eene begrooting der onkosten, welke toe hec herftellen van deeze Dyken reipeétivelyk reets zyn en nog zullen moeten worden aangewend; als mede het bedragen der jaarlykfche Verpondingen, door de voornoemde Ingezecenen aan den Lande verfchuldigd, Dac de Verpondingen, welker remisfie alsdan zal zyn geaccordeerd, niec ce min door deeze Ingelanden en Ingezetenen zullen worden betaald aan zodanig Ontfanger of Gaarder, als daar toe zyn gequalificeerd, welke die Penningen Jaarlyks, zo lange de remisfie zal worden geaccordeerd, zullen ter hand ftellen aan de Dyk Coliegiën, ten einde daar uit te voldoen en af ce betaalen zodanige Capicaalen, welke tot reparatie deezer doorgebroken Dyken refpeétivelyk zullen heb»en moeten genegotiëerd worden, zonder dezelve tot eeni-  33© 6 MEY 179 9. eenige andere eindens, hoe ook genaamd, te mogen gebruiken. Dat de refpeftive Dyk-Collegiën zullen verplicht zyn, Jaarlykscb en geduurende den tyd van deeze remisfie, aan het Uitvoerend Bewind te doen blyken, dat deeze Penningen in de daad tot het aflosfen van voorfz. Capitaalen zyn geëmployëerd, dit alles, op pcEne van des contrarie handelende, het effect van deeze remisfie daadlyk te zullen verliezen. Dat de Dyk-Collegiën, bovengemeld, tèn fpoedigften zullen doen formeeren de Bellekken tot het repareeren van de onderfcheide Dyken, onder derzelver relpective beheering ftaande, en dezelve ter approbatie aan het Uitvoerend Bewind toezenden; zodanig echter, dat deeze reparatiën onder het onmiddelyk toezicht van de refpecuve Dyk-Collegiën zullen moeten gefchieden, en het Uitvoerend Bewind de noodige zorg zal doen dragen, dat 's Lands Algemeene Belangens hier in,zo met opzicht tot het werk zelve, als tot het befpoedigen van heczelve, worden geob» ferveerd. Dat wat betreft het verzoek van Dykgraaf en Heemraaden van den Hoogen Maasdyk van de Stad en Lande van Heusden, om den doorbraak by Hedikhuizen, door middel van een Inlaagdyk te doen herftellen, het Uitvoerend Bewind worde geauthorifeerd, daarop zodanig te disponeeren, als ten meesten nutte van den Lande en der Ingezetenen bevonden zal worden. En eindelyk, dat de overige verzoeken, by de bovengemelde Misfive en Requeste gedaan, worden gedeclineerd en geweezen van de hand. En zal Excraft van dit Befluit worden gezonden aan het Uitvoerend Bewind, tot deszelfs informatie en naricht. Zul-  6 M E Y i 7 9 9. 331 Zullende wyders dit Befluit, met uitzondering echter, van het laarite gedeelte van hetzelve, ingevolge het 60 Articul der Staatsregeling, worden gezonden aan de tweede Kamer ter fanétie, met en benevens de hier vooren gemelde Misfives _ en Reque/sïen, als mede dit Rapport in originali. ait>' 4' Ij 'aLtahbasa ~ uiig2 ju aas arZynde wyders de Vergadering geadjourneerd, rot Dingsdag den 7 Mey 1790, 's morgens ten elf uuren. ah 3oï 09ai3Jba 9b naiaamicf neon naiKi*v neji§.   B Y L A A G, behoor ende tot de Be/luiten yan den 6. Mey 1795!. FERDEELING der Republiek' in Grondvergaderingen en DiftriSien tot de algemeene herkiezing en werkzaamheden des Volks gefchikt. HET EERSTE DISTRICT Hoofdplaats D O K K U Mi Grondv-o Schiermonnikoog . . " : 2. Anjutn ■, • . . a Engwicrum . •' . < i i Ec en Jouswier . . .' . . 1 < t istri^n èn Murklnwier ; ; . 1 Aall'um en Vette ns . . . .* 1 Niatvier en Nykerk . i i . 1 Pttlens ; . i t I.iacsil'ns en Morra . i Collunicizwaag ; ; , . . .1 Westergeest . ... ; ; i cn Ccdlumerbaanfter Cluft . i Tranfportcerc 14  < 3-4 ) Tranfport 14 AugÏÏurt, Collumer? UitdylHïer Gluft en Torpma ' Cluft • • • r ■ , • l Burum, Munnikkefyl en Nieuw Kruisland . 2 Surhuifum en Stroobosch Augustinusaa en Gerkeskloostet Harkcma, Opeinde en Rottewalle Droogeham • • Kooten • t Optwyzel . Buitenpost en Lutjepost . - J Zwaag, Westeinde en Wouterswoude tDrielum Damwoude • • 1 Ackerwoude • Veenwoude . ' * Oudkerk en Wyns £ Tanum en l'.irdaard . Rinzumagccst •.,',* T Sybrandahuis en Murmerwoude ... 1 pokkum • ' 5. 4o HET TWEEDE DISTRICT Hoofdplaats P E R W E R D. Grondv.. Ameland . • ||olwert , . • ♦ * ^ Tranfporteere 8  C 5 ] Tranfport 8 Ternaart . • • • . • • 1 •Wkrum . •' ,• r f Nes • • • • 1 Hmtum en Hamumer Uitbuuren . . f Hiaure, Bornwerd en Betterw.erd. Foüdgum, Raard, Brantgum ea Waaxens Hall urn . . • >..' I Marum en Nykerk . . • • 2 Ferwerd a £iya • ' « • • T ■* l Genum, Hoogebeintum, Reitzum en Ligtaard Wanswcrd en Jesluih . 1 St. Jacobi Parochie . St. 'Anna ' !— 3 Ln. Vrotfwe-Parochie en Oude Biltzyl . - a Finkum en Hynm ... • i Stiens . . • • • • a ?>ritfum en Cornjuru . . 1 Beetgum én Englum '. • ; • f Berlïcum en Wier . . 2 Jvlarfum . • • • ' .• 1 .4? " HET DERDE DISTRICT Hotfdplaats LEEUWAARDEN. Grondv» Leeuwaarden . . . • • 3* Wirdum, Goutum, Hempens, Teerns en Swichem a Huizum 1 Telfum, Lekkum en Miedum . • i Deinum, Boxum en Blesfum ... i Dronryp en Schingen ..... a Menaldum, Slappetjerp en het Klooster Anjum 2 ^ " 40 ' a 3 mt  C 6 ] HET VIERDE DISTRICT, Hoofdplaats HARLINGEN. GrondV, Minnertsga ....... i Firdgum, Tzummarum en het Clooster Lidlum a öosterbierum i Sexbierum ....... i JPietersbicrurn en Wynaldum . . i Almenum . , . , . . " . . i Franeker . , 8 TzLim ...... i Hitzurn en Achlum . . . ^. . . i Midlum en Herbayum ..... i Dongjum, Boer en Ried I Peins, Sweins en Schalfuni , i Harlingen ...... .15 Arum ....... 1 Kimsweerd ....... . 1 jPingjum ..... . 1 Wons, Engwier, Cornwerd, Zurich en Pkam 1 Witniaifum ....... 1  [ ? 3 HET VYF DE DISTRICT Hoofdplaats S N E E f. ftïakkum c . • , * ^ -0 ,, -t BuKvverd, Lóilum, Hartwerd, Glde Lo^ivr cn U«o Clooster . j, - • * Schetlens, Schraad, Uo»5gerhouw_ en H'gtum i Tjerkwèrt, Dédguro, Hksl'um Grueiucip . f Gaast, Fervvoiule en ldfegahu.izcn 1 Ejsmorra, Parnagf en AU'ngawier Ytens, Lutkewierum eB Hennaard • • i Öosterend en Tïydaard . • f \ Wommels,' Waaxena cn Guhaard. , ■ * Wclsryp, S.pannum, Bajuiu en Edens f } Joqvert en Mylaard . . • . • . -AVeidum, Beers en Jellum • • * .Ooaterwieruw, Mantgum, Schtllaard en x\ieuweri i Boft*» en Britsweit , 1 (j.isterlirtcns en Baard Wnilum > Huyns en Lions , . i i Botsward 8 » Sneek • • • " * " ■ Oftlngawier, Gauw, OppenhuiJcen en Uitwetlinga f Abbesis, Wolium en' VVestben . . • 1 .\Ucitwiand. Voisgora en Tjalbuifen . . 1 •-Vsbrechtum, „Oostbem en Tirns . • A Srüarnego'tuin, Goyenga en 5_ "¥T A 4 HET  r s ] MET ZESDE DISTRICT' Hoofdplaats B ALK.' Grondy. Heeg, Jutryp en Hommerst \p • . a Woudfend, Ypekolsga en Indyk , . 2. Oudega, Idfega, Gaastmeer, Nieuwhuifum en Sant- virden . . • • . 1 Ylst . . . ' . . . % Workum , . . . 6 Hindelepen , ... 3 Stavoren .... . . 2 Coudüm en Molquerum ... 2 Warns en Schari 1 Heraelum, Oudega, Nyega, Elabuifen en Kolders- wolde ..... .1 Goingaryp, Broek, Oosterhaule, Nyega, Oldeouvver, Leegemeer en Heide onder St. Niklaasga . 1 St, Niklaasga, Tjerkgaast,Idskenhuizen en Donjaga 1 Ter Oele, Dyken, Langweer en Bornszwaag 1 Harich, Mirns, Bakhuyzen en Ruyghuyfen . . 1 Balk en Wykel . . . . .2 Sonde!, Niemvemirden en Oudemirden . , 1 Lemmer, Vollega en Eesterga . . . 4 Oosterzee en Echten ... .1 Slooten .... . 1 Joure, Westermeer en Sirikzwaag , . 4 5t. Jansga 1 49 HET  [9 i HET ZEVENDE DISTRICT. Hoofdplaats WOL FE G Grondv, Luxwold en Langczwagen - , . i Kortezvvagen , . , . , I Gorredyk . » • » • a Lippenbuyzen ...... 2 Tjalbert en Gersloot 1 Terband, Luinjebert cn Tetbantter Schans . 1 Hornfterzwaag e,n Jubbega'met cje onderhorige Comp. x ■ Oudehorne en Sqhurega met >'•• iidtrhqrige Comp. 1 Nieuwehorne en fvlildam . . ï Oudefchoot en Katlyk 1 Nieuwefchoot en peliVrahuiz^ 1 Rosterhaule en Rohel .... .1 Bovenknype . . . . 1 Benedenknype .... . 1 Heerenveen en het Meer . 3 De Idferd, Oldeholtwol.ïe en Xv-boïnvolde . 1 Oldeholtpa, Nyeholtpa en Wojvega 2 Boyl en Vjnkinga . . . , . 1 Noordwolde . . . . . 2 Steggerda ..... 1 Blesdyke en Peperga 1 Scherpenzeel, Spanga, Muiinikkcbuuren, Nyetryne en Oldetryne . . . . ,1 Olde Lemmer, Sonnega en Nyg Eeuimer . 1 Oldebercoop en Nyebercoop 1 Makkinga en Elsloo . 1 Donkerbroek en Langedyk . 1 Haule en Vogtelo . » • * Oosterwold en Appelsga t Nyehaske en Hastcrdyken ... 2 Haskerhorne en Oude Haske ... 2 Ter VVispel en Hemrich 1 Wynjeterp . . ♦ 1 40 A 5 HET  li E T AGTSTE D l S T R I O T: Hoofdplaats BE D R 4 GT E N Grondv. jOc.fikerk en Roodkerk . . . x Gkkerk en Rypenskerjk . . I Tietjerk en Suawoudc . . . i Hardegaryp • y'\ . ' ." > '. % Bprguiii . ■» . . . . 2 Eeaniiu en Witveen van Oos.tertri.ecr -. . r öostermecr . - . i Stiameer . . . . . . I Garyp en Eenicwoude . . i Roordahuiium en Friens . . . . i Gröuvv, Ydaard en Aegum ... Warrega . .' t Warren en Warltjcns * .• • • ? 1 Oudega . . . . . / . l Nyega cn Smallinger Opeinde . . I Noorderdragten ... .4 Zuidcrdragteii .... . 2 Cofrteli tarnen en Börnbergum . . t RaQwerd en Deeilam . . . 1 Indam . . = 1 Poppmgawier, ter Zool en Sybrandabuuren . 1 'Olieboom . . . .2 Acfcrum en Nes ..... 2 Tel Home, Ter Gappele en Ackrnaryp . i Duurswolde . . •• . t Siegerswolde, Urererp en Olrertcrp % I'eè-iterzwtag en Bccts t Su?huiste*yien . . ... 2 ' .4?  C u 3 HET NEGENDE DISTRICT, Ih'f'phiMs ZUID il U II X Grondv, Marum en Noordwyk . . 4' . i Nuys en Nicberf . . • . i Tolbert ... . . . , i Midwolde, Littclbert cn QnSWojd , . i De Leek .... . a Doefum en Opende . . . . x Grotegast . . . e • l Sibaldebuiren en Lucaswol.ie . . . i Lutkegast . . . i Oldekerk, Niekerk en paan . . . t Zuidhorn . • • . . t Noordhorn . . • \ Grypskerk en Westerhora . . . i Niezyl . • • • » i Visvliet en Pieterzyl . . . . i De drie Waarden en Commeizyl . , i Nyehove , .... , i Oldehove . • . . . i Saaxum en Feerwert . . . . i Efinga .1 Garnwert . - . . . i Oostum, Franfum en den Ham . . . i Aduart en Leege Mieden . . . i Wierum, Dorcquert en Jrlooge Wieden . . i Wetfinge en Souwer . . . . i Winfum . . . . . i Obergum en Bellingeweer . . i Menfingeweer, Maaelag en Maarhaizen . . i Vliedorp en Niekerk . . . i Vierhuizen, de Zoutkamp en Hornhuizen . a Wehe en Zuurdyk . . . . i Ulrum . ... „ i Leens • . . . . .1 Kloosterbuiren . . . . i ;Pieterbuiren en Wierhuiz*n . . . i 'Eenrum en Saxumhuizen . . . a JVarfhuizeB .. . . . . i 40 HET  12 ) HET TIENDE DISTR'GT. HiofJplti; ts ONDERDËNDA M. Grondv. 'vYjjsteyniehnd cn den Andet . . . i Ranum, SmaHinge en Rasquert . . . i ffafó . . . . : . . i W'anum en ÏJrcctie . . . . a Onjdc nvierum, MenReweer, Stitsvvcrt en Doornwert. i Midde.Htum . . . . .1 Cantes en Rottum . . . . i Usquert en Uithuyfen . . . .4 Mecden cn Oosternieland , . .3 ..Oldenzyl en Zajideweer . . .1 Bed urn en Westerdykshoxn . . .2 Garshuyzen, Eppinghuizen en Startinghuyzen . 1 Westerwytwert en Huifinge . . .1 Godlinze en Losdorp . . ,1 Spyk . . . .1 Bierum en Leermens . . .. . 1 Z-eryp • .... . ... .1 E nrum en Wirdurn . . . .1 Hoiwierda en Crewert . . . ,1 O .stervvytvvert en Uitwierda . . » . 1 Jukwcrt, Tjamsweer, Sohvert en Marfum . . 1 Delfzyl en Farnfum . ... .3 Apningadam . . . . .3 Oterdum en Heveskes . . . .1 Weitwert, Meethuyfen en Opwierda . . 1 Wolterfum en Garelsweer . " . .1 Garmerwolde, Heidenfchap en s'Anna • • 1 Naórdyk en Middelbert . . .1 En^elbert en Westebroek .. . . .1 40  t H 3 HET ELFDE DISTRICT, Hoofdplaats GRONINGEN. Aro. i, Gronde Groningen .- •' s i . 40 HET TWAALFDE DISTRICT. Hoofdplaats G R O N I N G E N- N°. 2. . Grondv, '. • , ' . ) Groningen • Cropswolde en Noordlaaren . •' Haren .; • * \ Helpen * • * ' g Hdgezand . . • . •■ Windeweer en dc Lula . • • ■* Hoogkerk en Leegkerk . • • 1 Zuidwolde ii Adorp, Harsïens cn Noordwoide . * J Harkftede cn Scharnier . * • 1 Slochtcrcn . • • • 1 Ten fcóur en Thcfrge . • • 1 Wittewierum eh Leilens • • • 1 Stedixvn . • • U,hz Lopperfmn, . • • • ; Wcster-Embderi . • • . • 1 't Zand • . - ' • • 2 Eelde , Paterwoldö en Eelderwoldë . • 2 Peife . . • , • %t ' 1 Peiierwolde, Rhoderwolde , Zandebuurt en Mats- loot . ■. . . • • . • 1 Rhoden , Lyveren, Steenbergen, Zulte en ter Heil, Nietap, Leutingwolde en Foxwolde . • 2 Züidlaren, Midlaren en Zuidlaarderveen . . a Gieten, Bonnen, Veenhof, Gieterveen en Borjier- Vccn \ *>-** 4 • 1 | 40 HET  [ H 3 HET DERTIENDE DISTRICT. Hoofdplaats V E E N D A AL _ «j. GrondV. Colharri . . . f x Sapmeer en Kleiiiemcef . .. t * Noordbroek . t t t » Zuidbroek . . , 2 Muntendam . . . '.2 Veendam . . . * It Wildervank . . .. - Oude Pekel A . < « , § Nieuwe Pekel A < , , rg5weer, Lalleweer en Woldendorp . . t Midvvolde . . , . 2 Oosnvolde . . , j MUlwf.Lirier HarnrïK . . , '. 2. Scliecmder Hamrik . . . . 1 Scheemda . . . a Eexta . . ... i Beerta . . , . 4 2 Bcerfler-Hamrik . . . .2 Finfeiwolde . . . .' . a Tranfportee-re 21  f H i Tranfp'ort ai Langakkcrfchat:*. t •' •' 1 Ma.de . - •• * § Westeflee en Heiligerlee .- f 1 Whdchooten . •4 B'lyham cn Oucféfehans • ♦ 9 Bcilingwoide v« t VrieSelielo en Wedde v • • 1 Bóertange, Viaghwedde efl Onstwedda « •■ 3 Ter Apel- eri Sdlinge - • • * 1 Rüswlnkel .- * • • * 49 HET VYFTIENDB DISTRICT, Hoofdplaats A S S E N.- Grondt.; Asleri, Witten en Peeto 1 > , . i Westerborg, Baalinge, Oryelte, Oorfingci Btuntinge ,. ert Elp : ; • - Zweelo, BifnrieveM, Aalden, Meppen eri Wecfup i Öösterhésfelen . . i i. i Dalen, Dalerveen j Wagtum en Vëenhuyfen i 2 Cocverderi ; ; . i • - 3 Schoonebeek . . . i • i Noórdsleen , Zuidsleen, Erm , Hooi en de Haar a Ëmmen, Zuidberge, Noordberge,Angclsloe, Wes- tenesch en Weerdinge ; ; » 2 Ödöorn, Velte en Exlóö ; i ; i Borger en Buinert . • . • . t Ées ;, Westdorp, Drouwen Bronnieger cn Brui- riernoeras , . . ; . i Gasfelte en Ëoereveen ; . ; i Gasfelte Nyveen , . . • i Rolde, Grollo, Schoonlo, Amen, Eekhair, Nie- bandenz; Duurfe, Anreep enz. Loon en Ballo 2 Tr anforteere 22  C 16 ) Tranfport Anlo, Anderen, Eexte, Eextcrveen, Annen, Schipborg, Gasteren en Annerveen . . 3 Vries en Rhee, Zeven en ter Aard, Zeegfe, Oudemolen en Taarlo, Tynario, Yde en Punt, Bunne, Winden en Donderen. . . a Norch-, Peest, Zm'dvelde, Westenvolde, Veenhui- fen, Eer en Langelo * . . .2 Hoogersmilde ■. 1 » . 1 Heykersmilde t * . . 1 Kloosterveen . . . . 1 Diever, Oude Diever, Wateren* Wittelte, Wapfe, Leggelo en Eemfler . 2 Dvvingelo . . . . . 1 Lhee en Lheebroek , Pesfe , Echten en Anfen . 2 Beylen, Holte, Alting, Clatring, Eursting,Lieving, Makken en Ter Horst, Dreyber, Spier, Weister, Brunsting, Hykcn, Haaien cn Zvviggelt » 3 40 HET ZESTIENDE DISTRICT* Hoofdplaats M E P P E L. Grondvi Nieuweifluis . . . .1 Schout-Ampt WSnneparveen en Dinkflerveen . . 3 Gokierveen, Bovenboer, aan den Dyk, op de Kolk en aan den Zotnerdyk . . .1 Nyevecn . • ..• » . ' . 1 Meppel en Oosterboer . * 4*7 De Wyk, Stapel, Schiphorst en Broekhuyfen . 2 Cockange en Weerwilte . . . .1 Ilogcveen • i ; « . • . .9 Ruinen % ■ . I . . I • Ruinerwold . . i .2 Havelre . > . * . 1 Lege veld en Uffelte . . • • 1 Tranfporteere 30  E # ] Tranfport 3è Wapflerveen . . . i Vledder en Westerbeckfloot, Lent , Nyen-Slyck en Dolderfum . ,. . .1 Ysveen, Kallenkote, Onna en Verlaat . . i Steen vvyk . . • .4 Zuidveen . . * 1 Steenwykerwold, Eefe en Schéerwolde . . 2 40 HET ZEVENTIENDE DISTRICT Hoofdplaats CA M P E N, Grondvi Campen • • • • 12 Zuideinde , Noordeinde of Hoogeweg' en de Zanden • . • . • * ♦ 1 Zalk . • • • • 1 Ens . . ' • ♦ ■ 1 Emmeloort . ■ . . . 1 *s Heerenbroek; Mastenbroek, Vecaten Wilfum en Schöut-Atnpt . . . . a ' Ysieimuiden en Grafhorst . . * 3 Geneumiden en Schout-Ampt * .2 Carfpel Cuinre . « . 1 Ysfelham en Blankenham »<•..! • 1 Oldemarkt « * ♦ • 1 Calemburg en Paaslo * . - 1 Blokzyl * . 3 Vollenhoven . « .4 Barsbeek . • • 1 Leeuwte, Cuindcrdyk en Baarlo . . I Giethoorn, Muggenbeetn en de Haare < . 3 ' f Buitenkwartier ~ï Zwartefluis I en | S 3 t_ Fortresfe J B 4sT  C 18 ) HET AGTIENDE DISTRICT. Hoofdplaats ZWOLLE. Grondv. Zwolle . . . . . 24 Windeshem, Zuidhem, Itterfum en Zalne . 1 Herculo, Schelle, Oldeneel, Spoolde, Voorst en Westenholte . • . 1 Herfte, Withen, Genne ,• Holten en Overwater . 1 Haarst, Langenholte, Berkum en Routeveen . 2 Hattum . ... 4 Elburg - 4 Oldebroek . . x . ..3 40 HET NEGENTIENDE DISTRICT. * Hoofdplaats OMMEN. Grondv. Hnsfelt . . . a Hasfeler-Carfpel . . . .1 Schout-Ampt Staphorst, RouveenenYhorst 5 Dalffen, Oosterdalffen en Welzem . . 2 Aneun, de Vos en Garner ... .1 Nieuwleufen, den Hulst en Oudleufen . . 1 Hesfem, Rechteren en Milgen . . 1 Lenthe . . . . . % Emmen en de Matshoek . . . 1 Ommen . ". . .1 Zuidwolde . . . 2 Beestmen, Junne, Beerfe en Stegteren . . 1 Geetmen, Villieren en Varsfen , • .1 Archen en Lemele . . .1 Tranfporteere 22  ( '9 ) Tranfport 22 Arrien, Eerde en Zeeze . . . 1 Voor de Brug, Velthoek, Oosterhuis, TenKate, Ten Huizen, Ten Ooever, Westerhuis, Pastorie en Vicarie . • • 1 Den Ham . • • • • 1 Magelde en Linde . • ; ï Meer en Noordmeer . • • 1 Heino en Broekland 1 . .. • • 2 Boetele en Tyeraam . • . . 2 Luttenberg • • • 1 Wengelo en Raalte . . •• 1 PVeghfte en Ramele . • • • 1 Heeten • • • . . 2 Sendert • • • • 1 Noetfel, Eelen en Rhaan . • • 1 Egede en Mark . ... .1 Daarle en Hulfen • • • • 1 40 H E T T WI N T I Ö ST Ê DIS T R I C T. Hoofdplaats ALMELO. Grondv. Ilardenberg en Brugt » • • - Gramsbergen, den Velde en Radewyk • 1 Bergenthehn, Sipcula, Ditfelen en Reeze . 1 Heemfe en Collendoorn . • 1 Lutten, Ennevelde en Aane . • • ï Holthone, Holtheeme , Loozen en Baaider . 1 Ootmarftim ... Vasfe en Manderen \ • • Rectum cn Haarle . Groot en Klein Agelo . 1 Latterop • Tilgte ..... J Brekkelenkamp en Nutter Rezingen en Oude Ootmarfum • • 1 Tranfporteere 16 B 2  C *0 ) Tranfport 16 1 ubbergen (Dorp) i Tubbergen (Buurfchap) i Borne . ... a Zenderen en Hertmen . . .2 Almelo . . . . . 4 Gerichte . . . .5 Schout-Ambt Vriezenveen .... 4 Rectum en Wierden 1 Ipelo en Notter ... 1 Enter' . . . . . . 3 . _ i° HET EEN-EN-TW1NTIGS I E DISTRICT. Hoofdplaats OLDENZAAL. Gron Iv. Oldenzaal . . . . * . 4 Lutte . . .... 3 Losfcr . a Doorningen . . 1 Duider ... . . 2 Hasfelo . . . ' . . 1 Weerfelo en Stift . . . . 1 Berghuizen ..... 1 Gammelke ..... 1 Volthe . . . . . . 1 Kleine Driene en Rosfum r Lemfelo . . . . . . 1 Beuningcn . . . . . . 1 Enfchetle ..... 4 Esmarkte . . . . ; 3 Ysfeloo . . • . . . a Lonneker . ... 2 Twikkelo . . ... 1 Driene . . . . . 1 Geesteren . . . . 1 Albergen . . . . .. ,. . 2 Flefingen . ..... 1 Denekamp (Dorp) ... . . 1 (Buurfchap) . . . 1 Noorddeuringen . . . . 1 40 • HET  r 11 ] HET TWEE-EN-TWINTIGSTE DISTRICT» Hoofdplaats GOOR. Grondv, Haxbergeu, Blankenberg en Honesch . • 3 Buurfe • . • . • • 1 Eppinzolder • • • • * 1 Holthujzen . • • • 1 Brammelo en Langelo . ... • * Boekelo . - . • • ' 1 Delden . • • • • a Zeldam cn Weddchoen Buisarend . . • 1 Hengevelde en Scholte Weddchoen . • 1 Békkum en Hagereis . • • 1 Bentele ' . i \ _____ ' ' l De Veldzyde bchoorende onder VVoolde . . i Hengelo . • • ' 1 Enle • . . •, y ■ • • 1 Deldener-Esch . • • • 1 Asfelo en Woolde \ •. . . a Deldenerbroek ... • 1 Bornerbroek Markelo en Beusbergen . • • • • 2 Stokkum . • • . . i Karfpel Goor . • . . i Elfen . • • 1 Rysfen . • • • 3 Goor . • ' * Diepenheim . • • .,, • * (Karfpel) Markvelde Middeldorp en Markvelde . . • • • 1 Hellendoorn . .. • • • 1 Haarle . • • • 1 Neede • ' • • 4 40 B ï• HET  C ) HET DRIE-EN-TWINTIGSTE DISRICT. Hoofdplaats D E V E NT E R. ■ Grondv. Deventer . ..... 17 Weteringen , Riele en Wechele . . 1 Borgel, Rande en Tjoene . - . . 1 Lettele, Linde en Okkenbroek . . 1 Ortele, Esfen en Averlo 1 Olst . . ... . r Overwetering en Welfem 1 He'ngfordcn en Middele . ... 1 Duur en Wefepe . . . . 1 Holten .... 1 Neerdorp .... . 1 Look en Borkel ..... 1 Beufenberg en Langeftraat ... 1 Espcrlo Bathmen en Loo. . . 1 Dorth , Dorrherhoek, Zuidloo en Oxe . 2 "VVyhe,-Herxfen, Marle en Wynbren . 3 Tongeren ..... 1 Wegterholt en Hengevelde . . .1 Gerfèi en Alnien . . . 3 1 40 "~~HET VIER-EN-TWINTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats Z U T P H E N. Grondv. Zutphen . . . . .13 Warnsfeld . . . .4 Vorden t . . .5 Hengelo . . . . 4 Bronkhorst . . . .1 Roderlo . . . . .3 Voorst . ... 9 Loenen , . . , . 1 40 HET  ( n ) HET VYF-EN-TWINTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats LOC HE M. , Grondv. Lochem Schoutampt . • • Laaren en Oolde . * , Verwoolde . • • * Borculo en Wildenberg . • * Eybergen • * ' \ Gelielaar • • * * 2 Geesteren • - Lichtenvoorden . • ' £ Rekken . • • * Beltrum ... • _ » Grol • , • ' ; J Winters wyk Breevoort . . • • • , i,.,,.. ' HeTzEsWtWINTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats DEUTICHEM. Grondv. Deutichem • • • * ' J (Richterampt) • • -3 Hummel en Keppel • • • • * '* ZeÜdam . • Beek . • * ** 'sHeerenberg ...» Netter-den . • • • ' 5 Gënderingen . • • • Etten • • • * * Aalten - . . • • '7 Dinxperlo • « • * 2 Wisch en Lichtenberg 40 B 4 HE.T  ( =4 ) HET ZEVEN-ËN-TWINTIGSTE DISTRICT, Hoofdplaats DOESBURG. Grondv, Brumrrten . . . .4 Roofendaal . . . . 1 Reede . . . '. .7 Uit het Schoutampt Eede; Bennekom, Otterlo, enz. 3 Renkum en Doreweerth .... 3 Doesburg , . . . .4 < Richterampt , . .5 Didam . . . , . 4 Steenderen . • . . .4 Zelhem , , • , .4 Bahr en Lathum • • .1 4° HET AGT-EN-TWINTIGSTE DISTRICT, Hoofdplaats HARDERWTK. Grondv, Harderwyk , . ■ . .7 Nunfpeet «. ,. . , .. . 2 Doomfpyk . . . ... 4 Heerde , . - . . 5 Epe ' . . . . . .4 Oenen .. , . , . 1 Vaasfcn . . . , . ' . 2 Nvbro.ck . . . _ • « i Appeldoorn . • r . . ,5 Beekbergen . . . 2 Ermelo , . ... 2 Putten , , , . 5 HET  C «5 ) HET N EGEN-EN-T WINTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats BARNEVELD. Grondv. Nykcrk . . ..• • i° Barneveld .... «9 Eede . • • • ■ • 7 Scherpenfeel 2 Rhecnen . ■ • • • 3 Wageningen . • • * - 5 Veenendaal - . • « 4 ... 40 HET DERTIGSTE DISTRICT Hoofdplaats ARNHEM. Grondv. Arnhem . ■ •' • • 20 Eist, Elden en Meynerswyk ... . - .4 Heteren en Hemmen . . . -3 Homoet en Valburg . . . .1 Zetten, Lakemond en Indoormk . . 1 Hervelt . • • • 1 Andelst, Loenen en Woolcre . . 1 Bemmel en Resfen. . . . a Oosterhout en Slyk Ewyk ... . 1 Lent • • • 5, -i Gent ...... 1 Doornenburg en Angeren . • .1 Pannerden • ■ • • * Herwen en Aarth . « • 1 Westervoort . • t - • 1 4° B 5 HET  C »6 ) HET EEN-EN-DER.TIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats N T M E GEN. Grondv. Nymegen cn Schependom .... 2.7 Nr-derrykfche Wald, Ubbergen en Groesbeek 1 ()oy en Periingen, Beek en Ooy-Ryks . . 1 Erlicum, Millingen en Schenkenfchans . . 1 Weurt ... . 1 Beumingen ...... 1 Kient en Balgoy- . . . j Wichem ... . .3 Overasfelt Nederasfclt ..... 1 Malden ..... . _ Heumen . . ■'. . . ï 40 HET TVVEE-EN-DERTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats B O M M E L. Grondv. Bommel ..... 6 Zuiiichem en Nieuwaal . 1 Gameren, Delwynen en Kerkivyk . . a Bmchem en Hurwenen ... 1 Hédel, Well, Amerzoden en AVoldragen . 4 Driel . . . . . ; 4 Rosfum ..... 1 Heerewaarden en Schans Andries . 1 Dreumel ...... a Alphen . . 1 "Maasbommel . .... 1 Wamel .... . 2 Tranfporteere 26  ( *7 ) Tranfport 26 L.euwen . . • • • 3 Pufiyk .... • 1 Appelthern . . . . f, Aloforst en Horsfen . .. • • 2 Afferden .... 1 Druten . * 2 Herne Burcharen . • • • 1 Batenburg ..... NistrU; en Leur . . « • 1 4© HET DRIE-EN-DERTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats T H I E L. Grondv. Thiel en Zandwyk, Drumt en Pasfeway . ' 7 Wadenoyen en Zennewynen 1 Ophemert . • 1 Varik . . •' • 1 Opynen en HeesClt ... Nederynen en Est . 1 Waardenburg .... • • 1 Hellouw en Thuyl • Haaften . . . . 1 Herwynen . .... a Vuuren ...... • 1 Dalem . . • • .* * ' 1 Rumpt en Gellikum 1 Deyl en Enfpyk . Geldermalfem en Meteren . . . a Ochten . 1 Echteld . • ! Dodeweerth . ... • 1 Ilkn • 1 Opheusden en Yzendoorn . * Tranfporteere 29  C ) , Tranfport 2^ Kesteren, de Marsch , Leede en Oudeweerth 1 Liendcn . . ^ . . 1 Meerten, Ommeren en Aalst 1 iitgén ....... 1 Manrik, Rysvvyk en Ravenswaay . . 3 Eek en Wiel ... . . . 1 Ewyk . . . 1 Windfen ryks . . 1 Deest en Windfen ambts ... 1 40 HET ViER-EN-DERTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats C U T L E M B O R G. Grondv. ... . . 1 Fyureh, Tricht- Beufichem, Zoclmond, As, Buur- .tpalfem, enz. ... . . 7 Cuylemborg, F.verdingen, Zydervelt, enz. . 7 Beest eh Rhenoy . . 2. De Avefathen . ' . . • . 1 Leerdam . * . . . 4 Schoonrewoerd ..... 1 Vianen " • . • • . 4 Ameyde 'en Thienlmven . . . a Hagcilein en Thienhoven 1 Heykop en Boeykop . . . 1 Lexmond, Agthoven en Lakerveld . . a Heukelom ..... 1 Asperen . 1 Leerbroek , Reyerskoop en Middelkoop . 1 Kedichem, Oosterwyk , Acquoy en Spyk . 1 Meerkerk ..... 1 NieuWpoort ...... 1 Langerack . . . . . 1 40 HET  C 29 ) HET VYF-EN-DERTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats AMERSFOORT. Grondv. Woudenberg .... 2. Renswoude en Emmikhuyzen ... & Maare, Marsbergen en Gerefteyn . . 1 Leusden enz. en Afchat ... 2 Hoevelaken ..... 1 Stoutenburg . . . . . 1 Amersfoort . . . *7 Hoogland, Duitsch, d'Haar cn Zevenhuyzen 3 Baarn en Ter Eera • • • • 1 Eemnes Buiten, Eemnes Binnen cn Vuursch 3 Bunfcbootcn . . ... 2 Zoest en Isfelt . .... 3 Oostveen • • • - • 2 40 HET ZES-EN-DERTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats UTRECHT. N°. 1. Grondv. Utrecht .40 HET ZEVEN-EN-DERTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats UTRECHT. Na. a. Grondv. Utrecht . . • • . 25 Zuylen en Oostwaard 1 Oostbroek en de Bilt .... 2 Zeyst . . • • 3 Driebergen en Ryzenburg . 1 Tranfporteere 32 Bun-  [ 3 ] Tranfport 32 Eunnik en Vegten, Stoetwegen en Kattenbroek, Odyk, Amelisweert, Rynauwen, Oudwulve en Waye . . • • 2 Amerongen ...... 2 Leerfum, Zuilcfteyn en Ginkel . . 1 Doorn en Darthuizen . 1 Nederlangbroek, Overlangbroek, Hardenbroek en Sterkenburg . . • • 2 AO TTET AGT-EN-DbR'J IGSTE DISTRICT. Hoofdplaats MONTFOORT. Grondv. Wyk by Duurftecie .... 3 Cofhen'cn den Dwarsdyk . • . . 1 Houten en 't Goy, Schonauwen, Wulve, Heemftede en Werkhoven . . . . 2 Schaltwyk, Tul en 't Waal, Honswyk cn Slagtmaat2 Yreeswvk ..... .1 Jutphaas Overend, Nedercnd en 't Gyn . 2 Bcnfchop • - • • • Noord- cn Zuid-Polsbroek . . 1 Oude Rhyn en Hycop, Papendorp, Veldhuyzen enz. Reyerscoop, Creuningen, Mierlo St. Pieter 1 Lange cn Rui geweide 1 Wiliescop , Dykveld, Ratelcs cn Honcoop . 1 Linfchootcn en Diftrictcn ,Broek, Papecop en Acht- hoveu , . • • • 2 Ilarmelen . ♦ • ; Montfoort, Blokland en Kort Heeswyk . 3 Ysfelfrcin en Schoutsambt 5 Barrewoudswaarder en Bekenes . • » Waarder, Rictvclt en Bree . • 1 laarsveld, Cabauw en Zevender . . 2 'Lopik en Lopiker-Capel, Willige Langerak en Zevenhoven • • . ' „T ' . , . ' , 2 Hekendorp, Snelrewaard, Zuid- en Noord-Lïnlcboten • • ... 1 Weerden • • 1 HE f  C 31 3 HET NEGEN-EN-DERTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats NIEUJVERSLUIS. Grondv. Vleuten en de Meeren, Thcmaat en d'Haar 2 Indyk, Teccop , Geverskop en den Breudyk 1 Westbroek ..... i Thienhoven en Breukelen Proosdy . . 1 Breukelerveen t 1 Oud Maarfeveen en Agtienhoven . - 1 Maarsfen en Maarsfenbroek . . _. Nieuw Maarsfeveen t Breukelen Nyenrode, Breukelen Orts en Breukeierwaard . 3 Cameryk en Ruwiel ... 2. Zegveld ... .1 Cockengen, Lokhorst, Portengen Lett.s, Spengen, Ter Aa, Gieltjensdorp en de iaage Haar . 1 Nichtevecht en Nederhorst den Berg . 2 Vreeland .... .1 Kortenhoef ...... 1 Baambrugge, Loenderfloot en Oudecoop' . 2. Loenen .en Nieuwerfluis 1 Kronenburg, Loenen en Mynden . . 1 Vinkeveen ..... 1 Mydrecht en Wilnis • > • g Demmerik en Oudhuyzen 1 Thamen en Uithoorn ... .3 Zevenhoven en Noorden . . . i Oud-Loosdrecht ... - 2 Nieuw-Loosdrscht en Oudoever 2 4» HET  [ 3* ] IJET VEERTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats IV E E S P. ■ Grondv» Muyden 2 Weesp en Bylmermeer 6 Weespci-Carfpel . - 2 Naafden cn Muydcrbcfg 4 Büsfem - 1 Huizen, Naardermeer en Buitenhuyzen - 4 Blaricum - - - i Laarcn - 3 Hilverfum - - 7 's Graveland - - - Abcoude - 2 Ouderkerk - - 3 Diemen - i - 2 Anke veen - - * i 40 HET EEN-EN-VEERT1GSTE DISTRICT. Hoofdplaats AMSTELVEEN. Grondv. KudclRaart, Aalsmeer, Rietwyk en Rietwykeroort 4 Leymuidcn - ■ 1 Vriefekoop en Kalflagen - 1 Watergraafsmeer - - a Am (lel veen - - - 10 Wavcrvecn, Waveren, Botshol en Ruige Wilnis a Nicuvvveen en den Uiterbuurt - - 1 Nieuwkoop en Noorden, Agtienhoven en Vryehou- ven - 4 Aarlandervcen - - 4 Langsraar • - 2 Tranfporteere 31  t 33 ] Tranfport 31 Korteraar - * 1 Esfelykerwoude en Heer Jacobswoude (Woubmgge) 2 Oude Wetering - - - 1 Nieuwe Wetering Rypwetering - Oudshoorn en Gnepboek - - - 3 _.o HET TWEE-EN-VEERTIGSTE, TOT HET TWEEEN-VYFTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats AMSTERDAM. Grondv. Amfterdam _" " " 433 Spaarnwoude, Schoten en Gehugten . 1 Hof-Ambacht, Houtryk en Polaanen, Haarlemmer- • leede en Noordfchalkwyk, Nieuwerkerk en Zuid- fchalkwyk - - ~ , ~ Sloten, Sloterdyk, Osdorp en de Vrye Geer 5 44° of elf Diftricren. HET DRIE-EN-VYFTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats W ES T Z A A N D A M. Grondv. Oostzaanen - a Oostzaandam J 10 Koog - - % Westzaanen - S Westzaandam - - - - - 10 Zaandyk " 3 Wormerveer en Westknollendam 4 Durgerdam - - " "„;"„. " j 1 Burgerdam onder Schellinkwoud, Schellmgwomi en Buikfloot - - - - - g 40 G HET  t 34 3 HET VIER-EN-VYFTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats PUR MEREND. Grondv. Zunderdorp en Nieuwendam - a Landsmeer en Watergang 2 Ransdorp, Uitdam, onder Ransdorp en Holifloot 1 Üitdam, onder Zuiderwoude, Zuiderwoude, Bel- lemermeer eu Broek - - 2 Monnikendam en Parmer 4 Marken CEiland) 1 Volendam en Katwoude 2 Edam en Purmer, onder Edam - - - 6 Ilpendam I Purmerland en den Lp _ Enge Wormer en Wyde Wormer - - 1 Wormer, Schaalsmeer, onder Wormer, Starmeer ■pnder Wormer, Oostknollendam, en Marken binnen 3 Tiïp Ryp - 3 De Beemfler en Etersheim 5 Purmerend en Jurisdictie en Purmer, onder dito 5 40 HET VYF-EN-VYFTIGSTE DISTRICT. ' Hoofdplaats H O O R N. Grondv, Mïdlie en Axwyk - j Warder en Quadyk - - - » 1 Oosthuyze en Hobrede Beets, Oudendyk en Schaardam - ■ _ Scharwoude, Avenhorn en Grosthuyzen - - 1 Berkhout en Baarsdorp - - 2 Schcrmerhorn en Westmyzen 1 Gfaft, en Noordeinde van Graft - 1 Tjajilporteere 9  • C 35 3 Tranfport §> Westgrafdyk, Oostgrafdyk, Schermeer onder Graft, Starmeer onder Graft en Starmeer onder Jisp - i Driehuyzen , Zuid-Schermeeren Schermeer onder dito i Noord-ScUermeer, Schermeer onder dito, Schermeer onder Schermerhorn en Oostmyzen i Urfen, Rustenburg en Braak i Oosterlee en Deel Schermeer - - t Hensbroek en Watweide i Opdam - 1 Hoogwout - * Opmeer en Veenhuyzen i Hoorn -- - ----19 Spanbroek - 1 Twisk 1 Abbekerk en Lambertshaag 1 40 HET ZES-EN-VYFTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats E N K H U Y Z Ë N. . Grond V') Sotiellinghout - - 1 Wydenes en Oosterleek - - 1 Hem - ■* - - - 1 Vénhuyzen - - - - - 1 Boven-Carfpel - 2 Grotebroek - - - - * 2 Lutjebroek en Andyk - - - a Hoog-Carfpel - _ . - 1 Westwoud - ----- 1 Oostblokker - ----- 1 Westblokker en Binnenwyzénd * Zwaag - ----5 Wognum' - - - - - 1 Hoog en Laag Zwaagdyk - - - - 1 Tranfporteere 1? C 2  C 3* 3 Tranfport 17 Homvert en Nibbixwoude - - x Benningbroek cn Sybe-Carfpel i Oostwoud en Midwoud 1 Medemblik ----- 4 Wervershoof - 1 Enkhuyzen - - - - - - 13 Opperdoes - 1 Urk (Eiland) 1 40 HET ZEVEN-EN-VYFTIGSTE DISTRICT- Hoofdplaats DE HELDER. Grondv. Aarswoud - - - - 1 Winkel 1 . Oude Niedorp - - 1 Nieuwe Niedorp - 1 Krabbendam, Haringcarfpel en Valkoog - 2 Scbagen, Burghorn en Haringbuizen 3 1'arfingerhorn - - 1 Kolhorn - - - - - 1 Wieringerwaard - - - 1 De Zype 5 Calandsoog, Petten en Hazepolder 1 Huisduinen 1 De Helder - - - J - 3 Wieringen - - - 'v - - 3 Texel - - - 10 Vlieland - - - - - - I Westeffchelling - - 2 Oosterfchelling - 2 40 HET  C 37 ) HET AGT-EN-VYFTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats ALKMAAR. Grondv. St. Maarten en Eenigenburg - - - i Schoorl, Harge, Kamp, Groet en Schoorldam 2 WcarmenhuyzeB - - - - - 1 Oud Carspel - - - - . 1 Nbord.charwoudö ------ 1 Zuidfcharwoude 1 Broek op Langedyk - 1 Heer Huigen waard 1 Pancvas, Oudorp, en deel Schermeer - 1 Koedyk en Huiswaard r I Bergen - - - - 1 Wimmenum, Egmond op Zee, Egmond binnen, Rynegum cn den Hoef 4 Alkmaar en Jurisdictie - - - 17 Baccum, Heyloo en Oesdom - - 1 Akerfloot met de Woude - - 2 Limmen - -. - 1 Uitgeest 1 - Castrisum - - ~ 1 40 HET NEGEN-EN-VYFTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats HAARLEM N°, 1. Grondv, Haarlem , « * . . .40 C 3 HET  C 38 3 HET ZESTIGSTE DISTRICT, Hoofdplaats HAARLEM. N'. 2. Grondv. Heemskerk • ... „ 1 Asfendelft »■■ '.■'* - . 4 Crommenie - - - 3 Crommeniehorn en Crommeniedyk - - 1 Beverwyk - - _ - 3 Wyk aan Zee en Wyk aan Duin 1 Velfen - , - Z Albertsberg of Bloemendaal - - r Spaarndam » \ Haarlem - « Zandvoort en de Vogelefang s Tetterode of Overveen - 1 Heemftede en Berkenrode - t - 4 Bennebroek - *• - x Hillegom - - 2 Lisfe _ - a Noordwyk aan Zee * - 1 Noordwykerhout j Noordwyk binnen, Offen en Langeveld - 4 Voorhout - 1 Sasfenheim * - . \ 40 HET EEN-EN-ZESTIGSTE DISTRICT, Hoofdplaats LEYDEN. N°. 1. Grondv, L,eyden v _ - 4Q fiET  t 39 3 HET TWEE-EN-ZESTIGSTE DISTRICT; Hoofdplaats LEYDEN N°. 2. Grondv. Leyden - - a Rhynsburg Oegst en Poelgeest - - a Warmond - Oude-Ader Lageland en Poel, Kaag en Ade i Koudekerk en Hoogmade Ley derdorp - . Zoeterwoude - * 40 HET DRIE-EN-ZESTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats DEN HAAG N9. 1» ■ Grondv. Den Haag - " 40 40 HET VIER-EN-ZESTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats DEN HAAG N". 2j* Gron.v> Den Haag - . • - sl Wasfenaar en Ziiidwyk - _1_ 40 C-4 IIET  [ 43 ] ' HET VYF-EN-ZESTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats DEN LEIDSCHENDAM. Grondv, Scheveningen - 5 Kdtwyjk aan Zee - 5 Kttwyk aan den Rhyn -en Let Zand 2 Valkenburg - j Vooiichocuen - - a Veur ■ ■* j Stompvvyk, Wilsveen en Leidfendam - 4 Voorburg - _ ^ Kyswyk - - . .. 3 Wateringen cn Quintsheul Homlsholredyk cn Honderland t Poel dyk 1 *s Gravelande - 2 Zand Ambacht - - j Monster en Ter Heyde 2 Ëykcnduiucn , Loosduinen cu Haag-Ambacht - 3 40 HET ZES-EN-ZESTIG.STE DISTRICT. Hoofdplaats DELFT, Grondv» Hazerswoude •> - 4 Zoeiermeer en Zegwaard 3 Zevenbuyzeu en Moercapel ' - 3 Nieuwveen en Hogevcen 1 Biesland, Klein Vrycnban en Nootdorp - 1 Delft cn Puortcry » - « 28 HET  ( 41 ) HET ZEVEN-EN-ZESTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats P LAARDINGEN. Grondv. Naaldwyk - 3 De Lfer - - 1 Maasland - 3 Maaslandfluis - - 9 Rofenburg . " , " 1 Pernis, 's Graven-Ambagt, Rotend, Langebakkers- oord en Smalland « - a Vlaardinger Ambagt - - - 11 Vlaardinger - 1 Scbipluyden - " Groot Vryeban - " Nieuwland en en Oud en Nieuw Matenes - i Berkel en Rodenrys - - a Pynackei - * Bleiswyk - 40 HET AGT-EN-ZESTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats SCHIEDAM. Grondv. Schiedam . S 'l 1* *8 Hoog en Woudharnasch, Croeneveld, Hodenpyl St. Maartensrecht, Dorp-Ambagt en Absrecht . 1 . Ruyven Akkersdyk en Vrouwenrecht en het Hof van Delft . ' • * Rethel, Spaland en Zouteveen • • 2 Delfshaven • • • 5 "Schooiderlo . • • 1 Overfchie en Hogenban • • 3 . Jurisdictie van Delft . • I Rotterdam en Sclnebroek . 1 Hillegersberg en Retteban * • 6 49 C 5 HET  C 4* ') BET NEGEN-EN-ZESTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats ROTTERDAM. N°. i. _ . Grondv Rotterdam . „ .40 40 HET ZEVENTIGSTE DISTRKT. Hoofdplaats ROTTERDAM. N°. 2, „ , Grondv. Rotterdam , 0 .40 40 HET EEN-EN-ZEVENTiGSTE DISTRICT Hoofdplaats ROTTERDAM. N°. 3. ,, . Orondv, Rotterdam . . . 26 ' B.eukel5dyk, Oost- en West-Blomrnersdyk, ge- ' naamd Cool . . . . g palingen , , ' . . 6 40 H$T  f 43 3 HET TWEE-EN-ZEVENTIGSTE DISTRICT, Hoofdplaats GOUDA. Grondt Gouda • • i >«3 Bloemehdaal • • • a Willens Stein, enz. en Vliet . . 1 Zuidwaddinxveen, Broeck* Thuil en 't Wecbje en Broeckhuyzen . . « * Noordwaddinxveen . • 2 Boskoop • • . ° * 3 Reeuwyk, Raambrug en Middelburg 4 • 2 Sluypwyk • '. • • 1 Alphen . . • 4 Benthuyzen en Hogeveen i . • i HET DRIE-EN-ZEVÈNTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats SCHOONHOVEN. Grondf, Zwammerdam . . « • 2 Bodegraven • . . . • 3 Oude water • 3 Zuidbroek, Vlist en Bonrepas. . i l Stohvyk . . . 3 2 < Berkenwoüde en den Agterbroek - - _ Haastrecht - - - - 2 Moordrecht - - - 3 Gouderak - - - 2 Ouderkerk op den Ysfel en Stormpolder . 3 Nieuwerkerk op den Ysfel - *• 3 Capelleri op den Ysfel - - - * Krimpen op dén Ysfel - - - - i Krimpen op de Lek Z - - -I Lekkerkcrk- -. , - . - - 3 Aromerstol of Klein Ammers - - - I 'sHeraartsberg en Berg-Ambagt » * £ Schoonhoven «. ~ "5 Til «uth$■. " 40 ' ' ' Hff  C 44 ) HET VIER-EN-ZEVENTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats. GORINCHEM. Gorinchem en Schelluynen - . Grondv. Arkel , Rietvelt en Hoogblokland . * t Nicuwlaud en Hoornaar . . . \ t Noordeloos Hardinxvelt .... A Ammersgraaf, Agteriand, Peulwyk en Gelkenes '. i Goudriaan en Üttoland ... _ Bisskensgraaf eu Hofwegen . . i Giesfen-Nieuwkerk en Slingeland . \ i Giesfen-Oudkerk en Peurfw.ni . . \ i Gieslendam . . . , * a Brandwyk en Gybeland . .' \ Molenaarsgraaf en Laagblokland . . i Streefkerk . . , , a Nieuwlekkerland . . , . \ x Sliedrecht eu Jurisdicte . , , • i 5 Alblas, Wyngaarden en Ruigbroek . . '. 2. Albksferdam . . . . t Papendreeht • . , * 2 40 HET VYF-EN-ZEVTENTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats RIDDERIvERK. ' , Grondv. Hoogvliet, Oud- cn Nieuw Engeland - x Rhoon, Pendrecht, Albrandswaard en Kyvelanden 2 Poorcugaal - j Charlois - - 4 Katcndrecht - . j Oost en vVest-Ysfelmonde - - - 2 Tranfjporteera» 11  ( 45 > Tranfport 11 Oost-Barendrecht en Adriaan-Pieters-Ajnbagt - i West-Barendrecht ■ . . - i Carnisfe - - t Ridderkerk 5 Hendrik-Ido-Ambagt . . 2 Heerjansdam . , . . i Heer Oudelands Ambagt, Kyfhoek, Ryfoort en Streve'shoek . • , • . 1 Groote en Kleine Lint . 1 Meerdervóort . - • 1 Puttershoek 2 Heynenoort en Groep - - 2 Maasdam 1 Antony-Palder - - 1 Mynsheerenland ----- t Cillershoek, 's Gravendeel en Leer-Ambagt 4 Stryen en Stryenfe-Sas 4 40 HET ZES-EN-ZEVENTIGSTE DISTRICT Hoofdplaats £ R I E L L E. Grondv. Brielle . . ... . 6 Oostvoorp en groot Oosterland . . 1 Rockanye ..... 1 Rugge, Kleinoord, Oosterland en Kleyburg, Briels Nieuwland of de vier Polders . . 1 Nieuw Helvoet, St. Anna Polder en Schapegorsch , Naters en Pancrasgorsch, Nieuwe Goote en de Kwak .... I Helvoetfluis, Weergorsch en de Struyteft . a Nieuwenhoorn . 1 Oudenhoorn . . . I Zuidlaud e» Velgersdyk , . .' 2 Tranfporteerc 16  C 4* > Zwartewaal . . / ttèM Heenvliet „ . Abbe'nbroek Geervliet Spykenis en Brabarid Hekelingen, Friesland, Biert en Stompaerden Korendyk .... ' Fdershil . - \ Nieuw Byerland, Heer Simonshavenen Schudde'beurs 2 Zuidbyerland of Hitzert ... 2 Oud Byerland en Goidfchalkoord '. r Numansdorp of Buitenfluis . ï Klaaswaal . ■ . . . * 2 Westmaas . , ' . ' . i 49 HET ZEVEN-EN-ZEVENTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats. DORDRECHT Dordrecht en de Merwede Cr.ndv. Dubbeldam . * ?• ' Wiéldrecht en de Myl Zwyndrecht lh tu .100Ö .v.'traiT'! ,dad^fWansl n .-...lijft —» HET  ( 47 ) HET AGT-EN-ZEVENTIGSTE DISTRICT* Hoofdplaats OOLTGENSPLAAT Grondv. Oadorp, Oudeland en West Nienwland , z Goederede ..... i Stellendam, Ouden Oostdyk en Oude Nreuwland i Onwaard, Roxenisfe en Melisfant . , i Dirksland * . a Herkingen . i Sommelsdyk >> , . . ^3 Middelharnis . . • 4 Stad aan 't Haringvliet . . ï Onde Tonge .... 3 Nieuwe Tonge . . . 1 Oolgensplaac en den Bommel . . 4 Willemftad . . . . . , . . 3 Klundert en Polder . , . 3 Dinteloort ... . 3 Heiningen ... . 1 Fynaar-t «———r- —«- ^»— a Nieuw Gastel . . . . 1 Oud Gastel . . • 3 40 . HET NE GEN-EN-ZE VENTIGS TE DISTRICT. Hoofdplaats ZIER I K Z E Ei Grondv 1 Zierikzee . . . . ia Ouwerkerk ... 1 Nieuwerkerk in Duiveland, Botland en Capelle in Duiveland . . a Oosterland en St. Janslands . . a Bruynisfe . . . a Tranfporteere 19  C 48 ) Tranfport 19 Dreyfchor ..... 1 Bommenede, Zonnemaar en Blois . . 1 Noord gouwe 1 Ringerskerke, Kerkwerve cn Nieuwerkerk in Schouwen ... . . . 1 Serooskerke en Ellemeet 1 Westenfchouwen, Burgt en Haamftede . 2 Noordwelle en Renesfe . 1 Eikerzee en de Ambachten . . . 1 Brouwershaven 1 Cortgeue en Cats . . .2 Colynsplaat . ... 2 Wisfekerke en,-G-eersdyk, Campens Nieuwland en 'sGravenhoek . .« . . 2 Oud Vosmaar en Vryberge . . 2 St. Annaland .... 2 Stavenisfe . . . . , 1 40 HET TAGTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats MIDDELBURG. Grondvj Middelburg en Stads-Ambagt e . 40 40 HET  (* 49 3 HET EEN-EN-TAGTIGS TE DISTRICT. Hoofdplaats VLISSINGEN. Grondv. Vlisfingen . . . .n Westzouburg en Ritthem . . .2 Oostzouburg . . . 1 Koudekerke . . . . 2. Bekerke . . . .1 Zoutelande . . • . 1 Melis en Mariekerke en Buttingen ." . 1 West-Capclle en Poppekerke . . 2 Grypskerke en Hogelande . . .1 Oost-Cappelle en Aagtekerke . . .2 Domburg binnen en buiten . . .1 Serooskerke en Vrouvre-Polder . . .2. Brigdamme en St. Laurens . . . 1 Veere, Zandyk binnen en Kleveskerke . . 4 Gapinge, Schellag en Zandyk buiten . . 1 Arnemuyden . . • .2 St. Joostland met de Middelburgfe Polder . 1 Heinkenszand . . . 2 '& Heeren Arendskcrke, Wisfekerke en 's Heeren Heeren Kinderen . • .2 40 HET TWEE-EN-TAGTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats G O E S. . Grondv. Goes . • • • 7 Driewegen en Coudorpe,Oudelande,Ellewoutsdyk en Everinge . . . ,1 Baerland en Bakendorp . . .2 Hoedekenskerke . , . .1 Waarden en Kruiningen » , 2 Krabbendyke en Nieuwlande . . .1 Tranfporteere 14  < 3 3 Tranfport 14 Schoere, Vlake en Jerftke . . . 2 Capelle, Biefelinge en Eversdyk . . 2 *s Gravenpolder en Zvvake . . . i Heer-Abskerke, Baersdorp en Sinouskerke, Nisfe en Overzande , . • .2 Borstelen . . . . 1 'sHeerenhoek . . . . 1 Wemeldinge, Cloetinge, Kattendyke enOostbeve- land . . . • .3 Het Fort van Bath, Bath en Rilland, Maire, Hinkelenoord en Valkenisfe . • .1 Wolpbaersdyk . • . 1 Westkerke, Scherpenisfe en St. Martensdyk . 4 Poortvliet . . . . a Tholen, Schakerlo en Nieuwftryen . . 3 Halfleren en Oudglimmers-Polder . . 3 40 HET DRIE-EN-TAGT1GSTE DISTRICT. Hoofdplaats. £ERGEN OP HEN ZOOM. Grondvc St. Philipsland .... 1 Nieuw Vosmaar . > • 1 Steenbergen . 't Zand dair buiten I Bergen-op-den-Zoom , Byemoerspolder,Noordgecst, Borgtvliet en Zuydgeest . . . 10 Wouw en Moerflraten .... 4 Rofe»daal en Nispen .... 9 Rukven, Vorenseinde en Langedyk . . 2 Huybergen en Hogerheyden 1 Woensdrecht .... • ©sfendrecht cn Putten 40 HET  C 5i ) HET VIER-EN'TAGTIGSTE DISTRICT » Hoofdplaats E T T E N. Grondv. Den Ouden Bosch ■. ... 4 Zegge . . . , 1 De Hoeven en St, Maartenspolder . . 2 Groot Sundert .... 6 Reysbergen ..... s Etten 8 Hage ...... 7 Zevenbergen en Moerdyk ... 6 T-i'heyde ...... 4 40 HET VYF-EN-TAGTIGSTE DISTRICT Hoofdplaats BREDA. Grondv. Breda . , . , . 16 Ginnikke . • • • • 4 Teteringe ..... * 'sGravemoer . * • 1 Dongen , • ... 4 Alfen a Baarle :: --»."•■ f Gilfen en Ryen ..... 4 Chaam . , • « , 2 Goirle en Riel » i . . 2 40 HET ZES-EN-TAGTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats GEERTRUIDENBERG. Grondv» Hooge en laage Zwaluwe ... 4 Drimnielen en Standhazen . . . 1 Made . . . . . a Geertruidenberg , . ' 3 Tranfporteere 19  C 5- ) Tranfport 10 Oosterhout en Jurisdictie - . . 11 Raamsdouk . • • • . . 4 Groot en Klein Waspik . . . 3 'sGrevelduyn en Vryhoeven Capel . . 3 Van den Loonfeudyk • ... 2 Sprang • . • • • 9 Beloven ... • • • . - 1 Waalwyk . • . •, • 3 Baardwyk 1 4° _ HET ZE VEN-EN-TAG TIG S TE D1STRIC1 Hoofdplaats. H E U S D E N. Grondv. Werkendam en de Werken . . 3 Sleeuwyk . • • • • 1 Woudrichcm en Oudendyk . . a Almkerk . • » 2 Etnmikhoven • .... 1 Waardhuyzen, Uitwyk en Babilonienbroek . 1 Dnsfen Munfter en Muilkerk en den HU . 3 Eetcn en Meeuwen . • * Drongelen, Ilagoort, Ganfoycn en Doveren 1 Hecsbcen cn Gendcren 1 Oudheusden, Elshout en Hulten . . 1 Drunen .... • 3 Nicuwkuyk en Onfcnoort a Vlymen, Engelen en Croevecoeur . . 4 Hcdikhuyzen . . . . 1 Herpt en Bern . . . . 1 Heusden > 3 Wyk en Aalburg . a Veen ....<•* Andel * Gieten en Ryswyk . . s « ï Loevefleyn, Munnikkeland en Brakel . a Poederoycn en Aalst ... 1 Nederhemart s < « • I » ■< 40  ( 53. ) HET AGT-EN-TAGTIGSTE DISTRICT Hoofdplaats TILBURG. Grondv. Tilburg . . . ... 17 Enfchot en Huykelum 1 Eerkei ..... 1 Moergeftel ..... 2 Oostervvyk . • ~ '•■ . . 3 Haare ..... 2 Udenhout . . . - 3 Loon op Zand en Ketsheuvel ... 5 Helvoirt en Esch . • 3 Vugt . V ' • • « 3 HET NEGEN-EN-TAGTIGSTE DISTRICT Hoofdplaats DEN BOSCH. Grondv. Cromvoirt en Deuteren . . .1 Den Bosch en Orthen . ... 26 Empel . . . ... 1 Kesfel, Maren en Alem 2 Lith ... . ... . , 2 Lithoyen . . , . . . . 1 Nieuwland ..... i Heeswyk . . • • 1 Berlicum . . . 3 Rosmalen . • • • . « . 2 . 4o HET NEGENTIGSTE DISTRICT. Hoofdplaats G R A V E. Grondv. Oyen ■ . • ' • 1 Diëten -. . . . 1 Berchem . . 1 . * . .* . . 3 Tr anfporteere 5 D 3 .•  C 54 ) Tranfport- 5 Osch 6 Geffen ....... 2 H'eesch . . . ... 3 Grave 3 Gasfel ..... . ï Efcharen en Neerloon ... 1 Groot Linden 1 Kuyk en St. Agatlia .... . 3 Beers ....... . 1 Mil 2 St. Hubert ..... 1 Haps 1 Beugen en Rykevoort 2 Wanraay eri Ledeakker .... 2 Sambeek ....*... 2 Oploo en Overloon . .... i ïvlaashees ..... 1 Vierlingsbeek ....... 2 40 HEi EEN-EN-NEGENTIGSTE DISTRICT Hoofdplaats VECHEL. ' Grondv* Nistelrode . • . > , . 3 Vechel . 6 Dinter ... . . 2 Erp • 3 Scheyndel , 5 Dungen ...... . . 2 Liemde . . . ... 2 St. Oedenrode . . ... 6 Lieshout ..... . . a Stiphout . 1 Zon 2 Breugel 1 Beek en Donk . . , 3 Aarle en Rixtel ,.„-'. ; 2 4» HET  C 55 "J HET TWEE-EN-NEGENTIGSTE DISTRICT Hoofdplaats HELMOND. Grondv, Helmond ... • • * « t Bakel r ' ' ' ' ' \ Deurne . y. \ < * J Liesfel . • • • ï j * Vlierden . t * Asten t 7_. Someren . • • | Lierop . ' Mierlo ... • • •> Nunen, Gerwen en Nederwetten . • 4 Geldrop en zes Gehuchten . • • 4 Heeze . . • « • « Tongelre * _ 4° HET DRIE-EN-NEGEN1ia JJlb I ru<_. 1. Hoofdplaats ETNDHOFEN. Grondy. Budel en Gastel . < 4 Zoerendonk • • • 1 Maarhees . * Leende en Sterkfel » Valkenswaard en Dommeler ... 3 Geftel '. . * Lommei . ,..,»• 4 ïtergeyk ..... Borkel en Schaft . . » • 1 Westerhoven . • ♦ ' 1 • 1 Rythoven ... • • Velthoven » ♦ ? "» Zeelst r ' • 2 Eyndhoven « • • * 4 Woenfel en Eckhart . .4 Waalre . . . . • * Aalst . ■ . : % • ' 1 Stratum . : . . Stryp . « • t « s 40 HET  C l* ) HET VIËIi-ËN-NEGENTIGSTE DISTPJTi Hoofdplaats O I R S C H O T Grond r: Rladcl en Neterfel i ■ i n Eerfel en Stecnfcl ; Plancrt en Rasteren . . . r Reufel . . ... _ Duyzel en Knegtfel : i . .1 Hoogloon . . : ; . 1 Oirfcbot,- Eest en Middelbeers . . 10 Boxtel . : ; 5 St. Michielsgeftel . . . 4 Oirle en Oosterbeers . . . . •'' 3 Blaarthem, Meere, Veldhoven cn Wir.telre . 1 Veslem . . i Diëten en Westclbeers ... Hilvarenbeek . . . 4 Hooge Mierde. . . . . i Image Mierde en Htilfel . 1 4°'   ZINSTOORENDE DRUKFOUTEN. op bladz. 34. reg. 9 en 10. ftaat: „ die tot het afleggen daar van geroepen was, moet zyn ,, die tot het zien afleggen daar van geroepen was, »p bladz. 4°5« reg. 14 en 15. ftaat: r „ het zal moeten worden geaadvifeerd, ot dje 51 wete, ptoet zyn , ^ Hof zal moeten Worden geadvifeerd, of » die ik wete, 9p bladz. 406. boven aan, in het lemma, ftaat: „ verkiezing moet zyn " verklaaring ép bladz. 422. in Art. 84. reg. 2. ftaat: „ advis nit moet zyn ' advies uit  B Y L A A G E,_ lehoorende tot de Befluiten van den 6. Mey 1799. Vryheid, Celykheid, Broederfchap. £>e Commisfie tot het ontwerpen van een Burgerhjk en Lyfftraffelyk IVetboek; aan He Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaf1 fchen Volks. Burgers Representanten! De Sub-Commisfie uit ons midden op den 16. November 1798. benoemd, tot het ontwerpen eener Algemeene Manier van Procedeeren, iri Civiele en Crimineels Zaaken, met de daar toe behoorende Inlirucïiën cn Formulieren, heeft op gisteren aan ons overgebragt het Paket, 't welk wy de ecre hebben by deezen aan UI. Vergadering te doen toekomen, beftaande in elf' onderfcheldenc Stukken, met de tot elk derzelve behoorende Formulieren of andere Byiagen, behalven eene Memorie tot elucidatie vau dezelve, tot welks inhoud wy voor zoo veel des noods, ons by deezen refereeren; — Heil en Eerbied! ' Gefchreeven te Eeyden op den 4. Mey 1799. vyfde jaar der Bataaffehe Vryheid. Ter Ordonnantie van de Com voornoemt. ... W. A. m BEV A  t » ) MEMORIE van de Sub-Commhfie tot het maaken eener Algemeene. Manier van Procedeeren in Cit yiéle en Crimineele zaaken; dienende tot geleide en opheldering van derzelver nevensgaand Ontwerp. §. i. Hetzelve Ontwerp, beftaat uit de volgende dee*. en: I. Eene Infiruétie en "Manier van Procedeeren voorde Vrederechters en derzelver Byzitters, met 2a Formulieren. II. Manier van Procedeeren voor de Burgerlyke Rechtbanken en Departementale Gerechtshoven, in Civiele zaaken, niet ico. Formulieren. III. Manier van Procedeeren voor de Gerechtshoven cn Burgerlyke Rechtbanken in Crimineele zaaken, met 41. Formulieren. IV. Eene IriftrudKe voor de Burgerlyke Rechtbanken,. V- Eene Inflructie voor de Gerechtshoven met 7. Byiagen. VI. Eene Inftruclie voor den Procureur-Generaal of openbaareu Aanklager by elk Gerechtshof. VII. Eene Inflracne voor den Baillinw of Subftituit' " Aanjager by elke Burgerlyke Rechtbank. 'VIII. Eece fallrufifc ÜL Manier van P.ecedeereu voor, 1 j • ^g  t 3 ) de Vierfchaar over dé misdryven der Rechters, ttéft. 5. Byiagen. IXi Eene Inftrne^ie en Manier van Pröcedéereh vcirif het Hoog Nationaal Gerechtshof, met één Fors muëéh 2; Bovendien zyn hier riog bygevoegd: Eenige Articulen bni te kunnen dienen tót alge-, meene ingrediënten in de Inflructiën der Cipiers of andere Bewaarders of Beftuurders van Crimineele Gevangenisfen, — welke de Commisfie gemeend heeft alleenlyk te moeten fuppeditééren, ten einde döör elk byzondef Gerechtshof daar vari zoodanig gebruik gemaakt zoude kunnen worden, als hetzelve naar vereiscli der locaale cn andere om*-" ftandighederi zal oördeelen te behooren. XI. En eindelyk eenige Articulen d,e Crimineele Juftitie betreffende, welke de Commisfie, in overéénkomst, met haare InftrucT.iën voor de Rechtbanken en Bailliüweri, heeft geoordeeld wel te mogen voordragen, als noodige ingrediënten in de Iiiftructié voor de Schouten Crimineel in de byzondere Ge: meentens, hoe zeer het maaken dier Inftruélie niet aan haar, maar by de Staatsregeling aan het Uitvoerend Bewind, is gedernaüdeerd. §. 3. In alle de voorfz. Stukken in 't algemeen heeft de Commisfie overai, en in de eerste plaats, in het oog gehouden, en zich ten plicht voorgefteld, om niet af te' wyk en van, maar ten' naauwften te blyven by, dé voorfchriften der Staatsregeling, en niet dan Zeer zeldzaam; en wanneer haar zulks völftrekt noodzaaklyk voorkwam ^ gebruik te maaken van de vryheid haar ih 't flot van den 8ften Titul gegeven,- * dat namclyk in de form der inj5 rigtingen, by dien titul vervat, zoodanige veranderiri_ een bv het Wetboek gemaakt zouden mogèn worden; * Ai  ( 4 ) -5 als, tot veiligheid van den Staat en gerief der In^ezete*» „ nen in der tyd, zal worden noodig geoordeeld."0 §. 4. De Commisfie heeft zich echter ook daaromtrent alleen bepaald tot de eigenlyk gezegde form, en alles wat van de inrigting en uitvoering eener algemeene Proces-orde onaffcheidelyk was. — Doch voor het overige zich onbevoegd geoordeeld, om by dit haar Ontwerp 1 ('t welk toch maar als eene provifioneele voorziening zal kunnen in werking gebragt worden, — zoo lange tot het nieuw algemeen Civiel en Crimineel Wetboek voltooid, gefanétioneerd, en ingevoerd zal zyn) eenige verandering te maaken, noch in de meer zaakelyke voorfehrifteti der Staatsregeling, noch in de veelvuldige hen voorgekomene inrigtingen, .waarin het Recht zoodanig met de daar aan geadapteerde byzondere Manieren van Procedeeren is aanéénhahgende," dat dc laatste niet wel veranderd kunnen worden, dan tc gelyk met de Rechten en Wetten zelve; — zoo als byzondèrlyk plaats heeft, omtrent de Wisfelbrieven, de Asfurantie'n, Avawên èn Zeezaaken, en andere diergelyke voorwerpen, welke met overal te pasfe komen of bekend zyn, en waarop mitsdien , immers voor als nog, ook geen" algemeen voorfchrift noodig is. %. 5. Even eens is het gelegen met de Judicature, Welke thans nog wordt uitgeoefend door verfcheiden' Coilegiën of Corporatiën, —'als, by voorbeeld: a. De Kamer van defolate Boedels te Amfterdam. , i. Alle Dyk-Collegiën. c. De Financiëele Commisfiën- in de onderfcheidene voormaalige Gewesten nog fubfifteerende.' d. De Officieren of Bureaux van de Convoiien cn Licenten. • e. De Commisfarisfen vari-de Pilotage. f< De  [ 5 J f. Dé Raaden van Adminiftratie eri Discipline dét Gewapende Burgermacht. g. De Collegia Medica, " h. De Üniverfiteits-Vierfchaaren. Deeze eri meer diergelyke , welke mogelyk hier of daar ïh de Republiek nog kunnen plaats hebben, immers de vyf of ten minllen de twee eerstgenoemde , meent de Commisfie, dat voor als nog niet kunnen worden gemist, en niet eerder zullen kunnen worden opgeheven, of op den algemeenen voet ingerigt, dan by de invoering van het nieuw Algemeen Wetboek. En het is om dezelfde reden , dat de Commisfie ook van gedagten is, dat vooreerst nog in Rand zal dienen te blyven de byzonderheid tc Amfterdam plaats hebbende, dat de Executie van Condemnatiën tot Geld-fchulden door de Gerechtsboden aldaar niet verder wordt gebragt dan tot de fomiriatie, en voorts in derzelver plaats Wordt vervolgd door een afzonderlyk Ambtenaar, onder dén naam van Conchierge, die door zyne Commiefen de; goederen' der Geëxecuteerden doet arrefteeren inventa-" rifeeren , bcwaaren, verkoopen , enz. §. 6. De Commisfie heeft zich echter ook daarom* frent niets veroorloofd, in alle zaaken, waarin zy het maar mogelyk Relde dat de algemeene inrichting der Rechteriyke Macht, en Proces-orde, van nu af, al was het dan ook maar tot eene proeve , ingevoerd zoude kunnen worden, en daarom voor afgeschaft gehouden: a. De afzonderlyke Judïciëcle Kamers, welke te Amfterdam, Rotterdam, Dordrecht, en elders, onder vcrfchillende benamingen hebben plaats gehad , tot berechtinge der quaestiën van Asfuran^ tiën, Avaryën, en anderen Zeezaaken. — Dewyl dezelve zeerwel kunnen worden, en gedeeltelyk reeds zyn, vervangen , door eene afdeeling van èeriige Leden uit de Commit'téea vari' Jumfie; of A 3 Bur-  C 6 ) Burgerlyke Rechtbanken, mits dezelve in die Steden, (gelyk toch uit hoofde der andere veelvuldige bezigheden wel noodig zal zvn) in een dubbel of nog grooter getal Leden beftaan. i. De Kamers van Huwelykszaaken en Injuriën, en van Vredemaakers, mede te Amfterdam, Rotterdam , en elders nog fubfifteerende, wier werkzaamheden nu meest tot de Vrederechters en derzelver Byzitters zullen behooren, en voor een klein gedeelte tot de Burgerlyke Rechtbanken worden overgebragt. $. 7- Hoe zeer de Commisfie niet kan ontveinzen, dat haar zeer waarfchynlyk is voorgekomen, dat de on* dervinaing wel rasch leeren zal, dat in de evengemelde groote Steden nog wel zal noodig zvn een niet talryke Kamer tusfchen de Vrederechters en de Burgerlyke Rechtbanken intevoegen, ter afdoening van al zulke verfchillen, welke in zoodanige Steden voor kleine zaaken gehouden worden, doch overal elders niet wel onder die benaaming kunnen worden begrepen , by voorbeeld in zaaken van ƒ300:- tot ƒ600:- ƒ800:- of/1000:- Geldswaarde. ■ §. 8. De Commisfie acht het verder noodig aantemerken , dat zy in de Inftructie voor de Burgerlyke Rechtbanken onder de werkzaamheden, welke aan de. zelve worden opgedragen , niet gebragt heeft het verleenen van Huwlyks Geboden en het folemnifecren der Huwelyken, en het ftaan over Tranfporten en Hypothècatiën (het geen tot dus verre in veele plaatferi by de Rechtbanken gefchiedde) eensdeels om dat het haar is voorgekomen, dat, dewyl thans, naar alle waarfchynlykheid, niet in alle de Gemecntens Burgerlyke Rechtbanken zullen woraen daargefteld, zulks te veele inconveniënten zoude opleveren voor de Ingezetenen van die plaatfen, welke van de Refidentie der" Rechtbank verre afgelegen mogten zyn; en anderdeels nok, om dat deeze werkzaamheden op zichzelven minder gerekend kunnen wor-  r 7 3 worden tot het Rechter-Ambt, dan tot de Policie, td behooren , en alzoo gevocglyker aan de Gemeente Beftuuren fchynen te kunnen worden overgclaatcn. Dan, vermits evenwel het ftilzwygen over deeze onderwerpen onzekerheid veroorzaaken, en aanleiding tot onderfcheiden praéfyequen geven zoude, naar maate zulks in veeie plaatfen tot hier toe onderfcheidenlyk is behandeld; en'er de Maatfchappy ten hoogften aangelegen ligt, dat over de wettigheid deezer handelingen, wat den uitwendigea form betreft, nimmer eenige tWyffeling of verfchil kunne ontftaan , zoo is de Commisfie, Qonder verbetering) van gevoelen, dat het noodig zal zvn, dat hieromtrent een uitdrukkelyke bepaaling door het Vertegenwoordigend Lighaam gemaakt worde. §. 9. By dit alles moet de Commisfie nog voegen, dat zy nergens gefproken heeft van eenige Boetcns op ongefundeerde Proceslén , Interdiétiën, AppeHen, Reformat'.ën, of Revifiën, noch ook van eenig Recht voor het Zegel van Juftitie aan den Lande te betaalen, — gelyk mede niet van 't gebruiken van Zegels tot de onderfche:dene Requesten , Appoinctemenren , Citatiën, Infinun* tien , Acfes Judiciëel, Schriftuurcn. Vonnisfen, Sommatiën enz., niet alleen om dat het Financiëele niet tot haar vak was behoorende, maar voornaamelyk ook, om dat de voorfz. Boctens en Zegels niet in alle de voormaalige Gewesten ingevoerd of bekend geweest zyn, en de Ordonnantiën van die Gewesten , waar in dezelve hebben plaats gehad, van zulk een verfchillenden aart en inhoud, tn zoo geheel en al naar dc byzondere wyze van Procedeeren, welke in elk Gewest was aangenomen, en de onderfcheidene benaamingen en kunstwoorden daarby gebruikt werdende, ingerigt waren, dat dezelve op de thans door de Commisfie ontworpen algemeene Manier van Procedeeren volltrekt niet toepaslyk zyn, noch gemaakt kunnen worden, en, zoo men dezelve echter Wilde doeil ftand houden, de grootfte ongelykheid, vooral in die Departementen , welke uit gedeeltens van twee of meer voormaalige Gewesten beftaan , ten gevolge zouden hebben, en de richtige introductie en nakoming der nieuwe ProcesA 4 Gr«  Orde byria ondocnlyk maaken of immers merkelyk ftrem*' inen zouden. . Om alle welke redenen het (naar het inzien der Commisfie,) wel noodig zal zyn, dat, te gelyk met het vastfle.len deezer nieuwe algemeene Proces-Orde, ook een nieuwe Ordonnantie op het Klein-Zegel in Judiciëele zaa-1 ken geëmaneerd, of ten minften alle de oude Ordonnantiën, ten dien opzichte, buiten werking gefteld werden. — i §. io. Laatftelyk heeft de Comrriisfie wel zoo veel mogelyk getragt, en zich toegelegd, om in dit haar werk, en meer byzonder in die Stukken, welke dagelyks door_ elk Burger, die verkiezen zal zyne eigene zaaken zelf waar te nemen , zonder zich van de hulp van Practifyns te bedienen , gelezen zullen moeten worden, — zich yan de niet algemeen bekende kunst- of bastaard-woorden te onthouden , en derzelver bcteekenis in Nedcrduitfche, of door korte omfchryvingen, üittedrukken, en voords eene niet gekuiiftelde, maar gezuiverde en algemeen verftaanbaare, taal en fchryfftyl te gebruiken , ook met vermydinge van alle bewoordingen of bcnaamingen, welke niet alomme in de Republiek, maar alleen in een of meerder voormaalige Gewesten, bekend zyn; — Doch zy erkent geerne, dat daaromtrent veele, ja zeer veele , gebreken zullen zyn overgebleven, en waaromtrent zy zich vleit, op de toegevendheid van het Vertegenwoordigend Lighaam en van het geheele Bataaffehe Volk te mogen rekenen, wanneer hetzelve zich zal gelieven te crinneren, dat de Subcommisfie, aan welke by Decreet vau 't Vertegenwoordigend, Lighaam van den 5. September 1798. het vervaardigen deezer Manier van Procedeeren, enz. is opgelegd binnen samaanden na haare aanftelling, — eerst op den 16. November is benoemd, en dus deezen taak in merkelyk minder, dan dien bepaalden tyd, heeft geabfolveerd; — hebbende zy begrepen , een veel wezenlyker dienst aan de Maatfchappy te doen, met ditopftel, al is het dan wat minder gepolyst, vroeger te leveren, en daar door de verlangde invoering der nieuwe Gerechtshoven en Rechtbanken te befpoedigen, dan nog eenigen tyd te koste te leggen, aan de befenaving' van allcrlcic kleine onnaau'wkcurig- he-f  [ 9 ] Welen in 'ftyl, taal, QseHiog enz., tweakfe tóch' den fcifiW digen , die dit haar werk niet befcheidenheid zal beöordeelen, niet hindeven, en den onkundigen niet in 't 'oog lopen zullen: — Terwyl eindelyk de Commisfie zich zelve, en alle haare Landgenooten, ten opzichte van al het gebrekige, 't welk in deeze Stukken, 't zy reeds by de. eerfte Leezing, 't zy door de ondervinding, wanneer zein werking gebragt zullen zyn, gevonden zal worden * troost met de erinnering , dal het Vertegenwoordigend Liguaam in deszelfs wysheid zulks reeds heeft voorzien 4 en-daaröm by het voorfzt. Decreet van 5. September 179S. üitdruklyk geftatuëerd. „ Dathct Wetboek van Rurgerlyke en Lyfitraflyke Wet„ ten in deeze alzoo geformeerde Manier vau Proccdee^ ren zoodanige veranderingen zal mogen maaken, als „ bevonden zai worden te behooren." En hier 'mede'onderwerpen dc Ondergeteekenden dezen hunnen arbeid eerbiedig ter beöordeelinge hunner hooge Committenten', wier gunflig welnemen zy ten Hot deezer Memorie nog moeten verzoeken, over de vryheid, welke zy genomen hadden, van, in hoope dat zulks voor de overgifte van dit Ontwerp by een Decreet van welgemeld Lighaam zoude zyn gewettigd , onder de werkzaamheden der Departerrientaale Gerechtshoven te brengen , alle de vereichtens welke zouden moeten plaats hebbenen in acht genomen worden, indien dezelve door de Wetgevende Macht wierden geauctorifeerd, om in haaren naam te verleenen V&nia atatis, ontflag of Converfie van Fideïcommisfen , furcheances van betaaliug, Surete de Corps of Vrygeleide tegen Crediteuren, en Creatie vau Notarisfen. Doch daar de Voordragt ten dien einde, door de Commisfie van het Vertegenwoordigend Lighaam, tot de Organifatie der Rechteriyke Macht, gedaan, by Befluit der Ëerlte Kamer van den 0.6. April laatstleden is gerejecteerd, zullen alle de Articulen, Welke, in de Inftruclie der Gerechtshoven , en de daar toe bchoorendc Formulieren , tot de voorfz. vyf materiën betreklyk zyn, pro non jcripth gehouden, en de Nummers, van alle de daarop  Volgende Articulen , met het getal der uitvallende Verminderd moeten worden. — Ten welken einde dc Ondergetèe* kenden , in plaats van dit hun werk te doen herfchryven, en door de betragting dier netheid de oVergifte van hetzelve te Vertraagen, geprefereerd hebben, die bedoelde Articulen alleen maar door te haaien , terwyl de daar uit profluëerende verandering in de Nummers ligtelyk op 's Lands Drukkery zal kunnen gefchieden. Leyden den 2. Mey 1799. Het vyfde jaar der Bataaffehe Vryheid* J. BÖNDT» J, WALRAVEN. J. L. FARJON. J. E. REUVENS. Hk ARNd. KREET* In*  £ H 1 |f Jnftruclie en Manier van Proce, deeren voor de Vredeiechters en derzei/er Byzkters, Art. i. Het (laat niemand vry eenig twistgeding aan- Algemeen» tevangen, zonder zich alvorens tot den Vre- Stelregel. derechter te hebben vervoegd. Art, 2. In deeze Algemeene Stelregel zyn begrepen WefkeZaaalle civile zaaken, rechtsvorderingen en iultan- ken daarin tien , van welken aart dezelva ook mogen zyn , zyn begse-. en zonder onderfcheid van perfoneele of reëele pen. actiën; alsmede, of de gcfchillcn in rechten dan in faiclen beilaan, of uit welken hoofde dezelve anderszins zouden mogen voortkoomen; in het byzonder mede de Calanges en Civile Actiën , door de Schouten Crimineel te inftituëercn, wegens alle boeten of breuken en andere kleine pcenaliteiten, geitatuëerd by eenige Wetten, Publicatiën, Ordonnantiën, Keuren of Reglementen tot onderhoud vau goede Policie; het in acht nemen der behoedmiddelen of voorzorgen tegen en werkzaamheden by Brand; het maken en openhouden van Byten in het Ys; het fchoonhouden Van Straaten en Wegen; gelyk mede op het belemmeren of vervuilen van Wegen , Straaten of Gragten; het fchenden van Boomen en andere Publieke Eigendommen; het fchieten of werpen van Voetzoekers, Slangen en andere gevaarlyke Vuurwerken; het Vegteh; Mes-trekken ; Schelden; alkrlei moetwilligheden van klein gevolg; ongeregeldheden aan Schuitenof Wagen-Veeren, en alle andere diergelyke fvenredingen, voor zoo verre aamentlyk dezelve  [ 3 zelve niet van zoodanigen eruftigen rart zyn 5 dat bovendien eene Crimineele Vervolging zoude kunnen en behooren plaats te hebben, nog ook, by wanbetaaliug van deChile Botters, eenige andere Straffe of Correctie gevorderd word. Art. 3. Uitzonde- Deeze voorgeftelde regel lydt geene uitzouringen opde- dering, hoe ook genaamd, dan vooreerst iu zelve. die gevallen , waarin de aart der zaak en dc volftrekte noodzaaklykheid zulks vordert, en welke by de Manier vari Procedeeren in Civile Zaaken Art. 3, en 5. uitdruklyk worden bepaald, tot de directe kennisneming van de Gerechtshoven of Burgerlyke Rechtuanken , met voorbygaan van den Vietleieciuer, re behooren; waartoe ten deezen gereiereeid vvurd. En ten tweeden, in zoodanige zaaken, welke voor als nog aan eenig ander Collegie, buiten de Gerechtshoven of Burgerlyke Recht* banken, blyven opgedragen, . . Art. 4, Ambt van De Vrederechter is in alle zaaken, zonder dm Vreden- pnderfcheid , waarin, in voege als vooien, rechter. zyne kennisneming niet uitdruklyk is buitengenoten, zoo veel mooglyk bemiddelaar en fcheidsman van partyen; in fommige derzelve js hy bovendien piet een Rechteiiyk verrao* gen bekleed, Art. 5. In welke Tot dit laatfte foort behooren alleenlyk: Zaaken de 0. Alle actiën en inftantiën, {trekkende tot Vrederechter . betaalig van eene Somma van drie honmet een derd Guldens en daar beneden, het zy Rechterlik in Geld, het zy in Gelds-waarde; wan- vermogenneer namentlyk, die Gelds-waarde by kleed is. - de Dagvaarding bepaald, en alzoo hy m.e£  [ *3 3 niet voldoening van dc gevorderde zaak of wanpraftatie van het faict, eene pra> % ciefe Geldfomme gevorderd is. Wordende de Calanges en Civile Boeten der Schouten Crimineel, onder de bepaalingen by Art. 2. vermeld, mede hier onder begrepen. ï>. Alle Injuriën en Civile Actiën, beftaande of voortvloeiende uit dreigingen , vegtingen of kwellingen, alsmede de verfchillen tusfchen Meester en Knegt , Vrouw en Dienstmaagd en diergelyke, mits de Geldfommen, welke voor betering of vergoeding gevorderd worden, en in de Dagvaarding behooren te worden uitgedrukt, de bepaalde drie hon? derd Guldens niet te boven gaan. Art. 6. De Vrederechter zal in deeze zaaken evenwel geene Rechteriyke kennis nemen , dan ; pet zyne twee Byzitters. Art. 7. Deeze zullen aan dezelven worden toegevoegd uit de algemeene Lyst der Byzitters van de Gemeente of zoodanig gedeelte van dezelve, waarover de Vrederechter gefteld is, en zullen voor den tyd van vier agtereenvolgende Weeken daartoe moeten werkzaam zyn , volgens zekere Rooster of orde van Tourbeurten, door ben onderling vastteftel|en. Art. 8. Ind}en echter de Partyën, of een d»rzelven, niet te vreden zyn mtt deeze vaste of aan.de tourbeurt zynde Byzitters, zal het bun vry Raan, ieder een ander, uit de voorschreven algemeene Lyst, naar hun welgeval;Jèri, te kiezen. Art. 9. In welke waken By~ yJtters noo' ïig zyn. Hoe dezeU re aan den Vrederechten, toegevoegd worden. Hoe dezelve door Partyën gekozen kunnen worden.  ( H ) Art. 9. Kennisgt- De Vrederechter bepaalt alsdan een nadefing aan de ren tyd, (het zy op een gewoonen of buiByzitters tengevvoonen Rechtdag, mids niet vroeger dan v.mdeophun drie dagen daarna) waarop de partyën voor gevallens hem zullen moeten verfchynen , en geeft tekeuze. vens daarvan dadelyk kennis aan de benoemde Byzitter of Byzitters, volgens het Formulier Letter A. Art. 10. Dezelven De in deezervoegen gekozene Byzitters zyn op hun- zyn,op hunnen Eed, gehouden', ten gefteldea nen Eed ge- dage te verfchynen, ten ware zy, ingevolge houden ten het bepaalde by Art. 14. en 15., het Rechgefteldenda- terlyk Ambt in die zaak niet vermogten te getererfchy- beklecden, ofte anderszins daarin wettig vertiin. hinderd wierden; zullende zy in die gevallen hunne redenen aan den Vrederechter, voor het dienen van den Rechtdag, fchriftelyk moeten opgeven. Art. 11. Hoe te kan- Wanneer de gekozene Byzitters niet verdelen wan- fchynen, zal in alle gevallen, het zy dan neer zy niet wettige verhindering plaats moge hebben of verfchynen ? niet, by den Vrederechter en de gewoone Byzitters worden voortgeprocedeerd, zonder eenig uitftel of andere keuze toetelaten. Art. 12. Hoetehan- Een van dezelve Byzitters verfchenen zyndelèn, wan- £je? doch de ander niet, zal het aan die geea r.eer één ver- ^er Partyën, welke den laatstgemelden gekoojehynt, en de zen had, vry ftaan, om als nog een van de twet tnder niet? gewoone Byzitters in deszelfs plaats te kiezen; — Wanneer hy mogt goedvinden, van dit recht geen gebruik te maaken, zal door het Lot beflist worden, welke van de evengemelde Byairters daartoe zal werden genomen. * Art. ig.  E *5 J Art. 13. Wanneer de Vrederechter, uit hoofde var fciekte, of eenige andere wettige verhindering, zynen post niet kan waarnemen , gefchiedi zadks door den oüdften aan de beurt zynde Byzitter; terwyl de volgende uit de Rooster optreedt, om de werkzaamheden van denzelven als Byzitter te vervullen. — Hetzelfde heeft mede plaats , by ziekte of andere wettige verhindering van een der Byzitters. Art. 14. Als Vrederechter en Byzitters zullen niet tc famen mogen zitten zoodanige Perloonen, welke elkander in de opklimmende en nederdaalen de Linie, of als Broeders , of als Oom en Neef, het zy doörBloedverwantfchap, tegenwoordig of voormaalig Huwelyk, beftaan. Art. 15. Zy zullen niet mogen kennis nemen, over Zoodanige zaaken, waarin zy zeiven, of hunne Vrouwen of Kinderen, eenig perfoneel belang mochten hebben of betrokken zyn; noch ook, wanneer een der Partyen aan hun in den vierden of naderen graad van Bloed- of Aanvenvantf'chap beftaat of bellaan heeft. Art. 16*., De Rechtbank van den Vrederechter én zyne Byzitters, behoorlyk lamen gefteld, zal over alle zaaken by Art. 5. vermeld, na vrugteloozé aangewende poogingen ter vereeniging van Partyen , Rechteriyke kennis nemen en uitfpraak doen, en wel in zaaken waarin deftig guldens of minder geëischt is , zonder hooger beroep , doch in zaaken boven de dertig guldens, met het vermogen aan die geen, welke zich daarby bezwaard acht, om van dezelve uitfpraak' aan de Burgërlyke Rechtbank te aopclleercn^ B o»i* . Hoe ie hatil delen. ingeval van ziekte èfverhinen wezen; geenen derzelven, noch derzelver Inlteuétoire fchriftuuren, voor zoo verre, zy geene bewysftukken behelzen, worden door Jen Vrederechtei, met of zonder Byzitters gezeten zynde, toegelaaten. Art. 37- Ten dage dienende, worden de Partyën één yoor één opgeroepen, en de zaaken behandeld , volgens de orde der Rolle, Art. 38. Ino-eval noch Eisfcher noch Gedaagde verfcbvnt, zal het daar voor gehouden worden, als of de Dagvaarding niet gefchied was, en dus niet anders, dan met eene nieuwe Dagyaarding, weder kunnen begonnen worden. Art. 39. Dan, ingeval de Eisfcher niet verfcliynt, maar wel de Gedaagde, zal de Vrederechter, zonder dat de Gedaagde eenig verzoek daartoe behoeft tc doen, denzelven ontflaan van de «edaane'Daaging, en den Eisfcher condemneeren in de vergoeding van de kosten, welke den Gedaagden onvcrmydelyk zyn geweest, en door den Vrederechter tevens zullen worden begroot, yolgens Formulier letter H, Art. 40. "Wanneer integendeel de Eisfcher wel verfcliynt, maar niet de Gedaagde, zal door deiVrederechter, zonder dat den Eisfcher eeni| verzoek daartoe behoeft te doen, worden ver. leend het eerfte default en de Gedaagde geco.n' ' B 5 denv PraBizy'ns. mogen niet tot gemach-y tigdeu toege-> 'aten worien. Orde, wat op de zaakei'i zullen dienen. Hoe te handelen, wan-: neer geen van heiden de Partyën veri fchynt. Ploe, wanneer de Ge-* daagde ah Uèn ver-%, fchynt, Hoe, wast% neer alléén ' de Eisfcher ■ verfchynt <  C 24 ) Hoe, wanneer belde verfchynen. demncerd in de kosten der" Citatie, waarvan hem, zulks begeerenden eene Acte zal worden afgegeven, volgens Formulier letter Ivf blyvende de Eisfcher onverlet, om den Gedaagden ten tweedemaal te doen dagvaarden en deeze dan weder niet verfchynende, maar wel de Eisfcher, zal de Vrederechter almede zonder eenig verzoek als boven, verleenen het tweede en laatfte default, met condemnatie van den Gedaagden in dé kosten van de tweede Citatie; en zal als dan de Vrederechter in alle zoodanige zaaken, waarin hy flegts met de hoedanigheid van Bemiddelaar, zonder eenig Rechterlyk vermogen, bekleed is, dadelyk den Eisfcher naar de Burgerlyke Rechtbank verwyzen, volgens Formulier letter K. Doch in zaaken, waarin de Vrederechter bevoegd is Recht te fpreeken, zal hy met zyne gewoone Bydtters, tevftond kennis der zaak nemen, en op de ftukken, welke de Eisfcher tot bewys zyner vordering vermeent te moeten overleggen, zoodanig Recht doen, als zv Vrederechter en Byzitters, naar de gelegenheid der zaak, en volgens Rechten,0 zullen oordcclcn te behooren; met condemnatie in allen gevallen van den Gedaagden en ÖefaHlarit in de kosten der Citatie, aïs hier vooren gezegd is, alles volgens Formulier letter L. Art. 41. Beide de Partyën verfchynende, het zy o» de eerfte of tweede Citatie, zal de Vrederechter, 111 alle zaaken, zonder onderfcheid, alie zyne vermogens aanwenden, om dezelven, na hun alvorens over én weder in hunne bel'angens gehoord te hebben, is het doenlyk, te bevredigen, en dezelven wyders condemneeren in het geene, waarop zy, of gewilliglyk met malkanderen , of by deszelfs -tusfehenfpraak , zullen overeenkomen en verdraagen; van welk; vaar-  r 25 ] verdrag eene behoorlyke Acte, met ovcrgifte lot willige condemnatie „ zal worden opgemaakt, en, wanneer dezelve niet voor een publiek Perfoon is vcrlcdsn, door de Partyën, in byzyn van den Vrederechter, moeten worden geteekend; zullende de voorfchreven condemnatie mede op dezelve Acte door den Vrederechter moeten worden gefield en onderteekend , volgens Formulier letter M.; eu zal de Acte van verdrag zelve, met de daar op gefielde Condemnatie, onder den Vrederechter blyven berusten, en aan elk der Partyën , op hun verzoek, en ten hunne redclyke kosten, Copie authenticq daarvan worden ter hand ge* fteld. Ar(. 42, Wanneer Partyën, door den Vrederechter, in deeze eente byëenkomst, in der minne niet kunnen worden verëenigd , maar zich by denzelven eene gegronde hoop opdoet, dat dit heilzaam oogmerk, by eene nadere byëenkomst, zoude kunnen worden bereikt, zal het hem vryltaan, dezelve Partyën, tegen den volgenden Rechtdag, of ook wel in eene buitengewoone vroegere Zitting, voor hem te befcheiden, waaraan de Partyën zullen moeten voldoen, op eene boete van Drie Gulden, dooiden geene, die daaromtrent in gebreken blyft, ten behoeven van de Armen, te verbeuren. Art. 43. Maar wanneer de Vrederechter zoodanig eene nadere byëenkomst vrugteloos oordeelt, of ook, wanneer de Partyën of een derzelven daarop niet verfchynen, of verfchenen zynde, met eikanderen niet kunnen worden bevredigd, en ook weigeren om de zaak aan Scheidsmannen te verblyven, dan vervvyst hy dezelve, in alle zoodanige zaaken, welke niet •ter zyner beflisfing als Rechter ftaan, by fchrift- Aanhouden der zaak dooi den Vre* dercerfer, Zaake,:, waarin de Vrederechter flegts Bemiddelaar is, wanneer eft hoe, naar da Burgeilyke Rechtbank , te verwyzen.  ( 26 ; 0/ deze!} de wyze te kandelen, vaaneer .Partybit IJ\ zifters gekt zen hebben alleen ter be yt ediging. Hoe voor. te procedee ren in zaa ken, waarii. de VrederechterRechi.e,'lyke lijagi vitoeffent. Hoe, ingeval van ex$eptïën. fchriftclyke Acte, naar de Burgerlyke Rechtbank, met overlegging der Aftens van Citatie door beide Partyën, voor zoo verre die voor hem verfchenen en daartoe bereid geweest zyn, onderteekend, met de daartoe behoorende Rclaafen , in dier voegen, als by het Formulier Letter N. bepaald is. Doch zal des Gedaagdens verfchyning voor den Vrederechter, noch de door denzelven gedane vcnvyzing naar de Burgerlyke Rechtbank, den Gedaagden niet benemen de bevoegdheid , om de incompetentie van die Rechtbank, voor dezelve, te beweeren, wanneer hy vermeent daartoe redenen voorhadden te zyn. - Art. 44. Alle het geen by de d'rie voorgaande Articulen gezegd is, heeft even zeer'plaats in alle zoodanige andere gevallen, waarin de Partyëh hebben verkozen, het Officie der gewoone .Byzitters of van twee anderen, uit de alge5 meene Lyst, ter hunner bevrediging, interoe. pen, hetwelk hun. mede vry zal daan. Art. 45. 1 In alle zoodanige zaaken, waarin de Vrede. rechter Rechteriyke Macht uitoeffent, zal hy .na dat de pogingen ter bevrediging vruate■ loos zullen zyn afgelopen, met zyiie gewoone Byzitters, of wel met zoodanige andere . als de Partyën, uit de Algemeene Lyst, zullen hebben gekozen, Rechteriyke kennis der zaak nemen, en daarin geprocedeerd worden, als hierna volgt; Art. 46. Wanneer de Gedaagde mogt vermeenen. het recht te hebben, om den Vrederechter uit hoofde van incompetentie, of om eenige andere redenen, te wraaken, zal hy dezelve alvoorens zich ©yer de zaak zelve igtelateuj, te?,  twftond moeten voordragen ; — De Vrederechter met zyne gewoone Byzitters , of, indien de Partyën zich aan dezelven niet willei onderwerpen , als dan met de zoodanigen , als door hun uit de Algemeene Lyst daartoi zullen gekozen zyn, zullen de gegrondheid of ongegrondheid dier redenen onderzoeken, en daarin uitfpraak doen, zoo als zy zullei vermeenen , naar Rechten, te behooren; Var welke uitfpraak echter het aan Partyën vrj zal liaan, in zaaken, welke ten principaalei aan hooger beroep zyn onderworpen, op d« gewoone wyze, aan de Burgerlyke Rechtbanl te appelleeren, onder zoodanige bepaaling. als daaromtrent, by de Manier van Procedee' ren in Civile Zaaken, is vastgefteld. Art. 47. Wanneer de Gedaagde zich met zoodanige exceptie of exceptiën niet behelpt, waardoor hy de Perfoon van den Vrederechter oi deszelfs Rechtbank tragt te ontwyken, en geen van beide de Partyen eenige aanmerking op de gewoone Byzitters maakt, noch begeert anderen daartoe uit de Algemeene Lysi te verkiezen, zal de Gedaagde, na dat hem. op zyn verzoek, vifie van de tegen hem ingebragte bewysftukken, ten overftaan van der Vrederechter, zal zyn gegeven, dadelyk zyne verdediging, by monde, moeten voordragen, cn tot ftaving daarvan zoodanige Stuitteer overleggen, ais hy noodig zal oordeelen; ten wafe hy alvoorens mogr vefkiezen, Copiën van des Eisfchers befcheiden , ten zynen kosten, (des noods, ter begrooting van den Vrederechter) te vraagen, wanneer de Eisfchet verpligt zal zyn, dezelve by Infinuatie, (volgens Formulier Letter O.j d©or den Bode, aan den Gedaagden te doen overleveren, binnen zoodanigen tyd, als de Vrederechter en Hoe, tesi Principaalen.  ( 2§ ) Bepaalingen o mtrent het doen van Productie. Hoe te handelen met de Ferklaaringen van Ge* tuigen? Ëyzïtrers daartoe zullen bepaalen; en zal in dat geval mede een nadere Rechtdag aan Partyën worden vöorgefchrcven, waarop zy gehouden zullen zyn voor Vrederechter en Byzitters te verfchynen, en de Gedaagde zoo danige Stukken zal behooren overteleggen, als hy ter zyner verdediging dienftig ,mogt oordeelen. — Art. 48. Het geen by het voorgaande Artikel is vastgefteld, ten aanzien van het verzoeken van Copiën door den Gedaagden, zal op gelyke wyze plaats hebben, wanneer de Eisfcher, (aan welken op deeze nadere Rechtdag, mede vifie van des Gedaagdes Stukken zal worden gegeven) het noodig mogt oordeelen, daarvan Copiën te vraagen; zullende mede in dat geval den tyd daartoe, als mede de Rechtdag, waarop de Partyën weder voor den Vrederechter en zyne Byzitters zullen moeten verfchynen , door dezelven, bepaald worden ï terwyl het aan den Eisfcher vry zal ftaan , om op denzelven Rechtdag zoodanige nadere Stukken overteleggen , als hy dienftig zal oordeelen , met gelyk vermogen aan den Gedaagden, zoo tot het vorderen van Copiën, als anderszins; waarna geene verdere Productie hoe ook genaamd zal worden toegelaten, maar de zaak dadelyk in ftaat van wvzen zal zyn gebragt; en zal in alle gevallen 'op zoodanige Stukken, waarvan de gevraagde Copiën niet behoorlyk zyn bezorgd, geen Recht gedaan worden. Art. 49; Wanneer onder de bewysftukken van derf Eisfcher of van den Gedaagden , verklaaringen voorkomen, zal de tyd zoodanig ruim door den Vrederechter en Byz'itters worden gefteld, dat de Partyen dc gelegenheid kun-: nen  C 29 *) hebbes» om de Getuigen op Tegen-vra-. gen te hooien. Art. 50. Een der Partyen zoodarrfg nader Verhoor begeerende, zal den ander uitterlyk binnen drie dagen, na dat hy Copie van de Verklaa-, ring zal hebben ontvangen, daarvan by aanzegging door den Bode kennis doen geven, volgens het Formulier Letter P, wanneer dezelve verpligt zal zyn, zyne Getuigen, op den volgenden Rechtdag, te doen verfchynen, mits deeze niet vroeger dan drie dagen , na de gedaane aanzegging, invalt; en in het tegen-övergeftelde geval, zal zulks eerst plaats hebben , op den naastvolgenden Rechtdag. Art. 51. Wanneer de tegenpartye in gebreke blvft, om de Getuigen te doen verfchynen , of de andere met de Tegen-vraagen niet gereed is, word in beide de gevallen daar van aan de belanghebbende een Acte of Bewys afgegeven, van zoodanigen inhoud, als by de Formulie-, ren Letter Q en R. bepaald is. Art. 52. De Vrederechters en Byzitters zullen evenwel het vermogen hebben , in zonderlinge gevallen, en wanneer het duidelyk blykt, dat dc Tegen-partye buiten ftaat is geweest om de Getuiaen , binnen den bepaalden tyd , te doen verfchynen, als nog daar toe een redelyk uitftel aan dezelve te geven. Art. 53. De Vrederechter of een zyner Byzitters, zal de Getuigen, elk afzonderlyk, de Tegen-vraagen duidelyk voorlezen, en naast elk der Artikelen , zoo veel mogelyk , woordelyk op- Tchry- Nader Ver-, hoor der Getuigen. Hoe te han* ielen, wanneer de Getuigen niet >erfchynen, >f verfche'ien zynde, niet gehoord 'i'orden ? Uitftel in zonderlinge gevallen te verleenen. Wyze,waar* op de Getuigen gehoord zyn.  c 30 3 fehryven de andwoordefi, welke zy daarop gegeven hebben, zullende hy daarna alle de vraagen en daarop gegevene andwoorden nog eenmaal aan elk der Getuigen voorlezen, die als dan daarin zoodanige verandering zullen kunnen doen maaken , als zy noodig zullen oordeelen; in diervoegen echter, dat geene eens gegevene andwoorden zullen mogen' doorgefchrapt of onleesbaar gemaakt,' maar de nadere andwoorden daar onder zullen moeten gefield worden , waarna elk der Getuigen, de waarheid zyner gegevene andwoorden , met Eede, overëenkomltig zyne Godsdienftige gevoelens, voor den Vrederechter of Byzitter# zal bevestigen. Hoe te handelen , wanneer de Gedaagde niet verkiest, eenige Stukken overteleggen , of aok wel de Eisfcher van zyn Recht, tot het overleggen van nader bewys, geen gebruik maakt ? Bepaaling omtrent zaaken van minder aanbisng. Art. 54. Wanneer de Gedaagde niet verkiest, eenige bewysftukken ter zyner verdediging' overteleggen, of ook wanneer de Eisfcher het onnoodïg oordeelt, om van des Gedaagdes' Stukken Copie te vraagen, of daartegen van zynen kant nader bewys inteleveren, zullen Vrederechter en Byzitters, de zaak daartoe gefchikt bevindende, dadelyk uitfpraak mogen dóen, of ook wel iets naders aan Partyen opleggen of gelasten, zooals zy, naar gelegenheid van zaaken , zullen vermeenen te behooren. Art. 55. Al het geen by Art. 47 tot 54 ingefloten, zoo 'omtrent het inleveren van nadere bewyzen , a's het hoorenvan Getuigen, gezegd is, zal evenwel geen plaats hebben, ih zoodanige zaaken van minder aanbelang, waarin de Vrederechter met zyne Byzitters zonder hooger beroep oordeelt; zullende in die gevallen, de wederzydfche Partyen dadelyk, na dat het Rechtsgeding zal zyn begonnen » hun vermeend'Recht mondeling moeten voor- dra-'  c v i dragen, en daarby aan den Rechter overgeven de Stukken, welke een ieder tot ftaaV'ing daarvan nuttig en dienftig zal oordcelen, en, voor zoo verre zy daartoe Getuigen zouden willen bybfengen, .zullen, dezelve Getuigen in Perfoon voor den .Vrederechter en Byzitters moeten verfchynen, om mondeling te verklaaren wat zy van de zaak weten; waarna dé Vrederechter en Byzitters , na de Partyen , zoo veel moogelyk, over en weder gehoord te hebben, de zaak zifllen beflisfen, zoo ais zy zullen vefmeenen te behooren.' Art. 56; , . . , , Wanneer de Gedaagde de fchuld ; waar óver hy gedag vaart is, bekent, doch zyn onvermogen te kennen geeft, om dezelve op dat tydftip te kunnen voldoen, zullen Vrederechter en Byzitters het vermogen hebben, omme denzelven, het zy met toeftemming van' deii Eisfcher ofte niet, uitftel re mogen vergunnen; en wel met bewilliging van den Eisfcher 'geheel onhepaald, en zoo lang deeze zulks zal goedvinden; maar zonder zyne. toeftemming., tot een half jaar ten langften, met Condemnatie, om te betaalen by Termynen van Weeken of Maanden , ofte anderzinsnaar gelegenheid van Perfoonen en Zaaken, voor welker voldoening de Gecondenïneerde binnen agt dagen daarna , ten genoegen van Vrederechter en Byzitters, een of meer Borgen zaï moeten ftellen, welke Borgen. afftand" zullen moeten doen, van de Voorrechten de Borgen by het Recht vergund, en dus reder voor "'t geheel en als zelffchuidige verbonden zvn, zoo dat ook het Vonnis tegen hen ex*-~.\itabcl zal zyn , zonder eenige voorafgaande nechtspleeging, ingevolge het Formulier Letter S; Art. Wanneer di Gedaagde de Schuld b&r kent, alsdan uitftel, onder Borgtocht, f.e y'erleenerti  [ 3* ] Hoe te handelen, wanneer de Gecondemnesrde in gebreke blyft, Borgen te ftellen,of niet op de gefielde Termyuen voldoet. Ingevalvan vermeend reccht tot yrywanring, de hoofdzaak tptefchoften. Partyen moeten zie) voorden Vre derechter et, Byzitters betamenhkgedragen. Art. 57. . Dan , indien de Gecondemneerde in gebreke blyft, Borg of Borgen, binnen de agt dagen , en ten genoegen als vooren, te (tellen, of niet betaalt, op de vergunde Termynen, zullen dezelve gehouden worden als vervallen , en hy terilond voor het geheel of nog onbetaald gedeelte, mogen worden geëxecuteerd. Art. 58. In alle zoodanige zaaken, waarin de gedaagde vermeent, "het recht te hebben, om een ander tot vrywaaring1 aantefpreken, zullen Vrederechter en Byzitters, wanneer hun des gedaagdens vermeend recht toefchynt gegrond te zyn, de hoofdzaak opfchorten, en den gedaagden eenen redelyken tyd verleenen, "binnen welken hy zoodanig ander Perfoon, voor deszelfs gewoonen Rechter, zal kunnen doen dagvaarden, en zal daarin op dezelve wyze worden geprocedeerd, als met betrekking tot alle andere zaaken, bevoorens is vastgefteld. Art. 59. De Parthyën zullen gehouden zyn voor : den Vrederechter, het zy alléén, hét zy met . zyne Byzitters gezeten , zich met alle gefchikt heid te gedragen, en aldaar met betaamelyke woorden hunne zaaken voorteltellen, zonder den anderen te beledigen, fchelden of te bedreigen , of in des anderen redenen te vallen, op pcene van, door den Vreederechter, het zy alleen , het zy met zyne Byzitters, onverwyld gecondemneerd te worden, in zoodanige boete, ten behoeven van de Armen, als dezelven, naar bevind van omitandigheden, zullen oordeelen te behooren, »its dezelve boete niet te boven ga de fom- a*  t 33 3 ma van zes guldens'; zullende de Vrederechter, ingeval van verregaande buitenfpoorigheden, dezelve brengen ter kennis en vervolging' van den openbaaren Aanklager. Art. 60. Deboetens,by deeze Inftruétie bepaald, zulieh» by gebreke van gereede voldoening, dadelyk by executie worden ingevorderd; waartoe de Klerk van den Vrederechter by deezen word gemachtigd, om dezelve van tyd tot tyd aan den Vrederechter te verantwoorden. Art. 61. Voof de uitfpraak van het Vonnis moeten de partyën daarvan, ten minften 24. uuren te vooren , by fchriftelyk Billiet (volgens Formulier Litt. T.) wordengewaarfehouwd, ten' einde daarby tegenwoordig -te kunnen zvn, ihdien het hun gelieft, uitgenomen, dat" de waarichouwing niet zal behoeven'te gefeh'iè» den aan de Partye, die op de Citatien niet is opgekomen. — Indien de gewaarfchouwde Partyen, of een derzelven, in gebreke blyven te verfchynen, zullen Vrederechter èn Byzitters, na dat hun'uit het relaas var» det> Bode van de gedaane waarfchouwing zal zyn gebleken, met het doen der uitfpraak voortgaan. Art, 62, Wanneer by het Vonnis, aan eeti der Par- a tyen , het zy de ander daarby tegehwoor- n dig is geweest of niet, een Eed is opgelegd, J zal het aan den geenen, die daarin belang Helt, L vry liaan, omme, zoodra hetzelve Vonnis in h kragt van gewysde zal zyn gegaan, zyne Partye te doen dagvaarden, tot het afleggen of zien afleggen van denzelven Eed. C 2 dee- Èoetens door den Klerk intt vorderen, Hoe de uitfpraak van ten Vonnis gefchieden ■noct ?■ Hoe te hatielen waneer een def 'artyen een led ts opj. het Vonnis kragt van gewysde zal hebben bekomen) aan zyne partyen overteleveren eene, deugdelyke door hem onderteekende Lyst,vanj het geen hy vermeent te dier zaake te kunnen vorderen. Art. 67. Deeze Lyst zal kunnen inhouden j De betaalde Bode - loonen , De onkosten der ingewonnen bewysfluk- ■ ken, C 3 Hot Hoe daar van te Ap~ pé lieer en ? Op welkt vyze de kas'en van dt Recht spleepng zullen gevorderd vorden ?■ ff aar in de-< telveh zullen heft aan \  C 3* ) Aanmerkingen door de verwonnene partye . daar op' te maaken. Hoe te handelen ingeval van verfchil ; (Seene fchrift uuren 'daarby avet f? g 'e Hoe vcrdet da nr in ti fandelen. Het Loon aan den Klerk van den Vrederechter betaald; De betaalde Schryf-Loonen, van de gevorderde en bekomene copiën; En eindelyk Alle zoodanige deugdelyke en onvermydelyke onkosten, als de overwinnaar, ter zaake van de gehouden Rechtspleging , heeft gehad. Art. 68. Dc verwonne Partye, op deeze Lyst aanmerkingen hebbende , zal dezelve , binnen drie dagen na den ontvangst der Lyst, fchrif» telyk aan zyne Partye overgeven. Art. 69. In dien Partyen zich als dan daar over niet kunnen verliaan , Raat het den geenen , wien de kosten zyn tofgeweezen vry , om dezelve Lyst met de Quitantiën daartoe betrekkelyk , en met de by hem ontvangen aanmerkingen, aan den Vrederechter, die het vonnis met Byzitters heeft geveld, overtegeven, met mondeling verzoek, dat de Vrederechter dezelve kosten gelieve te begrooten. Art. 70. Geen der Partyen zal by dezelve Lyst, Quitantiën en aanmerkingen , eenige andere fchriftuuren, tot flaaving van het geene hy beweert, mogen voegen, Art. 71, Wanneer de verwonnene zyne aanmerkin gen niet fchriftelyk aan zyn partye heeft overgeleverd ', of deeze aanmerkingen niet by de overgave der Lyst en Quitantiën aan denVrerechtér ingeleverd worden , ontbiedt de Vrederechter de verwonnene partye voor zich, en (lelt hem dezelve Lyst ter 'hand, met beyei, om dezelve, met zyne fchriftelyk». aan- mer-  ( 37 ) merkingen, binnen drie dagen daarna, aan den Vrederechter terug te brengen. Art. 72. De Vrederechter begroot dadelyk na verloop van dien tyd, het zy 'er aanmerkingen in gekomen zyn of niet, de gevorderde kosten, by eene Acte aan de Lyst gehegt, volgens Formulier Letter U. Art. 73. _ Reide partyen zyn verpligt zich aan die begrooting te onderwerpen, zonder daar van eenig hooger beroep te mogen doen. Art. 74. De Executie voor dezelve kosten gefchied , op gelyke wyze, als voor den inhoud van her Hoofd'-gefchil, in het vonnis beüist. Art. 75. De Vrederechters en Byzitters leggen by hunne aanftelling, in handen vau den Voorzittervan het Gemeente-Beduur, op zoodanige wyze, als met hunne Godsdiendige gevoelens overéénkomt, den volgenden Eed af. „ Ik beloove en zweere, dat ik den „ Post van Vrederechter, (of Byzitters „ ter goeder trouwe , met alle vlyt en „ naardigheid, zal waarnemen. „ Dat ik my, in het recht fpreken, „ zal gedragen, met alle opregtheid, eer,„ lykheid en onzydigheid, zonder daarin „ aan de partyen toetedragen eenigegunst „ of ongunst, en zonder my daar van te „ laaten aftrekken, door eenige beyveeg„ redenen hoegenaamd. „ Dat ik door my zeiven, of door tfiy„ ne Huisvrouw of Kinderen, geene gifC 4 » ten Uitfpraak van den Vrederechter. Partyën zyn verpligt, zich daar aan te onderwerpen, Hoe te ex- ecuteeren ? Eed van de Vrederechters en Byzitters.  f 3§ j Eed voor den Klerk en Bode. ' 53 ten, gaaven of gefchenfcen zal ontvan',, gen of genieten, of mydpcn toezeggen, ,, van zoodanige Perfoonen , welke met „ eikanderen in verfchil zyn , het welk „ voor my is hangende, of't welk ik vers, moede dat ter myner kennis gebragt '„ zal worden. „ Dat ik eindelyk, zoo veel in my is , „ getrouwelyk zal in acht nemen en nako» ,, men de Inftrudtie en Manier van Pro„ cedeeren , voor de Vrederechters en derzelver Byzitters reeds gemaakt of „ nader te maaken." Art. 7f>. De Klerk en Bode zullen by hunne aanftel[jng, elk refpectiyelyk in handen van den Vrederechter, op zodanige wyze, als met hunne Godsdienftigc gevoelens overeenkomt, afleggen den volgenden Eed. EED voorden KLERK. „ Ik beloove en zweere, dat ik my, ia r, het werk aan my toevertrouwd, in alle *, opzichten getrouwelyk en eerlyk zal „ gedragen; dat ik van de partyen, wel„ ke my te werk ftellen , geen meerder „ loon zal vorderen, dan my, by de Lyst „ of 't Reglement, ten dien opzichte ge„ maakt, is toegelegd, en verder in al-. „ les te zullen naarkomen en in acht „ nemen, vonr zoo verre my zulks aan„ gaat , de Inftrufftie voor de Vrede3, rechters reeds gemaakt of nader te maa~ „ ken.'' EED voor den BODE. 5, Ik belooyc en zweere , dat ik my „ in  C 39 ) 0 in het doen der Exploicten, en het s, opftellen en uitbrengen myner relaa„ fen, getrouwelyk en eerlyk zal gedra„ gen; dat ik van de partyën, welke my „ te werk ftellen, geen meerder loon zal „ vorderen, dan my by de Lyst of 't „ Reglement, ten dien opzichte gemaakt, „ is toegelegd , en verder, in alles, te „ zullen naarkomen en in acht nemen , „ voor zoo verre my zulks aangaat, de „ Inftructie voor de Vrederechters reeds _ gemaakt of nader te maaken," Lytt  [ 40 ] Lyst van hec Loon, het welk de Klerk en Boden van de Vrederechïersprovifioneel zullen mogen brengen ten lasten van de Partyën, die hun [e te werk ftellen, behoorende tot Art. 29. van de Inftruétie van dezelve Vrederechters. De Klerk. Voor het ftellen van een Acte van Ver- blyf by Art. 20. vermeld . ƒ - - o het ftellen eener Borgtocht, (Art. 34.) o het afgeven van een der Actens (Art. 39. en 40.) . o het afgeven van eene Copie Au- thenticq van eene Acte van Verdrag en Willige Condemnatie (Art. 41.) - - - o. Zoo dezelve grooter mogt zyn dan drie Bladzyden digt gefchreven, dan voor elk e Bladzyde daar boven. . . . - - - o -— het afgeven van een Acte van Verwys (Art. 43.) . . . - - - o het afgeven van een der Actens (Art. 51.) . . . . - - - o het ftellen van de Borgtocht (Art. 56.) • • • • - - - o het afgeven van eenige Copiën of Extracten, bevorens nietuitdrukkelyk genoemd, groot 3 Bladzyden . . . . - - - o En voor elke Bladzyde meerder . - - - o '" r\ De  C 41 3 fie Bode. Voor het doen van een Exploiét, hoe ook genaamd, op minder dan een half Uur afftand . . .. - - - • Boven het half Uur doch minder dan een Uur - - - o > *■ een Uur, tot twee Uuren . - - - o de twee Uuren ... - - - o Voor het (feilen en leveren van eenig Relaas of diergelyke Acte - - - o For-  C 42 3 Formulieren behoorende, tot de Inftructie en Manier van Procedeeren voor de Vrederechters. Letter A, behoorende tot Art. 9, De Burger D. als verkooren tot Byzitter van den Ondergeteekenden Vrederechter in de zaak van A. tegens B, wordt verzogt op . . . dag den .... des . . . middags ten ... . uuren te verfchynen ter gewoone plaatfe van des Ondergeteekendens Zittingen, ten einde aldaar in dezelve zaak met den On? dergeteekenden als Vrederechter en E, als mede Ryzitter, te handelen als volgens de Wet. — • ..... den (geieekend') .... Vrederechter te . . . , , Overgegeven den des ... . middags ten . , . uuren. By my (geteekend~) .... Bode. Letter B. behoorende tot Art. ao. Wy Ondergeteekenden A. en B. verklaaren, door tusfehenkomst van den Vrederechtere, met eikanderen te zyn overeengekomen en verdraagen; om het gefchil, tusfchen ons Ondergeteekenden gerezen, en beftaande in . . , Het  C 43 3 (tiet gefchii voorts naauwkeurig te befchry ven en intevullen) te verblyven, gelyk wy hetzelve verklaaren te verblyvën by deezen, aan de beflisfing en uitfpraak van denzelven Vrederechter C. (of van denzelyen Vrederechter C. en vande Burgers D. enË., als Byzitters, door ons Ondergeteekenden verkoozen) Tén einde hetzelve gefchii zoodanig te beflisfen, als dezelve (of dezelven) naar recht, reden en billykheid, zal (of zullen) bevinden te behooren i . ., Beloovende en aannemende niet alleen, om a^in dezelve alzoo door ons gekozen Scheidsman (of Scheidsmannen) ten zoodanigen tyde en plaatfe, als dezelve zal (of zullen) goedvinden daartoe aan ons Ondergeteekenden te bepaalen, het zy mondeling of fchriftelyk, te zullen voordragen dat geene, hetwelk een ieder onzer, tot ftaaving van zyn vermeend recht, zal oordeelen noodig te zyn, met overlevering vau dé bewysft ukken daartoe betrekkelyk, en voorts ook aan denzelven Scheidsman (of dezelve Scheidsmannen) te 2ullen geven alle zoodanige verdere opening en bericht, als dezelve (of dezelven) daarenboven van ons Ondergeteekenden of eenen' van ons, nopens hetzelve gefchii, zoude (of zouden) mogen vorderen, maar ook dezelve, door hem (of hun) uittebrengen, beflisfing en uitfpraak getrouwelyk en Zonder verwyl te zullen naarkomcn; alles onder verband van onze Perfoonen en Goederen, als naar rechten* Geteekend den ...... te ... . A. en B. my praefent N. Klerk van de Vrederechter» ' • Nota.  L 44 3 Nota. Zoo men zich hooger beroep wil voorbehouden , dan dient achter het flot van voorenftaande Formulier, en dus achter de woorden zonder verwyl te zullen naarkomen, het volgende ingevoegd te worden; Des echter, dat aan een ieder van ons Onder-' geteekenden, zal vry ft aan, gelyk wy by deezen verklaaren aan ons voor te behouden,- om van dezelve beflisfing en uitfpraak te mogen komen in Hooger Beroep aan ; Formulier voor de zaaken, waarin de VrederechterRechtsdwang heeft. Letter Letter C. behoorende tot Art. 33. De Ondergeteekende A., woonende te. . . * doet Dagvaarden B., woonende te .... . tegens . . . dag den des . . . middags ten . . . uuren, voor den Vrederechter C, zittende te over en ter zaake van (alhier de vordering, en oorzaak waar uit die fpruit, intevullen) blykens; ....... (alhier intevullen de befchryving der Bewysltukken daar van zynde) ende zulks ten einde aldaar met hem A. te worden bevredigd, is hetdoenlyk, of, by ontftentenis van dien, in dezelve zaak te recht ftaan, als volgens de AVet ..... den .... • • (geteekend) A.  C 45 ) Letter D. mede behoorende tot Art. 33. De Ondergeteekeride A, woonende te doet Dagvaarden B, woonende te ----- tegens - - - dag den des - - - middags ten - - - uuren voor den Vrederechter C. zittende te - - over en ter zaake van (alhier de vóf dering,eri de oorzaak waaruit die fpruif, kortelyk intevullen) ende zulks ten dien einde aldaar met hem A. te worden bevredigd, is het doenlyk, of, by ontflentenis van dien, hem A. met dezelve zyne vordering te zien verwyzen naar de Burgerlyke Rechtbank, als volgens de Wet. - - - - - den ------ Qreteekend') A. Letter E. behoorende tot Art, 3*4. De Acte van Citatie, ten deezen aangehegt, heb ik Ondergeteekende Bode van den Vrederechter op heden den ----- gedaan en Copielyk overgeleverd aan (wyders intevoegen De naam van den Gedaagden zeiven, zoq hy zelfs de Citatie heeft aangenomen, of van des Gedaagdens Huisvrouw of van der Gedaagdesfes Man, of van een of meer van derzelver Huisgenooten of van de Gebuuren (zoo des Gedaagdes wooning gefloten of onbewoond wordt bevonden ( of zoo den Bode niet gelieft de deur te ©penen) (of Formulier voor de zaaken, waarin de Vrederechtergeenen Rechtsdwang heeft.  C 46 ) of (Indien zulks niet gevoeglyk aan de Gebuu~ ren kan gefchieden) door aanplakking van de Citatie op de Voordeur van der Gedaagdens Wooning. — Eh heb ik daarop van gèm'eldert ------ ten antwoord gekregen - (alhier het bekomen antwoord zoo veel doenlyk met de eigen woorden, waarin hetzelve vervat geweest is, intevullen) Het welk by deeze berigte. (getèekettd) -' - - - - - - Bode. Letter F. behoorende tot Art. ^5. Op heden den ------- is voor den Ondergeteekenden Secretaris, in tegenwoordigheid van de mede Ondefgêteekende Leden van het Gemeente-Beftuur te (of Notaris , in tegenwoordigheid van de mede Ondergeteekenden als Getuigen) vevfchenen A., woonende te - Dewelke Verklaarde by deezen te benoemen en magtig te maaken B., woonende te Generalyk, om voor en iri'dêri naam van hem Conftitu'ant te verfchynen Voör alle Vrederechters, binnen de Bataaffehe Republiek, alwaar zyn Conftifuants belangen zulks zouden mogen vorderen, (of fpecialyk voor den Vrederechter van )en voor dezelven (of denzelven) , het zy met of zonder derzelver gewoone of door Partyën gekozen Byzitters, het zy Eisfehende of Verweerende, te handelen, zoodanig en in diervoegen, als de InfirucHe en Manter van Procedeeren, voor dezelve Vreder'ecnters vastgefteld, is mede- bren-  f 47 ] brengende, en hy B., voor het belang van hem Conltituant, te raade zal worden, of hy Conltituant, zelf tegenwoordig zynde, zoude kunnen en mogen doen. — Belovende en aannemende van waarde te zullen houden, al liet geene door hem B., uit krachte deezer Volmacht, zal zyn verrigt, en al hetzelve te zullen naarkomen, even als of hy Conltituant zelf zulks hadde gedaan ; met overgifte dat alle Vonnisfen, willige Condemnatien en Uttfpraaken, tegens hem B., namens den Confrituant, gewezen en uitgebragt, tegens hem Conftiiuant zeiven ter Executie zuilen mogen Worden gelegd, zonder dat daartoe eenige nadere Rechtsvordering zal worden verëischt. Nota. Indien de Conltituant zynen Gemagtigden mede dc bevoegdheid wil geven, om zig in deszelfs naam met de partye te verdragen, of de zaak te verblyven , behoort zulks in de bovenftaande Volmacht uitdrukkelyk te worden vermeld, agter de woorden: zoude kunnen en mogen doenr, in deezer voegen: Verleenende de Conftituant mede wel uitdrukkelyk aan B. de magt, om voor en in den naame van hem Conftituant, met de wederpartye, over de zaak in gefchii , zodanig verdrag ofverbhf te mogen aangaan, als hy zal te raade "worden. Alles , onder verband van zyn Conftituants Perfoon en Goederen, als naar rechten. (geteekend) C. en D. A. Secretaris. (ofNotaris) Leden van hetGemeenteBeftuur (of Getuigen) ■D Letter  C 43 ) Letter G. behoorende mede tot Art. 35. Op heden den verfchenen voor den Vrederechter C. en D. en E. als deszelfs gewoone Byzitters. De Ondergetekenden A. en B., woonende te Dewelke, onder aflland van de Voorregten, volgens welke geene Borgen aanfpraaklyk zyn, zoo lang de Schuldenaar zelf niet is uitgewonnen, en twee Borgen de fcnuld mogen fplitfcn, en ieder met het voldoen der helfte kan volftaan, waar mede zy beloofden zich nimmer te zullen behelpen , verklaarden zich te ftellen tot Borgen voor de goede voldoening en naarkoming van zoodanig uitterlyk gewysde, als vallen zal in de zaak door F. tegens G. ondernomen, en by Citatie uit naam van F. aan G. op den gedaan, breeder omfchrevcn, en van welke zaak H., vermids de afwezigheid van G. de verdediging op zich heeft genomen; aannemende en beloovcnde , ieder in folidum en voor het geheel,mids den een voldaan.hebbende de ander bevryd blyve, den inhoude van hetzelve uitterlyk G-ewysde behoorlyk en gereedelyk, als eigen fchuld, te zullen voldoen, en hetzelve te zullen houden even als tegen hun zeiven gewezen; overgevende by deeze, dat het zelve, by gebreke van prompte voldoening, dadelyk tegen hen Ondergeteekenden, zal mogen worden ter executie gelegd., zonder dat daar toe eenige voorafgaande rechtsvordering zal noodig zyn. Alles, onder verband van hunne Perfoonen en Goederen, als naar rechten. Gedaan te den . . , (geteekend) A. en B. In kennisfe van my (getekend) .... Klerk. Letter  C 49 1 Letter H. behoorende tot Art. 39. De Vrederechter C. gezien hebbende de Citatie uit naam van A. tegens B; op den . j . . . gedaan, en gelet hebbende j datA* in gebreke is gebleven ten beftemden tyde en 'plaatfe te verfchynen, ontflaat B. van dezelve gedaane daaging, en condemneert A., in de vergoeding van de kosten, door dezelve daaging, aan B. veroorzaakt, en welke begroot worden op eene fomma van ƒ : de kosten deezer Acte daar onder begrepen. Gedaan te * * ... den ... . In kennisfe van my. (geteekend) . . « Klerk. Letter L behoorende tot Art. 4c* De Vrederechter C. gezien hebbende de Acte van Citatie en relaas ten deezen aaiigsj hegt, vermids de Gedaagde B. in gebreke is gebleven ter beftemde tyd en plaatie te verfchynen, condemneert denzelven in de kosten van dezelve Citatie, welke begroot worden op eene fomma van ƒ :- deeze Arte daar onder begrepen. Gedaante . t . _» den . . ï . r In kennisfe van my. (geteekend) .... Klerk, Letter K. behoorende mede tot Art. 40. De Vrederechter C; gezien hebbende de d 2 Km  ( 50 ) Afte van tweede Citatie en relaas ten deezen aangehegt, verwyst, vermids de Gedaagde B. in gebreke is gebleven ten beftemden tyde en plaatfe te verfchynen, den Aanlegger A. met de vordering, in dezelve Citatie uitgedrttkt, naar de Burgerlyke Rechtbank van . . . en condemneert den Gedaagden B. in de kosten van dezelve Citatie, die by deezen begroot worden op eene fomma van ƒ -: deeze Acfe daar onder begrepen. Gedaan te den* . . . In kennisfe van my. (geteekend} .... Klerk. Letter L. behoorende mede tot Art. 40. De Vrederechter C. en deszelfs Byzitters D. en E., gezien hebben de Citatiën uit naam van A. aan B. op den en op den gedaan, met de relaafen daar toe behoorende , midsgaders gelezen en overwogen hebbende de bewysflukken, in dezelve Citatiën vermeld, en gelet, dat de Gedaagde in gebreke gebleven is om ten beftemden rechtdage te verfchynen , condemneeren den Gedaagden enz . . . . .en in de kosten ten deezen gevallen, ter begrooting van den Vrederechter, is 't nood of mids de Eisfchers enz. . * . . ; . . Condemneeren den Gedaagden enz. . . . „ . . . . en in de kosten ten deezen gevallen , ter begrooting van den Vrederechter, is 5t nood; en wanneer de Eisfcher daaraan niet voldoet, ontzeggen denzelven zyne vor- de*  C si ) dering, doch condemneeren niettemin den Gedaagden in de kosten van de tweede Citatie, ter fomma van ƒ :- waar op dezelve worden begroot, deeze Acte daar onder begrepen. of Ontflaan den Gedaagden van de gedaane daaging , doch condemneeren denzelven niettemin in de kosten van de tweede Citatie, ter fomma van f :- waarop dezelve by deezen worden begroot, deeze Acte daar onder begrepen , of Ontzeggen den Eisfcher zyne vordering, doch condemneeren den Gedaagden niettemin in de kosten van de tweede Citatie, ter fomma van ƒ - - , waarop dezelve by deezen worden begroot, deeze Acte daar onder begrepen. Gedaan te . . . den ..... In kennisfe van my (geteekend) . . . Klerk. Letter M. behoorende tot Art. 41. De Vrederechter C. gezien hebbende de bovenitaande Acte van Verdrag door A. en B., op den aangegaan, en aan denzelven door hen A. en B. (of eenen van hun beiden) overgeleverd, en gelet hebbende op de overgifte van willige Condemnatie,daar by van wederzyde gedaan, condemneert dezelve A. en B. over en weder in den inhouds en naarkoming van hetzelve Verdrag. Gedaan te . . . den . . . .In kennisfe van my (geteekend) , . . Klerk. D 3 V«t?  [ 5* ] Letter N. behoorende tot Art. 43, De Vrederechter C. gezien hebbende de Acte (of Actes) van Citatie en relaas ten deezen aangehegt, en Partyën gehoord hebben-: de, zonder dezelve te kunnen bevredigen, verwyst den Aanlegger A, met de vordering, vervat in dezelve Citatie (of Citatiën) welke door B., ten overftaan van den Vrederechter, is (of zyn) onderteekend, (of geweigerd te onderteekenen) naar de Burgerlyke Rechtbank van Gedaan te . . . den , . , , In kennisfe van (geteekend) . . Klerk. Letter O. behoorende tot Art. 47. A, woonende te ... . doet door my Ondergetekenden Bode overleveren aan B.. woonende te ... , Copiën van zoodanige Stukken, als door A. in de zaak tegen U B. zyn overgelegd, en welke Copiën door U B., op den . . . zyn gevraagd. Overgegeven den des <, . middags ten . . uuren. (geteekend) .... Bode. Nota, Het Relaas deezer Infinuatie zal door den Bode aan den geen, die' hem te werk gefield heeft, overgegeven moeten worden. Lette?  C 53 ) •Letter P. behoorende tot Art. 50. A, doet door my Ondergeteekenden Rode aanzeggen aan B. Dat by begeerende en van voornemen zynde N. N. ais Getuigen voorkomende in de Verklaaring, door U R. overgelegd, nader te hooren , Gy B. die Getuigen midsdien zult hebben te doen verfchynen voor den Vrederechter, op den Rechtdag, die zyn zal den . . . . des . . middags ten . . uuren; op pcene als volgends de Wet. (geteekend) . . . Bode. Letter Q. behoorende tot Art. 51. De Vrederechter C. verklaart dat B. in gebreke is gebleven, om de Perfoonen van N. N. als Getuigen voorkomende in de Verklaaring door hem B. overgelegd, op heden te doen verfchynen, ende zulks niettegenftaande hem B. daar toe op den ... . behoorlyke aanzegging van wegens A. was gedaan, blykends de Acte en Relaas ten deezen aangehegt. Gedaan te t . .den . . . In kennisfe van my. (geteekend) . . . Klerk. Letter R. behoorende mede tot Art. 51. Dc Vrederechter C. verklaart, dat A. in gebreke is gebleven om de Perfoonen vau N. D 4 Ni  f 54 J N., als Getuigen voorkomende in de Verklarriog door B. overgelegd , en welke ter voldoening aan de aanzegging daartoe van wegens A. aan B. op den .... gedaan, en ten deezen Copielyk aangehegt, op heden ter Rechtdag waren verfchencn, nader te hooren. In kennisfe van my. (geteekend) - Klerk. Letter S. behoorende tot Art. 56, Wy Ondergeteekenden (of ik Ondergeteekende) verklaaren, onder vrywillige afltand van de Voorrechten aan Borgen by het recht vergund, ons zelvcn (of my zeiven) te Relkn als Borgen en Hoofdfchuldenaaren (of als Borg en Hoofdfchuldenaar) ten behoeve van A,voor de gereede voldoening van den inhoude van het Vonnis by den Vrederechter C. en deszelfs Byzitters D. en E., op den ten laste van B. gewezen, en aan deeze onze (of myne) verbindtenis aangehegt; en dour ons (of my) Ondergeteekenden, met onzen (of mynen) naam beteekend. Belovende en aannemende, om den inhoude van hetzelve Vonnis behoorlyk en gereede* lyk als eigen fchuld te zullen voldoen; en hetzelve te zullen houden, even als tegen ons zeiven (of my zei ven) gewezen, midsdien overgevende, dat hetzelve, by gebreke van behoerlyke voldoening, daadelyk tegen ons (of my) ter Executie zal mogen worden gelegd , zonder dat daartoe eenige voorafgaande Rechtsvordering zal noodig zyn. Allee  I 55 3 Alles onder verband van onze (of myne) Perfoonen en Goederen als naar rechten. Geteekend te den In prafentie van my. (geteekend) Klerk. Letter T. behoorende tot Art. 61. C. Vrederechter te doet door my Ondergetekenden Bode .... waarfchouwen A. Dat in de zaak van u A. tegen B. op den des . . middags ten . . uuren, vonnis zal worden uitgefproken, en de zulks, ten einde daar by tegenwoordig te kunnen zyn , indien het U gelieft; zullende in alle gevallen, het zy Gy tegenwoordig zyt of niet, met de uitfpraak voordgegaan worden. Overgegeven den . . . des . . . . middags ten . . ten uuren. by my. (geteekend) ...» Bode. Letter U. behoorende tot Art. 72. C. Vrederechter te gezien hebbende de Lyst van kosten , gevallen in de zaak van A. tegen B., met de befcheiden daar toe betrekkelyk, begroot dezelve kosten op eene fomma van ƒ :- Gedaan den . . . In kennisfe van my. Ceeteekend") * Klerk. D 5 Ma*  [ 5«- 3 IL Niemand in rechten te betrekh n, dun i oor zyne» competente» Vrederechter. Uitzonderingen van deezen Regel. Art. Manier van Procedeeren iri Civiele Zaaken, zoo voor de Burgerlyke Rechtbanken , als voor de Departementaale Gerechtshoven. TITUL I. Algemeene bepaalingen, betreffende den aanleg derTwistgedingen. Art. i. Men vermag geen Burger of'Ingezeten van dc Bataaffehe Republiek ter eerlier inftantie in Rechten betrekken , dan voor deszelfs competetttè'ri Vrederechter , voor wien , met of zonder Byzitters, overeenkomftig de deswegens gemaakte Inftruetie word geprocedeerd.' Art. 2. Deeze Algemeene Regel lydt geene uitzondering hoe ook genaamd, dan alleen in die gevallen , waarin de aart der zaak en de volftrekte noodzaaklykheid zulks vordert , en welke by deezen uitdrukkelyk worden bepaald tot de onmiddehke kennisneming van de Gerechtshoven of Burgerlyke Rechtbanken met voor by gang van den Vrederechter te behoo-. ren: In alle deeze zaaken, zoo. verre derzelver aart zulks toelaat, zyn de Hoven en Burgerlyke Rechtbanken verpligt middelen van veree-niging aan partyen voorte ftelien,en niet, dan na dezelve vrugtgloos beproeft te hebben, het Rechtsgeding toeteftaan.  [ 57-3 -Art. 3. D.; Burgerlyke Rechtbanken nemen kennis van en beilislfefi over de volgende Zaaken. a. Alle zaaken" waarin de Competente Vrederechter, Partyën niet hebbende kunnen bevredigen, dezelve, overeenkomftig zyne Inftructie,' by fchrifteiyke Acte naar de Burgerlyke Rechtbank verwezen heeft, è. Alle zaaken in Appel van Vonnisfen, door den Vrederechter en deszelfs Byzitters uitgefproken, cn geen kragt van uiterlyk gevvysde hebbende. c. Alle zaaken, waarin twee of meer Per¬ foonen moeten gedagvaard worden , welke onder het Rechtsgebied van onderfcheiden Vrederechters , doch binnen het Rechtsgebied van dezelve Burgerlyke Rechtbank, woonachtig zyn , hoe zeer ook anders uit derzelver aart tot de kennisneming van een Vrederechter behoorende. d. Alle zaaken, betreffende den Wisfelhandel , voor zoo verre daarin by paraal Wisfelrccht geprocedeerd wordt. e. Alle Arresten op Perfoonen en Goederen . en alle Interdicrien. ƒ. Alle verzoeken, om Appoinctemcnt var Bocdel-befchryving, Boedel-afftand, ei uitftel van betaling. g. Alle gefchillen tusfchen Ouders cn Kin deren, over de gegrondheid der redenei van weigering , om toe tc Memmen 11 een Huwelyk , door dezelve Kinderei voorgenomen. h. Alle verzoeken om condemnatie vcrlceni te hebben op uitfpraaken, door Scheids mannen uitgebragt op een verblyf, he welk onder de hand, of zonder overgif te van willige condemnatie, verleden is Ari Welk: zaaien tot de Burgerlyke Rechtbanken behooi en. ! I l t l L t  C S8 ] Wélke zaa ken tot de Gerechtshoven behoor en Nadere be faaling des wegens. Art. 4. ■ Voor de Gerechtshoven dienen de Civiele zaaken alleen en niet anders, dan ingeval van hooger beroep van eenig Vonnis of dispofuie . door de Burgerlyke Rechtbank uitgebragt. Art. 5. ■ Deeze Regel, Art. 4. vastgefteld, laat geene . uitzondering toe, dan in de volgende gevallen, waarin de Gerechtshoven ter eerfte-r inftantie recht doen. a. Wanneer een Departementaal of Gemeente Beftuur of eenig ander Collegie, hooger aanftelling dan van een Gemeente Beftuur hebbende, in Rechten moet worden aangefproken. I. De Gerechtshoven zyn Competent in zaaken waarin Partyen zich uitdrukkelyk aan derzelver Rechtsgebied hebben onderworpen, het zy by eene onderhandfche, Nniariaale of gerechtelyke Acte, het zy dooreen Request, het welk Partyen te famen aan den Hove inleveren , om over zeker tusfchen hen ontdaan en daar by omfchreven verfchil de beöordeeling aan te nemen. c. De Gerechtshoven zyn eenig en alleen bevoegd in verfchillen over Bezitrecht appoinctementcn van Maintenue of van Spolie te verleenen, en daar op verder Recht te doen. d. In zaaken tegen twee of meer Perfoonen , onder verfchillende Burgerlyke Rechtbanken in het zelfde Departement woonende, en welke van dien aart zyn, dat dezelve , zonder vrees voor verfchillende Gewysricns, niet gefplitst kunnen worden , roept men zyne Partyen raauvvlyks ten Hove: Terwyl in zaaken, tegen twee of Bi eer  ( 59 ) meer Perfoonen, in onderfcheiden Departementen woo4iende, het aan den Aanlegger ftaat , de zaak te brengen voor het Gerechtshof van een van die Departementen, als welks Rechtsgebied ten aanzien van alle de verdere Perfoonen, in de zaak begrepen, daar door by preventie competent word. S, De Gerechtshoven zyn ook alleen bevoegd om in zaaken, die geen hooger beroep onderworpen zyn , de Vonnisfen, Dispofitiën of Uitfpraaken , door de Burgerlyke Rechtbank of door den Vrederechter en Byzitters, of door Scheidsmannen , uitgebragt, welke nietig en van onwaarde zyn , te vernietigen, en daartoe appoinctement van casfatie te verleenen. Art. 6. De Aanlegger kan zich ter zyner keuze, of aan de Burgerlyke Rechtbank of aan het Ge-> rechtshof vervoegen; t. In alle zaaken waarin onbekende Perfoo- , nen gedagvaard moeten worden, of, ook zoodanige Perfoonen, welker woon-< plaaifen onbekend of buiten de Bataaf-( fche Republiek gelegen zyn, als welke ,, door middel van Arrest, voor het Hof< of voor de Rechtbank gebragt kunnen worden, b. In alle verzoeken om au&orifatie defafto. c. Tot het doen verleenen van alle willige Condemnatiën, indien door Partyen by eene Notariaale of Gerechtelyke Acte uitdrukkelyke overgifte is gedaan, om zich zco bv 't Hof, als by de Rechtbank, in den inhoude van dien te laten ver wyze n. Art. Welke zac» \en voor de RechtbankenofHoven,er keuze van ien Aanleg' rer, gebrast mnnen wo, ien."  ( 6° ) Van welke Vonnisfen men zich oj: een hooger Rechter kar, beroepen* Art. 7. Alle Vonnisfen van de Vrederechters zyn hooger beroep onderworpen aan de Burgerlyke Rechtbanken; gelyk ook de Vonnisten en Dispofitiën van de. Burgerlyke Rechtbanken aan de Gerechtshoven, uitgezonderd alleenlyk de volgende: a. Alle interlocutoire en provifioneele Vonnisfen "(de Namptisfementen daar ondjr mede begrepen) ten waare om blykbaare nulliteit, of wanneer by dezelve Vonnisfen zoodanig grief is toegebragt, door 't welk men van een triumph ten principaalen geen volkomen effect zoude kunnen hebben. b. Alle Vonnisfen van Vrederechter en Byzitters in zaaken van dertig Guldens Capitaal, en daar beneden, zonder intresten of kosten daar onder te rekenen, ten ware dat het Vonnis had eenig gevolg van infamic of andere merkelyke prejudicie. c. Alle Vonnisfen van Burgerlyke Rechtbanken in zaaken van drie honderd Guldens Capitaal, en daar beneden onder dezelfde bepaaling, als zoo even is gemeld. i. Alle dispofitiën op gefchiüen tusfchen Ouders en Kinderen, over de gegrondheid der redenen van weigering, om toe te Remmen iri een Huwelyk, door dezelve Kinderen voorgenomen , wanneer de beflisfing met het begrip der Ouders overëenltemt. êi Alle Vonnisfen, gewezen tegen Perfoonen, die'op de gedaane dagingen niet verfchenen zyn, mids in de Procedures of het Vonnis geene nulliteit gevonden worde. ƒ. Alle Vonnisfen, op eigene overgifte gewezen, g-  [ ,6-i rj g. Alle appohictementen op Requesten, om paraat Wisfelrecht. h. Alle appoinclementen, waar by ( onverminderd liet Recht van alle belanghebbenden) auélorifarie verleend word tot opflag van Goederen uit Schepen Schuiten of Vragtwagens, of tot Verkoop van bederlfelyke Goederen, het zy de vrees van bederf uit den aart van het Goed, of uit de befchadigdheid van het zelve ontftaat. u Alle appoinclementen , waarby auciorifatie de fafto verleend is. Art. 8. Ieder is bevoegd, ten ware de Rechter hem daartoe buiten Raat oordeelde , om als Aan-; legger of Verweerder, in zyn eigen zaak, het i zy hem die in privé, het zy in eenige quali-; tek, aangaat,( uitgezonderd alleenlykde qua-. litcit van Gevolmagtigden uit kragt van eene. Procuratie,) al het geen tot het Rechtsgedingbehoort zelf waar te nemen, of te doen waarnemen, door iemand, die als mede Eisfcher of mede Gedaagde of als Mede-lid van het zelfde Collegie inet hem in de zaak betrokken is, maar nooit door een ander in de zaak geen belang hebbende , op wien hy daartoe volmagt zoude willen geven. Verkiest hy zich van dit vermogen niet te bedienen, ftaat het hem vry tot het waarnemen der zaak een of meer Praétifyns te gebruiken, die voor den Rechter toegelaten zyn, mids verpligt zynde dezelven tot dat einde van behoorlyke Procuratie te voorzien , waarvan op den eerften Rechtdag zal moeten blyken. Art. 9. Alle Minderjaarigen of die onder CuraFeele ftaan, getrouwde Vrouwen, en diergelyke géén Per- leder mag y» eigen :aak waar* lemen, of een Pra&izyn gébruiken. Aan bun, die' geen Perfoon  [ 6** ] hebben, een Curator toe te vtegen. Verdediging van een afwezigen Gedaagden onder borgtogt. Van bet biezen van Domicilie, Aan Armen admisfie Pro Deo te ver keuen. I Perfoon hebbende om in Rechten te mogen verfchynen , moeten met hunne Voogden , Curateuren of Mannen geadfisteerd zyn, het zy door hun een Proces word aangelegd, het zy men hen in Rechten wil betrekken; indien zy van zoodanig bevoegd Perfoon, om hun te adfisteeren , onvoorzien zyn, voegt hun de Rechtereen Curator tot dat einde toe, of op hun eigen verzoek, zoo zy Aanleggers zyn, of op verzoek van hunne Partye , die hen wil doen dagvaarden. Art. io. Een afwezige Gedaagde mag door een ander zonder Volmagt verdedigd worden, die egter aLvoorens zal moeten Hellen borgtocht van aan het gewysde te zullen voldoen. Art. xi. Die buiten de Stad of Plaats, waar het Gerechtshof of de Rechtbank deszelfs Zitting houdt, woonachtig is, wordt als Aanlegger of Verweerder in Rechten niet gehoord, ten zy hy vooraf binnen die Stad of Plaats Domicilie kieze, alwaar aan hem van wegen zyne Partye alle exploitfen in die zaak gedaan zouien kunnen worden. Art. 12. Arme Lieden zullen des noods admisfie bekomen , om Pro Deo te worden bediend, zonder eenig falaris aan Praétifyns, Griffiën, Secretaryen, Exploictiers, of Gerechtsboden :e betalen, dan alleen, wanneer en voor zoo /eel zy die van hunne Party zullen kunnen «rhaalen; Om welke admis'fie te bekomen, lan den Rechter, voor wien de ^aak behoort e dienen, een Request moet worden ingekeerd, met overlegging van een behoorlyk bevys van armmoede. Art.  t 63 ] . Art. 13; Alv'oorens dit verzoek te verkenen, zal eene Comparitie worden geordonneerd, op welke de' tcgenpartye het zelve kan regénfprekent, op twee gronden, of door te toonen dat de voorgewende Armmocde is bezyden de waarheid, df dat de Verzoeker in de zaak zelve klaarblykend ongeiyk heeft. TITUL II. Van de Requesten, tot het verkrygen van eenige Rechteriyke voorzieninge buiten formeel Rechtsgeding. Art. 14. . Alle verzoeken , waarby eenige Rechterlyté dispofitie gevraagd word, moeten by Requeste gedaan worden * welke zal moeten inhouden , in de middelen, èen verhaal van de I zaak, met opgave van de gronden, waaróp, het verzoek berust, en in het flot, eene dui-, delyke bepa'aling van de dispofitie, die men van den Rechter vraagt. Art. 15. By dééze Requesten moeren' als' Byïagerf gevoegd worden de Stukken en befcheidèn,' waarmede de waarheid van dén inhoud' Via* liét Request bewezen word. Art. 16": Deeze Requesten moeten geteekend worden door den Verzoeker zeiven ,J of door een c, Pkctifyn, welke voor dien Rechter is toege-/ Ë Kt- K Deeze Admisfie is aan tegenftraak onderworped Alle vêr'fi zoeken by Ré' jueste te, ioen, èn derS zeiver ver•ischten. De Stuk" 'en daarby t voegen. Dooi- wie 'e Reques>,n te teeki: en.  C «4 1 Op deP.e* questcn eene Comparitie tot het hoo~ ren van Partyën te orionnturtH. Uitzonderingen van ueezenregd. Jaten. En voords, alzoo geteekend zynde, worden ingeleverd aan het Collegie van de Burgerlyke Rechtbank, of, van het Departementaal Gerechtshof, of hetzelve niet vergaderd zynde, aan den Prcefident. Art. 17. Op geene van deeze Requesten zal door den R echter finaal gedisponeerd worden, ten zy de belanghebbende party daarop alvoorens gehoord is; ten welken einde op deeze Requesten eene Comparitie voor Commisfarisfen geördonneert zal worden, (volgens Formulier N°. 1.). Op die Comparitie zal aan de partye viiie gegeven worden van des Verzoekers overgelegde Stukken; en, zoo hy van een of -meer derzelve mogt oordeelen Copie noodig te hebben, en 'er geene dringende redenen zyn, om de zaak zonder verwyl aftedoen, zal hem die binnen een korten tyd, door den Rechter te bepaalen, geleverd worden; gelyk ook wederkeerig op dezelfde wyze aan den Verzoeker vifie en Cepie gegeven zal worden van de Stukken, waarvan de partye zich in geval van tegenfpraak zal willen bedienen. En zal voords, het zy 'er op het verzoek tegenfpraak valt of niet, door Commisfarisfen aan de Rechtbank, of den Raad , daarvan worden rapport gedaan, en aldaar gedisponeerd naar behooren. Art. 18. Deeze algemeene regel lydt echter uitzondering in alle zoodanige gevallen, in welke de aart der zaake, of het belang van den Verzoeker, doorgaans geen voorafgaand verhoor van de tegenpartye gedogen, als by voorbeeld: a. Verzoeken om auélorifaüe tot arrest en apprehenfie , uit hoofde van gegrond vermoeden dat iemajid zich aan de verging  C * 3 ging zyner Schuldëisfchers zal zoeken ï onttrekken. Verzoeken van Curateele over iemand Perioon en goed; om provifioneele voor ziening in een onbeheerden Boedel; 0 om uitlandig zynde meerderjaarigen 0 onbekende Perfoonen te vertegenwoor digen. c. , Verzoeken om Civiel confinement, voo: z«oo verre betreft de provifioneele dis pofitie , om zich van de Perfoon te ver zekeren. d. Verzoeken van een getrouwde Vrouw, over mishandelingen van haaren man klagende, en verzoekende zich voor en geduurende het Proces, hetwelk daarop zal moeten volgen, van de famenleeving met denzelven te mogen vefwyderen, en afzonderlyk te mogen woonen, voor zoo veel betreft het provifioneel toeltaan van hetzelve verzoek. e. Verzoeken alleen ingericht tot het nemen van infpectie. f. Verzoeken om auclorifatie tot verkoop van bederffelyke Goederen, of van Goederen die befchadigt zyn, waarvan de Ei genaars of belanghebbenden buiten 'sLands of zoo verre woonachtig zyn, dat 'er gevaar van fchade zyn zoude, by aldien dezelve zouden moeten gehoord worden: ten zy echter de zoodanigen binnen het Rechtsgebied eenig bekend Domicilie of Gemagtigden hadden. Art. 19. Een ieder, die zich by eene dispofitie ,waar•p hy niet gehoord is, bezwaard acht, zal by Requeste (volgens Formulier N". 2.) aan den Rechter, welke die verleend heeft, intrekking van dezelve mogen verzoeken; Op E s welk 3 f F Pïn eeiid'h* pofitie, zon~ der verhoor lan intrekking verzógt u of dén*  C 66 ,) Van verZoeken om Condemnatie Se verkenen. Wanneer JPartyën daarop te hooren* Of uit- fpraakenvar, Scheidsmannen condemnatie te verzoeken. JJoedanii op de ileqdesien fits 'altedispc neer en, ,velk Request, na verhoor van beide de Par-yën en overgifte van de Copiën der befcheiden , gedisponeerd zal worden , zoo als tïaar rechten zal geoordeeld worden te behooren. Art. 20. Onder de verzoeken, in deezen Titul bedoeld, behooren ook de Requesten om op eene Notariaale of G efechtelyke Afte, houdende overgifte, om zich in den inhoude van dien vrywillig te laten cendemneeren, de condemnatie verleend te hebben, (volgens Formulier NQ. 3.) Art. 2ï. Deeze condemnatie wordt door den Rechter dadelyk cn zonder verhoor by Appoinctement verleend, ten ware de deugdelykcid der Acte aan den Rechter bedenkelyk voorkwam, wanneer, alvoorens te disponeeren, eene comparitie zal worden geordonneerd voor Commisfarisfen, om de belanghebbende partye te hooren. Art. 22. Wanneer door Scheidsmannen eene uitfpraak is uitgebragt, op een verblyf, het welk onder de hand, of zonder overgifte van willige ■ condemnatie, verleden is, zal men op die ■uitfpraak by de Burgerlyke Rechtbank condemnatie mogen verzoeken, die echter niet zal worden verleend, dan na dat de tegenparty daarop in deszelfs belangen is- gehoord. Art. 23. r De finale dispofitie op alle Requesten zal ' gefchieden, by appoincterhent (volgens een der Formulieren Ny. 4.) het zy het verzoek - geheel of gedeeltelyk word verleend, het zy Betzelvé word gewezen vau de hand. Art.  C 67 ) Art. =4. Geene Requesten zullen worden uitgegeven zonder dispofitie, dan alleenlyk in hel geval, dat uit hoofde van gebrek in dc form daarop nict.gcvoeglyk gedisponeerd kan worden, Art. 2?. Wanneer de tegenfpraak, welke door de belanghebbende partye tegen het verzoek gedaan word, den Rechter van de blykbare ongegrondheid van het verzoek overtuigt, zal dezelve, by 't afwyzen van 't Request, den Verzoeker tevens condemneeren in de kosten op het verzoek gevallen. TITUL III. Van het verzoeken, verleenen en exploicteeren der Appoinétementen van Dagvaarding. Art. 26. Al wie iemand voor een Burgerlyke Rechtbank of voor een Gerechtshof wil dagvaar-: den, verzoekt by Requeste (volgens Formu-< lier N°. 5.) appoinftement, om zyne partye < voor de Rechtbank dooreen Gerechtsoode, of 1 voor het Hof door een Exploiclier, te doen dagvaarden, ter ordinaire of extraordinaire Rojle, naar mate de aart der zaake zulks mede brengt, om te antwoorden en voort te procedeeren op den Eisch cn Conclufie by de Requeste. Uitgedrukt. E 3 Art. a:\ Van het uit* geven van Requesten zo ■!der dispofitie. Wanneer den verzoeker in de kas» ten te condemneeren'. f Die iemand vil dagvaarlen, moet en Requcs$ nltveren.  t 68 ] Inrtgtttig der Requesten, he Stukken er by te voegen. Art. 27. De^ze Requesten moeten inhouden; a. 't Hoofd of begin : Am de Burgerlyke Rechtbank ie .... • enz." of Aan het Gerechts-Hof der Bataaffehe Republiek in het De*parlement van . . . enz. Geeft te kennen A. met byvoeging van deszelfs qualiteit of betrekking, zoo hy in eenige procedeert. b. 't Verhaal van de zaak zoodanig ingericht, dat alle daadzaaken, waarop zich'de Verzoeker beroepen wil, daarby worden uitgedrukt, doch in appél alleen een verilag van de Procedures, en van het Vonnis ter eerder inftantie. c. Het flot, waarby men het noodig appoinctement verzoekt, en zulks, indien men Vreemdelingen of onbekende Perfoonen in rechten betrekken wil, met last auu een Bode of Exploiétier, om de dagvaarding by Eciétie te mogen doen. 4. De onderteekening van het Request door den Verzoeker, of door een Praétizyn by den Rechter toegelaten. Art. 28. By deezeRequesten moeten, volgens eeriLyst of Notitie, onder de Requesten gefteld, gevoegd worden alle de ftukken en befcheiden, waarvan de Eisfcher, tot bewys van zyne qualiteit of betrekking, mitsgaders van den inhoude yan het Request, gebruik wil maken; met  C *9 ] met bygevóegd aanbod, om daarvan aan den Gedaagde, zulks begeerende, Copiën te leveren , zoo als hier na Art. 56. zal worden bepaald. Art. 29. By een Request om appoinctement van appél moeten, volgens een Lyst of Notitie als in 't voorige Artikel, behalven de Hukken van de eerfte inftantie , gevoegd worden het Vonnis, met de Acte van aanteekening van appél, als mede zoodanige nieuwe ftukken, als men in, appél wil overleggen. Art, 30. Wanneer de zaak, waarin appoinfrementvan Dagvaarding verzogt wordt, uit haaren aart en natuur een onverwylden voortgang vordert, of de aanlegger een byzonder belang heeft, dat dezelve met meerder fpoed, dan de gewoone loop der zaaken mede brengt, behandeld worde, waaionder ook in 't byzonder gerekend worden te behooren alle zaaken, tot betaaling van huurpenningen, of tot het teekenen van een Huur-contract betrekking hebbende, kan de Aanlegger by zyn Request verzoeken , dat het Appoinétement verleend werde, om te dienen op een korteren dag dan van vier weeken, en om daarin voort te procedeeren op termynen van veertien of agt dagen, of van Rechtdag tot Rechtdag; op welk verzoek de Rechter zal disponeeren, als hy naar den aart en omftandigheden der zaake zal bevinden ta. behooren. En moeten, wanneer zoodanige korte termynen verleend zyn, de Copiën der ftukken van den Aanlegger aan den Gedaagden niet worden aangeboden, maar by 't doen van 't Exploict dadelyk aan denzelven worden overgeleverd. Art. 31. Alle deeze Requesten moeten ingeleverd E 4 wor- JVeihftukken inafgil. Van het verlenen van korte termynen. Aan -wien  C 70 ) feRéquestenl jnteleveten. C )! V ■ f 2 e I 1 I Wanneer op déezè Re- ) moesten cotn-1 paritic te or- \ 'donneten,* ] ] 1 i fFanrecr bet verzoek ; dadelyk te veilgenen of ■ te weigeren. , 1 ! Van het verzoeken yan herziening yan een 'ap/ioii/cicpient van fataw'sfi'Z 'orden by de Burgerlyke Rechtbanken aan het lollegie, en by de Gerechtshoven aan Com- lisfafisièn van de Request-kamer. Rn •ordt door dezelven op die Requesten gedis» oneerd,behoudens,met opzicht tot de dispoticn der Burgerlyke Rechtbanken, het recht ari hooger beroep aan het Gerechtshof, in aaken die aan hooger beroep onderhevig zyn, n met opzicht tot de dispofitiën van Commisirisfen der Gerechtshoven, behoudens het echt van herziening aan het Collegie van dcii Laad. Art. 34. Wanneer het verzoek by de voorfchreven Lcqucsten gedaan , niet beyoorens by een /rederechter gediend heeft, qf van dien aart s, dat hetzelve aan tegenfpraak kan onderlevig zyn, alsmede in appel, ordonneert de techter, alvorens het verzoek te verlenen, :cne Comparitie, om party daarop te hporen.^ ndipn zulks doenlyk is. Art. 33. Zoo 'er geen noodzakelykheid of mogelykïeid tot het ordonneren van zoodanige comparitie of reden om het verzogte appoinctenent te weigeren, aan den Rechter voorkomt, vordt hetzelve dadelyk verkend, met of zonIer toelating, om hetzelve by Edicle te exiloictcren , naar dat de zaak dit vordert, volgens een der Formulieren NS,. 0. Art. 34- - . Wanneer iemand by het verkenen 01 weigeren vau ecu Appi'inciemcnt, dooi Commisüirisfen van de Request-Kamer by een Gefechtshof uitgebragt, yermcend bezwaard te syn, kan hy daarvan, binnen drie dagen na dato van het Appoinétcment, herziening aan icn Raad verzoeken. Uit dien hoofde zullen  hst Appoinclement en de Stukken aan geene ri van beide Partyën worden uitgegeven, maar/, ter Secretarie blyven berusten, tot dat -de gemelde tyd van drie dagen verftreken is, of dc geen", die het appoinelement tot zyn nadeel heeft, eerder verklaard zal hebben geene . herziening te zullen verzoeken. Ifct yerzockom herziening gefchied alken by mondelinge voordragt 'aan den Griffier; en word vervolgens by nader appoinclement, door den Raad op de Requeste te (lellen, het Appoinclement van Commisfarisfen of goedgekeurd, of ingetrokken of veranderd; Zoo lang deeze herziening voor den Raad hangt, zal de dispofitie vau Commisfarisfen, waarvan herziening verzogt word, buiten werking blyven. Art. 35. De Requesten en Appoinëlementen worden aan Partyën geïrifinüëerd, by'de Rechtbanken t door een Gerechtsbode, en by de Hoven door^ een Expioicïier. Dezelven zyn verplicht: a a. Dadelyk cn met den mcesten fpocd de t hun ter hand gefielde Appoinclementen ; of Exploicten tc werk te leggen. b. Moeten by het doen van 't exploiir. van eenig daartoe bepaald kcnnelyk teeken voorzien zyn, waaraan men kan weten, dat zy Exploiclicrs of Gerechtsboden zyn. t. Moeten het Erploict doen aan de wooning van den Gedaagden , en, zoo veel mogelyk aan de Perfoon zelve, of by deszelfs afweezigheid aan zyne huisgenooten of buuren , en, zoo zulks niet gevocglyk kan gefchieden, als dan by aanplakking op de voordeur van des Gedaagdens wooning. d, Zy laten aan den Gedaagden Copie van het Request en daaronder ftaande Lyst van 8 5 sfen by de 'oven. Fereischtctf ot het exloicleerensr Requestn en Apponctementer^  I 7* j < l 3 Hoe het exploiEl te doen \ san iemand 1 buiten het < Rechtsge- i bied van de i Rechtbank' i Zfoe buiten het Departement van '/ Hof. Hoe aan Buitenlanders. van Stukken , en van het Appoindlement, met een daaronaer geftelde korte Acte van Exploitt, volgens Formuliet N°. 7. Deeze Copiewordt,ten blykevan echtheid, loor den aanlegger of zyn Praétizyn getee:end, en alzoo ,"benevens het Request en Ap^ >oinctement zelve, aan den bode of Exploictier • er hand gefteld. Art. 36. Wanneer een Appoinclement van de Bur;erlyke Rechtbank disponeert tegen iemand, miten het Rechtsgebied van die Rechtbank, loch binnen de Bataaffehe Republiek, woonenle, wordt-het Exploict gedaan door een Bole vau die Rechtbank, waaronder de Gedaagle woont, na voorgaande kennisgeving aan ien Praiident van dezelve Rechtbank. Art. 37. Insgelyks , wanneer een Appoinclement van het Hoi disponeert tegen iemand buiten het Departement, doch binnen de Bataaffehe Republiek, woonende, wordt het explofct gedaan door een Exploiétier van het Departement , waarin de Gedaagde woont, na voorafgaande kennisgeving ar.a den Prafident van het Gé» rechtshof aldaar. Art. 38. Een Appoinclement, disponeerende tegen iemand buiten de Bataafl'che Republiek woonachtig, wordt geëxploiclecrd by Edicle, dat is by openbaare voorlezing aan den Volke, en aanplakking van eene Dagvaarding op een daartoe gefchikte plaats voor het Gebouw waarin de Rechtbank of het Hof vergadert (Volgens Formulier Np. 8.3 en voorts daarvan Copic, met een korte Acre yan Exploict, aan  t 74 j aan den Gedaagden gezonden met de gewoone Post; nemende de Exploictier of B"dc vari het Post-Comptoir behoorlyk blyk van de gedaane verzendinge. Art. 33. Een Appolmftement disponeerende tegen onbekende Perfoonen , of tegen Perfoonen wel- t ker woonplaatfen onbekend zyn, word ge- . explokteerd byEdifte, en daarvan bekendmaking gedaan in zoodanige Couranten , en - 00 dikwils, als de Rechter by het Appoin$ement bepaald zal hebben. Art. A°- De dag van rechten moet door den Exploiclier of Gerechtbode beteekend worden, ten minften op vier weeken na het gedaan exploict , zoo de Gedaagde woont binnen de Bataal'che Republiek. Art. 41. De Rechtdag tegen iemand, die buiten de Bataaffehe Republiek woont, wordt gelegd op zoo veel tyd, als de Rechter naar mate yan de afgelegenheid van deszelfs woonplaats, bepaald zal hebben, en zal de Exploiétier of Gerechtsbode dien zelfden langeren Rechtdag ook bcteekenen aan allen, die, fchoon Ingezetenen der Republiek zynde, benevens dervreemdeling, uit kragt van hetzelfde appoinctement, gedagvaird worden. Tegen die geenen, welke onbekend zyn, of wier woonplaatfen men niet weet, wordt de Rechtdag nooit korter gejfgd dan op zes weeken. Art. 42. . De Exploïdtier of Gerecjitsbode maakt van -yti gedaan Exploid een R>#as (volgens For- mu: Hoe aan nbekende Qerfoonen. Op hoe lang ie Rechtdag %an een In~ wooner der Republiek te leggen. Op hoe lang aan een Vreemdeling Van het Relaas,  r 74 ] 1 j Gevolgen van een ver- i keerd ex- : ploid. Van de Rollen. Verdeeling yan dezelve. nulier N°. 9.) en liegt hetzelve aan het ap# toincrement. Art. 43. Een Exploictier of Gerechtsbode, het voorchrift der voorenftaande Articulen niet in acht lemende, wordt zyn ExploiC't daar door nietig en van onwaarde, en is hy bovendien tot chavcrgoeding aan de belanghebbende Partye gehouden. TITUL IV, Van de Rollen, net preienfee« ren der zaaken op dezelve, en van het voldingen der zaaken, met al het geen daar toe behoort. Art. 44,. Er zullen voor ieder Rechtbank en Gerechtsbof twee Rechtdagen in iedere week, en op elke Rechtdag twee Rollen, worden gehouden; een extraordinaire, en eene ordinaire; voor ieder van welke een Register zal worden aangelegd. Art, 45, ■ Deeze Registers zullen door elke Rechtbank kunnen verdeeld worden in zoo veele Deelen of byzondere Registers, als de noodzakelykheid tot onderfcheiding der zaaken, naar maatevau derzelver menigvuldigheid, voor ieder Rechtbank in het byzonder, zal vorderen : welke byzondere Registers echter altyd befchouwd moeten worden als gedeeltens van die Rol, waartoe dezelve behooren, zoodanig, dar, in de zaaken,  E 75 ] öp die bvzondere Registers geplaatst, de alge* ïtieene wvze van Procedeeren, vastgefteld voor die Rol,"waartoe dezelve behooren, zal moeten gevolgd worden. Art. 46. . De ordinaire Rol is het algemeene Register, waarop alle zaaken moeten gebragt worden, t welke in de eerfte of verdere inftantie voor de d Burgerlyke Rechtbank, of voor het Gerechts-* hof! worden aangelegd, met uitzondering alleen van die zaaken, welke hier na verklaard worden tot de extraordinaire Rol te behooren. Art. 47- Op de extraordinaire Rol moeten gebragt Worden! c a. Alle zaaken van Arrest op Perfoonen of Goederen, en alle Interdictiën. b. Alle zaaken, rakende de Wisfel, waarin op de gewoóne wyze wordt geprocedeerd. c. Alle zaaken van Asfurantiën, Avaryëu en Zee-zaaken. d. Alle zaaken, rakende huur en verhuwr van vaste Goederen"; c. Alle zaaken, betrekking hebbende tot Boedels, welke onder lequestratie gebragt of infoivent verklaard zyn. ƒ. Alle Beneficiën van Boedel-bcfchryving, Boedel-afftand en uitftel. van bctaaling. g. Alle zaaken, om Actie te iiiftituëeren en tot Vry waaring. h. Alle zaaken van Maintenue en Spohe, Op de extraordinaire Rol zullen ook, doch in een afzonderlyk Register, gebragt worden alle zaöken, tot misdaaden betrekking hebbende , en waarin door den openbaaren Aankla■ o-er een ordinair Proces word gevoerd, of tegen . 0 , af- Welke zaa-> in tot de orinaire Rol ihooren* Welke tot 'e Extraordinaire,  [ 76 ] De zaaken ygor den dienende dr.g ter Holle te 'brengen. Gevolg, ah de Eisfcher • niet verfchynt. De kosten te betaalen voor het doen eener nieuwe Citatie. Gevolg, als de Gedaagde niet verfchynt op de eerfte Dagvaarding. Op de tweede. afwezigen word geprocedeerd, of waarin appoinclement van Purge verzogt en verleend is. Art. 48. Voor den dag in rechten dienende moet de zaak ter Rolle worden gebragt (volgens Formulier N°. 10.) en onder dit zelfde hoofd worden vervolgens alle Notulen en Dingtaalen aangeteekend , welke in' die zaak tot der: einde toe worden gehouden. Art. 49. Den Eisfcher of zyn Practizyn ten beteekenden Regtdagc niet /erichynende , wordt dezelve ter Rolle uitgeroepen, en op vertooning van de acte van Dagvaarding aan den Gedaagden verleend ontflag van de daging, met condemnatie van den Eisfcher in de kosten, volgens Formulier N9. 11. Art. 50. De Gedaagde , alzoo van deeze Daging ontflagen zvnde, mag door den Eisfcher ter zelfder zaake niet op nieuw gedagvaard worden , dan na dat alvoorens de kosten, in het voorige Articul gemeld, aan hem voldaa» zyn. Art. 51. De Gedaagde niet verfchynende, na alvoorens door den Exploictier of Bode op de Rolle te zyn uitgeroepen , wordt de Eisfcher toegelaten, om op de provifie Recht te vragen, en op de zaak zelve een tweede Dagvaarding te doen, met condemnatie van den Gedaagden in de kosten van de eerRe Dagvaarding, volgens Formulier N°. 12. Art. 52. Den Gedaagden op die tweede Dagvaarding wederom niet verfchynende, wor ,t aan den Eisfcher toegelaten eene derde Dagvaarding te doen  ( 77 ) doen, met condemnatie van den Gedaagden in de kasten vin de tweede Dagvaarding volgens Formulier N°. 13. Art. 53. Den Gedaagden op die derde Dagvaarding nog niet verfchynende, word de Eisfcher toe-, gelaten, zyne conduite van eisch met de {lukken over te leggen, (volgens Formulier NQ. 14.) by welke Hukken de Eisfcher,des goedvindende , eene Memorie van Rechten voegen mag. Art. 54. In alle zaaken word geprocedeerd by zoodanige drie Dagvaardingen; uitgenomen dat in fommige zaaken alleen twee, in andere maar eene Dagvaarding, noodig is, het geen in de volgende Tituls zal worden aangewezen. Ar. 55- De Eisfcher, aan wien toegelaten is ten tweeden of derdenmaal te dagvaarden, zal verplicht zyn die Dagvaarding zonder ophouding te doen tegen den eerften Rechtdag mogelyk , mids dezelve niet vroeger invalt, dan op drie dagen na het Exploict tegen de geenen, die onder dezelfde Burgerlyke Rechtbank woonen, op agt dagen tegen hun, die Iri hetzelfde Departement, en op veertien dagen tegen hun die in een ander Departement, woonachtig zyn. Aan Vreemdelingen wordt by de tweede en derde Dagvaarding dezelfde tyd, als by de eerfte Dagvaarding, gegeven. Art. 56. Binnen de vier weeken, die tusfchen het Exploicl: van de eerfte dagvaarding en den Rechtdag verlopen, mag de Gedaagde by Infinuatie, (volgens Formulier Ne. 15.) aan den Eisfcher, of aan deszelfs gekozen domi- cie- Op dc derte. By hoe veele Dagvaar-* dingen te procedeeren. Tegen welken Rechtdag een tweede of derde dagvaarding ie doen. Infinuatie, tot het vragen van Copiën derftuk' ken, door den Eis fcher overlegd.  t c < < i Pan vreemdelingen kan borgtocht •voor de kosten worden ge vraagt. Hoe aan '< verwek va; C 7» ] ♦ me of Practlzyn, Copie vraagen van alle zodanige frakken, by een Lyst of Notitie nder des Eisfchers'Request vermeld, als de bedaagde zal begeeren. Perfoonen by Edicte gedagvaard , kunnen ,ok op gelvke wyze, eer de dag m rechten lient Copie vragen van des Eisfchers Requese en appolntemeut, en vervolgens ook van de kukken, die zy vermeeneii. noodig te hebben. En is de Èisfeher Verplicht die Copiën ten poedigftcn, immers uiterlyke binnen zes üaren na de gedaane Infinuatie, aan den belaagden tc leveren , tegens een blyk der overiemiiïg onder dc Infinuatie te Rellen. Den Eislcher daarvan in gebreken, blyyende is de Gedaagde ( raids de Copiën uiter(yk zes dagen Voor den Rechtdag gevraagd hebbende ) niet gehouden met hem op de gedane Dagvaarding voord te Procedeeren, maar kan ten beteekenden Rechtdage ontflag van de Di'nng verzoeken, met de kosten, hetwelk aan hem verleend word, volgens Formuhér No. 16. Art. 57. '. . . Wanneer de Eisfcher buiten de Bataaffehe Republiek woonachtig is, of als Gemachtigde de zaak voor zoodanig vreemdeling.waarneemt, cn in geen ander geval, kan de Gedaagde, binnen de eerfte helft van de bovengemelde vier weeken, by gelykeInfmuaue volgens Formulier Ny. 17., aan den Eisfcher ot aan deszelfs gekozen domicilie borgtocht vorderen , vóór de kosten van het Proces. De Gedaagde zulks binnen de gemelde eerfte helft der vier weeken niet vragende , wordt geoordeeld van dat verzoek Rilzwygcnd te hebben afgezien. , Art. 58.- ■ De Ëi-fcher is verplicht aan dat verzoek rte voldoen, eer dc dag'in Réchten diént, dcór  C 79 } het leveren vah een Gerechtclyke of Notariecle acte van borgtocht van een Ingezeten der Bataaffehe Republiek, volgends Formulier N°. 18. Wordt door den Eisfcher die gevraagde Borgtocht voor den Rechtdag niet gefteld, of wel dezelve door den Rechter onvoldoende Verklaard, verleent de Rechter aan den Gedaagden ontflag van de Daging, met condemnatie van den Eisfchher in de "kosten, volgends Formulier N". 19. Indien tusfchen Partyën gefchii ontftaat, of de geftelde Borgtocnt genoegzaam is, zal daarover geen formeel Rechtsgeding plaats hebben, maar hetzelve, op den beteekenden Rechtdag, voorliet doen van Éiseh, door dert Rechter, na mondeling verhoor van Parthyën , beflist; en, dadelyk na die beflisfing, of ontflag van de Daging verleend, of Eisch gedaan worden. Art. 59^ Beide Partyën ten beteekenden Rechtdage verfchynende, wordt door den Eisfcher by NotUl ter Rolle Eisch gedaan, en zulks aangeteekend, volgends Formulier N°. 20. Art. 60. Ten zelfden dage, daadelyk na dat Ëisch is gedaan, is de Gedaagde gehouden te excipieeren of te antwoorden. — Blyft hy van dat eeri of ander in gebreke, verzoekt de Eisfcher ter Rolle Recht op zyne vordering Van Provifie, en ftaat Voorts de Gedaagde gelyk met iemand die voor de derde- of laatfte maal Gedagvaard' en niet verfchenen is; wordende dienvolgens de Eisfcher toegelaten, om ten principalen zyn Eisch met de (tukken overteleggen, volgends Formulier NQ. ai. F Aft Borgtocht tf voldoen. Pan hei doen van Eisch. Van het ex- cipieeren of antwoordent  C 80 ) Van de exeeptlve Con- { cluften. { l Alle exceptiente gelyk voor te ftellen. Een Lyst van ftukken daar onder te ftellen. Van het antwoorden Art. 6r. Het nemen van Exceptive conclufiën (vol;ends Formulier N°. 2.2.) zal alleen mogen ;efcbieden ,. in de volgende gevallen : waneer de Gedaagde beweert: a. Dat de gedaane Dagvaarding nietig is. b. Dat de Rechter onbevoegd is. c. Dat de zaak reeds aanhangig is voor een anderen Rechter, of voor fcheidsmannen. d. Dat over de zaak een fchriftelyk vergelyk getroffen is. e. Dat de zaak reeds beflist is door een Rechterlyk vonnis, of door uitfpraak van Scheidsmannen. ƒ. Dat de Aanlegger tot geen hooger beroep mag worden toegelaten. g. Dat de Eisfcher de qualiteit niet bezit, die hy zich toefchryft. h. Dat de Gedaagde de qualiteit niet heeft, waarin hy is opgeroepen. Ar. 62. By zoodanig eene exceptieve conclufie is de Gedaagde niet verplicht op de zaak zelve te antwoorden ; dog meer dan eene exceptie vermeenende te hebben, moet hy die alle te gelyk voorftellen. Art. 63. De Gedaagde eene exceptieve conclufie indienende, is verplichr daaronder te ftellen een Lyst of Notitie van de ftukken, waarop hy zyne Exceptie grondt; en van die conclufie en Lyst, als mede van de ftukken , ftaande Rolle aan zyne Partye Copie overteleveren. Ar. 64. Ten naast daaraan volgenden Rechtdage is de Geëxcipieerde gehouden op de Exceptie te ant«  C 81 ) antwoorder),, daarby op gelyke wyze als in 63. üytie (lukken voegende, en copielyk aan partye overleverende. Blyft hy daar van in gebreke, wordt de ttxeipient toegelaten op de voorgeilelde Exceptie recht te vragen. Art. 65. Zoo by het antwoord op de Exceptie o-ee11e middelen zyn ter nedergefteld, noch ftukken gevoegd zyn , moet de zaak op de Exceptie ftaande Rolle worden voldongen, doch zyn 'er middelen of ftukken by gevoegd, moet de Excipiënt repliceeren ten naasten' Rechtdage, en de Geëxcipieerde daarop daadelyk düpliceeren, ten ware by dat Replicq wederom middelen of ftukken gevoegd waren , wanneer hy of daadelyk, of op den eerstvolgenden Rechtdag, moet dupliceeren. Een van beide Partyën in gebreke blyvendc te repliceeren of te dupliceeren , wordt de zaak op de Exceptie gehouden voor voldengen. Art. 66. Geen andere gronden van verdediging, dan die behooren tot de gevallen , hier vooren Art. 61. opgenoemd, mogen door den Gedaagden onder de gedaante van Exceptiën voorgefteld worden; al is 't, dat de Gedaagde daarop mogt beweeren, van de gedaane Daging te maeten worden ontflagen, zynde hy, in zoodanig geval, verplicht, dien onverminderd op de zaak zelve te antwoorden. Art. 67. Wanneer de gedaagde geene exceptiën voorftelt, mocthy ftaande Rolle, en, wanneer de/ door hem vöOrgefttldë exceptiën door den< Rechter verworpen zyn , op den eerften Recht-J dag, na dat hetzelve Vonnis ia kracht van gewysde gegaan is, z;oo op de proviüe, inF 2 ge- op de Exceptie. Van het voldingen der Excep-] tién. Welke verdediging niet bywege van Exceptie te doen. Van het antwoorden

revat die gevorderd is, als ten principaalen mtwoorden, en wordt in beide gevallen ftaanle Rolle de zaak op de provilie voldongen, mi vervolgends voorgedragen , het zy ten zelfden dage, of op zoodanigen anderen tyd , als de Rechter daartoe zal bepaalen , terwyl de Eisfcher ten principaalen tyd van beraad mag nemen, om te repliceeren. Art. 68. Deeze tyd van beraad loopt by de Rechtbanken en Gerechtshoven, zonder_ onderfcheid, waar partyen woonen , op vier weeken, ingaande met den dag, dat de conclufie van antwoord is ingediend, ten ware de Rechter by het appoinclement zelve , of by afzonderlyke dispofitie, korter tydsbepaaling aan partyen hadde voorgefchreven. Art. 69. , Even gelyk de Eisfcher by de middelen van • zyn Request de geheele zaak voordraagt, en 'zyne bewyzen daarby voegt, zoo moet ook , de gedaagde by de middelen van zyne conclufie van exceptie of antwoord alle de daadzaaken onderfcheidenlyk ter nederflellen, en van de ftukken, waarvan hy tot bewys dier daadzaaken gebruik wil maaken, een Lyst of Notitie onder de conclufie laten volgen. Art. 70. I Die gedagvaard is, om zyne handteekening f of handeling ie kennen of te ontkennen, is ■e verpligt zulks by zyne conclufie van antwoord te duidelyk te doen, of zal by gebreke van dien de handteekening of handeling gehouden worden voor bekend. Art. 71. r Van de conclufie en de Lyst of Notitie van ./-Rukken, gelyk ook, indien op korte termynen  [ 8j 3 nen geprocedeerd wordt, van de Stukken ze!- /ve, zal ftaande Rolle Copie aan de Partye ,g of deszelfs Praétifyn worden overgeleverd , C gelyk mede een Copie van de conclufie aan fi den Secretaris de Rolle waarnemende,-om t ter Secretarye te blyven berusten. Art. 72.. Indien de Eisfcher van de Stukken , op des gedaagdens Lyst of Notitie vermeld, of van /■ eenige derzelve, Copie begeert te hebben , zal r hy die binnen drie dagen, na dat door den ë gedaagden van zyne conclulie gediend is, by ( infinuatie mogen vraagen; of, zulks binnenfi dien tyd niet doende, daar van verftoken zyn. En is de gedaagde verpligt riem die Copiën , binnen gelyke drie dagen na de gedaane Infinuatie, te leveren tegen een Recief, onder de Infinuatie te ftellen. Zoo de gedaagde daar van geheel of gedeeltelyk in gebreke blyft, zal hy de ftukken, waarvan geen Copie geleverd is, aan den Rechter niet mogen overgeven, en zullen dezelve, zoo hy dit echter doet, aan hem door den Rechter ongelezen moeten worden terug gegeven. Art. 73. Wanneer de gedaagde vermeent eenige tegenvordering ren laste van den Eisfcher te hebben, al is het, dat dezelve nimmer voor eenigen Vrederechter gediend heeft, mag hy daartoe by zyn antwoord, en in dezelfde conclufie, eisch in reconventie doen, mits de byzondere daadzaaken,waarop die eisch gegrond wordt, duidelyk ter nederftellende, en voords de ftukken tot bewys derzelve, op zyn Lyst of Notitie van ftukken onder de conclulie,opgevende. Art. 74. De gedaagde is bevoegd om in alle zaaken F 3 te Wannen ' door den edaagden 'opie zyner ukken over > leveren. Infinuatie )t het, liveen van Copin van des ïedaagdenf ukken. Van eisch in reconventie,  [ 84 ] geene rccon-1 ve itie mag gedaan worden. Van VreemdelingenBorgtocht voor het gewysde in reconventie te verzoeken. Wanneer ei hoe door dei Eisfcher te repliceeren, en in recon ventte te anl woorden. e mogen doen eisch in reconventie, u"*gc:ondercl: a. Wanneer het onderwerp van de reconventie niet behoort onder die zaaken, waarvan de Rechter in conventie bevoegd is kennis te nemen. b. In zaaken die by appel van de Burgerlyke Rechtbank aan het Gerechtshof gebragt worden. Deeze laatfte uitzondering egter bepaald zich tot de Gerechtshoven, en is niet betrekkelyk tot de appellen van de Vonnisfen van den Vrederechter en Byzitters aan de Burgerlyke Rechtbank, als in welke altyd het doen van reconventie geoorloofd is. Art. 75. Wanneer een Ingezeten door een Vreemdeling gedagvaard'is, en eisch in reconventie tegen dien Vreemdeling doet, mag hy daar by tevens verzoeken borgtocht voor het gewysde in reconventie te vallen, en is niet verplicht in de zaak in. conventie voord te Procedeer n , epr dat aan dit verzoek van borgtocht is voldaan. — Wordt die borgtocht door den Verweerder in reconventie gefield, en neemt de Eisfcher daar mede geen genoegen , zal dit gefchii zonder formeel Rechtsgeding, na mondeling verhoor van Partyën, door den Rechter beflist worden. Art. 76. 1 De Eisfcher in conventie zal verpligt zyn t op den Rechtdag van vier weeken , nadat de ' gedaagde heeft geantwoord, zyne conclufie van replicq ter Rolle 0verteleveren, tevens - met zyn antwoord in reconventie, zoo daar . toe eisch gedaan is, met eene daarondergeftelde Lyst van zodanige Stukken, vau welke hy, ter wederlegging van het beweerde zyner partv;, zal willen gebruik maken. Zoo  £ 85 ] Art. 77. Zoo by de conclulie van replicq geene middelen zyn ter nedergefteld, en geene lyst van nieuwe ftukken onder dezelve wordt ge-: vonden, is de gedaagde gehouden ftaande Rolle te perfifteeren voor duplicq, gelyk ook voor replicq in reconventie, zonder van eenige nieuwe ftukken gebruik te mogen maaken. En zal dan ook de Eisfcher, als verweerder in reconventie, terftond in gelykervoege voor duplicq moeten perlifteeren ; Doch, wanneer by replicq van middelen of nieuwe ftukken wordt gebruik gemaakt, zal de gedaagde weder vier weeken tyd hebben, om daar tegen te dupliceeren, en inmiddels Copiën der nieuwe ftukken te vraagen als in Art. 72. Art. 78. De conclufie vau duplicq dient tot tegenfpraak van het replicq; waarom dan ook de gedaagde daarby nog van nieuwe ftukken mag gebruik maaken, tot wederlegging van hetgeen de Eisfcher by zyne laatfte conclufie, zoo in conventie als in reconventie, heeft aangevoerd ; waarop dan ook in dat geval de Verweerder in reconventie een gelyken tyd moet hebben, om daar tegen te dupliceeren , en inmiddels Copiën te vragen van de nieuwe ftukken, by het replicq in reconventie gemeld. Art. 79. Tn de gevallen, by de drie laatstvoorgannde Articulen gemeld, zal het echter den Eisfcher en Gedaagden over en weder vry (laan den hun vergnnden tyd te verkorten, en op een vroegeren Rechtdag hunne conclufie van replicq of duplicq in te dienen, mids daarvan ten minften tweemaal vier en twintig uuren bevoorens aan de party door een Bode of Exploictier fchriftelyk doende kennis geven, volgends Formulier No. 23. F 4 Art. 80. Vtinhet vollingen der '.aaken. Inrigting van het Duplicq Partyen mogen den Regtdag tot het dienen van hunne conclufiën 1 er vroegen.  [ 86" ] By Re-en jDuplicq alleen nieuwe Stukken te voegen. Gevolg van het niet reJniceeren of dupliceeren. Na Duplicq geene verdere Dingtalen ttqe te flaan. De termynen fliptelyk $e. houden. Art. 80. Dé Stukken , die by de conclufien van Replicq en Duplicq gevoegd worden , mogen geene andere zyn dan nieuwe Stukken, dat, is welke by bet indienen van den eisch of het antwoord niet noodig waren , maar door het geene by antwoord of Replicq is bygebiagt eerst noodig geworden zyn. Op andere Stukken, die te-s gens het voorfchrift van dit Artikel zouden mogen zyn overgelegd, zal de Rechter geen Recht mogen doen, maar dezelve aan partyën voor de beflisfing der zaak terug geven, en daar van op de Lyst, onder de conclufie ftaande, door den Griffier cf Secretaris eene korte aanteekening doen ftellen. Art. 81. Wanneer een der partyën , op den daartoe bepaalden dag, niet repliceert of dupliceert, verzoekt de wederpartye , en verklaart de Rechter , dat de zaak zal worden gehouden voor voldongen. Art. 82. Na den bepaalden dag van Duplicq worden geene verdere dingtaalen toegedaan, dan alleen die, welke dienen mogt om eene by Duplicq gedaane prad'entatie aan te nemen. Art. 83. Alle termynen ter Rolle zullen ftiptelyk op, hun tyd worden in acht genomen, zonder dat de eene partye daaromtrent 'aan de andere eenig uitftel zal mogen verleenen; en zal de Secretaris , de Rolle waarnemende , gehouden zyn te letten , dat door de eene partye de dingtaalen, waartoe de dag dient, ter Rolle gehouden worden , en dat door de te-r genpartye de gepaste verftekken, om hem daar toe te noodzaaken, op hun tyd gevraagd wor-. e Pen* hige Penningen van belang, tot den Boedel vingen ter behoorende , ontvangen hebben, zullen zy Secretarie verpligt zyn, die dadelyk te brengen in con- te sonftgnee* iignatie ter Secretarie; behoudens nogtans ren, dat zy, van het geen zy van tyd tot tyd zul! len ontvangen , met goedkeuring van Commisfanslen, zoo veel onder zig zullen houden, als tot het doen der noodige betaalin^en vereischt zal worden. Art. 114. Zoo dra in een Boedel Sequestratie of Cu« SeqttéHra* rateele verleend is, zullen alle Procedures , tie en Cura* mitsgaders ook de Executiën, voor zoo verre teek, doen den Boedel betreft, dadelyk ophouden; doch de Proces/en zoodamge Rechtsgedingen, welke van dien en: Execuaart zyn, dat dezelve ten nutte van den Boe- tién opkou* del behooren te worden voortgezet, en hy den. het regelen van de preferentie niet kunnen worden afgedaan, zullen door de Sepuesters ot Curateurs, met voorkennis van Commisfansien, worden overgenomen en vervolgd. O 2 Art ti$t  C 2$ > Art. 115. t Van het Wanneer een Schuldenaar, wiéhs Boedel ïrl voor/rellen fequestratie is gefteld , met zyne Schuldeisfchers van een Ac- een accord zal willen aanga, n, zal hy, om cord.- daartoe te geraaken, gehouden zyn, uiterlyk binnen den tyd van zes weeken na de fequestratie, lui opftel of dc aéïe van zoodanig accord, het zy hetzelve bereids door fommige zyner Schuldeisfchers mogt zyn aangenomen of niet, benevens ccn Lyst van de naamen en woonplaatfen van alle zyne nog niet geteekend hebbende Schuldeisfchers, over te leveren' aan Cömmisfafïsfen$ en zal vervolgens, (wanneer 'er geene redenen voor handen zyn om zulks te weigeren) door Cömmisfaf ïsfen worden toegeftaan, dat aan alle Schuldeisfchers, welke 't accord nog niet geteekend hebben, gezonden worden gedrukte Brieven of Bekendmakingen, door den Secretaris onderteekend, fvolgends Formulier N°. 31.) ten einde dezelve op eenen te bepaalen tyd in perfoon, of door Gemachtigden, zullen moeten verfchynen voor dezelve Commisfarisfen, om op het voorn. Accord, welks zakelyke inbond in dc voorfz. Brieven eu Bekendmakingen kortelyk zal moeten vervat zyn? te wórden gehoord. Art. 116. Staat en De Schuldenaar, tot een Accord willende Batarce te komen, zal ook gehoudm zyn, om, met bemaken en luilp van den gcftelden lequester, op te maken ter bez'sti- een juistencn behoorlyken ftaat en balaucevan eine /gr. zynen Boedel, met oprechte opgave van de " fe baaten cn fchulden van denzelven, onder aan*' * ' bod van Eede des noods, dat de voorfz. ftaat en balance is deugdelyk en volledig, en dat hy de daarby gebragtefommenswaarlyk nog fchuldig is, en geene Schuldeisfchers verzwegen heeft; welke balance, benevens de Boedel-papieren, voorde te houdene byëenkomst by, den • Se-  L 99 3 Sequester, of op een onzydige plaats, ten behoeven van de Schuldeisfchers zal moeten ter bezigtiging liggen, met vermogen, om daarvan of uit ten hunnen kosten Copiën of Extracten te mogen nemen. Art. 117. Op de byëenkomst door Commisfarisfen nan de Schuldeisfchers den ftaat des Boedels, benevens het ontworpen Accord , voorgedragen zynde, zullen dezelven alle pogingen aanwenden, ten einde de Schuldeisfchers"tot het aannemen van het Accord te bewegen. Art. 118. Het minder deel van de Schuldeisfchers zal gehouden zyn, in het maken van het accord, het meerder deel te volgen in die plaatfen , en 1 met die bepaalingen, als zulks by plaatfelyke; Wetten is vastgefteld. En zal, waar dezelve : niet zyn, ten deezen opzichte gevolgd worden het algemeen recht, tot dus verre ftarid gegrepen hebbende, zoo lang in het algemeen Wetboek daaromtrent geene bepaaling gemaakt zal zyn. Art. 119. Commisfarisfen zullen het vermogen hebben , om, wanneer zulks door één of meer Schuldeisfchers voorgefteld, en doorhun Com-, misfarisfen dienstig geoordeeld wordt, de g'e-j zamenlyke Schuldeisfchers, of een of meer der- . zelve, te verplichten, om zich onder Eede te ; zuiveren, van met den Schuldenaar geen an-, der accord gemaakt te hebben, noch boven andere Crediteuren bevoordeeld te zyn , en wyders, dat zy ter goeder trouwe vermeenen den gdelyke Schuldeisfchers te zyn tot zoodanige fomme, als waarvoor zy op de Lyste bekend flaan, of zich opgeven. Q 3 Art, |io, Hoe op de Comparitie te handelen. Wanneer de ninderheia ie meerder' teid moet wlgen. Wanneer 'an de Schuldeis'chers een Eed van zui■ering te variëren.  f 1CQ j tyhefting (rafie^ Vëvtmde- fWg der Sequestratie ift {en Curatele, JDe infolvrritie in de Couranten li l end te P« Boedels ufeteten sneesfirn fpoed te- Art. 120. Wanneer het accord is- tot Rand gebrast zal hetzelve,'op voordragt yan Commisfarisfen* en wanneer geene redenen tot het tegendeel voor handen zyn, door de Rechtbank worden goed, gekeurd; de fequestratie van des Schuldenaars Boedel fmids bctr.alcnde de kosten daarop gevallen) worden opgeheven (by Acle volgens Formulier Np. 32.) en hy wederom herfteld in dien ftaat, waarin hy voor de fequestratie was, en zal die Acte, onder het voorfz. accord gefteld, ter Secretarye blyven berusten, en aan hem daarvan een Copie authentiek worden uiti gegeven, Art. 121, Edoch geen accord voorgefteid, of hetzelve niet tot ftand gekomen zynde, zal de Rechtbank de fequestratie veranderen in eene cura-> teek, cn het zy de Sequesters of andere Perfo.meu, aan welke dan de Boedel door de ge-, wezen Sequesters zal moeten worden overgegeven en verantwoord, tut Curateurs aan (tellen, om door dezelven de Boedel venier als infolvent behandeld, en met den meestenfpoed. tot effenheid gebragt, te worden. Art. 122. De Curateurs zullen moeten zorgen, dar, zco dra een Boedel infolvent verklaard is* daarvan, en van hunne aanftelling, in de Couranten eene Bekendmaking worde gedaan, en de Schuldeisfchers daar by aangemaand, om hunne vorderingen ter Secretarie van de Rechtbank op te geven, welke aldaar in een daartoe te houder..Registerzullenworden aangeteekend» Art. 123. Alle Curateuren, in infolvente Boedels aan, gefield, zullen verplicht zyn, de nog niet ingevorderde fcjiulden met alle naarftigiieid in te vori  C ioi ) vorderen; de Goederen tot de Boedels behoorende, ie doen verkopen en te gelde te maken, namelyk, de onroerende Goederen op de daartoe gel'chikte tyden van het Jaar, en de roerende Goederen , na dat zulks volgens de byzondere gebruiken op iedere plaats het voordeeligst / geoordeeld zal worden ; en voords dezelve Boedels met allen mogelykeri fpoed tot effenheid te brengen; ten einde , zoo ras doenlyk, de preferentie en concurrentie zal kunnen worden geregeld. En zullen lilt dien hoofde de Curateuren in ieder Boedel alle zes maanden aan Cammisfarisfen fchriftelyk moeten opgeven, hoe verre zy met de beredding dier Boedels gevorderd zyn, met korte aanwyzing van de redenen, waarom dezelve nog niet tot effenheid hebben kunnen gebragt worden. Art. 124. Zoo dra Curateuren de Rekening van hunne gehouden directie en administratie opgemaakt < en in orde gebragt hebben , mitsgaders een dag < tot het doen derzelve Rekening-bepaald gewor- < den is, zullen de bekende Schuldeisfchers by i gedrukte Billictten (volgends Formulier N°. 33) en de onbekende by Ediftaale Dagvaarding (volgends Formulier N*. 34.) in de Couranten bekend te maaken , tegen vier weeken daarna worden opgeroepen, om hunne vorderingen, zoo zuiks niet gefchied is, als nog ter Secretarie r ptegeven, en om by het doen vau voorfz. rekening tegenwoordig te zyn , met byvoeging, dat, het zy dezelve verfchynen dan niet, met het opnemen en fluiten van gemelde Rekening zal worden voordgegaaiu^ Art. 125. De Rekening opgenomen en gefloten zynde, zullen de bekende Schuldeisfchers by ge- d drukte Billietten (volgends Formulier Ny. 35. ei G 4 'en Oproeping Ier Schuldis fchers , om le Rekening >ytewoonen* Oproeping r Schuldsfehers m  [ ] nnne vorderingen te vettiger,. Oproeping der Schuldeisfchers , toi het regelen der preferentie. ■ Dc Reh Hing voora cn dc onbekende by lEdiéhale Dagvaarding (volgends Formulier N°, 36.) in de Couranten bekend te maken, tegen vier weken daarna, voor de tweede maal worden opgeroepen, om hunne vorderingen , zoo zulks niet gefchied is, ais nog rer Secretary optegeven en te wettigen, of die van hunne mede-fchuldeisfchers te zien wettigen, met by voeging, dat de geenen , die hunne vorderingen niet opgegeven en gewettigd hebben, tot de preferentie niet zullen worden toegelaten. Art. 126. J^a het aflopen van deeze tweede oprce> ping, zal een dag tot het regelen der preferentie door de Rechtbank bepaald worden , en zullen de bekende Schuldeisfchers by gedrukte Billietten, (volgendsFormulierN0. 37.) en de onbekende by Ediclaaie Daagvaarding (volgends Formulier NQ. 38.) in de Couranten bekend temaken, tegen vier weeken daarna, voor de derde cn laatfte maal worden opgeroepen , om a}s nog hunne vorderingen, voor zoo vene zy daarvan in gebreke mogten gebleven zyn, optegeven en te wettigen, en om voorts mede optegeven , of en hoedanig zy zouden mogen vermeenen daar mede geprefereerd te zyn , midsgaders hetzelve vooraf gedaan zynde, te zien houden preferentie en concurentie over den boedel, op pene, dat na dien tyd niemand, wie hy zy , of onder wat vöorwendfèl, hoe ook genaamd, tot de te houdene preferentie zal worden toegelaten, maar dat in tegendeel aan allen , die hunne vorderingen niet opgegeven noch gewettigd hebben, een eeuwig ftilzwygen zal worden opgelegd. Art 327. De Rekening van Curateuren, hier vooren FArt. 124.' vermeld , zal met alle de befcheiden' daar-  C io3 3 daartoe behoorende, agt dagen voor het doen < derzelve , bezorgd worden' in handen van j Commisfarisfen , om dodr dezelven gezien en ^ naargegaan, alsmede de noodige begrooting der Declaratieh , als anderzins , gedaan te worden. En zal de Rekening, wanneer die opgenomen en gefloten is, met de daarby behoorende Papieren, ter Secretarie moeten blyven berusten. Art. 128. Ten opzicht van het regelen der preferentie en concurrentie zal in dier voegen gehandeld worden , dat onder de Schuldeisfchers, ofi wel de Praclizyns dezelven bedienende, een vonnis van Preferentie opgemaakt en geregeld worden; 'hetwelk gedaan zynde, zal hetzelve Concept-Vonnis gefteld worden in handen van Commisfarisfen, om de deugdelykheid der daarin gebragte vorderingen, is 't nood, te onderzoeken , en wyders naar te gaan, of de preferentie overeenkomftig het recht geregeld is, en zal alzoo hetzelve vonnis wórden goedgekeurd en uitgefproken. met by voeging, dat hetzelve op 0vergift der Schuldeisfchers gewezen is, en dat alle anderen, in het vonnis niet' gemeld, van hun recht en aanfpraak op den boedel verftoken worden, en aan hun. een eeuwig ftifzwygen wordt opgelegd. Art. 129. Wanneer de Schuldeisfchers zich, omtrent de preferentie, of over de deugdelykheid eener concurente Schuld , niet kunnen ver-" ftaan, zal de zaak ten kortften en fpoedigften, in ftaatvan wyzen gebragt worden, zoodanig, als partyen ouderling, door tusfehenfpreken (des noods) yan Commisfarisfen, zullen overeenkomen, of in geval van verfchil zal worden bepaald, C- 5 Art. 130- loorCommis-. arisjèn nate* \aan. Hoedanig ie Prceferenie te regelen, Hoe de geschillen over ie preferentie te hekanleien.  £ io4 3 Van het tiitdeelen der Penningen , zoo niet geappelleerd Behandelingvan verlaten en onheheerdeBoedels. i En van Boedels der geenen. die onder Cnrateele ftaan. iv. aY« Art. 130. Wanneer by Vonnis in een infolventen Boedel de preferentie en concurrentie vastgeileld is , zal met het doen der uitdeeling worden afgewagt, of ook door iemand der Schuldeisfchers binneri den tyd van tien dagen daarvan e ig Appé'_ wordt aangeteekend. Zoo dit Appél vervolgd wordt, moet door den Appellant ten Copie van zyn Request om Appél, en van de Appoinctementen daarop verleend, ter Secretarie van de Rechtbank bezorgd worden. Geen Appél aangeteekend, of den tyd tot het vervolgen van 't Appél verbreken zynde , zonder dat de evengemelde Copie ter Sacretarie geleverd is, zal met de uitdeeling dadelyk worden voordgegaan, zonder dat de geen, wien eenige penningen zyn toegewezen, by het ligten derzelve eenige Borgtocht zal behoeven te [lellen. Art. 131. Het geen in deeze Afdeeling met opzicht tot irefequestreerde of infolvente Boedels vastgefteld is, zal ook, zoo verre de aart der zaake dit toelaat, plaats hebben ten aanzien van verlaten m onbeheerde Boedels , fchoon folvent zynde, welke onder fequestratie gefteld, en ten behoece der belanghebbenden, onder het opzicht der Rechtbank, beilierd en tot effenheid gebragt zulen worden. Art. 132. Onder het oppertoezicht van de Rechtbank jullcn ook beheerd worden de Boedels der geeten, over welker perfoon en goederen curaede, of eenige andere.Commisfie, verleend is.  IV, AFDEELING. Fan zaaken van Arrest* Art. 133. Geen Burger of Ingezeten van de Bataaflchi Republiek is in perfoon of goederen arresta bel, dan alleen in deeze gevallen: - at Dat gearresteerd mogen worden zodanig Goederen van een Ingezeten van deez< Republiek, waarop de Arrestant eenii reëel recht, het zy van Eigendom, Hy potheecq of dergelyk wil vervolgen. k. Dat in hun perfoon alleen arrestabel zyt die geenen, welker Boedels dadelyk zyi infolvent verklaard. c. Dat de perfoonen en goederen beiden gear resteerd mogen worden van allen, die dooi hunne daaden toonen toebereidzelen u maaken, om zich buiten deeze Republiek te begeven, of zich bcdektelyk van hunner Boedel en Goederen trachten te ontdoen. Art. 134. De Perfoonen of Goederen van hun, die buiten de Bataaffehe Republiek woonachtig zyn, mogen overal gearresteerd worden, om daar door het Rechtsgebied van eenige Rechtbank pf Gerechtshof ten hunnen opzichte te wettigen, en derzelvergewysdc ter executie te kunnen leggen. •Art- 135. Een Vreemdeling of deszelfs Gemagtigde arrest doende op de Perfoon of Goederen van een ander Vreemdeling, of ook'op zoodanige Goederen, waarop hy recht; van eigendom of . Geen Ba» . taafsch Burger arrestabel , dan in > drie geval- \ len. L Vreemde* lingen zyn arrestabel. Een Vreemdeling , arrest doende ^ moet domicilie kiezen..  C io6- ] Ah mede lorg /lellen. Wann»er Vreemdelingen, arrest doende, met 'dezaakzelw hypotheecq vermeent te hebben, is verpligt by zyn arrest domicilie te kiezen, binnen de Stad of Plaats, waar de Rechtbank, onder welks Rechtsgebied het arrest gedaan wordt, haare Zitting houdt, en by gebreke van dien zal het arrest dadelyk, en zender dat daartoe eenige Rechteriyke Verklaaring zal worden verëischt, gehouden worden van onwaarde, en als piet gedaan. Art. 136. Zoodanig Arreftant zal, na daartoe door of van wegen den Gearresteerden zeiven, of die geenen, welke zouden kunnen aantoonen daarby belang te hebben, te zyn geïnlïhuëerd, (volgends Formulier N°. 39.) binnen driemaal vier-en-twintig uuren moeten ftellen behoorlyke borgtocht voor alle kosten, fchaden en intresfen, welke door zoodanig Arrest veroorzaakt zouden kunnen worden, en daarvan aan den Infinuant binnen driemaal vier-entwintig uuren moeten leveren behoorlyke Acte; by gebreke van 't welk hetzelve Arrest, op een verzoek door den Infinuant by Requeste gedaan, (volgends Formulier N°. 4.0.) door den Rechter dadelyk zal worden verklaard nietig cn van onwaarde, met dat gevolg, dat zoodanig arrest niet andermaal zal mogen gedaan worden, dan met byvoeging van eene behoorlyke Acte van Borgtocht; alles onverminderd" het recht en actie van den Gearreftecrden, ten opzichte van het nietigverklaarde Arrest zelve. Art. 137. Vreemdelingen, onder een en denzelfden Rechter behoorende, zullen eikanderen en hunne Goederen, binnen de Bataaffehe Republiek, wel mogen arretteeren tot verzekering van hun agterwezen, doch zal de Gearre- fleeti  E i°7 3 {leerde mogen verzoeken, dat de zaak magj worden verwezen naar hun beider dage-1 lykfchen Rechter; blyvende niettemin het, arrest tot verzekering ftandhoudén, ter tyd. en wylen de zaak zelve, of de wettigheid of onwettigheid van 't Arrest, door den Rechter by uiterlyk gewysde zal zyn befltst. Art. 138. De kennisneming van Arresten, gedaan op Goederen, behoorende tot een Boedel, welke 1 onder publieke beheering gebragt is , zal ten verzoeke van de Sequesters of Curateurs, moeten worden verwezen naar de Rechtbank] van de plaats, alwaar de Boedel beheerd/ wordt; blyvende niettemin het Arrest voortduuren, tot dat de zaak voor die Rechtbank by uiterlyk gewysde zal zyn beflist. Art. 139. ' Eenige Parten Scheeps, niet uitmakende het meerendeel van dien, gearrefteerd zynde,; zullen de Schepen daardoor met belet worden te vaat-én, onverminderd en zonder benadeeling van 't zelve Arrest, rnids dat de Schipper voor den Rechter onder eede zal, hebben verklaard, hoe veel hy het gearrefteerde waardig agt, en beloven, na zyn volbragte reize, ten behoeve van den Arreftant, indien het Arrest by gewysde zal zyn gewettigd, te zullen doen goede rekening, 'bewys en uitkeering; en zal de Schipper, een Vreemdeling zynde, tot dat einde domicilie kiezen. Art. 140. Maar *t geheele Schip of 't meerendeel gearrefteerd zynde, zal 't zelve niet mogen vaaren, zonder dat alvoorens Borgtocht voor t rewysde zal zyn gefteld; uitgezonderd wanneer e verwyzen taar hunnen, rewoonen ' lechier. Arresten op Hoederen 'an defolate loedels , vaar te be-= 'sndelen. Van Arres' en op parten Scheeps, hei merendeel tiet uitmakende. Van Arresten op een geheel Schip, ?ƒ V meerenieelvandien.  Van Arresten tp een Zylree-liggend Schip, of cp Goederen aan boord. Welle Arresten op eigen gezag mogen gedaan norden. Art. 143; neer 't Schip voor dato van *t Arrest fef* vracht is, en daarvan blykt by publiek Inftrument, in welken gevalle alleen Borgtocht voor de waarde van 't Schip zal worden ge* Held; doch zoodanig arrest gedaan zynde, uit hoofde van Rusting, Byl-ofte Bodemarybrieven, zal 'c zelve niet mogen afgedaan worden onder eenige Borgtocht, dan met toeftemming van den Arreftant. Art. 141. Een Zylree-liggend Schip, of Goederen aan Boord van eenig Schip, het zy uitgaande, het zy inkomende, gearrefteerd zynde, zal de Arreftant gehouden zyn , binnen tweemaal vier-en-twintig uuren, de redenen van zyn arrest, in gefchrifte. apn den Schipper of aan Scheepsboord, of, wanneer Goederen gearrefteerd zyn, aan den geenen, aan wien dezelve Goederen behooren of geaddresfecrd zyn, of door wien dezelve zyn afgeladen , te leveren , met Copiën van de befcheiden, waarop hy het arrest zal willen gronden 5 zullende,by gebreke van dien, het arrest worden gehou- ■ den voer nietig en van onwaarde. Art. 142. Alle Arresten op Goederen mogen gefchieden op eigen gezag van de Arreftanten (by Acte van Arrest, volgends Formulier Np. 41.) doch tot het doen van Arresten op Perfoonen , muet men zich by Request (volgends Formulier N°. 42.) aan den Rechter vervoegen, en, zoo veel doenlyk met bewys van dc fchuld, en van de redenen tot arrest, verzoeken auctorjfatie op den Gerechtsbode, om het arrest te doen.  C 109 ) Art. 143. Wanneer de Rechter de redenen genoegzaam gegrond vindt, verleend hy de verzogte auctorifatie tot het doen van 't Arrest, en ordonneert voords eene Comparitie tot accord, nadat 't Arrest gefchied zal zyn. Art. 144. • De Comparitie tot aecord voor den Rechter gehouden vrugteloos aflopende, zal het. den Gearrefteerden vry liaan by Request aan den Rechter te verzoeken, dat aan den. Arreftant een korte tyd bepaald worde, binnen welken hy tegen den gearrefteerden appoinclement van Citatie zal moeten verzoeken, op zoodanige korte termynen, als de. Rechter zal bepaalen, of dat by gebreke van dien het arrest dadelyk kost en fchadeloos zal worden afgedaan. Art. 145. Een Arrest op Goederen op eigen gezag gedaan zynde, zal de Arreftant, op pcene dat het arrest, ten verzoeke van de belanghebbenden, zal worden nietig verklaard, binnen zes weeken daarna by Requeste aan den Rechter moeten verzoeken, dat hetzelve arrest doorhem zal worden goedgekeurd, en ftand moeten houden, tot nadere dispofitie van den Rechter. Op dit Request zal de Rechter, zulks mogelyk en dienftig oordeelende, eene Comparitie ordonneeren, om den geenen, wiens Goederen gearrefteerd zyn, en verdere belanghebbenden te hooren, en na het aflopen van die Comparitie disponeeren, als naar behooren. Art. 145, Hoe op een verzoek om auclorifatie tot Arrest te disponeeren. Hoe den Arrestant tot het vertoeken van Appoinclement van Citatie te nood» zaaken. Een Arrest p eigen gelag gedaan , hor den Rechter te loen goedkeuren.  Een Arrestant op Goederen tot het vraagen yanAppoinctethent van Citatie te noodzaaken. Hoedanig een verzoek ■cm Appoinclement van Arrest cn Citatie in te rigten. Hoe Arresten worden te werk gelegd. C iw "j Art. 146. liet ftaat den Gearrefteerden, mids, zoo hy een Vreemdeling is, vooraf domicilie' kiezende , van het oogenblik af aan , dat het arrest gefchied is, ten allen tyden vry, om'den Arreftant tóf het verzoeken van appoinétement van Citatie te noodzaaken; op gel'yke wyze als byArt. 144. omtrent Arresten op perfoonen is vastgefteld. Art. 147. Alle Requesten en appoinétementen vah Arrest en Citatie of van Citatie alleen, zoo het arrest reeds is gedaan, moeten (volgends Formulier NQ. 43.) worden ingerigt tegen den Gearrefteerden, om te antwoorden op des Arreftahts eisch en conclufie , zoo tot bekragtiging van het arrest, als tot hel bekomen, der voldoening, levering, of anderzins, die de Arreftant vermeent van den Gearrefteerden tc kunnen vorderen; En voorts ook tegen, den geenen, onder wien het Arrest gedaan is, om het zelve te gehengen en te gedoogen, als mede des noods onder Eede op te geven, of cn wat hy van den Gearrefteerden onder zig heeft. Art. 148. De Arresten worden te werk gelegd door een Gerechtsbode of Exploictier, in arresten op perfoonen door, des noods met Juftitie Dienaars geadfifteerd, den Gearrefteerden in het Civiel Gyzelhuis van de Rechtbank of van het Gerechtshof over te brengen; in arresten op onroerend goed, door Infinuatie aan den Eigenaar of BeWooner van bet Perceel, of, onbewoond zynde, by aanplakking op den Voorgevel, en daar en boven by Infinuatie ter Secretarye van de Plaats, alwaar het Prothocol van die goederen gehouden wordt; en in  in arresten op roerend gd^d, door Infinuatie Van een Acte of Appoinétement aah dert gee; eh, onder wien 't arrest gefchiedt, des noods ook met inlogeering van Bodens, of overbrenging van het gearrefteerde op een andere verzekerde Êlaats , mids daartoe in 't byzonder door den eqhter auétorifatie verteend zy. Art. 145*. De Gerechtsbode levert aan den Gearresteerden by het doen van het arrest, öf uiterlyk binnen vier-en-twintig uuren daar na, Copie Acte van arrest, zoo daar toe vooraf èeen auétorifatie verzogt is, of anders Copie van het Request om authorifatie en van het appoinétement daar op gefiagen * Art. 150. De Gerechtsbode of Exploictier zal van hét gedaan arrest aan den Arreftant moeten uitle-, veren behoorlyk relaas, inhoudende den tyd ■ Wdtineéfj de plaats waar, de perfoon aan wie, en de wyze op welke, hy het arrest heeft geëxploiteerd i Art. 151. By het exploiéteeren van een appöincremerit van arrest en Citatie j of van Citatie alleen, 1 Zullen altyd gevoegd eh aan den Gearrefteer- c, ■ den overgeleverd worden Copiën van de Stuk- 0 ken , welker Lyst of Notitie onder het Re-1 quest gevonden wordt. Art. Ï5SÈ. Den Rechtdag dienende, eri den Arreftant niet verfchynende, zal de gearrefteerde ont- c flagen worden van de daaging, en het arrest r, kost en fchadeloos afgedaan , met cöndemna-/ tie van den Arreftant tot vergoeding vah kosten, fchaden en intresfen, en in de kosten van de zyde van den Gearrefteerden gevallen^ H Am Aan den Gearresteerden Copie AEte van Arrest ié levèreni Relaas wétens een gelaan Arrests By het Ëxloiól Copiën }er Stukken vet té leveem Gevolg ah é Arreftant iet ver'ihynti  C "s ) Gevolg, als de Gearresteerde niet verfchynt. Gevolg, als de geen, onder wien 'f Arrest gedaan is, niet verfchynt. Afdoening van 't Arrest onder Borgtocht. Daarop daadelyk te voldingen. Gevolgen van het fchenden vat een Arrest. Art. 153. Indien de Gearrefteerde met verfchynt , wórdt door den Rechter verklaard, dat het arrest zal blyven ftand houden tot den uiteinde van de zaak , en zal de Arreftant worden toegelaten tot het doen van een tweede Dagvaarding , met condemnatie van den Gearrefteerden in de kosten van de eerfte dagvaarding , en voorts geprocedeerd by drie dagvaardingen , als hier vooren Titul 4. is vermeld. Art. 154. Indien de geen, onder wien het arrest gedaan is, niet verfchynt, zal de Rechter hem condemneeren om het arrest tot den uiteinde toe te gehengenentegedoogen, en om voords, des noods onder Eede, optegeven, wat hy van den Gearrefteerden onder zig heeft. Art. 155. Zonder de beflisfing ten principaalen aftewagten, heeft de Gearrefteerde het vermogen, om by zyn antwoord ter Rolle tc verzoeken eene provifioneele afdoening van 't arrest, onder behoorlyke gejuftificeerde Borgtocht voor het gewysde, op welken voet alle arresten (uitgenomendie uitkragtevan vermeend eigendom of hypotheecq gedaan worden) kunnen worden onrilagen. Art. 156. Op zoodanig verzoek van provifioneel ontflag is der Arreftant verpligt , ftaande Rolle te antwoorden en te voldingen. Art. 157. Die een Arrest fchendt of violeert, zal onverminderd de ftraffen, welke by eemge i plaatfelyke Wetten daar op zyn gefteld, by perfoneele Gyzeling kunnen genoodzaakt wor-  c IH ) deri öm het zelve te herftellen, het zy by wege van Executie tier tegen hem verleende condemnatie tot gehengen eu gedoogen van het arrest; het zy uit kragte eener auétorifatie j daar toe door den Rechter te verleenen» V, AFDEELING. Van Auctorifatiën de facie $ Interdictiën, en Appoinetementen van Casfatie. , Art. 158. Wanneer in weerwil van iemands klaar ert ontwyffelbaar recht eene feitelykheid gepleegd wordt, van dien aart, dat door de afdoening te verfchuiven, tot na een gewoon onderzoek, een onherftelbaar nadeel zoude kunnen worden toegebragt, kan men by Request, met by voeging der noodige bewyzen, aan de Rechtbank of het Gerechtshof verzoeken auétorifatie op een Bode of Exploictier, om daadelyk aan tien Verzoeker te bezopgen dat gunt, het welk hy auderzins by wege van proces zoude moeten vorderen; by voorbeeld wanneer een huurder, wiens huur geëindigd is, weigert ontruiming van het gehuurde te doen, denzelven de faéto daar uit te zetten, enz. volgends het Formulier N°. 44. Art. 159. Op dit Request wordt eene Comparitie geordonneerd, ten ware zulks aan den Rechter; ondoenlyk of ondicnltig voor mogt komen , op , welke Comparitie de Rechter Partyën tracht te verëenigen, doch zulks niet schikkende, wordt op het al of niet verleenen der Auétorifatie mondeling gepleit; en zal in allen gevalle door dtn Rechter op het verzoek worden gedispoH a neerd^ Van verdoeken orn lubï'trifatii ie faBoi Moe daarOi e dhponee-etti  Van vertoeken om AppoinElement van Interdictie en Dagvaarding. Wanneer daar op furcheance te verleenen. Wanneerde furcheance te weigeren. C "4 ) neerd, of door de Auétorifatie geheel of gedeeltelyk te verleenen, indien hem voorkomt, dat zulks op wettige gronden berust, of door het verzoek af te wyzen, indien hy hetzelve oordeelt ongegrond te zyn; of door den Verzoeker te verwyzen tot een gewoon Rechtsgeding, indien de zaak hem twyffelachtig tocfchynt. Art. 160. Wanneer tegen iemands klaar en ontwyffelbaar recht op eene feitelyke wyze indragt gefchiedt, of wettige vrees voorhanden is , dat zulks gefchieden zal, of ook wanneer, al is des Verzoekers recht meer of min bedenkelyk, het gedrag van zyn Party van dien aart is, dat hetzelve een onherftelbaar nadeel aan des Verzoekers vermeend recht zoude kunnen toebrengen, kan men by Requeste aan de Burgerlyke Rechtbank verzoeken Appoinétement, waarby aan de Partye het pleegen dier feitelykheidprovifioneel wordt verboden; en voords Appoinétement van Dagvaarding ,volgends Formulier N*. 45. Op welk Request vooraf eene Comparitie geordonneerd wordt, op gelyke wyze als by het voorig Art. 159. gemeld is. Art. 161. Zoo het recht van den Verzoeker niet daadelyk ongegrond voorkomt, en de voordgang der feitelykheid nadeelige gevolgen zoude te weeg brengen, is de Rechter bevoegd, by het Appoinétement van Comparitie te voegen een bevel , waarby alles middelerwylen en tot nadere dispofitie wordt gehouden in ftate en furcheance, volgends Formulier N°. 46. Art. 162. Indien echter door die provifioneele furcheance de voordgang van eene aangellagene Verkooping of dergelyke zoude worden belet, waar  C «5 ) waar door aan de Partye een merkelyk nadeel zoude toegebragt worden; en de Verzoeker geene reden weet by te brengen, waarom hy met zyn verzoek om interdiétie niet eerder is opgekomen; zal de provifioneele furcheance niet worden verleend, ten ware zeer dringende redenen daar voor waren dienende. Art. 163. Op de geöidonneerde Comparitie kan het verzoek om Interdictie door de Partye worden tegen gefproken, en, wanneer die tegenfpraak door den Rechter gegrond geoordeeld wordt, weigert hy het Appoinétement van Interdictie, met of zonder Condemnatie van den Verzoeker in de kosten. Art. 164. Wanneer het Appoinétement van Interdiétie verleend en geëxploiéteerd is, wordt ook in , dit geval voordgeprocedeerd, volgens het voor ■, fchrift van den 4. Titul van deeze Manier van ; Procedeeren; met dit onderfcheid, dat, wanneer de Eisfcher niet verfchynt, tevens by het ontflag van de Daging, de Interdiétie kost- en fchaadeloos wordt afgedaan. Art. 165. Geene Interdictiën mogen gedaan worden anders, dan na daar toe verkregen Auétorifa-* tïe van den Rechter; uitgezonderd alleen dey Interdictiën om den voordgang van eenig aan- e gevangen werk te Ruiten, welke men op eigen j gezag door een Gerechtsbode mag laaten doen, j volgends Formulier Ns.47., des echter, dat men gehouden is binnen drie maal vieren twintig uuren daar na aan den Rechter by Requeste volgends Formulier N'. 48. te;verzoeken, dat de gedaane Interdiétie zal worden verklaard Tan waarde, met bevel aan den Geïnterdiceer» H 3 den, Wanneer ie verzogte Interdiclii te weigeren. Hoe te procedeeren , ah ielnterdillie 'erkend is. Van Inter■iiliën tot 'uiting van en aangeangenzerk.  C n6 ) Verzoek , cm dezelve door den Rechter te ■doen van waarde vervtr klaar en. Afdoening van feitelykheden, tegen eene Interdictie gepleegd. Van Verzoeken , on, Appoinde-rncnt van Casfatie* den, om alles te herftellen in den voorigen ftaat. By welk Request zullen moeten zyn gevoegd de bewyzen, waarop dat verzoek gegrond is. Art. 166. Op dit Request ordonneert de Rechtbank eene Comparitie om d;n Geïnterdiceerden te hooren, van welke Comparitie het Appoinétement mede binnen de gemelde drie maal vieren twintig uuren moet worden geïnfinueerd, Na dit Verhoor van Partyën, en na des noods ger daane bezigtiging van het werk zelve, in tegenswoordigheid van beide de Partyën gedaan, wordt door de Rechtbank op het verzoek gedisponeerd, of door de Interdiétie van waarde te verklaaren, en het verzogte bevel te verleenen, of door dezelve op te heffen, of door den Verzoeker te verwyzen tot een gewopn Rechtsgeding, blyvende de gedaane Interdictie geduurende hetzelve in kracht. Art. 167. Wanneer de Geïnterdiceerde voordgaat, om tegen de gedaane Interdiétie feitelyk te handelen, ftaat het den Interdicent vry, om zich daar over aan den Rechter by Requeste (volgends Formulier N°. 49.) te beklaagen , en te verzoeken auétorifatie op een Gerechtsbode, om den Geïnterdiceerden tot herftel der door hem gepleegde feitelykheden by daadelyke Gyzeling, zonder vooraf gaande fommatie, te noodzaaken: óp welk Request, na Verhoor van Partyën, door den Rechter wordt gedisponeerd, zoo als hy in goede Justitie vind te behooren. Art. 168. Indien door de Burgerlyke Rechtbank of door den Vrederechter en Byzitters, of door Scheidsmannen in zaaken die geen hooger beroep onderworpen zyn, eenig Vonnis of andere dispofitie pf uitfpraak is uitgebragt, wei-  C ut ) ke nietig en van onwaarde is; kan hy, die zich daar by bezwaard acht, op grond van die nulliteit, en zonder dat daar by eenig onderzoek van de zaak zelve in aanfchouw mag komen, by Requeste (volgends Formulier N°. 50.) van het Departementaal Gerechtshof verzoeken Appoinétement, waarby dezelve dispofitie of uitfpraak als nul en van onwaarde word gecasfeerd, en de zaak ten Hove overgebragt, om aldaar uit dezelfde ftukken op nieuw onderzogt en gedecideerd te worden. Art. 169. Op dit Request wordt geordonneerd eene Comparitie voor Commisfarisfen van den Hove, om de tegsnpartye in zyne belangen te hooren; het welk gefchied zynde, door het Hof naar bevind van zaaken op dezelve Requeste finalyk wordt gedisponeerd. VI. AFDEELING. Van hooger beroep. Art. 170. Wanneer iemand zich by een Vonnis of andere dispofitie van' eene Burgerlyke Rechtbank bezwaard oordeelt, en daar van aan het Gerechtshof hooger beroep wil doen, is hy verpligt binnen den tienden dag, na de uitfpraak van het Vonnis, of het uitbrengen der dispofitie , zyn Appel ter Secretarie van gemelde Burgerlyke Rechtbank te doen aanteekenen, of zal hy, by gebreke van dien, gehouden worden in het Vonnis of de dispofitie berust te hebben. Art. 171. Dit Appel moet by het Gerechtshof vervolgd worden binnen den tyd van vier weeken, te rekenen van den dag der gedaane aanteckening, H 4 en Hoe daar op te disponeer en. Aanteekening van Appél by de Rechtbanken. Binnen welken tyd te vervolgen.  C 118 ) Tegen he verloop des lyds niet lig telyk Reliëf ie verleenen £)ientyd ook niet te verkorten, dan om gewichtige redenen. Hoedanig Verzoek als, ïdan te doen. en wel zoodanig, dat binnen dien tyd liet au, pométement op bet Request van Appel aan den geappelleerden moet zyn geïnhnuéerd. Art. 172. f Deeze termynen van tien dagen en van vier ■ weeken zullen zeerftriét gehouden moeten wor- ■ den, zonder dat 't Hof daar tegens eenig rehef zal mogen verleenen, anders dan om redenen in Rechten gegrond, en behoorlyk bewezen zynde; in hoedanig geval men by zyn Request om apppoinétement van Appel tevens verzoekt, om tegen het niet tydig aanteekenen of vervolgen zyner Appellatie herfteld te worden , het welk, na verhoor van Partyen verleend zynde, van volkomen kracht èn waarde zal gehouden worden , zonder dat daar op verder eenige bekrachtiging noodig is. Art. 173. De tyd van vier weeken tot 't vervolgen van het Appel moet ook daar en tegen aan den Appellant worden vry geJaaten , zonder dat de Rechter dezelve mag verkorten, anders • dan om gewichtige redenen, en in zaaken die geen uitftel kunnen lyden ,• by voorbeeld raakende Arresten op Perfoonen , hiterdicïiën . en dergelyke. Art. 174. • In zulke gevallen kan de geappelleerde van den Rechter in Appel bv Requeste (volgends Formulier N° 51.) verzoeken Appoinétement, waar by den Appellant gelast wordt op zekeren korten te bepaalen dag Eisch te doen, by gebreke van 't welk het Appel zal worden gehouden voor vervallen., en voords op korte termynen m Appel voord te Procedeeren , of ook, wanneer de aart der zaak zulks vordert, daadelyk op den beteekenden Rechtdag het Appel te voldingen. Art.  C 119 ) Art. 175. Ai het geen hier vooren van het vervolgen der Appcllen gezegd is, heeft ook plaats in Appellen van Vonnisfen van de Vrederechters en Byzitters aan de Burgerlyke Rechtbank , uitgenomen ; a. Dat de Appellant tot 't vervolgen van 't Appel geen langer tyd zal hebben, dan van veertien dagen na den dag der aanteekening. h, Dat hy daartoe niet zal worden toegelaten , dan mids borg gefteld hebbende voor de Geldfomme, waarin hy by hetVpnnis zal zyn gecondemneerd, (volgends Formulier Nu. 52.) Art. 176". Die van een Appointement, door de Burgerlyke Rechtbank, op een Request uitgebragt, en waarby het verzoek is afgewezen,^ aan het Gerechtshof wil appelleeren, neeft, na, de gedaane aanteekening van Appel, daar toe, geen formeel Rechtsgeding in Appel noodig, ■ «laar doet op nieuw by Requeste aan het Ge-\ rechtshof het zelfde verzoek, met melding van de afwyzing door de Rechtbank gedaan, en het Appointement van de Rechtbank daar neYens overleggende. Art. 177. Om een aangeteekend Appel van een verleend Appointement, of van een gewezen , Vonnis, te vervolgen, vervoegt men zich aan den hoogeren Rechter by Request, (volgends j Formulier No. 53.) en verzoekt daar by Ap-'j pointement van Appel van 't Vonnis of dispo-, fitie , waar van men in hooger beroep wil komen; welk Appointement verleend wordt Volgends Formulier No. 54. H 5 Art, Van . ■ n:tlen van Von* nisfin van Vrederechters. HoeteAp. )élkeren van •en Appoincemenr, waar >y een Verwek is afgelezen. Hoe een Ap>éi van een 'erkend Ap • >oin&ement f Vonnis te: ervol'^en.  C I-20 ) Hot in Appél eene onverwylde vernietiging te vorderen. Hoe op eene daartoe genomen? Concluftevoord te procedeeren. Welke Stukken by het Reqwst om Appél te voegen. Art. Art. 178. Indien de appellant vermeent, dat het Vonnis van den Rechter zoodanig gebrek in de form heeft, dat het zelve onverwyld behoort te worden vernietigd , kan hy zyn Request om appointement van Appel zoodanig inrichten , dat de Geappelleerde in de eerfte plaats gedagvaard worde, om op den Eisch tot onverwylde vernietiging van het Vonnis te antwoorden ; en wanneer die Eisch niet mogt volgen , dan eerst op den gewoonen Eisch tot te niet doening in Appel, volgends Formulier No. 55. Art. 179. Hét gevolg daar van is, dat de Geappelleerde op den Eisch tot onverwylde vernietiging ten beteekenden Rechtdage moet antwoorden, en dat daarop ftaande Rolle door Partyen moet worden voldongen, en dit gefchii, of daadelyk,of op een volgenden Rechtdag door den Rechter te bepaalen, moet worden bepleit, en vervolgends uitgewezen. Zoo het Vonnis onverwyld vernietigd wordt, vervalt de verdere inftantie in Appel. Doch wordt de Eisch tot onverwylde vernietiging ontzegd, moet de Geappelleerde op den eerst daarop volgenden Rechtdag op den Eisch in Appel antwoorden , waar op dan verder wordt voordgepro-* cedeerd. Art. 180. By het Request om Appel moeten, behalven de ftukken van de eerfte inftantie, gevoegd worden het Vonnis of de Dispofitie met de aanteekening van 't Appel, en de Acte van Borgtocht in 't geval by Art. 175 vermeld, en voords zoodanige nieuwe ftukken, als de Appellant zal willen overleggen, alles volgends een Lyst onder het Request te ftellen.  Art. 181. Op dit Request wordt, ten ware de zaak daartoe volftrekt niet gefchikt was, vooraf eene comparitie geordonneerd, zoo om Partyen te bevredigen is het doenlyk , als om dezelve te hooren op het verzoek zelve, en op de genoegzaamheid der Borgtocht in het geval Art. 173. gemeld. Art. 18a, De Comparitie vrugteloos afgelopen zynde, wordt door den Rechter op 't verzoek om appoinétement van Appél gedisponeerd, of door het zelve te verleenen of te weigeren; welk laatfte zal moeten gefchieden: a. Wanneer de zaak behoort onder die geene, waarvan volgens Art. 6. het hooger beroep verboden is. h. Wanneer de tyd tot het vervolgen van 't Appél verlopen is, en aan den Rechter geene genoegzame redenen voorkomen, om het daar tegen verzogte herftel te verleenen, t. Wanneer geene genoegzame borgtogt in 't geval, Art. 175. gemeld, by 't Request gevoegd is, en de appellant geene meer voldoende borgtogt kan ftellen, waar toe hem anders door den Rechter nog een korten tyd mag worden vergund. Art. 183. Het exploicteeren van het appoinétement van Appél zat moeten gefchieden tegen den eerften Rechtdag mogelyk, zoodanig egter, dat tusfchen het exploiét en den Rechtdag aan den Geappelleerden een tyd van veertien dagen gelaaten werde; en zullen by het doen van het exploiét tevens worden overgeleverd Copiën van het Vonnis en van de nieuwe Stukken, door den Suppliant overgelegt, midsgaders de goed- Op het zelve Comparitie te ordonneer en. Wanneer het verzogt Appél te weigeren. Van het exploiSleeren van een Appoinétementvan Appél.  C ia* ) I Hoedanig in Appél te ] procedeeren. 1 He Geappelleerde i mag ook tot i te niet doe- \ ving cenclu- \ deeren. t > Hoedanig de Getuigen [ in Appél te \ beleggen. \ i 1 roedgekeurde Acte van Borgtocht in het geral Art. 175 gemeld. Art. 184. Op den dienenden Rechtdag door den Apjellant Eisch gedaan zynde , is de Geappeleerde verpligt daar op daadelyk te excipiëeren f te antwoorden , en van de nieuwe Stukken, iy een Lyst of Notitie onder zyne conclufie ermeld, ftaande Rolle Copiën aan den Aplellant over te leveren ; en wordt tusfchen Paryen voords geprocedeerd , volgens het voorchrift van den 4 Titul deezer manier van Proedeereu; alleenlyk met dit onderfcheid, dat Ie termynen in Appel lopen van veertien tot 'eertien dagen. Art. 185. Indien het Vonnis gedeeltelyk ten nadeele naar ook gedeeltelyk ten voordeele van den appellant gewezen is , ftaat het den Geaplelleerden vry, om tevens by zyn antwoord ran Appel, zyn bezwaar, hem door 't Vonnis oegebragt, voor te ftellen, en in zoo verre an zyn kant mede te niet doening van hetzelve te vorderen. Art. 186. Indien onder de nieuwe Stukken verklarin;en gevonden worden, moeten dezelve na het 'oldingcn formeel belegd worden, op gelyke vyze als hier boven Art. 85. en volgende is emeld; en zal, wanneer een der Partyen niks mogt verkiezen, het hem ook vry ftaan, yn party's Getuigen, ter eerfter inftantie be-2gd , doch van zynenwegen niet gehoord, ls nog op Tegenvragen te doen hooren.  C «3 ) Art. 187. Den Appellant ten beteekenden Rechtdag! niet verfchynende , wordt het Appel vervallen verklaard, en de Appellant gecondemneerc in de kosten. Art. 188. Den Geappelleerden op de eerfte dagvaarding niet verfchynende , wordt de Appellant toegelaten tot het doen van eene tweede dagvaarding, en de Geappelleerde gecondemneerd in de kosten van de eerfte Citatie. En op de tweede dagvaarding weder niet verfchynende, word de Appellant toegelaten zyn Eisch mei de Stukken over te leggen en Recht te verzoeken. Art. 189 Wanneer in weerwil van een aangeteekend of vervolgd Appel door den Geappelleerden eenige feitelykheid gepleegd wordt, kan de Appellant by Requeste aan den Rechter auctorifatie verzoeken, om zyne Partye door daadelyke Gyzeling tot herftel van dezelve feitelykheden te noodzaaken, op gelyke wyze als hier vooren Art. 167. met opzicht tot de Interdiciiën gezegd is. Art. 190. Het beroep van een uitfpraak van Scheidsmannen , wanneer het zelve overeenkomftig het 261. Art. der Acte van Staatsregeling plaats kan hebben, gefchiedt aan den Rechter, aan wien men zich by verblyf het hooger beroep heeft voorbehouden; of, indien het verblyf dien Rechter niet bepaalt, als dan aan de Burgerlyke Rechtbank, en van daar aan het Gerechtshof, ten ware het Vonnis van de Burgerlyke Rechtbank was overëenitemmende met de gemelde uitfpraak van Scheidsmannen, in welk geval alle verder Appel ophoudt. En wordt I Gevolg, ah de Appillant niet verfchynt. Gevolg ah de Geappelleerde niet verfchynt. Afdoening van feitelykheden, in weerwil van 't Appélgepleegd. Van beroep van uitfpraaken van Scheidsmannen.  C 124 ) Hoe te Pr o■: edeeren tegen een, die ten laste vah een ander vermeent een Atïie te hebben. Staande Rolle te voldingen. Gevolg als de Gedaagde niet verfchynt. Fan Aclïèn Om tot eenig. goed gerechtigd ver- ' klaard te worden. i wordt daar in by Request appoinclem'ent verzogt, volgends Formulier N°. 56. en voords dezelfde manier van Procedeeren als iu Appel gevolgd. VIL AFDEELING. Van Appointemcnten om Actie te inirituëeren en van Willig Decreet. Art. 191. Wanneer iemand voorwendt eenige Actie tegeneen ander te hebben, kan de geen, ten wiens lasten zulks gefchied , tegen zyne partye van de Burgerlyke Rechtbank by Request, (volgends Formulier N<\ 57.) verzoeken Appoinétement van Dagvaarding, om Actie te ïnitituëeren binnen zes weeken , of daar van te worden verdoken; daar by tevens overleggende de bewyzen , waar op dat verzoek Is gegrond. Art. 192. Wanneer de Gedaagde geëxcipieerd ofgcsntwoord heeft, moet daar op ftaande Rolleworden voldongen. Art. 193. In deeze InRantie gefchiedt maar eene Dagvaarding, en, wanneer de Gedaagde daarop nier verfchynt, wordt de Eisfcher toegelaten om yp den gedaanen Eisch recht te vragen. Art.'194. Geene Appoinctementen om Actie te infiifueeren mogen verzogt of verleend wordeu jy Edicte tegen onbekende Perfoonen , die ïenig Recht op het een of ander Goed zouden /ermeenen te hebben; maar moet in zoodanig reval door den geenen, die vermeend tot dat goed g«-  C 125 ) gerechtigd te zyn , appoinétement van Dagvaarding worden verzogt, om daar toe gerechtigd verklaard te worden. Art. 195. Dit heeft ook in 't byzonder plaats met opzicht tot de geenen , die op eene Nalaten-: fchap, waarvan de Erfgenaamen onzekerzyn,1 vermeenen Recht te hebben , welke, hun recht willende doen gelden, moeten verzoeken Appoinétement van Dagvaarding tegen den geenen , die het bewind in den Boedel hebben, en tegen allen en een iegelyk om te antwoorden en voord te Procedeeren, op des Verzoekers Eisch, ten einde tot de Nalatenfchap gerechtigd verklaard te worden; en ten einde voords de Bewindhebbenden in den Boedel tot het leveren van Staat en Inventaris , het doen van Rekening en het afgeven der Nalaatenfchap , werden gecondemneerd , als mede alle en een iegelyk, om zulks te geheugen en te gedoogen. Art. 196. Wanneer iemand eenig vast goed aan een ander heeft verkogt, en zich wil verzekeren dat na de levering van dit goed niemand zich zal openbaren, om op het zelve eenig reëel recht te doen gelden , vermag hy by Request aan de Burgerlyke Rechtbank (volgends Formulier N". 58.) met byvoeging van zyn bewys van Eigendom of Bezitrecht, verzoeken appoinétement vau Citatie tegen allen de genen , die hy weet, dat zoodanig recht op het zelve goed zoude vermeenen te hebben, of ook tegen alle onbekenden in 't algemeen. Art. 197. Dusdanig appoinétement wordt geëxploicteerd aan Gedaagdens, die bekend zyn op de gewoone wyze, en ten aanzien van de onbe- ken- ƒ/; 't by -.onder tot '.ene Nalaa'enfchap. Fan Ap~ öoinftement yan willig Decreet. Hoe hetzelve te exploic\eeren.  Gevolg van het niet verfchynen der Gedaagden:. Van ver zoeken om Appoinétement van Dagvaarding tot Vrywaaring. Inmiddels opfchorting van het oor- ver- < »<* > kenden, by openbaaren Edifte , volgends Het voorfchrift van Art. 39. deezer Manier van Procedeeren; zullende nogtans de Ediétaale Dagvaarding ook boven dien aan of by het goed zelve , waartoe dc oproeping betrekkelyk is, worden aangeplakt. Art. 198. Wanneer op den beteekenden Rechtdag nie^ mand der Gedaagdens verfchynt, wordt de Aanlegger toegelaten tot het doen van een tweede Dagvaarding, en daarop weder niemand verfchynende, tot het doen eener derde Dagvaarding; en wanneer ook dan geen der Gedaagdens verfchynt, zal de Aanlegger worden toegelaten om zyne Conclufie van Eisch met de Stukken" over te leggen, en daar op recht te verzoeken. VIII. AFDEELING. Van Zaaken in geval vari Vrywaaring. Art. 199. . Iemand eenig goed gekogt hebbende, waar op een ander een reëel recht vermeent te hebben , en begeerende deswegens door den Verkoper te worden gevry waard ? kan by Request, met overlegging van de noodige bewyzen, verzoeken appoinétement van Dagvaarding tegen den Verkooper, om te antwoorden en Voord te procedeeren op des Kopers Eisch en Comclufie tot vrywaaring, volgends FormulierN0* 59- Art. 200. De Koper zoodanig Request, als in *t vóorig Art. is gemeld , aan den Rechter van deê Verkopers woonplaats ingeleverd hebbende,  ( "7 ) Vermag by Request, volgends Formulier N°. 60, aan den Rechter, voor welken hy is opgeroepen , opfchorting van dat Rechtsgeding verzoeken, tot dat de Verkoper in zyn Eisch .tot vrywaaring bewilligd, of daartegen geantwoord zal hebben. Art. 201. Den Gedaagden tot vrywaaring niet verfchynende , wordt de Eisfcher toegelaten hem andermaal te dagvaarden, met condemnatie van den Gedaagden in de kosten der eerfte Citatie, en wanneer hy dan weder niet verfchynt, wordt de Eisfcher toegelaten zyn Eisch met de Stukken over te leggen , en daarop recht te verzoeken. IX. AFDEELING. Van Dagvaardingen om Getuigenis der Waarheid te geven. Art. 202. Die hangende een Proces, of alvorens het zelve aan te leggen, noodig heeft het getuigenis der waarheid van iemand, die onwillig is j om het zelve, of in 't geheel, of wel anders dan ten overftaan van den Rechter, te geven , kan aan de Rechtbank, waar onder de Getuige woont, by Request verzoeken, dat dezelve Getuige zal worden gelast getuigenis der waarheid te geven, en mitsdien onder Eede te antwoorden op zoodanige Vraag-Articulen, als hem van wege den Verzoeker door Commisfarisfen uit de Rechtbank zullen worden voorgehouden. I Art. Hoe iemand het geven van getuigenis der waarheid te noodzaaken. 4 fpronlelyk Rechtsgeding te verzoeken. Gevolgen van het niet verfchynen van den Gedaagden.  />?.'.' Getuigen op het daartoe gedaan verzoek te hooren. Gevolgen, ah de Getuige niet verjchjnt. Wat te doei ah de Getuide bereid is, Hoe de redenen van iiiigehottdenheid te bellis fen. C xa8 ) Art. 203. Op dit Request, waar by geene Bylaag&n behoeven gevoegd te worden, ordonneert"de Rechtbank eene Comparitie, om den Getuigen op het verzoek te hooren, welk appoinétement van Comparitie aan den Getuigen geïnfinucerd wordt , zonder dat men verpligt is om Copie van de -Vraag-Articulen daarby aan denzelven over te geven , als welke Vraag-Articulen aan den Getuigen niet eerder worden mede gedeeld, dan wanneer hy, om als Getuige gehoord te worden, voor den Rechter verfchenen is. Art. 204. Zoo de Getuige op die geordonneerde Comparitie niet verfchynt, en aan den Rechter geene redenen voorkomen, waarom de Getuige ongehouden zoude zyn getuigenis der waarheid te geven, wordt het verzoek verleend, en hy tot het geven van getuigenis, des noods by wege van Executie en Gyzeling, genoodzaakt. Art. 205. Zoo de Getuige op de Comparitie verfchynt, en zich tot het geven van getuigenis der waarheid bereid betoont, wordt hy ten overftaan van den Rechter op Vraag-Articulen gehoord, en daar mede loopt de zaak af. Art. 206. Wanneer de Getuige of alleen, of met een Practizyn geadfifteerd , op de Comparitie verfchynt , en redenen vermeent te hebben, waarom hy geen getuigenis der waarheid zoude behoeven te geven, wordt hy en de Verzoeker ever en weder omtrent die redenen in hun belang gehoord, daarvan door Commisfarisfen aan het Collegie verilag gedaan, en by hetzelve op het verzoek gedisponeerd, als bevonden  C I25> ) den zal worden te behooren; Enzal die dispofitie aan hooger beroep onderhevig zyn. Art. 207. Wanneer iemand op eene gedaane Infinuatie van zyne Partye, een Getuigen, die reeds eene * verklaaring gegeven heeft, of onder c"éde ge- 1 hoord is, voor den Rechter moet doen ko- 1 men, en dezelve daartoe onwillig is, verzoekt' hy by Request aan den Rechter Appoincre- : ment, waarby die Getuige gelast wordt op den dag, tot het beleggen der Getuigen bepaald, voor den Rechter te verfchynen, en aldaar zyn reeds gegeven getuigenis op nieuw met ééde te bevestigen, en te antwoorden op de Tegenvraagen , die van wege de Party aan hem zullen worden voorgehouden; met verklaaring, dat hy anderszins daartoe by Executie en Gyzeling zal worden genoodzaakt. Dit Appoinétement wordt daadelyk verleend , en intusfchen in het Proces zelve het gevolg, op het niet verfchynen der Getuigen vallende, met opzigt tot dien onwilligen Getuigen door den Rechter gehouden in flaate; en ook met het hooren van de verdere Getuigen , die de verklaaring mede gegeven hebben, al of niet voordgegaan, zoo als de Rechter na Verhoor van Partyën zal oordeelen te behooren. Art. 3o8. De korte wyze van Procedeeren, in deeze Afdeeling tot het bekomen van getuigenis der » waarheid voorgefchreven, zal ook plaats heb- r ben, wanneer iemand vermeent naar Rechten C het vermogen te hebben om te vorderen ople-y? vering, vifie, Copie of Extract Authentieke van eenig Huk of Rukken die een ander onder zich heeft; om 't welk te vorderen geen gewoon Rechtsgeding, maaralleen een verzoek by Requeste verëischt wordt, om den geenen, Is ■ die Hoe te hanlelen met een mwilligen betuigen , Ue belegd noet worden» Op welk» yze opiere'ng, vifie of óple van ukken t$ trderen.  C 13° ) Wanneer en •waar Appoinétementvan Maintenue te verzoeken. In Maintenue valt geen Provi (ie, maar we Reconventie Gevolgen van het nit verfchynen. van den G daagden. die zoodanig ft.uk of ftukken onder zich. heeft, tot die oplevering en afgifte te gelasten. X. AFDEELING. Van Zaaken van Maintenue en Spolie. Art. 209. Wanneer iemand vermeend in eenig bezit door zyne tegenparty gelloord te zyn, kan hy by Requeste aan het Gerechtshof, waar onder zyn Party woont, of, indien de ftoornis ten opzigte van onroerend goed begaan is, aan dat Gerechts-Hof, in welks Departement het goed gelegen is, met overlegging van die noc dke bewyzen van zyn bezit en van de hem aangedaane ftoornis, Appoinétement van Dagvaarding verzoeken, om te antwoorden en voord te Procedeeren, op zyn Eisch tot maintenue, volgends Formulier N". 6i. Art. 210. ■ In zaaken van maintenue mag door den Eisfcher geene provifioneele Conclufie tot hand■haaving in 't bezit en afdoening der ftoornis lworden genomen, en ook door den Gedaag. den geene andere Reconventie gedaan, dan om wederkeerig gehandhaafd te worden in dat zelfde bezit, waartoe het Appoinétement van maintenue betrekkelyk is. Art. 211. Den Gedaagden niet verfchynende, zal de * Eisfcher worden toegelaten tot het doen van een tweede Citatie, met Condemnatie van den ■- Gedaagden in de kosten van de eersteDagvaar- dl En wanneer hy dan andermaal niet verfchynt.  C 131 ) zal de Eisfcher worden toegelaten zyn Eisch met de Stukken over te leggen, en daarop recht te verzoeken. Art. 212. Wanneer iemand geweldiger wyze een ander van zyn bezit beroofd heeft, kan tegen hemj by Request aan het Gerechtshof ais vooren verzogt worden Appoinclement van Dagvaarding, om te antwoorden en voord te Procedeeren op den Eisch wegens fpolie, volgends Formulier N°. 61. En wordt daarop even eens voord geprocedeerd, als op maintenue, met dien verllande , dat de Gedaagde wegens fpolie geene Reconventie kan doen. XI. AFDEELING. Van Boedel-befchryving. Art. 213. Wanneer iemand tot eenige Nalatenfchap gerechtigd is geworden, waar van hy bedugt is dat de onbepaalde aanvaarding hem fchadelyk zoude kunnen zyn, kan hy' van de Burgerlyke Rechtbank van de Plaats, alwaar de Overledene zyn laatste vaste woonplaats gehad heeft, by Requeste,(volgends Formulier' N°. 63.3 verzoeken Appoinclement van Boedelbefchryving, het welk daadelyk verleend Wordt (volgends Formulier Ne 64.) Art. -214. Omtrent de Boedels van zoodanige Perfoonen, welke, zonder hier te Lande een vast domicilie behouden te hebben, naar Oost- of West-Indiën zyn uitgevaren, en op hunne uitreize, of ook op hunne terug reize, zyn overleden, zal het Appoinclement van Boedel-befchryving moeten verzogt worden by de I 3 Bur- Van Jp» )ein£lement >an Spotte. Van het vertoeken van dppoin&ement van Boedel-befchryving. IVaar dit verzoek te doen omtrent Roedels van Perfoonen , op de reize naar en van  de Indien overleden. dagvaarding van de Schiddëisjïker's en Legatarisfin. Hoe cn wan veer dan In vent ar is te fluiten; de Goederen t waardecren en daar voo Borg tc fte< ie». By gebrek van Borgtocht een S questcr aft te fielten. C 13* ) Burgerlyke Rechtbank vaii de Plaats, van waar zy zyn uitgevaren. Art. 215. Het Appoinétement van Boedel-befchryving verleend zynde, moet de Gerechtsbode aan de Schuldeisfchers en Legatarisfen dag beteekenen, a. Om te verfchynen in 't Sterfhuis, ten einde de Goederen aldaar te zien inventarifeeren. è. Om te verfchynen voor de Rechtbank, en te bewilligen in des Verzoekers Eisch tot bekrachtiging van dit Appoinétement, of daartegen te antwoorden en voord te Procedeeren, als volgends de Wet. Art. 216. * De Inventaris opgemaakt zynde wordt ge■ floten ten overftaan van de benoemde Commisfarisfen uit de Rechtbank, binnen veertig dagen na het verleenen van 't Appoinétement. * En zal tevens de waardeering van alle de ge, inventarifeerde Goederen, Ruk voor Ruk, '"moeten gefchieden, door deskundige Perfoo-nen, onder ééde, of onder aanbod van ééde, en zulks op de volle waarde, zonder dezelve uit hoofde van eenige kosten op minder prys te Rellen. Moetende te gelyker tyd voor het beloop van dezelve waardeering gencegzaame Borgtocht worden gefteld. Art. 217. * Zoo de Impetrant zich tot het ftellen van Bortocht niet in ftaat bevindt, wordt by de Rechtbank een Sequester tot bewaaring en » beheering van den Boedel gefteld. Art.  [ 133 3 Art. ai8. Op deri beteekenden Rechtdag wordt ter Extraordinaire Rolle door den lrUpetrant overgeleverd de Inventaris des Boedels en de acte van Borgtocht, en voords (volgends Formulier N° 65.) Eisch gedaan, tot bekrachtiging van het Appoinétement, met een daar onder gefielde Lyst of Notitie van de ftukken , die hy tot bewys van zyne qualiteit of anderszins zal willen overleggen. Art. 219. De Gemelde Inventaris en Acte van Borgtocht zullen ter Secretarie blyven berusten , ora'daar van door de Schuldëisfchers of Legatarisfen vifie genomen , en , zulks begeerende ten hunnen kosten , Copiën of Extracten geligt te kunnen worden. Van de verdere op de Lyst ftaande ftukken vraagen de Gedaagdens by Infinuatie Copien, en worden hun dezelve geleverd, op gelyke wyze als hier boven Artcul 56. is bepaald. Art. 220. Het ftaat aan de Gedaagdens , die op de gedaane dagvaarding zyn opgekomen, vry, om op den eerften Rechtdag ftaande Rolle mondeling aan den Rechter voor te dragen de redenen, om welke zy zouden mogen vermeenen , dat de geftelde Borgtocht was onvoldoende. Dit verfchil wordt door den Rechter, na verhoor van denlmpetrant, daadelyk beflist; en zoo door denzelven de Borgtocht onvoldoende geoordeeld wordt, ftelt hy tevens den Boedel onder Sequestratie, welke niet eerder wordt opgeheven, voor dat de Impetrant eene voldoende Borgtocht tot genoegen der Gedaagdens , of naar 't oordeel van' der; Rechter, gefteld zal hebben I 4 Art. Hoe ter Holte Eisch te deen. Hoe de GedaagdensCopie van de (tukken bekomen. Hoe het verfchil over de genoegzaamheid der Borgtocht te behandelen.  [ '34 ] Hoe verder ter Rolle te Procedeeren. Gevolg, ah de Gedaagdens niet verfchynen , of antwoorden. Van V verzoeken van i appolniepient van 1 Boedel-af- \ fiand, 1 < 1 > \ \ Inrichting Yêti het Re-\ Art. 22i. De Gedaagdens, die opgekomen zyn, en de bekrachtiging van het Appoinétement willen tegenfpreken, moeten binnen veertien dagen , na het doen van Eisch, dienen van hunne conclufie van antwoord, daar by onder een Lyst of Notitie hunne ftukken overleggende: En wordt daarop by termynen van veertien tot veertien dagen voord geprocedeerd , zoo als in ordinaire zaaken gebruike:yk is. Art. 222. De Gedaagden, die op de gedaane Dagvaarding niet verfchynen, of, verfchenen zynde, ter behoorlyke tyd niet antwoorden , worden, ten gevolge van dien, van hunne tegenfpraak verftoken, en het Appoinétement ;en hunnen opzigte bekragtigd, XII. AFDEELING, Van Doedel afftand, Art. 223. Iemand, die, door ongelukken buiten zyn oedoen, in zoodanig verloop van zaaken gebakt is, dat hy zyne fchuldcèisfchers niet :an voldoen, kan by Request ( volgends Fornulier N°. 66.) van de Burgerlyke Recht)ank verzoeken Appoinétement van Boedelifftand, waarvan de inhoud of het gevolg is , lat de verzoeker, tegen afftand van zyn ge! leelen Boedel, wordt vrygcftcld van alle verolgtng zyner 1'chuldëisfchers op zvn perfoon n van de voldoening van derzelver a.'terl fezen, zoo lang hy niet zal zvn gekomen ot zoodanig Fortuin, dat hy daartoe in ftaa,t 5. Art. 224. Dit Request moet inhouden eene opganve an de ongelukken, door welke de vei zoekt?  ( i35 ) ker- in zyne ongelegenheid geraakt- is , ei: moet daarby gevoegd worden een Lyst var alle des verzoekers fchuldëisfchers, immers £Oo verre hy die weet, en met uitdrukking, zoo naauwkeurig mogelyk, van de fommens die hy aan dezelven Verfchuldigd is. Art. 225. De Rechter kan, zoo hy zulks nodig oordeelt, een of meer van die Schuldeisfchers, die op de plaats zelve of in de nabyheid woonen, voor zich doen komen, om hen op het gedaan verzoek mondeling te hooren; eu bevindt hy uit derzelver voordragt, dat dc verzoeker het voorrecht van Boedel -afftand volllrekt onwaardig is, wyst hy het verzoek yan de hand. Zoo niet, wordt hetzelve daadelyk verleend, (volgends Formulier N°. 67.) en te gelyk volgens Art. 108. hier boven, in des verzoekers Boedel eene Curateele verleend. Art, 227. Het Appoinétement verleend zynde, worden alle de Schuldeisfchers tegen eenen bepaalden Rechtdag, welke binnen een maand pa het verleenen van 't appoinétement dienen moet, gedagvaard voor de Rechtbank; en in dien tusfchen tyd maakt de Impetrant een ftaat en Inventaris van zynen geheelen Boedel, met aanbod, om denzelven met Eede te fterken. Art. 226. Op den beteekenden Rechtdag moet de impetrant , hetzy met of zonder Practizyn, tei Extraordinaire Rolle in perfoon verfchynen , aldaar den Inventaris van zynen Boedel overleveren, en voords ( volgends Formulier N" r58.) Eisch doen tot bekrachtiging van hei Appoinclement. I 5 J> quest daar» toe., Voorloopig verhoor der Schuldeisfchers. Dagvaarding der Schuldeisfchers, Hoe ter Rolle Eisch te doen.  "Verzoeken êer Gedaagdens , die op de Dagvaarding verfchynen. Verzoeken, dat de Impetrant zal gaan in befloten Hechtenh De Jmpe- irant gehou-i den in perfoon ie verfchynen. Art. 228. De Gedaagdens, die op de gedaane dagvaarding verfchynen, kunnen daarop ter Rolle verzoeken Copie van gemelden Inventaris, en overlegging onder den Curator, voor ëen bekwaamen tyd , onderling of door den Rechter te bepaalen, van alle Boeken en Papieren tot des Impetrants Boedel behoorende, onder zuivering, des gevergd zynde , by Eede, van geene andere te hebben, te weten, of ter kwaader trouwe kwyt of weêrloos geworden te zyn, ten einde daarvan door de Gedaagdens vifie genomen, en des goedvindende Copiën of Extraéten gemaakt te worden, als naar raade. Art. 229. Het Raat ook aan de Gedaagdens, die opkomen , vry, om daadelyk op den eerften Reehtdag, na dat Eisch gedaan is, of opeenvolgenden Rechtdag, of tevens by de conclufie van antwoord, ter Rolle te verzoeken, dat de Impetrant zal worden geordonneerd te gaan in befloten hechtenisfe, tiaar by onder een Lyst of Notitie overleverende Copiën van de Stukken, waarmede de Gedaagde of Gedaagdens vermeenen dat verzoek te kunnen wettigen. De Impetrant moet daarop terftond antwoorden en voldingen; en wordt op het al of niet verleenen van dat verzoek dadelyk gepleit, en Vonnis uitgeoragt, welk Vonnis aan geen hooger beroep onderhevig is. Art. 230. Op alle Rechtdagen, die in de zaak gehoulen worden, is de Impetrant verplicht in perbon te verfchynen, zoo lang de Rechter iem daarvan niet zal hebben ontflagen , eft zullen dezelve Rechtdagen gehouden worlen van agt tot agt dagen. Art.  C 13? ) Art. 231. Den Impetrant op den eersten, of ook op een volgenden, Rechtdag niet in perfoon verfchynende, worden de Gedaagdens ontflagen van de gedaane dagingen, en de Impetrant_ gecondemneerd in de kosten. Art. 232. De Gedaagdens die op de gedaane Dagvaarding niet verfchynen, of, verfchenen zynde, ter behoorlyker tyd niet antwoorden, worden ten gevolge van dien van hunne tegenfpraak verdoken, en het appointement ten hunnen opzichte bekrachtigd. XII. AFDEELING. Van uitftel van betaaling Art 233. Gebeurthet, dat Hechts eentydelyk gebrek aan gereede Penningen iemand buiten ftaat ftelt, om zyne Schuldeisfchers oogenblikkelyk te voldoen , terwyl hy een gefchikt uitftel van tyd hebbende, dair toe zeer wel in ftaat zou zyn, kan hy, by Request (volgends Formulier N°. 69) van de Burgerlyke Rechtbank verzoeken Appoinétement van uitftel van betaling, voor zekeren bepaalden tyd, ter hoogften van vyf jaaren, en onder behoorlyke Borgtocht, waarvan de aéte by het Request gevoegd moet worden. Art. 234. Bevindt de Pvechter by het inzien van dit Adte van Borgtocht reeds daadelyk, dat dezelve klaarblykelyk onvoldoende is, vvyst h) het verzoek van de hand. Zoo niet, ver leent hy het Appoinclement, (volgends Forum Gevolg, a/s Ie Impetrant liet verfchynt. Gevolg,alt de Gedaagdens niet verfchynen of niet antwoorden. Van verzoeken om appointement uitftel van betaaling. Hoe op het ' daartoe ingediend Re' quest te ditponcer-sii  Hos ter Rolle te Procedeeren. Gevolg, als de Impetrant ■niet verfchynt. Gevolg als de Gedaagdens niet verfchynen , of niet antwoorden. Hoe Relief te vra- ' gen hy den \ ( 138 y muiier N°. 70.) waarvan, alsmede van de Acte van Borgtocht, vervolgends by het doen van het exploiét aan de Schuldëislcbers Copie wordt overgeleverd. Art- 235. Op den beteekenden Rechtdag wordt door den Impetrant Eisch gedaan tot bekrachtiging van het Appoinétement, (volgends Formulier N". 71.). En zyn de Gedaagdens verplicht daarop daadelyk te antwoorden, met overlevering, onder een Lyst of Notitie, van Copiën der Rukken, die zy zullen willen van gebruik maaken; en wordt de zaak, ftaande Rolle voldongen , en daadelyk , of op een volgenden Rechtdag, door den Rechter te bepaalen , mondeling bepleit. Art. 36. Den Impetrant op den beteekenden Rechtdag niet verfchynende, worden de Gedaagdens ontflagen van de gedaane Daginge, en de Impetrant gecondemneerd in de 'kosten. Art. 237. De Gedaagdens, of eenigen van hun, niet verfchynende of niet antwoordende, worden , ten gevolge van dien, van hunne tegerifpraak verftoken, en het Appoinclement ten hunnen opzichte bekrachtigd. XIV. AFDEELING. Van het middel van herftelling tegen gepleegde daaden of verzuimen. Art. 238. Wanneer iemand by den aanleg van een rwistgeding Reliëf of herftelling wil vraagen, egen eene door hem gepleegde daad of verzuim j  f C 139 ) 2uim, kan hy zulks doen, door, byrynRe-», quest om appointement van dagvaarding, zy-, nen Eisch en conclufie, ( volgends Formulier N°.72. ) zoodanig interigten, dat dezelve ook ftrekke, ten einde hy Eisfcher worde ontheven, en herfteld van en tegen de door hem gepleegde daaden of verzuimen, welke hy vermeent hem naar ftriftheid van rechten hinderlyk te kunnen zyn. En wordt dit Reliëf alzoo te gelyk met de zaak zelve behandeld, voldongen en beflist. Art. 239. Wanneer een Eisfcher of Gedaagde , in een Proces dat reeds aanhangig of zelfs voldongen is, uit de conclufiën of ftukken van zyn party bevindt, tegen deeze of geene handeling of verzuim Reliëf noodig te hebben , kan hy aan dei Rechter, voor wien de zaak hangt, by Requeste ( volgends Formulier NQ. 73. ) verzoeken te worden toegelaten, om ter Rolle te mogen concludeeren, dat de verzoeker van en tegen zoodanige handeling of verzuim zal worden ontheven en herfteld. Het welk hem daadelyk zal worden verleend; en uit kragte van 't welk hy ten naasten Rechtdage van zoodanige conclufie ter Rolle zal moeten dienen, met eene daar onder geftelde Lyst van zoodanige ftukken , op welke hy beweert dat Reliëf gegrond te zyn ; en Van welke conclufie en ftukken hy ten zeiven dage Copiën aan zyu Party ter Rolle moet overgeven of door een Bode of Exploictier doen ter hand ftellen; En zal de Party als dan gehouden zyn, veertien dagen daar na, op de•zelve conclufie van Reliëf te antwoorden, met byvoeging van een Lyst en overlevering van Copiën der Stukken, waarop hy zyne tegenfpraak grondt; welk gefchii vervolgencis voldongen zynde, worden de dingtaalen en ftukken rankg van het Proces. Hoedanig hangende het Proces.  C 140 ) ken hy het principaal Proces gevoegd, oaa gelykelyk met het zelve in ftaat van wyzerj gebragt en beflist te worden. Hoe Ouders tot het geven van redenen der weigering » van een Huwelyk te noodzaaken. Gevolg, ah de Ouders, geroepen zynde, niet verfchynen.Hoe te procedeeren tot onderzoek der redenen , door de Ou- XVI. AFDEELING. Van gefchillen tusfchen Ouders en Kinderen, over hec toeflaan van een Huwelyk. Art. 240. Wanneer een Zoon of Dochter, die naar rechten in 't fluk van huwelyk voor meerderjaarig gehouden wordt, zich een huwelyk heeft voorgenomen, waarin zyne of haare Ouders weigeren toeteitemmen, kan dezelve by Request aan de Rechtbank, waaronder de Ouders woonagtig zyn, verzoeken, dat de Ouders mogen worden ontboden, om reden van hunne weigering te geven, en om, dezelve redenen gehoord zynde , door den Rechter de voordgang van het voorfchreven Huwelyk te worden toegedaan, volgends Formulier Nu. 74- Op welk Request de Rechter eene Comparitie ordonneert, om de Ouders te hooren. Art 241. Zoo de Ouders op die Comparitie niet verfchynen , word hun Itilzwygen gehouden voor toeftemming, en dienvolgende het tweede Lid van het verzoek door den Rechter verleend. Art. 242. Maar verfchynen zy wel, en brengen zy redenen van hunne weigering by , trachten Commisfarisfen de Ouders en Kinderen met dkavdef te bevredigen; doch zulks niet geukkende, hooren zy beide Partyën omtrent de  C Hl ) de gegrondheid van die redenen, zonder aan de Kinderen eenige opening te geven van de ftukken en bewyzen, door de Ouders overgelegd. Commisfarisfen doen vervolgens aan net Collegie verflag, en wordt by hetzelve op het verzoek gedisponeerd, als naar behooren. Art. 243. Indien de redenen van der Ouders weigering door de Rechtbank niet voldoende ge. oordeeld worden, en dezelve Ouders goedvinden van het middel van hooger beroep aan het Gerechtshof gebruik te maaken, behoeven zy daartoe geen formeel Rechtsgeding in appél aanteleggen; maar kunnen alleenlyk by Request aan het Gerechtshof verzoeken intrekking van het appoinétement, waarby de Rechtbank den Voordgang van het huwelyk van hun Zoon of Dochter heeft toegedaan, en dat het daartoe gedaan verzoek als nog door het Hof zal worden afgewezen; op welk Request het Hof op gelyke -yze disponeert, als by de voorige Articulen deezer afdeeling aan de Rechtbanken is voorgefchreven. XVI. AFDEELING. Van het doen of vereffenen van Rekening, mitsgaders van vergoeding van Kosten, Schaden en Interesfen. Art. 244. Iemand ten lasten van zyne Partye, het zy op deszelfs overgifte, het zy anderszins, eenige Condemnatie tot het doen van rekening en verantwoording verkregen hebbende, of Ook Vonnis verleend zynde tot het doen en •op maken van wederzydfche rekening tot verei* ders gegc* ven. Op welke wyze de Ouders aan hepHof in hooger beroep komen kun* nen. He onwiïHgen tot het doen van rekening hy Executie en  Gyzeling te nooizaaken. Van Comparitie tot het opnemen van Rekening. Hoe door Commisfarisfen op die Comparitie te handelen. Van het doen van op favfL van os ten, fchaden en interesfen aan Partyën. eTening, zal'er, ingeval van onwilligheid, hy Executie en Gyzeling moeten worden geprocedeerd. Art. 245. De Rekening overgegeven, de Papieren op de bepaalde plaats geleverd, en den geftelden tyd tot het doorzien en onderzoeken van dezelve verftreken zynde, wordt by Requeste (volgends Formulier N°. 75.) aan den Rechter verzogt benoeming van twee Commisfarisfen, om ten hunnen overftaan op een te bepaalen dag de rekening op te nemen , te verbeteren en te fluiten, en wordt daarop gedisponeerd by appoinctement (volgends Formulier N°. 76.) Art. 246. Gemelde Commisfarisfen , alvorens beproefd hebbende Partyën omtrent de in gefchii zynde posten zoo veel doenlyk te vereenigen, zullen voorts tragten Partyën met eikanderen te doen overeenkomen omtrent eene korte manier ,om dezelve in Raat van wyzen te brengen , het zy by wederzyds overtegevene Mernoriën, het zy by mondelinge Pleidoye. En* zoo Partyën zich deswegens niet kunnen verftaan , zal die manier door den Rechter op verilag van Commisfarisfen by nader appoinclement op de voorfz. Requeste worden bepaald en aan Partyën voorgefchreven. Art. 247. Iemand eene Condemnatie tot vergoeding van Kosten, Schaden en Intresfen ten lasten van zyn Partye verkregen hebbende , doet aan denzelven by Infinuatie eene Memorie overgeven, houdende opgave van de posten, welke hy tot die vergoeding vermeent te kunnen vorderen, met een daar onder gefielde Lyst of Notitie van de ftukken, tot wettiging van die posten dienende; van welke ftukken de Ge-  C *43 ) Geïnfinuëerdé Copie kan vragen volgends' liet Voorfchrift van Art, 56. deezer manier van Procedeeren. Art. 248. ■ Wanneer de Party den Infinuant wegens die opgegevene vordering, binnen veertien da- £ gen na de gedane Infinuatie niet te viede c fielt, kan de Infinuant by Requeste aan deft j Rechter verzoeken begrooting van de kosten, Schaden en Interesfen. Op welk Request door het ordonneeren eener Comparitie op gelyke wyze gedisponeerd en gehandeld wordt, als by de Voorige articulen deezer' afdeeling is opgegeven. XVII. AFDEELING. Van begrootihg van Proceskosten. Art. 249'. . . Iemand zyn eigen zaak verdedigd en by Vonnis eene condemnatie van kosten ten lasten £ van zyne partye verkregen hebbende, is be- « voegd aan dezelve, ter begrooting van den 2 Rechter, in rekening tc brengen, de door hem a betaalde loonen aan Bodens of Exploictiers, 2 en Secretary- of Griffie-kosten , de onkosten^ der ingewonnen bewysftukken, de betaalde fchryfloonen van ingediende Procesftukken of aan zyne partye geleverde Copiën, en eindelyk alle zoodanige deugdelyke en onverraydelyke onkosten, als de overwinnaar ter zaake van de gehouden Rechtspleging heeft gehad, zonder egter eenige kosten van Praétizyns daar onder te mogen berekenen. Art. 250. Zoo de geen', die een Proces met de kosten gewonnen heeft, een of meer Practizyns K K in Hos tot bi* rooting van dezelve te Jrocedeerenö Welke kosm iemand , ie zyn eigen tak verde'igd heeft i ■il mogen irekeneni Welks winter daartoe  C 144 ) Pra£lizyn*s gebruikt zyn. Hoe opgaave van kosten aan Partye ie doen. Hoe derzelver begrooting te verzoeken. Partye op dat verzoek te hooren. Art, in hetzelve heeft gebruikt, mag hy de des= wegens gevallene kosten tot lasten van zyne partye brengen; met dien verftande nogtans, dat, zoo 'er meer dan een Praétizyn gebruikt is, hy uit derzelver onderfcheiden Rekeningen aan zyne partye alleen zal mogen opgeven alle zoodanige posten, welke tot het beleid van den Procesfe van den beginne tot den einde zouden hebben plaats gehad, indien hy maar een Praclizyn had gebruikt. Art. 251. Die een Proces met de kosten r gewonnen heeft, doet aan zyne Partye by Infinuatie eene Memorie van die kosten overgeven, met eene daar onder gefielde Lyst van de fpecifique rekeningen en verdere befcheiden daartoe behoorende, en met aanbod , om van alle dezelve, ter begeerte van zyne Partye, vifie öf Copiën te geven. Art. 252. Daarop binnen veertien dagen na de voorfchreven Infinuatie geene voldoening volgende, wordt door den Infinuant aan den Rechter, die het Vonnis uitgebragt of in appel bevestigd heeft, ingeleverd Request om begrooting van de opgegevene kosten, met byvoeging van een gelyke memorie, en van de fpecificque rekeningen en verdere befcheiden daartoe behoorende, volgends Foimuiier No. 77. Art. *53. Op dit Request ordonneert de Rechter, by appoinclement, dat de party zyne vermeende gronden tot diminutie fchriftelyk ter Secretarye of Griffie zal moeten inleveren, binnen veertien dagen na de Infinuatie van de Copie van 't zelve Request en appoinclement.  C 145 ) Art. 254. Denzelven binnen dien tyd geene diminutie inleverende, wordt door den Rechter^ met het het doen der begrooting voord gegaan;, doch van dirainutie gediend hebbende, wordt de verzoeker daarop kortelyk gehoord, en gaat de Rechter vervolgends daadelyk tot de begrooring over, daarvan een appoinclement uitbrengende volgends Formulier No. 78., by welke tevens de nakosten, op de begrooting gevallen, gebragt worden ten lasten van den gecondemneerden, ten ware de Rechter de opgegetfene kosten onmaatig haddebevonden, als wanneer de gecondemneerde die nakosten niet betaalt. Art. 255'. Iemand, wegens kosten aan zyne zyde geVallen, een rekening van de Secretary of/ Griffie, of van een Praclizyn, Notaris, Ex-i ploiclier, Bode of Juftitie Dienaars ontvan-< gen hebbende, en vermeenende dat dezelve, te hoog gefteld is, is bevoegd zich monde-: deling aan tien Rechter te vervoegen, met verzoek dat dezelve mogen worden begroot, Welke begrooting daarop door den Rechter, na verhoor van de belanghebbende, gedaan zal worden. Art. 256. Iemand der in het voorige Articul gemelde perfoonen geene voldoening kunnende beko-1 men van zyne overgegevene Rekening, wegens, zaaken die voor de Burgerlyke Rechtbank of( het Gerechtshof gediend hebben , verzoekt by , Request aan zoodanige Rechtbank of Gerechts-, hof begrooting van de Rekening en Condens: natie tot betaling van dezelve, volgends For-, muiier No. 79. Op welk Request in gelyker voege gedisponeerd wordt, als bier vooren Art. 353. is bepaald. K a Art- Hoe de be» \rooting U la en. Van mondéing verzoek ot begrooing eener tekening 'an kosten« Hoe te Prö■edeeren, om legrootlng , n condemna" 'tc tot betaa* ing eener ■ekening te tekomenh.  ( 14* ) Wanneer Partyën tot een gewoon Rechtsgeding te verwyzen. Van begrooting valt geen hooger beroep. Na het voldingen geene verdere /lukken overteleggen. Van het Art. 257. Wanneer de geen, aan wien zoodanig Request en Appoinétement geïnfinueerd is, in plaats van te diminueeren, beweert tot alle . betaaling ongehouden te zyn, en daartoe zoodanige redenen bybrengt, welke in een gewoon Rechtsgeding behooren onderzogt te worden, zal de Rechter partyen daartoe verwyzen; doch, zoo hy diminueert of in't geheel aan 't appoinétement binnen den geitelden tyd niet voldoet, zal de Rechter tot het doen der begrooting overgaan, op gclyke wyze als in Art. 254. gemeld is, en daar van een Appoinétement uitbrengen, met Condemnatie tot betaling, volgens Formulier No. 80. Art. 258. Van eene door de Burgerlyke Rechtbank gedaane begrooting valt voor geene van beide de Partyen hooger beroep. TITUL VI. Van het vervolgen der zaaken na het voldingen, en van de Vonnisfen. Art. 259. Na dat de zaaken by Re- en Duplicq voldongen zyn, Raat het aan geene van bei. de Partyën vry eenige verdere Rukken aan den Rechter overteleveren , dan die by de refpective dingtaalen zyn gevoegd geweest, uitgezonderd alleenlyk de tegenvragen, endaarop gegevene antwoorden van getuigen, die in het Proces van de eene of andere zyde zyn belegd. Art. 260. Zoo dra een zaak voldongen en het verhoor  C 147 3 hoor der Getuigen voltrokken is, zal dezelve door den Secretaris gebragt worden op de Lyst der Pleidoyen van die Rol, waartoe dezelve behoort. Dog zullen alle zaaken , tot misdaaden betrekking hebbende, cn waarin door den openbaaren Aanklager een ordinair Proces wordt gevoerd, of waarin appoinclement van purge verzogt en verteend is, nog moeten worden gebragt op eene afzonderlyke Pleit-Lyst Provifiën, Exceptiën en incidenten worden daadelyk nav het voldingen van dezelve , of jop een kort daarop volgenden dag, door denRechter mondeling te bepaalen, voor de Rechtbank, of in den Raad van het Gerechtshof, bepleit. Art. ftSr. De Prrcfident van het Gerechtshof of van de Rechtbank zal zoo veel mogelyk zorge? dragen , dat eerst de Provifiën en Exceptiën , t en voords de zaaken op de Crimineele Pleit - / Lyst, en daar na de zaaken op de Extraor-« dinaire Lyst ftaande, als uit derzelver aart een onvenyylden voordgang vereisfehende, afgepleit en"beflist worden; zoo nochtans, dat om de zaaken van de ordinaire Lyst niet te veel te veragtcren, na twee Fleidoyen van de Extraordinaire Lyst, altyd een van de Ordinaire zal moeten aangelegd worden, Art. 26a. Wanneer iemand vermeent gewichtige redenen te kunnen bybrengen, waarom zyne zaak k epne fpoedige voordgang vordert, en niet wel k «onder zyn merkelyk nadeel haare gewoone £ beurt kan afwagten, zal hy by Requeste aan n den Rechter mogen verzoeken, dat in die zaak 1 een korter en buitengewoonen dag bepaald mag worden, waarop de Rechter naar bevinding zal disponeeren , in het oog houdende, K 3 dat breng:» der zaaken op de lystderpley- doyen. Welke orde n het bepleien der zaa•en te hou'en. fan 'verzoent om een irten en 'ütengewoom dag van 'leidoy.  C 148 ) è i 1 Regeling ■der lJlctdcy-, Gevolg, als pen der Parijen niet verfchynt om tt Pleiten, Geene zaaien te hefchryven,datom gewichtige redenen. at geene gewoone zaaken, uit enkele verkieing van Partyen, voor andere oudere zaaken ulïen mogen worden voorgetrokken. Art. 263. De Pleidoyen zullen zonder onderfcheid, er reconventie in het Proces gedaan is, Jan niet, gedaan worden by eisch , antwoord •e- en duplicq, waarvan de twee eerfte tot oetoog van het door ieder der Partyen verneend recht, en de twee laatfte tot wederegging van het geen door party is bygebragt, zullen dienen. — By duplicq mogen geene nieuwe bewysredencn worden voorgedragen; sn zal de Rechter indien zulks blykbaar, en op eene én 't oog lopende, wyze mogt gefchied zyn, aan de Party het Pleiten van Triplicq tegen die nieuwe gronden mogen vergunnen, doch zonder immer een quadruplicq toetelaten. Art. 264. Indien op den dag tot de Pleidoy bepaald, een van beide Partyën niet verfchynt, zal de geen, die gereed komt, worden toegelaten, om alleen te Pleiten, of zyne ftukken met eene Memorie over te geven. — De gebrekige Party is daar door van het doen der Pleidoye verltooken, en mag alleen zyneconcluliën en (tukken, doch zonder Memorie, aan den Rechter inleveren. Art. 265. Alle zaaken zullen mondeling moeten bepleit worden, en geene derzelver befchreven, : ten ware de Rechter, uit hoofde van den aart .der zaake, als tot een mondelinge voordragt om 'gewichtige redenen ongefchikt zynde % zulks mogt ordonneeren, Art.  C !49* ) Art. n.66. In zoodanig geval zal van die ordre op de Rolle aantekeening worden gedaan, met last t aan beide de partyen, om hunne ftukken enj Memoriën van Rechten (welke laatfte zy niet; verpligt zullen zyn aan elkander mede te deelen) binnen vier weeken daarna te moeten leveren; zullende by gebreke van dien recht worden gedaan, op het geene van de eene of andere zyde bevonden zal worden geleverd te zyn. Art. 267. Indien de Rechter by onderzoek van de zaak bevindt, dat het een of andere, waarvan het hem toefchynt dat de beflisfing der zaak zal afhangen, in 't geheel niet, of niet genoegzaam, bewezen is, kan hy bylnterlocutoir Vonnis (volgends Formulier No. 81.) ordonneeren, zulks nader te bewyzen, daarby uitdrukkende: a. Het peindt dat nader moet bewezen worden. b. Aan welke Partye dat bewys wordt opgelegd. c. Binnen welken tyd hetzelve moet worden geleverd. Met verklaring, dat by gebreke van dien in de zaake op de overgelegde ftukken recht zal worden gedaan. Art. 268. Die het nader bewys aan de-n Rechter inlevert, zal daarvan tevens Copie moeten geven aan de Party, die als dan de Vryheid zal hebben zyne fchriftelyke tegenredenen en bewyzen binnen den tyd van tien dagen , of, zoo zyne party eenige Verklaring heeft overgelegd, en hy de daarin voorkomende Getuigen op tegenvragen zouden willen hooren, K 4 als Hoe te handelen in bechreven\aaken. Van Inter- 'ocutiën tot overleggen van nader bswys. Hoe te procedeeren , als de Rechter gelast heeft iets nader te bewyzen-,  ( '5° ) Form der Fonnhfen Hoe een gedaagden,dieaanhoudend weghlyft, te condemneeren. Hoe denzelven te vonnisfen als de eisch niet gegrond is. Fonnhfen behelzen eene dispofitie omtrent de kosten. als dan binnen drie wecken , aan den Rechter intedienen. Art. 269. In alle Vonnisfen is de Rechter verplicht in 't oog te houden, dat dezelve met de dingtaalen zoo veel mogelyk overeenkomftig behooren te zyn ; en zal in de extenfie derzelve, zoo veel de aart der zaak zulks toelaat, ten voorbedde neemen de Formulieren No. 83. Art. 270. Wanneer by aanhoudend wegblyven van den gedaagden tegen denzelven word recht verzocht, en de Rechter bevindt, dat de eisfcher in zyne vordering gegrond is, wordt aan hem zyne genomene conclufie toegewezen, en de gedaagde gecondemneerd in de kosten van den Procesfe, volgends Formulier. No. 83. Art. 271. indien zoodanig Eisfcher in zyne vordering niet gegrond bevonden wordt, wordt aan hem syn eisch eu conclufie ontzegd, doch niettemin de gedaagde, uit hoofde van zyn aanhoudend wegblyven, gecondemneerd in de kosten, niet van den Procesfe, maar alleen van de gedgane Dagvaardingen. Art. 272. By alle Vonnisfen (uitgenomen alleen de provifioneele en Interlocutoire) wordt ook door den Rechter gedisponeerd omtrent dc geëischte kosten , of door den geenen , tot wiens nadeel de zaak wordt uitgewezen, in dezelve kosten geheel of gedeeltelyk te condemneeren , of door dezelve van wederzyden te compenfeeren; welk laatfte echter niet gefchieden mag, dan om goede en aanmerkelyke redenen, den Rechter daartoe bewegende.  C 151 ) Art. 273. Alle Vonnisfen worden agter de Notulen van de zaak in de Rolle gefteld, en door den 1 Secretaris in 't openbaar voorgelezen, zonder j 't welk dezelve geen kragt verkrygen. < Deeze openlyke voorlezing of uitfpraak is < echter niet noodzaaklyk omtrent appoincte-, men op Requesten, welke aileenlyk aan den ( verzoeker worden uitgegeven, en mede gefteld op de Copie-Requeste, aan de partye geïnlinuëerd, indien dezelve zulks begeert. TITUL VIL Van de Executiën. Art. 274. Die eenig Vonnis, Condemnatie of Appoinétement van een Gerechtshof of Burgerlyke Rechtbank of Vrederechter verkregen heeft, 't welk hy wil ter Executie leggen, heeft niets anders noodig, dan dezelve te ftel-" len in handen van een Exploiclier van den Hove of een Gerechtsbode van de Rechtbank, waaronder de Gecondemneerde metder woon behoort, efi, voor zoo verre gearresteerd en geëxecuteerd moeten worden goederen van den Gecondemneerden onder een ander Rechtsgebied gelegen of gevonden wordende, in handen van een Exploictier of Gerechtbode van de Rechtbank, waaronder het goed gelegen is of gevonden wordt. En is zoodanig Exploictier of Gerechtsbode verplicht die Executie daadelyk te volvoeren. Art. 275. Alle de voorfchreven Gewysdens zyn overal executabel door de geheele Republiek, met* djen verftande echter, dat, voor zoo verredie executie zoude moeten worden gedaan < K 5 bui- Vonnisfen penbaar uit-, efpreken, hch Appon£tementenilleen uitten *even. Door wien, Ie Executie Ier Vonnisten moet worien verrigi. Alle Vonüsfen zyn ^xecntabel kor de gehe-.  ( 15» ) leRepuhliek mids voo/ af vertoond wordende. Wanneer vooraf auBo rifatie tot d Executie t verzoeken. Van het doen der fom matie. Hoe Voi nisfen in rt eele Actiën ter Execut, te leggen. , buiten het Gebied van cjen Rechter, die het gewysde gegeven heeft, hetzelve bevorens zal moeten worden vertoond aan den Prtefident van het Hof of de Rechtbank, onder welks gebied de Executie zoude gefchieden , die verplicht zal zyn daadelyk op hetzelve Vonnis te ftellen en te onderteekenen Fiat Executie. Art. 276.' Indien echter het Vonnis meer dan vyf ja-ren oud is, of de Gecondemneerde inmid? dels overleden is, of geen perfoon meerheeft, moet vooraf van den Rechter die het Vonnis gewezen heeft, by Request, (volgends Formulier N°. 84.) verzogt worden auctorifatie, om hetzelve ter Executie te mogen doen leggen, wcike auctorifatie, na verhoor, het zy van den Gecondemneerden, of vau deszelfs Erfgenaamen, Carateuren of andere Repraifentanten , tegen welken het voorfchreven verzoek zal, zyn gedaan , en geene redenen daar tegen dienende, verleend wordt. Art. 277. Alle Executiën moeten begonnen worden by - fommatie, (volgends Formulier Nü. 85.) door den Exploidtier of Gerechtsbode, tevens met Copie van het Vonnis, aan den Gecondemneerden moet worden overgegeven, inhoudende eene aanmaning, om binnen tien eerstkomende dagen aan dat Vonnis te voldoen, en dienvolgende te betaalen of te verrigten, het geen de Executant uit kragte van hetzelve Vonnis vermeent te kunnen vorderen. Art. 278. In rcëelc Actiën, in welke de Geëxecuteer- - de gecondemneerd is zyne handen van eenig goed te trekken en te houden, legt de Ex- 'e ploiélier of Bode, na verloop van de tien da* gen5  ( 153 ) >een by de gedaane Sommatie bepaald, het 'Vonnis ter Executie, door den Executant idaadelyk te Hellen in het bezit van het geen Ihem toegewezen is. Art. 279. In perfoneele Condemnatiën, welke tot betaaling eener bepaalde Geldfomme (trekken , zal de Exploictier of Bode, na verloop van de tien dagen by de gedaane Sommatie bepaald, vragen aanwyzing van Goederen, welke toereikende zyn om daaraan de Executie te kunnen volvoeren, volgends Formulier N». 86. Art. 280. Deeze aanwyzing echter behoeft niet gevraagd te worden, by aldien het Vonnis tevens" mede brengt, dat het Hypotheecq of gearrefteerde goed voor de Somme, in de condemnatie begrepen, wordt verklaard executabel, maar kan als dan daadelyk op dal goed de Executie worden voordgezet. Art. 281. Wanneer door den Geëxecuteerden aanwyzing van Goederen gedaan is, worden dezelve door den Exploictier of Bode in arresi genomen , en daarop de Executie voordgezet Art. 282. Doch ingevalle de Geëxecuteerde weiger of uitftelt de betalinge te doen, en geene of" geene genoegzaame Goederen naar 't ooi deel van den Gerechtsbode of Exploictier aanwyst, om daaraan den inhoud van 't Von nis te kunnen verhaalen, is de Exploictier c Bode gehouden des Geëxecuteerdens Goed< ten in Arrest te nemen en te verkopen en wel eerftelyk de roerende Goederen, vru£ %m te velde daar onder begrepen. Art. 28; Na de fomnatie aanwyting van goederen te verzoeken. Wanneer geen verzoek van aanwyzing noodig is. De aangewezen goede'■ ren in arrest te nemen. t By gebrek , van aanwy•zing eerst de , roerende goe- deren te arf resteeren.  Bté het arrest op t oe rend goed t, (ken. Bewaarlng (Ier gearresteerde goc delen. De Verkoop by Bil- i lietten bekend temaa- \ ken. ) De Verkoop zonder 1 ophouding te ( doen voord- i gaan. { t t C »54 ) Art. 283. Dé Exploiétier of Gerechtsbode (die ver■dagt moet zyn een genoegzaam aantal roearende Goederen, geëventedigd naar de grootte der condemnatie met de kosten, in'arrest te nemen) doet dit arrest, (volgends Formulier N. 87.) ten overihan van twee Leden uit de Burgerlyke Rechtbank, onder welks Rechtsgebied de gearrefteerde Goederen bevonden worden, of van zoodanig PerfoonÖof Perloonen, als door dezelve Rechtbank daartoe zal of zullen zyn aangefteld, en maakt van die alzoo gearrefteeide Goederen, ten overftaan als vooren, een fpecificquen Inventaris. Terwyl hy voords Copie van de Acte yan Arrest, en van dcu Inventaris, aan den Geëxecuteerden infinuëert. Art. 284. De voorfz. gearrefteerde en geïnventanTeerde Goederen doet de Exploictier of Gerechtsbode behoorlyk bewaaren, of, zoo de kosten daarvan te zwaar zouden vallen, doet hy dezelve in een verzekerde plaats overbrengen. Art. 285, In deeze bewaaring blyven de Goederen len tyd van tien dagen, geduurende welke de e doene verkoop by gedrukte Billietten, welke op de plaats zelve, en des noods in le naaste Steden en Dorpen rondsomme vorden aangeplakt, wordt bekend gemaakt. Art. 286. . Df daS™ verlopen zynde , gaat de exploictier of Gerechtsbode voort, met de Goederen publiekelyk te verkopen, zonder ulks te mogen ophouden, anders dan op chnttelyk verzoek van den Geëxecuteerden n fchriftelyke toeftemming van den Execu' jnt, en voor den daarby bepaalden tyd. Art. 287.  C 155 ) Art. 287. Na het aflopen der verkoping, en het ontvangen der Penningen, trekt de Exploictier of "Gerechtsbode van derzelver beloop af de kosten van de Executie, betaalt voordsi den inhoud der Condemnatie aan den Exe-. cutant, en levert ter Griffie of Secretarie eene rekening en verantwoording van zyn ontfang en uitgaaf, aldaar tevens opbrengende het overfchot van zyne ontvangene Penningen, om door den Geëxecuteerden geligt te kunnen worden. Art. 288. Wanneer de Geëxecuteerde geene gcno'egzaame roerende Goederen bezit, of wel de Exploictier of Gerechtsbode, nagedaan onderzoek , dezelve niet weet te ontdekken, vervolgt hy de Executie op de onroerende Goederen van den Gecondemneerden. Art. 28c> De Exploictier of Gerechtsbode mag geene groote Goederen om kleine Schulden execu-1 teeren, ten ware dat de Goederen, aan één < Stuk liggende, niet fplitsbaar waren. i Art. 290. Insgelyks is het den Exploiétier of Bode niet geoorloofd een huis, wooning of party < Lands, aan één blok of in party liggende, te, fplitfen, en in verfcheide verkopingen opteveilen, maar hy is verpligt hetzelve geheel en gelykelyk te arrefteeren, en daarop voord te procedeeren. Art. 291. Den Exploictier of Gerechtsbode geene roerende nog onroerende Goederen van den Geëxecuteerden kunnende ontdekken, vervolgt voords" Verantwoording'an den Ex* iloicticr of Bode. Wanneer de Executie op de onroerende Goederen te vervolgen. Geene groo■e Goederen, m kleine Schulden te xecut&eren. Geene Percelen te rplitfen. Van Exe:utie op uit* laande  C 15* ) Schulden , Actiën en Rechten. De Executie op onroerende goederen zonder ophouding te ven olgen. Van het arresteeren van onroerend goed. • Onderzoek te doen naaide belastingen. voords de Executie op deszelfs uitftaande Schulden, Actiën en Rechten. Art. 292. In de Executie van onroerende Goederen moet de Exploiétier of Bode even zeer, als in die der roerende Goederen, zich wachten van daar mede (til te (taan , of eenige Termynen der Executie te vertraagen, ten ware hy daartoe heeft bekomen een fchriftelyk verzoek van den Geëxecuteerden, en eene fchriftelyke toeftemming van den Executant, en zulks niet langer dan voor den daarby bepaalden tyd. Art. 293. Wanneer het onroerend goed door den Geëxecuteerden aangewezen, of by het Vonnis executabel verklaard is, of ook daarop, by gebreke van roerend goed, Executie te werk gelegd moet worden, zal de Exploictier of Bode beginnen met hetzelve in arrest te nemen, doende daarvan infinuatie, zoo aan den Geëxecuteerden, als ter Secretarie van de plaats, alles volgends Formulier Ne.8S. Art. 294. De Exploiétier of Bode, eenig onroerend goed executeerende, is verpligt naauwkeurig onderzoek te doen naar de belastingen, waarmede het goed bezwaard is, en ten dien einde moet hy ter Secretarie van de plaats , daar het zelve gelegen is, ligten een Extraél uit het Prothocol of Register van de belastingen en Flypothecatiën van hetzelve goed, hetwelk de Secretaris gehouden is hem te leveren. Ook moet hy op gelyke wyze onderzoeken , met welke agterftallige Lands- en Plaatfelyke Lasten het goed bezwaard is, en daarvan Declaratoiren nemen , en aan den Secretaris  C '57 ) taris van het Gerechtshof of de Rechtbank overbrengen , ten einde op die Lasten by het regelen der preferentie behoorlyk acht gefiagen worde. Art. 295. Na dat de Exploiétier of Bode het voorfchreven Arrest en de Infinuatie van dien gedaan heeft, moet hy binnen drie weeken daarna het gearrefteerde goed in 't openbaar ter gewooner veilplaatfe verkopen, en inmiddels van die te doene verkoop by gedrukte Billietten, (volgends Formulier N°. 89.) die op de plaats zelve, en in de naaste Steden en Dorpen rondsomme, worden aangeplakt, alsmede by Advertentiën in de Couranten, bekendmaking doen. Art. 296. Den dag der Verkopinge gekomen zynde, leest de Exploiétier of Bode aan de Gegadingdens voor de voorwaarden der verkopinge, (volgends Formulier N?. 90.) veilt het goed op by verhooging, met of zonder daarop volgenden afflag, het zy ten zelfden, het zy op een anderen bevoorens bepaalden, dag, of op zoodanige andere wyze, als het Plaatfelyk gebruik ten opzichte van Willige Verkopingen van foortgelyke goederen medebrengt, en verklaart den laatlten Verhooger of Afmyner tot Koper. Art.. 297. Die van zoodanig goed koper blyft is gehouden zyne uitgeloofde Kooppenningen binnen tien dagen optebrengen, ter Griffie van den Hove of Secretarye van de Rechtbank , wiens Exploiétier of Bode den verkoop heeft gedaan, Art, 298, Wanneer te verkopen en inmiddels die verkoop hekend te maaken. Dadelyke verkoping van onroerend goed.- De Koop*penningenter Griffie of Secretarye optebrengen,-  C 15& ) Verzoek tot bekrachtiging van d, gedaane ver koop o Dispofitit óp dat verzoek. Wie tot hei regelen der Preferentie te dagva zrien. Hoe de Preferentie te regelen. Art. 298. Dit alles gedaan zynde , wordt door den ■ Executant een Request aan den Hove of r Rechtbank, in 't voorige Articul vermeld, \v• geleverd, met byvoeging van het relaas van den Exploictier of Bode, wegens de gedaane Executie en Verkoop (volgends Formulier N". 91.") en verzoekt dat dezelve mag worden bekrachtigd, en daarop verleend Aéte om den koper te dieneri tot bewys van Eigendom ; dat voorts een dag moge worden bepaald, op welken over den opgebragteh koopfchat de Preferentie zal worden geregeld, en dat inmiddels de Exploiétier of Bode gelast worde, om de belanghebbenden jegens dien dag tot dat einde te dagvaarden (volgends Formulier N". 92.) Art. 299. Het Hóf of de Rechtbank bevindende, dat de Executie in behoorlyke orde is gedaan j verleent het zelve verzoek, en doet de daarby vermelde Aéte (volgends Formulier N°. 93.) aan den koper uitleveren. Art. 300. Uit kragte van dit Appoinétement dagvaart de Deurwaarder of Bode eerltelyk den Geëxecuteerden zeiven , en voords (volgends Formulier N*. 94.) by Ediéte, (waarvan ook drie achtereenvolgende bekendmakingen in de Couranten gedaan worden) allen en een iegelyk, welke eenig recht op voorfchreven ter Secretarye opgëbragten koopfchat zouden vermeenen te hebben. Art. 301. Den dag van 't houden der preferentie gekomen zynde, wordt dezelve geregeld, en een Vonnis van Preferentie vastgefteld, of ni-  C '59 ? indien de belanghebbenden niet kunnen wof* den verëenigd over derzelver verfchil, geprocedeerd op zoodanige wyze, als hier boven Art. 128. en 129. met opzigt tot iufolvente Boedels bereids is opgegeven. Art. 332-. Wanneer het zy de Geëxecuteerde zelf, het zy een derde vermeent eenige tegenfpraak t tegen de Executie te kunnen doen, mag hyj zulks niet anders doen, dan doof by Re-, aquestc.'van den Rechter, Wiens Vonnis geëxe- 't cuteerd wordt, te verzoeken appoinclement; van interdiétie tegen den voordgang der Executie, waarop als dan zal worden verleend zoodanig Appoinétement, en voords geprocedeerd , als hier vooren in de 5. Afdeeling Van den 5. Titul is bepaald. . . Art. 303» Wanneer de Gcëxecureerde in t geheel geene of geene genoegzaame Goederen bezit, waar, aan de inhoud van het Vonnis by Executie , verhaald kan worden, vermag de Executant t by Request (volgends formulier N°. 94.) aan , den Rechter wiens Vonnis geëxecuteerd wordt, 2 of, zoo het een Vonnis van een Vrederechter is, aan de Rechtbank onder welke die Vrederechter behoort, verzoeken appoinétement van auétorifatie op een Bode of Exploiétier * om den Geëxecuteerden in Gevangenisfe te ftellen en te houden, tot dat hy aan het Vonnis met de kosten van Executie zal hebben voldaan. Op welk Request eerte Comparitie zal worden geordonneerd, en, wanneer de Geëxecuteerde op dezelve niet verfchynt, of anders na verhoor van denzelven , gedisponeerd* zö«i kis de Rechter zal oordeelen te behooren. L Art. lat* Hoe zich egen den oordgang •an eene Ex cutie te vér* jetten. Èy gebrek >an Goedeen den Gèxecuteerden'evangen ïè eittn-.  C 160 ) Hoe Pinttisfeh van ttamptiifement te executeeren. Wanneer de Executu by Gyzeling te doen. Deeze Excutic te beginnen by Sommatie. Beteekeving van Gyzeling. Art. 308. Art. 304. Vonaïsfen, waarby een namptisfement is toegewezen, worden ter Executie gelegd op tweederley v/yze, ter keuze van den Executant, of om de Penningen te betaalen aau den Executant, onder gewettigde Borgtocht, waarvan een Copie der Acte by.de Sommatie aan déli Geëxecuteerden moet worden overgegeven , of om de Penningen ter Secretarie optebrengen, alwaar de Executant dezelve vervolgends kan liglen, na gelyke Borgtocht gefteld en de Acte daarvan aan den Gecondemneerden geïufinueerd te hebben. Art. 305. Wanneer eindelyk iemand by Vonnis gecon■demneerd is, om rekening, bewys en afgifte te doen, of eenige andere daad te verrichten, of wanneet het Vonnis gewezen is tot lasten van eenige Collegiën, Executeurs, Voogden, Carateuren, Rentmeesters, Gemagtigden ofte anderen, niet'uit eigen hoofde maar in qualiteit gecondemneerd zynde, gefchiedt de Executie van zoodanig Vonnis by wege van Gyzeling. Art. 306 De Gecondemneerde wordt in dat geval eerst door den Exploictier of Bode gefommeerd , om binnen tien dagen te voldoen. Art. 307. Deezen tyd zonder voldoening verreken zyndo., wordt hy (volgends Formulier N°. 96.) geïnfinueerd, om op den tienden dag daarna in Perfoon te verfchynen op zoodanige plaats, als by de refpective Hoven zal zyn of worden bepaald, en aldaar Gyzeling te houden, tot dat hy aan het Vonnis zal hebben voldaan.  ( i6i ) Art. 308. De. Gecondemrieerde, vermeenende dat de Executie en beteekening van Gyzeling geheel fé en al ten onrechte tegen hem is ondernomen , k kan zich daartegen verzetten door het ver-G zoeken van appoinclement van interdictie, op v< gelyke wyze als hier boven Art. 302. is vermeld. Art. 309. Doch indien de Gecondemneerde in 't onzekere is, wat de Executant eigenlyk tot o voldoening aan het Vonnis door hem ver-d rigt wil hebben, of wel vermeent dat men h van hem te veel en iets onredelyks vordert, c kan hy by Request (volgends Formulier N°. 97.) aan het Hof of de Rechtbank verzoeken, dat eene Comparitie voor Commisfarisfen worde geordonneerd, ten einde de wyze van voldoening aan het Vonnis onderling geregeld, of wel anders by appoinclement van den Rechter bepaald worde; blyvende inmiddels de beteekende dag, om in Gyzeling te verfchynen , opgefchort. Welk Appoinclement , zonder dat de Executant daarop zal worden gehoord, daadelyk verleend, en ten fpoedigften van wege den Gecondemneerden aan den Executant geïnfinueerd zal moeten wórden. Art. 310. Op die Comparitie levert de Gecondemneerde eene Acte van voldoening over (vol-; ' gends Formulier N". 98.) De Executant daarmede geen genoegen nemende, is gthouden . fchriftelyk optegeven, wat hy meerder vordert, met de redenen van dien; — Commisfarisfen tragten Partyën deswegens te verëenigen, en dit niet gelukkende, wordt ha een kort verhoor, of des noods eene mondelinge Pleidoye de wyze van voldoening by ' appoinclement bepaald. Art. L 2. Hoe zich gen eene xecutie by yzeling te rzetten. Verzoek, n op de voloening van °t Vonnis te tmpereeren. Hoe de wy:e van volioening te -e gelen.  C i6a ) De voldoening geregeld zynde, op nieuw Gyzeling te beteekenen. Gevolg, als ' de Gegyztlden aan die nadere beteekeuing niet voldoet". Den Gegyzelden zonder voldoening blyvende zitten het belang te vaardeeren. Art. 311. De Gecondemneerde aan dit appoinclement niet voldoende,"'kan de Executant hem andermaal infinuceren, om als nog op den tienden dag in Perfoon in Gyzeling te verfchynen en te blyven , tot dat hy aan den inhoud van 't "zelve appoinclement zal hebben voldaan. Art. 312. Wanneer de Gegyzelde op den tienden dag niet in Gyzeling verfchynt, kan de Executant by Request, met by voeging van het relaas van den Exploictier of I5ode, dat hy den Gecondemneerden in de Gyzeling gezogt doch niet gevonden heeft, verzoeken appoinétement van auétorifatie op den Exploictier of Bode, om den Gegyzeldcn in gevangenis te ftellen, en te houden, tot dat hy arm het Vonnis met de kosten van Executie en Gyzeling zal hebben voldaan, op wefk Request voords wordt gehandeld, als hier vooren Art. 303. is bepaald. Art. 313. Indien iemand lot het verrichten van eenige daad gécondemncerd zynde, een maand lang' in gevangenis gezeten heeft, en nog niet voldoet, kan de Executant verzoeken dat het belang, het geen hy in de voldoening van het Vonnis heeft, op eene geldfomme gewaardeerd, en de Gegyzelde daarin gecondemneerd worde; tot dat einde procedeerende, zoo als hier boven Art- 247. en 248. met opzicht tot het begrooteir eener vergoeding' van kosten, fchaden cn rrrteresferi is voorgefchreveu; blyvende denéegyzèfden niettemin in hechtenis, tot dat de voorfz. beitrooting gedaan, en de Executant te vrede iefteld zal zyn.  C i«3 ) Art. 314. De Gecondemneerde in Gyzeling verfchynende, mag het Gyzelhuis niet weder veriaten, zoo "lang hy aan het Vonnis niet zal hebben voldaan; en wanneer hy binnen tien dagen daartoe geene dadelyke bereidwilligheid doet blyken, kan de Executant, even als in het voorige Articul, verzoeken appoinétement om den Gegyzelden in Gevangenis te doen overbrengen. TITUL VIII. Van Revifien. Een iegelvk die vermeent by eenig Vonnis of andere dispofitie van een Departementaal Gerechtshof bezwaard te zyn, zal daarvan mogen komen in Revifie. Uitgezonderd, dat zulks niet zal vry Raan: a. Tegen alle zodanige Appoinétementen of Vonnisfen van welke, indien dezelve by een Burgerlyke Rechtbank waren uitgebragt, geen hooger beroep zoude worden toegelaten. }. Tegen Vonnisfen over Bezit-recht gewezen. c. Tegen Vonnisfen welke geen duizend Guldens in geld of geldswaarde bedra gen, zonder eenige intresfen of kosten daar onder te berekenen. 4. Tegen Vonnisfen van een Gerechtshof, in appél gewezen, waarby de Appéllant verklaard wordt by het Vonnis of Appoinétement van de Burgerlyke Rechtbank niet bezwaard te zyn. Art. Gevolg, als ie Gegyzelde ip de nadere bereekening wel verfchynt maar niet •oldoet. Van welke Vonnisfen geen Rtvifie valt.  Niet pro Deo. Van Request om Appoinclementvan Revifie. Tegen welken Rechtdag te explcicteeren. De Termynen van Revifie zeer firict te houden. Of en hot verre een vonnis, niet- Art. 316. In civile zaaken zal nooit Revifie Pro De* worden verleend. Art. 317. Die in Revifie wil komen zal dezelve binnen een maand na de uitfpraak van bet Vonnis of het uitbrengen der dispofitie moeten doen aanteekencn, en voords by Requeste aan het Gerechtshof, en wel aan den Raad, in te dienen, (volgends Formulier N°. 99.) met byvoeging van het Vonnis, waarby hy vermeent bezwaard te zyn, Appoinclement van Revifie moeten verzoeken. Art. 318. Het verzogte Appoinctcment van Revifie by den Hove verleend zynde, (volgends Formulier N0-. 100.) zal de Impetrant gehouden zyn het zelve zoo tydig te doen exploicleeren, dat het uiterlyk binnen den tyd van zes maanden na den dag der uitfpraak van het Vonnis, of het uitbrengen der dispofitie, zal kunnen dienen, en zal het Exploicl ten minsten drie vveeken, of, indien het by Edicle moet gedaan worden, ten minsten zes weeken te vooren gefchieden. Art. 319. De termynen tot het aanteckenen en vervolgen der Revifie by de twee voorgaande Articulen bepaald, zullen zeer ftricl in achtgenomen móeten worden , alzoo na verloop van dezelve de Revifie van zelve vervallen zal zyn , zonder dat tegen dat Merloop eenig Reliëf, om welke reden het ook zoude mogen zyn, toegelaten zal worden. Art. 320. Niettegenfiaande van een Vonnis yan het Gerechtshof Revifie is aangeteekend, kan hetzelve ter executie gelegd worden onder borgtocht  C i6S ) tocht van het ontvangene tezullcn teruggeven, indien in Revifie de zaak anders mocht worden uitgewezen; teu ware de Gecondemneerde van zyne zyde borg ftelde voor de voldoening van het gewezen Vonnis, wanneer hetzelve in Revifie wierdt bekrachtigd, of ten ware by het Vonnis zodanige condemnatie was uitgebragt, dat, wanneer dezelve wierdt geëxecuteerd, de Gecondemneerde van een triumph in Revifie geen volkomen effect zoude kunnen hebben. Art. 321. . In dit laatstgemelde geval kan de geen, in wiens voordeel het Vonnis ligt, en die voldoen- j de redenen heeft, om op eene fpoedige afdoe - 1 ning der zaak aantedringen, by Request aam den Hove verzoeken appoinétement, waarby, de Gecondemneerde wordt gelast, de aangeteekende Revifie binnen zekeren korten tyd te vervolgen, of dat dezelve daadelyk zal zyn vervallen; op welk verzoek het Hof, na verhoor van partyën, zal disponeeren, zooals hetzelve bevinden zal te behooren. Art. 322. Op den beteekenden Rechtdag zal door den Impetrant worden Eisch gedaan, zoodanig als , by zyn Request Raat uitgedrukt, en door den £ Gedaagden daadelyk moeten geantwoord worden , en zal ook ter zelfder Rolle de zaak in Revifie worden voldongen, en hetzelve voldingen, benevens het appoinétement, gevoegd worden by den Procesfe, zonder dat het aan eene van beide Partyën vry zal fcaan nieuwe ftukken in Revifie te mogen overleggen. Art. 323. Den Impetrant ten beteekenden Rechtdage niet verfchynende , wordt de Revifie vervallen 1 verklaard, en de Impetrant gecondemneerd in ; de kosten. L 4 Art.j 'egenftaande Revifie, ex:ciitabel is. Verzoek om 'erkorting 'an de Ternynen der 'iivi/ie. Hoe ter lolle te proedeeren. Gevolg, als le Impetrant ■liet ver"chynt.  ( 166 ) Gevolg, al. (Ie ïnpetram niet ver- Binnen Welken tyd ^Adjuncten Revifeurs tt verzoeken. Hoe de Reff nes ten daartoe interichten,. Bepaasng van den dag (Ier Plet do). r\ï\. 324. .... f,l [ Den Gedaagden op de eerfte dagvaarding ' niet verfchynende*, wordt de Impetrant toegel laten tot het doen van een tweede dagva u-ding, en de Gedaagde gecondemneerd in de kosten van dc eerde dagvaarding. En zoo hy op de tweede dagvaarding wederniet verfchynt, wordt dc Impetrant toegelaten zvn bekomen Appoinc-. ement van Revifiehy het "Proces te voegen, en Recht tc verzoeken. Art. 325. Tot bekoming van Adjuncten-Revifeurs zal de Impetrant van Revifie gehouden zyn , binnen een maand na het voldingen , zich by Requeste te vervoegen aan het Vertegenwoordigend Lichaam des Bataaffchen Volks, met verzoek, dat door hetzelve, het noodig getal Adjuncten moge worden benoemd, om, meten benevens de Leden van het Hof daartoe bevoegd, zyn Proces te herzien. Art. 326. By dezelve Requeste zullen moeten gevoegd warden; &. Een Copie Authenticq van het Vonnis van den Hove, b. Een bewys, dat door hem onder den Griffier van den Hove is opgebragt zoodanige fomma van Penningen , welke het. Hof genoegzaam geöordeelt heeft, om daaruit de kosten der Adjuncten RqvU feürs te kunnen voldoen. Art. 327. Na de benoeming der Adjuncten Revifeurs fwaaivan ds impetrant aan den Gedaagden behooiljk kennis zal geven) zal door het Hof een  c m i een da? van Pleidoy worden bepaald; doch irtdien de'zaak by het Gerechtshof befchreven is geworden, z.ü ïn Revifie geen Pleidoy plaats hebben. Art. 32S. Ten einde zeker te zyn, dat in Revifie op dezelfde Stukken zal worden recht gedaan,^ waarop in de voorgaande inftantie is recht I verzogt, zullen by de Hoven geene ingediende ) Stukken worden terug gegeven , ten ware om 1 redenen, als Van een vergelyk tusfchen Pa: . tycn of andere, zulks by Requeste verzogt en by appoinclement van "den Hove zal wezen toegedaan ; en , nadat de zaak by Vonnis geheel zal zyn afgedaan, zal dezelve uitgifte niet mogen gefchieden, ten zy de Gecondemneerde verklaard heeft van Revifie aftezien; of ten zy de zaak is van dien aart, dat daarvan geene Revifie kan vallen; of ten zy eindelyk de tyd tot het aanteekenen en vervolgen der Revifie hier boven bepaald verftreken is. Echter zal het aan die geen van Partyën, die inmiddels het een of ander van de doorhem Overgelegde Stukken mogt noodig hebben, vry Raan hetzelve met voorkennis vau den Griffier ter Griffie teligten, mids van zoodanig Stuk een Copie authenticq in de plaats latende. Art. 329. Indien de zaak in Revifie word beflist, of by accord afgedaan, met Compenfatie of ecni- ^ ge andere ongelyke Verdeeling der kosten, zal, de Impetrant de helft der door hem voor de t kosten der Adjuncten Revifeurs betaalde fom-' me, of zoodanig gedeelte derzelve, als by Vonnis of vergelyk bepaalde zal zyn, van zyne partye kunnen terug vorderen. L 5 Art, Van het 'gten der \tukken ook hangende len tyd tot levi/ïe. Gevolg der lotnpcufatie •an kosten t!t levifie.  C 168 ) Na Revifie geene verde re hulpmiddelen toetelaien. For- Art. 330. Een Vonnis in Revifie gewezen zal volkomen kragt hebben, het zy daarby verklaard is in het voorige vonnis erreur te zyn begaan, ofte. niet, zonder dat daartegen eenige uitvlugten , hooger beroep, nadere Revifie, herftelling, klagte over nietigheid, of andere hulpmiddelen, hoe die ook mogten genaamd worden, geene uitgezonderd, toegelaten zullen worden.  C i*9 3 FORMULIEREN behoorende tot de Manier van Procedeeren in Civiele Zaaken. N°. I. behoorende tot Art. 17. De Burgerlyke Rechtbank te alvoorens op het verzoek by de nevenftaande Requeste gedaan te disponeeren , ordonneert den Verzoeker, benevens '. te compareeren op ... . dag den . . des . . . middags ten . . . uuren, voor C. en D. als Commisfarisfen, om partven te hooren en te verëenigen , is 't doenlyk. " Gedaan te op den . . . N. N. Secretaris. Np. 2. behoorende tot Art. 19. Aan de Burgerlyke Rechtbank te . . . Geeft te kennen A. Dat enz. Nota. Deeze middelen behooren te behelzen: a. Een voordragt van den inhoud der dispofitie, waar by men zich bezwaard acht. b. De gronden waarop dat bezwaar berust. Zoo keert hy zich tot deeze Rechtbank, verzoekende, dat 't voorfchreven Appoinétement ,  r 170 3 ment, op den ... . aan B. verleend, moge worden ingetrokken en buiten verder effect gefield. Aan V Gerechtshof der Bataaffehe Republiek in het Departement van . . dit Gerechtshof. dit Gerechtshof. 't Gerechtshef der Bataaffehe Republiek in 't Departement van . . Grijper. N°. 3. behoorende tot Art. 20. Aan de Burgerlyke Rechtbank te ... . Geeft te kennen A. Dat tusfchen den Verzoeker, ter eenre, eu B. ter andere zyde, op den voor tc is gepasfeerd eene Acte van . . . ., houdende overgifte van beide de Contractanten, om zich in den inhoude van dien by deeze Rechtbank, vrywillig te laaten coiïdemneeren: wordende de grosfe van die Acte hier nevens overgelegd. Weshalven keert hy zich tot deeze Rechtbank, verzoekende , dat op de voorfchreve Acte de condemnatie moge worden verleend. Cvolgt 't Appointement.) " De Burgerlyke Rechtbank te .... ^ gezien hebbende den inhoude van de Requeste en Acte ten deezen aangehegt, en waar op het exhibitum is gefteld, condemneert Partyen in den inhoude en tot naarkoming van dezelve Acte. Gedaan te den . . N. N. Secretaris.  t m 3 NQ. 4. behoorende tot Art. 23. De Burgerlyke Rechtbank te . . . . ., ©p de annexe Requeste van A, (na verhoor der daar by belanghebbende Partyen) disponeerende, auétorifcert den Verzoeker, om enz. (of,) zoo het verzoek flegts gedeeltelyk wordt toegeftaan. , Verklaart, dat in het verder of ander verzoek , ten deezen gedaan , niet kan worden getreden. (of,) zoo het verzoek geheel word afgewezen. Wyst het gedaan verzoek van de hand. (of) Wyst het gedaan verzoek voor als nog van de hand. (of) Wyst het gedaan verzoek van de hand, en gelast den Verzoeker te betaalen de kosten, daar op gevallen. (of) Verklaart, dat dit verzoek by deeze Rechtbank niet behoort. Gedaan te .... . den .... N. N. Secretaris. N° 5. behoorende tot Art. 26. Aan de Burgerlyke Rechtbank te ... . Geeft te kennen A, in qualiteit als Executeur yan het Testament van B. Dat enz. Nota.  1 «7» J Nota. De middelen deezer Ri ques~ te interigten volgends het voorfchrift van Art. 27. der Manier van Procedeeren. Zoo keert hy zich tot deeze Rechtbank, verzoekende appointement, waarby een Gerechtsbode van deeze Rechtbank worde gelast den voornoemden C. te dagvaarden t'eenen zekeren bekwaamen dage, ter (Ordinaire of Extra-ordinaire) Rolle van deeze Rechtbank, omme aldaar tc antwoorden en voord te procedeeren-op den volgenden Eisch en Conclufie: — „ Ecrfielyk tot kennen of ontkennen van de „ handteekening van C. ftaande onder de „ Schuldbrief, door hem , ten behoeve van „ wylen B , op den .... onder de hand „ verleden. — Dat voords C. zal worden „ gecondemneerd, aan den Verzoeker in zyne „ qualiteit, tegen teruggaave van gemelde „ Schuldbrief, behoorlyk gequiteerd, zonder „ verwyi te betaalen de fomma van . . . ., „ met de interesfen van dien, gerekend tegen „ . . . ten honderd in 't jaar, federt den „ tot de veile en daadelyk-e „ vóldoeninge toe, met de kosten. „ Immers en in allen gevallen, dat C. by „ proviiie zal worden gecondemneerd de „ voorfz. fomme van .... te nampti„ feeren, met de verfchenen intresfen tot den „ dag der provifioneele voldoening toe. " (Volgt de Lyst of Notitie der Stukken.) Lyst van de Stukken, tot bewys van den inhoud der bovenftaande Requeste dienende, en waarvan de Aanlegger aan den Gedaagden Co-  r 173 ) Copiën aanbiedt, ingevolge het 56. Art. dér Manier van Procedeeren ih Civiele Zaaken. Nota. Dit Formulier ftrekt ten algemeenen voorbeelde van de wyze, waarop deeze Requesten behooren ingericht te worden. — Het /preekt voords van zelfs dat zoo veele onderfcheidene Actiën, tot verfchillende einden f rekkende , in het Recht zyn ingevoerd, ''er ook zoo veele en onderfcheidene extenpën zyn der te nemene cenclufiën', welke bovendien ook dikwils , naar maate van den verfchillenden aart en omftandigheden der zaaken , moeten worden veranderd en ingericht. N°. 6. behoorende tot Art. 33. De Burgerlyke Rechtbank te gezien hebbende de aangehegte Requesten van A. en Aéte van vervvyzing van den Vrederechter (of na verhoor van Partyen) gelast een Gerechtsbode van deeze Rechtbank, om C. te dagvaarden t'eenen zekeren bekvvaamen dage ter (Ordinaire of Extraordinaire) Rolle van deeze Rechtbank, om aldaar te antwoorden en voord te procedeeren op den Eiseh en Conclufie, by de Requeste uitgedrukt, (of) Auétorifeert enz. j (of) • Getast een Gerechtsbode van deeze Rechtbank,. om C, {Vreemdeling) by openbaaren Ediéte j te dagvaarden op weeken na het gedaan 1 Exploiét ter (Ordinaire of Extra,-ordinaire) Rolle EenExplo'iC' ier van dit Gerechtshof  MM dit Gerechtshof. hem Explolc, tier. Men Exploictier van dit Gerechtshof. van dit Gerechtshof. Exploictier. Griffier. N°. 7. behoorende tot Art. 35. Uitgegeven voor Copie aan R, omme te Verfchynen voor Commisfarisfen ten tyde en ter plaatfe , by het bovenftaande Appoinétement vermeld, den - (of) Uitgegeven voor Copie aan B, en wordt dezelve by deezen gedagvaard , om te verfchynen ter (Ordinaire ofjÈxtraordinaire) Rolle t m j" Rolle van deeze Rechtbank, om aldaar té artt- ' woorden en voord te procedeeren op den Eiséh en Conclulie by de Requeste uitgedrukt; met bevel aan hem Bode, om niet alieen de Acte Van Dagvaarding ter gewooner plaatfe te doen •aanplakken, maar ook van dit Appoinclement eu aangehegt Request, en van gemelde Dag* vaardinge met de ordinaire Post aan C. Copie te zenden, en daarvan een fchriftelyk blykte nemen , en aan zyn Relaas te hegtert. (of) Gelast een Gerechtsbode van deeze Rechtbank ^ om {onbekende Perfoonen of Welker Woonplaats onbekend is) by openbaaren Edicte te dagvaarden op zes wetken na het gedaan Exploiét, ter (Ordinaire of Extraordinaire) Rolle vart deeze Rechtbank , om aldaar te antwoorden eu voord te. procedeeren, op dqn Eisch cn Conclufie, by de Requeste uitgedrukt; met bevel aan hem Bode, om niet alleen de Acte van Dagvaarding ter gewooner Plaatfe aanteplakken , maar ook inmiddels van gemelde Dagvaardinge tot . . . herhaalde maaien jn de . . . • . ■ Couranten bekendmaalring te doen. Gedaan te op den . . . i N. n. ■Secretaris*  [ »75 j UVa?T op' -' - -" :!c!ag, dcé ~ - - - ■middags ten ,- - - - "Uuren, ten einde als by het bovenftaande 'Appointement van Citatie breeder is vermeld , den N. N. Gerechtsbode. '■ Exphiclkr* N°. 8. behoorende tot Art. 38. Uit kragte van zeker Appointement vart Arrest en Citatie met de Claufulé van Edicte , door de Burgerlyke Rechtbank te - - op den - - - * - verleend aan A, wordt door my Ondergetekenden Gerechtsbode, (na alvorens onder B. te hebben gearresteerd. zoodanige Goederen, Gelden of Effecten,' als aan C. toebehoorende, onder hem B. beT rustende zyn , om daardoor den Rechtsdwang van voorfz. Rechtbank ten aanzien van hem C. te wettigen) de voornoemde C. Woonende te - - - - (buiten de Republiek) gedagvaard by deezen opcnbaaren Edicte, Omme te verfchynen ter Extraordinaire Rolle vah de voorfz. Rechtbank op dag, des - - - - middags ten - - - - Uuren, om te antwoorden en voord te Procedeeren op den Eisch en Conclufie, by het voorfz. Appointement uitgedrukt. Den - N. N. Gerechtsbode. Nota. Het Formulier eener Ediclale Citatie tegen geheel onbekende Perfoonen ftaat in alles gelyk met het evengemelde, uitgenomen, dat de geheele Eisch volgends het Appointement daar in moet worden ingevoegd.' * TA N*. door t Gé* 'echt sh of der Bataaffehe Republiek 'n 't£)cparlc* nent van 1 4 Exploia'iert, van het vo'srfs Gerechtshof vanhetvoólf. Gerechtshof.  [ i7* 3 N°, 9. behoorende lot Art. 42. Het aangehegte Request om Appointement van Citatie, door A. aan de Burgerlyke Rechtbank te - - - - ingediend, en het Appointement van Comparitie tegen den aanftaande daarop verleend, heb ik Ondcrgeteekendé Gerechtsbode op den - - - geïhTiiiiieerd aan B. en Copie daarvan met een daarondergeftelde korte Afte.vanexploiét overgegeven, van aan hem B. tot antwoord bekomen Den - N. N. Gerechtsbode. (of) Het aangehegte Request om Appointement van Citatie , door A, aan de Burgerlyke Rechtbank te - - - - ingediend, en het Appoiutcirent zelve daarop verkend, heb ik OndergetekeiideGerechtsbode op den - - - geë'xploicteerd aan B , en denzelven gedagvaard , omme tc verfchynen ter Rolle van de Burgerlyke Rechtbank te- op dag, des voormiddags ten - - - - Uuren, ten einde, als by het voorfz. Appointement van Citatie breeder is vermeld; waarop na overgifte van Copie met eeri daar ondergeRelde korte Aéte van 'Exploiét, van - - - tot antwoord bekwam - - - Den - N. N. Gerechtsbode. Nota. Zoo de Bode by het ExploiB Copiën van eenige Stukken heeft overgegeven , moet hy daar van in zyn Relaas melding maaken. N°. 10.  N*1. io. behoorende tor Art. 48. A. in qualiteit als Executeur van het Testament van B, woonende te Eisfcher Tegen C. woonende te - - - * Gedaagden, zynde den Rechtdag beteekend tegen den - - -» Nota. Wanneet de Eisfcher zyn zaak door een PvaElizyn laat waarnemen, moet deszelfs naam op de kant deezer Ptcefentatie worden aangeteekend. N°. ti» behoorende tot Art. 49. Notul» Op detl .... de Eisfcher uitgeroepen en niet verfcheenen. De Gedaagde ontflagen van de Daging, met condemnatie van den Eisfcher in de kosten. NQ. 12. behoorende tot Art. 61 „ NotuU Op den . . . de Gedaagde üitgeroe* pen en niet verfchenen. — De Eisfcher toegelaten om op de Provifie Recht te vragen en op de zaak zelve een tweede dagvaarding ts doen, met condemnatie vail den Gedaagden in de kosten van de eerfte dagvaarding. De Rechtbank gezien hebbende de Stükken by de Citatie gemeld, condemneert den Ge* daagden by Provifie te namptifeeren de fom me yan f „ a 00  Ëxploiftier, N°. 13. behoorende tot Art. 52. • Nctul. Op den ... de Gedaagde op de tweede dagvaarding uitgeroepen en niet verfchenen; •— de Eisfcher toegelaten een derde dagvaarding te doen, met condemnatie van den Gedaagden in de kosten der tweede dagvaarding. N". 14. behoorende tot Art. 53. Notul. Op den ... de Gedaagde op de derde dagvaarding uitgeroepen en niet verfchenen. ■— Oe Eisfcher toegelaten zyn Eisch met de Stukken over te leggen. K*. Verklaart, dat voor den Eisfcher geene Provilie valt. — Nota. Om de twede dagvaarding te doen , wordt een Extract uit de Rol geligt, en aan den Bode ter hand gefteld', die daarvan Copie levert aan den Gedaag-. den met onderftaande Aéte van Exploiét. Uitgegeven voor Copie aan B, en wordt deZelve by deezen voor de tweedemaal gedagvaard , om als nog te verfchynen ter Rolle van - -- -op--- - dag, des - - - - middags , ten - - - uuren, ten einde als by het bevoorens geëxploicteeriAppointement van Citatie breeder is vermeld. Den N. N. Gerechtsbode.  N". 15. behoorende tot Art. 56. B. woonende te - - - - doet door my Ondergeteekenden Gerechtsbode van deBurgerlykc Rechtbank te - - - - infinuëeren A. woonende te - - - (of) A. woonende te - - - -, doch zyn Domicilie gekozen hebbende ten huize van - - onder deeze Rechtbank: (of) N. N. als Practizyn van B, woonende te — Dat hy Infinuant verzoekt, dat overeenkomftig het 56. Art. der Manier van Procedeeren in Civiele Zaaken, ten fpoedigften, immers uiterlyk binnen zes dagen na deeze Infinuatie, door den Geïnfinuëerden aan hem Infinuant geleverd werden Copiën yan de volgende Stukken,.vermeld op de Lyst of Notitie , ftaande onder het Request om Appointement van Citatie, door den Geïnfimiëerden tegen den Infinuant aan gemelde Rechtbank ingediend, en hetwelk, benevens het verleend Appointement, op den - - - aan den Infinuant is geëxploiteerd: als na* melyk :• r i°. Het Testament enz. op de voorfz, Lyst gemerkt - - - - 2°. De Verklaring enz. gemerkt - - - * Gedaan te - - - - den - , - - Nö. 16. mede behoorende tot Art, 56, Notul. Op den .... de Eisfcher wel ver* fchenen, doch in gebreke gebleven, om de van hem door den Gedaagden gevraagde Copiën behoorlvk te leveren, M 3 De  r in 2 Da Gedaagde ontflagen van de Daging, met Condemnatie van den Eisfcher in de kosten. N°, 17. behoorende tot Art, 57, B, woonende te - - - -, doet door my ondergeteekenden Gerechtsbode van de Burgerlyke Rechtbank te - - - - - infinueeren A«_ woonende te - - - - doch zyn domicilie gekozen hebbende, ten huize van - - - onder deeze Rechtbank. Dat hy Infinuant verzoekt, dat overeenkomftig het 57. en 58. Art. der Manier van Procedeeren in Civiele Zaaken, door den Geïnfinuëerden, als buiten de Bataaffehe Republiek woonachtig zynde, ten behoeve van den Infinuant worde gefield behoorlyke Borgtocht voor de kosten van het Proces, het welk de Ccïnfmtieerde heeft goedgevonden, tegen den Infinuant, voor deeze Rechtbank aanteleggen, door het verzoeken van een Appoinéteïr.ent van Citatie, het welk op den - - - aan den Infinuant is geëxploiteerd. Gedaan te - - - op den - - - - N°. 18. behoorende tot Art. 58. Op heden den ----- , verfcheen voor - - - - E. woonende te - - - - Dewelke verklaarde, onder afftand van het voorrecht, dat geene Borgen kunnen worden aangefproken voor dat de HoofdfchuJdcnaar is uitgewonnen, zich te ftellen rot Borg ala Iloofdfchnldenaar voor A. woonende te , en ten behoeve van B, woonende te - - - - , €13 2ulks voor de betaaling vau zoodanige Pro*  C 181 ] ces-kosten, nis waarin hy A. in de zaake tusfchen hem en B. thans voor - - - - aanhangig zynde , by uiterlyk gewys c .oud mogen worden gecondemneerd; in Jat geval aannemende en zich verbindende, om let beloop van dezelve kosten, des noods, a gedaane begrootinge, aan voornoemd • hoorlvk en gereedelvk als eigen fchuld te zullen opleg-en en voldoen; en het voorfz. mter& te gouden, even als tegen hem zeiven gewezen, midsdien overgevende,, dat hetzelveVby gebreke van behoorlyke voldoen£ "daadelyk tegen hem ter E.xecut.e zal Z^n worden gelegd, zonder dat uaartoe Soe nadere Rechtsvordering zal noodig zyn. Alles onder verband van zyn Perfoon en Goederen , als naar rechten. (geteekend) ^" In kennisfe van my, N. N. Secretaris. N°. 19. mede behoorende tot Art. 58. Notuh Cm den .... de Eisfcher wel ver, fchenen doch in gebreke gebleven om de va» hem door den Gedaagden gevraagde Borgtocht voor de kosten te ftellen, (of) , , De Eisfcher wel verfchenen, dochdc: door hem aangebodene Borgtocht voor de kosun onvoldoende verklaard. De Gedaagde ontflagen van de Daging, met Condemnatie van den Eisfcher in de kosten^  C 182 ) N*. 2.0. behoorende tot Art, 59, Notuh Op den . , . . de Eisfcher, of N N if. PraAzyn van den Eisfcher, doet Eisch en Con cjudeett, als by deszelfs Request om Appoinc, tunent van Dagvaarding breeder is vermeld. N°. ai, behoorende tot Art. 60. Notul. Op den . .de Gedaagde wel ver- 1 henen, doch m gebreke gebleven om te exCipieeren of te antwoorden. De Eisfcher toe. gelaten om op de Provifie recht te vraagen en ten principalen zyn Eisch met de Stukken overteleggen. * ^ N°. 22. behoorende tot Art. 6i. B. woonende te - - » Gedaagde en Excipiënt Tegen A. woonende te - - n» r a a E£fcher enGecxcipicerden, De. Gedaagde en Excipiënt zegt: Dat enz. Nota^ Be middelen deezer Conclufie behoo* tfnJ*Mattt* de gronden, waaróa de Gedaagde beiert, dat zyne yoorxti. geelde Exceptie berust. feéVenS r5de;ien de GedMSde excipr- eVcnJe, datde zaak, waarover hy door den t.fv.ier m deezen gedagvaard is geworden, weds  c ï83 j reeds aanhangig is voor de Burgerlyke Rechtbank te - - - -, concludeert, dat zulks by den Rechter alzdo zal worden verklaarden dat de Gedaagde en Excipiënt zal worden ontflagen van de gedaane Daginge, met condemnatie van den Eisfcher en'Geexcipiëerden in de kosten. Lyst van de Stukken tot bewys van den inhoud der bovenRaande Conclulie dienende, en waarvan aan den Eisfcher en Geëxcipiëerden nevens deeze Conclufie Copiën worden overgeleverd, ingevolge het 63. Art. der Manier van Procedeeren in Civiele Zaaken. N°. 23. behoorende tot Art. 79, , A. woonende te . . . ., doet door my ondergeteekenden Gerechtsbode van de Burgerlyke Rechtbank te ...., infinuëerea B, woonende te Dat hy Infinuant voornemens is, om op den . . . . aanftaande, ter Rolle van deeze Rechtbank, te repliceeren op de conclufie van antwoord, waarvan de Geïnfinueerde ter Rolle van den .... laatstleden tegen dei, Infinuant heeft gediend. Gedaan te ... . den . > , ,  K'» 24. behoorende tot Art. 84. Aan de Burgerlyke Rechtbank te . . . Geeft te kennen B. Dat aan hem Verzoeker zynde geëxploicteerd een Appointement van Dagvaarding, door A. van deeze Rechtbank verkregen, hy Verzoeker volgends het voorfchrift der Manier van Procedeeren , gehouden zoude zyn op dc tegen hem genomen Eisch en Conclufie, ter Rolle van den . . . . aanltaande, te moeten antwoorden, doch dat het hem volftrekt onmogelyk is, daar mede op voorfz. tyd in gereedheid tc kunnen zyn ; om reden, dat enz. Weshalven hy zich keert tot deeze Rechtbank, verzoekende, dat de termyn , om in voorfz. zaake te moeten antwoorden , moge worden verlengd tot den . . aanltaande.° . (Appointement) De Burgerlyke Rechtbank te ■gezien hebbende de aangehegte Requeste van B., na verhoor van partyen, verlengt des Verzoekers Termyn, om in de zaake daarby gemeld te moeten antwoorden, tot den . . . aanftaande_, op pcene, dat hy als dan daar mede niet in gereedheid zynde", tegen hem zal worden geprocedeerd volgens het 60. Art. der Manier van Procedeeren in Civiele Zaaken. Gedaan te . . . den .... (In dg Rolle aanteteekenen.) De Termyn om in deezen te antwoorden, geprolongeerd tot den aanltaande.  C 185 ) N°. 25. behoorende tot Art. 86. A. woonende te , doet door ïny Ondergeteekenden Gerechtsbode der Burgerlyke Rechtbank te ... • infinuëeren B, woonende te . . . Dat hy Geïnfinuëerdede Getuigen C. en D,, van welken door hem eene Verklaring by bet indienen van antwoord onder de Letter . . . js overgelegd, binnen agt dagen na deeze gedaane aanzegging, voor deeze Rechtbank zal hebben te doen verfchynen , om van wege den Infinuant op Tegen-vragen geboord te kunnen worden, en zulks op zoodanigen dag cn uur , als tweemaal vier-en-twintig uuren bevorens , van wegen den Geïnfinuëerden,, aan den Infinant zal worden aangezegd; overeenkomftig het 86. Art. der Manier van Pro. cedeeren in Civiele Zaaken, Gedaan te . . . den , . , N°. 26, behoorende mede tot Art. 86. B, woonende te > doet door my Ondergeteekenden Gerechtsbode der Burgerlyke Rechtbank te ... • infinuëeren A, woonende te . . • Dat hy Infinuant, de Getuigen C. en D, '(om welke te beleggen, aan hem , van wege den Geïnfinuëerden, op den . .laatstleden fchriftclyke aanzegging gedaan is) op den . . aan ftaande, des . . middags ten . . uuren, ■voor deeze Rechtbank zal doen verfchynen, om van wege den Geïnfinuëerden op Tegenvragen te kunnen worden gehoord. Öedaan te . . . den . °  N°. Isfi behoorende tot Art. 90, De Burgerlyke Rechtbank te ... . aan De Burgerlyke Rechtbank te ... , Medeburgers! Wy zenden U hier ingelloten eene Verklaaring, door C. en D. op den . . . . te . . . onder de hand verleden , benevens twee Ruks Tegen-vragen, door ieder van die Getuigen, met verzoek om vezelve (als onder Ulieder Rechtbank woonachtig zynde) voor U te ontbieden , hunne voorfz. gegevene Verklaaring te doen becedigen, cn leder ■afzonderlyk op de voorfz. Tegtn-vragen te doen antwoorden; waarna wy de beëedigde Verklaaring, met de Tegen-vragen en daarop gegevene antwoorden, zyn terug verwagtende, Heil en Broederfchap! N°. a8. behoorende tot Art. 93, Notül. Op den . . heeft C-, woonende te . . . . ., verklaard voor B., den Gedaagden in deezen, te interveniëeren en de zaak over te nemen, bereid zynde met den Eisfcher daarin voord te procedeeren. De Rechtbank gehoord A, den Eisfcher indeezen, midsgaders B. die bewilligde, dat het Vonnis tegen C. tls Interveniënt in deezen te wyzen, ook tegen hem B. executabel zal  zal zyn, ontvangt C. 'als Interveniënt, en condemneert'B. in zyne voorfchreven overgifte. N*. 29. behoorende tot Art. 95. 1 A, woonende te .... , doet door my ondergeteekenden Gerechtsbode van de Burgerlyke Rechtbank te . . . ö infinuëeren C. D. en E. woonende te , als eenige gefielde Erfgenaamen van wylen (of) De Erfgenaamen van wylen B, doende myn Exploiét ten Sterf huize van denzelven, of aan deszelfs gekozen Domicilie ten huize van Dat de Geïnfinuëerden in hunne gemelde betrekking, in de zaak tusfchen hem A. als Eisfcher en nu wylen gemelden B. als Gedaao-dcn, voor op gemelde Rechtbank aanhangig zynde, binnen den tyd van vier weeken, en mfdsdien ter Rolle van den . . . aanftaande met hem Infinuant zullen hebben voord te procedeeren, of dat, by gebreken van dien, door den Infinuant alleen in de zaak zal worden voordgeprócedeerd, en dezelve in ftaat van wyzen gebragt, en dat het Vonnis, daar in alzoo gewezen, executabel zal zyn tegen allen, die bevondenj worden Erfgenaamen van B. te zyn. Gedaante ta- . . den . . (Relaas) . De aangehegte Infinuatie heb ik Ondergeteekende Gerechtsbode der Burgerlyke Recht• bank te ... op heden den ... « behoorlyk geëxploiteerd aan ... • er»  C 188 > Copie daarvan overgegeven, en tot antwoofd bekomen van D, het expioicr. aannemende . Gedaan enz. N°. 30. behoorende tot Art. 107. : De Burgerlyke Rechtbank te .... Relt by deezen A. en B. tot Sequesters in den Boedel (of Curateurs in den afgeftaanen Boedel) van C«, met last om denzelven ten nutte der belanghebbenden, volgends het voorfchrift van de 3. Afdeeling van den 5. Titul der Manier van Procedeeren in Civiele Zaaken, tot effenheid te brengen, mids de gelden, welke zy zuilen ontvangen, van tyd tot tyd, overbrengende ter Sccretarye van deeze Rechtbank, en van hunne verrichtingen verantwoording en rekening doende ten overftaan van de Leden D. en E. als Commisfarisfen. Gedaan te - - - den - - N. N. Secretaris. N°. 31. behoorende tot Art. 115. A, als mede SchuU'eisfcher van B, wordt op last van de Burgerlyke Rechtbank te en op verzoek van voornoemde i . geïnfinu- eerd, om op den --ten uuren, in Perfoon of door Gemagtigden te verfehyneu, - - - - om gehoord te. worden op het accord, door voornoemde B. aan zyne Schuldeisfchers voorgelield, en hoofdzakelyk behelzende dat enz. (kortelyk in te vullen waarin het Accoid ■ie/laat) Gedaan te - - - - den N. N. Secretaris.  ■ C 189 ) N°. 32. behoorende tot Art. 120; De Burgerlyke Rechtbank te , gezien hebbende't Accord tusfchen A. en deszelfs Schuldeisfchers, met kennisfe van deeze Rechtbank aangegaan op den - - , ver- p-r:art het zelve accord goed te keuren , en W<^algende de Sequestratie des Boedels van ^ Tpteheffen, en hem te herftellen in voonge eid, om op nieuw te mogen handelen, 1 -angen en uitgeven, in gelykerwyze, als voor dato der voorfz. Sequestratie. Gedaan te den - - - - N. N. Secretaris. N°. 33. behoorende tot Art. 124. F. als zich opgegeven hebbende te zyit S"huldëisfcher in den Infolventen Boedel van C wordt by deezen, op last van de Bur- crerlyke Rechtbank te opgeroepen teo-en - - - dag, den des - - middags ten - - uuren voor gemelde Rechtbank, om tegenwoordig te zyn by het doen van de Rekening, welke als dan door de in voorlz. Boedel geftelde Curateuren zal gedaan worden. En zal, het zy hy verfchyne dan met, met het opnemen en fluiten van gemelde Rekening worden voordgegaan. Gedaan te ----- op den - - - - N. N. Secretaris.  N^'34. mede behoorende tot Art. 124". Allen de geenen, welke zoude mogen z^rt Schuldeisfchers in den infolventen Boedel van C., worden by deezen op last van de Burgerlyke Rechtbank te - aangemaand- om hunne vorderingen ten lasten vadvoorfc VYC- Boedel, zoo zulks niet gefchied is, als ter Secretarye van gemelde Rechtbank op • • ven, en voords opgeroepen tegen >den den - - - des - - middag ten - - uuren voe" . gemelde Rechtbank , om tegenwoordig te zyn by het doen van de Rekening, welke als dan door de in voorfz. Boedel gefielde Curaleuren zal gedaan worden. En zal, het zy de Schuldeisfchers verfchynen dan niet, met het opnemen en fluiten van gemelde Rekening worden voordgegaan. Zegt het voord. Zy geweten, dat dit is de eerfte Edictale Dagvaarding, gedaan by my ondergeteekenden Bode, op den - - - N°. 35. behoorende tot Art. 125. F, als zich opgegeven hebbende te zyn Schuldeisfcher in den infolventen Boedel van C., wordt by deeze op last van de Burgerlyke. Rechtbank te . . . opgeroepen tegen . . x . dag, den . . . des . . middags ten . . uuren voor gemelde Rechtbank, om de vordering , die hy ten lasten van gemelden Boedel vermeent te hebben, te wettigen, of die van zyne Mede-Schuldeisfchers te zien wettigen, pullende de geenen die hunne vorderingen niet op  C lp» ) opgegeven en gewettigd hebben , tot de preferentie niet worden toegelaten.Gedaan te < . op den . . ♦ N. N. Secretaris. N°. $fi mede behoorende tot Art. 105. Alle dc gcerten, wSlfceö zouden mogen zvn Schuldeisfchers in den infolventen Boe* del van C., worden bv deezen op last vaii de Burgerlyke Rechtbank te - - - aangemaand , om hunne vorderingen ten lasten van voorfz. Boedel, zoo zulks niet gefchied is, als nog ter Secretarie van gemelde Recht bank opteg«vcn, en voords opgeroepen negen - - dag den - - - des - - middagtin - - uuren. voor gemelde Rechtbank, om de vorderingen, die zy ten lasten van gemelden Boedel vermeenen re heSfeeU , te wettigen , of die van hunne Mede-Schuldeisfchers te zien wettigen, zullende de genen, die hunne vorderingen niet opgegeven en gewettigd hebben, tot de preferentie met wolden toegelaten. / Zegt het voord. Zy geweten, dat dit is de tweede' Ediétalc Dagvaarding, gedaan by my ondergeteekenden Bode den - - - N9. 37. behoorende tot Art. 126, F. als Schuldeisfcher in den Infolventen Boedel van>C, en als zoodanig zyne vordering ten lasten van denzelven Boedel gewetN tigd  C 192 ï tigd hebbende, wordt by deezen op last van de Burgerlyke Rechthank te . . . opgeroepen tegen . . dag, den . . . des . . middags ten . . uuren, voor gemelde Rechtbank, om te zien houden de preferentie en concurrentie over den voorfchr. Boedel, en tot dat einde vooraf ter Secretary optegeven, of en hoedanig hy zoude mogen vermeenen, met zyne gemelde vordering geprefereerd te zyn: zullende na dien tyd niemand, wie hy zy, of onder wat voorwendzel hoe ook genaamd, tot de te houdcne preferentie worden toegelaten. Gedaan te . . . den . . ' N. N. Secretaris. N°. 38. mede behoorende tot Art. 126. c AI'ed.e geenen, welke zoude mogen zyn bchuldeislcbers in den infolventen Boedel van C., worden by deezen op last van de Burgerlyke Pvechtbank te - - - . V00r de derde en laatste maal aangemaand, om hunne vorderingen ten laste van voorn. Boedel, voor zoo verre zy daar van in gebreke mogten gebleven zyn , alsnog ter Secretaiye van gemelde Rechtbank optegeven en te wettigen , als mede of en hoedanig zy zouden mo|en Vermeenen met hunne vurderingen geprefereerd te zyn; en voords, hetzelve vooraf gedaan zynde, opgeroepen tegen - - - dag, den - - - - des - - - middags ten - - uuren, voor gemelde Rechtbank, om te zien houden de Preferentie en Concurrentie over tien voorfz. Boedel; op pcene, dat na die tyd niemand, wie hy zy, of onder wat voorwendze! , hoe ook genaamd, tot de te houdene Pre-  C *93 ) Preferentie zal worden toegelaten, ma-ftr dat integendeel aan allen, die hunne vorderingen niet opgegeven noch gewettigd hebben, een. eeuwig 'ftilzwygen zal worden opgelegd. Zeg het voord. Zy geweten, dat dit is de derde en laatfte Ediclale Dagvaarding, gedaan by my Ondergeteekenden Bode, den - - - - NB. 39. behoorende tot Art. 136. B. woonende alhier of, (zoo hy een Vreemdeling is) woonende te - - - - -, döcli by deezen domicilie kiezende ten huize van woonende alhier, doet door my ondergeteekenden Gerechtsbode der Burgerlyke Rechtbank te - - - - - infinuëeren A, woonende te - - - - dbch domicilie gekozén hebbende ten huize van énz. Dat hy Geinfinueerde binnen driemaal vierentwintig uuren zal hebben te Hellen behoorlyke Borgtocht voor alle kosten, fchaden eii Intresfen, welke door Zoodanig Arrest, als de Geinfinueerde heeft kunnen goedvinden, den - - - - laatstleden te doem, op enz. aan den Infinuant veroorzaakt zouden kunnen Worden, en daarvan aan den Infinuant binnen dezelve drie maal vierentwintig uuren te leveren behoorlyke Acte, of dat, by gebreke van dien, hetzelve Arrest zal worden nül verklaard. Gedaan te - - - den - - - - N 2 N*;  C 194 ) N°. 40. behoorende tot Art. 136. Aan de Burgerlyke Rechtbank te . . . Geeft te kennen B. Dat enz. Nota. De middelen van dit Request moeten behelzen een voordragt van het gedaan Arrest; van het vorderen van Borgtocht hy. Infinuatie; en het niet ftellen van dezelve. Zoo keert hy zich tot deeze Rechtbank, verzoekende dat het voorfchr. Arrest, door A, . . . gedaan, daadelyk moge worden verklaard nietig en van onwaarde, en hy A, tevens geordonneerd te betaalen de kosten, op dit verzoek gevallen. Np. 41. behoorende tot Art. 14c. A. woonende te ... , doet door my ondergeteekenden Gerechtsbode van de Burgerlyke Rechtbank te . . . arresteeren onder B, de navolgende Goederen enz. ten einde dezelve goederen niet zullen worden verkogt, vervoerd, of daarover eenige beIchikking gemaakt ren nadeele van dit Arrest ; nemaar om daar door te bewaaren het recht van Eigendom, hetwelk de Arrestant daarop vermeent te hebben, en deszelfs Actie, om dezelve Goederen als eigene Goederen , te mogen opëisfchen. Gedaan te . . . den . . . N°.  C 195 3- N°. 42. behoorende mede tot Art. 142. Aan de Burgerlyke Rechtbank te - - - Geeft te kennen A. dat enz. Nota. By de middelen van dit Request de gronden der vordering en tot het doen van Arrest optegeven. Zoo keert by zich tot deeze Rechtbank, verzoekende Appointement, waarby een Gerechtsbode van deeze Rechtbank worde geIn st, den Perfoon van B. te nemen in Arrest, en dezelve in het Civiel Gyzelhuis van van deeze Rechtbank over te brengen. N9. 43. behoorende tot Art. 147. Aan de Burgerlyke Rechtbank te - - - Geeft te kennen A. Dat enz. Nota Deeze middelen behooren te behelzen: a. eene opgave van de vordering; b. de gronden waarop de Verzoeker vermeent deswegens Arrest te kunnen doen. Weshalven hy zich keert tot deeze RechtN 3 bank  bank verzoekende Appointement , waarby etna Gerechtsbode van de Rechtbank worde gelast, ouder C. tc nemen in arrest alle zoo danige Goederen cn Gelden, als aan B. toebehoorende onder hem C. eenigzins berustende zyn; en wyders,'t Arrest gedaan zynde, den voornoemden B,, alsmede C. te dagvaarden om te verfchynen t'eenen bekwaamenv dage ter Extraordinaire Rolle van deeze Rechtbank, om te antwoorden en voord te Procedeeren op den volgenden Eisch en Conclusie: ,, Eerftelyk (voor zoo veel B. betreft) tot ,, bekrachtiging van 't gedaan Arrest, en dat „ hy B. zal worden gecondemneerd hetzelve „ te gahengen en te gedoogen, alsmede aan „ den Verzoeker opteleggen en te voldoen. „ enz.; en dat voords het gearrefteerde goed ,, voor des Verzoekers voorfz. agterweezen „ zal worden gecondemneerd, het Arrest te „ geheugen en te gedoog.n, alsmede des noods „ onder eede optegeven , of en wat hy van „ B. onder zig heeft, mede met de kosten „ in geval van tegenfpraak." aan het Gerechtshof der, Bataaffehe Republiek in het Departement van . . Np. 44. behoorende tot Art. 158. Aan de Burgerlyke Recht-, bank te - - - Geeft te kennen A. Dat etiz. Nota. Deez' middelen moeten inhouden:. a. een loordragt van des verzoekers entwyf' iellmar '1 echt ; T b.  [ i97 3 b. een verhaal yandefeitelykheid,.die men oogenblikkelyk begeert herfteld te heb- c ^redenen , waarom dat her ft el, zonder neer groot nadeel, niet langs den gewoonen weg km gevorderd woraen. Zoo keert hy zich tot deeze Rechtbank, verzoekende, dat een Bode deezer Rechtbank moge worden gelast, om des Verzoekers Kind, door B. feitelyk aangehouden wordende, defaiïo te brengen onder de Vaderlyke magt van den Verzoeker: - (of) om B. de huizinge van hem Verzoeker, door hem bevorens in himre gebruikt, doch waarvan de huur thans geëindigd is, met zyn Huisgezin defatlote doen ruimen, (of)om den Verzoeker uit zyn arrest de facto te ontdaan enz. N°. 45. behoorende tot Art. 160. Aan de Burgerlyke Rechtbank te . '» • Geeft te kennen A. Dat enz. Nota. De middelen moeten inhouden een voordragt: a. van des Verzoekers Recht; b. van de gepleegde of gevreesde feitelyk- Zoo lieert hy zkh tot deeze Rechtbank, verzoekende Appointemtent, waarby d. provifioneel worde verboden , om, enz. en voords gedagvaard te verfchynen tenbekwaaN 4 Uic 1 Dit Gerechtshof.EenExplolctier van dit Gerechtshof.  C 198 ] men dage voor deeze Rechtbank , om te antwoorden en voord te Procedeeren op den volgenden Eisch en Conclufie. „ Eerftelyk tot bekrachtiging van de voorfz. „ Interdiétie, en dat dienvolgende by Von„ nis van deeze Rechtbank als nog aan 8. „ zal worden verboden dat enz. en hy inte„ gendeel gecondemneerd enz. alles met de „ kosten. — " N°. 48. behoorende tot Art. 161. De Burgerlyke Rechtbank te gezien hebbende de aangehegte Requeste, door A, aan dezelve ingeleverd, ordonneert den Verzoeker benevens B. te verfchynen op den - - - des - - - ten - - . uuren, voor de Leden C. en D. die hen horen en verëenigen zullen, is 't doenlyk, zoo niet, aanhef Coüegierapport doen. En beveelt, dat inmiddels alles zal blyven in ftaate en furcheance, tot nadere dispofitie van deeze Rechtbank, Gedaan te - - - den - - - N5. 47. behoorende tot Art, 165. A. woonende te - - - doet door my ondergeteekenden Gerechtsbode der Bur«erlvke Rechtbank te , . . „ interdiceeren B. woonende te - - - Dat hy met het opnaaien van de Muur bezyden des Interdicents Huizinge, en het belemmeren van het vry uitzigt van dezelve Hui.  ( 199 ) Huizinge, niet zal hebben voord te gaan, dl reét of indirect. Gedaan te - - - - den - - - Bode. N°. 48. mede behoorende tot Art. 165. Aan de Burgerlyke Rechtbank te Geeft te kennen A. Dat het aan B. hebbende kunnen gelusten, zekere Muur bezyden des verzoekers Huizinge hooger op te haaien, en daar door het vry°uitzigt van die Huizinge te belemmeren, de verzoeker zig daar door in de noodzaakelykheid gezien heeft, aan hem B. te laten exploicteeren de Aéte van Interdiétie hier nevens gevoegd. . > En naardien dezelve noodig heett door den Rechter te worden bekrachtigd: het geen hy verzoeker vermeend op goede gronden te mogen verwagten, in aanmerking enz. Zoo 'keert hy zich tot deeze Rechtbank, verzoekende , dat de Interdiétie; hier vooren gemeld , moge worden verklaard van waarde , en dat dienvolgende als nog aan hem B. zal worden geinterdiceerd enz., met bevel enz, N 5 N°- 49-  N°. 49. behoorende tot Art. 167. A^n de Burgerlyke Recht* bank te . . . Geeft te kennen A. Dat enz. Nota. Deeze Middelen behooren te behelzen: a. eene opgaave van de verleende Interdictie ; b. een verhaal van de gepleegde feitelykheden» Zoo keert hy zich tot deeze Rechtbank , verzoekende, dat de Gerechtsbode van deeze Rechtbank moge worden gelast, om B. tot herftelling van de door hem gepleegde feitelykheden , by daadclyke Gyzeling, zonder voor afgaande fommatie, te noodzaaken. N°. 50. behoorende tot Art. 168, Aan het Gerechtshof der Bataaffehe Republiek in het Departement van . . . Geeft te kennen A. Dat enz. Nota. De middelen beheoren in zich te vervatten : a. een voordragt van V Vonnis en van de gedaane aanteekening van Appèl; b. opgave der gewigtige redenen, die volfirektelyk eene verkorting van Termynen vorderen. Zo©  Zoo keert hy zich tot dit Gerechtshof, verzoekende Appointement, waar by aan B. gelast word, ter Rolle van den . . . aan* ftaande, zyn aangeteekend Appél te vervolgen, en in Appel Eisch te doen, met verklaaring, dat, by gebreke van dien, het Appél daadelyk zal zyn vervallen, en voords op korte termynen van . . . dagen, tot . . . dagen, met den Verzoeker in Appel voord te procedeeren , (of) ten zeiven dage, de zaak w Appél met den Verzoeker te voldingen, N°. 52. behoorende tot Art. 175. Op heden den verfcheen voor ■ E. woonende te ..... • Dewelke verklaarde, onder afftand van het voorrecht, dat geene borgen kunnen worden aangefproken, voor dat de Hoofd-fchuldenaar is uitgewonnen, zich te ftellen tot Borg als. Hoofd-fchuldenaar voor B, woonende te . , . . en ten behoeven van A, woonende te en zulks voor de betaaling van zoodanige fomme van »,a*s waarin hy B. by vonnis van den Vrederechter en Byzitters van . . . ., op den . . • gewezen, is gecondemneerd, doch van welk vonnis hy B. voornemens is aan de Burgerlyke Rechtbank te te appelleeren; midsdien aannemende cn zich verbindende, om, ingeval het voorfz.Vonnis van de VreAerechter en Byzitters, in Appél, by gemelde Rechtbank mogt worden bekrachtigd, de voorfz. fomme van . . . . aan A., behoorlyk en gereedelyk als eigen fchuld te zullen opleggen en voldoen; en het voorfz. Vonnis en opgevolgd gewysde in Appél te bonden, eyen als regen hem zeiven gewezeu, midsdien  C *02 ) overgevende, dat hetzelve, by gebreke van behoorlyke voldoening , daadelyk regen hem ter executie zal mogen worden gelegd, zonder dat daartoe eenige nadere Rechtsvordering zal noodig zyn. Alles onder verband van zyn perfoon en goederen als naar rechten. (geteekend) E. In kennisfe van my. N. N. Secretaris. N°. 53. behoorende tot Art. 177. Aan het Gerechtshof der Bataaffehe Republiek in hetDepartement van . . Geeft te kennen A. Dat enz. Nota. De middelen behooren in te 'hoUden: a. een ver/lag van de gehoudene Procedures ter eer fier inftantie; h. van het vonnis en van de aanteekening van A/pél. Zoo keert hy zich tot dit Gerechtshof, verzoekende Appoinclement van Appél, waar by een der Exploiétiers van deezen. Hove werde gelast, den voornoemden R. te dagvaarden , ten bekwaamen dage te verfchynen ter (ordinaire of extraordinaire) Rolle van deezen Hove, om te antwoorden en voord te procedeeren op den volgenden Eisch en Conclufie: „ Dat het Vonnis van de Burgerlyke „ Rechtbank te . . . van dato den . ., . . . by deezen Hove zal worden te „ niet  ., niet gedaan;en als nog aanB, zyn Eisch en Conclufie voor dezelve Rechtbank " tegen den Verzoeker gedaan en geuomen , zal worden ontzegd ; met de ko.ten van deeze en de oorige infiantie. NP. 54. behoorende tot Art. 177. Het Gerechtshof der Bataaffehe Republiek in het Departement van gezien hebbende het aangehegte Request en appointement van Appél, door A. aan het zelve Ho. ingediend , gelast een der Exploiétiers van deezen Hove* om B te dagvaarden, ten bekwaamen dage te verfchynen ter (ordinaire of extraordinaire) Rolle van deezen Hove, om op den Ei?ch en Coiiclulie in Appél, by de Requeste uitgedrukt, te antwoorden en voord fe procedeeren. Gedaan te den . . - • N°. 55. behoorende tot Art. 173. Aan het Gerechts-Hof der Bataaffehe Republiek in het Departement van . . Geeft te kennen A. Dat enz. Nota. By de middelen van dit.Request moeten (behalven de verëischten in het voorige N". vermeld) de gronden der vermeende nietigheid van V Vonnis worden opgegeven. Zoq  C 204 ) Zoo keert hy zich tot dit Gerechts-Hof verzoekende Appoinclement van Appél waar' by één der Expioiétiers van deezen iSove wor degelast, den voornoemden B. te dagvaarden* ten bekwaamen dage te verfchynen ?eTf3 mme of extraordinaire) Rolle vah deezen Hove, om te antwoorden en (taande Ro]]e'te vdl< bank ti "mS Van de 5»*ff«yto Recht! „ Dank te . . van dat0 den " !L£5Mn H°n C 0nve™yld zal worden ver! - .n'et,§d' cn Pa,rtycn gelast, om, zoo zv „ iets de een tot asten van den anderen zou„ den wiJen vorderen, zulks te doen voor * deezen Hove, met de kosten enz " Rn wyders, ingevalle dc voorfz. Eisch tot onverwylde vernietiging, aan den Verzoeker door deezen Hove, mogt worden oEd ontze^S drerSren Re,Chtda§ »a die sSS!d ontzegging, te antwoorden en voord tc Procederen op den volgenden Eisch en Con- tJÜ k2 V(?0rrZ- Vonnis Vail de Burgerlyke Rechtbank te . . . van dato den' „ • • • . . by deezen Hove zal worden te „ niet gedaan en dat als nog enz., met dé „ kosten van deeze en de voorige inftantie. N°. 56. behoorende tot Art. 190. Aan de Burgerlyke Reehtn c . bank te . . . treeft te kennen A. 'I3at enz. Nota. De middelen behooren in te houden: 'verblyf0Ordra& vm het aangegaan b. als mede van de behandeling der Zaak voor Scheidsmannen, c. en van derzelver uitfpraak. Zoo  ( 205 !> Zoo keert hy zich tot deeze Rechtbank, verzoekende Appoinclement, waar by een Gerechtsbode deezer Rechtbank worde gelast, den voornoemden B. te dagvaarden, ten bekwamen dage te verfchynen, ter (ordinaire of extraordinaire) Rolle Van deeze Rechtbank, om te antwoorden en voord te Procedeeren op den volgenden Eisch en Conclulie : „ Dat de Uitfpraak van Scheidsmannen van „ dato den - - - - by deeze Rechtbank „ zal worden te niet gedaan, en dat alsnog „ zal worden verklaard enz. met de kosten. N0. 57. behoorende tot Art. 191. Aan de Burgerlyke Rechtbank te Geeft te kennen A. Dat enz. Nota. De middelen van dit Request moeten behelzen een beknopt verhaal van dedoor Party voorgewende A£lie. Zoo keert hy zich tot deeze Rechtbank, verzoekende Appoinclement, waar by een Gerechtsbode deezer Rechtbank warde gelast, om B. te dagvaarden, ten bekwaamen dage te verfchynen voor deeze Rechtbank, om te antwoorden en voord te procedeeren op den volgenden Eisch en Conclufie: „ Dat B. zal worden gecondemneerd, „ om zoodanige Actie , als hy zoude mo„ gen vermeenen tegen den Verzoeker, ter „ zaake hier vooren gemeld, eenigszins „ te hebben, tegen denzelven binnen den „ tyd van zes weeken te inltiruëeren, of „ daarvan zal worden verftoken met de „ kosten." N°. 58.  C' 206 ) N°. 58. behoorende tot Art. 196. Aan de Burgerlyke Rechtbank te . . . Geeft te kennen A. Dat enz. Nota. Deeze middelen moeten behelzen ten voordragt van des Verzoekers recht van Eigendom of Bezit, en dat men 't goed begeert te leveren by willig Decreet. Zoo keert hy zich tot deeze Rechtbank, verzoekende Appointement, waar by een Gerechtsbode van deeze Rechtbank worde gelast, alle uegeerten, die eenig reëel recht op de verkogte Huizinge en Erve, hier vooren gemeld, zouden vermeenen te hebben, by openbaaren Edicte te dagvaarden, ten bekvvaamen dage te verfchynen ter Rolle van deeze Rechtbank', om te antwoorden en voord te procedeeren op den volgenden Eisch cn Conclufie : „ Dat dc Gedaagdens zullen worden „ verdoken van alle reëel recht , het y wélk zy op de voorfz. verkogte Hui„ zinge ofErvezouden vermeenen teheb„ ben; dat de Verzoeker,cn alle anderen, „ van dezelve Huizinge en Erve, zullen „ worden ontërfd; en dat integendeel B. „ als Koper, zyne Erven of rechtvcr,, krygenden, daar in* zullen worden ge„ énd en gevestigd, om dezelve te bezit„ ten, als vry eigen goed, volgends de „ Koop-Voorwaarden daar van zynde, „ met oplegging aan de Gedaagdens van „ een eeuwig fiilzwygen ; en met con„ demnatie van dezelve in de .kosten, in „ geval van tegenfpraak."  f tv j NQ. 59. behoorende tot Art. 179. Aan de Burgerlyke Rechte bank te . . . Geeft te kennen A. Dat enz. - Nota. De middelen van dit Request moeten behelzen: 41. een voordragt van de aangegaane Koop; b. als mede van het reëel recht, het welk een derde op dat goed beweert te hebben. Zoo keert hy zich tot deeze Rechtbank verzoekende Appoinétement, uit kragte van 't welk B, word gedagvaard ten bekwaarnéti dage voor deeze Rechtbank, om te antwoorden, en voord te procedeeren op den volgende»' Eisch en Conclufie: „ Dat hy B. zal worden gecondemneerd 4 „ den Verzoeker wegens zoodanige Pro„ cedures, als door C. tegen hem, als )5 tegenwoordigen Bezitter van het Huis „ en Erve enz. voor de Rechtbank te „ • ■ • zyn aangelegd, met alle de „ gevolgen yan dien, te vfywaaren en „ kost cn fchadeloos te hottden met de „ kosten. " N°. 60. behoorende tot Art. 200. Aan de-Burgerlyke Rechte bank te \ . » Geeft te kennén A. Dat enz. 0 fótê  [ 208 ] Nota. De middelen van dit Request moeten behelzen een korte Voordragt: a. van de ABie, door een derden op grond van een reëel recht op het goed ondernomen; b. cn van de begonnen Procedures tot vrywaaring. Zoo keert by zich tot deeze Rechtbank , verzoekende , dat de Procedures, door C. tegen den Verzoeker voor deeze Rechtbank ondernomen, mogen worden opgefchort, tot dat B. tegen wien de Verzoeker eene Actie tot vrywaaring begonnen heeft, in den Eisch tot het doen van dezelve vrywaaring bewilligd, of daar tegen geantwoord zal hebben. N°. 61. behoorende tot Art. 209. Aan het Gerechtshof der Bataaffehe Republiek in het Departement van . . Geeft te kennen A. Dat enz. Nota. De middelen deezer Requeste moeten behelzen: a. een Voordragt van het bezit van den Verzoeker; b. en van de ftoornis door de tegenpartye gepleegd. Zoo keert hy zich tot dit Gerechtshof, verzoekende dat één der Exploiétiers van dee- zea  t aóp ] zen Hove worde gelast, te dagvaarden B» orh' te verfchynen ten bekwamen da$e, ter Extraordinaire Rolle van deezen Hove, om te antwoorden en voord te procedeeren op den volgenden Eisch en Conclulie': „ Dat de Verzoeker zal worden ge„ handhaafd in het bezit van enz-. Erf a dat voorts B. zal worden gecondem„ neerd, alle ftoornis, den Verzoeker in zyn voorfz. Bezit aangedaan, kosten „ fchadeloos aftedoen, met verbod van „ gelyke meer te doen; met betaling yan „ de kosten." N°. 62. behoorende tot Art. 212. Aan het Gerechtshof dei1 Bataaffehe Republiek irt het Departement van i . Geeft te kennen A. Dat enzi Nota-, De middelen van dit Kequcsi moeten behelzen: a. een voordragt van het vry en onbelemmerd bezit van het goed waar waar in de Verzoeker geweest is; b. mitsgaders degeweiddaadige o:l * neming of ontroving van hetzelve door de wederpartye. Zoo keert hy zich tot dit Gerechtshof , verzoekende Appoinclement, waarby een def Exploifticrs van deezen Hove worde gelast 4 B. te dagvaarden, om te verfchynen ten bekwamen dage ter Extraordinaire Rolle van O s deeo  C ) deezen Hove, ten einde te antwoorden ei voord te procedeeren op den volgenden Eisch en Conclufie: „ Dat hy B. zal worden gecondem„ neerd , het afbreken der Heining of „ Schutting enz. als baarblykelyke Spo„ lie, kost en fchadeloos af te doen, het „ zelve in voorigen ftaat te herftellen , of „ te doen herftellen, zoo als het geweest » is_, eer de voorfz. Spolie wierd gepleegd, „ midsgaders aan den Verzoeker te verJ5 goeden alle kosten, fchaden en intres„ fen, door de gemelde Spolie, reeds ge„ had en geleden, en verder nog te heb„ ben en te lyden, met de kosten. N°. 63. behoorende tot Art. 213. Aan de Burgerlyke Rechtbank te . . . Geven te kennen A. en B., in qualiteit als geïnftituëerde Erfgenaamen van C. , gewoond hebbende en overleden te . . Dat de Verzoekers door nu wylen voornoemden C. by deszelfs Testament, op den . . . voor den Notaris . . en Getuigen , te . . overleden, de Verzoekers tot zyne Erfgenaamen gefteld zynde, en den ftaat van deszelfs nagelaten Boedel naargegaan hebbende, beducht zyn, dat de onbepaalde aanvaarding daar van voor hun fchadelyk zoude kunnen zyn , en midsdien te raade zyn geworden , .den voorfz. Boedel niet anders te aanvaarden , dan onder het voorrecht van Boedelbefchryving. Weshalven zy zich keeren tot deeze Rechtbank , verzoekende Appoinclement van Boeüelbefchryving in gewoone forme. N°.  r au ï N*. 64. mede behoorende tot Art. 213. De Burgerlyke Rechtbank te ... . gezien hebbende de aangehegte Requeste van A. en B. in qualiteit enz., vergunt de Verzoekers, om den Boedel van wylen C. te mogen aanvaarden onder het voorrecht van Boedclbefchryving,zonder inde Schulden en Legaaten van den Overleden verder gehouden te zyn, dan deszelfs Boedel toereikende is; mids nogthans de Verzoekers verplicht zullen zyn op te maaken, en ten overftaan van D. en E. als Commisfarisfen uit deeze Rechtbank, binnen veertig dagen na dato deezes, te fluiten, een Inventaris van de Goederen, tot de Nalaatenfehap van gemelden C. behoorende; en voords ook de geïnventarifeerde Goederen,overeenkomftig hetPlaatfelyk gebruik, te doen waardeeren, en voor het beloop van dien Borg te Rellen. — Gelast voords een Gerechtsbode van deeze Rechtbank, de Schuldeisfchers en Legatarisfen van voorfz. Boedel (en zulks, zoo verre zy onbekend zyn, by Edicte) te dagvaarden om te verfchynen in het Sterfhuis van C., ten einde de Goederen aldaar invoegen voorfz. te zien inventarifeeren, en wyders nog op eenen zekeren bekwamen dage te verfchynen ter extraordinaire Rolle van deeze Rechtbank, om te bewilligen in der Verzoekers Eisch tot bekrachtiging van dit Appoinftement, of daar tegen "te antwoorden, en voords te procedeeren als volgends de Wet. Gedaan te ... op den .... N. N. Sscretaris. O No.  [ 212 ] N°. 65. behoorende tot Art, 218. A. en B. in qualiteit als gefielde Erïgenaamen van C. gewoond hebbeHde te . . , . . Impetranten van Appoinclement van Boedelbefchryving Tegen tö. woonende te , E. woonende te . enz. alle Schuldeisfchers van den Boedel van C., midsgaders tegen F. en ü. als Legatarisfen in denzelven Boedel, Gedaagdens. De Impetranten eerstelyk overleverende den Inventaris des Boedels yan wylen C. by hen opgemaakt, alsmede de Acte van Borgtocht voor de oplevering der Goederen op denzelven Inventaris gefield; doen voords Eisch, en Goncludeeren tot bekrachtiging van het Appoinclement in deazen verleend, met Condemnatie der Gedaagdens iu de kosten in geval van tegenfpraak. N°. 66. behoorende tot Art. 223. Aan de Burgerlyke Rechtbank te . . . . Geeft te kennen A. Dat enz. Nota. De middelen van dit Request moeten behelzen eene opgave van de ongelukken , door welke de Verzoeker in zyr.e ongelegenheid geraakt is. Zoo,  ( 213 ) Zoo ke'rt hy zich tot deeze Rechtbank , verzoekende Appoinétement van Bsedel-afltand in gewoone fösme. N*. 67. behoorende tot Art. 225. De Burgerlyke Rechtbank te ... . gezien hebnende het Request om Appoinétement van Boedel-afltand door A. aan dezelve ingediend , vergunt aan gemelden A, om van alle zyne Goederen, volgends den Inventaris daar van op te maken, en door hem voor deeze Kccntbank met ééde te bevestigen, afftand te doen ten behoeve van zyne gezamenlyke Schuldeisfchers; gelast dezelve daar mede tot quytmg van hun achterwezen geiieege 1 le moeten nemen; zonder hem A. ter zaake zyner fchulden verder te bemoeielyken, in Rechten 01 daar buiten; nemaar, zoo hy A. door iemand van hun, in Perfoon, zoude mogen zyn gearresteerd, gelast den zoodanigen, hem daadelyk te ontflaan, en op vrye voeten te Rellen, behoudclyk nogthans, dat indien hy A, by vervolg, tot beter fortuin zoude mogen geraaken hy gehouden zal zyn aan zyne gezamenlyke Schuldeisfchers het te kort komende van hun achterwezen, het zy geheel, het zy voor zoo verre hy daar toe in ftaat zal zyn, te voldoen. , , Zynde hy A. intusfehen gehouden, om dit; Appoinétement door deeze Rechtbank te doen bekrachtigen, en daartoe alle zyne Schuldeisfchers te doen dagvaarden. Gelast dienvolgende een Gerechtsbode van deeze Rechtbank, de Schuldeisfchers van gemelden A. te dagvaarden ten bekwaamen dage, om te verlchynen ter extraordinaire Rolle van deeze Rechtbank, om te bewilligen in des Verzoekers O 4 üison,  C 2I4 J Eisch, tet bekrachtiging van dit Appoinflo, ment, of: daar tegen te antwoorden, cn voo-d te procedeeren, als volgens de Wet. Gedaan te . . . 0p den . . N. N. ' \ Secretaris. N°, 68. behoorende tot Art. 227. A. woonende te ... Impetrant van Appoinétement van Boedcl-afftand Tegen 13. woonende te C woonende te . . . ."enz. allen Schuldeisfchers van gemelde A; Gedaagdens. D,e Impetrant eerstelvk overleverende den Inventaris van zynen Boedel, by hem opoemaakt waar van hy bereid is de deugdlykheid met ééde te bevestigen, doet voords Eisch, en Concludeerd tot, bekrachtiging van het Apponictement in deezen verleend, met Condcmnatie van de Gedaagdens inde kosten, in geyal van tcgenfpraak. ' N°. 69. behoorende tot Art. 231. Aan de Burgerlyke Rechtbank te . . , „ Geeft te kennen A. Bat enz. Nota, Jiy de midihlet! van dat Reautst, "erft  ( 215 ) men in 't kort te kennen, dat de /iaat van des Verzoekers Boedel zoodanig is, dat hy wegens een tydelyk gebrek aan gerede Penningen uitftel van betaaling noodig heeft, en bereid is Borg te ftellen, waar van men de Acte by ,t Request moet voegen. Zoo keert hy zich tot deeze Rechtbank , verzoekende Appoinclement van uitftél van betaling voor den tyd van in gewoone forme. N". 70. behoorende tot Art. 234. De Burgerlyke Rechtbank te gezien hebbende het Request om Appoinclement tot uitftel van betaling, door A. aan dezelve ingediend, vergunt aan gemelden A, uitftel van betaling voor den tyd van , om middelerwylen zyne. Schuldeisfchers te vrede te ftellen, en elk hun achterwezen te betaalen, des dat hy gehouden zal zyn, daadelyk ten behoeve van zyne Schuldeisfchers te ftellen de Borgtocht, door hem by het doen van het voorfz. verzoek aangeboden. Gelast voords een Gerechtsbode van deeze Rechtbank, om de Schuldeisfchers van gemelden A.te dagvaarden ten bekwaamen dage, om te verfchynen ter extraordinaire Rolle van deeze Rechtbank, en te bewilligen in des Verzoekers Eisch tot bekrachtiging van dit Appoinclement, of daar tegen te antwoorden en voords te procedeeren als volgends de Wet. Gedaan te ... op den . , . , N. N. Secretaris. 0.» 5 ' N*,  C ai* ) N". fu b hoorende tot Art. 235» A. woonende te ... . Impetrant van Appoinétement tot uitftel van betaaiing. Tegen B, woonende te . . . . C, woonende te ... . enz. allen Scbuldeirfchers van gemelden A; Gedaagdens. De Impetrant, eerftelyk aanbiedende te ftellen de Borgtogt van E, waar van Copie der Aéte reeds by het doen van het Exploiét is overgeleverd, doet voords Eisch en concludeert fot bekrachtiging van het Appoiétement in deezen verleend, met condemnatie van de Gedaagdens in de kosten, in geval van tegenfpraak. N°. 72. behoorende tot Art. 238. Aan de Burgerlyke Rechtbank te -<■■ Geeft te kennen A. Dat enz. Nota. De middelen moeten, behalven de gewoone vercischten, ook inhouden de redenen, waarom de Verzoeker vermeent' herfteld te moeten worden. Zoo keert hy zich tot deeze Rechtbank verzoekende Appoinétement, waar by een Gerechtsbode van deeze Rechtbank worde gelast, B. te dagvaarden, om te compareeren ten bekwaamen dage voor deeze Rechtbank , ten «■inde te antwoorden, gn voord te procedeeren »n den volgenden Eisch en Conclufie. Dat  C V? ) Dat de Verzoeker zal worden out-. ,v Tieven en herfteld van en tegen 't aan" gaan en teekenen van 't Koop-Contract " enz. met alle de gevolgen van dien; " midsgaders van alle opgevolgde daaden " en verruimen, door den Verzoeker ter " deezer zaake eenigzins gepleegd; dat voords B zal worden gecondemneerd, " zich met het voorfehreven Contra*, " tegen den Verzoeker niet te behelpen , £ nemaar integendeel enz., met de kosten." NQ. 73. behoorende tot Art. 239. Aan de Burgerlyke Rechtbank te . Geeft te kennen A. Dat enz. Nota* De middelen zyn ah in het voorgaan-, de Formulier, alleen met dat onder-fcheid, dat daarby de aanhangig zynde Procedures worden verhaald. Zoo keert hy zich tot deeze Rechtbank, verzoekende te worden toegelaten , om ten naasten Rechtdage ter Rolle te mogen concludeeren: „ Dat de Verzoeker zal worden ontheven en herfteld van en tegen enz." Met ordre aan B, om op die Conclufie te antwoorden, en met den Verzoeker daar op te voldingen, omme vervolgens het zelve voldingen by het Principaale Proces gevoegd, en gelvkelyk in ftaat van wyzen gebragt te worden, N^  C ai8 ) N°. 74. behoorende tot Art. 240, Aan de Burgerlyke Rechtbank tér;." . . , . Geeft te kennen A. I>at enz. Nota. De middelen van het Request moeten behelzen ■ een 'korte voordragt van des Verzoekers voorgenomen Huwelyk met B, en van de weigering zyner Oudersom in dat Huwelyk toetejfemmsn. Zoo keert hy zich rot deeze Rechtbank, verzoekende, dat zyne Ouders voor dezelve mogen worden ontboden, om redenen van hunne weigering te geven; en dat, dezelve redenen gehoord zynde , door deeze Rechtbank, de voordgang van het voorfz. Huwelyk worde toegedaan. Ne. 75. behoorende tot Art. 245. Aan de Burgerlyke Rechtbank te ... . Geeft te kennen A. Pat enz. Nota. De middelen moeten behelzen een verhaal van de condemnatie tot het doen van rekening, als mede van het overgeven van dien, de gedaane levering der pafieren , en het verloop van den ge/lelden tyd, tot het doorzien en onderzoeken van dezelve,  C 219 ) Zoo keert hy zich tot deeze Burgerlyke Rechtbank, verzoekende Appoinclement, waar by hy, benevens B, worde geordonneerd, om op zekeren te bepaalen dag te verfchynen voor twee Commisfarisfen uit deeze Rechtbank, daar toe te benoemen, omme ten overllaan van dezelve de voorfz. rekening optenemen, te verbeteren en te fluiten. N°. 76. mede behoorende tot Art. S45. De Burgerlyke Rechtbank te - - - -, gezien hebbende de aangehegte Requeste van A, ordonneert den Verzoeker benevens B. te verfchynen op den - - - - des - - - ten - - uuren, voor de Leden C. en D. als Commisfarisfen, omme ten hunnen overllaan de Rekening, by de Requeste gemeld, optenemen, te verbeteren en te fluiten. Gedaan te - - - - op den - - - - N°. 77. behoorende- tot Art. 25a. Aan de Burgerlyke'Rechtbank te - - - - Geeft te kennen A. Dat enz. Nota. De middelen van het Request moeten behelzen een voordragt van de gevallene condemnatie van kosten ten lastenvan Party, van de by Memorie gedaane opgave van dit kosten , en van het niet voldoen derzelve. Zoo  £ 22è J Zoo keert hy zich tot deeze Rechtbank, Verzotkende, dat van de voorfz. kosten, waar van eene Memorie met de fpecificque Rekeningen en verdere befcheiden daar toe behoorende hier nevens gevoegd zyn, door deeze Rechtbank eenebegrootRge moge Worden gedaan, en daar van aan den Verzoeker uitgeleverd Acte. (Appoinétement.) De Rechtbank, alvoorens de verzogte be-grootinge in deezen tc doen , ordonneert B, om zyne vermeende gronden rot Diminatie, fchriftelyk ter fecretarie, tc moeten inleveren, binnen veertien dagen na Infinuatie deezes; zullende by gebreke van dien, met het doen der begrooiinge, worden voordgegaan. Gedaan te - - - op den * - * - N°. ?8. behoorende tot Art. 254. De Burgerlyke Rechtbank te - - - - . gezien hebbende de Memorie van kosten, cn daar by gevoegde fpecificque Rekeningen door A. aan dezelve ter begrootinge overgegeven ten lasten van B, welke daarop om te diminueeren is gehoord, begroot de rekening van - - op - - - - die van - - - op enz. maakende alzoo te famen en met byvoeging der Na-kosten eene fomma van ƒ - : Gedaan te - - - op den - - - - - N°. 70. behoorende tot Art. 255. Aan de Burgerlyke Rechtbank te - - - Geeft te kennen A, Pracfizyn voor deeze Rechtbank. Dat enz. Nota.  [ 2*1 ] Nota. Deeze middelen moeten behelzen eens korte opgaave van de vordering. Zoo keert hy zich tot deeze Rechtbank, verzoekende dat zyne voorfchreven Rekening, ten lasten van B, welke hier nevens gevoegd is, door deeze Rechtbank moge worden begroot; en hy B tevens gecondemneerd, de alzoo begroote fomme , aan den Verzoeker, tegen quitantie, te voldoen. N°. 80. behoorende tot Art. 257. De Burgerlyke Rechtbank te - - - - , gezien hebbende de fpecificque Rekening, door A. aan dezelve ter begrootinge overgegeven, ten laste van B, die daarop, om te diminuëeren, is gehoord, begroot dezelve Rekening met by voeging der Nakosten, op eene fomma van - - - — en condemneert B , om dezelve fomma aan hem A, tegen quitantie, te voldoen. Gedaan te - - - - op den - - - N°. 81. behoorende tot Art. 267. In de zaake hangende voor de Burgerlvke Rechtbank te - - -- -- - tusfchen A. Eisfcher in cas d'appél ter eenre, En B. Gedaagden ter andere zyde. De Rechtbank ordonneert den Gedaagden, om binnen den tyd vau vier weeken nader te bewyzen, dat enz., omme 't zelve bewys gezien, of den gemelden tyd verbreken zynde, voordgeprocedeerd te worden, als naar behooren. Gedaan te - - op den . . N°.8z.  X 2SS 1 N°. 82. behoorende tot Art. 269. In de zaake hangende voor de Burgerlyke Rechtbank tc ----- tusfchen A» Eisfcher in Appél, ter eenre, En B. Gedaagden ter andere zyde. De Rechtbank, met rypen raade doorgezien en overwogen hebbende al 't gunt ter zaake dienende is, doende recht in de naam en van wegens het Bataaffehe Volk, doet te niet het Vonnis van den Vrederechter en Byzitters van - - - - uitgefproken den - - - en doende 't geen dezelve als Rechters ter eerfter inftantie hadden behooren gedaan tc hebben, condemneert enz. En compenfeert de kosten van deezen Procesfe. Gedaan enz. Cof) De Rechtbank gezien hebbende de prefenta* 'tie, door den Gedaagden by zyne Conclufie van antwoord gedaan, en de daar op gevolgde aanneming van den Eisfcher, condemneert den Gedaagden , ingevolge deszelfs gedaane overgifte, om enz. (Jntevullen den woordelyken inhoud van de gemelde Prcefentatie.~) Gedaan te ... op den . . . N°. 83. behoorende tot Art. 270. Gezien by de Burgerlyke Rechtbank te het Appoinétement van Dagvaarding, door deeze Rechtbank, op den verleend aan A. Eisfcher ter eenre tegen B. Gedaagden ter andere zyde; voords de fuccesfieve Dagvaardingen aan gemelden B. gedaan, benevens een Extract uit de Rolle, waar uit blykt, dat dezelve op de gemelde Dagvaardingen, niets is verfchenen. De  C 223 ) De Rechtbank, niet rypen rade doorgezien en overwogen hebbende, al 't geen ter zaake dienende is, doende Recht inden naam ende van wegen het Bataaffehe Volk, Condemneert den Gedaagden enz. midsgaders in de kosten van den Procesfe, ter begrootinge van deeze Rechtbank. Gedaan te - - - op den Ns. 84. behoorende tot Art. 276. Aan de Burgerlyke Rechtbank te - - - - Geeft te kennen A. Dat enz. Nota. De middelen van dit Request moeten behelzen een voordragt van het Vonnis of van de Condemnatie, als mede van de redenen, waarom hetzelve niet, dan na. bekomen auétorifatie, ter executie gelegd kan worden. Zoo keert hy zich tot deeze Rechtbank, verzoekende te mogen worden geauctorifeerd, om het voorfz. Vonnis of Condemnatie tegen B. en C. als Erfgenaamen van D ter executie te doen leggen, volgends de Wet. N9. 85. behoorende tot Art. 277. A. woonende te - - - - doet door my ondergeteekenden Gerechtbode der Burgerlyke Rechtbank te ----- - fommeeren B. woonende te - - - - P om-  ( "4 ) omme binnen den tyd van tien eerstkomende dagen te voldoen aan het Vonnis van gemelde Rechtbank van dato den - - - - -, en dienvolgende aan en ten huize van den Executant (o/ zoo hy elders woont, aan deszelfs gekozen domicilie, in de Sommatie uittedruk* ken) tegen overgifte van behoorlyke Quitantie, te betaalen de fomma van - - - - Capitaal, met de verfchenen Intresfen van dien, gerekend tegen - - - perCent in 't Jaar, federt den , tot de volle en daa- delyke vóldoeninge toe, volgends den inhoud van het voorfz. Vonnis, waar van, nevens deeze fommatie, Copie wordt overgeleverd, als mede aan my Bode te betaalen de kosten van Executie. — En by nalaatigheid van dien, zal ik Gerechtsbode genoodzaakt zyn verder voord te Procedeeren', volgends de Wet. Gedaan te - - - - op den - - - - N. N. Gerechtsbode. N1. 86. behoorende tot Art. 279. A. woonende te - - - - doet door rny ondergeteekenden Gerechtsbode derBurgerlyke Rechtbank te - - - - van u B. afvraagen aanwyzing van goederen, welke toereikende zyn, om daar aan by Executie te verhaalen dat geen, waar toe gy B. op den - - - zyt gefommeerd. Zullende ik Gerechtsbode, by gebreke van dien, genoodzaakt zyn verder voord te Procedeeren, volgends de Wet. Gedaan te - - - - op den - - - - N. N. Gerechtsbode. N*,87.  ( 2»5 ) N9. 87. behoorende tot Art. 283a A. woonende te - - - - doet door öW ondergeteekenden Gerechtsbode der Burgerlyke Rechtbank te , voorgaande* fommatie, en afvraaging van aanwyzing van goederen , aan B. woonende te -''"'■> den Geëxecuteerden in deezen, arresteeren de navolgende goederen, toebehoorende aan 5 en gevonden wordende in de huizinge van, gemelden B., om daar aan by Executie en Verkopinge, zoo verre het ftrekken kan, te ver> haaien eene fomma van . . . Capitaal; met de verfchenen en onbetaalde Interesfen van dien, tegen s . per Cent in 't jaar, federt den . • tot de volle en daadelyke voldoening toe, volgends den inhoud van het Vonnis vangemelde Rechtbank , van dato den . l, als mede de kosten van Executie; van alle welke Goederen de Inventaris hier na volgende is, als In de Zy kamer Een Spiegel enz. Aldus gearresteerd en geïnventarifeerd, teri overllaan van C. en D. Leden van gemelde Burgerlyke Rechtbank, die deeze, benevens my Gerechtsbode , hebben onderteekend 4 •eu .. . . N. N.' SecretariSo C. en D. Leden der gemelde Rechtbank.  C S2É ) N". 88. behoorende tot Art. 293. A, woonende te . . . doet door my Ondergeteekenden Gerechtsbode der Burgerlyke Rechtbank te . . na voorgaande Sommatie , >en het afvragen van aanwyzin? van Goederen aan B., woonende te den Geëxecuteerden in deezen, arresteêren zekere Huizinge en Erve, ftaande engelegen enz. toekomende den voorn. B., om daar aan by Executie en Verkopinge enz., zoo verre het ftrekken kan, te vernaaien eene fomma van . . Capitaal, met de verfcheene en onbetaalde Intresfeu van dien, tegen . . perCent in 'tjaar, zedert den . . ., tot de volle en dadelyke voldoening toe , volgens den inhoud van het Vonnis van gemelde Rechtbank, van dato den . . ., als mede de kosten van Executie. Gedaan te . . . op den . . . (Onder de Copie-Afte het volgende te ftellen.) Deeze geïnfinuëerd aan B. ,den Geëxcuteerden in deezen, met verbod om de voorfz. gearresteerde Huizinge en Erve te vervreemden ofte bezwaren, en met aanzegging, dat ik Gerechtsbode, dezelve by Executie aan dc meest» biedende, om gereed geld, op den . . . . in 't openbaar zal verkopen , volgends de Wet. Gedaan te ... op den . . . Nota. Ter Secretary gefchiedt de Infmustie „ ten einde geen opdragt of „ bezwaar ing van het gearresteerd* „goed worde verleden. " N<\ 89.  C ] n°. 89. behoorende tot Art. 296. By Executie van de Burgerlyke Rechtbank te . '. Te koop een HUIS en ERVE, enz. Staande en gelegen te . . . Op . . . dag, den . . . Men is van meeninge by Executie te . . . öp . . . . dag den . . . des . . . dags, ten „ . . uuren praecies, aan den meestbiedenden en laatiren Vcrhooger te verkopen. Een Huis en Erve enz., toebehoorende B., Gecondemneerden en Geëxecuteerden. Die gadinge hebben, om het voorfz. Huis en Erve te kopen, komen ter plaatfe, dage en uure voorli. aanhooren de Conditiën en Voorwaarden, en doen hun voordeel. Is 'er iemand, die eenig recht, actie of toezeggen op het voorfz. Huis en Erve zoude vermeenen te hebben, en zich tegen deeze Executie en Verkopinge zoude willen verzetten , zal dezelve verplicht zyn , zich deswegens aan den bevoegden Rechter te vervoegen, met zoodanig verzoek, als by de Manier van Procedeeren in Civiele Zaaken is voorgefchreven. En die middelerwyl omtrent het te verkopen Perceel nadere onderrigting begeert, vervoege zich aan N. N., Gerechtbode van de gemelde Burgerlyke Rechtbank, woonende te . . . . in de ... . Straat. • Zegt het Voord. P 3 jmo 9a  [ a&8 1 ff*t 90. behoorende tot Art. aog, Conditiën en Voorwaarden, waarop N. N. Gerechtsbode van de Burgerlyke Rechtbank te .... . uit krachte van een Vonnis yan dezelve Rechtbank van dato den ... . ten verzoeke van A., woonende te ... . Executant, na voorgaande Sommatie', het afvragen van aanwyzing van Goederen, en arrest, van meening is ten overftaan van twee Leden uit de gemelde Rechtbank, te verkopen, om gereed geld, een Huizinge en Erve, ftaande eu gelegen enz., toebehoorende aan B. den Geëxecuteerden in deezen : Om daaraan, zoo ver het ftrekken kan, te vernaaien de Somma van . . . Capitaal met de vertellenen en onbetaalde intresfen van dien, gerekend tegen . , . perCent in t Jaar, federt den ...... tot de volle en effectuëeie voldoening tóe, als mede de kosten van Executie. De Verkoping word gedaan, om Guldens vau twintig Stuivers het Stuk, met ophV en verhooginge. — NB. Bier mtevullen de manier van Veilen en Verkopen-, zoo als in elke Plaats, zen opzichte van willige Verkopingen van feortgelyke Goederen, in gebruik is. . Wie Konper blyft, zal gehouden zyn, terhond opteleggen in handen van my Gerechtsbode, boven zyne uitgeloofde Koopoenningen enz. 4 1 NB, Hier intevullen zoodanige Santfoen of andere Penningen, ah in  (129 ) in elke plaats, volgends de nog beftaande Wetten, Reglementen of Coftumen, betaald moeten worden. De Koper zal gehouden zyn, zyne uitgeloofde Kooppenningen,.binnen driemaal vieren-twintig uuren, optebrengen ter Secretarye van gemelde Rechtbank. - En daarvan in gebreke blyvende, zoo zal men het voorfz. tluis andermaal opveilen en verkopen met dat gevolg, dat, hetzelve meerder geldende, de eerfte Koper daarvan geen voordeel zal genietenen minder geldende, zal hy daarvoor onverwyld worden geëxecuteerd ten zynen k°Dien'K7per blyft van het voorfz._ Huis en Erve zal hetzelve vry ontvangen, mets daarop ftaande, dan de gewoone Lands en Plaatfelyke Lasten, en wyders met zoodanige voordeeVe en nadeelige Servituuten, Vrydommen en Waaringen, als het voorfz. Huis enz. tot voor- of nadeel zoude mogen hebben , ten welken einde de, voornoemde Gerechtsbode, als Verkoper, zich gedraagt aan de Brieven van Eigendom, die daarvan zouden mogen wezen \ waarvan de Koper Copiën Authenticq, ter Secretarye te . . • •, zal mogen ligten ten zynen kosten. — Ingevalle in het bieden of verhoogen tusfchen twee of meer Peifoonen gefchii viel, wie van hun het voorwoord hadde, zal de beflisfing gefchieden, door de twee Leden der Rechtbank, ten wier overftaan deeze Verkoping gehouden wordt. — , Welke voorfz. voorwaarden openbaarlyk voorgelezen zynde, zoo is het voorfz. Huis enz. aan de Omftanders te koop geboden, waarna meestbiedende (of Afmyner) en dus Koper gebleven is woonende P 4 t  ■C 23® ) te . . . . . als daarvoor geboden hebbenae de Somma van ƒ: - : - Aldus gedaan, opgeveild (afgeflagen) en \rerkogt, ten ove-rlïaan van de medeondergeteekende Leden van de Burgerlyke Rechtbank te Op den N". 91. behoorende tot Art. 298. Uit krachte van het hier aangehechte Vonnis van de Burgerlyke Rechtbank te ... . op den . . . gewezen tusfchen A, Eisfcher ter eenre, en B, Gedaagden ter andere zyde, en ten verzoeke van gemelden A: heb ik Ondergeteckende Gerechtsbode van gemelde Rechtbank op den gefommeerd ü , ter voldoening aan den inhoud van het voorlz. Vonnis, en aan denzelven overgeleverd Acte van Sommatie, waarvan Copie bv dit relaas gevoegd is onder N°. 1. De tien dagen, by de gedaane'Sommatie bepaald, verlopen zynde, heb ik Gerechtsbode aan den Gecondemneerden gevraagd aanwyzing van Goederen, welke toereikende zouden zyn, om daaraan de Executie te kunnen volvoeren, en hem daarvan overgeleverd Acte by Copie hiernevens gevoegd, onder No. 2. Daarop door denzelven aangewezen zynde een Huis en Erve enz. heb ik Gerechtsbode (volgens Acte hiernevens gevoegd onderN" 2 ") het voorfz. Huis en Erve op den . . ' in arrest genomen, en daarvan, zoo'aan'den Geëxecuteerden, als ter Secretarye te . infinuatie gedaan. Vervolgens ter gemelde Secretarye onderzoek gedaan hebbende naar de belastingen, als mede  ( 23ï ) de naar de Lands en Plaatfelyke Lasten, waarmede het voorfz. Huis enErye zoude mogen zyn bezwaard, en onderrichting bekomende hebbende, dat enz. heb ik van dat een en ander geligt het Extract en het Declaratoir hiernevens gevoegd onder N°. 4. en 5. Al verder heb ik Gerechtsbode van de te doene verkoop van 't gemelde Huis en Erve tegenden toen aanltaande, by gedrukte Billetten (waarvan een exemplaar hiernevens gevoegd is onder N". 6. (bekendmaking gedaan , dezelve te , en verder te doen aanplakken, als mede den dag der Verkopinge in de . . . Couranten geadverteerd. Denzelven dag gekomen zynde, hebik ten bepaalden veilphatie, te . . . . aan de Gegadigdens voorgelezen de voorwaarden der Verkoping, hiernevens gevoegd onder N°. 7. en vervolgens het meergemelde Huis en Erve opgeveild'Cof na gedaane veiling afgeflagen) en is alstoen C, woonende te . . ., door my tot laatften Verhooger(of Afmyner) verklaard. Gedaan te ... op den . . . N°. 92. behoorende tot Art. 298.' Aan de Burgerlyke Rechtbank te ... . Geeft te kennen A. Dat enz. Nota. De middelen van dit Request behelzen een korte Voordragt van de gedaane Executie óp onroerend goed, uitwezens het daarby overtegeven relaas van den Gerechtsbode. P 5 200  C *3* > Zoo keert hy zich tot deeze Rechtbank, verzoekende dat de voorfz. gedaane verkoop moge worden bekrachtigd, en daarvan Acts verleend, om den koper te dienen tot bewys Van Eigendom, en dht voords een dag moge worden oepaald, op welken over den opgebragten koopfchat de Preferentie zal worden geregeld, en dat inmiddels de Gerechtsbode gelast worde, om de belanghebbenden tegen dien dag te dagvaarden . . . No. 93. behoorende tot Art. 299. De Burgerlyke Rechtbank te .... . gezien hebbende de Requeste door A aan dezelve ingediend, omme bekrachtiging van eene by executie gedaane verkoop van een Huis en Erve enz. toebehoorende aan B, midsgaders by Appoinétement op heden den voorfz. verkoop daadelyk bekrachtigd hebbende, en voords ook gelet, dat C, als Koper van 't gemelde Huis en Erve, zyne uitgeloofde Kooppenningen ter Secretarye van deede Rechtbank behoorlyk heeft opgebragt , onterft dienvolgende den voornoemden B. en alle anderen, die eenig recht actie of toezeggen aan of op 't voorfz. Huis en Erve zoude vermeenen te hebben, ervende en vestigende daarin gemelden C. als Koper, zyne erven of rechtverkrygende, om 't zelve Huis en Erve te bezitten, als vry eigen goed, volgends de Koop-voorwaarden daarvan zynde: Gelast den voornoemden B, en alle anderen des noods, om hunne handen te houden en te trékken van 't voorfchreven Huis en Erve, en den voornoemden^ C. als Koper, of deszelfs rechtvcrkrygencTe, daarmede te laten geworden , zonder hem in het vreedig bezit van dien  [ 233 ] dien de minfie ftoornis aan te doen. Èn zal deeze aan voornoemden C. (trekken voor Aéte tot bewys van Eigendom, en als zoodanig ten Prothocolle te ... • worden gere. gistreerd. Gedaan -te . . . op den . • , N. N. Secretaris. N°. 94. behoorende tot Art. 300. Uit krachte van een Appoinétement van de Burgerlyke Rechtbank te . . ., op den . . . verleend op dc Pvcqueste door A. aan dezelve ingeleverd, wordt by deezen door my Ondergeteekenden Gerechtsbode aan allen en een iegelyk, die daarby belang zouden mogen hebben, by Edicte geïnfnmëerd, dat de Verkopingc van het Huis en Erve enz., toebehoord hebbende aan B, op den . . . door my Gerechtsbode gedaan, door gemelde Rechtbank is bekrachtigd, en daarvan aan den Koper Acte van Eigendom verleend; en dat voords op den , . . des . . middags ten . . . uuren, ten overftaan van C. en D. Leden van de gemelde Rechtbank als Commisfarisfen, over den ter Secretarye opgebragtenkoopfchat van gemelde Huizinge, ter Somma van ƒ : - : - de preferentie zal geregeld worden. — En worden midsdien alle en een iegelyk, die daarop eenig recht van preferentie zouden vermeenen te hebben, door my Gerechtsbode by deezen gedagvaard, om zich met hunne vorderingen, mitsgaders de bewyzen van dien, ten gemelden dage te komen  I *34 j beleend maaken, of dat dezelve by gebreke yan dien daarvan zullen zyn verftoken «n dat de gemelde koopfchat "alïf'v deeld, als bevonden zal worden te behoo- Gedaan te . . . 0p den , N"- 95-, behoorende tot Art. 303. A bank tgUrgerIylce Recl«* Geeft te kennen A. •Dat enz. Nota. ^^f^^^^*^ voor. aagt van de Executie, en dat 'er reent vangenis te ftellen en te houden T f" aan het Vonnis met de kosten van fJ" ^ zal hebben voldaan. " Executie N°. 96., behoorende tot Art. 307. A., woonende te A j In.  t 235 3 infinuëeren. E., woonende te ... . Om op den tienden dag na dato deezer zullendezynden . . des . . middags ten . . uuren te verfchynen in de Gyzelkamer van deeze Rechtbank, en aldaar Gyzeling te houden, tot dat hy aan het Vonnis , in de Sommatic op den ..... aan hem gedaan breeder vermeld, met de kosten van Executie en Gyzeling, zal hebben voldaan. Gedaan te . . . op den . . . N°. 97., behoorende tot Art. 309. Aan de Burgerlyke Rechtbank te ... . Geeft te kennen B. Dat enz. Nota. De middelen van dit Request behelzen een verhaal van de beteekende Gyzeling, en van de verfchillende begrippen van Partyën omtrent de wyze van voldoening aan het Vonnis, waaruit geëxecuteerd wordt. Zoo keert hy zich tot deeze Rechtbank, verzoekende Appoinétement, waarby de Verzoeker , benevens den Executant in deezen ,worden geordonneerd te Compareeren voor Commisfarisfen uit deeze Rechtbank, om ten overftaan van dezelven de voldoening van het voorfz. Vonnis onderling te regelen, of wel, in geval van  van verfchil, by deeze Rechtbank dezelve voldoening geregeld en bepaald te worden, zoo als bevonden zal worden te behooren • blyvende inmiddels de beteekende dag, om in Gyzeling te verfchynen, opgefcbort; — N°. 98., behoorende tot Art. 310. B., aan wien uit kragte van een Vonnis van deeze Burgerlyke Rechtbank Van dato den . .... van wegen A., ter voldoening van hetzelve , gyzeling beteekend is , verklaart bereid en te vreden te zyn, om enz. En,vermeent met die Prjefentatie, en de daadelyke aaarkoming van dien; aan den inhoud van het voorfz. Vonnis te zullen hebben voldaan, en daar mede te kunnen volltaan, en dat ingeval van tegenfpraak de Executant zal worden gecondemneerd in de kosten, op dit verfchil gevallen. — N°, 99., behoorende tot Art. 317. Aan het Gerechtshof der Bataaffehe Republiek in he Departement van . . , Geeft te kennen. A. Dat enz. No-  ( 23? ) Nota. De middelen van dit Request moetett vervatten een Verhaal van de Procedures en van het Vonnis. Zoo keert hy zich tot dit Gerechtshof, verzoekende appoinétement van Revifie, waarby een Exploictier van deezen Hove worde gelast, den voornoemden B. te dagvaarden, 'ten bekwamen dage te verfchynen ter Rolle van dit Gerechtshof, en aldaar te antwoorden en voord te Procedeeren op den volgenden Eisch en Conclufie: „ Dat by Vonnisfe van dit Gerechtshof „ en van Adjuncten Revifeurs zal worden „ verklaard, in het Vonnis van deezen Ho- „ ve, van dato den erreur „ te zyn begaan, en dat hetzelve Hof en „ Adjuncten Revifeurs, verbeterende het„ zelve erreur, den voornoemden B., als „ nog zullen condemneeren enz., met de „ kosten van deeze en de voorige inltan„ tién." N°. ioo., behooren tot Art. 318. Het Gerechtshof der Bataaffehe Republiek in het Departement van , gezien hebbende de aangehegte Requeste, om Appoinétement van Revilie, door A. aan hetzelve ingediend, gelast een der Exploictiers van deezen Hove B. te dagvaarden, om te verfchynen ten bekwaamen dage ter Rolle van deezen Hove, ten einde te antwoorden en voord-  voord te Procedeeren, op den Eisch en Conclufie, by de Requeste uitgedrukt. Gedaan te ... op den . . N. N. Griffier. Out-  C 239 3 Uk Ontwerp eener Algemeene Ma¬ nier van Procedeeren in crimineele zaken, zoo voor de Burgerlyke Rechtbanken als / Departementaale Gerechtshoven* van 't in verzekering nemen van misdadige, beschuldigde of verdagte persoonen. Art. ii Niemand mag befehuldigd of in verzekering §. u Heto-enomen worden, dan uit krachte der *Wex, zelve mag in de gevallen en volgends de wyzè door de- niet gefchiezelve hierna voorgefchreven. den dan uit krachte der Art. 2. Wet. Ieder Burger is onfchendbaar In zyne Woo- §. 2. Niet ning. Zyns ondanks mag men nimmer in de- in Burger zelve treden, ten zy uit krachte van een Or- huizen , dan der Bevel of Decreet van Gyzeling eener daar- dóór ofoportoe bevoegde Macht. — Zoodanig Bevel, heb- dre van een ben alle openbaare Aanklagers, 't zy Vtocii-bevoegde reür-Cleneraal of Bailliuw, en ook de Exëcu-il/acA/. teur van een Departementaal Gerechtshof of een Schout-Crimineel, ieder in zyn Departement, Territoir of Gemeente, uit den aart van hun Ambt, en uit krachte deezer Wet, in de gevallen hierna Art. 4. gemeld; alsmede in het exëcuteeren der Dècreeten, Art. 17., 45- cn 77. befchrevem \ '' Art* Q  C 240 ) S- 3. lede» Burger is verpiigt dam aan te gehoorzaamen. §•4- Apprehenfie op heêter daad en van Overtreders van Ban. §• 5- Hot met de eerften te handelen. Art. 3. Elk Burger, alzoo opgeroepen of 'rt verze■ kering genomen wordende, is vcrplich te sehoorzameu. ö Art. 4. Elk openbaar Aanklager, 't zv Bailliuw of Procureur-Generaal, g Iyk mede elk Executeur van een Departementaal Gerechtshof, cn SchoutCrimineel is bevoegd en verplicht te vatten of doen vatten en aanhouden allen die 00 heêter daad, (of in ftagranti delifto) dat is: nog bezig zynde in het plegen eener misdaad, of de gevolgen van dien , of even na die daad vlugtende, of zich verbergende, worden gevonden ot ontdekt en agrerhaald; alsmede alle Perfoonen, die uit de Republiek, of eenig gedeelte derzelve, gebannen zynde, echter daar binnen worden gevonden; met dien verftande, dat, wanneer dezelve Misdadigen of Bannelingen zich in een Burger-huis, geen HerbergofDrRkwnikel zynde, verbergen of ophouden, de Dienaars derjullitie hetzelve wel mogen bezetten doch, in weerwil vau den Bewooacrnü t in hetzelve mogen komen , dan iri tegenwoordigheid yan den Procureur-Generaal, Executeur, Bailhuw of Schout-Crimineel. Arr. 5. Een Gearresteerde, die gezegd wordt op heeter daad door een Procureur-Generaal of Executeur van een Departementaal Gerechtshof, of door een Bailliuw of een Schout-Crimineel , of ook door Dienaars der fullitie of andere bevoegde PerRonen geapprehendeerd te zyn, zal door dczely- onve-vvyhi moeten worden gebragt in dé Refidentie'der Burgerlyke Rechtbank, onder welke de plaat** waar" le .apprehenfie is gefchied, bedoor. en aldaar eerst umvüebewaringe, doch zonder toegang, wór-  E *4« 1 worden gefteld, en ten verzoeke van den püblicquen Aanklager, by deszelfs Rapport volgends het Formulier Litt. A. te doen, voor Commisfarisfen uit de Burgerlyke Rechtbank, of uit het Hof Departementaal, indien men vermeent dat de zaak of perfoon onder deszelfs •Rechtsgebied behoort, .en de apprehenfie binnen de Refidentie van 't zelve Hof is gefchied, kan 'tzyn, geadfifteerdmeteen Minister ^voorlopig gehoord, om te vernemen wie hy is, en of ook eenig abuis of exces by deszelfs apprehenfie heeft plaats gehad; alsmede of hy befcbonken is, of nuchteren, pnefent van geest, of in een ftaat van verftandeloosheid of razerny; en wat zy meer ten zynen opzichte zullen ontdekken of opmerken, van al 't welkeen behoorlyk Verbaal lii gefchrifte gefteld en ottderteekend zal worden. ■ Indien de Gearresteerde bevonden wordt tc zyn een Lid van 'tVertegenwoordigend Lighaam bf Uitvoerend Bewind, of van de Commisfie tot herziening der Staatsregeling', zal de Rechter daarvan onverwyld kermis geven aan het Vertegenwoordigend Lichaam , met toezendinge vaii een Copie-Authenticq van evengemeld Verbaal. Art, 6. . Binnen twee of uiterlyk drie, etmaalen daarna zal de publieke Aanklager, aan den Rechter, daar 't behoort, namelyk de Bailliuw aan de Burgerlyke Rechtbank of de Procureur-Generaal aan 't Hof, moeten overgeven alle de voorlopige informatien , welke hy , zoo nopends de gepleegde.misdaad als de omftandigheden der apprehenfie, heeft kunnen bekomen , benevens een Notitie van de naamen der omftanders of anderen, die gezegd worden bv het faict. tegenwoordig geweest te zyn , ofte letwes voor of na gezien of gehoord te hebben, 't geen daartoe betreklyk was, of zou kunnen zyn, en Q a daar* §. 6. Voorlopige informatien van eene apprehenfie op heêter daad, en verzoek van goedkeuring»  [ 242 J S- 7- Wan neer te weigeren. $.8. Wanneer in advies te houden. daarop by Requeste, volgends 't Formulier Litt. B. verzoeken goedkeuring der gedaane apprehenfie, indien de Gearresteerde geen Lid is van het Vertegenwoordigend Lighaam of Uitvoerend Bewind , of de Commisfie tot herziening der Staatsregeling, met auctorifatie, om die perfoon in crimineele hechtenis te Rellen. Ten waredepublicque Aanklager geen grond tot zoodanig verzoek inogte vinden, in welk geval hy niettemin alle de voorfz. ftukken aan den Rechter zal overgeven, met zyne fchrifteiyke confideratiën op dezelve, en een voordragt, dat en hoe hy vermeent, dat de Gearresteerde behoort te worden in vryheid gefteld. Art. 7. - De Rechter zal onverwyld , en voor alle andere zaken, de voorfz. voorlopige informatien en 't Verbaal van Commisfarisfen examineeren, des noods de opgegeven Getuigen of eenige derzelve, of ook anderen, ex officil hooren, na daartoe op het Request van den pubheken Aanklager te hebben gefteld een AppoinctementvoIgends'tFormulierLitt.C.en voords in naauwkeurige overweging nemén ' of de gedaane apprehenfie waarlyk gezegd 'kan worden tc zyn gefchied op heeterdaad, in dien zin, als hier voor Art. 4. is gefteld. Ende, indien kennelyk blykt van Neen, den publie! ken Aanklager, by Appoincteraent op deszelfs voorlz. Request, volgends Formulier Litt. U. ordonneeren, om den Gearrefteerden onverwyld te doen in vryheid ftellen. Arr. 8. . Doch, indien de Rechter uit de voorfz. in:orriiatiën en het Verbaal van deszelfs Comïiisfansien bevindt, dat de apprehenfie keniclyk of waarfchynlyk wel is gefchied op heêter  I *43 1 heêter daad, en dat het gepleegde bedryf misdadig fchynt, en van dien aart, dat het lyfftraflyk zou kunnen zyn, maar nogthans aan de informatiën ietvves ontbreekt, zal de Rechter het voorfz. verzoek van den publieken Aanklager, by appoinétement volgends Formulier Litt. E, mogen houden in advies, uiterlyk voor den tyd van agt dagen, en denzelven gelasten inmiddels zyne informatiën tot meer volkomenheid te brengen, met of zonder byvoeging van qualificatie, om de gearrefteerde Perfoon nader voorlopig te doen hooren, zoo als de Rechter, naar maate der omftandigheden, zal oordeelen te behooren. Art. 9. Wanneer reeds uit de eerfte of uit de nadere of verbeterde informatiën en antwoorden van den Gearrefteerden, indien hy nader isgehoord, welke de publieke Aanklager binnen den voorfz. termyn aan den Rechter zal inleveren, genoegzaam blykt, dat de verdagte Perfoon waarlyk fchuldig is aan het gepleegde misdryf, zal de Rechter by Appoinétement volgends Formulier Lit. F. de gedaane Apprehenfie goedkeuren, en den publieken Aanklager auétorifeeren, om die Perfoon in Crimineele Gevangenis te ftellen; al is het dat het nog eenigzins bcdenkelyk blyft, of dezelve wel in den eigenlyken zin op heêter daad zoude zyn geapprehendeerd. Art. 10. Die, uit hoofde der overtredinge van een voorig Bannisfement, volgens Art. 4. is geapprehendeerd, zal daadelyk ten verzoeke van den publieken Aanklager, (vervat by zyn Rapport volgends het Formulier Litt. G,j die hem heeft gevat of doen vatten, door Commisfarisfen van den Rechter, uit krachte van e'ei Q 3 AP' §.9. Wanneer te vereenen ? §.10. Een Geapprehendeerd e wegens overtreding van Bannisfetre >t ten eerfftrttehooreitf  [ ?44 3 S'.n. Zoo. hy by contumac'. gebannen is., at\ntebieden aan dtn hechter, hy wien dat Pon 'isfe is yitgebragt. %. 12. Zoo hy tot ftraffe \ eener mis- ] daad geban-1 nen is, de | Appoinétement van den Prrefic>nt vc" c« 'è Formulier Litt. H., worden gehoo'rd, om'tè onderzoeken, of hy dezelfde Perfoon is, en ot hy te vooren is gebannen uit hoofde van Contumacie of by een definitief Vonnisfe tot Strafte eener misdaad. Indien aan Commisfarisfen klaarlvk blykt dat de Gearrefteerde niet is de Perfoon door den publieken Aanklager bedoeld, zullen zy denzelven, by Appoinétement volgends Formulier Litt. I., gelasten den Gearrefteerden onvcnvyld m vryheid te ftellen, met overgifre yan Copie dier Ordre, en hem of haar, zulks begeerende, op een honorabele wyze te geleiden , ter plaatfe waar hy of zy is aangehouden. Art. ir. In 't geval van Bannisfement, uit hoofde yan Contumacie, zal de publieke Aanklager door dezelve Gommisfarisfèn by Appoinétement volgends Formulier Litt. K. worden gelast, den Geapprehendeerden onverwyld aantebieden aan den publieken Aanklager'by dien Rechter, door wien dat Contumacié'el Vonniste is uitgebragt, en hun inmiddels in Crimineele hechtenis te (tellen. Zoo het evengemelde contumacicel Vonnis gewezen is by een hoog Nationaal Gerechtslof of Vierfchaar over de misdryven der Rech:ers, zal het Hof of de Rechtbank van de &eJaane apprebenfie by Mislive kennis geven tkn het Vertegenwoordigend Lichaam of den ' \gent van Juititie refpective. Art. 12. Doch zoo hy tot Rraffe eener misdaad is gclannen, zullen Commisfarisfen de gedaane ap^ irehenfie by proviiic goedkeuren , en den puRcqi:en Aanklager, bv appoinétement volends tonnulicr Litt. L., auétorifeeren den Ge-  C 245 > Geapprehendeerden in crimineele hechtenis t Hellen, tot nadere dispofitie van den Rechter aan wien zy daarvan verilag zullen doen. Art. 13. Vervokends zal de publicque Aanklager zoo dra mogelyk, aan den Rechter inlevere eene authenticque Copie van des Genpprenet deerdens voorige Vonnisfe van Baumslemcni en daarop by Request, volgends FormuR Litt. M., verzoeken admisfie, om denzelve nade'r voor Commisfarisfen te hooren op 1 overtredïnge van dien, en zal,daarop word geappoinc'teerd volgends Formulier Litt. N. Art. 14. j , Zoo dra 't zelve Verhoor, 't zy door d. publicquen Aanklager of door den Recht wordt gehouden voor voltrokken , zal voor gehandeld worden, zoo als mer betrekking t alle misdaaden, hier na Art. 106. ten opziet der Burgerlyke Rechtbanken , en Art. 107. volgende, ten opzichte der Departementa Hoven,zal worden vastgefteld. Art. 15. Iemand , die buiten den Rechter, op ordre van wege den Agent van Inwendige Policie eenige andere Geconftituëerde Macht is ge r»steerd, en , ter vóldoeninge van Art. 31. Grondbeginzekn voor de Staatsregeling plaatst, aan zynen bevoegden Rechter wo overgebragt, zal wel door dien Rechter w den aangenomen , doch niet anders, dan een politicque Gearresteerde, en als zooda in civiele bewaring, doch buiten toegang, w den gehouden, tot dat de openbare Aankl: by denzelven Rechter de tegens hem bekom informatiën en andere ftukken ingeleverd daarop verkregen zal hebben een crimii Q 4 Ree ; Apprehenfie , by provifie goed te keuren. , §. 13. Ver- n volgends nai- der te hooren. •> :r h le :n rh §. T4- En zr voords t ■ han3s delen volot gends Art. te 106. o/ en enz. de' of §. 15. Hoe of Perfoonen, " ar- by de Policie ier gearrefteerd, je- doordeffufti- rdt tie worden or- overgenomen. als nig or- iger lerie , en eele ; hts-  C ?4  ( 247 ) Bailliuw van het DiftricT: overgebragt moeten worden, omme daar mede te worden gehandeld, zoo als by zyne Inftructie en by de Formulieren Litt. O. en P. is vervat. Van Gerechtelyke Informaticn. Art. 18. Geen Gerechtshof noch Rechtbank zal een Decreet van apprehenfie of van perfoneele Dagvaarding tegen een befchuldigden verlee-' nen, dan op Stukken van hem zeiven afkom-' ftig, of by hem gevonden, ofte op Gerechte--' lyke informatiën ten zynen laste , door een ander Collegie of Ambtenaar van Policie of' juftitie aan dien Rechter of deszelfs publicquen Aanklager toegezonden, of tot het beleggen van welke de publicque Aanklager by zoodanig Hof of Rechtbank vooraf by Request admisfie verzogt, en by appoinctement op het zelve verkregen, zal hebben, of by Refolutie, ex officia, zal zyn gelast. Art. 19. Ingevalle de publicque Aanklager aan deszelfs Hof of Rechtbank inlevert eenige voor-j loopig ingewonnen informatiën of bewyzen,J 't zy alleeniyk van een begaane misdaad, waar van de daader nog onbekend is, — of ook teffens behelzende eenigen grond yan vermoeden ten laste van een of meer Perfoonen, die dezelve zouden hebben gepleegd, doch noch niet zyn geapprehendeerd, — of .die door de Policie zyn in verzekering genomen , — en daarop by Requeste, volgends Formulier Litt. Q , verzoekt, ter dier zaake Gerechtelyke informatiën te mogen beleggen, zal voorfz. Hol of Rechtbank de daartoe overgelegde befchciQ 5 den $.iS. JPat laar toe of 'ok tot een perfoneele Dagvaarfltig moet 'oorafgaan, §. 19. De publicque Aanklager moet daartoe admisfie verzoeken.— Wat daartoe vereischt wordt, en hoe daar op te disponee-. ren.  ( ) den naauwkeurig exaroineeren, of dezelve ' nfbrmati'èn. veïke niet-.^ rereehtelyk >elegd zyn i reen, Appreienfie noch Dagvaarding ih Peiy 'raon te verlet™ ten.  del, om zulks zoo mogelyk, voortekomen. S. 37- De ten dien einde opgegeven Getuigen te hooren, $• 38- Hoe omtrent derzelver beëdiging tehan" dtlen. j %. 39. Welk gt bruik daar va'! te ma Of ■ km? C 256 ) ten zynen laste door een Publieq Aanklager wordt geïnformeerd, en willende voorkom"n dat tegen hem eene Crimineele Rechts-ingang verzogt of verleend worde, zal zich bv Request aan den Rechter, by wien die Publicque Aanklager fungeert, mogen vervoegen, met overgifte van zoodanige Hukken, als hv vermeent tot bewys zyner onfchuld te kunnen dienen, en opgave der naamen en woonplaatfen van alle Perfoonen, die hy verzoekt als getngen ter zyner requifitie en kosten te worden gehoord, op de Vraagpoinclendoor nem ten dien einde ontworpen. Art. 37. Welk verzoek de Rechter zal verleenen, Sn LZ!- r Re£3.uerst.e" Rellen in ban- den van Commisfarisfen, om, na onderzoek en goedkeuring dier Vraagpoinclen, die Getuigen voor zich te doen verfchynen en daarop te hooren, m gelyker voege als hier voor Art. 24. tot 29. en S4. ten opzichte der GegeflSd ^ Pubiic1uen Aanklager is vastArt. 38. Waarna Commisfarisfen, 'm afwezigheid der Getuigen en van den Publicquen Aanklager, wens confideratiën zy, des noods , daarop zullen innemen , te famen zullen overwegen, of zy dezelve Getuigen den Eed, op *t 5een zy geantwoord hebben, zullen afneemen 31 Wet. Indien zy daaromtrent van een ver! clullend gevoelen zyn, zal door hen worden gehandeld als in Art. 28. Art. 39. In allen gevalle zal het voorfz. Request en iylagen benevens de Vraagpoinclen en Antwoorden der Getuigen, worden gefteld in hanfen van den Publicquen Aanklager, om daar- ' van  ï £57 1 fÉ 'tnoodiügebiuiktemakm, 'tzy tot yoordr zétting of (taaking yan den Procesfe, zullende van de evengemelde antwoorden geene communicatie, Vifie noch Copie, aan den geer nen ten wiens verzoeke de Getuigen zyn gehoord, worden gegeven, zqp lang het onzeker is, of hy zelf, ter dier zaake, zal ^oefen worden gehoord , of 't zelve Verhoor nog niet zal zyn voltrokken. Art. 40. Wanneer de Publicque Aanklager ten diende der Juftitie noodig acht, dat de voorfz. Getuigen ook van zyne zyde worde gehoord op zoodanige tegenvraagen, als door hem aan Commisfarisfen overgegeven, en door dezelve goedgekeurd , of naar goeddunken veranderd zullen worden , zal hy zulks by Request verzoeken, en de Rechter, naar'bevind van zaaken, zulks toeftaan of van de hand wyzen, volgends de Formulieren Litt. Y. en Z. Art. 41. Indien door den Producent Getuigen zyn opgegeven, die buiten des Rechters Refidentie , in hetzelfde óf in een ander Departement, of ook buiten de Republiek, woonen en zich onthouden, zal de Rechter, na de Vraagpoinélen in handen van den Publiquen Aanklager te hebben gefteld, om'er, zulks noodig achtende, Contra - Interrogatorien tegen te'formeeren, dezelve zenden aan de Burgerlyke Rechtbank , of hét Departementaale Hof, of zoodanig Büitenlandsch Rechter, waaronder die Getuigen woohen of zich onthouden, met verzoek, by Letteren requifitoir, om dezelve daarop te hooren, en de antwoorden befloten aart den Réchter te doen toekomen, tegens belofte en volgends Formulier, sis hier voor Art. 31. Doch zal de-afzending • R a " dier §. 40. Ver* zoek van dert Publieken Aanklager die getuigen op tegenvraagen te hooren. % 41. Hoe te handelen , als de voorfz'. Getuigen buiten des Rechters Rechtsgebied woonena  §. 42- Zoodanige Ver dediging ook in allen fiaate van den Procesfe vr-) te laten aan de Echtgenoot of'Nabeftaanden van een Befchuldigden , dit afweezig of in hechtenis is. $. 43. Hoe een CriminelenRechtsfngaig te verzoeken,en daarop te delibereer en. 1 ; i [ *5* ] dier Brieven niet gefchieden, ten zy de Ver* zoeker voor de daarop te vallene onkosten onder den Secretaris zal hebben opgebragt zoodanige fomma, als door Commisfarisfen zal worden begroot. Art. 42. • Zoodanig verzoek, als'in Art. 36. is ge- • meld, zal ook in allen ftaat vau een Crimineel Proces, zelfs na bet vastftellen van het Vonnis, tot het tydftijb der pronunciatie en executie toe, vryftaan aan de Echtgenoote en Nabeftaanden van een Befchuldigden, die gevangen of afwezig is, en zal daarop door den Rechter naar bevind van zaaken worden gedisponeerd. Art. 43. Wanneer de Publieke • Aanklager geen of geen verder Verhoor van Getuigen meent noodig te hebben, maar yan geuoegzaame bewyzen voorzien te zyn, om daarop een Crimineelen Rechts-ingang tegen iemand te kunnen verzoeken , en daartoe een fchriftelyken voor. dragt met alle de ingewonnen ftukken, en aanwyzing van 't geen hy meent daar uit ten laste van den befchuldigden te blyken» by Requeste volgends Formulier Litt. A. A. inlevert, zal de Rechter, alles nauwkeurig doorgezien en overwogen hebbendé, en 't zelve niet voldoende oordeelende om 't verzoek van den Publieken Aanklager, zoo als 't ligt, te accordeeren, of ook bevindende, lat niet genoeg op de onfchuld en ontlastin?e van den Befchuldigden is geïnformeerd, ienzeiven by appoinétement op voorfchre?en Request volgens 't Formulier B. B. telasten, de ontbrekende bewyzeh of be'cheiden, die hem in den Raade of 't Colle-de mondeling zullen worden opgegeven, op te  ( *59 ) te fpeuren en intewinnen; — en, na dat dé Publieke Aanklager daaraan voldaan, of ichnrtelyke reden gegeven zal hebben, waarom hv daartoe buiten ftaat is, zal 'de Rechter over deszelfs voorfz. verzoek nader dehbereeren, en onverwyld disponeeren, zoo als hv zal bevinden te behooren, 'tzy door hetzelve te verleenen volgends een der Formulieren C. Cl, 't zy door hetzelve te wyzen van de hand. Art. 44, . Niemand kan gevonnisd worden, dan na alvorens wettig te zyn geroepen, en alle de middelen van verdediging te hebben kunnen bezigen, die by de Wet, bepaald zyn. Ten dien einde zullen in Crimineele zaaken geene andere Rechts-ingangen gevraagd of verleend mo^en worden dan eene der drie volgende: Waarvan de twee eerfte ftrekken tot een Extraordinair Proces, in 't welk de befchuldigde 7ich zeiven moet verantwoorden zonder hulp van een Praftizyn; en de laatfte tot een Ordinair Proces , waarin, even als in alle Civiele zaaken, de Beklaagde zich door Prachzyns mag doen verdedigen, zonder verpligt te zyn zeit voor den Rechter te verfchynen. / Art. 45. . ./ De eerfte beftaat, volgends Foimuher Litt. D D., of in een Afte , waarby de Rechter goedkeurt eene Apprehenfie op heêter daad door een Publieken Aanklager of ander be • voe^d Perfoon gedaan, en den Publieken Aanklager machtigt den Geapnrehendeerden in Crimineele Gevangenis te ftellen; of in een Decreet van apprehenfie, behelzende een last aan denopenbaaren Aanklager, en verzoek aan alle Bailliuwen en Schouten Crimineel, binnen wier Rechtsgebied of Gemeente de befchuldigde Perfoon zal worden gevonden,oir R 3 d! §.44. Drie- ietiei Rechts - in' gangen. $• 45- Approbatie of Decreet van apprehenfie.  t 260 ) $i 46. De kreet van Dagvaarding in Per -fóón. i 47; Decreet .a ' gepótine Dag■^:iar 'i%g te) Cf imineeie de fterke hand der Juftitie te verleenen, ten einde die Perfoon m verztkering gefteld, en aan den Rechter, die 't relve Decree- heeft verleend, overgebragt worde, omme vervolgends te recht gefteld te worden, over zoodanige misdaad, waarvan hy, door den Publieken Aanklager by dien Rechter wordt befchuldigd. • ■ . . Art. 46. " P De t,weedTe beftaat in een Decreet, volgends Formulier Litt. E. E., waarby de Rechter den Publieken Aanklager auéïorifeert, om den •Befchuldigden ter zyner laatfte woonplaatfe, of, zoo hy geen Inwooner is, by Ediétaale Citatie, met toezending door de gewoone post aan den Gedaagden, indien zyn woonplaats bekend is, van een Copie van voorfz. Decreet en Citatie, door een Exploictier of Gerechtsbode te doen dagvaarden, omme, op' een bepaalden dag en uur, welke dag nief korter zal mogen worden genomen, dan ten opzicnte van fnwooners op agt dagen, en ten opzichte van anderen, op zoo veele weeken, na dato van 't Exploiét, als door den Rechter in elk geval zal worden geordonneerd, in eigen Perfoon, voor den Rechter te verfchynen, ten einde te Worden te recht gefteld over de misdaad, welke hem door den Publieken Aanklager wordt te last gelegd 5 —: van welke Citatie het Formulier hier aster is gevoegd Litt. G. G. Art. 47. En de derde in een Decreet of Acre, 'volgends Formulier Lit. F. F houdende bevel aaneen Exploiétier of Gerechtsbode, omme in naam van den publieken Aanklager den Befchuldigden te dagvaarden volgends 't Formulier G. G. om op .zekeren te bepaalen dag, welke genomen êsï moeten worden op vier weeken na het dóén'  T **« I doen dier Citatie, ter Crimineele Rolle van den Rechter, die 't zelve Decreet heeft ver^ leend, te antwoorden en voord te Procedeeren op zoodanigen Eisch en Conclufie, als de publieke Aanklager tegen hem zal doen, ter zaake der Befchuldigingen daarby uitgedrukt, en welker inhoud ia voorfz. Decreet of Acte van Bevel woordelyk zal zyn vervat; en by wellc Decreet ook moet gevoegd zyn, en mede cobielyk aan den Gedaagden by de Citatie moet worden overgeleverd, eene Lyste der Stukken door den publieken Aanklager tot bewys zyner befchuldigingen tegen den Gedaagden aan den Rechter overgelegd. Art. a8. De eerfte Rechts-ingang , of het Decreet van Apprehenfie, zal niet worden verleend, dan over misdaaden, van welke het aan den Rechter zeker of hoogwaarfchyulyk voorkomt, dat op dezelve eene zoodanige Lyfftraffe zoude moeten volgen, welke, zonder de Perfoon van den Befchuldigden in verzekering te hebben, met zou kunnen worden ter uitvoer gebragt, en door de ftraffe van Bannisfement, tegen een afwezigen te deeerneeren, niet zou kunnen wonden opgewogen-. Art. 49. De tweede, of het Decreet van perfoneele Citatie zal verleend worden, ingevalle de misdaad, Welke den Befchuldigden wordt te laste gelegd, in deszelfs omftandigheden aan den Rechter voorkomt van dien aart te zyn, ofte kunnen zyn, dat her twyffelachtig zoude kunnen geoordeeld worden, of dezelve aan den Lyve, ofwel alleenlyk met Infamie, verlies van Stemrecht, Bannisfement, of andere mindere Straffen, zoude behoo'ren te worden geftraft', — ofte ook, wanneer de misdaad we . R 4 tyfr §.48.^»" neer de eerfte verleend zal worden? neer de twee* de? 1  5-5°. Éj Wanneer de fjerde? .§• 51- Mot in ieder dier gevalle:-; aan den Befchuldigden kennis te geven yan 't geen hen wordt te last gelegd?. Rechter is in \ 't. verleenen ) vier»' ée» dier l Rechts-ln- i gingen niet 5: ^ibonden ' g lyrR aOyk s doch dc informatiën ten laste van den Belchulmgden aan den Rechter niet voor ' komen eene volkomen halve preuve te bevat ten, eu dus ongenoegzaam zyn om hem're doen apprehendeeren, eu echter hem in zoo verre bezwaaren, dat de administratie eener goede Justitie vordert, dat hy perfoonlyk werde gehoord. ' 3 ' Art. 50. ' i erwyl de derde Rechts-ingang, of het Decreet van gewoone Citatie, zal moeten gebruikt worden in alle gevallen, waarin het zeker is, dat tot de misdaad, welke den Befchuldigden wordt te laste gelegd, by de Wet geene dminste Lyfftraife, maar alleen Bannisfement mt het Departement, of ontzetting van eenig Ambt, Bediening of Kostwinning, of ook" eenige Geldboete gefteld is. ■Art. 51. Als de eerfte Rechts-ingang plaats heeft zal den Geappreheadeerden, volgends Art. Wanneer dc Rechter"oordeelt, dat de vec.Hs-mgang, door den publieken Aanklager ti™, te zwaar of te ligt is, zaj hy dat veioeje m blootelyk van de hand wyzen, maar effens verkenen dien Rechts-ingang, welke y ™eent dat door den publieken Aanklaer had behooren gevraagd te zyn, of, zoo daa|  E *6s l iaar toe nog noodig is het beleggen van Ge-, rechtelyke informatiën, zulks aan den publie- . ken Aanklager gelasten. Art. 53. Wanneer het, 't zy terltond na eene op heêter daad gedaane Apprehenfie, of in den loop yan den Procesfe tegen een Geapprehendeerden , aan den Rechter voorkomt, dat de misdaad, waarvan hy befchuldigd wordt, in deszelfs omftandigheden van dien aart is, dat het twyffelachtig zou kunnen geacht worden of de Wet daar toe wel Lyfftraf heeft bepaald, zal hy, na den publieken Aanklager daar over onderhouden en deszelfs Confideratiën gehoord te hebben, de zaak dan nog twyffelachtig vindende, verklaaren, dat de Gevangen zal worden ontflagen,, mids verplicht blyvende en zich verbindende om t'allen tyde, op ontbod van den Rechter, weder in Perfoon te verfchynen , of aan den' Lande te verbeuren zoodanige fomma, als door den Rechter in elk geval , naar maate der omftandigheden van den Gevangenen, zal worden gearbitreerd, en zulks onverminderd de Straffen of Boeten en Kosten, waarïn hy ter zaake, waarover hy is befchuldigd, by definitif of Gontumaciëel Gewysde zoude kunnen worden gecondemneerd; zullende hy voor dezelve by non Comparitie te verbeurene fomma, voor zyn ontfiag, moeten ftellen voldoende Borgtocht ten genoegen van den Rechter. — En zal, na dc overgifte van zoodanige Acte van Verbindtenis en Borgtocht, volgends Formulier Lit. H. H., de Gevangene onverwyld worden in vryheid gefteld ; Doch dat ontfiag den Rechter niet verhinderen om den Befchuldigden alsnog tot Lyfftraf, (indien by nadere Verhooren of verder onderzoek mogt geoordeeld worden, dat de Wet zulks vorderde) te condemneeren, en R 5 hem tan yt ver wek van den Publieken Aanklager. S.53. Wanneer en hot '.en Geapprehendeerden■è ontflaan, met of zonder Borgtocht ?  C 46> ) hem ten dien einde, 't zy hy op nieuw ontbod verfchenen is ofte niet, en zonder onder» Jc.neid ,of de fom, waar voor zyneBorgen zich verbonden hebben, door dezelve betaald zy Ofte met, op nieuw te doen apprehendeeren. HOE VERDER OP APPRÈHENSIE OP PERSONEELR DAGVAARDING VOOR DE GERECHTSHOVEN EN BURGERLYKE RECHTBANKEN TE PROCEDEEREN. en eerst VAN SUSTENUëN VAN INCOMPETENTIE i S-54- Hot te handelen, vanneer de Rechter twyfelt over deszelfs bevoegdheidvoor het verleenen van 'een Rechtsingang. i Art. 54. In geval aan den Rechter bedenkelyk voorkomt, of de Perfoon tegen wien, of de zaak waar over, de Publieke Aanklager een Grimineelen Rechts-ingang verzoekt, wel onder deszelfs Rechtsgebied behoort, zal hy, aivoorens op dat verzoek te disponeeren, ötn Publieken Aanklager daar op hooren, om te vernemen , op welken grond hy zyne bevoegdheid ter dier zaake beweert. Wanneer die grond by voorlopig onderzoek aanneemlyk voorkomt, zal de Rechter een Rechts-ingang verleenen , en anders den Aanklager gelasten, alle zyne ingewonnen informatiënjen befcheiden en voorlopige Verhooren tegen die Perfoon over te zenden aan den publieken Aanklager by zoolanige andere Burgerlyke Rechtbank of Depar:ementaal Hof; ofte, wanneer daartoe een Hoog Slationaal Gerechtshof, ofte een Vierfchrpr ) er de misdryven der Rechters , vereis t ïoude kunnen worden , aan de Eerfte Kamer /an ?t Vertegenwoordigend Lighaam, ofte aan len Agent van Juftitie, zoo als de Rechter ;al vermeenen te behooren. Nie*  Art. 55» ,t. b .. Niemand kan tegen zyn wil worden algetrokken van den Rechter, dien de Staatsrege-1 ïkfg of de Wet hem toekent; en dieshaiven zaf het verleenen van een Rechts-ingang den i Befchuldigden tot geen nadeel kunnen ftrek- , ken , wanneer hy daar tegêil zal willen bewëe- , ren, dat hy niet gehouden is voor dien Rechter te recht te flaan, maar tot een andere Crimineele Rechtbank behoort verwezen tè worden. Art. 56. Indien de fustenue gevoerd wordt door een Gèapprehendeerden, zal hy de gronden, die hy daar voor meent te hebben, by zyn eerfte verfchvning,voor Commisfarisfen openleggen, en verzoeken dat dezelve door den Secretaris worden opgefchreven, eh voords ter hand gefteld aan Practizyns, die door hem opgegeven of door den Rechter aan hem toegevoegd zullen worden, ten einde door dezelven , op een daar toe te bepaalen dag, de Vermeende onbevoegdheid in 't Coltegie mondeling worde voorgedragen, door den Publieken Aanklaget daar tegen geantwoord , en voords , des noods, na een kort Re- en Duplicq dpor dén Rech'tei beflist worde, zullende de Gevangen inmiddels niet worden gehoord , doch buiten toegang bewaard. . blyven , bchoudelyk dat wanneer des Gevangen's , Praclizyn zulk: noodig oordeelt en verzoekt, denzelven za kunnen worden vergund, ten overftaan vat Commisfarisfen met den Gevangen over è gronden, waar op hy die onbevpegdhen beweert, temogen fpreken. Watince die fustenue wordt gewettigd , zal de Ge vangen echter niet ontflagen , maar aan des zelfs bevoegden Rechter aangeboden e overgeleverd worden."} Ir §.55. Eén •erkende Rechts-ingang belet 'len BefchuU ligden niet ies Rechters mbevoegdheid ie beweeren, %. 56. Hoé een Gevangen daarom* trent mag handelen ? t ■ I l r . 1  C *66 ) S- 57- l «en Gedat, de in Perfoon. §. 58. Ho, de Rechter zelf wanneet hy bevindt, dat de Befchuldigdebehoort tot een anderen Rechter binnen de Republiek? Art. 57; foe Indien' een Gedaagde in Perfoon beweert g--dat de Rechter, welke dieRechts-ingan°- te- ■ gen hem heeft verleend; zyne bevoegde Rechter met is , doch geene Praétizyns kan vinden, d;e genegen zyn hem daarinne vrywillig te dienen, zal hy, zoo vroeg mogelvk, enten minften drie dagen voor den dienenden Rechtdag, zulks by Request aan den Rechter voordragen , die ',em dan ten dien einde Praétizvns zal toevoegen en zal, op den in de Citatie bepaalden Rechtdag, de voorfz. fustenue van onbevoegdheid door des Gedaagdens Praftizyns, mids hy perfoonlyk mede tegenwoordig is, mogen worden voorgedragen, — door den Publieken Aanklager daar teo-en ^antwoord, en yoords daarop als boven korrelyk gerepliceerd en gedupliceerd, en door den Rechter uitgewezen moeten worden, — ten einde de Gedaagde, (indien dezelve fustenue wordt afgekeurd; nog dien zelfden dag, op de zaak zelve kan worden ondervraa°d. De beflisfingen, in dit en het laatstvo'orgaande Articul gemeld, zullen worden vervat in een fchriftelyke Ade , welke aan den Publieken Aanklager en den Befchuldigden voor°elezen en daarna by Copie Authcnticq ter hand gefteld zal worden. Art. 58. . Wanneer de Rechter, uit de antwoorden of bewyzen van een Gèapprehendeerden ofGe- ■ daagden in Perfoon, of verder in den loop van den Procesfe, bevindt, dat over die zaak door een anderen Rechter binnen de Republiek behoorde te worden kennis genomen , zal dezelve , offchoon door of voor den Befchuldigden des Rechters onbevoegdheid niet uitdruklyk beweerd is, ja , al ware het, dat hy zich vrywillig aan den Rechter, voor wien de zaak aan--  C **7 ) aanhangig is, hadde onderworpen of wilde onderwerpen, denzelven echter aanbieden en overgeven of verwyzen aan dien Rechter, by wien hy begrypt dat zoodanige .zaak behoort. . Wanneer, iri de gevallen by dit en het 56. Articul gemeld, de Rechter, aan wien een Gevangen wordt aangeboden, mogte weigeren of uitftellen denzelven over te nemen , zal deRechter , die de aanbiedinge heeft gedaan^ daar van kennis geven aan het Vertegenwoordigend Lighaam, met verzoek om de noodige voorziening, dat de Gevangen niet onberecht blyve. Inmiddels zal de Gevangen door oen Rechter nog wel buiten toegang worden gehouden, doch in Civiele Gyzeling. Art. 59. Indien een Geapprehendeerde behoort onder een Buitenlandsch Rechter, en de misdaad, waar van hy befchuldigd wordt of belydenis doet, ook buiten deeze Republiek is gepleegd, en van dien aart is , dat ze by alle befchaafde Volken wordt geftraft, zal de Rechter den Gevangenen aan deszelfs bevoegden Rechter, tegen betaling van kosten, aanbieden en overgeven, of by weigering hem, fchuldig bevonden zynde, voor zyn geheele leven bannen uit de Bataaffehe Republiek, of in een Werkhuis confineeren, zoo als het Hof voor de veiligheid der Maatfchappy zal oordeelen te behooren. Art. 60. Wanneer by een Burgerlyke Rechtbank dc fustenue van onbevoegdheid, door een Gevangenen of Gedaagden in Perfoon voorgefteld, wordt verworpen, zal hy daar in moeten berusten , in zoo verre, dat hy in dat geval verpligt zal zyn zich aan 't Verhoor by dier Rechter te onderwerpen, en te antwoorden óp de & 59- Èrt hoe? wanneer de Befchuldigd:behoort .tot een BuitenlandschRechter. §.60. Als.,, een Burgerlyke Rechtbank de fustenue van onbevoegdheidverwerpt,  ( s68 ) snoet een Gevangen of Gedaagde in Perfoon, daarin by provifie berusten. §. 61. Hoe te handelen, wanneer een Gedaagde in Perfoon niet verfchynt? f 1 $•62. Hoe, wanneer een ( Gevangen of \ Art; 61. Indien een Gedaagde in perfoon ten bepaal» den tyde niet verfchynt, zullen Commisfarisfen, na hem door een Exploictier of Bode met luider' ftemme te hebben doen uitroepen, zulks door den Secretaris doen aanteekencn, en daar van m t Collegie kennis geven, en zal de Rechter als dan den publieken Aanklager by Decreet volgends Formulier litt. I. I. mogen aucW leeren om dien Gedaagden te doen arrefteeren, m in CivieleGyzeling te ftellen, op zyne eiSe' M kosten. In dit geval zal het Verhoor van Jen.Gedaagden in perfoon voor Commisfarisfen ïdclueden m het Gyzelhuis, — doch anders n een beuVen Vertrekkamer van den Hove of ie Rechtbank, — zullende in geen geval eere .redaagde 111 perfoon behoeven te verfchynen er openbaare Rolle, dan alleen om het definilel vonnis te hooren lezen. Art. 62. Wanneer een Geapprehendeerde of een Geteagdem perfoon, zonder des Rechters onbevoegdheid te beweeren, of na dat die fustenue- deViaag-poin&en, welke hem, dodr deszeF* Commisfarisfen, ten bywezen van den Openbaaren Aanklager, aldaar zullen worden voorgehouden , zullende het hem niet vrvftaan van die uitfpraak te appelleeren, maar echter bv vervolg dezelfde fustenue by 't Hof DeparS. mentaal op nieuw worden onderzogt en beoordeeld in gevalle en ten zulken einde al* rL?a n" I37° I38> en zal worden VAN HET VERHOOR VAN JJEN BESCHULDIGDEN.  C s69 ) is verworpen, zich onwillig toont om te ant- G woorden op alle of eenige der Vraagpoinéten, JF welke hem door Commisfarisfen zullen worden g voorgehouden, zullen dezelve, na hem daar „ toe, by herhaaling, ten ernftigften te hebben aangemaand, daar van in 't Collegie, zoo t zelve vergaderd is, en anders in deszelfs eerstvolgende Zitting, kennis geven, en inmiddels den Gèapprehendeerden in zyne Gevangenis , en den Gedaagden in perfoon in een Civiele Gvzeling. doch buiten toegang, doen bewaaien en daar toe den publieken Aanklager by Acte, volgends Formulier litt. K. K.,aucfonfeereri, — en zal de Rechter als dan zoodanige fterker middelen bepalen, als dezelve gepasten sefchikt zal oordeelen, om den Befchuldigden te doen befluiten aan zyne verpligting te voldoen. Art. 63. Indien een Befchuldigde geen taal in deeze Republiek gemeenzaam gebruikelyk, of door ten minden twee Leden van het Hot ot de Rechtbank gefproken wordende , mogt verftaan, zal naar een bekwaam perfoon, die de taal van den Befchuldigden verftaat en fpreekt, worden omgezien, om te dienen voor lolk, die voor den Rechter onder Eede zal belooyen, dat hy zich, in 't geen waar toe hy geroepen is, getrouwlyk zal kwyten en daar van nietwes aan anderen openbaaren , voords de vraagen, op welke de Befchuldigde moet worden gehoord, eerst in deszelfs taal zal overzetten, en in gefchrifte ftellen, en vervolgends één voor één"aan den Befchuldigden voorhouden , deszelfs antwoorden in die zelfde taa, opfchry ven, en telkens aan den Secretaris vertaald opgeven ;— en eindelyk , na dezelve antwoorden in de taal van den Befchuldigden aai hem voorgelezen, eu deszelfs goedkeuring daa »p gevraagd en bekomen, of zyne veranderm gei edaagde ia erfoon wei* >.rt te ant' oorden? %: 63. Een Befchuldigde, wiens taal de Rechter niet verjiaat, te hooren door midr del van een beledigden Tolk. 1 1  C 2/0 ) gen of vermeerderingen daar onder, medé iri de beide taaien, gefteld te hebben, alles met en benevens den Befchuldigden 2elven zal onder; teekenen. §. 64. IVa neer eèn B fchuldigde Copie zal b komen der Vraagpoinc ten en van zyne Antwoorden op dezelve. §. 65. Di Vraagpoinéten vooraf door Commisfarisfente examineereu. $■ 66. Hoe te handelen op nieuwe poin&en van befchuldiglng. 1 ï , Art. 64. ■1- Wanneer een Geapprehendeerde of Gedaagde t-m perfoon gewillig is om te antwoorden op de vraagpoincten welke hem worden voorge? ?. houden zal hy, zonder daar toe eeni* voorafgaand verzoek of beding noodig te hebben - na dat de Aanklager of hechter fyn Verhoor houdt voor voltrokken , en alvoorens tegen hem wordt Voordgeprocedeerd, ten zynen koste, of by onvermogen ten koste van den Lande, kunnen bekomen Copie van alle de hem gedaane vraagen en van zyn gegeven antwoorden , doch met in de gevallen hier na Art. 107, 108 en 109 te melden. „ Art. 65. ■ Telkens voor elk Verhoor zullen de door den publieken Aanklager ontworpen Vraa°poinéten vooraf door Commisfarisfen moeten worden doorgezien, en in dier voege veranderd als zy tot ontdekking van de fchuld ofonfchuld van den Befchuldigden, zuilen oorde len e behooren, en zullen zy byzonderlyk moeten doorhaalen alle vraagen over andere zaaken of misdaaden , dan die waar over de Befchuldigde geapprehendeerd of gedagvaard is. üfllgaê j ,. ■ Art. 66. Proces™ of ifJ" d£ 5°p Va" een Crimineel troces, of in een Verhoor, aanleiding voor vanr om den Gèapprehendeerden of Gedaagd ien ook aan eene andere misdaad fchuldio- Fe vermoeden, zal door den Rechter, of zelfs in t laatst geval door Commisfarisfen aan den LfS lA,-kiager mogen morden t'oegeto len Befchuldigden ook daar over te doen or£ d«r-  ( ±7i ) def vraagen, mids zulks vooraf aan denzelvett Werde aangezegd. Art. 67. Wanneer een Befchuldigde de misdaad, welke hem door den publieken Aanklager is te■, Jaste gelegd, erkent, of ook uit zich zeiven, belydt eene andere misdaad , waar van de pu-; blieké Aanklager nog geene of geene genoeg-/ Zaame informatiën ten zynen laste hadt inge- , wonnen , zal door Commisfarisfen naauwkeurlg worden gelet, of 'er ook reden is van'vermoeden, dat de Befchuldigde opzettelyk zich zeiven heeft willen bezwaaren; en van hem gevorderd een uitvoerig verhaal van alle de omftandigheden, welke by het plecgen der beleden misdaad zouden hebben plaats gehad, met opgave, zoo veel hy zich kan erinneren, van de tyd en plaats, wanneer en waar zulks zoude zyn gebeurd* Art. 68. Ingevalle van zoodanig blyvend vermoeden zullen Commisfarisfen daar van in 't Collegie t rapport doen, 't welk daarop den publieken 1 Aanklager by Refolutie zal gelasten, op die , beledene misdaad ten fpoedigften alle mogelyk , nader onderzoek te doen, of dezelve waarlyk ( door den Befchuldigden is gepleegd, en of de tyd, plaats en omftandigheden met deszelfs opgave overeenkomen» Art. 60. Wanneer een Gedaagde iri perfoon, *t zy de hem te laste gelegde of eenige andere misdaad, welke een Lyfftraf ten gevolge zoude kunnen hebben, geheel of gedeeltelyk erkent, zullen Commisfarisfen bevoegd en verpligt zyn, by Acte volgends Formulier litt. L. L., op verzoek Van den publieken Aanklager, of ook uit hun S mr §. 67. Hoé, 'ngevalle vaii >elydenis eeter nieuwe, of mdere mishad. §.68. tVat laarömtrent e doen door len Publieken Aankla-1 \er? §.69.. Hoé te handelen vanneer eeti Gedaagde int Perfoon be^ font.  f 2?2 3 zeiven, dien Gedaagden te doen ftellen in befloten Gyzeling, en daar van ten fpoedigften in 't Collegie Rapporf doen; — En zal de publieke Aanklager daarop, by Requeste, volgends 't Formulier litt. M. M., verzoeken zoodanige nadere dispofitie, als hy zal vermeenen dat het Recht des Bataaffchen Volks verëischt, 't zy om den Gegyzelden in de Gevangenis over te brengen , of met of zonder Borgtocht te ontilaan; waarop de Rechter dan zoodanig Appoinétement zal verleenen als hy zal oordeelen te behooren. VAN APPOINCTEMENTEN VAN PURGE. §. JoJVanneer en hoe dezelve te vraagen ? Art. 70. Iemand , wien een openbaar Volks-geruchtnagaat van fchuldig te zyn aan eenige misdaad, begecrende van dien blaarrf openlyk te worden gezuiverd, zal, 't zy deswege door eenig publiek Aanklager reeds informatiën tegen hem zyn belegd of niet, en ook 't zy hy daar tegen reeds gebruik heeft gemaakt, of niet, van het middel, in het 36. Articul befchreven, zoo lange nog geen Crimineele Rechts-ingang tegen hem is verleend, zich voor het Gerechtshof van het Departement, in 't welke hy woont, mogen ftellen ter pufge, en aan 't zelve, ten dien einde, by Requeste volgends Formulier litt. N. N. te kennen geven de pnecife daad of daaden welke hem nagegeven' en als misdaad aangetygd worden, met verzoek 0111 's Hofs Appoinétement, by 't welk een Exploictier van den Hove werde gelast den Procureur Generaal te dagvaarden, om , op een door 't Hof bepaalden Rechtdag, den Impetrant te zien verfchynen ter Crimineele Rolle van den Hove, en te ant-  C =73 ) antwoorden en voord te procedeeren op deii Eisch en Conclufie in deszelfs Requeste vervat, omme te worden verklaard zuiver en onfchuldig aan de misdaad of misdaaden, van welke hy wordt verdagt of befchuldigd. Art. 71. In dien , vóór den dag van het inleveren van dat Request, reeds een Crimineele Rechts-in- , gang aan eenig Publiek Aanklager ter dier zaake tegen den Verzoeker is verleend, (om 't welk te onderzoeken, het zelve Request zal worden gefteld in handen van den Procureur Generaal,) zal het Hof daar op niet disponceren, maar anders het verzogte Appoinétement verleenen , en den Procureur Generaal daar van kennisfe geven; en wordt door 't yerlee-. nen van zoodanig Appoinétement het Hof by uitbuiting bevoegd , om over de zaak daar by gemeld kennis te nemen, al ware het dat de misdaad van den Impetrant met minder dan Lyfftraf of Infamie kon worden geboet. Art. 72. De Impetrant zal het zelve Appoinétement, ten minften vier weeken voor den daarin bepaalden Rechtdag, moeten doenexploiéteeren, en ten dien dage, in perfoon cn met ontdekten hoofde, 't zelve Appoinétement moeten pnefenteeren ter Crimineele Rolle, doch geadfisteerd mogen zyn door Praétizyns , om voor hem Eisch te doen. Art. 73. Zoo de Impetrant niet verfchynt, zal zulks ter Pvolle worden aangeteekend, en daar mede deszelfs verkregen Appoinétement worden gehouden voor vervallen , en hy gecondemneerd in de kosten, ter zaake van 't voorfz. Appoinétement, aan de zyde van den Procu- reur Generaal, gevallen. S 3 Wan- §. 71. Niet 'e verkenen, ia dat de Publieke Aanklager reeds een De* :reet van Rechts-ingang bekomen heeft» §. fi. Hos daarop verder te Procedeeren ? ,§.73. Hrat te doen, alt de. Impetrant niet verfchynt ?  [ m 3 §. 74. Hot den Impetrant le hooren ? %. 75. Hoi voords te handelen op bewilliging of overgifte van den Procureur-Generaal, %. 76. En hoe ingevalle van deszelfs tegenfpraak? tn Art. 74. Wanneer de Procureur Generaal, alvoorens te antwoorden, verzoekt, dat de Impetrant ■ zal worden gehoord op de Vraag-pometen , welke, ten dien einde, door hem Procureur Generaal aan Commisfarisfen zullen worden overgegeven, zal de Impetrant zich daar aan moeten onderwerpen en ten dien einde zich begeven in een Vertrek-kamer ; waarna alles zal plaats hebben en in acht genomen worden, 't geen hier voor Art. 65 tot 69. en hierna Art. 82. tot 104. ingefloten, ten opzichte van't Verhoor van een Gedaagden iri Perfoon, wordt voorgefchreven. Art. 75. Wanneer na het alzoo voltrokken Verhoer de Procureur Generaal in des Impetrants Eisch en Conclulie bewilligd, of zich daaromtrent gedraagt aan het goedvinden van den Hove, .en het Hof bevindt, dat de Impetrant deszelfs onfchuld genoegzaam heeft bewezen, zal 't zelve des Impetrants Eisch toewyzen , met compenfatie van kosten, en dat Vonnis doen voorlezen ter openbaare Crimineele Rolle, ten aanhooren van den Impetrant, indien hy 't verkiest, en denzelven voords daarvan doen toekomen een Copie authentiek. Art. 76. Doch wanneer de Procureur Generaal integendeel vermeent het Recht des Bataaffchen Volks tegen denzelven te moeten vervolgen, zal des Impetrants zaake door het Hof eveneens worden behandeld, en daarinne gedisponeerd, als omtrent andere Befchuldigden Art. 107 tot .135 ingcfloten wordt voorgefchreven.  C 275 ) Art. 77. In allen ftaate van het voorfz. Proces, ter zaake van Purge, van liet inleveren van des Impetrants Re^uèsté af, tot den eiide toe, zal, indien de misdaad, welke den Impetrant is te laste gelegd, van dipn aart is, dat daar op Lyfftraf of andere Condemnatie, tot welks Executie des Impetrants Perfoon noodig is, zoufchynen te moeten volgen, door den Procureur Generaal verzogt, en door het Hol, ook ex officio, naar bevind van zaaken, geordonneerd kunnen worden, dat de Impetrant gèapprehendeerden in'sHofs Gevangenis or beRoten Gyzeling gebragt, zal worden. VAN SUBMISSIËN. Art. 78. . Wanneer een Befchuldigde, tegen wien de eerfte of tweede Crimineele Rechts-ingang is verleend, of ook een Impetrant van AppoinctemcnrWan Purge, om meerder omflag en kosten te oritwyken, zich, in plaatfe van verdere verdediging te doen, zoude verkiezen te onderwerpen ter arbitrage van denHo ve, by 't welk of in wiens Departement hy in Rechten is betrokken, zal hy den toedragt der zaake, met de redenen en omftandigheden, die by meent tot zyne verfchooningc te dienen, by Requeste aan 't Hof voordragen , en daarop verzoeken in Submisfie te worden ontvangen. Art. 79. Indien het Hof, na daar op de confideratiën van den Publieken Aanklager gevorderd en die met alle deszelfs ter dier zaake inge wonnen informatiën cn andere ftukken verge S 3 lc §.78. Wanneer en hoe verzoek te doen, om in fuhmisfie ontvangen te ■worden? %.79.Wan, neer zulks te. ■ weigeren, cn - n at dan U - doen f §.77. Wanneer en hoe ■ie impetrant kan worden in hechtenis aefteidï  C ) % 80. Wanneer te verkenen, en hoe te vonnisfen P leken te hebben , bevindt, dat de misdaad, waar over de Suppliant verzoekt in Submisfie te komen, van dien aart is, dat dezelve volgends de Wet niet anders dan aan denlyve kan worden geftraft , of de Publieke Aanklager reeds zoo verre tegen hem is gevorderd, dat hy, 't zy op Confesfie (buiten deszelfs Request, 't welk daaromtrent niet in aaufchouw zal komen) of op Convictie behoort te worden gecondemneerd, zal het zelve op het Request van Submisfie niet disponeeren, maar het zelve alleenlyk voegen by de Stukken van den Procesfe, om,by de finaale afdoeninge van dien , op de door den Suppliant bygebragte redenen van verfchooning reguard te, werden genomen , als het Hof in goede Juftitie zal oordeelen te behooren , en daar van aan den Suppliant of deszelfs Practizyn doen kennisfe geven, met vrylatinge om ais nog, binnen zekeren korten tyd, zyne Stukken tot bewys van den inhoude van 't zelve Request , te mogen inleveren. Art. 80. Wanneer in tegendeel het Hof bevindt, dat de misdaad niet zoo hoog kan worden opgenomen , of in deszelfs omftandigheden nog zoo duister is, dat hetzelve een meer omflachtig' onderzoek zoude vereisfehen, dan de zaak fchynt waardig te zyn, en dat midsdien het Recht des Bataaffchen Volks genoegzaam kan worden voldaan, met des Suppliants verzoek toe te (laan, zal het Hof, zonder onderfcheid of de Procureur Generaal voor of tegen het zelve geridvifeerd, of zich aan 's Hofs goedvinden gedragen heeft; en ook zonder onderfcheid, of de zaak voor het Hof zelve, of voor een Burgerlyke Rechtbank aanhangig is; den Suppliant in Submisfie mogen ontvangen, en in dat geval Vonnisfen naar bevind van zaaken, zoo  ( *77 J zoo echter, dat hy altyd ten minden in eene Geldboete, teri behoeve van den Lande, en in alle de kosten der Juftitie en van den Procesfe, zal moeten worden gecondemneerd. Art. 81. Het Vonnis alleen Geldboete, of onbekwaamof vervallen-verklaaring tot of van eenig Ambt of Bedieninge, behelzende, zal in een Vertrekkamer van den Hove aan den Gecondemneerden worden voorgelezen; doch wanneer daarinne ook is vervat eenige zwaardere Straffe, als (by voorbeeld) het verbranden of verfchcuren van eenig Gefchrift, of diergelyke, of verlies van Eer of Stemrecht, zal dezelve ter openbaare Crimineele Rolle aan hem voorgelezen , en dat gedeelte, waar toe des Gecondemneerdens Perfoon verëischt wordt, aldaar daadelyk geëxecuteerd moeten worden. VEtlVOLG VAN 't VERHOOR VAN BESCHULDIGDEN. Art. 82. Het Verhoor van een Befchuldigden, 't zy hy gevangen, gegyzeld of in Perfoon gedagvaard is, of zich zeiven ter Purge gefteld heeft, zal even eens gehouden, en daarin alles in acht genomen worden „ als hier voor Art. 24. tot 27. ten opzichte van Getuigen is bepaald. Indien de Befchuldigde zich in de Verhooren onbefcheiden gedraagt, 't zy met te weigeren de onderteekening zyner antwoorden, of dezelve op een onbetaamlyke wyze in te rigten; en na herhaalde vermaaningen daar van niet terug komt, zal zulks in het ilot van't Verhoor dooi S 4 den §. 81. Hoe die Sententie te pronuntieeren? §. 82. Wat in V zelve Verhoor in acht te nemen.  ( *78 ) &S$.Hoe4 va elk Perboor te handelen? §.84. Hoe ie handelen ah e-en Befchuldigdezich op zyn aliki , Lyfsverwecringeof diergelyke verdediging beroept. den Secretaris aangeteekend cn door Commis* farisftn onderteckend worden , en vervolgends rn den Raad'of 't Collegie gebragt; waarop dan, des noods, zal worden bedoren tot zoo-danige Correctie van den Befchuldigden, als geoordeeld zal worden te behooren. Art. 83. Na 't aflopen van elk Verhoor van een Gedaagden in Perfoon, zal dezelve nog voor een korte wyl worden gebragt in een andere Vertrekkamer, ten einde de Publieke Aanklager gelegenheid hebbe aan Commisfarisfen te kennen te geven, of hy vermeent in deszelfs antwoorden zoo veel CÓnfesfie van een i.yfftraflyke misdaad te vinden, dat hy daarop zoude behooren in gevangenis, öfby provifie in beftoten gyzeling, gefield te worden; — dan of het genoeg zonde zyn hem aan te zeggen, dat hy verpligt blyft, op ontbod , weder voor Commisfarisfen te komen, om op nieuw te worden gehoord. En zullen Commisfarisfen op het eerfte naar bevind van zaaken disponccren, om hem zoo lange in bewaaring te houden , tot by den Raad of het Collegie anders zal zyn verftaan ; of het tweede aan den Gedaagden in Perfoon aanzeggen, en hem zulks onder zyn Verhoor doen ónderteekenpn, Art. 84. Indien een Befchuldigde de hem te laste gelegde misdaad niet alleen ontkent gepleegd te hebben, maar zich boven dien beroept op eene omftandigheid, daad of gebeurtenis, welke , waar bevonden zynde, de befchuldiging onmogelyk, of immers ten hoogfteir onwaarfchynlyk, maaken zoude; of dat hy zich verdedigd met eene daadzaak, uit hoofde van welke by zoude behooren te worden vryge- fpro-  c m ) fproken, by voorbeeld: dat by op 't zelfde tydftip, waarop demisdaad is gepleegd, zich op een aanmerklyken afftand daar van verwyderd zou hebben bevonden; of dat hy dooiden genen, wien hy een wonde heeft toegebragt, eerst aangetast en in de onvermydelyke noodzaaklykheid van eigen Lyfsweer gebragt zoude zyn, of diergelyke; zullen Commislarisien den Befchuldigden vermaanen, de Juftitie met geene onwaare voorgevens op te houden, doch, zoo hy daar in ter goeder trouwe handelt, dan alle mogelyke moeite te doen om zich te erinneren, en aan den Rechter op te geven, de naamen en verblyfplaatfen van alle zoodanige, Perfoonen, die hy meent ietwes in zyn voordeel te kunnen getuigen, midsgaders alle, hoe zeer op zich zelfs geringe Of toevallige, omftandigheden, welke aanleiding zouden kunnen geven , om eenig bewys ten zynen behoeve op te fpeuren; — cn zullen Commisfarisfen des Befchuldigdens antwoord op dat alles ten naauwkeurigften doen aanteekenen , en vervolgends in 't Collegie brengen, ten einde het zelve, om de waarheid van dien te ontdekken, zoodanige middelen aanwende, 't zy door eigen onderzoek, 't zy door Letteren Requifitoir aan Burgerlyke Rechtbanken of Gerechtshoven binnen de Republiek, of ook Buitenlandfche Rechters, ais de aart der zaake verëisfchen zal. Art. 85. In afle Verhooren, zoo van Befchuldigden als van Getuigen, 't zy die van wege den publicquen Aankiager, of op verzoek of opgave der Befchuldigden , of ex olïicio dorr den Rechter worden gehoord, zal door Commisfarisfen, even zoo veel werk worden gemaakt om des Befchuldigdens onfchuld te ontdekken en doen blyken, als om bewyzen zyner S 5 fchuld §. 85. In alk %erhaoren zoo iyel op de onfchuld , ah op de fchuld onderzoek te doen.  C 280 ) 5- 86. De. Befchuldigden aft evragm, wat h_ tot zyne ver dedigihg weet intebrengen , ei 9p welke Getuigen of Bewyzen l;y ziel. beroept. §. 87. Ah de onfehuld blykt of de befchuldigl"g merkelyk verzwakt is, de Gevangen daadlyk in vryheid te feilen, met of zonder Borgtocht $. 88. Wanneer, hoedikwyls, bin- fcbuld in te winnen, of hem tot cohfesfie of convictie brengen; - en zoo dra zv zich "n gemoede overreed vinden, dat een Gevangen verkeerdelyk U befeh uldigd en geapprehendeerd" of immersdatde informatiën, op welke zulks is gefchK-d, door des Gevangens antwoorden of Getuigen merkelyk zvn verzwakt daar van onverwyld in 't Collegie rapport doen . , Art. 86. tZ«/ hfMlgdm uStdr«%k worden afgeyiaagd 0f en wat hy nog tot zvne ont- ÈSftlffi verded,A. of verfSooning neeit mtebrengen, en op welke Getuigen! den ul£n- 8S' gemdde RaPP°« ^ door den Rechter, met aehterftefling van alle andere zaaken, worden befloten, 't zv tot volkomene vryfteRingê van den Gevangenen bf tot ontflag van denzelven, onder verplichting van1 t'allen tyde, op ontbod, weder voor den Rechter te zullen komen om nader te wordengehoord, of ook onder'zondanige Borgtocht, als de Rechter naar den aar der zaake en befchuldiging zal oordeelen* te behooren, - altyd in het oog houdende dat het geen oneer of nadeel aan de Si', ie toebrengt, Gevangenen of Befchuldigd n te ontflaan, maar dat dezelve integendeel haar E don"' >■ °^,tZaCh £n vertrouwd erlangt, door, m alle gevallen, kort en onvertogen Recht te doen. Art. 88. Hoe zeer niet wel kan worden voorgeschreven, hoe veele maaien of oP hoe veele Articulen een befchuldigde mag worden on- der-  C 231 ) dervraagd, noch ook binnen hoe veel tyds bet eene Verhoor op het andere behoort te volgen, als 't welk van de omflagrigheid der zaaken en van het getal der te gelyk hangende extraordinaire crimineele Procedures afhangt , en midsdien aan de gemoedelyke befcheidenheid der Leden van elk Gerechtshof of Rechtbank moet worden overgelaten, wordt echter by deezen aan alle dezelve ten ernstigffen aanbevoolen en tot een algemeen Richtfnoer vastgefteld: iQ. dat het eerfte Verhoor van een op Decreet Gèapprehendeerden behoort te gefchieden binnen één of uiterlyk tweemaal 24 uuren, na dat hy in Gevangenis is gebragt; onverminderd de lettèrïyke inachtneming van Art. 32. dei Grondregelen voor de Staatsregeling gefteldt; 29. dat ieder Befchuldigde ten minfteu éénmaal ter week dient te worden verhoord. 30. dat, wanneer zulks om de veelheid dei zaaken, ten opzichte van allen niet mogelyk mochte zyn , het verhoor dei Gevangenen, boven dat van Gedaag dens in perfoon die niet in hechteni zyn, behoort vóórtegaan. En dat 4Q. in dat geval doorgaands, en zoi veel alle te famen lopende omftandig heden zullen toelaten , tusfchen d Gevangenen dit onderfcheid behoort t -worden in 't oog gehouden, dat zy die van de ligtfte of minst ftrafbaar misdaaden befchuldigd worden , of va een teder of ziekelyk lichaamsgelh of zwak van geest zyn , met den mees ten fpoed behooren te worden berecht op dat de fmerte hunner gevangeni niet zwaarder zy dan de ftraf, tot welk zy zullen kunnen worden geconden neerd. 'Pe: nen hr>c veel tyd, en in welke orde de Befchuldigden moeten worden, gehoord? ) » l 1 s e  g.Sp. Eni Befchuldigde mag nooit tot Confesfie gebrast worden door pyn, fmert, cngem ik, bedreiging of vrees, noch ook door belofte op hoop van gratie, vrfftel- : ling of ver- : zagting van ; C 282 ) Terwyl eindelyk, onverminderd alle de voorlz. voorzieningen, moet yastftaan, 5o- dat het Verhoor van elk Gevangenen moet voltrokken worden, zelfs in de zwaarfte zaaken, binnen drie maanden, te rekenen van den dag, waarop het eerfte Verhoor na zyne gevangenneming by den zelfden Rechter is gehouden , zullende na dien tyd aan den Publicquen Aanklager geen verder verhoor door een Burgerivke Rechtbank mogen worden toegedaan , dan met voorkennis en goed'inden van het Departementaal Gerechtshof , 't welk zulks niet toelaten, noch ook in zaa-' ken van den Procureur Generaal gedoogen zal, dan om zeer gewichtige redenen van noodzaaklykheid voor den dienst der Justitie, en dan nog niet anders , dan ten hoogden voor twee of drie Verhooren, binnen een te bepaalen, zeer korten, tyd. Art. 89. Nimmer zal, om een Befchuldigden tot confesue te brengen , gebruik mogen wof len gemaakt van ietwes, dat hem pyn, fmert of eenig ongemak zoude aandoen; — Evenmin zal hy daar mede mogen worden bedreigd of daar voor bevreesd gemaakt, noch ook misleid door hem te doen gelooven , dat zyne Comp hees de daad reeds bekend en hem als medeplichtigen genoemd hebben, of iets diergelyks, al 't welk ook aan de Cipiers en Bedienden der Gevangenisfen ten fcherpften word verboden. F Maar zal de publicque Aanklager met Comn sfansfen van den Rechter inzyne verhooen den befchuldigden wel mogen, en naar tanleidmg der omftandigheden verpligt zyn voor  C **3 ) voor te honden, dat hy zich niet moet verbeelden, dat een Befchuldigde, metblootelykte ontkennen, zich aan de ftraife zyner misdaaden kan onttrekken, of dat de Rechter hem, zonder zyne confesfie, daar toe niet zoudekunnen condemneeren, wanneer door genoegza: me bewyzen vau deszelfs fchuld blykt; dal integendeel de Rechter daartoe volgends dc Wet verpligt zynde , zyne belydenis allcer verlangt tot des Rechters meerdere gerustftel linge , en hem dieshalven vermaant voor di zuivere waarheid uit te komen; — en voord; door middel van redeneeringen over de baar blyklykheid der daad, de geloofwaardigheid de Getuigen , en de onwaarfchynlykheid zyne daar tegen ingebragte defenfie of voorgevens te tranen hem van zyne ontkentenis af tebren gen; ~-'• zoo nogthans, dat hem op geenerlei wyze belofte gedaan of hoop gegeven ma; worden, vair hem gratie of vryftelbng, vei mindering of verzagting van ftraf, te zullenbt zorgen , of daarin behulpzaam te zullen zyn direct.' of indirect.; welk laatfte'ook nimmer z: mogen gefchieden , om hem tot het noeme zyner complicen uittelokken of over te haftler VAN 'CONFRONTATlëN. Art. 90. Indien de pub licque Aanklager verzoekt, of Commisfarisfen dienftig oordeelen, dat eenbefchldigde, te gelyk meteen of meer Getuigen , of ook met andere medebefchuldigdcn, worde gehoord, om derzelver antwoorden en houding, jegens elkandenen, te beter te confronteereu of vergelyken, zullen dezelve zulks in 't Collegie voordragen, om daarop, na herlezinge, des g. 90. Hoe en wanneer befchuldigden tegen de Getuigen of anderen te confronteeren. Straf maar alleen door overreding* t r » r > ,1 n  $. 9i. / de Articule, tot confron tatie mogei geene nieuw, fatten gefteh worden. §. 92. De zelve moetet, niet als vraagen , maar fiellig worden in gerigt, indeeier rjèn Gevangen (of Gedaagden) wordt door den Procureur Generaal Cof Badliuw) alhiï aangezegd, dat het een waarheid is, dat enz. » Art' °3- Na t oplezen yan zulk Art. ioi. Gelyk mede zal moeten gedaan worden Wanneer de befchuldigde eenige redenen oi daadzaaken tot zyne onfchuld of verfchoonin^ bybrengt; en zoo hy zich daaromtrent oy een of meer der getuigen beroept, zal of zullen dezelve daarop daadelyk mede in zyns tegenwoordigheid worden gehoord» Art. 102, Op gelyke wyze zal van Articul tot Articul worden voordgegaan, en, de geheele confrontatie afgelopen zynde, worden alle de Articulen met de door den Secretaris daar nevens gefielde aanteekeningen van al het voorgevallene duidelyk voorgelezen, den Befchuldigden en deri Getuigen afgevraagd, of zy nog iets te veranderen of bytevoegen hebben; — 't welk jn dat geval, zonder ietwes doortehaaien, daaronder wordt gefteld. — En wordt voords alles door den Befchuldigden, den Getuigen, en den Secretaris geteekend. Art* 103* Even eens wordt gehandeld met de andere Getuigen, doch elk afzonderlyk» Art. 104. En zoo mede met Complicen of Medeplichtigen van den Befchuldigden, zonder eenig onderfcheid, dan alleen dat van dezelven geen Eed wordt afgenomen. „Art. 105. Wanneer de Publieke Aanklager verzoekt, of Commisfarisfen dienftig oordeelen, dat eene .Rechteriyke bezichtiging gefchiede van, de gelegenheid der plaats, waar een misdaad is; begaan, of dat een aantal Gebuuren, of andejen, als Getuigen daar ter. plaatfe werdengehoord, 'zullen zy zulks mede iri 't Colleï • gie ij. tot. Ën ,zoo ook nieu-, 'we fahen of redenen door den Befchuldigden aangevoerd aan* teteekenen, en zoo hyzich op de Getuigen beroept, dezelve daarop mede nog te hooren. §. 102. Hoé die confrontatie te voltrekken ? §. 103. Op gelyke wyze te handelen met elk GeHtigenafzonlenyk; §. 104. Ën wk met elk medeplichtigen , doch zonder Bt'èe'liging.5. 105. Be'jchtigingenmderzoek op le plaats zél>e.  ( s88 ) ?. 106. Hoe het Verhoor van een Befchuldigdente houden voor voltrokken , en wat San verder te doen by de Burgerlyke Rechtbank. §. 107. In welk gevolde Be fchuldig digde te ontfiaan P gie voordragen, omme daarop gerefolveerd, en de noodige acte van Commisfie aan henlieden ten dien einde verleend te worden. Art. 106. Na dat door den Publieken Aanklager, of door den Rechter op voordragt van Commisfarisfen, (die, na 't aflopen van elk verhoor, daar over met eikanderen zullen raadpleegen, en, zoo dra zy zullen vermeenen redenen te hebben om geen verder Verhoor aan den Publieken Aanklager toeteftaan, verpligt zullen zyn daarvan in t Collegie kennis te geven,) het Verhoor van een Befchuldigden zal zyn gehouden voor voltrokken, en de Publieke Aanklager alle de informatiën,'Verhooren en verdere ftukken, volgends Art. 4. der Inftruétie van den Procureur-Generaal en Art. 1. van die der Bailliuwen, met zyne confideratiën, omtrent het afdoen of vervolgen dier zaake, in 't Collegie zal hebben overgegeven , zal, indien de zaak dus verre voor een Burgerlyke Rechtbank is behandeld, dezelve alle die ftukken overzenden aan het Departementaal Gerechtshof, tot zoodanig einde als hier na Art. 136. en volgende zal worden gezegd. Hoe in zaaken, welke dus verre voor een Departementaal Gerechtshof zyn behandeld, zal v/orden voord geprocedeerd. Art. 107. Wanneer, in zaaken voor't Hof begonnen, 't Verhoor van een Befchuldigden is voltrok» ken, en het Hof bevindt, dat de onfchuld van den Befchuldigden genoegzaam is bjyken- de*  t 289 3 de, of immers dat de fuspiciën, welke ö« Procureur-Generaal uit deszelfs informatiën en verdere befcheiden ten zynen laste had ingebragt, geheellyk zyn weggenomen of krachteloos gemaakt, en 'ër geene waarfchynlykheid is, dat 'er nadere of nieuwe bewyzen of gronden van fuspicie tegen hem te bekomen zullen zyn, zal de Befchuldigde daadelyk worden ontflagen uit de Gevangenis, of van de tegen hem verleende perfoneele dagvaarding, en hem daar van ter hand gefteld een authenticq Extraét uit 's Hofs Refolutiën, Art. 108. Wanneer het Hof bevindt, dat de Befchul- ; digde wel niets misdaadigs beleden, doch ech-1 ter zich niet volkomen verdedigd heeft tegen ; de fuspiciën, welke de Procureur-Generaal uit: deszelfs informatiën en verdere befcheiden ten f zynen laste had ingebragt, doch dat daarïnne 1 geen genoegzaame grond ligt om den Belchuldigden tot eenige ftraf te condemneeren; — < en het ook niet te verwagten is, dat binnen; korten tyd, meerder en fterker bewyzen of in- formatiën tegen hem zullen kunnen worden ingewonnen ; hoe zeer het echter aan den Raad niet onwaarfchynlyk voorkomt, dat zoodanige bewyzen, by vervolg van tyd, nog wel te bekomen zouden zyn, zal het Hof den Befchuldigden mede wel ontdaan uit de Gevangenis, of van de perfoneele Comparitie, doch alleenlyk by provifie, en hem tetfens aanzeggen, dat hy verplicht blyft, ten allen tyde, op behoorlyk ontbod, weder ten Hove te yer* fchynen, om nader te worden gehoord, en dat hy, daar aan niet voldoende, daadelyk geapprehendeerd , of, voordvlucfitig zynde, gebannen zal worden vojgends de Wet; — en zal van die aanzegging, onder een Extraéf: au= thentiek uit 's Hofs Refolutie, eene aanteeke- s.ioS.ïPam teer by dop mtflag te ■aegen eene tanzegging >m opantbqci tader voor len Rechter e moetent komen*  ( *9° ) h 1 i §.109. Wanneer de Pro-' cureur Gene-! raai zal worden gelast Eisch te doen op bekentenis. §. 110. En wanneer op volledig bewys? $.\\\.Wanneer het extraordinairProces te veranderen in een ordinair? ling gefteld en door den Befchuldigden ondereekend worden, om by de Verhooren en verlere Stukken van die zaake te worden gevoegd., Art. ioej. Wanneer het Hof bevindt, dat de Befchulligde de hem te last gelegde of eene andere swaardere of even zwaare misdaad zoodanig ïeeft beleden, dat naar de Wet daarop, zonder verder Proces , moet worden Recht gelaan , zal het zelve den Procureur Generaal gelasten, tegen den Befchuldigden, op die. bekentenis te dienen van een Crimineelen Eisch ;n Conclufie. Art. 110. Wanneer het Hof bevindt, dat de BefcbulRgde wel niet is gebragt tot Confesfie deimisdaad, welke hem is te last gelegd, doch dat de informatiën en befcheiden, door den Procureur Generaal tegen hem overgelegd , zoo volledig en van zoodanigen aart zyn, dat door dezelven ten vollen, naar vereisen der Wet, bewezen fchynt, dat de voorfz. misdaad waarlyk door den Befchuldigden is gepleegd, zal de Procureur Generaal worden geauclorifeerd, om op die bewysftukken , in het extraordinair , Proces Recht te vraagen , en te dienen van een Crimineelen Eisch en Conclufie. Art. ui. Wanneer het Hof bevindt, dat de Befchuldigde de hem te last gelegde misdaad ftandvastig heeft ontkend , en het daar en boven twyffelachtig fchynt, of de bewyzen tegen hem ingebragt al of niet genoegzaam zyn, om hem als fchuldig te befchouwen, of ook, indien het bedenkelyk fchynt, of het gepleegde bedryf al of niet'misdaadig en ftraf baar zy, zal het Hof het tot dus verre gevoerde extra-  lm 1 ttraordinair Proces veranderen in een ordinair IRechis-geding. Art. ii2. . , Wanneer (eindelyk) liet Hof, 't zy uit de§. 'Informatiën. in den loop der Procedures, «< .door den Publieken Aanklager, ingewonnen, fi 't zy uit het gedrag of de antwoorden van den Zt B»fchul iigden, geduurende zyne Verhooren,» .of ook uit bewyzen , door deszelfs Echtge-j? noot of Nabeftaanden aan den Rechter ingeleverd, bevonden heeft, daf de Befchuldigde van zulk eene zwakke of onnozele geestgefteldbeid is, dat hy, wat ook door hem gepleegd of beleden zoude mogen zyn , geen voorwerp kan zyn van Rechteriyke Strafoefening, maar dat de.daad of daaden, door hem begaan , echter van dien aart is of zyn, dat de Maatfchappv voor 't vervolg voor hem behoort te worden beveiligd, zal het Hof' hem , by Refolutie, in een Civiele doch verzekerde bewaaring (lellen , op kosten van hem zeiven, of zvne Familie, of, des noods, van den Lande, voorbehoudens zoodanige nadere dispofitie, als het Hof, na herflel zyner zielsvermogens, zal oordeelen te behooren. Art. 113. In het geval Art. 108. gemeld zal de Befchuldigde, eenigen tyd daarna, by Request e aan het Hof mogen verzoeken, dat hy van t die verplichting werde ontflagen, 't zy daa-^ delyk, of na verloop van zekeren, by'tHofj te bepaalen, tyd; — en zal het Hof daarop/ zoo fpoedig en zoo gunstig disponeeren, als hetzelve, naar de gelegenheid der zaake, en ten dienste der Justitie, zal oordeelen te behooren. Art. 114. In het geval Art.' 109. voorgefteld zal het Hof, na alle de Stukken op nieuw ten T 3 naauw- wi.Wan- er een Behuldigdender Vons te conneeren? %. 113. Hot n ivanneer Te Art. 108. 'emeldeaanxggingope heffen f §.114. Hoe het Hof zal  Recht doen 'op bekenteMsï ' & 115- f> iïeezê cn all ■andere Cri'inimele Vbn nispen, "me iiïê wisdaad Wórden i;it~ gtdrtikh ■gevat van -An: moet de Be eftfiuldlgd? 'Wé P'raclizym wordet ^mMen\ i 29* i naSuwkeurigfteri doorgezien en óverwegen 4 en met dr Wet vergeleken te hebben, by uiterlyk Gewysde recht doen, en dat Vonnis, op een by Refolutie te bepaalen dag» doen pronunciëeren en ter uitvoer brengen. In dit en alle andere gevallen zal den Getöndemneerden, wanneer hy de ftraffe des doods zal moeten ondergaan, daar van ■, drie dagen bevoorens, in de Gevangenis worden kennis gegeven, en liem vergund de vrye toegang van zoodanige Vrienden öf Nabeftaanden, en Leeraars of Priesters, als hy ver-, kiezen zal; — Doch zullen.dezelve op den dag der Executie niet verder of langer by hem mogen blyven dan tot het tydftip waarop het Vonnis zal Worden gepronuneiëerd, —- en nimmer eenig Gebed of Godsdienftigé plechtigheid iri het openbaar of op het Schavot worden gedaan of toegelateni Art. 115. ! In deeze en alle andere Crimineele Vonhis■ fen ten nadeele van den Befchuldigden , gewezen, moet deszelfs misdaad naauwkeurig Wor. den uitgedrukt, op poene van nulliteit. —t Dc naamen der Getuigen echter, gelyk ook het getal en de naamen der Complices, behoeven daarïnne niet gemeld te wbrdem Art. ïïë. • ^ m het geval Art. 110. voorgefteld zal van '; aavïn gemelde dispofitie worden kennis gegeven aan den Befchuldigden , en , zoo hy itt . befloren hechtenis is, hem vergünd vrye toegang van een of meer Praétizyns door hem. te verkiezen, of, zoo hy dezelve niet kan be- i komen , door het Hof aan hem toe te voegen, ten einde vóór hem ^ buiten fórm vari Proces , op de wyze hiel- na bepaald, zoodanige verdelging te dóe» 3 ais hy zal vermeenen s bf door dié  C m ] die Practizyns geoordeeld zal worden, hem te ftade te kunnen komen. Art. 117. Op een door het Hof, naar maate van 't ge- J tal en de uitgebreidheid der ftukken, te bepaa- d len dag zal de Procureur-Genesaal aan der Praélizyns van den Befchuldigden moeten over- r geven Copiën van zynen Crimineeïen Eisch g en Conclufie, met alle de Informatiën, Ver-i hooren en verdere Befcheiden in die zaak inge-1 wonnen, en teifens de origineelen in den Raad c overgeven, met een Lyst derzelve, en daar c onder ftaande erkentenis van des Befchuldig-y densPraclizyn, dathy de Copiën van alle de-i zeiven heeft overgenomen. Art. 118. De kosten van het fchryven dier Copiën zullen door den Befchuldigden moeten wor-, den betaald; doch zoo hy daar toe niet in ftaat, is, eu dezelve ook naderhand uit zyn Boedel1 niet kunnen worden verhaald, zullen die door den Procureur-Generaal aan den Lande in rekening gebragt en aan hem vergoed worden. Art. 119. Wanneer dc Practizyns van den Befchuldigden, 't zy voor hein zeiven of alleen voor •hunlieden, verzoeken vifie van de origineele Stukken door den Procureur-Generaal overgelegd, met vryheid, om daarby doorSchryfmeesters of andere ervaren Perfoonen te worden geüdfisteerd , en van of uit dezelve punctuëele Copiën of Afteekeningen te mogen maaken of doen maaken, zal het Hof zulks toe•ftaan, mids zulks gefchiede ten overftaan van den Griffier of een Secretaris van den Hove , en in 't bywezen van den Procureur-Generaal» ï 4 Wan- ;.ii7. Door ?# Procumr Gene* ml In dat eval Copie an zynen Zisch en alle le Stukken •■an den Be* 'chuldigden e geven. §. 11$. Hot le kosten lier Copiën 't betaalen^ §.. 119. Hoe vifie te geven van de origineele Stukken van den Procureur Generaal?  C m ) $. 120. De Getuigen van den Procureur Generaal ten verzoeke van den Befchuldigden te hooren op Tegenvraagen. §. 121. Hoe dat Verhoor te houden P 1 l j §. 132 Dag ie bepaalen i 1 ot het t nleve- C ren eener t fchriftelyke £ verdediging I voor den Be- c fchuldlgden. S z V fi tl Arr. iio. Wanneer de Practizyns van den Befcïuilciffden noodig oordeelen Getuigen van den Procureur-Generaal op Tegen-vraagen te deen hooren, zullen zy dezelve Vraagen, binren agt dagen na dat zy de Stukken van den Procureur-Generaal hebben bekomen, by Reques, te aan 't Hof moeten inleveren, met verzoek van goedkeuring derzelve, en bepaaling van een dag, op welke de Procureur-Generaal verplicht zal zyn de gemelde Getuigen, ten dien einde, voor 's Hofs Commisfarisfen te doen verfchynen. Art. i2i. Dat Verhoor zal even eens worden gehoul|n, en daarin alles in acht genomen, als hier /oor Art. 23. tot 31. is bepaald, uitgezonderd lat dc Procureur-Generaal daar by niet tegenwoordig zal mogen zvn. De voorfz. Tefenfraagen met de daarop gegeven Antwoorden mllen door den Secretaris aan den Praclizyn ran den Befchuldigden, en eene Copie Auhentiek van dezelve aan den Procureur-Geneaal, worden uitgegeven, ten einde die, des ;oedvindende, aan Jen Rechter in tc'leveren. Art. 122. Wanneer door de Practizyns van den Berhuldigiden geen' Verhoor der Getuigen van en Procureur-Generaal is gevorderd, en aners na 't ailoopeii van dat Verhoor, 't welk m ziekte of andere onvermydelyke verhindeing der Getuigen, op verzoek van den Proureur-Generaal, doch voor zoo korten tyd ls maar eenigszins noodig zal zyn, uitgefteld al mogen worden, zal het Hof, na Verhoor an den Procureur-Generaal en van des Be:huldigdeus Practizyns, bepaalen een korte^ :rrayn,(die naar de omftandigheden der zaak, 1 doch,  [ *95 3 doch nooit korter dan twee, en nooit langer dan zes weeken ,gefteld^ en,om geen oorzaak hoe genaamd, verlengd, of veranderd zalmogen worden, dan om dc dringendfte redenen, en dan nog voor geen langer tyd, dan door het Hof volftrekt noodzaaklyk geoordeeld zal worden) binnen welken de Practizyns van den Befchuldigden aan den Raad zullen mogen inleveren eene Schriftuur, van al 't geen zy meenen tot verdediging van den Befchuldigden te kunnen dienen, en waarby zy gehouden zullen zyn te voegen alle zoodanige Bewys-ftukken, als zy voor den Befchuldigden hebben ingewonnen. Art. 123. Dien dag verftreken zynde, zal het Hof, 't zyde voorfz. Schriftuur voor den Befchuldig-, den zy ingekomen of niet, terftond overgaan, tot het examineeren dier zaake, en daar inue< een definitief Vonnis uitbrengen, zoo als het zelve in goede Juftitie zal bevinden te behooren. Art. 124. Indien echter tot verdediging van den Befchuldigden mogten zyn overgelegd getuignis-, fen van perfoonen , welke het Hof noodig oor-1 deelde vooraf nader te doen hooren, zal het^ zelve die Getuigen van Officie-wege doen ont-1 bieden, en door Commisfarisfen ondervragen, < op zoodanige poincten als het Hof zal meenen < ten dienfte der Juftitie, zoo tot belastinge als tot ontlastinge van den Befchuldigden, te kunnen ftrekken. Art. 125. Het Vonnis in 't evengemelde Extraordinair Proces op volledig Bewys gewezen zal even / eens worden uitgefproken en ter uitvoer gebragt, ( als in Art. 114. van Vonnisfen op bekentenis gezegd is. • T 5 In- §. 123. Hoé laar op Recht te hen? %. 124. Na- Ier Verhoor 'an Getui~ ren des wods , ex ^fficio, t* hen. §. 125. Hot 'et Vonnis tc 'xecuteeren?  5- I2f5. tnHen een Befchuldigde,alleen op bewys zonder bekentenis ter dood ii gecondemneerd, wordt hym de aanzegging nog eens gekoerd en aangemaand , om als nog tot confesfie te kamen en zyne Complicen ep te geven; ■enwardtdaar van Verbaal gehsudm. §. TS7" I» plaats van te vonnisfen tan de Befchuldigdein dit geval «ck nog worden ontfia- Art. I2fj. Indien by dit Vonnis de Befchuldigde ter dood is gecondemneerd, zal hy eenigen tyd, na dat hem het zelve is aangezegd, nogmaals worden gebragt voor Commisfarisfen, endoor dezelven, op eene beweeglyke wyze, worden aangefproken, en vermaand, om', daar hy op deeze waereld niets meer te hoopen noch te vreezen heeft, en ondervindt dat zyne aanhoudende ontkentenis hem niet heeft kunnen baaten , thans nu het nog tyd is „ zyn gemoed te ontlasten, en, ten diende der Juftitie, op te geven hoe de geheele zaak in alle deszelfs omftandigheden is toegegaan , en wie daar aan mede fchuld hebben, zonder dat hem vooraf eenige fpeciaale vraag noch erinnering van perfoonen zal mogen worden gedaan, waardoor hem het antwoord zoude worden in den mond gelegd , of aanleiding gegeven tot het noemen van die perfoonen, welke men vermoedt dat zyne Complicen geweest zyn; en zal daar van, en van 't geen hy daarop zal hebben geantwoord , door den Secretaris een Verbaal gehouden, en door den Gecondemneerden,benevens den Secretaris, in 't by wezen van Commisfarisfen onderteckend worden , en voords ter Griffie bewaard , en Copie van dien aan den Procureur Generaal, op deszelfs verzoek , ter hand gefield worden, om daar van in der tyd het noodige gebruik gemaakt te worden. Art. 127. Indien 't Hof, uit het geen tot verdediging van den Befchuldigden is ingebragt, mogt bevinden, dat dezelve zooveel in zyn voordeel bevatte, dat hynu, volgends Art. 107 of 108 of 111 zoude behooren behandeld te worden, zal liet Hof als nog ééne dier drie dispofitiën uitbrengen. In  C *97 ) Art. 12?» i In het geval Art. in. gemeld, dat nametyk* het Hof een extraordinair Prefces verandert in c een Ordinair Rechtsgeding, zal de Befchuldigde, zoo hy in hechtenis is, daarinne moeten! blyven, zoo lange, tot door het Hof, 't zy uit < zich zelve, of o-p des Gevangens verzoek, na verhoor van den Procureur Generaal, daar < omtrent anders zal Zyn gedisponeerd , doch , inmiddels, onder de noodige bepaalingen tot i behoud van de goede orde en zekerheid van en in de plaats zyner bewaaring,aan hem worden vergund de onbelemmerde toegang van Echtgenoot, Nabeftaanden of andere Vrienden, en van Practizyns, welke, zoo hy dezelve niet ■ vi-y willig kan bekomen, hem door't Hof zullen worden toegevoegd» Art. 129. Binnen den agtften dag, na dat de Befchuldigde in een ordinair Proces is ontvangen , zal de Procureur Generaal hem moeten doen dagvaarden, op ten minden vier weeken daar na* ter Crimineele Rolle van den Hove, om aldaar te antwoorden en voord te procedeeren op den Crimineelen Eisch en Conclufie, copielyk by de Citatie aan hem overteleveren, me) een daar onder gedekde Lyst van alle de Stukken daartoe behoorende» Binnen de vier weeken 5 die tusfchen deezf Dagvaarding en den Rechtdag verlopen, maj de Gedaagde by Infinuatie aan den Procureu Generaal Copie vraagen van alle zoodanigi Stukken, op de voorfz. Lyst vermeld, als di Gedaagde zal begeeien; en is de Procureur Ge neraal verpligt die Copiën ten fpoedigften Immers uiterlyk binnen zes dagen na de gedaan Infimuatie-, aan den Gedaagden te leveren, tcge: een blyk der overneming onder de Infinuati te ftellen-. O ren, of in or* 'indirProcet nt vangen, §. I28.jE«* bevangen in rdinair °roces ont>angen zynie, moet nog 'n hechtenis blyven, doch met toegang van Vrienden. 129. Hot en wanneer in ordinair Proces Eisch te doen? 1 s 0  C 2P8 ] §. 130. Hot te antwoorden? 5-133- Hoe '7; voldingen? $. 13:. Hoe r er der het Proces in ftaat van wyzen te brengen? Art. T30. 1 Op den beteekenden Rechtdag, of zoo veel vrojger als des Gedaagdens Pratfizvn zal verzoeken, zal door den Procureur Generaal ter Rolle moeten worden gediend var. zynen gei melden Eisch en Conclufie, iflgerigt volgends het Formulier litt. O. O.: En zal le Gedaagde zich daar tegen met geene exceptiveC :clulie, het zy op grond van 's Hofs onbevoegdheid of anderszins., mogen behdpen, maar verpligt zyn, daadelyk te dienen van eene Conclufie van antwoord op de zaake zelve, met eene daar onder gefielde Lyst van Stukken, waarvan hy zal willen gebruik maaken, en van welke de Procureur Generaal op gelyke wyze, als zoo even gezegd is, Copiën vragen en bekomen zit. , °.... ™ n Art. 131. De Procureur Generaal zal verpligt zyn op den Rechtdag van vier weeken, na dat de Gedaagde heeft geantwoord, of zoo veel eerder als hy daar mede zal kunnen gereed zyn, zyne Conclufie van Replicq , revèns met een Lyst van nadere Stukken, ter wederlegging van des Gedaagdens antwoord dienende, ter Rolle over te 'leveren ; waarop de Gedaagde weder een termyn van vier weeken zal hebben om te dupliceeren , ten ware by de Conclufie van Replicq geene middelen waren ter nedergefteld , en geene Lyst van nieuwe Stukken onder dezelve word gevonden , als wanneer de Gedaagd* gehouden is, ftaande de Rolle, te dupliceeren, mede zonder byvoeging van eenige middelen of ftukken. Art. 132. Zoo dra de zaak voldongen is, zal geprocedeerd worden tot het formeel beleggen van de Getuigen, welker Verklaaringen door den Procureur Generaal of door den Gedaagden zyn overgelegd; alles op denzelfden voèt, als by den  C -99 ) len vierden Titul der Manier van Procedeeren ino-ewoone Civie'e zaaken wordt voorgetchreven, welk voorlchrift, om dit gewoon Crimineel Rechtsgeding in ftaat van wyzen te brengen, zal moeten worden gevolgd. Art. 133. Het Vonnis, in zoodanig Proces byhet Hof 5 gewezen, zal even als in Art. 114 en 125. ten „ opzichte van extraordinaire Procedures is be- „ paald, worden geëxecuteerd, ten ware httg zelve van dien aart ware, dat daar van Reviüe R konde vallen, ingevolge het geen hier na, onder den Titul van Revifie, zal worden vastgefteld. Art. 134. Wanneer het geval,in Art. 109, noot 111 voorgcfteld, plaats heeft gehad ten opzichte t van een Gedaagden in Perfoon, en het Hot* oordeelt hem tot eene Lyfftraf te moeten con- c demnccren , zal het zelve daar van aan den / Procureur Generaal kennis geven, en denzelven < o-elasten, den Befchuldigden te doen in ver-1 zekering nemen , en in 's Hofs Gevangenis t brengen; zullende het Vonnis inmiddels met) uitgefproken r maar geheim gehouden, wor-j den, 'ten einde de Gecondemneerde zich door de vlucht niet van de executie bevryde. Art. 135. Alle Vonnisfen hier voor Art. 114•> **5 en 123 gemeld zullen zyn definitief, en moeten behelzen Condemnatie of Vryfpraak van den Befchuldigden, met ontzegging van de<^ Eisch en Conclulie door den Publieken Aanklager teoen hem gedaan en genomen , en nimmer mogen beftaan in een enkele (zoogenaamde) abfolutie' van de inftantie, waardoor de Publieke Aan• klager zou worden vrygelaaten , om andermaal, of op nieuw, over die zelfde misdaad .ifö.Wari* '.er het Vonis,daarinnszwezen, .te :ecuteeren ? S.I34- Hoé ? handelen , •anneer zoo'anigPonnisegen een bedaagden n perfoon en condetnlatletotLyf"traffe bevat? Algeneen ver- , üschte van %lle deCrimsueele >ronnhCenArt. 114, 125 £. zaak, WetHoi zoodanige ftraf gefchikt fchynènde, by "i Hof af ie doen. ._S*I43> M beide de voorfz. gevallen kan geen onbevoegdheid9an den Rechter met?" beweerd'wa+i dena  ( S®4 ) HOE TE PROCEDEEREN TEGEN BESCHULDIGDEN DIE ABSENT GEBLEVEN OF ONTVI.UGT ZYN. 5. 144. Een Befchuldigde tegen wien Apprehenfie of Dagvaarding, in Perfoon is verleend, afwezig of ontvlucht zynde, op ftraffe van Ban te Dagvaarden in Perfoon. §. 145. Boe zulk: te explolüeeren ? 5.14 Op den eersten Rechtdag Art. 144. Wanneer iemand, tegen wien eenDecreetvan Apprehcnlie is verleend, niet te vinden is, of, geapprehendeerd zynde, ontvlucht of ontflagen is, met aanzegging (als in Art. 87, 108 en 127) van nader te moeten compareeren, en daar van blyft in gebreke; of wanneer een Gedaagde in Perfoon ten geftelden dage niet verfchynt, en ook niet te vinden is, en dus volgends Art. 61. niet in Gyzeling kan worden gefteld; zal de Publieke Aanklager op deszelfs verzoek, volgends Formulier Litt. P. P., of anders door den Rechter uit zieh zeiven, worden gelast, denzelven te doen dagvaarden, om, op een bepaalden dag en uur, in Perfoon te compareeren ter Crimineele Rolle van dien Rechter, op ftraffe van Bannisfement buiten het Departement. Art. 145. Dezelve Dagvaarding zal, volgends Formulier Q. Q. ter gewoone plaats, zoo in de Refldentie van den Rechter als ter woonplaatfe van den Gedaagden, afgelezen, op een daar toe gefchikt Bord voor het Gebouw, waar de Rechter zyne gewoone Zittingen houdt, aangeplakt, en copielyk aan des Gedaagdens Huisgenoten of Gemachtigden, zoo hy die heeft, ter hand gefteld worden. Art. 146. Zoo de Gedaagde op dezelve niet compa» reert, zal, na gedaane uitroeping en aanteekening als in Art. 6j i* gezegd, die Citatie  C 305 ) nog tweemaal, vernieuwd worden en telkens f van 14 tot 14 dagen. 1 1 Art. 147. i Indien de Gedaagde compareert zal hy moe- < ten betaalen de kósten der gedaane Dagvaar- < dingen, en dien onverminderd worden gebragt, in Gevangenis, ofb.floten Gyzeling, zoo als door den Rechter of Commisfarisfen zal wor-y den geordonneerd. t 1 Art. 148. _ i Wanneer de Gedaagde op geene dier Citatiën compareert, zal de Rechter den Publieken Aanklager gelasten, de Relaafen der gedaane Exploicten over te leggen, en te dienen , van Eisch en Conclulie ter zaake van des Gedag dens wegblyven. Art. 149. En zal de Rechter, de Exploicten in orde: bevindende, by een Vonnis (waarin niet de misdaad, waar over tegen den Gedaagden een Rechts-ingang is verleend, maar alleen de apprehenfie en ontvluchting, het Decreet, of de aanzegging , ten gevolge van welke hy tot drie maaien by open!>aaren Edicte is gedagvaard, zal worden gemeld, met uitdrukking der Rechtdagen, op welke hyhad moetencompareeren, doch daar aan niet heeft voldaan ) uit hoofde dier ongehoorzaamheid tegen de Wet, (Art. 29. der Grondbeginfelen voor de Staatsregeling.) worden gebannen uit het Departement, onverminderd (des noods) het verder Recht des Bataaffchen Volks ten zynen laste, en de plicht van alle Publieke Aai klagers, aan welke, ten dien einde, aanfehryving zal zyn gedaan, om den alzoo gebanne'fien ten allen tyde en plaatfe als nog te apprehendeeren, en-in de gevangenis van dien Va Rech, iet compa* eer ende, vordt hy op xieuw gelag vaar d9 n zoo nog 'ens. i. 147 Com* )areerende , noet hy de 'losten betaa'en, en in gevangenis >ƒ beflotent Gyzeling vaan. §.148.0^ geene der irie Citatiën comparerende , wordt tegen, hem Eisch gedaan, uithoofde zyner 01'gehoorzaamheid* §. 149. Hoe daar op te Vonnisfen?  ( 306 ) ] i 1 » §. 15b. Dien onver min- 1 derd gaat de ] publieke Aanklager ■ voord met het i tégen hem inwinnen van i nformatïén, «« mag ook > deGecondemneer de zich nog komen verdedigen; op wat voet hy daar toe wordt toegelaten? §.iSU Hoe in dat geval 2 voord te pro- v sedeeren. g e : d 2 ■"OOR*- lechter over te brengen , met Condemnatie nmiddels in alle de kosten, ter zaake van zyn vegblyven en der tegen hem ingebragte becluüdiging, aan de zyde der Juftitie tot dien lag toe gevallen. Art. 150. Onverminderd het voorfz. Vonnis blyft :chter de Publieke Aanklager bevoegd en verligt deszelfs informatiën over de misdaad , vaarvan hy den Gedaagden befchuldigt , /oord te zetten, en zoo veel doenlyk tot volkomenheid te brengen, — eu blyft ook de bedaagde onverlet, zich als nog aan te hielen, om daar tegen defenfie te komendoen, «varar toe hy dan ook ten allen tyde zal worien toegelaten , mids: i°. Verpligt blyvende te betaalen de kosten, waarin hy by het contumaciëele Vonnis is gecondemneerd. 20. Tot genoegen van den Rechter blyke, dat hy om aanneemlyke redenen is af* wezig gebleven , en niet, om door dat tydsverloop het bewys der misdaad, waar van hy befchuldigd wordt , aan den publieken Aanklager moeijelyk te maaken of te benemen. 30. Dat hy zyn Perfoon daadelyk ftelle in gevangenis (f befloten Gyzeling, volgends dispofitie van den Rechter. Art. 151. In het geval, in 't voorgaande Art. vervat, al vervolgends tegen zoodanigen Gevangenen /orden voord geprocedeerd, en alles in acht enomen, 't geen volgends Art. 65, tot 69 n 82 tot 104 zoude hebben plaats gehad, inien hy zich niet geabfenteerd hadde , voor 00 veel zulks, naar den ftaat van het oirironglyk proces, op hem nog toepaslyk is.  ( 3°7 ) VOORZORGEN TOT VERZEKERING VOOR DEN LANDE VAJNT DE BOETEN EN KOSTEN, WAAR IN EEN BESCHULDIGDE KAN WORDEN GECONDEMNEERD. nu. ij1* Onverminderd de voorzieningen, vervat ii Art. 5, 6, 7 en 8. der Infiruclie van d< Schouten Crimineel, zal, zoo dra eene gedaane apprehenfie door den Rechter goedgekeurd , een Decreet van Apprehenfie verleend, of een Gedaagde in Perfoon ten geltelden dage abfent gebleven is, of ook, wanneer op eer Decreet van de derde Rechts-ingang de Gedaagde niet verfchynt, ende Rechter oordeel) dat het belang der zaak zulks vordert , de Rechter den Publieken Aanklager machtigen, om onverwyld ter Secretaryen der Gemeentens, waar in zulk een Befchuldigde eenig onroerend Goed in eigendom heeft, te doen ver: bod, tegen het vervreemden of belasten van 't zelve goed, hangende den Procesfe, ten einde het Vonnis daar in te vallen, indien het zelve eenige Geldboete of Condemnatie in de kosten bevat, daar op zoude kunnen worden ter executie gelegd. Art. 153. En indien de Befchuldigde geene of geene genoegzame vaste goederenbezit, zal de Burgerlyke Rechtbank zyner woonplaats, ex offieio, of, op verzoek van zoodanigen anderen Rechter binnen de Republiek, voor welken de zaak aanhangig is, daadelyk deszelfs roeren* de goederen en verderen boedel doen inventa» rifeeren, en by provifie door verzegeling of vertrouwde bewaarcters voor alle vermindering deen beveiligen, en Copie van den Inventaris V 3 ec 1 §* In : ,elke gevalJen verboden ■ , worden he*tranfport . °f bezwaar van onroerend goed van een Befchuldigden, 5. 153. En wanneer deszelfs roerende Goederen te inventarifecren en doen beaaaren offeques» trceren.  C 3°8 ) en het daar van gehouden Verbaal aan den Rechter, die 't verzoek gedaan heeft, inzenden , rhet informatie, of, en welke, Hnisgenooten zich nog in de wooning van den'Befchuldi len onthouden, benevens de confideratiën der voorfz. Burgerlyke Rechtbank, hoe voor '6 Lands belang, en teffens met liet'minde ongerief voor de Echtgenoot of Kinderen van de b.fehuldigrie Perfoon. (zoo hy of zy die heeft, en dezelve niet mede befchuldigd zyn) best met die Goederen gehandeld zoude kunnen worden; — waar op'de Rechter, die de inventarifatie heeft verzogt of gelast, dan zal reiblveerén , en aan de Burgerlyke Rechtbank na'er verzoek of aanfchryving doen, 'tzyom den Boedel onder Sequestratie of Curateele te dellen , of zoodanige andere voorziening te doen, als dezelve zal oordeelen te behooren. 5.154. Hoi lang dis foorzh «gen zullen werker» ? WAAK Art. 154. De voorzieningen, indetweelaatstvoorgaande Articulen gemeld, zullen ten allen tyde, wanneer de Vrienden of Nabedaanden van den Befchuldigden zulks verzoeken, tegen genoegzaame Borgtocht, worden opgeheven ; — en ook niet langer werken , dan tot het Vonnis, waar by de Befchuldigde, in eenige boete of kosten zal zyn gecondemneerd, ter executie gelegd zal kunnen worden, waar toe de Publieke Aanklager ten fpoedigfien zal moeten procedeeren. — En zullen , wanneer een Befchuldigde by contumaciëel Vonnis is gecondemneerd tot bannisfement uit het Departement, de voorfz. voorzieningen niet mogen blyven vnortduuren ter zaake van het principaale proces, maar altyd worden opgeheven, zoo dra de kosten, tot den tyd van het zelve Vonnis gevallen, zullen wezen voldaan.  C 309 ) WAAR EN HOE ALLE CRIMINEELE VONNISSEN VAN DE GERECHTSHOVEN, IN ZAAKEN , WELKE BY DE BURGERLYKE RECHTBANKEN AANGELECD EN AAN ©EEN REVISIE ONDERHEVIG ZYN , TE EXECUTEEREN. Art. 155. Van alle Crimineele Vonnisfen in zaaken, welke by een Burgerlyke Rechtbank zyn aan-, o-elegd, waar by een Gevangene tot Lyfitraf] fs gecondemneerd, zal, indien daarvan geen; Revifie -kan vallen , onvervvyld na de pronunciatie, door 't Hof een Copie Authenncq, worden gezonden aan de Burgerlyke Recht-; bank der Plaats ,waar de misdaad is gepleegd, iidien zulks is binnen het Departement , en^ anders van des Gecondemneerdens woonplaats, en ten opzichte van vreemde Zwervers, of anderen geen vaste wooning hebbende, van de plaats waar zy geapprehendeerd zyn , met aanfchryving, om den Gevangenen, wien de Procureur Generaal derwaards zal laten overbrengen, in de Stedelyke Gevangenis te ontvangen , èn zorgvuldig te doen bewaaren, en voords op een daar toe door het Hof, zoo kort mogelyk, te bepaalen dag, (waar toe zoo veel doenlyk een gewoone Marktdag zal worden gekozen,; het Vonnis in 't openbaar aan den Gecondemneerden voor te lezen , en op 't Schavot, onder toezicht van die Rechtbank of deszelfs Commisfarisfen, te doen executeeren, en daar omtrent van 's Hofs wege zoodanige ordres te ftellen , als zy naar voorV 4 val %. 155. Alle 'Vonnisfen >an de Gerechtshoven\ot Lyfftraf, 'e executee'en ter plaatCe en overgaan van de Rechtbank waar de misdaad is gepleegd of de Gecondemneerde woont-  C 310 ) yaWeifde omftandigheden raadzaam zulk» motdeelen; en eindelyk hetzelve Vomis te dotri drukken en aanplakken ter gewoone plaatfen■ — en van alles aan den Hove fchriftelyk rapport te doen toekomen. 156. C01 ffnement 0] 'Bannisfement, hoe 1 executeeren §. 157. Wa 'te doen, al dezelve Phn misfen hehèl zenjnfamie: §° 15S. En yat, als dezelve behelzen onbekwaam- of •vervallenyfirklaaringfot of van een Ambt of verf/es vauSteniï ; '' Art. 156. Waarna het Hof door den Procureur Generaal de noodige ordre zal doen ftellen, dat de Geëxecuteerde, indien hy voords tot een e confinement is gecondemneerd, in het daartoe ?gefchikte huis overgebragt , of, gebannen zynde, tot aan of over de grenzen van dat Bannisfement geleid'zal worden. En zal in dit én alle andere gevallen, aan' de Gebannenen worden mede gegeven een authenticque Copie van hun Vonnis, om zich daar na ftiptelyk te gedragen. Art. 157. f Alle Crimineele Vonnisfen, bevattende ir.r r fanue, 't zy na formeel Proces of in Submisfie . gewezen, zullen by 't Hof aan den Gecondcm-, neerden voorgelezen, en voords Copielyk ge1 zo.: 1 -n worden' aan de Burgerlyke Rechtbank van deszelfs Woonplaats, om aldaar te worden gepubliceerd , gedrukt en aangeplakt. Art. 15S. Docb zoo dezelve alleenlyk behelzen eene verklaaring van tot eenig Ambt of Bediening onbekwaam of daar van vervallen te zyn, of ook verlies van Stemrecht, zal van zoodanig Vonnis na de pronuneiatie alleenlyk by Misfive aan 't Gemeente Beftuur en de Burgerlyke Rechtbank worden kennis geven, om te cjier nen tot naricht.  ( si* 3 Art. 159, ■En voor zoo veel daar in ook voorkomt §.159. Ilae eene Condemnatie tot geldboetens of kosten, condemna[zzl het zelve door den Exploictier van den Ho- tien in Boeve, op dezelfde wyze als Civiele Vonnisfen, ten en kosten worden ter executie gelegd. te executee- ren? HQE TE PROCEDEEREN OP DEN DERDEN" RECHTS-INGANG , OF DECREET VAN GEWOQNE CITATIE. Art. 160. In alle zaaken, waar in door een Hof Departementaal of een Burgerlyke Rechtbank aan den Procureur Generaal of Baillieuw alleenlyk is verleend de derde Rechts-ingang, of Decreet van gewoone Dagvaarding, zal voor dien Rechter worden geprocedeerd, in alles op dezelfde wyze, als in Civiele Zaaken is .voorgefchreven, en daar in by denzelven Rechter worden geyonnisd , zonder dat ter dier zaa-. ken, wanneer dezelve voor een Burgerlyke Rechtbank aanhangig zyn, eenige Correspondentie met het Departementaal Gerechtshof zal, behoeven plaats te hebben ; behoudens des, Gecondemueerdens Recht van hooger berpep 1 "aan denzelven Hove, in zaaken, waarin zulks, by de Wet is vrygelaten. Art. 161. In de zaaken, by 't even voorgaande Art. gemeld, zal de Gedaagde, om de kosten ën, omllag van Procedures te ontgaan, by Re-; quest aan dep Rechte* mogen verzoeken,, dat de daad, welke hem als misdaad wordt tej laste gelegd, uit hoofde der verfchoonende1 pmltandigheden , door hem by 't zelve Re- j quest voorgedragen, moge worden verklaard compofiebel, met auctorifatie op den Publieken Aanklager, om daar over met hem iri on§ ;- ■ ' V"$' ' .' " der- §. 160. Op den derden Rechts - ingang wordt geprocedeerd ils in Civiele zaaken, en. ioor de BurgerlykeRechtbanken niet met le Gerechtsroven gecorrespondeerd\'tehoudens dppél enz. §. 161. In ieeze zaaken :al afhiaa\lng mogen daats heb-. >en, en op vet wyzef.  ( 3i* ) §. i6z. Hot te kandelen wanneer tegen een Befchuldigden.die niet in Gevangenis of Gyzeling is,een Vonn'r. wordt gearresteerd, tot welks executie deszelfs perfoon noodig is. §. 163. Hoe, wanneer de Befchuldigde in dat ge val voor de) Rechter ge roepen zynde , niet compareert ? 3.164. Hot hy van zoodanig Vonni. derhandeling te treden, en op approbatie van den Rechter, ©f, des noods, met tusfchenIpraak van Commisfarisfen, te tranfigeeren, zoo omtrent de geldboetens, welke de Publieke Aanklager meent te kunnen en te moeten vorderen , als omtrent de kosten ter dier zaake reeds gevallen. — En zal de Rechter, na verhoor van den Publieken Aanklager, daar op disponeeren, zoo als dezelve naar den aart en toedragt der zaake zal oordeelen te behooren. Art. 162. Wanneer by het Vonnisfe, Art. 141 en 160 gemeld, zoodanige ftraffe of correcfie is bepaald, waartoe des Gecondemneerdensperfoneele tegenwoordigheid noodig is, zal de Rechter, voor depronunciatie , den Gecondemneerden doen ontbieden, om op zeker bepaald uur voor denzelven te verfchynen, hem dan •den inhoud van 't gearresteerde Vonnis aankondigen , en hem voords eenige dagen van beraad vergunnen , of hy vermeent daar van te mogen en moeten appelleeren of Revifie te verzoeken; zullende hy inmiddels worden gehouden in Gyzeling, doch met vryen toegan0" van Vrienden en Practizyns. Art. 163. Indien hy niet compareert, en uit het Relaas van den Exploictier of Bode niet met zekerheid blykt, dat het ontbod tot zyne kennisfe gekomen is, zal hy andermaal worden 'ontboden; en dan weder niet coinpareerende, door den Rechter, ex officio. worden geordonneerd Apprehenfie op zyn Perfoon. Art. 164. 1 Den vergunden tyd van beraad verlopen zynde, zal, op den bepaalden dag, het Vonnis worden gepronuncië'erd en teffens geëxe- cu-  C 313 ) cuteerd, ten ware de Gecondemneerde, ten minden twee dagen bevoorens, hadde verzogt, dat door den Griffier of Secretaris, na depronunciatie, onder de Sententie of liet Vonnis gefteld zoude mogen worden, dat hy daar van hadde doen aanteekenen Appél of Revifie, welk verzoek in zoodanig geval altyd zal worden geaccordeerd. Art. 165. En zal de Gecondemneerde na die prr>- 1 nunciatie en aanteekening weder worden in C vryheid gefteld , mids zich verbindende en» voldoende Borgtocht ftellende, volgends heto; Formulier Litt. H. H., dat hy, op requifitie h van den Rechter in Appél of Revilie, wc-d der perfoonlyk voor denzelven zal verfchy- k nen. 8 VAN HOOGER. BEROEP. $ a t Art. 166. i Geen Publiek Aanklager zal immer vans eenige Dispofitiën of Vonnisfen in Criminee-y le zaaken uitgebragt, hooger Beroep, 't zy * by Appél of Revifie mogen verzoeken. J VAN APPÉL OF REFORMATIE. i i i Art. 167. Van de onderfcheidene Dispofitiën by den 1 aanvang of in den loop van extraordinaire / Crimineele Procedures by de Burgerlyke Rechtbanken uitgebragt, en van derzelver' Vonnisfen in zoodanig Proces op Confesfie* gewezen , zal geen hooger Beroep worden < toegelaten. * Van 1.165. De econdemzerde Appèl " Revifie •.bbende len aantee?nen, wordt let ontflaen dan oner belofte en orgtocht an weder in ^erfoon te uilen ver'zhynen,janneer hy wrdt ontboden. §.i6ö. Publieke Aanklagers mo'en nimmer dppèl ofRe'ifie verzoe'en. 5.167. Fan ïispo/itiën by len aanvang f in den loop >an Crimi- %al kunnen doen aanteekenen Appél of Revifie, en V zelve anders zal worden geëxecuteerd?  C 314 ) «eele Proct dures voor een Burgei fake Rechtbank uitgebragt , noch te van de Vonnisfen daar'inne 0 Confeifie ge wezen,' val geen hooge, Beroep. §. 168. Vat Vonnisfen ir, Extraordinair Proces op bewys gewezen, valt wel Appél, doch '■'t welk by 't Hof uit den aart der zaake kan worden afgewezen %. 160. Van condemnatie in Geldboetens niet te hoven gaande drie honderd Guldens,vak geen hooger Beroep dan ender Borgtocht. $. 170. Voor die geconfigpeerde boe- 1 Art. 168. _ Van Vonnisfen, by dezelve Rechtbanken -in extraordinair Proces op volledig bewys Uitgebragt , Vit wel hooger Beroep , zoo nogthans, dat het Hof het verzoek om Ap-poinctement van Citatie en Appél daadelyk ex meritis causfae zal kunnen en moeten wyzen van de hand, wanneer 't zelve bevindt 5dat het baarblykelyk is, dat de Befchuldigdi -wel en te recht is gecondemneerd. Art. 160 . Van alle Vonnisfen derzelve Rechtbanken, in ordinair Proces gewezen, en eeniglyk behelzende Condemnatie in Geldboetens, niet te boven gaande de fomma van drie honderd Guldens, zal alleenlyk mogen worden verzogt Reformatie, welke de Gecondemneerde wel zal mogen doen aanteekenen , doch niet vervolgen, voor hy de voorfz. Boetens ter Gnffie zal hebben opgebragt, of daar voor iuftlante Borgtocht of andere zekerheid, ten genoegen van den Hove, gefteld zal hebben. Art. 170. Tegens die Confignatie zal hy van den Griffier ontvangen eene Quitantie , met belofte van reftitutie, indien en voor zoo veel het Vonnis der Rechtbank bv het Departementaal Gerechtshof zal worden te niet eer, daan, ö Art. 171. Van alle andere Crimineele Vonnisfen der Rechtbanken mag door den Befchuldigden aan het Departementaal Gerechtshof worden geappelleerd. Art. 172. Buiten de gevallen Art. 162 tot x6<; verpeld, zal uiterlyk op den tienden dag, na de  ( 3*5 ) ik pronunciatie van een Vonnis * de Gecon*-1 demneerde, daar van willende provoceeren, ( zulks door den Secretaris van de Rechtbank, t onder het Vonnis moeten doen aanteekenen;, zullende, wanneer dit niet is gefchied, het 1 Vonnis daar door bekomen kracht van Ge-; wysde; waartegen geen Reliëf zal worden : verleend. ' Art. 173. Het voorfz. Appél moet by het Gerechts-, hof vervolgd worden binnen den tyd van vier wceken, te rekenen van den dag der gedaane aanteekening, en wel zoodanig, dat binnen dien tyd het Appoinétement, op het Request van Appél verleend, aan den Baihmw zal moeten zyn geïnfmuëerd; by gebreke van 't welk zyn hooger Beroep zal worden gehouden voor vervallen, en het Vonnis gegaan in krecht van Gewysde. Art. 174- ■ Daar van zal mede geen Reliëf worden ver■leend, dan om redenen in Rechten gegrond en behoorlyk bewezen. Art. 175- By 't voorfz. Request zal moeten gevoegd zvn" de Aéte van Aanteekening, een Recsef van den Griffier wegens de Confignatie der Geldboete in het.Vonnrsfe vervat, of Copie der Aéte van Borgtocht, of andere zekerheid, welke daar voor zal zyn gefteld. Art. 176. Op zoodanig Request zal het. Hor verkenen of een Appoinétement van Comparitie, of van de verzogte Citatie; — en .zal vervolgends worden geprocedeerd even als in gewoone Civiele zaaken. VAN ens zal di ïriffier Quiant ie geven, net belofte •an restituie, indien en wor zoo veel jet Fortnis vordt te niet redaan, \. 171. Fan ïlle andere Crimineele Vonnisfen valt Appél. \. 172. Wanneerprovoca»tie te doen aanteekenen. §.173. Wanneer te vervolgen.\. 174. Wanneer daaromtrent Reliëf verleend zal mogen worden?%.\7$.Wat hy het Request em Appél of Reformatie moet worden overgelegd?§.176. Hoé daarop te disponeeren en te procedeeren?  (316- ) VAN REVISIE. 5. 177. Van welke Dispofitiën en Vonnisfen geen revifie valt? §. ifS.Van alle andere Vonnisfen zal Revifie verzogt mogen worden. §. i-jg.lVat daar toe vereischt wordt? Art. 178. Van alle andere Vonnisfen der Gerechtshoven zal de Befchuldigde mogen verzoeken Revifie. Art. 179. Daartoe wordt vereischt: i°. Dat hy zulks ter Griffie van den Hove doe aanteekenen, binnen eene Maand na dé pronuntiatie van het Vonnis, —■ of, indien hetzelve behelst Condemnatie tot eene publieke Lyfftraf, dan ilico na die pronunciatie. Dit niet gefchiedende , zal het Vonnis kracht van Gewysde hebben en geëxecuteerd worden; en daar tegen naderhand geen Reliëf verzogt noch verleend mogen worden. 20. Dat hy zyn Request om Appoinétement van Citatie in Cas van Revifie aan het Hof inlevere , uitterlyk binnen twee Maanden na de pronunciatie van het Vonnis. Dat Art. 177. In Crimineele zaaken zal geene Revifie worden vergund van eenige dispofitiën by den aanvang of in den loop van een extraordinair Proces by een Gerechtshof uitgebragt; noch ook van Vonnisfen by 't zelve in extraordinair Proces op Confesfie of Bewys gewezen ; als mede niet van Sententiën, waarby het Hof een Vonnis eener Burgerlyke Rechtbank in Appél of Reformatie geheel en al heeft bekrachtigd; noch ook van Vonnisfen by een Gerechtshof in ordinair Proces gewezen, cn eeniglyk behelzende Condemnatie in Geldboetens, niet te boven gaande de fomma van een duizend Guldens.  C V7 ] 3°. Dat hy daarby overlegge de Acte van Interjectie ; een Recief van den Griffier , wegens de Confignatie der Geldboetens , of Copie der Acte van Borgtocht of andere zekerheid , welke hy daar voor zal hebben gefteld ; en nog een recief van den Griffier wegens zoodanige fomma van Penningen, als het Hof zal noodig oordeelen, om daaruit te kunnen voldoen de Daggelden en Reiskosten der Adjuncten Revifeurs en verdere Uitfchotten? tot de Revifie vereischt wordende. Art. 180. Om den Gecondemneerden tot Lyfftraf in deszelfs beraad, op het al of niet verzoeken , van Revifie, zoo veel doenlyk te gemoet te, komen, zal het Hof, oordeelende of in eenig , byzonder geval twyffelachtig (lellende , dat { het Vonnis aan Revifie onderhevig zoude kun- , nen zyn, ten minften tien dagen voor den. tot de pronunciatie bepaalden dag van de. Condemnatie in het Vonnis vervat, aan den, Practizyn of Practizyns van den Gecondemneerden , als mede aan hem zeiven, kennis geven; — in welk geval voords gehandeld zal worden, even als hier voor Art. 164. is gezegd; — mids het verzoek tot aanteekening der Revifie gefchiede binnen zoodanigen tyd; als by de kennisgeving aan de Practizyns zal zyn bepaald ; by gebreke van 't welk geene Revilie meer toegelaten, maar met de pronunciatie en executie , of, zoo dezelve buiten de Refidentie moet gefchieden, met de verzendinge van den Gecondemneerden,zal worden voordgegaan. Art. 18 r. Op zoodanig Reqnest zal het Hof verleenen •f §. 180. Hoe 'en Geconlemneerdeot Lyfftraf relegenheid e geven, om Revifie te kunnen doen lanteekenen»  daarop te disponeeren en te Procedeeren? %. 182. Wanneer Revifie pro Deo verleend zal Worden? [ 318 ] of een Appoinclement van Cömparatie of vari de verzogte Citatie, en zal voords worden geprocedeerd, en vervölgends de befchryvinge der Adjuncten Revifeurs uit de andere Departementaale Gerechtshoven gefchieden in gelyker voege , als omtrent de Revifien in Civiele zaaken is vastgefteld. Art. 182. Iemand die uit hoofde vrfh 'onvermogen by een Gerechtshof geadmitteerd is om pro Deo te worden bediend, of zyn onvermogen als nog behoorlyk bewyst, en daar toe verzoek doet, zal ook van zoodanig Crimineel Vonnis, als Art. 178 is gemeld, kunnen obtineeren Revifie pro Deo, mids: a. De Gecondemneerde niet beh'oore onder zoodanige zwervende Vreemdelingen, of Landloopers, als hier voor Art. 17 Worden befchreven. b. Dat de Gecondemneerde niet bevoorens» uit krachte van een Rechterlyk Gewysde, op een Schavot aan den lyve zy geftraft. r. Dat het Vonnis niet zy uitgebragt by eenpaarige Stemmen van alle de Raaden, die daar over hebben gevoteerd. d. Dat het zelve niet enkel behelze Condemnatie tot Geldboeten of kosten, maar bovendien eenige Lyfftraf, Infamie, Bannisfement, verlies van Stemrecht, of Verklaring dat de Gecondemneerde vervallen is van eenig Ambt of Bediening of onbekwaam om dezelve te bekleeden.  [ 3'9 3 FORMULIER A. Behoofende tot Art. 5. De Procureur Generaal des Bataaffchen Volks, in het Departement van ----- rap- .poneert, aan den Praelident van het Gerechtshof in V zelve Departement, dat op heden den ------ door 'sHofs Executeur (of door den Schout crimineel te ----- ) is geapprehendeerd een perfoon, ter zaake als ■ volgt: NB. Hier een hreed verhaal van V geheele geval in alle deszelfs omftandigheden te inferceren. en verzoekt mitsdien , dat het U gelieve dezelve, door hem in civiele bewaring geilelde, perfoon, door Commisfarisfen van deezen Hove, by provilie fummierlyk werde gehoord en daar van Verbaal gehouden, conform Art. 5. der Manier van Procedeeren. (Plaats) - - - den - - - - (tyd) "(Onderteekening van den Procu-. reur Generaal) ■ Zy deeze gefield in handen van de Raa- < 4en A. en B., ten einde, als in deezen wordt verzogt. Op den -. - - - - (Onderteekening van den Prefidentf) De Rail- Uuw te de Burgerlyke Rechtbank te doo' hem (of len Schout Crimineel e ) Rechtbank Bailliuw fe Leden  C $20 ) de Burgerfake Rechtbank tc . . . . de Bailliuw te Dat hy (of de Schout crimineel tc j .....> j i < ] < 1 1 1 | } De Rechtbank. haare MedeledenBailliuw in 't Collegie Secretaris. C. Behoorende tot Art, 7. 't Hof, — alvorens op de in deezen verzogte approbatie te disponeeren, benoemt de Raaden A. en B. tot Commisfarisfen, omme de door den Procureur Generaal opgegeven Getuigen en anderen, (des noods) te hooren., blyvende de Geapprehendeerde inmiddels in civiele bewaaringe, doch zonder acces. Gedaan in den Raade op den .... My prajfent (Onderteekening van den Griffier f) Mede B« Behoorende tot Art 6. Aan bet Gerechsthof der Bataaffehe Republiek '« het Departement van - Vertoont met eerbied de Procureur Generaal by 't zelve Gerechtshof. Dat 's Hofs Executeur (of de Schout crimi- leel te - - - - ) op den aatstleden heeft geapprehendeerd een perfoon , renaamd (of zich noemende) - - - - - :n zulks op heêter daad van (of kort na) de loot hem (ofhaar) begaane misdaad van ------ blykends de voorlopige in- 'ormatien en verdere befcheiden hier nevens gevoegd fub N° en verzoekt hy tieshalven , conform Art. 6. der Manier van 3rocedeeren , daarop Ulieder approbatie en orIre, om de Geapprehendeerde in UI. crimileele gevangenisl'e te ftellen , en dat de Getui;en, op bygaande Notitie gemeld, gerechteyk mogen werden gehoord, en daartoe Comuisfarisfen benoemd. (Onderteekening) Overgegeven den ----.«  C 3^ > 0. Mede behorende tot Art. 7. UHof—' gezien de . . . . ftuks befcheiden hier nevens gevoegd, ordonneert den Procureur Generaal, om de gearresteerde perfoon,in deezen gemeld, onverwyld te doen in vryheid ftellen. Gedaan in den Raade op den ..... My prafent. (Onderteekening van den Griffier) E. Behorende tot Art. 8. U Hof — houdt het verzoek, in deezen gedaan, in advis, en gelast den Procureur-Generaal inmiddels en uiterlyk binnen den tyd vah 8 dagen, zyne informatiën tot meer volkomenheid te brengen, — benoemt ten dien einde tot Commisfarisfen ih deezen de Raaden A. en B., met qualificatie, om de gearresteerde Perfoon , (die inmiddels zal blyven JrJ civiele bewaring, doch zonder acces) nader fummlerlyk ie hooreti. Gedaan in den Raade op den • . . . My prafent Onderteekening van den Órijfier. F. Behoorende tot Art 9. ** Hof — gezien de . . . ftuks befcheiden hier neyena gevoegd, verleent het verzoek in ( X a dee- De Recht* bank Bailliuw haare Me» de-Leden in'tCollegj» Sicrétarii* De Recht* tank De kecht» bank Bailliuw in 't Collegia Secrètarits  desze 'fs Medeledenin ^Collegie' Secretaris. *i Collegie De Bailliuw te de Burgerlyke Rechtbank te... . hem of den Schout Crimineel te. .. Rechtbank Bailliuw G. Behoorende tot Art. io. _.}*\':u ,' , .,f^ ;"'V'"';" --^ De Procureur Generaal enz. rapporteert aan den Praefident van hetzelve Gerei htshof, dat op heden door \ Hofs Exëecuteur alhier is geapprehendeerd de perfoon van N. N. die, buiten dit Departement (of deeze Republiek, of buiten deeze Plaats of Stad, of buiten het voormaalig Gewest yan ... . . . ) is gebannen en cms hetzelve Bannisfement heeft overtreden, en verzoekt midsdien, dat het U gelieve dezelve door Commisfarisfen van deezen Hove werde gehoord, ten einde als volgends Art. io. der Manier van Procedeeren. (Plaats) .... (tyd) ..... Onderteekening van den Procureur Generaal) Mede C 3" ) deezen gedaan* en benoemt tot Commisfaris» len de Raaden A. en B. Gedaan in den Raade op den .... ■ 3 - : •■' iW My praMent b:'Aï ! - ■■ i ■ 0 (' ,.:^::-..s-b Onderteekening van den Griffier. ' NB. Alle zoodanige Requesten en Byiagen met een draad en Cachet van den openbaar en Aanklager , en voorts mede van 't Hot' aan een te hechten, ten einde altyd blyke op welke, ftukken het ver-, zoek is gedaan en verleend.  ( 3*3 ) H. Mede behoorende tot Art. io. Zy deeze gefield in handen van de Raaden A. en B., ten einde als in deezen wordt verzogt. ~ Op den (Onderteekening van den Pnejident) I. Mede behoorende tot Art. io. De ondergeteekende Commisfarisfen de gearresteerde Perfoon gehoord, en bevonden hebbende dat hy niet is de Perfoon door den Procureur Generaal bedoeld, gelasten denzelven den Gearresteerden onverwyld in vryheid te (tellen, met overgifte van Copie deezer, en Jiem, zulks bcgeerende, op een honorabele wyze tc geleiden ter plaatze waar hy is aangehouden. Gedaan te .... op den .... (onderteekening van Commisfarisfen) My prafent. (Onderteekening van den Secretaris ) K. behoorende tct Art. fi. De Ondergeteekende Commisfarisfen de in deezen gemelde Perfoon van X. N, gehoord hebbende, gelasten den Procureur Generaal dezelve onyerwyld aantebieden aan den publieken Aanklager t>y de Rechtbank te ... . lof X 3 aan de Leden» Bailliuw Bailliuw  C 3£4 ) aan den Procureur Generaal In het Öepart*. inent van . . . .) en die Perfoon inmiddels ia Crimineele detentie te ftellen. Gedaan te . . . 0p den , (Onderteekeningen van Commisfarisfen O My prauent, (Onderteekening van den Secretaris.) Bailliuw de Rechtbank. ie Burgerlyke Rechtbank te . . de Bailliuw te , . . 4t Leden. L. behoorende tot Art, 12. De Ondergeteekende Commisfarisfen, de in deezen gemelde Perfoon van N. N. gehoord nebbende, approbeeren by provifie de gedaane Apprehenlie, en auftorifeeren den ProcureurLeneraal, dezelve in Crimineele hechtenis tc ftellen, tot nadere dispofitie van den Hove. Gedaan te . . , op den . . (Onderteekeningen van Commisfarisfen) My prafent, (Onderteekening van den Secretaris.') M. behoorende tot Art. 13, Aan het Gerechtshof enz. Exhibeert by deezen de Procureur Gene* raat enz. het door hem aan den Prafident ingeleverd Rapport van de Apprehenfie van N. N. wegens overtreding van Bannisfement, met dc daarop geftelde Appointfemementen. voords het VerbaaJ van de Raaden, die at Commis, fa-  C 3*5 > fatisren denzelven fummierlyk hebben gehoord, en eindelyk Copie Authenticq van t Vonnisfe, waarby hy door ..... op oen . . • voor den tyd van . . s is gebannen uit . . • en verzoekt admisfie om den Gèapprehendeerden nader voor dezelve Commisfarisfen te hooren op deszelfs misdaad, van dat Bannisfement te hebben overtreden. (te teekenen) Overgegeven den . . • N. mede behoorende tot Art. 131 't Hof, gezien de Stukken in deezen geraid , verzoekt de Raaden A. en B. den Gèapprehendeerden nader te hooren op de overtreding van zyn Bannisfement. Gedaan in dtn Raade op den . . . My prasfent . . . Griffier. O. behoorende tot Art. 17. Aan de Burgerlyke Rechtbank te . . . vertoont met eerbied dé Bailliuw van . . . . dat door den Schout Crimineel, (of) door een (of meer) Juftitie - Dienaar van den fcchout Crimineel te .... is (of zyn) aangehouden, eii op heden, (of gisteren) aan hem Bailliuw overgebragt, een (of twee) (ol jaeer) Perfoon ... om reden dat enz. (je infereeren de opgave van den Schout K X4 Cn* De Rechtbank. haare Medeleden. '/Collegie. Secretaris.  C J«5 ) Crimineel, door wien of wiens Dienaars de aanhouding is gefchied ^ Dat hy Bailliuw detóve.VMJKfW hen vernomen heeft, dat zy zkh noemen en voorgeven gekomen te zyn vau ' ' ' met intentie om zich te begeven na* ten einde Dat by ondergeteekende 'vermeent, dat 'er grond var, vermoeden is, dat dezelve Jnz {ktertn te * vullen wat hy meent ten hunnen laste te hebben.) en daarom zwarigheid heeft gemaakt dezelve Perfoonen te ontflaan, maar integendeel zich verphgt gevonden UI. van derzdve aanlm dinge kennisfe te geven , cn Ul. auctorifatie te 2*n! om"le hen V00r Commisfhrisfeu nader te doen hooren, en op de waarheid hunner voorgevens, als mede op de bovengemelde vermoedens ten hunnen laste te infbr meeren, en met den Officier of 't Collegie van Juftme te ... . (nf eldersJ l ™ pondeeren, en inmiddels derzelver aanhouding te mogen continuêeren voor zoodanigen tvd en in zoodanige plaats, buiten acces, als het Uheden zal geneven te bepaalen. Overgegeven den . . . (Naamteekening) P. mede behoorende tot Art. 17. Rechtbank verzoekt de Leden '\ cn p orr de Perfoonen in deeze Requeste'gemeld nader te hooren,, en verleent de verdeic ai? tcnfatie m deezen verzogt, zullende i ££ gehoudnie Perfoonen inmiddels worden (of Wyvcii) gelogceid in ' \J£ pro-  - C 327 ) CroviCe voor den tyd van . - . dagen, uiten acces. 1 Gedaan in 't Collegie op den . . ' My prxefent . . . Secretaris. Q. behoorende tot Art. 19. • Aan het Gerechtshof enz. Vertoont met eerbied de Procureur Generaal enz. Dat uit de voorlopige informatiën en befcheiden door hem ingewonnen (of aan hem ter hand gefteld) cn ten deezen gevoegd N°. . . tot ... . naar zyn inzien is blykendc, dat op den . .' . te . . . is gepleegd de volgende misdaad. (omftandtg 'te hefchryveii) en dat 'er veel grond van vermoeden is, dat zeiter Perfoon genaamd daaraan fchuldig (of medeplichtig) zoude zyn ■ (<ƒ) dat zeker Perfoon, genaamd door . . . . by wege van politicque voorzorge is in verzekering genomen, en aan hem Procureur Generaal overgegeven, ter zaake dat hy vermoed wordt fchuldig te zyn of medeplichtig' aan . . . .en verzoekt mitsdien ter zaake voorfz. Gerechteiyke informatiën te mogen beleggen, en dat ten dien einde Commisfarisfen uit deezen Raade worden benoemd , en (in 't laat'fi'e geval)' de gearrefteerde Perfoon inmiddels in de CriX 5 nu> Aan de BurgerlykeRechtbank te Bailliuwte -  C 3*8 } rmneele Gevangenis van dce2ên HoVe worda overgenomen. (Onderteekening) Overgegeven den . « . De Rechtbank. deRechtbank in *t Collegie. [Secretaris. De Rechtbank. Bailliuw in *t Collegie. 'n^t Collegie. Secretaris, R. mede behoorende tot Art. 19. a. 't Hof— gezien de . . . Byiagen ten deezen gevoegd, wyst het gedaane verZoek van de hand, en gelast den Procureur Generaal (NB. te weten in 't geval van een Politica Arrest.) de Perfoon van daadelyk en onverwyld uit deszelfs Arrest teontfiaan, ea daarvan aan den Hove rapport te deen. Gedaan in den Raade op den . . * My pnêfent «... Griffie*-. S. mede behoorendé tóf Art. 19. b. 't Hof, — gezien de . . . ByTagefl teö deezen gevoegd, houdt hét gedaane verzoek als nog in advies, en gelast den Procureur Generaal nadere voorlopige informatiën of befeheideiï optefpeuren, nopends de poinéïeö bem in den Raade opgegeven. Gedaan in den Raade ep den . . My prafent. . . . . Griffier. T. SM5»  c s»9 y T, mede behoorende tot Art. 19. t. 't Hof, — gezien de . . . Byiagen ten deezen gevoegd, verleent het verzoek in deezen gedaan, en benoemt tot Commisfarisfen de Raaden A, en B, Gedaan in den Raade op den „ . . My prafent, , , . Griffier. U, behoorende tot Art. 22. Burgers Commisfarisfen uit het Departemen- d taal Gerechtshof van ...... k Naardien N. N, op heden voor Ulie h *» {.rëasSL} den Ondergeteekenden Procureur Generaal getuigenis der waarheid te geven, niet is verfchenen, (of zich onwillig toont daaraan te voldoen) verzoekt de Ondergeteekende UI. permisfie om denzelven te ftellen in Civiele doch befloten Gyzeling, op deszelfs eigen kosten, Overgegeven den . . . (Naamteekening van den Procureur Generaal} *% bovenftaand verzoek is geaccordeerd by ons (Naamteekeningen der Commisfarisfen) •f by de Raaden A, en B. My praefent. (Naamteekening van den Secretaris") V. \». t Burgerlye Rechttnk Bailliuw Bailliuw Leden. Dè Rechtbank. deszelfs Medeleden,in 't Collegie. Secretaris.  deBurg-rly ke Rechtbank te . de Bailliuw te , . . % ';- - I i { , i j Bailliuw C 330 ) V. behoorende tot Art. afc ■ Aan het Gerechtshof enz. . Vertoont met eerbied de Procureur Generaal enz. n£3tA ^ waarnem'»?van het Recht des Bataaffchen Volks, op den . . . door LH geadmitteerd zynde, tot het beleggen van Gerechrelyke informatiën ter zaake in deszelfs voorig Request gemeld, 't welk hy hier nevens is voegende, vermeent daartoe noodig te hebben het getuigenis der waarheid van N. 5S., voornaamlyk uït hoofde dat dezelve enz. (hier te infereeren alle de redenen van V verzoek) En naardien de voorn. N. N. niet binnen aITÉ['lsd,fieI zonachtig, noch, (zoo veel. Z 2ffrgAtefeT)de weet^ te vmdcn is, verzoekt de Ondergeteekende UI. Letteren requifitoir geadresfeerd aan de Rechtbank te . ' ofte (des noods) aan alle Rechters, in wier Rechtsgebied by zal worden gevonden, ten einde hy aldaar werde gehoord op de Vraa-poinéten, welke de Ondergeteekende ten deezen overlegt, en aan UI. examen en goedkeurinse onderwerpt, met verder verzoek, dat des betuigens antwoorden , zoo veel doenlyk met zyne eigene woorden daar nevens gefteld , door iem ouderteekend, en op de wyze daar ter daatze gebrmkelyk beëedigd zynde, alles ten poedigllen aan Uh werde terug gezonden te \ens vergoeding der redelyke onkosten daarop ■allende, en met UI. belofte, van in gelyke' evallen weêrkeerig denzelfden dienst aan de uftitie ten verzoeke van voorfz. Rechtbank te uilen bewyzen. (Onderteekening van den ProcureurGeneraal)Overgegeven den • W. me-  ( 33i ) W. mede behoorende tot Art. 31. V Hof— gehoord het Rapport van Commisfarisfen , verleent de in deezen verzogte b Letteren requifitoir, met approbatie der bygevoegde Vraagpoinéten. m, ■ , Gedaan in den Raade op den . . . . J My prefent Onderteekening van den Griffier. X. Mede behoorende tot Art. 31. 'i Gerechtshof der Bataaffehe Republiek in het . Departement van Iy (: r * tig Q99»l • itJtt) P aan Het Gerechtshof in het Departement van ijk *\ . feWrit «81 -syti\w*i • \ .awj c (of aan) De Burgerlyke Rechtbank' te ... . (of aan) (Een Buitenlandsch Rechter, te gebruiken deszelfs gewoone Titulature) (of ook) Aan alle Rechters en Rechtbanken of Hoven van Juftitie, aan welken deeze onze opene Brieven zullen worden vertoond. Me- DeBurgerte Rechtmk te.... De Recht* ank. Collegie Secretaris.  C 33a ) Medeburgers! (of buiten 's Lands) Hooge Vermogende Heeren f Cd° n'iets"/ranfche e" BelSifche Rechtbankea j r> -tr L A,Z0° de Procar™r Generaal in dit Defiar* de Badhuw ttment ons vertoond heeft dat UBP^ van .... (hier te volgen den inhoud van 't Request) (of) Alzeo N. N. ons by Requeste heeft teken? Ben gegeven, dat (intevoegen als boven) ?°°r'Sn:'t.dat wy uliede« by deezen, ten diens* (NB. In plaats van dit woord, in de brieven der Gerechtshoven aan de Rechtbanken binnen hun De. parlement ie ftellen, aanfchryven en gelasten) deperfoon (ofperfoonen) genaamd . . . onder Ul.j umdiftre woonende of gevcmdenwordende. voor UI. Collegie of Commisfarisfen te doen compareeren, en te hooren en ondervraagen op den inhoud der Articulen (of der Vraagen en Contra-Vraagen) hier ingefloten, eu derzelver «ntwoord op elke Vraag (of Articul) zoo veel doenlyfc met zyne (oflraare of hunne) eigene Woorden te doen in gefchrifte ftellen, en door hem,  C 333 ) hem, (haar of henlieden) te doen onderteekenen, en voords beüedigen op de folemneelfte wyze by UI. in gebruik zynde, ende al 't zelve aan ons ten fpoedigften terug te zenden, nemende wy by de?zeu aan te zullen zorgen voor de vergoedinge der redelyke kosten daarop vallende, en voords in gelyke gevallen, op UI. verzoek, weèrkeerig denzelfden dienst aan de Juftitie te zullen bewyzen. Ons daarop verlatende, bevelen wy UI. in de befcherminge Godes. Gedaan in den Raade te . ? ~. . . . op den t Ter Ordonnantie van voorfz. Gerechtshof. j „ , „ (Onderteekening van den Y. behoorende tot Art. 40, Aan het Gerechtshof enz. Vertoont met eerbied de Procureur Gene* rual enz. Dat hy tot waarneming van het Recht des Bataaffchen Volks noodig oordeelt, dat de Perfoon van N. N., die door de Raaden A. en B. ten verzoeke van C. . . als Getuige is (of ftaat te worden) gehoord, ook van zyne zyde worde ondervraagd op zoodanige Contra - Interrogatorien, als door hem, daartoe door deezen Hove geadmitteerd wordende, aan voorn. Commisfarisfen overgegeven en door dezelve geapprobeerd, of naar goeddunken veranderd zullen worden , verzoekende JXdOM de Rechte iank te.... Bailliuw r« . • » « • « Rechtbank in ons Cet* igie Rechtbank Secretaris*  C( 334 ) • trudsfién dat hem zulks worde geaccordeerd, (onderteekening) Overgegeven den . . . De Recht hank V Collegie •>' Secretaris. de Recht-bank te . .. „ ■Jdailliuw te »••••• . — 3v • • \ enz. waarinne hy vermeent te zyn vervat een voldoende preuve, dat N. N. zich heeft fchuldig gemaakt aan enz. 't welt Z. mede behoorende tot Art. 40. . V Hef— gehoord het rapport van Commisfarisfen f verleent 1 , " .. TT . iofwystvande hand] het verzoek in deezen vervat. Gedaan in den Raade op den . . My praifent. j Onderteekening van den Griffier. A. A. behoorende tot Art. 43. Aan het Hof enz. „soa ■ Exhibeert by deezen de Procureur Generaal eiiz. id J de volgende Stukken (of informatiën) No. I.'...... .  V C 335 3 't welk, naar zyn inzien, voornaamlyk blykt uit de voorfz. Misfive (of verklaaring enz.) N°. . . bladz. . . en N°. . . bladz. . . enz. En verzoekt midsdien de Ondergeteekende UI. Decreet, waarby wordt geapprobeerd de apprehenfie van den voorn. N. N. op den in flagranti delicto gedaan Cof — waarby de Ondergeteekende wordt gequalificeerd, den voorn.' N. N. te doen apprehendeeren) met verderen last, om denzelven in Ulieder Crimineele Gevangenis te ftellen, tan overftaan van Commisfarisfen ter zaake vpprfz. te hooren, en voords tegen hem te procedeeren, m de gewoone forme. (onderteekening) Overgegeven den . . . B. B. mede behoorende tot Art. 43. 't Hof, gezien de in deezen gemelde Stukken (of Informatiën) en den Procureur Generaal daar over onderhouden hebbende, houdt deszelfs verzoek in advies, en gelast hem inmiddels als nog op te fpeuren en intewinnen zoodanige nadere informatiën of befcheiden , als hem in den Raade u opgegeven. Gedaan in den Raade op den . . . . My prcefent. onderteekening van den Griffier. Y C. C. He Recht bank Bailliuw 't Collegie 'S Collegie , Secretaris.  De Rechtbank De RechtbankBailliuw Bailliuw *t Collegie Secretaris. De Burgerlyke Recht ' bank te.... i Bailliuw Rechtbank een Bode dee- • zer Recht- ' bank { Bailliuw i i Rechtbank 1 C 336 ) C. C. mede behoorende tot Art. 43. 'tHof— gezien de in deezen gemelde ftukken en informatiën, (of) 'tffof, gezien de nadere befcheiden door den Proeureur Generaal geëxhibeerd, (of) gehoord de mondelinge rcmonftrantie van den Procureur Generaal op het bovenftaande Appoinétement, houdt hetzelve voor voldaan (of vervallen) en verleent het in deezen verzogte Decreet. Gedaan in den Raade op den . . . ■ My prafent. Onderteekening van den Grif Ier. D. D. behoorende tot Art- 45. , '* Gerechtshof der Bataaffehe Republiek in iet Departement van rezien de befchuldiging, informatiën 'en'becheiden ten laste van N. N. door den Procu-eur Generaal in V zelve Departement aan roorfz. Hove overgeleverd, en geabprobeerd icbbende de apprehenfie van denzelven N. N. hor 'sMofs Exploictier (of den Schout Crimineel te . . . . ) 0p den . . . . gedaan, verleent aan voorn. Procureur Generaal, Decreet van incarcetatie in de Crimineele Gevangenis van den Hove. of (met uitlating van 't Curfief gedrukte, in-  C 337 ] indien de Befchuldigde niet in flagranti is- geapprehendeerd } verleent aan denzelven Decreet van apprehenfie op de Perfoon van N. N.; hem mitsdien qualificeerende, en alle Bailluwen of Schouten Crimineel binnen dit Departement geks-' lende, midsgaders alle Collegiën en Officieren van juftitie in andere Departementen deezer: Republiek, of ook elders, relïdeerende offun-: geerende, aan welken dit ons open Decreet,, of Copie Authentiek van dien, zal worden ; vertoond, verzoekende, om de voorn, perfoon, 't zy ten zynen ( of haaren) woonhuize, of alömme, waar hy ( of zy) zich zoude mogen onthouden, te apprehendeeren en iu verzekering te houden, en voords overtebrengen of doen overbrengen in de Crimineele Gevangenis van voorfz. Hove te . . ten einde vervolgends tegen hem naar het voorfchrift der Wet worde geprocedeerd, ter zaake, welke hem binnen vier-en-twintig uuren na zyne aankomst in voorfz. Gevangenis zal worden aangezegd. Gedaan in den Raade op den . . .en ten oirconde met het Cachet der Juftitie, de paraphrure van den Prrefident, en de onderteekeninge van den Griffie?- van den Hove bevestigd. ü (Onderteekening van den Prafident) Ter Ordonnantie van 't voorfz. Gerechtshof. (Cachet) Onderteekening van den Griffier. Y a E. E- ?» alle aniere. NB. Dit voord gelasende by de Rechtbanken iitlelaaten. Rechtbank. '/Collegie. Secretaris cezerRecht» ank. Rechtbank. Secretaris,  De Burger lyke Rechtbank te . . Bailliuw Rechtbank. Bailliuw een Bode deezer Rechtbank. voorfz. Rechtbank. Bode. de Rechtbank. ■ 't Collegie. Secretaris deezerRechtbank. Reehtbank. Secretaris. F. F. C 338 j E. E. behoorende tot Art. 46V ■ V Hof enz. ', £ez.ien de befchuldiging, informatiën en befchemen ten laste van N. N. door den Procureur Generaal in V zelve Departement aan voorfz. Hove overgeleverd, verleent aan denzelven Procureur Generaal Decreet, uit krachte van 't welk 's Hofs Exploëler, wien deeze zal worden ter hand gefield, wordt gelast, den voorn. N. N. te dagvaarden, omme in Perfoon op . . . dag den . . . voormiddags ten . . . uuren te compareeren voor Commisfarisfen, in een Vertrekkamer van den Hove, omme aldaar te worden gehoord, ter zaake dat hy zich zoude hebben fchuldig gemaakt aan .... En zal de Exploictier aan of ten huize van den Gedaagden overgeven Copie deezer, en zyn Exploiét. en wedervaaren fchriftelyk aan den Hove relateeren. Gedaan in den Raade op den ... en ten oirconde met het Cachet der Juffitie' en parnphrure van den Praefidcnt, en de Onderteekening van den Griffier van den Hove bevestigd. (Onderteekening van den Prafident.) Ter Ordonnantie van 't voorfz. Gerechtshof. (Cachet) Onderteekening van den Griffier.  C 339 ) F. F. behoorende tot Art. 47. *t Gerechtshof der Bataaffehe Republiek in j het Departement van .... ly, Gezien de befchuldiging, informatiën en ^ befcheiden ten laste van N. N. door den Procureur Generaal in 't zelve Departement •aan voorfz. Hove overgeleverd, verleent aan j denzelven Procureur Genei-aal Decreet, uit krachte van 't welk ,sHofs ExploiStier, aan ee wien deeze zal worden ter hand ge- Zt fteld, wordt gejast, den voorn. N. N. te bc dagvaarden, omme t'eenen bepaalden Rechtdage vier weeken na het doen dier Citatie ter Crimineele Rolle van voorfz. Hove te ant- \ woorden en voort te procedeeren op den Eisch en Conclufie, van welke alsdan door den Procureur Generaal zal worden gediend, ten einde hy Gedaagde, ter zaake dat hy zich zoude hebben fchuldig gemaakt aan zal worden gecondemneerd enz. . En zal de Exploicller aan of ten huize van den Gedaagden overgeven Copie deezer, als mede van de aan deezen gehechte Lyst van Stukken door den Procureur Generaal tot bewys zyner voorfz. befchuldiging tegen den Gedaagden overgelegd, en zyn ExploiéT: en wedervaren fchriftelyk aan den "Hove rela'teeren. Gedaan in den Raade op den .... en ten oirconde met het Cachet der Juftitie, de paraphrure van den Praefidcnt,"en de Onderteekeninge van den Griffier van den Hove bevestigd. (Onderteekening van den Prtefident) Ter Ordonnantie van 't voorfz. Gerechtshof. (Cachet) Onderteekening van den Griffier. Y3 F. F. Je Burgerte Rechtnk te . . . Bailliuw, iechthank. Bailliuw n Bode deer Recht■nk. Rechtbank. Bailliuw Bode. Bailliuw Rechtbank* 't Collegie. Secretaris deezer Recrtbank. Rechtbank. Secretaris,  C 340 1 Bal,huw te. De Burger lyke Rechtbank te . . Gerechtsbodt van veorfz. Rechtbank. Commisfarisfen deezer Rechtbank. Rechtbank. Bail'iuw ' I I | 1 { l (Naamteekening) H. II. G. G. behoorende tot Art. 46. en 47. . In naam en van wege den Procureur Géneraal by het Gerechtshof der Bataaffehe Republiek in het Departement van . " ■ en uit krachte van het Decreet van"'/ 'zelve Gerechtshof waarvan Copie aan deeze Aéte is gevoegd, wordt door mv ondergeteekenden ExploiStier van voorfz. Hove gedagvaard N. N., omme op den . . . %00\. middags ten . . uure in perfoon te compareeren voor 's Plofs Commisfarisfen, ten einde worden gehoord, ter zaake daarinne gemeld, of Omme op .... dag den . . IZTv nëS tCn * > ' uure» tcr Crimil ncele Rolle van voorfz. Hove te antwoorden en voord te Procedeeren op den Eisch cn Conclufie, yan welke alsdan door den ProcureurGeneraal tegen hem Gedaagden zal worden gediend, 111 den voorfz. Decreete vervat. Gedaan te ... op den Ey my, (Naamteekening) Setlaan, en Copie derzelve, en van het daarin gemelde Dècreeten aangehechteLwt wn sï g ten huize van den Gedaagden S raf ' 1 ? * , • die my ten antwoord eft.(' ' •• c weJk hy deezen rek-  ( 34» ) H. H. behoorende tot Art. 53. Huiden verfcheen voor ons Commisfarisfen uit het Gerechtshof der Bataaffehe Republiek in het Departement van de perfoon van A. Gevangen by den voorfz. Hove. Ende na dat hem (of haar) door pns was aangezegd , dat voorfz. Hof befloten had hem (of haar) by provifie uit de Gevangenisfe te ontdaan, mids verplicht blyvende en aannemende t'allen tyde, op ontbod, weder m perfoon voor deezen Hove te verfchynen , ot dit hy (of zy) daarvan in gebreke blyvende, aan den Lande zal verbeuren een Somma van . . . . en zulks onverminderd de ftraffen, of boeten en kosten, waarin hy, (of zy) ter zaake waarover hy (of zy) is befchuldigd, by definitief of contumaciëel Gewysde, zoude kunnen worden gecondemneerd, en dat hy '(of zy) voor de betaling der voorfz. by zyn (of haar) wegblyven te verbeurene Somma, voor zyn (of haar) ontfiag, zal moeten ftellen voldoende borgtocht ten genoegen van den Hove; zoo verklaarde de voorn. A. zich aan dat alles te onderwerpen, en mitsdien aantenemen, ten allen tyde , door een ExploiElier van deezen Hove ontboden zynde, weder in perfoon ten Hove te zullen verfchynen, ende by gebreke van dien aan den Procureur-Generaal voor den Lande te zullen betaalen of doen betaalen de voorfz. Somma van . . . En verfchenen voorts B. en C., die onder afftand van'de voorrechten, volgens welke geene Borgen aanfprekelyk zyn zoo lang de Schuldenaar zelf niet is uitgewonnen , (*) en twee *) NB. dit Curfief gedrukte uittelaten , indien het Hof of de Rechtbank met één Borg heeft genoegen genomen. Y 4 De Burgerlyke Rechtbank te . . Rechtbank. Rechtbank. deeze Recht' bank. deeze Rechtbank. Gerechtsbode voor deeze Rechtbank. Bailliuw  C 34» ) deeze Recht bank) een Gerechts bode. Bailllmv deeze Rechtbank. deeze Rechtbank. D? Rechtbank, I. ï, behoorende tot Art. 61, 't Gerechtshof enz. Gehoord het rapport van Commisfarisfen dat twee Bbrgen de fchuld mogen rplltpen, en ieder met net vnldoen der helfte kan voldaan, Waarmede zy beloofden zich nimmer te zullen behelpen , — va-klaarden zich te Hellen tot Borgen , voor de betalinge der voorfz. Som™a val1 • • • • • ingevalle A. mogte 'l"JeJ^Jr bIyv"n voor deezen Hove, na door sHofs Exploictier ontboden te zyn, in per'fooii te verfchynen; aannemende op eerfte aan 111 aa ninge va 1 len Procureur- Genet aal, voor 't geheel, mids de één voldaan hebbende de ander bevryd zal zyn , de voorfz. Somma in gereeden gelde tegens behoorlyke Quitantie te zullen opleggen; En verklaarden zoo de eerfte als de twee laatfte Comparanten voor de nakomingc deezer te verbinden hunne Perfoonen cn Goederen , zoo toekomende als tegenwoordige, zonder eenige uitzondering, die onderwerpende aan dé Judifcature en Executie van deezen Hove, en met overgifte, om zich ter nakomingc van den inhoude deezer vrywiih'g by deezen Hove te doen condemneeren. & Gedaan op den . , . . - (Naamtekeningen van A. en van B. en CO My prsfent. , . . Secretaris.  C 343 ] dat N. N. die uit krachte van een Decreej van deezen Hove gedagvaard was, om op den in Perfoon te verfchynen voor 'sHofs Commisfarisfen, aldaar niet was verfchenen, en gezien het Relaas van den Exploi&ler A door wien de voorfz. dagvaardinge op den is gedaan, audorifeert den Procureur Generaal, omme denzelven N. N. te doen arrefteeren en in Civiele Gyzeling te ftellen op zyn eigen kosten. Gedaan in den Raade op den . - . My pradent. . . . Griffier. K. K. behoorende tot Art. 62. De ondergeteekende Commisfarisfen uit het Gerechtshof van enz. ■anctorifeeren den Procureur Generaal, om de Perfoon van N. N. die, uit krachte van een Decreet van V zelve Hof gedagvaard zynde in Perfoon, op heden'wel is verfchenen, doch zich onwillig heeft getoond, om aan den verderen inhoud van voorfz. Decreet te voldoen , te doen arrefteeivn en in Civiele Gyzeling op zyn eigen kosten te. ftellen, en buiten toegang te houden, tot nadere dispofitie van den Hove. Gedaan te ... op den . . . (Naamteekeningen van Commisfarisfen) My prasfent. .. . - Secretaris. V 5 deeze Rechtbank. commisfaris fin van deeze Rechtbank. ■ Bode. Bailliuw 't Collegie. Secretaris. de Burgerlyke Rechtbank te . . Bailliuw dezelve Rechtbank. leRechtbank  f 344 J de Burgerlykt Rechtbank te . . Bailliuw deRcchthank Aan de BurgerlykeRechtbank te de Bailliuw deeze Rechtbank.Leden Bailliuw deze Rechtbank.Bailliuw L. L. behoorende Art. 69. De ondergeteekende Commisfarisfen uit het Gerechtshof van enz. voor welke N. N. uit krachte van een Decreet van dagvaardinge in Perfoon op heden is verfchenen en gehoord, auclorifeeren (of gelasten, den Procureur Generaal, om de voorfz. Perfoon te doen brengen en houden in befioten Gyzeling, tot nadere dispofitie van den Hove. Gedaan te ... op den . . . (Naamteekenlngen van Commisfarisfen.) My prafent. . . . Secretaris. M. M. roede behoorende tot Art. 69. Aan het Gerechtshof enz. Vertoont met eerbied de Procureur Generaal enz. Dat N. N. uit krachte van een Decreet van deezen Hove gedagvaard in Perfoon, op den . . voor de Raaden A. en B. als Commisfarisfen gehoord zynde, hy Procnreur Generaal van dezelve heeft bekomen auétorifatie (of bevel) om de voorn. N. N. te doen brengen en houden in befloten Gyzeling, tot nadere dispofitie van deezen Ifflve. En levert by Procureur Generaal by deezen over de yraagpoinéten aan den Gedaagden gedaan ,  C 345 ) daan, met deszelfs daarop gegevene antwoorden , behelzende confesfie, dat enz. (te infereeren wat hy beleden heeft) Uit hoofde van welk geconfesfeerde de Ondergeteekende zich verpligt vindt van deezen Raade te verzoeken: dat de voorfz. Gyzeling werde gecontinueerd, tot dat de Gegyzelde zal hebben gefteld fuffifante Borgtocht ter fomma van .... en voords aangenomen t'allen tyde, op ontbod, nadei voor Commisfarisfen te verfchynen. (of) Decreet tot incarceratie van den Gegyzelden, ten einde tegen hem vervolgends naar hei voorfchrift der Wet voord te procedeeren. (Naamteekening) Overgegeven den . . . N. N. behoorende tot Art. 70. Aan het Gerechtshof enz. Geeft te kennen A. Dat enz. (NB. De middelen van dit Request moeten behelzen een voordragt van de befchuldigingen, welke ten lasten van den Verzoeker verfpreld worden , en- waar van ny zich begeert te zuiveren.) Zoo keert hy zich tot dit Gerechtshof, verzoekende Appoinétement, waar by een Explictier van deezen Hove worde gelast, den Pro- cu- deeze Rechtbank. Aan de BurgerlykeRechtbank te ... . deeze Rechtbank. Bode deezer  ( 346- ) Rechtbank. Bailliuw. deeze Rechtbank. Bailliuw te de Rechtbank te . . Rechtbank Rechtbank O. O. behootende tot Art. 130. Eisch en Conclufie door den Procureur Generaal by het Gerechtshof der Bataaffehe Republiek m het Departement van aan denzelven Hove overgeleverd te°en A ' woonende te . • . - . thans 2eVan2efl\lhW' en door voorfz. Hove op den & ' d,VnVanf C 5 ^ 0l'dinair Pl'°CeS'' * midsl dien nu Gedaagden De Eisfcher zegt. Dat de Gedaagde enz. (Hier te laten volgen een , bv onderjcnetdenlyk genummerde Articulen naauwkeurig befchreven opgaaf van de daad of daaden , welke de Eisfcher flelt, dat door den Gedaagden zouden zyn begaan; en waar in het misdaadige van dezelve gelegen is en uithoofde van welke Wet of Wetten hy dezelve firafbaar oordeelt.) En naardien zoodanige misdaad (of misdaaden) in een Land of Maatfchappy, waar "in de cureur Generaal van deezen Hove, den Bailliuw van . . ., en alle anderen, die zich partyen zouden willen Hellen, te dagvaarden ten bekwaamen dage voor deezen Hove, om te antwoorden en voord te procedeeren op den volgenden Eisch en Conclufie. „ Dat de Verzoeker zal worden ver„ klaard onfchuldig aan de misdaad, ten „ zynen laste verfpreid, en by voorfz „ Requeste gemeld, met de kosten inge„ val van tegenfpraak."  r 34? ] de Juftitie wordt gehandhaafd , niet geduld maar ten affchrik van anderen, naar de Wet, geftraft behoort te worden, zoo is 't, dat de voorn. Procureur Generaal ter voorfz. zaake Eisch doende in naam en van wege het Bataaffehe Volk, concludeert dat de Gedaagde by Vonnisfe van deezen Hove zal worden gecondemneerd om enz. (Hier in te voegen de bepaalde ftraf of boete, welke de Eisfcher meent te kunnen vorderen.) Ofte tot zoodanige andere , meerdere of mindere, ftraffe, als by deezen Hove geöor-deeld zal worden, in goede Juftitie volgends 's Lands Wetten , te behooren, in allen gevalle met Condemnatie .van den Gedaagden in de kosten der Juftitie en van deezen Procesfe. - (te teekenen) . . . Procureur Generaal. Lyst der Stukken enz. P. P. behoorende tot Art. 144. Aan \t Gerechtshof enz. Vertoont met eerbied de Procureur-Generaal enz. . Dat hy, geöbtineerd hebbende UI. Decreet van Apprehenfie op de Perfoon van N.N., te vergeefsch getracht heeft 't zelve te werk te leggen, blykends Relaas van den ExploiSller A. ten deezen gevoegd j (of Bailliuw, ieeze Rechtbank. Ieeze Rechtbank. Bailliuw. Aan de BurgerlykeRechtbank te . . . Bailliuw. Bode,  Bode Bode, Rechtbank, L 348 j (of) dat N. N., die uit krachte van Ui. Decreet was geapprehendeerd, uit zyne detentie is ontvlugt, blykends Rapport van den Cipier B. ten deezen gevoegd; (of) dat N. N., die uit krachte van UI. Decreet was geapprehendeerd, op den - door UI. zynde ontflagen onder aanzegginge van t'allen tyde, op ontbod, weder te moeten verfchynen, 't welk hy ook by fchri'ftelyke onderteekening heeft aangenomen, blykends de Bylage C.; en daarna door den Ondergeteekenden, op UI. ordre hier nevens gevoegd lub D., weder gerequireerd zynde om op heden, (of op den laatstleden) voor Ul. Commisfarisfen te verfchynen, als confteert uit het Relaas van denExploiclier A. gequoteerd E., daar aan niet heeft voldaan, maar afwezig is gebleven ; (of) dat N. N., die uit krachte van Ul. Decreet was gedagvaard in Perfoon tegens heden, (of den ... laatstleden,) niet gecompareerd en ook niet te vinden is, en dus door den Ondergeteekenden niet in Gyzeling gefield heeft kunnen worden, blykends het Relaas van den Exploictier A. ten deezen gevoegd; En verzoekt midsdien de Ondergeteekende Ul. auctorifatie, omme den voorn. N. N. by Edicle te doen dagvaarden, om op een bepaalden dag en uur in Perfoon te compareeren ter Crimineele Rolle van deezen Hove, of zich bevoorens in Ul. Gevangenis (of Gyzeling) te be-  C 349 ) begeven, op ftraffe van Ban uit dit Departement, onverminderd het verder Recht des Bataaffchen Volks ten z'yneii laste, ter zaake van de befchuldiging door den Ondergeteekenden Ambtshalve tegen hem ingebragt. (Naamteekening) Overgegeven den - - - - - V Hof verleent de in deezen verzogte aucto- t rifatie. , bank Gedaan in den Raade op den - - - - * 1 My prafeut ..... Griffier. Sa Q. Q. behoorende tot Art. 145. In naam en van wege den Procureur Generaal by het Gerechtshof der Bataaffehe Repu-i bliek in het Departement van ------ en uit krachte van een Appoinétement van zelve Gerechtshof, op deszelfs Requeste verleend den - - - -, wordt door my onder-; geteekenden E-xploiclier van denzelven Hove, by [ deezen openbaaren Edicte gedagvaard N. N. uit hoofde dat de voorn. Procureur-Generaal, È tegen hem van voorfz. Hove heeft geöbtineerd \ Decreet van Apprehenfie, doch 't welk door zyne afwezigheid niet heeft kunnen worden te werk gelegd; (of) die, uit krachte van een Decreet van voorfz. Hove, geapprehendeerd zynde, uit zyne Gevangenis ontvlugt is; (of) • Rechi, Collegie. retaris. Bailliuw an de Surgervle Recïtank te . . Bode van 'ezelve lechtbanfr. Bailliuw. Rechtbank.  Deezer Rechtbank. Rechtbank, Rechtbank, Deezer Rechtbank. Bailliuw. Den Recht huize te... ( 35° ) (of) .• die, by voorfz. Hove ontflagen zynde, onder aanzegginge van t'allen tyde, op ontbod, weder te moeten compareeren, en dienvolgends geroepen zynde, om op den . . . voor ,sHofs Commisfarisfen te verfchynen, daar aan niet heeft voldaan, maar afwezig is gebleven; (of) ' die , uit krachte van een Decreet van voorfz. Hove , gedagvaard zynde in Perfoon tegens den - - - -, niet is gecompareerd, noch te vinden is geweest; v omme op - - - - dag den - - - - in Per foon te compareeren ter Crimineele Rolle van voorfz. Hove, of zich bevoorens te begeven in 'sHofs gevangenis (of Gyzeling), op lhaffe van Ban uit het voorfz. Departement van - - - - onverminderd het verder Recht des Bataaffchen Volks, ten zynen laste, ter zaake van de befchuldiging door voorn. Procureur Generaal tegen hem ingebragt. Gedaan te - - - - op den - - - - By my (Naamteekening) Op den - - - - hebbe de voorfz. Citatie gedaan, en eene Copie deezer aangeplakt voor het Hof-gebouw alhier, en eene ter laatfte Woonftede van den Gedaagden overge* ' geven, om hem te worden toegezonden. Gedaan te - - - - op den - - - By my (Naamteekening) In-  [ 35i ] IV. Inltruclie voor de Rechtbanken. Art. i. Ieder Lid der Burgerlyke Rechtbank zal by .zyne eerfte aanftelling, alvoorens zyn Post te< aanvaarden , in handen van de Rechtbank, en, op zoodanige wyze als met zyne Godsdiens- , tige gevoelens overeenkomt, afleggen den na- / volgenden Eed; „ Ik beloof en zweer, dat ik myn Ambt „ als Lid van deeze Rechtbank, ter goe„ der trouwe, met alle vlyt en naarftig„ heid zal waarnemen. — Dat ik my in „ het recht fpreken zal gedragen met „ alle oprechtheid, eerlykheid eh onzy„ digheid, zonder daarin aan de Partyën „ toe te dragen eenige gunst of ongunst, '„ en zonder my daar van te laaten aftrek„ ken door eenige beweegredenen hoege„ naamd. — Dat ik aan Partyën , diemy „ verder dan in den derden graad van „ bloedvervvantfchap, tegenwoordige of „ voormaalige affiniteit, beftaan, en die „ eenige Procesfen of andere zaaken by de „ Rechtbank hebben, of vermoedelyk „ zullen krygen, noch ook aan den Bail„ liuw, rechtftreeks of van ter zyde, eeni„ gen raad zal geven, het zy dat ik over „ hunne zaaken zoude mede delibereere-n „ of niet. Dat-ik op eigen gezag nimmer „ zal openbaaren het geen uit den aart der „ zaake behoort geheim te blyven, en „ byzonder ook niet de gevoelens vanmy „ zeiven, of van myne Mede-Leden, het „ zy voor of na, den afloop der zaake. „ Dat ik voor my zelve of door myne „ Huisvrouw of Kinderen geene giften, Z ga- . Burgerlyke Eed voor h Leden der Burgerlyke ^echtban'en.  '( 352 ) De Leden of Ministers mogen geen Practizyn voor de Rechtbank ■zyn. Pnefidentte verkiezen door de Le- „ gaven of gefchenken zal aannemen of „ genieten van eenige Collegiën,of eeni„ ge Perfoonen my verder dan den voorfz. „ graad beftaande, welke ik wete ofver„ moede eenig Proces of andere zaak voor „ de Rechtbank te hebben ofte zullen „ krygen, of die ik wete, dat geduuren„ rende myne Rechteriyke bediening eenig „ Pi oces of andere zaaken by deeze Recht„ bank gehad hebben, hoe klein dezelve „ giften, gaven of gefchenken ook zou„ den mogen zyn, zelfs niet van fpyze „ of drank. En dat, voor zoo verre ik „ mogt vernemen zulks by myne Huis„ vrouw of Kinderen gefchied te zyn, of', „ indien ik ook zelve onwetende of on„ bedagt eenige giften, gaven of géfchen„ ken van alzulke Collegiën of Perfoonen mogt hebben ontvangen , ik by de ont„ dekking daarvan daadelyk aaudeRecht„ bank zal kennis geven, en de waarde „ van dezelve giften, gaven of gefchen- ken zal uitkeeren, zoodanig als de Rechtbank zal goedvinden. „ Dat ik eindelyk, zoo veel in my is , • , getrouwelyk zal in acht nemen en naar^ komen dc"lnflructie van de Burgerlyke Rechtbanken reeds gemaakt of nog na„ der te maaken." Art. 2. De Leden van een Burgerlyke Rechtbank en derzelver Ministers mogen niet uitoeffenen het beroep van Practizyn voor de Rechtbank, waar van zy Leden of Ministers zyn. Art. 3. In.elke Rechtbank zal uit de Leden, die in de Refnlentie woonen, een Prsefident door de gezamenlyke Leden worden verkozen. Art. 4.  t 353 3 An. 4; De'Verkiezing van den Praïfident gefchiedi tweemaal in het jiar, h:i:\enlvk voor hel begin dei- Winter- en Zomer-Vacantiëii. De afgaande Prsefident blyft dien Post nog waarnehien geduurende de Vaeantie, en de functie var. den nieuwen Ptfefiderit gaat in na het eindigel: derzelve, by de eerste gewoone Zitting; Art. 5. By de eerste oprichting der Rechtbanken wordt dc Phefident daadelyk verkozen in de eerste Vergadering, eri het zoOeven voorgaand Artikel wordt vervolgends in werking gebragt Biet de eerstkomende Vaeantie. Art 6. Dc Verkiezing gefehiedt by b- finten Rriefjês, welke door den'Secretaris worden verzameld en opgelezen. Art. 7. De Verkiezing moet altyd gefchieden dooide volftrekte meerderheid deMtenimcnde Leden. Zoo lang 'er zoodanige meerderheid niet is, worden de eerste en vérdere Stemmingen alleen gehouden voor ■ Nominatiën. Hy die de minste Stemmen gehad heeft, Wordt daar van afgelaten, en 'er wordt uit de overige benoemden op nieuw gefiemd.. In alle gevallen, waarin de Stemmen gelyk flaan, zal daadelyk het Lot beflisfen; Art. Si De aftredende Praefident kan nimmer daadelyk weder op nieuw verkozen woruen; Arr. r); De Prafident door Ziekte, wettige afwezigheid of anderszins^ zyren Post niet tiu&ifenttó Z 2 waar- 1 Wahnevk e oz word, eu zyne Zitting ingaat. Hoe hy dë eerfte oprigthig der Rechtbanken. Tlöe de Verkiezing gefehiedt. De fcrki'-zing by volftrekte meerderheid te dien. De aftredende Prceftdent niet op hieuw té. verkiezen. IVieby ver-  C S54 ] hindering of overladen zyn Post waarneemt. Hoe ten aanzien van den eerften Pr cejident. Wette Leden niet verkiesbaar. Op welke dagen en uuren gewooniyk te vergaderen. Verplichting em de Vergadering by te woonen, ten zy wettig verhinderd. Door wien dit laatfte te < beoordeelt n. 1 waarnemen , of overleden zynde, of ophoudende Lid van de Rechtbank te zyn, wordt daarin vervangen by den laatst afgetredenen, by wien die verhindering geen plaats heeft. Art. io. Indien het een of ander, in het naastvoorgaande Artikel vermeld, mogt overkomen aan den Praefident by de eerfte oprigting van de Rechtbank verkozen, wordt die Post waargenomen door het eerde Lid in rang, by het welk zoodanig beletzel geen plaats heeft. Art. ii. Tot Praefident is nimmer verkiesbaar zoodanig Lic|,het welk, den tyd zyner aanftelling of continuatie vervuld hebbende, voor of geduurende den tyd van zyn Voorzitterfchap als Lid zoude moeten aftreden. Art. 12. De Rechtbank houdt buiten de Vacantiën deszelfs gewoone Vergadering ten minften twee maaien ter week, of zoo veel meer, als deszelfs werkzaamheden zullen verëisfcheu, en zulks op zoodanige uuren in den ochtend of /oormiddag, als by elke Rechtbank zal worden bepaald. Art. 13. Alle de Leden zyn verplicht deeze Vergaderingen aanhoudend bytewoonen, ten waare cy door ziekte of andere volftrekte beletzeleti jf redenen verhinderd , of daar van om wettige redenen of beletzelen verfchoond wierden. Art. 14. De beöordeeling van het gewicht dier retenen ftaat aan den Prsfident, of, wanneer ïy dezelve belchouwt ais ongenoegzaam, dan an het Collegie yan de Recht ank. Art 15.  C 355 ) Art. 15. „De Prafident heeft echter de macht, en za desnoods verplicht zvn, om, wanneer hem. het zy buiten dc Vacantiën, in den tyd tusfchen de gèwoone Vergaderingen, het zy ir de Vaeantie, eenige zaaken mogten voorkomen, welke fpoed vereischten, en byzonderlyk wanneer het aankomt op de handhvaing der Crimineele Juftitie, te beleggen buitengewoone Vergaderingen op zoodanigen tyd, uur en plaats, binnen de refidentie, 'als hv eekhikt oordeelt. . * b Art. 16. Ten einde hier in niet worde verzuimd, zal hy nimmer, het zy in, hét zy buiten, de Vacantiën , mogen vernagten buiten de plaats van de Refidentie der Rechtbank , zonder noodzaaklyke redenen ; eh zal in dat geval moeten" zorgen , dat zyn Post door den laatstafgetreden Prtefident kan worden waargenomen. Ook moet hy zorg dragen , dat men altyd kan weten waar hy te vinden zy. Art. 17. Alle de Leden, midsgaders de Secretaris, voor zoo verre zy zich in de plaats der Refidentie van de Rechtbank hebben bevonden, ten tyde dat hen het beleggen van zoodanige Vergadering is kennelyk geworden, zyn verplicht dezelve by te woonen , ten zy door den Prafident daar van, op hun verzoek om behooriyke redenen, wordende ontflagen. Art. 18. Alle Coraparitiën, Verhooren, en andere diergelyke zaaken , tot de werkzaamheden / van Commisfarisfen behoorende, worden zoo , veel mooglyk waargenomen buiten die ty-/ den, waarop de Rechtbank vergaderd is. , 2 3 Art, I tVanneer door den Prafident bui ten gewoone Vergaderingente beleggen. Voorzorg tegen verzuim hier omtrent, Verplichting om dezelve by 'e woonen. Compariiën, Verhooen enz. te 'ouden buien den tyd  C 35S 3 der Vergadering. De Verga- \ d .ring te openen meteen Gebed. Beleid van den Prafident over de ordr in het behandelen der zaaken. Vhcrfiehrift ècar. omtrent. I)e Crimi' ttcsïe. zaaken Art. 19. De Vergaderingen der Rechtbank worden ;copend met het volgende Gebed;; Algenoegzaam Opperwezen ! Wy bidï den LI om Uwen bydand in het werk , Waar roe wy geroepen zyn; verlicht ons verftand , en reinig onze hartstochten, op dat wy in alle zaaken, die ons zullen voorko.nen, mogen verdaan en befluit ten het geen recht en billyk is. Dat wy (leeds mogen bedagt zyn om ons te kwyH ten van onzen plicht; eu dat in alles ons groote doelwit zy de dienst onzes Vaderlands, de bevordering van her geluk onzer mede-menfchen, en de gerustheid van ons eigen geweten. Amen. Art. ao. De Praefident heeft het beleid en bet beduur, wer de Orde waar in de zaaken, de eene na ié andere, zullen worden behandeld, en is verplicht altyd eenigen tyd voor het aangaan yan de gewoone Vergaderingen in het College te zyn, ten einde te kunnen nagaan, weije zaaken in overweging moeten worden ge-, jragt, en deswegens met den Secretaris, ofnet de Leden over hunne Commisfiëu , te iun en {preken. Art. ar. Hy zal daarin , zoo veel mooglyk, in acht nemen, dat de zaaken, waar mede de partyen het eerst gereed zyn , voor de andere worden afgedaan , ten einde aan een ieder eyen pnvertoogen recht wedervare. Art. 22. Edoch moeten alle zoodanige Crimineele zaaken, welke uit den aart ipoed vereisfehen, * " ' wor-  C 257 1 worden verhandeld voor de Civiele, zoo veel t zulks gefchieden kan. » Art. 23. Alle befloten Brieven, van wat aart of natuur , welke aan de Rechtbank zyn toegifcon-1 den, worden door den Praefident geopend, en , by de Eerfte Zitting aan het Collegie medege- , deeld. Art. 24. De Requesten , op welke by het Collegie moet worden gedisponeerd , worden gebragt aan den P-radident, of wel in de Secretarie , om pit dezelvS ten fpoedigften aan den Praefident te werdet* bezorgd. De verdere Leden van de Rechtbank zullen zich nimmer met het aannemen of'^overbrengen daar van mogen bemoeijen. f A i, Art. 25. Indien óp Zoodanige tyden , wanneer de Rechtbank 'niet vergaderd is, het zy in, het zy buiten, de Vacantiën, een Request wordt ingediend, waar op eene fpoedige en onmiddelyke dispofitie wordt vereischt, zal hetzelve bezorgd moeten worden aan den Praefident van de Rechtbank, welke, zoo 'er tot die dispofitie meerder dan een Appoinclement van Comparitie , met of zonder furcheance , noodig is , (als het welk de Praefident in dat geval bevoegd is te verleenen,) de Rechtbank buitengewoon zal doen bycenkomen. Art. 26. Een Lid eenig Voórftel begeerende te doen, is de Praefident verplicht het zelve in overweging te brengen, zoo dia de gelegenheid zulks toelaat. Art. 27. Tot de deliberatiën zullen niet mogen wor den toegelaten zoodanige Leden, Z 4 a erst te ver- •andelen. Befloten \rieven door _ Jen Pr/> vrywillig verzoek van verfchooning, omanier e behoor'yke redenen. Voorfchrift haromirent.  ( 3^o ) ■ 1 i Een Lid ont- flagen zynde, 'mag de raadplegingenniet bywootien. Benoeming yan Commisfarisfen tot het hooren vanparty'èn. De Prccfident buiten klle nieuwe Commlsften. Commisfarisfen , eens gefteld, blyven in de zaak. ■ Het werk. zoo yeti mo- ïouden , en ook niemand zonder gewichtigere lenen zich van de behandeling van eene of anlere zaak onttrekke; en dat, aan den anderen tant, alle fchyn van niet genoegzaame onzy iigheid geweerd worde. Art. 33. Een Lid uit hoofde van eenige betrekking, het zy op of zonder zyn verzoek, van de behandeling eener zaak ontflagen zynde , zal ook de raadpleegingen der Leden daarover nier moogen bywoonen , maar zich geduurende dezelve uit het Collegie begeven. Ait. 34. Tot het hooren van Partyen buiten de Rolle, gelyk ook doen vau Infpectiëii, verhooren van Getuigen of-befchuldigden, worden altyd benoemd twee Commisfarisfen. Art. 35. Dc Prudent wordt, geduurende den tyd van zvn Voorzittcrfchap , nimmer in eenige nieuv. e C tmmisfiën gefteld. Uit Artikel behoeft echter niet te worden opgevolgd ten opzichte van zoodanig Lid, het welk by overlyden, verhindering van den Praefident of anderszins, alleenlyk voor een tyd ingevolge Art. 9. dien Post moet waarnemen. Art. 36. Wanneer eenmaal Commisfarisfen in een of andere zaak zyn werkzaam geweest, word verders alles aan hun opgedragen, dat in die zelfde zaak voorvalt, of eenige merkelykc en blykbaare betrekking daar toe heeft. Art. 37. Elke Rechtbank maakt wyders de noodige fchikkingen, dat, behoudens de zoo evenge- melr  i 1 melde Voorfchrifien, het werk onder de Le- ^ den, zoo veel mooglyk, op een gelyken voet 1 worde verdeeld, ) Art. 3!?. Niemand mag Commisfaris zyn in zoodanige zaaken, waarin hy weet, dat zyn Vader, Zoon, Schoonvader, Schoonzoon, Broeder ©f Zwager als Practizyn of als Notaris dient. Art. 39. In de zaaken, welke in het Collegie worden verhandeld, zullen alle de Stukken, van wederzyden overgegeven , moeten worden gelezen; ten ware alle-de Leden, die dezaak zullen beflisfen, eenpaarig mogten begrypen, .iat de woordelyke Lezng van het een of ander Stuk zonder nadeel konde worden achtergelaten, Art. 40. Het lezen der Stukken gefchiedt door den Secretaris, of, by deszelfs afwezigheid, door één der Leden , geen Commisfaris in de zaak zynde. , Art. 41. Zoo echter het lezen der Stukken het Collegie te lang zoude bezig houden, of de zaak van die bedenkelykheid is, dat de Leden liever verkiezen ieder afzonderlyk de Stukken te lezen, zullen, wanneer de meerderheid der Leden daartoe inltemt, de Stukken onder de Leden aan hunne Huizen rondgezonden worden, by ieder voor een, twee of meer dagen , naar maate zulks by het Collegie zal worden bepaald, om door ieder van hun gelezen en onderzogt te worden. Nie \elyk, op een \elyken voet e yerdeeleu. Wie geen Commisfaris zyn mag. Alle de Stut» ken in het Collegie te lezen. Door wien ditgefchiedU Wanneer de Stukken onder de Leden rond te zenden.  E 36* ] ' De Leder, wegen geënt andere Stukken aannemen. In zaaken. die geene ontniddelykeafdoening vereisfchen, dag te ftellen. In alle zaaien hoofdelyke omvrage te doen. Daar by de gevoelens met redenen te bekleeden. Elkander nie' in te fpreken ofte hinderen. Art. 42. Niemand der .Leden zal, voor of na de lezing der Stukken, van Partyën , den Bailliuw of iemand anders, mogen ontvangen eenige Bewysflukken, Memoriën of iets diergelyks buiten het geen aan de Rechtbank of aan Com'misfarisfen is overgegeven. Art. 43. ., De Stukken, het zy in het Collegie, het zy door de Leden aan hunne Huizen, gelezen zynde, ftelt dePradident, in zaaken vaii eenige bedenkeiykheid, en welke geen onmiddelyke afdoening verëisfchen , een kort bepaalden dag om daar over te raadpleegen , naar de meerdere of mindere moeielykheid der ftdffe en omflagtigheid van de zaak , midsgaders naar gelegenheid van de andeie bezigheden van het Collegie. Art. 44. :i alle de zaaken doet de Praefident hoofdelyke omvrage, daar in volgende den rang deiLeden, van het oudfte tot het iongfte, zoo als dezelve Zitting hebben ; behoudens dat in zaaken, waar in Commisfarisfen zyn, eerst derzelver advis word gevraagd Art. 45. De Leden zullen by dit uitbrengen van hun advis, hunne gevoelens kortelyk met redenen bekleeden, doch met alle befcheidenheid fpreken van de verfchillende gevoelens hunner mede Leden. Art. 46. Niemand zal zyn Mede-Leden , onder het adviferen , mogen infpreken , of daar in hinierlyk zyn. Alle  [ 3^3 ] Art. 47. Alle de Leden geftemd hebbende , wordt door den Praefident opgegeven het getal en de (trekking der Stemmen, en daar uit voorgefteld het befluit, het welk hy vermeent overeenkomftig aan het begrip der volftrekte meerderheid te zyn; of, indien 'er geene volftrekte meerderheid is, het welk hy vermeent dat in de zaak zal moeten vallen. Art. 48. Niemand aanmerkingen hebbende op het voorgefteide befluit, of ook aan die aanmerkingen voldaan, of daar over op nieuw beflist zynde, wordt het befluit door den Praefident opgemaakt en vastgefteld. Art. 49. De Praefident is verplicht het befluit duidelyk uit te fpreken, en aan den Secretaris optegeven. Art. 50. . Het befluit eenmaal vastgefteld zynde, zal niet mogen worden veranderd , dan met eenpaarige bewilliging van de Leden, overeenkomftig welker gevoelens het befluit is uitge. bragt. Art. 51. Men zal nimmer eenige aanteekeningen in de Notulen mogen doen brengen als protesten , dan alleen in deezer voegen; dat . . niet heeft ingefiemd met dat befluit , of niet, zoo als hetzelve is liggende, zon.der eenige reden te geven, en zonder de wettigheid der wyze, waarop dat belluit is opgemaakt, te betwisten. Art. 52. Alle defiuitive Vonnisfen in Crimineele zaaken Na de Stemming het befluit voor te dragen. En eindelyk vasttejlellen. Het befluit duidelyk op te geve*:, Een befluit, °enmaal getornen,niet te veranderen. Welke protesten al of niet aantet eekenen. Door hoe  veete_ Lede) de Vonnis■fi) en dispofitie/ vltcebrenget In alle Vonnisfen te fl ellen, Rechtdoende enz. De Pleidoitn te houder, met ongefloten Deuren, uitgezonden, enz. Handhaving van de goede orde. (ffcn zullen moeten worden uitgebragt doof aU i le de Leden het Collegie uitmakende , of, Waar ! de Rechtbank uit meer dan zeven Leden bei ftaat, ten minftcn door zeven Leden. Doch Dècreeten Van Rechts-ingang , en andere dispofitiën in Crimineele zaaken $ gelyk mede al* lcrleie Vonnisfen, dispofitiën en appoinctem'.-nten,in Civiele Zaaken, ten minden door vyf Leden. En zullen de Vonnisfen, dispofitiën en appoinétementen, door minder Leden , dan zoo even in elk geval gezegd is, uitgebragt, nietig en van onwaarde zym , Aft. 53. In alle Vonnisfen definitief wordt gefteld de uitdrukkelyke byvoegiug: Recht doende in naam en van wegen het Bataaffehe Volk. Art. 54. De Pleidoien voor de U rchtban ken #ordëii gehouden met ongcfldten Deuren , ten aanhoren van een ieder die daarby pfjefent wil zyn. Hier van zyn alleen uitgezonderd de Pleidoi'cn over Sustcnuën van incompetentie in het Extraordinair Crimineel Proces, welke in het Collegie met gefloten deiiren worden gedaan, en voords alle zoodanige zaaken, waarin de Rechtbank of Commisfarisfen, het zy om dé welvoeglykheid in byzondere gevallen, het zy om geene onnoodige rugtbaarheid te geven aan zaaken, die de partyen in Civiele Procesfen wezenlyke redenen hebben om te verlangen, dat niet worden openbaar gemaakt, of om andere wigtige en buitengewoone oorzaaken, mogten ordonneeren , dat de Pleidoy zoude worden gehouden met gefloten deuren. Art. 55- De Praefident oi de oudfte Commisfaris handhaaft de goede- orde en ftilte en het  [ 365 } het refpect aan de Juftitie verfchuldigd; eu doet des noods de weder fpannigen buiten de gehoorzaal gaan, of, ingeval van opzettelyke kwaadwilligheid, in bewaaring neemen. Art. 56. Elke Rechtbank zal voorzien zyn van één Secretaris, die alle Vergaderingen van 't Col-', legie by woonen, en al het daarin voorkomen-, de Ministeriaal werk verrigten moet. Art. 57. Hy zal bovendien hét Beftuur hebben over de Secretarye, en heeft onder zyne zorge ch bewaring alle Effecten en Gelden, ter Secretarie opgebragt wordende, en ftelc daarvoor zoodanige zekerheid, als door het Vertegenwoordigend Liglmm, op den voorflag daartoe door elke Rechtbank, binnen twee Maanden na deszelfs eerfte Zitting, te doen, zal worden bepaald. Art. 58. Doch zoodanige Rechtbanken, welke uit meer dan zeven Leden beftaan, zullen van zoo veele Secretarisfeh voorzien worden als derzelver meerdere werkzaamheden vereisfehen. Art. 59. Wanneer een Secretaris door ziekte of andere wettige redenen, ftaande ter beöordeeling van de Rechtbank, verhinderd wordt te ' fungeeren, zal zyn post worden waargeno-' men, 't zy door een der Leden of door een '. bequaam Clercq van de Secretarye. volgends' goedvinden en keuze van 't Collegie. Ait. 60. De Secretaris, die het Collegie of een der Kamers van hetzelve bedient, is verpligt eeni-. ' «en] Van den Secretaris en iesze/fs verhzaamheden. Nadere bezaaiing desregens. Getal der Secretaris/en Door wien le Post van Secretaris , hy verhindering , waar* "enemen. Moet tydig n de Vergaiering zyn.  [ $66 ] * Hy moet uit zyne aanteekeningen de befluiten opftellen en ter goedkeuring. voordragen. De befluiten te boek gefteld zynaoor hem te teekenen. Hy moet de ftemmen opteekenen. Hy moet Brieven, Ac- i tensenz. ft el- i len en teekenen. In welke maaken hy i zyn Post niet mag uitoeffe- 1 nen. 1 ] gen tyd voor het uur, tot het aangaan van elke Vergadering bepaald, in de Rechtkamer te zyn, om den Praefident te informeeren van 't geen 'er te doen is. Art. 6t. fly moet het verhandelde in elke Zitting, zoo verre hem zulks gelast wordt, aanteekenen, daaruit een Befluit opftellen, en, zoo mogelyk, by het openen der volgende Zitting in gereedheid hebben, om ter goedkeuring te worden voorgedragen. Art. 62. Dezelve goedgekeurd of des noods veranderd en onder zyn opzigt in 't net te Boek gefteld zynde, moet hy die vervolgens nogmaals overzien,en telkens onderteekenen. Art. 63. Onder het voteeren moet hy ieders gevoeen opteekenen, ten einde zulks met de aantekening vim den Praefident vergeleken, en d'zöo het befiuit met de meeste juistheid en :ekerheid opgemaakt worde. Art. 64.. Voords moet hy ftellen en onderteekeneu üzulke Brieven, Aétes en andere Stukken, ils hem by 't Collegie wordt gelast. Art. 65. Geen Secretaris mag zyn Post uitoeffenen n, nog Raadplegingen bywoonen over de :aaken, waarin een of meer van de Partyën ïem beftaan in den vierden of naderen graad ranBloedvervvantfchap, tegenwoordige of voornaalige affiniteit. Geen  Art; 65. Geen Secretaris wordt tot deszelfs fijne* tién toegelaten, dan na in het Collegie, op de wyze met zyne Gödsdienftige gevoslens overeenkomende te hebben afgelegd aen Eed hierna volgende: i, Ik beloof en zweere, dat ik myn y, Ambt, als Secretaris van de Rechtbank* „ ter goedertrouwe met alle vlyt en naar„ ftigheid zal waarnemem „ Dat ik getrouwelyk en met alle op„ rechtheid zal opftellen, aanteekenen en j, doen te Boek ftellen, alles wat my by „ de Rechtbank of door Commisfaris„ len belast zal worden. „ Dat ik de Registers en andere Aden, „ welke tot myn toeverzigt behooren, „ zorgvuldig zal bewaaren. „ Dat ik aan de partyën, die tny verf, der dan in den derden graad van Blotd„ vervvantfehap tegenwoordige of voor4, maalige affiniteit beftaan, en die eenige i, Proceslen of andere zaaken bydeRechtbank hebben, of vermoedelyk zullen s, krygen nog ook aan eenige Getui„ gen, nog aan den Bailliuw, recht*, ftteeks of van ter Zyde eenigen raad j, zal geven. j, Dat ik op eigen gezag nimmer zal j, opehbaaren, het geen uit den aart der y, zaaken behoort geheim te blyven * „ zoo wel ten aanzien van de Rechtbank en de uitoeffening der juftitie in 't al„ gemeen, als van de zaaken van byzon„ dere Perfoonen, en byzonder ook niet „ het geen my by eenige Infpectiën , Schouwingen, Verhooren van Getui„ gen of van befchuldigden, zoude fflo-« h gen blyken. }i Dat ik door my zeiven j of door myA a n ne  I 363 ] Voor wien en wanneer by de Rechtbanken Rollen tehouden. „ ne Huisvrouw of Kinderen, geene gif„ ten gaaven of gefchenken zal aanne. „ men of genieten van eenige Collegiën, „ of eenige Perfoonen my verder dan „ den voorfchreeven graad beftaande „ welke ik wete of vermoede eenig Pro„ ces of andere zaak voor de Rechtbank „ te hebben of te zullen krygen, of die „ ik wete, dat geduurende myne bedie„ ning eenig Proces of andere zaake by „ deeze R.egtbank gehad hebben, hoe „ klein dezelve giften, gaven of gefchen„ ken ook zouden mogen zyn, zelfs niet .,, van Spyze of Drank. Ën dat, voor „ zoo verre ik mogt vernemen zulks „ by myne Huisvrouw of Kinderen ge„ fchied te zyn, of indien ik ook zelfs „ onwetende of onbedagt eenige giften „ gaven of gefchenken van al zulke Col„ legiën of Perloonen mogt hebben ont„ vangen, ik, by de ontdekking, dnar„ van daadelyk aan de Rechtbank zal „ lÜennis geven, en de waarde van de,, zelve giften , gaven of gefchenken, uit„ kceren, zoodanig als de Rechtbank „ daar over zal goedvinden. „ Dat ik eindelyk, zoo veel inmyis, „ getrouwelyk zal iri acht neme en na„ komen de lnllruuie voor de Burger„ lyke Rechtbanken, zoo verre my die „ aangaat, reeds gemaakt of nog nader „ te maaken." Art. 6-. De Rolle wordt by de Rechtbanken gehouden ten overftaan van 'het Collegie, en zulks twee maaien ter week, namelyk Maandags en Donderdags, of Dingsdags en Vrydags, of Woensdags en Saturdags, zoo als by elke Rechtbank eens vooral zal worden bepaald. 'Ia  C 3«9 ) Art. 63. In de Rolle worden door deri Sereens. Volgens opgaven van Partyen, ten dnidelykeri aanliooren van de Recntbartk, gefield aile dingtaalen , eu verdereaarireekenihgen,behoO' rende tot het voldingen eu tot liet in itaat van Wyzen brengen der Procesfen; gelyk qok alle dispofitiën, welke aan hem door de Rechtbank zullen worden opgegeven, om in de Rolle geplaatst te worden. Art. 69. Voorts worden ter Rolle iri het openbaar, en ten aanhooren van een iegelyk, voorgelezen en uitgefprökcn alle Vonnisfen van de Rechtbank. Art. 70. Ten aanzien der Vacantiën regelt zich de Rechtbank naar hel geen deswegens hy het Departementaal Gerechtshof, volgens deszelfs Inirructie, moet worden in acht genomen. — Art. 71 ■. De Burgerlyke Rechtbanken zyn Rechters in de eerfte iufiantie in alle Civiele zaaken, VVaa'rirj de Competente Vrederechter , Partyën niet hebbende kunnen bevredigen; dezelve* Overeenkomftig zyne Inftruétie, bv fchriftelyke Acle naar de Burgerlyke .Rechtbank^ verwezen heeft; Art. 72. Zy zyn bovendien Rechters in de eerfié inltantie in alle zoodanige Civiele zaaken, welke by de manier van Procedeeren uitdrukkelyk verklaard zyn-tot de onmiddelyke kennisneming van de Rechtbanken , met voorbygang van den Vrederechter, te behooren. En zyn de Rechtbanken in deeze zaaken, zoo' Verre derzelver aart zulks toelaat, verpligt tniddelen van vere'eniging aan partyën voorA a & 60. tVerkzdaJÊ- heden van len- Secretaris mei op- zigi tot de R.olle. De Fjönnts*> ter Rolle uittejpreekeitir Regeling der FdcdHiién by de Rechtbanken. Dz Rechtbinken zyn , Rechters in de zaaken door den Freder echter aati dezelve verwezen'. Als mede iri zaaken tot derzelver öiïmiddelykekênnisnè- . ming behöi™ rende.  C 37° ) 1 ] Ook in Appél van de \ Vonnisfen 1 der Vrede- 1 rechters. ZydoenaanJrelfing, ontfiag en afzetting van Voogden en Curateur en. Zx zorgen voor de belangen van afwezige , onhekende of onzekere Perfoonen. Zy hebben de aan peiling van Sequesters en Curat turen. ■eftellen, en niet, dan na dezelve'vrugteloos geproefd te hebben, het Rechtsgeding toetetaan. Art> 73- „ , Voords zyn de Rechtbanken Rechters ifl ippél van Vonnisfen, door den Vrederechter :n deszelfs Byzitters uitgefproken, en géén tracht van uiterlyk gewysde hebbende. Art. 74. Dc Burgerlvke Rechtbanken doen de aanïelling van VToogden over Minderjaarigen , in velker Voogdye niet is voorzien; en van Cuatcuren over de Perfoonen en Goederen van Krankzinnigen, Verkwisters en andere toesjo-t behoevende. Zy onderzoeken en beflisen de redenen, waarom benoemde Voogden 3f Curateuren zich van de waarneming van dien post zouden willen ontflaan. En, ingevalle dezelven zich in hunnen post onbehoorlyk gedragen , hebben de Rechtbanken het recht tot derzelver afzetting. Art. 75. Zy voeren ook het Oppertoezicht pver de rechten en belangen van afwezige of onbekende of onzekere Perfoonen, en verleenen, op verzoek van de Naastbe(taanden of anderen , die zich daartoe aan de Burgerlyke Rechtbanken vervoegen,zoodanige dispofitiën, welke meest gefchikt bevonden worden, om dézelve rechten en belangen van zoodanige Perfoonen in derzelver geheel te behouden, en voor allen inbreuk te beveiligen. Art. 76. Dr.or de Rechtbanken worden ook aangefteld Sequesters cn Cnrateuren over infolvente , afgeltaane, verlaatene of onbeheerde, Boedels, en zal daar omtrent gehandeld worden vol-  C 37* 3 volgen.Is het voorfchrift van de 3. Afdeeling van den 5. Titul der Manier van Proccdeere* in Civiele Zaaken. Art. 77. De Rechtbanken zullen ook buiten förrn van proces, op verzoek van Nabefiaanden ofc Amptshalven, tot behoud van de goede erde, t weering van openbaare zedenloosheid , of c voorkoming van ongelukken, mogen canfi-j neeren Perfoonen , die uitzinnig zyn, of zich in verregaande verkwisting , dronkenfehap of hoereryë, te buiten gaan, of minderjaarig zynde zich aan wangedrag jegens hunne Ouders ©f Voogden fchuldig maaken; met dien verftande echter , dat dezelve dispofitiën altyd zullen onderworpen zyn aan hooger beroep, en dat, wanneer dezelve zonder iemands verzoek Amptshalven mogten zyn uitgebragt, het Hof op kl>en van de geconfincerde Perfoonen, hunne Vrienden ofNabefiaanden, en bevindende dat het confinement zonder genoegzaame reden is gedaan, de Rechtbank zal mogen gelasten om het zelve op te helfen, en den Geconfineerden daadelyk te ontflaan. Art. 78. Wanneer iemand, onder hun Rechtsgebied woonende , een verzoek om furcheance van 1 betaaling aan het Vertegenwoordigend Lichaam zal willen doen, en ten einde daar op dadelyk provifioneele furcheance te kunnen bekomen verlangt, dat zyn Boedel ouder toezigt worde gefield, zal de Rechtbank , na verhoor van de Schuldeisfchers, die'in de Refidentie of derzelver nabyheid woonachtig zyn , twee of. meer van hun, of een of meer Gemachtigden derzei ven, benoemen, ten einde met en benevens den Verzoeker het toezicht en de mede feewaaring over zynen Boedel te houden. Aa 3 Be- Zyyerleeneé onfinemenm behoudens hooger •eroep. Zy benoemen 'wee of meer iit dcSchuld'isfehers, om "oezigt te hebben op den Boedel van len geen, die Curc~heance van betaa'ing verzoekt.  [ 37* 3 Bepaa Vr* van den Ci i' f tnineelen i Rechts.- 1 dwr.'ig dir i Rcchtuax- ( .r behoort. Nadere le* aaiing des* 'egens. De Recht- banke t zyn verplicht op de misdryven onderzoek te doen.  i 380 3 de.Li: als "t Wafelachtig is, aan iwiken-liec ' r r de zaak behoort* De Redtbanken bevindende onbevoegd te zyn ^ Wioeten in alle g rallen dc zxe.k aan den bevoegdenRechter ovcigevcn. ' 'DeRechtbanken hebben het toezicht over de Gevangen-, Tucht- en Gyzelhuizen. Ar. 102. Doch in alle andere gevallen , wanneer het aan den Rechter niet zooteker voorkomt, of de kennisneming aan de Rechtbank, liet Dt<4 1 artenientaai of een Hoog Nationaal Gerechtshof, of de Yierfehaar over de mitdryvert der Rechters, zoude behooren, moet de Rechtbank den Befchuldigden in bewaaiing houden tot dat by den bevoegden Rechter daar over zal zyn gedisponeerd. Art. tol. En mogen dc Rechtbanken, bevindende, dat de kennisneming over de Misdaad, Waar van iemand word verdag'- gehouden of befchuldiud , niet aan hun zoude behooren, her aanIveden van denzelven, of het overzenden der informatiën, geenszins nalaten of uitlielien* al ware het dar zy den Befchuldigden voor orifchuldig hielden , maar moeten het oordeel daarover in alle gevallen, aan den bevoegden Rechter overlaten. Art. 104; De Burgerlyke Rechtbanken hebben het toé« zicht over; hunne byzondere Gevangenhuizen* waarin Perfoonen, ter zake van misdaad gevangen genomen , in verzekerde bewaaiïng worden gehouden* geduuiemie den loop van het extraordinair Crimineel Proces ; over dé Tucht- of Werkhuizen waarin Perfoonen uit kragte van een Vonnis voor minder dan een half jaar tyds, of ook wegens Dronkenfchap ,Hoererye , of ander wangedrag door de Rechtbank worden geconfineerd; en over hunne ei», ge Gyzelhuizen, waarin Perfoonen om fchulden gearresteerd, tot het verrichten van eenige daad gegyzeld, of om anders redenen, by de Manier van Procedeeren gemeld, in Civiele bewaaring gefteld, worden geplaatst. De  Art. 105. ■ De Rechtbank heeft de aan- en affrelling tan de Cipiers en verdere Bedienden in dezelve Huizen. Art. ict>. Zy hebben ook , onder het oppergezag van het Hof, het toezicht over de daartoe aangewezen openbaare Verbeterhuizen binnen hun District, waar in Perloonen om liegt gedrag, Verkwisting, Krankzinnigheid en dergelyke redenen, op gezag van de, Rechtbauk worden geplaatst. Art. 107. Indien byde inrichting der Burgerlyke Rechtbanken aan dezelve mogten zyn aangewezen zoodanige Huizen, welke ten aanzien van derzelver Fïnantiëèl en Huishoudelyk Bewind {taan onder Regenten, Rcgentesfen , of onder lietj Gemeente-Beftuur of eenig ander Collegie, blyft zulks inmiddels voortduuren, tot dat daarin nader zal zyn voorzien, en het toezicht van de Rechtbank zal zich intusfehen al-' leen bepaalen tot de bewaaring en goede behandeling der Gevangeue , Gearresteerde , Gegyzelde of Geconfineerde Perfoonen , en de tucht over dezelve. Art. 108. Zoo wel- in de Huizen by het voorgemeld Articul gemeld, als in alle andere, welke ten voorfz. einde mogten zyn aangewezen, blyft' de wyze van betaaling"voor ieder Perfoon, daar in geplaatst of geconfineerd wordende, voortduuren, zoo als dezelve tot hier toe in zoodanig Huis, of in andere zoortgelvke Hun zen, binnen zoodanige plaats of in deNabuurfchap gelegen, tot hier toe is geweest, zoo lang daarin niet nader is voorzien. Elke Zy fteïïen Cipiers af en aan. Zy hebben toezicht over de Verbeter' huizen. Bepaaling van dit toezicht, wanneer deeze Pluizen reeds onder een ander beftuur daan. Hoe de wyze van betaaling voor geconfineerdePerfoonen te regelen.  Aan het Uitvoerend Bevind voordragt te doet omtrent het beftuur deezer Huizen en de wyze van betaling. Deeze Huizen van tyd tot tyd te gaan viftteeren. De Art. no. Elke Rechtbank is verplicht, om binnen de plaats van derzelver Refidentie ten minsten vier maaien, en buiten die plaats ten minsten twee maaien in het jaar, door twee Commisfarisfen, geadfisteerd met den Secretaris en den Bailliuw, de voorzeide Gevangen-, Tucht-of Werk- en Gyzelhuizen, en zonder len Bailliuw de voorzeide openbaare Verbe:erhuizen, zoo veel mooglyk onverwagt, te lóen vifiteeren, en de Gevangehen, Gearresteerden , Gegyzelden of Geconfineerden, welken aldaar gevonden worden, te doen aanfpreken, of zy eenige klagten hebben tegen den Cipier of anderen, eenig gezag in of over hetzelve Huis hebbende, ter zaake van voedzel, Jekzel of andere behandelingen. ( 382 ) Art. 100. Elke Rechtbank zal ten fpoedigften, en uiV terlyk binnen drie Maanden ria deszelfs Eerfte Zitting, ten aanzien van deszelfs byzondere Gevangen — Tucht- of Werk- en GyzclHuizen, in de voorgaande Articulen gemeld , aan het Uitvoerend Bewind opgeven deszelfs confideratiën, ten aanzien van de wyze , waat op voortaan het Huishoudelyk en Finantiëel Beftuur over de aangewezen Huizen zoude behooren te zyn ingericht, als mede ten aanzien van den voet en wyze , waar op voor ieder Perfoon , daarin geplaatst of geconfineerd wordende, behoort te worden betaald, ten einde het Uitvoerend Bewind daaromtrent zoodanigen algemeenen voordragt, of des noods byzondere voordragten, aan het Vertegenwoordigend Lichaam zal kunnen doen, als hetzelve zaL oordeelen te behooren.  r 383 1 Art. ut. De voornoemde Commisfarisfen zullen ook by de geenen, welke het beftuur in dezelve Huizen hebben, naauwkeuriglyk onderzoek doen nopens het gedrag en de omftandigheden van de Perfoonen in de voorzeide Huizen bewaaid wordende, en het geen daartoe betrekking heeft. Art. 112. De Secretaris hóud naauwkeurig verbaal van de bevinding van Commisfarisfen, en op derzelver Rapport wordt by den Raad gedisponeerd , zoo als geoordeeld zal worden te behooren. Art. 113. Wanneer aan de Rechtbank voorkomt, dat eenige noodige verbetering in of aan voorzeide; Gevangen-, Tucht- of Werk- en Gyzelhui-, zen zou.'e kunnen en behooren te worden ge-; bragt, zoo tot meerdere zekerheid en ruimte, t als tot gezondheid der bewaarde Perfoonen,/ doet dezelve deswegens den noodigen voor-; dragt aan het Uitvoerend Bewind. t Art. 114. De Rechtbanken mogen Bannen uit een of meer byzondere Steden of Plaatfen van hun c Diftriét, uit dat geheele Diftrid, en ook mxk een of meer, of alle de verdere, gedeeltens van b het Departement; doch nimmer uiteen of meer andere Departementen, 't welk aljeen door de Departernentaale en andere Gerechtshoven mag gefchieden. 0 Art. 115. Zoo dra het Algemeen Wetboek van Burgerlyke en Lyfftraflyke Wenen voor deezeh Republiek zal wezen ingevoerd, zullen deBur-u B b ger- By die yifltatie naar het gedrag der geconfineerden onderzoek te doen. Van de bevinding de vifit at ie Verhaal te ho/iien. Tot verbete- 'ing deezer luizen, den 'odigen voorWagt aan 'et Uitvoeend Bewind z doen. Hoe verre 'eRechtbanen mogen %nnen. De Rechtmken moen &ich ge*  ( 3^4 ) dragen naar £ het algemeen X Wetboek. f 2.0 lang dit niet Inge- 1 voerd Is, te ] volgen de j aangenomen ( Weiten. ; jte« f« volgen in zaaken van Gemeene Middelen. De Rechtbanken cxecutecren de Crimineele Vonnisfen van het Gerechtshof. Zy mogen, fles noods, Militaire adliltentie ■-.offeren. ;crlyke Rechtbanken, midsgaders de Mini*» ers en Bailliuwen by dezelve, verplicht zyn :ich daar na te gedragen. Art. ii 6. Tot dien tyd toe zullen de voorfz. Rechtbanken, in het beöordeelen enbeflisfenvan alle lechtszaaken, zich moeten fchikken naar de gemeene Rechten en byzondere Wetten, in :lk Departement, of de onderfcheidene ftreeken tan dien, aangenomen of geftatuëerd, zoo ang dezelve niet zyn afgefchaft of veranderd. Art. 117. Ten opzichte van alle Fraudes en Contrayentiën omtrent de betaaling van 's Lands Middelen , en al 't geen daartoe behoort, in de eerfte inltantie ter hunner kennis gebragt wordende, volgen zy de Reglementen of Ordonnantiën daarop gemaakt of nog te maaken, Art. 118. De Burgerlyke Rechtbanken zyn verplicht in 't openbaar te doen pronuntiëeren en executeeren alle de Crimineele Vonnisfen by het Departementaal Gerechtshof tot Lyfftrsffen gewezen, en ten dien einde aan hun toegezonden; en daaromtrent, gelyk ook omtrent alle mindere Vonnisfen, op te volgen, het geen hun door hetzelve Hof zal worden aangefchreven, invoegen als in de Manier van Procedeeren in Crimineele Zaaken Art. 157—160. is vervat. Art. 119. Zy zyn bevoegd, om, des noods, adfifteutie van de Militaire Macht, in hunne Refidentie Guarnizoen houdende, te vorderen tot handhaving van de Juftitie. En  f 3K5 ] Art. i2cj. En wanneer 'er eenige grond van vreeze moitc zyn, dat de Juftitie zoude worden gerefi.teerd ofbefpot, en ar dier plaatfe geene of geen genocgzaame Militaire TVfac'it aanwe■ zig mogte zyn , om zulks met effect: te kunnen voorkomen of tc keer te gaan, doen zy ten dien opzichte in tyds liet noodige verzoek aan het Departementaale Beftuur of Uitvoerend Bewind, en geven zy daarvan, en van den ftaat der zaaken, tellens kennisfe aan 't GerechtsHof van hun Departement. Art. ïaT. By elke Burgerlyke Rechtbank fungeert een Bailliuw, en in elke Gemeente een Schout .Crimineel, wier plichten en werkzaamheden, vervat zyn in de afzonderiyke InliruCtiën voor dezelven vastgefteld. Art. 122. De Burgerlyke Rechtbanken zyn verplicht zoo aan de Eerfte als aan de Tweede Kamer yan het Vertegenwoordigend Lichaam, gelyk mede aan het Uitvoerend Bewind eu aan het Departementaal Gerechtshof, te dienen van Bericht of onderrichtinge zoo,dikwi!s zulks van hun zal worden gevorderd. Art. 123. _ Zy zvn ook verplicht den Agent van Juftitie te dienen van onderrigting, in al het geen betreft de gedragingen van den Bailliuw of de : Schouten Crimineel, 'midsgaders op alle klagten, welke aan denzelven Agent worden gedaan, wegens het niet in acht nemen van'de form van Rechtspleging,'of vau de Inftructie by de Vrede-Rechters binnen hun Diftrict. Bb 2 £ Hoe te kandelen in ,gÊ= ral van gevreesde refidentie. By de Rechtbanken is e'e.n Bailliuw en Schout Crimineel. De Rechtbanken zyn verplicht de gevorderde Berichten t$ geven. Ook aan len Agent 'an Juflitfe*  [ 386 ] Tot het geven van die Berichten de raadplegingen te houden door alle de Leden. Zy moeten bydieBerkhten zorgen als Rechters i i h u n geheel te blyven. Zy mogen by hunne Berichten geene geheimen openbaar en. Zy gedoogen geenen inbreuk op hunne onafhangelykbeid als Rechters. Zy moeten in de hun aangewezene abuizen yoorzien. 124. In de gevallen by de twee laatstvoorgaande Artikelen vermeld, en in alles wat daartoe betrekkehkis, wordt altyd, zoo veel mooglyk is, gedelibereerd door het volle getal der Leden, welke de raadplegingen kunnen by woonen. Art. 125. Wanneer van hun gevorderd wordt eenig berigt of onderrigting over zaaken of poincien , waarover zy nog als Rechters zouden kunnen moeten fungeeren, dragen zy zorg, dat zy zich daaromtrent houden in hun geheel. Art. 126. Wanneer zy aan het gevorderd Berigt of onderrigting niet zouden kunnen voldoen, zonder te openbaaren zoodanige zaaken, welke de dienst der Juftitie verëischt dat geheim blyven, zyn zy verplicht zich daarvan in zoo verre te excufeeren. Art. 127. Zy laten nimmer toe, dat door iemand, hy zy wie hy zy, en byzonderlyk ook niet door den Agent van Juftitie, eenige inbreuk worde gemaakt op hunne onafhangelykheid als Rechters in het behandelen, beöordeelen en het bellisfen, der zaaken. Art. 128. Indien hun door den Agent van Juftitie eenige verzuimen , fauten of abuizen , worden aangewezen in de form van Rechtspleging by hun gebruikt wordende, of in het niet in acht nemen van deeze Inftructie, of andere Wetten, over welker klaarheid, kracht en toepasfelykheid, geen twyffel valt, zyn zy verplicht daarin te voorzien. Dochj  C 33? ) Art. 129. Doch, indien zy vermeenen dat de Agenl daar in dwaalt, zyn zy verplicht hem zulks met by voeging van de redenen optegeven, en zyn niet verder gehouden deszelfs gevoelen optevo'gen, dan na dat hun dit door het Uitvoerend Bewind zal zyn gelast. Art. 130. Zy zyn echter ten allen tyden en in allen gevalle verplicht, om daadelyk te gehoorzaamen aan de lchorsfingeri van hunne Vonnisfen of andere Dispofitiën, door het Uitvoerend Bewind of den Agent van Juftitie gedaan, onverminderd het vastgeftelde by het 160. Artikel der Staatsregeling. Art. 131. Indien hun in deeze InftrucYie, in de Manier van Procedeeren in Civiele en Crimineele Zaaken, of in andere ftukken daartoe behoorende, t'eeniger tyd voorkomt eenig merkelyk gebrek, duisterheid of dubbelzinnigheid, ofook wanneer zy bevinden , dat by de andere Burgerlyke Rechtbanken , of by de Vrede-Rechters, in een of ander opzigte niet op eene gelyke wyze wordt geprocedeerd omtrent zaaken, waarin zulks zouden behooren plaats te hebben, zyn zy bevoegd, en des noods verplicht, daarvan aan het Departementaal Gerechtshofkennis te geven, ten einde door hetzelve, zulks van genoegzaam gewicht bevindende, deswegens zoodanigen voorlieg re kunnen worden gedaan, als hetzelve zal raadzaam oordeelen. Art. 132. Elke Burgerlyke Rechtbank zal aan ftellen een bepaald getal van Practizyns, naar maate dezelve zal noodig en dienstig oordeelen, om de zaaken voor Partyën, die niet verkiezen, BI) 3 of Hoe ziekte gedragen jegens den Agent, ■wanneer zy meenen dat dezelve dwaalt. Zy moeten aan de fchorsfingen van kunne Vonnisfen gehoorzaamen. Hoe te handelen wanneer zy in de Mat.hr van Procedeeren e 'nig gebrek of duisterheid be vinden. De Rechtbanken ftellen ee,t bepaald getal  t 388 3 %yns aan. Bepaaling "van derzelver ouderdom en woonplaats. ' Deniet gegradueerde'omtrent hunne kunde te onderzoeken: ,De gegradueerde mogén als Praczyns fungeeren, mids hebbende admisfie van 'i Dof. Jóe PraBï%'yns inoetei van een Vol%:'dcht vóórSnv» zyn. )f niet in de gelegenheid zyn, zulks in eigen Perfoon te doen, by dezelve Rechtbank te .tunnen waarnemen. Art. 133. . Dezelve zullen moeten bereikt hebben den ouderdom Van twintig Jaaren, en hunne vaste woonplaats moeten houden binnen het Diftriét van de Burgerlyke Rechtbank. . Art. 134. Zy zullen niet behoeven in Rechten gegradueerd te zyn, doch de niet gegradueerde zuilendoor den Secretaris,ten overftaan van Commisfarisfen uit de Rechtbank , werden onderzogt, of zy genoegzaame kunde bezitten in het geen toe hunne functie Betrekkelyk is; ten ware zy, voor de oprichting der Burgerlyke. Rechtbanken, bereids voor eeri Gerechtshof of ander Collegie van Juftitie , binnen deeze Republiek , als ProeUreürs waren geadmitteerd geweest. . Art. 135. Bovendien zullen by de Burgerlyke Rechtbanken als Practizyns mogen fungeeieu alle Perfoonen in de Rechten gegradueerd op ecu Univerliteit binnen dcezc Republiek, zonder dat dezelve daartoe iets anders zullen noodig hebben dan eene Acte van Admislie by het Gerechtshof van dat Departement, waaronder dezelve Burgerlyke Rechtbanken behooren. Art. 136: De Pratftizyris zullen nimmer worden toegelaten eenige Dingtaalen ter Rolle tc houden , ten zy tot de behandeling dier zaak voorzien zynde Van eene behoorlyke generaale of byzondere Volmacht, Gcrechtelvk of voor een Notaris verleden: — üii zal \ by het houden , ' der  C 3*9 ) iler eerfte Dingtaalen in elke zaak, de zelve Volmacht aan het Collegie moeien worden vertoond en overgegeven, om ter Secretarye van . de Rechtbank te blyven berusten. Art. 137. In Zaaken van Buitenlanders zal van het be-; paalde by het voorig Artikel in zoo verre ntóf , gen worden afgeweken, dat door het Collegie; zal mogen worden vergund een korte tyd, binnen welke de Practizyns hunne Volmachten, zuilen moeten inleveren; met dien verftande, nat, zulks binnen den bepaal'.len tydjiietgelehiedende, de gehouden Dingtaalen zullen worden doorgehaald, en in de zaak gedisponeerd* even en m diervoegen als of de geene, wiens Volmacht ontbreekt, in het geheel niet ware verfchenen. Art. 13S. Iemand verkiezende of noodig hebbende zyne zaaken door Practizyns te laten waarnemen , en daar toe vrywillig geen Practizyn kun- < uende vinden , zal de Rechtbank', op zyn moiuLling verzoek,een Practizyn gelasten,om hem daarin te dienen, het zy tegen genot van Salaris, het zy 'pro Deo, indien hy van zyn onvermogen doet blyken. — En zal zoodanig verzoek nimmer moogen word geweigerd, dan'alleen wanneer klaar - en ontwyffel'baar blykt, dat de Verzoeker geen recht heeft, in het geen hy zoude willen eisfehen of beweeren. Art. 139. Élke Burgerlyke Rechtbank zal binnen vier Maanden na deszelfs Eerfte 2iumg, moeten ontwerpen en aan het Gerechtshof van het Departement, waar onder dezelve behoort, inzenden een Lyst van Salaris, naar welke de Practizyns zich lil het inrichten hunner ReBb 4 ke- Bepaaling ièswégens in ■Maken van Buiten/dn* Iers. Wanneer Practizyns ■oe te voegen.. Hoedanig hei Salaris der Practizyns te reg^i ïen.  C 39° ) k»nin?en moeten gedragen , ten einde door zodanig Gerechtshof geregcid, en alzoo door hetzelve aan het Vertegenwoordigend Lighaam, binnen twee Maanden daar na , ter goedkeuringingezonden te kunnen worden. — Zoo lang zulks niet is vastgefteld, zuilen in de berekekening van dat Salaris worden gevolgd dezelfde Wetten of gebruiken, welke tot hier toe in de byzondere gedeeltens van het Gebied der Rechtbank plaats hebben, en daar op het meest toepasfelyk zyn. De Rechtbanken houden de Practizyns behoorlyk tot hun plicht. Dn hunnen plicht te buiten gaande corrigeeren zy dezelven. Art. 140. De Burgerlyke Rechtbanken zullen de Practizyns- behoorlyk tot hun plicht houden, zoo met opzicht tot het getrouwelyk waarnemen van de zaaken , waarmede zy belast zyn, als omtrent de wyze van het berekenen van hun Salaris; en ook moeten zorg dragen, dat dezelve in hunne Schriftnuren of mondelinge Voordragten en Pleidoyen zich van alle onbetamelyke uitdrukkingen onthouden , niet alleen omtrent den Rechter zeiven, en alle andere Collegiën van Juftitie cn Rechters , maar ook tegen hunne Partyen; en eindelyk dat dezelve hun beroep niet onteeren door het aannemen of verdedigen van zaaken, of voeren van fustenuën , welke bevonden worden van een blykbaare en doorftekende ongegrondheid te zyn. Art. 141. Ten dien einde zullen dezelve Rechtbanken bevoegd zyn, dc Practizyns, die zich in dat een of ander merkelyk te buiten gaan, daar over te ondeihouden , en hen te verbieden in zoodanige zaak eenig Salaris te mogen berekenen, of ook dezelve in hunne Bedieningen mogen fehorsfen, of derzelve aanftelling geheel en al intrekken, en, ten opzichte van dc Practizyns by het Gerechtshof geadmitteerd, de-  C 391 ) dezelve te 'verbieden , hun Beroep voor die Rechtbank waar te neemen , naar maate het gewicht der zaak zal vorderen. Art. 142. De Burgerlyke Rechtbanken zullen ook bevoegd zyn om Perfoonen, die hun eigen zaken waarnemende zich in deSchriftuuren Comparitiën of Pleidoien, onbetaamlyk gedragen, ot zich beledigende uitdrukkingen , omtrent den Rechter zeiven , of eenige andere Collegiën van Juftitie en Rechters, of ook tegen hunne Partyen, veroorloven, daar over te onderhouden , en hun des noods verbieden hunne «aak verder zelveu waartenemen, met last om daar toe Praétizyns te gebruiken. Art. 143. De Rechtbanken zullen zulks ook mogen doen in alle gevallen, wanneer . Perfoonen., die hunne eigen zaaken wilden waarnemen, daar toe zodanig merkelyk onbekwaam en ongefchikt worden bevonden, dat, door de toelating daar van, de Juftitie aan befchimping blootgefteld, of de behandeling van zaaken in verwarring gebragt zoude worden. Art. 144. Elk Secretaris heeft de aan- en afftelling van, en de befchikking en 't beftuur over, de werkzaamheden van zoo veele Klerken , als by elke Rechtbank noodig zullen worden bevonden. — Zy moeten by hunne aanftelling aan de Rechtbank niet onaangenaam zyn, en voor dezelve afleggen den Eed hier na volgende: „ Ik beloof en zweere dat ik als Klerk „ ter Secretarie van de Rechtbank aaa „ den Praefident en Leden van dien, als „ mede aan den Secretaris, allen verfchulüh 5 „dug- De Rechtbanken zorgen ook, dat zy, die hun eigen zaak waarnemen , zich plichtmaatig gedragen. Zy beletten de waarneming van eigen zaaken aan ongefchikte Perfoonen. Eed van de KUrken ter Secretarie.  Werkzaamheden van de Klerken. 'Eed der Kamerbewaarders. C 39* ) H digden Eerbied, en bereidwilligheid tot „ voldoening aan derzelver bevelen, beft toonen zal. Dat ik met alle Af- treding def« zehen. 5.4. Vet* vulling raft Vacatures»  C 40* } ■ §.5. Verehchten. 5. 6. Tyd van het inzenden der Nominatie, in geval van aftreding. §. 7. Hoe lyblnnentyds invallende Vacatures. \. 8. Tyd van fün&ie voor de geenen die in plaats y\ n een nuary 1799. vastgefteld, een Perfoon tot Lid ian worden gekozen. — Art. 5. In het formeeren van h tvoorfehreven vier:al zal moeten worden in acht genomen, dafe perfoonen, daarop gefteld, de vereischten bezitten 'by het voorgemelde Decreet bepaald; ilsmede dat in elk Hof ten minsten zes van de Leden in rechten moeten gegradueerd zyn,- en iindtlvk, dat de Leden aan elkander ondering, of aan den Procureur-Generaal, niet mogen beftaan in de of klimmende of nederdaalendeLinie, noch ook als Oom en Neef, het zy door Bloedverwantfchap, of tegenwoordig of voormaalig Huwelyk. Art. 6. By de gewoone aftredingen moet het voorfz. viertal, ten minsten zes weeken voor den dag der aftreding, aan de Eerfte Kamer van het Vertegenwoordigend Lighaam worden toegezonden , ter vervulling van de plaats van het aftredend Lid; blyvende hetzelve daartoe nominabel en verkiesbaar. Art. 7. By vacatures, door overlyden als anderszins , binnentyds invallende, is het Hof, waarinde vacature plaats heeft, verplicht, binnenveertien dagen na dat dezelve invalt, hetvereischte viertal, ter vervulling van dezelve, aan de Eerfte Kamer intezenden. Art. % Elk Lid in plaats van een aftredend Lid verkozen , of op nieuw na zyne aftreding ingekozeti, wordende, zalblyven fungeren geduurende den tyd van tienagiereenvolgendejaaren; te rekenen van den dag der voorzeide aftreding. Art." 9.  C 403 ) Art. 9. Ingevalle van vervulling ener buiten ^ewoc ne vacatuure, door overhden of anderszin voorvallende, zal de hieuw/trkpzine flegt vervullen den tyd, gedut rende welken zy Voorganger tot den dag der jaarlykfebe aftre ding toe had moeten firn gei ren , indien de gee ne, door wiens overlyden vf anderszins de va ture veroorzaakt is, nog langer dan een Taa na het vervullen der vacature had moeten fun geeren. Art. 10. Doch, indien de geene door wiens overlyden of anderszins de vacature veroorzaakt is. by de eerstvolgende jaarlykfche aftreding, na de vervulling invallende , had moeten aftreden, in zoodanig geval zal de Nieuwverkozene gehouden worden, als of hy, ter vervulling dei vacature, ten tyde der gewoone aftreding verkozen ware, zonder dat het meerder gedeelte van het Jaar, waarin hy verkozen is, zal ftrekken in mindering van den tyd, die de Nieuw» ▼erkozene vervullen moet, Art. ii.' Ten aanzien der berekening van het Jaar, waarin eenige vacature vervuld wordt, zal het zelve in allen gevalle worden gerekend Aanvang te nemen met den dag der gewoone aftreding, en voord te duuren tot de eerstvolgende aftreding. Art. 12. De rang der Leden in elk Gerechtshof ; zich regelen, ten aanzien van die geenen, wel vóór de eerfte Zitting van het Hof zyn aang fteld geworden, naar elks ouderdom, do ten aanzien van de geenen, welke vervolge worden verkozen, worden bepaald door 1: eerder Zitting nemen. Cc s Art.i aftredendLid - worden vers kozen. — s _ %. 9. Hof 1 in geval van " vervulling ' van buitenpewoone h aca' tures. ■ Eerfte geval. %. 10. Twee 'de geval. S. 11. Hoe het Jaar te berekenen , waarin de Vacature ver'uldword.— :aj %ia.Rang jjC der Leden. e- :h is et 3»  C 404 > f. 13. fis* ten aanzien vaneen afirefond Lid, het iveik weder word in gekozen. §. 14. te, der Léden. Art. 13. Alleenlyk .zaï een Lid, op nieuw ria zyne aftreding ingekozen wordende, zonder dat zyn plaats in tusfchen door een ander met der daad is vervuld geweest, zynen rang behouden of* hernemen als tg voren, Art. 14, / ïeder Lid zal by zyne eerfte aanftelling, alvorens zynen post te aanvaarden, in handen van het Gerechtshof, en op zoodanige wyze als met zyne Godsdienstige gevoelens overeenkomt, afleggen den navolgenden Eed; „ Ik beloove en zweere, dat ik myn „ Ambt als Lid van dit Departementaal „ Gerechtshof, ter goeder trouwe, met „ alle vlyt en naarftigheid zal waarnemen. „ Dat ik my in het rechtfpreken en in het advifeeren zal gedragen met alle ' oprechtheid, eerlykheid, en onzydig„ heid, zonder daar in aan de partyën }, toetcdragen eenige gunst of ongunst, en zonder my daar van te laten aftrek\\ ken, door eenige beweegredenen hoegenaamd. Dat ik aan de partyën, die my verder dan in den derden graad van Bloed" verwantfehap, tegenwoordige of voor„ maalige affiniteit, beftaan , en die eenige Procesfen of andere zaaken by het Hof hebben of vermoedelyk zoudenkrygen, of in welker zaaken door het Hof zoude £ moeten worden gcadvifeerd,nochte ook „ aan den Procureur Generaal, regtftreeks of van ter zyde, eenigen rardzal geven; het zy dat ik over hunne zaaken zoude " mede delibereeren of niet. „ Dat ik op éigen gezag nimmer zal p openbaaren het geene uit den aart der  C 405 ) „ zaake behoort geheim te blyven ; enby„ zonder ook niet de gevoelens van my „ zeiven of van myne Medeleden, hst „ zy voor of na den alloop der zaake. „ Dat ik door my zelvcn, of door myne „ Huisvrouw of Kinderen , geene giften, „ gavui of gefchenken zal aannemen of „ genieten, van eenige Collegiën, of eeni„ ge perfoonen my verder dan den voor„ ïchreven gmad beftaande, welke ik „ weete of vermoede eenig Proces of an„ dere zaak voor het Hof te hebben of te „ zullen krygen, of in welker zaakendoor „ het zal moeten worden geaiidvifeerd, „ of die wete , dat geduurende myne be„ diening eenig Proces of andere zaaken „ by dit Hof gehad hebben, of in welker „zaaken, geduurende den tyd myner „ functie, is geadvifeerd, hoe klein de„ zelve giften, gaven of gefchenken, ook „ zouden mogen zyn, zelfs niet van fpy„ ze of drank. „ En dat, voor zoo verre ik mogt vcr„ nemen zulks by myne Huisvrouw of „ Kinderen gefchied te zyn, ofte indien „ ik ook zelf onwetende of onbedagt ce„ nigc giften, gaven of gefchenken, van „ alzulke Collegiën of Perfoonen mogt „ hebben ontvangen , ik by de ontdekking „ daarvan daadelyk aan het Hof zal keu„ nis geven, en de waarde van dezelve „ giften, gaven of gefchenken zal uitkec„ ren, zoodanig als het Hof zal goedvin„ den. „ Dat ik eindelyk, zoo veel in my is, „ getrouwelyk zal in acht nemen eu naar„ komen de Inftructie voor de iDeparte„ mentaale Gerechtshoven , reeds gemaal;!; „ of nader te maaken." Gc 4. Aft. 15.  I 406 ] §. 15, Ver* kiezing, alle c yaaren door j is/erwisfelen.  C 408 ) VAN DEN PK/ESIDENT EN ZYNE VERKIEZING. $•. =4. Dt Prcefidcnt te verkiezen door de Leden. i 25. Dt verkiezing tt doen by volftrekte meetderheid. %.i6.Wan- veer verkozet v ordt,enzyn> functie ingaat. §. 27. Hoi by de eerfte eprichtingdei lloven. Art. 24. In elk Gerechtshof zal een Praefident door dc gezamenlykc Leden verkozen worden, by befloten Briefjes, welke door den Griffier worden verzameld en opgelezen. Art. 25. De verkiezing moet altyd gefchieden rioorde volftrekte meerderheid der fteromende Leden; zoo lang 'er zoodanige meerderheid niet is, worden de eerfte en. verdere ftemmingen alleenlyk gehouden voor nominatiën. Hy, die de minste Hemmen gehad heeft, wordt'daarvan afgelaten,. en 'er wordt uit de overige' benoemden op nieuws geftemd. In alle gevallen waarin de Hemmen gelyk ftaan, zal daadelyk het Loe bcllisfcn. Art. 26. De verkiezing van een Praefident gefchied* tweemaalen in het Jaar , namelyk voor het bergin der Winter- en Zomer-Vacnntiën. De afgaande Praefident blyft dien post nog waarnemen geduurende de Vaeantie, en de functie van den nieuwen Praefident gaat in na het eindigen derzelve, by de eerfte gewoone zitting. Art. 27. By de eerfte oprichting der Hoven wordt de Praefident daadelyk verkozen in de eerfte ■ Vergadering, en het zoo even voorgaande Artikel wordt vervolgends in werking gebragt, met de eerstkomende Vaeantie. Art. 28.  ( 4*59 3 Art. 28. De aftredende Praefident kan nimmer daadelyk weder op nieuw verkozen worden. «7 m Art. 29. . c . op De Praefident door ziekte, wettige afwezig- ve heid of anderszins, zynen post niet kunr.cnde waarnemen, wordt daarin vervangen door tien h, laatst afgetredenen, by wien die verhindering fr geen plaats heeft. » Art. 30. Het zelfde heeft plaats by overlyden van den Praefident, of wanneer hy mogte ophou- b den Lid van het Hof te zyn. e. Art. 31. Indien het een of ander, in de twee naastvoorgaande Artikelen vermeld, mogt overko- * men aan den Praefident, by de eerfte opnch-i ting van het Hof verkozen, wordt die post/ waargenomen door het eerfte Lid in fMig,« by het welk zoodanig beletzei geen plaats heeft. Art. 32. Tot Prafident is nimmer verkiesbaar zoodanig Lid, het welk, voor of geduurende den tyd van zyn Voorzitterfchap, door het ten einde lopen van den tyd zyner aanftelJing, als Lid zoude moeten aftreden. — VAN §. 28. De t di-ncle rce/tdent et daadelyk nieuw te rk lezen. §. 29. Wie i verhlndeng zyn pest aar neemt. §. 31. Hoe y Overlyden rz. §. 31. Hoe ?n aanzien an den eer-' 'en Prefi, 'ent. 5. 32. Wel ke Leden niet verkiesbaar.  C 410 ) van den Raad, de wyze van de. libereere.v, en van de com> MISSiëN. t- 33- Oj. welke dager, frmanlyk tt ergadtren. 5- 34- Op veile uuren, en hos laag. $. 3#. Verpligt in g om de Vergaderingen bytev oonen, ten ^y enz. %. 36. Door wien dit laatfte tc beóor- ' deelen. 5.3. Bui- tengewocne 1 Vergaderin- ^ Art. 33. Ey elk Gerechtshof wordt, (buiten de Vacantiën) de gewoone Vergadering van den • Raad gehouden alle dagen, uitgenomen Saturdag en Zondag, als mede \rydag voor en IN; aan .lag en Dingsdag na Paasfchen en Pinxfter, Art. 34. De gewoone Vergadering begint in den ochtend of voormiddag, en duurt den tyd van vier achtereenvolgende uuren, welker nadere bepaling aan elk Hof wordt overgelaten. 9 Art. 35. Alle de Leden zyn verpligt deeze Vergaderingen dagelyks bytevvoonen, ten ware zy door ziekte of andere volftrekte beletzelen verhinderd, of daarvan om wettige redehen verfchoond, wierden. Art. 36". De beöordceling van het gewigt dier beletzelen of redenen ftaat aan den Praefident )f wanneer hy dezelve befchouwt als ongeïoegzaam, dan aan den Raad. Art. 37. De Praefident heeft echter de macht, en zal les noods verpligt zyn, om, wanneer Hem , iet zy buiten dc Vaeantie / in den tyd tusfchen  C 411 ) fchen de gewoone Vergaderingen , het zy in £ de Vaeantie, eenige zaaken mogten voorko- j men, welke fpoed verësc.hten, en byzonder- l lyk, wanneer het aankomt op de handhaving der Crimineele Juftitie, te beleggen buitengewoone Vergaderingen op zoodanigen tyd, en plaats binnen de refidentie, als hy gefchikst zal oordeelen. Art. 38; Ten einde hierin niet worde verzuimd, zal, hy nimmer, het zy in het zy buiten de Va-; cantiën, mogen vernagten buiten de plaats ( van 'sHofs refidentie, zonder noodzakelyke redenen, en zal in dat geval moeten zorgen, dat zyn Post door den laatst afgetreden Praefident kan worden waargenomen; ook moet hy zorg dragen, dat men altyd kan weten, waar hy te vinden zy. — Art. 39. Alle de Leden , midsgaders de Griffier, voor zoo verre zy zich in de plaats der Relidentie. van het Hof hebben bevonden, ten tyde dat hun het beleggen van zoodanige Vergadering is kennelyk geworden, zyn verpligt dezelve bytewoonen, ten zy door den Praefident daarvan', op hun verzoek om behoorlyke redenen, wordende ontflagen. Art. 40. Comparitiën , Verhooren, en zoodanige andere zaaken, waarin alleenlyk Commisfarisfen werkzaam zyn, worden zoo veel mogelyk belegd en waargenomen op zoodanige tyden, dat het werk van den Raad daardoor niet word verhinderd. Art. 41» en door den }r~cefidci7t te "leggen. §. $&.Voot* :erg tegen 'erzuim hier* nntrent. j.^.Ver* oligting om dezelve byte* woonon. J.40. Com* pariti'èn, Verhooren enz. te houden halten den tyd der Vergade*  §. 4T. De Vergadering te openen met een Gebed. %. 42. Beleid van den • Preefident over de orde j in het behandelen der zaa- 1 ken. '. 1 1 %.irS.V0Q}- ,/chrifi daar- r omtrent ] . v c Art. 41. De Vergaderingen van den Raad worden geopend met het volgende Gebed, hetwelk door den Praïfident wordt voorgelezen: Algenoegzaam Opperweezen l „ Wy bidden U om uwen byftand, ia „ het werk, waartoe wy geroepen zvn5 „ verlicht ons verfhmd en reinig onze r hartstogten, op dat wy in alle zaa„ ken, die ons zullen voorkomen, „ mogen verdaan en befluiten het geen „ recht en biUyk is. Dat wy lleeds „ mogen bedagt zyn, om ons te kwy„ ten van onzen pligt, en dat in alles ,, ons groote doelwit zy de dienst on* „ zes Vaderlands, de bevordering van „ het geluk onzer Mede-menfchen 5 en „ de gerustheid van ons eigen gewe„ ten. Amen." Art. 42. De Prrefident heeft het beleid en beftuur ovef le orde, waarin de zaaken, de eene na de tndei e, zullen worden behandeld, en is veriligt, altyd eenigen tyd voor het aangaan van le gewoone Vergaderingen in de Raadkamer e zyn, ten einde te kunnen nagaan, welke :aaken in overweging moeten worden geiragt, en deswegens met den Griffier, en net de Leden over hunne Commisfien, te :unnen fpreken. Art. 43. Hy zal daarin zoo veel mogelyk in acht emen, dat de zaaken, waarmede de partyën et eerst gereed geweest zyn , voor de andere •orden afgedaan, teneinde aan een ieder even nveriogen recht wedervaare. Edoch  C 413 ) Edoch moeten alle zoodanige Crimineel» zaaken, welke uit hunnen aart ipoed vcrcisfchen, worden behandeld voor de Civiele ,;zoo veei zulks kan gefchieden. Art. 44. ■ Alle befloten Brieven , van wat aart of natuur, welke aan het Gerechtshof zyn toegezonden , worden door den Praefident geopend , en by de eerfte zitting van dea Raad mede gedeeld.] Art. 45. . Verder worden in den Raad behandeld alle zaaken, welke niet by deeze Inftructie, of by de manier van Procedeeren, zyn gebragt tot de Rolle of tot de Request-Kamer. , Art. 46. De Requesten, op welke in den Raad moet worden gedisponeerd, worden gebragt aan den Praefident; of wel in de Griffie, om uit de zelve ten fpoedigften aan den Praefident te worden bezorgd. De verdere Leden van den Raad zullen zich nimmer met het aannemen of overbrengen daarvan mogen bemoeien. r Art. 47. Een Lid eenig voórftel begeerende te doen, is de Praefident verpligt, hetzelve in overweging te brengen, zoo dra de gelegenheid' zulks toelaat. Art. 48. Tot de deliberatiën zullen niet mogen worden toegelaten zoodanige Leden:. a. Die, het zy voor zich zeiven , het zy in eenige qualiteit, alleen of met anderen, Partyen zyn of belang hebben in de zaak, waar over wordt gehandeld. b. Die aan een of meer der Partyen be¬ ftaan §•44. Brieven door den Prceftdent te openen, en ut den Raad^ medetedeelen. §•45. Welke zaakenin den Raad te behandelen. %. 46. Requesten aan den Raad behoorende , door wien Art. 50. De Leden, die zich in een deezer gevaHeh bevinden, zullen gehouden zyn den Phelldent daar van kennis te. geven * en, zulks niet gefchiedende,, zyn de Praefident en de andere Leden van den Raad bevoegd eh Verpligt daarop van zelfs acht te flaan. Art. 51. Wanneer het twyffelachtig is, of het voorhanden zynde geval al of niet onder de hier vooren uitgedrukte behoort, wordt zulks by het Hof, in afwezigheid van het Lid 't welk het aangaat, bellist, eh hetzelve Lid is gehouden zich daar naar te gedragen. Wanneer een der Leden zich bevindt tot een of meer derPartyeh in eenige betrekking, welke hier vooren niet is uitgedrukt, doch waarom hy echter zoude verlangen van de behandeling van deszelfs zaaken te wezen ontflagen ■, als uit hoofde van byzondere.vrieidfchap, Vyandfchap, groote gemeénfchappe- ■ lyke belangen, aanmerkélyke betoonde of genoten weldaaden,. van , met of aan , de Paf* tye , of deszelfs Ouders., Huisvrouwë, Kinderen, of Broeders en Zusters, of qm andere diergelyke redenen , zal zoodanig Lid daar van kennis geven aan den Raad j en zal, in zyne afwezigheid, over het gewigt dier redenen worden geraadpleegd ëri beflist. Art. 53. Het Hof zal hier omtrent in het oog houden 5 dat aan den eenen kant de Vergadering, / zoo veel mogelyk, worde voltallig gehouden,'c én , ook niemand zonder gewigtige redenen zich van de behandeling van eene of andere iaak órittrekké; eh dat 'aan den anderen Dd kant §-50. Pootè zorg tot nakoming va ft het 48. Ar~ ticuL fslachiigegevallen door het Hof te. öeflisfen. §.. 52. Ook te letten op Vrywillig verzoek van verfchoonlng im andere ?eh"orlykè redenen* i.S'i.Pboh chrlft daaR mtrent.  ( 415 ) 1 • §. 54- Een Lid van de behandeling eener zaak ontflagen zynde, mag 'ook de raadplegingen _ daarover niet bywoonen. §. 55. Alle yoorftellen of inkomende ftukken zoo veel mogelyk vooraf in Handen der Leden te ftellen. §i 56.Inde verdeeling deezer Commhfien in aclit te nemen de onderfcheiden beftemming dei Leden , toi het Criml- _ neele. en Ci■piele. §• 57- To' hethoorenvai Partyën enz altyd twee Commisfa'risfen' te bc Mimen* :ant alle fchyn van niet geïioegzaame onzyligheid geweerd worde. Art. 54. Een Lid uit hoofde van eenige betrekking, iet zy op of zonder zyn verzoek, van de belandeüng eener zaak ontflagen zynde, zal ook de raadplegingen der andere Leden daarover niet mogen bywoonen, maar zich geduurende dezelve uit de Raadkamer begeven. Art. 55» , Alle Reqttesten aan den Raad ingeleverd ^ alle de voordellen der Leden , alle voordragten van den Procureur Generaal, en in het algemeen alle inkomende ftukken, wanneer daarop geen onmiddelyke afdoening of dispofitie word vereischt, worden tot een voorlopig onderzoek gefteld in handen van een of meer Commisfarisfen. Art. 56. In de Verdeeling deezer Commisfiën by den Raad wordt in acht genomen, dat in alle zaaken, die de behandeling der Crimineele Juftitie betreffen, alleenlyk worden gefteld zoodanige Leden, welke, geduurende dat half jaar , beftemd zyn tot de meer byzondere werkzaamheid in het Crimineele, en daarentegen in Civiele zaaken, alleenlyk zoodanige 1 Leden, welke , geduurende dat half jaar, zyn benoemd tot de meer byzondere werkzaamheid in het Civiele,/ Art. 57'i- . Tot het hooren van Partyën, buiten de Rob ' Iq en de Request-Kamer, gelyk ook tot het ■ doen van Inlpectiën, Verhooren van Getuigen of befchnldigden, worden altyd benoemd twee Commisfarisfen.  Art. 58. De Praefident wordt geduurende den tvd Van zyn Voorzitrerfchap,. nimmer in eenige nieuwe Commisfien gefteld, en . ook niet benoemd tot de Rolle of de Request-Kamer. Dit Articul behoeft echter niet te worden opgevolgd ten aanzien Van zoodanig Lid, het welk by overlyden , Verhindering van den Praefident of anderszins, alleenlyk voor een tyd, ingevolge Art. 29. óf 30., dien Post 'móet waarnemen. Art. 59! . Dé Leden die eenmaal als Commisfarisfen in een of andere zaak zyn benoemd blyven daarin werkzaam i, en de inmiddels opkomende verwisfeling tusfchen de Leden tot het Civiele eh Crimineele beftemd, of ook het Inmiddels opkomend Vqorzitierfchap 3 maaken' daarin geenë verandering* Art. 60» , , . Wanneer eenmaal Commisfarisfen in eene of andere zaak zyn werkzaam geweest, wordt ook verder alles aaii hun opgedragen, wat daarna in die zelfde zaak Voorvalt, of eenige merkelyke en blykbaare betrekking daartoe heeft» . . Art. 61* Wanneer in eenige zaak adviefén, Rapporten,^ berigten, of andere uitgebreide Stuk-, ken of Me'morlën, op naam van den Raad' moeten worden geleverd of opgemaakt, zyn de in die zaak benoemde Commisfarisfen verpligt die ftukken te ftellen, en ter goedkeuring in den Raad te brengen. Art., 62.. >'->'. Commisfarisfen een Request onderzogt hebtenöèi waarop een appoinclement of dispo- £ 58. LÜt Pnefident buiten alle nieuwe{ Coune misften §. 59. CfllfcA misfarisfen eenmaal in . een zaak geHéld, blyven daarin ten einde toe werkzaam,, %. Co. Ook in alles, wét daarin na-. lerhandvoorwit, of daar" 'oê betrekking heeft. %.6ï. Uitgebreidelukken door dommis fa- .-. rtsfen te ontwerpen, i %. 62'. Ooi, die opftellen  Van dispofiti-: en,welkevan ; het gewoone Formulier < «f wyken. $.63. Door hoe veel Leden de Pleidoiën ge- , hoord, en de zaaken afgedaan , zuilen worden. 1 §. 64. Ten dien einde, des noods, uitloting te doen. %, 6$. Wie daar onder niettebegrypen. 1 Wy* Itie behoort te vallen, afwykende van het gewoone Formulier, of daartoe niet kunnende gebragt worden, zyn verpligt het opftel in ien Raad voortedragen, en fehriftelyk aan ien Griffier optegeven. Art. 63. Alle Crimineele zaaken zullen worden beïandeld en afgedaan door zeven, en alle Crriele zaaken door vyf, Leden; doch de Pleiloien in den Raad zullen doorgaans dóór :wee of ten minften een Lid meer worden langehoord, ten einde, by onverhoopte ongelegenheid van een of ander der tot de afioening beftemde Leden, derzelver plaats te vervullen. Een Vonnis of dispofitie door minder dan seven Leden in Crimineele, en vyf in Civiele, zaaken uitgebragt, zal nietig en van onwaarde zyn. Art. 64. Na de Pleidói zal het getal der Leden, die lezelve gehoord hebben, voor dat de RapDorteur benoemd, of met het lezen der Stukten een aanvang gemaakt wordt, door uitoting tot vyf in de Civiele, en tot zeven n de Crimineele, zaaken worden verminlerd. 'Art. 65, Onder de Leden, die tot de afdoening der zaaken worden beftemd, zullen, zoo veel nooglyk, altyd moeten zyn de Prsefident en le Commisfarisfen in die zaak/ En zullen lezelve ook onder de te doene uitloting niet worden begrepen.  C 419 ) Art. 66. Wyders zal in de verkiezing of beurten tot de afdoening der zaaken de onderfcheiding der Leden, die geduurende dat halfjaar tot het Civiele of Crimineele beftemd zyn, zoo veel mooglyk worden in acht genomen. Art. 67. In alle civieleProcesfen,waarintendefinitieven •zoude kunnen of moeten worden gevonnisd, en die geheel of ten de ie in faiten bellaan, en in alJe ordinaire crimineele Procesfen zonder onderfcheid, waarin ten definitieven zoude kunnen of moeten worden gevonnisd, wordteen der Leden benoemd tot Rapporteur, Art. 68. De gemelde Rapporteur wordt door denPrafident, mids in acht nemende de onderfcheiding tusfchen de Leden, die geduurende dat half jaar tot het civiele of tot het crimineele beftemd zyn, naar zyn goedvinden gekozen, zullende hy daaromtrentin het oog houden debekwaamheid der Leden, naar den aart en het gewicht der zaake. Art. 69. Niemand mag regtftreeks of .van ter zyde aanzoek doen, om te wezen Rapporteur, en,: byaldien zulks mogt gebeuren, zal de Pr«efl-« dent verplicht zyn hem voorby te gaan. ; Art. 73. ' Men zal zorgvuldig geheim houden, wie 'tot Rapporteur is gefteld, zoo wel voor het/ Vonnis als daar na, en zulks ten geenen tyde 1 mogen openbaaren, / Art 71. De Rapporteur zal zyn uiterfte best doen, om het Proces naarstiglyk te doorzien, en j Dd 3 vol-^ %.i6. Verder de onderfcheiden beflemming der Leden in acht te nemen. %. 67. In welke zaaken ',en Rapporteur te/lellen. §. 68. Wat daaromtrent in acht temmen. §.69. Nisna nd mag laar om aan;oek doen. §. 7o.Geleim te houden wie Raporteur is. 5.71. Plicht an den Raporteur.  f. J2. me •gei n'Rapporteur nfCom-' mhfatjs mag zyn. ' 5- 73- Het *verk,zooveel mogelyk, op 'een gelyken voet te verdoelen.■ §. 74... Dt enderfcheiden b.ejlemining der Leden om 'wettige redenen Voorbytegaan, %, 75-All de Stukken in den Raac $e. lezen. C Pi ï volkomen te verftaan, maakende daarvan een be» lióorlyk Receuil of Uittrekzel, byzonder in groote zaaken, ten einde klaar te kunnen toonen, en doen blyken, al het geen zoude mogen dienen tot verftand van het Proces, ■ «lag tii mita tylgooni Art. 72. Niemand mag Commisfaris of Rapporteur zyn in zoodanige zaaken, waarin hy weet dat zyn Vader, Zoon, Schoon-Vader, Schoonzoon , Broeder of Zwager is dienende of go raadpleegd wordt als Practizyn of Notaris» Art. 73. Elk Hof maakt wyders de nodige fchikkiur gen, dat, behouden? de zoo evengemelde voorfchriften, hét werk onder de Leden, zoo veel mooglyk, op eenen gelyken voet worde verdeelt. Art. 74. De onderfcheiding in de verdeeling der Cornmisfiën tusfchen de Leden , die tot het Civiele en die tot het Crimineele zyn beftemd, mag 'ook worden voorbygegaan, wanneer dezelve een merkelyk ongemak zoude veroorzaken, uit hoofde van vacatures, of van ziekte, of van andere wettige afwezigheid van een of meer Leden, of ingevalle fommige Leden leedsdoorOvermaat van Werk, het zy in het Crimineele of Civiele zyn , bezwaard, Art. 75. > \n de zaaken, welke in-den Raad. worden verhandeld, zullen alle de ftukken, van weder- l zyden overgegeven, moeten worden gelezen;' ten ware alle de Leden , die de zaak zullen beflisfen , eenpaarig 'mogten begrypen, dat de woordelyké Lezing van het een of ander ftuk zonder nadeel konde worden agtergelaten. Art, 7Ó\:  C 4*1 > - ~ Art. 76. Het lezen der (tukken gefchiedt door den Griffier, of by deszelfs afwezigheid, dooreen der Leden , geen Commisfaris of Rapporteur la die zaak zynde. Art.. 77. Niemand der Leden zal, voor of na de lezing der Stukken, van de partyën, den Procureur Generaal, of iemand anders, mogen ontvangen eenige Bewys-ftïïkken, Memoriën of iets diergelyks, buiten het geene aan het Hof, den; Praefident of Commisfarisfen in derzelver onderfcheiden, betrekkingen is overgegeven, Art. 78. De Stukken gelezen zynde, (telt de Praefident in zaaken van eenige bedenkelykheid, en welke geene onmiddelyke afdoening vercisfchen, een'kort bepaalden dag om daar over te raadplegen, naar de meerdere of mindere moeielykheidder ftoffe en omfiagtigheid van de zaak, midsgaders naar gelegenheid van de andere bezigheden van den Raad. Art. 79. In alle zaaken doet de Prrefident allereerst hóofdelyke omvrage, daar in volgende den rang der Leden, van het oudfie tot het jongfte, zoo als dezelve zitting hebben, zonder onderfcheiding tusfchen Civiel en Crimineel; behoudens dat in zaaken, waarin een Rapporteur of Commisfarisfen zyn, eerst derzelver Rapport en Advis wordt gevraagd. Art. So. By deeze eerfie omvrage wordt alleenlyk gewisfeld van confideratiën, ten einde elkanders eedagten en gevoelens te hooren en te verftaan, *^ & Dd 4 zon- §.76. Door wien dit gsCchiedt. 5- 77. D& Leden mogen "■een andere Stukken aantemen. §. 78. M zaaken, die geen onmid* delyke afdoe* ning ver'êisfchen,dagteftellen. . |k xx.i\ 5. 79- Inalle zaaken 1 hóofdelyke omvrage te doen. §.80. Oogmerk van de eerfte omvraage.  ^.^i. Daarby de gevoelens piet redenen ff be};heden. 'Cseu Eh h'ander niet intefpreken., yfte hinderen. 5.83. Hoe dit optevai- 5- 84. Indien de gevoe- ' lens eenflemfijig fchjuen, 1 terjiptm Con-l: clufie voorts-1 dragen, 1 wanneer de 2 gevoelens niet c eenjlemmig ' c *d' l°k d C 422 > zonder dat daar uit voor a's nog een Befluit wordt opgemaakt. Art. 81. De Rapporteur, Commisfarisfen en alle andere Leden van den Raad, zullen by de voorfchreven omvrage hunne 'gevoelens met redenen bekleeden, doch met alle befcheidenhèid ipreken van de verfchillende gevoelens hunner Medeleden. Art. 82. Niemand zal zyne Medeleden, onder het adviseren, infpreken , of daarin hinderlyk zyn. Art. 83. Niettemin, wanneer een Lid advifeerende zich klaarbiykelyk vergist, omtrent een of ander fait, of toont niet te vatten den ftaat vau het gefchii, vermag de Praefident, o'feen anjer Lid, hem voor eene maal, en met korte voorden, zujks dqen opmerken. Art. 84. De Praefident brengt het laatst zyn. eigen adns mt, en wanneer, de gevoelens dan eenftemnigfehyhen, fielt hy de cpnclufie voor, weije hy vermeent dat Volgens dezelye in cle zaak ibude moeten vallen, en vraagt in' het algeneen , of iemand daarop eenige aanmerkingen leeft. Art. 85. Doch wanneer de gevoelens niet eenftemmig yn , fielt hy vooraf in het algemeen voor, of ök iemand der Leden, door het hooren van e gronden'véöf ee'ri verfchillëml gevóelen ,vari yne eerfte gedagten is terug gekomen. Art. 86. De Leden, welke zich in dat geval bevin-. :h, uitten zich daaromtrent kortelyki doch ; I ' ' "de  ( 423 3 de Leden, die by hun gevoelen volharden, mogen by deeze gelegenheid niet in nieuwe reden-wisfeling treden. Art. 87. Indien 'er twee of meer Leden zyn, die daar over uitftel begeeren, om te beter daarop te kunnen denken, zal de Praefident uitftel mógen geven tot de eerfte of tweede volgende gewoó-. ne zitting, en langer niet, en mids dat 'er by de vertraging geen gevaar zy vau merkelyk jiadeel, ■ Art. 88. Terbeftemdertyd gefchied, hetvoorftelt by Art. 85. gemeld, op nieuw, tot het zelfde ejnde als by Art. 86. is gezegd. Art. 89. Wanneer echter ter beftemder tyd een of meer Leden, welke by de voorige raadpleging hunne gevoelens hadden geuit, mogten afwezig zyn door eenige verhindering, welke men kan denken dat binnen weinige- dagen, zal ophouden, eu, indien de zaak, waarover, gehandeld wordt, zoodanig uitftel kan lyden, wordt het voorzeide voórftel zoo lang jferfchoven. Art. 90. .Doch indien de verhindering dier Leden ïs yan zoodanigen aart, dat men niet kan denken, dat dezelve binnen weiuife dagen wederom zullen kunnen tegenwoordig zyn, of ook, indien de zaak zoo lang geen uitftel kan lyden, zal derzelver plaats door een ander Lid worden vervuld, en de nieuwe raadpleging met het zelve zoo. fpoedig mooglyk worden aangevangen, in dier voegen , dat alle de Leden zullen Verplicht zyn hunne Adviefen andermaal voorgedragen. P4 5 Art. 91. ian nader verklaaren, %.%7.Wat, indien daar* 'ip uitftel begeerd wordt i §. 88. Hoe (er beftemder tyd voordte«aan. §. 89. Hoe te handelen 'ndien 'er dan Leden af we* •Jg zyn. Eerfte gevalt §.90. Twee* ie geval.  C 4=4 ) - §,t)U Het al of met verleenen van uitftel, ftaat ■alleen aan -den Prcefi■dènt. . §.92. Alles afgelopen ■zynde, het Befluit voortedragen. .J. 93. Ea eindelyk vastte fielkn. f.91. Hoe het Bijluit moet vallen, indien tusfchen tivee gevoelens de ftemmen gelyk flaan. Art. 9$t Art. 91. Het al of niet verleenen van uitftel, in alle de gevallen hier vooren gemeld, Haat alleen aan den Praefident, zonder dat de overige Leden zich daar mede zullen bemoeien. Art. 92. Alles in dier voegen afgelopen zynde, wordt door den Praefident opgegeven het getal en de firekking der ftemmen , en daar uit voorgefteld het Befluit, hetwelk hy vermeent overeenkomstig [het begrip der volftrekte meerderheid te zyn, of, indien 'er geen volftrekte meerderheid is , het welke hy vermeent dat in de zaak zal moeten vallen, volgens het geene hier na zal worden gezegd; cn wordt door hem in het algemeen gevraagd, of iemand daarop eenige aanmerkingen heeft. Art. 93. Niemand aanmerkingen hebbende op het voorgeftelde Befluit, of ook aan die aanmerkingen voldaan of daar over op nieuw bellist zynde, wordt het Befluit door den Praefident opgemaakt en vastgefteld. Art. 94. Wanneer tusfchen twee gevoelens de ftemmen gelyk ftaan, moet het befluit vallen volgens dat gevoelen, waardoor de zaak het meest wordt gehouden in haar geheel; met dien verftande , dat , wanneer geadvifeerd zoude moeten worden op een verzogte gratie, of buitengewoone tusfehenkemst van Wetgevende of Uitvoerende Macht, altyd zal moeten worden befloten volgends dat gevoelen|, hetwelk het meeste ftrekt, tegen het gedaane i/erzoek.  C 425 ) ' Art. 95. Wanneer 'er meer dan twee gevoelens zyn Opgegeven, en ieder by het zyne blyft vol-: harden, moet liet Befluit' vallen volgens dat; gevoelen, waarin de meerderheid het meesti overeenkomt. " ; < Art. 96. Indien 'er eenige twyiicris, zal de Praefident, door het fplitfen van het voórftel cn het doen van nieuwe omvraagcn, de zaakj zoo veel mogelyk tot duidelykheid tfagten. Je brgngen. j Art. 97. I De Praefident is verpligt het Befluit duidelyk uittefpreken, en aan den Griflier op* tegeven. n 1 Art. 98. Het Befluit eenmaal vastgefteld zynde, zal niet mogen worden veranderd, dan meteen-: paarige bewilliging van die Leden, overeenkomftig welker gevoelen het Befluit is uitgebragt, Art. 99, Men zal nimmer eenige aanteekeningen in de Notulen mogen doen brengen als Protes-' ïen , dan alleen in deezer voegen, dat . . < •„..... niet heeft ingeflemd met dat' •Befait, of niet zoo als hetzelve is liggende ;i zonder eenige reden te geven,.en zonder de Wettigheid der wyze, waarop dat Befluit is Opgemaakt, te betwisten. Art. 100. Geen Befluit zal mogen worden genomen , «lan met die Leden, welke federt den tyd,( ftp welken zyj tot het mede bchaudele.11 dier) rs' " zaak S.95. Hoe± vanneer 'er neer dan wee gevoeg ens zyn. 5. 96. Zn- iieu'ertwyfcelis,dezaakot klaarhèid 'tf hengen. §.97. Het Befluit duidelyk optegeven. §. 98. Een* •naai genonen kan niet vorden ver* inderd, dan 'en zy enz. 5.99. Wel-: 'e Protesten d of niet tanteteeketen. S. ico. Geen lonclufie i* temen, dan  C > met Leden die enz. g. ioj. Ad- piefen van af wezigen mogen niet geiden. 5. Reg, ie doen in naam van he, Bataaffehe Volk. §. 103. Al Ié Pleidoiet te kouden met.ongcflo ten deuren uitgezonderi enz, zaak beftemd wierden , by het advifecren, by alle de omvraagen en voordellen daartoe betrekkelyk, en by het opmaaken van hef Befluit zelve, van den beginne tot den einde zyn tegenwoordig geweest, zullende anderszins het Befluit nietig eu van onwaarde^ zyn. Art. tèï. Niemand vermag^ afwezig zynde, zyn gevoelen door een ander doen voordragen of ook fchriftelyk inzenden, ten ware hy Commisfaris of Rapporteur ware in de zaak, en door ziekte of andere wigtige redenen belet wierd ten Hove te komen. In dit geval zal zyn Rapport of Advies wel gehoord of gelezen, maar nogthans , ingevolge het voorige Artikel, nimmer in het optellen der Stemmen, of het opmaken van het Befluit, in eenigerlei opzigt mogen worden mede gerekend. Art. 10a. In alle Vonnisfen ten detinitieven wordt gefield de uitdrukkelyke byvoeging: „, Recht 1 doende in naam en van wegen het Bataaffehe Volk." Art. 103. - De Pleidoien, het zy in den Raad of ! voor Commisfarisfen , worden gehouden met ongefloten deuren, ten aanhooren yafl een ieder die daarby tegenwoordig wil zyn. ; 1 Hiervan zyn alleen uitgezonderd de P-lei/doicn over fustenuën van incompetentie in het extraordinair Crimineel Proces, welke in den Raad met gefloten deuren worden gedaan; ,en voords alle zoodanige zaaken, waarin het Hof of Commisfarisfen, het zy om de welvoeglykheid in byzondere gevallen, het  ( 4*7 ) 2y om geene onnoodige ruchtbaarheid te ge.yen aan zaaken, die de partyën in Civiele Procesfen wezenlyke reden hebben om te verlangen „• dat niet worden openbaar gemaakt , of om andere gevvigtige en buitengewoone oorzaaken, mogten ordonneeren, dat de Pleidoi zoude worden gehouden met gefloten deuren. Art- 104. De Praefident óf de oudfle Commisfaris handhaaft de goede orde, de ftilte, en den eerbied aan de Juftitie verfchuldigd ;• en doet, des noods, de wederfpannigen bulten de Gehoor-Zaal gaan, of, ingeval van opzettelyke kwaadwilligheid in bcwaaring nemen, van djbn Griffier, Art, 105:. By elk Gerechtshof is een Griffier, aangëfleld wordende op zoodanige wyze, als by de Dècreeten van het Vertegenwoordigend Lighaam is of nader zal worden bepaald. Art. 106. Hy is byzonderlyk beftemd tot het bywoonen van den Raad, en de Commisfiën en Comparitiën daaruit voordvloeiende, en niet behoorende tot de Rolle of de Request-Kamer , noch ftrekkende tot het doen van infpectiën of verhooren van Getuigen of befchul« digden. Art, 107, 5. to/- Handh&ving van de goede irdt. J. toj. Aanfieljmg» §. iofj. Waartoe bi* Hemd.  Moet altyd den Raad bywoonen , ter. zy wettig verhinderd. §.. 108. Door wien dh{aatfte tt ècTri'-deelei?. §• i'^' Moet tydig in de Raadkamer zyn. §. 110. Fan het hsuden der Notulen. §. ui. Onderteekeningderzelv, %. ïis. Moet de ftemmen helpen optceke* nen. Art. 113, Art. 107. Hy is altyd tegenwoordig by dé Vergaderir-» gen van den Raad, ten zy hy door ziekte of andere volftrekte beletzelen of wettige redenen ■ daarin wordt verhinderd. Art. 1080 De beöordeeling van het gewicht dier belet zelen of redenen ftaat aan den Praefident, of", 1 wanneer hy dezelve befchouwt als ongenoegzaam, dan aan den Raad. Art: 109. Hy zal altyd eenigen tyd voor het aangaari van de Vergadering zich in de Raad-kamer moe- ■ ten bevinden, ten einde met den Praefident té fpreken over het geen 'er te doen is. Art. 110. Hy houdt aanteekening yan het verhandelde 1 in elke Zitting, voor zoo verre hem zulks zal • gelast worden, en draagt het opftel van het beflotene, (indien mooglyk) by de eerstvolgende Zitting, ter beöordeeling en goedkeuring voor. Art. 111. ■ Het voorfchreven opftel goedgekeurd, of, des noods, veranderd, en door den-Commies • in het nette te Boek gebragt zynde, wer It telkens door hem onderteekend. * Art. 112. Hy is verplicht, ten verzoeke van deri Pra:fident, onder het raadpleegen de ftemmen op ■ te teékenen, ten einde zulks met de aanteeke* ning van den Praefident kan worden vergeleken.  C m ) Art. 113, ■ Hy fielt en teekent alzulke Stukken, als hem by den Raad, of in de Commisfiën of Comparitiënby Commisfarisfen, gelast wordt. Art. 114. Hy mag zyn post niet uitoeffenen, noch de raadplegingen bywoonen, over zaaken, waarin een of meer van de partyën hem beltaan in den vierden of naderen graad van Bloedverwantfchap , tegenwoordige of voormalige affiniteit. Art. 115. Hy mag nimmer eenige ÉXtrac't-Refolunën, noch ook eenige Appoinétementen, Dispofitiën of Vonnisfen teekenen noch uitgeven, waarvan het opfiel niet bevorens in den Raad, of by Commisfarisfen, goedgekeurd ofwoordelyk opgegeven, of met het gewoone Formulier overëenko;r.stig is. Art. 116. Hy zorgt, dat altyd in de Griffie voorhanden ïs een behoorlyke Inventaris van alle de Registers, welke aldaar worden gehouden, en dat een Dubbeld van dien in de Raad-kamer zy; alsmede, dat aangelegd en bygehouden worden alle zoodanige andere of meerdere Registers , Boeken en Bladwyzers, als by den Raad mogt worden goedgevonden. . Art. 117. Hy heeft onder zyne zorg en bewaaring alle Effeéten en Gelden, ter Grime van den Hove opgebragt wordende, en. fielt daar voor zoodanige zekerheid, als door het Vertegenwoordigend Lichaam , op den voorfiag daartoe door elkHof, binnen twee maanden na deszelfs eerite Zitting, te doen, zal worden bepaald. Art. ii 8.. f. ÏI3; Stellen en teekrfim van Stukken. %. 114» In welke zaa* ken niet mag cungeeren: §• 115. Wat in het teekenen, en ïitgeven ven Stukken in icht te nemen 5. 116. Houden van Registers enz. §. 117. Be* waarenvan ter Griffie ■)pgebragte Ejfeclen, Gelden, en zekerheid daar voor te lellen.  C 43° > 5- 118. Eed. Art. 118. Hy is verplicht, alvorens zynen post te aanvaarden, in handen van het Gerechtshof', op de wyze met zyne Godsdienstige ■ gevoelens overeenkomende, den navolgenden Eed afteleggen : „ Ik beloove en zweere, dat ik myn „ Ambt, als Griffier van dit DepartemenM taal Gerechtshof, ter goeder trouwe, „ met alle vlyt en naarstigheid , zal waar„ nemen. „ Dat ik ook getrouwelyk en met alle Oprechtheid zal aaHteekenen, endoen te „ Boek ftellen, alles wat my by het Hof, „ of in de Commisfiën door Commisfa„ risfen, belast zal worden. „ Dat ik de Registers en andere Aften, „ welke tot myn toeverzigt behooren, „ zorgvuldig zal bewaaren. „ Dat ik aan de partyën, die my ver „ der dan in den derden graad van bloed„ verwantfchap, tegenwoordige of voor„ malige affiniteit, beftaan, en die tenig? „ Procesfen of andere, zaaken by het Hof „ hebben, of vermoedelyit zouden kry„ gen, of in welker zaaken door het Hof „ zoude moeten worden geadvifeerd, „ noch ook aan den Procureur-Generaal, „ regtftreeks of van ter zyde eenigen raad „ zal geven. „ Dat ik op eigen gezach nimmer zal ,, openbaaren het geen uit den aart der „ zaake behoort geheim te blyven, zoo „ wel ten aanzien van het Hof, en de „ uitoeffening der Juftitie in het algemeen, „ als van de zaaken van byzondere Per„ foonen. „ Dat ik door my zeiven, of door myna „ Huisvrouw of Kinderen, gêene giften,  ( 431 ) „ gaven of gefchenken, zal aannemen of „ genieten Van eenige Collegiën, of eenige „ Perfoonen my verder dan den vuor„ fchreven graad beftaande, welke ikwe„ te of vermoede eenig Proces of anders „ zaak voor het Hof te hebben, of te M zullen krygen, of in 'welker zaaken „ door het Hof zal moeten worden gead„ vifeerd, of die ik wete dat geduuren„ de myne Bediening eenig Proces of an„ dere zaaken by dit Hof gehad hebben, „ of in welker zaaken geduurende den „ tyd myner Bediening is-geadvifeerd, „ hoe klein dezelve giften, gaven of ge„ fchenken , ook zouden mogen zyn, zelfs „ niet van fpyze of drank. „ En dat, voor zoo verre Ik mogt ver„ nemen zulks by myne Huisvrouw of „ Kinderen gefchied te zyn, ofte, indien „ ik ' ook zelfs onwetende of onbedagt „ eenige giften , gaven of gefchenken, van „ atzulke Collegiën of Perfoonen mogt „ hebben ontvangen, ik by de ontdekking „ daar van daadelyk aan het Hof zal ken„ nis geven, en de waarde van dezelve „giften, gaven of gefchenken, uitkee„ ren, zoodanig als het Hof zal goed„ vinden. „ Dat ik eindelyk, zoo veel in my is, „ getrouwelyk zal in acht nemen en na„ komen de Iiiftruclie voor de Departe„ mentaale Gerechtshoven, zoo verre my „ die aangaat, reeds gemaakt, of nader „ te maaken." Ee - vajï  ( 43* ) noeming van i Commïsfa- ( ris/en tot de Rode. ■ §. 12e. En tot de Re- 1 quest-Kamer. §.121. zy hunner functie. %. 122. //fl£, wanneer inloopt in de Vaeantie. m $.i23.7y »«/z Ae* houden der Rolle. J. 124. Dingtaalen. VAN DE ROI.LE EN DE REQUEST-KAMER. Art. 119. Tot dc Rolle worden benoemd drie Commisarisfen, uit de Leden, welke in dien tyd tot le werkzaamheid in het Civiele beftemd zyn. Art. 120. Commisfarisfen van de Rolle zyn tevens alyd Commisfarisfen van de Request-Kamer. Art. 121. By de eerfte oprechting der Hoven worden le Commisfarisfen tot de Rolle en de RequestKamer daadelyk benoemd, en voords van vier veeken tot vier weeken; beginnende zy hunne werkzaamheden altyd op Maandag, of in de veeken van Paasfchen en Pinxfter op Woensdag. Art. ia2. Wanneer de tyd hunner verwisfeling mogt inlopen in de Winter- of Zomer-Vaeantie, zullen zy geduurende dezelve dien Post blyven waarnemen, doch echter, voor het ingaan dier Vaeantie, de benoeming hunner Opvolgers gefchieden. Art. 123. De Rolle wordt gehouden gelyktydig met de gewoone Vergaderingen van den Raad, éèn uur voor den gewoonen tyd van deszelfs fcheiden, en gaan de voornoemde Commisfarisfen alsdan uit den Raad. Art. 124. Op de Rolle worden gehouden alle Dingtaalen en verdere Aanteckeningen, behoorende tot het voldingen en in ftaat van wyzen brengen der Procesfen; En worden alle veifcfnllen tusfchen de Partyën over het houden derDing- taa-  C 433 ) taaien , verkiezen van Domicilie, geven va Vifie of Copiën, ©f fiellen van Borgtocht, e diergelyke, door de voornoemde Commisfarh fen beilist, zonder in den Raad gebragt t worden, of aan herziening onderworpen t zyn. Art. 125. Voords worden aldaar ten overftaan va Commisfarisfen, in het openbaar en ten aan hooren van een iegelyk, voorgelezen alle Von nisfen, waar van de pronuntiatie by het Ho moet gefchieden, met uitzondering nogthan van het geen, aangaande de Vonnisfen op Sub mislie gewezen, in fommige gevallen is bepaald Art. 126. •Wanneer een Vonnis des Doods in de te genwoordigheid van den Veroordeelden moe; worden uitgefproken , zal zulks gefchieden ter overliaan van den vollen Raad, zittende tei Rolle; zonder onderfcheid van de Leden, welke al of niet over de zaak hebben geftemd. Art. 127. De Request-Kamer wordt gehouden op dezelfde tyden als de Rolle, zoodanig dat Commisfarisfen van de Rolle, wanneer aldaar geene Dingtaalen te houden zyn, in de Request-Kamer werkzaam zyn. Art. 128. De Requesten , waarop door Commisfarisfen van de Request-Kamer kan worden gedisponeerd, moeten worden ingeleverd aan dezelve Commisfarisfen, of wel in de Secretarye', doch echter altyd aan het Hof geadresfeercï zyn. Art. 129. Indien op zoodanige tyden, wanneer het Hof niet vergaderd is, het zy in, het zy buiÉe 2 tjü n n . e e 1 §.iz5-Uit- - fpraak van - Vonnisfen. ; §. 126. Pon- '■ nisfen des Doods, ten overftaan van den vollen Raad. §.ï27- Wanneer Request-Kamerte houden. $. 128. Welke Requesten aan Commisfarisfenititeleveren. %. 129. Hoe , wanneer bui-  ten tyds Re-1 questen in- 1 komen. \ 1 13c. De drieCommisfarisfen fungccren altyd te famen. gen geene zaaken in den Raad brengen, ten ware enz. $. 17,2. Hunne dispofitiën interichten op naam van het Hof. $.133. Herziening by den Raad. §.134. Moeten altyd by de hand zyn. ( 434 ) en, de Vacantiën , een Request aan Commis'arisfen van He Request-Kamer wordt ter hand gefield, waar op fpoedige en onmiddelyke Disjoiitie wordt verëischt, zyn zy gehouden daar iver perfoonlyk met elkander te raadpleegen. Art. 130. De drie Commisfarisfen raadpleegen altyd, zoo wei in zaaken van de Rolle als van de Request-Kamer, gezamenlyk, en geenerleye Dispofitie kan met een minder getal worden uitgebragt. Art. 131. Zv doen alle de zaaken af by eenpaarigheid of meerderheid, zonder die te mogen brengen in den Raad; ten ware zy mogten begrypen, dat dezelve niet tot hunne kennisneming, maar onmiddelyk aan den Raad, behoorden, in welk . geval daar over eerst by den Raad wordt beilist. Art. 132. Alle AppoincTrementen en Dispofitiën door hun als Commisfarisfc-n van de Request-Kamer verleend, worden ingerigt op naam van het Hof; en wordt in het flot alleenlyk melding gemaakt, dat zulks is gefchied by dezelve Commifarisfen. Art. 133. Van deeze Appoinctementen en Dispofitiën kan herziening worden verzogt van den Raad , voor zoo verre, en op de wyze, als zulks by de Manier van Procedeeren is vastgefteld. Art. 134. Zy mogen, geduurende den tyd hunner functie,"buiten de Vacantiën en buiten de dagen vooren na Paasfchen en Pinxfter, nooit elders vernagten dan in de plaats van 'sHofs Redden-  [ 435 ) •dentie, cn moeten zorg dragen dat men altyd kan weeten waar zy te vinden zyn. Art. 135. Al het geene omtrent de Leden van den Raad gezegd is, by Art. 48.10154. midsgaders by Art. 72., moet ook op hun worden toegepast. Art. 136. By elk Hof worden de noodige fchikkingen gemaakt, ten einde by opkomende Ziekte of onverwagte verhindering van een of meer derzelver Commisfarisfen, of in de gevallen by het voorgaande Artikel bedoeld, byzonder tusfchen tyds en in de Vacantiën, wanneer het Hof niet vergaderd is, hun Post daadelyk door een ander Lid kan worden waargenomen, cn de dienst der Juftitie niet worde verachten!. VAN DEN SECRETARIS. Art, 137. By elk Gerechtshof is een Secretaris, aan- < geheld wordende op zoodanige wyze, als byj de Dècreeten van het Vertegenwoordigend Lichaam is, of nader zal worden bepaald. ' Art. 138. Hy is byzonderlyk beftemd tot het werk van de Rolle en van de Request-Kamer, en dt] Commisfiën en Comparitiën daarüirvoordvl ieiende; als ook tot alle Commisfiën iri den Raad verleend, welke ftrekken tot het dom van Infpectiën, Verhooren van Getuigen, of van Befchuldigden. Art. 139. Hy houdt de Dingtaalen ter Rolle niet anders dan volgens opgave van de Partyën, ten duidcEe 3 ly- >. 137. Aantel ling. \.\$>.Waar 'ne beftemd. %. T39. Wat hy het houden §• 135- In welke zaaken niet moven fungee•en. i.itf.By verhindering, hun Post door anderen waar te nemen.  C 436 ) der Ding* taaien in acht te nemen. §.140. Stel len en teeke nen van Stukken. %. 141. Voorlezen der Vonnisfen. 5.142. Wan neer moet ter Hove zyn - Ir gewoone Vergaderingen. 5.143. Wan neer by buitengewoone. %. 144. Re denen van verhindering door wien ti beoordeelen. lyken aanhooren van Commisfarisfen, en teèkent daarop geene andere Dispofitiën aan, dan welke hem op gelyke wyze, of wel door Commisfarisfen zei ven, worden opgegeven. Art. 140. Hy fielt en teekent alle zoodanige Stukken, ■ als hem door Commisfarisfen van de Rolle en de Request-Kamer of anderen, by welke hy werkzaam is , zal worden gelast. Art. 141. Hy 1 'est alle Vonnisfen ter Rolle in het openbaar voor, het zy ten overfiaan van Commisfarisfen , of van den Raad. Art. 142. Op de gewoone dagen, wanneer het Hof vergadert, is hy gehouden altyd ten Hove te 1 zyn , ten minsten een uur voor den gewoonen • tyd van het fcheiden van den Raad, en zich niet eerder van het Hof te begeven, dan een half uur na het fcheiden van den Raad, en na dat de Commisfiën of Comparitiën, waartoe hy behoort, zyn afgelopen; ten ware hy elders in zyn Post mogt verëischt worden. Art. 143. Wanneer het Hof buitengewoon vergadert, . het zy in of buiten de Vacantiën, hy verplicht ten Hove te zyn, indien , en tegen zoodanig uur waarop, hy wordt befcheiden, en zich niet te verwyderen, dan na bekomen verlof van den Praefident. Art. 144. Indien hy door Ziekte of ander volftrfkt beletzei of wettige redenen daarin mogt wor•den verhinderd, fiaat de beöordeeling van het • gewigt dier beletfelen of redenen aan den Prae¬ fident  C 437 } ■fident, of, wanneer hy dezelve befchouwt als ongenoegzaam, dan aan den Raad. Art. 145. Indien op zoodanige tyden , wanneer het Hof niet vergaderd is, een Request inkomt, tot kennisneming van Commisfarisfen behoorende, is hy verplicht, mids daar van door den Verzoeker gewaarfchouwd, zich ter beflemder tyd en plaats te begeven by Commisfarisfen, ten einde de Dispofitiën daar op te vernemen, en het noodige te verrichten. Art. 146. Hy mag zyn Post niet uitoeffenen in, noch de Raadplegingen bywoonen over, zaaken waarin een of meer vau de Partyën hem beftaan in den vierden of naderen Graad van Bloedverwantfehap, tegenwoordige of voormalige affi-' nitejt. Art. 147. Hy mag nimmer eenige Dispofitiën teekenen of uitgeven, waarvan het opltel niet bevorens by Commisfarisfen goedgekeurd, of woorde- , lyk opgegeven, of met het gewooneFormulier i overëenkomftig is. 1 Art. 148. j Hy doet ter Secretarie al zulke byzondere < Registers houden, als by den Raad zal wor- ] den goedgevonden. ^ Art. 149. Hy is verplicht by ziekte, wetrige verhindering, meenigvuldige Ampts-bezigheden , of j toegeftaane afwezigheid van den Griffier, des-?, zelfs Post waartenemen, ter bepaaling van het j Hof. < E e 4 Bui-1, §. 145. Zyn plicht,indien bnhen tyds Requesten inkomen. §. 146. In welke zaaken niet mag fungeeren. %. itf.tFat 'n het teeketen en uitgeven van Stukken in wht tenenen. 1.148. Houten van Registers. i 5. T40. Is er plicht* des oods, de • ^ost van den r-rijpe! 'aarteneten.  ( 438 ) 5. i$o.Moet altyd hy de hand zyn. %.\$\.Eed. Art. 150. Buiten de Vacantiën en de dagen voor en na Paasfchen en Pinxfter mag hy nimmer buiten de plaats van 's Hofs Refidentie vernagten , zonder kennis en toeftemming van het Hof, en moet zorge dragen , dat men altyd kan weten, waar hy te vinden zy. Art. 151. Hy is verplicht, alvorens zynen Post te aanvaarden, in handen van het Gerechtshof, op de wyze met zyne Godsdienstige gevoelens overeenkomende, den navolgenden Eed afteleggen; „ Ik beloovc en zweere , dat ik myn „ Ampt, als Secretaris van dit Departe„ mentaal Gerechtshof, ter goeder trou„ we, met alle Vlyt en Naarftigheid, zal „ waarnemen. „ Dat ik getrouwelyk en met alle op„ rechtheid zal opftellen , aanteekenen en „ registreeren, alles wat my by het Hof „ of Commisfarisfen belast zal worden. „ Dat ik de Registers, en andere Ac* „ ten, welke tot myn toeverzicht behoo„ ren, zorgvuldig zal bewaaren. „ Dat ik aan de Partyen, die my verder „ dan in den derden Graad van Bloedver„ wantfehap, tegenwoordige ofvoorma„ lige affiniteit,beftaan,en die eenige Ci„ vielc of Crimineele Procesfenby het Hof „ hebben of vermoe.'elyk zouden krygen, „ nog ook aan eenige Getuigen, nog aan „ den Procureur Generaal, rechtftreeksof , van ter zyde eenigen raad zal geven. „ Dat ik op eigen gezach nimmer zal „ openbaaren het geen uit den aart der „ zaake behoort geheim te blyven , en „ byzonder ook niet het geen my by eeni>t ge infpeétiën, fchouwingen, Verhoo- » ren,  C 439 ) „ ren van Getuigen of van befchuldig-, „ den zoude mogen blyken. „ Dat ik door my zeiven of door myne „ Huisvrouw of Kinderen, geene Giften, „ Gaven of Gefchenken, zal aannemen of „ genieten van eenige Collegiën, of eenige Perfoonen my verder dan in den voorfchreven Graad beftaande, welke „ ik wete of vermoede eenig Civiel of Crimineel Proces voor het Hof te hebben ofte zullen krygen, of die ik weet „' dat geduurende myne Bediening eenig „ Proces by dit Hof gehad hebben, hoe „ klein dezelve Giften, Gaven of Ge„ fchenken, ook zouden mogen zyn , zelfs „ niet van Spyze of Drank. ' En dat, voorzoo verre ikmogtvernemen zulks by myne Huisvrouw of ,', Kinderen gefchied te zyn, ofte, indien ,', ik ook zelf eenige Giften, Gaven ofGe" fchenken, van al zulke Collegiën of Per" foonen mogt hebben ontvangen , ik by " de ontdekking daar van daadelyk aan " het Hof zal kennis geven, en de waas* " de van dezelve Giften, Gaven of Gefchenken , uitkeeren, zoodanig als het Hof zal goedvinden. „ Dat ik eindelyk, zoo veel in my is, getrouwelyk in "acht zal nemen en na" komen de Inliruclie voor de Departe„ mentale Gerechtshoven, zoo verre my „' die aangaat, reeds gemaakt, of nader „ te maken". Van de Vacantiën. Art. 152. De Vacantiën zyn twee in het jaar, eene §.i^2.ffoe Winter-Vaeantie, van den laatften Zaturdag veel en wanvoor Kersmis, tot den tweeden Maandag in neer, Ee 5 Ja-  [ 44° ] $• 153-Ei rtige Leden moeten alty, in de Refidentie blyven. ^.^.Schikkingen omtrent de Rolle en Request-Kamer. . S-155. De Leden mogen by overeenkomst , elkander vervangen , mids enz. January; en eene Zomer-Vaeantie van den eerften Zaturdag in July, tot den tweeden Maandag iu Augustus. Art. 153. - In deeze Vacantiën, midsgaders in de dagen voor en na Paasfchcn en Pinxter, moet worden /gezorgd, dat ten minften vyf Leden van den Raad binnen de plaats van 's Hofs Refidentie altyd by dag en nagt aanwezig blyven, naamlyk de Prefident, twee van de drie Commisfarisfen van de Rolle en Request-Kamer, en twee van de Leden, welke in dat halfjaar, tot de meer byzondere Werkzaamheid in het Crimineele beftemd, en hiertoe, volgends de fchikkingen by elk Hof te maaken, aan de beurt zyn. Art. 154. Wanneer in de gemelde tyden iets voorkomt voor de Rolle of de Request-Kamer, hetwelk geen uitftel kan lyden, en, indien de derde Commisfaris zich werkelyk buiten de Refidentie bevindt, moet zyn Post worden waargenomen door een van de twee Leden, die tot het Crimineele beftemd zyn. Art. 155. De Praefident en de voornoemde Leden begeerende of noodig hebbende buiten dé Refidentie te gaan, mogen zich , by Vry willige Schikking, door andere Lauden doen vervangen ; mids zorg dragende: a. Dat het Voorzitterfcap worde waargenomen , het zy door den laatst afgetreden Praefident, het zy door een der andere Leden van den Raad. b. Dat het getal der m de Stad blyvende Leden nimmer minder clan Vyf zy , op dat er altyd in den Raad kan worden gedelibereerd. De  [ 44i J Art. 156. De Griffier en Secretaris in de Vacantiën, ©f in de dagen voor en na Paaslchen en Pinxter, beiden of een van beiden van Huis begeerende te gaan, zullen alvorens ten genoegen van den Praefident, of des noods van den Raad, fchikkingen moeten maaken, omtrend hetvvaarnömen van de zaaken, geduurende hunne afwezigheid. Art. 157. Onverminderd alle de voorgemelde bepalingen ftaat het nogthans aan den Praefident ten allen tyde vry, om de afwezige Leden, en des noods ook de Ministers, te befchryven ,om in de Vergadering te komen of ten Hove verfchynen. En een iegelyk , die deeze befchryving tydig ontvangt, is op zynen Eed fchuldig daar aan te voldoen, ten zy hy doorziekte worde verhinderd. Art. 158. Ten einde zoodanige befchryving niet worde verydeld, zullen de Leden, en de Ministers, wanneer zy, in de Vacantiën, of in de dagen voor en na Paasfchen en Pinxter, voor meer dan twee etmalen van Huis willen gaan, verplicht zyn , zoo veel mooglyk, den Praefi-' dent kennis te geven ,waar zy zich waari'chyn1 yk zullen bevinden. Art. 159. Het beleggen van informatiën, of doen van ( infpecliën , in zoodanige Crimineele zaaken , ] welke uit hunnen aart fpoed vereisichen, als, mede het verhoore i van Gevangenen , mag mm- L mer worden verfchuven nog agtergelatcn uit, hoofde van de Vaeantie. 1 De 5.158. Voorzorg teneinde zulks niet vorde veredeld. ;. 159. Wei- :e zaaken timmer om h Vacant ie nogen worden nagelatn. §.157. De afwezige Leden en Ministers, des noods, ten allen tyde te hefchryven. §.156. Hoe ten aanzien van de Ministers.  C 442 ] ' 5. 160. In dezelve mo- i gen de belde 1 Commisfa- < ris/en zich ] niet te gelyk 1 door anderen doen vervangen. %■ 161.Aanfteiling. 1 t r $. i6i.ffeeft f eentoegang 1 dan. na beha-1 ■men verlof. %. xd^Wat . meet in acht'c n^men by hetv indienen van 1' Requesten 1 enz. %-iH-Mag it'tyd toe * jffvrwg- en ook 1 buitenge- p voone Ver- 1 gadering ? vraagen. c Art. 160. De Cöihmfefarisfen voor welke zoodanige nformatiën belegd of verhooren gehouden zouleu moeten worden, mogen wel een van bei» len, maar, buiten het geval van ziekte, nimner beiden te gelyk, zich door anderen doen rcrvangen. VAN DEN PROCUREUR GENERAAL. Art. 161. By elk Gerechtshof is een openbare Aan:lager, onder den naam van Procureur Gemaal, aangeftcld wordende door het Uitvoeend Bewind. Art. 162. Hy heeft geen toegang in den Raad dan na lekomen Verlof, het welk hem nogthans,buien gewigtige redenen, niet word geweigerd. Art. 163. Hy is gehouden in eigen Perfoon zyne voorragten te doen, en zyne Requesten intedieen , doch tevens alle voorltellcn , waar op y zich eenigszins heeft kunnen voorbereiden, :hriftelyk over te .geven. Art. 164. Wanneer hy eenig Voórftel heeft te doen, of Lequest in te dienen , ftaat het hem vry daar :>e ten allen tyde toegang in den Raad te vraen , en zelfs, wanneer de Raad niet vergaderd ;, aan den Praefident te verzoeken dat de Veradering buitengewoon belegd worde , mids in it laatfte geval opening gevende van de reden an noodzakelykheid. Het  f 443 3 Art. 165. Hetzy hy van zyne zyde iets in den Raad t< doen hebbe of niet, is hy echter verplicht. alle dagen, wanneer de Raad gewoonlyk vergadert , ten Hove te verfchynen, ten minfter een half uur voor den tyd van het aangaan van de Rolle of Requestkamer, ten einde altyd by de hand te zyn, om over zyne zaaker, te worden gefproken, en zoodanige Opening nopens het een of ander te geven als het Hol 'verëisfchen zal; en mag zich niet eerder verwyderen dan by het fcheiden van den Raad. of na dat hy daar toe vroeger heeft verlof bekomen. Art. 166. Hy is bovendien altyd verplicht in den Raad te komen op zulke uuren en tyden, het zy gewoon of buitengewoon, als hem door of van wegen den Praefident zal wezen aangezegd. Art. 167. Hy mag nimmer tegenwoordig blyven by eenige deliberatiën van den Raad, maar is gehouden zich te verwyderen, zoo dra hy zyne voordragteu gedaan of Requesten ingediend heeft, of mondeling gegeven de opening , welke hy vermeende te moeten geven, of die van hem gevraagd was. Art. 168. In den Raad komende om Voordellen te doen, Requesten of andere Stukken in te dienen, of eenige opening te geven, heeft hy geen zitplaats, doch ter Rolie heeft hy een byzondere zitplaats, uitgenomen wanneer hy zyne Dingtaalen houdt, het welk hy ftaande moet verrichten. Wanneer hy voor den Raad moet pleiten is een byzondere plaats voor hem gefchikt, onderfclieiden van de zitplaat- fen $•165;. Wattneer altyd moet ten Ho* ve zyn. • , VI - r 1 §.166. Oei buiten gewoon, na bekomen aanzegging. §.167. Mag niet in den Raad tegenwoordig blyven. §. 168. Zyn plaatz in den Raaden op de Rolle.  ( 444 ) $. 169. Moet altyd by de hand zyn. $. 170. Hoe te handelen, indien door Ziekte of anderszins zyn Post niet kan waarnemen. 5. T7T. In Welke zaaken niet mag fungetren-, 172. Hoe in die gevallen moet worden gehandeld.§. 173. Hoe indien hy Ambtshalven afwezig moet zyn. fen van den Raad, en van de plaatfen der Partyën en Praétizyns. Art. 169. Hy mag nimmer vernagten buiten de Refidentie van het Hof, dan met uitdrukkelyke toefiemming van den Raad, of, in onvoorziens opkomende gevallen van noodzakelykheid, van den Praefident; en moet zorg dragen , dat men altyd wete waar hy te vinden is. Art. 170. Wanneer hy door ziekte of andere noodzaaklyke redenen, hem perfoonlyk betreffende,' verhinderd wordt zyn post waar te nemen, fielt hy daar toe een ander Perfoon, aangenaam aan het Hof. — By gebreke van dien fielt het Hof zelve een ander Perfoon , aan wien hy dan gehouden is een gedeelte van zyn Traclement daar voor uit te keeren, naar den tyd dat zyne verhindering heeft geduurd. Art. 171. Hy mag zyn post niet uitoeffenen in zaaken waar in betrokken zyn, of verraoedelyk zouden kunnen betrokken worden , zyne Nabefiaanden , tegenwoordige of' voormaalige Aanverwanten , binnen den vierden graad , of binnen den agtflren graad, als Befchuldigden. Art. 172. In dat geval fielt het Hof daar toe een ander Perfoon, en bepaalt deszelfs Salaris naar billykheid, het welk by den Lande wordt voldaan. Art. 173. Wanneer hy eindelyk Amptshalven, en op last van het Hof, noodig heeft buiten de Refidentie te reizen, fielt hy een ander Perfoon, het Hof aangenaam, om zyne zaaken intus- fchen  C 445 ) fchen waar te nemen. By gebreke van dien ftelt het Hof zelve een Perfoon; en wordt deszelfs Salaris, in beide gevallen, geregeld en voldaan, zoo als in hét voorgaande Artikel is gezegd. Art. 174. Zoo dikwyls , inde gevallen hier vooren gemeld , door hem of door het Hof wordt gefteld een ander Perfoon, is hy verplicht denzelven alle noodige opening en onderrichting te geven, het zy in 't algemeen of nopens deezê of geene zaak in 't byzonder, naar dat zulks verëischt zal worden. Art. 175. Hy gedraagt zich wyders naar zyne byzondere Inftruclrie , en is verplicht, alvoorens zynen post te aanvaarden, in handen van het Hof, op de wyze met zyne Godsdienftige gevoelens overeenkomende, afteleggen den Eed achter dezelve Inftruétie uitgedrukn. Art. 176. By overlyden van den Procureur Generaal, of wanneer hy anderszins mogt ophouden zynen post te bekleeden, ftelt het Hof een ander'Per-, foon, om daar in middelerwyl te fungeeren,, tot dat dezelve Post vervuld worde; mids daar, van cnmiddelyk kennisgevende aan het Uitvoerend Bewind. Nopens het Salaris van dezelve perfoon, wordt gevolgd het bepaalde by Artikel 172. VAN %. 174. Zyn plicht in alle die gevallen. §. 175. Gedraagt zich wk naar zyne byzondere Inftruétie. %.\7(,.Wat moet gefchieden by zyn. 'verlydea, of '■nz.  i 44 Ten opzigte van alle verdere' misdryven , waar van de kennisneming eu de aanleg van j het Proces behoort aan de Burgerlyke Recht-; banken, en de Stukken doof dezelve aan het i Hof worden overgezonden , en waaromtrent / het beden kelyk voorkomt, of dezelve misdaaden » met infamie, lyfftraf, Of verbanning uit meer dan één Departement zouden moeten geftraft Worden, gedraagt het Hof zich naar het geen dien aangaande by de Manier van Procedeeren in Crimineele zaaken is vastgefteld; Art. i82. Doof de ftraffe van infamie wordt ten deezen j alleen verftaan de uitdrukkelyke verklaarïng a van eerloosheid $ en geenszins dë bloóte verklaa- /, ring van onbekwaam of inhabil te zyn tot, Of vervallen te zyn van, eenige Ambten, Posten, •f Bedieningen. alte desze gevallen het gé' heel Proces hy het Hof te behandelen. §.i8o, Bévsegdheid\>an elk Hof 'n 'tbyzonier desji'e\enst i. ï8i. Hoi en aanzien 'dn aitdere nisdry ven in 'et algeneen; . 182. tp-di cor infamie' t verf aam  ( 443 ) do^r Lyfftraf. $': ifU. Welke Covfinetne-iten hier niet onder te legrypen. §. \$5. Nepen ook , by praèyentic, ken rits over fnisdryven . Plykeftde by het onderzeek van Civieie Procesfe'"' §,iS6.0ok over misdryven van Practizyns of Notarisfen in hunne funtïie. Art. J.8-. OnderLyfftrafTe worden begrepen alle ftraffen 5p het Schavot, aan de Knak, het te Pronk laan daar of elders, en a'le ConfmemeiHeri na roorgaande extraordinair of ordinair Proces /oor langer tyd dan een half jaar by Vonnis opgelegd. Art. 184. Doch behooren dnnrtoe geenszins zoodanige üonlineraei^en, welke door den Rechter, buiten form van l roceS, op verzoek van Nabefiaanden >f AmbtshalVèn, tot behoud van goed; orde, veering vau openbaare zedeloosheid, of voortoming Van ongelukken worden geordonneerd, wegens uitzinnigheid, verregaande verkwisting, dronkenfebap , hoererye , of wangedrag van ininderjaarige.n jegens hunne Ouders of Voogden-, Art. ï.8-5 Voords mogen nog de Hoven by praventie kennis nemen. / Eerflehk.. over alle misdryven , blykende by het onderzoek van Civiele Proceslen voor hun aanhangig, zonder onderfcheid dodrwelke perfoonen (mids Ingezetenen van hun Departement zynde.) dezelve misdryven zouden mogen wezen begaan, df'Welfêeftiaffe daarop by'de Wet mogt wezen bepaald. Art. W. Ten tweeden, over aile misdryven begaan door eenigerhatlde Practizyns by het Hof aangefteld of geadmitteerd , of door Notarisfen binnen 'sHofs Departement woonende;, in en omtrent het geen derzelver beroep betreft, zonder onderfcheid , of de zaak , waar in of omtrent: zoodanige misdryven zyn gepleegt of on dekt, al of niet by het Hof of een anderen Rechter zoude mogen behooren, cn zonder onderfcheid, wel-  C 449 ) welke ftraffe hen over dezelve misdryven zoude behooren-te worden opgelegd. Art. 187. Doch wordt door praventie ten deezen alleen ) verftaan het eerder doen exploicteeren van een t Crimineelen Rechts-ingang, en worden in dat 1 geval de zaïken behandeld als by Artikel 179. i is gezegd. Art. 188. De bevoegdheid der Gerechtsheven in alle deeze gevallen lydt geene andere uitzonderingen ; dan die vermeld zyn by de Inltruétiën voor het : Hoog Nationaal Gerechtshof, en voor de , Vierfchaar van de misdryven der Rechters. Art. 189. Wanneer door den Procureur Generaal of; anderszins ter kennis van het Hof mogten : worden gebragt eenige misdryven , waar op : by de Burgerlyke Rechtbanken of de Bailliu- , wen geen of geen genoegzaam > onderzoek < fchynt gedaan te zyn, mogen zy door den Procureur Generaal informatiën daarvan doen ( heieggen,en dezelve ftellen in handen van den • Bailliuw tot wien de zaak behoort, n e: last om daar in het recht des Bataaffchen Volks waar te nemen, of in handen van de Burger-1 lyke Rechtbank zelve, om daar in te handelen zoo als bevonden zal worden te behooren. Art. 190. In het geval by het voorig Artikel gemeld mag het Hof zich echter de zaak zelve niet verder aantrekken dan voorzeid is, doch doet het recht des Bataaffchen Volks waarnemen tegen den Bailliuw, voor zooverre dezelve van ftrafbaare nalatigheid in het waarnemen van zyne» post mogt "kunnen worden befchulFf a digdj ;. 187. Wat loor prserentie alhier e verftaan. §.188. Ult- ■.onderingen 'olgends atsïere Wetten. ).i8<).3fagt 'an de Ho-, 'en, indien h de Rechtbanken of Hailliuwen reen onderzoek op gepleegde mis* Iryven wordt gedaan. %. 190. Mo- (ten zie'? de zaak niet. aantrekken, dan alleen tegen dmB.dlUu*  C 450 ) ever zyne nalaatigheid. %.\9\.Mag van de Ho-•ven, indie, By de Recht Banken of Bailliuwen iemand onbehoorlykword gevan 'gen gehouden. $. 192. Mogen zich ook in dat gevat de zaak niet aantrekken, dan alleen tegen den Bailliuw. $.\9?,. Mogen de Bailliuwen ten i digd; «en welken einde, en om het welk te kunnen nagaan, de Hoven ten allen tyden van de Burgerlyke Rechtbanken , of uit handen vandeBailliuvven zeiven, zullen mogen opëisfchen alle dc Stukken tot deeze of geene zaak betrekkelyk, en tevens vorderen volledige opgave wat in dezelve zaaken is gedaan. Art. 191. t Wanneer daar en tegen door den Procureur Generaal of anderszins ter kennisfe van het f Hof gebragt wordt, dat by een Bailliuw of -Burgerlyke Rechtbank, het zy met of zonder form van Proces , klaarblyklyk misbruik wordt gemaakt van hun macht in het gevangen houden van Perfoonen, welke onfchiildig zyn of immers niet zoo fchuldig, dat dezelve daarom ■behooren gevangen te blyven, mag het Hof insgelyks zoodanige informatiën doen beleggen, opëisfching doen, en opgave vorderen, als by de voorgaande Artikelen i's gezegd; en* indien het Hof daar uit bevindt dat de klagtefl gegrond zyn, mag het zelve de Rechtbank aanichryven engelasten, zoodanige Perfoonen daadelyk, bet zy onder of buiten borgtogt, uit hunne gevangenis te ontdaan, onverminderd den verderen voortgang van hun Proces. Art. 192. Het Hof mag ook in dat geval zich de zaak zelve niet aantrekken, doch doet het recht des Bataaffchen Volks waarnemen tegen den Baillivw, voor "zoo verre dezelve mogt kunnen worden befchuldigd van ftraf baar misbruik en te buiten gaan van zynen post. Art. 19,1. Het Hof is ook bevoegd de Bailliuwéfl onder deszelfs Departement Behoorende, ten alen tyde voor zich te ontbieden, om bv den "Raad  C 45* ) Raad of door Commisrarisfen mondeling t worden onderhouden over alles wat tot hun nen post in het algemeen, of de gelegenhei van deeze of geene zaaken iri 't byzonder betreklyk is. Art. 104. Wanneer aan het Hof mogten voorkome eenige misdryven, waar over de kennisnemin zoude behooren aan een Hof of Burgerlyk Rechtbank binnen een ander Departement is hetzelve verplicht de befcheiden daar toe be trekkelyk, of Copiën authentiek van dezelve aa zoodanig Hof of Burgerlyke Rechtbank toete zenden, ten einde daar op bydien Rechter na der onderzoek kan worden gedaan. Ait. 195- , „ : De Hoven mogen geen andere Confinemen ten ordonneeren dan binnen hun eigen Depai tement. Art. 196. Zy mogen niemand deportceren of banne 'na een bepaalde plaats, het zy binnen of bui ten de Republiek; zullende zoodanige Cor demnatiën nietig en van onwaarde zyn, zo lang zulks niet by het Wetboek van Lyfftrai felyke Wetten is toegelaten. Art. 197. Zy mogen bannen uit een of meer byzon dere Plaatzen, uit een of meer byzondere De partementen, en ook des noods, uit de gc hesle Republiek, alles naar den aart en he gewigt van het misdrvf, zoo als zy in Pvecli eu Billykheid zullen oordeelen te behooren. Art. 198. Zy- zyn wvders Rechters by hooger beroe van alle Vontiisfen door Burgerlyke Rechtbai Ff 3 ken 2 allen tyde - ontbieder,. i > i §. 191. Wat ; te doen, in- - dien misdry5 ven voorko- - men, tot de 1 kennisne- - ming van - andereHech~ ters buiten het Departement Be- - hoorende. - §.195. Voorfchrift omtrent Confi- i nementen. - §. 196. Mo- - gen niet deJ porteeren na - een Bepaalde plaats. - §.197. Mogen Bannen - uit de geheele t Republiek , t of uit byzondere gedeeltens. 3 §.198. Zyn - ook Rechters p  C 45* ) fy hooger St roep. % 199.AV7.1 wdkeWettt zich moeien gedragen. %. 2CO. Ho ' ten aanzie vau Frauch er. Contra* ventien on\Trt '.>? de betaaling va. *s Lands Middelen. f.iöi.M gen des noods ■adfïficvtie PraStizyns by elk Hof aan tt Pellen. $. 20S. Det zilver verels ch ten, $. 209. D nirt Oegrti du'èerden worden nopens hunne kundighede, ouderzogt, en fungéerei fliet anders 4au bytPlof J. 2IO. Voords a mis [ie te verkent n zon ■ fk', bepaa- VAN DE PRACTIZYNS, Art. 207. » Elk Gerechtshof zal aanftellen een bepaald 7/getal van Practizyns, naar maate het zelve zal noodig eu dienftig oordeelen, om de zaaken voor partyen, die niet verkiezen, of niet in de gelegenheid zyn, zulks in eigen Perfoon te doen, by, dat Hof zelve te kunnen, waarnemen. Art. 208. Dezelve zullen moeten bereikt hebben den vollen Ouderdom van twintig Jaaren, en hunne vaste Woonplaats moeten houden binnen de Stad van 's Hofs Refidentie. Art. 209. e Zy zullen niet behoeven in Rechten gegra- - duëerd te zyn; doch de niet gegradueerde zullen door den Griffier ten overftaan van Commisfarisfen worden ouderzogt, of zy genoeg* zaame kunde bezitten in het geen tot hunne 1 Functie betrekkelyk is, ten ware zy voor de oprechting der Departementaale Hoven bereids zvoor een Gerechtshof of ander Collegie van Juftitie binnen deeze Republiek als Procureurs '■ wuren geadmitteerd geweest; en zal de aanftelling der geenen, die niet gegradueerd zyn, hun alleen bevoegd maken, om hun beroep te oeffenen by het Hof, het welk die aanftelling heeft gedaan, en geenszins by zoodanige Burgerlyke Regtbanken, by welke zy niet mede zyn aangelteld. Art. 210, Boven dien zullen zonder eenige bepaling van getal by de Hoven en by de Burgerlyke Rechibanken als Practizyns mogen, tungeeren alle Perfoonen in de Rechten gegradueerd op eene Univerfiteit binnen deeze Republiek, zon-*