VERZAMELING v a ff PLACAATEN, RESOLÜTIEN EN ANÖE. RE AUTHENTYKE STUKKEN. betrekking hebbende tot de gewigtigë gs. beurtenissen, in de maand september mdcclxxxvii, bevooren en vervolgens, in het gemeenebest der vereenigde nederlanden voorgevallen: Vyftigste Deel. Te C A MP E N3 JTer Drokfcerye van j. A. de CHALMQT, MQCCXCIIL   CHRONOLOGISCH REGISTER VAN ALLE DE STUKKEN I N HET VYFTIGSTE DEEL, VAN DEZE VERZAMELING VOORKOMENDE, N . 3445. Requêst van Èrandmeesteren aan -Êurgemeesïeren en Regeerders der Stad Hoern, verbekende om vaste Manjcha? aan de Brand/puiten. ïn datodeniojuny 1784. bladz. r. '- '• 3446. Addres van een aantal in den -wapenhandel zich exerceerende Ingezetenen der Stad Hoorn, aan Burgemees-, teren, zoo tot wegneeming der geiaane klachten door Be* tendens van hun exercitie plaats, als mede om een aanwy zing tot een gefchikter plaats voor hun. In dato den 23 Oüoher 1784 Uadz. 4. 3447- Addres aan de Èd. Manhafte Kapïteinen van de Schutterj der Stad Hoorn, inhoudende verzoek om het Request van Brandmeesteren van den 10" Jtmy 1784, thands in Hun Ed. handen gefield, te appuijeeren. . . . bladz. & ' 3448. Request om Burgemeesteren en Vroedjchappen der Stad Hoorn, inhoudende verzoek, om definantien der Doe' Uns vast te regelen, ten einde de Burgermacht» Schutter? * a en  IV REGISTER en het Brandwezen Spoedig in orde worde gebracht &c. In dato den 9 July 1785 bladz. 8. N°. 3449- NaamUjst der exerceerende en contribueerende Leden van het Genootfchap ter beoeffening en aanmoediging van den Burger Wapenhandel onder de Zinfpreuk voor Vaderland en Vryheid te Hoorn, naar rang van derzelver inkomst in het Genootfchap voor den jaare 1785. bladz. 10. ». 3450. Request aan Burgemeesteren der Stad Hoorn, vetzoekende om een Exercitie-plaats voor 't Genootfchap, met Appeinïïement. In dato den 20 April 1785. . bladz. 14. ——— 3451. Addres tot welzyn en bevordering van het Genoot' fchap onder de Zinfpreuk voor Vaderland en Vryheid, binnen de Stad Hoorn. .... bladz. 17. » 1 ■ 3452. Inteekenlyst der Donateurs enDonatrues der Vaandels, Trommen, Pypen, ÏÏüsfen aan het ExercitieGenootfchap. In dato den 2.2 Juny 1785. . bladz. 19. .11 3453- Aiïe van Verbindtenis ter verdediging, der Repu. blikeinfche Couflitutie, door de Leden van het Genootfchap van Wapenhandel, onder de Zinfpreuk voor Vaderland en Vryheid te Hoorn. In dato den 25 Oüober 1785. bl. 20. ■ 3454» Naandytt der exerceerende en contribueerendèLeden van hst Genootfchap ter beoeffening en aamnoe-iüging van den Burger Wapenhandel onder de Zinfpreuk voor Vaderland en Vryheid ta Hoorn , voor den jaare 1786» bladz. 23. » ■ 3455- Requtsten en Bylagen van Officieren en DireQeu* ren van het Exercitie-Genootfchap voor Vaderland ea Vryheid te Hoorn, aan Schout, Burgemeesteren en Schepenen dier Stad, inhoudende Machten om de vemgjopnde  dér STUKKEN. V ïmtalitèiten en infultes het Genootfchap aangedaan. In dato den 26 Febmary 1786. . . . bladz. 31. N". 3456. Booncedulle der Stad Hoorn voer den jaare 1786. ••• bladz. 39. ,'" 34-57- Naamlyst der uitgeloote Keurmannen, item van de door hun gemaakte Nominatie van 21 Perfoonen om daar uit 7 Schepenen te worden gekozen, ah mede de naainen der door Keurmannen geëligeerde 4 Burgemeesteren, en de naamen der door de Schout uit bovengemelde Nominatie geëligeerde 7 Schepenen. In dato den 14 April 1786. bl. 41. —1 111 3458- Extraft uit de Refolutien der Heeren Staaten van Holland en Wen-Friesland in Hun Ed. Groot Mogenden Vergadering genomen op Maandag den 4 September 1786, met de aanteekening van 16 Steden op het voorftel door de Heeren Gedeputeerden van Dordrecht gedaan, betrekkelyk Hattem en Elburg. |§t 3459- Refolutie van de Heeren Staaten van Holland en West-Friesland, waar by het Exercitie-Genootfchap teHoora mede word gecomprehendeerd in Hun Ed. Groot Mogenden Refolutie van den qden dezer. In dato den 22 September ... . . . . bladz. 45. — 346o. Request aan Burgemeesteren en Schepenen der Stad Hoorn, door het Genootfchap voor Vaderland en Vryheid. 1. Om als een gelegalifeerd Corps in ééd te worden genomen. 2. Om als een op zich zelfs bcftaande Corps te mogen ageeren. 3. Tot het benoemen eeuer Commisfie over het Defenfie-wezen der Stad. In dato den 14 OÜober 1786 Uadz- 46. —— 34öi. Aanfpraak door den Heere Mr. H. Carhasïus Secretaris der Stad Hoorn gedaan, by gelegenheid der * 3 Ener.  SI REGISTER Exercitie van het Genootfchap te Hoorn, benevens eert AanJpraak van den Heer Seeretarit Jan Breebaart, by die zelfde gelegenheid, belde in Oïïober 1786. . bladz. 49. N°. 3462- Refolutie van Hun Ed. Groot Mogenden de Heeren Staaten van Holland en West-Friesland , betrekkelyk een hier by geveegd Request van 235 Burgers en Ingezetensn van Hoorn aan Hun Ed. Groot Mogenden, nopens hunne ' Jentiinenten over het gedrag van zytie Hoogheid, en hunne gevoelens van dankzegging en attachement aan Hun Ed, Gr. Mogenden, ln dato den 17 November 1786. bladz. 54. m 3463. Request aan Burgemeesteren en Vroedfchappen der Stad Hoorn, uit naam van Direüeuren en Secretaris van het Exercitie-Gezelfchap tot Nut van Hoornsch Burge* ry, ever 't verbeteren der Sehuttery te Hoorn. In dato den 3 December 1786. . • > • . bladz, 64. ij .11. 3464. Refolutie van Schout, Burgemeesteren en Schepenen der Stad Hoom, betrekkelyk een aan hun geprefenteerd Request door de Reprcefentanten van het Hoornfche Exereitie-Genootfchap, over het fpargeeren van een gefingeerden hier by gevoegden ééd, In dato den 29 yanuary 1787. . . . • . . . , . . bladz 67. Li 3465» Publicatie van Schout, Burgemeesteren enSche■■penen der Stad Hoorn, over 't infulteeren en byzonder ter peering van den blaam 't Genootfchap aangewreeven wegens de beruchte ééd der Vry-Corporisun, In dato den 3 Febmary 1787 W<*dz- 7U —— 3466. Extraü. uit het Refolutieboek de Stads zaaien betreffende, inhoudende de drie artikelen by de beruchte apparitie. In dato den 15 Maart 1787. . . bladz. 73. — , 3467. Request vin Officieren en Direüeuren van liet ff*  bes STUKKEN. VIL gelegalifeerd Exerchie-Genootfehap voor Vaderland en ( Vryheid te Hoorn, aan de Edele Mogende Heeren Gecommitteerde Raaden van HoUand. en West-Friesland in WestFriesland en den Noord.er-Kwart.iere, tot herfiel van 't Genootfchap bladz- 74. 3468. Extraü- uit het Register der Refolutien van de Gecombineerde Vergadering van de Edele Mogende Heeren Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en WestFriesland enz-, en van de Ed. Groot Achtb. Heeren Schout," Burgemeesteren en Schepenen der Stad Hoorn enz. , zynds een Refolutie tot herfiel van 't Genootfchap, In dato den 24 Maart ƒ787. . . . . .' &lad\f. 78. ! ■ ■ 3469. Refolutie van Hun Ed. Groot Mogenden de Heeren Staaten van Holland en West-Friesland, betrekkclyk het Rapport van Gecommitteerde Raaden in West-Friesland en het Noorder-Kwartier wegens hun verrichte te Hoorn. In dato den 4 April 178*7. Met vyf By lagen, bladz.' 79. »■- 1 3470. Extract uit het Register der Refolutien van deE- dele Mogende Heeren Gecommitteerde Raaden van de Staa • ten van Holland en West-Friesland -in WèsïFriesland en den Noorder-Kwartiere, en van de Edele Groot Achtb. Heeren Schout, Burgemeesteren en Schepenen der Stad Hoorn.- In dato den 5 April 1787. . , . . bladz. 99. » 347I- Refolutie van Burgemeesteren en Vroedfchappen der Stêd Hóom, waar by de herfiellivg van 't Genootfchap word geinterdicetrd. In dato den 9 April 1787. bl. 100. ■ ■ii.' 3472. Extraü uit het Register der Refolutien van deEdele Mogende Heeren Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en West-Friesland in West-Friesland en den Noorder-Kwartier, en van de Edele Groot Achtb. Heerst * 4 ' ' ScÏÏoui,  Y1IÏ REGISTER Schout, Burgemeesteren en Schepenen der Stad Heorn'} waar by het herfiel provifioneel word uitgefteld. In dato dm 10 April 1787. ..... bladz. 101. N'3- 3473- Circulaire Misjive van Burgemeesteren en Raad der Stad Hoorn aan de Stemmende Steden, zich bcklaagende 0ver 't zenden van Militie naar hunne Stad &c. In dato den 10 April 1787- .... bladz. 102. >»,,., 111» 3474- Protest van de Ridderschap over de extenfie op de Remmftrantie van Hoorn, en Electie van Schepenen door Hun Ed. Groot Mogenden. In dato den 12 April 1787. , , bladz. 104. 3475-. Misfive uit naam van Directeuren en Officieren van het Genootfchap van Wapenhandel onder de Zinfpreuk voor Vaderland en Vryheid te Hoorn, aan de Wel Edele Manhaf te Heeren dier Stad. In dato den 29 April 1787. . »,'.'-• - * bladz. 105. . 11 34,76. Declaratoir door Burgemeesteren en Schepenen der Stad Hoorn, ingelevsrt ter Vergadering van de Heeren Gecommitteerde Raaden van Holland en West-Friesland in West-Friesland en den Noorder-Kwartiere. In dato den 5 May 1787 bladz. 100. m, 3477. Refolutie van Geiommitteerde Raaden om aan 't Exercitie-Genooifchap voor Vaderland en Vryheid linnen Hoorn hunne Vaandels en Trommen weder te reflitueeren. In dato den 6 Juny 1787 bladz. 112, —1 . 3478. Voorfiel van HeerenGedeputeerden der Stad Hoorn op expresfe last van humi; Frincipaa'.en ter Vergadering van Hun Ed, Groot Mogenden voórgedraagen, betièkkelyk de bovengaande Refolutie. In dato den 6 Juny 1787. .... . . . bladz. 113- No.  de* STUKKEN. IX jf<\ 3479. Reftlutls van Burgemeesteren en Vroedfehappen der Stad Hoorn, waar hy het Genootfchap voor Vaderlasld eo, Viybeid word geinterdiceerd pttblyk öp te trekken. In dato den gjuny 1787 bladz, liSi, rffa 3480. Request aan Hun Ed. Groot Mogenden de Heeren Staaten van Hollmd sn West-Friesland, tot ondetfteuning van de Propofitle van Haarlem wegens eene Commisfie ter regeling der Volksreprefentatie. . . . bladz. ii8. — 3481. Lyste der Geremoveerde Regenten en%. hl, 120. d 3482. Publicatie van den Heere Prinfe Erf-Stadhou- der, waar by de Regeering te Hoorn word veranderd. In dato den 24 May 1787. . . . bladz. 121. *■ 3483. Declaratoir dat te Hoorn op Zondag de». .Juny 1788 in de Groote Kerk voor het Nagezang door Ds. Ekgèlberts en Schad is voorgeleezen. . bladz. 128. <•» 3484. Copie van een Kerkelyke Attestatie aan J. van de Poll , door Bedienaars des Goddelyken Woords en Ou» derlingen der Gemeente J. C. tot Hoorn. In dato den 1* May 1789. ..... TAad%. 130. »■ 3485. Extraïï uit het Refolutieboek van Heeren Burgemeesteren en Vroedfchappen der Stad Hoorn, relatief de fubmisfie van H. Bolding en H. Hulleman , en '6 tegenover gebelde halfiarrige gedrag van J. van de Poll en Claas Breebaart, benevens daar uit gevloeid ontzeg van imvooning binnen gemelde Stad Hoorn, de twee laatst' geweiden betreffende bladz. 132. ——— 3486- Rapport van de Heeren Gecommitteerden tot de Petitiën van den Raad van Staaten in de Finantien van de Provincie van Stad Groningen en Ommelanden, betrekke* 5 W  £ REGISTER lyk de Zylvesterye zaaken, benevens de Staats-Refolutien. , daar op genomen. In datis den 24 July, 19 Augustus en 14 Oüober 1784 bladz. 133, tT°. 3487. Rapport van de Heeren Gèetmmitteerden tot de Proyinciaale Finances van Stad Groningen en Ommelanden, Ut dato den 13 Oiïober 1784, nopens eenige PlakaatenenAmi fliatie-Reglement, en eenige dispofitien, welke by deHooge Juftitie Kamer vlgeeren, zonder voorkennis en confent der Heeren Staaten dezer Provincie; met de Refolutie door Hun Ed. Mogenden hier op genomen, van den 4 November en 17 December 1784 bladz. 175. . ..... 3488. Ontwerp, om de Republyk door eene heilzaame vereeniging der belangen van Regent en Burger, van bin> wn gelukkig, en van buiten geducht te maaken. Volgens, lefluit der Provinciaale Vergadering van de gewapende Corpfen in H°^and. den 4 Oiïober 1785 binnen Leyden geopend, ter kennisfe der gezamenlijke Leden en verdere Ingezetenen der Provincie gebracht. . . . bladz. 18 ?3 ■ 3489. Refolutie van de Heeren Staaten van Stad en Lande, behelzende de Artikelen van onderlinge asfopiatie, door welke de plaatshebbende gefchillen tusfchen de beide Staat)» Leden van de Stad Groningen en de Ommelanden zouden worden geflseten en uit den weg geruimd. In dato den 24 September 1791. bladz. 244. j 3490- Rapport van de Gecommitteerden tot de Petitiën van den Raad van Staaten en de Provinciaale Finanties van Stad Groningen en Ommelanden, betrekkelyk de Refolutien van Augustut en Oüober 1787, benevens de daar op gevolgde Staats-Refolutie. In dato den 24 September 1791. , i • • ; i Uadz. 250. No.  der STUKKEN; xi N"* 3401, Refolut'e vm & Héwi1 Staaten van Stad en Lari de, betrekkelyk de expeditie van Stads wegen in de maand September 1787 naar Appingdam gedaan. Jn dato den 17 Oiïober I79I» ..... bladz. 253. . u 3402. Refolutie van de Heeren Staaten van Stad enLande, betrekkelyk de aanfielling van den Generaal-Majoor Cor.' HELis Baron van Maniel, door den Heer Prince Erfstadhouder, tot Commandeur van Groningen &c. In dato den 17 OUober 1791 bladz. 255. » , ,. 3493. Staat en balance van al 't geen op het Politie-Comptoir der Stad 's Hertogenbosch, ter gelegenheid der plundering, op den 8, 9 en 10 November 1787 in die Stad voorgevallen, en van de daar uit gerecouvreerde Goederen, is ontvangen en uitgegeeven. . . • bladz. 256. w ■. 3494. ExtraB uit de Notulen van den Krygsraad, ge* houden in de Doelen op de Gamaalemarkt te Amfieldam, behelzende Refolutie om eene Commisfte aan den Prefident Burgemeester .te zenden, ten einde te verzoeken en aan te, dringen, om de Burger-Compagnien op hunne loopplaatfen in de wapenen te doen komen, om te verneemen wat die ten opzichte van de gevraagd wordende Remotie van fommige Vroedfchappen denken £fc. In dato den 20 April 1787. . . . . • . • bladz. 261. „_ 3495. Misfive van Heeren Burgemeesteren der Stad Gouda aan Heeren Burgemeesteren der Stad Rotterdam, over het gepleegd misdryf in Gouda van den Boekverkooper Ben» net , woonende te Rotterdam. In dato den 17 April 1783. bladz, 262. i 3496. Refcriptie van Heeren Burgemeesteren der Stad Rotterdam aan Heeren Burgemeesteren der Stad Gouda op yeorgzande Misfive. In dato den 22 April 1783. hl, 061.  Xïl REGISTER. 3 ;p7- Nadere Misfive en dankbetuiging van Heeren Buri gemeesteren der Stad Gouda aan Heeren Burgemeesteren der Stad Rotterdam, over de aan Bennet gedaane correüie. In dato den 7 May 1783- . • . bladz. 265.' 'm—— 3498. Publicatie van die van den Gerechte der Stad Leyi, den, vsaar by verbieden da Pose naar dsn Nsder-Rhyn. In dato den 24 Juny 1783. . . bladz. 266. 3499- Misfive van Heeren Burgemeesteren der Stad Gouda aan Heeren Burgemeesteren van 's Hage, houdende beï hlag over 't drukken in 's Hage en divulgeeren vanden8 ijlen Nommer van het periodicq Gefchrift, geintituleerd de Post naar den Néder-Rhyn, met verzoek van voorziening daar tegen. In dato den 29 Juny 1783. . . . bladz. 267. ;■' 3500. Refcriptie van Heeren Schout en Burgemeesteren van 's Hage, aan Heeren Burgemeesteren der Stad Gouda op voorgaande. In dato den 30 Juny 1783. bladz. 278. 3501. Nadere Misfive en inflantie vin Hieren Burgemeesteren der Stad Gouda, aan Heeren Burgemeesteren van 's Hage, over voorgemelde materie. In dato den 5 July 1783 bladz. 270. m- •»— 3 50.2. WederJchryvens van Heeren Schout en Burgemeesteren van 's Hage aan Heeren Burgemeesteren der Stad Gouda op voorgaande. In datoden 7 July 1783. bladz. 280. — ' - 35°3- N°g nadere Misfive van Heeren Burgemeesteren der Stad Gouda aan Heeren Burgemeesteren van 's Hage. In dato den 10 July 1783 bladz. ajji. — 3504. Mifive van Heeren Schout, Burgemeesteren en Schepenen van 's Hage aan Heeren Burgemeesteren der Stad Gouda, houdende kennisgeeving van het verrichte in de- zen,  dee STUKKEN. XIIÏ %en, met toezending van de Vonnisfen hier achter gevoegd fub A en B, tegen Thomas van Os Uitgeever, en Jov hannis Rogatsnik Drukker van het Sijle Nmmer van de Post naar den Neder-Rhyn. In dato den 14 July 1783 bladz. 28a. N°. 3505. Misfive van Heeren Burgemeesteren der Stad Gouda aan Heeren Burgemeesteren van 's Hage, tut dankzegging zoo voor de gegeevene Communicatie en toegezondene Vonnisfen, als voor het verrichte in dezen. In datoden 15 July 1783 bladz. 287. m. . ■■ 3506. Refolutie van de Magifiraat der Stad Gouda, letrekhelyk twee hier by geinfereerde Schatfchriftcn, tusfchen den 12 en 13, en 23 en 24 April op diverfe plaatfen bin. nen genoemde Stad aangeplakt. In dato den 30 April 1787. bladz. 288. H5 35o7- Refolutie van de Magifiraat der Stad Gouda, over het zelfde onderwerp. In dato den 1 May 1787. bl. 292. 3508. Refolutie van de Vroedfchap der Stad Gouda, be~ trekkelyk het zelfde onderwerp. In dato den 2 May 1787. • • . • • ... bladz. 293. ■' 3509. Publicatie van de Magifiraat der Stad Gouda, waar by eene prasmie van één honderd zilveren Ducatons word uitgeloofd op de ontdekking van den Autheur of Autheurs van twee oproerige Gefchrifien, tusfchen den 12 en 13, en 23 en 24 April op verfcheidene plaatfen van genoemdeStad aangeplakt. In dato den 8 May17'87. . . bladz. 294. ■■ 3510. Request van Mr. Fredrik van der Hoeve, Jan Aarnoud Preesman Buys, Albertus Hendrik Tekkelenburg, Gerrit Atkens de Jonge en Jan Nieuwjland, aan de Regeering der Stad Gouda, verzoekend*  XIV* REGISTER enz. kende om in de wettige posfesfie van hunne Privilegiën te worden gemaintineerd &c.; benevens de Refolutie door Hun Ed. Groot Achtb. hier op genomen. In dato den 9 Juny 1787 bladz. 296. No, 3511. Refolutie van de Vroedfchap der Stad Gouda, omzyne Doorluchtige Hoogheid den Heere Prince Erf-Stadhou' der te verzoeken en te authorifeeren tot het veranderen der Regeeringen in de Steden £fc. In dato den 29 OSlober 1787. • • . • » . bladz. 300. . 1 3512. Verhaal omtrent de tumultueufe beweegingen te Hoorn op den 11 Oüober 1786, gedaan uit naam der BurgersSociëteit binnen genoemde Stad, onder de Zinfpreuk: tot nut des Burgerftands en het vrye Vaderland, bladz. 302. r , ■ 3513. Declaratoir van den Graaf tct Bentheim SteinFüRT, betrekkelyk de uitgeweekene Inwoonden derRepublyk van de Vereenigde Nederlanden. In dato den 30 July 1789.' bladz. £io. VER-  VERZAMELING VAN PLACAATEN, RESOLUTIEN EN ANDERE AUTHENTYKE STUKKEN enz. BETREKKING HEBBENDE TOT DE GE WIGTIGE GEBEURTENISSEN, IN DE MAAND SEPTEMBER 1787, BEVOOREN EN VERVOLGENS, INDE REPUBLIEK DER VEREENIGDE NEDERLANDEN VOORGEVALLEN. N°. 3445 Request van Brandmeesteren aan Burgemeesteren en Regeerders der Stad Hoorn, verzoe» kende om vaste Manfchap aan de Brand/puiten» In dato den 10 Juny 1784. Aan de Edele Groot Achtbaars Heeren Burgemeesteren en Regeerders der Stad Hoorn. Geeven met verfchuldigde eerbied te kennen, alle de Brandmeesteren van de Spuiten Litt. B en D dat wel federt eenige jaaren door de goede fchikking van U Ed. Groot Achtb. verfcheidene verbeteringen , zoo ten aanzien van de Spuiten en derzeiver gereedfchappen, als in opzicht van de manuance en L. Deel. A bewust, aan U Ed. Groot Achtb hebban «eaJdresfeerd, roet verzoek dat de Onderge'eekenden hunnen exercitie in plaats van des avonds , op dm dag mogten verrichten; doch daar hier door verre de meesten der Ondergeteekenden zit h in rrunneaffiires zeer veel zoudeo verletten e aan naieel in hun beftaan bloot zouden (lellen. daar na tr 't inzien der Ündergeteekenaen, het beoeffenen van den wapenhandel (zoo uit aanmerking van ee omflandigheden binnen deze Stad. als van de veruit/ie^ de bekom» merende gefteldheid van buitc ) langs hoenoodzaakelyker word, echter zoo mm mooglyk zon Ier ivdverzuim moet gefchieden; zoo verzot k»-n de OndergeteekendeD ootmoediglyk van ö E 'ele Gmoc Achtb., dat zy op de bovengemelde wyze in o-ze hunne zoo noodige, nuttige en manmoedige liefhebberye, by proviGe daar ter plaaifr mogen blyven ■voortgaan — onder prefentati" dat U Edele Groot Achtb. door een of meer gequiliflceerd Perfoon, de plaats, de fchikkingen daar gemaakt, benevens het gedrag des Ondergeteekendens in dezeo gelieven te laateD exacnineeren, ten einde overtuigd te zyn, dat alle mooglyke voorzorge in dezen is, en word in acht genomen. Dan daar het getal der Ondergetpekenden van tvd tot tyd vermeeriert, en w*arfchvnlyk zeer fterk zullen aanwasfeD, zoo dat de tegenswoordige plaats van ru af reeds meer dan bekrompen is, en wel voornaamentlyk om ex racine weg te neemen, alle gemaakte en nog te verwachtene klachten van de Belenders. Zoo neemen de Ondergeteekenden de vryheid aan U Ed Groot Achtb. onder 't org te brengen, of U Ed. Groot Achtb. zouden kunren goedvinden, ons een bekwaame en overdekte plaacs aan te wyzen, A 3 ten  6 Verzameling van Stukken hetrekkelyk tos ten einde des avonds op de beftemde dag en tyd zich aldaar in den wapenhandel te magen oeffenen, het welk de Ondergeteekenden ruim zoo aangenaam zoude wezen, als aan de geduurige klachten der Be. lenden, en de onaangenaamheden daar uit proflueerende , bloot gefield te worden, en dus de voor» fchreven exercitiën des te beter te kunnen verrichten, waar toe wy de vryheid neemen aan U Ed. Groot Achtb. gedachten de publicque Kerken in naarvolging van menigvuldige Steden en Plaatfen dezer Republyk, aan te beveelen, of anders zoodaanige convenable plaatfe aan ons te fuppediteeren, als Ü Ed. Groot* Achtb. zullen oirdeelen te behooren. Waar mede de Ondergeteekenden zich infinuee» ren in ü Ed. Groet Achtb. proteöie en Vaderlyke zorge, ten allen tyden bereid zynde, gelyk het braave Burgeren en Schutteren betaamt, hunnen duurgezwooren ééd naar te komen, en hunne Overheden te helpen befchermen en verweeren. Adtum Hoorn, den 23 Oftober 1784. No. 3447 Addres aan de Ed. Manhafte Kapüeinen van de Schitttery der Stad Hoorn, inhoudende verzoek om het Request van Brandmeesteren van den 10 Juny 1784, thands in HunEd. handen gefield, te appuijeeren. Aan de Edele Manhafte Kapiteinen van de schüttery der stad hoorn. De Oodergeteekendens, alle Burgers en Schutters dezer Stad; geinformeerd zynde, dat door Brandmeesteren van de Spuiten Litt. B en D aan Hun Ed. Groot Achtb. de Heeren Burgemeesteren, op den 10 Juny 1784, is geprefenteerd een Request met deszelfs Bylage, houdende; om ter betere manuacce van de Spuiten, aan dezelve te mogen hebben vaste manfehappen uit dezes Stads Schuttery, en ■welke manfehappen ook daar door uit de Schuttery zou-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 7 zonden worden ontflagen en vrygelaaten, alles op zulke gronden en motiven, als by gemelde Reques. te en Bylage breeder is vermeld, en welk Request en Bylage door Hun Ed. Groot Achtb. beneveüs de Heeren Raaden in de Vroedfchap, is gefteld in handen van U Kd. Manhafte, om te dienen van advys; en vermits naar het inzien der Ondergeteekenden het accordeeren van het bovengemelde verzoek, niet alleen zouden kunoen dienen, omme in cas van nood van de Brandfpuiten, een prompt en allergewenscht effecT: te heoben, waar by deze Stad en elk Ingezeten derzelver, een groot belang heeft, maar ook deze inrichting van zelve aanleiding zoude geeven, en ten (lerkften zoude kunnen dienen eer verbetering van het zoo zeer vervallen Schutterswezen en de Burgerwacht binnen deze Stad, eene verbetering zoo boog noodzaakelyk, vooral in de omftandigheden waar in ons lieve Vaderland zich thands bevind, dat dezelve door een groot aantal voornaame Burgers en Ingezetenen dezer Srad, erkend en begeerd word, en daar de Ondergeteekendens niet durven twyffelen, of U Ed. Manhafte zyn zelve, meer dan iemand hier van overreed, achten dus niet noodig in een detail van byzonderheden zich hier over uit te laaten. Dan neemen de vryheid, zich by dezen te addresfeeren aan ü Ed. Manhafte, met gedienftig verzoek: dat U Ed. Manhafte aan het meergemelde Request en Bylage van Brandmeesteren, gelieven te verleenen zoodaanig gunftig appui, dat men met grond zoude kunnen verwachten, het verzoek daar in gedaan, door Hun Ed. Groot Achtb. zal worden geaccordeerd, en ten beste vaD deze Stad en deszelfs Ingezetenen tot ftand gebracht, en tevens by U Ed. Manhafte met al dien ernst, welke het gewicht der zaake vordert, mag worden by de hand genomen, eene zoodaanige verbetering in deSchutterye eD Burgerwacht, dat dezelve daar door worde gebracht in dien ftand welke overeenkomt met de waardigheid van deze onze Stad, en in navolA 4 ging  8 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot ging van veelen der a^neienelykfte Steden dezer Repubiyk, ter voldoening aan de voornaame oogmerken van haare inrichting, (vooral jn de zoo critique omftandigheaen, waar in ons Vaderland ver. fc-erd), en dus ook mogen kunnen beantwoorden aan de zoo loffdyke intentie van onze Hooge Souvereiaen. 'c Welk doende &c. Was door ruim honden en vyftig der voor. naamfie en braafjle Burgers en lngezenen van Hoorn geteekend. No. 3448. Request aan Burgemeesteren en Vroedfchap. pen der Stad Hoorn , inhoudende verzoek cm de fitanrien der Doelens vast te regelen, ten einde de Burgerwacht, SJiuttery en het Brandwezen fpoem dig in orde worde gebracht öV. In dato den o Aan de Edele Groot Achtbaars Heeren Burgemeesteren en Raaden der Stad Hoorn. Geeven met verfchuldigde eerbied te kennen, de Ondergeteekendens , Burgers en Inwoonders der Stad Hcorn, hoe zy Supplianten federt laDg zyn geïnformeerd, dat reeds den 10 Juny van het gepasleerde jaar (7 84 aan ü Ed. Groot Achtb. door Brandmeesteren van de Spuiten JLitt. B en O is geprajfenteerd, zekere Requeste, inhoudende een verzoek tot redres, zoo by de Brandfpuiten als by gevole mede in de Schuttery. Dat het zelve een geruime tyd daar na, gefteld is m handen van de Ed. Manhafte Kapkeinen dezer btad om te dienen van bericht en advys. Dat daar op door een zeer aanzienlyk getal der voornaamfte en braaffte Burgers dezer Stad, een addres js gemaakt aan de Ed. Manhafte Kapiteinen, om  de Geheurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen, cf om aan het zoo evengemelde Requeste en Bylage van Brandmeesteren te verleenen een gunftig appui: tot welke de Supplianten zich refereeren, ais zynde aan deze geannexeerd. Dat zulks van dat efFeft is geweest, dat de Ed. Manhafte Kapiteinen, voorheen by ieder der Burgers en Inwoonders zich geinformeerd hebbende, wie de Schuttery of Burgerwacht, en wie de Brandfpuit verkozen, waar aan door een ieder, zonder eenige de mirjfte tegenkanting, gelyk de Supplianten wel meenen onderricht te zyn, terftond is beantwoord, ten dien einde aan U Ed. Groot Achtb. het begeerde bericht overgeleverd, en omtrent het bovengemelde Request gunftig hebben geadvifeerd: laatende verders de fchikking der finantien onzer Doelens, aan de hoogwyze kennis van U Ed. Groot Achtb. Dat vervolgens op den 14 Juny 1785 de groote Krygsraad vergaderd zynde, gerelblveerd is, om een aanvang met den wapenoeffening te neemen met die gene, welke de Schuttery gekoren hadden, en bet verders provifioneel op den voorigen voet te laaten. Dat, gelyk de Supplianten meer en meer geinformeerd worden, volgens gansch geen ongefundeerd geruchte, dat Hun Ed. Gr. Achtb. terftond daar ca omtrent de finantien der Doelens zyn bedagt geweest, ja dat de zwarigheden desaangaande, reeds by Hun Ed. Groot Achtb. de Heeren Burgemeeste. ren en oudfte Leden van de Vroedfchap door een befoigne Commisforiaal zouden vervallen zyn, in zoo verre zelfs dat de Supplianten en de ganfche Hoornfche Burgery hun vuurjg verlangen, al hun begeerte zouden deelachtig worden: naamentlyk dat daar door het allernoodzaakelykst redres zooby de Brandfpuiten, als Schuttery en Burgerwacht, op de gewenschte en beste wyze zou bepaald kunnen worden. Maar helaas! tot der Supplianten innig en grievendst leedwezen zien zy» dat alles (offchoon dien A 5 be-  10 Verzameling van Stukken heirekkelyk tot belangende U Ed. Groot Achtb. op den 27 Juny 1785 vergaderd zyn geweest) op de oude voet blyft, dat men waarlyk in cas van brand thans geene de minste zekerheid heeft van eene gefchikte hulp,en daarenboven op de Burger- of Nagtwachten zich met eenige gerustheid niet kan verlaaten. Waarom de Supplianten zich addresfeeren by U Ed. Groot Achtb., inftantelyk verzoekende: dat het U Ed. Groot Achtb. behaage, de finantien der Doeiers, zoo fpoedig eenigzins mooglyk is, op de behoorlykfte wyze, volgens vereischte, vast tereguleeren, op dat daar door eene zoo zeer verlangde en heilzaamfte orde by de Brandfpuiten moge plaats grypen, en men geduurig zoo door een gefchikte Burger- of Nagtwacht, als mede door de zoo allerpryslykfte wapenoefening verzekerd was, die veiligheid, ja die verdeediging te kunnen genieten , welke eene zoo voornaame grondwet altoos moet zyn van eene gefchikte Maatfchappy. 'c Welk doende &c. Was onderteekend door 410 Burgers en Ingezetenen. No. 3449. Naamlyst der exerceerende en contribueer en. de Leden van het Genootfchap ter beoeffening en aanmoediging van den Burger Wapenhandel onder de Zinfpreuk voor Vaderland en Vryheid te Hoorn, naar rang van derzelver inkomst in het Genootfchap voor den jaare 1785. Kapiteineh. Mr. J. H. van Stralen, P. C. Boon. Mr. H. Carbafius. Mr. D. Gallis. luitenant*. Mr. C. J. van de Blocquery. m  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen, r& W. Schuurman. F. Hoyer. G. Schuit de Wys. Vaandrigs* W. N. Crap Hellingman. Mr. D. van Foreest. Mr. W. A. van der Ramhorst. Mr. C Carbafius. Adjudant, J. W. Swarthof. Gewoone Leden. H. Boldingh , Serg. 1 {*) J. Schenk. 3 J. Ham, Sergeant. 3 Mr. Z. v. Foreest, Serg. 1 C. Klyn, Sergeant. 2 J. Breebaart, Secreta- ris-, Serg. 4 H. Fangmar. 4 A Scheliinger, Junior. 2 H. Starre. 4 J. Korver Iz. Serg. 2 W. Hulleman, Corpor. 1 J. C. Lont. 2 A. Schagen. 1 C Temme. * j. Crobli, Corpor. 4 A. Best. 1 E. de Bruin, z A. Smit. 3 j. Wydema. 2 j. van Crimpen. 3 J. Edingh. i J. H. Veenkamp. 3 Mr. J. Schagen. 3 J. G. Borst. i H. Slyper. 1 J. Temme. 3 Mr P. Klinkhamer, Jacobs»;. 3 H. de Wit 4 J. Brouwer Oly. 1 J. van Foreest. 1 M. Maas. 1 N. van Beek, Corp. r W. Tasman, Serg. ^ C. Keyzer, l W. Ohfiager, 3 R. B.>sfert. 3 P. Holst. 4 j. Sieuwerts. 1 j. van (*) De Naamen met kleine Kapitaale letteren gedrukt, zyn Direfteuren, die met Curcyf, zyn Oud-Direfteuren, de No. 1, 2, 3 en 4, geeven te kennen onder welke Compagnie de Leden behooren.  tt Verzameling van Stukken betrekkelyk tot J. VAN DER WoLFF. 3. G. Kor ver, Corpor, 2 K. Hulleman. 3 D. Wit. 2 J. Schottee. te J. de Graaff. 3 M. Reintjes. 1 H. Richters. 3 J. F. Thade. r C. Schermer. 3 W. Lindeman. ï P. van Putten. 3 C. Hcynis. 1 J. Bakker. 4 C. Reintjes. 2 E. Ssieltjes. 3 H. Bergman. 4 B. Stichting. 4 F. Schagen. 1 J. Slichting, 4 G. F. Oortgyfen. 2 J. van Wyk. 4 M, Wortderlyk. 2 J. Oamer. 4 C. Meyer. 2 C. Breebaart,Pietersr.4 B. üa*. 4 M. Sas. 3 G. Stieltjes. 1 F. B45C. Corpor, 3 V. van Halm. 3 J. Spoelder. 3 J. Roofcboom. 3 J. Pickart. 3 D. Steman. 1 A. C. Korthals. 4 D. Wognum. 4 CBreebaart. 1 C. Kalker. 2 A. Waarden bug. 3 J..van Crimpen, Serg. 3 P. Vüfer. 3 D. Schuurman. 3 J. Volten. 2 D. Lange wagen, Corp.n J. Langewagen. 2 J. Smit. 2 R. Tuinman. 4 J. Bruin. 3 G. de Jong. 1 P. Kuiper. 3 J. Baart. 3 J. ten Vree. 4; D. Bosfeladt. 4 A. Kaag. 3 W. Sloos. 2 C. Maas. 4 J. Mantel. 2 R. Koot. 2 J. Schellinger. 2 C. van Driel. 3 A. Visfer. 2 B. L. Bernhard. 4 C. de Roeper. 4 C. Esbach 2 K. Swart, Corpor. • M. Nooder. 1 H. W. Matthsus. 1 H. van Voorst. 3 J. Groen. 2 W. Lippits. 4 J Breyr. 4 C. Steman. 1 J. Steen. 2 P. Sa lm. 4 5 P. Adriaansz. 4 P. J. Wagemaker. 2 P. Feller, Corpor, 4 T. Voerman. 4 Aa de Vos. 3 G. $  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen* ij^ G. S. Mulder. 1 W. Vel. 4 G. Vlasman. 4 A. Stolts. i H. Meyer. 4 M. Arts. 1 P. Schoni. 2 P. Benist. 2 P. Brouwer. i S. Meijer. 4 J. F. Gardner. 1 E. van Loenen. 3 T. Groenewoudt, Abr* hamsz. 1 S. Brouwer. 1 J. van Leuven, s J. Wsy. 4 J. Roos. 4 D. Groen. 2 J. van Schagen. 2* N. Boldiugh. 3 E. Engelberts. 3 A. Bruin. 2 P. Bree baart. i J. van Halm i G. van Hoolwerff. i G. A. Pet. 4 CoBTRIBOEïRENDE LEDECf. Maria Agncola, weduwe Pet. Simon Riedemaker* Klaas Swart. Pieter Houttuijn. Francois Hoijer. Jan van de Poll. Paulus Bel. Klaas Swart, Symonsz. Jan Lan gewagen. Jan Schenk, Junior. Cornelis de Boer. Frans Smit. Volcard Schellinger» E- vertsz. Jan Bent. Gerrit Brons. Thomas JSruyn» G. Lan gewagen, e C. Roofeboona. 9 N Mulder. 2 J. Best. 2 G van Krimpen. % C. van Hinten. 4 Pieter Kimknamer. Cornelis van der Wolfë, Hendrik Honing. Lodewyk Vermande. Herman Jansz. Veea^ kamp. P. H. van der Steen» te, Thiel E. M. Engelberts. Syvert Langedyk. Gerrit de Roodr te Amft; J. d'Amour te Amft. Carel d'Amour teAmJL J. F. Hofman teAmit.i J. W. Ogelwichr te Amft. P. C v. Herfelen leAmjL Johapre» Hart te Amji. Carel Lot te Amft.  ƒ4 Verzameling ■van Stukken bitrekhlyk tot No. 3450. Request aanBurgemeesterender Stad Hoorn, verzoekende cm een Exercitie-plaats voor 't Genootfchap, met Appoïnêtement. In dato den 20 A* pil I785- Aan de Edele Groot Achtbaar e Hee» ren Burgemeesteren en Regeerders der Stad Hoorn. Geeven met verfchuldigden eerbied te kennen de Ondergeteekenden, Burgers en Inwooners dezer Stad. Dat zy Ondergeteekenden, geduurende den voorleedenen winter, (vooral na dat hun de zoo loffèJyke intentie van onzenHoogen Souverein, tot eene algemeene Wapening van alle Inwooners van ons Vaderland; en tevens net goede oogmerk van U Wel Ed. Groot Achtb., ter verbetering en in ftand brenging der zoo ververvallene Schutteryen dezer Stad, is bekend geweest) onder zeker geformeerd Reglement van discipline en contributie, zich hebten vereenigd tot een Genootfchap van WapenoefFening; en zich, op hunne eigene kosten, op bepaalde tyden zoodaacig hebben getracht bekwaam te maaken, dat zy vertrouwen in de behandeling der Wapenen reeds1 goede vorderingen te hebben gemaakt: hebbende der Supplianten handelwyze in dezen Mr. C H, van Bekeftéin Raket te Amft. iNicolaas Btv's. Pieter Jager. Mr. Jacob V. Hoolwerff. Willem Ris. Bruno Engel van Hinten. Cornelis de Feyfer. Cornelis Ment. Reinier Brons. Jan Burger. Cornelis Vel. Bernardus Hulleman, Thomas Bulcjar. Theunis Groerewoudt, Abrahams*. Pieter Heytis. Gerrit K'ook. Jacob Snotk. JSJicolaas Spaans. Paulus Basr. Jon de Vries.  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. ï$ »en de goedkeuring hunner Mede-Burgeren in zoo verre weggedraagen, dat bereids veelen, als hono. raire of contribueerende Leden, zich hebben gelieven aan te geeven, en ingeteekend hebben. Vooraf betuigen de Ondergeteekenden oprechte* lyk aan U Ed. Groot Achtb., dat het nimmer hunne intentie is geweest, om, door het oprichten van hun Genootfchap zich der Schuccery alhier te onttrekken , veel min om zich eenigzins boven de Schuttery of eenige van derzei ver Leden te verheffen ; maar eeniglyk ten oogmerk gehad hebben en nog hebben , om zich in alles, wat tot den Wapenhandel behoord, kundig en bekwaam temaaken; ten einde de Schuttery (ieder in deszelfs Cotnpag. nie) van dienst te zyn, en dus mede te werken ter bereiking van 't goede oogmerk van U Wel Edele Groot Achtb.: ten blyke van deze hunne bedoeling» zyn de Supplianten by het formeeren van hun Reglement, wel bedacht geweest, zoodaanige Artikelen vast te Rellen, waar door wordt voorgekomen, dat, door hunne byzondere WapenoefFening, aaa die der Schutteryen geene de minde verhindering wierdt toegebracht. De Ondergeteekenden vertrouwen met grond, dat deze hunne verrichtingen en yver aan U Wel Ed» Groot Achtb. niet anders dan alleraangenaamst kunnen zyn; en vleijen zich dus met reden te durven verwachten, dat ü Wel Ed. Groot Achtb. gaarne alles zullen willen toebrengen, wat tot aankweeking van hunnen lust en yver en ter vermeerdering hunner bekwaamheden (ter bereiking van de bovengemelde zoo goede inzichten), zal kunnen dienen. Naardien nu de plaats, van welken de Ondergeteekenden zich, tot hier toe, ter hunner oeffening bediend hebben, niet alleen veel te bekrompen is, om alle de noodigemaneuvres te kunnen verrichten, maar ook veele van die maneuvres, in een befloten plaats niet kunnen verricht worden, en de Ondergeteekenden gaarne het by hun begonnen werk verder zoude willen voortzetten, om zich in alles, wac tot .  ro" Verzameling van Stukken betrekkelyk tot tot de zoo nuttige en noodzaakelyke beoeffening der Wapenen bekend, bekwaam te maaken. Zoo keeren de Ondergeteekenden zich tot U Wel Ed. Groot Achtb., ootmoediglyk verzoekende: dat het aan U Wel Ed. Groot Achtb. moge behaagen, aan de Ondergeteekenden toe te Haan eene publicque plaats, het zy de Buiten-Luyendyk, bevoorens by de alhier inGuarnifoen liggende Militie jaarlyks tot de Exercitie gebruikt, of zoodaanige andere plaats, als U Wel Ed. Groot Achtb. convenabelst zouden oirdeelen; ten einde aldaar, onder de goedkeuring van U Wel Ed. Groot Achtb., onder hunne, onder elkander te verkiezene Officieren, en met de vereischte honneurs, geduurende het zomerfaifoen en wel des maandags na den middag van 6 tot.q uuren» (als wanneer, zoo verre den Supplianten bekend is, door geene Burger-Rots of Compagnien geëxerceerd wordt) zich in den Wapenhandel verder te oefFenen, en hunne reeds bekome kundigheden daar in, dus verder uit te breiden. 't Welk doende &c. Als Directeuren van het ExercitieGenootfchap en uit naam van alle de Leden. T. Bent. Francois Hoyer. Jacob Hom. Adolph Schellingkr, Junior. J. H. Veenkamp. G. Stielties. Wm. Schuurman. Hendk. Bolding. G. Schoit de Wys. Nicolaas Spaans. Jan Temme. APPOINCTEMENT. Burgemeesteren de geannexeerde Requeste hebbende gezien en geëxamineerd, gelet op de pofitiven van dien en op het gene in deze te letten Rond, accordeeren der Supplianten verzoek zoo als hetzelve is leggende, en ftaan dezelve de Schutters Doelens  de Gebeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 17 lens dezer Stad des Maandags na de middag van zes toe negen uuren toe, ten einde zich verder in den Wapenhandel te kunnen oeffenen. Actum Hoorn, den ao April 178;. In kennisje van my, Qwas g«.) C. J. van db Blocquerï. No. 34jr. Addres m welzyn en bevordering van het Genootfchap ontier de Zinfpreuk voor Vaderland en Vryheid, binnen de Stad Hoorn. Wat is wenfchelyker, wat voordeeliger en wac noodzaakelyker voor een vry Land, dan zich van binnen in de Steden, en van buiten ten platten LVjde, te verfterken, en op zyn hoede te zyn, om ware het roooglyk, met de Wapenen in de vuist, dié dierbaare Vryheid te befchermen en te behouden, voor het wnlk Helden hun bloed hebben geftort, en het welk ook Helden ons hebben ten erfdeel na. gelaaten, niei om die te verachten, of met voeten te treeden, en te moeten zien, dat trotfche Dwingelanden , dezelve zouden verkorten; maar om dezelve, zoo larg men nog één enkelde druppel bloed overig had, voor zulke roofzieke Arenden te befchermen, — zouden dan de braave Ingezetenen van Nederland ftil zitten, zou men dan de alom beroemde naam der dappere Batavieren niet met blaam en fchande bezwalken, met zich aan zoo een heilzaame zaak niet te willen laaten gelegen leggen ? Zekerlyk ja. — Maar binnen fioorn's wallen en in verfcheiden andere Steden meer, worden nog heden ten dage Mannen gevonden, wien de oude zucht tot de oriwaardeerbaare Vryheid in het harte gevoelen , ja wien het vry bataaffche bloed nog door de ade. ren vloeit, om des noods met de Wapenen in de hand, dat gene te behouden, het welk onze Voor» ouderen, zoo duur heeft komen te ftaan. L. Deel. fi 'w I  i$ Verzameling van Stukken beirekkelyk tot' Wel aan dan Vaderlaodfche Vrouwen, daar 'er nu geen twyffel is, of 'er zullen 'er zeker onder Uü'den ook gevonden worden, wien het welzyn van Vaderland en Vryheid fterk ter harte gaat, en deel neemen in de goede poogingen van uwe Stadgendoten, tot behoud der zielverkwikkende Vryheid,. en der algemeene rust, zoo wél binnen als buiten uwe Stad. Zoo zal het Ulieden ook niet onaangenaam zyn, door deze Inteekeningslyst, de gelegenheid te kunnen hebben, om door uwe gef fchenken (welke penningen zullen befteed worden, tot het vervaardigen van Vaandels &c voor het Genootfchap, onder de Zirfpreuk voor Vaderland en Vryheid) te toonen, da Gylieden ook nog heden ten dage, met dat zelfde bloed, de zelfde moed en liefde tot de Vryheid en het Vaderland bezield zyt, als onze Bataaffche Vrouwen in vroeger jaaren altyd zyn geweest: dan zal 'er binnen Hoorn's wallen een gejuig opgaan , door de vreugdegalmen van uwe weldenkende Mede Burgeren; en dat Gylieden met alle uwe Stadgenooten, eindelyk de aangenaame vruchten van die aangewende vlyt en arbeid fmaaken moogt, is uit grond van zyn hart, deheuglyke wensen van W. N. Crap Hellingman-, als Secretaris^ (was geteekend) ;W. P. v. Stralen , geb. J. Klinkhamer , geï>. v. HoolwerfF. Zwartendyk. M. J. v. d. Blocquery, A. Velius, wed. Baart, geb. de Vicq. Jacoba J. Klinkhamer, *M. S. de Wys, geb. Zwar- wed. P. Zwartendyk. tendyk. Eva Ris, geb. Houttuyn. M. S. Hellingman. G. M. v. Crimpen, geb. 'Wr. C. Kaifer, wed. Car- v. Darhorsr. bafius. Aatje Schagen , geb. 15. M. Merens. Breebaart. J. Codde v. d. Burg, C. H. v. Bekeftein Rawed. Velius. Jet, Nom, Exoris. J. E.  êe Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 19 J. E. Carbaiïus, geb. v. Hoolwerff. C. Schuurman , geb. Schagen. A. C. Hellingman. S. van der Ramhorst. S. J. Carbafius. C. Merens. C. Merens, geb. Galles. P. H. de Feyfer, geb. v. Akerlaken. Geertje Beer». Rebekka Beets, geb. v; Heysr. A.M. Hoijer, geb. Loth. Regina MagdaJena van Heysf. JohannaBest, geb.Bree- baa-r. E. O. Swarthoff. geb. Sandeeru?. No. 3452. Inteekenlyst der Donateurs en Donatrices der Vaandels, Trommen, Pyptn, Busfen &c. aan het Exercitie-Genootfchap. In dato den 22 juny 1785. ** ' . De Ondergeteekenden contribueerende Leden vaa het Genootfchap, ter beoeffening en aanmoediging van den Burger Wapenhandel, onder de Zinfpreuk voor Vaderland en Vryheid te Hoorn, verkiezen ieder voor zyn gedeelte te draagen in de kosten, te vallen op het doen vervaardigen van vier kopere Trommen, met hun letterhouten Stokken, bene* vens agt Pypen met hun Busfen, welke Trommen en Busfen &c. door ons Ondergeteekenden zullen worden vereerd aan het Genootfchap hier boven ge. meld. 0 Hoorn, den aa Juny 1785. P. Klinkhamer. Pieter Houttuyn. Gerrit Brons. Hendrik Honing. D. Vries. Thomas Bruin, Paulns Bast. J. van de Poll. (was geteekend) Herman Hulleman, L. Vermande. B. v. Hinte. Cornelis de Boer. B. Hulleman. JN. Hinlopen. Pieter Mesfchaarr. Simon Riedemaker. B 2 Pau-  20 Verzameling van Stukien betrekkelyk tos tio, 3453. Acle van Verbmaunis ter verdediging der Republtceinjihe Co* Jlnutie, aocr de Leaen van het Lertoljthap van Wapenhandel Öndêt de Zitjpieuk voor Vaderland eD Vryheid te Hoorn. In dato den 25 OElober 1785. Wy Ondergefchrevece Gecommitteerden en Leden van de correspondeerende Burger-Corpfen binnen deze Republyk, verklaaren, tot onderlinge verzekering omtrent onze waare oogmerken en goede intentien. met de inrichting onzer onderlinge Correspondentie, gem ander oogmerk gehad te hebber, dan om den Lande tegens alle buiten-en binnerlandsch geweld enoverheerfchingzoo veelmooglyk te dekken en te btfchermen: verbindende ons dierhalvtn by dezen op het plechtigfte, ons nimmer te zullen lasten emploijeeren tot het invoeren vao een andere Regeeringsvorm dan de waere RepüblU ceinjche, gegrond op de Wetten van den Lande: naamenrlyk, ten Voihregeei in,e by Reprefentatie, met een daar aun onderschikt Erf-Stadhouaerfchap in het Doorluchtig Huis van Oranje; zorder dat wy immer zulten trachten mede te werken tot het in voeren van een Alhen}eerjehirg, of onaf'har,pélyAe, haatetyke, en de Vryheiddrukker.de Aristocraiifche Fatnilieregeering, met verjjnooiing van de btllyke en eerbiedige Volksflem\ even zoo min, als tot ten volftreks vereenigd, in allen opzichte met goed en bloed te ond, rfteuren en befchermen, indien een onzer, uit hoofde van deze plechtige verbintenis, tot handhaaving der Vryheid en onafhange* lykheid der Republyk, en der Ingezetenen Rechten ingericht, of uit hoofde van eenig bedryf, tot het welke zy.door deze verbindtenis verplicht mogten worden, in het meest of het minste gekrenkt of gemor id word, fchoon in de p'soiisfen van deze Acte, in den een of anderen plaats om redenen eenige andere woorden mogten gebruikt zyn; betuigende de Ondergeteekenden by alles wat hun dierbaarst is, dat zy, met verzaaking van alle eigenbelang, met deze hunne verbindtenis alleen 's Lands welzyn beoogen. Aftum Hoorn, den 25 Qdtober en daaropvolgende dagea van den jaare 1785. (was geieekend') H. Carbaflus als Gecom mitteerde ter Provinciaale Vergadering. Jan van der Wolffa/j Gecommitteerde ter Pro. vinciaale Vergadtring Jan Breebaart als Gecommitteerde ter Provinci aale. Vergadering. W. N. Crsp Hellingman. W. Tasman. Wülem HuilemaQ. 8: J Richters. Willem Ris. Tan Herm. Veenkamp. Dirk Langewagen. Abraham B^st. Pieter Berist. Jan ten Vree. E. van Loenen. P. J. Wagemaker. G. Matthajus. Carbaflus. Jan Hendrik van Stralen. h w.  tt Verzameling van Stukken betrekkelyk tot J. W. SwarthofF. J. van Crimpen. F. C. Bood. Willem Lindeman. JaD Chnsriian Lont, Hendrik de Wit. C. Bos. D. Groen. Cornelis Temme. B L Bomhard. J .obus Weideman* J kinnes Lan ge wagen, fan van Schagen.. Ka'per EsAagta. Willem Lipp ts. Jan Roosboom. Co>-ne)is.Keyfer. Cornelis van KleefF. Jacob Schellinger. Heynier Tinkelenberg. Hendrik Tinkelenberg. Jan Ediogh. Jaf Kalen. C. J. van de Blocquery. Jacob Ham. Abraham Smit. Jm vaD CrimpeD. Garrit Kemp. D. Schuurman. W. Schuurman. Anthony Schagen. Jan Stigting. Pieter Salm. P. vin Wyk. Cornelis Meyer. G. S. Muller. Hendrik Sears. Cornelis Maas, C. W. Walbrecht. David Bosfelaar, Fredrik Ploeg. G. Stieltjes. Jacob Schutter. Jan Gerfen Bort. S'ofFel Brouwer. G. Korver. Frans Schagen. Cornelis Reyntjes. J. G. Mantel. Jan Voken. P. Feller. Evert Stieltjes. Pieter Kuyper. Hendrik van Voorst. Jan de GrsafF. Hendrik Bergman. Evert de Bruyn. A. C. Korthals. J. Bakker. Z. van Foreest. Jacob Ho ver Jansz. Jan Fredrik Taade, P. Klinkhamer. Jacob Groen. Maarten Reyntjes. Abraham de Vos. Claas van Driel. D. v. Foreest. G. Jonah. M. Nooden. Roelof Koot. Wouter Vel. Job. Sieuwerts; Iurriaan ülder. an Way. Jacohuj van Cleeff. G. F. Qortgyfen. JohannusrWolfrat. Jan Temme. AldoJphSchellinger Jutt. Hen- ■  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. v oorgev alten, s Hendrik Boldingb; Volckert van. Halm. Pieter HoQt'tnyfj. P. Klinkhamer. B. Hullennan. J. F. G. vVvidmd. Jan Beefs Nicolaasz. Pieter M^sfcham. No. 3454 IVaamtyst -er exerceerende en contribueerde Leden van het Genootfchap ter beoefening en aanmoediging van den Burger Wdpen hanaet onder de Zinjprmk >oc V^d rldnd en Vryheid te Hoorn, vdor den jaare 1786. Dï rectèóren. WiggerTasman, Phibppus Feller m ultimo Jul.1780". Willem Hulleman, Dirk Lang^wag'en, tot ultimo October 1786. Gysbert Vlasman, Hendrik Fangman, tot ultimo January 1787 Adolph Schelling-er Jr., Evert van Loenen» tot ultimo April 1787. SECRETARIl Jan Breebaart. .« G O m- m a n d a n t. Mr. Jan Hendrik van Stralen. ' & * ?. I. t E I N E n. Mr. Jan Hendrik van Stralen. Mr. Hendrik Carbaflus. Mr. Christiaan Jan van de B'ocquery. Willem Schuurman, Kapitein-LofTENANT^ Gillis Schuit de Wy{. B 4/ LOT» L. Vermande. F. W. Wehmhovec. Pa ilu-. Bel. C. Ment. N. Spa m$. Pieter B-iets. D. Wei. S. F*«er.  24 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Luitenants. • Willem Nicolaas Crap Hellingman. Mr. Dirk van Foreest. Mr. Wouter Anthony van der Ramhorst. Mr. Cornelis Carbaflus. Fraccois Hoyer, Luitenant Honorair. Vaandrigs. Mr. Zacheus van Foreest, Anthony Scbager. Mr. Pieter Klinkhamer Jacobsz. Cornelis Heynis. Adjudant. Johannes Wilhelmus ZwarthoiF. Sergeanten, Hendrik Boldingh. Cornelis Klyn. Jacob Ham. Jan Breebaart. Wigger Tasman, Fredrik Bast. jNicolaas van Beek. Adolph Schellinger Junior. Commandant van 't Vaandel Pelotton. Willem Hulleman. Dek-Sergeanten van 't Vaandel Pelotton, Evert van Loenec. Jacobus van Csimpen. G o r f o r a a l s, Dirk Langewagtr. Gysbert Korvef. Philippus Feller. Hendnk Starre. Evert de Bruin. Pieter Kuiper. Evert Stieltje-. . Maarten Rtyttjes. N 2  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen, i£ COMPAGNIE No. 1. Kapitein. Mr. Jan Hendrik van Stralen* ; Kapiiein-Luiten. Gillis Schuit de Wys. Luitenant. Mr. Cornelis Caroaüus. Vaandrig. " Cornelis Hsinis. Sergeanten, Hendrik Boldingh. Wicolaas van Beek. Corporaah» Evert de Bruin. Maarten Reintjes. Gerrit Stieltjes. Cornelis Bos. Pieter Brouwer. Cornelis Kayzer. Dirk Steman. Willem Lindemand Gerrit de Jongh. Jan Walkot. Maarten Reintjes. Michiel Artz. Abraham Best. . Jan Spinelli. Reinier Tinkelenberg» Jan Fredrik Thade. |an Edingh. Matthys Spel. Jan Andries Stolts. Jan Fredrik Gardner. Johannes Siewerts. Hendrik Groot. Jacob Schotte. Frans Hendriks. Frar s Schagen. Gerardus Claafen. Stoffel Brouwer. Cadetten» Jacob van Halm. Gerard van HoolwerrT. Gerrit Langewagen. Pieter Bree baart. Tambour, Gerrit Soutendykv Pypers* Pieter van Ophem. Bernardus de Punt. B s GOM-  SS Verzameling van Stukken betrekkelyk tot COMPAGNIE No, s. Kapitein, Mr. Hendrik Carbaflus. Luitenant, Will. NicCrap Hellingmarfc Vaandrig. Mr. Zachens van Foreest. Sergeanten, Cornelis Klyn. Attolph Schellinger» jjmfof» Corporaals. Dirk Langewagen. Gysbert Korver. Jan Volten. Jan Smit, JacobszV Claas Kalken Cornellis Temme. Jan Mantel. B. L. Bernhard. Cornelis Meyer. Dirk Groen. Jacobus Weidema. Jacobus van Leuven. Roelof Koot. Jan van Schagen. Johannes Langewagen, Jacob Korver. Abraham v*ïsfer. Gerrit Groenveld. Casper Esbach. Claas Zwart, S. G. zoort Jan Cnristiaan Lont- Aris Korver. Willem Sloos. Cornelis van den Berg. G. F. Oortgyzen. Pieter Schoni. Pieter Benisr. Anthonv Bahlman. Jacob Schellingen Gerrit K-ruiff. Cornelis Reintjes. •K S f. : g A O Cadetten, ' . ■ T H CSV 0*03 X Johannes Best. Adam Bruin. Gysbert van Grimpen. Tambour, Cornelis van Cleeff, Pypers. jacob Grofc-p. Jacobus vaft Cleeff. COM? ■  ée Gebeurtenis/en in 1787 enz. Wfgmfe. if COMPAGNI E m^. Kapitein. Mr.'Chrisnaar. «sra Bloc. quefy. LuKenanU « Mr. D'rk wan Foreeit» Vaandrig. Anthony Schagen* Sergeanten. .1 jkeob H^rn. Fredrik Bast. Corporaals. - Pieter Kuiper. Evert Stieltjes. ♦tsqaoJj ob aileaioD .oprrrg'iF'ï v'i Anthony Kaag. Rudolph Bosfert. ! Abraham Smit; Dominicus Schuurman. Jan Spoelder. Hendrik van Voorst. Jan Hettmz. Veenkarnp. Wybfaod Schaap. Hermanus Richters. Gerrit Kemp. Claas Hulleman. Martinus Sas. Jan Temme. Willem. Mustnao. Jan.Piecart. Mr. C. H. v4 Bekeft.RaAbraham de Vos. ket. Willem Olyflager. Jan de Qraaff. Klaas» van Driel. Pieter van Patten. Cadetten. NicolaaK Boldingb. Cornelis Roofeboom. Jan Koot. E. Engelberts. .j i^'v/i nev tasïiiW Tambour. Pieter Dubbelt. Pypers. Jan Holst. Jan Lüufces. COAT.  *8 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot COMPAGNIE No. 4. Kapitein, Willem Schuurman. Luitenart, M. Wouter Anihony v.d„Ramhorst» Vaandrig. M?. Pieter Klinkhamer» Jacobsz, Sergeanten. Jan Breebaart. Wigger Tasman. . fa Vorporaalfx Philippus Feller. Hendrik Starre. Hendrik Fangman. Paulus Holsr. Hendrik de Wit. Jeuriaan Bakker. Hendrjk Bergman. Bernardus Slichting. Jean Slichting. Claas Breebaart, Pleet. Barend Das, A. C Korthal». Dirk Wogtum. Jan ten Vree. David'Bcofelaar. Cornelis Maas. Cornelis de Roeper» Willem Lippus. Pieter Salm. Wouter Vel. Gysbert Vlasman, Jan Way. Jacob Benist. Fredrik Pfloeg. Chr. W. Walbrecht, Willem Ernens. Dirk yerhey. Jan Lucas de Hefr. Willem Meyer. Saiomon Meyer* Cadetten. Cornelis van Hinten. Thimon Velius Baart. Willem van Foreest. Tambour. Pjptrs. Jan van Brusfel. Frans Zegen. Êvert Wal. ü  4t Gebeurtenis/en in 1787 enz, voorgevallen, «je» Honorairs Leden. Simon Riedemaker. Klaas Swart. CorDelis Zwart. Pieter Houttuijn. Frarjcois Hoijer. Jan van de Poll. Paulus Bel. Klaas Swarc.SymonCor- Deliszoon. Jan Langewagen. Cornelis de Boer. Frans Smit. Volcard Schellinger, Evertsz. Gerrit Brons. Thomas Bruyn. Pieter Klinkhamer. Cornelis van der Wolff. Hendrik Honing. Lodewyk Vermande. Herman Jansz. Veenkamp. P. H. van der Steen, te Thiel. Ds. E. M. Engelberts. Syvert Langedyk. Gerrit de Roodt te Amft, J. d'Amour te Amft. Carel d'Amour te Amft. J. F. Hofman te Amft. Johannes Hart te Amft. Mr. C. H. van Bekeftein Raket te Amfl. Nicolaas Beets. Pieter Jager. Mr. Jacob v. Hoolwerff. Willem Ris. Bruno Engel van Hinten. Cornelis de Feyfer. / Cornelis Ment. Jan Burger. Cjrnelis Vel. Bernardus Hulleman. Thomas Bolman. Theunis Groenewoudtj Abrahamsz. Pieter Heynis. Jacob Snoek. Nicolaas Spaans. Paulus Basr. Jan de Vries. Anthony Waardenburg; Gualtherus Matthaeus. Herman Hulleman. Jan Spaarkogel. Jan Mager. Reynier Brouwer. Cornelis Dom te Amft. Jan Lambers te Amft. Lodewyk Gerhard Viui let te Amft. Jan Vos. Ds. Jacobus Klinkhamer te Worv.erveer. Ds. Jacobus Tasman U Knollendam. Pieter Beets. Ds. Cornelis van Loenen te Twisk. Gerrit Bruin teMonniketU dam. Mr. Dirk Gallis. Nicolaas Hi'd lopen. Pieter Mesfchaart. Willem Tasman. Jan Beets, Nicolaasr.  54 PbwameNng van Stukken bttrtkkelyk Ut Donatrice». ',ï mdans*i c.*\ .099;V .StOfl (11 tafi Maria Agricola, weduwe Pet. Alida Velius, weduwe Baart. Weintje Blauw, weduwe Vlasbloem. Anna Sophia Scholten, Dochter van Ds.Izaak Seholten te Rotterdam, tl azd.it" «iwoo^i '«i <.:.,., >; , .. ,«-> Ds. Sarouel- Hufeërt ff Leiderdorp. Mr. Mal. Merens. Jacob Groes. Marten Houtcuyn. Fredrik Willem Wehm- höven. Albert Ferdinand Oort- gyzon. Francois Duffer te Dordrecht. Mr. Bernardns Blok. Pieter van Akerlaken. Jan Hermanus Sluiter. Jacobus Posthuma. jscobus van Crimpen. Dr. Jan Fredrik Guiller met Weiman. Jacob Roofeboom. Ds. Petrus Bakker. Jan Kray. Jan van Ophem. Helmicb Schuurman*. Cornelis Visfer. Jan Bruin. Pieter van Hogen* G S. Mulder. Jacob Brouwer Gaflgn et. Jan van der Wolff. Nanoing van Foreest. Jan Brouwer Oly. Hesfel Siyper. Petrus Johannes Wage- jnaker. Philb'ppus Conftantyn Boon. Voikert van Halm. Jan Korver Jz. Pieter Ham. Pieter Blauw.  de Gebeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 3$ N°. 3455' Requesten en By lagen van Officieren en DireSteuren van het Exercitie-Genootfchap voor Vaderland en Vryheid te Hoorn , aan Schout, Burgemeesteren en Schepenen dier Stad, inhoudende klachten over de verregaande brutaliteiten en infultes het Genootfchap aangedaan, In dato den 26 Febmary 1786. Aan de Edele Groot Achtbaare Heeren Schout Burgemeesteren en Schepeness der Stad Hoorn. Geeven met fchuldige eerbied te kennen, Officieren en Directeuren van het Exercide^Genootfchap voor Vaderland en Vryheid binnen deze Stad; als reprefenteerende allen de Leden van gezegde Genoot* fchap. Dat de intentie van gemelde Genootfchap altoo» geweest is, is, en zal blyven om aan de Unie van deze vrye zeven Gewesten in den jaare 1579 te Utrecht plechtig gefloten, en het oogmerk van dea Souverein Hun Ed. Groot Mogenden de Heerea Staaten van Holland en West-Friesland te voldoen , door zich in den zoo nuttige als hoognoodzaakelyke Wapenhandel te oeflènen, ten einde alles toe te brengen wat in hun vermogen is, om de wettige reprsefentative Regeeringsform, en de publyke rusc en veiligheid te doen handhaavenen; waarom de Regeering dezer Stad het zelve Genootfchap ook niet alleen heeft gepermitteerd, maar ook de doorflaanfte blyken van goedkeuring en wettiging gegeeven by de plechtige overgaaf der Trommels, Pypen, en Vaandels aan gemelde Genootfchap, op den ir, October van het voorleeden jaar 1785. Dan dat de Supplianten q.q. ut fupra van tyd tot tyd tot hun fmerte en leedwezen hebben moeten ondervinden, dat voor hun Exercitie plaats, zynde een Pakhuis hier op het Oost, verfcheide famenrottingen ten tyde van hun Exercitiën en maneuvres Compagnieswyze hebben plaats gehad, diverfe pasquillante liederen  ja Verzameling van Stukken betrekkelyk tot deren gezongen, particuliere Lieden geinfulteefd-i en menigvuldige brutaliteiten van tyd tot tyd hoe langs hoe meerder zyn gepleegd geworden, dan dewelke tegenswoordig tot die hoogte zyn geklommen, dat de Compagnie van gezegde Genootfchap Ho. 2. op den ^February 1786, des avonds om en na by zes uuren zyn gekomen op hun Exercitie plaats ten einde aldaar hun weekelykfche Exercitie te verlichten, dat het als toen gebeurd is het geen uit de verklaaring ten dezen geannexeerd is confteerende, en waar toe de Supplianten qq^utfupra» de eer hebben zich by dezen te refereeren. Dat de Suppliamen q q. ut Jupra daarop eenComnwfie hebben benoemc, dewelke zich hebben geaddresfeerd aan Hun Ed. Groot Achtb. de Heeren Burgemeesteren en Regeerders dezer Stad, ten einde getoemde brutaliteiten te doeD cesfeeren; dan dat allen middelen, welke door Heeren Burgemeesteren ook in het werk zyn gelteld geworden niet alleen allen zyn geweest zonder effect, maar dat zelve by de Exercitiën en maneuvres op den löden February jongstieeden de brutaliteiten aan gezegde Exercitie plaats, of Pakhuis, niet alleen dezelve zyn geweest, maar daarenboven van fterker natuur; zoo dat particuliere Lieden na huis gaande met fteenen aan het hoofd, en op den hals zyn gegooid, achtervolgd geworden, en verregaande icfultes aan de Huizen gepleegd, alles in het breede confteerende uit de verkiaaring ten dezen mede annex. En nadien allen hetzelve zynzaaken, dewelke direct aanloopen tegens de gemanifesteerde Wetten van den Scuverein dezer Landen, en byzonder teeens Hun Ed. Groot Mogenden Publicatie de dato den 23 February 1785, en de Supplianten voor als nog niets anders derhalve, ten einde het effedt van gemelde Publicatie te erlangen, overig is, dan zich te wenden tot U Ed. Groot Achtb. Zoo keeren de Supplianten q .q. ut Jupra zich tot U Ed. Groot Achtb., ootrcoediglyk verzoekende ü Ed. Groot Achtb. Appoinctement, waar by ü Groot  de Gebeurtenis/en in 1787 em. voorgevdUn. 3$ fid. Groot Achtb. tot de algemeene rust en veilig, beid en tot voorkoming van dangereufe gevolgen, dewelke hier uit zoude kunnen refulteeren, dusdaanige efficacieufe voorzieninge gelieven te doen, als U Ed Groot Achtb. na deszelfs wy«heid en Vader]yke toeverzicht, zullen oirdeelen te behooren; zynde de Suppliarten qq. ut fupra altoos g« willig en bereidvaardig voor de wetiige Regeering van U.Ed. Groc; Achtb. en de bevordering van de rust en vei. ïigheid binnen deze Vest. hun goed en bloed des aoods op te offeren. , 'c Welk doende &c. De Officieren en Directeuren van het Exercitie-Genootfchap voor Vaderland en Vryheid binnen deze Stad als reprcsfentetrence allen de Leden van gezegde Genootfchap. Ter Ordonnantie van dezelven, 03 (tos g gemelde Pakhuis zyn gegaan, dat hen al» toen met groote vloekwoorden wierd nageroepen: daar loopen ze, kyk ze eens loopen; dat vervolgens zy Depofamen begrypende (vermits de knegt van ge. m< Ide Gerootfehap Jan Meijer alleen in voornoemde Pakhuis was, ten einde aldaar het noodige op te redden) hem mooglyk het een of ander onaangenaame mogt overkomen, weder met den anderen na gemelde Pakhui? gegaan , en aldaar hunne Exercitie met een afmarsch hebben geëindigd, en te gelyk met voornoemde Jan Meijer van daar zyn ver» trokken. Verklaarende zy Depofanten alle te famen, dat niemand van hun ofte hunne Compagnie zich eenig. zins met voornoemde Oproermaakers hebben bemoeit , except het hier vooren gemelde van den eerlïei Depofant. Eindelyk verklaaren zy Depofanten mede alle te fameD, van verfcheide Burgers onder hun Compagnie exerceerende, te hebben gehoord, dat een zekere Kleermaaker over gemelde Pakhuis of Exercitie-plaat» woonende . de daar komende jongens duiten uitdeelt om pasquillante liederen te zingen, en brutaliteiten aan gemelde Pakhuis te doen. Eindigende zy Depofanten hier mede hunne gegeevene verklaaring, geevende voor redenen van weetenfchap al het gene voorfz. is iö eigener Perfoon te hebben gehoord, gezien, bygewoond en ondervonden, en voorts als in den text, bereid zynde het zelve des noods eD gerequireerd wordende, nader met folemneelen ééde te bevestigen. Zynde ons Notaris en Getuigen de fteenen, wel. ke door de glazen zyn heenen gegooid, door hen Depofanten in originali vertoond, verklaarende zy Depofanten mede onder pfEefentatie van folemneelen ééde, die fteenen de zelfden te zyn, welke in voegen voorfebreven door de glazen zyn heen gegooid. Aldus gepasfeerd te Hoorn voornoemd in prasfen- tie  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 37 tie van de Heeren Thomas Bruyn en, Cornelu- van bkr Mos, leide biunen deze Stal woooaentig als veraoence Guuigep, G. Matth^ds , Notaris, Gp den 18 February des jaars 178^, compareerden voor my, Gualthfbus Matth.(EUS, Rotans, by derj Hove van Holland geadmuci erd. te Hoorn refideerende, en de r,ag noemde Getu>gen. De E. Evert Stieltjes , Hendrik van der Schroef en Jan van ökossel, burgers en Inwoonders dezer Scad, alle van competenten ouderdom om der waarheid getuigenisfc ce geeven. Dewelke verklaarden ter requifleie van allen en een iegelyk, die nier van eenig gebruik zouden willen of kunnen nuaken, ten einde de publyke rust en veiligheid binnen deze Stad te cultiveeren, hoe waar en waarachtig is: Dat zy Depofanten op den 16 February dezes jaars 1786, des avonds zyn gekomen in een Pukhuis, flaande en gelegen op het groote Oost alhier, welk Pakhuis door het Genootfchap van Wapenhandel onder de Zinfpreuk voor Vaderlanden Vryheid opgericht bipnen deze Stad den lo Maart 17853 tot eene Exercitie-plaats is gehuurd geworden, ten einde de eerfte en derde Depofant aldaar hunne wtekelykfche Exercitiën zouden verrichten, en de tweede Depofant aldaar als geen JL,id vati het Genootfchap zynde, als Aanfchouwer der Exercitiën en maneuvres heeft geweest; dat ftaande deze Exercitie diverfe brutaliteiten en iofolentïen aan gemelde Pakhuis zyn gepleegd geworden, verfcheidene fteenes doo' ae glazen gegooid en andere ongeoiiloofde impertinentiën gedaan. Dat zy Depofanten vervolgens circa negen uuren € 3 van  38 Verzameling van Stukken betrekkelyk m van dien zelfden avond, wanneer de Exercitie geeindigt was, zyn gekomen uit meergemelde Pakhuis, dat het als toen is gebeurd, dat hy derde Depofant gelyk hy alleen verklaard, is gegooid met een fteen in zyn nek, het geen hy den eerden Depofant die naast hem ftond direct heeft gezegd, die daar op zeide, gelyk zy Depofanten alle verklaaren, dat is een verdoemde Canailje die dat doet, het geen beantwoord wierd met te roepen, hee dac Is Stieltjes , dat is Stieltjes ; dat zy Depofanten verder ftil voortloopende, met groote fcheldwoorden zyn nageroepen, en hy derde Depofant gelyk hy mede alleen is verklaarende, wederom zeer onzagt met een fteen tegens zyn aangezicht is gegooid, dat hy daar op na zyn gezicht voelende, hem wierd toegevoegd van zekere Arend Koyper Verwer en Glazemaaker binnen deze Stad: ó Patriot dat voelje beter als van morgen de dag! dat hy vervolgens ia het voortloopen heeft by zich gekreegen twee Perfoonen waar van de eene is genaamd Andries Galet , zynde een Kleermaakersknegt binnen deze Stad, die tegens zyn Medemakker, hem Depofant onbekend, zeide ó daar is niet aangelegen het is eea donderfe Tamboer van het Genootfchap. Dan verklaard hy tweede Depofant, dat hy benevens den eerften Depofant na huis gaande, 'er verfcheide Perfoonen achter hun kwamen aangaan; dat zy twee eerfte Depofanten in het huis van hem eerfte Depofant gegaan zynde, de voornoemde Perfoonen daar op nevens gemelde huis gekomen zynde, met groot geweld een fteen tegen de deur hebben aangegooid, het geen niet alleen door hun De» pofanten is gehoord, maar zelfs door hem tweede Depofant door een opening van de deur is ge» Zien. Eindigende zy Depofanten hier mede hunne ge? geevene verklaaring, geevende voor redenen van weeten fchap al het gene voorfz. is in eigener Perfoon met deze of dier gel yke woorden in fubftantia te hebben gehoord, gezien, bygewoond en pnder- VQQ'  de Gebeurtenis/en in 1787 enz' voorgevallen. 39 vonden, en voorts als in den text, bereid zynde het zelve, des gerequireerd wordende, nader met iokraoeelen ééde te bevestigen. . Aldus cepasfeerd te Hoor voornoem^ in pralentie van de Heer JaN Francois MattbjEOs en Ja» Lettinga als Getuigen. G. Matthjeüs, Notaris. , No. 345ö. Booncedulle dtr Stad Hoorn vour den jaart 1786. Mr. Jan Christiaanvande Blocquery. Mr. Pieter Schagen. Nanning van Foreest. Mr. Johan van Bredehoff, Fryheer van Oosthuizen. Mr. Pieter Opperdoes, Mr. Joan BoreeldeMauregnault. lan Jager. Mr. Abraham van Stra- Mr. Jacob van Hooiwerff. Jacob Berckhout. Anthony Cromhout. Cornelis ChrisftofFel van Akerlaken P.z. Mr. Reep Verloren. Mr. Jacob Binkhorst, Philipp. Conftant. Boon. Herman Berckhout. Dirk Jongemaats, Joan van Akerlaken, «!• colaaszoon. Hermanus de Hart. Mn Dirk van Forem. Pieter Schuurman. Cornelis Cromhout» Adriaan «an Loon. Evert Knoll. Klaas Kray. Pieter Groenewout. Simon Riederaaker. Wynand van Nieuwftad. Jacob Groot, Matthysz. Jan Beets, Cornelis Ris. Pieter Eswyler. Cornelis de Boer. Jan Ruurhoff. Willem Breebaart. Barend Bouwe. Jacob HouttuiD. Cornelis Heynis. Nicolaas Hinlopen. Wynand Aukema, Jacobus van Exeer. Jan Maas. Arnoldus Nieuwkerk. Reyer Thamis. Gerrit Okesz Pietersz. Simon Swart, Cornelisz» Willem Bakker. 2 4 Abra*  4o Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Abrahim van der Gronden. Pi .er Him. JVharreD Cagias. "M-. brand Schagen. Mr. Corneli» Christoffel ■via Akerlaken. Jcob Goes. 1") . Johan Dirxs. Cornelis Ment. M»c heus over't Water Veloom. Jan Schuurman, Heimi gh/.. Pieter Jager. Pieter van Geldrop. Jan Christiaan van der Vorm. Pieter Klinkhamer. Arend Pereboom. "Marten Houtcuyn. Jan Schuurman, Junior. J o Ketel. Gerrit Houttuyn. Albert Fortuyn. Volkert Brouwer. Jan Langewagen. Gerrit de Rood. Hendrik BoMingh. Jan van de Poll. Evert van Loenen. Lodewyk Vermande. Jan Oorver. J.z. Abraham Bes'. Mr. Pieter Verloren. Matthys Groot. Fr ncois de Jonge, Matthys K jper. 'Cornelis van der Wo'fF. Dr.Jan Fredrik Guu.è:. met Weiman. Dr. Reynier Prinsv Dirk Tuynman. Nicolaas van Beek. Thomas Bruyn. Klaas Swart. Michiel de Reu». Evert Genis. WUger Tasman. Tan Stoel. Gillis Schuit de Wys. Gysb-rt Verfteeg. Jin de Wit, Cornelisz.' Theodorus Reek. Paulus Bast. Michiel Arts. Willem van Voorst. Mr. Zacheus v. Foreest» Gerrit Brons. Reynier Brouwer. H»rman Hulleman. C irneMs Visfer. Klaas Krootjes. Cornelis Klein. Volkert van Halm. Pieter van Hogen. Jacob van Beek, Cor- nelisr. Volkert Schellingen, E. vertsz. Jan Brouwer Oly. Gerrit van Juchenj. Jan Temme. Pieter Houttuyn. Paulus Bell. Willem Ris. Klaas de Hoop. Jacob de Veth. Jacob Schotte. Jan Kray. Jacob  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 4$ facob N'erop. Pieter Blauw. Gerrit Sanc. JSo. /. Nuumlystder uüselnnte 9 Keurmannen, item van de door hun gemaakte Nominatie van 11 Perfoonen om daar uw 7 Scntpemn te worden gekozen, als mede de naamm der door Keurmannen geèligeer. de 4 Burgemeesteren , en de naamen der door de Schd:t uit bovengemelde Noninatie ge'iligeerde J Schepenen. In-daio den 14-April 1786. Keurmannen. Mr. Reep Verloren. M<% Dirk van Foreest. Mr. Sybrand Schagen. Tan Christiaan van der Vorm. Maarten Houttuyn. Volkert Brouwer. Thomas Bruin. Evert Genis. Wigger Tasmas. Nominatie van een. en. twintig Per. Joonen , ten einde uit dezelve een zevengetal tot Schepenen der Stad Hoorn voor den jaare 1786 word geè'ligeerd. Jacob Groot Matihysz. Nicolaas Hinlopen. Dr. Jan Frederik Guiller- met Weiman. Mr. Boudewyn Francois Carbaflus. Hesfel Slyper. Mr. Dirk Gallis. Mr. Wouter Anthony van der Ramhorst. Mr. Jan Hendrik van Stra- le . Mr.ZuCheus van Foreest, C Pieter Klinkhamer. Matthys Koper. Mr. Francois Binkhorst. Pieter van Akerlaken. Cornelius de Fyfer. Reynier Jongemaats. Mattheus over 't Water Verboom. Dr. Reynier Prins. Cornelis Klein. Jan van der Wolf. Mr. Herman Berckhout. Hendrik Bolding. 5 Naa* Pieter van Hees. Simon Fortuyn. Klaas Swart, Simonsz.'  $i Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Naamen der door Keurmannen gesligeerée 4 Burgemeesteren. H o o g-S c h o o t, Mr. WilL Nicol. Crap. Burgemeesteren. Mr. Jan Chris tiaan van Mr. Jacob van Hooi werf. defilocquery. Mr, Abraham van Sera. Nanning van Foreest. leo. Naamen der door de Schout uit bovengemelde Nominatie geèligeerde 7 Sche* penen. Nicolaas Hinlopen. Mr.Zacheus van Foreest, Mattheus over *t Water Pieter Klinkhamer. Verboom. Cornelius de Feyfer. Dr. Jan Fredrik Guiller' Mr. Herman Berckhout. met Weiman. Aldus gedaan en gearrefteerd by de negen Keur. mannen der Stad Hoorn, op Goede Vrydag den 14 April 1786, In kennisje van wy, (yras get.') H, Carbasius. Staat te noteeren, dat de afgaande Prasfident Burgemeester Mr. Pieter Schagen, by indispoütie van den Heer Hoofd-Officier loco Pretoris ageerende, en den Secretaris dezer Stad Mr. Henrik Carbasius met de negen Keurmannen in de Confiftorie gekomen zynde» de laatstgemelde als toen heeft gedeclareerd van ter zyde geinformeerd te zyn, dat den Hoofd-Officier dezer Stad niet van intentie zoude zyn, de Nominatie van Schepenen ter electie aan den Heer Erf-Stadhouder te zenden, maar dat hy Heer Hoog-Schout de ele&ie zelve conform de Pri- viJe«  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 43 vilegie dezer Stad zoude doen, en dierhalven wis vraagende, hoe hy in qualiteic als Secretaris den ééd aan de negen Keurmannen moest voorlezen» waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden met unanimiteit van {temmen, dat den ééd zoude worden voorgelezen met achter uitlaating by wien d& electie ftond te gefchieden, het geen dan ook ten fevolge heeft gehad, dat de Nominatie aan den leer Hoog-Schout more folito overhandigt, heeft erlangt, en na refumptie gehouden voor gearresteerd. No, 3458. Extract uit de Refolutien der Heeren Staaten van Holland en West Friesland in Hun Ed. Groot Mogenden Vergadering genomen op Maandag den 4 September 1786, met de aanteekening van 16 Steden op het voorfiel door de Heeren Gedeputeerden van Dordrecht gedaan, betrekkelyk Hattem en Elburg. Door de Heeren Gedeputeerden der Stad Dordrecht , by gelegenheid van het inkomen der voorfz. Misfives en Requesten, de Leden tot vrymoedigheid en cordaatheid, in het uiten van derzelver advyfen op dit gewichtig oogenblik geëxhorteerd, en ten dien einde op verzoek van gemelde Heeren Gedeputeerden door den Raad-Penfionaris de Acte van Indemniteit van dato den 19 July 1663 gelezen, en voorts door dezelve Heeren Gedeputeerden in hec breede gedetailleerd zynde, de onderfcheiden redenen van wantrouwen tegen de directie van den Kapitein-Generaal, en uit dien hoofde voorgedraagen zynde, om gemelde Heer Kapitein-Generaal by Misfive aan te fchryven, ten einde deszelfs perfoneele denkwyze, over de geweldige maatregelen tegen de Steden Hattem en Elburg, mitsgaders tegen de Stad Utrecht, op eene klaare en rondborftige wyze open te leggen, ten einde niet genoodzaakt te wordep, om te moeten relblveeren tot eene fwpen- fie  44 1 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot jie van hem Kapitein.Generaal, in deszelfs Provinciale Militaire qualiteir, en dienvolgens ook van de aan hem toevertrouwde macht over de Troepes, ftaande ter repartitie van deze Provincie- En verder, na een lummier detail van redenen, uithoof» de van de welken Hun Ed. Groot Mogenden gedrongen zouden kunnen zyn, om direct empioy te moeten maaken van de in hunne foldy ftaande Troepes, zoo tot dekking van deze Provincie en dereelver Ingesetenen, als tot afweering van alle hosiile aggretfien tegens de Steden en Ingezetenen der andere Provinciën, door welgemelde Heeren Gede"puteerden voorgedraagen zynde, om alle de Conv ma-ndanten van de Regimenten, op deze Provincis gerepartifiëerd, van wegens Hun Ed. Groot Mogenden aan te fchryven en te gelasten , om zich marschvaardig ie houden, ten einde op Hoogstderzelver eerfte ordres te kunnen trekken, naar de hun voor te fchry ver.e Plaatfen. — En door de Heeren van de Ridderfchap en Edelen Copie van de voorfchreven voordracht verzocht zynde, om dezelve in de order nader te examinëeren, als mede door de Heeren Gedeputeerden der Steden Delft, Am» fteldam en Briele, om daar op te verftaan, de intentie van de Heeren hunne Principaalen; is de Refolutie daar op te neemen, uitgefteld tot aanftaande Woensdag, om als dan finaal gearrefteerd te worden. Aanteekening van veertien Steden. DeHeeren Gedeputeerden der Steden Dordrecht, Haarlem , Leyden , Gouda , Rotterdam , Gorinchem, Schiedam, Schoonhoven, Alkmaar, Hoorn, Enkhuizen, Edam, Monnikendam en Purmerende, te vergeefs op de conclufie der voorfz. provifioneel te neemene Refolutie geinfteerd, en de redenen der presfance, mitsgaders de gevaaren van het dilay, met nadruk aan den dag gelegd hebbende j vinden zich genecesfiteerd, om te protefteerea tegen alle »' ' jriü-  de Gebeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 45 taineufe gevolgen , die uit het daargeftelde dilay zouden kunnen voortvloeijen; het gewicht der verantwoording daar van overlaatende aan zoodaanige Heeren van het Corps der Ridderfchap en Gedeputeerden der Steden die door hunne overneeming de conclufie in dezen komen tegen te houden. Aanteekening der Stad Delft. De Heeren Gedeputeerden der Stad Delft hébbe» aangenomen ^ zich op het voorfz. geproponeerde 8 Woensdag, den f5den dezer te zullen expliceeren. Aanteekening der Stad Briele. De Heeren Gedeputeerden der Stad Briele heb.' ben verklaard, dat zy, zoo dra zullen hebben bekomen Copie der Propofitie, door de Heeres Geputeerden der Stad Dordrecht gedaan, alle devoiren zullen aanwenden, om ten allerfpoedigften, erf indien mooglyk, tegens morgen,, den last van d&, Heeren hunne Principaalen hier op in te brengen. Accordeert met de voorfz. Refolutien. No. 3459. Refolutie van de Heeren Staaten van Holland en West-Friesland, •wa>.r by het Exercitie^ Genootfchap te Hoorn mede word gècomprehendetrd in Hun Ed. Groot Mogenden Refolutie van den iden dezer. In dato den 22 September 1786". Is geleezen de Requeste van de Officieren en Directeuren van het Exercitie-Genootfchan ,onder de Zinfpreuk voor Vaderland en Vryheid binnen de Stad Hoorn, als repiaïfenteerende allen de Leden van *c gemelde Genooifchap, en uit dèrzelver naamen' en fpeciaale ordre, om de daar by geallegeerde redenen in de voorfchreeven Requeste, verzoekende dat Hun Ed. Groot Mogenden gelieven te verklaa- tc-ny  4$ Verzameling van Stukken betrekkelyk tot ren, dat de Supplianten mede onder de Refolutie van Hun Ed. Groot Mogenden de dato den 7 Sep. tember 1786 zyn gecomprehendeerd (*), en dat daar van aan dezelve mag worden uitgegeeven Acte in forma, en welk verzoek door de Heeren Gedeputeerden der Stad Hoorn ter Vergadering is geaDpuieerd. at»*» Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, het voorfz. Genootfchap te Hoorn by deze fpeciaale dispofitie mede te comprehendeeren in de Refolutie den 7den dezer by Hun Edele Gr. Mogenden ten aanzien der gewapende Schutteryen en gelegalifeerde of thans fubfifteerende Genootfchappen van Wapenoefening binnen deze Provincie, genomen, van welke totdat einde ook Copie aan de Supplianten uitgegeeven zal worden, om benevens deze Refolutie hun te ftrekken tot infor. made en zoo het verder behoord. Accordeerd met 't voorfz. Register. - - No. 3460. Request aan Burgemeesteren en Schepenen der Stad Hoorn, door het Genootfchap voor Vaderland en Vryheid. 1. Om ais een gelegalifeerd Corps in léd te worden genomen. 2. Om als een ep zich zelfs bejlaande Corps te mogen ageeren. 3. Tot het benoemen eener Commisfie over het Defenfie* -wezen der Stad. In dato den 14 Oftober 178Ö. Aan de Edele Groot Achtbaars Heeren Burgemeesteren en Regeerders der Stad Hoorn. Geeven met verfchuldigde eerbied te kennen, Directeuren en Officieren van het gelegalifeerde Ex. ercitie-Genootfchap voor Vaderland en Vryheid bin- nen (*) Zie genoemde Refolutie in het XVIII. Deel van ds. ze Verzameling, bl. 91.  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 47 oen deze Stad, als daar toe door de Leden fpeciaal gequalificeerd. Dat wy met waare gevoelens van dankbaarheid erkennen, het appui het welk U Ed. Groot Achtb. hebben gelieven te verleenen aan het verzoek by hun aan de Ed. Groot Mogende Heeren Staaten van Holland en West-Friesland gedaan, om verklaard te worden mede onder de Refolutie van den 7 September 1786 by Hun Ed. Groot Mogenden geno. men, te zyn begrepen; dat voorfz, appui van die uitwerking is geweest, dat der Supplianten eerbiedig verzoek hooggunftig door Hun Ed. Groot Moe. is toegeftaan. 6 Dat de Supplianten nu door Hun Ed. Groot Mor, in Hoogstderzelver protectie genomen zynde, van oirdeel zyn, dat het Genootfchap thands ter voorkominge van alle voorwendfels van onkunde, bf kwalykdenkende, en waare onkunde by de onbedreeven menigte, ten fpoedigfte door ü Ed. GrAchtb. behoord te worden in den ééd gebracht. Dat, daar de Leden van het Genootfchap bereid zyn, tot zoodaanige diensten, als tot heil van Stad en Land ftrekken kunnen, en de nood zou kunnen vereisfehen; zy Supplianten als zich reeds een geruimen tyd in den Wapenhandel hebbende geoeffend,en het incontestabel waar is, dat tot zulk een nut de Schuttery binnen deze Stad niet kan verftrekken, tot meerder beveiliging zouden kunnen zyn, byaldien by aanval van buiten ofte oproér van binnen, door U Ed. Groot Achtb. als een op zich zelfs betraande Corps, werden gebruikt* declareerende zy Supplianten zich hier mede geenzins aan de overige Schutterlyke diensten te willen onttrekken, maar dezelve in tegendeel ten allen tyde te willen waarneemen. , Dat wyders daar de gevaarlyke tydftippen waar in ons heve Vaderland verfeert, hoogstnoodis vereisfehen, dat ieder Stad voor zich zelfs bedacht zy, ter defenfie, zoo voor oproer van binnen als aan-  48 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot aanval van buiten, 'er een voldoenend plan daar Coe in gereedheid mogte w >rden gebracht. Eindelyk, dat het Genootfchap even als andere Genootfchappen en gewapende Schutteryeh. zich indisptnfabel verplicht hadde gerekent. immers voor een gedeelte uit te trekken tot adfiftentie onzer Bondgenooten, dan teffens in aanfchouw genomen hebbende de toeftand dezer Stad, niet geraaden hadden gevonden voor als nog uit te trekken; dan dat echter om zich by andere Genootfchappen niet alleen, maar voor de geheele weereld deswegens te kunnen verantwoorden, 'er in dezen voor de Supplianten een voldoenend bewys noodig is. Redenen waarom de Sépplianten zich keeren tot U Ed. Groot Achtb., inftantelyk verzoekende, dat U Wel Ed. Groot Acntb. desaangaande zoodaanig eene verklaaring gelieven te geeven; enwydersdat het Genootfchap door U Ed Groot Achtb. onder den ééd werde genomen, omme in geval van binnen- of buitenlandsch geweld, ter befcherming'en handhaaving van Vryheid en Voorrechten, als een op zich zelve beftaande Corps te worden gebruikt, en zoodaanige ordres werde gegeeven, als U Ed. Groot Achtb. zullen oirdeelen te behooren, op dat het Genootfchap weete waarna zich te gedraagen ; als mede dat 'er een Commisfie uit U Wel Ed Gr. Achtb.werde benoemd, om met Gecommitteerden van het zelve Genootfchap in conferentie te treeden, om zoodaanige middelen ter defenfie dezer Stad te beraamen, als noodig zullen bevonden wor< den te behooren. 't Welk doende &c. (Onder ftond) Dir-e£leuren en Officieren van het gelegalifeerde Exercwe-Genooifchap voor Vaderland en Vryheid te Hoorn. (En uit naam van dezelven) (wat gtu) Jan Brbsbaart, Secret. No.  de Gebeurtenis/en in 1787 'enz. voerge<,Vigger Tasman, Makelaar. AdolphSchellinger, Ma- keiaar. Paulus Bel, Koopman. Gerrit de Roodt. Herman Hulleman» Paulus Bast, Koopman, Nicolaas Beets , Koopman. Hendrik Boldingh, Koop. man. J. van de Poll , Koopman. Dirk Langewagen, Prokureur. Petrus Bakker, Rustend '. Predikant. j Fredrik Bast, Makelaar. Jan van Schagen, "\ Jan van Ophem., Boekhandelaar. Evert de Bruin, Koek- en Banketbakker. W. A. v. d. Ramhorst, Regeerend Schepen. W. N. Crap Hellingman, oud Commisfaris. Cornelis ,'»vnis, Koop. man. Jacob Ham , Luitenant der Schutterye. Cornelis Klyn, als Kapitein van de BurgerSchutterye. Nicolaas van Beek, Luitenant der Burger-Schutterye. Hendrik Fangman, Koopi man. Hendrik Starre. Jan G. Volten. Roelof Koot, Koopman; Abraham Best, Koop, man. Nicolaas Spaans. Aris Korver. Willem Lindeman; G. Stieltjes. Anthony Bahlman. Jean Slichtingh. Jacob Beoisr. Jan Fredrik Thade. Cornelis Meyer. D. Groen, Mr. Kleert maaker. !vf. Engelberts. 'hilippus Feller, KwPi man. Viifem Lippitas Jan  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 6t Jan van Crimpen. ' H. Richters , Notaris. J. F. Walbrecht. Jacob Groeti. Cornelis Reintjes. I Thomas Bruin , Koopman. Pieter * Brouwer , Mr. Timmerman. Jacob Schottee. J. Korver. F. Salm. G. Korver, Mr. Metze- laar. Jan Christiaan Lont. Frans Hendriks. Stoffel Brouwer , oud Commisfaris. Wouter Vel, Gerardus Claasfen. Jacobus van Cleeff. Willem Meyer. Pieter Kuiper. Evert van Loeneu, Makelaar en Koopman. W. Ernens, Mr. Zilver, fmit. Jan Schenk, Junior. David Bosfelaar. Hendrik Meyer. Pieter van Putter. Cornelis van Kleeff. Claas Breebaatt , Pz. Koopman. J. Posthuma, Koopman. D. Suurman. Johannes Langewagen. Hendrik Groot. Gerrit Kemp. Jan de Graaff, Dirksz, L. Vermande, Boekhan. delaar. Rudolff Bosfert, Mr.Ho- rologiemaaker. Christiaan Willem Wal» brecht. Frederik Haman. f • Volkerc Schellinger, E- vertz., Koopman. Paulus Holst, Koopman. Hendrik de Wit, Mr. Schoenmaaker. Jan Pickart, Mr. GeeU gieter. Willem Olyflager, ilfr.' Schilder. Martinus Sas. H. Zwarebakker, Stads Chirurgyn. Jacobus Weidema, Grut* ter en Koopman. Abraham Visfer. • Jeuriaan ülder , Mr; Kleermaaker. Hendrik van Voorst. Albert Krabbenbosch Gerrit Helleman. B. Das, Apothekar. Fredrik Pfloeg, Kleerl maaker. Jan Smit, Jacobsz. MK Spykermaaker. Abraham de Vos, Jz Jan Meyer, Bode va'n 'l Genootfchap. Jan Hermanus Sluyter. Jan V»os. Theunis Voerman. Willem Schellinger Balthazar Leonard Bera-hard.  $% Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Abraham Smit, Mr. Ko. peijkger. W'. Tasman. Gerrit Groenvelt, Ver- v/er en Glafemaaker. JU. Hinlopen, Prefident Schepen. Dirk Wiek, Rentenier. Q. Schuit de Wys, Koop. man. Sybrand Schagen , oud Preefiient Schepen. Anthony Schagen, Vaandrig van 't Genootfchap. Harmen Janfen. jan Hermansz. Veen. kamp. Nic. Botbergen, Med. Doet. Maarten Reintjes, Koop. man. Klaas Lampen. Jan ten Vree, Koopman. G. Krook. J. de Vries, Apothekar. Johannes Sieuwerts, Zil- verjmit. Klaas Zwart, S. Cz. J. G. Mantel. Evert Stieltjes. Gysbert Ferdinand Oort. gyfen, Koopman. J. de Vries, oud Schepen. jacobus van Leuven. Hendrik Bergman. Heïlko B. Yfenbeek. A. F. Oortgyzen. J. Bakker, Beekverkoo- ftr. Simon van Riel. Dirk Hoep. Jacob Cramer. G. Sant, Notaris en Pre» kureur. Klaas Swartt. Aris Kaagman. Willem Hulleman* Dirk Steman. Corn. Zwart. G. Matthaeus, Notaris en Prokureur. Pieter Mesfchaart. Pieter Beets, Koopman» Jan Wisfing. Jan Beets, Nicolaasz. T. Groenwoudt, Az. Salomon Meijer. Simon Zwart. jan Brouwer, Volkertsz, Jan Bruin. jan Brouwer Oly, Koopman. B. van Beek. Adam Groot. Pieter Heynis, Kapiteia van de Burgerye. Jan van der Wolff, oui Schepen. Lourens RietfchoofF. Jan Langewagen, Apothekar. H. Slyper, oud Schepen. Jan Jansz. Verwer. Volkert van Halm. Jacob Roofeboom, Baat Timmerman. Hend. Chr. Riehl. Hendrik Reek. Pieter Benist. G.  de Gebeurtenis/en ia 1787 enz, voorgevallen, S§ No, G. de Jongh. Dirk Swaan, Pz. Nicolaas Mesfchaart, Koopman, R. Lippits. H. H. Berntrop. Pieter Krabbendam, Jz. Jan Spaarkogel. Anthony Waardenburgh. Cornelis van der Wolff. Gerrit Brons. Jan Edingh, Jansz. Claas Waardenburgh. W. Marreveldt, Junior. H. van Cattenburg, Con- trarolleur van de Con, voijen. Walraven Waardenburgh.Paulus Stam*' Jan Edingh. Cornelis Meppe.' Simon Sneeboer. Jan Kerk. Cornelis Kerk. P. J. Wagemaker. Adam Cornelis Korthals. Evert van Reijen. Jan Mager. Pieter Ham. Johan Hendrik Schadd. Afuerus van Driel» Matthys Groot, Koofc man. C. Visfer. Bruno van Hinte* Michiel Artz. C. Bos. Pieter Wagenaar. Cornelis Vel. Pieter Swaan. Cornelis Keyzer. Reynier Tinkelenberg. Dirk Verheye, Koopman in Wynen. Hubertus Diepryx, Mr, Zilverfmit, Willem Musman. Jan Vonk. Hend. Heuning. Frans Schagen. Jan Walkot. Barendt Helleman.' Casper Somerdyk. Hermanus Vryman. Adrianus van Exter^^ man, Egbert Koppés. Mauhys Spel. K. Krul. Jelmer Hinlopen.' Jan Francois Matchasafc Willebord Groot, C. v. d.J£ost,  04 Verzameling van Stukken betrekkelyk m ' No. 34©'3. Request aan Burgemeesteren en Vroedfchappen der Stad Hoorn, uit naam van Directeuren en Secretaris van het Exercitie-Gezelfchap tot Nut van > Hoornsch Burgery, over 't verbeteren der Schuttery te Hoorn. In dato den 9 December 1785. Aan de Edele Groot Achtbaare Hee» ren Burgemeesteren en Vroedschap» pen der Stad Hoorn* Geeven met verfchuldigde eerbied té kennen, de ondergeteekende Poorters en Schutters dezer Stad Hoorn, in qualiteit als Directeuren van een Gezelfchap tot beoeffening in den Wapenhandel onder de Zinfpreuk tot Nut van Hoorns Burgery j dat zy Supplianten federt dat de Heeren Staaten van Holland en West-Friesland den Souvereine Overheid dezer Landen, de noodzaakelykheid van den Wapenhandel aan de Ingezetenen van deze Provincie hadden-aan getoond, en bevolen, en door de ©root Achtb. Heeren Burgemeesteren en .Vroedfchappen dezer Stad, aan Poorteren en Schutters die Wapenoefening nader was geordonneerd, zy Supplianten met alle bereidwilligheid, op het wettig oproep van haare Burger Kapiteinen, zich zeer genegen getoond hebben, om zich daar in ten nutte van Staat en Stad te doen onderwyzen, doch dat na eenige weinige reizen geëxerceerd te hebben, en zy Supplianten nog weinig gevordert waren, de verdere exercitie of oeffening is achtergebleven, waar van jey Supplianten althands geen oirzaak zyn, en ongelukkiglyk dat zulks nu van die uitwerking is, dac de Schuttery van deze Stad in zeer geringe achting is by andere Schutteryen die behoorlyk geoeffend zyn, en nog worden; ja! zelfs zoo verre dat men ïn de publyke Nieuwspapieren, op de laagfte wyze daar van fpreekt, en om van het vernederenfte van Hoorns Schuttery niet te gewagen, zullen de Supplianten uit het zoogenaamde origineel Verbaal -wegens r het  ■ de 'Gebeurtenis/én in 1787 enz. voorgevallen. 6f- mei voorgevallene op den ilden OBoter laatst leèdé'n Mn: r.tien de Stad Hoorn, en door den Secretaris der Burger^ } Sociëteit Joh. Sieuwers geteékend, te vinden in de Va, derldndfche Courant van den zijlen Oclober dezes jaars £ I alleen dit aanroeren: alwaar de Burger Kapitein Heikis heeft gedeclareerd, dat hy de Schuttery in zoo' itelyk dit voor een weldenkend èn eerlyk Hoorei JBurger moet zyn, zullen ü Ed. Groot Achtb. die vveelen als zelfs vrye gëbooren Wcstvriezen zynde, «kunnen befefren, en moeten voelen, de Supplianten zullen Ü Ed. Groot Achtb. met het haatelyke een bëleedigëndë, dat verder in dit origineel zoogeunaamd Verbaal ten nadeele van Hoorns Burgery en 2?Regeering te vinden is, niet ophouden; als te overobekehd zynde, dat de Opftelders en Schryvers van ;dit Verbaal allen Leden van dit Genootfchap van (Wapenhandel zyn, die zich zelve zoo mildelyk den bwierook van eigen lof, kunde ën dapperheid toe «zwaaijen , dan ongelukkig alles ten nadeele van I Hoorns Burgerye. Genoeg zal he* 5h deze zyn, zoo 'ide Supplianten vertrouwen, door uit de hoogenoodjiïZaakelykheid aan te toonen, dat de Schutterye de}i zer Stad ; waar op alle Ingezetenen zich behooren ate kunnen verlaaten, en die als tot een muur cn ■ waarburg voor de veiligheid van haare Perfoocen en 1 Goederen iïrekken mbetfen, van de noodige Wapc» h. Dsel, £ Ben  66 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot nerj en onderwys, in het behandelen tan dezelve worden voorzien en bezorgt. Waaromme de Supplianten zich ootmoedig vervoegen by U Ed. Groot Acbtb., zeer reverentelyk verzoekende, zoo tot nut, fecuriteit en veiligheid , als tot eer, aanzien en welzyn van deze Stad, dat de Schutterye die ingericht is tot bewaaring van rust, vreede en veiligheid van derzei ver Inwoonderen; en welke Leden thands allen vrywillig den Wapenhandel ten einde voorfz. verkooren hebben,, en volgens haar ééd en plicht daar aan gehouw en, getrouw te willen zyn, dat ü Ed. Groot Achtb. die) Schuttery van de noodige Wapenen voor zoo verre die mogte ontbreeken, gelieve te doen voorzien, en in den Wapenhandel, liefst onder en met haare wettige Burger Officieren, ofte ?.oo zulks niet gefchieden kan, op zoodaanige andere wyze, als U Ed. Groot Achtb. zullen goedvinden, ten einde de gartfche Schutterye niet tot onnutte lag, fpot, of fmaad van anderen, maar tot een wezendlyk nut en dienst, en waar toe dezelve is ingericht ftrekkea mag. Aclum Hoorn, den 9 December 1786. (Onder Jiond,) 't Welk doende &c (was geteekendy Herman Suerman. Arent Koyper. Henderik Tinkelenberg^ Herman Beek. Jan van Benthum. Vit naam als Directeuren en Secretai ris van het Exercitie-Gezelfchap tot Nut van Hoorns Burgery. fïo.  ie ücbcurterJsfen i% 1787 enz. vcorgtraik^ S* N% 346"4- Refolutie yan Schopt* $ur%etws.iêten t>S% Schepenen der Stad Hoorn, betrekkelyk een Sara hun geprefenteerd Request door de Reprëfentantert, van het Hootnfche Exertitie.Genootfchap over het fpargeeren van een gefingeerden hier by giwegdeü £.éd. In dato den 29 January 1787. -Schout, Burgemeesteren én Schepeaeö der Scacï Hoorn, gezien en geëxamineerd hebbende de geannexeerde Requeste, by ofte van wegens de Reprsfentanten van het gelegalifeérd, en door Hun Ed. Groot Mogenden de Heeren Staaten van Holland en West-Friesland, in derzelver fpeciaale protectie ge^ nomep, Exercitie-Genootfchap, onder de Zinfpreuk 1 voor Vaderland en Vryheid binnen deze Stad; en dus uit naam, en ten behoeven van allen de Leden Van gezegde Genootfchap; gelet op de poütiven van dien, als waar op in dezen te letten ftond j accor» deeren, het gedaan versoek, zoo als het zelve ifi leggende 5 authorifeeren en qualificeeren » vervol* ;«ens Heeren Burgemeesteren om de Kerkvoogden van de Roomfche Kerken binnen deze Stad voor Rica re ontbieden , en te gelasten , dat de refpective Pastoors aanftaande Zondag by een Predikatie hun Toehoörderen overtuigen van het onwaarachtige . dier prstenfe ééd, en vermaanen tot alle liefde en eendracht onder den anderen; en qualiSceeren den Secretaris Carbasius tot het concipieeren van een Publicatie aan den Vdlke van wegens deze Vergadering, met een daar by te belooven prjemie vaa \ *frle hondert Caroly Guldens te doen» ActumttrMagiftraats-Vergadering der Stad Hóorn» den 29 January 1787, prcefeoten als in het Register» in kennisje van my, typ «W») H, Carbasiüs. E 3 iiAN  68 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Aan de Edele Groot AcHTbaare Heeren? Schout, Borgemeesteren en Schepenen der Stad Hoorn. Geeven met verfchuldigde eerbied te kennen, de Reprefentanten van hec gelegalifeérd, en döör Hun Ed. Groot Mogenden de Heeren Staaten van Holland en West-Friesland, in derzelver fpeciaale protectie genomen Egercitie-Genootfchap, onder de Zinfpreuk voor Vaderland en Vryheid binnen déze Stad, en dus üit naam en ten behoeve van allé de Leden van gezegde Genootfchap. Hoe zy Supplianten met de uiteffte verontwaardiging hebben vernomen, dat door kwalykdenkende Lieden, welke niets onbeproefd laaten» om de Leden van het Genootfchap, en alle die de Republikeinfche Conftitutie zyn toegedaan, den haat van *t algemeen niet alleen, maar zelfs van de minkundige onder de Godsdienftige zoo der Proteftanfchen als Roomschgezinden te doen ondervinden; thands word verfpreid, een gefielde ééd hier by gevoegd, die word voorgegeeven door de Leden van het Genootfchap te zyn bezwooren. Iets geheel en alleen ingericht, om de Ingezetenen des te meerder tegen, elkander te verbitteren, en de bloedigfte Moordtooneelen (die God verhoede) binnen deze Stad te doen plaats grypen. Daar de Supplianten betuigen, gelyk zy nreermaaJen.U Ed. Groot Achtb. hebben doen zien, met verzaaking van allen eigenbelang niets anders dan 's Lands waar belang, en de rust en veiligheid det Ingezetenen ten doel te hebben; achten zy het van hunne onvermydelyke plicht te zyn , ter voorkoming van alle onaangenaamheden binnen deze Stad, U Ed. Groot Achtb. rondborftig te verklaaren, niet alleen nimmer iets van dien aart in overweeging te hebben genomen , ofte dat zulk een Godvergeeten Ruk onder de Leden van 't Genootfchap zoude plaats hebben, maar dat zy met en benevens alle de {.eden van gemelde Genootfchap, zich gezament-  de-KGebeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 69 lyk by een plechtige Acte varj Verbindtenis onder anderen hebben verbonden, datzy. op 't plechtigfte betuigen, geeri andere- bedoeling se hebben, dan de waare Christelyke Gereformeerde Godsdienst, . zoo als dezelve in de publyke Kerken dezer Landen .geleerd word, welke zy benevens de Burgerlyke Vrybeid houden voor de onfchatbaare vastigheden van Nederlandsch Staatsgebouw; met alle yver , r ernst en nadruk te handhaavenen; zonder mede te , werken ofte tegedoogen , dat de gronden vao dien ^Godsdienst op eenigerhande wyze worden onder-.mynd; behoudens nogthands een billyke Vryheid -van Godsdienstoefening van andere Gezindheden. •.Uit welke oirzaaken de Supplianten belooven, een fomma van drie hondert Caroly Guldens , ten be-hoeven der genen, welke den uitvinder en opftel;ler van meergemelde ééd weet aan te wyzen, zoo.daanig dat dezelve van het fait zal kunnen worden .overtuigd; alsmede aan den genen, die kan aantoonen, dat ooit zoodaanige ééd door een der Leden by het Genootfchap zoude bezwooren zyn. Redenen waarom de Supplianten zich keeren tot U Ed. Groot Achtb.a ootmoedig verzoekende, dat het U Ed. Groot Achtb, moge behaagen, na de Op. JJellers en Uitvinders, mitsgaders de Düfiminateurs en Verfpreiders van meergemelde preteofe ééd jndicieel te doen rechergeerea, dezelve (des ontdekkende) na merites te ftraffeo, en wyders zoodaanige middelen te beraamen, als volgens U Ed, Groot Achtb. wèlWyze voorzieninge kunnen ftrekken, om de Supplianten van de hun aangewreeven blaam te zuiveren, en de rust en veiligheid binnen deze Stad te bevorderen, 't Welk doende, De Reprefentanten van het Ge* nootfchap voor Vaderland en Vryheid. en uit naam van dezelve, (was get.) Tan Brerbaart , Secrtt. E3 BY-  .fé Fim$Mg tóft &*k|a hstrdhhjk Ut BYLAGE. Pen J£«"i der Fry.Corporisttto in de Steden en ten Platten Lande, ïk zfceer de Staaten en Regenten in de Steden en ten Platten Lande, als onze Vertegenwoordigers, die overeenkomftig ons voorgenomen werk wel denken, gehouw en getrouw te zyn, dezelve in hunne raadf3aJ;en om die ter uitvoer te brengen de behulpsaame hand te bieden, en goed en bloed, daar vöór veil te hebben; voorts den Proteftantfchen Godsdienst , als mede de in deze Landen geperraitteerden Roomfchen Godsdienst, zoo veel maar ia oris vermogen is te onderdrukken en tegen te gaan, de» Prin$ van Oranje WiLLktó den vyfden» zyn gantfche Vorftelyk Huis, en alle de Aanhangers vanj dien, (hv moge zyn wie hy zy, Vader, Moeder, Zuster, Broedei-ofNabeftaande, die niet met ons overeen komen, en het hunne daar toe geeven of doen. het zy in geld of met wapenen) beloove ifc pet Geweer en Wapenen te zullen onderbrengen', niet alleen door heroving van hunne Goederen, Huizen, Landeryen, Vee &c, rnaar zelfs hun van de l§ïde te verdelgen, ^oo waorlyk grV*  de ■GébeartenSsfin fa 1787 enz. voorgevallen. ?t 5tfö. Vi<5<. Publicatie van Schout, Burgemeesteren én Schepenen der Stad Hoorn, over 't infulteeren en byzonder ter weering van den blaam 't Genootfchap aangewreeven wegens de beruchte ééd der Vry-Corporistén. In dato den 3 February 1787. Schouts Burgemeesteren en Schepenen der Stad Hoorn , dewelke niecs meerder ter harte gaat dan het welzyn dézer Stad, derzelver Burgeren en Inwoonderen, en het behoud van de rust, vrede eü eensgezindheid tusfchen dezelve, met de grootfte 'aandoening hebbende ontwaard, niet alleen de van tyd tot tyd toenemende verfchillende denkenswyzen tusfchen de Burgers en Ingezetenen dezer Stad en de daar uit ontfpruitende oneenigheden, waar door den een den ander haat, vervolgt, en nadeel in zyn handteering toebrengt, maar dat men zelfs zoo verre gaat, om het zaad vat tweedracht en oproer te zaaijen, dat daar door niet anders dan de fchroomlykfte gevolgen kunnen worden te gemoec gezien, en om welk te doen aauwasfen, men niet nalaat pasquillante liederen te zingen, famentottingen en attroupeeringen te maaken» brutaliteiten te pleegen, infultes aan goede Burgers en Ingezetenen te doen, fchotfchriften en oproerige gedichten te divulgeeren, en daarenboven te disfimineeren en verfpreiden een verfierde, onwaar» achtige en Godslasterlyke ééd, onder anderen inhoudéndé, om te onderdrukken en tegen te gaaia de Proteftantfche Godsdienst, als mede de in dese Landen gepermitteerde Roomfche Godsdienstj, en dewelke men voorgeeft, dat door de Leden van het gelegalifeérd EXercitie-Genootfchap voor Vaderland en Vryheid binnen deze Stad zoude zyn bezworen ; iets geheel en alleen ingericht om de Ingezetenen dezer Stad, en wel de Godsdien ftigfte onder de onderfcheidene Gezindheden des te meerder tegen elkander te verbitteren , en bloedige xnoordtooneelen (die God verhoede 1), binnen deze Stad te doeli plaats grypen; daaarentegen gemelde E 4 Ex-  %% ^etxanieUtig \w Stukken bstrekkelyl tpt ^Exerpitie,Genootfchap op het plechtigfte aan Hup Ed, Groot Achtb. betuigd heeft, en meermaalen heeft doen zien, met vérzaaking Van alle eigenbeJaag, niets anders dan 's Lands waar belang en de rust en veiligheid der Ingezetenen ten doel te hebhen 9 en dat nimmer zulk een Godvergeeten ftuk pp,der de Leden van het Genootfchap zoude plaats vinden, maar dat zy zich op het plechtigfte onder anderen hebben verhonden, geen andere bedoeling te hebben dan de waare Christelyke Gereformeerde Godsdienst, zoo als dezelve in de publyke Kerken dezer Landen'geleerd word, welke zy, benevens de burgérlyke Vryheid» hóuden voor de oofchatbaare vastigheden van Nederlands Staatsgebouw, met allen yver, ernst en nadruk te zullen handhaven, en zonder mede te werken of te gedogen dat de gronden van dien Godsdienst op ee.nigerhande wyze wqrden ondermynd; behoudens nogthands een bülyke vryheid van Qodsdienscoef. feDing van andere Gezindheden. < Waarom Hun Ed. Groot Achtb. by dezen allen Burgers en Inwoonders dezer Stad en Jurisdictie van dien, op het fterkfte willen hebben verzogt en vermaand, de een den anderen in alle vrede en eendracht te verdragen, en deszelfs welzyn als Leden van ééae Maatfchap'py te behartigen en bevorde. ren; en zich vooral te onthouden van het zingen van pa-quillante liederen, het maaken van attrou. peeringen of famenrottingen, het pleegen van brutaliteiten , het doen van infultes aan eenige Burgers of Ingezetenen dezer Stad, het drukken of divulgeeren van eenige fchotfehriften of oproerige gedichten, mitsgaders het disfimineeren en verfpreiden van bovengenoemde pras:enfe ééd ; zullende de overtreders van deze waarfchouwing als perturbateurs der algemeene rust en veiligheid, als mede die genen dewelke zich aan eigenduakelyk fchieten en wat des meer is, de Plakaaten dezer Linde en de Keuren dezer Stad infringeerende, fchuldig nuaken 3 rigoureuslyk en zonder eenige con-  ge Gebeurtenisje» in 1787 enz. voorgevallen. 73 .fonniventie worden geftraft; terwyl Hun Ed, Gr. "Achtb. daarenboven belpoven een fomma van drie honderd Caroli Guldens aan die gene, welke den uitvinder of ópfteller van bovengenoemde prastenfen ééd weet aan tewyzen, zoodaanig dat dezelve in handen van de Juftitie geraake en van het feit "zal kunnen worden overtuigd , als mede aan die "géne, dewelke aantoonen kan, dat ooit zoodaanigen ééd door een der Leden by het Genootfchap zoude bezworen zyn , zullepde de aanbrenger of 'aanbrengeren naam, des begeerende, worden ge» fecreteerd,. Aldus gedaan den 2 en gepubliceerd den 3 Fe» February 1787. Pr*femen als in 't Register. In kennisje van my:, H. Carbasius. 3460". ExtraSt uit het Rejolutieboek de Stads zaaken betreffende, inhoudende de drie artikelen by de beruchte apparitie. In dato den 15 Maart 1787. Vergadering gehouden den 15 Maart 1787. Prajfenten als in het Register. Eenige Lieden» als repra?fenteerende een aantal Burgers en Ingezetenen dezer Stad , hebben ter Vergadering verzocht en voorgefteld deze drie navolgende poinften &c., tendeerende dat bet Genootfchap en Exercitie-Gezelfchap beide bedankt worden. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verdaan, in aanmerking genomen de hachelyke fituatie waar in zich deze Stad bevind, en ten einde de rust en vrede weder te herftellen, om aan die lieden bovengemeld te declareeren, ten eerRen &c Ten derden, dat het Genootfchap en E 5 Ex-  Verzameling va* Stukken betrekhlyk ieü Exercitie-Gezelfchap beide zullen worden gela& ïtfnnë Exercitiën te ftaaken. Accordeert voor zoo verre het geêx* traheerde betreft. C. j. VAN DE BloCQÜERY. No. 3467. Request van Officieren én Directeuren van. het gelegalifeérd Exercitie-Genootfchap voor Vaderland en Vryheid te HoSrn, 'dan de Edele Mo%ende Heeren Gecommitteerde Raaden van Hollarfi tn West-Friesland in West-Friesland en den Noor* der-Kwartiere, tot herfiel van 't Genootfchap. Edele Mogende Heenen! Geeven niét verfchuldigde eerbied te kennen de Officieren en Directeuren van het gelegalifeérd en door Hun Ed. Groot Mogenden in Hoogstderzelver protectie genomen Exercitie-Genootfchap voor Vaderland én Vryhéid binnen de Stad Hoorn, als repraefenteerende slle de Leden van het zelve Genootfchap. Hdc Heeren Burgemeesteren en Vroedfchappen van gemelde Stad, door een Refolutie by Hun Ed. Groot Achtb. genomen op den i5den Maart jongstleden, ter contemplatie en voldoening aan de on- 1 billyke eïsfchën Van he£ oproerig Gemeen, hebben kunnen goedvinden , gemelde Exercitie-Genootfchao buiten eenig effect, te flellen en hun Wapenen te" doen nederleggën, fchoon niet alleen gemelde Heeren Burgemeesteren en Raadeu diverfe preuves van goedkeuring en legalifatie hadden gegeeven, maar hetzelve Genootfchap nog onlangs by een Publicatie van de Ed. Groot Achtb. Magi. lïraat derzelver Stad, ten dezen annex, zoodaanig nadden genoemd, en daar by betuigd, dat hec zelve met verzaaking van alle èigenbdsiDg, niets anders;  de ftebeurtenisfeti & 1787 Uk. toorgevallen. 73 !flérs dan 's Lands waar belang en de rust en veiligheid der Ingezetenen ten doel had. Dat vervolgens de Supplianten met innige aandoening van vreugde en blydfchap, en waar voor dezeiven by dezen U Ed. Mogenden op het plechitigfte dankbetuigen, hebben ontwaard, hoe U Ed. Zogenden en de Ed. Gr. Achtb. Heère'n Schoüc, Burgemeesteren en Schepenen der Stad Hoorn , compofeerende de Magifiraat derzelver Scad, by èen R'.folutie in de gecombineerde Vergadering igenomen op den 24 Maart 1787. hebben gerefoltveerd, genoemde geletfalifcerde Exerciuè.,GériöOtïchap binnen die Sfad (waar van U Ed. Molenden. >ëa de Ed. Groot Achtb. Magifiraat de affchaffitfg ('èócfidereerden als opeen oproerige wyze afgedrongen, en in vilipendi van de Refolutie van Huo Ea. I Groot Mogenden a by welk hec zelve is gelegalifeérd , ftrekkende te zyn) te herflellen ; en ten dien einde het zelve tegen zekeren bekwaarhen dtfg 'Op de Roodefteen te laacen vergaderen, en aldaar aan het zelve zyn Vaandels en Trommen, welke s ten tyde van het oproer op hec Stadhuis gebracht Zyn, wederom over te geeven; mitsgaders by e"'ven gelyke Refolutie van den 5 April 1787, de dag tot het herftellen van het op den torbuienten Qf Maart 1787 afgefchafte gelegalifeerde Exercitie-Genootfchap bepaald op Dingsdag den rodeo der1 Zeiver maand, en als toen tot de executie van dien V Ed. Mogenden, om zulks met eenige publyke > iblemokeiten re verrichten, hebben verzocht, en het welk by Ü Ed. Mogenden ook is aangenomen geworden; breeder uit de Refolutie van de gecombineerde Vergadering, in dato den ro April 1787, "cónfteerende. Dat vervolgens Heeren Burgemeesteren dezer Stad op den 9 April jongstleden 1 de Commandant < Van gemelde Genootfchap uit de Stad zynde, de daar op volgende Officier in rang ter kamer van ;'$iafj Ed. en het zelve Genootfehap in voorige luister te herftellen, dan waar van de Heeren Burgemeesteren dezer Stad in d« Yroedfchaps-Vergadering van den oden April dezes jaars gedeclareerd hebben, geen legaale kennis te hebben bekomen, Op welke gronden gezegde Refo. lutie by Hun Ed. Groot Achtb. en hunnen Raaden in de Vroedfchap genomen is» Zoo keeren de Supplianten zich tot ü Ed» Mo- §enden, ootmoedig verzoekende U Ed. Mogenden e dag en tyd, totherftelling van het Genootfchap, mitsgaders om het zelve op de Roodefteen te laatea vergaderen, en aldaaf de overgifte der Vaandels, Trommen &c. met die folembiteSten, waar van de Supplianten ü Ed. Mogenden ordres zyn afwachtende, bepaalen; als mede dat U Ed. Mogenden daar van ter voorkoming eenér gepretendeerd wordende non-legaale kennis, aanfehryving, of op zoodaanige manier, als UEdi Mogenden zullen oirdeelen te behooren, cognitie aan Heeren Burgemeesteren der Stad Hoorn doet geworden, 't Welk doende. 3468. ExtraEt uit het Register der Refolutien van de Gecombineerde Vergadering van de Edel?. Mogende Heeren Gecommitteerde Raaden van de Stadiën van Holland en West-Friesland, enz. en van de Ed. Groot Achtb. Heeren Schout, Burge. meesteren en Schepenen der Stad Hoorn, enz. zynde een Refolutie tot herfiel van 't Genootfchap. In dato den 24 Maart 1787. Is gerefolveerd het gelegalifeerde Ejercïtie-Genootfehap binnen deze Stad (waarvan de affchaffing is geconüdereerd als op eene oproerige wyze afgedrongen, en in vilipenai vau de Refolutie van Hun  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 7a. EEd, Gjoqï Mogenden, by v*elke *t zelve is gelega- I lifcerd (trekkende) te herftellen., en. ten dien einds *t zelve tegen zekeren bekwaamen dag, op de Roq- 1 defteen te laaten vergaderen, en aldaar aan het zelve zyne Vaandels en de Trommen, welke ten tyde van het oproer op het Stadhuis "gebracht zyn , we. der over te geeven; mitsgaders den Commandanc van 't zelve Genootfchap Mr. Jan Hendrik van Stralen, in de Vergadering te ontbieden, omhem van dit gerefolvqerde kennis te geeven; gelyk ook i ftaande Vergadering, na dat dezelve Mf. jAti Hendrik van Stralen zich aangemeld had > en binnen gelaaten was, is gefchied; hebbende de voornoemde Mr. Jan Hendrik van Stralen zyne dankbaarheid voor deze Refolutie kortelyk in gepaste termen betuigd. Accordeert met voprfz. Register, (was gêf.) j. A. Holthüysen. No. 346Q. Refolutie van Hun Ed. Groot Mogenden de Heeren Staaten van HoUand en West-Friesland* betrekkelyk het Rapport van Gecommitteerde Raaden in Wat-Friesland en het JMoorder Kwartier' wegens hun verrichte te Hoorn. In dato den 4 Ar pril 1787. Met vyf Bylagen, Ontvangen een Misfive van de Heeren Gecommitteerde Raaden in West-Friesland en het Noorder-Kwartier , gefchreeven te Hoorn den 3den dezer, met vyf Bylagen, behelzende een Provifloneel Rapport van hunne verrichtingen te Hoorn, uic krachte van Hun Ed. Groot Mogenden Refolutie van den 17 den der laatstleeden maand. Fiat Infertio. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden  td Verzameling van Stukken bètrekkelyk tot en verdaan, de voorfz. Misfive aan te neemen vóór Notificatie; en is, dien onverminderd, Copie van dezelve verzocht, door de Heeren Gedeputeerden der Stad Hoorn, om daar öp te verdaan de intentie van de Heeren hunne Principaalen; met inhasfie van hun Protest. Accordeert met voorfz. Refolutien', Édele Groot Mogende Heeren! De Heeren Kloek en Claus onze Mede-Broederen in Raade, als benevens den Secretaris Blok gecommitteerd zynde ter waarneeminge van de Haagfche Befoignes met Uwer Edele Groot Mogenden Gecommitteerde Raaden in het Zuider-Kwartier* " ontvangen hebbende Uwer Ed; Groot Mogenden Refolutie van.den I7den Maart daar tevooren, waar by het aan Hoogstdezèlveii heeft goedgedacht om Gecommitteerde Raaden in West-Friesland en hes. Noorder-Kwartier te authorrfeeren, om ten fpoedigften de noodige voorzieninge te doen, totfecuriteit van het Arfenaal, het Magazyn, de Archiven, Corftptöiren, en't geen verder den Lande be. hoorde; en om voorts de Concert met de Magifiraat der Stad Hoorn, zoodaanige verdere efficacieufe middelen, tot herdel en confervatie van dé rust in 't werk te dellen, als de gedeldheid en Conftitutie van de Stad, hun zullen aan de hand geeven, onder het employ der in te komene Militie; i en Om de verdere reguliere Militie, die, zoo daar toé, als tot weering van verdere oproerigheden in het Kwartier door Gecommitteerde Raaden zoude worden gerequireerd op de prompde wyze te ontbieden, en voor dezelve de noodige Patenten te de* pecheéren; en dat den Generaal Majoor van Rlfssel zal worden aangefchreeven op de eerfte requifitie.van Heeren Gecommitteerde Raaden in WestFriesland en het Noorder-Kwartier de vereischt worden-  ie Gebeurtenis/en- in 1787 enz. vooïgevaUèfi* Èl \ dende reguliere Militie, zoo Infantery als Cavaiierf te laaun volgen; en eindelyk dat de Collönel vk& Pabst, benevens de Commandanten van de twee Compagnien, welke door voorfz. ColloUel naar Hoorn. mogteD zyn gedetacheerd, zullen worden aangefchreeven, om niet verder als tot Alkmaar te marcheeren , en aldaar de nadere ordres van Vóorfe Gecommitteerde Raaden af te wachten, zöö zya daar op ten zeiven dage door Onze gemelde Geéom* rnitteerden, om zoo fpoedig als eenigzins mooglyk Was, en de aarten natuur derzaake vereisehte, aan de intentie van Ü Ed. Groot Mogenden te voldoen, de noodige Patenten verleend, en aan den Generaal Majoor van Ryssel toegezonden, ten einde een Battailjon Infantery, benevens tien Man Artilleristen met een Officier of Onder-Officier te expediteeren naar Monnickendam, mitsgaders twee Compagnien Cavallery naar Alkmaar, om behalven de twee Compagnien Cavallery van het Regiment van Hessen PhiLipsthal , welken reeds naar de laatstgemelde Stad in aantocht waren, omme verdere ordres in die beide Steden refpeöivelykaf te wachten; doch tevens oirdeelde onze Gecommitteerden uit hoofde van de toenmaalige omstandigheden, waar in zich de Stad Hoorn bevond, niet raadzaam ta zyn, om voor al eer het noodige Guarnifoen aldaar was ingekomen, onze verdere Mede-Broederen in Raade binnen gemelde Stad te befchryven, en Ver™ meenden intusfchen geen beter nog gefchikter plaats te kunnen verkiezen, om met elkander te delibe* reeren dan de Stad Alkmaar, tot welke keuze zy Zich inzonderheid bepaalden, dewyl de Regeerende Burgemeesteren van der Mieden en Palodanl'3 op eene gratieufe wyze een der vertrekken van het Stadhuis, tot dat einde aan huo hadden aangeboden; dienvolgende wierd ons Collegie tegens den aolten Maart geconvoceerd, in een der Kamers van het Raadhuis binnen gemelde Stad, zynde de brieven van befchryving tot dat einde aan alle de abfente L. Deel. F Le-  82 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Leden op Zondag den i8den Maart laatstleeden per expresfe afgevaardigd. De gemelde Heeren Kloek en Claus, benevens den Secretaris Blok, vervolgens op Maandag deu loden Maart, de reize naar Alkmaar hebbende aangenomen, en aldaar dien zelf jen avond gearriveerd zynde, hadden het genoegen van by hunne aankomst geïnformeerd te worden, dat de Heer VerscHUER-onze Mede-B'oeder in Raade, zich ter voldoening aan de voorfz b fchryving reeds binnen de gemelde Stad had g filteerd, gelyk ook kort daarna de Heeren van Wallendal en Peereboom aldaar zyn aangekomen. Ever; na het arrivement van onze Gecommitteerden, wierden alle de p*£efente Leden door de Heeren Rtgeerende Burgemeesteren van der Mieden, Dyl en Domiü op eene gratieufe wyze gecomplimenteerd, en de gemelde Heeren vervolgens door ons ter maaltyd cnrhaald. Daags daar aan den -zoden Maart, arriveerden binnen de Stad Alkmaar de twee Comoagnien Cavallery van her Regiment van den Prinfe 'van Hessen Philipsthal, welken ingevolge vooifz, ordre naar Hoorn waren gedeftineerd, en wy wierden vervol, gens door den Secretaris Ryssr, na dat hy zich alvoorens door een Stadsbode naar het uur van Convenientie had doeD irformeeren, op eene obligeante wyze uit naam van Heeren Burgemeesteren en Vroedfchappen gecomplimenteerd , met verdere Communicatie, dat de- Krygsraads-Kamer op hec Stadhuis door Hun Ed. Groot Achtb. ter onzer dispofide wierd gelaaten, als mede dat dezelven de noodige fchikkingen hadden gemaakt, dat geduurende de Vergadering van Gecommitteerde Raaden, eene Compagnie Grenadiers uit de Schuttery naby het Stadhuis, tot eene eerewacht zoude worden geplaatst. Des avonds ten halföuuren ons naar het Stadbuis hebbende begeeven, om eea aanvang van onze  de .Gebeurienisfen in 1787 stm,. vovrgevallen* 8$ se Befoignes £e maakefc, wierden wy by ons arrivement door de zich aldaar bevindende eerewacht j met alle honneurs ontvangen en gefaluëerd, eg vervolgens in de Kamer, tot or.Ze Befoignes gefchikf.,. getreeden zynde, naamen de vyf prasfente Ledek zitting, hebbende zich de Heer Van Alkmaar geplaacsc in het midden, en aan deszelfs rechter zydc de Heeren van Enkhuyzen en Monnickendarii, initjk gaders aan de linker zyde die van Edam en Pürmê. tende, en naast dien laatstgemelden de Secretcr^ Blok. Na dat de Vergadering door het gebed was s*eo* pend, verzocht de voorzittende Heer Kloek, den Secretaris Blok om te willen Rapport doen, van het geen door onze Gecommitteerden tot de HWfche Befoignes, ter voldoeninge van ü Ed, Groot Mogenden Refolutie van den i7den Maart laakstlceden, was verricht; en de gemelde Secretaris Biofe aan die requifltie hebbende voldaan j zoo zyu vervolgens de conduites en verrichtingen van de voor» fchreeven Heeren, door de prsfecte Leden niet eenpaarigheid van Remmen in alle opzichten aeani probeerd. 8 ^ Wyders geproponeerd zynde * om nopeD§ hek geen m het vervolg door ons ter executie van 0 Ed. Groot Mogenden beveelen zoude worden go*d. gevonden en gerefolveerd, by handtasting aan elkander eene flipte fecretesfe te belooven, zoo is zulks mede door alle de Leden goedgevonden » öd teerd™ ^ haa(3taHix!3 onderling geprs^ Vermits wy incusfchen waren onderricht, cfaÉ de Heer Nanking van Foreest, Regeerende Burgemeester der Stad Hoorn, benevens de Schepenen derzelve Stad, Hinlopen , Welman , van Foreest, Klinkhamer en van der RAMHoasTj mitsgaders de Secretaris Carbashjs, zich op dién tyd mede te Alkmaar bevonden, zoo oirdeeldeo *vv. ingevolge de meergemelde Refolutie van ü Ed. Gr„ Mogenden, waar by gequalificeerd zyn, om de Fa Coa*  84 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Concert met de Magifiraat der Stad Hoorn zoodaanige efficacieufe middelen, tot herfiel en confervatie van de rust in het werk te ftellen, als de gefleldheid en Conftitutie der voorfz. Stad ons zoude aan de hand geeven, niet ongepast te zyn, van die toevallige prajfentie gebruik te maaken, teb einde met derzelver overleg, provifioneel de noodige fchikkingen te effectuëeren. De voorfz. Leden van de Magifiraat, benevens den Secretaris Carbasios, deswegens in onze Vergadering gerequireerd en verfcheenen zynde, zoo is hun vervolgens, by monde van den Secretaris Blok verzocht, cm tot het hier vooren gemelde einde provifioceel by onze Befoignes te adfifleeren, na dat alvoorecs even als door Gecommitteerde Raaden was gefchied, by handtastinge de fecretesfe zouden hebben aangenomen, het geen dezelven zich hebben Jaaten welgevallen , en de vereisehte handtasting ook daadelyk gepraesteerd; vervolgens hebben wy na gehoudene deliberatie met de gemelde Leden van den Magifiraat noodig ge©irdeeld, om alvoorens eenige verdere arrargementen te maaken, de beide Commandanten zoo van de Cavallery zich toenmaals binnen de Stad Alkmaar bevindende, als van delcfantery, (welke Jaatstgemelde op onze ordre van Monnickendam, alwaar hy reeds met zyn onderhebberd Battailjon was gearriveerd, zich binnen de Stad Alkmaar had vervoegd} voor ons te doen verfchyren, ten einde hun te informeeren, dat volgens bekomen berichten, de twee Compagnien Cavallery voor welke mede Patenten waren afgevaardigd, nog niet zoo fpoedig zouden kunnen overkomen, dat dezelven cezamer.tlyk met de Militie zich te Alkmaar en Monnickendam onthoudende, naar Hoorn zouden kunnen vertrekken, en voorts af te vraagen, of zy Commandanten eenige zwaa'rieheid maakten, om met de onder zich hebbende Militie, benevens tien Mannen Artillery naar Hoorn te marcheeren, ten einde aldaar provifioceel de noodige adfiftentie te t i ver-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 9$ verleenen , tot executie van Uwer Edele Groot Mogenden Refolutie van den 17 den Maart laatst. Jeeden. De gemelde Commandanten hier op aan ons gedeclareerd hebbende» geene de minfte bedenking nog difficulteit te maaken» om zich tot het evengemelde einde met hunne onderhebbende Manfehappen naar Hoorn te begeeven, zoo is vervolgens by ons gerefolveerd, om een der Officieren van het BattaiJjon Infantery naar de gemelde Stad te doen afzenden, ten einde de Parenten aan Burgemeesteren te vertooneD» en voorts zoo fpoedig als mooglyk was, het gemelde Battailjon van Monnickendam te doen vertrekken naar Avenhorn, om zich aldaar met de Cavallery en de Artilleristen a welke laatstgemelden ook reeds te Alkmaar waren gearriveerd, te vereenigen, mitsgaders aldaar den vereischten ééd in onze handen te prssfteeren, en als dan gezamentlyk den weg naar Hoorn te vervolgen. Hier mede onze eerfte Vergadering binnen de Stad Alkmaar zynde afgeloopen, begaven wy ons benevens de voornoemde Leden van den Magifiraat der Stad Hoorn, wederom naar het Logement d$ Nieuwe Doelen, alwaar wy onze intrek hadden genomen, zynde ook de Commandant van de Infantery, den volgenden dag naar Monnickendam geretourneerd, ten einde conform ons gerefolveerde een Officier ter vertooning van het Patent naar Hoorn te depecheeren, met last om zich verder van daar naar Alkmaar te vervoegen, en ons van zyn wedervaaren rapport te doen. Intusfchen noodiggeoirdeeld hebbende, om dien zelfden morgen ten tien uuren onze deliberatien te hervatten, begaven wy ons wederom naar het Stadhuis , alwaar wy even als des avonds te vooren een Compagnie Grenadiers tot een eerewacht geplaatst vonden, van welke wy het falut ontvingen, vervolgens refolveerden wy in deze Vergadering, om onze abfente Mede-Broederen in Raad,e van BbeF 3 jden-  Verzameling van Smukken betrekkelyk tot ■$»M¥°W eg Spaander , benevens den Magifiraat van Hoorn, ten fpoedigften te doen convoceeren binnen de gemelde Stad, om aldaar in eene gecombineerde Vergadering een aanvang te maaken van onse Befoignes, ten einde de beveelen van U Ed. Qroot M eenden ter executie te leggen , en in* middels aan Burgemeesteren kennis te geeven, dat ingevolge Uwer" EL Groot Mogenden Refolutie van den ï?den Maart, door ons de noodige Patenten waren afgevaardigd voor vier Compagnien Cavailerye en een Bmailjon IrfaDtery , mitsgaders ifien Artilleristen met eenen Bombardier, om in de gemelde Stad Hoorn Guarnifoen te houden, zvnde tot dat einde aan dezelve afgebonden de Misfive eopieelyk hier nevens gasndefub No. r. Wyders hebben wy in onze gemelde Vergadering goedgevonden, om vermits de Hser Peereboom, onse Mede-Broeder in Raade, dien zelfden dag naar Formerende zoude retourneeren , en de Heer Claus, door deszelfs indispofitie wierd verhinderd ten Stadhuize te compareeren, onze Befoignes over het geen verder zoude moeten worden verricht, met de prefente Leden in ons Logement de Nieuwe Doelen te continuëeren, DJen zelfden avond omtrent zeven uuren ontvingen wy, door den Scads-Bode Spaarkogel, de refcrimie van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Hoorn, op onze hier vooren gemelde Misfive , waar vaB Copie hier nevens is gevoegd onder Ne». 8, Korten tyd daar na arriveerde ook de Kapitein Huquehin, welke invoege voorfz. door den Commandant Watson, ter vertooning van het Patent naar Hoorn was afgezonden , en ons mondeling rapport deed, dat Heeren Burgemeesteren wel genegen waren, om twee Compagnien Cavallery binnen hunne Stad te ontvangen; maar dat zy niet hadden toegeflemd in de inkwartiering? van meerdere Militie, endaar toe ook niet konden refolveeren; hier over by ons gedelibereerd zynde, r.o* wierd  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 87 wierd eenpaarig goedgevonden, dat vermits Burgemeesteren zwaarigheid makten, om de B«odig« inkwartiering voor de verwacht wordende M!Üüe te bezorgen , Gecommitteerde Raaden telden des aangaande voorzieningen te doen , gelyk ook -saadelyk is gefchied, en vervol (jets met den B >d» Spaarkog6l , eene nadere Misfive af te zenden , waar van de Copie roede hier by is gevoegd Ju,b No» 3. Deze Misfive was ook van dat effect, dat Gecommitteerde Raaden den volgenden Donderdag morgen omtrert half v\f uursn door den zelfden Bode Spaarkogël, eenen naderen bri' f ontvinger , door den Praefident Burgemeester van de Blocqueky, uit naam van Burgemeesteren gefchree.vt»;, houdende dat Hun Ed. Groot Achrb. de Militie ge. Willig Zouden irneemen, en zcifs zoo vee) mooglyk was, voor de inkwartiering zouden zorge draagen; zoo als confteerd by de Copie Misfive hier nevens fub No. 4. gevoegd. Vermits wy intusfchen nietgevoegelykdienzelfden dag, ons naar Hoorn konden begeeven, zoo wierd eenpaarig goedgevonden, om den volgenden morgen tegen agt uuren de reize derwaards aan te neemen, en inmiddels den gemelden Kapitein HuCfJENiw, benevens den Ritmeester van der Ddyn, ter vertooninge van de Patenten op nieuws raav Hoorn af te zenden, als mede om den eemgenoemden te gelasten, dat hy na zyne Commisfle te heb*, ben volbracht, ten fpoedigften zoude vertrekken naar Monnickendam, ten einde aan den voornoem-, den Commandant WatsoN rapport te doen, dat Gecommitteerde Raaden met Cavallery en Artilleristen den volgenden Vrydag morgen omtrent tien uuren te Avenhorn zouden arriveeren, en dat hy zich tegens dien tyd met zyn ocderhebbend Battailjon aldaar méde zoude vervoegen, om vervolgens gezamentlyk onzen weg naar Hoorn te vervol* gen» ,, De Prafident Burgemeester vak der mieden, F 4  Verzameling van Stukken betrekkelyk tot inmiddels geïnformeerd zynde, van den bepaaldea $yds van ons vertrek naar Hoorn, communiceerde ons uitnaam van Burgemeesteren, dat de vier Compagnien van de Schuttery der Stad Alkmaar, by die gelegenheid in de Wapenen zouden komen , het welk wy ten blyke, dat wy niet ongevoelig waren voor eene zoo uitneemende blyk van hoogachting voor onze Perfoonen, en het Caracter, het welk wy de eer hebben in naame van U Ed. Groot Mogenden te bekleeden, ons hebbeD laaten welgevallen, en refol veerden wyders, dat by ons vertrek de eerfte Compagnie Cavallery, geleid wordende door den Ritmeester Kip, voor, en de tweede Compagnie, onder 't Commando van den Ritmeester vAtï bek Duyn, achter het Rytuig van de Leden van ons Coliegie zoude marcheeren, .en dat daar op immediaat zoude volgen een Bombardier met tien man» nen Artilleristen en twee Veldttukken; — en dat verder de train voor het Stadhuis gekomen zynde, de Secretaris Blok zoude afftappen, en zich begeeven naar de Kamer van Heeren Burgemeesteren die aldaar waren vergaderd, ten einde Hun Ed. Groot Achtb. voor de bewezene eere en politesfe aan ons Coliegie, de verfchuldigde dankbetuigingen te doen. Den volgenden Vrydag morgen flapten wy in twee Koetzen, ieder met vier Paarden befpannen, welken wierden voorgegaan door drie Bodens van ons Coliegie, allen met ongedekten hoofden, terwyl de eerfte Compagnie Cavallery, wegens de nabyheid van ons Logement aan het Stadhuis; even voorby hetzelve was geavanceerd, en de tweede Compagnie aan de andere zyde naby de grooteKerk was geposteerd. Voor het Stadhuis gekomen zynde, ontvingen wy het falut van de zich aldaar bevindende Cavallery, en de Secretaris Blok vervolgens uit het Rytuig flapte, ten einde zich ingevolge van het gerefolveerde op den voorigen dag naar Burgemeesters Kamer te begeeven, om Hun Ed. Groot Achtb. voor de ge-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. £0, genotece eerbewyzingen onze dankbaarheid te betuigen» wordende hy by die gelegenheid aan de deur, 'van de Raad-Kamer door den Secretaris Groen ge» recipiëerd, en vervolgens binnen de balie geleid, alwaar hy zich met een Compliment, ter materie) ^dienende, van zyne Commisfie gekweeten heeft, "het welk door Hun Ed. Groot Achtb. op eene ver* plichtende wyze, zynde gereciproceerd, heeft dezelve na wederzydfche valedicïien zich wederom ia zyn Rytuig begeeven. Dit verricht zynde, marcheerde de eerfte Compagnie Cavallery voor uit, en wierd gevolgd door de tweè Rytuigen, waar in de Leden van ons Collegie benevens den Secretaris waren gezeten, en achter dezelve de tweede Compagnie, terwyl de trein wiord gefloten door de Artilleristen, by zich hebbende twee Veldflakjes, en wy vervolgden alzoo gezamentlyk onzen weg naar de Schermerpoort en voorts over Schermerhorn Daar Avenhorn, alwaar de Infantery reeds was gearriveerd, en ons met de gewoone Militaire honneurs recipiëerde. Te Avenhorn aan de Herberg zynde afgeftapt, wierd door de refpeflive Commandanten van de Militie, ingevolge de Refolutie te Alkmaar genomen, in handen van onze Mede-Broederen en Raaden Kloek en Verschoer, geadfifleerd met den Secretaris Blok, als daar toe door ons gecommitteerd zynde, den ééd afgelegd, volgens het Formulier, hier mede bygevoegd fub No. j. Na dat de gemelde ééd was geprssfleerd, hebben wy onze reize over de Hulk naar Hoorn voortgezet , wordende gevolgd door de Cavallery , en achter dezelve de Infantery, mitsgaders de Artilleristen. Naby de Stad Hoorn genadert zynde, begaven zich de refpeflive Commandanten van de Cavallery en Infantery Kip en Watson vooraf naar het Stadhuis, ten einde den ééd van getrouwigheid in handen van Burgemeesteren af te leggen, onvermindeft de ordres die door U Ed. Groot Mogenden of door F 5 ons  oo Verzameling van Stukken betrekkelyk toe ons zouden mogen worden gegeeven, hebbende wy echter aan de voornoemde Officieren herinnerd , dat ingevaüe men hun het gewoone Formulier van. tien Stedelyken ééd mogte voorhouden, en mitsdien ook meldinge maaken van de gehoorzaamheid san de beveelen van zyce Hoogheid als KapiteinGeneraal, denzei ven in zooverre niet af te leggen, als ftrydig zynde met de bekende Refolutie van U Ed. Groot Molenden, doch wy zyn vervolgens geïnformeerd , dat aan hun den ééd was afgevergt, met achterlaating van de periode, concerneerende zyne Doorluchtige Hoogheid als Kapitein-Generaal en alzoo was gcprssfteerd geworden. Vervolger» zyn wy binnen de Stad Hoorn gearriveerd, gevolgd wordende door de Leden van den Magifiraat der gemelde Stad; die zich mede te Alkmaar hadden onthouden, onder het aanfchouwen van eene groote menigte van Menfchen, welken op de ftraaten dié wy pasfeerdeh waren byeen vergadert, doch zonder dat wy echter eenige onbehoorlyke beweegin. gen hebben befpeurd, Afgcdapt zynde aan het Coliegie van Gecommitteerde Raaden, alwaar onze Mede-Broeder Spaander en Peereboom zich reeds bevonden, begaven wy ons naar onze gewoone Raad-Kamer, en aldaar wierd na gehoudene deliberatie, by ons goedgevonden, om door den Bode Bos Heeren Burgemeesteren te doen informeeren, dat wy raadzaam oirdeelden, dat de Poorten der Stad ten eerden wierden gefloten, met verzoek dat Hun Ed. Groot Achtb. tot dat einde de noodige ordres zouden gelieven te dellen, gelyk ook vervolgens is gefchied, terwyl wy verder de Commandanten van het Guarnifoen hebben gelast, om geene attroupementen te permitteeren, en in cas van refiflentie geweld met geweld te keer te gaan, mitsgaders van hunne bevindinge niet eerder rapport te doen, dan na dat de beweegirgen zouden zyn geflild. Vervolgens hebben wy door een Bode van ons Coliegie den Prseüdent-Burgemcester doen verzoeken,  de Gebeurlenüfsn in 1787 enz. voorgevallen, tfi ken, om Schout, Burgemeesteren en Schepenen te convoceeren, tegen dien zelfden avond ten 6 uuren in onze gewoone Raad-Kamer. Alle de praefente Leden van den M giftraat aldaar op het beftemde nur vtrfcheenen zynde, hebben wy in deze ge-combineerde Vergadering een aanvang gemaakt van •ocze 'befoignes, waarvan wy Ü Ed. Groot Mogen» den tot tyter tyd breedvoerig sullen verflag doen, -terwyl wy voor het tegenswoordige alleenlyk U Ed. Groot MogendeD kunnen verzekeren, dat ons bereids verfcheidene inform3tien en omftandigheden syn voorgekomen, waaruit aan ons is gebleeken, dat de oproerigheden en beweegingen binnen de Stad Hoorn ontftaan zyn geweest van dien aart, dat indien de rust en goede orde aldaar niet ten fpoedigften door gepaste en krachtdaadige midde. len wierd herfteld, dezelven niet anders dan de allerverderffelykfte gevolgen voor deze Stad, ja zelfs voor dit geheele kwartier zoude hebben te weeg gebracht. Wy hebben inmiddels noodig gaoirdeeld U Ed. Groot Mogenden dit provifioneel rapport van onze Verrichtingen te doen toekomen, in het eerbiedig vertrouwen, dat dezelven de goedkeuring van deze Souvereine Vergadering zullen mogen wegdraagen, zynde wy door de menigvuldige en moeijelyke bezigheden, waar in wy ons gewikkeld vinden, door de voldoeninge aan U Ed. Groot Mogenden voPrfz. Refolutie tot ons leedwezen, verhindert geworden, om daar van een fpoediger verflag te doen. Terwyl wy voor het overige de vryheid neemen ons te refereeren tot het addres, hetwelk uit naam van ons, en van den Magiftraat der Stad Hoorn, op laatstleeden Vrydag ter tafel van U Ed. Groot Mogenden is overgebracht. Alvoorens te befluiten, vinden wy ons verplicht, U Ed. Groot Mogenden nogmaals oprechtelyk te betuigen , dat de menigvuldige blyken van hoogachting en affectie, welke wy geduurende ons verblyf te Alkmaar, hebben genoten van de Regeerin- ge  92 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot ge dezer Stad , binnen welker muuren door een wys en Vaderlandlievend beltuur, de rust en eendracht tot hier toe beftendig zyn aangekweekt, aan dezelve een altoosduurende aanfpraak zullen geeven op onze dierbaare erkentenis, zoo dat hei ods tot eene wezentlyk genoegen zal verftrekken, indien 'er eene gewenscbte gelegenheid mogte geboren worden, om van onze waare gevoelens de fpreekende bewyzen te mogen aan den dag leg* gen. Waar msde, Edele Groot Mogende Heeren! beveelen wy ü Ed. Groot Mogenden in de befcherpin^e des Allerhoogften. Gefchreeven binnen Hoorn, den 3 April 1787. (Onder Jlond,) U Ed. Groot Mogenden ganticri. Dienstwilligen, J)e Gecommitteerde Raaden in 'WestFriesland en het Noor der -Quar-, lier. ^ (Lager ftond,) Ter Ordonnantie van dezelven. (vos git.) B, Block. mm  de Gtburtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 03 B Y L A GEN, No. 1. Aan de Burgemeesteren en Regeerders der Stad Hoorn. Edele Groot Achibaare Heeren! Wy hebben ingevolge en ter voldoeninge aan Huo Ed. Groot Mogenden Refolutie van den i^den dezer maand Maart, goedgevonden, vier Compagnien Cavallery en een üattailjon Infantery, als mede een Bombardier en tien Kannoniers biDDen deze Stad Hoorn te doen Guarnifoen houden, waar van wy U Ed. Groot Achtb. by deze kennisfe geeven, en tevens te verzoeken, om met den eerften de noodige voorzieninge te doen, en ordre te Rellen tot ia» kwartieringe der voornoemde Militie. Waar mede, Edele Groot Achtbaar e Heeren! beveelen wy U Ed. Groot Achtb. in de befcherming des Allerhoogften. Gefchreeven binnen Alkmaar, den 20 Maart 1787. (Onder Jïond,) U Ed. Groot Achtb. goede Vrienden, De Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en West. Friesland, in West-Friesland en den Noorder-Kwaniere. (Lager Rond,) Ter Ordonnantie van dezehen, (vaat g«.) B. Block. No.  94- Verzameling van ÓtuMen betrekkelyk tot No. 2. Edele Mogende Heeren! Wy hebben heden met veel aandoening Ü Ëd. Mogenden Misfive ontvangen, inhoudende, om ons zonder de minfte toeftemming, met zoo een groot getal Militie te willen voorzien, wy kunnen daar van geene redenen penetreeren, vermits alhier alles in den diepften rust is, en voor de veiligheid en rust volkomen inftaan, wy verzoeken derhal ven op het vriendelykst, te meer daar onze Stad in de Vergadering van Hun Ed. Groot Mogenden niet meer dan twee Compagnien Cavallery is toegelegd, dat 'er niet meer dan twee Compagnien Cavallery reguliere Troepen herwaards mogen worden gezonden, vermits het onmooglyk is, de Kwartieren voor zoo een groot getal Militie hier te kunnen bezorgen. Wy hoopen dat aan dit ons billyk verzoekzal mogen worden voldaan , doch zoo neen , verzoeken wy, buiten de twee Compagnien Cavallery, zoo lang uitftel, dat wy deze zaak hebben gebracht ter kennis en deliberatie van Hun Ed. Groot Mogenden, ten einde derzelver nadere orders te mogen ontvangen, en verzoeken wy, met brenger dezer hier op refcriptie van CJ Ed. Mogenden te' mogen , erlangen. Wa3r mede, U Ed. Mogenden in Gcdes Heilige Protectie beveelendé, blyven wy, (Onder ftond,) V Edele Mogenden goede Vrienden, tT . , Burgemeesterenen Regeerders der s m' . Stad Hoorn. den 21 Maart 1787. (Lager ftond,) T(r Ordonnantie van dezelven, (was get.y C. j. van ds Blocqükry. jNo*  de Gebeurtenis jen in 1787 enz. voor gevallen, oj No. 3. Aan Heeren Burgemeesteren en Regeerders der Stad Hoorn. Edele Groot Achtbaare Heeren! Wy hebben zoo even ontvangen ü Ed. Groot Achtb. Misfive, op heden aan ons afgevaardigd, en kunnen niet ontveinzen daar uit met de grootfte verwondering te hebben vernomen , dat niettcgenftaande wy by Refolutie van Hun Ed. Groot Mo* genden van den 17 Maart Jaatstleeden, waar van aan U Ed. Groot Achtb. irsgelyks Extract is toegezonden, uitdrukkelyk zyn gcqualificeerd, om op de prompfte wyze te ontbieden, zoo veel Militie als wy zouden noodig oirdeelen binnen de Stad Hoorn te doen Guarnifoen houden, tot fecuriteit van het Arfenaal, het Magazyn, en het geen verder den Lande toebehoord, mitsgaders tot herfiel en conlèrvatie van de rust, eo tot weering van verdere oproerigheden biunen de gemelde Stad, UEd. Groot Achtb. Diet te min zwaarigheid fchyneo te maaken , om die Militie, voor welke door ons de noodige Patenten zyn gedepecheerd, binnen de muuren van U Ed. Groot Achtbaarheden Stad te ontvangen, en, ons daar en tegen te verzoeken, dat Diet meer dan twee Compagnien Cavallery reguliere Troepes derwaards mogen worden gezonden. Wy zullen thands niet treeden in eene ampele discusfie van die redenen, welke U Ed, Gtoot Achtb. tot deze demarche zoude mogen hebben geperfua. deerd, maar alleen remarqueeren, dat het ons zeer vreemd voorkomt, dat U Ed. Groot Achtb. daar toe hebben gelieven te arripiëeren, dat zich alles binnen de Stad Hoorn in den diepften rust bevond, en dat U Ed. Groot Achtb. voor de veiligheid en rust volkomen inftaan, daar intusfehea het gene aog  o5 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot nog zoo onlangs binnen de gemelde Stad is voorgevallen, en den groni~ heefi, opgeleverd voor de evengemelde Refolutiè van Hun Ed. Groot Mogenden, ons geen volkomen vertrouwen kan inboezemen op zoodaanige verzekerirgerr, en ons nog veel minder kan doen bezeffen, op welke grond 0 Ed. Groot Achtb. durven hazardeerenom in het vervolg voor de bewaaring der rust in te liaan. — En wat aangaat de zwaarigheid, om voor een zoo groot aantal Militie Kwartieren te 'kunnen bezorgen , hebben wy de eer ü Ed. Groot Achtb te informeeren, dat wy Ons in ftaat bevinden ten dien opzichte zoodaanige voorzieninge te doen , dac die bedenking geheel en al zal moeten vervallen» Dan wat van dit alles ook zyn moge, wy zyn Ambtshalven verplicht, om de Refolutie van Hun Ed. Groot Mogenden ftiptelyk na te komen en ter executie te leggen, en daar wy by provifie dat aantal van Militie, van welker arrivement wy U Ed. Groot Achtb. hebben kennis gegeeven, noodig oirdeelen tot die heilzaame eD gewichtige eindens , welke by Hoogstderzelver Refolutie zyn bedoeld en uitgedrukt, zoo zyn wy ook buiten ftaat om aan het verzoek van U Ed. Groot Achtb. Misfive gedaan, te defereeren, en wy verwachten daar en tegen dat U Ed. Groot Achtb. zulks met ons by nader inzien penetreerende, door geene verdere dilayen de gedeclareerde intentie van Hun Ed. Groot Moeenden zullen trachten infructueus te maaken. Wy kuncen inzonderheid geen reden vinden, waarom wy aan U Ed. Groot Achtb. zoo lang uitftel zouden accordeeren als noodig is, om deze zaak op nieuws ter kennisfe en deliberatie van Hun Ed. Gr. Mogenden te brengeD, daar het thands aaD U Ed. Groot Achtb. niet onbekend kan zyn, dat niettegenftaande de Heeren derzelver Gedeputeerden ter hoogstgemelde Vergadering op gister alle mooglyké poogingen hebben aangewend, ten einde te effectuëeren , dat met intrekking van de meergemelde Refolutie van den i7den Maart, niet meer dan twee Com- m  ^ 1 Compagnien Cavallery Hgte Troepes naar dé SüSd 1 Hoorn zoude worden gezonden , nogthands dooi? IHun Edele Groot Mogenden by de eveftgemeld& • Refolutie van den I7den Maart is gepetfifteerd» Wy moeten derhaiven U Ed. Grooc Achtb. hf deze Eogmaals op het ernftigfte exhorteeren, offldê Troepes vöór welke wy Patenten hebben gedëpe* tcheerd, en die zich reeds in de Nabüurfcbap van IU Ed. Groot Achtb. Stad bevinden , binnen der:zeiver muuren te ontvangen, en verwachten daat op ten allerfpoedigflen met brenger dezes U Ede!3e Groot Achtb. uitdrukkelyke verklaaringe* teriwyl wy by langer üitftel of onverhoopt refus, aan (ons referveeren zoodaanige maatregelen, als wy : zullen oirdeelen meest gepast te zyn, om de vcor- fchreeven Refolutie Van Hun Ed. Groot Mogenden : naar behooren te doen effect forteeren, zonder daar : door eenigzins op de Stedelyke Rechten te willen impiëteeren. Waar mede, 1 wy U Ed. Groot Achtb. in de befcherming van Goö «Almachtig beveelende, verblyven, Gefchreeven binnen Alkmaar, den 21 Maart 11787. (Onder jlond,) ü Edele Groot Achtb. goéde Vrienden, De Gecommitteerde "Raaden van dè Staaten van Holland en WestFriesland in West-Friesland sn aen Noor der-Kwartiert» (Lager ftond,) Ter Ordonnantie van dezehen h (was gei.) B* Blok6 L« DEBt, O ÏXo.  98 Verzameling van 'Stuiken betrekkelyk tot No. 4. Edele Mogende Heeren! Zoo even de klokke half twee uuren arriveerd alhier U Ed. Mogenden Misfive , met de Boode Spaarkogel, in antwoord volgens U Ed. Mogenden begeerte, neeme ik de vryheid ü Ed. Mogenden te refcribeeren, dat niet de intentie dezer Regeering is geweest, omme te wedetftaan de intentie van U Ed. Mogenden, tot het zenden van de » Militie by U'Ed. Mogenden bepaald, maar de fcru-4 pule om dezelve onder dak te bezorgen, weshalven 1 gemelde Regeering my hebben verzocht, by de; terugkomst der Boode, indien U Ed. Mogenden. mogten perfifteeren by derzelver genomen maatre- < gelen, zonder omme bovengemelde redenen eenige vermindering van Militie daar inne te maaken, dat: ik , om de confufie in de Dacht voor te komen, aan U Ed. Mogenden te willen refcribeeren, dat wy 'als dan dezelve gewilliglyk zullen inlaaten, op vertooning der behoorlyke Patenten. Waar mede naar U Ed. Mogenden van myne waa- . re hoogachting te hebben verzekert, my met dei meeste confideratie onderteekene, in groot haast. Edele Mogende Heeren! (Onder ftond,) U Ed. Mog. ootmoedigen Dienaar,, (was get.) J. C. van de Blocquery. (Lager ftond,) P. S, Mogen wy door Brenger dezes in fecretesfe worden geinformeerd, wanneer de Militie zal komen, zullen wy zoo veel mooglyk ons best doen Inkwartiering te bezorgen , ten minften zoo veel doenlyk. No.  de Gebeurtsnisfen in 1787 enz. voorgevallen» 99. No. 5. Formulier van den Ëêd, welkè g#» prcejleerd is door de Commandanten, van de Militie in Guarnifoen binnen de Stad Hoorn, en ten pluttenLmAi gecantonneerd. Ik beloove en zweere met myne onderhebbende : Battailjon, Compagnie of Compagnien, de Ed. Mogende Heeren Gecommitteerde Raaden van de Staaiten van Holland en West-Friesland, in West»fcnesland en den Noorder-Kwartiere, gehouw en getrouw ite zyn, dezelven getrouwelyk te zullen dienen en 1 te gehoorzaamen in al het geen Hun Ed. Mogenden : my, tot herftel en confervatie van de rust, mitsga1 ders toe weering van alle verderffelyke oproerighe» 1 den, zoo binnen de Stad Hoorn, als verder binnen West-Friesland en den Noorder-Kwartiere, zullen beveelen. Zoo waarlyk helpe my God Almachtig. No. ^470. Extraft uit het Register der Refolutien van de Edele Mogende Heeren Gecommitteerde Raaden van de Staaten van Holland en West-Friesland in West-Friesland en den Noorder-Kwartiere, en van de Edele Groot Achtb. Heeren Schout, Burgemeesteren en Schepenen der Stad Hoorn. In dato den $ April 1787. Den dag tot het herftellen van het op den turbttlenten 15 Maart 1787 afgefchafte gelegalifeerde Exercitie-Genootfchap binnen deze Stad, van t welk Mr. Jan Hendrik van Stralen oud PrajfideDt Schepen dezer Stad Commandant geweest is , is bepaald op Dingsdag den ioden dezer maand A-  ioö Verzameling van Stukken betrekkelyk tel pril, en zyn tot de executie van dien verzocht Hun Ed. Mogenden, dewelke zulks ook hebben aangenomen. Accordeert met voorfz, Register. ( v,olej. tien coloreerd met een onbekend woord van poiu üSu custodie, vordert onze Pl^^/^^VS ftil te zitten, maar van onze Mede-Leden kraentd^ge hulp tegens dezeoverheerfching teyerzoe. kei1 en on? provifioneel effeft te doen erlangen, vaS het geen by de meerderheid der Leden op ge- • «asfeerde Vrydag wel en wettig befloten was, en §oor geen overnemingen konde worden geftremd, ■ als eenvoudig involveerende eene ordre, om zich j aan de Refolutie (waar mede wy zelfs zeer bezwaard 1 ^Vur^ datDEjGr^tAcht^ • derzelver Gedeputeerden de noodige last zullen «evei! en onze Stad verder van geweld en overKeerfching te helpen bevryden. Waar mede wy de eer hebben ü Ed. Gr. AchtD. in de befcherminge Godes te beveelen, en met alJ le confideratie te zyn. Hoorn, den 10 April 1787. Edele Groot Achtb. Heeren l U Edele Groot Achtb. goede Vrienden, G 4 Sur-  $9$ TfötrWtöfi Ül Sakken betrekkelyk m Burgemeesteren en Regeerders der Stai Hoorn. Ter Ordonnantie van dezelven, (iMs get.) C. J. van de Blocquery. §474. Protest van de Ridderfchap over de extenfie op de Remonftrantie van Hoorn, en Elettie van Schepenen, door Hun Ed. Groot Mogenden. In dato den 12 April 1787. Pa Ridderfchap heeft heden ter Vergadering gedeclareerd, d^t de extenfie op de Remonftantie vap Hoorn niet conform het gerefolveerde was, en hebben hun advys daarop doen infereeren, alsook roftitueeren, die folemnueiten provifioneel op te chorten. Het zy verre van ons Ed. Manhafte Heeren 1 daar wy door Vaderlandlievenden binnen deze Stad worden aangezien, als de fteunpilaar en beveiliging voor hunne Perfoonen en bezittinge; dat wy zouden kunnen berusten in deze zoo allervernederende en voor ons grievende behandeling. — Neen Ed, Manhafte Heerenf wy achten het een onzer onvermydelykfte plichten te zyn, ons deze zaak ten fterkften aan te trekken, en zoo dra met eenig fucces kunnen werken, geene middelen onbeproefd te laaten, om de billyke vorderingen ter volkomen herftelling onzer onder Hun Ed. Groot Mogenden fpeciaale protedtie genomen Genootfchap, met kracht door te zetten. Wy hebben echter noodig geoirdeeld, U Wel Ed. Manhafte hier van te informeeren, niet twyffelende of deze ODZe bedoelingen, zullen door alle Vaderlanders, en wel fpeciaal door ü Wel Ed Manhafte volkomen worden geapprobeerd, op het vriendelykfte en tefFens inftantelykfle, als met het belang der zaak overeenkomende verzoekende , dat ü Wel Ed. Manhafte ons in deze billyke vorderingen, zoo zulks noodig mogte zyn, krachtdaadig gelieven te onderfteunen, en wel zoodaam'z als wy na tydsomflandigheid, hier toe het gepast en dienftigst zullen oirdeelen, en waar van wy U Wel Ed. Manhafte in tyds de noodige ouvertures zullen geeven. Dan op dat door ons geene middelen by de hand worden genomen, waaromtrent niet verzekert zyn te zullen worden gefecondeerd; verzoeken wy ten fpoedigften te verneemen, ofwy ons (des gerequireerd) op de adfiftentie van ü WelEd. Manhaften, 'tzv  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevalten. 109 't zy door Addresien» ofte zoodaanige krachtdaadige middelen, als dienftig zullen oirdeelen, volkomen kunnen verlaaten. Terwyl wy intusfchen den Almnchtigen bidden* dat Hy Neerlands opdaagende Vryheid ten fpoedigften in volle luister wil doen ten voorfchyn treeden , en daar toe dok de braave poogingen van U Wel Ed. Manhaften zegenen, noemen wy ons met waare hoogachtinge, Wel Edele Manhafte Heeren, geachte Mede» vaderlanderen en Vrienden! U Wel Ed, Manhaftens dienstvaardige Dienaaren en Medebroederen, Direcleuren en Officieren van Hoorn, het Genootfchap van Wa* den 29 April penhandel, onder de Zin* 1787. fpreuk voor Vaderland en Vryheid te Hoorn. en uit naam van dezelven , (was get.) jan Breebaart, Secret; No. 3476. Declaratoir door Burgemeesteren en Schepe* nen der Stad Hoorn, ingelevert ter Vergadering van de Heeren Gecommitteerde Raaden van Holland en West-Friesland in West-Friesland en den Noor* der-Kwartiere. In dato den 5 May 1787. Edele Mogende Heeren! Dewyl, zoo als aan ü Ed. Mogenden bekend 2»,federt de laatstgehoudene byeenkomst van deze ge. combineerde Vergadering in de Perfoonen, welken de Magifiraat onzer Stad uitmaaken, en in die qualiteit Leden van deze Vergadering zyn, door de op nieuw gedaane benoeming en Electie van Burgemeesteren en Schepenen, een geheele verandering ge-  uo Verzameling van Stukken betrekkelyk tót gekomen is, hebben wy Burgemeesteren en Schepenen noodwendig moeten delibereeren over den voet en manier, op welke wy deze Vergadering 2ouden adfifteeren. Deze deliberatien hebben gehad het gevolg, dat wy eenpaarig befloten hebben, vooraf te moeten doen het volgend Declaratoir, by ons gearrefteerd, en het welk wy de eer hebben hier by aan ü Ed. Mogenden voor te draagen. Voor eerst meenen wy, dat de intreede van zoo veele nieuwe Leden, die van het tot dus verre verhandelde geene, immers geen legaale kennis hebben, noodzaakelyk vordert, dat aan dezelven ten miDften in een kort beftek, behoorlyke ouvertures gegeeven wordeD, van het geen tot dus verre by deze Vergadering is verricht geworden. Na het bekomen van deze opening van zaakea Zyn wy bereid, om ingevolge en in ccnformité van de Refolutie van Hun Ed. Groot Mogenden in dato den 17 Maart 1787, met U Ed. Mogenden de Concert te handelen, nopens het beraamen en in hec werk ftellen van de noodige middelen tot confervatie van de rust binnen deze Stad, zoodaanig als de gefteldheid en Conftitutie der Stad ons zullen aan de hand geeven. Tot dit einde willen wy gaarne van U Ed. Mogenden hooren, op welke voet en manier de uitvoering hier van naar de gedachten van U Ed. Mogenden zoude kunnen en behooren te gefchieden. Van ome zyde is niets minder ons doelwit, dan dat wy deze uitvoering, wanneer zy blyft binnen de paaien van bovengemelde Hun Ed. Groot Mogenden Refolutie zoude willen moeijelyk maaken; rmaar integendeel zyn wy alleszins genegen, dezelve (zoo veel ons aangaat) te accelereeren en te faciliteeren; doch echter, gelyk aan U Ed. Mogenden bekend zyn de onderfcheidene protesten en addresfen, welke de Regeering dezer Stad, tot confervatie haarer gefustineerde Rechten ter Vergadering van Hun Ed. Groot Mogeaden fuccesfivelyk gedaan heeft,  dt Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 111 heeft, en die nog op dit oogenblik het voorwerp a-vn van Hoogstderzelver deliberatien, hebben wy, voor zoo verre Burgemeesteren, gemeend uitdrukkelvk en vooraf te moeten verklaaren , dat wy door onze concurrentie tot de deliberatien van deze gecombineerde'Vergadering, geenszins willen verftaan worden van die protesten en addresfen af te gaan , maar dat wy integendeel dezelvén blyvende inhaï. "eren, voorts alle gezamentlyk de dispoutie van Hun Ed. Groot Mogenden zullen afwachten. In 't byzonder is ook ons eenpaang begrip, dat «oDder te kort te doen aan de Voorrechten en Privilegiën van onze Burgery, wy geenszins kunnen Eedoogen of medewerken, dat door ofte op last van deze gecombineerde Vergadering de Perfoonen van eenige onzer gezetene Burgers, zouden worden ge- fc Het geen door onze Predecesfeuren ten dien op. zichten zoude mogen verricht zyn, kunnen wy mee advouëeren, maar laaten dat ter hunner verantwoor- dlDWv, fchoon aan de eene zyde ons niet willende onttrekken van het helpen beraamen van zoodaanige middelen, als tot executie van de Refolutie van Hun Fd Groot Mogenden mogten noodig zyn, vermee. Een echter aan den anderen kant, dat, wanneer het "er op aan komt, om zich van de Perfoonen van gezetene Burgers dezer Stad te moeten verzekeren, daar toe een politicque Commisfie onbevoegd is; maar dat zulks dan behoord te gefchieden, door het daar toe alleenlyk competent Coliegie van-Schepenen wanneer dezelve na het examineeren van behoorlvke precedente informatien, oirdeelen termen te zvn, tot het verleenen van een Decreet van Apnrehenfie, om dan verder uit krachte van dien geprocedeerd te worden, als conform een welgeordende Crimineele ftyl en praftyk in deze Landen SeEindelykis' ons begeeren, dat dit ons Declaratoir mag worden geinfereerd, ten einde altoos van on° ze  112 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot te Intentie nópens de concurrentie tot de deliberaï tien en befluiten dezer gecombineerde Vergadering behoorlyk zal kunnen confteeren. Actum Hoorn, den 5 May 1787. (was geteekend) J. v. Hoolwerff. P. Schagen» j. Jager. j. Berchoot, als Burgemeesteren. B. F. Carbasius. j. Dirx. H. Verlooren. D. Gallis. A. HaRTJENSï, R. jongèmaats. j. H. van WlCKE voort CROM- Melin, als Schepenen. 3477. Refolutie van Gecommitteerde Raaden om aan 't Exercitie-Genootfchap voor Vaderland en Vryheid binnen Hoorn hunne Vaandels en Trom. men weder te reflituïeren. In dato den 6 Jun-t 1787; * Gehoord zynde de Confideratien en het Advy* van de Heeren Hun Ed. Mogenden Commisfarisfen op de Requeste van de Leden van het gelegalifeerde en door Hun Ed* Groot Mogenden in Hoogst* derzelver fpeciaale protectie genomene ExercitieGenootfchap voor Vaderland en Vryheid binnen de Stad Hoorn, verzoekende om redenen by voorfz. Requeste gealleguëerd, te mogen hebben het effect van de Refolutie van Hun Ed. Mogenden en de Magiftraat der Stad Hoorn op den 24flen Maart Jaatstleeaen, in eene gecombineerde Vergadering genomen, en waar van aan de Supplianten extract is toegezonden, is conform het geadvifeerde van de Heeren Commisfarisfen, goedgevonden en verftaan , de Heeren Kloek, Verschoer en Claus, Hun Ed. Mogenden Medebroederen in Raaden, benevens de Secretaris Blok te verzoeken en te cora- init-j  3 de Gebeurtenis/en ia 1787 enz. voorgevallen. tig Lmitteeren, gelyk dezelve verzocht en gecommitteerd worden by dezen, om in eene Vergadering ,van de Leden van het Genootfchap, door Heeren Commisfarisfen te beleggen, de Vaandels en Trom- . men toebehoorende aan 't voorfz. Exercitie-Genootfchap, by de ontftaane oproerige beweegin» gen alhier op ordre van den toen fungeerenden. Hoofd-Officier van de Bi.ocq.dery op het Stadhuis» gebracht, en thands in het Coliegie van Hun Ed» Mogenden gecustodiëerd, aan 't Exercitie-Genoot» ichap voor Vaderland en Vryheid alhier te extra- ideeren, en het voorfz- Genootfchap in die politie un activiteit te brengen, als het zelve zich voor den 15 Maart 1787 heeft bevonden. En zal Extract dezes gegeeven worden aan d© Supplianten tot derzelver naricht. Accordeert met voorfz. Register» (was B. Blok. No. 3478. Voorftel van Heeren Gedeputeerden der Stad Hoorn op expresfe last van hunne Principaa- Ilen ter Vergadering van Hun Ed. Groot Mogenden worgedraagen, betrekkelyk de bovenfiaande Refolutie. In dato den 6 Juny 1787. De Heeren Gedeputeerden der Stad Hoorn, hebben op expresfe last van de Heeren hnnne Princi» ;|paalen ter Vergadering voorgedraagen: dat ter ken(nisfe van dezelve Heeren hunne Principaalen was Kgekomen een Refolutie van Heeren Gecommitteerde Raaden, in West-Friesland en het Noorderkwartier in dato den ö Juny i7®?, in fubftantie ^behelzende eene Commisfie op drie Heeren en den iiSecretaris van hun Coliegie, om aan 't Genootfchap v-voor Vaderland en Vryheid binnen Hoorn, deszelf» si Vaandels en Trommen te extradeeren en het zelve -i in die politie en activiteit te brengen, als het zich ivoor den 15 Maart 1787 hadde bevonden, zynde I-. h. Deel. A Ca-  •114 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Copie van de voorfz. Refolutie hier nevens ge» . voegd. Dat de Heeren hunne Principaalen zonder voor het tegenwoordige te treeden in eenig onderzoek, of zoodaanig een befluit wel tot confervatie van de i rust binnen de Stad Hoorn dienftig was, niet alleen i vermeenden, dat het onderwerp waaromtrent het:; zelve verfeerde, was mere domejlicq, en uit dien hoofde eenig en alleen ftaande ter befchikking van t Burgemeesteren en Vroedfchappen der voorfz. Stad I die ook reeds by eene Refolutie van dato den 9 Aiiril 1787 getoond hadden, daaromtrent in een geh;<. verfchillend begrip te ftaan, maar dat ook de: -oo-li. demarche van Heeren Gecommitteerde» Raaden allervreemdst moest voorkomen, aangezien!1 aczelven van zich hadden kunnen verkrygen, orhJ: jh een zaak, die uit haaren aart tot het politicq ge-|| zag binnen deze Stad betrekking had privativelykl en buiten allerminste concurrentie van den Magi-* flraat der voorfz. Stad. eene Refolutie in de weereld te brengen, en daadelyk uit te voeren, wel-l; ke naar de.gedachten van de Heeren hunne Princi-& paaien van zoo veel inzien was. Dat gelyk de Qualificatie van Hun Ed. Groot!) Mogenden vervat in de Refolutie van den 17 Maart tui 1787, (zoo als dezelve, des geenszins geoirdeeldjli 1 konde worden op eene zaak van die natuur als dezeisi betrekking te hebben) zich wel uitdrukkelyk be-bi' paalde om de Concert met de Magifiraat te ageeren,,oi en gelyk al verder de Misfive van Heeren Gecom-lji mitteerde Raaden, nu kortlings op den 24 May ja'i 1787 aan Hun Ed. Groot Mogenden gei:hreeven,Jj|i (dan waaromtrent de Heeren hunne PrincipaalenhI aan zich referveerden, om hunne rechtmaatige be-ei langens nader onder het oog van Hun Ed. Groot©! Mogenden te brengen) zelve ten duidelykirehja' vooronderlleld hunne onbevoegdheid, om zonder;p eene nadere qualificatie privativelvk eenig politicq [ft l é g'zag binnen voorfz. Stad te oeffenen, de Heeren.lii' hunne Principaalen alzoo hadden gemeend, vaaiU de  de Gebeurtenis/en in 1787 enz* voorgevallen. li§ de uiterfte evidentie te 2yn, dat de voorfz. haö* delwyze van Heeren Gecommitteerde Raaden was een Attentaat op hun recht van politicque Magi* ftratuure binnen de Stad Hoorn, het welk als ftf ek> kende tot vilipendie van hun authoriteit, met alle kracht behoorde te worden tegengegaan. Dat derhalven de Heeren hunne Principaalen verzochten, Hun Ed. Groot Mogenden efficacieu» Se voorzieninge, ten einde door Heeren Gecom» mitteerde Raaden, immers niet privativelyk, en buiten concurrentie van de Magiftraat der Stad Hoorn geene befchikkingen gemaakt of Refolutien genomen en uitgevoerd werden, welken tot he£ politicq gezag binnen de voorfz. Stad eenige be<* trekking hebben. No. 3479. Refolutie van Burgemeesteren en Vroed* fchappen der Stad Hoorn, waar by het Genootfchap voor Vaderland en Vryheid word geinterdiceerd publyk op te trekken. In dato den 9 Juny 1787. Ter Vergadering van Heeren Burgemeesteren gedelibereerd zynde, op het voorgekomen e aan dezelve Vergadering, daar in beftaande, dat op eergisteren ter Kamere van Hun Ed. Groot Achtb. v/aren binnen geftaan de Heeren Jan vanStraleK» H. Slyper» en J. Breebaart, als Gecommitteerden van zeker Genootfchap alhier genaamd voor Vaderland en Vryheid, en aldaar hadden overhandigd Copie Extract Refolutie van Heeren Gecom» mitteerde Raaden in West-Friesland en den_ Noorder-Kwartiere, in dato den 6 Juny 1787, in fubRantie behelzende eene Commisfie op drie Heeren en den Secretaris van welgemelde Coliegie om aan *t voorfz. Genootfchap deszelfs Vaandels en Trommen te estradeeren , en het zelve in die politie en a&itiviteit te brengen» als het zich voor den Ij Maart 1787 hadde bevonden, — Hebbende U * g«"  ii6 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot gemelde Gecommitteefdens daar by wyders mondeling gevoegd, dat 't voorfz. Genootfchap voorneemens was deszelfs exercitiën te hervatten, en dat zy daar van aan Heeren Burgemeesteren tot derzelver informatie kennis gaven, zonder verftaaü te willen worden daar toe verzoek te doen, en voorts in 't byzonder gemoveerd zynde de volgende Confideratien. Dat by Refolutie van Eurgemeesteren en Vroedfchappen dezer Stad in dato den p April 1787, op als toen voorgekomene informatien, dat het bovengemelde Genootfchap in voorigen luister ftond te worden herfteld, gerefolveerd is, van wegen de Regeering aan Heeren Gecommitteerde Raaden kennis te geeven, dat Hun Ed. Groot Achtb. niet zouden admitteeren , dat gemelde Genootfchap buiten hunne kennis zoude worden herfteld, met Declaratoir, indien nogchands 't tegendeel zoude moeten plaats grypen, van als dan daar tegen teprotefteeren, en deswegens alle zoodaanige middelen in 't werk te ftellen, als zy zouden oirdeelen te behooren, en met qualificatie op Heeren Burgemeesteren om den Commandant van 't voorfz. Genootfchap kennis te geeven, dat de Regeering niet zoude permitteeren, dat het zelve in de Wapenen kwam. Dat de voorfz. Refolutie tot dus verre hebbende effect geforteerd, Hun Ed. Groot Achtb. door de ondervinding waren overtuigd geworden, dat de vernietiging van alle particuliere Exercitie-Genootfchappen buiten het Corps van de Schuttery dezer Stad, een juist gefchikt middel was, om de rust en traEquiliteit binnen deze Stad te bevorderen. Dat ondertusfehen, voor zoo verre de Leden van het bovengemelde Genootfchap het oogmerk mogten hebben, om zonder eenige partyfehap te fignaleeren , zich in den Wapenhandel te beffeneri Hun Ed. Groot Achtb. verre af waren, om dien loffelyken yver tegen te gaan; maar dat integendeel  ds Gébeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 117 deel Hun Ed. Groot Achtb. met genoegen zouden 'zien, dat zylieden als Leden van het Corps der 'Schutterye zich toeleiden, om in de exercitiën alle gepaste vorderingen te maaken, waar door zy 'dan hun gebuteerd oogmerk, het geen Hun Ld. Groot Achtb. vertrouwden tot rust en welzyn van de Stad te ftrekken, volkomen bereiken konden. Is ingevolge de gemelde Confïderatien gerelolve'ërd, om den voornoemden Heer j. van Stralen ter Vergadering van Hun Ed. Groot Achtb. Hoeren Burgemeesteren te ontbieden, en denzelveaan te zeggen, dat Extract Refolutie aan hem zal worden ter hand gefteld, houdende dat Hun Ed. Gr. Achtb. volkomen perfiReeren by de hier bovengemelde Refolutie van den 9 April 1787, en dat Hun Ed. Groot Achtb. tot executie van dezelve Relolu tie in 't byzonder niet kunnen permitteeren, dat de Exercitie-plaats in de Doelens binnen deze Stad anders dan tot de Wapenoeffeningen van de Schutterye en geenszins van eenig ander Corps of Exercitie-Genootfchap , hoedaanig 't zelve ook zoude mogen zyn, worde geëmploijeerd, mitsgaders dat de Leden van 't voorfz. Genootfchap, ernftig vermaand, en, des noods geordonneerd worden, zich ' te wachten om langs 's Heeren ftraatcn en Corps 'op te trekken. En zal extract dezes gegeeven worden aan voornoemde Heer Jan van Straalen om te dienen tot naricht van hem en zyne Committenten, en om zich daar naar te reguleeren. Actum Hoorn, den 9 Juny 1787. Prsfenten als in 't Register. Accordeert iSc (was ge;.) C. J. van de Blocuqkrt. ■ H 3 No.  3li Pirzêtmli&g van Stukken betrekkelyk tot No^ 3480 Request aan Hun Ed. Groot Mogenden de Heeren Stuiten van Holland en West-Friesland, tot onderfteuning van de Propofitie van Haarlem wegens eene Qommisfie ter regeling der Volksrepre* fentaiie. Aan Hon Edele Groot Mogenden db Heeren Staaten \ an Hollanden WestFrik slak d, 1 Geeven met alle ve»fchuldigden eerbied te kenrren , èt Oudergeieekenden , aile Burgers en Inwooners eer Stad Hoorn. O at zy Ondergetekenden vernomen hebbende, de Ipf-elyke Pnipoflrie den 3o(ten January door de Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem , op fpeciaalelast hunner Principaalen gedaan, om, naamlyk met den eerften eene Commisüe te benoemen, de thands zoo algemeen aangevoerd wordende bedenkingen omtrent de generaalereprefentatie van bet geheele Volk, welke volgens degefteldheid van dit Gemeenebest alhier zou behooren plaats te hebben , te examineeren, en teffens na te gaan en te onder.'.otken, op hoedaanige wyze, ingevolge de Conftitutie en'8 Lands waare belangen, eenige ge, neraale maximes omtrent den invloed, welke uit hoofde van de Regeeringsform byreprsefentatie notoirlyk aan hec Volk toekomt, zoude behooren te worden gearrefteerd, mitsgaders aan welke billyke bepalingen, die alle twyffelingen en rechtmaatige argwaan affnydén kunnen, dit een en ander onderhevig gemaakt zoude kunnen worden: de Onderge» teekenden dan ook geen oogenblik hebben in twyffel geftaan, om aan U Ed. Groot Mogenden een openlyk bewys te geeven , dat de gevoelens dier ' waardige Reprajfentanten, in deze Propofitie aan den dag gelegd, ook zyn de gevoelens der Ondergeteekenden die vertrouwen, dat niemand de onwrikbaare argumenten, met welke dezelve bekleed is, zal kunnen ontzenuwen, en dat niemand ia Raat zal  33 ïe Géhmtenisfen in 1787 ent. voorgevallen. 119 aal evd te ontkennen, dat de volledige herftelling van de rusten het vertrouwen in den Lande nimmer zal kunnen bereikt worden, indien 'er met op dit tydfiip, (een tydftip-van zoo veel belang, dat zy Ondergeteekenden durven zeggen, dat de befl.süng van het aanftaand geluk of ODgeluk dezer Landen, van hetzelve afhangt,) eene gepaste voorziening intyds worde gemaakt, om het reprefentative yan de Regeeringsform dezer Provincie, en van de Republyk in het algemeen, buiten allen fchyn van twvffeling te zetten, en mitsdien den billyken en rechtmaatigen invloed des Volks op zyne Vertegen, woordigers voor altyd op zekere gronden te vesti, een, welke invloed alleen hun wezendlyk voorrecht uitmaakt, boven die ©enen die onder een volftrekt ;i gebied leeveD. , , ... .„ Het is eene even onloochenbaars waarheid, aat om deze zoo zeer gewenschte herftelling, op eene wettige wyze in te voeren, en op eeneo duurzaamen grond te vestigen, nimmer iets van meerder nut kan zyn, dan wanneer dit werk m de Vergadering van ü Ed. Groot Mogenden zelve worde aangevangen, als waar door de alleszins verdeiffelyke verdeeldheid, welke anders het natuurlyk gevolg i zvn moest, van eene verfcheidenheid in plan en ontwerpen, hoogstwaarfchynlyk voorgekomen, en ^ de zoo hoogstnoodzaakelyke eensgezindheid , on- i der de weidenkenden en welgezinden m den Lande ! zal behouden worden. Het is op deze gronden, dat de Onderger.ee.cen- , den, overtuigd van het allergewichtigst belang der , zaake, aan U Ed. Groot Mogenden op het eerbie- * digfte maar teffens op het allerernftigfte verzoeken, deze Propofitie door Heeren Gedeputeerden der Stad Haarlem gedaan, te neemen in ferieufe Conüderatie, en ingevolge dezelve, met dien fpoed welke I het gewicht der zaake vereischt, zoodaanige maatregelen te willen beraamen, als volgens de wysheid van ü Ed. Groot Mogenden best zullen kunnen die. , ren, om het heilzaame oogmerk in deze Proponae  lao Verzameling van Stukken betrekkelyk tot bedoeld, te bereiken. Door het neemen van weK ke befluiten ü Ed; Groot Mogenden by deze en alle volgende geflachten de onfterffelyke eer zult inleggen, van Voorftanders te zyn geweest der Burgerlyke Vryheid en van de wettige en Conftitutioneele Voorrechten des Nederlandfchen Volks. Terwyl de Ondergeteekenden voor *t overige den Alwyzen en Almachtigen Gob, op het vuurigst affmeeken zyüe zegen te willen verleenen over de Vergadering en Raadsbefluiten van U Ed. Groot Mogenden — en ü Ed. Groot Mogenden te willen doen dienen als een middel in zyn hand om een einde te maaken aan de heillooze oneenigheden, door welke ons Vaderland word gefolterd, en om eenmaal de rust en eendracht in deze Landen te herRel len. 't Welk doende &c. JNfo. 3481. Lyste der Geremoveerde Regenten enz. Geremoveerde Raaden. Mr. j. C, van de Blocquery. Nanning van Foreest. Mr. j. Boreel de Mauregnault. Mr. Jacob van Hoolwerff, Mr. Jacob Binkhorst. Philippus C. Boon, Mr. Dirk van Foreest. Geremoveerde Hoofd-Officier. Mr. Jacob Binkhorst. Geremoveerde Stads Majoor. Anthony Schagen. Geremoveerde Diaconen. j. van der Poll. I  de Gebeurtenis/en in 1787 enz, voorgevallen. 111 J. Breebaart. G. VlasmaD. H. Fangman. j r vq-;''" .11. bei; SluS i-:'. ' ; ,v. .. : d u:-- d..r.j Geremoveerde Ouderlingen. jfC H. Hulleman. R. Brons. j! .auoX 00 jfe* issdiJ* «?ia-j 9i> na* iflavfnuA nv-f&tx Nfeowaangestei.de Raadem. Dr. Joan Dirlcs. M. O. Verboom. B. Carbaflus Bz. L. Haverkamp. D. de Feyfer. P. van der Straten. M. Groot Jacobsz. Nieuw aangestelde Hoofd-Officier. Mr. BoudeWyn F. Carbaflus. NlEUWAANGE STELDE STADS MAJOOR. Jan de Feyfer. . 1—, _ No. 3482. Publicatie van den Heere Prince Erf-Stadhouder, waar by de Regeering te Hoorn word'ver» anderd. In dato den 24 May 1787. Wy Willem , by de gratie Gods , Prince van Oranje en Nasfau , Graave van Catzenelnbogen, Vianden, Dietz, Spiegelberg, Bueren, Leerdam en Culemborg , Marquis van Veere en Vlisfingen, Baron van Breda, Diest, Beilftein, der Stad Graave en Lande vanCuyk, Ysfelftein, Cranendonk, Eind. hoven en Liesveld; onafhankelyk Heer van de Vrye ' en Souvereine Etf-Heerlykheid Ameland; Heer van Borculo , Breedevoort, Lichtenvoorde , 't Loo , Geertruydenberg, Clundert, Zevenbergen, de hooH 5 ge  tas Verzameling, -van .Siukken betrekkelyk m... ge en laage Zwaluwe , Naaldwyk, Polanën, St. Martensqyk, Soest, Baren en ter Eem, Willem. Rad, Steenbergen, Montfort, Sc. Vith, Butgen. bach en Daasburg; Erf-Burggraaf van Antwerpen; Erf-MarfcrValk van Holland-; Erf-Stadhoader, Erf. Gouverneur, Erf-Kapitein en Admiraal-Generaal der Vereenigde Nederlanden, Erf-Kapitein Generaal en Admiraal van de Unie, Ridder van de Kous. febanden van den Zwarten Adelaar, &c, &c. &c. Allen den genen, die deze zullen zien of hoorerj leezen, falut, doen te weeÈen: Dat wy in deze bekoramèrlyke tyden niets meer ter harten neemende, dan dat de refpective Steden dezer Provincie, onder ons Stadhouderfchap forteerende, mogen worden gebracht in zoodaanige orde en Regeeringe, waar door derzelver rust en voor. fpoed worden ^geftabileerd; en ons, zoo door de publyke notoriteit, als door den voordracht van Gedeputeerden der Stad Hoorn, kennelyk zynde geworden, dat in dezelve Stad tusfchen de Regentemen' Ingezetenen onderling zoodaanige diffidentie was ontftaan , waar door ons goed oogmerk niet kan worden bereikt, zonder gebruik te maaken van de atrthorrfatre-, by RcfdtKic van de Ed. Groot Mogende Heeren Staaten van Holland en West-Friesland, van dato den 31 October 1787, op ons verleend; en voorts uit het Rapport van onze Commisfarisfen Jonkheer Willem Gustaaf Frederik Graave van Bentink, Heere vanRhoon enPendrecht, tefchreeven in de Orde van de Ridderfchap en Edelen van Holland en West-Friesland, Bailjuw en Schout van 3s Gravenhaage, Hoog-Heemraad van Rhynland; en Mr. Dirk Merens, Raad in den Hove van Holland, Zeeland en Friesland, welke wy (om presfante affaires ons perfoonelyk in de voorfchreeven Stad niet kunnende lèaten vinden) deTwaards hadden gezonden, van al het voorenftaande nader geinformeerd zynde; als mede dat Jacob van Hoolwerff, van deszelfs Vroedfchaps-Ambt in handen van welgemelde en.  de Gebeurtenis/en in 1787411*. voorgevallen. 123 tmze Commisfarisfen had afftand gedaan, hebben goedgevonden dien afftand te approbeeren, en voorts ,|/2e zoodaanige Regenten der voorfz. Stad, dewelke met vermeld fiaan in de hier na geinfereerde Lyst, te ont\üaan, gelyk wy dezelven ontflaan by deze van hunne 'refpective FunÜien, zoodaanig nogthands dat de alIzóo ODtflagen Regenten daar door niet zullen worIden gekwetst of benadeeld in hunnen goeden naam Jen faam, veelmin, dat dezelve daar uit zullen mo[een worden gefuspicieerd, zich in de Regeennge ivan Land of Stad niet naar behooren gedraagen te [hebben: interdiceerende wel ftriftelyk eenen ïege[ lyken, wie het zoude mogen zyn, de meergemelde l by deze door ons ontilagen Regenten daar over te [ berichten; veel min hunne Perfoonen of Goederen teenigzints te molesteeren, befchadigen of ïncom[ modeeren; dezelve, mitsgaders hunne Familien en I Goederen, ten dien einde neemende in onze fpeci' aale protectie en fauvegarde; alles ingevolge de I bovengemelde Refolutie van Hun Ed. Groot Mo. E ^Gely'k wy wyders ook hebben goedgevonden de [ Perfoonen op gemelde hier aanftonds volgende LysI te gefteld , welke tot nu toe geene Vroedfchappen, Hoog-Schout, Regeerend Schepen, Thefaurierder voorfz. Stad, of wegens dezelve thands niet inde . daar by vermelde Commisflen of Ambten zyn ge| weest, daar toe aan te ftellen, gelyk wy dezelve aanftellen by deze. Vroedschappen, Mr. Pieter Schagen. Mr. Joan van Bredehoff, Vryheer van Qosthuy. zen &c. Mr. Pieter Opperdoes. Jan Jager. Mr, Abraham van Stralen. Jacob Berckhout,. Anthony Cromhout. Cornelis Christoffel van Akerlaken. Mr. •  124 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Mr. Reep'Verloren. Herman Berckhout, Dirk Jongemaats. Joan van Akerlaken. Hermanus de Hart. Mattheus over 't Water Verboom; Mr. Hendrik Carbaflus, Boudewynsz, Dr. Jan Dirxs. Dirk de Feyfer. Mr. Pieter van der Stralen. Leonard Haverkamp. Matthys Groot, Jacobsz. Hoog-Schout. Mr. Boudewyn Francois Carbaflus. Burgemeesteren. Mr. Pieter Schagen. Mr. Joan van Bredehoff, Vtyheer van Oosthuy*] zen &?c . Mr. Abraham van Stralen. Anthony Cromhout. Schepenen. Mr. Francois Binkhorst. Matcheus over 't Water Verboom. Jan Christiaan van der Vorm. Mr. Herman Berckhout. Dr. Reinier Prins. Dirk de.Feyfer. Theodorus Reek. De laatfte in plaats van Mr. Hendrik Carbasius, Boude' wynsz. die om wettige redenen , zyne dimisfie verzocht en bekomen heeft. De drie oudfte Schepenen Commisfarisfen. Gecommitteerde ter Vergadering van de Staaten Generaal. Jan Jager. Gk«  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. i%$ Gegommitteerde Raad. Mr. Pieter Opperdoes. Gecommitteerde Raad ter AdMi* raliteit tot May 1789. Jacob Berckhout. Gecommitteerde in de ProvInciais Rekenkamer. Hermanus de Hart. Thesaurier. Mr. Reep Verloren. Pensionaris; Mr. Meinard Merens. Secretarissen, Mr. Nicolaas Brouwer Schagen. Mr. Meinard Merens. Mr. Christian Jan van de Blocquery. Mr. Joan Schagen. . Voorbehoudende aan ons, om, ingevalle dat één of meer der voorfz. Regenten voor de aanftelling mogt of mogten bedanken, de plaatfen welke daar doo°r zouden vaceeren, te vervullen. Voorts gelasten wy onze voornoemde Commisfarisfen, om, in onzen naam, de voorfz. nieuw aangefielde.Vroedfchapen, Hoog-Schout, Schepenen eD Thefaurier in derzelver relpective qualiteiten de gewooneééden af te neemen, als mede alle devoorfchreeven Vroedfchappen, Schepenen en derzelver 'Ministers af te neemen den ééd by Refolutie van Hun Edele Groot Mogenden van dato den 15 February 1788 gearrefteerd, luidende als volgt: „ Wy belooven en zweeren gehouwen getrouw te „ zul-  126 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot zullen zyn aao de ConRitutie en Regeeringsform van den Lande van Holland en West-Friesland, ,, beftaande in de hoogfte en Souvereine Overheid „ van IIuu Ed. Groot Mogenden de Staaten van „ denzelvtn Lande, methetErf-Stadhouder-, Gou„ verneur*, Kapitein en Admiraalfchap-Generaal, „ Erflyk iü het Doorluchtig Huis van Oranje, zoo„ daasig als het zelve in Hunner Ed. Groot Mo„ genCten Refolutien van den jaare 1747 is opge„ draagen en by den tegenwoordigen Heer Erf-Stad,, houder in 1766 is aanvaard." En Eindelyk nog om de Vroedfchappen en Ministers welke op dea 23. November 1787 reeds in functie waren, en daar in volgens de voorfz. Lyste zyn gebleven, te doen prafteeren den ééd by Hunner Ed. Groot MogendeD Refolutie van den 23 November 1787 geordonneerd, houdende: „ Datzy verklaaren, dat zy aan de Acte van Ver- bindtenis, welke op den 8 Augustus 1786, tus„ fchen verfcheidene, zich noemende Vaderland„ lievendeRegenten, teAmReidam aangegaan, en door dezelve, en naderhand mede door veelean» „ deren, geteekend is, of geenerlei deel hebben „ gehad direct of indirect, of by zoo verre zy daar „ aan eenig deel direct of indirect gehad mogten hebben, daar van te refilieeren, en zich ontfla„ gen te houden, van alle uit dien hoofde gecon„ «afleerde verplichting." Wyders verklaaren wy onze intentie te zyn, dat bet verkiezen van de voornoemde nieuwe Regenten, (ook van de zoodaanigen onder hen, aan welJcer Poorterfchaps jaaren ietwes zoude mogen ontbreeken) in maniere als vooren gedaan, in dit extraordinair geval, alleen is gefchied tot meerder •rust en dienst der voorfz. Stad Hoorn, en tot wegneeming van diffidentie en onlusten, aldaar ontftaan, en zulks zonder eenige ptajuditie of confequentie voor het toekomende ten aanzien van de privilegiën, Vryheden of Gerechtigheden , de voorfz»  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 1271 1 voorfz. Stad en de goede Burgeren of Ingezetenen , derzeive competeerende, die vry verRaan, dat in haar oude kracht en vigeur blyven zullen. En dewyl wy een byzonder belang Hellen, om alles, wat in ons is, te helpen toebrengen om de | rust, eendracht, het vertrouwen en den daar uic fpruitenden bloey van dit gezegend Gewest, en Van de voorfchreeven Stad Hoorn te doen herlee] ven, referveeren wy aan ons om (zoo fpoeSig j roooglyk) op de refpeüive addresfen en verzoeken, aan onze voorfz. Commisfarisfen gedaan, te disponeeren, en verder zoodaanige ordres te ftellen, als wy tot meeste rust en dienst van den Lande iu het gemeen , en van de voorfchreeven Stad I in het byzonder zullen oirdeelen te behooren. Eindelyk vermaanen wy alle Regenten, Burgers en Ingezetenen der voorfz. Stad Hoorn, dat zy alle tot hier toe gefubfifteerd hebbende partyfchap- pen en animofiteiten laaten vaaren, het gepasfeerde wederzyds vergeeven en vergeeten, en, gelyk het goede Burgers en Ingezetenen betaamdi voortaan in vreede en goede harmonie famen leeven; terwyl wy het betrachten of nalaaten van dezen plicht, van de zyde der genen, die profesfie maa» ken van Aankleevers te zyn van de belangens van ons Huis, zullen aanmerken als den toetfteen van de oprechtheid van derzelver gevoelens en bei doelingen. Verwachtende wy voorts, en des noods beveelende, dat alle de Burgers en Ingezetenen en een iegelyk van hun voortaan in het generaal zullen betrachten al het gunt de plicht van gehoorzaamheid en onderwerping aan hunne wettige Overheid vorderd; op poene, dat de genen, welke bevonden zullen worden tegens deze onze ferieufe wil en begeerte te hebben ingegaan, en zich aan eenig wanbedryf tegen de waardigheid van de Regeering of ongehoorzaamheid aan de beveelen van dezelve fchuldig te maaken, als VerRoorders van de gemeene rust, en Verachters van onze heilzaams oog-  ï.a8 Verzameling van\Siukkén teirekkelyk tot oogmerken êri beveelen, naarexigèntie van zaaken» en volgens de Wetten van den Lande, zonder eenige conniventie, anderen ten* exempel zullen won den geftraft. Aldus gedaan in 's Gravenhage, den 24. May 1788. (was get.) W. Pr. v. 'Oranje. (Lager ftond,). Ter Ordonnantie van zyne Hoogheid. (»* get.) T. j. de Larrey. No. 3483. Declaratoir dat te Hoorn op Zondag den . . Juny in de Groote Kerk voor het Nagezang door Ds. Engelberts »n Schad is voorgeleezen. Waarde Toehoorders. Daar het niet te ontveinzen is, maar integendeel zeer zicht- en kenbaar, dat ik de achting en liefde van de meeste Leden der Regeering, en het groot, fte gedeelte van de Gemeinte federt een geruimen tyd heb verloren, verklaare ik de oirzaak daar van grootendeels zoo niet eeniglyk zy toe te fchryven aan myne gevoelens, nopens de publyke zaaken, en myne gedraagingen daaromtrent in de laatfte on-' gelukkige tyden. Dat deze myne gevoelens doorgaans zeer aanmerkelyk hebben verfchilt, met die van dat gedeelte der Regeering en Gemeinte, waar by ik thands zoo zeer in minachting ben geraakt, dat ik myne gevoelens over de.publyke zaaken, niet alleen in particuliere converfatieD, correspondentien en gefchriften, maar ook in myne open baare Gebeden en Predikatiën, fpeciaal op den Bededag van den jaare 1787 opentlyk heb aan den dag gelegd, en  de Gebturténttfen in i?tï7 e»s« vc'fögtraiivrk. S8# en Wel op eene min voorzichtige wyze; dat ik my van tyd tot tyd heb uitgelaaten, en bemoeit van zaaken de Regeering van Staat en Stad betreffende» en dus gegaan ben buiten den kring myner bediening. Dat ik zulks fpeciaal heb gedaan by gelegenheid dat binnen deze Stad ter teekening heeft gelegen zekerberuchtDankaddres, 'twelk ikdoordenftrooni verleid onvoorzichtig genoeg ben geweest mede te onderteekenen, en welke daad ik by dezen verzoek dat de Regeering en Gemeinte gelieve te houden » als of die niet gefchied ware. Dat deze handelingen by my nu uit een ander oogpunt dan bevoorens befchouwd wordende, my waarlyk leed doen, ziende dat het grootfte deel der Gemeinte myn Perfoon deswegens veracht heeft» en van mynen dienst geen gebruik maakt» waar door ik voor de Gemeinte min nuttig ben geworden, ea myn Pèrfoon en heilige Bediening» heb blootge* fteld aan veele onaangenaamheden. Dat ik wenschte van achteren, dat alle deze zaaken waren voorgekomen eh nooit gefchied; dat ik my over deze myne voorgaande gedraagingen be» klaage, deswegens berouw hebbe, en dit aan de Regeering en Gemeinte, die ik daar door mogt beledigd hebben, by dezen opentlyk verklaare. Dat ik plechtig beloove en my verbinde, voortaan sog in 't particulier, veel min in 't openbaar, my te zullen bemoeijen met zaaken de Regeering van Land en Stad betreffende, maa'rmy bepaaldelyk te zullen houden binnen myn kring als Leeraar. en myn hoofdwerk te zullen maaken van myn Euangeliedienst, en als een voornaamen plicht, de Gemeinte by alle gepaste gelegenheden te zullen inboezem n, en in myn Perfoon voortegaan om te bidden , voor de bevestiging van de herftelde en thands plechtig bezwoorene Conftitutie, eh elkabder op te wekken om God te vreezen, de wettige Overheden te eerec, en zich niet te vermengen met de genen die sa veranderingen ftaan. L. Deel. I Dat  I3<3 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Dat deze myne verklaaring, ja wel is gefchied op requificie van de Ed. Groot Achtb. Regeering dezer Stad, maar tevens welmeenenden oprecht, en dat ik nader betuige , ook vuurig wenfche, en vast vertrouwe, dat dezelve ook by de Regeering en Gemeinte zullen worden aangenomen. Dat de gevolgen daar van zullen zyn, dat al het gepasfeerde zal worden vergeeten en vergeeven. Dat deze gevoelig aan my betoonde verachting, zoo aan myn Perfoon als aan mvne H. Bediening nu voortaan zal ophouden, de Gemeinte van my. nen dienst gebruik maaken, en my achten ommyns werks wil. Dat ook hier door de rust en vreede, en de lief. de onderling mag worden herfteld, en op Hoorns Gemeinte in nadruk toepasfelyk zy de taal van den Psalmist in den 133 Psalm, welk de Gemeinte ne. vens my verzocht word hartelyk en welmeenend op te zingen. No. 3484. Copie van een Kerkelyke Attefiatie aan j. van de Poll, door Bedienaars des Goddelyken Woords en Ouderlingen der Gemeente J. C. tot Hoorn. In dato den 14 May 1789. Wy Bedienaaren des Goddelyken Woords en Ouderlingen der Gemeinte ƒ. C. tot Hoorn, getuigen by dezen dat Jan van de Poll Lidmaat is van de waare Gereformeerde Christelyke Kerk, gezond in *t Geloof, zoo verre ons bekend is; dan met betrekking tot deszelfs wandel mogen wy [zuHen wy de waarheid hulde doen] geen zoo gunftige getuigenis geeven, dewyl de Kerkenraad tot haar leedwezen moet verklaaren, dat gemelde j. v. d. Poll, in de troebles [welke in ons lieve Vaderland en byzonder ook in deze Stad hebben plaats gehad, en waar door dezelven op den oever van deszelfs ondergang gebracht was] zich vermengd heeft met die ge-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 131 genen, dienaar fchadelyke en landverdervendevef. anderingen (tonden, ja zoo verre gegaan is, dat hy zich door eenige kwalyk geintentioneerden tot een. zoogenoemde GeconftitUeerden heeft laaten aanftellen, en indiequaliteit op den 7 September 17879 negen Leden, der wettige Regeeringe dezer Stad.» op eene geweldige en wederrechtelyke wyze heefc helpen ontzetten van hunne Raadsplaatfen, en van, alle Commisfien, hier uit direö of zydelingS proHueerende, en anderen even Onwettig in derzelver plaatfen heeft helpen aanftellenj hier by komt neg, dat hy na de gezegende Omwending van zaaken s> door zyn daaden getoond heeft, zyn verkeerde gevoelens te blyven aankleeven, verkiezende lieve? om de rechtvaardige vervolging der Juftkie te ontgaan, uit deze Provincie te'vluchten, daü gebruik te maaken van zulke middelen, welke tot herftelling der gedaane (lappen gefchikt waren, en de oprechte bewyzen van berouw vertoonden, welk halftarrig gedrag dan ook reeds voor hem, tot rechtvaardige gevolgen gehad heeft, dat door deze Stads Regeering, de inwooning binnen deze Stad en Jurisdictie van dien aan hem ontzegd is, en 'er door den Prokureur-Generaal van deze Provincie, voor den Ho» ve van Holland, tegens hem geprocedeerd word. Wy verzoeken de Eerw. Broeders en Opzienders der Gemeinte J. C. tot Campen, welke dit ons getuigenis zal worden vertoond, gemelde J. v.d.PoiX, in haar Christelyke opzicht aan te neemen. Actum in onze Kerkelyke Vergadering binnen Hoorn, den 14 May 1789. Uit naam en tast des Rerkenraads, (was gef») S. van Beuhingen, Syn h, £, Schriba. I t No,  13* Verzameling van Stukken betrekkelyk toe N'. 3485. ExtratTi uit het Refolutieboek van Heeren Burgemeesteren en Vroedfchappen der Stad Hoorn, relatief de fubmisjie &c. van H. Bolding en H. Hulleman > en 't tegenover gefielde halflarrige gedrag van J. van de Poll en Claas Breebaart, benevens daar uit gevloeid ontzeg van inwooning binnen gemelde Staa Hoorn, de twee laatstgemelden betreffende. Vergadering gehouden den 12 December 1788. Prffiferjten als in *t Register. By gelegenheid der deliberatien over de verzochte fubmisfie en verdere demarches tot het geeven van behoorlyke fatisfaöie aan de beleedigde Regenten , door Herman Holleman en Hendrik Bolding Burgers dezer Stad gedaan; in confideratie genoomen zynde het tegengeftelde halftarrige en onbuigzaame gedrag door Jan van de Poll en Claas Breebaart, met opzicht tot de door hun beleedigde Regenten van deze Stad by continuatie wordende gehouden. Is goedgevonden en verftaan, de gemelde Jah van de Poll en Claas Breebaart de inwooning binnen deze Stad te ontzeggen, en dezelven tebeveelen, binnen veertien dagen na dat het eerstemaal na de tegenwoordige vorst open water zal zyn geworden, deze Stad en Jurisdictie te ontruimen 9 en derzelver huishoudingen naar elders te verplaatfen: — zullende Extract van deze Refolutie worden gegeeven aan den zeiven Jan van de Poll en Claas Breebaart, ten einde zich daar prompt en Riptelyk naar te reguleeren. De extenfie is gerefumeerd en geapprobeerd. Accordeerd met voorfz. Refolutie» (was get.) M. Merens. No.  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen, 133 , N/o, 3485. Rapport van de Heeren Gecommitteerden tot de Petitiën van den Raad van Staaten in de Finantien van de Provincie van Stad Groningen en Ommelanden, betrekkelyk de Zylvesterye zaaken, benevens de Staats-Refolutien daar op genomen. In datis den 24 July, jy Augustus en 14 OSlober 1784. Edele Mogende Heeren! U Edele Mogenden by derzelver Refolutie van iiden 2lften January jongst, ona hebbende gelieven 1 te chargeeren om 't Reglement van zyn Hoogheid li den Heere Prinfe Erf-Stadhouder nopens de Zyl- vester zaaken in de Ommelanden, in dato den ay JMay 1783 door Publicatie van Luitenant en Hoofdj mannen van den i8den December jongst, bekend j gemaakt, nauwkeurig te examineeren, en onder1 zoek te doen op al het gene dien aangaande eenige 1 nadere deliberatien van U Edele Mogenden zoude i kunnen vorderen op Rapport, hebben de eer te rapporteeren, 1. Dat in de eerste plaats, om aan de geëxten1 deerde begeerte van U Ed. Mogenden zoo nauw. ; keurig mooglyk te voldoen , zullen nagaan alle het I gene in deze materie van 't jaar 1748 af tot nu toe , is gepasfeerd, voor zoo verre hun kennelyk is. 2. De origine, aart en conftitutie der Zylvesteryen, Schepperyen en Dykrechten te onderzoe- I ken. 3. Het nieuws geëmaneerde Reglement, en 4. Uit dat alles het recht te deduceeren, en toe* I pasfen. Omtrent 't eerste pointt is 'tfatti* dat de Volmachten der Ommelanden zich op den 17 May 1748 by '. U Ed. Mogenden per Requeste hebben geaddresfeerd, en Art. 3. verzocht, „ het recht der Zyl„ vesteryen by *t oud gebruik te laaten, niemand , ,, in de fchouwinge boven des Zylrechts wetten I „ te breuken, en de Schepper gehouden te zyn, I 3 „om  134 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot om van de Zylfchots penningen alle twee k drie ,% jaar aan de Zylrichteren reekening te doen, in 't s, byzyn der aangeftelde Gecommitteerden, uitie,, der zyn plaats daar toe gefteld, des zal de Schep. „ per door deZylrichter van twee tot drie jaarmo,, gen continueeren s en alle onnoodige onkosten s) worden afgefchaft, dat alle Procesfen van de Js Schouw ten eersten aan de Hooge Juftitie Kamer «j zullen worden ingefteld, als mede dat de Hooge S) Juftitie Kamer ten opzichte van het fchouwen s, der Stadswegen ten hoogften niethooger zal breu& ken dan een pond groot." Dat het esientieele van dit verzoek, offchoon meer gedetailleerd, is gerepeteerd by Requeste op den aoften Augustus daar aan volgende, en op die dag eenpaarig is gedisponeerd: „ dat U Ed, Mo. genden alle gedaane verzoeken approbeeren en „ arresteeren, zoo als geapprobeerd en gearres„ teerd word mits dezen Staatsgewyze, en een ie- gelyk zoo ver hun Lid aangaat, diens dat alle „ dezelve gefteld zullen zyn tot nadere approba„ tie en ratificatie van zyn Hoogheid den Heere jj Erfstadhouder, om daar af of by te doen, na „ zyn hoog verlichten raad en welmeeninge, om „ vervolgens dezelve ten eersten ter uitvoer te „ doen brengen, en word zyne Hoogheid ten ein„ de als boven, in zoo verre vanzynen éédontfla. „ gen, en ftaan de Heeren Staaten toe, dat de ge„ committeerde Volmachten dezelve ook aan zyne „ Hoogheid zullen mogen prEefenteeren en over,, handigen, en daar af communicatie geeven, zul- lende hier van tot gerustheid der Ingezetenen direét promulgatie gefchieden, accordeerende „ een generaale Amnestie." Dat zyne Hoogheid Prins Willem den vierden f glorieufer gedachtenis, uit hoofde dier delatie ee- . nige Heeren Gecommitteerden naar herwaards heeft gezonden, welke zich op alle zaaken hebben geïnformeerd, en daar van Rapport gedaan, zoo heeft Hooggedachte zyne Hoogheid op den 27 November  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 135 ber 1740 in hooge Perfoon Prsfident zynde, geëBmeerd, en door alle Leden der Regeering doen beéédigen, zoo als 't zelve ook door wylen Haare Koninglyke Hoogheid glorieufer gedachtenisie en de tegenswoordige Heer Erf-Stadhouder is biéédigd, een Reglement, om volgens deszelfs opichrirt te dienen tot een fundamenteele en onverbreekelyke wet» waar na alle zaaken zoo van Politie als Juftitie daar in vervat, voortaan zullen worden beleid en behandeld, re. ferveerende alleen aan zich de interpretatie en explicatie van 't zelve, indien by opkomende gevallen eenige elucidatie mogte noodig wezen. By welk Reglement Art. 10. is bepaald: ,, Dat „ de Jurisdictiën van de Grietenyen, over Land,, rechten, Schepperyen, Redgerechten, Dyk-, „ Zyl- en Buurrechten, naar haare ongineele fun„ datiebrieven, weder zullen worden ingericht, „ en alleen de breukvalligen geboet volgens de wet, „ zonder dat geoirloofd zal wezen, onder wat voor„ wendzel of naam 't zy, om vacatiën, of dierge. „ lyke boeten te vorderen van die genen, dewelke „ niet fchuldig aan overtreeding zyn bevonden. Art. ai. „ Ën naardien het misbruik in 5t voonge Art. gemeld, zoo groot is geworden, dat ge„ noegzaam onmooglyk is het zelve weg te nee„ men als door 't introduceeren van eene ïmpartiaa„ len Rechtbank tot wien die gene die zich door de „ ordinaire en domestique Rechter bezwaart vinden !, bv Appél haar toevlucht kunnen neemen,en zulks ' ook in de Stad Groningen deficieerd , kunnende „ van de vonnisfen door de Raad geveld niet wor,, den geprovoceerd, waar over ook veele en ver„ fcheidene klachten zyn errezen; zoo hebben wy „ niet kunnen afzyn om tot ftuur van de Juftitie on„ ze gedachten telaaten gaan, op een Provinciaal Hof van Juftitie, het welk de Burgers en Inge. „ zetenen, zoo van de Stad als Ommelanden uit ,, alle Leden en deelen van de Provincie met veel „ yver en recht hebben begeerd, waar toe wy 't bekwaamst geoirdeeld hebben de Hoofdman" I 4 n oea  Ï3^ Fexzmdmg van Stukken betrekkelyk m „ nen Kamer te erigeeren, met derzelver inRructje 33 te amplieeren en op nieuws vast ftellen." Art. 22» jj Alwaarom wy vernietigen de Ordons, nantien óp de Appéllen van de drie gepriviligeer. Zylvesteryen, die voortaan zullen komen aan ge» dachten Hooge Juftitie Kamer." Art, 42. „ De inftructie voor de Hooge Juftitie. ,, Kamér Luitenant en Hoofdmannen zullen mogen 3, verklaaren alle berovingen van boeten van Farty3, en, en Breuken van den Redgeren en Grietman» ,, nen, in 't Geeeraal van alle derzelver Zetmaalen en Rooven, als mede van Sententien en Vonnis. Zetmaalen en Rooven der Schepperen , Zyl- en 31 Dykrechten, zonder eenig onderfcheid van wat fom dezelve mogten wezen, en onder welk Zyl. ars en Dykrecht dezelve resforteeren, zullende mits,, dien alle andere appellatien welke voor dezen el., ders ten aanzien van zoodaanige vonnisfen van „ Schepperen Zyl- en Dykrechteren plagten te ge,, fchieden, voortaan ophouden." Art. 55. 31 Luitenant en Hoofdmannen zullen j» vlytig reguard en opzicht neemen dat de Redge3, ren en Richters der Ommelanden ook de Schep. „ peren, Zyl- en Dykrechteren, zonder eenigeon,, derfcheid de Landrechten, oude Costumen en goede gewoonten, mitsgaders alle andere goede 3, Ordonnantiën, dispofitien, Inftructien op de ge. „ richtelyke Proceduuren, Gerichtskosten, Boeten, 3, Breuken, en wat daar af dependeeren mag van ,, nieuws gemaakt, of nog te maaken, getrouwelyk ,, in alle haare poin&en naarkomen en obferveeren, ,, en de Ingezetenen van haare Jurisdictie daar ea 3, boven niet bezwaaren." Art. 71. „ Op gelyke maniere zal den Procureur,, Generaal goede toeverzicht neemen dat de Red. „ geren en Richeeren der Ommelanden, ook de Schepperen, Zyl en Dykrechteren haare func3, tien naar behooren komen waar te neemen, zon3, der iemand te bezwaaren en zal wanneer daar in „ gebrek mogte vinden, verplicht zyn om daar van ij aan  di Qebeurtenisjèn in 1787 enz. voorgevallen. 137 s, aan Luitenant en Hoofdmannen te adverteeren, ■, ten einde door dezelve in conformité van derzel„ ver Inftructie Art. 55 en jó" daar in voorzien wersi de." Wordende verders daar in niets gevonden wat hier toe relatie heeft, en offchoon zyn Hoogheid by bet 11 ide Art. dezer Inftrudïie Luitenant en Hoofdmannen heeft verzocht, hunne gedachten te laaten gaan, om de orders of Reglementen raakeode de adminïftratie der Civile en Crimineele Juftitie, Jura der Secretarien, Richteren, Advocaaten, Boden &c. op te maaken, word daar in geen woord gevonden van Zylvester zaakeD, zynde gemelde ordres of Reglementen in 17ji gedeeltelyk gearresteerd, aan ü Ed. Mogenden toegezonden, en door U Ed. Mogenden alhier doen drukken. Dat geduurende het leeven van Hoogstgemelde zyn Hoogheid, in deeze zaaken niet anders is gegefchied voor zoo verre ons, kennelyk is, dan dat Hoogstdezelve in February 1751 de confideratien van 't Hof heeft gevraagt over *t produceeren der fundatie-brieven, en voorts, wanneer de Rekeningen der Schepperyen zullen worden gedaan, en dat die Vorst dienftig oirdeelende dat een Art. in 'tOmmelander Landrecht werde veranderd, L7 Ed. Mo. fenden daar toe beeft verzocht, welke verandering J Ed. Mogenden hebben gearresteerd by Refolutie van den 30 January 1752, en doen publiceeren; uit deze eenige attus fchynt het, dat 'er of geene addresfen, aan wylen zyne Hoogheid tot verandering in de beheering dezer zaaken zyn gedaan, of dat dezelve by die Vorst welke die direéiie grondig kende niet zynaangenoomen; maar integendeel fchynt het dat haare Koninglyke Hoogheid glor. ged. daar me. is overlaaden geworden, en aan die verzoeken ge. hoor heeft gegeeven, alzoo Hoogstdezelve in Juny Ï752 heeft gelast, dat de Fundatie-brieven zullen worden overgegeeven, zoo als is gedaan zonder dat die publyk zyn gemaakt: dat na dat U Ed. Mogenden by Refolutie van den 5 July 1753 eenige IngeI 5 ze-  138 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot zetenen, welke verzogten effect te hebben van hec 2ofte Art. van het Reglement, aan Haare Koningly. ke Hoogheid hadden gerenvoyeerd, Hoogstdezelve aan het Hof in Augustus 1754 kennis heeft gegeeven, dat eerstdaags drie Heeren Gecommitteerden hier zouden komen, zoo als in den jaare 1755 zyn gearriveerd, die met Heeren Gecommitteerden van 't Hof hebben gebefoigneerd, welke zich op die zaaken hebben geinformeerd. Den 18 Augustus 1755 zond Haare Koninglyke Hoogheid twee Publicatien, de eene raakende de Grasftallen, en de andere raakende defchouwbaare; zoo als dan ook de Grasftallen, en de registers vaa *t fchouwbaare zyn overgegeeven; en zegt Haare Koninglyke Hoogheid, dat de kosten en Commisfien over de beide registers uit de gemeene kasfa der Schepperyen, waar over zullen worden gehouden, zullen worden betaald. Op die zelfde 18 Augustus 1755, is door HaareKoninglyke Hoogheid geteekend 'c ample Reglement om te ftrekken tbc een onverbreekelyke wet, voor alle Schepperyen, Zyl- en Dykrechtenin de Ommelanden, offchoon in 'c floc de interpretatie, vermeerdering, vermindering en verandering word ge. referveerd, 't welk in 's Hage is gedrukt, en in de Ommelanden is gepubliceerd, zonder eenige communicatie aan U Ed. Mogenden daar van, en van alle volgende Placaten te geeven. In January 175-5 is ordre opdeeerfte RekeniDg gefield, en in February eene Publicatie geëmaneerd, dat aan ieder zyne doleances, tegens de geëxibeerde Schouw-Registers mag overgeeven, het welk alles ampel door veele Ingezetenen, edoch voor het grootfte gedeelte geen belang daar by hebbende is gefchied, alle welke zyn afgefchreeven en aan de refpeclive Schepperen en Eigenaaren en Eigendommen der Schepperyen ter hand gefield, die hun antwoord fchriftelyk hebben overgegeeven, zonder daar over verder tot heden toe een of ander misfchien uitgezonderd te zyn gehoord. En  de Gebeurtenis/en in. 1787 enz. voorgevallen. 159 En eindelyk heeft haare Koninglyke Hoogheid goedgevonden, de declaratien der Volmachten te doen modereeren, en tot betaalinge derzelver 2 duivers per Gras over de geheele Ommelanden uit te fchryven, welk fchat op Hoogstdeszelvs ordre aan een particulier Perfoon is opgebracht, en nimmer althands niet publyk in die Provincie verrekend. Dat federt de aanvaardinge van 't Stadhouderfchap door de tegenswoordige HeerErf-Stadhouder, geëmaneerd zyn, 1. een Plakaatindato den 27 Maart 1769, behelzende de regels waar na 't fchouwbaare zal worden opgemaakt. 2, Een Plakaat ejusdem dato, waar by de mindere objecten onder de naam van private vryheden bekend, van de ordinaris fchouw voor altoos worden geëximeerd, en dat onderzogt zal worden wat daar onder behoord; en . 3. Een dito van dezelve datum, waar by eenige verandering in de veelheid van Schouwen word gemaakt, en verdaan , dat de Schouwbreuken in de gemeene kas zullen worden ingebracht: voorts twee Heeren uit het Hof naar 's Haage zyn opontboden, om met een Heer aldaar over 't Schouwbaare te befoigneeren, zulks maandenlang in de jaaren 1777, 1778, 1779, 1780 en 1782 is gefchied, en waar op ge volgt is het Reglement van den 25 May 1783, op naam van zyn Hoogheid geëmaneerd , gedrukt by Jacob Bolt Provinciaale Drukker alhier, met het wapen der Provincie op'c titelblad; edoch waar van aan U Edele Mogenden, noch dóór zyne Hoogheid , noch door de Hooge Tuftitie Kamer eenige kennisfe is gegeeven, en waar van ü Ed. Mogenden ignorant zouden zyn gebleeven, als van alle voorigen, was niet door attentie der Heeren ü Ed. Mogenden Gedeputeerden het zelve ter kennisfe van ü Ed. Mogenden gebracht, alzoo daar in onder Schouw waren gefteld objecten, wier onderhoud aan de Provincie incumbeerde. Hier mede Edele Mogende Heereuj zouden wy ons  Ï4° Verzameling van Stukken betrekkelyk tot ons geacquiteerd kunnen houden nopens het eerste potnti, dan oirdeelen noodzaakelyk te zyn, en hier by gepast, om aan ü Ed. Mogenden eenig denk beeld te geeyen van de excesfive fommen, die dè behandeling dezer zaaken reeds heeft veroirzaakr terwyl 'er gegronde reden van denken is, dat'er nog meerder zullen volgen. 9 In 1757 is door de Provincie geavanceerd, de betaaling der Vacatiën aan de drie Heeren Gecom. muteerden van Haare Koninglyke Hoogheid, ter fomma van , ƒiq820 10 I De Reiskosten en Vacatiën der " *3 - 4 twee Heeren van 't Hof naar *Haagein ,777 .... I2yó - 0 . o '778 . . . , 4488 - 17 . p '779 .... 4538 8-0 1780 . . , . 3859 . 0 .0 1782 .... 4175 . 2 . Q dus alleen aan Vacatiën . . . . tfaÏAÏ , "0 7 de twee ftuivers per Gras ter be- \ ' * taaling van de declaratien der Volmachten, bedraagen a/wr »»inuï Het Zylvest van Winfumer en " ° " 9 Schaphalfter Zylvest heeft voor Schryfgelden, Vacatiën , en Verteeringen als anders aan *t Hof betaald de fom van . . f 2I/tQ . n H Aduarder Zylvest . . . . ƒ 7l™ * ' $ Drie Delfzylen . . J ! . . "7-4 Indien men hier eens by neemt «t gene ten dezen refpeöe door deze Zylvesteryen, en >t verderegedeelte der Ommelanden na die zelfde propoSis betaald, als de kosten wegens 'c overeeeven d£ Fundatiën, de Registers der Grasta^ Jaare, het beantwoorden der Doleances over het Schouwbaare, zoo door de Schepperyen ah particulieren, de reizen en onkosten van particulieren , het drukken en beftellen der Reglementen en ffal kaa-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 141 i kaaten. Zoo denken wy, dat niemand ons vaa I grootfpraak zal kunnen befchuldigen, als wy poI feeren, dat dit werk reeds meer dan 1,20,000 Gul1 dens heeft'gekost, en daar voor is betaald, terwyl ; even onkundig zyn van 't gene voor het gepasfeer1 de Dog ftaat gedeclareerd te worden, en wanneer 'er een einde aan dit werk zal zyn, terwyl dit Reglement abfoluit vereischt een of meerdere reizen van meest alle de Ingezetenen onder dit Zylvest, naar de Stad, om de Registers te examineeren, waar 1 van de gevolgen kostbaar zullen zyn. Betreffende het tweede pointe, zoo is *t aan een ieder die maar eenige kennisfe der oudheden en historiën heeft, of maar Tacitus heeft geleezen, en eude kaarten gezien, bekend, dat de Ommelanden voor het grootfte gedeelte door de Zee is aange* fpoeld, en daar uit van tyd tot tyd is gebooren. Dat eenige Huisvaders zich met hunne huisgezinnen op hoogten of plaatfen, alwaar voor de overftroomingen of vloeden veilig waren, of zich konden beveiligen, zich hebben ter neder gezet. Dat die Familien van tyd tot tyd grooter wordende, en dus alle niet by elkander kunnende woonen, mindere huizen voor hunne kinderen of dienstbo. den (apparent eigen lieden) digt by dézelve zyn aan getimmerd, blyvende onder directie van de bezitter der eerste. Dat gelyk de eerste Huisvaders alleen voor de veiligheid der hunnen hebben gezorgt, zoo is het natuurlyk, dat naar maate het Land hooger wierde, het zelve ook meerder en verder wierde bewoond , en hun gemeen belang vorderde, zich te vereenigen , om met vereende krachten waterkeeringen of dykjes te maaken, en uitwateringen voor hunne vlakke Landen tegraaven; zulk een vereenigingnu is de natuurlyke oirzaak van 't gene men heden eene Schepperye ofDykrecht noemt, gelyk die der eerste huizen met de daar by getimmerde van een Zylof Dykrecht. Dat  142 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Dat naar maate de meerdere aanfpoeling dér Landen en dus van de meerdere bewooning derzelver, zich ook meerder Diftricten alzoo hebben vereeriigd. Dat het gemeene belang dezer particuliere asfo. ciatien aanleiding heeft gegeeven, dat veelen zich met elkander hebben verbonden, om hun gemeen nut te bevorderen. Dat daar uit moest volgen, dat de Hoofden de» Volks nu en dan by elkander hebben moeten komen om te overleggen wat tot algemeen nut moest gegraven of gemaakt worden 9 om gezamentlyk uit te voeren; hoedaane Vergadering een Waar of Warfdagis, en word genoemd , en zulk eene Asfociatie, eeö Zylvest of Dykrecht. Dat eindelyk die Asfociatien te groot zynde geworden , dan dat alle eerste Perfoonen op die Waardagen korden verfchynen, hebben de Hoofden van ieder diftrict een van hun of verkoozen of by toerbeurten gecommitteerd, om die Waardagen by te woonen, welke men Scheppers noemt, en waar uit alleen Dog heden ten dage de Vergadering der drie groote Zylvesteryen beftaan; zynde de Schepper teffens Prefident der Zylrichteren in zyn diftrict, en beftaan in kleinere Zylvesteryen of Dykrechten, de algemeene Vergaderingen uit een h twee Scheppers met de Zylrichters of Dykrichters. Uit het hier vooren geftelde blykt, en volgt van zelfs, dat aan de Schepperen te faamen vergaderd, of aan Schepperen en Dykrichteren, op de Waar. dagen competeerd de directie over al het gene het algemeene belang vorderd, als 't maaken en repareeren van Zylen, Sluizen, Pompen, Dyken, het graven en onderhouden van algemeene Uitwateringen, het bepaalen van 't volk daar toe noodig in vroegere tyden; en nu het gemeene werk cesfeerd, het bepaalen van het Schot daar toe wordende vereischt &c. Dat aan de Scheppers en Zylrichters in ieder Schepperye incumbeerd 't opzicht en directie over we-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 143 vwegen,bruggen, wateringen, waterkeeringen, pon1 dingen, pompen &c., als mede de bepaaling van het I getal der werklieden of't fchot, wordende heteers. 1 te Zylfchot en het laatste Binnenfchot genoemt. Dat die befchreeven Heerden Lands van oudsher l tot nu toe genoemd Edele Heerden, en diens bezit1 ters Hoofiingen. Dat door verloop van tyden, en de verandering, 1 die de ondermaanfche zaaken onderhevig zyn, deze Landen en Gerechtigheden voor een aanzienlyk gedeelte zyn gekomen in handen der Geestlykheid, li aan de Adelyke en aanzienlykfte Familien en Huizen 1 in de Ommelanden, en een ander gedeelte aan deze li Stad en de voornaamfte Burgers derzelver, en Ini' wooners der Ommelanden, dat by dezelven tot aan 1 de Reductie toe, is geweest en gebleeven de hoogfte < en eenigfte directie over de inwendige huishoudinge i in de Ommelanden, zoo ten opzichte der Jurisdic[ tie als huizen, dyken , wateringen en wegen. De waarheid daar van blykt zoo fterk uit de ou- ii de verbonden, Contracten en andere handelingen, ; aan de Hooge Juftitie Kamer geêxhibeerd, en ell ders te vinden, dat niemand die daar aan eenige I kennis heeft, aan de waarheid van het gepofeerde ;j zal kunnen twyffelen. Dat by de Reductie Stad en Ommelanden tot ee- II ne Provincie zynde gemaakt, en de goederen der I Geestelyken aan dezelve gekomen, de Provincie een I aanmerkelyk aandeel daar in heeft gekreegen, zon1 der in de huishoudelyke manier der huishoudelyke S Regeering verandering te maaken. Dat de Provincie omtrent het midden der voori. ifge eeuw, alle Heerlykheden en Gerechtigheden, 'iwelk uit dien hoofde bezat, tot ongelooflyke pry« i,:zen publyk heeft verkocht, en tot een Conditie ge. jjfteld, dat de kooperen die zelfs zouden mogen be■ dienen, mits woonende in de Ommelanden. Dat gemelde Gerechtigheden voor een groot ge»deelte zyn gekocht door de aanzienelykfte Huizen en Familien in de Ommelanden, door de Stad Gro- nia*  144 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot ningen, en fommige door particulieren , zoo als opp heden nog worden bezeeten. Gelyk ook nog heden ten dage alle Heerlykhedeni en Gerechtigheden nog zyn het recht op de eerfte ï en voornaamfte plaatzen vallende, en op die naa-. men worden verdeedigd en geileeten, uitwyzende! de Clauwen en Registers by de Hooge Juftitie Kamer i exteerende; 't recht van Collatie uitgezondert,, st welk volgens Landrecht op alle Heerden of Plaat-. fen valt. Zynde het dus onbetwistbaar, dat de huishoude* ■ lyke Regeering der Ommelanden van haar Origine i af tot 1748, of wel 17jj toe, is geweest en beftaan 1 heeft in een Regeering der voornaamfte Eigen-Erf- > den, over zaaken de veiligheid en het welzyn hun- . ner Landen betreffende, zonder dat hunne behee-ring aan eenig hoog Gerechte ooit onderhevig is ge- . weest, en waar over althands de Hooge Juftitie Ka- . mer nooit eenige furintendentie heeft gehad, tenzy op vry willige begeeving van een gedeelte derzelver} hebbende dus mogen zeggen: Deo et Jure nostro. Men werpe ons niet tegen, dat door de vryheid by 't Ommelander Landrecht in iöoigegeeven, om de Gerechtigheden van de Erfgronden te fepareeren » en de merkelyke feparatien die daar van zyn ge* fchied, zoo door particulieren als door de Provincie, door 't verkoopen der Gerechtigheden gefepa. reerd van de Erfgronden, waar van het getal aanzienlyk is geweest, als hebbende de overgebleevene en onlangs verkochte Landeryen nog byna drie en een half Milioen Guldens aangebracht, een merkelyke veranderinge te wege heeft gebracht, om dat nu die Gerechtigheden niet bezitten als Grond, heeren, en dus de huishoudelyke Regeeringe niet meer uit Eigen-Erfden, maar alleen en principaaluiz bezitters van Gerechtigheden beftaat, en dat dus de huishoudelyke Regeeringe van Eigen-Erfden geen plaats meer hebbende, de geheele manier van Regeering moet worden verandert. Want wy antwoorden hier op voor eerst: dat zulks in- <  & Gtieurtenisfen in 1787 tnz. vrngsvuikti. |4| nlcopt tegen 't Reglement, dat wjl dat alles baar ie oude fundatiën zal worden ingericht. 2. Dat de verandering door de Souverein is genaakt, welke daar door aanzïenlyke voórdeelea leeft genooten. ■ . .. . 3. Is hier door nooit eenwezentlyke Verandering •emaakt» alzoo elk en een ieder meester van het ■yne is, zoo lange door geen wet word verhinderds tn de eerfte Eigenaars der Edele Heerden i welke n vroegere tyden niemand boven zich erkeüdefa» rryheid hadden, het recht op hun goed liggende, ,ian een ander over te draagen, of ten miniten dé ïeheering daar van aan anderen övergeeVen» als ;ynde Heeren en Meesters van 't hunné. 4. Dat de Bezitters der Gerechtigheden Repyeentanten zynde van de Bezitters van het goed waüt 3p die vallen, en wegens dat goed wordende bes* iseeten en gefleeteri» zoo is door de feparatie geen -erandering gemaakt» tt : En eindelyk is de beheering der particuliere Re♦eering in de Ommelanden niet alleen daar door een ttegeering van Eigen-Erfden gebleeven, fnaar zy s het tc meer, om dat de voornaamfte Bezitters der Gerechtigheden nog heden ten dage zyn de voornaamfte Bezitters der Landgoederen » welke rJushet meeste belang voor de Dyken, Zyleö, uit* wateringen &c. in de Ommelanden hebben , niemand, die de Ommelanden kent, zal zulks konneri ïeeenfpreeken, en de waarheid dezer Regeeringder voornaamfte Eigen-Erfden word in 't Request des? Volmachten van den 29 Augustus 1748 en door een gedrukt addres aan de Heeren Haare Koninglyke Hoogheids Gecommitteerden bevestigd , met cac londerfcheid, dat in 'c laatfte beweerd wordt, dat, alle Heerden Lands daar toe even gerechtigd zyru om dat het Landrecht aan alle Heerden het recns ,van collatie geeft, en de faculteit daar van ten iLandsdage te compareeren, argumenten die niet ;op de origine gegrond zyn, en't Reglement tegen* Ifpreekende geen verder antwoord oeiiteeren, L, Dist. K W?  146 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Wy gaan mede over tot het derde poinct, hier-' omtrent is U Ed. Mogenden in de eerfte afdeeling;i gebleeken, dat het geen zyne Hoogheid glor. ged. byi het Reglement heeft vastgefteld, en daar uit als dei eenigfte Actus die Hoogstdezelven gedaan heeft fchynt het, dat zyne Hoogheid geoirdeeld heeft, dat daar door alle abuizen konden worden wegge-»; nomen, en dat zich om die reden geen verdere dis;; poneerende macht heeft gearrefteerd, maar noodig oirdeelende dat 'er eenige verandering moeste ge* maakt worden in 't publyke recht, deszelfs Confideratien aan U Ed. Mogenden heeft medegedeeld, om daar over te delibereeren, en te befluiten, en dat om dezelve redenen of geene klachten, aam Hoogstdezelve zyn gedaan of dat niet noodig heeft geoirdeeld daar op te disponeeren. Dat ter contrarie de Addresfan aan Haare Koning» lyke Hoogheid oneindig moesten zyn geweest, alzoo om die kosten te vinden plus minus 20 Guldens hebben moeten worden uitgefchreeven; dat de klachten groot en gewichtig moeten zyn voorgekomen, zoodaanig dat Haare Koninglyke Hoogheid daar door, en de advyfen van haare Raadslieden 1 buiten gewoone middelen in 't werk heeft gefteld,, door het zenden van drie vreemde Heeren, en door % het emaneeren van een Reglement, en het doen 1 uitfchryven van een extraordinair fchot, en over de kas van de Provincie tot betaaling dier Heeren te > disponeeren &c. Dat zyne Hoogheid 't Erf-Stadhouderfchap hebbende aangevaart, en in dezen veel onafgedaans vindende, en apparenc tot diens afdoeninge wordende gefolliciteerd, devoetftappen van deszelfs Vrouw Moeder heeft gevolgd, Heeren Gecommitteerden naar'sHage ontboden, een Heer by dezelve gevoegd om over die affaires te befoigneeren, vervolgens Plakaaten heeft geëmaneerd en eindelyk dit Reglement, de Kas der Provincie door de Ordonnantiën der Hooge Juftitie Kamer, voor de reizen en vacatiën der Heeren van 't Hof, met een aanmerkelyke fomaia by provifte bezwaart, alle i  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgtvzllm. 147 le het welke is gefchied ?onder de minne kennisgeeving, veel min met communicatie of overleg vanUEd.Mogenden, en dat overzulks beide Haare Koninglyke Hoogheid en de Heer Etf-Stadhouder, an dezen hebben gehandeld met die macht die al)ijeen aan de Souverein competeerd. Dat zulks te meerder blykt, uit de referves achter beide Reglementen en uit derzelver geest en liprichtinge. Hec blykt toch ten klaarften, dat ingevolge dei]zelve alle dispofitie, en uitgeevende macht, altyd ifoj de Heeren Erf-Stadhouders in der tyd, met een < totaale uitfluitinge van ü Ed. Mogenden zal verfii>lyven. ' Dat onder het oppergezag der Heeren Stadhou[•[deren alle macht en gezag daar over aan de Hooge • Juftitie Kamer word gegeeven, zoodaanig dat by I arrest decideeren, de lchotten reguleeren, de voori geflagen nieuwe werken approbeeren, afkeuren of i! veranderen, terwyl 'er voor de benadeelde geen ïjireeours tot beklag over blyft, zynde dus hunne (conditie erger gemaakt, als onder, en ten tyde der drie gepriviligeerde Zylvesteryen. Dat aan de andere kant daar door de Eigendomlijnen der Schepperyen &c. genoegzaam onnut worfden voor de Eigenaars, dewyl ingevolge dezelve, tfjn de Wagenreede moeten woonen, waar door die .ÏCollegien van Zylvesteryen, die voorheen uit de ssaazienlykfte, de defcigfte en bekwaamde Perfoolinen uit beide Leden beftonden, thands geheel of ten §rootften deele beftaan uit eenvoudige Landgebruieren, voor welke de Eigenaaren nog moeten injiftaan, en waar door alle Eigenaars die in de voorlegt dene eeuw Schepperyen van U Kd. Mogenden hebjil ben aangekocht, beroofd worden van het reëele voor1;recht, waar op U Ed. Mogenden die tot hooge E lommen hebben verkocht, om die zelfs te kunnen ■xl bedienen en de Fundatie-Brieven veranderd, alzoo ) die fpreeken van 't woor o of begoedigt zyn in de 1 Ka Wa-  t48 Verzameling van Stukken betrekkelyk tol Wagenreede, of van het Zylvest, of van de Schep- a perye, en andere daar van zwygen. Dat de macht en het gezag der Zylvesteryen, I Scheppers &c. daar in zoodaanig word beperkt enu' bepaald, dat hem thands niets is overgebleeven danüP de eer om de ordres van de Hooge Juftitie Kamer# te executeeren, invoegen dat die Souvereine macht,i# welke bevoorens by de Zylvesteryen plagt te refi-M; deeren, nu by de Hooge Juftitie Kamer word ge-ity bracht, zynde dus alleen van meepter verandert;(|' want de Collegien van Scheppers &c. mogen geensf Schot uitfchryven, in geene reparatien, hoe on«w voorzien, en hoe zeer fpoed vereifchende, boveni* de 50 Guldens en door eên Scheppery boven de ïw Guldens doen, is het daar boven, het moet mecsf goedkeuring van 't Hofgefchieden; dit is zoo verren1 gebracht by het laatfte Reglement, dat de Collega1 gien niet eens een Architekt mogen verkiezen, otnii1 de defecten op te neemen, en de bedekken op tef( maaken, maar dat het Hof die moet benoemen; jap1 de Schepperen en hun Secretaris worden daar in totïd bedienden der Secretaris van 'c Hof gemaakt, alsjsf wordende zy verplicht by de eerfte Schouwinge dée' verandering der Perfoonen en hunne Panden gratim aan- en over te teekenen, die te bezorgen aan denfii» Secretaris van 't Hof om die verandering ook aan tea 1 teekenen, waar voor hun wegens ieder Perfoon vierp fluivers moeten betaalen uit de Zylvester kas. Wy zouden meer kunnen allegeeren, maar oir-lii) deelen 't geavanceerde tot ons oogmerk voldoendeè» te zyn, alleen moeten wy eer hier van afftappen nogpi» byvoegen, dat zyne Hoogheid in de prologue vanLi dit Reglement zegt hetzelve te hebben gearrefteerdTibi na ingenomen advys van Luitenant en Hoofdman-Fit nen, daar men algemeene geruchten gehoor gee>L vende, zoude moeten gelooven, dat Luitenant en»» Hoofdmannen dat Reglement nooit hebben gezien,!) dan toen het ontvangen hebben om te doen drukken h> en publiceeren. 1 Wjgi  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. T49 ; Wy twyffelen geen oogenblik, of Haare Koningyke Hoogheid heeft in dezen oprecht en ter goetier trouw niet alleen gehandeld, maar is door de geelheid der klachten aan haar gedaan, en door de Ilidvyfen der Raadslieden, die dezelve onderfteunlen, ten vollen overtuigd geweest, zoo van desjelfs recht, als van de nuttigheid en noodzaakelykaeid, die een hoog noodig redres requireerden ; zyne Hoogheid zal even zeer ter goeder trouw hebben 'ehandeld, en kan te meer geëxcufeerd worden weifeens het voorbeeld van deszelfs Vrouw Moeder, en ijoet veele dat nog afgedaan moest worden; maar aaet verwonderd ons, dat daar van nooit iets ter Staats-deliberatien is gebracht, en dat Luitenant en Hoofdmannen daar over eenige bedenkingen fchynen Ie hebben gehad, wy zullen ons in een byzonder Jonderzoek daaromtrent niet inlaaten, maar gaan over itot de fpecialia van 't Reglement; dan bevoorens joirdeelen wy verplicht te zyn, om U Ed. Mogen7iden kennisfe te geeven, dat een getal van 44 Persfoonen, beftaande uit de voornaamfte Bezitters van : Schepperyen &c. en Scheppers aan ons by Request iühebben voorgedraagen ; „ dat geinformeerd zyn dat het Register van Schouwbaare objectien onder Winzumer en Schaphalster Zylvesten , als i„ mede het Reglement van zyne Doorluchtige L Hoogheid den Heere Prinfe Erf-StadhouSer op „ den 25 May 1783, omtrent de Zylvester ™™e1i ,, gearrefteerd, en beide onlangs door de Ed. MoIS, eende Heeren Luitenant en Hoofdmannen van de li Hooge Juftitie Kamer by Plakaat van den i8den ï„ December laaestleeden gepubliceerd zyn gewor{ „ den, een object der deliberatien der Heeren Siaa» ï „ ten dezer Provincie ten dien effecte, dat dezelve Iin onze handen zyn gefteld: dat vermits het voor| „ fchreeven Register en Reglement, in zich behel. I „ zen dispofitien en arrangementen, waar by de I „ Supplianten of uit hoofde van hunne privative I „ Heerlykheden en Gerechtigheden, die van ouds I „ by hun zyn bezeeten, zoo wel als in laatere tyI ' K 3 » defl  l$o Verzameling van Stuiken betrekkelyk tot „ den by fommige van dezelve voor aanzienlykei j, fommen aangekocht, of wegens het algemeen be«fl j, lang der goede Ingezetenen, zoo zeer zyn gein-ii:, „ teresfeercT, over zulks de Supplianten hoe or>§ „ gaarne ook, echter tot confervatie van hun eh» ; ,, aller Schepperen recht, het welke van ouds, vol«b'| „ gens de origineele inrichtinge aan hun wel en wet»»', tig competeerd, maar vooral ook tot voorkominge ,van menigvuldige onheilen, die ten nadeele vaasi, ,, het gemeen wel eens omtrent het al of niet Schoü-ic, wen der voorgeftelde, of andere objecten daalrjfi.' ,, uit noodwendig moeten profluëeren, zich doofitj », de nood gedrongen vinden, op het eerbiedigde*!, ,j doch teffens met die vry moedigheid, die aan eehsi ieder in dit vrye Gemeenebest, ter verdeediging zyner Rechten, Privilegiën en Vryheden, zoop; gunftig door den Souverein word verleend voo'nc ,, te draagen; dat na de gedachten der Ondergé->j ,, teekenden, 't zy met eerbied gezegd, het 'eri:! j, zoo verre van daan is, dat de Zylvester of Schep-." „ perye zaaken , conform het 2oRe Artikel vaa$\ „ 't Reglement Reformatoir van den jaare 1749 voj.f „ gens haare origineele Fundatie-brieven door de ge-e; kt maakte dispofkien en Reglementen zouden zyhr s, ingericht, dezelve veel eer een geheele verande-êl ring daar van teneenenmaaldevieerende, jazelflil! ,, met vernietiging van de Conditiën waar op wèlli „ eerzoodaane goederen door den Souverein zelvè | ,, zyn verkocht, zouden moeten ondergaan; waartëi ,, door om maar een enkel ftaaltje aan te haaien,,o „ het opzicht van ouds aan de Scheppers volgens ,, de origineele fundatiën over wegen, draaten, wa,> teringen &c. competeerende, althands zoo nauw word bepaald , en de Scheppers zoodaanig af. „ hanklyk worden gemaakt, dat het hun voortaan „ niet meer vry zoude daan, tot het formeeren ,, van een enkel bedek, tot noodigereparatien zich ,, zelf van een bekwaam Timmerman, offchoon ,, met minder omflag en kosten te voorzien, maar „ zich zouden moeten bedienen van zulk een Per- foón,  ie Gebmrtemfw in 1787 m» voorgevallen. 151 fooD. die daar toe expres door de Heeren Lui teW rSt èn Hoofdffianten zouden worden benoemd. *' C Doo^weïkeenmeeranderefchik terne. •niavuldl om hier aan te haaien, en bovendien " nóf aan^ oirdeel vanUEd.Mog.,zich " ÏÏl^tM^ovdoeo, de generaale behan" deling der Zylvester zaaken, zoodaanig wydloo. L ofe moeiielyk en kostbaar wordt opgemaakt: ter'* -fi'hïoFcie van de Schepper aan een geheele ?' rla^ dat daar * door ee^ totaal verval van de wegen, ftraaten ,wa. " terK&c"de ongelukkige gevolgen zullen moe» V en zfn , die van zelfs in st oogmoeten vallen, wan■* Teer UEd. Mogenden gelieven te confidereeren, 1 5arVoliVns ^ ggcemane!rde Register, in fommige " ScheSen, objeften fchouwbaar zouden wor' den eem2kt, die oevoorens nooit zyn gefchouwd, " S^zEnetadig minder noodig hebben, alsande. " ?r£eheeUyngeomitteerd; als ook dat met be. " rekSe to de breuken, die bevoorens onder de J èmoluménten der Scheppers zyn gerekend, al mede zoodaanig is gedisponeerd da.:de« ^e«gd«komen wel ten profyte van de generaale z,yivester " Se doch geenszins of de kosten der Procedu" S wanneer in cas van oppofitie de Schepper on" SokkÏÏSg" fuccumbeeren, insgelykstot laste deel van de geheele maatfchappye. " Daar nu alle deze zaakea by de 30 jaaren heb'ben geduurd al fchoon veele der Supplianten naar " w hSntwoorden der doleances nooit wederom 2 STu dS Wenen zoo zeer zyo be»»^  IJ? Vm&mWig vm Sfjkktn aetrektzlyk tot ceemen de Supplianten de vryheid de hooge pro- 1 is ceöie vaD U Ed, Mogenden od't eerbiedigsc, toch. | teffens op het nadrukkelykfte te impioreeren , I „ en te reclatneeren, met zeer ootmoed.3 verzoek: c „ ten einde ü Ed. Mogenden by derzelver delibe- \ ss ratien over deze materie, op debelangeos zoowel I it van de Supplianten, als van de Ingezetenen, en I van de geheele maatfchappye, zoodaane reguard | „ zullen gelieven te neemen, dat in allen gevallen, [ „ by het maaken van deze of geene dispoficien om. { trent de Zylvester zaaken, geen andere of ver- I ,, dere bepaalingen worden gemaakt, als die be- I voeden zullen worden daar mede beftaanbaar te I zyn, zonder dat iemand de paaien van een be- \ s> noonyke macht zoude kunnen overtreeden, veel e S) minder zyn vermogen tot eenige vexe misbrui- E 3, ken,M En ten tweeden, dat de Ingezetenen van diverfe ; Diftricten mede a3D ons Request hebben geprsefenteerd, kiaagende meerendeel over het cesfeeren der \ Schouwingen van wateren, die zonder hun grooc p nadeel niet ongefchouwd konden blyven; en van an- l deren, dat onder Schouw wierde gebracht, dat ftd 1 natuvt niet Schouwbaar was, en bevoorens niet was I gefchouwt; welke Requesten wy in 't onderzoek der I particularia zullen aanhaalen. m Hec eerfte het welk in dit Reglement voorkomt, i is hee doen van Schouwing, en breuken, en de I manier van procedeeren in Zylvester zaaken. Hec eerfte moet aan Haare Koninglyke Hoogheid i glor. ged., als van een allerverbaafenst gewicht zyn ingeboezemd, ja niet minder als of daar a3n de wel- I vaart van alle de Ingezetenen van de Ommelanden gelegen lag, en of de macht der Schepperen zoo grooc was, dat de Ingezetenen daar door konden ruïoeeren, weshalven het allernoodigst moest zyn, de Schoawbaare objecten op alle mooglyke wyze te verminderen; dus hebben de Schepperen in 1755 he: ö:houwb3ar oirdeeldeD moeten overgeeven, de Voiojachcen hunne doleances daar op inbrengen, de  de ösbeurunisfen in 1787 enz, voorgevallen. 153 1 de Scheppers die beantwoorden, zoo als daar over toe nu toe, zoo in 's Hage als hier is gebefojgneerd, en dit Reglement en Schouw-Register daar uit zyn ëeDeflSchouwing wordt tweederlei gemaakt, de eene ex officio, de andere op klachte; bet eertte wil zeggen, dat de Scheppers de objecten onder de eertte Kiasfe vervat,moeten doen onderhouden en Schouwen; en het tweede, dat zich met de objecten daar toe gehoorende niet mogen b^moeijen, noch daar over orders emaneeren, of die Schouwen ten zy 'er een Klager en dus ook een Beklaagde is; derhalven behelst die Schouw niet anders, dan een uiterlyk onderzoek en decifie tusfchen twee partyen ; een distinctie die wy zeer twyffelen, of wel in de Fundatie bekend is; zeker is het ten minsten, dat wy het niet weeten, gelyk het ook zeker is, dat bevoorens, al dat geen dat niet Zylvoerig is of Schouwbaar was, niet tot de cognitie of Jurisdictie der Schepperen behoorde, dat in cas van different, daar over de Hooge Juftitie Kamer de cognitie over het al of niet plagt te hebben, en de zaak Schouwroerig oirdeelende, cesfeerde hunne verdere Jurisdictie, en zoo neen die van de Schepper, en de cognitie als dan competeerende aan de Gerechten, als een zaak tusfchen partyen. De eerfte Kiasfe word gezegt zulke objecten te behelzen, die om het algemeen niet moeten worden onderhouden, en gefchouwd; de tweede, waar by eenige derden zyn geinteresfeerd, en worden dezelve privative vryheden genoemd. t Wy vinden in 'c sifte en volgende Artikelen Ommelander Landrecht IVde Boek, bepaald, wat private vryheden zyn, maar vinden daar in geenszins zoodaanige boeten, als vervat zyn in de Registers van het Schouwbaare op klachten. Hebben die objecten dus bevoorens niet behoord tot private vryheden , dan is nu het Landrecht verandert; hebben die van te vooren behoord onder het Schouwroerige; waarom die daar van nu geëximeerü ? hebben zy 'er niet onder beK 5 hopra»  *54- Verzameling van Stukken betrekkelyk tot hoord, waarom de Jurisdictie daar over mi aan ie Rechteren ontnomen , en aan de Schepperen gegeeven? Maar wie is of zyn nu die derden die recht van klaagen hebben ? zyn 't alleen die genen welke daar direct belang by hebben, of ook de zulke die daar by ook een indirect of toevallig belang hebben ? dit wordt niet gedecideerd, en zal dus aanleiding tot Pfocesfen geeven. En is het algemeen nut de grond en oirzaak alleen der Schouwingen, dan moeten wy ons aan de eene kant verwonderen, hoe dat 'er nu zoo veele wegen onder Schouw esc officio zyn gebracht, die niet bevoorens onder Schouw zyn geweesc, die dood loopen, van geen publykgebruik zyn, maar alleen voor de particulieren daar by woonende; gelyk de weg naar Ëlderhuizen en die naar Werterwytwert, én veele anderen; terwyl aan de andere kant, wegen en Rraaten zonder interruptie, met de publyke en onder Schouw geftelde wegen vereenigd, van de Schouw ex officio zyn afgelaatea, en tot de tweede Kiasfe zyn gebracht; zoo is by voorbeeld, wanneer men van Onderdendam of Bedum door Middelftum wil rydeh, een ftraat ter rechter hand voor aan in *t Dorp liggende, en vervolgens rechts draaijende uit en door het Dorp onder Schouw ex officio gefteld , terwyl de recht uitloopende, en daar na rechts af draaijende ftraat buiten de Schouw gelaaten is, maar onder de tweede gebracht, offchoon de laatfte door dertig Rytuigen zal worden gebruikt, tegen de eerfte door een, daar de tweede loopt naar 't Rechthuis , de Kerk en de plaats van opflag op ontvang eer goederen en producten. Wat is het gevolg van zulk een bepaaling? Dat de Inwoocderen aan de laatfte ftraat hun neering moeten verliezen, dat de eene over de andere niet durvende khagen, en de ftraat dus vervallende, zwakke en oude menfehen met geen Rytuig aan de Kerk of het Rechthuis kunnen komen, en de Landlieden hunne graanen niet kunnen affchepen, nog d« Koop-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgvallen. 155 Kooplieden hunne waaren te huis krygen: wat re* dnZ 'er, dat de weg achter het Dorp omloopen, He nu buiten de Schouw moet blyven, offchoott even zeer met de publyke weg vereenigd, en m voórige tyden niét te vergeefs aangelegd, zulKe Vind men meet in andere Dorpen, terwyl in ande. te alle de zydftraaten onder de eertte Schouw wordén gebracht: wat reden is 'er dat een einde weg van hm minus ito voeten die de pasfagie van de geleelMa ne naar 't Fivelingo-Kwartier is van de ffoordkant der Boerdamfter tot aan de Pompfter Til aan beide zyden met deSchouwbaare wegen vereenigd en vin dezelve aart als dezelve, ongeïchouwd moeten blyven, en die mentenen byna een half uur moeten omryden. . Welke mag doch de reden zyn, dat in tganttciie Register der Schouwinge ex officio, maar een logt woFdt gevonden, door in alle oude Zyl-Brieven de Tögten, als een byzonder onderwerp van de Schouw Worden bepaald; en het geen remarquabel is, juuc Tn dat DiftriS, daar een dood loopende weg van nieuws onder Schouw word gebracht, tetwyl er een menigte Maaren onder Schouw zyn gebracht die iedere Maaren loopen, en dus reëele Togtea zyn, en veele wier geringheid en nuttigheid by vee. Ie Togten niet kan Worden vergeleeken. Is het publyke nut alleen de grond daar van; dan had daar onder niets moeten worden gebracht, dan het geen aan de generaale Schouwinge van het Zylvest is gedemandeerd, en de publyke Heeren wegen; dan hadden geen Dorps wegen, nog geen dood loopende, geen maaren ,klyven, tillen enz. daar ondermoeten zyn gebracht, als tot geen algemeen nut, maar alleen van fommigen ftrekkende. Wil men zeggen, dit een grooter getal menfehen of landen daar by * ïeinteresfeerd, waarom dat getal dan niet bepaald, op dat 'er een zekere fcheiding zy,.tusfchen pu«'blvk en privaat? waarom dan fommige wegen ett tcgten onder Schouw gebracht, en andere die niet  156 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot minder gewichtig zyn, daar af gelaaten? meriteeren een getal van 10 a 20 Perfoonen, en hunne landen niet naar proportie dezelve attentie als een grooter getal ? beide moeten naar proportie dezel» ve lasten betaalen, meriteeren de Togten, waar door veele menfchen des winters in 't Iaage land alleen hunne producten moeten afvoeren, naar de Kerk en Dorp komen, hunne Lyken vervoeren enz. minder attentie dan de wateren die onder Schouw zyn gebracht, en alleen of voornaamentlyk tot afwatering dienen, en in hooger land, en nader by de Zyl liggen, ja de gooten by de ftraaten in de Dorpen. Moeten zulk een getal Ingezetenen, als by zoo veele Togten enz. zyn geinteresfeerd, aan zich zelfs overgelaaten worden ? Terwyl by *t Reglement zoo ilerk voor 't welzyn van alle word gezegt gezorgt «e worden, welke zullen de gevolgen daar van zyn? Die de menfchen in hun beftaan kent, zal moeten overtuigt zyn, dat'er geen twaalf huisgezinnen of menfchen zullen worden gevonden, die alle billyfc tienken, alle genegen zyn hun plicht waar te neemen , en het belang der overigen als hun eigen willen behartigen, maar in tegendeel dat onder dat getal zullen worden gevonden, kwaadaartige, nydige, luije of floffe menfchen; indien men dat getal eens neemt tot onderhoud van een Togt te behooren die hen des winters moeten dienen om hunne producten af te voeren enz., indien nu maar een der twaalf in zyn plicht nalaatigblyft, worden alle achterliggende benadeeld, ■dezelve hebben wel reden en konnen dus klagen, maar vreezen billyke menfchen de Procesfen niet, zoo lang ze die vermyden kunnen, dus moeten de goeden om de kwaaden lyden; en wie zal vooral in den beginne en zonder hooge nood niet tegen deze .klachten aanzien, zoo om deonzekerheidderzelver, dewyl de tyd wanneer, de manier hoe enz. geheel niet bepaald worden, die onzekerheden moeten dus door Sententien zeker worden gemaakt j en indien de  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen, tsi- de na achterliggende over de voorliggende klaagt, moet hy met alle voorliggenden procedeeren,ditde« melleeren, en zoo hy triumpheert, gevaar loopen van App.éllen, terwyl zyn gewas inmiddels kan zyn bedorven; dus zyn de gevolgen van 't niet Schouwen , verergering der landen, procesfen onkosten , haat, nyd en wraak, tusfchen nabuuren, ja hunne kinderen. Men ^oüdus moeten beiluiten, dat t Schouwen ex officio ais een verbaazende last voor de Ingezetenen, en ais een verfchrikkelyk middel van vexatie moet zyn geconfidereerd; maar wy zullen niet alleen het contrarie aantoonen, maar zelfs dat zulk» voordeelig en wenfchelyk voor hun is. Voor de Schepperen is 't Schouwen eene te grootere last, naar maate de objecten meerder zyn, alzoo daar door meerder werk en moeite hebben, ett geen meerdere vacatiën, maar elk Ingezeten die toe onderhoud van eenig pand verplicht is, heeft door 't Schouwen alleen die last, dat het zelve tegen zekeren dag in orde moet hebben, heeft hy zulks gedaan hy heeft voor breuken niet te vreezen, alzoo *t Reglement door de Schouwers bezwooren zulks verbied, zy hebben zelfs voor geen fchyn van chicane te vreezen, alzoo de Schouwers de breuken moeten verrekenen, en in cas van onrechtvaardige of twyffelachtige breuken, reden hebben 't Appél te vreezen, en in de kosten te worden gecondemneerd, alzoo nergens is bepaald dat in zulke gevallen de kosten door 't Zylvest zullen worden betaald; dus is het maaken op de bepaalde tyd heteenigfte bezwaar, maar in de Schouw op klachten, kan ieder zyn pand maaken wanneer hy wil, en dus al onderReld men dat elk zich van zyn plicht heeft gekweeten, maar op differente en fuccesfivedagen, zoo kan het nooit zoo goed zyn als of het te gelyk gefchiedde, en de voorfte panden door 't ruid der laatfte fchoon gemaakte panden weder geflopt worden, en dus de afwatering beletten* Hec  Ij8 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Het Schouwbaare op klachten word goed gemaakt, of niet in 't laatfte geval geklaagt of niet, word 'er geklaagd dan zyn de onkosten en gevolgen oneindig grooter als in de Schouw e» officio. Word'er niet geklaagt, dan vervalt alles, en da waarde der Landen verminderd» dus is 't Schouwen ex officio een voordeel voor de goede Ingezetenen, en de kwaade mogen wel beteugeld worden, orrj dezulke moeten de wetten gemaakt worden; dé goeden doen van zelfs goed, en de kwaaden alleen uit vrees voor ftraf. Was by de wer eenige tyd bepaald, tegens welke die panden, weg, Togt enz. moesten klaar zyn, by voorbeeld op de zelfde tyd als het afgekondigd wierd van andere wegen, maaren of togten, dan was 'er een termyn van te kunnen klaagen, maar een Sociëteit van menfchen aan 'c goeddunken van zich zelfs over te laaten, is dezelve te abandonneeren en in een beklaaglyke ftaat te brengen. En is het Schouwen zulk een bezwaar, waarom die nu veel ftrenger gemaakt dan ooit, alzoo de Scheppers en Zylrichters nu alle dagen kunnen Schouwen. Veele Ingezeten regardeeren althands de Schouw niet als bezwaarende, maar als noodig en voordeelig; zoo hebben ons by de 20 Ingezetenen van Noord.wolde geklaagd, dat de Togt beginnende by Derk Cornelis huis, en ten Noorden by de Elderhuister Til in 't trekdiep vallende, niet onder Schouw ex officio was gebracht, daar echter tegen over ia 't trekdiep vallende, Elderhuister togt al onder Schouw is gebracht, offchoon altyd was gefchouwd, alzoo niet alleen de Uitwatering voor een groot aantal Landen tot aan de Woldyk, maar zelfs van de Lensfing is, in hun Kerk- en Lykweg, en de eenigfte pasfagie voor hunne producten en benoo. digdheden , zoo hebben om die zelfde reden 12 Ingezetenen geklaagd, over de Noordwolder Te. dema togt: en, ad idem over de ZuidwoJder Laan* floot,  de Gebewtenisfen in 1787 enz. voorgevallen, i$ Het tweede in dit Capittel voorkomende, is do manier van kennisgeevinge der Breuken en dö Appéllen daar van» Het kunnen appélleeren by de Inftrutlie van 'tHoF bepaalds, en in zyn aartbillyk en nóodzaakelyk zynde, zoo was de manier hoe, noodzaakelyk te bepaalen , vooral daar de zaaken kort moeten worden afgedaan: weshalven ons daar over niet zullen uit lasten, alleen moeten wy aanmerken, dat het fchyöE als of men gemeend heeft, dat dieAppéllen dagelyks zouden voorvallen, daar'er van 1755 tot nü toe nog geen 10 Appéllen hier van fcyn geweest; én dö aart derzelver zynde ingezien, mag men Verzekerd wezen, dat in 't vervólg nbg zeldzaatrier zullen fcyn. Het derde in 't zelve, Is de manier van proeedee- ren in Zylvester zaaken; waar op alleen remarqueeten , dat 'er voor 1748 byna geen proces hier over is geweest, en die nu byna ocmooglyk fchynen, door alle die nauwkeurige Registers, exeropt Fiskaal* 1 Actiën; of men moet ónderftellen, dat de veelheid der nieuwe orders die zullen veroirizaaken. Het tweede Caput behelst de orders op het doen. van rekening, en 't uitfchryen en ramen van 'c Schot; wy erkennen de billykheid van 't doen van tekening zoo van Zy Ifchot als' Bibnenfchot, gelyk bok dat daar voor in redelykheid betaald worde; maar 't komt ons Voor, dat Zulks met veel minder oroïlag en kosten zoude kunnén gefchieden; dat het in geentn deele noodig was, dat het Hof zich daar mede bemoeide, ten ware de Volmachten by 't doen van rekening aan 't Zylvest, San 'tHofremarquesof loqua* ters hadden, in welk geval de rekening aan 't Hof diende te worden gezonden, öm daar 0 vér te decideeren; vooral zyn de onkosten op de rekeningen der BinneDfchotten zoo hoog, dat veeltyds althaads ia L, Deel. h klei-  16"2 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot kleine reparatien meer bedraagen dan het principaal; terwyl men mee opzicht toe de Zylvesteryen, de ftrengfte menage gebruikt, zoo dat zelfs de fchryf. i behoeften, aan de Secretarien der Zylvesteryen worden afgefneeden, en door hun uit eigen beurs worden betaald; wat reden is 'erdat bagatellen zoo hoog moeten worden getrokken, aithands dan wanneer 'er geen different is? En wat hec uitfehryven en ramen van Schot betreft daar óver, en vooral over de te maakene werken, diende althands 'c Hof zich niet te bemoeijen, dat is in de Fundatie-Brieven, ten minften niet gegrond, maar heeft altyd aan de Scheppers behoord,, en als hun dat benomen word, dan blyft 'er niets voor : hun overig: en wat mensch zal durven pofeeren,, dac een Coliegie van Rechtsgeleerden als 'c Hof, , beter dan de Scheppers zullen weeten, of een voor-.' geflagene reparatie aan een gedeelte van een Zyl of: ander werk noodig is, daar de Scheppers het werk 1 hebben onderzocht, door ondervinding daar van u kennis hebben, daar hy geen reden hebben onnoo-« dige kosten te doen , alzoo zy zelfs en hunne Mei.. jers zulks moeten betaalen, en de fchatten moeteni verantwoorden, die nu zoo bekrompen worden be-, taald , "dat by het minste toeval 'er geen geld ini kasfe is om de menfchen te betaalen. Wat reden is 'er toch te vinden, dat het Hof de Architetls zal benoemen, om de beftekken op te maaken? Men kan de Scheppers, niet meer vernederen, en hier door moeten de kosten grootelykss vermeerdert worden, vooral in kleinigheden, waan van een Landtimmerman, even goed de beftekken i kan opmaaken als een Architect, en ten minftem met drie vierde minder kosten; by voorbeeld als: aan een klyve, bruggen, pompe enz. eenseenigere-. paratien te doen zyn,zal een Landtimmerman zeer : content zyn, als hem voor de vifïcatie, en 'c maaken der beftekken 334 Guldens word betaald, ter- • wyl een Architekt daarom uit de Stad derwaards i reizende, 233 dagen vacatiën en reiskosten zal de-. cla- ■  de Gebeurtenis/en m 17 «7 enk. voorgevallen, ia';| clareeren, als ook voor het beftek te maaken j en zal eeD Schepper telkens komen vraagen, wie daar toe zal moeten gebruiken} of zal dat een Offieians van 'c Hof zyn ? en by de jaarlykfche vifltatie der Zylen enz. zyn de Scheppers meesttyds gewoon, een der Commifen van de Provincie te emploijee- SeD' . *T , .» Uit dit alles ziet men, dat hoe zeer zyne Hooghei.1 glor. ged. de Schepperen by hun wettig recht heeft willen maintineeren, en alleen de misbruiken Weg neemen, de Reglementen daar en tegen aan dé Schep. peren alle macht gezag en authoriteit ontneemen, en zulks geeven aan dac Hof; 't welk dezelve Vorst: gewild heeft, dat zich met geen zaaken van Policie enFinancie zal bemoeijen, het welk hier door-de wetgeevende macht, en het beftier der Financie , voor een groot gedeelte over de halve Provincie, ver* krygt, ja zelfs voor een groot gedeelte over dó Provincie kas meester is, alzoo men uit de SchouwRegisters kan befluiten, dat ordonneeren kunnen, de trekvaarten der Provincie te graaven, bruggeu te repareeren, en voor hunne reizen naar ss Hage, en andere zaaken den Ontvanger-Generaal ordonneeren betaaling te doen, en alzoo hunne Ioftruclie4 offchoon een gedeelte van 't altoosduurende Reglement zynde merkelyk vermeerdert, als alleen zich bepaalende tot de Appéllen, en het toeverzicht dac ieder zich naar die wel reguleere; terwyl dit zelfde Coliegie, uit naam van U Ed.Mogenden rechtdoen, de, in ééd en dienst van U Ed. Mogenden zynde, en van hen hunne Tractementen ontvangende, ds nieuwe Leden zelfs beêédigt; zoo dat U Ed. Mogenden niet dan uit het Regeerings-boekje weeten, uit wat Leden *t zelve is gecompofeerd, en zich al* zoo in veelen aan U Ed. Mogenden onttrekt. Alle die zaaken loopen direct aan tegen de inten tie van zyne Hoogheid glor. ged., tegen de zin, mee» ning en intentie van *t Reglement door Hoogstden* zeiven gearrefteerd, om tot eenefuudamenteele wet . voor de Provincie te verMyven, . . L % Wy  16*4 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Wy gaan dus over tot het vierde of laatfte poindr. U Ed. Mogenden hebben uit de eerfte afdeeling gezien, de rechten waar van zyne Hoogheid, Haare KoniDglyke Hoogheid beide glor. ged en de Heer Erf-Stadhouder gebruik hebben gemaakt, en daar uit is gebleeken, dat by 't leven van Prins Willem de vierde niet anders is gefchied, dan het doen exhibeeren der Fundatie-Brieven; doch dat door de beide laatften, Wetten en Reglementen zonder kennis of commüricatie van U Ed. Mogenden, zyn geëmaneerd eD gepubliceerd. De eenige Aflus van zyne Hoogheid Prins Willem de Viérde, is een gevolg van 't 20 Artikel van deszelfs Reglement; dan de volgende Aöus, Wetten en Reglementen behelzende, zal moeten worden onderzocht, of Haare Koninglyke Hoogheid en zyn Hoogheid daar toe zyn gerechtigd geweest ? Wy ftellen tot een zekere waarheid, dat de wetgeevende macht alleen refideerd in den boezem van den Souverein, en door die alleen kan worden uitgeoeftend , ten ware die zulks aan een ander heeft overgegeeven. U Ed. Mogenden hebben by derzelver Refolutie van den 29 Augustus 1748 arnple macht, ja plein pouvoir aan zyn Hoogheid glor. ged. gegeeVen, om de inkomftise Regeering dezer Provincie zoodaanig in te richten, als Hoogstdezelve goed, nuttig en dienftig olrdeelde; Hoogstdezelve Vorst heefc daar van zoodaanig gebruik gemaakt, als vermeende te behooren, door 't emaneeren van 't Reglement van den 27 November 1749, om ingevolge deszelfs caput te dienen, tot een fundamenteele en onverbreekelyke Wet, Waar na alle zaaken, zoo van Politie als Juftitie daar in vervat, voortaan zullen worden beleid en behandeld; zeggende in fine der prologüe, dit Reglement voor altoosduurende te ftatuëeren, om als een onverbreekeiyke Wet te doen onderhouden Art. i'. &c. Hoogstgemelde Vorst heeft zekerlyk om die reden zich niet gereferveerd, eenige ampliatie of verandering in 't zei-  w Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 1Ö5 *t zelve te maaken, maar alleen Art, 50 de interpretatie on explicatie vah 't zelve. " Dit Reglement dus 't effect en gebruik zynde geweest, 't welk die Vorst van U Ed. Mogenden plein pouvoir heefc gemaakt, cesfeerde daar mede de wetgeevende macht van zyn Hoogheid; exempt over zoo verre 'c plein pouvoir van U Ed. Mogenden nog niet uitgeoeffend, maar aan zich hadde gereferveerd; en het Reglement wierd niet minder, een Wet voor zyn Hoogheid zelfs en zyn Succesfeuren, als vooor U Ed. Mogenden, zoo als Haare Koninglyke Hoogheid glor. ged. en zyn Hoogheid den Heere Erf-Stadhouder, diens onderhouding zoo wel als ü Ed. Mogenden folemneel hebben belooft. Dus moet worden onderzocht, of 't verrichtede met den inhoud van 'c zelve overeenkomt dan niet. U Ed. Mogenden hebben by de eerfte afdeeling gezien, alles wat hieromtrent word gezegd in \ Zelve. De inhoud van Art. 20 is, dat de Schepperyen, Zyl- en Dykrechten weder ingericht zullen worden naar de oude Fundatiën, en niemand gebreukt worden zonder reden, en van 't 55fte Artikel der Mtructie, dat de Rechteren enz. de Landrechtenoude Costumen, goede Gewooten enz. van nieuws gemaakt of nog te maaken, getrouwelyk inalle haare poincten zullen naar komen en obferveeren, en de Ingezetenen van hunne Jurisdictie daar en boven niet bezwaaren. Hoe meer wy die Artikels overweegen, zoo veel te meer worden wy gefterkt in die gedachten, dac niemand, die dezelve nauwkeurig overweegt, daar in zal kunnen vinden, dat zyn Hoogheid glon ged. voor zich zelfs, veel min voor deszelfs Succësfeuren de macht en faculteit heeft gereferveerd, om in Zylvester zaaken Wetten te maaken , en nog veel minder, om daar in pro lubitu te disponce- '-- L 3 De  SfJI F^TZMmeling van Stukken betrekkelyk m De inrichting der beheering naar de FundatieBrieven geeft te kennen, dat men zich daar na, en Biet na nieuwe Wetten zal reguleeren; wil men zeggen dat die onbekend waren, dezelve hadden door den druk kunnen bekend gemaakt worden, en tot dat einde zyn die apparent in 1751 aan 't Hof geëxbibeerds zegt men dat die niet applicabel konden zyn op onze tyden, dit kon men eerst naar de Produftie zien, of zoo men 't voor af hadde geweeten, had daar van in 't softe Artikel mentie moeten zyn gemaakt, , Aan Haare Koninglyke Hoogheid glor. ged. was in dat geval aanleiding gegeeven, door U Ed. Mogenden Refolutie van den 5 July 1753, en had Hoogstdesselfs Confideratien aan U Ed. Mogenden kunnen communiceeren, en als dan had of de wetgeevende macht door U Ed, Mogenden aan Haare Koninglyke Hoogheid kunnen zyn gegeeven, of mee gemeen overleg in dezen zyn gedisponeerd geworden. Dan "t Reglement is niet alleen klaar en duidelyk, maar "er zyn zelfs alle reden om te denken, dat het de intentie van zyn Hoogheid is geweest, om in dezen geen nieuwe Orders of Reglementen te willen maaken, maar ter contrarie dat 't hier over bepaalde in 't Reglement voldoende was. Zyn Hoogheid heeft nog byna twee jaaren na 't emaneeren van st Reglement geleeft, en in dien tyd niets gedaan, als het doen exhibeeren der FundatieBrieven , een natuurlyk gevolg van den inhoud van 'c 20fte Art, van 't Reglement. Jn die tyden waren de Ingezetenen nog opgekropt van redresfen, en echter heeft die Vorst op geenen (zoo verre wy weeten) gedisponeerd, als oir» deelende 't bepaalde voldoende te zyn ; want dat zulks alzoo by dien Vorst is gedacht, blykt, uit sc ï 11 de Art, Zyn Hoogheid demandeerd aan Luitenant en Hoofdmannen om een Reglement te concïpiëeren, en fpreekt of referveerd niets, ten op. zichte van Schepperye zaaken , die Reglementen zyn den 22 January Ï751 gearrefteerd, dit heeft geen  de Gebeurtenis/en in 1787 eraz. voorgevallen. 167 geen omisfie konnen zyn, om dat de Schepperye zaaken het allergrootst bezwaar zvn geweest, dien aan de Heeren zyn Hoogheids Gecommitteerden zyn ingebracht, en wiens redres aan derzelver attentie in 't formseren van 't Reglement niet kan zyn , geëchappeerd. Heeft nu 't Reglement, of zyn Hoogheid glor. ged. zich zelfs de wetgeevende macht over deze ! zaaken in het zelve niet willen geeven, of referveeren; uit, en met wat recht hebben deszelfs Succesfeuren zich het zelve dan kunnen aanmaatigen ? ja met een veel grooter authoriteit, dan Hoogstdezelve die Reglementen in 1751 gearrefteerd, en aan U Ed. Mogenden gezonden, met verzoek, om die te willen doen drukken; daar die laatere zonder ü Ed. Mogenden kennis zyn gepubliceerd, en de laatfte 1 met het wapen van U Ed. Mogenden by de Provin- 1 cie Drukker is gedrukt, gelyk ook voorige Plakaa- 1 ten, en apparent door U Ed. Mogenden betaald. Wy moeten openhartig betuigen, de gronden daar 1 toe niet te weeten 1 Wil men zeggen, dat 't aofte en 55tte Artikel ex- : plicatie en interpretatie noodig hebben, en dat de explicatie en interpretatie by het 5ofte Art» aan de Heeren Erf-Stadhouders zyn gereferveerd, dan moeten wy vraagen, waar is die duisterheid te vin- iden? Is die duisternis eerst gebooren na de dood van 1 den Autheur van 't Reglement ? Wie is *t, welke die explicatie en interprstatie noodig heeft geoirdeeld en zulks verzocht? Waar is die decifie en explicatie? Niet in 'c Reglement van Haare Koninglyke Hoogheid over 't Schouwbaare, noch in de klachten der Volmachten; want beide onderftellen die wetgeevende macht als zeker, offchoon 'er niets van in 't Reglement Reformatoir ftaat: of wil men zeggen, dat de Heer Erf-Stadhouder in der tyd, dit Reglement naar welgevallen kan expliceeren en interprasteeren, dan is 'tgeen fundamenteele, onverbreekelyke, en altoosduwende Wet; dan is 't te L 4 ver*  ïëB Ferzmeling van Stukkm istrekkslyk tot vergeeft bezwoeren, en zoude alleen ü Ed. Mogenden en niet de Heeren Stadhouders verbinden; en dan ftaat de geheele Regeeringsform "op losfe fchroeveD. Wie ook zoo moge denken , nimmer verwachten wy zulks van den Heer Erf-Stadhduder , Wiens Heer Vader glor. ged. zulks als ftrydig met de eertte denkbeelden van een fundamenteele Wet, voor zyne Suceesfeurea niet heeft willeu referveeren. Maar men veronderftelle eens, de Heer'Erf-Stadhouder had uit hoofde van 't 2bfte Art. dit recht, dan had dezelve nogthands niets meer, dan dat Reglement te maaken conform de oude Fundatie-Brieven; moest dan daar in als niet ftrookende mét deze tyden , niet een aanmerkelyke verandering gemaakt worden? dit recht althands was niet gereferveerd en. dat had dan ook of door ü Ed. Mogenden, of ten minften met derzelver aveu moeten gefchieden; maar nu zyn de beide Reglementen willekeurig opgefield, aan de oude Fundatiën niet gedacht, dan voor 700 verre nadeelig zyn voor de Eigenaars vati de Schouw? geëxirneerd, dat altyd volgens die Brieven daar onder heeft gehoord, en daaronder ge, bracht, dat 'er nooit onder is geweest; de Landrechten, en Staats-Refolutien veranderd"; alle Zylvesteryen zoodaanigaan 'tHof, ja zelfs aan deHeeren Gecommitteerden van ieder Kwartier «efubmitteerd, dat aan de Scheppers byna niets "als de iaam overig blyft, en 't Hof de macht; offchoori ^"deoudfté Fundatiën geblvkt» dat veele vanhuii ze.fs Wetten hebben gemaakt, en in vroegere tyden niemand boven zich hebben erkend, a's met hunne bewilliging, om dat allen hun eigen' werk verrichteden. Wïe heeft de Heer Erfstadhouder in der tydgequahficeerd, om Heeren Gecommitteerden naar hier te zenden, buiten kennis van ü Ed. Mogenden? Wie om Schotten uit te fchry ven ? Wie om Heeren naar 's Hage te ontbieden, om met een vreemde die nimmer ia deze Provincie is geweest, zaaken te  de. Gtkeurtetisfen in 1^87 enz. voorgevallen. 169 te reguleeren, waartoe de kundigfte niet in ftaat ïs, zonder wezentlyke elucidatiete ontvangen, van deskundigen in loco? Waar in is'tgefundeerd, dat de Provincie en Zylvesteryen door Ordonnantie van 't Hof, voor reiskosten, vacatiën , commisfien, verteeringen, Boode-loonen, fchryfgelden enz. zoo zeer mogen worden bezwaard a en dat om Registers op te maaken enz., die 'er federt eeuwen zyn geweest; en nergens anders toe ftrekken, dan om confufie te verwekken, de kosten te vergrooten, zoo voor hec publyk als voor de particulieren , en het inkomen van deze en gene te vermeerderen? , . , De geheele behandeling der zaaken is des te onbillyker, om dat federt de refpective Zylvesteryen en Dykrechten, hunne bevorderde project Reglementen hebben overgegeeven, zy, noch de Eigenaars der goederen Diet zyn gehoord, tegens 't ingebrachte der Volmachten, offchoon het alles liep over hun eigendommen, die niet dan door de Souverein, en wel om dringende redenen, kunnen verergert, of hen ontnomen worden, zonder vergoeding. Maar zal iemand vraagen, hoe komen deze re. marqués eerst in 1784, daar in 1755 reeds een Reglement is geëmaneerd geworden ? het antwoord is, dac ü Ed. Mogenden voor dit jaar nooit eenige bepaalde kennisfe van al het gepasfeerde hebben bekomen , en misfchien nimmer zouden hebben bekomen, zoo de Heeren U Ed, Mogenden Gedeputeerden , de gevolgen voor de Provincie daar uit niet hadden voorzien; dan het is intusfchen te beklaagen, dat niemand ooit cordaatheid, moed, en zucht voor de oprechtheid, en liefde genoeg voor Haare Koninglyke Hoogheid heeft gehad, om de zui vere waarheid^ de Wet door Hoogstdezelve bezwooren en diens gevolge, voor oogen te leggen ; als dat gefchied was, houden wy ons ten vollen verzekerd, dac nooit Haare Koninglyke Hoogheid gepcrfuadeerd zoude zyn geworden, tot het gepe L j nu  i7o Verzameling van Stuiken betrekkelyk tot nu gedaan heeft, maar gelegenheid gehad hebben» die kwaadaartige menfchen die door haat, nyd, wraak, en eigenbelang vervoerd, een misbruik hebben gemaakt, van het vertrouwen op Haar , en Hoogstdezelve hier toe geperfuadeerd, onder het fraaije dekkleed van het welzyn der Ingezetenen, en om dezelve van vexe te bevryden, te leeren kennen en verfoeijen; had echter Haare Koninglyke Hoogheid dan nog Reglementen geoirdeeld noodig te zyn, die hadden met overleg van U Ed. Mogenden kunnen worden gemaakt; in welk ge. val wy ons verzekerd houden, dat oneindig minder kostbaar, minder drukkende Reglementen voor de Ingezetenen, billyker en fpoediger zouden zyn gemaakt; terwyl wy echter verre zyn te ontkennen, dac in die Reglementen en Plakaaten niet veel billyks, goeds, en nuttigs wordt gevonden. Uit dit alles moeten wy concludeeren: dat Haare Koninglyke Hoogheid glor. ged. en zyn Hoogheid den Prinfe Erf-Stadhouder, tot het gene in dezen riebben verricht, door 'c Reglement niet gerechtigd zyn geweest; en zyn van advys, dac alzoo 'c Reglement van den 25 May 1783, opUEd. Mogendeh orders by provifie buiten executie is gelaaten, dac het zelve verder buiten executie diende te verblyven; dat 'c Reglemenc van den 18 Augustus 1753 en de daar op gevolgde Plakaaten, by provifie dienden te worden geëxecuteerd, ter tyd toe daaromtrent nader zal zyn gedisponeerd; geevende U Ed. Mog. verders in bedenkinge eenige Heeren te committeeren, om een nieuw Reglement op de beheering dezer zaaken op te maaken, mits daar by in'toog houdende 't Reglement van den 21 November 1749) het gemeene welzyn, de goede onderhouding van alles, en het minste bezwaar der Ingezetenen. Dat zulks met advys van zyn Hoogheid, diende te worden gepubliceerd; dac dit Rapporten de daar op te vallene Refolutie diende te worden gezonden, aan zyn Hoogheid, om indien Hoogs tge mei de zyne Hoog.  de Geheurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen, ijx l Hoogheid, nog eenige confideratien of bedenkinj gen mogte hebben, die ten fpoedigften aan U Ed. Mogenden te communiceeren. Wy hoopen hier mede aan de gerefpedteerde or1, ders van U Ed. Mogenden, naar ons vermogen te J hebben voldaan; wy hadden gaarne gewenscht ons betrekkelyk de Vacaatienj ea de tyd  de Gebeurtenisje» ia 1787 enz. voorgevallen. 17? 1 wanneer in de wintermaanden de rechtdagen bydea HHove zullen aanvangen. 3. Een Ampliatie-Reglement , betrekkelyk de 5 manier van procedeeren in Civile zaaken, het be~ t leid der Proceduures in revifie, en omtrent het fa. I laris van de Advokaaten voor de Hooge Juftitie Kai:mer op den 25 May 1783, door Hoogstgemelde ÜHeer Prins Erf-Stadhouder in 's Gravenhage geariirefteerd, en alhier by de Provincie Drukker met, 3 het wapen van de Provincie aan 't hooft gedrukt en gepubliceerd. 4. Eene dispolltie van Luitenant en Hoofdmans;uen van den 1 July 1783» waar by op de bekomene aigoedkeuringe van zyne Hoogheid den Heere Prinfe iliErf-Stadhouder opzichtelyk het Plakaat van den 4 ? February 1771 hier vooren Art. 2. vermeld, eenige " veranderingen, betrekkelyk de 14 daagfche Rechtsdagen word gemaakt. 5. Eene dispofitie van Luitenant en Hoofdman'j'ien in dato den 24 Juny 1784, bepaalende dat by sihet verzoeken van confirmatie van een mandaat van oikosten, teffens de fpecificatie zal worden overges:geeven, of anders de confirmatie geweigerd, van |rwelke en voorige dispofitie de affectie in gefchrifte i ter Secretarye van den Hove voor Publicatie tot een s ieders naricht word gehouden. Vermits nu de aangehaalde twee Plakaaten , mitsga. i ders bet Ampliatie-Reglement, en de beide dispofitien (jaonder voorkennis, en confent van ü Ed.Mog. zyn 3 gearrefteerd, gedrukt, en gepubliceerd, enboveni ndien door het emaneeren van de Plakaaten opzichtelyk [ficmtrent de Vacantien en Doemen, offchoon op zich ajzelfs daaromtrent geene confideratien plaats hebi"ben, nogthands is te wege gebracht, dat met be«trekkinge tot de Vacantien in de eens vastgeftelde ijnftructie voor de Hooge Juftitie Kamer, en nopecs | I IJU Dm. U ver-  173 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot veranderinge is gemaakt, en betrekkelyk het Ampliatie-Reglement, de algemeene uitdrukkingen in: ; de prologe vervat, met de Souvereine macht vamr U Ed. Mogenden niet zyn beftaanbaar, zouden de I Heeren U Ed. Mogenden Gecommitteerden van ad- )i vys zyn, dat meergemelde twee Plakaaten, mits-o gaders het Ampliatie-Reglement en beide dispofi.tc tien, en die verders buiten kennis van U Ed. Mo-il genden by de Hooge Juftitie Ksmer mogten extee-i; ren, en aan de Heeren ü Ed. Mogenden Gecom-n mitteerden niet zyn bekend, dienden te worden ge-ij fteld buiten effect; dan dat teffens ter betooninger van U Ed. Mogenden ernftige begeerte, om allesil toe te brengen wat tot handhaavinge van de Jufti-D tie als de voornaamfte zuil, waar op de vastigbeidej van den Staat, en de veiligheid der goede Ingezets tenen gegrond i9, mitsgaders tot verkorting der Pro-i' ceduures dienen kan van de Heeren Luitenant ea» 1 Hoofdmannen, ,, die volgens het i^ifte Art. hun-u' „ ner Inftruc~tie moeten wezen in ééd van de Staaten!!! „ van Stad Groningen en Ommelanden, en volgensi;2 het ade Art. uit naam en van wegens de Hooge§< „ Overigheid dezer Provincie recht en Juftitie» doen," behoorde te worden gerequireerd, omm wanneer nu, of inkomftig eenige confideratien mog-jt ten hebben, tot beter uitoeffening van de Juftitie,? of het geen daar toe betrekking heeft, dezelve hoen" eerder zoo beter te brengen ter kennis van, en terit j deliberatie van de Heeren Staaten dezer Provincie, p ! ten einde daaromtrent naar behooren kan wordenp1 voorzien; dat voorts de Heeren Luitenanten Hoofd»*'È mannen naar dezer zaaken gelegendheid dienden cesv worden geauthorifeerd, om van den inhoud dezes,« " zoo ver noodig op de gewoone plaats by de Hooge k ^ Juftitie Kamer notificatie te geeven, tot naricht van 1 de litigeerende partyen. Aldus gedaan binnen Groningen in 't Provincie» 1 Huis, op Woensdag den 13 October 1784. W.  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgvallen, 173 W. SlCCAMA. F. O. VAN SY/rzEMA. R„ de Drews. P. R«, van IddskingA. H. WoLTHERS» H. Tjassens. O. F. v. AlberDA» T» Tiddens. J. A. Engelhart. Staats*RefoIutien hier op genomen den 14 OÜober 1784, en vervolgens. Hebben de Heeren van de Stad het voorfz. Rap. port gerenvoijeerd aan voorige Heeren Gecommitteerden, om mede te onderzoeken het beéédigen van Luitenant en Hoofdmannen en derzelver Ministers , mitsgaders het flagen van de Ordonnantiën op Rapport. En hebben de Heeren van de Ommelan. den zich met het uitgebrachte Rapport geconfor» meerd, en de Heeren Ministers gecommitteerd, de depêches hier uit proflueerende te expedieeren, zonder refümptie af te wachten. 1 Op Reces-Lindag van den 21 OEtober 1784. By refümptie gedelibereerd zynde, op *t Rapoort der Heeren Gecommitteerden tot dezer Provincie Finances, nopens eenige Plakaaten, een Ampliatie» Reglement , en eenige dispofltien , welke by de Hooge Juftitie Kamer vigeeïen, zolder voorkennis en confent der Heeren Staaten, beboen de Heeren van de Stad zich met het uitgebrachte Rapport ge* conformeerd, doch des niet te min om redenen ver. ftaan, dat de orders by het Ampliatie-Reg'ement van den jaare 1783 bepiald , op authoriteit der Heeren Staaten zullen worden geëxecuteerd , hun eer tyd daaromtrent door Hun Ed. Mogenden nader zal zyn gedisponeerd, proponeerende voorts aan hun Mede-Leden om de Heeren Gecommitteerden tot de Finances te verzoeken en te commitceeren, om te M % on-  180 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot onderzoeken het beéédigen van Luitenant en Hoofdmannen, mitsgaders derzelver Ministérs, als mede het flagen van Ordonnantiën door dezelve. En hebben de Heeren van de Ommelanden zich met het uitgebrachte Rapport geconformeerd, en voorts ver* ftaan, dat Luitenant en Hoofdmannen", benevens derzelver Ministers ter voldoeninge aan hec ifteArtikel hunner Inftructie voortaan by de Heeren Staaten dezer Provincie beéedigd zullen worden. Op Reces Landag van den 22 OStober 1784. By refümptie gedelibereerd zynde op het Rapi port der Heeren Gecommitteerden tot dezer Provincie Finances, nopens eenige Plakaaten, en Am. pliatie-Reglement, en eenige dispofitien, welke by de Hooge Juftitie Kamer vigeeren, zonder voorkennis en confent der Heeren Staaten; hebben de Heeren Staaten van Stad en Lande zich met het uitgebrachte Rapport geconformeerd, en voorts verflaan, dat de Heeren Luitenant en Hoofdmannen, benevens derzelver Ministers ter voldoeninge aan 't eerfte Art. hunner Inftructie, voortaan by de Heeren Staaten dezer Provincie beéédigd zullen wordenj zullende hier van Extract by Misflve aan de Hee. ren Luitenant en Hoofdmannen door de Heeren Ministers worden toegezonden, zonder refümptie af iè wachten. De Heeren Staaten van Stad en Lande hebben goedgevonden, de Heeren Gecommitteerden tot dezer Provincie Finances te verzoeken en te committeeren, om te onderzoeken het flagen van Ordonnantiën door de Heeren Luitenant en Hoofdmannen van de Hooge Juftitie Kamer, op Rapport. JSx-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. i8r Extract uit de Staats-Refolutien van de Reces 'Landag van den 4 IVovember 1784. Gedelibereerd zynde op het zevende Artikel van de propofitie omtrent de Misfive van de Heeren Lui' tenant eD Hoofdmannen van de Hooge Juftitie Kamer in dato den 23ften Odtober laatstleeden, betrekkelyk de Refolutie der Heeren Staaten op den 22ften Odtober laatstleeden, omtrent eenige poincten raakende dc Hooge Juftitie Kamer genomen, hebben de Heeren Staaten van Stad en Lande by derzelver Refolutie van den 22ften Odtober laatstleeden geperfifteerd, en van de Heeren Luitenant en Hoofdmannen gerequireerd, om wanneer vermeeenen, dat ten fpoedigften afdoeninge van zaaken, eenige ampliatie Of alteratie in de thands vigeerende Procesorder gemaakt diende te worden, fpecificq aan dc Heeren Staaten , zoo ras mooglyk te communiceeren, welke veranderingen of vermeerderingen dien aangaande vermeenen gemaakt te moeten worden, zul« lende als dan door de Heeren Staaten worden gedisponeerd, zoo als bevonden zal worden te behooren, en dat Extract dezer by Misfive aan de Heeren Luitenant en Hoofdmannen door de Heeren Ministers zal worden toegezonden, zonder refümptie af te wachten. Extraiï uit de Staats-Refolutien van de Reces Landsdag van den 17 December 17 84. Gedelibereerd zynde over het Rapport der Heeren Gecommitteerden tot dezer Provincie Finances van den iöden dezer, over het emaneeren van een daar by gevoegd Concept-Plakaat, wegens de Zylvester zaaken, luidende als volgt; Rapport der Heeren Gecommitteerden tot de Petitie van den Raad van Staaten en dezer Provincie Finances. M 3 Ede-  ïBa Verzameling van Stukken betrekkelyk m Edele Mogende Heeren l U Ed. Mogenden hadden by Refolutie van den loden Augustus laatstleeden, de Heeren Gecommic teerden tot dezer Provincie Finances verzocht en gecommitteerd, om inwendig den tyd van drie maanden een nieuw Reglement over de Zylvester zaaken in de Ommelanden te concipiëeren, daar by in het oog houdende het Reglement Reformatoir, het gemeene welzyn, de goede onderhouding van alles, en het minste bezwaar der goede Ingezetenen; voorts van de Heeren Luitenant en Hoofdmannen van de Hooge Juftitie Kamer dezer Provincie gerequireerd, om de geëxhibeerde Fundatie-Brieven binnen veertien dagen aan de Heeren Gecommitteerden tot dezer Provincie Finances te doen geworden, welke Fundacie-Brieven , nevens de bevoorens geformeerde Project-Reglementen, na dat volgens Refolutie van den aoften September daar toe nadere aanfchryvinge waare gedaan op den 28(len dier maand aan de Heeren U Ed. Mogenden Gecommitteerden zynde geextradeerd, hebben dezelve ten einde zoo spoedig mooglyk aan het heilzaam oogmerk van U Ed. Mogenden, om het waare belang hunner Ingezetenen te bevorderen, en dezelve zoo veel mooglyk voor onnoodige, en drukkende lasten en onkosten te beveiligen, terftond naar de ontvangst dier Piëces, met de leöure en examinatie een aanvang gemaakt, ook daar mede fuccesfivelyk gecontinueerd, en zyn reeds zoo verre gevorderd, dat ongeacht derzelver volumineusheid, waarfchynlyk dit werk reeds ten einde zouden hebben gebracht, zoo niet door veel vuldige andere occupatien, die de Staats-Vergaderingen langer dan een maand hebben doen continueeren, genoodzaakt waren geworden, de befoignes over dit onderwerp by provifie eenigen tyd te moeten ftaaken, doch offchoon de Heeren ü Ed. Mogenden Gecommitteerden verhoopen binnen korten tyd in ftaat te zullen zyn, om die befoignes te kunnen hervatten, hebben dezelve niet te min noodig ge. oir-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 1S3 roirdeeld, U Ed. Mogenden vooraf te rapporteeren, dit ter gelegenheid der deliberatien over 't Regiemen van zyoe Doorluchtige Hoogheid den Heere PrinceErf-Stadhouder, over de Zylvester zaaken in"e Ommelanden in dato den 25 May 1783, by iPiiblfcatS van Luitenant en Hoofdmannen van de iHooVe K^ van den 18 December 1783 SS5 geStV vSfcheide Ingezetenen uit diverfe diftïiSen zoo wel tegens ^^J^Sk& (gearresteerde Registers van Sch°«wb"re_^}e^; bezwaaren hebben ingeleverd, en het meer aan twaarfcnvnly^a, dat veele derzelver zoodaane bedenk Sen zullen hebben te fuppediteeren, die de attentie van U Ed. Mogenden Gecommitteerden het Jvan K °m i' 1 goede^^Ingezetenen door Publicatie, waar van conleent hier nevens gaat, te verwittigen, dat elk en eeE iegelyk, welke vermeend eenige intrest by het } flontwerpene Reglement over de Zylvester zaaken, | n de Ommelande8n te hebben, zyne belangens bin,1 nen de tyd van twee maanden aan de Heeren U Ed Mogenden Gecommitteerden fchriftelyk zal kunnen o^eSeeven, 0p dat na nauwkeurige examinatie derSr ren van alle het gene verders tot deze matei' SSlgïï.1 betrekkelyk is, de beheering var,i voorfchreeven Zylvester zaaken, zoo veel mooglyk ca de prSu^inrichting, en tot ^ ^S^^A eoede Ingezetenen geregeld, en alle gelegendhem l fat?ve«S,onnuttekostln en procedures, afgefnee. 1 den mogen worden. C O N C E P T-P L A K A A T. De Staaten van Stad Groningen en Ommelanden ^NadeS wy ter bevordering van het waare be. lang onzer goede Ingezetenen, en dezelve zoo8 veel mooglyk voor «noodige ■^ drukkende lasten en onkostett te beveiligen, by onze Keio M 4  S34 Ptrzamling van Stukken betrekkelyk tot lutie van den I9den Augustus dezes jaars, de Heeren Gecommitteerden tot de Petitiën van den Raad van Suate en dezer Provincie Finances hadden verzocht en gecommitteerd, om inwendig den tyd van drie maanden, een nieuw Reglement over de Zylvester zaaken in de Ommelanden te concipiëeren, «Uar by in 't oog houdende het Reglement Refor. matoir van den 27 November 1749, het gemeene welsyn, en goede onderhouding van alles, en hec minste bezwaar der goede Ingezetenen; en welgemelde Heeren Gecommitteerden aan ons hebben ge- 1 rapporteerd, dat ter gelegenheid der befoignes over het Reglement van zyne Doorluchtige Hoogheid den Heere Prinfe Erf-Stadhouder, nopens voorfz. Zylvester zaaken in dato den 25 May 1783, by Publicatie van de Heeren Luitenant en Hoofdmannen van de Hooge Juftitie Kamer dezer Provincie van den 18 December 1783 bekend gemiakt, verfcheidene Ingezetenen uic diverfe Diftricten tegens gemelde Reglement, en gearrefteerde Registers van bchouwbaare objecten bezwaaren hadden ingele- 1 yerd, voorts meer dan waarfchynlyk was, dat vee- i le derzelver zoodaane bedenkingen zouden hebben te fuppediteeren, die onze attentie wel byzondcrlyk zouden memeeren; zoo hebben wy goedgevonden en verftaan, dac elk en een iegelyk die vermeend eenige increst by hec te ontwerpene Reglement over de Zylvester zaaken in de Ommelanden te hebben, zyne belangens binnen den tvd van twee maanden na Publicatie dezes, aan de Heeren Gecommitteerden tot dezer Provincie Finances fchnfcelyk zal kunnen overgeeven, od dat na nauwkeurige examlnatie derzelver, en van al hec gene verders tot deze materie eenigzins betrekkeJykis, de beheering van voorfchreeven Zylvester caaken , zoo veel mooglyk na de primitive inrichtrog geregeld, en alle gelegeHdheid tot vexatie, word-r? 60 eD pf0Cedures afgefteeden mogen En op dat zulks tot een ieders kennis moge ge- raa-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 185 raaken, zal dezen in alle Karfpelen der Ommelanden, en daar het verders behoord, van de Predikftoelen worden afgekondigd, en wyders gepubliceerd en geaffi^eerd, daar men gewoon is zulks te doen enz. Aldus gedaan in het'Provincie Huis, op Donderdag den 16 December 1784. (was geteekend} W. SlCCAMA. F. F. D. van IN EN knip- R. de Drews. huizen. H, WOLTHERS. j« jargers. H. TjASSENS. S. J. NlEHOFF. O. F. van Alberda. j. a. Engelhart. F. O. van Sytsama. iS • '1 ' è I3M«H»Ï/Wl{nl ■ ■ ■ , Habben de Heeren Staaten van Stad en Lande zich met het uitgebrachte Rapport geconformeerd, en het Plakaat geapprobeerd. Wordende de Heeren Gedeputeerden geauthorifeerd het zelve te dben promulgeeren. No. 34H8. Ontwerp, om de Republyk door eene heil. zaame vereeniging der belangen van Regent en Burger, van binnen gelukkig, en van buiten geduchc te maaken. Volgens befluit der Provinciaale Ver. gadering van de gewapende Corpfen in Holland, den 4 October 1785 binnen Leyden geopend, ter kennisje der gezamenlyke Leden en verdere Ingeze. tenen der Provincie gebracht. §. 1. Noodzaakelykheid van de bewaaring der oirfprongelyke goede Conftirutie, door de verbetering der ingejlopene misbruiken. De Burgers van een' Staat, bovenal die van eene Mj Re-  186 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Republyk, gegrondvest op de Vryheid van elk haarer Leden, hoofd voor hoofd, kunnen nimmer, zonder kwetzing van hun geweeten en duure verplichting, onverfchillig zyn ten opzichte van gebeurtenisfen en omftandigheden , die den ondergang van het Vaderland zouden kunnen na zich fleepen. Wy gelooven, dat de zaaken thands tot dac beflispunt gekomen zyn, waar in, zoo men een naderend verderf daadelyk wil voorkomen, hec niet genoeg zy flegts te denken en te fpreeken; maar waar in elk oprecht Patriot zi ch openlyk in zyne volle kracht moet vertoonen;, en werkzaam zyn. Van de opkomst onzer Republyk af tot op onze dager, werd zy dikwerf beroerd door de geweldigfte inwendige fchuddingen; en, :zoo zy den afgrond ontkwam, die meer dan eens zich onder haare voeten opende, zy had dat zonderling geluk alleen dank te weeren aan zeer byzondere omftandigheden, meerendeels buiten de Republyk plaats grypende, maar op welke wy thands niet meerhoopen kunnen, dewyl het fysthéma van Koophandel en Staatkunde by de Volken, die ons omringen, geheel veranderd is. Derhalven, wanneer men al op de innerlykeConftitutie der Republyk geene inbreuk gemaakt hadde, in den omtrek der twee eeuwen, welken zy beftaan heeft, nog zouden 'er, om haar ftaande te houden, zekere verbeteringen kunnen noodig zyn, vermits de fta&t der nabuurige Mogendheden thands veel geduchter is dan ooit te vooren, het zy voor haare Staatkundige onafhanglykheid, het zy voor de bronnen van haaren Koophandel en nyverheid; die, om haar te doen beftaan, de te kortkoming van eigen voortbrengzelen vervullen. Indien het mooglyk ware, dat men nog konde twyffelen aan de gegrondheid dezer fchroomwekkende waarneeming, heeft men, aan de eene zyde, flegts het oog te flaan, op de beledigingen, de. plunderingen, de overweldigingen, en o verheer-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 187 aëerfchende voorfchtiften, die wy, geduurende >ïe laatst verloopt n jaaren, van vreemde Mogendheden hebben m-eten opKroppenl — en van den anderen kant op het al te zichtbaar drukkend ver;Val, dat verfcheiden takken van Koophandel en ibyverheid, dïè *eleèr deze Landen deeden bloeiIhn, tripsgewv/e ooderviGdeo. ; ' D=ze gebreeken zyn met gelegen in den aart der {Conftitutie zelve, 't Is waar, in den eerilen opïflag fchynt de Regeeringsforni der Republyk zeer ingewikkeld; en de onderfcheiden Lede, , die dekelve uitmaaken, kunnen, gelyk de ondervinding fineermaalen geleerd heeft, zeer verfchillende oogIrherkenen inrichten hebben, die, tegen elkander fftootende, den loop der openbaare werkingen kuninen ftremmen. — Maar, wil men de zaaken gronIdie en onpartydig onderzoeken, men zal bevinden # »dat deze ingewikkeldheid, die fchynbaar verfchili lende belangen, flegts toevallig, en niet in onze üCoDflitutie gegrond zyn! dat de gezaamlyke froiivincies, en de verfcheidene gedeeltens van elke iafzonderlyke Provincie, allen, zoo uit hoofde van thunne ligging aan de zee, als wegens de gefteld, heid van hunnen grond, een en het zelfde belang Ihebben, dat op de zelfde wezenlykegronden rust; li te weeten, op de befcherming en bevordering van iden Zeevaart, den Koophandel en Manufattuuren; 1 op de handhaaving der Unie, en de bewaaring der . refpettive Regeeringsvormen hunner Repubhkein- fche Conftitutie. In zulker voegen, dat elks by3' zonder belang, te faam genomen, den welvaart en het behoud van het algemeen uitmaakt, en moet 3 uitmaaken. . .. Het is niet te ontkennen, dat m onze Republie- keinfche Conftitutie, uit dit oogpunt befchouwd, 3 een zekere trap van deugdlykheid, van volmaaktI heid, ia zelfs van eenvoudigheid plaats heeft, die ook iets kan hebben toegebracht ter afweering van I die verfchrik'vke fchokken, die haar met eenen i doodelyken flag fcheenen te bedreigen. — Ia  188 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Rede dat iD andere Staaten, de Souvereine macht» welke eigenlyk niets anders is dan de algemeene :i wil, wordt uitgeoeffend door een gedeelte, ofwel door één enkel Perfoon, en dat dit gedeelte of die I ééne byzondere Perfoon , inzichten kunnen heb- \ ben, die niet met het algemeene welzyn inftem«i men, en fomtyds verplicht zyn, zich op nieuws tot\ het ganfche lighaam des Volks te vervoegen , om li de wetten en beveelen van den Souverein te doen,. uitvoeren; is by ons, integendeel, de Souverein i niet anders dan de Rem des Volks, uitgebracht;! door hen, die het Volk tot dit einde verbeelden: èja van daar is het, dat met den aart van onze Re- ] publyk niet beftaanbaar zyn die byzondere belan- j gen, die heerschzuchtige inzichten, die de noodwendige gevolgen der Aristocratie of der eenhoof- I dige Regeering zyn, en alle de rampen der Volke- j ren na zich fleepen. —— Elk gedeelte deralgemee- ] ne Maatfchappy heeft hier de beftuuring over die 1 zaaken, die haar alleen betreffen, en waar mede a anderen niets te maaken hebben; deze byzondere 3 Maatfchappyën vormen uit hun midden een lighaam i van Staat, gefchikt ter beftuuring van de gezament- I lyke belangen van eene geheele Provincie; en de- { ze Provinciën vormen wedereene algemeene Staats- { Vergadering, om zich eeniglyk bezig te houden t met de uitwendige belangen van hetgantfche Bond- i genootfchap. Het Volk derhalven zyne Overheid, , en deze wederkeerig haare Mede-Burgeren van na- \ by gadeflaande, zoo word hier uit noodwendig een 1 zeer gunftig toeverzicht over de algemeene orde 6 en goede zeden gebooren; en de Overheid niet I dan de tolk van den wil des Volks zynde, vloeit hier uit voort, dat een en het zelfde belang, het 3 belang van allen is. Het is ook in een dergelyfc 1 ftelzel van Regeeringswyze, dat men, volgens het | gevoelen van alle groote Staatsmannen , de hoogst- [ mooglyke volkomenheid der Burgerlyke Regeering i te zoeken heeft: zoo, om dat men de voordeden I der Vryheid niet kan bewsarea, dan in kleine Maat- [ fchap- f  de Gebeurtenis/en in 1787 enz, voor gevallen, iSj) t fchappyen, als om dat deze kleine Maatichappyen : noodig hebben zich onderling dpor eenen Bondgenootfchappelyken band te vereenigen , om dus , afzonderlyke krachten tot een punt brengende, die te doen opweegen, en zich zeiven te beveiligen, tegen de Staatzucht van vermogende Nabuuren. Zoodaanig is de waare Conftitutie van onze Republyk, die, men dus ziet, dat uit haaren eigenen aart niet dan gelukkige uitwerkzels voor het Volk, en eene hcilzaame eenftemmigheid in den geheelen Staat kan te wege brengen. r , §• *• " Het Stadhouderfchap geen genoegzaam hulpi middel ter herftelling der oirfprongelyke Conftitutie, 't Is derhal ven zeker, dat men geenzins in deze Conftitutie zelve, die zoo bewonderenswaardig als heilzaam is, maar ergens elders buiten haar den oirfprong te zoeken hebbe, van die rampfpoeden en verdeeldheden , die thands werkelyk haar beftaan dreigen! Men behoeft flegts de Staatkundige Schriften van den Heer Penfibnaris van Slingeland te leezen, om overtuigd te worden, dat deze gebreeken plaats greepen zelfs in Stadhouderlooze tyden. Die groote man was van gedachten, dat, zoo de onderfcheiden Leden van het Bondgenootfchap het algemeen beftek der Regeering niet volgens de oirfpronglyke Conftitutie verbeterden, men dan het Stadhouderfchap behoorde te herftellen, als het eenigst gefchikt middel, om, door rdeszelfs invloed, de byzondere belangen te vereenigen, en tot algemeen welzyn te doen medewerken. De Stadhouder is gekomen: één éénig Perfoon is door alle de Provinciën met die waardigheid bekleed geworden; men heeft hem zelfs een veel uitgeftrekter vermogen opgedraagen, dan in het Plan vaa Shnceland begreepen was; door mid-  ïp? Verzameling van Stukken betrekkelyk tot middel der verkiezingen en aanbeveelingen, is hy rneescer geworden van de raadpleegingen en beduiten van den Staat; hem fcheen niets meer te ontbreeken, dan — de daadelyke tytel van Souverein! En wat is 'er gebeurd? in ftede van te verbeteren, is men tot erger vervallen. Het aangewezen hulpmiddel van den Heer vas Slingeland, heeft dus de verwachte uitwerking piet gehad. Hoe ervaaren die Staatsman dan ook moge geweest zyn, heeft hy echter as waare bronnen niet gekend, waar door de geregelde loop van het werktuig van Staat in de Vereenigde Nederlanden geitremd werd. 'Er moeten derhal ven anderen voor handen zyn, dan die hy heeft aangewezen; of ten miniten, zy vereifchen ardere hulpmiddelen. —- Om deze hulprriidaelt-n te kconeo, benef. fecs de beste wyze, hoe dezetven aan te wenden, moeten wy die oirzaaken van het kwaad onderzoe. ken , die, zonder de oirfprongelyke goede CoDttituiie zelve te veranderen, weggenomen kunnen worden, om dat zy niet anders dan van buiten aankomende en toevallige oirzaaken zyn. II De Stadhouder zelf,, wien men als den wonderdaaaigen Arts voordroeg , die, zoo draa hy ilechs algemeen erkend zoude zyn , alle de ziekten van den Staat zou genezen; wat heeft hy anders verricht, dan de kwaaien te vermeenigvuldiget ? Daar men hem in fommige Provinciën veel grooter Prsrogativen opdroeg, dan in anderen; zoo vloeide uatuurlyk en noodwendig hier uit voort, dat hy aan de eerstgemelden eene merkbaare voorkeuze en meerdere verknochtheid betoonde, en dat hy, ongevoelig een weerzin opvattende tegen het fysthéma van die Provinciën, in welken zyn gezag het meest bepaald was, door zyn invloed op de anderen, de maatregerelen van deze geduuriglyk kon ftremmen, en derzelver belluiten verydelen. Van hier tweederlei verfchillende belangen in die Provinciën, die door de allerflerkfte en allerzichtbaarst in 't oog vallende drangredenen moesten aan- ge-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 191 gedreeven worden, om in alle hunne bedoelingen eenftemmiglyk te werk te gaan. Bovendien verbeeldde men zich, dat, wanneer men den Stadhouder de Verkiezingen of de Aanbeveelingen der gewichtigfte bedieningen in de aangeleegenfte departementen van Staat in de ruimfte maate overgaf, men daar door de heillooze gevolgen der FamieljeRegeeringe zou beletten! Dan, integendeel, al eens onderfteld zynde, dat de algemeeneregel, dat alle macht tot overheerfching neigt, niet op den Prinsfe toepasfelyk zy, en dat hy eeniglyk het welzyn der Republyk bedoele; zyne aanzienlyke waardigheden , en zyne ontallyke bezigheden, het wiskundig onmooglyk maakende, dat hy zelf de gefchiktfte voorwerpen voor de Regeering, in allesde byzondere Steden en Plaatfen der Republyk, recht zou kunnen kennen, zoo heeft hy in dezen zich moeten verlaaten op Raadslieden, die, alleen hunne eigen grootheid bedoelende, en zyn vertrouwen fchendende , de fchaadlykfte en ergerlykfte misbruiken hebben ingevoerd op alle die plaatfen , alwaar zy voor den Stadhouder het ambt waarnamen, dat hy zelf niet vervullen kon. Van daar, dat de rechten der Burgeren, de waardigheid van Vrygeboorenen, op de beleedigendfte, op de verregaandfte wyze zyn met voeten getreeden. Van daar, dat de ongefchiktfte, de laaghartigfte, de vleijers en Gunftelingen van het Hof, en verdrukkers van het Voik, zich, meer dan ooit voorheen, in de openvallende ambten wisten in te dringen. De Stadhouder heefc dus, ten dezen opzichte, niets gedaan, dan flechts meerder fterkte aan de Ariftocratie by te zetten, en haare jammerlyke uitwerkfelen te vermeenigvuldigen. Om deze misbruiken te verbeteren, heeft men reeds, in meer dan eene Provincie, begreepen; het juk der Sudhouderlyke aanbeveelingen te moeten affchudden. Maar het werk zal onvolkomen blyven, zoo lang in de andere Provinciën, vooral in die, alwaar de zoogenaamde Regeerings-Reglemen- ten  102 Verzameling van Stukken"betrekkelyk m ■ ten gevonden werden, de befchikkiógover'de Staats-1 bedieningen niet weder volgens waare Republikein» fche grondbeginzels worde ingevoerd? 'c Is derhaU •ven eene goede en heilryke Staatkunde, dat men zich toelegge, om de macht, welke aan den Stadhouder niet wettiglyk is opgedraagen, binnen haare behoorlyke paaien weder te brengen. Een weiingericht en gemaatigd Stadhouderfchap-kan buiten twyffel van veel nut zyn, niet alleen aan het hoofd, van de uitvoerende Macht, om dus aan de uitvoering der beveelen en der wetten van den Souverein de vereischte eenftemmigheid en werkzaamheid by te zetten, maar om ook teffens des te beter de eendracht en famenftemming tusfchen de onderfcheiden deelen van het geheel te onderhouden; om kuipeiyen en partyfchappen den pas af tefnyden, en het aanzien der Republyk, ten opzichte van uitheemfche Machten, gewicht by te zetten; gelyk zulks meer dan eens, met zoo veel oprechtheid als onzydighci J, bewezen is. «ibZD ü6t j iUOA ' i Jï(fa i'SS v . .030 Het nadeelige en onbehoorlyke van de onaf* hanhlykheid der Regenten van het Volk, wiens Vertegenwoor* digers zy zym Eene tweede oirzaak van de afwyking van het vereenigend grondbegihzel, welke het geheel Staatkundig fysthéma op losfe fchroeven field, is de vervreemding, die federt langen tyd, den Burger van den Regent verwyderde: en die, federt de iongfte rampfpoeden van dezen Staat, der wyze is toegenomen, dat (indien men nietfpoedig en krachtdaadig dit kwaad te keer ga,) de Republyk of met een binnenlandfchen Oorlog gedreigd wordt, die nabuurige Mogendheden wel eens gelegenheid zou kunnen verfchaffen, om zich al te zeer met onze innerlyke huishouding te bemoeijeo: of aan de wille- keu-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 1513 ■ keurige Regeering van éénen ten prooy zal vallen J iets, dat niet minder verderfFelyk zyn zoude. Im. mers de ondervinding leert, dat een groot gedeelte Ingezetenen van ons Land niet zou kunnen beftaan» zonderde veilige zekerheid, de fpaarzaamheid, en de goede zeden, die natuurlyk aan eene Republikeinfche Regeering eigen zyn. In de eerfte tyden van de Republyk, toen de Regenten , die de Burgerlyke Vryheid in geen te voordeelig licht befchouwden, door het Volk uit hunne eereftoelen gezet, en hunne plaatfen door anderen vervuld wierden, en de welgezinde Regenten de medewerking der Burgery noodig hadden, om hec groote werk der Vryheid gelukkiglyk te voltooijen 5 ontftond 'er uit dien toedracht van zaaken, eene eendracht en eenftemmigheid, welke allerwegen de heuehelykfte uitwerkingen voortbrachten, 't Is ; waar, in Holland, maar ook in Holland alleen, na: men de Heeren Staaten eene Refolutie, den 13 Maarc ! 1581, by welke beflooten werd, dat voortaan geene I Steden, over 's gemeene Lands zaaken raadpleegen zouden, met eenige bestgejlaatjlen uit de Schutteryen• I Gilden of anderen, gelyk door fommigen voorheen wetj gefchied was, ten waare met voorgegaane gemeene hem i williging der Staaten. Maar , men behoeft flegts üj de gefteldheid van het Vaderland in dien tyd, zich % voor den geest te brengen! — als jammerlyk verIj deeld, — en opgevuld met Burgers, heimelyk h den vyand toegedaan zynde, — om zich te oven» li tuigen, dat deze Refolutie alleenlyk/irovtyïtmeeZ, en d overeenkomftig de toenmaalige zorgelyke omftanir digheden genomen was. Men konde toen niet te a behoedzaam wezen, om de gemeecfchappelyke n maatregels van eene pas ontluikende macht voor hec 'i al doorfnuffelend oog der Spaanfche dwingelandy ij te verbergen. Daarenboven, dewyl de Unie van j Utrecht, twee jaaren te vooren, de onderhouding j of herftelling van alle de Rechten, Privilegiën en i Costumes, zoo wel van de onderfcheiden Burgerij lyke Maatfchappyen, als van elk Burger in 't byL. Deel, N zon-  194 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot zooder, ten onwrikbaaren grondflage gelegd; e» de nog vroegere Unie tusfchen Holland en Zeeland I de zelfde wezenlyke poincten ten oogmerk gehad had, zoo kon geene Refolutie, zoo onbepaald als I die van 1581, eene eerfte algemeene grondv/ec ver» >t nietigen; daar de reden, waar op die grondwet ge- I vestigd is , te gelyk de reden van de Unie zelve 3' was? Hoe! «—> de Republyk zou haar geheele be- 9 ftaan alleen daar aan te danken hebben, dat de braa. £ ve Ingezetenen van dit Land de wapenen hebben I aangegord, ter handhaaving van een voorrecht, dat I den Burger aandeel geeft aan de wetgeevende Macht! I — En eene Vergadering van loutere Volksverte- 5 genwoordigers zou zich het recht aanmaatigen, om zulk een Volksrecht te vernielen ? Het ware nog iets, zoo deze Lasthebbenden zich 1: konden beroepen op detoeftsmming van hunneLast- I geevers, tot eene zaak van zulk een geducht ge- :i wicht! — Maar, waar blykt het, dat de Ingeze- a tenen immer hebben meaegewerkc; — hebben toe- e geftemd; — of zich beraaden, tot het daarftellen I eener Refolutie", ingericht, om den heilzaamen in- 1 vloed, dien zy door middel der Schutteryen en Gil- li dens op hunne Vertegenwoordigers hadden, geheel! te doen ophouden? Word een afftand van zulkee- e ne algemeene aangelegenheid, billyk en gewettigd Ij door eene zwygende, door eene vooronderftelde, ,a Volkstoeftemming ? Mag men daar in berusten ? Ja, wanneer zelfs een tegenwoordig geflacht on- a voorzichtig, laaghartig en blind genoeg ware, om foortgelyken afftand van onvervreemdbaare Volks-1 eigendommen te doen, is dan de Nakomelingfchap \t verplicht, de onrechtvaardigheid zyner Voorzaa-* ten, door de fchaadlykfte volharding in het kwaa- . de, te verzegelen ? Men moet derhalven erkennen, it dat de gemelde Refolutie de vernietiging van den <: Volksinvloed op het Staatsbeftuur geenszins bedoel- J de, of dat zy alleenlyk van kracht was in zeer by- J zondere kortftondige omftandigheden. En dit blykt tó nader waar te zyn, uit het gene drie maandeniaater, ea i!'  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen, jqv «n vervolgens in 't jaar 1584gebeurde, toen de Burgery geraadpleegd werd over de voorwaarden , op welken men de Souvereiniceic aan Willem oen eersten, aan Frankryk en Engeland sou opdraagen. Dewyl dan het Staatsrecht van het Volk niet flegts gegrond is op de Conftitutie van elke afzonderlyke Burgermaatfchappy, Provincie of Stad, maar ook op de vereeniging van het geheele Bondgenootfchap; zoo moet 'er, om dat recht krachtloos te maaken, meer worden by gebracht, dan eene Refolutie, genomen door afzonderlyke Staaten, zonder toeftemming van de belanghebbende party, buiten welke, in dezen, geene de minste verandering gemaakt mogt worden. 't Is waar, toen deze BeRuurders de zaaken des Lands allengs op een vaster en beRendiger voet begonnen gevestigd te zien, bekreunden zy zich minder om het Volk te raadpleegen, en intusfchen al vast voortgaande met zich zeiven aan te Rellen , en de Staatsbedieningen zich altoosduurend toe te eigenen , voerden de Regenten wel haast eene onbepaalde Regeeringswyze in, onafhanglyk van den natuurlyken invloed des Volks; maar het is te gelyk niet mioder waar, dat als toen ook, in de harten der Burgers, achterdocht, wantrouwen, ja haat zelf, tegen de Regenten ontRond. Het is niet minder waar, dat men aan deze ongelukkige af keerigheid heeft toe tefchryven die geweldige opftanden, die de Republikeinfche Regeeringswyze in het groot. Re gevaar brachten, van in een Monarchaal beftuur misvormd te worden, ten tyde van Leicestbr ,, Maürits, Willem den derden, en Willem den vierden. Dat men ons niet vertelle, dat de Ariftocratie der Regenten reeds een beftaan hadde voor het uubarsten der beroering, die de groote Staatsomwenteling ten gevolge had, Want, behalven dat, van de eene zyde, het uitgeftrekt vermogen van den Vorst de Regenten noodzaakte, om zich met het Volk vereenigd te houden, ten einde door het gewicht van N 2 de-  iq6 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot deze vereeniging, de toeneemende Staatzucht van den Vorst in teugel te houden; zoo had, van den anderen kant, de Vorst insgelyks belang, om hec Volk te onderfteunen tegen den moedwil der ondergefchikte Ambtenaaren. Deze omftandigheid maakte een gelukkig evenwicht. Maar, toen hec roet hec gezag van den Vorsc uit was, om dat hec ontaartte in dwingelandy, en de Regenten even zeer als het Volk drukte, ging de uitoeffening van hec Souverein gezag tot de Staaten over, en van daar tot de Vroedfchappen der Steden, die in Holland byna geheel het lighaam van Staat uitmaaken. Op deze wyze werden die Vroedfchappen , die oir. fpronglyk niet anders waren dan Raadslieden, dan een foort van Gemeensmannen, de Meesters, de Souvereinen van het Volk. Het Volk zou by deze verandering ongetwyffeld zeer veel gewonnen heb. ben, indien deze Raaden, zoo wel in de daad, als overeenkomftig hunne natuurlyke beftemming, des Volksvertegenwoordigers gebleeven waren. Hec opperfte gezag zou dan werkelyk in den boezem, wast uit het voortkwam , zyn wedergekeerd : de Regenten waren als dan geweest, die zy hadden behooren te zyn, naamlyk, de Gevolmachtigden des Volks; en had het Volk hen aangefteld, hec zou hen als het werk zyner handen bemind, gehandhaafd en befchermd hebben. Zoo men derhal» ven ook al zou toeftaan, (hec geen 'er echter zeer verre af is,) dat, onder de Regeering der Graaven, de Raaden der Steden altoos zichzelvcn hadden aangefteld, dan nog zou de zaak geheel van gedaante hebben moeten veranderen, na de afzweering van het eenhoofdig gezag. Die zelfde Ariftocratifche Regeeringsform kon onmooglyk blyven ftand grypen , zonder verdrukkingen te veroirzaaken , die nog veel onverdraaglyker waren dan hec Spaanfche jek, en zonder een eeuwigduurend wantrouwen en misnoegen te weege te brengen. Dit is ook wezen» iyk het geval van Nederland geweest. En zie daar de reden, waarom in alle deonftuimige tyden, vooral  de Gebeurtenis/en fs 1787 enz. voorgevallen. 107 al wanneer zwaare rampfpoeden den Staat troffen, deonbezuisde, de geweldaadi ge begeerte des Volks altoos uit was, naar de Regeering van een eeni. gen. In deze onze dagen, (die de onwederfpreeklyke getuigen geworden zyn, dat de ongelukken van den Staat oirfpronklyk waren uit het buitenipoorig gezag, 't welk zich in de handen van een éénén bevond;) welke geweldige beroertens heeft men niet zien uitbarften, om dat gezag te helpen ftyven? Hoe geduuriglyk worden, zelfs nu nog, die oproerigheden hervat, in het aanzien zelf van de Hooge Overheid, veelal onvermogende om deze verouderde ziekte grondig te geneezen. Is het te ontkennen, dat men by het gros des Volks een veerkrachtig vermogen ontdekt, zich geduuriglyk fpannende, om de uiterfle paaien, aan het te vergedreeven gezag van éênen gefield, te verbreeken? Gelukkig, dat het Volks misnoegen onver, wacht eene andere wending verkreeg; en dat het beste deel der Natie, volgens vaste en rechtvaardige grondbeginzelen werkende, haare verrichtingen beftuurd op eene wyze, welke zoo geheel nieuw als overeenkomRig haar waar belang is! —• Gelukkig, dat het Volk, meer verlicht in zyn eigen zaak, de bronnen zyner rampen kennende, zoo wel als de waare grondbeginzelen van het Staatsbeftuur, gezien heeft, dat deze rampen niet alleen veroirzaakt werden door de al te groote onafhankelykheid der uitvoerende macht, maar ook door de ingeflopen misflagen in het wetgeevend lighaam. Eindelyk: de Natie heeft gezien, dat deze misbruiken voortfprooten uit gebrek aan eenftemmigheid, nadruk en werkzaamheid, zoo onontbeerlyk voor den loop en den goeden uitflag der Staatsverrichtingen; zy zag teffens, dat deze eenftemmigheid, die nadruk en werkzaamheid niet in hunne volle kracht kunnen herfteld worden, dan door aan het Volk zyn gerechtelyken invloed weder te besomen» waar door de behartiging van het algemeen N 3 be*  198 Ftrzamiing van Stukken betrekkelyk tut belang de overhand verkrygt, op de bevordering van uitfluitende zelfbedoelingen, en byzondere inzichten. Wat, in laatere tyden , veel hebbe toege. bracht, om de nadeelige uitwerk/els van de onafhankelykheid der Regenten te vergrooten. Misfchien heeft eertyds het groot aantal der zulten, die deel aan het beftuur der zaaken in de Vereenigde Nederlanden, en daar door, nader by het Volk gebracht, het zelfde belang als het gros des Volks hadden, eenigen der bezwaarnisfen, die uit hunne onafhanglykheid van den Volksinvloed noodwendig voortvloeiden, weeten voor te komen. Voortyds moesten de Regenten dehandhaaviog van den Koophandel, de Zeevaart en de nyverheid ter harte neemen, om dat zy zelve een onmidlyk en byzonder belang hadden, by deze bronnen van den algemeenen welvaart; doch daar, federt de invoering van het fysthéma der Geldleeningen, de mees. ten der genen, die zich aan 't Hoofd der publyke zaaken bevonden, geene eigendommen meer in den handel uitzetteden, maar hunne gelden in 's Lands Fondfen plaatften, of zelfs grootendeels ten gebruike van vreemde Mogendheden opfchooten, vloeide ten hunne opzichte daar natuurlyk uit voort, eeue mindere belangneeming, om niet te zeggen, eene koude onverfchilligheid, voor de waare bron» nen van den algemeenen welvaart, de nyyerheid en den Koophandel; en, dat het ergfte van allen is, hier door ontftond dikwils de geneigdheid, om de belangen van vreemden boven die van het Vaderland te behartigen, volgens den Zetregel van alle tyden en plaatfen, waar de fchat is, is het harte. Hier uit werd in onze dagen de noodzaaklykheid ge boor en, die nimmer zoo dringende was als nu, om  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 199 l om met Requesten by de Regeeriug aan te dringen, , dat zy der algemeene begeerte dat gene ten minften geliefde te vergunnen, waar toe bet bezef van plicht \ hun niet uit eigene beweegicg koode bepaalen. —1 Welke kracht was het, die het Gemeenebe«t uit 1 zuik eenen verderflyken doodllaap trok! — Welke 1 onwederftandelyke invloed herttelde deCapellens, 1 de van Berkels! bemoedigde de Regenten, om het ] juk der Stadhouderlyke aanbeveelingen af te fchud, den: en op zoo veele plaatfen, om de ketenen te i verbreeken, die zoo veele eerlyke harten , zoo vee! vrye halzen onder het bedwang van de Haaters des 'Vaderlands dceden krommen! Wie heeft doorge, drongen, dat men eindelyk Convooi verleende Zoude het derhalven niet veel beter en verkiesfelyker zyn, by tyds een beredeneerd en wel beraaden plan te ontwerpen, ei* genaartig gefchikt om alle wangebruiken teverbeteron, ten einde de dronkenfchap eener duur gekochte zegepraal de verhitte gemoederen niet tot dolle buitenfpoorigheden doe uitfpatten? — Ware hec niet veel beter en verkiesfelyker, ja ware het niet veel menschlievender gehandeld, aan dit gtoeijend vuur eene zagte, wel overlegde en geregelde richting te geeven, eer dat het te laat zy! eer het alles ,aanftceke! en alles in lichterlaaije vlamme zette? Het Volk kan zelf niet regeeren. Wy hebben voorheen reeds het gevaar ondervonden , dat hec zich , 'door openbaar geweld, van de beraadflagingen van den ScaaC meester maakte. En ondertusfchen, wie zal hec tegenhouden, om zyne eisfchen tot zoo ver-  aoö Verzameling vm Stukken betrekkelyk tot Verre door te zetten ? Ware het dan niet veel veiliger, om met het Volk (om zoo te fpreeken,) een actoord te treffen? en, ten einde aldus eenmaal het Gemeenebest op hechte, conftitutioneele, en on* wrikbaare, gronden te zetten, zoo draa mooglyk, de punten te beraamen, welke wederkeeriglyk moeten toegeftemd worden? op dat het Volk nimmer eenige inbreuk maake op het gezag der Regenten, en de Regenten nimmer iets anders bedoelen en uitwerken , dan het algemeen belang. ' Ingevalle daarentegen het Volk in eene zaak, zoo edel als wettig, kwam te bezwyken ; welk eene verwydering zou 'er dan uit gebooren worden, Welk een onverzoenlyken wrok zou het opvatten tei gen zyne natuurlyke Vertegenwoordigers, door wien het of kwalyk onderfteund, of wel veraaden was. Welk een doodlyken afkeer zou het tegen nen in zynen boezem voeden 1 Tegen hen, ja! tegen hen alleen, zou het zyn vernielend misnoegen doen uitbarsten! De oude ingewortelde afkeer van alles, wat naar Ariftocratie zweemt, zou by hetzelve des te heviger uitwerkzels hebben, naar maate de Ariflocraten, om zich by de onafhanglykheid te bewaaren, het noodig gevonden hadden, om ge. Weldige maatregels by de hand te neemen! En zou , iö zoodaanige omRandigheden, gelyk de ervaarenis ons zoo dikwerf geleerd heeft, dit denkbeeld niet het eerfte in het hart des Volks moeten opryzen, dat het beter is êênen grooten Heer, dan duizend kleine dwingelanden te hebben? Wat is 'er meer noodig, om het vuur van oproer, ter gunst van den Stadhouder , in de ligtverleidlyke harten verborgen , Sn vollen gloed te doen uitbarsten, zelfs in zulke Plaatfen, daar de Ariftocratie wel het fterkst gevestigd fchynt? Zou het in zulke gelegenheden, wel rooeilyk zyn, het Volk in den waan te brengen , gelyk men ook nu airede begonnen heeft zulks heimelyk te doen, dat men fn de jaaren 1747, 174&, 1749 en l7$o, niet genoeg gedaan heef t voor deti Stadhouder ? Zouden de Regenten het dan gewonnen heb-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 207 hebben met de redelyke Stem des Volks te dwarsdry ven? — Men befchouwe het dan als eene blykbaare zaak* waar in alle oirdeelkundige Regenten volmaakt moeten overeenftemmen, dat alle de hervormingen, die in deze laatfte dagen, ter beperking van het onwettiglyk uitgebreide Stadhouderlyke gezag binnen deszelfs behoorlyke paaien, gedaan zy, van geen beftendigen duur zyn kunnen; dat veeleer daar van een zorgelyk einde te verwachten, ja mooglyk reeds naby op handen is, indien men niet zulk eene fchikking maake, dat de Burgers zeiven hun belang vinden in deze hervormingen te onderfteunen. En wat middel is gefchikter, om dit gewichtig doel te bereiken, dan dat men een ontwerp vervaardige, 't welk, als 't waare, den Burger en Regent als tot een lighaam maake, zoo dat elk dezer twee Leden, door onverbreekbaare banden vereenigd, door een en het zelfde belang faam verbonden, de verdeediging van zyn medegenoot altoos als zyne eigen zaak befchouwd. §.6. Gevaaren, waar aan de Onafhankelykheii ■der Regenten de Vryheid van den Burger blootfteld. Uit het tot dus verre bygebrachte ziet men, of het wel ten onrechte zy, dat het wantrouwen des Volks tegen de Ariftocraaten tot zulk eene hoogte Reeg! Wy zouden die trekken tot in het ooeiDdige kunnen vermenigvuldigen; maar, wy vergenoegen ons met 'er flegts twee uit te kippen, waar van de aanhaaling het bewys medebrengt. Aan wien hebben wy de fchandlyke, de befchreijens«vaarde, Afftanden, die wy by den jongften Vreede genoodzaakt waren te doen, te wyten? Is het te denken, dat het edelmoedig Frankrykzou gedoogd hebben, dat wy tot zulk eene laagte vernederd werden, indien  2o8 Verzameling van Stukken betrekkelyk tct dien wy, ter goeder trouw, en overeenkomftig onze verbindtenisfen, met haar hadden faamgewerkc? Zyn wy het verlies van Negapatnam, en de uitfluitende vaart op de Molukfche Eilanden niet ontegenzeggelyk vetfchuldigd aan de Bevelhebbers, die, door hunne weigering om naar Bresc te zeilen, de gunst van Frankryks Koning van ons vervreemden? Hadden wy ons verfchuldigd aandeel gedraagen in de met onderling overleg, beraamde Krygsverrichtingen tegen den Vyand, zou bet dan den Keizer ooic in 't hoofd gekomen zyn, om eifchen te doen, die zyne eigene rechtvaardigheid moeten doen bloozec? Zou het punt van eer, die fterke dryfveer in Frankryk, het Minifterie van dat Hof niet noodwendig gedrongen hebben, om openlyk en voor de vuist in deze zaak onze zyde te kiezen ? Wie is de fchuldige oirzaak van dakostbaare offerhande, welke wy genoodzaakt zulien zyn aan de Staatzucht des Keizers te doen? Wien anders is dit onheil te wyten, dan aan het eervergeeten complot ; dat, door het geval van Brest, de genegenheid, den yver van Frankryk, ten onzen opzichte, boosaartig wist te verkoelen ? En echter geduurende drie jaaren tyds, federt die misdaad gepleegd is, blyven &lsnog de bedryvers van dezelve ongeftraft! Terwyl 'er eene Commisfie wordt aangefleld, ter onderzoek van de klaarblyklykezaak, zyn defchuldigen op vrye voeten! Wat zeggen we ? men zend hen naar Afrika, naar de Middelandfche Zee, naar Amerika, ja! tot in het hart der Oost-Indiën; en waar toe anders, dan om hen aan het gerechtlyk, aan het naauwkeurig onderzoek te onttrekken ? Hoe! zoude men niet byna moeten denken, dat men alleenlykde grootfte euveldaaden heeft te pleegen, om verzekerd te zyn van ftrafFeloos te zullen blyven ? Terwyl, van den anderen kant, zoo menig eerlyk Regent, zoo menig braaf welmeenend Burger, getrouw aan ééd en plicht, zich aan de fmaadelyklte verongelykingen, de wreedfte mishandelingen, de fchreeuwendite onrechtvaardigheden  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. i den ziet blootgefteld; waar van wy eene geheels I zwarte lysc zouden kannen opmaaken, indien wy ; alle de wonden, door de Ariftocratifche gewelde* : nary der Vryheid toegebracht, hier wilden opkrab1 ben, en in een ftuk, ter wenfchelyke vereeniging ien herftelling gefchikt, het haatelyke perfoneele 1 niet liever zoo veel mooglyk wilden vermyden! Indien de Ariftocraaten, in een tydsgewrichc, waar ] in de zuivere grondbeginzels onzer conftitutioneels "Vryheid zoo juist gekend, als algemeen verfpreid 1 en aangenoornen zyn , dit durven onderneemen ; ' Wat zullen zy dan niet doen, in tyden van onkunide, zorgloosheid en onverfchilligheid? Ontzien :2y zich heden niet, de edelmoedige begeerte ee1 ner geheele Natie fchandlyk voor het hoofd te ftoo» i ten; en aldus de Natie zelve te hoonen, te beleedigenl hoe fchrikbaarend zal dan hun tirannisch be1 Vel, hoe diepvernederend, hoe verpletterend hun yzer juk, voor onze fidderende öoren, voor onze ;gekromde halzen zyn, in zulke dagen, jaaren l— ja! eeuwen, waarin het hun gelukken moge, den I troon van geweld onwrikbaar te vestigen? Eene zoo ontzettende ftrydigheid van bandelwyze, als ons het zoo even bygebrachte opleeverts ftrekt die niet 'ten tastbaaren bewyze, dat het eenmaal tyd is, om de Ariftocratie paaien te zetten ( Daar braave Burgers aan zulke behandelingen zyö blootgefteld, waar zullen wy dan de oirzaak van de ftraffeloosheid der zulken, die door hunne ongehoorzaame weigering den Staat zoo veele onheilen brouwden, anders zoeken, dan in zoodaariig eene Ariftocratifche famenfpanning, in fculke Vryheidvernielende Verbintenisfen, die, ten kosten der geheiligde Rechten, omtrent allen, die tot hunnen aanhang behooren, toegeeflyk zyn, en, waaneer een misdaadiger flegts het geluk hebbe, van door bloedverwantfchap aan Regeerings-Leden verbonden te zyn, hem van ftraffeloosheid veïzeke* S ten ? Had het Volk eenigen invloed op de Regee*. L. Deel» O ïwg  210 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot ring gehad, zou die ergerlyke ftraffeloosheid dar* wel plaats hebben? Zou zy in Engeland geduld zyn geworden, daar het Volk ten minften nog iets te zeggen heeft? 't Is der halven alleen de behoorlyke invloed des Volks op zyne Regenten; welke als het eenig middel ovetfchiec, om de beveelen van den Souverein door elk te doen eerbiedigen, zonder eenige de minfte aanzien of uitzondering van Perfoonen. Verlangt men eindelyk een treffend voorbeeld te zien, in hoe verre de Burgerlyke zekerheid aan gevaar is blootgefteld, door de niet genoegzaame kunde en ervaarenis der Regenten, welke wel een minder haatelyk, doch echter een niet mindernoodwendig en verderffelyk gevolg is van de Ariftocratifche onafhanglykheid; men vestige het oog op het onlangs gebeurde in eene der Hollandfche Steden. Weinig verfcheelde het, of eene achtingswaardige Dame, vervolgd door de ongerymdfte, zoo wel als verfoeilykfte befchuldigingen , werd aldaar het jammerlyk flagtoffer der vloekwaardigfte lastertaal! In weerwil der klaarblyklykfte omftandigheden , die ten haaren voordeele pleitteden, hadden haare Rechters, tegen alle bekende gebruiken , waar van zy ongetwyffeld onkundig moeten geweest zyn, reeds beflooten, haar aan alle de verfchriklykheden van een Crimineel Proces bloot te ftellen! — Zy zou de eerfte niet geweest zyn, die door de tederheid van haar geftel, en door het bezef van haaren ftaat, voor die verfchriklykfte proef zou bezweeken zyn! Moest ter haarer redding niet juist eene buitengewoone omftandigheid famenloopen, dat deze lydendeonfchuld deneenigften verdeediger ter hulpe kreeg, die in ftaat was om haar te behouden ? Is het niet eene zonderlinge beftuuring der Voorzienigheid, die, door middel van dezen zoo bekwaamen als yverigen Rechtsgeleerden, eene groote Stad voorde onuitwisbaare fchaude eener fchreeiwende onrechtvaardig-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. %il digheid beveiligde (*) ? Is 'er wel fterker bewys noodig, om de noodzaaklykheid eener hervorming in de aanftelling der Regenten aan te toonen ? s» (*) Zie hier een kort verhaal van het byna ongeloofiyiK geval, waar op hier gedoeld wordt. Catharina Taan, toen huisvrouwe van G. C. vam der Meulen, woonende te Leyden, en beiden zeer ftille, en onbefprooken lieden , belydende den Mennenitifchen Godsdienst, had als koetfier in haaren dienst zekeren Johannes Gryfzoe, gebooren in Saxen Eifenach. Deze verhaald in het begin van het jaar 1784 aan zekeren bakker, W. Devens , te midden van een gefprek over aanfiagen op het leeven van voorige Stadhouders, en over de belooningen , aan de ontdekkers gegeeven, dat zyn HEER her?; ook eens eeu voordel gedaan had, om den tegenwoordigen Stadhouder, het zy met fchietgeweer, het zy door vergift, om te brengen, met toezegging van eene bclooBing van 20000 guldens, en van voor zyne vróuwe ea kind te zullen zorgen, als hy zelfs in die onderneeming van kant geholpen wierd. Deze vertelling, in hec wilde, gedaan, wierd door eenen anderen bakker, F. van Düüben, die ze van eerstgemelden vernomen had, heimelyfc aan den voorzittenden Burgemeester aangebracht, die den koetfier met belde de bakkers aan zyn huis ontbood, ea hun, ten overftaan van den Hoofd-Officier, en Penfionaris, zonder voorweeten van Iemand anders, daar over onderhield. By deze gelegenheid hield de eerfte het aan hem gedaane aanzoek, en de twee laatften het verhaal, door eerstgemelden aan hun op onderfcheidene tyden gedaan, ftaande, doch met deze opmerkelyke verandering, dat da Koetfier toen niet meer zynen HEER, maar zyne JUFFROUW befchuldigde. De zaak wietd echter des ande* ren daags met de grootfte geheimhouding in het Collegia van Schepenen gebracht, en de koetfier ontboden» di«i daar de befchuldiging met de gemelde verandering wederom ftaande hield, en daadelyk toegelaaten wierd, om daar op den ééd af te leggen. Hy gaf voor, dat het aanzoek tot den aanflag door de Juffrouw aan hem gedaan» en ie meermaalen herhaald was in afzonderlyke gefprekken zender getuigen, doch dac 'er ook door de Juffrouw io d« © 2  212 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot §. 7. Voordeelen van deze hervorming voor de Regenten. Het zyn de Stedelyke Vroedfchappen , van welke keuken, in tegenwoordigheid der andere dienstboden, en huisgenooten, vetfcheidemaalen gefprekken gehouden, en boekjes te leezen gegeeven waren ten nadeele van den Prins van Oranje, en den Hertog L. van Brunswyk, en dat zekere Coknelia van der Sant, gewezen dienstmaagd der J-frrouw, van dat laatfte ook zoude kunnen getuigen. Zonder deze meid terftond te ontbieden, zonder haar, en da andere dienstboden, en huisgenooten daar op vooraf te hooren, of zonder eenig decreet van dagvaarding in perfoon, of appreherfie tegen de Befcbuldigde te vraagen, of te verleenen, werd 'er terftond eene Commi-fie van twee Schepenen roet den Griffier naar haar huis gezonden, die haar, even als in een formeel crimineel verhoor, op artikelen moesten hooren over alle de opgegeeven poinftsn der befchuldiging. Hoe onverwagt ook dit aan eene Vrouw voorkwam, die naderhand gebleeken is geheel onfchuldig te zyn, doch geene kundigheden bezat, om zich tegen zulk eene handel wyze terftond te verzetten, antwoordde zy echter met de grootfte rondborftigbeid, en rustigheid op alle die artikelen, en ontkende volftrekt, ooit of immer iets diergelyks gedaan, of gedacht te hebben, met dat gevolg, dat zy voor dien tyd ongemoeid gelaaten, en de koe fier naar huis gezonden wierd. Na dat deze eevenwel, nog tweemaalen daar na op nieuw over zyne befchuldiging geboord zynde, daar by telkens onder herhaaling van den ééd gebleeven, en ook C. van der Sant o?er het geen zy -an het ge verbreeking van alle eenftemmigheid zyn, zoude men eene volflagene democratie, dat is, eenen ftaat [ van verwarring en grilligheid invoeren, wanneer j men hen onophoudelyk wilde ftremmen in het be1 handelen van de zaaken, welken men aan hunne [ zorge heeft toevertrouwd. Maar, zal men zeggen, wanneer de Regenten zich nietbehoorlyk van hunnen plicht kwyten? —Voor eerst, is deze onderftelling, welke in den tesenwoordigen toeftand van zaaken maar al te ge< grondkanzyn, niet zoo ligt mooglyk byeenegrond\ wettige herftelling, als welke anderszins haar voor\ naam doelwit zoude misfen. Ten anderen, zoo de. s ze onderftelling al konde plaats hebben by de grond- I wettige herftelling, zoude het of de fchuld van het j Volk zyn, dat geen waardiger Regenten had wee: ten te verkiezen, of wel een gebrek van de Bur- II gerlyke Maatfchappy zelve, welke geen beter voor- wer-  Verzameling van Stukken betrekkelyk tot werpen opleverde» Eindelyk, zoo ooit eene Regeering, welke zich al eens yergrypen mogt, ge* makkelyk geduld, geëerbiedigd en gehoorzaamd kan worden, zal het gewisfelyk die zyn, waar van alle de Leden hunne aanftelling te danken hebben aan de vrye benoeming des Volks, dat geen beter; keuze heeft kunnen of weeten te doen. Regenten, door het Volk aangefteld, zyn eigenlyk niec dan eene andere foort van Burger-Gecommitteerden, Gevolmachtigden der Burgery, GemeensrjjaQoen, ter beftuuring der hoogere Regeeringszaaken. Eq waarorn zou men in hen dan niec even hec zelfde vertrouwen ftellen, het geen men gereedelyk ftellen wil in een ander foort van BurgerGecommitteerden s? Het is immers natuurlyk, dac die Regenten altoos zuilen yveren voor de belangen en den welvaart van die genen, aan wien zy huüne aanftelling te danken hebben, en van wien hunneeere, hunne verdere bevordering afhangt. Aan de daadelyke oeffening van het hun opgedraagen gezag paaien te willen ftellen, is hen te betooven van die vryheid, welke de ziel is van grootfche en Vaderlandfcne denkbeelden; hen andere belangen te geeven dan die des Volks; en die eenftemmigheid en geregeldheid te verbreeken, welke de ftaac van gezonuheid is voor een Staatkundig lighaam. §. 8. Rechten van het Folk, betrekkelyk ds Requesten. Het is zeker, dat, om op eene gelukkige grond*" wettige herftelling te hoopen, het recht om de Volksftem door middel van Requesten, te doen hooren, thands meer ukgeftrektheid en gewichc moet hebben, dan noodig zoude zyn, wanneer de Regenten door het Volk wierden aangefteld. En dit is de waare oplosfing van het gewichtig en teder verfchü, 'c welk uit de jongfte onlusten gebooren is.  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 2at s Js. Het recht van Requesten aan te bieden, is ge3. grond op de Conftitutie; — ja, het is aan de ichen- 3 ding van dat Recht; dat de Republyk haar beftaan 4 grootelyks te danken heeft. De Hertoginne van i] Parma, het Request, 't welk haar werd aangebooJ den , verwerpende, onder voorwendzel das het 1 voortkwam uit een zaamgerotten hoop van uitfchot 3 des Volks, octftak, door eene zoo verfmaadende 4 weigering, dat edel misnoegen, welke het beftaan i aan verfcheiden verbintenisfen gaf, die de grondj flagen geworden zyn der Republikeinfche Vryheid. 1 Die recht van Requesten is tot heden toe, zelfs » met betrekking tot de algemeene Regceringszaaken, ] zoo geheiligd gebleeven, dat, ondanks alle zwaaN righeden, waar aan het ondernevig is , en in weer9] wil der misbruiken, die 'er uitkunnen voortfprui1 ten, men hec zelve onder geen verband heeftdurven 1 brengen, noch 'er paaien aan ftellen. Het is de eeI nige Conftitutioneele invloed, die men tot nog toe, 3 en met reden, aan hec Volk van Nederland niec I heeft durven betwisten. De Regeering thands in y de mooglykheid zynde, om te kunnen hebben, en 3 ook dikwils in de daad gehad hebbende, inzichten I en belangen, geheel verfchillende van die des Volks , & zoo is het zeer goed, nuttig, ja ! noodig zelfs, dac 8 hec Volk zich doe zien, en, door kloekmoedige, I ja des noods eisfehende vertoogen, zynen invloed i oeffene op de publyke deliberatien. Requesten te § willen verbieden, om dat 'er misbruik van gemaakc I kan worden; die binnen enge paaien te willen be. I fluiten; is meer, dan onze Voorzaaten immer hebI ben durven onderneemen; is eene daadelykeinbreuk I op het eenigfte middel, dac hec Volk nog is over- gebleeven om zyne Item te doen hooren; is eene berooving van het eenigsc evenwicht, dat het Volk aan de Ariftocratie der Regenten kan tegenoverftellen: 'c is zelf een fchending der duidelykfte grondbeginzelen van de wet der billykheid. Hoe! om in de Regeering te komen, om over de gewichtig. Re en aangeleegeafte belangen van den Scaac te raadplee-  322 Verzameling van Stukken bttrekkeiyk tot pleegen en te befluiten, worden, over 't algemeen » de zedelyke hoedaanigheden, en kundigheden, de deugden, de verdiensten niet ia aanmerking genoomen; men vorderd in veele plaatfen geene andere bevoegdheid, dan tot de Familie van een Regent te behooren, of 'er onder aangenoomen te zyn! En in hen, welke door hunne onderteekening een Request aanzien en kracht zouden willen byzetten, zou men alle deze hoedaanigheden willen vorderen? De onbepaalde vryheid in het teekenen der Requesten brengt ongetwyffeld groote zwaarigheden mede: maar zyn de Conventien en de gebruiken, door welke de Regenten op den Stoel der eere geraaken, niet aan nog veel grooter zwaarigheden onderhevig? Dat de Regenten zoo wel voor zich zeiven als voor anderen rechtvaardig zyD! Willen zy paaien Rellen aan het teekenen van Requesten, dat zy zich dan ook gelyktydig onderwerpen aan die voorfchriften, welke de vereischte bekwaamheden bepaalen, welke zy moeten bezitten, willen zy Regenten wezen! Het een kan niet beftaan, zonder het ander. En wat is redelyker, wat rechtmaatiger, dan dit? Welke vereischcen men ook van een Request, dat aanneemlyk zal zyn, moge vorderen, zoo dra dezelven niet van eene tastbaare klaarblyklykheidzyn, en alleen de hoedaanigheden, de bekwaamheden en de kunde der onderteekenaaren betreffen; de vastftelling dier kentekenen fleept altoos zulke groote moeilykheden met zich , en is aan zulke willekeurige uitleggingen onderhevig, dat men in zulk eene vastftelling voiftrekt niet kan toeftemmen. Want wie zullen de rechters wezen over deze kentekenen van bevoegdheid? De Regenten in deze zaak zelve Party zynde, hoe kunnen zy danonzydigefcheidslieden zyn? En, wanneer zy dezen of dien van de teekeniDg van een Request, zouden willen uitfluiten, onder voorwendzel van verleid en medege» fleept te zyn, van verdachte oogmerken te hebben » of niet kundig genoeg te wezen; hoe moei- lyk;  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 2.3 Ijk zou het dan vallen, om het tegendeel te bewy« zen! Men kan dua geene andere bevoegdheden, om een Request te mogen onderteekenan, vastftellen, dan die van een behoorlyken ouderdom, gegoedheid , geboorteplaats, oudheid van burgerrecht, en als Schurters te zyn aangenoomen; en zelf deze vereischcen kunnen niet wel plaats grypen, dan in geval eener Grondwettige Herftelling, dat is te zeggen, in de best mooglyke van alle Regeeringsformen, eene Democratie by Reprefentatie. Zy, die zekere vereischte hoedaanigheden in de onderceekenaars vorderen, begeeren ook niet, zelfs één eenig Burger, het teekenen van Requesten te omzeggen: Maar, zeggen zy, indien eenig Request tegen een of meerder opgegeeven vereischten aanloopt, dat dan de Regeering, mei volle recht, zich kan, ja! moet onttrekken aan de verplichting, die anderzins op haar ligt, om de verzoeken haarer Burgers gehoor te geeven. Maar, wanneer men al de Regeering vry ftelde, om de Requesten al of niet in te willigen, zullen zy dan aan minder zwaarigheden onderhevig zyn? Laat ons eens ftellen, dat, (in eene Stad als Leyden, by voorbeeld,) in plaats van 571 teekenaars, eens vyf duizend geweest waren, en men dus dat Request voor een volftrekte Volkflem had moeten houden, zou dan de Regeering even vry gebleeven zyn, in haare deliberatien over dat Stuk? Derhalven, wanneer men de volkomene vryheid der Requesten erkent, welke men ook in der daad niet kan beperken, zonder inbreuk op de tegenwoordige Conftitutie te maaken; het gevaar voor de Regeering blyfc echter altoos hec zelfde. En het is aan dit gevaar, dat men die on- felukkige dwangmiddelen, omtrent de refpective Legeering, in de jaaren 1617, 1672, 1748, enz. gebruikt, heeft toe te fchryven. Te vergeefsch beweert men, dat zulk eene geweldige wyze van procedeeren onwettig zynde, mitsdien geen voorbeeld kan zyn, dat iu dezen gelden mag: want, dit is een  a het Volk zelf de macht niet heeft, om haar gewa- 4 penderhand te verdeedigen. Elke kleine Staat, (zegt! de vermaarde Marfchalk van Saxen») waar elk Bur~. ger niet gefchikt is ter verdeediging van zyn Vader* * land, weet ook zyne onafhanglykheid niet te bewaa* > ren. Wy bezitten het goud, zoo benydenswaardig in de oogen van andere Volken i Maar hoe zullen 1 wy r|<  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 227 wy het bewaaren, indien wy het ftaal niet zoo góed als zy weeten te gebruiken ? Wy haaien bezwaarlyk adem onder het gewicht der belastingen i die den naaryver verflikken! Op welke eene wyze zal het Volk verligt, en de nyverheid worden aangemoedigd, zoo men niet zoodaanige nieuwe fchikkingen invóere, welke het onderhouden van talryke Legers nutteloos kunnen maaken ? Onze zeden ontaarten en worden bedorven! Welk een edel hulpmiddel derhal ven, ter herkryging van die kracht en werkzaamheid, welken een vry Volk moeten kenmerken, vind men in de beoefening der wapenen, die, het lighaam verhardende, tevens den geest veredelt $ Men fpöt thands met de heiligft© verbintenisfen. De plechtigfte overeenkomften, zegt men, veranderen met de omftandigheden % en het ftaat aan de fterkften vry, óm daar mede huö Voordeel te doen. Wel nu! laaten we ons bevly» tigen, dat wy dan de fterkften worden, teü mins* ten in ons eigen Land'. Vermits het Militaire wezen der nabuürigé Vol» keren van dag tot dag geduchter word voor ónzé Repüblyk, en zy buiten ftaat isj om eene geövenredigde macht van den zelfden aart daar tegen oveC te ftellen, wat hulpmiddel blyft 'er dan anders o. ver, om een evenwicht, in dit opzicht, uit te werken, dan de wapening van het geheele Volki Alle verbintenisfen met vreemde Mogendheden, (wy zyn nög onlangs weder in 't geval geweest, om *er de droevige Ondervinding van te hebben,) zyn ge° vaarlyke hulpmiddelen, wanneer wy buiten ftaac zyn, om door wederkeerige hulp daar aan gewichc by te zetten, en ze te doen eerbiedigen, dooronè selven geducht te maaken. Welk ander hulpmiddel blyft 'er over, om ons zei ven van de nood* zaaklykheid te ontheffen, om elk oogenblik, is* gen dank, in verderflyke Oorlogen met Vreemden te worden ingewikkeld, dan het uitmuntend voorbeeld der Zwitfers na te volgen? Dezen zyn rast alle Mogendheden verhonden, zonder met eenderP 2 «el-  828 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot zei ver immer kryg te voeren. Kunnen wy al niet. gelyk zy, Soldaaten aankweeken , om'er koophandel mede te dry ven ; wy kunDen ten minsten, op eene met demenschlykheid meer ftrookende wyze» de Mogendheden aan ons verbinden , door de gua. rantie der Staaten te doen gelderj in de Geldnegotiatien , die zy in deze LandeD zouden willen doen. —— Wy kunnen hen naarvolgen in een ander purjt. 'Er is geen Land in de weereld, 't welk, met eene goede inrichting van het Krygswezen, zoo veele natuurlyke voordeden bezit, als het onze, om zich te verdeedigen, zelfs tegen eene overmacht van vyanden. Dit is eene waarheid, bevestigd door onzen vermaarden Coehoorn, met welken de Graaf de Maillebois , en andere der beroemdfte Generaals ten vollen overeenftemmen. Het Land is overal zoodaanig doorfneden met rivieren, zeeboezems, meiren, moerasfen en kacaalen; wy kunnen zoo gemaklyk eenen vyandlyken inval beletten, of een ingedrongen vyand den hertocht affnyden, doormiddel der inundatien; onze Voorvaders hebben, met zooveel beleid als geluk, ons in het bezit gefteld van zulke plaatfen, welken door de Natuur zelve als gevormd zyn, om tot eene byna onverwinnelyke tegenweer te dienen, dat, op verfcheidene Plaatfen, een handvol Volks geheele Legers kan tegenhouden. Ziet daar de fterkfte dyken, om eenen vyande-" lyken ftortvloed gemakkelyk te weeren. Het is de grond, die hen gevoed heeft; het is het dak, waar onder zy gebooren zyn; het is het graf bunner Vaderen; het is de wieg hunner Kinderen; het is het bedde hunner Vrouwen, en de eer hunner Dochteren, waar voor zy zich in de bresfe ftellen. Ziet daar de gevoeligfte, de krachtigfte dryfveeren. Ten allen tyden, ter aller plaatfen, hebben dezen de zagtaartigfte menfchen in leeuwen herfchapen. Op hec eerfte vooruitzicht van eenen inval der Kei.  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 229 Keizetlyke Troepen , hebben de refpective Staaten van het Bondgenootschap de noodzaakelykheid van de Burger-wapening begreepen. Door geheel de Republyk hebben zy de Ingezetenen tot de Krygsoefeningen aangemoedigd. Maar het is ongetwyffeld uit hoofde van de moeijelykheid , om een algemeen plan te beraamen, en uit hoofde dat men op verfcheidene plaatfen, inzonderheid ten platten Lande, lieden heefc aangetroffen, die van dit uitfteekend blyk van vertrouwen een verkeerd gebruik zouden hebben kunnen maaken, dac men uit den NationaaUn yver eer wapen-oefFeninge niec al dat voordeel heeft weeCen Ce trekken, 't welk dezelve zoo fchoon aan de hand geeven. Zoude het, ter wegneeming van deze twee zwaarigheden, niec raadzaam zyn, de wapenen alleenlyk toe te vertrouwen aan dezulken, die plechtig toetraaden toe de grondbeginfelen, by de Genootfchappen van Wapenhandel aangenoomen? En bovendien, ten einde een algemeen en eenftemmig Plan van Wapening te beraamen, zoude het mooglyk thands degefchikte tyd zyn, om gezamentlyk omtrent de na. volgende grondbeginfelen overeen te komen. Dat overal alle de gewapende Corpfen, welke zich voor eene Grondwettige Herjlelling verklaard hebben, in drie Klasfen zouden verdeeld zyn, welken door het lot moeten onderscheiden worden in de Eerfte, de Tweede en de Derde. Eene van deze Klasfen zou altoos gereed moeten zyn, om uit te trekken, werwaards het belang des Vaderlands, en de zaak der Vryheid, zulks mogte vereisfehen. Deze fchikking, aan welke Amerika zyne onafhankelykheid verfchuldigd is, zou des te gemaklyker kunnen gemaakt worden, wanneer men bepaalde, dat men nooit meer dan eene derde gedeelte teffens op deze woyze zoude employeeren: Echter zoo, dat zy, welke door hunne bezigheden verhinderd mogten worden, om aan hunne beftemming te kunnen voldoen, als dan anderen in hunne plaats zouden kwt.nen ftellen } en dat ook eene zekere fomme gelds, of foldy, betaald wierd aan P 3 de'  a^CV Verzameling van Stukken betrekkelyk tot ênulktn3 welken niet op hun eigen honen zouden feufU 5» uittrekken, " £□ welk middel zon gefcbikter zyn, ter aanmoediging van eene inrichting, zoo overeenkornftig raat de grondbeginzels van de Unie van Utrecht, es zoo eigenaarrfg gefchikf, om den Staat de natunrTyfe en minst kostbaare wyze van verdeediging te bezorgen, dan zoodaanig eene hervorming, waar door allen die genen, welken eenigen invloed op den Staat zouden verlangen te hebben, van zelve verplicht zouden zyn, om zich in eene der gewapsrce Bjrger-Corpfen te moeten begeeven. Te rneer5 zoo men de benoemingen, aan het Volk beboerende, aan de gewapende Schutteryen opdroeg, en deze wederom niemand tot Regent mogcen voorRellen, dan die, een zekeren bepaalden tyd, aan ce plichten der Burgerlyke wapenoeffening voldaan had-. Zouden de aanzienlykften der Natie zich dan niet beyveren, om op deze Militaire Volks-lyst të eerden ingefchreeven? Is het wel te veronderftellen, dat de bloem des Nederlandfchen Volks, gewoon san den Wapenhandel, zich ongeftrafc van zyne bezittingen en ichatten zou laaten berooven? Is het zelfs wel te denken, dat men als dan immer met voorwaarden zou hebben durven te voorfchyn kómen, welke zoo beleedigende zyn, als die ons door. Engeland en den Keizer, de een naden ander, zyn vcorgefchreeven? Sommigen beweeren, dat de Ingezetenen van een Land, waar in het gantfche Volk dus als het TT2re Soldaat is, onrustig, woelziek en gevaarlyk zyn souden. Niets is valfcher, dan dit. Welke leden van misnoegen zouden vrye en gelukkige menfchen doch kunnen hebben?- Alle de Ingezetenen weeten, dat hun gemeen belang vorderc, een gemaatigd, waakzaam en verftandig beftuur te hendhaaven» Zy zyn niet ongevoelig aan de zorg, d;e njen aanwend, om hunne lasten te verlichten. Dat een Dwingeland, die zyne Onderdaanen onder hec  di Gebeurtenis/en .'«1787 enz. voorgevallen. 231 liet juk van ellende en verdrukking laat zuchten, voor eenen opftand beeve! Regenten, die zich eenialvk beyverden ter bevordering van de rust en het welzyn des Volks, hebben niets dergelyks te vreezen. Zou het ten platten Lande zyn, alwaar overvloed en vryheid zouden heerfchen; zou het ïn de Steden zyn, alwaar de eer, de: nyverheid en de bezittingen door de wetten befchermd zouden worden; zou het daar zyn, dat nmit^eke geesten vich eenen aanhang zouden kunnen maaken i in geenen deele: «00 het Ryk der Rechtvaardigheid Sfet beftendig zy, is 'er niets beftendigs op aarde. En wanneer men al eens wilde beweeren, dat de enkele grilligheid des Volks beroertens zoude kunSn verwekten, zoude men echter moeten erkenïS.Hrdit kwaad minst van allen te vreezen, is in eenen Staat, alwaar de Regeering en het Volk byna een en het zelfde lighaam uitmaakt. Welke reden zou het Volk toch ooit kunnen hebben , om zich geweldaadig te verzetten tegen Beftuurders, Se hegt werk zyner handen zyn ? Eene ^daanige onderftelling is ongerymd en tegenftrydig. Integendeel is een Volk, dat zyne waarde en rechten kent, dan eerst geducht en gevaarlyk, wanneer dfoverheerfching en onderdrukking, waar toe alle Ariftocratie natuurlyk ftrekt, een hoogen trap be. reikt. De ondervinding van vroegere en laatere tyden ftraft deze waarheid ten vollen. §. 10. Noodzaaklykheid eentr Grondwettige Betftélling, ter verbetering der Zeden en vermeerdering der Nyverheid. Men bedriegt zich, wanneer menzich verbeeld, dat de Grondwettige Herftelling niets meer zoude uitwerken dan den Staat eene nieuwe fterkte by te «teen, door eenen Volks-invloed op de aanftel-  $5 % ViX%omUng van Stukken betrekkelyk tot lieg der Regenten ia te voeren! Het beftek war» nog onvolmaakt, indien het niet ten fterkften en eigenaartig gefchikt ware ter verbetering der Zeden, en ter opwakkering der oude nationaale nyverheid, De ondervinding ftaafc, dat het Volk de beste beoirdeeler der verdienften is, en dat het, om de waardigften tot zyne .Regenten te verkiezen, een byzonder keurig gevoel bezit. Worden niet de verdienften best aangemoedigd, wanneer, zoq vqel de menschlyke zwakheden gedoogen, de bedieningen, de eerambten, de waardighepen, alleen opgedraagen worden aan dezulken, die waardig gekeurd worden dezelve te bezitten? De deugd alleen den weg ter eere zynde, zal dan de sasryver, om insgelyks geëerd te worden, niet de Rerkfte fpoorflag wezen, om in deugdzaamheid toe te neemen ? Wat zullen de aanzienlykften in den Lande, wanneer het hen gebeurd, dat zy alleen om hunne verdienften verkooren worden, niet in luister toeneemen, daar die verkiezing dan een zeker kenteeken is, dat zy in alles, zoo perfoonlyke als toevallige voorrechten, boven hunne MedeBurgeren uitmunten. Zullen dan niet noodwendig, altoos de deugden, naar evenredigheid der eert zucht, vermeerderen? De menfchen zyn altoos op achting en onderfcheiding gefteld. Geboorte, listen en gunst zouden derhalven, in dit geval, niet toereikende zyn; en hoe oneindig veel zouden de zeden, in zulkeomftandigheden, moeten win. Ben ? . Maar hoe zou de Nationaale welvaart, vraagt men, hier door bevorderd worden? — Id welk een beklaagtyken toeftand bevinden we ons, ten dezen opzichte!. De Voorftanders van het Keizerlyke fysthéma ter opening van de Schelde hebben ter nunrer verdeediging bygebracht, het geheel verval der voorheen zoo bloeijende Koopsteden van Vlaanderen en Braband! Kuonen wy niet insgelyks verzekeren, dac een niet minder gevoelig ea vesfchriklyker verval daadelyk de voornaamfte Ste-  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz* voargevallen. 233 Steden onzer Republyk ter nederdrukt? Leyden; weleer zoo volkryk, zoo vermaard wegens zyne) ManufatTuuren en Koophandel, word een geraamte gelyk; de huizen, ja geheele Rraaten zyn derwyze in verval, by gebrek van bewooners, dat, zoo men geen krachtdaadig middel hier tegen in 'c werk fteld, het zeer waarfchynlyk is, dat eene Stad, van zulk eene uitgeftrektheid en aanbelang, binnen weinig jaaren onvermogend zal zyn ter onderhouding van haare kaaijen en bruggen 1 De Dorpen om haar heen gelegen, voor dezen opgevuld met Fabrikeurs en Manufaöuriers, zyn byna geheel verdweenen. Heeft het weleer welvaarende Haarlem niet een dergelyk lot ondergaan? Een aanmerkelyk deel dier Stad is, door de ontvolking in tuinen verkeerd! Men hoort niet meer fpreeken van Koopvaardyvlooten, die voor dezen door de Steden Hoorn en Enkhuizen alleen in zee gezonden werden! Delft, van ouds zoo zeer vermaard, zoo ryk door zyne Plateelbakkeryen, Brouweryen en Weeveryen; Alkmaar, Saandam en andere Plaatfen, zoo in Noord- als Zuid-Holland, zyn federt eene halve eeuw, op eene doodlyke wyze, uitgeteerd ! Elke dag neemt 'er de volkrykheid en de nyverheid af: en deze vermindering van welvaart is voor ons veel geduchter, veel fchroomlyker, dan het verval, waar over onze Nabuuren, Vlaanderen en Braband, zich beklaagen; om dat de vruchtbaarheid van hunnen grond altoos een 'gewis onderhoud aan hunne bewooners oplevert; daar integendeel onze Steden, grootendeels onderhouden door de ny verheid en de Renteniers, flegts een ontleend fonds tot beftaan hebben, 't welk niet nalaat, van tyd tot tyd, ongevoelig af te neemen. *c Is dan van de uiterfte aangelegenheid, een hulpmiddel tegen dit kwaad op te fpooren in een Land , het welk, buiten dit kunstbeftaan, misfchien niec het honderdfte gedeelce zyner Inwooneren voeden kan. Verfcheiden Letterkundige en Vaderlandfche Ga. P S noot-  334 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot aootfehappen hebben dit herfiel airéde ten onderï werp hunner overweegingen gemaakt. Men heeft eerepryzen uitgeloofd aan hen, die in dezen, dé beste middelen ter verbetering zouden aan de hand geeven. Maar zoo lang men de Staatkundige ontwerpen niet met de huishoudkunde vereenigd; zoo lang de eene niet gegrond word op de andere, ea de herftelling der ManufaÖuuren, de herleeving der ny verheid niet gezogt word in eene Grondwettige Herftelling onzer Republyk; zoo lang zullen foortgelyke ontwerpen de gewenschte uitwerking misfen, gelyk de ondervinding leert, datze die tot nog toe gemist hebben. Men moet de nyverheid niet flechts aanmoedigen door eerepryzen, die alleenlyk een rat voorbygaand hulpmiddel opleveren, en niet meer dan eene kortftondige pooging opwekken; maar door zoodaanig eene inrichting van zaaken vast te ftellen, volgens welken die genen, die by uitftekendheid in hun beroep uitmunten, verzekerd zyn van eene geëvenrëdigde belooning; en allen die genen, welken gewichtige diensten aan den Staat bewezen hebben, pp de bevordering tot eerambten kunnen ftaat maaken. De nyverheid worde inzonderheid verflikt' door het drukkende gewicht der belastingen, die den handwerksman verpletteren. Ea welk ander hulpmiddel blyfe'er overig, om eene betere oeco. riomie, eene geldverfpilling enuitgaaven, en hier door, als een heuchelyk en natuurlyk gevolg van dien, van zelve eene verlichting van belastingen te weeg te brengen, dan zulk eene hervorming, welke braave en bekwaame Mannen het roer van Staat in handen fielt; Mannen, die genoeg beleid, kloekmoedigheid en eerlykheid bezitten, om de Natie te houden buiten die verderffelyke Oorloogen, die een fchuld op haar gehoopt hebben, waar onder ?y gekromd gaat? Als dan wordt de Regeering, door. eeneonwederftandelykeaandryving, gedrongen, om alle krachten in te fpannen, ter befcherming en aanmoediging der onderfcheidene bronnen van den alge-  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 235 i gemeenen welvaart. Als dan neemt de Hooge Regeering het welzyn des ganfchen Volks ernftig ter i harte. De Uitrustingen, de Convooyen worded dan niet opgehouden; de Land- en Zeemacht niet werkeloos gelaaten; de bezittingen van den Burger niet aan roof en plundering blootgefteld. Alles, wat kas medewerken ter invoering of in ftandhou- i ding van eenig nuttig ontwerp voor de Nationaale nyverheid, wordt dan begnnftigd. Verzuimen, misdagen, vcrraaderyen kunnen dan niet meer on- ; opgemerkt , ongeftrafc blyven. De Steden , die thands het beklaagelyk fchouwfpel van ontvolking en verval vertoonen, zullen dan wel haast de heuchelyke uicwerkfelen van dezegefteltenis van zaakeoi ondervinden. Zoo 'er al takken van buitenlandfchen Koophandel zyn, welken wy by gene mooglykheid kunnen herwinnen, om dat wy ten dezen opzichten geduchte mededingers in andere Volkeren gekreegen hebben, is het ten minften niet eene bewezene zaak, dat Leyden, Haarlem én veele andere plaatfen niet meer behoeven, dan het énkel vertier hunner Producten binnen 's Lands en in de Coloniën , Om zich uit haaren vervallenen Raat weder op te heffen? Zoo dra eene aanzienlyke geboorte niec genoegzaam was, om op het kusfen te geraaken, maar dat een door verdiensten verkreegen Academifche graad de jonge lieden gerechtigde, om naar eerambten te dingen, hoe zeer zouden als dan onze Hooge Schooien niet bloeijen , die thands dagelyks meer en meer vervallen ? — Wie zal dan , na een zoo overtuigend betoog, als waar voor deze foorc van redeneering vatbaar is, niet geredelyk erkenDen , dac de Grondwettige Herftelling waarlyk ftrekt, om het Land te doen bloeijen; dat alle de Ingezetenen hoogelyk belang hebben om tot dezelve toé te treeden; en dat niemand anders een vyand van de herftelling zyn kan, dan heerschznchtige Ariftocraaten, die hunne byzondere inzichten niec kunnen bereiken, dan door middel van Familie ca- baa-  23$ Verzameling van Stukken betrekkelyk tot baaien, of wel laaghartige Hovelingen, die hunnen rol niet kunnen fpeeien, dan onder het masker van eene foort van Alleenheerfcher. § U. Gevolgtrekkingen uit het bovenflaande, als Groncflagen der Hervorming, en jutste bepaaling van ieders rechten. Onderzoek doende naar de gefchiktfte middelen» ter voorkoming zoo wel van zedelyke als Staatkunkige gebreeken, die den Staat den ondergang bedreigen, is 'er derhalven geen eenvoudiger en teffens krachtdaadiger middel hier toe uit te denken, dan de wederinvoering van den wettigen Volks-invloed op de aanftelling van zyne Regenten. Daar 'er nu aan de eene zyde geen verfchil is over de uiterRe noodzaaklykheid der wederinvoering van zulk eenen invloed, is het aan den anderen kant ook hoogstnoodig. omtrent de daadelyke uitoeffening van dien voorzichtige en goede befchikkingen te maaken; .— deels op dat de boven aangewezen voordeden, uic dim invloed te verwachten, waarlyk verkree.ger; —- en anderdeels, aile nadeelige kuiperyen en verdere misbruiken, toe welke die invloed kwalyk ingericht: zynde, aanleiding zou kunnen geeven, vermyd mogen worden. Na «tlle de aangevoerde redenen, uit het algemeen welzyn der gezamenlyke Ingezetenen, en het behoud van den geheelen Staat afgeleid, eD ten einde niemird zich tegen deze Grondwettige Herftelling zou kunnen verzetten, onder voorwendzel van onkurdig van derzelver oogmerken en gevolgen te zyn, hebben wy dienftig geoirdeeld, aan deze Vergaderirg oe volgende Artikelen voor te ftellen, en in deliberatien te geeven, om, ware het mooglyk ter naastvolgende Vergadering daaromtrent finaal te re-  de ■Gebeurtenis/en in 1787 enz, voergev&Uen. 237 tefolveeren; kunnende deze Artykelen als punten van Verèeniging, en eene juiste bepaaling van elks , Rechten worden aangemerkt.*' 1. „ De Vryheid is een onvervreemdbaar recht, aan w alle de Burgers van Nederlands Bondgenootfchap toebehoorende. Geene macht op aarde, en zoo „ veel te minder eene ontleende [gedemandeerde „ of reprefentative] macht, kan hen betwisten of „ beletten, van die Vryheid gebruik te maakeü» „ wanneer zy zulks begeeren." „ De Vryheid zou eene bedrieglykefchaduw, eea, ne ydele klank wezen , en Nederlands Inge. „ zetenen zouden gelyk zyn aan de Volken, die „ den willekeurigften Scepter eerbiedigen, indien zy 9, niet beftond in het recht, om geregeerd te wor„ den, volgens die wetten, waar aan de Burgers zeiven hunne toeftemming gegeeven hebben, 'tzy „ in eigene Perfoon of door hunne Vercegenwoor„ digers." III. „ Deze Vertegenwoordigers (ten einde niet in de „ verzoeking te vallen, om misbruik- van hunne „ macht te maaken, maar bellend^ het vertrouwen ,, des Volks te behouden,) moeten niec afhanglyk ,, zyn van hen, welken zy vertegenwoordiger; cn „ hunne aanftelling door het Volk volgens een „ vast en geregeld Plan, is het gefchikfte middel, ,, om deze onafhanglykheid voor ce komen." IV. „ De herkryging van dit dierbaar recht moet hier 1, in beftaan, dac het Volk, zoo al niet de jaar. M lyksch  238 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot „ lyksch afgaande Burgemeesteren, Schepenen en „ permanente Raaden onmiddelyk aanftellen, ten ,, minften die eerfte benoeming maake, waar uit de geheele Raad als dan dedaadelyke verkiezing doe; „ aangezien de Regeerings-Collegien, anderzins, „ eene Ariftocratie uitmaaken , die ten opzich„ te van haare Leden willekeurig, ten opzichte „ des Volks onderdrukkend, en, uit hoofde dac hunne belangen van die des Volks onderfcheiden „ zyn, aan hun gezag dien vereischten klem niet „ kunnen byzetten, de welvaart des Lands niet met dien nadruk kunnen behartigen, die mea na„ tuutlyk te wachten heeft by eene heilzaame eens„ gezindheid en famenftemming tusfchen het VolÈ „ en zyne Vertegenwoordigers;" V. Hoewel de wezenlyke Soevereiniteit by het „ Volk berust, zoo zal echter, aangezien de on« „ derVinding geleerd heeft, dat het Volk de pu,, blyke zaaken niet in eigen perfoon kan beftuu, ren , zonder dat daar uit dé gevaarlykfte mis- bruiken voortvioeijen , het Regeerings-beftuur S, onherroepelyk gelaaten worden aan de oDder" !, fcheidene Collegien en Departementen van Staat. !, Dan, daar het Volk geen afftand kan doen van 3 hét recht, om zyn invloed op de Regeerihg te " oefiènen, en dezelve voor te lichten door Me« 3, morien, Addresfen en Requesten; daar dit be3, langlyk recht niet van wezenlyk nut kan zyn, dan *, wanneer het Volk behoorlyk verlicht en kundig S, is; en het Volk niet verlicht en onderricht kan worden, dan wanneer men vryelyk mag fpreeken \\ en fchryven, zoo zal dit recht van vry fpreeken „ en fchryven onfchendbaar gehandhaafd worden, 3, als een der voornaamfte grondflagen onzer vrye Conftitutie, dienimmer beperkt, maar waar van 9, het daadelyk misbruik telkens langs den weg van M ordinaire Juititie gecoxrigeerd kan worden." ^  de Gebeurtenis/en in 1787 enz, voorgevallen, 239 VL ,, Op alle plaatfen, alwaar de meerderheid dei ,, Regenten deze Conftitutioneelé Herftelling be* „ gunftigt, zal het aanblyven der zulken, die wer- kelyk op het kusfen zitten, niet afhangen van de „ willekeur des Volks; en, hoedaanig hunne politie„ ke gevoelens ook mogen geweest zyn, of nog „ zyn, zullen zy hunne waardigheden blyven be„ houden; ten zy in het geval, dat zy een Ambc „ mogten bekleeden, regelrecht ftrydig tegen den „ uitdrukkelyken inhoud eener Ordonnantie, of wel twee Ambten teffens, die uit hunnen aart niec „ door een en dezelfde perfoon bekleed kunnen ,, worden." VII. „ In het geval, dat de Regeering de hand wilde „ leenen en haare Hem geeven aan het heilzaam ont„ werp waar by aan het Volk de benoeming zyner „ Vertegenwoordigers zal worden toegekend, zal „ het Volk verplicht zyn te berusten in hen, die hec „ zal verkooren hebben; en een volkomen ver„ trouwen in hen te ftellen, in het beftuuren der „ Regeeringszaaken. Het Volk, als dan alleen aan „ zich zelve moetende wy ten, indien hec geene goe« „ de keuze gedaan moge hebben, en bovendien by nieuwe aanftellingen ter vervulling van open 9, plaatfen zoo der Raaden als der jaarlyks afgaande „ Burgemeesters, zoo een fout ongevoelig en zoo(, der opfchudding kunnende verbeteren." VIII. „ Ter bekoming van vrye ECrygsraaden zullen al4, le de Officieren der Scbutceryen eeniglyk door de „ Schutters van hun Corps verkooren worden, zoo„ daanigdat deonderboonge Schutters altoos eenen „ billyken en nuttigen invloed op hunne Officieren „ behouden; enopzulkepiaatfen, uaar het gebruik  84© Verzameling van Stukken betrekkelyk tot ,, of de Reglementen diê bosten aan de Regeeriflgsi Leden ontzeggen, zal men deze heilzaame fchik^ >, king zorgvuldig handhaaven." IX. Ten einde de voornaamfte Burgers aan te moe-" 3j digen, om zich in de gewapende Burger-Corpfen „ te begeeven, en om den Candidaaten, ter Regeering gefchikt, gelegenheid te bezorgen, hunne Burgers meer van naby te leeren kennen, zal s, niemand tot eenige bediening in de Regeering verheven worden, die niet een zekeren bepaalden „ tyd aan de Militaire Exercitiën en een Burger» ,, Corps of Schutterye heeft deel genoomen." X. ,, Men zal, ter verzekering van het aanzien der s, Regenten, en om het Volk een waarborg te ver« fchaffen wegens derzelver eerlykheid in het be„ ftuur der geldmiddelen, Burger-Gecommitteers, den aanftellen, welker voornaamfte post zal zyn een waakend oog te houden op de handhaaving „ der Rechten en Privilegiën; om orde te ftellen „ in 't ftuk der Nominatien ; om uit naam der Bur„ gery Requesten te prefenteeren» en inzonderheid it om, op vast geftelde tyden, onderzoek te doen iy naar het beftuur der geldmiddelen, het zy door s, het nazien der rekeningen, het zy door het voor„ ftellen van ontwerpen van bezuiniging; als mede, „ om met de Regeering te raadpleegen, wanneer „ *er eene nieuwe belasting ingevoerd moest wor,, den, of wanneer men eenige aankoop wilde s, doen, of een of ander Etablisfement oprichten „ op kosten van het algemeen, of wel eene of an» „ dere van deszelfs bezittingen wilde verpanden, 9, vervreemden of verkoopen,"  ds Gebeurtenis/en in 1787 enu mrgevaJUn, 241 XI. j, Ter betér beftuuring der Geldmiddelen aal 4ei? L, jaarlyks in iedere plaats, in deze Provincie, als i|„ ook van de Generaliteit» Kasfe, behooorlyke Lu rekening en verantwoording van ontfangst en ukL gaaf gedaan worden; op zoodaanige wyze, alt L dan te beraamen, dat het publyk Crediet daar n by niet kome te lyden." XII. ,, De Burger«Gecommitteerdens, of wel eên» ,» andere byzondere Commisfie, naar dac meö zulks. „ best zal oirdeelen, overeenkomftig de byzonde. „ re inrichting van iedere plaats, zullen gemachtigd „ worden ter onderzoek van alles, wat de belangen, ,, de onderhouding en de aanmoediging van den „ Koophandel en de Manufaöuuren betreft; insge,, lyks het recht hebbende, en verplicht zullende ,, zyn, om alle de oncwerpen hier toe betreklyk» L te onderzoeken, die voor te ftellen en te onder- [ f, fteunen by de Regeering, ingevalle zulks noodig i „ zal bevonden worden." Kilt. ,, *t Zal ook goed, nuttig en heilzaam zyn, dac Ik alle de Leden van zoodaanig een Coliegie van IL, Burgers-Gecommitteerden niet op eenmaal veran- L, deren, maar dat ter invoering en onderhouding I van een geest van orde, zoo wel als van de nood, ,„ v/endige kundigheden, zy gedeeltelyk, het zy L, met een vierde, een derde, of de helft, s jaar-. ,„ lyks zullen afgaan, volgens de gelegenheden van 'l,> tyden en plaatfen." XIV. I En daar de Republyk zekerlyk «eer groot? U Dbei., q n *°«.  242 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot kosten te maaken heeft, zoo in het onderhoud i, van dyken, wegen, fluizen en bruggen als voor» I, al in bet in ftand houden eener aanzienlyke Zee. s, macht, kan men den aandacht niet te veel bepaa. ,, len op een ontwerp van oeconomie en fpaarzaarn,, heid; het Volk derhalven behoort het recht t« „ hebben, om, of zelve of door zyne Gecommit. : ,, teerden, alle de bezwaarende of onnutte bedie» , „ ningen of gebruiken, onder billyke fchaadeloo.6. , ftelling, te veranderen, af te fchafren, of te ver- , „ minderen." , XV. Vermits men, in het tegenwoordig ftelzel vaa Europa, den krygsgeest riet te veel kan inboe„ zemen, en ook alle Klasfen van Ingezetenen ia ■ „ de Burger-Corpfen worden toegelaaten, zoo b&. '„ ,, hooren overal de benoemers tot Regeerings-amb» „ ten uit den boezem der gezegde Corpfen voort , te komen, uitgezonderd in die plaatfen; waar » de Gilden in het daadlyk bezit van dat recht zyn." XIV. „ Om echter, in het recht van Stemming, voor „ „ te komen, dat de Stemmers niet in de verzoe- „ ,, king vallen, ten minfte, zoo weinig mooglyk „ „ daar voor vatbaar gemaakt worden, om hunne L „ ftem te verkoopen, zal hy, die recht rot item. J , „ men heeft, eene zekere gegoedheid moeten heb.. „ „ ben, overeenkomftig den rykdom en de Volk- „ „ rykheid van de plaats, waar hy dat recht oeffctit." xvii. ;;; „ In zulke plaatfen, alwaar men, om alle ongeregeld»! heden en kuiperyen voor te komen, verkoos,dac „ de gezamentlyke Stemgerechtigden de benoeming : „ afftonden aan eenige Kiezers, voor elk byzoDder si geval alleen bepaaldelyk te benoemen, zoude è ,, pen:  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. .ymgewtie*» ^4.3 „ men meerdere vereischtens van bevoegdheid kücDen vast ftellen, ten opzichte van Kieners, ais wel ten opzichte van enkele Scemgeevers»" XVIIÏ. j, Aangezien de kleine ambten en o&tcien, die heden zoo dikwyls de jalouzie en den nyd voed* „ zei verfchaffen, oneindig veel kunnen toebrea. ,, gen ter opwekking van den naaryver en det goer de Zeden, zal het eene heilzaamë inrichting: zyn , om die te doen geeven aan zulke Bur„ gers, welken of van 't geluk niet bedeeld zyn, of ,, door een voorbeeldig deugdzaam gedrag, ziet* , 9, boven anderen onderfcheiden, of aan de zuU . ken, die zich in den Land- of Zeedienst wel ge ,„ kweeten hebben, en daar Van fchrifclyke getuL* ,, genis kunnen vertoonen; en dat, daar de ver. 1dienften gelyk ftaan, de Inboorlingen den Vreem,,» delingen worden voorgetrokken." XIX. ,, Daar het ongetwyffeld het belang van den Staat „ is, zich, met de minstmooglyke kosten, in een ,, goeden ftaat van tegenweer te bevinden, en her „ niet minder het belang der Burgerlyke Vryheid „ is deze Verdeediging in haar zelve, onafhangïyk 1,, van anderen, te bezitten; zoo behoort, uit dien ,,, hoofde, en ingevolge de grondwet der Unie van .„ Utrecht, overal het Burgerlyk KrygsWezen aarI „ gemoedigd en tot de bereikbaarfte volkomenheid 1$ gebracht te worden, teneinde, in hachlyke om» „ Handigheden, de Burgerkrygsmacht de Militie ,, van den Staat krachtdaadig kunne onderfteunen , „ tegen buitenlandfche Vyanden, en zich tegen „ die Militie kunne verzetten, wanneer zy een 1 „ werktuig wierd in de hand van binnenlandfche dwingelanden\'l  244 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot XX. ,, Om dit dubbel oogmerk te bereiken, zal men ,, elk Burger-Corps of wel elk Genootfchap, voor ,, zoo verre het geheel, of gedeeltlyk, (naamlyk ,, eenige Leden van het zelve,) niet ware ingelyfd in een Burger Compagnie, even eebs ge„ lyk in de Staaten van Noord-America in trein ge„ bracht is, in drie Klasfen verdeelen, door het „ lot te bepaalen, en waar van de Leden, in geval ,, van noodzaaklykheid, verplicht zouden zyn, op ,, hunne beurt volgens de lyst, uit te trekken, het „ zy in Perfoon , of wel dat zy een ander in hunne „ plaats befchikten." No. 3489. Refolutie van de Heeren Staaten van Stad en Lande; behelzende de Artikelen van onderlinge asfopiaiie, door welke de plaa shebbende gefchillen tusfchen de beide Staats-Leden van de 6tad Groningen en de Ommelanden zouden worden gefleeten en uit den weg geruimd. In dato den 24 September 1791. Ter Vergaderinge zynde voorgedraagen, en daar reveDS overgegeeven navolgende Artikelen van onderlinge asfopiatie, door weike de plaatshebbende gefchil. len tusfchen de beide heden van de Stad en de Ommelanden zouden worden gefleeten en voeg geruimd. Art. I. Dat het Stads Stapelrecht van Graanen, Kaas en Boter, in allen declen volkomen geconferveerd zal zyn en blyven, ingevolge en overeeDkomftig de Sententien en Decifien van de Heeren Staaten Generaal op dit fubjeft genomen, welker decifien in alle deelen zulten blyven ftand grypen, zoo verre dezelve door deze overeenkomst niet zyn veran-. derc, Dat met betrekking toe voorfz. den Stapel fub-  ii Gebeurtenis/en in 1787 enz, voorgevallen. 245 fubjeöe waaren, de Ingezetenen van de Ommelanden op een preuve van de eerstkomftige zes achtereenvolgende jaaren, zich zullen hebben te regulee. ren na de thands gefielde orders op de Koorn-B ars; na welker ommekomst, zoo de Heeren van de Oumelanden deze Ordonnantiën op de Koorn-Beurs alsdan, of by tyds vervolg voor de Ommelandcr Ingezetenen min voordeelig mogten bevinden, om aan dezelve fubjeót te blyven, de geheele beheering en executie van het Stads Stapelrecht mot relatie tot de Ommelander Ingezetenen, weder zal vallen ia die termen, dat het zelve conform aan de Decifien van Hun Hoog Mogenden door de Sud worde uicgeoeffend. II. Dat de levendige haave, als Paarden, Veulens, en Hoorn Vee voor altoos yan het Stapelrecht geëximeerd zal zyn. III. Dat van deze overeenkomst aan de Ingezetenen by Publicatie door beide Leden Staatswyze kennis zal worden gegeeven, en niemand wegens overtredingen tegens het Stapelrecht, geduurende deze ge. fchillen, en anterieur aan bovengemelde te doene Publicatie, door den Olderman geattioneerd of in rechten vervolgd zal worden. IV. Dat betrekkelyk de Expeditie van Stads wegen in de maand September 1787 naar Appingadam, de Heeren van de Stad verklaaren, dat zy die Expeditie na Appingadam hebben beftoten, gedaan , en ondernomen geheel ten onrechte, en zonder bevoegdheid, dat zy ook daarom alle Refolutien op dat fubjeG by de Stad genomen, zullen roijeeren, zonder Q 3 daar  zifi Ferzomltog van Stukken betrekkelyk tot daar uit in het vervolg eenige confequentie tè moi gen trekken. Dat zy ook zoo aan zyne DoorluchV tige Hoogheid als Erf-Stadhouder van Stad en Lande , als aan de Heeren van de Ommelanden, de iterkfte verzekeringe geeven, van nimmermeer zoodaane Ezpeduien te aullen of mogen doen, het zy in Appingadam, of andere Heerlykheden of Gerechtigheden in de Ommelanden, ook daar bene. veas aanneemen, om te refundeeren en te betaalen, alle de fchaade en nadeelen, welke die Expeditie na Appingadam aan eenige Perfoonen of Goert--G aldaar heeft veroirzaakt of toegebracht, en dat het quqntum daar van op gronden van gedaan onderzoek' by het Hof Provinciaal worde gefixëerd, op dac het Hof van Juftitie daar van de distributie doe aan die Perfoonen, welke dat Hof uit haar ingewontene informatien of andere gronden weet, dat fchaade of nadeel geleeden hebben. V. Dat naardien het met de orde van Regeering niet beftaanbaar is, dat het eene Lid van Staat, zich afzonderlyk, en zonder concurrentie van deszelfs Mede-Lid eenig gezag aanmaatige over Pro. vinciale Collegien of Ambtenaaren, al het geen tea dien opzichte federt eenigen tyd ter contrarie is gedaan en ondernomen, werde gepasfeerd en gereekend als niet gefchied, en dat beide Leden voor het toekomende zich verbinden, en plechcetykzoo aan eikanderen, als aan den Heere Erf-Stadhouder der Provincie van Stad en Lande beloven, van hun daar van ten allen tyde te zullen abftineeren. ; ' t -E VL. Dat betrekkelyk de discrepeerende opinien van beide Leden, over de orde die gevolgd behoorde te worden, ten opzichte van het plaatfen in de Notulen van de Heeren Gedeputeerden ter Vergaderin- &  de Gebeurtenis/en in 1787 enz* voorgevalien. 247 se van Hun Hoog Mogenden uit beide Leden, het occupeeren der Stoelen in die Vergaderinge voorde Provincie van Stad en Lande, het introducee-ren der Heeren Leden in de Generaliteks Collegien, en de orde, die de Heeren Gedeputeerden voornoemd in het onderteekenen der brieven aan Hunne Heeren Committenten hebben te obferveeren, voor Het vervolg tot voorkoming van alle disfenfien daaromtrent, de volgende orde zal worden geobferveerd ; namentlyk, dat in de Notulen eersc al Ie de aan wezende Stads, en vervolgens de Ommelander Ht-eren naar derzelver rang gefteld zullen worden, dat van de twee ordinaris ftoelen in de Vergadering van Hun Hoog Mogenden, de eerfte zal zvn voor de Stad, en de tweede voor de Ommtlanden, en dac het piafidium aan die Provincie vallende, de praefidiale ftoel door een Stads Heer, en de ftoel naast de prseflïiaale, door een Omlander Heer geoccupeerd zal worden, en dat nimmer een Omlander Heer het ptasfidie zal prastendeeren, wanneer een Stads Heer prefent is: dat de Introdudtie in de Gerferaliteits Collegien, indien 'er Heeren uit beide Leden praefent zyn, zal gefchieden door een Heer van dat Lid, waar uit de te introduceerene gtc-mmitteerd is, en dat de brieven by colommen onderteekend zullen worden op denzei ven voec, als met de Provinciale Rapporten gefchied, zoo dat de eerste colomme voor de Stads, en de andere voor de Ommelander Heeren zal zyn. • Dat hier mede de poincten differentiaal zoo verre bepaald zullen afgedaan zyn, zonder dat zulks verder in confequentie zal mogen getrokken worden.» tot zoodaanige andere fentimenten, opinien of fustenues, als in de loop dezer gefchillen aan de eene of andere kant mogten voorgebracht of geopperc zyn, en welke by dezen niet zyn getermineerd, welke voor een ieder in haare waarde, en in haar geheel zullen blyven. Waar op de Heeren van de Stad hebben verQ 4 kiaart,  ,34$ Venmeling van Stukken betrekkelyk tot klaart, dat de Heeren Burgemeesteren en Raad $ oud en nieuw, fampt Taalmannen en Gezwooren Gemeente na gehoudene deliberatie, zich met de«e Artikelen hebben geconformeerd, en voorts de Heeren van de zittende Raad verzocht, van deze Refolutie op de Landsdag van hedeD aan de Heeren van de Ommelanden kennis te geeven, en denzelven voor te ftellen, om deze overeenkomst in de Staats-Notulen ce doen infereeren, en voorige Heeren wederom te cotrimitteeren, ten einde dezelve de Publicatie en andere depêches hier uit Staatswyae te doen, refulreerende , te perfe&eeren , en voorts zyne Doorluchtige Hoogheid zoo op deze Landdag prefent is, Stads wege te bedanken voor alle de moeitens , applicatien en bezigheden, die i Hoogstdezelve wel in dezen heeft gelieven op zich i te neemen . om de lang gezochte eenigheid en harmonie, in deze Provincie te herftellen, met ver- . zekering, dat de Heeren van de Stad gezind zyn,, en zich verbinden tot de naarkoming van alles, wat; in deze Artikelen van Asfopiatie is vervat. En hebben de Heeren van de Ommelanden gede- ■ clareerd, dat, gedelibereerd hebbende over de Ar- ■ tikelen van onderlinge Asfopiatie door wederzydfche i Heeren Gecommitteerden uit beide Leden ontwor- • pen, ter wegruiming en llyting van de daarin ver-melde plaats hebbende gefchillen, tusfchen de bei-, de Leden van Stad en Ommelanden, dezelve heb-ben geapprobeerd, zich daar mede geconformeerd,, en verftaan, dat op de Landsdag van heden kennis i van dezelve Refolutie aan de Heeren van de Stad 1 zal worden gegeeven, met voordracht, om deze: overeenkomst in de Notulen als een Staats-Refo* • lutie te doen infereeren, en teffens de voorigeHee- < ren Gecommitteerden geauthorifeerd, om de Publi- ■ catie en andere depêches hier uit refulteerende,, Staatsgewyze te doen perfecteeren, voorts zyne: Hoogheid ter Staats-Vergaderingen hunnent wege te bedanken voor de veelvuldige moeitens, applicatien en bezigheden, die Hoogstdezelve in dezen wel I  ie Gibeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 24S wel heeft gelieven op zich te neemen» om de lang gezochte eenigheid en harmonie in deze Provincie te herftelleD, met verzekering, dat de Heeren van de Ommelanden gezind zyn en zich verbinden, tot nakoming van alles, wat in deze Artikelen van Asfopiatie is vervat. Waar op de Heeren Staaten van Stad en L3nde hebben goedgevonden en verftaan, dac voorfchreeven overeenkomst in de Notulen van dezen Landdag, als een Scaats-Refolutie zal worden geïnféreerd, en ceffens de voorige Heeren Gecornmitteer* den uic de beide Leden geauthorifeerd, om de Publicatien en andere depêches, hier uit Staatswyze refulteerende, zonder refümptie af te wachten te doen perfedteeren, voorts zyne Hoogheid ter Scaats-V>.-r. gaderinge prefent,; bedankt voor de veelvuldige moeitens, applicatien en bezigheden, die Hoogstdenzelven wel heeft gelieven op zich te neemen, om de lang gezochte eenigheid en harmonie in deze Provincie te herftellen, met verzekering, dat gezind zyn, en zich verbinden tot nakoming van alles, wac in deze Artikelen van Asfopiatie is vervat. Waar na zyne Doorluchtige Hoogheid Hoogstdeszelfs genoegen over de herftellinge der harmo. nie tusfchen de beide Leden van Staac heefc te ken. nen gegeeven, met betuiginge dat hem niets aaneenaamer zoude zyn , dan alle zyne poogingen aan te wenden, tot welzyn van de Provincie en diens goede Ingezetenen, 0.5 No.  sy> FerzanuXag va» StuXijn hitrikhijk ut Jfo. 3490. Rappvt ven di GtevrnmUutrden tot de Vti ir.ten van den R-.ad van StMttn en de Provjaauu le Fïner.:i*s van Stad Groningen en Ommelanden._ W.nkkihk ie Reft'tiien van Augustus t* O Hebei ' J757 (*)> ******** de iaat #a gevlede Staats Rejoiusit. bi dait den 24 September 1791. Gedelibereerd ivrde op het ifte Artikel van de Propofitie ét ?cs: op deze Landdag 5 nopens het Rapport der Heeren Gecommitteerden tot de Petitiën van de Rasd vaa Stsate eo der er Proviwae Finances, betrekkdyk de Refolutien van Augustus eo October 1784, over eecige Reglementen en Plakaaten by ae Hooge Juftitie Kamer, luidende a]e volgn Edele Mogeote HeeeenJ Ter voldoenirge aan de Refolotie Comnusforiaai van den 15 Jen Febmary dezes jaars, door de Heetev D Ed. Mogenden Grecormnicteerden, zynde geëxamineerd de Staats-Refolutien van den 19 Augustus en 22 October 1784, waar by buiten effect, ayn gefte'd, eenige Reglementen en Plakaaten , de Schouwbaare fubjeöen in de Ommelanden, eo de gthniDiftratie van Juftitie by de Hooge Juftitie Kamer dezer Provincie corcerneeTende; hebben dezdve de eer te rapponeeren, dat U Ed. Mogenden by Staats-Refolutie van den 29 Aueestus 1748, aan wylen zyne Doorluchtige Hoogheid Willem de vierde glor. ged. hebbende gedefereerd de volle maate en macht, om de Regeerkgs-Conftitotie van deze Provincie op vaste gronden te ftellen, en het geen Hoogstdenzelven goed mogte vinden daaromtrent te arrefteeren, ter uitvoer te brengen; Hoogstdenzelven uit kracht van dien het Reglement Reformatoir op den 27 November 1749 heeft gearresteerd, en daar by onder anderen bet 2ofte Artikel bepaald, dac de Jurisdictiën der G::;:ecyen over of. (*) Zie hier voor bL IJ3 e-i  ét Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 252 ©fte Lankrechten, Redgerechten, Schepperyen» Dyk-, Zyl-, en Boerrechten naar hunne origineele Fundatie-brieven weder zullen worden ingericht; en voorts by het lilfte Art. van 's Hoves Inftrudtie aan zich gereferveerd, het arrefteeren van Regietienten , betreffende de adminiRratie van Juftitie, by de Hooge Juftitie Kamer en by de Gerichten in de Ommelanden. Dac nogthands door hec ontydig verfterf van gemelden Vorst, gelyk mede van Hoogst, deszelfs Koninglyke Gemalinne Hoogl. Mem., daar aan in allen deelen niet hebbende kunnen worden voldaan, de Heeren U Ed. Mogenden Gecommitteerden vermeenen, dat thands aan den Heere ErfStadhouder de hooge waardigheden van zyn Heer Vader, ingevolge de opdrachten, vervat in de diplomaca van de jaaren 1749 en 1766 bekleedende, behoorde te worden overgelaten, om dat gene ter uitvoer te brengen, het welk men by het leeven van dien Vorst met zoo veel verlangen heeft te gemoed gezien, en dat by meergemelde Refolutie van den jaare 1784 deze afzonderlyke Rechten, den Heere Erf-Stadhouder ten vollen competeerende, niet genoeg in het oog zyn gehouden, over zulks de Heeren U Ed. Mogenden Gecommitteerden zouden advifeeren, dat dezelve qua ad jura principis door U Ed. Mogenden behoorden te worden ingetrokken, en voorts aan zyne Hoogheid overgelaten, om uit kracht van het Reglement Reformatoir, en de refervatoire Claufule by de promulgeerde Ordonaantien van den 22 January 1751, zoodaaneSchouwbaare Objedten en Reglementen in de Ommelanden en de adminiftratie van Juftitie, hier vooren vermeld concerneerende, te arrefteeren, als Hoogstdenzelven voor het belang der goede Ingezetenen, en tot bevordering van het gemeene welzyn, dien ftig en noodig zal oirdeelen. Dat niettemin, gemerkt de menigvuldige bezwaaren, welke tegens de Plakaaten en Reglementen in de Refolutie van 1784 vermeld , door veele Ingezetenen zyn ingebracht, zyne Hoogheid verzocht diende te worden, om de- zei-  aya Verzameling van Stukken betrekkelyk tot zelve (uitgezondert het Reglement van wylen Haare Koninglyke Hoogheid, betrekkelyk de Zylvesteryen van den 8 Augustus r75j, benevens het Plakaat van zyne Hoogheid van den 27 Maart 1769, zoo verre daar by is bepaald, dat de Schouwbreuken in de Zylvester Kasfa zullen worden gebracht} geen erTett te doen forteeren, bevoorens Hoogstdenzelven de gementioneerde piëces nader zal hebben gerevideerd, en aan de Geinteresfeerden gelegenheid gegeeven, om hunne belangens en bezwaaren daaromtrent, aan zyne Hoogheid te kunnen voordraagen, als mede om alle zoodaane Ordonnantiën » als zyne Hoogheid dienaangaande goedvinden zal te arrefteeren, aan U Ed. Mogenden te zenden, ten ein~ de dezelve te doen drukken en te publiceeren. Dat echter die recht alleen aan zyn Hoogheid, als Erf-Scadhouder van deze Provincie, en fubintreerende in de plaats van wylen zyn Heer Vader, en niet als Prasfident van de Hooge Juftitie Kamer toebehoord, doordien aan gemelde Hooge Juftitie Kamer geen het minste recht van legisiatie competeerd, en dus hier door geen kracht, of eenige authoriteit aan de Plakaaten zal worden bygezet, welk mede op de naam van Luitenant en Hoofdmannen zyn gepromulgeerd; dat voorts de Refolutien van den 22 October 1784, betreffende het beéédigen van Luitenant en Hoofdmannen , benevens derzelver Ministers by provifie aan de Heeren U Ed. Mogenden Gecommitteerden diende te verblyven, om betrekkelyk die materie na ingenomene confideratien van zyn Hoogheid nader hunne gedachten te laaten gaan, welke arrangementen dienaangaande kunnen worden gemaakt, en daar van aan U Ed. Mogenden rapport te doen. Aldus gedaan in het Provincie-Huis binnen Groningen, op Woensdag den 21 September 1791. (was geteekend) J. D. Qointus. G. Leewe. . H. Keyzer. G. Alberda. R. de Drews. T. H. Gerlaciüs.  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. aj$ J. L. Wichers. P. R. van Iddikingk, W. Cransen. Z. A. Engelhart. Hebben de Heeren Staaten van Stad en Lande de Heeren Gecommitteerden voor hunne genomene moeite bedankende, zich met het uitgebrachte Rapport geconformeerd, zonder refumtie af te wachten. En heeft zyn Hoogheid gedeclareerd , dat het hem ten uiterften aangenaam was, te zien, dat de discrepeerende fentimenten en opinien op zoodaanige harmonieufe wyze wierden bepaald, en de zaaken herftelt; verklaarende verder, dat Hoogstdenzelven gaarne zoude voldoen aan het gemanifesteerde verlangen der Heeren Staaten by dezen, en dienvolgens te zullen furcheeren de gemelde Ordonnantiën, tot dat gelegenheid zoude hebben gehad, om de zwaarigheden tegens dezelven te hebben gehoord en overwoogen; gelyk mede, om in 't vervolg alle dergelyke Ordonnantiën ten fine van publicatie aan de Heeren Staaten te zullen zenden , daar het gevoeglyk en billyk was, dat de Heeren Staaten de Wetten kenden die in hunne Provincie plaats hadden. No. 3491. Refolutie van de Heeren Staaten van Stad en Lande, betrekkelyk de expeditie van Stads wegen in de maand September 1787 naar Appingadam gedaan. In dato den 17 OStober 1791. Op het geproponeerde ter Vergaderinge hebben de Heeren Staaten van Stad en Lande, de Heeren Gecommitteerden tot de petitiën van den Raad van Staaten en dezer Provincie Finances verzocht en geauthorifeerd, om op de eerfte réquifltie aan de Heeren Luitenant en Hoofdmannen van de Hooge Juftitie Kamer dezer Provincie, weder te extradeeren de Fundatiebrieven, betrekkelyk de Sylvesteryen, welke ter voldoening aan de Staats-Refolutie van den 19 Augustus 1784 aan deze Commisfie zyn  254 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot zyn overgegeeven; voorts goedgevonden en verftaan, dat Extrafl: dezer Refolutie, als mede van die van den 24(ten der jongst verloopene maand September, betrekkelyk de Staats-Refolutien van den 19 Augustus en 22 October 1784,. waar by buiten efFecl: waren gefteld eenige Refolutien en Plakaaten, de fchouwbaare objecten in de Omme* landen en de adminiftratie van Juftitie by de Hooge JuRitie Kamer dezer Provincie concerneerende ? aan gemelde Heeren Luitenant en Hoofdmannen by Misfive op naam der Heeren Staacen zal worden toegezonden, wordende de beide Syndiquen en Secretaris van Staat geauthorifeerd, zulks te effeÉtueeren, zonder refumcie af te wachten. Brief van Burgemeesteren en Raad in Groningen aan het Hof van Juftüie van Stad en Landet van den 25 October 1791. Edele Mogende Heeren! De Heeren van de Stad en Ommelanden zyn in de laatst verloopene maand met eikanderen overeen gekomen , om hunne onderlinge fubfifteerende gefchillen af te doen, en ingevolge een overeenkomst in de Staats Notulen van den 24. September 1791 geinfereerd, te termineeren. Daar nu in deze overeenkomst ook geconvenieerd is. Dat betrekkelyk de expeditie van Stads wegen in de maand September 1787 naar Appingadam gedaan, de Heeren van de Stad aannamen te refundeeren en te betaalen alle de fchaade en nadeelen, welke die expeditie naar Appingadam aan eenige rerfoonen of Goederen aldaar heefc veroirzaakt of toegebracht, en dat bet quanium daar van op gronden van gedaan onderzoek by het Hof Provinciaal worde gefixeerd, op dat het Hof van Juftitie daar van de distributie doe aan die Perfoonen, welke dat Hof uit haar ingenomene informatien of andere gronden weet, dat fchaade of nadeel geleeden heb* beo.  it Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 455 ben. Zoo is het, dat wy by dezen daar van aan D Ed. Mogenden kennisfe geeven, met verzoek, dac U Ed. Mogenden de belanghebbende Perfoonen hier van willen informeeren, en aan ons doen toekomen de begrooting van zoodaanige fchaaden, als eenige Perfoonen door die Scads expeditie mogten geleeden hebben, op dat wy daar door in ftaat gefield worden, aan dit gedeelte dezer overeenkomst te kunnen voldoen. Waar mede blyven, U Ed. Mogenden in Godes> proteüie bevelende, Edele Mogende Heeren! V Ed. Mogenden goede Vrienden * Burgemeesteren en de Raad in Groningen. (ms get.) J- D Quant» vt. Ter Ordonnantie der H. Heeren voorfz. (was get.) C. H. Gockinga, Secret, No. 3492. Refolutie van de Heeren Staaten van Stad en Lande, betrekkelyk de aanftelling van den Ge. neraal Majoor Cornelis Baron van Manikl, door den Heer Prince Erf-Stadhouder, tot Commandeur van Groningen &c. In dato den 17 October 1791. Gedelibereerd zynde op 't 4de Artikel van de Propofitie, waar by de Heeren Gedeputeerden kennis geeven, dat de Generaal Majoor van de Infantery Cornelis Baron van Maniel door zyne Doorluchtige Hoogheid den Heere Prinfe Erf-Stadhouder was aangefteld toe Commandeur der Scad Groningen, in plaatze van den Generaal Majoor en Commandeur Graave van Randwyk, als mede by een tweede Acte toe Commandant van de Troe- pes,  855 Perzameling van Stukken betrekkelyk tot pes, in de Stad Groningen Guarnifoen houdende niet alleen, maar ook van die welke in de Forcresfen Delfzyl, Lange Ackerfchans, Bellingewolfter Schans en de Bourtange Guarnifoen honden , en verder van de Troepes, zoo in de Provincie van Scad en Lande als in Wedde en Wescwoldingerland zullen worden gecantonneerd en gelegd, en dac het de intentie van zyne Hoogheid was, dat in het vervolg de Commandeurs der bovengemelde Schanfen niet aan den Gouverneur van Coeverden, maar aan den Generaal Majoor van Maniel zullen zyn gefubordonneerd, hebben de Heeren Staaten van Stad en Lande het zelve voor Notificatie aangenomen; voorts de Heeren Gedeputeerden, ais mede die van de Rekenkamer, geauthorifeerd, de Ordonnantiën op den zeiven voet, als aan den Generaal Majoor en Commandeur Graave van Rand» wyk is gefchied, op te maaien, zonder refumtie af te wachten. K°. 34.93. Staat en balance van al 't geen op het Poli* iie-Comptoir der Stad 's Hertogenbosck, ter gele* genheid der plundering, cp den 8, 9 en 10 No* vember 1787 in die Stad voorgevallen, en van de daar uit gerecouvreerde Goederen, is ontvangen en uitgegeeven. Politiertkemng 1787. Ontvang. Uitgaaf. ft. 143 & /«ff. voor douceuren aan de Vrywilligers, die zich tot het recouvreeren van die Goederen hebben aangeboden es laaten gebruiken, volgens Refolutie van den :: November 1785. . . / 291 - : - : 28p - : • : ijo - ; - f Om-  de Gebeurtenis/en in 1787 itti vetrgêyaZth* 25 ï Qntrangt Uitgaaf. Transport. fSjo-'i-t Voor foep tori bróód vóór het nieuwe Guarnif. 133-17-10 Aan verlies op het te veel gebakken brood. . . 93-ia- i Aan den Con. cherge voor verfcbottsc. i 1 1 ic-13- 5 AanM.NizsHor dito. . 208-12- 8 Aan denzelven. 86- 4- 8 Aan den Uitroeper de Praat. . 9- : - ; Aan de Klapper; lieden voor es:ra dienden. . . 403-18- S Nog aan het lanraamwerk een extrapost op ƒ«. 11 & J9. van die rekening. . . . 12- S- ; Dus uitgsaf in 1787. • • / mtr f46 Politierekening 1788. 47 £? gereftitu- /o. 57. aan Penningen van I eerde Penningen van het in- de Bataillons Guardes en O- gekogte Goed te Bergen op ranje Nasfau, te farnen an den Zoom. . ƒ 928-12-12 fomma van . ƒ879- 9- 8 Van de douceur Dan waar van aan de Vrywilligers moet worden afge- xe rug. . . 580- : - :• trokken de overge- Wegens eenige bleevene 12 dub- rerkogte Winkel- bele en ic8 enkele waarefi. - . 39. 4- 5 PenDingen , vol- ■ gens Refolutie van ». ƒ iS4 7-i?- 2 den 13 Febmary. L. DEE!,, R Dnr.  358 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Ontvang. Uitgaaf. Transport /1547-17- 1 Transport ƒ 879- 9. 8 i Gerecouvreerde Contanten. . 1527- 9- : I788. . ; 153-12- : ; 193- 2-14 —' » 3-10- : Dus nier maar 8- 13- : komt . . ƒ 725-17- 8 9- 2- : fo. 137 Êf fiil' _____ aan de Klerken van Totaale ontvang den Penfion. voor in 1788. 1 ƒ 3289-14" : het fchryven van lysten. . . 105-18- 8 Voor den Adfiftent Geoenboede Vhiesekolk. . 135-18- 8 Aan de Klapperlieden extra. . 364-18- 8 Aan dezelven. 280-18- 8 Aan Bediendens verfchot. . . 20-17- : Voor een vermist Zeil. . r i8» : • i;] Nog aan arbeidsloonen en verfchotten, aan diverfe. 4- 4- : ' 1-16- : 8-15- : 1- 5- : ■ 40- :- 8 80-Ï5- : : 342 2. 8 | 34- 4- 8 ! 2- :• : : 23- 114-16- t! Voor een Wisfel naar Bergen op den Zoom. . . 963-14- 4 • Aan A. Neeehof, verfchot. . 4i-*3- I ! f 30IC-15-12- ■  4e Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen» 259 Qntvangi Uitgaaf. Transport ƒ 3010-15-12 Aan denzelven. 35-10. 3 Kosten te Maastricht. . . 424-is-jo Aan A. N_s&hof, verfchot. iie- p- : Aan den Concherge, dito. . 82* ?• 8 Aan A. Neerhof, op rekening van verdienften. 40018' " Aan den Uitroe* P91; 'n • •' 11: ■' • Aan P. Busch*4ah, voor 't fchry-; ven van dubbelden der lysten. . $00-18- 8 Reparatie Corps de Guarde. . ai- t - s Nog aan het lantaarn werk, volgens, de rekening fe. 9 &feqq. aan den Opziener, extra. . 30-11. ê Aan de Vulders en Aanfteekers. 196-18- 8 Aan dezelven. 6 ten einde te verzoeken en aan te dringen, om de BwgerCompagnien op hunne loopplaatzen in de wapenen te doen komen, om te verneemen wat die ten opzichte van de gevraagd wordende Remotie van fommige Vroedfchappen danken £f?c. In dato den 20 April 1787. Is gerefolveerd een Commisfie te zenden aan den Heer Prefident Burgemeester, en aan zvri Wel Ed. Groot Achtb. bekend te maaken de fituatie, waar in wy ons Officieren in de Doelen thands be.vinden, als hebbende zich aldaar vervoegt 7 a 800 Menfchen, van ons vorderende om eenige Heeren uit den Achtbaaren Raad te removeeren, en wel fpeciaal met naamen de Heeren Fredrik Alewyn, Cornelis Munter, Franc van der Gofs, Henrik Moilman , Willem Gerrit Dedel Salomonsz., Jan Graafland Pietersz., Marten Adriaan Beels, Nicolaas Calkoen en Apoloniüs Jan Cornelis Lampsins. Dac oe aldaar prefent zynde Officieren, de Rem R 3 van Ontvang. ï?87- '• • ƒ : - : - : 1788. . . 3289- U-' = 1789. • . 5255 13-" 1790. ; . 32 19- 2 ƒ 8578- 6 13 Uitgaaf. 1787. ; . ƒ 1925- 5-10 1788. . . 5769-12 14 1789. ... 812. 7- 8 1790. . . 162- 6 : ƒ 8669-12- :  tsi Verzameling van Stukke* betrekkelyk tot van deze menigte echter veel te zwak oirdeelende om hen te beweegen eenige flappen tot zulke einden* te doeDj zich echter in die fituatie bevinden om tot eenig befluit te komen, en iets tot genoegen der menigte in 't werk te ftellen, beflooten hebben, by gemelde Heer Prefident Burgemeester Hccpt aan te dringen en te verzoeken, om nevens den Heer Collocel van Goddoever Patenten te verleenen, om de refpecrive Compagnien in de wapenen op hunne loopplaatzen te doen komen , om aaD de refpeQive Burgers af te vraagen, wac zy ten opzichte van die zoogenaamde Remotie denken en begeeren, en indien 'er Compagnien zyn welke zoodaanige Remotie begeeren, dac zulke Comp3gnien , het zy geheel of gedeeltelyk, de Heeren Opper-OtScieren als dan daar toe behoorïyk kunnen qaalificeeren, en verklaaren hen van de inftantien tot, en de daadelyke uitvoering van de Remotie zelve, ten allen tyde met lyf en bloed te izdemneeren» No» 3495- Misfive van Heeren Burgemeesteren der Siaii Gouda aan Heeren Burgemeesteren der Stad Rotterdam , over het gepleegd misdryf in Gouda van den Boekverkooper Bennet, wocménde te Rotterdam. In dato den 17 April 1783, Edele Gsoot Achtbaare Heeren! Wy zyn in 't zekere onderricht geworden, dat de Boekverkooper Bennet , Borger en Inwooner van D Ed. Groot Achtb. Stad, onlangs zich opgehouden heefc in de Stads Doelen alhier, en als toen van zich niet alleen heeft kunDen verkrygen, om aan deze en gene Ingezetenen onzer Stad, gratis, uit te deelen zekere liedjes, tot de tegenwoordige tyden relatief, maar byzonder zich ook niet heefc ontzien, om eenige derzelve Ingezetenen by zich ce reqakeeren, en by anderen perfoorieele vifites san  de Gebeurtenis/en in 1787 enz* voorgevallen. 26*3 aan hunne huizen te maaken, alleenlyk en opzettelykj ten fine om hun aan te pryzen de lettuure van zeker naamloos boekje, geinticuleerd: zaaklyke inhoud van de Misfive en Memorie, door zyne Hoog. heid aan Hun Hoog Mogenden den 7 OSlober 1782 0vergeleverd; en 't welk hy opdischte voor de voornoemde Memorie zelve, met bygevoegde belofte, om aan hun ten fpoedigften 'er mede gratis, een genoegzaam getal exemplaaren van het zelve boeki je toe te zenden, op voorwaarden en inftigatie, dat zy het zelve onder den Volke zouden fpargeeI ren, zoo als hy dan ook kort daar aan, een ruim aantal derzeive boekjes met de daad gratis aan de voornoemde onze Ingezetenen hebbende afgezonI den, hier door ook gedeeltelyk in zyne listige hanI delwyze is gereusfeerd. Daar wy , met verontwaardiging, abhorreeren alle disfeminatien en fpargeeringen van naamlooze Gefchriften , Memorien en Libellen , tot de tegenwoordige tydsomftandigheden relatie hebben' de, hoe ook genaamd, van welken de Autheurs of I Disfeminateurs, niet anders dan twist en tweedracht (in dagen waar in eendracht en rust zoo ne; cesfair zyn) bedoelen, en daar de wyze, waar op ; het verfpreiden van dit boekje door den Boekverkooper Bennet is aangelegd, met zich ten duidel lykften medebrengt het kenmerk van zoodaanig een ij malitieufe intentie, hebben wy ons verplicht geil vonden, dit geval, waar van deD aanlegger ocs,nu I bekendis, onder 'toog van U Ed. Groot Achtb. ten fpoedigften te brengen, met vriendelykst verI zoek en gansch ernftige confidentie, dat ü Ed. N Groot Achtb. (die wy ons verzekerd houden het J in Uiefi met ons eens te zyn) den voornoemden I hunnen Burger, de wettigheid onzer indignatie o'I ver het geval in questie, zullen gelieven te doen ü gevoelen, zoo en in diervoegen als U Ed. Groot [ Achtb. noodig zullen oirdeelen , ten einde voornoemde Bennet zich wachte , om tot zulk een ftoutheid binnen onze Stad andermaal te procedeeR „ rens  fSïiaiéidng m Stukken letr eikeljjt tot ren, alzoo wy ander» in de noodzaakelykheid zoo» den tyc gebracht, van tegens hem zoodaanige Scherpe mefure» te moeten neemen, als de zorg voor de rus: onzer goede Burgerye, en de aart van svd s&iidiyf ons zoude komen te dicteeren. Ten allen tyden tot wederdienst bereid zynde, beveelen wy U Ed. Groot Achtb. in de proteüde Gco^s, en blyven j Edele Groei Achtbaare Heeren! Uw Edele Groot Achtb. goede Vrienden, Gouda, den 17 Burgemeesteren en Regeerders April 1783. der Stad Gouda. (Onder fiond,) Ter Ordonnantie van deze!ven> (Geteekend door een der Stads Secretaris/en.) |f 0. 3496. Refcriptie van Heeren Burgemeesteren der Stad Rotterdam aan Heeren Burgemeesteren der Stad Gouda op vocrgaar.de Misfive. In dato den 22 April 1783. Edele Gboot Achtbaare Heeren! Op den ontvangst van ü Ed. Groot Achtb. Misfive van den i~dec laatstleeden, hebben wy voor ons ontboden dec Boekverkooper Bennet, en hem den inhoud van voornoemde ü Ed. Grooc Achtb. Misfive medegedeeld, en daar over onderhouden: en vermits eenige tyd geleden wy gemelde Ben-het ve?eDS foortgelyk gedrag binnen onze Scad alreeds hadden gereprimecdeerd, hebben wy denzelven als nu de allezins billyke indigcatie van U Ed. Grooc Achtb., niet alleen, maar ook van ons over di: zyn misbedryf, en de aanhouding van dien onder 'c oog gé-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen, $6$ •gebracht, op eene zoo fenfibele wyze, als den aart; -en 't gewicht dezer zaake, micsgaders zyne ondergefchiktheid aan eene Regeering vorderd: met be» dreiging dat, zoo hy t'eeniger tyd wederom bevonden mogt worden aan diergelyke handelwyze zich te hebben fchuldig gemaakt, of daar aan de hand geleend, als dan tegens hem te werk zullen worden gefield, zoodaanige verdere fcherpe maatregelen, als bevonden zullen worden te behooren, ; Hier mede vermeenende aan U Ed. Groot Achtb. intentie te hebben voldaan, beveelen wy UEdele Groot Achtb. in de befcherminge Godes, en blyven, Edele Groot Achtbaare Heeren 1 U Ed. Groot Achtb. goede Vrienden, Rotterdam, den 22 Burgemeesteren en RegeerApril 1783. ders der Stad Rotterdam. (Onder ftond,) Ter Ordonnantie van dezelven, (was ge»0 W. W. van Berkel. -N°. 3497» Nadere Misfive en dankbetuiging van Heeren Burgemeesteren der Stad Gouda aan Heeren Burgemeesteren der Stad Rotterdam, over de aan Bennet gedaane correctie. In dato den 7 May 1783. Edele Groot Achtbaare Heeren! Met veel genoegen uit U Ed. Grooc Achtb. Mis« live van den 2 2ften April laatstleeden, by ons ter zyner tyd ontvangen, vernomen hebbende de alleszins wettige indignatie, welke ü Ed. Groot Achtb. op eene wyze, overeenkomftig den aart der zaake, en onder eene nadrukkelyke bedreiging voor het toekomende, aan den Boekverkooper Bennet R 5 over  ac5 Verzameling van Stukkers betrekkelyk tot over zyn gepleegd! mrsdryf brmien onze Stad, hebc doen ontwaar worden: kunnen wy niet nalaat en TJ Ed. Groot Acbtb. by deze zynde de eerfte gelegens heid, welke zich door de indispofitie van twee on. eer Mede Broederen, federt den ontvangst van O Wel Ed. Groot Achtb. opdoet, op de verplichten» fte wyze te bedanken, voor den dienst in dezen aan ons bewezen, terwyl wy ons voor het toekomende op de v erdere goede direöie van D Ed. Gr. Achtb. verlaatende, dezelve ten allen tyde zullen trachtea te reciproceeren. Waar mede wy ü Ed. Grooc Achtb. in de befcherminge Gqdes aanbeveelen, en blyven Edele Groot Achtbaare Heeren! U Ed. Groot Acbtb. goede Vrienden, Gouda, den 7 Burgemeesteren en Regeerders May 1783 der Stad Gouda. Ter Ordonnantie van dezelven, (door een der Stads Secretaris/en geteekendV) tt*. 3458. Publicatie van die Tan den Gerechte iet S'.ac Leyden, waar by verbieden de Post naar den Neder-Rhyn. in dato den 24 Jany 1783. Die van den Gerechte der Stad Leyden, met verortwaardiging uic het Weekblad, de Post naar den tfeder-Rhyn Ho. 81., ten duidelykften ontdekt hebbende, dat de Schryvers van hetzelve Weekblad, het voornamelyk daar op toeleggen, om niec alleen in het gemeen, maar ook wel byzonder binnen ge* melde Stad, het zaad van oneecigheid en tweedracht onder de goede In- en Opgezetenen te ffrooijen, dezelve door gantsch verkeerde en tegen de waarheid aandruisfende induöien te misleiden, en tegen derzelver wettige Regeering op te ruijen; hebben niet langer mee een onverfcnjLUig oog kussende aanzien,  it Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 267: zien, dat onder derzelver getrouwe Burgeren en lnwoonderen, van wien men met gerustheid verwacht, dac zy dezelve met verachting zullen aanfchouwen, zoodaanige fchandelyke en fchadelyke Gefchriften werdenverfpreidt; goedgevonden, het verkoopen, debiteeren, en divulgeeren van gemelde Weekblad, de Post naar den Neder-Rhyn genaamd, binnen deze Stad en Jurisdictie van dien te interdiceeren en verbieden, zoo als geiDterdiceerd en verboden word by dezen, op pcene, dat, wie daar aan ook fchuldig mogte werden bevonden, met denzei ven naar den ietter der Plakaaten, tegens hec fchryven en divulgeeren van zoodaanige gefchif ten, by Hun Ed. Grooc Mogenden geëmaneerd, en by Hoogstdezelve nog onlangs gerenouvelleerd, zal werden gehandeld; en bovendien nog verbeuren eene boete van drie honderc Guldeni, een behoeven van den Armen dezer Scad. Aldus gedaan, gerefolveerd en gearrefreerd, by die vaD den Gerechte der Stad Leyden, op den 24 Juny 1783 en den 26ften daar aan volgende van de Puije van het Raadhuis den Volke afgelezen. (Onder ftond, by my) (was get.) Josus Johan Hübrecht. No. 3499. Misfive van Heeren Burgemeesteren der Stad Gouda aan Heeren Burgemeesteren van 's Ha* ge, houdende beklag over 't drukken in 's Hage en divulgeeren van denSiftennommer van het periodicq gefchrift, geintituleerd de Post naar den NederKhyn, met verzoek van voorziening danr tegen. In dato den 29 Juny 1783. Edele Achtbaare Heeren! Daar wy aanhoudend perflfreeren by onze volkomen afkeer tegens alle divulgatien van anonyme geichriften, memorien en libellen tot de tegenswoor- dige  '268 Verzameling van Stukken betrekkelyk M dif© tydsomftf'ndigheden relatie hebbende, hoe ook ■genaamd, welkers but niet anders is, dan om langs allerhande wegen het vuur van twist en tweedracht, me' verachting der wettige Overheden, ook in de harten van's paisfibelfte Ingezetenen aan te ftooken ', eD het gezegent Vaderland aan die vlammen te fa» cnfiëeren , en daar wy op den I7den April laatstleeden uit dien hoofden ons over de malitieufe wys, waar op den Boekverkooper Bennet te Rotterdam, het verfpreiden van zeker naamloos boekje, geintituleera: zaakelyke inhoud van de Misfive en Memorie door zyn Hoogheid aan Hun Hoog Mogenden den 7 October 1782 overgeleverd, binnen onze Stad was aan»» gelegd, aan Heeren Burgemeesteren der Stad Rotterdam ter correctie van voornoemde Öennet hebben geaddresfeerd, met dat welgewacht gevolg, dat welgemelde Heeren Burgemeesteren ten fpoedigften aan dit ons verzoek en verlangen hebben gelieven te voldoen; konden wy niet anders dan met verontwaardiging befchouwen, delicentieufe termen, met welken des net te min, den naamloozen Schryver van het 8lfte Nommer van zeker periodicq gefchrift, geintkuleerd: Post naar den Neder-Rhyni*)* zich geëmancipeerd heeft deze onze zoo wy gerust vertrouwen wettige handelwyze onder zyne eenfure te brengen, en dezelve niet alleen met de zwartfie kleuren af te fchilderen, maar zelfs als een hemeltergt nde onrechtvaardigheid en vervloekte dwiagelandyc &c* uit te kryten. Te willen adftruëeren hoe noodzaaklyk zoodaanige atroce calumnien en volftrekte enormiteiten in haare geboorte behooren te worden gefmoord, zou onzes achtings te kort gedaan zyn, byzonder aan het doorzicht van U Ed. Achtb., die nog onlangs by derzelver Refolutie van den 30 September 1782, het disfimineeren en verkoopen van eerroavende ge- fchrif- (*) Ten einde onze Leezers in ftaat te ftellen het Stuk zelve te beoirdeelen, laaten wy bet bedoelde No. van dit zoo  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen* 269 ; fchriften aan de Haagfche Boekverkoopers. hebben, «ernoden èn geihterdiceerd. j Daar derhalven dit bovengemelde ftuk (tegens <■ ril welzoo veel gerucht gemaakt hebbend Gefchrift hier in zyn geheel volgen, D Ë P O S T r... ■ «., n jö-.v?.^ «*** **'MVii< Kb > M t,lH>v'.-"f.'' • NAAR bEÏ* N E D E R-R H Y N. ' N\ 81. Leyden den 13 Juny, 1783Myne Heeren! De oude liefde voor Oranje, begint hier al hoe langs hoa meer in de harten myner Mede-Burgeren te ontvlammen. De- menigte der genen', die, met een christlyk en edelaartig medelyden aangedaan, den jammerlyk verdrukten en mishandelden Vorst beklaagen, word al van dag tot dag grooter; ——■ en 'er is reeds zoö eene merkelykegis. ting in de gemoederen, dat men rede heeft om te denken, dat de ftille verdraagzaamheid der goede Burgery begint . ten einde te raaken. Ën zeker! 't heeft my ten ui- terften verwonderd, dat Leydens Gemeente het leet, het bitter harten leet! ■ onzen dierbaaren Oranje* Vorst aangedaan, zoo lang met onverfchillige oogen heeft jjunnen aanzien. ; Dan," als men dedenkenswyzeder Leydenaars, die nog voor eenige maanden hier de overhand had, vergelykt met de heerfchende begrippen, waar mede hm verre de meeste myner Mede-Burgers .bezield zyn, dan moet men buiten tegenfpraak aan Leydens va^ * * 1 1 ':önt : ■ -'-'  a7o Verzameling-van Stukken tetrekkeljk tot welkers debiet ars een eerroovend gefchrifc in oh» Stad terftond behoorlyke zorge gedraagen is) met aaam van den Drukker die een Burger en Inwoon- der ouds her zoo beroemde Burgery dien welverdienden lof geeven, dat zy geenzins uit eenen blinden, uit eenen woes» ten drift; maar uit overtuiging te werk gaat, . Toen wy immers niet anders in handen kreegen, dan zulke gefchriften, die de Natie met b'edriegelyke Schriften misleid en vergiftigd, en het Volk de ongunftigfte denkbeel. den van den Vorst ingeboezemd hebben, toen hebben wy, ons ter goeder trouwe op de echtheid en gegrondheid van die gefchriften verlaatende, ook mee dezelve ingeftemd, 200 als wy, indien zy zuivere waarheid behelsd hadden, volgens de uitfpraaken der orpartydigbeid, ook benoorden te doent —— maar, federt ëat de bondige gefchriften van zulke braave Vaderlanders, die, met onze misleiding bewoogen, zich wel hebben willen verleedigen, en zich nog verleedigen, om ons op den rechten weg te iug te brengen, ons al meer en meer zyn in handen gekomen; ——— federt dat ónze oogen daar doorhebben begonnen geopend te worden; ——federt wy vandenwaaren toedracht der zaaken geïnformeerd en van 's Prinfen onfchuld niet alleen, maar zelfs var zynen onvermoeiden yver, en recht-Vaderlandfche poogingen, ter beveiliging en behoudenis dezes Bcrgerftaats aangewend; zyn overtuigd geworden; —-— federt hebben wy gezien, dar wy bedroogen zyn, en dat menden besten, den beminnelykflen Vorst, dien wy wenfehen kunnenj aan de uitwerktelen van orzen haat en onze verachting heeft zoeken op te offeren. ———• Dan , hoe veel goeds wy ook aan de waare Patriottifche gefchriften mogen verfcbuldigd zyn, en hoe zeer wy ook door derzelver getrouwe berichten, met de naakte waarheid griykvormig, en door zulke daar in voorkomende redeneeringen, die buiten allen kans van infpraak zyn, zyn verlicht geworden; ■ nog meer hebben wy ons van de fnoode, en vervloekte oogmerken der Lt'vejltinfche FaUie mogen verzekert bouden, naar maate haare eigene onvoorzichtige flappen, die oogmerken al meer en meer verraaden hebben. —-— En onrfer deze flappen zyn zeker als de voffresanrfte, ai; de meestin 't oog  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 271 der van *s Hage is, althands aldaar opentlyk word fedebiteerd, hebben wy niet kunnen nalaaten, U ld Achtb. op ditfujet te ouvertureeren, mee vrienden 5t oog loopende (en die denkelyk der geheele. FaUie den dood zullen doen) aan te merken; voor eerst: het oprichten van Vry-Compagnien; . ten tweeden: het beruchte Feestmaal te Amfteldam; en, ten derden: de pco- gingen, die men hier en daar heeft aangewend, om zulke fchriften, die waarlyk ftrekken, om de misleide menigte de waare gefteltenis der zaaken te doen zien, ja zelfs den zaakelyken inhoud van zyner Hoogheids Memorie niet uitgezonderd, ofte verbieden, of te doen opnaaien, of op eens andere wyze in derzelver loop te fluiten. Met opzicht tot het eerste moest men noodzaaklyk den; ken; hoe! toen de blykbaarfte waarfebynlykheid daar' was, dat wy in een Oorlog, ja zelfs in een. Land-Oorlog, konden gewikkeld worden, toen wi&t men van geen wapenen; toen hoorde men van geen zoogenaamd verval der Schutteryen fpreeken; toen dacht men om geen Vry-Compagnien; en nu alle berichten omtrent de nabyheid van den Vrede inftemmen , nu vat byna ieder het geweer op; nu oefl'end men zich met alle kracht in den wapenhandel; nu vuurt men; . nu loopt men zelfs, in ftilte, metfeherpe pa- wonen in de zak; pp wien mag het toch gemunt zyn, vraagt men? . En't antwoord volgt van zei ven; op de Stadhouderlyke Regeering in 't gemeen, en onzea tegenwoordigen Stadhouder in 't byzonder; en vervolgens qp alle onze Mede-Burgers, welke men begrypt voor het Huis van Oranje te zyn; ——• ó ja! men wroet in zyne eigen ingewanden; men wil zyne eigen Landge. nooten te vuur en te zwaard dwingen om even zoo oproerig, zoo kwaadaartig te denken, als een vervloekt éédgefpan denkt; -—— men wil den vroomen Burger noodzaaken om van zyn geloof, waar in hy meent alleen zyng gelukzaligheid te kunnen vinden, afftand te doen , en Re. monflrantsch of Mennist te worden; men wil de Stadhouderlyke waardigheid voor altoos vernietigen; ———.men wil het lieve Vaderland in gevaar ftellen, om, zoo als het neer dan eens in Stadhouderlooze tyden geweest is, op  272 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot delykst en niet te rbinallerernftiglyk verzoek, én ver* trouwen dat CJ Ed. Achtb. de efHcacieuste voorzieCinge gelieve te doen, zoo tegens hec verder divul- gee- den oever van zynen ondergang gebracht te worden;—— en, om alle deze Godvergeeten bedoelingen te bereiken, wapent men zich, om iedereen met geweld tot dat zelfde einde te kunnen doen medewerken, of al wie zich daar tegen mogt willen verzetten te vermoorden. Zie daar de Patriottifche poogingen, die men thans verplicht is den wierook toe tb zwaaijen, indien men voor geen Engelschge-' 2inden, voor geenen Verrader, of vyand van zyn Vaderland wil te boekgefteld worden! — Zie daar de poogingen, daar men zich thans mede vereenigën moet, om voor vervolging en onderdrukking vry te zyn! .. Wien kookt het bloed niet in de aderen, als hy aan zulke beraadflagingeh, aan zulk eeD handel denkt! —Wat eerlyk hart is 'er, *t welk eenen zucht voor onze dierbaare Vryheid en voor de eere onzer Natie heeft, en dan -dit alles nog langer met ftilzwygen,—, wat zeg ik? zonder eenen genoegzaamen krachtdaadigen tegerjiond, kan aanzien! De tweede misftap, die de vuile oogmerken der LosveJleinfcke Faïïie klaar en duidelyk heeft aan den dag gelegd, is die venichte maaltryd, dat befaamd Frykeids-Feest, den tö April te Amfteldam gehoude.i, Men behoeft op da zinnebeeldige desfert-ftuklen alleen maar een vlugtig oog te flaan, om de waare bedoeling van dat Feest 'er in te zien doordraaien. —■ Wien zal, onder anderen, die GEWAPENDE MILITAIR moeten beteekenen, die verbeeld is als met zyn fpies dreigende de Hollandfchè Maagd te doorfteeken? Wien anders, als de Prins van O- ranje, die het Hoofd onzer Militaire macht is? want om hier aan den Militair in 't generaal te denken, daar kan niemand, die althans geen plasts in een dolhuis verdiend , dwaas genoeg toe zyn, Zal dit zinnebeeld dus eenige beteekenis hebben, dan moet het aanduiden, dat de Prins onze Vryheid de liartaar dreigt ofte Jlteken. Maar, welkeen verftandeloos, docö niet minder kwaadaartig denkbeeld! ' Eenen Vorst, van wien men aiet recht zeggen mag dat zich zclvén door al te groot» goed-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. $7$ geeren van het opgeroeide libel als ter ontdekking van deszelfs Autheur en verder in deze zaak soo handelen» ais U Ed, Achtb. tot maintien van'sLands Wet. gotdheid en toegeevendheid de harrgrievendfte verdfieteTjrk* heden, en misfchien wel 'onoverkomelyke rampen heeft v$ den bals gehaald, als een Tyran af te beelden, die onze Vryheid zou trachten den doodfteek te geeven!! Ach! dat alle menfchen zulke Tyrannenwaren«, 'erzouden zoo veele ongelukkigen niet 2yn, die reden hebben öra over hemeltergende onrechtvaardigheden, bittere mishandelingen , wraakzugtige partydigheden, wreedaartige ver* volgingen, en geweldige onderdrukkingen klachtig te val" len!!! — Maar 't gene nog fterker is: * <-■"■> •■ men heeft onder andere voor zyne Hoogheid aüerhoonendfte zinnebeelden, op hec desfert vertoond een Eikenbom, waar aan een Boer bezig was de Wapens van Cappellen tot des Pol, en Pallandt tot Zuithem op te hangen, ter'ivtl hy intusfchen {NB.) het VORSTELYK cieraad VERTRAP- TE. — Behoeft men nu wel te vraagen, wat men hier door wil hebben aangeduid? men wil den Vorst niee alleen van de Stadhouderlyke Waardigheid ontzet; maar; men wil hem zelfs (6 onmenfchelykheid! óyefelyk denkbeeld 1) VERTRAPT hebben! Ziet, Myn Heeren! men wil eerst den Prins vertrappen, en dan zal het zyn Vrienden gelden! ■■• ■ - < -■ Be goede God kome ons ter hulpe, indien alle braave Vaderlanders zich niet ief het te laat is, manmoedig met den anderen vereenigen , (althans in die Steden, daar de goede Party, dank zy det Voorzienigheid! nog de overhand behouden heeft) en de Duivelfche oogmerken der woelende Cabaal niet in tydsj, op de best mooglyke wyze, trachten te verydelen!m-.nw » Niet minder onvoorzichtig is de derde waardoor de Loeveftehifche FaSie haare verborgene oogmerken heeft doen in 't licbc loopen; te weeten, de moeite, die men zich, gegeeven heeft, om zulke gefchriften-, die alleen Arak», ken, om de Natie de waare gefteltenis der eaaken, en alzoo 's Prinfen onfchuld niet alleen, maar zelfs zyn trouwhartig zorgen voor hec welzyn vsn den Lande zoo klaar ais den dag te doen zien, opgehaald, of verboden■, of op ee* ee andere wys in hunne loop gefluit te krygen» «*— De.  874 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Wetten en het gezag der Overheden, (door welkers vilipendle welhaast alle banden der maatfchappye zoude worden los gemaakt) in goeden gemoe. den zullen oirdeelen te behooren. 't Zal Natie moest door zulk een handel immers noodzaakelyk tot de gedachten komen, dat de vyanden van den Frins geen rein fpel (peelden; dat men het Volk, door het zelve da gefchriften van de goede Party te onttrekken, maar zogt geblinddoekt te houden; en dat men bevreesd was, dat Neerlands Ingezetenen het bedrog, de listen, de kunstgreepen, die men al van tyd tot tyd in 't werk gefteld heefc, om de verderffelyktta ontwerpen ter uitvoer te brengen, door het leezen van onpartydige fchriften eindelyk eens zou beginnen te bemerken. —— Vooral moest het Volk zoo beginnen te denken, toen men alle mooglyke poogingen begon aan te wenden, om zeifs het Uittrek' fel uit zyner Hoogheids Memorie, een ftukje, dat vol- ftrekt niets, dan den korten en zaakelyken inhoud van de Memorie zelve behelsde, als een Vod, een Prul, ja zelfs als een-Lihel, of een Pasquil te doen voorkomen, en om 'er aldus de Natie allerongunstigst tegen in te neemen; ■mi *c welk immers zoo verre gegaaD is, dat het gemelde Uittrek/el, even als een oproerig Gefchnft, te Gouda is opgehaald; hebbende de Burgemeesteren van die Stad (al. thans volgens de Zuid-Hollandfche Courant van den lódenMay laatstleeden) ook al aan Burgemeesteren van Rotterdam, p^r Misfive, geklaagd, dat de Boekhandelaar Bennet, (een Man, die met zynen braaven Compagnon de Heer Hake, even als myne achtingswaardige mede-burgers de Heeren Luzac en van Damme, al doet wat in zyn vermogen is, om (welke edelmoedige poogingen 1) het verblinde misleide gedeelte der Natie te recht te brengen, en waarheid en onfchuld te doen zegepraaien,) deLecture van het meergemelde Uittrskfel aan httnne Ingezetenen aangepreezen, en een ruim aantal Exemplaaren daar van gratis had overgezonden; welke onfchuld-'ge, ja zelfs, zoo 't my voorkomt, lofwaardige daad in die Misfive NB. eene listige handelwys genaamd wird, die met een malitieufe intentie, om oproer te verwekken, gehouden is; —— eisfchende de burgemeesteren van Gouda al wyders uicdrukkelyk t „ dac „ Bar-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen, 475 't Zal ods byzonder obligeeren by refcriptie te inogen verneemen de maatregelen, welken ten de* zen door ü Ed. Achtb. zyn in 't werk gefteld, en dia „ Burgemeesteren van Rotterdam den gemelden Boekhsn» „ delaar de wettigheid hunner (zoo veelen van begrip zyn) zeer ongegrendelyk opgevatte indignatie te doen gevoelen, „ ten einde hy zich wagte, om(NB.) tot zulk een STOUT* „ HEID andermaal te procedeeren; alzoo zy anders ge. „ noodzaakt zouden zyn, om tegens hem zoodaanige „ SCHERPE mefures te neemen, als deaart van2yn(NB.) ,> MISDRYF zou komen te difteeren." —— Aan welic verzoek, of aan welken eisch door Burgemeesteren van Rotterdam wel ten allerfpoedigften, en ten prompfte beantwoord is. - Door zulk een gedrag, Myne Heeren*. fpreekt het van zelve, dat de Natie, tot nadenken moet komen: jadepartydigfte mensch zelfs moest daar uit befiuiten, dat da vork aan den kant der Loevefleinfche Faiïie in de fteel zat; dac 'er iets achter fchuilde, 't welk niet richtig kon zyn; en dat de Natie, door het aanhoudend onbezuisd gefchreeuw der Lasteraaren verbysterd, al op den duur in die suizeling te houden, het eenige oogmerk van zulke verwonderlyke flappen kon wezen. Men hoorde 'er zelfs door geringe lieden reflectien op maaken, die de uiteifte attentie verdienen. Men zeide terftond: (en dit begind, God dank! al meer en meer velds te winnen) eerst heeft men den Trins by de ganfche Natie Wachten gehaat te maaken, en ten dien einde mooglyk duizenden Pasquillen in da weereld gebracht. . . — Daar na heeft men niets ge- fpaard, om den Vorst ter verantwoording van Hoogstdes* zelfs gehouden gedrag in dit Oorlog te dwingen; >—— ea nu zyne Hoogheid, niet behoevende verlegen te zyn om eene volleedige opening van zyn gedrag onder het oog der geheele weereld te brengen, uit eige beweeging, eene volkome verantwoording aan de Staaten Generaal overge. geeven, en vervolgens, om aan het verlangen der geheeleNatie te voldoen, door den druk gemeen gemaakt heefc; ■ ■ ■ nu men, dat ftuk te kostbaar, en te uifgebreid zynde om door een ieder gekocht en geleezen te worden, een kort 6» zaakeljk. Uittrekjèl 'er uit vervaardigd beeft, (zon» S 2 dsr  275 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot die eene natuurlyke influende voor 't vervolg op de ocze zullen maaken; kunnende U Ed. Achtb. inmiddels zich verzekerd houden, dac wy niets meer vereer 'er iets wezenlyks by, of af te doen) ten einde het door zulke lieden, die niet veel tyds over hebben cm te ieezen, kor.de onderzogt worden; —— en ru men dien korten inhoud op zoo een laagen prys heeft gefield, dat hy voor ieder verkrygelyk is, ja na men zelfs, om niemand op eenige kosten te jaagen, en om te toonen, dat men bem (even zoo wel als die Cour-eten en verfch=idene kleine, doch zeer haateiyke gefchriften, die men, quafi voor één ftuiver kon bekomen, doch die men meest voer r,itt onder bet Volk verfpreid heeft) zeer gaarne door elk wilde geleezen hebben, ook voor niet heeft aangeboden —— nu tracht men bet Volk te beletten, om een ftuk van zoo vse! belang onder het oog te kryeen; moet daar niet iets achter zitten? ——■ zweemt dit tiet raar hemeltergende onrechtvaardigheid? Heef: dit geene gedaante van vervloekte dwinglandy? Ed blykt d;ar uit niet, dat men de vraare Tsranntn aan dien kant zoeken moet, daar men de voorfiandtrs onzer Vryheid gezogt WIL hebben ? En nu het verbod van uwen Post te Rotterdam, en het verbod van de VaderlsndfcheAanfpTaak van een der beste Leydfcbe Burgeren, den Heer j. le Frank van Bebshey aan zyne Mede-Burgtrs, daar nog is by gekomen, nu begint, zoo wel te Rotterdam als hier te Leyden, het bloed der goede gemeente, die zich tot dus verre zoo fïil en vreedig gehouden heeft, water te worden: en ik vrees, IK VREES! dat, zoo den Heere Bekkkey maar eenige onverdiende oraangtnaamheid, of eenige onrechtvaardige mishandeling worde aangedaan, of eene (haf worde opgelegd, die naar onderdrukking zweemd, die zaak van de alleriierkfte gevolgen zal wezen! Geen braaf, edelmoedig Leydsch Burger kan dulden, dat iemand hunner Mede-Burgeren, ■ vooral zoo eenen niet, die zich cordaat, en belangloos voor ce eer van Leydens Burgery in de bresfe gefield, en ons gesrsarfebouwt heeft, tegen zulke gevaarlyke ftrikken, dis ons loozelys geipannen z^d , onderdrukt worde! .... Neen! ——— Mede-Bjrgers! —— cc*  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 277 verlangen» dan de blyken van attentie, welke U Ed. Achtb. ons in dezen zuic gelieven te toonen, ten allen tyden te reciproceeren. Wy een goede zaak! .... Rechtvaardigheid! ; . ; . . Vervloekte Tyranny! , . .-. Goed, B'oed, enLeeven, - alles ten bests!!! De Prins! een verdrukt Vorst! .... Onfchuldt .... Vryheid! .... Godsdidnst! Duivelfche Lasteraaren! . . . Schandvlekken onzer Natie! ó Leydenaar! Leyde. naar!! Rust en vreede zyn zeker voor de zoetfte, en lireelendfte, de wenfchelyjifte genietingen te houden; dat beken ik: — maar gy zult aan den anderen kant ook met my moeten bekenneD, dat Dwinglandy en Over- heerfching u tot Siaaven zouden maaken. Waak dan toch zorgvuldiglyk, dac deze wreede Monfters u niet, zonder dat gy 't merkt, onder de bedriegelykegedaanteeerser valfche Vryheid, den voet op den nek zetten, of u bet dwangjuk om den hals werpen! —— want ligt gy ééns aan hunne flaaffche boeijen vast gekluisterd; nooit! —— nooit kunt ge 'er u weer van losrukken! . . . Laaten u dan geene moeijelykheden te zwaar fchynen, om, terwyl 't nog tyd is, uwe waare en wezenlyke Vryheid voor altoos in veiligheid te ftellen!! Maar ik voel, dat ik warm begin te worden. Ik üwyg voor ditmaal! ——— en zal het gene 'er nog op myn hart ligc coc eene volgende gelegenheid fpaaren! —— Gaat intutfchen, mag ik u bidden, Myne Heeren! heldhaftig voort! De goede zaak, (dat verzeker ik u, dat kan niet anders zyn!) zal HIER éénmaal triumpheeïé:; ! 1 adieu! —— ik ben Geen Leydenaar , mar toch EEN BURGER VAJN LEYDEN. De Brieven, geteekend Elias &c De overige Byzonderbeden, in de gemelde Brieven voorS 3 ko'  s;8 Ptrzamslir.g van Stukken betrekkelyk tot Wy beveelen U Ed. Achtb. in de beicherming des Allerhoogften, en blyven Edele Achtbaare Heeren l U Edele Achtb. goede Vrienden, Gouda, den 20 Burgemeesteren en Regeerder: Jany 1783. der Stad Gouda. Ter Ordonnantie van dezelven, (was grt.) J. D. VAN DER BüRCH. K°. 3500. Refcriptie van Henen Scheut en Burgemeesteren van 's Hage, aan Heeren Burgemeesteren der Stad Gouda op voorgaande. In dato den 30 Juny 1783. Edele Groot Achtbaare Heeren! Ter voldoening aan U Ed. Grooc Achtb. Misfive van den 2Qflen dezer, hebben wy aanflonds voor ons doen oncbieden, den Boekverkooper Thomas van Os, Drukker vaD de Post naar den Neder-Rhyn, en aan denzelven afgevraagd de naam en woonplaats van den Aucheur van gemelde wekelyks blad, dewelke ons gezegd heefc, dac zyn naam is P. VerBrügge gewezen Predikant te Koedyk boven Alkmaar, th3nds woonachtig te Delft op de oude Lan. gedyk by zyn Zuster de Weduwe Neomagds, waar op aan denzelven geinterdiceerd hebben, het verder drukken van het voorfz. wekelyks blad, en hebben wy wyders nog door den Deeken van het Boekverkoopers Gilde alhier, ten fpoedigfien doen inter- di- komende, moeten wy tot eene volgende gelegenheid fpaaren. (Onder ftond) In 's Hage by THOMAS van OS, en alom by da meeste Boekverkoopers in Nederlarxl, daar dit Blad weeklyks word uitgegeeven.  de Gebsurtenisfen in 1787 enz. voorgvalletu 279 diceeren, het verder debit van de Posten vanen naar den Neder-Rhyn, met ophaaling der Exemplaaren, welke de refpeüive Boekverkoopers daar van nog . önde--zich mogten hebben. Waar mede vertrouwende aan U Ed. Or. Achtb. verzoek te hebben voldaan, wy U Ed. Gr. Achtb. in de dierbaare burfcherming Godes aanbeveelen, •n blyven, Edele Groot Achtbaare Heeren! ü Ed. Groot Achtb. goede Vrienden, '* Gravenhage, den Schout en Burgemeeste- 30 Juny 1783. ren van's Gravenhage.. Ter Ordonnantie van dezelven, (was get.) J« P« VAN DER Haer. No. 3501. Nadere Misfive en inftantie van Heeren Burgemeesteren der Stad Gouda, aan Heeren Burgemeesteren van 's Hage, over voorgemelde mate. ' rie. In dato den 5 July 1783. Edele Achtbaare Heeren! Wy hebben de eer mits dezen te accufeeren, de receptie vanU Ed. Achtb. letteren in dato den 3o(len Juny laatstleeden, uit welken wy gewaar zyn geworden, het geen door U Ed. Achtb. is verricht, betrekkelyk ons verzochte by Misfive van den 29 JuDy pasfato waar toe wy ons mits dezen refereeren. Gelyk dit verrichte tot ons relatiefis, voor zoo ver zulks betreft den Post naar den Neder.Rhyn, (welke ten dezen het eenige objedt onzer klachten mvolveerd) kunnen wy wel declareeren, dat hetzelve in opzichten van 't verbod van divulgatie, en in opzichten der ontdekking van deszelfs Autheur ons niet onaangenaam is geweest, maar mogen wyders niet verbergen onze uiterfte furprife, dat u Ed. Achtb. niet hebben gelieven goed te vinden, fin conformiteit van 't verzoek by opgemelde onze v S 4 Mis"  ISQ r) j. D. van der üürch. No.  38* Verzameling van Stukken betrekkelyk m No. 3 J06. RefifotU ven ie Magiftreat der Stad Go*-. if r:- op «'»'-ƒi vzn S&Var. tereïieljk iet zz? te bedreigen, alle die hunne te detesteerene deïfeinen tegen ftonden, ja zelfs rhet bedreiging van moord of generaal raai fa er ee te zullen aanricn. xez; d3t hy Heer Bü'juw zich wel alle moei:e had gegeeven ter ontdekking, maar tot nog toe te vergeeft. Edoch dat hy Hun Ed. Groot Achtb. durfde verzekeren, dat geen dezer twee Schotfchrifren wss gedrukt op een der twee BoekdrnskeTyen brerjen deze Stad, van de Boekdrukker* vas des Ktos en Vebbla*w; dat hy Heer Baiijaw begreep van de hooglte coodzaïkeiykherd en 't uicerfre gewicht te zyn, zoo de Stelder, Drukker, Plakker of Verfpreider hier vsc korde worden ontdekt; dat dit Coliegie, aan we-ke de eorge voor tic ro?t en bewaariog der traDquilireit onder de Ingezetenen is gedecideerd, die mcoglyke middelen behoorde te beproeven, zoo ter ontdekking als ter weering van diergelyke vuiligheden. Dat hy verzocht, ^dK beide deze Exeraplaaren mogten worden geicf=reerd in de N«b*en van deze Magiftraac, ten einde nader te kumtn deiibereeren over ce middelen ter beteugeling dier euvel daaden. Dat hy Heer Bai.'jaw te meerder z-'ch dair toe verplicht vond uithoofde van zeker Addres, zoo veröaan heef: a=n 't Coliegie der Vroecfcb=p geprsfecteerd , laatstleeden Dicgsdag, aan welkers hoofd zich geplaatst vind de Zoon van een fV.foeniyk Man, ec tot welkers teekem'ng men geen zwaarigheid had getna3k:, toe te laaten en in te roepen civerfe lieden, welke of wiers huishouden van DL accnyen en Stadswegen bedeeld zyn of nog bedeeld worden ; verfcheidene Lievery-bediecdec , Perfoonen voer zekeren korten tyd Qechrs door Heeren Burgemeesteren toegehaten zich brvm leZi S;ad op tt bxtden, — een party losbandige Matroofen en Varensgezel!;:; , eenige ais C. "D. Vyvzr cïc., by dit Coilegie wegers w£r?*edr3g'gecorrigeerd. — Veele die bj het OScie weiers  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 2qj fjechte gedragingen al te zeer bekend zyn; — ja» dat verder gaat, knaapen wier haaveloosheid en kwaad comperternent hun gebracht heeft tot die armoede, dat 'rr/e'n fchroomen'zoude de pen, waar mede 't kruisje ter teekening onder 't Addres is •gefteW, HJ-de-hand-te neemen ,-of te ftaan of zitten op de plaats waar zy by de teekening zich bevonden, en welke van 't flechtfte foort dezer Stads ïnwoonderen zyn. Dat hy Heer Bailjuw niet zonder aandoening had befpeurd, op hoedaanige wyze tot deze teekening een aantal der goede Burgers en Ingezetenen zyn verleid. Ed dat hy met verontwaardiging had ver* 'nomen, dat fommige Perfoonen zich in dezen mee 'dergelyke foorc van Menfchen hebben geasfocieerd tot teekening, niet durvende gisfen hoe men daar toe is overgegaan; — noch willende denken, dac men zulk foort, gelyk P. en D. Milekak en anderen , 'zoude tot flechte eindens, en om conform de voorgemelde gedrukte Papieren te handelen, geadmitteerd hebben. Dat hy Heer Bailjuw om alle deze redenen ia bedenking gaf, of niet tot ontdekking en beteugeling dezer disfeminatien van gedrukte of gefchreevene Papieren diende middelen in 't werk gefteld; dan daar de tyd van zyne aftrede als Bailjuw zoo naby was, begreep, dat Hun Ed. Groot Achtb» zouden wachten met het beraamen van middelen, ter ontdekking der Stelders, Drukkers en Disfeminateurs der reeds gefpargeerde, en ter ftuiting van den voortgang van foortgelyke fchandelyke en oproerige Papieren, tot dat zyne Succesfeür in officio zal wezen getreden in funCtie, en na ingenomen te hebben deszelfs confideratien en advys, als zynde aan deze Post de Executie aanbevolen, zoodaaniga voorzieninge te doen en maatregelen met dien Heer te beraamen, als derzelver wysheid en doorzicht zullen oirdeelen te behooren. Waar over gedelibereerd, en welgemelde Heer Bailjuw bedankt zynde voor de'sfc'elfs attentie pn T 2 yi«  29 2 Perzaaeling van Stukken iarekkelyk tot vigilantie, is goedgevondtn en veifuan , kennis te°geeven van hec bovenf/taande voorgcdraagene ssd deszelfs Succesfeur in tfictf de Heer Air. Jan Cöcpsxcs, die op morgen fiaac in functie te tre* den. Nj. 3507. Refsiutie vai de Magifiraat der Stad Gouda , over Bet zelf at onderwerp, In eaio ser. 1 M^y 1787. De Heer Prefident Burgemeester Mr. Francois de Met Heer vac Limmen, beef: aan dea deer £aiijuw Mr. Jan Cccpercs ketnis gegeeven van, en doen ieezen den voordracht, op gisteren door den afge:recen Heer Bailjuw Mr. Cornelis Nicolaas t-lemp£r v£n Eree gedaan, relatief twee oproerige Papieren of aangeplakte en gefirooide Annonces, bier voeren onder de Notulen van den 30 April laatstleeden breeder vermeld, en daar nevens géirfereerd. Waar over gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verfiaan, dac eer ontdekking vac den Aatheur of Autheurs van de twee gebuteerce oproerige en lasterlyke Papieren en derzeker Complices, zal worden 'geconcipieerd en vervolgens gearresteerd, en gedaan eene gepaste Publicacie, waar by beloofd word eene prsmie van een honderd zilveren Ducatons, te betaalen ui: Stads Casfa aan die gene, welke de Maaker, Schryver, Drukker, Disfeminatears, Verfpreider cf Aanplakker, van voorfchreeven twee Papieren, of anderen die daar mede eenigzirs zullen zyn gemoeid gewees:, zal weecen aan ce wyzen of te ontdekken, zoodaanig dat dezeive in handen van de Juftitie geraaak: cf geraaken, en van hec feic overtuigd word cf worden, zullende des Aanbrengers of Oncdekkers naam , zulks begeerende, worden gefecreteerd; en vooit;. by een generaal verbod geincerdiceerd hec naakec, d:aüeE, verfpreiden, of'daar aan ds said ce Ie;- • nee  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen, 293 «en in eenige manieren, van alle Pasquillen, lasterlvke of oproerige Gefchriften en Papieren, hoe ook genaamd en van wat aart, of onder wat prstelc let zelve mogte kunnen gefctyeden. En is wvders goedgevonden en verftaan, Heeren Burgeciteren te verzoeken , gelyk verzocht worden bV dezen, ter eerfter Vergadering van de Vroedfchao te communiceeren de noodzaakelykheid, die het Coliegie van de Magifiraat oirdeelt thands daar te zvn , tot uitlooven by Publicatie van eene prsSi?wn één honderd zilveren Ducatons op dit fuiet . en teffens als dan voor te draagen een authorifatie op *c Coliegie van de Magiftraat, om van Sradlwegen dusdaanige fomme van Penningen ten fine voorfz. te employeeren. No. ^08. Refolutie van de Vroedfchap der Stad Gouda, betrekkelyk het zelfde onderwerp. In dato den a May 1787- Heeren Burgemeesteren hebben ter Vergadering gecommuniceerd, dat myne Heeren van de MagiIraat dezer Stad noodig geoirdeeld hadden, tearfesteeren een Publicatie tegen de Pasquillen, in de nachten tusfchen den iaden en i3den April laatst, ïeeden , en tusfchen den 23ften en 24ften April daar aan volgende gefpargeerd, en te gelyk uit te looven een pra^mie^van één honderd zilveren DucatorT, aan die gene welke den Maaker, Drukker en D sfemineerder van voornoemde Pasqu.llen wist fe ontdekken, tot voldoening van welke prsmie welgemelde Magiftraat verzocht, over Stads Kasfe tt^op^5^. «Heeste™» teren voor de gegeeven Communicatie bedankt "« goedgevonden en verftaan, in het voorfz. vSzoek val hef Coliegie van de Maanftaaat te con. feÏÏÏÏren. en welgemelde Heeren Burgemeest^ tot betaaling van de voorfz. piasmie te authornee^  ren., geïyi dezelve diax toe geaathorifeerd worden raus dezen. No. PukUcaiievande Magifiraat der Stad Go-j^ ca , vaar. iy ter,t pr&mii va* één hi-rJeri zilveren Duc-dtm voraiuitgilc-afd op de o^diiHng van den A likeur of Authturs voring der zoo hoognoocige rust en eensgezindheid enner de goede Bjrgery, en tot ongeluk en bederf van ügtelyk te mis. kidene Ingezetenen; en oa,ïr 'er uit dien hoofde de  de Gebeurtenisjen in 1787 enz. voorgevallen. ap5 de Juftitie in het gemeen, en de tust en veiligheid der goede Ingezetenen dezer Scad in het byzonder, ten hoogden aan gelegen legt, dat de Autheurs en. Disfeminateurs van deze twee voorgemelde Schriften worden ontdekt, en naar behooren1 geftraft. Zoo is 'c, dat de Magifiraat der Stad Gouda heeft goedgevonden, om, ter ontdekking van den Autheur of Autheurs van voorfz. twee oproerige en lasterlyke Papieren , en derzelver Complices, te belooven , gelyk beloofd word by dezen , eene pismie van één honderd zilveren Ducatons, te betaalen uit Stads Kasfe, aan die gene wélke zal ontdekken of aanwyzen, zoo dat m handen van de Juftitie geraakt of geraaken, en van het feit overtuied word of worden, een of meer der Maakers, Schryvers, Disfeminateurs, Verfpreiders, Aanplakkers of anderen, die daar mede eemgzins zullen zyn gemoeid geweest, zullende des Aanwyzers of Aanbrengers naam, zulks begeerende, worden gefecreteerd. Verbiedende en interdiceerende wyders wel ernftig by dezen een iegelyk, van wat ftaat, qualiteic en conditie ook moge zyn , het fchryven, drukken, disfemineeren, verfpreiden, of daar aan de hand leenen in eeniger manieren, van alle Pasquillen, lasterlyke Libellen, oproerige Advertentien, muitzugtige Liederen, en andere foortgelyke verfbeiienswaardige en partydige Schriften en Afbeeldingen, hoe ook genaamd, en van wat aart, hoe. daanige form en onder welk voorwendzel zulks ook mogte kunnen gefchieden; op pcene van als Verftoorders der publyke rust, deswegens, naar bevind van zaaken , rigoureufelyk te zullen worden ^Einop dat een ieder hier van kennisfe hebbe, en niemand ignorantie zoude kunnen prastendeeren , zal deze worden gepubliceerd en alomme geahig'eerd, daar zulks te gefchieden gebruikelyk is. Aldus gedaan en gearresteerd, den 8 May 1787. v ö T 4 No.  tSÖ Verzameling van Stukken betrekkelyk tot $?o, 3510. Request van Mr. Fredrik van der HoE. ve , Jan Aarnoud Preesman Boys , Albertds, Hendrie Tekkelenburg , Gerrit Atkens de Jonge en Jan Nieowland, aan de Regeering ïder Stad Gouda, verzoekende om, in de wettige pos* fes/ie van hunne Privilegiën te worden gemaintU neerd &c.; benevens de Refolutie door Hun Ed. Groot Achtb. hier op genomen. In dato den 9 Ju* »v i787, Aan de Edele Groot Achtbaare Heeren van de Magistraat der Stad Gouda! Geeven met alle eerbied te kennen Mr. Fredrik van der Hoeve, Jan Aabnoud Preesman Buys, Albertds Hendrik Tekkelenrdrg, Gerrit Atkens de Jonge en Jan Nieuwland, zoo voor hun jjelven als voor Nicolaas Grendel die thands van huis is,'alle Burgers en Ingezetenen dezer Stad, ca nog in qualiteit als Geconltitueerdens en Gemachtigdens van een zeer groot aantal Mede-Bur», gers, Schutters en Ingezetenen, refpective van deze Stad en Jurisdictie van dien. Dat de Supplianten benevens hunne Conftituanten» met bittere droefheid en fmarte federt een geruimen tyd aangedaan geweest zynde, ter zaake van de verregaande cneenigheden en combustien, welke binnen deze Provincie zyn ontdaan, en van de akelige gevolgen welke dezelven in verfcheide Steden van deze Provincie gehad hebben , met geene mindere droefheid en bittere fmarte aangedaan zyn geweest, wanneer zy op den 23flen April jongstleeden moesten verneemen , dat ook reeds binnen de Stad Rotterdam diergelyke akelige ge» volgen plaats gehad hadden, en dat het algemeen gerucht ten zei ven dage esteerde, dat het voorneemen was om op dezelve wyze binnen deze Stad te werk te gaan. Dat de Supplianten en hunne Confiituanten gemeend hebben, aan het gerucht wegens zoodaanig voor-  de Gtbeurtenisfen in 1787 enz, voorgevatien. 297 voorneemen uitgegaan eenig geloof te moeten gee* ven, na dat zy vernamen, dat'er verfcheiden gewapende Manfehappen van buiten deze Stad zich binnen dezelve bevonden, dat des nagts de Stads Poorten door zekere Perfoonen waren bezet, dat geduurende den nagc verfcheide gewapende en ongewapende Manfehappen waren binnen gekomen, welke zich zoo in het huis van Dirk Westerbaaeï op de Markt alhier, als in andere huizen hebhen opgehouden ; dat ook verfcheiden Geweeren en Wapenen binnen deze Stad waren gebracht, en dat de Botermarkt was bezet onder anderen ook door verfcheiden gewapende Manfehappen, van buiten deze Stad ingekomen. Dat de Supplianten en hunne Conftituanten vervolgens , door eene natuürlyke zuge en verplichtinge gedreeven, om hunne wettige Regenten voor zoo veel in hun vermogen mogte of konde zyn , voor alle geweldaadige onderneemingen te helpen beveiligen , zich ook op den 24ften April in het Heeren Logement alhier hebben vertoond en opgehouden, ten einde, indien het nood ware, aan dezelven hunne plicht en zugt te voldoen, en by der hand te zyn. Dat de Supplianten vervolgens ook ontdekt hebben, dat op den 26ften April jongstleeden zich wederom in het huis van Dirk Westerbaan voornoemd bevonden hebben verfcheiden gewapende Manfehappen, gelvk mede binnen zekeren tuin, gelegen buiten de Tiendewegs-Poort in de vierde Kade. Dat offchopn op geene van de gemelde dagen eenig zoodaanig exces van geweld als in andere Steden plaats heeft gehad, nogthands het voorgevallene op gemelde dagen , en het daar bykomende gerucht, dat 'er een diergelyk voorneemen met betrekking tot allen de ftemmende Steden binnen deze Provincie , en wel byzonderlyk in de eerfte plaatze binnen deze Stad, zoude worden ter uityoer gebracht, de Supplianten en hunne CanftiT 5 tu-  S£i> ytïi&ulu^ ;an Stuiten burtitelyk Ut ttjiorea mnrkelyk ontroerd en ontrust heeft. Da: ce Sappüaacen benevens hunne ConftituaB« ten, al het gsrn vooifx. is, rnitsgaders het voorfz. ais cog aanhoudende gerucht, bedaardelyk en rypelyk overwogen hebbende, gemeend hebben van. hunnen indispenfablen pikht te zyn, U Ed. Grooc Achtb. van dat alles op eene eerbiedige wyze kennisfe-te geeven, en daar benevens met alle decentie en onderdaanigheid voor te draagen. Dat diergelyke handelwyze ai* in deze en gene Steden, en nn laatüelyk binnen de cabaurige Stad Rotterdam, plaats gehad heeft, is eece geweldaatüge vercrecicg van de Privilegiën en fanaaraenteele \Vetten van deze Provincie. Da: dezelve Privilegiën verbieden, iemand, wie hy ook zoude mogen zyn, bai;en verhoor, buiten behoorlsk ODderzoek van zaaken , zonder dat hy mee rechc overwonnen en door een uiterlyke gewvsde ver weezen zy, van zyn Amb: of Goed via fJia te ontzecten, ja zelva uic zyn wectige posfesfie by provifie te ftellen. Dat die Privilegiën aan de Ingezetenen van deze Provincie zyn gegeeven, en dat dezelve Privilegiën , waar voor hunne Voorzaaten han goed en bloed hebber» gewaagd, ora dezelve ce corferveeree, overzalks zyn den eigendom van de Ingezetenen, weike nimmer door iemand wie by ook zoude mogen zyn kan worden benomen of verminderd, veelmin door geweid. Da: niemand toe hec radicale van de Regeeringe in eecige Stad van deze Provincie kan worden geadmitteerd, dan nadat hy alvoorens met plechcgen ééde, en zulks me: aanroepinge van Gods heiligen raam, gezwooren en beloofd zal hebben, dezelve Privilegiën te bewaaren, te obferveeren, en de goede Ingezetenen in dezelve te maintineeren; dat zulks ook de ééd, welke door die genen die binten deze Stad :o: Burgemeesteren verkooren worden, plxhttlyk gedaan nioec worden, alle het zelve ia d&Öe inhoud* Ea:  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz, vaorge'sallen. aog. Dat ingelyks niemand in da Hooge Souvereine^ Vergadering van Hun Ed. Groot Mogenden vermag te worden geadmitteerd, ten zy hy alvoorens diergeiyke. ééd, met becrekkinge tot de handhaa-, virïge'van de Privilegiën aan den Lande in 'c ge. meen, en aan elke Stad in ac byzonder verleend , mogte hebben gedaan. Dat de Supplianten en hunne Conftituancen dienvolgende , bex Z;y> met aöeq ootmoed en eerbied gezegd, vermeene^n recht te hebben, om van U Ed. Groot Achtb. te verwachten , dac deeelven hun in de wettige posfesfie van dezelve hunne Privilegiën en fnndamenxeele Wetten van deze Provincie, met allen kracht, volgens hunnen dierbaa. ren en geftaafdea ééd, tegens alle geweld, verkrachtinge en vertredinge of verminde,ringe, welke men aan dezelve op eenigerhande wyze zoude mogen, ttachxen toe te brengen, zullen maimineeten. Dac de Supplianten en hunne Conlticuanten bereid zynde, om van hunne zyde goed en bloed op te zetten, zoo voor hec maintien van de voorge. melde Privilegiën en Eigendommen, als tot maintien van de Rechten en Gerechtigheden der Perfoo. nen en Goederen van hunne wettige Regenten, vervolgens ook gemeend hebben aan TJ Ed. Grooc, Achtb. eerbiedig onder het oog te mogen brengen, dat om zich tegens alle gevreesd geweld te kunnen verzetten, naar hunne gedachten in de eerfte plaatze en ten allerfpoedigften efficacieufe maatregelen, zouden behooren te'worden genomen, toe voorkominge dac geene gewapende Manfehappen van bui* ces binnen de»e-Stad-zich be-v+adeo, en-da&die genen, welken c' eeniger tyd van buiten deze Stad, ongewapend binnen dezelve gekomen mogten zyn, en ontdekt mogten worden binnen deze Stad mee Wapenen voorzien zich te vercoonen , terftond ontwapend, en genoodzaakt worden de Stad te ruimen. Derhalven keeren de Supplianten, zoo voor zich  2oc Verzsauling van SadXsn iitrekitljl tot zeiven als voor eo van wegens hanne CoLÖitnan» ten, zich tot £7 Ei. Grooc Achtb., alierondcrdaa» Eigjc verzoekerree , dat U Ed. Grooc Achtb. de voorfz. eSEccCieoste VMrzieninge, met den mees« ten fpc-ed en zonder eecig uïdlel, vermits hec in» franc gevaar, gelieven te doen. 'e Welk opende exc («ir geteekend) F, vak der Hoeve. J. A. Preesmak Bert. Alp.. Hemd. Teoxlenxcsch. Gerrit s de Jokge. Jak Niecklahd. Rtjèlatie deer Hun Ei. GrMi Achxl. hier cf genomen* De Magifiraat der Stad Gouda gezien en geëxamineerd hebbende de Requesce van Mr. Fredrik vas der Hceve, Jas Aarsoto Pxeesmas Btys, AiiesTCs Hesdrik Tekkelenbcsg, Gerrit Atkess de Josge en Jas Niecwlasd, vindt gced , zonder te letten op de qnaiificane, welke de Sappliantec zich adfcribeeren , of eenig regusrd te ftean op ce middelen en pcficiven by voorfz. Requeste vermeld, ce declareeren, dac Hem Er". Gr. Achtb. tot hier toe voor de rasc en veiligheid van deze Stad en derzelver goede Icgezeteren hebben gezorgd, en voor hec vervolg op zoodaanige manieren ten allen tyden zuilen zorgen, als dezelven vermeeneo te behooren. Nc. 3511. Rijoiuiie vort èe Vnii/chip der Stad Gcuaa, cm zyte Doorluchtige Hoogheid den Run Prn.ce Erf-Sutdhtztier 1* verzoeke* en ie authorvJteren tot 'het veranderen der Ri'ttrir.g in ii S;tïen 'dc In ccJio den 29 Oaober 1787. By refunptie gedelibereerd zynde, cp de Propo-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz, voorgevallen. 301 ücie door de Heeren Gedeputeerden der Stad Schoon-' hoven den 22ften der voorleeden maand, uit naam van de Heeren hunne Principaalen gedaan, concerneerende een Qualificatie op zyn Hoogheid den Heer Erf-Stadhouder, om de Regeering in de Steden te veranderen, op den voet als zyn Hoogheids Heer Vader glor. ged. door Hun Ed. Groot Mogenden was gequalificeerd geweest. Is eenpaarig goedgevonden en verftaan, dat zyn Hoogheid den Heere Prinfe van Oranje en Nasfauw, als Stadhouder dezer Provincie, zal worden verzocht en geauthorifeerd, zoo als verzochc en geauthorifeerd word by deze, om, hetzy in Perfoon, of, door een of twee Heeren daar toe te commicteeren, gelyk mee opzicht tot de Steden Schiedam en Schoonhoven den oden dezer is gerefolveerd, binnen de verdere refpe&ive Steden van deze Provincie, tot voorkoming van alle verdere murmuratien en onheilen, door alle meest bekwaame middelen en wegen, de gemoederen van de Burgeren en Ingezetenen inet de Regenten, te confolideeren en te verheelen; alle de gefchillen uit den weg te ruimen, mitsgaders de rust te herftellen, en des aoods ook zoodaanige Regent of Regenten van de Bediening van haare Magiftratuure te ontflaan, en anderen in derzelver plaats aan te ftellen en te benoemen, als zyue Hoogheid naar deszelfs booge wysheid, eu tot bereiking van het voorfchreeven heilzaam oogmerk noodig en dienftig zal oirdeelen; met dien verftande nogthands, dat geen voorfz. is zal gefchieden, alleen voor deze reize, en zulks zonder eenige prejudicie of confequentie voor hec vervolg, en mede onverminderd en zonder eenig nadeel voor het toekomende, ten aanzien van de Privilegiën , Vry- en Gerechtigheden , de refpective Steden competeerende, en dat de voorfz. Regenten daar door geenszins zullen worden gekwest of benadeeld in hunnen goeden naam en faam. En dat Hooggemelde zyne Hoogheid zal worden verzocht, zoo als verzocht word by dezen, de» Re-  302 'VerzaVJding yan Stukken bttrekkeljk tot Regent of Regenten die vaa derzelver dienst of dienften zonde mogen worden ontflagen, mitsgaders hunne Familien en Goederen te neemen in zyn Hoogheids fpeciaale Protectie en Sauvegarde; met interdictie op verbeurte van lyf en goed, dezelve Regenten, hunne Familien of Goederen of eenige gedeelten van dien eenigzics te molesteeren, befchatrtgeo of incommodeeren; en dat wydèrs Hooggemelde zyne Hoogheid geceralyk zal worden géau«frorifeerd, zoo als geauthorifeerd word by dezen, -om va de refpeüive Steden, zoo ten aanzien van Regenten, ais ten aanzien van Burgers en Ingezete-nen -zoodaanige verdere ordres te ftellen, als zyne "Hoogheid cot meeste rust en dienst van den Lande in het gemeen, en van dc vccrfz. S:=denin hetparticulier, zal oirdeelen te behooren, zullende Extract dezes aan de Regeeringen der refpeüive Steden dezer Provincie gegeeven worden, tot derzelver refpecüve informatie en naricht. No. 351*. Vtrhaal omtrent de tumultutufe beweegingen te Hoorn op den 11 OSober 1786, gedcan uit naam aer Burger Sociëteit binnen genoemde Stad, onder de Zinfpreuk: tot nut des Burgerftands en het vrye Vaderland. Wanneer de Afvuuring van het gelegalifeérd ExCTritie-Gecootfchap, op den nden October, zynde den geöenkwaardigen dag van Bosso's nederlaag, bepaald was, vergaderden de Leden des namiddags ten half twee uuren, inde Doelen, welkers plaats rrfgefchoten was met paaien door dewelke lynen liepen, *vaar achter een menigte Aanfchoüwers zich bevonden. De Magiftraat en Corps met Stads Bodens en Dienaars der Juftitie verzeld, van het Stadhuis af bicrien gekomen zynde, begon men de Exetcitièn en Macceavres op de cierlykfte en roem waardigfte wyze te verrichten; beftaande gezegde-Magifiraat,'uit de drie eudfte Heeren Burgemeesteren (zya«  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 303 /zynde den Heer Hoofd-Officier , hoe gaarn daar ook by tegenwoordig, doorindispoütie, en de vierde Burgemeester van Straalen mede, abfent) mitsgaders vier Heeren Schepenen, terwyl de drïa andere Heeren Schepenen, benevens de twee Heeren Secretarisfen dezer Stad, als Officieren by de Exercitie, moesten tegenwoordig zyn; van de Vroedfchap, fchoon allen verzocht, was de Heer pHJXiPPns Constantin Boon , de eenigfte, dewelke daar by tegenwoordig was; zysde de Heer en Mr. Dirk van Foreest, mede als Officier by de Evolutien van het Battailjon pref/ent. Een groot aantal Honoraire Leden, als mede der beste Burgeren en Ingezetenen dezer Stad, waren hier mede by tegenwoordig, benevens een aantal Leden van andere gewapende Schutteryen en Exercitie-Genootfchappen; waar onder die van Alkmaar, Purmerend, Oosthuizen en Twisk. Het Genootfchap hadde het genoegen, de opentlyke goedkeuring weg te draagen, zynde alles, tot dus ver, in de grootfte orde en accuratesfe afgelopen; doch na dat men de Parade-marsch, waar by Heeren Officiejeu voor de Heeren van de Regeering faluëerden, op de plaats der Doelens had volbracht, pasfeerden hec Corps met volle Muzyk, flaande Trom en vliegende Vaandels, de Turfhaven langs, het Oude Noord en leedig Erf (de Kaasmarkt reeds te veel met Kaas bezet zynde om den doortocht tegehengen)deKerkftraat door, hier was het eerfte, dat het verachtelyk Grasuw door allergeweldigst dringen, het Battailjon in disordre zocht te krygen, de zeven Purmercndcr Genootfchaps Leden bleeven, niettegenftaande het gedrang, achter het Battailjon; marcheerende, vervolgens langs de Nieuwe Muntftraat, de overzy van de Turfhaven, tot de Doelens. By het in marcheeren door de Waterpoort der Doelens, fcheen het, dac het Gemeen hun opzet volvoeren wilde, en drongen zoo ontzaglyk aan, dat het laatfte Pelotton met veel moeice binnen gekomen zoude zyn, hadden de Heeren van Parmerend, met én be^  204 Verzameling van Stuiken betrekkelyk tot benevens de twaalf gewapende, die tot afweering van het Gemeen by hec Corps tegenwoordig waren, de menigte niet mede afgekeerd; doch toen hec laatfte Pelotton was binnen gemarcheerd, meenden zy de Purmerenders af te foyden; waar op een dezer Heeren na zyn Sabel greep, doch hier in direct door een ander Purmerender wierd tegengehouden, het Gemeen hier door zeerverbiccerd, meende zich aan deze Heeren ce wreeken, en hun buiten de Doelens te houden; de braave Officier, zynde de Wel Edele Manhafte Heer Willem Schuurman, commandeerende het laatfte Pelotton, dit bemefkende, liet direct halve rechtsom keer maaken, éa het Geweer vellen, met oogmerk, om dus de menigte af te keeren; waar op deze eenigzins terug deinsden, en de Purmerender Heeren gelukkig binnen de Doelen kwamen. Het Genootfchap bedankt zynde, trokken de meeste Leden af, ieder na zyn huis, en vermeenden, dac hec daar by zoude gebleeven zyn, doch de menigte fchaarde zich cm en by de Doelens, dreigende de Purmerenders, die toen aldaar nog tegenwoordig waren, te zullen opwachten en van kant te maaken; dit gefchiede in het vallen van den avond; duister geworden zynde, wierd de hoop al grooter, en vreezende dat de Purmerenders hun zouden ontglippen, trok een groot gedeelte na de VVescer Poort, alwaar die Heeren moesten afvaarec; zeggende een ander gedeelte, buiten de Poort, aan den Ouden Dyk dezelve te zullen opwachten : intusfehen waagde men het om Oranje boxen te roepen, Oranje liedjes te zingen; die Patriotten te vervloeken, en mee een fteen door een glas inde Societeits-Kamer in de Doelens, alwaar twee HeereD Burgemeesteren, benevens de Heeren Purmerenders waren, te werpen, waar op genoemde braave Burgervaderen, zynde de Heeren van Foreest en van Hoolenwebff zich na buiten bega* ven , en den Burgervriend Foreest zich in het midden der woeste menigte begaf, hun zeer hartélyk aanfprak en afvraagde, wat hun begeerte en zoeken  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 30$ ken was, en waar in zy benadeeld wierden; en Zoo zy benadeeld wierden, zy dan nu opendyk aan hem si's hun Burgervader, konden en moesten klaagen» al anderszins zich rustig en vreedig naar huis begeeven; niemand der bende deed nn zyn mond ópen, waat op Zyn Wel Ed. Geftrenge hec hun nogmaals afvroeg, hun vermaanende, naar huis te gaanj zy deinsden wel t?ac terug, doch zetceden fpoedig we', der op, zeggende, wy hebben hec zoo zeer nies regen de Hoornfchen , maar wy zullen dePurmerec-' ders den hals breeken; de Heer Pieter van Akerlaken, dewelke zich mee een Heer van Furmerend buiten de deur begaf, om dezelve na de Wester Poort te conduifeeren en het oproer dachc te ftiiJen, werd met fteenen, gaten in het voorhoofd gefmeeten, en moest zich, benevens den Heer Nocrj dknbosch van Purmerend, door de vluchc redden. Boven en behalven den Heer van Akerlaken zyn nog verfcheidene Leden van hec Genootfchap geinfulteerd; zynde onder andere een Exerceerend en een Honorair Lid deerlyk geflagen en mishaa» deld. Ondertusfchen waren de Leden van het Genoot* fchap, op eenige weinigen na, weder in de Doelens vergaderd, en brandende van begeerte, om op de muitzuchtigen los te gaan, zich daar toe aan Heeren Burgemeesteren acldresfeerende, doch hst ge b. Hun Ed. Grooc Achtb. wei en te recht begreepen, dat buiten concurrentie en fpeciaale Refolutie vaa dën Magifiraat dezer Stad, als zynde de eenige Wetgeevende Machc, niet konde gefchieden; tea dien einde wierd ten half tien uuren des avonds Magiftraacs-Vergadering beleid ; wanneer de braave Burger Kapitein Heinis, benevens de braave Luitenant Ham, die byabfentie van den Burger Kapitein Galles het Commando voerde, by de gemelde Compagnien op Brandwacht leggende, en door hun in aanmerkinge genomen zynde, de flegte toeftand der Schutteryen, óaar zy alle nog niet eeni voor- L. Dsel. V siïu  3oö Verzameling van Stukken betrekkelyk tot zien waren van Geweeren, declareerde met hunne Compagnie van geen de minfte nut te kunnen zyn , ten zy het Genootfchap van Wapenhandel, hun in cas van nood adfifteerde; hier op wierd door gezegde Ed. Groot Achtb. Magifiraat gerefolveerd, de gementioneerde Burger Compagnie op Brandwacht leggende, op den Raadhuize, en het Genootfchap in de Doelens in de Wapenen te doen komen, en daar by goedgevonden, de CommandeerendeOfficieren van gemelde Burger Compagnie te qualificeeren, om in dezen met den Commandant en de Kapiteinen van het Genootfchap de Concert te gaan, en dusdaanig Plan tot defenfie dezer Stad, en ftoring van tumglt gezamentlyk te beraamen, en doen executeeren, als dezelve zouden oirdeelen te behooren ; de Leden van het Genootfchap dit aangezegd zynde, kwamen niet alleen allen, voor zoo veel het hun doenlyk was op, maar zelfs had men hee genoegen te zien, dat Honoraire Leden, mitsga. ders onzenabuurige Alkmaarders, en die van Twisk , de Wapenen opvatteden, en ter onzer adfiftentie toefhelden; zynde iedere Compagnie ter ontvanging en executeering der refpeciive orders, in een apparte Kamer, waar voor een Schildwacht geposteerd was, vergaderd, en onder alle de gewapende Manfehappen dusdaanige orders cn discipline, als men in het Militair zoude kunnen begeeren. Vervolgens door gemelde Officieren van de Burger Compagnien en die van het Genootfchap , op Kapiteins Kamer in de Doelens Conferentie gehouden zynde, en na de Heeren van Purmerend te hebben gehoerd, wierd onderling unaniem gerefolveerd, dat een Detachement van de Burger Compagnien zich zoude vervoegen na de Wester Poort, en een ander Detachement na de Doelens, om de Heeren van Purmerend af te haaien, en na de Wester Poort te conduifeeren, en dat achter by aftrek, een Detachement van het Genootfchap zoude opfluiten, orn de Heeren van Purmerend na den Ouden Dyk te geleiden; ten einde, wanneer het Graauw aldaar hen wil-  ae Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 307 wilde Ettaqueeren, dezelve Heeren vry geley te bezorgen, hebbende inmiddels de Officieren van de Burger Compagnien, den gantfchen tyd door doen patroullieeren; het oproerig Gemeen merkende, dat hec ernst geworden was, en dat men hun loon na werken zoude verfchaffen , deinsde langzaam af. Een Detachement van de Burger Compagnie, onder geleide, van den Kapitein Heinis, aan de Doe. lens gekomen zynde, trok voor uit, hier op volgden de Heeren van Purmerend, en een Detachement van het Genootfchap, onder het geleide van den Wel Ed. Manhaften Heer Kapitein Mr. Henbrik Carbasius, beftaande uit drie Officieren, twee Onder-Officieren en 28Schutters, fboten dentram, marcheerden de Turfhaven langs, tot op het Breed; by de Wester Poort gekomen zynde, alwaar een Detachement uit de Burger Compagnie, onder hec geleide van den Luitenant Ham , zich bevond , deed gemelde Heer Luitenant de geleederen openen, en het Geweer prefenteeren, het geen door den Kapitein Heinis gevolgd wierd, wanneer hec Detachement van het Genootfchap, mee de Heeren van Purmerend, na het faluic aan de Burger Detachementen te hebben gedaan, de Poort uic marcheerde, en mee een daar toe afgevaardigde Schuit, de Heeren van Purmerende tot den Ouden Dyk uitgeleid deeden. r . De Heeren van Purmerend en het Genootlcnap vertrokken zynde, marcheerde de Kapitein Heinis met zyn Detachement na de Doelens, de Luitenant Ham na den Raadhuize, en eerstgemelde decde m de Doelens aan Heeren Burgemeesteren, als Collonellen dezer Stad, rapport van zyn verrichte, en het voorgevallene. Eenigen tyd daar na, vervoegde zich gezeide Kapitein Heinis, met den Luitetant Ham wederom in de Doelens, declareerde aan den Heer Burgemeester van Foreest, die daar prefent was, dat de rusc en ftilte voor zoo veel zy vermeenden, binnen deze Stad herfteld was, en derhalven in bedenking gaf, of men de Burger ComV 2 P3g« 0  *jo8 Fetzamsüng van Stukken betrekkelyk m pagnien niet zoude afdanken; hier op wierd gerefolveerd, de Burger Compagnien te doen aftrekken, en wierden de Commandeerende Officieren der Schutterye verzocht, door den Heer Burgemeester van Foreest, hun onderhëbbende Manfehappen, uit naam van Heeren Burgemeesteren, als Colonel]en dezer Stad, op het hartelykfte dank te betuigen, voor hunne moeite en vigilantie in dezen betoond; dit verricht zynde, wende gemelde Heer Burgemeester van Foreest, zich tot den Heer Mr, Jan Hendrik van Straalen, als Commandant van het Genootfchap, gaf zyn hoogst genoegen te kennen, over de Vaderlandslievende denkenswyze van de Leden van het Genootfchap, die sy in dezen hadden betoond, door onwederfpreekelyke daaden, door als een eenig Man op te komen, daar zulks vry willig was, hun goed en bloed tot handhaaving van Vryheid en Voorrechten, bevorderingevan eendracht en rust, en demping van tuinultueufe beweegingen, in weerwil van de aanflagen van vuile Aterlingen veil te hebben; en dat hy dierhalven met geen woorden konde uitfpreeken, syne dankbaarheid en genoegen in dezen aan de Regeering en de goede Burgery van Hoorn, voor de dienften door het Genootfchap gepresteerd, met ïnftantelyk verzoek, vanbyaldien weder het Graauw eenige tumultueufe beweegingen mogte maaken, zy zich binnen deze Doelens, het geen hy als Collonel dezer Stad, het Genootfchap voor hunne Allarm» plaats declareerde te zyn, wilde vervoegen; deze Aanfpraak door den Commandant, als getroffen zynde door de goedkeuring van Heeren Burgemeesteren dezer Stad, omtrent het verrichte van het Genootfchap in de dankbaarfle termen beantwoord zynde , gaf zyn Wel Edele Manhafte het gedeclareerde van den Heer Burgemeester van Foreest opentlyk aan de Leden te kennen; wanneer zy alle als een eenig Man betuigden, niet te kunnen uitfpreeken , huDne verplichting aan Heeren Collonellen en de Magifiraat dezer Stad, dat zy niet zouden nalaa- ten.  di Gibeurtenifin in 1787 enz. voorgevallen. 309 ten, om aan net requiflt van Heeren Burgemeesteren by de eerfte tumultueufe beweeginge te voldoen ; en dat zy ten allen tyde zouden toonen te beantwoorden aan deby hun geteekende Acte van Ver. bindtenis, en de hooge gunftige Refolutien van Hun Ed. Groot Mogenden de Heeren Staaten van Holland en West-Friesland, in dato den 22 September 1785. Waar op het Genootfchap wierd afgedankt, en een ieder zich na huis begaf. Het Detachement ter escorteering van de Heeren van Purmerend uitgezonden, kwam des morgensten half zes uuren, zonder eenige moedwilligen te hebben ontmoet, en na door de Heeren van Purmerend op de Vaderlandslievende wyze ce zyn onthaald, wederom binnen deze Stad; en marcheerde vcor de Doelens, en werden aldaar afgedankt. De Heer Hoofd-Officier dezer Stad heeft inmiddels niec ftil gezeecen, dewyl zyn Wel Edele Geftrenge door zyne Practicyns de Vaderland- en Vryheidlievende Heeren Mr. C. Carbasius, Advokaac, en Goaltherus Mattheus, als Procureur, daags daar aan de benoodigtte informatien, voor zoo veel zy te bekomen waren, heefc doen inwinnen, en op den I3den Odtober by Heeren Schepenen judicieeï doen vervangen en beéédigen; hebbende zyn Wel "Ed. Geftrenge op den i4den daar aan volgende, by Heeren Schepenen dezer Stad verzocht, apprehenfie op de Perfoonen van Arnoldus Schele, Her. manus Ooserdam en Jan Jongman, ten minften dagvaarding in Perfoon, tegen gemelde Perfoonen ten dage by Hun Ed. Achtb. te prsefigeeren; het geen ten gevoige heefc gehad, dac Hun Ed. Achcb. tegen den I7den daaraanvolgends, het laatfte Lid van hec verzoek van gemelden Heer Hoofd-Officier hebben geaccordeerd, en daar coe geprsfigeerd den 17den jongstleeden. Arnoldus Schell en Harmanus Ooserdam zyn inmiddels voortvluchtig geworden, en ten dage dienende niec gecompareerd; wanneer door de Praöicyns van gemelden Heer V 3 Hoofd.  3:0 Vtrzmnzïing van Stukken betrekkelyk tot Hoofd-Officier is verzocht, het eerfte default, ea voor hec profyt van dien apprebeofie op de bovengenoemde Perfoonen; met annotatie hunner Goederen. En byaldien zy niec te bekomen mogten zyn, admisfie tot het doen van Edittale Cicatien, in ordinaire forma; welker verzoek door Heeren Schepenen is geaccordeerd, waar op gemelde Heer Hoofd-Officier de noodige maatregelen tot apprehenfie ilico heeft werklteilig gemaakt, en de Goederen van de Gedaagden in Perfoon judicieel heefc gedaan annoteeren. Jan Jongman, inmiddels met permïsöe, alzoo hynocdwendig uit de Stad moest, is van de Schouts Rolle mede abfent geweesc, en is geordineerd op morgen te moeten compareeren. om te antwoorden op de Artikelen, dewelke hem Gedaagde in Perfoon aldaar zullen worden voorgehouden, op pcena van apprehenfle by hem is aangenomen. Uit naam der Burger-Sociëteit binnen de Stad Hoorn, onder de Zinfpreuk'. tot nuc des Burgerftands en het vrye Vaderland. Ceteekend by my als Secretaris Joh. Sieowertsz. No. 3514. Declaratoir van den Graaf tot Bentheim Steinfdrt, betrekkelyk de uitgeweekene Inwoon* ders der Republyk van de Vereenigde Nederlanden. In dato den 30 July 1789. Wy Lodewick Wilhelm Ernst Gelriccs, des Heil. Rom. Ryks Regeerend Graaf toe Bentheim Steinfurt, Teeklenburg en Limburg, Heer tot Rheda, Wevelinghoven, Hoija, Alpen en HelfFenfiein, Erf-Voïgc cot Keulen, Erf-Bannerheer tot Batenburg, Heer van Bdurkerwerth en Ravenshorst, Ridder van den Koeniglyken Deecfchen Olifanten en Keurpaltz Beijerfchen Gouden Leeuwen-Orden &c. &c. &c. Doen  de Gebeurtenis/en ia 1787 enz» voorgevallm* 311 Doen kond, en verklaaren hier mede, voor ons en onze Hooggraaflyke Nakomelingen, dat, terwyl by de Burgerlyke oneenigheden, zoo tegenwoordig in de Vereenigde Nederlanden ontftaan zyn, verfcheiden Emigranten uit die Republyk zich reeds hier ter Stede metderwoon hebben nedergezet, en nog anderen genegen zyn, om hier ter plaatfe te komen woonen; wy derhal ven aan hen allen, zoo van hoogen als laagen ftand, die reeds hier zyn of nog verder mogten hier heen komen, zonder onderfcheid, altoos onze Landsheerlyke Protectie Schutz enfcherm, op het krachtigfte verzekeren, en zulks niet alleen ten opzichte der veiligheid hunner Perfoonen; maar belooven ook, wel uitdrukkelyk, dat dezelve ten aanzien hunner Goederen, zoo zy hier heeu hebben gebracht, of nog verder zonden willen overbrengen, van alle lasten der inkomende en uitgaande rechten, of hoe ook anders genaamd, fteeds zullen bevryd blyven; ja zelf, dat dezelven, indien zy Huizen of andere vaste Goederen hier in de Stad of onze Graaffchap zouden willen aankoopen, of nieuwe Huizen timmeren, en namaals by vertrek wederom verkoopen, daar van zoo min, als van alle hunne uitheemfche Goederen eenig aftochts of abzugs-geld behoeven te betaalen; gelyk ook wanneer ze hier ter plaatfe mogten komen te overlyden, hunne uitheemfche Erfgenaamen met hec Exue of afkortings-rechc, geenzins zullen worden bezwaard; voorts belooven wy,zoo als wy ver. gunnen en toeftaan by dezen, alle den genen onder hen, die geen Burgerlyke neeringe en handceeringe dryven, maar alleen van hunne renten en inkomften leeven, eene volkomen vryheid van excynfen, en alle andere imposten of belastingen ; die genen echter welke Burgerlyke neeringe en handceeringe of koopmanfchappen willen beginnen, voornamentlyk die voorneemens zyn, Fabrieken en Trafiken, hier eer Scede op te richten, kunnen zich nader by ons addresfeeren, zullende wy als dan' dezelve ter meerdere aanmoediage hunner industrie by eene by- zon-  312 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot enz. zondere, aan hun daarover uitte geevene Acte naar omftandigheden, voor zekere jaaren immuniteit van alle belastingen en imposten verleenen. Edoch zal onder deze laatfte kiasfe niet begreepen worden, Boekhandel en Drukkery, dewyl van nu af wy verklaaren, den Boekhandel en Drukkery op alle wyze zoodaanig te zullen begunftigen, dat een Boekhandelaar en Drukker, zich uit de Vereenigde Nederlanden hier ter Stede komende te etablisfeeren, van alle imposten en perfoneele belastinge, niet alleen fteeds zullen ontheven blyven, maar ook daar en boven eene onbepaalde vryheid der drukpsrsfe, zoo in politicque als kerkelyke zaaken, genieten, zonder aan eenige cenfure onderworpen te zyn; welverftaande nogthands, dat aan eiken , die door eene of ander hïer gedrukt ftukje, zoude meenen belee» digd te zyn, zal vry ftaan, daar over by den Oompetenten Rechter, 'c zy tegen den hier woonenden Autheur van een zulk eerroovend libel, of anders den Autheur van hetzelve, niec hier te vinden zyn= de, tegen den Drukker van het zelve zyne klachten in te brengen, als wanneer dienaangaande prompte Juftitie zal werden uitgeoeffend. Des ter oirkonde hebben wy deze verklaaring van onze willensmeeninge hoogst eigenhandig geteekend, en door ons Hooggratfiyk Zegel bevestigd. Aldus gedaan te Burgfteinfurt, den 30 July des jaars 1789. (was get.) Lodewyk , Regeerend Graaf tot Bentheim. in fidem. Reinhaetz, Secreu Reginu