A D R I A N A, OF HET FAMIELIE GEHEIM. TOONEELSPEL. Naar het Framch VAN COLLOT D'HERBOIS. Zedelyk Schouwtooneel, ^de Deel, ^de Stuk. te AMSTERDAM, by de WED. J. D O L L, 1798.   A D R I A N A, 9,F H Ê T FAMIELIE GEHEIM. T O O NEE L S P E L, Naar het Framch VAN COLLQT D'HEKUUIS»  PERSOONEN. Dé Heer de francëval. Mevr. de francëval, zyn Echtgenoote. abruna, hunnë Dochthr. y\ \ 5 fronteeuil, onder den naam van oerMAiN, Minnaar van Adriana. De Heer de s aint fleurïsse, vriendvan Myn- heer en Mevr. de francëval. francöeuK , een oud Soldaat, Kamerdienóttr van den Heer Je Francëval. rozette, Kamerjuffer van Mevr. de Francëval. rené, knecht van St. Fleurisje. frans, Pachter van den Hier Je Francëval. francyntje, Vrouw van Frans; gewezene Min van Adriana. 1 " ' MATHURiNj Boer. yerfcheivetib Boeren en Knechts. Het Tooneel verbeeld in de twee eerde Bedryven een Zaal van 't Kasteel van den Hr. de Francëval, en, geduurende het derde, de Landhoeve van Frans. Het is negen uuren in den morgen.    ADRIANA, OF HET F AMIELIE GEHEIM. TOONEELSPEL. EERSTE BEDRYF. EERSTE T 0 0 N E E L. francoeur, (Hy heeft een brief in de hand, beziet die een poos, en zegt met opmerkzaamheid.') vJoed offlecht nieuws voor mynheer Fontreuil. Die tricf... fchoon aan myn adres, is voor hem... laten wy nog eens zien, . Qiy leest het adres) Mynheer... de Heer... ha ha! dat is zeer beleefd. Francoeur... Ja, zo is myn naam, myn titel,, Mynheer Francoeur". (hy leest.) Kamerdienaar. Wat drommel! „ dienaar"! Francoeur , die alle de veldflagen van America heeft bygewoond; die tien wonden ontfing, „Kamerdienaar"! dat voegt niet. Sakerloot! een degen op zy',eengoede Commandant.. .enlaat de vyand dan komen ! Francoeur, „Knecht"! Op'toogenblik dat elk Soldaat word, hou ik op het te zyn. Na dat ik myn affcheid genomen had, moest ik na myn ge. A 3 boor-  5 ' ADRIANA, of het PAMIELIE GEHEIM, boorte plaats... van myn vroege jeugd in den krw g* oeffend...altyd aan het hoofd...o! men zou gehard hebben van Kapitein Francoeur!... Dan ik heb myn. heer Fontreuil, myn officier, gevolgd, enaandeftem der dankbaarheid, die zich in ftty hooren liet, toese-even... ik ben hem alles verfchuldigd! het toeval brengt ons hier. Hy ziet Mejuffrouw Adriana, een'Hemelseh Meisje!... hy word 'er tot gek wordens toe op verliefd Men moet kennis manken , men moet noodzakelyk toegang hebben tot het huis van haar vader den Heer de Francëval, ik bied myn dienst aan by dien heer, en mynheer Frontreuil bied ook zyn dienst aan, om ondertusfchen by de juffer te kunnen zyn. Ik laat hem onder den naam van Germain.voor myn Neef doorgaan; onze ftaat maakt ons gemeenzaam; maar dit kan niet lang meer dunren... deeze brief zal alles wel verkorten. Myn! heer Frontreuil is by den Heer de Francëval, hy moet hier voorby komen, en ik zal hem den brief geven. Kom, Jaat ik ondertusfchen wat lezen, (ƒƒ, haalt een boek uit ayn zak.) „Verhandeling over de MilitaireEvo!utie»:% Kyk, dat heet ik een boek, ik geloof dat ik zonder dat boek door verveeling en verdriet reeds gefrorven zou zyn... waar ben ik gebleven?... hier, Hoofdfruk zes... aft... onbegrypelyke overwinningen! Bataille van York f de droes! daar was ik ook by... duizend duivels! een recht fchoon Iloofdftuk. Ql/y gaat zitten en leest.) 7 WEE.  T O ON E EL S P E L. 7 TWEEDE T O O N E E L, rozette, francoeur. Y1- ROZette,(7«- zyde, Francoeur gewaar wordende.) JtlaJdaar is onze Kamerdienaar,of liever onze plaaggeest. Ik heb argwaan op Germain, dien ik door hem wilde ophelderen. (Overluid.) Mynheer Francoeur! mynheer Francoeur! is 't geen gy leest zo aantrekkelyk?. francoeur, (met levendigheid.) Ik was in de bres, Mejuffrouw Rozette! (hy Jlreek haar.) rozette. Kom, laat my met rust. francoeur. Wilt gy het eens zien?... Zie hier, over het ftormlo* pen, over de loopgraven. rozette. Maar wat zal ik daarmee' doen? fr'ancoeur. Zo men de loopgraven niet opent, ziet ge, moet men die met geweld inftormen. Dit zyn de gToote mid. delen, om aantevallen. (Jiywil haar omhelzen.) rozette, (hem afweercnde.) Maar, de middelen ter verdediging... daar fpreektgy «iet van... kom , laat my met vrede. fr ancoeur. Nu, wat wilt ge? ik luister. A 4 no.  % ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, rozette» Alken dit: Mevrouw wil Germain fpreken, en gy moet hem zeggen, dat hy hier wacht, (met nadruk.) Ik had gedacht, hem hier by u te vinden. francoeur. Neen. Mynheer de Francëval heeft ook naar hem gevraagd. Die jonge word door alle menfchen aangeïoeht; hy heeft dat gemeen, met alle zyne bloedverwanten. rozette. Is hy dan ook, van uw famieliemynheer Francoeur? francoeur. Ja, van zyn moeders zyde, ik weet juist niet hoe na, hy is een verre Neef van my. rozette. Uw Neef? gy zeide my laatst, dat gy uit JBretanje waart, en hy is uit Picardiën. francoeur. Wel nu, wat wonder! Kan een inboorling van Bretanjc geen Oom, Neef, of andere bloedverwant zyn van een uit Picardiën? zyn ze, voor den droes! niet alle beide Franfchen? en weet gyniet! Mejuffrouw Rozette, dat,... zonder elkander in den bloede te beftaan, of verbonden te wezen, alle weldenkende Franfchen, broeders zyn! Wy zyn alle van hetzelve huisgezin, en de Koning is ons aller vader. rozette. Die vervoering is edel, mynheer Francoeur! uw Neef  TOONEELSPEL. 9 Neef is bevallig, en mevrouw, geloof ik, is hem zeer genegen. francoeur. Zoud gy ook geen oog op dien jongman hebben? rozette. Neen, ik ken hem nog te weinig, en wy moeten el« kant.Ti- ook te fchielyk verlaten. francoeur. Hoe dat? rozette. Om dat Mejuffrouw Adriana uitgehuwd word. francoeur. Binnen kort? rozette, Mogelyk van daag. francoeur. En wie word haar echtgenoot? rozette. Mynheer de St. Fleurisfe... een zeerbeminnelykman. René, zyn vertrouwde, die my zyn hof maakt, is ook zeer bcminnelyk. Dat huwelyk was fints lang op til, men heeft op 't oogenblik tyding ontfangen, dat de toekomende Bruidegom nog dezen dag zal aankomen. Na de bruiloft vertrekt het jonge pasr naar Picardiën, ea zonder tvvyffil moet Germain hen vergezellen. francoeur, (ter zyde.) De duivel haal my! dat komt ongelukkig!. rozette, (hem aanziende?) Wat deert u toch ? A 5 FRAN-  io ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM. francoeur, (verlegen.) Niets...'t was... dat myn neef nog niet bekwaam ij... maar liy zal wel leeren. rozette. ó Zonder twyffel! hy, door u onderwezen... Nu 2Cg hem dan, dat Mevrouw... maar daar is hy zelf. (Germain treed binnen.) Germain, Mevrouw ve^angt u te fpreken... wacht haar hier. Mynheer uw neef heeft u eenige goede lesfen te geven, en diergelyke onderrichtingen, dulden geen getuigen, {op een' fpotaclttigen toen.) Ik hier te veel zynde, zou u Hechts hinderen, en vertrek. DERDE T O O N E E L. germain, francoeur. \rrr -germain. \Y at wil dat zeggen? Zoud gy my verraden hebben? francoeur. Neen, waarachtig niet! maar, op myn eer, myn Kapitein ! ik begon van de wys te raken... Ziet ge, ik heb niet ganrn, dat een vrouw wil,dat ik praten zal, endkis juist myn zwak; en ook geloof my, myn officier, die Rozctie is de flimfte heks... germain. Stil. Noem my dan niet uw officier... uw kapitein, francoeur. Hoe moet ik u dan noemen? Mynheer de Frontreuil? ger-  TOONEELSPEL. ii germain. Nog minder. Noem my uw kameraad, uw neef Germain. francoeur. Wel nu, 'c zy zo... Germain. Ik zal moeite hebben my daaraan te gewennen. Wat vraagde,.u mynheer de Francëval? cerm ain. Hy heeft my duizend vragen gedaan, die my zeer ' verlegen maakten, en fchynt eenigen argwaan te voeden. Ik heb vol gehouden, dat gy myn neef zyt. francoeur, (op een' ernftigen toon.) Gy hebt zeer wel gedaan, myn Neef! germain. Hy heeft langen tyd in myn Provincie gewoond, en kent myn famielie van zeer naby. Hy fprak 'er myover, verhaaldemyzelfs'de gefchiedenis vaneenmynerzusters, die zestien of zeventien jaren geleden, door een edelman onzer Provintie, Vorcelle genaamd, wierd weggevoerd; door myn vader (trenglyk wierd vervolgd, en van wie wy zeden dien tyd, geen tyding hebben ontfangen; ik hield my, of ik van dit alles niets wist. fr ancoeur. Gy hebt wel gedaan, myn Kapit.... Myn kameraad ! Gy hebt my dit geval van uwe zuster nooit verhaald, waarichynlyk om dat het een geheim was dat onder de famielie blyven moest. GERMAIN. Ik was toen dit gebeurde, nog zeer jong, en buiten"* huis,  ia ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, huis, dus fcheen myn onbewustheid van dit geval, aan mynheer de Francëval, des te natuurlyker: maar ik dacht dat ik my zou verraden, toen hy my van zyn dochter fprak; ik was ontroerd, verlegen, gereed om aan zyn voeten te vallen, en hem alles te ontdekken. De kracht, de woorden ontbraken my, en ik had geen moed die wreede belydenis te uiten. francoeur. Gy hebt wel gedaan. cermaim. Daar op verliet hy my, en ik vertrok. francoeur. Ach! gy hebt niet wel gedaan. Gy had toen moeten «itvorfchen, van waar die achterdocht komt. Maar fpreken wy verder. Voor eerst, Mynheer, ik wil niet langer by Mynheer de Francëval blyven: het vertrou. wen dat hy in my (lelt, hindert my, om u in uwe liefde te dienen: ik voel een tegeRzin, dien ik niet verwinnen kan, germain. Wachtnog wat, myn vriend! wacht... gy weet dat ik welhaast bericht ontfangen moet. francoeur. Ja, dat is waar. Zie hier een brief voor u. germain, (ziet het opfchrift, en maakt den brief open?) 7.o.... (na hy dien gelezen heeft, roept hy uit.) Ach ! Hemel-! alles is verloren!... ó, myn vriend! f r an -  TOONEELS PEL. FRANCOEUR» Wat dan ? lees, lees eens op, ik bid u* GERMAIN. Luister: die brief is van Courval, die vriend aan wien ik gefchreven heb, om te onderzoeken wat na myn vertrek aan myn vaders huis was voorgevallen. ,, Myn waarde Frontreuil! Men weet dat gy niet by „ uw regiment zyt gekomen. Verzuim geen oogenbljk om bericht van u aan mynheer Frontruil te geven ; ik noem hem niet uw vader, want hy zegt dit niet meer „ te wezen. Men flrooit hierover verwonderlyke ver„ dichtfels uit: men zegt zelfs dat hy u onterfd zou heb. „ ben. Hy heeft tyding van uw zuster ontfangen. Vor„ celle, die haar heeft gefchaakt, gelyk gy weet,heeft „ zegt men, een bemiddelaar naar hem toegezonden: niets „, kon meer tegen uw belang inloopen. Ik blyf nog dén ,, maand hier, en wenschte van harte, u van nut tekun„ nen zyn. Vaarwel". Courval. Wel nu! FRANCOEUR- Wel nu', Mynheer,dit is ongelukkig, maar dat is nog niets! Mejuffrouw Adriana word dezen dag of mor» gen uitgehuwd. Men heeft reeds tyding ontfangen van Mynheer de Saint Fleurisfe, haar aanflaanden Bruidegom. Die komt dezen dag aan, trouwt misfchien morgen, Tertrekt overmorgen met zyn vrouw, en neemt u mede. GERMAIN. Hemel! wie heeft u dat gezegd?. FRAK"  14 ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, francoeur. Rozette: zy heeft de drommel haal my! deo brief gezien, de bode bragt dien gelyk met den brief dien ik u heb overhandigd. germain. Ach! wat (laat my nu te kiezen? francoeur. Gy fchynt uit-ftyf hoofdigheid al tyd het flechtfte te kiezen... zo gy myn raad had gevolgd, federt de vier maanden dat wy hier in dit dorp als begraven leggen * in plaats van die geheime byeenkomften', van diegeduurige rendezvous, uw zaken zouden thans veel verder gevorderd wezen. germain. Ik moet terftond weten hoe Adriana hierover denkt... tracht haar te fpreken, en een byöénkomst te bepalen. trancoeur. Wees gerust... Daar komt Mevrouw de Frince val * laat ons zwygen. VIERDE T O O N E E L. FlANCOEt'r, germain, MEV*. Dg francëval. Zmevr. de francëval. o! Zyt,gy daar? Germain! Mynheer de FrancevaJ heeft u reeds gefproken; dus heb ik u weinig te zeggen; u heb ik niet te fpreken, Francoeur. (Frantoeur gaat lang'  T O ONE 'EL'SPEL, 15 langzaam keen.') (tegen Germain.) Ik wilde u over Mynheer de Saint Fleurisfe fpreken... francoeur, (op eene norfche wyze, haar in de rede vallende.) ö Laat dat maar, Mevrouw... Men zegt dat die heer terftond na zyn huwelyk vertrekt, 't Is onnodig myn Neef zyn pligt onder het oog te brengen; hy en ik, bezitten twee goede harten, bereid om alles te doenZie je,Mevrouw! zo mynheerdeSaintFieurisfeuwdochter trouwd, is Germain de ware man, om hen tot het einde der waereld te volgen, en ik ben uw gehoorzame dienaar. VT F D E T O 0 N E E L. germain, mevr. de francëval. MMevr. de francëval, {met veel nadruk.) yn echtgenoot heeft my gezegd, dat gy uit onze Provincie waart. Het belang dat gy ons hebt ingeboezemd, is hier door des te fterker. Gy zult zeer wel by myn fchoonzoon wezen, hy zal u weten te onderfcheiden, en u die oplettenheden bewyzen, die gy verdient. germain, (levendig.) Mevrouw J dit huwelyk zal dan zo ras voltrokken worden t mevr. de francëval. Binnen agt dagen... (Adriana ziende.^ Zo, zyt gy daarjnyn dochter. ZES-  «S ADRIANA, op het FAMIELIE GEHEIM, ZESDE T 0 0 N E E L. germain, mevr. francëval, adriana. adriana, (met een fomber gelaat.) VToede morgen, myn lieve Mama! Rozette komt my daar zeggen, dat Mynheer de St. Flemïsfe deez' dag aankomt. mevr. de francëval. Ja ! en dit fpyt u, niet waar? adriana, (eenvoudig.) Spyten! vergeef het my... Maar ik dacht, hykonnog niet terug keeren? mevr. de francetal. Zyn zaken zyn fpoediger gelukt, dan hy verwacht had. germain, (ter zyde.) *Er zyn menfchen aan wie alles gelukt 1 mevr. de francëval. Het fthynt dat by zyn komst... Germain, Iaat ons alleen, (hy wil vertrekken.) Myn dochter, getrouwdzynde, zal wel op uwe trouw kunnen ftaat maken? germain, (tntroerd.) Ach ! mevrouw! Ik zou al te gelukkig zyn, zo myn •yver, myn getrouwheid... Mevrouw! iedert agt dagen dat ik hier ben, heeft zich geen gelegenheid opgedaan, óm u myn gevoelens te doen kennen; maar van 't eerfte oogenbiik af aan, voel ik eenegehechiheid, een gehoorzaamheid aan Mejuffrouw, en aan haar famielie, diezy in alle omftandighedenvry op de proef mag nellen. (Hy vertrekt.) ZE.  f O O N E E L S P E L. t? ■ ■ ZEVENDE T O O N E E L. mevr. de francëval, adriana. mevr. de francëval. I Jie jongeling fchynt een gevoelig hart te hebben f üw vader had eenige achterdocht tegen hem opgevat-. adriana, {verlegen.) Eenige achterdocht? mevr* de francëval. Ja, myn lieve kind! uw vader heeft vyanden. Hy vermoedde , in Germain een geheime befpieder* hier gezonden ■, óm al ons doen gade te flaan 5 een onbekend gevoel fpoordemy tot zyne verdediging. Een jongman zo als hy, is, dunkt my,een gefchenk wel waardig om aan den Heer de Fleurisfe, uwen echtgenoot, aan tö bieden. adriana. Myn echtgenoot! dit is hy nog niet. mevr. de francëval. ïk b'efchouw hem reeds als uw echtgenoot. Gy weer* myn dochter! dat tlw verbïndtenis zeden lang reeds bepaald is. Het word tyd om u de redenen te zeggen ■die ons dringen, om die te verhaasten. Myn lieve kind! ik zal ü geheimen ontdekken die U zullen verbaazen: robgt myn voorbeeld u tot leering verftrekken! Niet de Moeder* maar de vriendin zaludoendeeJen in al de droefheid, die zy heeft uitgedaan. — Gy meent te weeten wie gyzyt, myn kind! enondertusfehen B zyt  IS ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, zyt gy van 't geheim uwer geboorte geheel onbewust, De naam dien gy voert, de myne, die van uw vader , zyn niet dan konftige fluijers, door de misdaad uitgevonden, om ons tegen de rechtvaardige vervolgingen der wetten en der natuur te befchermen. adriana. Door de misdaad,mama! daartoe zytgynietinftaat. mevr. de francëval. Luister, bid iku, met oplettenheid. Dewarenaam van uw Vader is Vorcelles. Nu agttien jaarên geleden was hy in dienst, en kwam den tyd van zyn verlof in onze Provintie , by een oom van hem doorbrengen. Het kasteel waarin hy zyn verblyf hield, was naby dat van myn Vader. Vorcelles gaf my blyken van zyne tedere liefde, waarvoor ik niet ongevoelig bleef; en onze wederzydfchc genegenheid wierd door myn Vader aangemoedigd. Het geluk fcheen ons toe te lagchen , terwyl een ysfelyk onweder boven 0113 hoofd te zamen trok: een proces was oorzaak van verwydering onzer bloedverwanten, en verbrak hunne wederzydfche vriendlchap. Myn Vader, vertoornd, meende door myn hand aan een ander te geeven, zyn wraak tegens den oom van Vorcelle luisterryk) te voltooijen. Doch ondanks dezen verfchriklyken toeftand, bleef het hart van myn minnaar en het myne on, veranderlyk. Hy verkocht zyn Compagnie, en deed my den voorflag hem te volgen : ik verhoorde hem; en heb die afdwaaling door liefde, duurbetaald! Weder- fpan. i  TOONEELSPÈL. 19 fpannig aan den wil van myn vader, verliet ik hem om myn minnaar te volgen. Wy knoopten banden die wettig wierden, maar die wy nimmer door detoeltemming Van myn vader mogten zien bekrachtigen. Wy dwaalden langen tyd van den eene naar den andere plaats en kwamen met het berouw in ons hart, vervolgd door ons geweten, door den Hemel en den vaderlyken vloek, eindelyk in Spanje aan ! en in dezen ftaat , wierd ik uwe Moeder! (Hier komt Francoeur binnen, en maakt tegen Adriana veel gebaarden, de moeder en dochter neerfiagtig zien hem niet. Eindelyk word Mevrouw de Francëval hem gewaar en zegtgemelykï) Wat wilt ge Francoeur? AOT S T E T 0 0 N E E Z. Mevr. de francëval, francoeur, adriana. francoeur. IVIynheer is van voornemen, Mevrouw! om den Heef de Saint Fleurisfe te gaan ontmoeten, en vraagt hief over uwe gedachten ? mevr. de francëval, (yerflrooid.) Ja, zeer gaarn, dat is goed. francoeur. Mevrouw zal zeker terftond vertrekken? mevr. de francëval. Ja, ja... ga. Laat ons alleen. B 3 fran«  20 ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM; fe ancoeur. Ik ga... Ik zal de kleine reiskoets maar infpantien niet waar , Mevrouw?. . gy zult terftond vertrekken?., 't was maar,zietge, zo die heer hier aangekomen was, zoud gy hem niet meer te gemoet kunnen gaan. (Hy vertrekt.) NEGENDE T O O N E E L. mevr. de francëval, adriana. adriana. A «£*-ch! lieve moeder! ik heb u reeds van myn geboorte af aan veel droefheid gebaard! mïvr. de francëval. Gy kunt alles hertellen!.. Ik meene datikuzeide dat wy in Spanje aanlandde. Uw vader nam den naam aan van Francëval. Wy waren in Cadix aangekomen, en een koopman aldaar zocht onze vriendfchap en deelde in ons lot: deze was de broeder van Saint Fleurisfe. Wy vonden door de vriendfchap van dezen eerlyken man de middelen, omdat geen 't welk ons nog over was gebleven, op een zeer voordelige wyze te verkoopen , wy waren onderricht dat myn vader ons vervolgde: maar door onze naauwkeurige voorzorgen en omzichtigheid, bleeven wy verborgen. adriana. Dus, lieve moeder! heeft myn vader geen oogenblik opgehouden m te beminnen. Zyn gevoelens bleeven al.  TOONEELSPEL, 23 altyd dezelfde en gy hebt nimmer het hartzeer ge. Itend , 't geen de onstandvastigheid ons doet lyden. MEVR. DE FRANCËVAL. Indien zyn liefde voor my veranderd ware, myn kind! had ik dit niet kunnen oveiieeven; de Standvastigheid onzer vereeniging wierd in zeventien jaarenlang, niet het militie gekrenkt. Saint Fleurisfe kwam zyn broeder bezoeken. Uw Vader vertrouwde hem onze omftandigneid , en hy heeft ons getoond dat hy dit vertrouwen verdiende. Gy weet dat wy nu een jaar geleeden Cadix verlaten hebben, Saint Fleurisfe bezorgde ons het kasteel dat wy nu bewonen. Die zelfde vriend heeft op zich genomen ons met myn Vader te verzoenen, zich als onzen fchoonzoon by hem aangediend, hem om verzoening gefmeekt, die. eindelyk verworven, en nu moet uwe hand zo veele vriendfchap vergelden. Hy komt dezen dag aan, om een loon te ontvangen , dat hem voor lang was toegezegd. Ja,myn dierbaar kind ! gy moet het zegel hegten aan een vrede waarvan geheel onze rust afhangt,- gy zyt bet nu alleen, die het lot moet beflisfen van een moeder, en van eenen Vader, die u zo tederlyk beminde. ADRIANA. Ach, myn moeder! mogtc ik dit waardig weezen.». MEVR. DE FRANCËVAL. Vaarwel, myn dochter! Gy hebt de eenzaamheid nodig om te overdenken , het geene ik u heb toevertrouwd: omhels my, myn lieve kind! Daar de liefde B 3 al-  £5 ADRIANA, of uet FAMIELIE GEHEIM, alleen de oorzaak van onze ongelukken is geweest; denk datgy het zyt die ons dieongelukken moet doen vergeten, (Zy vertrekt.) TIENDE T O 0 N E E L, ADRIANA, En ik zou haar tederheid kunnen verraden!,. welk een beguicheling heeft my zodanig kunnen vervoeren, dat ik zelve nog een oogenblik kon aarzelen over myne gehoorzaamheid. Ach, Germain! Germain! wat noodlot heeft u hier gevoerd, om een ongelukkig meisje,dat de kracht niet heeft u van haar te verwyderen , te ve?volgen! ELFDE T O O N E E Z, adriana, francoeur, francoeur, (fchielyk.) IVfejuffrouw!., mejuffrouw! adriana, (vl'igt.) Laat my in rust... laat my.„. francoeur. Mejuffrouw, om Gods wille!... hy is wanhopend.,. Ach! zo gy hem zaagt! adriana, (met ftttndvastigheid.') %q jk hem zag?,., Neen, ik zal hem niet zien. frak-  TOONEELSPEL. S3 francoeur. Ziedaar, waarachtig! weer iéts anders. — Nu, Mejuffrouw, ik zal 't hem zeggen; maar zo hy een zotheid begaat... ik ben 'er ten minfte niet voor verantwoordelyk, adriana, (op een minder befisfenden toon.) Laat hy vertrekken... dat hy my verlate!... Fran • coeur zeg hem dat hy geen dwaasheid begaat... Hy is dan zo treurig? francoeur. Hy is wanhopend, hy word zinneloos. adriana, (met moeite.) Wat wil hy dat ik doen zal?... zeg hem : dat ik hem niet zien zal.,. niet kan... ik heb dit vast befloten... Neen, ik wil niet meer van hem hooren. francoeur. Ik zal hem dit waarachtig niet zeggen .Mejuffrouw! ik zou hem vermoorden. Ik wil hem liever misleiden en zeggen, dat gy inwilligt om hem te zien. adriana, (een weinig verontwaardigd.) Wacht u hem dit te zeggen... Hemel! waar ben ik toe gebragt! en wat kan diergelyke uitflappen wettigen? francoeur, (fmeekend.) Het medelyden... Mejuffrouw... medelyden. Hoor eens: Hy zal over een uur in den tuin komen. Over een uur zal hy veel bedaarder zyn... Gy zoud u daar kunnen laaten vinden,als by geval... en hem zeggen, B 4 van  24 ADRIANA, of hei FAMIELIE GEHEIM, van heen te gaan... dan zult gy door uw invloed hem tot alles kunnen voorbereiden, adriana, (ontroerd?) Inden tuin? neen zeker niet: ditzoudenfcbyuhebben van een rendezvous... neen,zeg ik u, ik wil hem niet zien... zo, hy kwam... alleen om my vaarwel te zeggen ; maar ik wil niet dat men iets onderneme dat my zou kunnen bloot-dellen... zo hy in 'tvoorby gaan kwam, dat was iets anders. francqeur, (levendig) Ja, in 't voorbygaan. Zie,Mejuffrouw,hier... in dit uur. Gy komt toch dikwils in deze zaal. Hoor» hy ftaat met my te praten, bygeval komt gy hier door, wy houden u ftaande, zelfs als gy 't verkiest, in weerwil van u zelve... o wat zal hy verheugd wezen ! ikga 'them fchielyk zeggen. Op myn woord van eer,Mejuffrouw, hy zal geheel tot zich zei ven komen. TWAALFDE T 0 O N E E L, adriana, Ik fta toe hem te zien... Ongelukkige! ik heb dat niet» kuunen afweeren! ó Liefde! ó Liefde! Indien gy een zuiver hart, waar aan de eer fteeds heilig is, zodanig kunt overmeesteren; zo uwe heerfchappy zich zo verre over f de onfchuld uitirrekt, wat is dan het vermogen der Deugd! DEI*.  T O O N E £ L S P E £. ■ aS DERTIENDE T O O N E E L\. mynheer ïm mevr. de francëval, adriana, mynh. de francëval, J--leden, myn dochter! gaan wy, om Saint Fleurisfe te ontmoeten. Ons ongeduld om hem te zien, zal hem vleijen.- gaat gy niet met ons? adriana, (de hand van haar vader kusfchende.), Ik bid verfchoning, myn lieve Vader!,. 't is my oi> mogelyk,.. ik ben onpasfelyk. mynh. de fkanceva^j, Onpasfelyk? adriana. O 't is niets: flechts eenige oogenblikken rust, m ik zal in ftaat zyn, om den Heer de Saint Fleurisfe te ontfangen, Ik zal trachten die kalmte te verkrygen, waarin ik by zyn aankomst wenschte te wezen. (Zj vertrekt.) VEERTIENDE T O 0 N E E L. mynh. en mevr. »e fr.anceval. mevr. de francëval. Ik heb haar onzj ongelukken, met te weinig voorzorg , ontdekt: dit maakt my ten uiceilte verlegen. B 5 Welk  SS ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, Welk bericht zal Saint Fleurisfe ons medebrengen! zou de toorne vau myn vader overwonnen zyn! mynh» de francëval. Dierbare echtgenoote! ftil uwe vrees: dat toch uwe ongerustheid wyke voor de ftreelende hoop die my be« zielt. Myn tedere vriendin! het eerfte oogenblik dac gy ons gelukkig gelooft, zal ook het eerfte zyn, waarin »k beginnen zal ons geluk te finaken. mevr. de francëval. Dit geloof ik, myn waarde! En ik zou my moeten verwyten uw geluk te vertrnagen! Kan een beminde vrouw van een echtgenoot dien zy aanbid, fmarten voelen, die de liefde niet verdragelyk maskt? VTFTIENDE T O O N E E L. MYNH. en mevr. de francëval , rozette, rené, {een oogenblik na Rozette.) rozette, (fchielyk.) M e vrouw! mynheer! ziet hier den kamerdienaar van I Saint Fleurisfe.., daar is hy al. mynh. de francëval, {tegen René.) Ha, René ! zyt gy daar... is uw Heer nog verrel Van hier? rené. Ik ben hem vier mylen vooruit gereden. Mynheer! II  "TOONEELSPEL. Ik heb myn paard doenloopen al wathetloopenkon,om u van zyn komst te berichten. Zyn Mynheer en Mevrouw nog welvarende ? en Juffer Rozette, hoe gaat het met u, gy zyt nog vrolyk en gezond? rozette. O, ja mynheer de Postillon, en gy vermoeid? rené. Zo tamelyk. Mynh. de francëval. (tegen zyne echtgenoete.) Wy zullen nu tot het eerfte dorp gaan. Kom,myn geliefde! laat u daar overtuigen, dat uwe vrees flechts een harfenfchim is. — René! gy weet den wegnaar de keuken, ga u daar wat ververfchen. (Zy vertrekken.) rené. Mynheer, om het niet te vergeten, ga ik 'er terftond heen: ik hou veel, van myn commisflè'n niet te verzuimen. (Hy loopt Rozette ongevoelig voorby, zonder tegen haar te fpreken.) ZESTIENDE TO 0 NEEL. rozette. Uwe Commisfien niet te verzuimen!., zeer wel.'gy zyt zeer galant, mynheer René! men wacht hem, men brand van verlangen om zich met hem over honderd kleinigheden te onderhouden... en zyn eerfte zorg is, om zich te gaan ververfchen.., myn liefde heeft een fchoone 7 keus  S8 ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, keus gedaan, by verdiende dat Francoeur op my verliefde... zo hy dit reeds niet is. 't Is wel jammer dat deze zo ftuurs is, ik zou hem wel kunnen...'ja, mynheer René, hy zal my behagen alleen om u dol te maken ; hyis ftuursch, welnu, een woest mensch te overwinnen is een triumpf voor een bevallige vrouw: ik geloof waar. lyk dat ik hem reeds bemin... daar komt hy. ó Neen, ik bemin hem toch niet. ZEVENTIENDE T O O N E E L> rozette, francoeur. francoeur. Tufffouw Rozette! wie is dit origineel, dat ik daar in de keuken heb zien zitten, gelaarsd, beklonterd, vol modder... roze t te. Een man die op 't oogenblik van't paard ftygt. francoeur. Dat zie ik wel. Maar wie is hy ? rozette. Hy ververscht zich , omdat hy de geheele nacht gereden heeft. Het is myn minnaar. f rancoeur. Uw minnaar! heeft de geheele nacht gereden, dit helpt my alks veel! zeg my: wie is hy ? 10-  TOQNEELSPKL. 2p rozet t e. Het is... het is mynheer René... De bediende van dea Heer de Saint Fleurisfe,over vvien ik u hebgefproken. francoeur. Ha! daar twyffelde ik al aan. En zyn heer is dus ook aangekoomen ? rozette. Neen: maar hy komt uiterlyk over twee uuren hier. Aan welk krygskundig kapittel zyt gy thans ? francoeur. (ter zyde.) Ik ben bezig den aftocht te liaan, (overluid.) \n welk een ftaat leeft die Heer ? Is hy een Krygsmanï rozette. Neen, waarlyk niet. fra ncoeür. Is hy een rechtsgeleerde* R O 7. F T T p. Neen — hy is een abt. francoeur. Kom, fpot niet. r o zette. Wanneer gy , de vragen «Me men u doet, beantwoord zal ik ook de uwe beantwoorden... en ook, zo Sy nieuwsgierig 2yl... Zie, hier het origineel zdf, « kunt hem ondervragen. ACT.  30 ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, A GTTIENDE T 0 0 N E E L. francoeur, rozette, rené. rené, Kk-om, myn fchoone Rozette! Wy kunnen nu te zamen praten. Laat ik beginnen met u eerst een kusch te geven. Dit ontbreekt flech-ts om my geheel te herstellen. {Hy wil haar omhelzen?) rozette, (hem afwerende.) Gy zyt al te beleefd, mynheer! ik heb geen tyd, ik heb ergens anders bezigheid, ik hou veel van myn commisfiën niet te verzuimen, (vleijend.) Vaarwel, Francoeur! NEGENTIENDE T O 0 N E E L. francouur, rené, (zien eikanderen een poos aan.) francoeur, (luchtig.) Dat meisje is wel aartig. René, {gemelyk.) Wel ja, ze is heel wonderlyk. francoeur, (ter zyde.) Die René, begint my al te mishagen. rené, (ter zyde.) Zou die Francoeur de liefde van myn Rozette veranderd hebben? fran-  TOONEELSPEL. 3l francoeur, {ter zyde,*) Hy kon my evenwel In verfcheidene zaken licht geven. rené, (ter zyde.) Ik moet weten, waaraan ik my houden moet (zy na* deren eikanderen zeer ftaatelyk) (tegen Francoeur) Mynheer behoort zeker in dit huis ? francoeur. Ja, Mynheer! myn bezigheden roepen my hier. rené. Mynheer is bygeval niet die geene, wien , men als Secretaris aan myn meester voorftelt? francoeur. Neen, mynheer, ik behoor by mynheer de Francëval. rené. Ha, dan is mynheer in de plaats van Bertrand, die Op de terugreis van Spanje gefrorven is? francoeur. Mynheer, ik weet niet van Bertrand, maar ikbehoor by mynheer de Francëval, gelyk gy by den Heer dt Saint Fleurisfe. René, {listig.) Juffer Rofette beminde dien Bertrand : zoud gy ook zyn plaats by haar vervuld hebben ? francoeur. Is juffer Rozette dan niet vreemd van zulke veranderingen?... uw meester gaat dan trouwen?  32 ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM* rené. Ja, dat is beflist. Hy zal eerder geen rust hebben... en ik niet. francoeur. Maar men verwachte u zo fchielyk niet. rené. Wy hebben allen fpoed gemaakt... wy hadden eene goede geleidfter. francoeur. Wie was die? [rené. De liefde. francoeur. De liefde?... gy zyt dan een dienaar der liefde? rené. Ja, door haar... francoeur. De duivel haal my! zo ik ooit den dienaar voor de meester aanzie. Maar om welke reden zyt gy afwezig geweest ? rené. Hoe!... gy weet niet... gy zyt niet onderrïgt..t francoeur. Neen, toe zeg my dan... zeg my... rëné, {ter zyde.) Ha! goed! Rozette bemint hem niet.,, anders had j»y hem wel alles verteld... {overluid.') Gy zult 'er niets meer van weten. Tot weerziens. f r an<  TOON E ELS PEL. 33 FRANCOEUR. Hoor eenshier,hoor eens; (ter zyde.) Wat ben iktoch een gek ! Hy zou my alles verteld hebben. RENÉ. Neen! ik groet je. FRANCOEUR. Wilt ge wel blyven ! Hoor, mrak my niet boos, bid ik je. RENÉ. Wat wilt ge? FRANCOEUR. Wat ik wil?... dat gy blyft. — Kom, fpreek op! RENÉ. Spreek zelf. FRANCOEUR. Wat doet uw meester? RENÉ. Hy doet niets, hy rust. FRANCOEUR. Hy rust?... Hy is dan geen militair? RENÉ. Militair?.. Och! gy weet niet wat gy zegt. FRANCOEUR. Hebt gy dan nooit by een Officier gediend? RENÉ. Neen! FR ANCOE UR. En zyt gyzeif ook nooit in Krijgsdienst geweest? C RE-  34 ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, rené. Neen, ook niet. francoeur. En gy zegt my,dat uw meester zal trouwen ? rené. Ja, ongetwyfeld francoeur. Dat is niet warr! rené. Nu, het zy zo. francoeur. En gy denkt mogelyk Rozette te trouwen ? rené. Zo als gy wilt. f rancoeur. Dat zal ook niet waar zyn. rené. Nu, dat kan wel... ik ga dat by haar zelve vernemen. {Francoeur loopt hem na.) Adieu! Cameraat.... Ja , gy hebt goede armen , maar ik heb nog beter beenen. francoeur. Wacht dan... wacht dan even. rené. Gy zyt al te beleefd. Vaarwel... maak geenomftan. dikheid. {Hy ontfnapt hem.) TJVIN-  TOONÈËLSPEL. 35 TWINTIGSTE T O O N E E L. FR A NCO E UE. M eu doet wel, die foort van menfchen te gebruiken, om Hechte berichten te brengen... Zy zyn geduldig... men zegt hen vlak in het gezicht, dat zy leugenaars zyn... nog is 't niets , zy ftooren 'er zich niet aan... myn bloed kookt... ik word razend! kom, laat ik die tyding aan mynheer Frontreuil brengen, indien Rozette my zo veel vryheid Iaat; want zy doet niets dan ons befpieden. Hy moet ongeduldig zyn te weten, wat Adriana my gezegd heeft... Hy zal van hartzeer ftervenj, alt de meester van dien lompen haar ons ontrooft... haar ons ontrooven?... Neen, dat zal ik niet gedogen... myn meester moet haar fpreken... het oogenblik is gunflïg: dit onderhoud moet zyn lot beflisfen ! wat my betreft,... ja! liever Iterven, dan hem ongelukkig te zien! Einde van het Eerfte Bedryft C a TWÉÉ-  3t5 ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, TWEEDE BEDRYF. EERSTE T 0 0 N E E L. germain, francoeur. francoeur. R.ozette is in gcfprek metRené! wy zyn, Goddank! ééns vry. germain. Welnu, myn waarde Francoeur! welk antwoord heeft Adriana u toch gegeven ? francoeur. Dat is niet gemaklyk om 't u te doen begrypen. Zo veel ik weet, is, dat zymy,al neen zeggende, ja! heeft geantwoord. germain. Maar wat zeide zy ? fran coeur. Niets ftelligs. germain. Ach! om Gods wil! red my uit myne onzekerheid : gy doet my den dood aan. francoeur. Mynheer! weet gy niet, dat de vrouwen zich nooit beter doen verdaan, dan wanneer zy zich niet willen ver-  TOONEELSPEL. 37 verklaaren... Ondertusfchen, kunt gy ftaat maken, dat zy ras bier wezen zal. GERMAIN. Heeft zy u dit beloofd? FR A N C O EUR. Neen zeker niet, maar wy wachten haarhier. Zyzal zich hier als by geval laten vinden. Wy zullen op haar alleen denken, en over andere zaken fpreken; en" ondanks haar zelve, zullen wy haar toch met haaren eigen wil tegenhouden. .. dit dus gefchikt zynde , kunt gy haaf zien, en haar fpreken. GERMAIN. Ach! hoe zal ik haar al myn droefheid doen gevoelen ? FRANCOEUR. Hoe?...Wel, gy moet haar alles ongeveinsdbelyden.' 'Er is thans geen oogenblik te verliezen. ..Waarom hebt gy haar niet uw waarennaam ontdekt? GERMAIN. Ach! myn vriend! wat doet de naam daartoe... Ik wachtte, eer ik my kon ontdekken, berichten van myn Famielie; die zyn gekomen! gelooft gy , dat ik die haar durf mededeelen? zal ik ten mynen voordeele by haar Hagen, als ik haar ontdek dat myn vader my verzaakt? dat ik van al de mynen ben verlaten? FRANC OEUR. Francoeur blyft u over! Mejuffrouw Adriana bemint u, wat wilt gy meer? mynheer! al moest ik haar aan da Saint Fleurisfe, aan twintig, aan dertig zulken, ja, aan't C 3 heel-  3« ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, heelal, ontrukken! zy zal de uwe zyn. Gy hebt myn achting geheel gewonnen, en myn yver voor u is be« langloos. germain. Ik ken u,en weet niet waarmede ik zo veel trouw z/il kunnen beloonen. francoeur. Beloond wil ik niet wezen; even of ik myn' dienst verkocht.... neen, ik werk voor u met genegenheid , met het hart, mynheer! en dit is niet te koopen. Maar dnt Mejuffrouw Adriana tevens ook gerust zy , dan is 't my genoeg; want ik acht haar zo veel als gy. Zo ik niet overtuigd ware, dat uw oogmerken deugdzaam waren... Ziet gy, mynheer! want zy is geen alledaags meisje, zo als men in de Guarnifoen plaatfeu wel vind... kyk, verflaatgy my, myn Officier!.. zy is de eerbaarheid i de onfchuld... het goed vertrouwen zelve! en dat vind men zo zelden! ger m atn. Uw wantrouwen beledigt my: Myn Camera at!.denk niet dat ik ooit naar die monfters heb geleken, die,nadatzy de dwingelanden geworden zyn van een vrouw die zy krachteloos hebben gemaakt, geen ander vermaak in hun misdaad vinden , dan die ruchtbaar te maken. Het zuiver en eerbaar vermaak , van aan de wankelende deugd een' onfchendbaren eerbied, waarop zy Hennen kan, aan te bieden, is onbekend aan deze lage zie en; Francoeur! ó denk niet dat ik in hunne gruwelen zou kun-  TOONEELSPEL. 39 kunnen deeleniNeen, ik hebVn myne Adriana een liefde gezworen zo oprecht, zo zuiver als haar hart zelve is. Haar zedigheid te beminnen , die te befchermen , de reinheid en het beminlyk Schitterende harerlieve fchuldloosheid in evenredigheid te houden met myne billyke naauwgezetheid; haar, zo het zyn moest, alles op te offeren, tot zelfs al het hevig: myner vurige vlamme ; ziedaar de ware glorie van een' braaf man, en ziedaar myne zegeteekenen. FRANCO '-DR. Braaf... braaf, mynheer! kom.eischt nu maar, wat wilt gy van my? GERMAIN. Gy zyt myn eenigfle hoop!... Hoor my met oplettenheid. FRANCOEUR. Ik luister. GERMAIN. Zy zal komen... de liefde zal my inboezemen al 't geen ik zeggen moet, om haar te doen befluiten de Saint Fleurisfe niet te huuwen. FRANCOEUR. Zy zal hem niet trouwen; zy bemind u. GË RM AI N. Zo zy dit huwelyk verwerpt, zal ik haar tegen de vervolgingen van haar ouders een wykplaats aanbieden. Een klooster, flechts twee mylen van hier, kan haar tot fchuilplaatt dienen. C 4 F R A N-  40 ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, francoeur. Uw rytuig (laat nog in het dorp; de zoons van onzen hospes zyn ons genegen; dus zal 't niet moeielyk zyn , haar te doen vertrekken. germain. Gewis... maar na haar vertrek... luister wel hierna: gy moet u van hier niet verwyderen. Zie hier een' brief voor Mevrouw de Francëval, waarin ik haar myn' naam, myn liefde, en myn oogmerken ontdek, francoeur, Ik verfta u, germain. Gy moet een fchrandere knaap verkiezen om haar dien brief te overhandigen, en u wegens deszelfs ontfangstbe. richt te geven, francoeur. Zyt daarvoor niet bevreesd. germain. Naderhand vraag ik Saint Fleurisfe, om dezen avond tesen zonneöndereans- aan 'r c\nAa .,„„ j_ /,.-... . „ „ — . ^...uv uc unie laan te zyn, en zo hy moed heeft, zal één van ons beide daarna niet weer te voorfchyn komen. francoeur. Voortreffelyk... uw zegepraal is zeker. germain. Ik geloof dat ik haar hoor.. , ik bedrieg my niet. *y is 't. Let wel, dat by 't einde van ons gefprek alles ter  TOONEELSPEL. 41 ter onderneming gereed moet zyn. {Adriana, het tooneel overgaande, word door Francoeur tegen gehouden ) TWEEDE.TOONEEL. germain , adriana , francoeur. francoeur. IVlejuffrouw!... Mejuffrouw, hier zyn wy. {Adriana [iaat /lil.) Daar is hy!... de ongelukkige jongeling!... ziedaar is hy. .. hy heeft u zo veel te zeggen! ... vrees niets; ik zal een wakend oog houden. Ik zal u waarfchouwen,zo ras uw ouders te rug komen. DERDE TOONEEL. adriana, germain (zy zien eikanderen met een veel beduidende ftilzwygendheid aan.) germain, {diep zuchtende.) Ach, Mejuffrouw! adriana. Wat wiltge,Germain? germain. Mejuffrouw ! flechts medelyden, dat is alles wat Ik van u vrage. adriana, {met traanen in de aogen.) Medelyden?.. gy zyt dan ongelukkig? germain. Ongelukkig, Mejuffrouw! Ik ben inde uiterfte wanC 5 hoop:  42 ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, hoop: Saint Fleurisfe komt deez' dag aan, over drie dagen is hy uw echtgenoot. Twyffelt gy nog of ik ongelukkig ben... of wy dit beiden zyn; want.... vergeef my, indien ik uwe gevoelens durfgisfen... zoikeenige aanfpraak mag maken op het recht dat gy my op uw hart hebt gegeven, gy fcheen te gloeijen van dat zelfde vuur, dat g/ in my deed ontvonken. Ja, ik durf zelf gclooven dat zo de fchaamte, en de zedigheid,u niet had belet, gy niet geaarzeld zoud hebben, my te bekennen dat gy my beminde, adri ana. 7.0 gy my onverfchillig waart geweest , had ik my zo veel onvoorzichtigheid niet te verwyten. Nimmer zou ik gedoogd hebben dat gy in dit huis, ondanks myn verbod, u had ingedrongen, en wy zouden nu voor zo veele ongelukken niet blootgefteld zyn! germain. ó Myn dierbre Adriana ! ftel in my al uw vertrouwen. adriana. Ik ftel ditinu... ik geloof datgy dit waardig zyt. Vol Engst voor het toekomende,zonderondervinding,omringd van duizend klippen, gedreigd door de grievenfte on. heilen , is het my tot troost, al de angften die myn hart beftormen, zonder de minfte achterhoudenheid, voor u geheel te ontdekken. Maar welk een'raad kunt gymy geven?., moet ik een misbruik maken van het goed vertrouwen, dat een edelmoedig man,die alles opoffert aan de.vriendfchap die hy myn ouders toedraagt... ouders i  TOONEELSPEL. 43 ders! voor vvien ik myn leven zou geever.!... en aan wien myn ondankbaarheid, nieuwe (manen in het hart zou veroorzaaken.., onbezonnen als ik ben! tot zo verre gedaald, dat ik my door kunftenarijen moet red. den... Neen, Germain ! neen , dit kan ik niet, nooitzal ik daartoe befluiten... Men kan aan een eerlyk harteen dwaaling vergeeven, maar nimmer een leugen! germain, Een leugen is voor my ook zo verfoetjelyk als voor uzelve. 'Er zyn edeler middelen om het plan tot onze verééniging te doen gelukken. adriana. Onze verééniging ! is onze tegenwoordige toefrand zodanig dat wy ons daarmede zouden vleijen ? Hoe kun* nen wy zo veele hinderpalen te boven komen? germain, {meer en meer met het levendigit belang.) Door moed , liefde en onvertfaagdheid. Wapen u met al de (ïandvastigheid die in dit Oogenblik nodig is. Spreek Mevr. de Francëval, leg uwe geheele ziel voor haar open ; vrees niet om haar te veel te zeggen , gy moet haar van alles onderrichten, zo zy onverbiddelyk is... Hoor my, Adriana ! hoor naar my , maar met het grootfle vertrouwen. Zo de eer my minder heilig ware, zou ik het middel tot ons behoud , en dat ona overblyft, u niet voordellen: Twee mylen van hier in het kloofter, waarvan de voogdes u bekend is...Gyzyt 'er eenige malen gewee-t ., Ik zal myn rytuig gereed heb.  44 ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, hebben, met eenige van myne bedienden, om u te geleiden , daar gy een Schuilplaats zult vinden , en een huwlyk ontwyken, waarvoor gy een af keer gevoelt.— Gy durft my niet aanzien... Adriana! Gy antwoord myniet?... vreest gy voor hem dien gy bemint? zoud gy aan de zuiverheid ïnyner oogmerken kunnen twyfielen ? adriana, (na een wyl bedenkem, meer en meer met vuur.) Zo dit zo ware, zoude ik met verontwaardiging, het voorftel hebben aangehoord. Ik hebterwylgyfpraakt.al de reden die my nog overig is gebleeven te baat genomen... ik meen met haar geraadpleegd te hebben , maar ik vrees alleen naar de liefde te luisteren. Dan daarliet gevaar dringend is, kan ik debekendtenis van myn liefde niet langer uitftellen... Ik zal myn moeder fpreken , haar het lyden mededeelen , dat mijn hart verfcheurt, maar, zohetbezefvanhare tederheid te mywaartsmyden moed benam, haar myn ondankbaarheid te belyden , Germain! haar toorn zou my ondraaglyk zyn ; dangeef ik aan uwe deugd de zorg om de myne te befchermen: gy kent de woning van die boerin die de pachtery aan hp.t einde van de ftille laan heeft ? germain, (met levendigheid.) Ja, een myl van hier... by't inkomen van het bosch... waar heen gy dikwils wandelde... waar ik het geluk had u eenige malen te ontmoeten ? * deu-  TOONEELSPEL. 45 adriana. Ja,dezelfde. Ik weet dat zy my liefheeft, zyismyn Min geweest, wy hebben haar van Spanjemedegebragt, en hier deez' ftand bezorgd: doe my by haar brengen , maar gy moet my niet volgen, maar hier bly ven, en voor het overige zorgen. Lrten wy een ruchtbaarheid vermyden, die my misdadig zou maken. Ik zal u niet wederzien, dan om te vernemen, hoe verre gy geflaagd zyt. Mogten uwe pogingen gelukken 1.. mislukt ons ook alles, dan zal het klooster waarvan gy my gefproken hebt, my aan het oog onttrekken van hen dieinyu misftap kennen. germain. Myn lieve Adriana' bly ft gy by dit befluit? adriana. Ja,Germain! zie my bereid, zo 't zyn moet, om daar in de eenzaamheid myne dwaaling te betreuren. y I E R D E T O O N E E L. adriana, germain, francoeur. francoeur. Mynheer! zy komen terug, en zullen zo op 'toogen. blik hier zyn, (fliltegen Germain;) allesisgereed. Hoe ftaan de zaken? germain. Volg my!... Myn dierbre Adriana! Denk om 't geen gy my beloofde. a d r ia-  4yk, mathurin. O laat my maar begaan.. • geloof my, ik heb goede oogen... hum... hum. (Hy vertrekt.) ZEVENDE TOONEEL. FRANS, f r ANCy NT JE , ADRIANA, GERMAIN. ADRIANA, nu, Germain! is ons lotbeflist! GERMAIN, (verlegen.) Adriana ! 't is zeker beflist, dat ik nimmer ophouden zal u te beminnen ik zou zonder d2t niet kunnen leven! ADRIANA, Maar, wat hebt gy nu gedaan? GERMAIN. Myn dierbre Adriana! toen gy my gedwongen hebt u te verlaten aan den ingang van het bosch , ben ik terug gekeerd , om Francoeur te gemoet te gaan , hy had myn brief gezonden... De boer, die dien bezorgd E 3 heeft,  ;o ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM heeft, en ons beicheid had moeten brengen.., is nog niet tei ug gekomen, i p i A n a . (met t adruk ) Hy nog niet terug!, .engy ib} -y !... gerechte! He ;-el! en zo hier iemant kwam ... wy v\ eten nog nieq wat myn.ouders, befloten hebben, en gy .t.rit... /ich mynheer ! zo zy op dit bogeabiik hier vetfcheeneti] door de wraak aangefpoord .. zo zy onj te zaaien vonden... Vlucht, mynheer! verwyderu... Voor gy hier waart, durfde ik my nog oUfchuldig achten. G E h m a i n. Maar ik moet Francoeur hier afwachten, hy zal goe4 de tyding meêbrengen... hy kan niet langer meer danl een kwartier uur vertoeven. adr ian a. Een kwartier... Dat kwartier uur zal my misfehiehj dagen lang traanen kosten... GERMAIN. Neen, een oogenblik één oogenblik maar... ik "bezweer het n. (Frans en Franeyntje fchyhen voor Germain te fmeeken.~) AG 1 S TE TOONEEL. De voon'gen, m a t n u r i n, matuur n , ' niet fnelhcid.~) T ï b 'iet, meester Frans! meester Frans! daar komt del andere... Hy is hier al digt by. fr ANsl  TOONEELSPEL. 71 frans. De andere, wie? mathurin, Wel hy,dien wy zomtyds hier hebben gezien, die my eens die cokarde op den hoed Itr.k , die altoos zeide, dat ma zo een man »)i ik ben in't leger no.djg zou hebben. f.r «ns. Ha, ja, gy meent Francoeur. mathurin." Ja, Francoeur. germain, (met verrukking?) Ha! heb ik het u niet gezegd! Hy heeft zich gehaast, en zeker goede tyding... mathurin. Dat is wel een grappige klant, die heer... wy zullen wat te lagchen hebben. f r a np. Daar hebben wy thans veel lust toe. ■. Kom , ga maar op uw oude plaats. mathurin. Wel, ik ga... ik ga... Kyk, daar is hy... daar isiiy... Goeden dag, mynheer Francoeur! (Hy vertrekt.) Ea NE*  72 ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM; NEGENDE T 0 0 NE E L. frans, francyntje, adriana, germain, francoeur. francoeur, (ah bui, en adem.) •Ach! zyt gy daar, mynheer!... Ik kan niet meer..., Is hier niets onaangenaams voorgevallen? germain. Neen, de vrees alleen kweld ons. francoeur. Moedig, mynheer! moedig! t geen ik u te zeggen heb, is niet troostelyk.., Voor eerst, onze afzendeling is nog niet terug germain. En waarom zyt gy dan heen gegaan ? Hoe kunne} wy nu weten... francoeur. Wy weten waarachtig niet dan te veel... Zo ras gy my verliet , ben ik de muuren van "t kasteel genaderd... Myn boertje is'er niet uitgekomen , men heeft hem voorzeker opgehouden... gelukkig, heb ik lem de les goed in 't hoofd gedrukt. . . Maar een fnapl.aan fchot van daar... zag ik mynheer de Saint Fleurisfe te. paard, die onderzoek deed... ik dacht niets beter te. kunnen doen , dan u te komen waarfchouwen. adriana. Ach, groote God! welke verfchrikkelyke gevolgen kan dat alles hebben ! Ach! ik was te veel verblind ! f r a n-  TOONEEL SPEL. 71 francoeur, (fttl tegen Germain,.) Maak da: wy alleen zyn. permain. Maar eindelyk? francoeur. Maar eindelyk... gy zie: wel... Mynheer de Saint Fleurisfe is uitgegaan, dat is om u optezoeken, om mejuffrouw optezoeken,om haar aan u te ontnemen. Men heeft den boer in huis gehouden...de oude lui verftaan geen reden... Daar is geen redding, alles is verloren! germain. Alles is verloren, myn dierbre Adriana! Zou ik u dan voor eeuwig moeten verliezen? adriana. Het is al te waar: gy hebt my bedrogen, Germain! gy hebt myn goed vertrouwen misbruikt, en my de achting doen verliezen van allen, die prys ftellen op zedigheid. germain, (fmertelyk.) En gy ook' Adriana! gy verlaat my... Is dat het geen gy my beloofde? adriana. Laat af! Ik za 1, in al 't geen ik u beloofde, myn woord houden. Welhaast zal een geftrenge afzondering my onttrekRen aan het gevaar van u te zien, aan uwe verleiding, en aan de vervolgingen van anderen. germain, (met een levendigheid', die trapsgcwyze vermeerdert.) Ja, gy zult u tan een waereld afzonderen, die ik E 5 ver-  ■74 ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, verfoei: gy zult dat verblyfgaan. opzoeken... maaj gy zult u daarin niet verbergen, dan om myn verlies te betreuren... Gy befcbuldigt my van kunstlrreeken.., ik moe. u een bewys royner liefde geeven, dat boven alle verwyten is... Ik wil uwe vervolgers zelfs bet vermogen ontrukkenen u te dwingen om my te vergeten. Gy zyt de myne - de dood alléén kan my van u fcheiden... Adriana! nooit zal ik een andere vrouw hebben - ik ' zweer di by de eer, en by den Hemel... My hoort myne eéoenl dat hy my ftraffe, zo ik die verbreeke: voor zyn oog, in het byzyn van deeze deugdzame lieden, 'vrienden der waarheid, zweer ik als uw echtgenoot te derven: zy yn gètuïgeri van een band, dien onzen wil en ons geweren onverbreekbaar iroet maken. Dat men nu kome, om „_. uit myne armen te rukken; d t die man, die zvn, v reenden zo hoog wil. doen gelden, om zich uwer waardig te maken, zich 'vertoom*... Dat uwe ouders hunne üianniee rechten kqpen herêisfchen, :ik z 1 hen gehoorzamen... üv v. der is myn vader geword n, de eerbiel gedooDt niet hem te weé/ltaan,.. maar ik zal my voot zyn oog ontzielen... aan uwe voeten .. myn b! »e I zal het zegel van ons huwelyk zyn 7t ik zsl u omhelzende derven, en u in dat oogenbiik nog myn gade noemen Adrrna !..: gy zult geene trassen weigeren aan het herdenken van het offer, dat de liefde aan u heeft to :gewyd ! adriana, (vertederd,) Ik zal Germain niet overleven! fran-  TOONEE LSPEL. 75 fsakcyntje, (weelende.)Hoe lief heeft hy u , mejuflfer! FRANS, (ook weenende.) Zo mynheer en mevrouw dit eens zagen!.,. germain. Adriana ! kan ik hopen ? ADSlANA. Gy moet niet vrezen, Germain... Leef, om nooit van die gevoelens te veranderen. frans. Waarachtig, mejuffer... ik heb'er om gefohreid... Zie daar, mynheer1 ik wou dat het myn cl ebter w ... Maar laten wy binnen gaan. (Germain bhft achter) ■ Mynhcr kan ook we' meê komen: kom, kom, de Voorzienigheid zal dit wel ten beste keeren. francoeur, (met verlegenheid.) Mynheer, voor dat t>y in huis gaat... moesten wy een oog houden in den omtrek... Gaan wy naar t! n ingang van den boomgaard ... dnar wy onze paarden gekten hebben., .(ter zyde tegen Germain) blyf alleen. germain Ja... zonder twyfTel... Myn wanrde Adriana ! ik zal ras weder komen ... en u van alles onderric'uen. adriana. Kom toch... kom toch fchielyk weder... Uw afwezen waarna ik, een oogenblik geleden zo vuurïg wenschte, zou heden de wreedfte van alle myne kwellingen zyn. frans,  76 ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, frans, (met Adriana en Franeyntje binnen gaande.) Goed!... goed! TIENDE TOONEEL, germain, francoeur. germain. W el nu! wat hebt gy my toch te zeggen? francoeur. Wat drommel,mynheer!.. hebtgyvergeten?... Wat hebt gy my gegeven, om aan den heer de Saint Fleurisfe ter hand te «ellen? g e r m a i n. Ha!... wel nu, zal hy komen ? francoeur. Ja... hy heeft het beloofd... Hy heeft uw briefje, ontfangen. voor hy van het dorp ging.. - ik heb hem dat doen behandigen... ik ben 'er zelf ooggetuige van geweest... Ily ftond lang in beraad, en fcheen met een houding van medelyden te beloven... dat hy zich zou laten vinden... Ily zond op't zelfde oogenblik een boer naar het kasteel. germain. Hy zal komen... Ach! ik zal vóór dit gefchied Adriana niet wederzien... ik kan haar zo moeilyk verla- ten ... de Saint Fleurisfe zal niet alleen zyn? fr a n-  fOONEELSPEL: 77 francoeur. Vergeef liet my, hy heeft het beloofd. germain. Nu, dan heb ik u niet nodig. francoeur. Gy zou my niet nodig hebben ? — Francoeur zou u hiet volgen? germain. Maar, zo hy alleen is? francoeur. Zo hy alleen is... 't is waar, men moet met zyn beide niet gaan om een man dood te fteeken... als hy zyn René eens meébragt... Och, wat! die vent heeft nooit gediend... Hel! en drommel! Kyk, mynheer» gy hebt fchoon te praten ... ik zal hier niet blyven... ik zal met de eerfte de beste aan't vechten gaan... en als hy u ombragt... ach! dan zoud gy zien... germain. Zo hy my 't leven beneemt, myn vriend, zal ik niet meer ongelukkig zyn! ... Dan nog zult gy my een dienst kunnen bewyzen... hoor my... Adriana moet niet het minde vermoeden hebben van ons gevecht.,. Zo ik fneuvele, moet gy hier weder verfchyuen met een bedaard gelaat. francoeur, (met verwoedheid.') Met een bedaard gelaat! germain. Hoor my dan... gy möMAdriana zeggen, dat ikmy van  7* ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, van bier heb begeevèn ... dat ik' oordeelde my aal baar rust te moeten opofferen.;. Daarna zult gy de Saint Fieuiisfe gaan opzoeken. FRANCO Et) R. Ah!... dat zy zo. germain. Cy zult hem verzekeren, dat ik hem niet haatte..: dat ik flechts de vyand van zyn geluk was. f r a n c o i. u r. Neen, neen, mynheer... dat zal ik hem niet zeg. gen, bevéei my dit niet... Zo hy u ter neder legt, zal hy ook my dooden , of ik zal u wreken... Zte'daar alles wat ik voor ü doen kan... Ik u overleven!... neen! germain. Ach! myn brave, myn waardige vriend! francoeur,' (met trnanen in de oogen ) Ja, mynheer! dat ben ik, uw vriend... en gy, gy zyt alles voor my... gy zyt myn vader... myn meester... myn broeder... ach' dat ik een gunst van u mogt vei werven, weiger my die niet - fla my toe dat ik u omhelze. g e.r m a i n, (Jt m omhelzende.) Gv zoud my van een genoegen beroven, zo gy het niet deed ... waarom aarzelde gy? Ben ik meer dan gy zvv... Ic het geluk, en zyn de gevaaren van onzen toed-nd . niet dezelfde voor ons heiden ... mvn vrienH!... t/y beide zyn nzeiifchen , zo de trotschheid en de ok-  TOONEELSP EL. 79 ' onwetenheid eenigen afiland tusfclien ons hebben daa.rgefteld, de trouw, die u a n myn lot verbind, uw belangloosheid, en de goedheid van uw hart, zullen het my tot een glori maken, u myn's gelyken te noemen. ELFDE TOONEEL. germain, francoeur, mathurin. mathurin, (fchielyk aankomende') w vlucht, vlucht: daar zyn ze. francoeur. Wie ? mathurin. Ik weet het niet... twee te paard... De een is de heer, en den andere de knecht, geloof ik... Zy hebberi . uwe paarden gezien... De heer is afgefïapt... hy Iprak over meester Frans... en heeft den weg naar de landhoeve gevraagd. francoeur. Het is mynheer de Francëval immers niet... gevolglyk..- mathurin. O neen!.. die ken ik wel... hy, neen , die is 't niet. francoeur. Zie nog eens naauwkeurig toe, ik volg u. — (JSIa* tl}urin vertrekt.)\ Is zeker de S. int Fleui isre... Zo ik hem van hier verwyderen kan,zal ik u dotnwaarfchouwen, waai gy u by hem moet vervoegen. Zo hy'er op  80 ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, op Haat van hier te willen komen, moet gy heintegeri houden,, en hem vervolgens geleiden waar gy wilt..; Herftel u... Denk dat het een groot voordeel is, koelbloedig te zyn. (/ƒ31 vertrekt.') TWAALFDE TOONEEL. germain alleen. rr IVoelb'oedlg! verre van daar... Ik vecht voor Adriana... ik ga haar hem betwisten... Ik heb haar myn ontwc-p moeten verbergen... Zy zou dat gedoemd hebben ... en zou gelyk hebben gehad... Myn drift heeft mv onrechtvaerdig en wreed gemaakt... Ik ben geen minnaar meer — ik ben een woestaart geworden, die alles aan myn woede zou opofferen, dat niet in myne dolheid deelt... Daar is Francoeur... Ha ! buiten twyffel is myn medeminnaar nevens hem. DERTIENDE TOONEEL. germain, st. fleurisse, francoeur. francoeur, (met Saint Fleurisfe} in "V verfchiet.) zult niet verder gaan, mynheer... want zie daar mynheer de Fontreuil. st. fleurisse. Ik ben reeds van alles onderricht. (Germain koel naderende?) ik zie u dan eindelyk, mynheer! omhels my; f ran-  - TOONEELSPËL* 8i francoeur, (verwonderd.) Ach! ach!.. germain. Maar, mynheer, denkt gy wel?... francoeur. Omhels hem toch: omhels hem! wat zegt dat: dat is niets. germain. Weet gy niet, mynheer, waarom gy hier gekomen zyt? Laaten wy onder vier oogen gaan. st. fleurisse. Neen, neen, laaten wy hier blyveu: wy zyn hier wel. germain. Maar, mynheer!.. st. fleurisse. Maar, jongman!., hoor my..« meende gy dat ik zo onbezonnen was als gy zyt... Denkt gy dat ik hier kom , om naar uw leven te dingen? Gy hebt dat leven nodig,om uzelveii te leerenkennen,en berouw te hebbert. germain. Wilt gy nog beledigingen voegen?... st. fleurisse, (met nadruk.) Mogt gy bloozen over de beledigingen, die gy ü. zeiven hebt aangedaan! Mogt gy de verongelykihgen zien, die gy den heer de Fontreuil hebt aangedaan, om die te vergoeden!.. Ik fpreek u uit naam van dien eerbiedwaardigen gryzaart... die u in uwe jeugd heeft F op-  82 ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, opgevoed :gy brengt voorzeker u zyn weldaaden te binnen; zyt gy niet getroffen door zyne klagten , en uwe ondankbaarheid!... Voelt gy uzelven niet onwaardig om een naam te dragen, dien hy u vergund heeft hem te ontrooven? germain. Welk een naam heb ik dan geroofd? st. fleurisse. Dit is het geheim, dat aan my flaat om u te verklaaTen... een geheim, noodlottig voor uw gantsch gedacht!. .. Hy was uw vader niet. germain. Goede God! wat hoor ik ! st. fleurisse. Het was de vriendfchap voor een' ongelukkigen en eedlen broeder, wiens zoon gy zyt, die hem drong u voor zoon aantenemen. Hy zelf zal u deswegens verlichten... doch genoeg! Uw lot ware deerniswaardig geweest, had uw oom u met zyne weldaaden niet overladen, waarvoor gy hem zo onwaardig beloont,- aan u alleen offerde hy het geluk op van twee kinderen, die hem liefhebben. germain. Ach, wat berigt gy my!... Dat is juist 't geen men my gefchreeven heeft , en dat ik niet kon geloven : mynheer de Fontreuil is myn. vader niet!... wie zyn dan toch zyne kinderen? «t.  TOONEEL SPEL. 83 S T. FLEURISSE. Sidder, by die te leeren kennen!... Beef, op 't gé.zicht van den afgrond, waaruit ik u kom redden. Dé moeder eener minnaresfe, ook zo onvoorzichtig als gy zyt, is zyne dochter... Mevrouw de Francëval is die zelfde julin, die gy waande uwe zuster te zyn. Haar echtgenoot is die Vorcelles, waarvan gy dikwils hebt hooren fpreeken. GERMAIN. Wat hoor ik!... Ach, mynheer! hoe fchuldig beri ik!... ST. FLEURISSE. Befchouw den poel van rampen, waarin gy eënejonge fchuldeloze geftort hebt. Gy zult die lieden zien, die gy zo veel verdriet hebt veroorzaakt. Zult gy hun byzyn kunnen uitftaan ? Durft gy my onder de oogen zien?... Wapen thans uw arm tegens myn b^rst,.. Losfe jongeling! hebt gy bedacht, my willende bevechten, dat de dood de ftraf uwer dwaalingen kon zyn? Doorzoek uw hart, en ken in uzelven den ondankbaren wreedaart jegens een weldoener, dien gy behoorde aantebidden; ongetrouw aan de geheiligde verplichtingen , die gy te vervullen had; verleider van eene fchuldeloze, die gy had behoren te eerbiedigen; het leven zoekende te benemen aan een man die u bemint , en beklaagt, in weerwil van uw bloeddorst .. Is het in dien ftaat dat gy uw leven in de Waagfchaaj moest (lellen?... Misdadig, veracbtelyk en vernederd in de goeF 2 de  »4 ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, de gevoelens van alle brave menfchen, hoe zond gy het geftrenge oog en het fcherpziende onderzoek der Godheid hebben kunnen doorftaan ?,.. germain. Ach! verdiene ik nog te leven!.. Ach, mynheer! ik ben uwe goedheid onwaardig, en die van een' tederen oom, dien ik zwaar beledigd heb... Welk een toeftandl francoeur. Waarachtig... ik kan 't niet begrypen !.. Hy vecht niet... Hy is anders zulk een dapper jongeling. st. fleurisse, Breng my by Adriana. francoeur. Ik zal haar hier doen komen, zo gy't verkiest, myrj. heer! st. fleurisse. Zo zy wil... Intusfchen geef haar kennis... francoeur, (aan de deur kloppende?) Doe open, open, ik ben 't. (Hy gaat binnen.) germain. Mynheer, nimmer zal ik onder het oog van haar vader durven verfchynen , of my zyn bloedverwant noemen. st. fleurisse. Laat aan my dat alles bevolen ; ik ben voldaan. Die edele geestverwarring rechtvaerdigt het goed gevoelen, dat ik had van uw karakter. VEER-  TOONEELSPBL. 8S VEERTIENDE TOONEEL adriana, germain, saint fleurisse, frans, francyntje, francoeur. francoeur. Kom , mejuffrouw ! kom, alles is gelukkig veranderd... gedraag u naar 't geen mynheer u zeggen zal... Hy zal u alles van fr.uk tot Ituk verhalen. (Hy gaat een weinig ter zyde.) adriana, (treed fchroomvallig naar Saint Fleurisfe. Mynheer!.. waar zyn myne ouderen? st. fleurisse. Zy wachten op u, mejuffer! adriana. Mynheer! gy hebt my veele verwytingen te doen. st, fleurisse. Niet ééne, mejuffrouw!... Gy kende my niet genoeg ; zo gy hen allen gekend had die u belang mede bragt om te moeten kennen... uw neef zou minder onvoorzichtig zyn geweest. adriana. Myn neef! is het waar? st. fleurisse. Ja, de neef van uwe moeder... Hy ging door voor den broeder, omtrent wien zy my in uw* tegénwoordighcid ondervroeg. F 3 Aon*  85 ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, adriana, (met een levendige vervoering?) Ik had nimmer kunnen denken, dat myn finerten nog grieyendër zouden kunnen worden. st. fleurisse. Gy fpreekt niet wel... Hy is uw neef, wel nu! dat is een nieuwe titel, om hem te beminnen... Zou het u mishagen my gereed te zien, hem de onfehatbaarfte rechten alteftaan ?... We! «lij zie hein viy in'c aangezicht... Beroof my niet van het eenigfre genoegen dat my nog overblyfr,. da; is,dat van ü'gelükkig te zien... Dat alleen zal my troosten in het ongeluk, van u niet te hebben •kunnen verdienen. ADRIA.YA. Ach, mynheer! gy wreekt u geftreng. C-ÏRMil :v. Maar, mynheer... s t. fleurisse, {beider handen in lèn voegende. Maar, mynheer! het is geoorloofd zyn nicht te be« minnen en te trouwen. ufkmain, (met verrukking?) Wat waren wy onbedacht!... Zai mynheer de Francëval het ons ooit kunnen vergeven !. Ik wilde ijaarne al myn bloed ftorten, ter itrafFe van hem beledigd te heb. ben. ST. FLEURISSE. Buitenfpoorige jongeling!., altyd in verwarring... gy zult mynheer de Francëval ternond zien... hy is van  TOONEELSPEL. ?7 van alles onderricht... gy moet hem op de ernfligfte wyze om verfchoning vragen... maar ik ken beider harten genoeg, om overtuigd te wezen, dat 'er geene vergoeding zal nodig zyn. frans en francyntje, (fmeekende.) Mynheer!.. st. fleurisse. Frans! een al te verblinde genegenheid kan fomtyds deerlyke gevolgen hebben. Ga naar uwe woning. Ik neem alles, met betrekking tusfchen u en mynheer d« Francëval op my. (Zy vertrekken.) adriana. Zo de onvoorzichtigheid van ons gedrag hem buitea ftaat mogt hebben gefield... st. fleurisse.. Vrees niets; 't geen ik hem heb doen weten, moet hem vertroost hebben. fü ancoeur, {die van tyd tot tyd nader gekomen is, tegen St Fleurisfe.) Welk een beminnelyk paar!... germain. Ik hoor een rytuig... daar komt iemant. adriana, (naar binnen ziende.) Hy is het... hy ftapt af... Ach! hy is 't... Mynheer! daar is myn vader. {Zy loopt kaar vader te gemoet, en valt aan zyne voeten.) F + VTF-  88 ADRiANA, of het FAMIELIE GEHEIM, VTFTIENDE EN LAATST E TOONEEL. mynh. de francëval, adriana, germain, saint fleurisse, francoeur, (een weinig achterwaarts.) mynh. de francëval, -Adriana!... myn dierbre dochter! adriana. Myn vader! bemint gy my nog... vergeeft gy het my?.., mynh. de francëval. Spreek van geen vergiffenis, myn kind!... doe my niet geloven dat gy fchuldig zyt. (tegen Saint Fleuris, fef) Myn waardige, myn beste vriend! st. fleurisse. Gy. hebt lang gedraald. mynh. de francëval. Gy zult 'er de oorzaak van horen... Waar is Germain? germain, (die zich een. weinig verwyderd gehouden heeft, nader treedende) Ach, mynheer!... zult gy u verwaardigen te vergeten?,.. mynh. de feanceval. Myn waarde neef!.. ik ben 't niet, dien gy om vergifienis fmeeken moet... het is uw oom... van onzen waar-  TOONEELSPEL. 89 waardigen vader moet gy vergiffenis verkrygen; hy is op het kasteel aangekomen, gy kunt ons derwaarts vergezellen. germain. Hoe... mynheer de Fontreuil... myn oom,., is by u, mynheer? ST, FLEURISSE. Is het mogelykl MYNH. DE fBANCEVAL. Hy reisde u een halven dag reizens achter na; hy wilde ons verrasfen... Oordeel zelf, in welk een afgrysfelyke omftaudigheid hy ons vond... Hy weet reeds alles. CERMAIN. Hoe, mynheer! hy weet dat ik ben...' Mynh. de francëval, (met geprenghcid.) Ja, neef! geen uwer buitenfpoorigheden zyn hem onbekend, en hy hoopt,gelyk ik, dat gy voortaan wyzer zult handelen, (tegen Saint Fleurisfe.-) Myn vriend, ik heb den grysaart traanen zien ftorten, hy kan myn echtgenote geen oogenblik verlaten... Hy wagt met ongeduld zyne Adriana, en het zou wreed zyn, dat een oogenblik te rekken... Gaan wy ? germain, (ftil, tegen Saint Fleurisfe.) Mynheer! myn eenigfte hoop beflaat alleen iu u. ST. FLEURISSE. Wees gerust... (overluid.) Myn vrieud! Germain is «precht van inborst; hebt gy hem geen beter nieuws p5  po ADRIANA, of het FAMIELIE GEHEIM, te verhalen... Zo uwe dochter durfde fpreken... kom, voldoe de begeerte van beider hart... van u alleen hangt hun lot af. mynh. de francëval. Gy verbaast my... en myn verbindtenisfen met u.., st. fleurisse. Die beftaan niet meer... Ik heb een groote opoffe» ring gedaan... Myn vriend! beloon my daarvoor met uwe gevoeligheid, omtrent hun gedrag, ten eenemaal te vergeten. Zie, zie, befchouw hen, wat zyn ze beminlyk! adriana, (fnteekende.) Myn tederhartige vader! GHMAIH, (/«feW<.) Myn dierbre neef! m\nh. de francëval, (in vervoering.") Ik had my voorgenomen my onverbiddelyk te betonen... maar ik kan niet langer veinzen... Ja, gy zyt myne kinderen !.. Germain! Adriana zal de uwe zyn. Kom van uw' oom een toeftemming verwerven . die onze hoop in alles vervult. Ik zal u geen verwyt doen, uw ziel is edel en uw hart oprecht; uw gedrag zal my tobnen, dat ik my hierin niet vergist heb. (De jonge lieden kusfchen zyne handen.) Myn waarde Adriana! wy beiden hebben veel geleden in dien korten tyd, dat wy elkander niet gezien hebben. adri-  TOONEELSPEL, 91 adriana. Lieve vader! onuitfprekelyk veel! mynh. de francëval. Het byzyn van een minnaar is ftreelend,maar dat van een vader is troostryk. Ach! hoe veel blydfchap zult gy uwe moeder veroorzaken !... Kom, gaan wy fpoe». dig tot haar. francoeur, (toetredende.') ' Myn kapitein! laat my mede in de amnestie bcgre* pen zyn, ik bid'er u om, ik zie u gelukkig... en dan is Francoeur het ook. germain, (hem de hand gevende?) Myn waarde Francoeur! st. fleurisse. Kom, laaten wy naar mevrouw de Francëval gaan. (tegen de jonge lieden?) De liefde heeft u groote buitenfporigheden doen begaan, en zy is het, die u met de reden voortaan moet bevredigen. mynh. de francëval. Kom, edelmoedige vriend! kom, en ontfang het offer onzer dankbare harten. De vervoering der ontfuimiglte hartstogten dreigde ons van elkander te rukken. Dank zy u, wy bevinden ons veréénigd, bevreedi"-d $n gelukkig. Einde van het laatfie Bedryf.   By de wed. J. DOLL, te Amfterdam , zyn de volgende Tooneelftu'kken gedrukt en te bekomen: A. von kotzebue , de Spanjaarden in Peru ,*T of de Dood van rolla, Trenrfpel. de lasteraar,Tooneelfpel. ü j , - la peyrouse, Tooneelfpel. -a _ . robert maxwell of de Of n 'ferdood, Tooneelfpel. % . -——— de Verzoening, of Broeder- B twist, Tooneelfpel. a . de Weduwe en het Ry paard, -| Aballino , de Groote Bandiet, Treurfpel , > Tweede druk. « Pigault lebrun, Carel en Carolina, Tooneel- « fpel. o Monvel, de Jonge Richelieu, of de Franfche >>>| Lovelace , Tooneelfpel. B ja '—' de Schipbreuk of de Erfgenaamen, Biyfpel. Vrouwelyke wraak, Treurfpel. g Collot d'herbois, de onbekende of het over- Ut wonnen Vooroordeel, Tooneelfpel. m aj adriana of het Famielie Ge "° heim, Tooneelfpel. -2 Liefde en Vaderland, Tooneelfpel. {> Villenhoven, Volfan of de Menfchenhater door Tegenfpoed, Tooneelfpel. j Spiesz,  Spiesz, Klara van Hoheneichen, Tooneelfpel. de Huwlykskeus, Blyfpel, vertaalt door P. G. Witfen GeysbeekPicard, de Neef van Ieder een, Blyfpel. P. boddaert, Molflein en Kroondorp, Tooneelfpel. Emma corbet, Treurfoel. Thomas harly, of de Man van Gevoel, Tooneelfpel. Siegwart, eene Klooftergefchiedenis, Treurfpel. Julia Arnold, Tooneelfpel.