VERZAMELING /i?nC VAN PLACAATEN, RESOLUTIEN EN ANDE. RE AUTHENTYKE STUKKEN, BETREKKING HEBBENDE TOT t>E GEWIGTIGE GA» BEURTENISSEN, IN DE MAAND SEPTEMBER MDCCLXXXVII, BEFOOREN EN VERVOL-, GENS, IN HET GEMEENEBEST DER VEREENIGDE NEDERLANDEN VOORGEVALLEN. Vier- en- Dertigste Deel. Te CAMPEtf, Ter Drukkerye van J.A. de CJIALMOT, M D C C X G I.   CHRONOLOGISCH REGISTER VAN ALLE DE STUKKEN IN HET XXXIVfte DEEL, van deze verzameling voorkomends. N°. 2599. Bericht van het voorgevallene by het intezettingneemen der Stad Wyk by Duurftede, ep last van de Staats-Lt^ der. der Provincie van Utrecht te Amersfoort vergadert, in den ochtendjiond van den 6 July 1787, en het by die ge< tegenheid overgekomene aan de Heeren Mr. Adriaan DE Nys en Francois Adriaan van der Kemp; benevens vier Bylaagen daar toe behömnde fub A, B, C en d. lladz. 1. ."" 2600. Piacaat van de Heeren Staaten 's Lands van Ut' recht, behelzende een generaals Amnestie voor die van Wyk te Duurftede. In dato den 9 July 1787. . lladz. II* ■■ 2601. Request van n. van Ossenberch, Oud-Burgemeester der Stad Wyk by Duurftede, aan de Heeren Staaten 's Lands van Utrecht, verzoekende wederom in Hun Edel Mogendèns proteiïié te worden genoomen. In dato den 9 July 1787 bladz. 14. 2<502. Request van T. C.Beckerino, Oud-BurgemecS' * a ut  IV REGISTER ter der Stad Wyk by Duurftede, am de Heeren Staaten 's Lands van Utrecht, ten zeiven einde als het bovenftaande. In dato den 9 July 1787 bladz. 16. N°. 2603. Request van R. Berewburo, Raad in de Vroedfchap der Stad Wyk by Duurftede, aan de Heeren Staaten *x Lands van Utrecht, ten zeiven einde. In dato den oju1787 bladz. I7m " 2604. Request van D. Volckmaars, Raad inde Vroedfchap te Wyk by Duurftede, aan de Heeren Staaten''sLandt van Utrecht, ten zeiven einde. In dato den 9 July 1787. bladz. 18. " " 2605. Extratï uit de Refolutien van de Heeren Staaten 's Lands van Utrecht, in dato den 9 July 1787, behelzende provifimeel Rapport van de Heeren naar WykbyDuurftede, tot het herftellen van de Regeering aldaar, gecommitteerd geweest bladz. 18. ——— 2606. Nader Rapport der Heeren Gecommitteerden van de Heeren Staaten 's Lands van Utrecht, tot herftel der zaakeninde Stad Wyk by Duurftede. . . . , blaiz. 33. '"" 2607. Circulaire Misfive van de Heeren Staaten 's Landt van Utrecht aan ie Hooge Bondgenooten, over de troeblesin 't algemeen in die Provincie plaats vindende, en lyzonder, voer het voorgevallene te Wyk by Duurftede. In dato den 9 July 1787 bladz. 40. 2608. Publicatie van Burgemeesteren en Vroedfchap der Stad Utrecht, waar by wordt bepaald, dat niemant van de geremoveerde Raaden of eenige, Staats-Leden £fc, ofte van derzelver Familien, Huisgenooten en Bediendent, zich bulten de Stad zal mogen legeeven, zonder fchrifielyke permisfit  der STUKKEN. V misjie van den Gouverneur. In dato den 9 July 1787. • . • . bladz. 49. NQ. 2609. Extra® uit de Refolutien van de Heeren Staaten van Zetland, approbeerende de recufatie door .Hun Ed. Mo* gendens Gecommitteerden ter Generaliteit gefchied van de nieuwe Gedeputeerden van Utrecht. In dato den 9 July 1787. • bladz. $9. 2610. Publicatie van Schout, Rurgemee stèren en die van den Gerechte der Stad Utrecht, verbiedende aan een ieder het fchieten langs de publyke Jtraaten In da¬ to den 10 July 1787. .... bladz. 5©. 1. 2611, Propojitie van het Kwartier van Oostergoe ter Staats-Vergadering van Friesland uitgebracht, betrekkelyk het fes/te neemen ter Generaliteits-Vergadering door Gecommitteerden van de Staats-Leden in de Stad van Utrecht vergaderd, daar toe afgevaardigd. In dato den 10 July 1787. , bladz. 51. - 2612 Extraü uk de Refolutien van de Heeren Staaten van Friesland, betrekkelyk de admisfie van de Heeren door de Staats-Leden te Utrecht vergaderd, in de Vergadering van Hun Hoog Mogenden £fc. Met de aanteekening en het Protest van de Utrechtfche Gedeputeerden daar tegen. In datis den 10 en 13 July 1787, , . bladz. 53. 2613. Misjive der Staats-Leden te Utrecht vergaderd aan den Heere Erfstadhouder, tendeerende om zyneHoogheid te permoveeren, om met den meesten fpoed Patenten te depecheeren , om de Troepes welke met voorkennis der Heeren Staaten te Amersfoort vergaderd, binnen de Provincie zyn gerukt, die uiterlyk binnen tien dagen daar uit te duenmarcheeren&c. In dato den 11 July ijij.bl. 58. * 3 ï*o-  VI REGISTER K °. 2 614. Request van eenige Burgers en Ingezetenen vanRhee. nen, Amerongen en Veenendaal, aan de Heeren Staaten 's Lands van Utrecht, om zoodaanige kleuren te mogen draa. gen als waar door die genen welke getrouw aan Hun Edele Mogenden zyn gebleeven, zich als zoodaanig kunnen doen kennen &c. In dato den 12 July 1787. . . bladz. 62. " 2615- Rapport van den Burgemeester H. Schilge, aan de Heeren Staats-Leden te Utrecht vergaderd, omtrent de inneeming der Stad Wyk by Duurftede. In dato den 12 Ju. 'y r787 . bladz. 63. ' 2616. Publicatie van de Heeren Staaten 's LandsvanUtrecht, betrekkelyk het verhinderen uit Holland van toevoer van hooi enftroo naar het Kwartier van Eemland. In dato den 13 July 1787 hMz. 66. —— 2617. Misfive van den Heer P. H. J. Ivoy, zich beklaagende over een geweldaadig attentaat tegens hem en Zyne Huisgenooten gepleegd. In dato .den 16 July 1787. bladz. 68. "" 2618. Publicatie van de Heeren Staaten 's Lands van Utrecht, waar by het verbod tegen het draagen van Oranje-linten word ingetrokken &c. In dato den 17 July 1787. bladz. 70. 1 2519. Publicatie van Schout, Burgemeester en en die van het Gerecht der Stad Utrecht, tegens het pleegen van «enigen dwang, geweld of andere infolentien, aan iemands Perf)on, of deszelfs Huis of Goederen In dato den 18 July 1787 . bladz. 73. 2620. Notificatie van de Heeren Gedeputeerden der StaatsLeden te Utrecht vergaderd, over ontftaane hindernis/en in de bejlimng der gemeens 's Lands Penningen gfft In dato den  „er STUKKEN. VII den 18 July 1787. ..... bladz. 74. N°. 2621. Publicatie van de Heeren Gedeputeerden der StaatsLeden te Utrecht vergaderd, waar 6y fof Aourfera van Kermis/en ten platten Lande wordt verboden. In dato den 20 July 1787 Mo*1*- 16» ■ 2622. Verklaaring van Jonkheer J. A. Z. van Isselmuiden tot Paasloo, nopens de behandeling van de Hesren de Nys en van der Kemp in hunne detentie te Amersfoort &c. In dato den 21 July 1787. . . bladz. 77. —- 2623. Extraü uit de Refolutien van de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, behelzende Declaratoir van Holland ter Vergadering van Hun Hoog Mogenden gedaan, op de Refolutie van Zeeland &c, betrekkelyk de admisjie der Utrechtfche Gedeputeerdens ter Generaliteit. In dato den 23 July 1787. .... bladz. 80. —— 2624. Refolutie van Hun Ed. Mogenden de HeerenStaa. ten van Friesland, betrekkelyk het zelfde onderwerp, en waar by verders word bepaald, dat in het gemeen, extraordinaris Gecommitteerden ter Generaliteit uit die Provincie wel een advyfeerende maar geen concludeerende Jlem toekomt, In dato den. . July 1787. • • • • bladz. SS» • 2625. Extraü uit de Refolutien van de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, behelzende het nader gedeclareerde door de Gecommitteerden van Zeeland gedaan, betrekkelyk de admisfie der Utrechtfche Gedeputeerdens ter Generaliteit £fc. In dato den . . July 1787. . bladz. 87. 2626. Extraü uit de Refolutien van de generaale Verga' dering der Officieren van de Stads Schuttery te Utrecht, behelzende de betuiging dat van geene overgave of capitulatie van de Stad willen weeten, voor dat alles plat gefchooten zal * 4, zyn  Vllï REGISTER zyn ffe, In dato den 23 July 1787. . . Uadz. 8o« N». 2627. Publicatie van de Heeren Staats-Leden te Utrecht vergaderd, betrekkelyk het draagen vn leufen ffe. In dato den 25 July i787. . , . . blatagu * 2628. Publicatie van Burgemeesteren en Froidfchap der Stad Utrecht, waar by op firaffe van de Galg wr>rdt verboden het geeven van feinen aan den Vyand, het zy door vuurpylen, luchtballen, het uitfteeken van lichten, affchieten van geweer ofblaazen op eenige inflrumenten; met be. lof te eenerpmmie van 1000 zilveren Ducatons, aan den ge. nen die eenig Perfion of Perfoonen kan ontdekken, welke zoodaanige feiten hebben bedreeven, er. dezelve in handen van de Jujlitie overleeverd. In dato den 25 July 1787. ° ' bladz. 93. 2629. Aanfchryving van de Heeren Gedeputeerde Staaten 's Lands van Utrecht, aan de Gerechten van enige Dorpen, ter inkwartiering van Militairen. In dato den 27 W I78?' bladz. 94. 2630. ExttaS uit de Refolutien van de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, behelzende Refolutie Van de Heeren Staaten van Utrecht, betrekkelyk het qdmitteeren ter Generaliteit van de Staats-Leden te Utrecht ver. gaderd. In dato den 30 July 1787. . . . Madz. 95. —- 2631. Publicatie van de Heeren Staaten 's Lands vanUtrecht, tegens het pleegen van veelerlei verregaand} disorders en oproerigheden (j>c. In dato den 31 July 1787. bi. 98. 2632. Publicatie van de Gedeputeerden der Staats-Leden te Utrecht vergaderd, waar by alle en een isgelyk ten ernfiigsten wordt vermaand, van niemand in zyne vryheid te iemdeeien, noch eenige molest aan te doen, waar ter plaat.  der STUKKEN, IX fe zich ook moge ophouden, woonen, of zyn verllyf zoo voor den zomer of winter hebben &C In dato den 31 July 1787. . bladz. 99' N°. 2633. Aanfchryving van de Gedeputeerden der Staats-Leden te Utrecht vergaderd, aan de Gerechten vanfommige Dorpen, ten einde niet te gehtorzaamen in de aan hun gegeevene beveelen ten aanzien van het inkwartieren van Militai' ten. In dato den 31 July 1787» • • bladz, 101. —— 2634. Misfive van de Heeren Staaten van Utrecht aan Hun Hoog Mogenden, waar in zich beklaagen over het vy andelyk attaqueeren der Militie op Soestdyk, door Militai. ren en Vry-Cerporisten uit Holland. In dato den 31 July l?87> • • • • bladz. 102. —— 2635. Misfive van de Heeren Staaten van Utrecht aan de Heeren Staaten van Zeeland, voorftaande het houden van Conferentien tot confervatie van den band der Unie. In dato den 31 July 1787 Wa • • bladz. 207. No. 26öS. Sfó&S uit het Boek van Refolutien der Stad Deventer, betrekkelyk de betaaling der Boete en Proceskosten door Reyer Martens. In datoden 21 Apül I79i. W. a„. 2666. ikW» km de Heeren Gedeputeerde Staaten van Friesland aan Hun Ed. Mogenden de Heeren Staaten vat, dat Gewest, betrekkelyk het Jiemmen der Volmachten ten Landsdage in de Steden. In dato den 11 February 1784. • bladz. 212. 2667. Publicatie van de Heeren Staaten van Friesland, behelzende finaale dispojitie over voorenftaande questie In dato den 28 February 1784. . . . bladz.'216. 2668. Publicatie van de Heeren Staaten van Friesland, betrekkelyk de Militaire Jurisdictie. In dato den 28 Feb'r. 1784 bladz, 217. 2669. Misfive van de Heeren Staaten van Friesland aan den Heere Prince Erfstadhouder, betrekkelyk het rechtsgebied over het Krygsvolk van den Staat. In dato den 6 Maart 1784 bladz. 218. 2670. Refolutie van de Heeren Staaten van Friesland «■ ver het zelfde onderwerp, en wel inzonderheid omtrent de wyze van het gevangen neemen van Krygsvolk. In dato d-n 14 Maart im blads 223> 2671. Refolutie van dé Heeren Staaten van Friesland, betrekkelyk de macht van Krygsraaden in het firaffen van zuivere Krygsmisdryven.. In dato-de» nMaart 1784. bl. 224. — 2672. RefolutU van de Heeren Staaten van Friesland,  der STUKKEN. XV nopens den Auditeur Militair en Gewaldigen Provoost. In dato den 14 Maart 1784. . . . hiadz. 226. 'N°. 2673. Misfive van de Heeren Staaten van Friesland aan den Heere Prinfe Erf-Stadhouder, in dato den ) 4 Maart 1784, ter geleide van de Publicatie over de macht der Militairen in het ftraffen van zuivere Militaire DeliBen enz. bl. 228. "■■ ■ 2674. Addres van het Genootfchap van Wapenoeffening te Dockum onder de zinfpreuk pro aris & focis, aan Hun Ed. Mogenden de Heeren Staaten van Friesiand, verzoeken' de met een Eereteeken bekroond te worden. In dato den 14 Maart 1784 bladz. 229. ■ 2675. Refolutie van de Heeren Staaten van Friesland, behelzende dispofitie op bovenftaande Addres. In dato den 14 Maart 1784 bladz. 233. •—— 2676. Refolutie van de 'Heeren Staaten van Friesland, betrekkelyk eene verbindtenis van dezen Staat met de Kroon van Frankryk. In dato den . . Maart 1784. bladz. 234. »■ 2677. Refolutie van de Heeren Staaten van Friesland, betrekkelyk eene Misfive van zyne Pruisfifche Majejleit, en Memorie van deszelfs Afgezant don Heer van Tiïulemeyer, over het verkorten der Rechen van den Heere Prinfe Erf-Stadhouder. In dato den 15 May 1784. bl. 226. ■■ 2678. Aivys van ]■ Norel, Mede-Raad in de Vroedfchap te Harlmeen, gedaan in de Vergadering der Veertigen op den 1 Juny 17Ü4; met verzoek, ter gelegentheid van een Addres door de Ewgery aan de Magiflraat gepra;fenteerd om een gewapend Burger-Corps bmhn de Schutttry op te richten bladz. 250. 2679« Protest van j. Norel, Mede-Raad in de Vreed. fchap  XVI REGISTER fchap te Harlingen, gedaan in de Vergadering der Veertt. gen den 22 September 1784, ter gelegenheid van eene genoomene Refolutie door de Magiftraat van genoemden Stad op den gden September laatstleeden, betrekkelyk de fchikkingen deor gemelden Magiftraat ten aanzien van de Burger Schuttery gemaakt. . . . . . Uadz. ^ N°. 2680. Sententie van het Hof van Friesland gepronuntzeerd den 15 July 1786, in zaaken tusfchen Jan Tamboeser, Burgemeester en Raad in de Vroedfchap te Harlingen m Jacob NöreL, Lid van de Vroedfchap in dezelfde Stad. * ' • • • bladz. 258. 268i. Misfive van de HeerenStaaten van Friesland,ftreh kende tot antwoord op eene Misfive door den Heere Erfstadhouder aan de Staaten der byzondere Provinciën gefchreeven, waar by zyne Doorluchtige Hoogheid zich beklaagt, dat aan hem de Voorrechten en Presrogativen aan het ErfStadhouderfchap verknocht, worden betwist tfc, In dato den 11 Juny llH bladz. 2S9. 2682. Misfive van Hun Ed. Mogenden de Heeren Staaten van Friesland aan den Heere Prinfe Erf-Stadhouder, in datoden 11 Juny 1784, over de Atle van Confulentfchap tusfchen gemelde zyne Hoogheid en den Heere Hertog van Brunswyk Wolfenbuttel geftooten; benevens den inhoud van die Me. bladz. 267. - 2683. Refolutie van Hun Ed. Mogenden de HeerenStaa. ten van Friesland, betrekkelyk de toefland van de Armêe van den Staat. In dato den 13 Juny 1784. . . Uadz. 275. ■ 2684. Eéd, den.. Juny 1784, op bevel van Hun Ed. Mogenden de HeerenStaaten van Friesland, door het Krygsvolk te Leeuwarden en Harlingen in bezetting leggende, in han-  de* STUKKEN. XVII handen der Heeren GedeputeerdeStaatengeprcesteerd.il. 278. N*. 268 5. Misfive van Hun Ed. Mogenden de HeerenStaaten van Friesland aan den Heere Prinfe Erf-Stadhouder, betrek' kelyk het geeven van- opening aan de Provinciën van den ■ Jlaat derGeneraliteitsKas. In datoden 26 Augustus 1784. bladz. 279. » ■ — 2686. Refolutie van Hun Ed. Mogenden deHeerenStêM- ten van Friesland, betrekkelyk de Petitie van den Raad van Staaten van 467,800 Guldens, tot marschvaardig madken der Troepes van den Staat fcfc. In dato den 2 8 Augustus 1787 : bladz 282. ■ 2687. Refolutie van Hun Ed. Mogenden de HeerenStaaten van Friesland, behelzende eene aanfchryving aan de commande erende- Officieren van de Troepester repartitie van Friesland ftaande, om een omftandig Rapport aan Hun Ed. Mogenden tefuppediteeren, op de in de aanfchryving vier vermelde poinüen. In dato den 28 Aug. 1784. bladz. 283. ■ i' ' 2688. Refolutie van Hun Ed. Mogenden de HeerenStaa¬ ten van Friesland, betrekkelyk de wapeninge in de Generaliteits Landen. In dato den 8 December 1784. bladz. 285. .. 2689. Refolutie van Hun Ed. Mogenden deHeerenStaa. ten van Friesland, omtrent het geeven van het Parool of Wachtwoord in de Stad van Leeuwarden. In dato den 11 December 1784. bladz. 286. ■ 2690. Refolutie van Hun Ed. Mogenden de HeerenStaaten van Friesland, over de Wapenhandel der Ingezetenen in gemelde Provincie. In dato den 19 December 1784. bl. 288. —— 2691. Publicatie van de Magiftraat en Vroedfchap der Stad Werkum, tot aanmoediging vun den Wapenhandel. In * * dato  I XVIII REGISTER enz. dato den.30 December 1784. bladz. 280. N°. 2692. Refolutie van de Magiftraat en Vroedfchap der Sta* Dockum, om de Predikanten op het nadrukkelykfte te verzoeken , hunne Gemeentens by alle gelegentheden de Wapenhandeling te willen voordraagen. In dato den 12 January 1787 • • bladz. 290. —■■ 2C93. Publicatie van de Magiftraat en Vroedfchap der Stad Dockum, waar by eene algemeene Burgerwapening wordt verzegt en aangepreezen. In dato den 12 January 1785. . • , bladz. 291. —— 2694. Misfive van Hun Ed. Mogenden de HeerenStaaten van Friesland aan den Heere Prince Erf-Stadhouder, ter bt' antwoording eener Misfive van gedachte Vorst, houdende eene breedvoerige opening van Hoogstdeszelfs gevoelens en gedrag, en voorftd van middelen, om het Vaderland te befchemen enz. In dato den 26 February 1785. bl, 292. VER-  VERZAMELING V A H . PLACAATEN, RESOLUTIEN EN ANDERE AÜTHENTYKE STUKKEN enz. BETREKKING-HEBBENDE TOT DE GEWIGTIGE GEBEURTENISSEN, IN DE MAAND SEPTEMBER 1787, BEVOOREN EN VERVOLGENS, IN DE REPUBLIEK DER VEREENIGDE NEDERLAH. DEN VOORGEVALLEN. ' • 11 ■ ■»» N°. 2599. Bericht van het voorgevallene by het in bezetting neemm der Stad Wyk by Duurftede , op last van de Staats-Leden der Provincie vfln Utrecht te Amersfoort vergadert, in den ochtend ftond van den 6 Ju'y 1787, en het by die gelegenheid overgekomene aan de Heeren Mr. Adriaan de Nïs, en FrAncois Adriaan van der Kemp; benevens vier Bylaagen- daar toe behoorende fubA, B, C en D. Het was den 6 July 1787, s'morgens circa vief Suren, dat men binnen Wyk bericht bekwam vati e aannadering van eene menigte Krygsvolk, zoo Infanterie als Cavallerie. welke zich ook niet lang XXXIV. Deel. A daar  a Verzameling van Stukken bett'ekkélyk tot daar na met gefchut voor de Veldpoort vertoonde, en de Stad aan de meeste zyden omfiogelden. De Heer de Nys Commandant, begaf zich daadelyk na de Veldpoort, terwyl alarm geflagen ende Leden van de Vroedfchap vergadert wierden. De Heer de Nys aan de Veldpoort zynde, wierd aan hem overhandigd een Patent van zjo'e Doorluchtige Hoogheid van den 3den July, gegeeven voor 't Regiment van Baden-Üurlach , om in Wyk Guarnifoen te houden, waar by gevoegd wierd den eisch om de Poort te openen, en dat men zich daar toe zeer kort moest beraaden. De Vroedfchap middelerwyl vergadert zynde, begaven zich de Heeren de Nys en van der Kemp in de Vergadering, communiceerende het voorge. melde Patent en by gevoegden eisch. Waar op de Vroedfchap befloot den Heer de Nys als Commandant te authorifeerea de voor de Poort zynde Militie in te laaten, ■— tegen welke Refblutie een der Burgemeesteren zynde de Heer Schil, lige protegeerde, met verzoek, dat den Secretaris het zelve in dè'Notulen zoude aanteekesen. Vervolgens wierd van de voorfchreeven Refolutie, om de Poort voor de Militie te openen, ara den Heer de Nys als Commandant boven de mondelinge last, ook eene fchriftelyke ordre door de Vroedfchap gegeeven. In tusfchen hielden de Burger Officieren en van het Jager-Corps Krygsraad, welker befiuit was, om ingevalle de Commandant de Nys, fchriftelyke ordre had,-dan te obediëeren, zoo als na bekendmaakiDg van dezelve, ook is gedaan. Ten gevolgen , dat na verloop van weinig tyds daar na, binnen de Stad marcheerde het Regiment van Baden-Dürlach. — Het Krygsvolk onder aanvoering van den Collonel Balneavis — een Detachement Guardes Dragonders, een Detachement Cavallerie •■— met vier ftukken Kanon en twee Houwkzers, met derzelver Artilleristen. Aan-  ie Gebeartmiïfeh in 17S7 enz. voorgevallen. $ . Aanftonds na bet binnen trekken van de voorfz; Militie, wierd den Heer de Nys arrest aangezegd, en zyn Ed. twee Sergeanten tot bewaaring gegeeven, — Na een kort verblyf aan 't huis van vaiS Rossom, (alwaardeHeer van dér Kemp, insgelvks in verzekering was genoorhen) geleide de Heer Kapitein van derMerwede deze beide Heeren op hun verzoek, om hun voor infültes te beveiligen haar 'thuis van den Heer Deixafaille, aan welk huis dien ouden Heer , benevens den Heer VAn dek Kemp, insgelyks 't arrest werd aangezegd. De Heeren Hoofd-Officieren Marquis de Thóuars en de Baron van Bösec, van Baden-Durlachi werden met de fubalterne Officieren van Balneavis — de Heeren Macdonald en de Mey aan 't huis van den Heer Dellafaillè geinkwartierd. Alle deze Heeren bewezen de Gearreffeerden alle heuschheid en égards, welke men van Vrienden zoude hebben kunnen verlangen. — Zoo als de twee Sergeanten, post in het voorhuis houdende» zich zeer gefehikt hebben gedraagen. — Gelyfc ook van vrydag tot maandag toe, zoo' door dea Heer Baron von Quadt, als gemelde Hoofd-Offieieren die 't Guarnifoen commandeerden, alles wierd aangewend, wat tot beveiliging der Stad enookbyzonder van 't huis van den Heer DéllAfaiLlé konde dienen» , . , Zondag krèegen de Sergeanten ordre, om in ds kamer voor die, in welke de drie Gearrefteefdeü fliepen, post te houden. Maandag avond onder 't foupé , kwam een GrènaU dier iD 't voorhuis op fchildwacht, zeggende aari de Sergeanten, ördre te hebben, dat zy 's Dachtdf in het itaapvertrek, en de Schildwacht voor de kamerdeur post moeste houden. 's Nachts circa twee uuren wierden de Gearres^ teerden opgewekt, dooreen Adjudant, die insgelyks met alle befcheidenheid deGearrefteerde Heeren de Nys en van der Kemp5 .eeü ordre voorlas , om zich gereed te maaken, ten einde binnen een A % mt  4 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot ■ïur onder een Escorte naar Amersfoort vèrvoerd te wördëni Omtrent vier uur gingen beide Gearrefteerden Tiei de twee Sergeanten in een koets, en reden omfii geld door een Escorte Dragonders naar Amersfoort. — Geduurende deze overtocht, werd zoo door de Sergeanten, als door den Onder-Officier van het Escorte met zyn onderhebbende MaDfchap geen een uitgezonden, alle befcheidenheid in acht genoomen. Binnen Amersfoort, voor 't huis genaamd dePot, ter bewaaring van de Gearrefteerden gefehikt, uit de koets treedende, werd de Heer de Nys, verregaande geinfulteerd, zelfs met het dreigen vaneen rotting door een Officier van't Regiment van Hardenbroek , die den tweeden Gearrefteerden een duuw in den rug gaf, terwyl de Sergeant van de Wacht (van 't Regiment van Hessen Darmstad) alles aanwende om de goede orde te bewaaren. Geduurende 't verblyf der Gearrefteerden te Amersfoort, van den loden July, daags na de gepubliceerde Amnestie te Wyk, tot den 19 September 1787, werd door de Onder-Officieren en Gemeenen van 't Regiment van Hessen Darmstad , welke fteeds die Wacht hadden (enkele reizen op 't laatst door die van Oranje-Nassacw vervangen, die het zelve fpoor volgden) zoo wel als door de Stads Bodens, die in het vertrek der Gearrefteerdens waren, en de Huisbedienden alle befcheidenheid en heusheid in acht genoomen; en wanneer 'er van buiten door vreemden al eenig molest eens gefchiede, werd zulks daadelyk, zoo veel doenlyk door den Heer Hoofd-Officier der Stad, de Heer tan Natewisch geweerd, en voor 't vervolg zoo veel mooglyk voorgekomen, voor welke attentie de Gearrefteerden fchriftelyk aan zyn Hoog Wel Gebooren den verfchuldigden dank betuigd hebben. 's Woensdags denipden September op deneeten, werd den Gearrefteerden bericht door een Bode, dat  Ar Geleurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 5 dat zy binnen een uur naar Utrecht getransporteerd zouden worden, met twee Bodens en onder Escorte van een Detachement Cavallery. — Circa om drie uuren reden de Gearrefteerden zonder eenigzints gemoeid te worden en zonder eenige belemmering, — na dat de Heer van Natewisch aan de Gearrefteerden de orde van Hun Ed. Mogenden had medegedeeld, uit Amersfoort. Na 'c afleggen van ruim een half uur wegs, kwam 'een Ruiter met een kiel aan opeen ongezadeld Paard aauryden, met ordre van den toenmaaligen Commandant van Erpel, om terug te keereo. By de Poort genaderd zynde, naderde de Heer van Erpel de koets, rukte het portier op, en na eerst de Wachtmeester gevraagt te hebben wie hem geordonneerd had te vertrekken, vermaakte hy zich, om na het breeduitmeeten zyner bravoures, te vooren door de Gearrefteerden bewonderd, beiden op de hoopendfte wyze te fchelden en te befchimpen, in het welk zyn Wel Ed. Geftr. bleef continueeren, in weerwil der amicale poogingen van den Heer Ritmeester de Bruw, om zulks af te breeken daar de Paarden bezweet waren en koud werden, tot het eindelek den Heer van Erpel behaagde, de ordre te geeven om voort te ryden. Geduurende de reis, nam het Detachement (in weerwil van dit voorbeeld) die orde en befcheidenheid in acht, welke dc Gearrefteerden zoo zeer in het eerfte escorte Dragonders en van die van 't Regiment vam Hessen Darmstad hadden onder vonden, en beveiligde de Gearrefteerden tot voor het Stadhuis te Utrecht, zoo veel zy konden. Aldaar moetende wachten op de komst van Mylord Athlone, geluste het den Heer Meynders van de Gardes Dragonders met een Heer in 'tbrujn gekleed, zoo in't Hollands als Fransch, eenerefrks van laster en fchimp aao de omftanders, gepaard met bedreigingen uit te braaken, terwyl de Officier van de wacht zyn best deed, om de goede orde te bewaaren, tot men den koetzier met den A 3 com-  f Verzameling van Stukken betrekkelyk m eomrnarjdeerepde Qoder-OrBcier van 't escorte gelastè, om Haar den Generaal van Monster, die zyn intrek in het huis van den Heer van Hengst genoomen had, tg komen. B Aan''t huis van dien Heer gekomen, werd den Gearrefteerden tpegeduwt door een jong Officier (*) die het portier had geopend, gyzyt hier onder eerJyke lieden, niet opder Dieven en Schurken als gy; Ijier qp werden de Gearrefteerden uit de koets, aan de ovprzyde der ftraat ftïl gehouden, getrokken onder de uitjouwing van dien Officier, h,ier hebben wy de Schurken, de Landverraders, voortgefleept, geftopteip en zoo in de zykamer getrokken , met een tiaar hebHt ge de Schurken de Landverraders, daar hebt ge'den befaamden van der Kemp; één Heer in 't brtiin klein van Per Joon, dezelve zoo 't fcheen, die met den Heer Meynders aan 't Stadhuis aan de jnfijltes deel had genoomen, den eerften Gearresteerdep uitmaakende als un qui avoit vplé beauco%p i'argent au1^ In des, en den tweeden, qui avoit bou» ïèverfé, la Repub'ique, en een Heer van reizige géftalte'.met een Generaals montering gekleed, epeepjge Officieren waren in het vertrek. Hier'op begonnen de verdere ïnfultes , eerst doqr dien jongen Heer Officier in 't algemeen, tpen door den Heer in 't bruin j voornamelyk over cje Itukjes Kanon, welke de eerste Gearrefteerde wel eer aan'het Exercitie-Genooifchap vereerd had, hebt gy deftukjesgezien? die waren om alarm te Schieten, pfet waar? 't welk door een ander vervangen wierd," 't is doch plaijïerin zoo commando te hebbens en Majoor tefpeelen, —Parade geeft acht 1 waar dp volgde een vernederend en fpottend beklag met de,n eerften Gearrefteerden en bygevoegde vraagen van den Heer in 't bruin, pok boe lang by in *t land geweest was.' Wyders vatte die Heer met zyn Generaals uniform 't woord op, eerst tegen beiden voorpeamlyk tegen den tweeden Gearrefteerden, wel Doft) Die men naderhand onderricht is te zyn geweest ■fAN der 'Maas-E, Adjudant." van den Generaal Monster,  de Gebeurtenis/en Ih 1787 enz. voorgevallen. 7 Dominé, gy hebt het ver gebracht! uwe delicaate pn (met een eene mine van fchryven, met de rechtehand rmakende) heeft u ver gebracht, myn-Heer voert joch een delicaate pen —■ 't was maar myn Heer de Stad' 'houder; Mevrouw de Princes! niet waar? de Heeren zouden myn Heer den Stadhouder te recht Jlellen, en zyn individueels Leden der Soevereiniteit !! dit wierd door eene en andere befpottende befchimpingen afgebrooken, tot de Heer in 't bruin aan den Heer in een Generaals uniform gekleed zeide — celui 'cy — wyzende op den tweeden Gearrefteerden — deux ans pasfé a encore prefenté a Mr. Boers Avocat de la Com. pagnie, d'ecrire pourle Stadhouder, fiVon le voudroit, op 't welk de tweede Gearrefteerde het ftUzwygcn 'verbrak en vroeg den Generaal, met byvpeging, ik zie dat ik gevangen ben, maar is 't my vergund te fpreeken, 't welk met een ongunftig ja toego ftaan zynde, zeide de tweede Gearrefteerde, — dus verre zwegen wy, Heer Generaal, maar het'zymy vergund op 't Fransch gezegde van dien Heer in 'c bruin te remarqueeren, dat ik even weinig aan dep. Heer Boers bekend ben, als zyn Ed. aan my, en dat geen honnet mensch eene diergelyke zaake met eenigen fchynmy immerzal:aanwryven kunnen. — Met het uiten dezer- laatfte woorden, ontfing den tweeden Gearrefteerden door dien jongen Officier een fiag in het aangezicht, met byvoeging, fpreekt gy zoo tegen een Man van die geboorte. De Generaal gaf na eenige woordenwisfeling be. vel aan twee zyner Ordonnances, om de beide Gearrefteerden weg te brengen, en wel zorge voor hun te draagen, en zoo werden zy onder een geduurig fchelden en dreigen voortgefleurt tot aan de koets, welke met deBodens, en het escorte door Hun Ed. Mogenden ter hunner beveiliging als bewaaring verordend, na het Stadhuis terug reed. Zyn Hoog Ed. MylordGraave van Athlone was aan 't portier, en van datoogenblik hielden alle beleedigingen op, en Mylord conduifeerde de GearA.4 : res-  * Pertamling van Stukken ietrekkelyk tot te/teerden naar de kamer ter hunner bewaaring se« fchikt. De Gearrefteerden hebben federt den ioden September tot den 19 December beide des jaars 1787, en dus federt drie maanden te Utrecht in bewaaring gebJeeven, tot dat zy onder een reëeleBorgtocht, gefield te hebben, ter fomma van na by de negen en veertig duizend Guldens, en dié gedeponeerd onder den Griffier van den Hove, zyn gerelaxeerd geworden. — Geduurende het voorfchreeven verblyf van de Gearrefteerden ten Stadhuize te Utrecht, zyn zy door de zorge van Mylord, voor ??° „veel i1^ in de macht van zyn Hoog Geb. als Hoofd-Officier ftond met alle heusheid en befcheidenheid behandeld, het welk door de Gearrefteerdens, op de verfchuldigfte wyze is beantwoord. Blyvende de zaak raakende de vergoeding van het beloop der opgegeevenefchaadens, nog onafgedaan 33Dlt33D» En dit is het, 't welk men niet ondienftig geoirdeeld heeft, in deze Verzameling voor de vergetelheid te depofiteeren.. B Y L A G EN. r • . \ V. A. ;iM Copia van het Patent van zyne Hoogheid gegeeven, tot het in het bezit neemen der Stad Wyk by Duurftede, op last van de Staats-Leden te Amersfoort vergaderd, den 3 July 1787. Zyne Hoogheid door de Heeren. Staaten 's Lands van Utrecht, thands te Amersfoort vergadert, yerzogt en geauthorifeerd zynde om de goede orde in de Provincie te herftellen, en dezelve van de daar ia op eene onwettige wyze gebrachte Militie of an-  ét Gebeurtenis/en in 1787 tim.. voorgevallen. # andere gewapende Corpfen te verlosfen; last en ordonneerd hier mede den Collonel of Commandeerenden Officier van het Regiment van den Heere Luitenant-Generaal Piinfe van Baden-Durlach, om met zyne onderhebbenüe Regiment, op zicht dezes, naar Wyk te Duurftede fe marcheeren, om aldaar Guarnifoen te houden tot nader order. Zullende hy, vermits'er thands geene wettigelMagiftraat binnen Wyk is, aan de thands f'ur,, e* " e Magiftraat geen ééd hebben te doen, mmi a mende op den ééd aan den Linde gedaan ne ondërhebbende Regiment in goede Krv en discipline te houden, en zorge te draa~geene foules of overlast doen aan de p '?rsi ea goede Ingezetenen. Gegeeven te Amersfoort, den 31 Juiv (was get.) Willem, Pr. van PHffiH^ (Onder ftond) Ter Ordonnantie van zyne Hoogheid, (was gef.) W. van Citters. Hebbende ter zyde het Cachet van zyne Hoogheid gedrukt in een witten Ouwel, met eene papiere ruite overdekt. XI B. Copia, Refolutie van de Magiftraat der Stad Wyk by Duurftede, tot het in. laaten van de Militie. De Magiftraat der Stad Wyk authorifeerd en last den Commandant de Nys, de voor de Poort zyndé Militie in te laaten. Actum den 6 July 1787. (was get.) L. v. Schaik.  ïö Verzameling van Stuiken betrekkelyk tot c. gxtraft uit de Refolutien der Ed. Mor gende Heeren Staaten 's Lands van Utrecht. In dato den 21 Novemher 1787. De Heeren van Sterrenburg en verdere Heeren Gecommitteerdens, hebben ter Vergadering overgelegt derzei ver Rapport, opde Memorie van fchaa. den en nadeelen binnen de Stad Wyk by Daurftede, en daar by geadvifeerd, om alle dezelve te zenden aan den Hove Provinciaal, met authorifatie, om door Commisfarisfen in loco daar op te doen informeeren, Geiateresfeerdens te hooren, endedifferente pretenfien by minnelyke ichikkingen te trachten te téfmineeren , en Hun Ed. Mogenden verder in bedenking gegeeven, omdePerfoonen van Adriaan de Nys en Francois Adriaan van der -Kemp uit hunne detentie té ontdaan', zoo ras onder den Griffier van 5t Hof gefield zal zyn eene reéele Cautie ten bëlóope van het montant der opge. geeven fchaadens enz. P. ExtraEl uit de Refolutien der Ed. Mo, gende Heeren Staaten 's Lands van Utrecht. In dato den 19 Decem* ber 1787. Is na deliberatie goedgevonden den Heer Hoofdofficier der Stad Utrecht te authorifeeren, zoo als geauthorifeerd word by dezen, om zoo wanneer aan denzelven zal zyn gebleeken, dat onder den Griffier van den Hove de gerequireerde reëele Borgtocht zal zyn gefteld, de gemelde Perfoonen van A r DB . - i *  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. Iï A de Nys en F. A. van der KEMPterelaseeren, en uit derzelver detentie te doen ontiïaan. (wat get.) ^' ^aan. i 1 T " ■ No 26co. PZacaaJ van de Heeren Staaten 's Lands 'van Utrecht, behelzende een generaals Amnestie voor die van Wyk te Duurftede. In dato den 9 Juny 1787. De Staaten van den Lande van Utrecht, doen te Alzoo federt eenen geruimen tyd verregaande ongeregeldheden, geweldenaryen, oproerige beweelingfn binnen de Stad Wyk by Duurftede hebben DlaK gehad, zoo dat eenige Burgers en Ingezece. Een i gehoor geevcnde aan de verderffelykejnblaazingen en opruijingen van eenige weinige ambitieufe Vreemdelingen, zich niet ontzagen dephchtmaatige gehoorzaamheid en den verfchuldigden eerbied aan den wettigen Magiftraat te ontzeggen? het grootfte gedeelte van den Raad feitelyk van hunne Raadsplaatfen te ontzetten, daar na eene geheel nieuwe Regeerïngswyze, ingevolge van een by hun, door inductie vap die Vreemdelingen, met verkeerde inzichteo ontworpen Regeerings-Reglement, te in. troduceeren; het zelve plechng te beéédigen, en zich zelve eenen nieuwen Magiftraat te verkiezen, maar ook bovendien, niettegenftaande onze herhaalde Landsyaderlyke vermaanicgen en waarlchuwingen, in vilipendie van 's Lands Wetten en onze billyke Souvereine beveelen, zyn voortgegaan zich onentlyk tegen onze wettige authoriteit en uitoeffening eener oczydige Juftitie te verzetten, hunne goede Mede-Bürgeren te helpen onderdrukkenen geweld en onrecht ten top te voeren , waar tegen wy eindelyk, na alles vergeefsch te hebben beproefd, genoodzaakt zyn geworden tot voorkominge van Totaal bederf van de Stad en de ruïae van zoo vee- la  |2 Verzameling van Stukken betrekkelyk totIe andere goede Ingezetenen van dien, toereikende middelen te employeeren, ten einde de verdrukte Ingezetenen te verlosfen, het gezag der wetten te herftélleii, een ieder by zyne Voorrechten en Vryheden te bewaaren, en den weg der Juflitie wederom te openen; gelyk wy dan nu ook die Vreemdelingen en Ingezetenen aan de welverdiende ftraffen van rebellie, feditie en andere misdaaden, waar aan dezelve zich hebben fchuldig gemaakt, billyk zouden kunnen overlaaten, indien wy tegen hun naar rigeur der wetten wilden doen procedeeren. Zoo is *t, nogthands, dat wy, in aanmerking nee. mende, hoe veele van hun bereids aan onze Gecomrouteerden hebben doen blyken, van haar oprecht berouw en leedwezen, met belofte van haare gehoorzaamheid en getrouwigheid aan de Regeeringe volgens haaren fchuldigen plicht te zullen bewyzen, daar by overweegende, dat veele van hui), in het ter uitvoer brengen van voorfz. onwettige veranderingen, door de aanftooking van Vreemdelingen, ooder valfche voorwendfelen zich hebben laaten misleiden, alzoo fchier onweetend tot eenen opftand tegen de Hooge Overheid en het pleegen van enorme misdaaden zich hebben laaten vervoeren: en boven dien confidereerende, hoe wy, alleenlyk 's Volks waarachtig welzyn en duurzaam geluk bedoelende, geen ander oogmerk hebben, darj de herftellinge der ruste en goede orde en het maintien van de Hoogheid der Provincie, benevens het gezag der wetten; hebben goedgevonden den weg van clementie, en gratie boven die van rigeur van Juftitie te prsfereeren, en allen en een iegelyk te vergunnen en te accordeeren eene generaa'e Amnestie, kwytfcheldinge en remisfie van al het gene ter gelegenheid van de voorfz. troebles en oproerige beweegingen binnen de Stad Wyk by Duurftede eenigzins is bedreeven of misdaan, zoo wel als van zoodaanige actiën, als ter zaake van dien, bereids door het officie Fis kaal geinftitueerd en als nog aanhankelyk zyn; gelyk wy dezelve Amnestie, kwyt-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz, voorgevallen. 13 kwytfcheldirjge en rernisfie uit zonderlinge gratie accordeeren mits dezen, niet willende dat iemand daar over in Rechten of daar buiten zal worden ver. volgd , en onder welke Amnestie wy ook willen begreepen hebben de Perfoonen van Adriaan de Nys, en Francois Adriaan van der Kemp, thand* gearresteerden binnen de Stad Wyk by Duurftede, niettegenftaande dezelve zich, door alle hunne gedraagingen, en door de Ingezetenen tegen derzelver wettige Overheid op te ftooken, en tot eenen openbaaren tegenftand te animeeren, dezer Hunner Edele Mogenden gratie het allerminst waardig gemaakt hebben, om welke reden Hun Ed. Mogenden zich ook verplicht oirdeelen zorge te draagen, dat immers geduurende de tegenwoordige troebles, geene meerdere diergelyke misdryven door dezelve gepleegd kunnen worden, en ten dien einde hun provifioneel in fecuure bewaaringe te houden. Doch van welke Amnestie wy nogthands uitgezonderd willen hebben alle die genen, welke zich na dato dezes aan eenige diergelyke misdryven van opftand tegen de hooge en wettige Overheid of Magiftraat "der Stad zullen fchuldig maaken; voor welke wy het willen gehouden hebben, als of deze acte van remisfie en Amnestie nooit geëxteerd hadde, gelyk wy ook bovendien verklaaren, dat van deze onze gratieufe concesfie zullen worden geëximeerd en uitgeflooten, alle zoodaanige Burgeren en Inwooneren der Stad Wyk by Duurftede, welke uit vreeze van rechterlyke vervolginge als andersztes gevlucht zynde, zich binnen den tyd van 14dagen , na het afkondigen dezes, niet weder binnen de-Stad by hunne huisgezinnen begeeven, hoedaanige wy zullen aanmerken, als onze clementie te hebben verfmaad, en willen, dat dezulke over de begaane misdaaden naar de wetten van den Lande in Rechten betrokken en vervolgd zullen worden, ten ware dezelve Konnen doen blyken, van deze Amnestie geene kennisfe gehad te hebben. Blyvende nogthands oBgeprajjudiceerd eagereffir- veerd  f Verzameling van Stukken betrekkelyk tot veerd alle civiele A&ien tot recuperatie der fchaadej en nadeelen, welke bevonden zullen worden aa'd =.8 Lands kasfe, aan de Scad ofce aan particuliere Ingezetenen j door dezë of gene te zyn toegebracht. En op dat een iegelyk hier van na behooren kennisfe moge bekomen, zal deze worden gedrukt, èn binnen de voorfz. Stad Wyk by Duurftede worden afgekondigd, en aangeplakt ter plaatfe alwaar' Éulks te gefchieden gebruikelyk is. Aldus gedaan te Amersfoort, den 9 July 1787. (was geparapheerd) J. A. van Westrenen, vt. (Onder ftond,) Ter Ordonnantie van myne voornoemde Heeren de Staaten. (was gef.) Abf. Secr. Ph. Ram. N°. 2601. Request van N. van Ossenberch, OudBurgemeester der Stad Wyk by Duurftede, aan de Heeren Staaten 's Lands van Utrecht, verzoekend» wederom in Hm Ed. Mogendens proteStie te worden genoomen. In dato den 9 July 17 87. Geeft reverentelyk te kennen Mr. Nicolaas vak Ossenberch, Oud-Burgemeester der Stad Wyk by Duurftede, dat den Suppliant in den jaare 1765 door U Ed. Mogenden als exerceerende de Voogdye over den jegenwoordigen Heere Erf-Stadhouder is aangefteld geworden tot Raad in de Vroed= fchap der voornoemde Stad, dat hy Suppliant vervolgens in den jaare 17*53 eerfte regeerend Burgemeester zynde, en in de federt verloopen tyd zich verplicht meende te vinden, op 't verzoek en fterke inftantien der Burgery, te moeten contribueeren en mede te werken tot reclame van zulke Voorrechten»  de Gebeurtenis/en in f787 enz. voorgevallen, ij ten, als de Burgery rechtmaatig na des Suppliant* oirdeel competeerden; dat daar uit gebooren is ge. worden, dat in den jaare 1785 een nieuw Reglement op 't bedel van de Regeering dezer Stad is vastge. fteld, en door den Suppliant mede beéédigd geworden; als vermeenende, dat zulks zonder confent of con* currentie van ü Ed. Mog. kondegefchieden,dan dac 'er ook in 't verloop dier tyd veele zaaken in dé Magiftraat dezer Stad buiten toeftemmingvandcn Suppliant, ja zelfs tegen zyn gedeclareerd votum en protest zyn gerefolveerd, als daar is 't gebruik van'sLands Penningen tot eiodens waar toe dezelve niet worden opgebracht, het in bezit neemen van de huizinge van zyne Doorluchtige Hoogheid binnen deze Stad tot berging van Auxiliaire Manfchap, en meer vio» lente maatregelen, waar van de Suppliant altoos een afkeer heeft gehad, van welke tegenkanting omtrent diergelyke Refolutien ten deele uit de Notulen zoude kunnen blyken, daar de Suppliant omtrent 't overige zich gerust op de kunde van den Heer Secretaris dezer Stad durft beroepen; dan daar U Ed. Mogenden wellicht uit ibmrnige der voorige handelingen van. den Suppliant zouden kunnen beflui» ten, dat dezelve hadden geftrekt tot vilipendie van 't gezag van U Edele Mogenden, daar nogthands 't oogmerk van den Suppliant in 't gene hy mogt verricht hebben altoos ten beste geftrekt heeft, en niets aDders dan 't algemeene nut ten doel gehad heeft, en zoo verre des Suppliants inrichtingen mogten hebben aangeloopen tegen de wettige Gonftitutie dezer Provincie, zyn dezelve veelal toe te fchryven aan de ongelukkige omftandigheden van deze tyden, welke den Suppliant niet altoos hebben toegelaaten zyne waare raeening rondborftig aan den dag te leggen. Dit alles geconfidereert, keert de Suppliant zich tot U Ed. Mogenden , reverentelyk verzoekende dat U Ed. Mogenden hem Suppliant wederom ia deszelfs hooge protedtiegelieven te neemen, onder declaratoir van zich nimmer ia zulke Vergadering en te  Ï6 Verzameling van Stukken betrekkelyk tct te zullen inlaaten of eenige raadflagen te helpen nee. men, die aan 't wettig gezag van U Ed. Mogenden eenige atteinte zoude kunnen toebrengen, 't Welk doende &c. Cwas g«0 N. vak Ossenberch. N°. 2602. Request van T. C. Beckering , Oud-Burgemeester der Stad Wyk by Duurftede, aan de Heeren Staaten 's Lands van Utrecht, ten zeiven einde als het bovenftaande. In dato den9 July 1787. Geeft reverentelyk te kennen Tieleman Cornelis Beckering, Oud-Burgemeester der Stad Wyk by Duurftede, dat de Suppliant in den jaare 1784 op ïnftantie der Burgery derzelver Stad is aangefteld tot Raad m de Vroedfchap, en vervolgens den 2oiten October van 't zelve jaar door zyne DoorJachtige Hoogheid den Heere Prinfe van Oranje en Nasfau, als Erf-Stadhouder tot Burgemeester, dat feduurende den loop van desSuppliants fesfie in deó fagiftraat der voornoemde Stad, door de omftan. digheid der tyden veele zaaken zyn voorgevallen, en door den Suppliant mede befloten, welke door U Ed. Mogenden zouden kuDnen worden geconfidereerd aan te loopen tegen de wettige Conftitutie dezer Provincie, dan al 't welke meest al is toe te fchryven aan de ongelukkige omftandigheden, waar in ons Vaderland en deze Stad zich heeft gefield bevonden, zonder dat de Suppliant immer de mintte intentie gehad heeft, om aan het wettig gezag van U Ed. Mogenden eenige de minfte atteinte toe te brengen, alwaaromme de Suppliant vermeend heeft dit by dezen aan U Ed. Mogenden te moeten verklaaren, met eerbiedig verzoek van in allen opzichte U Ed. Mogendens protectie te mogen genieten , onder declaratoir van zich nimmer te zullen begeeven in eenige Vergadering, of in te laaten in eenige haödelinge waar in iets tegen het  êt Gebeurtenis/en fa ent, Voorgevalïsn» ïj het wettig gezag van U Ed. Mogenden raag vVbr« den ondernoomen. 't Welk doende. (■was get.~) T. C. Beckekietg. jN°. 2603. Request van R. Berenburg 5 Raai in de Vroedfchap der Stad Wyk by Duurftede , aan de Heeren Staaten 's Lands van Utrecht, ten zslven einde, In dato den 9 Juny 1787. Geeft óotmoedelyk te kennen Rynier BerehjBURG, dat de Suppliant in den jaare 1786 ingevolge het nieuw gearresteerde Regeerings-Reglenient van deze Stad door de Bürgerye is genomineerd, en ■vervolgens door de Magiftraat is geëligeerd tot Raad in de Vroedfchap, welke aan.ftelling door hem op fterke inftantie der Bürgerye aangenoomefl zynde, heeft hy federt die tyd in dezelve post gefungeerd, dat de Suppliant onkundig in Regeeringsfeaaken zich yéele-dingen heëft laaten welgevallen s en mede toen gereföWeerd welke mooglykin*trech= te licht befchouwd door de Suppliant niet had behooren te worden ingeftemd, en zouden kunnen ge. reekend worden, aan te loopen tegen het wettige en Souvereio gezag van Ü Ed. Mogenden: dit geconfidcreerd, keert de Suppliant zich tot U Ed„ Mogenden, óotmoedelyk verzoekende dat U Edéle Mogenden dat verrichte niet in aanmerking gelieven te neemen, en heiri Suppliant wederom in deazelfs hooge protectie gelieven të neemen, vërklaaV rende, de Suppliant dat hy zich nimmer zal inlaaten in zulke Vergaderinge, waar in iets tegen 't wettig gezag vah U Ed, Mogenden zoude werden ocdef» Üoomen. 't Welk doende. (was gei.) Rynier Bireneüés.' xxxiv. Dee£* b k$;  18 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot ■N°. 2604. Request van D. Volckmaars, Raad in de Vroedfchap te Wyk by Duurftede, aan de Reeren Staaten 's Lands van Utrecht, ten zeiven einde. In dato den 9 July 1787. Geeft óotmoedelyk te kennen Dirck Volckmaars, dat den Suppliant den 21 Maart 1786 naar het invoeren van het nieuwe Reglement door de Burgery tot Raad in de Vroedfchap dezer Stad is aangefteld, dat de Suppliant die aanftellinge heeft, aangenoomen, dat hy vervolgens tot heden toe die post heeft waargenoomen, dat hy Suppliant onkundig van Regeeringszaaken, mooglyk zich wel ingelaaten heeft in zaaken, en dezelve mede helpen befluiten, die U Ed. Mogenden zouden kuBnen oirdeelen te ftryden tegen het wettig gezag van U Ed. Mogenden. Deze geconfidereerd, keert de Suppliant zich tot U Ed. Mogenden, óotmoedelyk verzoekende , dat U Ed. Mogenden al het voorgevallene in geen aanmerking gelieven te neemen, onder verklaarirg dat de Suppliant zich nimmer zal inlaaten in eenige Vergadering die zoude (hekken tot nadeel van het wettig gezag van U Ed. Mogenden. Dit doende. (was gef.) Dirck Volckmaars. N°. 2605. Extratï uit de Refolutien van de Heeren Staaten 's Lands van Utrecht, in dato den 9 July 1787, behelzende provifioneel rapport, van de Heeren naur Wyk by Duurftede, tot het herftellen van de Regeering aldaar, gecommitteerd geweest. De Heer van Sterrenburg, van Lunenburg en Verschoor, volgens Hunner Ed. Mogendens Refolutie van den 6den dezer gecommitteerd , om zich aanftonds naar Wyk te begeeven; hebben ter Vergadering gerapporteerd en in fcriptis overgelegd het navolgende provifioneel Rapport, hebbende  de Gsbeurtenisfen in 1787 enz, voorgevallen. Ij de tot Bylage, eene lyste der Amnmnitie-göedëreö binnen de Stad Wyk gevonden; luidende beide alt volgt. Edele Mogende Heëren! Na dat Ü Ed. Mogenden by derzeiver Refolutie van den 6den dezer goedgevonden hadden de Heeren van Sterrenburg, van Lünenburg, eD Verschoor, nevens den Secretaris van de Ridderfchapè de Heer Göbiüs, te comrhiiteeren, orh zich aanftonds na Wyk te bégeeven, de onwettige Regeering aldaar met al het gene door bun onwettig waS verricht te casfeeren en annulleeren , de wettigé Regenten te herftellen, de Burgery te ontflaan van den ééd op eer. pretenfelyk ingevoerd nieuw Stedelyk Reglement afgelegd, èn met overleg Van dé wettige Regeering alles te doen en te verrichten $ wat tot herftel en bewaaring van de rust en goede orde binnen die Stad zoude kunnen diénen; Zyn welgemelde Gecommitteerdens nog dienselft den namiddag vertrokken, en des avonds omtrent half agt uuren binnen Wyk aangekomen, alwaar tf by hunne aankomst, op eene behoorlyke wyze, éö rnec alle de honneurs aan eene Commisfie van U ËcL Mogenden verichuldigd, gerecipieerd zyn, èc alioo geen logemenc in de Herbergen te vinden was^ hun intrek genomen hebben ten huize van den Heer Oud-Burgemeester dé Bruin, alwaar zy aanftonds door alle de Officieren van het Guarnifoen en Corps, ön door de meeste Regemen d'ërStad verweliekorflÊ zyn, en voorts met den Heer Collonel VANÖuADï'i commandeerende het Guarnifoeö aldaar, Over dé bewaaring en defenfïe dier Stad géfprööken, eri denzelven gerecommandeert hebben, alle moogly.* ke attentie daar op te neemen, en aizoo *er zich eëhige vreeze fcheen op te doen, dat de gearrefteerde Heeren Dellafaillé, de Nys, en van f>M Kemp, op welkers provifioneele bewaaring zy Heeren Gecommitteerdens na het fcheiden van Uwer B 2 «dé  ao Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Èd. Mogendens Vergadering van laatstleeden Vrydag gemerkt hadden, dat diverfe Staats-Leden iVheenen zeer gefteld te zyn, mogten echappeeren, hebben zy Gecommitteerdens den gemelden Collonel verzogt daar op acht te geeven, en de noodige pracautien te neemen, zonder nogthands derzelver huis-arrest te veranderen ; Heeren Gecommitteerdens zyn ook wel bedacht geweest, om zich van de papieren dier Heeren te verzekeren, doch geinforineerd zyode, dat alles in derzelver huizen, en dus ook de papieren gesrrefteerd waren, dat ook niet waarfchyniyk was, dat zy, die immers de twee laatfte van tyd tot tyd maar voor zekeren tyd zich binnen deze Stad ophielden, eenige papieren van importantie by zich zouden hebben, ende indien zy dezelve gehad hadden, overvloedig tyd gehad hebben, voor de aankomst der Commisfie, dezelve te verbranden, verfcheuren, ofte op eenige andere wyze zich daar van te ontdoen, hebben de Gecommitteerden niet raadzaam geoirdeeld voor als nog eenige huisvifitacie dieswegens te doen, waar toe zy door ü Ed. Mogenden niet gequalificeerd waren, en het welk uit dien hoofde veellicht zoude hebben kunnen fchynen aan teloopen tegen de Rechten en Privilegiën dier Stad en van deszelfs Bürgerye, waar aan Gecommitteerdens zonder fpeciaale authorifatie van den Souverein dezer Provincie, vermeint hebben geen fchyn zelfs Van atteinte te mogen toebrengen. De Heeren Gecommitteerden kunnen niet genoeg roemen de goede directie en beleid van den meergemelden Collonel van Qjjadt, en de vigilantie en trouwe van alle de Officieren van het Regiment van den Heere Prinfe van Baden-Durlach, als mede van het Batailjon van Stuart , geleid wordende door den Luitenant-Collonel Balneavis, zoo by het intrekken in die Stad, als federt dien tyd, aldaar gehouden en betoond, in zoo verre, dat aan hun geene de minde klachten aangaande disordres srx ongeregeldherita, door de Militairen gepleegd, zyn  ét Gebeurtenis/en in 17.87 snz, voor gevallen, 2.1 zyp voorgekomen, als waaromme de, Gecommitteerdens van oirdeel zyn, dat alle dezelve zoo wel al? de Gemeenen, fpeciaal van het eerstgenoemde Regiment op die wyze voortgaande, waar toe alle hoope is, de gratificatie, door U Ed. Mogenden aan hen toegelegd, wel zullen meriteeren. Ook hebben Heeren Gecommitteerden nog dien zelfden avond alle de by U Ed. Mogendens Refolutie genoemde wettige Regenten tegen den volgenden morgen, half elf uuren, op den Stadhuize geconvoceerd , alwaar zy Heeren Gecommitteerdens zich een uur vroeger bevonden hebben, om alles tot de receptie en inftallatie van die Heeren te pras* pareeren, als wanneer zy tevens gerefumeerd, en na de herftelling der Regenten, ten overftaan van eenige Heeren Gecommitteerdens van dezelve, van de Puye van het Stadhuis afgekondigd hebben op naam van U Ed. Mogenden ingevolge Hoogstderzelver authorifatie, de hier navolgende Publicatie welke Heeren Gecommitteerden gedateerd hebben op den dag van Uwer Ed. Mogendens laatfte Ver. gadering den 6den dezer (*). Alle de geconvoceerde Regenten ten Stadhuize gecompareerd zynde hebben Gecommitteerdens de. zelve verzo,gt in de Raadkamer te komen, en op ftoelen een weinig van de tafel af naar rang plaats genoomen hebbende, heeft de Heer van Sterrenburg, deze plechtigheid met eene gepaste harangue geopend, en aan de geconvoceerde Regenten gedeclareerd: ,, dat de Staaten dezer Provincie federt „ een geruimen tyd, nieq dan met de grootfte aan„ doening gezien en vernoomen hadden de verre,, gaande disordres, onderdrukkingen en geweld., „ waar aan de goede Burgers en In woonders van de ,, Stad Wyk by Duurftede waren onderheevig ge,, wee§t, en dat aan Hun Ed. Mogenden niets aan„ genaamers geweest zoude zyn, dan dezelve al ,, eerder daar van te hebben kunnen verlosfen; dac „ het (*) Zie het IQLXIIL Deel, N». 2597, il 31J. B3  *2 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot 3t het Hun Ed. Achtb. bekend moest zyn, dat toerj i, in October 1785 door de Regeering dezer Stad, s, op den voet van zeker afgedwongen Sttdeiyk „ Regeerings-Reglement, geformeerd en aan zyne a» Hoogheid den Heer Erf-Sradhouder dezer Pro3, vincie afgezonden was eène Nominatie van Bur„ gemeesteren en Schepenen, en Hoogstdezelve », zyne Hoogheid oirdeelende uit eene dusdaanige, 9» op eene onwettige wyze geformeerde Nominatie », geene electie te kunnen of te mogen doen, dei» zelve aan de Staaten dezer Provincie hadde af,, gezonden. Hun Ed. Mogenden by Kefoiu'ie van 9» den c November 1785 , die pretenfe Nomina9» tien, met alle den aankleeven van dien, als ftry. j, dig met de goede orde, met het rec^it van den s, Lande, en met de fubflfteerende Regecringsi, Conftitutie, hebben geannulleerd en gecasfeerd, s, en de Regeering dezer Stad aangefchreeven, om i, binnen den tyd van agt dagen, eene nadere No „ minatie van Burgemeesteren en Schepenen te », formeeren en aan zyne Hoogheid toe te zenden, „ om daar uit eene eledtie te doen, doch het welk 9, als toen van geen ander gevolg geweest is, dan „ dat door de Regeering en Bürgerye zelve, de 9, Burgemeesteren en Schepenen zyn aangefteld 9, geworden, die ook alzoo gefungeerd hadden tot 9, October 1786, wanneer door de pretenfe Re9, genten van Wyk, met de Bürgerye, ofte met 9, het misleid gedeelte van dezelve, wederom op jf, eene gansch informeels wyze, eene Nominatie 99 van Burgemeesteren en Schepenen gemaakt, en 9, aan zyne Hoogheid ten fine van elecïie, toege3i zonden is, doch die dezelve wederom aan de „ Staaten afgezonden hebbende; Hoogstdezelve ,, by Refolutie van den 19 October 1786 toe voor„ koming van meerdere confufie, gerefolveerd „ hadden, de Regeeringen Gerechte by provifie te „ contjnueeren in hunne refpective qualite*iten, op 9, den voet, als dezelve by refolutie van den 9den 99 November des voorigen jaars, waren geconti- » "ueerd  de Gebeurtenis/en in 1787 enz* voorgevallen. nueerd geworden, zonder nogthands daar door te „ avoueeren, de wettigheid der aanltellinge vaa „ zoodaanige Perfooren, als in de Regeeringe der „ Stad Wyk, voor of na dien tyd, niet conform de als nog fubfifteerende Regeerings-Conftitutie „ waren aangefteld, op welke wyze dan ookdezaa„ ken der Regeering van die Stad tot hier toe ge- bleeven zyn. „ Dat Hun Ed. Mog. die zich altoos gevleid heb- ben, dat de Autheurs van alle deze disordres, „ zoo wel als het misleid gedeelte van de Bürgerye s, dezer Stad, eindelyk hun ongelykzien, en tof „ den weg van plicht, en eene betaamelyke on» „ dergefchiktheid aan de wettige Regeering weder„ keeren zouden, tot hunne innige fmerte vernee- mende, dat Hoogstderzelver gemaatigdheid en ,, toegeevendheid geene andere uitwerkinge hadde,. s, dan dat de Directeurs in die Stad hoe langer hoe „ meer voortgingen, met het pleegen van geweld „ en onrecht, en met de Burgers en Inwoonders te vexeeren en te onderdrukken, zoo dat veele „ van hun genoodzaakt wierden te vluchten, en elders een gerust verblyf te zoeken, terwyl het s, gtootfte gedeelte naar redding en verlosfingzuch,, tende waren, zich in de noodzaaklykheid gevon„ den hadden, om bedacht te zyn op meer effica„ cieufe middelen, tot ftuitiog van het geweld, en „ tot herftel van de goede orde en ruste hinnen de„ ze Provincie. „ Dat Hun Ed. Mogenden ten dien einde ver* „ meend hadden, den Heer Erf-Stadhouder te ,, moeten verzoeken, binnen de Provincie te ko,, men, en met Hoogstdenzelven te overléggen „ de beste middelen, tot herftel van zaaken, en „ om eenmaal tot een gelukkig einde van alle de „ ongelukkige oneenigheden en verwarringen, waar „ door het Vaderland en deze Provincie geheel be„ dorven wierden, te geraaken; dat zyne Hoog- heid aanftonds aan dit verzoek gedefereerd, en zich naar Amersfoort begeeven hadde, alwaar B 4 a Hoogst.  W Verzameling van Stukken betrekkelyk m " Sn°rg^deZfIve de, deliberatiesn der Heeren Stasy s> ten federt dien tyd altoos hadde bygewoond. % darHnïer>JngM°lgeJVanJdeze de'iberatien wass „ dat HUp Ed. Mogenden de Stad Wyk by Duur! " Selrint.aDderS kUD°ende befchouwen; dan als M ™ffi5 gl?0'» ?a geen ander middel weetende, " Zfnid311 • teitder vettige Regeering, en de „ adminiftratie eener onzydigi Juftitie, waar van " 1* SffiSTB VryI!fid ?D Veiligheid vooTnarnent" 9, afhing.binnen dezelve te herftellen, dan door " r,far„?r St3d aIvo?reDS met een genoegzaam " fn^f H d?Y eD Da dat zulks met het beste " ZTLgefcïied was> deze Commisfie hadden „ gedecerneerd, om aanftonds derwaards te ver „ trekken, Hun Ed. Achcb. als de eenige welke 0r> 3, den Conftitutioneelen voet, als wettigVecomf „ weerde Regenten konden worden e?S, n " HunEVderAKleD te herifteIJen' en voorts mêï £un ,Ac^b. te overleggen de beste midde. „ len, tot herftel van de ruste en goede orde bini5 nen dezelve Stad. • 'l-?at; .met welke onaangenaamheden ook eene „ diergelyke Commisfie konde verzeld gaan, zv „ Gecommitteerdens nogthands gedacht hadden " A*t dT u-n niet,te moeten onttrekken, en tot " rln^dlhler/ekomeD wareD> en dat het Hen „ Gecommitteerdens tot een byzonder genoegen " Hun%kZe\hüAWeïk te kuDDen begingen, rle? " w i k ' £cht£* aIs wetrJse Regenten der Stad „ Wyk by Duurftede te herftellen, het welk de. „ zelve zoo daadelyk doen zouden, in die verwach„ tmge, dat geene van hun aarfelen zouden, der. „ zeiver Raadsplaatfen, op den voet van de fubfi. „ fteerende Regeering^Conftitutie dezer Provincie „ te aanvaarden, en vervolgens wel aanftonds zou! „ den willen ^overgaan, tot het maaken van Nomi„ natiën van Burgemeesteren eo Schepenen, om te „ fungferen tot. den aoften Qdtober aaoftaande, en „ dezelve Nominatien te zenden aaa den H;er Erf- 3» Stad-  ie Qeheurtenisfen in 1787 enz. voorgevdtïen. 2 j „ Stadhouder, ten einde daar uit een eleöie te " d°Dat dit een en ander gedaan zynde, de HeeVenGecommitteerdens God bidden zouden, dat C gy dStTdTe" alle deszelfs Burgers en InwoonP riers in zvne machtige befcherminge neemen, dat " Hv dezdve voo 'alle Vyandlyke aanilagen van " b^ozf en onrust zoekende" Menfchen bewaaren, : dT Hy Hun Ed. Achtb. en de Regeennge dier S d helpen en zegenen, en de achting en.liefde van vrve Burgers doen ondervinden wi de, nee *1 welk a^eenlyk de Regeering, vooral * dezen moeiielyken tyd, veraangenaamen koncu. " ? Dade Heerên Staaten de*er Provincie of , fchoon hunnes ondanks al eens genoodzaakt tot ' Ipr Gebruik maaken van fterker middelen, w.an? SrerïndereoXaken, nogthands altoosjvan,de", zelve gezintheid bleeven, en zoo veel mooglyk alle gedaane beleedigingen te vergeeten en ver*i geeven, en daarom Heeren Gecommitteerden ' fneciaalyk geauthörifeerd hadden, om na com' mun catie met Hun Ed. Achtb. daar van de ver" eisch" Publicatie te doen: en dat zy Gecommit" teerden ver r0Uwen, dat Hun Ed. Achtb. ook m U dezelfde principes zouden ftaao, en wel alle der'1 Ser zorgen zouden willen aanwenden, dat ? zorgvuldig werde vermyd, alles wat aan de her 2 Sng van onderlinge liefde en vertrouwen, zoo " van de Burgers onder eikanderen, als van de Reli genten en Burgers, hinderlyk ofte nadeel.g zou- ^fêSge^Sen eerften Heer dezer Commisfie .zyne aanfpraak, met aan alle de geconvoceerde " Heeren hooft voor hooft af te vraagen, of dezel" ve gedegen en bereid waren de Regeennge der Sracl od clen voet op welke zy eerstmaal aange" fteld wafen ingevolge de Regeerins-Conftitut.e I dezer Provincie8, te aanvaarden, en daar op den I voorheen gedaaoen ééd op nieuws af te leggen.» Hst welk dpor alle dezelve aangenoomen, en den  26 Venameling van Stukken betrekkelyk tot £draLn!r°y' 3fgeIegd zyDde' hebbeQ deze(ve «a de tafel fesfle genoomen, en zyn door de Commü, üe met de hertelling in hunne posten gecoogratul leerd, en eene betendige en voorfpoedige Regee- ZTsihT sten van de Stad en Burgerve to&- ,n^a,"DKa Heere« Gecommitteerden dezelve ver. llf f^beD teD fP°edjgften te willen overgaan tot ÏZl J?%etZa V3D eene Nomi°atie van Burfemees. teren en Schepenen, ten einde dezelve nog op denInntJÏ ?g a3BZy^ Ho°gheid den Heere Erf-ScadfZer P,rov,ncie af te zenden, ten fine van fevenS\^nf ke-geiegen5eid de Snelde HeereS tevens verzogt wierden, daar by te voegen eene opgaave van het getal der vacante Raadplaat fen, met verzoek dat zyne Hoogheid, ingevolge de au thorifatie van Hun Ed. ter Jaatte' VefgadeSn ve?I kend, omme hangende Hunner Ed.Mogenden deli. beratien over het gereezen different, concerneeren. t *L St n11,Dgu de'tusfchentydfche vacatures in de Steden Utrecht en Wyk, die plaatfen ten fpoe. digiten zouden gelieven te vervullen, op d t de Re. fSïX Heeren Regeerders hier op in een *nderr. vertrek gegaan zynde, na alvoorens de confi deratien der Commisfie zoo hier op, als op de No. minatie tot eenige andere Commisfien, gevraagd te ïe^Z' hd°KKh hCt wLelk,Heeren Gecommitteerden gedacht hebben, geheellyk aan dezelve Heeren te moeten oyerlaaten, zyn dezelve vervolgens na die werk verricht te hebben, weder binnengekomen ten einde met U Ed. Mogendens Gecommifeerden overleggen, wat verder tot herftelling en bewaarin? van de rust en goede orde binnen de Stad Wyk bv Duurftede zoude behooren te gefebieden. 7 ^mf.ntJn/eZenJ0pzichce heerst in confideratie komende de verdere ontwapening van de Burgerve! t welk nog maar voor een gedeelte gefchied was! heb.  de Gebeurtenis/en in 1.787 enz. voorgevallen. 27 hebben Gecommitteerden de Magiftraat verzocht eene Commisfie te benoemen, om by de huizen, rond te gaan en de wapenen af te vraagen, het welic maar voor een gedeelte aan de verwachcmge beantwoord hebbende, uit hoofde van veelei voorgegeeven of reëele abfentie, hebben Gecommitteerden des avonds nog noodig geoirdeeld by trommelilag door de Stad te laaten afkondigen, dat een ïegelylc de wapenen, patroontasfen, ea fcherpe patroonen, welke zy onder zich mogten hebben, binnen twee uuren daar na zouden hebben te brengen ten Stadhuize aan handen van gemelde Gecommitteerden van de Magiftraat, het welk van beter fucces geweest is, zoo dat rsoz zeer veele wapenen overge. geeven zyn, die de Heeren Gecommitteerden aan de Commisfie u.t de Magiftraat verzogt hebben, dat naargezien, en die welke van Utrecht uit hee Provinciaal Magazyn gekomen waren, van de WyKfche geweeren ^efepareerd mogten worden s teneinde U Ed. Mogenden over de eerstgemelde, zouden kunnen disponeeren: en zyn alle de fcherpe patroonen aan den Commandant van het Guarnifoen overgegeeven geworden; zullende Gecommitteerden de tere hebben eene precsfe lyste, zoo van het een als ander, hier nevens aan U Ed. Mogenden over te geeven, beneffens eene lyste van alle de gevonden Artillerie en Oorlogs- Amunitie, by het inkomen van de Stad zoo als dezelve door de Officieren van de Artillery geformeerd, en aan Gecommitteerden is ter handen gefteld, waar uit U Edele Mogenden zien zullen, dat alle het zelve nog al van eenige 101portantie is. Inmiddels was de Commisfie van U Ed. Mogenden door een Deputatie uit den Kerkenraad, beftaande uit twee Predikanten en een Ouderling mee derzelver behouden aankomst binnen de Stad Wyk gecongratuleerd, en de beste zegeningen over derzelver poogingen tot herftel der ruste en eensgeziodheid binnen die Stad toegewenscht, het welk op eene gepaste wyze beantwoord, en dePredikan-  28 Verzameling van Stukken betrekkelyk tct Volkwaa?£lnt^gende.D P°°giDgen, als dewelke s voiKs waar geluk en welzyn , en de bewaarin? en recnten, zop wel als derzelver waare Vrvheid pn Veiligheid eeniglyk ten doelwit hadden S deweU Ter gebeden op het ernftigfte af te fmeei en. 1 nirHppW60' hebbea Gecommitteerden noodig geoirdeeld ter wegneeming zoo veel mooalyk, ?afS ku nfnDLeve eiddegl f -geregeld'fien'z^de Kunnen geeven, de Stad van de noe overseblepvpn r\ed iavreerDtrnWtaar V3D V£rre het V^Sg^S reeds vertrokken waren, te zuiveren, en de Ge. committeerden van de Magiftraat verzog? na de zelve een nauwkeurig ondefzoek ie doen en allen avonden "tadhr'^' ^ deDZe,S dag de? avonds ten otadhuize te laaten komen, alwaar He* vpn Scommitteerdens Z1'ch toen wederom oegee." ven hebben, en aan drie Duitfchers, een Amer? foorder en een uit Arnhem permisfie^gegeeven heb." ï 5,i 7ertr^-keD' Da a'voorens doof hen, zoo £ de Stdd°°r"pdne aDde,i;enj die verzogten nog wa° Serder der S^60 b,yve,d> bet welk aan * r" feekenén el J I Js °verpJaaten, te hebben laaten ==;g«vis^^ ^enXd^^ waren opgebracht, op evengelyke wyze /efchied if moetende zy Heeren GecommitSrde?, Shie? nog remarqueerea, dat de angst en vreeze bv deze toï vïneDvvS IDdtet ge?er,aal ,by aHe de lDW0^ aers van wyt, die eenig deel aan de ppnlpp»ri« disorders gehad hadden, en waar van de8 meesfen door onverftand en veelen door armoede en beïofte daar toe overgehaald zyn, byna alle begrippen e boven gaat, en het ten duidelykften fchvXrnn fteeren, dat men hen de ^ië^^iSmt ner  ét mmunUfcn tn 1787 tra. mrgevzlteti n nPt Mogendens wraaklust heeft trachten in te Kazernen, *t welk Gecommitteerdens noodig geSfrdeeTd hebben, door hun gedrag, en verzekeSnSen vaa Hunner Ed. Mogendens waarachtige geffieid? zoo veel mooglyk, te moeten tegen- gaRn Heeren Gecommitteerden* zouden ten dien «ide Seuïïftond., ingevolge, de op hen verleende authorifatie, gerefolveerd hebben, »t het doen eener Publicatie van Amnestie, «öo met Her Heeren, DellafAilLe, de Nys, eh van der Kemp aU drte ten huize van den eerstgenoemden V*arrês! zvnde, hen geëmbarrasfeerd hadden, en zV"e byzondeVe omftandigheden en gedraagingen iZriM* Heeren vön dien aart geoirdeeld hadden, Tl3?™ vermelnd hebben alvoorens ten hunnen opf.h^n Ié? te befluiten, de nadere welmeeninge zichten iet te oen , en verflaan. 2?*5 welkegve?zwaarendeP omftandigheden ook ïUromtrew in aanmerkinge zouden kunnen komen, d e ook S aanzien vaneen eenen «erker zyn dan ?»« den anderen, zy zich nogthands verzekerd hour S da! UEd. Mogenden, hoedaanig derzelver Ifoiutie dan ook wezen mag, alle wraaklust aan die ln? de teïennarty overlaatende, ook hierinne gaar^fhlvkenluUen wiflen geeven van derzelver gemaaD-e 5£m ph rneeeevenneld, in zoo verre zulks met Se'wïS belanglns C het Vaderland, welker goe Te yaak door hen zoo zeer bedorven is, en ten einHp S aan door hun geen meerder nadeel worde dB uJnhr maar eemgzins beftaanbaar is, en het Snn^dien z n 2zy ooffi allerfchuldigften onder hen , aan U Edl. Mogenden gewoone clementie dur- VluhandrdeèGecommitteerdens zullen hier op UweTEd Mogendens Refolutie afwachten, en als dan /. HipS retourneeren om daar aan te voldoen, niec ondienftig geoirdeeld o^dit pSvHioneel rapport ü Ed. Mogenden van Het gene door hen bereids gefchied », te infor-  #ö Verzameling van Stukken betrekkelyk tot meeren. Eni zy hebben hier niets meer by te voegen, dan ü hè. Mogenden te verzekeren, dat door de goede directie van den Collonel van Oüadt en den ongemeeDen yver en naarftigheid van de Officieren der Artillerie de Stad van Wyk, binnen korte dagen in eere taamelyke goede ftaat van defenfce gebracht zal zyn zoo veel deszelfs omftandigheden zullen roelaaten, waar toe de Heeren Gecommitteerden gepermitteerd hebben, de noodige arbeiders en houtwaaren ten kosten van den Lande, te employeeren, mits alle mooglyke en o&ichaadelyke menage daar in gebruikende. Waar op gedelibereerd zynde, hebben Hun Ed. Mogenden het verrichte geapprobeerd, en zyn welgemelde Gecommitteerdens voor derzelver eenoomene moeite en gedaan Rapport bedankt. En is verders goedgevonden wegens de gepleegde es. cesfen en misdryven binnen de Stad Wyk by Duur. itede, eene algemeene Amnestie te belooven: zelfs de drie gearresteerde Perfoonen de Ny*, F A van Der Kkwp, en DelLafaillE niet uitgezonderd, echter zoo dat F. A. van der Kemp en A de Nys! haar hier zullen worden overbracht, en geduurende de tegenwoordige troebles in fecuure bewaarin. ge ter hunner kosten worden gehouden, beide buiten acces; zynde voorts geleezen en gearresteerd de Acte van Amnestie hier na volgende (*) En is wyders goedgevonden meergemelde'Heeren Gecommitteerden te verzoeken den Collonel van ^uadt te gelasten, de twee gearresteerde Perfoonen A. de Nys, en F. A. van der Kemp, op morgen den loden dezer, by het aankomen van het daglicht, onder een genoegzaam escorte te doen transporteeren raar Amersfoort, alhier in huisarrest gefield te worden tot Hunner Ed. Mogenden nadere dispofitie, zullen de gemelde Heeren Gecommitteerden vervolgens na Publicatie de Acte van Amnestie, den Perfoon van Abraham Nicolaas Del- (*) Zie hier voor, N9. 2600. bl. u. LA*  ie Gebeurténisfen in 1787 ent. voorgevallen. ;jt tAFAiLLE, uit zvn huisarrest ontflaan, en in vryheid ftelien Wordende de Heer Hoofd-Officier der Stad Amersfoort verzogt, bekwaame plaatfen tot de bewaaring van bovengemelde Perfoonen doem in gereedheid brengen. En ten einde in het onderzoek over de gegrondheid en wettigheid der pretenfien, alle fchyn zelfs van eenige partydigheid moge worden weggenoomen; is goedgevonden en verftaan, dat de meergemelde Heeren Gecommitteerden in dit flngulier geval zullen worden geauthorifeerd, gelyk dezelve geauthorifeerd worden by dezen , om by Waarschouwing alle de Burgers en Inwoonders, die vermeinen zullen eenig Recht of Actiën wegens fchaa» den en nadeelen, door de bovengemelde Perfoonen ofte door derzelver toedoen en medewerken geleeden te hebben, te waarfchuwen, dat dezelve biHnen zekere te bepaalen termyn, eene opgave daar van met de bewyzen en verificatien, daar toe dienende, inleveren ter Secretarie van Hun Ed. Mogenden binnen Amersfoort, om na verhoor van party , daar op ingenoomen te worden het Advys van den Hove Provinciaal, ofte zoo dezelve daar inne . belemmerd mogte worden, van een ander neutraal Hof van Juftitie binnen de Republiek, alles nogthands buiten praejuditie van de Rechten en Gerechtigheden der Stad Wyk by Duurftede. Eindelyk is gerefolveerd, dat van de op heden gearresteerde Publicatie van Amnestie aan den Hove en Prokureur - Generaal zal worden kennisfe gegeeven, tot derzelver informatie. Lyste van Ammunitie-goederen, dewelke zich bevonden te Wyk, by het over* neemen van gemelde plaats op den 6 July 1787, en verdeeld zyn, zoo wel in de Magazynen, Batteryen, als Posten. 2 Metaale lange 3 pond Kanons op zyn Affuiten. 2 Yze-  Verzameling van Stukken betrekkelyk Ut 2 Yzere dito op zyne Affuiten. , ,, i Korte dito op eën Rolpaard rhet Katferollen eg Touwen. 1 Korte dito op zyn Affuit. . 2 Korte dito 6 pond Kanons op Rolpaarden met Katferollen en Touwen. s Jito op zyr. Affuiten. 7 Donderbusfen. p Ammunitie Kisten. 2 Kieine Ammunitie Kisten,; 7 Wacerkuipen. 1 Rolpaard zonder Kanon met Katferollen ea Touwen. 27 Wisfers met Aanzetters a 3 en 6 pond» 6 Lepels met Aftrekkers tot dito. 7 Aftrekkers zonder Lepels. 14 Handfpeeken» 4 Lontftokken. . 2 Lange Kapellen» 6 Kapellen. 4 Yzere dekplaaten. 4 Houte ftoppen met Yzere plaateü.' 20 Stelhouten. 293 Patroonen met Kogels. » 10.5 Yzere Kogels tot Kanon. J tot Kanori 107 Saye Patroonen met blikke dodzen. f a 3 Pond. 5 Save Patroonen met Druyven. J 320 Dito met Kogels. 31 Losfe Yzere Kogels. \tot Kanod 265 Saye Patroonen met blikke doozen. f aöPönd. 36 —— dito zonder Kogels. J 4 Tonnen met Pulvct a 100 Pond. 2 Dito kleine a 30 Pond. 223 Gelaade Handgrenaden. 247 Leedige dito. 261 Papiere Patroonen tot Donderbusfen van ver- leheide foort. 664 Infanterie Patroonen met Kogels, 26I Dito zonder Kogels. 383 Pond Stangekogels. Ö Groa»  dè G'sbeürtenisjtn ih i j 87 enz. vóorgevétefii 33 $ Grcote en 5 kleïne lèedige Palvertonnen sonder dekfels. , 3 Schaapsvachten» fcö Rollen Sundpapier. , ■ ■• \ M 3 Katferollen met Touwen én dito zonder Toë« wen. ia Yzere Haakeh tot dito. 2 Yzere Bouten, i Houten Patroonen Mal» 4 Stelhouten. 8 Stuk Piktoüwën, .Zoo zich na deze opneeminge nog verder Amraii» toitie mögte bevinden, zal nader worden öpgegeé<* ven aan Hun Edel Mogenden. (was gei.} H. E. BiANkÉNsfrÈlfii Luitenant* Nd. 46o5. Nader Rapport dér Heeren Getommitteeri den van de Heeren Staaten 's Lands van Utrecht.t tot herftel dtr taahn in de Stad Wyk by Duur* Jlede. Ëdèlé Mogende Heeren! De Heeren var Sterrenburg, vAW LÜNBÖfcüSÖ en Verschoor, maandag avond naar de Stad Wyk by Duurftede, tót verdere voltrekking hunner Commisfie geretourneerd, en des avonts half elf üüreri aldaar gearriveerd zyn dè, hebben aanftbnds, ter voldoening aan Uwer Ed. Mogenden Refolutié» dien zelfden morgeh genoomen, met den Collonel vAti QüAdt commandeérende het Guarnifoed aldaar; overlégt en vastgefteld de wyze, op tvèlke de Perfoonen van AdriAan dè Nys en FrANCöiö Adriaan van Der Kemp, des anderen morgens vroeg zoïde^,,wor(Jeb getransporteerd naar Amersfoort» XXXIV. DEEt. C éo  34 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot en de executie daar van aan den gemelden Collonel gedemandeerd, die ook den volgenden dag aan de Commisfie gerapporteerd heeft, zulks met de noodige precautien gedaan te hebben, gelyk dan ook dezelve alhier gearriveerd zyn, en als Gearrefteerden in het Godshuis de Poth, tot Uwer Ed. Mog. nadere dispoiitie bewaard. Dei volgenden morgen hebben Gecommitteerden, na eenige particuliere conferentien, met fommige Leden van Regeering, omtrent elf uuren zich begeeven naar het Stadhuis, en hebben ter prefentie van den Magiftraat, die toen ook vergadert was, en het Guarnifoen had in den ééd genoomen, gepubliceerd de Acle van Amnestie, kwytfcheldinge en remisfie by U Ed. Mogenden daags te vooren géarrefteerd, dewelke een groot contentement by de Burgers en Inwoonders, voor het Stadhuis vergaderd , en alomme in de Stad fcheen te veroirzaaktn, in zoo verre ook dat de Gecommitteerden» naar huis gaande, daar over complimenten van dankzegging en zegenwenfchingen over Uwer Ed. Mogenden poogiqgen, tot herftel van rust en vreede, binnen deze Provincie, en binnen hunne Stad; ook zelfs van dezulke, die als prefente Regenten nu gedefungeerd hadden, ontfangen hebben. Intusfchen wierden Heeren Gecommitteerden, door den Commandant van het Guarnifoen geïnformeerd van een groot gemor en misnoegen onder de Militairen binnen de Stad, fpeciaalyk onder het .Battailjon van Stuart, waar van de allernadeelig■ fle gevolgen en de grootfte onheilen te duchten waren , zoo niet ten fpoedigften daar tegen wierde voorzien, en het welk ook van elders aan Heeren Gecommitteerden geconfirmeerd, en daarenboven door den Commandant te kennen gegeeven zynde, dat aan hem by het intrekken binnen de Stad was overgelaaten , het zelve Battailjon te houden of wel te doen retourneeren: hebben zy ter bewaaring van de rust en goede orde binnen die Stad nood- zaa-  ie Gebeurtenis/en in 1787 tnx. voorgevallen, *j| csakelyk geoirdeeld, den gemelden Commandant te gelasten dit Battailjon nog dien zelfden namiddag in deszelfs voorig Cantonnement te doen retournëe» ren, gelyk het zelve dan ook des nademiddags ten vier uurenuitgemarcheert is naar Amerongenj hebbende Gecommitteerden des morgens Schout en Gerechte dier Heerlykheid van het arrivement van dit Battailjon by Misfive geinformeerd, en ookvad deze verplaatzing, zoo aan zyne Hoogheid den Heer Erf-Stadhouder, als aan de Heeren Ordinaris Gedeputeerden kennisfe gegeeven. vervolgens hebben de Gecommitteerden met den Magiftraat over verfcheiden zaaken ge-befoigneerdj en fpeciaalyk óver de refpective Comptoi» ren van 's Lands en Stads middelen binnen die Stad, omtrent welke met opzicht tot de voorhanden zynde Penningen , verzekert wierd de noodige pr&cautieh genoomen te zyn, doch waar van het detail, in de2en korten tyd, daar zoo veele anderë Zaaken gearrangeerd moesten worden, die grooter haast vereiscluen, met geene mooglykheid onderZogt en gereguleerd kunnende worden, de Leden van de Magiftraat aan de Heeren Gecommitteerden inftantelyk verzogt hebben, zich by het uitbrengen van dit Rapport, niet te willen houden als gedefungeerd te hebben, maar in de Commisfie te willen continueeren, ten einde by voorkomende gelegenheden hun recours tot Gecommitteerden te kunnen neemen, en derzelver asiiftentie verzoeken, waar toe Gecommitteerden zich wel niet ongenegen verklaard, doch vermeind hebben de dispofitïe daar over aan U Ed. Mogenden te moeteö overlaaten. Na het fcheiden vaödit befoighe, hebben deGe^ committeerden zich vervoegt ten huize van den Gearresteerden Heer Dellafaille, aan wien den eerften Heer der Commisfie op eene gepaste wyze 9 het verkeerde en ftraffchuldige zyner handelwyzê onder het oog gebracht, en de gratieufe kwytfchelding en remisfie van U Ed. Mogenden geeommUhi= C & seer4  36 Verzameling van Stukken Utrékkebyk tot l*B&rA Vioofr in Aa nlitiiii> J.. 1 ..»«».- taan als een ftil eD getrouw Ingezeten gedraagen, en i zich deze Hunner Ed. Mogendeö gratie in allen i opzichten zouden trachtan waardig te maaken, het: welk door hem, onder veel aandoening, en met: teekenen van berouw en leedwezen, op eene vol-. doeDde wyze beantwoord zynde, nebben de Ge-committeerden hem uit zyn arrest ontflagen, en ini zyn volkomen vryheid gefteldé Doch hebben niec: te min by deze gelegenheid noodig geoirdeeld te i kquirt eren, of zich ten zynen huize ook eenige; papieren van de twee getransporteerde Heeren de : -Nys erj van der Kemp mogten bevinden , doch vruchteloos, en heeft den Heer Dellafaille onder prefeDtatie van ééde betuigd, geene kennisfe te draagen van eenige papieren van die Heeren,, nochte ook dat dezelve vervoert ofte weerloos ge- • maakt zyn. Voorts hebben de Gecommitteerden in gevolge , de authorifatie door U Ed. Mogenden verleend,, nog dien zelfden avond geconcipieerd, en woens- . dag morgen van den Stadhuize gepubliceerd de navolgende WAARSCHOUWING. u Alzöo de Heeren Staaten dezer Provincie heb,, ben goedgevonden, by derzelver ASte van Am~ ,, hestie, gegeeven te Amersfoort den oden dezer' ,, looptnde maand, en gepubliceerd binnen deze ,, Stad den ióden daar aan volgende, te referveeren ■,, nlle Civele AFlien , tot recuperatie der fchaade en ,, nadeelen , welke bevonden zullen worden aan 's Lands ,, Kasfe, aan de Si ad ofte aan particuliere Ingezetenen, ,, door dezen öj'te genen te zyn toegebracht i en by ee„ ne nadere Refolutie, tenzelven dage genoomen, ,, te verfhan, dar, ten einde in het onderzoek der ,, pra?renf]ep, welke hier uit zullen gebooren wor» den, alle fchyn zelfs van partydigheden moge n worden weggenoomen» in dit finguliere geval, »i een  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 37 een ieder gehouden zal zyn, binnen zekere te 1 bepaalen termyn, eene fpecifique opgave van de 1 »» gefeeden fchaade en nadeelen te fourneeren ter ,Secretary van Hun Ed. Mogenden te Amersfoort, , 3, met de bewyzen en verificatien van dien, ten ,,, einde» na verhoor van party, en daar op inge„ noomen Advys van den Hove Provinciaal ofte „ van eenig ander neutraal Hof van Juftitig binnen 4, deze Republyk, by Hun Ed, Mogenden daar op „ gedisponneerd te worden zoo als bevonden zal „ worden te behooren: alles nogthands onverkort ,, en ongepraïjudicieerd de Rechten eu Privilegiën, „ der Stad Wyk by Duurftede: zoo js het, dat de „ Gecommitteerden van de Ed. Mogende Heeren „ Staaten dezer Provincie, tot herftel van de rust en goede orde binnen de Stad Wyk by Duurfle. ,, de, in gevolgede auchorifatie ter befchryvinge IJS verleend, alle de Burgers en Inwoonder.s binnen ,,, deze Stad, dewelke vermeinen mogten eenige ,, wettige pretenfien, ten lasten van dezen of gee„ nen, uit hoofde van fchaade en nadeelen, ge- duurende de laatfte troubles geleeden, te kunnen :J, fourneeren. waarfchouwen daar van eene prsecie- fe opgave te doen en te leveren ter Secretary van 3, de Ed. Mogende Heeren Staaten dezer Provincie ,„ thands vergadert te Amersfoort % binnen den tyd |„ van zes weeken, na dato dezes, met by voeging ,„ der bewyzen en verificatien daar toe behoorende, i„ op poene dat die genen dewelke dit zullen heb1,, ben verzuimt, van hun recht en actie zullen zyn a, vervallen, en geene fchaavergoeding verder zul)} len kunnen pretendeeren ' ■ '; de,  ie Geoiurtenisfen to 1787 enz. mpgmlft* 4? de Misllves aan onze Bondgenooten hebbeD opening gegeeven, en dus kunnen voldaan met ons tot der?elver inhoud te refereeren, uit welke by het iozjen derzelve, het aan U Ed. Groot Mogenden, zal confteeren, dat federt de verwarringen tot den, hoogden trap fcheenen te zyn geklommen de wettige Regeeringen van de Steden Utrecht en Wyk by Duurftede qp eene gewelddaadige én feitelyke wyze voor het grootfte gedeelte waren afgezet, na dat wy in on?e Perfoonen hoon en fmaad hadden moeten uitftaan, en door de fcherpde infinuatien en bedreigingen genoodzaakt waren geworden onze goederen en bezittingen te verlaaten, en qnze Vergaderingen naar deze Stad te verleggen, na dat de wetten niet voeten waren getreedeb, eene openbaare aankanting' tegen de wettige Overheid had plaats genoomen, de Souvereip en de Hoogheid der Provincie, hooggaande beleedigd waren, en voor de vervolgingen van ontaarde Yryheids^yveraaren niet meer veilig waren, wy pogthands, hoe zeer ook ééd en ambtshalve gehouden de Hoogheid der Provincie tegen alle feitelyke onderneemingen te bewaaren, de rust goede orde en wettige Regeering te maintineèren én daadelyk te herdellen, eq voqr een ieders Burgerjyke en ngtuurlyke Vryheid door het heilig nakomen der wetten te zorgen en te,waaken; op de nadrukkelyke en derke inftantieq van U Ed. Groot Mogenden en de verdere Bond genooten, ons hebben laaten beweegen den zagtden weg te kieken, endeaangeboqdene bemiddeling te accepteeren, ten einde langs den weg van fchikkingen de gereezene onlusten te termjneeren, gelyk WY daar tegen van U Ed. Groot Mogenden en de verdere Bondgenoqten billyk verwachtende warén, en óp gronden, van het Bqndgenootfchap vermeenden te mogen eq te moeten requireeren, dat Hoogstdezelve zouden hebben zorge gedraagen, dat het geweld en oprecht geduit, en geene nieuwe ongeregeldhëdeh en wanorde zouden zyn aangericht» maar vooral, dat U Ed. Groot Mogenden * C v en  4* Ptrxameling van Stukken betrekkelyk t:t en de Bondgenooten, welke ons zoo ernftig van alle middelen tot eigen redding hadden gedehorteerd en zich tot vereffening der gefchillen met zoo veelempresfement hadden geinterponeerd; aan wie ook de perplexe fituatie van zaaken en den nood waar m de Provincie gebracht was, door onze differente circulaire Misfives plenair kennelyk was geworden, geen tyd zouden hebben verzuimd om on« daadelyk te gemoet te komen, en aan ons gepraesteerd die Bondgenootfchappelyke officien, welke wy op derzelver eigen aanbod boven middelen van eigen redding hadden geprajfereerd; dan wy hadden ons met deze rechtmaatige verwachtinge ten eenenmaal vergeefs gevleid, en maanden lang van onze zyde, als bloote aanfchouwers den eenen geweldigen itap op den anderen zien pleegen, de Steden Utrecht en Wyk by Duurftede bykans onherflelbaar zien bederven, en ons lange vergenoegt, met op onderfcheide reizen en tyden onze Bondgenoo. ten van het eminent gevaar, waar in wy ons dagelyks meer en meer bevonden, kennisfe te geeven, en op de presfantfle wyze te vermaanen, die ge. weldenaryen te keer te gaan, en ter liefde van het Vaderland, ons derzelver toegezegde hulpe daadelyk te doen ondervinden, onder dit alles aan ons gegeeven woord, van ons zelve en onze Ingezetenen in afwachtinge van der Bondgenooten intercesfie geen recht te zullen verfchaffen, op het naauwkeurigfle getrouw blyvende. 't Is waar (en wy erkennen dit aan die BondgeBooten met dankzegginge) wy hadden het genoegen, dat eenige der Bondgenooten fpoedig, andere laater, eene Commisfie tot de mediatie benoemden , doch wy zagen tot ons leedwezen niet, dat iets gezamenderhand wierd in 't werk gefield of eenige de minfte flap gedaan, om de wanorde te fruiten en 't geweideen einde te doen neemen; van hier dan ook, dat men is voortgegaan, geftyfd door den invloed (wy fchroomen het bykans te zeggen) van fommige onzer Bondgenooten, de eene geweldige daad  de Gébeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 43' daad op de andere te pleegen en de goede Ingezetenen te onderdrukken, hen derzelver waare vryheid te verkorten, zich tegens ons te wapenen, en alzoo de beginfelen van een Burger-kryg aan te vangen; het eminent gevaar, waar in zich het hevq Vaderland door deze geweldige flappen gebracht vind, is des te grooter, om dat dezelve voor geene verrasfende verbystering van voorbygaandeq drift en hevigheid, maar voor de treurige gevolgen te houden zyn, van een voor lang gevormd, en tot hier toe met verkeerden yver doorgedreeven opzet, om den geheelen Regeenngsform der Unie, en der byzondere Gewesten, vooral dien van de Provinciën van Gelderland en Utrecht naar zoodaanig nieuw beftek te hervormen, als door weinige en onbevoegde lieden naar hunne eigene willekeur, verkeerde inzichten van het nut der Maatfchappy , en grilligheid beraamd is. Het waren deze Conüderatien, het belang en de befcherming der Ingezetenen aan onze zorge toevertrouwd, onzen onvermydelyken plicht die ons hebben toeg$rbepen en genoodzaakt, om daar wy en zy van dehulpe dergezamentlykeBondg-enooren ontzet blee'ven, daar de geweldenaryen nog dageJyks toenamen en de Perfoonen en Bezittingen voor de vervolgingen en beleedigingen van een tomeloos maar misleid gedeelte der Ingezetenen niet meer veilig waren, niet langer bloote aanfchouwers van het geweld en het onrecht te blyven, maar zelve naar zoodaanige confritutioneele middelen en naar die hulpe om te zien, welke in ftaat en toereikende waren, om het geweld te ftuiten, een ieder vryheid te verfchaffen, om onbefchroomt voor zyne gevoelens uit te komen, en gelegenheid te geeven zich aan zyne wettige Overheid te vervoegen, en de Ingezetenen wederom onder de befcherming der Wetten te brengen. De gebeurtenisfen van deze laatfte dagen kunnen niet anders dan deze onze ferieufe deliberatien en handelingen wettigen, de beginfelen van oproer en Bur-  44 Verzameling van Stukken betrekkelyk ut Burgeivkryg, welke lang gefmeuld hebben, en nu en dan zich liepen zien, zyn thands opentlyk los geborften, de Perfoonen van veele ftille en vreedaaame Ingezetenen zyn verregaande beleedigd, en Kunnen maar naauwelyks het gevaar van door een opgehitst Gemeen mishandeld te worden, ontkomen , de grootfte baldaadigheden zyn aan hui«en en bezittingen ongeftraft gepleegd, fchrik en vreeze is aan ieder, die niet paar bet heerfchend begrip van ontaarde Vryheid geoirdeeld word te denken, aangejaagd, en 'er is njets het welk dë Woede van het verbysterd Gemeen kan ftuiten : de Wetten zwygen, de Juftitie ftaat ftil, en de losbandigheid heeft de plaats van ondergefchiktheid ingenoomen; het zyn deze fchrikbaarende gevolgen van de heillooze tweedracht geweest, welke allengskens de zaaken tot openbaar geweld en eenen volkomen opftand tegen den Souverein hebben voortgedreeven, zoo dat eenige gehuurde of onbezonnen Manfchappen, vooral uit ü Ed. Groot Mogendens Provincie zich niet ontzagen op eigen gezagmet Qorlogstuig en Wapenen op ons Souverem Territoir voprt te rukken, ep aldaar het ge. Weid van pprperige Ingezetenen met den gewapenden arm te ftyven, niet tegenftaande by het agtfte Artikel der Unie van Utrecht, (het welk men zelf tot wettiging yan zyn ontwerp ter wapening der Burgeryen heeft ingeroepen) uitdrukkelyk is vast. gefteld: „ dat de ftrydbaare Ingezetenen van elk „ der Vereenigde Provinciën, zouden gemonfterd „ en opgefchreeven worden, om die hoeffden en„ de t getal van dien geweten zynde, daar naar „ ter eerfter famenkomjte van deze Bondgenooten, vora, der geordonneerd te worden, als tot die meeste „ befcherming ende verzeekerheid van deze geünieerde ,, Landen, bevonden zal worden te behooren "• waar door het gebruik derzelve , althands buiten elks eigen grondgebied, klaarblykeïyk, alleen aan de heitelling der Unie onderworpen, en tot der* zelver algemeenp beveiliging bepaald wordt. Na  dé Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen; 45 Na het bewerken en veroirlooven van dezen ftap Vergaten zich de Hoofdbeleiders van dit Plan zelfs zoo ver, dat ze zich niet weerhielden de meerderheid van U Ed. Groot Mogenden Vergadering te beweegen, om de onwettige Regenten en die Burgers der Steden Utrecht en Wyk by Duurftedé» Welke zich met hun gewelddaadig en feitelyk aan hunne wettige Regeering onttrokken hadden, te- fen ons, den wettigen Souverein , in byzondere rote&ie te neemen, eene demarche in de daad, die wederom niet anders kan Worden aangezien dan als eene openbaare verbreeking der Unie, waar by de Bondgenooten ter verhoeding van alle dergelyke afzonderlyke onderneemicgen in het 30de Artikel beloofd en aangenoömen hebben: ,, item ten ein„ de voorfz. zullen allen en eenieder van de voorfz. „ Bondgenooten gehouden zyn alle zaaken die hem „ opcoomen ende voorvallen fullen, ende daar aan fy t, hem fullen laeien dunken 't gemeen wel ofte kwalyk ti Vaaren van deze geünieerde Landen en Bondgenooten „ gelegen te fyn, den ghenen die tot die befcryvingi „ geaütorifeert fullen fyn over te fcryven, om by defelve, daar op d'andere Provinciën befcreven te wor,, den, in maniere voorfz." Wy verkiezen om de verwyderlnge, welke tusfchen U Ed. Groot Mogenden en ons maar al te veel plaatfe heeft niet te vergrooten, meer andere flappen thands niet in 't breede in te treeden, of ons breedvoerig uit te laaten over de inconftitutioneele en met de Unie ftrydende wyze, op welke UEd. Gróöt Mogenden zich veroirlooft hebben Krygsvolk van den Staat, zoo wel als een Gorps Troepe* in byzonderen ééd en dienst van U Ed. Groot Mogenden ftaande, met violatie van ons Territoir binnen onze Provincie en de Stad Utrecht te doen rukken , en dezelve alzoo in deszelfs opftand tegen de Wettige Regeerihg en den Souverein der Provincie te fty ven en te fterken; waar van wy de verantwoordinge en de droevige gevolgen van den verderen voortgang van eenenBurger-kryg, niet door ons, naaf  4ö Verzameling van Stukken betrekkelyk tot maar door alle zoodaanige wederrecb.tely.ke daadea begonnen» aan deszelfs Hoofdbeleiders en BewerJcers zullen overlaaten, en welke nimmer aan onsj die niets zoeken of gezqgt hebben, dan de Vryheid en independentie van dit Gewest te bewaaren, en 's Lands Ingezetenen, by hunne Voorrechten en Pri= vilegien te maintineeren, zullen kunnen worden geamputeerd. Om deze redenen echter hebben wy ons ter afkeeringe van het dreigend geweld genoodzaakt gevonden., aan onze andere Bondgenooten te vervoegen , ten einde met HoogstdezelVen alle zoodaanige middelen te beraamen als tot krachtdaadige befcherming of minnelyke bevestiging van de algeraeene belangen der Unie, en inzonderheid van deze Provincie Zullen vereischt worden, van welke en in 't byzonder van onzen meest naby gelegen Bondgenoot, wy die hulpe en adfiftentie hebben ontfangen, waar door wy ons in ftaat bevinden aan onze duure verplichting te voldoen, en van welke " wy ook geeh ander gebruik hebben gemaakt of maaken zullen, dan tot herftelling der rust en goede orde, tot beveiliging van.'s Lands goede Ingezetenen tegen alle onderdrukkingen en uit-en inheemsch geweld, tot maintien van de Juftitie, en tot confervatie van de Vryheid en Onafhankelykheid van deze Provincie. Van welke inzichten en hoofdbedoelingen met de daar uit noodzaaklyk geworden voorzieningen, wy te dezer gelegenheid op nieuw Coodig geoirdeeld hebben aan onze Bondgenooten opening te geeven, en Hoogsedezelven te informeeren, dat daar boven alle de plaatshebbende wanorde het voornaamfte en beste gedeelte der Provincie thands van meer dan eene zyde met alles verwoestende inundatien bedreigd werd, 't welk voor•naamentlyk door het water van den krommen Rhyn door het openen der Sluis te Wyk by Duurftede (van welke ons alleen de dispofitie toekomt, en waar van men ons al mede wederrechtelyk had ontvet) beoogd wierd, ter uitvoer te brengen, waar *-'*iu te-  dt Gtbeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 47 i tegen ook de goede Ingezetenen zich by Requeste 1 aan ons hadden geaddresfeerd en fpoedige zoo wel 1 als efficacieufe voorzieninge verzogt, wy noodig i geoirdeeld hebben ter afweeringe van die verderfi felyke plaagen en tot voorkominge van de totaale 1 ruine van zoo veele goede en getrouwe Ingezetei.nen, niet langer te mogen nalaaten, ons van die ; Stad te verzekeren ; ten welken einde wy zyne Doorluchtige Hoogheid den Heere Erf-Stadhouder 1 dezer Provincie hebben verzogt, de Stad Wyk by i Duurftede van eene bekwaame bezettinge te voor! zien ; waar aan ook door Hoogstdenzelven op de voorzichtigfte en beste wyze promptelyk is gedefe. reerd, zynde die bezettinge heden morgen zonder li eenige oppofitie daar binnen gelaaten, en geene de ii-minfte ongeregeldheden aldaar door de Troepes gej pleegd, maar hebben ingevolge van de ftricte bef, veelen van zyne Hoogheid, aan den commandeeji renden Officier gegeeven, de beste Krygstucht in li acht genoomen, terwyl wy aanftonds eene Gomn misfie van drie Heeren uit ons midden hebben afgezonden , met authorifatie om by Publicatie de wet1 tige Regeering te herftellen, -de Juftitie wederom in activiteit te brengen, en met overleg van den 1 wettigen Magiftraat alles te doen en te verrichten, 1 wat tot confervatie van de rust en herftellinge van (de goede orde zoude konnen verftrekken, hebben: de wy al verder dezelve onze Gecommitteerden get machtigd, om in onze naam eene generaale of wel t meer bepaalde Amnestie, voor alle die zich aan ex1 cesfen fchuldig gemaakt hebben, te publiceeren, 1 echter zoo, dat wanneer dezelve eene meer bepaal: de Amnestie mogten geraaden oirdeelen, de ftrafd fen voor de geëxcipieerde Perfoonen werden gemU itigeerd; gelyk wy dezelven ook hebben gequalifi1 ceerd de Vreemden of auxiliaire Manfehappen te lontflaan, onder, verklaaringe en belofte alleenlyk, idat zich buiten de Provincie zullen begeeven en : nimmer gewapend wederom binnen dezelve zullen l trekken, en zoo verre zich daar binnen Ingezetenen  1#8 Verzameling van SMken hétreWilyk té iben van dfzé Próvinciè rriogten bèvinden, öndc* verzekeriDg, aat zich niet weer tegen de Wettige Magiftraat of Hööge Overheid feitelyk zullen vêtietten; Al het Welk wy gemeend hebben ddör deze tér kerriofe Van U Ed Groot Mogenden en der verdett Bondgenooten te rhoëtën brengén, op dat het aan Hoóg«tdefcelve eh allen rechtgeaarde Vaderlanders zoude blyken, hoe onze handelwyze met brze hobfdbedbelingëö ovèreebkomftig zyn, en geenzirts wraakzücht én rigburèufe ftraffen, maar intégeridfeel, offchoön door fommigen hooggaande beleedigd, echtër clementie én zachtzinnigheid ademen, terwyl wy opehtlyk en plechtig verklaateh den grootfteh afkeer te hebben van hetemplöoy van alle middelfen Van gèWëld, en biets meèr verlangd hebben, ëp bog verlangen, dan eene minnelyke vereffening der gereezen onlusten langs conltitütioreele w«-gei,; en dat wy by alle dë flappen tot welkë wy ons verder mogten genoodzaakt vinden, geen andèr oogmerk hebben, dan om ónder Góds zegen ep met vertröuWen op de rechtvaardigheid onzer iptichrtn, de verplichtihge welke den band der Unie op ons gelegd heeft heilig ba te kotoën, 's Volks waarachtig en duurfcaam geluk te bevorderen, en dit Gewest met alle deszelfs Leden, Steden en Ingezëtënën van dien te bewaaren by die Vryheden, Voorrechten en Privilegiën, welke aan ieder derzelve cömpèteeren en thands aan on= *e befcherminge zyn aanbevoolen. En hier mede &c. Gefchreevën te Amersfoort, den 9 July 1787. NB. De Misfivén aan de overige Bondgènootèn waren mutatis mutaniis Van den ielfden ibhoud als de bovenftaande aan de Heeren Staaten van Holland, met uitlaating echter van de Perioden alleen! betrekking op Hun Ed; Groot Mogenden hebbende. No.  Gebeurtenhfen in 1787 'enz, voorgevaiïtiL \§ f?a. 2608. Publicatie van Burgemeesteren eh Vrosdfchap der Stad Utrecht, waar by wordt bepaald, dat niemaht van de geremoveerdé Raaden'of eenigé Staats-Leden ofte van derzelver Familieni Huisgenooten en Bediendens, zich buiten He Stad zal mogen begeevqn, zonder fchriftelyke permisfiè van den Gouverneur. In dato den 9 'July 1787. Burgemeesteren en Vroedfchap der Stad Utrecht ü overweegende de cri'tiïjue omftandigheden waar in deze Stad en goede Burgery zich federt langen tyd bevind, wegens de allerwegens gemanifesfeér"de violente handelwyze yan hunne gedecideerde Vy. andeü, welke niet alleen de birten van allé waare Vaderlanders, rriaar ook van ieder een, waai- In maat eenige menfchelykheid plaats vind, met de fmertelykfte aandoeningen en rechtmaatigfte afgryzen moei ten vei-vullen, en Zich dus niet zonder reden bekommerende over het lot van hunne gëvangehë Mede-Broeders binnen, de Stad Wyk by Duurftede } hebben öp verzoek van de Commisfie dér Officieren uit dézer Stads Schüttery, en met inbÈéfie van de Refolutie van de Vroedfchap op den I3den September des voorleeden jaars genoomen, goedgevonden en verftaan, dat niemant van de gerenioveerde Raaden of eenige Staats-Leden, die zich tpgens het welzyn van Stad en „Burgery hebben aangekant3 ofte van derzelver Familien, Huisgenooten en Bediendens zich buiten deze Stad zal rnogëti begeeven, zonder expresfe fchriftelyke permisfiè van den Héér Gouverneur, zullende by overtreeding van dien terftond worden gearresteerd en in verzekering genoomen. Aldus by de Vroedfchap der. Stad Utrecht gearresteerd den 9 July 1787, en (more folito~) van dëffi Stadhuize gepubliceerd op den 10 July 1787» ïn kennisfe. van my, J. W. de rüève*, xxxiv. DeeL p ito*  jo Verzameling van Stukken betrekkelyk tot N\ 2609. Extraft uit de Refolutien van de Heeren Staaten van Zeeland approbeerende de recufatie door Hun Ed. Mogenden Gecommitteerden ter Generali. teü gefchied van de nieuwe Gedeputeerden van Ut. recht. In dato den 9 July 1787. Zie dit Stuk in het XI. Deel van deze Verzameling, bl. 202. JN°. 2Ó10. Publicatie van Schout, Burgemeesteren en i die van den Gerechte der Stad Utrecht, verbieden, tj de aan een ieder het fchieten langs de publyke Straa- sj ten fcfc. In dato den 10 July 1787. Schout, Burgemeesteren en die van den Gerech- 1 te der Stad Utrecht, in ervaaringe gekomen zynde, dat niet tegenftaande iterative Publicatien dezen aangaande gedaan, veele zoo Schutters, Auxiliairen en Kanoniers, als Militairen, inzonderheid by het aflosfen der Posten, zich onderftaan langs de publyke ftraaten te fchieten; hebben goedgevonden , op fpeciaale authorifatie van de Ed. Gr. Achtb. Heeren Burgemeesteren en Vroedfchap dezer Stad, allen en een iegelyk in 't gemeen, en in 't particulier alle van de Wachten komende Schut- : ters, Auxiliairen, Kanoniers en Militairen, by dezen wel fcherpelyk te verbieden, eenige Snaphaa- I nen, Piftoolen of ander Schietgeweer te losfen, op 1 eene boete van honderd Guldens, by ieder Con- j traventeur voor de eerfte reize te verbeuren, de 1 eene helfte ten behoeve van den Heer Hoofd-Of- 1 ficier dezer Stad, en de andere helfte ten behoeve van den genen die den aanbreng of verboetinge j zal hebben gedaan, en by volgende reize op arbi- ] traire Correctie; en zullen de onvermogende Con- 1 traventeurs naar exigentie van zaaken, in allen ge- i valle wel fcherpelyk aan den Lyve worden geftraft, 1 en ten opzichte van de pecunieele boetens, de Ou- I ders j  dt Gebeuttsnisfen in 1787 enz. voorgevallen ff ders voor hunne Kinderen, en de Voogden vdó'f hunne Pupillen moeten inftaan en betaalen. En op dat niemant hier van onkundig zy, zat de^ i se afgekondigd, gedrukt en aangeplakt wordennaaf ' Èehooren. Ih kennisje Vdn myf J. HlNLOOfEN* Aldus gepubliceerd vdn den Stadhuize, (motefd' lito) by my ondergefchreeven Deurwaarder, dea 10 July 1787. P. VAN SfcHÖONflÖVÉlSfc - caü. 1 <- No. 2611. Propojüie van het Kwartier van OosterËöö ter Staan-Vergadering van Friesland uitgebracht $ betrekkelyk het Jesjie neemen ter Genetaliteits-Vergadering door Gecommitteerden van de Staats-Lederi in de Stad van Utrecht vergaderd, daar toe ajge« vaardigd. bi dato den 10 july *787' By Refolutie ter Generaliteit in te trekken hek Advys, door de meerderheid der toenmaals prKfecte Gecommitteerden wegens deze Provincies ter Vergadering van Hun Hoog Mogenden uitgebracht den 11 den der voorige maand, op eene ter Gene* raliteit ontfangen Mibfive van de Heeren Gedeputeerden Staaten van de Provincie van Utrecht, gefchreeven te Amersfoort den oden daar te vooreng gelyk mtde het Advys, door dezelve Gecommitseetden uitgebracht den I4den derzelve maand houdende provifioneele admisfien der Heeren T. van Amerongen , d'Averhoult en Stbick vAri jLinschotkn, breeder in de Notulen van die dagen voor handen; en wyders ter Generalitet te declareeren, dat Hun Ed. Mogenden geene Staaten Van den Lande van Utrecht erkend hebben, en nog erkennen voor wettig, dan de Heeren Staaten thands no$ ea federt eenigen tyd te Amersfoort vergaderd | v?orD £ des-s  $i Verzameling van Stukken betrekkelyk tot dende de Gecommitteerden wegens deze Provincie gelast, om met concurrentie der'anderen Provinciën , op de gefchiktfte wyze te maaken, dat de onwettig gecompareerde Leden uit eene zich opgeworpen hebbende Staats-Vergadering, binnen Utrecht gehouden, de deliberarien van Hun Hoog Mogenden niet komen te ftooren, nog daar aan eenig deel hebben. W' ders by Refolutie te approbeeren de gehoudene conduite der extraordinaire Gecommitteerdens Wegens deze Provincie, Grovesteins envAtf Haa.' ren, op den i8den derzelver maand gehouden, door zich eene gelyke Rem als ordinaire Gecom.mitteerden ter Vergadering aan te maatigen, waar door eene nieuwe admisfie van andere onwettige Leden, uit de pretenfe Staats-Vergadering binnen Utrecht, ten tweedemaal getendeerd, is tegengehouden, tot daadelyke voorkoming van de grootfte verwarringen en nadeelen, den Lande daar door gedrrigd wordende. Zynde het Kwartier voorts van oirdeel, dat om alle onzekerheid in het vervolg omtrent de computatie der ftemming van extraordinaris Gecommitteerden ter Generaliteit verfchynende, weg te neemen , by die zelfde Refolutie behoord bepaald en vastgefteld te wordeh, dat in het algemeen extraordinaris Gecommitteerden wegens deze Provincie ter Vergadering van Hun Hoog Mogenden wel toekomt, een advifeerende, maar geene concludeerende ftem; wordende echter aan de tegenwoordige Heeren, wegens deze Provincie gecommitteerd tot reguleering der Quotaas en Defeniïe-'wezen , in 's Hage zittende, zoo lange die Commisflen duuren, toegedaan, rang, fesfie en eene concludeerende ftem ter Generaliteit, in alle voorkomende zaaken, ook geduurende de recesfen hunner Commisflen, op denzelfden voet als de ordinaris Gecommitteerden. ïfo,  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 53. JN°. 2612. Extratl uit de Refolutien van de Heeren Staaten van Friesland, betrekkelyk de admiW ™? de Heeren door de Staats-Ledente Utrecht vergaaera, in de Vergadering van Hun Hoog Mogenden tsf c. Met de aanteekening en het Proten van de XJixeinu fche Gedeputeerden daar tegen, In datis den 10 en, 13 Jtily 1787. Door den Heer van Aylva, Mede-Gecomrnitteerde wegens, deze Provincie, ter Vergadering van Hun Hoog Mogenden per Expresfe Copielyk overgezonden zynde een Misfive van de Heeren Gedeputeerde Staaten van Utrecht, gefchreeven te Amersfoort den oden Juny laatstleeden, alsmedeeen i Extract uit het Register der Refolutien van Hun I Hoog Mogenden de Heeren Staaten Generaal der, i Vereenigde Nederlanden van den nden daar aan i volgende, beide concerneerende eene befchryving I by Misfive van den oden voorfchreeven op naam, van Burgemeesteren en Vroedfchap der Stad Utrecht, aan alle de Staats-Leden, Ministers en Bediendens in die Provincie gedaan , om te compareeren in der Heeren Staaten Kamer binnen voornoemde Stad, op maandag den 11 den daar aan volgende. Is daar op en verders gedelibereerd zynde, op het voorgevallen ter Vergadering van Hun Hoog Mogenden op den I4den van meergemelde maand Juny aan c aan de, deadmisfie van de Heeren J. Taets, : van Amerongen, J, A. d'Aveahoult en A. j. Strick van LinsQhoten, wegens opgeroeide Provincie door voorfchreeven Vergadering in de Stad U r :chtgehouden, ter Generaliteit gecommitteerd, mitsgaders op de Advyfen door de meerderheid der Heeren de'fcer Provincie Gecommitteerden ter, Generaliteit deniidenen uden Juny vooren gedacht, refpettivelyk daar op uitgebracht, en breeder in de Misfive van de Heeren van Haer^ma en Johan Küfler, en van den Heer van Aylva, over dat onderwerp aan Hun Ed. Mogenden gefchreeven en voorts in de Notulen van Hun Hoog Mogenden D 3 voor-  54 Verzameling van Stukken betrekkelyk tst voorkomende, en wyders overwoogen zynde den inhoud van de MisfiVe by de Heeren Staaten van den Lande van Utrecht, den I2den en ióden dier maand; raakende het voorzeide uit Amersfoort aan Jtfun Ed. Mogenden afgezonden, en vervolgens ter Vergadering van Hoogstdezelve ingekomen, geleezen, en in deliberatie gelegd, goedgevonden en verftaan ter Vergadering van Hun Hoog Mogenden ante trekken, gelyk Hun Ed. Mogenden doen door dezen, het Advys door de meerderheid der toenmaals pretenfe Gecommitteerden, wegens deze Provincie ter Generaliteit uitgebracht den nden Juny voorfchreeven op de voorengedachte Misfive vandê Heeren Gedeputeerden Staaten van de Provincie van Utrecht, gefchreeven te Amersfoort den oden daar 'e vooren; gelyk mede het Advys door dezelve Gecommitteerdens uitgebracht den I4den daar aan volgende, houdende de provifioneele admisfie der gemalde Heeren Taets van Amerongen, p'Averhoult en Strick van Linschoten, breeder ïn de Nornlen van Hun Hoog Mogenden van die dagen voor handen. En is wyders gerefolveerd ter Generaliteit te deClareeren, zoo als Hun Ed. Mogenden yerklaaren by dezen, dat dezelve geene Staaten van den Lande van Utrecht erkend hebben , noch erkennen voor wettig, dan de Heeren Staaten thands nog en federt eenigen tyd te Amersfoort vergaderd, met last aan de Hoeren dezer Provincie Gecommitteerdens ter Vergadering van Hun Hoog Mogenden, om met concurrentie der andere Provinciën, op de gefchikfte wyze te waaken , dat de onwettig gecompareerde Leden, uit eene zich opgeworpen hebbende Staats-Vergadering binnen Utrecht gehouden, de deliberatien van gedachte Hun Hoog Mogenden niet komen te ftooren, nog daar aan eenig deel hebben. En zal Extract dezes aan de Heeren Hun Ed. Mogendens Gecommitteerden ter Generaliteit worden ingezonden, om ten fpoedigften ter Vergadering in te brengen. AI-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. Si Aldus gerefolveerd op 't Landfchaps Huis, den iq July 1787. (Onder fiond) Accordeerd met voorfz. Boek. la kennisfe van my, (was geï.) J. van Idsinga. Aanteekming en Protest der Gedepu. teerden van Staats-Leden, te Utrecht vergaderende, op en tegen de Refolutie van Friesland, met opzicht op de admisfie van opgemelde Gedeputeerden ter Generaliteit ingebracht. Hoog Mogende Heeren ! Het was niet dan met de uiterfte furprife dat de Heeren Gedeputeerden van de Ed. Mogende Heeren Staaten 's Lands van Utrecht, te ütrecj)t vergaderende, kwaamen te verneemen , dat de Edele Mogende Heeren Staaten van Friesland by hunne Refolutie, thands ter Vergadering uitgebracht, de admisfie van hen Heeren Gedeputeerden voor onwettig komen te verklaaren, daar zy Heeren Gedeputeerden van de gemanifesteerde denkwyze van de Heeren Staaten van Friesland niet anders hadden kunnen verwachten, dan dat Hoogstdezelven op het voetfpoor van het neutraal gedrag der Hooge Bondgenooten, in een eelyk geval in den jaare 1654 wegens de Provmcie Overysfel plaats gehad hebbende; de Gede. puteerden van de beide Partyen egaal aangenaam zouden gehouden hebben, om hier door met des te meer vrucht te kunften coöpereeren tot het casfeeren der hostiliteiten, en het byleggen der voorgaande gefchillen thands binnen de Provincie Utrecht fubfifteerende. Dan, nadien de admisD 4 fie  jfö Verzameling van Smukken betrekkelyk tot fie van hpn Heeren Gedeputeerden ter dezer Ver. gadering is gefchied gaaf zonder eenige reftrictie yan dezen aart; zoo vermeinen zy Heeren Gedeputeerden volgens alle gronden van Rechten, dat- bpedaanige referves ook Heeren Gedeputeerden van eenige Provinciën zich mogten voorbehouden hebben, die referves ex post niet tegens hunne admisfie. kunnen opereeren, aangezien dezelven aan hen by hunne admisfie niét gecofnuni•ceerd zyn geworden, terwyl het aan de contradiceeerende en reférveerendë Leden dezer Vergadering geftaan hééft, om de admisfie niet te laaten gefchieden dan met communicatie van de gedaane referves, wannéér zy Heeren Gedeputeerden hadden kunnen verkiezen' Om fub condüione geadmitteerd te worden,, dan wel van de admisfie af te zien, en daar door te prffivenieeren de perfoneele fletrisfure welke by revocatie der admisfie-op hen zoude komen te redundeeren, terwyl alverder, in geval de admisfie al eens fyb condüione was gefchied, de zaak door voorgemelde Refolutie van de Heeren Staaten van Friesland voor als nog niet ia de ornfiandigheid zoude gebracht zyn', om daarom|rt.nt" èonclufie té kunnen formeeren ; geconfidereerd dat de verdere Heeren Gedeputeerden van de Provincie Utrecht, welken de zyde der Heeren Staats-Leden te Amersfoort vergaderende, aanjfeleeven, en derzelver Heeren Prj'ncipaalen, als ten dezen nptoir party zynde, mede volgens alle grondden van' Rechten, in proprii caufa, geen ftem kunnen uitbrengen, én dienvolgens de ftemraen der Provi; cien, voor als nog zouden ftaau drié tegens twee; welke, by het uiten van het Advys van de' Provincie Stad en Lande, dus kunnen komen drie fégsn drie, gelyk zulks z<.ef apparent is, doordien de Stad Groningen zich bereids favorabel verklaard p>eft, In'welk geval'dan rfiedè volgens alle Rechts Coctrine vqor dg continuatie'van de gedaane admis. 0e»oude moeten geconcludeerd worden. JNidien dan de zaak, ingeval de admisfie fub con. 'di'  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 51 i ditione gefchied was, nog niet in de termen ge> bracht is, dat daar op conclufie vallen kan; en in 1 allen geval de admisfie fatlo gefchied is, gaafzon1 der eenige conditie, als waar van alle de als toen 1 prefent geweest zynde Leden der Vergadering ge1 tuigecis draagen, zoo verwachten zy Heeren Ge1 deputeerden ook van de asquiteit dezer aanzienlyke Vergadering, dat in dezen tot geene verdere conclufie zal getreeden worden. Dan in geval men niettegepftaande alle de boveni gemelde redenen tot revocatie van zoo gaaf, en zonder eenige voorgehouden conditie, gedaane admisfie komen te concludeeren, en ons feitelyk de Vergadering te ontzeggen, vinden wy ons in de noodzaake gebracht, om namens de Heeren onze Prinpipaalen te protefteeren van nulliteit en geweld tegens de genoomen Conclufie; en tevens te declareeren, dat wy, zoo aan Heeren onze Principaalen, en aan onze perfoneele eer, ons gehouden rekenen, van deze Vergadering niet te kunnen quiteeren,maar dezelve te moeten blyven frequenteeren, tegens alle feitelykheden , welken men daar tegen zoude komen te intenteeren, de protectie van de disfentieerende Provinciën, en byzonder de protectie van den Territoriaalen Souverein, onder wiens hooge protectie deze Vergadering gehouden word, ten krachtigften reclameerende by dezen. Aöum 's Hage, den 13 July 1787,. (was getetkeni) J. Taets van Amerongen. A. j. STRIPK VAN LlNJCHOTEN. D 5 No.  58 Ptrzameïing van Stukken betrekkelyk tot 2613. Misfive der Staats-Leden te Utrecht vergaderd aan den Heere Erf-Stadhouder, tendeer ende om zyne Hoogheid te pnmoveeren, om met den meesten fpoed Patenten te depecheeren, om de Troepei welke met voorkennis der Heeren Staaten te Amersfoort vergaderd, binnen de Provincie zyn gerukt, die uiterlyk binnen tien dagen daar uit te doen marcheer en &c, In dato den 11 July 1787. Doorluchtig Hooggeboorkn Furst! Wy hebben niet dan met de uiterfte bevreemding moeten verneemen, dat Uwe Doorluchtige Hoogbeid van zich heeft kunnen verkrygen, van tyd tot tyd Patenten te verleenen, tot het doen marchee. ren van onderfcheiden Regimenten, zoo Ruitery als Voetvolk, naar het Territoir van deze Pro vincie, welke daardoor als metKrygsvolkoverfïroomd is geworden tot merkelyk bezwaar en overlast van »s Lands goede Ingezetenen: fchoon Uwe Door* luchtige Hoogheid zich nu mogt willen beroepen op eenen ontfangen last van de Staats-Leden te Amersfoort byeenkomende, zal Hoogstdezelve nog. thaDds niet kunnen ignoreeren, dat die Amersfoortfche byeenkomften, op de willekeurigfte wyze aangelegd , nimmer voor eene wettige Vergadering van de Heeren Staaten dezer Provincie kunnen worden gehouden, en dat Uwe Hoogheid dienvolgende geenszins bevoegd was zich van foortgelyken last te bedienen, gelyk wy nog onlangs dit ftuk onwederfpreekelyk hebben betoogd by onze Misfive aan de Heeren Staaten Generaal, waar van wy eene Copie, met onze voorkennisfe door dezer Stads Nederduitfchen Courant publiek gemaakt, alhier byvoegen, ons, kortheidshalven daar toe refereerende. Intusfchen heeft het inrukken van een zoo aanmerkelyk aantal Troepes by de In- en Opgezetenen dezer Provincie gedachttn van verfchillenden aart te weeg gebracht, welke wy liefst alhier niet willen detailleeren, maar die ónder anderen wel voornaa- me-  de Gebeurtenisfin in 1787 enz. voorgevallen, fo t melyk daar op nederkomen, dat of by Uwe Hoog1 beid, of by de Amersfoortfche Staats-L^den pro» ie&en wierden gefoveerd, om de redelyke ftem , van het best gedeelte der Natie, ingengt om des. 1 zelfs wettige Rechten en Privilegiën te reclameeren ten te verdeedigen, door geweld van Wapenen te (fmooren, "en Neerlands vrygevochten Volk onder ( eene willekeurige overheerfching te doen bukken : i fchoon wy ons nu nimmer hadden kunnen voorftelI len, dat Uwe Hoogheid in Nederland gebooren en I opgevoed, en door de fterkfte banden aan het be:1 lang van Neerlands Volk verbonden vry willig zoude i kuanen medewerken, om, met den ondergang van f 's Lands duurgekogte Vryheid, ook den val van zyn eigen Huis» het welk doch in de liefde en het 1 vertrouwen van een vry Volk zyne waare grootheid 1 behoorde te vinden , te bevorderen , heeft nog1 thands de invoering van grof üefchut en allerhande Ammunitie van Oorlog, en vervolgens inzonderheid de onvoorziene bezetting en geweldaadige mzonderheid de onvoorziene bezetting en geweldaadige inneeming der Stad Wyk by Üuuritede, op Patent van Uwe Hoogheid volvoerd , met al het gene daar op is gevolgd, zoodaatiige fentatie by ons te weeg gebracht, datwy, fchoon met weer: zin, ons gedrongen vinden de bovengenoemde ver: moedens van 's Lands goede Ingezetenen te billy] ken. Maar, is het met de zaaken alzoo gelegen; zoude waarlyk by Uwe Hoogheid een toeleg plaats vinden, om, door middel van 's Lands bezoldigde Krygsknechten, dit Volk, van ouds zoo nayven'g omtrent de confervatie van deszelfs Rechten en Vryheden, een juk van flaaverny op den hals te leggen; zoude het aan zulke veruitziende inzichten moeten worden geattribueerd, dat eerst twee Steden in een nabuurig Gewest, en nu ook eene Stad in deze Provincie alle integreerende Leden van Staat, op last van derzelver Mede-Staats-Leden, door Uwe Hoogheid met zoo veel iever en bereid- wit  öq Perzamtling van Stukken betrekkelyk m willigheid ter uitvoer gebracht, door kracht van, Wapenen overmeesterd en ten deele aan her. geweld van baldaadige Krygsknechten overgegeeven zyn geworden ? welke woorden zullen wy dan uitdeuken , om dit alles in deszelfs waare gedaante af te maaien? zal Uwe Hoogheid dan nimmer vatbaar worden voor deszelfs waare belangen? zullen dan de listige inboezemingen van baatzuchtige vleiers, altyd meer vermogen behouden op uwen geest, dan het geroep en de zuchtingen van een onafhanglyk Volk, het welk wel voor een tyd onderdrukt, maar nooit voor altyd aan ketenen geklonken kan worden. Wy verkiezen niet deze zaaken voor het tegenwoordige dieper in te treeden, maar willen gaarne aan Uwe Hoogheids eige overdenking overlaaten, of het niet meer dan tyd is geworden, dax Hoogstdezelve door fcyne daaden toone, meer op 's Lands wezentlyk en beftendig welzyn gezet te zyn, dan op de bevordering van eene gewaande eigen grootheid, welke laatfte toch noodwendig met den val van Nederland moet verzeld gaan: wy althands verfeeren in dit opzicht in deze denkbeelden: wy kun-" nen een zoo zichtbaar misbruik; van een gezag overj het Krygsvolk Uwe Hoogheid door 's Lands Souverein ter goeder trouw opgedraagen, maar by de uitkom.ffé zoo verderffelyk bevonden, niet langer' gedoogen; en het is óm deze redenen, het is ter voorkomingevan eenen geduchten Burgerkryg, welke niets anders dan den geheelen ondergang van het lieve Vaderland tengevolge kan hebben, en welks overdenking zoo wei Uwe Hoogheid, als ons dé akeligfte vooruitzichten moet geeven, dat wy hebben goedgevonden Uwe Hoogheid aan te fchry ven, en van Hoogstdenzelvcn ujtdrukkelylc te requiree. .ren, dat, mét den meesteh fpoed de noodige Patenten worden geëxpedieerd voor alle de Troepes, welke op last or niet voorkennis der Amersfoortfche, Staats-Leden in dit en in het voorig jaar binnen deze Provincie zyn gerukt, ten effedte, dat alle dezelve, geene uitgezonderd, den Stichtfchen grond ver-  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 6t , „érlaaten ed naar hunne plaatfen wederkeeren, uiterlyk binnen den tyd van tien dagen ba ontvang,de? wy twyffelen geen oogenblik of Uwe HoogSd zal zeer gereedelyk aan deze onze ferieuie \ & voldoen; hier door alleen zal Hdogstdezelfe met ons kunnen medewerken tot wegneem.ng van mistrouwen en gevolglyk tot herftelhng der non^IcTP ru« terwvl wy by verdere voortduunng I S^w« o"der gde goede In- en Opgezetenen ld deze en andere Provinciën gebukt gaan, op zoodaanüre wyze zullen delibereeren en disponeered, Zoo over het Recht tot het verkenen van PatenI ïen ei"et emploi van 's Lands Krygsvo k, als dnS.M als wv ter behoudenis en beveiliging der SSUren en Ingezetenen dezer Provincie en ter I hanfhaaving v afon. wettig gezag zullen o,rdeeled 1 te behoorem Hier mede, Doorluchtigjie Hooggebooren Furst! heveelen wy Uwe Doorluchtige Hoogheid in dé nroteaie van dén Almachtigen God, dien wy bidgen dezdve te behouden in langzaligen Furftelyken Welftand en Regeering. Gefchreeven te Utrecht, den n July 1787. (was geteekend) G. M. Taets van Amërongen, vt. Uwer Doorl. Hoogheids zeer goede Vrienden, De Staaten van den Lande van Utrecht. Ter Ordonnantie van dezelven* Ne.  6* Verzameling van Stukken betrekkelyk iet N°. 25i4- Request van eenige Burgers en Ingezetene* van Rheenen, Amërongen en Veenendaal, aan de Heeren Staaten 's Lands van Utrecht, omzoodaa. mge kleuren te mogen draaien als waar door die genen welke getrouw van Hun Ed. Mogenden zyn gtbleeven, zich als zoodaanig kunnen doen kennen ere. In dato den li July 1787. Geeven niet fchuldigde eerbied te kennén, de Ondergeteekende Ingezetenen &c. nï5,1 zl Supplianten, indachtig de Publicatie van U Ed. Mogenden waar by het draagen van onderfcheids teekenen en leufen van allerlei kouleuren in. diftinSte word Verboden, zich tot nu toe ook weerhouden hebben, van het draagen van eenig reeken, edoch daar federt de zaaken in 't algemeen en by. zonder binnèn deze Provincie eene geheel andere gedaante bekomen hebben en tot daadelyke vyandelykheden zyn övergeflagen, zoo dat zelfs de gewapende machten tegens eikanderen overftaan en zich yan tyd tot tyd aandoen, waar door zoo wel de Landman als andere In- en Opgezetenen, welke ten dienften van Troepes of Partyen gebruikt Worden, in de onvermydelyke noodzaakelykheid gebracht worden, om door uiterlyke teekenen te toonen of zy vriend of vyand zyn, en de Supplianten echter niet gaarne de beveelen van ü Edele Mogenden hunne geëerbiedigd wordenden Souverein, zouden willen disobedieeren, zoo keeren zy zich eerbiedigst tot ü Ed. Mogenden met verzoek, dat het Ü Ed. Mogenden moge behaagen, voorfz. hunne Publicatie zoodaanig te altereereo dat het ieder Ingezetene mogte yryftaan , in deze critique omftandigheid, zoodaanige kouleuren te draagen als waar door zvl die getrouw aan ü Ed. Mogenden zich als zoodaanig kunnen doen kennen, by die genen welke ten dien* ite aan tJ itd. Mogenden zich zoo volvaardie van der?TJycenC ^ gehoorzaamheid aan ü £d. MogenZonder dac de Supplianten echter door dit hun ver«  de Gebeurtenitfen in 1787 tnz. voorgevallen, <53 verzoek, beoogen, dat iemand in zyne Burgerlyke Vryheid diende te worden gedwongen, om tegens zyn wil of ondanks eenig teeken te behoeven te draagen of daar toe genoodzaakt te kunnen worden, 't Welk doende &c. N?. 2615. Rapport van den Burgemeester H.ScmLOK, aan de Heeren Staats-Leden te Utrecht vergaderd, omtrent de inneeming der Stad Wyk by Duurftede. In dato den 12 July 1787. Edele Mogende Heeren 1 't Was laatstléeden Vrydag den 6den dezer in den morgenftond omtrent kwartier na twee uuren, dat de Luitenant Psöbsting, wachthebbend Officier, rapport bekwam aan de Veldpoort, dat een expresfe aldaar verzogt binnen gelaaten te worden, by zich hebbende een brief aan den Heer Commandant de Nys. — Aanftonds gaf gemelde Officier ordre aan vier Man en een Corporaal van üyne Wacht hem te volgen. — Aan de Poort gekomen zynde, begaf zich eerst op den Wal om te zien, of 'er niet meer Manichappen voor de Poort waren, en ontdekte by het fchemer morgenlicht eene groote menigte gewapende Militairen , en eenig Gefchut, jtaande op een Musketfchoot van de Poort. —■ Op het roepen van den Officier der Wacht, wie daarl trad een Officier, die zich digter aan de Poort gefield had terug, houdende een papier, welke zeide dat hy begeerde binnen gelaaten te worden, — dat hy den Commandant moest fpreeken, -— dat hy een brief aan dcnzelven had, dien hy hem moest overgeeven; — waar op de Officier repliceerde, dat hy rapport daar van zoude doen maaken, — dat hy zoo lang diende te wachten tot ordre bekomen had, hoe te handelen, 't gene beantwoord wierd met te zeggen, dat men wat haast moest maaken, wyl men niet lang tyd had om te vertoeven; vervolgens deed de  'd5i Verzameling van Stukken betrekkelyk tot (de• Officier rapport maaken aan den Commandant, j ttne s orare geevenae, üat nog eenige Manlcnap.. pen van de Wacht tot adfiftentie aan de Poort zou- . •den komen, en dat men illico de allarmirotri zoude i roeren, welk een en ander oogenbliklyk verricht wkrd. — Na korten tyd verfcheen de Heer de Nys aan de Poort, die gefloten bleef, fprak met dej Officier,' en gelaste hem den brief onder de Poort door te fteeRen, dat door hem gedaan wierd; Dy het openen, van denzelven bleek het te zyn een Patent van zyne Hoogheid in ordinaire forma met attaché van de Amersfoortfche Staats-Leden, om den Collonel Qoadt met zyn onderhebbende Manfchappen (zonder quantiteit of naamen der Batailjons te befchryven) binnen Wyk in Guarnifoen te ontfargen j voegende gemelde Officier by het doorfteeken van het Patent onëer de Poort, nog deze of foortgelyke woorden daar by , dat indien men weigeren mogt, hy dan wel gelegenheid zoude vinden binnen te komen, en dan niemand fpaaren. -—- Aanftonds verzbgt de Commandant, dat de Vroedfchap vergaderen mogt; 't welk gefchiede, bracht het Patent in dezelve, en verzogt de Refolutie van den Raad daar op te mogen verftaan. — Intusfchen kwamen de zoo Wykfl-he als Auxiliaire Manfchappen met alle de Officieren met volle Wapenen op de loopplaats van het Raadhuis, en wierden onder geleide van Officieren ieder na hunne posten gébracht, waar heen zy kloekmoedig aftrokken. —> Korte oogecblikken daar na vernam men met de uiterfte ontroering, dat by de meerderheid des Raads befioten was om eene Commisfie naar buiten te zenden, beftaande uit den Heer Commandant en Secretaris der Stad, om te verneemen, op wat voet hy ■Commandant wilde in de Stad trekken ? Waar op den Commandant der Troepes geantwoord heeft, dat hy zich daar niet konde inlauten, maar wel konde verzekeren , dat 'er geen v olesr, of overlast aan iemand zoude gedaan worden, en eindelyk, dat hy tot nadere deliberatie toejtond den tyd van vyftien minuiten i dat hy na dien  h Gebeurtenisfèn in 1787 mx. voorgevallen» <*j i dien tyd zyn Volk „ met geweld zoude binnen voeren, 1 „ en dan geene de minfte menagementen gebruiken s" ™ 1 met welk ar.cwoord de Gecommitteerden weder ia « den Raad kwameh, en het zelve ter kennis van Hun [Ed. Achtbi brachten; waarop, na eenige deliberaj tien en debatten, by dé meerderheid gerefolveerd lwierd, dat men de Poorten zoude openen, en de fTroepes, mits geen molest of overlast doende, zoude laaten binnen komen ; tegens welke Refolutie de COcdergeteekende zich met alle vermogen verzet* ien getracht heeft zyne Mede-Raaden van die, naar zyn inzien, voor Stad en Burgery zoo verderflyke conclufie af te brengen, te meer daar de Ondergé* :teekende in het. algemeen onder de Burgeren en lAuxiliairen en alle de Officieren van den hoogften itot den laagften eene brandende begeerte vernoo. imen had, dm met den vyand handgemeen te roo» igen raaken, en hunnen moed en krachten tegens de Dwingelanden te beproeven. Doch hier niet in kunnende fiaagen, heeft hy zich gedrongen gevom» Iden, hier tegen ten fterkften te protefteeren, meê iverzoek het zelve tot zyne decharge in dé Notulen I der Stad te infereeren. Hierop wierden de Coraimandant en Secretaris der Stad illico gelast de gëuoomene Refolutie van den Raad aan den Commau» I dant der Troepes te communiceeren, én de Poorten itot den inmarsch open te Rellen; dan den Cornmahdant de Nys difficulteerde hier in te bewilligën» (ten. zy aan hem door den Secretaris Copie van deze ! Refolutie tot inmarsch wierde ter hand gefield^ lom zich des noods ten allen tyden en alom te kunnen verantwoorden, het welk by de genoemde [meerderheid wierd toegedaan, en door den Secretaris de Copie pogenblikkelyk aan den Heet DE Nis ter hand gefteld, terwyl vervolgens de Vergadering : een einde nam. Deze èindelyke Refolutie den Volke bekend Wor» ! dende, wierd doör het gróotfte gedeelte derzei* 1 ve met verachting en ontroering vernoomen, zoo ; dat zy Jmn geweer en wapenen van zich en voor XXXIV. Deel. fi hee  66 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot het Raadhuis weg wierpen, om zich, met achter. . laatitig van alies, zoo veel mooglyk, door de vlucht t te fauveeren. Waar in byna alle hun oogmerk bereikt hebben,, hoe zeer de Stad aan alle kanten van buiten bezet: wss, en de vyandelyke Troepes reeds bezig wa-. ren om binnen te trekken: behalven (zoo als daar r pa gebleeken is) dat de Heeren de Nys, Della-. kaille, van der Kemp en de Wys, ongelukkige; flachtoffers geworden zyn, en door den Comman-. dant van Quadt in het Huis van den Heer Della.. faille zyn opgeflooten, en op de omzichtigfte wy- • ze bewaard en Krygsgevangenen gehouden. Zie daar Ed. Mogende Heeren! zoo kort moog-. lyk het gebeurde myner nu beklaagenswaardige Stad i en Burgery naar waarheid ter nedergefteld. Re-. commandeerende dezelve aan de byzondere attentie ; en protectie van U Ed. Mogenden, en na U Ed.. Mogenden in de befcherming van God Almachtig; aanbevoolen te hebben, heb ik de eer te zyn , Edele Mogende Heeren! Uwer Ed. Mogendens dienst- • Utrecht, den willigen Dienaar, ia July 1787. (yflf geteekend-) Hendrik Schilge. N°. 2Ö16. Publicatie van de Heeren Staaten 's Lands van Utrecht, betrekkelyk het verhinderen uit Hol' land, van toevoer van hooi en Jlroo naar het kwartier van Eemland. In dato den 13 July 1787. De Staaten van den Lande van Utrecht, doen te weeten: AIzoo wy in ervaaringe gekomen zyn, dat den toevoer van hooi en ftroo uit de Provincie van Holland langs onbehoorlyke wegen naar het Kwartier van  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 67 Lral Eemland en het O verkwartier dezer Provincie word afgefneeden en belet; eri zelfs den invoer te water uit andere Provinciën word verhinderd, en •bevonden hebbende dat veel hooi en ftroo zoo te water als te lande, inzonderheid uit het Kwartier yan Eemland naar de Provincie van Holland word yervoerd, waar door welligt eene aanmerkelyke ïfchaarschheid en duurte van hooi en ftroo in dat gedeelte dezer Provincie zoude kunnen ontftaan. Zoo is 't, dat wy, omme hier in te voorzien» lebben goedgevonden provifioneel en tot onze nadere dispofitie te verbieden, gelyk wy verbieden mits dezen, den uitvoer van hooi en ftroo, zoo te water als te lande, uit het Kwartier van Eemland jen het Overkwartier dezer Provincie, werwaards hetzelve ook zoude mogen wezen, except alleenrtyk den uitvoer met wagens en karren, naar de naibuurige Provincie van Gelderland; op poene dat hec 'uitgevoerde hooi en ftroo by achterhaalinge zal tvorden verbeurd verklaard, ten behoeven van den Wrmen der plaats, alwaar de aanhaalingc gefcbied, {zullende daarenboven den uitvoerder verbeuren 25 Guldens voor ieder 1000 pond Hooi en 7 Guldens voor ieder vim Stroo, welke tegen deze onze wel. imeeninge naar elders zal hebben vervoerd of getracht te vervoeren , de helfte ten profyte van de izoodaanige, welke de aanhaalinge zal hebben geidaan, en de andere helfte ten behoeve van den ^Maarfchalk van 't Kwartier. Gelastende en beveelende wy hier mede ten einde taan deze onze intentie werde voldaan ieder en een iegelyk en fpeciaal de refpedlive Maarfchalken en derzelver Dienaars, Schouten en Gerechten, en i Armmeesteren, op de nakominge dezes naauwkeu1 rig acht te geeven. ,l En op dat niemand hier van onweetenheid voor1 wende, zal deze worden gedrukt, en alomme door I het Kwartier van Eemland en het Overkwartier 1 worden afgekondigd en aangeplakt, naar behoo» ren. E 2 AU  68 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Aldus gedaan te Amersfoort, den 13 July 1787* (was geparapheerd) J. A. van Westreenen, vt* (Onder Jlond) Ter Ordonnantie van myne voornoemde Heeren de Staaten. (was get.) Abf. Secr. Ph. Ram. N°* 2617. Mi'Jive *-an dsn Heer P. H. J. Ivoy, zich I beke betoonen: en daar benevens gezien en gelcezeu ie Requesten van verfcheide. Burgers en lngezete. nen der Stad Rheenen, en van veele Opgezetenen van Amerongen en Veenendaal (*), ter onzer laatfte Vergadering ingeleverd, en allen ten zelvea emde dienende. , § Zoo is 't, dat wy, hoe zeer overtuigd, dat de nwaare liefde tot het Vaderland en tot de gezegerde ^Conftitu'tie, waar by deze Republieken Provincie itot eene groote hoogte van bloei en welvaaren geiklommen; doch door welker fundamenten te willen roeren en refuvereeren, dezelven tot op dén ]oever van derzelver ondergang genaderd zyn, in hec harte, en niet in uiterlyke teekenen gevestigd moer. zyn, nogthands altoos geneegen aan het verlangen i onzer goede In- en Opgezetenen , zoo wanneer het 1 zelve met de bewaaring der rusce en goede orde maar eenigzins beftaanbaar is, te voldoen, goeJb ge(*Y Zie hier voor bl. 62. £ 4  7* ' Ftrzaméling van Stukken betrekkelyk tot gevonden hebbende hier voorengemelde Publicatie,, voor zoo verre het draagen van Oraoje-linten, ofte ook de gecombineerde kouleuren van Oranje, wie en blaauw, waar by 's Lands Vlag van oude tyden af door geheel Europa is bekend geweest, betreft, in te trekken en te annulleeren, gelyk wy doen by dezen; willende dat een yder volkomen vryheid 5ebbe in dézen te handelen naar welgevallen, zoner door de hier voorengemelde prohibitoire wet zich daar van te laaten weerhouden, ofte in Rechten betrokken te kunnen worden; blyvende voor het overige dezelve Publicatie van den 5 February 1785 in volle kracht en waarde. Dan alzoo onze ernftige meeningeis, dat in dezen ook eene volkome vryheid plaats hebbe, en niemand genoodzaakt ofte gedwongen worde anders te handelen, dan zyn goeden raad gedraagen zal, zoo verbieden wy wel fcherpelyk allen en een iegelyk, 't zy Burger of Militair iemand dienaangaande te miszeggen ofte misdoen, veel min door overlast of mishandelingen van deszelfs Perfoon of Goederen, de rust en goede orde te ftooren , op poene van onze hoogfte indignatie, en om naar de wetten van den Lande als; rustverftoorders én overtreeders van onze Souvéreine beveelen gecorrigeerd en geftraft te worden. En op dat niemand hier van onweetenheid voorwende, zal deze worden gedrukt, afgekondigd, en aangeplakt Daar behooren. Aldu? gedaan te Amersfoort, den 17 July 1787. (was geparapheerd) J. A. van Westreenen, vt, (Onder ftotd; Ter Ordonnantie van myne voornoemde Heeren de Staaten, UM H. A. Laan.  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 73 2619. Publicatie van Schout, Burgemeesteren en die van het Gerechte der Stad Utrecht, tigens lut pleegen van eenigen dwang, geweld of andere in folentien, aan iemands Per Joon, of deszelfs Huis of Goederen &c. In dato den 18 July 1787. Schout, Burgemeesteren en die van den Gerechte der Stad Utrecht, met het hoogde misnoegen verv zoomen hebbende, dat niettegendaande de herhaalïe erndige Publicatien, en wel inzonderheid de Publicatie, by dezen Ed. Achtb. Gerechte in dato, den 25 October 1786 gearredeerd, waar by uitirukkelyk het pleegen van eenigen dwang, geweld of andere infolentien aan iemands Perfoon, of desaelfs Huis en Goederen word gejnterdiccerd, voor yeinige dagen, eenige kwaadwillige Menfchen zich, liet ontzien hebben, om, zoo met het inflaan van ïlazen als andere verfcheidene baldaadigheden aan Huizen van Burgers en Ingezetenen binnen deze [>tad en Vryheid te bedryven, hebben, op fpeciaa:e authorifatie van de Ed. Groot Achtb. Heeren, burgemeesteren en Vroedfchap dezer Stad, goedgevonden, byzonderlyk met kihsefie der hier voo. ren aangehaalde Publicatie, nogfnaals allen eD een" egelyk, zoo Burger en Ingezetenen, als Auxiliairen, Militairenen Vreemdelingen, binnen deze Stad en derzelver Vryheid zich onthoudende, wel fcheraelyk het pleegen van zoodaaaige en .dergHyke imoedwiliigheden aan de Perfoonen, Huizen of Goe^ deren van Burgeren en Ingezetenen dezer Stad en Vryheid te verbieden, gelyk hetzelve tenertftig den verboden word by dezen, op pcene, dac de eene, welke bevonden zullen worden zich eemgzins aan deze wanbedryven te hebben fchuldig geitrnakt, als verdoorers der openbaare rust en veiligheid, op welke ieder Lid van een welgeregeldea vryen Burgerdaat een gulyk recht yan aaofpraak behoort te hebben, zender eenige conniventie, arbitrairlyk, zelfs ook aan den Lyve, naar bevind van eaaken zullen worden gedrafi: zullende alle die geE 5 nen,  74 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot neo, welke eenige Stads bedieninge bekleeden en aanij de hier voorengenoemde misdaaden op eenigerleij wyze ichuldig mogten bevonden worden, daarenboven de fatïo van hun officie verftooken worden,, mitsgaders de Ouders voor hunne Kinderen in dezen verantwoordelyk zyn; en ten einde de voorge-i melde moedwilligheden te beter gefluit en defchul-. digen geftraft en ontdekt zouden kunnen worden,) belooven Hun Ed. Achtb., mede op bovengemelde? fpeciaal authorif3tie, een. prxme van één honderdi zilveren Ducatonnen, by den Heer Thefaurier dezer Stad te betaalen, aan den genen, welke de daaders of aanvoerders zoo van de korts geleeden ge-v pleegdf- infolentien als van eenige anderen, welke: in viüpet die van deze nadere Publicatien, mogten] Worden aangericht, zulke aanwyzen, zoodaanig dati dezelve in handen der Juftitie geraaken en van het: feit overtuigd worden. Voorts, op dat niemand hier van onkundig zy„ zal deze worden afgekondigd, gedrukt en aangeplakt, naar behooren. Aldus gearrefteerd by myne Heeren van den Gerechte voornoemd, den 18 July 1787. In kennisje van my, J. Hineopen. En, ten zelfden dage van den Stadhuize alhiert (more Jolito) afgekondigd, by my ondergefchreeveni Deurwaarder, D. j. van Olst. ' N°. 2620. Notificatie van de Heeren Gedeputeerden den Staats-Leden te Utrecht vergaderd, over ontftaanet hindernisjen in de beftiering der gemeene 's Lands s Penningen £fc. In dato den 18 July 1787. De Gedeputeerde van de Staaten 's Lands vani Utrecht, doen te weeten. Datt  de Geteurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 7J Dat wy, ingevolge de authorifatie, op ons ter ebefchryvinge verleend, tot wegiuiminge van eemige verkeerde begrippen, en daar uit ontftaane \ hindernisfen in de beftieringe der gemeene 's Lands (Penningen, goedgevonden hebben, het Comptoir {van het Ander-Deel der Generaale Middelen, zoo [als dat tot hier toe is gehouden by Mr. Paul Enjgelbert Voet van Winssen, daadelyk te fluiten, ;en by provifie over te doen brengen by M. Baritholomeus Willem Visscher ; als mede het Comptoir, betaalende de Lyfrenten, het welk thands is by Mr. Nicolaas Kien, insgelyks te fluiten en te verplaatzen by Jan Pieter van Nes: izynde beide evengenoemde Mr. B. W. Visschsr ten Jan Pieter van Nes refpeöivelyk by Hun Ed. ÜMogenden geauthorifeerd tot den ontfang der geilden , op voornoemde Comptoiren geasfigneerd, en [teffens ook de gewoonlyke uitgaven te doen. {Lastende dienvolgens en beveelende allen en een iegelyk, die eenige Admodiatie, Collecte of andere Beheeringe en Gaderinge van 's Lands Middelen len Ongelden mogen hebben, hunne Penningen voortaan, naar de verdeelinge en fchikkinge daaromtrent gemaakt, aan den Comptoiren van Mr. Bartholomeus Willem VisscHer en van Jan Pieter van Nes voornoemd te brengen, en te voldoen. En op dat niemant hier van eenige ignorantie ipretendeere, zal deze worden gepubliceerd en geiaffigeerd naar behooren. Gedaan te Utrecht, den 18 July 1787. (was geparapheerd) G. M. Taets van Amerongen, vt. (Onder ftond) Ter Ordonnantie van welgemelde Heeren Gedeputeerden. (was get.) Abf. Secret. H. H. Wesseling, Gezwooren Klerk. No.  76" Verzameling van Stukken betrekkelyk tot N\ 2621. Publicatie van de Heeren Gedeputeerden der Staats-Leden te Utrecht vergaderd, waar by heb houden van Kermis/en ten platten Lande wordt verboden. In dato den 20 July 1787. De Gedeputeerden van de Staaten *s Lands van Utrecht: alzoo in de tegenwoordige tydsomftandigheid alle occafien, welke tot ongeregeldheden en rustftoorende beweegingen aanleidinge kunnen geeven , zoo veel mooglyk dienen te worden voorgekomen en belet, doen te weeten. Dat wy ingevolge de authorifatie ter Hefcbryvin. ge verleend, hebben goedgevonden, he' houden van de Kermisfen met alle daar mede doorgaans gepaard gaande ydelheden en auttelooze beUryven, hoe die ook kunnen of mogen genaamd worden, in dezen loopende jaare, na den dag van de Pubüca. tie dezes invallende, ten platten Lande in de refpective Dorpen dezer Provincie te verbieden; met verdere interdictie aan allen en een iegelyk , van aldaar, het zy met het zetten van Kraamee óf eenige andere onderneemingen, en fpeciaal het fpeelen en dansfen in de Herbergen of andere plaatfen, deze welmeenende beveelen tegen te gaan, op eene boete van honderd zilveren Ducatons, te appliceerea de helfte ten behoeve van den Officier die de calange doen zal, en de wederhelfte ten behoeve van den Aanbrenger; wordende ten einde deze Hunner Ed. Mogenden intentie ftiptelyk worde achter volgt, de refpective Maarfchalken wel fpeciaal gelast, ieder in zyn Kwartier tegens de fchuldigen te procedeeren, zonder eenige conniventie. En op dat niemant hier van eenige ignorantie pretendeere, zal deze worden gepubliceerd en geaffigecrd naar behooren. Gedaan te Utrecht, den 20 July 1787. No.  de Gebeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 77 STfi 2622. Verklaaring van Jonkheer J. A. Z. VAN Isselmuiden tot Paasloo, nopens de behandeling van de Heeren de Nys en van der Kemp in hunne detentie te Amersfoort cfc In dato den 21 July 1787. ' Verklaare ik Ondergeteekende ter liefde der waarleid, dat ik my op donderdag den ioden jongtsleeien, alhier te Utrecht bevindende, en by geruche verneemende, dat men voorneemens zoude zyn Ie Perfoonen van J. A. Martens en P. E. Voet 'An Winssen uit hunne refpeÊtive Huizen te veroeren en elders te arresteeren, my de onaangeaaame lituatie van myn Neef en Zwager heb aange* trokken, en deswegens met eenige Heeren van den feaad, aan welk Collegie het verzoek tot het arresteeren der voornoemde Perfoonen was gedaan, heb i;efprooken, en van Hun Wel Ed. Geltr. vernoonen, het zelve Arrest nog dien avond zoude worlen geëxecuteerd, gelyk zulks ook daadelyk heeft jlaats gehad, en dat tot reprefailje van de detentie» waar in de Heeren de Nys en van der Kemp tot Amersfoort wierden gehouden; dat ik vervolgens met yoorkennis van Hun Wel Ed. Geftr. des anderen daags, zynde vrydags den 2often dezer, my vroeg» ydig heb begeeven naar Amersfoort, ten einde aan die Leden van den Raad te bezorgen een echt bericht van de wyze, op welke meergemelde Heeren e Amersfoort behandeld wierden, en alzoo te prassrenieeren de vreemde discourfen en verkeerde ge•uchten, welke desaangaande wierden gedivulgeerd. Dat ik te Amersfoort gearriveerd zynde, my hebbe yervoegt by den Heer van Natewisch , en zyn Hoog Wel Gebooren verzogt, of de Heeren de Nys en van der Kemp konde fpreeken, welk verroek my zonder eenige zwaarigheid is toegedaan, zoo als ik my ook in prefentie van zeker Heer genaamd Harderwyk, by die Heeren begeeven heb, en gekomen ben in een Voorhuis waar in eenige Sol- daa-  •j8 Perzameling van Stukken betrekkelyk tot daaten de Wacht hielden , en vervolgens in een? zeer goede en ruime Kamer, het uitzicht hebben-1 de op een Tuin; dat ik die Heeren ouverture doen-: de van de reden van myne vifite, dezelve hebbent gevraagd, hoe of behandeld wierden, welke myj in 't algemeen geantwoord hebben, alzints contenti te zyn over het goed onthaal Hun Eds. aangedaan; dat ik al verder dezelve Heeren verzogt hebbendej, om eenig gedetailleerd fchriftelyk bericht, tenein.il de zulks alhier te kunnen produceeren, de HeerDBi. Nys hier op heeft geantwoord zulks wel te willeci; doen, maar dat zyn Ed. onaangenaam was opnieuw^ te repeteeren het gene zyn Ed. reeds in een Mislij; ve aan den Heer Bentink gefchreeven had , mee, verzoek, om dezelve in de Utrechtfche Courant! te doen infereeren, tot welke Misfive zyn Wel Ede! zich refereerde; dat ik daar op gerepliceerd heb i dat men hier nog onbewust was van zoodaaniger Brief, en ik my niet kon begrypen, waarom det zelve niet was gepubliceerd, maar dat ik daar me<. de te vreden was indien zyn Ed. my een Brief aaE den Heer Bentink geliefde mede te geeven, zoo als zyn Ed. aan my heeft behandigd eene openo Brief aan den Heer Bentink van den volgendeE inhoud. Aan den Heer G. Bentinki Waarde Vriend! Verzoeke de Baron van Isselmuiden Toondef dezes, mynen Brief van den i7den dezer te laateE leezen, waar mede my ten fterkften zult verplichl ten, UE Vriend. r. r. (was get.) de Nys. Zeggende de Heer van^dbstXemp, ook reeds ee£ Brie:  de Gebeurtenis/en in 17875-12. voorgevallen. 75) i3rief aan zyD Huisvrouw desaangaande te hebben [*efchreeven, met verzoek, om dezelve mede in ïe Leydfche Courant te willen plaatfen; dat ik vervolgens van Amersfoort herwaardsretourneerenJe, met den voorfchreeven Brief van den Heer de i?ïys my heb vervoegd by den Heer Bentink, en jia gedaane leóture van dezen openen Brief, aan dent'elven heb verzogt, om den Brief welke zyn Ed. Fan den Heer de Nys had ontfangen, te mogen leecen; dan dat de Heer Bentink daar in heeft gedificulteerd, onder pretext, dat die Brief, welke hy 'an den Heer de Nys had ontfangen, niet vry, naar zoo als hem toefcheen, op inductien van anieren, in diervoegen gefchreeven was, niet tegentaande de Heer de Nys my tot Amersfoort in Perbon heeft gezegt: „ dat die Brief door zyn Ed. geheel vry en onbelemmerd gefchreeven was, , en na dat dezelve door den Heer vanNatewi^ch , was geëxamineerd, door zyn Ed. met zyn Ca, chet was gezegeld, ten einde daar door te too, nen dat den Brief aan zyn Edele niet was afge. , perst"; dat ik als nog infteerende , den Heer Bentink my heeft gezegt, den Brief niet te hebaen, doch geoffereerd heeft met my te gaan na den deer Breton, werwaards wy ook te faamen zyn begaan; dat wy komende bydenzelven, ikaandion Heer de meergemelde opene Brief heb gecommuniceerd, mitsgaders verzogt, om vermits de Brief, welke de Heer de Nys aan den Heer Bentink gezonden heeft, onder zyn Ed. berustende was, den welven ingevolge het verzoek van den Heer de Nys aan my te doen leezen; dan dat den Heer Breton my ook zulks heeft geweigerd, en na herhaalde iniftantien gezegd den Brief uitgegeeven te hebben, isn niet aan my te kunnen laaten leezen, noch denizelven in de Courant te willen doen infereeren, imaar dat, indien de Heeren de Nys en van der Kemp losgelaaten wWden, de Heeren Martens en IVoet ook wel ontilagen zouden wordec Al het Iwelk de Ondergeteekende verklaart de zuivere waarheid  8o Verzameling van Stukken betrekkelyk tot heid te zyn, en ten bewyze hier van deze eigéfail handig heeft onderteekend. Utrecht, den 21 July 1787. (was get.) J. A. Z. van IsselmuidEns Tot Paasloo. ïi \ 26^3, Extraé uit de, Refolutien van de Heere\\ Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, be\ htuende Declaratoir van Holland ter Vergadering van Hm Hoog Mogenden gedaan, op de Refoluti 'van Zeeland éfc*, betrekkelyk de admisfie der Ui rechifche Gedeputeerdens ter Generaliteit. In dat\ den 23 July 1787. . De Heeren Gedeputeerden der Provincie vA Holland en West-Friesland, hebben uit den naap en op Ipeciaale last, van de Heeren hunne Princi paaien ter Vergadering voorgedraagen en gedecla: reerd, dat aan tloogstderzelver Principaalen uit dc ingebrachte Refolutien der Provinciën van Zeeland : Utrecht en Friesland, concerneerende het recufeei ren der Heeren wegens de Staaten van Utrecht, til Utrecht vergaderd, en by Refolutie van den 14de! Juny laatstleeden ter Generaliteit geadmitteerd J kennelyk zynde geworden, dat onder voorwendfei van de confervatie van het verbond van Unie, b]) aanhoudenheid middelen werden aangewend, diii tot onderdrukking van deze Provincie evidentelyl ftrekken; waar van getuigen kunnen de Refolutiet door de Gedeputeerden van gemelde Provincier met concurrentie van die van Gelderland, fedeni een geruimen tyd fuccesfivelyk ter Generaliteit' tegen de overneeming der drie andere Provincier en byzonder tegen de Proteftatien van Gedeputeeri | den van deze Provincie genoomen, by welke Red folutien directelykis geattenteerd tegen het wettis 1 gezag van Hun Ed. Groot Mogenden over deTroej< pes zich op het Souverein Territoir van Hoogstde-jl zelvf  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 81 ïtelve bevindende, terwyl de Raad van Staaten zich het vermogen heeft aangemaatigd, om andere Rellblutien van Hun Hoog Mogenden by eene wettiige meerderheid, tot vernietiging van gemelde on* -egelmaatige beiluiten genoomen, eigener authoriiteit buiten executie te houden, en alzoo te weigetren de beveelen te gehoorzaamen, aan denzelveti Raad door Hun Hoog Mogenden gegeeven, zich alleenlyk hebbende geëmpresfeerd om die orders ter executie te ftellen, waar door op de wettige authoriteit van de Staaten van deze Provincie wierd igcëropieteerd; Hun Ed. Groot Mogenden eindelyk (genoodzaakt warden, ferieufe attentie te geeven |op alle de voorfchreeven demarches, en ook by«üonderop den it houd der nadére Refolutien, van 1de Staaten van Z-eland en Friesland hier boven ge* imeld; mitsgaders van de voorfchreeven Refolutie van de Leden der Staaten van Utrecht te Amersfoort vergaderende: want da^, niettegenftaande de verregaande violentien, die byzonder in de Provinciën van Gelderland en Zeeland, zoo kort geleeIden, hebben plaats gehad, het geheele Land id rep en roer hebben gefield en wereldkundig zyn» i mitsgaders waar van zoo veele Ingezetenen in hunine Perfoonen en Goederen de beklaaglyke ilacht: offers zyn geworden: by gemelde Refolutie van de ; Heeten Staaten van Zeeland, nog gevanCeerd weri dende dat Hun Ed. Mogenden vastelvk gezind zou! den wezen, de Uniewi?t alle Bondgenooten te betiou!den, en hunne vermogens te emploijeeren, orri i KB. de wanorde en inconftttutioneele demarches, die ! tegenwoordig oen Staat beroeren, te helpen tegengaan 1 enherftellen: Hun Ed. Groot Mogenden niet dan i de srootfte aandoening en verwondering in die zelfde Zeeuwfche Refolutie hebben ontmoet eene denuntiatie: dat namelyk, welgemelde Heeren „ Staaten van Zeeland, in debeduchtinge quafiv&n ,, eene verbreeking van de Unie, door een der an„ defe Bondgenooten , of geweldige flappen tegen ,t de Vergadering van Hun Hoog Mogenden eeniXXXIV. Deel. F „ ge  82 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot „ ge van derzelver wettige Leden of andere Gene,, raliteits Collegien; in dat geval, tegen zoodaa„ nige daaden van geweld zouden moeten protes„ teeren en aan zich referveeren, om in gemeenfchap met de andere Provinciën die zich aan de ,, Unie zouden blyven houden zoodaanige maatre,, gelen in 't werk te Rellen , als tot afweeriDg van ,, alle violentie dienftig zouden geoirdeeld wor„ den." Dat welgemelde Heeren Staaten van Zeeland nogthands by hunne voorfchreeven Refolutie geen an. dere aanleiding of prauext voor eene zoo finguliere en volgens het reeds geremarqueerde, zoo weinig gepaste denuntiatie en beduchtinge hebben weeten byte brengen, als het admitteeren van de nieuwe Gedeputeerden der Staaten van Utrecht ter Generaliteit, die Hoogstdezelve als onwettig gelieven te confidereeren; en zeggen te vreezen, dat met „ de ftem van dezelve by meerderheid eene con» clufie tegen Hunner Ed. Mogenden Advys ter „ Generaliteit zoude kunnen werden opgemaakt." Zoo dat het daarom alleen de uitgedrukte begeerte van Hun Éd. Mogenden fchynt te wezen , dat deze nieuwe Gedeputeerden van meergemelde Provincie van Utrecht uit de Vergadering van Hun Hoog Mogenden zouden werden geweert. Dat daar uit niet anders kunnende werden opgemaakt, als dat de Heeren Staaten van Zeeland niet anders trachten als hun bovengemeld fysthêma met de Staats-Leden van Utrecht, te Amersfoort vergaderende, en met de Heeren Staaten van Gelderland en Friesland tegen de Provincie van Holland by continuatie met geweld door te zetten; en alle andere Refolutien van Hun Hoog Mogenden daar mede niet quadreerende, met behulp van de Raad van Staaten en alle die daar toe behulpzaam zouden kunnen zyn, buiten effect te houden; de Heeren Staaten hunne Principaalen niet langer kunnen ftilzitten, nog met goede oogen aanzien, dat Hoogstderzelver Provincie, die zoo uitmuntende bewyzen van  di 8ef>èurienisfen fa 1787 enz. voorgeVatïéh. §j l Van haar aankleeven a"an de wezenlykfte belangefl ivan hec Bondgenootfchap heeft gegeeven J en zod jconfiderable facrifices voor haare Bondgenooten , .nu nbg in de laatfte troebles heeft gedaan, langer |op eene zoo öndankbaare wyze door eenige Leden fvan het zelve Bondgenootfchap, zoude wefden be° Éhandeld en in alle haare falutaire oogriierken ten fnutte van het Vaderland door alle de gemelde weigen eh middelen * verder zouden werden getraverseerd. , „ , , :.. ' a Dat Hboggerheidè Heeren hunne Prihcipaaleö iderhalven met relatie tot de voorfchreeven denun» tiatie inde gemelde Zeeuwfche Refolutie vervat, [by proville verklaaten 2 dat Hoogstdezelvè de èd-» brhisfie der bbvehgemelde nieuwe Gedeputeerderi teer Generaliteit op den l4den Juny laatstleèden na «êihibitie van hunne Commisllen Van dè Staaten vari (Utrecht, waar op quo ad formam geene remarqueè Iby eenige van de Gedeputeerden der ahdere Provinciën zyn gevallen, hóuden voor wettig, mits* «aders van gedachten zyn, dat de Vergadering vari ffiun Hoog Mogenden niet is bevoegd, orii zich te pmmisceeren in verfchillen, die 'er fubfifteeren tustfchen de Staats-Leden van de Provincie VauUtrechts lals zynde zuiver domeftiek, en dat niitsdieh j byallidien eenige middelen in 't werk zouden mogen worpen gefield, om gemelde Gedeputeerden feitèlyk luit de Vergadering van Htin Hoog Mogenden te iveeren, Hoogstdezelvè zich genoodzaakt Zouden ivinden dezelve Gedeputeerden ie neemen in hun* ine protectie, en daar en tegen de Gedeputeerderi van,de Staats-Leden van de Provincie van Utrecht te Amersfoort vergaderende, het Territoir van deze !Provincie te interdiceeren; referveèrende hoogstgedachte Heeren hunne Principaalen aan zich, zoodaanige verklaaringe en demarches met relatie toe den verderen inhoud der gemelde Zeeuwfche en |iandere Refolutien als Hoogstdezelvè te raaden zul. Ilen worden. Waarop gedelibereerd zynde, hebben de Heeren F 2 - Q#i  84 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Gedeputeerden van de zes andere Provinciën» de i voorfchreeven Propofitie copielyk overgenoomen ; om in den haaren breeder gecommuniceerd te worden ; en is dien onverminderd goedgevonden en veriTaan, dac Copie van voorfchreeven Propofitie gefteld zal worden in handen van de Heeren van 1 Welderen en andere Hun Hoog Mogenden Gedeputeerden tot de zaaken van de Piakaaten en Re- • glementen, om meten nevens eenige Heeren Ge-, committeerden uit den Raad van Staaten by Hun Ed. zelfs te Domineeren, te vifiteeren, examineeren en van alles alhier ter Vergaderinge rapport te : doen. De Heeren Gedeputeerden van de Provincie*van Zeeland » hebben gedeclareerd te perfifteeren by hunne ingebrachte Refolutie, en te inhasreeren het; effect van dezelve, fpeciaal zoo veel betreft de re- ■ motie der pretenfe Gedeputeerden van Utrecht,, zonder daar van in het minfte af te gaan; dat uit; hoofde der finguliere en teflve inhoud van de Pro-politie der Heeren Gedeputeerden van Holland,, dezelve over te neemen ter kennisfe en deliberatie: van de Heeren Staaten hunne Principaalen, en voorts i gedeclareerd, van gedachten te zyn, dattenfpoe-. digften in eene befoignevan Hun Hoog Mogenden i met de Raad van Staaten behoorde te worden over- ■ gelegd de middelen in het werk te Rellen tegens i de dreigementen door de Provincie van Holland ge-, daan en tot maintien van de Vryheid aan de Heeren i Gedeputeerden van de Bondgenooten competee-.. rende. Accordeerd met voorfchreeven Register, i No.  de Gebeurtenis/en in 1787 enz, voorgevallen, 9f N°. 2624. Refolutie van Hun Ed. Mogenden de Heeren Staaten van Friesland, betrekkelyk het zelfde onderwerp, en waar by verders word bepaald, dat in het gemeen, extraordinarii Gecommitteerden ter Generaliteit uit die Provincie wel een ad\>yfeerende maar geen concludeer ende ftem toekomt. In dato den li. July 1787. Door de Heeren van Haarsma en Johan van Koffler dezer Provincie Gedeputeerden ter Vergadering van Hun Hoog Mogenden, de Heeren Staaten G'^raal der Vereenigde Nederlanden, terkennisfe van de Heeren Hun Ed. Mogenderjs Gedeputeerden gebracht, en voorts aan Hun Ed. Mogenden voorgedraagen zynde, dat op den i8den July ter Hooggemelde Vergadering waren geleezen vier Credentiaalen op naam van de Staaten van den Lande van Utrecht te Utrecht vergaderd, op de Heeren de Ridder, Pronkert, van Dam en Ossenburg, om ter Vergadering van Hun Hoog Mogenden feslie te neemen; dat zy Heeren Gecommitteerden by die gelegenheid, ten blyke van hunne cordaatheid, van hunne onpartydigheid en van hunne waare zucht om alles te contribueeren, om zoo veel in hun was, concurrent met hunne Mede-Gecommitteerden te hinderen , en zoo het eenigszints mooglyk was, met unanimiteit de ftem van de Provincie uit te brengen; zy Heeren Gecommitteerden aan de Heeren Extraordinaris Gecommitteer! den Grovestins en van Haaren, op hun verzoek : eene concludeerende Stem hadden geaccordeerd, : en hunne Naamen nevens de hunnen in de Notulen : doen plaatfeD, waar op geëffeüueerd was, dat we; gens deze Provincie voor Advys was uitgebracht: \ ,, dat zy Heeren Gedeputeerden wegens de Pro1 „ vincie van Friesland, fchoon zy de Heeren Ge1 „ deputeerden wegens de Staaten vaD Utrecht te 1 ,, Utrecht vergaderd, op den gepasfeerden don* 1 ,, derdag ter Vergadering van Hun Hoog Mogenn den hadden geadmitteerd a op den voet als by F 3 ' >, hun  %f> FtrzmeUng fan Stukken betrekkelyk Ui it hun Advys ten zelve dage in de Notuleu gpinn fereerd, gementioneerd ftond, der meerderheid ,, echter van de aanwezende Heeren Gedeputeerf, den van deze Provincie verklaarden, de admisfie der Leden uit die Provincie op bovengemelde dag f, gedaan, te laaten vpor rekening van die Gede„ puteerden, welke daar toe hadden ingeftemd; met verder Declaratoit dat zy zoo lange deHeei$ ren Staaten hunne Principaalen, de Staaten van ff Utrecht te Amersfoort vergaderd, erkenden voor ^ de wettige Sopverein yan dat Gewest, zy geene s, Gecommitteerden wegens dje Provincie konden f, admjtteeren, dan dezulken, welkers Commisfien uit den boezem der Gedeputeerde Staaten van Utrecht te Amersfoort vergaderd, zouden zyn f, geproflueerd; " alles breeder in gemelde Misfive yan den i8den July voorkomende. Is na deliberatie goedgevonden en verftaan, de pondui'en te approbeeren der Extraordinaire Gedeputeerden wegens deze Provincie, van Grove? steins en van Haaren, op djen dag gehouden, door zich een gelyke ftem als Ordinaris Gecommitteerdep ter Vergadering van Hun Hoog Mogenden aan tg maatigen, waar door eene nieuwe admisfie itan andere onwettige Leden uit de pretenfe Staats» Vergadering binnen Utrecht ten tweedenmaalen getenteerd, is tegen gehouden, tot daadelyke voorkoming van de grootfte verwarringen, ten nadeele van den Lande daar door gedreigd wordende; en Js wyders om alle onzekerheid in het vervolg omtrent eene computatie der ftemmen van extra Gecommitteerden ter Generaliteit verfchynende, weg te neemen, gerefolveerd en vastgefteld, dat in het gemeen Extraordinaris Gecommitteerden uit dezer jBroyincie, ter Vergadering van Hun Hun Mog. wel een advifeerende, maar geen concludeerende ftem toekomt, wordende echter aan de tegenwoordige Heeren wegens de Provincie gecommitteerd |ot reguleering der Quota's en in het Defenfie-wezeq m'sH^ge^ittende, zoplang die Commisfien duwen*  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 87 jtoegefraan rang, fesfie, en een concludeerende Stem :ter Generaliteit, in alle voorkomende zaaken, ook «geduurende de recesfe hunner Commisfie, op den izelfden voet, als de Heeren Grdinaris Gecommitteerden wegens deze Provincie. 2^25. Extrail uit de Refolutien van de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlandtn, behelzende het nader gedeclareerde door de Gecommitteerden van Zeeland gedaan, betrekkelyk de admisfie der Utrechtfche Gedeputeerdens ter Generaliteit £fc. In dato den .. July 1787. De Heeren Gedeputeerden van de Provincie van i Zeeland hebben ter Vergadering voorgedraagen, [ dat zy op den ióden dezer by het inbrengen der Re\ folutie van de Heeren Staaten hunne Principaalen !van den oden daar te vooren, tendeerende tot de Remotie der pretenfe Heeren Gedeputeerden wegens Utrecht, wel hadden willen concurreeren tot net gerefolveerde van dingsdag, om pamentlyk in t de volgende week een afeinde dezer zaak te maaken. Dat nu den laatften dag, waar op Hun Hoog Moï genden gewoon zyn weekelyks te vergaderen, daar \ zynde, zy Heeren Gedeputeerden zich verplicht i vonden, om ter voldoeninge aan den last der Heef ren Staaten hunne Principaalen de fterkfte inftanti1 en te doen tot de Conclufie van het gemelde poincl, : achtervolgcns den bepaalden wil van de meerderi heid der Bondgenooten ter dezer Vergadering, wet» 1 tig gemanifesteerd in Hun Ho°g Mogenden voor! fchreeven Refolutie van den löden dezer. Declareerende gemelde Heeren wyders, dat indien de Heeren Staaten van Holland onverhooptelyk mogten goedvinden, om op grond van den voordracht wegens die Provincie op den 28ften dezer ter Ge1 neraliteit gedaan, iets feitelyks te onderneemen S tegens de Heeren, die volgens het eenpaarig fenF 4 timen*  88 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot timent van alle de Bondgenooten, (Holland niet uitgezonderd) de Provincie var. Utrecht wettig re. prefenteeren, ofte in 't werk ftellen eenige andere daaden van geweld, zy Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Zeeland niet zullen kunnen nalaaten, om benevens deHeerentJedeputeerden van de andere Provinciën, die by de Unie zullen bly. ven, zulks ten fterkften tegen te gaan op den voet als aan hun by de meergemelde Refolutie van den Oden dezer is geirjungeerd geworden, en voorts door zoor"aanige andere middelen als de digniteit van Hun Hoog Mogenden Vergadering, en het gece verder de Generaliteit aangaat, mitsgaders de vryheid en veiligheid van de Perfoonen daar toe wet. tige betrekkingen hebbende, met het gene daar van dependeerd zal komen te vereisfchen. Waar op gedelibereerd zynde, hebben de Heeren Gedeputeerden van de Provinciën van Gelderland en var. Fiiesland geinhereerdde Refolutien van de Heeren Staaten hunne Principaalen op het voorfchreeven fubjf.Gt alhier ingebracht, en verklaard, te zullen afwachten de Refolutien van de Heeren Staaten hunne Principaalen op het Declaratoir dien aangaande, dm 2jften dezer door de Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Holland en WestFriejland, op cxp'resfe last van de Heeren Staaten hunne Principaalen .gedaan. De Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Utrecht hebben verklaart, dat op maardag hebbende overgenoomen de violente Refolutie met ongehoorde dreigementen van de Heeren van Holland, waa»- by zy 7ich aacmaatigen de macht om deze Vergadering lam re maaken, en dat het zelve van veel verdt r '■itzichr is als de momenteele apparitie van de drit H eren van U'recht alhier, zy om die redenen zuilen afwachten de Refolutie van de Heeren S:aafen hunne Principaalen. Dp Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Holland en Wev-Friesland hebben wel expresfeJvk geinhereerd het bovengemelde Declaratoir , en  de Gebeurtenis/en in 1787 ««*• nor gevallen. 8g> «n al 't gene uit het zelve zoude kunnen refulteeren. • . . De Heeren Gedeputeerden van de Piovincie vau tZeeland, hebben geinhereerd hunne bovengemelde Propofitie. I Ed worden de Heeren Gedeputeerden van de 1 roi/incien van Qverysfel en van Stad en Lande, mit« dezen verzogt, de Refolutien van de Heeren Staaten hunne Principaalen daar op ten fpoedigften te willen uitwerken , en alhier ter Vergadering inbrengen. $Jo, Q626. Extratt uit de Refolutien van de zennaale Vergadering der Officieren van de Stads Schutte, y te Utrecht, behelzende de betuiging: dat van geene overgave of capitulatie van de Stad willen weeun, voor dat alles plat gefchouten zal zyn 6fc. In dato den 23 July 1787. Is coDform het voordel goedgevonden, om by Extract dezer aan de Heeren Gecommitteerden v an ihet Defenfie-wezen te declareeren, dat de Vergaldering van Officieren, hoe zeer geenszints twyffelende aan de gerefoiveerdheid en goede orde van :het Defenfie-wezen alhier, om zoodaanige middeilen te beraamen als dienstig zullen zyn, tot het i weeren van, en het hoofd bieden aan den verraderlyken Binnenlandfchen Vyand, waDneer her hun igelusten moge deze Stad te attaqueeren; echter in : overweeging genoomen hebbende degevaarlykheid i van alle politieke menées, in tyde van eene gene! raale attacque, om dan, of door gebrek aan finaale 1 ordres en Refolutien, of door voorftellingen van Artikelen tot verdrag, het zy Politiek of Militair in zoodaanig een tydftip de beste oogeDblikken en kacsfen te verzuimen, om den Vyand het hoofd te bieden, en waar door vervolgens of confufie of eene fchandelyke Capitulatie zoude kunnen geboo ren worden, ter voorkoming van dien, zoo we!als F j mede  pa Verzameling van Stukken betrekkelyk tot mede ter gerustftellirjg van de Burgery, gerefolveerd hebben, gelyk zy refolveeren by dezen, om aan de Heeren van het Defenfie-wezen alhier te verzekeren, dat de Vergadering van Officieren van geene overgaaf of Capitulatie van de Stad weeten, voor dat alles vernield en plat gefchooten zal zyn, dat niet als puinhoopen voor den Vyand overblyven; in dit vast vertrouwen dat het Defenfie-wezen hier toe ook alles zal aanwenden , en in tyds werkftellig maaken , om deze Stad en moedig* Schuttery niet alleen, maar ook alle hunne braave en getrouwe Burgelyke en Militaire Hulptroepes, aan geene onzekere Refolutien of contraire orders, in zoodaanig een onverhoopt geval te exponeeren; waar toe de Heeren van het Defenfie-wezen van deze onze Refolutie en Declaratie zoodaanig gebruik gelieven te maaken, als Hun Edelens verder sullen noodig oirdeelen, ten einde 'er noch in het Politieke, noch in het Militaire , eenige bedenking meer overblyven, om deze Stad tot het laatfte oogenblik manmoedig te verdeedigen, en des noods , wanneer 'er geene redding meer overblyft, dan nog liever de Stad door de overfchietende Manfchappen aan vier hoeken in brand te fteeken, eer dat men voor Binnenlandfche Dwingelanden die niets dan woede en wraak op al wat Vryheid mindt ademen , zoude moeten fuccumbeeren. Accordeerd met voorfchreeven Refolutie? In kennisfe van my, (was get.) j. A. van der Schaaff, Secr* No.  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 91 1p 2627. Publicatie van de Heeren Staats-Leden te ' ' Utrecht vergaderd, betrekkelyk het draagen van leufen £fc. In dato den 25 July 1787. J De Staaten van den Lande van Utrecht, over. inits tot onze kennisfe gekomen is, dat eenige StaatsPerfoonen te Amersfoort byeenkomende, zich aldaar den naam van de Staaten dezer Provincie by nanhoudenheid niet alleen aanmaatigen, maar belialven zoo veele andere daaden , ftrekkende tot nadeel van de vryheid en welvaart van 's Lands goeie In-en Opgezetenen, hebben konnen goedvinden onze Publicatie van den 9 February 178J in te crekken, hoe zeer by dezelve met zoo veel vaderrfvke voorzorg, in navolging van de Heeren Staaten wan eenige andere Gewesten, voorzien was tegen Ehet draagen van leuzen, gefehikt tot aankweeken kan oproerige beweegingen, en daar onder inzonderheid van de zoogenaamde oranje kleur, waar door toen ter tyd, zoo wel als nu, de ftrafbaarfte loproeren wierden veroirzaakt, en dezelve in zoo verre te vernietigen, dat zy by eene gewaande Lonira-Publicatie, den i7den dezer loopende maand op hunnen geufurpeerden naam te Amersfoort uitgegeeven, aan een ieder de vryheid geeven, omzien, van het draagen van oranje linten, ofte ook de gecombineerde kleuren van oranje, wit enblaauw, te amogen bedienen. . Zoo is 't» dat wy dezen onbedachten ttap der 1 voornoemde Amersfoortfche Staats?Perfoonen, welCke zoo ongelyk aan hunne voorige principes, zoo >wel ten aanzien van de wettige OonfBtutie dezer lLanden, als anders, zoo als deze door fommigen >van hen, by het Staats-Rapport van den I Septem[ber 1784, wegens de opgeroepen ep ingeleverde ibezwaaren, waren aan den dag gelegd, aietfchrooT irnen, opzetlyk eene deure te openen voor de : fchroomlykfte en land verderffelykfte beroerten, met ii zoo veel verontwaardiging als aandoening vernoo< pien hebbende, en tevens overtuigd zynde, dat de was-  $ . , . ,, De Heeren Gedeputeerden van de Provincie via Óverysfel, hebben de voorfz. Propofitie copieelyK iovergenoomen, om in den haaren breeder gecorn- Irnuniceerd te worden. , ■ ■ i " » j I. En is vervolgens op de inftantien van de Heereö ^Gedeputeerden van de Provincie van Utrecht, goedgevonden en verflaan , dat Copie yan de voorljs. Propofitie gefield zal worden in handen van de Heetten van Welderen en andere Hun Hoog Mogendens Gedeputeerdens tot de zaaken van de Plakaaien en Reglementen, om met en nevens eenige Heeren! Gecommitteerden uit den Raad van Staaten * by Hun Ed. zelfs te nomrneeren s het befoigne daar op 'ten fpoedigften voort te zetteD, en van allés alhier ter Vergadering rapport te doen, . ■ ... En is deze Conclufie geformeerd door defJ Héér XXXIV. Dm- O  98 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Bigot, sSs hebbende de Provincie van Friesland ia dé ■ ■ oorleeden week geprsfideerd. De Heeren Gedeputeerden van de Provincie van i and en West-Friesland, hebben in de voor- • fchreeven Refolutie niet geconcurreerd. N°. 2631. Publicatie van de Heeren Staaten 's Lands ■ van Utrecht, tekent het pleegen van veelerlei ver- ■ re gaande disordens en oproerigheden &fc. In dato < ten 31 July 1787. De Staaten van den Lande van Utrecht doen te 1 weeten: Nadien de verdeeldheden, welke zoo ongelukkig ; binnen deze Provincie zyn ontftaan, hier en daar tot ons leedwezen aan fommige Perfoonen, zoo wel Militaire als aDderen, aanleiding komen te geeven tot: het pleegen van veelerleie verregaande disordens en , oproerigheden, alles ftrekkende, niet alleen tot bederf van de goede Ingezetenen , maar ook volftrekt verhinderende de zoo noodige wederbrenginge van rust, eensgezindheid en welvaaren binnen deze Pro- • vincie; zaaken, waar toe alleen onze bedoelingen 1 en die van alle vreedzaame Ingezetenen zyn inge- ■ richt: zoo hebben wy, hier in willende voorzien, , goedgevonden alle In- en Opgezetenen, van wat ; ftaat of conditie die zouden mogen zyn, op het al. ■ lerernftigfte te vermaanen, om de haat en partyfchappen onder malkanderen een einde te doen nee- . men, en bier door met vereende poogingen onder Gods zegen de rust, welvaaren, en vrede binnen 1 deze Provincie (zoo veel mooglyk) weder te brengen ; gelastende overzulks een ieder zoo Burgeren als Militairen voortaan zich te onthouden om den 1 een den anderen uit te fchelden, of haatelyk af te maaien, of ook met dreigementen veel min met het; pkegen van daadelykheden aan eenige Perfoonen, Huizen of Goederen, onder welk voorwendzelook,, te1  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 39 te ontrusten of te molefteeren, en in het generaal (zich te wachten van alles waar door de openbaare irust eenigzins zoude konnen worden geftoord; alles rop poene dat den genen, welke contrarie zoude wililen beftaan, en deze onze welmeenende en ernftige waarfcbouwinge contrarieeren, als Verftoorders van de openbaare rust zonder eenige verfchooninge zooIdaanig zullen worden geftraft, als na Rechten ende (Plakaaten dezer Provincie zal bevonden worden te behooren. En op dat niemand hier van eenige onweetenhejd voorwende, zal deze worden gedrukt, afgekondigd, «n aangeplakt naar behooren. Aldus gedaan te Amersfoort, den 31 July 1787. (was gtparapheerd) J. A. van Westreenen, vt. (Onder ftond) Ter Ordonnantie van myne voornoemde Heeren de Staaten. (was gef.) H. A. Laan. Hebbende op 't Spatium gedrukt het Cachet van iwelgemelde Heeren Staaten in een rooden Ouwel, imet een papiere ruite overdekt. :No. 2632. Publicatie van de Gedeputeerden der StaatsLeden te Utrecht vergaderd, waar by alle en een iegelyk ten ernftigften wordt vermaand, van niemand in zyne vryheid te benadeelen noch eenige molest aan te doen, waar ter plaatje zich ook moge ophouden, woonen, of zyn verblyf zoo voor den zomer of winter hebben èfc. In dato den 31 July 1787. De Gedeputeerden van de Staaten 's Lanjds van (Utrecht, doen te weeten. G 2 Al-  ïoo Verzameling van Stukken betrekkelyk tot AIzoo onlangs eenige verregaande Excesfen en : Geweldenaaryen ouder Oostveen , Werkhoven , JBunnink, en elders, zyn gepleegd, Waar door dé rust en veiligheid van de goede In- en Opgezetenen, op een moedwillige en allezins ftrafbaare wyze, is verftoord en vertreeden; doen te weeten: dat wy, ingevolge van de authorifatie op ons ter befchryvinge verleend, goedgevonden hebben, met inhsfle van Hunner Ed. Mog. Plakaat van den 7 Juny 1759, waar aan wy niets willen hebben ge- ■ derogeerd, maar in volle kracht en vigeur doen blyven, allen en éen iegelyk ernfïelyk by dezen te vermaanen, van niemand in zyne vryheid te benadeelen noch eenige molest aan te doen, waar ter plaatfe ook zich moge ophouden, woonen, of zyn verblyf, zoo voor den zomer als winter, hebben; op poene, dat die daar tegen aangaat, naar den te- ■ neur van opgemelde Plakaat en van andere WetteD, j zulke misdryven verbiedende, zal worden geftraft., ■— Beloovende by dezen aan den genen , die de i Bedryvers van bovengemelde begaane, of nog te i pleegen Excesfen en Geweldenaaryen zal weeten te 1 ontdekken, zoodaanig, dat in handen van de Jufti-• tie geraaken en van het feit overtuigd worden,■ een 1 prsmie van honderd zilveren Ducatons. —— Woedende teffens alle Officieren en Justicieren, en ini 't byzonder de Maarfchalken van de vier Kwartie- • ren dezer Provincie, by dezen ernftig gelast, de; Overtreeders van deze en alle andere ordres, tegen 1 het pleegen van excesfen ten platten Lande gefield,, zonder eenige conniventie te achtervolgen. — Eni op dat niemand hier van eenige ignorantie preten-deere, zal deze worden gepubliceerd en geaffigeerd 1 naar behooren. Gedaan te Utrecht, den 31 July 1787. No.  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 101 2,533. Aanfchryving van de Gedeputeerden der 'Staats-Leden te Utrecht vergaderd» aan de Gerechten van fommige Dorpen, ten einde niet te gehoorzaamm, in de aan hun gegeevene beveekn ten aanzien van het inkwartieren van Militairen (*). In dato den 31 July 1787. Eerzaame, VroomeI Nadien ter onze kennisfe is gekomen, dat van wegens Gedeputeerden der Staatsperfoonen, te Amersfoort vergaderende, den 27ften dezer Aanfchry. vinge is gedaan aan verfcheide Gerechten ten plat. :en Lande, om alle de Manfchappen, welke, zoo op Patent van zyne Doorluchtige Hoogheid, als op order van Hunnen commandeerenden Generaal zoujden worden afgezonden, by hun arrivement aldaar Eehoorlyk te doen inkwartieren, en dat zoo digt by Öen anderen, als mooglyk zal zyn, zonder nadere tordres daar toe noodig te hebben; zoo is 't, dat wy niet hebben willen afzyn UL. by dezen te inforimeeren, dat wy van zoodaanige Aanfchryvïnge, {{trekkende tot bezwaar der goede Opgezetenen, biets weeten, en mitsdien dezelve als een gacsch vreemde ftap, waar toe gemelde zoogenaamde Gedeputeerden geheel onbevoegd zyn, aanzien, en Iderhalven goedgevonden hebben, ÜL.aan te fchryIven en te verbieden, eenige andere orders, dan die Ialleen, welke ÜL. van ons worden toegezonden, te irefpefteeren en te obedieeren. Hier op ons verlaatende, blyft Gode bevoolen. Gefchreeven te Utrecht, den 31 July 1787. (was geparapheerd) j. P. de Ridder, vt, (Onder Rond) Ter Ordonnantie van de Gedeputeerden der Ed. Mogende Heeren Staa. ten 's Lands van Utrecht, (was set.) AM. Secret. H. H. Wesseling , ^ ë J J Gezw. Klerk. (*) Zie hier voor, N°. 2629. bl. 94. G 3 No.  102 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot N°. 2634. Misfive van de Heeren Staaten van Utrecht : aan Hun Hoog Mogenden, waar in zich beklaagen 1 over het vyandelyk attaqueeren der Militie op Soest- . dyk, door Militairen en Vry-Corporisten uit Hol- . land. In dato den 31 July 1787. Dat de Heeren Staaten van Holland, by gelegen- 1 heid van de ontftaane discrepantien binnen de Stad Utrecht, hebben kunnen goedvinden de Ingezetenen aldaar tegens ons te protegeeren, en zelfs ten dien einde ordres aan den Generaal-Majoor van Ryssel hebben afgegeeven, uit welke gevolgd is eene daadelyke bezetting met Troepes, zoo van den Staat in 't gemeen, als die welke in particuliere foldy van gemelde Provincie van Holland zich bevinden, beneffens gewapende Burgers, uit differente Hollandfche Steden, is aan U Hoog Mogenden volkomen bekend, en het is deze daad van overheerfching en openbaar geweld op ons Territoir, door de HeerenStaaten van Holland gepleegd, welke U Hoog Mogenden heeft aangefpoord, om de Troepes van den Staat te verbieden zich te begeeven, of te laaten empioyeeren op het Territoir van eene andere Provincie als binnen welke zy waren Guarnifoen houdende, zonder confent van zoodaanige Provincie. Dan, Hoog Mogende Heeren! offchoon zeer veele Troepes van den Staat getoond hebben te veel eerlykheid te bezitten, als dat zich zouden veroirlooven, contrarie hun ééd en plicht, en in deze U Hoog Mogendens nadere beveelen, hen daar toe te laaten gebruiken, hebben nogthands eenige weinige zich in zoo verre vergeeten, dat aan de violente en ongehoorde ordres van Hun Ed. Groot Mogenden obtempereerende , binnen onze Provincie en de Stad Utrecht (als gezegt is) gekomen zyn, en aldaar differente vyandelykhedeu hebben aangerecht, welke vyandelykhedeh fteeds onder den fchoonen Daam van defenfie der Stad Ucrecht, welgemelde Heeren Staaten van Holland wil-  dé Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 103 Lillen doen doorgaan, offchoon Hun Ed. Groot Mogenden volftrekt onbevoegd waren, zich met paaken binnen onze Provincie in diervoegen te mei>eeren, veel min openbaare vyandelykheden aldaar e laaten pleegen; niet te min fchynen voornoemde tfeeren Staaten van Holland daar mede mee verge. aoegd te zyn, maar gereiolveerd het hunne toe te Drengen om deze ten genoegen van eenige weinige pnrustige Ingezetenen van Utrecht te ruioeeren, en fcich daar te gedraagen, even of men alhier met de Provincie van Holland in openbaaren Oorlog was, ferwyl om nu niet te fpreeken van het geweld op onze Kusten door gewapende Kanonneer-Booten, bnoomen van een der Collegien dezer Lanaen, daMvks gepleegd, de Troepes door ordre van Hun ;£d. Groot Mogenden binnen Utrecht gezonden, onder anderen in den nacht tusfchen den 26 en 27iten laatstleeden door een Corps van tusfchen de 300 en 400 mannen gecompofeerd uit Hufaaren, Curasfiers. lagers en Scherpschutters van den Rhyngraave van Salm, Dragonders van het Regiment van den Generaal-Majoor van Bylandt, Detachementen van 't Regiment Pallardv, en de Compagnien welke te Amfteldam in bezettiDg leggen, als mede van Waardgelders en Vry-Corporisten uit Holland, ien van zeker pretens Regiment van den Collonel ,van der Bürgh binnen Utrecht opgericht, zich ihcbben veroirloofd, de Militie op Soesdyk geposteerd, vyandelyk te attaqueeren; dan deze Militie, offchoon alleenlyk maar 120 man Infanterie uitmaakende, behalven weinige Dragonders, zich iwakkerlyk kwytende, en dat Corps repousfeerende, is het zelve gerepousfeert en naar den Holland,fchen bodem wederom getrokken, met zonder onIderwegen eenige molesten te doen. Wy hebben ons .verplicht geoirdeeld dit geval ter kennis vanUHoog [Mogenden te brengen, alzoo Hoogstdezelven daar uit ontegenzeggelyk zullen kunnen zien, dat de dir; ferente Troepes van den Staat contrarie U Hoog ! Mogendens Refolutie van den 1 en loden July fa G 4 l°DÊst-  104 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot jongstleeden, van zich hebben kunnen verkrygen* , andere Troepes mede in dienst van de Generaliteit : en die ih ?t geheel geen attaque tegens hun in den i zin hadden, midden in onze Provincie vyandelyk : aan te vallen en ons Territoir opentlyk te fchenden? . de goede Ingezetenen te allarmeeren, én zich in pljes als vyanden yan dezelve te gedraagen. Dat ook dé Provincie van Holland het daar op fchynt toegelegd te hebben, om deze Provincie door middel van Troepes en van hunne gewapendé Burgers «e ruineéreri,' eu tot een openbaaren Oorlog aanleiding te geeven, ten welken einde ook zulke Troepes vryelyk het Hollandfche Territoir gebruiken, en even of dit volkomen vry ftond, van daar zich van alles voorzien, derwaards retireeren, en daar yap daan herwaards komen, zonder eenige ordres van ÓDzejj "Kapitein-Generaal, of van ons, en in maniere, 'als behoorden wy in geenen deelén meer tot de Unie, maar evën of wy onder de dominatiè yan Holland ftonden, of wel met geweld daar onder moesten werden gebracht. U Hoog Mogenden begrypen zeer Jicht , dat als de zaaken zoo zullen moeten yerblyven, wy dan ook verplicht zullen zyn, óm te zien na alle'zoodaanige middelen, als dé Voorzienigheid ons zal doen voorkomen, om ons tegen zoodaanigé handelingen te verzettep, en 't is ter voorkomiDge van alle deze gevolgen, dat wy ods aan U Hoog Mogenden vervoegen, met ernftig verzpek, dat U Hoog Mogenden efficacieufe middelen gelieven te beraamen, om Hoogstderzelver Refolutien te doen refpeóteeren, en aan ons het effect, der Unie te doen geworden, en al zulks uit deze Provihcie te doen retireeren de Troepes, zoo binnen de Stad Utrecht als aan de Vaart en elders zich bévindende, én aldaar op ordre yan de Staaten'van Holland, zonder 'Patent van den Kapjt'ein^Generaar en onze attachés gelegerd, terwyl by onftentenisfe van dien, wy billyk verwachten, dat U Hoog Mogenden ook niet kwalyk zullen neefhen, dat vry van pasen kant niet meer zoo'naauw- kets-  &e Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 105 Keurig menageeren het Territoir van de Provincie van Holland, als wy tot hier toe vermeend hebben «verplicht geweest te zyn om te doen, maar dat wy "ter defenfie van onze Ingezetenen reciproceeren, «het gene Hun Ed. Groot Mogenden vermeenen beivoegd te zyn biDnen onze Provincie, zoo m de Stad Utrecht als ten platten Lande, te laaten veririchten door de Troepes van de Generaliteit, mitsgaders door andere gewapende Lieden, in derzelIver foldy of dienst ftaande, en dat wy even op getlyke voet daar toe de Troepes van de Generaliteit zullen konnen bezigen, zonder dat dezelven hier Idoor hun ééd gereekend zullen worden te contrairieeren, als zullende in dezen niet anders effectueeKren, als het gene tot defenfie word vereischt, vol. teens den regel, ons by de Provincie van Holland Szelve openlyk voorgefchreeyen en in train gebracht. Hier mede enz. >N°„ 2635. Misfive van de Heeren Staaten van Utrecht ' ' aan de Heeren Staaten van Zeeland, voorflaande het houden van Conferentien tot confervatie van den band der Unie. In dato den 31 July 1787. Zie het XXV. Deel dezer Verzameling, N». ,2033. bl. 78. No. 2636. Extracl uit de Refolutien van Burgemeesteren en Vroedfchap der Stad Utrecht, waar by ver* zekering wordt gedaan, dat alle die de Academie willen frequenteer en geene mindere Vryheid of Veiligheid zullen genieten als in voorige jaaren. In dato 'den 6 Augustus 1787. Voorgedraagen en in overweeging genoomen zynde: dat de omftandigheden van tyd en zaaken , in welke zich deze Provincie en Stad bevinden, lomG 5 tvd$  io6 Verzameling van Stukktn betrekkelyk tot tyd» aanleidinge zoude kunnen geeven, het zy wegens erroneufe informatien of kwaadaartige uitflrooizels, dat veele Ouders en Voogden in nabuurige Provinciën en Steden zouden diffïculteeren om hunne Kinderen of Pupillen op dezer Stads Academie te zenden; om reden: dat die alhier niet veilig, en aan onaangenaame ontmoetingen en overlast blootgefteld zoudwn zyn; heeft de Vroedfchap goedgevonden by Extract dezer aan alle en een ieder bekend te maaken: dat de Studeerende Jeugd buiten •enige fchroom met alle gerustheid huBne Studiën op dezer Stads Academie kunnen waarneemen, zonder aan eenige belemmering, onveiligheid of onaangenaame ontmoetingen geëxponeerd te zyn; neemende de Vroedfchap alle dezelve in hunne byzondere protectie, met verzekeringe aan alle Ouders en Voogden , dat de Vroedfchap. fpeciaale zorge zal draagen, dat alle, welke deze Academie willen frequenteeren, geene mindere Vryheid en Veiligheid op deze Academie zullen ervaareD, als dezelve in voorige jaaren genooten hebben. Accordeerd in kennisje van my, N. T. van Voorst. N°. 2637. Addres van Gecommitteerden der Burgery en Gecommitteerden é?c. aan Burgemeesteren en Vroedfchap van Utrecht, betreffende een verhaal van zaaken en verfcheidene verzoeken &c. In dato den 7 Augustus 1787. Edele Groot Achtbaare Heeren! Heeft een Volk de rechtmaatigfte redenen om over Geweld, Onderdrukking, en Overheerfching van weinige individueele Leden, welke den Stadhouder in hunne belangens hebben overgehaald, te klaagen, en zich daar tegen tot herftel, met alle macht  de Gebeurtenis/in in 1787 enz. voorgevallen. 107 macht te verzetten; het is het Volle! het zyn de 3urgeren van deze Stad, en die der andere Steden! nevens alle de In- en Opgezetenen dezer Provin. ^Behoeft het eenig betoog, Ed. Groot Achtb. deeren! dat het Regeerings-Reglement van 1674 mee geweld aan onze Voorouderen opgedrongen, en ïlzoo ook by deszelfs reintroduclie, in den jaare '747 is aangenoomen moeten worden. Konnen 'er fterker bewyzen voor deszelfs onwettigheid, fchaadelykheid, en het drukkende duar van «rorden opgegeeven, dan by de middelen, vervat ,,y het Staats-Rapport, den 1 September 1784 uitgebracht. Zyn de bezwaaren daar tegen ingebracht, ook niet befchouwd van de meeste aangelegenheid te wezen, zoodaanig dat ter bewaaring van de rust en iroede orde binnen deze Provincie, daar op een tjrompte voorzieninge wierd vereischt; en is het niet bm die reden geweest, dat Gecommitteerden van iet voorfz. Rapport, die op eenige van de andere bp^egeeven poin&en van bezwaar gecommitteerd [waren, om de voorgemelde meeste aangelegenheid, (yerklaard hebben, zich daarom by dat hun Rapport llleen tot de laatstgenoemde, te weeten, die tegens net voorfz. Regeerings-Reglement waren ingebracht, te moeten bepaalen ? En wat kan 'er tot justificatie vao 's Volks rechtmaatige opgegeeven oezwaaren fterker voorkomen, dan de fpecifique tapgaave en het betoog van die van voornaame gejbreeken, waar uit bewezen word, dat het zelve Reglement voor de Provincie fchaadelyk en voor de Regeeringe drukkende is? En dat daar by aangetoond zynde; de volftrekte veranderingen, welke in het Reglement moesten plaats hebben, de Heeren Rapporteurs zich daar toe ook van dit volgende middel hebben bediend, lals zy voordraagen: „ Dan met dit alles zullen UEd.Mog.ras bemer. „ ken, dat op dien voet verfcheide notabele veran- „ de-  ?o8 Verzameling van Stukken betrekkelyk taf „ deringen in dit Reglement, vergeleeken met dat van ,, den jaare 1674 betrekking hebben tot de directe aanftelling van alle da Leden van Staaten, de wil„ lekeurige continuatie of discontinuatie van het ,} grootfte gedeelte derzelver op vast bepaalde ty„ den, en de dispofltie over de Geestelyke Goe- deren; drie poinóten, welke in geene der geuni. eerde Provinciën op zoodaanig eene wyze geregu„ leerd zyn, en thands door 's Lands Ingezetenen „ zoo inconftüutionpel en ftrydende met dePrivile- gien van den Lande befchouwd worden, dat Ge. ,, committeerden geen oogenblik durven twyffe„ len, of de Heer Erf-Stadhouder zal gaarne met ; „ U Ed. Mogenden concurreeren, tot herftelling ; „ yan deze gebreeken^ te meer, wanneer Hoost» „ dezelve geïnformeerd zal zyn, dat het juist deze 1 ,, zelve poindten zyn, waar tegen de Voorouders, „ ook zelfs in de allerbenauwfte tyden, zoo yverig ; „ gewaakt hebben , dat zy nimmer konden gedoo- ■ gen, dat ten dezen opzichte de min (te inbreuk: ,, gefchiedde op de Privilegiën van'den Lande." Uit zoodaanig een oogpunt wierden 's Volks 1 rechtmaatige bezwaaren befchouwd, ook, dat ten 1 effedte van de voorfz. prompte voorzieninge, wel.. ke daar in verei'scht wierd, aan Bun Ed. Mogenden 1 vervolgens is giadvifeerd geworden, om copie van 1 het geconcipieerde Reglement Reformatoir en Rap- • port, hoe eer zoo beter, aan den Erf-Stadhouder i dezer Provincie toe te zenden, met verzoek om Hun Ed. Mogenden, daar op te willen dienen van . deszelfs confideratien en Advys. Wy hebben geenszins voor, Ed. Groot Achtb. Heeren! om alhier te treeden in een detail van alle het gebeurde, federt het oproepen van onze wettige bezwaaren, en de onrechtmaatige te leurftellin- . gen, en onbehoorlyke behandelingen, welke ons daar in, zoo door de Staats-Leden, als door de Raadslieden van den Stadhouder, op de fchandelykfte wyze zyn aangebracht; daar alle het dies betreffende, in zeven Deelen in groot Octavo, het licht  de Geheurtenisfen in 1787 enz. voètsevdïïèn. io$ rcht ziet, en dat bovendien twee kundige rennen* tweè byzondere Boekdeelen mede in gr. Oc^o, nzettelvk hebben betoogd de onwettigheid en on. eftaanbaarheid van het Reglement var. denjaare -ma even ftrydig met eene vrye Staats-Regeering, ;fs7met de Unie van Utrecht; hebbende wy op alle Se onwrikbaare groüdeh, vertrouwd onze gedraagin'en volkomen gewettigd te zien, ooi: te meer ah e Misfive door den Raad dezer Stad den .. Maarc l| houder met eene ongelooflyke activiteit, die in den* Engelfchen Oorlog betoond oneindig furpasfeerende,: zonder den minften fchroom geliefde mede te werken.) En dat, daar hy had behooren geweeten te heb.) ben, dat deze onze Stad, de Reüdentieplaats waal van de Staaten dezer Provincie, zoodaanig, dan zelve, onder de Bisfchoppen, en federt na de oj verdracht van de Temporaliteit, en vervolgens^ na het fluiten der Unie, geene Vergaderingen vanj Staat wettig zyn gehouden, dan binnen deze Stad J uitgezondert een enkel geval, waar in alle de Leden! van Staat geconcurreerd hebben , hy Stadhouder heeft aangezien , dat eenige Staats-Leden tot dat exces zyn gekomen, om by ufurpatie, de Verga-i dering van Staat van alhier te verleggen, en naan Amerfoort over te brengen, en zich by abfentiéj van deze Stad aldaar te arrogeeren den naam van dei Staaten van den Lande van Utrecht. Dat hy, om dat onwettig ea geweldig gezag te ftyven, en hoe zeer hy by Misfive daar tegen ter bewaaringe van onze Rechten en Voorrechten zeet tydig wierd aangefchreeven, niettemin de party tei gen onze Stad heden gevormd met aan die van dei hier uitgeweeken Staats-Leden, op hunne requifitie, binnen Amersfoort tot hunne voorgewende veilig-; heioj  de Gebeurtenissen in 1787 enz. voorgevallen, nr theid, aldaar te zenden een tweede Batailjon, vaa ïdie zelfde Militie, welke zy een jaar te vooren zoo onwettig als onbevoegd en tegen hun ééd aldaar Shadden doen intrekken. [ Dat hy al verder, wel weetende dat die onwettijige Vergadering te Amersfoort mede gecompofeerd fwierd door eenige onzer afvallige uitgeweeken bmeinéédige Burgers, welke, offchoon zy *t zich iverftouteden den naam en titul te voeren van Reiprefcntanten dezer Stad, daar zy 't zelve niet watren, heeft konnen goedvinden, mede op de requtffïtie van dezelve uitgeweeken meinéédige Burgers, gevoegd by de voorfz. zich van hier geretireerd [hebbende Staats-Leden, buiten eenige de allermin[fte noodzaake, deze Provincie te brengen onder [een volftrekt Militair bedwang, en daar toe, alleenilyk ter requifitie van de voorfz. Leden, zich ufuripeerende den naam van Staaten dezer Provincie, daar zy het niet zyn, eerst binnen deze Provincie te Idoen inrukken het Regiment van Monster, en vervolgens het Regiment van vanEfferen; dat dezelve Regimenten tot onverdraagiyke overlast en overgroot bezwaar van de Huislieden in het Overkwaritier dezer Provincie by dezelve in kwartier zyn geJegd, en niettegenftaande hunne billyke klachten, I daar in geen verhoor hebben konnen bekomen. Dat hy geweeten heeft van de gedepecheerde ordres tot het voorgenoomen geweld, om Stads Territoir de Vaart of Vreeswyk te overmeesteren, zoo ials aan hem, door den Luitenant Keyzer, in den i nacht van den 7den May dezes jaars, de gegeeven i ordres daar toe zyn overgebracht; dat hy in plaatfe 1 van die onbehoorlyke daad af te keeren, en alsStadI houder deze Stad die by haare Rechten enEigendom1 men te bewaaren, zoo als zyn ééd en plicht vorderde, integendeel die onrechtvaardige onderneeming heeft aangezien, en door den Graaf van Efeeren dat geweld op den oden May doen uitvoeren, het welk hy als Stadhouder konde, en ingevolge van zyne plicht en verbindteuis aan deze Stad, behoorde  iti Verzameling valt Stukken hetrekkelyk toi de belet te hebben; dan tegen welke gruwel en fa'-" li menloop van ongerechtigheden, wy op eene aller* « zichtbaarfte wyze, door een God, die wy vertrou. .1 wen dat ons verder byftaan zal, zyn uitgered geworden. Dat, hoe zeer dit evenement in ftaat was, en e aan den Stadhouder de erkenning van een byzonder 1 Goddelyk befrier ten onzen opzichte, daar hy en i zy het ten kwaaden gedacht hadden, had behooren i geleerd te hebben, zoo is integendeel federt meer j en meer gebleeken, dat die van Amersfoort, met hem, onze gedecideerde en openbaare vyanden i [ zyn. Als het geen bewys hoeft (hoe zeer de Souvereiniteit dezer Provincie niet refideert by individueele [ Leden van Staat, maar reprefentative word geadmi- | niftreerd, by de drie Leden van Staat gefamentlyk, 1 en dat hy op die en geen andere wyze uit den fchoot 1 en boezem van het Volk heeft bekomen zyne qualr- 1 teit van Stadhoüder en Kapitein- en Admiraal-Ge- ' neraal, over het Volk van Oorloge dezer Provincie, 1 door de Burgers In- en Opgezetenen betaald wor- ! dende), dat hy daaromme had behooren begreepea ' te hebben, dat hy, in die zyne qualiteit, niet vermogte te obtempereeren aan beveelen van indivi- r dueele Leden, hoe zeer zy zich Staaten noemden, [ om binnen deze Provincie in te brengen een bende F muitzieke en op de fchandelykfte wyze gedeferteer» i de en overgeloopen Hollandfche en andere Militar- ' ren, welke zich aan de fnoodfte geweldenaaryen, plunderingen , ja moorden hebben fchuldig ge- ' maakt, om zich (gelyk hy doet) aan het hoofd van \ dat fchuim, als mede van onze eigen befoldigde Krygsknechten te ftellen; en door dat uitvaagzei, en tegens hunne Souvereinen het leeven verbeurd hebbende hoop, te concurreeren ter uitvoering van het geweldigïle attentaat, door de vooifz. onze afvallige Burgers en individueele Leden gefmeed tegens een bemuurde Stad dezer Provincie, met dezelve op zyn Patent te doen overmeesteren, en te*  Se Gebeurtenis/en in £787 ent. voorgevallen. i*3 cr onderdrukking en vertreeding der Rechten ett jorrechcen van dezelve Stad met foortgelyke als ►zegde Militie te doen aanvallen, en onder zyne \ hunne onwettige macht te brengen, even of het todlot der vrve Steden onzer Provincie moet afjngen van het eigendunkelyk en tegen ééd ea icht misbruikt Patent van den Stadhouder* dóór im, en op zyn last, doen uitvoeren door een op ééd- en eervergeeten oproerige overgeloopea ken, om daar door een willekeurig beftier ïö t huishoudelyke van Stad en Steden te doen uitffenen; ook tot zoo verre, dat het zdve geard gaat met het tegen eer en woord gevangen temen van Burgers, door die zelve Militairen, en «bewaaren en overvoeren van dezelven naar elders 4 ik tegen de hen toekomende en bezwooren Rechq en Voorrechten. Terwyl federt die zelve Stad* 1 mede de tegenwoordige Refidentieplaats der n hier uitgeweekene Leden, welke zich Staaten remen (niettegenftaande de Stadhouder zich te inersfoort binnen hunne muuren bevind) hy met zelve concurreert tot de pernicieuste Oproeren» het daar toe draagen van Oranje-cccardes, ftrikn, linten en papiere-verfierzelen, welke als leu* n van Oproer bekend, expresfelyk by Publica: van den 9 February 1785 zyn verboden gewor- ïDat hy Stadhouder van dit iaatfte niet onkundig ende, in plaatfe van ingevolge zyn ééd en plicht, : Plakaaten van den Lande te maintineeren, en ch in loco bevindende, dezelve mede te gehoorLamen , en diergelyke ongeregeltheden ih zyne iualiteit na zyn vei mogen tegen te gaan, inteendeel het zelve met zyne opentlyke goedkeuring k hier toe heeft bevestigd 4 als by de zich onder pn bevel begeeven hebbende gedeferteerde en oergeloopen Militairen en anderen, met dergelyke erbooden leufen en teekenen laat dienst doen, ffchoon hy zeer wel weet, dat hen niet pepermit°erd is, in 's Lands dienst, andere dan 's Lands : XXXIV. Deel. H W-  ri4 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot erkende Veldteekenen te mogen gebruiken, en orw der geene andere teekenen, en vooral niet ondeij Oproer-Leuzen, dienst te mogen laaten doen; daal. by door dit te foveeren, zich ten duidelykften ver<| ktaard het hoofd en voorftauder der gefignaleerdfteij Oproermakers, ten minften de Inftemmor in alal le hunne Eer- en Godvergeeten daaden, onder dMii teeltenen tot hier toe uitgevoerd, te zyn. Dat dit allss nog vermeerderd word hier mede el dat hy Stadhouder, met concurrentie van die vaiai het zoogenaamde Defenfie-wezen te Amersfoort|t] de onder zyn bevel flaarde Commandeerende OfrWi eieren, op eene kleine diflantie van deze Stad, eem Kampement heeft doen formeeren, en daarinne ontl der zyn bevel heeft ontfangen een menigte van dd< voorfz. overg' loopen , gedeferteerde en tegen hunt: nen Souverein rebelleerende Hollandfche Militie^ en wel ook, met derzelver gefuspendeerde en gefl: dimitteerde Officieren, en daar onder mede dezuUl] ke, welken reeds als verraaders en openbaare vyanqi den van Hun Ed. Groot Mogenden de Heeren Scaaal ten van Holland en West-Friesland verklaard ZynJl en waar onder zich ook fpeciaal bevind,zulkeenenJ wiens hoofd op prys gefield is. Dat hy Stadhouder het by 't betrekken van dafli Kampement niet heeft gelaaten, maar gebruikt hy i de voorfz. aldaar gelokte oproerige Militie, om ded ze Stad, op alle de avenuen van dezelve, zoo veee mooglyk te benaauwen en ontrusten, gepaard mee de allerzekerfte bewyzen van zyn openbaar vyandigl en geweldig voorneemen tegen deze Stad en der-fl zeiver Burgeren en Ingezetenen, als hy, famen-it fpannende met die van het voorfz. Defenfie-wezedl te Amersfoort, in het zelve Kamp heeft doen aan-i j voeren een byna ongelooflyk aantal Gefchut van allerleie foort en caliber; en daar toe uit 's Landsi Magazynen op eene zeer geweldige wyze eene prod.gieufe kwantiteit Ammunitie heeft doen aanbrengen, alles ten gevolge van eene verraaderlyke overeenkomst , en tegen ons aangegaan verbond, door i ee-  da Gebeurttnisfen in 1787 enz. voorgevallen, itjf pnerj Pebponcher en Athlone, als afgezondenea m de Ameisfoortfche zogenaamde Leden van Staat, Let eenige niet min geweldige Gelderfcbe Dwingeinden, en zulks met voorkennis en overleg van hem Willem den vvfden aangegaan, waar door veroirlaktis, dat, in plaatfe hy Willem den vyfüen de lelvaart en de Burgerlyke Rechten en Voorrechten nn deze Stad en Provincie zoude betrachten en doen •xoeffenen, hy integendeel alle mooglyke middelen :fpant, om deze Stad en Burgery totaal te ruinee:n en dezelve het flachtoffer van zyn verderflyk Dorneemen, ware het mooglyk, te doen worden; it hy ook. niet ontziet, om het geheele platte [and in het Overkwartier, door die voorfz. baldaa.ge en oproerige Krygsbenden, onveilig te doen aaaken, de goede Op- en Ingezetenen aan de allerpgehoordfte afpersflngen van geld, drank, levensmiddelen als anders, zoo by dag als by nacht, esaoneert, onder de moorddaadigfte bedreigingen en badelyke feitelykheden, zoo als daar van te Nederingbroek, Werkhoven en te Bunnik, delevendigle bewyzen voorhanden, en aan het publiek na waareid medegedeeld zyn. I Dat alle net zelve, in zyn origine befchouwd, ten (inzien van de na Amersfoort gewekene Leden, niet kin aanloopt tegen hunnen ééd en plicht, en al het tene zy dien ter contrarie gehouden zyn aan Stad, Iteden en dein-en Opgezetenen dezer Provincie, te :resteeren, maar bewyst dat hunne voorfz. gedraaHingen niet anders ten doel hebben gehad, dan de [iurgeren en Ingezetenen van Stad eo Steden, als aede de In- en Opgezetenen dezer Provincie, het oofd te doen buigen en gebukt te gaan voor een nverdraagelyk Desporismus, of we! veelhoofdige iriftocratie, waar toé zy hunne befcherming van .en Stadhouder vertrouwden te zullen konnen ontkenen, doch waar van zy de eerfte en laagite fiacht» fffers zyn gemaakt, als zy, (piettegenftaande de iiier boven aangehaalde betoogde onwettigheid, en nnbeftaanbaarbeid van het geweldig ingevoerde ReH a gie-  U6 Verzameling yan Stukken betrekkelyk m glementvan 1674, aanloopende volgens hun eigen ge-J tuigenis tegens 's Lands Rechten en Voorrechten) toe j d«e laagte gezonken zyn. om by een Libel, geirtitu-w leerd Publicatie, hunne verkleefdheid te verklaareao1 aan de (zoo zy het gelusten te noemen, monftreus) )i vatsgeftelde Staats- Stadhouderlyke Regeerings-CoTifiitu.i\[ tie, welke zy (op de gronden by het bovengemel-1 de Staats-Rapport opgegeeven) sis zoo veele verzaa-i kers van eer, ééd en plicht, durven te zeggen,'1 voor de eenige wettige Conjluutie dezer Landen te hou-:{ den en te erkennen, en voorneemens te zyn met alle hm ne t macht te maintineeren en te handhaaven, en daar door ! aan den dag te hebben gelegd, dar zy even als detm Stadhouder en dus te famen, thands moeten gehou-;ï den worden te zyn, de verraaders en de openbaare! vyanden van die Rechten en Voorrechten, waarjc van zy hebben aangetoond, dat het juist diezelve'è en geene andere poindlen wiren, waar tegen onzéflc Voorouders onder Philips den tweeden, in die aMi lerbenauwfre tyden, zoo ieverig gewaakt hadden, l dat zy nimmer konden gedoogen, dat ten dien op»<ï zichte den minften inbreuk gefchiedde op de Privi- •! legien van deze Landen; het dus onwrikbaar zeken) is, dat het gantfcbe beftaan van den Stadhouder (el gen ons, alleenlyk tendeert om een alles over-m fchreedend gezag te bekomen, en de goede Burge.: 1 ren en Ingezetenen var Stad en Steden, even als de;et braave In- en Opgezetenen ten platten Lande dezeru Provincie, alle hunne Rechten en Privilegiën dooriz de macht van den gewapenden Arm geweldaadig teer beneemen, ten einde niet alleen deze Stad en onzéd gebeele Provincie, maar ook alzoo fuccesfive ge. 5 heel Nederland te vernederen, en aan zynvoorge-i Doornen groot pl?n van overheerfching en willekeu-i rige beveeler, t« onderwerpen; zoo als de ongeluk-'. | kige braave Burger Schuttery van Amersfoort ditai.» lereerst heeft moeten ondergaan, toen zy tot heti| doeD van een allergodloosten ééd, hen door een een en plichtvergeeten meerderheid van fchandelykés Regenten opgedrongen, en daar aan niet kunnendëtl: in-'  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. IX? ïftemmen, van alle wapenen en zelfsverdediging igen de expresfe gronden van de Urne z ch hebben ptzet en beroofd gezien. lEn wat zoude vau ons lot zyn, zoo God ons met men genadiger byftand niet ter hulpe kwam: zoun wy de roeden waar roede onze Voorouderen o zeer onderdrukt wierden, niet moeten kusfen, S wy ondervonden, dat wy, in plaatfe van dien, or het tegenwoordig geweld , als metfeorpioenen igeesfeld wierden, en dus tot onze fmerten moes. d ondervinden, hoe groot hunne barmhartighen, na Salomons lesfe, over ons konden zyn? Daar nu het toneel van reeds voorgevallene akelige ibeurtenisfen,ons ineenzorgelyk vooruitzicht kan ten befchouwen , wat aan onze Stad zoude konnen Irerkomen, ingevalle wy niet met alle onze verpgens daarftelden, het gene onze Voorouderen is betoond hebben de gefchikfte middelen, na de toeffening van een taay geduld te zyn , tegen e geweld ter verkrachting van hunne bewaarde ; aan ons met hun bloed verzegeld, overgeleverde ;chten en Voorrechten, als welke, wel verre van »or eene gevaarlyke defenflve contenance te houu, niet geoirdeeld hebben voor het geweld te oeten bukken, maar zy integendeel van oirdeel aren, dat het attentaat op hunne Rechten en Voorchten alleen genoeg was, om zich by wyze van •odweer, ter bewaaring van dezelve, tegen des';lfs verraaderlyken aanvaller daadelyk te mogen :rzetten, zonder zich in het onzekere te laaten ngeren, maar de eerfte kans voor de beste te waaen, veel liever als dat zy zich in een onrustige inliviteit zouden begeeven hebben, waar in zy, na ;el zwoegens, zorgen, en vruchteloos wachten, iune Huishoudens hadden konnen doen uitteeren, : wel ten langen laatften zich zelfs het flachtoffer unner dapperheid en Vaderlandsliefde te doen worïn: verre van dat alles, het was by hun pro aris ' jocis; en geen geweld heeft hun overmogt. •Eu deze zdvde gronden zyn het, die ons aanzet. H3 ten,  Ii8 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot ten, om ons ten allerefficacieusten te verzetten te-e.. fen eenen Stadhouder en zoodaanige verraaderlykedi taats-Leden, die zich onderdaan, om tegen on*^ aan te voeren eene bende van oproerige en tegerj:j: hunnen wettigen Souverein gerevolteerde Mili-lj tie, welke zy in een Kamp hebben doen byeen-ni trekken, met geen ander oogmerk, dan om ons aanw hun geweld en plundering, ja aan hunne voorgels noomen moord en fchennis, over te geeven. Het is om alle deze redenen, dat wyons verplichw vinden, in naam van de geheele Burger-Schutteryt aan U Ed. Groot Achtb. voor te draagen, en fchulda plichtig te infteeren en te verzoeken, daar dit allen manifest is: dat U Ed. Groot Achtb. niet langer ge«é lieven te fchroomen, om door het doen van eerfi laatften ftap, ook tot het uiterfte te komen; naa«| mentlyk het refolveeren en doen uitvoeren van zooè daanige bekwaame middelen, waar door aan de hierai voorgemelde gehaatte Leden en Dwingelanden on<) zer Stads Bürgerye en Provincie, nevens onzen be^ foldigden Stadhouder en Kapitein- Admiraal-Gene^l raai, eens in hunne verderflyke oogmerken en ge* weldige voorneemens, paal en perk worde gefteld,lt en dat daar toe door U Ed. Groot Achtb. by Huni Ed. Mogenden de Heeren Staaten dezer Provinciei| wierde geëffectueerd , en het daar heenen geding geerd: ,, dat alle Braaven in den Lande, niemand „ uitgezonderd, werden uitgenoodigd , om zicbh ,, nevens ons, als een eenig man, in een lighaam tA „ vereenigen , om aan het ons aangedaan wordendj „ geweld, ter verlosfinge van ons en ter reddinge, van geheel Nederland, het hoofd te bieden, en| zoo mooglyk niet uit den anderen te gaan, voonj ,, dat het zeive geweld met wortel en tak is uitge^j ,, roeid, en wy en geheel Nederland mogen ge«| ,, wrooken zyn van die ontmenschte plunderingen^ „ geweld i moord en het vergieten van onfchuLI ,, dig Burgerbloed, welke dezer dagen hebben „ plaats gevonden, en in welk laatfte wy zoo zeer „ gedeeld hebben, door het toelaaten der aanvoer » ringe,  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen, i 19 I ringe yan dat geweld, het welk in het vermogea 1 van den Stadhouder was, om het zelve, ter be- antwoording aan zynen ééd en plicht, van ons te 1 hebben konnen afkeeren en voorkomen," iEn daar hy zulks niet heeft gedaan, maar integeoiel blyft aanhouden, het zelfde geweld tegen ons n te voeren, en te doen aanvoeren, met van aU ome naar deze Provincie, en m het door hem ge. irmeerde Kamp, te doen brengen allerleie foorten m grof er minder G fchut, met de daar toe beDorende Ammunitie, gepaard gaande met het detaleeren van verfcheidene Corpfen, welke insgelyks et Gefchut worden voorzien, zoodaanig dat een (der verplicht is, zich daartegen, ais tegen eenen igemeenen vyand te moeten wapenen, daar zyn i hunnerzyds geene andere maatregelen dan die nn openbaare vyanden tegen ons worden gehou. en, zoodaanig dat 'ér thands geen questie meer ?n kan, dan dat Willem den vyfden en de van hier ch naar Amersfoort geretireerd hebbende Leden m Staat, zich tegen ons gedraagen als openbaare ï gedecideerde vyanden, dat zy, als nu ook daar oor by de Staaten dezer Provincie mogen werden isrklaard; ten effecte: „ dat Willem den vyfden , 1 uit hoofde van die zyne vyandelyke gedraagingen 1 worde gedeclareerd, daardoor verbeurd te heb{ ben de waardigheden van Stadhouder, Kapiteint en Admiraal-Generaal dezer Provincie; en dat \ in beflag en arrest worde genoomen alle zyne , Goederen, binnen deze Provincie gelegen, om , voor zoo verre dezelve zullen ftrekken, daar uit , te verhaalen alle het nadeel en de fchaaden, welj ke door zyne gedraagingen, zoo aan de Provini cie als aan de particulieren, zyn aangebracht en , overgekomen." En wyders: „ dat alle de voornoemde Leden van !, Staat, welke niet onkundig konden zyn van de in, tentie van de Burgery dezer Stad, vervat by de , aan dezelve gedaane Inficuatien, waar aan zy zich , niet hebben gelieven te gedraagena mede zullen H 4 3* gsf  120 Perxameïing van Stukken betrekkefyk tot „ gehouden worden van hunne posten die zy in dienm „ van deze Provincie bekleed hebben, vervallen te:i „ zyn; ten effedte, dat zy als een gevolg van die hun.3 „ ne vyandelyke gedragingen, zullen verklaard wor.r1 „ den onbekwaam te zyn in dienst van dezen Land s, de toe eenig Regeerings-beftier geëmploijeeri „ te mogen worden, derzelver naamen, voor zat» „ verre Edelen zyn, uit dat Lid roijeerende, ed „ hen ten aanzien van deze Provincie te denobilü „ teeren, als mede de Ridder Hoflieden, waaruit! zy befchreeven zyn, insgelyks voor altoos td „ roijeeren uit de Lyst van de Ridder Hoflieden 5j „ met Declaratoir, dat voortaan iemand uit dezeld ,, ve niet zal kunnen befchreeven, of ter Vergaf „ derirg van Staat zal toegelaaten worden : em „• voorts, dat al mede in btflag werde genoomed „ alle hunne Goederen, roerende en onroerende^ „ welke dezelve Ltden met den anderen teAmers.! foort vergaderende binnen deze Stad en Provim ,, cie zyn hebbende, en van hun op eenige wyzé „ zullen te decouvreeren zyn; alles teneinde uil „ alle dezelve te recupereeren en verhaalen zooil „ daanig nadeel en fchaaden , als zy, zoo aan dt „ Provincie als aan de particuliere Ingezetenen, el „ daar ondtr aan die van de Stad Wyk en Amers: „ foort, hebben aangebracht, en door dezelv* „ reeds zyn geleeden, of nog zullen komen td hebben en te lyden". „ En mitsdien ook dat U Ed. Gr. Achtb. zuller ,, gelieven te efFedtueeren, dat de Stad Wyk mei „ derzelver braave en zich tegen bet geweld eerly^i „ gedraagen hebbende Burgers en Ingezetenen, dm „ zich op eene nietige Amnestie niet vertrouweni „ de, en daarom gebasfiteerd hebben binnen li s, dagen na de afkondiging zich onder het geweldi ,, die Stad overgekomen, te Rellen, alle dezelvi 3, door Hun Ed. Mogenden te neemen in Hoogse j „ derzelver byzondere Protectie, om uit de Eigen .1 j, dommen van mper bovengoemde Staat? rLedent I „ en die van de uitgeweeken Burgers dezer Stad: „ wet  dt Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 121 i, welke met hen te Amersfoort vergaderende, val(, fchelyk zich gequalificeerd hebben Reprefentan* 1, ten dezer Stad en Burgery te zyn, alle het gunt voorfchreeven mede te vernaaien". , „ En dat alzoo verder Hun Ed. Mogenden zul,,len gelieven te verklaaren, dat alle het gene te, gen de Stad Wyk en de Burgery ondernoomen , is, te houden voor openbaar geweld; annuliee, rende en vernietigende alle het gene aldaar op , naam van de Staaten dezer Provincie, met de , pretenfe wederherftellinge der oude en geremo, veerde Regenten, zoo wel als door de pretenfe , aanftelling van eenige nieuwe, verricht is; refer, veerende daar tegen, en tegen hen die het zelve hebben doen uitvoeren, zoodaanige Actie, als Hun Ed. Mogenden tot maintien van de Hoog, heid en Souvereiniteit dezer Provincie zullen be; vinden te behooren ". 1 Dit alles Ed. Gr. Achtb. Heeren ! leggen de On. iergeteekenden in den fchoot van UEd. Gr.Acmb. seder, met fchuldplichtig verzoek, dat het zelve py U Ed. Gr. Achtb. in ernftige óverweeging, ten Iffette van het zelve werde genoomen, om U Ed. 3r. Achtb. en ons onverantwoordelyk te houden te»en de anderszints te duchtene gevolgen, welke uit iet toeneemend geweld over deze Stad en Provincie ftaan gebooren te worden, en ware het mooglyk daar door voor te komen eenetotaale gedreigde mine, zoo van U Ed. Gr. Achtb. als van de gantIche Burgery, derzelver Vrouwen, Kinderen, en wat ons dierbaar is. Wy zyn doch Ed. Gr. Achtb. Heeren! door het *eweld gebracht in het geval, dat niets dan cordaa'e Refolutien, gepaard met de bedaarde uitvoering der nadruklykfte en efficacieuste maatregelen, ons reddpn kupnen; wy kunnen ons onfchuldig houden , dat wy op de alleronrechtvaardigfte wyze, na een lang getergd geduld, ons tot noodweer tegen het geweld gedrongen zien; en daar de God onzer Voorvaderen leeft, waarom zouden wy in de moH 5 gent-  iiz Perzameling van Stukken betrekkelyk m gentbeid des Heeren, ons tegens onze VyandeHs niet aangorden ? Hy is 't die den Rechtvaardigen rechte vaardigt, en van den Man les blueds en des bedrogs eenm grouwel heeft, en aan het geweid (als in de dagen vami ouds) gebieden kan: tot hier toe en niet verderl im-q jners het harte der Machtigen is in zyne Hand, eni eenen verftokten Pharao » hoe geweldig ook, karni zyn welverdiende ftraf en verdelging niet ontgaan jij laaten wy dan niet afgefchrikt worden, om ter be-q fcherming van onze Vryheid, Have en Bezittingen,n alles aan te wenden, wat tot een manmoedige ver«r deediging van dezelve verftrekken kan! Waar too wy wenfchen, dat ü Ed. Gr. Achtb. beraadflaagin-] gen mogen gezegend zyn; terwyl wy U Ed. Gr.i Achtb. op nieuw verzekeren van de aanhoudende! verkleefdheid en toegenegenheid van eene alles-s zints braave Burger-Schuttery, welke hunne ééd< indachtig, bereid is het geweld ter onderdrukking; der Rechten en Voorrechten dezer Stad, metgoedi en bloed te zullen helpen afweeren. En hier mede, Edele Groot Achtbaar e Heeren! beveelen wy dezen met fchuldigen eerbied aan U[ Ed. Gr. Achtb. wyze voorzieninge. 't Welk doende #c. (was geteekend) Uit naam en last van het gequaliflceerd Collegiei yan Gecommitteerden der Burgery. Gekard Bettink. Uit naam en last van Geconftitueerdens van 1368 Burgers en Inwoonders. G. C. Ha&msen.  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen, 123 ; Uit naam en last van Gecommitteerden tot de itaaken yan den 2 Augustus 1785. J. van Lidt de Jeude Jr., Secret. '. Uit naam en last van de Vergadering van Officie* :en dezer Stads Schuttery. B. F. y. LlEBEHERR. f°, 2638. Refolutie van Hun Hoog Mogenden deHee. ' ren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, betrekkelyk het Declaratoir hier boven onder No, 2623 door de Gedeputeerden van Holland naamens hunne Principaalen ter Tafel van Hun Hoog, Mo. genden gedaan. In dato den q Auguaus 1787. I De Heeren van Heeckerkn van Khell en andee Hun Hoog Mogendens Gedeputeerden^ tot de iaaken van de Plakaaten en Reglementen, ingevol;e en ter voldoening van derzelver Refolutie Comïiisforiaal van den 23ften en poften July laatstleelen, met en nevens eenige Heeren Gecommitteerlen uit den Raad van Staaten, geëxamineerd hebdende het gedeclareerde door de Heeren Gedepu» ieerden van de Provincie van Holland en Westfriesland, uit den naam en op fpeciaale last van de leeren Staaten hunne Principaalen gedaan, alsmele het gene door de Heeren Gedeputeerden van de 'rovincie van Utrecht daar tegen is voorgedraagen, llles breeder onder de bovengemelde Notulen van [en 23ften en 3often July laatstleeden vervat; heb. ben ter Vergadering gerapporteerd: dat zy Heeren Gedeputeerden en Gecommitteerden van advyze jouden zyn, dat aan de Heeren Staaten van Holland in West-Friesland by Misfive zoude behooren te worden Voorgedraagen. ' „ Dat Hun Hoog Mogenden met geen minder aandoening hebben gezien de gronden, waar op be■ust de bovengemelde verklaaring door Hoogstg.-- mel-  124 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot melde Heeren Staaten ter Vergadering van Hun i[ Hoog Mogenden gedaan, dan Hoogstdezelven heb..-i ben verbaast geftaan over den inhoud dier verklaa- ■! ring zelve, en de bedreiging welke daar by is ver» >| vat". ( ,, Want wat het eerfte aangaat, Hun Hoog Mogen- -I den in het begin van dezelve voordracht aanftonds n aantrtffen eene generaale befchuldiging, even als i of by Hun Hoog Mogenden, immers by de vier ; daar opgenoemde Provinciën, onder voorwend/el van i| dt confervatie van het Verbond der Unie, by aanhouden- ■ i had alle middelen werden aangewend, die tot onder- . drukking van de Provincie van Holland evidentelyk : fttekken ". ,, Dat het ten uiterften fenfibel is een diergelyk ver- • wyt, en opeenftapeliog van harde woorden te moe- • ten hooren van eenen Bondgenoot, voor welke men zoo dikwyls getoond heefc, en nog bereid is tetoo- ■ Een alle die billyke deferentie en égards, welke : niet alleen Geünieerde Provinciën aan elkander ver- , fchuldigd zyn, maar welke zelfs een Bondgenoot, , wiens macht en vermogen van zoo veel invloed is : op het bertaan der geheele Unie, reedelyker wyze i kan verwagten". ,, Datdit verwyt gevoeliger is door de by voeging, , dat die middelen van onderdrukking zouden worden . in het werk gefteld, onder voorwend/el van de con- • fervatie van het Verbond der Unie; daar dit Ver- jl bond der Unie gevestigd door het bloed der geza- l\ mentlyke Voorvaderen, en van welkers behoud de ; welvaart en bloei, zoo van elk der Leden zonder opderfcheid in het byzonder, als van alle gezament- i lyk alleen is afhangende, moet geacht worden een j zoo heilig pand te zyn, dat men fchroomen moet ; den naam te noemen, welke verdienen zoude die I gene, welke den fchyn van dat Verbond der Unie | te willen handhaaven zoude doen dienen tot een ' j dekmantel van geweld en overheerfchicg, terwyl ook door dusdaanige befchuldiging word gefufpec- j teerd, niet alleen, maar direct aangetast en tegen- 1 fprbo- I  t de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 12} cooken de goede trouw en welmeenendheid der [rklaaring, welke van wegens de bedoelde Provin:n te meermaaleo is. gedaaD, om vascelyk gezind jzyn de Unie met alle de Bondgenooten te behoun, en niets meer te wenfchen dan dat deszelfs nden welke thands in verfcheiden opzichten zyn j gemaakt, wederom mogen worden toegehaald!" „ Dat Hun Hoog Mogenden hartelyk wenschten in ! gebeurtenisfen van deze laatfte dagen aan de zy• van de Provincie van Holland by continuatie te Ibben mogen ondervinden, die blyken van aangeving en verknochtheid aan de gronden der U; en bewaaring van de Conftnutie, welke dezeli meer dan eens tot welzyn van het Bondgenootnap zoo lofftlyk heeft gemanifesteerd". [',', Dan dat Hun Hoog Mogenden geene intentie ibbende de gedaane verwytingen te reciprocee0, zich zullen vergenoegen , en hun oogmerk Hen bereikt hebben, wanneer zy de HeerenStaan van Holland zullen mogen overtuigen , dat oogstdezelven door het attribueeren van oogmer-, in van onderdrukking, hun in der daad merkelyk ibben te kort gedaan". u, Dat Hun Hoog Mogenden dan ook met genoegen ibben gezien, dat hoe zeer in het gemelde Dearatoir van de Heeren Staaten van Holland word kzegd : dat by aanhoudendheid alle middelen tot die liderdrukking worden aangewend, daar toe geen lidere bewyzen zyn aangevoerd, dan dat als ge|igen worden ingeroepen de Refolutien federt een Wuimen tyd fuccesfivtlyk ter Generaliteit tegen de over\eming van drie Provinciën, en byzonder tegen de pro\llatie van de Gedeputeerden van Hollend genoomen:, by \üke Refolutien tiiretlelyk zoude zyn geattenteerd 'egen t wettig gezag van Hun H eren Staaten over de rroepes, zich op Hoogstderzeiver Souverein Territoir 'vindende''. , „ Doch dat Flun Hoog Mogenden met allt fHucie ertrouwen, dat wanneer de zaak maar bthoorlyk l ord ingezien en ontwikkeld, die befchuldiging alle  ïe.6 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot le kracht ?al verliezen; .want dat het immers op) Zich zelfs zeker en ontwyffelbaar is, dat ook in dei Vergadering van Hun Hoog Mogenden (de gevak Ier waar in eenpaarigheid vereischt word, uitge-< zoidtrd,) in voorvallende zaaken de conclufie peft plura op t^ne wettige wyze kan en behoord opge« iir, en dat het alleen is geweest het ernplooy het lelk de Heeren Staaten van Holland tegens degroni;n der Conftitutie aan, van de Troepes ook buin hun Territoir hebben willen maakeh, en ook tadelyk hebben gemaakt; de ordres welke Hoogst» ; zelven daar toe aan de Militie gegeeven hebben , a de maatregelen welke het zy door aanlokkende imuneratien en gratificatiën, het zy door bedreigl of daadelyk werkfrellig gemaakte fuspenfien* tmisfien, en ontzetting van inkomen en middel n beitaan zyn genoomen, om de Militie tot het Ereeren dier ordres te permoveeren, dat dit alleen ; geweest het gene Hun Hoog Mogenden by rearfie, en wilden zy de Troepes zoo veel mooglyk ivryden van meioéédigheid en plichtverzuim aan i eene, of ongeluk en fchaade aan de andere zy, heeft genoodzaakt die Refolutien te neemen". „, Dat Hun Hoog Mog. orn dit poindr. tot meerire klaarheid te brengen, niet fchroomen te noe2n de Refolutien, welke de Heeren Staaten van blland befchouwen , als zoo zeer attenteerende \ derzelver Territoriaal gezag, te weeteh die van n iften Juny, waar by aan de by Hooggerhelde seren Staaten gefuspendeerde of gedimitteerde rïicieren, is gelast, zich te confidereeren als weprom herfteld in hunne Posten, en het Commando |^der op zich te neemen, als mede aan de refpec-e Regimenten aangefchreeven, om zich niet te itten ontwapenen dan op ordre van Hun Hoog Moinden of den Raad van Staaten, en die van den [den der gemelde maand, by eene van dewelke |3 dé Troepes van den Staat is aangefchreeven, i geene ordres hoe genaamd van den Generaallajoor van Ryssel, als by Hun Hoog Mogenden «fuspendeerd zynde, te obedieeren, en by deanitre, om wanneer zy in eenige ongelegendheid pgten geraaken wegens het niet nakomen van ordres,  !fc8 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot dres, inloopende tegens derzelver ééd aan de Gesja neralïteit gedaan, öf door dwang genoodzaakt wier- rt den, aan zoodaanige onwettige ordres te pareeren^ als dan_te mogen uitmarcheeren na een naastby ge-;lc legen Territoir van den Staat; want dat gefteld data 'er gevallen zouden kunnen exteeren, dat de Be-:|l taalsheeren zouden kunnen hebben de faculteit,omi Officieren van hunne Repartitie te fuspendeeren ofit dimitteeren, of dat ook eenTerritoriaale Souverein i tot dat uiterfte zoude mogen komen, om de Mili-i tie te doen ontwapenen, dit echter met geene moog.i lykheid kan worden geconcedeerd, wanneer (gelykl hier klaarblykelyk het geval was) zulks om geene! andere reden zoude gefchieden, dan om dat dieOf.fi ficieren en Militie, (welke men altoos in het oogi moet houden, dat niet in ééd en dienst van eeö:| particuliere Provincie , maar van de Generaliteitif ftaan,) weigerden te doen, het gene tegens dien* ééd en verplichting aan de Generaliteit notoir ftry*i dig was; dat al verder, hoe zeer het ook anders-a zints zeker zoude mogen zyn, dat een Territoriaal» Souverein het Commando over de Troepes op zyttj Territoir konde opdraagen aan wien hy zulks goed-J vond, het echter even zeker behoord te zyn, data als dan het zelve Commando zich niet moet uitflreki ken buiten dat Territoir, en dat wanneer zulks ge-é daan word door een Generaals Perfoon, in ééd ent diénst van de Generaliteit ftaande, de Generaliteit!,! het recht heeft denzelven te fuspendeeren, en del Troepes de obediëntie aan deszelfs ordres te inter-K diceeren; dat hoe zeer eindelyk het ook anders» klaar en conftitutioneel is, dat geene Militie hetl Territoir eenerProvincie mag veriaaren, zonder hetl confent van den Territoriaalen Souverein, echterJ de aart der zaake van zelfs eene exceptie medej brengt, wanneer die Souverein de dispofitie overi de Troepes willende uitbreiden buiten zyn Terrkï toir, van de Militie vergt het gene dezelve notoir.* lyk niet doen mag; en wanneer die Militie ingeval» dezelve aan de verging niet obedieerd, in de allerJ  dï Gebeurtenis/en in X787 enz. VoorgevalTen* 120. pheuste omftandigheden zoude, worden, gebracht, jo als dit het ongelukkig fort is geweest van zoo ele braave Militairen, welke om geene andere rë= men, als om dat zy getrouw,zyn geweest aan huhm_ éèd en plicht,. daar van de ondervinding' daallyk gehad hebben". . ; ... , , . L Dat dus uit dv alles Hun Hoog Mogenden trefbenen deze wettige conclufie te mogen opmaat n, dat, indien al by eene oppervlakkige befchoü=' jng der JReiblutien, het Territoriaal gezag en .dé inftitutië niet volkomen mogt fchynen geobier» eid te zyn ,. dan pog de Heeren Staaten van Hof. ]d te vergeefs en ten,onrechte die ConftUutie zoü* n réclameeren, na daarvan zelfs het eerste te zyn geweeken; met een woord, dat de fource van dè1 lolutien met opzicht tot de Militie by Hun Hoog; ]0genden federt eenigen tyd genoomen , en over; slke dë Provincie van Holland zich thands zóó* iogelyk beklaagd, .eeniglyk en alleen te vindeüi lin de pnbeftaanbaare en inconftitutioneele ordres ^ >or de Heeren Staaten dier Provincie gegeeven*, n zonder Territoir te ontzien, in de Provincie in Utrecht te marcheeren, en dat, wanneer dip dres niet Waren gefield geweest, of aan de Milis niet gevergd ware geworden dienaar te Komen j t>k de bovengemelde Refolutien van Hun Hoog. [ogenden niet zouden zyn genoomen.geweest, of plfs te pasfe gekomen, terwyl Hun Hoog Mogehlen nogmaals op het plechtigfte zyn proteffeerende j öene intentie te hebben gehad, om ëenig,zints te mpieteeren op het wettig Territoriaal gezag óver ; Militie (in welkers confervatie alle de Bondgenoten, ook even zoo zeer als de Heeren Staaten van kolland interest hebben) , zeer verre zyn van te ap. tobeeren zoodaanige misbruiken en verkeerde ex« picatien, als van de voorfchreeven Refolutien ge^ aaakt, of daar aan gegeeven,mogten zyn, en zelfs tltoos gereed zullen bevonden worden, die Refóa tuien te veranderen of in tè trekken, mits maar de xxxiv. DEEt. 1 &w  igo Verzameling van Stukken betrekkelyk tot aanleidende oirzaak, welke dezelve noodzaakelyk ï heefc gemaakt, werde weggenoomen". „ Dar. hier mede dan vervallende de evidentie det: onderdrukking, waar van de voorfchreeven Refo-i lutien van Hun Hoog Mogenden ten bewyze zoum deftrekken, alverder in het gemelde Declaratoiti der Heeren Staaten van Holland tot laste van dent Raad van Staaten word gepofcerd: ,, dat dezelve,! zichhet vermogen heeft aangemaatigd, omande-: „ re Refolutien van Hun Hoog Mogenden by een&i „ wettige meerderheid tot vernietiging van gemel-1 „ de onregelmaatige befluiten genoomen, eigener: authoriteit buiten executie te houden, en alzooij „ te weigeren de beveelen te gehoorzaamen, aam „ denzelven Raad door Hun Hoog Mogenden ge-: „ geeven, zich alleenlykhebbende geëmpresfeerdj „ om die ordres ter executie te Rellen, waar doon v op de wettige authoriteit van de Heeren Staateni „ van Holland wierd geëmpieteerd" '\ „ Doch dat tor compleete wederlegging dier nieC minder ongegronde befchuldiging, moet worden ge-e remarqueerd, dat voor zoo veel betreft het gedragj van den Raad in het doen der aanfchryvingen vann de questieufe Hun Hoog Mogenden Refolutien aam de Militie van den Staat, behalven het gene hier; vooren tot wettiging dier Refolutie zelve gezegd is, het althards onnoodig is, om dat gedrag en die gedaane aanfchryvingen Vis d vis van de Heeren Staaten van Holland te jultificeeren, of des wegens eenige defenfie te doen , naardien Hooggemelde Heeren Staaten door aan den Raad als een misdaad of wangedrag te imputeeren dat heeft geweigerd te gehoorzaamen de beveelen, door Hun Hoog Mog,> aan dezelve gegeeven, dus veronderftellen eene verplichting van den Raad om zulks te doen, eni even daar door zelve de door den Raad gedaane aani fchryvingen wettigen; terwyl het voor hetoverigei niet noodig is, die ftelling verder te discutieeren,' dan voor zoo verre betreft het ander Lid der be< fchuU  Ut Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 13* fchuldiging, dat hamentlyk de Raad zich het ver. pnogen heeft aangemaatigd, om de Refolutien tot vernietiging der voorige genöomen eigener authoriteit buiten executie te houden; dan waaromtrent :iet al mede tot wettiging der difficulteiten omtrent de executie by den Raad gemaakt j genoeg is tev jemarqueeren, dat de Raad legaal was geinformeerd t;eworden van de wyze, op welke die Refolutien genoomen waren, op een oogenblik, dat het fen» fiment van de nieuwe Utrechtfche Gedeputeerden aad geprevaleerd boven dat der oude, en als de tem dier Provincie was gecomputeerd geworden, 1:00 dat het waarlyk önbegrypelyk voorkomt, hoe \>Y de nu meergemelde verklaaring van Holland» die Refolutien door de by voeging der woorden by :ene vettige meerderheid genoomen, als meer valide» in den Raad tot executie verbindende fchynen aangemerkt te worden, dan de voorige, daar immers ie ftem der Provincie van Utrecht althands niet hinder voor wettig kan worden gehouden , toen dezelve wierd uitgebracht door de Heeren Gedeputeerden dier Provincie, voor de admisfie der deuwe, als toen zulks gefchiedde door de nieuwe Gedeputeerden, by overftemming der oude, waar py vooral ook in aanmerking kwam, dat de Raad iri iet geval werd gebracht om aan de Militie aan te Ichry ven, ordres direflt contrarieerende tegens die 9 welke Zoo kort te vooren aan dezelve gegeeven waIren, eene zaak, welke de Raad by de cirfculairè Misfive, dienaangaande aan de Bondgenooten geèhreevéh, te rechtheeft gerémarqueerd, datnocfi met de digniteit van derzelver Vergadering, noch" aiet de intentie der Hoöge Bondgenooten kan overeengebracht worden, en waar door de Militie zoude worden gefield in de grootfte onzekerheid en perplexiteit". „ Dat het 'er eihdelyk ook verre van daan is, dat de Raad van Staaten zich daaromtrent een willekeurig (vermogen hééft aangemaatigd, maar alleen gedaan heeft, dat gene, waar toe zy in allen gevalle hotóirï 8 iy*  132 Perzamellng van Stukken betrekkelyk tot lyk bevoegd was, namentlvk het vraagen van het ; goedvinden der refpective Bondgenooten, gelyk zy 1 dan ook het genoegen hebbende, dat reeds drie der. . zei ver haare cenduhes volkomen hébben gelaudeerd, , Zich met eene approbatie van ten rriinften de meer* . derheid derzelve gerustelyk durft vleijen". „ Dat hiermede overgaande tot de nadere aanleiding ; der dënüntiatié van de Heeren Stauen van Holland, genoomen uit de weering der zoo eVcugemelde nieu- i we Urrechtfche Gedeputeerden uit de Vergadering ; van Hun Hoog Mogenden cn het comminatoir in J dat geval gedaan. Hun Hoog Mogenden, zich niet : geiio. g konnen verwonderen , hoe Hooggemelde,: Heeren Staaren hebben konnen goedvinden.aan een I opzet, om met geweld zyn fysthémadoor te zetten, , toe te fchryven eene daad, Welke niet anders is, , dan <~en natuurlyk gevolg van de omftandigheden, , welke omtrent de admisfie der gemelde Heeren heb- . ben plaats gehad, en de deliberatien, welke daaruit zyn gerefuseerd". „ Dat om dit te demonftreeren, niet eens hoodigis i wederom op te haaien de manier, op welke de con- ■ clufie, waar by de meergemelde Heeren zyn gead-■ mitteerd, is geformeerd geworden, om dat in alles gevalle zeker is, dat de ftem van de Gedeputeerden 1 van de Provincie van Friesland, in het concludee- . ren van die admisfie, heeft moeten in computatieko- ■ men, en dat echter die ftem uitdrukkelyk was ge- • claufuleerd, in diervoegen, dat de admisfie alleen i zoude zyn provifioneel, en onder referve van de; vrye deliberatien van de Heeren Staaten hunne Prin- • cipaalen, en met by voeging, dat wanneer Hoogst-. deztlven de Staats-Leden te Amersfoort vergaderd, , voor de alleen wettige Staaten der Provincie hiel- ■ den, en de Staats-Vergadering binnen Utrecht ge-, holden, niet erkenden, alsdan gemelde Heeren de: Veigadrring van Hun Hoop Mogenden zouden moe- • ten verlaaten; terwyl dat welbehaagen van de Heeren Staaten van Friesland niet gevolgd zynde, maar dezelve integendeel hebbende gedifficulteerd in de ! ad- .  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz, voorgevallen. 133 iadmïsfie, welke althands zeker zonder ftem van Fries. Hand abfoluit onbeftaanbaar wasj van zélfs is komen !te vervallen, en het cas exfteert, dat de nieuwe Getdeputeerdeu de Vergadering wederom moeten verJaaten; dat dit ook ten overvloede nader word bevestigd door het gepasfeerde omtrent de admisfie van mog vier andere Gedepureerden , welke hoe zeer niet eene geiykluidende Commisfie voorzien als de voorigen, echter zyn geweigerd, naardien toch die zelfde meerderheid, welke heefc kunnen weeren de ivolgende Heeren, ook bevoegd is het bywoonep der Vergadering wedt rom te ontzeggen , aan die genen, welke met geen mooglykheid daar in konden iblyven, indien niet volgde de conditie, onder welke zy uitdrukkelyk zyn geadmitteerd, door de ftern der Gedeputeerden van Friesland, zonder welkemedè te tellen, de admisfie volftrekt geen plaats had kunnen hebben ". ,, Dat het inderdaad onbegrypelyk is, hoe hier door Hun Hoog Mogenden zouden kunnen geacht worden, zich te immisceeren in verfchillen, welke *er fubfifteeren rusfchen de Staats-Leden van de Provincie van Utrecht, welke zuiver domeftiek zyn, zoo lals nogthands dit by het Declaratoir van de Heeren Staaten van Holland word te kennen gegeeven, naaridien het toch vast moet ftaan, dat de Vergidering van Hun Hoog Mogenden of wel der refpoclivé Bondgenooten, het recht hebben en bevoegd zyn , om te oirdeelen over het al of niet admitteeren van die [genen, welke zich als Gedeputeerden van deze of geene Provincie komen aan te geeven, of men zoude moeten komen tot het amplecteeren yan die ftel. ling, dat ieder een welke goedvind zich te voorzien met een Commisfie op naam. der Heeren Staaten van de eene of andere Provincie, waar op quo ad Jormam, geen remarques vallen , hoe zeer ook zelfs niet op de gpwoone plaats der Staats-Vergadering gegeeven, Èog dcor de ordinaire handteèkening bekrachtigd zyr-de , als Gedeputeerden ter Generaliteit zoude (moeten geadmitteerd werden, opfundament, dat dé I 3 quss.  J34 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot quffistie, of zoo iemand was gedeputeerd wegens i pene wettige Staats-Vergadering, domeftiek zoude i zyn; eene fteliing echter, welke zoodaanig in het : abfurde loopt, en de Souvereiniteit van elke Pro- . vincie zoodaanig op losfe fchroeven zoude ftellen, , dat het aan niemand in de gedachten zal komen, die i\ te fouteneeren ". „ Dat Hun Hoog Mogenden na dit alles meenen te ! mogen vraagen, of de zaak niet is van de uiterfte : liquiditeit? of de goede trouw niet vordert, dat geen 1 misbruik werde gemaakt van dje provifioneeleadmis- « fie? en of het te verwachten is, dat de meergemelde ï nieuwe Utrechtfche Gedeputeerden zich tegen het c verlaaten der Vergadering zoodaanig zouden willen i verzetten; dat het noodig zoude zyn, dezelve daar r uit feitelykte weeren, zoo als zulks door de Heeren 1 Staaten van Holland werd gefupponeerd, het geval 1 te zullen zyn?" „ Dat Hun Hoog Mogenden al verder meenen te i mogen vraagen of hier dan met eenige grond kan i gezegd worden een geest van geweld of van over- • heerfching, aan de zyde van Hun Hoog Mogenden i door te ftraalen? dan of niet veel eerder als eeni blyk van het tegengeftelde moet worden geconfi--dereerd, dat die weigering nog niet daadelyk is ge-fchied?" „ Ja of niet de naam van geweld veel meerder zou- • de verdienen, indien dies niet min dezelve Heen ren werden genoomen in protectie, zoo als de ver-f klaaring der Heeren Staaten van Holland mede-| brengt, derzelver voorneemen te zyn, ingevalvanil daadelyke weering? want dat voor zoo verre die;l proteöie zoude dienen om dezelve feitelyk te doeni j behouden de comparitie ter Vergadering van Hum Hoog Mogenden (en buiten dat hebben zy geen* proteftie tegen Hun Hoog Mogenden noodig) Hun ai Hoog Mogenden gaarne aan het oirdeel van een ie-| p!ér, die onpartydig de zaaken befchouwd, willen)l 'pverlaaten, of daar voor eenig recht kan worden i ' geallegueerd, dan dat van defterkfte? een recht,,  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 13$ :et welk, indien het de billykheid niet aan zyne jyde heeft, veel eer de naam van onrecht ver» tiend "i , „ Dat wanneer Hun Hoog Mogenden confïdereeen dacdaar by niet blyft de denuotiatie der Heeren ïaaten van Holland, maar dat 'er bykomt eenebé|reiging van de Staats-Ledm van de Provincie van Ut\xht te Amersfoort vergaderende, het Territoir der Profncie van Holland te zullen interdiceeren; Hun Hoog kogenden met leedwezen moeten zeggen in die «dreiging aan te treffen een ftap zoodaanig zonder oorbeeld, en van zuik een vervooruitzicht, dat et moeijelyk valt die met de behoorlyke bedaard. ;eid en moderatie te beantwoorden". , „ Dat echter Hun Hoog Mogenden fteeds willende 1 het oog houden de eguards, welke aan een zoo lotabel Lid van het Bondgenootfchap verfchuldigd lyn , en zich gaarne vleijende met de hoop, dat de iiterftens nog zullen worden grprevenieerd, zich uilen vergenoegen met te vraagen, of dan niet in ilen gevalle die bedoelde Staats-Leden op eene ?ettige en door alle de Bondgenooten (Holland niet litgezonderd) geavoueerde wyze ter Generaliteit lompareeren? Of het aan een der Bondgenooten taat de zoodaanigen, daaruit te weeren zonder cobire inbreuk op de Unie? Of het niet zoude zyn ien misbruik van het recht van Territoir, en involveren eene violatie van het recht van de Vergajlering der Bondgenooten, om aan de Gedeputeerden van een derzelve het Territoir te interdiceeen, en zulks om geen andere reden, dan om dat de oeerderheid der Bondgenooten van een ander begrip is dan de Provincie Holland omtrent de admisfie ter Vergadering van die genen, welke in allen gevalle volgens de letter der Advyfen, by welke leene provifioneele admisfie geconcludeerd was, nooit a,aaf maar alleen onder eene conditie, die nu defïcieert, aldaar geadmitteerd zyn? Ja of Hun Hoog Mogenden niet met reden die daad zouden moeten conSdereeren als zob geweiddaadig , dat HoogstdezelI 4 ven  f 3*ê Verzameling van Stukken betrekkelyk tot ven genoodzaakt zouden worden pm te zien raar een: plaats, alwaar veiliger en zonder vreeze Voor foort«t gelyke violentien kan worden vergaderd?" ■ ,, Dat Hun Hoog Mogenden niet dan met aandoe-s ning en fchrik konnende denken aan eene diergely^ ke gebeurtenis en de gevolgen van dien, ook Uefst-S dat denkbeeld van zich ver wy deren, en in het ver-i trouwen dat genoeg gezegd hebben tot betoog datai de Heeren Staaten van Holland gansch ten onrech^j te aan Hun Hoog Mogenden ofde opgenoemde Pro«c vinden een oogmerk of fysthéma van onderdrukt king en geweld toefchryven, en tot bewys vanheif onbeftaanbaare van het Declaratoir op die veron* derllelling berustende, Hooggemelde Heeren Staa-i ten met allen ernst en wëlmeenendheid willen veM zqgt hebben, om van gemelde Declaratoir af te zietE eri het zelve in te trekken, op dat 'er geen traces o< verblyven van eene flap en handelwyze, welke waarlyk onder Bondgenooten niet diende genoemd te worden; maar veel liever1 te willen medewerkeE tot wegneeming van de fouree, welke ook deze discusfien heeft doen ontftaan, de gefchillen na op gedelibereerd zynde, hebben de Heeren Gedeputeerden van de Provinciën van Gelderland, Zee-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 13& ►eeland, Overysfel en Stad en Lande, het voorthreeven gerapporteerde copielyk overgenoomen, m in de haaren breeder gecommuniceerd te wor- [De Heeren Gedeputeerden van de Provinciën van xrollaod en West-Friesland hebben geinhsreerd iet Declaratoir door hun den 23ften July laatsteeën «edaan, en dien onvermindert het voorichreejen gerapporteerde copielyk overgenoomen, om 1 den haaren breeder gecommuniceerd te wor- l£De Heeren Gedeputeerden van de Provinciën van Ötrecht en van Friesland, hebben insgelyks het oorfchreeven gerapporteerde copie yk overgenopaen, onder inhsefle van hunne Refolutien dienaangaande ingebracht. Accordeerd met voorfchreeven Register. tfo. 26^9. Publicatie van de Heeren Gedeputeerden der Staats-Leden te Utrecht vergaderd, waar by word verboden, dat geene Goederen, het zy roerende ofonroerende, welke aan eenige Staats-Leden te Amersfoort vergaderende, of aan eenige geremoveerde Raaden die de Vergadering van Amersfoort voor wettig erkennen, werden veraliëneerd of getransporteerd. In dato den 10 Augustus 1787. De Gedeputeerden van de Staaten 's Lands van Utrecht, doen te weeten. Alzoo ter onzer kennisfe is gekomen, dat men heeft getracht eenige Goederen binnen de Provincieen Stad Utrecht gelegen, en aan een der gereimoveerde Raaden van gemelde Stad toebehoorende, te veraliëneeren en te transporteeren, en zulks niet tegenftaande de bedoelde Raad behoort onder : dezulken, welke tegen Stads Protest de Vergadennigen te Amerfoort wordende gehouden, als wettig heeft erkend, en fchynt in te Remmen in alzulke ge-  140 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot geweldige maatregelen tegens de goede Burgeren' en Ingezetenen van de Steden en platten Lande de«i zer Provincie, waar door dit Gewest merkelyk be-( nadeeld, en byna onherftelbaar geruineerd wordtjt maatregelen, voor welker gevolgen alle de indivy dueele Leden der onwettige Vergadering teAmers.s foort, en der geremoveerde Raaden, welke dezefci ve als wettig erkennende mar heü coöpereerenj zich in hunne Perfoonen en Goederen ten hoogfteit verantwcordelyk maaken; hebben wy ingevolge van de authorifatie ter oefchryvinge op ons verleend^ en dien conform ter voorkoming dat geene Goedet ren, hetzy roerende ofte onroerende, ofte Eigent dommen van wat aart ook, welke toebehooren aatj eenige Staats-Leden te Amersfoort vergaderendeB ofte aan eenige door de Burgery der Stad Utrechci feremoveerde Raaden, welke zich buiten dezelve tad ofte Vryheid van dien bevinden, en de Ver« gadering tot Amersfoort voor wettig erkennen^ werden veraliëneerd ofte getransporteerd, goedge^ vonden te ftatueeren, gelyk wy doen by dezen. Dat geene Donatien, Cesfien, Bezwaaringen of) Transporten van Goederen en Effedten, welke aam de individueele Staats-Leden te Amersfoort vergas derende, ofte aan een of andere van de door dei Burgery geremoveerde Raaden, die zich echter als Raaden befchouwen, en de Stad Utrecht en der-' zeiver Vryheid zyn ontwecken, en daar door meer ofte min met de verrichtingen der Staats-Leden te( Amersfoort ccöpereerèn, toebehooren, door gee. ne Gerechten, Schouten of Schepenen zullen rrtói gen worden gepösfeerd, veelmin zoodaanige Transporten, geregistreerd, maar dat alle zulke Acfcens,, Transporten', Cesfien, Donatien en Hypothecati-. en, zullen zyn nul en van geener waarde, zondert eenig effeft te mogen forteeren of reguard daar api geilagen te mogen worden. ■ En ten einde aan deze onze intentie des te beter1 zoude mogen worden voldaan, gelasten wy dem tteer Ontfanger van den aoften en 4often Penning:,, de- •  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 141 ezelve niet aan te neemen yan zoodaarjige Goede» 'm, welkè andcrszints by Transport öf Overmaa» iing aan de betaaling derzelve volgens de Ordonlintie fubjedt zynde, aan een of ander der boven» thielde Perfoonen toebehooren. [Ge'yk wy ook wel fcherpelyk interdiceereh aan :1e Notarisfen, eenige Aflens van Donatien, Ces;n, Transporten ofte Bezwaaringen, te Rellen ofi! te pasfeeren, waar door eenige roerende of onperende Goederen ofte Eigendommen, van wat in ook, dié aan de méergènoemde Staats-Leden fte geremoveerde Raaden, tot welken wy ons by bzen hebben bepaald, toebehooren, worden verïiëneerd, getransporteerd ofte bezwaard, alle zule Aflens, Cesfien , Transporten &c. houdende oor ümulaat, gefingeerd en frauduleus; zullende pgens zoodaanige Notarisfen, die contrarie deze bzè voorzieninge, welke wy ten nutte der Pro» inde volftrekt noodzaaklyk hebben geoirdeeld[9 nogten handelen, als tegens dezulke, welke eeniI fimulaate, gefingeerde en frauduleufe Cesfien of transporten &c. hebben gepasfeerd, naar exigenie van zaaken worden geprocedeerd. En op dat niemand hier van eenige ignorantie preendeere, zal deze worden gepubliceerd en geaffl»eerd naar behooren. Gedaan te Utrecht, den 10 Augustus 1787. (was geparapheerd) G. M. Takts van Amerongen, vt. (Onder Jlond) Ter Ordonnantie van welgemelde Heem ren Gedeputeerden. (was set.') Abf. Secret. H. H. Wesseling, v Getwooren Klerk. \ ' Hebbende op het Spatium gedrukt het Cachet van welgemelde Heeren Gedeputeerden, m eenea rooden Ouwel met een papieren Ruite overdekt.  142 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot N0. 2640. Refolutie van de Heeren Staaten 'sLandii van Utrecht, betrekkelyk de acceptatie van Hooge t Mediateuren tot het vereffenen der gefchillen in 'de 9 Republyk plaats vindende. In dato den 13 Augus. . tus 1787. By refumtie gedelibereerd zynde, op de propo-1 fitie door de Gedeputeerden van de Provincie van: ] Holland en West-Friesland, uit naam en op ex- • presfe last van de Heeren Staaten hunne Principaa- ■ len, op den 7den July dezes jaars, ter Vergaderin-: ge van Hun Hoog Mogenden gedaan , tot het in- ■ roepen der Mediatïe van zyne Allerchristelykfté 2 Majefteit den Koning van Frankryk ter bylegging; van de verfchillen en oneenigheden binnen dezé: Requbliek; als mede op de Memorie, door den 3 Heer de Verac, Ambasfadeur van Hoogstgedachté ij zyne Majefteit, den iSden July daar aan volgende) 3 aan Hun Hoog Mogenden overgegeeven; inhouden- ■ de eene verklaaring van 's Konings genegentheid 1 om aan den hier voorengemelden voorflag van de 3: Heeren Staaten van Holland te beantwoorden, en! Hoogstdeszelfs goede officien wel te willen aan-, wenden tot herftel der ruste in de Republiek, en 1 van eene goede harmonie tusfchen alle deszelfs by- . zondere Leden. Als mede geëxamineerd zynde, de Refolutien 1 van de Provinciën van Overysfel en van Friesland 1 den i8den en 2iften July genoomen, en den 3den 1 Augustus daar aan volgende ter Vergaderinge vaö : Hun Hoog Mogenden geopend: gelyk ook de Re- • folutie van de Provincie van Zeeland van den 3often July, op den iften Augustus ter Generaliteit inge- i bracht: alle relatief tot de hier bovengemelde Propofitie van de Heeren Staaten van Holland, en zoo" net eene als het andere geinfereerd in de Notulen dezer Vergadering van den i3den en 25ften Julyeti van den 3den en öden Augustus laatstleeden. Is goedgevonden en verftaan, de Heeren Gecommitteerden ter Generaliteit aan te fchryven en te ge-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen, f43 Masten, ter Vergadering van Hun Hoog Mogenïen, naamens deze Provincie te declareeren. .Dat de HeerenStaaten van Utrecht, altoos gese'nscht en gehoopt hadden dat de verfchillen en uneenigheden binnen deze Republiek en Provincie Mitftaan, door den weg van vriendelyke fchikkmten hadden kunnen worden getermineerd en afgelaan en daar door die uiterften geprsvemeerd, paar toe dezelve nu, met bederf van het Land, [och buiten hunne fchuld, zyn gebracht gewor- C,° Dat Hun Ed. Mogenden tot dat einde, na dat de Jeeren derzelver Ordinaris Gedeputeerden zich 'enoodzaakt gevonden hadden, uit hoofde van de vederrechtelyke en violente demarches, op den naam van de Burgery der Stad Utrecht gepleegd , n waar door derzelver vrye deliberatien binnen iie Stad, op eene nooit te vooren gehoorde wyze 'eturbeerd wierden, de Sta3ten dezer Provincie te sefchryven alhier binnen Amersfoort, alwaar de-elve tot nog toe hunne Vergaderingen continuèe'en, aanftonds hun oog gevestigd hadden op de jeste en met de ConRitutie van deze Republyk neest overeenkomftige middelen tot acceleratie van Èfene voor de Provincie en Stad zoo noodzaakelyka tn wenschbaare afkomst van zaaken, en daar toe in iet verbond der Unie zelve gewezen wordende m nunne fylede-Bondgenooten , ook niet geaarleld Rebben , alle dezelve in te roepen en derzelver •usfchenkomst en mediatie te verzoeken: en na dat Éïoogstdezelven die aangeboden of toegezegd hadien, by iterative inftantien en aanzoeken, zoo by circulaire Misfive aan alle de Bondgenooten, als ter Vergadering van Hun Hoog Mogenden, op eene onverwylde praftatie dier beloofde en aangenoomeue Bondgenootfchappelykeofficien, met alle kracht van redenen aan te dringen, ten einde daar door getenteerd mogte worden , de rust en goede order binnen deze Provincie op eene conftnutioneele wyze te herftellen ". Dat  i44 VerzameUng van Stukken betrekkelyk tot „ Dat Hun Ed. Mogenden hier. door getoond heb» . t3en» ten vollen te convenieeren van de gronden M by de Refolutien van de Heeren Staaten yan Zee- • land en van Friesland gelegd, toe het prasfereeren van i inwendige en niet de Cpöftitude dezer Republyk; : meer overeenkomftige middelen, hpedaanigè ook :| het 16 Art. van het verböud der Unie aan de hand , geeven, boven die van eene Buirerjlandfchë media. . ne, en ook als nog niet defespereeren zouden aan i eene gbede afkomst van Zaaken langs diëh weg, byT ■ aldien allé de Bondgenooten bezielt waren , met : denzelfden yver en welwillendheid, om 's Lands i Hoogheid, en die vafl elke Provincie te helpen be- . waaren , het wettig gezag der Regeering aloromé ; waar het zelve geichonden is te helpen herftellen j i een ieder by zyne wettige Rechten en Voorrech- ■ ten te helpen hahdhaaven en befchermen, en de : adminiftratie eenër bnzydige Juftitie, dat grooté i Elechtanker van dè Burgerlyke Vryheid en Veilig- ■ eid, te helpen voorfiaan en bevorderen". ,, Dan dat daar de handelwyze , door de Provincie: van Holland en West-Friesland, federt eenen ge- '. ruimen tyd, ten aanzien van fomfnige hunner Me-de-Bohdgenootén, tn in 't byzonder met opzichtt tot deze Provincie gehouden, ten dui.delykfteni manifesteerd, een oogmerk en voorneemen, om: s Lands ware Conilitutië, zoo als dezelve ten kos«ten van het goed en bloed der Voorouders verkree- ■ gen en gevestigd is, te renverfeeren en ömme te'; keeren, en op deszelfs puinhoopen voor hunne Pro-vincië eene fupremacie of oppergezag over hunne: SouvereineMede-Bondgenooten op te richten; daan het aan Hun Ed. Groot Mogenden ofte aan eene: praedomineerende meerderheid in derzelver Verga-deringe heeft ktnnen gelusten, met ter zydeftel-ling van alle Bondgenootfchappelyke verplichtin-gen, van den beginne af dezer ongelukkige troe-bles en oneenigheden, ja ook zelfs op denzelfderii tyd, wanneer dezelve hunne mediatie aanboden,, het revolteerend gedeelte der Ingezetenen dezen!; Pre-:  de Geieurtemsjen in 1787 ent. voorgevallen. 14S Provincie tegen hunne wettige Overheid, met alteen toen reeds by te daan en te adfifteeren, imaers toe te laaten, dat dezelve uit hunne Provincie pygedaan en geadfifteerd wierden, maar ook verbolgens opentlyk derzelver party te kiezen, en de, Hun Ed, Mogenden confenteeren in de by de Provincie van Holland geproponeerde Mediale van zyne Allerchristelykffe M.«jefh-it Jen Kormg van Frankryk, zoo nogthands, dat gemerkt de Koning van Piuisfen aanftonds na deszelfs komft.? op den Throon, door een buitengewoon Gezant aan Hun Hoog Mogenden heeft laaten betm'rec het dtel, het welk Hoogstgedachte zyne Majefteit nam in de onlusten, die in deze Republyk pl.-a's hadden, en op eene Vriendnabuurlyke wvze, Hoogstdeszel^s goede officien ter vereffenr.er vsr oezelve heeft laaten aanbieden; enookde Koning van Er geland meermaals aan Hun Hoog Mogende^ en nu onlangs aan de Hoven var Verfailles c berün heeft laaten declareeren, geenszints belangloos oairomtrent te verfeeren; flun Ed, Mo. g?n^en teffens van gedachten zyn, dat mede ten fr-oedij-fren de Mediatie van zyne Pruisfifche en Groor-Britrannifche Maji'fteir.en , mk en nevens die van dn Als omtrent welke pöincten de, Heeren Staaten [dezer Provincie zich nimmermeer in eenige oüder» [handelinge zullen of kunnen inlaaten , maar alle Biunne vermogens zullen blyven aanwenden, , öm deze grove Attehtaaten op de Hoogheid der Pró» kincie geheeld en gebeterd te krygen, en ingevoltge derzelver meermaals gedeclareerde daar toe hul» :pe en adfiilentie te zullen zoeken, waar zy die ook i Vinden kunnen. Accordeert met v'oorfchrèeüeh Rifolütiitu  I 148 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot N°. 2641. Publicatie van de Heeren Gedeputeerden der 1 Staats-Leden te Utrecht vergaderd, betrekkelyk de ' uitvoer van Eetwaaren en Drank naar Zeist enz, 1 In dato den 17 Augustus 1787. De Gedeputeerden van de Staaten 's Lands van 1 U.recht: alzoo ter onzer kennisfe gekomen is, dat ; baatzuchtige Perfoonen zich niet ontzien, om langs ai'erley wegen en middelen de heilzaame bedoeling van onze Publicatie van den4den July laatstleeden, 1 houdende Verbod van Uitvoer van Eetwaaren en 1 Draijken naar Zeist &c. te verydelen, en alzulks 1 practifeeren, om onder andere benaamingen de Ar- > tikelen by voorfchreeven Publicatie vermeld, of ' wel dezelven vermengd of verborgen onder de zoo- 1 daacigen , welke daar by niet zyn verboden, ter kwaader trouwe aan de Vyanden toe te voeren; al- ■ les ftrekkende tot merkelyk nadeel van de goede In- en Opgezetenen dezer Provincie, en ftyving ; van derzelver Vyanden. Doen te weeten, dat wy by Ampliatie van meer- • gemelde onze Publicatie van den 4den July dezes 1 jaars, welke wy houden voor alhier herhaald, mits 1 dezen nader allen en een iegelyk interdiceeren, ee- • nigerhande Turf, Steen- en andere Kolen, Yzer,, gemaakt en ongemaakt, Traan, alle foorten van O- • lyen, Kaarsfen, Zout, Zeep, Azyn,allerley Spece- ■ ryen en drooge Waaren, mitsgaders Koffv, Cicers, , Thee, Suiker, Syroop, Rook-en Snuiftabak, Ta- ■ bak'-Pypen, drooge en Zoutevis, Blauwfel, Styf- • fel, Raap- en Hennip-Koeken, Paarden-, Duiven-,, witte en andere drooge en ver?fe Veldvruchten, te; brengen of te voeren naar Zeist, Amersfoort, of E naar eenige andere plaarfen in het Over-Kwartier in i Eemland gelegen; gelyk wy almede verbieden uit! voornoemde plaatfen allen Uitvoer van Run, ge-, zaagd en on gezaagd Hout, Kalk, Tabaksbladen,, Carotten, Rook- en Snuif-Tabak ; alles op de poe-. ne en boete by meer bovengemelde onze Publica-iie van den 4den July laatstleeden bepaald. Er,  de Gebeurtenis/en in 1787 enx. voorgevallen. 145 I En op dat niemand hier van eenige ignorantie prelendeere, zal deze worden gepubliceerd en geaffieeerd naar behooren. 1 Gedaan te Utrecht, den 17 Augustus 1787. (was geparapheerd) B. Graave van Boetzelaer, vt. (Onder Rond) Ter Ordonnnntie van welgemelde Heeren Gedep' aden. (was get.) Abf. Secr. H. A. Wesseling, Uezwooren Klerk. Hebbende op het Spatium gedrukt het Cachet yan welgemelde Heeren Gedeputeerden in eeu rooien Ouwel, met een papieren Ruite overdekt. [tfo. 2642. ExtraSt uit de Refolutien .van Burgemeesteren en Regeerders der Stad Wyk by Duurftede, betrekkelyk de Staats-Vergaderinz te Utrecht; en verders dat 'er geen Donatien, Cesfien, Bezwaaringe of Transporten van Goederen worden gedaan, die aan zoodaanige Perfoonen, die ah onwettige Raaden van genoemde Stad hebben gefungeerd, toebehooren fjfc. In dato den 20 Augustus 1787. Ter Vergaderinge voorgebracht en in ferieufe mverweeginge genoomen zynde, dat eenige on. irustige Perfoonen binnen Utrecht, onder voorzititinge van den Heere G. M. Taets van Amerojï|gen, Heere van Renswoude, Kanonik in den Kapitttelen ten Dom, Geëligeerde Raad ter Vergaderintge van de Ed. Mogende Heeren Staaten 's Lands kan Utrecht, vergaderende nietalleeuop een hoogst iftrafbaare wyze, de naam van de Ed. Mogende Heeren Staaten dezer Provincie, en die van HoogstK 3 der-  j ƒ© Verzameling van Stukken betrekkelyk tot derzelver Ordinaris Gedeputeerden zich arrogeeren, J maar ook dezelve in zoo verre, op eene even hoogst | ftrafbaare wyze misbruiken, dat men yan tyd tot t tyd onder paraphure van gemelde Heer van Rens- . Woüde de fignatuure van een Hunner Ed. Mogen- ■ den Clercquen, quaji by abfentie van den Heet e 5 Secretaris van §taat, en het Zégel van de Provin. • cie al mede op eene niet min lïraffchuidige wyze } valfchelyk doen na maaken: allerlei foort van zoo- • genaamde Publicatien, Ordonnantiën &c. pretenfe- . lyk op naam van deStaaieh dezer Piovincie te voor- • fchyn ziet komen, eu in fommige ftreeken dezer r Provincie opentlyk afgekondigd en aangeplakt vindt;; f—dat men al verder de naam der Heeren Staaten , en l die van de Heeren Hoogstderzelver Qrdinaris Ge* • deputeerden misbruikende, zich durft veroirloo-■ ven , 's Land? Comptoiren binden Utrecht, gewei- • daadig te berooven van de voor handen zynde Pen-. ningen, na dat men daar toe alvoorens zekere Re- > folucien oiquafi Ordonnantiën, op naam der Hee-• ren Staaten of Hoogstderzelver Ordinaris Gedepu- ■ teerden, in de wereld brengt. En dat men, om alles met een woord te zeggen, , het geweld , overheerfchinge en onderdrukkinge i binnen het wel eer bloeij' nde, doch nu jammerlyk : geteiflerd Utrecht, zoodaanig ten top voert, dat Buizende menfchen, óver alle deze hemeltergende or gerechtigheden, om uitkomst en reddinge zuchten ; heeft de Vroedfchap na rype deliberatie eenpaarig goedgevonden, de Heeren dezer Stads Gecomrmrteerden ter befchryvinge fpeciaal te gelasten, om oa alle rrioaglyke wyze te coöpereeren in a'le zoqdaanige maatregelen, als de HeerenStaaten zullen hoo^ig óirdeelen te moeten neemen, tot iVrfte) der'rust binnen deze Provincie, en voornïnj"nrlyk rot dezulke, als zu'len kunnen dienen, , o n de S ad Utrecht, en zoo'veele van derzelver traave Ingezetenen, als zich binnen dezelve onder htc juk van overheerfchende Geweldenaars bevinden i ten fpoedigften te redden en te verlosfen» Heb-  de Gtieurtenisfen in 1787 ent, voorgevallen* IJl Hebbende de Vroedfchap wyders goedgevonden, *by provifie en toe dat by de Heerer Staaten in cleÉzen anders zal zyn gedisponeerd, büntn ^erzelve iStad de noodige voorzienige te doen, ten einde [geene Donacen, Ceslkn, B-zwiarins^ of i>ans [porten van Goederen of Eff. cbm gefchieden , als Coebehoor^n, aan zoodaa riigè Perfoonen, die als onwettige Raaden dezer Stad hebben gefungeerd of tot derzelver verderffelyke desfeinenmedegewerkt: zynde al verder de Vroedfchap van gedachten, dar, om zoo veel mooglyk te prajvenieeren de totaale ruine, welke de Provincie dreigt, en om iu tyden iwylen( wanneer de Juftide eens eene onzydigeloop zal hebben) te recupert*eren alie die conüderabele tfchaade, den Lande alzoo by continuatie toegebracht wordende, het meer dan tyd en ten üjtertften uoodzaakdyk is, dat door Hun Ed. Mogenden Ide Heeren Staaten dezer Provincie ex plenixu.me ■foiejtaiis, in verzekeringe ec befi:g genoomen worHen , alle zoodaanige Goederen en Effeften alscompeteerende zyn aan alle zoodaanige Perfoonen, als iden naam en quaüteit der Heeren Staaten, en van Ide Heeren derzelver Ordinaris Gedeputeerden mis:bruikende, durven beftaan op Hoogstderzelver :caam, Vergaderingen binnen Utrecht te frequenteeren; immers en ten roinften, dat de noodige voor'ziemnge ten allerfpoedigfte gedaan worde, datgeeme Donatien, Cesfien, Bez-^aaringe of Alienatien van derzelver Goederen of ErTetten het zy onderden leevende, of ter zaake des doods gedaan worden ; ien dat geconfidereerd fommige der hier voorgemeN ;de Perfoonen, goederen en bezittingen , gelegen zyn in de Provincie van Gelderland, de Heeren Staaten 1 van Gelderland, van wegens de Heeren Staaten dezer IProvincie, by Misfive mogen worden verzogt, de goedheid te willen hebben om te effeflueeren, dat 'van die Goederen, in Hoogstderzelver Provincie ;gelegen, insgelyks geene Donatien, Cesfien, Be-, i zwaaringen of Alienatien gefchieden. En dit alles onvermindert zoodaanige actie tot K, 4 cos- Ê  1*2 Ptntmeling van Stukken betrekkelyk tot eorporeele ftraffe, als in tyd en wylen bevonden zs; worden tegens dezelve Perfoonen na rechten t« moeten worden geinftitueerd. — Zynde eindelyl de Heeren dezer Stads Gecommitteerden ter be« ichryvinge gelast en geauthorifeerd, om namens dè Vroedlchap, het geene voorfchreeven ter Vergade< ringe der Heeren Staaten voor te draagen, en opi alle gepaste wyzen zien te effectueeren, dat aandee Vroedfchaps intentie in dezen, tot welzyn van den ■Lande, Staatswyze , hoe eer zoo beter voldaam worde. Accordeerd met de voorfchreeven Refolutienn In kennisfe van my, (was gef.) Joan Teschemaker. K°. 2643. Publicatie van de Hoeren Staaten 's Lands) van Utrecht, wvar by aan alle Op. en Ingezetenem van die Provincie, welke eenige fchaaaens en na., doelen zoo wel aan de Provincie in het algemeen^ als aan individuede Leden der zelve, hebben ver oir-> zaakty eeuige hunner goederen waar ook gelegen) binnen de Ptovvicie, wordt verboden te verkoopen-, bezwaaren oj transporteeren (fc. In dato den 241 A igus us 1787. De Staaten van den Lande van Utrecht, doen te weeten: Nadien het onwettig gezag, het welk door eeni. , ge Perloonen, zich aanmaatigende den naam van Staaten, of wel Gedeputeerden 's Lands van Utrecht, word uitgeoeffend, nog blyft voortduuren, en dagelyks de daaden van onrecht en geweld vers. menigvuldigen, waar door de goede Ingezetenen in veelerlei opzichten benadeeld, en aan dezelven fchaade en hinder, zoo in hunne Perfoonen als Goederen word toegebracht, gelyk ook de Provi.icie in het gemeen hier door word bedorven en geruineerd; en aizoo het mee dan ten hoogftea billyk is, dat ufur- pa-  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 153 . ipateurs van zoodaanig eene onwettige macht, mits. igaders de oirzaaken en uitvoerders daar van tot reiftitutie der fchaadens en nadeelen zoo wel aan de Provincie in het algemeen, als aan de individueele .Leden derzelve verbonden zyn en blyven, zoo als iwy dan ook reeds voor lange aan de goede Ingezetenen belofte van fchaadeloosftellinge hebben gedaan, met declaratoir, dat het nadeel hetwelk de 'Provincie zoo door deze fchaadeloosftellinge als aniders zoude bekomen, wederom uit de goederen van alzulke Perfoonen, welke gehouden moeten worden voor de oirzaaken of uitvoerders van zoodaanige onrechtmaatige en illcgaale beveelen of geweld, iwaar uit deze fchaade haaren oirfprong nam, zoude fworden goedgedaan, en alzoo ons te vooren is ge. komen, dat dusdaanige Perfoonen fomtyds bemerkende, in het volvoeren van hunne geweldaadige Jdesfeinen te kort te zullen fchieten, zouden willen Hdeze alleszins billyke pourfuite ontduiken , door zich van hunne vastigheden en verdere goederen ke ontdoen en die aan andere Perfoonen te ver» fkoopen of te veralieneeren, hebben wy, ten einde deze fchaade voor de Provincie te verhinderen, (goedgevonden te verbieden, zoo als wy doen fmits dezen, aan alle Op- en Ingezetenen dezer fprovincie, welke zich aan het gunt voorfchreeven is, mogten hebben fchuldig gemaakt, en daar door sin tyd en wyle fubjeft geworden aan deze zoo billy* «ke als rechtmaatige actie van reftitutie en dedomifmagement, eenige hunner goederen, waar ook ge flegen, of zich bevindende binnen deze Provincie, We verkoopen, bezwaaren of transporteeren, in wei. ke maniere zulks ook zoude mogen gefchieden, op Ipcene van nullité, en dat het daar voor in Rechten zal worden gehouden, even als waren dre goederen nog daadelyk en onbezwaard in de boedels van iialle zoodaanige fchuldige Perfoonen, en zonder dat eenige reftitutie van Penningen aan de Koopers of iGeldfchieters of wie, in maniere hoe genaamd, daar ivoor eenige betaalinge, of uitloovinge, of ruilinge 1 K 3 mogt  J54 Vertmeling van Stukktn Utrekkelyk tot »ogt hebben gedaan, zal gefchieden; waarfchou>< wende dus allen en een iegdyk om zich hier voor i te wachten, en aldus deze fchaade voor te komen;; interdiceerende wy mede alle Gerechten, Schouten,, Schepenen, Secretarisfen, en generaal alle andereï Perfoonen, om over eenige transporten, refigna-tien, donatien, hypothecatien, of andere verricht tingen of alienatien te ftaan, die te pasfeeren, of F dezelve te regiftreeren, op poene van nullité, eni zoodaanige boete ten behoeven van den Lande als i geoirdeeld zal worden na maate van de contraventie; dezer te behooren: interdiceerende wy mede alle: Secretarisfen en Notarisfen, eenige aflens, waarr door de goederen, roerende of onroerende, zoo., daanige Perfoonen in het geheel of ten deele toe- ■ behoorende, in maniete als boven zouden mogen! worden bezwaard, veralieneerd of verhandeld ; te i pasfeeren of concipieeren, of in eenigerhande ma-. nieren daar in behulpzaam te zyn, alles op posne en i boeten als vooren. En op dat niemand hier van onweetenheid voor- i wende, zal deze worden gedrukt, afgekondigd en i aangeplakt, naar behooren. Aldus gedaan te Amersfoort, den 22 Augustus 1 1787. (was geparapheerd) j. A. vam Westreenen, vt. (Onder Jlond) Ter Ordonnantie van myne voornoemde Heeren de Staaten, (was get.) H. A. Laan. Hebbende op 't Spatium gedrukt het Cachet van welgemelde Heeren Staaten in een rooden Ouwel, met een papiere ruite overdekt. No.  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. t$$ IJo, 2644. Misfive van de Staats-Leden te Utrecht vergaderd, aan den Heere Prinfe £>ƒ- ■■tadhouier, wair by kennis geeven, dat zyne Doorluchtige Hoogheid door hun als Kapitein - Genera U van de Provincie van Utrecht is gespendeerd, met inhouding van alle traclementen en emolumenten. Indo* to den <4 Augustus 1787. DOORLÜCHTIGSTE HOOGGEBOOREN VoRST1. 1 By onze Misfive vaa den 11 den der afg^Ioopea. naand July dezes jaars, betoogden wy in hei breeds, Snze rechtmaatige bevreemding wegens b. t intrekKen van een groot aantal gewapend K'fgsvolk, binhen deze Provincie, op Patenten door Uwe Hoogheid verleend; gelyk wy ook toenmaals HoigstJenkelven onder het oog brachten , de verfchillende 'edachten en foup^ons, welke zoo hier door, als wegens al het gene federt een geruimeo tyd was voorgevallen, wierden verairzaakt. Wy droegen iit een en ander voor, met die befcheidenheid, naar ook te gelyk met dien ernst en nadruk, weike wy meenden meest gefehikt te zyn, om het hart yan Uwe Hoogheid, het welk, daar het van eea gebooren Nederlander is, toch niet ten eenemaal gevoelloos kan wezen, te treffen, 'let was met die zelve inzichten, en om Uwe Hoogheid de fchoonfte gelegenheid te verfchaffen, om in éér>s alle opgevatte nadeelige vermoedens ten zycen ondichte , immers voor zoo veel deze Provincie i3ngaat, uit den weg te ruimen, dat wy by on*e (voornoemde Misfive, uitdrukkelyk requireerden, dat Uwe Hoogheid de vereischie Patenten zoude werleenen, ton einde alle de Militie, op last ea met voorkennis der Amersfoortfche Staats-Leden binnen deze Provincie gebracht, den Stichtfchen bodem zoude verlaaten, uiterlyk binnen den ryd van tien dagen, na ontfangst van onze voorzegde M sfive; met bygevoegd Declaratoir, dat wy by oatftentenisfe van dien, zoodaanige andere dispofi. tien  156* Verzameling van Stukken betrekkelyk tot tien zouden neemen, als wy tot voorkominge vanij verder misbruik van 's Lands Krygsmacht, zouden t oirdeelen te behooren. Billyk hadden wy mogen c verwachten, dat Uwe Hoogheid, onze welmeenen.ij de intentie penetreerende, aan deze onze requifitiet gereedelyk zoude hebben voldaan. Ja! Doorluchtig Vorst! wy hadden ons geflatteerd, dat onze zoo j ferieufe aanfchryving en de bygevoegde Copie vani onze Misfive aan de Staaten Generaal, zoo wel alss de geheele loop van zaaken in deze en andere Pro-, vincien, de meer en meer naderende ondergang van] het lieve Vaderland, de zoo zichtbaar toeneemendet! ■wederzin by het best gedeelte van die Natie, aann dewelke Uwe Hoogheid alles verfchuldigdis,en zoo: veele andere byzonlere omftandigheden, éénmaal; eenig nadenken by Uwe Hoogheid zouden hebbenij te weeg gebracht; eti het was uit dien hoofde, dat; wy den bepaalden tyd van tien dagen, hier boveni bedoeld, ftilzwygende nog wel eenige dagen hebi ben willen prolongeeren; maar tot onze verbaazing, j is dit een en ander, van eene tegenfteldeuitwerking! geweest. De Troepes zyn niet alleen binnen dei Provincie gebleeven, maar zelfs vermeerderd eni al meer en meer byeen getrokken. Men heeft met; den toevoer en met de vervaardiging van allerharwi de Oorlogstuig blyven cootinueeren; zoo als ons, behalven uit andere informatien, inzonderheid ookl uit het onlangs gebeurde, in eene der Kerken bin.j nen Amersfoort ten klaarften is gebleeken. En,:j' door de overweeging en vergelyking van dit alles%; met het gene ons van tyd tot tyd nog voorkomt^ worden wy maar al te veel genoodzaakt, te vermoew den, dat Uwe Hoogheid vastelyk beflooten hebbende, by zyne eens aangenoomene principes eni maatregelen te volharden; al zouden dezelve dam ook den val des Vaderlands, ja! den ondergang vanr zyn eigen Huis, ten gevolge hebben, zich heeft ij voorgefteld, liever te blyven famenfpannen met eenige van hiergeweeken Staats-Leden, welke, voor- j heen, hunne eigen grootheid gezogt hebbende! doórji  ie Gebeurtenis/en in 1787 #»*. voorgtvalltn. 157 »or middel van het Volk, door hen zelve aangeigt, ten kone van de vernedering van UweHoogkfd en deszelfs Huis, doch hunne laage bedoelin>n door de waakzaamheid en rechtvaardigheid van it zelve Volk mislukt ziende, nu Uwe Hoogheid Uien gebruiken, ter bereiking van die zelve nadee?e oogmerken, dan te beantwoorden aan de ialuire inzichten van ons, alhier in de gewoone Keü. untieplaats wettig vergaderd, die niets anders bitteren, dan het wezenlyk heil van Land en VolK, ( de 'duurzaame bevestiging van Uwe Hoogheid en ■szelfs illufter Geflacht in zyne hooge waardigne[Dj — overeenkomftig de Conftitutie en Voorenten van een vrygevochten Gemeenebest, en iet welker principes al wat in Nederland vry en »rlyk durft denken en fpreeken, volkomen inftemt. /v hebben dan ook geoirdeeld niet langer te moim ftilzitten, nog eenige verdere vergeefghe noomeen ten dezen by Uwe Doorluchtige Hoogheid r moeten aanwenden; wy meenen integendeel, aan H Vaderland, aan 's Lands goede In- en Opgezemen, aan onze waardigheid en gezag, door Uwe ,oogheid zoo openlyk verfmaad, verfchuldigd te /n, de promptfte voorziening te doen, ter beveiging der Burgeren en Ingezetenen dezer Provin1, ter afwending van verder geweld, en tot mainen' van onze wettige authoriteit. En het is om dit les, dat wy hebben goedgevonden Uwe Hoogheid ■ fuspendeiren in deszelfs qualiteit, als Kapitein-Ge'•raai van deze Provincie, met inhouding van alle trac 'menten en emolumenten, daar aan verknocht, tot zoo 02e, dat Uwe Hoogheid zal kunnen goedvinden nle beveelen te refpeöeeren en aan onze intentie » voldoen. Wy hebben niet willen afzyn, Uwe loogheid hier van te informeeren, gelyk wy doen iv dezen, in verwachting, dat Hoogstdezelvè zich an nu af aan, en tot onze nadere dispofitie, zal inthouden van de uitoeffening van eenig gezag, beloorende tot de voorfchreevene waardigheid van kapitein - Generaal dezer Provincie, op dat wy niet ri„irf» n. r;pneraai aezer rrovmue, wp " J «'v*  ij8 Verzameling van Stuiken betrekkelyk tot ten laafden worden genoodzaakt, tot zoodaanSgl andere maatregelen, welke de icheuring noodwen* dig des te ongeneeslyker zoude maaken; — ten wyl ons aan de andere z-yde niers aangenaamer zotit de zyn, dan dat het vertrouwen tot en op Uwp Hoogheid rriogte herleeven , en wy gelegenheid ontfangen ■ om met daaden te töonen , hoe Zeer wy Vcenfchen te zyn; Doórluchtigfie Hóoggebooren Verst È Uwer Ooorl. Hoogheids góedd Vrienden, De Staaten van den Lande van Utrecht, (was geparapheera") G. M. Taets van Amerongen, vt (Onder Jtond) Ter Ordonnantie van dezelven,] (was ge*.) Abf. Secr. H. H. Wèsseling 3 Gezw. Klerk Gefchreeven te Utrecht, den 24 Augustus 1787; N°. 2645. Miijive en bygevoegde Patent van de Heei ren Staats.Leden te Utrecht vergaderd, aan der, , Collonel Commandant van het Regiment van der Heere Erf-Prins van Oranje enNaifau, met be*\ vel» om binnen 24 urnen na ontvangst dezes mei\ het Regiment buuen de Provincie te marcheeren 1 by poene, dat daadelyk het gtheele Regiment za&\ •worden gecasfeerd. In dato dén 24 Augustun I787. Edele, Èrentfeste, Vroo^e! Ingevolge en ter voldoeninge aan de Authörifatiè dei  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. vtorgtvdllen. \$$ lezen aangaande op ons ter befchryvtage verleend, doen wy Ü Ed. by dezen te weeten, dat de Heeien Staaten hebben gerefolveerd, zyne Hoogheid den Heere Prinfe van Oranje en Nasfau in zyne quakïteit als Kapitein-Generaal dezer Provincie te fuspendeeren , en dat offchoon Hun Ed. Mogenden in verwachting zyn, dat zyne Hoogheid, van nu f aan en tot nadere dispofitie, zich wel zal willen inthouden van de uitoeffening van eenig gezag, tehoorende tot de voorfchreevene waardigheid van Kapitein-Generaal, U Ed. des niettemin gelasten, iran Hoogstdenzelven in gemelde qualiteit geduulende de voorfz. fuspenfie, niet meer te erkennen, fefpecteeren en obedieeren, mitsgaders geene andere ordres te achtervolgen, dan die Hun Ed. Molenden zelve, of op Hoogstderzelver authorifatie «oor ons U Ed. zullen worden toegezonden. Wyders geeven wy U Ed. kennisfe, dat Hun Ed. vlogenden al mede goedgevonden hebben, voor het iegiment, door U Ed. geleid wordende, het hier jevensgaande Patent te depecheeren, ten einde U Sd. daar naar exadtelyk te gedraagen, of wel als nog jp ontfangst dezer (hetwelk Hoogstdezelven, uit pyzondere goedwilligheid wel willen ter Uwer keufee (lellen) ingevolge van Hunner Ed. Mogendens Plakaat van den I3den Juny dezes j^ars herwaarts pver te komen, om vervolgens geitand te doen den particulieren ééd, in diensc van de Heeren Staaten 's Lands van Utrecht alhier vergaderende, gedaan. Wy waarfchouwen en beveelen U Ed. teffens erntlelyk van aan de voorfchreevere Hunner Ed. Mo. gendens intentie met alle bereidwilligheid te voldoen, terwyl by fout van dien, Hoogstdezelven hebben gerefolveerd, U Ed. met het gsheele Regiment daadelyk te casfeeren, en te houden als nooit in Idienst dezer Landen te zyn geweest. Hier op ons verlaatende, blyfc Gods bevoolen. Ge-  i6o Verzameling van Stukken betrekkelyk m Gefchreeven te Utrecht, den 24 Augustus 1787,;: (was get.) Ad. Hend. Eyk, vt. Ter Ordonnantie van de Gedeputeerd den der Ed. Mogende Heeren Staa*t ten 's Lands van Utrecht. Abf. Secret. H. H. Wesseling,, Gezw. Klerk,, (De fuperfcriptie was:") Edele, Erentfeste, Vroomel Den commandeerenden Officier van het Regiment van den Collonel Willem Frederik Erf-Prinfe van Oranje en Nasfau, gecampeerd by Zeist. PATENT. De Staaten van den Lande van Utrecht lasten eni ordonneeren den commandeerenden Officier van hete Regiment van den Collonel Willem Frederik,, Erf-Prinfe van Oranje en Nasfau, gecampeerd by Zeist of elders, om binnen 24 uuren na ontfang de» • zer met zyn onderhebbende Regiment buiten deze : . Provincie te marcheeren. Denzelven wyders gelastende, dat hy onderwege 1 goede zorge zal hebben te draagen, dat den Huis- • lieden ten platten Lande geen fchaade noch overlast gefchiede. Gedaan te Utrecht onder het Klein Zegel vaai den Lande, den 24 Augustus 1787. G. M. Taets van Amerongen, vt., Ter Ordonnantie van myne voornoemde i Heeren die Staaten, (L. S.) Abf. Secret. H. H. Wesseling,, Gezw. Klerk., Ne.  Se Gebeurtenis/en in 1787 enz* voorgevallen. i&è *° 2645. Addres van de Burger-Geconftitueerden van Montfoort aan Heeren Burgemeesteren en Vroedfchap van die Stad, waar in onder anderen deremotie van eenige Regetiten vraagen. In dato dsn 27 Augustus 1787. De Geconftïtueerderj van de Burgers en Ingezeinen dezer Stad, hebben de eer U Ed. Achtb. r dezen met den verichuldigdeh eerbied te nadé« o. . . A • ;De toeftand van het Vaderland, van de Próvine, en van deze Stad, verplichten hen, in hunnq naliteit, dit uit te voeren, waar toe zy aangefteld vo. , . , x 1 . •• i ; : . ••••• ,Dea gantfchen toedracht der zaaken befchouwen? ,j, erinneren zy zich, hoé dé Burgery gintsch en i;rwaarts geflingerd wordende , niettegenftaande ile aangewende poogingen, tot héden toe, te ver;efsch in zoo verre gearbeid heeft, dat zy nog iet verkreeg, dat zy eischte niet alleen, maar daé eer is, het gene haar wettig toekom?. • , -.... Zy brengen zich te binnen, hóe zy, in den beinne der tróebles en wel in den Engelfchen Oorbegrypende het nut van eene gewapende Schut;ry, geyverd hebben, om dezelve op een goeden 1 vasten voet te brengen; waar tóe, met concur:ntie van Raad en Schuttery* één Concept-Regie» Jaent geformeerd is geworden. — Hen ligt nog ersch in 't geheugen dfe tegenftribbelingen, welke y ontmoet hebben, zoo by den.Heer Maarfchaik.* Is by den Hove Provinciaal en Hun Ed. Mogenden e Staaten 's Lands van Utrecht. Het is hen niet vergeëteri, hóe, tegen zin èh wij 'an Raad en Burgery, eene fchikking gemaakt is? usfchen Hun Ed. Mogenden en U Ed. Achtb,, waar oe U Ed. Achtb. nolens volens, móesten toeftemnen, fchoon het zelve als een vrywilbg aveu ge« tocfldereerd wierd. . . , , < ,.r Zy herdenken nog de fchandelyke dispofitie pf tondemnatie, by het Hóf genoomen, ia eene zqo- XXXIV. Deel. L ge-»  ió2 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot genaamde questie tusfchen den Collonel dezer StaJ en den Heer Maarfchalk, die zulks fustineerde i| zyn, doch ten onrechte; en dat des niettegenftaa| de, de conclufie by den Hove ten voordeele vn Jiera Heer Maarfchalk is genoomen geworden. Zy weeten nog zeer wel, dat als toen de Raadil die gemaakte fchikkingen genoodzaakt zynde moeten berusten, echter, hoe nadeelig ook deze zyds, in alles aan den kant van party riet is volda; geworden ; waar door dus die zelfde gemaakte fchi kingen geheel en al verdweenen zyn. Het ftaat hen nog klaar te vooren , hoe men, dien tyd, de Burgers en Ingezetenen alhier hee aangezet, ja by dezelven rondgeloöpen, ten eino de Burgery tot die gevoelens over te haaien; (ma; men zal voor als nog zwygen of zulks door Regei ten of Ministers, in den Raad fesfie hebbende, gs fchied is, al dan niet) waar door veroirzaakt iü dat men, tot dezen tyd toe, geen vaste Schuttet gehad heeft, ja zelfs, dat men geen vergaderici van Krygsraad heeft kunnen houden. Onder dit alles echter moest men ftilzitten; me was genoodzaakt, fchoon vrye Burgers zynde, i de willekeurige befchikkingen van de toenmaalig|! heerfchende Dwingelanden te moeten toeftemmec en als flaaven met gekluisterde handen de genoom Refolutien van die Ed. Mog. Heeren ftilzwygem daar te laaten, of daar op ja en amen te zeggen. De Utrechtfche Burgers, onze Vriendei], onz:i braave Mede-Broeders, zyn het geweest, die aa;i de heerschzucht van hun het eerfte hebben paal eil perk gefield; als toen heeft het zich eerst opentlyj getoond, wat de intentie van die fraaije Lands Va; deren, van die Ed. Mogende Heeren, geweest is., Zy moesten, om dat 'er aldaar rechtvaardig gei handeld wierd, zich uit die plaatfe begeeven, zj moesten hunne Vergaderingen beleggen daar teil plaatfe, daar alle flaaven waren: en geen wonder.! daar kon men de heerschzucht in zyn vollen luisteti doen uitblinken. Moord i  de Gebeurtenis/en ih 1787 enz. voorgevallen* 163 i Moord en vernieling zyn aldaar tot heden toe de loderwerpen hunner raadpleeging geweest. Hcc |raren de braaven der Lande , welke men toen fsoest zoeken te onderdrukken; de eerlyken, de laderen des Vaderlands! ü Ed. Achtb. hebben fch daar niet by gevoegd, niettegenstaande alle pogingen door die Dwingelanden daar toe by U d. Achtb. aangewend zyn: — en het is tot heden >e geweest, dat zy aldaar Refolutien hebben gebomen , om den vryen Burger te onderdrukken Ü te vernielen, en hunne macht grooter te maaken J Ioch in de uitvoering waar van zy door middelen, ie by de braave cordaate Vaderlanders , tot heden >e, zyn belet geworden. Eene wettige Staatsver-j adering, eindelyk te Utrecht gehouden, heeft U Ld. Achtb. in de gelegenheid gefteld, orn mede te Wen tot die zaaken, welke tot heil der Provincie p-ekken: daar was het tyd geworden, om de vyanfen onzes Vaderlands tegen te gaan; de Burgerjioorders met km hoofd in hunne verfoeijelyke oogherken paaien te Rellen, en alzoo deze Provincie Jan alle onheilen te verlosfen. 'i JNiets daar van heeft kunnen oaaten. Hardnekkig [l hunne handelingen perfevereerende, zyn zy okenbaare vyanden van den Burgerftaat, en als zoo! aanig geconlidereerd geworden. | Dit heeft insgelyks het braave Volk van Nederpnd begreepen: daar voor zyn zy zoo wel als Wir> |em den vyfden, opentlyk door de welmeenende ingezetenen dezer Republiek uitgeroepen, immer$ floor zulke, welke door eene geweldige Regeering jjiet gedwongen geweest zyn, ftil te zwygen, en [ïunne Remmen te fmooren; ja als zoodaanige worjien zy, word hy, door Souvereine Regeeringen* lm wel door die van deze Provincie, gehouden, fj Het komt Geconftitueerdens voor, dat, in zulke jtyden, waar in de Braaven als het flachtoffer hun6er vyanden worden blöotgefteld, een iegelyk, hy £y wie hy zy, die of in het geheim of opentlyk de Eparty dier vyanden is toegedaan, zelve als vyand r h 2 van  id4 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot van onzen Burgerftaat fnoet geconfidereerd worden ( daar voor alles, ja goed en leeven, verbeurd heefif! Is dit waar omtrent den minften Burger en Ingeze ten, wat toch moet men dan zeggen van die, wek1 ke in hoogheid over ons gefteld zyn, het zy Rer genten zelfs, het zy dezulken, welke als Minister; in die Vergaderingen adlifteeren , en zich aan dil misdaad hebben fchuldig gemaakt ? Wy Willen erkennen, dat men de ftraf van dil gaarne aan den Allerhoögften overlaaten, maar dd zulke echter aan onzen kant uit de Vergaderingei der Braaven, den ommegang der welrneenendeni| weeren moet; ten einde te beletten, zoo veel ] ons vermogen is, dat zy zich aan verdere misdaadei fchuldig maaken. En daar toe, Ed. Achtb. Heeren! moeten wy ot> thands bepaalen; wy moeten onderzoeken, of dd zulke ook onder ons zyn: zoo ja, moeten wy dil' weeren, wy moeten trachten onze Stad, ons VadeE land van zulke Aterlingen te ontdoen, en als da' kunnen wy veilig die verbeteringen maaken en hei pen maaken, die ten algemeen dienstbaar zyn kun Een. Dit alles, Ed. Achtb. Heeren! heeft ons genooó zaakt, ja in de onvermydelyke verplichting ge, bracht, UEd. Achtb. in naam van onze Principaa len, als Batadven aan te fpreeken; en te kennen t geeven, dat de tyd daar is, ook dien weg in t flaan, als by onze Utrechtfche Mede-Broeders reed is ingeflagen geworden. Wy denken omtrent Prins Willem den vyfden; mitsgaders de Amersfoortfche Dwingelanden he j zelfde, dat zy denken; wy infteeren opgelykemal niere, dat met hun gehandeld word, als de Utrech tenaaren zulks gedaan hebben: wy declareeren dm het zelfde Addres, het welk door dezelve in den Raad op Maandag den 6den Augustus is ingeleverd:! en refereeren ons tot die zelfde middelen, daar ii: vervat, met inftantie dat U Ed. Achtb. namens de I ze Stad, op den effecte daar van ter eerfte Staats1 ver  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 16$ irgadering zullen infteeren, en alzoo de Burgery r Stad Utrecht in hunne billyke verzoeken apyeeren. En op dit fundament is het, dat wy genoodzaakt □ al verder te gaan, en onbewimpeld te infteej, dat die middelen mogen in 't werk gefteld wora, om die Perfoonen, welke in U Ed. Achtb. irgadering fesfie hebben, en die door hunne onbaare fentimenten tegen het gunt voorfz. zich rzetten (ten einde ons door hun toedoen van verre rampen te bevryden) uit dezelve té removee1, en de ftraffen van hun kwaad aan het rechtirdig oirdeel van den Albeftierder over te laaten. vVy bedoelen Ed. Achtb. Heeren I den Vroedfchap n Dam en den Secretaris Havik. Het zyn die (rfoonèn, die zich niet alleen niet ontzien in 't ge. im de party van Oranje, de party van Prins Wilm den vyfden, de party dus van onzen vyand, iirect te bégunftigen, maar het zyn ook dezulke, ! opentlyk in de Vergadering of elders gedecla:rd hebben, hem Prins van Oranje te zyn toegein, dus onzen openbaaren vyand genegen te zyn, s zelve vyand van hun Vaderland te wezen; het de laatfte die gedeclareerd heeft, de Vergadering t Staats-Leden te Amersfoort alleen te erkennen' ( de wettige Staatenvergadering , en dé wettige ;rgadering van Staat binnen Utrecht als onwettig t te kryten; hy is het, die zulks aan de huizen r Burgers binnen deze Stad heeft durven doen, i is het die dus vriend dezer vyanden binnen Aïrsfoort zynde, en derhalyen ook vyand van ons Dezulken, Ed. Achtb. Heeren! kan geen Burger !ger in de Vergadering zyner wettige Reprefenjten dulden, zoo hy den Burgerftaat aan geen tbile ruïne wil zien blootgefteld. Het is hierom, dat Geconftitueerden fchuldplich; by U Ed. Achtb. daar op infteeren, dat de bet yaamfte middelen door U Ed. Achtb. mogen worL 3 4en  $0 Verzameling yan Stukken betrekkelyk tot den in het werk gefield", om die Perfoonen van huri oe posten te removeeren, dat ten dien einde doe* U Ed. Achtb. by Hun Ed. Mogenden mag wordej geurgeerd, om eene Commisfie uic Hun Ed. Md1 genden,' als Burgergraaven te benoemen, ten einèj met en benevens eene Commisfie uit U Ed. AchtlJ mitsgaders eene Commisfie uit de Burgery, geadlf fteerd met bekwaame Advifeurs, aan den kant vat U Ed. Achtb. te concurreeren en uit te pluizen hW Recht, aan Hun Ed. Mogenden als Burgergraavcvt toekomende, benevens het Recht, dat UEd. Achtij en dp Burgery als domeftiek befchouwd, comp| teert, ten einde, het domeflieke betreffende, ooi die ingeflopen abuizen te kunnen beteren, en ed Reglement in de wereld te brengen, waar door h| Recht van een ieder op een vasteu voet gebracj wordt. Daar toe al mede tot een fundament neemende d| doorkneede Misfive, welke door U Ed. Achtb. c den aan de Staats-Leden te Amecj foort is gezonden, en door middel van den Post vj den' Neder.Rhyn, het licht aanfehouwd heeft, oj als dan de posten dier Heeren door andere Perfoil nen Conftitutioneel te kunnen vervullen: en dat cl gelyke maniere mag worden geageerd met den Hel re Maarfchalk, vermits die post alleen een offioj Js, fpedleerende tot de Juftitie, en dienvolgens geen relatie heeft tot het Politieke, en geen Maa' fchalk in den Raad mag zitten, voor dat hy diti post een jaar lang is kwyt geweest, zoo als by i opgegeeven bezwaaren breeder gedetailleerd ij wyders verzoekende dat, na de ledïure dezes, bij vengenoemde Heeren, voor zoo verre zy prefea zyn , uit de Vergadering direcl mogen opftaam dat U Ed. Achtb. geduurende dien tyd, en zoo lal ge deze zaake litispendent is, gemelde drie Heerd zullen verzoeken, des noods interdiceeren, in eerj ge Vergadering te compareeren, om niet lang» door de gevaarlyke conduites dier Heeren gedupeerj  1 de Gebeurtenis/en In 1787 enz, voorgevallen. 157 j alzoo het flachtoffer onzer vyanden gemaakt te jrden. , _, , . , „ Het is immers geen tyd meer, Ed. Achtb. Heeii om langer te aarfelen, om door omwegen ze vyanden tegen te gaan. Rondborftig te hanen, niemand te ontzien, is het werk der vrye tavieren. „ , , , Ua„ Dit uit te voeren, kan ons alleen behouden, het ldenken, weldurven, weldoen moeten wy alleen h oog houden. Wy fteunen op U Ed. Achtb. Irdaatheid, en vertrouwen, dat ü Ed. Achtb. :rgadering die conclufien zullen neemen, waar ior aan de intentie der Burgery voldaan word, en 1 zaaken door het lang delibereeren niet worden gehouden. ... Wv verzekeren by dezen U Ed. Achtb. van onverkleeftheid aan ü Ed. Achtb. Perfoonen,, en deareeren nogmaals ons goed en bloed voor het Vakland, voor de Provincie, voor de Stad, voor U ld. Achtb. altoos te zullen waagen. (Dit doende &c. ■ ' iWaar over gedelibereerd zynde, wierd na verop van één uur tyds, Geconftitueerden, door den eer Burgemeester Story gecommuniceerd , dat Dnform het verzoek der Burgery befloten was: raar na de Heer Havik de Raadkamer verliet, en, nverlet, door de Burgery, naar huis ging: zynde fervolgens de Refolutie aan de twee andere abienb Heeren de Reover en van Dam . by Extracl: uit e Notulen, gecommuniceerd. Voorts is gelyktyig by den Raad eene Misfive aan Hun Ed. Mogenen geconcludeerd, waar by voorziening verzogt 7ord, voor het inwoonen van den Schout, binnen eze Stad, overmits de Heer Maarfchalk, welke ezen Post alhier waarneemt, federt eenen tyd eliers verblyf gehouden heeft: zynde het een en anler reeds ter tafel van Hun Ed. Mogenden gebracht, m in handen gefield van Heeren Gedeputeerden: en voorts begreepena dat intusfchen, in plaats van L 4  t<58 FerzameMng van Stukken Betrekkelyk tot den Secretatis Havik, een Amanuenfes zoude wqr,! den aangefteld; gelyk dan ook deze Post reeds dooi< den Heer Schroot word waargenoomen. ïjK 2547. Extratï uit de Refolutien van de Heeren ' Staaten 's Lands vvn Utrecht, betrekkelyk het ge> pasfeerde op Soestdyk in den nacht tusfchen den 20 en 27/ïra July laatstleedjen, In da\o den 31 Aux gustus 1787. Ingevolge het genotuleerde ter befchryvinge dei ?7den Augustus laatstleeden, by refumtiezynde ge, delibereerd over het Rapport by den Collonel Corrr mandant van Erpel aan Hun Ed. Mogenden ge; daan, betrekkelyk het gepasfeerde op Soestdyk ii den nacht tusfchen den 2f5 en 27ften July dezei jaars, en daar'uit, zynde gebleekdn, dat eengedeefc te der Troepes van den Rhyngraave van Salm, bé ftaande uit Husfaaren en Jagers, boven en' behafc ven eenige Kavallerye en Infantery uit de Dragon ders van Byland , Regimenten van Pallardi, £f,' feren, en van der Borg, onderfteund door eéif menigte Auxiliairen en Vry-Corporisten, zich nie ontzien hebbende het Battailjon van den Heere Priri fe van Hessen - Darmstad , aldaar gecantonneera en geposteerd, vyandelyk te bejeegenen entetrachl ten het zelve te ruineeren, door de dappere ee manmoedige tegeniïahd van de refpeftive Officierec en verdere Militairen van het zelve Battailjon, of fchoon niet meer dan 100 Man konnendeuitmaakenj welke zich effect-ive aldaar bevonden, zoodaanig isi gerepousfeerd en verflagen, dat hetzelve vyande* lyk Corps na achterlaating van eenige dooden, ge<; quetften en medevoering van de overige gedoode ee gequetite Zich in veele confufie heeft moeten reti ! reeren, zoo hebben de Heeren Ordinaris Gedepuji teerden yan de Staaten 's Lands van Utrecht in naa< n rae  de Geleurtenisfin in 1787 enz. voorgevallen. 16*9 me en op expresfe authorifatie van voornoemde Heeren Staaten gemeint, ten blyke van Hun Edele Mogendens genoegen, en ter vereeuwiging van de »edachtenisfe van zoodaanige courageufe Troepes, als het Battailjon van den Heere Prinfe van HessenParmstad, by die gelegentheid getoond heeft te zyn; terwyl het zelve met de grootfte kloekmoedigheid zich met een getal van 100 Infanteristen en aleenlyk door eenige weinige Dragonders ondertleund , heeft gefouteneerd tegens een aantal van ten minften 500 Man, zoo Kavallery als Voetvolk, en dezelve zoo triumphant gerepousfeerd, goedgevonden by deze Refolutie in deStaats-Registers van peze allezins ongemeene Defenfie te doen blyken, pn voorts gerefolveerd deze Refolutie voor het |Front van dezelve Troepes te doen voorleezen, bedankende de Heeren Staaten dezelve Officieren en Militairen voor den y ver en moed in die gelegent. beid betoond, en verklaaren niets anders van zoodaanige Manfchappen te kunnen verwachten als in voorkomende verdere gelegentheid te zullen fouteoeeren de moed en roem, die dezelve hier door voor de geheele Republiek en Buitenlands hebben verworven, terwyl de Heeren Staaten niet alleen die genen , welke by deze en andere diergelyke a6tien mogten komen gequetst te worden ten kosten van den Lande zullen laaten geneezen, maar ook dezelfve, in zoo verre ongelukkig tot den dienst door ihunne quetfuren niet geëmployeerd konden worden, provifioneel en tot dat by de Provinciën op welkeró repartitie zich bevinden, zullen zyn gegageerd, hun gagement zullen toeleggen, offchoon het Batailjon voornoemd van den Heere Prinfe van Hes. isen - Darmstad niet van de repartitie dezer Provin:cie is; terwyl Hun Ed. Mogenden aan de Weduwen ;of andere nabeftaande van de gefneuvelde al verder eenige gratificatiën hebben geaccordeerd. Gelyk Hun Ed. Mogenden eindelyk aan den Collonel Commandant van Erpel en Majoor Seyffard wegens ihunne goede directie en betoonden moed in het aan» L 5 voe.  tyo Verzameling van Stukken betrekkelyk M voeren van het meergemelde Battailjon by de voor-. fchreeven Actie, hebben toegelegd aan eik derzeive 2 eeue gouden Medaiije ter gedachtenisfe van deze 3 gebeurcenisie. Accordeerd met voorfchreeven Refolutie,, iNo. j6a\}. Publicatie van de Heeren Staaten s Lands s van Utrecht waar by de toevoer en verzenden vani alle leevensmiddelen en noodwendigheden, hoe ookk genaamd, uit het Over- enNederkwartier vanEem*< land naar de Stad Utrecht en verder benedenwaarts j word verboden. In dato den 1 September 1787. De Staaten van den Lande van Utrecht, doen tes weeten: Dat onder de inconftitutioneele en wederrechte-■ lyke daaden, welke door de Ufurpateurs van hett wettig gezag binnen deze Provincie dagelyks wor-den uitgeoeffend, ook behoord eene Publicatie», op naam van zich qualificeerende Staaten 's Lands) van Utrecht binnen Utrecht afgekondigd, houden-, de verbod van uitvoer van eene menigte leevens-. middelen en andere Artikelen uit die Stad naar A-. mersfoort, Zeist, mitsgaders het Overkwartier en 1 Eemland, en alhoewel wy wel verre zyn van doorc zoodaanige wederrechtelyke handelingen aangezet: te worden, om van onze zyde de goede Ingezete-• nen binnen de voornoemde Stad van Utrecht, wel-> ke onder eene geweldaadig zich opgeworpen heb-bende macht zuchtende zyn, en onderdrukt wor-den, door een gelyk verbod te benadeelen en hun 1 den aanvoer van het noodige difficiel te maaken,, en daarom tot hier toe geen dergelyk verbod heb->: ben gedaan, zoo vinden wy nogthands ons tegen-.; woordig genoodzaakt (hoe ongaarne ook) hier toe 11 over te ^aan, indien wy niet willen dat ook onze mi andere Ingezetenen, door het vervoeren van lee->! vensmiddelen en noodwendigheden naar de Stadl  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen, 171 [Utrechten verder, tyde dat de aanvoer van daar word belet en difficiel gemaakt, ten laatften aan (veele Artikelen gebrek erlangen: weshalyen wy by provifie hebben goedgevonden te interdiceeren len te verbieden, zoo als wy doen by dezen, dea itoevoer en verzending van alle leevensmiddelen en noodwendigheden, hoe ook genaamd, uit het Over- en Nederquartier en Eemland naar de Stad Utirecht en verder benedenwaarts, het zy dezelve geschiede met Vaartuigen, Rytuigen, of op welk eeme wyze ook. En alzoo aan ons mede is te kennen (gegeeven, dat verfcheidene opkoopingen, zoo van fHaver als Boter, binnen dezelve kwartieren plaatfe [hebben, waar door de prys dier Waaren merkelyk rtoeneemt, zoo interdiceeren wy daarenboven in 't I'byzonder den uitvoer van deze twee Artikelen uit het Over- en Nederkwartier en Eemland, niet alleen naar de Stad van Utrecht, maar ook werwaarts het zelve zoude mogen gefchieden en op wat wyze ook, 'tzy te Lande, hetzy te Water, hoegenaamt, alles op verbeurte van alle zoodaanige leevensraidIdelen en noodwendigheden als men contrarie deze lonze orders naar Utrecht en verder, of van Haver en Boter, werwaarts ook zoude mogen onderneeimen te vervoeren of verzenden, boven eene boete van drie honderd Guldens by den Verzender ofVer1 voerder te incurreeren , ten behoeve van den Ofificier, Aanbrenger of Armen van de plaats, ieder l een gerechte derde part, ontbiedende wy niet altleen onze Officieren binnen de Steden ofte ook de refpettive Maarfchalken, en alle andere juftiticieeren ten platten Lande, ten einde deze punftueelyk iwerdenagekomen, maar ook den Luitenant Generaal en Commandant der Troepes binnen deze Proivincie, omme op de nakominge dezes behoorlyk :acht te geeven, en de contrarie vervoerd wordenide Goederen aan te houden, en daar van kennisfe [ te geeven, waar het zelve zal behooren. En op dat niemand hier van onweetenheid voorwen-  1*72 Verzameling van Stukken betrekkelyk taf wende» «al deze worden gedrukt afgekondigd en aangeplakt, naar behooren. Aldus gedaan te Amersfoort, den r September 1787. (was geparapheerd) J. A. van Westrenen^ vt. (Onder ftand) Ter Ordonnantie van myne voornoemde, Heeren de Staaten. (was geQ H. A. Laan. N°. 2649. Misfive van de Heeren Staaten van Utrecht aan zyne Majefteit den Koning van Pruis/en, ter gelegenheid dat by het naderen der Pruisfifche Troepes, de gewoonlyke requifitoriaalen aan Hun Edel Mogenden waren toegezonden. In dato den 11 September 1787. • doorluchtigste grootmachtigste Ko- ning! Wy hebben heden morgen ontfangen en in onze Vergadering geleezen de Requifitoriaale brief» by dewelke Uwe Koninglyke Majefteit van ons verzoekt, den vryen en onverhinderden doormarsch door deze Provincie, voor een Corps Troepes, het welk Uwe Majefteit zich genoodzaakt gevonden had, te laaten marcheeren onder het Commando van den Regeerenden Hertog van Brünswyk, om aan Uwe Majefteit te verfchafFen eene toereikende genoegdoening van de Heeren Staaten van Holland voor de bèleediging Uwe Koninglyke Majefteit in den Perfoon van Hoogstdeszelfs Zuster, de Princesfe van Oranje, op het Territoir van die Provincie aangedaan. - •  ie Qibeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 173 [j Wy hebben niet nagelaaten dezer Uwer Majetfteits Misfive aanftonds in deliberatie te leggen > Hen moeten verklaaren, dat ook wy over dit voorhal op het gevoeligfte zyn aangedaan geweest, en lover de behandeling, die Haare Koninglyke Hoogtoeid de Gemalinne van onzen Erf-Stadhouder, op jfïoogstdeszelfs reize naar 's Hage, offchoon met pe beste en heilzaamfte oogmerken ondernoomen, neeft moeten ondergaan; gelyk wy dan ook al aanttonds onze gevoeligheid daar over opentlyk te kennen gegeeven, en nevens de meeste onzer Medebondgenooten op eene prompte genoegdoening en betering van de gepleegde offenfie, by de Staaten wan Holland, op het ernftigfte aangedrongen hebben , zulks wy ook nu niet anders dan ten hoogden billyken kunnen het misnoegen by Üwe Majefteit dieswegens opgevati Dan hoe zeer wy dit misnoegen van Uwe Majefteit billyken en rechtvaardigen moeten, zoo wilden wy nogthands voor Uwe Majefteit niet verbergen , dat wy niet dan met de grootfte aandoening© gedenken kunnen aan de gevolgen die deze demarbhe, tot dewelke Uwe Majefteit zich genoodzaakt vind, voor de Provincie van Hollanden vervolgens ook voor het geheele Bondgenootfchap dezer Landen, waar van die Provincie, zoo lange dezelve jian het Verbond der Unie blyft vasthouden, buiïen alle tegenfpraak, de fteun endefterkte is, zoude kunnen hebben; en om die rede zouden wy toiets liever gezien hebben, dan dat de Heeren tStaaten van Holland, ook aan onze inftantien voldaan , en de by Uwe Majefteit gevraagde fatisfaöie aanftonds gegeeven hadden, en dat dezelve vervolgéns aan alle wederrechtelyke en met het Verbond der Unie ftrydige handelingen afziende, tot behoud van het Vaderland en tot herftel van de rust en eendracht binnen het zelve hadden gelieven mede te werken. Maar terwyl het tegendeel van dit alles gebeurd en het onrecht en geweld in die Provincie ten hoog- ftea  174 Verzameling van Stukken betrekkelyk tót ften top geklommen is, ook zelfs in zoo verre, , dat de beste en braaffte Regenten door een gewa-. pend gedeelte der Ingezetenen met geweld uit de i Regeeringe gezet en anderen na de fmaak dier Ge». weldenaaren op eene geheel Onwettige en inconfti- ■ tutioneele wyze in derzelver plaatfen gefteld zyn,, en daar door de Vergaderinge van de Heeren Staa- • ten van Holland thands op eene finguliere wyze I gecompofeerd is, vreezen wy, dat ook nu nog aan 3: de billyke inftantien van Uwe Majefteit niet zn worden voldaan, en wy dus wel genoodzaakt zul-v len zyn aan het verzoek van Uwe Majefteit, of-'i fchoon tegen eene Provincie, met dewélke wyj van ouds als Bondgenoot vereenigd geweest zyn*,' en nog lange vereenigd hoopen te blyven, tede-.l fereeren. 1 Dan daar de hooge achting die wy hebben voorii de Perfoon van Uwe Koninglyke Majefteit, en deM hooge prys diewy ftellen op Hoogstdeszelfs Vriend.-I fchap en genegenheid t'onswaards, ons niet toelaacf in dit verzoek van Uwe Majefteit te difficulteeren, l maar den doormarsch van Uwe Majefteits Troepes ii door deze Provincie te. permitteeren; zoo vleijenil wy ons nogthands, dat Uwe Majefteit wel zoodaani-l ge ordres zal gelieven te geeven of reeds gegeevenv: zal hebben, waar door de Hoogheid en Souverei-I neiteit dezer Provincie bewaard, en deszelfs goe-> de In- en Opgezeten en tegen alle desordres en óf verlast beveiligd worden, waar toe wy bereid zyn: met den Regeerenden Hertog vanBrunswyk, Com-j mandant en Chef van Uwe Majefteits Troepes naam deze Landen gedestineerd, de noodige fchikkingen:! en arrangementen te maaken. En offchoon wy niet willen intreeden het plani; van Militaire maneuvres, het welk Hooggemelde:! Heer Hertog zich moge hebben voorgefteld, teni| einde aan de ordres van Uwe Majefteit te voldoen , j hoopen en betrouwen wy nogthands, zoo uit hoof-.[i de van het groot belang het welk de geheele Repu-d blyk heeft by den voorfpoed en welvaart van deij Pro-1  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 17$ Provincie van Holland en West-Friesland, als uit aanmerking van het klein getal dier genen, welke ieel gehad hebben aan de beleediging Haare Koninglyke Hoogheid Uwe Majefteits Zuster aangeiaan, en dat verre het grootfte gedeelte In-en Op;;ezetenen van die Provincie even onfchuldig zyn lan alle de verwarringen, desordres en geweldearyen, aldaar en elders aangericht, dat dezelve Kianeuvres met het meeste menagement zullen worden in *t werk gefield, en geenszints tot verdere uine van dit eertyds zoo bloeijend Gemeenebest, paar veel eer tot behoud en bevestiging van deselfs oude en waare Conftitutie, en tot herftel van oorfpoed en welvaart verftrekken mogen , waar pe wy de vryheid neemen deze Republyk in 't gemeen , onze Provincie in 't byzonder , welkers irukkende omftandigheden aan Uwe Majefteit niet nbekend kunnen zyn, en op wiens intercesfie en ulpe wy (des noods) vermeinen temogen hoopen, n ook de Provincie vaa Holland onzen Nabuur en hands onder het geweld van eene alles overheerbhende Party zuchtenden Bondgenoot, in dehoöe gunste en vriendfchap van Uwe Majefteit aan te eveelen. j En hier mede &c. 1 Gefchreeven te Amersfoort, den n September 787. i °. 2650. Misfive van de Heeren Staaten 's Lands van Utrecht aan den Regeerenden Hertog van Brünswyk Lünenburg over het zelfde onderwerp. In dato den 11 September 1787. By de Heeren Staaten heden morgen favorabel :erelblveerd zynde op de requifitoriaale Misfive an zyne Majefteit den Koning vanPruisfen, en gearresteerd zynde eene Misfive tot beantwoordinge erzelve, vinden wy ons geauthorifeerd aan Uwe ()oorluchtigfte Hoogheid eene Copie daar van toe te  tfS Verzameling van Stukken betrekkelyk m te zenden, waar van wy ons by dezen acquiteeren I de vryheid neemen ons tot deszelfs inhoud te re«.' fereerep; en voorts de eere hebben Uwe Doorluch-i tigfte Hoogheid te informeeren, dat de Heereni Staaten derzelver Ordinaris Gedeputeerden gemach-i tigd hebben, om met kennisfe en overleg van den Heere Erf-Stadhouder met Uwe Doorluchtigfte Hoogheid de noodige fchikkingen en arrangement ten te maaken, welke tot den doormarsch der Troe< pes, ingevalle dié plaats heeft, vereischt mogten worden, dan daar wy in de onzekerheid verfeereE; öf dezelve doormarsch niet welligt zeer fpoedig zoude kunnen plaats hebben, hebben wy gemeena niet te moeten uitftellen, by de kennisgeeving van de bovengemelde authorifatie op ons verleend, U^ we Doorluchtigfte Hoogheid te verzoeken, ons weii te willen informeeren van al het gene Hoogstde* zelve van ons, ingevalle van den doormarsch, zoui de verlangen of begeeren, terwyl wy Uwe Door.' luchtigfte Hoogheid kunnen verzekeren, dat wy beii reid zullen gevonden worden, daar aan naar ona vermogen te voldoen, en ook wel genegen zyni indien Uwe Doorluchtigfte Hoogheid zulks convé nabel mogtè oirdeelen, een a twee Commisfarisfeif te benoemen , ten einde met Uwe Doorluchtig^ Hoogheid ofte met den commandeerenden Generaal van zoodaanige Corpfen, als door deze Provincicj zouden doormarcheeren, alle noodige fchikkingen en arrangementen ten dien fine te maaken. Wy kunnen inmiddels by deze gelegenheid nift voorby ter kennisfe van Uwe Doorluchtige Hoog heid te brengen, dat by de Heeren Staaten insge, lyks op heden eene Commisfie gedecerneerd is, ooi zich by den aankomst van eenige Corpfen naar di confinien dezer Provincie te begeeven ten einde diït Corpfen aldaar af te wachten en van den commanr deerenden Generaal onder handtasting te ontfangé, de belofte, dat dezelve zorge zal draagen, dat on der deszelfs onderhebbende Troepes eene goede oi): de en Krygsdiscipline onderhouden, en aan nio; man  èe Qebeurtenisfsn ïn 1787 em. voorgeyallm, tjj md eenig geweld of over last aangedaan, aal wor» tn: ook dat hy dezelve Troepes niet zal emploieren of laaten ernptoijeeren tegen eenige. Leden i Steden dezer Provincie,, anders dan met kennisen confeut var, de Heeren Staaten ofte derzeltt geauthorifeerden., , . Wy hebben" ons geperfuadeerd, dat Uwe Dóór» ehtigfte Hoogheid, wel zal gelieven, van de aan»mst van zoodaanige Corpfen in de P'ovincie aari is tydige kennisfe; te geeven, ten einde die Geïmmitteerdpn in tyds zich naar de cocnnien zou;n kunneD begeeven , om opgemelde belofde vatl ;n Commandeerenden Generaal onder hindtastingé [.ontfangen, iEn hier mede écc. Gefcbreéveh te Amersfoort, den 11 Septemfcet f87. io. £65'• Publicatie van.de Heeren Staaten's Lanis van Utrecht, waar by onder anderen h u r.i uw Stedelyk Regeerings-Rfglement yan Utreihr. wordgecasfeerd en geannulleerd. In dutoden 17 Sepumher 17874 t)e Staaten van den Lande van Utrecht, doen të leeten: , ! Alzoo tot ons leedwezen en grievende fmerte gedurende eenen geruimen tyd verregaande onger.eleldheden, wanorde en geweld ,bmnen deze S^adl ebben plaats gehad, zoo dat een opgeruid, n.aar lisléid gedeelte de» Burgeren en Ingezetenen, aan* ezet door Vreemdelingen > die by het bederf en en ondergang van. de Stad en Provincie niets te erliezen hadden; zich piet pntziqo heeft, onder:heide reizen'den wettigen Mdgiftraat te dwingen! in te noodzaaken tot het neemen vchenero,:.k. , van Bronkhorst , van Westree-b nen, Boddens, "an der Does, "An Romondt/ CraaivA'-...fr de Jonckhkere, Verschoor, Pes-s ters, Falck, Zaal, van Ewyck, Wobrtman,h VAN MaARSSENBROEK, van DlELEN, P. H. J- IfJ, voy, J A'. Martens, Nahuys, Voet van Win» sen en Ooé, ais de eenigften zynde, die op den conk[ ftj'utioneelen voet gecontinueerd zyn, ofgeconti. I Dueerd hebben willen worden, mitsgaders verder:, dezulke, die in het vervolg door zyne Doorluchti. ge Hoogheid den Heere Erf-Stadhouder dezer Pro^i vincie, ingevolge van ons verzoeken authorifatie! zullen worden aangefteld; gelyk wy al verder ieder;! en een iegelyk ernftig willen gewaarfchouwd heb-: ben, en op het ferieuste vermaanen en gelasteny zich als Rille en vreedzaame Ingezetenen te gedraaf gpn, den behoorlyken eerbied aan hunne wettige; Overheid te bewyzen, en tot de obfervantieen be« hoorlvke gehoorzaamheid aan 's Lands wetten we-s der ie keeren. En op dat niemand hier van eenige onweetenheid voorwende, zal deze worden gedrukt en binnen:j deze St?d afgekondigd en aangeplakt, naar ba hooren.  ie Gebeurtenisfin in 1787 enz. voorgevallen. 181 I Aldus gedaan te Amersfoort, den 17 September K87. • (was geparapheerd) J. A, van Westreenen, vt, (Onder ftond) Ttr Ordonnantie van myne voornoemde Heeren de Staaten, (was get.) H. A. Laan. '°. 2652. Publicatie van Schoutj Burgemeesteren en die, van den Gerechte der ytai Ucrechi, tegens het pieegen van overlast en geweld aan Huizen Qc. In dato dm 21 September 17 87. i'S'chouf, Burgemeesteren en die van den Gerech» : der Stad Ucrechc, ni'jt de uiterfte verontwaardiging vereoomeri hebbende,' dat eenige kwaadwiili; Perfoonen zich niet ontzien hebben aan verfcheiEne huizen binnen deze Stad overlast en geweld pleegen, en fommige derzelven te berooven; bbben goedgevonden allen en een iegelyk, zoo urgers en Ingfzttenen, als Militairen in deze Stad Ich. onthoudende, wel fcherpelyk te verbieden, Ich in eenige der bovengenoemde of diergelyke handelyke wanbedryven te misgaan, of anderen ; zy door injurieufe gcfprekken, 't zy door aanyzing van Huizen of Perfoonen, welke men be»elt te benadeelen, op eenige wyze daar toe aan : zetten, op roaoe, dat de genen die daar aan fchul;g bevonden worden, aan den lyve, en zelfs naar «vind van aaaken, met den dood zullen worden tftrafc: gelyk ook elk die eenige der voorgemel: geroofde goederen onder zich. genoomen, es?, ms geborgen of opgekocht heeft, of weet by wien i waar de?eb e berusten, uitdrukkelyk gelast word. szelve binnen vier- en- twintig uuren op hetStadM 3 huis  182 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot huis alhier over te brengen, of daar van kennisfe te:|] geeven aan den Heere Hoofd-Officier dezer Stad; zullende alle die hieromtrentgebrekigzyn, alsme»: deplichtig aan de bovengemelde euveldaaden tem rigoureusten worden geftraft. Wyders daar de Heeren van den Gerechte de be-ei waaringe der ruste en goede orde, in deze dagen| van algemeene blydfchap, byzonderlyk ter hartei gan, vermaanen Hun Ed. Achtb. alle Burgers en Inwoonders dezer Stad, met inha;fie van voorige; Publicatien dezen aangaande geëmaneerd, en op de poenen en boeten daar by vervat, zich zorgvul-1 dig te wachten van eenigen moedwil of infolentien ji hoegenaamd, of waar *t ook zy re pleegen ; en wordt bovendien het fchieten met Kanonnen, Snap-3 haanen, Pistoolen, of ander Geweer, of affteeken van eenige Vuurwerken, langs de publyke ftraaten verboden op eene boete van vyftig Guldens voor elke Contraventeur re verbeuren, zullende de Ou-i ders voor hunne Kinderen , en de Voogden voon hunne Pupillen in dezen moeten inftaan; mitsga-3 ders onvermogende, welke hier aan fchuldig mog«i ten bevonden worden, aan den lyve worden ge-; ftraft. En op dat niemand hier van onkundig zy, zal de^ ze worden afgekondigd, gedrukt en aangeplakt naac hehooren. Aldus gearresteerd by Myne Heeren van den Ge«: rechte voornoemd, den ai September 1787. In kennisje van my, J. HlNLOFEN. En ten zelfden dage van den Stadhuize alhier (mo* re folito) afgekondigd by my ondergefchreeven Ge^ zwóoren Klerk ter Secretarye van welgemelde Ge-: rechte, in abfentie des Deurwaarders. C. A. DüKER. No-:  de Gebeurtenis/en in 178* ent. voorgevallen. 183 °. 2653. Waarfchouwing van Bwgmeesteren en Vroed'fchap der Stad Utrecht, betrekkelyk het borgen van Burgers aan Militairen. In dato den 27 September 1787. : Burgemeesteren en Vroedfchap der Stad Utrecht, ! aanmerking neerriende de buitengewoone fterkte in het tegenswoordig Guarnifoen alhier, hebben Dedgevonden op voordracht van den Heer Genelal-Majoor van der Hoop , commandeerende het iuarnifoen binnen deze Stad, ieder Burger en Inoonder by dezen te waarfchouwen, aan een Of:ier van het Guarnifoen niet langer dan zes weein, en aan een Onder-Officier of Gemeenen , (al. ; met of na den i6den dezer maand September alder in Guarnifoen gekomen,) niet langer dan agt agen te borgen, zullende na verloop van dien tyd, eene Actie tegens de genen, die in gebreke blyen tebetaalen, valabel kunnen worden geinftituerd, en worden alle de Militairen, zoo van hooer als laager rang gelast zich naar den inhoud deer te reguleeren. En op dat niemand van des Vroedfchaps feneufe atentie eenige onweetenheid voorwende, zal deze Torden gedrukt, gepubliceerd en alomme aangeplakt. . Aldus gearresteerd 0p den 27 September 1787, n ten zeiven dage more folito van den Stadhuize af;ekondigt. In kennisfe van my, N. T. van Voorst. M 4 No.  ï84 Verzameling van Stukken betrekkelyk Ut N°. 26<4- Rtquest van eenige Burgers en Ingezetenen der Stad Utrecht aan Hun Ed. Mogenden de Heet ren Staaten 's Lands van Utrecht, -waar in ondet anderen verzoeken, dat geene veranderingen mogen, worden gemuaki it, het Regeerinvs-Regiement van -£74. In dato dén 2 Otlober 1787. Edele Mogende Heeren' Geeven eerbiedig te kennen, de ordergeteeken-i de Burgers en Ingezetenen der Stad Utrechten Vryy Meid van dien. ' Dat zy Supplianten tegenswoordig verlost van het knellende juk eener onwettige Regeering, waan onder zy federt den 2den Augustus des voorleedent jaars, hebben gebukt gegaan, en als nu wederom herfteld zynde in de gelukkige ftaat eener gepaste Vryheid, welke hun zonder eenige bekommering te vreezen, toelaat hurre waare gevoelens voor U Ed. Mogenden rondborftig ópen te leggen, als nui de vryheid neemen zich tot U Ed. Mogenden te< keeren, om aan U Ed. Mogenden voor te draagen: dat zy Supplianten door de ondervinding geleer-' aard, van welke veruicziende en nadeelige gevolgen het voor Regeering en Volk i*,- wanneer mem onderftaat eene eenmaal gevestigde Conftitutie te< willen veranderen, of op voorgeeven van ingefloo-< psne abuizen, in vastgeftelde Reglementen te verbeteren , in der daad voor heeft nieuwe Wetten eoj inrichtingen te maaken. Do Ondergeteekenden 1 kunnen niet ontveinzen Edf. Mogende Heeren! dat; hoclcffelyk ook. U Ed. Mogendens oogmerk ge-, weest is, om verneemende het gemor, 't welk onder ee(> gedeelte des Volks in 1784 plaats vond, eene extraordinaire Commisfie van negen Heeren uit U Ed. Mogendens Vergadering te decerneeren,orn 1 re ondczoeken en vervolgens te advyf'eren , welke middelen zouden behooren by dé hand genoomen te worden, öm met wegneeming van alle wettige bezwaaren der Ingezetenen, de harmonie en goe-  ié Gebeurtenis/en in 1787 enz, voörgevall-en. s 8^ 1 goede orde binnen deze Provincie en derzelver Ingezetenen te herftellen en corjferveeren; met da? gevolg, dat Welgemelde U Sd. Mog. Heeren Exitraordinaris Gecornmii l eerden, ten einde aan doze U Ed. Mogendens falmaire iértfefêfè te fclinwèti volIdoen, in derzelver eerste byeenkoajsrhebDen goedjgevonden te overleggen, op welke meest gevoeglyke wyze zy Heer?n Gecommitteerden tot èenë legaale kennisfe van der Ingezetenen bezwaaren zou!dao kunnen geraaKeni eü vervolgens als töêh be[fiooten dé Heeren wegens de Steden Utrecht en Aitnersfoort tot welgemelde Commisfie behoorende, imondeling, en de Regeerders der Steden Rfrénerfy* 1 Wyk en Montfoort, by Misfive té verzoeken , elk lin den hunnen zich exacteïyk te informeeren op dé' redenen van bezwaar en misnoegen die de Ingeze-1" itenen van derzelver Steden refpeêtivelyk mogten vermeenen te hehben, om vervolgens daar van aan Igemelde Commisfie kennis té geeven. Dat dit de igrond gelegd heeft tot alle de nieuwigheden , wel--' ;ke men federt niet alleen onderftaan heeft voor te ftaan, maar zelf* daadelyk te effeólueeren - ie eö'0 'verre zelfsV dat van deze U Ei. Mogenden vader'lyke goedgunstigheid, in het decerneeren va% geiraelde Commisfie en daar op gevolgde ifchikk'i n 'van U Ed. Mogendens Hëer%n6Gëéömmittee;rclén * .eenige ambitieufe lieden gebruik gemaakt hebben," om onder voorwendfel, dat U El. Mogende^ en dezer Stads wettige Regeering bti'gënegéh waren, Ide vermeende bezwaaren' van een gedeelredes Volks 1 te beteren , zelfs handen aan 't werk geflagen nebtoen, en vergeetende de veifchuldiede gehoorzaamiheid aan U Ed. Mogenden, de gezwoore trouw en iplichtmaatige eerbied voor hunne wettige Magiftraat, U Ed. Mogenden hebben vervolgd, haare iSpu^ereine macht gevilipendeerd, de geheele Reigeering der Provincie gealtereerd, haare Vroedfohappen geremoveerd, onbevoegde Perfoonen tot : Raaden geinftalleerd, nieuwe Regiemerten gearresteerd, in één wpord de eeheele orde zoo in het M | Pro-  186 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Provmciaale als Stedelyke geïnverteerd , en m©tt verkwisting van 's Lands en Stads Penningen, dit: Gewest en Stad geheel bedorven en omgekeerd I neoben. Gevolgen, welke de Supplianten daar aan voor*, nameiyk toefchryven, dat men in de grondwet van i dezen Staat, welke in den jaare f674 ingevoerd,, en by de verheffing van zyne Doorluchtige Hoog.. heid Willem den vierden , Prinfe van Oranje,, HoogloffelykerMemorie, ais de eenigfte riehtfnoer ■ der Regeering aangenoomen en bevestigd is gewor- < den; zoodaanige veranderingen heeft willen maa-. ken, welke geheel onbeftaanbaar met de eens aangenoomene Conftitutie, noodwendige verwarring in alle de deelen onzer Provinciaale Adminiftratie moest veroirzaaken; als wordende daar door niet; alleen de Souvereine macht der Heeren Staaten over de Stad, Steden en Landen van Utrecht, geheel in twyfF.,1 getrokken , de zoo hoognoodige invloed van den Stadhouder ontzenuwt, en de Magiftraatsbeftellingen van Stad en Steden tegens alle oud gebruik aan gealtereerd , federt 'er in dezelve een Vroedfchap bekend is geweest; maar wordende daar en boven eene willekeurige macht aan een gedeelte des Volks over hunne Regenten toegekend, onbeftaanbaar met alle wel geconditioneerde Regeeringen. Waarom de Supplianten, die de nadeelige gevolgen gezien en ondervonden hebben, welke fpruiten uit het willen veranderen van eene federt zoo lang gevestigde Regeeringsform, van U Ed. Mogenden allereerbiedigst verzoeken, geene veranderingen te willen maaken, of gedoogen dat gemaakt zullen worden, in het Regeeriogs - Reglement dezer Provincie, maar het zelve in zyn geheel te laaten, zoodaanig als het in I6"74 is vastgefteld, in 1747 weder ingevoerd, en by een ieder Uwer Ed. Mogenden, by het fesfie neemen ter Hooge Vergade. ring dezer Provincie, is bezwooren geworden; en op welk Reglement ai verder zyne Doorluchtige Hoog-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 187 [Hoogheid, den tegenwoordigen Heer Erf-Stadhouüer, die waardigheid in i765 door ü Ed. Mogenden Itonder eenige bepaaling, exceptie, reitrictie of fconditie, met eene algemeene toejuiching des Volks is opgedraagen, daar op aangenoomen en door Hoogstdenzelven aanvaard. Vertrouwende de Supplianten al verder, dat U Ed. Mogenden penetreerende, hoe zeer de Supplianten geduurende eene geruime tyd gedrukt ge, weest zynde, lichtelyk zullen bezdïen, hoe zeer izy voor de gevolgen van dergelyke woelingen, bevreesd, niets vuuriger wenfchen, dan van nu voortaan onder zulk eene vaste Regeeringsform te leeven , welke zoo door de drie Leden van Staat, den ÈErf-Stadhouder, als het Volk, voor de eemgfte wettige erkend worden kan, en daarom van U ftd. Mogenden op het eerbiedigde verzoekendat het voorfz. Regeerings-Reglement, aan 't welk U üd. Mogenden door ééden verbonden zyt, en waar op LU Ed. Mogenden tot deze Rond toe geene zwaarig[heid gemaakt hebben, in de adminiftratie der Re[ geering dezer Provincie, te continueeren, ia erkend hebben geen andere richtfooer in dezelve Ete erkennen, van nu voortaan, op begeerte van het Ibeste gedeelte des Volks, voor onverbreekelyk en I onveranderlyk te declareeren, en als zoodaanig van ïnu voortaan te doen infereeren in alle formuleren Wan ééden, welke door de Heeren Staats-Leden, {Stadhouder, Magiftraatsperfoonen, Burgeryen en ! Schuiteryen bezwooren worden, 't Welk doende. No.  f 88 Verzameling van Stukken betrekkelyk m n'. 2655. Publvatie van Bursmaesteren en VmeaM .' fchap der Stad UtreJit, tegeWs hei vervótren eni verbergen van MeÜbiiairè goederen dit geaufügeer* de Perfoonen. bi umo aen 11 OStober i'787. Burgemeesters en Vroedfchap der Stad Utreche omwaar geworden zynde, dat van tyd tot. tyd veelef Meubilaire goecerén worden verbotgen, vervoerde en veralieneerd, toebeboorende aan of achtergelaat ten door zoodaanige Perfoonen, die zic-h federt eeni geruimen tyd een geheel onwettig gezag binnen de* ze Stad hebben aaagemaati^d . ouder den pretenfeai naam, het zy van Burgemeesteren e.j Raaden in d&t Vroedfchap, het zy van een gequalificeerd GNlegMft van Gecommitteerden uit de Burger■. t:; vao Ueconllitueerden van tfl68 Burgers en Inwoonders;' Van: Gecommitteerden utt de agt Burj,er-Compagnien ;"j van Gecomm.tteerden tot de zaaken var den 2 Au-v gustus 17H6; van de Burger-Krygsraad; van Gecommitteerden tot hec Defenfie-.vezen , of ondess wat benaamkige zy zulks mogten g< daan hebben,1, en dit in pfasjudicie van zoodaanige gerede fngeze-. tenen, die door gepleegd geweld e ot e vani gemelde Perfoonen aanmerkeiyk zyn benadeeld, en i met het hoogfte rechten billykheid op dezelve aan-, fpraake van fchaadeloosftellinge hebben; zoo heb-, ben Hun Ed. Gr. Achtb., hie.- inne wiDecde voor-, zien, noodig geoirdeeid te verbieder, aan alle en 1 éen iegelyk, go!yk zy verbieden by dezen, buiten 1 voorkennisfe en coxiftnt van den Éd. Achtb. Ge.. rechte dezer Stad een'ge der voor fis. Goederen te i vervoeren f te doen vervoeren, te verbnrgen o£! te doen verbergen, of op eenigerleye wyze weerloos te maaker, of dezelve te veralieneeren. Verbiedende wyzers alle en iegelyk daarinne eenigzins bthu'pzaam te zyn, en byzonder aan alle Schippers, Voerlieden enKruijcrs van dezelve Goederen te laaden, of te vervoeren; alles op poene, dat gemelde Goederen, die bevotden zullen worden gelaaden, vervoerjL, of veralieneerd te zyn, niet alleen ver. beurd ■  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 18$ beurd zullen zyn, maar dat ook den Eigenaar, of die dezelve daarinne behulpzaam zal zyn geweest, verbeuren zal eene geldboete ter waarde van gemelde Goederen; en dit alles onverminderd de Publicatie der Ed. Mogende Heeren Staaten dezer Pro- , vincie den 22ften Augustus dezes jaars te Amersfoort gedaan emaneeren, en nader den 3den dezer maand O&ober alhier gerenoveerd, waar by in *C veralieneeren byzonder van Immeubile Goederen der hier voorengemelde Perfoonen ip eigendom competeerende is voorzien; eximeerende de Vroedfchap nogthands hier van alle winkelwaaren van winkeldoende Lieden, welkers debiet vry en onverhinderd zal kunnen gefchieden. En ten einde niemand hier van onkundig zy, zal deze worden afgekondigd, gedrukt en aangeplakt als naar gewoonte. Aldus by de Vroedfchap der Stad Utrecht gearrefteerd den n October 1787, en ten zei ven dage more felito van den Stadhuize gepubliceerd. In kennisje van my, N. T. van Voorst. No. 2651). Publicatie van Burgemeesteren en Vroed, fchap der Stad Utrecht, om de nieuw aangeftelde Hoofdmannen aan het Publyk bekend te maaken, en het geeven van demüjie aan alle de Burger-Offi* eieren. In dato den 19 November 1787- Burgemeesteren en Vroedfchap der Stad Utrecht, in overweeging genoomen hebbende, de groote verandering die na den 2 Augustus 1786, in de BurgerCompagnien is voorgevallen, en daar by acht flaande op het gedrag der Officieren federt dien tyd gehouden, nebben goedgevonden by dezen voor nul en van'onwaarde te verklaaren alle Aanftellingen van Burger-Officieren, Adjudanten, Ondet-Officieren, en  ïoo Verzameling van Stukken betrekkelyk tot en alle andere, die in eenige dergelyke Posten, teoi tyde der plaats gehad hebbende onwettige Regeeringj zyn aangefleld geworden, dimitreerende teven* alle dezulke, die fchoon by de wettige Regeeringj aangefteld, echter by den pretenfen Raad in voorgel melde qualiteiten mogten hebben gefungeerd, mee interdi&ie aan dezelven om te jouisfeeren, van det vrydom van Poortgeld, van de permisfiè van fesfiet te houden in de Burger-Officiers-Banken in de Kerw. ken, ofte van eenige andere Prserogativen te voo-i ren, en van ouds her aan de Burger-Officieren geaccordeerd geweest. Gelyk de Vroedfchap al verder verftaat dat alle Burger-Schutters van hunne Schut-: terdienften worden gehouden voor ontflagen, zoo lange, tot dat hier op nader door de Vroedfchap zal zyn gedisponeerd. Ordonneerende de Vroedfchap; voorts alle Officieren, of die als Scriba's en uit dient hoofde als Rentmeester en Fiskaal van den BurgerKrygsraad laatftelyk, en ten tyde bovengemeld hebben gefungeerd, en generaalyk alle en een iegelyk, welke eenige Papieren, Gelden of Goederen de Burger-Krygsraad of Burger -Compagnien betrekkelyk, onder zich mogten hebben, al het zelve, zoo rasi doenlyk ten langften binnen veertien dagen na Publicatie dezer, in handen van den Heer Collonel, ofi een der Hoofdmannen over te brengen, en zoozyy het een of ander voorengemeld niet onder zich mogten hebben, maar bewust zyn, waar het zelve is,, daar van ten fpoedigften kennisfe te geeven, alless in cas van contraventie op eene boete van 50 gul-, dens, ten behoeve van des Krygsraads kasfe te verbeuren. Gelastende de Vroedfchap wyders aan alle en een 1 ieder, die zulks zoude mogen aangaan, de navolgende Raaden (en die dezelve wettiglyk zullen fuccedeeren) in qualiteit, als door de Vroedfchap aan», gefielde Hoofdmannen in de refpective Wyken de-. zer Stad, naar vereisen te erkennen, alsfe in des Compagnien van Turkyen , de Heer Samdkl Lüchtmans. Pa»  de Gebeurtenis/en in 1787 enz, voorgevallen, iqi Papevaandel, de Heer Mr. Jóhannes Borskï, Hermansz. 't Fortuin, de Heer Jacob Fredrik Gobios. Bloedkuil, de Heer Mr. Jan van Voorst. Zwarte Knechten, de Heer Mr. Hendrik Adriaan van den hedvel. Oranje-Stam, de Heer Mr. Frans Johan Carel roelands. Pekftokken, de Heer Mr. Jacob Lidias de Jong- heere. Handvoetboog, de Heer Mr. Jdstus Lufned. En ten einde niemand hier van onkuadig zy, zal deze worden afgekondigd , gedrukt en aangeplakt naar behooren. Aldus gearreftf erd by de Vroedfchap der Stad Utrecht op den 19 November 1787, en (gewoonlyker wyze) van den Stadhuize gepubliceerd den 2iften daar aan volgende. In kennisfe van my, J. W. de Roever. N . 2657. Publicatie der Heeren Gedeputeerde Staaten 's Lands van Utrecht, verbiedende een ieder, om wegens plaats gehad hebbende disfenfien, malkanderen nu verder te beleedigen of te molefteeren éfc. In dato den 27 November 1787. De Gedeputeerden van de Staaten 's Lands van Utrecht, doen te weeten: Alzoo de Ed. Mogende Heeren Staaten dezer Provincie, by Plakaat van den 14 November 1787 en vervolgens, hebben doen publrceeren eene generaale Amnestie, en wy dus in dat vertrouwen zouden kunnen verfeeren, dat de goede Ingezetenen zich voortaan ftil en rustig zullen gedraagen, zonder elkander, wegens de plaats gehad hebbende disfenfien, als nu verder te beleedigen of te moieftee- ren,  ipt . Verzameling van Stuiten betrekkelyk tot jren, r-ar dat zy integendeel de vervolging defi misdaaden, al» aab eene or.partydige Juftitie zou-, der overlaaten, hebben wy echter, uk hoofde datt zich nier, en daar eenige blyken van het contrariet vertoond heo^en, en nog vertponen, goedgevonden by dez.e onze Publicatie, nogmaals, alle goe-: de Iogf-zfictnen te waarfchouwen en te interdiceeren, gelyk wy ten ernftigfren doen by dezen; dat! jjiemand, wie hy zv, zal vermogen, iemand hoegenaamd, uit te fcihelden, na te wyzen, of met! zingen of fchteeuwenj het zy voor iemands huiss ofte woonm :e, het zy by het gaan over de ftraatt of anderszins >e fibónen, ofte bp eenige anderei wyze te beleedigen, ofte raoleidiog te geeven tot! eenigeattrouptniTten ofte beweegingen, op peeriet van arbitraire c'.'r^ie. 1* rj vermirs zOlke öngere-; geldheden zeer dikwyls door kinderen, daar toet door anderen opgezet of aangemoedigd , aangevangen worden, zoo gelasten wy alle Ouders, Voogden , Meesters, en wien het opzicht over Kindereao is toevertrouwd, wel zorge te draagen , dat dergölyke ongeregeldheden niet door eenig Kind of Kin-s deren, onder hun opzicht ftaande, worden begon-i hen of begaan, op poene dat zoodaanige Ouders, Voogden of Meesters, welke hier in zullen bevonden worden nalaatig geweest te zyn^ deswegens aanfpraakelyk zullen zyn, en na bevind van zaaken: deswegens zulleti wordep gecorrigeerd, En vermits fommige Lieden, ten einde by deze: gelukkige omwenteling hurher yver en genegenheid: te tconen voor het Vorftelyk Huis van Oranje, fchynen gent igd te zyn tot het bedryven van openbaare vreugde met fchieten, illumineeren ofte anderszins sei: wy deze hunne goede intentie hartelyk goedkeuren; zoo is het echter, dat wy uit! hoofde dat foort&elyke vreugdebedryven, alleeni dot); byzondere Perfoonen gepleegd wordende, vee' meer aanleiding tot ongeregeltheden kunnen: geeven, dan wanneer dezelve algemeen, op eëm vsbtgcftelde tyd en met voorkennis van de wettig© Re-:  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 193 [ Regeering, gefchieden, hebben noodig gevonden , t wegens de tegenwoordige tydsomftandigheid, zoodaanige byzondere vreugdebedryven» door illumi* ineeren, fchieten, branden van Pektonnen, Vuur» iwerken, of foortgelyke, provifioneellyk te verbieden, gelyk wy doen by dezen; gelastende een iegelyk, deze zyne vreugdebedryven zoo lange op ite fchorten, tot dat daar toe, by ons, of de Heeren Staaten dezer Provincie, een vaste tyd of dag zal bepaald zyn, zullende die gene welke dezen icontrarie zullen gehandeld hebben, gehouden worIden voor verftoorders der algemeene ruste, welke als zoodaanig, na bevind van zaaken, zullen worden geftraft. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zal kunnen voorwenden, zal deze alom me binnen deze 'Provincie, daar men zulks gewoon is te doen, worden gepubliceerd en geaffigeerd naar behooren. Aldus gedaan te Utrecht, den 27Novemb. 1787. (was geparapheerd) D. j. van Rekde, vt. (Onder ftond,) Ter Ordonnantie van welgemelde Het* ren Gedeputeerden. (was geu) H. A. Laan. N°. 2658. Sententie van het Gerecht der Stad Utrecht, op ende jegens Bagislads Fredericds von Lis» beherr. In dato den 28 February 1789, Gezien by den Gerechte der Stad Utrecht, den Intendith onder denzelven Gerechte, gefurneerd en loveraegeeven, by, of van wegen Jonkheer Frede(kik Christiaan Reinhard, Baron van Reede tn iJg im, Graave van Athlone, Vryheer van Ameronm .. XXXIV. Deel. N £"»  194 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Sen &c. &c.» Hoofd-Officier dezer Stad, rat. offic.i lisfcher, op en jegens Bogislaus Fredericos vord Liebeherr , Gedaagde in Perfoon by Edidte en De-. faillant. Gezien mede de Inthimatien, Verificatien, Adteür en Munimenten, by den Heere Eisfcher geproduceerd; waar by gebleeken is, dat de Gedaagde De.i faillant in de troebles, welke in de laatfte jaaren,,! voor de omwendinge van zaaken, hebben plaatfes gehad, een byzonder aandeel gehad heeft; dat hyy zulks onder anderen ten fterkften heeft betoond,, door het tot een bewys zycer goedkeuringe te onderteekenen , en in den Raad dezer Stad in fcriptisi te doen inleveren de twee onderfcheidene licentieufei én met de hoonendfle bedreigingen opgevulde haran-i gues, door den Perfoon van Mr. Pieter Philip Ju-i riaan Ondaatje , in de Vergaderingen van de< Vroedfchap den 7 en 11 Maart 1785 gehouden, ent tendeerende tot vernietieinge der gedaane electie vani Mr. Jonathan Sichterman tot Raad in de Vroedfchap dezer Stad; dat de Gedaagde Defaillant heti daar by niet gelaaten heeft, maar dat hy zich ini den jaare 1786, als Officier by de Schuttery dezen Stad hebbende geëngageerd, op eene byzondere: wyze zyn werk gemaakt heeft om de goede Burgery tegens haare wettige Regeeringe op te hitzen, en met eene opgezette menigte niet alleen te helpen ] uitvoeren de wederrechtelykfte daaden, by gelegen*11 heid van de remotie van het groot meerder getal I der wettige Regenten, en het aanftellen van andere: pretenfe Raaden in derzelver plaatfe gepleegd,) itiaar ook byzonderlyk te onderteekenen, en alzoo) in te leveren ofte doen inleveren aan den preten* fen toenmaaligen Raad, verfcheidene haatelyke Me-, morien en Addreifen, als eene in dato den 7 July •> ,| eene in dato den 9 July, eene in dato den 14 July, ,i eene in dato den 16 July, eene in dato den 18 July» 1787, mitsgaders de fchandelyke Memorie of Deductie van den $den Augustus deszelfden jaars, ten--i deerende om quafi te betoogen het Recht tot beu nee«f  is Geieurtenisfen in 1787 enz, veorgevalkn. i&$ 1 neemen van reprefailles op onfchuldige Burgers eh Ingezetenen, wegens de handelingen van den wettigen Souverein dezer Provincie, als toen te Amers:foort vergaderd; en welke feitelyk ondernoomene reprefailles, tot gevolg hadden gehad, het decerneeren van zoogenaamde Huis- en Stads-arresten te- , igen verfcheidene notabele Burger* en Ingezetenen, geduurende de onwettiglyk geufurpeerde Magiftrature, en byzonderlyk mede het gevangen neemen ien in detenfie houden van de Heeren Mrs. Jacob IAntony Martens en Paul EngeLbert Voet vak (Winssen, Heere van Zevenhoven, en zulks tot zulike boosaartige en godvergeetene oogmerken j als iby die Memorie zelve onbewimpeld zyn ter neder igefteld; dat den Gedaagden Defaillant, boven dit lalles, nog heeft beftaan te onderteekenen, en aan den voorfchreeven pretenfen Raad te doen inleyeiren, zeker Addres in dato den 7 Augustus 1787* lin zich bevattende, de buitenfpoorigfte èn onbe'fchaaradfte eisfchen nopens de Perfoonen en Goederen zoo van zyne Doorluchtige Hoogheid den Heere Prinfe Erf-Stadhouder, als van de refpefltive !Staats-Leden, ter Vergaderinge binneü Amersfoort als toen compareerende: alle welke feiten, breeder iby bovengemelde Intendith vermeld, importeerea Zeer zwaare en atroce delicten, in het algemeen be[gaan tegen de Hoogheid en wettige Regeeringe dezer Stad en Provincie, welke dus m een Land, daat goede Juftitie vigeert, niet konnen worden geconiniveerd, maar anderen ten affclitik en exempel be= ihooren te worden geftraft» . Zoo is 't, dat het voorfz. Gerecht doende Recht» Iden Gedaagden Defaillant heeft verfteeken , en iverfteekt by dezen van alle E±ceptien, declinatoit* idilatoir,.peremptoir, weeren en defenfien, volgens Ide Ordonnantiën, verklaarende hem Gedaagden Deifaillant te hebben gecommitteerd het Crimen Icefé \Majeftatis, en mitsdien te zyn infaam en inhabiel itot eenig ambt of officie; bannende hem uit deze Stad en derzelver Vryheid, mitsgaders uit de Hoögö N * Heer=*  196 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Heerlykheid Vreeswyk, anders genaamd de Vaart, zyn leeven lang geduurende, en verklaard wyders, ten behoeve van den Lande, verbeurd en vervallen alle zyne goederen, welke zullen worden bevonden over te fchieten, boven de kosten en mifen van Juftitie; condemneerende den Gedaagden Defaillant in dezelve, ter tauxatie van dezen Gerechte, alles onverminderd zoodaanige verdere lyfftraffen, indien hy Gedaagden Defaillant in handen der Juftitie sal geraaken, als ter caufe van het voorfchreeven Crimen, bevonden zal worden te behooren. Aldus gepronuntieerd in de Audiëntie van den Stadhuize, den 28 February 1789. Geëxtraheerd uit 't Register van Crimineele Sententiën, van den Ed. Achtb. Gerechte der Stad Utrecht, en na gedaane Collatie accordeerd deze, voor zoo veel 't geëxtraheerde aangaat, daar mede by my Secretaris van welgemelden Gerechte. Aftum den 3 April 1790* (was get.) C. A. van Wachendorff. N°. 2659. Sententie van den Hove van Utrecht, op ende jegens Jacob de Joncheere , Raad enz. In dato den 3 April 1790. Gezien byden Hove van Utrecht, het Intendith onder denzelven Hove gefurneerd, by den Prokureur-Generaal dezer Provincie rat. offic. Impetrant, op ende jegens Jacob de Joncheere, Gedaagde by edi&e en affixie van billetten, Defaillant; gezien mede de edidtaale Citatien, Informatien, Aften, en Munimenten, waar uit blykt, dat den Gedaagden Defaillant als Mede-Lid der Bürgerye, heeft getee. kend, verfcheidene met opzicht tot de wettige Regeering hoonende en violente Addresfen , en ande; re gefchiften; en onder dezelven ipeciaalyk mede hef  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 197 1 het Addres of zoogenaamd Manifest in dato den 3 July 1786, en de circulaire Misfive aan de Bondgemooten van dato den jden July daar aan volgende; c dat hy al mede heeft onderteekend verfcheidcDe In[finuatien, zoo aan de Heeren OrdinarisGedeputeerkden, Burgemeesteren, en Raaden in de Vroedfchap tdezer Stad, ter Staaten Vergadering compareerenKde, als aan andere Raaden in de Vroedfchap, en ; aan de Heeren van de voorftemmende Leden, geidaan de datis 2, 8, 17 Augustus 1786, (trekkende ï zoo tot remotie van verre de meeste R iaden, als om i onder zwaare bedreigingen de voorftemrnende Leiden en Heeren Ordinaris Gedeputeerden, in hunne : ambts-bezigheden te verhinderen; en door welke Unfinuatien ook is veroirzaakt, dat de Heeren Ordi. i naris Gedeputeerden zich genoodzaakt hebben gevonden om de Edele Mogende Heeren Staaten dei zer Provincie te Amersfoort te befchryven, tegens - den 3oAugustus 1786. Dat den Gedaagden Defaillant, zoo daar door als andere daaden heeft getoond .geweest te zyn een voornaam uitvoerder, en een 'van de eerfte fauteurs van de troebles, welke binnen deze Stad en Provincie hebben plaats gehad; dat voorts hy Gedaagden Defaillant op den 28 Augustus 1786 alhier op de Neude, zich op eene wederrechtelyke wyze als Raad in de Vroedfchap heeft laaten initalleeren en beéédigen, op zeker onwettig gearrefteerd en geintroduceerd Regeerings - Reglement, en in die qualiteit daadelyk heeft gefungeerd; dat hy Gedaagden Defaillant alzoo heeft medegewerkt in het formeeren van een pretenfe Raad dezer Stad, het inconftitutioneel inroepen van vreemde en zelfs gewapende hulp, het doen uittrekken van gewapende Manfchappen tegens de Militie van den Staat, fpeciaalyk op den 9 May 1787» en het via fatti zich meester maaken van de Penningen en Wapenen dezer Provincie, mitsgaders het pleegen van foortgelyke euveldaaden meer. Dat wyders hy Gedaagden Defaillant op eene Commisfie van den pretenfen Raad dezer Stad, op den n Juny 1787 N 3 »*•  I ïp8 Verzameling van Stukken Betrekkelyk tot is gecompareerd ia de opgeworpen Staatsvergade-:. ring binnen Utrecht, door den voorfz. pretenfeqt Raad dezer S*ad onwettelyk befchreeven; en dief Vergadering aldaar heeft bygewoond , en blyvenc bywoonen tot den iïden September des voorleedend jaars; dat den Gedaagden Defaillant zich hier door i mede heeft fchuldig gemaakt aan het ufurpeerem van de Hooge Regeering dezer Provincie, en vervolgens niet alleen heeft medegewerkt in 't onttrekken van de goede In- en Opgezetenen aan de; gehoorzaamheid jegens hunne wettige Overheid;; door dezelve te gelasten van geene andere Staats-. Refolutien of Beveelen, van welkeen aart dieookfe zouden mogen zyn, te refpecteeren, dan die ge-, nen, welken op den naam der alzoo vergaderde Per-, foonen zouden wezen afgevaardigd; en voorts in3 de Militie, behoorende tot de drie Regimenten, ter r Requifltie van de wettige Overheid op behoorlyk; Patent en Attaché binnen deze Provincie ingemar-. cheerd, en ter betaaling van dezelve ftaande, af te; trekken van de getrouwheid aan hunnen éqd en plicht, , door hen te ordonneeren, van zich zoo dra moog.. lyk uit eikanderen, en naar de Stad Utrecht of el-> ders te begeeven, met belofte van protectie en in- < demniteit, niet ooduidelyk den naam van Gewelde- . naars toepasfende op die genen, welken de wettige i Regeering dezer Provincie uitmaakten; maar ook in het ftyven en voortzetten van eenen gewapenden opftand tegens de Oppermacht dezer Provincie, en voorts in het op naam van de Staaten van den Lande van Utrecht onwettelyk afzenden van Gecommitmitteerdens ter Vergadering van Hun Hoog Mogenden de Heeren Staaten Generaal, en in het pleegen van alle die verdere zoo met opzicht tot de Hooge Oppermacht dezer Provincie laefive, gewelddaadige .en vyandelyke , als voor dezelve Provincie zeer verderflyke daaden, welken uit hoofde van de voorfchreeven onwettige Vergaderinge zyn ontftaan, én die niets minder ten gevolge zouden gehad hebben dan een totaale ruïne dezer Provincie, indien de poo- ■  de JSeteurtenisfen in 1787 enz, voorgevallen. 199 poogingen niet in tyds waren verydeU gewogen. En nadien den Gedaagden Defaillan daardoor uiet een boos en vyandelyk opzet, de Hoo^e rr.jr.hc de zer Provincie aangetast, en alzoo het Crim nl&fa \Maje(latis £ƒ perduMionis begaan heeft; en z'90 .^tinig delict in een Land, alwaar eene goeae Jufti'ie (Vigeert, niet kan worden geleeden, maar andetea ten exempel naar verdienden moet worden géfti aft» Zoo is 't, dat het voorfz. Hof doende tfechr, yerfteekt den Gedaagden Defaillanc van alle Exoep. ;tien declinatoir, dilatoir en peremptoir, weere» en Idefenfien, welke hy eenigzins had mogen propoineeren ofte baat neemen; bant voorts den G-dajgIden Defaillant zyn leeven lang geduurende mr de IStad, Steden en Lande van Utrecht, mitsgaders mit de Provinciën van Holland, Zeeland eü Wesc'Friesland, zonder ooit daar weder in te mogen komen ; onverminderd zoodaanige verdere ftraf aan dyf of leeven, als het zelve Hof, byaldien den Gedaagden Defaillant t'eeniger tyd in handen van ide Juftitie mogte geraaken, als dan zal oirdeelen aan hem te moeten worden geinfligeerd, en confis. jqueert ten profyte van den Lande alle de goederen van den Gedaagden Defaillant, welken zullen overfchieten boven de kosten en mifen van Juftitie, den Gedaagden Defaillant daar inne condemneerende by 'dezen, ter tauxatie van den Hove. Gedaan te Utrecht by myne Heeren Mrs. Herimanus Oosterdyk, Prtzfideerende; Daniël Francois van Goens; Jacob Adriaan van den Heu* *vel; Gerard Münniks, Heere van Gerwrscop en iden Breudyk; Willem Craayvanger; Jan Adriiaan van Wachendorff; Jan Both Hendriksen :en Willem van der Pauw, Raaden in den voorfz. Hove, en gepronuntieerd den 3 April 1790. Accordeert met zyn Principaal ten Register* In kennisfe van my, (was get.} Cornelis de Wys. 1 N 4 No«  aoo Perzamtling van Stukken betrekkelyk tot N°. 2660. Sententie van den Hove van Utrecht, opt ende jegens Leendert Blanke, Kamerbode vam de Heeren Staaten-. In dato den 3 April 1790. Gezien by den Hove van Utrecht, het Intendithi onder^denzelven Hove gefurneerd by den Proku-, reur-Generaai dezer Provincie rat. offic. Impetrant,, op ende jegens Leendert Blanke, gewezen Kanierbede van de Edele Mogende Heeren Staaten: dezer Provincie, Gedaagde in Perfoon by edifte eni affijrie van Bilietcen^ Defaillant; Gezien mede des edictaale Citatien, Informatien, Acïen en Muni-. menten, waar uit blykt dat den Gedaagden Defail-I lam , offchoon onder ééde verbonden aan en in: dienst van Hoogstgemelde HeerenStaaten, echter,, zoo de pretenfe Staaten, als derzelver pretenfet Gedeputeerden binnen Utrecht vergaderd, federt! den 11 July 1787 en vervolgens als Kamerbode: heeft gedient en dit ook niettcgenftaarfde door de: hooge en wettige Overheid dezer Provincie, toenmaals te Amersfoort vergadererde, by derzelveri Publicatie in dato den 12 Juny 17R7aandeSuppoosten en Bediendens van Hun Ed. Mogenden tn du»! ook aan den Gedaagden Defaillant ais Kamerbodei, was verboden, om de voorfz. pretenfe Suren-Ver— gadering en alle verdere zoodaanige wederrechtcfy-. ke Vergaderingen, te'bedienen of behulpzaam te. zyn; datwydersden Gedaagden Defnillam heeft ge-, adfifteerd by het fpolieeren van 's Lands Cornptoi- ■ ren binnen deze Stad, en voorts behulpzaam ge— weest is, in het vervoeren der Penningen en Manua- ■ len uit handen en de macht van zoodaanige Ontfan-. gers.aan welke de-adminiftratie van dien, door de i wettige Overheid dezer Provincie was toevertrouwd, en het overbrengen en van die Manualen en Penningen, aan handen en ten huize van dezul- . ken, welke daar toe geene de minfte wettige qualifi. catie hadden; mitsgaders ook in het feitelyk vervoeren van eene groote fommegelds den Lande toebehoorende, naar Amfteldam; zonder authorifatie,  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 201 ija zelfs zonder kennis van de Ed. Mogende Heeren I Staaten dezer Provincie, ofte derzelver Heeren Ordinaris Gedeputeerdens, als toen nog te Amersfoort i vergaderende. En nadien den Gedaagden Defaillant zich hierdoor. I heeft fchuldig gemaakt aan zoodaanige misdaaden, 1 welken in een Land, alwaar een goede Juftitie vi. |geert, niet kunnen worden geleeden, maar anderen iten exempel paar verdiensten moeten worden geiftraft. ' n Zoo is 't, dat het voorfz. Hof doende Recht, ■ verfteekt den Gedaagden Defaillant van alle exceptien, declinatoir, dilatoir en peremtoir, weeren en 1 defenfien welke hy eenigzints had mogen proponee: ren of te baat neemen, verklaart voorts den Gedaagden Defaillant inhabiel om immer eenig officie, i ambt of bediening binnen deze Provincie te kuDnen 1 waarneemen of bekleeden, en bant wyders hem Gedaagden Defaillant voor den tyd van twaalf j ?area uit de Stad, Steden en Lande van Utrecht, zonder geduurende dien tyd daar weder in te mogen komen, op poene van zwaarder ftraffen; condemneerende daarenboven den Gedaagden Defaillant in de kosten en mifen van Juftitie ter tauxatie van den Hove. Gedaan te Utrecht by myne Heeren Mrs. Hermannus Oosterdyk, Prejtdeerende; Daniël Francois van Goens; Jacob. Adriaan van den Heuvel; Gerard Munniks, Heere van Gerverscop en den B'reudyk; Willem Craayvanger; Jan Adriaan van Wachendorff; Jan Both Hendriksen en Willem van der Pauw, Raaden in den voorfz. Hove, en gepronuntieerd den 3 April 1790. Geëxtraheerd uit het Register der Crimineele Sententien 's Hoofs van Ut. recht, en accordeert daar mede by my (was gsW) Cornelis de Wys. N 5 No.  202 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot No. 256i. Sententie van het Gerecht der Stad Utrecht op ende jegens Mattheus Houtkamp, In dato den 4 September 17po. Gezien by den Gerechte der Stad Utrecht den Intendith onder denzelven gefourneerd en overgegeeven, byof van wegen Jonkheer Frederik Christiaan Reinhart, Baron van Reede en Agrim, Graa-, ve van Athlone, Vry heer van Amerongen £fc. £?c, Hoofd-Officier dezer Stad, rat. cffic. Eisfcher op en jegens Mattheus Houtkamp , Gedaagde in Perfoon by Edicte.en Defaillant. Gezien mede de Inthimatien, Verificatien, Ac» ten en Munimenten by den Heere Eisfcher gepro». duceerd, waar bygebleeken is, dat de Gedetineerde Drfiiilant in de.troqbles welke in de laatfte.jaaren voor de onwendinge van zaaken hebben plaats gehad, een byzonder aandeel gehad heeft, dat hy zulks onder anderen ten fierkften heeft betoond, door (na dat op den 3 July 1786 eenige onrustige lieden, aan het hoofd van eene menigte misleide Burgers, aan de Vroedfchap hadden geprefenteerd een fpoorloos Manifest, tendeerende, om HunEd. Groot Achtb. te nood aaken, om binnen den tyd van vier weeken te beéédigen zeker Collegie van zoogenaamde Gequalifkeerden en Gecommitteerden uit de Burgery, op pcene van feitelyke remotie der hier omtrent difficulteerende Raaden,) met meer andere Perfoonen op den 3den Augustus des. zei ven jaars, de Infinuatien aan dertig Leden van de Vroedfchap, waar by dezelve wierden verklaard van hunne Raadsplaa'fen effe&ivelyk te zyn geremoveerd; als mede op den 8ften Augustus daaraan volgende de bedreigende Infinuatien aan de Heeren van de voorftemmende Leden, en aan zoodaanige Raaden in de Vroedfchap als ter Vergadering van Hun Ed. Mogenden fesfie haddeD, en nog op den I7den dier maand de Infinuatien aan de Heeren Ordinaris Gedeputeerden , waar door het verleggen der Vergadering naar Amersfoort is noodzaaklyk ge-  de Gtbeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen* 203 geworden» te exploidteeren; en deovergeleeverde Copyen te onderteekenen, alle welke feiten breeder by voorfchreeven Iatendith vermeld, importeeren zeer zwaare en atroce delicten, in het algemeen begaan tegen de Hoogheid en wettige Regeering yan deze Stad en Provincie, welke dus ia sen Land daar goede Juftitie vigeerd, niet kannen worden geconniveerd, maar anderen ten affcfirik en exempel, be-haoren te worden geftraft. Zoo is 't, dat 't voorfchreeven G recht, doende recht, den Gedetineerden Defaillant heeft verffèèsen, en verfteekt by dezen van alle Exceptién deblinatoir, dilatoi/,, peremptoir, wheeren en defenüen volgens d^j Or Iqnnantie , verklaarende hem Gedetineerde Oefiillant hebban geeornmitreerd net Crimen lafe Majeita'is, en. rnidsdien te £yn infaam en inname! tot eenig A'rnbt of Officie, bannende hem uit deze Stad eu derzelver Vryheid , midsgaders uit de Hooge Heer;y' 82, 94, 1 li» 120,129,136,139,142a Tweede Deel. No. I58, 159» I65, 166, I67, 199, 202, 207^ 264, 26Ö, 267. Derde Deel. No. 283, 337, 338, 340. Vierde Deel, No. 380, 384. Vyfde Deel. No. 492. Zesde Deel. N°. 532, 590, 595. Zevende Deel. No. 652, 667, 670, 698, 703, 704, 707, 708, Twaalfde Deel. No. 1092, 1096, 1097, I°99, mi, 1114. Veertiende Deel. No. 1239. Agttiende Deel. No. 1407, 1408, 1419,1420, 1453, I454> I4J5Ï 1467. Negentiende Deel. No. 1473, 1474» I47ö, 1480. TweeJ  de Gebeurtenis/en in 1787 «t. voorgevallen, aoj Twee- en- twintigste Deel. $0. 1804,1805, 1806, 1807. 1808. 1809,1810, 1811. Drie- en- twintigste Deel. 4o. 1840, i854« Zeven- en- twintigste Deel. n zyn geheel. Agt- en- twintigste Deel. Jt fupra. Negen- en- twintigste Deel» "Jt fupra. Dertigste Deel. Ut fupra. Een- en- dertigste Deel. Ut fupra. Twee- en- dertigste Deel. Ut fupra. Drie- en- dertigste Deel. Ut fupra. Vier- en- dertigste Deel. ,Vau het begin af tot No. a<56i ingeflooten.  Söö Verzameling van Stukken betrekkelyk ui N°. 2CÏ63. Sententie van het Gerecht der Stad Amjlek dam, op er>de jegens Mr. Johannes ChristiANgii Hespe. In dato den 29 April 1788. EJen Wel Edelen Geftrengen Heer Mr. Willek Cornelis Backer, Hoofd-Officier dezer Stad rak cffic, contra Mr. Johannes Christianüs Hespee Gedaagde in Perfoon by EdiQe. Schepenen verleenen het vierdeDefault, en yoot 't profyt van dien, verklaaren de gedaane EdifitaaL Cnatien van waarde, en de Gedaagde by Edicte ver vallen en verftooken van alle Èxceptien declina toir, dilatoir en Peremptoir, mitsgaders van allt wheeren en defenfien, welke hy gecompareerd zynt de*, zoude hebben, kunnen of mogen allegueereni en bannen hem Gedaagde by Edicte wydersten eeui wigen dagen uit den Lande van Holland en West Friesland, onverminderd zoodaanige andere ftraf fen als Hun Ed. Achtb., indien hy t'eëniger tyd irj handen van de Juftitie geraakte, zullen oirdeelee te behooren, over en ter zaake dat hy Gedaagde by Edicte van zich heeft kunnen verkrygen om op dert 21 April 1787 den Heer Mr. N. Calckoen, Raad in de Vroedfchap dezer Stad, komende by het fchew den van den Raad uit de Raadkamer, wanneer de-: zelve tot digt aan of op de groote Trap genaderd zynde, aan te grypen, en dus het afgaan van het Stadhuis feitelyk te beierten, met dac gevolg, dat dezelve Heer Mr. N. Calckoen door de aldaar ver* gaderde menigte weder met geweld de Jüftitie-Ka-: mer is ingedrongen. Aldus gearresteerd den 11 Maart 1788, Preefenti:. bus de Heeren van Collen en vanEys, Schepenen. r Gepronuntieerd den 29 April 1788, Prafentibus 1 de Heeren van Collen en van Eys, Schepenen. (was get.) Leonard Beels, Secret., JSTo.;  de Gebeurtenis/en in 1787 ««2. voorgevallen. ao7 INo. 2664. Sententie van het Gerecht der Stad Deventer tegens Reyer Martens. In dato den 17 December 1790* In zaaken de Advokaaten Abraham Joan van iSucHTELEN en Antoni de Schepper rat. offic. Aanleggeren en Klaageren ter eenre, op en tegens Reyer Martens, Gedaagde in Perfoon en Beklaag;de ter andere zyde. Waar by de Advokaaten voornoemd in hunne iqualiteit voorfchreeven, by form van klachte heb;ben voorgedraagen, dat dewyl de Beklaagde Reyer !Martens in de Hooytydvan den jaare 1787 opeen ^Uitlegger by of voor deze Stad zich zoud« hebben bevonden, en op een brutaale manierG. Veldmaw izoude gelast hebben, met zyn Praam metHooygelaaden, by te draaijen; dat deze zyne bereidwilligheid daar toe wel had getoond; doch tefFens de on» mooglykheid daar van had aangeduid, dat de Beklaagde des niettegenftaande zyn Volk zoude gelast hebben, hem in den grond te fchieten, die daar :op ook met een Kogel op het Schip van G. Veld. iman zoudegefchoten hebben, welke fc hot misfen:de, Beklaagde andermaal zoude gelast hebben, iVeldman van de Praam af te fchieten, het welk [ echter door Lieden die aan de wal Ronden, zoude izyn verhindert, dat vervolgens den Beklaagden in : een Boot met vier gewapende Mannen op meerge1 melde Veldman zoude zyn afgekomen en gedreigd ]hebben, hem te vermoorden, voorts hem zoude j gelast hebben in de Boot over te komen waar hy dan zoude fterven, dat Beklaagde dien Veldman met ; zyn Boot by den Uitlegger zoude gebracht hebben, en hem onder bewaaring van twee Mannen gegeeven, welke Beklaagde zoude gelast hebben, hem met de Bajonet te doorfteeken, dat die order ook door een der Manfchappen zoude zyn geëxecuteerd, maar dat Veldman het Bajonet gegreepen, en daar door de verwonding zoude hebben afgekeerd, hun dreigende, dat zoo zy hem verder ge-  ao8 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot geweld zoude willen doen* en hem vermoorden»» hy met hun over Boord zoude fpringen , dat de: Beklaagde hem daar op tusfchen vier Mannen vani Geweeren voorzien, na de Wacht zoude hebben 1 laaten brengen, maar dat den Officier hem voortt zoude hebben ontflagen, en de Beklaagde doen gelasten hem ongemoeid te laaten vertrekken, en dat: het verder U Wel Ed. Hoog Achtb. zoude appa- • reeren uit de Producten fub D, E, F. Dat hy Beklaagde op den 19 September 1787 met een Piftool! gefchoten zoude hebben op Lammert Buisman, , Veerfchippervan hierop Rotterdam, in het voorby/ vaaren tusfchen Leyden en den Leydfchendam. Dat uit het gunt voorfchreeven dus de kwaadeen 1 brutaale handelwyze van den Beklaagden niet al-. leen zoude zyn af te neemen, maar zelfs daar uit; zoude apparent zyn, dat hy zich aan het tenteeren van een opzettelyke Doodflag zoude hebben fchuldig gemaakt, waar voor een bewys zoude opleveren zyne herhaalde ordres, om net Vaartuig van Veldman in den grond te fchieten, die niet zoude geweigerd hebben by te draaijen, maar deonmooglykheid daar toe aangetoond hebben, welke eerste order tot fchieten ook zoude geëxecuteerd zyn, dat dit zyn boos opzet ook aan den dag gelegd zoude zyn uit zyn last, om Veldman met het Bajonet te doorfteeken, zullende het arresteeren van gemelden Veldman het doen bewaaren van hem door gewapende Manfchappen, het doen opbrengen van hem na de Wacht, het dreigen van hem te doen fterven, ook van geen publyk geweld eneeneftrafbaare onderneeming kunnen worden geëxcufeerd, waar van het ongepermitteerde zoude appareeren uit het onmiddelyk ontflag van hem uit zyne detentie en uit de order van den Officier van de Wacht, van hem met zyn Praam vry te laaten pasfeeren, en dat verder het fchieten met een Piftool op Schip, per Buisman een bewys zoude opleveren voor zyn voorneemen van een Nederlaag te willen committeeren, het gene door hem in koelen bloede zoude zyn  ie GeheürtenisfeH in 1787 enz. voorgevallen, aog kyb gepleegd, zónder dat dien BoisMANdaar toeaan-i eiding zoude gegeeven hebben; welke daaden elk Wzonderlyk, en ook by eikanderen genoomen, den ieklaagden aan de misdaad van een getendeerde Joodflag zoude fchuldig maaken, welke met de Jood zoude moeten geftraft worden. Al het weikei z°° den Beklaagden al van een ■oma ordinaria mortis zoude kunnen excufeeren , logthaods in zyne omftandigheden misdaaden zou» :en effectueeren, dat de Beklaagde eenepcsna extrairdinaria Corporis niet zouden kunnen ontduiken* ioende dien ten gevolgen den Klaager quoris melio» i modo concludeeren. „ Dat de Beklaagde Reyer. MarténS ter óir» „ zaake voorfchreeven , zoude worden gecon» „ demneerd in zoodaane dood-, lyf- of andere i, arbitraire ftraffe, als U Wel Ed. Hoog Achtb. ., ex meritis caufce zullen vermeenen te behoo3, ren". . i, Schepenen en Raad voorfchreeven klachtefr , en Crimineele Conclufie met de daar by geani nexeerde ftukken tot adftructie bygebracht, mee , alle nauwkeurigheid hebbende geëxamineerd # | voorts uit het Boek van Memorien en Rechtdags „ Rolle gebleeken zynde, dat de wheeten behoor» „ lyk waren geëxploi&eerd, ten einde Beklaagde , zichin Perfoon zoude fifteeren om tehoorenzoo- daane eisch en conclufie, als tegen hem genoój, men zoude worden, en dat dien ten gevolge dè „ Beklaagde bp den geprorogeerden termyn vierL maaien boven rechten aangeëischt, en in Perjj foon niet gecompareerd Zynde, geéonturaaceerd g, is; en wyders gelettet hebben waar op ter ad4, miniftratie van onpartydige Juftitie eenlgzints te 9, letten ftonde, in contumaciam recht doende; er.„ kennen en verftaan: dat Beklaagde wegens die „ gearticuleerde daaden en handelingen, zich aan „ opzettelyk geweld en ftrafbaare onderneemini, gen welke van zeer gevaarlyke gevolgen, en te» SXXIV. Deel. O ,j gen$  firo Verzameling van Stukken betrekkelyk tot », gens de gemeene rust ftrydende zyn, by hen „ haaling vöorbedachtelyk heeft fchuldig gemaakid „ het welk in een Land van Juftitie niet te duldej is, weshalven Hun Wel Ed. Hoog Achtb. dat; ,, nog gratie voor rigeur van Juftitie prajfereerec de, den Beklaagden en Gecontumaceerden, te zaake voorfchreeven condemneeren in eene boe ,, te van vier hondert oude Schilden ten behoevi ,, dezer Stad, en daar en boven in alle de kostef „ dezer Crimineele contumacieele Proceduure; Si met alle de aankleve van dien, te betaalen uit d< door en naamens Beklaagde pro judicatum folvii „ en voor de kosten geconfigneerde forntna va; „ Penningen; voorts verklaarende den Beklaagde< „ en Gecontumaceerden inhabil, en onwaardig, on „ immer of ooit eenig Gilde ofte Veer van dezs „ Stad te kunnen of te mogen bezitten ofte bedie „ nen". „ Den verderen eisch van de Klaageren ratiow „ Fisci by derzelver Crimineele Conclufie gedaan en genoomen, ontzeggende; wordende dan nop „ de privative actiën tegen den Beklaagden aan eer ,, ieder dewelke vermeind dezelve te competee< „ ren, gereferveerd en voorbehouden ". Ita atïum in Senatu, Cofs. Eekhoüt Dr., loco J. vAi, Scchtfxen, Hartkamp, den 17 December 1790? et pronunciatum Cofs. Calmette, Dr., Noordink, loco Middelburg , den 11 February 1791. (Onder ftond) Pro vero ExtraSlu. (was geW) H. van Suchtelen, Secret: 1791. iNo.  is Gabeurtenisfen in 1787 tnz. voorgevallen. 21 e èo'05. Extraft uit het Boek van Refolutien Ser Stad Deventer, betrekkelyk de betaaling der boete en Proceskosten door Reyer Martens. ïn dato den 21 April 1791. rÖE la Calmette, Dr. Cofs. < Heselenberg , loco de Schep*> per, Dr. Vermits Reyer Martens by Sententie van den 17 December 17SJO, is gecondemneerd geworden in eene boete van 840 «uldens tot dezer Stads behoef; is goedgevonden»ten einde om betaalinge daar van te geworden , de Heeren Praefidenten te cjuali'ficeeren, de Penningen, geprovenieerd van desizelfs verkochte Veerfchip, zynde ter Secretary ge» : configneerd ter fommavan 1500 guldens te lichten ê 'tmontant van voorfchreeven boete daar van af te houden, en uit te reiken aan de adminiftratie van't ICameraarfchap van 1790 ten behoeve voorfchreeiven; voorts van die zelve Penningen te doen gewör» i den betaalinge van de verfcbüldigde confignatie-Pënmingen en jura Secretarii, gelyk mede voldoening ider Rekeningen van de Bediendens in de zaak tegen ]Reyer Martens, als eene Rekening van den Ad«> ivokaat A. J. van Süchtelen, in dezen als Advollcaat Fiscaal gtëmp'oijeerd geweest, fchoon hoö» \ ger geëxtendeerd, met de fommavan 138 guldens* i de Rekening van den Advokaat Antony dè SöiiEi: per , in dezen als Prokureur-Fiskaal gefungeerd hebbende, fchoon hooger geëxtendeerd, met $8 ; guldens, de Rekeningen van de Advokaaten, als ' Confulenten in dezen geoccupeerd hebbende ert wel van den Advokaat Johan Schrassèrt, fchoofl .hooger geëxtendeerd, met 110 guldens, en die van den Advokaat J. C. van Hasselt, fchoon mede hooger geëxtendeerd, met 130 guldens; met Ook wydere qualificatie op die zelve Heeren om den overfchot van welgemelde product of fomrria Penningen aan den Advokaat Ju J. Bannier, als Ö 2 hie?r  212 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot hi»r toe door Reyer Martens gequalificeerd, tei 'm gens quitantie uit te reiken. Pro vero Extrattu. :k (was gêf.) H. van Suchtelen, Secret. ,p 1791. ff' Stukken de Provincie van i Friesland betreffende. [I KT : ^ Ko. 2666. Memorie van de Heeren Gedeputeerde Staa. . ten van Friesland aan Hun Ed. Mosenden de Hee. . ren Staaten van dat Gewest, betrekkelyk het ftem. ■ men der Volmachten ten Landsdage in de Steden, \ In dato den 11 February 1784. Vo ut Edele Mogende Heeren! nee de By gelegenheid van het vifiteeren der Procuratien i tig van Volmachten ten Landsdage voor dezen jaare : dei Ï784, zyn voor onze Rechtbank twee dispuiten i cor gebracht, één uit Harlingen en één uitSneek; in ik welke beide het voornaame verfchilpunt daar in be- ■ Ui itord: ,, wie in die Steden tot het Remmen van uw Volmachten ten Landsdage, volgens de funda- ■ .m „ menteele Conftitutie van Regeeringe gerechtigd de „ zyn". Deze verfchillen zyn door ons, op vol- f/w gende wyze gedecideerd: als 'Ir TeHarlingen. rei Het Collegie verklaart de Remmen van Volmach- Ier ten ten Landsdage, voor dezen jaaren 1784, we- w gens de Stad Harlingen, door Burgemeesteren en te Raadslieden dier Stad, buiten de Gemeenslieden of n Vroedfchappen gedaan, onwettig en inconftitutio- Jet neel, dus van nul en onwaarde; en ordonneert de Ma-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 213 jvlagiftraat van Harlingen, ten fpoedigften, en wel en langden binnen den tyd van tweemaal vier- enhvintig uuren, de veertig Gemeenslieden of Vroedfchappcn te convoceeren, en door dezelve, (de lurgemeesteren en Raadslieden daar onder mede segreepen) gezamentlyk, hoofd voor hoofd, by oeerderheid van Remmen te doen Remmen en verliezen twee Volmachten ten Landsdage, voor de:en jaare 1784; namentlyk één uit den Raad, en ■én uit de Gezwooren Gemeente of Vroedfchap, rolgens de Ü>fchryvings-Misflve van het Collegie, D dato den 8 January 1784, en om redenen, com» ienfeert de kosten hier over gevallen. En te Sneek. Het Collegie verklaard de Remmingen van een Volmacht ten Landsdage uit den Raad, voor desen jaare 1784, door de Burgemeesteren, Schepeaen en Bouwmeesters van Sneek, feparaat buiten de overige Leden der Vroedfchap gedaan, onwet;ig en inconftitutioneel , annulleert diensvolgens dezelve, en verklaart mede voor onwettig en inconftitutioneel dp ftemminge van een Volmacht ten Landsdage uit de Vroedfchap , door de overige lieden der Vroedfchap, feparaat buiten de Burgemeesteren, Schepenen en Bouwmeesteren gedaan, annulleerendeinsgelyks dezelve. Ordonneert voor-s de Magiftraat van Sneek, de volle Vroedfchap ten fpoedigften, en wel ten langften binnen twee maal vier- en- twintig uuren te convoceeren, en door de zes- en- dertig Vroedfchappen, (de Burgemeesteren, Schepenen en Bouwmeesteren daaronder begreepen) gezamentlyk, hoofd voor hoofd, by meerderheid van Remmen te doen verkiezen twee Volmach'en ten Landsdage. voor dezen jaare 17$H* mamentlyk één uit den Raad, en één uit den Ge;zwooren Gemeente of Vroedfchap, volgens de Uit'fchrvvings-Misfïve van 't Collegie, van den 8 JaQ 3 nuary  2K4 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot nuary 1784? en om redenen, compenfeert de kptfiki ten hier over gevallen, i Wy hebben Ed. Mogende Heeren! in dezen von-ifte nis gewezen, zoodaanig als wy in goede Juftitie».J|! overeenkomftig de fundamenteele Conftitutie van» Regeering dezer Provincie, vermeend hebben te.ap behooren. Dan dewyl oude ingefloopene misbrui- jiii ken, fomwylen aanleiding kunnen geeven tot dis-.»: crepeerende fentimenten, zoo neemen wy de vry* p heid, aan U Ed. Mogenden eerbiedig in beden-. een Volmacht ten Landsdage uit den Raad ftemmen. i\Vy vinden ons, Edele i Mogende Heeren! te eer genoopt, om deze zaak ter deliberatie van ü L Mog. te brengen, om .1at U Ed. Mog. by 's Lands rdonnantie, /[de Boek Tü. 19- Art. 56, nader geterpreteerd by ü Ed. Mogenden Plakaat ï an den ) Maart 1783, geftatueeri hebben : dat de Heeren edeputeerden alle questieuie gevallen, waac over T hun, zoo wel ter eerfter inftantie, als by apA is gedecideerd, ter eerfter Landsdage zullen oeten brengen ter kennisfe van U Ed. Mogen3n, omme nagehouden deliberatie, daar op iets ikers te refolveeren, en voor het toekomende in ;ne Wet te doen veranderen. I Waar mede Edele Mogende Heeren! sveelen wy U Ed. Mogenden in Godes Heilige be« merming. U Ed. Mogendens Dienstwillige Dienaaren. ieeuwarden, den De Gedeputeerde Staaten :n Febr. 1784. van Friesland. (was get.) E. S. G. J. V. B. Rengers, vt. (Lager ftond) Ter Ordonnantie van Hun Ed. Mogenden. (was get.) H. vm Wyckel, 1784* O 4 No,  »%S Verzameling van Stukken betrekkelyk tot N*. 2667. Publicatie van de HeerenStaaten vanFriesm; land, befielzende finaale dispofitie over voorenftaamk de questie. In dato den 28 February 1784. De Staaten van Friesland allen den genen, die| dezen zullen zien ofte hooren leezen, falut; doec»! te weeten: ' ' • P Dat door de Heeren onze Gedeputeerden, ingeejl volge 's Lands Ordonnantie 4de Boek 19 Titul 't jcjl" Artikel, geamplieerd by Plakaat van den 10 MaariUS 1783, op dezen ordinaris Landsdag ter onzer kent nisfe gebracht zynde de questienin de Steden Sneel: en Harlingen ontftaan, en onlangs voor het Collei gie gedisputeerd, beftaande hoofdzaakelyk daarin] wie in die Steden tot het ftemmen van Volmachtet k ten Landsdage, volgens de fundamenteele Confti « tutie van Regeeringe gerechtigd zyn; na gehoudet deliberatie, en om te voldoen aan het gerequireer: tt de by 's Lands Ordonnantie en Plakaat bovenga a rneld, hebban goedgevonden en verftaan by dei k zén te notificeeren en te verklaaren: dat in de Sfef m den volgens de fundamenteele Conftitutie van Re< u; geering dezer Provincie, de Gemeenslieden gei ie Daamd Vroedfchappen, als Reprsfentanten van dd bi overige Burgers en Ingezetenen , privative gerech k tigd zyn tot het ftemmen van Volmachten ten Landsi er, dage, en dat de Magiftraaten} uitmaakende hes t» Gerechte in de Steden anders genaamd de RaadJ t; in die qualiteit, volgens de fundamenteele Confti tutie niet bevoegd zyn, om de Volmachten tet i Landsdage te ftemmen. Dat dicnsvolgens de VoM ï machten ten Landsdage in de Steden, zoowel die' ce; Uit den Raad, als die uip de Gezwooren Gemeente vc öf Vroedfchappen , behooren te worden geftemd 01 door alle de Vroedfchappen, (de Leden van der da Raad in hoedaanigheid als Vroedfchappen daar me«: ec de onder begreepen) gezamentlyk daar toe gecon-i l voccerd, hoofd voor hoofd by meerderheid varj v: fttmmen, op denzelfden voet zoo als zulks vani ft ouds, en nog ten heden dage in de Steden Sloo- de teil  de Gebeurtenis/tri in 1787 ent» voorgevallen» 217 ten en Hindeloopen gebruikelyk is; blyvende alleen van dezen regel geëxcipieerd zoodaanige Stad of Steden, welkers Magiftraat zal kunnen aantooneu by uitdrukkelykQótrooy van de Staaten des Lands, bet Privilegie bekomen te hebben, om afzonderlyk buiten de overige Leden der Vroedfchap, een Volmacht ten Landsdage uit den Raad te ftemmen. !N°. 2668, Publicatie van de HeerenStaaten van Friesland, betrekkelyk de Militaire Jurisdictie, In dato den 28 Febr. 1784. Pe Staaten van Friesland allen den genen die de. izen zullen zien of hooren leezen, faluc; doen te 1 weeten: Dat wy door eenige Leden uit onzer midden, daar toe by Refolutie van den 21 January 1783 gecommitteerd, naauwkeurig hebben doen onderzoeken het ftuk der Militaire Rechtsoeffening in déze Proivincie, zoo in derzelver oirfprong en aart als adminiftratie, en van tyd tot tyd toeneemende exten[fie; aan ons uit derzelver Rapport ten vollen gebleeken is, dat die Jurisdictiegeenszints kunnende Ibeftaan met de Rechten en Vryheden des Lands ien der goede Jngezetenen, niet behoord te continueeren op dien voet, als tot nu toe is gcëxer:ceerd. Zoo is 't, dat wy na ingekomen Advys en Con!fideratien van onzen Hove, hebben goedgevonden ien verftaan te ftatueeren, gelyk wy ftatueeren mits :dezen, dat van nu af aan zullen worden gehouden ivoor vernietigt alle de Staatf-Refolutien, voormaals :op het ftuk der Militaire Jurisdictie genoomen, en ;dat voortaan conform de oirfprorglyke Conftitutie ien het 30/ïe Artikel van het Reglement Reformotoir, iin dato den 21 December 1748, de adminiftratie der ivoile zoo Civiele als Crimineele Juftitie over allg Perfoonen en zaaken, zonder eenige exemptie, we;derom zal zyn by en geoeffend worden door den O y Ho.  2i8 Verzameling van Stukken betrekkelyk m Hove Provinciaal, en de Nedergerechten in zoo in verre derzelver Jurisdictie zich uitftrekt; zullende i vervolgens de noodige bepaalingen van de macht, j welke tot het onderhouden eener goede Krygsdisci- i pline aan den Militairen Rechter, in deze Provin- L cie behoord gegeeven te worden, nader worden f vastgefteld, en by eene volgende Publicatie bekend i gemaakt. i En op dat niemand hier van onkundig zy, of ee. ïrige ignorantie voorwende, zal deze alomme wor- f den gepubliceerd en geaffigeerd, daar men gewoon i is Publicatie en Affictie te doen. Aldus gerefolveerd en gearrefteerd op 't Land- . li fchaps Huis binnen Leeuwarden, den 28 Februa- 3 ry 1784. (was get.) h. B. van Sminia, vt. j Ter Ordonnantie van Hun Ed. Mogenden, l (was get.) A. J. van Sminia. j , , ii ii". 0.669. Misfive van de Heeren Staaten van Fries- \ land aan den Heere Prince Erf-Stadhouder, betrek- u kelyk het rechtsgebied over het Krygsvolk van den r Staat. In dato den 6 Maart 1784. i doorldchtigste vorst en heer! C tl Wanneer wy door eene Commisfie uit het midden » onzer Vergadering, nauwkeurig hadden doen exa- t mineeren den oirfprong en aart, benevens deexer- li citie en dagelyks toeneemende extenfie derMilitai- li re Jurisdictie, wierden wy door het Rapport onzer jf Gecommitteerden volkomen bevestigd in het ge- f voelen, dat de Rechtsoeffening van den Militairen li Rechter, op dien voet zoo als thands plaats had, !i geenszins beftaanbaar was met de Rechten en Vry- 1 heden van 's Lands Ingezetenen, en de indepen- e dentie onzer Souvereine Provincie j weshalven die ) op  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 2 [9 np zoodaanig eene wyze niet behoorde noch konde •ontinueeren. Ten dien einde wierd door welgenelde Heeren Gecommitteerden, by dat ze', ve RapKort, ter onzer deliberatie gebracht een Concèpïleglement, bevattende eene form van Admioiftraie van Juftitie in den Militairen ftand, waar door ;e gewapende Arm van Staat, in deszelfs Leden, :er, reputatie en bezittingen even zeker en veilig :ouden zyn, als alle andere Leden der Maatfchappy. Vy laudeerden, naar aandachtige examinatie dit an ons opgegeeven Concept-Reglement, in afjachtinge dat Uwe Doorluchtige Hoogheid met de laad betoonende, te willen contribueeren tot het seraamen en vastftellen van alle zoodaanige fchsKlingen, als konden ftrekken tot redres der notoire imifen in de Militaire Jurisdi&ie, en tot behou;enisfe der Rechten en Vryheden van alle 's Lands ngezetenen, gepaard met de confervatie van de loogheid en Onafhangelykheid onzer Provincie, Coogstdezelve volyverig geconcurreerd zoude heb>en, tot in ftandbrenging dezer onzer zoo gewich>ge als heilzaame bedoelingen. En op dat des te ;eter in eene zaak van dat belang, met Uwe Doorachtige Hoogheid communicative gehandeld rnogt irorden , committeerden wy twee Leden uit hot mid:en dezer StaatSrCommisfie naar 's Hage, ten eine met Uwe Doorluchtige Hoogheid mondeling te onfereeren, alle voorkomende bedenkingen te eucideeren, en eenige difficulteiten zoo geopperd inerden, op de best doenlyke en gefchiktfte wyze e applaneeren. Dan wy hebben uit het Rapport :ezer afgezondene Heeren, tot ons leedweezen geien, dat Uwe Doorluchtige Hoogheid volmondig :edeclineerd heeft, om over deze materie in eeni:e conferentie met dezelve te treeden; toonende iaar mede ongenegen te zyn, om tot het harmoniius en welmeenend einde, 't gene wy ons in dezen ladden voorgefteld, t! eenigerwyze te coöpereeen. Verwonderd over deze handelwyze van Uwe doorluchtige Hoogheid., ontvingen wy met geenu ■■ min-  Verzameling van Snikken betrekkelyk tot mindere bevreemding Uwe Doorluchtige Hoog.', heids fchriftelyke Confideratien over het ftuk der> Militaire Jurisdictie, inhoudende fustenueo zooi vreemd» en van dien aart, dat ze door oos eveni min kunnen als mogen erkend worden. Uwe Door-* luchtige Hoogheid fteld zich daar in voor als het t Hoofd, aan Welke alle hoegenaamde Jurisdictie o— ver Militaire Perfoonen, zoo in 't Civiele als Crimineele, privative en abdicative is opgedraagen,, zoo dat alle Militaire Rechtbanken, geene uitgezonderd , aan Uwe Doorluchtige Hoogheid eni Hoogstdeszelfs wettige Defcendenten zouden' zym onderworoen, met dien gevolge, dat alle Sententiën door Uwe Doorluchtige Hoogheid zouden kunnen worden geapprobeerd, geimprobeetd, gealtereerd of vernietigd naar willekeur. Schoon wy nu i op de eerste lettuure dezer ftelling, reeds zekert waren van derzelver fcngefundeerdheid, hebben wy/ echter de bewyzen welke Uwe Doorluchtige Hoogheid daar toe aanvoert, met alle bedaardheid en aandacht getoetst, door na te gaan alle delatien, byy Commisfien en Inftructien, zoo door de gezament— lyke Bondgenooten als door deze Provit,cie, immermeer den Heeren Stadhouderen, als KapiteinGeneraals gedaan. En wy moeten bekennen daart in geen bewys tot ftaaving dezer fustenue gevonden te hebben. Immers vloeit uit de Opdracht vani het Kapitein-Generaalfchap der zeven Vereenigde: Provinciën niets diergelyks, en daar uit kan boven-dien nooit geargumenteerd worden tot de waardigheid van Kapitein-Generaal eener particuliere Provincie, of die eerste qualiteit aldaar ter plaatfe werken; hebbende het Kapitein-Generaalfchap der U— nie geene andere betrekking, dan op de macht welke de Remmende Provinciën gezamentlyk bezitten,, en dan alleen word uitgeoeffend, wanneer het Le-. ger der Bondgenooten by elkander is, of iudeLan- ■ den, welke onder den naam van Generaliteits Landen bekend zyn. — Even weinig bewys leeveren i de particuliere Commisfien en laltructien op, die; deze:  de Gebeurtenissen in 1787 ent. voorgevallen, zil eze Provincie aan hunnen Kapitein-Generaal in ïr tyd hebben gegeeven; fchoon daar in voorköïen de woorden, door Uwe Doorluchtige Hoogheid >t het hoofdargument gebeezigd, den dwang naaelyk, om behoorlyke orde en discipline onder den rygsvolke te houden. Want, zoo men die uit. .'ukking in alle de Commisfleh en Inftruftien op szelfde wyze voorkomende, toetst aan het provi. aneel Reglement van Prins Willem dén eersten, 1 daar by inziet alle de Staatsltukkon dezer Pro» incie, fints de erectie der Republyk, ten ondererp hebbende het daadelyk maintien van de adiniftratie der Civile en Crimineele Juftitie alhier, i/er alle Perfoonen en zaaken, zonder eenige exmptie, dan zal men overtuigd bevinden, dat de oorden den dwang enz. geenzins opgevat kunnen, lorden als eene delatie van Jurisdictie te behelzen, laar alleen een order of last, door eene Souvereiï Provincie aan Haaren Kapitein Generaal gegee2n, om ftridte ordre en regel onder de Militie te ouden, zonder dat de loop der ordinaire Juftitie, aar door eenigermaate kan geacht worden geremd, of tot iemand anders overgegaan te zyn.—• i|r ten, en aan de Commandanten der Guarnifoenen varjiP Leeuwarden en Harlingen worden gezonden, totnffl derzelver naricht, ec om zich daar naar te regulee.Jfk ren. Aldus gerefolveerd op het Landfchaps Htlis, deöM 14 Maart 1784. j . Accordeert met voorfchreeven Boek, Ti In kennisfe van my, A. J. van Sminiaj ' pil No. 2671. Refolutie van de Heeren Staaten van Fries* M land, betrekkelyk de macht van Krygsraaden in heti M firaffen van zuivere Krygsmisdryven. In dato dem ^ 14 Maart 1784. De Staaten van Friesland, allen den genen, diei c, dezen zullen zien ofte hooren leezen, falut; doem te weeten: , Alzoo wy by Publicatie van den 28ften Februaryj m dezes jaars, goedgevonden hebben het Hof Provia-4 ef ciaal, en de Nedergerechten in zoo verre derzelver Jursdictie zich uitftrekt, te herftellen in hun vam ouds competeerende adminiftratie der volle zoo Ci«i vile als Crimineele Juftitie over alle Perfoonen eni , Zaaken zonder eenige exemptie, met vernietigingi ,a van alle de Refolutien op 't ftuk der Militaire Juris-s ¥ dictie genoomen. Zoo is *t, dat wy echter tot be* paalinge van de macht , welke tot het onderhouden eener goede Krygsdiscipline in deze Provincie aan den Militairen Rechter behoort gegeeven te won den, goedgevonden hebben te ftatueeren, gelyk * wy ftatueeren mits dezen, de navolgende Artikelen j ^ Art. I. Dat voortaan de Militaire Rechtbank zal beftaan ' uit  de Gebeurtenis/en in Ï787 enz. voorgevallen. 2*5 uit een Guarnifoens Krygsraad, dewelke beleid zal worden door den commandeerenden Officier van de refpedtive Guarnifoenen, en famengefteld zyn, zoo en in diervoegen als alhier plaats gehad heeft federi den jaare 1775. li. Dat aan dezen Krygsraad gegeeven word de macht, dm te oirdeelen over zuivere Militaire Deliöen* waar door verftaan worden dezulke, welke alleen; door een Militair als Militair kunnen worden begaan^ III. Dat nog aan den Krygsraad word gegeeven dé macht, om te oirdeelen over verfchillen tusfchen Militairen ontftaande over Leeningen, Soldyen, Monteeringe, Wapenen, of andere Krygsmans behoeftensj IV.- Dat van de Sententien,- by den Krygsraad uitgefprooken over de hier vooren genoemde zaaken * van nu af aan Appél zal vallen aan deü Raad van Staaten der Vereenigde Nederlanden, welk Appél zal moeten worden gedaan binnen tien dagen, na dat de Sententie ter eerfter inftantie zal zyn uitgefprooken. V; Dat voor Militaire Perfoonen zullen worden ge. houden, die gene, welke werkelyk zyn dienst doen» de, als mede de Recruten, zoo ras dezelve eene Leening zullen hebben ontvangen. vi. Dat aan den Militairen Rechtbank ofte Rechter, wel expresfelyk word verboden, eenige verdere Rechtsmacht ofte Jurisdictie in deze Provincie, onder wat voorwendzel ook zulks moge zyn, te oeffenen, dan alleen over de hier vooren aan hun fpeciaal gegeevene objecten. XXXIV. Deel, P VII.  326 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot VII. Dat wy wel expresfelyk aan ons referveeren de; macht, om nopens de hier boven vastgeftelde Arti-. kelen zoodaanige nadere bepaalingen te maaken, als: roodig zullen worden bevonden; gelastende en or-> donneerende aan de Militie, thands alhier in Guar-trijpen leggende, oftenamaals zullende komen, alle; het hier bovengeftelde punclueelyk te achtervolgen i en na te komen; gelyk mede, indien 'eronverhoopt: eenige twyffel over deze Artikelen mogte ontftaan,, zich daar over aan ons te addresfeeren ten fine vaa i interpretatie. En op dat niemand hier van onkundig zy, of ee-. nige ignorantie voorwende, zal deze alom worden gepubliceerd en geaffigeerd, daar men gewoon is i publicatie en affixie te doen. Aldus gearrefteerd op 't Landfchaps Huis binnen Leeuwarden, den 14 Maart 1784. H. B. van Sminia, vt. Ter Ordonnantie van Hun Ed. Mogenden, , A. J. van Sminia. N°. 2672. Refolutie van de Heeren Staaten van Friesland, nopens den Auditeur Militair en Gewaldigen Provoost. In dato den 14 Maart 1784. By refumtie gedelibereerd zynde over de te maa. kene redresfen in 't ftuk van de Militaire Jurisdictie, en in aanmerking genoomen zynde, dat de Audi. teur Militair en de Gewaldige Provoost, hunne refpettive Commisfien by den Raad van Staaten verleend , nooit hebben vertoond, en dat overzulks die Ambtenaaren nog nimmer door den Souverein op eene wettige wyze zyn erkend; zoo is goedgevonden en verftaan, de navolgende poincteu daaromtrent (e arrelteeren. Art.  de Geteurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 227 Art. I. Dat de tegenwoordige Auditeur Militair en deGe» (waldige Provoost (en vervolgens hunne Succes/turen in officio') hunne Commisfie zullen vertoonen aan het [Collegie der Heeren Gedeputeerden, om aldaar geëxamineerd te worden. II. Dat na examinatie dies de éêd vangetrouwigheid-, '(volgens het Formulier hier na vólgende) door den :Pra;fident van gedachte Collegie aan den Auditeur ! Militair zal worden afgenoomen , welke prseftatic op de rugge der Commisfie zal worden genoteerd. III. Dat de Auditeur Militair, gelyk mede de Gewal. idige Provoost, hunne Commisfien met de doïfaalë ; aanteekeningen zullen moeten doen regiftreeren ter I Secretarie van het Collegie van de Heeren Gedepu! teerde Staaten, voor-en aleer ter exercitie van hun1 ne reipeöive ambten geadmitteerd mogen worden. IV. Dat voortaan als Auditeur Militair of Gewaldigé I Provoost niemand zal mogên fungeeren, dan een ;gebooren, of naar 's Lands Wetten genaturalifeeri de Fries. Wordende het Collegie der Heeren Gedeputeer1 den gelast, om aan den inhoud dezes Wel ftrictelyk 1 de hand te houden. En zal Extract dézes aan den tegen woord igen Auditeur Militair en Gewaldigé Provoost worden ter hand gefield, om zich daar naar te reguleerenj gelyk mede Extract daar van gezonden zal worden aan zyne Doorluchtige Hoogheid en den Raad van Staaten tot derzelver informatie.  228 Verzameling yan Stukken betrekkelyk tot Formulier van den ééd voor dern 1 Auditeur Militair. „ Ik beloof en zweer de Staaten van Friesland M „ welken ik voor mynen wettigen Souverein erken J: „ in alles houw en getrouw te wezen, en my in n myn ambt en bediening als Auditeur Militair des ik „ Guarnifoens van Leeuwarden en verdere Guarnii II ,, foenen in de Provincie van Friesland, getrouweösLï lyk en vroomelyk te gedraagen, obferveerendd 14e „ 's Lands Wetten en Plakaaten, byzonderlyk d* „ beide Publicatien van den 28 February en decit 14 Maart 1784, op't ftuk der adminiftratie det > ,, Civile en Crimineele Juftitie in deze Provinciéi „ geëmaneerd, zonder immer toe te laaten, dat „ daar tegen in myn ambt eenigen indracht ge>; „ fchiede". Zoo waarlyk helpe my God Almachtig! Aldus gerefolveerd op 't Landfchaps Huis binnen No Leeuwarden, den 14 Maart 1784. N°. 2673. Misfive van de Heeren Staaten van FriesA land aan den Heere Prinfe Erf'• Stadhouder, in' ? dato den 14 Maart 1784, ter geleide van de Pm Hw blicatie over de macht der Militairen in het ftraffer, \ m van zuivere Militaire DeliÜen enz. , te DoORLÜCHTIGSTE VORST EN HEERl h c By eene voorgaande Misfive te kennen gegeeven Ei hebbende, dat wy aan Uwe Doorluchtige Hoog^pw heid de behoorlyke Communicatien zouden doecpi van het nader by ons gerefolveerde over de zaaken li» der Militaire Jurisdictie, is het thands ter voldoe* h ning daar aan, dat wy by dezen overzenden de k Stukken daar toe betrekkelyk; ten einde Uwe Doom ee/ luchtige Hoogheid conform derzelver inhoud, aan s 1 de  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 220 de Militie in deze Provincie Guarnifoen houdende, of namaals komende, de vereischte orders geeve. Waar mede, Doorluchtigfle Verst en Heer! wy Uwe Doorluchtigfte Hoogheid beveelen in de befcherminge van God Almachtig. Leeuwarden, Uwe Doorl. Hoogheids goede den 14 Maart Vrienden, I784« De Staaten van Friesland. {was geparapheerd) H. B. van Sminia, vt. Ter Ordonnantie van Hun Ed. Mogenden, (was get.) A. J. van Sminia, Secret. No. 2674. Addres van het Genootfchap van Wapenoefening te Dockum onder de zinfpreuk pro aris & focis, aan Hun Ed. Mogenden de Heeren Staaten van Friesland, verzoekende met een Eereteeken bekroond te worden. In daio den 14 Maart 1784. Remonftreeren U Ed. Mogenden met verfchul. digden eerbied Mr. N. J. van Altena, Oud-Gommis van 's Lands Middelen dezer Provincie, en J. K. Teitsma, beide woonende te Dockum, in qualiteit als Gecommitteerden uit een aanzienlyk getal Burgers en Ingezetenen van gemelde Stad. Dat zy Supplianten in die zelfde qualiteit aan de Ed. Achtb. Magiftraat en Vroedfchap der Stad Dockum hebben geprefenteerd het Request alhier annex met Conftat, welkers contenu de Supplianten in haare qualiteit, alhier voor geinfereerd houdende, diensvolgens, kortheidshalven, niet zullen herhaalen, maar neemen de vryheid, zich op het eerbiedigst tot den inhoud dies te gedraagen. Dat zy Supplianten vervolgens in hunne qualiteit P 3 op  «g« Verzameling van Stukken betrekkelyk tot op den 2 Oclober 1783 het genoegen hebben ge-; had, om derzelver verzoek in het oprichten vaai , een fixercitie-Genootfcbap met eeD gunftigappoinc-: tement door de Ed. Achtb. Magiftraat en VroedJsl fchap der Stad Dockum bekroond te zien, zoodaa-rsln nig, dat alle de Leden der Regeering (voor zooi 1 verre prefent waren) met unanime Stemmen der r Supplianten onderneemingen (welke Hun Ed. Achtb.i i; als lofFelyk befchouwen) hebben gelieven te lau-: 1 deeren, en de aldaar ten Requeste geinfereerde Ar«' | tikelen te approbeeren, uitwyzens het appoinóte-: • ment in margine gefteld. I Dat dus de Leden van het Exercitie-Genoot-: } fchap, met de goedkeuring van hunne wettige li verheid zich vereerd vindende, terftond ook al!e< 1 mooglyke middelen hebben aangewend, om zichj t ten fpoedigften te bekwaamen tot dat einde, waari \ toe derzelver Genooifchap was ingericht: — waan t door dan te weeg gebracht is, dat het getal der In- ( teekenaaren tot tagtig geaccresceerd zynde, en dusi i volgens eene, by 's Lands Lyst■ pag. 199. art. 9. d gtëvenre.ijgde proportie, aequiparéerende'het Exer-' ,, 'ta&ett os fchap ce Leeuwarden, thands van dienst! ,, . öb meer, dewy! rie Leden reeds vroegty-. y -p eigen kosten, zich van Geweer en Wape-. ,.' :.0TEien hebbende, zich met alle vigeur op: ,', de ejfreitte ett n-.ance-uvres hebben toegelegd, om: , zoo ras de ncod zulks onverhoopt mogte vorderen,: , aan-hunnen plicht te kunnen voldoen. Dit Exercitie-GeHootfchsp, Ed. Mogende Heeren! heeft tot deszelfs devys aangenoomen dezin- iU fpreuk pro aris & focis, om daar door, met weinige:;! ( woorden, haar oogmerk en doelwit aan den dag te: j leggen, en het zelve is reeds in ftaat, op den eer- . ften wenk, ons lieve Vaderland in het gemeen en: j ©nze Stad in het byzonder ten dienst te zyn: — zullende dit Genootfchap, zoo ras het zelve met de:: hooge goedkeuring en begunstiging van U Edele: | . Mogenden mag praaien, ten fpoedigften een Vaan-'l . dei, met de noodige inferiptie en ornamenten, laa- .tJ. ■ ten 1  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 231 ten vervaardigen , om dus alles op eene welgeregelde wyze uit te voeren. De Supplianten hebben dus de eer, aan U Edele Mog. zich te addresfeeren, uit naam vao een Exercitie-Genootfchap, dat, na bekomen confent van deszelfs wettige Overheid, alles op eigen kosten heeft ondernoomen en uitgevoerd, tot op het Vaandel na, zonder UEd. Mogenden hoogwichtige deliberatien met eenigerhande follicitatien te interrumpee» ren, zoo lange de zaak in het onzeker verfeerde: ■— doch, dewyl dit Exercitie-Genooifchap reeds tot conlistentie en activiteit is gebracht, en U Ed. Mogenden, zich dus volkomen verzekerd kunnen houden, dat het zelve niet in zyne geboorte zal blyven zitten, vooral wanneer U Ed. Mogenden zulks met Hoogstderzelver goedgunstigheid gelieven te beftraalen, zoo durven thands de Supplianten in hunne qualiteit des te vrymoediger zich tot U Ed. Mogenden wenden, te meer, om dat U Ed. Mogenden Gecommitteerden, by het Rapport op de Addresfen der Ingezetenen, betuigen: „ den „ loffelyken yver van zich te bekwaamen, ten ein„ de in tyd van nood zyn Vaderland tot nut en be„ fcherminge te kunnen zyn, niet genoegzaam te „ kunnen laudeeren, en U Ed. Mogenden allezints „ aanraaden, om tot dat oogmerk, door gepaste „ middelen mede te werken, 't zy door het uitgee„ ven van een zeker getal Lands Geweeren of an„ dere eerverwekkende uitbiedingen". Welk Rapport UEd. Mogenden vervolgens, by Hoogstderzelver Refolutie van den 19 December 1783, in allen deelen hebben gelieven te approbeeren, en diensvolgens te refolveeren endeclareeren: dat U Ed. Mogenden zich niet ongenegen zullen toonen, dien yver op te wekken., ingevalle de „ Ingezetenen, welke zich op eene reguliere wyze „ onder de Regeeringe van hunne wettige Over- heid en beftier hunner Opperhoofden, zich naar „ geformeerde Wetten en Reglementen willende „ gedraagen, aan U Ed. Mogenden met exhibitie F 4 „ van  r ?3? Verz#meUng van Stukken betrekkelyk tot ,, V9D zoodaanige Wetten en Reglementen zullen i ,, addresfeeren ". Alwaaromme de Supplianten, vertrouwende op> UEd. Mogendens gemanifesteerde declaratie, (zoo> de Supplianten vermeenen) behoorlyk, overeen-komftig U Ed. Mogendens welmeeninge, met dei goedkeuring yan hunne wettige Overheid gemu-nieerd, op het nederigfte zich in hunne qualiteit t wenden tot U Ed. Mogenden, zeer ootmoedig im-« ploreerende, dat het U Ed. Groot Mogenden gra— tieuslyk moge behaagen: — in de eerfi'e plaats, omi tiet Exercitie-Genootfchap van Dockum, onder dei zinfpreuk pro arts &f focis, en dus met dezen titel 1 vooreen wettig Genootfchap te erkennen, te con-ftitueereq en onder ü Ed. Mogendens hooge protectie te neemen: — en in de tweede plaats, dat UI Ed. Mogenden de Artikelen van dat Exercitie-Ge., nootfchap, met U Ed. ïVïogendens hooge goedkeu», ring nader gelieven te rrjunieeren, en uit krachte van U Ed. Mogendens Souvereine macht en autho- • riteït dezelve tot eene daadelyke wet te ftatueeren,, op de poene en ftraffe daar by gefteld, dewyl ieder • Lid zich vrywillig en welberaaden aan dezelve heeft Onderworpen, blykens hunne handteekeningen on» der het origineel ftaande:.— zullende de Supplianten het verders aan U Ed. Mogendens mildaadigheid pverlaaten, om uit confideratie der kosten welke door het Exercitie-Genootfchap, zonder iets van den Lande té genieten, zyn aangewend, nu en dan pok in plaatfe van eenige eerverwekkende uitbiedingen, het meergemelde Exercitie-Genootfchap, dat zonder prikkel of fpoorflag zich in dat goede werk ten fterkften beyverd heeft, en daar door het allereerfte in gereedheid is, uit dien hoofde met een Eereteeken te bekroonen, zoodaanig ü Ed. Mogen, den volgens derzelver hooge wysheid en genereuflteit, na merite van de zaak, zullen oirdeelen te be. hooren. (was get.) T. K. Teitsma , N. J. v. Alte. wa, A. M, v. Poutsma. t I ft ■fa  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen, 233 £J\ 2675. Refolutie van de Heeren Staaten van Friesland , behelzende dispofitie op bovenjlaande Addres. In dato den 14 Maart 1784. Gedelibereerd zynde op een Request van Mr. N. j. van Altena, Oud-Comtnis van 's Lands gemee. ne middelen dezer Provincie, en j. K. Teitsma» in qualiteit als Gecommitteerden uit een aanzienelyk getal Burgers en Ingezetenen van de Stad Dockum ; verzoekende, met goedkeuring van hunne wettige Overheid, dat het Hun Ed. Mogenden behaagen mogte: 1. Om het Exercitie-Genootfchap aldaar, onder de zinfpreuk pro aris 6? focis, en met dien titel voor een wettig Genootfchap te erkennen, te conftitueeren, en onder Hun Ed. Mogendens hooge protectie te neemen. En ten 2. Dat Hoogstdezelvè de overgelegde Artikelen van dit Genooifchap geliefden te approbeeren, en tot een daadelyke wet te ftatueeren, op de poenen en ftraffen, daar by gefteld, dewyl ieder Lid zich vrywillig en welberaaden aan het zelve had onderworpen. Laatende de Supplianten het verders aan Hun Ed. Mogendens mildaadigheid over, om, uit confideratie der kosten, welke door het Exercitie-Genootfchap, zonder iets van.den Lande te genieten, zyn aangewend, 't zelve Genootfchap, zonder prikkel of fpoorflag zich in dat goede werk ten fterkften beyverd had, en daar door het allereerst in gereedheid is, uit dien hoofde met een Eereteeken te bekroonen, zoodaanig als Hun Ed. Mogenden volgens derzelver hooge wysheid en genereufiteit, na merite van de zaak, zouden oirdeelen te behooren; alles breeder in voorfchreeven Request vervat. Is, laudeerende en approbeerende Hun Ed. Mogenden der Supplianten yver, goedgevonden en verftaan, te berusten in het gemaakte, en door Magiftraat en Vroedfchap van voorfz. Stad goedgekeurde Reglement. En is voorts , omtrent het P 5 Eere-  934 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Eereteekcn, gerefolveerd, 't zelve commisforiaal te maaken op de Heeren Hun Ed. Mogendens Ge•omrnkteerden in het Mindergetal, Aldus gerefolveerd op hec Landfchaps Huis, dea 14 Maart 1784. N?. 2(57 *. Refolutie van dé Heeren Staaten van Friesland, betrekkelyk eme verbindtenis van dezen Staat met de Kro*n van Frankryk. In dato den .. Maart 1.7*4. Is ter Vergadering geleezen, &c. Waar op gedelibereerd en in overweeging genoomen zyode, dat Hun Ed. Mogenden de Staaten dezer Provincie reeds op den 16 November 1781, ter tafel van Hun Hoog Mogenden door deszelfs Gecommitteerden hebben laaten doen een voorflag tot het aangaan van eene formeele Alliantie met de Kroon van Frankryk, als begrypende toen reeds, dat dize de eenigfte weg was, om de Vryheid en Veiligheid der Republiek duurzaam te bevestigen; dat Hun Ed. Mogenden by herhaaling hier op ten fterklt.cn zelfs dermaate hebben geinfteerd, dat Hun Ed. Mogenden by derzelver Refolutie van den 12 February 1782 ter Vergadering van Hun Hoog Mo. genden hebben gedeclareerd, dat zich in de onmooglykheid bevonden, hunne deliberatien, op het ftuk der Mediatie van Haare Majefteit de Keize. rin aller Rusfen behoorlyk te vervolgen, zonder ee. ne naauwkeurige informatie, in hoeverre het met den voorlag tot eene Alliantie met Frankryk gevorderd was. Dat niettegenftaande dit alles het Rapport van dtf Commisfie over dit onderwerp by Hun Hoog Mo. genden reeds voor meer dan twee jaaren op dezer Provincie voorflag gedecerneerd, tot nog tqe, ten blykbaaren en overgrooten nadeele der Republiek, was terug gcbleeven. Is  de Gebeurtenisjen fn 1787 enz. voorgevallen. 23 y Is goedgevonden en verdaan, dezer Provincie Ge» (committeerden ter Generaliteit te gelasten, geiyk gelast word by dezen, om ter tafel van Hun aoog Mogenden na herinnering van het bovenltaande, ca verklaaren: dat Hun Ed. Mogenden alle derzelver poogingen om eene Alliantie met de kroon van Frackfytt aan te gaan, (welkers noodzaa4o FarzamiUng fan Stukken bètrekkelyk tot Erjvoyé, dienende tot aandrang by den eerst aaiï*'. wezende Heer Gecommitteerde, wegens deze Provincie ter Generaliteit» om een fpoedig antwoord op) is afgefchafc geworden, door eene zekere bevreesdheid voor. ( de openbaare Vryheid, doch zonder te onderzoeken, of: zulks gegrond geweest is danniet; dan 'erkaneenediergelyke ! vreeze in de jegenswoordige tydcn met geen grond meer ont- • ftaan, daar in Europa eene zoo rechtvaardige als vaste Staat- kunde de overhand heeft bekomen, dat de eene Ivlogent- • heid op het behoud van de andere waakzaam is, en dat geen i Staat de geheele omwenteling van een anderen, meerder zal 1 toeftaan, veelminder daar in behulpzaam zyn. Wy zouden) de eerste zyn, die, wanneer iets diergelyks in of tegenss Holland wierd ondernoorren, daar tegens zouden arbeiden) en werkzaam zyn. Wy kunnen mede van den Heere Erf-Stadhouder en deszelfs naaste Erfgenaamen verzekeren, datl zy zekerlyk nooit iets, noch tegens de Vryheid, noch te-gens het welzyn der Republyk, waar mede hun welzynj zelve zoo onaffcheidelyk verbonden is, zullen ondernee-men, noch zulks ooit gedenken te doen, maar veeleer hesi Erf-Stadhouderfchap en hunne booge Ambten, overeen-, komltig den zin en bet fysthéma van Uwe Hoog Mogenden en van de Vereenigde Republyk zullen waarneemen, zon-der daar van ooit af te gaan, waar voor wy altoos gaarne eni opentlyk willen inftaan. Wy kunnen zulks zoo veel te zekerder doen, daar de edele gevoelens en grondbeginfelen: van den Heere Erf-Stadhouder en zyne Gemalinne aan onss bewust zyn, als mede die, welke zy hunne Kinderen inboezemen, en daar wy zelve by alle gelegenheden hun aan-> raaden, om al hun Geluk en Welzyn, op de Vryheid, Een-, dracht, en de grootfte bloei der Republyk, en in het by-' zonder op eene volmaakte verftandhouding met TJwe Hoog; Mogenden te bouwen; even het zelfde vereischt de betrek-; king, welke onze Staaten met de Republiek hebben; en ge-> lyk Uwe Hoog Mogenden zulks aan ons inzicht en veeljaalige óndervinding wel zullen toevertrouwen, zoo hoopen: j wy, dat Uwe Hoog Mogenden de voorftellingen, welke wyji| aan dezelve thands doen, enkel en alleen zullen aanzien alssl een gevolg van onze welmeenende en vriendnabuurlyke ge-; i vodensj als mede van het aandeel, 't welk wy niet kunneni  At Gebeurtenis/en in 1787 tnz. voorgevallen* «4* op bovengemelde Misfive te erlangen. En daar by in aanmerking genoomen zynde, dat de betrekkinge, waar in de Erf-Stadhouder ftaat» tot iedere halaaten te neemen ih het iot van een Vorftelyk Huis, dai ons 200 na in Bloed ver wantfchap beftaat; en dezelve niet zullen aanmerken, als of wy ons in Uwe Hoog Mogendens inwendige aangelegenbeden zogten in te dringen, en de zoO wel verkreegene als bevestigde Vryheid van hunnen Staat te na wilden komen. Al het gene wy tot dus verre bebbea aangebaa d, is zoo duidelyk, dat het zelve aan geene dè minile twyffeling onderhevig kan zyn. Wy verzotken Üwe Hoog Mogenden dierhalyen op de inftantelykfte ea drin»endfte wyze, om de fubfifteerende onlusten op het erri-t ftigfte te willen bemiddelen, en zoodaanige duurzaame maatregelen te neemen, dat de thands zoo gewoone hevige efl nadeelige gefchriften, zoo tegens het Erf-Stadhouderfcbap j als van beide zyden, als waar door de verbittering maar vermeerderd en aangeftookt wordt, in het byzonder ten ftrenl' iften. mogen worden verboden., gefupprimeerd en geftraft» als wanneer even het zelfde in onze nabuurige Landen zai gefchieden; dat voorts de ver volginge en perfooneeje be> leedigingen van den Heere Erf-Stadhouder en van die gö» neh, welke.zyn Vrienden zyn, nadrukkelyker en meet overeenkomftig met de Wetten worden tegengegaan; dat mede alle voorkomende nieuwigheden, en de daar uit natuurlyker wyze voortspruitende onlusten en Factiën; op alle mooglyke wyze worden voorgekomen; dat .verder getracht wordé eene verzoening en eensgezindheid té bewerken tusfchen den Heet Erf-Stadhouder en die Perfoonen, welka hem tegen zyn; dat de Heer Erf-Stadhouder in het rustige bezit van alle die Rechten en Prasrogativen, welke hy tot nu toe heeft gehad, verblyve; dat geene van dezelve hem willekeurig worden ontrioomen; dat dezulke, welke heül, reeds ontnoomen zyn, terug gegeeven worden, en dat in het vervolg, de zaaken van Staat met hem, zoo als de oude Conftitutie het medebrengt, met onderlinge eensgezindheid en te vredenbeicf worden bezorgd en volbracht. Wanneer dit gefchied, zal daar door zekerlyk de rust en wel» ftand der RepuBHek aanftonds wederom herfteld en bélestigd worden, en u ron de Thulemeyer , aan de Heeren ^/gezondenen der Stad Am/lel' dam ter Vergaderinge van Holland overgegeeven. De Ondergefchreeven Extraordinair Envoyé van zyne rfmisfifche Majefteit is geauthorifeerd geworden door on-  dt Qebeurtenisfèn in 1787 enz. voorgevallen. 24,3 digheid opgedraagen; het over zulks by Hun Hóóg .Mogenden niet wel doenlyk is, om op de ingele* verde Misfive van zyne Pruisfifche Majefteit, en de iniddelyke ordres Van den Koning zynen Meestér, om aan de Heeren van de Regeering der Stad Amfteldam te her» haaien den inhoud des Briefs, geaddresfeert aan Hunnë Hoog Mogende de Staaten Generaal der Vereenigde Provinciën van dato den io Maart, en derzelver aandacht te vestigen op de gewichtige onderwerpen, welke daar in vervat zyn. Zyne Majefteit twyffelt niet, myne Heeren! of gy zult met yver de heilzaame oogmerken, welke Hoogstdezelvè aanfpooren, adopteeren. Zy noódigt u om niét haar mede te werken, in het handhaaven der Stadhouder, lyke voorrechten even zeer als tot het herftel der binnen15 landfche rust, en der eensgezindheid, onder de Leden van het Gouvernement der Republyk. Het welzyn en de voorfpoed van uwen Staaten zullen altoos van een groot belang zyn voor een Monarch, uw Vriend en Nabuur, die mei vermaak alle gelegenheden zal aangrypen, om u blyken te geeven van zyne ftandvastige genegenheid. De Koning houd zich verzekert, dat de Heeren van de Regeering vari Amfteldam, bereidwilliglyk derzelver invloed op de Deli* beratien der Leden van het Gouvernement zullen emploïjeeren, op dat het antwoord van Hunne Hoog Mogende voldoe aan de verwachtinge Zyner Majefteit, door het bevorderen van de middelen van vereeniging, welke zy Hu)Ü heeft voorgefteld. In 's Hage den 8 April 1784. (was get) De Thulemeyer. De ondergeteekende Gedeputeerden der Stad Amfteldam, aan derzelver Committenten gecommuniceert hebbende de Nota, van den Heere de Thulemeyer , van defl 8 April laatstleden; hebben de eere van aan denzelven td berichten, dat zy zich gelast vinden, om van wegen* dö Q 3 CoïS- Antwoord der Heeren van Amfteldifö op boven/taande Nota van den PruiS'. fifchen Minister.  a44 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot de daar opgevolgde Nota's van Hoogstdeszelfs Extraordinaris Envoyé, uitnaam van alle de Bondgenooten een antwoord te vervaardigen, dat voldoen- de, Committenten te antwoorden op den inhoud van de Noten hier boven gemeld, dat dewyl de Heer de Thulemeyer, in dezelve fpreekt op de onmiddelyke ordres van den Koning zynen Meester, de Heeren Regenten van Amfteldam, niet kunnen afzyn om dit geval, en in alle andere gelegenheden, welken zich zouden mogen opdoen derzelver hooge confideratie te betuigen aan een in der waarheid grooten Monarch, die federt zoo lange de bewonderinge van geheel Europa heeft tot zich getrokken. De Heeren van Amfteldam zouden vreezen onrecht te doen aan de grootmoedige gevoelens zyner Majefteit, indien zy eeniger wyze in twyffel trokken, dat Hoogstdezelvè die heilzaame oogmerken niet hadde, waar van de Heer de Thulemeyer in zyne Nota meldinge doet, en byzonderlyk, aan het fterk belang, het welk zyne Majefteit neemt in het welzyn en in den voorfpoed van de Republiek, die van haare zyde nimmer heeft nagelaaten de vriendfchap en genegenheid van die grooten Koning op een juisten prys te ftellen. De Heeren der Regeering van Amfteldam, in het byzonder zeer gevoelig zynde, aan de eere, die zyne Majefteit zich heeft verwaardigt hun aan te doen van zich door de ftem van haaren Minister tot hun te richten, om voor hun den inhoud des Briefs, van wege haare zyde aan Hunne Hoog Mogenden de Staaten Generaal der Vereenigde Provinciën in dato den 19 Maait laatstleden geaddresfeert, te herhaalen, zullen niet in gebreeke blyven, om alle derzelver aandacht te verleenen aan de onderwerpen, die daar .in zyn voorgedraagen. Doch wyl dezelve de eer hebben van een lighaam uit te maaken met de Leden der Souvereiniteit van deze Provincie, kunnen dezelve niet treeden in een Examen van den inhoud des gezegden Briefs zonder derzelver medewerking. Ondertusfchen maaken zy geene de minfte zwaarigheid om aan zyne Majefteit van nu af te verzekeren, dat niets hun meerder ter harten gaat, dan het herftel der binnenlandfche rust, en het handbaaven van de eensgezindheid onder de Leden van het Gouvernement der Republyk, als mede van de rechtmaatige Stad-  de Gebsumrdsfen in 1787 enz. voorgevallen. 245" de, en voor zyne Pruisfifche Majefteit genoegzaam pvertuigend zyn kan; zonder van de refpedtiveProvinciën daar toe vooraf de noodige onderrichtingen en ingrediënten te hebben bekomen s is na rypede. liberatien goedgevonden en verftaan, de Gecommitteerdens ter Generaliteit te gelasten, om namens deze Provincie , ter Vergadering van Hun Hoog Mogenden op dit fubjedt te declareeren. Dat Hun Ed. Mogenden de voormaals gedaane vertoogen en aanmaaningen zyner Pruisfifche Majefteit altyd in haaren waren zin genoomen en befchouwd hebben uit dat oogpunt, dat dezelve de bevordering der inwendige rust van de Republyk alleen ten doel hebben; uit welker daadelyke behartiging Hun Ed. Mogenden ook met alle gerustheid kunnen verklaaren, fteeds volyverige poogin.gen te hebben aangewend, en daar in onafgebrooken te continueeren. Dat niet te min» Hun Ed. Mogenden, noch eenige Regeering in ftaat zyn te weeten, het gewoel van fommjge onrustige Perfoonen, en alleen hun eigen voordeel zoekende Lasteraars; waaromtrent men niet kan ontkennen, dat 'er onder de menigte waarfchynelyk van het gemeenfte foort van Lie-. den, hier en daar fchuilen, wanneer men nagaat de manier, waar op de Staaten van deze en andere Pro- Stadhouderlyke Pnerogativen. Zy zullen altoos hunne glorie ftellen om meer en meer, voor zoo veel het van hun dependeert, de fondamenten der Conftitutie van dezen Staat te bevestigen , in welker handhaaving zyne Majefteit èoedgunftiglyk heeft getoond deel te neemen, waar voor zy de eere hebben aan Hoogstdezelvè hunne diepe erkenttenis "te betuigen. In den Hage den 21 April 1784. {was geteekend) " Corn. van der Hoop . Gysbz. G. F. yan Berckel. C. W. Visscher.  ■$46" Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Provinciën, zoowel alszyne Doorluchtigfte Hoog*? heid, in fommige Gefchriften zyn behandeld en getraduceerd. Doch dat zulks in deze Provincie niet kan worden gefufpecteerd, daar geene openbaare Gefchriften (zoo veel bekend is) van dien aart gefchreeven of gedrukt zyn; en het integendeel onbetwistbaar is, dat omtrent naamlooze rustverftoorende en eerrovende Libellen, voornamentlyk tegens het Huis van Oranje, boven enbehalven de fteedsduurende waakzaamheid en activiteit van de ordinaire Juftitie, de fterkfte maatregelen genoomen zyn, welke tot ontdekking der Autheuren , en tegen het verfpreiden der Schotfchriften, te eeniger wyze konden dienen, gelyk daar van de gefielde ordres omtrent het Boekje aan 't Volk van Nederland, en de gevonden Brief tusfchen Utrecht en Amersfoort, door het uitlooven van hooge Prsemien ter ontdekking en laaten ophaalen van Exemplaaren, de doorflaanfte blyken, zoo wel in deze, als in andere Provinciën hebben gegeeven: intusfchen dat Hun Ed. Mogenden zelve, op de bewustheid van hunne welmeenende en het heil des Vaderlands oprecht bedoelende handelingen zich met volkomen fiducie verlaatende , omtrent alles wat hun elders in Schimpfchriften ten uiterfte hoonende wierd te lasten gelegd, het verre beneden hunne waardigheid hebben gerekend, om daar op acht te fiaan, en om dies wille zulks met een vergeetend ftilzwygen beantwoord hebben, kunnende Hun Ed. Mogenden zich omtrent de nadere klachten , tegen fommige Perodique Papieren en Couranten niet verder uitlaaten, dan dat verwachten, dat door de Souverein van die Provinciën, alwaar die ftukken gedrukt zyn , zoodaanige orders zullen worden gefield, als de Conftitutie vau de Regecring medebrengt. Dat verder Hun Ed. Mogenden nooit eenige intentie gehad, veel minder eenigen ftap gedaan hebben, om zyne Doorluchtigfte Hoogheid in de Rechten en Prerogati ven, aan dezelve competeerende, en  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. «47 en by Provinciaale Commisfie gedefereerd, te be« korten, of af te gaan van de fundamenteele Wetten, waar op de Conftitutie der Regeering van de Republyk in het gemeen, en van hunne Provincie in het byzonder berust. Dat wel waar is, in fommige zaaken, die notoire abuizen in de Regeering, en van te nadeelige invloed op de conftitutioneele vryheid van dit Land waren, door Hun Ed. Mogenden de volftrekt noodige reforme is gemaakt; maar dat de aart en grootheid van die abuizen altyd getoetst zynde , aan 's Lands grondwetten, en fpeciaal aan het doorhun bezwooren Reglement-Reformatoir van zyne Door-, luchtigfte Hoogheid Willem den vierden glor. ged. van den jaare 1748, het redres daarvan en van anderen met de tyd ingedrongene uitbreidingen op wettig gedefereerd gezag, fteeds met die modera* tie gefchied is, dat de inkruipfelen geweerd en de exercitie van rechten binnen haare waare, en eigenlyke bornes terug gebracht zyn geworden. Eene handelwyze, waar toe Hunne Ed. Mogenden ééd en ambtshalven ontflaakbaar verplicht waren, en die teffens het merk draagt, dat aan zyne Hoogheid hier door nimmer eenig nadeel, noch in zyn Perfoon, noch in zyne waardigheden heeft kunnen toegebracht worden. Dat zoo echter eenig denkbeeld van bekorting van Rechten in zyne Hoogheid mogt opryzen, dit buiten twyffel alleen daar aan moet werden toegefchreeven, dat zoo wel de grondwetten, alsdenoodige reformes, van het gene daar aan afweek, veelal aan den Erf-Stadhouder, door Perfoonen, aan deze Provincie vreemd, en niet door in de conftitutie genoegzaam ervaarne, in de Provincie meest geq'ualificeerde, en daar toe gefchiktfte lieden onder het oog gebracht en uitgelegd worden ; waar van het onvermydelyk gevolg niet anders zyn kan, dan dat de zaaken veel al niet in hun waar licht geplaatst, kwalyk geïnterpreteerd , en daar door verkeerde indrukïelen gegeeven worden, .1 4 Da;  t4* Perzameling van Stukken betrekketyk ttö Dat het ook hier aan is, dat Hun Ed. Mogenden met leedwezen moeten attribueeren, het weinig tfucces, dat tot nu toe hunne welmeenende en yve-> rige poogingen tot herftel van onderling vertrouwen en harmonie, in het ftuk der Regeering tusfchen zyne Doorluchtige Hoogheid en de Regenten van de Republyk gehad hebben; uit welk mistrouwen en gebrek aan eensgezindheid , de zeer hoog loopende en verderffelyke onlusten in het Bondgenootfchap dagelyks gevoed en noodwendig vermeerdert moeten worden. Dat Hun Ed. Mogenden uit het aandoenelyke beizef hier van, bereids voor lange gearbeid hebben , om deze verderffelyke bronnen van oneenigheid te floppen, en het vertrouwen zoo onder de gebiedende en uitvoerende machten, als onder de Natie zelve te doen herleeven. Tot dat einde was het, dat Hun Ed. Mogenden by zyne Hoogheid in een gedetailleerde Misfive, in dato den li Maart 1782, en vervolgens wederom den I4den April deszelven jaars, op de verwydering aandrongen, van den Heer Hertog van Brunswyk, welks direöie van zaaken met grond geconfidereerd moest worden , tot onderlinge disfentie meer dan te veel te contribueereh. Dat Hun Ed. Mogenden, fchoon zy zich van dede ftap veel goeds beloofd hadden, daar mede echter niets gevorderd zyn, alzoo die invloed in de raadgeevingen aan zyne Hoogheid fteeds blyft continueeren; en de nadeelen daar van buiten het politiek btftuur, zich al verder openbaaren, in den fiegten toeftand, waar in de Armée van den Staat, van welke dezelve Heer Hertog alleszints als deBeftuurder moet worden aangemerkt, zich gebracht sri^t: behalven dat zyne betrekkingen tot andere Mogendheder, deszelfs dienst voor de Republyk vau tyd tot tyd bedenkelyker en zorgelyker maakt b. D=it even het zelfde Vaderlandschoogmerk, Hun Ed. Mogenden bezielden, in de breedvoerige circa.  de Gébturttnisfen in 1787 enz. voorgevallen. 249 culaire Misfive aan de Bondgenooten, in dato den 15 November 1782, ter gelegenheid van dè té niet geloopene Expeditie naar Brest, waar in omftandig de verkeerde directie in den laatften 'Oorlog aangetoond, en voorflagen tot verbetering daar van , behoudens 's Lands Conftitutie, en de waardigheden, den Erf-3tadhouder, als Admiraal Generaal competeerende, gedaan wierden, dan welke wederom het zeer Vuurig verlangd effect, niet gehad hebben. Dat Hun Ed. Mogenden, dit kortelyk rnaar toe een voorbeeld te berde; brengen en rememoreeren, en men 'cr meer zoude kunnen by voegen, waar het niet, dat het bovenfiaande volgens hun oirdeel overvloedig genoeg is, om Hun Hoog Mogenden, wegens deze Provincie in ftaat te ftellen, van aan de eene zyde in het ontworpen antwoord aan zyne Pruisfifche Majefteit, de eigentlyke bronnen vanhet kwaad, zonder bewimpeling te oqtdekken, en alle verkeerde begrippen en indrukken zyner Majefteit, dien te neffens weg te neemen; en aan de andere kant, om klaaarlyk té doen zien, de voorgaande denk- en handelwyze van Hun Ed. Mogenden zoo in het conferveeren der Rechten en Vryheden hunner Ingezetenen; als het heilig bewaaren hunner Conftiturie , en van de daar méde verknochte wettig' competeerende Rechten en Prae. rogativen van den Erf-Stadhouder hunner Frovincie.1 Met by voeging dat Hun Ed. Mogenden niets aangenaamer zal zyn , dan gemeenfchappelyk met de Bondgenooten, uit al hun vermogen , meer en meer te kunnen medewerken, tot de herftelling der zoo onmisbaare eendracht, tusfchen alle de hooge Leden van 's Lands Regeering, ten einde alle onlus. ten gedempt, de rust en bloei der Republyk daadelyk herfteld, en de zaaken van den Staat, volgens 's Lands Conftitutie, met onderling vertrouwen en eensgezindheid, gelyk zyne Pruisfifche Majefteit zich uitdrukt, behandeld, en vervolgens zonder vertraagicg uitgevoerd werden. q 5 En  fcjQ Verzameling van Stukken betrekkelyk tot En werden gedachte Gecommitteerden einde» lyk gelast, om het antwoord door Hun Hoog Mogenden geconcipieerd, en ter deliberatie gebracht; wordende, niet ter conclufie te helpen brengen i maar over te neemen, en daar op de nadere Refolutie van Hun Ed. Mogenden in te wachten. En zal Extract dezes aan dezelven worden gezon-» den, omme ter Vergadering in te brengen. Aldus gerefolveerd op 't Landfchapshuis, den 15. May 1784. (Onder Jlond) Accordeerd met voorfz. Boek, In kennisfe van my, (was get.) A. J. van Sminia. No. 2678. Advys van J. Norel, Mede-Raad in de Vroedfchap te Harlingen, gedaan in de Vergadering der Veertigen op den 1 Juny 1784,- met verzoek, ter gelegentheid van een Addres door de Burgery aan de Magiftraat geprcefenteerd om een gewapend Burger-Corps buiten de Schuttery op te richten (*). Indien 'er immer een tyd geweest is in deze Republyk, dat het van 'tuiterfte belang ware eene goede eensgezintheid en harmonie tusfchen de Overheden en (*) Dit Advys benevens het hier volgend Protest van den zelfden Vroedfchap op den 22ften September in de Vergadering van Veertigen gedaan, dacht aan de Magiftraat der Stad Harlingen, met naamen S. Schaaf, L. Stxensma, J. van Sloten, E. Harkenrot, S. Hoornstra, J. D. Touissant, J. Vrieseman en J. Tamboesek, genoeg, zaamen grond op te leeveren, om een Proces van ïnjurie voor het Hof van Friesland tegens genoemden VroedfchapJ. Norel te entameeren, waar van de uitkomst aan den Lee. zer zal blyken, uit het Vonnis van voorfchreeven Hof hier achter onder No. 2680 geplaatst.  de Gebeurtenis/en in 1787 enz, voorgevallen. 251 en Burgers te voeden, het is deze. Wy behoeven U Ed. Achtb. niet onder het oog te brengen, hoe een afgeftreeden Vyand, die thands met ons en andere Mogentheden de vteede heeft geteekend, altoos een machtige Party in ons Gemeenebest heefc gehad en nog heeft, om onze Bargerlyke Regeering te verdeelen en te beroeren, om ons dus zwak en machteloos te maaken en te houden. Het zoude te vergeefs zyn de geftookte oproeren in andere Sceden van de nabuurige Provinciën U Ed. Achtb» onder het oog te brengen, om de uiterfte noodi zaakelykheid aan te toonen, om de vrede en eens gezindheid tusfchen de Overheid en Burger aan t kweeken, op dat de Burgerlyke rust alhier bewaaru blyve, en wy dus beveiligd mogten zyn en blyven Voor roof, moord en plundering, de laatste droevige gevolgen in een Gemeenebest, dat metfnelle fchreeden helt na zyn volkomene vernietiging. Het is derhalven voorzichtig dat wy ten eerften o verweegen wie de Requestranten zyn; ten tweeden, wat den inhoud is van hun verzoek; en ten derden, welke hunne beloften zyn. De Requestranten zyn de aanzienlykfte van onze Burgers, die immer zoo veel belang hebben in den ■welvaart, rust en bloei van deze Stad als iemand van U Ed. Achtb. Wanneer 'er oproeren en plunderingen ontftaan , zullen zylieden daar zekerlyk zoo veel by verliezen als iemand van UEd. Achtb., dus hebben zy het wezentlykst belang in de publyke rust en veiligheid. Zy willen zich op hun eigen kosten wapenen en in den wapenhandel oefT\> nen; zy belooven alle getrouwheid als Burgers aan ons als hunne wettige Overigheid; om ons te befchertnen tegen alle geweld en moedwil, op dat wy veilig kunnen beuuiten al het gene voor deze Stad en Burgers van het meeste nut kan zyn. Zy bieden aan om zich des noods te laaten gebruiken en zich te vereenigen met en tot verfterking van de Burgerwacht, om alle oproeren en onwettig geweld te weeren. Zy willen zich ten allen tyden op Ü Ed.  15a Verzameling yan Stukken betrekkelyk tot Ed. Achtb. verzoek daar toe wapenen; zy willen » , als de omftandigheden het vorderen, zich Rellen i onder de ordres van den Burger Commandant. Zie daar een verzoek van edelmoedige Burgers» , die zich aanbieden de opentlyke rust te helpen be. . waaren, niet tegenftaande zy in de onkosten van de : Burgerwacht hun aandeel betaalen nevens alle ande- ■ re Burgers. Het voprgeeyen. dat wanneer een ge- . Wapend Corps, benevens de Burgerwacht beftaat, , daar door oneenigheid en twisten , ja oproer kan i ontftaan, is ten eenepmaale zonder grond; géconfi- ■ dereerd wie zy lieden zyn, die zoo een edelmoedig ; aanbod doen aan U Ed. Achtb. Is het een hoop > flegt Volk, dat men gemakkelyk kan omkoopen,, pf roet fterke drank kan opvullen, onkundig van,de : waare belangen van het Vaderland en den Burger- ■ ftaat, die men kan aanzetten tot allerley Oproers,-■ leuzen? Neen Myne Heeren! het zyn onze aan-' ïienlykfte Burgers, die immer zoo veel belang heb- ■ ben in den welftand van onze Stad en Vaderland,, als iemand van Ü Ed. Achtb., waaronder veelem zyn , die immers zoo kundig zyn en weeten wa.t; daar toe werd vereischt, als iemand van U Edele; Achtb. Hunne belangens zyn derhaiven de onze , , de rust en eendracht die wy willen bewaaren, zyn i hunne belangen. Maar laaten wy eens onderftellen, dat 'er onder hun zoodaanige zyn die de rust en eendracht wilden omverwerpen, ik bid U Ed. Achtb. tegen wiep doch i zouden zy kunnen ageeren? Tegen ons, tegen hun- . ne Vaders, hunne Oomen, hunne Neeven, hunne naaste Bloedverwanten, zouden zy die willen ver- ■ woesten en bederven? Wie doch, die gezonde hersfens heefr, kan zich dat verbeelden van fatfoeclyks en wel opgevoede Burgers! Ik voor my kan geenszins twyffelen aan de deug-. delykheid van hun verzoek, en ben derhaiven vaa Advys, dat ö Ed. Achtb. een gunftig appoinCte. ment op hun Request behooren te verleenen. Doch byaldien U Ed. Achtb. van ander fentiment op hun Re-  de Gebeurtenis/en in 1787 ent. voorgevallen, ift Request mogten zyn, met af wyzing van het Request der Supplianten, protesteere ik daar aan geen deel te willen neemen , en niet verantwoordelyk te willen zyn voor de kwaade gevolgen, die daar uit zouden kunnen ontftaan voor de publyke rust efi eensgezindheid in den Burgerftaat; en verzoeke dat dit myn Advys mag werden geinfereerd in de Registers van deze Stad, om in der tyd te kunnen dienen tot myn decharge. Gedaan den 1 Juny 1784 in de Vergadering der Veertigen. (was get.) Jacob Norel. N°» 2679. Protest van j. Norel, Mede-Raad in de Vroedfchap te Harlingen, gedaan inde Ver gade. ring der Veertigen den 22 Septembtr 1784, ter gelegenheid van eene genoomene Refolutie door de Magiftraat van genoemden Stad op den 9den September laatstleeden, betrekkelyk de fchikkingen door gemelden Magiftraat ten aanzien van de Burger Schuttery gemaakt. ■ Edele Achtbaare Heeren 1 Op de herhaalde Requesten van een groot aantal I Burgers die zich in den Wapenhandel oeffenen, itendeerende om door U Ed. Achtb. te werden geadmitteerd als een Exercitie-Genootfchap in deze 'Stad, waar by overleggende een Plan waar na de I Leden van dat Genootfchap zich dachten te regu- leeren, om van ü Ed. Achtb. te worden onderzogt; I dan by Refolutie van den 1 Juny 1784 door ü Ed. Achtb. geweezen van de hand, zonder zich te gei lieven in te laaten toteenig hoegenaamd onderzoek j : waar tegen de Ondergeteekende zyn Advys en Pro- test heeft doen aanteekenen in de Registers en Re- folutieboek dezer Stad. Dan de Burgers andermaal zich aan u Ed. Achtb. heb-  f54 Verzameling Van Stukken betrekkelyk tot hebbendé geaddresfeerd, gemunieerd met een ExV.j tratt-Refolutie van Myne Heeren de Staaten vant| deze Provincie, in dato den 28 Augustus 17841:1 i, waar by Hun Ed. Mogenden perfifteeren by des „ Staats-Refolutie van den 19December 1783, zul-l lende het Hun Ed. Mogenden die den yver toci ,, alle geregelde Wapenhandel Reeds blyven lau-i ,3 deeren, aangenaam zyn, dat deze zaak in het miiMi nelyke gevonden werde". Hebben U Ed, Achtb. nogthands kunnen goed-! vinden te perüfteeren by de na des Ondergeteekenden fustenu onvriendelyke Refolutie van den 1 Juny; 1784; eene handelwyze na des Ondergeteekendeni gedaéhtea niet beantwoordende aan de veneratie., welke men aan den Hoogen Souverein is verplicht j 'en geenszints ftrookt met de plicht van Regenten: in een vryen Burgerftaat, als Reprafentanten vam hunne Mede-Burgers, maar die als Aristocraatent op eene dispotiéke wyze heerfchen, geloovendet aan niemand Rekenfchap verplicht te zyn als aam zich zelve. Indien men het geprefenteerde Plan der Burgers had onderzogt, en de zwaarigheden die het zelvei inhield, het zy reëel of voorgewend, en als het waare de reden aangetoond, waarom men zich daar niet konde inlaaten en der Supplianten verzoek niet kon accordeeren, dan nog had men getoond eenige deference voor zyne Burgers. Maar hen op eeno verfmaadende manier te wyzen van de hand, niet als Burgers , maar als Vreemdelingen, wier zaaken: men niet verplicht is te onderzoeken, is eene han-t delwyze geenzins ftrookende met die van welmee* nende Burger Regenten. Men geeft wel voor, datmen met alle yverwerk«: zaam is, om de Burger Schuttery in eenen betereni ftaat te brengen, dat 'er als dan geen ExercitieGenootfchap noodig zy. Den Ondergeteekenden: wenschte zeer gaarne, datmen een geregelde Schuttery in ftaat had, en zoude als dan met U Edele: Achtb. op dat poinct kunnen inftemmen, dat een:: Exer- ■  de Gebeurtenis/en in 178? ent. voorgevallen. 2$$ Exercitie-Genootfchap niet noodzaakelykwas, hoewel hy van Advys is dat het nogthands nuttig konde zyn, zelf ten opzichte van de Schuttery; doch dat de wyze, op welke men de Schuttery thands tracht in te richten, ten eenemaal ongefchikt is om te verwachten, dat daar iets nuttigs van of aan 'c oogmerk van een goede inrichting voldoen zal. Indien een Schuttery wel ingericht zal zyn, behooren de Schutters hunne eigen Officieren en Bevelhebbers te kiezen, ieder in zyn Kwartier op Approbatie van de Regeering, of eene Nominatie van twee a drie Perfoonen, by hun daar toe bekwaam geacht, aan de Regeering voor te Rellen, om daar één uit te kiezen; als dan hadden de Schutters Bevelhebbers, die hun aangenaam, en waar inzy vertrouwen konden Rellen. Het is meer dan waarfchynlyk dat die in vroeger eeuwen alzoo zyn ingelicht, of ten naasten by met eenige verandering, waar van men in die Steden van deze Provincie, waar in de Burgerlyke Voorrechten het minfte verdonkert zyn, als nog de voetftappen voor handen vindt. Dan thands behandelt men deze zaak alhier zeer verfchillende van die orde en lofFelyke inrichting, een vry Volk betaamende. De Heeren van de Magiftraat 't federt langen tyd ftellen de Burger Bevelhebbers aan, en wanneer het Hun Ed. Achtb. goeddunkt wederom af, op eene willekeurige wyze, zonder aan den afgeftelden Officier noch aan de Schutters eenige reden daarvan te geeven, als hunnen Souvereinen wil, en den genen door hun daar toe verkooren (bekwaam of ongefchikt) is Officier, zonder dat Hun Achtb. kunnen aantoonen van wien hen die macht is gedefereerd, zonder concurrentie van den Raad of verdere Leden van de Regeering, fteunende alleen op een verouderde Ufurpatie op de rechten van de Regeering en van de Burgers. En gelyk alle eigendunkelyke macht zich gefta-dig tracht uit te breiden, heeft men federt eenigen tyd  ajfj Verzameling van Stukken betrekkelyk tot tyd in plaats van vrye en önafhankelyk'e Burgers te ; kiezen tot Bevelhebbers, daar toe aangefteld Stads i Suppoosten, waar van 'er reeds een merklyk getal I zyn, en indien dit dus voortgaat4 zal eerlang de : Burger Krygf-Raad beftaan in Stads Suppoosten., , waar van een gedeelte gewezen Dienaars van den 1 Burger geweest zyn, en in eenige opzichten nog ; zyn, en dus in der,daad meer gelykende na een 1 Lyfwacht voor de Heeren van de Magiftraat, als 1 na een wel ingerichte Burger Schuttery , die de i Kechten der Burgers en de rust derzelve maintinee- ■ ren, en in wien zy kunnen vertrouwen. De Ondergeteekende geeft aan U Ed. Achtb. in confideratie, of eene Schuttery, op dezè wyze ingericht, tn waar van een Stads Suppoost Collenel is, den naam verdient van een Burger Schuttèry, waar in de catuurlyke orde van fubordinatie is omgekeerd , en in veele opzichten de Knecht zyn Meester commandeerd, en waar in geen fatzoenlyk Burger, met inhoud van zyne achting in den Burgerftaat zich kan laaten aanteekenen, dat in dezelve zich niet kunnen begeeven als geringe Burgers, die om hunne bekrompen omftandigheden veel al geen tyd, of van den arbeid vermoeid, geen lust hebben, om zich met dien ernstin den Wapenhandel te oefFenen als wel vereischt word; en dus zal de Schuttery zyn en blyven, zoo als die veele jaaren is geweest, eene niets beteekenende zaak; ten minften de achting en het vertrouwen der Burgers niet kunnen wegdraagen , en de banden van wederkeerige achting, die noodzaakelyk tusfchen Overheden en Burgers moeten plaats hebben in eenen vryen Burgerftaat, en zonder welke eene Regeering geen kracht heeft. Thands zegt men laboreeren de Heeren van de Magiftraat aan het veranderen van de van ouds in wezen geweest zynde Stads Kwartieren, en de verandering van het Militaire wezen van de Officieren en Bevelhebbers, en dus van het Conflitutioneele wezen van de Stad, (als de Burger Krygs-Raad het ; twee-  ie Qebeurtenisfen tn 1787 enz. voorgevallen, $$1 tweede Corpus vari de Stad,) zonder cbndurrentië van de 40 Leden der groote Vroedfchap, en dus van het meerdergedeelté van de Regeering, of zonder door hèn daar toe zyn gecommitteerd, alIeenV volgens hun eigendunkelyke dispotique Refolutie. Het is waar, dat de Vroedfchap aan HünEd. Achtb. verzogt heeft, de Burger Schuttery in een beteren Raat te brengen, zoo als die in vroegere tyden is geweest, maar geenszints om de Conftitutie; en orde der Stads Kwartieren en wezen der Bevelhebbers, te veraoderen en om te keeren. De Ondergeteekende protefteerd derhaiven èé» gèns de genoomen Refolütie van den s>den September om te perfifteeren by de Refolutie van den t Juny 1784, als zynde inciviel ten aanzien van de Refolutie van myn Heeren de Staaten vén dén 24ften 'Augustus , en niet beantwoordende aan Hun Ed. [Mogenden intentie en recommandatie in gèmelde ÏRefoIutie, en hoonende voor onze Burgers; om dat Bdie zonder dat U Ed. Achtb. zich dé moeite hebbed, sgelieven te geeven hunne zaak tè onderzoeken, zyn fegerefufeerd, door U Ed, Achtb. hunne Reprsefen* ttanten} het gene tot geen ander einde kan dienen» jals om de zoo lang gefmeuld hebbende animoilteit jtusfehen den Burger en Overheden meer en meet Ite animeereh, de troebelen in den Burgerftaat të «vermeerderen, en dus den verder venden vyand,. die tzich federt langen tyd heeft toegelegd, de vryheid ien welvaart yan óns Gemeenebest te bèderveh* lii" ide hand te werken. . t?„ Protefteere mede tegen alle vérdere' (.aanftelliog »van Stads Suppoosten tot Bevelhebbers .^an de Burr Igèr Schuttery, als ftrydig met alle goéde brde' éa Igeregelde fubordinatie als mede tegen het verandeErèri der van oüds in wezen geweest zyndë Stads ji Kwartieren en orde der Officieren en Bevelhebbers^ | ftrydig met het Conftitutioneele wezen der Stadjj i én gedaan zonder concurrentie der 40 Leden" Van dé i eróote Vroedfchap, en hoade het zelve voor incon» i: ftitutioveel, nul en van geener waarde, en verzoe» XXXIV. Dsex. R ke  258 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot ke voIgeDs het aan my gereferveerde, dat dezemyDe aanteekening eD Protest werde geinfereerd in de Registers cd Refolutie-Boek dezer Stad, om aanmy prajfecit, en by de posteriteit te dienen voordecharge. Geprefenteerd ter iniertie , deD 22 September 1784. (was get.) Jacob Norel. No. 2680. Sententie van het Hof van Friesland gepronuniieerd den 15 July 1786, in zaaken tusfhen Jan Tamboeser, Burgemeester en Raad in de Vroedfchap te Harlingen en Jacob Norel, Lid van de Vroedfchap in dezelfde Stad. Gezien by den Hove van Friesland de Proceduu» ren voor denzelven Hove, hangende tusfchen Dr. Eylardus Folkardus Harkenroth, hem draagen» de Volmacht van Jan Tamboeser, Burgemeester en Lid van de Vroedfchap der Stad Harlingen, aldaar woonachtig, Impetrant fier eenre, op ende tegens Dr. Tjepke Haytsma en Wybo Hanekuyk, geoccupeerd hebbende voor Jacob Norel, Lid van de Vroedfchap der Stad Harlingen, en aldaar woonachtig, Gedaagde ter andere zyde. Het voorfchreeven Hof op alles rypelyk geleten ffconfidereerd hebbende, het gene men indezen ehoorde tè confidereeren, in den naame ende van wegens de Heerlykheid derLandfchappe van Friesland, verklaard den Impetrant tot zyn genoomen eisch en conclufie niet ontfangbaar, en condemneerd den/elven mede in zeven agtfte van de kosten van den Procesfe tot 's Hofs taxatie, de overige een agtfte om redenen compenfeerende. Aldus gedaan en uitgefprooken in de Cancellarye binnen Leeuwarden, den 15 July 17815. No.  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 25^ lijf0. 2681. Misfive van de Heeren Staaten van Fries, land, flrekkende tot antwoord op eene Misjivt door den Heere Erf-Stadhouder aan de Staaten der by. zondere Provinciën gefchreeven, waar by zyne Doorluchtige Hoogheid zich beklaagt, dat aan hem de Foorrechten en Prxrogativen aan het Erf-Stadhoufchap verknocht, worden betwist £fc» In dato den 11 Juny 17?4(*). DooRLUCHTIGsffi vorst en Heer! Wy hebben, nadat Uwe Hoogheids Misfive reeds lalomme bekend en in alle Nieuwspapieren geplaatst was* (*) Edele Mogende Hesren, zyzondere goede Vrienden ! Het is niet dan met eene grievende aandoening, dat wy, federt een geruimen tyd, zo geduurende den lóóp als na :het eindigen der hoftiliteiten van den ongelukkige!) Oor» Jog, waar mede dit Gemeenebest onverhoeds, door het •Ryk van Groot-Brittanje is overvallen, hebben ondsr'vonden, te moeten bloot ftaan voor de verstgaande verdenkingen, befchuldigingen en wantroawens, welken oivéral, door de gantfche Republyk tegen ons en ons beftter izyn verwekt en ontdaan; in zo verre zelfs, Jat wy, bos :zeer voor God en in ons gemoed overtuigd van de zuiver.heid en oprechtheid onzer oogmerken en bedoelingen, ten ibeste van hec lieve Vaderland, daar uit hebben zien goibooren worden een yver en begeerte, om ons re betwisten. (Voorrechten en Prairogativen, aan onze esflyke Digniteiten verknocht, en waar van wy in gslykheid onzer Voor* ■ zaaten, waren in eene posfesfie, gegrond op da refpectivs ; Opdrachten der Erf-Stadhouderlyke en verdere waardighéiden, zo aan ons als aan onze Voorzaaten gedaan, en welken wy daarom tot hier toe, niet anders dan als geheel wettig, en aan ons competeerende, hebben kunnen aanzien? ien dus ook niet hadden kunnen verwachten, dat zulks aan" 1 leiding zoude hebben gegeeven, tot ai zoodaanige onlusl ten en verwarringen, als daar uit zyn voorgekomen, en welken verder toeneemende, de aHerbedenkelykfté gévolRa gen,  26*o Verzameling van Stukken betrekkelyk tot was, dezelve ontfangen op den iöden May dezeS jaar?, gedateerd 's Gravenhage den 26ften April daar te vooren; waar door wy den inhoud dies niet eergen , en een onvermydeiyk verderf fchynen té zulien naar zich fteepen. Hier van zyn wy innig gepenetreert, en de gefchiedenisfen van alle tyden en Volkeren bevestigen, dat *er voor eenen Staat in het generaal, en voor eene Republyk in het byzonder, en allerbyzonderst voor deeze Republyk, niets fchaadelyker noch verderflyker kan worden uitgedacht, dan het verwekken en aankv/eeken var partyfchappen en disfentien. Zoo onfchuldig als wy ons kennen aan de rampen van den Oorlog, zo vuuriglyk als wy ten allen tyde gewenscht hebben, om het gezag aan ons opgedraagen en toebetrouwd, te doen dienen tot bevorderinge van de vryheid, vrede, voorfpoed en welvaart van het vaderland, hetwelk óns boven alles dierbaar is; zoo ongenegen zyn wy altoos geweest, zo aliëen zyn wy als nog, en afkeerig zullen wy altoos bevonden worden van de idéé, om dat gezag, door welke middelen ook, verder dan deszelfs wettige paaien te willen uitbreiden. Geen den minften toeleg hebbende, om op iemands Rechten en Vryheden inbreuk te doen, oirdeelen wy ook met recht te kunnen vorderen, dat op onze wettige Rechten geen inbreuk gedaan werde, en dat wy in het ongeftoord bezit en oeffeninge worden gelaaten van de Voorrechten en Prseëminentien, aan onze waardigheden verknogt, of van welke onze Voorzaaten hebben gejouïsfeerd, en byzonder van zoodaanige Rechten, tot onze erflyke Digniteiten behoorende, van de exercitie van welken de Erf-Stadhouder in der tyd, behoudens het algemeen belang, niet kan worden ontzet; en kunnen wyders aan Uwe Ed. Groot Mogende betuigen met genoegen te zuilen zien, dat alles, wat tot de conftitutie van de Regeering dezer Landen eenigzinis relatief is, met eendracht en onderlinge harmonie, zoodaanig moge worden gedefinieerd, dat alle gelegenheid tot verwydering, daar uit voortfpruitende, eens vooral wierde voorgekomen en gepraevenieerd, Wy hebben om deze redenen noodig geoirdeeld, oni aan  de Geleurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 2Sr eerder, dan thands in deliberatie hebben kunnen leggen. Na eene aandachtige lecture, gevolgt van eene ernftige overweeging der zaaken daar in vervat., is het ons voorgekomen dat de gegeevene ouvertures, het beklach en de aanbiedingen van Uwe Hoogheid in zulke algemeene en vague uitdrukkin. gen aan Uwe Ed. Gropt Mogende, en aan de Heeren Staaten der andere Provinciën te moeten opening geeven van de bovengemelde fentimenten„ die ons bezielen, en daar by tefFens welmeenende aan te bieden, alles wat in ons vermogen is, om te concurreeren tot de decifie en examinatie van alles, wat betrekkelyk is tot den inwendigen ftaat van de zaaken der Regeering dezer Landen, en tot verbetering van den innerlyken ftaat van de geheele Republyk. Wy vertrouwen, dat dit ons voorftel, waar by wy niets anders beoogen dan de herftelling van de harmonie en het onderling vertrouwen, welken zoo noodzaaklyk zyn, om met vereenigde harten en met eene gegronde hoop vati fucces , werkzaam te kunnen zyn op den inwendigen voorfpoed en de uitwendige vrede en veiligheid van dit Gemeenebest, zal worden aangezien als een doorfiaand bewys van onzen yver voor het welzyn en de ware belangen van het lieve Vaderland, en van de valschheid der imputar tien, ons te lasten gelegd. Wy durven pns dan ook van de Landsvaderlyke zorg en vooruitzicht van Uwe Ed. Groot Mogende en van de overige Bondgenooten belooven , dat ons voorftel door Hoogstdezelven zal worden beantwoord op eene wyze, dié ons gelegenheid geeve, om overtuigende aan den dag te leggen onze bereidwilligheid, om van onze zyde te concurreeren, tot alles wat dienen kan om de inwendige rust in den Lande, de goede verftandhouding tusfchen de Leden der Regeeringe onderling, en het vertrouwen tusfchen Regenten en Ingezetenen op duurzaame gronden te vestigen, en om zoo veel als in ons is, te contribueeren tot bevorderinge van de waare belangensvyan het lieve Vaderland., en ons op deze wyze van onze\duure verplichting» met getrouwheid te kwyten. Waar mede, en?, * 3  &62 Vériamling van Stukken letrekkelyk tot gen gefteld zyn, dat daar door aan het groot oog, \ merk, de herftelling naamelyk van rust en een-, djacht, gepaard met vertrouwen op, en voortvaa-. rendheid by de uitvoerende macht, tot betere be- • hartiging van 's Lands belangens, niet alleen zeer r weinig zal kunnen worden beantwoord; maar datt zelfs by min doorziende of niet wel onderrichte Per- ■ foonen, onder wier pog Uwe Hoogheids Misfive) door het plaatfen in de Couranten gebracht is, daarrl uit geheel verkeerde en tegen de waarheid aanloo-i pende begrippen, met betrekking tot onze Pro-■ vincie, wellicht zouden kunnen worden gevormt. Immers zouden uit de algemeene wyze van voor» ■ i Hellen, welke Uwe Hoogheid gebruikt, denkbeel- • I deD kunnen ontftaan , en de gevolgen getrokken i worden, die van te veel belang zyn, dan dat deaelve by deze gelegenheid door ons onaangeroerd zouden worden gelaaten. Voor eerst: dat in deze Provincie handelingen waren voorgevallen, die inbreuk deeden op de Rechten en Prasrogativen van het Erf-Stadhouderfchap; I ten minsten dat die Rechten aan Uwe Hoogheid betwist zouden zyn geworden. Noch het een noch het ander hier van is ons kennelyk, Doorluchtigfte Vorst! maar wel het tegen- i deel. — Daar wy uit volle overtuiging kunnen verklaaren, nooit andere bedoelingen gehad, nooitandere poogingep gedaan, nooit andere maatregelen i genoomen, nooit andere beiluiten ter uitvoer getiracht te hebben, dan welke tot in ftandhouding ; der fundamenteele Wetten, bewaaring van een ie ders competeerende Rechten, zoo met opzicht tot de Souvereiniteit dezer Provincie, als tot de Rechten en Prsëminentien van Uwe Hoogheid, en de conftitutioneele Vryheid, den Ingezetenen des Lands toekomende konden ftrekken, ten einde door zulke handelingen het algemeen belang behartigd, de bronnen van onrust, tweedracht en verdenking geflopt, de nuttige onderneemingen tot 's Land* redding van alle vertraaging ontheven, en de bloei VU  de Geteurtenis/en in 1787 enz. voorgtvalhn. s6"3 Van het lieve Vaderland, met alles wat daar in dier» baar is, met de daad herfteld wierden. Hier over zouden wy ons by deze gelegenheid in 't breede kunnen uitlaaten, indien de bewyzen onzer daaden, geduurende den laatftdn rampfpoedigen Oorlog, onze genoomene befluiten, namclyk daar toe en tot andere gewichtige oogmerken betrekkelyk, benevens onze cordaate Briefwisfelingen, zoo met de Bondgenooten over de gemeene zaak, als met üwe Hoogheid daar over , en tevens over de byzondere belangen onzer Provincie, meermaaien gehouden, niet by Uwe Hoogheid overbekend en voorhanden waren. In welk alles , zoo wy meenen ten klaarften doorftraalt, een welmeenend hoofd-oogmerk vaD bevordering van 's Lands welzyn, behoudens de Conftitutie en bewaaring van een ieders Rechten; en van maintien niet alleen der Rechten en Waardigheden van Uwe Hoogheid, maar om daar door te gelyk op het krachtdaadigst te bewerken, dat die Waardigheden heilzaam voor de Republyk waren, eenen wenfchelyken invloed op het algemeen belang des Lands hadden, en niet onnut gemaakt wierden door verdenking van verkeerde beftieringen en. nadeelige raadgeevicgen. Ten tweeden: zou uit Uwe Hoogheids Misfive afgeleid kunnen worden, als of'er in deze Provincie geen eendracht en vertrouwen tusfchen de Regenten onderling, en tusfchen die en de Ingezetenen waren. Het tegendeel daar van heeft alhier zoo zeer plaats, dat wegens de goede harmonie en verftandhouding, die tusfchen de Leden der Regeering zoo gelukkig fubfifteeren , de deliberatien en befluiten , 's Lands welzyn in 't gemeen, en die onzer Provincie in 't byzonder concerneerende, na een bedaard onderzoek van zaaken, geleidelyk en zonder eenige overhaasting of vertraaging gehouden en genoomen worden. En wat aanbelangt onze goede Ingezetenen, wy R 4 zou-  Verzameling van Stukktn bitrekkelyl m ippudeo ongetwyffeld de grootfte oneer doen aas > derzelver denk- en handelwyze , indien wy nier. : jrond uit declareerden, dat hun beftendig gedrag; 300 wel de doorflaanfte blyken oplevert van ber ■ daardheid, rustlievendheid en gehoorzaamheid aan i 's Lands wettep, als van ware achting en eerbied 1 voor 's Lands Hooge Regeering, gepaard met ver». trouwen, te vreedenheid, en alle Rille goedkeu-■ ring omtrent derzelver befluiten en verrkhtin-. gen, Eindelyk zou door Uwe Hoogheids uitdrukkin.. gen een vermoeden kunnen óntryzen, als of 'er in i de Conftitutie of den 'inwëndigeh'ftaat der zaaken 1 yan Regeeripg zoodaanige twyffelingen waren, dat: die gerevideerd behoorden te worden. Pit is wederom op onze Provincie geheel niet! toepasfelyk, vermits derzelver Conftitutie van Re- ■ geering zpo kort geleeden opzettelyk gerevideerd,, én door het Reglpment-Reformatolr op vaste en ze-. kere gronden' geftéld zynde, klaar en duidelykis, en volgèns die Cypofure de zaaken van Regeering behandeld, by enkeld voorkomende gevallen van i nood daar naar geredresfeerd, en zonder de 'minfte i twyffeling uitgeoeffend worden. Zoo weinig nu, als wy twyffelen, of Uwe Hoog- , heid zal na een onbevooroirdeelde overweeging van het hier vooren geavanceerde met ons infferrj-. men, dat dealgémeeneexpresfien van beklag, door DweHopghejd gpbepzigd, tot Hoqgstdeszelfs oogmerk in deze Provincie niet kunnen dienen, als op pnze en pnzp Regeering ten penemaal zonder ap- | plicatie zynde j even zoo weinig verwachten wy, dat aio Uwe Hoogheid onze verwondering vreemd [ zal voorkomen, wanneer wy Hoogstdenzelven in i gpp begrip vinden, van eerst door ons ingekomen antwoord op Uwe Hoogheids Misfive in ftaat gefteld ï te kunnen werden, om het zyne te kunnen toebrengen tot herftpj van de harmonieën hetvertroij. wen, Immers meenen wy federt lange en by alle gepas-  dg, Gebeur tenüfen in 178"? enz. voorgevallen, stfj" te gelegenheden ons fysthema van denken eq hanT delen cordaat aan den dag gelegd, de bronnen van. het kwaad aangewezen, eO met alle moderatie zoodaanige middelen tot redres voorgéflagen en aanmaaningen tot wegneeming van alle wantrouwen gedaan te hebben; dat daar van noch Uwe Hoogheid noch de Bondgenooten, te eeniger wyze onkundig kunpen zyn, — Wy hebben dus van onze zyde, zoo veel ons doenlyk, fteeds gecontribueerd tot alles, het gene de inwendige rust cn goede verttandhouding konde bevorderen en aankweeken. Wy moesten overzulks billyker wyze verwachten, dat, na alles 't gene wy tot dus verre gemanifesteerd hebben, Uwe Hoogheid, iri Hoogitdeszelfs voordracht, aan ons zich niet bedienen zou van zulke generaals en vague uitdrukkingen over den tegen-woordigen toeftand van zaaken; maar zich fpeciaal zou hebben bepaald, of tot het opnoemen van'byzonderheden, die by ons vermeende plaats te hebben, en tot bevordering van rust en vertrouwen redres te vereisfchen; of van zoodaanige abuifen, die dé Bondgenooten in 't algemeen betreffen, die de dierbaare Zuylen van het Vaderland ondermynen, en ÏJwe Hoogheid ip verdenking brengen. Dan niets van dit alles ia Uwe Hoogheids Misfive opgenoemd vindende, en tevens volkomen verïekerd zynde, dat het gene waar over Uwe Hoogheid klaagt, met opzicht tot het interieur onzer Provincie buiten applicatie is , zoo moeten wy, onze eigene ondervinding raadplee'gende, en op al het gebeurde terug ziende, noodwendig onzen aandacht vestigen op de zaaken het groot bellier der RepuBliek raakeride. En het is hier in, dat wy tor, ons leedwezen moeten erkennen, fints lange in het begrip geftain te hebben (trouwens wy hebben 't zelfs te meermaalen nopens'het; een en ander gedeelte van de directe uitvoering aangetoond,) dat daa<- in abuiferc refideeren, die van eenen allerverderfiykften invloed op '« Lands wel westen zyn, en zonder welker wegneeR 5 min-  2(56 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot minge en daadelyke verbetering 'er zich weinig gegronde hoop opdoet, om hec noodige vertrouwen, den inwendigen voorlpoed, de uitwendige vrede en de waare veiligheid van dit Gemeenebest te herftellen, te bevorderen en duurzaam te maaken. Hartgrondig derhaiven wenschten wy daar over van Uwe Hoogheid eene nadere particuliere onderrichting, ten einde het kwaad in deszelfs eigen aart en uitgeftrektheid nog meer van naby hebbendeleeren kennen , te beter in ftaat te geraaken, om, daar wy by alle gelegenheden onbewimpeld getoond hebben, niets vuunger te verlangen, dan het zoonoodig redres in het vervallene, gebrekkige en verkeerde, ook daar door aan deze onze hartelyke en byblyvende begeerte eens met vrucht te kunnen voldoen, en door efficacieufè middelen tot de echte verbetering even welmenend als onvermoeid mede te werken. Wy verwachten dan hier omtrent by eene nadere opening van Uwe Hoogheid onder andere zaaken , dat Hoogstdezelvè zich vooral zal uitlaaten over de redenen en oirzaaken, welke de geheime Correspondentie, (die voornaame zoo niet eenige Leidftar in de groote politicquel) dermaate heeft doen vervallen en inkrimpen. „ Dat (by voorbeeld) de Republiek geene voor,, loopige kennisfe gehad heeft van de OorlogsVe;klaaring, door de Kroon van Groot-Brittan,, nien gedaan; waar door een groote menigte Koop„ vaarders, gelyk ook fommige Oorlog- en Oost,, Indifche Schepen , genoegzaam op denzelfden ,, dag uitgeloopen, een prooy des vyands zyn ge,, worden. „ "Dat de van tyd tot tyd geconcerteerde plans „ van operatie geduurende den Oorlogf grooten,, deels zyn te niet geloopen, zoo dat onze zoo ,, kostbaare toerustingen van het Vaderland geen „ voordeel en den vyand geen nadeel hebben toe„ gebracht. „ Dat, toen de preliminaire Vrèdes-Artikelen „ door  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 20*7 j, door de andere Oorlogende Mogendheden getee„ kend zyn, de Republiek daar voor af geen ken- nis van droeg; het gene ons in de harde nood3, zaakelyk gebracht heeft, om, zonder iets goeds te kunnen bedingen, de Wet van eenen niet ge. ,, noeg afgematten vyand te moeten ontfangen. „ Dat einddyk, om niet meer op te noemen eed changement van Guarnifoenen in de Oostenryk„ fche Nederlanden , het opzien gemaakt heefc en doen gelooven, dat de Republiek reeds vyande- lyk wierd aangevallen." Immers kunnen wy nimmer van invafie beveiligd blyven , zonder de préallable kennis van de beweegingen onzer Nabuuren, met welken wy verfchillen te vereffenen hebben, en dus in geene volkomene harmonie zyn. Wy Rellen in dit alles te meer belang Doorluchtige Vorst! om dat wy de ouverture van deze en andere importante materiën, benevens het herftel daar in, waar het noodig is, aanzien , als eenhoofdftap, tot het herleeven van vertrouwen op de uitvoerende macht, waar aan wy met aando; ning moeten betuigen dat het in het algemeen wel het meest hapert, en waar van de Republiek de wrange vruchten by aanhoudenheid zal blyven fmaaken, zoo daar aan niet op alle mooglyke wyzen werde geremedieerd. Waar mede enz. N'. 2682. Misfive van Hun Ed. Monenden de Heeren Staaten van Friesland aan den Heere Prinfi ErfStadhouder , in dato den n Juny 1784, over de A£te van Confulentfchap tusfchen gem'lde zyne Hoogheid en den Heere Hertog vAtï Brün-wyk Wolfenbtjttel geflooten i benevens aen inhoud van die Atte. Ontfangen eene Misfive van zyne Hoogheid den Heere Prinfe van Oranje en Nasfau, gefchreeven in *s Hage den 24 May 1784, en dienende ten geleide >an  sp-? Verzameling van Stukken betrekkelyk tst ;:, van zekere zoogenaamde Atte van Confulentfchap,, ppgerichc tusfchen gedachte zyne Hoogheid en den Heere Hertog van Brunswyk WolffenbutteLj in dato den 3 May 1706, zynde van dezen inhoud,? Wy Willem, by de gratie Gods, Prinfe van. Oranje en Nasfau, Erf-Stadhouder, Erf-Gouverneur, Erf-Kapitein-Generaal en Admiraal der Ver» eenigde Nederlanden &c. &c. &cc. Nademaal wy pp onze meerderjaarigheid en by den aanvang onzer Regeering iterativelyk en fe« rieufelyk in o.verweegirjg hebben genoomeni hoe dat wylen onzen Heer Vader, Hopgstzaliger gedachtenufe, reeds in en voor den jaare 1749 zeer bedacht is geweest, orp den Heer Prinfe Louis^ van Brunswyk, die zich als toen in dienst van-Haare Keiaerlyke en Koninglyke MajeReiten bevond, door alle meest krachtigfte inftantien te beweegen, om in den dienst van de Republyk over te gaan onder den naam en met den titul yan Veldmaarfchalk over de Troepes van den Staat, maar in der daad en realiteit, omme met Hoogstgedachten onze Heer Vader de geheele last van het Militair departement te helpen draagen, om met Hoogstdenzelven te wezen en geconfidereerd te worden op den voet van een vertrouw Vriend en Bloedverwant, om met denzelven Heere Prinfe de Concert te gaan, en van zyne talenten en zyne raadgeev'ingen gebruik te maaken, in alles dat het Commandement van het Leger en het Militair wezer1 eenigzins zoude mogea concertieejen, en vooral, en voornaamentlyk met dit groot oogmerk en tot dat gewichtig einde, 'dat, indien het de Hemel behaagde, over zyne dagen vroegtydig te disponeeren , haare Koninglyke Hoogheid en wy, nevens onze Vrouwe Zuster in denzelven Heere Prinfe zouden vinden, een Vriend en Bloedverwant, wiens raad en adfiftentie, voor ons van zoo groote nuttigheid en yan zoo veel toeverlaat zyn konden, gelyk alle deze ecergique betuigingen woordelyk voorkomen, en gevonden worden in  de Gebeurtenis/en in 1787 enz, voorgevailen. 2f5$ in de eigenhandige Misfivens, door ónzen Heer Vader op den 11 November 1749 en 18 January 1750 aan hooggemelde Heer Prinfe geaddresfeerd. — Hóe dit hoóggemelden Heer Prinfe van Brunswtk aan die herhaalde inftantien gecedeerd; het Hof van Weenen, alwaar zich op een zeer avantageufe voet en in de vöordeeligfte relatien van faveur eü naauwe Bloed ver wahtfchap met Haare Keizerlykè eh Koninglyke Majefteiten geplaatst vond, verhaten hebbende, en herwaarts overgekomen zynde, na dat daar toe was gobtineerd de aggteatie van zyne Keizerlykè en Koninglyke Majefteit, aan wien onze Heer Vader de overeenkomst en de bëzittinge van Hoogstdenzelven Heere Prinfe, als een fpeciaal faveur, by Misfive van den 10 November 1749 had Verzogt, de zoo goede én hoogwyze voorzorgen van onzen Heer Vader door de evenementen, welke federt gebeurd zyn, ten vollen is gejustificeerd, en voor öns door eene daadelykë ondervindinge van de hoogfte utiliteit en van de allerheiléaamfte gevolgen geweest is, terwyl het fataal tydftip, waar in wy van Hoogstgedachten onzen Heer Vader wierden beroofd, het geval al vroeg heeft doen exteeren, waar in de falutaire voorzieningen van Hoogstdenzelven in het engagement en employ van den Heere Prinfe van Brunswyk, voor ons Huis van deze zoo nuttige uitwerking zyn bevonden, dat wylen Haare Koninglyke Hoogheid, onze Vrouwe Moeder Hoogstzal. gedachtenisfe, niet heeft geheefiteerd, om by dispofitie van uiterfte wille Hoogstdenzelven Heere Prinfe, die als doen reeds door de Heeren Staaten der gefamentlyke Provinciën tot Reprefentant van den Kapitein-Géneraal was aangefteld, tot Executeur Testamentair en Adminiftreerende Voogd over ons en onze zeer beminde Vrouwe Zuster, te verzoeken en te benoemen. En hoé dat eindelyk het luctueus evenement waar door Haare Koninglyke Hoogheid onze Vrouwe Moeder, mede van ons is weggerukt, den famenloop der beide gevallen heeft daargefteld, waar door  ayo Perzameling van Stukken betrekkelyk tot door de zoo goede en hoogwyze voorzorgen van wylen onze Heer Vader, dit voor ons onwaardeerbaar voorrecht heeft uitgeleverd, dat wy in den hooggemelden Heere van Bronswyk, door al hec gene Hoogsrdezelve aan ons, zoo ten aanzien van de Reprefentatie van ons als Kapitein-Generaal, als in 't byzonder met opzicht tot onZe educatie heeft gepresteerd en bewezen j oneindig meerder hebben mogen genieten en ondervinden, als Hoogstgedachte onzen Heer Vader van de voorfchreeven zyne zoo goede en hoogwyze voorzorgen en van zyn volmaakt vertrouwen op hoogstgemelden Heerö Prinfe, zich ooit Zoude hebben kunnen belooven. En nademaal wy gaarne wenfehen, gelegenheid te hebben, om ons nog voor eenigen tyd van de wyze raad en adfiftentie van hooggemelden Heere Prinfe van Brünswyk te bedienen, en Hoogstdezelvè aan ons gedeclareerd heeft, dat hy, door de fterkfte banden van tedere liefde en vaderlyke affectie aan ons verbonden, geneegen en bereid was» om zyn vermogens daar die voor ons van eenig nut konden wezen, nog voor eenige tyd aan ons op te offeren. Zoo is 't, dat wy met hooggemelden Heere Prinfe van Brünswyk wederzyds en onderling zyn geconverteerd en verdraagen over de poincten en in de manieren hier na Volgende. i. Dat hooggemelde Heere Prinfe van Brünswyk zich aan ons zal engageeren en verbinden, zoo als Hoogstdezelvè zich engageert en verbind by dezen, omme ons in het beleid der zaaken zoo wel van het Militaire Departement, als van alle de verdere en andere Departementen onder ons gezag behoorende, met raad en daad te zullen adfifteeren en byftaan in alles, ten allen tyden, en zoo menigmaal wy zulks van Hoogstdenzelven zullen requireeren en voor ons dienftig en noodig zullen oirdeelen. a. Dat hooggemelden Heere Prinfe verplicht zal zyn, om in alle zaaken, welke door ons in zyne handen zullen worden gefield, ons getrouwelyk te dié-  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 271 dienen van Hoogstdeszelfs raad en advys, daar in : advifeerende en handelende, zoo als in goede conil fcientie tot bewaaring van onze Hoogheid, PrseroÜgativen en Gerechtigheden, mitsgaders ten mees- ten dienfte en welvaart van den Staat der Vereenig. i de Nederlanden zal vermeenen te behooren, zonder (daar van af te wyken, door gunst voor eenige bytzondere Provinciën, Steden, Collegien of Leden jvan dien, voor eenige particuliere Perfoonen, 't zy I buiten of binnen de Regeering ofte uit eenigerlei 'andere oirzaaken, hoedaanig dezelve ook zouden rmogen zyn, in alles anders niets voor oogen houtdende, dan het gene dat tot voorftand van onze twaare en rechtmaatige belangens, ten gemeenen beste, en tot bevordering van het meeste welzyu Idezer Landen op de efficacieuste wyze zal konuea en mogen ftrekken. 3. Dat hooggemelden Heere Prinfe van Brünswyk, zich ten voorfchreeven einde geftadig by en tomtrent onze Perfoon zal onthouden, en in het by[zonder verplicht zyn ons te accompagneeren op de freize, die wy eerlang in en door de Provinciën, BStedenen Plaatfen, onder ons Erf-Stadhouderfchap resforteerende, ftaan te onderneemen. 4. Waar tegens wy ons voor en ten behoeven vaa ;hooggemelden Heere Prinfe op het krachtiglte en'gageeren en verbinden , om Hoogstdenzelven ter zaaken van al het gene hy tot prasftatie van dit engagement, en in het geeven van de gerequireerda raaden adfiftentie, zal hebben gedaan en verricht, van allen aanfpraak, namaaning en refponfabititeit ten vollen en volkomentlyk te zullen indemnifeeren :en bevryden, zoo als wy Hoogstdenzelven daar van bevryden en indemnifeeren by dezen, niet wil lende, dat hooggemelden Heer Prinfe ter dier zaaken aan iemand anders, dan aan ons in eigene Perfoon , eenige rekenfchap of verantwoordinge verfchuldigd zal zyn. Ende in cas aan ons geduurende Idit engagement iets menfchelyk 'mogte overkomen , willen en begeeren wy, dat hooggemeldeu Heere Prin-  S72 Verzameling van Stukken bétreikelyk Ut frirfe vAn Brünswyk zal konnen volftaan met óp* onze geheime Secretarie over te leveren, en te doen cepoficeeren de fiukken en papieren tot óns bewind fpecteerendé, welken als dan onder Hoogstdenzelven berustende zouden mogen zyn , zónder dat Hoogstdenzelven aan iemand van ónzen Erven, Succesfeuren of Rechtverkrygeude, tot het geeven van eenige opening, veel min, tot het doen van eenige verantwoordinge, verplicht zal zyn,, ofte daar toe op eenigerlei wyze genecesfiteerd zal konnen of mogen werden. Ende dit alles alzoo by provifie en tot óns beiderzyds kenne'yk wederzeggen toe. Aldus tusfchen ons oodergefchreévën, onderling feconvenieerd en gëarrefteerd, éh met.ónze wederydfche Signature en Zegels onzer Wapenen bekrachtigd. Gedaan in 's Gravenhagé, den 3 May 1765. (was geteekend") L. Hertog van Bronswyk. TL. S.) W. Pr. van Oranje. (L. S.) (Lager Jlond) Öp heden den 3 May 1766 heeft zyne Hoogheid de Heer Hertog van Brünswyk, den ééd op het voorenftaande Engagement in handen van zyne Hoogheid den Heere Prins Erf-Stadhouder gepres-, tèerd en afgelegd. (Onder ftbnd) In kennisfe van myj (was get.) T. J. de Larrey. Waar op gedelibereerd zynde, is goedgevonden en verftaan, de Gecommitteerden ter Generaliteit te gelasten, namens deze Provincie, hier over ter tafel van Hun Hoog Mogenden te declareeren, dat Hun  de Gebeurtenis/en in 1787 mz. voorgevallen. 473 Hün Ed. Mogenden voormaals reeds met zoo veel ernst als moderatie, aan zyne Hoogheid den Heere Prinfe van Oranje^ onder 't odg hebben gebrachê het algemeen misnoegen der Ingezetenen over den Perfoon en het Ministerie van den Heere Hertog van Brünswyk, en de haat, waar in dezelve by de Natie geraakt was; met verder vriendelyk en na* drukkelyk verzoek, dat Hoogstdezelvè, uit aan* merking daar van, op de best mooglyke Wyze dien Heer zoude willen perfuadeeren, om zich van de directie van zaaken te onttrekken, en zich uit de Republyk te retireeren , ten dien einde door diê middel allen argwaan weggenoomen, de eensgezind» heid algemeen herfteld, en de goéde Gemeente weder overgehaald mogten werden tot een ongereferveerd vertrouwen op die genen, welken met de uit* voering van zaaken, tot 's Lmds dierbaarfte belangen ftrekkende, belast zyn: — alles breeder in dé briefwisfelingen tusfchen Hun Ed. Mog. en zynê Hoogheid gedetailleerd, welke correspondèntie overbekend, en nog onlangs door Hün Ed. Mogenden in hunne Refolutie over de Misfive van zyne Pruisfifche Majefteit, ter Generaliteit ingebracht, fpeciaal gerenoveerd en aangevoerd is. Doch echter Hun Ed. Mogenden daaromtrent by zyne Hoogheid altoos vruchtelooze poogingéri gedaan, en met hun Vaderlandlievende oogmerken niets geëffectueerd hebben. Dat daarom Hun Ed. Mogenden noch gepast noch van nut rekenen, om zyne Hoogheid over de thands geproduceerde Copia Acte van Confulentfchap (waar van te vooren onkundig waren), byzonder wederom te onderhouden. Dat met ontroering hebben vernoómeh de daadé» lyke exifter.tie eener Acte van Confulentfchap, tusfchen zyne Hoogheid en den Heere Hertog VAIï Brünswyk, federt den jaare 1766 fübfifteerendes waar van den inhoud, by examinatie, geheel niet overeenkomt met het oogmerk, dat Prins WillebC een vierden glor. gedaehtenjsfe zich met hesXXXIV. Deel. 3 plaats  ?74 Verzameling van Stukken betrekkelyk tel p'aatfen van igezegden Heer Hertog, in dienst vaa de Republyk fchvat voorgefteld te hebben, te wee. ten, om in het Departement der Militie geëmploijeerd te worden. Dat deze Acte niet minder onbeftaanbaar is met de welmeeninge van Hun Ed. Mogenden, en de ovenge Bondgenooten , in de Inftructie voor den Heer Hertog, geduurende de rainderjaarigheid van den Heere Prinfe vaa Oranje, van den jaare 1755 duidelyk aan den dag gelegd: alwaar de Heer Hertog, icbcon toen reprefenteerende den minderjaarigen Erf-Stadhouder, als Kapitein-Generaal, uit» drukkelyk geinjungeerd werdt, om zich met geen zaaken van Policie, Financie, Juftitie of Religie, het zy van deze of van de andere Provinciën, te bemoeijen. Dat bovendien zyne Hoogheid aan het bewind der zaaken, als meerderjaarige Stadhouder gekomen zynde, ten eenemaal onbevoegd was, om zonder voorafgaande expresfe qualificatie der Bondgenooten eeni* ge verbintenisfen van dien aart, als deze A£te bevat, en gemunieerd met eene ongehoorde belofte van indemniteit en irrefponfabiliteit, met iemand der Regenten, hy ware wie hy ware, aan te gaan. Veel min zulks te doen met een vreemd Perfoon, Jlechts door toelaating van eene vreemde Mogendheid in dienst van den Staat: die geen Lid van Regeeringe was, en die daar door geene directe relatie tot 's Lands behoudenisfe had. Dat wyders Hun Ed. Mogenden, om alle onaangenaame discusfien, die nergens toe kunnen dienen, dan om de zaaken te vertraagen en de gemoederen te verwyderen, opzettelyk daar zullen laaten andere gewigtige aanmerkingen, welke op deze Acte met grond zouden kunnen worden gemaakt, en daar dezelve by alle gelegenheden toocen, dat hunne aanhoudende bedoelingen zyn, om al het verkeerde en nadeelige met moderatie en zonder aigreur, doch met niet minder ernst, te redresfeeren en uit den weg te ruimen, Hun Ed. Mogenden ook in die geval wederom hunne eens aangenoomene principes Rand-  ü Gthtuttmisjtn in 1787 m. voorgevallen. 275 ftandvastelyk aankleevende, genegen zyn het voor» leedene in dezen niet verder in aanmerking te neemen of daar aan te denken, dan voor zoo verre vol» ftrekt noodig is, om met de daad een redres vaa zaaken in het toekomende te bewerken, dat allerheilzaamst voor de Republyk en van het alleruiterst belang voor het Huis van Oranje is. Dat derhaiven Hun Ed. Mogenden tot bereiking dezer gewigtige eindens, aan de andere Bondgenooten voorflaan, om de zaaken ter Generaliteit daar heen te dirigeeren, dat met te nietdoening van de gementioneerde AEte van den 3 May 1766, tusfchen den Heere Erf-Stadhouder en den Heere Hertog van Brünswyk opgericht (welke Acte by dezen wegens deze Provincie word verklaard voor nul en onwaarde) meergemelden Heer Hertog, om deze en andere redenen, werde gedimitteerd uit allen hoegenaamden dienst van deze Republyk, mogende Hun Ed. Mogenden wel lyden, dat hy Heer Hertog zyn tractement blyve genieten, mits zich genoegzaam van het Territoir van deze Republyk verwyderd houde. En zal Extract dezes aan de Heeren Gecommitteerden gezonden worden; met last ten fpoedigfteo deze Refolutie ter Generaliteit te openen. Aldus gerefolveerd op het Landfchaps Huis, dea ïi Juny 1784. No. 268.7. Refolutie van Hun Ed. Mogenden de Heeren Staaten van Friesland, betrekkelyk de toeftand van de Armée van dm Staat. In dato den 13 jfuny 1784. Is ter Vergadering van Hun Ed. Mogenden geleelen een Rapport der Heeren Hun Hoog Mogenden Gedeputeerden tot de Militaire zaaken, ingevolge tn ter voldoeninge van Hoogstderzelver Refolutie Corrfmisforiaal van den I7den May laatstleeden, «net Heeren Gecommitteerden uit den Raad van S 2 Staa.  276 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Staaten , geëxamineerd hebbende, 't gunt zyne Hoogheid ten zeiven dage by deszelfs aanwezen ter Vergaderinge hadde vermeend niet te kunnen afzyn aan Hoogstdezelven onder het oog te brengen, de noodzeakelykheid die 'er was, in de omftandigheden waar in de Republiek zich was bevin'dende, dat aan 's Lands Troepen orders gegeeven .wierden om zich te voorzien van het noodige om rnarfchvaardig te zyn, ten einde wanneer de nood zulks zoude vereisfehen te kunnen campeeren, op dat met vrucht tot defenfie van het Vaderland gebruikt zouden kunnen worden; zynde opgemelde p-ppo't den gden dezer maand ter Vergadering van Hun Hoog Mogenden uitgebracht, breeder inde No-uien van dien dag vermeld. Waar op gedelibereerd zynde is goedgevondenen 'verftaan, de Gecommitteerden ter Generaliteit te gelasten, ter Vergaderinge van Hun Hoog Mogenden naamens deze Provincie te declareeren. — Dat Hun Ed. Mogenden met de uiterfte furprife hebben gezien, dat de Gecommitteerden tot de Militaire zsaken, met zoo veel fpoed hadden kunnen rapporteeren van hunne bevindingen en gevoelens omtrent iets, raakende de Armee van den Staat; daar Hun Ed. Mogenden niet zonder gevoeligheid hebben 'moeten zien, dat hunne welmeenende voorflagen tot herftel van de defecten in deArmée, by herhaaling van Hun Hoog Mogendens Misfive van den 6 "July 1782 en 19 December 1783 gedaan, nu byna twee jaaren buiten eenig vervolg zyn geweest. Dat Hun Ed. Mogenden met geen minder ontroering dan fmerte hebben vernoomen, dat de Kapitein-Generaal , in Hoogstdeszelfs propofitie van den 7den May laatstleeden aan Hun Hoog Mogen. deD gedaan, zelve moet erkennen, dat de Arrnée .van der; Staat zich door gebrek aan het noodige tot een Campagne, buiten ftaat bevind om den Lande «ne-dienst te presteeren, waar toe eigentlyk en alleen onderhouden word. Dat Hun Ed. Mogenden derhaiven, hoe langer hoe  de Gebeurtenis/en in 1787 enz, voorgevallen. 277 hoe meer overtuigd worden, dat de onmeetbaare tosten van tyd tot tyd aan de Armée gefpendeerd, voor de Republiek niet zyn geweest van een evenredige nuttigheid. —■ Dat Hun Edele Mogenden fchoon genoegzaame reden hebbende, om niet toe te ftaan om nog meerder kosten te doen aan eenLeger, dat oogfchynelyk door een verkeerde directie ten onbruik en onnutte is geraakt, echter uit overweeging van de critieke en presfante omftandigheden waar in de Republyk zich tegenswoordig bevind, wel voor goed kunnen aanzien en willen concurreeren met de andere Bondgenooten, om den Raad van Staaten te authorifeeren tot 't formi eren van een Petitie,, om het noodige redres daadelyk te kunnen affcctueeren. Dat Hun Ed. Mogenden echter uit overtuiging, dat alle lighaamen door den Staat bezoldigt worden-' de, ten allen tyden behooren gereed te zyn, om, den dienst aan den Lande te doen waar toe betaald worden, ten fterkften infteeren, dat van wegen Hun Hoog Mogenden aan zyne Hoogheid, als Kapitein-Generaal van alle Provinciën werde aangefchreeven, om op te geeven deredenen, waarom de Armée van de Staat' zich buiten ftaat bevind, om aan, de or,dres die haar van wegens den Souverein zoude mogen worden gegeeven, te voldoen?• en wie prefumtive aan dit plichtverzuim fchuldig zyn? ten einde de fchuldigen in deze Provincie, ia dezen zonder conniventie worden opgezogt en rigoureufelyk geftraft. Dat Hun Ed. Mogende zich verzekerd houden , dat de Republyk nooit tot zulke enorme kosten, als Hun Ed. Mogenden tegenwoordig vreezen dat hier uit zullen ontftaan, zouden zyn genoodzaakt geworden, indien federt den laatften Oorlog te Linde, de directie over de Troepes was geweest zoo en ia dier voegen, als Hun Ed. M°genden in de jsaren 1782 en 1783 by derzelver Misfivens boven gemeld, hebben voorgedaan, wanneer het a! te vtrregaan der misbruiken Hun Ed. Mogenden nood. k S 3 zaak-  378 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot zaakte, om zich door het doen van die voorftelle» te bemoeijen met zaaken, die anders aan den Kapitein-Generaal en de Generaliteit* Collegien worden overgelaaten. Dat echter Hun Ed. Mogenden hier mede niet uit het oog willen hebben verlooren derzelver bovengemelde voorilagen, maar op de executie derzelver by bekwaame gelegenheid ten fterkften infteeren. Dat Hun Ed. Mogenden verder* volkomen approbeeren de conduite van Hunne Gecommitteerden ter Generaliteit, in het obferveeren der Refolutie van den 13 April 1782 over de verhooging der Soldyen, en Hun Edele gelasten, daar in by vervolg te perfevereeren. En zal Extract dezes aan de wegens deze Provincie Gecommitteerden ter Generaliteit worden ge. zonden, om ten fpoedigften ter Vergadering van Hun Hoog Mogenden te openen. Aldus gerefolveerd op het Landfchaps Huis, den ?3 iaaY Ï784- (Onder fiond) Accordeert met voorfz. Boek, In kennisfe van my, (was get.) A. van Sminia. K*. 2684. Eéd, den . . Juny 1784, op bevel van Hun Ed. Mogenden de Heeren Staaten van Fries» land, door het Krygsvolk te Leeuwarden en Harlin. gen in bezetting leggende, in handen der Heeren Gedeputeerde Staaten gepresteerd. Wy belooven en zweereo, boven den ééd voormaals door ons aan de Generaliteit gedaan, de Staaten van Friesland gehouw en getrouw te wezen, dezelve vroomelyk en getrouwlyk te dienen, tot voor-  de Gebeurtenisftn in 1787 eni. voorgevallen. 279' voorftand van de Unie en handhoudinge van de waare Christelyke Religie, en naamenlyk de Provincie van Friesland, de Kwartieren, Steden en Leden van dien , tegens alle hunne vyanden; de welgemelde Heeren Staaten van Friesland, of hun Geauthorifeerden, voor den tyd dat wy in dezelve Provincie zyn, gehoorzaam te wezen in 't gene zy lieden ons, tot vorderinge van den dienst en defenfie van de voorfchreeven Lande beveelen zullen; en naamenlyk, om de platte Landen der voorfchreeven Provincie van alle inlegeringe en foelen van het Volk van Oorloge te helpen befchermen, ook binnen deze Provincie, niet van de eene plaats naar de andere , noch weder uit de Provincie te zullen marcheeren als op Patent van meergemelde Heeren Staaten van Friesland of derzelver Geauthorifeerden; voorts in alles te achtervolgen de Ordonnantiën en de Artikelen van den Oorlog, en wel fpeciaal de beide Publicatien van den 28 February en 14 Maart 1784, op het ftuk van de Adminjftratie der Civile en Crimineele Juftitie in deze Provincie geëmaneerd. Zoo waarlyk helpe my God Almachtig! N°. 2685. Misjïve van Hun Ed. Mogenden de Heeren Staaien van Friesland aan den Heere Prinfe ErfStadhouder, betrekkelyk het geeven van opening aun de Provinciën van den ftaat der Generaliteits Kas. In dato den 26 Augustus 1784. DOORLÜCHTIGSTE VORST EN HEER! Het is Uwe Hoogheid overvloedig bekend, dat wy geene middelen onbeproefd hebben gelaaten , om onze Ingezetenen (die wy oirdeelen meer dan die van eenige andere Provincie van het Bondgenootfchap door lasten bezwaard te zyn) eens op eene voldoende wyze te verlichten. S 4 Tea  a8o Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Ten dien einde hebben wy by de Bondgenooten ïeeds federt omtrent zeventig jaaren op alle moog, lyke wyze geinfteerd op eene vermindering van het aandeel, dat wy jaarlyksch aan het Bondgenootfchap betaalen, in zoo verre dat wy zelve ons na herhaalde en altyd yerydelde poogingen, in het laatst voorleeden jaar hebben beginnen recht te verfchaffen, en onze Quota eenigszins met 'er daad te verminderen , door fommige posten van betaaling van Militie op den ftaat van Oorlog af te wyzen. Vooral echter hebben wy in aanmerking genoomen, dat wy volkomen onkundig waren vaq den toeftand van het Comptoir-Generaal van het Bondgenootfchap, en wy hebben daarom reeds op den 23 February 1782 gtëischt eene opening van dien toeftand , welke onze Refolutie ter Vergadering van Hun Hoog Mogenden op den ndendaar aan Volgende, is ingebracht. Hier op een zeer weinig voldoenend antwoord ontfangen hebbende van de zyde van Hun Hoog Mogenden, zoo hebben wy reeds op den J.4 April 1782 nader op voorfchreeven opening aangedrongen, welke onze nadere aandrang beantwoord wier* de door eene volftrekte verweigering , om op te geeven eene fpecifique ftaat van het Comptoir.Generaal van de Unie. " '* 111 -f ' En fchoon wy op den 16 July 1782 hier over ee. ne Misüve aan Hun Hoog Mogenden hebben afgezonden, heeft zul'cs echter niet kunnen bewerken, dar aan 0ns verzoek zelfs eenigermaate is voldaan. Na dus zoo fterken aandrang by Hun Hoog Mogenden te hebben gedaan, zoo vinden wy ons genoodzaakt ons nog ten overvloede by Uwe Hoog. he;d zelve te vervoegen; Uwe Hoogheid is yan wegens alle de Vereenigde Gewesten (even gelyk Uwe Hoogheids Heer' Vader glbr. ged. den jaare 1748) geplaatst aan het hoofd van den Raad van Sraatenj aan Uwe Hoogheid dus met den Raad van Staaten is de admmiftra«e dezer Kas toebetrouwd, en van dez;e admini- ftra-  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 281 ftratie is tot hier toe geene opening aan de Bondgenooten gegeeven. Wy meenen grond te hebben, van te wachten, dat by dat Comptoir, wel geadminiftreerd zynde, eene overwinst van veele Millioenen moet plaacs hebben. En wy zien niet, dat de Ingezetenen der Provincie door al dien overwinst eene verligtinge van Lasten kunnen erlangen, (gelyk anders hoogst redelyk was) zoo lang de Staat van dat Comptoir niet voor ons is opgelegd. Wy verwachten derhaiven van Uwe Hoogheid, dat Hoogstdezelvè wel door zynen veel Vermogenden invloed zal willen zoeken te bewerken, dat 'er eens eindelyk eene voldoende opening, zoo als wy by onze bovengemelde Refolutie van den 14 April 1782 hebben geëischt, worde gegeeven. Wy hebben te meerder reden, om in dezen op eene fpoedige verantwoording? van Uwe Hoogheid en den Raad van Staaten aan te dringen, om dat wy reeds in den voorigen jaare aan het Bondgenootfchap, eene volleedige openinge van de adminiftratie van Gelden, in onze Provincie door de Ingezetenen opgebracht hebben gedaan, zoodaanig dat Uwe Hoogheid en de Raad van Staaten hebben toegeftemd, dat in onze Provinciaale uitgaven op geen meerdere zuinigheid of fpaarzaamheid konde worden aangedrongen. Waar toe ons verlaatende, Doorluchtigst Forst en Heer! wy Uwe Doorluchtige Hoogheid beveelen in de befcherming van God Almachtig. Leeuwarden, den 26 Augustus 1784. Uwe Doorluchtigfte Hoogheids goede Vrienden, De Staaten van Friesland. Ter Ordonnantie van Hun Ed. Mogenden. s y No.  28i Verzameling van Stukken betrekkelyk tot IïQ. 2686. Refolutie van Hun Ed. Mègenien de Heeren Staaten van Friesland, betrekkelyk de Petitie van den Raai van Staaten van 467,800 Guldens, tot marschvaardig maaken der Troepes van den Staat 5°c. In dato den 28 Augustus 178$. Is ter Vergaderinge geleezen eene Misfive van Hun Hoog Mogenden de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden, gefchreeven in 'sHage den 30 July laatstleeden, dienende ter geleide van eene Petitie by den Raad van Staaten, ingevolge en ter voldoeninge aan Hun Hoog Mogenden Refolutie, van den I7den July daar te vooren geformeerd, ter fomma van 467,800 Guldens, wegens de onkosten, die op het doen marschvaardig maa. ken der Troepes van den Staat, en omtrent de verdere poincten dienaangaande, by 't Rapport ter Vergaderinge van Hun Hoog Mogenden, den oden dier maand uitgebracht, zouden dienen te vallen. Waar op gedelibereerd zynde is goedgevondenen verftaan, dezer Provincie Gecommitteerden ter Generaliteit tegelasten, ter Vergaderinge van Hun Hoog Mogenden te declareeren: ,, dat Hun Edele „ Mogenden door het geavanceerde by den Raad „ van Staaten, meer en meer zyn bevestigd ge„ worden in het denkbeeld, dat de Armée van den ,, Staat, door eene verkeerde directie is gebracht ,, geworden in zulk een toeftand, dat de Bondge- nooten genoodzaakt worden, thands daar aan kos,, ten te fpendeeren, die alle voorgaande, zelfs in de 5, allerkommerlykfte omftandigheden zyn onbekend „ geweest en gebleeven, gelyk zyne Hoogheid en „ de Raad van Staaten in de Petitie zelfs erkennen." „ Dat Hun Ed. Mogenden echter uit confidera„ tie, dat het voorafgaan van een onderzoek dezer ,, zaake, en het ontdekken der fchuldigen in dezen van al te langen duur zal zyn, daar integendeel „ de Utuatie der Republyk thands eene fpoedige, j, ernftige en efficacieufe veorziening vereischt, » by  de Gebeurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 28$ ,, by dezen confenteeren in de voorfchreeven Pe„ titie tegens ƒ 8 - 13 - 3» met last aan het Colle,, gie der Heeren Gedeputeerde Staaren , omma u het Provinciaale aandeel ten allerfpoedigften, en. „ wel ter meerdere acceleratie in dit fioguliere ge» „ val, zonder de conclufij ter Generaliteit daar- omtrent af te wachten, ten Comptoire Generaal „ van de Unie te fourneeren; alle? in verwachting, „ dat de voorflagen by Hun Ed. Mogenden Refolu. „ de van den i3den Juny dezes jaars, by vernieu. ,, wing gedaan, des niettegenftaande eens einde* ,, lyk zullen worden geëxcuteerd, teu welken ein- de dezer Provincie Gecommitteerden ter Ger>e« „ raliteit worden gelast, voorfchreeven Hun Ed. „ Mogenden Refolutie te inhasreeren , en des „ noods ter Generaliteit weder op nieuw te ope„ nen". En zal Extract dezes aan welgemelde Heeren Gecommitteerden ter Generaliteit, ten fine voorfz* worden toegezonden. Aldus enz., den 28 Augustus 1784. No. 2687. Refolutie van Hun Ed. Mogenden de Heeren Staaten van Friesland , behelzende eene aan» fchryving aan de cemmandeerende Officieren van de Troepes ter repartitie van Friesland Jlaanle, om een omjiandig Rapport aan Hun Ed. Mogenden te fuppediteeren, op de in de aanfchryving vier vermelde poinften. In dato den 28 Augustus 1784. Geconfidereerd zynde het belang dat Hun Ed. Mogenden ten allen tyde getoond hebben te ftellen in den goeden en behoorlyken ftaat der Armée, nog op heden door het fpoedig draagen van Confent iu de Petitie, by den Raad van Staaten geformeerd den 2Qften July laatstleeden, ter fomma van 467,800 guldens, tot goedmaaking der kosten tot het marschvaardig maaken der Militie van den Staat; en  224 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot en oirdeelende, dat het nuttig, ja hoogst noodig zoude zyn, om door eene te doene aanfchryvinge aan alle de commandeerende Officiers van de Troepes, ter repartitie dezer Provincie ftaande, in de onderi'cheidene plaatfen, alwaar zich thands bevinden, een omfrandig Rapport op de vier hier navolgende poincten te vorderen. r. De nette opgave van de tegenswoordige fterkte van ieder Compagnie, na aftrek van die genen, welke geftorven, gedeferteerd, ziek, of door eenig ander toeval onbekwaam tot den dienst geworden zyn, als mede van die genen, welkers tyd in October aanftaande uit zynde, zich nog niet weder hebben gereëngageerd. a. Of de Regimenten eenen vasten voet van werving hebben, zoo ja, waar ter plaatfe? wyders waar op voor ieder Kapitein de uitgave word begroot, die hy zal moeten doen , om in October of November naast komende weder compleet te zyn? 3. Eene accuraate berekening van de nadeelen, welke de onderfcheidene Corpfen komen te lyden door dat 'er geen verloven worden uitgegeeven, waar by dan tevens in aanmerking moeten komen, en opgegeeven worden de middelen van beftaan, welke zich in de onderfcheidene Guarnifoenen voor de Soldaaten opdoen, als mede hoe veel de noodigfte uitgaven gereezen zyn in die plaatfen, welke thands meer dan gewoonlyke Guarnifoen in hebben. En 4. Eene fpedfique melding, hoe dikwyls de refpeftive Regimenten in de laatfte tien jaaren van Guarnifoenen veranderd zyn, en op wat tyd en wyze zulks gefchied zy. Is góedgevonden en verftaan deze poincten aan voorengedachte commandeerende Officieren ten dien einde af te zenden. En is wyders gerefolveerd, dat, aangezien de verdienften der Troepes (welke na eenen langduurigen vrede niet beter kunnen worden afgeleid en beoirdeeld, dan van en doorliet- genoegen, dat  de Gebeurtenisfen in 1787 enz, voorgevalltn. 285 •«y geeven in de plaatfen hunner refpeótive Guarnifoenen,) zal worden gefchreeven aan de Regeeringen van de Steden en piaatfen binnen de Item. mende Provincie, alwaar die Troepes Guarnifoen houden, en aan dezelve worden verzogt Hun Ed. Mogenden te willen onderrichten, hoe over 't gedrag derzeive voldaan zyn, opdat Hun Ed.Mogenden de refcriptien op het een en ander in gekomen zynde, nader nopens het vergunnen van eenig foulaas of douceur zullen kunnen delibereeren en refolveeren, als Hun Ed. Mogenden ten dienste van deft Lande zullen verftaan te behooren. Aldus enz., den 28 Augustus 1784. N". 2688. Refolutie van Hun Ed. Mogenden de Hee* ren Staaten van Friesland, betrekkelyk de wapeninge in de Generaliteits Landen. In dato den 8 Dtfcember 1784. Door de Heeren Staaten dezer Provincie Gecommitteerden ter Generaliteit, ter deliberatie van Hun Ed. Mogenden zynde gezonden een Refolutie by de Heeren Staaten van Holland en West-Friesland den i8den November laatstleeden genoomen, enden 24ften daar aan volgendeter Vergaderinge van Hun Hoog Mogenden de Heeren Staaten Generaal der Vereenigde Nederlanden ingebracht, houdende communicatie van de ordres en voorzieningen in hunne Provincie gefteld, om de Opgezetenen ten platten Landen in de Wapenen te brengen, infteerende dat ook in de andere Provinciën en byzonder in de Generaliteits Landen diergelyke ordres mogten worden gefteld, welke Refolutie by de Heeren Gedeputeerden van de Provincie Gelderland, Zeeland, Friesland, Overysfel en Stad en Lande was overgenoomen, en dien onvermindert ter Generaliteit Commisforiaal gemaakt, voor zoo verre het poinö der Wapenoeffening in de Ge» neraliteits Landen aanging.  286" FeTzmeling van Stukken betrekkelyk sdt h goedgevonden en verdaan , de opgemelde Heeren Hun Ed. Mogenden Gecommitteerden te gelasten, omme te infteeren, dat hoe eerder hoe beter het Rapport van gemelde Commisfie ter Vergaderinge van Hun Hoog Mogenden werde uitgebracht en de Wapeninge in de Generaliteits Landen gefchiede. En is wyders gerefolveerd te perfifteeren byHun Ed. Mogenden Refolutie van den 19 December 1783, voorzoo verre de vry willige WapenoefFenin. ge betreft. En zal Extract dezes, mitsgaders Extract uit voorfchreeven Refolutie worden gezonden, aan gedachte Gecommitteerden om zich daar na te gedraagen, en ter Vergaderinge van Hun Hoog Mogenden te openen. Aldus gerefolveerd op het Landfchapshuis, den 8 December 1784. Accordeerd met voorfchreeven Boek. No. 2689. Refolutie van Hun Ed. Mogenden de Heeren Staaten van Friesland, omtrent het geeven van het Parool of Wachtwoord in de Stad van Leeuwaarden. In dato den n December 1784. Is geleezen een Request van de Magiftraat en Vroedfchap der Stad Leeuwaarden , verzoekende om de redenen daar inne gemeld, dat Hun Ed. Mogenden de Regeeringe dier Stad in het hun vanouds Competeerende recht, om het Parool of Wachtwoord zoo wel aan de Militie als Schuttery uit te geeven, te herftellen. Waar op gedelibereerd zynde, en in overweeging genoomen, dat daar het bewind over de Militie alhier in Guarnifoen leggende, aan den Heere Erf-Stadhouder en Gedeputeerde Staaten privative competeerd, vervolgens als een gevolg van dat bewind aan dezelve mede toekomt, het recht van het gee-  «fe Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 287 geeven van het Wachtwoord; dat ook de Heeren Gedeputeerde Staaten by Refolutie van den 7 April 1632 alleenlyk tot nadere ordre van Hun Ed. Mogenden aan de Magiftraat van Leeuwarden heb. ben toegeftaan, om in abfentie van den Heere ErfStadhouder het Wachtwoord aan de Militie alhier in Guarnifoen te geeven, ten eenemaal is buiten kennisfe en last van de Heeren Staaten, dat dierhalven de Magiftraat van Leeuwarden voor den jaare 1748 het Wachtwoord aan de Militie in abfentie van den Heere Stadhouder niet anders heeft gegeeven of konnen geeven, dan door vry willige concesfie aan dezelve door 't Collegie tot nader ordre gedaan. Is goedgevonden en verdaan , betrekkelyk tot het geeven van het Wachtwoord, in abfentie van zyne Hoogheid aan de Militie alhier in Guarnifoen liggende, te arresteeren de navolgende poincten. r. Het Wachtwoord aan het Guarnifoen alhier zal voortaan in abfentie van zyne Hoogheid door den Prefident van het Collegie gegeeven worden. 2. De Commandant van het Guarnifoen zal verplicht zyn, dagelyks, 's morgens voorde paraade» zich aan het huis van den Prefident van het Collegie te vervoegen of een Officier als zyoen gefubfliv tueerden aldaar te zenden, om het Wachtwoöfcd af te haaien. 3. De Prefident van het Collegie het Wachtwoord aan den Commandant van het Guarnifoen gegeeven hebbende, zal het zelve in een beflooten briefjes aan de Prefident Burgemeester van Leeuwarden doen toekomen , ten einde deze laatstgenoemde gelegentheid moge hebben van het zelve Wachtwoord uitte geeven; zynde Hun Ed. Mogenden voorts in 't vast vertrouwen, dat het Collegie vaa Heeren Gedeputeerden die voorzieninge wel zal willen doen, dat de Heer Prefident hunner Verga, deringe of zynen Subdituit, bedendig in de Stad tegenwoordig zy. En zal Extract dezes aan de Magiftraat van Leen. war-  *«8 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot warden tot Hun Ed. Achtb. naricht worden toegezonden, als. mede aan den Commandant van het Guarnifoen alhier, met last, om zich daar na te fchikken en te reguleeren. Aldus gerefolveerd op'tLandfchapsHuis, den xi December 1784. Accordeerd enz. No. 2690. Refolutie van Hm Ed. Mogenden de Hee» ren Staaten van Fiiesland, over de Wapenhandel der Ingezetenen in gemelde Provincie. In dato den 19 December 1784. By refumptie gedelibereerd zynde op twee poincten, voorkomende in de Addresfen door eenige Ingezetenen van verfcheidene Grietenyen en Steden dezer Provincie aan Hun Edele Mogenden op den laatst afgeloopen Landsdag van den 16 September 1783 gtprcienteert, en aldaar by 't 10de poinct in deliberatie gebracht, waar by aan Hoogstdezelvè in confidentie word gegeeven. ,, imo. Of niet dienftig zoude zyn, dat de Magt „ tot het verkenen van Patenten aan zyne Door„ lugtige Hoogheid, &c. ,, 2do, Om aan te moedigen den yver en lust der „ Ingezetenen tot den Wapenhandel die zich reeds in „ deze Provincie als fmtulende vertoond en hoe „ langer hoe meer begint te ontvonken, op dat de,, zelve gewapend, in den Wapenhandel onderwezen, en in reguliere Corpfen verdeelt, van wezentlyken „ dienst zouden kunnen zyn, en wanneer de nood I „ daar mogte zyn, geene wapenen hadden aan te I „ grypen die alken de wanhoop aanbied, of hetnut- I teloos flachtoffer worden van disorde." En gehoord het Rapport der Heeren by Staats» I Refolutie van den 24 September dezes jaars, tot I examinatie dier Poincten gecommitteerd zynde. Is goedgevonden cn verftaan gemelde Rapport in allen I  de Geheurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 239 allen deelen te approbeeren, de Heeren Gecommitteerden voor hunne betoonde yver en aangewende moeite te bedanken, en diensvolgens te refolveeren. r. „ Om nopens het ftuk der Patenten &c. — „ 2. Om nopens de aanmoediging tot de Wape„ ning der Ingezetenen, te declareeren: datnademaal „ Hun Ed. Mogenden den loffelyken yver der goede „ Ingezetenen om zich te bekwamen in den Wapen„ handel, ten einde in tyd van nood het dierbaar „ Vaderland tot nut en befcherminge te kunnen zyn, „ niet genoegzaam kunnen laudeeren; Hoogstde„ zeiven zich derhaiven niet ongenegen zullen too» „ nen, gelyk reeds by aanvang, door het fourneeren „ van Wapenen uit 's Lands Magazyn hebben gedaan „ „ dieyveroptewekken, ingevalle de zulke, welke op „ eene reguliere wyze onder de Regeeringe van hunne wettige Overheid en beftier hunner Opperhoofden , „ zich na geformeerde Wetten en Reglementen wil- lende gedragen, aan Hun Edele Mogenden met exhi,, bitie van zoodaanige Wetten en Reglementen zul„ len addresfeeren. „ 3tio. En eindelyk belangende den voorflag van „ vaste Guarnifoenen. &c. —— Aldus gerefolveert op het Landsfchap Huis, den 19 December 1784. No. 2691. Publicatie van de Magiftraat en Vroed, fchap der Stad Workum, tot aanmoediging van den Wapenhandel. In dato den 30 December 1784, De Magiftraat en Vroedfchap van Workum hebben achtervolgens de Refolutie van de Edele Mogende Heeren Staaten dezer Provincie, van den 19December 1784) na rype deliberatie raadzaam geoirdeeld, de Burgers en goede Ingezetenen dezer Stad ernflig te moeten aanfpooren en aanmoedigen, om op het lofiyk voorbeeld van hunne Voorouderen, en op den voet van zoo veele Steden en Dorpen van deze Pro. vincie, zich, tot befcherming van het gedreigdwor, XXXIV. Deel. T den-  $90 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot dende Vaderland, vrywillig in den Wapenhandel te oefFenen; belovende daar toe met allen fpoed, de vereischte hulpe te zullen toebrengen. De Magiftraat en Vroedfchap, zich ten vollen verzekerd houdende van den yver hunner Medeburgeren, verzoeken dierhalven allen en een iegelyk, welken tot dezen vrywilligen Wapenhandel genegen mogten zyn, om hunne naamen op de ordinaire Rechtdagen te willen aangeeven aan de Magiftraat of aan derzelver Prffiüdent, ten einde, wanneer een genoegzaam getal zich daar toe zal hebben aangediend, met wederzyds overleg en goedvinden eene bekwaame OefFenplaats en verdere daar toe noodige Wetten en Reglementen'te beraamen, om met een gewenschten uit flag dit zoo heilzaam als lofiyk doelwit te bewerken , en tot algemeen genoegen in ftand te brengen. No. 2*92. Refolutie van de Magiftraat en Vroedfchap der Stad Dockum, om de Predikanten op het nadrukkelykfte te verzoeken hunne Gemeentens, by alle gelegentheden de Wapenhandeling te trillen voordragen. In dato den 12 January 1785. De cririque tydsomftandigheden hebben Magi. ftraat en Vroedfchap, onder anderen, doen bedacht zyn, alzo 'er niemant meer vermogen op de gemoe. deren heeft, als de Predikanten ieder in zyne Gefinte, dezelve op het nadrukkelykfte te verzoeken, hunne Gemeenten, by alle gelegentheden te willen voordragen, hunne verplichtinge tot den Wapenhandel, zoo uit hoofde van hun eigen belang, als dat van het lieve Vaderland, dezelve te vermaanen, dac zulks geen aanleiding geeve tot zondige, ongeregelde en fchaadelyke bedryven, waar door te vreezen zoude zyn, dat niet alleen deze goede oogmerken verydelt, maar de toorn van God over ons lieve Vaderland zelfs vermeerdert zoude worden. En zullen hieraf Extracten werden uitgegeeven aaa de refpective Leeraars van alle Geficteu. Aldm  de Geleurtenüpgi in 1787 enz, voorgevallen, aox Aldus gearrefteert den 12 January 1785, en dirett gerefumeert ten twaalf uuren op den middag. (was geteekend) i P. Breugeman. B. Suiderbaaïs* -—— ■ Ho. 2693. Publicatie van Magiftraat en Vroedfchap der Stad Dockum, waar by eene algemeene Bur» i gerwapening word verzogt en aangeprezen. In dat*, den 12 January 1785. De Magiftraat en Vroedfchap der Stad Dockum» bevreesd dat 'er uit het Munfterfche herwaart» zullen komen eenige Vyandelyke Ligte Troepes. gelyk over het Drentfche en Westerwoldfche, nu» met voorby pasfeeren van de BourtangenCoeverden, gemakkelyk kan gefchieden, hebben op middeleni bedacht geweest, ten allerfpoedigften te mogen werden geiDfotmeert, zo ras daar omtrent het een of ander Vyandelyk Volk mogte vernomen worden* terwyl zy aanhoudend bezig zyn hun in ftaat van tegenweer te itellen, door het zien magtig worden van allerhande foort van Ammunitie ten Oorloge* om onder Gods zegen, zo de Stad eens berend mogte worden, door behulp der Manhafte Schuttery, lofwaardig Exerckie-Genoodfchap en die haat verders aanbieden, waar van deMagiftraatsen Vroed* fchapsperfoonen züh niet zullen onttrekken, Kaar manmoedig met de fnaphaan op 't fchouder voorgaan^ den Vyand te doen gevoelen, dat de Friefen hunne, oude dapperheid niet verloren hebben, maar dat hunne vuisten nog de kragt hebben, om den kof» hunner onrechtvaardige aanvalleren te verpletteren. En om hier in eikanderen binnen deze Stadgetrouüfc te zyn en te blyven, is noodig geacht, hoe zeer zich? ; anders vleijen van de goede Welmeeninge hunner Inge: zetenen. Jat: rj^fi eikanderen den ééd van getroüwig. iheid zwtiaaiéu onverhoopt de Vyand tftel i ligte of reguliere Trp.e$es deze St*d Badejrqa eaasa» T 2  89 i Ferzameling van Stukken betrekkelyk tot vallen mogt, dezelve, zoo veel in een ieders vermogen is, het hoofd te bieden, en buiten nood niet' over te geeven; over zulks werden de Leden der Schutterye, Exercitie-Genoodfchap en die verders de Wapenen genegen zyn op te vatten, en alle Stads Officianten en Bedienden verzogt, aanftaanden Vrydag morgen ten tien uur in de publique Kerk alhier te komen; om in de eerfte plaats alle de Leden der Regeeringe den ééd van getrou wigheid te zien prajfteeren ; waar op dan zullen volgen de Manhafie Bevelhebbers met hun onderhoorig Volk,' het,Exercitie-Genootfchap, en al wie hun verders gereed bevinden, de Wapenen aan te vatten; en eindelyk, alle de Stad» Officianten en Bedienden. Verders verzoeken wy een ieder, welke zich in Raat bevinden, de Wapenen te behandelen, hun ten allerfpoedigften en met allen yver te willlen bekwamen , om een nuttig gebruik derzelver, tegens den aanval van den Vyand te kunnen maaken. En zal deze werden Gepubliceerd en Geaffigeerd daar men zulks gewoon is te doen. -ji^;v- n' tuzd iVfx $ri£3 i Lü^U'W. »£*'•» iV - ..... N°. 2694.. Misfive van Hun Ed. Mogenden de Heeren Staaten van Friesland, aan den Heere Prince Erf. Stalhouder, ter beantwoording eener Misfive (*) van gednchte Forst, houdende eene breedvoerige opening van Hoogstdeszelfs gevoelens en gedrag. en voorftel van middelen, om het Vaderland te befchermen enz. In dato den 26 February 1785. «HHUti r- ,T ";'i 90- r-tt tg • ••"-> -1 om,{/ rso Doorluchtige Vorst en Heer! Wy hebben wel ontvangenüwe Hoogheids Misfive van den 18 January dezes jaars gefchreven tergelei- ' de (*) Deeze Misfive aan Hun-Hoog Mogenden ge.iddresfeerd en aan de Staaten van de refpeótive Provinciën gezonden, is van den volgenden inhoud. Hoog  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 203 de der Misfive door UH. opden i7den daartevooren aan Hun Hoog Mogenden gezonden, houdende eene ' breedvoerige opening van Hoogstdeszelfs gevoelens sa gedrag, en een voorflag vaa twee middelen, die, fcw '' " Hoog Mogende Heeren! Uit de beide Refolutien commisforiaal, door.Uwe Hoog Mogenden op den ioden deazer genomen, heÓben wy ge2ien de inftantien, door de Heeren Gedeputeerden van de Provincie van Holland en West-Friesland op expresfen last van de Heeren Staaten van hooggemelde Provincie, hunne Principaalen, by de Leden van het fecreet Befogne gedaan, dat ten fpoedigften deliberatien mogen werden aangelegd, om een plan te formeeren tot de generaal e defenfie van Staats-Flaanderen en Staats-Braband, en om aldaar aan een of meer'bekwaame en gefcbikte Officieren van "^dezen Staat het noodige vermogen te geeven, om met de Troepes van den Staat zich aldaar bevindende, ten meesten nutte van den Lande, en tot afweering van vyandlyke oogmerken werkzaam te zyn. Gelyk mede de inftantien van de Gedeputeerden van de Provinciën van Gelderland, Utrecht, Friesland, Overysfel en Stad en Lande, ten einde een Plan van generaale 'defenfie voor hooggemelde Provinciën mogen werden ge. formeert, in het byzonder aan den kant van den Ysfel, alwaar de Republyk op het zwakfte is. In de Befognes, welken ingevolge van de bovengemelde Refolutien , ftaan gehouden te worden door Heeren Gedeputeerden van Uwe Hoog Mogenden tot de Militaire zaaken, met Heeren Gecommitteerden uit den Raad van Staaten, die gelast zyn, om deswegens onze confideratien en advys in te neemen, zullen wy genoodzaakt zyn, Open .te leggen de bewyzen, dat wy reeds zedert ettelyke maanden bedacht geweest zyn op de middelen om aan de intentie van de bovengemelde voordellen te voldoen, tot ons leedwezen buiten de mooglykheid daar toe gefteld zyn, door dien uit hoofde van de zwakheid der Armée', 'er geen kans is, om voorde defenfie van alle gedeelten van de Republyk, die aan vyandelyke onderneemingen geëxponeerd zyn, te zorgen; en la'g hebben wy gehanteerd, T3 of  204 Verzameling van Siukkm^étreMëlyk tot na Hoogstdeszelfs gedachten, in het werk gefteld zoö. den kunnen worden tot befcherming van het Vaderland, ingevolge het verlangen der Bondgenooten, tot het 'formeeren van een'Plan van generaale defenfie. Wy of wy, nu zedert zulk eenen gerulmen tyd gewóón geworden aan allerlei verdenkingen, imputacien en reprocbes, ons daar toe borneeren en vergenoegen zoudqn., met het getuigenis van ons eigen gewisfe, dat onze bedoelingen aj,toos zuiver, én onze poogingen en zucht ter bevorderinga van 'sLands meeste welvaart, oprecht geweest zyn; dan of wy van deeze gelegenheid gebruik maaken zouden, om Uwe FIoog.Mogenden.en de hooge Bondgenooten op nieuw onder het oog te brengen, dat indien het ons had mogen "gebeuren, onze bedoelingen, te. bereiken en onze poogipgen met dén gewenschten uitflag bekroond te zien, dit ons Vaderland het welk ons boven alles dierbaar fs, aan geene buitenlandfche Oorlogen geëxponeerd, en doo.r geen binnenlandfche tweefpalt zoude zyn beroerd geworden $ dat bet by deszelfs vryheid, vreede, onafhangelykheid e.n welvaaren geconferveerd, in allen gevallen in behodrlykén ftaat van defenfie gehouden, en tot den hoogden top van luister en voorfpoed gebracht zoude zyn; en by gevolg, dat alle die rampen, die aan dé Republyk zedert weinige j.aaren zyp overgekomen. en die genen die haar noch verder te vreezen (laan,- en die ons voorkomen onve'rmyd.e- • lyk te zyn, indien'zy niet op nieuws, als door een. won. derwerk gered wordt, niet zonder de hoogde onrechtvaardigheid, aan ons konnen worden te laste gelegd. Aan den eenen kant gevoelden wy zeer leevendig, hoe nadeelig het voor de belangen van den Staat moet gereetend worden, wanneer deszelfs zwakke ged.eld.beid, er, inwendige verdeeldheid openlyk, niet.fiegts voor de gebesle .Natie maar voer geheel Kuropa, en voor die Mogend, heden worden ten toon gefpreid, die nopens deze Staat min gundige, of zelfs vyandige fentimenten koesteren. Alles wat ons .zedert vier of vyf jasten wedervaar'en is, de uitflag der poogingen welken wy daar tegen geoppofeerd hebben, en de toebereidzels welken wy da.s;elyks zien maaken, om ons al mede verantwoordelyk te dellen foor de gevolgen van 's Lands tegenwoordige gefteldhcid; dit  de Gebeurtenis/en in 17 87 enz. voorgevallen. 2py Wy zouden ons ten hoogften gelukkig fchatten, te hebben kunnen volftaan met de bloote overweeging der beide middelen, doorUH.inhetflotvan Hoogstdeszelfs Misfive voorgefteld, en het Reiultaat onzer De- dit alles te faamen genomen, gaf onst eene rechtmaatige bekommering, dat wy thands niet gelukkiger zouden zyn dan te vooren, in het wegneemen van de ingeboezemde vooroirdeelen, het herftellen van het gefchonden vertrouwen , en het herwinnen van die liefde van 's Lands Ingezetenen , welke wy geduurende de eerfte veertien jaaren van onze adminiftratie, zoo ongeftoord genooten, en op welken wy ons durven vleijen, dat wy als noch onze billyke aanfpraak niet verlooren hebben. Hier kwam by Hoog Mogende Heeren! dat men zich befchuldigt ziende van zwaare euveldaaden, welke door eene opééngeftapelde reeks van allerlei rampen min of meer geloof gevonden hebben, bezwaarlyk reusfeeren kon' in het bewyzen zyner onfchuld, zonder teffens aan te wyzen de fource waar uit die rampen dagelyks gefprooten zyn, en dat in ons geval die aanwyzing niet gemaklyk plaats konde hebben, zonder dat wy gevaar liepen van verdacht en befchuldigt te worden van den toeleg, om onze eigen verdeediging te doen dienen tot het bezwaar van anderen. Aan den anderen kant konden wy voor ons zeiven niet verbergen, dat, hoe zeer wy ook uitweiden mogten in het detail der omftandigheden, welken dienen konnen om zich een waarachtig denkbeeld te vormen van den gevaarlyken toeftand van de Republyk, 't zy men de gefteldheid van haare buitenlandfche belangen, of wel haare inwendige fituatie befchouwe, wy des wegens niets meer zouden konnen te berde brengen, dan aan onze Landgenootenen aan vreemde Natiën, zedert vier of vyf jaaren door de Nieuwspapieren, en door andere middelen (over welker geoirloofd of ongeoirloofdheid wy ons thands niet zullen uitlaa■laaten) volkomen kenhaar geworden is. Wy hebben wel is waar, te minder reden om ons te vleijen , dat eene nieuwe verdeediging meerder effeft doen zal, dan het gene wy te vooren uit noodweer, verplicht geweest zyn aan de Hooge Bondgenooten voor te draagen, T 4 daar  29(5 Verzameling van Stukken betrekkelyk tos Deliberatien over dezelve ter Generaliteit in te brengen. ■ Doch thands achten wy ons indispenfabel verplicht, U Holheid met zooveel fpocd te antwoorden, als de aart en het gewicht der zaaken toelaat. Wy daar wy eigentlyk gefprooken niets te zeggen hebben, 't welk niet reeds gezegd en aan de Hooge Bondgenooten en 2elfs aan de meeste Ingezetenen dezer Landen genoegzaam bekend is, of behoord te zyn , maar daar wy overtuigd zyn, dat het niet zoo zeer onkunde is, vaar aan wy de geweldige tegen ons opgevatte piseventien en vooroirdeelen, die zulk een milde bron voor ons geweest zyn van allerhande desagrementen, te danken hebben, als welaan gebrek aan oplettendheid, waar door zeer veelen van onze Landgenooten, zoo in als buiten de Regeering belet worden, om onder het zelfde oogpunt, en in ééne reeks nevens eikanderen te befchouwen omftandigheden, welken niet behooren gefepareerd te worden; oirdeelden wy niet alleen vryheid te hebben, maar zelfs min of meer aan ons zei ven, aan ons huis, ja zelfs aan het Vaderland verfchuldigt te zyn, om aan Uwe Hoog Mogenden in een kort bellek voor te draagen een echt en waarachtig tafereel van onze fentimenten en bedoelingen; van de gevolgen welken wy ons als nog verbeelden, dat zy zouden gehad hebben , indien het ons ware gegund geworden, om alle de Bondgenooten en Staatsleden van derzelver nuttigheid voor de belangen van het Vaderland te overtuigen, en van de gevolgen, die 'er uit het niet amplefteeren der door ons, met de heilzaamfte inzichten voorgeflaagene maatregelen, zyn geproflueerd. Ons oogmerk met de voordragt van dit alles, is geenzints, om iemand wie hy zy te beleedigen, noch om eenige prsventien te infpireeren tegens de fentimenten en bedoelingen der genen, die de belangens van het Vaderland met een ander oog hebben ingezien dan wy, maar wy begrvpen dat het ons geoirloofd moet zyn, om aan de Hooge Bondgenooten onder het oog te brengen, dat wel verre van dat de rampen , die het Vaderland in den tegenswoordigen critiquen toeftand gebracht hebben, aan ons zoude mogen geimputeerd worden, dezelve integendeel, naar den  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 297 Wy kunnen noch mogen voor U Hoogheid niet ontveinzen, dat de geëxtendeerde prsemisfen van de Misfive, door U Hoogheid aan Hun Hoog Mogenden gefchreeven; de railonnementen daar in vervat;^de den Mensch gefprooken, geen plaats zouden gehad hebben, indien onze voorflagen waren omhelst geworden. Wy, begrypen, dat ons zulks niet kan betwist worden, vooral zedert dat die voorflagen door allerhande wegen en midde» len in het haatelykst daglicht gefteld, en tot het dagelyks onderwerp gemaakt worden van verregaande befchuldigin. gen, kwaadaartige fpotternyen, en beledigende vergruizin. gen. Eindelyk hebben wy ons dan bepaald, om eene nieuwe proeve te neemen van die geoirloofde zelf: verdeediging, welken wy aanzien als even zo gepast, en zoo noodzaaklyk, en zelfs in ons gevat (uit hoofde van de gevotgén, die uit de aanvallen tegen ons voor de dierbaare belangen» van het Vaderland gefprooten zyn) nog noodzaakelyker, dan wanneer men door een onverdienden aanval, zich in Jeevensgevaar gebracht ziet; en Uwe Hoog Mogenden en de Hooge Bondgenooten zullen het ons ten goede houden, dat wy, of fchoon niet van intentie om in alle de details te treeden van het geene"zedert den^aare 1766 binnen de Republyk is voorgevallen, evenwel deeze en geene zaaken en omftandigheden rappelleeren, welken tot de eerfte tyden van onze adminiftratie betrekking hebben; niet om te beweeren, dat wy getrouwer geweest zyn in het bedoelen en bevorderen van de belangens van het Vaderland, dan die genen wier denkwyze van de onzen verfchilde, maar om uitdien fchakel der gebeurdtenisfen te doen opmerken, dat, wel verre van dat onze inzichten in die belangens zouden verdienen, om aan fchaadelyke bedoelingen te worden toegefchreeven, dezelven in tegendeel door den uitkomst, op het volkomenfte zyn gejuftifkeert geworden. Van het begin af, dat wy ons eenige onderfcheidene denkbeelden van de waare belangens van dit Gemeenebest hebben beginnen te vormen, hebben wy begreepen, en hier in ftemden wy flegts in met de denkwyze en gevoelens van alle de Leden van Staat, dat voor deszelfs behoud J en T5  Sjtfï Verzameling van Stukken betrekkelyk tot ftiten daar in gepöfterd; de confequentien daar uk getrokken; en de conclufien daar uit geformeerd, ons in den hoogden graad hebben gefrappeerd, en in de onvermydelyke noodzaakelykheid gebracht, •isï om en voorfpoed, niets meer wenscblyk is, dan het genot van den/Vrede, i Wy hadden door de gefchiedenisfen zoo van deze als; van-andere Natiën , geleerd, en de tegenwoordige gefteldheid van zaaken heeft zulks op nieuw geconfirmeerd, dat het om den Vrede te behouden, niet altyd genoeg is, •zelfs vredelievend te wezen, en aan niemant offenfie te geeven, maar dat men dikwyls zynes ondanks, in eenen Oorlóg kan; worden ingewikkeld; en hierom is bet ons altyd voorgekomen als eene der gegrondfte maximes eener gezonde Staatkunde, dat men zich ten allen tyde houde in zulk eenen ftaat van verdeediging, dat men eenen onrechtvaardigen aanval afweeren, of eene geleedene offenfie, wanneer zy gewichtig genoeg is, wreeken, of liever den eenen en de andere prasvenieeren, en zynen Nabuuren den lust beneemen kan om ons te' beleedigen. In dien ftaat vonden wy de Republyk niet, noch te water noch te lande , toen wy in den jaare 1766 ons beftuur aanvaarden; en dit is te zeer bekend, en door alle de Bondgenooten te dikwyls geadvoueert, dan dat het noodig zyn zoude dit alhier te betoogen. 's Lands Zeemacht was genoegzaam tpt niet geloopen, en de Armée was op verre na niet tot die hoogte, dat de Republyk tegen den aanval van de zwakfte der nabuurige Mogendheden zoude beftand geweest zyn. Onze eerfte zorg was dan, om beiden onge. yoelig, en zoo verre met den ftaat der Finantien beftaanhaar was, op te beuren. Wy befteeden alle onze poogingen^ om alle Bondgenooten ten deezen opzichte te brengen tot ee&paarige gevoelens, en tot die noodzaakelyke onderlinge toegeevendheid, zonder welke het niet moog. lyk is, dat een lighaam uit verfcheide Leden betraande, vereenigd blyven, gelukkig wezen, en bloeijen kan. .Hef is aan Uwe Hoog Mogenden, 't is aan alle de Bondgenooten bekend, en de meesten van 's Lands Ingezetenen konnen niet ignoreeren, dat wy geene moeite gefpaard, geene middelen ontzien hebben, omdat heilzaam oogmerk te be-  fcGeUurttrihfinin 1787 enz. voorgevallen. 259 t>rh (daar ü Hoogheid dezelve aan het geheele Bondgenootfchap addresfeerd, en wy das niet voorby tunnen, ons zulks mede aan te trekkeD,) op eeoei aan cordaate Regenten en vrye Friefen pasfende v/yze, "bereiken i dat wy niet in ftaat geweest zyn, om daar in te konnen flaagen, en datzulkstot gevolg gehad heeft, dat Lancfcen Zeemacht beiden gebleeven zyn zeer verre beneden die hoogte, op welke beiden naar onze gedachten, hadden behooren gebracht te worden, zob men den Staat behouden wilde by eene volkomene vryheid en onafhanglykheid van andere Mogendheden, en denzelven beveiligen tegen het gevaar van zynes ondanks te moeten afgaan van die neutraliteit, die alleen overéénkomt met het commercieele, zoo wel als met het Politique belang van de Republyk. Hoe menigmaal hebben wy vooraf van dat gevaar gewaarfchouwd, en het bovengemelde gevolg van het gebrek van eensgezindheid en onderlinge toegeevendheid voorfpeldl En hoe ongelukklglyk zyn niét onze waarfchouwingen 'en Vöoffpellingen door de uitkomst begonnen bevestigt ts worden, by het ontft'aan van dé nieuwe onlusten tusfchea twee machtige Nabuuren1, welken de 'Republyk in het ge"heel niet concerneerden; waar' in het van haar belang zoude'geweest zyn geen deel te neemen, en zich zorgvuldiglyk te wachten Van die demarches en meftlreS', die gedaan en "genomen zyn, en die, uit-hoofde van'haare zwak en weerloosheid, een Oorlog hebben te wege gebracht, waar door alle haare rechten en haar befta'an zelfs geëxponeerd is geworden aan het gevaar van eene geheele vernietiging. Dit laatfte gevaar fcheen ons toe, groot en dringend 'genoeg, om 'er dtror bewoogen te worden, niet alleen om het zelve aan de Bondgenooten, in al deszelfs uitgettrektheid voor te ftellen, maar ook om gebruik te maaken van al wat in ons vermogen was, om het toegeeven in die 'demarches en rhefures gedilayeerd te krygen, tot dat de Republyk zich in ftaat zou gefteld hebben, om dat gevanc zoo al niette boven te komen, ten minftenmerkélyk te konnen verminderen. Ons vooruitzicht en onze waarfchouwingen, dat uit die demarches en mefures onfeilbaar zoude refukeeren een Oorlog, tot welken de Republyk ten eenenmaale ongeprsepareerd was, vonden geen geloof, en  300 Verzameling yan Stukken betrekkelyk tot wyze, die de innerlyke bewustheid gevoelen, dat zy hunne plichten jegens hun Vaderland en hunne Committenten betracht en gedaan hebben, te antwoorden op alle die Hellingen, die op eene meer of min de uitkomst evenwel, heeft dezelven al wedsrom bevestigd- . . ' o • eaMUtiaa o Eveneens was het gelegen met de. accesfie van den Staat tot de gewapende Neutraliteit , welke wy in deri weerloo^en toeftand waar in de Republyk iich bevondt, cwel aanzagen als wenfchelyk voor haar; maar welke wy be> •greepen, dat aan die Mogendheid, tegen welke zy' was ingericht, ongenoegen geeven ,.. de. vredebreuk verhaasten, en aan den,Staat niet alleen geene nuttigheid toebrengen konde, maar veeleer het gevaar vermeerderen moest, indien men niet ten behoeve van dit Gemeenebest, eenige Conditiën- bedingen koude, die tot deszelfs meerdere beveiliging dienen moesten. Ook in dit opzicht, heeft de uitkomst onze bekommering en vooruitzicht gejuftificeerd.. Het ongewapend laaten Van de Republyk, het vérleenen van onbepaalde Convoyen, eer de Republyk nog in ftaat ware om dezelven .coinpleetlyk te befcheimen; de accesfie tot eene gewapende Neutraliteit, zonder genoegzaairïe zekerheid., dat 'er door de Republyk de gewenschte vruchten van zouden kunnen geplukt worden; alle deèze omftandigheden te'famen genoomen, _(om nu van anderen niet te gewaagenj. hebben de Republyk1 in eenen Oorlog gedompeld ," op een tydftip waar op 'zy genoegzaam in Jiet geneel onvoorzien was, (zoo als door alle de Bondgenooten nog zeer kort te vooren uitdruklyk genoeg erkend was geworden) van al 't noodige zoader pnderfcheid , om denzelven mèt eenige hoop van fucces, of liever zonder vrees voor. eenen totaalen, ondergang, te voeren. Van het voorgevallene na het uitberften van den Oorlog, en geduurende den loop van dien Oorlog,, waar van de gevolgen zoo nadeelig en verderflyk geweest zyn voor alle de belangens van den Staat, zullen wy ondür het welneemen van U ïloog Mogenden thands niet gewaagen, maar ons ten dezen opzichte refereeren tot het gedetailleerd verflag, het welk wy daar van reeds een geruimen tyd gilesden, aan U Hoog Mogenden gedaan hebben , ons  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 301 min ingewikkelde wyze ons voorkomen te tendeeren, om de rampen waar onder ons Vaderland nu zoolange gezugt heeft, en waar door het zelve zedert eenige jaaren zo bitter gedrukt is, en nog gedrukt gerustelyk' verzekerd houdende, dat daar uit aan elk onpartydig en waarheidlievend Leezer zal moeten gebleeken. «yn, dat, offchoon hier of daar, in het een of ander dier Departementen dié betrekking hebben tot het beftuur dei: Zeezaaken , fouten en gebreken zouden mogen hebben plaats gehad, veroirzaakt door onervaarenbeid, door ongewoonheid'van het werk, door gebrek aan toereikende hulpmiddelen, door moedloosheid, zoo wel over de onoverkomelyke hinderpaalen, met welken men te wöfftete» had, als over de dagelyks tóeneemende bewyzen van on. genoegen en mistrouwen , aan de Natie zoo onbarmhartig, lyk , onréchtvaardiglyk ingeboezemd , echter door ons niets wezentlyks verzuimd is, van alles wat dienen kon» de, om de middelen van defenfie te doen aangroeijen, en om'er het best mooglyke gebruik vaft-te maaken; en by gevolg, dat alle klachten van inactiviteit en werkloosheid, met welke men ons haatlyk heeft trachten te maaken, moeten worden toegefchreeven, of aan ongenegenheid jegens ons, of aan begeerte tot verandering in den form der Regeering dezer Landen, of aan onkunde en inexperientie in het gene betrekking heeft tot het voeren van eenen Oorlog ter Zee. Zelfs zouden wy van deeze Epoque in het geheel geen gewag gemaakt hebben, indien wy het niet noodfg geoir. deeld hadden, zoo om het korte tafereel van onze gevoelens en bedoelingen eenigzins meer compleet te maaken, als om daar uit aanleiding te neemen, om aan U Hoog Mogenden onder het oog te brengen het gevaar, waar in wy ons thands wederom bevinden, dat, even gelyk de ongelukkige uitflag des jongsrgeëindigden Oorlogs ter Zee, en de daar op gevolgde allerfchaadelykfte en humilianfta Vrede, niet, (zoo als echter had behooren te gefchieden, indien men de regelen van billykheid en rechtvaardigheid had willen in 't oog houden) aan den genoegzaamen weerloozen toeftand van 's Lands Zeemacht, en-aan gebrek van toereikende hulp, maar aan onze dire&ie, en aan werke-  302 Verzameling van Stukken betrekkelyk .tot daar aan toe te fchryven: „ dat het Uwe Hoog* „ heid (dit zyn de woorden) niet heeft mogen ge. „ beuren, deszelfs bedoelingen te mogen bereiken* „ en deszelfs poogingen met eenen gewenschten uit- >, flag' loosheid, ja zeifs aan nog doemwaardiger oirzaaken is toegefchreeven; zoo ook thands wederom ten onzen laste zal gelegd worden de uitflag des Oorlogs, met welken de Staat bedreigd wordt, indien dezelve nadeelig is, of de nadeelen van den Vrede, tot welken de Republyk veelligt door haar zwak- en weerloosheid en door gebrek aan by. ftand van buiten, zich zal genoodzaakt zien. Alle de poogingen, welken wy dagelyksch zien aanwenden om de ge. moederen onzer Landgenooten meer en meer te prepareeren tot het on vangen ook van deze indrukken, gevoegd by de experientie welke wy reeds gehad hebben van het voorleedene, en ons gegrqnd vooruitzicht, dat de Oorlog zoo hy doorgaat, by mooglykheid niet zal kunnen gevoerd worden, zonder dat meer dan een der Hooge Bondgenooten, doof eene niet ongegronde bekommering voor het dreigend gevaar, openbaare bewyzen zullen geeven van ongenoegen over het gemis van die middelen vaa beveiliging, op welken ieder der Bondgenooten, die in de lasten der Unie contribueert, een onbetwistbaar recht heeft ,• dit alles noodzaakt ons, om aan U Hoog Mogenden openhartiglyk en met cordaatheid open te leggen de» ftaat der zaaken, en aan Hoogstdezelven te repraefenteeren, dat de geringheid der Landmacht het volftrekt onmooglyk maakt, om alle de posten te kunnen bezetten; dat zelfs, wanneer wy ons borneeren tot het bezetten alleen van die posten, die waarfchynlyk het eerst en het meest geëxponeerd zullen zyn, dan nog geen een derzelven genoegzaam zal kunnen beveiligd worden, ten zy 'er kans zy, of om de Armée van den Staat zeer fpoedig tot eene convenable hoogte te brengen, door het overneemen van vreemde reeds gedisciplineerde Troepes, of om zich van den zeer fpoedigen en daadlyken byftand van machtige Mogendheden te verzekeren. Om deeze reden kunnen wy voor U Hoog Mogenden niet verbergen, dat wy met het uiterfte genoegen zouden hebben geëxecuteerd de orders der Hooge Bondgenooten, om,  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 3O3 flag bekroond te zien: vermits daar door ons Vaderland aan geene buitenlandfche Oorlogen geëxponeerd, en door geen binnenlandfche tweefpalt zou zyn beroerd geworden; maar dat het by des* zelfs om, zoo als door het rappel van den Keizerlyken Minister, de waarfchynlykheid voor de executie der gedaane bedreigingen meer en meer aangroeide, en de Oorlog o«vermydelyk fcheen geworden te zyn, te profïteeren van de fuperioriteit, welke de Landmacht van den Staat nog had boven de Keizerlykè Troepes, die zich in de Oostenrykfche Nederlanden bevonden , ten einde, ware het mooglyk, het theater des Oorlogs, altbands by den eerften aanval, des te verder van de Frontieren van den Staat te verwyderen, en op eene bepaalde plaats te fixeeren? indien wy die orders bekomen hadden, en de Bondgenooten van het geeven derzelver niet waren wederhouden geworden door de niet ongegronde vrees, dat de hostiliteiten van deze zyde aangevangen, alle vergelyk onmooglyk, en den byftand van het Franfche Hof minder waarfchynlyk maaken mogten, eene prudente voorzorg, welk» wy zeer verre af zyn van te mispryzen 5 maar waar van het gevolg zyn zal, dat wy de wapenen van den Staat, indien de Oorlog doorgaat, niet wel anders dan op het territoir van den Staat, en verweerender wyze zullen kunnen gebruiken; en dat het in de onzekerheid waar de eerfteaanval gefcbieden, en of 's Lands bezittingen niet aan verfcheiden kanten te gelyk zullen worden aangetast, niet mooglyk zal zyn, om voor alles te zorgen. Mogten wy zoo gelukkig zyn, dat alle de Ingezetenen van dit Gemee» nebest Juftitie deeden aan de liefde tot het Vaderland, waar mede wy bezield zyn, en die (hoe groot, hoe druk. kende de desagrementen zyn van allerleien aart, onder welken wy gebukt gaan,) noch verkoeld, noch verminderd is, wy zouden den moed niet opgeeven; maar bf aanhoudendheid alle onze vermogens met getrouwheid en yver befteedende tot verdeediging van een Land, aan welks behoud en voorfpoed onze dierbaarfte belangen en die van ons Hui6 onaffcheidlyk verbonden zyn, de uitkomst der zaaken gerustlyk overlaaten aan dat Almachtig Opperwezen, 't welk wel eens meer dit Land gered heeft, wanneer de  304 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot „ zelfs Vryheid, Vreede, Onafhangelykheid en Welvaart geconferveerd, in alle gevallen in be„ hoorlyke ftaat van.defenfie gehouden, en tot den „ hoogften top van luifter en voorfpoed gebracht „ zou de nood op het hoogde fcheen gekomen te zyn, en 'er geene hoop op uitkomst meer overig was. Maar buiten onze fchuld, geheel onvoorzien van de noodige middelen, op eene onverdiende wyze mistrouwd, veracht, befpot, befchuldigd, en afgefchilderd als een eerlooze Verraader van onze eigene belangen en van die van *t Vaderland , zullen U Hoog Mogenden zich niet verwonderen kunnen, dat wy vreezen, van ons op nieuw bloot te dellen aan. het gevaar van aan niemand der Bondgenooten te kunnen voldoening geeven, en verantwoordelyk gemaakt te worden voor alle die onheilen en verliezen, welken het ons tbands niet mooglyk zal zyn te prsevenieeren, nu de oneensgezindheid onder de Bondgenooten belet heeft het in tyds neemen der maatregelen, die alleen in ftaat waren, om de Republyk te beveiligen tegen bet gevaar van 'er aan geëxponeerd te zyn. By aldien 'er geene mooglykheid is, of om Hulptroepen van andere Mogendheden te bekomen, of om den noodtgen byftand te verwerven van machtige Nabuuren, zal gewisfelyk de Republyk niet alleen op den duur niet bedand zyn tegen zulk een machtig Vorst, als die, met welken zy thands in onmin is, maar zelfs onder den eerften aanval moeten bezwyken, en dus genoodzaakt worden, of om aan des Keizers eisfchen, hoe groot, hoe ruïneus ook voor de Republyk, te moeten voldoen, en door de vermindering van haar vermogen en het befnoeijen van de voornaamfte takken van haare welvaart, een goed deel van haare onafhanglykheid te verliezen , en voor haare vrienden onnut of zelfs tot last te worden, of toe te ftemmen In fchikkingen en cesfien, die dat ongeluk mooglyk wel voor eenen tyd opfchorten, doch haar echter aan het zelve altoos geëxponeerd laaten zullen. Maar ook dit zullen wy ons niet te verwyten hebben; daar wy zonder eenige andere bedoeling, van het begin onzer adminiftratie af, het bedendig daar op hebben toegelegd, om ons Vaderland te ftellen In dien ftaat, dat het aan niemand  dt Gebeurtenis/au in 1787 gnzt voorgevalknt 3© J5XXIV. Deel. V See;  305 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Wy betuigen voor God en het Vaderland, wars te zyn van allerlei verdenkingen, imputatien en reproches, en dezelve nimmer te willen gebruiken , nmr die te verfoeijen! doch wy willen voor U Hoogheid niet fteeden, en, zoo *t Gods wil is, des noods daar aan op te offeren. Dan daar het ons, in weerwil van onze bereidwilligom alles op te zetten tot redding en behoud van het Vaderland, met alles wat daar in dierbaar is, volftrekt on. mooglyk zyn zal om dat heilzaam oogmerk te bereiken, zoo lang ons alles ontbreekt wat daar toe vereischt wordt; daar het geheel onzeker is, of en hoe verre de Republyk; van elders bekomen zal de middelen, om in het thands exfteerend gebrek te voorzien; daar het niet mooglyk is te bepaalen, of de Vredes Negociatien wederom zullen kornen aangevangen worden, en noch minder, welk het fucces daar van zal konnen zyn, daar het eindelyk zelfs in de vooronderftelling, dat de deur tot een minlyk vergelvk wederom geopend worde, niet onverfchillig kan gerekend worden, of de Republyk geheel en al weerloos, of in ftaat zy om ten minften eenen eerften aanval te konnen wederftaan; hebben wy het van onzen indispenfabelen plicht geoirdeeld, om zonder uitftel bedacht te zyn op de middelen, om van nu af aan hangende de deliberatien van de hooge Bondgenooten over de aangeboodene Corps ligte Troepen, en terwyl men bezig is met het executeeren van die Plans tot oprichting van zoodaanige Corps, die door Hoogstdezelven reeds gearrefteerd zyn, maar met de executie van welken nog eenige maanden zullen moeten verloopen, eenige Troepes by een te brengen, welken den dienst van ligte Troepes eenigzins zouden konnen praefteeren, en 's Lands Ingezetenen, zoo veel mooglvk tegen ftrooperyen beveiligen; gelyk mede op de middelen, om , hoe gering ook het aantal zy van da Troepes, welken de Republyk op de been heeft, in vergelyking van het gene 'er tot dekking der meest geëxponeerde Vestingen en Frontieren vereischt word; als welken van nu af aan van het daar toe noodige, op verre na, niet konnen worden voorzien, evenweleen Corps d' Armée te konnen by en in het Veld brengen, om, naar  d'. Gebewrfenisfen in 1787 enz. voorgevallen» gef ciet verbergen, dat wy in de bovengemelde uitdruk* kingen, eeneduidelyke inculpatie vinden van het gedrag der Hooge Regeering! Immers wie anders dan de Regenten hebben U Hoog- naar maate van de voorkomende omftandigheden, te konnen worden geëmploieerd ter plaatfe daar zy van het meeste nut zullen bevonden worden, om alle de Ingezetenen, Steden en Provinciën van de Republyk, zoo veel met den tegenwoordigen ftaat der zaaken eenigzins overeengebracht kan worden, te doen deelen in het genot va» die befcherming, op welke ieder hunner een evengelyk recht heeft. En het is aan onze bedenkingen op twee zulke importante objeften , en aan onze welmeenende intentie on> ons met allen yver en ernst te kwyten van alle de plichten, die ons, in onze verfchillende betrekkingen tegen over dit ons dierbaar Vaderland, incumbeeren, dat hun= nen oirfprong verfchuldigd zyn de beide voorftellen, welken wy de eer hebben by dezen aan Uwe Hoog Mogenden te doen, met verzoek om dezelven hoe eerder ho© beter te willen brengen ter kennisfe en deliberatien van de Hooge Bondgenooten , welken wy by dezen op hec ernftigfte willen verzocht en gebeeden hebben, om toch met al den fpoed welken het gewicht der zaaken vorderd, hunne gedachten daar over te willen laaten gaan, en ons in ftaat te ftellen tot het executeeren, *t zy van de beid* bovengemelde Plans , 't zy van zoodaanige anderen, als meer executabel en met 's Lands algemeene belangen meer overeenkomftig zouden mogen bevonden worden : konnende wy Uwe Hoog Mogenden op het plechtigfte verzekeren, dat het ons alleen om het behoud, den voorfpoed, en het duurzaam belang van het Vaderland te doen is, en dat ons alle de middelen die daar toe ftrekken konnen, volmaakt onverfchillig zyn, mits zy maar dat groote oogmerk bereiken; terwyl wy verder van begrip zyn, dat men by het examen van welk Plan van defenfie het ook weezen moge , niet zoo zeer zien moet op de zwarigheden, waar aan het onderhevig is; (naardien het onmoog* lyk zal bevonden worden om een geheel volmaakt Plan te beraamen) als wel, of de nuttigheden die 'er uit refulte» V 2 ien  308 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot Hoogheid kunnen beletten, deszelfs bedoelingen te bereiken, en deszelfs pogingen met den gewenschten uit/lag bekroond te zien? Aan wie anders, dan de Regenten werd dus de bui» ren konnen, en 'er van te wachten zyn, die zwaarigheden te boven gaan, en of door de introductie en executie van zulk een Plan , zoodaanige arrangementen worden daar gefteld, die de zaaken niet buiten haar geheel brengen, maar de gelegenheid overlaaten, om alles wederom te herftellen op den ouden voet, zonder dat men op eenig gedeelte werkzaam zynde, het geheel daar door hoog. lyk benadeele. Ons eerfte voorftel zoude dan daar in beftaan, of niet de Hooge Bondgenooten zouden konnen goedvinden ons te authorifeeren om uit de differente Regimenten Cavallerie, Dragonders, en Nationaale, Duitfcbe en Walfche Infanterie, te formeeren een Corps van twee Compagnien ligte Cavallerie, ieder van omtrent 80 Hoofden , de Officieren , Onder-Officieren en Tambours daar onder begreepen, en acht Compagnien ieder van ruim honderd man, met de Officieren , Onder-Officieren en Gemeenen , en overzulks te famen bedraagende een aantal van omtrent duizend Hoofden, den commandeerenden en andere Officieren daar toe te benoemen, en het zelve te doen by een komen ter plaatze, waar zulks van de meeste nuttigheid zal bevonden worden, om te konnen worden gezonden en geëmploieerd overal waar zy den meesten dienst zullen praefteeren; zullende dit Corps fuccesfivelyk konnen verfterkt en gefouteneerd worden door de Manfchappen, welken voor de andere reeds geaccepteerde Corpfen zullen worden aangeworven naar maate zy hier te Lande zullen aankomen, en in Cpmpagnien geformeerd konnen wor. den. Wy gevoelen zeer wel, dat een Corps van omtrent duizend Mar.' ligte Troepes op verre na niet toereikende zal zyn, tot den dienst, tot welken men het zelve zoudekon■ nen noodig hebben, en zouden '>m die reden , gaarne aan Uwe Hoog Mogenden geproponeerd hebben, om het zelve veel grooter te maaken ; indien wy daar van niet waren wederhouden geworden, door de compleetfte over-  de Geteurtenisfen in 1787 enz. voorgevallen. 309 buitenlandfche Oerlog, en de bmnenlandjche tweejpalt toegefchreeven ? Wie anders, dan de Regenten , hebben dus de Vry. heid, Vreede, Ona fchouwen, dan als volkomen chimericq: vermits1 toen 'er van de gewapende Neutraliteit qusestie was, die Vreedebreuk aan de zyde der Engelfchen reeds voor langer dan een en een half jaar begon* rien én gepleegd was. Wy moeten al verder aanmerken, dat alhier vooreerst in zeer generaale bewoordingen, én ten tweeden a posteriori geredeneerd word in de ftelling: dat de accesfie tot de gewapende Neutraliteit den Staat geene nuttigheid toebrengen konde. Dit involveerd immers eene Heilige befchuldiging, m  ié Gebeürténisfeh in 178"7 ènz. vobrgevalléfi. 321 ging, dat de Regenten" ëece onnutte itaake begaan' hebben , zonder dat hier meer dan eene bloote en gewaagde asfertie, door geene bewyzen onderfteund, te vinden is. . .• • . , . . Dit maakt de Regenten fchuldig aan dé vermeerde' ving van het gevaar, en aan eene grove nalaatigheid > of ten minften onachtzaamheid; vermits zy nagelaaten hebben de conditiën te bedingen, welke toe meerdere beveiliging van de Republyk dienen moesten, dus fpreekt U Hoogheids Misfive.. Doch welke eigenlyk die conditiën zouden geweest? Of het mooglyk was ; die te bedingen ? Of daar tóe poogingen gedaan zyn, dan niet? Dit alles word niet bepaald: maar overgelaaten aan de willekeurige explicatien j die drift of onkunde daar aan gelieven te hechten. En of dit alles nog niet genoegzaam in ftaat ware, om de Regenten odieus, en hunne Regeering verdacht te maaken; zoo ontzien zich de Opftellers der Misfive niet, om het ongeluk der Republyk * van zich in eenen Oorlog gedompeld te Hen, toe te fchry ven san het ongewapend laaten van de Republyk ; aan het verl'eentn van onbepaalde Convooijen, eer de Republyk nog in ftaat was, om dezelve compleetelyk. te beschermen', en aan de accesfie tot eene gewapende Neutraliteit zonder genoegzaams zekerheid, dat 'ér door de Republyk dè gewenschte vruchten van zouden kunnen ge* plukt wórden. . . Deze inculpatien zynzoofterk, en attacqueeren zoo evident de Regenten en de Regeering, datwy ónmooglyk dezelve oubeantwoord kunnen laaten. Dë woorden, het ongewapend laaten van de Repu¬blyk, befchouwd in het Verband dat zy hebben met dé even voorafgaande waarfchouwingeni bekommeringen en vooruitzichten van U Hoogheid, geeven duidelyk te kennen, dat U Hoogheid zelf dat ongewapend laaten der Republyk attribueert aan de Regenten, en 'er zich zeiven geheel onfchuldig en vry Van kent. Wy hebben boven gezegt, dat wyin «HePetiXXXIV. Deei, X tie»»'  322 [Verzameling van Stukken betrekkelyk tot tien, tot vermeerdering der Militie, onmooglyk kor den confenteeren, wegens den ftaac onzer Finan. tien: daar toch de vermeerdering van Landmacht, neoit zonder de totaaie ruïne van de geheele Republyk zoodaanig konde gefchieden, dat dezelve ons by onze Nabuuren geducht maaken, of tegen derzeiver aanvallen op den duur beveiligen konde. Geheel anders is het altyd geleegen geweest met de Wapening der Republyk ter Zee; daar in kon met fucces iets van belang gepresteerd , onze Navigatie en Commercie met de daad beveilligd, onze Cotocien tegen onze Nabuuren, zoo iets ten hunnen nadeele ondernaamen, gedekt, en wy ter Zee geducht zyn: van dezen refpectabeien toeftand immers hangt alleen het beftaan en welvaart, bloei en het gezag der Republyk af. Dan hoe zeer dit onderfcheid ten allen tyde by U Hoogheid had evident behooren te wezen, hebben wy echter niet fteeds ondervonden, zoo dikwyls 'er vooifiagen door ü Hoogheid tot vermeerdering van 's Lands gewapende macht gedaan zyn , dat de zoo onontbeerlyke verbetering en verfterking van het Zeewezen, en hét uitrusten van Schepen ten Oorlog, altyd verbonden en als gekluisterd wierd aan eene Augmentatie ten Lande? het gene even het zelfde was, als of'er geen voorftel in hec ■geheel tot vermeerdering der Navaale macht gedaan wierde, daar de Augmentatie van beiden te gelyk volftrekt onmooglyk was. Wy hebben overzulks ook op die gronden, toen 'er naderhand voorflagen tot Equipagie tot verfier«kine en verbetering der Marine, afgefcheiden van eere gelyktydige Augmentatie te Lande, gedaan wierden, daar in greetig geconfenteerd, en onze Corfenten door prompte fournisfementen geprass- Dan wat nut heeft zulks gedaan? Immers zou het overboodig zyn te bewyzen, dat de geconfenteerde Equipages traag in gereedheid gebracht, cn dat de Schepen in den beginne geheel  de Gebeurtenis/en in 1787 enz* voorgevallen. 323 nier,, en daar na zeer verkeerd gebruikt zyn; dat daar over geweldig geklaagd is , en dat die klachten door de Regenten allezins geappuieerd zyn. Omtrent dit alles beroepen wy ons gerustlykp niet alleen op de Registers onzer Befluiten, maar zelfs op de algemeene Volksftem. Wy bepaalen thands daaromtrent onze gezegdens, hoe zeer zich anders een ruim veld opent, om die te extendeerens verkiezende fteeds de meest mooglyke moderatie te behartigen. Evenwel kunnen wy niet ongeremarqueerd nog laaten voorbygaan, dat door U Hoogheid ook word aangevoerd, van zich ook niet te verwytente hebben, van niet te hebben toegelegd, om het Vaderland door wederzydsch voordeelige Alliantien recht te bezorgen, om byftand te eisfchen, wanneer het onrechtveerdiglyk wierd aangerand. Wy herinneren ons niet van dien yver, dat toeleggen van U Hoogheid, om aan de Republyk voordeelige Alliantien te procureeren, waar door hec zelve in tyd van nood, krachtdaadigèn byftand erlangen kon. Integendeel, moeten wy en alle weidenkenden, ons ten hoogften befclaagen, over den kwaaden uitflag, welke onze yverigfte poogingen en fterkfte inftantien nog onlangs gehad hebben op eene zoo zeer heilzaame en importante Alliantie, als was met de Kroon van Frankryk tegen de Geweldenaryen der Engelfchen, en ter krachtdaadige bevorderinge der dierbaarfte belangens onzer commercieerende Ingezetenen; daar wy niet eens het genoegen hebben mogen fmaaken, van die zoo allernuttigfte onderneeming door het appuy van U Hoogheid immer gefecondeerd te zien. Wat vervolgens betreft, het verkenen van oribepaalde Convoyen, eer de Republyk nog in ftaat ware, om dezelve compleetelyk te befchermen; moeten wy we. derom aanmerken, dat men U Hoogheid alhier doet voorkomen, als afkeurende, dat 'er Convoy verleend wierd; en dus als onverfchillig, of die ScheX z pen,  324. Verzameling van Stukken betrekkelyk tot pen welke volgens de letter der Traöaaten, hunnen handel dreeven, een prooi wierden van de onrechtvaardige, willekeurige en by alle Naden gedoemde handelwyze der Engelfche Roovers. Wy moeten nog aanmerken, dat de clauful: eer de Republyk nog in ftaat ware, om die Convoyen torn,' pleetelyk te befchermen, niets beteekend, vermits die compleete befcherming voor eene zoo uitgeftrekte Navigatie, als de Nederlandfche is, nooit plaats kon hebben; vermits daar uit volgt dat UHoogheids meening was, dat men liever alles moest verwaarloozen, dan een gedeelte befchermen; vermits het eindelyk op die wyze voor een misdaad in de Regenten geacht moet worden, dat zy iets hebben durven doen, het gene aan hunne Vyanden ongenoegen kon geeven; het gene een deel hunner Ingezetenen kon befchermen, en het gene zy (zonder zich flaafsch over te geeven aan de tyranicque vorderingen van het toenmaalige Kabinet van London) niet konden noch vermogten na te laaten. Te meer, (en dit word weder malitieuslyk ter bezwaaring der Hooge Regeering verzweegen) daar de Republyk zich toen ter tyd in de allerneteliglte omftandigheden bevond, als zich van den eenen kant door de allezins gefundeerde Inftantien van Frankryk, en van den anderen kant door de fcbendige handelwyze der Engelfchen gedrongen ziende, om, of met den eerften door het abandonneeren haarer onbetwistbaare en op de klaare Letter der Traöaaten gegronde Rechten, of met den anderen ter bewaaring hunner importante Commercie tot eenen openbaaren Oorlog te komen: een alternative, dat voor ieder weidenkenden geen oogenblik twyffel moe>t laaten , wat te kiezen. Wat laatftelyk nog byzonder aangaat de Accesfie tot de Gewapende Neutraliteit, men toont alhier klaar, dat U Hoogheid ook die demarches ten krachtigften afgekeurd heeft, onder het futile voorwendfel: dat 'er geene genoegtaame zekerheid was, dat 'er door de Republyk de gewenschte vruchten van zouden hunnen geplukt worden, Wy  de Gebeurtenis/en in 1787 enz, voorgevallen. 325- Wy noemen dit voorwendfel futil, vermits men alhier (gelyk reeds boven gezegd is) a posteriori redeneert: want op het oogenbük der Accesfie lieten zich de vruchten aanzien, als zullende gewenscht worden! En wat Mogendheid kan by het fluiten van een Tradtaat de geruste verzekering bekomen, dat het zelve het gewenschte effect forteeren zal? Dit kan alleen de tyd en ondervinding leeren, daarenboven valt het ligt in weinige woorden der handelwyze van de Regeering een blaam aan te wryven. Doch als men de waarheid liefheeft, is hier de vraag: of de Regeering zich toen wel anders heeft kunnen gedraagen? Of zy die accesfie aan haar geoffereerd, wel konde afflaan? Of zulks niet nog van erger gevolgen zou geweest zyn ? Of eindelyk dezelve dan nog wel zoo volkomen nutteloos geweest is? Dit alles had moeten bewezen zyn, alvoorens de accesfie op eenen zoo Houten toon voor te ftellen, als eene der omftandigheden, die de Republyk in den Oorlog gedompeld hebben, en deze bewyzen, die dus verre volkomen ontbreeken, zullen wy afwachten, om ons daaromtrent nader te verklaaren. Hier mede zouden wy deze en de voorige periode voor afged3ao kunnen houden, zoo in dezelve niet met zoo veel ophefs gefprooken wierd, van het gebruik maaken van al vat in U Hoogheids vermogen was, om het toepeeven in de demarches en mefures gedü laieerd te krygen! van U Hoogheids vooruitzichtenhekommeringen, waarfchouwingen! uitdrukkingen, waar uit het algemeen (aan wiens oirdeel U Hoogheids Misfive door de gewoone publiciteit onderworpen is) moet opmaaken , dat 'er over die materiën geregelde handelingen tusfchen de Hooge Regeering en U Hoogheid plaats gehad hebben, dat daar in U Hoogheid alles aangewend heeft, om voor alle de gevaaren, fpeciaal voor dat van het gevolg van het gebrek aan eensgezindheid en onderlinge toegeevenX 3 heid  326" Verzameling van Stukken betrekkelyk tot heid te waarfchouwen; om de mefures te doen dilaieeren; om de vooruitzichten, waarfchouwingen en bekommeringen, voor de Staaten open te leggen, en, fzoo als men dan zeker vooronderftellen moet) om dit alles door krachtige en welgegronde bewyzen aan te dringen. Doch, laaten wy onbewimpeld fpreeken, waar heeft dit plaats gehad? Immers hebben onze poogingen tot defenfie van de Commercie wel eenen blooten, fchoon zich op alle wyze vermommende tegenftand, maar nimmer beredeneerde argumenten ontmoet. En wanneer is het gebrek aan eensgezindheid uitgeborsten? Toen het water bykans aan de lippen, de Commercie half geruineerd en de ontdekking van een verderflyk fysthéma zonneklaar was. Warneer heeft de or.derlinge toegeevenheid opgehouden? Toen dezelve geen plaats meer kon hebben, zonder dat men zyn plicht en geweeten te kort deed. Zoo de Regenten ergens in te befchuldigen zyn, zoo is het daar in, dat zy hun taai geduld te lange hebben uitgerekt, dat zy den fchaadelykeD invloed van kwaade Raadslieden niet eerder gekeerd en vernield hebben ; dat zy hunne wettige macht niet eerder gebruikt hebben, om misbruiken te weeren, om ingeflopen abuifen te verbeteren, om waDgedrag te ftraffen, en om volgens 's Lands conftitutioneele wetten alle die genen, die in des zelfs dienst zyn, zonder onderfcheid van rang of qualiteit tot de betrachting der plichten, aan hun opgelegd, binnen de perken en paaien door de wetten daar ioe gefteld, te houden. Daar U Hoogheid verkiest van het voorgevallene na het uilbersten van den Oorlog en geduurende ten loop yan denzeh'en, thands niet te gewaagen, zullen wy ons daar over ook niet uitlaaien; te meer daar wy anders verplicht zouden zyn, dat gedetailleerd vcrflag, door U Hoogheid aan Hun Hoog Mogenden gedaan en in U Hoogheids Misfive aangehaald, na se gaan, en nog meer opzettelyk dan te vooren te res.  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 327' rescontreeren. Het gene wy omredenen, die wy reeds aangeftipt hebben, en ten einde de zoo ongelukkig fubfifteerende verwydering niet te vermeerderen, liefst vermyden willen. Wy worden in die denkwyze bevestigd, om dat U Hoogheid zelf fchynt te erkennen, dat 'er hier of daar in het een en ander dier Departementen, die betrekking hebben tot het bejluur der Zeezaak 'n, fouten en gi.breeken zouden hebben mogen plaats gehad. En daar zekerlyfc de overtuigende krast der waarheid de opftellers van Uwe Hoogheids Misfive tot deze bekentenis genoodzaakt, en hun die, in weerwil van zig zelve, ontwrongen heeft; zo oordeelen wy voor het belang van de harmonie, voor de heritelling van de rust, en voor de confervatie van Uwe Hoogheids digniteit raadzaamst, die vnorledenezaakennijt meer te beroeren; maar alleen te waaken; om toekomfüge abuifen te prjevenieeren en onmooglyk te maaken! En daarom laaten wy dat gedetailleerd vetflach rusten; te meer, daar wy, (offchoon niet weetende of alle de Leezcrs van het zelve onpartydig en waarheidlievend zyn geweest,) echter eene meer dan genoeg., zaame kennisfe dragen, dat een ontzaglyk aantal Leezers van dat gedetailleerd verflag zeer verre af Is van die convictie, die als het eff ft van de lefture van dat ftuk, in Uwe Hoogheids Misfive daar gefteld werdt; die de fauten en gebrekeu niet als mooglyk, maar als daadlyk en ftellig fielt; die 'er meer oorzaaken aan toefchryft, dan onervarenheid, ongewoonheid van het werk, gebrek aan toereikende hulpmiddelen, moedeloosheid, enz.; die de onoverkomelyke hinderpaalep, waar van eene algemeene mentie gemaakt word, wel gaarne meer fpecificq wenschten te kennen ; die eindélyk gaarne wat duidelyker kenmerken hadden, wie eigentlyk bedoeld worden door de befchuldiging , van het ongerofgen en mistrouwen aan de Natie zo onbarmhartiglyk als onrechtvaardig, ingeboezemd te hebben. In de daad, hervalt niet moeiiyk algemeene befchuldigingen, zo wel tegen enkele perfoonen, als X 4 te-  §2? Verzameling van Stukken betrekkelyk tot tegen een gedeelte yan eene Maatfphappye, ja ?elFs tegen eene geheele Natie aan te voeren; doch hoé algeméener zy zyn, hoe minder dat ieder byzonder Lid zich dezelve behoeft aan te trekken. Het natuurlyk gevolg van zulke befchuldigingen is verbitteringe, welke in evenredigheid vandeajgernëenheid der befchuldigingen, zich ook algemeen verfpreid. Wy kunnen niet afzyn, van dit te remarqueeren en te appliceeren in en op de conclufie van deze periode, alwaar de Opltellers met meer drift dap voorzichtigheid', de geheele Natie pp eene zeer fteike en onbewezene wyze inculpeeren; immers zeggen zy : 'dat allé die klagten over inactiviteit en wer» keloosheidt met welke men U Hoogheid heeft tragten hatelyk te maaken, moeten worden toe?tfchreeven, ' Óf aan ongenegenheid tegens U Hoogheid. Of aan begeerte tot verandering in denform der Re» geeringe dezer Landen. ' Of aan onkunde en inexperientie in het geen betrekking heeft tot het voeren van eenen Oorlog ter Zee. ' Dat de kbgtcn over inactiviteit en'werkeloosheid uit den boezem der geheele Natie voortgekomen Zyn, én alle kenmerken van eene volledige Volksftem hebben gehad, 'is zo bekend, zo klaar en zq waereldkundig, dat het geen bewys nodig heeft. Het is dus, voor eerst, de geheele Natie die alhier befchuldigd word van ongenegenheid tegen? Ü Hoogheid Wy kunnen dezelve, voor zo yerre onze Provincie aangaat, gerustelyk en volkomen van diep aangewreven blaam vry fpreekeh! U Hoogheid was jher voorwerp, niet alleen van de genegenheid, maar ook van de liefde van alle Friefen, en dat zonder «enige diftictie. Die gevoelens zouden onafgebroken gebleeven zyn, zo 'er gèene didinctie waare opgekoomen, waar door de genegenheid voor U Hoogheids Perfoon wel dezelve bleef, maar de goedkeuring van alle Ü Hoogheids handelwyzen minder algemeen exiteerde. De eerisi  de Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 3.» eerfte oirzaaken dezer afgekeurde handelwyzen, rhin of meer ontdekt zynde, moesten noodwendig die genegenheid verflaauwen. Dan nimmer is alhier aan U Hoogheid perfoneel toegefchreevea het uitvoeren van demarches, dje de goedkeuring der Natie konden, noch mochten wegdraagen. Nimmer is Uwe welmeenenheid . Uwe liefde voor het Vaderland by rechtgeaarde Frieten in twyffel getrokken; maar zy hebben voor lange betreurd, en betreuren nog dagelyks, dat vleijery, dat onkunde van 's Lands en dezer Provincie rechte belangens, dat eigenbelang, en dat onbepaalde heerschzugt zoo klaarblyklyk doordraaien in de zulken, die U Hoogheid omringen, die door U Hoogheid als Raadslieden gebruikt, en met Hoogstdeszelfs vertrouwen vereerd zyn geweest en nog worden. Tegens die alleen is het ongenoegen ingericht. De zwaarwichtige bedieningen en gewichtige bezigheden, waar mede U Hoogheid overiaaden is, vorderen zekerlyk raad en byftand; doch welke Raadslieden daar toe gebruikt worden, kan voorde Natie nimmer onverfchillig zyn. De zulken alleen zyn haare achting, en U Hoogheids character waardig, die doorkundig, onpartydig, vry van eigenbelang, onbefchroomd in het cordaat zeggen. der waarheid, alle de raadflagen die de demarche, die U Hoogheid aan derzelver raadgeevingeonderwerpt, toetzen inde waagfchaal der plichten die U Hoogheids eminente charges hem opleggen, en die het waarachtig belang van, het Vaderland, het welzyn der Ingezetenen, en de bewaaring van vryheid en vreede tot doelwit hebben, wier bepaalingen daar alleen op uit zyn, en die dus in dén volkomenften en rechtgeaarten zin, de belangens van het Vaderland alsonfcheidbaar aan die van U Hoogheid verknocht, daar U Hoogheid toch met dat Vaderland moet Haan of vallen, betrachten. Ten tweeden, dat al verder die klachten over in. Xj aai-  33o' Verzameling van Stukken betrekkelyk tot activiteit toegefchreeven worden aan begeerte tot' verandering in de form der Regeeringe dezer Landen, is eene niet minder onbewezene, dan zeer gehalardeerde ftelling. En wy bepaalen ons hier weder tot onze Provincie; alwaar noch by de Regeering» noch by de Ingezetenen iets verricht is, welk een voorneemen aanduid, van de wettige, conftitutioneele en bezwoorene form van Regeering te willen veranderen. De befluiten by ons genoomen, draagen wel de kenmerken weg van herffcelling van goede orde , van affchaffing van abuizen, van herneeming van wettige conftitutioneele en nimmer afgeftaane rechten; maar zy beademen niets, dat naar verandering der wettige Regeeringsform zweemen kan. En zoo 'er alhier of daar zulke verderfiyke grondbeginfelen fmeulen mogten, zoo vertrouwen wy en alle braave Ingezetenen van Friesland, volko. mén op de werkzaamheid, kundigheid, trouw en rechtvaardigheid van 't Hof Provinciaal alhier, 't welk meer dan ooit zynde roemwaardig, de zekere waarborg is van de gerustheid der Ingezetenen, van de bewaaring der Conftitutie, van de handhaaving der Wetten, van het uitoefFenen van recht en gerechtigheid, en van het waaken tegen alle onderdrukking of verkorting van ieders Rechten, van den grootften tot den kleinften toe. Als getrouwe Voorftanders van 's Lands Vryheden, Befchermers van 's Lands rust, Bewaarders van het billyk ontzag aan de Regeering verfchuldigd, zal het Hóf na behooren weeten te waaken tegen alles, wat tot verandering in de wettige forrn der Regeeringe aanleidinge zou kunnen geeven. Eindt lyk werden ten derden, die klachten toegefchreeven aan onkunde en inexperientie, in het gene betrekking heeft tot voeren van eenen Oorlog ter Zee. Wy hebben bewezen, dat men door de Klaag*;rs al-  ie Gebeurtenis/en in 1787 enz. voorgevallen. 22T alhier niet anders verftaan kan , dan de geheele Hier uit volgt, dat dus de geheele Natie aan die onkunde en inexperientie laboreerd, en wilde men by eene ftricte gevolgtrekking argumenteeren, zoo zou men hier uit de fuppofitie kuanen trekken, dat ü Hoogheid en die van zynen Raade, alleen van die algemeene onkunde en inexperientie vrygefprooken moeten worden. Dan om dit overeentebrengen met de even voorafgegaane bekentenis, dat 'er fouten en gebreeken in het bellier der Zeezaaken kunnen plaats geh3d hebben, laaten wy gaarne aan de pennen, door U Hoogheid gebruikt, ter betooginge over. Dus verre heeft eene volftrekt noodige zelfverdeediging ons gedwongen tot refutatien, die wy gaarne hadden willen vermyden , zoo ons zulks mooglyk geweest ware, zonder aan onzen goeden naam en aan onzen plicht te kort te doen, en het behouden of verliezen van de genegenheid en het vertrouwen der Ingezetenen in de waagfchaal te leggen. Het zou ons niet moeijelyk vallen, uit den verderen inhoud van U Hoogheids Misfive, welke nu tot het betrachten der tegenwoordige gevaaren overgaat, aan te toonen, dat die zelfde g-est yau ingewikkelde doch kunftig verbloemde berisping en hekeling van het gedrag der Regeeringe, deOpfiellers der Misfive doorgaans bezield heeft. Doch wy verkiezen by onze voorige en reeds zoo zeer uitgebreide gezegdens het te laaten berusten. Wy moeten echter U Hoogheids vreeze voorkomen, en Hoogstdenzelven ten krachtigften verzekeren, en zulks op de gegronde kennis, die wy draagen van den rechtgeaarten inborst en cordaate denkwyze van onze braave Ingezetenen, dat alhier door niemand ten laste van U Hoogheid zal gelegd worden, de uüjlag des Oorlogs, indien hy nadeelig is, of de nadeelen der vreede, zoo wy daar toe gedwongen wor-  332 Verzameling van Stukken betrekkelyk m .morden; in het vast vertrpuwen, dat U Hoogheid in Hoogstdeszelfs eminente charges, even als wy jn de macht aan ons vertrouwt, alles tot welzyn van het Vaderland zal aanwenden, en daar toe met de zoo poodige harmonie en verftandhouding werkzaam, zyn, " Wy verzekeren U Hoogheid al verder, dat wy het inboezemen van zulke verfoeilyke indrukken, als in U Hoogheids Misfive gemcntioneerd zyn, niet alleen detesteeren, maar ten krachtigften tegengegaan, en dat wy niets vuurigers verlangen, dan U Hoogheid dat recht en die juftitie te doen wedervaarcn, dieU Hoogheid biilyk zal toekomen , en die het van U Hoogheid zeiven afhangt, zich te doen geworden. De reflexien die wy wat lager ontmoeten, om. treilt het verwy deren van het Theater des Oor logs van de Frontieren van den Staat, hebben ons ook niet . weinig gefrappeerd. Immers fchyut het, dat U Hoogheid eenen vyandlyken inval in de Keizerlykè Nederlanden, in het moment van de fuperioriteit onzer Landmacht niet befchouwd, als eene demarche die volftrekt verderflyk geweest zou zyn. TJ Hoogheid noemt het niet doen van die invafie eene prudente voorzorg, welke U Hoogheid zeer verre af is van te mispryzen. En de onmooglykheid van een vergelyk , en min waar* Jchynïykheid van den byftand van het Franfcbe Hof beftempeld U Hoogheid met de fhauwe benaaming van eene niet ongegronde vrees; behalven dat de ganfche zamenhang van deze geheele periode eer gefehikt is, om tè onvreedenheid en verdenking te baaren, dan om in het gedrag der Regenten als welgedaan te berusten. Om nu niet aan te dringen, dat de Souvereine Regeering des Lands in hunne handelingen en befluiten tot bewaaring van de Republyk, de goedkeuring van U Hoogheid even min vannooden, als de afkeuring daarvan te dulden heeft; zon is het zonneklaar en evident, dat indien de Republyk ee ne  ie Gebeurtenis/in in 1787 enz. voorgevallén. 333 be diergelyke demarche gehafardeërd had, zyreedê op dit oógenblik alle de gruwelen van den Oorlog zou ondervonden hebben, en wel verre van hes Theater van den Oorlog van de Frontieren van den. Staat te verwyderen, zouden wy het zelve nu ia het hart onzer Provinciën zien. ,. De Keizer zou toch de marsch zyner Troepes verhaast, en waarfchynlyk derzelver getal Vermeerdert hebben, en dan direct in het haft der weerlooze Land-Provincien indringende, ons onherftelbaare flagen hebben toegebracht; terwyl wy door eene hoftile aggresfie, zyne Majefteit in het volkoinenfte recht gefteld zouden hebben, om reclameerende het Traclaat van Verfaïlles van den ï May 1756, de Kroon van Frankryk tenoodzaaken, om aan hem de daar by geftipuleerde Hulptroepes te leveren. En waar zou het dan met de Republyk heen gaan V Het volkomenfte verderf moeste haar ohvermydelyk noodlot wórden! Het blykt dus klaar, dat de Opftellers der Misfive of onkundig waren van de verbindtenisfen tusfchen de Hoven van Parys en Weenen cxifteerende, of kwaadwillig in het verbergen der gevolgen, die uit hoofde dier verbindtenisfen ons over het hoofd hingen, zoo Wy door een vyandelyke aanval het Cafus fosderis daarftelden. Wy vleijen ons, dat deze onwraakbaare elucidatieh Ü Hoogheid overtuigen zullen van de gegrondheid onzer gezegdens omtrent het ongeoirloofd misbruik, dat 'er gemaakt Word van U Hoogheid vertrouwen; wanneer men, daar O Hoogheid thands van bezigheden geobrneerd, onmooglyk alles zelf kan opftellen, of met de vereischte attentie nagaan; daar Ü Hoogheid uit eene bloote lectuure onmooglyk kan penetreeren tot de bedekte inzichten en gehafardeerde Hellingen , die in eenen vloeibaaren ityl werden voorgefteld ; wanneer (zeggen wy) men niet in den waaren geest van U Hoogheids meening, maar in eenen geest van verwarring, drift  334 Verzameling van Stukken betrekkelyk tot drift of eigenbelang, de taaken door U Hoogheid opgelegd, uitwerkt en door kundige verbloemingen U Hoogheid fmaaklyk weet te maaken. Het zyn die ontaarte grondbeginfels, waar uit ook voortfpruiten die uitdrukkingen, waar mede men U Hoogheid zich zei ven doet affchilderen, als op eene onverdiende wyze mistrouwd, veracht, hefpot, befchuldigd en daargedeld als een eerloos Verraader van deszelfs eigenbelang en van die van h:t Vaderland. Affchuwelyk tafereel! dat ieder rechtgeaart Va« derlander tot in de ziel moet aandoen, dat bygeen Regent geduld kan worden, en van welkers handdaadigheid immers Frieslands braave Ingezetenen zich volkomen vry kennen; en zoo 'er wangedrochten gevonden wierden, die zich aan diergelyke laster fchuldig maakten, zyn wy gerust, en kunnenU Hoogheid ten krachtigden verzekeren, dat dezulken naar verdienden gedraft zouden worden, daar by den Hove dezer Landfchappe de nauwkeurigde waakzaamheid, het billykde recht, en de drengde llraf deeds gepaard gaan. En nu zullen wy dezen befluiten, met voor een jMweetend Opperwezen! voor de ganfche Republyk! voor alle onze braave Ingezetenen, die aan ons de Regeering dezer Landfchappen hebben toevertrouwd! en voor U Hoogheid zeiven! hartelyk en oprechtelyk te betuigen, dat wy niets vuuriger veriaogen, dan door een goed beleid van zaaken, in daat gedeld te worden, om met U Hoogheid banden en harten in een te flaan, om tot behoudenis, de verdeediging en den welvaart van ons Vaderland, van onze Vryheid, en van al wat in den Lande dierbaar is, onvermoeid te werken. Wy verzekeren U Hoogheid eendrachtelyk en eenpaariglyk, van ons getrouw en onwrikbaar aankleeven aan 's Lands wettige en conditutioneele Regeeringsform. Voor deze wettige conditutioneele, van misbruiken gezuiverde en op vaste gronden gevestigde Regeeringsform, hebben wy ons leeven, goed en bloed veil! Wy  de Cebeurtenisjen in 1787 enz. voorgevallen, 335 Wy betuigen alles te willen toebrengen, tot her» ftelling van rust, eendrachten harmonie! Wy betuigen geen ander doelwit te hebben, dan dat het den Lande en deszelfs goede Ingezetenen wel ga; dat ieder derzelver by zyne Rechten verbiyve, en die ongefloord geniete! Dat Vryheid en wettige Voorrechten onverkort blyven! Dat de goede orde alom herfteld en gehandhaafd worde! Dat de misbruiken geweerd; en eindelyk, het Monfter van heillooze aanblaazingen tot tweedracht gefmoord moge werden! En datde herftellingder eendracht, den zoozeer gefokerden en anderszints voorzeker zinkenden Staat, wederom opbeuren en tot kalmte brengen moge! Hier toe bieden wy U Hoogheid onze handen, harten, raad en daad, gulhartig,- met die gevoelige aandoening, die alleen door waare liefde voor het Vaderland ingeboezemd kan worden, en met cordaatheid aan. Waar mede, Doorluchtigfie Vont en Heer 1 wy Uwe Doorluchtige Hoogheid beveelen inde befcherminge Godes. {Onder Jhnd) Uwe Doorluchtigfte Hoogheids goede Vrienden, De Staaten van Friesland, (was geparaph.) J. C. Bergsma, vt. Ter Ordonnantie van Hun Ed. Mogenden? (was get,) A. J. van Sminia.  J. A. ce CHALMOT heeft op de Përsi eene keurige Nederduitfche Vertaaling van het zoo' zeer geachte Engelfche Werk: THE HISTORY ÖF THÉ AMËRIÖAH REVOLUTION byDAVlD RAMSAY, Med. Dr. Philadelphia 1789 in 1 Vol. in 8w>. REIZE OP DEN RHYN VAN MAINTS TOT ANDERNACHi Twee Deeleh in èvo. tJit het Ilougduitsuh vertaald. VOÖRfS NÓG WÈNDEBORN, Staat van Regeering, Godsdienst, Gelcerdheid en Eonften in Groot-Brittannien &c. IVde of laatste Deel. 1. C. DOEDERLEIN over Salomo's Spreuken, Prediker en Hooglied, Ilde óf laatste Deel. EMILE over de Opvoeding, door J. J. ROUSSEAÜ,, metAanteekeningen van verfchéidene Geleerden. Ilde Stuk. ZOIXNER en LANGE, de Aarde en haare Bewooners Vde Deel.